GROOT PLACAATBOEK, NEGENDE DEEL.     GROOT PLACAATBOEK, VERVATTENDE DE PLACAATEN, ORDONNANTIËN EDICTEN, VAN DE Hoog Mog HE EREN STA ATEN GENERAAL der Vereenigde Nederlanden; EN VAN DE Edele Groot Mog, HEEREN STJATEN van HOLLAND en JVESWRIESLAND; MITSGADERS VAN DÉ Edele Mog. HEEREN STAATEN van ZEELANDDe twee eerfte DeeJen by een verzameld door Mr. CokNELtB Cau, Rechtsgeleerde; en vervolgens tot den jaare 1682 in het licht gebracht door Mïu Simon van Leeuwen, Rechtsgeleerde^ en laacstelyk tot den jaare 1760 gecontinueert j En nu tot den jaare 1794 in gejlooten in hei licht gegeeven doof M\ JOANNES van der. LINDE N, Pra&izeerend Advocaat te Amfterdam. NEGENDE DEEL Te amstërüam, By JOHANNES ALLART. Anno   VOORREDEN. ^^^^^ ct het einde van den jaare 1795 gaf de Uitge- Ï^^^S^ ! ver c"eezes *n ^et ^cnt een agffte &e?l der P Verzameling van de Placaaten en Refolu» §3 'f%wj^ Pt t^en 5 ^e Generaliteit, en de Provinciën van J^wsJ^S % \ Holland en Zeeland betreffende, bekend ^^fflr^S^ onder den naam van het Groot Placaat Boek. Dit Deel loopendevan den jaare 1750 tot 1760 Ingefloten, reslleerde 'er dus, om te koomen tot het nieuw tyd-vak, dat wy thans beleven een reeks van vier en der tig jaar en, door een aantal voor ons Vaderland aanmerkelyke gebeurtenisfen zoo gewichtig, en zooryk in allerleye zoort van ftoffen, dat het niet weinig moeyte opleverde, om de Wetten vaneen zoo groot tyd-perk in dier voegen te rangfchikken, dat ze niet meer dan één Boekdeel zouden uitmaken. Dit te doen echter was hoogst noodzakelyk. De al te groote kostbaarheid van het Werk, indien men op den zelfden wydloopigen voet bleef voortgaan; de verandering in het Regeerings - Beftuur deezer Gewesten zedert de Revolutie van 1795. en het aangekondigd voorhemen, om dit Land van een Algemeen Nieuw Wetboek, Zoo in Civiele als Crimineele zaaken, te voorzien; waaren even zoo veele drangredenen, om het werk zoo aan te leggen, dat men met dit neegende Deel eene volledige Verzameling van 'sLands Wetten loopende tot het einde van het voorig Beftuur, aan het Publicq leverde. Aan dit doelwit word dan ook, fchoon niet zonder moeyte, daar de overvloed van ftofFe, en de engte van het bellek elkander dikwerf niet evenaarden thans voldaan, op eene wyze, die de Uitgever zig durft vlyen dat aan het oogmerk voldoende zal bevonden worden* In 't byzonder heeft men zig ook toegelegt om 't Werk £00 in te rigten, dat, hoe zeer zekerlyk gefchikt naar den aart van het toen plaats hebbende Beftuur, het evenwel van eene wezentlyke nuttigheid is na de verandering der publicque zaaken in onzen tegenwoordigen tyd; en dat het  VOORRED EN. het zelfs voor de Beoeffenaars der Rechtsgeleerdheid een onontbeerlyk Werk blyven zal, al is het dat door den tyd het ontwerp van een algemeene Nieuw Wetboek dadelyk tot ftand gebragt zal zyn; aangezien het immers aan een ieder die flechtsde minfte kennis van 'sRechts beoefening heeft, ten vollen bekend is, hoe meenigmaal de vergelyking van voorige Wetten, en het raadplegen van decifien over byzondere gevallen ten rigtfnoer ftrekken kan, om, met in acht neeming van de regelen eener gezonde Interpretatie, tot in den geest der Wetten door te drin- gen* Wy verheugen Ons dit Werk alzoo te hebben ten einde gebragt: Wy wenfehen 'er onzen Landgenooten• een nuttig gebruik van: En hoopen eerlang, door de uitgaave van een algemeen Register op de negen Deelen van 't Groot Placaat Boek, dit gebruik nog meer gemakkelyk te zullen maaken. — Vaart wel, en geniet een beftendig heil. Amfterdam den i December 1796 JOANNES VAN DER LINDEN-  T A F E ju En 'aanvyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, Handvesten, Privilegiën, Edi&en, Refolutien, Accorden, Oétroyen, &c. zoo als defelve, vol- , gens de methodifche verdeeling van het werk, onder Boek en Titul zyn uitgedrukt. HET EERSTE BOEK. Vervattende de fundamenteeïe ffietten der Regeeringe van de Vereenigde Nederlandfche Provinciën in het generaal, mitsgaders van Holland en Zeeland in het particulier* Eerste BOEK, eerste tiTUL* Begrypende algemeene Landwetten, het Landsftands beftier betreffende. l. 1 ^ijele van Guarantie der geza^^^y^ mentlyke Bondgenooten, be|llÉ^\SÜ trekkelyk de waardigheden KXimW van Erf-Stadhouder, Capi^/^^Êy^ tein, en Admiraal Generaal. r^mÈk~~-^\ Den 27 Junyen 3 July 1788. Pag. 1 Eerste BOEK, tweede Tttul. Behelfende verfcheide Ceremonieeh Wetten en Obfenantien. Refolutié vart de Staaten Generaal, houdende bepaaling van de Solemniteiten, welke by de introduétie van zyne Hoogheid in de Vergadering van hun Hoog Mogenden, en van den Raad van Staaten, geobferveert zouden worden. Den 23 January 1763. 3 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk het neemen van Sesfie door zyne Hoogheid in de Vergadering van hun Hoog Mog. Den 9 Maart 1763. 3 Verbaal, behelfende de Solemniteiten dér ittftallatie van Mr, Hendrik Mollerus, als Prefident van den Hoogen Raad. Den 31 O&ober 1763. 4 Verbaal, behelfende de Solemniteiten derinftallatie van Mr. Wigbolt Slicher, als Prefident van den Hove van Holland. Den 4 January 1765. 8 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende het Ceremonieel ter gelegenheid, dat zyne Hoogheid is getreden in de exercitie van het Erf-Capitain en Admiraalfchap Generaal. Den 8 Maart 1766. 12 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by eene Commisfie gedecerneert word, ten einde den Heer Hertog van Brunswyk te IX. Deel, bedanken voor desfelfs zorge in de opvoeding van zyne Hoogheid. Den 8 Maart 1766. Pag. 13 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende hét Rapport Wegehs de plegtigheid by den Doop van den jonggebooren Prince van Orange. Den 19 September 1772. 14 Refolutié van de Staaten van Holland, betrek* kelyk de Militaire Honneurs, aan de Vergadering van hun Ed. Gr. Mog. door de in Guarnifoen zynde Militie te bewyzett. Den 24 February 1786. 17 Refolutié van de Staaten van Holland, tot het gefloten houden van de zoogenaamde Stadhouders-Poort. Den 8 Oélober 1787. 18 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk het model van de Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te Voet; als mede eenige nadere bepaalingen omtrent de honneurs, aan haar Ed. Gr. Mog. by het fcheiden van dörfelver Vergadering te bewyfen. Den 3 December 1788. 18 Eerste BOEK, derde Titul. Behelfende Refólutien, Ordres eü Reglementen van Staat. Refolutié van de Staaten van Holland, houdende, dat op verfoeken om Seureté de Corps, op geëxhibeerde Brieven vanVoorfchry ving, zonder Advis van den Hove ge* disponeert zal worden. Den 9 December i7ó> ■ 10 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, aan hoedanige Emigranten, en op welken voet , de Pasfagie door deezs Landen gegunt zoude worden. Den 6 July 17Ó4. 20 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Zoon van een Minister by den Neder - Saxifchen Kreitz, gebooren te Hamburg, word gehouden en erkend, als of a hy  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën», &c: hy een gebooren Hollander was. Den 12 September 1765. Pag. 21 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Minifters van de Steeden, iTem in Staat hebbende, en teffens Canunniken van eenige Capittels in de Provincie van Utrecht zynde, tot haar Ed. Gr, Mog. Vergadering admisfibel verklaard worden. Den 13 September 1765. 21 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden geauctorifeert worden om jaarlyks tot het opnemen der Rekening van Rhynland, door 't Hof gefchiedende, een Heer uit hun CoUegie te benoemen. Den 6 Mey 1767. 22 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk het Traclenunt, en het fungeeren der Adfiftent - Bodens by de Generaliteit. Den io January 1770. 22 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk de vryheid van twee Maltheefer Slaaven, den Bacha van Tripoly toebehoorende, die aan boord van een Hollandfch Schip in de haven van Tripoly ten anker liggende waaren komen vlugten. Den 29 January 1770. 23 Nadere Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk de Adfiftent-Bodens van de Generaliteit, Den i9February 1770. 24 Inltruclie voor den Raadpensionaris van Holland' en Westvriesland. Den 26 November 1772. 25 Refolutié van de Staaten van Holland, nakende het Hemmen by meerderheid of by eenpaar igheid in de Staats - Vergadering van haar Edele Groot Mogenden. Den 4 April 1780. 30 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk zekere ontdekte geheime Negotiatie met het Noord - Americaans Congres. Den 23 November 1780. 30 I Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk zekere fecreete Aéle, den 3 Mey 1766, tusfchen Zyne Hoogheid, en den Heer Hertog van Brunswyk gepasfeert. Den 18 Augustus 1784. 31 Refolutié van de Staaten van Holland, tot dispenfatie van een Lid van het Collegie van Gecommitteerde Raaden van het 1. Art. van desfelfs Inftruólie, nakende de confanguiniteit of affiniteit der Leden: En Commisforiaal over dit point voor het vervolg. Den 28 April 1787. 33 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende advertentie wegens het formeeren van Inundatien, tot voorkoming van een inmarfch van Vyandelyke Troupes in defelve Provintie. Den 10 September 1787. 34 Refolutié van de Staaten van Holland, tot disfolutie en ontwapening der Vry-corpfen. Den 20 September 1787. 35 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende vermaaning aan alle en een iegelyk, om tegen de gevestigde Conftitutie of de publique rust geen indragt te doen. Den 22 September 1787. 35 Refolutié van de Staaten van Holland, tot annullatie en vernietiging der Refokitien en Dispofitien bevoorens ten nadeele' van zyne Hoogheid genomen; mitsgaders tot het te rug roepen van den zeiven, ten einde haar Ed. Gr. Mog. Vergadering by te woonen. Den 28 September 1787. Pag. 35 . Refolutié van de Staaten van Holland, houdende befchikking omtrent de Geweeren der gemortifieeerde Vry - Corpfen. Den 1 October 1787. 38 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende ordre op het Publicq Gebed. Den 17 Oétober 1787. 38 Refolutié van de Staaten van Holland, toe vernietiging van alle Gewapenpe Genoodfchappen of Schutteryen, afgefonderd van de gewoonlyke Burger- Compagnien in de Steeden en ten platten Lande. Den 19 Ociober 1787. g0 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende qualiflcatie op zyne Hoogheid, om de Regeering in de Steeden te veranderen* Den 31 October 1787. 39 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van den Eed, voor alle de Schutteryen in de Steeden en ten platten Lande, mitsgaders alle Amptenaaren, op de Conftitutie der Hooge Regeering, en het Erfftadhouderfchap, met het geen daar toe relatif is. Den 15 Fcbruary 1788. 40 Nadere Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk den Eed op de Conftitutie der hooge Regeerlng, met het Erfftadhouderfchap. Den 22 February 1788- 42 Publicatie van het Hof van Holland, tot het ■ afleggen van den Eed op de Conftitutie, door de Advocaaten , Procureurs en Deurwaarders. Den 28 February 1788. 42 Refolutié van de Staaten van Holland, tot mortificatie van den post van Mr. J. G. Luyken, als Advocaat Fiscaal. Den 29 July 1789 43 Refolutié van de Staaten van Holland, tot ratificatie eener Conventie tusfchen Holland en Utrecht, omtrent de gemeenfchappelyke defenfie derfelve Provinciën, en eenige andere pointen daar in breeder gemeld. Den 23 April en 9 July 1790. 43 Ratificatie der bovengemelde Conventie door de Staaten 's Lands van Utrecht. Den 1 x July 1790. . 49 Nadere Refolutié van de Staaten van Holland , houdende ordre op het Publicq Gebed. Den 19 Oélober 1790. 49 Nog nadere Refolutié van de .Staaten van Holland , tot het reguïecren van de ordre op het Publicq Gebed. Den 9 December I79Ï- < 50 Publicatie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het verblyf van .vreemdelingen hier re Lande. Den 10 November 1792. 50 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende diverfe bepaalingen omtrent het admitteren van het verblyf van Vreemdelingen bin-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. binnen deefe Provintie. Den 15 November 1792. Pag. 51 Publicatie van de Staaten van Holland, tot verwydenng van Suspecte Franfche Vreemdelingen of Emigranten uit deefe Provintie. Den 19 February 1793. 52 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het verlaaten van deefe Provintie door Ingefeetenen, welke eenige Ampten of Bedieningen in defelve bekleeden. Den 24 September 1794. 53 Eerste BOEK, vierde Titul. Stadhouders, Gouverneurs, Capiteins en Admiraals Generaals, Gouverneurs en Commandeurs van Steden en Forten, Generaals en andere hooge Militaire Commisfien en Inftru&ien &c. Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Zyne Hoogheid, als eerde Lid van de Ordre van de Ridderfchap, tot de deliberatien in haar Ed. Gr. Mog. Vergadering geadmitteerd word. Den 8 Juny 17Ö3. 54 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by gereguleert worden de ordre en manier, waar op Zyne Hoogheid in de functie van desfelfs hooge Digniteiten en Charges gefteld zoude worden. Den 27 November 1765. 55 Commisfie van zyne Hoogheid als Erfftad- houder, Erf Gouverneur, en Erf Capitein Generaal en Admiraal. Den 27 February 1766. 57 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by aan Zyne Hoogheid gedefereert word hec verleenen van Remisfien, Pardonnen en Gratiën over het Resfort van de Generaliteit. Den 8 Maart 1766. 59 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende aanfchryving aan alle Commandanten , om by appantie van Pruisfifche Troupes geene refiftentie te doen. Den 22 September 1787. 60 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk het recht van Zyne Hoogheid, als Erfstadhouder, tot het doen van eleótien der Magiftraats Perfoonen in de respeélive Steeden en Plaatfen deefer Provintie. Den 10 December 1790. 6b Eerste BOEK, vyfde Titul. Behelfende verfcheidePlacaaten, Ordonnantiën, ïlefolutien, Ordres, Reglementen, Lysten van Befldingen, &c. betreffende de Mi? litie te Lande, mep de gevolgen van dien. Refolutié van de Staaten Generaal, tot het aangaan van eene Conventie met het Gouvernement der Oostenrykfche Nederlanden, tot restitutie der Uniformes, Waapenen en Paarden der wederfydfche Deferteurs, die op des anders Territoir refugieeren. Den 7 April 176*3. Pag. 63 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het werven of ligten van Krygs-en Scheepsvolk voor vreemde Mogendheden. Den 17 September 1766. 64 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het doen opmeeten en carteeren der Landeryen, rondom de Fortificatie-werken der Stad Maastricht gelegen, zonder daar toe bekomen confent, en door ongequalificeerde Perfoonen. Den 28 January 1774. 65 Placaat van de Scaaten Generaal, tot voorkoming der Defertie onder de Militie. Den 22 July 1778. 65 Generaal Pardon voor alle Ruiters, Dragonders en Soldaaten, uit den dienst der Vereenigde Nederlanden gedeferteert. Den 19 january 1781. 67 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende nadere voorziening, ten einde tot Kleeding en Monteering der Militie Inlandfche Stoffen gebruikt werden. Den 9 Mey 1781. ' 68 Refolutié van de Staaten van Holland, tot voorkoming der excesfen in het aanneemen van Appointés. Den 27 Juny 1783. 68 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende voorfieninge tegen de verkoopinge van Militaire Charges; — tegen het geven van Militaire Aétens by de Armee; — en tegen de Titulaire Qualiteiten van dienst doende Officier en. Den 3 O&ober 1783. 69 Refolutié van de Staaten van Holland, hou' dende permisüe, om in zeker üngulier geval de Zadels, Hoofdftellen &c. voor de Militie buiten de Provintie te mogen laaten maaken. Den 6 January 1785. 70 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, betrekkelyk de Looting van Manfchappen ten Platten Lande. Den 27 January 1785. 71 Refolutié van de Staaten van Holland, tot mortificatie van het Corps Cent Suisfes. Den "22 September 1780". 71 Publicatie van. de Staaten van Holland, ter ontdekking van den Lieutenant Colonel Henry Balneavis, ter zaake defelve de Militie te Oudewater in befetting leggende, verraderlyk aan de hadde ontweldigt. Den 12 Juny 1787. 72 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie voor de Deferteurs,- en voorfieninge tot voorkoming der Defertie voor't vervolg. Den 23 Juny 1787. 72 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende prolongatie van den tyd der Amnestie voor de Deferteurs. Den 27 July 1787 74 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het verder oprigten, mitsgaders tegen het uita 2 trek.  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. trekken van afzonderlyke Genoodfchappen van Wapenhandel in het Diftrict van de Generaliteit. Den 13 Augustus 1787. , Pag. 75 Waarfchouvving van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het planten van Boomen, Heggen, &c. het opwerken van Hoogtens, en het aanleggen van Gebouwen , in de nabyheid en onder het Kanon der Fortificatiën. Den 30 April 1792. 76 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het employeeren van het middel van Inundatie tot deftnfie van de voorfz. Provintie. Den 14 February 1793. 78 Generaal Pardon voor alle Ruiters, Dragonders , Husfaren en Soldaten, uit den dienst der Vereenigde Nederlanden gedeferteert. Den 15 February 1793. 80 Placaat van de Scaaten van Holland, tegen het eludeeren van de Presfmgen van Schippers en Schuitevoerders, tot het vervoeren van Militie, Vivres, Ammunitie of andere Goederen ten dienfle van den Lande. Den 18 July 1794. 81 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het aanwerven van een Corps Landzaaten. Den 7 January 1795. 82 Eerste BOEK, zesde Titul. Raakende de Auditeurs Militair. Nihil. Eerste BOEK, zevende Titul. Behelfende verfcheide zaaken raakende den Oorlog te Water. Refolutié van de Staaten Generaal, houdende interdictie aan de Zee - Officieren, tot het verleenen van eenige Gratie of Pardon van Doodftraffe by de respective Krygsiaaden gedecerneert. Den 18 April 1763. 84 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende permiifie by wegen van dispenfatie aan een Zee-Capitein, om eenige Koopmanfchappen tot een bepaalde fomme te mogen medenemen, en verhandelen of verruylen, tot het bekomen van Water @n de nodige ververfingen op de Kust van Africa. Den 19 Odober 1768. 85 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Ingefetenen deefer Landen, om de Baay van Gibraltar geduurende de belegering dier Stad door den Koning van Spagne, met Schepen te bevaaren, en aldaar Mondbehoeftens én andere hulp te brengen. Den 31 December 1779. 86 Placaat van de Staaten Géneraal, houdende verbod van allerley Vaart uit deefe Landen naar elders, ten zy aan de Admiraliteit den derden Man der Equipagie leverende. Den 26 Juny 1780. Pag. 87 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling van het gunt de Verminkten in 'sLands dienst ten Oorloge te Water, tot hun foulagement genieten zullen. Den, 12 January 1781. 88 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Contracten omtrent zekere Schepen, als aangegaan op een tyd, dat het opkomen van den Oorlog, of het Embargo op de Schepen, niet konde worden voorfien, gerescindeert worden. Den 3 April 1781. 89 Publicatie van de Staaten Generaal, tot vrydom van alle Rechten en Tollen van her Yzer Kanon en Ammunitie van Oorlog, geduurende de Troubles ingevoert wordende. Den 27 December 1781. 90 Publicatie van de, Staaten Generaal, houdende Pardon aan de Bootsgezellen, Matroofen, en anderen, die uit den dienst te Water gedeferteerd zyn, of zig in vreemde diensten begeven hebben. Den 22 February 1793- P.i Eerste BOEK, agtste Titul. Behelfende de Placaaten en Ordres omtrent de Commisfievaarders, Kaperyen, Princen, en Buiten, met den aankleeven van dien; als meede tegens alle vreemde dienjlen te Waaier , geëmaneert. Publicatie van de Staaten Generaal, tot aanmoediging van het Volk van Oorloge ter Zee, in het doen van afbreuk aan den Keizer van Marocco, die de Vreedemet den Staat verbroken had. Den 23 January '775- 9a Placaat van de Staaten Generaal, tegen het neemen van vreemde Dienflen, zoo wel ten Oorloge, als tot Koopvaardye en Visfcheryeter Zee. Den 21 Mey 1777. 93 Publicatie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van het Placaat van 21 Mey 1777, tegen de vreemde dienflen te Water geëmaneert. Den 11 December 1777. 95 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende een generaal Pardon, voor Bootsgefellen, Matroofen, en anderen, uit den dienst te Water gedeferteerd zynde. Den 6 A- P"l 1779. 96* Renovatie en Ampliatie Placaat van de Staaten Generaal, tegen het nemen van Commisfïen van Uitheemfche Potentaaten. Den 3 Mey 1779. 97 Placaat van de Staaten Generaal, tot voorkoming, dat geene Engelfche Kapers de Zeegaten en Binnen- Stroomen van den Staat aandoen, nog ook op de Stranden, of op , . . de  Volgens de JVTethodifche verdeeling van het Werk. * de vaste Wal langs de Zee, geweld bedryven. Den 4 February 1781. Pag. 98 Placaat van de Scaaten Generaal, houdende verbod teegens het werven van Bootsvolk voor vreemde Dienflen, als meede aan het Bootsvolk van zig te begeeven in vreemde Dienfien, en de revocatie van het zelve Volk uit vreemde Dienflen; met een Generaal Pardon vooralle Boocsgefellen, Matroofen en anderen, uit den Dienst te Water der Vereenigde Neederlanden gedeferteert. Den 9 February 1781. 99 Placaat van de Staaten Generaal, houdende Pardon aan gedeferceerde Matroofen; en voorts verbod tegen het neemen van vreemde diensten te Water. Den 19 November 1784. 101 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het werven van Krygs- en Scheeps-Volk voor vreemde Potentaten. Den 8 January 1793. 103 Placaat van de Staaten Generaal, vervattende de Praemien voor de Commisüevaarders defer Landen, dewelke eenige Oorlogfcheepen van de Franfchen zoude komen ce veroveren. Den 22 February 1793. 104 Eerste BOEK, negende Titul. Behelfende verfcbeide Placaaten en Waarfchouwingen, inhoudende verbod op het bevaar en van de Havenen van Vrankryk, uitvoeren van Waar en van Contrabanden , toevoer van Levensmiddelen, Hooi, ,en Stroq aan de Vyanden. Publicatie van de Staaten Generaal, waar by, voor den tyd van zes maanden, de uitvoer van Ammunitie van Oorlog verboden word. Den 20 Maart 1775. 107 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod van den Uitvoer van Schepen en Scheeps Materiaalen. Den 26 January 1781. 108 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Ingefeetenen deefer Landen, om hunne Scheepen te employeeren tot het vervoeren van eenige Goederen, Waaren of Koopmanfchappen, voor rekening van den Koning, of de Onderdaanen van GrootBrictahnien. Den 26 January 1781. 109 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod van uitvoer uit deefe Landen en van toevoer naar het Ryk van Groot-Brittannien, van Oorlogs-Ammunitie, en eenige andere Speciën by het Placaat breeder befchreeven, als meede Waarfchouwing tegens het vervoeren van Contrabande Goederen naar het voorfz. Ryk. Den 26 January 1781. 110 Publicatie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van het Placaat van den 26 January 1781. houdende verbod tegen het overbrengen en verkoopen van volbouwde Scheepen. Den 14 November 1781. 114 Placaat van de Staaten Generaal, houdende provifioneel verbod van uitvoer van Arnmu» nitie van Oorlog, Vee, Eetwaaren &c. naar het gebied van Zyne Roomsch - Keiferlyke Majefteit. Den 12 November 1784. Pag. 115 Placaat van de Staaten Generaal, houdende voorfieninge, dat de Ingefetenen ten platten Lande door aannaderende vreemde Troupes, van hunne Graanen, Befliaalen en verdere Levensmiddelen niet worden berooft. Den 18 November 1784. 117 Publicatie van de Scaaten Generaal, tot intrekking van 7 Placaat van 12 November 1784. tegen den uitvoer van verfcheide Artikelen, naar de Oostenrykfche Nederlanden. Den 21 November 1785. 118 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende, bepaalingen omtrent het vervoeren van Geweeren en Ammunitie van Oorlog, Den 21 January 1793. 118 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan allen en een iegelyk, Vaartuigen hebbende in de Rivieren en Wateren, welke uitloopen op de Hollandfche en Zeeuwfche Stroomen, om defelve over te brengen naar de over-kant. Den 22 January 1793. 120 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod tegen het Opkoopen en Uitvoeren van Paarden. Den 24 January 1793. iai Publicatie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan alle een iegelyk, Vaartuigen hebbende langs de Zuid - Oost - Oever van defe Provincie, om defèlve over te brengen aan de Over-kant. Den 22 February 1793. 122 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod van Uitvoer van al het geen tot den Aanbouw van Scheepen nodig is, en van het overbrengen van volbouwde Scheepen» Den 2 Maart 1793. 123 Placaat van de Staaten Generaal, tot nul •verklaaring van Verkoopingen van Goederen, die door den Vyand in geoccupeerde Diftricien zouden mogen worden gedaan. Den . 6 Maart 1793. 124 Placaat van de Staaten Generaal, houdende Verbod van Uitvoer uit defe Landen en van Toevoer naar Vrankryk. ofte de Landen on? de het Gebied van de Franfche Natie, ofte onder de magt van desfeifs Wapenen zynde, zo in als buiten Europa, van OorlogsAmmunitien en meer andere Speciën; als meede Waarfchouwing tegens het vervoeren van Contrabande Goederen door Neutralen naar de voorfchreeve Landen. Den 26 Maart 1793. 125 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening tegen het transporteren buiten de Provintie van Goederen en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten van het Fransen Gouvernement. Den 18 February 1794. 129 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling rakende het transporteeren buiten de Provincie van Goede* a 3. ten  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. ren en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten van het Fransch Gouvernement. Den 21 Maart 1794. Pag. 130 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het reizen en trekken van Perfoonen uit en naar het Fransch Gebied, anders dan op den voet en onder de bepaalingen, breeder daar by vermeld. Den 1 November 1794. 132 Nader Placaat van de Staaten Generaal, raakende het verleenen van Pasporten, om te mogen gaan of komen naar en uit'sVyands Land. Den 16 December 1794. 134 Publicatie van de Staaten van Holland, tot intrekking der Publicatie» va» 18 February en 21 Maart 1794, Den 19 January 1795- 135 Eerste BOEK, tiende Titul. Behelfende de Placaaten teegens het inbrengen en debiteeren van Franfche Manufetluuren, Koele-of gebrande Wynen, ger aftneer de Suikeren, Syroopen, Papieren, en Zout.. Nihil. Eerste BOEK, elfde Titul. Inhoudende de Placaaten van verbod, en weeder open/lellen van de Vaart na het Oosten en Westen, Navigatie, Commercie, Groenlandfche Vaart , en groote en kleine Visfcheryen, ter occafie van den Oorlog geëmaneart. Placaat van de Staaten Generaal, houdende provifioneel Verbod van alle Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen, na alle Ryken en Staaten, mitsgaders tot de Walvis-Vangst, de groote en kleine Visfcheryen; met zoodanige uitfbnderingen als daar by zyn vermeit. Den 26 January 1781. 137 Publicatie van de Staaten Generaal, tot alteratie van 't Placaat van 16 January 1781, betrekkelyk het verbod van Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen. Den 15 November 1781. 139 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het afhuuren van Vaartuigen aan het Strand, geduurende den Oorlog met het Ryk van Groot-Brittannien. Den 17 Augustus 1782 139 Eerste BOEK, twaalfde Titul. Behelfende Amhasfadeurs, Ministers, en Confuls &c. Refolutié van de Staaten Generaal, waar by geapprobeert word het gedrag van haar Hoog Mog. Envoyé aan het Hof van Groot Brittannien, in het doen van onderfoek naar den daader van een Diefflal, ten zynen huife gepleegt, en waar van zyne Domesticquen wierden verdacht gehouden. Den 18 Maart 1763. 140 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende bepaling van de kosten van het Transport ten behoeven van haar Hoog. Mog. Minister aan 't Hof van Portugal. Den 13 April 1763. 141 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende dispofitie op verfcheide verfoeken van dedommagement wegens extraordinaire uitgaaven, door haar Hoog Mog. Ambasfadeur aan 't Hof van den Turkfchen Keyfer gedaan. Den 14 Oclober 1763. 142 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende reprefentatien aan den Landgraaf van Hesfen Casfel, wegens het door denfelven ge» daan Arrest op de Perfoon van haar Hoog Mog. Minister, den Graave van Wartensleben. Den 21 November 1763. 143 Refolutien van de Staaten Generaal, tot refutatie van het antwoord van den Fleer Landgraaf van Hesfen, betrekkelyk het Arrest, op de Perfoon van den Graaf van Wartensleben gedaan. Den 20 December 1763. 144 Refolutié van de Staaten Generaal, tot augmentatie der Traktementen en SpendatiePenningen van de Confuls en Vice- Confuls op de Kust van Barbaryen. Den 17 January 1764.. 145 Nadere Refolutié van de Staaten Generaal, raakende het arrefteeren van den Graaf van. Wartensleben door de Regeering van Hesfen -Cassfel. Den 19 January 1764.. 147 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende nadere reprefentatien aan den Heer Landgraaf van Hesfen-Casfel, nopens het arrest van den Graave van Wartensleben. Den 25 Juny 1704. 143 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by getermineert word het verfchil met den Heer Landgraaf van Hesfel - Casfeln, betrekkelyk het Arrest van den Graave van Wartensleben. Den 3 Augustus 1764. 150 Refolutié van de Staaten Generaal, raakende het regt van de Confuls in het Koningryk van Spanjen, tot het benoemen van Agenten of Vice-Confuls, zonder dat die door den Koning werden geapprobeert. Den 6 Mey 1765. 151 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende qualificatie op haar Hoog Mog. Conful te Cadix, tot het pasfeeren van Zee -Protesten, Certilicatien, en andere A&ens. Den 17 Maart 1766. 152 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by verklaard word, wat door een Mioifter voor Rouwen, die op elkander volgen, in rekening gebragt mag worden. Den 18 Maart 1767. 153 Refolutié van de Staaten Generaal, tot mor- ti-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. tificatie Van het Confu/aat in den Kerkelyken Staat. Den / Maart 1768. 154 Refolutié van de 5raaten Generaal, houdende ordres aan den Secretaris van wylen den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Gedeputeerden te Brusfel, hoedanig te handelen met den particulieren boedel van gemeh den Heer, die infolvent bevonden wierd. Den 28 July 1768. 154 Refolutié van de Staaten Generaal, op een verfoek van den gedefigneerden Minister van haar Hoog Mog. aan 't Hof van Portugal, betrekkelyk de onkosten van desfelfs Reize naar herwaards. Den 5 Mey 1769. 155 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk de gedecerneerde Curateele in, en de beredding van den infol venten Boedel van wylen den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Gedeputeerden te Brusfel. Den 20 July 1769. 156 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan haar Hoog Mog. Envoyé aan het Hof van Deenemarken, om zyn Zoon tot Lieutenant by de Deenfche Guardes te Paard, en tot Kamerjonker van den Koning te laaten benoemen. Den 31 January 1770. 157 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat alle Prefenten, het zy in Geld, het zy in Gelds - waarde, die door vreemde Ministers aan den Agent van hun Hoog Mog. gedaan worden, voor de eene helft by een Hofmeefter genoten moeten worden. Den 28 September 1770. 157 Eerste BOEK, dertiende Titul. Inhoudende de Tra&aaten van Fret* de en Commercie &c. tusfchen deefen Staat en andere uitheemfche Koningen , Prinfen, en Potentaat en gemaakt en gefooten. Publicatie van de Staaten van Zeeland, hoi!« dende bekentmaking van de Conventie, met den Koning van Vrar.kryk tot affchaffing van het Recht van Aubaine gefloten. tDen 30 January 1776". ' 158 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende denuntiatie van een gefloten \ WapenStilftand tusfchen zyne Groot - Brittannifche Majefteit en deefen Staat. Den 14 February 1783. 159 TWEEDE BOEK. Tweede BOEK, eerste Titul. Behelfende de Placaaten en Refoluti- en teegens de Pausgefmden. Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Octroy ten behoeven van de Roomfche Catholique Armen te Kralingen, dat de aan hun gemaakte Erffenisfen en Legaaten niet contrarieeren aan 't verbod van 'tPlacaatvan 4 Mey 1655. Den 2February 1762. 161 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende voorfiening tegen de infultes en feitelykheden aan de Proteflanten te Vaals in de oeffening van hunnen Godsdienst aan gedaan wordende. Den 19 Oc\ober 1763. 162 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by word afgeweefen een verfoek om den Pastoor en Cappellaan te Lamsweerde geheel te . rappelleeren i en verder hunne verkeerde gedragingen aan het onderfoek der Juftitie worden gerenvoyeert. Den 12 November 1764. 164 Refolutié van de Staaten Generaal , tot het weder openen der Roomfche Kerken in den Lande van' s Hertogenraade. Den 14 Maart 1765. 165 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende nadere bepaalingen omtrent de plaatfen van Paftooren Capellaan te Lamsweerde in Hulfter- Ambagt. Den 1 July 1765. 166 Refolutié van de Staaten Generaal, tot correc¬ tie Van den Roomfchen Paftoor en 'Kerkmeester te Breugel , welke zonder voor af geobtineerde permisfie van hun Hoog Mog. het ftrooye Dak van hunne Kerkfchuur vernieuwd hadden. Den ii April 1766. 168 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan iemand, van HoIIandfche Ouders te Riga geboren, doch hier te Lande opgevoed, worden verleend Brieven vanNaturalifatie, ten einde tot een vaceerende Roomfche ftatie in deefe Provintie admisfibel te zyn. Den 9 Mey ij66. 169 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk het geral, de jaaren van admisfie, en de funclien der Religieufen in de Kloosters te Maastricht. Den 13 February 1767. 170 Refolutié van de Staaten Generaal, houdendé voorfiening omtrent het doen van Collectens door die van de Roomfchgeflnde Gemeente te Bergen op den Zoom. Den 17 Augustus 1767. if0 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by aan een Roomfch Priester te's Bosch gepermitteert word, om, na het defifteeren van zyne funclie, desfelfs Woonplaats binnen gemelde Stad te mogen continueeren. Den 23 Oétober 1767. 171 Refolutié van de Staten Generaal, houdende rigoureufe ordre, om twee Kinderen, die door een Roomfchgefinden Vader, ter gelegenheid dat defelve zyne Vrouw elandeftien hadde verhaten, in \ Roomfche Armhuis  Tafel en aanvvyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. huis te Maastricht geplaatst waaren, aan derfelver Gereformeerde Moeder, hen reclameerende-, te rug te geven. Den 18 Maart 1768. Pag. 171 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by aan den Heer en Vrouwe van de Heerlykheid Eeckard, onder zekere bepaalingen word gepermitteert, om door een Roomfch Waarelds Priester, derfelver Godsdienst binnen hunne huizinge van Eeckard te mogen doen oeffenen. Den 8 September 1768. 173 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van vrydom van Verpondingen en Collateraal voor een Roomsch Hofje te Amfterdam word afgeflagen. Den 3 December 1768. 174 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by een verfoek van den Roomsch Paftoor van Steenbergen, om aan hem een Adjunct tot zyne adfiftentie geduurende zyn leven toe te voegen, word afgeflagen. Den 4 Augustus 1769. 174 Refolutié van de Staaten Generaal, tot ftricte executie van de Placaaten enRefolutien, op het ftuk van het inkomen en verblyf der geordende Priesters hier te Lande fpreekende. Den 19 February 1770. 175 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende ordre, om haar Hoog Mog. Refolutié en Publicatie van den 18 November 1760 raakende de compofitien van de rerpeóHve Officieren met de Roomfche Priesters en Ingefeetenen, van vyf tot vyfjaaren te publiceeren en te affigeeren. Den 18 July 1770. 176 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende approbatie op zekere Conventie tusfchen den Magiftraat der Stad Hulst, en die van Hulfter Ambacht, tot vereffening der disputen, uit het willekeurig co/ieéteeren voor de Roomfche Gemeente ontdaan. Den 18 July 1770. .176 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het aanftellen van een Schepen van de Roomfche Religie binnen de Heerlykheid Lith. Den 2 July 1771. 179 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende bepaaling omtrent de wyfe, op welke voortaan de Roomfche Kerkfchuuren in de Meyerye van 'sBosch, 't zy met Pannen, of Strooye en Riete Daken gedekt zullen worden. Den 18 July 1771. 179 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende, dat by vervolg om geene reedenen hoe genaamt geene dispenfatien van de Refolutié van 19 July 1730, voor zoo verre de bepaaling van het getal der Roomfche Priesters betreft , verleend zouden worden. Den 10 Oótober 1771. 180 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van de Roomfche Armbeforgers in 'sHage, om te mogen hebben vrydom van de Verponding van hun Armhuis, mitsgaders van den Impost op de Confumtive Middelen, 'm het zelve geconfumeert wordende. Den 2,0 Maart 1772^ Pag. 181 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende diverfe voorfieningen en bepaalingen, ter gelegenheid van het vernietigen van de Orde der Jefuiten. Den 15 Oclober 1773. 181 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert en geconiirmeert word eene Testamentaire dispofkie, door B. J. Byeveld 4 Roomsch Waerelds Priester en Paftoor van de Roomfche Kerk inden Oppert te Rotterdam, ten behoeven van defelve Kerk gemaakt. Den 17 September 1778. 183 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Öpfienders van de Roomfche Ge* meente van Naarden en Busfem worden gelast, om hunne verfchuldigde Recognitie te betaalen, op posne, dat hunne Kerk zoude worden gefloten. Den 24 Augustus 178*. , 184 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oótroy op 't Stuk van Erffenisfèn ten behoeven van de Roomfche Kerk of Statie te Haastrecht; mitsgaders bepaaling nopens de fuper-in tendentie der Gerechten ten platten Lande , betrekkelyk defelve nalatenfchappen. Den 19 December 1782. 184 Refolutié van de Staaten van Holland, tot vernietiging van de Admisfie-Gelden, Bienvenues, ócc. die van de Roomsch Catholike Ingefetenen bevorens gevordert zyn geworden : En Commisforiaal het poinót van de affchaffing der Recognitiën. Dea 18 Maart 178Ó. 185 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan de Roomsch. Catholique Gemeentens deefer Provincie een jaar uittlel tot het betaalen der agterftalJ/ïge Recognitiën verleend word. Den 6 April 1786. 187 Refolutié van de Scaaten van Holland, tot affchaffing der Recognitiën door de Roomfchgezinden aan de respeelive Bailliuvven betaalt geworden zynde. Den 25 January 1787. 187 Refolutié van de Staaten van Holland , tot vrydom van Imposten en van het Zegel voor de Roomfche Armen. Den 16 Maart 1787. 188 Publicatie van de Staaten Generaal, tot ge* rustftelling der RoomCche Jngeleetenen in de Generaliteit, tegens valfche uitftrooifels, als of zy in de oeffening van hunnen Godsdienst belemmert zouden worden. Den 28 November 1787. 190 Refolutié van de Staaten van Holland, totdedommageraent der respective Bailliuwen^ wegens het gemis der Recognitiën van de Roomschgefinde Ingefetenen. Den 6 November 1788. 191 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oótroy op 't ftuk der Erffenisfèn ten behoeven van Regenten van de Roomfche Catholique Armen binuen de Stad Amfterfterdam. Oen 21 Oclober 1791. 192 Re-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Refolutié van de Staaten van Holland, hou- . dende Octroy op 't ftuk der Erffenisfèn, ten behoeven van Armbeforgers en Regenten der respe<5hVe Godshuifen van de Roomfche Catho/ique Gemeentens der Stad Rotterdam, Den 19 July 1792. Pag. 193 Tweede BOEK, tweede Titul. Inhoudende de Placaaten en Refolu- tien tot Reformatie, en her/lelling. van den waaren Godsdienst. Publicatie van' de Staaten van Holland, waar "by, met intrekking van het bevoorensverleend Oétroy, het Drukken en Uitgeven van zeker Werk, genaamt Emile ou de VEducation, par Jean Jaques Rousfeau. Den 30 July 1762. 194 Publicatie van den Hove van Holland, waar by verboden word het uitgeven van twee Boeken, geintituleert. Dictionaire Philofophique portatif ; ou YEvangile de la Raifon &c. Den 14 December 1764.. 195 Refolutié van de Staaten van Holland, tot het aanftellen van geene andere dan Gereformeerde Gemeens-mannen re Groot Waspik. Den 3 November 1763. 19 6 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring , dat de Amptenaaren in de Generaliteit, de Gereformeerde Religie verfaakende, of zig in huwelyk begeevende met Vrouwen van de Roomfche Religie, van hunne Ampten vervallen zullen zyn. Den 19 September 1768. 196 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgeweten een verfoek, van aan de Moerdyk ten kosten van den Lande een Kerk en Predikants Huis te mogen Iaaten bouwen. Den 24 January 1770. 197 Publicatie van zyne Hoogheid, als Heer van Ameland, tegen het houden van ongeoorloofde Vergaderingen, Conventiculen, Catechifatien en Oeffeningen aldaar. Den 23 September 1772. 198 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het uitgeven van Boeken of Gefchriften , fttekkende tot befpottinge van de Christelyke Religie. Den v Mey 1773. 200 Publicatie van de Staaten van Holland, tot introductie van de nieuwe en verbeterde RymPfalmen. Den 1 Odober 1773. 200 Publicatie van de Scaaten Generaal, tot introductie van dè nieuwe en verbeterde RymPfalmen in het Diftrict van de Generaliteit. Den 20 September 1774. 201 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan de Clasfis van 's Gravenhage, en in appel aan de Synode van Zuidholland word gelaten de cognitie en dispofitie over de Approbatie op zekere Theologifche Verhandeling van Ds. Kleman. Den 18 Mey 1776. 202 Publicatie van den Hove van Holland, tegen het Vloeken, ligtvaardiglyk Zweeren, en IX. Deel. misbruiken van Gods Naam. Den 8 April 1777. Pag. 203 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het Genoodfchap, tot verdediging van den Christelyken Godsdienst tegen desfelfs hedendaagfche Befbyders, in's Gravenhage opgericht, word geapprobeert, en inbaar Ed. Gr. Mog. fpeciale befcherming en protectie genomen. Den 30 Juny 1787. 204 Tweede BOEK, derde Titul. Betreffende de Kerken-ordening. Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan de cognitie van den Kerkelyken Rechter worden gerenvoyeert zekere differenten over de verkiefing van nieuwe Kerkenraads Leden, en het doen en onderteekenen der Armen-Rekening te Werkendam. Den 6 Mey 1761. 206 Refolutié van de Staaten van Holland, tot het verbeteren der Ryin-Pfalmen. Den 19 Juny 17Ö1. • 207 Refolutié van de Staaten van Holland, tot het reprimendeeren van den Emeritus Predikant Holtius, die zig in zekere gefchriften over Kerkelyke gefchillen zeer onbefcheiden gedragen had. Mitsgaders Placaat van defelve Staaten, tegen het uitgeeven van Werken over Theologifche Stoffen, zonder naam van den Autheur, en zonder Kerkelyke approbatie. Den 4 Augustus 1761. 208 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Octroy op 't ftuk der Erffenisfèn, verleend aan de Diaconen van de Gereformeerde Kerke binnen den Eylande van Rozenburg. Den 25 Juny 1761. 211 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Predikant, Parochie-Raaden en Armmeesters van de Lier, worden geauétorifeert tot het doen van eene jaarlykfche Collecte ten behoeven van den Grooten Armen aldaar. Den 8 Juny 1763. 213 Refolutié van de Staaten van Plolland, houdende Octroy aan de Dorpen van Crommenie en Crommeniedyk, tot het heffen van zekeren Impost van de Rogge en Tarwe, ten behoeven van de gemeene Armen Weefen aldaar. Den 4 Augustus 17Ó3. 214 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan den Predikant' F. C. Engels word gepermitteert een Theologisch Gefchrift in de Hoogduitfche Taal uittegeven met approbatie van een der Theologifche Profesforen op een Nederlandfche Univerfiteit. Den 4 January 1/64. 214 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende ordre aan Regenten van Bakel en Meihees, om aan hunnen Predikant, die door een troup Vagabonden in zyne Wooning aangevallen en geplundert was, vergoeding van fchade te beforgen. Den 10 July 1756. 215 Refolutié van de Staaten van Holland, tot b am-  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. ampliatie van de Octroyen op 't ftuk van Erffenisfèn , aan Publicque Gods- of Armenhuizen verleend. Den 17 December 1766. Pag. 217 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by eene voorige Refolutié, tot combinatie der Kerken van Oudorp en Oterleek met St. Pancras word geftelt buiten effect:. Den 30 January 1768. 218 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende disapprobatie van zekere nieuwigheden, die nopens de bediening van den Doop te Sas van Gendt waaren gepractifeert geworden. Den 7 October 17Ó8. 218 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat een Predikant beroepelyk is, wiens vereisfchte ouderdom, geduurende het half jaar van gratie, is geadimpleert. Den 3 October 1770. 220 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by ten behoeven van zekere Predikanten Kinderen, wier beide Ouders waaren overleden, geduurende derzelver minderjarigheid en ongehuwden ftaat, de betaaling van het Kinder-geld word gecontinueert. Den 10 October 1771. 221 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikants Weduwe, zig in zeer beklaaglyke omfhndigheden bevindende , zoo lang zy onhei trouwd zou zyn, het Kindergeld word toegelegt. Den 24 January 1772. 222 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende , dat de Predikant van Opmeer gehouden is de kosten der beroeping, wanneer hy binnen de drie jaaren vertrekt , te vergoeden. Den 20 Maart 1773. 222 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by tot onderfteuning van de Kasfe der Franfche van Voorburg, een jaarlyks fubfidie word toegelegt. Den 8 Mey 1773. 223 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikant, die, na eenigen tyd Emeritus geweest te zyn, zig naar Jndiën begeven had, en van daar was geretourneert, het Traétement als Emeritus wederom word gecontinueert. Den 13 November 1773. 224 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Predikant van Ouderkerk en Crimpen op den Ysfel Eraeritus verklaard word, met dispenfatie, om den dienst tot den dag der bevestiging van zyn Succesfeur te laaten waarneemen. Den 14 September 1774. 225 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikantsweduwe, behoudens het genot van het Weduwen Traétement, gepermitteert word buiten de Provincie te gaan woonen. Den 14 April 1775. 225 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan den Emeritus Predikant van Crimpen op de Lecq word gepermitteert, om, ter herftelling zyner gezondheid, geduuren' de den tyd van drie jaaren, in Gelderland te mogen verblyven. Den 11 Augustus 1775. "Pag. 226 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het Traétement van der Predikanten Weduwen, met affchaffing van alle voorige bepaalingen, generalyk tot alle Weduwen geëxtendeert word. Den 15 February 1776. 226 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende approbatie van diverfe fchikkingen, door den Kerkenraad te Maasfluis betrekkelyk de Ouderlingen en Diaconen aldaar gemaakt. Den 27 Maart 1777. 227 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Clasfis van Leyden en Neder-Rhynland bevoegd verklaard word, om de beroeping van een Predikant te Renthuifen, met concurrentie van Schout en Ambachtsbewaarders aldaar gedaan, te approbeeren. Den 3 October 1777. 228 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een Predikant die met krankzinnigheid bezogt was, provifioneel Emeritus verklaard word. Den 28 January 1780. 230 Refolutié van de Scaaten van Holland, houdende aanfchryving aan de Noord-hollandfche Synodus, om de zaak van zekeren Abraham Focker, Schoolmeester en Voorzanger op de Beets, betrekkelyk eene tegen den zeiven gedecerneerde Kerkelyke Cenfuure, te onderzoeken en te decideeren. Den 21 July 1781. 231 Refolutié van de Staaten van Holland, op een verfoek tot genieting van het WeduwenTraétement en Kindergeld, gedaan door een Predikants Weduwe, wiens Man, na op zyne vorige flandplaats losgemaakt te zyn, en op de plaats zyner nieuwe beroeping twee voortellingen gehad te hebben, twee dagen voor zyne bevestiging aldaar was overleden. Den 21 November 1782. 233 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het Kinder-geld ten behoeven van zekere minderjaarige ouderlooze Predikanten Kinderen word gecontinueerd. Den 2 April 1783. 234 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring van het fuspenfief effect eener appellatie, van eene Kerkenraads Refolutié aan de Claafis. geinterjecteerd. Den 9 April 1784. 234 Refolutié van de Staaten van Holland, tot obfervantie en elucidatie van de Refolutievan 21 December 1680, betrekkelyk den ouderdom der Predikanten, om beroepelyk te kunnen zyn. Den 10 November 1784. 236 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de approbatie op zeker Theologisch Gefchrift van den Predikant J. J. Ie Sage ten Broek. Den 7 July 1785. 238 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Ingefetenen van de Adriana en Eendrachts Polder, gelegen onder Stellendam, Kerkelyk gebracht worden onder Goedereede. Den 14 October 1785. 239 Re-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Refolutié van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het Oétroy op 't ftuk van Erffenisfèn, aan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente van 's Gravenhage bevoorens verleend. Den 2 Augustus 1786. Pag- 240 RefoJutie van de Staaten van Holland, waar by S. F. J. Rau, beroepen Predikant by de Walfche Gemeente te Leyden, van de Refolutié, betrekkelyk der Predikanten ouderdom, word gedispenfeert. Den 22 Augustus 1786" 242 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Predikant van Noordwyk binnen [alvo honore & ftipendio Emeritus verklaard word: met oplosfing van de bedenkelykheden, door den Ontfanger Generaal daar tegen geoppert. Den 31 january 1788. 243 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende qualificatie op Gecommitteerde Raaden , om Predikanten in het Domein van Vianen Emeriti te mogen verklaaren. Den 5 Juny 1789. 245 RefoJutie van de Scaaten van Holland, tegen het verleenen van approbatie op beroepingen van Predikanten, die door eenige politique dispoütie zyn gedimitteert. Den 16 Maart 1791. 245 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oclroy aanBurgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, tot het heffen van eenige Belastingen, met 't recht van parate executie, ten behoeven der Armen aldaar. Den 14 Juny 1792. 246 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk den Doop van Kinderen uit ongelyke huwelyken geboren-. — bet bouden van dubbelde Trouw- en Doop boeken: — de affchaffing van de Bevestigings-maaltyden: — de vermeerdering van de Traélementen en Gratificatiën der Predikanten &c. Den 15 Juny 1792- Pag. 247 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van den tyd tot het aantee* kenen en vervolgen der appellatien in Kerkelyke zaaken. Den 4 Oétober 1792. 249 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de vermeerdering van der Predikanten Traélementen, en verdereGiatificatien,relatief gemaakt word tot de Predikanten te Vianen en Ameyden. Den 8 November 1792. 250 Tweede BOEK, vierde Titul. Begrjpende de Sc hooi-order. Refolutié van de Staaten Generaal,houdende* dat geene extraordinaris Byflagen , of Traélementen van Praceptoren &c. door Coromisfarisfen Decifeurs te Maastricht geaccordeert, nog geene Emeritaten verleend zullen worden dan met voorkennis van haar Hoog Mogenden. Den 21 Juny 1765.250 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by word afgewezen een verzoek vandispenfatie van het School Reglement van de Generaliteit van den jaare 1680. Cap. 1. Art. 5. Den 1 July 1765. 251 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by de Schoolmeesters in de Generaliteit eligibel verklaard worden tot de Regeering. Den 28 Maart 1771. 252 DERDE Derde BOEK, eerste Titul. Begrypende allerhande Politicque zaaken. Publicatie van de Staaten Generaal, waar by in de Banken van Holfeth, Vaals en VyJen voor den tyd van tien jaaren word gefurcheert het recht van Naasting, ten opzigt van Landen en Huyfen, die aan van buiten inkomende perfoonen verkogt worden. Den 26 Maart 1761. Pag. 253 Renovatie-Placaat van de Staaten van Holland , tegen het misbruiken van de Tonnen van de Bier- en Azyn-Brouwers. Den 16 Juny 1761. ^54 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oótroy ter approbatie van de Hollandfche Maatfchappy der Wetenfchappen te Haarlem. Den 30 July 1761. , 255 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Ö&roy op 't ftuk der Erffenisfèn, BOE K- ten behoeven van het Weeshuis der Gereformeerde Gemeente onder den Ambachte van Alphen en Rietveld. Den 25 Juny 1762. Pag. 25 6 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan de Stad Leerdam word toegekend het recht tot het verleenen van Brieven van voorfchryvens, ten einde te obtineeren Veria sEtatis. Den 6 January 1703. 258 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende auélorifatie op Regenten van Bergeyk, om zeker Krankzinnig Vrouwsperfoon, welke brand gefticht had , ten kosten van het Quartier van Kempeland te mogen confineeren. Den 30 Augustus 1763. 259 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk het bezorgen van Aélens van Indemniteit door jonge Lieden, welke in Steedën of Dorpen, alwaar zy gedient hebben, gaan trouwen, of op zig zelf huishouden. Den 28 Oélober 1763. 259 Refolutié van de Staaten van Holland, waar h 2  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. by word afgewefen een verfoek van den Ambagtsheer van Bodegraaven, ten einde haar Ed. Gr. Mog. het recht van de electie van Scheepenen aldaar aan hem voor een convenabelen prys gelieven af te (laan. Den 2 February 1764. Pag. 260 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Octroy, om het Sacraments Gasthuis in 's Hage, tot de fundatie van wylen den Heer van Heen vliet te laten approprieeren, met behouding van defelfde vrydommen, door dat Huis bevoorens genoten. Den 10 February 1764. 261 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by aan een Notaris word gepermitteert het Prothocol van zynen Broeder, metwienhy in gemeenfchap had gepractizeert, onder zig te mogen houden. Den 19 September 1764. 262 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Heeren van eenige Heerlykheden in de Meyerye van 'sHertogenbofch onbevoegd verklaard worden tot het maken van Reglementen op het ftuk van de Visfcheryen. Den 12 November 1764. 263 Refolutié van de Sraaten Generaal, houden de verklaring, dat Commisfarisfen Decifeurs te Maastricht niet bevoegd zyn te verleenen dispenfatie van het Reglement, waar by verboden word het aanftellen van Vreemdelingen tot Magiftraats-perfoonen in de Dorpen van Redemptie. Den 21 Juny 1765. 263 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by Regenten van Udenhout gelast worden een Borg-of Ontlast-brief te geven aan zekere jonge Dogter, die aldaar te Vondeling gelegt zynde, aldaar was aangenoomen, en uit de Armen Casfe gealimenteert geworden. Den 27 January 1760'. 264 Refolutié van de Staaten Generaal, betrekkelyk het recht van Exuë of isfuë te Axel. Den 1 October 1766. 265 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende de bepaaling, welke Armen door de Roomfche Kerk en Arm meesteren te Bergen op den Zoom moeten worden onderhouden. Den 19 November 1766. 266 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing der Regeering te Wyk op Zee. Den 26 February 1767. '268 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by deBailliuw van Rhynland word gequalificeerd, om zeker Perfoon, welke zyn Vrouw vermoord had, dog van tyd tot tyd buiten zyn zinnen was, ten kosten van den Lande te confineeren. Den 13 Mey 1767. 269 Publicatie van den Raad van Staate, omtrent net maaken of vernieuwen van eenige Werken, waar door eenige perpetueele belemmering in de Straten of de Diefe te 's Hertogenbosch veroorfaakt zoude worden. Den 17 Juny 17(57. 299 Refolutié van de Staaten Generaal, raakende het verleenen van inwooning aan Joodenin de Meyerye van 's Hertogenbosch. Den 3 July 17Ö7- 271 Refolutié van de Staaten van Holland, raakende de bepaaling der Jurisdictie tusfchen de Stad Alkmaar en de Bailluagie van Kennemerland langs den Westdyk in de bedykte Schermeer. Den 8 July 1768. 271 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by in zeker particulier geval tot confinement van een Perfoon, die niet wel by de zinnen zynde een manflag had begaan, en daar van abolite geobtineerd, eene bepaalde fomme uit 's Lands Casfe word geaccordeert. Den 13 Augustus 1768. 272 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by verklaard word, dat zeker Perfoon, met desfelfs Familie, door den Commandeur van Yfendyck in zynen dienst geëngageert, wanneer hy tot armoede kwam te vervallen, aldaar niet behoeft gealimenteerd te worden. Den 11 January 1769. 273 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk zekere gefchillen tusfchen den Ambagtsheer \jan Oudshoon en de Gnephoek en de voornaamfte Ingefeetenen aldaar, over het aan- en affetten van Ambagtsbewaarders, Schepenen, Kerk-, Arm-, Polder- of Molen meester en Bedefetters aldaar. Den «9 January 1709. 273 Publicatie van den Raad van Staate, tegen het ryden met Karren door den Overlaat langs desfelfs Lei Dyken. Den 13 February 1769. 275 Publicatie van de Staaten van Holland, tot redding van Drenkelingen. Den 11 Mey 1769. 575 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Grosfms en Opkoopers van Boter en andere Waaren in de Meyerye 'sBofch, om, buiten de geoctroyeerde Markten, defelve Waaren ten hunne huife op te koopen. Den 10 Augustus 1769. 277 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende voorfiening, ten einde de Bailliuwen van Texel, ter Schelling, en dergelyke Plaatfen, op de plaats hunner Bediening hunne vaste refident» taden. Den 14 December 1769. 278 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorregten en vrydommen, ten behoeven van het Gebroederfchap der Weesjongens van de Portugeefche Joodfche Natie te Amfterdam. Den 8 Maart 1770. 279 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, door wien de kosten op het fchouwen van verdronkene en andere verongelukte Lyken, in de Stad en Meyerye van \s Bosch gedragen moeten worden. Den 26 Juny 1770. 280 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy tot approbatie van het Ba MarTch  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. taaffcb Genootfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam. Den 5 Ju- lyi77o. • ' 281 Publicatie van de Staaten Generaal, tot voorkoming, dat dePestilentiaaleziekte, die in Podolien en elders ontftaan was, niet in deefe Landen werde overgebragt en verfpreid. Den 28 Augustus 1770. 283 Refolutié van de Staaten Generaal, tot interpretatie van derfelver Placaat van 28 Augustus 1770, tegen het overbrengen en , verfoeiden der Pestilentiaale ziekten. Den 21 September 1770. . 285 Placaat van deStaaten Generaal, houdende nadere voorfieningenom voor te komen de overbrengingen verfpreiding derPeftilentialeZiekte hier te lande. Den 3 October 1770. 285 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot introductie van eenige belastingen ten behoeve van de Diaconie te Vianen. Den 15 February 177 r. 287 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende approbatie van zekere Conventie , tusfchen verfcheide Ambagtsheeren in den Lande van Voorne aangegaan. Den 15 Mey 1771. 288 Publicatie van de Prince van Orange, als Heer van Ameland, tegen het graven en haaien van Sand en Sooden op en van de voorfz. Heerlykheid Ameland, om te dienen tot Ballast van Scheepen.Den 15 Juny 1772.293 Publicatie van den Prins van Orange, als Heer vanYsfelftein, waar by aan de Stokhouders aldaar tot invordering der Kooppenningen het recht van parate Executie word toegekend. Den 4 Augustus 1772. 294 Refolutié van de Staaten vanliolland, boudende bepaaling, door wien de ouderloofe Kinderen te Oudewater, alvoorens in het Weeshuis overgenoomen te worden, moeten worden gealimenteerd. Den 7 Augustus 1772. 295 Publicatie van den Prince van Orange,als Graave van Leerdam, en Baron van Acquoy, tot affchaffing der Rouw of Dood maaltyden aldaar. Den 28 Augustus 1772. 296 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verbod, om binnen de zestig roeden van de Watermolens in de Zype en Hafepolder te timmeren, of boomen te planten. Den 6 November 1772. 29/ Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende de noodige beveelen tot redding van Drenkelingen, op den voet der regelen, ' by de Maatfchappye te Amfterdam voorgefchreven. Den 14 December 1772. 297 Reïbïutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het recht van den Ambachtsheer van den Raamsdonk, tot het Rellen van een Grutmoolenaldaar.Den23January 1773. 298 Publicatie van den Domein-raad van den Prince van Orange, tot maintien der Dwangmolens in de Baronie van Breda. Den 30 November 1773. 299 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een Vonnis of Uitfpraak van eenige Lutherfche Kerkenraaden, door haar Ed.Gr. Mog. fpecialyk gedelegueert geweest zynde, executabel verklaard word, met auétorifatie ój? den Hove, om het zelve ter executie te 4oen leggen. Den 16 April 1774. 300 Publicatie van den Prince van Orange, als Heer en Baron van de Stad Grave en Lande van Cuyk, tot het ter culture brengen van vague, iterile en inculte Gronden inden voorfz. Lande. Den 2 Augustus 1774. 301 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by eenige lngefeetenen van Crimpen op den Ysfel, zig beklaagende over het doen van een Omflag tot het vinden van kosten van procedures, door Schout en Heemraa» den zonder voorgaande Buurfpraak ondernoomen, worden gerenvoyeert aan Gecommitteerde Raaden, om aldaar in oppofitie van Executie te komen. Den 28 January 1775. 303 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Octroy tot approbatie van de Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden. Den 20 Mey 1775. 304 Publicatie van de Staaten Generaal, tot het houden van behoorlyke Leggerboeken van de vaste Goederen in de Landen van O vermaafe. Den 17 December 1775. 3°5 Publicatie van de Staaten van Zeeland, toe voorkoming van de misbruiken in het opregten van Begraaffenis —, Huwelyks — Verjaaring — en Kraam — Beurfen of Sociëteiten. Den 23 December 1776". 307 Reglement op de Opontbieding of Presfing van de noodige Manfchappen, Waagens en Paarden op den Eylande Goedereede. Den 3 December 1777. 3°9 Publicatie van de Staaten van Holland,tot bepaaling van de Salarisfen der Officieren in den Lande van Vianen en Ameyden by publique verkoopingen van Huilen of Landen aldaar. Den 12 December 1777. 311 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word een Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonftrantfche ter eenre, en de Roomfche Armen van Zegwaard, ter andere zyde. Den 11 Maart 1778. 3*3 Refolutié van de Staaten van Holland, houI dende Octroy ten behoeve van het Proven Huis te Alkmaar, by Regentenvan'tzelve Huis tot de Goederen der daar in gefuften1 teerde Perfoonen gerechtigt verklaard worden. Den 19 Mey 1778. 315 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiefing en het domicilie van den Secretaris van den Crimpener - Waard. Den 11 November 1778. 317 Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden van Holland, ten einde de Bakkers in den Landen van Vianen en Ameyde zig conform de Zetting van het Brood gedragen. Den 12 February 1779. 3*7 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan Burgemeesteren en Regeereers der Stad Dordrecht word verleend het recht van parate executie, tot invordering van de Stads h 3 Ex-  Tafel en aanwyzinge.de* Placaaten, Ordonnantiën, &c. Excyns over de halve Myl. Den 4 September 1779. 319 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by geapprobeerd word zeker Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonitrantfche Armen in Soetermeer, ter eenre, en de Roomfche Armen aldaar, ter andere zyde. Den 2 February 1780. 320 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Schepenen en Regeerders van Crommenie worden gemaintineert in derfelver aloud recht tot invordering van Prikken Schots van de Ingefetenen aldaar. Den 7 Mey 1783. 323 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Burgemeesteren en Regeetders van Oostzaandam worden gemaintineert in derfelver aloud Recht, tot invordering van Prikken Schots van de Ingefetenen aldaar. Den 14 Oélober 1784. 324 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het Hof van Holland word gequalificeerd om zekere gefchillen tusfchen de Vereenigde Vlaamfche en Waterlandfche Doopsgezinde Gemeente te Rotterdam, of by eene onderling te beraamen fchikking, of door het decerneeren eener prompte voorfiening te beflisfen. Den 27 January 1785. 326 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende interpretatie, hoedanige perfoonen aan de Ponding te Crommenie onderhevig, of daar in tauxabel zyn. Den 12 Mey 1785. 327 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende bepaalingen betrekkelyk de nieuw aangelegde Begraafplaats op den Bommel in St. Adolphs Land. Den 26Mey 1786. 328 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het oplaaten van Luchtbollen, waar aan gehecht zyn Werktuigen met brandende Stoffen ge vult. Den 30 Augustus 1780'. 328 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk het doen der Ambachts- en andere Rekeningen te Sasfenheym. Den 18 Oélober 1787. 329 Refolutié van de Staaten van Holland, tot approbatie der gemaakte fchikkingen , nopens de combinatie en het bellier van de respective Groote- of Huis- en Diaconie-Armen te Charlois. Den 9 December 1788. 330 Refolutié van de Staaten van Holland, tot approbatie van een Reglement op de invordering der ordinaire Dorps-lasten te Bodegraven. Den 10 September 1789. 332 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het admitteeren van Vreemdelingen, die gewapend zynde, of eenige Ammunitie met zig voerende, op het Territoir van den Staat binnen komen. Den i<5 Oélober 1789. 335 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oétroy tot het heffen van eenige belastingen ten behoeven van de Dorps-Kast te Haringcarfpel. Den 30 January 1790. 330" Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot continuatie van zekere Belas¬ tingen te Vianen. Den 14 December 1790. Pag. 337 Publicatie van den Raad van Staate, tot bepaaling van het Maalloon in de Meyerye van 's Bosch, mitsgaders verfcheide Voorzieningen , het Maaien der Graanen aldaar betreffende. Den 12 January 179r. 338 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende approbatie van zeker Reglement voor het Ambacht van Ouderkerk op den Ysfel. Den 17 Maart 1791. 342 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan den Burger Krygsraad te Dordrecht word verleend het recht van parate executie tot invordering der Wagt gelden. Den 19 Mey 1792. 350 Refolutié van de Staaten van Holland, tegen het amoveeren of af breeken van Huyfen te Sasfenheim. Den 7 November 1792. 350 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende diverfe bepaalingen, betrekkelyk een nieuw aan te leggen Begraafplaats teHilverfilm. Den 12 December 1792. 331 Derde BOEK, tweede Titul. Van de Huwelyks ■ zaaken. Refolutié van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament van Appel, door 't Hof verleend tegen Schepen van 'sHage, wegens derfelver Refolutié tot furcheance van Huwelyks - Proclamatien, uit kragte van 't Placaat van 24 January i?55- — Mitsgaders Commisforiaal, hoedanige Middelen en voorfieninge in dusdanige gevallen zouden behooren te worden in 't werk geftelt. Den 2 December 1762. 352 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 verleend word. Den 3 February T7^3- 353 Refolutié van de Sraaten van Holland, tot voortgang en üblemnifatie van een huwelyk met een overleden Mans Stiehoon. Den. 27 April 1764. 354 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by verleend word dispenfatie van 7 Placaat van 3 Juny X750. raakende de huwelyken tusfchen Gereformeerden en Roomschgezinden. Den 24 Augustus 1764. 354 Refolutié van de Staaten van Holland, omtrent de applicabiliteit van 't Placaat van 24 January 1755. Den 6Maart 1766. 356 Refolutié van de Staaten van Holland, omtrent de applicabiliteit van 't Placaat van den 24 January 1755. Den 26 July 1766. 359 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de Magiftraat van Hulfter Ambagt niet bevoegt is te beletten het huwelyk van een Ingefetenen aldaar met een gefchavotteerd Vrouwsperfoon , maar alleenlyk om aan het zelve Vrouwsperfoon de in-  Volgens de Methodilche verdeeling van het Werk, inwooning aldaar te weigeren. Den 9 17Ó7. 362 Refolutié van de Sraaten Generaal, tot interpretatie van het Placaat van 3 Juny 1750, weegens de huwelyken tusfchen Gereformeerden en Roomfchgefinden. Den 16 july 1707. 32 Refolutié van de Staaten Generaal, tot opheldering van bedenklykheden, door denMagiftraat 's Lands van den Vryen voorgeftelt, raakende Huwelyken tusfchen Gereformeerde en Roomfchgezinde Perfoonen. Den 20 July 1767» 303 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van een Weduwenaar om te mogen trouwen met de Zusters Dogter van zyne overledene Huisvrouw. Den 29 October 1767. 365 Refolutié van de Staaten Generaal, waar by word afgeflaagen een verfoek van een Weduwenaar, om te mogen trouwen met zyn ' overleeden Huisvrouw Zusters Dogter. Den 6 December 1768, 365 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen hec verfoek van een Weduwenaar, om te mogen trouwen met zyn overleedene Huisvrouws Zusters Dogter. Den 9 Maart 1709. 366 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by voor wettig verklaard word een huwelyk , voor het Collegie der Christen Commercie op St. Crux in Barbaryen gecelebreert. Den 21 Augustus 1770. 366 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan een Vrouw, wier Man voor verfcheide jaaren naar Indien was vertrokken, en hoogsswaarfchynlyk aldaar overleeden, word gepermitteert een ander huwelyk aan te gaan. Den 29 November 1771. 367 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 word afgewefen. Den 22 July 1772. 368 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat het Placaat van 24 January 1755, alleenlyk op Ingefetenen van deefe Provintie, en niet op Vreemdelingen van de Gereformeerde Religie applicabel is. Den 30 September 1773. 368 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by verleend word dispenfatie van het Placaat van 25 February 1751 tegen het doorgaan van jonge Lieden geëmaneert. Den ,6 April 1780. 37o Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een huwelyk, waar van de derde Proclamatie op Hemelvaartsdag, in plaats van den daar op volgenden Zondag, was gefchied, by dispenfatie voor wettig word verklaard. Den 27 July 1780. 371 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een huwelyk, onwetend aangegaan met iemand , die op den dag der Bruyloft wegens gedaane Dievereye wierd geapprehendeert, en fchuldig bevonden, zonder dat er eenigebyflaaping had plaats gehad, word geannulleert. Den 2 November 1780. Pag. 371 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van dispen fatie van't Placaat van 18 July 1674, te" gen de huwelyken van Pertöonen in overfpel geleefc hebbende. 12 Oélober 1781. 372 Refolutié van de Staaten van Holland , waar by gepermitteert word een huwelyk van een Vader met de gewefen Bruid van desfelfs overleeden Zoon. Den 8 Maart 1782.373 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by gepermitteert word het voltrekken van een Huwelyk, offchoon de Bruidegom wegens het afwefen en onfeker leven van zyn Vader desfelfs confent niet konde aantoonen. Den 25 July 1782. 374 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat in het verleenen van dispenfatienvan't Placaat (tegen het doorgaan ,J van 25 February 1751, byfondere attentie zal worden gegeven op de bewilliging der Ouders van de Supplianten. Den 2(5 Juny 1783. 375 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met een overleden Mans Stiefvader. Den 26 November 1784. 376" Refolutié van de Staaten van Holland, waar by voor gefolemnifeerd word gehouden een huwelyk, waar van alle de Proclamatien waren gegaan, dog de Bruidegom voor de folemnifatie was overleden- Den 6 April 1785- 377 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met zyn Moedets Broeders Weduwe. Den 19 January 1786. 378 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by verklaard word dat iemand, die Gereformeerd gebooren, naderhand Roomsch geworden, en vervolgens weder tot den Gereformeerden Godsdienst was te rug gekeerd , niet vak in de termen van 't Placaat van 24 January 1755. Den 15 February 1787. 379 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met de Dogter van de Zuster van een overleden Huisvrouw. Den 21 Maart 1787. 380 Refolutié van de Staaten van Holland,, houdende verklaaring, dat 't Placaat van 24 January 1755 niet applicabel is op twee vreemde Lieden, welke voornemens zyn, om na voltrokken huwelyk deefe Provintie wederom te verlaaten. Den 6 July 1787. 382 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met zyn Moeders Broeders Weduwe. Den 13 July 1787. 382 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met de Dogter van een overleden Vrouws Broeder. Den 11 September 1787. 383 Refolutié van de Staaten van Holland, waai by I iveioiutie van ue oiauieu van rionanu, nouI dende dispenfatie, om te mogen trouwen  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. by een verfoek van dispenfatie van 't Placaat van 28 July 1674, (tegen de huwelyken van perfoonen, te zamen in overfpel geleeft hebbendé word afgewefen. Den 15 Mey 1788. Pag. 384 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 (ten aanfien van de introductie der gemeenfchap van goederen, en het beneficeeren by Testament) word afgewefen. Den 2l Augustus F7BS. 3 5 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het verfoek van een Militair Officier, verfoekende, ten aanfien van den tyd tot het gaan der Huwelyks-Proclamatien, van het Placaat van 24 January 1755 te worden gedispenfeert, word afgewefen. Den 24 January 1789. 385 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by gepermitteerd word te mogen trouwen met een overledene Huisvrouws Broeders Dogter. Den 10 Maart 1789 387 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, tot renovatie van de Articulen der Politique Ordonnantie, handelende over de verboden huwelyken uit hoofde van namaagfchap. Den 13 October 1789. 387 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek van dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755, voor zoo verre betreft het verbod, dat Echtelieden van de Roomfche en Gereformeerde Religie elkander niet mogen beneficeeren. Den 25 Juny 1790. 389 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie van het Placaat van 25 February 17 51, tegen het doorgaan van jonge Lieden geemaneert. Den 30 July 1790. 3S9 Refolutfe van de Staaten van Hol/and, houdende dispenfatie van het gaan der Huwelyks-Proclamatien, ten behoeven van de Princesfe Frederica Louifa Wilhelmina van Orange en Nasfau, en den Erfprins Carel George August van Brunswyk. Den 1 October i79°- 391 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 : met bygevoegde bepaaling omtrent de opvoeding der Kinderen in den Gereformeerden Godsdienst. Den 18 November 1791. 392 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met een overleden huisvrouws Zusters Dochter. Den 15 December 1791. 394 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met den Weduwenaar van een overleden Vaders Zuster. Den 16 April 1792. 395 Refoluaie van de Staaten van Holland, waar by word afgeweefen een verfoek, om te mogen trouwen met een overleden Huis¬ vrouws Zusters Dogter. Den 3 Mey 1792. Pag. 3.9S Publicatie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van het 2 Art. van het Echt-Reglement. Den ï2 July 1792. 396 Refolutié van de Staaten van Holland, waat by een verfoek van disfolutie van huwelyk, gedaan door een Vrouw, wier Man voor zyn leven was geconfineert, word gerenvoyeert aan de ordinaris Juflitie. Den 9 November 1792. 398 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met een overleden Huisvrouws Zusters Kleindogter. Den 28 Juny 1793- 399 Derde BOEK, derde Titul. Teegens de Corruptien en aanneemingen van Gefchenken, Eed van zuivering, &c. Publicatie van de Staaten Generaal, waar by verboden word het verkrygen van Ampten door beloften of betaalingen van Geld, in de Landen van Overmaaze. Den 2 Mey 1777. ■ 400 Derde BOEK, vierde Titul. Placaaten teegens feditieufe Perfoo- foonen, Murmuratien, Samenrottingen , fameufe Libellen, Pasquillen, Straatfchen deryen, Infolentien, &c. Refolutié van de Staaten van Holland, tot beteugeling van de licentie der Courantiers. Den 9 February 1771. 402 Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, tegen het verfpreiden van oproerige Gefchriften, Den 23 February 1775. 4°3 Nadere Waarfchouwing van de Sraaten van Zeeland , tegen Oproer en Muiteïye. Den 10 Maart 1775. 404 Publicatie van de Staaten Generaal, tot beteugeling van bet plegen van refiitentie aan de Bediendens van wegens de Collegien ter Admiraliteit tot de recherche en vifitatie der goederen geordonneert. Den 21 Augustus 1775. 405 Publicatie van den Hove van Holland, houdende poenaliteiten tegen de geene die des nachts aan de Huyfen infolentien plegen. Den 8 April 1777. 406 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tegens muiterye over 't intrekken vanKrygsvolk. Den 9 November 1778. 407 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tegens muiterye te West - Capelle. Den 16 November I778- 407 Refolutié van de Staaten van Holland, tot correctie van den Lydfchen Curantier, wegens  Volscns de Methodifehe verdeeling van het Werk. gens een articul in zyne Courant, waar over . door den Deenicben Envoyé by haar Hoog Mogenden khgten waaren ingebragt. Den 5 Mey 178/- _ „ , 4o8 Placaat van de Staaten van Holland, tot ontdekking van den Autheur, mitsgaders tegen het disfemineeren van zeeker Libel, geinriruleerd, Aan het Volk van Nederland. Den 19 October 1781. 409 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegens het plegen van Refiftentie aan 's Lands Bediendens van de Collecte in den Eylande van Overflacqueé. Den 28 November 1782. 410 Placaat van de Staaten van Holland, ter ontdekking van den Autheur, en tegen het disfemineeren van zeker Libel, geintituleert, Brief over de waare oorfaak van 's Lands ongeval, gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort. Den 10 January 1783. 411 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het voeren van oproerige gefprekken, het houden van zamenrottingen, en het dragen van Leufen van Partyfchap. Den 16 juny 1784. 412 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by eene Commisfie benoemd word tot het doen van onderfoek omtrent zekere tumultueufe bewegingen te Rotterdam ontftaan. Den 10 Augustus 1784. 413 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende qualificatie op Gecommitteerde Raaden , tot beteugeling van tumultueufe bewegingen; met benoeming teffens van Mr. J. G. Luy ken, tot Advocaat Fiscaal. Den 31 January 1785. 4H Refolutié van de Staaten van Holland, houdende aanfchryvins, aan de respective Bailliuwen en Hooge Vierfchaaren, om de Proces - (tukken tegen Belhamels enAanftokers van Oproer, alvoorens te fententieeren, aan Gecommitteerde Raaden, te doen toekomen. Den 8 February 1785. 417 Nadere Publicatie van de Staaten van Holland, tegen tumultueufe bewegingen. Den 23 February 1785. 418 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het infukeeren der geaffigeerde Exemplaaren van haar Ed Gr. Mog. Placaat tegen de tumultueufe bewegingen. Den 25 February 1735- 4*9 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het dragen van Medailles, als onderfcheids- of herkenningsteekenen. Den 5 Maart 1785. 420 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven van de Ingezetenen van Wasfenaar en Zuidwyk, die met betrekking tot de Wapen - oeffening en Loting zig oproerig gedragen hadden. Den 9 Juny 1785. 42° Publicatie van de Staaten van Holland, tot meerder beteugeling van oproerige bewegingen, in den Hage plaats gehad hebbende. Den 9 September 1785. 422 IX. Deel. Publicatie van de Staaten van Holland , töÊ meerder beteugeling van tumultueufe be-» wegingen. Den 23 February 17 86. Pag, 423 Publicatie van de Staaten van Holland. waar by de Dooditraf, by Sententie van Gecommitteerde Raaden tegen Frngots Mourand gedecerneerd, word geremitteert, en in een eeuvvigduurend confinement verandert. Den 24 Maart 1786. 425 Publicatie van de Scaaten van Holland, tegen oproerige gedragingen van de Militie. Den 9 September. 42 6 Publicatie van den Hove van Holland, tot ontdekking van den daader der infuke, aan het Vaandel van het Regiment Lyf Gardes te Voet van hun Ed. Gr. Mog. aangedaan. Den 23 February 1787. 427 Publicatie van de Staaten van Holland, tot meerdere beteugeling van tumultueufe beweegingen. Den 28 February 1787. 427 Publicatie van de Staaten van Holland, tot beteugeling van tumultueufe bewegingen. Den 4 July 1787. 429 Placaat van de Staaten van Zeeland , tot handhaving van de Conftitutie der Regeering, met het Erfftadhouderfchap; als mede generaale Amnestie ten behoeven der geenen, die zedert 1778 door woorden of daaden zig aan het verwekken van onrust en verdeeltheid hadden fchuldig gemaakt. Den 13 Augustus 1787. 403 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het maken van oproerige bewegingen, of het plegen van infolentien, met renovatie van de voorige Placaaten op dat Stuk, uitgenoomen vóór zoo verre die disponeeren tegen het dragen van ornamenten van de Orange Couleur. Den 18 September 1787- 43t Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het inflaan van Glaafen, het Plunderen van Huifen, en het plegen van alle ander geweld. Den 19 September 1787. Declaratoir en Waarfchouwing van den Prince vanOrange,tegen het begaan van iets het geen de publique veiligheid zou kunnen ftooren, ter gelegenheid van de voorgevallene Revolutie. Den 20 September 1787. 432 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende eene Amnestie ten behoeven der geenen , die zig uyt y ver voor de belangen het Huis van Orange, aan onrustige bewegingen hadden fchuldig gemaakt. Den 2 September 1787. 433 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het aanhouden van Perfoonen zonder Rechterlyke auétoriteit; het overleveren derfelve aan de Pruyfifche Militie; hetaanranden van 'sLands Gaarders en Bediendens; en generalyk het plegen van infolentien mee woorden en daaden. Den 9 October 1787. 434 Nadere Waarfchouwing en Declaratoir van den c Prin-  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. Prince van Orange tegen het plegen van geweld en ongeregeldheden. Den 15 October 1787. Pag. 435 Publicatie van den Hove van Holland, tegen het pleegen van feytelykheden tot ftooring van de publique rust te Maasfluis. Den 25 October 1787. 437 Refolutié van de Staaten van Holland, hou dende diverfe bepaalingen, voornamentlyk ten aanfien der Genootfchappen van Wapenhandel en andere Sociëteiten, tot veiligheid van hun 'Ed. Gr. Mog. en verdere Regeeringen. Den 3 November 1787. 438 Publicatie van den Prince van Orange, betrekkelyk bet veranderen der Regeeringen in de respective Steeden van Holland. Den 5 November 1787. 439 Placaat van de Staaten van Holland, tegen de als nogcontinueerende buitenlpoorigheeden, en geweldenaryen. Den 12 December 1787. 440 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven der geenen, welke zig in de verdeeldheden voor de Revolutie van den jaare 1787 gemengt hadden. Den 15 February 1788. 441 Placaat van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven van de geenen, welke zig aan het plegen van infolentien aan de Perfoonen of Goederen hunner Medeburgeren hadden fchuldig gemaakt. Den 21 February 1788. 444 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, waar en hoedanig de geenen , die in de Amnestie van 15 February 1788 begrepen zouden willen zyn, zig zouden hebben te addresfeeren. Den 17 April 1788. 446 Waarfchouwing van het Hof van Holland, en den Magiftraat van 'sHage, tot herinnering der fuccesfive Placaaten tegen rust -verttoorende daaden, met by voeging van nog eenige bepaalingen tot beter obfervantie van defelve. Den 21 April 1788. 447 Placaat van de Staaten Generaal, houdende Amnestie ten behoeven van de geenen, die zig in de verdeeltheeden voor de Revolutie van 1787 hebben ingelaaten. Den 5 Juny 1788 448 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen de machinatientotondermyning van de Conftitutie en Regeerings-form deefer Landen. Den 3 October 1788. 451 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende voorfiening, tot beteugeling van de licentie der Courantiers. Den 22 Maart „ '79*. 453 Publicatie van den Hove van Holland, tot , ontdekking van den Auteur van zeker Lasterfchrifc tegen den Raadpenfionaris deefer Provincie. Den 16" July 1794. 455 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het ter teekening leggen van Adresfen, het Staats- of Stedelyk Beftuur betreffende, mitsgaders tegen het oprigten van Sociëteiten. Den 17 October 1794. ?ag. 456 Derde BOEK, vyfde Titul. O&royen en Privilegiën tot redemtie en afkoop van Confiscatien der Sententien van verbeurte van Lyf en Goed. Publicatie van de Staaten Generaal, tot affchaffing der Confiscatien van goederen van Delinquanten, in de Oost-en West-Indifche Colonien van den Staat. Den 10 Augustus 1778. 45g Placaat van de Staaten Generaal, tot affchaffing der Confiscatien van goederen van Delinquanten, in Braband, de Landen van Overmaafe, Vlaanderen, als mede in het Over - Quartier van Gelderland. Den 10 Augustus 1778. 45£ Placaat van de Prince van Orange, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen van Delinquanten, in de Graaffchappen Buuren, Leerdam, en Culenburg, de Baronien Ysfelfteinen Acquoy, mitsgaders de Heerlykheid Ameland. Den 17 September 1778. 460 RefoJutie van de Staaten van Holland, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen van Delinquanten, in den Lande van Vianen en Ameyden. 29 Juny 1781. 462 Derde BOEK, zesde Titul. OBroyen van de Magiftraat - beftellingen in de Steden. Refolutié van de Staaten van Holland, houden dende nadere voorfieningen omtrent de begeeving der Ampten in den Lande van Vianen. Den 6 January 1751. 404 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing, van Burgemees teren te Monnikendam. Den 16December 1767 466 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing van Burgemeesteren te Gorinchera. Den 17 January 17Ö9. 4Ó7 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan Burgemeesteren en Vroedfchappen van Schoonhoven by dispenfatie gepermitteerd word, een Vroedfchap uit de Electeuren aan te Hellen, die nog geen drie volle jaaren Poorter was geweest. Den 11 Maart 1775. 468 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat tot Burgemeester, Schepen en Raad der Stad Schoonhoven admisfibel zyn, die een jaar binnen defelve Stad Poorter zyn geweest. Den 25 April 1776. 468 Re-  Volgens de Methodiiche verdeeling van het Werk. Refolütie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, welke Perfoonen tot. veertig Raaden der Stad Delft eligibel zyn. Den 26 September 1776. 46*9 Refolutié van de Staaten van.Holland, tot bepaaling van den ouderdom der geenen, die tot Vroedfchappen der Stad Medenblik geëligeert worden. Den 17 January 1777. 470 Refolutié van de Staaten van Holland , waar by aan veertig Raaden .of Vroedfchappen der Stad Delft word toegekend het recht, om over de verfoeken van hunne MedeLeden tot ontflag van hunne Vroedfchapsplaatfen te delibereren en te disponeeren. Den 6 Maart 1777. 471 Refolutié van de Staaten van Holland , waar by het getal der Leden van de Vroedfchap te Oudewater word gereduceert op twaalf Perfoonen. Den 24 July 1777. 472 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat tot Raaden en Vroedfchappen , te Enkhuifen admisfibel zyn perfoonen, welke ieder een Zuster ter Vrouwe hebben. Den 5 November 1778. 473 Refolutié van de Staaten van Hol/and, houdende verklaaring, dat tot Magiftraats Leden te Leiden eligibel zyn twee Perfoonen, twee Susters ter Vrouwen hebbende/ Den 20 November 1783. 473 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot vernietiging van een nieuw Regeerings Reglement, te Heusden beraamt. Den 16 Maart 1787. 474 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, welke Perfoonen tot Vroedfchappen te Purmerende verkiesbaar zyn. Den 14 November 1788. 475 RefoJutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van de manier, die omtrent de verkiezing der Vroedfchappen te Monnikkendam, moet worden in acht genomen. Den 9 July 1789. 47<5 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende approbatie van een Reglement op de Magiftraats - beftelling te Dordrecht. Den 7 Mey 1790. 477 Refolutié van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiefmg van Vroedfchaps-Leden te Enkhuyfen. Den 11 Maart 1791. 481 Refolutié van de Staaten van Holland, raakende den tyd der inwooning van de geenen, die te Gorinchem tot Vroedfchappen verkofen worden. Den 13 July 179i. 482 Derde BOEK, zevende Titul. Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. Refolutié van de Staaten van Holland , tegen het opregten van een Hoogefchool in Zee¬ land. Den 13 Juny 1761. Pag. 483 Refolutié van de .staaten van Holland, waar by een verfoek om mandament Van Revifie Pro Deo van een condemnatie van de Univerfiteits Vierfchaar te Leiden, wordafgeweefen. Den 18 Augustus 1770. 489 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by het gedrag van het Hof het welk op een Request om mandament van Arrest en Rouw Actie tegen een Lidmaat van de, Univerfiteit eene Comparitie had geordonneert, en voorts op een Obligatie, door den zeiven gepasfeert, inhoudende prorogatie van Jurisdictie, condemnatie had gedecerneert, word gejuftificeert. Den 14 Maart 1772.490 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om Reliëf tegen contumacieele procedures voor de Univerfiteits Vierfchaar gevoert, word afgewefen. Den 21 Mey 1774. 492 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by een Subfidie van ƒ 10,000 •: : tot goedmaaking der extraordinaire kosten by het vieren van het twee honderd jaarig JubiJe van 's Lands Univerfiteit, geaccordeert word. Den 15 December T774. 493 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan's Lands Univerfiteit te Leiden een jaarlyks Subfidie van zestienduyfënd Gul-. dens, voor den tyd van zeven jaaren geaccordeert word. Den 8 Mey 1776. 493 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het aan een Vader vry ftaat, zynen minderjarigen Zoon uit het Album Studioforum te doen royeeren, en aan het Forum Academicum te onttrekken. Den 11 October 1770*. 494 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, waar de Lectores en extraordinarisProfesforenaan'sLands Univerfiteit te Leiden, te recht moeten itaan. Den 3 '7^3- 495 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by tot het oprigten en onderhouden van een Collegium Medico-Practicum in het Cecilia Gasthuys te Leyden, jaarlyks, by provifie voor tien jaaren een fubfidie van f 6:oo-: 1 geaccordeert word. Den 8 Maart 1787. 499 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Profesfor B. Voor da, met toelegging van een Penlioen, van zynen Post word gehouden voor ontflagen. Den 30 January 1790. 499 Derde BOEK, agtste Titul. Het Stapelrecht der Stad Dordrecht aangaande. Nihil, q % VIER-  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &e. VIERDE BOEK- Vierde BOEK, eerste Titul. Civik Wetten, Rechtzaaken en Reglementen. Publicatie van de Staaten van Holland, tot opheffing der Arresten op de goederen van Groningfche Ingefetenen gedaan, ter zaake van de agterftallige Groningfche Lyfrenten. Den 5 February 17Ö1. Pag. 501 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan de Pondgaarders te Rotterdam word toegefhan gelyk recht van Reivindicatie omtrent Graanen, rond en plat Zaad, voor hunne meesters by hun om contant geld verkogt als aan de Eigenaars competeert. Den 23 July 1761. 502 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan een Notaris gepermitteert word de Prothocollen van zyn Vader, mede Notaris geweest zynde, en met wien hy als een gecombineerd Comptoir gehouden hadde, zyn leven lang onder zig te houden. Den 22 September 1761. 502 Publicatie van den Hove van Holland, tegen de Dobbelfpeelen en in 't byfonder tegen het Hazard fpel trente un. Den 4 January 17*53; 5°3 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by Parnasfms van de Portugeefche Joodfche Natie te Amfterdam worden geauétorifeert, om Erffenisfèn en Legaaten te aanvaarden, zonder Beneficie van Inventaris noodig te hebben. Den 20 July 170*3. 504 Waarfchouwing van den Raad van Braband, raakende de verpligting van Voogden en andere Adminiftrateurs, tot het maken van Staat en Inventaris, en het doen van Rekening. Den 7 Juny 17 6*4. 505 Refolutié van de Staaten Generaal, omtrent het doen van vergoeding aan de Eigenaars van afgebrande Huyfen Stallingen of SchuureD. Den 14 January 1765. 506 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aggreatie verleend word op eene Venia gratis, van de Staaten van Zeeland geobtineerd. Den 6 November 1767. 507 Renovatie -Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod tegen het collecteeren voor alle vreemde Loteryen. Den 25 February 1768. 507 Refolutié van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat een Ingefeten van Staats Vlaanderen Oétroy noodig heeft om by uiterfte wil te disponeeren over losbaare Capitaalen, befet op de Revenuen en Inkomften van Hulfter Ambagt, en op het Domeyn van den Prince van Orange. Den 25 O&ober 1768. 508 Refolutié van de Staaten van Holland, omtrent de preferentie van Notariaale Obligatien boven onderhandfche, op de Boedels der geenen, die in dienst van de Qost-mdifche Compagnie infolvent zyn komen te overlyden. Den 18 Mey 1770. Pag. 508 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende Oétroy aan iemand, die doof en ftom, dog haar verftand volkomen machtig was, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove te testeeren. Den 23 November 1770. 509 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende aggreatie op eene Venia ALtatis, van den Geheimen Raad van den Keurvorst van de Paltz geobtineerd. Den 5 December 1770. 509 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by de Minuten van zekere Aétens welke de Notaris verzuymd hadde te onderteekenen voor behoorlyk gepasfeerd gehouden worden; met auétorifatie op een ander No* taris, om de Grosfen daar van te teekenen en uit te geven. Den 15 Maart 1771. 510 Publicatie van den Prince van Orange, als Heer en Baron van Ysfelftein, betrekkelyk het effect der Huwelykfche Voorwaarden aldaar. Den 16 Mey 1772. 511 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by aan iemand, die wegens zwakheid van geest onder Curateele was geftelt, gepermitteerd word, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove te mogen testeeren. Den 25 November 1772. 512 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by gelast word de Penningen tot aflosfing van Ampt - Obligatien het Traétement, en verdere vaste Posten van een Amptenaar, die infolvent geflorven was, en aan wiens Boedel 't Gemeene Land merkelyk te kort kwam, (welke door Gecommitteerde Raaden waaren aangehouden} aan de Curateuren in voorfz, Boedel af te geven, behoudens aan 't Gemeene Land desfelfs gefustineerd recht van preferentie. Den 23 January 17/3. 513 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende aggreatie op eene Venia iEtatis, van den Koning van Denemarken geobtineerd. Den 7 Mey 1773. 515 Refolutié van de Staaten Generaal, omtrent het effect der Huwelyken ten aanfien van de gemeenfchap van Goederen, binnen de Steden en Ambachten van Axel en Neufen. Den 1 December 1773. 515 Refolutié van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek van Abraham Ter Borch om alle Procedures enExecutien, tegen hem ondernomen te furcheeren, tot dat op een verfoek van Inductie, by hem van den Hove van Holland, verkregen , finalyk zoude wefen gedisponeerd. Den 19 January 1774. 516" Refolutié van de Staaten van Holland, houdende veiklaaring, dat de Refolutié van 7 Maart  Vdigens dé Methodifche Vcrdecllhg van het Werk, Maart i68ö> (dat Regenten van Weeshuiten én Diaconëh geen Beneficie van loven-taris noodig hebben O ook op andere Proteftantfche Gemeentens van applicatie ï$. Den 2Ó Mey 1774. Pag. 524 RefoJutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling Voor dre van Zas van Gend, — i°. waar naar Zig te regüleeren in hetmaèken van Testamenten, — 20. nopens dé fuccesfie lab inteftato, — 30. nopens dé Gemeénfchap van Goederen tusfchen Echtgenooten. — 4". tot confirmatie van de Keuren en Cóftumén aldaar. Den 23 Augustus 1774. 525 Placaat van de Staaten Generaal, omtrent de Vryheid der Negér- en andere Slaaven, welke uit de Colonien van den Staat naar defe Lande overgebragt of overgefondèn worden. Den 23 Mey 1776. $26 Placaat van de Staaten van Zeeland» tegen de frauduleufe Banquéroeten. Den 27 Juny 1770". ' 529 'Publicatie van den Dórhein-raad van den Prince van Orange, tot maintien van 'c Recht van DwangmaaJderye van den Koornmolën te Steenbergen. Den 28 Augustus 1770'. 533 Refolutié vafa de Staaten van Holland, waar by verklaard wordj dat de meërderjarigheid, die iemand op zyne Woonplaats heeft j ook elders werken moet. Den 26 September I77Ó 534 Relblutié van dé Staaten van Holland j houdende Octroy van Parate Executieaan Schout en Kërkmeesreren, en Diaconen van de Gereformeerde Gemeente > en Armmeesteréh van de H. Geest Armen van Wasfenaar en Zuidwyk, tot het invorderen van Renten, Landhuuren &c. Den 24 January * 1777* * , 534 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende een Reglement op de behandelfng van Executoriaale Verkoopingen, en infólvente Boedels in Rio Esfequebo en Démerary. Den 20 Mey 1777. 535 Refolutié van de Staaten van Holland, dienende tot interpretatie, Wie voor Franfche Refugiés , op welke de Retörfie-Placaaten applicabel zyn, gehouden moeten worden. Den 23 }uly 1777. 537 Publicatie van de Staaten Generaal j houdende, dat Notariaale Aélens, te Marfeille gepasfèert, door haar Hoog Mog. Commisfarjs de Marine, aldaar refideerende, moeten worden gelegalifeert, wanneer men daar van hier te Lande gebruik wil maken. Den 5 November 1777. 539 Refolutié van de Staaten van Holland, houdende approbatie op- het daar in geinfereert Reglement voor het Ambacht van Crimpen op den Ysfel. 540 Refolutié van de Staaten van Holland, tot confirmatie van 't Accörd, door Clifford en Zocucn met ós meerderheid hunner Crejditeuten aangegaan. Den 22 July 1779. 55i j £ublïeatiè van den Raad Van Staaten, tegen het verpanden van Meubilaire Goederen buiten de geoctioyeerde Bank van Leening te 's Hertogenbosch. Den 14 December u *77>- Pag. '553 Publicatie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het recht van Legaal Verband én van preferentie, Zoo aan Onmondigen als aan Verhuurders van Woohingen ènLahdcryenj ondér Hulfter - Ambacht cörhpetëérende. Den 9 Augustus i.780. ïtefólutie van dé Staaten van Holland, houdende diverfe voórregteh, fpécialyk nópens het fegt van Retentie en Preferentie, ten behoeven van de Lynwaad- en Kamerdoek Bleekers. Den 17 Mey 1781. 555 Refolutié van de Staatén van Holland, hoedanig te handelen met het Prothocol vart zeker Notaris tê Heusden, waar in verfcheide ongefegelde Minuten van Actens gevonden werdén. Den 23 October 1783. Refolutié van de Staaten van fibiland, 5fot voorkoming der rr.eenigvufdige verfoeken, öm furcheanée van betaaling. Den 26 February 1784. . 558 Refolutié vah dé Staateh van Holland, waar by Regenten Van het St. Pieters Gasthuis te Amfterdam worden gëoctroyeert töt het aanvaarden van Erffenisfèn, zondër Beneficie van Inventaris noodig te hebben. Den 4 Augustus 1785. 559 Publicatié van de Scaaten vèh Holland, waar by het recht van Preferentie der Convoyloopers te Amfterdam, voor verfchbótene Imposten ëh Gonvoy-Gelden i tot den tyd van drie maanden word verlengt. Den 5 April 1786. 559 Refolutié van dè Scaaten vart Holland, houdende voorfiening tot het redrefcfeeren van eenige Schabinadh ACteris ter Secretarye te 's Gravendeel, welke niet door den Schout en Secretaris, of door Schepenën, of door beiden geteekénd waaren*. Den 16 Mey 1787- 560 Refolutié vah de Staaten van Holland, hoedanig te handelen met het Prothocol Van een Notaris, waar in verlcheide ongeteekende en ongefegelde Actens gevonden werden. Den 19 Mey 1787. 561 Refolutié van de Scaaten van Holland, waar by verklaard word ± dit geene Surcbeances van betaaling werken tegen Sententien, gegaan inkragté van gewysde. Den 2(5 Mey 1787- 561 Refolutié van dé Staaten van tiolland* omtrent het effect in deefe Provincie van eene Venia iEtatis, door Burgemeesteren eti Raaden der Stad Groningen verleend. Deri 13 January 1790. 502 Publicatie van den Raad van Staatë, tegen het aanleggen van Loteryen van Goederen, of het Gollecteeren voor defelvé. Den 19 September 1792. 56*2 Publicatié van de Staaten van Holland, tegen het aanleggen van Loteryen van Goederen k c 3 öf  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. bet Colleéleeren voor defelve. Den 22 Oétober 1792. Pag. 563 Refoiutie van de Sraaten van Holland, houdende bepaaling van de vereifchten, welke noodig zyn tot een verfoek om furcheance van Betaaling.Den 15 November 1793. 546 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie, by wegen van dispenfatie, aan de Geinteresfeerdens van de Poreelyn Fabricq te Ouderkerk aan den Amftel, tot het'aanleggen eener verlooting van Porceleinen. Den 19 December 1793. 565 VlRDE BOEK, TWEEDE TlTUL* Aangaande Crimineele zaaken. Publicatie van Gecommitteerde Raaden, tegen het afbreeken, rooven of fteelen van Ryswerken van den Dyk van het Gors Crayenisfe, in den Eylanden van Over Flacquée. Den 9 October 1761. $66 Publicatie van den Hove van Holland, tegen het uitrukken en weghaalen van eenige Paaien of Balien in het Voorhout, Vyverberg en Plein in 's Hage. Den 12 July 1762. 567 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het oprigten van een Gevangenhuis voor de Bailliuagie van Noordwykerhout, Hillegom, Lisfe en Voorhout. . Den 3 November ■ 1763. - 567 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by ablolitie verleend word aan iemand, die badineerende met een geweer het geen hy niet wist geladen te zyn, een ander doodelyk gequetsthad. Den 18 July 1764. 568 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende veikiaaring, dat de indagingen , waar . van in het Placaat van 21 July 1733 gefproken word, ook by vervolg van tyd kunnen worden van gebruikgemaakt. Den 27 July 1754. 569 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan eene Jodinne, die zwak van Geest zynde, zig aan Blasphemie had fchuldig gemaakt, abolitie geweigert word. Den 3 January 1765. 569 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat dé kosten van het confinement van Buikvast Ingefetenen, op zyne woonplaats gedelinqueert hebbende, door de Gemeente van die Plaats gedragen moeten worden. Den 14 January 1765. 570 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Qualificatie op de Bailliuwen en crimineele Rechters ten platten Lande, tot het belooven van een Premie van ƒ <5oo -: -: uit 's Lands kasfe, ter ontdekking van de geenen, die zig aan Huysbraak, of ander publicq geweld fchuldig maaken. Den 1 February 1765. 571 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by eene compofitie in materie van Overfpel gepermitteert word. Den 28 Maart 1765* ' ?*g- 57* Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den fubftitut Schout van Amfterdam, wegens het ontdekken van eenjood, aan huis- braaken fchuldig zynde, de premie van ƒ 600-:-: word toegeweefen. Den 14 September 1765 572 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de onkosten der alimentatie van twee Kinderen van een Landloopster te Lommei geapprehendeert, en te 'sBofch geëxecuteert, komen ten lasten van het Quartier van Kempeland. Den 16 Mey 1766. ) 573 Publicatie van den Hove van Holland, tegen Tuyn-dieveryen. Den 3 Oétober 1766. 574 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van den fubftitut Schout te Amfterdam, om te mogen hebben de Premie van ƒ 600 -: -: voor het apprehendeeren van twee Huisbreekers, word afgewezen; dog met vry lating om debuitengewoone onkosten deswegens hefteed, aan Gecommitteerde Raaden op te geven. Den 25 Augustus 1770. 575 Waarfchouwing van het Hof van Holland, tegen het plegen van ontuchtigheden op publique plaatfen in den Hage. Den 28 February 1772 575 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende Amnestie ten behoeven der geenen, die zig aan het gebruik maken van valfche Certificatien, zoo in het vervoeren van Runderbeesten als tot het obtineeren van de noodige Pasporten, hadden fchuldig gemaakt. Den 9 Juny 1773. 576" Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven der geenen, die zig ter gelegenheid van de oneenighedenover de wyfe of maat van hetPsalmgefang te Maaslandfluis, aan het pleegen van feitelykhedenhadden fchuldig gemaakt. Den 26 July 1776. 578 Placaat van de Staaten Generaal tegen de Vagabonden , Schoyers en Bedelaars in deLanden van Overmaafe. Den 2 Mey 1777 579 Placaat van de Staaten Generaal, tergen de Vechteryen, het dragen van onbehoorlyk geweer, en dergelyke ongeregeldheden. Den 2 Mey 1777 580 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het fteelen van Graan en en Veld - vrugten, het befchadigen van Boomen, en ander hout, mitsgaders Tuyn - dieveryen, met geweld gepaard. Den 2 Mey 1777. 583 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het af breeken en fteelen van de Gemeene Lands Wachthuifen aan de Stranden en elders. Den 9 December 1783. 585 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende, dat geen Officier, of desfelfs Stadhouder,  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. der, binnen derfelver respective Diftriéten en Jurisdictiën, de functie van Notaris of Procureur mag exerceeren. Den 6 February 1787 Pag. 586 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot bepaaling der Limiten van de Crimineele Jurisdictie, tusfchen Zuid- en West • Voorne. Ven 23 October 1787 586 piacaat van de Staaten van Holland, tegen de Landloopers, Vagabonden en Bedelaars. Den 30 October 1789 587 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het befchadigen van de Rys-, Kram-, en Steen-Werken aan de Buiten-Dyken en Haven - Dammen, mitsgaders van het Houtplantfoen en Boomen, ftaande aan de Dyken en Wegen, in den Eylanden van OverFlacquée. Den 24 September 1790. '588 Vierde BOEK, derde Titul. Zaaken van Leen. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Perfoon van de Roomfche Religie gepermitteert word, over haare Leengoederen by uiterftewiltedisponeerenvoor Notaris en Getuigen, mits niet in prejudicie van haare Erfgenamen ab inteftato, niet van de Roomfche Religie zynde. Den 8 Mey 1789. 590 Vierde BOEK, vierde Titul. Houtvesterye en Jachtzaahen. Refoiutie van de Sraaten van Holland, houdende voorfiening, ten einde de gedepopuleerde Konyn - duinen effectivelyk voor altoos blyven gedepopuleert. Den 4 Augustus 1763. 592 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, ten einde de gedepopuleerde Konynduinen in het Zuider - Quartier voor altoos gedepopuleert gehouden werden. Den 4 Augustus 1763 594 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het Placaat van 4 Augustus 17Ó3 ^raakende het depopuleerender Duinen} niet betrekkelyk is tot de Klingen en Duin of Warande, behoorende tot de Hofftad, genaamt groot Hafebroek, onder Wasfenaar. Den 5 November 1763 594 Placaat en Ordonnantie op de Houtvesterye en de.Jagt in Holland en Westvriesland. Den 24 July 1767. 595 Publicatie van den Prince van Orange, als Opperhoutvester van Holland j tegen het laaten loopen van Honden, het vangen van Nachtegaaien, het ryden met Paarden over Wandelpaaden van het Hout, in het Haagfche Bofch. Den 23 November 1768. 607 Publicatie van den Hove van Holland, tegen het pleegen van moedwilligheden, zoo door het rooven en fteelen, hakken en fnyden van het Hout en andere Ruygten, als door het befchadigen, doorrennen en doorloopen van het Jonge Plantfoen in de Duynen en Wildernisfen, omtrent den Hage. Den 17 February 17 f59. pag. 009 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gejuftificeert het verleenen van een mandament Poenaal door 't Hof tegen een Gyzeling en Citatie van den Lieutenant Houtvester. Den 25 January 1770. 610 Publicatie van den Prince van Orange als Opper-Houtvester van Holland, tegen het meenigvuldig jaagen en Stroopen in de Wildernisfen omtrent den Hage. Den 1 Augustus 1772, oio Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot intrekking eener bevoorens gegevene permisfie aan de Ingefetenen van Goedereede of Westvoorn tot het uitgaan met Schietgeweer op Konynen aldaar. Den 30 September 177<5. 612 Reglement op het beplanten der Dyken en Wegen, gelyk meede omtrent het aanleglen van Grienden, Boomgaarden, Heggen, en ander Houtgewafch in de Baronie Ysfelftein. Den 23 Augustus 1778. 613 Placaat van de Staaten van Holland tegen het planten van opwasfent Hout, in de nabyheid der Watermolens in den Lande van Vianen. Den 11 Mey 1780. 615 Refoiutie van de Staaten van Holland , waar by aan de ordinaris Justitie word gerenvoyeerd de questie over een Gyfeling, door den Lieutenant Houtvester gedaan, terzaake van het Schieten van Wild op zyn eigen Land. Den 22 Augustus 1788. 616 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het befchadigen van Hout, in de Duinen en Wildernisfen. Den 21 September 1790. 616 Vierde BOEK, vyfde Titul, Dykwaterrecht, Ontgrondinge, en Slachturven. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Reglement van gegoedheid in Landeryen voor Dykgraaf en Dyks - Regenten van den Hondsbosfche, mitsgaders van de uitwaterende Sluyfen. Den 13 Mey 1762 617 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de invordering der Afkoop -of Waarborg - Pennningen van verveende Landen in de Loosdrecht. Den 14 Juny 1764. 619 Refoiutie van de Staaten van Holland, ten wiens lasten de extraordinaire Dykwerken, en in 't byfonder de Zinkdyken, in de Krimpenerwaard, gemaakt moeten worden. Den  Tafel en Aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. Den 27 Juny 1765 621 Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het planten van Houtgewas in de nabyheid van de Watermolens te Krimpen op de Lek. Den 21 December 1765. 622 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan de In en Opgefetenen van Overysfel, Drenthe, Wedde en Westwoldingerland, tot het turven, beboekwyten en wyden van de Moeren en Moerasfen, aldaar en daaromtrent gelegen. Den 2 8 Maart 1775. 623 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaalingen van den Dykpeyl in de Crimpenrewaard, Den 9 Juny 1780. 1780. 625 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op zeker Contract, tus¬ fchen Schout en Schepenen, Mdermeesteren en Ingelanden van de Poldet benoorden de Zuwe onder Mydrecht, ter eenre; en Schout en Schepenen van Waverveen, mitsgaders Poldermeesteren en Ingelanden van voorfz. Polder onder den zei ven Gerechte, ter andere zy de, aangegaan. Den 1 April 1784.- 626 Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het moeren of Turf fteeken in de Zuidhollandfche Dorpen , in Landen, die met verponding, Chynfen, Dykfchotten of andere Lasten zyn befwaard. Den 13 January 1785. 628 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, tot het doen van hoedanige Gaaringen de Schout van Alphen bevoegd is. Den28Juny 1786. 629 V Y F D E BOEK, Vyfde BOEK, eerste ^itul. Juflitie en Rechtsvordering in Civile zaaken voor het Hof van Holland. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de pointen van Jurisdictie tusfchen het Hof en den Hage differentiaal, worden gereguleert. Den 14 Maart 1765. 631 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament van Appel, door het Hof verleend, van een provifioneel Vonnis van Schepenen van Leiden. Den 13 November 1766; 634 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot - intrekking van een Mandament van Arrest en Rau Actie door 'c Hof tegen Curateuren in een infolventen Boedel te Leyden verleend. Den 11 Maart 1767. 635. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof verboden word, zig met zeker gefchil over eene politique uitfetting, door 'den Magiftraat der Stad Brielle gedaan, te bemoeyen. Den n Augustus 17ö"S. 63$ Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende klagten en reprefentatien over een Mandament van Arrest door 't Hof van Holland aan den Gefchutgieter J. Ver brugge tegen den Raad van Staaten verleend. Den 6 Juny 1770. 636 Refoiutie van den Hove van Holland, tot rigtige betaaling van de Rapport en Comparitie gelden, mitsgaders ordre nopens het opmaken en ligten der Actens Judicieel. Den 11 February 1772. 638 Refoiutie van den Hove van Holland, houdende bepaling, door wien de Kosten op het hooren van getuigen betaalt moeten worden. Den M February 1772. 639 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by 't Hof word gejustificeert in het verleenen van eene admisfiepro Deo, en opge¬ volgde Proviile van Juftitie tegen Sequesters in zekeren onbeheerden Boedel te Goedereede. Den 2 September 1773. 639 Refoiutie van de Staaten van Holland betrekkelyk de executie, uit kragte van Sententien van de Hoven gedigeert wordende op vaste Goederen; welke in de verpondingen en andere lasten ten agteren zyn. Den 20 January T778. 640 Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verfoek om Brieven vanSauf Conduit, gedaan door iemand, die van een tegen hem gedecerneerd confinement aan den Hove had geprovoceert. Den 22 December 1780. 641 Refoiutie van den Hove van Holland, omtrent de verpiigting der Procureurs, om of zelfs, of door hunne Opper-Clercquen , op het uur van de Rolle ten Hove prefent te zyn. Den 8 July 1782. 642 Refoiutie van den Hove van Holland, houdende Renovatie van voorige ordrestothét leveren van fecreete Schriftuuren. Den 11 July 1782. 642 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek; om vermindering van het getal der ordinaris Deurwaarders in den Hage word afgewefen. Den 15 February 1787. 64a Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den ouderdom van de Raaden in de beide Hoven van Justitie en derfelver Ministers. Den 9 November 1791. 645 Vyfde BOEK, tweede Titul. Omtrent ié Justitie en Rechtsvordering in den Hoogen Raade. in Holland. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot justificatie van het gedrag van den Hoogen Raa-  Volgens de Methodifche verdeeling van .het Werk. O Raade, ia het verkorten van den termyn tot profecutie van zekere Revifie. Den 17 April 17^5- „ „ , t6*6 Refoiutie van de Staaten van Holland , houdende dat zeker Mandament in de tweede indande door den Hoogen Raad regen j3urgeme'efteren van den Briel verleend, effect moest forteeren, zónder dat het zelve by befloten Misftve heeft behoeven te gefchieden. Den 7 Auguftus 1707. 647 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden gequalifïceerd, tot het doen der noodige Surrogatien, ingeval van indispofkie of wettig belet van Adjuncten Kevifeurs. Den 23 january 1778. 648 Refoiutie van de taaten van Holland , waar by een verzoek, tot het buiten efrect Hellen van zekere Tnterlocutie van den Hoogen Raad, word afgewefen, dog de we^, van Revifieopen gelaten. Den 03 july 1-79. 648 Refoiutie van de Staaten van Hólland, waar •'by verklaard word^ dat Zekér'Lid van den Hoogen Raad die geëxecn teert -ras om over zekere zaak te zitten , ook niet vermogt te vöteeren over het verleenen van-R'evifie van de Sententie door den Hoogen Raad in die zaak gewezen. Den 21 Oélober 1779. -49 Refoiutie van de Staaten van Holland j waar by verklaard word, of en op welken voet ineen zaak, waar in by voorige Refoiutie de weg van Revifie was open gelaaten, het pröponeercn van exceptive defenfien geadmitteert zoude worden. Den 4 Maart 1780. 650 Publicatie van den Hoogen Raade ,totbekendr making eener Refoiutie van de Staaten'-van Zeeland, betrekkelyk hét verfoeken van Mandament van Anticipatie in zaaken, waar in zoo wel aan den Hoogen Raad als aan het Hof Provinciaal geprovoceert kan worden. Den é\ October 1.787. 651 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word ingetrokken de CommisHevan een Lid van den Hoogen Raad, die zig zonder permisfie van den Prefident geabfenceerd bad. Den 24 January 1788. 652 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het requireeren van Berichte van de Mag/ftraaten der /temmende Steden op de Requestcn, waar by tegen dezelve eenige Provifie van Juftitie word verfogt. Den 16 April 1790. 653 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Commisforiaal op de daar in geinfereerde Advifen der beide Hoven van Juinde , betrekkelyk het requireeren van Bericht van de Magiftraaten der Hemmende Steden op de Requesten, waar by tegen defelve eenige Provifie van Juftitie word verfogt. Den 15 Mey 1790. 654 Vyëde BOEK, dkrde Titul. Raakende de Juftitie tusfchen Holland en Zeeland. Nihil. Vyfde BOEK, vierde Titul. Raakende de Juftitie en Rechtsvordering in de Landen van Braband, ' Vlaanderen,en Overmaaze, als mee^ de binnen de Stad Maaftricht. , Refoiutie van de Staaten Generaal,.'houdende verklaaring, dat geene Broeders met der zeiver Broeders of Zusters Kinderen, maar wel dezelve Kinderen onderling, in het Collegie van Schepenen of Gefwooren 1 Raaden van de Brabandfche zyde te Maaftricht mogen worden geplaatst. Den 30 Juny 1703. 660 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorzienig, om tegen te gaan de veelvuldige aanftellingen van Subftitut Secretarisfen in ds Meyerye. Den 20 December 1753. . 66" t Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by aan 't Hof van Vlaanderen, het. welk op een Request om Mandement Poenaal tegen extraordinaire crimineele < Procedures eene Comparitie met furcheance had geordonneert, 'gelast word, zig met die zaak' ter eeifter inftantie niet te bemoeyen.Den 17 Mey 1764. 66% Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by I Comniisfarisfèn D ecifeurs te Maaftricht 'worden geauótorifeert, om in een-zaak , waar 'in hunne.opinien aan elkander geoppofeerc waren. een Super Arbiter te asfaweeren. Den 18 Auguftus 1766 663 ' Refoiutie van de Staaten Generaal, raakende de verpligting van den Vice Hoogfchoutte Maaftricht, tot hetbetaalen derjura van Schepenen, ingevalle aan hem zyn Eisch met de kosten werd ontzegd. Den 20 Auguftus 1766- 663 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdénI de ordre aan de Rechters, zoo in de Dor! pen van Redenatie, als in de elf Banken J van St. Servaas, om by het inneemen van Advifen pro Judice geene andere dan Brabandfche Rechtsgeleerden te employeeren. Den 13 February 1767. 664 Refoiutie van de Staaten Generaal, op een verfoek van den Advocaat Fiscaal van Braband, om te ri videeren van eene Sententie van den Raad van Braband, waar in dezelve in de kosten uit zyn privé beurs gecondemneert was.;. Den 25 February 1768. 665 Reglement op de Rivifien van Sententien van den Raad van Staate. D^n 5 September 1768. 666 d Na<  Tafel en Aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, (Sec. Nadere Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk zekere Condemnatie van kosten , door den Raad van Rraband ten lasten van den Advocaat Fiscaal van Braband, uit zyn privé beurfe gedecerneert. Den 27 April 1769. 668 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de Griffier van'sBosch niet mag prreadvifeeren in een zaak, waar in zyn Zwager fchoon hetZwagerfchap, door den dood van de Vrouw is afgeftorven, geintresfeerd is. Den 20 April 1770. 669 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een verfoek van Revifie pro Deo van eene Sententie van den Raad van Braband , werd afgewefen. Den 8 Juny 1770. 669 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by gepermitteert word, om de ordinaris Gerechtsdagen , en andere Gerechtelyke Vergaderingen van hec Leenhof van Valkenburg, te Maanricht te mogen houden. Den 19 February 17/1. 670 Waarfchouwing van den Raad van Braband, tegen het employ van Notarieele Attefla. tien of extra Judicïeelé Certificatien, in zaaken voor de Gerechten in de Meyerye van 'sBofch Den £ December 1776". 670 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende een Generaal Reglement op de Revifien der Sententien en Dispofitien van de Rechters in de West - Indifche Colonien. Den 13 January 1778. 671 Vyfde BOEK, vyfde Titul. Raakende de Crimineele Justitie en Rechtsvordering. Placaat van de Staaten Generaal, raakende het decerneeren van Bannisfementen door de Rechters in de Generaliteit. Den 15 April 1761. 675 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by Brieven van vrygeleide worden geaccordeert aan iemand, die wegens een manflag by Edicte in perfoon gedagvaard was, met permisfie, om per Procuratorem defenfie te doen. Den 27 January 1765. 676 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by verklaard word, dat Schepenen van Bergen op Zoom, in cas Crimineel Scheepenen van Moerftraaten adfifteerende , wegens reys- of andere kosten niets ten lasten der zelve Heerlykheid mogen vorderen. Den 20 Mey 1763. 677 Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verzoek van Bailliuw en Leenmannen van Kennemerland, om zeker perfoon wegens een geweldige braak en diefftal befchuldigt zynde, buiten een ordinair proces voor een goed ge al van jaaren ten kosten van den Lande te mogen confinee-, ren. Den 2 December 1763. 678 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gewettigd word de Competentie van. het Hof in een crimineele zaak, voortfpruitende uit een civile zaak voor den Hove geventileerd. Den 6 December 1764. 678 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Bailliuw van Texel, wegens ouderdom en zwakheid, word gequalificeert, om in zekere Crimineele Procedures een ander te qualificeeren. Den 4 September 1766. 682 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaling, door vvien de kosten van 't confinement, gedecerneert tegen Vagebondeerende Perfoonen , gedragen moeten worden. Den 17 April 1767. 683 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof onbevoegd verklaard word, om de Verhooren , voor den Rechter ter eerfier inflantie gevallen, in zaaken, waar in crimineelyk, extraordinaris en op confesfie geprocedeert is, van den zeiven Rechter te requireeren. Den 11 Augustus. 1768. 684 Refoiutie van de Staaten Generaal, op een verzoek toe intrekking van een Mandament van Reformatie van een crimineel Vonnis van Schepenen van Tilburg door den Raad van Braband verleend. Den 4 November 1771. 685 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek van Bailliuw en Schepenen van 's Hage, om zes Gevangenen buiten proces tot 's Lands kosten te confineeren, word afgewezen: — En voorts vernieuwd het gedecerneerd Commisforiaal toe het revideeren der Crimineele Ordonnantie. Den 8 Mey 1773. 686 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Commisfarisfen benoemd worden toe hec revideeren der Crimineele Ordonnantie. Den 16" December 1773. 686* Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by zeker crimineel Vonnis van Leenmannen van de Nyenburgen word vernietigt; en de cognitie van die zaaken op nieuw gedelegeert aan den Hoogen Raad. Den 13 January 1774. 687 Refoiutie van de Staaten van Holland , op hec verfoek van zeeker Perfoon , die uit de Gevangenis ontvlugt, en tegen zyn Bannisfement te rug gekomen was, ten einde zig voor het Hof in Gevangenis te begeven en aldaar zyn zaak te doen onderzoeken. Den 18 November 1774. 688 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Bailliuw van de Nyenburgen gepermitteert word de detentie kosten van zekeren Gevangenen wiens zaak aan den Hoogen Raad was overgebragt, in rekening te mogen brengen. Den 17 Maart 1775- ; 695 Infbuctie en Reglement voor den Drosftard van den Hove. Den 5 Mey 1775. 691 Reglement en Inftructie voor de Dienaars van den Procureur Generaal over Hol. land,  Volgens de Methodifche verdeeïing van het Werït land > Zeeland en Vriesland. Den 5 Mey 1775. 693 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Geogde in perfoon, eene recufatie van den Hechter willende fuftlfleeréb» aan de ordinarisJuftitie word gerenvoyeerd. Den 27 Maart 1776. 096* Refoiutie van de Staaten van Holland, Waar by de Judicatuuren over twee Scheepsgezellen , van Sodomie befchuldigt, aan Schout en Scheepenen van Hoorn word gedelegeert. Den 18 December 1776* £97 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan den Procureur Generaal, om zekeren Gevangen op de Voorpoorte, met de informatien aan den Bailliuw van Delfland over te geven. Den 31 October 1777' 997 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Bailliuw van Wasfenaar word gepermitteerd de kosten van het opzetten en afbreken van het Schavot in zyne rekening te moeten brengen. Den 18 September 1778. 699 Refoiutie van de Staatên Generaal, houdende verbod aan de Gerechten'en der zeiver Minifters van Braband, om van de Crimineele Officieren eenige Jura of Legés te vorderen, dan voor zoo verre die aan de Gecpndemneerden kunnen worden verhaalt. Den 13 Juny 1780. • 699 Refoiutie van de Staaten van Holland,. waar by een verzoek van de Bailliuw en Schepenen van de Zwaluwen, om zekere perfoonen, aan het feliryven van Brandbrieven' fchuldig ftaande, aan den Hove over te geven, word afgewezen. Den 4 April 1781. 700 Reibiutie van de Staaten van Holland, waar by, op een voorilag van 't Hof, om zekere procedures, waar in, zoo ten aanzien van het corpus delicti, als de prsecedente informatien , merkelyke defecten waaren, by wegen van provocatie voor den Hove nader te onderfoeken, aan den Bailliuw van Zuidholland word. gelast die defecten te redresfeeren, en de in te winnen bewyzen aan j zyne Hoogheid, aan wien een verzoek om gratie was gedaan te fuppediteeren. Den 3. Mey 1782. 703 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Jadicatuure over zekeren Major by de Armée en gepenfioneerden Lieutenant aan den Hage gelaaten word; en een verzoek van 't Hof, om die zaak aan hun over te geven, word afgewezen. Den 17 July 1783. 7°S Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over zeker Perfoon, van wien het onzeker was, of hy tot de Jurisdictie van 't Hof, of van den Haage behoorde, aan 't Hof uit hoofde van preventie word toegewefen. Den 15 January 1784- 7o'5 Refoiutie van de Staaten van Holland,' waar by aan den Vaandrig dè Witte de Dood** ftraf en andere ftraffe van 't Schavot word geremitteert, en voorts aan 't Hof de bepaaling der verdere ftrafïè overgelaten. Den 29 April 1784. . 706 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Traétement van den Cipier van de Voorpoorte Word bepaald op vier honderd Guldens. Den 25 Juny 1784^ 709 Refoiutie van de Scaaten van Holland, toe vernietiging der crimineele procedures tegen de Weduwe van der Meuien, mitsgaders de eeds pneftatien door haare befchuldigers gedaan; met renvoy van die zaak aan Schepenen van Leyden, om aldaar op nieuw onderfogt te worden. Den 21 October 1784» 710 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het effect der tê decerneeren Bannisfementen ter zaake van het crimert . Majeftaüs,-e.ïiV2LÏ\ oproer, in den Lande Van Vianen en Ameyden. Den 6 Mey 1785. 712 Refoïun'e van de Staatën van Holland, houdende aanfehryving aan Bailluw en Schepenenvan 'sliage, ten einJe zekeren Gevangen onder handcasring, belofte en borgtocht uit zyne detentie te ontflaan Den 5 Auguftus 1785. 715 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Hoofd-Officier van Rotterdam , gepermitteert word, om in zekere gevallen ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 25 Auguftus, 1785. 719 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende auétorifatie op den Hoofd-Officier van Rotterdam > om zekere Perfoonen, onder belofte van immuniteit, over oproerige bewegingen als Getuigen onder Eede te hooren. Dea 31 Auguftus 1785. 720 ReColaeie van de Scaaten van Holland^ waar by de Bailliuw van Rhynland word gelast aan de Regeering van Leyden fatisfactie te geven, ter zaake, dat hy buiten derzelver voorkennis Zekere geapprehendeetde Perfoonen met Militaire escorte in die Stad had doen inbrengen. Den 14 September 1785. 721 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat niet de aangebleven met de afgetreden Schepenen, maar de thans fungeerende Scheepenen der Stad Dordrecht, bevoegt zyn Zekere Crimineele procedures te decideeren. Den 1 q November 178 6. 72a Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof gequalificeert word, öm de ftraffe van publicque Geesfeling, gedecerneert tegên iemand welke wegens zynelighaams conftitutie buiten ftaat was dezelve te ondergaan, in eene andere ftraffe te veranderen. Den 20 July 1787. 7^3 Refoiutie van de Staaten van Holland, Waar by de Bailliuw van de Beyerlanden Wörd geauctórifeert, in zaaken van tumultueufe d % ba-  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. bewegingen ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 18 Auguftus 1787. 724 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Hoofd-Officier der Stad Leyden word gequalificeert, om de kosten in de zaak van de Weduwe van der Meulen, en verdere nanhoorigen tot die zaak in zyne rekening ce mogen brengen. Den 24 Mey 1788. 725 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Hooge Vierfchaar van Zuid-Holland word geocb-oyeert, om ook uit de Stad j )ordrecht en de Heerlykheid de Menvede te mogen bannen. Den 16 January i78p. 728 Refoiutie van de Staaten van Holland ? waar by aan de Weduwe van iemand die met den docd geftraft was , reraisfiè van de kosten en Mifen van Juftitie wovd geaccordeert. den 14 Maart 1789. 728 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek van den Franfchen Minister, om zekeren verdagten Fabriceer'der van Asfignaten, te Amfterdam geapprehendeert aan het Fransch Gouvernement over te geven, word gedeclineert. Den 3 Mey 1722. 729 Vyfde BOEK, zesde Titul. Betrefende de Rechtsvordering in de Steden den Haage, en ten platten Lande. Refoiutie van de Staaten vnn Holland, rot Juftificatie van het gedrag van de Kamer van juftitie^van Vianen, en het verleenen van een Mandament van Evocatie, tegen het Gerecht der voorfz. Stede. Den 25 Jannuary i7y4. Vyfde BOEK, zevende Titul. Betreffende de Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen eengewefen Pagtervan de gemeene Lands Middelen, om oude reftanten van gepagte Middelen voor Schepenen Commisfarisfen te mogen invorderen. Den 12 September 17Ö1. 732 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Mandament van Revifie Pro Deo van eene Sententie van Gecommitteerde Raaden verleend word: En wyders voorziening gedaan word, omtrent het verleenen van Auétorifatien, om ten kosten van den Lande te Procedeeren in zaaken van de gemeene Middelen. Den 3 December 1761. 733 Inflrucftie voor den Advocaat Fiscaal van de Gemeene Lands Middelen voor het Coïlegie van Ge committeerde Raaden. Dea 9 January 17Ö2. 734 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Bailliuw van 's Hage word gequalificeerd, om als Gedaagde in cas van Revifie ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 12 Maart 1762. 736 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Schepenen Commisfarisfen worden bevoegd verklaard, om te cognosceeren over een zaak in cas van gemeene Middelen, waar in tot lyfftraf primario was geconcludeert. Den 15 February 1763. 737 Refoiutie van de Staaten van Hofland , rot intrekking van een Mandament van Appel, door Gecommitteerde Raaden verleend van een Refoiutie van Burgemeester en Schepenen van den Brielle, waar by een verzoek om Decreet van apprehenfie was afgeflagen. Den 16 Juny 1703. 738 Refoiutie van de Staaten van Holland , waar by aan Gecommitteerde Raaden word gelaten de Judicatuure over een Bediende van óe gemeene Lands Middelen, befchuldïgt van Luiden gecorrumpeerd te hebben, om een Wynkooper te doen fmokkelen, ten einde den zeiven te kunnen calangeeren. Den 27 April 1764, 739 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by gereguleert word de Judicatuure in cas van gemeene Middelen in den Lande van Vianen en Ameide. Den 18 Oélober 1764. 739 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by Schepenen Commisfarisfen in zaaken van gemeene Middelen te Vianen worden geauctórifeert, om uit de Provintie van Holland en Westvriesland te mogen bannen. Den 26 April 1765. 740 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een verzoek om Mandament van Appel van een Sententie van den Raad van Staate, in cas van gemeene Middelen, word afgewefen. Den 3 July 1767. 741 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by eene Suftenue van ongehoudenheid tot betaaJing van den 4oe. Penning aan de Juftitie word gerenvoyeert. Den 17 December l7<$7- 742 Refoiutie van de^Sraaten van Holland, waar by de Judicatuure over reMentïe, gegepleegd aan Bedienden van 's Lands gemeene Middelen, aan de Schepenen Commisfarisfen , en by preventie aan Gecommitteerde Raaden word toegekend. Den 20 July 1769. 743 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling omtrent het beleggen van den Rcgtdag voor Gecommitteerde Raaden in cas van provocatie. Den 30 Juny i/?7b. . ' • 744 Ref ïlutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden ge- qua-  ■ qualificeert, een Man^ment van Reliëf, met Committimus aan Schepenen Commisfarisfen te amfterdam te verleenen. Den 31 M/ J772- h . 745 Refoiutie van de Staaten van Holland, waarb^ een verzoek, om Reliëf tegen het met tvdig impetreeren van een Mandament van Reformatie van een Vonnis van Schepenen Comisfarisfen te Leyden, word afgewefen. Den 1 Mey 1773- 74^ Refoiutie van de Staaten van. Holland, waar by word afgewefen een verzoek, om Mandament van Appel van een Vonnis van Schepenen Commisfarisfen te Dordrecht , met de claufule van Reliëf tegen begaane Conmmacie. Den 4 April 1781. 746 Réfolcitie van de Staaten van Holland, houdende verklaring van zekere Claufule van Surcheance van een Decreet van apprehenfie met de gevolgen en aankleven van dien, by voorige Refoiutie van haar Ed. Gr. Mog. verleend. Den 30 September 1784. 747 Reloiutie van de Staaten van Holland, waar ny een verzoek toe annulieering van een Decreet van "apprehenfie, door den Bail. liuw van 's Hage tegen zekeren Wynkoper geobtineert, word afgewefen. Den 1 April 1785. 748 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek om Request Civiel tegen verleende defaulten in extraordinaire crimineele procedures, word afgewefen, dog vrygelaaten dezelve naar ftyle te purgeeren. Den 4 Auguftus 1785. . n 748 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, aan de Schippets en der zeiven Bedienden,om zonder eenige reliftentie hunne Schepen door de Bedienden der Collecte te laten vifiteeren. Den 15 July 1789. 749 Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Vyfde BOEK, negende Titul. Betreffende de manier van Procedeeren voor de Dykgraaf en Hcemraaden van Rhynland, Delfland en Schieland, &c. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Dykgraaf van Rhynland word geauctorifeert, om de onroerende Goederen die volgens Dykrecht ten zynen behoeven vervallen zyn, by Decreet te mogen doen verkoopen. Den 8 Mey 1775. 754 Vyfde BOEK, tiende Titul. Betreffende de Manier van Procedeeren voor Houtvester en Meefterkhaapen. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek van den Heer van Meerkerk, verklaaring dar het Jachtgericht aldaar bevoegd is te wyzen by Arrest zonder provocatie, word afgewezen, en aan de ordinaris Juftitie gerenvoyeert. Den 14 Juny 1787- 755 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verzoek van Burgemeefteren en Regeerders van Naarden,ten einde hec Jachtgericht in Gooyland door Prefident Burgemeefter van Naarden als Houtvester, en Schepenen van Naarden, als Meescerknaapen, zoude worden geëxerceerc. Den 11 April 1788. 758 Vyfde BOEK, agWe Titul. Betreffende de Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een Zee Krygsraad word aangeftelt, tot het beregten van de zaak van zekere Gevangen Muy telingen van het Oost-Indisch Compagnie-Schip l^yenburg. Den 13 February 1764. 75® Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de wyze van executie van Sencentien van Scheeps-Krygsraad. Deo 25 Juny 17155. T$* Refoiutie van de Staaten Generaal, tot maintien van de Collegienter Admiraliteit, in der zeiver recht van Judicatuure in zaaken van fraudes en cóntraventien, betrekkelyk de Convoyen en Licenten. Den 24 Juny 1766. 7ol vyfde BOEK, elfde 'Titul. Betreffende de Manier 'van Procedeeren voor Stadhouder en Leenmannen. Nibil Vyfde BOEK, twaalfde Titul. Betreffende de Juftitie en Rechtsvordering mé Militaire zaaken. Refoiutie van de Staaten Genetaal, houdende approbatie, dat Schepenen van's Bosch aan hunne Burgers en Ingezetenen permisfie mogen verleenen, om voor den Krygsraad getuigenis der waarheid te geven, en dat ook gelyke permisfie door den krygsraad gegeven zouden worden aan Militaire Perfoonen, als getuigen voor Schepenen, gerequireerd wordende. Den 31 July %! 760 Publicatie van de Staaten van Holland, tot affchaffing van de Militaire Jurisdi&ie. Den 30 April 1783. 7^1 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aanfehryving aan den Hoogen g Krygs-  Tafel en Aanvvyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. Krygsraad , om op het Territoir deezer Provintie geene Juftitieele Aétens te oeffenen. Den 30 Mey 1783. 762 Publicatie van de Staaten van Zeeland, betrekkelyk de Militaire Jurisdictie. Den 22 September 1783. 763 Refoiutie van de Staaten van Holland, 'betrekkelyk het verleenen van kortingen op de Traktementen van Officieren tot Zwitferfche Regimenten behoorende Den 3 December 1784. 764 Refoiutie van de Staaten van Holland, hou» dende aanfchryving aan den Commandant . van het Guarnifoen van 's Hage, om zekeren Corporaal, van een gemeen Delict: befchuldigt, en in Militaire bewaaring zynde , aan den Gerechtë van 's Hage over te geven. Den 28 September 1786". 766 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot maintien van de Kamer van Juftitie te Vianen , in derzelver recht van Judicatuure over Militaire Perfoonen, zig aan gemeene Delicten fchuldig makende. Den 27 April 1787. 707 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de cognitie over de zaak van zekeren Ocroly, Lieutenant-Collonel van de Waardgelders te Amfterdam, befchuldigt van een diliétniet pure Militair zynde,en begaan op het Territoir der Steede Vianen, aan de Schepens bank van Vianen werd overgelaten. Demo Auguftus 1787. 709 Publicatie van de Staaten Generaal, tot het uitoeffenen van onverwylde en exemplaire ftrafoeffeningen tegen Militaire Perfoonen , op de misdaad van plundering of revolte betrapt wordende. Den 13 December 1787. 770 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek, om Mandament van Appel van een contumacieel Vonnis van den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, met de Claufule van Relief tegen de gedecerneerde Defauten, word afgewefen. Den 3 October 1788. 77i ZESDE BOEK. Zesde BOEK, eerste Titul. Rakende de Domeinen, Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op' zeker contraét en accord van Correspondentie tusfchen Commisfarisfen van haar Ed. Gr. Mog. Posteryen, en Gecommitteerdens tot de Pofteryen der Stad 's Hertogenbosch, aangegaan. Den 1 December 1762. 778 Refoiutie van de Stunten van Holland, waar by aan den Hoofd-Commis van het PostComptoir te Gouda tot Tractement word toegelegd de fomma van ƒ 700 - : - :. Den 1 December 1764. 781 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorziening nopens de adminiftratie der Gemeentens-gronden te Tiiborg en Goirle. Den 5 April 1765. 782 Refoiutie van de Staaten Generaal, houden* de approbatie op zekere Ordre en Reglement tot voorkoming van misbruiken of overtredingen wegens den Peel, en Gemeente aldaar. Den 12Juny 1765, 783 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende hepaaling van hec getal en Traétement der Brieven-Beftelders te Rotterdam. Den 11 Maart 1768. 786 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Jure eminent is Dominii gelast word zeker ftuk Lands aan Burgemeesteren van Schiedam tegen behoorlyke vergoeding afteftaan, tot het leggen van een Sluys en Spuye aldaar. Den 10 Mey 176*9, 787 Refoiutie van de Staaten van Holland,N raakende de vernieuwingen reparatie, mitsgaders de onderhouding van het Slot te Geervliet. Den 4 October 1773. 788 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Grutter van Raamsdonk in de exercitie der Grutneering aldaar, met excluüe van den aldaar nieuwlings door den Ambachtsheer aangeftelden Grutter, word gemaintineert. Den 14 Augustus 1772. 789 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gearrefteerd word eene Iüftruétie voor den Commis Generaal der Pofteryen van Holland en Westvriesland. Den 7 O&ober l773- 789 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorziening tot redres van het retardement van het Post-Comptoir te Schiedam plaats hebbende. Den 5 April 1776. 793 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het oprichten en reguleeren der Pofterye van en na het VJieland, Den 3 December 1777. 79^ Publicatie van den Domeinen-Raad des Princen van Orange, houdende diverfe voorzieningen tegen de Bezitters van 's Heeren Gronden zonder voorafgaande Octroy, mitsgaders van Cyns-plichtige Goederen en Gronden in de Baronie van Breda. Den 11 September 1782. g0g Refoiutie van de Staaten van Llolland, tot vermeerdering van de Tractementen der Bediendens aan het Post-Comptoir te Amfterdam. Den 25 October 1782. 804 Re-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bemaling van de Traélementen der Bediendens aan het Post-Comptoir te Rotterdam. Den 24 Maart 1785. 805 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van HoJiand tegen het doen van afgraavingen van den gewoonen Ry weg der Limietfcheiding tusfchen het Gooyland en het Sticht van Utrecht. Den 30 December 1790. 806 Publicatie van de Staaten van Hólland, tegen het mede geven van Paquetten of Brieven aan de Postillons. Den 9 July 1794. 809 Zesde BOEK, tweede Titul. Raakende de Zeevonden, en Strandrooveryen. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over iemand die van Strandroof was geaccufeerd, onvermindert de quaeftie zelve aan wien die Judicatuure eigentlyk behooren zoude, word gelaten aan den Hove van Holland. Den 24 Mey 1769. 808 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gelast worden de reftitutie aan de Eigenaars van geftrande Goederen, welke door particuliere Perfoonen op Vlieland en Ter Schelling geborgen waren , mits (lellende Caucie voor de Berg- en Hulp-loonen, welke door Commisfarisfen van de Pilotagie benoorden do Maafe zouden worden gereguleert. Den 9 Oélober 1771. 809 Placaat van de Staaten van Holland, omtrent de behandeling der geborgen Goederen uit gefonkene Scheepen.Den 22 July 1772. 811 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan Bailliuw en Schepenen van 's Hage word gelaten de Judicatuure over zeker Perfoon van Strandroof befchuldigt; onvermindert de deliberatien over dezelve Jurisdictie quaestie. Den 22 December 1778. 814 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat zekere Sententie van Gecommitteerde Raaden, in appel geweefen over een quesltie van ïierg-loonen, geen Revifie onderhevig is. Den 27 Mey 1785. 815 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amneftie ten behoeven van eenige Ingefetenen van Schevening, die zig aan Strandroof hadden fchuldig gemaakt. Den 17 November 1785. 8iö Zesde BOEK, derde titul. Raakende de Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veer en. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot maintien van het Veer, van Stolwyk op Stolwykerfluis opgerecht. Den 5 April 1769. 817 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Stad Gouda word afgedaan het een derde part van de inkomften der Gabellen van hetMoordrechtfche Verlaat,aan de Graallykheid competeerende; mitsgaders het Veer van Gouda op Bodegraven, Den 19 Mey 1769. 818 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie tot het heften van een Tol, tot reparatie en in flandhouding van de hooge Waddinxveenfche Brugge. Den 3 April 1770. 819 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op zeker Plan en Conventie tot het formeeren van een Ryweg van 's Gravenmoer na de Langftraat, over . de Jurisdictie van Groot Waspik en Elfhalf hoeven. Den 19 November 1775. 821 Waarfchouwing van den Raad van Staaten, waar by het verbod van Paslagie boven en beneden het Veer agter de JonkvrouweSchans by Yfendyk tot de distantie van één en een half uur word geëxtendeert. Den 9 Mey 1775. 822 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Burgemeefleren en Regeerders van Haarlem word gecedeert het recht van de Veeren van Zevenhoven en Noorden op de Steeden Leyden en Amfterdam, op den voet van een Ordonnantie en Reglement daar benevens geapprobeert. Den 2 October 1777. 822 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word een Reglement op het bevaaren van de Veeren van het Dorp Uitgeest op de Steeden Haarlem, Amfterdam en Alkmaar. Den 14 july 1778. 826 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot maintien van den Heusdenfchen Land-tol, leggende te Veen. Den 7 Auguftus 1778. 829 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende renovatie en ampliatie van een voorig verbod, om te voet of met Wagens en Paarden het Canaal, loopende van de Stad Axel langs Axel Ambacht na het Hellegat, en zoo vervolgens in de Rivier de Hondt, met voorbygaan van de ordinaire en bekende Veeren te pasfeeren. Den 20 April 1781. 829 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie tot het opregren van een Pondveer tusfchen Ambachts heerlykheden van Alblasferdam en Ridderkerk. Den 19 January 1785. 830 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by gearrefteerd worden Haven-geld, in het generaal op Commercieerende Scheepen en fpeciaal op de zoodanige, welke goedvinden van de Haven aan het Nieuwee 2 Diep  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c\ Diep gebruik te maken. Den 15 November 17U8, 831 Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden van Holland, op het Doorpasfeeren en Schutten der Schepen en Schuiten, van de Goüdfchc Sluis onder Alphen, en waar naar de Sluyswagter aldaar, als meede alle anderen, zig zullen hebben te gedragen. Den 20 Auguftus 1790. 832 Conventie, nopens het recht van Vrylaading tusfchen de Steden Haarlem en Amfterdam. Den 30 December 1790. 833 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy tot het heften van een Haven- of Kaay-geld van de Schepenen Schuiten, die eenige goederen te Puttershoek komen te laden en te losfen, Den 7 Oélober 1791. 83<5 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Ambachtsheer van Herkingen worden afgeftaan de aldaar fubfifteerende Veeren op Dordrecht en op Rotterdam; benevens de refpeélive Reglementen op het bedienen van dezelve Veeren, en de Ordonnantiën op de Veerloonen. Den 23 December 1791. 837 Zesde BOEK, vierde Titul. Raakende de vrydom van Tollen by de navolgende Extrablen der Authenticque, Steden en Handvesten. Nihil. Zesde BOEK, vyfde Titul. Rjaakende de Lysten der Graaffe- laksheid Tollen en Gabellen. Nihil Zesde BOEK, zesde Titul. De Munt en Munterye betreffende, Wisfel, Wisfelaars, Affimurs, tn Goud- en Zilver-Smeeden. Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verzoek van den Muntmeester derzelver Provintie, om onder beneficie van zekere offerte, voor zyn privé rekening goude Ryders te mogen Munten. Den 25 July 1761. 841 Waarfchouwing van de Staaten van Zee-, land, waar by de Prys van den Zeeuwfchen Ryksdaalder op 53 ftuyvers word geftelt. Den 8 Maart 1762. 843 Placaat van de Staaten Generaal, houdende bepaaling der waarde in het uitgeeven der Vlaamfche Vyfftuivers- en Vyfgroot Hukken. Den 3 Mey 17 63. 843 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat deGoude Ducaten, op de refpeélive Munten deezer Landen gemaakt , alle van één en dezelfde gehalte zyn, zonder dat die van de Hollandfchs Munt eenige meerdere waarde hebben. Den 11 Oélober 1763. 844 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, door wie en op welke wyzede voorzieningen omtrent de evaluatie der Geld Speciën in het Overquartier van Gelderland moeten worden gedaan. Den 23 April 1766. 845 Waarfchouwïnge van de Staaten Generaal, omtrent zekere Valfche Zeeuwfche Ryksdaalders, met het Jaartai van 17 66. Den 1 December 1766. 846 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het Keuren of Merken van zeker Meubilair , bekend onder den naam van Ar gent hacbê. Den 5 Mey 1768 847 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het Keuren of Merken van zeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent Haché. Den 19 September 1768. 848 Placaat van de Staaren van Holland, tegen den invoer van vreemde Duken. Den 24 Mey 1769. 850 Placaat van de Staaten Generaal, tegen den invoer van vreemde Duiten. Den 4 Auguftus 17 69. 851 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende verbod van invoer, mitsgaders oncfang en uitgaave van, ailerley vreemde,, of op andere Munten buiten de voorfz. Provincie geflagen Duiten. Den 17 Augustus 1769. 852 Refoiutie van de Staaten van Holland, beheliènde een Reglement van Salaris/en voor den Eykmeesrer en Ju/leermeester Generaal van de Trooyfehe Gewichten en Balancen over deeze Provintie. Den 15 December 1770. 853 Waarfchouwing van de Staaten Generaal, omtrent zekere in Duitschland nagemaakte gotide Ducaten. Den 10 Juny 177a. 853 Waarfchouwing van de Staaten Generaal, ora~trent zekere rouleerende valfche Zeeuwfche Ryksdaalders dragende de Jaar&etallen van 1762,1764,1769, i77oen 1772. Den 26 April 1772- 854 Waarfchouwing van de Sraaten Gene raai, omtrent zekere nagemaakte Zeeuwfche Ryksdaalders met de Jaargetallen van 1.737, en 1764. Den 31 Auguftus 1784. 855 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende de Conditiën, waarop een Muntmeester voor de Hollandfche Munte te Dordrecht zou worden aangenoomen. Den . 8 July 1785- 856 Placaat van de Staaten van Holland, tegen den invoer van vreemde Duiten. Den 14 Mey 1790. 858 Waarfchouwi»g van de Staaten van Holland, omtrent zekere valfche Zeeuwfche Ryks- daal-  Volgens de McthodiCcho verdeeling van het Wefk. daalders, met het Jaarta/ van 1767 en 1787. Den 17 November 179*• 8S9 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, omtrent zekere valfche Quart-Ryksdaalders in de Provintie van Zeeland rouleerende. Den 14 Mey 1794. 859 Publicatie van de Staaten Generaal omtrent zekere valfche Drie-Guldens, met het Jaargetal 1793. Den 22 July 1794. 860 Z EVENDE BOEK. Zevende BOEK, eerste Titul. Raakende de Finantie. Placaat van de Staaten van Holland, houdende ordre op het inrigten der Atteftatien de Vita, totontfangst van Lyfrenten, Den 7 February 1761. 862 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de eerst Prsefideerende Raad in den Raad van Braband, word verklaard te kunnen volflaan met voor Amptgeld te voldoen twee duyzend Guldens. Den 31 October 1761. £63 Refoiutie van de Sraaten van Holland, houdende nadere bepaalingen omtrent het School- en Academie geld, aan de Predikanten voor hunne Zoonen toegelegt. Den 22 April 1762. 864 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek, om Fidei commisfaire Effecten, beftaande in Capitaalen Actiën ter Kamer Amfterdam, en in Hollandfche Obligatien, te converteeren in Engelfche Fondfen: En Commisforiaal omtrent dergelyke verfoeken voor 't vervolg. Den 31 july 1762. 864 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van Secretaris van Maasfluis in het Amptgeld van den Jaare 1727 word gebragt op eene Somme van vier honderd Guldens. Den 18 Juny 1763. 866 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de noodige fchikkingen worden vastgeftelt, om het Ontfangers Ampt te Gouda te fepareeren van den ontfangst over de Stad Schoonhoven en derfelver resfort. Den 26 October 176*5. 866 Refoiutie van de Staaten van Holland, ten einde de Quohieren van de refpective Amptgelden over 's Hage met een Lid van de Ridderfchap worden geamplieert. Den 31 October 1766. 867 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot fphtfing van het Amptgeld van de bevoorens gecombineerde Ampten van Bailliuw en Schout van Alkemade. Den 14 Mey 1767. 867 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat iemand voor zyne beëediging of het nemen van Sesfie overlydende, geen verlies van het Amptgeld fubjeót is. Den 6 Auguftus 1767. 868 Refoiutie van de Staaten Generaal, houden- de auétorifatie op den Ontfanger van het Last en Veergeld, om de ubligatien tegen drie percent af te losfen, ten zy de houders defelve continueerden tegen twee en een half percent. Den 5 November 1767. 868 Refoiutie fan de Staaten van Holland, tot vermindering van het Ampt van Thefaurier ordinaris der Stad Leyden, op het Quohier van den 200 Penning op de Ampten. Den 15 December 1769. 869 Refoiutie van de Staaten van Holland, ten einde het Ampt van expedieerend Clercq ter Secretarye van haar Ed. Gr Mog. op de Lysten van de Amptgelden en van den 200 Penning, te royeeren. Den 3 i January 1771. 870 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om remisiie van Amptgeld, wegens een Ampt, door iemand Hechts drie maanden befeten, word afgewefen. Den 18 Maart 1773. 870 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van Drosfaard der Eilanden ter Schelling en Griend , word vry verklaard van het furnisfement der beide •Amptgelden. Den 19 iNovember 1774. 871 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het uitgeven van Recepisfen in provifioneele betaaling in het overleggen van ge» quiteerde Specificatiën zonder eifeétive voldoening. Den 19 January 1775. 871 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat de Griffier van den Hoogen Raad, als een Zeeuwsen* Onderdaan zynde, niet fubject is aan de betaaling van het Amptgeld, iooe en 2ooe Penningen in Holland. Den 14 October 1779, 873 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot reftitutie van het betaald Amptgeld aan Curateuren in den inlölventen Boedel van iemand die zyn Ampt nimmer had aanvaard. Den 1 April 1784. 873 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Schout-Ampt van Uitgeest word ontheven van het furnisfement op de Amptgelden, en van den aanflag in den 200e Penning. Den 15 December 1784, 874 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling op hoedanigen voet den Schout der Stad Delft, voor drie Jaaren aangefteld zynde, het Amptgeld zoude moeten furneeren. Den ui January 1787- 274 ƒ Re-  Tafel en Aamvyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot refïitutie der Amptgelden, betaald door eenige Vroedfchappen te Amfterdam en Rotterdam , welker aanftelling door haar Ed. Gr. Mog. onwettig was verklaard. Den 7 December 1787. 874 Refoiutie van de Staaten van Holland, ten einde het Ampt van tweeden Penfionaris der Stad Rotterdam in de Quohieren van de Amptgelden en van den 200* Penning aan te liaan. Den 9 January 1788 875 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het Vendumeesters Ampt der Stad Hoorn uit de Quohieren van de Amptgelden, en 200e Penning. Den 12 September 1788. 875 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Ampt van tweede Gommis ter Thefaurie der Stad Amfterdam uit de Quohieren der Amptgelden en 200e Penning. Den 28 January i79o. 876 RefoJutie van de Staaten van Holland, houdende qualificatie op Gecommitteerde Raaden , om de Post van Secretaris der Stad Delft te doen fpütfen in drie gelyke posten in 1000 - : - : en in de ioo* Penning mede in drie gelyke posten, ieder a ƒ 66 - 13-4. Den 24 Juny 1790. 876 RefoJutie van de Staaten van Holland, waar by dispenfatie verleent word, teneinde de Lyken ter begraaihis n?ar Diemen en Diemerdam uitgevoerd wordende, het recht van begraven niet meer dan eëns verfchuldigt zyn. Den 7 July 17po. 877 Refoiutie van de Staaten Van Holland, ten einde het Ampt van Penfionaris der Stad Brielle in het Quohier der iooe Penningen te royeeren. Den.27 January 1791. 877 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van Explokeur binnen de Stad Rotterdam in het Amptgeld op ƒ 400 -: -:, en in de 100* Penning tot ƒ 15 - 14 - : word verminderd. Den 28 January 1791. 878 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van tweede Gommis ter Thefaurie der Stad Rotterdam in het Amptgeld en ioos Penningen word aangeflagen. Den 20 Mey 1791. 878 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van het Penfioen der gegageerde Postillons. Den 7 September 1792. 878 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de gewoone kortingen der Militaire Traétementen , geduurende den Oorlog; worden gefurcheert. Den 20 Maart 1793. 879 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende last aan de Amptenaaren, om op nieuw het montant van hun Amptgeld in zekere Geld-Negotiatie ten behoeven van den Lande te furneeren. Den 5 Auguftus 1794. 879 Publicatie van de Staaten van Holland, tot het uitgeven van Recepisfen tegen vyf percent, om daar mede betaalingen van wegen den Lande gedaan te worden, en dezelve tot voldoening van zekere 's Lands Lasten weder aan te nemen. Den 19 November 1794. 88l Zevende BOEK, tweede Titul. Raakende de Perfoneele Quotifatie. Nihil. Zevende BOEK, derde titul. * Wegens de Liberaale Oifte of vyftigfte Penning en verdere zoortgelyke Belastingen. Placaat van de Staaten van Holland, betrekkelyk eene geforceerde Geld-Negotktie van den vyf en twintigtte Penning, of vier ten honderd, van een ieders Bezittingen. Den 30 September 1788. 33,, Publicatie van de Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende permisfie aan de Ingezetenen ten Platten Lande, om den Eed wegens de betaaling van den vyf en twintigften Penning voor Commisfarisfen in ééne der naby gelegene Steden af te leggen Den 7 January 1789. gQI Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, houdende Bepaaling van den laatften termyn der Negotiatie van den vyf en twmtigften Penning: En waarfchouwing aan den geenen, die aan hunne verpligtine niet behoorlyk zouden mogen hebben voldaan. Den 18 Auguftus 1789. 892 Nadere Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, omtrent het furnisfement van den laatften termyn in de Negotiatie van den vyf en twintïgften Penning Den 2 February 1790. 893 Placaat van de Staaten van Holland, tot heffing van tweemaal den één honderdfte Penning van een ieders bezittingen. Den 3 April 1793. 894 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de betaaling van den vierden termyn van den tweemaal één honderden Penning een maand vervroegd word. Den 16 July 1794. 9oi Zevende BOEK, vierde Titul. Raakende de gemeene Middelen ten tyde der Verpachting. Nihil. Ze-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Bevende BOEK, vyfde Titul. Raakende het Provifioneele Middel tot remplaeement der afgefchafie Pachten. Nihil. Zevende BOEK, zesde Titul. Behelzende alle de Ordonnantiën, op de invordering van de gemeene Lands Middelen by Collecle. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot revifie van de Generaale en Particuliere Ordonnantiën op de invordering van de Gemeene Middelen. Den 23 February 1784. 9°2 Nadere Refoiutie van de Staaten van Holland, tor revifie van de Generaale en Particuliere Ordonnantiën op de invordering van de Gemeene Middelen. Den 18 February 1785. P°3 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende diverfe bepaalingen, betrekkelyk het rivideeren der Ordonnantiën op 't Stuk van de Gemeene Middelen. Den 30 January 1790. 9°3 Ordonnantie, raakende de invordering van den Impost op het Gemaal. Den 1 December 1790. 904 Ordonnantie , raakende de invordering van den Impost op de Confumtie van den Tabak. Den 2 September 1791. 922 Ordonnantie, raakende de invordering van het HeerenGeld. Den 2 September 17 9.1. 925 Ordonnantie, raakende de invordering vin bet Koiiy- eu Thee-Geld. Den 2 September 179:. / 929 Ordonnantie, raakende de invordering van . het Pasfagie-Geld. Den 2 September 1791. 933 Ordonnantie, raakende de invordering van het Plaifier-Geld. Den 2 September 1791. 936 Ordonnantie , raakende de invordering van den \mpost pp het Beestiaal. Den 22 December 1791. 943 -Zevende BOEK, zevende Titul. Behelfende de Placaaten, Publi- catien en Refolutien, raakende de gemeene Middelen, dte by Collecle worden ingevoerd. Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod, dat geen Zeehandelaars of Grosfier in Fruiten met een Slyter in Fruyten mag woonen, in een of het zelfde Hup, of in Huyfen naast elkander ftaan- de, of met den anderen correspondeerende. Den 7 February 1761. 954 Publicatie van de Staaten v;m Holland. tot interpretatie van het 1 Art. der Ordonn. op de Fruiten, met opfigt tot de Caftahjes. Den 11 Juny 1761. 955 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verzoek van de Bierflekers te Oostzanen , Westzaren, Crommerie en Jisp, om in Cas van infolventie met de verfchooten Impost op de Bieren, en het klein Zegel te worden geprsefereert. Den 23 September 1761. 955 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan de Boter-Grosfiers rot het te rug brengen der Uitflag-Billietten die tot verfending van Boter naar elders binnen deeze Provintie zyn gehaald geworden. Den 3 November 1761. 956 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, betrekkelyk de vrydom van halven Impost ten behoeden van de fyne Bisfchuit Bakkers. Den 8 December 1761. 956 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaliug, welke Perfoonen, buiten deefe Provintie gedomicilieerd, dog eenigen tyd 's jaars binnen defelve Provincie onthoudende, aan de befchrevcn middelen onderhevig zyn. Den iy Maart 1762 057 Publicatie van Gecommirteerde Raadeïï Van Holland, tot weering der Sluykeryen, die binnen de Steede van Aéperén en resforte van dien gepleegt worden. Den 9 April 1762. 958 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende dat geene nieuwe Grosfiers in Boter ten platten Lande mogen zyn, dan na verkregen admisfie van Gecommitteerde Raaden. Den 13 Mey 1762. 958 Refolurie van de Staaten van Kolland, houdende confent tot het oprichten van eene Grutterye te Middelharnis. Den 21 July 1762. 959 Refoiutie van de Sraaten van Holland, waar by word afgewezen een verfoek van de Grosfiers en Slyters van Tabak te Rotterdam, tot bepaaling van de quantiteit Vaten , die door anderen, buiten hun te gelyk aan een Perfoon zou mogen worden verkogt, &c. Den 28 April 1764. 960 Refoiutie van de Staaten van Hollmd, waar by gearrefteerd word eene Inflructie voor de Ontfangers van de gemeene Middelen, zoo in het Zuider als Noorder Quartier. Den 14 Juny 1764. 960 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende een gedeeltelyke vrydom van den Impost op het Brandhout, ten behoeven van de Potten en Pype-bakkers. Den 11 September 1794- 9Ö<5 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorfieningen tot weering der meenigvuldige fraudatien in het middel ƒ2 van  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &e. van de Brandevvynen. Den 8 February 1765. 967 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod aan de Broodbakkers tegen het maken of gebruiken van eenige zoorten van Konst-gist of Konst-deefem. Den 23 April 1765. 969 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Gaarenbleekers binnen deeze Provintie voor eenige jaaren word geaccordeert vermindering van den Impost op de Turf. Den 27 Juny 1765. 969 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by van het regt van de Waag vry geftelt worden, het ruwe Smeer, natte Huyden en Lood, by Trafiquanten in geflagen wordende. Den 19 December 1765 970 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie der Publicatie van 8 February 1765. tegen de Sluikeryen in het Middel van de Brandewynem Den 20 December 1765. 970 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost op de Steekturf, welke in de Droogmakerye van Hazaartswoude &c. gedolven, en aan de Kalkbranders gedebiteerd word. Den 6 February 1766. 971 Publicatie van de Staaten van Hofland, tot weering der Sloikeryen in het Middel van de Wynen. Den 24 April 1766. 972 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie om de Tapneering te exerceeren in zekere Huizing, in de nabyheid vaneen Wynkelder. Den 16 September 1766. 973 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie der Publicatie van 20 December 1765* Den 14. November 1766. 973 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van haarEd. Gr. Mog. beveelen, raakende de heffing van ,'s Lands Impoütien op de Wynen, Mee en Azynen, mitsgaders de Brandewynen en gedistilleerde Wateren Den 5 November 17Ö7. 974 Publicatie van de Staaten van Hollaud, raakende de ftraffen der Grosfiers en Slyters in Brandewynen en fterke Dranken, die boven pyl bevonden worden. Den 8 July 1768. 975 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 11 Art. der Ordonnantie op de Turf en Kooien. Den 14 July i?68. 976 Publicatie van de Staaten van Holland, raakende het Verimposten, van de Mee, zoo die uit de Mee brouweryen na binnen deeze Provincie word afgelevert, als die van buiten deeze Provintie word ingevoerd. Den 16 July 1768. 976" Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het weigeren van Verbrug-billietten aan fufpeéte Brandewyn handelaars, een groot aantal van Kelders op hun naam hebbende. Den 16 July 1768. 977 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorzieningen tot weering der Sluykeryen in het middel van de Brandewynen. Den 30 September 1768. 977 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling omtrent het Verimposten van de Mee, die uit de Mee-brouweryen na binnen deeze Provintie word afgeleverd. Den i2 Ocftober 1768. 978 Publicatie van de Staaten van Holland , houdende verbod aan de Grutters j om eenige Grutters Waaren te mogen t'huis brengen anders dan met de ordinaris Markt-ofVeerSchuiten en Vragt-wagens. Den 11 Maart l?6> 979 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van de vrydom van eenige Impofitien aan de Parnasfins en Penningmeesters van de Hoogduitfche Joodfche Natie te Amfterdam. Den 17 Maart 1709. 979 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dat de Publicatie van 11 Maart 1769. niet betrekkelyk is tot het debiteeren van Grutters-Waaren binnen de Jurisdictie, alwaar zy als Grutters zyn geadmitteerd Den 14 April 1769. 980 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het geen de Spinders van Tabak voor hunne vrye neering jaarlyks gehouden zyn te betaalen. Den 14 December 1769. 980 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het wöonen van Wynkoopers en andere een vryen inllag hebbende, naast Tappers en andere geen vryen inflag hebbende, en vice verfa. Den 3 Maart 1770. 981 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Quotifaüe word geconverteerd in een belasting op de Confumtie Turf, in de Polders, alwaar niet meer geveend word; en de heffing op de Confumtie gealtereerd in een Quotifatie, in de Polders alwaar Veenderyen worden aangelegt. Den 30 Juny 1770. 982 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voor/leningen, ten einde het doen van Peilingen door de abfentie der geenen, welke aan defelve fubjecft zyn, niet geëludeert worden. Den 24 January 1772. 982 Publicatie van de Staaten van Holland, tot verklaaring van eenige daysterheden in de Ordonnantie op het Heeren- en Redemtiegeld. Den 18 September 1772. 983 Refoiutie van de Staaten van Holland, omtrent de betaaling van het recht van de ronde maat wegens het Zout. Den 23 January 1773. 985 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost van de Ronde Maat op het rond en plat Zaad, zoo wel ten aanfien van de Kooplieden, als van de Olyflagers. Den 10 Maart 1773, 985 Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende de verpligting der Prifeerders tot het over-  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. overneemen van het doov hun geprifeerde Vleefch. Den 7 Oótober 1773. 986 Publicatie van de Skaten van Holland, waar by gearrefteerd worden de Formulieren der Aéten van Admisfie, zoo voor Tappers en Herbergiers, met opzigt tot de Brandewynen , als voor kleine brandewynverkoopers of zoogenaamde Flesfianen. Den 5 Oélober 1773. 987 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, raakende de verligting der Ingefetenen van Diftriélen , waar over compofitie is verleend om, alvorens de goederen van elders te ontbieden een behoorlyk Billiet te haaien , en den Impost te betaalen. Den 19 Maart 1774. 988 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorzieningen tegen het fraudeeren van den impost op de Brandewynen en gedisteleerde Wateren. Den 1 October 1774. 988 Publicatie van de Staaten van Holland, raakende de verpligting van de Verwerkers van Wynen, Meede en Azynen, Brandewynen &c. den 1 Oélober 1774. 991 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende de ptenaliteit tegen de geenen, die Mout van Gerst zonder aangeving en Billiet ter Molen verzenden. Den 18 January 1776. 99i Publicatie van de Staaten van Holland, raakende de verpligting tot betaafing van Impost door de geenen, die Rytuigen op naam van den Stalhouder aanleggen. Den 17 Mey 1776. 992 Publicatie van de Staaten van Holland, tot verklaring van eenige bedenkelykheden in het Middel van de KofTy en 1h.ee fubfisteerende. Den 17 Mey 1776". 993 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de hermeeting van het Graan-* wanneer 'er fufpicie valt , dat in eenige Zakken overmaat gevonden word. Den i8Meyi77& 994 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk hec verimposten van het Meel, dat naar de Colonie van Surinamen, of elders in de Westindien verfonden word. Den 28 Maart 1777. 997 Publicatie van de Staaten van Holland, tot renovatie en ampliatie van voorige ordres omtrent het jaarlyks vernieuwen van den Eed, door de Trafiquanten, Neeringdoende Luiden en Bediendens of Werkers van eenige Waaren Impost fubjeót. Den 3 December 1777. 998 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het inbrengen van Meel, Brood, Vleesch of Spek, van de Dorpen en het platte Land in den Hage. Den 23 February 1778. 999 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word hfgeflagen een verzoek van den Bierbrouwer te Ameyden, om te hebben declaratoir, dat de Bieren, te Ameyden gebrouwen, te Vianen niet zouden mogen gehouden worden voor Buiten Bieren. Den 15 Mey 1778. 1000 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Befchuit, by de Broodbakkers gebakken, niet andeis moet worden geconfidereert, dan al het andere Brood, dat defelve bakken. Den 2 July 1778. 1QOZ Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewezen een verfoek van de Marktfchippers van Geertruydenberg, ten einde geene Brouwers hunne Bieren met hunne eigene Schepen of Rytuigen zouden mogen verzenden. Den 20 November 1778. 1002 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende eenige voorzieningen tot weering der fraudes in het middel van de Brandewynen en gedistilleerde Wateren. Den 18 December 1778. 1003 Publicatie van de Staaten van Holland, tot nadere verklaaring van den plicht der verwerkers van Bieren, Wynen en Brandewynen, Den 31 Maart 1779. 1004 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van vrydom van Imposten op de Groove Waarenen Rondemaat,tot opbouw van het Regthuis te Westzaanen word afgeflagen. Den 8 Juny 1780 1004 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende , dat de geenen die ten platten Lande de Tappery van Wynen en Bieren afzonderlyk willen exerceeren, alvorens van het Gerecht Acte van Admisfie moeten obtineeren. Den 3 Mey 1782. 1005 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Ballast, aan de refpeélive Admiraliteiten gelevert wordende, van het recht op de Waag word geëxhneert. Den 6 Augustus 1783. 1005 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Vrydom van Impofitien tot de Armen en Godshuifen der Roomfchgezinden geëxtendeert word: — En Commisforiaal het verleenen van gelyke vrydommen aan die van de Joodfche Natie. Den 22 January 1785. ioo5 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaalingen omtrent de verleende vrydom van Impofitien aan de Armen en Godshuifen der Roomschgefinden. Den 8 December 1785. 1007 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het vervalfchen van Koorn- of Mout-Wynen of gediftilleert. Den 17 December 1785. 1008 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling omtrent de verleende vrydom van Impofitien van de Armen en Godshuifen, met opligt tot het platte Land. Den 10 January 1780". 1008 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen den invoer vanvreemg de  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. de Styfzel binnen deefe Provincie. Den 3 July 1787. 1009 Publicatie van de Staaten van Holland, hou dende verklaaring, aan welke Diaconie-Armen het aandeel in boeten, wegens contraventien verbeurd, moet worden uitgekeerd , wanneer een Hollands Ingefeten buiten de plaats van zyn Domicilie is aangehaalt en gemuléteert. Den 21 Augustus 1781. 1010 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewezen een verfoek van verfcheide Bakkers in het Eyland van OverFlacquée, ten einde bevryd te zyn van de betaaling van Impost van het Graan, dat door den Molenaar voor Maalloon word ingefchept. Den 12 Mey 1790. 1011 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot elucidatie van het 65 Art. der Ordonnantie op 't Gemaal. Den 28 April 1791. 1012 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden geauctorifeert, om, den nood zulks vereisfchende, op verfoeken van dispenfatie van zommige Articulen der Ordonnantie van 't Gemaal furcheahce te mogen verleenen. Den 6 Mey 3791. 1013 Refoiutie van de Staaten van Holland, dienende tot elucidatie van het 23 en 3S Art, der Ordonnantie op 't Gemaal. Den 19 Mey 1791. IOi3 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring dat de Molenaars te Oosten Westzaandam voor de wederzydfche Bakkers en Ingezetenen malen mogen. Den 11 Augustus 1791. 1014. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende finaal verbod van het bakken en verkoopen van Boekweiten Brood. Den 1 September i7§>r. 1015 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het jaarlyks vernieuwen van de Eeden door de Trafiquanten, Neeringdoende Luiden, en Bediendens of Verwerkers van Impost fubjeéle Waaren. Den 16 December 1791. 1015 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewezen een verzoek van eenige Chirurgyns ten platten Lande, om vermindering van den Jmpost op het houden van Chais en Paard. Den 27 April 1792. 1016 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot executie van zekere Refoiutie van haar Ed. Gr. Mog. waar by de 2e en ioe Art. van de Ordonnantie op bet Beeftiaal, met opzigt tot de In- en Opgezetenen, aan de confinien van andere Provintien woonende. Den 12 October 1791. 1017 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorziening tegen het fraudeeren van den Impost op het Beeftiaal. Den 17 Mey 3793. 1019 Zevende BOEK, agtste Titul. Behelzende de Ordonnantiën, Pub- licatien en Refolutien van den tiuintigften en veertigften Pe?ming over Holland. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, hoedanig een Vrouw verpligt is Collateraal te betaalen van een gelegateerd Vrugtgebruik aan haar doorhaaren overleden Man gemaakt. Den 26 Maart 1761. 1019 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring i". dat 't Collateraal van Lyfrenten betaald moet worden, zonder aftrek der iooe Penningen. — 20. dat van Obligatien tot pneftatie eener donatie verkogt, het Collateraal mede moet betaalt worden. -— En 30. dat Militaire Officieren , buiten de Provintie gedomicilieert, fchoon op dezelve gerepartieert, van vreemde Effecten, door hen buiten de Provintie geërft, geen Collateraalen verfchuldigt zyn. Den 24 Maart 1762. 1020 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat van Goederen, by iemand van zyn Groot ader geërft, en door zyn overlyden ex capite fideicommisji op zyn Zuster en Broeders gedevolveert, alleenlyk de ttvintigften Penning wegens \ Collateraal behoeft betaalt te worden. D % 19 Mey 1762. 1021 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat, wanneer diverfe partyen van vaste Goederen, leggende in een Diftriél, by een Verkooper geveilt, en by een Kooper gemeint worden, den Kooper competeert de Vryheid, om daar van te requireeren één of meer Transporten Den 29 July 1762. 1022 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal betaalt moet worden in het geval, dat een Testateur zyn Broeders en Zusters had geinftitueert in de revenuen zyner nalatenfchap, en in den eigendom de langstlevende van hun Den 9 Juny 1763. 1023 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende , dat by overlyden van den Man, geen Collateraal behoeft betaalt te worden van een vast goed, dat uit Penningen vim de Vrouw, buiten gemeenfchap van Goederen en van winst en verlies getrouwd zynde, was aangekogt, en op naam van den Man gefield. Den 17 Juny 1763. 1026 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat een Schoonvader de revenuen van eenige capitaalen aan zyn Schoonzoon, en den eigendom op de Kindskinderen gemaakt hebbende geen Collate. raai verfchuldigt is, ten waare alle die Kinderen voor den Lyftogter komen te ftërvem Den 13 September 17Ö3. 1027 Re.  Volgens de Methodifche verdeeling van het Werk. Refolütie van de Staaten van Holland, tot obfervantie van de Refoiutie van 9 Juny 176« n}er boven gemeld tot een bafis en srond'in«eIyke gevallen. Den 15 September 170-3. 1028 Refolüa'e van de Staaten van Holland, tot obfervantie van de Refoiutie van 17 Juny 1763, hier boven gemelt, tot een balis en grond in dergelyke gevallen. Den 20 September 1763. 1028 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot interpretatie van de Ordonnantie wegen den tachtigften Penning in den Lande van Vianen. Den 27 Maart 1764. 1029 Refoiutie van de Staaten van Holland, hoedanig 't Collateraal moet worden betaalt door eene Weduwe, die buiten gemeenfchap van goederen, dog met beding om in winften en verliefen te mogen deel nemen was getrouwt: terwyl naderhand by uiterfte wille de gemeenfchap van goederen was gemtroduceert. Den 22 Juny 1754. io3° Publicatie van de Staaten van Hol/and, raakende betaaling van het recht van den XL. Penning by het verkoopen van vaste goederen met Hypotheequen befwaart, en welke Hypotheequenby den Kooper in mindering van den Koopfchat ten zynen lasten worden overgenomen. Den 30 Oélober 1766. ' I03° Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word geen XL. Penning verfchuldigt te zyn in een geval, dat ter Setarye was gedaan provifioneele bekendmaaking , wegens de verkoop van zeker vastgoed', dog waar van het Transport door weigering van den kooper geen voortgang hadde gehad. Den 7 February 1768. 1031 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat, een Vrouw, buiten gemeenfchap van goederen getrouwt geweest zynde, geen Collateraal verfchuldigt is van die goederen, welke haar in eygendom toebehooren fchoon op naam van den Man geboekt ftaande. Den 10 Maart 1768. : l?v Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dat in de taxatie van Effe&en in Engelfcne en Franfche Fondfen tot betaaling van het Collateraal, geene provifie ofcourtagie, nog loopende dividenten en renten moeten worden afgetrokken. Den 17 Mey Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende de qusestie, of de Erfgenaamen van een Raadsheer, wegens de Provincie van Zeeland in 't Hof fesfie gehad hebbende, gehouden zyn in de Provincie van Holland Collateraal te betaalen. Den 9 Maart 1769. 1034 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat 't Collateraal ook moet worden betaalt van beleeningen op Koopmanfchap- pen, of wel van Actens Obligatoir deswegens gepasfeert. Den 31 Augustus 1769. 103S Refoiutie van de Staaten van Holland, tot reftitutie van Collateraal, in de Provintie van Holland betaalt van zekere fomrae oud Ca* pitaal Actiën in de Oost-Indifche Compag nie ter Kamer Zeeland, en waar van in laatstgemelde Provintie defelfde Impost op nieuw ge vordert werd. Den 23 November 1769. 1036 Refoiutie van de Staaten van Holland, totreftitutie van Collateraal, abufivelyk betaalt van eenige 'sLands Obligatien, op welke ten behoeven van minderjarige Voorkinderen, voor derfelver moederlyke Nalatenfchap vertichting was gedaan. Den 5 October 1770. 1037 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat van de Goederen en Effecten der Roomfche Paftoryen, alle drie en dertig jaaren, wegens Collateraal alleenlyk de twintigfte penning betaalt moet worden. Den 16" Maart 1771. 1039 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek om reftitutie van betaalden XL. Penning, wegens den Koopprys van zekere Heerlykheid, in den Lande van Vianen gelegen, dog van de Provincie van Holland te leen gehouden wordende. Den 5 September 1771. 1039 Nadere Refoiutie van de Staaten van Holland , betrekkelyk de qusestie, of van den Boedel van een Raadsheer, wegens de Provintie van Zeeland in 't Hof fesfie gehad hebbende, in de Provincie van Holland het Collateraal betaalt moet worden. Den 6 Mey 1772. 1040 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat van een Boedel, die door den Erfgenaam was gerepudieert, en aan de Crediteuren overgegeven, geen Collateraal behoeft te worden betaalt. Den 21 January 1773. 1043 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat men, met opfigt tot de verpligting van 't Collateraal, kan volftaan met een declaratoir onder eede van niets geërft, nog verkregen te hebben, den Collateraalen Impost fubject, zonder toï exhibitie van het Testament gehouden te zyn. Den 18 December 1773. 1043 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat by het overlyden van den Man geen Collateraal verfchuldigt is van de Goederen, welke de Vrouw onder zeker verband en reftrictie, ftaande huwelyk van haaren Broeder had aangeërft, en welke alfoo in de gemeenfchap niet gekomen waaren. Den 15 April 1774. i°45 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat twee Zusters, die een Boedel gemeenfchappelyk met hunnen Broeder befeten hadden, by desfelfs over- g 2  Tafel en Aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën v &c. lyden alleen voor een derde Collateraal verfchuldigt zyn, fchoon de Effecten alle op naam van dien Broeder getransporteert waren. Den 16 Maart 1775. 1045 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gelast word van zekere vernietigde Koop den dubbelden XL. Penning, en tiende Verhooging, te betaalen. Den 18 Mey 1775. 1046 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat ook van den Impost op de Collateraale fuccesfie de tiende verhooging betaalt moec worden. Den 22 July 1775- I047 Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende verpligting tot betaaling van 't Collateraal in een geval, dat de Ouders m het Vrugtgebruik, en de Kinderen, onder den Jast van Fideicomwis in den eigendom geinftitueert zyn. Den 16 July 1776. 1048 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het doen eener Aanfchryving aanderefpective Ontfangers van 't Collateraal, om ook van dien Impost de tiende verhooging in te vorderen. Den 5 Oef ober 1776. 1049 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat een onecht en gelegitimeerd Kind, door desfelfs Vader, tot Erfgenaam geinftitueert, geen Collateraal verfchuldigt is. Den 21 Maart 1777. 1050 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal te berekenen van Obligatien en Effecten, die op PJantagien in de Westïndien gelegen, zyn genegotieert. Den 16 January 1778. 1053 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal betaalt moet worden van beleende Obligatien. Den 5 September 1778. 1054 Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende de betaaling van 't Collateraal van een Vrugtgebruyk, het welk by affterven op de Descendenten moet devolveeren. Den 3 February 1780. 1055 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by. verklaard word geen Collateraal verfchuldigt te zyn van een Huys, door den overledenen verkogt, dog waar van het Transport buiten fchuld van den verkooper voor desfelfs affterven niet was gefchied. Den 25 Mey 1781. 1058 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat by overlyden van den fiduciairen Erfgenaam geen Collateraal verfchuldigt is van Effecten, die uit contante Penningen in des Testateurs Boedel gevonden , waaren aangekocht. Den 25 Mey 1781. 1059 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Diaconien , Kerk, en Godshuifen van de Mennonite of Doopsgefinde Gémeentens van den Impost op den XL Penning worden vry verklaard. Den 8 Maart 1782. 1059 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat geen Collateraal behoeft betaald te worden van een Buitenplaats, door den overledenen verkogt, dog buiten - zyn fchuld voor zyn affterven niet getransporteerd. Den 27 Mey 1784. 1060 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat geen Collateraal behoeft betaald te worden van de helft der vaste Goederen en Effecten, dooreen Man geërft van zyn Vrouw* terwyl de boedel van defelve Echtgenooten zig in een zeer gedelabreerden ftaat bevond. Den 2 December 1784. 1060 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word dat een Weduwe, die haar overleden Mans boedel wel niet hadde geabandonneert, dog daar van niets geërft, nog verkregen, geen Collateraal gehouden was te betalen. Den 11 January 1786'. 1061 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende , dat geen Collateraal behoeft betaalt te worden door een Broeder, op wien zekere erf portie, door het minderjaarig affterven van zyne Zuster, eer zy de posfesfie daar van had aanvaart, gedevolveert was. Den 24 Mey 1789. 1061 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat wederom geen Collateraal behoeft betaalt te worden van goederen, door een Man van zyn Vrouw geërft, en door zyn overlyden op zyne Dogter gedevolveert. Den 14 Mey 1789. 10Ö4 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek om reftitutie van het geen wegens Collateraal volgens gerechtelyk gedaane tauxatie meerder betaalt was, dan het goed by verkoop bevonden was gegolden te hebben. Den 8 Maart 1790. IOr55 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geaccordeert word een verfoek, om jegens een verfuim van aangeving van Collateraal, en de daar door geincurreerde poenaliteiten, gereleveert te worden. Den 28 July 1790. 1066 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verleend word dispenfatie van het 4 Art, der Ordonnantie op''t Collateraal, ten dien effecte, dat van een vruchtgebruik, flechts 27 dagen genoten, de berekening van het Collateraal naar rato van dien tyd gefchieden zoude. Den 16 July 1791. 1067 Refoiutie van de Staaten van Hólland, waar by gelast word Collateraal te betaalen van Obligatien op Vriesland, offchoon in die Provintie geen Collateraal fubject zynde. Den 27 July 1792. 1068 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat van zekere Contracten, op Frankryk, behelfende, dat voor de gefurneerde gelden, aan den Belegger,, en na zyn dood aan zekere genoemde Perfoonen , eene jaarlykfche Rente zoude wor • den  Volgens de Methodifclïe verdeeling van het Werk. den betaald, de GóiktémXe Impost verfchuldigt is. IXvj i- Mey 1793. 1069 Refoiutie van Je Staaten van Holland, houdende verklwrins , dat Collateraal betaalt moet warden van Obligatien ten lasten van de lingellche Princen. Den 20 December 1793- I070 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by zekere Provintiaale Recepisfen van het Middel van de Collateraale Succesfie worden vry verklaard. Den 2 December 1794. 1071 Zevende BOEK, negende Titül. Begrypende alle de Placaaten en Ordonnantiën op het klein Zeegèl. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring dat tot zeker Contract of Sociëteit van Contributie, waar toe de contribuanten van tyd tot tyd accedeerden, alleenlyk één Zegel nodig was. Den 16 September 17Ö2. J072 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring, dat het 51 Art. der Ordonnantie van 't Zegel niet applicabel is op dispofitien van Legaten, geene uitdrukkelyke verbanden contineerende, maar alleenlyk een recht van Legaal verband voor de Legatarisfen involveerende. Den 7 September 1764. 1072 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van Regenten van het Aalmoefeniers Weeshuis te Amfterdam om van de redemtie*van het Zegel bevryd te zyn, word afgewefen. Den 20 juny 1767'. 1073 Publicatie van Gecommitteerde Raaden, van Holland, tot elucidatie van het 10 Art. yan de Ordonnantie op het Zegel te lianen , betrekkelyk het Zegel tot de Rekeningen van verdienften en leverantien aan de Stad «Sec. Den 9 July 1771- I074 Publicatie van de Staaten van Holland, tot elucidatie van het 49 Art. der Ordonnantie op het Zegel, betrekkelyk het Zegel, dat tot Huwelykfche Voorwaarden word ' vereischt Den 1 September '1773. 1074 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by eert verfoek van Diaconen der NederdüitCche Gereformeerde Kerken in 's Hage, om van de redemtie van het Zegel bevryd té zyn, word afgewezen. Den 23 November 1774. I07S Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek, om de redemtie van het Zegel eener A1249 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verbod tegen het houden van winkel ten platten Lande, als mede het op- en uitflaan van Koopmanfchappeh, op de' Limiten van den Staat, om en by de Stad Sas van Gent. Den 29 October 1787. 1250 Tiende BOEK, Vierde Titul. Behelzende de Pilitagie, Loot/en, en vuuringe langs de Stranden. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot verhooging van het Vuur - geld; — ordre tot het doen branden der Vuuren ook in de drie fomer - maanden; — en exemtie van het Vuurgeld voor de Schepen, die het zelve eens betaalt hebbende, door ftorm genoodzaakt worden weder binnen te loopen. Den 28 July 1762. 1251 Placaat van de Staaten van Holland, tot continuatie van het verhoogde Vuurgeld. Den 31 July 1705. 1252 Refoiutie van de Staaten van Holland, behelfende het Formulier van den Eed voor de Ontfangers der Vuurgelden, die van tyd tot tyd door den Ontfanger Generaal der Vuurgelden benoorden de Maaze worden aangeftelt. Den 16 Maart 1769. 1253 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, welke Schepen begrepen zyn onder de benaaming van Bmne landsvaarders, die tot onderhoud van de Zuyder Zee Vuuren moeten contribueeren. Den 2 July 1773. 1254 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by eenige Vlielandfche Lootslieden, zig over Vonnisfen van Commisfarisfen van de Pilotagie beklaagende, en deswegens de intercesfie der Staaten van Vriesland geimploreert hebbende , tot het Middel van Appel aan Gecommitteerde Raaden worden gerenvoyeert. Den 6 April 1780. 1255 Publicatie van de Staaten Generaal, tot heffing van zekere belasting, onder den naam van het Borcumfche Vuur- en Eakengeld. Den 3 September 1781. \>^6 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Secretaris by het Colkgie van Commisfarisfen toe de Zarken van de Pilotagie benoorden de Maaze, een vast Tractement 's jaars word toegelegt. Den 11 February 1785. I257 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan de Ëygenaars of Schippers van Schepen, Jachten en Vaartuigen , die tot becaaüng van de Binnen Vuur gelden gehouden zyn, tot het haaien van Vuurlooden. Den 3 December 1790. 1258 Tiende BOEK, vyfde Titul. Raakende de zaaken van de Oost Indifche Compagnie. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Bewindhebber van de Oost-Indifche Compagnie by dispenfatie word gepermittert, om zes (lukken yzer Kanon aan gemelde Compagnie te mogen verkoopen en leveren. Den 26 April 1774. 1259 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by het Oétroy voor de Oost - Indifche Compagnie provifioneel voor nog twee Jaaren word geprolongeert. Den 5 December 1774. 1260 Publicatie van de Staaten Generaal, tot Prolongatie van het Oétroy van de Oost-Indifche Compagnie voor twintig jaaren tot 1796 incluys. Den 12 December 1770". 12ÖI Refoiutie van de Staaten van Holland, waar byaande Oost-Indifche Compagnie verleend word furcheance voor een jaar, ten aanzien van de afiosfing van Capitaalen op Recepisfen wegens anticipatie Penningen; met verbod aan de houderen, om hun verfchuldigde, zoo wegens inkoop van Goederen, als anderzints, daar tegen te mogen rescontreeren. Den 6 February 1781. 1162 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Commisfarisfen van de defolate boedelkamer der Stad Amfterdam worden ontilagen van de verpligting, om by het ontfangen van gagiën by de Oost - Indifche Compagnie Cautie te moeten Hellen. Den 9 Mey 1783. I254 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Bewindhebberen van de Oost - Indifche Compagnie worden geauétorifeert, om eenige hunner Speceryen reeds ten behoeven der Provincie verbonden, voor een korten tyd te mogen beleenen. Den 31 July 1787- 1265 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de bevoorens aan de Oost-Indifche Com- pag.  Volgens de Methodifche verdeeling vm het Werk. pagnie verleende Sarchemche nopens de aflosfmg van Andcipacie- penningen, nader word geconwweert. Den 30 January 1789. I2<5ö Placaat van de Staaten Generaal, tegen den invoer van vreemde Thee. Den 14 July 1166 Tiende BOEK, Zesde Titul. Raakende de zaaken van de West - Indifche Compagnie. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot obfervancie der Politique Ordonnantie nopens de Succesfie ab inteflato op St. Euftatius. Den 18 April 1763. 1268 Refolude van de Staaten Generaal, waar by word vast gefield, dat de Vaart naar en van Surinaamen niet anders mag gedaan worden, dan met Schepen, binnen deefe Landen gebouwd en geëquipeerd. Den 24 February 1767. 1209 InftruéHe voor den Directeur Generaal over de Noord- en Zuyd - Kusten van Africa. Den 21 November 1768. 1269 I-ftvuctie voor den Gouverneur Generaal over de Colonie van Surinamen. Den 17 November 1769. 1279 Refoiutie van de Staaten van Holland , raakende de vrye verfendir-g van Vivres, en in 't byfonder van Meel, naar de Colonie van Surinamen. Den 18 Augustus j 770. 1284 Refoiutie van de Staaten Generaal, op een uitgebragte Dscifie van zyne Hoogheid, waar by aan de gefamentVyke Ingezetenen der RepubJicq de vrye en algemeene VaarE op de Colonie Esfequebo en Demerary word toegekend. Den 15 Oélober 1770. 1286 Reglement, contineerende reflriétien en bepaalingen , onder welke de Vaart en Handel op de Colonie van Esfequebo en Demerary voor alle de Commercieerende Ingezetenen van den Staat word open geflelt. Den 6 December 1770, 1288 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan de Ingefetenen van de Colonie Esfequebo, tot het bewyfen van refpeét en gehoorzaamheid aan den Directeuren Raaden van defelve Colonie. Den 23 Maart 1772. 1290 Placaat van de Staaten Generaal, tot aanmoediging van den Negerhandel indeWest-Indifche Colonien. D-n 24 November 1789. 1291 Reglement van de Staaten Generaal, op de Vaart van vreemde Vaartuigen in de Colonien van Esfequebo en Demerary. Den 21 January 1793. — Benevens de Publicatie van het zelve door den Raad der Colonien van den Staat in de West - Iadiën. Den 29 January 1793. 1293 Reglement van de Staaten Generaal, tegert het vervoeren van Produéten uit de Colonien van Esfequebo en Demerary, naar elders buiten het Territoir der Vereenigde Nederlanden. Den 21 January f793. Benevens de Publicatie van het zelve door den Raai der Colonien van den Staat inde West-Indien. Den 29 January 1793. IS94 Tiende BOEK, zevende Titul. Betreffende den Levantfcben, 3Ius~ covjfchen- en Noordfchen Handel en Vaart. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Ingefeerenen van deefen Staat, in de Levant geëtablisfeert, om zig in hunnen Handel of Commisfien met de Onderdanen van den Grooten Heer of met andere Vreemden te mogen asfocieeren. Den 16 January 1709. 129Ö Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende proviftoneele voorfieninge , tot weering van ondernoroene bevrachtingen van onderfcheide Vreemie Scheepen uit de Levant naar Holland Den 21 Mey 1770. 1297 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by x de bediening van Infpeéteur en Meeterder Houtfcheepen, op Noorwegen vaarende, word gcmortificeert. Den 28 Augustus 1770. 1297 Tiende BOEK, agtste Titul. Raakende de Groenlandfche vaart 9 Walvisvangst, groote en kleine Fisfcheryen ter Zee, als mede in de Rivieren en Binnenwateren, Placaat van de Staaten Generaal, waar by aan de Schippers en Matroofen, op Ysland vaarende verboden word, om van hier eenige Tabak, Genever, Brandewyn, of andere Waaren mede te nemen, en daar meede in Ysland by verruiling of anderfinta handel te dry ven. Den 15 February ƒ762. 1299 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het onbehoorlyk zetten van Salmfleeken in de Rivieren de Merwede en Maaze. Den 17 September 1762. 1300 RefoJutie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie, tegen welke Perfoonen door de Officieren uit kragte van 't Placaat tegen het zetten van Salmfleeken geageert moet worden. Den 2 November 1764. 1301 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van 't Placaat van 31 Mey 1752 , raakende het brengen van den Hai 2 ring  Tafel en aamyyzingé der placaaten, Ordonnantiën, &c. ring aan den Afilag in eene van de befloten Steden deefer Provintie. Den 4 January 1765. 1301 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het Placaat van r 6 February 1709 (op het Visfchen in de Rivieren , Meeren, en Binnen-Wateren ,3 niet applicabel is op Droog-Makeryen. Den 7 April 1775. 1302 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorfieningen, ter opbeuring van deh kvvynenden Haring-Vaart. Den 19 Mey 1775- 1303 Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het Schutten en Schieten van kleine Visch. Den 29 juny 1775. 1300" Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het Visfchen van Afgefetenen op de Stroö men en Binnen-Kusten derfèlve Provintie. Den 29 Juny 1775*- I3°S Placaat van de Staaten Genetaal, houdende verbod, om ten behoeven van andere uitheemfche Natiën, hier te Lande te mogen bouwen en uitrusten Vischhoekers met Bunnen , waar mede de Kabeljauw Vangst op de Noordzee word geëxerceert. Den 5 January 177^ 1309 Renovatie - Placaat van de Staaten Generaal, tegen het nemen van dienstin vreemde Visfcheryen. Den 3 Mey 1786. 1310 Placaat van de Staaten van Holland, houdende verbod tegen het fleepend Visfchen met twee aan een gehechte Botters langs en door de Zuyderzee en het Ye. Den 15 December 1780". 1312 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by ten behoeven van de Groenlands en Straad Davids Vaarders, als mede de Schepen ter Groote Visfcherye of Haringvaart uitloopende, voor twaalf jaaren Pnemien geaccordeert worden. Den 17April 1788. 1313 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by een Prsemie geaccordeert word, tot aanmoediging van de Zout-Haring en BoekingVisfcherye. Den 17 April 1788. 1314 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by een Prarmie geaccordeert word, tot encouragement van de Yslandfche Visfchery. Den 9 April 1789. 1314 Renovatie van bet Placaat van 17 April 1715, tegen het zenden van ongekeurden Haring naar de Wezer en de Elve. Den 18 Mey 1789. 1315 Tiende BOEK, negende Titul. Raakende de Commercie en Koophandel in het Gemeen. Publicatie van de Staaten van Holland , waar by verboden word, Wynen, Gedisteleerde Wateren, Azyn, Tabak, groene Zeep, en Styfzel, uit de Provincie van Zeeland in die van Holland, anders dan in de aliergrootfte Fusten in te voeren. Den 24 Maart 1762. 1316 Publicatie van de Staaten van Holland, tot alteratie van derfelver Publicatie van 24 Maart 1762 tegen den invoer van verfcheide Waaren uit de Provincie van Zeeland. Den 1 April 1763. 1317 Placaat van de Staaten van Holland, houdende verbod van uitvoer van Hooy en Stroo uit defelve Provintie, tot nader ordre. Den 10 Juny 1763. 1318 Placaat van de Staaten van Holland, waar by de uitvoer van mager Vee, met uitzondering van het vet enllagtbaar Vee word open geftelt. Den 7 November 1760". 1318 Placaat van de Staaten Generaal, tegen den invoer van vreemde gefneede en gefatfoeneerde Kurken. Den 29 April 1707, 1319 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het vervaardigen en debiteeren van met valfche eouleuren gedrukte Catoene Lywaaten. Den 3 November 1767. 1320 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het inkoomen en debiteeren der Leuvenfche Diefter, en andere buytenlandfche gebrouwe Bieren, in uitheemfche Tonnen geflagen. Den 24 April 1769. I32i Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het venten en te koop voeren van Glaafen, Kruiken, Kannen, Keulfchen en andere Potten of Aarde werk. Den 13 Mey 1709. 1322 Placaat van de Staaten Generaal, tot continuatie van 't verbod van uitvoer van Lompen, Vischwant, oud en afgefleten Touwwerk, tot voordeel van de Papier-makeryen hier te Lande» Den 9 Augustus 1769. 1323 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende eene belasting op het Glas, van elders in deefè Landen ingevoerd wordende. Den 5 September 1769. Placaat van de Staaten van Holland, op den invoer en uitvoer van het Rundvee. Den 6 December 1769. 1325 Refoiutie van de Staaten van tlolland, tot in ftand houden en bevoordeling van de Hoedemakeryen binnen defelve Provincie. Den 20 January 1770. 1gg2 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het kwalyk havenen en behandelen van de Hennip. Den 5 July iy7o. 1334 Placaat van de Staaten van Holland, houdende renovatie van het verbod van uitvoer van Hooy en Stroo. Den 13 July 1771. 1335 Placaat van de Staaten van Holland, houdende provifioneele bepaaling van de te groote confumtie van Graanen in de Mouteryen en Brandewynftokeryen binnen defelve Provintie. Den 20 December 1771. 1336" Publicatie van de Staaten van Holland, houdende alteratie in het Placaat van 20 December 1771, tegen het onbepaald gebruik van Graanen in de Branderyen. Den 18 Maart 1772. 1339 Pu-  Volgens de Metfiodifche verdeeling van her Werk. Publicatie van de Staaten Generaal, houdende eene belasting op de vreemde Bieren. Den 17 Mey i773> Pag. 1340 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening tegen het doen van Asfurantien op ongezegelde Policen. Den ï3 jvovember 1773. 1341 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by om de Inlandfche Fabricq van Lakmoes te favorifeeren, de in- en uitgaande rechten van defelve bepaalt worden. Den 16 Mey 1774. 1342 Publicatie van de Staaten Generaal, tot bepaaling van den uitvoer van Hoepen en Hoephout. Den 23 January 1775. 1343 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het aangaan van zoogenaamde Proeraien - Contraéten en Optie-Partyen, in het koopen en verkoopen van Olye en Olye - Zaaden. Den 9 Mey 1775. 1344 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het buiten 'sLands vervoeren van Keetels, Helmen, Slangen, en andere Gereedfchappen tot Branderyen behoorende. Den 3 r January 1776. J345 Placaat van de Staaten Generaal, houdende bevel, om het valfche Goud- en Zilverdraad op Gaaren, en niet op Zyde te mogen fpinnen. Den 17 Mey 1776. 1347 Publicatie van de Staaten van Holland, tot renovatie van het Placaat van 22 July 1644, tegen het zoeken van Neeringe door Keetelaars, geene Burgers en Gildebroeders zynde. Den 17 January 1777. I348 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het opflaan en vergaderen van, mitsgaders het venten en omloopenmet Schoenmakers Werk ten platten Lande. Den 23 January 1777- 1349 Placaat van de Staaten van Holland houdende vei bod , om de buiten defelve Provincie gefabriceerde Lakenen, door het hegten van Looden of andere teekenen, te doen voorkoomen, als binnen de Provincie gefabriceert. Den 13 Maart 1778. 1349 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen den invoer van Schoenmakers Werk binnen dezelve Provintie. Den 15 April !778. Pag. 1350 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het namaaken, en naar vreemde Landen verzenden, van Werktuigen en Gereedfchappen, tot het fabriceeren van Papieren noodig. Den 14 Mey 1781. 1351 Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het namaaken, en naar vreemde Landen verzenden , van Lootwitmolens en gedeeitens van dien, mitsgaders de Werktuigen en Gereedfchappen, tot het fabriceeren van Loodwit noodig. Den 2 December 1782. 1352 Placaat van de Staaten Generaal, tegen den uitvoer van Paarden uit deefe Landen. Den 1 November 1784. 1353 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod , om geene Pyp-Gereedfchappen naar buiten 's Lands te mogen vervoeren. Den 7 February 1788. 1354 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het kwalyk behandelen van het Vlas door de Vlasbouwers of hunne Arbeiders. Den 30 July 1790. 1355 Publicatie van de Staaten van Holland, tot maintien van de Pypenmaakers te Gouda in het genot van de aan defelve verleende Octroyen. Den 19 Mey 1791. 1356" Waarfchouwing van de Staaten van Holland, tot obfervantie van de Placaaten tegen den uitvoer van Hooy en Stroo. Den 12 October 1792. 1358 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het doen van opkoopingen van Hooy en Stroo in de Generaliteit, om naar buiten het Territoir van den Staat vervoert te worden. Den 3 January 1793. i>58 Renovatie Placaat van de Staaten van Holland, tegen den uitvoer van Rundvee. Den 20 Maart 1794. 1359 ELFDE BOEK- "Elfde BOEK, eerste Titul. Behelfende O&royen tot bedykinge en droog*- maakinge van Polders en Plasfen. Oétroy en Reglement tot het bedyken en droogmaakinge van de gecombineerde Plasfen en Wateren, gelegen in de respeétive Ambachten vanSoetermeer, Stompwyken Wilsveen., onder Soetermeer, genaamt de Leyens, vier Bonnen, Langeland en Buitenweg , en onder Stompwyk en Wilsveen genaamt de groote Polder. Den 24 January 1767. 1360 OcTroy rot het bedyken en droogmaken van IX. Deel. zekere Landengelegen in het Ambacht en Polder van Berkel en Rodenrys, mitsgaders in de Heerlykheid van den Tempel. Den 8 December 17(57. 1369 Refoiutie van de Staaten van Holland, dienende tot rigtfnoer van Gecommitteerde Raaden in derfelver advifen op 't ftuk van de Droogmaakeryen. Den 8 December 1767. 1374 Oétroy en Reglement tot het bedyken van een gedeelte der Buitengronden ten Noorden van het Horntje van Texel. Den 18 Mey 1768. 1375 Oétroy tot het droogmaken en bedyken van de groote Klap-Hoekeynde, Oosteyndfche k en  Tafel en aanwyzinge der Placaaten, Ordonnantiën, &c. en Bütterdorpfche Polders, respeétive binnen de Heerlykheden en Ambachten van Bleysvvyk, Hillegersberg en Rotterban geleegen Den 14 January 1769. 1378 Oétroy en Reglement tot het bedyken en droogmaken van de gecombineerde Plasfen gelegen onder Nieuweveen, Zevenhoven, den Uitterbuurt en Calflagen, in de Provincie van Holland, mitsgaders onder Blokland, Hoef en Crommydrechtinde Proostdye van St* Jan, in het Sticht van Utrecht, gefamentlyk uitwaterende met Amltelland. Den 18 January 1769. 1383 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verfcheide bepaalingen en voorzieningen, om de Eendragts - Polder onder Zevenhuyzen tegen inundatie te fecureren, en de ontlasting van het Water te faciliteeren. Den 19 July 1769. 1390 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende eenige nadere bepaalingen, betrekkelyk de droogmaking van zekere Polders, in de Heerlykheden Bleiswyk, Hillegersberg en Rotterban, waartoe reeds op 14 January 1769 Oétroy verleend was. Den 16 Oélober 1771. 1395 Oétroy tot het bedyken en droogmaken van het Ambagt van Schiebroek, voor zoo ver¬ re het zelve is verveent. Den 5 Augustus 1772. jgptf Conventie tusfchen de Provintie van Zeeland, en den Raad van Sraaten wegens zekere Schorren en Polders in Vlaanderen. Den 31 Augustus 1775. I404 Oétroy tot het bedyken en droogmaken der Landen in de jurisdfétie van Biesland, in de Bieslandfche Polder gelegen. Den'14 Maart 1778. l^o6 Reglement op de direétïe en beheering van de Droogmakeryen van Bleiswyk en van de Polders Butterdorp en Oliënde onder Hillegersberg, na dat de Droogmakerye geheel zal weefen voltrokken, en alle de drooggemaakte Landen zullen weefen verkogt. Den 17 July 1778. I41I Uctroy tot het bedyken en droogmaken van de Wateren, in de Polders van Zestienhoven en den Oudendyk gelegen volgens de belendingen daar by gedetailleert. Den 23 Augustus 1786. I41(5 Oétroy tot het bedyken en droogmaken Van zekere Landen, gelegen in de Polder van Schieveen onder Delfland, volgens de belendingen daar by gedetailleert. Den 22 Augustus 1786. H2l R E-  REGISTER En aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën ? Edi&en en Refolutien, £fc. na de ordre des tyds, in het negende Deel van het Groot Placaat Boek begrepen. I742- Pag. Pg^g^^jrdonnantie van de Staaten -7//" ï,-h%i van Zeeland, raakende J Ê$^tm \ net Katos- Wagen- en A wiln/ Paarde-geit. Den 20 September 1742. 1124 LË£fc^e=^Sl Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende het Dienstboden-geit. Den 20 September 1742. ■ 1125 Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende den Impost op het Brandhout, dat van buiten in dezelve Provincie, ter confumtie gebragt en verkocht zal werden. Den 21 September 1742. H25 Ordonnantie van de Staaten van Zee Jand, raakende den Impost op de Luikfche, Engelfche of Schotfche, ende andere Kooien, van buiten in defelve Provincie gebragt werdende. Den 21 September 1742. 1126 1754- \ Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, op het Proeven der SterkeDranken, die van Graanen gedistilleerd zyn; als Mout Brandewyn, Genever, Anys, en Rosfolis, het zy binnen delelve Provintie gemaakt, of van buiten in defelve gebragt wordende. Den 24 September 1754. 1128 1755. Placaat van de Staaten van Zeeland, tot meerdere benificeeringe van de Gemeene Middelen van Confamptie: Het redresfeeren der ingefloopene abuifen. En het weeren der Fraudes en Contra ventien, Den 24 Septem ber 1755. II2Q Ordonnantie van de Staaten van Zeeland , raakende het Dienst-Bodengeld. Den 24 December 1755. ■■ 1750". Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, ter invordering van het Mid- 1750". [Pag. del der gedempelde Bllletten, die de P<;gters van 's Lands Gemeene Middelen gehouden-zyn te gebruiken. Den'21 September 1756". U*3- Nieuwe Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende het Recht van het' klein Zegel. D;m 21 September 17 5 6.1113Ö Inftructie voor de Collecteurs van hetj Zegel in Zeeland. Den 25 Septem-»' ber 1756. ■ — — 1152 Nader Placaat van de Staaten van Zeeland, tot het weeren en tegengaan van de menigvuldige fraudes en fluikeryen, in het ftuk van de Gemeene Middelen van Confumtie gepleegt wordende. Den 8 October 1756. 1153 Refoiutie van de Staaten van Zeeland, tot elucidatie vin eenige printen betrekkelyk de Ordonnantie op bet kleinj Zegel. Den 22 Oótober 1755. Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende den Impost op de Confumtie van Thee, Coffy, en Chocolaadt by quotifatie. Den 7 December 1756. —— 1157 Refoiutie van de Staaten van Zeeland, houdende een/ge bepaalingen raakende het Klein Zegel. Den 20 De- . cemberi756. —*— 1159 1757- Publicatie van de Staaten van Zeeland, tegen het vervoeren van Bieren ten platten Lande, voor het opgaan, of] na het ondergaan der Zonne. Den 12 September 1757. • VlS9 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot Elucidatie, Interpretatie, en Ampliatie , van de Ordonnantie op het Klein Zegel. Den 12 September 1757- —— Iioo Refoiutie van de Staaten van Zeeland, raakende de redemtie van het Klein Zegel. Den 19 September 1757. 1162 Publicatie van de Staaten van Zeeland, concerneerende het verkiefen van Maalfteeden door de Opgefeetenen ten platten Lande, woonagtig onder de Parochiën, alwaar geen Molens kg, g&.  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1757. Pag. gevonden worden. Den 26* Septem1 ber 1757. ——— 1163 1758. Nadere Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende het Familie-Geld. Den 22 December 1758. 1164 1759. Placcaat van de Staaten van Zeeland, tot voorkoominge van de menigvuldige fraudes en {luikeryen, die door het inbrengen van Boekweitemeel, Gort, en diergelyke Speciën , van buiten 'sLands,in dezelve Provincie, gepleegd werden. Den 20 September 1759.\\66 1760. Inftruétie voor den Commis van 's Lands Gemeene Middelen over Zeeland, Den 21 Auguftus 1760. —-—— 1167 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot verhooginge van den Impost op den Moer- en zoogenaamden Zuuring Azyn, van. buiten de Provincie, binnen dezelve gebragt wordende,met één Huiver per ftoop: mitsgaders tot verbod van den invoer van allerlei foort . van Azyn, (óe Franfche Wyn-Azyn alleen uitgezondert) met klein derf Fust, dan in de Oxhoofden. Den i5| j September 1760. ■ 1169 | Publicatie van de Staaten van Zeeland, concerneerende het Billet, tot het in flaan van heele en halve Tonnen Zeep. Den 18 September 1750. nöp i 1761. I Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere voorfieningen omtrent de begeeving der Ampten in den Lande van Vianen. Den 6 January i76i. < 464 Refoiutie van den Raad van Staaten, houdende provifioneele permisfie aan de Bierbrouwers in den Lande van Cuyk, om te mogen brouwen in ongeëykte Brouwketels en Kuypen, om j te gelyk te mogen brouwen en tappen. Den 2 February 1761. ll92 Publicatie van de Staaten van Holland, tot opheffing der Arresten op de goederen van Groningfche Ingefetenen' gedaan, ter zaake van de agterftallige Groningfche Lyfrenten. Den 5 February 1761. " ■ 5QI Placaat van de Staaten van Holland, houdende ordre op het inrigten der Atteftatien de Vita,tot Ontfangst vani Lyfrenten. Den 7 February 17Ö1. f 862 1761. |Pag. Publicatie van de Staaten van Holland] houdende verbod, dat geen Zeehan-j delaarspf Grosfier in Fruiten met een' Slyter in Fruiten mag woonen, in een of het zelfde Huys, of in Huyfen naast elkander ftaande, of met den anderen correspondeerende. Den 7 February 1761. 954 Publicatie van den Raad van Staate, tot ampliatie van de Ordonnantiën op den XL. en XX. Penning, met opzigt tot Goederen, die, voor een langen termyn van jaaren, in Huur, Admodiatie of Erfpacht worden uitgegeven. Den 20 February 1761. H94. Publicatie van den Raad van Staate, tot verligting en foulaas der Ingezetenen van het platte Land van Staats Braband, ten aanzien der Imposten op de kleine Speciën, en het Hoofdgeld. Den 2 Maart 1761. u'Publicatie van de Staaten Generaal, waarby in de Banken van Holfeth, Vaals/ en Vylen voor den tyd van tien jaaren word gefurcheert het recht van Naasting, ten opzigt van Landen en Huyfen, die aan van buiten inkomende perfoonen verkogt worden. Den 261 Maart i7<5r. . 253 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, hoedanig een Vrouw verpligt is Collateraal te betaalen van een gelegateerd Vrugtgebruik aan haar door haaren overleden Man gemaakt. Den 26 Maart 1761.1019 Placaat van de Staaten Generaal, raaken l de het decerneeren van Bannisfemen ten door de Rechters in de Generali teit. Den 15 April 17 61. 67$ Placaat van de Staaten van Zeeland, raakende de ongefegelde Inftrumenten, welke door de [Notarisfen of andere daartoe gerechtigde Perfoonen gepasfeerd zyn, voor dat de Ordonnantie op het middel van 't Klein Zegel van den jaare 1756. vast gefteld was. Den 21 April 1761. ■ 11170 Refoiutie van de Staaten van Holland ,1 waar by aan de cognitie van den Kerkelyken Rechter worden geren-, voyeert zekere differenten over del verkiezing van nieuwe Kerkenraad» 1 Leden , en het doen en onderteeke nen der Armen-Rekening te Werkendam. Den 6 Mey 1761. 2Q(5 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 1 Art. der Ordonn. op de Fruyten, met opfigt tot de Caftanjes. Den 11 Juny 1761. 955 Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het opregten van een Hooge fchool in Zeeland. Den 13 Juny 1761. — 4$3 Re-  Edicten, &c. na de ordre des tyds. 1761. 1Pag- Renovatie-Placaat van de Staaten van Holland tegen het misbruiken van de Tonnen van de Bier- en Azyn-Brou wers. Den 16 Juny 1761. 254 Refoiutie van de Scaaten Holland, tot het verbeteren der Rym-Pfalmen. Den 19 Juny 1761. — 207 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Pondgaarders te Rotterdam word toegedaan gelyk recht van Heivindicatie omtrent Graanen, rond en plat Zaad, voor hunne meesters by hun om contant geld verkogt als aan de Eigenaars competeert. Den 23 July 1761. Soa Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verzoek van den Muntmeester derzelver Provintie, om onder beneficie van zekere offerte, voor zyn privé rekening goude Ryders te mogen Munten. Den 25 July 1761. 841 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy eer approbatie van de Hollandfche Maatfchappy der Wetenfehappen te Haarlem. Den 30 July 1761. ' 255 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het reprimendeeren van den Emeritus Predikant Holtius, die zig in zekere gefchriften over Kerkelyke gefchillen zeer onbefcheiden gedragen had. Mitsgaders Placaat van defelve Staaten, tegen het uitgeeven van Werken over Theologifche Stoffen, zonder naam van den Autheur, enl zonder Kerkelyke approbatie. "Den\ 4 Augustus 1761. • — 208 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende verbod, om eenig Graan in ongemerkte zakken aan de Molen te mogen brengen. Den 7 September 1761. 1171 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een gewefen Pagter van de gemeene Lands Middelen om oude reftanten van gepagte Middelen voor Schepenen Commisfarisfen te mogen invorderen. Den 12 September 1761. 732 RefoJutie van de Staaten van Zeeland, waar by alle Aanbrengers van Fraudes gerechtigd verklaard worden tot het aandeel der Boeten van het Generaal Placaat van den jaare 1637. Den 14 September 1761. 1 J171 Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, op het Recht van den vyftigflen Penning, by vervreemding van alle onroerende Goederen, in defelve Provintie gelegen. Den 15 September 1761.1172 Publicatie van de Staacen van Zeeland,' tot ampliatie en interpretatie van de! Ordonnantie op het Middel van 't IX. Deel. 170*1. Paö. Billet-Geld. Den 15 September 1761. ■ 117$ Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot betaaling van den Impost van het Boekweiten - Meel, de Gort &c. die van elders ingevoerd word. Den 15 September 1761. 117Ó* Refoiutie van de Staaten van Zeeland, waar by eene belasting gelegt word op de Buitenlandfche Styszel. Den 18 September 1761. » * 1176 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot ampliatie en interpretatie van de Ordonnantie, betreffende den Impost op de Paarden. Den 21 September 1761. « ■ 1176" Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot Elucidatie, Interpretatie en Ampliatie van de Ordonnantie op het Familie-geld. Den 21 September 1761. 1177 Refoiutie van de Staaten van Zeeland, houdende bepaaling van de groote der ingevoerd wordende Fusten van zommige Wynen, Brandewynen, en den Tabak. Den 21 September 1761. - ■ n8o Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Notaris gepermitteert word de Prothocollen van zyn Vader, mede Notaris geweest zynde, en met wien hy als een gecombineerd Comp- , toir gehouden hadde, zyn leven lang onder zig te houden. Den 22 Sep tember 1761. ——— 502 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verzoet van de Bierftekers te Oostzanen, West-! zanen, Crommerie en Jisp, om in} Cas van infolventie met de verfchooten Impost op de Bieren, en het klein Zegel te worden geprsefereert. Den 23 September 1761. 955 Publicatie van Gecommitteerde Raaden, tegen het af breeken, rooven of fteelen van Ryswerken van den Dyk van het Gors Crayenisfe, in den Eylanden van Over Flacquée. Den 9 October 1761. —1 566 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by de eerst Prsefideerende Raad in den Raad van Braband, word verklaard te kunnen voldaan met voor Amptgeld te voldoen twee duyzend Guldens. Den 31 Oélober 1761. 863 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan de Boter Grosfiers tot het te rug brengen der Uitflag Billietten die tot verfending van; Boter naar elders binnen deeze Pro-j vintie zyn gehaald geworden. Den! 3 November 1761. 956 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Mandament van Revifie l Prê  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1761. |Pag. Pro Deo van eene Sententie van Ge-j comraitteerte Raaden verleend word: En wyders voorziening gedaan word ,| omtrent het verleenen van Auétorifa-j tien, om ten kosten van den Lande] te Procedeeren in zaaken van de ge meene Middelen. Den 3 December \76y. — 733 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, betrekkelyk de vrydom van hal ven Impost ten behoe | ven van de fyne Bisfchuit Bakkers.] Den 8 December 1761. —— ! 956" 1762. I Inftruétie voor den Advocaat Fiscaal van de Gemeene Lands Middelen voor het Collegie- van Gecommitteerde Raaden. Den 9 January 17150. 734. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy ten behoeven vanl de Roomfche Catholique Armen te Kralingen, dat de aan hun gemaakte Erffenisfèn en Legaaten niet contrarieefen aan 't verbod van 't Placaat van 4 Mey 1655. Den 2 Februa- ry 1762 l6l Placaat van de Staaten Generaal, waar by aan de Schippers en Matroofen, op Ysland vaarende verbooden word, om van hier eenige Tabak, Genever, Brandewynt of andere Waaren mede te nemen, en daar meede in Ysland by verruiling of anderfmts handel te dry ven. Den 15 February 176*2, . , j299 Waarfchouwing van de Staaten van Zee Jand, waar by de Prys van den/ 1 Zeeuwfchen Ryksdaalder op 53 ftuyvers word geftelt. Den 8 Maart 1762. . 843 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Bailliuw van 's Hage word! gequalificeerd, om als Gedaagde in! cas van Revifie ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 12! Maart 1762. — 1 736 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot renovatie van't Placaat van 7 Augustus 1664. tegen het voeren van Perfoonen over Zee met Pinken of andere Vaartuigen, zonder vooraf bekomen confent van Gecommitteerde Raaden. Den 15 Maart i7<52. * J033 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, welke Perfoonen , buiten deefe Provintie gedomi cilieerd, dog eenigen tyd 'sjaars binnen defelve Provincie onthoudende, aan de befchreven middelen onderhevig zyn. Den 19 Maart 1762. 957 |Pag. Refoiutie van de Staaten van Holled ,1 houdende verklaaring i°. dat 't Colla teraal van Lyfrenten betaald moet worden , zonder aftrek der 1 ooe. Penningen. -—» 20. dat van Obligatien tot prseftatie eener donatie verkogt, het Collateraal mede moet betaalt worden. — En 30. dat Militaire Officieren, buiten de Provintie gedomicilieert, fchoon op dezelve gerepartieert, van vreemde Effecten, door hen buiten de Provintie geërft, geen Collateraalen verfchuldigt zyn. Den 24 Maart 170*2. !I020 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by verboden word, Wynen, Gedisteleerde Wateren, Azyn, Tabak, groene Zeep, en Styfzel, uit de Provincie van Zeeland in die van Holland, anders dan in de allergrootfte Fusten in te voeren. Den 24 • 1 Maart 1762. ■ . I3I0- Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot weering der Siuykeryen, die binnen de Steede van Asperen en resforte van dien gepleegt worden. Den 9 April 1762. — pro Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaalingen omtrent het School- en Academie-geld, aan de Predikanten voor hunne Zoonen toegelegt. Den 22 April 1762. 804 f Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Reglement van gegoedheid in Landeryen voor DykgraafenDyksRegenten van den Hondsbosfche, mitsgaders van de uitwaterende Sluy fen. Den 13 Mey 1762. —— ^jy Publicatie van de Staaten van Holland, houdende dat geene nieuwe Grosfiers in Boter ten platten Lande mogen zyn, dan na verkregen admisfie van Gecommitteerde Raaden. Den 13 Mey 1762. p7 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Zyne Hoogheid, als eerfte Lid van de Ordre van de Ridderfchap, tot de deliberatien in haar Ed. Gr.l Mog. Vergadering geadmitteerd word. Den 8 Juny 1763. -. 45 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Predikant, Parochie-Raaden en Armmeesters van de Lier, 1763. [Pag. worden geauétorifeert tot het doen. van eene jaarlykfche Colleéte ten behoeven van den Grooten Armen aldaar. Den 8 Juny 1763. 215 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal betaalt moet worden in het geval, dat een Testateur zyn Broeders en Zusters had geinltitueert in de revenuen zyner nalatenfcbap, en in den eigendom de langstlevende van hun. Den 9 Juny 1763. 1023 Placaat van de Staaten van Holland, houdende verbod van uitvoer van Hooy! en Stroo uit defelve Provintie, tot! nader ordre. Den 10 Juny 1763. '1318 Refoiutie van de Staaten van Holland J tot intrekking van een Mandament van! Appel, door Gecommitteerde Raaden' verleend van een Refoiutie vanBurge-1 meester en Schepenen van den Briel-■ • le, waar by een verzoek om Decreet' van apprehenfie was afgeflagen. Den 16 Juny 1763. | 73g Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat by overlyden van den. Man, geen Collateraal behoeft betaalt te worden van een vast goed, dat uit Penningen van de Vrouw, buiten gemeenfchap van Goederen en van winst en verlies getrouwd zynde, was aangekogt, en op naam van den Man gefield. Den 17 Juny 1763. I1026 Refoiutie van de Staaten van Holland ,1 i waar by het Ampt van Secretaris van ' Maasüuis in het Amptgeld van den Jaare 1727 word gebragt op eene Som■■ me van vier honderd Guldens. Den 18 Juny 1703. ,— 865 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat geene Broeders met der zeiver Broeders of Zusters Kinderen, maar wel defelve Kinderen, onderling, in het Collegie van Sche-I ' penen of Gefwooren Raaden van de Brabandfche zyde te Maaftricht mogen worden geplaatst. Den 30 Juny 1703. : , I 660 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by Parnasfms van de Portugee-l fche Joodfche Natie te Amfterdam! worden geauclorifeert, om Erffenis-i fen en Legaaten te aanvaarden, zon-j der Beneficie van Inventaris nodig te1 hebben. Den 20 July 1763. j ^04 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy aan de Dorpen van1 Crommenie en Crommeniedyk, tot! het heffen van zekeren Impost van de Rogge en Tarwe, ten behoeven van de gemeene Armen Weefen aldaar. Den 4 Augustus 1763. I 214 Refoiutie van de Staaten van Holland,' houdende voorfiening, ten einde de ge-  Eói&en, &c. na de ordre des tyds. 1763. Pag- eedepopuleerde Konyn-duinen elfe&ivelyk voor altoos blyven gedepopuleert. £>en 4 Augustus 1763. 59a Waarfchouwing van de Staaten van Holland, ten einde de gedepopuleerde Koflynduinen in het Zuider-Quartier voor aitoos gedepopuleert gehouden werden. Den 4 Augustus 1763. 594 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende auétorifatie op Regenten van Bergeyk , om zeker Krankzinnig Vrouwsperfoon, welke brand gefticht had, ten kosten van het Quartier van Kempeland te mogen conlineeren. Den 30 Augustus 1763. 259 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende vet klaaring, dat een Schoonvader de revenuen van eenige capitaalen aan zyn Schoonzoon, en den eigendom op de Kindskinderen gemaakt hebbende geen Collateraal verfchuldigt is, ten waare alle die Kinderen voor den Lyftogter komen te tterven. Den 13 September 1763. — 1027 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot obfervantie van de Refoiutie van 9 Juny 1763 , hier boven gemeld tot pen bafis en grond in dergelyke gevallen. Den ï 5 September 1 763. 1028 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot obfervantie van de Refoiutie van 17 Juny 1763, hier boven geraelt, tot een bafts en grond in dergelyke gevallen. Den 20 September 1763. 1028 Publicatie van de Staaten Generaal ,\ houdende verklaaring, dat de Goude Ducaten, op de respeétive Munten deezer Landen gemaakt, alle van één en defeifde gehalte zyn, zonder dat die van de Hollandfche Munt eenige meerdere waarde hebben. Den 11 October 1763. 844 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende dispofitie opverfcheide verfoeken van dedommagement wegens extraordinaire uitgaaven, door haar Hoog Mog. Ambasfadeuraan't Hof van den Turkfche Keyfer gedaan. Den 14 October 1763. 142 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorfiening tegen de infultes en feitelykheden aan Proteftanten te Vaals in de oeffening van hunnen Godsdienst aangedaan wordende. Den 19 Oélober'176*3. > 162 Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het bezorgen van Aétens van Indemniteit door jonge Lieden, welke in Steeden of Dorpen, alwaar zy gedient hebben, gaan trouwen of op zig zelfs huishouden. Den 2 8 October 1763. n 259 Verbaal ,behelfende de Solemniteiten der, inftallatie van Mr. Hendrik Molleurs,; IX. Deel. 1763. 'Pag« als Prefident van den Hoogen Raad. Den 31 Oélober 176*3. 4 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het aanftellen van geene andere dan Gereformeerde Gemeens-mannen te Groot Waspik. Den 3 November 1763. ■—' 196" Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het oprigten van een Gevangenhuis voor de Bailliuagie van Noordwykerhoud, Hillegom, Lisfe en Voorhout. Den 3 November 1763. 567 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het Placaat van 4 Augustus 1763 (raakende het depopuleeren der Duinen) niet betrekkelyk is tot de Klingen en Duin of Warande, behoorende tot de Hofftad, genaamt groot Hafebroek, onder Wasfenaar. Den 5 November 1763. 594 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou' dende reprefentatien aan den Landgraaf van Hesfen Casfel, wegens het door denfelven gedaan Arrest op de Perfoon van haar Hoog Mog. Minister, den Graave van Wartensleben. Den 21 November 176*3. ■ ■ ■ ■ 143; Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verzoek van Bailliuw en Leenmannen van Kennemerland, om zeker perfoon wegens een geweldige braak en diefftal befchuldigt zynde, buiten een ordinair proces voor een goed getal van jaaren ten kosten van de Lan de te mogen conlineeren. Dén 2 i December 1763. *~—-— 6*72 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat de verfoeken om remisfie van Verpondingen moeten worden gedaan voor den tyd, dat de extraordinaris Verpondingen zullen moeten wefen verrekend. Den 7 December 176*3. ■ in 6 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende,dat op verfoek en omSeureté de Corps, op geëxhibeerde Brieven van Voorfchry ving, zonder Ad vis van 1 den Hove gedisponeert zal worden. ' Den 9 December 1763. 19 RefoJutie van de Staaten Generaal, tot refutatie van hen Heer Landgraaf van Hesfen, betrekkelyk het Arrest, op de Perfoon van den Graaf van War tensleben gedaan. Den 20 December 176*3. ■■ 144 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorfiening, om tegen te gaan de veelvuldige aanftellingen van Subftitut Secretarisfen in de Meyerye. Den 29 December 1763. 66* 1 1764. Refoiutie van de Staaten van Holland, tn waar  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1764. Pag, waar by aan den Predikant F. C. En gels word gepermitteert een Theologiich Gefchrift in de Hoogduitfche Taal uittegeven met approbatie van een der Theologifche Profesiören op een Nederlandfche Univerfiteit. Den 4 January 176*4. i 214 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot augmentatie der Traétementen enSpendatie Penningen van de Confuls en Vice - Confuls op de Kust van Barbaryen. Den 17 January 1764. 145 Nadere Refoiutie van de Staaten Gene raai, raakende hetarrefteeren van den Graaf van Wartensleben door de Re geering van Hesfen - Casfel. Den 19! January 1764. j 147 Refoiutie van de Staaten van Holland ,1 waar by word afgewefen een verfoek van den Ambagtsheer van Bodegraaven, ten einde, haar Ed. Gr. Mog. het recht van de eleétie van Scheepenen aldaar aan hem voor een convenabelen prys gelieven af te ftaan. Den 2 February 176*4. ———-— f 260 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy, omhetSacraments Gasthuis in 's Hage, tot de fundatie van wylen den Heer van Heen vliet te laten approprieeren, met behouding van defelfde vrydommen, door dat Htiisbevcorens genoten. Den 1 o February 1764. ••• 261 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een Zee Krygsraad word aangefteid, tot her. böregten van de zaak van zekere Gevangen Muyteiingen van het Oost - Indifch Compagnie - Schip Nyenburg. Den 13 February 1764. 750 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat van de verkogte Ladingen van geftrande Schepen, waar van men den Eigenaar of de deftinatie niet konde ontdekken, naar maate van den verkoop de inkomende Regten en Veylgelden moeten worden voldaan. Den 28 February 1764.I1243 Publicatie van den Raad van Staate, tot introductie van den Impost op Gruys van Kooien, en kleine Kooien, te Breda, Bergen op Zoom en Steenber- gen. Den 6 Maart 1764. 1197 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot interpretatie van de Ordonnantie wegen den tachtigften Penning in den Lande van Vianen. Den 27 Maart 1764. 1029 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot voortgang en folemnifatie van een huwelyk met een overleden Mans Stiefzoon. Den 27 April 1764. 354 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan Gecommitteerde Raaden word gelaten de Judicatuure overeen! | '7Ó4. IPao Bediende van de gemeene Lands Middelen, befchuldigt van Luiden gecor-l rumpeerd te hebben , om een Wyn-j kooper te doen fmokkelen, ten einde1 den zei ven te kunnen calangeeren Den 27 April 1764. ; i Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by word afgewefen een verfoek1 van de Grosfiers en Slyters van Tabak te Rotterdam, tot bepaaling van quan-i titeit Vaten, die door andere, buiten1 hun te gelyk aan een Perfoon zou mo-l gen worden verkogt, &c.Den 8 A-1 pril 1764, , „ 1 Publicatie van de Staaten van HöllandJ waar by aan de Convoyloopers word verleend het recht van preferentie op! de Boedels van manqueerende Koop-/ heden, voor verfchoote Imposten &c.! Den 28 April 1764. - Publicatie van den Raad van Staate, raa-1 M4 kende den Impost op de Zeep in Staasj Vlaanderen ingebragt wordende. Den' 2 Mey 1764. - - I Refoiutie van de Staaten Generaal f*9 waar by aan 't Hof van Vlaanderen' het welk op een Request om Mandement Poenaal tegen extraordinaire crimineele Pocedures eene Comparitie met furcheancehadgeordonneert, gelast word, zig met die zaak ter eer-, lier mtlantie niet te bemoeyen. Den 17 Mey 1764. . _ Publicatie van den Raad van Staate, tot alteratie en ampliatie in het 6 en 13' Art. van de Ordonnantie op deBran-1 dewynen over de Stad 'sBosch, en «7 Van dien- Den 23 '76*4-'i 108 Waanchouwingvan den Raad van Brt 9 brand, raakende de verpligting van \ oogden en andere Adminiltrateurs, tot het maken van Staat en Inventaris en het doen van Rekenin?. Den 7 Juny 1704. „ 1 'l Relblutie van de Staaten van Holland betrekkelykde invordering der Afkoop ot Waarborg. Penningen van verveende Landen in de Loosdrecht Den H Juny 1764. , Refoiutie van de Staaten van Holland waar by gearrefteerd word eene In' ftruétie voor de Ontfangers van de gemeene Middelen, zoo in het Zuider als Noorder Quartier. Den ia Juny 1764. , *i Refoiutie van de Staaten Generaal be trekkelyk het gebruik der Zeegels van de Commisfien en Aétens van Aanftellisg tot de Politique Ampten enBedieningen te Breda. Den 18 Junyi^.'i 1 99 Refoiutie van de Staaten van Holland1 hoedanig 't Collateraal moet worden betaalt door een Weduwe, die buiten gemeenfchap van goederen, dog met be-  Ediden, &c. na de ordre des tyds. ij 64. Pag. beding om in wihflen en verliefen te moo-en deel nemen was getrouwt: terwyf rraderhand byuiterfte wille de gemeenfchap van goederen was geintroduceert. Den 22 Juny 1764. 1030 jlefolatie van de Staaten Generaal, houdende nadere reprefentatien aan den Heer Landgraaf van Hesfen-Casfel, nopens het arrest van den Graave van Wartensleben. Den 25 Juny 1764. 148 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende bepaaling, aan hoedanige Emi granten, en op welke voet, de Pasfagie door deefe Landen gegunt zoude worden. Den 6 July 1764. 20 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by ablolitie verleend word aan iemand, die badineerende met een ge weer het geen hy niet wist geladen te zyn, een ander doodelyk gequetst had. Den 18 July 1764. 568 Refoiutie van de Staaten van Holland. houdende verklaaring, dat de indagin gen, waar van in het Placaat van 21 July 1733 gefprooken word, ookby vervolg van tyd kunnen worden van gebruikgemaakt. Den 27 July 1764, 569 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by getermineert word het verfchil met den Heer Landgraaf van Hesfen - Cas fel, betrekkelyk het Arrest van den Graave van Wartensleben. Den 3 Au g,ustus 1764. ■ "- "5° Refoiutie van de Staaten General, waai by verleend word dispenfatie van 'n Placaat van 3 Juny 1750. raakende de huwelyken tusfchen Gereformeer den en Roomfchgezinden. Den 24 Augustus 1764. - 354 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het 51 Art der Ordonnantie van 't Zegel niet ap plicabel is op dispofitien van Legaten, geene uitdrukkelyke verbanden conti rseerende, maar alleenlyk een recht van Legaal verband voor de Legatarisfen involveerende. Den 7 September 1764. ——— 1072 Refoiutie van de Staaten van Holland houdende een gedeeltelyke vrydom van den Impost op het Brandhout, ten behoeven van de Potten- en Pype bakkers. Den 11 September 1764. 966 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Notaris word gepermitteert het Prothocol van zynen Broeder, met wien hy in gemeenfchap had gepraétizeert, onder zig te mogen houden. Den 19 September 1764. 262 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by gereguleert word de Judicatuure in cas van gemeeneMiddelen in den Lande van Vianen en Ameide. Den 18 O&ober 1764. 739 I 1764. Pag. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende interpretatie, tegen welke Perfoonen door de Officieren uit kragte van 't PJacaat tegen het Zetten van Salmfleeken geageert moet worden. Den 2 November 1764. 1 1301 Refoiutie van de Sraaten Generaal, waar! by word afge weefen een verfoek om den Pastoor en Cappellaan te Laras-i weerde geheel te rappelleeren; en ver-| der hunne verkeerde gedragingen aan: het onderfoek der Jufftie worden ge-1 renvoyeert. Den 12 November 1764 16*4 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Heeren van eenige Heerlykheden in de Meyerye van 's Herto-j genbofch onbevoegd verklaard worden1 tot het maken van Reglementen op het' ftuk van de Visfcheryen. Den 12 No-1 vember 1764. •■■ 203 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Hoofd - Commis van het Post-Comptoir te Gouda tot Trac-I tenient word toegelegd de fommevan ƒ700-:-:. Den 1 December 1764. 781^ Refoiutie van de Staaten van Holland,1 waar by gewettigd word deCompeten-[i tie van het Hof in eën crimineele zaak! voortfpruitende uit een civile zaak! voor den Hove geventileerd. Den 6' December 1/64. —— 578 Publicatie van den Hove van Holland, waar by verboden word het uitgeven van twee Boeken, geintuleert Die tïonaïre Philofophique portatif; ou VEvangile de la Raifbn &c. Den 14 December 1764,, -—>—« jp^ RefoJutie van de Staaten Generaal, hou | dende qualificatie op den Raad van Staate, om in zekere te decideeren procedures, met opfigt tot de Boetens moderatie te mogen gebruiken. Den 24 December 1764. 1200 1765. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan eene Jodinne, die zwak van Geest zynde, zig aan BJasphemie had fchuldig gemaakt, abolitiegeweigert word. Den 3 January 1765. ^69 Verbaal, behelfende de Solemniteiten der inflallatie van Mr. Wigbolt Slicher, als Prefident van den Hove van Holland. Den 4 January 1765. g Publicatie van de Staaten van Holland j tot interpretatie van 't Placaat van\ 31 Mey 1752, raakende het brengen) van den Haring aan den Afflag in eenej van de befloren Steden deefer Provin-| tie. Den 4 January 1765. 'OI Refoiutie van de Staaten Generaal, om-j trent het doen van vergoeding aan de Eigenaars van afgebrande Huyzen m 2 Stal-  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 17^5- Pag. Stallingen of Schuuren. Den 14 January 1765. 506* Refoiutie van deStaatenGeneraa1,houdende verklaaring, dat de kosten van het confinement van Buikvast Ingefetenen, op zyne woonplaats gedelinqueert hebbende, door de Gemeente van die plaats gedragen moeten worden. Den 14 January 1765. 57q Publicatie van de Staaten Generaal, tot affchaffing der Remisfien van 's Lands en Dorps Reëele Lasten aan de Ingefetenen van de Meyerye, wier wooningen zyn afgebrand. Den 14 Ja. nuary 17Ó5. I20I Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Qualificaüe op de Bailliu wen en crimineele Rechters tea platten Lande, tot het belooven van een Prsemie van ƒ 600 -: -: uit 's Lands kasfe, ter ontdekking van de geenen, die zig aan Huysbraak, of ander publicq geweld fchuldig maaken. Den i February 1765. » 571 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorfieningen tot weering der meenigvuldige fraudatien in het middel van de Brandewynen, Den 8 February 1705. .,. . p67 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot r het weder openen der Roomfche Kerken in den Lande van's Hertogenraa / de. Den 14 Maart 1705. \ 16$ Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de pointen van Jurisdictie tusfchen het Hof en den Hage differentiaal, worden gereguleert. Den 14 Maart 1765. ,., ,531 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat de kosten van de Quarantaines by wyfe van avarye grosfe over de Schepen en Goederen moeten worden omgeflagen. Den 16 Maart 1765. 1234 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat tot het pagten van Lands en Dorps Lasten te Oir fchot, de Regenten, fchoon delaagfte aanneemers zyn, die niet admisfibel. Den 21 Maart 1765. jI2G2 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by eene compofitie in materie van Overfpel gepermitteert word. Den 28 Maart 1769. —— Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorziening nopens de adminiftratie der Gemeentens-gronden te Tüborg en Goirle. Den 5 April 176*5. 7S2 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot justificatie van het gedrag van den Hoogen Raade, in het verkorten van oen rermyn tot profecutie van zekere Revifie. Den 17 April 1765. 646* Publicatie van de Staaten van Holland, 176*5. Pag. houdende verbod aan de Broodbakkers' tegen het maken of gebruiken van eenige zoorten van Konst- gist ofKonstdeefem. Den 23 April 1765. ' 96*9 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by Scheepenen Commisfarisfen in zaaken van gemeene Middelen te Vianen worden geauétorifeert, om uit de Provintie van Holland en Westvriesland te mogen bannen. Den 26 April 1765. 740 Refoiutie van de Staaten Generaal, raakende het regt van de Confuls in het Koningryk van Spanjen, tot het benoemen van Agenten ofVice-ConfuIs, zonder dat die door den Koning werden geapprobeert- Den 6* Mey 1765. 151 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende approbatie op zekere Ordre en Reglement tot voorkoming van misbruiken of overtredingen wegens den Peel, en Gemeente aldaar. Den ia] 1 Juny 1765. / 7s2 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende, dat geene extraordinaris By-! Hagen of Tra&ementen vanPraxepto-j ren &c. door Commisfarisfen Decifeurs te Maaftricht geaccordeert, nog' geene JEmeritaten verleend zullen wor-j den dan met voorkennis van haar Hoog1 Mogenden. Den.21 Juny 170*5. / 250 Refoiutie van de Staaten Generaal,hou-/ dende verklaring, dat Commisfarisfen! Decifeurs te Maastricht niet bevoegd! zyn te verleenen dispenfatie van het Reglement, waar by verboden word! het aanftellen van Vreemdelingen tot Magiftraats - perfoonen in de Dorpen van Redemptie. Den 21 Juny 1765. 263 Pvefolutie yan de Staaten Generaal, be- " trekkefyk de wyfe van executie van Sententiën van Scheeps - Krygsraad. Dea 25 Juny 1765. 7$l Refoiutie van de Staaten van Holland, ten wiens lasten de extraordinaire Dykwerken, en in 't byfonder de Zinkdyken, in de Ktimpenerwaard, gemaakt moeten worden. Den 27 Juny 1765. 621 Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by aan de Gaarenbleekers binnen? deefe Provintie voor eenige jaaren! word geaccordeert vermindering van! den Impost op de Turf. Den 27 Ju ny 1765. « 009 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende nadere bepaalingen omtrent de plaatfen van Paftoor en Capellaan te Lamsweerde in Hulfter-Ambagt. Den 1 July 1765. ï66 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by word afgewefen een verfoek van dispenfatie van het School-Reglement van de Generaliteit van den jaare 168o.Cap. 1. Art. 5. Den 1 July 170*5. %% 1 Pla-  Edl &c. na de ordre des tyds. 1765. Pag- ïlacaat van de Stapten van Holland, tot] continuatie van het verhoogde Vuurgeld. Dea 31 July 1765. ,1252 Publicatie van den Raad van Staaten,' tot renovatie van voorige ordres ter( overboeking der vaste Goederen. Den tl AUgUStUS 1765. & !l202 jielblutie van de Staatén van Holland, waar by de Zoon van een Minifter by den Neder-Saxifchen Kreitz, gebooren te Hamburg, word gehouden en erkend, als of hy een gebooren Hollander was. Den 12 September 1765. 21 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Minifters van de Steeden, ftem in Staat hebbende, en teffens Canunniken van eenige Capittels in de Provincie van Utrecht zynde j tot haar Ed. Gr. Mog. Vergadering admisfibel verklaard worden. Den 13 Septem ber 1765. ■ 2t Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den fabttitut Schout van Amfterdam, wegens het ontdekken van een Jood, aan huisbraaken fchuldig zynde, de prsemie van ƒ 600 -: -: word toegeweefen. Den 14 September 1765. • 572 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de noodige fchikkingen worden vastgeftélt, om het Ontfangers Ampt të Gouda te fepareeren van den ontfangst over de Stad Schoonhoven en derfelver resfort. Den 26 Oéto- . ber 1765. $66 Refoiutie van de Staaten Genetaal, waat\ ] by gereguleert worden de ordre en manier, waar op Zyne Hoogheid in de functie van desfelfs hooge Digniteiten en Charges gefteld zoude worden. Den 27 November 176S. —- $5 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by van het regt vart de Waag vry geftelt worden, het ruwe Smeer, natte Huyden en Lood, by Trafiquanten ingeflagen wordende. Den 19 De* cember 1765. ■ 1TT1 970 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie der Publicatie yan 8 February 176$. tegen de Sluikeryen in het Middel van de Brandewynen. Den 20 December 1765. — 970 Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het planten van Houtgewas in de nabyheid van de Watermolens te Krimpen op de Lek. Den 21 December 176$. " 6*22 1766. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by Regenten van Udenhout gelast worden een Borg- of Ontlast-brief te geven aan zekere jonge Dogter, dié IX. Dèeu 1766. !PA& aldaar te Vondeling gelegt zynde, aldaar was aarigënóomen, eh uit de Armen Casfe gealimenteert geworden. Den 27 January 1766. — 2Ö4 Publicatie van de Staaten van tot vermindering van Lastën ten behoeven van dé Eigenaars dér "nieuwe Tiendens. Den 5 February 1766. 1117 Refoiutie van de Staaten van Holland , tot vermindering van den Impost op de Steekturf, welke ih de Droogmakerye van Hazaartswöüde &c. gedolven , eh aan de Kalkbranders gedebiteerd word. Den 6 February 1766. 971 Commisfie van zyn Hoogheid als Erfftadhouder, Erf Gouverneur, en Erf-, Capitein Generaal en Admiraal. Deh 27 February 1766. ***** 57 Refoiutie van de Staaten van Holland, omtrent de applicabiliteit van 't Placaat van 24 January 1755. Den 6 Maart 1766. " ' • 356" Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende het Ceremonieel ter gelegenheid , dat zynë Hoogheid is getreden in de exercitie van het Erf - Capitain en Admiraalfchap Generaal. Den 8 Maart 1766. • —• 12, Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by eene Commisfie gedecerneert wörd, teh einde deh Heer Hertog van Brunswyk te bedanken voor desfelfs zorge in dë opvoeding van zyne Hoogheid. Den 8 Maart 1766. 1$ Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by aan Zyne Hoogheid gëdefereert word het verleenen van Remisfien, Pardohnen en Gratiën over het Reslört van de Generaliteit. Den 8 Maart 1766. ■ 59 Refoiutie van de Staaten Généraal j houdende qualificatie op haar Hoog. Mog. Conful të Cadix, tot het pasfeeren van Zee • Protesten, Certificatien, en andere Aétens. Den 17 Maart 1766. 152 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot correctie van den Roomfchen Paftoor en Kerkmeefter te Breugel, welke zonder voor af geobtineerde permisfie van hun Hoog Mog. het ftrooye Dak van hunnë Kerkfchuur vernieuwd hadden. Den it April 1766. —— ióB Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, door wie en op welke wyze de voorzieningen omtrent dé evaluatie der Geld Speciën in het Overquartier van Gelderland moeten worden gedaan. Den 23 April 1766. 845 Publicatie van de Staaten van Holland, tot weering der Sluikeryen in het Middel van de Wynen. Den 24 April Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by aan iemand, van Holland-I ft fche  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 176*6*. Pag. |j. -At^j ... :j . ... ! fche Ouders te Riga geboren, doch hier te Lande opgevoed, worden verleend Brieven van Nacuralifatie, ten einde tot een vaceerende Roomfche flatie in deefe Provintie admislibel te zyn. Den 9 Mey 1766. I 169 RefoJutie van de Scaaten Generaal, houdende verklaaring, dat de onkosten' der alimentatie van twee Kinderen van1 een Landloopfler te Lpm'rhel geappre-j hendeert, en te 's Bosch geëxecuteerd komen ren lasten van het Quartier van' Kempelar.d. Den 10' Mey 1766. 573 Refoiutie van de Staaten Generaal,. tot mamtien van de CoIIegien ter Admira-j v liteit, in der zei ver recht van Jadical .ture in zaaken van fraudes en contraventien, betrekkelyk de Convoyen enLicentèn. Den 24 juny 1706. 752 Publicatie van den Raad van Staate,raakende het recht van Legaal Hypotheecq, het Gemeene Land competeerende wegens de Renten, Chynfen en Koornpagten, behoorende tot het Comptoir van den Rentmeefter Generaal der Domeynen van Braband in het Quartier van 's Hertogenbosch. Den 4 july 1766. ■— 1203 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende ordere aan Regenten van Bakel en Meihees, om aan hunnen Predikant, die door een troup Vagebonden in zyne Wooning aangevallen en geplundert was, vergoeding van fchade te beforgen. Den 10 July 1766. 215 Refoiutie van de Staaten van Holland, omtrent de applicabiliteit van 't Placaat van den 24 January 1755. , Den 26 July 17',6, : . / 359 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar! by Commisfarisfen Decifeurs te Maas-\ tricht worden geauclonfeert, om ir' een zaak, waar in hunne opinien aan elkander geoppofeert waren, een Super Arbiter te asfumeeren. Den 18 Augustus 1766. • 663 Refoiutie van de Staaten Generaal, raakende de verpligting van den Vicei Hoogfchout te Maaftricht, tot het be-J taaien der jura van Schepenen, inge-] valle aan hem zyn Eisch met de kos-f ten werd ontzegd Den 20 Augus-; tus 1766. —— . j 663 Refoiutie van de Staaten van Holland,' waar by de Bailliuw van Texel, wegens ouderdom en zwakheid, word gequalificeerd, om in zekere Crimineele Procedures een ander te qualificeeren. Den 4 September 1766. 682 j Inflructie voor de Collecteurs van het Middel van 't Gemaal, zooindeSte-l den, als ten Platten Lande in de Pro vincie van Zeeland. Den 10 September 1766. - '1180 ' 1766. , Pag. Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot voorkoming van Sluykeryen in 't Stuk van Gemeene Middelen. Den 11 September 1766. ~ . ug3 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende verbod tegen het Pachten van eigen Neering en Handteering. Den i5 September 1766. - ngg Refoiutie van de Staaten Van Holland, houdende permisfie om de Tapneering te exerceeren in zekere Huizing, in de nabyheid van een WynkeJder. Den 16 September 1766. —— -i 973 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het werven of ligten van Krygs- en Scheepsvolk voor vreemde Mogend heden. Den 17 September 1766. 64 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verleend word remisfie van Verpondingen, en andere Lasten, tot weder opbouwing van een door den ' Blixem afgebrande Papier-Molen. Den 18 September 1766. - \1118 Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het recht van Exuë of 'isfuë te Axel. Den 1 Oétober 1766. 26~ Publicatie van den Hove van Holland, tegen Tuyn-dieveryen. Den 3 October J766. , . , ■ Publicatie van de Staaten van Holland,/ raakende betaaling van het recht van den XL. Penning by het verkoopen van vaste goederen met Hypotheequen befwaart, en welke Hypotheequen by den Kooper in mindering van den Koopfchat ten zynen lasten worden overgenomen. Den 30 Oélober i766. _ , j Refoiutie van de Staaten van Holland, ten einde de Quohieren van de respec' tive Amptgelden over 's Hage met een Lid van de Ridderfchap worden geamplieert. Den 31 Oef ober 176*6". $67 Placaat van de Staaten van Holland, waar by de uitvoer van mager Vee, met uitzondering van het vet en flagtbaar Vee word open geftelt. Den 7 November 1766. ■ ■ iqIg Refoiutie van de Sraaten van Holland, tot intrekking van een Mandament vimj Appel, door het Hof verleend, van een provifioneel Vonnis van Schepenen van Leidep. Den 13 November I766. . - .. | l Refoiutie van de Staaten van Holland,! tot interpretatie der Publicatie van 20 December 1765. Den 14 No vember 1766 . . Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende de bepaaling, welke Armen door de Roomfche Kerk en Arm-meesteren te Bergen op den Zoom moeten worden onderhouden. Den 19 November 1766*. —_. . , 2 65 Waar-  Edicïen,. &c na de ordre des tyds. 176*6. Pag. Waarfchouwinge van de Staaten Generaal , omtrent zekere Valfche Zeeuw fche Rijksdaalders, met het Jaartal van i7öö, Öen 1 December \j66. 840" RefoJutie van de Staaten Generaal, hou tiende verklaaring, welke zoort van #aas in de Lyst van de Gemeene Middelen te water door Kloot kaas moet verdaan worden. Den 15 December I766, 1245 Refoiutie van de Sraaten van Holland, tot ampliatie van de Octroyen op 't ftuk van Erffenisfèn, aan Publicque Gods of Armenhuizen verleend Den 17 December 1 766. « 217 1767. . Oétroy en Reglement tot het bedyken en dróognlaakinge van de gecombineerde Pla&fen én Wateren, gelegen in de respective Ambachten van Soetermeer, Stompwyk en Wilsveen, onder Soetermeer, genaamt de Leyens, vier Bonnen, Langeland en Buitenweg, en onder Stompwyk en Wilsveen genaamt de gróote. Polder. Den 24 January 1767. -— 1360 Refoiutie vah de Staaten Genei aal, waar by op zekere poenaüreuen word vast gefield, dat geene Ontfangers, Con trarolleurs, en andere Officianten van deConvoyen en Licenteh, zig zon- : der permisfie van de'Admiraliteit van hun post mogen abfenteeren. Den^ . 12 Febrüary 1767. 11246 .Refoiutie van de Sraaten Generaal, betrekkelyk het getal, 'd^ jaaren van admisfie, en de fur clien der'Religieu-I fen in de Kloosters te Maastricht. Den': 13 February 1767. ' • 1 170 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou-] dende ordre aan de Rechters, zoo in de Dorpen van Redemtie, als in de elf Banken van St.'Servaas, om by bet inneemen van Advifen pro Judice geene andere dan Brabandfche Rechts-1 geleerden te employeeren. Den 13* February 1767.' ■ 66*4 ,Refolüüe van de Staaten Generaal, waar, by word vast gefield, dat de Vaart naar eh van Surinaamen niet anders mag gedaan worden, dan met Sche-j pen , binnen deefe Landen gebouwd en geëquipeerd. Den 24 February 1767. ' 1269 Refoiutie van de Sraaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing der Regee ring te Wyk op Zee. Den 26 February 17Ó7. — 2(58 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende verklaaring, dat de Magiftraat van Hulfter Ambagt nietbevoegt is te! beletten het huwelyk van een Ingefe- 1767- [Pag. tenen aldaar met een gefchavotteerd Vrouwsperfoon, maar aUéënfyk om aan het zelve Vrouwsperfoon de inwooning aldaar te weigeren. Den 9 Maart 1767. — i j 362 Refoiutie van de Staaten vah Holland,! tot intrekking van een Mandament van! Arrest en Rau Actie door 't Hof tegen) Curateuren in een inibivemen Boedel! te Leyden verleend. Den 11 Maart' 1767. ' • j 6"35 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar' by verklaard word, wat door een Minister voor Rouwen, die op elkander volgen, in rekening gebragt mag wor-j den. Den 18 Maart ï/67. \ 153 Refoiutie van de Staaten Generaal , hou-! dende bepaling, door wien de kosten' van 't conftnement, gedecerneert te-'i gen Vagebondeerende Perfoonen, ge-I dragen moeten worden. Den 17 A-' pril 1767. . ! 683 Placaat van de Staaten Generaal, tegen den invoer van vreemde gefneede en gefatfoeneerde Kurken. Den 29 April 1767. — ,1319 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by Gecommitteerde Raaden geauétorifeert worden om jaarlyks tot het opnemen der Rekening van Rhyn land, door 't Hof gefchiedende, een Heer uit hun Collegie te benoemen. Den 6 Mey 1767. 22, Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Bailliuw van Rhynland word gequalinceerd, om zeker Perfoon, welke zyn Vrouw vermoord had, dou van tyd rot tyd buiten zyn zinnen was. ten kosten van den Lande te conlineeren. Den 13 Mey 17057. ——- 269 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot fplitfing van het Amptgeld van de bevoorens gecombineerde Ampten var, Bailliuw en Schout van Alkemade. Den 14 Mey 176*7. • 86*7 Publicatie van den Raad van Staate, omtrent bet maken of vernieuwen van eenige Werken, waar door eenige perpetueele belemmering in de Straten of de Diefe te 's Hertogenbosch veroorfaakt zoude worden. Den 17 Juny 1767. 299 Refoiutie van de Sraaten van Holland, waar by een verfoek van Regenten van het Aalmoefeniers Weeshuis te , Amfterdam om van de redemtie van het Zegel bevryd te zyn, word afge wefen. Den 20 Juny 1767. 1073 Refoiutie van de Staaten Generaal, raa kende het verleenen van inwooning aan Jooden in de Meyerye van 's Her togenbosch. Den 3 July 176*7. 271 Refoiutie van de Staaten Generaal, waa; by een verzoek om Mandament van n 2 Ap-  Atanwyzingê van alle de Placaaten, Ordonnantiën, Appel van een Sententie van den Raad van Staate, in cas van gemeene Middelen , word afgewefen. Den 3 July 1767. —. é 741 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van het Placaat yan 3 Juny 1750, weegens de huwelyken tusfchen Gereformeerden ert Roomschgefindem Den 16 july 1767. 30*2 Refoiutie van de Staaten Generaal» tot opheldering van bedenklykheden, door den Magiftraat 's Lands van den Vry* en voorgeftelt, raakende tkweiyken tusfchen Gereformeerden enRoomschgezinde Perfoonen. Den 20 July 176*7. - _ 36*3 Placaat en Ordonnantie op de Houtvesterye en de Jagt in Holland en Westvriesland. Den 24 july 1767. $95 Publicatie van den Raad van Staate , houdende verklaaring, dat zoo wel van Snuyf- als van Rook - Tabak 's Lands' Impost verfchuldigt is. Den 5 Augustus 176*7. Mhiinf ,. i204 Refoiutie van de Staaten vati Holland, houdende verklaaring, dat iemand voor zyne beëdiging of het nemen vanSes- j fie overlydendé, geen Verlies van hët Amptgeld fubjeét is. Den 6" Augustus 1767. -—— —— ^68 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat zeker Mandament in de tweede inilantie door den Hoogen Raad tegen Burgemeefteren van den Briel verleend, effect moest forteeren, zonder dat het zelve by beflotenMis five heeft behoeven te gefchieden. Den 7 Augustus 176*7. — 647 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende voorfiening omtrent het doen van Collectens door die van de Roomschgefinde Gemeente te Bergen op den Zoom. Den 17 Augustus 1767, — _— 170 Publicatie van den Raad van Staate, houdende dat de XL. Penning ook betaalt moet worden van de roerende goederen, die ter occafie van de koop aan den Kooper overgaan. Den 3 September 1767. —-—— 1205 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by aan een Roomsch Priester te 'sBosch gepermitteert word, om, nahetdefifteeren van zyne functie, desfelfs Woonplaats binnen gemelde Stad te mogen contlnueeren. Den 23 October 176*7. — —— 171 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van een Weduwenaar om te mogen trouwen met de Zusters Dogter van zyne overledene Huisvrouw. Den 29 October 1767. l 365 Placaat van de Staaten van Holland, te-( Ï767. IPag. gen het vervaardigen en debiteeren van met valfche couleuren gedrukte Catoene Lywaaten. Den 3 November 1767. — —- 1320 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende auctorifatie op den Ontfanger van het Last en Veergeld, om de Obligatien tegen drie percent af té losfen, ten zy de houders defelve continueerden tegen twee en een half percent. Den 5 November 1767. | 868 Waarfchouwing vah Gécommitteerde Raaden van haar Ed. Gr. Mog. bevee-l len, raakende de heffing van 's Lands Impofitien op de Wynen, Mee en Azynen > mitsgaders de Brandewynen én gedistilleerde Wateren. Den 5 November 1767. ■• ut I 974 Refoiutie van de Staaten van Holland, Waar by aggreatie verleend word op [ eene Venia iEtatis, van de Staaten yan Zeeland geobtineerd- Den ó" November 1767. ■ I 507 Oétroy tot het bedykén én droogmaken van zekere Landen, gelegen in het' Ambacht en Polder van Berkelen Rodenrys, mitsgaders in de HeerJykheid van den Tempel. Den 8 December 1767. —— —. XQfa Rejfojfut/e van de Staaten van Holland, dienende tot rigtfnoer van Gecommitteerde Raaden in derfelver advifen op 't ftuk van de Droogmaakeryeh. Den 8 December 1767. — I3^4 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing, van Burgemeesteren te Monnikendam. Den 16 December 1767. —- wjg Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by eene Suftenue van ongehoudenheid tot betaaling van den 40". Penning aan de Juftitie word gerenvoyeert. Den 17 December 1767. 742 1768. Refoiutie van de Staaten van Holland , waar by eene voorige Refoiutie, tot combinatie der Kerken van Oudorp en Oterleek met St. Pancras wordgeftelt buiten effect. Den 30 January 1768. 218 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word geen XL. Penning verfchuldigt te zyn in een geval, dat ter Secretarye was gedaan provifioneele bekendmaaking, wegens de verkoop van zeker vastgoed, dog waar van het Transport door weigering vani den kooper geen voortgang hadde ge-1 had. Den 7 February 1768. 1031 Renovatie-Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod tegen het collecteeren voor alle vreemde Loteryen. Pen 25 February 176*8. | 507 Re-  Ediéteii, &c. na de órdfe des tyds. 1768. Pag. Refoiutie van de 5faaten Generaal, op een verfoek van den Advocaat Fiscaal van Braband, om te rivideeren van eene Sententie van den Raad van Braband, waar in defelve in de kósten uit zyn privé beurs gecondemneert was. pen 25 February 1768. 665 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot mortificatie van het Confulaat in den Kerkelyken Staat. Den 7 Maart 1768. 154 Refoiutie van de Staaten van Holland , houdende verkkiaring, dat, een Vrouw, buiten gemeenfchap van goederen getrouwt geweest zynde, geen Collateraal verfchuldigt is van die goederen, welke haar in eygendom tocbehooren fchoon op naam van den Man geboekt ftaande. Den 10 Maart 1768. 1032 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het getal en Tra&ement der Brieven-Befteiders te Rotterdam. Den 11 Maait 1768. 736 Refoiutie van de Staten Generaal, houdende Hgóufeufe ordre om twee Kinderen, die door een Roomfchgezinden Vader, ter gelegenheid dat, defelve zyne Vrouw elandertien hadde verlaaten, in 't Roomfche Armhuis te Maastricht geplaatst waaren, aan derfelver Gereformeerde Moeder, hen reclameerende, te rug te geven. Den 18 Maart 1768. « • 171 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het Keuren of Merken van zeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent haché. Den $ 1768J 847 Re/öh/c/e van de Staaten van Holland, houdende dat in de taxatie van liffecren in Engeifche en Franfche Fondfen tot betaaling van het Collateraal, geene provifie of counagie, nogloopende dividenten en renten moeten wor den afgetrokken. Den 17 Mey 1768. 1033 Oclroy en Reglement tot het bedyken van een gedeelte der Buitengronden ten Noorden van het Horntje van Texel. Den 18 Mey 1768. 1375 Refoiutie van de Staaten van Holland ,\ raakende de bepaaling der Jurisdictie tuslcben de Siad Alkmaar en de Bailluagie van Kennemerland langs den Westdyk in de bedykte Schermeer. Den 8 july 1768. — 271 Publicatie van de Staaten van Holland, raakende de ftraffen der Grosfiers en Sly ters in Brandewynen en fterke Dran ken, die boven pyl bevonden worden. Den 8 July 1768. 975 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 11 Art. der Ordonnantie op de Turf en Kooien. Den 14 July 1768. —— 976" Publicatie van de Staaten van Holland, raakende het Verimposten , van de IX. Deel. 1768, [Pag* Mee, zoo die uit de Mee brouweryen na binnen deefe Provincie word afgelevert, als die van buiten deefe Pro vintie wo;d ingevoerd. Den 10" July 1768. —o7d Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het weigeren van Verbrug- biUietten aan fulpeéte Brandewyn - handelaars, een groot aantal van Kelders op hun naam hebbende. Den 16 July 1768. 977 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende ordres aan den Secretaris van wylen den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Gedeputeerden te Brusfel, hoedanig te handelen met den particulieren boedel van gemelden Heer, die infolvent bevonden wierd. Den 28 Ja!y ij68. 154 Publicatie van den Raad van Staate, houdende verklaaring dat in Vlaanderen de Impost van de Waag niet verfchuldigt is van Goederen of Waaren beneden de één en twintig Ponden. Den 9 Augustus 17 68. 1206 Refoiutie van de Staaten van Holland , waar by het Hof verboden word, zig 1 met zeker gefchil over eene politique uitfetting-, door den Magiftraat der Stad Brielle gedaan , te bemoeyen. Den 11 Augustus 1768. — 635 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof onbevoegd verklaard word, om de Verhooren, voor den Rechter ter eerfter inftantie gevallen, in zaaken, waar in crimineelyk, extraorduraris en op confesfie geprocedeert is, van den zeiven Rechter te requireeren. Den 11 Augustus 1768.; 684, Refoiutie van de Staaten van Holland,' waar by in zeker particulier geval tot; confinement van een Perfoon, die niet wel by de zinnen zynde een manflag had begaan, en daar van abolite geobtineerd, eene bepaalde fomme üir. 's Lands Casfe word geaccordeert! Den 13 Augustus 1768. | 272 Reglement op de Rivifien van Sententi-| en van den Raad van Staate. Den 5 September 1768. —— \ 666 RefoJutie van de Staaten Generaal, waar by aan den Heer en Vrouwe van de Heerlykheïd Eeckard, onder zekere bepaalingen word gepermitteert, om door een Roomfch Waarelds Priester , derfelver Godsdienst binnen hunne huizinge van Eeckard te mo-, gen doen oeffenen. Den 8 Septem-j ber 1768. — • 173 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Ampte-I naaren in de Generaliteit, de Gerefor-j meerde Religie verfaakende, of zig in huwelyk begeevende met Vrouwen van de Roomfche Religie, vanhunse 0 Amp-  Aanwyzinge van alle dé Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1768. Pag. Ampten vervallen zullen zyn. Den 19 September 1768. — 196 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het Keuren of Merken van zeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent Hacbé. Den 19 September 1768. 848 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende verklaaring, hoedanig de Chynfen tot betaaling van het Collateraal moeten worden getauxeert. Den 19 September 1768. —> 1206 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorzieningen tot weering der Sluykeryen in het middel van de Brandewynen. Den 30 September 176-3. , . 977 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende disapprobatie van zekere nieu wigheden, die nopens de bediening van den Doop te Sas van Gent waa ren gepractifeert geworden. Den 7 October 1768. 218 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling omtrent het Verimposten van de Mee, die uit de Mee brouweryen na binnen deefe Pro vintie word afgeleverd. Den 12 October 1768. 978 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie by wegen van dispenfatie aan een Zee-Capitein, om eenige Koopmanfchappen tot een bepaalde fomme te mogen medenemen, en ver handelen of verruylen, tot het beko men van Water en de nodige ververzingen op de Kust van Africa. Den 19 Oélober 1768. — 85 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende verklaaring, dat een Ingefeten van Staats Vlaanderen Octroy noodig heeft om by uiterfte wil te disponeeren over losbaare Capitaalen, befet op de Revenuen en Inkomften van HuiHer Ambagt, en op het Domeyn van den Prince van Orange. Den 25 October 1768. 508 Inftructie voor den Directeur Generaal over de Noord en Zuyd-Kusten van Africa. Den 11 November 1768. 1269 Publicatie van den Prince van Orange, als Opperhoutvester van Holland, tegen het laaten loopen van Honden, het vangen van Nachtegaaien, het ryden met Paarden over Wandelpaaden van het Hout, in het Haagfche Bofch. Den 23 November 1768. 607 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van vrydom van Verpondingen en Collateraal voor een Roomsch Hofje te Amfterdam word afgeflagen. Den 3 December 1768. 174 Publicatie van den Raad van Staate, hou dende, dat de halve Impost op het Pag. Brandhout over de Stad 's Bosch &c. betaalt moet worden van de Boonftaken, die twee jaaren in de open lucht gebruikt geweest zynde voor Brandhout worden verkogt. Den 5 December 1768. .. i. n. 1207 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by word afgeflaagen een verfoek van een 'Weduwenaar, om te mogen trouwen met zyn overleeden Huisvrouw Zusters Dogter. Den 6 December 1768. 365 170*9. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by verklaard word, dat zeker Perfoon, met desfelfs Familie, door den Commandeur van Yfendyck in zynen dienst geëngageert, wanneer hy tot armoe. de kwam te vervallen, aldaar niet behoeft gealimenteerd te worden. Den ii January 1769. —- '273 Octroy tot het droogmaken en bedyken van de groote Klap-Hoekeynds, Oosteyndfche en Butterdorpfche Polders, respeétive binnen de Heerlykheden i en Ambachten van Weyswyk, Hillegersberg en Rotterban geleegen. Den! 14 January 1769. 1378 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou-l dende verbod aan de Ingefeetenen van deefen Staat, in de Levant geëtablisfeert, om zig in hunnen Handel of Commisfien met de Onderdanen van den Grooten Heer of met andere Vreemden te mogen asfocieeren. Den ió" January 1769. _ 1206 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing van Burgemeesteren te Gorinchem. Den 17 January 1769. ^7 Octroy en Reglement tot het bedyken en droogmaken van de gecombineerde Plasien gelegen onder JVieuweveenJ Zevenhoven, den Uitterbuurten Cal-/ flagen, in de Provincie van Holland, mitsgaders onder Blokland, Hoef en Crommydrecht in de Proostdye van St. Jan, in het Sticht van Utrecht ,f gefamentlyk uitwaterende met Amftel-; land. Den 18 January 1769. I383 Refoiutie van de Staaten van Holland J betrekkelyk zekere gefchillen tusfchen den Ambagtsheer van Oudshoorn en de Gnephoek en de voornaamlte Ingefeetenen aldaar, over het aan- en] affetten van Ambagtsbewaarders, Schepenen, Kerk-, Arm-, Polder-of Molenmeester en Bedefetters aldaar. Den 19 January 1769. ' Publicatie van den Raad van Staate, tegen het ryden met Karren door den Overlaat langs desfelfs Lei Dyken. Den 13 February 1769, 275 Pu-  Ediften, &c. na de ordre des tyds. 1769. Publicatie van den Hove van Holland, tegen het pleegen van moedwilligheden zoo door het rooven en fteelen, hakken en fhyden van het Hout en andere Ruygten, als door het befchadigen, doorrennen en doorloopen van het Jonge Plantfoen in de Duynen en Wildernisfen, omtrent den Hage. Den 17 February 1709. Ö09 Publicatie van den Raad van Staate, houdende bepaling, binnen welke tyd de Aéten van tienjaarige vrydom van Novaale Tienden aan den Griffier van de Leen en Tolkamer te 's Bosch moeten worden overgebragt. Den 7 Maart 1769. — 1207 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen het verfoek van een Weduwenaar, om te mogen trouwen met zyn overleedene Huis vrouws Zusters Dogter. Den 9 Maart 1769. ■■' 36'0' RefoJutie van de Staaten van Holland, raakende de quasstie, of de Erfgenaamen van een Raadsheer, wegens de Provincie van Zeeland in 't Hof fesfie gehad hebbende, gehouden zyn in de Provincie van Holland Collateraal te betaalen. Den 9 Maart 1769. 1034 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verbod aan de Grutters, om eenige Grutters Waaren te mogen t'huis brengen anders dan met de ordinaris Makt - of Veer Schuiten en Vragt"Wagens. Den 11 Maart 17 69. 979 Refoiutie van de Staaten Generaal, taan kende de betaaling van 'sLands rechten van geftrande en geborgen Goederen. Den 16 Maart 1769. l*47 Refoiutie van de Staaten van Holland,! behelfende het Formulier van den Eed voor de Ontfangers der Vuurgelden, die van tyd tot tyd door den Ontfanger Generaal der Vuurgelden benoorden de Maaze worden aangeftelt. Den 16 Maart 1769. 1253 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van de vrydom van eeni-l ge Impofitien aan de Parnasfms en Penningmeesters van de Hoogduirfche Joodfche Natie te Amfterdam. Den 17 Maart 1769. < • ^79 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot maintien van het Veer, van Stolwyk op Stol wykerfluis opgerecht. Den 5 April 1769. ' 17 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dat de Publicatie van 11 Maart 1769. niet betrekkelyk is tot het debiteeren van Grutters - Waaren binnen de Jurisdictie, alwaar zy als Grutters zyn geadmitteert. Den 14 A pril 1769. 98° 1769. Pag. Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het inkoomen en debiteeren der Leuvenfche Diefter, en andere buy tenlandfche gebrouwe Bieren, in uitheemfche Tonnen geflagen. Den 24 April 1769. . 1321 Publicatie van den Raad van Staate, houdende verklaaring, dat het recht op de Houtfchatten ook betaalt moet worden van het Hout, gewasfen op Gronden , die door den Hertog van Braband ter Leen zyn uitgegeven. Den 26 April 1769. ———-- 1208 Nadere Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk zekere Condemnatie van kosten, door den Raad van Bra band ten Jasten van den Advocaat Fiscaal van Braband, uit zyn privé beurfe gedecerneert. Den 27 April 1769. 668 Refoiutie van de Staaten Generaal, op een verfoek van den gedefigneerden Minister van haar Hoog Mog. aan 't Hof van Portugal, betrekkelyk de onkosten van desfelfs Reife naar herwaards. Den 5 Mey 1769. 155 Refoiutie van de Staaten van Holland y waar by Jure eminentis Dominii gelast word zeker ftuk Lands aan Burgemeesteren van Schiedam tegen behoorlyke vergoeding afteftaan, tot het leggen van een Sluys en Spuye aldaar. Den 10 Mey 1769. 787 Publicatie van de Staaten van Holland, tot redding van Drenkelingen. Den iï Mey 1769. ■ 275 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het venten en te koop voeren van Glaafen , Kruiken , Kannen, Keulfchen en andere Potten of Aar de werk. Den 13 Mey 1769. 1322 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Stad Gouda word afgedaan het een derde part van de inkomften der Gabellen van het Moor drechtfche Verlaat, aan de Graaflyk heid competeerende; mitsgaders het Veer van Gouda op Bodegraven. Den 19 Mey 1769. 818 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over iemand die van Strandroof was geaccufeerd, onvermindert de quseftie zelve aan wien die Judicatuure eigentlyk behooren zoude, word gelaten aan den Hove van Holland. Den 24 Mey 1769. 808 Placaat van de Staaten van Holland, tegen den invoer van vreemde Duiten. Den 24 Mey 1769. —— 850 Publicatie van den Raad van Staate, houdende verbod tegen het overlaaten of overdoen van gepachte Tiendens. Den 8 Juny 1769. 1209 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verfcheide bepaalingen en e 2 voor-  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. |Pag. voorzieningen, om de Eendragts Pol-i der onder Zevenhuyzen cegen inundatie te fecureren, en de ontlasting van; het Water te faciliteeren. Den 19 Jury i769 ■ . i I390 Refoiutie van de Staaten Generaal, be-l trekkelyk de gedecimeerde CurateeJef in, en de beredding van den infolventen Boedel van wylen den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Gedeputeerden te Brusfel. Den 20 July 1769. I55 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Jadicatuure over refiftentie, gepleegd aan Bedienden van 'sLands gemeene Middelen, aan de Schepenen Commisfarisfen, en by prajventie aan Gecommitteerde Raaden worden toegekent. Den 20 July 1769. 743 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een verfoek van den Roomsch Paftoor van Steenbergen, om aan hem een Adjunct tot zyne adfiftentie geduurende zyn leven toe te voegen, word afgeflagen. Den 4 Augustus 1769. j m Placaat van de Staaten Generaal, tegen den invoer van vreemde Ddken. Den' 4 Augustus 1769. „ j 851. Placaat van de Staaten Generaal, tot continuatie van 't verbod van uitvoer van Lompen, Vischwam, oud en afgebeten Touwwerk, tot voordeel van de ! Papier-makeryen hier te Lande. Den ' 9 Augustus 1769. .. I323 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Grosfiers en Opkoopers van Boter en andere Waaren in de Meyerye 'sBofch, om, buiten de geoétroyeerde Markten, defelve Waaren ten hunne huife op te koopen. Den 10 Augustus 1709 277 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende verbod van invoer, mitsgaders ontfang en uitgaave van allerley vreemde, of op andere Munten bui-j ten de voorfz. Provincie geflagen Duf; / ten. Den 17 Augustus 1769. j 852 Refoiutie van de Sraaten van Holland,i houdende , dat 't Collateraal ook moet worden betaalt van beleeningen op1 Koopmanfchappen, of wel van Ac-j tens Obligatoir deswegens gepasfeerJ Den 31 Augustus 1769. I035 Publicatie vau de Staaten Generaal, hou-1 dende eene belasting op het Glas, van elders in deefe Landen ingevoerd wor-1 dende. Den 5 September 1769. 'I324 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by in de Polders en Diftricten van Sas1 van Gent, de Mee, Aardappelen,' Aardpeeren, Aardnooten, Kooien,! Tabak, Hop, Ajuin, en diergelyke Vrugten en Gewasfen, onder het liend-recht worden gebragt. Den 14 September 1769. —, l2II L7Ó9- ÏPaö. Publicatie van de Staaten Géneraal, be-j trekkelyk het Zegel van de Commisfi-1 en, of Aften van Aanftelling derAmp-| tenaaren. Den 17 November 17Ó9.1211 Mruetie voor den Gouverneur Gene raai over de Colonie van Surinamen. Den 17 November 1709. i 1279 Refoiutie van de Scaaten van Holland, tot reftitutie van Collateraal, in de Provintie van Hollmd betaalt van ze-j kere fomme oud Capitaal Aótien in de! Oost Indifche Compagnie ter Kamer Zeeland, en waar van in Jaatstgemelde Provintie defelfde Impost op nieuw ge vordert werd. Dan 23 November .•1769. I036 Placaat van de Staaten van Holland, op den invoer en uitvoer van het Rund vee. Den 6 December 1769. 1325 Refoiutie van de Scaaten van Holland J houdende voorfiening, ten einde de , Bailliuwen van Texel, ter Schelling, ' en dergelyke PJaatfen, op de plaats') hunner Bediening hunne vaste refidentie houden. Den 14 December 1769. 278 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het geen de 1 Spinders van ,Tabak voor hunne vrye neering jaarlyks gehouden zyn te betaalen. Den 14 December 1769. 980 Relolutie van de Staaten van Holland J tot vermindering van het Ampt vanl Thefaurier ordinaris der Stad Leyden,! op het Quohier van den 200 Penning! op de Ampten. Den 15 December' 1769. — _ . 8(5o 1770. Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het Traftement, en het fungeeren der Adfiftent-Bodens by! de Generaliteit. Den 10 fanuary' 1770. fj 2Z Refoiutie van de Staaten van Holland,/ tot in (land houden en bevoordeling! van de Hoedemakeryen binnen de-j felve Provincie. Den 20 January! I77O. — . l3n2 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by word afgevveelèn een ver-f foek, van aan de Moerdyk ten kosten van den Lande een Kerk en Predikants Huis te mogen laaten bouwen. Den 24 January 1770. 197 Refoiutie van de Staaten van Holland waar by gejüftificeert het verleenen van een mandament Poenaal door 't Hof tegen een Gyzeling en Citatie van den Lieutenant Houtvester. Denj 25 January 1770. , \ 6[q Refoiutie van de Staaten Generaal, be-i trekkelyk de vryheid van twee MaltheeferSlaaven, den Bacha van Tri- poiy  Edicten, &c. na de ordre des tyds. 1770. Pag. poly toebehoorende, die aan boord van een Hollandfch Schip in de haven van Tripoly ten anker liggende waaren komen vlugten. Den 29 January 177°- 23 Refoluu'e van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan haar Hoog Mog. Jjnvoyé aan het Hof van Deenemarken om zyn Zoon tot Lieutenant by de Deenfche Guardes te Paard, en en tot Kamerjonker van den Koning te laaten benoemen. Den 31 January 1770. — — 157 Nadere Refoiutie van de Staaten Generaal , betrekkelyk de Adfiftent - Bodens van de Generaliteit, Den 19 February 1770. i 24 Refoiutie van de Staaten Generaal, tot ffcriéle executie van de Placaaten en Refolutien, op het ftuk van het inkomen en verblyf der geordende Pries ters hier te Lande fpreekende. Den 19 February 1770. \ I75 Refoiutie van de Staaten Generaal, waan • by eenige Commiilen, ("daar in gefpe* cificeert en raakende de vier Quartieren van de Meyerye van 's Bosch,) van 't klein Zegel worden geëximeert. Den 26 February 1770. 1013 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het woonen van Wynkoopers en andere een vryen inflag hebbende, naast Tappers en andere geen vryen inflag hebbende, en vice verfa. Den 3 Maan 1770. ■ 981 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorregten en vrydommen, ten behoeven van het Gebroederfchap der Weesjongens van de Portugeefche Joodfche Natie te Amfterdam. Den 8 Maart 1770. 279 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie tot het heffen van een Tol, tot reparatie en inftandhouding van de hooge Waddinxveenfche Brugge. Den 3 April 1770. 8ip Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaating, dat de Griffier van 's Bofch niet mag prseadvifeeren in een zaak, waar in zyn Zwager fchoon het Zwagerfcbap, door den dood van de Vrouw .is afgeftorven, geintresfeerd is. Den 20 April 1770. 66 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een verfoek van niet te vallen in de termen van de Ordonnantie op den 40 Penning, aan de ordinaris Juftitie, volgens het 34 Art. derfelve Ordonnantie, word gerenvoyeert. Den 24 April 1770. —— 12i4 Refoiutie van de Staaten van Holland, omtrent de prseferentie van Notariaale Obligatien boven onderhandfche, op de Boedelsder geenen, die in dienst IX. Deel. 1770- Pag. van de Oost - Indifche Compagnie infolvent zyn komen te overlyden. Den 18 Mey 1770. - 508 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou dende provifioneele voorfieninge, tot weering van ondernomene bevrachtingen van onderfcheide Vreemde Scheepen uit de Levant naar Holland. Den ai Mey 1770. . 1297 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende klagten en reprefentatien over een Mandament van Arrest door't Hof van Holland aan den Gefchutgieter J. Verbrugge tegen den Raad van Staaten verleend. Den 6 Juny 1770. 63^ Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by een verfoek van Revifie pro Deo van eene Sententie van den Raad van Braband, word afgewefen. Den 8 Juny 1770. 669 Refoiutie van de Staaten Generaal, hou-l dende bepaaling, door wien de kosten' op het fehouwen van verdronkene en andere verongelukte Lyken, in de Stad en Meyerye van 's Bofch gedragen moeten worden. Den 26 Juny 1770. 280 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling omtrent het belegen van den Regtdag voor Gecommitteerde Raaden in cas van provocatie. Den 30 Juny 1770. 744 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Quotifatie word geconverteerd in een belasting op de Confumtie Tuif, in de Polders, alwaar niet meer geveend word; en de heffing op de Confumtie gealtereed in een Qotifatie, in de Polders alwaar Veenderyen worden aangelegt. Den 30 Juny 1770. * 1 j 9S2 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy tot approbatie van het Bataaffch Genootfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rot terdam. Den 5 July 1770, ,281 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het kwalyk havenen en behandelen van de Hennip. Den 5 July 1770. - 1334 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende ordre, om haar Hoog. Mog. Refoiutie en Publicatie van ' den 18 November 17'60, raakende de compofitien van de respective Officieren met de Roomfche Priesters en Ingefeetenen, van vyf tot vyf jaaren te publiceeren en te afiigee ren. Den 18 July 1770. i76 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende approbatie op zekere Conventie tusfchen den Magiftraat der Stad Hulst, en die van Hulfter Ambacht, tot vereffening der disputen,' uit het, | willekeurig colleéteeren vopr de) P Room-  Aanwyztnge van alle de Placaaten0 Ordonnantiën, &c. 1770. Pag. Roomfche Gemeente ontdaan. Den 18 July 1770. 176 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om mandament van Revifie Pro Deo van een condemnatie van de Univerfiteit Vierfchaar te Leiden, word afgeweefen. Den 18 Augustus 1770. 489 Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende de vrye verfending van Vi vres, en in 't byfonder van Meel,! naar de Colonie van Surinamen. Den 18 Augustus 17/0. — I2g4 Refoiutie van de Staaten yan Holland, waar by voor wettig verklaard word een huwelyk, voor het Collegie der Christen-Commercie op St. Crux irt Barbaryen gecelebreert. Den 21 Augustus 1770. ~ . 366 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van den fubftitut Schout te Amfterdam, om te mogen hebben de Prasmie van ƒ 600 : : voor het apprehendeeren van twee f. Huisbreekers, word afgewezen j dog met vryhtmg om de buitengevvoone! onkosten deswegens hefteed, aan Ge-I committeerde Raaden op te geven. Den 25 Augustus 1770. — 575 Publicatie van de Staaten Generaal, toé voorkoming, dat de Pestilentiaale ziekte, die in Podolien en elders ontftaan was, niet in deefe Landen werde overgebragt en veripreid. Den 28 Augustus 1770. — 2g3 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by de bediening van Infpecteur en Meeter der Houtfcheepen, op Noorwegen vaarende, word gemortificeert. Den 28 Augustus 1770. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van derfelver Placaat van 28 Augustus 1770, tegen het overbrengen en verfpreiden der Pestilen tiaale ziekten. Den 21 September 17.70. —~ 285 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat alle Prefenten, het zy in Geld, hec zy in Gelds-waarde, die door vreemde Ministers aan den Agent van hun Hoog Mog. gedaan worden, voor de eene helft by een Hofmeefter genoten moeten worden. Den 28 September 1770. 157 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat een Predikant beroepelyk is, wiens vereisen te ouderdom, geduurende het half jaar van gratie, is geadimpleert. Den 3 October 1770. ■ 220 Placaat van de Staaten Generaal, houdende nadere voorfieningen om voor te komen de overbrenging en ver- i77o. Pag. fpreiding der Peftilentiale Ziekte hier te lande. Den 3 October 1770. 1 285 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot reftkutie van Collateraal, abufivelyk betaalt van eenige 's Lands Obligatien, op welke ten behoeven van minderjarige Voorkinderen, voor der felver moederiyke Nalatenfchap ver tichting was gedaan. Den 5 October 1770. ■ , Refoiutie van dé Staaten Generaal, raa kende de betaaling van 's Lands Rechten van de Oly, Raap- Hennip- en Lynzaad - Koeken. Den 10 October 1770. — i24§ Refoiutie van de Staaten Generaal, op een uitgebragte Decifie van zyne Hoogheid , waar by aan de gefamentlyke Ingezetenen der Republicq de vrye en algemeene Vaart op de Colonie Esfequebo en Demerary word toegekend. Den 15 O&ober 1770. '1286 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oélroy aan iemand, die doof en ftom, dog haar verftand volkomen machtig was, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Ho1 ve te testeeren. Den 23 November I 1770. . 509 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aggreatie op eene Fenia{ JEtaüs, van den Geheimen Raad van den Keurvorst van de Paltz geobtineerd. Den 5 December 1770. 509 Reglement, contineerende reftriéten en bepaalingen, onder welke de Vaart en Handel op de Colonie van Esfequebo en Demerary vooralle de Commercieerende Ingezetenen van den Staat word open geftelt. Den 6 De cember 1770. , Ia88 Refoiutie van de Staaten van Holland, behelfende een Reglement van Sala risfen voor den Eykmeester en Jus teermeester Generaal van de Trooy fche Gewichten en Balancen over deeze Provintie. Den 15 December 1771. Refoiutie van de Staaten van Holland, ten einde het Ampt van expedieerend Clercq ter Secretarye van haar Ed. Gr. Mog. op de Lysten van de Amptgelden en van den 200 Penning, te royeeren. Den 31 January 177^ 870 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot beteugeling van de licentie der Courantiers. Den 9 February 1771. 402 Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot introductie van eenige belastingen ten behoeve van de ' Di-  Edicten, &e. na de ordre des tyds. 1771. Pag. Diaconie te Vianen. Den 15 February 1771. • 1 287 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by gepermitteert word, om de ordinarifl Gerechtsdagen, en andere Gerecfrtelyke Vergaderingen van het Leenhof van Valkenburg, te Maastricht te mogen houden. Den 19 February 1771. ■ 670 Publicatie van den Raad van Staate, houdende verklaaring, dat het Collateraal verfchuldigt is, zoo wel van de generaale Verbanden, waar van de 40 Penning is betaalt, als vanfpeciaa le Verbanden of Hypothecatien. Den 7 Maart 1771. — 1216 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Minuten van zekere Ac tens welke de Notaris verzuymd hadde te onderteekenen voor behoorlyk gepasfeerd gehouden worden; met authorifatie op een ander Notaris,om de Grosfen daar van te teekenen en, uit te geven. Den 15 Maart 177i.j 510 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat van de Goederen en Effecten der Roomfche Paftoryen, alle drie en dertig jaaren ,1 wegens Collateraal alleenlyk de twintigfte penning betaalt moet worden. Den 16 Maart 1771. I039 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by,. in de drie Landen van Overmaaze, de Mee, Aardappelen, Aardpeeren, Aardnooten, Kooien, Tabak, Hop, Ajuyn, en dergelyke Vrugten en Gewasfen, onder het Thiend Recht worden gebragt. Den 27 Maart 1771. 1216 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar , by de Schoolmeester in de Generaliteit eligibel verklaard worden tot de Regeering. Den 28 Maart 17/1 252 Refoiutie van de Staaten van Holland , houdende approbatie van zekere Coi? ventie, tusfchen verfcheide Ambagts heerenin den Lande van Voorne aangegaan. Den 15 Mey 1771. 288 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie tot het aanllellen van een Schepen van de Roomfche Reli gie binnen de Heerlykheid Lith. Der 2julyi77i. l79 Publicatie van den Raad van Staate, waa? by eene boeten geftatueert word tegei de geenen, die een onwaare aange ving doen van den Koopprys van het Vee aan den Pagter van 's Lands lm post op het Beftiaal te 's Bosch. Den 2 July 1771. ■ 1217 Publicatie van Gecommitteerde Raaden , van Holland, tot elucidatie van het 10 Art. van de Ordonnantie op het Ze gel te Vianen, betrekkelyk het Zegel 177'i Pag. tot de Rekeningen van verdienften en leverantien aan de Stad &c. Den 9 July i77i. ^74 Placaat van de Staaten van Holland, houdende renovatie van het verbod van uitvoer van Hooy en Stroo. Den 13 July 1771. . 1335 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling omtrent de wyfe, op welke voortaan de Roomfche Kerkfchuuren in de Meyerye van's Bosch, 't zy met Pannen, of Strooyeen Rie te Daken gedekt zullen worden. Den 18 July 1771. m Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende approbatie, dat Schepenen van 's Bosch aan hunne Burgers en Ingea gezetenen permisfie mogen verleenen, om voor den Krygsraad getuigenis der waarheid te geven, en dat ook gelyke permisfie door den krygsraad gegeven zouden worden aan Militaire Perfoonen, als getuigen voor Schepenen gerequireerd wordende. Den 31 July 1771. ——, * -i 76q Refoiutie van de Staaten Generaal, tot confervatie van het recht of de posfesfie van zoodanige Tiendheffers, als gewoon zyn de Groentens, Kruyden, en Gewasfen in Specie te Tienden. Den 14 Augustus 1771. —— 1218 Publicatie van de Staaten Generaal, tot alteratie vao de Lyst der Gemeene Middelen te Water, met relatie tot de Suykeren. Den 2 September 1771. ■ 1249 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek om rellitutie van betaalden XL. Pen ning, wegens den Koopprys van zeke re Heerlykheid, in den Lande van Vianen gelegen, dog van de Provin cie van Holland te leen gehouden wordende. Den 5 September 1771. I039 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gelast worden de reftitutie aan de Eigenaars van geftrande Goederen, welke door particuliere Perfoonen op Vlieland en Ter Schelling geborgen waren, mits {lellende Cautie voor de Berg- en Hulp loonen, welke door Commisfarisfen van de Pilotagie benoorden de Maafe zouden worden gereguleert. Den 9 Oótober 1771. 809 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende , dat by vervolg om geene ree denen hoe genaamt geene dispeofatien van de Refolutien van 19 July 1730, voor zoo verre de bepaaling van het getal der Roomfche Priesters betreft, verleend zouden worden. Den 10 Oétober 1771. 180 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by ten behoeven van zekere Pre P 2 dï~  Aanwyzinge van alle de Placaaten \ Ordonnantiën &c. 1771. Pag. dikanten Kinderen, wier beide Ouders waaren overleden, geduurende, derzelver minderjarigheid en ongehuwden ftaat, de betaaling van het Kinder-geld word gecontinueert. Den 1 o Oélober 1771. . 22I Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende eenige nadere bepaalingen, betrekkelyk de droogmaking van ze kere Polders, in de Heerlykheden Bleyswyk, Hillegersberg en Rotterban, waar toe reeds op 14 January 17'6'9 Octroy verleend was. Den 16 October 1771. 1395 Refoiutie van de Staaten Generaal, op een verzoek tot intrekking van een Mandament van; Reformatie van een crimineel Vonnis van Schepenen van Tilburg door den Raad van Braband verleend. Den 4 November 1771. 685 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Vrouw, wier Man voor verfcheide jaaren naar Indien was vertrokken, en hoogstwaarfchynlyk aldaar overleeden, word gepermitteert een ander huwelyk aan te gaan. Den 29 November 1771. —— 367 Placaat van de Staaten van Holland, houdende provifioneele bepaaling van de te groote confumtie van Graanen in de Mouteryen en Brandewynitokeryen binnen defelve Provintie. Den 20 December 1771. ——* 1336 1772. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikants Weduwe , zig in zeer beklaaglyke omftandigheden bevindende, zoo. lang zy onhertrouwd zou zyn, het Kinder- 1 geld word toegelegt. Den 24 January 1772. _ 222 Publicatie van de Staaten van Holland,, houdende voor/leningen, ten einde/ het doen van Peilingen door de abfentie der geenen, welke aan defelve fubjeét zyn, niet geëludeert worden. Den 24 January 1772. 982 Refoiutie van den Hove van Holland, tot rigtige betaaling van de Rapport en Comparitie gelden, mitsgaders ordre nopens het opmaken en ligten der Aétens Judicieel. Den 11 February 1772. 638 Refoiutie van den Hove van Holland, houdende bepaling, door wien de kosten op het hooren van getuigen betaalt moeten worden. Den 11 February 1772. . 639 Waarfchouwing van het Hof van Holland , tegen het plegen van ontuch ! tigheden op publicque plaatfen in den/ Hage. Den 28 February 1772. | 576 !772. PAG, Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het gedrag van het Hof het welk op een Request om mandament van Arrest en Rouw Actie regen een Lidmaat van de Univerfiteit eene Comparitie had geordonneert, en voorts op een Obligatie, door den zeiven gepasfeerd, inhoudende prorogatie van Jurisdictie, condemnatie had gedecer neert, word gejuftihceert. Den 14 Maart. 1772. . Publicatie van de Staaten van Holland, houdende alteratie in het Placaat'van 20 December 1771, tegen het onbepaald gebruik van Graanen in de Branderyen. Den 18 Maart 1772. 1339 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek yan de Roomfche Armbeforgers in 's Hage, om te mogen hebben vrydom van de Verpondingen van hun Arm huis, mitsgaders van den Impost op ' , de Confumtive Middelen, inhetzel ve geconfameerc wordende. Den 20 Maart 1772. , | 1§I Publicatie de Staaten Generaal, houdende ordre aan de Ingefetenen van de Colonie Esfequebo, tot het bewyfen van respecten gehoorfaamheid aan den Directeur en Raaden van defelve CoJ lonie. Den 23 Maart 1772. 1290 Nadere Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de qusestie, of van den Boedel van een Raadsheer, wegens de Provintie van Zeeland in*t Hof zesfie gehad hebbende, in de Provincie van Holland het Collateraal betaalt moet worden. Den 6* Mey Publicatie van den Prins van Orange 1040 als Heer en Baron van Ysfelftein, betrekkelyk het effea der Huwelykfche Voorwaarden aldaar. Den 16 Mey 1772. 5II Waarfchouwing van de Staaten Generaal,/ omtrent zekere in Duitschland nage- v maakte goude Ducaten. Den 10 Juny 1772. — ■ 853 Rublicatie van de Prince van Orange, als Heer van Ameland, tegen het graven en haaien van Sand en Sooden op en van de voorfz. Heerlykheid Ameland, om te dienen tot Ballast van Scheepen. Den 15 Juny 1773. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 word afgewefen. Den 22 July i772 "68 Placaat van de Staaten van Holland, omtrent de behandeling der geborgen Goederen uit gefonkene Scheepen. Den 22 July 1772. , gu Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden  Edicten, &c. na de ordre des tyds. 1772. pag. | den gequalificeert, een Mandament van Reliëf, met Coramittimus aan Schepenen Commisfarisfen te Amfterdan te verleenen. Den 31 July 1772. 745 Publicatie van den Prince van Orange als Opper-Houtvester van Holland, tegen het meenigvuldig jaagen en Stroopen in de Wildernisfen omtrent den Hage. Den 1 Augustus 1772. 610 Publicatie van den Prins van Orange, als Heer van Ysfelften, waar by aan de Stokhouders aldaar tot invordering der Kooppenningen het recht van parate Executie word toegekend. Den 4 Augustus 1772. ■ « 294 OCtroy tot het bedyken en droogmaaken van het Ambagt van Schiebroek voor zoo verre het zelve is verveent. Den 5 Augustus 1772. ■ » I1396 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, door wien de ouderloofe Kinderen te Oudewater, alvoorens in het Weeshuis overgenool men te worden, moeten worden ge-J alimenteerd. Den 7 Augustus 1772. 205 Refoiutie van de Staaten Generaal , houdende bepaaling, wie van de Tienden der eetbaare vrugten vry en exempt zyn. Den n Augustus 1772. 1219 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Grutter van Raamsdonk inde exercitie in de grutneeringaldaar, metexclufie van den aldaar nieuwlings door den Ambachtsheer aangeftelden Grutter, word gemaintineert. Den 14 Augustus 1772. — \ 789 Publicatie van den Prince van Orange, alsj Graave van Leerdam, en Baron vanj Acquoy, tot affchaffing der Rouw of Dood maaltyden aldaar. Den 28 Au-, gustus 1772. ■" 296 Publicatie van de Staaten van Holland, tot verklaaring van eenige duysterheden in de Ordonnantie op het Heeren- en Redemtiegeld. Den 18 September 1772. ■' 983 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende het Rapport wegens de plegtigheid by den Doop van den jonggebooren Prince van Orange. Den 19 September 1772. —— 14 Publicatie van zyne Hoogheid, als Heer van Ameland, tegen het houden van ongeoorloofde Vergaderingen, Conventiculen, Catechifatien en Oeffe ningenaldaar. Den 23 September 1772. I9s Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verbod, om binnen de zestig roeden van de Watermolens in de Zypeen Hafepolder te timmeren, of boomen te planten. Den 6 November 1772. — 297 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan iemand, die wegens zwakIX. Dkbl. 1772. |Pag. heid van geest onder Curateele was gefteld, gepermitteerd word, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove te mogen testeeren. Den 25 November 1772. 512 Inftru&ie voor den Raadpenfionaris van Holland en Westvriesland. Den 26 November 1772. 25 Ordonnantie van de Staaten van Zeeland, raakende den Impost van alle de Bieren en Mol, zoo die binnen defelve Provintie gebrouwen zyn als die van buiten worden ingebragt. Den 10 December 1772. — 1184 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdendede noodige beveelen tot redding van Drenkelingen, op den voet der regelen, by de Maatfchappye te Amfterdam voorgefchreven. Den 14 December 1772. Q97 1773- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat van een Boedel, die door den Erfgenaam was gerepudieert, en aan de Crediteuren overgegeven, geen Collateraal behoeft te worden betaalt. Den 21 January 1773- 1043 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het recht van den Ambachtsheer van den Raamsdonk, tot het ftellen van een Grutmoolen aldaar. Den 23 January 1773. 298 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gelast word de Penningen tot aflosfing van Ampt Obligatien hetTractement, en verdere vaste Posten van een Amptenaar, die infolvent geftorven was, en aan wiens Boedel 't Gemeene Land merkelyk te- kort kwam, (welke door Gecommitteerde Raaden waaren aangehouden) aan de Curateuren in voorfz. Boedel af te geven, behoudens aan 't Gemeene Land desfelfs gefustineerd recht van preferentie. Den 25 January 1773. 5*3 Refoluüe van de Staaten van Holland, omtrent de betaaling van het recht van de ronde maat wegens het Zout. Den 23 January 1773. ■ 985 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vermindering van den Impost van de Ronde maat op het rond en plat Zaad, zoo wel ten aanfien van de Kooplieden, als van de Olyflagers. Den 10 Maart 1773. 985 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om remisfie van Amptgeld, wegens een Ampt, door, iemand Hechts drie maanden befeten,' word afgewefen. Den 18 Maart 1773. 87* Refoiutie van de Staaten van Holland, q heu-  Aanwyzingé v,an alle de Placaaten * Ordonnantiën, &c. 1773. Pag. houdende, dat de Predikant van Op meer gehouden is de kosten der beroeping, wanneer hy binnen de drie jaa ren vertrekt, te vergoeden. Den 20 Maart 1773. ■ 22a Waarfchouwing van de Staaten Generaal, omtrent zekere rouleerende valfche Zeeuwfche Ryksdaalders dragende de Jaargetallen van 1762, 170*4, 1769, 1770 en 1772. Den 26 April 1773. 854 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het uitgeven van Boeken of Gefchriften, ftrekkende tot befpottinge Van de Christelyke Religie. Den l Mey 1773. » . 200 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek, om Reliëf tegen het niet tydig impetreeren van een Mandament van Reformatie van een Vonnis van Schepenen Commisfarisfen te Leyden, word afgewefen.Den 1 Mey 1773. ■* 1— 746 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aggreatie op eene Venia Gratis, van den Koning van Denemarken geobtineerd. Den 7 Mey 1773. 515 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by tot onderfteuning van de Kasfe der Franfche van Voorbrug, een L jaarlyks fubfidie word toegelegt. Den 8 Mey 1773. . ——- 223" Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van Bailliuw en Schepenen van 's Hage, om zes GeVangenen buiten proces tot 's Lands kosten te conlineeren, word afgewefen: -— En voorts vernieuwd het gedecerneerd Commisforiaal tot het re videeren der Crimineele Ordonnantie Den 8 Mey 1773. — 686 Publicatie van de Staaten Generaal,houdende eene belasting op de vreemde Bieren. Den 17 Mey 1773. 1340 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende Amnestie ten behoeven der gee nen, die zig aan het gebruik maken van valfche Certificatien, zoo in het vervoeren van Runderbeesten als tot het obtineeren van de noodige Pasporten, hadden fchuldig gemaakt. Den 9 Juny 1773. 576 Publicatie van den Raad van Staate, tot maintien van het recht van Legaal Hypotheecq, het gemeene Land competeerende op alle de Goederen, zoo van de Iaatfte, als voorige Herbrengers of Gelders van Geestelyke SackFabricq- en Costers-Renten in de drie Landen van Overmaaze. Den 12 Juny 1773. • 1220 Refoiutie van de Staaten van Holland *] houdende verklaaring welke Schepen j begrepen zyn onder debenaaming van Binnelandsvaarders, die tot onderhoud i773- Pag. van de ztuyder Zee Vuuren móeten! contribueeren. Den 2 July 1773. \ I*154 Refoiutie van de Staaten van Holland, Waar by 't Hof word gejustihceert in het verleenen van eene admisfie pro Deo, en opgevolgde Provifie van Juftitie tegen Sequesters in zekeren onbeheerden Boedel te Goedereede. Den 2 September 1773. — 639 Publicatie van de Staaten van Holland, tot elucidatie van het 49 Art. der Ordonnantie op het Zegel, betrekkelyk het Zegel, dat tot Huwelykfche Voorwaarden word vereischt. Den 2 September 1773. 1 I074 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat het Placaat van 24 January 1755, alleen-4 lyk op Ingefetenen van deefe Provintie, en niet op Vreemdelingen van de Gereformeerde Religie applicabel is. Den 30 September 1773. I '368 Publicatie van de Staaten van Holland,' tot introduétie van de nieuwe en ver-I beterde Rym-Pfalmen. Den 1 OcW ber 1773. uettu , I a0ö Refoiutie van de Staaten van Holland raakende de vernieuwingen reparatie,j mitsgaders de onderhouding van het Slot te Geervliet. Den 4 October Publicatie van de Staaten van Holland j waar by gearrefteerd worden de For-I muiieren der Acten van Admisfie, zoo voor Tappers en Herbergiers, met opzigt tot de Brandewynen, als voor! kleine brandewynverkoopers of zoogenaamde Flesfianen. Den 5 October 1773. ■. 987 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gearrefteerd word eene Inftruétie voor den Commis Generaal der Posteryen van Holland en West vriesland. Den 7 October 1773. 7g9 Refoiutie van de Staaten van Holland, ' raakende de verpligting der Prifeer- 1 ders tot het overneemen van het door' hun geprifeerde Vleefch. Den 7 Ocber 1773- — j 986 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende diverfe voorfieningen en bepaalingen, ter gelegenheid van het ver-j nietigen van deOrdederJefuiten. Den 15 October 1773. — j 181 Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by aan een Predikant, die, na 1 eenigen tyd Emeritus geweest te zynJ zig naar Indien begeven had, en van daar was geretourneert, het Tracte-j ment als Emeritus wederom word gecontinueert. Den 13 November Publicatie van de Staaten van Holland, t^f houdende voorfiening tegen het doen van  Edicten > &c. na de ordre des tydë. 1773- |Pag' van Asfurantien op ongezegelde Politen. Den 13 November 1773, ! 134i Publicatie van den Domein-raad van den Prince van Orange, tot maintien der! Dwang-molens in de Baronie van Breda. Den 30 November 1773. 299 Refoiutie van de Staaten Generaal, omtrent het effect der Huwelyken ten aanzien van de gemeenfchap van Goederen, binnen de Steden en Ambachten van Axel en Neufen. Den 1 De- , cember I773- —1 •>I5 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Commisfarisfen benoemd worden tot het revideeren der Crimineele Ordonnantie. Den 16 December 1773. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat men, met opfigt tot de verpligting van het Collatetaal, kan volftaan, met een Declaratoir onder eede van niets geërft, nog verkregen te hebben , den CollateraaJen Impost fiibjedt, zonder tot exhibitie van het Testament gehouden te zyn. Den 18 December 1773. I043 1774» Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by zeker crimineel Vonnis van Leenmannen van de Nyenburgen word vernietigt t en de cognitie van die zaaken op niéuw gedelegeert aan den Hoogen Raad. Den 13 January 1774., , 687 Refoiutie van de Staaten van Holland ,! waar by word afgewefen een verfoek van Abraham Ter Borch om alle Procedures en Executien, tegen hem ondernomen te furchaeren, tot dat op een verfoek van Inductie, by hem van den Hove van Holland, verkregen, finalyk zoude wefen gedisponeerd. Den 19 January 1774- ' ' 516 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot Juftificatie van het gedrag van de Kamer van Juftitie van Vianen, en het verleenen van een Mandament vanl Evocatie, tegen het Gerecht der voorfz. Stede. Den 25 January 1774- 73" Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het doen opmeeten encarteeren der Landeryen, rondom de Fortificatie-werken der Stad Maastricht gelegen, zonder daar toe bekomen confent, en door ongequalificeerde Perfoonen. Den 28 January 1774- 65 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, raakende de verpligting der Ingefetenen van Diftriélen, waar over] compofitie is verleend om, alvorens! de goederen van elders te ontbieden een behoorlyk Billiet te haaien, en den] 1774. Pag. Impost te betaalen. Den 19 Maart 1774. • 988 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, datby het overlyden van den Man geen Collateraal verfchuldigt is van de Goederen, wel ke de Vrouw onder zeker verband en reftrictie, ftaande huwelyk van haaren Broeder had aangeërft, en welke alfoo in de gemeenfchap niet gekomen waaren. Den 15 April 1774» 104$ Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Vonnis of Uitfpraak van eenige Lutherfche Kerkenraaden, door haar Ed. Gr. Mog. fpecialyk gedelelegueert geweest zynde, executabel verklaard word, met auctorifatie op den Hove, om het zelve ter executie te doen leggen. Den 16 April 1774. 300' Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Bewindhebber van de Oost-Indifche Compagnie by dispenfatie word gepermitteert, om ze? ftukken yzer Kanon aan gemelde Com pagnie te mogen verkoopen en leve ren. Den 26 April 1774. 1259 Publicatie van de Staaten Generaal , waar by om de Inlandfche Fabricq van Lakmoes te favorifeeren, dé in- én Uitgaande rechten van defelve bepaalt worden. Den 16 Mey 1774. 134a Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een vetfoek om Reliëf tegen contumacieele procedures voor de Uni1 verfiteits Vierfchaar gevoert, word afgewefen. Den 21 Mey 1774. 492 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Refolutie van 7 Maart 1680, ("dat Regenten van Weeshuifen eh Diaebnen geen Beneficie van Inventaris noodig hebben,) ook op andere Proteftantfche Gemeentens van applicatie is. Den 26 Mey 1774. — 524 Publicatie van den Prince van Orange, als Heer en Baron van de Stad Grave en Lande van Cuyk, tot het ter culture brengen van vague, fterüle en inculte Gronden in den voorfz. Lan de. Den 2 Augustus 1774. 301 Publicatie van den Raad van Staate, tot alteratie en ampliatie van de Ordonnantie op de Brandewynen over de Stad 's Bosch &c. Den 12 Augustus 1774. - 1221 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling voor die van Zas van Gend, — i°. waar naar zig te reguleeren in het maaken van Testamen ten, — 20. nopens de fuccesfie ab inteftato, — 30. nopens de Gemeenfchap van Goederen tusfchen Echtgenooten. — 4n. tót confirmatie van q 2 de  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1774. Pag. de Keuren en Coftumen aldaar. Den 23 Augustus 1774. — 52s Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Predikant van Ouderkerk en Crimpen op den Ysfel Emeritus verklaard word, met dispenfatie, om den dienst tot den dag der bevestiging van zyn Succesfeur te laaten waarnee men. Den 14 September 1774. 225 Publicatie van de Staaten Generaal, tot introductie van de nieuwe en verbeterde Rym Pfalmen in het Diftriér, van de Generaliteit. Den 20 September 1774. 20I Publicatie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorzieningen tegen het fraudeeren van den impost op de Brandewynen en gedisteleerde Wateren. Den 1 October 1774. 9SS Publicatie van de Staaten van Holland, raakende de verpligting van de Ver werkers van Wynen, Meede en Azynen, Brandewynen &c. Den 1 October 1774. " 99" Refoiutie van de Staaten van Holland, op het verfoek van zeeker Perfoon, die uit de Gevangenis ontvlugt, er tegen zyn Bannisfement te rug gekomen was, ten einde zig voor het Hof in Gevangenis te begeven en aldaar zyn zaak te doen onderzoeken. Den 18 November 1774. ■ ■ 688 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van Drosfaard der Eilanden ter Schelling en Griend, word vry verklaard van het furnisfement der beide Amptgelden. Den 19 November 1774. — 871 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van Diaconen der Nederduitfche Gereformeerde Kerken in 's Hage, om van de redemtie van het Zegel bevryd te zyn, word afgewezen. Den 23 November 1774. j 1075 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by het Octroy voor de Oost Indifche Compagnie provifioneel voor nog twee Jaaren word geprolongeert. Den 5 December 1774. 1 1260 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Subfidie van ƒ 10,000 : : tot goedmaaking der extraordinaire kosten by het vieren van het twee honderd jaarig Jubile van 's Lands Univerfiteit, geaccordeert word. Den 15 December 1774. ■ 493 I77S- Placaat van de Staaten van Holland, te gen het uitgeven van Recepisfen in provifioneele betaaling in het overleg gen van gequiteerde Specificatiën zon 1775. /Pag. der effective voldoening. Den 19 January 1775. 871 Publicatie van de Staaten Generaal, tot aanmoediging van het Volk van Oorloge ter Zee, in het doen van afbreuk aan den Keizer van Marocco, die de Vreede met den Staat verbroken had. Den 23 January 1775. ■ 9a Publicatie van de Staaten Generaal, tot bepaaling van den uitvoer van Hoepen en Hoephout. Den 23 January 1775. ■ Refoiutie van de Staaten van Holland, 1343 waar by eenige Ingefeetenen van Crimpen op den Ysfel, zig beklaagende over het doen van een Omflag tot het! Vinden van kosten van procedures,! door Schout en Heemraaden zonder' voorgaande Buurfpraak ondernoomen,; worden gerenvoyeert aan Gecommit-; teerde Raaden, om aldaar in oppofi-j . tie van Executie te komen. Den 28 January 177$. ' / 5o* Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland , tegen het verfpreiden van oproe-i rige Gefchriften. Den 23 February 1775- 1 1' 403 Nadere Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, tegen Oproer en Muiterye. Den 10 Maart 1775. | 404 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan Burgemeesteren en Vroed-.' fohappen van Schoonhoven by dispen-j fatie gepermitteerd word, een Vroed-' fchap uit de Electeuren aan te Rellen,' die nog geen drie volle jaaren Poorter was geweest. Den 11 Maart 1775. 4<*8 Publicatie van de Staaten Generaal, raakende de Turkfche Paspoorten voor Schepen, vaarende af en aan Oftende. Den 15 Maart 1775. I234 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat twee Zusters, die een Boedel gemeenfchappelyk met hunnen Broeder befeten hadden, by desfelfs overlyden alleen voor een derde Collateraal verfchuldigt zyn ,\ fchoon de Effecten alle op naam van dien Broeder getransporteert waren. Den 10" Maart 1775. ■ 1 1045 Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by aan den Bailliuw van de Ny-; enburgen gepermitteert word de detentie kosten van zekeren Gevangenen wiens zaak aan den Hoogen Raad was' overgebragt, in rekening te mogen brengen. Den 17 Maart 1775. | 605 Publicatie van de Staaten Generaal, waar] by, voorden tyd van zes maanden,! de uitvoer van Ammunitie van Oorlog! verboden word. Den 20 Maart 1775. 107 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende permisfie aan de In- en Opge- fe-  Ediden, &c. na de ordre des tyds. i775. Pag. feteneh van Overysfel, Drenthe, Wedde en TVestwoldingerland, tot het turven, beboekwyten en wyden van de Moeren en Moerasfen, aldaar en daaromtrent gelegen. Den 28 Maart 1775. • 623 Refoiutie van de Staaten van Holland* houdende verklaaring, dat het Placaat van 16 February 1709 (op het Visfchen in de Rivieren, Meeren, en Binnen - Wateren,) niet applicabel is op Droog - Makeryen. Den 7 April 1775- hs02 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikants Weduwe, ' behoudens het genot van het Weduwen Traétement, gepermitteert word buiten de Provincie te gaan woonen. Den 14 April 1775- /«aS Inftructie en Reglement voor den Drosfaard van den Hove. Den 5 Mey 1775- ; ' , \ 69l Reglement en Inflraciie voor de Dienaars', van den Procureur Generaal over Holland, Zeeland en Vriesland. Den 5 Mey 1775- ' 693 Waarfchouwinge van den Raad van Staaten, Waar by het verbod van Pasfagie boven en beneden het Veer agter de Jonkvrouwe - Schans by Yfendyk tot de distantie van één en een half uur word geëxtendeert. Den 9 Mey 1775. 822 Publicatie van de Staaten Generaal, tehet aangaan van zogenaamde PrEemienContracten en Optie-Partyen, in hetl koopen en verkoopen van Olye en Olye-Zaaden. Den 9 Mey 1775- 1344 Refoiutie van de Sraaten van Holland,! waar by gelast word van zekere vernietigde Koop den dubbelden XL. Penning, en tiende Verhooging, te betaalen. Den 18 Mey 1775- l°4<5 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorfieningen, ter opbeuring van den kwynenden Haring-Vaart. Den 19 Mey 1775. —' * ' ^03 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy tot approbatie van de Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden. Den 20 Mey 1775- ! , 304 Placaat van 'de Staaten van Zeeland, tegen het Schutten en Schieten van kleine Visch. Den 29 Juny 1775- I30ö Placaat van de Staaten van Zeeland, tegen het Visfchen van Afgefeten op de Stroomen en Binnen-Kusten derfelve Provintie. .Den 29 Juny 1775. *3o8 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat ook van den Impost op de Colla teraale fuccesfie de tiende verhooging betaalt moet worden. Den 22 July i775- i°47 Refoiutie van de Staaten van Holland, IX. Deel 1775. Pag. waar by aan den Emeritus Predikant van Crimpen op de Lecq word gepermitteert, om , ter herttelling zyner gezondheid, geduurende den tyd van drie jaaren, in Gelderland te mogën verblyven. Den 11 Augustus 1775. 226 Publicatie van de Staaten Generaal, tot beteugeling van het plegen van refiftentie aan de Bediendens van wegens de Collegien ter Admiraliteit tot de recherche en vifitatie der goederen geordonneert. Den 21 Augustus 1775. 405 Conventie tusfchen de Provintie van Zeeland, en den Raad van Staaten wegéns zekere Schorren en Polders in • Vlaanderen. Den 31 Augustus 1775. i4°5 Refoiutie van de Staaten van Zeeland, raakende de belasting van 't Billietgeld op alle zoorten van gedroogde Haring of Bokking* Den 25 September I775- * "PO Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op zeker Plan en Conventie tot het formeeren van een Ry weg van 's Gravenmoer na de Langftraat, over de Jurisdictie van Groot Waspik en Elfhalfhoevën. Den 19 November 1775. —— 821 Publicatie van de Staaten Generaal , tot het houden van behoo.iyke Leggerboeken van de vaste Goederen in de Landen van Overmaafe. Den 17 December 1775. . —. 3°5 1775. Publicatie van de Staaten van Holland, houdende de pcenaliteit tegen de geenen, die Mout van Gerst zonder aangeving en Billiet ter Molen verzenden. Den 18 January i77<5. 991 Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende bekentmaking van de Conventie , met den Koning van Vrankryk tot affchaffing van het Recht van Aubaine gefloten. Den 30 January 1776. —— 158 Placaat van de Staaten Generaal, tegen, hetbuiten 'sLands vervoeren van Keetels, Helmen, Slangen, en andere Gereedfchappen tot Branderyen bebehoorende. Den 31 January 1775. 1345 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Tractement van der Predikanten Weduwen, met affchaffing van allé voorige bepaalingen, generalyk tot alle Weduwen geëxtendeert; worden. Den 15 February 1776". 226 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by een Gedaagde in perfoon, eene recufatie van den Rechter willendé futtineeren, aan de ordinaris Juftitie word gerenvoyeerd. Den 2j Maart 1776. 1 1 — [ 6q6 r Re-  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 177& Pag. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorziening tot redres van het retardement van hec Post - Comptoir te Schiedam plaats hebbende. Den 5 April 1*776". , 793 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat tot Burgemeesteren, Schepen en Raad der Stad Schoonhoven admisfibel zyn, die een' jaar binnen defelve Stad Poorter zyn geweest. Den 25 April 1776. *6g Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan 's Lands Univerfiteit te Leiden een jaarlyks Subfidie van zestienduyfend Guldens, voor den tyd van zeven ']men geaccordeert word.! Den 8 Mey 1770". j 493 Refoiutie van de Staaten van Holland,' waar by aan Dykgraaf van Rhynlandj word geauétorifeert, om deonroeren I de Goederen die vólgens Dykrecht1 ten zynen behoeven vervallen zynj by Decreet te mogen doen verkool pen. Den 8 Mey 1776. / 754 Publicatie van de Staaten van Holland,! raakende de verpligting tot betaaling1 van Impost door de geenen, die Ry tuygen op naam van den Stalhouder aanieggea Den 17 Mey 1776. 992 Publicatie van de Staaten van Holland, tot verklaring van eenige bedenkeiykheden in het Middel van de KorTy en Thee fabüsteerende. Den 17 Mey I776. , 9p3 Placaat van de Staaten Generaal, houden de bevel, om het valfche Goud en Zilverdraad op Gaaren, en niet op de Zyde te mogen fpinnen. Den 17 Mey 1776. * 1347 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Clasfis van 's Graven hage, en in appel aan de Synode van Zuidholland word gelaten de cognitie en dispoficie over de Approbatie op zekere Theologifche Verhandeling van Ds. Kleman. Den 18 Mey 1776. 202 Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de hermeeting van het Graan, wanneer 'er fufpicie valt, dat in eenige Zakken overmaat gevonden word. Den 18 Mey 1776. 994 Placaat van de Staaten Generaal, omtrent de Vryheid der Neger en andere Slaaven, welke uit de Colonien van den Staat naar defe Lande overgebragt of overgefonden worden. Den 23 Mey 1776. ; 525 Placaat van de Staaten van Zeeland, te gen de frauduleufe Banqueroeten. Den 27 Juny 1776. — 529 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek, om de redemtie van het Zegel eener Acte van Donatie uitteflellen, totdat de quarstie Ï776*. fpAö. over de validiteit van die Acte gede cideert zou zyn, word afgewezen. Den ao July 1776. 107(S Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven der geenen, die zig ter gelegenheid van de oneenigheden over de wyfe of maat van hec Psalmgefang te Maaslandfluis, aan het pleegen van feiteiykheden hadden fchuldig gemaakt. Den 26 [ulv 177Ö. _ 578 Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende verpligting tot betaaling van 't Collateraal in een geval, dat de Ouders in het vrugcgebruik, en de Kinderen , onder den last van Fideicommis in den eigendom geinftitueert zyn. Den 26 July 1776. - , 1048 Publicatie van den Domein-raad van den Prince van Orange, tot maintien van 't Recht van Dwangmaalderye van den' Koornmolen te Steenbergen. Den 2 8 Augustus 1776. • 533 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, welke Perfconen tot veertig Raaden der Stad Delft eligibel z>n. Den 16 September 1776. 469 Refoiutie van de Staaten van Holland, waarby verklaard word, dat de meerderjarigheid, die iemand op zyne Woonplaats heeft, ook elders werken moet. Den 26 September 1776. 534 Waarfchouwing van * Gecommitteerde! Raaden, van Holland, tot intrekking eener bevoorens gegevene permisfie aan de Ingefeten van Goedereede of Westvoorn tot her uitgaan met Schietgeweer op Konynen aldaar. Den se September 1776. . , . 0*12 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het doen eener Aanfchry ving aar de refpeélive Ontfangers van 't Colla teraal, om ook van dien Impost dt tiende verhooging in te vorderen. Den 5 Oélober 1776. , 1O40 Refoiutie van de Staaten van Zeeland, betrekkelyk de heffing van den Impost, op 't Gemaal. Den 7 Oflober i77cS. . _ IIOO Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het aan een Vader vry ftaat, zynen minderjarigen Zoon uit het Album Scudioforum te doen royeeren, en aan het Forum A cademicum te onttrekken. Den 11 Oétober 1776. ~ , 4p4 Publicatie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het 55 Art. der Ordonnantie op Klein - Zegel'. Den 6" December 1776. 6 Waarfchouwing van den Raad van Bra band, tegen het employ van Notari eelö Atteftatien of extra Judicieele Cer- ti'  Edlden, &c. na de ordre des tyds. 1770*. Pag. tificatien, in zaaken voor de Gerechten in de Meyerye van 's Bosch. Den 9 December 1776. — 670 Publicatie van de Staaten Generaal, tot Prolongatie van het Oétroy van de Oost -In lifche Compagnie voor twin tig jaaren tot 1796 incluys. Den 12 December 1776. —— i2<5i Refoiutie van de Sraaten van Holland waar by de Judicature over twee Scheepsgezellen, van Sodomie befchuldigt, aan Schout en Scheepenen van Hoorn word gedelegeerc. Den 18 December 1776. 697 Publicatie van de Sra.iten van Zeeland, tot voorkoming van de misbruiken in hetopregtenvanBegraaffenis — , Huwelyks —~~ Verjaaring —~ en Kraam • Beurfen of Sociëteiten. Denl 23 December 1776. 307 1/77- j Refoiutie van de Staaten van Holland, toe bepaaling van den ouderdom der geenen , die tot Vroedfchappen der Stad Medenblik geëiigeert worden. Den 17 January 1777- 470 Publicatie van de Staaten van Holland, • tot renovatie van het Placaat van 22 July 1644, teêen nEt zoeken van Neeringe door Keetelaars, geene Bur gers en Gildebroeders zynde. Den 17 January 1777- — ' 1348 Publicatie van de Staaten van Rolland A tegen het opflaan en vergaderen van, mitsgaders hec venten en omloopen met Schoenmakers 'Werk ten platten Lande. Den 23 January 1777. ,349 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy van Parate Executie aan Schout en Kerkmeesteren, enDiaconen van de Gereformeerde Gemeente, en Armmeesteren van de H. Geest Armen van Wasfenaar en Zuidwyk, tot het invorderen van Renten , Landhuuren &c. Den24janu-\ ary 1777- ■ ' 534 Publicatie van den Raad van Staate, te gens bet pasfeeren van Aétens, het Middel, van het Generaliteits Klein Zegel fubjeét, door de Ingezetenen van Wedde en Westwoldingerland, buiten het Diftriét van dezelve Heerlykheid. Den 28 February 1777. 1223 Refoiutie van de Staaten van Flolland, waar by aan veertig Raaden of Vroed fchappen der Stad Delft word toegekend het recht, omoverdeverfoeken van hunne Mede -Leden tot ontflag van hunne Vroedfchaps-plaatfen te delibereren en te disponeeren. Den 6 Maart 1777- 471 Refoiutie van de Staaten van Holland 1777. ,Paö< waar by verklaard Word, dat eert Onecht en gelegitimeerd Kind, door des felfs Vader, tot Erfgenaam geinfticueert, geen Collateraal verfchuldigt is. Den 21 Maart 1777. —. 1050 Refoiutie van de Scaaten van Holland, houdende approbatie van diverfe fchikkingen, door den Kerkenraad te Maasflais betrekkelyk de Ouderlingen en Diaconen aldaar gemaaxt. Den 27 Maart i777. 227 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het verimposten van het Meel, dat naar de Colonie van Surinamen, of elders in de Westindien verfonden word. Den 28 Maart , 1777. 997 \ Publicatie van den Hove van Holland, te 1 gen het Vloeken, ügtvaardiglyk Zweeren, en misbruiken van Gods JNaanj. Den 8 April \777- ~— 203 I Publicatie van den Hove van Holland, houdende poenaliceiten tegen de geene die des nachts aan de Huyfen infolentien plegen. Den 8 April 1777 406 Publicatie van de Staaten Generaal, waar by verboden word het veikrygen van Ampten door beloften of betaalingen van Geld, in de Landen van Over maaze. Den 2 Mey 1777. 400 Placaat van de Staaten Generaal tegen de Vagabonden, Schoyers en Bedelaars in de Landen van Oyermaafe. Den 2 Mey 1777. —- 579 Placaat van de Staaten Generaal, tegen de Vechteryen, het dragen van on behoorlyk geweer, en dergelyke ongeregeldheden. Den 2 Mey 1777. 580 Publicatie van de Sraaten Generaal, tegen het fteelen van de Graanen en Veldvrugten, het befchadigen van Boomen, en ander hout, mitsgaders Tuyndie veryen, met geweld gepaard. Den 2 Mey 1777. 583 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende een Reglement op de behandeling van Executoriaale Verkoopingen, en infolvente Boedels in Rio Esfequebo en Demerary. Den 20 Mey 1777. ' 53S Placaat van de Staaten Generaal, tegen het neemen van vreemde Dienflen, zoo wel ten Oorloge, als tot Koopvaardye en Visfcherye ter Zee. Den 21 Mey 1777. —— 93 Refoiutie van de Staaten van Holland, dienende tot interpretatie, wie voor Franfche Refugiés> op welke de Retorfie - Placaaten applicabel zyn, gehouden moeten worden. Den 23 july 1777. 537 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het getal der Leden van de Vroedfchap te Oudewater word gerer 2 du-  Aanwyzlnge van allé de PlacaatenOrdonnantiën, &c, 1777* PAÖ« óüëëèrt op twaalf Perfoonén* Den 2L4 July 1777. — 471 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Burgemeefteren en Regeerders van Haarlem word gecedeert het recht van de Veeren van Zevenhoven en Noorden op de Steeden Leyden en Amfterdam, op den voet van een Ordonnantie en Reglement daar benevens geapprobeert. Den 2 October 1777. — 822 Refoiutie van de Staaten van Holland , waar by de Clasfis van Leyden en Neder Rhynland bevoegd verklaard word, om de beroeping van een Predikant te Benthuifen, met concurrentie van Schout en Ambachtsbewaarders aldaar gedaan, te approbeeren. Den 3 October 1777. 228 Refoiutie van de Staaten van Holland $ houdende ordre aan den Procureur Generaal, om zekeren Gevangen op de Voorpoorte, met de informatien aan,' den Bailliuw van Delfland over te ge-I ven. Den 31 Oélober 1777. 697 Publicatie van de Staten Generaal, houdende , datNotariaale Aétens, teMarfeille gepasfeert, door baar Hoog Mog. Commisfaris de Marine, aldaar ïelideerende, moeten worden gelegalifeert, wanneer men daar van hier te Lande gebruik wil maken. Den 5 November 1777. ——— 539 Reglement op de Opontbieding of Presfing van de noodige Manfchappen, "Wagens en Paarden op den Eylande Goedereede. Den 3 December 1777. ——— 309 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het oprichten en reguleeren der Posterye van en na het Vlieland. Den 3 December 1777. 794 Publicatie van de Staaten van Holland,! tot renovatie en ampliatie van voorige/ ordres omtrent het jaarlyks vernieu*' wen van den Eed, door de Trafiquanten, Neeringdoende Luiden en Bediendens of Werkers van eenigen Waaren Impost fubject. Den 3 December 1777. < | 993 Publicatie van de Staaten Generaal, tot] interpretatie van het Placaat van 21 Mey 1777, tegen de vreemde dienden te Water geëmaneert. Den 11 December 1777. —1 95 Publicatie van de Staaten van Holland, tot bepaaling van de Salarisfen der Officieren in den Lande van Vianen en Ameyden by publique verkoopingen van Huifen of Landen aldaar. Den 12 December 1777* < 311 1 1778.: ,Pag. Refoiutie van de Staaten van Holland] houdende approbatie op het daar in geinfereert Reglement voor het Ambacht van Crimpen op den Ysfel. 540 Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod, om ten behoeven vanan dere uitheemfche Natiën, hier te Lande te mogen bouwen en uitrusten Vischhoekers met Bunnen, waar mede de Kabeljaauw Vangst op de Noordzee word geëxerceert. Den 5 January 1778. I3o9 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende een Generaal Reglement op de Revifien der Sententien en Dispofiti en van de Rechters in de West - Indi fche Colonien. Den 13 January 1778. 6*71 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal te berekenen van Obligatien Effeélen, die op Plantagien in de Wes • ' tindien gelegen, zyn genegotieert. Den 16 January 1778. —- 1053 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de executie, uit kragte vanSententien van de Hoven gedirigeert wordende op vaste Goederen; welke in de verpondingen en andere lasten ten agteren zyn. Den 20 January i778. . 640 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden gequalificeerd, tot het doen der noodige Surrogatien, ingeval van in dispofttie of wettig belet van Adjuncten Revifieurs. Den 23 January 1778. fyg Waarfchouwing van Gecommitteerde, Raaden van Hol/and, tegen het inbrengen van Meel, Brood, Vleesch of Spek, van de Dorpen en het platte Land in den Hage. Den 23 February '1778. 9p9 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word een Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonftrantfche ter eenre, en de Roomfche Armen van Zegwaard, ter andere zy de. Den 11 Maart 1778. 3I3 Placaat van de Staaten van Holland, hou J dende verbod, om de buiten deielve Provincie gefabriceerde Lakenen, door het hegten van Looden of andere teekenen, te doen voorkoomen, als binnen de Provincie gefabriceert. Den 13 Maart 1778. . I34Q Octroy tot het bedyken en droogmaken der Landen in de jurisdiétie van Biesland, in de Bieslandfche Polder gelegen. Den 14 Maart 1778. I4Q5 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen den invoer van Schoenmakers Werk binnen defelve Provintie. Den 15 April 1778. I35o Refoiutie van de Staaten van Holland, waar  Ediéten, &c na de ordre des tyds. 1778. Pag. waar by word afgefkagen een verfoek van den Bierb'ouwer te Ameiden , om te hebben declaratoir, dat de Bieren, te Ameyden gebrouwen, te Vianen niet zouden mogen gehouden worden voor Buiten Bieren. Den 15 Mey 1778. - ■■v ""■» 1000 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Octroy te behoeven van het Proven Huis te Alkmaar, by Regenten \/an 't zelve Huis tot de Goederen der daar in gefuftenteerde Ptrfoo nen gerechtigt verklaard worden. Den 19 Mey 1778. 3*5 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat tot een Handfchrifc, geene belofte van intres fen contineerende, geen Zegel word vereifcht. Den 21 Mey 1778. 1077 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat de Befchuit, by de Broodbakkers gebakken, niet anders moet worden geconüdereert, dan al het andere Brood, dat defelve bakken. Den 2 July 1778. 1002 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert word een Reglement op het bevaaren van de Veeren van het Dorp Uitgeest op de Steeden Haarlem, Amfterdam en Alkmaar. Den 14 July 1778. ' 826 Reglement op de directie en beheering: van de Droogmakeryen van Bleiswyk) en van de Polders Butterdorp en O-] ftende onder Hillegersberg, na dat de. ^ Droogmakerye geheel zal weefen voltrekken, en alle de drooggemaakte Landen zullen weefen verkogt. Den 17 july 1778. 1411 Placaat van de Staaten Generaal, tot voorkoming der Defercie onder de Mi ■ litie. Den 22 July 177S. 6$ Waarfchouwing vanGecommitteerdeRaaden van Holland, tot maintien van den Heusdenfchen Land - tol, leggende te Veen. Den 7 Augustus 1778. 829 Publicatie van de Staaten Generaal, totl affchaffing der Confiscatien van goederen van Delinquanten, in de Oost en West-Indifche Colonien van den Staat. Den 10 Augustus 177*. 458 Placaat van de Staaten Generaal, tot affchaffing der Confiscatien van goederen van Delinquanten, in Braband, de Landen van Overmaafe, Vlaande ren, alsmede in het Over - Quartier van Gelderland. Den Io Augustus 1778. 1 ' 459 Publicatie van den Raad van Staaten, tot alteratie en Ampliatie van de Ordonnantie op de Brandewynen over de Steeden en Forten en Landen van Braband, met opzigt tot de Stad BredaJ Den 11 Augustus 1778. (1224 IX Deel. 1778. (Pag. Reglement op het beplanten der Dyken en Wegen, gelyk m; ede omtrent het aanleggen van Grienden, Boomgaart den, Heggen, en ander Houtgewafch in de Baronie Ysfelftein. Den 2 3 Augustus 1778. ■ 613 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling, hoedanig het Collateraal betaald moet worden van beleende Obligatien Den 5 September 1778. 1054 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeert en geconfirmeert word eene Testamentaire dispofitie, door B. J. Byeveld, Roomlch Waerelds Priester en Pastoor van de Roomfche Kerk in den Oppert te Rotterdam, ten behoeven van defelve Kerk gemaakt. Den 17 September 1778. 1 183 Placaat van de Prince van Orange, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen van Delinquanten, in de Graaffchappen Buuren, Leerdam, en Culenburg, de Baronien Ysfelftein en Acquoy, mitsgaders de Heerlykheid Ameland. Den 17 September 1778. 46*0 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Bailliuw van Wasfenaar word gepermitteerd de kosten van het opzetten en afbreken van het Schavot in zyne rekening te moeten brengen. Den 18 September 1778. 699 Placaat van de Sraaten Generaal, houdende voorfiening, dat de befmette lyke Ziekte, te Conftantinopolen woedende , niet naar herwaarts overgebragt werde. Den 22 September 1778. [1236 Refoiutie van de Staaten van Holland, , houdende verklaring, dat tot Raaden en Vroedfchappen, te Enkhuifen admisfibel zyn perfoonen, welke ieder een Zuster ter Vrouwe hebben. Den 5 November 1778. 473 Publicatie van de Staaten van Zeeland, tegens muiterye over 't intrekken van Krygsvolk. Den 9 November 1778. 407 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiefmg en het domicilie van den Secretaris van den Crimpener - Waard. Den /1 November 1778. ■ 317 Publicatie van de Staaten van Zeeland,, tegens muiterye te West Capelle. Den 16 November 1778. <• 407 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek van de Marktfchippers van Geertruydenberg, ten einde geene Brouwers hunne Bieren met huns ie eigene Schepen of Rytuigen zouden mogen verzenden. Den 20 November «778. ioo2. Publicatie van de Staaten van Holland,! houdende eenige voorfiening totwee-1 ring der fraudes in hec middel van dei s Bran-  Aanwyzinge van aïle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1778. Pag. Brandewynen en gèdiftnïeerde Wateren. Den 18 December 1778. 1003 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan Bailliuw en Schepenen van fsHage word gela.en de judicatuure over zeker Perfoon van Strandroof befchuldigt; omvermindertde deliberatien over defelve Jurisdictie qusestie. Den 22 December 1778. 814 1779. Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden van Holland, ten einde de Bakkersin den Landen van Vianen enAmeyde zig conform deZettirg van het' Brood gedragen. Den 12 February' 1779. —— _ 3l? Publicatie van de S aat- n van Holland, tot nadere verklaaring van den plicht der Verwerkers van Bieren , Wynen en Brandewynen. Den 31 Maart 1779. —— (1004 Publicatie van de Scaaten Generaal, houdendeeen generaal Pardon, voorBoots gefellen, Matroofen, en anderen, uit den dienst te Water gedeferteerd zyn de. Den 6 April 1779. $6 Renovatie en Ampliatie Placaat van dé Staaten Generaal, tegen het nemen van Commisfien van UicheemfchePo tentaaten. Den 3 Mey 1779. p7 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot confirmatie van 'c Accord, door Clifford en Zoonen met de meerderheid hunner Crediteuren aangegaan. Den 22 July 1779, Refoiutie van de Staaten van Holland, waai by een verzoek, tot het buiten effect dellen van zekere Interlocatie van den Hoogen Raad, word afgewefen, dog de weg, van Revifie open gelaten. Den 23 July 1779 648 Refoiutie van de Sniatcn van Holland J waar by aan Burgemeesteren en Rei geerdersder Stad Dordrecht word verleend het recht van parate executie, tot invordering van de Stads Excyns over de halve Myl. Den 4 September -779- 319 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende, dat de Griffier van den Hoogan Raad, als een Zeeuwsen On derdaan zynde niet fubjeél is aan de betaaling van het Amptgeld, iooe en 200e Penningen in Holland. Den 14 Oélober 1779. 873 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat zeker Lid van den Hoogen Raad, die geëxe cufeert was over zekere zaak te zie ten, ook niet vermogt te voteeren over hec verleenen van Revifie van de Sententie door den Hoogen Raad in J779- [Pag. die zaak gewezen. Den 21 OébW 1779. \ 649 Publicatie van den Raad van Staaten, tegen hec verpanden van Meubilaire] Goederen buiten de geoétroyeerde Bank van Leening te's Hertogenbosch. I Den 14 December 1770. 553 Placaat van de Staaten Generaal, hou-, dende vérbod aan de Ingefetenen deefer Landen, om de Baay van Gibraltar geduurende de belegering dier Stad! door den Koning van Spagne , met Schepen te bevaaren, en aldaar Mond-) behoeftens en andere hulp te brengen.' Den 31 December 1779. • 86 1780. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Predikant die met krank-j zinnigheid bezogc was, provifioneef Emeritus verklaard word. Den 28 January 1780. j 0~0 Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by geapprobeerd word zeker Plan' van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen in Soetermeer, ter eenre, en de Roomfche Armen aldaar, ter andere zydeJ Den 2 February 1780. j «20 Refoiutie van de Staaten van Holland ' raakende de betaaling van 't Collateraal/ van een Vrugtgebruyk, het welk by affterven op de Defcendenten moet devolveeren. Den 3 February L780. 1055 Refoiutie van de Staaten van Holland,! waar by verklaard word, of en op welken voet in een zaak, waar in by voorige Refoiutie de weg van Revifie was open gelaaten, het proponeeren van exceptive defenfien geadmitteert zouden worden. Den 4 Maart; 1780. . , * 6 Refoiutie van de Staaten van Holland J raakende het {temmen by meerderheid of by eenpaarigheid in de Staats-Vergadering van haar Edele Groot Mogen- den. Den 4 April 1780. « qo Refoiutie van de Scaaten van Holland, waar by verleend word dispenfatie van hec Placaat van 25 February 1751/ tegen het doorgaan van jonge Lieden, geëmaneert. Den 6 April 1780. ' «7Q Refoiutie van de Staaten van Holland waar by eenige Vlielandfche Lootslieden, zig over Vonnisfen van Commisfarisfen van de Pilotagie beklaa^ende en des wegens de itttercesfie der Staaten van Vriesland geimploreert hebbende tot het Middel van Appel aan Ge committeerde Raaden worden geren voyeert. Den 6 April 1780. l2SS Placaat van de Staaten van Holland, tegen het planten van opwasfent Hout, in de nabyheid der Watermolens in' den  Edidten, &c. na de ordre des tyds. 1780. Pag. den Lande van Vianen. Den 11 Mey 1780. ' 6l5 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van vrydom van Imposten op de Groove Waaren en Kondemaat, tot opbouw van het Regchuis te Westzaanèn word afgeflagen Den 8 Juny 1780. — 1004 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaalingen van den Dykpeyl in de Crimpenrewaard. Den 9 [uny 1780. 1 625 Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verbod aan de Gerechten en derzelverMinifters van Braband, om van de Crimineele Officieren eenige Jura of Leges te vorderen, dan voor zoo verte die aan de Gecondemrveer I den kunnen worden verhaak. Den | 13 Juny 1780. 1 699 Placaat van de Staaten Generaal, hou dende verbod van aJlèriey Vaart uit deefe Landen naar elders, ten zy aan de Admiraliteit den derden Man der Equipagie leverende. Den 26 Juny 1780. 87 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een huwelyk, waar van de derde Proclamatie op Hemelvaartsdag, in plaats van den daar op volgenden Zondag, was gefchied, by dispenfatie voor wettig word verklaard. Den 27 July 1780. — | 371 Publicatie van de Scaaten Generaal, betrekkelyk het recht van Legaal Ver-^ band en van preferentie, zoo aanOn-j mondigen als aan Verhuurders vanf Wooningen en Landeryen, onderj Hulfter - Ambacht competeerende.' Den 9 Augustus 1780. j 554 ] Refoiutie van de Staaten van Zeeland,! betrekkelyk de affchryving van lmpoiT-j tien. Den 14 September 1730. 1191 Refoiutie van de Scaaten van Holland,! waar by een huwelyk, onwetend aan-; gegaan met iemand, die op den dag der Bruyloft wegens gedaane Dieve-| reye wierd geapprehendeert, en fchul-j dig bevonden, zonder dat er eenige) byttaaping had plaats gehad, word, geannulleert. Den 2 November! 1780. i ; 371 Refoiutie van de Staaten van Holland,! betrekkelyk zekere ontdekte geheimej Negotiatie met het Noord - Ameri-r caans Congres. Den 23 November! 1780. 30 Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verfoek om Brieven van SaufConduit , gedaan door iemand , die van een tegen hem gedecerneerd eonfmement aan den Hove had geprovo* ceert. Den 22 December 1780. 641 1781. Paö. Publicatie van de Staaten Generaal, hou-j dende bepaaling van het gunt de Verminkten in 's Lands dienst ten Oorloge' te Water, tot hun foubgement ge-, nieten zullen. Den 12 january 1781. 88 Generaal Pardon voor alle Ruiters, Dragonders en Soldaaten, uit den dienst der Vereenigde Nederlanden gedefer-! teert. Den 19 January 1781. i 67 Placaat van de Staaten Generaal, hou-! dende verbod van den Uitvoer van' Schepenen Scheeps Materiaalen. Den 26 January 1781. —— ! 108 Publicatie van de Staaten Generaal, hou-j dende verbod aan de Ingefeetenen dee-j fer Landen, om hunne Scheepen te employeeren tot het vervoeren van] eenige Goederen, Waaren of Koop-I manïchappen, voor rekening van denj Koning, of de Onderdaanen v^n GrootBrittannien. Den 16 january 178 ï. i°9 PJacaac van de Scaaten Generaal, hou-j dende verbod van uitvoer'uic deefe Landen en van toevoer naar het Ryk van Groot-Brittannien, van OorlogsAmmunitie, en eenige andere Speciën by het Placaat breeder befchree ven, als meede Waarfchouwing tegens het. vervoeren van Contrabande Goederen naar het voorfz Ryk. Den 26 January 1781. • II0 Placaat van de Staaten Generaal, houdende provifioneel Verbod van alle Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen, na alle Ryken en Staaten, mitsgaders tot de Walvis-Vangst, de groote en kleine Visfcheryen; met zoodanige uitfonderingen als daar by zyn vermeit. Den 26January 1781.I 107 Placaat van de Scaacen Generaal, tot voorkoming, dat geene Engelfche Kapers de Zeegaten en Binnen-Snoomen van den Staat aandoen, nog ook op de Stranden, of op de vaste Wal langs de Zee, geweld bedryven. Den 4 February 1781. —— 98 I Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Oost-ïndifcheCompagniel verleend word Curcheance voor een jaar, 1 ten aanzien van de afiosfing van de Capitaalen op Recepisfen wegens anticipatie Penningen; mee verbod aan de bouderen, om hun verfchuldigde, zoo wegens inkoop van Goederen, alsanderzincs, daar tegen te mogen rescontreeren. Den 6 February 1781. I1262 Placaat van de Scaaten Generaal ., houdende verbod teegens het werven van Bootsvolk voor vreemde Dienflen, als meede aan het Bootsvolk van zig te begeeven in vreemie Dienden, en de revocatie van het zelve Volk uit vreemde Dienflen; met een Generaal s 2 Par>  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnanrien, &c. 178 r. Pag. Pardon voor alle Bootsgefellen, Matroofen en anderen, nic den Dienst te Water der Vereenigde Neederlanden gedeferteert. Den 9 February 1781. 99 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Contraéren omtrent zekere Schepen, als aangegaan op een tyd, dat het opkomen van den Oorlog, of het Embargo op de Schepen, niet konde worden voorfien, gerescindeert worden. Den 3 April 1781. 89 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verzoek van de Bailliuw en Schepenen van de Zwaluwen, om zekere perfoonen, aan het fchryven van Brandbrieven fchuldig ftaande, aan den Hove over te geven, word afgewezen. Den 4 April 1781. 700 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verzoek, om Mandament van Appel van een Vonnis van Schepenen Commisfarisfen te Dordrecht, met de claufule van Rëlief tegen begaane Contumacie. Den 4 April 1781. 746 Publicatie van de Staaten Generaal, houdende renovatie en ampliatie van een voorig verbod, om te voet of met Wagens en Paarden het Canaal, loo pende van de Stad Axel langs Axel Ambacht na het Hellegat, en zoo vervolgens in de Rivier de Hondt, metl voorbygaan van de ordinaire en beken- j de Veeren te pasfeeren. Den 20 Ai | pril 1781. • \ 829 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot correctie van den Lydfchen Cu-j rantier, wegens een articul in zyne Courant, waar over door den Deen-' fchen Envoyé by haar Hoog Mogen-! dee klagten waaren ingebragt. Den 5 Mey 1781. _ | 408 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere voorziening, ten einde tot Kleeding en Monteering der Militie Inlandfche Stoffen gebruikt werden. Den 9 Mey 1781. 1 68 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het namaaken, en naar vreemde Landen verzenden, van Werktuigen en Gereedfchappen, tot het fabriceeren van Papieren noodig. Den 14 Mey 1781. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende diverfe voorregten, fpecia lyk nopens het regt vanRetentie enPraeferentie, ten behoeven van de Lynwaad- en Kamerdoek Bleekers. Den 17 Mey 1781. 555 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word geen Collateraal verfchuldigt te zyn van een Huys, door den overledenen verkogt, dog] 1781. Pag. waar van het Transport buiten fchuld van den verkooper voor desfelfs affterven niet was gefchied. Den 25 Mey i78i. .— I05g Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat by overly den van den fiduciairen Erfgenaam geen Collateraal verfchuldigt is van Effecten, die uit contante Penningen in des Testat eurs Boedel gevonden, waaren' aangekocht. Den 25 Mey 1781. 1059 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen van Delinquanten, in den Lande van Vianen en Ameyden. Den 29 Juny 1781. 462 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aanfchryving aan de Noordhollandfche Synodus, om de zaak van zekeren Abraham Focker, Schoolmeester en Voorzanger op de Beets, be-' trekkelyk eene tegen den zei ven ge deceweerde Kevkelyke Cenfuure, te onderfoeken en te decideeren. Den| ai July 1781. 23I Refoiutie van de Staaten van Holland J waar by de Opfienders van de Roomfche Gemeente van Naarden en Busfem worden gelast, om hunne verfchuldigde Recognitie te betaalen, op poene, dat hunne Kerk zoude wor-j den gefloten. Den 24 Augustus 1781. 1 g4 Publicatie van de Staaten Generaal, tot heffing van zekere belasting, onder den naam van het Borcumfche Vuur-1 | en Bakengeld. Den 3 September I 1781. 6 Refoiutie van de Sraaten van Holland, waar by word afgeflagen een verfoek van dispenfatie van 't Placaat van 1 8 July 1674, ^gen de huwelyken van Perfoonen in overfpel geleefc hebbende. Den 12 Oélober 1781. «72 Placaat van de Staaten van Holland, tot' ontdekking van den Autheur, mitsga-l ders tegen het disfemineeren van zee-I ker Libel, geintituleerd, Aan bet Polk van Nederland. Den 19 October 1781. . Publicatie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van het Placaat van den 26 January 1781. houdende verbod tegen het overbrengen en verkoopen van volbouwde Scheepen. Den 14 November 1781. Publicatie van de Staaten Generaal, tod 1 alteratie van 't Placaat van 2 6 January 1781, betrekkelyk het verbod van Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen. Den 15 November 1781. 139 Publicatie van de Staaten Generaal, toe) vrydom van alle Rechten en Tollen van het Yzer Kanon en Ammunitie' van  Edicten, &c. na de ordre des tyds, 178f. . Pag. van Oorlog, geduurende de Troubles ingevoert wordende. Den 27 December 1781. ■ ■ 90 1782. Refoiutie van de Scaaten van Ftolland, waar by gepermitteert word een huwelyk van een Vader met de gewefen Bruid van desfelfs overleeden Zoon. Den 8 Maart 1782. — 373 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Diaconien, Kerk, en Gods huilen van de Mennonite of Doopsgezinde Gemeentens van den Impost op den XL Penning worden vry verklaard. Den 8 Maart 1782. 1059 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by, op een voorüag van't Hof, om zekere procedures, waar in, zoo ten aanzien van het corpus delictl, als de prsecedente informatien, merkely ke defeóten waaren, by wegen van provocatie voor den Hove nader te on derfoeken, aan den Bailliuw van Zuid holland word gelast die defeóten teredresfeeren, en de in te winnen bewy zen aan zyne Hoogheid, aan wien een verzoek om gratie was gedaan, te fuppediteeren Den 3 Mey 1782. 703 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende, dat de geenen die ten platten Lande de Tappery van Wynen en Bieren afzonderlyk willen exerceeren, alvorens van het Gerecht! Acte van Admisfie moeten obtineeren. Den 3 Mey 1782. — 1005 Refoiutie van den Hove van Holland, omtrent de verpligting der Procureurs, om of zelfs, of door hunne Opper-Clercquen, op het uur van de Rolle ten Hovè prefent te zyn. Den 8 July 1782. ■ <%2 Refoiutie van den Hove van Holland, houdende Renovatie van voorige ordres tot het leveren van fecreete Schrif • tuuren. Den 11 July 1782. °42 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gepermitteert word het voltrekken van een Huwelyk, offchoon de Bruidegom wegens het afwezen en onzeker lëven van zyn Vader desfelfs confent niet konde aantoonen. Den 25 July 1782. ■— 374 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het af huuren van Vaartuigen aan het Strand, geduurende den Oorlog met het Ryk van Groot-Brittannien. Den 17 Augustus 1782. 139 Publicatie van den" Domein-Raad des Princen van Orange, houdende diverfe voorzieningen tegen de Bezitters, van 'sHeeren Gronden zonder voorafgaande O&toy, mitsgaders van CynsIX. Deel. 1782. Pag. plichtige Goederen en Gronden in de Baronie van Breda. Den 11 September 1782. ■ 803 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vermeerdering van de Tractamenten der Bediendens aan het Post-Comptoir te Amfterdam. Den 25 October 1782. > 804 Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verfoek tot genieting van het Weduwen Tractement en Kindergeld, gedaan door een Predikants Weduwe, wiens Man, na op zyne vorige Randplaats losgemaakt te zyn, en op de plaats zyner nieuwe beroeping twee voorftellingen gehad te hebben, twee dagen voor zyne bevestiging aldaar 'was overleden. Den 21 November 1782. > 233 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegens het plegen van Refilïentie aan 's Lands Be* diendens van de Colleéte in den Eylande van Overflacqueé. Den 28 November 1782. 41O Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het namaaken, en naar vreemde Landen verzenden , van Lootwitmolens en gedeeltens van dien, mitsgaders de Werktuigen en Gereedfchap pen, tot het fabriceeren van Lootwit noodig. Den 2 December 1782. 1352 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oétroy op 't Stuk van Erf fenisfen ten behoeven van de Roomfche Kerk of Statie te Haastrecht; mitsgaders bepaaling nopens de fuperintendentie der Gerechten ten platten Lande, betrekkelyk defelve nalatenfchappen. Den 19 December 1782. 184 1783. Placaat van de Staaten van Holland, ter ontdekking van den Autheur, en tegen het disfemineeren van zeker Libel , geintituleert, Brief over de waare oor f aak van 'sLands ongeval, gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort. Den 10 January 1783. 4it Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het verleenen van redemtie van 't Zegel, met de claufule van Reliëf tegen den Laps des tyds. Den 6 February 1783. — I07? Publicatie van de Staaten Generaal, houdende denuntiatie van een gefloten Wapen-Stilftand tusfchen zyne GrootBrittannifche Majefteit en deefen Staat. Den 14 February 1783. — 159 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Kinder-geld ten behoeven van zekere minderjaarige ouderlooze t Pre-  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1783. Pag. Predikanten Kinderen werd gecontinueerd. Den 2 April 1783. 234 Publicatie van de Staaten van Holland, tot affchaffing van de Militaire Jurisdictie. Den 30 April 1783. 761 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Schepenen en Regeerders van Crommenie worden gemaintineert in derfelver aloud recht tot invordering van Prikken Schots van de Ingefetenen aldaar. Den 7 Mey 1783. 323 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Commisfarisfen van defolate boedelkamer der Stad Amfterdam worden ontflagen van de verpligting, om by het ontfangen van gagiën by de Oost-Indifche Compagnie Cautie te moeten ftellen. Den 9 Mey 1783 1264 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aanfehryving aan den Hoo gen Krygsraad, om op het Territoir deezer Provintie geene Jufh'tieele Ac tens teoeffenen. Den 30 Mey r; 83. 762 Refoiutie van de Staaten van Holland houdende verklaaring, dat in het ver leenen van dispenfatie:) vm\ Placaat (tegenhet doorgaan,) van 25 Febru i?51 > byfondere attentie zal worden gegeven op de bewilliging der Ouders van de Supplianten. Den 26 Juny 1783. ' t 375 Refoiutie van de Staaten van Holland, / tot voorkoming der excesfèri in he aanneemen van Appointés. Den 27 Juny 1783. ' 68 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, waar de Lec tores en extraordinaris Profesforen aan 'sLands Univerfiteit te Leiden, te recht moeten flaan. Den 3 July 1783- • 495 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over zekeren Major by de Armee en gepenfioneer den Lieutenant aan den Hage gelaa ten word; en een verzoek van 't Hof, om die zaak aan hun over te geven, word afgewezen. Den 17 Ju ]y I783. 705 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Ballast, aan de refpeélive Admiraliteiten gelevért wordende, vahet recht op de Waag word geëxi meert. Den 6 Augustus 1783. 1005 Publicatie van de Staaten van Zeeland, betrekkelyk de Militaire Jurisdiétie Den 22 September 1783. 763 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorfieninge tegen de verk; pfnge van Militaire Charges; — tegen het geven van Militaire Aét ms by de Armée; — en regen de Tuu laire Qualitciren van dienst doende Of ficieren. Den 3 Oélober 1783. 69 1783. Pag, Refoiutie van de Staaten van Holland, * hoedanig te handelen met een Prothocol van zeker Notaris te Heusden, waar in verfcheide ongefegelde Minu-| ten van Aétens gevonden werden. Den 23 Oélober 1783. - 577 Refoiutie van de Staaten van Holland,' houdende verklaaring, dat tot Magi-j ftraats Leden te Leiden eligibel zyn! twee Perfoonen, twee Susters terj Vrouwen hebbende. Den 20 November 1783- «— 473 Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen bet afbreeJ ken en fleelen van de Gemeene Lands! Wachthuifen aan de Stranden en el-1 ders. Den 9 December 1783. 1784. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicature over zeker Per- j foon, van wien het onzeker was, ofj hy tot de Jurisdictie van 't Hof, ofj van den Haage behoorde, aan 't Hof , uit hoofde van ptseventie word toegewefen. Den 15 January 1784. 705 Refoiutie van de Staarea van Holland, tot revifie van de Generaale en Particuliere Ordonnantiën op de in vordering van de Gemeene Middelen. Den^ 23 February 1784. — i 902 Refoiutie van de Staaten van Holland,; tot voorkoming der meenigvuldige verfoeken, om furcheance van betaaling.! Den 16 February 1784. *-—- [ 558 RefoJutie van de Staaten van Holland,': tot reffitutie van het betaald Ampt-j geld aan Curateuren in den infolventen Boedel van iemand die zyn Ampt nimmer had aanvaard. Den 1 April 1784. . I g7j Refoiutie van de Staaten van Holland,' houdende approbatie op zeker Con-i traél, tusfchen Schouten Schepenen,^ Poldermeesteren en Ingelanden van de! Polder benoorden de Zuwe onder Mydrechc, ter eenre; en Schout en Schepenen van Waterveen, mitsgaJ ders Poldermeesteren en Ingelanden van voorfz. Polder onder den zelvenj Gerechte, ter andere zyde, aange-j gaan Den 1 April 1784. Refoiutie van de Staaten van Holland houdende verklaaring van het Rispen' fief effeél eener appellatie, van eene Kerkenraads Refoiutie aan de Clasfis geinterjeéteerd. Den 9 April 1784. 234 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Vaandrig de Witte de Doodftraf en andere ftraffe van 't Schavot word geremitteert, en voorts aan 't Hof de bepaaling der verdere ftraf-  E'diclrédj &.c. ha dè öfcïre des tyds. 1784. Pag. ftraffen overgelaten. Deh 29 April! 1784. — 706 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat geen Collateraal behoefd betaald te worden van een Buitenplaats, door den overledenen verkogt, dog buiten zyn fchuld voor zyn affterven niet getransporteerd. Den 27 Mey 1784. 1000 Publicatie van dé Staaten van Holland, tegen het voeren van oproerige gefprekken, het houden van zamenrot tingen, en het dragen van Leufen van Partyfchap. Den iö July 1784. 41- Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het Traétement van den Cipier van de Voorpoorte word bepaald op vier honderd Guldens. Den 25I Juny 1784 7°9 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by eene Commisfie benoemd word tot het doen van onderfoek omtrent zekere tamuhueufe bewegingen! te Rotterdam ontftaan. Den 10 Augustus 1784. ——— 4I3 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk zekerefecreete Aéte,den 3 Mey 1766, tusfchen Zyne Hoogheid, en den Heer Hertog van Brunswyk gepasfeert. Den 18 Augustus 1784. 3i Waarfchouwing van de Staaten Generaal, omtrent zekere nagemaakte Zeeuw- . - fche Ryksdaalders met de Jaargetallen van 1737, 1762 en 1764. Den^il | Augustus 1784. —- $55 Refoiutie van de Staaten van Holland houdende verklaring van zekere Clau-j fule van Surcheance van een Decreet van apprehenfie met de gevolgen en aankleven van dien, by voorige Re-| folutie van haar Ed. Gr. Mog. ver-1 leend. Den 30 September 1784. j 747 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Burgemeesteren en Regeer-, ders van Oostzaandam worden gemain-j tineert in derfelveT aloud Recht, tot invordering van Prikken Schots van. de Ingefetenen aldaar. Den 14 Oc-i tober 1784. ' 324 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vernietiging der crimineele procedures tegen de Weduwe van der Meulen, mitsgaders de eeds - praeftatien door haare befchuldigers gedaan; met renvoy van die zaak aan Schepenen van Leyden, om aldaar op nieuw onderfogt te worden. Den 21 Oélober 1784. 7fo Placaat van de Staaten Generaal, tegen den uitvoer van Paarden uit deefe Landen. Den 1 November 1784 1353 Refoiutie van de Staaten van Holland,! tot obfervanüe en elucidatie van de, i784- PA Publicatie van de Staaten Generaal, tot intrekking van V Placaat van 12 November 1784. tegen den uitvoer van verfcheide Artikelen, naar de Oostenrykfche Nederlanden. Den 21 No m' vember 1785. 118 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling omtrent de verleende Vrydommen van Impofitien aan de Armen en Godshuifen der Roomfchgefinden. Den 8 December 1785. » 11007 IX. Deel. 1785. Publicatie van de Staaten van Holland] tegen het vervalfchen van Koorn ofi Mout - Wynen of gediftilleert. Den' 17 December 1785. '1008 17SÖ. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling omtrent de verleende vrydom van Impofitien van de Armen en Godshuifen, met opfigt tot het platten Land. Den 10 January 1786. 1 1008 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word dat een Weduwe , die haar overleden Mans boedel wel niet hadde geabandonneert, dog daar van niets geërft, nog verkregen , geen Collateraal gehouden was te betalen. Den 11 January 1786.1061 Refoiutie van de Staaten van Holland,! houdende dispenfatie, om te mogen! trouwen met zyn Moeders Broeders' Weduwe. Den 19 January 1786. I 378 Publicatie van de Staaten van Holland, tot meerder beteugeling van tumultueufe bewegingen. Den 23 February 1786. 423 Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de Militaire Honneurs, aan de Vergadering van hun Ed. Gr. Mog. door de in Guarnifoen zynde Militie te bewyfen. Den 24 February 1786. 17 Refoiutie van de Sraaten van Holland, tot vernietiging van de Admisfie - Gelden, Bienvenues, &c. die van de Roomfch Catholike Ingefetenen bevorens gevordert zyn geworden: En Commisforiaal het po/nef van de affchaffing der Recognitiën. Den 18 Maart 1786. 185 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de Doodftraf, by Sententie van Gecommitteerde Raaden tegen Frangois Mourand gedecerneerd, word geremitteert, en in een eeuwig duurend connnement. Den 24 Maart 1786. ~———• 42S Publicatie van de Staaten van Holland, waar by het recht van Prasferentie derj Convoyloopers te Amfterdam, voorj verfchootene Imposten en ConvoyGelden, tot den tyd van drie maanden word verlengt. 5 April 1786. 5551 Refoiutie van de Staaten van Holland; waar by aan de Roomfch Catholique Gemeentens deefer Provincie een jaar uitftel tot het betaalen der agterftalli-, ge Recognitiën verleend word. Den 6 April 1785. — j 187 Renovatie - Placaat van de Staaten Gene-] raai, tegen het neemen van dienst in vreemde Visfcheryen.Den 3 Mey 1786, 131 o v Re-  Aanwyzinge van alle de Placaaten, Ordonnantiën, &c. 1785. Pag. Refoiutie van de Staaten van Holland , houdende bepaalingen betrekkelyk de nieuw aangelegde Begraafplaats op den Bommel in St. Adolphs Land. Den 16 Mey 1786". 328 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, tot het doen van hoedanige Gaarmgen de Schout van Alphen bevoegd is. Den 28 Ju ny 1786. . 629 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het gaan in dienst van vreemdeCompagnien, en het part en deel neemen in defelve. Den 20 July 1786. 1240 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot interpretatie van het Octroy op 't ftuk van Erffenisfèn, aan Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente van 'sGravenhage bevoorens verleend. Den 2 Augustus > 78 5, 240 Publicatie van den Raad van Staate, tot obfervantie van de Ordonnantie van den XL Penning, met opfigt tot den tyd van het doen der Opdragten, en de betaaling van voorfz. Impost. Den 3 Augustus i786\ —— 1225 Refoiutie van de Staaten van Holland, waatbyS F. J, Rau, beroepen Predikant by de Walfche Gemeente te Leyden, van de Refoiutie, betrekkelyk der Predikanten ouderdom, word gedisponeerd. Den 22 Augustus 1785. —— 242 Octroy tot het bedyken en droogmaken van zekere Landen, gelegen in de Polder van Schieveen onder Delfland, volgens de belendingen daar by gede* tailleert. Den 23 Augustus 1786. 1420 Oétroy tot het bedyken en droogmaken van de Wateren, in de Polders van Zestienhoven en den Oudendyk gelegen volgens de belendingen daar by gedetailleert. Den 23 Augustus 1786. 1416 Publicatie van de Staaten van Holland ,1 tegen het oplaaten van Luchtbollen, waar aan gehecht zyn Werktuigen met brandende Stoffen gevult. Den 30 Augustus 1786. ■ ■ 328 Publicatie van Gecommitteerde, Raaden van Holland , tot het opvisfchen der Ankers, die aan de Rheede van Helle voetüüis door de Schepen verboren! of agtergelaaten zyn. Den 5 Septem I ber. i786. — !™42 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen oproerige gedragingen van de Militie, Den 9 September 1785. 42<5 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot mortificatie van het Corps Cent Suisfes. Den 22 September 178(5. 71 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aanfchryving aan den Commandant van het Guarnifoen van 's Hage , om zekeren Corporaal, van een' 1786. )P AG. gemeen Delict befchuldigt, en in Mi litaire bewaaring zynde, aan den Gerechte van 's Hage over te geven. Den 28 September 1786". 766 Refoiutie van de Staaten van Hof&ftfc* , waar by verklaard word, dat nier de aangebleven met de afgetreden Sche penen, maar de thans fungeerende Scheepenen der Stad Dordrecht, be voegt zyn zekere Crimineele procedures re decideeren. Den 10 November 1785. . -22 Placaat van de Staaten van Holland, houdende verbod tegen het fleepend Visfchen met twee aan een gehechte Botters langs en door de Zuyderzee en het Ye. Den 15 December 1786. 13I2 1787. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaïing op hoedanigen voet den Schojt der Stad Delfc, voor drie Jaaren aangefteid zynde, her Amptgeld zoude moeten furneeren. Den 12 January 1787. g74 Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchaffing der Recognitiën door de Roomfchgezinden aan de respecf ive Bailljuwen betaalt geworden zynde. Den 25 January 1787. 187 Refoiutie van de Staaten Generaal,' houdende, dat geen Officier, of desfelfs Stadhouder, binnendesfelverrespedive Diftri&en en Jurisdidien, de 1 fun&ie van Notaris of Procureur mag exerceeren. Den 6 February 1787. 586" Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word dat iemand, die Gereformeerd gebooren, naderhand Roomsch geworden, en vervolgens weder tot den Gereformeerden Godsdienst was re rug gekeerd, niet valt in de termen van't Placaat van] 24 January 1755. Den 15 Februa-' ry 1787. . . 3?9 Refoiutie van de Staaten van Holland waar by een verfoek; om verminde-) ring van het getal der ordinaris Deurwaarders in den Hage word afgewefen.' Den 15 February 1787. f 642 Publicatie van den Hove van Holland f tot ontdekking van den daader der m-i fulte, aan het Vaandel van het Regende Acte van Bond1 lllll? T\ genootfchappelyke Guarantie ®) OPLffe van de waardigheden van Erf\*~es .' '"^t li Stadhouder , Capitein en Admiraal Generaal; waar agter gevoegt is de acces/ie van- hec Landfchap Drenthe ten dien opfigte. Acle van Bondgenootfchappelyke Guarantie der waardigheden van Erf - Stadhouder - Capitein - en Admiraal. De Heeren Staaten van de Provinciën van Gelderland , Holland en Westvriesland, Zeeland, Utrecht, Vriesland, Overysiel, en Stad en Lande, nevens die van den Landfchap Drenthe, gereneéteert heb- - bende .op de oorzaakeri van de inwendige • IX' Ï)eel. verdeeldheden, waar door de geheele Republicq, en ieder Provincie in het byzonder, onlangs is beroerd geworden, en be- | vonden hebbende, dezelve grootendeels ontltaan te zyn uit de verkeerde en hoogst gevaariyke denkbeelden, byzommigemenfchen, hetzy wezentlyk, of in fchyn opgevat, én aan andere minkundige Ingezetenen ingeboezemd, aangaande de Conltitutie en Regeeringsform deler Landen , en fpeciaal, aangaande het gewigt en de noodzaakelykheid der Hooge en Erffelyke Waardigheden van Stadhouder, Capitein en Admiraal Generaal, en daarenboven geconlidereert hebbende, dat by de gelukkige herftelling van het Stadhouderfchap en de Erffelyke bevestiging van het zelve in de jaaren 1747 en 1748, de Bondgenooten het tot een groot voorlegt voor den Staat hebben gerekend, defe hooge Waardigheden, met betrekking tot alle de Provinciën A en  Placaaten. i. Boek. i. Titul. en de Generaliteit, op één en den zeiven Prins vereenigt te zien, en zig daar van een nieuwe kragt en vastigheid van den Band der Unie hebben belooft ; Dat mitsdien de zelve Waardigheden van toen af een naauwer en onmiddelyker betrekking ontfangen hebbende tot het geheele Bondgenootfchap, niet alleen behooren belchouwt te worden, als een esfentieei deel van de Constitutie en Regeeringsform van ieder Provincie, maar van den geheel en Staat, en zoodanig verbonden met de Unie zelve, dat het één zonder het ander onmogelyk in bloey en welvaart kan ftaande blyven, en dat derhal. ven, gelyk de Bondgenooten verpligtzyn, malkander met Goed en Bloed by te ftaan tot confervatie van den Band der Unie, hier uit noodwendig ook volgt de verpligting, om malkander gerust te ft ellen omtrent de eer/te en voornaamfte middelen, door welke de Unie moet behouden blyven, en om met vereenigde kragten te waaken tegen allen indragt op de zelve, te meerder, daar de ondervinding in de laatfte beroete geleerd heeft, hoe uit de geringfte beginfelen, die in het eerst maar kleine veranderingen fcheenen te bedoelen, nogthans een algemeene verwarring is ontftaan, welke hec Bondgenootfchap op het punét, van een totale flooping heeft gebragt. Gedaan in den Haage den 27 Juny 1788. Zoo is 't , dat de Heeren Gedeputeerden van de hooggemelde Provinciën, uit naam en op last van de Heeren Staaten hunne Principaalen, mits defen, plegüglyk verklaaren, dat hooggemelde Heeren Staaten het Erfftadhouder, Capitein en Admiraalfchap Generaal, met alle de Regten en Piaeëminentien daar aan verknogr, zoo en op dien voet, als het zelve in den haaren respe&ivelyk is opgedraagen, en door den tegenwoordigen Heer Erfftadhouder in den jaare 176Ö aanvaard, houden en confidereeren voor een esfentieei gedeelte van haare Conftitutie en Regeeringsform, en het zelve als een Grondwet van Staat onderling Bondgenootfchappelyk aan malkander guarandeeren, aanneemende niet te zullen gedoogen, dat in één der Provinciën van het Bondgenootfchap van defe heilfaame en voor de rust en veiligheid van den Staat onontbeerlyke Grondwet ooit of ooit werde afgeweeken. Ter oirconde Waar van wy Öndergegefchreeven, als uit kragte van hun Hoög Mogende Refoiutie van huiden daar toe expresfelyk gecommitteerd, ieder in naam van de Heeren Staaten onfe Principaalen, en in conformiteit van hoogst derzei ver onderfcheide Refolutien, defen hebben onderteekend. QVas geteekend,*) A R. van HEECKERENé W N PF d van IDSINGA. De Ondergefchreeve heeft uit hoofde van de accesfie van de Heeren Staaten van den Landfchap Drenthe, en uit kragt van de fpeciale volmagt, daar toe door hem overgegeven de bo venftaande Ade mede onderteekend. Op den 3 July 1788. overgegeven, de bo- QVas geteekend^) P. A. R. van HEIDEN, Drosfard van den Landfchap Drenthe. (Onder ftondf) Accordeert met deszelfs Origineel. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfchreeve gecommuniceerde aan te neemen voor Notificatie. TWEE-  TWEEDE TITUL* Behelfende verfcheide Ceremonieele Wetten en Obfervantien. I# Refolutien van de Staaten Generaal, hou¬ dende bepaaling van de Solemniteiten welke by de introductie van zyne Hoogheid in de Vergadering van hun Hoog Mogenden, en yan den Raad van Staaten , geobferveert zouden worden. Den 23 January 1763. Ïs gehoort het Rapport van de Heeren Nagel, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de Militaire zaaken, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie van den 21 defer loopende maand, geëxamineert het geproponeerde van de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland, waar by aan baar Hoog Mog. hebben voorgedragen en in bedenken gegeeven, nadetnaal zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau den 8 Maart aanfhmnde den ouderdom van vyfthien jaren zal hebben geadimpleert, en op die tyd aan den zeiven volgens haar Hoog Mog. Refoiutie van den 13 January 1759 fesfie zal werden verleent in de Vergaderinge van haar Hoog. Mog. en in den Raad van State, gelyk meede tot alle derfelver Befognes als dan zal werden geadmkteert, of niet by tyds gereguleert behoort te werden de ordre en manier, waar op het zelve zal gefchieden, ook de Rerroacfa ter materie applicabel daar op nagellen hebbende. Waar op gedeübereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den 8 Maan aanftaande, zynde de Verjaardag van zyne Hoogheid, een Commisfie van agt Heeren Gedeputeerden uyt de Vergaderinge, met den Griffier, na ouder gewoonte zal worden gedecerneert , om een compliment van Felicitatie dieswegens uit naam van haar Hoog Mog. aan zyn Hoogheid afteleggen. 1 Dat den 9 Maart daar aan volgende de Introductie van hoogst gemelde zyne Hoogheid, in de Vergadering van haar Hoog Mog., en in den Raad van State zal worden gedaan, met gelyke Ceremoniën als laatstmaal by het fesfie neemen van wylen zyn Hoogheid Glor. Geds. is gefchied, namentlyk op die wyfe, 2. Is in de Vergaderinge gecompareerd zyne Hoogheid, de HeerPrince Willem dé vyfde, Erfftadhouder en Capitein en Admi- dat twee Heeren Gedeputeerden uyt de Provinciën van Zeeland en Utrecht, als aan de tour zynde, na dut door den Heer Prasfideerende daar toe verfogt zullen zyn, zyn Hoogheid zullen gaan af halen aan het Stadhöuderlyk Appartement, en hoogst defelve langs de Gallerye door de Treveskamer zullen brengen in de Vergaderinge van haar Hoog Mogende .alwaar gekomen zynde, zy meer hoogst gemelde zyne Hoogheid links om de Tafel zullen geleiden by den HeerPrefideerende, die als dan meer hoogstgemelde Zyne Hoogheid uyt den naam van. haar Hoog Mog. met een Compliment ter materie dienende zal verwellekomen, en afvragen of zyn Hoogheid bereyd is den Eed van Secretesfe te obferveeren, het geen door zyn Hoogheid by handtasting aangenomen zynde gemelde twee Heeren Gedeputeerden hoogst denfelven verder zullen geleydenna de Stadhouderlyke Stoel, om aldaar plaats en fesfie te neemen. Dat de deliberatien van dien dag afgeloopen zynde, drie Heeren Gedeputeerden uyt de Provinciën van Gelderland, Vriesland en Stad en Lande, als aan de tour zynde, gemerkt de Provincie van Overys&l zal pra/ldeeren, door den Heer Prrefideerende zullen worden verfogt zyn Hoogheid te introduceeren in den Raad van State, waar toe de zelve zig met zyn Hoogheid langs de gewoone trap na beneden zullen vervoegen, en zyn Hoogheid aan den Raad prefenteeren met een aanfpraak na de omftandigheid gefchikt, in welke zy zullen laten innueeren, dat meer hoogst gedagte zyne Hoogheid den Eed van Secretesfe by handtastïnge rer Vergaderinge vanhaar Hoog Mog. heeft afgelegd. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan den Raad van State om te ftrekken tot derzelver narigtinge. raai Generaal der Vereenigde Nederlanden, afgehaalt en geintroduceert door de Heeren Cau en D'Ablaing van Giesfenburg, haar Hoog A 2 Mog, Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het neemen van Sesfie door zyne Hoogheid in de Vergadering van hun Hoog Mog. Den 9 Maart 1763.  4 Placaaten. i. Bock. 2. Titul. Mog. Gedeputeerden , en is zyn Hoogheid in conformiteit vnn haar Hoog Mog. Refoiutie van den 23 January 1759 na alvorens door den Heer Pndideerende met een compliment, ter materie dienende, uit naam van haar Hoog Mogenden te zyn verwelkomt, en den Eed van Secretesfe by handtastinge te hebben afgelegd, door gemelde Heeren Ge¬ deputeerden geleid naar desfelfs Stadhouder* lyke Stoel, alwaar plaats en Sesfie heefc genomen : het welk gedaan en de verdere deKberatien afgcloopen zynde, hebben de Heeren Tcngnagel van Bronkhorst, Bergsma en de Drews, haar Hoog Mogende Gedeputeerden , meer I Ioocgemelde zyne I loogheid in den Raai van State gcintroduceert. 3. Verbaal, behelfende de Solemniteiten der in- flallatie van Mr. Hendrik Mollerus, nis Prefident van den Hoogen Raad. Den 31 Ocïobtr 17Ö3. De Raadpcnfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, ingevolge cn ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 28 der voorleede maand Ocwber, meten nevens de Heeren Gecommitteerden van de Staaten van Zeeland, den Heer Mr. Hendrik Alollcrusopden 29 der gemelde maand den Eed als Pracfidcnt van den Hoogen Kaade hadden afgenoomen, cn vervolgens in de Bediening van dat Ampt geinftalleert; zynde alles gepasfeert op de wyfe als verhaald is in het Verbaal hier na geinfereert; en is vervolgens geiaan leclure van het voorfchreeve Verbaal. Waar op gedelibereert zynde, zyn de Heeren haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden bedankt voor de moeite in defen genoomen, en is welgevallen genoomen, in hec geene dce/èn aangaande is verrigc Verbaal yan de Heeren Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Hollanden IVestvriesland, en van de Heeren Staaten van Zeeland, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van den last en ordre yan de Heeren liaare respeëliye Principaalen, den Heer en Mr. Hendrik Mollerus in qualiteit yan Proefitient van den Hoogen Rade beëed'tgt, en vervolgens in de bediening van het yoorjz. Ampt geinflaïleert, met verhaal yan de particulariteiten en folemniteïten daar omtrent voorgevallen, en geobferveert. Na dat de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, op voorgaande berigtinge, dat de Heeren Staaten van Zeeland hadden gecommitteert en geauthorifeert Jonkheer Jan van Borsfele, Vryheer van Borsfele, reprefenteerende den eerden Edele van Zeeland, welken Heer weegens overgekoome indispofitie is belet geworden de folemneele actie te helpen celebreeren; mitsgaders den Heer Mr. Johan Confhmyn Matthias, Raad en Regeerend Burgemeefter der Stad Middel¬ burg; denHeere Marinus Jan de Jonge, Raad en oud Burgemeefter der Stad Zièrikzee; den Heer en Mr. Francois Nicolaas Keetlaar, Raad en Regeerend Burgemeefter der Stad Goes, welken Heer door indispofine niet heeft kunnen overkomen , dan in wiens plaatfo de Heer Mr. Pieter Osfewaarde, oud Burgemeefter en Raad derfelve Stad, is gefurrogeert geworden; den Heer Gerrit ten Hage, Raad en Regeerend Burgemecder der Stad I hooien ,• den / leere Mr. NicoLus van f loorenvan Burg, Raad en Regeerend Burgemeefter der Stad Vlisfingen; en den Heere Johannes de Vriend, Raad en Regeerend Burgemeefter der Stad Veere, bencevens Mr. Willem vanCitters, Raadpenfionaris van de Heeren Staaten van Zeeland, tot beëediginge en introductie van den Heere Mr. Hendrik AioJJerus, in qmlitcic als Prxtldcnc in den Hogen Rade, goedgevonden hadden te verzoeken en te committeeren de Heeren Willem Bcnünk, Heere van Rhooa, uit de Ridderfchap en Edelen van Holland; Mr. Cornchs de Wiet, Burgemeefter der Stad Dordrecht ; Mr. Jacob Eius Arnoudfz., oud - Pnxftdent - Scheepen en Raad in de Vroedfchap derbtad Amfterdam; Mr. Willem Winder, Burgemeefter der Stad Alkmaar, en Joan Abbekerk - Crap, Burgemeefter der Stad Hoorn; en Mr. Pieter Sceyn, Raadpenfionaris van de noogilgedigte Provincie van Holland, omme van weegens haar Ed. Groot Mog. de voorgemelde beëediginge en introductie, met en bencevens de Heeren Gedeputeerden van de 1 rovincie van Zeeland te doen. En na dat van de voorfz. haar Ed Groot Mog. Refoiutie aan dei keren Gedepureerden van cc Provincie van Zcehnd communicatie was gegceven, cn vast gefteld, dat de voorfz. beëediginge en imroduetie zoude gefchieden met dezelve folemniteiten die gepleegd waren omtrent de mtroduarë van den Heere Mr. Adriaande Grande, in zyn Ieeven Prafident van den gemelden Hogen Rade, en dat daar toe na voorgaande gedane Collatie vi de Commisfien van de Heeren Senten van beide de hooggemelde irovmcien ten behoeve van den voornoemden Heere Mollerus, m qualiteic voorfz. gedepecheert, was beraamd de dag van huyden den 2 9 0ctber 1763, zoo hebben de meergemelde Heeren haarEd. Groot Mog. Gecom- mit-  6 Placaaten t. Eock 2. Titul. vervolgens defelve Heeren Scaaten, als excerceerende de Voogdye van zyn Hoogheid den lieer Ertfitadhouder van derfelver Provinciën, hem heer Afr. Hendrik Mollerus tot Prsfident van den Hogen Rade hadden geëligeert, en dat dat daarop by de hooggemelde Heeren Scaaten van beide de Provinciën ten dien einde ten zynen behoeve was verleend behoorlyke Commisfie daar toe dienende; dac hy ontwylfelyk beyde de voorfz. Commisfien, als hem ter hand geftcld geweest zynde, zoude hebben geleefen, vragende vervolgens of hy bereid was op dezelve Commisfien, mitsgaders op de Inftructie van den gemelden Hoogen Rade, met de Ampliatie van dien, en fpecialyk op het Articul vart de nadere Ampliatie van den Jaare 1644., te doen den behoorlyken Eed, en na dat hy daarop verklaard hadde van Ja, ook hem dien volgende door den Heer Secrecaris van der Micden (aldaar befchciden zynde, om op de rugge van de voorfz. refpective Commisfien te teekenen de AcTe van afneeminge van den Eed, hier vooren gemeld J voorgeleefen was hec Formulier van de beëediginge , hier bevoorens in gelyke geleegenheid gebruikr; in voegen ais het zelve hier na volgt. Formulier van Eed. Dat fweer ik, dat ik het Collegie van den Hoogen Rade in Holland getrouwclyk ittfifrrrjffi, goede Juih'cie doen en helpen aJminiltreeren zaleenen iegetyken, den Grooten, Minderen,cn den Kleynen, zonder uitneemingen of verkiezingen van perfoonen, gunften, ongunften, ontfag of disfimulatie, zulks als ik tusfchen God en myne Conicientie finceerlyk bevinden zal te behooren. Item dat ik, om te koomen tot deezen Raat, geen belofce in het klein of in het groot toe iemands profyte gedaan, of iets daar voor gegeeven hebbe, belooven of geeven zal in eeuiger manieren, directelyk of indirectelyk, cn dat lk in alles my vroomelyk kwyten zal^ volgens de Inftructie van den Hove, en nadere Ampliatie van dien, onder dato den 24 Maart 1644, mitsgaders de Commisfie my tot deefen itaat gegeeven. Zoo waarlyk moet my God Almagtig tulpen. Mitsgaders ook in fpecie het voorgeroerde Articul van de voorfz. nadere Ampliatie, zoo hebben de meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, door monde van de meer¬ gemelde Heer Raadpenfionaris van Citters, agtervolgende het gunt voorfz. is, daar ncevens gedaan de vcrklaringe hier vooren geroerd; en heeft vervolgens de Heer Mollerus op het voorfz. Formulier, mitsgaders op de Commisfien, Inrtruétien, en fpecialyk op den inhoud van het voorfz. Articul der voorgeroerde nadere Ampliatie, corporeelyk en formelyk geftaafd den Eed als na gewoonte, geevende daar op de hand zoo aan de voorgeroerde Heeren haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden, als meede aan de meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, ook gelykelyk by dezelve in de bedieninge van liet voorfz. Ampt allen geluk en vooifpoed toe*e\venschc zynde geworden; heeft de gemelde Heer Praefidènc de Heeren Gedeputeerden van beide de Provinciën ten hooglïen bedankt, voor de moeite by haar Edele in het geen voorfz. is genomen, en middelerwyl het Formulier hier vooren geinfereert , op de rugge van beide de voorfz. Commisfien gefchreeven zynde , zoo onder de eene als onder de andeie gefield, my prefent, als Secretaris van de Heeren Staaten van Holland en Wcstvricsland, en gefubferibeert Arts yan der Mieden, en op een cn dezelve regul; in abfentie yan de Heeren Staaten yan Zeeland, en gefubferibeert IK yan Citters. Hetwelk indiervocgen voltrokken weefende , heefc de gemelde 1 leer Pnefident om te vermyden alle Speculatien, die op het poinct van den rang waren gemoveert, en haar ia hec aüeyden van dezelve Heer Pnrfident nader hadden mogen openbaaren, volgens het goedvinden van de Heeren Gedeputeerden van beide de Provinciën, zig alleen begeeven na de Raadkamer van den voorfz. Hogen Raade, oinrae aldaar nevens de andere Raden te verwigten de komfte van dezelve Heeren Gedeputeerden, en als dan door dezelve in de eftective bedieninge van de voorfz. Staat geinifallcert te worden, zynde de gemelde Heer Pi-aefident fpecialyk op zyn afgaan aangezeid, dat hy onder de leduure van de voorgeroerde refpeeme Commisfien, die in de voorfz. Raadkamer zouden worden opgeleefen, zoude willen opftaan, om alfoo te aanhooren de propofitien by de gemelde Heeren Gedeputeerden, uit de naamen en van wegens de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën refpeStivciyk aldaar te doen. En zyn vervolgens de gemelde Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland weederom uitgegaan, en door de gemelde Heeren de Witt, Abbekerk-Crap, cn de Raadpenfionaris Steyn , tot buyten de deur aan de Galleryen geconduifeert. Weinig tyds daar na hebben de welgemelde Heeren Gedeputeerden van beide de hooggemelde Provinciën, volgens het geene tusfchen defelve tot venneidin^e van de voorgeroerde fpeculatien was geconcerteert, ieder apart zig laten vinden in de Vertrekkamer van den meer-  Behelzende verfcheide Ccremonicele Wetten en Obfcr van den. 7 meergemelden Hogen Rade, te weeten de meergemelde Heeren Gedeputeerden van haar Ëd. Groot Mog. zyn in drie koetfen, geprecedeert van vier en gevolgt van vier Bodens, en dat een Boode was vooruitgegaan om te adverteeren, gereeden na den ingang van den Hogen Raade over de Casfelenye, en vervolgens gegaan in het vertrek aan de ooftfyde, en die van Zeeland, in het Vertrek aan de weftfyde van de Raadkamer; zynde uit defelve Vertrekken door Gedeputeerden van den welgemelden Hooge Raade ingehaalt, en door verfcheyde deuren gelykelyk van de eene en van de andere zyde in de Kamer ingeleyd, en hebben vervolgens haare plaatfe genoomen aan de Tafel van den meergemelden Raade, te weeten, de voornoemde Heeren Gedeputeerden van haar Edele Groot Mog. aan de hoogerhand of zyde, en die van Zeeland aan de andere zyde van defelve Tafel, laatende booven aan het eynde de Praefidiaale Stoel leedig, en na dat de Heeren Raaden in den gemelden Raade meede haare plaatfe hadden genoomen aan defelve Tafel, beneeden de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de Provinciën ten wederfyden, heeft de Raadpenfionaris Steyn, zig, rieevens de verdere Heeren Gecommitteerden, als meede de Heeren van den Raad, gedekt hebbende, vervolgensin fubltantie verhaalt, dat de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, en de Heeren Staaten van Zeeland, mits het overlyden van den Heere Mr. Adriaan de Grande, in zyn leeven Prsefident in den gemelden Raade, nodig geacht hebbende , dat tot meerdere luifter en maintien van het refpect, van den voorfz. Raade, mitsgaders tot beeter directie van de Befoignes en expeditie van zaaken, een ander gequalificeert en vertrouwt perfoon tot de voorfz. Staat in desfelfs plaatfe wierde gefield, hadden gedaan nominatie van een tripel getal van Perfonen, tot bekleedinge van den voorfz. Staat van Prasfident, en om de goede kennisfe die de hooggemelde Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën hadden van de wysheid en ervarenheid van den welgemelden Heere Mollerus, zoo in materie van Justitie als Policie, mitsgaders van zyne rechtvaardigheid, denfelven Heer Mollerus tot den voorfchreeven Staat met eenpaarige ftemmen van alle de Leeden van beide de Provinciën meede hadden genomineert, en vervolgens als exerceerende de Voogdye van den Heere Erfftadhouder van derfelver Provinciën, denzelven Heer uit de genomineerde Perfoonen tot bedieninge van den voorfz. ftaat hadden geëligeert en gecommitteert, en dat mitsdien de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de hooggemelde Provinciën, volgens de last en authorifatie van de hooggemelde Heeren haare refpeélive Principaalen, den gemelden Heere Mollerus op huiden in de voorfz. qualiteit folemnelyk hadden beëedigd, als alle het zelve in fubltantie uit de leétuure van de twee Commisfien, en de Endorfementen daarop geftelt, kwam te blyken, met byvoeginge, dat haar Ed. Mog. jeegenwoordigin den voorfz. Raad verfcheenen waaren, om meergemelden Heere Mollerus volgends de authorifatie en last als boven, aldaar te introduceeren, en in de bedieninge van den voorfz. Staat met 'er daad te inftalleeren, belluytencle met toevvenfchinge van den Zeegen van God Almachtig over desfelfs directie, het welk door monde van den Heer Raadpenfionaris van Citters, fpecialyk uit den naam en van wegens de Heeren Staaten van Zeeland, meede bevestigt zynde, met gelyke toewenfehinge van den Zeegen van God Almachtig; zoo is door den Heer Raadpenfionaris van Holland en Westvriesland verfogt, dat de Commisfie van Holland by hem meede gebragt, mogte worden geleefen, en heeft dezelve overgegeeven aan den Griffier, welke Commisfie geleefen zynde, heeft de Heer Raadpenfionaris van Zeeland op gelyke wyfe de Zeeuwfche Commisfie overgegeeven, dewelke meede geleefen zynde, is de gemelde Heer Mollerus weegens de Gedeputeerden van beide de voorfz. Provinciën verfogt, zig in de Preefidiaale Stoel, in maniere als boven opengelaten zynde, te willen voegen, gelyk vervolgens de voorfz. plaatfe door denzelven ook is geoccupeert. En heeft de voorfz. Raadpenfionaris Steyn daar op verklaard, dat de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de voorn. Provinciën , de Heeren van den Raad recommandeerden ook in namen en van weegen de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën, en ingevolge van de voorgeroerde Commisfien lasteden en ordonneerden, den gemelden Heer Mollerus voor Pnefident van den gemelden Raad te erkennen, revereeren, en obedieeren, mitsgaders van de Rechten, Eeren, Preëminentien, Vryheeden, Wedden , Nutichappen en Profyten, daar toe ftaande en gehoorende, doen, laten en gedogen , rustelyk en vredelyk genieten en gebruyken, en hem ook den voorfz. ftaat exerceerende, doen en geeven alle hulpe, raad en asfifteniie, voor zoo veel des noods zy, en zyluyden daar toe by hem verfogt zullen worden, het welk door gemelden Heere Raadpenfionaris van Citters ook geconfirmeert, en alles indiervoegen gepasfeeit weefende, heeft de Heer Pauw, oudtfte der Raden in den gemelden Raade, in naame van den gantfehen Raad, de Heeren Staaten van de twee Provinciën bedankt; waar op msgelyks de gemelde Heer Prefident een Compliment van dankzegginge aan de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën heeft gedaan , en hebben daar op dezelve Heeren Gedeputeerden van beide de hooggemelde Provinciën haar weederom uit de Raadkamer ieder na het Vertrek van waar dezelve waren ingekoomen, geretireert, wordende uitgeleyd elks door eenige Raden van den voorfz. Raade, vervolgens weeder vertrekkende zoo zy gekoomen waaren. Al-  8 Placaaten. i. Boek. 2. Titul. Aldus gepasfeerd weederzyds onder Acte vnn non prejudicie voor het toekoomende, geteekend den 31. October 1763. W. BEN TINK, C. de WITT, J. ELIAS AKNOUDSZ. W. WINDER, J. A. CRAP, en P. STEYN. En in oirkonde der waarheid by gefchrifte geftelt, mitsgaders uit de naamen en van weegens beide de Provinciën geteekend. J. C. MATTHIAS, M. J. de JONGE, Pr. OSSEWAARDE, GERRIT ten HAGE, N. van HOORN van BGRGII, J. de VRIEND, en W. van CITTERS. NB. Een evengelyk Verbaal is te vinden in de Registers der Refolutien van Holland van den Jaare 1784. /. Deel pag. 538-545 ter ^elegenheid der inftallatie van den Heer Mr. frillem Pauw,' tot Prefident van den Hoogen Raade. Als mede ter gelegenheid de'r inftallatie vnn den Heer Mr. Juhan JJoreel de Mauregnault, tot Prefident van den Hoogen Raade in de Registers der Refolutien van Holland van den Jaare 1787. VI. Deel pag. 6408-6416. 4* Verbaal, behelzende de Solemniteiten der'inftal¬ latie van Mr. IVigbolt SIiciter, als Prefident yan den Hove van Holland. Den 4. January 1765. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteerd, dat de Heeren haar Ede le Groot Mog. Gecommitteerden, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 6 December 1-64, met cn necvens de Heeren Gcdepuiecrden van de Provincie van Zeeland, deu / leer Mr. Wigbok Slicber, in qualkcic als IVefiJenc van den Hove Provinciaal hebben beëedigt, en vervolgens in de bediening van het voorfz. Ampt na ouder gewoonte geinflalleert , en dat daar van was geformeert het Verbaal aan het einde deezes geinfereert, en dac zy wyders aan ieder der Heeren Gedeputeerden van Zee/and hadden gedaan een vereering van een Oxhoofd Rhynfche Wyn. Watt op gedelibereert zynde , hebben haar Edele Groot Mog. de Heeren derzelver Gecommitteerden voor de genoome moeite bedankt, en de voorfz. beëediging en inftallatie, volgens den voorfz. Vcrbaale, haarlaaten welgevallen. Verbaal van de Heren Gedeputeerden van de Heeren Staaten yan Holland en rVeflyriesland', en van de Heeren Staaten van Zeeland, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van delafl en ordre van de Iheren Staaten haare refpeclive Principaalen, den Heer en Mr. IVigbolt Sticker in qualiteit als Prefident van den Hove Provintiaal beëedigt, en vervolgens in de bediening yan het voorfz. Ampt geinflalleert, met verhaal van de particulariteiten en folemniteiten daar omtrent voorgevallen en geobferveert. Na dat de Heeren Staaten van Holland en Weflvriesland, op voorgaande bcrigt, dat de Heeren Staaten van Zeeland, hadden gecommitteert de Heeren Mr. Iman Cau, Dirk Wolter van Lynden, en Pieter Bout, Ordinaris Gedeputeerden wegens defelve Provincie ter Generaliteit, tot beëediging cn introductie van den Heer cn Mr. Wigbok SUchcr, in quaJi'teic als Prefident van den Hove van I Iolland, Zeeland en Vriesland, goedgevonden hadden te verfoeken en te coramitteeren de Heeren Willem Bentink, Heere van Rhoon, Jacob Philip van den Boetzelaar, Heere van Nieuveen, uit de Ordre van de Ridderfcbnp cn Edelen van Holland, en de Heeren Mr. Cornelis de Wit, Mr. Gerard Arnout Ilasfdaar, en Gerrit Martyn du Tour, Burgemeesteren uit de Steeden Dordrecht, Amlterdam cn Alkmaar rcfpeCtive, en den Heer Mr. Pieter Steyn, Raadpenfionaris van hooggemelde Provincie van Holland en V. eftvriesland, om van wegen haar Edele Groot Mog. de voornoemde beëediginge en in.rcduétie met en nevens de gemelde Heeren Gedeputteerden van de Provincie van Z-eland te doen, en dac van de voorfz. haar Edele Groot Mog. Refoiutie aan de gemelde Heeren Gedeputeerden van de voorfz. Provincie van Zeeland communicatie was gegeeven, en vaftgefteld, dat ingevolge van het geconvenieerde by het Verbaal van de beëediging en introduefie van wylen den Heer Praefident van der Mieden van den 6. Mey 175S, de vooriz. beëediging en introdueue van een Heer Praefident Mr. Wigbolt Slicher z ide gelchieden op den voet en met zodanige folemniteiten als toen was gepractileert, en dat daar toe, na voorgaande gedaane colhtie van de Commisfien van de Heeren Staaten van de hooggemelde Provinciën, ten  H. Placaaten. i. Bock. 2 Titul. danigheeden, die in den Heere Erf - Stadhouder uytblinken; En dat haar } loog Mogende, om hunne erkentenis tot den hoogden top te zien, hem Heer Hertog op het vricndclykfte verfoeken, zyne groote vermogens by continuatie ten nutte van de Republicq te willen beftceden, hem verfeekcrende dat deefe gunst van hunnen kant altyd met alle teekenen van hoogagting en affectie voor zyn Doorluchtige Perfoon zal worden beantwoord. En werd de Griffier Fagel verfogt by zyn Hoogheid den ï leer Hertog van Brunswyk te verneemen, of en wanneer het aanzynlloogheidaangenaamzal zyn, de voorfchrcevc Commisfie af te wagten. %r4 Refoiutie van de Staaten van Holland, houden¬ de het Rapport wegens de plegtigheid hy den Doop van den jonggebooren Prince van Orange. Den 19 September 1772. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering . apporteert, dat de Heeren by haar Edele Gr. Mogende Refoiutie van den 9 dezer benoemt en gecommitteert, om van wegens haar Edele Gr. Mog. by de plegtigheid van den Doop van den jonggebooren Prince van Orange cn Nasfau te asiifteeren, en haar Ed. Gr. Mog. daar by als Gevaders te repradentecren, als mede om de complimenten van congratulrdc en felicitatie uit den naam van haar Edele Gr. Mog. aan zyne Hoogheid en haare Koninglyke Hoogheid af te leggen, gelyk ook nog om aan zyn Hoogheid te prxfenteeren en overtegeven de Pillegave by haar Edele Gr. Mog. gereguleert, en aan liaare Koninglyke Hoogheid een Beurfe met drie honderd goude Ducaatcn tot een vcreering in de Kraamkamer, ter dispofitie van Hoogst defelve , om gedistribueert te worden aan die geenen, die haar in deze gelegentheid dienst hebben gedaan, op Donderdag den 17 defcr, zynde den dag tot de plegtigheid van den voorfchrceven Doop door zyn Hoogheid bcftemd, om negen uuren zig zonder eenige Ceremonie hadden begeven uic dc Vergaderkamer naar de Deur onder de Gallerye op het Binnenhof, alwaar zy in de Koetfen waaren getreden, en gepraccedeerc door de Koetfen van h.isr Hoog Mog. Gedeputeerden, naar de Oranjezaal waaren gereden in maniere, als het zelve in het breedc in dc Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden onder haar Edele Groot Mog. Notulen van den 16 dezer is gemeld. Dat zy, pasfeerende over het Binnen hof, aldaar, als ook aan de Grenadicrspoorc en de Bezuidenhoutze Brug hadden gevonden de Wagt, aldaar ftaande met het Geweer geprefenteert, en flaande de Marfch, en dat haar Edele Groot Mogende Gcdeputeerdea, zoo als ook die van haar Hoog Mogende, van de verdere Provinciën en van het Lmdlchap Drenthe, door de Officieren met de Spontons en Vaandels waaren gefalueert, zoo als zy ook by hun komst aan de Oranjezaal de Wagt aldaar mede onder de wapenen hadden gevonden, en als vooren gefalueert waaren geworden. Dat zy aan de groote trap van de Oranje¬ zaal gekomen zynde , aldaar hadden gevonden eenige Edellieden van zyn I Ioogheid, ter wederzyden van de Trap gerangcert, en door de zelve waaren begeleid tot in de groote Zaal, alwaar ter zei ver tyd ook kwamen de Heeren Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Zeeland, van Utrecht, van Vriesland, van Overysfel, van Stad en Lande cn v.n het Landfchap Drenthe,- als mede de Heeren Gedeputeerden van de Steden Amfterdam en Rotterdam, gelyk ook nog de Heeren Gedeputeerden van de Stad h hddelburg, alle om van wegens hunne respective Committenten mede j als Gevaders by den voorfchreven Doop te I as/i/reeren. Dat zyn Hoogheid kort daar na by de ITee1 ren Gedeputeerden gekomen zynde, om half ! elf uuren (na dac zyn Hoogheid alle de Hecj ren respective Gecommitteerden had vetzogt i dien middag ter vergasting op het Oude Hof { in het Noordeinde) de Train was begonnen, om naar de Groote Kerk te ryden, in zulker voegen, dat voor uit waaren gereden de Edellieden van zyn Hoogheid in verfcheide van < deszelfs Koerzen ;dae daar op was ge volgt zyn Hoogheid zelf, geasfifteert door een goed aan; tal van deszelfs Zwitzers, en met een Detachement van deszelfs Guardedu Corps,zit/ tende over zyn Hoogheid deszelfs Opperhof1 meefter en Opperftalmeefter de Heeren Bigot I en Wulkenits, dat vervolgens de Heeren baar Edele Gr. Mog. Gedeputeerden, in gevolge en op den voet van haar Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 13 Auguscus laatstleden, den voorrang hadden gegeeven aan de Heeren haar Hoog Mog. Gedeputeerden, zulks dat de zelve Heeren haar Hoog Mog Gedeputeerden immediaat zyne Hoogheid hadden gevolge in vier Koetzen, gaande agc Generaiiteits Bodens , vier aan vier voor uic, en van gelyke ageer de laatfte Koecs; dac daar op immediaat v. ; ren gevolgt de Heeren haar Edele Gr. Mog. Gedeputeerden, in zes Koetzen, gaande mede agt Bodens van Holland, vier aan vier voor I uit, en van gelyke agter de laatfte Koets; dl .r na de Heeren Gedeputeerden van de Hee1 ren Scaaten van Zeeland, zynde agt in getal, in vyf Koetzen; daar na de Heeren Gedepu1 teerden van de Heeren Sraaten van Utrechc, zyn-  Behelfende verfcheide Ceremonieels Wetten èrt Öbfervantieri. 15 zynde tien in getal, in vyf Koetzen; daar na de Heeren Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Vriesland, zynde negen in getal, in vyf Koetzen,- daarna de Heeren Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Overysfel, zynde zeven in getal, in vier Koetztn; daar na de Heeren Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Stad en Lande, zynde agt in getal, in vier Koetzen; en daarna de Heeren Gedeputeerden van het Landfchap Drenthe, vier in gatal, in drie Koetzen.; vervolgens de Heeren Gedeputeerden van de Steeden Amfterdam en Rotterdam, beftaande uit ieder Stad uit drie Heeren, in twee Koetzen, gaande voor ieder eerfte Koets derzelver Stadsbodens voor uit, en eindelyk de Heeren Ge deputeerden der Stad Middelburg, zynde twee in getal, in één Koets, werdende de Train geflooten door een Detachement van de Guardes te Paard. Dat de voorfchreve Train vervolgens was gereeden langs deBezuidenhoutfche Weg, en zoo voorts, als in het breede is vermeld in de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, onder de Notulen van haar Ed. Groot Mog. van den p defer geinfereert (Traande het Regiment Zwitferfche Guardes op het kleine Voorhout in Parade gerangeert) door twee ryen Burgers, die van het Logement van de Stad Dordrecht af, onder het Geweer en in ryen gefehaard ftonden, alle met ftaande Trommels , vliegende Vaandels, en het prefenreeren van het Geweer, doende de Officieren het gewoonefalut, met de Spontons en Vaandels, zoo voor zyn Hoogheid, als voor de Gedeputeerden van haar Hoog Mogen Je, van haar Edele Groot Mogende, en van de Heeren Staaten van de verdere Provinciën, en van het Landfchap Drenthe. Dat de voorfebreeve Train gekomen zynde tot voor de Kerkdeur agter de .Predikftoel, zyn Hoogheid en de Heeren Gedeputeerden aldaar waaren uitgetreeden, zynde de Grond van daar tot in de Kerk, en het geheel Parket door, dat aldaar gemaakt was, belegt met groene Baay. Dat zyn Hoogheid vervolgens zyn Zitplaats bad genomen vlak over de Predikftoel in de Stadhouderlyke Stoel, die uit haar Edele GrootMogende Vergadering aldaar gebragt was, ftaande onder de Zitplaatfe van zyn Hoogheid de Stoel, dienende voor zyn Hoogheid in het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raden, en reprefenteerende de Zitplaatfe van den jonggebooren Prince. Dat de Heeren haar Hoog Mog. Gedeputeerden Hunne Zitplaatfen hadden genomen in een Bank ter regter zyde van zyn Hoogheid, en de Heeren haar Ed, Groot Mog. Gedeputeerden in een Bank, aan de linker zyde van zyn Hoogheid geplaatst; voorts de .iHeeren Gedeputeerden van de Staaten van Zeeland in een Bank onder die van haar Hoog Mog. Gedeputeerdens, en zoo vervolgens de Heeren Gedeputeerden van de Staaten van de bovengemelde Provinciën en van het Landfchap Drenthe volgens rang, ieder in een Bank, eh voorts de Heeren Gedeputeerden van de Steeden Amfterdam en Rotterdam volgens hun rang in twee Banken, onder die van haar Ed. Groot Mog. Gedeputeerden, gerangeert op eenerye met een opening tusfchen beiden, hebbende de Heeren Gedeputeerden der Stad Amfterdam gezeten naast de Zitplaatfe van zyn Hoogheid, en de Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam in de Bank naast dezelve; en hebbende de Heeren Gedeputeerden der Stad Middelburg hunne Zitplaatze genomen onder de Bank van de Stad Amfterdam. Dat voorts de Edellieden van zyn Hoogheid gefeten waaren geweest in vier Banken aan de regter zyde van de Predikftoel, gelyk ook aan de linker zyde van de Predikftoel gefchikt waaren geweest vier Banken voor de Dames van het Hof van zyn Hoogheid, en dat de Kerkenraad der Nederduitfche Gemeente , mitsgaders de Predikanten der Walfche en Engelfche Gemeentens, hadden gezeten in vier Banken, voor hun geapproprieert, twee aan elke zyke agter de Predikftoel, het front hebbende naar zyn Hoogheid en de respective Heeren Gedeputeerden, zynde alle de Banken bekleed geweest met groen Laken; over het voorfte gedeelte van de Zitplaatfen van zyn Hoogheid, van den Jonggebooren Prince, van de Heeren Gedeputeerden van haar Hoog Mog., van haar Ed. Gr. Mog. en yan de Heeren Staaten van de verdere Provinciën en het Landfchap Drenthe, hangende een rood Fluweel Kleed met goude Galonnen belegt, ftaande een Detachement van de Guardes du Corps en een Detachement Grenadiers van de beide Regimenten Guardes agter deszelfs Zitplaatfen, gelyk ook agter die van de Heeren Gedeputeerden van haar Hoog Mog. en van haar Edele Gr. Mog. gerangeert; en ftaande voorts tusfchen de Zitplaatfe gefchikt voor den jonggebooren Prince en de Predikftoel een fcabelletje met een rood Fluweel gegallonneert Kleed omhangen, waar op geplaatst was de Zilvere Vonte, met het Wapen van Orange en Nasfau daar in gegraveert, die wel eer, door wylen Koning Willem den III., glorieufer gedagtenisfe, aan de Franfche Kerke alhier in den Hage was vereerd geworden. Dat de Predikdienst beftaande in een gepaste Aanfpraak, die gedaan wierd doorDorainus Munnekemolen, ten masten by geëindigt zynde, de jonggebooren Prince gebragt was in de Kerke, gedragen wordende dooi de Freule Dankelman, eerfte Dame d'honneurvan haare Koninglyke Hoogheid, geleid wordende door twee Kamerheeren van zyn Hoogheid, die de flippen hielden van het Kleed, waar mede de jonggebooren Prince was omhangen, gevolgt door de verdere Dames van het Hof van zyn Hoogheid; dat het Formulier van den Doop gelezen zynde, de jonggebooren Prince overgegeven was geworden aan zyn Hoogheid , die denzelven onder den Doop had gehouden , wordende het Sacrament des Doops j bediend door Dominus Nieuwland, en daai  Behelzende verfcheide Ceremonieele Wetten eïi Obfervantien. if nenhof, alwaar uit de Koetzen waaren getreden , en naar de Vergaderkamer van haar Ed. Groot Mog waaren gegaan, en aldaar van den anderen gefcheiden. 3. By refumtie, én tot finale afkomst op heeden volgens hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 17 deezer, gedelibereert zynde op het Rapport, den 17 December laatstleeden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het Groot Befogne, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 18 September te voren, met Heeren Gecommitteerde Raden, geëxamineert hoedanige Militaire honneurs aan de Vergadering van hun Edele Groot Mog. by de alhier in Guarnifoen zynde Militie zouden behooren plaats te hebben, en de nodige redresfen op dat fubjeóf,. Is goedgevonden en verflaan, dat voortaan by het uitgaan der Vergadering van hun Edele Groot Mog. de Hoofdwagt op het Binnenhof, de Ruiterwagt op het Buitenhof, en de Wagt aan de Grenadiers Poort zullen moeten uitkoomen, en onder het flaan van de Marsch en het fteeken der Trompet, met Spohton, Pallas , Vaandel en geprefenteert Geweer, de Leeden der Vergadering van hun Edele Groot Mog. compofeerende, falueeren: Zullende gemelde Wagten met geprefenteert Geweer moeten blyven flaan tot na het vertrek van den Heer Raadpenfionaris, en den zeiven gelyke groote honneurs bewyzen, ten waare zy van wegen gemelden Heer vroeger door een Staaten Boode mogten worden gelicentieert. Dat geduurende de Sesfie der Vergadering van hun Edele Groot Mog. voorfz. drie Wagten voor niemand hoe genaamd zullen vermogen uit te komen, om den zeiven Militaire honneurs te bewyzen, onvermindert nogtans het geen gebruykelyk is ten aanzien der Wagten, die eikanderen pasfeeren en aflosfen. Dat de Poort tusfchen het Binnen- en Buytenhof voor het uur van het uitgaan der Vergadering zal moeten worden opengezet, en geduurende haare Sesfien opengehouden moeten worden tot zoo lang, als de Wagt by het uitgaan der Vergadering geparadeert hebbende, wederom zal zyn naar binnen gegaan. Dat by de groote deur, beneden aan den ingang der Vergaderkamer van hun Edele Waar op gedelibereert zyride, hebben haaf Edele Groot Mog. de voornoemde Heeren Gedeputeerden voor derfelver genome moeyte en gedaan Rapport bedankt. Groot Mog., tyde der Vergadering geplaatst zullen worden twee Ordonnantie Sergeanten, en dat voorts altoos, het zy het Vergadering van Holland is, of niet, buiten voor de gemelde deur, twee Grenadiers tot Schildwagten zullen moeten worden geplaatst, welke voor ieder Lid van de Heeren Gecommitteerde Raaden , met geftrekt Geweer front zullen moeten maken, zoo in het inkoomen, als in het uitgaan. Dat mede, geduurende het aanweezig zyn van hun Edele Groot Mog. hoogst derzelver Lyf-Guarde te Paard de Wagt zal moeten optrekken met Pauk en Standaard. Dat met opzigt tot het geen by het voorfz. Rapport omtrent de te bewyfen honneurs aan de Heeren Gecommitteerden Raaden en den Heer Raadpenfionaris, is voorgeflaagen, de Refoiutie daar op zal worden uitgeftelt, tot dat by hun Edele Groot Mog. op het Rapport van den 5. November 1785 nopens het Commando van het Guarnifoen in den Hage zal worden gerefolveert. En is voorts nog gerefolveert, dat een Schildwagt voor het Comptoir van Holland , en een voor de Gevangen Poort zal worden geplaatst. Wordende met inhajfie van hun Edele Groot Mog, Refoiutie van den 28 September laatstleeden, mede brengende, dat de Heeren Gecommitteerde Raaden de noodige zorge zullen dragen, dat in het generaal by het Regiment Lyf-Guardes te voet van hun Edele Groot Mog. geen andere Wapens dan die van deeze Provincie, voortaan tot uitwendige teekenen worden gebruikt, dezelve Heeren Gecommitteerde Raaden voorts nog verzogt, om de nodige ordres te Hellen, dat de Paukvaanen by het Regiment Lyf-Guardes van hun Edele Groot Mog. te Paard gebruikt wordende , en waar op het Wapen van Zyne Hoogheid word gevonden, in zoo verre worden veranderd, dat, in plaats van het gemelde Wapen, daar op werde geplaatst het Wapen van deeze Provincie. En zal Extract, dezer Refoiutie aan de Heeren Gecommitteerde Raden worden gezonden , om daar aan de vereischte executie te geeven. Refoiutie van de Staaten van Holland, be~ trekkelyk de Militaire Honneurs, aan de Vergadering yan hun Ed. Gr. Mog. door de in Guarnifoen zynde Militie te bewyzen. Den 24 February 1786. IX. DEEL. C R(-  18 Placaaten. i. Boek. 2. Titul. 9' Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het gefloten houden yan de zoogenaamde Stadhouders-Poort. Den 8 October 1787. Op het geproponeerde van dc Heeren van de Ridderfehap ; Is na voorgaande de libcratie goedgevonden en verdaan , het gedeelte van hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 24 February 1786 waar by verftaan is, dat de Poort tusfchen het Binnen- cn Buiten-Hof voor het uur van het aangaan der Vergadering zal moeten worden opengezet, cn geduurende haare Sesfie opengehouden moeten worden, tot zoo lang als de Wagt, by ) het uitgaan der Vergadering geparadcert hebbende, wederom zal zyn naar binnengegaan, by deze wederom in te trekken en buiten effect te fteHcn, en het zelve point weder te brengen op den voet als voor dato der voorfz. Refoiutie, met quab'ficatie op de Heeren Gecommitteerde Raden, om op het gefloten houden van dezelve de noodige ordres te Hellen. IO- Refoiutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk bet wodel yan de Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te Voet; als mede eenige nadere 'bepaalingen omtrent de 'honneurs, aan liaar Ed. Gr. Mog. by het Jchciden van dcrzelver Vergadering tc bewyzen. Den 3 December 1788. Ontvangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven in denHageop heeden, houdende dat zyn I looghcid den 2 dezer in hun Collcgie gecompa- ' reerd zynde aan hun had voorgedraagen, dat zy 1 by hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie van den 25 Sept. ij87 geauthoriCccrd zynde, om voor ditmaal de Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te voet met hoog deszelfs ! overleg tc laaten nu aken, hoog dezelve een ; Model had haten vervaardigen, om te kun- j nen dienen voor dezelve Vaandels, indien zy nudfura oordeelden dezelve op een andere wyze, als nu waren, tc laaten maaken, j aan hun overlastende, om de gemef'e nieu- I we Vaandels in voege als het gemelde Model, of zo als dezelve thans waren, te laaten ƒ inrigtcn, en da: zyn Hoogheid hun by die f gelegenheid in bedenking had gegeeven, of zy niet zouden kunnen goedvinden aan hun Edele Groot Mogende voor te dragen, om hoogst derzclver Refoiutie van den 24. February 1785. omtrent de te doene honneurs, by het aanweezen van hun Edele Groot Mog. Vergadering, in zo verre tc altereeren, dat blyvende in hec geheel al het geen bevoelen wns omtrent de honneurs te doen by het fcheiden der Vergadering door de Hoofd wagt en de Wagt aan de Prins Man rits Poort, gerefolveerd wierd, om de Wagt op hec Buitenhof te dispenfecren, om by deeze gelegenheid uit te kome::, dewyl de Refehitie van hun Edele Groot Mogende in dato oen 28 September 1787. by welke van de gemelde van den 24 February 1786. in zoo ver.-e was afgegaan, dat de Poort tusfchen hec Binnen- en Buitenhof, bekend onder den naam van Stadhouders Poort, niet meer by die gelegenheid wierd open gedaan, het byna niet mogelyk was, dat die Wagt erkende, wie de Leden der Vergadering waren , die over het Buitenhof pasfeerden, en dus in het geval was, om dc honneurs te doen aan Eieden, aan welken ze niet compeceerden, cn om de zelve niet te doen aan Leeden van hun Edele Groot Mogende Vergadering : dat, vermits het buiten gebruik was dat een Wagt te Paard met een Standaart optrok, zyn Hoogheid verder had gemeend hun in bedenking te moeten geven, om aan hun Edele Groot Mogende voor te drasgen, dc Regimenten Cavallerie en Dragonders in Guarnifoen alhier te dispenfeeren, van, wanneer hun Edele Groot Mogende Vergaderd waren, een Srandaart op de Wagt te geeven, en van de Refolucie door hun Edele Groot Mogende omtrent die een en ander te neemen, aan hoogst denzelven kennis te doen hebben, ten einde dien conform de nodige ordres aan het Guarnifoen werden gegeeven : dat zy Heeren Gecommiteerde Raaden omcrenc hec vervaardigen der voorfz. Nieuwe Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te voet, waar toe hun Edele Groot Mogende hun, by de gemelde Refo'.utie van den 25 September 1787. hadden gcqurdificeerd, met overleg van zvn Hoogheid de nodige arrangementen te maaken, hadden begreepen, dat, daar het uit de retro-acfa conlteerde, dat de Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te Voet , voorheen in Stadhouderlyke tyden, gelyk de Vaandels die in gevolge van hun Edele Gr. Mogende voorfz. Refoiutie by het zelve Regimenc wederom in gebruik waren , met de Wapens van de Heeren Princen van Oran-  Behelzende verfabelde Ceremonieele Wetten én Obfervantien. 19 'Orange in der tyd, als die van de Stadhouders en Capitein Generaal deefer Provincie, waren voorfien geweest, de voorfz. nieuw te maaken Vaandels, op den zeiven voet als die thans in gebruik waren, behoorden ingeri'jt te worden, het welk zy niet twyffelden dat door hun Edele Groot Mogende zoude worden goedgekeurt; terwyl zy omtrent het verdere geproponeerde van zyn Hoogheid, ten aanzien van het geeven der honneurs en het optrekken der Cavallerie, volkomen overtuigt zynde van de foliditeit der Confideratien, welke daar toe hadden aanleiding gegeeven , zig verpligt vonden, hun fcklele Groot Mogende in bedenking te geeven, of hoogst dezelve niet zouden kunnen goedvinden dien conform te befluyten, en dienvolgens zyn Hoogheid te verfoeken tot executie van de daar toe te neemene. Refoiutie de nodige Ordres aan het Guarnifoen alhier te geeven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het verrigte van de Hee- 1, TTs geleefen de Requeste van jacob Saiomon 1 de jong, woonende te Amfterdam, daar i by te kennen geevende, dat zeer notabel ge- \ interesfeërd zynde in de Huyfen van WisfelNegotie zoó binnen de Stad als buiten 's Lands die thans hunne betaalingen hadden gefuspendeert, waar door buiten ftaat was ge/telt zyn agterweefen te voldoen, zynde daarom desfelfs Boedel gedevolveert aan de deiblaate Boedels Kamer derfelve Stad, en dewylzyn Suppliants affaires zonder zyne teegen woordigheid niet te vereffenen waaren, verdoekende dat haar Ed. Groot Mog. uit derfelver Souveraine magt en authoriteit aan hem zouden gelieven te verleenen Vrygeleide of Seureté de Corps voor den tyd van fes Maanden, als meede de favorable Brieven van Voorfchryving van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam, neevens de voorfz. Requeste gevoegt, aan denfelven verleend, na ingenoomen te hebben het Berigt van Commisfa- ren Gecommitteerde Raaden, uit kragte van hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 25 September 1787. omtrend de Vaandels voor het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, by deefe te approbeeren; en voorts met opfigt tot de honneurs en het optrekken der Cavallerie, conform de voorflag by de voorfz. Misfive, gerefolveerd, blyvende'in zyn geheel al het geen by hun Edele Groot Mogende den 24 February 1780". bevoolen is omtrent de honneurs te doen by het fcheiden der Vergadering door de Hoofdwagt eü de Wagt aan de Prins,-Maurits Poort, de Wagt op het Buitenhof te dispenfeeren om by deefe geleegenheid uit te koomen , als meede de Regimenten Cavallerie en Dragonders alhier , te dispenfeeren van, wanneer hun Edele Groot Mogende vergaderd zyn, een Standaart op de Wagt te geeven; met verfoek "aan zyn Hoogheid, tot executie deefer Refoiutie de nodige Ordres aan het Guarnifoen alhier te geeven* fisfen van de defolate Boedels- kamer aldaar, welke de Crediteuren daar op bevoorens hadden gehoort. Waar op gedelibereerd zynde, is, in confideratie dat .bevonden is, dat op diergelyke verfoeken in diverfe gevallen voor deefe, reeds by haar Ed. Groot Mog:, zonder te requireeren het Advis van Prafident en Raden van den Hove, is gedisponeert, goedgevonden en verftaan, dat ten behoeve vart den Suppliant behoorlyke Brieven van Seureté de Corps voor den tyd van fes Maanden zullen worden gedepecheert, in ordiriaria firma ; En is wyders goedgevonden, dat voortaan op Requesten van Seureté de Corps, gemunieerd met Brieven van Voorfchryvens van Burgemeesters en Regeerders van de' Steeden haar Ed. Groot Mog. Vergadering compofeerende , na ihgenoomen Advis van Commisfarisfen van de defolate Boedels, of van de geenen die daar toe zyn geftek, na G 2 ver- DERDE TITUL, Behelzende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat* Refoiutie van de Staaten van Holland, hoüdende, dat op verzoeken om Seureté de Corps, op geëxhibeerde Brieven van Voorfchryving , zonder Advis van den Hove gedisponeert zal worden. Den 9 December 17Ó3.  20 Placaaten. i. Bock. 3. Titul. verhoor van de voornaamste Crediteuren ver- I reeren het Advis van Praefident en Racen van leend, door haar Ed. Groot Mog. zal wor- den Hove. den gedisponeert, zonder alvoorens te requi- 2. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling , aan hoedanige Emigranten, en op weiken voet, de Pasfagie door deeze Landen gegunt zoude worden. Den 6 jfu/y 1764.. 18 gehoort het Rapport van de I Teeren van Heeek.-ren tot Kei! en andere haar Hooi Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Placaren en Reglementen,hebbende in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 2 deefer lopende maand, met ende nevens eenige 1 reeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate geexiruineert en overlegt, wat precauticn genomen, en ordres geilek behooren te worden, om in het toekomende te beletten, dat uic de onverwagre overkomst van Emigranten uit vreemde Landen buyeen kennis en confent van haar Hoog Mog. geen inconvenienten refilbereOj waar door aan de Ingefetenen van den Staac eenige overlasc of nadeel kan worden toegebragt. En daar nevens ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 4 daaraanvolgende ge examineert hebbende een Misfivc van het Coilcgie ter Admiraliteit op de Maze, gefchreven te Rotterdam den 3 defer, daar by aan haar Hoog Mog. kennis gevende , van het geene haar voorgekoomen was van een meenigte Duytfchc Emigranten, welken zedert eenige weken buytcn de Stad Rotterdam onder den blcoten hemel gecampcert lagen, wagttnde om getransportcert te worden naar dc Engelfehe Colonien, waar on 'er verlcheiden gevonden wierden , die zouden zyn afgekomen zonder direct adres, en alleen in hoop van transport te zullen vinden; en dac het gemelde Collegie op dc geduurige aanfbek, o;n deefe luyden ten minsten gedeckclyk van de Straat te hebben, en Logement aan boord van de Scheepen, die intusfehen worden gc.-ced gemaakt, te kunnenbeforgen, de verfogte permisfie tot den vryen uytvoer by provifie hadden geaccordeert, onder deefe mits dat de Supplianten alvoorens hare uitgaande expeditie te kunnen verkrygen, zouden gehouden zyn een Acte, waar by haar Hoog Mog. de Pasfagie of Transport der Emigranten hadden geaccordeert, ten Comptoire aldaar te exhibeeren : Voorts aan haar Hoog Mog. reprrefenteerende de ongemakken, die uit diergelyke afkomst van arme Emigranten toe merkelyken last van de Ingefeetenen defer Landen te wagten zouden zyn, indien allerley vreemde Menfchen zig binnen in hec hare van hec Land zouden mogen verfamelen, zonder kennis van den Souverain ; gevende derhalven aan haar Hoog Mog. in bedenken, of defelve niec zouden gelieven goed ce vinden , dac tegens defe pasfagie zonder kennis cn goedvinden van haar Hoog Mog. tenfpoediglte ordre zoude mogen worden geilek, daar toe voorflaande eenige middelen , die haar daar toe als de bcqiaamllc en convenabelfte voorkwaamen, alles breeder in de voorfz. Misüve vermeld. En op alles ingenomen hebbende dc Confideraticn en hec hoogwys A Ivys ven zyn Hoogheid den Heere Hertog van Hrunswyck. Waar op gedeübereert zynde, is goedgevonden en verdaan by defen vasc te Hellen, dat voor hec toekomende aan geene Emigranten uyt Duytscbland ofte van elders komende, eenige pasfagie door dele Landen zal werden gegunt ofce gegeeven, dra alleen aan die geenen, welke voorfien zullen zyn van een Aete van permisfie van haar Hoog Mog. op den voet zoo als die in voorige jaaren en nog laatlïeJyk op den jp Juny 175.'? is verleent en geaccordeert geworden, ende dat ten dien eynde zyn I loogheid denHeere Hertog van Brunswyck zal worden verfogt, zoo als verfogt word mies deefen, aan Gouverneurs, Commandeurs of commandccrende Officieren in de Stecden 'sBosch, Breda, Heusdcn, Gecrttuydenberg en de Gnaff, te zenden eene ordre en last, dat alle Emigranten, welke aldaar zullen aankoomen, onvoorlicn van een Acte van permisfie van haar Hoog Mog. zullen hebben aftewyfen cn tc doen aanzeggen, om hec Territoir van den Staat binnen driemaal vierentwintig uuren te verbaten, op poene van daar na gevonden werdende als Beedelaars of Landloopers te zullen worden behandelt. Dac wyders den Hoogfehoue der Scad en Meyerye van 's Bosch , den Drosfard der Stad cn Baronnye van Breda , en den Amptman van de Graivè cn Lande van Cuyk, mitsgaders de Magifbaten der voorfz. drie Stceden zullen werden aangefchreeven en gelast zorge te dragen, dac geene Emigranten mee eenige Wagens , Karren of Schepen worden getransporteert, dan alleen de zodanige als waar door de permisfie van haar Hoog Mog. zal konnen werden vertoonc. En laat/eelyk dat de Heeren Staren van de Provincie van Gelderland, of Hof Provinciaal van dien, mitsgaders de Heeren Staaten van de Provincie van f Iolland en Westvriesland of wel derfelver Gecommitteerde Raaden by Misfive znllen worden verfogt, om ook zodanige voorfieninge te doen, de eersegemelde, dat in de Steden van Nymegen, Arnhem, Bommel en daar zulks verder nodig zal zyn , en de laatstgemelde in de Steden Heusden, Geertruydenberg, cn daar ztvlks  Behelfende Refolutien, Ordres en Regiementen van Staat. 2§ te gelyk reflectie gemaakt zynde, datoffehoon uitdrukkelvk by haar Hoog Mogende Refoiutie van den 22 November 1748 verftaan is, dat het aan niemant van de Ordinaris Booden Van de Generaliteit geoorlooft is, ofte by Refoiutie vergunt zal worden, ie mand anders buyten de vaste Adfiftent Bodens tot waarneeminge van zyn dienst, 't zy voor een enkelde reyfe 't zy by continuatie te employeeren, niet te min de voorfchreeve Refoiutie word illufoir gemaakt, door de ingevoerde praétyeq Onder de ordinaris Bodens, van de zieken of onvermogende onder hunlieden geheel van de pen af te laaten en voor dood te reekenen, en niet alleen voor enkele reyfe maar zelfs by continuatie geduurende eenige langduurige indispofitie of geheel onvermogen van een of meer van henlieden, voor defelve onderling, met voorbygaan van de vaste Adfiftent Bodens, den dienst waar te neemen, en de laatstgemelde daar door van het geen haar wettig zoude competeeren worden ontzet; Is nog goedgevonden en verftaan by deefen te mhserëeren den inhoud van haar Hoog Mogende voorfchreeveRefolatie van den 22 November 1748, en over zulks te verklaaaren, dat het in geenderley gevallen aan de ordinaris Bodens vryftaat, iemand anders buyten de vaste Adfiftent Bodens, tot waarneeminge van den dienst van zieke of onvermogende ordinaris Bodens, het 7. By rcfumtie gedelibereert zynde op een Misfive van den Capiteyn E. van Haaften, gefchreeven aan Boord van 's Lands Fregat het Welvaaren van het Land, geankert op de Rheede van Livorno den 25 December laatstleeden, en den 8 defer lopende maand alhier ter Vergaderinge ingekoomen, houdende , 'dat in veertig dagen en dus op den 11 November daar te vooren, te Tripoly was aangekoomen, en voorts advertentie zyner verrigtingen, en van 't geen geduurende zyn verblyf aldaar, gepasfeert was, voorts van zeeker geval, waar in hy gebragt was geworden, ter zaake dat by hem aan boord waaren koomen vlugteri of zwemmen twee Maltheefer Slaaven, waarvan eennaauwkeurigberigtneevens de voorfchreeve Misfive gevoegt was. Als mede op een Translaat van een Turkfche brief door den Bey van Tripoly aan haarHoogMogende gefchreeven, en den 17 defer alhier ter Vergaderinge ingekoomen, geleefen, houdende antwoord op'haar Hoog Mogende Misfive aan gemelden Bey door den Capiteyn van Haaften uyt naam van haar Hoog Mogende overhandigt, bedankende gemelde Bey haar Hoog zy voor een enkelde reyfe, 't zy by continu5 atie te mogen employeeren, ofte zulks onderling voor elkander te doen, maar integendeel dezelve te gelasten zodanig onvermogende mede op haar tour aan de pen te doen komen) ten eynde in conformiteit van de voorfchreeve Refoiutie derfelver dienst door de vaste Adfiftent Bodens werden waargenoomen. En is wyders nog goedgevonden en verftaan , dat al het zelve alleen zal plaats hebben, geduurende het leeven van de teegenwoordige Adfiftent Bodens, en dat by affterving of verlaating derfelver plaatfen, voor zob veel haar Hoog Mogende aangaat, niet weeder gefuppïeert zullen worden, maar voor gemortificeert zullen gehouden worden, gelyk defelve gehouden worden by deefen, waar toe de Raad van Staate meede heeft aangenoomen in dat cas gelyke voorfieninge te doen ; tot mortificatie der Adfiftent Bodens tot haare begeeving ftaande. En zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gezonden worden aan den Raad van Staate en Generaliteks Reekenkaamer, om te ftrekken tot derfelver informatie, gelyk ook Copie gegeeven zal worden aan den Contrarolleur Stenfort, als mede aan dé Ordinaris en Adfiftent Bodens van de Gene" raliteit, met last om zig naar den inhoud derfelve puncf ueelyk te gedragen. Mogende by defelve voor de eer en agting aan zyn Ambasfadeur Mahomet Bey beweefen, als mede nog een Translaat van een brief van gemelde Bey, waar in hy zig beklaagt over den Capiteyn van Haaften, dewelke in de Haven leggende, geweygert had twee Maltheefer Slaven, die aan boord waaren komen vlugten, aan gemelde Bey te doen reftitueeren, en verfoekt gemelde Bey uithoofde van het Traétaat tusfchen haar Hoog Mogende en hem fubCifteerende, dat haar Hoog Mogende gemelde twee Slaaven aan hem gelieven te doen reftitueeren, of wel de waarde van defelve aan hem te betaalen; Is goedgevonden en verftaan, dat zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, alsErfAdmiraal Generaal deefer Landen, zal worden verfogt, zoo als verfogt word mitsdefen, aan den Capiteyn van Haaften Commandeerende 'sLands Fregat het Welvaren van het Land, ten fpoedigfte op Livorno en Cadix ordre te fenden, om de perfoonen van Csfer en jofeph Cabinet geweefen flaaven van den Bacha van Tripoly, dewelke in de Haven van Tripoly voornoemt, naakt aan Boord van zyn Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk de vryheid van twee Maltheefer flaaven, den Bacha van Tripoly toebehoorende, die aan boord van een Hollandfch Schip in de haven van Tripoly ten anker liggende waaren komen vlugten. Den 29 January 17 7 °-  24 Placaaten. i. Boek. 3. Titul. onderhebbend Schip zyn koomen zwemmen, in vryheid te (lellen en haar na reedelykheid van Klcedercn en een maatige Reyspenning te voorden, om dc Reys te kunnen doen na Mak hl alwaar zy t' huys hooren. Dat dc kosten van de voorfchreeve reyspenning, kleeding en onderhoud van gemelde pcifoonen aan Boord, aan den Capiteyn van Haaften, op zyne declaratie gclccden en uit het fonds van het Verhoogde Lasten Vcylgeld betaalt zullen werden. Dat voorts Copie van het Relaas van den Capiteyn van llaafien zal worden gclbnden aan den Conful Reys en defelve gelast om op de gronden by den Capijfeyn van 1 Iaaften gelegt en in het voorfchreeve Relaas gemclt, te blyven infmeeren, dac volgens het 2 cn 7 Ariicul van het Tmetaat of Capitulatie van Tripoly, de flaaven die aan Boord van eeu Staaten Schip voor Tripoly of in de Haven van Trip* ly geankertleggende, gevlugtzyn, niet van het Schip nog van den Conful geeyfcht mo^en worden, en dat deefe Lieden vervolgens, zoowel na het Tractaat, als na het gebruik van andere Chriffen Natiën tc regte door den Capiteyn van Haaften moesten WOrdetO geprotegeert en niet konden worden overgegeeven, zonder dac daar voor eenig Rantcoen geëyfcht kan worden. Dat hy ook daar het behoord zal moeten kennis geven, dat haar Hoog Mogende hec ontvlugten van dc voorfz. flaaven n/et aodeza I kunnen attribueeren, als aan de nalatigheid van die geene, die met het optluytcn dezelve belasc waaren, en dac haar Hoog Moogcnde dahalven zonder groote hardigheid niet hebben kunnen rcfolvccrcn om deefe Lieden, die zig zelve door dc vlugc aan Boord van haar Schip de Vryheid hadden beforgt, weederom tot llaverny ce doen overgeeven. Maar dac haar Hoog .Vi ogende ten bewyfe van haare vriend.'chap en a/Jeen uic conüderacie voor den Bacha wien? Haven deefe lieden zyn geweest, hem Conful hebben gelast, om in die } fingulicr geval houderc vyftig Seuuincn aan den I Is gehoort het Rapport van de Heeren Pieck en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden toe de zaken van de Placaaten en Reglementen , hebbende ingevolge en toe voldocninge van derfelver Reïblutie Commisforiaal van den 24 January laatstleeden, metenneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate geëxamineert de Kequeste van de Ordinaris Bodens van de Generaliteic, houdende, dat zy met eerbied ontfangen hadden haar Hoog Mogende Refolueie van 1 o January deefes jaars op hec fubjecc van de Ad- 1 liftent Bodens genoomen. f Bacha te geven tot een prefent cn dedommagement van de fchade, die hy ter geleegenthc;d van hec aanweefen van ccn fcchip van Oorlog van den Staac te Tripoly, door hec verlies van deefe flaaven heeft geleeden, zullende de waarde van dc voorfchreeve honderd vyftig Sequinen aan hem Conful op zyn Declaratie in uytgave worden gcleeden. Dat voorts aan gemelde Conful zal worden gefonden een ihiat van het geen aan den Ambas&dcur van Tripoly hier tc Lande bchalven de kosten van zyn Trans; ort derwaarts is betaald, zoo voor zyn perfoon als voor Reekening van zyn Mceftcr, om te dienen tot zyne informatie, om daar van zoodanig gebruik te kunnen maken, als hy Conful zal vinden te behooren, om den Ambasfadcur in de belanj ens van den Staat te houden, of indien defelve daarinmogcemanquecrenaanden Bey zelve dc nodige informatie te geeven, mies in dit laaclte geval tenens waarfchuuwende, dat haar Hoog Mogende in 't vervolg geen Ambasfadcurs zullen admittecren, die zonder haar voorkennis cn eoellemming gefonden worden, of ren minden de zulke voor baar eyge onderhoud ziülcn laren zorgen, cn aan baar daar voor nietwes zullen toeleggen, nog eenige regalie aan haar zullen doen geven; maar dat haar Hoog Mogende de geenen, die zy in 'c vervolg zullen admitteeren, zullen doed tra&eeren gelyk vorige Ambasfadcurs zyn gerrjeteert geworden, zonder regard tc neemen op dit laat/te geval, waar in haar I loog Mogende om byzonderc recden haar movccrende, en fpeciaal van het ongeluk deefen Ambasfadcur op zyne reyfe herwaarts overgekoomen, aan denfelven wel eenige extraordinaire douceurs hebben willen verleenen. En zal Extrael van deefe haar I loog Mogende Refoiutie , voor zoo veel gemelde poinc van de honden cn vyftig Sequmen door den Conful Reys aan den Bey van Tripoly tc betaalen, aangaat, gefonden worden aan de Generaliceits Reekenkamer, om te ftrekken toe dei fel ver narigtingc. Dat zy niet zouden nalaaten zig in alle gehoorfaamheid daarna te gedragen, doch dat zy in vertrouwen waaren, dat haar Hoog Mogende niet qualyk zouden neemen , dat zy ^aan baar Hoog Mogende onder het oo<* brasten, dac by hec Reglemenc van den 14 Ocïober 1651 makende hec oprasfen en de reyfen van de Ordinaris en Exeraordinaris Bodens, welk Reglement haar jaarlyks ten fine van obfervantie wierd voorgehouden, was vastgefielt,dac zy gehouden waren haare reyfen zelfs te doen, en by ziekte of andere ongeleesentheid niemand anders voor haar te laaten 'reyfen, dan een- Kadcre Re f blut ie van de Staaten Cencraal, betrekkelyk de Adfiftent - Bodens yan de Generaliteit. Den 19 February 1770.  Eehelfen.de Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 25 een van de andere Ordinaris Bodens of een van de Extraordinaris Bodens, zonder haatbrieven mee vreemde, ofte met Vragtfcbuyten te heitellen. Dat by aldien de laatstgenoemde Refoiutie Rand zoude moeten grypen, zy van het regt door het voorfchreeve Reglement aan haar gegeeven van de eene voor de andere te mogen reyfen, gepriveert zouden worden, hetgeen zy vastftelden nooyt de intentie van haar Hoog Mogende te zyn geweest, en dat zy daar en boven by ziekte of ongeleegenheid haar geheele beftaan zouden moeten misfen: haar Hoog Mogende Refoiutie van den 22 November ï 748 haar geenfmts kunnende obfteeren, nadien de meening van die Refoiutie geen andere was geweest, als om te beletten, dat zy door geen vreemden haare reyfen zouden laaten doen ,en veel eerde Adfiftent Bodens daar toe te gebruyken', zonder dat haar daar door benooinen was het recht, Om door haare Confraters geholpen te worden , gelyk ook van het jaar 1748 tot,hu toe, altoos de een voor den anderen, volgens onderlinge fchikkinge onder haar gemaakt, gefangeert hadde gehad, en het geringe gemis, dat daar door quaamen te leyden, geëmployeerd wierd, tot onderhoud der respecllve Weduwen, waar aan de Adfiftent Bodens niets contribueerden t verzoekende de Supplianten derhalven, dat haar Hoog Mogende derfelver laatstgenome Refoiutie van den 10 January deefes jaars zodanig gelieven te interpreteeren, dat daar door niet verftaan word eenige atteinte te zyn toegebragt aan het Reglement van den 14 October 1651, maar dat aan haar de faculteit werd gelaaten, omby ziekte of andere ongeleegentheid een van de andere ordinaris Bt>dens vóórhaar te mogen laten gebruyken. Waar op gedelibereert en in agtinge genoomen zynde, dat haar Hoog Mogende intentie by het neemen van derfelver Refoiutie van den 10 January jongsticeden, alleen geweeat is, om voor te komen, dat de Adfiftent Bodens niet geheel voor by gegaan worden, ofte dat defelve geheel en al van het goedvinden van dcOrdinaris Bodens zouden dependent zyn, om door defelve al of niet naar welgevallen geëmployeert te mogen worden, en dat aan defelve intentie genoegfaam word voldaan, wanneer ook in reedelykheid van den dienst der Adfiftent Bodens Werd gebruyk gemaakt; Is goedgevonden en verftaan by deefen te verklaaren, dat het weederom als te vooren aan de Ordinaris Bodens van de Generaliteit wel vry zal liaan; ook door haare ordinaris mede Bodens te mogen laten waarneemen, maar dat defelve tëffens zullen gehouden zyn zorge te dragen, dac de Adfiftent Bodens ook in reedelykheid en billykheid geëmployeerden klagceloos gehouden worden, en dat defelve ten dien eynde in het getal der reyfen aan de Ordinaris Bodens geordonneert, niet minder zullen mogen partlcipeeren, als in de proportie vah drie tot zeeven, én dus van het geheel drie zeevende door defelve Adfiftent Boodens zal moeten gefchieden, waar voor zy altoos zullen moeten proflteeren de gerechte helfte van hét geen voor ieder reyfe aan de ' Ordinaris Bodens word goedgedaan, wordende over zulks in zoo verre haar Hoog Mogende voorfchreeve Refoiutie van den 10 January by defen géaltereert. En zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden- aan den Raad van Staate en Generaliteits Reekenkaamer, om te ftrekken tot derfelver. narigtinge i Gelyk ook Copie gegeeven zal worden aan den Contrarblleur Stenfert, als mede aan de Ordinaris en Adfiftent Bodens van de Generaliteit, met last om zig na den inhoud van dien ieder voor zoo veel haar aangaat, punctueelyk te gedraagen. H ïnflru&ie voor den Raadpenfionaris van Hol- "* land en Westvriesland. Den 26 November 1772. T"Xe Heer Bentihck, Heere van Rhoon, JL/ heefc ter Vergadering gerapporteert de ConCideraden en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van gisteren, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren gerevideett de Inftructie op den 5 July 1749 voor den Raadpenfionaris van defe Provincie gearrefteert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Raadpenfionaris, die in plaats van den overleeden Heer Steyn zal worden geëligeert, zal worden aangelleld op de Inftructie aan het einde defes geinfereert. IX. Deel; Dat vóórts aan den zeiven Raadpenfionaris, boven het Tractement van zes duifend guldens jaarlyks by de zelve Inftruclie vastgefteld, even gelyk als aan verfcheide van zyne voorfnaten, nog zal worden toegelegt een Traclement van zes duifend guldens jaarlyks extraordinaris, van vierendeel jaars tot vierendeel jaars te betaalen; en zoo de zelve Raadpenfionaris het Raadpenfionaris-Ampt t'eeniger tyd kwam te verlaaten, dat aan den zeiven in dat geval jaarlyks zal worden uitgekeerd een Penfioen van vier duifend guldens, te betaalen precifelyk en in gelyker voege en maniere als in de voorfchreeve Inftructie is geëxpresfeert, ter tyd en wylen toe de zelve weder met een andere Charge of Bediening, naar zyn genoegen, zal welen voorfien. D Dac  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. %f Heere Prince van Orange en Nasfou, a& Erfftadhouder ia der tyd, of Vrouwe Gouvernante, in de gevallen by Refoiutie van 16 November 1747 gereguleerd en vastgefteld. VIII. Zal het werk van de Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten van Holland en Westvriesland beginnen des voormiddags , op zoodanig een bekwaam uur als best zal convenieeren, tragtende egter de Vergadering van de Heeren Staaten Generaal tydelyk by te woonen, en aldaar alle zaaken ten beste van de Geünieerde Provinciën in het generaal en van de Provincie van Holland en Westvriesland in het particulier, te helpen dirigeeren, ten waare de importantie en rneenigvuldigheid van zaaken, daar op fpoedige conclufie mogte vereifcht werden, zulks kwaame te verhinderen, mits t'elkens, buiten verlet door particuliere befoignes van Staat, zig ook tydelyk hatende vinden in hec Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, om van hun te mogen verftaan de Pointen, die zy noodig zouden mogen oordeelen ter Vergaderinge in deliberatie geftelt te werden. I X. Zal ter Vergaderinge proponeeren en voordragen het gunt hy zal oordeelen ten dienfte van den Lande by haar Edele Groot Mog. in deliberatie geleid te moeten werden, en de voorftellinge by hem te doen in dier voegen zien te beleiden, dat op elke fesfie de zaaken in omvraage zynde tot conclufie mogen werden gebragt. X. En na de gedaane propofitien zal by de Edelen en Steeden daar op hun Advis en opinien laaten verklaaren, zonder iemand van de zelve in het geven van hun Advis, en het verklaaren van hunne opinien te interrumpeeren, of zyn Advis daar tusfchen te verklaaren, ten waare by iemand van de Edelen of Steden zulks op hem wierde begeert, of dat tot ondemgringe van de Leden uit voorgaande Refolutien in de zelve zaaken, of wel op gelykegelegentheid genoomen, ofanderfmts zulks noodig waare. X I. Zal in dier voegen de opinien ommevragen, en omgevraagd zynde, in zaaken van merkelyke importantie fpecialyk verklaaren, wat de meeste ftemmen of opinien zyn, laboreerende in alles, en voornamentlyk in deliberatien van gewigt, de Leeden te brengen en te disponeeren tot de meeste eenparigheid, blyvende niet te min generalyk gehouden, volgens de pluraliteit van opinien, en niet anders, als op zaaken daar inne notoirlyk overftemminge plaatfe heeft, te concludeeren. X I I. En ten einde de voorfchreeve Vergadering , tot groot ongemak van de Leden en merkelyke ondienst van den Lande, niet vrugteloos werde opgehouden, zal hy Raadpenfionaris, tot meerder facilitatie en verkortinge van de befoignes, de Leden discretelyk vermaanen hunne opinien kortelyk en fuccinótelyk te willen uiten. XIII. Item zal de Raadpenfionaris (de natuur: der zaaken of 's Lands dienst zulks ver* eisfchende) aan niemand, als aan de Leden van de Vergadering reveleeren de opinien, die by een iegelyk gegeven zyn, nogte de redenen daar toe geallegeert, en voorts fecreec houden alle zaaken in de Vergadering gehandelt, diebehooren, of anderfmts bevoolen zullen worden, fecreet te worden gehouden. XIV. Zal in elke Vergadering eerst ter hand neemen de zaaken, die van de meeste importantie zyn, of het meest presfeeren, daar onder begrepen die geene die tot Geldmiddelen zyn {trekkende. X V. Zal by refumtie op de Pointen befoigneerende alleen aanmaanen, en fommeeren de Leeden, die difflciel zyn gebleven , zonder daar van een generaale omvraage te doen, ten waare hy Raadpenfionaris zonderlinge redenen hadde, om anders te doen. XVI. Zal ook een Pertinent Register maken en houden van alle de Refolutien van de Staaten, en in het extendeeren van de zelve, zoo veel mogelyk is, klaarheid en kortheid ohCerveeren, ook alle repetitien van voorgaande deliberatien eviteeren, en tot dien einde de Pointen van befchryvinge, of andere invallende zaaken, ten eerftenmaalen met circumftantien extendeeren, en aanteekenen de difficulteerende Leden in zyne particuliere Notulen, en zoo lang de voorfchreeve Pointen niet geconfenteert of de voorfchreeve zaaken niet abfolutelyk ter eenre of ter andere zyde afgedaan zyn, geene nieuwe extenfie daar van maken, ten waare eenige notabele veranderingen daar inne waaren voorgevallen, zullende gehouden wezen alle Ordonnantiën, Acten, Placaaten, Confenten, Refolutien, en andere Depêches van importantie te extendeeren, of zelfs door zyn Commis geextendeert zynde die te revideeren, en te beforgen, dat voor het Hooft van elke Depêche het fommier inhouden van dien werde geannoteert. XVII. Item, zal beforgen, dat in de Vergaderinge de Refolutien des daags te vooren genoomen, en die van Saturdags des D a Dings-  clo Ptecaatcn. i. Bock. 3. Titul. Dingsdags daar anti volgende, mitsgaders de geene, die op den laatften dag in elke Vergaderinge genoomen zyn, den eerftefl dag van het volgende reces, werden gereiimieert: met dien verilande nogbfriS, dat de Refolutien, die promptcr executie zyn vcreisfchende, nog ten zeiven dage, dat die genoomen zyn, gercfumccrc, cn is hec doenlyk, ter executie geheld zullen werden, ten waare goed gevonden wierd de zelve te pasfeeren zonder refumtic, in welken gevalle nogtans de Raadpenfionaris gehouden zal zyn, de zelve by de naaste gelegentheid ter refumtïe voort te brengen, zonder egterde execucien daar om op te houden 1 En alzoo tot laste van den Secretaris /taan de excenfien van de AppoftilJen cn Appoinctemenccn op dc ordinaris Requescen, zullen de zelve, van importantie wefende, by den Raadpenfionaris cn Secretaris tc zamen werden gercfumcert, aleer de zelve zullen werden uitgegeven. XVIII. Zal beforgen, dat, de refumtievandc Refolutien gedaan zynde, daar van zonder tydvcrzuym in handen van den Secretaris van haar Edele Groot Mog. gelevert werde een wel gecollationeerde Copie, omme door ordre van denzelven Secretaris ten fpoedigfle te worden geregiftreert, op dat zoo de Leeden van de Vergaderinge, als het Collcgie van de Gecommitteerde Raden, des vannooden hebbende, van bcboorJyke Extracten mogen werden gedienc X I X. Zal onder een pertinent en perfect Register en Index redigecren in goede orde aüc Roeken, Stukken, Brieven en Papieren hec gemeene Land concerneerende, die in zyne handen zullen komen, en verders beforgen, dat die geene van dc zelve, op dewelke geen verdere Refolutien te vallen ffaan, alle jaaren op haar Edele Groot Mog. Charterkamer werden overgebragt. X X. Zal ook, eenige Leden by fmr Edele Groot Mog. tot particuliere Befoignes geconimittecrc wefende, beforgen, dat ten zei ven dage, dat de Refoiutie daar toe zal zyn genoomen, of uiterlyk des daags daar a.in, het Lid, hec welk in de Commislie de eerfte is, werde behandigt de Refoiutie Commisforiaal: dac ook een byfondere Ly.-re werde gehouden van zoodanige Commisfien, mitsgaders Notitie van de zaaken, dieby eenige Leden overgenomen of opgehouden zyn, en zal alle weeken eenmaal, als zulks zonder merkelyke verhindering in de publicque deliberatien kan gefchieden, ieder Lid, het welke of in Commisfie de eerfte zal zyn, of eenige zaaken overgenoomen en opgehouden zal hebben, opentlyk en fe- rieufelyk aanmaanen, ten einde de voorfchreeve Befoignes en overgenoome zaaken respective naar bchooren mogen werden gevordert. X X L Zal by abfentic van dc Vergadering, buiten merkelyk verligt of wigtigc redenen ter contrarie, alle dagen, als het Collegie van de Gecommitteerde Raden byeen komt, zig aldaar op de gcfteldc uuren laaten vinden, om alle deliberatien van gewigt by te woonen. X X I J. Zal rapport doen aan haar Edele Groot Mog., in hec begin van elke Vergaderinge, wat zedert het fcheiden van de Iaatfte voorgaande Vergaderinge ter Generaliteit en in het Collcgie van de Gecommitteerde Raden van confidentie voorgevallen is, en voorts van tyd tot tyd van het geen dagelyks ter Generaliteit van gewigt zal wefen gcpasfccrc. X X 1 1 I. Zal geen Misfiven aan dc Staaten of Gecommitteerde Raden geaddresicert, en den Staat van den Lande betredende, nog eenige Requcstcn mogen agterhouden, maar die ter eerster occafie na den ontfang van dc zelve moeten voorc brengen, om gelefen, cn den inhoud van dien gewecten te worden. XXIV. Zal met de Minifters van defen Staat buiten s'Lands rcüdcerende van tyd tot tyd correspondccren, om de zelve bekwaam te maken tot uitwerkinge van de intentie van de Regeering, en tct dien einde fpecialyk aan de zelve fuppeditceren en overfchryven alle de noodige Refolutien , en het gunt verders in den Staat pasfeert, mfonderheid ook de redenen, expediënten en argumenten, die hy zal oordeelen de voorfchreeve Ministers tot uitvoering van hunne last en commisfie dienstig ce zullen wefen, welverftaande, dac hy, eenige zaaken van ceere consideratie aan defelve Ministers overfchryvende, daar van communicatie geeve aan de Heeren Staaten, zoo wanneer haar Edele Groot Mog. Staatsgewyfe vergadert zullen wezen, of anderfmts aan de Heeren derfelver Gecommitteerde Raden, daar by mede befcheicende dc Heeren van het Noorder Quartier ter Vergadering van haar Hoog Mog. gedeputcert, en dat hy ook gehouden zal zyn te bewaaien deMinutcn vnn deBrieven van correspondentie,om ten allen tvden,dc; by haar Ed. Groot. Mog. vermaant zynde, daar van exhibitie en lecture te konnen doen. XXV. Zal aan de Ministers vrm Koningen, Republicquen, Princen, Potentaaten, Staaten of Steeden, Vrienden of Geallieerden van deefen Staat, de occafie en  Placaaten. 1. Bock 3. Titrü. ï!r.--h.id jflfh de Bondgenooten, waar by de voo.fchreeve Acte aan hoogstdezelven is gec >;n-;m*ceert, zoo wel, als uit andere om . den, conflccrt, dac Zyne Hoogheid , als nog aan gemelden Heer Hertog op het ••fterkst verbonden rekent,- de voorfchreeve Acte van Conventie \-oor het aangezigt van olie de Bondgenooten, als het waare tragt te wettigen; en gemelden Heer Hertog aan de Itondgenooten optedringen als een Perfoon, die niettegenibvande defe clandestine en ganfeh onbetamelykc handclwyfe , hoogstderfelver hoogagting nog zoude meriteeren. Dit laastelyk na alle de klagtcn van de Bondgenooten , en in hec byfonder van de Heeren Scaaccn van dele Provincie, over de ongelukkige directie van 's Lands zaaken,niet langer kan worden getw\ fielt aan den fchadelykcn invloed van zoodanig een Raadsman, die zig op eene zoo onvergeeftykc wyfe, en mee eene geheimhouding, die achtien jaaren lang defe handelwyze voor het Bondgenootfchap heefc verborgen gehouden , tot dc/.cn ministeriaalen post heefc verheven, en zig daar in door middel van hec blind vertrouwen van Zyne Hoogheid op zyn perfoon, als in een wettigh k verkregen post, als nog trage ee maintii.cercn; zoodanig zelfs, dac alle middelen, onder de hand, op de vriendelykftc wyze aangewend, om zyn Hoogheid van het appui van gemelden Hertog te detourneeren, vmgteloos geweest zyn; waarom als nu geen ander middel meer overig is, dan dac hun Ed. Gr. Mog , voor zoo veel hun betreft, zig van hoogstderzclver pligt als Souverain van deze Provincie acquiteeren; en de verdere nadeclige uicwerkingen van bet voorfchreeve clandestine en voor den Souverain zo kcfifengagement , met al hun vermogen, tegengaan, en het kwaad mee den geheelcn wortel uitroeyen. • Dat deze zaak geen object is, of zyn kan van de ordinaris justitie, die nimmer bevoegt is te oordeelen over onderwerpen , het beftier yan 's Lands zaaken concerneerende; nog ook in hec byzonder, over hee al of niec continueeren van den dienst van die geenen, die door den Souverain geoordeelc worden, daar uit gedimitteert te moeten worden; En mitsdien evident zynde, dat het privativelyk van het departement van den Souverain is te beoordeelen, wat tot hec beleid van de gemeene zaak , en coc behoud van den Lande tegen gevaarlyke onderneemingen , in het werk behoort te worden geftelt. Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat de voornoemde Acte van Convencie, waar by de Heer Hertog zig heeft geëngageert,en buiten kenois en goedvinden van, en onder beding van onverantwoordelykheid aan de Heeren Staaten van defe Provincie en de verdere Bondgenooten, te zullen zyn de Raadsman van den Heere Erfftadhouder, in alle zaaken van den Lande tot eenig Departement, welke hec ook zyn moogc, door de Bondgenooten aan zyne Hoogheid gedefereert, betrekfeeiyk zynde, is nul en van geener waarde. Dat gemelde Heer Hertog met zoodanig gedrag zig heeft verzet tegen dc aan hem bekende intentie van alle de Bondgenooten, van zig mee geen zaaken van Polieie ee mogen bemoeyen. Dat defe conduite eene openbaare verfmading van de refpeélive Souverainendefer Landen involveert ; en de hoogfteindignatie van hec Bondgenootfchap naar zig trekc. Dat de Perfoon van den gemelden Hercog, die aldus in hec geheim den Heer Erfftadhouder van de Bondgenoocen af, en door hec voorfchreeve engagement naar zig toe heefc weecen tc trekken, en in de geheimen van defen Staat door dit middel in te dringen, niet anders kan worden geconfidereert, dan als een zeer gevaarlyk Perfoon voor defe Landen, en om die redenen dus om redenen van Staat, uit defelve behoord te worden ger«noveert. Dac dienvolgende Heeren Gedeputeerden dezer Provincie ter Generaliteit zullen worden geauthorifeert en gelast, gelyk defelve gelast worden by defe, om van defe hun Edele Groot Mog Refoiutie ter Vergadering van hun Hoog Mog. opening te geven , en de zaaken aldaar daar heen te dirigeeren, om met allen ernst en nadruk op de liquide en incontescable gronden hier boven eer nedergeftele, ter welgemelde Vergadering te infteeren, dat alle de Bondgenooten, zonder tyd verfuim, met hun Ed. Gr. Mog. gelieven te concurrceren, om den Heer Veldmaarfehalk, Hertog van Brunswyk, van alle zyne Militaire Charges j die hy in den diensc van hec Rondgenoorfcbap tot hier toe heefc bekleed, tedimicceeren;en tot herftelling van de rusc in defe Landen en van de harmonie onder de Leden van de Hooge Regeering, van het Territoir van defen Seaac te removeeren: —— Wyders ter Vergadering van hun I loog Mog. te declareeren, dac hun Edele Gr. Alog. den gemelden Hercog, voor zoo veel hun aangaac, niec langer in eenige der voornoemde Militaire qualiteiten zullen erkennen, nog confenteeren in eenige posten, voor den zeiven hierna op den Staat van Oorlog zullende worden gebragt; nog ook eenige betaaling, voor zoo verre defelve op hoogstderfelver repartitie zyn gebragt, langer, als voor het loopende jaar, ingevolge hunne gedragene confenten, zullen doen; En dat hun Ed. Gr. Mog. bereid zyn, om met de verdere Bondgenooten te concurreeren omrrenc alle meest bekwaame middelen, om meergemelden Hertog van hec Territoir van defen Staat eificacieufelyk te verwyderen: Terwyl hoogstdefelve, voor zoo ver hun Souverain Terricoir aangaac, aan zig affonderlyk referveeren hec regc, om dien aangaande de noodige voorfiening ee doen. En is"wyders goedgevonden en verftaan, dat aan alle Officieren binnen defe Provincie, welke gewoon zyn van meergedagten Hertog ordres te onefangen, zal worden aangefchreven en gelast, de beveelen van den Hertog, voor zoo veel hun aangaat, niet langer te respecteeren: mitsgaders, dat aan Heeren Gecommitteerde Raden zal worden aange- fchre-  Behelfende Rëfolutieii, Ordres én Reglementen van Staat. 33 fchreven op de posten van den Staat van Oorlog, den zei ven Hertog concerneerende, geen verdere betaaling ate geduurende het loopende jaar te doen. Laatftelyk is nog goedgevonden en verdaan, dat in agting genoomen zynde, dat mogelyk nog wel eenige andere Perfoonen mede in het formeeren der bovengemelde Acte de hand hebben gehad , en Zyne Hoogheid tot het pasfeeren van de zelve geinduceert, door de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne zal worden geëxamineert, op welken wyfé dién aangaande onderfoek zoude kunnen worden gedaan, en de Vergadering gediend van derzelver Conlideratien en Advis. En dat yan defe Refoiutie Extract zal worden gefonden aan meergemelden Heer Hertog van Brunswyk, óm te dienen tot desfelfs narigt. De Heeren van de Ridderfehap en Edelen hebben verklaart in de voorenftaande Refoiutie niet te confenteeren, maar de zelve wel expresfelyk te contradiceeren, houdende de zelve, zoo in het generaal, als fpeciaal ten aanzien van de Provinciale voorziening met opzigt tot het doen ceslëeren van het Tractement, en de ordres aan de Officieren voor informeel , en van onwaarde, met referve van zoodanige nadere Aanteskening als oordeelen zullen te behooren. De Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Brielle, Enkhuyfen, Edam en Medenblik hebben tegens de bovengemelde Re¬ foiutie met meerderheid genoomen, eh contrarieerende aan de last van de Heeren hunne Principaalen, geprotelleert, en daar tegens gereferveert zoodanige Aanteêkening als dë zelve Heeren hunne Principaalen zouden veimeenen te behooren. De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam hebben gedeclareert, de Conclufie vah het point.tot dadelyke dimisfie en verivydering van den Heer Hertog van Brunswyk, in dier voegen als het zelve in de voorenftaande Refoiutie is vervat, als daar toe, op dien voet, niet gelast zynde, aan te zien. De Heeren Gedeputeerden der Stad Schiedam hebben, voor zoo veel betreft de verwydering van den Perfoon van den Hertog van Brunswyk van het Territoir van de Republicq , tot de Conclufie van het tweede Lid der bovengaande Refoiutie niet geconcurreerd De Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn, inhsereeren den last van de Heeren hunne Principaalen, en declareeren, dat zy ter voldoeninge aan dezelve in het neemen dezer Refoiutie niet hebben geconcurreert. De Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht, Haarlem, Leyden, Amfterdam, Gouda, Gorinchem, Schiedam, (voor zoo veel de Refoiutie, met uitzondering van het point der verwydering, betreft) Schoonhoven, Alkmaar, Monnickendam enPurmerende, hebben tegen de voorfchreeve Protesten gereferveert zoodanige Contra - Protesten te doen, als de Heeren hunne Principaalen zullen te raade worden. I3« Refoiutie van de Staaten van Holland, tot dispenfatie van een Lid van het Collegie van Gecommitteerde Raaden van het 1. Art. van deszelfs Inftruclie , raakende de confanguiniteit of affiniteit der Leden: En Commisforiaal over dit point voor het vervolg. Den 28 April 1787. /"Antfhngen een Misfive van de Heeren GeV.J' committeerde Raden , gefchreven in den Haage den 2,0 defer, waar by ,alvoorens door den Heer van Wasfenaar Heer van Starrenburg, in plaats van den Heer van de Noordwyken wegens de Ridderfehap in hun Collegie gecommitteert, fesfie werde genomen, ter kennis en deliberatie van hun Ed. Groot Mog. brengen een bedenking, refulteerende uit het eerfte Artikel hunner Inftructie, waar by hun Ed. Gr. Mog. hebben vastgeftelt , dat de Leden van het Collegie van Heeren Gecommitteerde Raden malkander niet zouden mogen beflaah in confanguiniteit of affiniteit na cbniputatie van de Keizerlyke Regten tot in den rierden graad, welke affiniteit in de voorige Inftruótien alleen tot den tweeden graad was bepaald geweest, nadien de Heer Geelvinck, Heer van Stabroek, wegens Amfterdam in het voorfchreeve Collegie gecommicIX. Deel, teert, uit hoofde zyner Huisvrouw aan gemelden Heer van Starrenbürg in den vierden graad beftond; hier na breeder geinfereert. Edele Groot Mogende Heeren ! Op gisteren is door den Wel-Edelen Lieer van Wasfenaar Heer van Starrenburg aan den Heere de Roo van West» maaster hand gefteld, en vervolgens door * den zeiven in ons Collegie overgebragt, een Misfive van de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, waar by de zelve ons hebben kennis gegeven, dat, vermits het overlyden van den Wel-Edelen Heer van der Does, Heer van de Noordwyken, de plaats, welke van wegen welgemelde Ordre in ons Collegie bekleed wierd, was komen te vaceeren, de zelve den gemelden Heer van WasfeE ' naar,  38 Placaaten. i. Bock. 3. Titul. 18. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende befcliikking omtrent de Geweeren der gemortijiceerde try-Corpfen. Den i October 1787. T"\- Heeren Gedeputeerden der Stad DordJ^/ recht hebben snn hun Edele Groot Mogende voorgedragen, dat het hun Ed. Groot Mogende behaagt hebbende by hoogst derfelver Refoiutie van den 20 September laatstleden alle de Gewapende Genootfchappen te disfolveeren cn te vernietigen, met last om hunne wapenen aan de Regecringen der respective Steden, en aan Schout en Gcrcgtcn ten platten Lande over te brengen, zy Heeren Gedeputeerden in confidentie hadden genomen, dat verre de minde Srecden cn Dorpen gefehikt waaren, om die Wapenen tc kunnen custodieeren; dat aan hun Heeren Gedeputeerden was voorgekomen, dac het ten uitersten noodfukeiyk waare, om daar omtrent eene geregel ie voorfiening te doen, en dienvolgens van gedagten zouden zyn, datal.'ede Geweeren en Wapenrusting der voorgemelde Genoorlchappcn van Wapenoeifening, VryCorplen of Schutteryen, (voor zoo ver defe laatste afgefondert zyn van de ordinaris Schutteryen of Burger - Compagnien in de Steden} benevens de Scherpe Patroonen, hec Kruid en Granaacen, zouden behooren te worden gebragt in de 1 lollanJfche Magafynen, als zynde aan hun Gedeputeerden voorgekomen de geichikfle pJaadên daar coj te zyn; dac dienvolgens Heeren Gecommitteerde Ra jen zouden behooren te worden verfogt en gequalui- ceerc, om een dien einde mee overleg van de Regeeringen in de Steden de noodige ordres te (lellen, dat hier aan met den metsten fpoed werde voldaan j en d it dus defe Refoiutie zonder refutatie zoude behooren te worden gearrestcert. Waar op gedelibereert zynde, is goed gevonden en verdaan, de Heeren Gecommitteerde Raden, zoo veel de kleine .Steden en het platte Land aangaat, by defe te verfoc ken en te quahheecren, om de noodige ordres te dellen, dat alle de Geweeren en Wapcnru: ting der voorfchreeve Genootfchappen van Wapenoefening, Vry -Corpfen of Schutteryen , (voor zoo verre defe laatde afgefondert zvn van de ordinaris Schutteryen of Burgerts j.npagnien in de Steden) benevens de Scherpe Patroonen, het Kruid en Granaaten, in de J ISd.indi'che lihgnzynen worden gebragt; en voorts Burgemeesteren en Regeerders van de Stceden, ftem in Staat hebbende , te verfoeken, om ieder, zoo veel hun Stad aangaat, omtrent de bewaring van de voorfchreeve Geweeren de noodige ordre te dellen, als zy ten mcesten dienste van den Lande en ter bereiking van dit oogmerk zullen oordeelen te behooren; wordende Burgemeesteren en Regeerders voornoemc verfogt aan hun Edele Gr. Mog. kennis te geven van het geen door hen in defe zal wefen gedaan. Refoiutie van de Staaten van Hoïlattd, houdende ordre op het Publicq Gebed. Den 17 October 1787. f\o 1k?c geproponeerde door de Heeren Gey^J deputeerden der ScaJ Hoorn; Is, na voorgaande deliberatie, goedgevonden en verdaan , by renovatie en ampliatie van hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 15 Mey 1747, de Regeeringen in de respective Steeden, Dorpen, Heerlykheden cn Gehugten onder hec Reslbrc van dele Provincie, mitsgaders Schouten cn Bailliuwcn van defelve, aan te fchry ven en te injungeeren, dac zy zullen hebben zorge te draagen, dat voortaan door alle de Bedienaaren des Goddelyken Wcords in de publicque Kerken defer Provincie, de Walfche en Engelfche daar onder begrepen, dienstdoende , in hec bidden voor de hooge Subalterne-Overheden , mede gebeden zal worden voor zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau als Erf - Stadhouder, Capipitein - Generaal en Admiraal van defe Provincie, en hec geheele Vorscelyke Huis; en dac derhalven in het zelve voorbidden van nu af aan en vervolgens zonder eenig agtcrlaaten zal worden geobferveert de volgende ordre en rang, dat namentlyk eerst zal worden gebeden vooc hun Edele Groot Mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvricsland, als zynde de wettige en hooge Overigheid van deu zeiven Lande; voorts voor de Heeren Sraaten van de andere Vereenigde Provinciën, hunne Vrienden, Buuren en Bondgenooten; mitsgaders v. or derfelver gezamentlyke Gedeputeerden ter Vergadering van de Staaten Generaal en in den Raad van Staate; daar na voor zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van ange en Nasfau, Erf-Stadhouder, Capitein - Generaal en Admiraal defer Provincie; voor Haare Koninglyke Hoogheid, Me vrouwe de Princesfe, Hoogst - deszelfs Vorftely' Geraalinne, en voor de jonge Princen en Pr.-ncesfe van Orange en Nasfau; mitsgaders, voor zoo veel den Haag aangaat, voor de Gecommitteerde Raden ende Hoven van Jusci- cie;  fichelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat §$ 'tie; en eindelyk noch in alle de Steden en Plaatfen voor den Magiftraat van de Stad of Plaatfe daar het zelve gefchied; en in Heerlykheden of Amnagtsneërlykheden, ook voor j den Heer of Ambagtsheer in ordere even voor j den Magiftraat der Plaatfe. En dat hier van alom aanfchryving zal wor- ! den gedaan, even en op defelve wyfe als ten aanfien van het uitfchry ven van Bededagen gebruikelyk is, met ordre aan de Schouten eii Bailliüwen van de respective Steden en Plaat¬ fen, om op de executie van defe hun Ëdi Groot Mog Refoiutie fcherpelykagt te geven, en de zoodanigen', welke daarin nalaatig mogten zyn, of zig daar onder op eenigerley Wyfe oneerbiedig of onbehoorlyk mogten gedraagen, naar bevind van zaaken, te corrigeeren; en ten einde niemand hier van ignorantie kunne pretendeeren, defe Refoiutie den eerften Zondag, na dat defelve hun ter hand is gekomen i van de Predikftoelen ten aan hooi en vari deGemeentens te doen voorlezen. 20. Refoiutie van de Staaten van Holland, M vernietiging van alle Gewapende Genoodfchappen of Schutteryen, afgefondert van de gewoonlyke Burger - Compagnien in de Steeden en ten platten l*an* de. Den 19 Oclober 1787. By refumtie gèdelibereerd zynde op de Propofitie dóór de Heeren Gedeputeerden der Stad Dordrecht den 11 deezer ter Vergadering gedaan, is conform de zelve goedgevonden en verftaan, by interpretatie en ampliatie van de Refoiutie van den 20 September laatstleden$ by defe te verklaaren, dat alle gewapende Genoodfchappen of Schutteryen, van welke benaming ook, geene uitgefondert, welke afgefondert van de gewoonlyke BurgerCompagnien in de Steden en ten platten Lande gefubfifteert hebben, worden gehouden voor gedisfol veert en vernietigt, ten dien effecte, dat de Leden, tot dezelve behoord hebbendé, zig nooit weder tot een affonderlyk gewapend Lighaam zullen mogen vereeni¬ gen , en aldus exerceeren de fuhcUéti der ge» woonlyke Burger-Compagnien; inhasreerende hun Ed. Gr. Mog. mitsdien ook wel expresfe= lyk de Refoiutie van den eerften defer, en de Ordres daar by , tot het in vërzekertheid brengen der Geweeren van de voorfchreeve gedisfolveerde Genoodfchappen en Schutteryen ge* fielt. En zal Extract defer gefonden worden aart Èurgèmeesteren en Regeerders in de respective Steden defer Provincie, den Haag daar onder begrepen, en aan de Heeren Gecommitteerde Raden ih de beide Quartieren, zoo veel het platte Land aangaat, öm op de executie dezer de noodige voorfiening te doen eri ordre te fteilen. &ta Refoiutie van de Staaten Van Hollands, hou¬ dende qualificatie op zyne Hoogheid, om de Regeering in de Steden te veranderen. Den 31 0$öhzr 1787. By refumtie gedelibereert zynde op de Propofitie door de Heeren Gedeputeerden der Stad Schoonhoven, den 22 der voorlede maand uit naam van de Heeren hunne Princi- r paaien gedaan, concerneerende een qualificatie op zyn Hoogheid den Heer Erf - Stadhouder, om de Regeering in de Steden te veranderen op den voet als zyn Hoogheids Heer Vader glorieufer gedagtenis door hun Ed. Groot Mog. wasgequalificeert geweest. Is eenparig goedgevonden en verftaan, dat Zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, als Stadhouder defer Provincie, zal worden verzogt en geaüthorifeert, zoo als verzogt en geaüthorifeert word by defe, om het zy in Perfoon, of, door één of twee Hee. ren daar toe te committeeren, gelyk met op' zigt tot de Steden Schiedam eu Schoonhoven den 9 defer is gerefolveert, binnen de verde- ■ re respective Steden van defe Provincie, tot voorkoming van alle verdere murmuratien en ! onheilen, door alle meest bëkwdame middelen en wegen, de gemoederen van de Burgeren en Ingezetenen met de Regenten te con-5 folideeren én te vetheelen, alle gefchillen uit den Weg te ruimen 3 mitsgaders de rust teherftellen, en, des noods, ook zoodanige Regent , of Regenten van de bediening van hunne Magiftrature te öntflaan, en andere in der* zeiver plaats te benoemen en aan te fteilen * als zyne Hoogheid naar deszelfs hooge wysheid, en tot bereiking van het voorfchreeve' heilzaam cogmerk, noodig en dienftig zal oordeelen , met dien verftande nogtans, dat het geen voorfchreeve is, zal gefchieden alleen voor defe reize, en zulks zonder eenige:;pne> judicie of confequentie voor het vervolg, en mede onvermindert en zonder eenig nadeel voor het toekomende ten aanfien van de Privilegiën, Vry - en Geregtigheden, de respective Steden competeerende; en dat de voorfchreeve Regenten daar doof geenfints zullen WOf*  4o Placaaten. i. Boek. 3. Titul. worden gekwetst of benadeelt in hunnen goeden naam en faam. En dat hooggemelde zyn Hoogheid zal worden verfogt, zoo als verzogt word by defe, den Regent of Regenten, die van derfelver dienst of dienflen zouden mogen worden ontflagen, mitsgaders hunne Famiiien en Goederen te neemen in zyne Hoogheids fpcciaale Protectie en Sauvegardc; met interdictie, op verbeurte van Lyf en Goed, de zelve Regenten, hunne Famiiien of Goederen, of eenig gedeelte van dien, eem'gfints te molcsteeren, befchadigen of incommodeeren; cn dat wyders hooggemelde ' zyne Hoogheid generalyk zal worden gëaufhdrheert, zoo als geaüthorifeert word by defe, om in de respective Stecden, zoo ten aanfien van Regenten, als ten aanfien van Burgers cn Ingezetenen, zoodanige verdere ordres te Hellen , als zyne Hoogheid tot meede rast en dienst van den Lande in het gemeen en van dc voorfehreve Steden in het particulier, zal oordeelen te behooren; zullende Extract defer aan de Regeeringen der respective Steden defer Provincie gegeven worden tot derfelver respective informacie en narigt. 22, Refutatie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van den Eed, voor alle de Schutteryen in de Steden en ten platten Lande mitsgaders alle Amptenaaren, op de Conftitutie der lhoge Regeering en het Erjftadhouderfchap met het geen daar toe relatief is. Dm 1 s February 17G8. . By refumtie zynde gedelibereert op het Rapport, door den Raadpenfionaris ter Vergadering gedaan den 25 January laatstleden, uit naam van de I Iecren van de Ridderfehap cn verdere hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden tot het groot Befoigne, hebbende, in gevolge en tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 1 • December laatstleeden, geëxamineert de Propofkie, door I de Heeren Gedeputeerden der Stad Enkhuy- / zenden 25 October'te vooren op expresfe ) last van dc Heeren hunne Principaalen ter Vergadering gedaan, betrekkelyk tot den Eed voor alle de Schutteryen in de Steden en ten ' platten Lande, mitsgaders alle Amptenaaren : op de Constitutie der hooge Regeering en hec j Erf - Scadhouderfchap met het geen daar toe \ rclatif is. Hebben de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, mitsgaders dc Gedeputeerden van de J re-peenve Steden, uk naam cn van wegen Burgemeesteren en Vroedfchappen van de- / zelve Steden, eenparig goed gevonden en verdam , tot ampliatie van hun Edele Gr- Mog. I Refoiutie vr.n 23 November laatstleden, ge- ' nomen op het doen van den Eed door de Leden van de Ridderfehap, en alle de geenen die fesüe hebben in de Vroedfchappen der Stéden, Minifters, en verdere Perfoonen, aldaar genoemt, te verklaaren, dat van nu af en voor het vervolg alle de Leden en Minis- j ters der hooge Regeering en hooge Colle^ien defer Provincie, zoo in Politie als Justitie, gehouden zullen zyn, den Eed afteleggen volgens hec Formulier hier ra volgende;° dac ook j allerley Amptenaaren, zoo Politicque alsBur- / gerlyke en Kerkelyke van onderfcheide Gefintheden, mitsgaders Dekenen en Leden der Gdden, nu zynde of namaals zullende worden, als mede de Sehutceryen, daar defelve raet publique authoriteit zyn opgerigc, nu ter l tyd en voorts by iedere reis, dat defelve functien nieuwlyks worden aanvaard, denfelven Eed zullen moeten prtcsteeren in handen van de geenen, van wien zy hunne verkiefing, aanftelling of admisfie hebben; cn ten aanfien van dc geenen, die fesfie hebben in eenige Collegien, in handen van den geenen, die de Prafidie of Directie in hec zelve Collegie heefc of waarneemt; dat ook de Ecden van die geenen, die namaals tot Rurgcrs in de Steden zullen worden geadmitteerd, met het zelve Formulier zullen worden geampliecrd, op den navolgenden voet. Wy bcloovcn en zweeren, gebouw en getrouw tc zullen zyn aan de Conftitutie en Regeringsvorm van den Lande van I lolta d en Westvriesland, beftaande in de hoogfte en Souveraine Overheid van hunEd. Groot Mog. dc Staaten van denfelven Lande, mee hec Erftladhoudcr-, Gouverneur, Capitein - en Admiraalfchap Generaal, erflyk in hec DoorlugtigHuis van Orange, zoodanig als het zelve in hun Êd! Groot Mog. Refoiutie van den jaare 1747 is opgedrongen, en by den tesicnwoordigen Heer ErtTtadhouder in het jaar 1765 aanvaard. Dat nogthans, voorzoo verre eenige Leden of Ministers der respective Regeeringen den Eed reeds hebben afgelegd op den voet der Refoiutie van 23 November laatstleden, als zaakelyk niet verfchillende met het tegenwoordig Formulier, de zelve zullen gehouden worden daar mede te kunnen voldaan. Dat wyders in aanmerking zynde genomen, dac, fchoon by herhaalde reyfen door hun Ed. Gr. Mog, is verklaard, dac de Republicq onraooglyk kan bedaan en behouden blyven zonder  Behelzende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 41 blicq daar mede ftaat of* valt, een zöortgëlyke verklaaring gelieven te doen, dat zy het Erfftadhouderfchap -, Gouverneur -, Capitein en Admiraalfchap Generaal, zoodanig als het in den haaren respectivelyk is opgedraagen, en door den tegen woordigen Heer Erfftadhouder aanvaard, houdende voor een esfentieei deel van haare Cönftitütie en Regeeringsform; mitsgaders dat de Bondgenooten het zelve, als een Grondwet van Staat, onderling aan malkander guarandeeren, en aanneemen niet te zullen gedongen, dat in één der Provinciën van het Bondgenootfchap van defe heilfaame, voor de rust en veiligheid van den Staat onontbeerlyke Grondwet ooit of ooit worde afgeweeken. Dat wyders ter Generaliteit ook opening zal worden gegeven van den Eed, door hun Edele Groot Mog. tot vastfteHing der Conftitutie en Regeeringsform in hunne Provincie gearresteerd , en dat de zaake daar heenen zal worden gedirigeerd, dat een diergelyk Formulier, onder de noodige veranderingen, worde vast-* gefield voor alle hooge en laage Amptenaaren van de Generaliteit en in de Generaliteitslanden , mitsgaders voor de Beftierders en Leden der Schutteryen, Gilden en Broederfchappen, nu zynde of dienamaals zullen worden ^langefteld, en voor de Perfoonen, die tot Burgers in eenige Stad of Plaats van de Generaliteit zullen worden geadmitteerd. En zal van defe Refoiutie, 200 veel het Provinciaale betreft, Extract worden gefonden aan de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, als mede aan Burgemeesteren en Regeerders van de groote en kleine Steden, den Haage daar onder begrepen, met last om jaarlyks in de maand January van de rigtige obfervantie derfelve te gelyker tyd met de Misfive omtrent de nakoming der pointen, vervat in hun Ed* Groot Mog. Refokicien van den 11 November 1747 en 23 January 1748, rakende de begeving der Ampten en bedieningen in de Steden , kennis te geven; voorts aan de Heeren Gecommitteerde Raden in den Hage en te Hoorn refideerende; mitsgaders aan Prcefident en Raden van den Hoogen en Provinciaalen Raade; de Gecommitteerden in de Provinciaale Rekenkamer en in de Sociëteit van den Hage; het Hof van Juftitie te Vianen; als mede aan de Dyk - CoJiegien en Hoogheemraadfehappen binnen defe Provincie; en eindelyk aan.de respective Hoofd-en mindere Officieren, om alom ten platten Lande onder derfelver Resfort tot de executie der voorfchreeve Refoiutie de noodige voorfiening te doen, ten einde defelve op een eenparigen voet en naar de letter punctueelyk werde geobferveert. ÏX. Deel. F Nm der voorfien te zyn van een Eminent Hoofd, egter de ondervinding in de laatlte beroerten wederom geleerd beeft, dat zommige woelfieke en verandering zoekende Perfoonen zig niec ontüen hebben, defe grondwaarheid in twyffel te trekken, en {zoo God het niet verhoed had!) directelyk tegengeftelde maximes in te voeren. Dat defe verderflyke toeleg, in de eene of andere Provincie van het Bondgenootfchap beginnende, hec gevolg daar van is, dat, vermits niemand der andere Bondgenooten regt heefc, zig met het inwendig beltier van een Mede - Bondgenoot te bemoeijen, het kwaad meer en meer wortelen febiet, voortkruipt, en eindelyk ook de andere Provinciën aanfteekt; hun Ed. Gr. Mog. hebben geoordeeld, met 's Lands dienst overeenkomftig te zyn, dat in de tegenwoordige omftandigheden, zoo veel naar den mensch gefchiedên kan, maatregulen worden beraamd, waar door diergelyke ongelukkige gelteldheid, als onlangs heeft plaats gehad, kan worden voorgekomen, en mitsdien eenparig hebben goedgevonden, ten overvloede, en by herhaaling van voorige verklaaringen, op nieuw te declareeren: dat hun Ed. Gr. Mog. het Erf - Stadhouder - Gouverneur-, Capitein en Admiraalfchap Generaal, erflyk in het Doorluchtig Huis van Orange, zoodanig als het zelve in hun Ed. Gr. Mog. Refolutien van den jaare 1747 opgedraagen, en door den tegenwoordigen Heer Erfftadhouder in het jaar 1766 aanvaard is, houden voor een esfentieei deel der Conftitutie en Regeeringsform defer Provincie, en vastelyk gefmd zyn, het zelve niet minder dan de overige Grondwetten, waar op de Staat en Regeering defes Lands gevestigt is, te conferveeren en te maintineeren; dat van defe verklaaring ter Generaliteit opening zal gedaan worden; en de Bondgenooten daar by te kennen gegeven, dac hoe zeer hun Ed. Groot Mog. zig niet hegeeren te mengen in de inwendige befchikking der zaaken in de respective Provinciën, hoogstdefelve egter geperfuadeerd zynde, dat by geen van de Provinciën defe gedeclareerde Grondwaarheid, dat het Erfftadhouderfchap met desfelfs Regten en Praerogativen is een esfentieei deel der Conftitutie en Regeerings» form, zal of kan worden in twyffel getrokken; dat derhalven de noodfaakelykheid van deszelfs handhaaving, als het middelpunt van yereeniging der Unie, even zeer boven alle bedenking zynde, gelyk zulks door genoegfaam alle de Provinciën by de herftelling defer hooge Waardigheden in 1747 is erkend, hun Edele Gr. Mog. aan de respective Bondgenooten van hunne op nieuw gemanifesteerde gevoelens kennis geven, met verfoek, dat alle de Provinciën tot onderlinge gerustheid, omtrent een point van zoo veel aanbelang, dat de Repu-  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 43 prsefentie van Heeren Commisfarisfen voornoemt, op eene daar toe gereed leggende LyfV te teekenen. Zullende voorts den gemelden Eed door de Advocaten, Procureurs en Deurwaarders, by By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 18 Mey defes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot het groot Befogne , met de Heeren Gecommitteerde Raden, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 25 September 1787, hebbende geëxamineert het vierde Point van hec geen daar by, door de Heeren van de Ridderfehap aan hun Edele Groot Mogende was voorgeleek, voor zoo veel het zelve relatie had, om te onderhoeken , of de Commisfie van den Fiscaal Luyken als geheel mconftitationeel, alsnog moest fubfifteeren, als mede den inhoud der Requeste door den zeiven Fiscaal Luyken op den 13 December laatstleden aan hun Edele Gr. Mog. geprsefenteert, waar by, na een breedvoerig betoog zyner fituatie, had verzogt , dat hun Ed. Gr. Mog. de voorfchreve zaak, zoo ras doenlyk, zoodanig eindeiyk geliefden te termineeren, als hun Edele Groot Mog. in aanmerking der betrekking, waar in hoogt defelve zig, uit hoofde van het met hem Suppliant aangegaane pa&um conv entum, ten zynen opfigte bevonden, naar gronden van regt en billykheid zouden oordeelen te behooren. de jaarlykfche vernieuwing van den gewoönen Eed op Koppermaandag, ook insgelyks jaarlyks moéten worden vernieuwd en afgelegt. Is goedgevonden en verftaan, in aanmerking, dat de denkbeelden en motiven, welke tot het creeeren van den Post door Mr. J. G. Luyken, onder den titul van Advocaat Fiscaal bekleed, aanleiding hebben gegeven, thans geheel en al zyn vervallen, de zelve Post by defe te mortifieeeren , en de Commisfie aan den gemelden Mr. J. G. Luyken verleend, in te trekken , met ontilag voor denfelven uit den Eed daar op aan den Lande gedaan. En, met opfigt tot het voorfchreve Request van den meergemelden Mr. J. G. Luyken, de Heeren Gecommitteerde Raden by defe te-qualinceeren, om de pofitiven, daar byter nedergefteld, naar te gaan en in overweging te neemen; mitsgaders om nopens het verzoek, daar by gedaan, overeenkomhb'g de Refoiutie ten opfigte van denfelven door hun Edele Gr. Mog. genoomen, op eenebillyke en teffens menageuie wyfe, zoodanige fchikkingen te beraamen en werkltellig te maaken, als defelve zullen bevinden te behooren; Waar toe Extract defer Refoiutie aan de gemelde Heeren Gecommitteerde Raden tot derfelver narigt zal worden gegeven, als mede Extract aan den gemelden Mr. J. G. Luyken, om zig daar na te reguleeren. Gedaan in den Raade den 28 February 1788. (Onderflondf) In kennisfe van My. (JVas geteekent 3 ADRIAANBODT. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot mortificatie van den pst van Mr. J. G. Luyken, als Advocaat Fiscaal. Dm 29 July 1789, 2<5# Refoiutie van de Staaten van Holland, tot ratificatie eener Conventie tusfchen Llolland en Utrecht , omtrent de gemeenfehappelyke defenfie derzelve Provintien, en eenige andere pointen daar . in breeder gemeld. Den 23 April en 9 July 1790. By refumtie gedelibereerd zynde op de > Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 26 April deefes jaars, en den 14 Mey daar aan ter Vergadering ingekomen, houdende, het by hun verrigte uit kragte van hun Edele Groot Mog Refoiutie van den 30 October laatstleeden, waar by zyn geauthorifeerd tot conferentie met Heeren Gedeputeerden Staaten 's Lands van Utrecht, omtrent de gemeenfehappelyke defenfie F 2 dee-  44 Placaaten. r. Boek. 3. Titul. deefer en van die Provincie, over de Conventie van het jaar 1786, en meede ten aanzien van het Fort aan de Nicuwcrfluys; als meede omtrent het poinet der reftitucie van het Gcfchut en de verdere Ammunitien van Oorlog geduurende dc troublcs door deefe Provincie ter defenfie der Stad Utrecht verftrckt, cn nopens de bctaalingen door de Provincie van Utrecht aan de Troupes op Hollandfche repartitie ftaande, en door defelve geduurende de troublcs afgeweefen; voorts nog over eenige zwaarighcedcn tegen het dioogmaakeo der Nieuwkoopfche Poel, voor zoo veel defelve het Sticht mogten aangaan; met vier Bylaagen daar toe betrekkelyk; gecvendedaar by m confidentie, om de Conventie en het Accord by defelve Misfive gevoegd ten fpocdigften met hun Edele Gr. Mog. ratificatie te bekngtigen. Is goedgevonden en verftaan, het verrigte ter zaake voorfz. by deefe te approbccren, en de voorfz. Conventie en het gemeld Accord van wegens hun Edele Groot Mo<*. by deefe tc ratilicceren; zullende daar van aan de Heeren Staaten van Utrecht by Misfive worden kennis gegeeven; cn worden dcHee- ' ren Gecommitteerde Raaden geauthorifeerd om dc noodige executie te geeven aan het geen uic voorfz. hoofde moet woorden gecfleetueerd. CONVENTIE. Alfo de Ed. Gr. Mog. Heeren Staaten [ van Holland ende Wcstvriesland ! noodig oordcelcnde ter defenfie der Provinciën van Holland en Utrecht refpective eenige nadere fchikkingen te benamen en ! in het werk tc doen {lellen , deswegens hadden begeerd met de Ed. Mog. Heeren Staken van Utrecht te confereeren, ten einde met onderling genoegen en toefterammg eenige middelen te concerteeren; tot al het welke voomoerr.de Heeren Staaten van Utrecht zij bereyd en geneegen hadden betoond, hebben hooggemelde Heeren Staaten van I lolhnd en Westvriesland nader goedgevonden derfelver Heeren Gecommitteerde Raaden en deEd. Mo*. Heeren Scaaten van Utrechc , de Heeren derzelver Ox-dinaris Gedepuceerdeu daar toe te authorifeeren, in gevolge van vveike authorilatie de te houdene Conferentien over en weder zyn geaccepteerd, mitjgad-rs I vastgefteld, dat defelven binnen Utrecht zouden worden gehouden, hebben de Heeren Gecommitteerde Raaden tot defelven ! gecommitteerd de Heeren en Mr. J. A I van Alderwcrcld , Oud-Burgemeester en Raad der Stad Delft, enN. van Leeuwen, Raad en Oud Schepen der Stad Leyden, : en be . de in welgemelde Collegie der Heeren Gecommitteerde Raaden van Holland fesfie hebbende, welke Heerengeadfifteerd ' door den Contrarolleur Generaal der Hollandfche Fortificatiën de Bock den 26 December 1784. gearriveerd en de Conferentien daags daar aan in hnnne Edele .Mog Ramergeopend zynde, is door voornoemde Gecommitteerde Raaden van derzelver Commisfie nadere ouverture gedaan, en verlogt, dat omtrent de Pointen by Misfl. vc van hun Ed. Mog. van dato 13 daar te vooren voorgedragen, fpoedig ter defenfie van beyde de Provinciën mogt worden beIloten; waar op door de Heeren Gedeputeerden te kennen gegeeven zynde , dac nun Ld. Mog. bereyd waren over defelven ïlico te confereeren, met betuiginge vanuit al het vermogen van derzelver Provincie te willen meede werken tot zulk een heylfaam einde, dan, dat alvoorens moesten in bedenking geeven , of niet het hoofd-oogmerk deeler Conferentie fde beveyliging der beyde Provinciën) het fpocdigite en efncacieustc zoude worden bercykt , zoo wanneet eerstelyk wierd vastgefteld dè Linie aan de Grebbe te heritellen, en in eeaen convenabclen /laat van defenlic te doen brengen, nadien hun Ed. Mog. ondemgc w.«ren, dac vooriz. Linie met de grootfte vrugt daar toe bekwaam zoude kunnen gemaakt worden, en in cas defelve van een genoegfaam aantal Troupes en met de noodige Artillery wierde voorficn, alle verwagting kwam op te leeveren, om beyde Provinciën volkomen te beveiligen ten welken einde dan ook dc noodige Ma' gazynen bckwaamlyk binnen de fteden Amersfoort en Rhcenen zouden kunnen worden aangelegt; verfoekende zy Heeren Gedeputeerdens overzulks, dat hun Edele Or. Mog. tot het een en ander fpoedig cn kmgtdaad.g geliefden meede te werken, is by de Heeren hun Ed. Gr. Mog Gecommitteerden al hec geene voorfz. is, volkoomen gcavoueerd en aangenoomen, wegens de verzorging der Artillerye en Ammunitie alle moogelyke faciliteit toe te brengen,en zulks aan hun Edele Gr. Mog. voor te dragen en ten kragtigfïen tc zullen appuyeeren, zynde voorts door voornoemde Heeren Gecommitteerden geoordeeld, dat tot dc verdere Pointen zoude behooren te worden overgegaan, het welk aan de zyde der Heeren Ordinaris Gedeputeerden goedgekeurd zynde, is nogthans aan welgemelde Heeren Gecommitteerden te kennen gegeeven dat hun Ed. Mog. de Heeren Staaten van Utrecht toe de byfondere verfeekerin^ der Provincie van Holland meede werken^ de, hec zelve niec anders zoude kunnen gefchiedeD, als mee eenig nadeel voor derze; ver Provincie, op welkers Territoir de vereischte voorfieninge een fine voorfz. zoude moeten worden werkftellig gemaakt;dat ook alle byzondere voorzorge dan ook eerst van nut zoude kunnen zyn, wanneer hunne Provincie bereyds geinvadeerd, en onder de magt des Vyands gebragc zy ge worden.  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 45 den, en geheel van de Provincie van Holland afgelheeden, dat des niet te min hun Ed. Mog. moesten betuigen genegen te zyn, volgens de pligten van het Bondgenootfchap het hunne hier toe te helpen aanwenden; edog teffens verklaarden wederkeerigvan de billykheid hunner Bondgenooten de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland te verwagten , dat aan de Provincie van Utrecht eenige regtmaatige verfoeken wierden geaccordeerd, en wel in het byfonder gelaaten of gereftitueerd zoodanige prserogativen en regten, welke aan defelve uit hoofde der Unie, of ook wel van haare Souverainitéit, tot welkers confervatie en befcherming, die zelfde plegtige en naauwe Alliantie, onder anderen , tusfchen de zee ven Provinciën is gefloten geworden, notoirlyk waren competeerende ; dat hun Ed. Mog. ten deefen infteerden, dat conform dezelve Unie, de . Goederen der Ingefeetenen hunner Provincie niet hooger wierden belast, als die der Ingefeetenen der Provincie van Holland, particiüier met relatie tot het Tranfitoir, en dat al zulks de nadere Conventie hier omtrent met hun Ed. Gr. Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden volgens de gronden der meergemelde Unie, en welke in den jaare 1674» zoo ukdrukkelyk by de Heeren Staaten van Holland zelve waren gereclameert geworden, in den Jaare 1778. aangegaan, dog welke alleenlyk in den jaare 1782. by continuatie voor drie jaaren door hun £d. Gr. Mog. was geratificeert geworden, voor altyd geapprobeert, en tot een regul voor beyde de Provinciën in deefen gefield en in agt genoomen wierden. Ten anderen, dat voor zoo veel betreft de Landen, Polders, Dykgraaf of Waardfchappen, die met ofte over de hooggemelde Provincie van Holland en Westvriesland Zyn uitwaterende , of nog zouden mogen uitwateren, de qussftien, procesfen en differenten, concerneerende het Dyk of Heemrecht , met alle den aankleeve en gevolgen van dien, welke voor Dykgraaf en Heemraaden worden geventileerd, by verdere Provocatien voor zoo veel de Ingelanden en de gronden der Provincie van Utrecht concerneert, niet meerder aan den Hove van Holland worden gebragt, maar derzelver Ingefeetenen in cas d'appel aan hunnen competenten Rechter binnen de Provincie van Utrecht overgelaaten worden, even als zulks voor den jaare 19*74. heeft plaatsgehad , en eerstmaal op dien tyd contrarie het Privilegie der Ingefeetenen de non evocando , en tot infractie der Regten van voornoemde Provincie, by occafie van de calamiteiten, als toen aan de zelve overgekoomen , is afgeperst en opgedrongen geworden. Dat eindelyk, in cas gem. of andere Provinciën in die ongelukkige omftandigheeden mogten geraaken, dat door den Vyand wierden geoccupeerd, het geene God genadiglyk verhoede, in zoodanig geval defelve ipfo jure zullen worden gehouden by het Bondgenoodfchap, en alle de regten daar aan verknogt te zyn gebleeven; zonder dat deswegen wederom in reguard van dezelve en andere Provinciën zulke langdurige deliberatien, by het evacueeren van voorn. Provinciën door den Vyand zullen worden aangelegd, of ook wel derzelver Gecommitteerdens inmiddels van de deliberatien der overige Bondgenoten, worden geweerd, als in de voorgaande Eeuw heefc plaats gehad; moetende de Heeren Gedeputeerden hier nog by voegen, dat vermeenen zig verzeekerd te kunnen houden , dat hun Ed. Gr. Mog. deeze billyke eysfchen gaarne zullen accordseren, nadien de behandelingen bevoorens in den jaare 1674. dienaangaande gehouden, zeedert alomme zyn aangezien, als van alle Regrs-gronden gedeftitueerd, en by de gereputeerdfte Regtsgeleerden, binnen hunner Ed. Gr. Mog. Provincie zelfs opentJyk, als contrarie alle regten en billykheid, zyn afgekeurd geworden: dat overzulks hun Ed. Mog. dan ook toetredende tot het examen van dat geene, wat ter defenfie der Provincie van Holland in het byzonder geoordeeld word te kunnen verilrekken, al het zelve niet wel anders zouden kunnen doen, als met inhaefie van deeze confideratien, en dat ter gelyker tyd deswegens eene Conventie werde aangegaan, welke alle deeze Pointen, met en beneffens die, welke van wegens hun Ed. Gr. Mog. tot particulier welzyn der Provincie van Holland en Westvriesland, aan de Heeren Staaten van Utrecht zyn voorgedragen geworden , zal dienen in te houden; al het welke de Heeren hunner Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden onder betuiging der genegendheid van de Heeren Staaten van Holland, om alles wat in der zeiver vermbogen was, tot cültiveeringe der goede harmonie en vrlendfchap tusfchen beyde de Provinciën te willen comribueeren, hebben aangenoomen , aan hun Ed. Gr. Mog. te zullen voordragen, en aan hoogst derzelver attentie te recommandeeren. Zulks dan vervolgens ter discusfie der Pointen van wegens hun Ed. Gr. Mog. in het byzonder voorgefteld, zynde overgegaan , en, na ingenoomen confideratien van des kundigen gelet, dat het voorgeflagene tot defenfie der Stad Utrecht in het byzonder, by aldien het zelve al eens faifabel mochte worden bevonden, veel tyd zoude komen te vereisfehen, al eer het zelve van eenige utiliteit zoude kunnen zyn, en daar en boven, door het in ftaat fteilen der Linie aan de Grebbe van minder vrugt en noodzaake voorkomt, is goedgevonden van dit Point by provifie af te zien, en al zulks wegens de verdere voorgedragen Articulen alleenlyk te confereren; wien aangaande de F 3 de-  5° Fiacaatett. r. Bock 3. Titul. bcgrccpcn worden. ïs na voorgainde deliberatie, dien conform goedgevonden en verft an , by renovatie en ampliatie van hun Edele Gr. Mog. Refolutien van den 15 Mey [74? en 17 Oef ober 1737 by deefe te verklaaren'; dat voortaan door de Bedienaaren des Goddclyken woords in dc publicque Kerken , daar onder begrecpen de Walfche en Engelfehc Kei ken, daar die zyn , zal worden gebeden; voor haar Ed. Gr. Mog. de Heeren Scaaten van Holland en Westvricsland, als zynde de Wettige en I looge Overheid van den Lande, voorts de Heeren Staaten van de andere Provinciën, haare Vrinden, Buuren cn Bondgenoten, mitsgaders voor derfelver gezaamentlyke Gedeputeerden ter Vergadering van de Staaten Generaal cn in den Raad van Staaten; daar na voor zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange cn Nasfau, Erfftadhouder, Capitein Generaal cn Admiraal deefer Provincie; voor haare Koninglyke Hooglied, Mevrouwe de Princesfe hoogst desfelfs Vorstelyke Gemalume; voor zyne Hoogheid den 1 Ieere Erfprins van Orange, cn de verdere Aftlanimelingen van dat Doorlugtig Huis, mitsgaders, voor zoo veel den Haag aangaat voor de Gecommitteerde Raaden en de fio' ven van Justitie; en eindelyk nogmalle de* Steeën of Plaatfen voor dc Magistraat fan de Stad of Plaatfe daar het zelve gefchied; eniu de I leerlykheedcn of Ambachtshecrlykheeden ook voor den Heer of Ambachtsheer in ordiJ even voor de Magiftraat van de Plaatfe, En dat hier van alomme aanfehryving zal worden gedaan, even en op defelve wyfe als ten aanfien van het uitfehryven van de Beeuendagen gebruikelyk is, met ordre aan de Schouten en Bailluwen van de icspcétwe Steden cn Pkirlën, om op dc executie van deele haar Edele Gröot Mog. RefoJutie naauwkeungagt te geeven, en de zoodanigen, welke daar m nalaatig mogten zyn, of zig d aaf onder op eenigerlye wvzc oneerbiedig of onbehoorlyk mogten gedragen, naar bevind van zaaken te corrigeeren. En ten einde niemand hier van ignorantie kunne pretendceren, deefe Refoiutie den eerften Zondag na dat defelve hun ter hand is gekoomen, yan de Predikftoelen ten aanhooren van de Gemcentens, te deen voorleden. 20. Nog nadere Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het re gul eer en van de ordre op het Publicq Gebed. Den 9 December 1791. f\? het geproponeerde door de Heeren Gedeputeerden der Stad 1 loom, in den naam van de Heeren hunne Principaalen. ls, na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, het Formulier van voorbidding in dc publicque Kerken te amplieeren, en agter de woorden, voor zyne Doorlugtige Hoogheid dtn Heere Erf prince van Orange en Nasfaut te fteilen: Benevens Hoogstdesfelfs Koninglyke Gemalin, en de Afftammclmgen van het Doorlugtig Huys van Orange cn Nasfau. En zal daar van aanfehryving worden gedaan aan de respecVive Regeeringen van de Stecdcn; als mede voor zoo veel het platte Land betrelt aan de Heeren Gecommitteerde Raaden m de beide Quartieren, ten einde ieder m den huren re cdèetueeren, dat aan deele ampliatie precifetyk worde voldaan. 30. Publicatie Van de Staaten Generaal, betrekkelyk het verblyf van vreemdelingen hur te Lande. Den 10 Sovemler 1792. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden: Allen den geenen, die deelen zullen zien of hooien leefen, Sahit: doen te weeten, Alfoo wy noodig geoordeeld hebben eenige voorfiening te doen, dat in de tegenswoordige Tyds omftandrgheeden door de buitengewoone atftuentie vanYreemdeHngen, op het Territoir van den Staat geen inconvenienten ontftaan, en alle overlast welke de goede Ingefetenen daar door zouden konnen lyden, voorgekomen werde. Zoo is t, dat wy goedgevonden hebben te ftatueeren, gelyk wy ftatueeren by deefen. ( Dat alle Vreemdelingen, welke in de Steaen en Plaatfen onder hec resfort van de Generaliteit binnen komen, gehouden zullen zyn by een geteekend Billet op tc geeven hunne i\aam, vaste Woonplaats, Qwditeit of Beroep, de Plaats vanwaar zy komen, en den tyd geduurende welke zy voorneemens zyn tc blyven, als mede by wien zy daar ter Plaatfe ofte elders binnen het Territoir van den Staat bekend zyn. Dat zoodanig Billet aan die geenen, by welke de inkomende \ reemdelingen hun intrek neemen, het zy defelve zig geneeren met heden te logeeren, het zy anderiints, en dac daar van reguliere en fpoedige communicatie zal moeten worden gegeeven, aan dea Officier en het Gerechte der Stad of Plaats, als meede voor zoo veel betreft de Steden en Plaatfen met Troupes van den Staat befet, aan den  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat, 51 den Gouverneur, Commandeur of Commandeerenden Officier in defelve. Dat wanneer eenige van de voorfz. Vreemdelingen vallen in de termen van niet te konnen voldoen aan de bovengemelde requifitien, of dat de respeéhve Officieren en Gerechten bevinden-, dat onder defelve zyn de zodanige welke niet konnen aantoonen in ftaat te zyn voor derfelver middel van beftaan, geduurende den tyd dat zy voorneemens zyn zig in de gemelde Stad en Plaats op te houden te zorgen, aan de zulke zal worden aangefegt om dadelyk, uiterlyk binnen den tyd van vief en twintig uuren wederom te vertrekken, werwaards zy zullen goedvinden. Lastende en beveelende de respeófave Offi-1 eieren, en Gerechten, om op de naarkoming van deefe onfe intentie behoorlyk te vigileeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te prsctendeeren, zal deefe tot een ieders naricht aiomine in het Diftrift van de Generaliteit werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar men gewoon is zooda* danige publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Neederlanden in 's Gravenhage den 10 November I7p24 (0ds geparapheert,) J. F, van LYNDEN, vfc (Onderftondf) Ter Ordonnantie van defelve; (G et eekent f) H. .F' A G E L- ^ynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een Papiere Ruite. 31. Publicatie van de Staaten van Holland , hou* dende diverfe bepaalingen omtrent het admitteren van het verblyf van Vreemdelingen binnen deefe Provintie. Den 15 November 17924 De Staateh van Holland en Westvriesland, doen te weeten, dat hoe zeer deMenfch lievendheïd aan alle Naden verbiedt, haare Grenlen te fluiten voor zoodanige Vreemdelingen, welke, door ongelukkige omftandigheeden gedrongen, het zy een temporaire toeviugt, het zy een meer gevestigt verblyf, by een Nabuurige Natie zoeken, en in het byfonder deefe Republicq (welke van het begin der Onlusten, en geduurende de daar op gevolgde Oorlog in de Nabuurige Landen, een flipte onzydigbeid heeft in agt genoomen} als een Commercieerende Staat alle Vreemdelingen , die zig op een vreedfaame en onfchuldige wyfe mar herwaards hegeeven, heefc geadmitteert , 'er nogthans zoodanige omftandigheeden kunnen plaats hebben, welke, zoo zy al aanftonds geene geheele exceptie op den algemeenen regel mede brengen; egter, in tyds, eenige Prsecautien noodzaakelyk maaken. Dat de tegenwoordige Staat van zaaken in Europa in het algemeen, en het geen'er, zeedert eenige weeken in de Nabuurichap van deefe Republicq meer byfonder, is voorgevallen; aireede eene meer dan gewooné affluentie van Vreemdelingen naar defe Landen veroorfaakt heeft, en by aanhoudenhèid blyft veroóórfaaken, van welke , zoo wel de meenigte als de verfchillende relatien deefe voorforg dadelyk vereisfchen; ten einde daar door voor te komen inconvenienten, welke doof eene ongelimiteerde admisfie zoo voor de goede ordre binnen deefe Provincie, als voor het belang van zoodanige Vreemdelingen zelve, zouden kunnen proflueeren. Dat dienvolgens hun Edele Groot Mogende deefe fituatie van zaaken, en de omftandigheeden daar mede verbonden in ferieufe attentie genoomen hebbende, goedgevonden hebben ter informatie en waarfchouwing van alle zoodanige Vreemdelingen, welke zig naar deefe Provincie aireede begeeven hebben of voorneemens zyn zig te begeeven, te ftatueeren, gelyk hun Edele Groot Mog. ftatueeren by deefe. 1. Dat alle Vreemdelingen die wegens de tegenswoordige Onlusten zig naar herwaards hebben begeeven, zig binnen drie dagen na de Publicatie deefes, en de geene, welke als nog herwaards mogten komen, binnen de eerfte drie dagen van hunne aankomst, zullen moeten addresfeeren in de Hemmende Steden en in den Hage aan Burgemeesteren en Regeerders, en in de niet ftenv O 2 men-  52 PlacKfen. i. Bock. 3. Titul. mende Sceden en het platte Land aan Bailliuwen, Schouten en Gerechten, met opgave by een geteekend Billet van den naam, vaste Woonplaats, Qualiteit of lieroep, de Plaats van waar zy komen, en den tyd geduurende welke zy voorneemens zyn te blyven, als j mede, by wien zy daar ter Plaatfe of elders binnen deefe Provincie bekend zyn. Des dat de voornoemde Bailliuwen , Schouten en Gerechten van de aan hun gedane opgaven, ten fpoedigftcn kennis zullen geeven aan de Gecommitteerde Raaden in de respecfive Quartiercn. En dat Burgemee>teren en Regeerders voornoemd, als mede de Gecommitteerde Raaden respective daar op zullen oordeelen, of defelve behooren gcadmittert te worden of niet, en zullen de geenen die niet geadmitteert zyn dadelyk het Land moeten verlaaten op I pcene van daar uit geleid te zullen wor- I den. 2. Dat alle zoodanige Vreemdelingen wel- ƒ ke bevonden zullen worden valfche op- I gave van Naamen, Qualiteitcn of Bedry ven te hebben gedaan, dadelyk en j zonder form van Proces uit het Land j zullen geleid worden. 3. Dat zoodanige Vreemdelingen, welke met de Ingefetenen alhier over Politiecque zaaken twist zoeken, of Parthy- Ccdaan ia don Ilaazc onder het Klein Z 15 November 1792. fchappen poogen op te wekken en aan te kweeken, voor verftoorders van de publiecque rust zullen gehouden, en tegen defelve als zoodanig naar de Wetten deefer Landen worden geprocedeerd. 4- Dat alle zoodanige Vreemdelingen, welke zig in hun I-and aan eenig Bcdryf hebben fchuldig gemaakt, het welk dezelve tot voorwerpen der recherches of reclames van zoodanig Land kan fteilen, worden gewaarfchouwd van zig binnen het Territoir deefer Provincie niet te begeeven, of eenig verblyf te zoeken, aangelien defelve, ofichoon uit onkunde van de omftandigheeden waar in zy zig bevinden geadmitterd zynde, egter tegens zoodanige recherches of reclames zig binnen deefe Provincie niet veilig mogen oordeelen. En worden by deefe dc Magiftraaten der ftemmende Steden, den I laag daar onder be| .pen, als mede Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartiercn verfoor en geauthorileerd, om elk in den haaren 'deefe feneufe intentie van hun Edele Groot Mogende ten fpoedigfte effect te doen forteeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pnetendeeren, gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert sn gcafiigeert, daar en zoo als zulks behoord en te gciehieden gebruikelyk is. •gel van den Lande den (Onderf.ond^ Ter Ordonnantie van de Scaaten. (JJ'as geteekent f) A. J. R O Y E R. 32. Publicatie van de Staaten van Holland tot vervydenng van fufpecie Franfche Freemdelineen of Emigranten utt deefe Provintie. Den 10 February De Staaten van Holland en Westvriesland: Allen den geenen die defen zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo ter onfer kennisfe is gekoomen dat onder de Franfche Vreemdelingen of zogenaamde Emigranten welke zig in deefe Provincie bevinden, veele Perfoonen resforteerden, welke wegens der zeiver gedrag en denkwyfe zeer fufpeét zyn , van zig op te houden met aan de Ingefetenen verkeerde denkbeelden in te boefemen. Zoo is 't, dat wy hebben goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by dee¬ fen , dat alle de voorfz. Franfche Vreemdelingen zig in deefe Provincie bevindende, zig binnen den tyd van driemaal vier en twintig p uuren buiten het Territoir vm defelve zullen moeten begeeven, ten ware dat zy op nieuws van Burgemeesteren en Regeerders der groote en kleine Steden, of Schouten en Gerechten ten platten Lande alwaar zy zig ophouden, admisfie tot inwoonmg hadden verkreegen , en zulks na dac door Burgemeesteren en Regeerders in de Steden, en Schouten en Gerechten ten platten Lande omtrent defelve de nauwketmgfte m- for-  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 53 formatien zullen weefen genomen by zodanige Perfoonen van hunne Natie, als daar toe door de refpeélive Regeeringen 't gefchikfte zullen worden bevonden, omtrent hunne naam, hunne qualiteit, en dat defelve by die Perfoonen volkomen bekent zyn , mitsgaders dat op derfelver gedrag niets te zeggen is, en in het byfonder, dat op hun geen de allerminfte fufp/cie komt te vaden, dat hunne denkwyfe van dien aart en natuur is, dat daar door aan de Ingefetenen verkeerde en rustverftoorende denkbeelden zouden kunnen worden ingeboefemd; en dat, aangefien in alle Steden en Plaatfen, by de Regeeringen niet zullen kunnen worden gevonden zodanige Perfoonen van de Franfche Natie, welke gefchikt zyn tot hec geeven van dusdanige informatien, in dat geval de Regeeringen zig omtrent die Vreemdelingen zullen kunnen adresfeeren by denabuurige Steden of Plaatfen, alwaar dusdanige Perfoonen te vinden zyn, om als dan , na dat zy dusdanige informatien hebben bekomen, de admisfie te verleenen of te weigeren. En op dat niemand der geenen van het gunt voorfchreeve is , ignorantie zouden kunnen pretendeeren, ordonneeren en gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 10 February 1793. (Onderflondf) Ter Ordonnantie van dé Staaten. (Was geieekentf) A. J. R O Y E R. 33. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het ver laat en van deefe Provintie door Ingefeetenen, welke eenige Ampten of Bedieningen in defelve bekleeded. Den 24 September 1794. T\e Staaten van Holland en Westvriesland: JL/ Allen den geenen ai 3 defen zullen zien., of hooren leefen Saint; Doen te weeten, dat wy in ervaaring zyn gekomen, dat zommige Van onfe Ingefetenen door een ontydige vreefe voor de fnvafie van den Vyand in deefe Provincie, reeds het Land veriaaten hebben, of toeftel maaken met alle hunne tilbaare bezittingen naar elders te vertrekken, en daar door niet alleen hun Vaderland berooven van de onderfteuning, welke zy aan het zelve in tyden van ongelegenheid uit hunne Middelen verfchuldigd zyn, maar ook den fchrik en vieefe onder hunne mede Ingefetenen verfpreiden: Zoo is 't, dat wy om deefe confideratien, hebben goedgevonden, zonder in eenige manieren de Vryheid der Ingefetenen in het gaan en koomen te willen belemmeren, by deefe te verklaaren, dat zoodanige Inge¬ fetenen, welke eenige Ampten of Bedieningen, dependeerende van ons, of van eenige Stad of Collegie binnen deefe Provincie, bekleeden, en geduurende deefen Oorlog de Provincie willen veriaaten, ook te gelyk afiland zullen moeten doen van de Ampten en Bedieningen , door hen bekleed wordende, of dat by ontftentenis van dien, defelve Ampten en Bedieningen de faölo zullen worden Vacant verklaard, en begeeven worden aan zoodanige Perfoonen, die niet fchroomen, om in kommerlyke omftandigheden, zoo wel als in tyden van rust, hun beftaan en welvaart aan het Vaderland te verbinden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pretenderen, gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatièn daar men gewoon is publicatie en affiche te doen. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 24 September 1794. (OnderJlond f) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekend,) A. J. R O Y E R. G 3 VIER-  54 Placaaten. i. Bock. 4. Titul. VIERDE TITUL- Stadhouders, Gouverneurs, Capiteins cn Admiraals Generaals , Gouverneurs en Commandeurs van Steden en Forten, Generaals cn andere hooge Militaire Commisiien cn lnf1:ruc~r,ien cVc l' Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaaf by Zyne Hoogheid, ais eerfte Lid van de Ordre van de Ridderfehap tot de deliberatien in haar Ed. Gr. Mog. Vergadering geadmitteert word. Den 8 "Juni 1763. . J J "I^\c Raadpenfionaris heeft uit naam van de J^/ Heeren van de Ridderfehap en Edelen ter Vergadering voorgedragen, dat de zelve Heeren op den 16 Óftobcr 1751 aanhaar Edele Groot Mog. hebbende bekent gemaakt, dat Zyne Hoogheid, de jegenswoordige Heere Erfftadhouder, Capitein cn Admiraal Genera ij defer Provincie, door haar was verfogt cn geasfumeert tot eerfte Lid van der zelvcr Ordre, zy als nu hadden gerefolveert Zyne Hoogheid te verfoeken , om, na alvoorens den Eed van Secretesfe te hebben afgelegt, de deliberatien in der zclver Ordre by te woonen, op den zeiven grond cn voet als Zyne Hoogheid in de Vergadering van haar Hoog Mog. en in den Raad van Staate Sesfie had •genomen, en tot derzelver deliberatien en Befognes was geadmitteert geworden, en dat zy wyders gemeend hadden daar van niet alleen kennisfe aan haar Edele Groot Mogende te moeten geven, maar tenens Zyne Hoogheid aan de zelve als eerste Lid van der zeiver Ordre te prefenteeren , om, na alvoorens den voorfchreeven Eed van Secretesfe te hebben afgelegt, tot de deliberatien in haar Edele Groot Mog. Vergadering en der zei ver Befognes te worden geadmitteerd, in navolging van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 10 February 1752, ten refpeéte van haar Hoog Mog. Vergadering en den Raad van Staate, en derzelver Befognes genomen, en zulks met intentie, om Hoogstdezelve by het aanvaarden van de voorfchreeve Digniteiten en Charges,by de zelve Refoiutie op den geadimpleerden ouderdom van agticn jaaren gefixeert, te meerder kennisfe van zaken van den Staat, en in het byzonder van deze Provincie te doen hebben. Waar op gedelibereert, en het voorfehrecvén geproponeerde allefins ten besten van den Staat en van deze Provincie aangezien zvnde, is goedgevonden en verftaan, dat zyn Hoogheid, om by het aanvaarden van "de voorfchreeve Digniteiten en Charges, by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 10 February 1752 op den geadimpleerden ouderdom van agtien jaaren gefixeert, te meerder kennisfe van zaken van den Staat en van defe Provincie in 't byfonder, te doen hebben, als eerste Lid van de Ordre van de Heeren van de Ridderfehap en Edelen tot de deliberatien in haar Edele Grooc Mog. Vergadering en derfelver Befognes op den voet van voorfchreeve Refoiutie zal worden geadmitteert, na dat alvoorens de Eed van Secretesfe door Hoogstdenfelven zal wefen afgelegt. En is vervolgens zyne Hoogheid in haar Edele Groot Mogende Vergadering door de Heeren van de Ridderfehap geintroduceert, en door Hoogstdenfelven de Eed van Secretesfe afgelegt geworden.  Stadhouders, Gouverneurs, &c Commisfien, &c\ 50 felven bewyfen alle eer en reverentie, en in alle het gunt het beleid en gebruik van den voorfchreven Staat aangaan mag, en het geene daar aankleeft, hem te obedieeren en te doen alle addres en adfiftentie. Gegeven in den Hage onder onfen grooten Zegel hier aan gehangen, op den 3 Mey des jaars onfes Heeren en Zaligmakers Jefu Christi 1747. (Qnderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. fen, te doen houden goede opfigt, ordre eri wagte in de Steden en Sterkeen aldaar, zoo te Water als te Lande, daar het fel ve van noö-1 den wefen zal; en voorts in het generaal eh particulier alles te doen, dat een goed en getrouw Erfftadhouder, Erfgouverneur en Erfcapitein Generaal en Admiraal van den voor* fchreve onfen Lande vermag en behoord te doen; waar op de hooggemelde Heere Wilhelm, Prince van Orange en Nasfau $ gehouden word te doen den behoorlyken Eed aan onfen handen: Lasten en bevelen daaromme den Prsefident en Raden van den voorfchreven onfen Hove, en alle andere Justicieren en Officieren van meergemelden onfen Landft van Holland en Westvriesland, zy den hooggemelden Heere Prince Wilhelm, houden en respect eeren als Erfftadhouder, Erfgouverneur, Erfcapitein Generaal en Admiraal voornoemt, denfelvenbewyfen alle eere en reverentie, en in alle het gunt het beleid en gebruik van den voorfchreven Staat aangaan mag, en het gunt daar aan kleeft, hem te obedieeren, en te cloen alle addres en adfiftentie. Gegeven in den Hage onder onfen grooten Zegele hier aangehangen, op den 2 7 February des jaars onfes Heeren en Zalig-» makers Jefus Christus 1766. En heeft daar nevens voorgedragen, dat de Heer van Citters, Raadpenfionaris van Zeeland, aan hem had te kennen gegeven, dewyl Zyne Hoogheid in handen van de Heeren Gecommitteerden van dezelve Provincie, daar toe expresfelyk herwaards gecommitteert, den Eed als Erfftadhouder, &c., &c., &c, van derzelver Provincie mede ftond af te leggen, dat hy meende , dat de introductie van Zyne Hoogheid in den Hove door Gecommitteerden van beide de Provinciën behoorde te gefchieden. Waar op gedelibereert zynde, hebben haar Edele Groot Mog. de voorfchreeve Concept-» Commisfie zig laten welgevallen, en voorts goedgevonden den Raadpenfionaris te committeeren, om dezelve aan Zyne Hoogheid bekend te maken, en teffens te verneemen, wanneer het aan hoogstdenzelven zal gelieven in haar Edele Groot Mog. Vergadering te verfchynen, om daar op afteleggen den Eed, en vervolgens in den Hove te worden geintroduceert, waar toe de Heeren Gecommitteerden van Zeeland mede zullen worden geadmitteert, waar van de Raadpenfionaris werd verzogt aan den Heer Raadpenfionaris van Zeeland kennisfe te geven. 4» Refoiutie van de Staaten' Generaal, waar aan Zyne Hoogheid gedefereert word het verleenen van Remisfien, Pardonnen en Gratiën over het Resfort van de. Generaliteit. Den 8 Maart 1766. Js na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, dat een Acte in behoorlyke forma zal worden gedepecheert, om aan zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau abfolutelyk te defereeren, het verleenen van Remisfien , Pardonnen en Gratiën over het Resfort en de Jurisdictie van den Raad van Braband, refideerende alhier in den Hage, mitsgaders over de Stad Maastricht, het Resfort en de Jurisdictie van dien, als ook over de Graaffchap van den Vroenhove, wyders over het Resfort en de Jurisdictie, zoo van den Raad van Vlaanderen, als van het Hof in het Over-Quartiervan Gelderland, be- hoüdelyk nogt? Paö4 gen worden gedaan. Den 6 Maart i/93- =* 124 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de gewoone kortingen der Militaire Traétementen, geduurende den Oorlog; worden gefurcheert. Den 20 Maart 1793. . 879 Placaat van de Staaten Generaal, hou dende Verbod van Uitvoer uit defe Landen en van Toevoer naar Vrankryk ofte de Landen onder het Gebied Van de Franfche Natie, ofte onder de magt van desfelfs Wapenen zyn de, zo in als buiten Europa, van Oorlogs-Ammunitien en meer andere Speciën; als meede Waarfchouwing tegens het vervoeren van Contraban* de Goederen door Neutralen naar de voorfchreeve Landen, Den 26 Maart 1793- —— 125 Placaat van de Staaten van Holland, tot heffing van tweemaal den één honderd/Ie Penning van een ieders bezit-, tingen. Den 3 April 1793. 894 Publicatie van de Staaten van Holland , houdende voorziening tegen het fvaudeeren van den Impost op het Beeftiaal. Den 17 Mey 1793. I0I9 Refoiutie van de Staaten van Ho'.iand, houdende verklaaring, dat van zekere Contraften, op Frankryk, behelfende, dat voor de gefurneerde gei l den, aan den Belegger, en na zyn dood aan zekere genoemde Perfoonen, eene jaarlykfche Rente zoude worden betaald, de Collateraale Impost verfchuldigt is. Den 17 Méy 1793. . -——» 1x69 Publicatie van den Raad van Staate, tot betaaling van het Collateraal van de Goederen, onder het resfort van de Generaliteit gelegen, toebehoorende aan de Roomfche Geestelykheid, buiten deeze Landen gezeeten. Den 24 Juny 1793. r230 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek' om te mogen trouwen met een overleden Huisvrouws Zusters Kleindogter. Den 28 Juny 1793. ——. " 399 Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van de vereisch' ten, welke noodig zyn tot een verfoek om furcheance van Betaaling. Den 15 November 1793. —- ' 546 Refoiutie van de Staaten van Holland houdende permisfie, by wegen van dispenfatie, aan de Geinteresfeerdens van de Porcelyn Fabricq te Ouderkerk aan den Amftel, tot het aanleggen eener verlooting van Porceleinen. Den 555 19 December 1793. — Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat Collateraal' be-  Edicten, &c. na de ordre des tyds. 1793. |Pag. I betaalt moet worden van Obligatieni ten lasten van de Engelfche Princen.j Den 20 December 1793. — 1070 1794» Publicatie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening tegen het transporteren buiten de Provintie van Goederen en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten van het Fransch Gouvernement. Den 18 February 1794. 129 Renovatie Placaat van de Staaten van Holland, tegen den uitvoer van Rundvee. Den 20 Maart 1794. I3S9 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling rakende het transporteeren buiten de Provincie van | Goederen en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten van het Fransch Gouvernement. Den 21 Maart 1794. — J3° Reglement van de Staaten van Holland, op het verleenen van Remisfien van Verpondingen en gemeene Middelen, of andere Subfidien, aan Polders, Diftriéten en Dykagien. Den 18 A- pril 1794. lll9 Waarfchouwing van de Staaten van Holland, omtrent zekere valfche QuartRyksdaalders in de Provintie van Zeeland rouleerende. Den 14 Mey 1794. ■ 859 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het mede geven van Paquetten of Brieven aan de Postillons. Den 9 July 1794. ■ " 809 Publicatie van den Hove van Holland, tot ondekking van den Auteur van zeker Lasterfchrift tegen den Raadpenfionaris deefer Provincie. Den 16 July 1794- ' 455 Placaat van de Staaten van Holland, tegen het eludeeren van de Presfingen van Schippers en Schuitevoerders , tot het vervoeren van Militie , Vivres, Ammunie of andere Goederen tenl dienfte van den Lande. Den 18 July I7P4- —— 81 Publicatie van de Staaten Generaal omtrent zekere valfche Drie - Guldens, met het Jaargetal 1793. Den 22 July 1794. 1 86b Publicatie van de Staaten van Holland, waar by de betaaling van den vierden termyn van den tweemaal één honderften Penning een maand vervroegd word. Den 26 July 1794- 901 Publicatie van de Staaten van Holland, houdende last aan de Amptenaaren, om op nieuw het montant van hun 1794. Pag. Amptgeld in zekere Geld - Negotiatie ten behoeven van den Lande te furneeren. Den 5 Augustus 1794. 879 Nieuwe, naadere verbeeterde en geamplieerde Ordonnantie op het regt van het Klein Zeegel, over allerhande Bewysftukken, Aétens en Schriftuuren, Confultatien, Obligatien, Huurcedullen, en andere Schriften, daar in breeder gefpecificeert. Den 11 September 1794. ■ 1080 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het verlaaten van deefe Pro- vintie door Ingefeetenen, welke eenige Ampten of Bedieningen in defelve bekleeden. Den 24 September 1794. ~ 53 Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het ter teekening leggen van Adresfen, het Staats- of Stedelyk Beftuur betreffende, mitsgaders tegen het oprigten van Sociëteiten. Den 17 Oétober 1794. 456 Placaat van de Staaten Generaal, tegen het reizen en trekken van Perfoonen uit en naar het Fransch Gebied, anders dan op den voet en onder de bepaalingen , breeder daar by vermeld Den 1 November 1794. ——Publicatie van de Staaten van Holland, tot eludiatie van zekere periode in de Nieuwe Ordonnantie op 't Zegel. Den 7 November 1794. jnia Publicatie van de Staaten van Holland,) tot het uitgeven van Recepisfen tegen vyf percent, om daar mede betaalinlingen van wegen den Lande gedaan te worden, en dezelve tot voldoening van zekere 's Lands Lasten weder aan te nemen. Den 19 November 1794. 881 Publicatie van de Staaten van Holland, waar by zekere Provintiaale Recepisfen van het Middel van de Collateraale Succesfie worden vry verklaard. Den 2 December 1794. _ 1071 Nader Placaat van de Staaten Generaal, raakende het verleenen van Pasporten, om te mogen gaan of komen naar en uit 's Vyands Land. Den 16 December 1794- "' 134 1795. Publicatie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het aanwerven van een Corps Landzaaten. Den 7 January 1795. ' ' ' 82 Publicatie van de Staaten van Holland , tot intrekking der Publicatien van 18 February en 21 Maart 1794. Den 19 January 1795. ■ 136 M PLA-   Behelzende verfeheide Ceremonieele Wetten cn Obfervanticn. 5 mitteerden teegen tien uuren 's morgens zig laaten vinden in een van de beneeden - vertrekkamers van haar Ed. Groot Mog., ftaande aan de oostzyde van de Vergaderplaatfe van de Heeren derfelver Gecommitteerde Raden, en hebben aldaar ingewagt de meergemelde Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland , welke by het pasfeeren de Wagt aan de Grenadiers Poort by het geweer hebben ftaande gevonden, als meede de Militie op het Binnenhof by derfelver aankomst op het Hof, zoo als het zelve meede is geobferveert door de Militie op het Binnenhof by derfelver vertrek na den Hogen Rade, en by defelve Militie en Wagt aan de Grenadiers Poort by het Vertrek, aankoomen en retourneeren van haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden, en hebben defelve op haar aankomfte te gemoet getreeden > en ingehaalt aan de voordeur van de Gallerye door de Heeren de Witt, en Abbekerk - Crap, en den Raadpenfionaris Steyn, dewelke in het ingaan aan de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland den voorrang hebben gegeeven, en na dat defelve in diervoegen in de vooriz. Vertrekkamer gekoomen waren, heeft de meergemelde Heer Bencink, Heer van Rhoon, in de kamer met de Heeren Elias en Winder gebleeven, de Heeren Gedeputeerden van Zeeland gecomplimenteerd; en zyn voorts de gefamentlyke Hee, ren Gedeputeerden nedergefeeten, te weeten, de gemelde Heer Bentinck, Heer van Rhoon, aan de linker zyde van de tafel met de voorn. Raadpenfionaris Sceyn daar neevens, hebbende de rogge gewend teegen de fchoorfteen, en vervolgens aan defelve zyde de voornoemde Heeren de Witt, Elias Arnoudsz, Winder en Abbekerk-Crap, hebbende de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, namentlyk de Heer Matthias, en daar neevens de welgemelde Heer Raudpenfiomris van Citters, en vervolgens aan defelve zyde de Heeren de Jonge , Osferwaarde, ten Hage, van Hoorn van Burg, en de Vriend, hunne plaatfe gehad aan de regterhand of zyde van de voorfz. Tafel, en heeft de Raadpenfionaris Sceyn, in naame als booven , vervolgens aan de meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland voorgehouden, of niet derfelver intentie was, dat de gemelde Heer Mollerus, niet alleen op de voorfz. Commisfien, maar ook op de Inftruétie van den voorn. Hogen Rade, en de Ampliatie van dien, zoude worden beëedigt, en dat hem in fpecie meede zoude worden voorgeleefen het Articul van de nadere Ampliatie der voorfz. Inftmctie van den jaare 10*44, fpreekende van het ontfangen en genieten van Giften, Gaven of gefchenken, zynde het eerfte onder den Titul van Middelen, dienende tot bevorderinge van een goede en opregte Justitie &W, en getrokken uit het tiende Articul van de Inftrncf ie voor den voorfz. Hogen Raade, waar op by de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, na gedaane Collatie van de voorfz,. eerfte en tiende Artieulen geant¬ woord wefende, wel temogen leyden, dat het gemelde eerfte Articul den meergemelden Prefident ten fine als boven zoude worden v oorgeleefen, edogdat defelve daar op zullen moeten verklaren, dat de voorn, nader Ampliatie niet gearrefteerd zyndé by de hooggemelde Provincie, maarby haarEd. Groot Mog aI leen ter needergeftelt wefende, ook derhaiven daar op by henluyden eigentiyk geen reguard konde worden genoomen, edogweetendede intentie en iever van de Heeren haare Principaalen tot weering van alle Corrupuen, en van alle het geene daar toe aanleidingé konde geeven, ook bemerkende dat hec voorfz. Articul van de voorgeroerde nadere Ampliatie niet esfentieei discrepeerde van hec voorfz. tiende Articul van delnftruétie van den Hogen Raade dat zy luyden niet en twyffelden, of den inhoude van het meergeroerde Articul zoude dezelve hunne Heeren Principalen welgevallig en aangenaam wefen. Waar op lectuure gedaan wefende van het Formulier voor defen gebruikt, omme na de afneeminge van den voorgeroerden Eed ten oir» conde van dien op den rugge van beide voorfz Commisfien gefchreeven, en weederzyds onderteekend te worden, hebben de Heeren Gedeputeerden van beide de Provinciën, haar het voorfz. Formulier wel laten gevallen „zynde het zelve hier na volgende van woorde te woorde geinfereerc. Op huidenden29 Oélober 170*3 heeft de Heer en Mr. Hendrik Mollerus in het witte van deefen genomineert, in qualiteit als Prsefident van den Hogen Raade op deefe zyne Commisfie, en op de Inftru&ie van den gemelden Hogen Rade, gedaan den behoorlyken eed in handen van de Heeren Bentinck, Heere van Rhoon, deWitt} Elias Arnoudfz. Winder, Abbekerk-Crap, enden Raadpenfionaris Steyn, van weegens de Provincie van Holland en Westvriesland, en van de Heeren Matthias, de Jonge, Osfewaarde, ten Hage, van Hoorn van Burg, de Vriend, en den Raadpenfionaris van Citters, van weegens de Provincie van Zeeland. Het welk gedaan weefende, is vervolgens de meergemelde Heer Mollerus in de voorfz. Vertrekkaamer befcheiden, en gefet op een* Stoel bezyden de Tafel, of ageer de rugge van de Heeren Gedeputeerden van Zeeland geftelt, alwaar gefeeten weefende, heeft de meergemelde Raadpenfionaris Steyn hem aangefèid dat by de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, en de Heeren Staaten van Zeeland, gefamentlyk Staatsgewyfe vergaderd weefende, gedaan zynde Nominatie vaneen Triepel getal van Perfoonen, tot bediening van de plaatfe van Prcefident in den opgemelde Hogen Raade, A 3 ver-  Behelfende verfcheide Geremonieele Wetten en Obfervantien. 9 ten behoeven van den Heere Mr. Wigbolt Slicher in qualiteit voorfchreeve gedepecheert was beraamd den dag van huiden den 4 deefer loopende maand January, hebben haar ten zeiven dage volgens voorgaande concert de meergemelde Heeren Haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden teegen elf uuren 's morgens laten vinden in een van de beneeden Vertrekkaamers van haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden, (taande aan deOoltzyde van derfelver Vergaderplaats, en aldaar ingewagt de Heeren Gedeputeerden van Zeeland, ook dezelve op haar aankomst doen te gemoed treeden en inhaalen aan de voordeur van de Gallerye door de voornoemde Heeren de Wit, Hasfelaar en den Raadpenfionaris Steyn, dewelke in het ingaan aan de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland den voorrang hebben gegeeven, en, na dat dezelve in dier voegen in de voorfz. Vertrekkamer gekoomen waaren , heeft de welgemelde Heer van Rhoon de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland gecomplimenteerd; en zyn voorts de geiamendyke Heeren Gedeputeerden needergefeeten, te weeren, de gemelde Heer van Rhoon aan het einde van de tafel, en de voornoemde Heer van den Boetzelaar met. den Heer Raadpenfionaris Steyn aan de linker zyde, hebbende de rugge gewend teegens de Schoorfieen, en vervolgens aan dezelve zyde de voornoemde Heeren de Wit, Hasfelaar en du Tour, hebbende de gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland-, namentl yk de Heeren Cau, LyndenenBout, hunne plaatfen gehad aan de regterhand of zyde van de voorfz.Tafel ,en heeft de voornoemde Raadpenfionaris Steyn in naame als booven vervolgens aan meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland voorgehouden, of niet derfelver intentie was, dat de gemelde Heer Slicher, niet alleenlyk op de voorfz. Commisfien, maar ook de Inïtrudh'en van den voornoemden Hove en de Ampliatie van dien, zoude worden beëedigt, ën dat hem in fpecie meede zoude worden voorgeleefen het Articul van de nader Ampliatie der voorfz, Inftructie van den Jaare 1644, fpreekende van het ontfangen en genieten van Giften , Gaven of Gefchenken, zynde het eerfte onder den titul van middelen dienende tot bevorderinge van een goede en opregte Justitie, &c. en getrokken uit het tiende Articul van de Initrucn'e van den Hogen Raade, Waar op by gemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland, na gedaane Collatie van de voorfz. eerfte en tiende Articulen, geantwoord weefende, wel te mogen lyden, dat opgemelde eerfte Articul den meergemelden Pi'Eefident ten fine' als booveri Zoude worden voorgelefen; edog dat defelve daar op zullen moeten verklaaren, dat, de voornoemde nader Ampliatie niet gearrefteerd zynde bybeyde hooggemelde Provinciën, maar by haar Edele Groot Mog. alleen ter needergefteld weefende, ook derhalven daar op by henluy- IX Deeï den eigentlyk geen reguard konde worden ge* noomen; doch weetende de intenie en den iever van de Heeren haare Principaalen tot weering van alle Corruptien , en van al het geen daar toe aanlcydinge konde geeven , ookbe. merkende, dat het voorfz. Articul van de voorgeroerde Ampliatie niet esfentieelyk discrepeerde van het voorgemelde tiende Articul van de Indructie van den gemelden Hoogen Raade, dat fyluyden niet en tvvyffelden, of den inhoude van het meergemelde Articul zoude dezelve Heeren hunne Principaalen welgevallen en aangenaam weefen. Waarop leétuure gedaan weefende van het Formulier, den 6 May 1758 ter occafievan de inftallatie van den Heer van der Mieden gebruikt, om na afneeminge van den vöorgeroerden eed, ten oirkonde van dien op de rugge van beide de voornoemde Commisfien geichreeven, en weederzyds onderteekent te worden; hebben de Heeren Gedeputeerden van beide de Provinciën haar het voorfz. Formulier wel laaten gevallen, zoo als het alhier van woorde tot woorde volgt; Öp huiden den 4 January 1765 heeft de Heer en Mr. Wigbolt Slicher, in het witte .yan deefe genomineert, in qualiteit als Prcefidcnt van den Hove Provinciaal van Holland, Zeeland en Vriesland, op deefe zyne Commisfie en Inftruelië van den voorfz. Hove en de Ampliatië van dien, en iii fpecie meede op het eerfte Articul, voorkoomende onder den titul van Middelen dienende tot bevordering van een goede en opregte Juftitie, fpreekende van het ontfangen en génieten van Giften, Gaven of gefchenken, van de nadere Ampliatie van 24 Maart 1644, gedaan den behoorlyken eed in handen van de Heeren van Rhoon, van den Boetzelaar, de Witt, Hasfelaar, du Tour, eri Raadpenfionaris Steyn, weegens de Provincie van Holland en Westvriesland, en van de Heeren Cau, van Lynden, en Bout, van weegens de Provincie van Zeeland. Het welk gadaan zynde, is vervolgens dê meergemelde Heer Mr. V/igbok Slicher in dö voorfz. Vertrek-Kamer binnen befcheiden en geiët op een Stoel, befyden de Tafel agter de rugge van de Heeren Gedeputeerden van Zeeland gefield; alwaargefeetenweefende, heeft de meergemelde Heer Raadpenfionaris hem aangefegt, dat, ingevolge van de Verdragen op het feit van de Juftitie tusfchen de twee Provinciën intercedeerende, by de Heeren Staten van Holland en Westvriesland gedaan zynde Nominatie van een tripel getal van Perfoonen tot bedieninge van de plaatfe van Prefident in den ópgemelden Hove, defelve Heeren Staaten, als' escerceèfende de Vóogdye B be»  io Placaaten. r. Eoek 2. Titul. over den I ieere Prince Erin tadhou der, hem Heer Slicher daar uit hadden gecligeerd tot Prefident in den voorfz. Hove, en dat daar op by de hooggcmenldc Heeren Staaten van beide de Provinciën ten dien einde ten zynen behoeven waaren verleend bchoorlyke Commisfien daar toedienende; dathy ontwyffelyk beide de voorfz. Commisfien, als aan hem ter hand geilelt geweest zynde, zonde hebben geleefen, vraagende vervolgens, of hy bereid was op defelve Commisfien, mitsgaders op de Inftructie van den gemelden Hove cn Ampliatie van dien, en fpecialyk op het voorfz. Articul van de voorgeroerde Nader Ampliatie te doen den behoorlyken Eed; en na dat hy daar op verklaard hadde van ja, en hem het voorfz. Articul in fpecie voorgeleefên was, heeft de meergemelde fleer Cau, agtervolgens het geene voorfchrecven is, da.ir neevens gedaan de veiklaaringe hier vooren geroerd; en heeft vervolgens de meergemelde Heer SU- ! cherop de voorfz. Commisfien , I ïftructie, en Amn!ia:ic van dien, en fpeciahk op den inhoude van het voorfz. Articul der voorgeroerde nader Ampliatie, ter vermaa.iinge van den voornoemden Raadpenfionaris, corporcelyk cn (farmcelyk ge/laaft den Eed als na gewoonte, geevendc daar op de hand zoo aan de voorge. ' roerde Heeren, haar Ed. Groot Mog. Gecom- 1 mittccrJcn, als aan de meergemelde Heeren Gedeputeerden van Zeeland; ook gelykclyk 1 by defelve in de bedieninge van het voorfz. Ampt a.in denfelven alle geluk cn voorfpoed toegewenfehc zyn geworden; wa.iropge melde ; Heer Prxlidcnt dcHccrcn Gfedepomeraén van 1 beide de Provinciën ten hoogfien heeft bedankt voor de moeite by haar Edele in het geene 1 voorfz. is genoomen, met byvoeginge van de \ Complimenten op zodanige geteegetraeid pasfende'; cn middelerwyl het Formulier hier voren g-.inferccrt d x>r den Heer Sèattürb Clotterbooke, een dien einJc aldaar befcheiden, op den ru:rgc van beide devoo fz. Co nmisfien gefchreeven zynde, is, zoo onder de eene, als onder de andere voor aan gefield, ntj prxfent als Secretaris van de Heeten Staaten var. lh'land en fl'estyricsland'mecfiiperficriptie , Casper Chtterbooken, cn op een en defelve regul laan Cau, D. W. van Lynden, i\ Pt iut; hec welk in diervoegen voltrokken weefende , zyn de gemelde Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland weederom uitbegaan, cn door de gemelde Heeren de Witt, Hasfelaar, en Raadpenfionaris Steyn tot buiten de deur van de Gallerye geconduifeert; waar na defelve Heeren weederom zyn gegaan in het verrrek naast het geene, waar in de voorgemelde actie was gepasfeerd, en zyn aldaar gebleeven, tot dat de Heeren Gecommitteerden van haar Edele Groot Mog. hier na te melden met den Heer Prrefident waaren vertrokken. Weinigen tyd daar na is de gemelde Heer Praefidenc door de Heeren van Rhoon en van den Boetzelaar de deure uitgeleid, hebbende dezelve Prefident den voorrang, en gaande in het uitgaan in het midden tusfchen de gemelde twee I Ieeren, de verdere Heeren Gedeputeerden van de Provintie van Holland en Westvriesland in twee paaren daar op volgende , cn in diervoegen, geprecedcerd en gevolgd door vier Boodcns, overliet Binnenhof gebragt weefende tot aan de Trappen van de Zoal, is de gemelde I leer Prefident tusfchen de gemelde Heeren van Rhoon en van den Boctzelanren gevolgt als booven, opgeleid toe aan de Deure van de Raadkaamer Van den voorfz. Hove, alwaar de meergemelde Heeren Gecommitteerden van de Provincie van Holland en Westvriesland voor uit ingetreeden zyn, zonder eenige prealable denunciatie, doende den gemelden Heer Prefident meede daar op volden. In de voorfz. Raadkaamer gekoomen wefende, hebben de Heeren van den Raad alle hunne plaatfen gehad aan de Tafel, waar aan zy ordinaris haire zitplaats hebben, die gefchooven was na de Oostmuur van dezelve Kamer, zyn 'e het Wcsremde van defelve Tafel openge.'.uccn; en hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland haare plaatfe genoomen aan een Tafel , gcfet met het eene einde teegens de Westmuur van de voorfz. Raadkamer, aan de eene zvde van de Tafel met de Rugne teegens de Noordmuur, te wceten , de 1 leer van Rhoon teegens de voornoemde Westmuur van de voorfz. kaamer, en daar aan de Heer wanden Boeczc/.iar mee den voornoemden Raadpenfioniris Sceyn, en zoo vervolgens de Heeren de Wkt, Hasfelaar, en du Tour; waar op aanftonds meede binnen gekoomen zyn de meergemelde Heeren Cau, van Lynden, en Bout, die haire plaacfen hebben genoomen aan de andere zyde van de Tafel mee de rugge tegens hec BaQufter, te wecten, de Heer Cau , teegens den Heer van Rhoon, en zco vervolgens de Heeren van Lynden en Bout; zynde ondertesfehen de plaatfe van den Heer Prefident open gelaaten, en defelve blyven flaao tusfchen beide de voorfz. Tafels omtrent den ingang van het voorfz. Billufier. De Heeren Gedeputeerden van beide de voorfz. Provinciën in dier voegen gefeeten zynde, heefc de voornoemde Raadpenfionaris Steyn in lubfianrie verhaald, dac door hec overlyden v q den Heer Mr. .Adriaan van der Mieden, in zyn leeven Prefident in den gemelden Hove , nodig zynde, dat tot meerder luifier en m iintien van het respect van den voornoemden Hove, mitsgaders toe beecer directie van de B-foignes en expedirie van zaaken, een ander geq ïaiificeert en vertrouwt Perfoon toe den v -fz Staat in desfelfs plaatfe wierde geilek, de Heeren Staaten van HollandenWestvri.esI ld, ingevolge van de Y^erdraagen tusfchen de twee Provinciën intercedeerende, hadden gedaan nominatie van een cripel getal van Per- föo-  Behelfende verfcheide Ceremonieele Wetten en Obfervantien. i x foonen tot beldeedinge van den voorfz. Staat van Praefidenc; en om de goede kennisfe, die de hooggemelde Heeren Staaten hadden van de wysheid en ervarendheid van den gemelden Heere Slicher, zoo in materie van Juftitie als Polin'e, mitsgaders van zyne regtvaardigheid, vigilantie, integriteit, engetrouwigheid, denfelven Heer Slicher tot den voorfz. Staat met eenpaarige ftemmen van alle de Leeden van de voorfz. Provinciën daar toe meede hadden genomineert, en voorts, als excerceerende de Voogdye over zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder, tot de bedieninge van den voorfz.' Staat hadden geëligeerd, en dat vervolgens de Heeren Staaten van beide de meer hooggemelde Provinciën aan hem Heere Slicher daar toe hadden gedaan depecheeren de gewoonlyke Commisfien, en dat mitsdien de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de hooggemelde Provinciën , volgende de last en authorifatie van de hooggemelde Heeren haare respectieve Principaalen, den gemelden Heere Slicher op huiden inde voorfz.qualiteit folemneelykhadden beëedigd, met byvoeginge, dac haar Edele Mog. teegenwoordig in den voorfz. Raad verfcheenen waaren, om meergemelden Heer Slicher, volgende de Authorifatie enden last als booven, aldaar te introduceeren, en in de bediening van den voorfz. ftaat met 'er daad te inftalleeren; het welk door monde van den gemelden Fleer Cau fpecialyk uit den naam en van weegen de Heeren Staaten van Zeeland meede bevestigd zynde, is de gemelde Heer Slicher wegens de gedeputeerden van beide de Provinciën, mee coewenfehing van dea Zeegen van God Almachtig over desfelfs directie , verfogt zig in de Prsafidiaale Stoel, in maniere als booven opengelaaten zynde, te willen voegen, gelyk vervolgens de voorfz. plaats door denfelven ook is geoccupeert; en heeft de voornoemde Heer Raadpenfionaris Steyn daar op beide de voorgeroerde Commisfien gefield in handen van den Griffier van den voorfz. Hove, doende door denfelven, eerst die van haar Ed. Groot Mog., en vervolgens ook die van de Heeren Staaten van Zeeland, met de indorfatien van de beëediginge ordentelyk opleefen; het welk gedaan zynde, heeft 'de voornoemde Raadpenfionaris daar op verklaart, dat de meergemelde Heeren Gedeputeerden van beide de voorfz. Provinciën de Heeren van den Raade recommandeerden , ook in den naam en van weegen de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën, en ingevolge van de voorgeroerde Commisfien, lusteden en ordonneerden, den gemelden Heere Slicher voor Prefident van den gemelden Raade te erkennen, te revereeren, obedieeren, mitsgaders van de Pveg■ten, Eeren, Preëminenden, Vryheeden, Wedden, Nutfchappen, en Profyten, daar toe ftaande en gehoorende, doen, laaten en gedpogen, rustelyk en vreedelyk genieten en gebruyken, en hem ook, den voorfz. Staac exerceerende, doen en geeven alle hulp, raad, en asflftentie, voor zoo veel des noods zyluyden by hem daar toe verfogt zullen worden; het welk door den gemelden Heer Cau ook geconfirmeert, en alles in diervoegen gepasfeerd weefende, heeft de Heer Nolsc eerfte prefente Raad in den gemelden Hove, in naame van den gantfehen Raad,, de Heeren Staaten van beide de voorfchreeve Provinciën bedankt; waar op insgelyks de gemelde Heer Piffifident een Compliment van dankzegging aan de Heeren Staaten van beide de hooggemelde Provinciën heeft gedaan; en zyn daar op de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Westvriesland weederom uit deefe Raadkamer vertrokken, wordende uitgeleid door de vier oudfte Raaden van den voorfz, Hove tot booven aan de Trappen tus- ifchen de Roile en de groote Zaale, en weeder paar aan paar na de voorgeroerde Vertrekkamer van haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raden; en zyn daar op korts gevolgd de meergemelde Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland, geconduifeerd als vooren tot de voorfz. Trappen toe, en aan de voornoemde Deure van de Gallerye koomende, zyn aldaar weederom door de voorgemelde Heeren de Witt, Hasfelaar, en ; de Raadpenfionaris opgehaald. En inde voorfz. Vertrekkamer over en weder den anderen bedankt hebbende, ook reeïproquelyk verklaart weefende, dat in de voorfz, . actie alles ordentelyk volgens het gemaakt concert was gepaslëerd, en niets by den een of den ander gedaan of gefprooken, daar op eeni ge fpeculacie of bedenkelykheid zoude mogen vallen; iselndelyk goedgevonden en verftaan, dat van alle het geene voorfz. is Verbaal zou* de worden gemaakt, en volgens voorfz. concert daar by ge voegt, dat, als wanneer, ingevolge van de Verdragen tusfchen de twee Provintien gemaakt, het de tourbeurte van de Heeren Staaten van Zeeland zal weefen de nominatie van een Praslident uit haar Provincie te doen, en de eleétie daar op zal wefen gevolgd, de beëediginge gedaan zal worden als vooren, en dat, defelve gedaan zynde, de Heeren Gedeputeerden van Holland de Heeren Gedeputeerden van Zeeland zullen conduifceren uit de voorfz. Vertrekkamer tot de Deure van de Gallerye, en dat defelve Heeren Gedeputeerden van Zeeland den Preeiident met haar zullen neemen, en dat de Heeren Gedeputeerden van Holland daar op haar na de voorfz. Raadkaamer begeeven hebbende, de Heeren Gedeputeerden van Zeeland, den Prsefident als vooren met haar brengende , haar meede na de voorfz. Raadkamer zullen vervoegen, en in de Raadkamer getreeden zynde, den Prgefident daar op in dezelve zullen laaten volgen, en dat als dan verders zal worden geprocedeerd als hier vooren gedaan is; en zyn daar op meergemelde Heeren GeB 2 de»  12 Placaaten. i. Bock. 2. Titul. Zeeland vertrokken, en ; voor de voorfz. Deure van de Gallerye, ..u 0 t( de I eeren haar Ed. Groot j en hcben aldaar van den anderen affeheid geLog. Gecommitteerden geconduifeerc tot I ncomen. ö Aldus gedaan den 4 January 1765, en uit den naam en van weegen beide de Provinciën geceekent. W. BENT1NC K. j M A "N CAU. J. P. v. BOETZELAAR. D. W: van LYNDEN. C. de W ITT. P. B O U T. G. A. HASSELAAR. G. AI. du TOUR, P. S T E Y N. AT?. Een evengelyk Verbaal is te vinden in de Regiflers der Refolutien van 1'lol:'and yan den jaare 1791. /. Deel pag. 23—^1 ter gelegenheid der inftallatie van den Heer Mr. Coenraad Le'Le:t de Wilhcm, tot PiKfident van den Hove van Holland. 5- Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende het Ceremonieel ter gelegenheid, dit cyne // -is getreden in de exercitie yan het Erf-Capita in cn Admiraalfchap Generaal. Dtn 8 Maart 1766. Ts ter Vergadering gecompareert zyn Hoog- | I Httid den 1 Ieere Prince Wiilem den V, Prince s-an Orange en Nasfau, Erflladhoudcr, ErfGouverneur, cn Erf-Capitein en Admiraal Generaal der Vetëenigde Needcrlanden , afgehaald en geincroduceerr door de Heeren van \\" en.rir- Twickel, cn Voorst vanBergenthem, Haar Hoog Mogende Gedeputeerden, en heefe, needergezcer.cn zynde, op een nu- I weele Stoel met armen, na alvoorens door | den Heer van Bronkhe>rst ter Vergaderinge ' Prrefideerende, met een Compliment ter ma- f terie dienende, uit na tm van haar Hoog Mog. te zyn gecongrataleerd, in handen van den Heer Prafuiecrende gedaan den behoorlyken Bed op de Commisfien van Erf-Capitein en Admiraal Gcnera.ü der Vereenigde Ncedertonden-; van Erf-Stadhouder, Erf-Gouver- / neur en Erf - Capitein Generaal van Braband, Vlaanderen en het Overquartier van Gelderland : icem van de drie Landen van Overmaa- 1 ze, en van Wedde en Westwoldingerland, als ] meede op het Formulier den 14 Maart 1647 gearrefleert, en op de Inltructien van den Raad van Sraaten. Wair op zyn Hoogheid, na haar Hoog Mogende in zeer vriendelyke en gratieulë termen te hebben bedankt, door de Heeren Gedepu- ! teerden geleid is na desfelfs Stadhouderlyke Stoel aan het hooger einde van de Tafel, en aldaar plaats en fesfie genoomen hebbende, is de Raad van Staaten ter Vergaderinge befcheiden. en aan haar Ed. genotificeert, dacmeerhcoggemelde zyne Hoogheid op de Commisfien aan denfelven gegeven, en volgens den | Eed by denfelven (bande de Vergaaderinge gedaan, is getreeden in de exercitie van hec Erf-Capitein en Admiraalfchap Generaal over het Volk van Oorlog te Waater en te Lande, in dienst en bclbldinge deefer Landen weefende, als meede van hec Erf- Stadhouder, Erf" Gouverneur en Erf-Capitein Generaalfchap van Braband, Vlaanderen en het Overquartier van Gelderland, item van de drie Landen van Overmaafe, en Wedde en Westwoldingerland, hec welk verrigc, en de verdere deliberatien afgeloopen zynde ,• hebben de Heeren van Wasfenaar, Cau, en d'Ablaing-Giesfenburg, haar Hoog Mogende Gedeputeerden weegens de Provinciën van Holland en Westvriesland, Zeelanden Utrecht, aan den tour zynde, meer hooggemelde zyne Hoogheid in den Raad van Stace geintrodneeert. En is voores goedgevonden en verflaan, dac van het in funetic treeden van zyn Hoogheid in de voorfz. hooge charges en digniteiten, by misfive kennis zal worden gegeeven aan de Heeren Staaten van de respective Provinciën, mitsgaders aan zyn Hoogheid den Heere Hertog van Brunswyk, als Veldmarfchalk van den Staat, en aan de Gouverneurs en Commandeurs in Braband en Vlaanderen, ende alomme in de Frontierplaatfen, zoo buiten als binnen de Provinciën, als meede aan de respective Collegien ter Admiraliteit, om dienvolgende ordre te ftellen, en hun daar na te reguleeren respeefivelyk; dat de hoogemelde Heere Prince in den voorfz, Staat gekent, en zyn Beveelen en Patenten gerespectee/t moogen worden. Dat -svyders uic naam van haar Hoog Mogende, hier van ken-  Behelfende veifdieide Cefemöniecle -Wetten en Qbfervantien. 13 kennis zal worden gegeeven aan de Minifters van den Keyzer, Koningen, en andere Pritieen en Scaaten, alhier refideerende, te Weeten aan de Heeren Ambasfideurs ieder afzonderlyk , door de Heeren van Heyde-Hompelen , Slost tot de Haer, Gesfeler en Levve van Aduard, haar Hoog Mogende Gedeputeerden, als gecommitteert zynde uk de Provinciën van Overysfel en van Stad en Lande, j de twee voorgaande Provinciën, voor de Provincie van Gelderland, die thans prseQdeerd, en aan de andere Minifters van minder Caraóter door den Agent van Byetnont. En dat meede daar van advertentie zal wor¬ den gegeeven aan de Ambasfadeurs en andere Minifters van deefen Scaat buiten'sLands, om daar van Notificatie te doen, zulks endaar het behoord. Ende zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie geibnden worden aan den Raad van Staate en de Generaliteits Reekenkaamer, om te ftrekken tot derfelver narichtinge, als meede aan de Prsefidenten en Raden van Braband en Vlaanderen, en van het Hof geordonneert in het Overquartier van Gelderland te.Venlo, mitsgaders aan de Magiftraaten van de Steeden en plaatfen in het Diftricf, van de Generaliteit, om haar daar na te reguleeren. Refoiutie van de 'Staaten (leneraal, zvaar by eene C-ommisJïè gedecerneert word, ten einde den Heer Hertog van Brunswyk te bedanken voor deszelfs zorge in de opvoeding van zyne Hoogheid. Dén 8 Maart ij66. *jT^e Heer van Bronkhorst ter Vergaderinge J_^P prsefideerende, heefc aan haar Hoog Mogende voorgedragen en in bedenken gegeeven, nademaal zyn Hoogheid den Heere Prinfe van Orange en Nasfau op heeden door het afleggen van dén Eed in deefe Vergaderinge in de exercitie van zyne hooge Charges is getreeden, en daar door is koomen te cësfeeren de repraefentatie van het Erf - Capiteinfehap Generaal van de Unie, door zyn Hoogheid den Heere Hertog van Brunswyk een lange reeks van jaaren waargenoomen, of haar Hoog Mogende uit overweeging van de importante dienflen door gemelden Heer Hertog aan den Lande be weefen, door de onvermoeide zorg, yver'enbelyd, met dewelke zyn Hoogheid geduurende dien tyd de opvoeding van den Heere Prinfe van Orange en Nasfau heefc behertigt, en de onophoudelyke arbeyd, zonderlinge attentie en gepaste digniteit, met dewelke het Erf - Capiteinfchap Generaal van deefe Republicq heeft gerepraefenteert, en in confideratie van de groote verpligting aan hoogstgemelde Heere Hertog op den gantfehen Staat daardoor gelegd, niet zouden kunnen goedvinden op een plegtige wyfe hunne verfchuldigde dankfeggingen diesweegens aan hoogstdenfelven te laaten toekoomen. Waar op gedelibereerc en by haar Hoog Mogende eenpariglyk begreepen zynde, dat hoe zeer de weldaden, door den Heer Hertog van Brunswyk aan den Staat beweefen, zoo in de opvoeding van den Heer Erfstadhouder, als in de reprcefentatie van het ErfCapiteinfchap Generaal van de Unie van die natuur zyn, dat defelve nooit door haar Hoog Mogende kunnen werden erkent op een wyfe, die aan haar gevoelens beantwoord, en equivalent is met het nut en voordeel, daar door aan het gemeene Land toegebragt, het nogtans niet gevoeglyk voorkomt de innerlyke fentiméntort vaü dankbaarheid, verpligting en reëeJe erkentenis , die zy gevoelen, in haaréh boefem te verbergen, maar defelve in teegendeel als een blyk van het geen zy aan hooggemelden Heere Hertog zyn verfchuldigt, opentlyk behooren bekent gemaakt te worden. Is goedgevonden en verdaan te verfoeken en te commktee'ren de Heeren van Bronkhorst , van Heemskerk, Raadpenfionaris Steyn, van Citters, d'Ablaing-Giesfenburgh, van Wasfenaar-Twickel, van Voorst tot Bergentheym, van Iddekinge, met den Griffier Fagel , zoo als defelve verfogt en gecommitteert worden mits deefen, om zig by hoogstgemelde Heere Hertog van Brunswyk te begeeven, en denfelven uit naam van haar iioog Mogende met deefe gewenfehten dag te felickeeren, en op het allernadrukkelykfte te betuygen de volmaakte dankbaarheid, en diepfteerkentenis, die haar Hoog Mogende hebben, en altoos zullen behouden, voor de groote en uytmuntendfte dienflen door hem Heer Hertog aan den Lande gêpnarfteert, in de nooit genoeg gepreefen y ver, onvermoeiden arbeyd, en 'teedere zorg, met dewelke de opvoeding van den Heere Erf-Stadhouder heefc beftierd, en de geduurige waakfaamheld, oplettentheid en digniteit, met welke höogstdenfelven, als Erf - Capitein Generaal, heefc gereprefenteert, met byvoeging dac haar Hoog Mog. niets vuuriger wenfehen , dan geleegentheeden te hebben, om hunne innerlyke fentimenten aan den dag te kunnen leggen, en zyn Hoogheid van defelve ten vollen te overtuigen. Dat haare wenfeh en beede altoos zyn zal, dat God Almachtig zyn Hoogheid een hoogen en Glorieufen ouderdom verleene, waar in zyn Hoogheid met blydfchap moge zien de heylfaame vrugten van zynen dierbaaren arbeid, en het groot nut en voordeel door zyn middel aan deefe Republicq te weeg gebragt, als aan hooggemelde zyne Hoogheid naast God toe fchryvende de deugden en loffelyke hoeB 3 da-  ï6 Placaaten. l. Boek» 2» Titul. üan den jonggebooren Prince gegeven de naam van IVillem Frederik; dat daar na de fcelve wederom op gelyke wyfe uic de Kerk was gebragt, al? daar gekomen was; gelyk ook, de verdere dienst geëindigt zynde, zyn Hoogheid en alle de Heeren C Gedeputeerden in de zelve ordre over de Groenmarkt, door de Hoogftraat, over de Plaats, lange Vy verberg, het Tournoyveld, tot aan dc Houtftraat, en die doorgereden zynde, langs de noord zyde van het Plein, -alwaar het Regiment Zwitler(chéGtïardes was llaandc onder het Geweer, met (taande Trommels en vliegende Vaandels en het prefenteeren van het Geweer,door de Officieren met de Spontons en Vaandels gefalueerc waaren geworden , door dc Grenadiers Poort tot aan dc Trap van dc Appartementen van zyn Hoogheid waaren gereden, cn aldaar uit dc Koetfen getreden zynde zig naar de zelve hadden begeven; wordende dien aangaan Je in alles het zelfde geobferveert, het geen in het ryden naar de Kerk geobferveert was geworden; zynde terftond, na het eindigen van den dienst, alle de Klokken geluid, en het Kanon fiaande agter de Klooiterkerk, vyf maal gelost. En dat vervolgens zyn Hoogheid met deszelfs I ram Qna dat de Burgerye van den Hage door de Stadhouders Poort had zien dcfileeren) nevens al:e de 1 Ieeren Gedeputeerden , den zeiven in ordre volgende, door de Stadhouders Poort over de Plaats HÈr het Oude Hof in het Noordeinde waaren gereden, cn aldaar aan de Koetfen waaren gerecipieert door de BdeffièdtiQ van het IJof, alwaar door de aldaar fiaande Wagtcn , de honneurs waaren gedaan, zoo als hier vooren by het uitryden van den Train was gefehied, en op het zelve Hof ter Maaltyd waaren onthaalt. Dat welgemelde Heeren haar Edele Groot Mog. Gedeputeerden zig vervolgens op Vrydag den 18 deler, zynde omtrent elf uuren , de ryd tot het afleggen der Complimenten, by zyn Hoogheiden haare Koninglyke Hoogheid beftemt, zig hadden begeven uit de Vergaderkamer naar de Oranjezaal op defe/ve wyfè en route als hier vooren is gemeld; dat zy aan de groote Trap waaren gerecipieert door dé Edellieden van zyn Hoogheid, en met de felve van daar waaren opgegaan naar de Antichambre van haar Koninglyke Hoogheid, en aldaar aan de Deur gerecipieert waaren geworden door zyn Hoogheid, verzcld met eenige van desfelfs Edellieden; voorts met Hoogst denfelven waaren gegaan naar het Appartement door de Antichambre, alwaar zig bevonden eenige Officieren van zyn 1 loogheids Hofhouding, nevens de Hofdames van haare Koninglyke Hoogheid; en voorts in het .Appartement van Hoogstdelëlve gekomen zynde, a'daar Hoogstdefelve gevonden hadden, zittende in liet Kraambedde, (bande aanHoogstderfeïvet 1 nkerfyde een Ledikantje, waar in de jonggebooren Prince was leggende in een V e. alwaar zy, na dat zyn Hoogheid zig geplaatst had aan de regterfyde van het Ledi- • kant van haar Koninglyke Hoogheid, nedergefeten, de complimenten van coogratülatie en felicitatie, uit den naam van haar Edele Groot Mo.1;., over de Geboorte en Doop van den jonggeboörtn Prince aan zyn Hoogheid en haar Koninglyke 1 looghcid hadden afgclcgt, en door monde van den Raadpenfionaris had- : den betuigt haar Edele Gr. Alog. uiterfte vreugde over de Geboorte van defen jonggebooren i Prince , en dat defelve haar 1 loogheden desweegens hartgrondelyk congratuleerden, met toewenfehing, dac de jonggebooren Prince zoude mogen opwasfehen onder Gods zegen in alle Christelyke deugden, tot eere van Gods naam, tot blydfchap van haar Hoogheden, tot wehland en vreugde van derfelver Vorstclyk Huis, en beftendig welfyn van defe Republicq, en dat haar Edele Gr Mog. niet zouden nalaat en haar Vaderlyke zorge over den Jonggebooren Prince uit te (trekken in alles, Wat voor denfelven dienstig en nuttig zoude konncn welen; dat het voorts aan haar Edele Gr. Mog. byfonder aangenaam twas, dat haar Koninglyke I looghcid reeds zoo verre in kragtcn was hcrfteld, dac zy zig mogtcn flat- j teeren, dat Hoogstdelëlve eerlang rot voorige kragten in volkoome gezondheid zal bevordert zyn, het geen zy op het icvcrigftc wenfehten en baden , cn dat haar Hoogheden, onder het j genot van de dierbaarlle zegeningen, daar van zullen blyven jouisieeren tot een gryfen ouderdom roe, cn dat derfelver Huis, cn de I Republicq, onder het beleid enbefcherminge van het zelve, tot in de laatfte tyden gelukkig en voorfpocdig /.ouden mogen blyven. Dat zy vervolgens door handen van den I leer van Rhoon, als de eerfte Heer van de Deputatie, aan zyn Hoogheid, uit de naam van haar Edele Gr. Mog. met de complimenten ter materie dienende, geprefenteert cn overgegeven hadden de Pillegaave, by haar Edele Gr. Mog. daar toe gefchikc; te weten de Penfiocn - of Lytrente - brief van zeven duifend guldens 'sjaars, ten laste van defe Prode, leggende in een goude Doofc, ter waarde, als die by haar Edele Groot Mog. was bepaald; en voorts aan haar Koninglyke Hoogheid tot een vereering in de Kraamkamer een roode Fluweele Bcurfe, met goude Galonnen geboord, cn daar in drie honderd goude Ducaaten, om by haar Koninglyke Hoogheid gedistnbueert te worden aan de geenen , die haar in defën dienst hadden gedaan ; dac hec zelve door haare Hoogheden in zeer energique en grarieufe termen was beantwoord, en de voorfchreve Lyfpenfioen en Beurze dankelyk aangenomen en geaccepreerc waaren geworden. Dat zy vervolgens door zyn Hoogheid en desfelfs Èdellieden, op gelyke wyfe uitgeleid, wederom waaren geretourneert door het Hek van de . Orangezaal aan de Bofchzyde, door het Bofch, over de Bofchbrugge, door het korte Voorhout, Houtftraat, langs de Noordzyde van het Plein, door de Grenadiers Poort voor de Deur onder de Gallerye op hec Binnen-  Behelzende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. £i zulks verders nodig zal zyn, geene Emigranten mogen worden geadmitteerc, of van daar getransporteert, alsdefulke, waar door op ge¬ lyke wyfe als voorfz. is, haar Hoog Mog. Acfe van permisfie kan worden geproduceert. «3 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Zoon van een Minifter by den Neder -Saxifchen Kreitz, gebooren te Hamburg, word gehouden en erkend, ah of hy een geboofen Hollander was. Den 11 September 1765. Ts geleefen de Réqucste van Abraham Buys, f Secretaris van de Generaliteits Reekenkarner, als Voogd over Willem Buys, eenige nagelaate Zoon van zyn overleeden Broeder Mr. Berend Willem Buys, in zyn leven Raad in den Hoogen Raade, te kennen geevende, dat gemelde Willem Buys zyn Pupille was gebooren te Hamburg, in die tyd dat wylen zyn Vader aldaar refideerde als Minifter van deefen Staat by den Neder - Saxifchen Kreitz en de Hanze Steeden: dat fchoon buyten alle contellatie zyn voornoemde Pupille uit dien hoofde moest worden geconfidereert te zyn gebooren binnen deelë Provincie, waar in zyn Vader niet alleen voor het aanvaarden der voorfz. Commisfie had gewoond, maar zelfs een gebooren Burger en Poorter der Stad Amfterdam was geweest en tot zyn dood gebleeven, egter in tyden en wyien by zeeker geval aan zyn voornoemde Pupil zoude kunnen worden geobjicieert haar Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 14 Mey 1658, waar by noopens de admisfien der Penfionarisfen, Secre- tarisfen of andere Minifters van de Steedert in haar Edele Groot Mog Vergadering expresfis verbis wierd gerequireert s dat dezelve binnen deefe Provincie moesten zyn gebooren; verfoekende den Suppliant derhalven, dat haar Edele Groot Mog. in navolging van het Declaratoir op den 26 November 1721 aan Mr» Jacob de Hochepied, en op den 31 October 1733 aan Mr. Nicolaas Romswinckel, in minder favorable gevallen geaccordeerd, zouden gelieven te verftaan, dat de voornoemde zyn Pupil, offchoon te Hamburg ter ooriaake van zyn Vaders Commisfie aldaar gebooren, moet worden gehouden en geconfidereert, als of hy effective in deefe Provincie was gebooren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, te accordeeren het verfoek by de voorfz. Requeste gedaan, en dienvolgende te verklaaren, dat de voornoemde Willem Buys in alle opfigten zal worden gehouden en erkend, aks of hy een gebooren Hollander was. 4. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by Mini/Iers van de Steeden, fièm in Staat hebbende, en teffens Canunniken van eenige Capittels in de Provintie yan Utrecht zynde, tot haar Ed. Gr. Mog. Vergadering admisfdjel verklaard worden. Den 13 September 1765. By refumptie gedelibereert zynde op de l Propofitie van de Heeren Gedeputeer- I den der Stad Rotterdam, uic naam en van weegens de Heeren haare Principaalen, op den 3 Augustus laatstleeden ter Vergadering gedaan, dat zy voorneemens weefende om als nieuwe Comparant aan haar Edele Groot Mog. te proponeeren Mr. Dirk Rudolf Wykerheld Bisdom, Secretaris van haar Stad, zig dienaangaande had opgedaan een bedenking, die zy nodig oordeelden, dat alvoorens door haar Edele Groot Mog. wierd uyt de weg geruymt, namentlyk, dat die Heer zig bevond te zyn Canunnik van St. Pieter te Utrecht, en zulks aldaar in eed, het welk in den eerden opflag fcheen aantelopen teegens het derde Articul van het Reglement op den 14 Mey 1658 op het fubject van de admisfie der Minifters in haar Edele Groot Mog. Vergadering gearres¬ teerd ; dan dat Zy in het zeekere waaren geinformeert , dat den eed, dewelke door de Canunniken van St. Pieter werd afgelegt, volgens Refoiutie van dat Capittel, haar tot geen ' andere preftatie verbond, als toe confervatie van des Capittels Goederen en Geregtigheeden, waar op zy meenden dat de intentie van haar Ed. Groot Mog, by het arrelleeren van het voorfz. Reglement op het jeegenwoordige geval niet konde worden geappliceert, dan egter alvoorens den voornoemden Heer Bisdom te prefenteeren, raadfaam hadden geoordeelc haar Ed. Groot Mog. verklaaring te verfoeken. Is goedgevonden te verklaaren, zoo als haar Edele Groot Mog. verklaaren by deefen, dat Minifters van de Steeden, ftem in Staat hebbende , en teffens Canunniken van eenige Capittels in de Provincie van Utrecht zynde, C 3 geen  22 Placaaten i. Beek. 3. Titul. geen fterkcr vei band als hier voren gemelt requirecrende, tot haar Edele Groot Mog. Vergadering, mies voldoende aan,de verdere 5' | V-' Raadpenfionaris heefc ter Vergadering JL# gerapporecere dc Confidcraticn en het Advis van de I Tecrcn van de Ridderfchap en verdere Haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het GrootJielbgne, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Grooc Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 29 January deefes jnars, geöxaminccrc een Misfive van de PréGdent en Raden van den Hove, gefehreeven in den Hage den 26 daar te vooren, houdende, ter voldoening ain haar Ed. Grooc Mog. Refoiutie van den 12 November 1766", derfelver Berigt op een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden, den 11 der gemelde maand Xovcmbcr in den Hage gefehreeven , en waar by defelve ter kennisfe van Haar Ed. Gr. Mog. hebben gebragt een . Denunciatie, uit naam van den Hove door derfelver Grifiicr aan hun gedaan noopens het geeven van Commisfie aan den Heer die uit de Kamer van Rcckeningen van haar Ed Gr. Mog. Domeynen moet ftaan over het opnecmen, hooren cn fluyten van de Rcckening van hec 1 Iooghecmraadfchip van Rhynland, en waar toe Heeren Gecommitteerde Raden voorfz. weegens hun Collcgie, vermits hec ovcrlciden van den geweefen Reckenmocfter van I toeft hadden benoemt den Heer Adriaan Maarten Daay, hunnen Mcedebr.ieder in Raade; en tendccende defelve Misfive, datby baar EdeGr. Mog. zoude mogen worden verftaan, dat gemelde 1 leeren Gecommitteerde Raaden voor- , taan een I Teer uic hun Collcgie, zoo als by / hec Hof een uit den haare wierd gedaan , zou- 6. Is gehoort het Rapport van de Heeren van ] Lynden, coc Hemmen, en andere haar I lioog Mogende Gedeputeerden toe de zaaken van de Financie, hebbende ingevolge en tot ! voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisfo- I riaal van den 24 Maart 1767 mee en necvens \ eenige Heeren Gecommitceerden uyc den Raad van Scaace geëxamineerc, of niec uyt eenig fonds de Adfiftent Bodens eenig foulaas zoude ; kunnen worden tocgebragt. Waar op gedelibereerc zynde, is goedgevonden en verftaan, dac tot affnydinge van | poincten van het voorfz. Reglement, admisfibel zyn. den committecren tot het opnecmen, hooren en fluyten van dc voorfz. Reekening, overeenkomftig aan de natuur van de zaak; welke voorfz. Misfive endaar op ingekoomenBerigt onder de Notulen van den 12 November 1766 cn 29 January 1767 breeder zyn geinfercert. Waar op gedelibereert en in agtinge zynde genoomen, dat het Collcgie van de Heeren Gecommitteerde Raden is van een geheel andere gcftcltheid als de bevoorens gcfubfiftccrt hebbende llcekcnkamer der Domeinen, en dat voorts by het zelve Collegie byfondere arrangementen moeten worden gemaakt op de adminiftratie van de voorfz. Domeinen, waar van dc Prteftdent cn Raden van den Ho ve onkundig zyn; Is goedgevonden en verftaan, dac hec Hof in de pos fesfie van hec verleenen van Commisfie tot het jaarlyks opnecmen van de Reekening van Rhynland als van ouds wel zal worden gelaaten, en daar van zal blyven jouislecrcn, maar dac jaarlyks door dc Heeren Gecommitteerde Raaden by Misfive aan het Hof kennisfe zal worden gegeven van den I leer door haar uit derfelver Coilegie daar toe benoemt , om door de Praefident en Raaden van den Hove, neeveos den Heer uic den haare te benoemen, van Commisfie te werden voorfien. En zal Exract deefer gefonden werden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, als mede aan de Rraefideot en Raaden van den Hove, om haar daar na te regulccien. alle aanfoeken en inftintien, die in het vervolg tot het bekoomen van extraordinaris douceurs , gratificatiën ofte anderfints door de vier Adfiftent Bodens zouden mogen gedaan worden , aan ieder derfelve boven hun vast inkoomen, dae tot hier toe genoocen hebben, zal worden toegelegt, gelyk aan hun tccgelegt word mits defen, jaarlyks de fomme van een honderd guldens, waar toe de Raad van Sraate verfogt word ten hunne behoeven de nodige Ordonnantie op den Ontfanger Generaal van Hogendorpte doen depecheeren; en te Refoiutie van de Staaten van Holland\ waar by Gecommitteerde Kenden geau&orifeert worden om jaarlyks tot het opnemen der Rekening yan Rhynland door 7 Hof gefchiedende, een Heer uit hun Collegie te benoemen. Den 6 Jlley 1767. Refoiutie van de Staaten Generaal, betrekkelyk het 'Tradement, en het fungeer en der jidftflentBoden s ly de Generaliteit. Den 10 'January 1770.  2<5 Placaaten. t. Boek. 3. Titul. Dac wyders nog, boven hec voorfchreeve ordinaris en extraordinaris Tractement, aan den zeiven Raadpenfionaris zal worden goedgedaan een fom van vyfrien honderd guldens jaarlyks voor een domesticq Secretaris, in plaats van een domesticq Clercq, welke dc voorige Raadpenfionarisfen tot op den tyd van den I leer Steyn gehad hebben, ten einde zig daar van met meerder decentie te kunnen bedienen, wanneer de Raadpenfionaris eenige boodfehanpen aan vreemde Ministers by den Staat refidcerende, of andere Luiden van diltinctie tc doen zal hebben, en om ook mee een compleeter vercrouwen in zaaken van aangelegentheid hem tc kunnen employeeren; ten welken einde dc aantcftellcn Raadpenfionaris word gequalüiceert, om den gemelden Secretaris in desfelfs eed te neemen. InflruPiie ver den Raadpenfionaris van Holland en li'cstvriesland. Art. I Eerstelyk zal de Raadpenfionaris wefen een Perfoon fiaande ter goede naame en faame, profesfie doende van de waare Christelyke Gcreformeecrdc Rehgie, gelyk de zelve alhier te Landen in de publicque Kerken jegenwoordig beleden cn geleert werd, hebbende erviarentheid en kennisfe van 's Lands zaaken, en ten minften, nevens de Ncderduitfche, in de Latynfche en Franfcfie Taaien geverfeert. " I L En ten einde het gemeene Land geftadig van den Raadpenfionaris gedient mag worden, zal hy geene Ampten of Ofikien, beneffens het Raadpenfionarisfchap, binnen of buiten de Provincie van Holland en Westvricsland mogen bedienen in eenigerhande manieren, of onder ecnigprctext, uitgefondertallecnlyk zoodanige, als de Heeren Staaten zelfs op hem zouden mogen confereeren. lI I 1. Zal gehouden wecfen naar zyn uiterfte vermogen te bezorgen, dat de Privilegiën , Geregtigheeden, Costumen en Ufantien van de Landen van Holland en Westvriesland, mitsgaders de Souverainiteit en Authoriteic van de Scaacen, en haare tegenwoordige Regeeringsform, en byibndcrlyk haar Edele Grooc Mog. Refoiutie van 16 November 1747 op het Erfitadhouderfchap, Capitein en Admiraalfchap Generaal genoomen, inalle haare deelen geconferveert en bewaart worden: En wanneer hem ooitiecs mogce voorkoomen, dat daar tegens zoude mogen worden getenteert of ondernoomen, direct of indirect;, zal hy Raadpenfionaris gehouden zyn, haar Edele Groot Mog. en aan zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, ofce den Heer Erfitadhouder in der tyd, ofce Vrouwe Gouvernante, alles in denzin en ordieby bovengemelde Refoiutie gerefolveert en gHfctfteerc, daar van ten eerften kennis te geven, ten einde daar in by tyds werdc voorfien. Gelyk hy ook gehouden zal zyn goed regard te neemen, dac alle generaale Wecten, Refolutien van ordre, Inftructien cn Reglementen geobferveert cn nagekomen werden, cn bevindende ten eenigen tyde daar van te werden gedevieert, zulks ten dienste van den Lande (des noods zyiidej aan haar Ed. Groot Mog. te adverteeren. 1 Vk En omme in alle Voorvallende gelegentheid zynen dienst en Advifen te mogen gebruiken, zalhv zig in alle zaaken, zoo van Quartieren, Steden, Dorpenen Collegien van Holland cn Westvricsland, als ook van andere Provinciën en Landen, zoo veel d it Holland en Westvricsland zoude mogen roeren, daar .over ten eenigen tyde delberatien zouden mogen vallen, ter Vergadering van haar ÈdGrooc Mog. neutraal en onpartydig moeten houden, en geenfints van iemand eenige Penfioenen of Gagien neemen. V. Zal alle Dagvaardingen van dc Staaten precife waarnemen, op den dag jegens de welke de befchryving is gedaan, en zal als dan met de pre'lènte Leden de Befoigncs ter hand neemen, en alle voorvallende zaaken afdoen, en den derden dag van ieder ordinaris Vergadering in omvraage brengen de vacante Ampten en Ofiicien, om daar van gedisponeert te werden in gevalle zulks met contentement en by goedvinden van de meeste Leden verftaan zal worden. V I. Item, zal gehouden wefen zonder merklyk belet te comparceren in het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders ter Vergadering van de Heeren Staaten Generaal, al waar hy niet meer als een Advifeerende ffern zal hebben, cn bevindende in de Vergadering van haar 1 ioog Mog. eenige zaake voor te vallen, waarop de Heeren Sta*ten van Holland en Westvricsland behooren befchreven tc worden, zal het zelve referceren aan de Heeren Gecommitteerde Raden voornoemt, om na rype deliberatie daar in gedaan te worden, zoo als voor den dienst van het Land bevonden zal worden te behooren, en het geen hem by de zelve Gecommitteerde Raaden, het zy omme de Staaten te befchryven op eenige extraordinaris Pointen , of anderfints ce lasc geleid zal worden, naarftelyk effeCtueeren. V I L Zal ook gehouden wefen van alle zaaken van Staat kennisfe te geven aan den Ilee-  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staaf. 29 en de gelegentheid zulks prefenteérende of vereislchende, met behoorlyke circuraspectie geven communicatie van zoodanige zaakenen Advifen, als hy zal oordeelen op hunne respective Heeren en Meesters reflectie te hebben, of de gemelde Ministers aangenaam te zullen zyn, en met dienst, immers zonder ondienst van deefen Staat, hun luiden gecommuiiiceert te zullen kunnen worden, ook wederom uit de gemelde Minifters ontfangen opening van alle alfulke zaaken, als de zelve aan hem reciproquelyk zullen gelieven te communiceeren, doende van de Pointen die daar in zouden mogen influeeren ofrefideeren, uit welkers kennis aan de Regeering, hy zal oordeelen , eenige vrugt getrokken te konnen worden, rapport in de Vergaderinge van de Heeren Staaten, of by abfentie van de zelve aan de Heeren Gecommitteerde Raden, in prefentie van de Heeren Gedeputeerden van Westvriesland en den Noorder Quartiere ter Vergaderinge van de Heeren Staaten Generaal m loco zynde , om daar op reflectie gemaakt of Refoiutie genoomen te worden, ten meesten dienste van den Lande. XXVI. Zal ook gehouden zyii pertinentelyk en punétueelyk zig van tyd tot tyd te informeeren óp den ftaat der Finantie vart Holland en Westvriesland, omme t' elkens by den aanvang van de Vergaderinge, met communicatie en by goedvinden van de Gecommitteerde Raden, en voorts ten allen tydeii (des verfogt zynde) opening te doen vah de waare gelegentheid van dien, mitsgaders van de veranderinge, die daar in zoude mogen wefen gevallen , zonder iiogtans zig te onderwinden het ordortneeren of distribueeren van het ftuk van de Finantie, maar daar medé laaten gewerden de Heeren Gecommitteerde Raden, die hy, des verfogt zynde, of de conftitutie van de Finantien zulks vereisfehende, zal gehouden zyn daar op te dienen van Advis. X X V 1 I. En zal hem op den Eed verboden wezen zig eenigzints te henioeyen met het verkiefen of ftellen van eenige Officieren, Vroedfchappen of andere Magiftraaten, en het vergeven van Ampten in de Steden of ten platten Lande, ook niemand, wie die zoude mogen wefen, in de Vergaderinge van de Staaten of by de Gecommitteerde Raden, ofby zyn Hoogheid , en in de Generaliteit, niet anders dan volgens Refoiutie van de Staaten, of Gecommitteerde Raden, of ten reguarde van de Ampten, daar op de ordinaris Gedeputeerden ter Generaliteit zonder ruggefpraake disponeeren, niet dan met cou> municaüe en goedvinden van de zelve haar Edele Groot Mogende Gedeputeerden aldaar, nog ook elders iemand tod Officien van Juftitie, Finantie of andere, het zy Militaire , het zy poliricque Ampten, opentlyk nog bedektelyfc recommandeeren, ten waare zyn Raadpenfionaris naaste vrienden * tot Susters en Broeders Kinderen incluis, het welk dan aan zyn discretie gelaaten word, welverftaande dat den Raadpenfionaris in het reguard van alle andere vry zal ftaan Zyn fentimenten en confideratien over de Perfoonen te uitten, zoo wanneer hem hec zelve by haar Ed. Groot Mog., den hooggemelden Heere Prince van Orange, dé gemelde Heeren Gecommitteerden Raden , eenig Lid of Leeden van haar Edele GrootMog. Vergaderinge, en de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteit zoude mogen werden gevergt of gevraagt, zonder zig egter in eenige follicïtati'en. of reeómmandatieri te mogen inlaaten, dan alleen ten aanfien van zyn Vrienden, ais vooren^ XXVIII. Zal mede alle Commisfien en reizen, die hem by de Staaten binnen de geünieerde Landen te laste geleid zouden mogen worden, naarftelyk en getroüwelyk agtervolgeiT. X X ï X. Zal geduurende zynen dienst zyné ordinaris Woonplaatfe hebben in den Hage , en buiten denfelven niet mogen vernagten, als met voorweeten en goedvinden van de Heeren Gecommitteerden Ra« den, en zig niet buiten de geünieerde Provinciën begeven, als met keünisfe én Verlof van de Staaten zelfs. XXX. En zal de voorfchreeve Raadpenflorta. fis Eed doen, dat hy zig naar alle de voorfchreeve Pointen naar üitérftè vermogert zal reguleeren, en voorts alles tot dienst van den Lande van Holland en Westvriesland doen, dat een góed en getrouw Raadpenfionaris fchuldig is en behoord te doen, zal Ook niet mogen neemen eenige giften, gaoven of gefchenken by de bëfehrevë Regten eèmgfïnts verboden. X X X L Zal mede zoo veel in hem is beforgen , dat zyne Commis en Klerken geen giften, gaaven of gefchenken komen te ontfangen, genieten of profiteerèn van eenige dingen., hoe klein die ook zouden mogen wefen, zelfs niet van eetbaare Spys of Drank, en dat van niemand, het zy Steeden, Collegien, Compagnien, Kameren j Perfonagien, öf particuliere Perfoonen, onder wat pretext het ook zoude mogen wefen. XXXI I. Voor v/elke diensten de voorfchreeve Raadpenfionaris jaarlyks tot Traétemenc genieten zal uit de gemeene Lands ImpoD 3 üti-  Placaaten. i. Boe!:. 3. Titul. 30 fitien de fomme van zes duifend Caroli Guldens, daar van t'clken vierendeel jaars een vierendeel zal werden betaald. XXXIII. Dc dienst van den Raadpenfionaris zal (toiren den tyd van vyf jaaren, welke geëxpireerc zynde, van nieuws zal worden gedelibereert op het verkiezen van eenen anderen, ten waare met verre de meeste Hemmen goedgevonden wierde, dezen wederom in dienst aan te neemen op deze Inftructie, die ook van nieuws in de Vergadering geleien, geëxamineert, gearrefteert en by dezen befwooren zal worden, en zal geduurende zynen dienst zyn mg en fesfie moeten neemen beneden de Staaten en de Gecommitteer¬ de Raden respective, en de Leden van dien. En in zoo verre hy in dezen dienst niet en word gecontinueert, zal geen andere Staaten of Ampten buiten de Provincie van Holland mogen bedienen,als met conlent en voorweeten van de Heeren Staaten. XXXI V. Het zal aan den Kaadpenfionaris vry ftaan de zwarigheden, wdke zig mogten openbaaren omtrent eenige Artikelen yan dele Inftructie, van tyd tot tyd aan haar Ed. Gr. Mog. voor te dragen, om daar op te worden gedaan zoodanige voorfiening , als haar Edele Groot Mog. dan zullen vinden te behooren. IO. Refoiutie van de Staaten van Hollandraakende het jlemmen by meerderheid of by eenpaarigheid in de Staats - Vergadering yan haar Edele Groot Mogenden. Den 4 April 1780. By rcfumtie gedelibereert zynde op het Declaratoir door de Heeren Gedeputeerden der Stad Amfterdam omtrent hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 17 November 1779 in de zaak van Paul Jones gedaan, en de propoHtic ten aanzien van eene vocrziening voor het vervolg; als mede op dc nader aantcekening door de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht , Rotterdam cn Schiedam, insgc/yks daar omtrent gedaan, cn waar by op eene voldoende zekerheid ten aanzien der afdoening van foortgelyke za.\ken voor het vervolg is aangedrongen; alles onder de Notulen van den 22 December 1770 breeder gemold. Is goedgevonden en verftaan, dit door de Heeren van dc Ridderfehap cn verdere hun Edele pront Mog. Gecommitteerden tot het groot Bafogne, by Revifie van het Reglement op de Smiïs \'crgidering in dato den 19 February 15S5, zal werden geëxamineert en overwo^en, op hocdanige wyze de di;pofitie van het zelve Reglement, voor zoo veel de materie van o.erftemmmg betreft, tot wegneming van alle duisterheden, cn tot affuyding van alle verfehillende begrippen, voor liet toekomende, door eene nadere voorziening met cenpaarige concurrentie van alle de Leden, geëlucideert en gcinterpreteert zoude behooren te werden, en de Vergadering daar op gedicne van der zeiver confideratien en advis. En is wyders goedgevonden en verftaan, dat, inmiddels, en in afwagting van het refukaat der voorfchreeve Bcfbgnes, zal werden vastgefteld, zoo als vastgefteld word by defe, dac in zaaken van gewigt, waar in bedenking valt, of het geltatueerde by het bovengemelde Reglement, ten aanzien van het niet concludeeren by pluraliteit, al, dan niet, yan applicatie zoude zyn, ook geen conclufie mee dc meerderheid genomen zal werden, voor dat aan dc Leden een convenable tyd Zal zyn gelaatcn, om dc intentie van de Heeren hunne Principaalen, zoo op de materie, a's op de form der te neemen conclufie, nader te verftaan, cn dus Stairsgewyze te konncn decideeren, of op de zaake in dekberane zyndé , eene conclufie by de pluraliteit pi its kan hebben, dan of dezelve niet anders dan mee cenpaarigheid kan werden afgedaan. I I. Refoiutie van de Staaten van Holland, be- trckk:'. \ v e- Ordres en Regleméritéft Van Staat. %i Congres, bréeder onder de Notulen van den voorfchreven 20 en 25 October. Is goedgevonden en verftaan by dezen te verklaaren, dat bun Edele Gr. Mog. ten eenemaal defavoueerert en afkeuren al het gunt door of van wegens Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam in de voorfchreeve zaak is gedaan en verrigt; en is wyders gerefolveert, dat door de Heeren van de Ridderfehap, en verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerden tot het grooc Befogne, zal worden geëxamineert en overvvoogen, hoedanige nadere voorziening en meest efficacieufe middelen zouden kunnen en behooren te worden beraamt en vastgefteld, waar door diergelyke ondernemingen van één Lid dér' hooge Regeering, buiten kennis en concurrentie van zyne Medeleden, voor het toekomende gepreevenieert en tegengegaan zouden kunnen worden, en de Vergadering daarop gediend van der zeiver confideratien en advis ; wordende de Heeren hun Edele Gr. Mog! Gedeputeerden ter Generaliteit gequalificeerc' om hier van in het fecreet Befogne aldaar ouverture té doen; en voorts de Raadpenfionaris dezer Provincie geauthorifeert, om van deeze Refoiutie aan den Heer Ridder Yorke extraordinaris Ambasfadeur en Plenipotentiaris van zyne Majefteir den Koning van GrootBrittannien, kennis te geven. 12, Refoiutie Van de Staaten van Holland, be^ trekkelyk zekere fecreete A£te, den 3 Mey, 1766. tusfchen Zyne Hoogheid, en den Heer Hertog van Brunswyk gepasfeert. Den 18 Augustus 1784.. By rèfumtie, en tot ênaale afkomst op héden, volgens hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 5 defer gedelibereert zynde óp de Misfive van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange van dén 24 Mey defes jaars en óp de daar by aan hun Edele Groot Mog* toegezondehe Copie authenticq der Acte tusfchen zyne Hoogheid en den Heere Veldtoarfchalk Hertog van Brunswyk den 3 Mey rj'66 gépasfeèrt, op den 2f5 Mey 1784161Vergadering overgenomen, en breeder onder de Notulen van den laatstgemelden dag geinfereert. En ih agting genoomen zynde de conduité door den gemelden Heer Hertog gehouden, in het: aangaan van eene Conventie met den Heere Prince van Orange, geheel buiten kennis , communicatie en toeflemming, zoo van de Bondgenooten in het generaal, als van de Heeren Staaten van defe Provincie, in het by zonder-, hoe zeer een Acte van dien aart zaaken concerneert, waar in de Republicq het allerwezendlykst belang heeft; en mits dien, zonder kennis en medewerking van den Souverain, zoodanig engagement nimmer konde beftaan, als waar by hy Heer Hertog, volftrekc misbruikende dén invloed, die hy op zyne Hoogheid den Heere Erfftadhouder dezer Provincie, geduurende zyne qualiteit, als deszelfs Reprssfentant , als Capitein Gene^ raai in deszelfs minderjaarigheid, had verkregen , even na het uiteinde van de zelve minderjaarigheid , zig heeft weeten te engageeren, om te zullen zyn de Raadsman van webgemelden Heer Erfftadhouder, niet alleenlyk in zaaken, het Militair Departement fpecteerende, maar ook in alle andere zaaken, tot alle andere Departementen, hoe ook ge* ■naamt, aan meer gedagte zyne Hoogheid binnen deze Republicq gedefereert; En dit alles onder het zeer notabel beding, van eene Volflrekte onver antw oor delykheid , anders, als aan Zyne Hoogheid alleen, en dus, met uitfluiting van de Heeren Staaten de refpective Souverainen dezer Landen: waar by dan nog komt een wederzyds engagement, dat deze overeenkomst ■onverbrekelyk zoude zyn, anders, als door bewilliging en kennelyk wederzeggen, niet van een der contracleerende Partyen alleen, maar, integendeel, van beiden de zelve te zamen: wyders gelet zynde , dat deze conduite van gemelden Heer Hertog, onmiddelyk na de voorfchreeve minderjaarigheid van den Heer Erfftadhouder gehouden, een oogmerk te kennen geeft, direótelyk ftrydig tegen de intentie van alle de Bondgenooten, by welker Instructie hem Heer Hertog, als Repraefentant van Zyne Hoogheid , in qualiteit als Capicain - Generaal van de Unie, geduurende desfelfs minderjaarigheid was geinterdiceert, en waar by gemelde Heer Hertog zig onder folemneelen Eede had verbonden , zig niet te zullen bemoeyen met zaaken , de Religie, Politie, Financie en Juftitie dezer Landen fpecleerende- een oogmerk derhalve.n, om onmiddelyk na den aanvang der meerder jaarigheid van den Heer Erfftadhouder tegen deze uitgedrukte intentie van alle de Bondgenooten aan, onder beding zelfs van geene verantwoording van zyn te houden gedrag aan hoogstdezelven verfchuldigt te zullen zyn, zig op deze clandefline wyze, in de directie van alle de zaaken van den Lande, hoe zeer een vreemdeling en in dienst van een andere Mogendheid zynde, in te dringen &c; zig daar in met uitfluiting van de Hooge Bondgenooten, aan wien hy nogtans door gedistingueerde genootene weldaaden groote verpligting had, zonder hoogst derzelver concurrentie, en alleen door den verkregen invloed op den meerderjaarig geworden Heer Erfftadhouder, voor altoos te vestigen: met dat ongelukkig gevolg, dat het zonneklaar uit de Misfive van Zyne Hoog*  34 Piacaatcïl. i. Bock. \. Titul. naar , lïcer van Starrenburg, daar toe had gccligecrt cn gecommitteert, met verfoek, dat wy den zeiven in ons voorfchreeve Collegie geliefden te verleenen rang en fesfie als naar behooren. Dm uewyl U Edele Gr. .Mog. byhet eerfte Artikel der Inftructie, waar op wy de eere hebben te fungecren , hebben gelieven vast te fteilen, dat de Leden van ons Collegie, malkander niet zouden mogen bejtaan in confanguiniteit of affiniteit na computatie van de Keizerlyke liegt en tot in den vierden graad, terwyl in de voorige Inftrucftien voor dc Gecommitteerde Raden gearrestcert, dö voorfchreeve affiniteit alleen tot den tweeden graad is bepaald geweest, en de lieer Geelvink , Heer van Stabroek, onfen Mede-Broeder in Raade, thans in het gemelde Collcgie van wegen dc Stad Amfterdam gecommitteert , uit hoofde zyner I luisvrouw aan welgemelden Heer van Wasfenaar, Heer van Sturenburg, in den gemelden vierden graad zig bevind te beftaan; hebben wy, offchoon gemelde Heer van Starrenburg ons allen allcfints aangenaam zoude wefen, en by ons wel in confidentie is gekomen, of de zin van het voorfchreeve Artikel wel eigcntlyk gefegt kan worden, volgens de pradiurnive intentie van U Edele Gr. Mog. applicnbel te zyn op het geval, waarin in defe word geverfeert, waar in de gemelde affiniteit alleen plaats zoude hebben tusfchen een Lid, welkers fesfie is permanent , en een ander, welkers fesfie na verloop van twee jaaren ftaat te expirceren, echter gemeend de bedenking welke uit de voorfchreeve omftandigbeid en den letter van het gemelde Artikel is gebooren , te moeten brengen ter kennis cn deliberatie van U fidele Gr. Mog., alvoorens door den zeiven Heer in ons Collegie fesfie werde genoomen, het welk wy vervolgens de eer hebben te doen by defe. Daar mede, Edele Gr. Mog. Heeren! zullen wy God Almagtig bidden U Ede¬ le Groot Mogende te willen houden in zyne heilige protectie. Gefchrevcn in den Ilaage den 16 April 1787. (OnderficndJ U Edele Groot Mog. Dienstwillige de Gecommitteerde Raden van de Staaten van Holland eri VVestvriesland. (Lagerflondf) Ter Ordonnantie van dezelve. (Geteekent f) A. I. ROYER. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, den gemelden Heer van Wasfenaar, I Ieere van Starrenburgby deze te dispenfeeren van het eerfte Artikel der Inftructie, door hun Ed. Groot Mog. op den 28 Augustus 1751 voor de Heeren Gecommitteerde Raden gearrefteert, met opzigt tot den daar by bepaalden graad van affiniteit, en dat voorts door de Heeren van dc Ridderfehap en verdere hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne met de I Ieercn Gecommitteerde Raden zal worden geëxamineert, in hoe verre het voorfchreeve eerste Artikel van de bovengemelde Inftruch'e, betrekkelyk tot de daar by bepaalde graaden van affiniteit zoude behooren tc blyven cp den daar by bepaalden voet, of welke alteratie dien aangaande in conformité der drie voorige Inftrucfien van Heeren Gecommitteerde Raden voornoemt, zoude behooren te worden gemaakt, en de Vergadering daar op gedient van derzelver Confideratien en Advis: en zal Extract defer Refoiutie met opzicht tot de daar by verleende dispenfatie, zoo aan voorfchreeve Heeren Gecommitteerde Raden, als aan den Heer van Starrenburg totinformatie en narigt worden gegeven. 14* Publicatie van de Staaten van Holland, houdende advertentie wegens het formeren van Inundatien, tot voorkoming van een inmarsch van Vyandeljke Troupes in defelve Provintie. Den 10 September 1787. T~\e Staaten van Holland en Westvriesland, £_J allen een geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, Salut: Alzoo de zorgelyke omftandighecden waar in defe Provincie zig tans bevind, ons genoodfaakt hebben, cm alle middelen die maar eenigfints tot defenfie en beveiliging van defelve zouden kunnen ftrekken, by de hand te doen neemen, pneparceren, en fucceffivelyk, na mate der meer en meer aannaderende vrees voor Vyandelyke onderneemingen, dadelyk te doen daar fteilen; en daar onder die middelen in de eerfte plaats moet worden gereekent, het formeeren van Inundatie, en het onder water zetten van zodanige Landen, waar over een Vyand zig een weg naar het binnenfte gedeelte  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 35 te derfelve Provincie zoude kunnen tragtente openen; tot het formeeren van zoodanige Inundatien op onfe ordre alie de nodige prteparatien uit voorforg worden gemaakt, en dat hier uit tegen onfe meening eene ongegronde vrees by de goede Ingefeetenen der meergemelde Provincie en in het byfonder by de Huislieden zoude kunnen ontdaan,- Zoo is t, dat wy tot gerustftelling van allen en een iegelyk, goedgevonden hebben by deefe te verklaaren, dat van de voorfz. prseparatien geen gebruik zal worden gemaakt dan in den hoogften nood, en niet voor dat de eene of andere vreemde Mogenheid derfelver Troupes op het Territoir van een der zee ven Pro vintien zal hebben doen marcheeren, of dat de Provincie van Holland dadeh k met een aanval werde gedreigt, en dat wy in dat,geval, hetwelk God verhoede, aan alle de Landlieden en andere Ingefeetenen deefer Provincie, welke door de Inundatie, in dit onverhoopt geval te formeeren, zouden mogen komen te lyden, derfelver geleeden fehaden in reedelykheid zullen laaten vergoeden. En op dat niemand der geenen, welke by het gunt voorfz. zouden kunnen weefen geinteresfeert, hier van onkundig moge blyven, hebben wy onfe Gecommitteerden tot de defenfie deefer Provintie en der Stad Utrecht geauthorifeert, deefe te doen publiceeren en afhgeeren in al zulke Diftriéten, al waar in defelve het formeeren van eenige Inundatien onvermydelyk zullen bevinden te wefen, en zulks op zodanige plaatfen als het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage, onder het Klein Zeegel van den Lande, den io September 1787. (Onderftondf) Ter Ordonnantie van de Staaten. QVas geteekendf) C. CLOTTERBOOKE. 15» Refoiutie van de Staaten van Holland, tot dis flut is en ontwapening der Vry- corpfen. Den 20 September 1787. de Staaten Op het geproponeerde van de .Heeren van de Ridderfehap, gelet zynde op de hooge noodzaakelykheid, dat in de tegenwoordige tydsomftandigheden de Vryeorpfen werden gedislölveert en ontwaapent. Is, na voorgaande deliberatie, goedgevonden en verdaan, Burgemeefteren en Regeerders in de respeétive Steden defer Provincie, den Haag daar onder begrepen, by defe te verfoeken, en de Heeren Gecommitteerde Raden in de beide Quartieren te authorifeeren, om zoo veel het Platte Land aangaat, de noodige voorfiening te doen, dat alle de respec¬ tive Genootfchappen van Wapenoeffening binnen, deefe Provincie, by hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 7 September 1786 en vervolgens, welke mits defen worden ingetrokken , onder hun Edele Groot Mogende Protectie genomen, worden gedisfolveert en ontwaapent; op poene van de hoogde indignatie tegen de onwilligen , en daar door te zullen verliefen die Proteétie, waar op defelve anderfints, benevens alle andere Ingefetenen defer Provincie, een wettigen aanfpraak hebben. I<5. - Publicatie van de Staaten van Holland, houdende yermaaning aan alle en een iegelyk,'omtegen de gevestigde Conftitutie of de publique rust geen indragt te doen. Den 22 September 1787. TPVe Staaten van Holland en Westvriesland, \_Jr Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen , Salur: Nademaal zich dooide zonderlinge en aanbiddelyke Voorfieniglieid van den Allerhoogften de ongelukkige omftandigheeden, in welke zich voornaamlyk deefe Provincie door hooggaande onlusten en verdeeldheeden tusfchen Regenten ën Regen¬ ten, Burgers en Burgers, en Ingefeetenen en Opgezeetenen was gedompeld, merkelyk ten besten zyn veranderd, en door de gelukkige herftelling van zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erfftadhouder, Erf - Capitein Generaal en Admiraal Generaal deefer Provincie in alle zyne hooge waardigheeden E 2 hoogst*  36 Placaaten. i. Bock. 3. Titul. hoogstdelëlve by zyne meerderjaarig wording Scaacsgewyze wel en wettig opgedraagen, wel haart:, zoo wy van Gods gunftigen zegen hoopen en verwagten, geheel zuilen ophouden, in ;ien niet hec geluk en ruft en welvaaren van den Lande wceder op nieuws werden geftoord en beroerd door de kwade machinatien van de zoodanigen , welke hec Land tot op den oever van desfelfs bederf hebben gebragt, en 'er ons dierhalven niets meer in die gezegend tydftip kan ter harte gaan, dan dat de Ruft, Vreede, Eendragc en goede harmonie cusfen ons en Hoogstgemelde zyne Doorluchtige Hoogheid op nieuws werde gevestigd en beftendig gemaakt, en wy niec te min tot grievend leedwcefen ondervinden, dat defelve machinatien en Aanftookingcn tot verdceldhceden fteeds by zommige Leeden en Ingefetenen van eenige Steeden deefer Provincie nog plaats vindenen werden aangekweekt COC merkelyke veragtering van het welvaaren van den Lande. Zoo is 't, dat wy daar tegens willende voorfien, allen en een iegelyk, van wat ftaat, rang of conditie defelve ook binnen deefe Provincie zoude mogen zyn, en wel in hec byfonder de zodanige, welke zig nog binnen deele Provincie mee de qualiceic van Gecommitteerden ter directie of defenfie van eenige Stad of Plaats zouden mogen bekleed vinden, of aanmatigen, uit hoofde van geëxteert hebbende Genootfchappen van Wapenhandel, welke wy alle by onfe Refoiutie van den 20 deefer hebben gedisfolveerd en buiten onfe protectie hebben gcfteld, of uit eenige andere hoofde, hoe genaamt, en uic aanmerking van die hunne pratenfe qualiteit of invloed zouden mogen txagten de Regeeringen van zommige Steden te beletten, om zich by de door ons tot redding van hec Vaderland thans genomene Re¬ foiutie te voegen , of defelve te noodzaaken, om zich tegens den inraarfch der Pruisfifche Troupes, als ware het tegens een Vyand te verfetcen, en door hec doorfteeken van Dyken en andere middelen van Defenfie, niet alleen de goede Ingezcetenen decfes Lands op eene onherftelbaare wyfe jn hunne Goederen teruïnccren, maar ook daar door defelve Iroupes, hoe zeer tot geheele andere eindens, en althans mee geen V3 andelyke oogmerken binnen deefe Provincie gekoomen, onvermydelyk coc vyandelykheeden te provoceeren, en defelve Ingefeetenen niet alleen in hunne Goederen , maar ook m hunne Perfoonen en Farailien aan de woede van eenige duifende Krygslicden, door ecnen vrugteloolen weerftand getergd, en dus aan de allerakeligfte gevolgen bloot te fteilen, wel ernftig willen hebben vermaand, om van defelve hunne voor den Lande zo verderfelyke machinatien aftcfien, als verklaaren Je wy alle en eeniegelvk, wie hy ook zy, welke met raad of daad zal medewerken, om verders tegens de wettige cn van ouds wel gevestigde Conftitutie eenige indragt'ce doen, of te helpen bevorderen, of de herftelling van de voorieide rust, eendragc en harmonie^binnen deefe Provincie zouden willen dwarsboomen, te houden voor weederftxeevers van de waare prosperiteit van den Lande, en alsPerturbateurs van dc publique rust, waar tegens wy willen dat als tegen de zoodanigen ten ftrengften zal worden geprocedeerd, en zy, naar exigentie van zaaken, werden geftrafc. En op dat niemand hier van ignorantie prretendeere, zo Listen en bevcelen wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceert en geaiftgeert, daar het behoord en te gefehieden gebruikelyk is. Gedaan in den ITaage onder het Klein Zegel van den Lande den 22 Sepeember 178-7. (Onderjlond,) Ter Ordonnancie van dc Staaten. (Witt ge teek ent,) C CLOTTERBOOKE. I7» Refoiutie van de Staaten van Llolland, tot annullatle en vernietiging der Refolutien en Dispof tien bevoorens ten nadeele yan zyne Hoogheid genomen; mitsgaders tot het te rug roepen van den zeiven, ten einde liaar Ed. Gr. Mog. Vergadering by te woonen. Den 28 September 1787. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerden tot hetBefoigne, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge aan hun Edele Groet Mogende Refolude Commisforiaal van den 4 defer, geëxamineert het geproponeerde door de Heeren regeerende Burgemeester Schagen en Penfionaris Merens, Gedeputeerdens vande wet- ti-  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 37 tïge Regcering der Stad Hoorn, dat zy zoo wel als de Heeren hunne Principaalen met innige fmert en grievend leed weefen hadden moeten zien en hooren het gunt de leugen en de laster zedert eenige jaaren ten nadeele van zyne Doorlugtige Hoogheid, Haare Koninglyke Hoogheid, en hoogst derfelver bedoelingen en verrigtingen hadden uitgedagt en verfpreid; waar van ook in de Notulen van hun Edele Groot Mogende Vergadering veele blyken te vinden waaren; waar door naar hun infien, zyne Doorlugtige Hoogheid defe Vergadering niet met hoogst desfelfs tegenwoordigheid zoude kunnen vereeren, voor en aleer die fietrisfures daar uit waaren weggenoomen; met verfoek, dat ten fpoedigften Befognes mogten worden aangelegt en middelen beraamt, ten einde te effeétueeren, dat zyn Doorlugtige Hoogheid wederom als in voorige dagen defe Vergadering kon bywoonen, en hun Edele Groot Mogende met raad en daad asfifteeren. Waar op gedelibereert, en inagting genoomenzynde, dat de Requesten, Remonftrantien, Declaratoiren en Memorien aan defe Vergadering, geduurende de voorfchreeve paren geprssfenteert en overgegeeven, en waar by de eer, de verrigtingen en de bedoelingen van zyne Hoogheid zoo indecentelyk en op eene zoo hoonende wyze zyn getaxeerd en gelardeerd , haarert oorfpong verfchuldigt zyn aan de hooggaande Parthyfchap in defe Provincie, aan de aanblaazing van zeer veele mjurieufè en lasterlyke Gefchriften, die in eene verbaafende meenigte en met eene tooraeloofe licentie, zonder genoegfaam vermogende beteugeling der. Justitie, zyn te voorfchyn gekoomen, en vervolgens uit de daar uit voortgevloeide en tot den hoogften trap opgevoerden dwang van den gewaapenden Arm der geweefe VryCorpfen, afgefonderde Schutteryen en Genootfchappen in de Steedenen ten platten Lande, en derfelver onderlinge verbintenisfèn, aanhitzingen van allerley aart en Perfoonen, en nooit gehoorde willekeurige beüuiten en onderneemingen; onder welke de Regenten van genoegzaam alle de Steeden defer Provincie, welken tot het neemen van defelve Refolutien hebben geconcurreert, waaren gebragt; dat voorts alle de aentygingen en befwalkende imputatien by de voorfchreeve Requesten, Remonftrantien, Declaratoiren en Memorien voorkomende, ten aanfien van den Perfoón, verrigtingen en bedoelingen van zyne Hoogheid, in zyne respective eminente Charges en Digniteiten, duidelyk gebleeken zyn te wefen ongegrond en onbeweefen, en eeniglyk haar beftaan te hebben gehad in de ongelukkige verhittinge der gemoederen van zeer veele kwalyk gefinde en geinftigeerde of misleide Perfoonen , gelyk derfelver aanneeming en meer of min gehomologueerde goedkeuring van zommigen van dien door eenige Leden der Vergadering, tegens het fentiment en de protestatie van anderen, voornamentlyk is toetekennen aan de uitwerkfels der factieufe tyden, die men als toen beleefde; dan dat hun Edele Groot Mogende, ten duidelykften overtuigt van de zuiverheid van zyne Hoogheids bedoelingen , en een volkomen vertrouwen Hellende in zyne Vaderlandlievende gefindheid en welmeenende yver voor de waare belangens defer Provincie, de aanneeming der voorfchreeve Requesten en Addresfen, mitsgaders de Refolutien of Dispofitien, van tyd tot tyd daarop genoomen, niet anders kunnen of willen confidereeren , dan als de uitwerkzels van den voorfchreeven gevveldadigen dwang, onder welken de Regenten der Steden, welke tot het neemen of uitbrengen van defelven eenigfints medegewerkt en daar in ingeftemt hebben , door den meergemelden gewaapenden Arm der voorfchreeve Genootfchappen en veranderde Schutteryen zyn gebragt geweest. Is goedgevonden en verftaan, dac alle defelve Refolutien en Dispofitien zullen worden ingetrokken, gcatinulleerd, en buiten alle effecten werking gefteld; gelyk defelve dan ook ingetrokken, vernietigt en buiten effect gefield worden by defe, zoodanig, dac daar uit nimmer tegens de waare meening van hun Edele Groot Mogende eenige illatie, omtrent de zuiverheid der bedoelingen van zyne Hoogheid en zyne beproefde trouw aan den Lande, zal kunnen of mogen worden afgeleid of opgevat, en dat, ten einde hier van dadelyken by de lecture zelve van de voorfchreeve Refolutien en Dispofitien, mitsgaders van de Notulen dien aangaande, in de Registers voorkomende , zoude mogen blyken, nevens ieder van defelve Refolutien of Dispofitien en het verdere genotuleerde, in margine zal worden aangeteekend, dat defelven uit kragten van defe hun Edele Groot Mogende op heden genoomen Refoiutie zyn ingetrokken, volkomen geannulleerd, en buiten effect en confequentie gefield; alles nogtans, onvermindert zoodanig onderzoek naar de Aucteurs en Bewerkers van alle zoodanige violente, wederregtelyke en hoogts ftraf baare bedreigingen en gepleegde excesfen, als bevonden zal worden het Regt van de hooge Overheid te vereisfehen; en laatstelyk, dat de Heer Raadpenfionaris zal worden verfogt, gelyk defelve verfogt wordt by defe, om defe hunner Edele Groot Mogende Refoiutie in Perfoon aan zyne Hoogheid te communiceeren, en daarnevens, uit hoogst derfelver naam aan zyne Hoogheid te declareeren, dat het hun Edele Groot Mogende zeer aangenaam zal zyn, dat zyne Hoogheid in defen nog zorgelyken tyd tot fpoedige bevordering van de verdere rust, bevestiging der Conftitutie, en herftelling van het algemeen vertrouwen, de deliberatien van hun Edele Grooc Mogende, van tyd tot tyd, gelieve by te woonen. De Heeren Gedeputeerden der Steden Haarlem , Leyden, Gouda en Alkmaar, hebben, onder fpeciaale approbatie van de Heeren hunne Principaalen, in de voorfchreeve Refoiutie geconfenteert. E 3 Re*  42 Placaaten. i. Bock. 3. Titul. 23. Nadere Re Co!ut ie van de Staaten van Hol¬ land, betrekkelyk den Eed op de Confiitutli der hooge Regeering , met het Erfjladbouderfchap. Den 22 February 1788. Dc Refolutien op gisteren genomen zyn gerefumeert, en na voorgaande deliberatie gebouden voor gearrefteert; en is, by verdere deliberatie, goedgevonden, dat de aanfchryving, waar by de Refoiutie van den 15 defer, nopens den Eed op de Conftitutie der hoogeRegeering met hetErfltadhouderfchap tot executie is afgefonden, daar mede zal worden geamplieert, dat hun Ed. Groot Mog. fen'eufe intentie is, dat hoogst derfelver Refoiutie van den 15 defer, genomen op het doen van den Eed op de Constitutie en Regeeringsform , alom en ten fpoedigften zal worden ten effeéle gebragt, cn dat aan alle Collegien cn Perfoonen, aan welke de zelve ter executie is gefonden, zal worden aangefehreven, om binnen den tyd van twee maanden na dato defès, aan hun Edele Gr. Mog. fchriftelyk Berigt in te fenden, wat by hun tot executie van defelve is in het werkgcfteld, en byzonder aan Burgemeesteren en Regeerders van de respec¬ tive Steden, om den voorfchreven Eed af te nee men in het generaal van alle Amptenaaren in de zelve Steden gevonden wordende, alfchoon de begeeving derfelver Oflicien niet aan de Stads Regeering zoude mogen ftaan, cn zal, tot nader verfekering, dat in allen deele, ook ten platten Lande, aan de meergemelde Refoiutie word voldaan, defelve ook worden gefonden aan de Heeren der hooge Heerlykheden, en de Ambagtsheerlykheden, met last aan de eerstgemelde, om van het afleggen des gemelden Ecds nu en voorts jaarlyks , behoorlyke kennis te geven, te weeten, de Heeren der hooge Heerlykheden, aan de 11 eeren Gecommitteerde Raden in de respective Quartieren, en die der Ambagtshecrlvkheden, aan de Builliuwen, onder welker liülluagien die resforteeren, om door gemelde Bailliuwen daar van fucccsfif aan hun Ed. Gr. Mogende kennis te worden gegeven. 2 4' Publicatie van het Hof van Holland, tot het afleggen van den Eed op de Conftitutie, door de Advocaaten, Procureurs en Dcurwaérders* Den 28 February 1788. Alzoo hun Ed. Groot Mog. de Heeren Staaten van Hollanden Westvricsland, by Hoogstderfelver Refoiutie, van den 15 February laastleeden, den Hove van Holland hebben geinjungeert, van allerleyc Amptenaaren, en die in eenige Bedieninge gefield zyn, onder den Hove refbrtcerende, af te neemen den Eed, by gemelde Relblucie vermeld, en luidende. „ Wy belooven en zweeren gebouw „ en getrouw te zullen zyn aan de Con„ flitutie en Regeringsform van den Lan„ de van Hofland en Westvriesland, be„ ltaande in de Hoogfle en Souveraine „ Overheid van hun Edele Groot Mog. „ de Staaten van denfelven Lande, met „ het Erfftadhouder, Gouverneur-, Ca,, pitein en Admiraalfchap Generaal, „ erflyk in het Doorluchtig Huis van „ Orange; zoodanig als het zelve in hun „ Edele Groot Mog. Refoiutie van den „ jaare 1747 is opgedraagen, en by den „ tegenwoordigen Heer Erfftadhouder, ,, in het jaar I7<5f5, aanvaard/' Zoo adverteert het voorfz. Hof mits deefen alle Advocaten, Procureurs en Deurwaar¬ ders, dat Heeren Commisfarisfen van den voorfz. Hove, op aanftaande Maandag, zullende zyn den 3 Maart, cn volgende dagen, tot Vrydag inclufive van die week, des morgens van elf tot een uuren, in de Vertrekkamer van den Hove, zullen vaceeren, om van de gemelde Advocaten, Procureurs en Deurwaarders, in hunne voorfz. respeeh've quahteiten, den gemelden Eed af te neemen; zullende na dien tyd geene Advocaten, Procureurs en Deurwaarders worden geadmitteert, om voor den voorfz. Hove hunne respeetive Functien waar te neemen, of daar inne te continueeren, dan welke den voorfz. Eed behoorlyk zullen hebben gedaan en a.fgelegt: doch zal het aan de zoodanige, welke, uk hoofde van ziekte of andere wettige reedenen van abfentie, verhindert mogten zyn, om, geduurende de gemelde dagen, zich tot het rtf eggen van den voorfz. Eed ten Hove te pradënteeren, vry ftaan , om, by de eerfte gedegenheid, den gemelden Eed'in handen van Commisfarisfen in der tyd af te leggen; metallegarieder reedenen, welke hen tot:dien tyd toe daar in verhindert mogten hebben: En zullen de Advocaten, Procureurs en Deurwaarders, by het afleggen van den gemelden Eed, gehouden zyn hunne naamen in pree-  46 Placaaten. i. Boek. 3. Titul. deliberatien ten einde zynde gebragt , is gereiblveerd van al het verhandelde in deezen , na verfcheyde correspondentien en onderlinge communicatien ook met de Heeren J. Noortberg van Bleskensgrave en Jnc. Ph. Bogaart, des tyds Sesiie hebbende in het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van i faUand, en de hier voorgem. Heeren van Alderwereld en van Leeuwen in deczen füvangende, daar over gehouden en gedaan, te doen concipieeren de navolgende Pointen en Articulen, omme op het goedvinden en approbatie van hun Ed. Gr. Mog. de Heeren Scaaten van Holland en Westvricsland ter eenre, cn van de Ed. Mog. Heeren Staaten van Utrecht ter andere zyde, te worden gearresteerd en vaftgcfteld , en welke Artiknten dan ook bereids in den jaare 1786 waren ontworpen, en wederzydsch geteekend, dan uit hoofde van de plaats gehad hebbende Troublcs en disfentien tot hier toe ongeratiiiecerd gebleven. Dat intusfehen voorgem. Troubles ook aanieidinge hadden gegeven om te kunnen denken, dac de Conventie van 1745 relat.ï het Forc aan de JVieuwerfluys geen Rand meer zoude houden, dat egter hooggem. 1 leercn Staaten van Utrecht tot onderhouding van eene goede harmonie en vriend nabuurlyke correspondentie met hun Ed. Gr. Mog. de Heeren Scaaten van Holland en Westvriesland, wel genegen z ;n die Conventie in den jaare 1745 opzigte/yk het Fort aan de Nieuwerfluys aangegaan, geftand te doen, en de zelve Conventie op nieuw te approbeeren en te conJirmceren, cdog nie: anders dan onder expresfe conditie: Dat het voorfz. Fort of ook eenige andere Forten cn Tcrrjynen door de Provincie van Utrecht aan de Provincie van Holland geconcedeerd , met geene Militie zullen mogen worden bezet als met de zoodanige, welkers commandeerende Officier zoo wel aan de 1 {eeren Sraaten van Ucrecht, als aan hun Ei. Gr. Mog den gewoonen Eed van g-.trouwigheid zal hebben geprae- | fleerden afgelegt. Terwyl ook daar'en boven 70 onverhoopt eenige disfentien met dergelyke gevolgen als de voorgaande Troubles mogten plaatfe hebben, alle Conventien opzigtelyk de gemeenfehappelyke defenfien tusfchen de beide Provinciën aangegaan , ipfo faeco zullen worden gehouden vervallen te zyn. Art. i Dat hooggem. Heeren Staaten van Utreeht dienvolgende de Conventie opzigtelyk het Fort aan de Nieuwerfluys, in den jaare 1745* aangegaan, van nieuws approbeeren en conrirmecren by deezen, edog niet anders als onder deeze expresfe conditie , dat het voorfz. Fort of eenige andere Forten en Terreynen door de Provineie van Utrecht aan de Provincie van I ïolland geconcedeerd, met geene Militie zullen mogen worden bezet, als mee zoodanige, welkers commandeerende Officier -zoo welaan de Heeren Scaaten van Utrecht, als aan hun Ed. Gr. Mog. den gewoonen Eed van getrouwigheid zal hebben gepraefteeid en afgelegd, zullende ook daar cn boven, zoo onverhoopt eenige disfentien met dergelyke gevolgen als de voorgaande Troubles mochten plaats hebben, alle Conventies opzigtelyk de gemeenfehappelyke defenfie tusfchen de beyde Provinciën aangegaan , ipfo fado gehouden worden vervallen te zyn. I h Dat ccr bcfeherming en beveyliging der Provinciën van Holland en Westvriesland en van Utrecht, met allen moogelyken fpocd zal worden herfleld en in genocgzaame ftaat van teegenweer gebragt de Linie aan de Grebbe, met het geene daar toe is behoorendc. tiï Dat de voorfz. Linie van het noodige Gefchut cn Ammunitie van Oorlog zal worden voorzien, waartoe hun Ed. Gr. Mog. zoo veel in hoogst derzelver vermogen is^, alle kragtdaadige hulpe zuilen contribuceren ; dat ook hier toe de noodige Magazynen binnen de Steden Amersfoort en Rbeenen zuilen worden aangelegd en vervaardigd. I V. Dat van de Heul gelegen aan het zoo genaamde Klaphek, voor zoo verre zulks de Heeren Staaten van Utrecht concemeerd, voorde Provincie van Holland gebruik zal mogen worden gemaakt, om hec Lek-water, ter Inundatie, door den KrommcnYsfel, na de kant van Montforc cn Oudewater af te voeren, confenteerende de Heeren Staaten van Utrecht voorfz. voor zoo verre het hun Ed. Mog. concemeerd, dat wegens hun Ed. Gr. Mog. de Heeren Staten van Holland de gem. Heul, onder behoorlyke pnecauti'en, met communicatie van de Heeren,toe de vifitatievan demeergem. Heul gecomraicceerd, zoodanig zal moogen werden vergroot, als hun Ed. Gr. Mog. noodig zullen oordeelen, ten einde in geval de nood, en omftandigheid zulks moge vereisfehen, de Hollandfche inundatie daar door van het noodige Water zoude kunnen worden voorzien, dog dat de Lekkendyk nog de pasfagie daar door niet zullen mogen worden benadeeld of geftremd, en dat de zelve Heul in cas van vergrootinge buicen eenige koscen der Provincie van Utrecht werde gemaakt en in een goeden ftaat onderhouden, een genoegen van Heeren Gecomicceerdens voorfz. dewelke hec opzigt daar over zullen behouden en dezelve van eyd eoc tyd mogen vificeeren, of doen vifiteeren. V. Dat wegens de Heeren Staaten van U- trecht  Behelfende Refolutien, Ordres en Reglementen van Staat. 47 trecht aan hun Ed. Gr. Mog. word geaccordeerd , naar aeftimatie van Schout en Gerechte van Linfchoten, mitsgaders Schagen en den E"gh, het occupeeren van zoodanig Terreyn by het Dorp Linfchoten als tot dekking van de Provincie van Holland tot het aanleggen van zoodanige Werken, als tot voorfz. einden zullen worden gerequireerd, noodig zal zyn, als meede om ter verbeetering van de Inundatie der voorfz. Landen aldaar ter breedte van 150 Roeden of wel 50 meerder, mits dat deeze meerder afgraaving zal moeten gaan Zuydwaards en niet Noordwaards op volgens seftimatie van Schout en Gerechte boven vermeld, zoodaanige verdere occupatien en afgravingen tot op het Peyl der Inundatie te doen, als met communicatie van voorfz. Schouten en Gerechten op ap probatie van de Heeren Staaten van Utrecht nodig zullen worden geoordeelt, om de Inundatien van Oudewater over de Polderen van Snelderwaard, Schagen en den Engh, Rapynen, Polanen en Snel tot Woerden behoorlyk te kunnen vereenigen, mee verdere permisfie om de aldaar afgegraven Specie uit de Provincie van Utrecht naar de Provincie van Holland te mogen uitvoeren, mits in zoodanig geval van occupatie, afgraving en vervoering werden geobferveerd en nagekomen al zulke prcecautien en conditiën , als by een diergelyke concesfie volgens Conventie van dato 24. Oétober 1757. tusfchen hun Ed. Gr. Mog. en de Heeren Staaten van Utrecht breeder zyn gearrefteerd en vast gefteld, en welke verftaan worden woordelyk alhier geinfereerd te zyn, zullende door hun Edele Gr. Mog. \ deswegens gelyke kennisfe aan Dvkgraaf en-Hoogheemraden van Woerden worden gegeeven, als by voorgem. Conventie tot op dien tyd is vastgefteld, alles ten einde als breeder by meergem. Conventie. V I. Dat insgelyks door welgem. Heeren Sfaaten van Utrecht zal worden gepermitteerd, dat op convenable Terreynen ten behoeve van de Provincie van Holland zoodanige Pasfagien, cf andere Werken worden aangelegd, en de Kadens verhoogt en verzwaard, als ten westen de Vecht van de Zuyderzee tot op den Krommen Angfter, langs de Ronde - Veenfche Kade, en zoo verder naar de Leydfche Rhyn, tot voor het Fort aan de Kruipin, en van daar over de Polanen , Rapynen , agter; den Engh na Oudewater, en van daar over den Ysfel na de Lek tot de Rivier de Merwede, om de Hollandfche Inundatie tegens te doen rusten, noodzaakelyk en in reedelykheid buiten praejudicie der Provincie van Utrecht en fchade der Polderen en Landen, by eene nadere onderling te beraamen bepaaling vereyscht en wederzydsch goed gevonden zullen worden. V I I. Dat uit hoofde van de faciliteit ten genoegen van hun Ed. Gr. Mog. by de Provincie van Utrecht met relatie tot het gunt voorfz. is betoond, van wegen hun Ed. Gr. Mog. de Heeren Staaten van Hólland by deefen nader word geratificeerd en geapprobeerd zoodanige Conventie, als volgens de gronden der Unie en nadere verklaaring van hooggemelde Heeren Staaten in den jaare 1674 gedaan, op dato 24 July 1778 tusfchen de beyde Provinciën met relatie tot het Tranfitoir der Goederen van de refpeélive Ingefeetenen door de beyde Provinciën gevoerd wordende, is aangegaan, en op den 31 Maart 1779 door de Heeren Staaten van Holland, mitsgaders door de Heeren Staaten van Utrecht op den 5 Augufty 1778. is geratificeerd geworden, en dat ten einde daar van het gewenschte en ongeïnterrumpeerde effeéfc mag werden genoten, defelve Conventie geduurende den tyd van 40 eerstkoomende jaaren, te fchappelyke defenfie der beyde Provinciën en verdere pointen, en deswegens den 23 April laatstleeden geflooten en geteekend de Conventie en Accord aan hun gecxhibeerd, gemelde Heeren Staaten by hunne Refoiutie van denfelven 21 July goedgevonden hadden de voorfz. Conventie en Accord te approbeeren en ratifeeeren, met hy voeging van de zelve Refoiutie hier na geinfereerd, waar meede vertrouwden aan.hun Edele Groot Mog. Misfivé van den 9 July, en het oogmerk der gehouden Conferentie volkoomen te hebben voldaan. Êxtracï uit de Refolutien der Edele t Mog. Heeren Staaten 's Lands van Utrecht. ^lercunis 21 July 1790. By refumtie gedelibereerd zynde over het Rapport en Verbaal van de Heeren van Wolphaarsdyk, van Lunenburg en van Westreenen tot Sterkenburg, den 12 Mey jongstleeden by een Extract uit de Refolutien Van de Heeren Ordinaris Gedeputeerden overgebragt, en houdende een narré van derfelver gehoudene Befognes, met Heeren Gecommitteerden uit het Collegie van Heeren Gecommitteerde Raaden der Staaten van Holland en Westvriesland, mitsgaders over de daar by gevoegde Conventien den 23 April 1790 weederfyds geteekend en gefloten, omtrent de gemeenfehappelyke defenfie déefer en van dé Provincie van Holland, als meede ten aanfien van het Fort aan de Nieuwërfluys, gelyk ook omtrent het point der reftitutie van hec Gefchut ert verdere Ammunitie van Oorlog, geduurende de jongste troubles door de gemelde Provincie van Holland aan de Stad Utrecht verftrekt, mitsgaders omtrent het pasfage geld der Stichtfche Turf, en eindelyk noopens de betaalingen door de Provincie van Utrecht aan de Trouppés op Hollandfche repartitie ftaande gedaan, en door defelve geduurende de troubles afgeweefen, en geevende gemelde Heeren Gedeputeerden daar by in confideratie, om de Conventie en het Accord daar by vervat ten fpoedigften met hun Edele Mog. ratificatie te bekragtigen. Is goedgevonden en verftaan, het verrïgte ter zaake voorfz. by deefe te approbeeren, en de voorfz. Conventie en Accord van wegens hun Ed. Mog. by deefe te r.lJ tificeeren. Zullende hier van aan de Heeren Staa^ ten van Holland by Misfive worden kennisfe gegeeven. Wordende de Heeren hunner Edele Mog. Ordinaris Gedeputeerden geauthorifeerd, om de noodige executie te geeven aan het geen uic hoefde voorfz. moet worden geëiTëélueerdi (pnderftond,) Accordeert met voorfz. Refolutien; (pet eekent,) H. A. LAAN; W7aar öp gedelibereerd zynde is goedgevonden en verftaan, dat de voorfz. Misfive en Refoiutie zal worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, om op de executie, en tot de uitwisféling der ratificatie, de' noodige ordre te fteilen. 28. Nadere Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende ordre op het Publicq Gebed. Den 19 October 1790. f~\p het geproponeerde ter Vergadering door VjP de Heeren Gedeputeerden der Stad Hoom; In agting genoomen zynde, dat inde ordre op het bidden voor de hooge en fubalfcerne Overheeden, en voor het Doorluchtig Huys van Orange en Nasfau, gearrefteerd by hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den IX. Deel, if Oétober 1787, gevonden word de uitdrukking van de jonge Princen en Princesfe van Orange en Nasfau, en dat thans den Heer Erfprins van Orange en Nasfau meerderjaarig zynde geworden, en aanfienlyke waardigheOden in den Staat bekleedende, niet gevoëglyk onder die uitdrukking in de voorbidding kari G be-  Stadhouders, Gouverneurs» &c. Commisfien, &c. 55 2. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar b$ geregif leert worden de ordre en manier, waar op Zyne Hoogheid in de fuuclie van desfelfs hooge Digniteiten en Charges gefield zoude worden-. Den 27 November 1765. ~jTs gehoort het Rapport van de Heeren van J_ Bronkhorst en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de Militaire faaken, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoluie van den 20"; deézer, geëxamineert het geproponeerde van de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland, waar by aan haar Hoog Mog. hebben voorgedragen en in bedenking gegeeven, nademaal zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau den 8. Maart aanftaande zal hebben geadimpleert den ouderdom van agtien Jaaren, by haar Hoog Mog. Refolutié van den 13 January 1759. bepaalt, om in de exercitie van de hooge Digniteiten en Charges, op hoogstdenzelven gecónfereert, te treden, of niet by tyds gereguleert behoorde te worden de ordre en manier, waar op zyn Hoogheid in funélie gefield, en wat verder by die geleegenheid gedaan zal moeten werden. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan,, dat den 8. Maart aanftaande , zynde de Verjaardag van Zyn Hoogheid, op welke den ouderdom van agtien Jaaren zal hebben geadimpleert des daags te vooren een Deputatie van agt Heeren uyt de Vergadering van haat Hoog Mög. met den Griffier zal worden gedecerneert, om zyne Hoogheid met den voorfchreeven gewenschten dag te feliciteeren, en van hoogstdenzelven te verneemen, wanneer het aan hoogstdezelve zal behagen om in de Vergadering te verfchynen, om den Eed afteleggen op de Commisfien volgens haar Hoog Mog. Refoiutie van den 13 January 1759. ingeftelt, geleefen en gearrefteert (die ter zeiver tyd aan zyn Hoogheid zullen worden behandigt) als Erf-Capiteyn en Admiraal Generaal der Vereenigde "Nederlanden, als Erfftadhouder ,ErfGouverneur en Erf-Capitein Generaal van Braband, Vlaanderen en het Over-Quartier van Gelderland, item van de drie Landen van Overmaze, en van Wedde en Westwoldingerland, als meede op de InftruóVie van den Raad van Staate. Dat gemelde Heeren Gedeputeerden gerapporteert hebbende, dat zyn Hoogheid verklaard had bereyd te zyn, den Eed op de voorfz. Commisfien en op de Inftructie voor den Raad van Staate op den 8. Maart te komen afleggen, dien dag twee Heeren Gedeputeerden uit de Provinciën van Vriesland en Överysfel, als aan den tour zynde, na dat door den Heer Prsefideerende daar toe verzogt zullen zyn, zyn Hoogheid zullen gaan af haaien aan het Stadhouderlyk Appartement, en [ hoogstdenzelven langs de Gallerye door dé Treveskaamer zullen brengen in de Vergaaderinge van haar Hoog Mog., alwaar zyn Hoog* heid needergezeeten zynde óp een fluweele Armftoel regt over den Heer Prrefideerende, door den Heer PrEEfideerende, na een Compliment ter materie dienende, aan zyn Hoogheid uit den naam van haar Hoog Mog. gemaakt te hebben; aan zyn Hoogheid zal werden afgevraagd, of zyn Hoogheid de boovengemelde Commisfien en de Inftruétie van den Raad van Staate heeft geleezen, en of bereyd is daar op Eed te doen, mitsgaders op het Formulier den 14 Maart 1047 gearrefteert, het welk met Ja beantwoord zynde, zal het voorfchreeve Formulier werden voorgeJeezen, en zyn Hoogheid den behoorlyken Eed in handen van den Heer Prrcfideerende ftaande daar Op afleggen, waar na zyn Hoogheid door gemelde twee Heeren Gedeputeerden geleyd Zynde na deszelfs Stadhouderlyke Stoel, aan het hooger eynde van de Tafel, en aldaar plaats en Sesfie genomen hebbende, de Raad van Staate ter Vergaderinge zal worden befcheyden, en aan haar Ed. genotificeert, dat meer hooggemelde zyn Hoogheid op de Com- 1 misfien aan hoogstdenzelven gegeeven, en 1 volgens den Eed by hoogstdenzelven gedaan, is getreeden in de exercitie van het Eif-Capiteyn en Admiraalfchap Generaal over het volk van Oorlog te Waater en te Lande, in dienst en befoldinge deezer Landen weelende, als meede van het Erfstadhouder, ErfGouverneur en Erf-Capiteynfchap Generaal van Brabant, Vlaanderen, ende het OverQuaftier Van Gelderland, item van de drie Landen van Overmaze en Wedde en West- , woldingerland, het welk verrigt en de verdere deliberatien afgeloopen zynde, drie Heeren haar Hoog Mog. Gedeputeerden wegens de Provinciën van Holland en Westvnesland, Zeeland en Utrecht aan de tour zynde, nieerhooggemelde zyn Hoogheid in den Raad van Staate zullen inrroduceeren. Dat voorts dienzelven dag, van het in functie treeden van zyn Hoogheid en de voorfchreeve hooge Charges en Digniteyten by Misfive kennis zal worden gegeeven aan de Heeren Staaten van de refpeélive Provincen, mitsgaders aan zyne Hoogheid den Heere Hertog van Brunswyk als Veldmarfchalk van den Staat, en aan dé Gouverneurs en Commandeurs in Brabant en Vlaanderen, en alomme in de Frontierplaatfen, zoo buiten als binnen de Provinciën* als meede aan de respeclive Collegien ter Admiraliteit, om dien volgende ordre te fteilen , en hun daar na te re- guleé-  5^ Placaaten. i. Boek. 4. Titul. gulceren refpcctivclyk, dat den voorfz. Staat gekent, en zyne bevceien en patenten gerespecteert mogen worden. Dat wyders dienzelvcn dag uit naam van haar I loog Mog. daar van kennis zal worden gegeeven aan de Minifters van den Keyzer, Koningen, en andere Princcn cn Staaten alhier refideerende, te wectcn aan de Heeren Ambasfadcurs ieder af. zonderlyk, door twee llecrai Gedeputeerden uit de Provinciën van Oyerysfel en Stad cn Lande, de twee voorgaande Provinciën voor de Provincie van Gelderland , die als dan zal pncfideercn, en aan de andere Ministers van minder Caractcr door den Agent van Byemont. Dat meede daar van advertentie zal worden gegeven aan de Ambasfideurs en andere Ministers van defen Staat buyten s Lands, om daar van Notificatie te doen, zulks en daar het behoort. En dat Extract van de Refoiutie by haar I loog Mo,-, hier op te neemen, gezonden zal worden aan den R-ad van Staate, en Generaliters RecKcnkaimcr, om te (trekken rot derzelver narigtinge, als meede aan de Prcüdenten en Raden van Braband cn VLandercn, en van hèt Hof geordofiocert in het Ovcr-Quartier van Gelderland te Vcnfo, mitsgaders aan dc Magiftraaten van de Steden en Plaatfen in het Diftrift van dc Generaliteit, om haar daar na te rcguleeren. Dat vervolgens de Officieren der Militie deefer Landen zullen worden ecdispenfeert en ondlagen van den Eed by ha.ir gedaan, op / her iïuk van her rcfpeclecrcn der Patenten, en in het toekomende in het doen van den I Militairen Eed, de Claufule fpreckende van I het voornoemde refpeaecren der Patenten zal werden gecomittcert, cn dat den Raad van Staate zal worden verzogt, die voorzieninge te doen, en dat daar van ten aïlcrfpocdigtle notificatie cn advertentie aan de voorfchreeve Officieren der Militie moe;e werden gedaan. Dat de reipeetivc CpHegien ter Admirali- ' telt, zullen werden aangefchreevcn, om in de Scntcnucn, Eeden cn andere Aelens, waar id dezelve voormaals gewoon zyn ge- ƒ weest, te gebruyken de naamen van zyn ' Hoogheids den Hccre Prince van Orange cn l Nasfaus Voorlaatcn, als Admiraals Generaals, i voortaan te infereeren cn gebruyken die van zyn I looghcid den Heere Prince van Oranje en N.i.-fau als Admiraal Generaal dezer Landen, daar onder meede gecomprehendcert den Articulbrief ter Zee. Dat van gelyken in het hooft van den Articulbrief door haar Hoog Mog. 0p den 4. September 1742. voor de Nederlandfche ,' gcoctroyeerde Oost-Indfche Compagnie gearresteert, voortaan zullen werden gcinfereert, dc Naam en Tituls van zyn Hoog- ! heid den Heere Prince van Orange en Nasfau , als Erf Capiteyn en Admiraal Generaal der \ ereenigde Neederlanden, en dat dienvol- [ gende het hoofd van de voorfz. Articulbrief j gefteld zal worden indiervoegen, als geftelt is geweest, volgens haar Hooj Mog. Refoiutie van 11. October 1747. En dat Extraét 'van de Refoiutie by haar Hoog Mog. hier op tc neemen, gezonden zd werden aan de ftewindhebberen van de Generaale Ncderlandfche GeodroyeerdeOo.- tIndifche Compagnie ter pirefid:aale Kamervan Amfterdam, om te ftrekken tot derfelver narigtinge, en te dienen zulks en d.:ar het behoord. Dat verder een Acte in behoorlyke forma | zal werden gedepecheert, om aan zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau ablolutelyk te dcfereeren, het verleenen van Rcmisfien, Pardonnen en Gratiën over het Rcsforc en Jurisdictie van den Raad van Braband, refideerende alhier in den Hage mitsgaders over de Stad Maastricht, het res' fort en de Jurisdictie van dien, ais ook over j dc Graaflchap van den Vrocnhove, wyders over het Rcsfort en de Jurisdictie zoo van den Raad van Vlaanderen, als van het Hof in het Ovcr-Quartier van Gelderland, bcjioudelyk nogtans dat voor de gemelde Raden van Brab.mJ, Vlaanderen, cn het Hof in het OvcryuartJer van Gckierhmd rcfpcctivc geprocedeert za! moeten worden tot intcrincment van dc VOOxfchreeve Retnisüen, Pardonr.en en Gratiën, daar toe de Raad van Braband voor zoo veel aangaat de Jurisdictie in het Rcsfort van de genoemde Stad Maastricht, en van den gemelde Graaffchappe van den Vrocnhove incc:aal zal worden gcdclegccrt, zullende baar E. hiervan Extract werden Toegezonden, om tc (hekken tct narie,t:ngc cn wyde, s te dienen zulks cn daar het behoort. Dat ook zyn Hoogheid abfolutclykzal worden gedefcreert de vernieuwinge van de Wet der Stad 's Bosch, in conformiteit van haare Pnvilcgien, het oude gebruyk ende fuccesfive Refolutien van haar Hoog Mo* van tyd tot tyd daar op gevolgt; zullende aan den Gouverneur, Hoogfchout, en Magiftraat der opgemelde Stad 's Bosch, daar van kennis worden gegeeven, met Jast, ordre en begeerte dar zy haar teegen Baafmis aanftaande, en voortaan jaarlyks over de verandering van de vcorichreevc Wet, directelykaan zyn Hoogheid zullen hebben te addresfecren, en deszehs dispofitie af te wagten, en hun daar na te rcguleeren. Dat wyders een Pourtrait van zyn Hoogheid door een der bequaamfte Schilders, die daar toe gevonden zal kunnen worden' zal worden opgemaakt, en geplaatst in de Ordinaris Vergaderkamer van haar Hoog Mo^ en dat zyn Hoogheid zal worden verzogt deszelfs Portrait daar toe te willen leenen. En dat laatstelyk den Goudfmit Thoméze van nu af aan za worden gelast om tenfpoediglte op te maken vier goude Doofen, gerneeden met het Waapen van de Generali:eit, twee ter waarde van omtrent drie duyient Guldens, den een om te dienen tot hef ^root Zeegel, en de andere om de Acte van Commisfie van zyn Hoogheid als Erf-Capiteyn en  Stadhouders» Gouverneurs, &c. Commisfien, &c. 3. Commisfie van zyne Hoogheid ah Erfjlad* houder, Erf- Gouverneur, en Erf-Capitein Generaal en Hdmiraal. Den 27 February 1766. "T^e Raadpenfionaris heeft aanhaar Edele Groot Mog. doorgedragen, dat zyne Hoogheid, de JL/ Heer Prince van Orange en Nasfou, op den 8 Maart aan/taande zullende hebben geadimpleert den ouderdom van agtien jaaren, by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den io February 175 a bepaald , om in de exercitie van de hooge Digniteiten en Charges, op hoogts denfelven erffelyk gedevolveert, te treeden, hy zig verpligt vond aan haar Edele Groot Mog, in overweginge te geven, of defelve niet zouden goedvinden, dat van zyne Hoogheid wierd vernomen, of als dan, en op welk uur zoude gelieven in haar Edele Groot Mog. Vergadering te verfchyncn, om op de Commisfie als Erfihdboader, Erfgouverneur en Erfcapitein Generaal en Admiraal, den Eed af te leggen en te worden geinftalleert, en heeft daar op voorgelefen de Commisfie voor wylen zyne Hoogheid, hoog loffelyker memorie, op den 12 Mey 1747 gsar~ refteert; als mede de Commisfie door hem als nu op .den voet van de zelve geconcipeert, met zoodanige ampliatie en veranderingen als aan hem noodfakelyk waaren voorgekomen, zoo als de zelve nevens den anderen hier na volgende zyn geinfereert. Commisfie van 12 Mey 1747. De Staaten van Holland en Westvriesland; doen te weeten; Dat wy uit confideratie van de bekommerlyke conftitutie van tyden en zaken, en om onder Gods zegen den Staat defer Landen des te beter te redden uit den zorgelyken en gevaarlyken toeftand, waar in defelve zig bevind, als mede uit aanmerkinge Van de goede, getrouwe, notable en aangenaame dienften, die uit zonderlinge affectie by voorige Heeren Princen van Orange, hoogloffelyker memorie, als fuccesfivelyk Stadhouders, Gouverneurs en Capiteinen Generaals en Admiraals der voorfchreve Landen, veele jaaren lang, in veele en meenigvuldige zwaare tyden, gelegentheden en periculen, tot Godes eete, bevryding en welvaaren van denzelven Lande zynbewefen, endaaromme vastelyk betrouwende, dat by zyne Hoogheid den Doorlugtigen Furst en Heere, Heere Wilhelm Carel Hendrik Frifo, Prince van Orange en Nasfau, Grave van Catfeneliebogen, Vianden, Dietz, etc, etc, etc, in navolging van de exempelen en voetftappen van voorige Heeren Princen van Orangezyne Hoogheids Voorfaaten, den voorfchreven onfen Landen gelyke affectie, en mede tot voorftand van de waare Christelyke Religie, zoo die tegenwoordig by publicque authoriteit in den voorfchreven Lande geëxerceert werd, insgelyks goede diensten zullen mogen bewefen worden, hebben met goede kennisfe van zaken, en met deliberatie van Raade, den hooggemelden Heere Prince van Orange en IX. Deel. Concept- Commisfie. De Staaten van Holland, en Westvries' land, doen te weeten: Dit wy uit confidentie van de bekommerlyke conftitutie van tyden en zaken, en om onder Gods fegen den Staat defer Landen des te béter te redden uit den zorgelyken en gevaarlyken toeftand, waar in defelve zig bevond, als mede uit aanmerking van de goede, getrouwe, notable en aangenaame diensten, die uit zonderlinge affectie by voorige Heeren Princen van Orange, hoogloffelyker memorie, als fuccescivelyk Stad* houders, Gouverneurs en Capiteinen Generaals en Admiraals der voorfchreve Landen veele jaaren lang, in veele en menigvuldige zwaare tyden gelegentheeden en periculen , tot Godes eere, bevryding en welvaaren van denfelven Lande waaren bewefen, zyne Hoogheid den Doorlugtigen Furst en Heere, Heere Wilhelm Carel Hendrik Frifo, Prince van Orange en Nasfau, etc., etc., etc., tot Stadhouder, Capitein Generaal en Admiraal over de Militie te Water en te Lande van onfe Provincie, met alle zoodanige Digniteiten en Waardigheden , als defelve hooge Charges voor defen by voorige Heeren Princen van Orange, hoogloffelyker gedagtenisfe, zyn bekleed geweest, hebbende onthouden, gecommitteert, gefteld en geordonneert, en voorts by onfe Refoiutie van den 16 November 1747, defelve hooge Digniteiten en Charges, aan hooggemelde zyne Hoogheid alfoo erffelyk hebbende gedefereert, op hoogst desfelfs zoo Mannelyke als VrouwelykeDefcendenten, inwetH tig- en Admiraal Generaal van de LThie daar in gelegt te worden, en nog twee andere, ieder van omtrent agtien honderd guldens, om daar in gelegt te worden de Actens van Commisfie van zyn Hoogheid als Erfftadhouder, ErfGouverneur en Erf-Capiteyn Generaal over Brabant, Vlaanderen, en het Over-Quartier van Gelderland, en die van zyn Hoogheid als Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, en Erf- Capiteyn Generaal van de Landen van Overmaze. En werd den Raad van Staaten mits deefen verzogt,behoorlyke Ordonnantiën ter boovengemelde fommes van drie duyzent en tweemaal agttien honderd guldens ten behoeven van den Goudfmit Thoméze, de voorfchreeve Doofen zullende maken, te betaalen uit de post van de defroyementen.  5* PhcaatCiï. ï. Bock. 4. Titul. Wttftü , Wilhelm Carel Hendrik Frifo omhouwen , gecommitteert, gefield en geordonncert, onthouden, committeeren, ff ellen en ordonneeren mits defen jegenwoerdige als Gouverneur, Capitein Generaal en Admiraal van den voorfchreven onfen Lande van Holland en Westvriesland, met den Brielle cn Voorne, 'velende gelegen en behoorende aan den voorfchreeve onfen Lande van Holland, gevende den hooggemelden Heere Prince Wilhem Carei Hendrik Frifo volkomen magt, authoriteit en (pedaal bevel, den voorfchreven Staat van Gouverneur, Capitein Generaal en Admiraal > voortaan te houden, exerceeren en bedienen, dan inne voor te ftaan, te vorderen cn tc bewaren, dc Hoogheid, Geregtigheid, Privilegiën cn Welvaaren van den voorfchreven onfen Lande, Leden, Sccdcn en Ingefetenen van dien mitsgaders het gebruik van de voorfchreve Christelyke Religie, dezelve te confervccren en tc befchermen van alle overlast en foulen, dcfordres, oneenigheid, afbreuk en fchade , voorts in den voorfchreven Lande te doen gebruiken en adminiftreeren Regt cn Justitie, de provifien van Justitie behooriyk te doen verleenen, allen den geenen die zulks verfoeken zullen, en defelve te doen executceren : alles aangaande de zaken van Justitie met Advis van den Prrefident en Raden over onfen Lande van Holland en Westvricsland; verders na genomen Advis van den gcmeldeonfen Hove te verleenen Brieven van gratie, remisfien, pardon cn abolitien, des dat de voorfchreve respective Brieven zullen moeten worden gcintenneerc als naar behooren; we/verfhindc nogtans, dat van gequalificeerde doodQajen cn enorme delicten, gecommitteert me: geleider lage cn opfetten wille, geen remisfie of pardon zal worden verleent of gegeven. En aangaande de zaken van Oorloge en Policie van den voorfchreven onfen Landen by cocddunken van ons, cn met Advis van onfe Gecommitteerde Raden in conformiteit van derfelver Inftruetie: De Burgemeesteren, Schepenen en Wetten te veranderen naar behooren, cn agtervolgcr.de de Privilegiën van dc respective Steden en Plaarfen, te doen houden goede opfigt, ordre en wagte in dc Steden en Sterkten aldaar, zoo te Water als te Landen, daar hetzelve van noodenwefen zal, en voorts in het generaal en particulier alles te doen, dat een goed en getrouw Gouverneur, Capitein Generaal en Admiraal van den voorfchreve onfen Landen vermag en behoord te doen: Waar op ce hooegemelde Heere Prince van Oranje cn Nasfau, Wilhelm Carel Hendrik Frifa gehouden word te doen den bchoorlykcn Eed aan onfe handen: Lasten en bevelen daar omme den Pnviident en Raden van den voorfchreve onfen Hove, en alle andere Jut Klein Zeegel van den Lande, den 22 September 1787. » uen QOnderflond,') Ter Ordonnantie van de Staaten. QlVas geteekend,) C CLOTTERBOOKE. <5. Refolttttc van de Staaten van Holland, be- trekkelyk *#* recht van Zyne Hoogheid, als Erf. Jtadhouder, tot het doen van eleclien der Magiftraats Perfoonen tn de refpeeïive Steeden en Plaatfen dcezer Provintie. Den io December 1790 By refumtie gedelibereerd zynde op de Misfive van zyne Hoogheid den Heere Prince ErfiJadhouder gefchreeven alhier in den Hage den 9 December 1788 en den volgenden dag ter Vergadering ingekoomen, betrekkelyk tot het regt van hooggemelde zyne J looghcid afs Erfftadhouder, tot het doen van e/ectien der Magiftrnats Perfoonen in de refpective Steden en Plaatfen deczer Provincie, voor zoo verre by hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den gemelden 10 December 1788 daar omtrent niet reeds voorziening was gedaan. Hebben de Heeren v?n de Ridderfehap en Edelen, mitsgaders de Gedcputeeiden van de ref >eétive Steden, uit den naam en van wegens Burgemee-teren derzelver Steden en op derzelver Declaratoiren refpectivelyk ter Vergaderinge gedaan, verklaard, gelyk hun Edele Mo?, verklaaren by deeze: dat aan zyne Hoogheid als Erf cadheuder van Holland en Westvf csland toekomt het Regt van Electie en Beltelling der Mngiftrature in alle de Steden, Plaatfen en Collegien, in welke het zelve Regt volgens de Handvesten, Privilegiën , Oetroyen en oude Costumen door zyne Hoogheid en hoog deszelfs Pradecesfeuren is uitgeoefend, van welke de Lyst gevonden 1 word in hun Ed. Gr. Mog. Refolutien van den 16January 1759- en volgens welke Lyst hun Edele Gr. Mog. by de Refoiutie van den 8 Maart 1765. ten tyde van het meerderjarig worden van zyne Hoogheid en het aanvaarden van deszelfs hooge Waardigheden amalle de Steeden, Phatfcn en Collegien aldaar vermeld , aanfehryving hebben Gedaan, om de Nominatien, welke zv gewoon waren, ingevolge van derzelver Handvesten Privilegiën en oude Coftumen te formeeren * aan zyne Hoogheid den Heere Erfitadhouder ter LIectie tc prefenteeren. En hebben wyders de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, mitsgaders de Gedeputeerden der refpective Steden uit naam en op de Declaratoiren als vooren gedaan ten overvloede verklaard, gelyk hun Edele Groot Mog. verklaaren by deezen: dat de Oetroyen, uit kragte van hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 3 December i65o. aan de refpective bceeden deezer Provincie verleend, voor zoo verre de aanftellmg der Regeering en Magiftraats -beltelling in dezelve Steden betreft hunne werking alleen hebben gehad in zodanige tyden , wanneer deeze ^Provincie van geen Stadhouder is voorzien geweest: en dat in  Stadhouders, Gouverneurs, &c. Commisfien, &c. 6ï in tegendeel alle zoodanige Privilegiën, Handvesten , Octroyen, oude Coftumen en Ufantien, welke ten dien opzigte, geduurende de Stadhouderlyke tyden waren gevolgd, en by de aanvaarding van zyne Hoogheids hooge Waardigheid van Stadhouder deezer Provincie, alzoo ook tot een rigtfnoer waren aangenoomen, conform de oude, en nieuw bevestigde Conftitutie en Regeeringsform deezer Provincie, moeten blyven geufeerd en opgevolgd. En zal van deefe hun Edele Gr. Mog. Refoiutie met toezending van Extract derzelve kennis worden gegeeven aan alle de Steden Plaatfen en Collegien, aan welke de aanfehryving op den 8 Maart 1766. is gedepecheert, en de zelve daar benevens aangefchreeven en gelast om zig, nu en voortaan, ftiptelyk daar aan te gedragen; terwyl nogtans aan zoodanige Plaatfen of Collegien, die geen expresfelyk Declaratoir ter Vergadering van hun Edele Gr. Mog. hebben kunnen doen en mogten oordeelen, dat in deefe Refoiutie en Aanfehryving iets ftrydigs wierd gevonden met haare Privilegiën , Handvesten, Ocfroyen of oude Coftumen, word vry gelaaten, binnen veertien dagen na de receptie deefer Aanfehryving zulks aan hun Edele Gr. Mog. te kennen te geeven, om daar op als dan gelet te worden naar behooren. En zal ook de Lyst van deefe te doene aanfehryving, conform aan die van 16January x-759- m het Register der Refolutien van hun Edele Gr. Mog. worden geinfereerd. Lyste van de refpeêïive Hollandfche Electien, door den Heere Erfftadhouder gedaan wordende , opgemaakt int het Elegieboek der Magifiraaten, berustende ter Stadhouderlyke Secretarie; conform aan de aanfehryving van den 16 January 1759. DORDRECHT. Burgemeesteren. Scheepenen. Luiden van Achten. HAARLEM. Burgemeesteren. Scheepenen. DELFT. Burgemeesteren. Scheepenen. LEYDEN. Scheepenen. Rector Magnificus. AMSTERDAM. Scheepenen. GOUDA. Burgemeesteren. Scheepenen. ROTTERDAM. Burgemeesteren en Scheepenen. Raaden in de Vroedfchap, by vacature. GORINCHEM. Burgemeesteren, Scheepenen, Vroedfchappen , by vacature. SCHIEDAM. Burgemeesteren en Scheepenen. Vroedfchappen, by vacature. SCHOONHOVEN. Burgemeesteren en Scheepenen. BRIELLE. Scheepenen. ALKMAAR. Burgemeesteren, Scheepenen en Thefaurier. Vroedfchappen, by vacature. HOORN. Scheepenen. Boongangers. ENKHUYSEN. Scheepenen. E D A M. Scheepenen. . MONNICKENDAM. Scheepenen. MEDEMBLIK. Scheepenen. PURMERENDE. Burgemeesteren en Scheepenen. 'SGRAVENHAGE. Burgemeesteren , Scheepenen en Vroedfchappen, Kerk, Wees, Heilige Geest en Leproos-meesteren, mitsgaders Buiten-vaders en Buiten-moeders van het Weeshuys. VLAARDINGEN. Scheepenen Commisfarisfen. GEERVLIET. Scheepenen Commisfarisfen. HEENVLIET. Scheepenen Commisfarisfen. HEUSDEN. Burgemeesteren en Schepenen. Scheepenen Commisfarisfen. Heemraaden. A S P E R E N. Scheepenen Commisfarisfen. H 3 HEU-  62 Placaaten, I. Bock. 4. Titul. H E U K E L U M. Scheepenen Commisfarisfen. WOUDRICHEM. Burgemeesteren , Scheepenen , Kerk- en H. Geest-meesteren. NIEUWPOORT. Scheepenen Commisfarisfen. WOERDEN. Scheepenen. OU DE WATER. Scheepenen. NAARDEN. Scheepenen. WEES P. Scheepenen Commisfarisfen. M U Y D E N. Scheepenen. CLUNDERT. Scheepenen Commisfarisfen. SCHIK L A N D. Scheepenen en Welgebooren Mannen. VOORNE. Leenmannen. Heern raaden. ZUYD-HOLL AND. Mannen van den Hove en Hooge Vierfchaare. S T R Y E N. Scheepenen der Hooge Vierfchaarc cn Lande van Stryen. K ENNE M E RL A ND. Leenmannen. BR EDE RODE. Leenmannen. WYDEWORMER. Scheepenen. GEERTRUVDENBERG. Schepenen Commisfarisfen. ZEVENBERGEN. Schepenen Commisfarisfen. SPAAR W OUDE. Scheepenen. WATERINGEN. Welgebooren Mannen. BEL QÏ.SL Marsmannen van dc Hooge Vierfchaar. HUISDUINEN en DE HELDER. Scheoenen, Wees- en Kerkmcestercn. WiERINGER WAARD. Scheerenen. ZYPË en HAZEPOLDER. Scheepenen Crimineel. HEER HUIGEWAARD. Scheepenen. ENGEWORMER. Scheepenen. NB. In alle de Steden, alwaar de Electie van Scheepenen door den Heere Erfftadhouder gefchied, competeert ook hooggeme/den Heere Erfftadhouder de directe aanftelling van Scheepenen Commisfarisfen uit de geëligeerde Schepenen. (Onderfiortd,j Accordeert met het voorfz. Eledtie-boek. (Laagtrjlond,*) In kennisfe van my. QVas geteekcr.dS) T. J. de L A R R E Y. En zal Extract deezer gezonden worden aan zyn Hoogheid tot narigt. VYF-  Fol.1 ê§ VYFDE TITÜL Behelfende verfcheide Placaaten, Ordonnan- tien, Refolutien, Ordres, Reglementen 9 Lysteii van Befoldingeii, &c. betreffende de Militie te Lande 3 met de gevolgen van diem ii Refoiutie van èe Staaten Generaal, M het aangaan van eene Conventie met het Gouvernement der Oostenrykfche Nederlanden, tot restitutie der Umformes^ IVaapenen en Paarden der wederfydfche Deferteurs, die op des anders Territoir refugieeren. Den 7 Af ril 1763. Is gehoord het Rapport van de Heeren Nagel en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de militaire zaken, hebbende in gevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 21 February laatstleeden met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van State geëxamineert een Misfive van den Heer van Haren, haar Hoog Mog. Gedeputeerde by zyn Hoogheid Prins Carel van Lottharingen j als Gouverneur Generaal van de Oostenrykfche Nederlanden, gefchreven te Brusfel den 17 daar te voren, fendende daar nevens Copye van een Misfive van den Heer Crumpipen, Secretaris van Staat en Oorlog aldaar, in datoden 14 derfelve maand, aan hem gefchreeven, houdende, dat de Gouverneur der Stad Maastricht van Aylva aan deh Eersten Minifter te kennen gegeeven had, dat een Soldaat van zyn onderhebbende Guarnifoen, in den beginne van defe maand, gedeferteert was ^ en aan een Werver van de Troupes van haare Majesteit verkogt had zyn Geweer en Patroontas , welke door een Sergeant en Corporaal van haar Hoog Mog. wederom gekogt waten geworden; dat ter defer gelegenheid gem. Gouverneur van Aylva betuygt had, dat het te wenfchen was, dat ten minsten de twee Mogendheden convenieerden ± óm reciproquelyk te restitueeren de Uniformen en Wapenen van haare Deferteurs. Dat aan gemelden Heer Secretaris ten opligt van het geen voorfchreeve geordonneert was geworden aan hem Heer van Haren bekent te maken, dat byaldien haar Hoog Mog. wilden doen geeven een Declaratie, dat de Uniformen , Wapens en Paarden der Deserteurs van haare Majesteit, die zig op derfelver Territoir zouden komen te refugieeren, zouden worden gerestitueert, het Gouvernement te Brusfel voornoemt, dat reeds in den jare 176*1 een diergelyke voorflagaan zyne Hoogheid den Heer Hertog van Brunswyk, door het canaal van den Baron van Reyfchaeh* aangaande de twéé paarden" van Deferteurs van de vrye.Compagnien, op het Territoir van de Republicq gevlugt, had laten doen, bereid was op dien voet te convenieeren, en in voorvallende gelegenheden het zelve te doen; voorts hem Heer van Haren verfoekende j dat In/ zyne Koninglyke Hoogheid, of aan den Heer eerften Minifter tot desfelfs informatie haat l Hoog Mog. dispofitie daar omtrent wilde te \ kennen geeven. En daar op' gehóort en ingenomen hebbende de ConGderatien en het hoogwys Adv'Ü van zyne Hoogheid, den Heere Hertog van Brunswyk. Waar op gebelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat den Heere van Haren in antwoord op zyne voorfchreve Misfive zal worden gerescribeert, dat haar Hoog Mog* geneegen zyn met zyne Koninglyke Hoogheid, den Heere Hertog van Lottharingen, Gouverneur Generaal der Oostenrykfche Nederlanden , ende het Gouvernement aldaar te convenieeren, dat de Uniformes, Wapenen en Paarden derweJerZydfcheBefertmrs, dis Zig op des ;mderens Territoir zullen komen te refugieeren, zullen werden gerestitueert, en dat hy Heer van Haren daar van aan zyne Koninglyke Hoogheid, ende het Gouvernement voorfchreeve kennisfe geevende, tevens verfoeken zal, dat aan hem gecommuniccert moge werden een Project van het declaratoir, 't gunt aldaar vermeent werd dat deswegen wederfyds zoude behooren te werden overgegeeven, ten einde 't zelve aan haar Hoog Mog, door hem Heer van Haren zynde gedaan toekomen, en zoo vertrouwt gegouteert wordende, in behoorlyke forma ter uitwisfelinge zoüde kunnen te rug gefonden weiden. Pla*  64 Placaaten. i. Bock 5. Titul. 2. Placaat van de Staaten Generaal, tegen het werver; of ligt en van Krygs-en Scheeps-volk voor vreemde Mogendheden. Den 17 September 1766. Dc Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen jegenwoordige zullen zien of hooren Ieefen, falut, doen tc weeten: Alfoo wy in ervaaringe gekoomen zyn, dat niet teegenftaande vcrfcheydc onfe voorgaande Placaaten en Ordonnantiën , gemaakt en gepubliceert teegens dc wervingen of ligtinge van Krygs-en Scheepsvolk, die alhier te Lande voor en uit de naam van vreemde Heeren, zonder ons content, zoo onder de hand als ander.'ints werden gedaan, egter by eenige ondernoomen word, zoodanige wervingen te doen binnen en omtrent de Fronticren van deefen Staat; en alfoo het zelve tot groote ondienst van den Lande is (trekkende, en mitsdien noodfaakelyk daar teegens dient te worden voorfien, om den Staat van inlanJHeh Kxygs - en Scheepsvolk niet te laaten ontbiooten. Zoo is 'r, dat wy op het voorftel van zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, onfen Erfftadhouder, Erf-Gouverneur en Erf-Capitein en Admiraal Generaal , goedgevonden hebben by renovatie van ons voorig Placaat, op nieuw te ordonneeren en ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren mits deden, dat niemand, wie of van wat qualiteit hy ook zy, in deefe Vereenigde Nederlanden, of in eenige Steeden of Plaatfen, onder ons Gebied gehcorende, eenig Volk van wat qualiteit, of van wat Nnrie, het zy buiten ons fpeciaal en fchriftclyk confent, zal moogen aannemen, of aangenoomen zynde , van anderen overneemen, voor, uit den naam , en van weegens eenige buitenlandfche Koningen, Potentaten, Princen, Heeren, Staaten of Republicquen, het zy openbaar, het zyheymelyk, direclelyk of indirectclyk, onder wat pretext het zoude moogen weefen, om in Krygsdienst, te Water of te Lande, te Paard of te Voet, gebruikt te werden, ordonneerende wyders, dat het Volk van Oorloge, zoo te Water als te Lande, te Paard of te Voet, dat by iemand voor buitenlandfche Koningen, Potentaaten, Princen, Heeren Sta¬ ten of Republiquen, openbaar, heymelyk, of onder de hand binnen deefe geünieerde Provinciën , of in eenige Steeden of Plaatfen, onder ons Gebied gehoorende, zonder ons confent aireede aangenoomen zouden moogen zyn, of hier namaals aangenoomen zoude moogen werden, van haaien dienst en pligt daar in , of daar meede zig zouden moogen oordeelen verbonden te zyn, zal werden gedispenfeert en ontflaagen, gelyk het zelve gedispenfeert en ontflaagen werd by deefen, met expres bevel, dat zy hun van denfelven pretenfen dienst zullen •onthouden, en haar denfelven onttrekken, en des niettegenftaande moogen behouden en genieten het Loop of Aanritsgeld, datzy op de Hand zouden moogen hebben ontfangen,zonder dat zy daar over by iemand, wie her zy, zullen moogen aangefprooken, veel min ccninige moeite aangedaan worden, alles op poene dat de Cootravenieura van deefen onfen Placaate aan Lyf en Goed, en na exigentie van zaaaken, zelfs met de dood zullen werden geftraft. En op dat hier van niemand eenige ignorantie zoude moogen pretendceren, ontbieden en verfoeken wy dc Heeren Staaten, Erfladhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeftive Provinciën1, en alle andere Jufticiercn en Officieren van defelve Landen, deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme te doen verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle Plaatfen daar zulks noodig weefen zal, cn men gewoon is zoodanige publicatie en aftixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaat2n Fiscaal, en den Procureur Generaal, en alle andere Officieren, Regteren en Jaiticiercn van deefe Vereenigde Nederlanden, deefen onfen Placaate te agtervolgen en doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren teegens de Overtreeders van dien zonder eenige gratie, faveur, disfimulatie of verdrag, dewyle wy het zelve alfoo ten dienste van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan cn gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeeren Staaten Generaal in s Gravenhagc den 17 September 1766. (Was Geparapheert,) J. v. BRONCKHORST, vt. (Onderjlond,) Ter ordonnantie van defelve. (Get eekentf) f Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een H VACFT rooden Ouwcel overdekt met een papiere Ruyte. AüiL> Pla.  Betreffende de Militie te Lande, met de gevolgen van dien. 65 3* Publicatie van de Staaten Generaal, tevenhet doen opmeeten en carteeren der Landeryen rondom de Fortificatie-werken der Stad Maastricht gelegen, zonder daar toe bekomen confent, en door ongequaliflceerde Perfoonen. Den 28 Jamm- lF\e Staaten Generaal der Vereenigde NeJL/ derlanden: Aan alle die geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Nademaal wy in ervaringe zyn gekomen, dat veele Particulieren, het zy Éigenaars van Landeryen rondom de Fortificatie werken der Stad Maaftricht gelegen, het zy Vreemden, zig onderftaan, zonder eenige voorkennisfe ofte confent van die geene, die zulks behoort, en dat wel door ongequaliflceerde Perfoonen, te doen opmeeten en carteeren de voorfz. Landeryen, zelfs die langs de Téeen der Glacien, en tegens defelveaan, geleegen zym Zoo is 't, dat wy teegens het misbruik, en de nadeeiige gevolgen daar uit te refulteeren, willende voorfien, goedgevonden hebben te ordonneeren, gelyk wy ordonneeren mits deefen, dat, zoo wanneer iemand eenige Landeryen onder het bereik van een Musquetfchoot, van het uiterfte der Werken van de voorfz. Veftinge gereekent, zal willen doen opmeeten of carteeren, daar tóe geene andere Landmeeters zal mogen gebruiken, als zoodanigen, welke geadmitteert, en op het Territoir van den Staat woonagtig zyn, en dac niemand daar mede een begin zal mogen doen maken, dan, alvorens aan den Gouverneur, Commandeur, of Commandeerénde Officier, mitsgaders aan dén Direéfeür of eerft aanweéfenden Ingenieur, kennisfe te hebben gegeéven, waal-, en welke Landeryen men voornemens is té doen opmeeten, en het nodigs Confent daar toe ge vraagt en geobtineert te hebben; alles op poene, dat die geene, dié contrarie deefes zal bevonden worden gedaan té hebben, deswegens zoodanig zal worden gemuIcT:eert,ofte anderfmts naar exigentievah zaaken, zelfs aan den Lyve, geftraft worden, als bevonden zal worden te behooren. En op dat niemand hier van ignorantie pra> tendeerë, lasten wy, dat deefe gedrukt, en vervolgens gepubliceert en geaffigeert zal worden ter plaatfe, daar zulks behoord. Aldus gedaan in 'sHage den 28 January 1774. (Was geparapheert,) "W. A. van HAREN, vt Ter Ordonnantie van de Hoög Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden. Ter relatie van den Raad van Staaten derfelver Landen. (Ge teek ent,~) I. J. van ë E E S. <4* Placaat van de Staaten Generaal, tot voorkoming der Defertie onder de Militie. Den 23 fdy 1778. De Staateri Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefën, falut; doen te weeten: Alfoo wy in ervaaringe gekoomen zyn, dat zeedert eenigen tyd, niettegenftaande onfe voorige Placaaten, en byfonder dat van den 22 November 1741, veele Militairen haar eer en pligt vergeetende, onderftaan uit onfen dienst te deferteeren, en dat deefe defertie in het Resfort van de Generaliteit zeer gefaciliteert werd door quaade en baatfugtige IX. Deel. In-en Opgefeetenen, die aan de Deferteurs de behulpfaame hand bieden, zoo door het verfchuylen en verbergen der Deferteurs, als met aan hun Weegen en Steegen te wyfen, om te öntkooraen, haare Wapenen en Monteeringen af te koopen, defelve met andere onkennelyke Kleedereh té voorfien, of door diergelyke andere quaade en aan onfen dienst nadeelige middelen in het werk te fteilen. Zoo is 't, dat wy, om daar tegen zoo veel doenlyk te voorfien, en tot voorkominge I van  66 Placaaten. i. Bock. 5. TfetiL van meerder defertie , goedgevonden hebben, op het voorhiel en met communicatie van zyne 1 looghetd , den Heere Prince van Orange en Nasfau, aan alle Officieren en Magiftraaten in de kleine Steeden, geen Guarnifoen hebbende, cn ten platten Lande, en het Diftrict van de Generaliteit, mits deefen te gelasten en te ordonneeren, alle Militairen in haare Diftricfen of Jurisdictiën pasfeerende, aan te houden of te doen aanhouden, ten zy defelve met een behoorlyke Verlofpas voorfien zyn, cn als dan daar van aanftonds kennisfe te geeven aan den Commandeerenden Officier van het naafte Guarnifoen, dewelke zonder tydverfuim zal moeten zorgc draagen, dat zoodanige aangchoude Militair of Militairen aanftonds afgehaald worden, en gereftitueert de kosten op de aanhaalinge gevallen, welke kosten gerefundeert zullen moeten werden door het Regiment, waar onder zoodanig Militair gehoord, ten welken einde aan den Commandeerenden Officier van de Plaats, daar zoodanig Regiment in Guarnifoen is, zonder tydveruim kennisje zul worden gegeeven, door den Commandeerenden Officier van hec Guarnifoen, dair die aangehouden Militair of Mditaircn in bevvaaringe is, of zyn gebrast, om ten fpoedi^ften zorge te draagen, dat*de kosten gereftitueert worden. Voorts hebben wy goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren , ordonneeren en ftatueeren by deefen, dut voor ieder Deferteur, dewelke in de kleine Stccden daar geen Guarnifoen is, of ten platten Lande in het Resfort van de Generaliteit, zal worden aangehouden, ten prcfyte van die geene, die de aanhaalinge zal hebben gedaan, betaald zal worden voor ieder Sol- | daat, Ruyter of Dragonder, te voet, tien Ryksdaalders, en voor ieder Ruyter of Dragonder te Paard, twintig Ryksdaalders, te betaalen door den Ritmeefter of Capitein waar onder gehoord; boven dien verbieden wy mits deefen wel fcterpelyk aan alle In- en Opgefeetenen in het Diftria van de Generaliteit, geen Paarden, Montuure, Wapenen, Kleederen , nog eenig ander ding, van de Defer- j teurs te koopen, ook haar «iet te verbergen nog haar te verfteeken, nog in haare delertie cemgfmts tc begunftigen, op poene, dat iri| dien iemand van de voorfz. In-en Opgefce| tenen overtuigt koomc te werden, een 1 aard, Kleedercn of Wapenen van een gedeferteert Ruyter, Dragonder of Soldaat te hebben gekogt, defelve gehouden zal zyn, vyf cn twintig Ryksdaalders te betaalen ten profytcn van den Ritmeefter of Capitein, onder wiens Compagnie de Deferteur gehoord, en dat daar by gehouden zal zyn weeder te geeven al wat hy gekogt zal hebben. En indien eenige van de In-en O'pgeièetenen in het Diitnet van de Generaliteit behooriyk overtuigt werden, de hand geleent, ofby haar ontfangen te hebben een Deferteur, of denfelven m het doorpasfeeren, met haar weeten, en door haar fchuld, niet tc hebben aangehouden, zullen defelve daar door vervallen ineen boete van vyf en twintig Rvksdaalders, te betaalen dcor ieder die daar aan de hand gelecnt zal hebben, welke boete zal koomen ten profyte van den Ritmeefter of Capitein yan de Compagnie, waar uit de Deferteur redelcrteert zal zyn, in welke boete de Schuldige gecondemneert zal worden door den Refter dien het aangaan zal, en indien de Schuldige de boete niet betaalen kan, zal defelve gecondemneert worden in een arbitrale correctie, en zullen de llcgters gehouden zyn in deelen op de aanklagte die gedaan werd, aanltonds haar uitfpraake te doen, zonder forme van Proces. Wy /asten en bcveelen derhalten alle Otlicicren en Justicieren in he' D 6 January 1706, 18 January 1716, 12 February, cn 10 Maart 1723, 26 January cn n February 1724, 15 Maart 1725, 9 Augustus, 11 September en 10 October 1727, en byfonder by die van den 15 July 1729, word gepcriifteerd, met inftantelyk verfoek op de Heeren Gecommitteerde Raaden om te vigilecren, dat dezelve exaételyk werden geobferveert, en dat mitsdien voortaan de Concesfie van Titulaire Actens voor de Officieren ter repartitie deefer Provincie (taande , alleen tot de Regimenten van de efedive Generaals perfoonen werde geborneert. En zal Extract deefer Refoiutie worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in den I laag en te Hoorn refideerende, om op de pracife obfervantic van defelve alle attentie tc adhibceren. En is met opligt tot het vierde of laatftc Object, betreffende het employ van Nationaale Officieren boven den rang van Sergeant of Wagtmeester, goedgevonden en verltaan , alvorens ietswes dien aangaande te bepaalen , zyne Hoogheid te verfoeken, hoogst desfelfs confidcratien en advis daar op aan hun Ed. Gr. Mog. te fuppeditecren. 9- Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende permisfie, om in zeker fingulier geval de Zadels, Hoofdfeilen ge. foor de Militie buiten de Provintie te mogen laaten maaken. Den 6. %inuarv 1785. 'J J Js geleezcn het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 5 deezer, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointemcnt van den ïó December laitstleeden, geëxamineert dc Requeste van de Officieren rcspectivelyk Commandeerende de twee Esquadrons Carabiniers van zyn Hoogheids Regiment Cavallerie Orange Friesland, het Regimcnc Cavallerie van l den Lt. Generaal de Eimars, cn de twee f Esquadrons van het Regiment Cavallerie van den Generaal Major van Stocken, gerepanitieert op deefe Provincie, te kennen geevende , dat ingevolge de last en ordre van zyn Hoogheid, in dato den 5 December 1784, de nodige Conventien gemaakt moeten wor- j den met de Leveranciers en Aanneemers om Wapenen, Paarden, Monteering en het geen verder vereischt word te leeveren voor de I Manfchappen die geaugmenteert moeten wor- I den, en dienvolgende ook het Leeder-goed Coo ! voor defelve Manfchappen, als aan de Paar- I den nodig , het welk volgens het Reglement op de Militaire Kleeding van dato 15 Decem- I ber 1734, en hun Edele Groot Mogende nadere Refoiutie van den 9 Aley 1781, binnen deefe Provincie (oude moeten gefabriceert en gemaakt weefen; dat de Supplianten, conform de voorfz. last en ordre, de nodige aan- ! ftalte makende om fig refpectivelyk te voorfien van al het nodige, en alfoo ten fpoediglte compleet te zyn, bevinden dat het niet mogelyk fal weefen, om al het Leeder - goed, als: Zadels, Hoofdllellen, Trenfen, Carabynsriemen, Patroontasfen, Porte-Epées &c. op zyn tyd binnen deefe Provincie gemaakt te krygen, en vervolgens verzoekende, dat hun Kdele Groot Alog. voor deefe ryfe, cn in dit finguliere geval, in confideratic van de hoogdringende noodzaakelykheid, om hoe eerder Coo beeccr gereed te kunnen zyn, gelieven te permitteeren, om de Zadels, Hoofd(tellen, Trenfen, Carabynsriemen, Patroontasfen, Porte-Epées &c. tot het wapenen van de te augmenteeren Alanfchappen, en aan derfelver Paarden nodig, voor de voorfz. op deeze Provincie gerepartitieerde respective E5quadrons en Regiment CavalJerie, buiten deefe Provincie te mogen laaten maaken. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten, voor deefe reis en in dit finguliere geval, by deefe te permitteeren, om de Zadels, Hoofdfeilen, Trensfen, Carabynsriemen, Patroontasfen, Porte-Epées, en het verdere Leedere goed, tot het Wapenen van de te augmenteeren Manfchappen, en aan derfelver Paarden voor hunne Esquadrons, en Regiment Cavallerie benodigt, buiten deefe Provincie te mogen laaten maaken; mits dat deefe hun Edele Groot Mog. Permisfie alken tot het gemelde Leederen goed fal moeten blyven bepaald, en geenfints tot andere Stoffagien geë'xtcndeerd (al mogen worden. Pu-  Betreffende de Militie te Lande, met de gevolgen vatt dién. fi 10. Publicatie ban Gecommitteerde Raaden van Holland, betrekkelyk de Looting van Manfchappen ten Platten Lande. Den 27 January 1785. De ÖecJöfflrnitteëfde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut; Doen te weeten ï Alfoo tot onfe kennisfe is gekomen, dat fommige Opgezeetenen ten platten Lande fig verbeelden, dat de Looting, waar toe i'y op goedvinden van hun Edele Groot Mog. de Heeren Sraaten deefer Provincie, in gevolge onfe Aanfehryving van den 12 deefer genodigd zyn, tot oogmerk foude hebben om' hun onder de Wapenen te brengen, ten einde tot het doen van Togten en Wagten buiten hun Dorp te worden gebruikt, als meede dat de gemelde Opgezeetenen, op verfcheide Plaatfen tot de voorfz. Looting fehynen niet geneegen te weefen, dog bereid zyn fig vry willig in den Wapenhandel te oeifenen. Söo is % dac wy, om de voorfz. goede Opgezeetenen, fóo veel in ons is, van derfelver verkeert begrip te rug te brengen, en van de goede meeninge van hooggemelde Heeren' Staaten. te onderrigten , mitsgaders de uitvoering van hoogst derfelver goedvinden,, zoo veel mogelyk gemakkelyk te maken, hebben goedgevonden. onvermiridert onfe Aanfehryving van den 12 deefer, by deefe te verklaaren , dat de gemelde Looting en de weekelykfche Exercitiën welke daar op ftaan te volgen, overeenkomftig hoogst derfelver goedvinden en onfe Aanfchryving van den 12 deefer, tot niets anders is {trekkende, gelyk uit defelve Aanfehryving is te fien, als om die geenen welken door het Lot zullen worden uitgemaakt met foodanigen welken fig daar by uit eige verkiefing vry willig zullen willen voegen, in den Wapenhandel te ceffenen, met oogmerk om hunne eigen Huifen en Befittingen, in geval van onverhoopte noodfaakelykheid, tegen den Vyand te kunnen beveiligen en defendeeren, en voorts de Schouten en Geregten van fopdanige Dorpen, alwaar de Opgezeetenen liever buiten de voorfz. Looting zig vrywiüig tot den Waapenhandel aanbieden, onverlet te laaten, de gemelde Opgezeetenen fonder deefe Looting onder de Wapenen te brengen. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy, dat deefe alomme fal worden gepubliceert en geaffigeert, ter Plaatfe daar het behoord en te gefchieden ge« bruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 27 january 178^ • ' :- ■f* ■ (Onderflondf) ter Ordonnantie ,van de Gecommitteerde Raadefl* (JVas geteekend,) A. J. R O Y E R* Refoiutie van de Staaten van Holland, tot mortificatie van het Corps Cent Suisfes. Den 22. September 1786. By refumtiê, en tot finaale afkomst öp heden volgens hun Ed. Groot Mog, Refoiutie van den 10' defer, gedelibereert fynde op het Rapport ten felven dage uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 13 January defes Jaars met de Heeren Gecommitteerde Raden geëxamineert de propoütie van de laatstgemelde Heeren, omtrent het Corps van de Cent Suis fes; als mede de retroaetive Memorie des aangaande door dezelve Heeren in het Befogne op den 27 Mey geëxhibeert. Js goedgevonden en verftaan s tot foulass voor de Fïnancie van defe Provincie, het Corps Cent Suisfes by defe te mortiftceeren; met verzoek aan de Heeren Gecommitteerde Raden, om hun Edele Groot Mog. te dienen van derzelver Confideratien en Advis over den voet en wyfe, waar op de Officieren en Gemeenen, het zelve Corps thans compofeerende, fouden behooren te worden gededom-* mageert hun leven lang geduurende. De groote meerderheid van de Heereft van de Ridderfehap en Edelen heeft tot de voorfchreeve Refoiutie niet geconcurreert. De Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn hebben tot de voorfchreeve Refoiutie niet geconcurreert, maar de conclufie aangefien* Pm.  7* Placaaten, i. Bock. 5. Titul. 12. Publicatie van de Staaten van Holland, tet ontdekking van den Lieutenant Cotonel Hcnry Balneavis, ter zaake defelve de Militie te Oudewater in bezetting leggende , verradcr/jk aan den Staat hadde ontweldigt. Den 12 jfunyiyS^. De Staaten van Holland cn Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo Hcnry Balneavis, Lieutenant Colloncl by het Regiment van den Generaal Major Stuart ten diende deefer Landen, zig niet ontficn heeft, om, niec tegenftaande de pofitive ordres ter contrarie , zig aancematigen het Commando over een gedeelte van het voorfz. Regiment, Guarnifoen houdende tc Oudewater binnen deefe Provincie, en zig te fteilen aan het hoofd van de door hem tot revoltceren gebragt zynde Manfchappen van diverfe Compagnien, in zooverre, dat hy met defelven, na dat zy zig aan het bevel van hunne Oillcieren onttrokken, mitsgaders den Colloncl van Citters, cn eenige andere Officieren van het Guarnifoen, met geweld overmeeftert, en vyf ftukken Canon vernageld hadden, en na dat Voorts de Vaandels benevens dc Krygskas geweldadiglyk door defelve uit het Huis van gemelde Collonel van Citters ontroofd waren, uit dc voorfz. Stad Oudewater is uitgetrokken, en alzoo de Militie, welke wy tot defenfie van ons Souverain Territoir aldaar in bezetting hadden, verrader/yk aan ons heeft ontweldigd. Zoo is 't , dat wy het gebeurde ter Plaatfe voorfz. niet anders kunnende aanmerken, dan als hoog verraad, en teffens voor het weAfyn van den Lande, en ter efiicacieufe handhaaving van ons I loog en Souverain Gefag over de Troupes binnen deefe Provintie in Guarlben leggende, ten uiterfte dienftig hebbende geoordeeld, dat in het byfonder niets onbeproeft werde ge laaten, om, by provifie den gemelden Henry Balneavis gevangelyk naar herwaards te doen overbrengen, aan den geenen , die denfelven I fenry Balneavis zal leeveren op de Voorpoorte alhier in den Hage, of daar toe aan onfen Advocaat Fiscaal by het Collcgie van de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden fccureaanwyfing zal weeten te doen, zodanig, dat defelve Henry Balneavis eiieetivelyk op de gemelde Voorpoorte in hegtenis gerake, eene prremie belooven van twee duifend Goude Ducaaten; zullende den naam van den Leveraar of Aanbrenger, d,es begeerendc, gefecretcert blyven. Authorifccrcn meede wel cxpresfelyk allen ende een iegelyk, zonder onderfchcid, cn van welken Staat of Conditie dezelve zyn mogtc, om den meergemelden Henry Balneavis , alwaar dezelve te bekomen mogtc zyn, dadelyk te apprehendeeren, en naar herwaards op de Voorpoorte over te brengen; Ordonnecrende wyders aan alle onze Officieren en Jufticieren, om, des verzogt, daar toe de bchidpiame hand te bieden, zonder daar van op cenigerhandc wyze in gebreekc te mo^en blyven, op poene van privatie van hunlieder Officie. En ten einde niemand hier van ignorantie prctendcere, zo gelasten wy, dat deeze alom zal worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar her behoord, cn zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder hec Klein Zegel van den Lande den 12 Juny 1787. (Onder l?or;d,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (ff ras geteekentf) C CLOTTERBOOKE. 13. Pttbhcatte van de Staaten van Holland houdende Amnestie voor de Deferteurs; en voorfieninge tot voorkoming der Defertie voor 't vervtg Den 23 Juny 1787. * De Staaten van Hollanden Westvriesfand, allen den geenen die deefe zullen zien ot hooren leefen, falut: Alfo wy in ervaaring zyn gekomen, dat van de Regimenten of Compagnien, ter repartitie of in particuliere dienst van deefe Provintie ftaande, of zynde, en in dezelve, of wel met ons goedvinden binnen de Stad of Provincie van Utrecht zig bevindende, veele Ruiters en Soldaaten, behoorende zoo tot de Cavallerv en Iniantery, als  Betreffende dc Militie te Lande, met de gevolgen van dien. 73 als Artillery, daar toe door beloften of andere, diergelvke middelen verleid zynde, zich hebben fchuldig gemaakt aan de hoogftrafbare misdaad van Defertie, tot groot ondienst en nadeel, vooral in de tegenwoordige tydsom-. Handigheden, van den Lande. Zoo is 't, datwy, geneegenzynde,aan de zoodanigen die zedertden i October 1786", diergelyke euveldaad mogten hebben gepleegd, mits dezelven tot inkeer komen , onfe gratie tebetoonen, hebben goedgevonden en verftaan, aan alle defelve voor deefe reize kwyt te fchelden, enfchelden hun kwyt by deeze, al het gunt zylieden daar door aan den Lande hebben misdaan, mitsgaders alle ftraffen, daar inne zy ter dier zaake zouden mogen wezen vervallen, mits dat zylieden voor of uiterlyk op den 2.0 July eerftkomende naar de door hun verlatene Guarnifoenen of Cantonnèmenten te rug keeren, en zig, met een waar berouw over hunne voorgemelde misdaad, wederom begeeven onder de Compagnien, waar onder zylieden voor dato van de voorfz. hun; ne Defertie hebben gediend, ofte wel te Woerden. Ordonneeren en ftatueeren wyders, dat alle de geene die deeze onfe generale Amnestie zuilen hebben verfmaad,en alzoo voorden 20 July eerftkomende, invoegen voorfz. niet zullen weezen wederom gekomen by hunne Compagnien, ingevalle defelve naderhand züllen uitgevonden en achterhaald worden, zonder eenige de minfte remisfie of conniventie, als Oeièrteurs zullen geftraft worden. En dewyl' wy teffens geinformeert zyn, dat verfcheide kwaadwilligen zich zedert eeiftgeh tyd niet ontfien hebben, om de Militie van den Staat door allerhande Üinkfche en verfoeïjelyke middelen te debaucheeren, en dezelve verraderlyk aan de gehoorzaamheid van hun Ed, Groot Mog., derfelver Terrkoriaalen Souverain, te onttrekken. Zoo is 't,' dat wy tót weering en ftuiting van alle dergelyke machinatien, wyders hebben goedgevonden en verftaan, allen ende een iegelyk zeer ernftiglyk te vermaanen, dat dezelve zig daar van ten zorgvuldigften zullen hebben te wachten, op poene niet alleen van onfe hoogfte iridignatie, maar ook van als opzettelyke Landverraders met alle rigueur te worden geftraft. En ren einde zulke verderffelyke 011 derneemingen des te eerder zullen kunnen ontdekt en na vereifch van zaaken geftraft worden : Zoo is 't, dat wy aan die geenen, welke het pleegen van zulke euveldaden zullen komen te ontdekken, ten dien effeéte, dat de fchuldigen in hechtenis zullen geraaken, en van derfelver begaane misdaad overtuigd werden, belooven eene prremie, geëvehredigd aan het gewicht der gedane ontdekking, ten minften ter fomme van ƒ 100 - o - o. Authorifeeren, en ordonneeren mede wel expresfelyk, alle Commandeerende, en andere Officieren, om met alle nauwkeurigheid te letten op allen die geenen, : dewelke onder de minfte fuspicte zouden mogen leggen, vah tot het debaucheeren van de Militie in dienfte van deefen Staat gecoöpereert te hebben, of te hebben willen coöpereeren, van welke 'ftaat of conditie dezelve zyn mogten, en 111 het byzonder op de door ons, of van onzentwegen gedispenfeerde, gefuspendeerde of gedimitteerde Officieren, mitsgaders op hec eerfte gegronde vermoeden, dat zy zig daartoe hebben laaten, of willen laaten gebruiken, dadelyk, zo het politique of Burgerlyke zyn, daar van, als mede van de reedenen van fuspicie, kennis te geeven aan de Bailliuw van dë Plaats of het Diftricl, ten einde daar tegen naar behooren te kunnen vigileeren, als meede dien onverminderd aan de Heeren onfe Gecommiteerde Raaden; en zo het Militairen mogen weefen, dezelve aan, te houden en in verfeekering te neemen, en zulks gedaan zynde, daar van kennis te geeven aan den Generaal Major van Rysfèl, of arm den Krygsraad van de Guarnifoenen, binnen welke de zaake zoude mogen komen voortevallen, ten einde daarinne respect! velyk zodanig verder geprocedeert te worden, als bevonden zal worden te behooren; Belooven de wy daarenboven aan de ontdekkers, die zich als medehelpers tot het debaucheeren van de Militie van den Staat zouden mogen hebben laaten gebruiken , behalven de voorfz. praemie een volkomen impuniteit of bevreiding van alle ftraffen, welke zylieden, met betrekking tot het zelve fait, zouden mogen verdiend hebben. Ordonneeren voorts meede wel expresfelyk aan onfen Procureur Generaal, mitsgaders aan onfen. Advocaat Fiscaal, en alle andere onfe Jufticieren en Officieren, om deze onfe Publicatie met alle rigeur te doen nakomen en executeeren, en zich daar na, zonder eenige de minfte conniventie ftiptelyk en precifelyk te reguleeren; want wy zulks bevonden hebben alzo ten dienften van den Lande te behooren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, zo gelasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert eer plaatfe daar het behoord, en zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Haage onder het Klein-Zegel van den Lande den 23 Juny 1787. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Was geteekend f) C. CLOTTERBOOKE. IX Deel. K Pu-  j-tf Placaaten. i» bock. 5. Titiü. of eenige partyfchappen of verdeel dheeden voor te ftaan, of wel zig dien aangaande in eenige facticufe cn aanftootelyke bewoordingen uit te laaten, nemaar in tegendeel, om hunne Gemeentcns, Ledematen en Leeken, tot vrcedelievcnde gevoelens, en een gepaste gehoorzaamheid omtrent ons, a!s hunnen wettigen Souverain aan tc Ipooren; op pcene, dat zodanige Predikanten, Leeraars en Paftoors, welke hunne Gemeentcns, Ledematen of Leeken, met eenige partyzugtige en onrustige voorftellen by de gewoone Godsdienstoelfeningen of ter geleegentheid van hunne particuliere Huisbezoekingen zullen hebben onderhouden, naar exigentie van zaaken zullen worden gecorrigeerd, en des noods van hunne Predikamptcn en Paftoryen gedeporteert, of geremovcerd. En ten einde de inhoud deefes binnen de Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch en de verdere Steden, Dorpen , 1 leerlykheeden en Plaatfen van de Generaliteit alomme werde geobferveerd en naar- gekomen! lasten en bevoelen wy onfen Advocaat Fiscaal cn Procureur Generaal van Braband en de Landen van Overmafe, onfen Hóogfchout der Scad en Meyerye van'sHertogenbosch of den geen , welke het zelve hooge Ollicie moge waarnemen, mitsgaders alle onfe cn onfer Vafallen, verdere Officieren, Jufticieren en Onderfaten, zoo in de voorfz. Stad cn Meyerye van 's 1 Icrtogenbosch, als ia de verdere Steden, Dorpen, Heerlykhecden en Plaatfen van de Generaliteit, hen naar het geen voorfz. is exaételyk tc reguleeren, en toe te zien, dat daar aan zonder eenige disiimulatie werde geobtempereere en voldaan. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendccre , lasten cn bevcc/en wy, dat deefe alomme in het Diftrict van dc Generaliteit zal worden gepubliceert en gcalageert daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. s Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. 1 lecren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den HeerePnrfidcerendc in onfe Vergaderinge, en de fignature van onfen Griffier , op den 13 Augufty 1787. (JVas geparaphetrt,") j. W. van WELDEREN. {OnderJlond?) Ter Ordonnantie van de hooggemelde Heeten Staaten Generaal. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een Rooden Ouwel, overdekt met een p3piere Ruite. {JVas geteekent,) H. F A G £ L 16. ffaarfchottzving van Gecommitteerde Raaden fan Holland, tegen het planten yan Boomen, Heggen, &>c. het opwerken van Hoogtens, en het aanleggen van Gehouwen, in de nabyheid en onder het Kanon der Fortificatiën. Den 30 sipril 1792. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, Alle de geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut; doen te weeten, dat tot onfer kennisfe gekomen zynde, dat fornmige Perfoonen zig niet ontfien om in de nabyheid en onder hec Kanon der Steden, Vestingen of Fortresfen, behoorende tot de groote en klyne Hollandfe Fortificatiën, allerhande foorten van Boomen , Schaarhout, Heggen, ja zelfs tot Bosfchen te planten, aan te leggen, zoogenaamde Wallen, of Hoogtens op ce werpen, en de afgegrave of afgezande, en op het Pyl van Inundatie zig bevindende of gebragte Landen op te hogen, en nieuwe Plaatfen , Huyfen , Schuuren , Gecimmertens , Hooybergen, en dat meer is aan te leggen,alles ftrekkende tot aanmerkelyke verfwakking, en de nadeeJigffe gevolgen by cas van onverhoopte Defenfie: Zoo j s 't , dat wy , tot bandhaaving der by voorige door ons daar teegens genoome Refoiutie van den 31 Maart 1774, als het nadere met voorkennisfe van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange gerefolveerde by onfe Refoiutie van 16 Maart 1790 en om  Betreffende de Militie te Lande, met de gevolgen van dien. 75 15. Publicatie van cle Staaten Generaaltegen het verder oprigten, mitsgaders tegen het uittrekken van afzonderlyke Genoodfchappen van Wapenhandel in het Diftrict van de Generaliteit Den 13 Augustus 1787^ "T"*'Ve Staaten Generaal der Vereenigde NeJL/ dcrlanden, Allen den geenen, welke dee/ên zullen zien of hooren leefen, Salut'j doen te weeten.: Nademaal tot onfe kennis is gekomen, dat zeedert eenigen tyd binnen zommige Dorpen en Heerlykheeden van de Meyerye van 's Hertogenbofch, Genootfchappen of Gefelfchappen van Wapenhandel zyn opgerigt, zonder daar toe onfe permisfie verfogt en verkreegen te hebben, het welk niet alleen {trekkende is om de goede Ingefeetenen van hun dagelyks werk en beroep af te trekken, maar waar door aanleiding tot veele onaangenaame disfentien en disputen word gegeeven , terwyl ook het uittrekken van defelve Genootfchappen of Gefelfchappen van Wapenhandel aan de Ingefeetenen nog meerder verfuim vden, niet alleen geen Boomen, Heggen of Houtgewas zal mogen planten , of voor het gerooyde andere Pooten, PJantcoen of jónge Boomen meer inboeten of fteeken (de publique Weegen of Dyken daar al mede onder begreepen zynde) maar zelfs dat het geene in dit, of het laatst verloopenSayfoen van Boomen, Plantfoen, Heg, Stek-of Schaarhout mogte geplant, geftooken of ingeboet zyn, dadelyk zal moeten worden weggeruymd: wordende nogthans aan de Eyrgenaars of Beheerders van zodanige Gronden, welke uit hoofde van derfelver aard, volftrekt op geen andere ivyfe , als de beplanting met Hakhout kunnen worden gebenefieéerd, vry en onverlet gelaaten, zig tot hei doen van zodanige beplanting aan ons té mogen adresfeeren. —. Biy vendé foorrgelyke Adresfen meede onverhinderd omtrent de Buitenglooying der Dyken;, Welke tot der zeiver confervatie teegen den flag van het Waater, aan de Ri. vier of buitenzyde met willige Waarden of ander Hout moeten worden beftooken en voorfien, ofte eenige gedeeltenê van Weegen of Dyken (buiten 't principale Front van Attacque) aan dewelke de beplantinge by cas-van rupturé of verdeediging , niet kan hinderen | zouden konnen en mogen beplant worden : ontrend alle welke verfoeken door ons, na daar op den Contrarolleur Generaal van *s Lands Fortificatiën in der tyd te hebben gehoord, volgens omftandigheden , en bevinding van zaa= ken, zal worden beflooten; 5. Dat voorts niemand eenige Landeryen, Weegen, Kaden, of Dyken (dié . tot keeringe van Hooft - Rivieren, ofte Zeedyken, nogthans uitgefondert) ge* leegen binnen de twee honderd roeden* om de gemelde Steden, Vestingen ,' Forten óf Buitenposten, op den voet als by het eerste Articul defer Waarfchouwing is bepaald, zal mogen vernoegen , met het opbrengen van Aarde * Zand , Steenpuyn of andere Specie* hoe ook genoemd, (buiten zuyvere Mesfingop de Landen) welke hier van alleen by deefe worden uitgefonderd. Tetwyl dit verbod by deefen word uitgeftrekt tot de Vestingen of Forten, alwaar op dert afltand van drie honderd roeden; min of meer afgraavingen of afzandereyen ter bevordering van artifïeieele Inundatie reeds hebben plaats gehad , de Gronden, mitsgaders de Weegen welke door defelve löopén| met dien verftande nogthans, dat omtrend zodanige platte of gefakte Weegen, als Welke nu of in der tyd völftrekte verbeetering of ophooging tot het publique gerief zullen komen te vorderen, zodanig adres en dispofitie als hier vooren onder Aft. 4. vermeld, word vrygelaaten, en blyfc gereferveerd. ê. Zal door niemand, hét zy Èygë* naars, Bruykers of Adminiftrateursvaii Landen , Uiterwaarden of Gronden * leggende binnen de diftantie van twee honderd roeden, om de Vestingenj Forten of Buiten - posten, wier Landen of Uiterwaarden met Kadens of Keéringen teegens het Vloedwater omvangen, of gefloten zyn; ter bevordering van verdere ophooging, ofte wel om andere reedenen, deefe Kaadens of Keeringen vermogen door te fteeken,maar in tegendeel, alle geftooken of ingeK 3 broc*  8o Placaaten. i. Bock. 5. Titul. *8. Generaal Pardon voor alle Ruiters, Dragon¬ ders, Husfaren en Soldaten, uit den dienst der l'ereenigde Nederlanden gedeferteert. Den 15 February 1793. WY WILLEM, by dc gratie Gods Prince van Orange en Nasfau, Grave van Carzenclnbogen, Vianden, Diest, Spiegelberg, Buuren, Leerdam, en Culenborg; Marquis van Veere en Vlisfingen, Baron van Breda, Diest, Beilftein, der Stadt Grave en Lande van Cuyk, Ysfelftein, Cranendonk, Eindhoven en Liesveld, Onafhankelyk Heer van de Vrye en Souveraine Erf - i leerlykheid Ameland, Heer van Borculo, Brcdevoort, Lichtenvoorde, 't Loo, Gecrtruydenberg, Clundert, Zevenbergen, de Hooge en Laage Zwaluwe, Naald wyk, Polanen, St. Martensdyk, Soest, Baarn en TerEem, Willemftad, Steenbergen, Montfort, St. Vith, Butgcnbach cn Daasburg, Erf-Burg-Graaf van Antwerpen, Erf-Maarfchalk van Holland, Erfstadhouder, E-f-Gouverneur, Erf-Capitein en Admiraal Generaal der Vereenigde Ncderléhden, Erf-Capitein Generaal en Admiraal van de Unie; Ridder van den Kousfenband en van den zwarten Adelaar, &c. ccc. &c; Allen den geenen, die dezen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weetcn: Alzo wy in confidentie van eenige byzondcre ons voorgekomene omftandigheden genegen zyn onze gratie te bctooncn cn tc verleenen aan alle Wachtmeesters, Sergeanten, Bombirdiers, Corporaals, TWinpetters, Tambours, Pypers en Gemeene, Ruiters, Dragonders, Htteföareri, Grenadiers, Musquettiers, J.ugers 1 Artilleristen cn Mineurs, die voor den 14. February dezes Jaars 1793 van dc Trouppes van defen Staac zyn gedeferteerd, en naderhand wederom in andere Regimenten van den Staat zig hebben geëngageerd, of zig buiten dienst in deze of andere Landen bevinden, mits dat dezelve zig binnen een zekeren tyd komen aangeevcn, en mits dezelve niet vallen in de termen van de na te meldene uitzonderingen. Zoo is 't, dat wy hebben goedgevonden te pardonneerenby defe, alle Wachtmeeflers, Sergeanten, Bombardiers, Corporaals, Trompetters, Tambours, Pypers en Gemeene Ruiters, Dragonders, Husfaaren, Grenadiers, Musquettiers, Jaagers, Artilleristen en Mineurs, die voorden 14. February dezes jaars 1793 hunne Compagnien fonder behooriyk Paspoort hebben veriaaten, en daar van zyn verloopen of gedeferteerd, het zy defelve zig wederom onder andere Compagnien in dienst van dezen Staat hebben geëngageert, of niet; mits dat de geene, die in andere Compagnien zyn geëngageert, aan de Capiteinen of Commandeerende Officieren der Compagnien , waar onder zy tegenswoordig dienen, of aan de Commandanten van de Regimenten waar onder dezelve Compagnien gehooren, voor den 1 April aanftaande zig zullen aangeeven en bekend maaken , cn melden in welke Compagnien cn Regimenten fy voorraaals hebben gedient, en waar van fy fyn gedeferteert. Lastende cn bevcelende wy dat dezelve voortaan fullen blyven dienen in de Compagnien waar onder fy tegenswoordig zyn, cn dat met opfigt tot die geenen, die voor den voorfz. 14 February fyn gedeferteerd, fonder zig wederom in andere Compagnien en Regimenten van defen Staat te hebben geëngageerd, dezelve binnen den vooriz. tyd zig zullen hebben aan te geven aan de Gouverneurs of Commandanten der Steden en Plaatfen* van defen Staat, alwaar, of waar omtrend fy zig bevinden , cn zig aan/fonds wederom te begeeven by hunne Compagnien, waar van fy het laatst fyn gedeferteerd, om daar onder voortaan te blyven dienen, en fal aan defelve door de [ Gouverneurs of Commandanten der Steden en Plaatfen, alwaar fy zig hebben aangegeeven, ' worden gegeeven eene behoorlyke Paspoort met melding van den dag, wanneer fy als De1 fcTteurs zig hebben aangegeeven. Dat insgelyks van dit'Generaal Pardon fullen jouisfeeren die geenen, die reeds voor dato def:s wegens hunne Defertie gearreftcerd, en in detentie fyn gebragt, dog waar over nog niet gevonnisd is, of welkers Vonnisfen voor het verleenen van het Pardon, met onze approbatie nog niet fyn bekragtigd. Dan dat van dit Generaal Pardon fullen wefen uitgcflootcn, gclvk daar van uitgefloten worden by defe: Eerllelyk. De Wachtmeeftérs, Sergeanten, Bombardiers en Corporaals die eene Wacht commandeerende of anderfints de Wacht hebbende, van die Wacht fyn gedeferteert. Ten tweeden. De Gemeenen, die als Onder- Officieren eeie Wacht commandeerende, of a's Corporaals dienst doende, van die Wacht fyn gedeferteert. Ten derden. Alle de geenen, die van de Post waar op fy als Schildwachten ftonden, het fy met Gew«: er en Wapenen, het fy met achterlaatinge derfelve fyn gedeferteert; Zullende echter daar onder geenfmts begreepen weefen, die geeneq die alleen hun Zydgeweer, of eenige Monteering ftukken fullen hebben meedege- noo-  Betreffende de Militie të Lande, met ie gevolgen Van dier). 79 reeren, en fucceffiveïyk» na mate dér meer en meer aannaderende vrees voor Vyandclyke Onderneemingen, dadelyk te doen daar fteflen; en daar onder die middelen in de eerfte plaats moet worden gerekend, het formeeren van 's Lands Inundatien en het onder Water zetten van zodaanige Landen, waar over de Vyand zig een weg naar het binnenfte gedeelte derfelver Provintie zoude kunnen tragten te openen; dat tot het formeeren van defe Inundatien, met ons goedvinden reeds de vereischte praeparatiên zyn gemaakt, dog dat daar toe nog eenige verdere fchikkingen zullen nodig wezen; en dat uit dit alles, tegen Onze meening, een ongegronde vrees by de goede Ingezetenen, en in het byzonder by de Huislieden deezer Provintie zoude kunnen ontftaan, en door kwalykgezinden gelegenheden gézogt worden, ten einde onze pogingen om deze Provincie, onder Gods Zegen, te behouden, door het verfpreiden van valfche gerugten, of zelfs door dadelyke atten* taten, te verydelen, en dus dezelve Provintie, was het mooglyk, ten prooy aan den Vyand open fe laaten; Zoo is 't, dat wy met oogmerk om daar in te voorzien, en voorts tot gerustftelling van allen en een ygelyk, goedgevonden hebben by dezen te verklaaren, dat door de voorfz» Inundatien, geene meerdere Landen onder Water zullen worden gezet, als volftrekt nodig zal wezen, oirt aan den Vyand het acces tót de Vestingen en andere Posten van defenfie dezer Provincie, mitsgaders het verder indringen in dezelve Provintie, efficacieufeïyk te beletten; en dat aan alle de Landlieden en. andere Ingezetenen, welke daar door zullen komen te lyden, derzelver geleden fchaden, in alle redelykheid, uit 'sLands Kasfe zullen worden vergoed. En op dat de voorfz. Inundatien met des te grooter effect mogen worden geforrneert, gelasten Wy alle Dykgraaven en Heemraaden, mitsgaders Schouten en Geréchten en Poldermeefteren van alle zoodanige Heemraadfchap- pen, Diftricten of Polders, als bevonden zullen worden in het formeeren der voorfz. Inundatien geconcerneerd te weezen, de nodi¬ ge voorziening te doen, op dat door de Watermoolens uit de Landen in de meergemelde Inundatien begreepen, tot nader ordre, geen Water, hoegenaamt, op derzelver refpeétive Boeferns werde gemaalen; en wyders aan die geenen welke tot het formeeren derzelver Inundatien door onze Gecommitteerde Raaden zullen weezen geauthorifeerd, daar in met al hun vermogen behulpfaam te zyn, op poene dat die geenen van hun, welke daar in onverhoopt nalaatig mogten weezen, desweegens na bevinding van zaaken, rigoureuslyk zullen worden geftraft. Interdiceerende en verbiedende wy voorts aan alle en eert iegelyk by deeze, om het formeeren deezer Inundaties door eenige Woorden, Gefchriften, veel min daaden, te* gen te gaan ofte verhinderen, op poene, dat die geenen, die zig daar aan fchuldig zouden moogen maaken, daar over aart den Ly ve, en zelvs na bevinding van zaaken met de dood zullen worden geftraft, belovende te gelyk die geenen, welke de Auteurs van zodanige verfoeyeJyke pogingen, fchriften of daaden, aan onze Gecommitteerde Raaden zullen komen te ontdekken, zodanig dat dezelve van het fait kunnen werden overtuigd, desweegens met een aanZienlyke Pnemiè en volkomenW puniteit, indien de Aanbrengers medepligtig mogten weezen, zullen worden beloond; waac toe welgemelde onze Gecommitteerde Raaden geauthorifeerd worden by deezen. En op dat niemand der geenen, welke by het gunt voorfz. zoude kunnen weezen geinterésfeerd, hier van onkundig moge blyven, en zig daar na ftiptelyk moge gedraagen, authorifeeren wy onze Gecommitteerde Raaden by deeze Publicatie, om dezelve door middel van den Contrarolleur Generaal van 's Lands fortificatiën, en die geenen die verder door Zyn Hoogheid en hun, tot het formeeren der voorfz. Inundatien zyn of nog zullen worden gelast, te doen publiceeren en affigeeren in zulke Diftriéten, alwaar het formeeren van zoodanige Inundatien onvermydelyk zal worden bevonden, en zulks op zoodanige Plaat-* fen als het behoord, en te gefehieden gebrul* kelyk is* Gedaan in den Hagê onder het Klein Zeegel van den Lande den 14 February 1703. (Ondetftond f) Ter Ordonnantie van de Staaten. QVas geteekent f) A. J. R. O ¥ E ft Ge*  o2 Placaaten. i. Boek 5. Titul. zonder onderfcheid, welke tot het vervoeren van Mditie, Vivrcs, Ammunitie of andere Goederen ten diende van den Lande zullen worden geprest, zullen gehouden zyn zig met hunne Schepen promptelyk tc doen gebruiken, op piene, dat alle zoodanige Schippers of Schuitevoerders, welke zonder wettige redenen wygeren zig te Jaaren presfen, of geprest zynde, zig abfemecren , of op eenige andere Wyfe depresfing clufoir kwamen te maaken, het zy door onderweeg langer te blyven leggen, als nodig is, 't zy door hunne rvfe niet te willen vervorderen, voor de eerfte ryfe voor den tyd van zes maanden, als Schippers cn Schuitevoerders zullen worden gefuspendeert s en der zei ver Schip of Schuit, of zoo zy er meer hebben, hunne Schepen of Schuiten voor gelyken tyd aan de Ketting zullen worden gelegt, en daar en boven vervallen in een boete van zes honderd guldens, en voor de tweede ryfe de facto uit het Gilde gefet, cn daar geen Gilde is, het vaaren met hunne Schepen of Schuiten voor altoos geinterdiceert zal worden, en daar en boven nog vervallen in een boete van duifend guldens, en welke boctens zullen worden geappliceert, een derde ten behoeve van den Officier, een derde ten behoeve van de Armen , en een derde ten behoeve van den Schipper of Schuitevoerder, welke in hun plaats zal worden geprest. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te prretendecren, Jasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert cn geafli^eert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. ^ in den Httge, onder het klein Zecgel van den dj den 18 July 1794. * (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Scaaten. (Gctcekent,) A. J. R O Y E R. 20. Publicatie van de Staaten van Holland, be- trekkelyk het aanwerven yan een Corps Landzaaten. Den 7 January 1795. T*\- Staaten van Holland en Westvricsland: JL^ Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut;. doen te weeten: Dat alreeds in de maand Auguftus van het voorleedcn jaar, door ons, op de Propofuie van Zyne Hoogheid, is ger.rrcltcerd geworden eene ligtingvan l andfaaten in deefe Provintie; dat in de maand van Oétober daar aan volgende Zyn ttooglmd, mee onfe goedkeuring, den I leer Erfprins van Oranje heeft geauthorifeerd , om de help der goede In- en Opgefetenen, tot behoud van Godsdiensten Vryheid, te mogen aanneemen; dat, ingevolge van deefe maatregelen, ook eenige duifende Manlchappen gewapend langs de Frontieren Haan, en deleive tegen verdere vorderingen van dra Vyand helpen vededigen; dat egter de omHand igheden , zoo met opfigt tot de geduurige Dqqgtngea van den Vyand, als uithoofde van het Winterfaifocn, verre van eenige verpooiing of verilapping in de deTeoGe toe te laaten, veel meer eene verdubbeling van kragten tot defelve vereisfehen; da: hoe zeer onfe wenichen met die van de goede Ingefetenen overeenltemmen, om wel ras, door een vaste en eerlvke Vreede, een einde aan deefen droevigen Oorlog te fteilen, wy nogthans vooral en zorg draagen, dat de handelingen van Vreet e doo: geen overwinningen van den Vyand worden verydeld; dat wy gevolgelyk, fteeds bedagt zynde op middelen, door welken de gemeene Staat moge behouden blyven, en, te midden onfer deliberatien daar op, ontvangen hebbende een Propofitie van Zyne Hoogheid, om dc wapening zoo verre mogelyk door deefe geheele Provintie uit te ftrèkken, goedgevonden hebben, ons met dezelve Propolitic te conformeeren, ten welken einde uy vervolgens de vereischtc maatregelen met den meeften fpoed willende bevorderen; Zoo is 't, dat wy bv deefen alle de Incn Opjefetenen deefer Provintie ten kragtiglten oproepen, om, voor Godsdienst, Vryheid cn Vaderland, de Wapenen op te vatten, en eenen a!verwoestenden Vyand af te keeren, i onaer het beleid van den Heer Erfprins van | Orange, Commandant Generaal van het Leger van den Staat, en geauthorifeerd ten deefen door Zyn Hoogheid, desfelü Heer Vader, gelyk reeds eenige duifende In- en Opgefetepftfl, langs de Fronderen, op defeifde wyfe gewapend zyn. Dat wy infonderheid oproepen alle zoodanige welgefinde aanfienlyke In- en Opgefetenen, welken, door hunnen invloed op'hunne Mede-Ingefetenen, en door de jaagt van het voorbeeld, het meest zullen kunnen toebrengen , om den moed van een vry Volk op te wakkeren; vooral wanneer zy genegenheid toonen, om zig zeiven aan het hoofd van Vry- wil-  Betreffende de Militie te Lande, met de gevolgen van dieft. 8f nog ten refpecte vnn die geenen, die aétüeel in dienst van deefen Staat zyn, en gedeclareert hebben, dat fy te vooren in andere Compagnien hebben gedient, en daar van gedeferteert fyn, daar van aanftonds kennis fuJlert geeven aan de Colonels of Commandanten der Regimenten, waar van de Wachtraeefters^ Sergeanten, Bombardiers; Corporaals, Trompetters, Tambours, Pypers en gemeene Ruiters, Dragonders, Husfaaren, Grenadiers, Musquetiers, Jagers, Artilleristen en Mineurs fyn gedeferteert, die daar van in de Regimentsen Compagnies - Boeken meede behoorlyke aanteekening zullen laaten doen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te prsetendeeren, verfoeken wy de Edele Mogende Heeren Staaten, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën , en ontbieden alle anderen Jufticieren en Officieren van denfelven Lande, dit Generaal Pardon alomme te doen publiceeren en affigeeren in alle Plaatfen, daar men gewoon is foodanige publicatié en affixie te doen. Lasten en beveelen voorts allen en een iegelyk , dien het foude mogen aangaan, haar naar den inhoude van dien te reguleeren, want wy zulks ten dienfte van den Lande bevonden hebben alfoo te behooren» Gegeeven onder onze Handteekeninge en Furftelyk Zeegel, in 'sGravenhage den 15 February 1793. QVas geteekent $ W. Pr. v. O R A N G Ë. (Onderjlond,') (L. S.) Ter Ordonnantie van ZYNE HOOGHEID, (Gecontraftgneertf) T. J. de L A R R Ë Yi noomen en alfoo van de Wacht fyn gedeferteert, terwyl wy in tegendeel goedvinden en verftaan, dat de foodanige meede van dit Generaal Pardon Men kunnen jouisfeeren. Ten vierden. De Ruiters, Dragonders of Husfaaren, die met hunne Paarden of met de Paaiden van anderen fyn gedeferteert. En eindelyk ten vyfden» Alle de geenen, die boven en behalven hunne defertie zig aan eenig infameerent delict fouden mogen hebben fchuldig gemaakt. Wyders gelasten wy alle Colonels en Commandanten der Regimenten, dat fy aan hunne Wachtmeeftcrs, Sergeanten, Bombardiers, Corporaals, Trompetters, Tambours, Pypers en gemeene Ruiters, Dragonders, Husfaaren, Grenadiers, Musquetiers, Jagers, Artilleristen en Mineurs die zig in voege als bovengemeld , komen te declareeren en aan te geeven, daar van fullen geeven eene Attellatie tot bewys voor het toekomende, dat fy in dit Generaal Pardon fyn begreepen, als meede het felve doen aanteekenen in de Regiments en Compagnies Boeken, en dat daar en boven Placaat van de Staaten van Holland, tegen het eludeeren van de Presfingen van Schippers en Schuitevoerders , tot het vervoeren van Militie, Vhres, Ammunitie of andere Goederen ten dienfte van den Lande. Den 18 July 1794. De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten; Nadien wy in ervaring gekomen zyn, dat verfeheide Schippersen Schuitevoerders, welke tot het vervoeren van Militie, Vivres, Ammunitie of andere Goederen ten dienfte van den Lande zyn geprest, des niet tegenftaande weigerig zyn gebleven, om zig te laaten presfen, of geprest zynde zig te abfenteeren, of anderünts de presfing elufoir kwaIX. Deel. men te maaken, het Zy door onderweeg langer te blyven leggen, als nodig was, het zy door hunne ryfen niet te willen vervorderen. Zoo is 't, dat wy Burgemeefteren eh Regeerders in de refpective Steden, en de Schouten en Gerechten ten platten Lande niet alleen qualificeeren en anthorifeeren, Om aan de Geëmployeerdens tot het werk der presfing des noods de noodige adfiftentie te verleenen , maar verders ordonneeren en ftatueeren, dat alle Schippers en Schuite voerders L Zofi.  Fol. 84 ZESDE TITUL: Raakende de Auditeurs Militair. Nihil. ZEVENDE TITUL- Behelfende verfcheidc zaaken raakende den Oorlog tc Water. 1. RefoJutie van dc Staaten Generaal, houdende interdictie aan de Zee -Officieren tot het verleenen van eenige Gratie of Pardon van Doodfiraffe hy de respective Krygsraaden gedecerneert. Den 18 April 1763- By refumtie gedelibereert zynde op een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit op de Mafe, gefchreven te Rotterdam den 28 February defes jaars, en den 3 Maart daar aan ter Vergaderinge ingekomen, houdende , dat de Capitein van Haeften, die benevens den Capitein van Wallcndaal geëmployccrt was tot het Convoy naar de Middelandfche Zee, om bekomene rampen aan de Schepen te Cadix hebbende moeten inloopen, hun gefchreven had, dat drie Perfoonen van de Equipagie der gemelde Schepen, op defertie geattrapeerd, en daar over in boeyen zynde gcflooten, aan den Krygsraad, wanneer de zelve over een ander geval vergadert was, door een Adjudant, daar toe expresfelyk aan denfelven afgezonden, uit naam van den Admiraal van Spagne en van den Gouverneur van Cadix verfogt was, dat zy aan de voorfchreve Deferteurs, in boeyen zynde, Pardon zouden willen verleenen; dat de Krygsraad zig met die boodfehap verleegen had gevonden, en het verfoek van gemelde Admiraal en Gouverneur, die hen vriendelyk hadden geadfifleert, en van al het geene, waar aan zy gebrek hadden, doen voorfien, niet had durven weygeren; dat de Krygsraad daarom had gerefolveert, aan gemelden Admiraal en Gouverneur te doen antwoorden, dat'de Krygsraad de zaak van de voorfchreve Patiënten nog niet in overweging had genomen: maar eerstdaags daar toe treeden zoude, en als dart aan de zelve zoo veel genoegen zoude zoeken te geven, als met de ordres van den Lande beflaan konde,- dat de Krygsraad vervolgens dan ook by dc volgende Sesfie voorfchreve Deferteurs gecondemneert hebbende om met de dood geftraft te worden, teffens had gerefolveert, om aan defelve, na dat de Sententie zoude weien voorgelezen, Pardon te geeven, en dat het zelve was geëxecuteert. Dat het naar dc gedagten van gemelde Collegie een zeer groote hardigheid zoude wezen, om de voorfchreve Patiënten, aan welke het Pardon te gelyk met hunne Sententie was aangezegt, daar van niet te laten gaudeeren: dog dat, dewyl zy zeer dikwils geremarqueerd hadden, dat 's Lands Zee - Officieren zig verlegen vonden, wanneer zy buyten 's Lands van eenige notabele Peribonen wierden aangezogt, om aan gecondemneerdens Pardon te verleenen, of gevangenen te ontflaan en buiten proces te Hellen; en dat by gebrek van een klaare en d lydelyke Wet, daar omtrent by dezen dus, en by geenen anders wierd gedagt en gehandert, en dat diergelyke verzoeken aan 's Lands Zee - Officieren meer en meer gedaan wierden, voor al in de Roomfche Landen, wanneer de P icienten of Gevangenen waaren van die Re. , zy gemeent hadden defe gelegenheid te moe-  Betreffende de Militie te Lande, met de gevolgen van dien. .wiÜigers te (lellen; en dat wy alle de zooda- , nige vermannen, ten einde zig aan Zyn Hoogheid te addreslèerén, met aanzoek omecnbchoorlyke Commisfie, tot het aanneemen van Manfchappen, het wapenen en oeffenen derfelve, en het uittrekken eindelyk naar de Frontieren; op dat Zyn Hoogheid aanitonds bekwaame Opperhoofden en Bevelhebberen, naar de onderfcheiden vereifchte Rangen, uit defelven moge aanftellen; gelyk Zyn Hoogheid reeds eenige Leden van de Regeering, namelyk de Heeren W. G. F. Grave van Bentink, Jofias Eckhafdt, Burgemeefter en Raad der Stad Haarlem, Jacobus Roest, OudBurgemeefter en Raad der Stad Briel, en Mr. Willem van Hogendorp, Secretaris der Stad Haarlem , van dergelyke eene Commisfie voorfien heeft. Dat wy, uit de ovcrweeging, dat de Verdedigers van het Vaderland mbeten verforgd worden van het noodwendige, en niet mogen belast worden met fchattingen tot Huur van den Oorlog, by deefen aan alle de uittrekkende Manfchapperf, geduurende dén geheelen Togt, toeleggen tien Huivers daags, en defelve, mede geduurende den geheelen Togt, zoo wel als hunne Huisgefmnen, vryfpreeken van alle zoodanige maandelykfche heffingen , als tot ftuur van den Oorlog zouden mo- . gen vereifcht worden, en van alle Inquartiering van doortrekkende Militie en Krygsvolk. Dat ten einde de opfchry ving. der Vry willigen in de meefté Ordre gefchieden moge, defelve zal worden gedaan door Zoodanige Inen Opgefetenen, als Commisfien van Zyn Hoogheid zullen bekomen hebben, waar by de Magiftraaten en Geregten worden gelast $ hun alle hulp en asfiftentie te bieden, en dat op die Plaatfen , waar binnen agt dagen na de Publicatie deefes, geen In- of Opgeieten door Zyn Hoogheid zal voorfien geworden zyn van een Commisfie, de opfchry ving provifioneel zal gefchieden door den Magiftraat of Geregt, en de Lyften naderhand worden ter hand gefield aan den geen, of aan de geenen, die de meergemelde Commisfie zullen hebben bekomen. Dat elke vyftig Vrywilligers zullen mogen -een Officier en Onder - Omcier uit hun midden aanftellen, om defelve texcommandeeren, onder het opper-commando van den geen of de geenen, die eene Commisfie van Zyne Hoogheid zullen ontfangen, de welken wederom als zy op de Frontieren aankomen, zullen ftaan onder de opperde beveelen van den Heer Erfprins, of van zoodanig commandeerend Generaal of Hoofd-Officier, als hoogstdefelve zal hebben aangefteld ter plaatfe, waar de Vrywilligers door den Heer Erfprins worden befchikt. . ' . Dat wannéér een gedeelte der Vrywilligers zou willen uittrekken, en een ander gedeelte t'huis blyven, om het eerfte binnen eenigen tyd af te losfen, de t'huis blyvende divifie zig, op Plaatfen, waar Schutteryen zyn, en dus in alle de Steden, en op fommige Dorpen , zal begeeven, bv Brand of andere ge- ' leegenheeden, by welken de Schuttery, of een gedeelte derfelve, in de Wapenen geroepen word, onder de beveelen van de Colonels en Capiteinen derfelve Schutteryen, naar - maate van de Wyken tot welke zy gehooren^ zonder nogthans, indien zy niet reeds in dé gemelde Schutteryen waren, aan eenigen anderen dienst by defelve gehouden te zyn. Dat eindelyk alle de Magiftraaten en Geregten geduurig zullen werkfaam zyn om deefe onfe heilfaame maatregulen met alle kragt en ter goeder trouw tc helpen ten uitvoer brengen; dat infonderheid by de Bedeltonden, ingefteld, om den Zeegen des Allerhoogften op de Wapenen van den Staat af te fmeeken, bok voor de Vrywilligers zal worden gebeeden, en wyders by alle bekwaame geleegenheeden op de Predikftoelén, terwyl al wie zoude durven te onderneemen, óm, ten verderve van het Gemeenebest, deefe Wapening direót of indireét tegen te gaan, als Verraader van zyn Vaderland zal worden befchouwd^ I en geftraft. En op dat niemand hiér van ignorantie pnetendeere, zoo lasten en beveelen wy dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoort en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande den 7 January 1795. (Onderftond f) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekend f) A. J. R O Y E R. Formulier yan Engagement. Wy belooven en zweeren, dat wy de Wapenen zullen draagen onder dé aanvoering van ter defenfie yan het Vaderland,. en tot behoud van Godsdienst en Vryheid, tegen alle aanvallen van den Vyand; dat wy ten dien einde zullen uittrekken mar de Frontieren, en ons begeeven onder de beveelen van den Heer Erfprins van Orange, of van zoodanig commandeerend Generaal als' door Zyne Hoogheid zal zyn aangefteld; en dat wy in alle getrouwheid zullen dienen, ten minften twee maanden telkens ag> ter den ander; behoudens dat wy niet buiten onzen vryen wil, meer dan twee uuren over de Frontieren van deefe Provincie zullen behoeven te gaan. / La ZES-  86* Placaaten. i. Bock 7. Titul. neemen, en dezelve te mogen verhandelen, of verruylen tot het bekoomen van Water en de nodige ververfehingen op de Kust van Africa cn bylcggende Eylanden, en zulks onder deefe bepaaling, dat deefe permisfie niet zal mogen worden geüxtendcert, als tot de voorfchreeve Kust cn Eylanden, cn dat hy vervolgens geen koopman fehappen hoe genaamt zal mogen verhandelen of verruylen, of op de Kust van America, of in de Colonien van den Staat in America geleegen, dewelke hy zoude mogen, aandoen, of opdesfelfs retour na defe Landen, waaromtrent haar Hoog Mogende voorgemelde Placaat en Reglement zal blyven in zyn geheel, cn dienvolgende effect, moeten forteei en , ingeval gemelde Capiteyn daar aan mogt komen tc contravenieren. En dat haar 1 long Mogende hun hier op gelieven te doen toekomen derfelver Refoiutie tot hunne narigt; Is goedgevondenen verftaan , dat het gemelde Collcgie ter Admiraliteit op de Maze zal worden aangefchreeven cn gcauctorilëert, zoo als geauctorifcert werd mita defen, om aan den voornoemden Capiteyn HoogwerfT voor deeze reyze by dispenfatie van haar Hoog Mogende Placaat en Reglement temogen permitteeren, om eenige Koopmanfchappen van zoo geringe waarde als mogelyk is, en vooral niet hooger loopende ais tot de waarde van vier duifend guldens, te mogen mede neemen, en defelve te mogen verhandelen of verruylen tot het bekoomen van Wateren de noodige Ververfehingen op de Kust van Africa en de byleggende Eylanden, en zulks onder de bepaaling, dat deeze permisfie niet zal mogen worden geëxtendeert, als tot de voorfchreeve Kust en Eylanden, en dat hy vervolgens geen Koopman fehappen hoe genaamt zal mogen verhandelen of op de Kust van America, of in de Colonien van den Staat in America geleegen, dewelke hy zoude mogen aandoen , of opdesfelfs retour na deeze Landen , waar omtrent haar Hoog Mogende voorgemelde Placaat cn Reglement zal blyven ih zyn geheel, en dienvolgende effect moeten forteeren, in gevalle gemelde Capitein daaraan mogt contravenieeren. 3- Placaat van de Staaten Generaal, hou¬ dende verbod aan de Ingezetenen deez'r Landen, om de JJaay van Gibra'/tar geduurende de bele^ gering dier Stad door den Koning van Spagne, met Schepen te bevaaren, cn aldaar Mondbohoeftens en andere hulp te brengen. Den 31 Deceir.ber 1779. ~*P\e Staaten Generaal der VereenigdeNederJL^ landen, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeren: Alibo zyne Majelfeic de Koning van Spagnc aan ons uitdrukkclyk heeft doen kennis geeven van desfelfs voornecmen om de Stad Gibraltar te Water cn te Land tc doen blocqueeren en bclccgercn, en het bekent is, dat de voorfz.. Stad dadelyk te Water en te Land door de Oorlogfchccpcn en Troupes van zyne Majefteit geblocqueert en beleegert is, en voornoemde zyne Majefteit daarenboven aaan ons heeft doen klaagen, dat de Nederlandfche Scheepen des niettegenftaande zouden voortgaan om de Baay van Gibraltir te bevaaren en aldaar Mondbehoeftens en andere hulp te brengen, daartoe gebruikende dubbelde Papieren en andere quaade praetexten, als van haare Scheepen by collufie te doen neemen door Scheepen uit Gibraltar uitgefonden. Zoo is 'r, dat wy daar in willende voorfien , ten einde niemand van de Ingezeetenen deezer Linden hem verftoute,om aan de voorfz. Stad eenige hulpe met Oorlog-of Mondbehoeftens toe te brengen, waar door de uitwerking van de Wapenen van zyne Majefteit tegens de voorfchreeve Stad belet of verhin¬ dert zoude kunnen worden; interdiceeren en verbieden mits deezen aan allen en een iegelyk van de Ingezeetenen deezer Landen, om gedurende de voorfz. beleegering met eenigcrley Schepen na Gibraltar te vaaren of tc doen vaaren, of aldaar op eenig prrctext, hoe ook genaamt, Oorlog-of"Mondbehoeften te brengen en te doen brengen, of net de Beleegerden zaamen te ipannen, om het zelve te laaten gefchieden, onder fchyn en voorwen.dfel, dat haare Scheepen door die van de Beleegerden zyn genoomen , alles op pcone van onfe indignatie, en van een boete van tien duifend Caroli guldens, te verbeuren door den Schipper, die overtuigd zal kunnen worden vrywillig, na dar. hy kennis van dit Placaat zal hebben kunnen bekoomen, te Gibraltar, geduurende de beleegering te zyn binnen geloopen, en aldaar Oorlog-of Mondbehoeften gebragt te hebben, of zig moedwillig te hebben overgegeeven, of zyn Schip te hebben laaten neemen, door Oorlogfcheepen of Kapers, met oogmerk om zyne Laading aldaar te doen binnen komen, onder den fchyn van een genoomen Prys, voor welke boete de Scheepen zullen weefen verbonden en executabel. En  Behelfende verfcheide zaaken, raakende den Öorïog te Water. Bjf Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende permisfie by wegen van dispenfatie aan eert Zee - Capitein, om eenige Koopmanfchappen tot een bepaalde [omme te mogen medenemen, en verhandelen of verruylen tot het bekomen van Water en de noodige ververfingen op de Kust van Africa. Den ip OcJober 1768. By refumtie gedelibereert zynde op een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit op de Maze gefchreeven te Rotterdam den 20 der voorleede maand, houdende dat de Capiteyn van Hoogwerf, welke op het goedvinden van zyne Doorluchtigfte Hoogheid den Heere Prince van Orange was gedespicieert tot het Commando van het Fregat de Castor, het welk ingevolge haar Hoog Mogende Refoiutie van den 5 January defes jaars was geëquipeert tot het doen van een reyze na de Kust van Africa t aan hun vertoond had, dat, aangefien op de Kust van Africa geen geld verhandeld wierd, hy zig in verleegentheid zoude kunnen vinden, om aldaar de nodige provifie van Water en ververfehingen voor zyne Equipagie te konnen verkrygen , ten zy aan hem by dispenfatie van haar Hoog Mogende ■ Placaat van 23 September 1682 , en /pedaal van het eerfte Articul van het Reglement den 15 September 1740 tot het wegneemen van differentm tusfchen 's Lands Capiteynen en den Dire&eur Generaal op Curacao gearrefteert, wierde gepermitteert. om zeekere quantiteit koopmanfchappen te mogen neemen, om de¬ zelve ten voorfchreeveh eynde te konnett verhandelen of verruylen, allesnogtansonder zodanige bepalingen als het gemelde Collegie ter Admiraliteit zoude mogen geraden vinden. Dat zy hun op die pofitiven by des kundigen hadden geinformeert, en dat zy haar Hoog Mogende met confidentie op die informatien konden verzeekeren, dat de bekommering van gemelden Officier was gefundeert, en dat zy dienvolgende geene zwarigheid zouden maken om desfelfs verfoek te accordeeren, dog dat gelyk de Collegien ter Admiraliteit onbevoegd waren tot het doen verleenen van dispenfatien van eenige Wetten of' Refolutien van haar Hoog Mog., zy hun verpligt hadden gevonden, de voorfchreeve remonftrantie ter kennisfe van haar Hoog Mogende te brengen. Verfoekende dat haar Hoog Mogende het gemelde Collegie ter Admiraliteit gelieven të auétorifeeren $ om aan den voornoemden Capiteyn van Hoogwerf? voor deefe reyze by dispenfatie van haar Hoog Mog. voorgemelde Placaat en Reglement te mogen permitteeren, om eenige koopmanfchappen ter waarde van circa duyfent guldens té mógen meedë h 3 nee* rhoeten waarneemên, om aanhef Hoog Mog. in bedenken te geven > of haar Hoog Mog. niet zouden kunnen goedvinden, om eens vooral te bepaaJen f wat *s Lands Officieren in diergelyke gevallen te doen zouden hebben, en wel of haar Hoog Mog tot maintien der goede order niet zouden willen interdiceeren aan 'sLands Zee - Officieren, het zy op zig zeiven, het zy in Krygsraad vergadert, om ten verzoeke van iemand, wie het ook zou-' de mogen wezen, aan de fchuldigen Pardon of Gratiën te verleenen, als alleen aan den Souverain, en den Doorlugtigen Heer Admiraal Generaal van de Unie gereferveerd, en om daar van door de Collegien' ter Admiraliteit aan alle 's Lands Zee ■ Officieren te doen kennis geeven by een fchriftelyke order, waar op zy zig, aangefproken wordende om Pardon of Gratiën aan misdadigers te verleenen, Zouden kunnen beroepen, en die allegeeren als het fundament van hunne weygering, latende egter aan 'sLands'Zee-Officieren vry, om de executie der Sententien der Krygsraden ter Zee, de welke zy zouden mogen bevinden, dat zonder merkelyke inconvenienten niet ten eerften of ter plaatze, daar zy zig bevonden, uitgevoert zouden kunnen worden, uit te fteilen tot een nadere en betere gelegenheid, mits nogtans dat de executie daar¬ aan wierd gegeven, Voor dat de Schepen in deze Landen kwamen te vallen. Van al het . Welk dan aanfehryving zoude dienen te worden gedaan aan de gezaméntlyke Collegien ter: Admiraliteit,, Is goedgevonden en verftaan, dat in conformiteit van den voorflag by het gemelde Collegie ter Admiraliteit op de Mafe gedaan, de gezaméntlyke Collegien ter Admiraliteit dezer Landen zal worden aangefchreeven, om derzelver Zee-Officieren te interdiceeren het verleenen van eenige Gratiën of Pardon van Dood-ftraffe by den respeétiven Krygsraad gedecreteert , en zulks op poene van Casfatie, met ordre , om in gevalle dezelve Officieren buyten 's Lands zouden mogen worden aangefproken, om zodanige Gratie of Pardon te verleenen, zig van defe precife en fpeciaale ordre te bedienen, om zig daar van op eene fatzoenelyke wyze te kunnen excufeeren; En zal ten dien einde Extract vandefë haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan de respective Collegien ter Admiraliteit, om te {trekken tot derfelver narigtinge. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland hebben hier in geconfenteert op het welbehagen van de Heeren Staten, hunne Principalen.  83 Placaaten. i. Eoek. 7. Titul. En dac het voorfz. Verbod en by gevolge de leevering van den derden Man zal ophouden, zoo haast dc respective Collegien ter Admiraliteit zullen hebben bekoomen de Manfchap, die zy volgens de vastgeftelde Equipagien nodig hebben, of tot dat defelve op andere wyzen zullen kans zien aan haare voorfz. benoodigtheid te kunnen fupplecren, op de verbeurte van een boete van zes honderd guldens op ieder Kop, waar mede het Schip bemand is geweest, te verbeuren by de Schippers en Rhecders van de Scheepen, die contrarie aan deefen onfen Placaate zouden mogen uitloopen of uitgeloopen wcezen , zonderden derden Man van derzelver Equipagie overgegeeven tc hebben, te verhalen de opgemelde boete aan haar luydcn te zamen, cn elk/» Juliduni, mits de een voldoende de ander bevryd zal weezen, de voorfz. boete te appliceeren een derde ten prolyte van de gemeene zaake, een derde aan den Aanbrenger, en het reitecrendc derde aan den geenen die de calangc doen zal. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de I leeren Staaten , Stadhouder, Gecommitteerde Raaden , en Gedeputeerde Staaten van dc respective Provinciën, en alle andere Jufticieren en Oflicieren van denfelven Lande, dat zy deezen onfen Placaate van (tonden aan, alomme doen verkondigen, publi. cecren en afligecren in alle Plaatfen, daar zulks van nooden wcezen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en aflixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaatcn Fiscaal, mitsgaders Admiraals, Vice-Admiraals, Capiteinen, Officieren en Bevelhebbercn , als meede de Commisfarisfen en Commifcntcr Recherche, zoo in deZeegaten, als elders, deezen onzen Placaate na te komen, en te doen nakomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventcurs van dien, zonder . oogluiking, faveur , disfimulatie of verdrag, want wy zulks alzoo ten dienfte van den Lande nodig bevonden hebben te weezen. Gegeeven in den I lage onder het Cachet van den Staat, de Pamphuure van den I (eer Pra-lideerende in onfe Vergadering, en de Signatuure van onzen Gri/Jicr, op den 26 Juny i~8o. CJÏ'as geparapheert,) G. J. v. P A L L A N D, vt. (Onderjlond f) Ter Ordonnantie van hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Ji'as gei'eekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ru,) te. I I. F A G E L. 5- Publicatie van de Staaten Generaal, houden¬ de bepdaling van het gunt de Verminkten in 's Lands dienst ten Oorloge tc Water, tot hun [oulagement genieten zullen. Den 12 January 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; dat wy, tot encouragement van de goede Ingezeetenen van deefen Staat, goedgevonden hebben by de jegenwoordige Publicatie cenen iegelyken tc notiriceeren en bekent te maaken, ook te verfeekeren, dat alle die geenen die in 's Lands dienst ten Oorloge te Water zoodanig zullen komen verminkt te worden, dat defelve onbequaam zullen zyn zig te konnen geneeren, by zoo verre zy by uitkoop begeeren gefoulageert te weefen,zullen genieten na de qualiteit van hun verminktheid, als hier onder gefpecificeert. 1. Voor het verlies van beide dej Oogen (ƒ15001 o o Voor het verlies van een Oog 3501 o, o En voor andere Accidenten of verminktheeden aan defelve beneeden de voorfz. refpective fommen, ter discretie van de Collegien ter Admiraliteit' daar onder ieder resforteert. I Voor het verlies van beide de Armen . . i.n, voorzoo veel des noods, te verklaaren, dat de Contracten omtrent de Scheepen, by de voorfz. Requeste gemelt, als nocoirlyk aangegaan meen tyd, dat niec konde werden voorden, dat Oorlog zoude opkoomen, of een Em^órg > op a'le Scheepen zoude gelcgc worden, moeten worden gehouden voor gerefolveert en ^L-rescindeert; en mitsdien de Supplianten als Rheeders en dc Schippers ter eenre, cn de refpective Inlaaders ter andere zyde, van malkanderen zyn ontflagen ,• ongeprrejudicicert een ieder zyn Actie van Interesfen , zulks na regten behoord. T* Publicatie van de Staaten Generaal, tot WydotH van alle Rechten en Tollen van het Tzer Kanon en Ammunitie van Oorlog, geduurende de Troubles ingevoert wordende. Den 27 December 1781. T~V- Staaten Generaal der Vereenigde NeJL# derlanden, allen den geenen die deefen zullen zien of:c hooren leefen, falut; Doen te weeten : dat wy goedgevonden hebben, tot aanmoediging van alle en een iegelyk die Yfer Gefchut cn Ammunitie van Oorlog, in de teegenswoordige omfbndigheeden alhier ten hoogden noodfaakelyk, zal willen invoeren , in het generaal tot een proeve ce accordeeren vrydom van alle Rechten en Tollen, hoe ook genaamt van hec Yfer Canon cn Ammunitie van Oorlog, het welk hier te Lande geduurende de teegenswoordige troubles, het zy te Lande, langs dc Rivieren of over Zee, ingevoert zal worden, mits dat door de Kooplieden of Leveranciers behoorlykc Certilicatien worden geëxhibeert, waar uit blyke,dat het te leeveren Canon cn andere Ammunitie, e/fective ten behoeven van den Lande geleeverd word. En op dat niemant hier van eenige igno¬ rantie komc te pretendecren, ontbieden en verfoeken wy de J Ieeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Scaaten van de refpeélive Provinciën, cn alle andere Jufticieren en Officieren van den zeiven Lande, dat zy deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen , pubiicceren en affigeeren, daar zulks van nooden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, en Commifen Generaal, mitsgaders allen Admiraals, ViceAdmiraals, Capiceinen, Officieren en Bevelhebberen , deefe onfe Publicacie na ce komen, en te doen nakomen, proccdecrende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien zonder oogluyking, faveur, disfimulacie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienste van den Lande noodig bevonden hebben te weefen. Gedaan i'n den Hage, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prtefidecrende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 27 December 1781. (JVas geparapheert,) A. A. v. IDDIKKINGE, vt. (Onderjlond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (fVas get'eekent f) Zynde op het fparium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. H. F A G E L Pu.  Behelfende verfcheide zaaken, raakende den Oorlog te Water. 89 Voor het verlies van den regj ter Arm . 45° o o Voor het verlies van den flinker Arm 350 o o En voor andere Accidenten of venninktheeden aan defelve, beneeden de voorfz. refpeélive fommen, ter discretie als voren. I 3. Voor het verlies van beide de Handen 1200 o o Voor het verlies van de regter Hand < 350 o: o Voor het verlies van de flinker Hand ——— 300 o o En voor minder Accidenten en verminktheeden aan defelve, beneeden de voorfz. refpeélive fommen, ter discretie als vo- J ren. 4. Voor het verlies van beide de Beenen 1 ■ 700 oj o Voor het verlies van een Been 350! o' o ' 1 Aldus gearrefteert en gerenoveert in onfe Vergaderinge in den Hage op den 12 January 1781. QVcis geparapheert f) G. J. D. PALLANDT, vt. (Onderfond',*) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekentf) H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet der zeiver Heeren Staaten op een rooden Ouwel met een papiere ruyte overdekt. 6. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Contraclen omtrent zekere Schepen, als aangegaan op een tyd, dat het opkomen van den Oorlog, of het Embargo op de Schepen, niet konde worden voorfien, gerescindeert worden. Den 3 April 1781. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Prsefident en Raden van den Hove van den 21 February deefes jaars, en den 23 daar aan ter Vergadering overgenoomen, hebbende tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den IX. Deel. 24 January laatstleeden, geëxamineert de daar by te rug gefondene Requeste van van der Wallen en van Vollenhoven, cum fuis,Boekhouders en Rheeders van eenige Scheepen, alle in de Stad van Rotterdam t'huis behoorende, verfoekende om reedenen by defelve M Re- En voorminder Accidenten,/ 1 I als beneeden de voorfz. refpec- I tive fommen, ter discretie als voren. 5. Voor het verlies van beide de j Voeten . 450 o o Voor het verlies vaneen Voet 200' o' o En voor andere Accidenten en verminktheeden aan defelve , beneeden de voorfchreeve fommen, ter discretie als voren. Of dat aan alle die geenen, dewelke in 's Lands dienst als boven zoodanig zullen komen verminkt te worden , dat defelve daar door onbequaam zullen zyn geworden ombaar te konnen geneeren, of iets te contribueeren tot haar eigen onderhoud en alimentatie, een Zilvere Ducaton ter weeke t'haarder begeerte, haar Jee ven lang geduurende, toegevoegt zal worden. En dat vorders alle andere verminktheeden van geringe conditie na advenant zullen werden betaald. Tot welken einde deefe onfe Publicatie aan de refpeélive Collegien ter Admiraliteit gefonden zal worden, om by defelve alomme in haare Diftriéten gepubliceert te worden.  Fol. 92 AGTSTE TITUL. Behelfende de Placaaten en Ordres omtrent dc Commisiievaarders, Kapcryen, Princen, cn Buiten, met den aanklecven van dien; aïs meede tegens alle vreemde dienflen tc Waater, geë maneer t. l' Publicatie van de Staaten Getteraal, tot aan¬ moediging van het Polk van Oorloge ter Zee, in het doen van afbreuk aan den Keizer van Marocco, die de Vree de met den Staat verbroken had. Den 23 January 1775. TPVo Staaten Generaal der Vereenigde Nedertanden; allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: Nadem.ial dc Keiler van Marocco de Vreede me: den zeivcn in den jaare 1752 gemaakt, zonder eenige oorfaak trouwlooslyk heefc verbrooken, met bedreiging dat alle de Schccpen van de Ingefeetenen van dceien Staat, welke door zyne Kruysfers na den eerften deefer knpende maand zouden werden ontmoet, verovert, en voor goede Prinfe gehonden zouden worden, en wy derhalven genoodfaakt zyn alles by te brengen ter befcherminge van de Commercie en Navigatie van de Ingefeetenen van deefen Staat, en ceffens tc gebruiken het regt * het geen ons door het be liaan van den voornoemden Keiler gegeeven word, om reciproquelyk deielve cn zyne Onderdaanen alle mogelyke afbreuk te doen. Zoo is 't, dat wy ten deefen einde met communicatie en overleg van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange 1 en Nasfau, Erfftadhouder, Capitein Generaal , en Adndrad der Vereenigde Nederlanden, ordre gefield hebbende tot het uitrusten van eenige Fregatten van Oorlog, by deefe geleegentheid hebben goedgevonden, ter meerder aanmoediging van het Volk van Oorloge ter Zee, tot den dienst van het Gemeen vast tc fteilen. Art. I. Dat aan de Scheepen van Oorlog, wanneer defelve, onder Gods zeegen, eenig Schip of Scheepen, behoorende aan de Onderdanen of den Keifer van Marocco, mogten koomen te veroveren, tot belooning niet alleen fal worden gelaaten de gantfche portie, welke aan het gemeene Land in de Prince door Scheepen van j den Scaat opgebragt, competeert, om vervolgens na den gewoonen regul ce worden verdeelt, i I I. Maar dat ook nog daarenboven aan defelve 1 zal worden gegeeven een Pneraie van vyftig / guldens voor ieder Man, die in het begin van f het Gevegt op het Vyandelyk Schip zal zyn geweest, en dac dienvolgende vcot ieder hon| derd Koppen een fomma van vyf duifend gulI dens zal worden betaald. I III. Sullende deefe voorfz. Premie verdient zyn, niet alleen, wanneer het Vyandfyke Schip verovert, en opgebragt, maar ook wanneer het zelve tusfchen de verovering en opbrenging verongelukt, of wel op een andere manier vernielt mogtc zyn. I V. Alles met deefen verftande nogtans, dat, wanneer hec Vyandelyke Schip teegens een Bank of het Strand mogte weefen aangejaagt, zoodanig dat het Schip wel vernielt, maar egter het Scheepsvolk daar op geweest zynde, aan Land geborgen mogte zyn, in foodanig geval alleen de helft van de voorfz. Prrcmie genootcn zal worden, cn dat de gehsclc Pncmic niet verdient zal zyn, ten zy het Scheepsvolk , dat op het Vyandelyke Schip is geweest, opgebragt of dood zal zyn, cn dat daar van koome te blyken. V. En vermits het niet wel practicabel is, dat de voorfz. Scheepen met der ze/ver ophebbende Manfcbappen na een van de Havenen deefer Landen zouden worden opgcfonden, zoo zullen defelve mogen worden op^ebn)^ ter Plaatfe daar de Commandeerende Officier zulks zal koomen goed te vinden, mits eenig Minister, Conful of ander Perfoon van weegens deefen Staat daar toe gecommitteert, zig aldaar bevinde. V L \ oorts m gevalle het gebeuren mogte dat eenige Scheepen of Goederen, toebehoorende aan Ingefeetenen van deefen Staat, by die van Marocco genoomen, weeder herovert en vry-  Behelfende verfcheide zaaken, raakende den Oorlog te Water. ; 91 8. Publicatie van de Staaten Generaal, houdende Pardon aan de Bootsgezellen, Mfhtroofèn, en anderen, die uit den dienst te Water gedeferteerd zyn, of zig in vreemde diensten begeven hebben. Den 2% February 1793. Tpve Staaten Generaal der Vereenigde Ne> 1^/ -derlanden, Allen - den geenen die deefen jeegenwoordigen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten : Alfoo hec de Nationale Conventie van Vrankryk goedgedagt heefc, zonder eenige reeden den Staat deefer Landen vyandelyk aan te tasten, waar door wy genoodzaakt zyn alles by te brengen tot onze wettige defenfie, en mitsdien goed en bekwaam Krygs- en Scheepsvolk benodigd hebben, en geneegenzynaanBootsgefellen en Matroofen en andere, die het zouden mogen weefen, die door verleidinge ,uit zwakheid of anderfints, voor dato deefer uit onfen dienst te Water gedeferteert zyn, of hun contrarie onfe voorige Placaaten in vreemde diensten, zoo ten Oorloge als ter Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, hebben begeeven, en die leetvveefen en verdriet hebbende over de voorfz. haare faulten gaarne binnen deefe Landen zouden weederkeeren, en defelve Landen tegens den gemeenen Vyand zouden helpen verdeedigen, gratie te bewyfen: Zoo is 't, dat wy daar op ingenoomen hebbende de hoogwyfe confideratien en advis van Zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erfftadhouder , Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Nederlanden, dien conform uit zonderlinge gratie vergeeven , quytgefcholden en gepardonneert hebben, gelyk wy vergeeven , quytfchelden en pardonneeren by deelën, de voorfz. Bootsge feilen, Matroofen cn andere, die voor dato van deefe Publicatie, zonder behooriyk affcheid, onfen dienst te Water veriaaten hebben, of daar uit gedeferteert zyn, of hun contrarie onfe voorige Placaaten, in vreemde diensten, zoo ten Oorloge als ter Koopvaardye, en Visfcherye ter Zee, hebben begeeven, al het gunt zy, door haare voorfz. defertie, of vreemde diensten,tegens den Lande hebben misdaan, mitsgaders alle boeten, breuken, poenen, corporeele of andere infameerende ilraffen, daar inne zy ter caufe, aïs vooren, vervallen zouden mogen weefen; mits dat zy gehouden zullen weefen, zoo verre zy uitlandig zyn, na deefe Landen weeder te keeren, en zig hoe eerder zoo beter, en uiterlyk binnen den tyd van zes maan¬ den na de Publicatie deefer, en voor zooverre zy binnen 's Lands zig zouden mogen onthouden, binnen den tyd van eene maand aan te geeven aan een van de Collegien ter Admiraliteit, en haar wederom in onfen dienst onder een van de voorfz. Collegien koomen te begeeven: ord. mneeren en ftatueeren daarentegen, dat alle de geenen, die dit ons generaal Pardon zullen hebben verfmaad, en alfoo haar binnen den voorfz. tyd niet aangegeeven, en wederom in dienst als vooren begeeven zullen hebben, en naderhand zullen worden uitgevonden en agterhaald, zonder eenige remisfie of conniventie, na de uiterfte rigeur van de Ordonnantiën en Placaaten, zullen worden geitraft. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te prsetendeeren, of onder praetext van geen kennis gekreegen te hebben van deefe onfe ordre, oorzaake hebbe, hem te ontfchuldigen, ordonneeren en beveelen wy wel expresfelyk, dat de Vrouwen of naaste Vrienden van de geenen, die aireede vertrokken zyn, ten einde voorfchreeve, gehouden zullen weefen, den zeiven van den inhoude van deefe te waarfchouwen, aangefien wytot deefer Landen dienst verftaan, dat deefe onfe Ordonnantie punétueelyk agtervolgt en onderhouden zal worden, zonder eenige conniventie of dlsfimulatie. Ontbieden en verzoeken daaromme de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en allen anderen Officieren en Jufticieren van defelve Landen, dat ze deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, mitsgaders allen Admiraalen, Vice-Admiraalen, Capiteinen, Offiicieren en Bevelhebberen, als meede Commisfarisfen en Commifen ter Recherche, zoo in de Zeegaaten, als elders, den inhoude van deefe onfe Publicatie te agtervolgen, en doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren tegen de Contraventeurs van dien, zonder eenige oogluikinge, disfimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienste van den Lande bevonden hebben alzoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prsefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 22 February 1793. (JVas geparapheert f) W. F. H. van WASSENAER, vt. (Onderfond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) , H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. M 2 AGT-  P4 Placaaten. i. Bock. 8. Titul. en anderen, die het zouden mogen weefen, die door verleidinge, uit fwnkhcid of anderfints, voor dato deefer uit onfm dienst te Water gedeferteert zyn, of hun contrarie onfe voorige Placaaten in vreemde dienflen, zoo ten Oorloge als ter Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, hebben begeeven, cn die lectweefen en verdriet hebbende over de vooriz. haare faulten gaarne binnen deefe Landen zouden weederkeeren, en defelve Linden weederom ten dienden zyn, gratie te bewyfen: Zoo is 't, dat wy fpecialyk daar op ingenoomen hebbende dc hoog wyfe confideraden en advis van zyne Doorlugtige"Hoogheid, den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erfitadhoudcr, Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Nederlanden, dien conform uit zonderlinge gratie vergecven, quytgcfeholden en gepardonncert hebben, gelyk wy vergeeven, qiy ticheidenen pardonneeren by deefen, de vooriz. Bootsgefelien, Matroofen en andere, die voordato van deefe Publicatie, fonder behooriyk aflcheid, onfen dienst te Water verhaten hebben, of daar uit gedeferteert zyn, of hun contrarie onfe voorige Placaaten, in vreemde dienden, zoo ten Oorloge als ter KoopvaarJ; e, en Visicherye ter Zee, hebben begeeven, al het gunt zy, door haare voorfz. deferti*, of vreemde dienden, tegens den Lande hebben misdaan, mitsgaders alle boeten, breuken, pcenen, corporeele of andere infameerende naflèn, daar inne zy, ter caufe, als vooren, vervallen zouden mogen Weefen; mits dat zy gehouden zullen weefen, n.i deefe Landen wecder te fceeren, en zig \ binnen den tyd van zes maanden ra de publicatie deefer, aan tc geeven aan een van de Collegien ter Admiraliteit, en haar weederom in onfen dienst onder een van de voorfz. Collegien koomen te begeeven, ordonneeren cn ftatueer£n daarentegen, dat alle de geenen, die dit'-brts Generaal Pardon zullen hebben verfmaad, en alfoo haar binnen den voorfz. tyd niet aangegeeven, en weederom in dienst als vooren begeeven zullen hebben, en naderhand zullen worden uitgevonden en agterhaald, / zonder eenige remisfie of connivemie, na de ' uiterfte ri^eur van de Ordonnantiën en Placaa- ; ten, zullen worden geftraft. i Ordonneeren en datueereu voorts by renovatie en ampliatie van onfe voorige Placaaten, als onder anderen van den 8 April 1680, 18 Maart 1700, 28 February 1701, 18 July 1707, 9 Mey 1750, en 27 Maart 1759, dat niemand van wat Itaac of conditie hy zy zig zal mogen verdouten, om eenige onfer Landen Ingeboorenen, Onderdaancn, Ingefeetenen, of Inwoonders, en voornaamentlyk eenige Zeevaarende Luiden deefer Landen, tot vreemde dienden, zoö ten Oorloge, als tot Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, te huuren, aan te neemen of te animeeren, Cire tegen de vreemde dienflen te Water geëmaneert. Den 11 December 1777. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Nademaal aan ons voorgekomen is, dat eenige bedenkingen, entwyffelingen zyn ontïraan, omtrent het verihnd van ons Placaat, op den 21 Mey deeCes jaars geëmaneert tegens de werving hier te Lande voor vreemde Dienften, en tot revocatie van alle Ingezeetenen deefer Landen die zig in vreemde dienften hebben laaten gebruiken. Zoo is 't, dat wy, tot meerder verklaaring van onfe intentie, hebben goedgevonden , aan allen en een iegelyk by waarfchouwing kennis te geeven; dat de letter van ons voorfchreeve Placaat van den 21 Mey deefes jaars ten duidelykften meede brengt, dat niemand zig zal mogen verfhouten eenig Volk, van wat qualiteit ofce van wat Natie het zy, buiten expres confent yan zyne Doorlugtige Hoogheid of van de Collegien ter Admiraliteit van het Quartier, te huuren, aan te neemen, of te animeeren dire&elyk of indirectelyk tot vreemde Dienften, zoo ten Oorloge als ter Koopvaardye en Visfcheryen ter Zee, of defelve, ten voorfz. einde onder den naam van Pasfagiers of andere benaaming te tranfportee* ren; dat alle Overtreeders van dit verbod zullen verbeuren drie honderd guldens voor ieder Perfoon, die buiten confent of permisfie van de Admiraliteit van het Quartier aangenoomen en gebuurt zal zyn, en zulks offchoon zoodanig een Perfoon bereids mogte vertrokken zyn, en daarenboven arbitrairlyk te worden gecorrigeert, naar exigentie van zaaken. Dat wyders in conformiteit van het Placaat van 28 February 1701, by het laatst geëmaneert verbod expresfelyk gerenoveert, alle die geenen, welke tegens het verbód in of tot eenige vreemde Dienften gehuurt of aangenomen  9S Placaaten, i. Boek. 8. Titul. misfion van andere Potentaaten, de goede Ingefeetenen deefer Landen by fommige der Oorlogende Mogendheeden werden verdagt gehouden tegens het Regt der Volkeren, en het geen de Orrderdaanen vueen Neutrale Mogendheid beraamt, en tekens onfe goede mecninge, tot feer groote ondienst, blasme, en disreputatie van den Lande, de Vaart cn 1 landel van defelve Mogendheeden , waar mede wy in Viendlchap zyn, cn begecren te blyven, te befchadigen en te molelteeren, door het uitrusten en in Zee brengen van gewapende Vaamiygen onder den Vlag der in Oorlog zynde Mogendheeden navi^eerende. Soo is 't, Dat wy daar tekens willende voorfien, na rype delibcrat;e, hebben geordonncert en geltatueert, zoo als wy ordonneeren en (btuecren by deefen: Dat geene Ingefeetenen van de voorfchreeve Vereenigde Nederlanden hun in Zee zullen mogen begeeven, ofte haare Schcepcn laten vaaren, 't zy uit deefe of andere Linden op eenige Commisfien van Uithccmfche Koningen, Republicquen, Princen ofte Potentaaten, nog ook Reeden in eenige Scheepen op foodanige Commisfien, ten Vrybuyte uitvaarende, in derfelver Winst en Verlies eenig deel hebben, of uitgevaaren zynde met behoorlyke Commisfie van den 1 leer Prince van Orange en Nasfau, als Admiraal Generaal deefer Vereenigde Ne¬ derlanden, andere Uitheemfche Commisfie daar necvens neemen, in wat maniere dat het zy, zonder alvoorens daar toe te hebben ons fpeciaal verlof; op pcene van over de C ni ventie van deefen arbitralyk, zelfs aan 1. Goed , geftraft te werden, volgens den teneur van onfe voorige Placaten, cn daarenboven gehouden tc zyn de befchadigtheeden by hun gedaan, te repareeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te prcrendceren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Sraaten, Erfftadhouder, Gecommitteerde Raaden cn Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en alle andere Officieren cn Jufticieren van defelve Landen, dat zy deefe onfen Placaate van Honden aan alomme doen verkondigen, publicecren en affigeeren in alle Plaatfen daar zulks noodig is, en daar men gewoon is zoodanige publicatie en atlixie te doen; Lusten en be: vcelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, mitsgaders alle Admiraalen, Vice-Admiraalen, Capiteinen, Officierenen Bevelhebberen, dcelc onfe Placaate te agtervolgen, proccdcerendc e n doende procedeeren teegens de Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, oogluikinge, disfimuhtie of verdrag, want wy zulks bevonden hebben alfoo te behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den I lecre Pnciideerende in onfe Vergaderinge, en de Sigmtuture van onfen Grülicr, op den 3 Mey 1779. (JVas geparapheert,) \V A S S E N A E R, vt. (Onderfond,') Ter ordonnantie van de hooggemelde Hccrcn Staaten Generaal. (Ge teek ent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. II F A G E L 6. Placaat van de Staaten Generaal, tot voor¬ koming, dat geene Engelfclie Kapers dc Zeegaten en Binnen-St roemen van den Staat aandoen, nog ook op de Stranden, of op de vaste Hal langs de Zee, geweld bedryven. Den 4 February 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Nademaal het den Koning van Engeland goedgedagt heeft, zonder eenige wettige reeden, den Staat deefer Landen vyandelyk aan te tasten, door het verleenen van Brieven van Marqué, en wy derhalven ge- noodfaakt zyn alles by te brengen tot onfe wettige defenfie, en wy mitsdien meede verpligt zyn om zoo veel mogelyk is zorge te draagen en voor te koomen, dat geen Engelfche Kapers of Commisfievaarders de Zeegaaten van den Staat aandoen, daar binnen loopen en alfoo binnen de Tonnen op de Strooraen met het neemen, plunderen en ruïneeren van de ■ Schee-  Behelfende de Placaaten &c. tegen alle vreemde dienften te Water, 97 hebbende de hoogwyfe coniïderatien en advis van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange an Nasfau, Erfftadhouder, Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Nederlanden, dien conform uit fonderlinge gratie vergeeven, quytgefcholden en gepardonneert hebben, gelyk wy vergeeven, quytfchelden en pardonneeren by deefen, de voorfz. Bootsgefellen, Matroofen en andere, die voor dato van deefe Publicatie, zonder behooriyk affcheid, onfen dienst te water veriaaten hebben, of daar uit gedeferteert zyn, of hun contrarie onfe voorige Placaaten, in vreemde dienften, zoo ten Oorloge als ter Koopvaardye , en Visfcherye ter Zee, hebben begeeven, al het gunt zy, door haare voorfz. defertie , of vreemde dienften, tegens den Lande hebben mitsdaan, mitsgaders alle boeten, breuken, pcenen, corporeele of andere infameerende ftraffen, daar inne zy, ter caufe, als vooren, vervallen zouden mogen weefen; mits dat zy gehouden zullen weefen, na deefe Landen weeder te keeren , zig binnen den tyd van een jaar na de publicatie deeler, aan te geeven aan een van de Collegien eer Admiraliteit, en haar weederom in dienft onder een van de voorfz. Collegien koomen te begeeven: ordonneeren en ftatueeren daarentegen , dat alle de geenen, die dit ons Generaal Pardon zullen hebben verfmaad, en alfoo haar binnen den voorfz. tyd niet aangegeeven, en weederom in dienst als vooren begeeven zullen hebben, en naderhand zullen worden uitgevonden en agterhaald, zonder eenige remisfie of conniventie, na de uiterfte rigeur van de Ordonnantiën en Placaaten, zullen worden geftraft. En op dat niemand hier van eenige igno<» rantie koome te praetendeeren, of onder preetext van geen kennis gekreegen te hebben van deefe onfe ordre, oorfaake hebbe, hem te ontfchuldigen, ordonneeren en beveelen wy wel expresfelyk, dat de Vrouwen of naaste Vrienden van de geenen, die aireede vertrokken zyn, ten einde voorfchreeve, gehouden zullen weefen, den zeiven van den inhoude van deefe te waarfchouwen, aangefien wy tot deefer Landen dienst verftaan, dat deefe onfe Ordonnantie punéteelyk agtervolgt en onderhouden zal worden zonder eenige conniventie of disfimulatie. Ontbieden en verfoeken daaromme de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en allen anderen Officieren en Jufticieren van defelve Landen, dat zy deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, ter plaatfe daar men gewoon is foodanige publicatie en affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, mitsgaders allen Admiraalen, Vice - Admiraaién, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, als meede Commisfarisfen en Commifen ter Recherche , zoo in de Zeegaten, als elders, den inhoude van deefe onfe Publicatie te agtervolgen , en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren .tegen de Contraventeurs van dien, zonder eenige oogluikinge, disfimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienfte van den Lande bevonden hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 'sGravenhage den 6 April 177a. (Wds geparapheert,) CHARLES BIGOT, vt. (Onderftond f) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekend?) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruite. H. E A Q E L. 5- Renovatie en Ampliatie Placaat van dê Staaten Generaal, tegen het nemen van Commisfien van Uitheemfche Potentaaten. Den 3 Mey 1779. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo tot onfe kennisfe is gekoIX, Deel. men, dat niettegenftaande onfe voorige Placaaten van den 27 July 1627, en den 26 April 1653, verbiedende de Onderfaaten van deefen Staat het verfoeken en neemen van ComN mis-  ICO Placaaten. t. Boek. 8. Titul. van vreemde Natiën, de Havenen deefer Landen frequenteerende, alles tot deefer Landen grooten ondienst en prejudicie, laatende voelen van defelve haare Vrouwen en Kinderen blyven tot lasten van de Steeden, daar ze gewoond hebben, waar tegens mitsdien noodelyk dient^ voorden, om deefe Landen van inlandfch Krygs - en Scheepsvolk niet te laaten ontblooten, inzonderheid alfoo het zelve jegenswoordig alhier ten dien/te van den Lande genoegfaara geëmployeert kan worden, enwy geneegen zyn aan Uootsgefellen en Matroolen, en anderen , wie het zouden mogen weefen , die door vcrleidinge, uit zwakheid of anderfints, voor dato deefer uit onfen dienst te Water gedcicrteert zyn, of hun, contrarie onfe voorige flacaaten, in vreemde Dienden, zoo ten Oorloge, als ter Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, hebben begeeven, en die lecdweefen en verdriet hebbende over de voorfz. haare faulten, gaarne binnen deefe Landen zouden weeder keeren, cn defelve Juinden weederom ten dienfte zyn, gratie te bewyfen: Zoo is 't, dat wy fpecialyk daar op ingcnoomen hebbende de hoogwyfe confideratien en advis van zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heere Prince van Orange cn Nasfau, Erü Itadhouder, Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Nederlanden, dien conform, uit fonderlinge gratie, vergeeven, quytgefcholden en gepardonneert hebben, gelyk wy vergeeven, quytfchelden en pardonneeren by deefen, de voornoemde Bootsgefeilen, Ma. troofen en anderen, die voor dato van deefe Publicatie, zonder behooriyk affcheid, onfen Dienst te Water veriaaten hebben, of daar uit gedeferteert zyn, of hun , contrarie onfe voorige Placaaten, in vreemde Dienften, zoo ten Oorlog, als ter Koopvaardye en \ isfcheryc ter Zee, hebben begeeven, al het gunt zy, door haare voorfz. defertie, of vreemde Dienften, tegens den Lande hebben misdaan, mitsgaders alle boeten, breuken , poenen, corporcele, of andere infamecrende ftrafrèn, daar inne zy, ter caulë als vooren, vervallen zouden mogen wcezen; mits dat zy gehouden zullen weefen, na deeze Landen weeder tc keeren, en zig binnen den tyd van zes maanden, na de publicatie deezer, aan te geeven aan een van de Collegien ter Admiraliteit , en haar weederom in onfen Dienft onder een van de voorfz. Collegien te begeeven : ordonneeren en ftatueeren daar en° tegen , dat aile de geenen, die dit ons Generaal Pardon zullen hebben verfmaad, en alfoo haar binnen den voorfz. tyd niet aangegeeven, en weederom in Dienst als vooren begeeven zullen hebben, en naderhand zullen werden uitgevonden en agterhaald, zonder eenige remisfie of conniventie, na de uitterfte rigeur van de Ordonnantiën en Placaaten zullen worden geftraft. Ordonneeren en ftatueeren voorts, by renovatie en ampliatie van onfe voorige' Placaa¬ ten , als onder anderen van den 8 April 1689, 18 Maart 1700, 28 February 1701, 10 Jul7°7* 9 Mey 1750 en 27 Maart 1759, dat niemand van wat ftaat of conditie hy zy, zig zal mogen verfhouten, om eenige onfer ! Landen Ingeboorenen, Onderdaanen, Ingezeetenen of Imvoonders, en voornamentlyk eenige Zeevaarende Luiden deefer Landen, tot vreemde Dienften, zoo ten Oorloge, als tot Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, te huuren, aan te neemen, of te animeeren, directelyk of indireételyk , of ook te traniporteeren, op poene, dat alle Overtreeders van deefe onfe beveelen, zullen verbeuren drie honderd guldens voor ieder Perfoon die op zoo eene wyfe zoude mogen zyn vertrokken, en daarenboven arbitrairlyk worden gecorrigeert na exigentie van zaaken. Dat voorts geene Ingezeetenen van de voorfz. Vereenigde Nederlanden hun ten Oorloge in Dienft van vreemde Koningen, Republiquen, Princen, Staaten of Steeden, of ook in Dienst van Particulieren in andere Landen'tot Koopvaardye of Visfcherye ter Zee, het zy op Haaring-necringe, met de appendentien cn dependemien van dien, Walvisvangst of anderfints , zullen mogen begeeven, in wat manier* , en onder wat pretext het zelve ook zoude mogen zyn, zonder daar toe te hebben | expres confent van Ons, van zyne Doorlugtige Hoogheid of van de Collegien ter AdtniraBtétt van het Quartier van haare respective woonplaatfen; cat ook die geenen, die hun aireede in zoodmigen Diensc hebben haren aanneemen, by zoo verre defelve uit deefe Landen nog niet zyn vertrokken, dsn zeiven Dienst dadelyk zullen hebben te veriaaten en daar van heboen af tc (taan: en dat die geenen, die aireede te Lande of te Water ten einde voorfz. vertrokken zyn, gehouden zullen weefen, in deeze Linden weeder te keeren, binnen den tyd ukterlyk van zes maanden naastkoomende, alles op poene dat de Contraventeurs aan Lyf en Goed, en de Abfenten by eeuwig Bannisfement geftraft zullen worden; dat ook de Vrouwen en Kinderen van die geene die niet weedcr zullen keeren, uit de Steeden en Plaatfen haarer tendentie geremoveert zullen worden, en haare Mans en Vaders toegefonden, mitsgaders dat haar geen het minfte onderhoud van de Aalmoesfeniers of Diaconien gedaan zal worden, die over het cmploy van de Mannen, waar van de Wouwen en Kinderen eenig onderhoud verfoeken , haar zullen informeeren, om hetzelve onderhoud aan haar niet te laaten toekoomen, zoo haar Mannen zig buiten het Gebied van deefen Staat ophouden. Dat eindelyk, niemand wie hy zv, eenig Zeevolk, vooral Ingezeetenen en Inboorlingen deefer Landen, boven het geen tot de Equipagie van haar eige Scheepen behoord, met Scheepen uit deefe Landen zal mogen uitbrengen, zonder expres confent van zyne Doorlugtige Hoogheid, of van het Collegie ter  Behelfende de Placaaten Sec. tegen alle vreemde dienften te Water. 99 Scheepen, Goederen en Koopmanfchappen, de voorfz. Binnenwateren infefteeren, en ook op de Stranden of aan de vaste Wal, langs de Zee, alle moetwil, feitelykheid en geweld bedryven: Soo is 't, dat wy, daar in willende voorfien, goedgevonden hebben te ordonneeren en ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat alle die geenen, die na agt dagen, na de publicatie deefes, met Engelfche Scheepen met Commisfie voorfien en ter Kaap uitgerust, binnen de Zeegaaten en op de Binnenftroomen van den Staat, en binnen derfelver Tonnen, zullen werden genoomen, of op de Stranden, of aan de vaste Wal langs de Zee gevangen, zonder eenige de minfte conniventie of disfimulatie, arbitralyk, en na exigentie van zaaken, aan den Lyve zullen worden geftraft, ten ware evidentelyk bleeke, dat zy door ftorm en quaad weer binnen gejaagt of aan Strand geworpen waren geworden , en dat zy op de eerfte ontmoeting van Scheepen binnen de Tonnen, of Menfchen op de Stranden of aan het vaste Land, haar overgegeeven en de Wapenen afgelegt zullen hebben. En op dat niemand hier van ignorantie en nebbe te pretendeeren, ontbieden'en verbeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, .Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van den felven Lande, dat zy deefe onfe Ordonnantie of Verbod van (tonden aan alomme doen verkohdigen, publiceeren, en affigeeren in alle Plaatfen daar zulks nodig weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; Lastenen beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaals, mitsgaders Admiraalen, Vice-Admiraalen, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefe onfe Ordonnantie en Verbod te agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, zonder oogluiking, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande en welftand van de goede Ingefeetenen van deefen Staat bevonden hebben nodig te zyn* Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heer Prsefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signatuure van onfen Griffier, op den 4 January 1781. (Was geparapheert f) CHARLES BIGOT, vt. (Onderftond P) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent f) H. F A G E L. Zynde op het fpatiam gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 7» Placaat van de Staaten Generaal, houden* de verbod teegens het werven van Bootsvolk voor vreemde Dienjlen, als meede aan het Bootsvolk van zig te begeeven in vreemde Dienften, en de revocatie van het zelve Volk uit vreemde Dienften; met een Generaal Pardon voor alle Bootsgefellen, Matroofen en anderen, uit êm Dienst te Water der Vereenigde Neederlanden gedeferteert. Den 9 February 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die defen jegenwoordigen zullen zien ofte hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo wyzeekerlyk berigt zyn, dat eenige vreemde Perfoonen, en ook eenige Ingefeetenen deefer Landen, contrarie onfe voorgaande Placaaten, veel Zeevaarende Luiden deefer Landen zoeken te induceeren, om hun te begeeven in vreemde Dienften, zoo wel ten Oorloge, als tot Koopvaardye en Visfcherye ter Zee, en dat ook verfcheide Ingezeetenen door beloften en praemien zig begeeven in de voorfz. Dienften, en niet zelden direct: op Scheepen Na van  102 Placaaten. i. Boek. 8. Titul. zelve in onfen dienst genoegfiiam kunnen worden geëmployccrt: Zoo is V, dat wy daar op ingenoomen hebbende de hoogwyfe Confideratien en het Advis van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, als Admiraal Generaal deefer Landen, uit zonderlinge gratie hebben vergeeven, kwytgefcholden en gepardonneert, gelyk wy vergeeven, kwytfchelden en pardonneeren by deefen, alle Matrofen en andere, die voor dato van deefe Publicatie, zonder behoorlykaffcheid onfen dienst te Water verlaten hebben, of daar uit gedeferteert zyn; of zig contrarie onfe vorige Placaaten, in vreemden dienst ten Oorlog, ter Koopvaardy of Visfehery ter Zee, hebben begeeven : al het gunt zy door haar voorfchreeve Defertie of Vreemde dienst teegens den Lande hebben misdaan, mitsgaders alle ftraf fen, daar inne zy ter voorfz. zake vervallen zouden mo^cn wecfen; mits zy naar deefe Lande weder keeren, en zig voor den i Juny 1785 aangecven aan een van onfe Collegien ter Admiraliteit ,• ordonneeren en ftatueeren daarentegen, dat allen die dit ons Generaal Pardon verfmand , en alzoo binnen den vooriz. tyJ niet weder gekeert en zig aangegeeven zullen hebben, en naderhand zullen worden uitgevonden en agterhaald, zonder eenige remisfie of conniventie naar de uiterfte geflrengheid der Wetten, zullen worden ccftrafr. 6 VooTts interdiceeren wy by renovatie en ampJiat/e van onfe vorige Placaaten, dat niemand, van wat ftaat of conditie hy zy, zig zal verftouten, om binnen defe Landen, iemand hoe genaamt, buiten expres cn fchriftelyk confent van ons, zyne Hoogheid of van de Collegien ter Admiraliteit van het Quartier , tot vreemden dienst ten Oorloge, ter Kaapvaart, ter Koopvaardy, of ook ter Visfcherye ter Zee, te huuren, aan te neemen, of te animeeren tot aanwerving, vermeerdering of fuppietie van Equipagien van Schepen, binnen of buiten defe Linden zig bevindende, of defelve ten voorfz. einde onder den naam van Pasfagiers of onder eenige andere benaaming te transporteeren, of te doen transportecren; alles direct of indirect; op poene dat elk der Overtreders van dit Verbod zal verbeuren driehonderd guldens voor yderPerfoon, die buiten dusdanig confent aangenoomen en gebuurt, of tot hec aanneemen van dienst geanimeert zal zyn, en zulks offchoon zodanig een Perfoon bereids mogte vertrokken zyn; en van daar en boven arbitrairlyk te worden gecorrigeert na exigentie van zaken. Verbieden ook wel expresfelyk, alle onfe In - en Opgezeetenen zig niet ten Oorloge in dienst van eenige vreemde Mogendheeden, Staaten of Steden, of ook in dienst van Particulieren in andere Landen, ten Oorloge, Kapery, Koopvaardy, of Visfery ter Zee, te begeeven, in wat manier en onder wat prse- ! text hec zelve ook zoude mogen zyn; zonder I daar toe te hebben zodanig uitdrukkelyk confent van Ons, van zyne Hoogheid, of van het Collcgie ter Admiraliteit van het Quartier hunner respective Woonplaatfen; en by aldien eenigen zig alreeds in zodanigen dienst mogten hebben laten aanneemen, ordonneeren wy hun derfelver dienst dadelyk te verlaten en daar van af te ftaan; en voor zoo verre zy bereids ten voorfz. einde vertrokken mogten zyn, in deefe Landen weder te keeren uiterlyk voorden i Juny 1785; alles op poene van aan Jyf en goed. of by contumacie met eeuwigdurend banmsfement te worden geftraft; en dat ook de Vrouwen en Kinderen van die niet weeder mogten kceren, uit de Steden en Plaatfen harer Refidentie geremoveert zullen worden en hare Mans en Vaders toegefonden; mitsgaders dat aan defelve geen het minfte onderhoud van de Aalmoesfeniers, Diaconen of andere Armbeforgers zal worden gedaan. Wyders verklaaren wy ten overvloede, dat alle die tegens het voorfz. verbod in of tot eenige vreemde dienften gehuurt of aangenoomen zyn, of mogten worden, ongehouden zyn, niet alleen tot de prreftatie van voorfz, dienst, maar zelfs ook tot reft/tim'e van eenig Loop-, Aann'ts-, Maand-, of andere Gelden* welke zy op de hand, of anderfints ter zake voorfz. zouden mogen hebben ontfangen; zonder dat zy door iemand daar over zullen mogen worden aangefprooken, in regten of daar buiten. Ook willen wy, dat rot beter executie van | hec h/er vorenftaande, .die Schippers van Schepen van vreemde Natiën in deefe Landen inkomende, alvorens naar de Plaatfen van haare deftinarie op te zeilen, benevens de generaale verklaaring van hunne Lading aan de Commandeurs van 's Lands Uitleggers in de Zeegaten en nader ten Comptoire van de Convoijen en Lfcenten ter Plaatfe van de losflng, doen een exacle opgave van de Manfchanpcn op hunne Schepen dienende, met uitdrukking van derfelver Naamen; en dat aan defelve weder willende uitvaren, niet zal worden gepermitteert uit te gaan als met defelfde xManlchappen, waar meede zy zyn ingskoomen, of die in de^ plaats van geftorven of gedeferteerde Manfchappen, of om andere reedenen by het Collegie ter Admiraliteit van het Quartier zyn gepermitteert in hunnen dienst te neemen, of met hunne Schepen te vertrekken. En op dat hier van niemand eenige ignorantie zoude mogen pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erfstadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Scaaten van de respective Provinciën , en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Landen, deefen onfen Placaate van ftond.m aan alomme te doen verkondigen, publiceeren en affigeeren , in alle Plaatfen daar zulks nodig zal weefen en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteir, de Advocarten Fiscaal, Commifen Generaal, mits-  Behelfende de Placaaten> &c. tegen alle vreemde dienflen te Water, iöf ter Admiraliteit van het Quartier, en dat, om het zelve behooriyk te kunnen doen nagaan, de Schippers van Scheepen van vreemde Natien , in deefe Landen inkoomende, voortaan zullen verpügt weefen, alvorens naar de Plaatfen van haare deftinatie te mogen opzeilen, beneevens de generaale Verklaaring van haare Laading, aan den Commandeur van 's Lands Uitleggers in de Zeegaten, en nader ten Comptoire van de Convoyen en Licenten, ter PlaatZe van de losfing, te doen een exacte opgave van de Manfchap op haare Scheepen dienende, met uitdrukking van derfelver Naamen, en dat aan defelve, weeder willende uitvaaren, niet zal worden gepermitteert uit te gaan, als met defelve Manfchap, waar meede zy zyn ingekoomen, of die in de plaats van geftorven of gedeferteerde Manfchap, of om andere reedenen, by het Collegie ter Admiraliteit van het Quartier, agtervolgen de onfe Refoiutie van den n October 1759 zyn gepermitteert , in Scheepsdienst te neemen, of met de Scheepen te vertrekken. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te precendeeren, of onder pnetext van geen kennis gekreegen te hebben van deefe onfe ordre, oorfaake nebbe, hem te ontfchuldigen, ordonneeren en beveelen wy wel expresfelyk, dat de Vrouwen of naafte Vrien¬ den van de geenen, die aireede vertrokken zyri* ten einde voorfz. gehouden zullen weefen, defelve n van den inhoude van deefe te waarfchouwen, gefien wy tot deefen Landen dienst verftaan, dat deefe onfe Ordonnantie punétueelyk agtervolgt en onderhouden zal worden, zonder eenige conniventie of disfimulatie; ontbieden en verfoeken daarom me de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respective Provinciën, en alle anderen Officieren en Jufticieren van de zelve Landen, dat ze deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; Lasten en béveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, deAdvocaaten Fiscaal, mitsgaders alien Admiraals, Vice - Admiraals, Capiteinen , Officieren eh Bevelhebberen, als meede Commisfarisfen en Commifen ter Recherche, zoo in de Zeegaaten, als elders, den inhoude van deefen onfen Placaate te agtervolgen, en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren tegen de Contraventeurs van dien, zonder eenige oogluikinge, disfimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienfte van den Lande be* vonden hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal, in 'sGravenhage den 9 February 1781. (Was geparapheert,} J. W. van WELDEREN. (önderftond Ter ordonnantie van defelve (Was geteekent f) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een Rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruite. IL FAGEL 8. Placaat van de Staaten Generaal, houdende Pardon aan gedeferteerde Matroofen; en voorts verbod tegen het neemen van vreemde diensten te Water* Den 19 November 1784. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut, doen te weeten: Alfoo veele Lieden deefer Landen , niet tegenftaande onfe vorige Placaten en Ordres, door beloften, prsemien of andere diergelyke middelen zyn, en nog dagelyks worden verleid, om zig te begeeven in vreemden Dienst zoo ten Oorloge en ter Koopvaardy, als ter Visfchery, tot groot ondienst en nadeel deefer Landen, vooral in de tegenswoordige tyds omftandigheeden, waar by deN 3 zei-  io4 Placaaten. i. Boek. 8. Titul. welke zullen wecten aan te wyfen zoodanige Perfoon of Perfoonen, welke hier te Lande zig aan het Werven van Volk tot de hier bovengemelde eindens mogten fchuldig maaken, zoodanig dat defelve in handen der Juftitie genaken, cn van het Fait overtuigt worden, belooven een Premie van honderd Goude Ryders, zullende des Aanbrengers naam (des begecrende) worden gefeercteert, en hy boven dien, indien daar aan meedepligtig mogt zyn, of zig mogt hebben laaten engagecren, volkomen impunitcit genieten. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude mogen proitendceren, ontbieden en verzoeken wy de Heeren Staaten, Erf itadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van dc refpective Provinciën , en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Jenden, defen onfen Placaate van (tonden aan alomme te doen verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle Plaatfen, daar zulks noodig wezen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie cn afiixie te doen. Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal en den Procureur Generaal, en alle andere Officieren, Rcchteren en Jufticieren van deefe Vereenigde Nederlanden, dezen onze Placaate te agtervolgen en doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Overtrecders van dien, zonder eenige gratie, faveur, disfimulatie of verdrag, dcwyl wy het zelve alfo ten dienfte van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Ncederlanden, in'sGravenhage den 8 January 1793. (II'as geparapheert,) W. van CITTERS, vt. (Onder/lond,) Ter ordonnantie van defelve. (JVas gel'eekent,) II. F A C E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. I o. Placaat van de Staaten Generaal, vervatten- de de Pi\emicn voor de Comnsisfievaarders dezer Landen, dewelke eenige Oorlogfc/ieepen yan de Franfchen zouden komen te veroveren. Den 12 February 1793- TT^e Staaten Generaal der Vereenigde Ne\_3 derlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen , falut, doen te weeten: Nademaal het de Nationale Conventie van Frankryk goedgedagt heeft zonder eenige wettige reden den Staat defer Landen vyandelyk aan te tasten, en wy derhalven genoodzaakt zyn alles by te brengen tot onfe wettige defenfie, en teffens te gebruiken het regt, het geene ons door het eigen doen van de Franfchen gegeeven word, om reciproque lyk zodanig te handelen als tegens ons gehandelt werd: en vervolgens ook aan defelven alle afbreuk te doen, daar en zoo wy zullen kunnen of mogen: Zoo is 't, dat wy ten dien einde, en tot protectie van de Commercie en Navigatie deler Landen, goedgevonden hebben, aan alle Ingefetenen van defen Staat, dewelke eenige Franfche Scheepen van Oorlog, of Commisfievaarders zullen komen te veroveren, of de- ƒ iTjueeren, te ff ellen en te beloven de navolgende Pnsmien: Art. 1. Alle de geenen die zig expresfelyk ter Kaap uitgerust, en van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, als Admiraal Generaal defer Landen, behoorlykeCommisfie bekomen, mitsgaders degerequireerdecautie gelteld zullen hebben , of zoogenaamde Lettres de Marqué zullen hebben bekomen, en daar op een Schip van Oorlog, of Commisfievaarder van de Franfchen, zullen hebben verovert, en onder het resfort van een der Collegien ter Admiraliteit hier te Lande opgebragt, zullen tot een Premie genieten een honderd en vyftig guldens van ieder Man, j die ten beginne van het gevegt op het voorfz. Oorlogfchip of Commisfievaarder zal zyn geweest, als mede van ieder pond het welk het j Gefchut, (waar mede het voorfz. Schip ten tyde voorfz, gemonteert zal zyn geweesf) te fa-  Behelfende de Placaaten, &c. tegen alle vreemde diensten te Water. 103 mitsgaders allen Admiraals, Vice - Admiraals, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Plakaate na te koomen en te doen nakoomen, procedeerende en doende proce¬ deeren tegens de Overtreeders van dien, zonder eenige gratie, faveur, disfimulatie of verdrag , want wy het zelve alfoo ten dienfte van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog; Heeren Sraaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Praefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 19-November 1784. (JVas geparapheert,) H. W„ van A Y L V A, vt, (Onderjlond,) Ter ordonnantie van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal. \ . • \ (Geteekent,~) H. F A G E L. Zynde op het fpatiam gedrukt het Cachet van baar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 9. Placaat van de Staaten Generaal, tegen het werven van Krygs - en Scheeps - Volk voor vreemde Potentaten. Den 8 January 1793. TTXe Staaten Generaal der Vereenigde Ne1 J derlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leezen, falut : Doen te weeten, Alfoo wy in ervaaring gekoomen zyn, dat, niettegenfhmnde verfcheide onfe voorgaande Placaaten en Ordonnantiën, gemaakt en gepubliceert tegens de Werving of Ligting van Krygs-en Scheepsvolk, die alhier te Lande voor en uit de naam van vreemde Heeren, zonder ons confent, zoude worden gedaan, echter by eenige ondernoomen word, om binnen defe Landen en omtrent de Frontieren van dien, voor of in naam van eenige zig qualificeerendje Reprafentanten van Volken of Steden, of ook van Corporatien of byfondere Perfoonen, Wervingen te doen, en pogingen aan te wenden, om de Ingezeetenen van de Republicq, en de Müöaarerj in desfelfs Dienst zynde, te engageeren, om zig in derfelver Dienst te begeeven, zoal niet met een nog flegter oogmerk, om namentlyk dezelve geëngageerde Perfoonen, ter uitvoering van booze desfeinen tegens den Staat zelve te konnen employeeren: Zoo is 't, dat wy daar tegens willende voorfien (onverminderd onze gemelde Placaaten en Ordonnantiën tegens de Wervinge of Ligtinge van Krygs - en Scheepsvolk voor eenige Buitenlandfche Koningen, Potentaten, Princen, Heeren, Staaten, ofRepublicquen) goedgevonden hebben te ordonneeren en ftatueeren , gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat niemand, wie of van wat qua1 liteit hy zy, in deeze Vereenigde NederlanI den,of in eenige Steden of Plaatfen, onder \ ons Gebied gehoorende, eenig Volk zal mogen aanneemen, of aangenoomen zynde, van anderen overneemen , voor of uit naam en van / wegens eenige zoogenaamde Reprsefentanten van Volken of Steden , Corporatien of byzondere Perfoonen, het zy openbaar, het zy heimelyk, direótelyk of indireótelyk, onder wat prsetext het zoude mogen weezen, om in eenige Krygsdienst te Water of te Lande, te Paard of te Voet gebruikt te worden; gelyk wy mede alle en een iegelyk wel ernftelyk \ waarfchouwen en verbieden , om zig door ie1 mand, wie hy ookzy, het zy buiten, het zy binnen 's Lands invoegen voorfz. te laaten aanneemen of engageeren, maar in tegendeel j de zoodanige, welke reeds aangenoomen mo| gen zyn, het zy openbaar, het zy heimelyk, i of onder de hand, ordonneeren, van zig te houden voor gedispenfeert en ontflagen van ! hunne Verbintenis, gelyk wy defelve daar van dispenfeeren en ontflaan by deezen, alles op pcene, dat de Contraventeurs van deefen onzen Placaate, het zy dezelve zig zullen hebben fchuldig gemaakt aan het enrolleeren van andere, het zy zy zig zullen hebben laaten in zoodanige dienst engageeren, aan Lyf en Goed, en zelfs met de Dood, naar exigentie van zaaken, zullen worden geftraft. Terwyl wy daar en boven aan die geenen ,  icS Placaaten. i. Bock C. Titul. 1 Goed daar in bevonden , zonder eenige aftrek van porden van den Lande, dc tiende van den Ad:niraal uitgefondert , en zal daarenboven geen Premie werden gepretendeert. V I 1. En wanneer eenige Scheepen of Goederen, toebehoorende de Ingefeetenen defer Landen, by den Vyand genomen , weder verovert en vrygemaakt zullen werden door eenige Commisfievanrders, Koopvaardye- of andere Schoepen, uitgc-ust op particuliere kos'.en van defelve Ingefetenen defer Landen, dat alsdan de Ilerneemers zullen hebben cn genieten, indien de voorfz. herneeminge gefchied binnen tweemaal vier en twintig uuren, een geregt vyfde part van de opregte wjarde van het weedcr vrygermafctc Schip en Goed, by aldien de voorfz. herneeminge komt tc gefchieden na de voorfz. eerste tweemaal vier cn twintig uuren,- dog binnen viermaal vier cn twintig uuren, na dat het voorfz. Schip en Goed in de magt van den Vyand is geweest, dat defelve Herneemcrs in zulken gevalle zullen hebben een geregt derde part van de voorfz. waarde; en indien defelve werden lurnoomen na de voorfz. viermaal vier en twint'g uuren, dit dc voorfz. Ilerneemers in zulken gcvalie zullen hebben de geregte helftc van de voorfz. waarde, zonder verderrcllexie te neemen hoe Jang de voorfz. hemoomen Scheepjn cn Goederen na de voorfz. viermaal vier cn twintig uuren in de magt van den Vyand zouden mogen zyn geweest. VIII. De adjudicatie van eenige der voorfz. Pnemien, mitsgaders de Aétens van de refpcitive Collegien ter Admiraliteit, ten behoeve van de Gequctllen of Verminkten, volgens het geene hier vooren is geordonncert refpedtivelyk verleent, vertoont zynde aan den Ontfanger Generaal van het verhoogde Last- cn Veilheid, by ons tot het betaalen van defelve Prrcmicn expresfelyk aangefteld, zal het beloop van dien promptelyk door den zeiven Ontfanger Generaal werden voldaan in den Hage, of ter plaatfe van het Collcgie ter Admiraliteit , daar de judicature of tauxatie zal zyn gefchied, na dat het den voorfz. Ontfanger Generaal best zal geleegen komen. I X. Weiken Ontfanger Generaal van genoegfaame Gelden, tot het doen van de voorfz. bctaalinge zal weefen voorfien, en altoos beforgen dat eenige Pramien betaalt zynde, hy egter tot de prompte voldoeninge van andere Pramien gereed zal zyn, het zy uit de wederhelft van het Last- en Veilgeld ten dien einde vastgeltelt , het zy uit de fuccesfive Negotiatien tot fupplement van dien by hem te doen. X. Edog zal de Commisfievaarder die eenig Vyandelyk Schip zal hebben verovert of gedeftrueert, op zyn arrivement moeten verforgen, dat zonder uitftel aan den voorfz. Ontfan¬ ger Generaal kennisfe werde gegeeven vnn het montant der Pncmien, die hy uit kragte deefes zal fuftineeren hem te competecren, op dat dezelve Ontfanger tydelyk de voorfz. prompte bctaalinge zal konnen verforgen. X I. En zal gcneralyk in deefen allen by de refpective Collegien ter Admiraliteit daar het zat komen voor te vallen, moeten werden verleent prompte expeditie vanjuftitic, en zulks met postpofitie van andere zaaken, zoo veel eenigfints zal konnen gefchieden. X l 1. En dewyl van de Sententiën, by de voorfchreeve Collegien ter Admiraliteit ten voordeele van dc Commisfievnarders te wyfen, zoude konnen werden verfogt Revifie , en voorfchreeve Sententie in Revifie te nietc gedaan, zoo hebben wy wel begeert, dat aan de voorfz. Commislievaarders zelfs in cas van Revifie, de Prtcmien, by Sententien van de Collegien ter Admiraliteit geadjudi'cccrt, zullen werden voldaan, zondor dat de voorfz. voldoeninge door het inrerjecteeren van Revifie zal werden opgehouden of verhindert,- maar da :r benevens ook verftaan, dat de Cautionarisfen dewelke de Commisfie vaarders ter Kaap 1 uitgaande gehouden zyn te fteilen, haar cau- | tic zullen moeten amplieeren, hier meede, ƒ dac zy beloven promptelyk te zullen refh'tuccren dat geene, het welk aan de voorfz. Cbm- | misfievaarders, in gevolge en tot voldoeninge van de vooriz. Sententien ter Admiraliteit zal weefen betaalt, in gevalle de voorfz. Sententien naderhand by Revifie wierden tenietgedaan, en de voorfz. Comraisfievaarders haar eifch ontfeid; cn tot meerder gerustheid dac de voorfz. betaalde Gelden in dien voorfz. gevalle zeekerlyk zullen werden gereftitueert, ! hebben wy verklaart cn verklaaren by deelcn, dat dc Schepen en der zeiver toebehooren, nictwes uitgefondert, waar meede eenige Prinfen zullen zyn gedaan , voor de voorfz. refti- I tutje der ontfangen Prtcmien legalyk aan den Lande zullen zyn verbonden , en dat het voorfz. legaal verband zal ingaan van den dag j af dat de voorfz. Commisfievaarders haarlieder Commisfien ter Vrybuyt zullen hebben ont- | fangen, en daar op in Zee zullen zyn gegaan. X I I L En zal dit Placaat ingang hebben met de publicatie deefes. En op dat niemand eenige ignorantie kome re pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de I Ieeren Sraaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de Provinciën refpective, van Gelderland, en het Graaffchap Zutphen, Holland en Westvriesland, Zeeland, Utrecht, Vriesland, Overysfel en Stad Groningen en Ommelanden, en allen anderen Jufticieren en Officieren, dat zy deefe onfe Ordonnantie van ftonden aan | alomme doen verkondigen, uitroepen, publi| ceeren en affigeeren in alle Plekken van deefe  Behelfende de Placaaten, &d tegen alle vreemde diettsten te Water. 185 famen gerekent aan Kogels i'ri éerie reife heeft kunnen fchieten, Basfen onder hec Gefchut niet gcrekent, en de Kogel van het niéuwe Gefchut Caronades of Cadonades genaamt, gerekent tot een vierde van desfelfs zwaarte , in voegen dat zodanig een Commisfievaarder veroverende, en vervolgens opbrengende een zodanig Oorlogfchip of Commisfievaarder, gemonteert by exempel met veertig Stukken fchietende famen drie honderd twee en vyftig ponden, of met veertig Caronades of Canonades, fchietende famen veertien honderd agc ponden Bals,,en bemand met twee honderd en twintig Koppen;, ieder pond en ieder Kop gérekent op een honderd en vyftig guldens, voor Premie zal genieten vyf en tagtig duifend agt honderd guldens, en zoo wyders een meerder of minder fomme na proportie van de Manfchap, en van de calibre Van het Gefchut, dat ten tyde van het gevegt op het Vyandelyk Schip zal zyn geweest, en dat altyd boven den geheelen veroverden Buit van het Schip, en al hét goed dat 'er in zoude mogen zyn, zonder eenige aftrek van porden van den Lande, de tiende van den Admiraal uitgefondert. i l En zuilen de voórfz. Prasmien, in cas vah verf!vering en opbrenging geftelt, ook plaatfe hebben als het Vyandelyk Oorlogfchip of Commisfievaarder ten eenemaal zal wezen vernield, het zy dan dat de Commisfievaarder defer Landen het zelve zoude hebben in de grond gefchooten, verbrand, of aan Strand gejaagt, of wel dat het zelve Schip tusfchen de veroveringe en opbrengmge mogte wefen verongelukt j of wel op een andere maniere vernield; welverftaande dat defe geheele Praemie niet zal zyn verdient, ten zy het Scheepsvolk , het welk op het vernielde Schip zal zyn geweest, werde opgebragt, of wel dood zy; en wanneer het Vyandelyk Oorlogfchip of Commisfievaarder alleenlyk tegens een Bank of Strand zal werden aangejaagt, zoo dat het Schip wel zoude werden vernietigt, maar egter het Scheepsvolk) daar op zynde geweest, aan Land geborgen, Zal de Commisfievaarder defer Landen in zodanigen geval alleen genieten de helft van de voorfz. geheele Prsemie, en overfulks in het bovengeftelde exempel, in plaats van vyf en tagtig duifend agt honderd guldens, alleen twee en veertig duifend negen honderd guldens. I I I. Alles nogtans met dién verftande, dat nooit de voorfz. Commisfievaarder eenig Vyandelyk Schip van Oorlog, of van Commisfie tot Buit zal hebben, nog ook eenige der uitgeloofde Prsemien zal genieten, als na dac hy alvorens voor een der Collegien ter Admiraliteit hier te Lande, daar omtrent competent, tenÈ fine voorfz. zal hebben gecontendeert en Sententie tot zynen voordeele bekomen. I V. En zullen de voorfz. Prasmien by de voorfz. Collegien ter Admiraliteit niet werden toe'geIX. Deel, wéfen, ten zy alvorens by dén Capitéin j Liedtenant en Stuurman van de Commisfievaarder, mitsgaders de Reders van dien, en der zeiver Boekhouder, of andere Geauthorifeerden, onder folemneelen Eede zal zyn ver* klaart, het Oorlogfchip óf Commisfievaarder by henluiden verovert, deugdelyk en ter goeder trouwe verovert te zyn, zonder daar over met die van den Vyand, of iemand van haarentwegen te hebben geconcerteert; of gecolludeert, directelyk of indirectelyk ; des zal by uitlandigheid, abfentie of ander wettig belet van de Reeders van de Comrtiisfievaarders die rot adjudicatie der Prsemien contendeert j genoeg zyn, dat de zelve Boekhouder, of ander Geauthorifeerde 3 dien Eed doe^ dog in dien gevalle zoo van zyne kennisfe, en aldus voor zig zei ven, als ook in de ziele van zyne Reeders, volgens der zeiver fpeciale Procuratie ten dien einde ; dog welke Reeders vooraf dien Eed voor den Magiftraat naarder refidentie, of anderfmts daar omtrent competent, perionelyk zullen hebben te presteeren, en daar van bewys overzenden; Vi En om de gemelde Cömmisfievaarders expresfelyk ter Kaap uitgerust des te meer aan te moedigen, ordonneeren wy dat de geenen die in de Actie met een Vyandelyk Schip zullen werden gequetst, zullen werden gecureert tot laste van den Lande; buiten kosten van de Reders, of die geenen die op de voorfz. Commisfievaarder zullen hebben gevaaren; als mede dat die geenen die in Actie met een Vyandelyk Schip zullen weerden verminkt, by den Lande mede buiten kosten van de Reeders zullen werden vereert met de helft van het gunt by defen Staat is toegeleid aan die geenen, dewelke op Scheepen van Oorlog vaarende, verminkt zyn geworden, te weten, zoo veel den uitkoop voor eens aangaat, en geenfints om wekelyks, maandelyks of anderfmts , by vervolg ietwes te trekken, des dat, voor zoo veel aangaat de geneefinge van de' Gequetften, de Reekening zal moeten werden geëxhibeert aan het Collegie ter Admira* liteit daar toe competent, om na behooriyk blyk defelve te examineeren, en tauxeeren, om daar van te verleenen Acte, en dat ook de verminkte, tot het genieten van de helft der voorfz. Prasmien, zullen moeten hebben bekomen Acte van het zelve Collegie ter Admiraliteit , mede na behoorlyke verifieatien aan den zei ven te verleenen. Vh Èn om de Scheepen van Oorlog van den Staat, mitsgaders de Koopvaardyfcheepen van de Ingefetenen van dien (het zy defelve alleen ter Koopvaardye zyn uitgegaan, of ook wel met Commisfie, om haar daar van by voorval te bedienen) mede aan te moedigen, om den Vyand verder afbreuk te doen, verftaan wy, dat aan defelve in cas van verovering, tot belooning zal werden gelaaten het geheele Vyandelyk Schip, van wat natuur of benaminge het ook zoude mogen wefen, met alle het O Goed  io8 Placaaten. r. Boek 9. Titul. of eenige andere Inftrumenten van Oorlog, zullen moogen worden gelaaden, om met eenige andere Scheepen, het zy vreemde of hier te Lande t'huis behoorende, na buiten 's Lands te worden uitge voert, zonder confent en permisfie van het Collegie ter Admiraliteit, waar onder de inlaading zal moeten gefchieden, alles op poene van confiscatie van de Waapenen, Buskruit, Gefchut, Koogels, of andere Ammunitie van Oorlog, welke zonder permisfie zullen gelaaden zyn, en van een boete van duifend guldens, te verbeuren by den Schipper , in wiens Schip de voorgemelde Woapencn cn Ammunitien zullen gelaaden zyn, en voor welke boete desfelfs Schip zal zyn verbonden en executabel. Kn op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, ontbieden en ver¬ foeken wy de Heeren Staaten, Erfrtadhouder, Gecommitteerde Raaden cn Gedeputeerde Staaten van de respective Provinciën, en alle andere Officieren cn Jufticieren van defelve Landen, dat zy deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen, pubhcccrcn cn affigeeren in alle Plaatfen daar fulks nood'g is, en daar men gewoon is foodanige publicatie en affbeie tc doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, A ivocaaten Fiscaal en Commifen Generaal, mitsgaders alle Admiraalen, Vice Admiraalcn, Capiteinen, Officieren en JJe vel hebberen, deefe onfe Publicatie te agtervolgen, procedcerende en doende procedeeren teegen* de Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, ooghükinge, disfimulatie of verdrag, want wy zulks bevonden hebben alflo te behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Pncfideerende in onfe Vergaderinge, cn de Signature van onfen Griffier, op den 20 Maart 1775. (JFas Geparapheert,) G. van II A R D E N B R O E & vt. (Onderbond,) Ter Ordonnantie van de hooggemelde I keren Staaten Generaal. (Getekcnt,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een Rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. II. F A G E L. Nota. Dit verbod is geprolongccrt voor den tyd van nog een jaar, by Publicatie van 18 Augustus 1775. item voor nog een jaar, by Publicatie yan 10 O&ober 1--6. — als mede voorgclyken tyd, by Publicatie van 3 November 1777. 2- Placaat van de Staaten Generaal, houden¬ de verbod van den Uitvoer van Schepen en ScheepsMateriaakn. Den 26 January 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut; Doen te weeten: dat wy , na voorgaande deliberatie en ingenoomen Advis van eenige Gecommitteerden uit de respective Collegien ter Admiraliteit, hebben goedgevonden te ftatueeren en te verbieden, gelyk wy ftatueeren en verbieden mits deefen den uitroer van al het geen tot den aanbouw van Scheepen nodig is, ook het overbrengen van volbouwde Scheepen, welke de Republicq niet min als de Materiaalen, om defelve aan te bouwen, nodig heeft, in vreemde handen, en by gevolg het verkoopen en leeveren van Scheepen aan anderen ais Inwoonderen van deefe Landen, of ook het inkoopen cn ontfangen derfelve voor reekening van Vreemden, op de pcene by hec Placaat cegens den uicvoer van verboode Goederen gefteld. Des dat zoo wel de geene, welke overtuigt zal worden eenig Schip, weetens, aan, of voor Vreemden verkogt te hebben, als die, welke het zelve voor reekening van anderen, als Inwoonderen van deefe Landen, zal hebben ingekogt en ontfangen, zal verbeuren het Schip, welke aan of voor Vreemde zal hebben verkogt of ingekogt, en daarenboven de dubbelde waarde van dien , of indien het Schip zelfs niet mogte weefen agterhaalt, de drie dubbelde waarde van hec Schip. Verklaaren meede voor nul en van geener waarde aL'eVer- koo-  Behelfende de Placaaten, &c. tegen alle vreemde diensten te Water. ïöf fe Landen , daar men gewoon is dusdanige uitroepinge , publicatie en affixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, Commifen Generaal van de Convoyen enLicenten, Ontfangers, Convoymeesters, Contrarolleurs en Cherchers; mitsgaders.den Ontfanger Gene-< raai van het verhoogde Last- en Veilgeld, en allen anderen dien het zoude mogen aangaan, haar na den inhoude deefes precife te rcguleeren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde Heeren Staaten Generaal, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Praefideerende in onfe Vergaderinge, en dc Signatuure van onfen Griffier, op den 22 February 1793. (Was geparapheert,) W. F. H. van WASSENAER, vtv (Onderflond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. N E G E N D E T I T U L- Behelfende verfcheide Placaaten en Waar- fchouwingen, inhoudende verbod op het bevaaren van de Havenen van Vrankryk, uitvoeren van Waaren van Contrabanden, toevoer van Levensmiddelen, Hooi, en Stroo aan de Vyanden. I# Publicatie van de Staaten Generaal, waar by, voor den tyd van zes maanden, de uitvoer van Ammunitie van Oorlog verboden word. Den 2 Maart 1775. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten, dat wy, om byfondere reedenen ons daar toe moveerende, hebben goedgevonden, volftrektelyk te verbieden, gelyk wy volftrektelyk verbied'en by deefen, allen uitvoer van Ammunitie van Oorlog, Buskruit, Gefchut, en Koogels, met eenige Scheepen, onder de Dominien van Groot- Brittannien t'huis hoorende, provifioneel voor den tyd van Zes maanden, op peene van confiscatie, niet alleen van de Waapenen en Ammunitien van Oorlog, die daar in zullen worden gevonden, maar ook op een boete van duifend guldens daarenboven, ten lasten van den Schipper, waar voor desfelfs Schip zal zyn verbonden en executabel* Dat wy voorts hebben goedgevonden te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat geduurende de voorgemelde tyd van zes maanden, geen Buskruit, Gefchut, Koogels,^ O 2 of  I ÏO Placaaten. i. Boek. 9. Titul. zouden werden, haare Schoepen tot het voorfchreeve tranfport van verboode Goederen, Warren of Koopmanfchappen te hebben gebruykt, of laaten gebruyken: te applicecren de voorfchreeve boete een derde part voor den Aanbrenger, een derde part voor den Officier die de calange doen fal, en het refteerende derde part ten profyte van de gemeene link; vcrklaarende voor nul en van onwaarde alle leeninge en verhuuringe van Scheepen in fraude van dit verbod voor de publicatie van het felve gedaan. En zal de Capitein, Schipper of Stuurman , welke na dat van deefen onfen Placaate geinformcert zal zyn, of geinformcert fal hebben kunnen weefen, weetens eenige van de voorfchreeve Goederen, Waaren of Koopmanfchappen, voor reekening van de voorfchreeve Kroon of den Koning van GrootBrittannien of desfelfs Onderdaancn toebehoonade, in zyne Scheepen zal hebben ingclaa- I den, doen of laaten inlaaden, verbeuren de I eerftemaal een fomma van duifend guldens, en indien zulks weederom gebeurde, een fomma -> van drie duifend guldens, en voor dc derdemaal aan den Lyve geftraft werden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, ontbieden cn verfoeken wy de I leeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpecfive Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van den zei ven Lande, dat zy deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en aiiigeeren daar zuiks van nooden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en aliixie te doen^ lasten cn beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaatcn Fiscaal enCommifen Generaal, mitsgaders alle Admiraals, Vice-Admiraals , Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Placaate na te koomen en te doen nakoomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, zonder oogluiking, faveur, disfimulatie of verdrag; want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande noodig bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prcefideerende in onfe Vergaderinge, cn de Signature van onfen Grinier, op den 16 January 1781. (Wds geparapheert,) W. v. L Y N D E N, vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (JVas geteekent P) H. F A G E L Zyndeop het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een iooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 2. Placaat van de Staaten Generaal, houdende verbod van uitvoer uit deefe Landen en yan toevoer naar het Ryk van Groot - Brittannien, van Oorlogs - Ammunitie, cn eenige andere Speciën by het Placaat breeder befchreeyen, als meede Waar, fchomring tegens het vervoeren van Contrabande Goederen naar het voorfz. Ryk. Den 26 January 1781. TTXe Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, filut; Doen te weeten: Nademaal het den Koning van Groot-Brittannien goedgedagt heefc zonder , eenige wettige reeden den Staat deefer Landen Vyandelyk aan te tasten, en wy derhalven genoodfaakt zyn, alles toe te brengen tot onze wettige defenfie, en teffens ce gebruiken het regt, het geen ons door het eigen doen van hoogstgedagten Koning gegeeven word, om reciproquelyk zoodanig te handelen, als tegen ons gehandeld werd. En wy mitsdien ook, om zoo veel in ons is, alle afbreuk van die zyde voor te komen, verobligeert cn gehouden zyn na ons vermoogen, en, zoo verre het buiten verongelykinge van onfe Geallieerden, Vrienden en Neutraalen naar het Volkeren Regt gefchieden kan, hoogstgemelden Koning te beneemen en te verhinderen de com-  Behelfende verfcheide Placaaten, raakende Contrabanden, &c. 109 koopen, Alienatien, Leeningen of Verhuuringen van Scheepen in fraude van dit Verbod voor dato van de publicatie van het zelve gedaan. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respective Provinciën , en alle andere Jufticieren en Officieren van denfelven Lande, dat zy deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren, en affigeeren daar zulks van nooden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, en Commifen Generaal; mitsgaders allen Admiraals, Vice-Admiraals, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Placaate na te koomen, en te doen nakoomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, zonder oogluikinge, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande nodig bevonden hebben te weefen. Aldus gedaan en gearrefteert in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prscfideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den £6 January 1781. (Was geparapheert W. van LYNDEN, vt. QOnderftond,~) Ter ordonnantie van defelve. (Was geteekend,) H. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een Papiere Ruyte. 3. Publicatie van de Staaten Generaal, houden¬ de verbod aan de Ingefeetenen deefer Landen, om hunne Scheepen te employeeren tot het vervoeren van eenige Goederen, Waaren of Koopmanfchappen, voor rekening van den Koning, of de Onderdaanen van \ Groot - Brittannien. Den 26 January 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten, Alfoo het den Koning van GrootBrittannien goedgedagt heeft, den Staat deefer Landen, zonder eenige wettige reeden Vyandelyk aan te tasten, en wy derhalven genoodfaakt zyn te gebruyken het recht het geen ons door het eygen doen van defelve Kroon gegeeven word , om reciproquelyk zodanig te handelen, als tegens ons gehandeld word, en het mitsdien niet reedelyk foude zyn, dat de Onderdaanen van den voornoemden Koning haar tot het vervoeren haarer Waaren, Goederen en Koopmanfchappen zouden bedienen van de Scheepen der Onderdaanen deefer Landen. Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben te interdiceeren en te verbieden, gelyk wy interdiceeren en verbieden by deefen, aan alle onfe Onderdaanen en Ingefeetenen, haare Scheepen te employeeren of te laaten employ¬ eeren , tot het af- en aanvoeren en tranfporteeren van eenige Goederen, Waaren of Koopmanfchappen, voor reekening van de voorfz. Kroon, of den Koning van Groot- l Brittannien of desfelfs Onderdaanen toebehoorende; op ptene van de verbeurte van alle foodanige Scheepen van de Ingefeetenen deefer Landen, waar meede na daro van de pu- / blicatie deefes eenige Goederen, Waaren of Koopmanfchappen, den Koning van GrootBrittannien of desfelfs Onderdaanen toebehoorende , fouden zyn getranfporteert geworden, en daarenboven een boete van twee honderd guldens per last, welke boete egter niet zal excedeeren de drie dubbelde waarde der bedonge Vragtpenningen, mits daar van na behooren werde gedoceert: te verbeuren by de Rheeders van defelve Scheepen, voor elke reyfe dat zoodanig tranfport met den voorfchreeven Scheepe gedaan zal zyn, het zyde Scheepen op de daad agterhaald werden, of dat de Rheeders derfelve naderhand overtuygt O 3 zou-  1 12 Placaaten. i. Bock. p. Titul. nende alle onfe Geallieerden, Vrienden en J\:cur,raalen, en generalyk alle Volkeren en Natiën, willende vaaren na eenige Ryken, Landen, Steeden of Plaatfen van deefen Staat, oost , west- of noordwaards geleegen, of die van daar herwaards aan zouden willen koomen , te kiefen, en te houden de ruime Zee, alfoo Wy verftaan en verklaaren by deefen, ó.v alle Schepen die op dc Kusten van Engeland of andere Landen, Eilanden en Plaatfen onder het Gebied van hoogstgemelden Koning van Groot-Brittannien zynde, en voornamentlyk binnen de Baakens cn Ondicptens langs defelve geleegen, gevonden zullen werden, en die alfoo niet buiten fufpicie zullen zyn van tegens deefe Ordonnantie en Advertentie iets voor te hebben, zoo wanneer die in het geheel of ten deelc met eenige van de voorfz. Waaren van Contrabande gelaaden zullen z.yn, by de Capiteinen en andere Officieren van Oorlog, ook Commisfievaarders deefer Landen, aangehaald cn opgefondenzullen werden, om daar over by de Raaden ter Admiraliteit te werden gefententieert, in maniere als in het tweede of in het derde Articul hier vooren (laat geëxpresfeert, ten ware nogtans defelve Scheepen aldaar gedrcevcn en geraakt mogten zyn door Storm of andere fwaare nood, en dat het felve by opgemelde Raaden ter Admiraliteit uit de circum'.tantien in dier voegen opgenoOiiion en gcoordeelt zal kunnen werden. V. En om wyders nl/e bedrog, het welk tegens deefe Oidonnantie en Advertentie voorgenomen zoude mogen werden, voor te komen en te verhoeden, la;.ten en beveelen wy mits deefen alle Schippers en Koopluiden, Ingefeetenen deefer Landen zynde, of hunne Schecpen en Goederen uit deefe Landen uitvoerende, adverteeren en vermaancn voorts allen anderen, van wat Natie die ook zyn, of van waar die koomen zullen , geene Goederen , Waaren of Koopmanfchappen in haare Scheepen in te laaden, ofte doen laaden, defelve te vervoeren of doen vervoeren, anders dan met eenderhande Zeebrieven, behoorlyke andere Befchciden, als na de Wetten en Placaaten van de Plaatfen, daar de Goederen, Waaren en Koopmanfchappen, ingelaaden zullen zyn, tot derfelver inlaading en vervoeringe werden gerequireert; alfoo wy voor verbeurt zullen houden, en van nu af aan voor goeden Prinfe verklaaren, alle de Scheepen die vaaren zullen met Zeebrieven, meer als van één Souverain of van één Regeeringe, mitsgaders zoodanige van de ingelaade Goederen, Waaren en Koopmanfchappen, daar van meer als éene Certeparty, dubbelde Vragtbrieven , Cognosfementen of andere Befcheiden gevonden zullen werden, ook alle de Scheepen en Goederen die met de voorfz. gerequireerde Befcheiden niet na behooren voorfien zullen weefen. V L Ten einde ook alle Officieren en Bevelhebberen van Scheepen van Oorlog zoo van den Staat als van Particulieren op beltelling van Syne Hoogheid den I Ieere Prince van Orange ; cn Nasfau, als Admiraal Generaal deefer Landen , uitgerust, verfeckert mogen zyn dat de Scheepen die zy in de Zee zullen komen te rencontreeren, op geene der voorfz. Havenen, Steedenen Plaatfen van Groot-Brittannien , of andere onder het Gebied van hoogstgedagten Koning van Groot-Brittannien ftaande, me: eenige van de voorfz. Waaren van Contrabande mogen hebben gemunt, zoo zullen de voorfz. Capiteinen in Zee alle Scheepen / daar op eenige fufpicie zal vallen, mogenaan| doen, en defelve afvorderen haar Zeebrieven, Paspoorten, Certepartyen en Cognoscementen, tot bJyk waar de Schecpen zouden mogen fhuis gchooren, waar cn op wat Plaatfe dc Laading zy gefchied, waar in haare Laading beftaat, cn op wat Plaats dc bntlaading zal hebben te gefchieden; het welk aan haar vertoond zynde, en bevonden zynde, dat de voorfz. Scheepen met gecne van de voorfz. W:arcn van Contrabande na eenige Havenen of Plaatfen, onder het Gebied van hoogstgedagten Koning van Groot-Brittannien zynde, hebben gemunt, zullen zy defelve vry cnonverhindert hucen pas/beren, maar zoo het contrarie van dien by defelve Befchciden of anderfints mogte werden bevonden, zoo zullen zy zoodanige Scheepen met haare ingelaade Goederen, in goede verfeekeringe hebben op tc brengen, en onder haare bewaaring te aanvaarden alle de Befchciden, die in defelve Schoepen bevonden en aan baar vertoont zyn, ook het geen de Schipper, en het verder Scheepsvolk, zoo ten reguarde van haare voorhebbende reile, als ook aangaande de ^eIeegentheid van het Schip cn Laadinge, te dter tyd zullen hebben verklaart, in de beste forme by gefchrifc doen fteilen, en by den Schipper doen onderteekenen, omme nevens de voorfz. gevonden Befcheiden met het Schip en desfelfs Laadinge, aan de Raaden ter Admiraliteit, daar de Veroveraar uitgevaaren zal zyn, opgefonden en overgeleevert te werden: en zal ten aanfien van de Scheepen onder Convoy geloof moeten gegeeven worden aan de Verklaaringen der Officieren met de Convoyen belast, dat in de Scheepen onder haar Convoy geen Contrabande Waaren gelaaden zyn, en zy daar van volkoomen kennis zyn hebbende , wanneer geen verdere vifitatie "zal werden gevergt. V I I. Verders is onfe meeninge, dat ook alle de rrenen hier vooren geftatueert effect forteeren en geëxecfuteert zullen werden, tegens onfe Ingefeetenen, Overtreeders, het zy Koopluiden, Schippers of andere wie defelve ookfxi- den  commoditeit eh de 'behoeften, cJaar rheedé defelve, den Staat deefer Landen 6n de goede Ingefeetenen van dien, verder afbreuk zoude kunnen doen: Zoo is 't, dat wy goédgevonden eh nódig geagt hebben, allen den geenen die onder onfe gehoorfaamheid zyn ftaande, te ordonneeren en wel fcherpelyk te verbieden ook in het vriendelyke te adverteeren en te waarfchotiwen alle andére Natiën, met deefen Staat ia Verband, Vriendfehap of Neutraliteit ftaande, gelyk wy ordonneeren, verbieden, 'én' waarfchouwen refpeélive by deefen; Art. I. Eerftelyk, dat van nu voortaan niemand zig zal hebben te vervorderen uit deefen Lande anders dan met de eige of gehuurde Scheepen van de Oost- en Westindifche Compagnie, of gepermitteerde Scheepen van Particulieren ten dienfte van de Colonien van den Staat en der zei ver Ingefeetenen na bekoome permisfie van de Collegien ter Admiraliteit, onder Borgtogt voor de drie dubbelde waarde van binnen zeekeren tyd na de diftantie der Plaatfen by de Collegien ter Admiraliteit te bepaalen, ten genoegen te zullen verifieeren van de aankomst der Goederen ter Plaatfe derop te geeven deftinatie, uit te voeren, eenige Wapenen, Munitie, en andere Oorlogsbehoeften, alle Vuurwerken, Salpeeter, Swavel, gerafineert en ongerafineert Buskruit, Lonten, Kanon, Basfen, Mortieren, Affuyten, Rolpaarden, Kogels, Bomben, Carcasfen, Granaten, Musquetten, Forquetten, Snaphaanen, Piftoolen, Petarden, gewaapende Vleegels, Saucyfen, Pekkransfen, Stormhoeden, Casquetten, Cuirasfen, Bandeliers > Patröontasfen, heele en halve Pieken, Hellebaardens, Deegens, Bajonnetten , en allerhande Wapenen, dienende tot Hand- of Schietgeweer , daar onder begreepen Loopen en Slooten, en het geen verder tot Montuur van het zelve gebruikt kan worden, Paarden, Zadels, Holfters, en al het geen tot Montuur van Paarden nodig is, Masten, Spieren, Raas en allerhande Rondhout, Eyken Balken en ander ScheepsTimmemout gefaagt, enongefaagt, waarvan de zoortenzynge'énumereert, en voor ScheepsTimmerhout verklaart by Placaat van 31 Augufty 1747, ook Zeyldoek, Hennip, Touwwerk, Bindtouw, Kabelgaaren, Schyfgaaren, Zeylgaaren, en diergelyke daar onder begreepen, Ankers, Yfer, Staal, Gruis van Yfer en Staal, allerhande Kooper en Metaal, Pik en Teer, mitsgaders Meel, Tarwe, Haver, Paarde- en Duyveboonen, op poene van de verbeurte van de voorfz. Speciën, dewelke uit te voeren, ondernoomen en agterhaalt zullen werden, en van de dubbelde waarde van dien daarenboven, te appliceeren een derdepart voor den Aanbrenger, een derde part voor den Officier die de calange zal doen, en een derde part ten behoeve van de gemeene faake^ I L Dat veel meer, niemand van de Ingefeetë- Beheïfe-nde vcricheitle Pkcaatéfi, faakèndê Contrabanden, &e. tïl néri deefer Landen zig zal hebben të vërvofderen, het geen voorfchreeven is of eenigè Scheepen, uit deefe of eenige andere Landen j Köningryken ■, Plaatfen of Steeden direclelyk of indireételyk te vervoeren na eenige Havenen, Eilanden j Steeden of Plaatfen van GrootBrittannien of andere, onder het Gebied van meer hoogstgedagten Koning van Groot-Brittannien zoo binnen als buiten Europa zynde: dat meede niemand ter weereldj, alhoewel een Vreemdeling en geen lngefeeten deefer Landen zynde i, zig het derwaards vervoeren van het geen voorfchreeven is, uit deefe Landen zal hebben te Onderwinden, alles refpeébvelyk, Op prene van de verbeurte van dien, eri Van daar over als Vyanden van den Staat zonder eenige conniventie geftraft te worden. 11 i. Èn nademaal wy volgens de pligt van alle Wettige Overheeden, als fchuldig zynde haare goede Ingefeetenen en Onderdaanen met a//e mogelyke middelen voor geweld en overlast te behoeden en te befchermen, niet en konnen, ook volgens het gemeene regt, en de praétycque van alle Volkeren, niet gehouden zyn te gedoogen, dat aan hoogstgedagten Koning of zyne Subjecten, van iemand ter weereld werden gefuppediteert eenige Contrabande Waaren ^ zoo willen wy by deefe alle onfe Geallieerden, Vrienden en Neutraalen * en generalyk alle Volkeren en Natiën geadverteert, en wel ernftig verfogt en vermaand hebben, haar niet te willen vervorderen, tot onfe nadere waarfchouwing, te voeren ofte tranfporteeren uit eenige Landen, Köningryken, Plaatfen of Steeden, direételyk nog indireételyk, na eenige Havenen, Steeden of Plaatfen van Groot-Brittannien, of andere onder het Gebied van meer hoogstgedagten Koning j zoo binnen als buiten Europa ftaande, eenige Waaren van Contrabande, by de Traétoaten tusfchen hun en ons intercedeerende voor Waaren van Contrabande bekent, en voor zoo verre tusfchen hun en ons zoodanige Tracfaaten nietexfteeren, eenigerley Oorlogs - Ammunitie of Wapenen, als Mortieren f Gefchut met zyne Vuurwerken en het geen daar toe behoord, Geweeren, Piftoolen, Bomben, Granaaten, Ruspoeder, Lonten, Koogels, Pieken, Swaarden, Lansfen, Hellebaarden, Casquetten, Cuirasfen en diergelyk foort van Wapentuig, ook Soldaaten, Paarden, toerusting van Paarden en allerly ander Krygsgereedfchap, alfoo wy van meening zyn, voor goede Prinfen en verbeurt te* houden, de voorfz* Waaren van Contrabande * die contrarie deefe onfe advertentie en ordonnantie bevonden zullen wérden gelaaden te zyn^ om derwaards gevoert te werden^ i v. Ordonneeren voorts alle onfe Ingefeetenen en Onderdaanen, adverteerende en vermaa-  Ii4 Placaaten. i. Boek. 9. Titul. Ordonnantie moet vallen, niet door middel van asfumntie en kome te redundeeren tot fchaade Van eenige andere Ingefeetenen deefer Provinciën, cn dat aan de andere zyde de faculteit van de Engeüche Navigatie en Commercie zoo veel doenlyk werde befnoeit: Zoo is 't, dat wy wel expresfelyk ordonneeren by deefen, niet alleen dat zig niemand van de voorfz. Ingefeetenen cn zal hebben te vervorderen eenige Contrabande Goederen te verasfureeren, direclelyk of indireételyk, zeiver of door iemand anders hier te Lande of daar buiten, op wat maniere het felve ook zoude mogen gefchieden, nemaar ook het geeven cn ontfangen van Renverfaalcn om daar door deefen onfen Placaate illufoir te maken, het zy meede direclelyk of indireételyk, onder wat pnrtext luiks ook zoude mogen gefchieden, op poene dat verbeurt zal zyn en werden zoodanige fommc als by de Asfuradcurs zal weefen verfeekert, en dat het felve zoo wel ten reguarde van het doen van de asfurancie als van het geeven van de Renverfaalcn , plaatfe hebben cn ellèct forteeren zal, te appliceeren cn te executeeren als vooren; en zullen de Officieren, die daar inne bevonden zullen werden nalaarig geweest te zyn, daar over arbitralyk werden gecorrigee/t, ook mee privatie van haare Bedieningen of midcrs, zoo als na gcleegeniheid bevonden zA werden te behooren. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie namaals kome te pnvtendecren, ontbieden en verfoeken wy de I loeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden, en Gedeputeerde Staaten van de refpeélive Provinciën, en alle andere Jufticieren cn Officieren van defelve Landen, dat zy deefe onfe Ordonnantie van Honden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, in alle Plaatfen daar zulks nodig weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen. Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, do Advocaatcn Fiscaal, mitsgaders Admiraals, Vicc-Admiraals, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, als meede de Commisfarisfen en Commifen ter Recherche , zoo in dc Zeegaaten als elders, deefe onfe Ordonnantie te agtervolgen en doen agtervolgen , procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, zonder oogluikinge, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande hebben bevonden noodig tc zyn. Aldus gedaan cn gearrefteert ter Vergadering van dc hooggemelde Heeren Staaten Generaal in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heer Prrcfideerende in onfe Vergadering, en de Signatuure van onzen Griffier, op den 26 january 1781. (JVas geparapheert J \V. v. L Y N D E N. vt. (JOnderJïond,) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent H. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog. Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 5. Publicatie van de Staaten Generaal, tot in¬ terpretatievan fo/PJacaat van den 26 January 1781. houdende verbod tegen het overbrengen en verkoopen yan volbouwde Schepen. Den 14 November 1781. De Staaten Generaal der Vereenigde Ne- , derlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: dat wy, om reedenen ons daar toe movecrende, hebben goedgevonden en verftaan om het verbod tegens het opbrengen en verkoopen van volbouwde Scheepen by ons Placaat van den 26 January deefes jaars gedaan, alleen te bepaalen tot de Scheepen in den jaare 1781 of daar na gebouwd; als meede tor den verkoop van Scheepen van Engelfchen, of voor Engelfche Reekening; gelyk ook tot al-  Behelfende verfcheide Placaaten, raakende Contrabanden, &C. 113 den moogen weefen, met confiscatie van de Scheepen en van de ingelaade Goederen, een Eigenaar toebehoorende, in voegen hier vooren verhaald, of anderfints zoo defelve niet voor handen zullen zyn, met pecunieele boeten , ter concurrentie van de waarde van dien, elk in hun reguard, in geval t'haaren aankomst in deefe Landen, of ook anderfints de geleegentheid daar toe gebooren zynde, zal vernomen en beweefen werden, dat zy deefe onfe Ordonnantie en Advertentie in eenige pointen zullen hebben gecontravenieert, even gelyk als of zy op het fait bevonden, en by de voorfz. Scheepen van Oorlog daar over uit de Zee opgebragt, of anderfints hier te Lande by andere 's Lands Officieren agterhaald en betrapt waren geworden. V-TIL En ten einde door de executie van deefe onfe Ordonnantie en Advertentie geene regtvaardige reedenen van klagten mogen werden 1 gegeeven aan eenige Koningen, Republicquen, / Princen, Potentaaten of Steeden met deefen I Staat in Alliantie óf Verbond ftaande, zoo lasten en beveelen wy expresfelyk by deefen alle onfe Hoofd- en andere Officieren ter Zee, zoo over Scheepen van Oorloge van den Staat, als over Scheepen by Particulieren op beftellinge van hoogstgedagte zyne Hoogheid ten Oorloge uitgerust gefteld, haar punélueelyk te reguleeren naar de Verbonden en Traélaaten by ons deefen aangaande met andere Koningen, Republicquen, Princen, Potentaaten en Steeden al bereids gemaakt of nog te maken, den 1 toevoer van Waaren van Contrabande concer- \ neerende, ordonneerende ten zeiven einde onfe Raaden ter Admiraliteit, alle Capiteinen van Oorloge, zoo van den Staat als by Parti- ' culieren op befteiling van hoogstgedagte Zyne Hoogheid uitgerust, uit haare refpeélive Diftriéten uitvaarende, daarom particulier te adverteeren, van den inhoude van het bovenftaande derde Articul na behooren te inftrueeren, en aan defelve de Extraéten uit de voorfz. Traétaaten te overhandigen, met ordre om zig daar na prtecifelyk te reguleeren. , I X. En zal de jadicature over de transgresfie , I deefer onfer Ordonnantie toekomen de Raaden ter Admiraliteit, in welkers Diftriéten de contraventien zullen werden ontdekt, of wel ' de Capiteinen die de agterhaalinge in Zee zullen koomen te doen, uitgevaaren zullen zyn. X. Dog by zoo verre de voornoemde Transgresfeurs niet op het fait bevonden, maar namaak daar over geaccufeert mogten werden, zal als dan de kennisfe daar af toekomen, de Raaden van de Admiraliteit, of de ordinairis Regters; voor dewelke defelve eerstin regten IX. Deel. betrokken zullen werden, en ten einde allé de Officieren, mitsgaders allen anderen, die de welftand van deefen Staat ter harte zoudé mogen gaan, en Vyanden van zoodanige contraventien zyn, des te vlytiger zouden mogen letten, dat deefe Ordonnantie ook alomme, en by een ieder punélueelyk werde geobferveert , en de Corttraventeurs na den innehouden deefer anderen ten exempel geftraft, zoo zullen alle de Penningen, die by confiscatie, als anderfints, uit deefe onfe Ordonnantie komen te refulteeren, geappliceert werden, zoo als gewoonlyk alle poenen, muiéten en confiscatien by Placaaten van de refpeélive Provinciën deefer Vereenigde Nederlanden, geappliceert en verdeelt werden, te weeten, een derde part ten profyte van den Aanhaalder of Aanbrenger, het zy defelve in Eed en Bedieninge van het Land zoude moogen zyn, of niet, een derde part ten profyte van den Officier die de calange en executie zal hebbert gedaan, en het refteerende derde part ten profyte van de gemeene zaake. X I. Maar belangende de Scheepen en Goederen , die by eenige Scheepen van Oorlog vari deefen Staat of eenige particuliere Commisfieof Retorfievaarders in Zee agterhaald, en vah daar ter zaake van contraventien tegens deefe onfe Ordonnantie en Advertentie begaan, opgebragt , en vervolgens voor de gemelde Raaden ter Admiraliteit verbeurt, en van goede Prinfe verklaart zullen werden, daar van zal de verdeelinge gefchieden volgens de Inftructie , Placaaten en Ordonnantiën, daar van hier bevoorens gemaakt of nog te maken. X I I. Teneinde ook alle Scheeperi en Goederen, die ter zaake van de contraventien tegens onfe Ordonnantie en Advertentie begaan, zullen werden agterhaald, aangehouden en hier te Lande opgebragt, aan handen van de gemelde Raaden behooriyk overgeleevert mogen werden , zoo lasten wy by deefen wel expresfelyk, dat de Aanhaalders van defelve zig prreciefelyk zullen hebben te reguleeren, ook alle die het zelve aangaan mogte, doen reguleeren na onfen Placate, op den eerften December 1640 tegens het onordentelyk plunderen en veroveren van zoodanige Scheepen geëmaneert, met waarfchouwinge dat de poenen by het voorfz. Placaat geftatueert, feveerlyk zullen werden geëxecuteert, tegens alle de geenen die contrarie het voorfz. Verbod iet geattenteert zullen hebben. x i 11. En ten einde aan de eene zyde mag werden voorgekoomen, dat de fchaade die by confiscatie van de voorfz. Scheepen en Goederen op de Contraventeurs van deefe onfe P Or-  Placaaten. i. Bock. 9. Titul. 116 defelve egter nu onlangs verkeerdelyk is voorgedragen, even als of zyn Vlag zoude zyn geinfulteert door het floppen van een Koopvaardyfehip, het geen van Antwerpen langs de Stroomcn deefer Kepublieq wilje vaaren naar Zee, zonder eenige onfer Comproiren te kenmn, Rekten te beualen, vifitatie te geel cogen , Reporten te ügren, ofce andere hier te Lande gtvtiéoe Ordres te gehooifaamen, en zulks, offcboon het aan een ieder bekend is, dat ind'tinételyk alle Schepen , het zy Nederlandflhe of Vreemde,dewelke hetzelfde hadden ondernoomen, op geene meer gemenageerde wyfe geflopt zouden hebben moeten worden; dat hoogstgedagte Zyne Majefteit dan ook daarom heeft goedgevonden zyne Trouppes in de Oostenrykfche NeJerJanden van alle zyden te /amen te trekken op de Gren'én van deefen Staat; en zelfs ook cenc zc*er tcdryke Armé.: herwaard te doen aanrukken, mot oogmerk, zoo als te dugten is, om deefe Republicq onfehuldig te doen ondervinden de gevolgen van hoogst de>fclfs zoo onverdiend misnoegen; dac feedert dien tyd ook dadelyk de toevoer van Gramcn en andere Leefkóten uit dc Oostenrykfche Nederlanden ten Itrenglten is verbonden; en dat daar cn tegen dagélyks zeer vee'e .'.odanige Leeftogten, en o k i'ecsten Voeder hier te Lande worden ppgekogp en naar de gemelde Oostenrykfche Nederlanden vervoert. Zoo is 't, dat wy hebbengoedgevon !en by deefen tc ordonneeren cn te ftatueeren, dat by provifie, en tot onfe nadere ordre, wemand, wie hy zy, eenige Salpeter, Buskruid, Zwavel, Gefchut, Koogcis, Schroot, 1 Snaphaancn, Piftolen, Waapenen of e andere Ammunitie van Oorlog, hoe ook genaamt, zal onderncemen uit te voeren, diieét of indirect, naar de Oostenrykfche Nederlanden, ofte raar andere Ph tfèn of Juinden onder de Heerfc' appy van Zyne Roomfch Keiferlyke Majefteit geleegen, jop verbeurte niet alleen van voorfz. Goederen, voor zoo verre defelve mo ;ten worden agterhaald, ofte anderfints van de waarde van dien; maar ook in beide dc voorfz. gevallen op prene van publicq aan den Lyve, ten minsten met geCffeling, te zullen worden geftraft. Dat op gelyke wyfe niemand eenig Rundvee , Schappen, Varken?, Gnanen, Boekwyt, Gort, gepelde Gerst, Meel, Blom, Stokv.fch, verfche of gefoote Vifch, Kaas, Booter, Spek, Vleefch, Traan, Oly, Aardappelen, xVloslélen, Bokking, Haaring, ofte eenigerhande andere Leeftogt, hoe ook genrremt, zal onderncemen tc vervoeren, re doen of laten vervoeren, direélof indirect, uit dei fe Republicq naar de voorfz. Oostenrykfche Nederlanden ofte naar andere Plaatfen of Landen onder dc Heenchappv van Zyne Roomfch Keiferlyke Majefteit geleegen, op verbeurte van de voorfz. Goederen , wor zoo verre defelve mogten worden agterhaald, ofte anderfincs van de waarde van dien, cn in beide de voorfz. gevallen op eene boete boven dien van duifend guldens voor de geenen, die zulks gedaan, ondernoomen of geordonneeit zoude mogen hebben, of daarin befiulpfaam mogte zyn geweest, en in cas van onvermogen,om de voorfz. boete tc betalen op pecne van aan den Lyve met openbaare geesfeling te zullen werden geftraft. En ten einde ook binnen deefe Landen geen gebrek ontfta aan het noodige Beesten-Voeder: Verbieden wy meede provüioneel alle uitvoer v.n 1 la ver, Duivc- en Paarde - Boonen, I Ioov, St ;oy, Hakfel, Hennep-, Raap-én Lynkoeten, uit deefe Republicq naar eenige Landen hoe ook genaamd, Spanje, Portugal, de West;n. én en de 1kvens.in dc Mfddeiandfche Zee alleen uitgefondert, meede direct of indirc&, op gelyke verbeurte, boete en ftraffe;zullende dc voorfz. boeten worden geappliceert een Ie voor den Aanbrenger, wiens naam des bcgccrendc zal worden gelécretecrt, eenderde voor den Officier die dc calange zal doen, en een derde voor het gemeene Land. En op dac hier van niemand eenige ignorantie zoude mogen pretendecren , ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erfftaihouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Scaaten van dc respective Provinciën, en alle andere Juftic eren en Officieren van defelve Landen, deefen onfen Placaate van ftonden aan alomme te doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, in alle Plaatfen daar zulks nodig zal weefen en men gewoon is zodanige Publicatie cn affixie te doen ,• lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaten Fiscaal, Commifen Generaal\ en alle andere Officieren, Regteren en jufticieren van deefe Vereenigde Nederlanden, deefen onfen Piacaate te agtervolgen , procedeerende en doende procedeeren tegens de Overtreders van dien, zonder eenige gratie, fafeur, disfimulacie of verdrag, want wy het zelve alfoo ten dienste van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Pnefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 12 November 1784. (JVas geparapheert,) D. J. v. flEEC KEREN, vt. (Onderbondf) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staten Generaal. (Get'eekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. H. F A G E L. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. Pla-  Behelfende vcrfchêïdë Piacaaren, raakende Contrabanden, &c. \l$ 'allerhande vérkoop van Scheepen tot de Groenlandfche, Straat -Davids, en andere Visfcheryen gebruikt wordende , en om fpecialyk meede, in volle kmgt en vigeur blyvende ons Flacaat van den 5 January 1778 , en alle andere ordres omtrent de Haringbuyfen, Hoekers, en andere Vifch- Vaartuygen,• den verkoop van alle andere Scheepen ter Koopvaardye vaarende, zoo binnen als buiten 's Lands open te fteilen, en vry te laaten , mits nogtans dat de Nederlandfche Equipagien van Scheepen die buiten 's Lands verkogt worden, gehouden zullen weefen binnen drie maanden, na dat zy van het Schip ontflagen zullen zyn, hier te Lande te rug te koomen, op poene van verlies van afreekening en verdient Maandgeld, het welk by de Boekhouders zal moeten ingehouden worden, van alle de geenen die zich binnen den voorfz. tyd niet hier te Lande fifteeren, of buiten 's Lands weederom op een ander Nederlandfch Schip hebben dienst genoomen, en door defelve uitgekeerc zal moeten worden aan die geenen der Bootsgefellen van het verkogte Schip dewelke hier aan zullen hebben voldaan; wordende nogcans aan de vooriz. Bootsgefellen gepermitteert, om zig ook by Neutraalen, het zy op de verkogte, het zy op andere Scheepen van Neutraale Mogendheeden, in Scheepsdienst tot de Reys te mogen begeeven; mits dat zy zig niet anders engageeren als voor eene Reys direct na deefe Landen, of daardoor zig deefe Larp den naderen, en zig eene gemakkelyker Reys herwaards beforgen ;. des dat zy aan den Mi-1 nilter, Conful, of Commisfaris van den Staat die haar de naaste is , doen blyken , dat zy zig waariyk niet anders als tot de Reys, en niet tot voortduwende Scheepsdienst hebben geëngageert. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, ontbieden ert verfoeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpeétive Provinciën, en alle andere jufticieren en Officieren van den zeiven Lande, dat zy deefe onfe Publicatie van Honden aan alomme doen verkondigen publiceeren en affigeeren daar zulks van nooden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, deAdvocaaten Fiscaal, en Commifen Generaal, mitsgaders allen Admiraals, Vice - Admiraals, Capiteinen , Officieren en Bevelhebberen, deefe onfe Publicatie na te komen, en te doen nakomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien; zonder oogluyking, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande noodig bevonden hebben te Wee' zen. Gegeeven in den Hage, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prasfideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 14 November 1781. (JVas geparapheert f) C. L. de P A G N I E T, vb (Onderftond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (JVas geteekent f) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. H. F A G E L. & Placaat van de Staaten Generaal\ houden¬ de provijioneel verbod van uitvoer van Ammunitie van Oorlog, Vee, Eetwaar en &c. naar het gebied van Zyne Roomfch-Keiferlyke Majefteit. Den 12 November 1784. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut, doen te weeten: Alfoo wy in ervaafing zyn geko¬ men , dat niet teegenftaande de meenigvuldige egards, dewelke wy onophoudentlyk en in allen opfigten hebben betoond voor Zyne 'Roomfch-Keyferlyke Majefteit, aan hoögstP 2 d e-  n3 riacaatcn. I. Boek. 9. Titul. 8. Publicatie van de Staaten Generaal, tot intrek¬ king yan 't Placaat van 11 November 1784. tegen den uitvoer van verfcheide Artikelen, naar de Oostenrykrykfche Nederlanden. Den 21 November 1785. "]T"\c Staaten Generaal der Vereenigde NeJ|_^ derlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen , falut: Doen te weetcn, dat wy by ons Placaat van den 12 November 1784. den uitvoer van verfcheide Articulen daar in gemeld, naar de Oostenrykfche Nederlanden, hebbende verboden, in de prefente omfhndigheden goedgevonden hebben, het voorfz. ons Placaat in tetrekken cn buiten c/feet te {lellen, zoo als wy het Zelve intrekken en buiten effect (tellen mits deefen, met dien verftande nogtans, dat dc iftvoer van Rundvee , tot voorkoming van fchaarsheid en duurte van het zelve, binnen deefe Dm den, verbooden blyve. En op dat een ieder, die het aangaat, daar van kennis moge hebben, ontbieden en ver¬ foeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Landen, deefe onfe Publicatie van {tonden aan alomme tc doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, in alle Plaatfen daar zulks nodig zal weefen, cn men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Ad vocaten Fiscaals, Commifen Generaal, en alle andere Officieren, Rechteren en fusticieren van deefe Vereenigde Nederlanden, haar hier na te reguleeren, want wy het zelve alfoo ten dienste van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de Hoog Mog. Heeren Starten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van don Heere Prxfideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 21 November 1785. (JVas geparapheert,') J. ROMSWINCKEL, vu (Onderpand,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. H. F A G E L. 9* Publicatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende bcpaalingcn omtrent het vervoeren van Geweeren cn Ammunitie van Oorlog. Den 21 January 1793. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, Salut: Doen te weetcn, Alfoo tot onfe kennisfe is gekomen , dat by veelen bedenking word gemaakt op de aanmerkelyke vervoer van Geweeren, en Ammunitie van Oorlog, zeederteenigen tyd plaats hebbende: Zoo is 't, dat wy, ten einde aan den ecnen kant onfe Handeldry vende Ingefeetenen in hunne billyke en geoorloofde Commercie zonder noodfaak niet te belemmeren, en aan den anderen kant onfe goede Ingefetenen volkomen gerust te fteilen, dat door den Invoer van Geweeren enWaapenen van buiten 'sLands, of op voorwendfel van uitvoer van dien naar buiten 'sLands, geen Magafynen van defelve zonder kennis van de Regeering zouden kunnen  Behelfende verfcheide PlacaatêH, raakende Contrabaiiderï, &e* tïf 7« Placaat van de Staaten Generaal, houden* de voorfieninge, dat de Ingezetenen ten platten Lande door aannaderende Vreemde Troupes, van hunnè Graanen, Befti aaien en verdere Levensmiddelen niet worden berooft. Den 18 November 1784. De Staaten Generaal der Vereenigde Ne^ derlanden ; Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut, doen te weeten: Nademaal het te dugten is, dat by het aannaaderen van vreemde Troupes en begonne hostiliteiten, het platte Land, nietteegenftaande alle mogelyke voorfieninge, zoude konnen bloot gefield zyn aan incurfien, exaótien en fpolieeringen, waar door de goede Ingefeetenen van hunne Graanen, Beftiaalen, en verdere Levensmiddelen berooft worden*. Zoo is 't, dat wy, om daar tegens, zoo veel mogelyk, te voorfien, en aan de eene zyde aan de goede Ingefèecenen ten platten Lande geleegentheid te verfchaffen, om hunne Graanen en Levensmiddelen in zekerheid te brengen, en aan de andere kant te beletten , dat defelve in 's Vyands handen niet komen te vallen, goedgevonden hebben mits deefen alle en een iegelyk der Ingefeetenen ten platten Lande, byfonder in de drie Landen van Overmaafe, Partage van deefen Staat, als meede in den Graaffchap van den Vroenhove , te waarfchouwen, dat zy alle Graanen, Hooy, Strooy, Beftiaalen, en andere Levensmiddelen, zoo fpoedig doenlyk, uiterlyk binnen den tyd van tien dagen na de publicatie deefer, ter Markt zullen gehouden zyn te brengen binnen de Stad van Maastricht, en defelve niet hebbende kannen verkoopen, op zoodanige plaatfe, als hun van wegens den fndivtfen Magiftraat der Stad Maastricht yoöfnoemt zal worden aangqweefen, zullen moeten doen transporteeren ; zig addresfeerendö aan zoodanige Perfoonen, als hun door de voornoemde Magiftraat zullen worden opgegeeven : dat aan defelven zal worden verforgt een Briefje van erkentenis vanhetovergebragte, met obligatie om van de Graanen te betaalen de middelprys der drie hoogfte Markten , welke binnen de drie eerstkomende maan« den binnen de Stad Maastricht voornoemt zullen gehouden worden, en van deBeestiaalens en andere Levensmiddelen de waarde, volgens ettimatie van gefwoore Keurmeesters ,• en dat byaldien iemand, die op dien voet geleevert heeft, naderhand eenige Graanen tot zyn onderhoud zoude mogen nodig hebben, defelve aan hem, by aldien Onderdaan van den Staat is, op een Declaratoir van Burgemeesteren van de Plaats van zyne wooning, zullen uitgeleevert worden, naar proportie van zyne nooddruft* En op dat niemant daar van ignorantie moge pretendeeren, lasten en beveelen wy, dat deefe onfe Publicatie terftond alomme , zoo in de Stad Maastricht voornoemt, als in de drie Landen van Overmaafe, Partage van deefen Staat , en in het Graaffchap van den Vroenhove , behooriyk zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfen alwaar men gewoon is zoodanige publicatien en affixfen £0 doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Pnefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 18 November 1784. (JVas geparapheert,) II. W. van AYLVA, vt< (Onderftondf) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal* (JVas geteekent,) Z'ynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog* óp een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte* H. F A G Ë U P 3 Pu*  Placaaten. f. Bock. 9. Titul. 10. Publicatie van de Staaten Generaal, houdende ordre aan allen en een iegelyk, Vaartuigen hebbende in de Rivieren en Ji'at er en, welke uitloopen op de Hollandfche en Zeeuwfche Stromen, om defelve over te brengen naar de over-kant. Den 22 "January 1793. De Senaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen fien of fiooren leefen, fdut; Alfoo dc zorgeiyke omftandigheden, waar in het Land zig bevind, door den aanval van een gedugten Vyand, ons noodzaaken om alle middelen nan tc wenden, die maar eenigfints tot defenfie en beveiliging van den Staat cn tot verydcling van des V'yanda pernicieulè oogmerken zouden kunnen /trekken, en dat daar toe onder Gods Z-.cgen vooral ook moet dienen, by rd'.ien dc algemecnen Vyand, de Oevers van de Rivieren en Wateren, welke in het Diftrict van de Generaliteit zig bevinden en op de I lol'andfelic cn Zeeuwfche Stroomen uitwateren, naderende, geen Vaartuigen kan bekomen om defelve over te trekken. Zoo is 't , dat wy met oogmerk om daar in te voorfien, hebben goedgevonden te ftatueeren en ordonneeren, gelyk wy ordonneeren cn ftatueeren by deezen, dat aan alle en een iegelyk, wie hy zoude mogen zyn, die eenig Vaartuig hoe ook genaamd zoude mogen hebben , in de Rivieren en Wateren, welke uitloopen op de Hollandfche en Zeeuwfche Stroomen, voor zoo verre die Rivieren cn Wateren onder het Diltrict van dc Generaliteit zig uitftrekken, dezelve Vaartuigen op ftaande voet zal hebben over te brengen na de overkant, dat is naar Hollandfche of Zeeuwfche zyde, op pcene dat alle Vaartuigen, welke tegens deefe onfe heilfivame Ordre binnen vier cn twintig uuren na de publicatie deefes niet naar die kant zullen zyn overgebragt, except alleen een enkeld Vaartuig op de gepermitteerde en bekende Veeren om de Pasfage niet te ftremmen, en de Vaartuigen welke voor 's Lands dienst mogten geëmployccrd worden, welke met een zeker toeken zullen moeten worden voorfien, aanftonds met de daad zullen worden verbrand en vernield ; wyders verbieden en interdiceeren wy allen en een iegelyk van onfe Ingezetenen, den algcmeenen Vyand van den Staat meteenig Vaartuig te adfilteeren, veel min in het overvoeren van eenige Militie behulpfaam te zyn, op poene van als Verraaders van het Vaderland en Vyandcn van den Staat zonder conniventie met de dood te worden geftraft; cn zelfs op der daad betrapt wordende, op ftaande voet zonder forme van proces te worden opgehangen. En alzoo het zoude kunnen gebeuren, dat een of ander Vaartuig onfe Ingezetenen toebehoorende, buiten hun toedoen of medewerking, het zy by ongeluk, geweld, of anderfints in Vyanda handen geraakte, belooven wy mits deezen aan den geene, die in dat ongeluk zoude mogen zyn, by aldien hy zyn Vaartuig voor den Vyand onbruikbaar maakt, niet alleen uit 's Lands Cas een volkomene indemnifatie wegens zyn verlies, maar daar en boven een prremie gefchikt naar dc omftandighecden waar in hy zig zal hebben bevonden, rot het monrant van dc dubbelde waarde van zyn geleden fchadc toe. En ten einde cecfe onfe ordres tc beter effect zouden mogen fortceren, gelasten wy de Drosfaarden van de Bnronnie van Breda, van de Stad en de respective Quartiercn van het Marquifaat van Bergen op Zoom cn Stad en Lande van Steenbergen , mitsgaders de Magiftraaten cn Gerechten van dc Plaatfen in gemelde Diftriclcn, als mede van Princeland, en voorts alle en ccn iegelyk dien het ecm'gzints zoude mogen aangaan, aan de executie deefes de hand te houden, wyders alle Commandanten en verdere Officieren te Water cn te Lande, in het byzonder de Gouverneurs of Commandeerende Officieren tc Brada, Bergen op Zoom en Steenbergen, orn de executie van deeze onfe ordre met ce Militaire Magt behulplaaam te zyn, en defelve met dc fterke hand te doen executeeren. En op dat niemand hier van cenfge ignorantie kome te pnetendeeren, lasten en beveelen wy de Drosfiardcn van de Baronnie van Breda, van de Stad en de respective Quartieren van het Marquifaat van Bergen op Zoom, en Stad en Lande van Steenbergen, als mede den Bailliuw van Princeland , om deeze in de Plaatfen van gemelde Diftrkft alomme te doen publjceeren en affigeeren daar het gebruikelyk is. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde Heeren S'.aaten Generaal, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Praefideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, den 22 January 1793. (JVas geparapheert ,*) W. F. H. WASSENAE R, vt. (Onderpand,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op H. F A G E L. een Rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruite. Vla-  Behelfende verfcheide Placaaten, raakende Contrabanden, odanige publicatie en allixie te doen. Lasten en beveelen voorts de Raden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, en den Procureur Generaal, cn alle andere Officieren, Rcchteren en Jufticieren van deefe Vereenigde Nederlanden, deezen onfen Placatc te agtervolgen, en doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Overtreders van dien , zonder eenige gratie, fayeur, disfimulatie of verdrag, dewyl wy het zelve alzoo ten dienfte van den Lande bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan cn gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde I Iceren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 26 Alaart 1793. QI'as geparap/ieert,) TAMMIXGA van- ALBERDA, vu (Onderjiond^) Ter ordonnantie van defelve, (Geteekend,) H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruite. Pu-  Behelfende verfcheide Placaaten, raakende Contrabanden, &c. 127 ve Schepen met geene van de voorfchreeve Waaren van Contrabande na eenige Havenen of Plaatfen, onder de magt van Vrankryk zynde, hebben gemunt, zullen zy defelve vryen onverhinderd laaten pasfeeren, maar zoo het contrarie van dien by defelve befcheiden of anderfints mogte worden bevonden, zoo zullen zy zodanige Schepen met haare ingelaade Goederen, in goede verzeekerng hebben op te brengen, en onder haare bewaaring te aanvaarden alle de befcheiden, die in dezelve Schepen bevonden, en aan haar vertoond zullen zyn, ook het geen de Schipper en het verder Scheepsvolk, zoo ten reguarde van haare voorhebbende reife, als ook aangaande de gelegendheid van het Schip en Laadinge te dier tyd zullen hebben verklaard, in de beste forma by Gefchrift doen (tellen, enby den Schipper doen ondertekenen, omme, nevens de voorfz. gevonden befcheiden met het Schip, en deszelfs Laading aan de Raaden ter Admiraliteit, daar de Veroveraar uitgevaarenzalzyn, opgefonden, en overgeleeverd te worden,en zal ten aanfien van de Schepen onder Convoy geloof moeten gegeeven worden, aan de Verklaaringen der Officieren, met de Convoyen belast, dat in de Schepen onder haar Convoy geen Contrabande Waaren gelaaden zyn, en zy daar van volkomen kennis hebben, wanneer geen verdere Vifitatie zal worden gevergt. V I I. Verders is onfe meening, dat ook alle de ptenen hier vooren geftatueert, effect forteeren, en geëxecuteerd zullen worden tegens onze Ingezetenen, overtreders, het zy Kooplieden , Schippers of andere, wie dezelve ook zoude mogen weezen, met Confiscatie van de Schepen en van de ingelaaden Goederen, een Eigenaar toebehoorende, invoegen hier vooren verhaald, of anderfints, zoo defelve niet voor handen zullen zyn, metpcecunieele Boete, ter concurrentie van de waarde van dien, elk in hun reguard, in geval t'haarer aankomst in deeze Landen, of ook anderfints de geleegenheid daar toe gebooren zynde, zal vernoomen en beweefen worden, dat zy deeze onze Ordonnantie en Advertentie in eenige Poinéten zullen hebben gecontravenieerd, even gelyk, als of zy op het Fait bevonden, en by de voorfz. Schepen van Oorlog daar over uit de Zee opgebragt, of anderfints hier te Lande by andere 's Lands Officieren agterhaald en betrapt waren geworden. VIII. En ten einde door de Executie van deefè onfe Ordonnantie en Advertentie geene regtvaardige redenen van klagten mogen worden gegeeven aan eenige Koningen, Republicquen, Princen, Potentaaten of Steden, met deezen Staat in Alliantie of Verbond ftaande, zoo lasten en beveelen wy wel expresfelyk by deezen, alle onfe Hoofd-en andere Officieren ter Zee, zoo over Schepen van Oorloge van den Staat, als over Schepen by Particulieren, op befteliing van hoogstgedagte zyne Hoog¬ heid, ten Oorlog uitgerust, gefteld, haar punélueelyk te reguleeren na de Verbonden en Tractaaten, by ons deefen aangaande met andere Koningen, Republicquen, Princen, Potentaaten en Steden, al bereids gemaakt of nog te maaken, den toevoer van Waaren van Contrabande concerneerende, ordonneerende ten zeiven einde onfe Raaden ter Admiraliteit, alle Capiteinen van Oorloge, zoo van den Staat, als by Particulieren op befteliing van hoogstgedagte zyne Hoogheid uitgerust, uit haare respechve Diitriften uitvaarende, daarom particulier te adverteeren van den inhoude van het bovenftaandederde Articul, en na behooren te inftrueeren, en aan defelve de Extracten uit de voorfz. Traétaaten te overhandigen met ordre, om zig daar na pracifelyk te reguleeren. I X. En zal de Judicatuure over de Transgresfie defer onfer Ordonnantie toekomen de Raaden ter Admiraliteit, in welkers Diftriéten de Contraventien zullen worden ontdekt, of wel de Capiteinen, die de agterhalinge in Zee zullen komen te doen, uitgevaaren zullen zyn. X. Dog by zoo verre de voornoemde Transgresfeurs niet op het fait bevonden, maar namaals daar over geaccufeert mogen worden, zal alsdan de kennisfe daar af toekomen de Raaden van de Admiraliteit, of de ordinaris Rechters, voor dewelke defelve eerst in Rechten betrokken zullen worden: En ten einde alle de Officieren, mitsgaders alle andere,die de welftand van defen Staat ter herte zouden moogen gaan, en Vyanden van zoodanige Comravenüe zyn, des te vlytiger zouden mogen letten, dat defe Ordonnantie ook alomme, en by een ieder punélueelyk werde geobferveert, en de Contraventeurs na den innehoude defer, andere ten exempel, geftraft, zoo zullen alle de Penningen, die by confiscatie, als anderfints, uit defe onfe Ordonnantie komen te refulteeren, geappliceert werden, zoo als gewoonlykalle poenen, mulcten en confiscatien by Placaaten van de respective Provinciën defer Vereenigde Neder-^ landen geappliceert, en verdeeld werden, te weeten een derde part ten profyte van dan Aanhaalder of Aanbrenger, het zy defelve in Eed en Bedieninge van het Land zoude mogen zyn, of niet, een derde part ten profyte van den Officier, die de calange en executie zal hebben gedaan, en het refteerende derde part ten profyte van de gemeene zaake. X I. Maar belangende de Schepen en Goederen, die by eenige Schepen van Oorlog , by defen Staat, of eenige particuliere Commisfie-of Retorfievaarders in Zee agterhaald, en van daar ter zaake van Contraventien, tegens deze onfe Ordonnantie en Advertentie begaan, opgebragt, en vervolgens voor de gemelde Raaden ter Admiraliteit verbeurd, en voor goede Prinfe verklaard zullen worden, daar van zal de verdeeling gefchieden volgens de In- ftruc-  130 tende heefc, of geduurende den Oor- ' log zal hebben, eenige Gelden , Wisfelbrieven, A.-fignaticn, Promesfen of diergelyke Papieren, gelyk meede Waaren, Koopmanfchappen of andere Effecten toebehoorende aan eenige Perfoonen, die op den i January 1794 geweest zyn , of nu zyn , of geduurende den Oorlog mogten worden, Leden of Onderlaaten van het tegenwoordig Gouvernement van j Vrankryk, het zy defelve zig bevin- j den in Vrankryk zelve of in eenig ander Lnnd, zal mogen aflee veren aan anderen, of op wat wyfe hec ook zyn I moge, vervreemden, of zig ontdoen van eenige van deefe voorgenoemde Effe ten, uitgefondert alleen wanneer zoodanige Wisfelbricven, Promesfen, Asfignatien of anie-e Papieren gedemanueert worden, om de Penningen daar op verfchuldigt te ontfangen en tc bewaaren , of wanneer zoodanige Waaren, Koopmanfchappen en andere Effecten verkogt worden om defelve in Speciën te convertceren, cn het provenu Jaar van tc bewaaren , op poene voorde Contravcnteurs van deefen van te verbeuren het dubbeld van dc waarde van zoodanige Wisfelbricven, Promesfm, Asfignatien, Waaren, Koopmanfchappen, enz. 4. En nadien wy geinformeerd zyn, dac fommigc onfer Ingefeecencn, welke eenige Gelden, Goederen cn Effecten onder zich hadden van Ingefetenen van Vrankryk, by geleegendheid, dat zy kennis kreegen van het 17- De Staaten van Hollanden Westvriesland, ! Allen den geenen die defen zullen zien ofte hooren lefen, falut, doen te weten : dat, alzoo wy by onfe Publicatie van den 18 February deefes jaars eenige provifioneele Voorfieningen hebben gedaan, om te zorgen, dat geene Goederen, Effecten, Gelden en Koop- I voorneemen van de tegen swoordige Regccring van Vrankryk om zoodanige geweldige maatregulen te neemen, dc Gelden, Goederen cn Effecten, onder hun berustende, het zy, om van dc Ingefeetenen van dat Land, de fchaade daar uit kunnende proilueeren, af te weeren, het zy uit anderen hoofde hebben overgeboekt van den naam van de Ingefetenen van Frankryk op een anderen naam : Zoo is het, dat wy willen cn begeeren, dat zodanige Overboeking by provifie geen effect zal forteeren, maar gehouden worden als of defelve Gelden, Goederen en Effecten (tonden op naam en reekening van Franfche Ingefeetenen, en dat dus het geltatueerde in de drie eerfte Articul en ook met opficht tot zoodanige overgeboekte Gelden, Goederen en Effecten zal plaats hebben. En zullen de voorfchreeve Boetens werden geappliceerd, een derde part ten behoeven van den Aanbrenger, een derde part ten behoeven van den Hoofdofficier die dc Calange doen zal, cn een derde part ten behoeven van^èc Neierduttfche Diaconie Armen. En voor zoo verre de Overtreeders van deefe onfe Publicatie niet in het vermoogen zcuden zyn, cm de hier vooren geftatucerde Boetcns te voldoen, zullen defelve aan den Lyve worden geftraft. En op dac niemand hier van ignorantie prsetendeere, zo lasten en bevelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert cn geafngeert daar het behoord en te gelchieden gebruikelyk is. manfchappen, toebehoorende aan Perfoonen, die op den 1 January ^94 geweest zyn, of nu zyn, of geduurende den Oorlog nog zouden mogen worden, Leden, of Onderfaaten van het tegenwoordig Gouvernement van Vrankryk, het zy defelve zig bevinden in Vrankryk zelve, of in eenig ander Land, op eeniger- ' han- Phcanten. 1. Bock 9. Titul. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 18 February 1794. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten: (JVas geteekend f) A. J. R O Y E R. Publicatie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling rakende het transporteeren buiten de Provincie van Goederen en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten van het Franfch Gouyerntment. Den 21 Maart 1794.  Behelfende verfcheide Placaaten, raakendë Contrabanden, i3£ Pièlicaïïe Van de Staaten van tiolïand, hoU- dende voorziening tegen het transporteren- buiten dé Provintie 'van Goederen en Gelden, toebehoorende aan Leden of Onderzaten, van het Franfch Gouvernement. Den 18 February 17941 "|T\e Staaten van Holland en Westvriesland. JLS Allen den geenen die defen zullen zien ofte hooren lefen, falut, doen te weten: dat nadien wy in ervaaring zyn gekomen, dat de Perfoonen die zig de tegenwoordige Regeering van Frankryk hebben aangematigd, hebben goedgevonden, alle Kooplieden, Bankiers, en generalyk alle Perfoonen, welke eenige Gelden , Goederen of Effecten in andere Landen befkten, te ordonneeren daar van opgave te doen aan de gemelde Regeeringe, ten einde defelve daar van zoude disponeeren, tot voortzetting van den onregtvaardigen Oorlog, welken defelve aan zo veel Mogendheden van Europa, en fpeciaal aan deefen Staat heeft aangedaan , terwyl aan de andere kant aan alle Franfche Ingefetenen verboden is eenige betaalingen te doen aan Önderfaaten van de Mogendheden met het gemelde Gouvernement yan Frankryk in Oorlog zynde; en wy noodlaakelyk hebben geoordeelt in overweging te nemen, op welke wyfe de uitwerkfels van defe geweldadige maatregulen zouden kunnen worden vóórgekomen: en het niet te min zoude kunnen gebeuren, dat defe onfe goede voorforge door daden, hangende onfe deliberatien gepleegd, wierde illufoir gemaakt, of het effeót daar van merkelyk verminderd. Zoo ï s 't , dat wy goedgevonden hebben by provifie en hangende onfe deliberatien te ftatueeren, gelyk wy ftatueeren by defen : 1. Dat niemand, wie hy zy, Ingefeten of Vreemde, na het emaneeren en publiceeren defes, en geduurende den tegenwoordigen Oorlog, uit defe Provintie naar Frankryk of naar elders buiten defe Provincie zal mogen betaalen, zenden, overmaaken of afleveren aan of ten behoeve vart Perfoonen, die op den 1 ]anuary 1794 geweest zyn, of nu zyn, of geduurende den Oorlog mogten worden, Leden of Onderlaaten van het tegenwoordig Gouvernement van Frankryk, het zy defelve zig bevinden in Frankryk zelve of in eenig ander Land, noch ook met hun wil en weeten doen betaalen, zenden, overmaaken of afleveren eenig Geld, of Gelds waarde, het zy in natuur en fpecie, het zy in Koopmanfchappen, Waaren, en andere Effeéten, het zy door Remifes, Wisfelbrieven, Asfignatien, of op eenige maniere hoegenaamd, direct of indirect, op poene van te verbeuren het dubbeld van de waarde van het geene contrarie aan dit Verbod zal IX. Deel. , zyn betaald, verfonden, overgemaakt of afgeleverd, zodanig echter, dat de geenen welke Wisfelbrieven voor dato deefer zullen hebben geaccepteerd t zullen vermogen defelve te voldoen, des dat de Acceptanten van zodanige Wisfelbrieven verpligt zullen zyn, om binnen agt dagen na' de publicatie defes aan de Magiftraten hunner Woonplaatfen , of aan de geenen, die daar toe van wegens de Magiftraten zullen worden gecommitteerd, op te gevert de Wisfelbrieven, welke zy hebben geaccepteerd, voor zo verre defelve vallen in de termen by dit Articul vermeld, op poene, dat de betaalingen van geaccepteerde en niet aangegevene Wisfelbrieven zullen worden gehouden als frauduleus, en de betaalders zullen incurreeren de boetens hier Vooren geftatueerd. 2. Dat niemand van- én geduurende den termyn hier vooren genoemd, zal mogen accepteeren, endosfeeren, of op eenige manieren de betaaling aanneemen of belooven van Wisfelbrieven, Promesfen, Asfignatien of diergelyke Papieren , getrokken, ge'éndosfeerd door- of voor reekening, tot gebruik of op het crediet van eenige Perfoonen die op den 1 January 1794 geweest zyn, of na zyn, of geduurende den Oorlog mogten worden, Leden of Önderfaaten van het tegenwoordig Gouvernement van Frankryk, het zy defelve zig bevinden in Frankryk zelve of in eenig ander Land, op poene van te verbeuren het dubbel van de waarde van zoodanige Wisfelbrief, Promesfe, Asfignatie of ander Papier; zullende daar en boven de betaaling van zoodanige Wisfelbrief enz., van geen gevolg en zonderprasjuditie zyn voor die geenen, wie het ook zoude mogen weefen, die de Goederen en Effecten of de daar op betaalbaare fommen, anderfints zouden hebben kunnen vorderen: En zullende de praetenfien van alle zoodanige Eisfchers ten aanfien van de fommen in deefe Effeéten uitgedrukt, in hun geheel blyven, niettegenftaande zoodanige Wisfelbrieven, Asfignatien, Promesfen en andere Papieren, betaald en geacquitteerd zyn, of dat eenige Quitantie daar voor gegeeven is. 3. Dat niemand, die onder zig berusR ten-  132 Placaaten. i. Boek. 9. Titul. iemand anders te openbaaaren, en op alle raogelyke wyfü tc zorgen, dac daar van niec hoegenaamd, geopenbaard worde, cn wyders, om wanneer zy nodig oordcelen eene Commisfie te benoemen, van defelve den Eed van Secrecesfe af te neemen: gelyk wy meede goedgevonden hebben cn vcrltaan, dac de voorfchreeve door ons gefielde Commisfien tc Amiterdim cn Rotccrdam aan de Magiftraaten dier Steden respcelivelyk by Eede zullen beloo- 18. Placaat van dc Staaten Generaaltegen bet reizen en trekken van Perfoonen uit en naar het Franfch Gebied, anders dan op den voet en onder de bcjr.'dingtn , Ir ceder daar by verweid. Den 1 November 1794. "l^Ve Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leezen, falut: Doen te weeten, Alfoo wy geïnformeerd worden, dat het reifen en trekken van veele Perfoonen uit en naar het Franfche Gebied, en in het byfonder uit en naar dc Scecdcn enPiaatfen door de Franfchen tegenwoordig geoccupeerd wordende, thans zeer fterk in zwang gaat, en dat die Perfoonen meestal langs hec Fronticr van Staats - Braband , mee faciliteit konnen binnen komen of uittrekken, zonder niet alleen daar toe van onfent wegen eenige permisfie bekoomen te hebben, maar zelfs op vertoon en onder beneficie van Paspoorten, hun daar toe van de Franfche zyde gegeeven; dat ondertusfehen te vreefen is, dat uit dusdanige onbepaalde toelaacing van heen en weder tc trekken, eene zeer fchadelyke Correspondentie met den Vyand of desfelfs Adherencen, tot nadeel van den Scaac en desfelfs Ingefecenen zoude kunnen ontdaan: Zoo is 't, dat wy, op het voorbeeld van het geen daaromtrent in vorige tyden en Oorlogen gepraclifeerd is, daar in willende voorfien op eene wyfe, waar dooraandeeene zyde die kwade en verderifelyke pradtyequen geweerd, en aan den anderen kant aan die geenen, welke zonder eenig verkeerd inzigt, maar om wettige redenen verlangen naar of uit 's Vyands Land, of de Steden en Plaatfen, door hun geoccupeerd wordende, te gaan of binnen te koomen, de geleegenheid daar toe niet werde benomen, hebben goedgevonden, 1 na deliberatie mei: den Raad van Staate der / Vereende Nederlanden, te ordonneeren en te fhtueeren, gelyk wy ordonneeren en ftaI tueeren by deefen: Eerfteiyk, dat niemand, zonder onderfcheid van wat flaat, qualiteit of conditie hy zy, uit 's Vyands Land, of de Steden en Plaatfen, door defelve thans in de Oostenrykfche Nederlanden, of onder het Gebied van den SkM geoccupeerd wordende, za! vermogen binnen de Republicq, hec zy in eene der Provinciën, hec zy in de Generaliteics Landen te koomen, en zulks langs het geheele Frontier tusfchen de Schelde en den Rhyn , zon der voorzien te zyn van behoorlyke Brieven van Paspoort van ons, of van den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, of van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau. Dat ten dien einde alle Perfoonen, welke zouden verlangen, om van buicen langs den gemelden weg binnen de Republicq te koomen , zig om zoodanig Paspoort vooraf zullen moeten addresfeeren aan ons, of aan voornoemden Raad van Staate, of aan Hooggemelde Zyne Hoogheid, met opgave van hunne Doop- en Familie - Naam , Woonplaats, Qualiteit, Bediening of Kostwinning, en van de Perfoonen, welke zy in hun Gevolg mogten hebben, en by voeging in het korte, om wat zaake zy begeeren binnen te koomen, en waar ter plaatfe zy die meenen te verrigten, en voor hoe lange zy het zelve Paspoort verfoeken , om als dan met goede kennisfe van zaa- Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande den 21 Maart 1794. (Onderfond P) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,) A. J. R O Y E R. ven te fecreteeren, welke Perfoonen eluci1 datie van hun zullen hebben verfogt, zoo wanneer de voorfz. Perfoonen verlangen, dat die zal worden gefccrcceerd. En een einde niemand hier van ignorantie ! zal kunnen pnetendeeren, gelasten wy, dat i deefe alomme zal worden gepubliceert en ge! atligeerc, eer plaatfe daar men gewoon is puj blicatie en aJIixie te doen.  Behelfende verfcheide Placaaten, raakende Contrabanden, &c. 13t hande manieren werden getransporteerd büiten defe Provincie, en het zoude kunnen gebeuren , dat daar door buiten de intentie van voorfchreeve onfe dispoCicie, eenig nadeel wierdt toegebragt. Zoo js t' dat wy, hangende onfe deliberatien over de finaale fchikkingen daaromtrent te emaneeren, nodig gevonden hebben te ftatueeren. Art. I. Dat een iegelyk wie hy zy, Ingezeten of Vreemden, die eenige Gelden, Goederen, of Koopmanfchappen van Perfoonen, die op den 1 January 1794 geweest zyn, of nu zyn Leden, of Onderzaten van het tegenwoordig Gouvernement van Vrankryk, het zy dezelve zich in Vrankryk zelve, ofte in eenig ander Land bevinden, ten tyde van onfe voorfchreeve Publicatie onder zich gehad, of na- l derhand onder zich gekreegen heeft, of nog | heeft, zal verplicht zyn, om binnen den tyd van eene maand, na de publicatie deefes aan den Magiftraat zyner Woonplats, voor zoo ver I zulks een Stad is ftera in Staat hebbende, den I Haag 'er onder bégreepen, ofce aan die geenen, die daar toe door de Magiftraaten uit onfen naam zullen worden gecommitteerd, en voor zoo verre de kleine Steden en het platte Land aangaat, aan den Magiftraat van de naastbygeleegene Stad ftem in Staat hebbende, of desfelfs Gecommitteerden, zulks op te geeven , als meede aan te geeven, welke overboeking by het 4. Artikel van voorfz. onfe Publicatie vermeld, door hem, zedert den 1 February 1793 is gedaan, en of zulks is gefchied, om van den Eigenaar de fchaade, uit de maatregelen van de tegenwoordige Re- ] geering van Vrankryk voor denzelven kunnende profiueeren, af te weeren, of uic ee- j nigen anderen hoofde. f Dat zoodanige opgave zal moeten worden 1 gedaan fchriftelyk, fpecificq, met aanduiding aan welke Perfoonen de Goederen, Gelden, Effecten en Koopmanfchappen, zyn toebehoorende , en met belofte, om wanneer naderhand van zoodanige hier vooren vermelde Perfoonen, of ook van de zoodanigen, welke als nog Onderzaaten van Vrankryk zouden mogen worden, Gelden, Goederen, Effecten of Koopmanfchappen, onder zig mogten krygen, zulks ais dan op te geeven. . Des zal het aan den geenen, welke mogt verkiefen, dat de naam der Eigenaars ten eenemaal wierd gefecreteerd, vryftaan, om by de fchriftelyke opgave te fteilen in plaats van den naam, of naamen der Eigenaars een of meer Letters, mits daar by overgeevende een gezegeld Papier, in welke de naam of naamen der Eigenaars met derfelver Woonplaatfen duidelyk zullen werden genoemd, als meede, welke Letteren daar voor in de fchriftelyke opgave zyn gebruikt. En zal voorts onder de opgave moeten wor- den gefteld een fchriftelyk Declaratoir, onder praefentatie vanEede, van geene andere Goederen, Gelden, Effecten of Koopnaanfchap- in de termen van de Publicatie Vallende, onder zich te hebben, of gehad te hebben, direct of indirect, met by voeging wanneer de opgave met Letters gefchied, dat in het gezeegelde Papier vervat zyn de Naamen en Woonplaatfen van den Eigenaar of Eigenaars, welke in het Declaratoir met Letters zyn bedoeld. I I I. En hebben wy voorts goedgevonden të ftatueeren, dat die geene, welke geen opgave zal hebben gedaan, en naderhand bevonden zal worden in het géval geweest te zyn van opgave te hebben moeten doen, zal verbeuren de dubbelde waarde van de Goederen, Gelden, Effeéten en Koopmanfchappen, welke hy onder zich zal hebben, of gehad hebben; gelyk meede die geenen, die by het doen dier opgave eenige Goederen, Gelden, Effeéten of Koopmanfchappen zal hebben verzweegen, verbeuren zal de dubbelde waarde van de niet aangegeevene Goederen, te appliceerenop den voet als by onfe voorfchreeve Fablicade van 18 February ftaat vermeld. I V. En vermits wy geinformeerd zyn, dat by" deefen en geenen eenige twyffel is ontftaan, omtrent den waaren zin en meening van het geftatueerde by onfe voorfchreeve Publicatie: Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben twee Commisfien te benoemen, waar van een te Amfterdam en de andere te Rotterdam zal refideeren, ten einde de nodige elucidatien en opheldering te geeven, omtrent de intentie van onze Voorfchreeve Publicatie aan allen en een iegelyk, welke zich ten dien einde aan die Commisfien zullen addresfeerené Én daar het zoude kunnen gebeuren, dat Wisfelbrieven, welke noch door, noch ten behoeve van Franfche Onderzaten, hier vooren befchree ven, zyn getrokken, maar welke door een of meer Franfche Ingefetenen zyn geëndosfeerd, zouden kunnen worden betaald, zonder te kort te doen aan de intentie van onfe voorfchreeve Publicatie, zoo is het, dat wy voorfchreeve Commisfien hebben gequalificeevd, om na onderzoek van zaaken te oordeelen, of zoodanige Wisfelbrieven al of niet vallen in den geest van onfe voorfchreeve Publicatie. En zullen die geenen, welke zoodanige Wisfelbrieven, op authorifatie van voorfchreeve Commisfie, voldaan zullen hebben, niet vallen in de pcenaliteiten, by voorfchreeve onfe Publicatie geftatueerd. V I. En naardien wy geoordeeld hebben, dat het allernoodzaakelykst is, dat alle de voorfchreeve te doene opgaven, en ook de te geevene elucidatien, in fommige gevallen behooren te werden gefecreteerd Zoo is het, dat wy de respective Magiftraaten hebben aangefchreeven , om voor zoo verre aan hun zelve de opgave wordt gedaan, alle de voorfchreeve opgaven te fecreteeren, zonder die aan R 2. ie-  134 Placaaten. i. Boek. 9. Titul. Gelyk wy meede op het regoureufle verbieden eenige toevoer van Leevensmiddelen, of eenigerhande Goederen hoe genaamd, en zonder onderfeheid tc doen naar 's Vyands Land , of de Steeden of Plaatfen door denfelven geoccupeerd, op pcene van de Dood, en zulks boven de Confiscatie van defelve Leevensmiddelen en Goederen, welke zullen worden genootcn voor een derde by den Ollicier die de executie doet, voor een derde by den Aanbrenger, cn voor een derde by den Armen van dc plaats. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude mogen pretendeeren, ontbieden cn verfoeken wy dc I leeren Scaaten, Erfftadhouder, Gecommitteerde Raden en Gedepu- / teerde Scaaten van de refpective Provinciën, en alle andere Jufh'cieren en Officieren van I defelve Landen, defen onfe Placaate van ftonden aan alomme te doen verkondigen, pnbliceeren en affigeeren in alle plaatfen, daar zulks nodig weefen zal, en men gewoon is, zodanige publicatie en affixie te doen. Lasten en beveelen voorts de Advocaaten Fiscaal, Procureurs Generaals, cn alle andere Officieren, Rechtcren en Jufticieren van deefe Vereenigde Neederlanden, mitsgaders alle Gouverneurs, Commandeurs, en alle Milicaire Officieren en .Bevelhebbers, defe onfe beveelen te agtervolgen en te doen agtervolgen, procederende, en doende procedeeren tegens de overtreeders van dien, zonder eenige graeie, faveur, disfimulacie of verdrag, dcwyi wy zulks alfoo toe diensce en welftand van den Lande nodig geoordeeld en bevonden hebben te behooren. Aldus geiiancn gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage den 1 November 1794. (JVas geparapheert P) M. A. B. van VOERST tot BORGEL, vt. (OnderJïondP) Ter ordonnantie van defelve. (By abfentie van den Griffier.} (Geteekent B. P. van LELYVEL D. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt mee een papiere Ruice. I0- Nader Placaat van de Staaten Ceneraal 9 raakende het verteenen van Pasporten, om te mogen gaan óf komen naar en uit V Vyands Land. Den i(j December 1794. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: Alfoo wy ontwaar worden, dac zedert het emaneeren van ons Placaat van den 1 November laatstleeden, raakende het verleenen van Pasporten , om te mogen gaan naar, of komen uic 's Vyands Land, of Steden en Plaatfen door denfelven thans geoccupeert wordende, niet alleen de verfoeken om de zoodanige Pasporten zeer meenigvuldig, en om allerley foort van reedenen gedaan worden, maar dat ook meerdere prsecautien nodig zyn,om cedoen confteeren van deidenciceic der Perfoonen, voor welke die verfoeken gefchieden , en ce zorgen dac van de verleende Pasporcen geen misbmik gemaakc kauworden, en dat derhal ven dienscig is, dat zoo ■ omtrend het verleenen der Pasporten zelve, als omtrend de form, op welke die uitgegeeven worden, eenige nadere bepaalingen gemaakc worden : Zoo is 't, dac wy na deliberatie met den ; Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, ; hebben goedgevonden by Ampliatie , en voor zoo veel des noods, alteratie van Ons voorfz. . Placaat van 1 November te ordonneeren en te ftacueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen : Eerftelyk, dat om verfeekerd te zyn, dat de Perfoon, op wiens Naam, en voor wien een Pasport gevraagd word, waarlyk is die geen, voor welke hy zig uitgeeft, geene Rej questen om Pasport aan Ons, den Raad van Staate, of Zyne Hoogheid den Heere Prince I van Orange en Nasfau zullen mogen gepra;- fen-  Behelfende verfcheide pjacaateri, raakende Contrabanden, &c. 133 zaaken, en ingenoome informatie (voor zoo veel nodig en doenlykis,) daarop gedisponeerd te worden. Dat een dusdanig Paspoort (buiten het welk geen andere zullen mogen gerefpeóteerd worden) geobtineerd zynde, zal moeten worden vertoond ter Secretarye van de eerste Stad of Plaats van de Republicq, niet in 'sVyands magt zynde, daar de geene, die hetzelve verkreegen heeft, aankomt, en voor zoo verre het zelve zynStedenof Plaatfen, daar Guarnifoen ligt, of Militaire Posten, daar Magt gehouden word, meede aan den Gouverneur of Commandeerenden Officier, en daar op door den Secretaris en Auditeur Militair, of daar defelve niet is, door den Commandeerenden Officier, aanteekening gedaan van den dag, waar op het zelve vertoond is; en dat voorts de Bezitter van zoodanig Paspoort het zelve by zig zal moeten houden, om by zyn verder doorreifen telkens, daar het vereifcht word, te konnen vertoonen, geduurende dien tyd, voor welke het zelve verleend is. Dat echter, om te voorzien in het geval, dat iemand buiten de mogelykheid of geléegenheid zoude zyn geweest, om voor zyne aankomst op het Frontier van de Republicq een Paspoort als hier vorengemeld van Ons, van den Raad van Staate of van Zyne Hoogheid te verfoeken, de zoodanige zig zal moeten addresfeeren aan den Gouverneur of Commandeerenden öfficierder naastgeleegen Plaats, welke Gouverneurs of Commandeerende Officieren wy by deefen authorifeeren en qualiliceevcn, om, wanneer de Perfoonen,welke begeeren binnen te komen, of verder de Republicq in te trekken, aan hun niet fufpeót voorkomen, en zy geen redenen ter contrarie hebben, aan defelve voor een korten tyd uiterlyk van agt dagen, een Paspoort te verleenen, inhoudende de Naam, Woonplaats en Qualiteit van die Perfoonen, de Plaats waar na toe defelve zig willen begeeven, en de tyd, voor hoe lange het zelve Paspoort aan hun verleend is; op welke Paspoorten de gemelde Perfoonen als dan hunne reife verder zullen konnen en mogen voortzetten, des dat zy zullen gehouden zyn, het zelve by hunne aankomst te vertoonen ter Secretarye van de Stad of Plaats, werwaards zy by het verkrygen van defelve hebben opgegeeven hunne deftinatie te zyn, en des dat zy langer als den tyd, voor welke het Paspoort verleend is, zig binnen de Republicq willende ophouden , verpligt zullen zyn, zig op nieuws, met overlegging van het geobtineerde provilloneele Paspoort, aan Ons, aan den Raad van Staate, of aan Zyne Hoogheid te addresfeeren , en prolongatie van het zelve Paspoort te verfoeken; en zoo wanneer iemand bevonden word, zonder zoodanig Paspoort, het zy van Ons, of van den Raad van Staate, of van Zyne Hoogheid, het zy van een Gouverneur of Commandeerenden Officier, te zyn binnen gekomen, of te hebben doorgereisd, defelve zal verbeuren eene boete van drie honderd guldens, en dadelyk worden aangehouden eii in detentie gefteld, en voorts naar extgentie van zaaken zelfs aan den Lyve geftraft. ° Dat ten tweeden niemand, wie hy zy* zonder onderfcheid, zig uit de Republicq, het zy uit eene der Provinciën, het zyuade Generaliteits Landen, langs de gemelde Route tusfchen de Schelde en Rhyn, zal mogen begeeven naar 's Vyands Land, of Steeden of Plaatfen, door den zeiven geoccupeerd wordende, zonder van Ons, of van den Raad van Staate , of van Zyne Hoogheid te hebben verfogt en geobtineerd een Paspoort, in maniere als hier vooren is gemeld, en het zelve te hebben vertoond en doen regiftreerert ter laatfte Stad of Plaatfe op hét Territoir van de Republicq, wordende wel expresfelyk aan allé Officieren en Magiftraaten, als meede aan alle Gouverneurs of Commandeerende Officieren in Steeden of op Posten met Militie bezet, langs het gemelde Frontier, gelast, om zorgvuldig agt te geeven, dat niemand zonder een behooriyk Paspoort, als hier boven ' gemeld, binten het Territoir van de Republicq zig koome te begeeven, en zullende die geenen, welke bevonden worden, zonder Paspoort zulks gedaan te hebben, en agterhaald wordende , verbeuren een boete van drie honderd guldens, en boven dien naar exigentie van zaaken zelfs aan den Lyve geftraft worden. Dat ten derden niemand van een geobtineerd Paspoort langer gebruik zal mogen maaken, om zig te begeeven naar of uit 's Vyands Land of Steeden en Plaatfen door defelven \ geoccupeerd , dan geduurende den tyd voor | welke het zelve verleend is, maar gehouden zal zyn in dat geval tydig een nieuw Paspoort , te verzoeken , op poene van te verbeuren I eene fomme van vyftig galdens , en bovendien arbitraire Correólie of Straffe als boven. Dat ten vierden, wanneer iemand een Paspoort van Ons verfogt hebbende, en het verzoek afgeflagen zynde, zig mogt addresfeej ren aan den Raad van Staate, of aan Zyne I Hoogheid, en aldaar Paspoort verkrygen, of ! vice verfa, zoodanig Paspoort, als vërkreei gen by fub- en obreptie, zal Worden gehouden voor niet verleend, en dus de Verkryger vervallen in de poenaliteiten, hier boven geftatueerd: alle welke pecunieele boeten zulj len worden genooten voor een derde by den j Officier die de executie doet, voor een derde by den Aanbrenger, en voor een derde by den Armen van de plaats. Eyndelyk verbieden wy op het ftrengfte aan alle Ingefeetenen deefer Landen, om met communicatie , Woorden , Werken of Gefchriften eenige Correspondentie te houden, te geeven, zenden of ontfangen aan of van den Vyand, of de geenen , die onder zynd heerfchappy zyn, over eenige zaaken of oraftandigheeden den Staat van het Land betreffende , op poene van aan den Lyve rigoureuslyk en zelfs met de Dood naar exigentie van zaaken geftraft te worden* R 3 Ge--  136 Placaaten. 1. Bock. 9. Titul. Toeken wy de Heeren Staaten, Erfftadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Scaaten van de refpective Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Landen, deefen onfe Placaate van (tonden aan alomme te doen verkondigen, publiceeren cn affigeeren in alle Plaatfen daar zulks nodig weefen zal, en men gewoon is, zodanige publicatie cn aflixie tc doen. Listen cn beveelen voorts de Advocaaten Fiscaal, Procureurs Generaal en alle andere Officieren, Rcchteren en Julticieren van deefe Vereenigde Nederlanden, mitsgaders alle Gouverneurs, Commandeurs, en alle Militaire Officieren en Bevelhebbers, deefe onfe beveelen te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeerende, en doende procedeeren tegens de Overtreeders van dien, zonder eenige gratie, faveur, disfimulatie of verdrag, dewyl wy zulks alfoo toe dienste en welftand van den Lande nodig geoordeeld en bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearreftcerd eer Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage den 16 December 1794. (Jlas geparapheert,) W. F. van HEMERT, vc. (OtiderjlondP) Ter Ordonnantie van defelve. (By abfentie van den Griflier) (Geteekent f) B. P. van LELYVELD. Zynde op het fpacium gedrukt hec Cachec van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekc mee een papiere Ruyte. 20. Publicatie van de Staaten van Holland, tot intrekking der Publicatien van 18 February en 21 Maart 1794. Den 19 January 1795. De Staaten van Holland en Westvricsland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, Safuc,- doen ce weecen: alfoo de redenen, die ons aanleiding gegeeven en bcwoogen hebben coc onfe Publicaeien van den 18 February en n Maart 1794, geftatueert tegens het transporteeren buiten de Provincie van Goederen, Effecten, Gelden en Koopmanfchappen, toebehorende aan Leeden of Önderfaaten van het tegenwoordig Gouvernement van Vrankryk, hec zy defelve zich bevinden in Vrankryk, of in eenigander Land, als meede dac de opgave van gemelde Goederen, Effecten, Gelden en Koopmanfchappen gedaan moec worden volgens onfe laatfte Pu¬ blicatie van 21 Maart 1794, by ons bcgreepen worden niec meer te exteeren. Zoo is 't, dat wy hebben goedgevonden en verftaan onfe voorfz. Publicatien van den 18 February en 21 Maart des jaars 1794, ten aanfien der Goederen, Effecten, Gelden cn Koopmanfchappen, toebehoorende aan Leeden of Onderfaten van het tegenwoordig Gouvernement van Vrankryk, en nopens de opgave derfelve, meetrekken en buiten effect te fteilen. En op dat hier van niemand eenige ignorantie pretendeere, begeeren wy dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks ce gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 19 January 1795. (OnderJIond P) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Getekentp) G. B. EMANT4 TIEN.  fenteerd worden, ten Zy deCelvè zyn geteekend door een Perfoon, ten vollen bekend by Ons, welgemelden Raad van Staate, of Zyne Hoogheid, aan «Wén refpectivelyk het Request geprefenteerd word, ten dien effeéte, dat defelve Onderteekenaar in ftaat Zy of zelfs te getuigen dat die geen, voor welke het verfoek gefchied , waarlyk is die geen , waar voor hy zig uitgeeft, of daar van voldoende bevvyfen te beforgen. Ten tweeden, dat by de Requesten, welke geprefenteerd worden om Pasporten voor Ingefeetenen deefer Landen, zoo veel mogeïyk moet gevoegd worden éen Declaratoir van de Magiftraat of het Gerecht der Plaatfen, alwaar zy woonagtig zyn, of voor zoo verre bet zyn Perfoonen t'huis hoorende in Steden of Plaatfen thans door den Vyand geoccupeerd wordende, van den Magiftraat of het Gerecht der Plaats, alwaar zy zig laatftelyk hebben | opgehouden , behelfende dat die Perfoonen hun bekend zyn als ftaande ter goede naam en faam, en dat de pofitiven en reedenen in de Requesten geallegueerd, in waarheid beftaan, of ten minsten dac aan haar geen reedenen bekend Zyn, waarom het verfogte Pasport niet zoude behooren geaccordeert te worden + en dat met opligt tot Vreemdelingen geen Ingefeetenen deefer Landen zynde, defelve zullen moeten overleggen een gelyke verklaaring van den alhier refideerende Minifter van het Hof, waar onder zoodanige Vreemdelingen iesforteeren, of wel van twee bekende en geloofwaardige Perfoonen. Ten derden, dat om te zorgen , dat yan een verleend Pasport geen gebruik kan worden gemaakt dan door die Perfoon zelve, aan wien het verleend is, voortaan dn de Pasporten zal worden uitgedrukt een generaale omfchryving of fignalement van die Perfoon; en dac ten dien einde in het Request zelve zal moeten worden omfchreevén het portuur, lighaamsgeftalte, en eenige in het oog loopende diftineïien, waar door de Perfoon van den verfoeker van het Pasport kan worden onderkent. Ten vierden, dat voortaan in de Pasporten, niet meer zal worden geadmitteert de generaale benaaming van een Knegt, Meyd, Kin- ' deren, of diergelyke, maar dat voor ieder Perfoon een affonderlyk Pasport zal worden gegeeven, met ukfondering alleen dat voor I zoo veel betreft een Kind of Kinderen beneeden de twaalf jaaren, defelve zullen konnen worden begreepen in het Pasport van die geen, met welke zy de reife zouden doen. Ten vyfden , dat voortaan van een verleend Pasport alleen binnen een zeekere bepaalde tyd na dat het zelve verleend is zal mogen en konnen gebruik gemaakt -worden, en dat ten dien einde in alle Pasporten zal worden gevoegd een naar offiftandigheeden bepaalde termyn van tyd, voor welke het zelve zal valide zyn, en na verloop waar van het zelve Pasport zal gereekend worden vervallen Behelfericte verfcheide PLcaaten, raakende Contrabanden, &c\ t3J te zyn, en de pasfage daar op iftet meer geaccordeert zal mogen worden. Ten zesden, dat ten einde onder geènerléy' practext werde geëludeerd het Verbod by ons bovengemeld Placaat van i November gedaan tegens het vervoeren van Leevensmiddelen è of eenigerhande Goederen naar den Vyand, als welk verbod wy ten deefen op hetnadrukkeiykfte inh&reeren en herhaalen , niemand die met eenig Pasport zig begeeft naar 's Vyands Land of Steden en Plaatfen door defelven geoccupeerd wordende, onder de naam van Ba* gage met zig zal mogen neemen eenige Goederen of Leevensmiddelen, dan voor zooverre de eerstgemelde tot zyn Lyf en eige gerief behooren, en van de laatfte niec meer als tot desfelfs nooddruft en reife vereifcht worden; en dat al het overige zal worden aange* houden en verbeurd verklaard , en dienaangaande zodanige poènaliteiten en (haffen plaats nebben, als by ons gemelde Placaat van i November zyn geftatueerd* Wordende de Commandanten op de Voorposten geauthorifeerd, om, wanneer aan haar fufpicie voorkwam, dat onder praetext van Bagage, eenig toevoer naar den Vyand zoude plaats hebben, deswegens de nodige viütatie te mogen doen. Ten zevenden, dat om voor te komen de misbruiken en kwade praétyken, welke het meenigvuldige verleenen van Paspoorten, niet tegengaande alle de bovengemelde precautien, ten gevolge kan hebben, voortaan niet ligtelyk eenige Paspoorten, om te gaan naar Steden en Plaatfen door den Vyand geoccupeerd wordende, zullen geaccordeerd worden, hoe zeer daar toe mogten worden geallegeerd eenige redenen van convenientie of belang, als zynde het een onvermydbaar gevolg van den Oorlog, dat de Ingefetenen ook ten dien opfigte niet van alle ongemak en jchaade kunnen Vrygehouden worden; maar dat zodanige Paspoorten alleen zullen worden verleend om byfondere en pregnante redenen, welke in de Requesten zullen moeten worden uitgedrukt, en zoo veel mogelyk behooriyk beweefen. Dat het zelve zal worden geobferyeerdomtïent.dè verfoeken omPaspoort,om uit 's Vyands Land of de Steden en Plaatfen door denfelven geoccupeerd 'wórden de, te mogen binnen komen, en dat ten dien einde aan de Gouverneurs .of Commandeerende Officieren, welke, ingevolge ons meergemeld Placaat van i jSTovember, een provifioneel Paspoort, om binnen te komen, mogen verleenen, word gerecommandeerd en gelast, om daar omtrend met alle mogelyke circumfpeétie te werk te gaan., en zoodanige permisfie niet te geeven, wanneer aan hun maar de minste fufpicie voorkomt, dat zodanig Perfoon zonder genoegfaame redenen en met een verkeerd oogmerk zoude willen inkomem En op dat niemand (zoo als in het Placaat van i November) hier van eenige ignorantie zoude mogen pretendeeren, ontbieden en verft)©-  Placaaten. f. Doek n. Titul. van op oeuoonyk verkrege Paspoorten alvorens zullen moeten ontlanden; m zullen defelve, cpdr.t daarvan mogebiykeu, alvorens ce rn v;on v .-.rekken, daar van bewys moc*e 1 doen aan de Collegien ter Admiraliteit, onder welkers Resfort zy zullen willen uitvaaren , en van het zelve verfoeken een Certificatie, dat het voorfz. bewysgedaan hebben» en vervolgens geen Goederen inhebben by ons Placaat van hoeden verbooden uit te voeren. Dat zyne Majefteit den Koning van GrootBrittannien by hoogstdesfelfs Ordonnantie geordonncert hebbende, dat alle Schccpcn en Koopmanfchappen toebehoorende aan de Staaten Generaal, of aan hunne Onderdanen, die zig bevonden in eenige Havenen binnen zyne Majedeits Domeinen, a!d:;ar veilig cn ongemoleftecrt zouden blyven, cn aangehold en worden ,tot dat het zoude blyken dat hun Hoog Mog. bereid zyn en voorgenoomen hebben die van zyne Majelteits Onderdaanen even eens te behandelen, cn daar na zouden mogen vertrckki n, en wy geen ander voornoemen ooit hebbende gehad, maar gerefolveert zynde on3 in alle gelccgcnthcid ftiptclyk te houden aan het twee cn dertigfte Articul van het Traeraat van Breda, de Engclfche Scheepen hier te Lande niet langer zullen worden opgehouden, als dat het blykc dat zyne Maje! leit even eens handelt. En dat vervolgens zoo dra aan dj Ncdcrlandfchc Seheepen in Engeland word coegeftaan tc vertrekken, dc Engclfche Schccpcn alhier meede niet langer zullen worden ongehouden, maar dadelyk gepermitteert zullen worden tc vertrekken, cn voorfien van de nodige Pasporten van Zyne Hoogheid als Admiraal Generaal deefer Landen, die zy by de Collegien ter Admiraliteit van het Kcsibrt daar zy zig bevinden zullen kunnen bekoomen, voor zoo veel tyd, als zy na de ddbntic der plaatfen van haare destinitie in Engeland tot de re: fe noodig zullen hebben. Dat voorts daar van meede geëximeert zullen wecfen aile Scheepen met Commisfie van Zyne Hoogheid voorfien, die alleen ten Oorloge zyn uitgemst, cn geen Koopmansgoederen geladen hebben; of zoo zy tenens Koopmansgoederen gelaaden zouden mogen hebben, met ten miDften tagtig of honderd Man bemand, cn van een fortabel getal van Gefchut, Wapenen en Ammunitie voorfien zyn, als Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde Heeren Staaten Generaal in den Hage, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Prrefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signatuure van onfen Griffier, op den 26 January 1781. (ff as geparapheert f) W. van LYNDEN, vt. (Ondeifond,) Ter ordonnantie van defelve. (Getehe/it,') H F A G ^* L» Zyn .le op het fpatium gedmkt het Cachet van haar Hoog Mog. op een Rood en Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. meedc dc Schoepen van de Oonir.difche Corrrpagnie- mitsgaders na bekoome permisfie van de Collegien ter Admiraliteit, cn onder de nodige precautien cn cautie de Scheepen behoerende aan ofbevragt zynde by die van de VVcstindifche Compagnie, Colonie van Surinamen, en verdere Colonien van den Staat* na de Diftriéten van haare refpective Octroyen gedeftinccre j als meede de Schuyten van die van de kleine Visfcherye, die om verfehc Vis uitvanren, ende Schecpen vaarende over de JVaddehj de Elve, de Wafer, de Eems, om dc Oost en ook na de Vlaamfche Havens. Des dat de Scheepen over de Wadden, en naar de Vlaamfche Havenen vaarende, niet grootcr zullen mogen weefen als dertig Lasten en daar beneeden , cn niet fterker bemand als met drie Man en een Jonge, de Schipper of Bevelhebber daar onder begrecpen, en dat aUe defelve, alvoorens zy zullen mogen uitloopcn, zullen moeten fteilen een Borgtogt van zes duifend guldens, ten genoege van de Collegien ter Admiraliteit, dac zylieden na de voorfchreeve bepaalde reis afgelegt te hebben, zullen retournecren naar eene van dc Have* ncn deefer Landen, op verbeurte van defelve Scheepen en Goederen, cn van de fomme waar voor Borgtogt gclfeld zal weefen, tc appliceeren als vooren. En op dac niemand hier van eenige ignorantie kome te pretendceren, ontbieden en verfoeken wy de Hoeren Staaten, ftadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Scaaten van de refpective Provinciën, cn alle andere Jufticieren en Officieren van denfelven Lande, dat zy deefen onfen Placaate van ftonden aan allomme doen verkondigen, publiceeren, en affigeeren daar zulks van noden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie cn affi.xie te doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliceic, de Advocaacen Fiscaal, en Commifen Generaal, micsgaders allen Admiraals , Vice • Admiraals Capiccinen, Officieren en Bevelhebbercn! dccfen onfen Piacaace na ce koomen, en ce doen nakoomen, procedccrcnde en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, zonder oogluikingc, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten diei.fte van den Lande nodig bevonden hebben te weefen.  Pol. ï%f TIENDE TITÜL. Behelfende de Placaaten teegens het inbrea* aen en debiteeren van Franfche Manufaétuuren y * Koele- of gebrande Wynen, gerafineerde Suikeren, Syroopen, Papieren, en Zout. Nihil E LFDE TITUL» Inhoudende de Placaaten van verbod > en weeder openftellen van de Vaart na het Oosten en Westen, Navigatie, Commercie, Groenlandfche Vaart, en groote en kleine Visfcheryen, ter occafie van den Oorlog geëmaneert» Placaat van de Staaten Generaal, hottdefide provifioneél Verbod van alle Scheepvaart uit dè Zeehavenen deefer Landen, na alle Ryken en Staa> ten, mitsgaders tot de Walvis - Vangst, de groote en kleine Visfcheryen; met zoodanige uitfonderingeri als daar by zyn vermeit. Den 26 January 178u T\e Staaten Généraal éet Vereenigde NeJLJ' derlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut; Doen te weeten: Dat wy by deefe jegenwoordige conftitutie van tyden, om pregnante reedenen ons daar toe moveerende, hebben goedgevonden te interdiceeren en te verbieden , gelyk wy interdiceeren en verbieden mits deefen ,by provifie en tot onfe nader ordre, alle Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen na alle Ryken en Staaten , het zy door het Canaal of agter Engeland om, of hoedanige Quartieren het zouden mogen weefen, mitsgaders tot de Walvisvangst, de groote en kleine Visfcheryen, op de verbeurte van dd Scheepen, Goederen en Koopmanfchappen daar in gelaaden, als meede van de Geteedfchappén, Wandt, Zout, cn Tonnen, IX, Deel. mitsgaders het geene aan de Visfcherye is dependeerende; en in cas egter eenige Scheepen mogten komen uit te loopen, dat de Schippers en Rheeders van de gemelde Scheeperi zullen verbeuren een amende van twintig duifend guldens, of zoo veel meerder als de waardye van defelve meerder zoude mogen weefen, te vernaaien de opgemelde boete aan haariuiden te faamen, ende elks in fólidum, te appliceeren een derde ten profyte van de gemeene faake, een derde aan den Aanbrenger , en het refteerende derde aan den geeneri die de calange doen zak Des dat daar van zullen Weefen geëximeert alle Scheepen van vreemde Natiën, mits niet belaaden weefende met eenige Goederen, waar van de uitvoer door ons is verbefoden, dewelke zy niettegenlkandè de inJsftding daar' S vHfl  140 Placaaten. 1. Bock. 11. Titul. het voornoemde Ryk van Groot-Brittannien, geene Vaartuigen van het Strand zullen vermogen over te brengen eenige Perlboncn of Brieven hoe ook genaamt, anders, dan op uitdrukkelyke order van den Heer Admiraal Generaal; van een der Collegien ter Admiraliteit; of van een der Officieren, 's Lands Schepen, in de Zeegaaten, of langs de Kusten commandeerende; ofte anderfints ook op uitdrukkelyke order of permisfie van onfe Gecommitteerde Raden, ofte van de geenen, die door defelve daar toe zouden mogen zyn gemagtigt; op poene, dat de Vaartuigen, waar mede een of meer Perfoonen of Brieven, zonder dusdanige order of permisfie, na dato defes zouden mogen worden overgebragt, zullen worden verbeurt verklaart; en dat de Rheeders zoo wel als de Stuurlieden boven dien ter dier zaake zullen vervallen zyn in een boete van duifend gulden, te appliceeren een derde voor den Officier die de calartge doen zal, een derde voor den Aanbrenger, en een derde voor den Armen; en zulks alles boven de corporeele fbraffen, dewelke zullen incuneeren alle die geenen, dewelke bewefen zullen worden op eenigerhande wyfe tot nadeel van den I^ande met den Vyand te hebben gecorrespondeert, of daar toe behulpfaarn tc zyn geweest. En op dat een iegelyk die het aangaat zig daar na reguleere, en niemand daar van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geafligeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 17 Augufty 1782. (Onderflond^ Ter ordonnantie van de Staaten. QVas geteekent,} C CLOTTERBOOKE. TWAALFDE TITUL. Behelfende Aiöbasfadeurs, Ministers, en ConfuJs (Sec. 1. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by geapprobeert word bet gedrag van haar Hoog Mog. Envoyè aan het Hof yan Groot-Brittannien, in het doen van onderfoek naar den daader yan een Diefjlal, ten zynen huife gepleegt, en waar van zyne Dotnesticquen wier den verdacht gehouden. Den 18 Maart y^Vntfmgen een Misfive van den Heere \^/ Grave van Weideren, haar Hoog Mog. Extraordinaris Envoyé en Plenipotentiaris aan het Hof van Groot-Brittannien, gefchreven te Londen den 11 defer, geaddresfeert aan den Griffier Fagel, houdende, dat in den nagt tusfchen Dingsdag en Woensdag voorgaande, ten zynen huyfe geweldig was open gebroken een Bureau, en daar uit genomen een gefloote blikke doos met Geld, dewelke met ge¬ weld den dekfel ingeduwt zynde, des ogtends leedig op den Aschhoop gevonden was; dat van defe Diefital niemand, dan één zyner Domefhcquen konde foupconneeren, en derhalven ze alle te famen ondervraagt en getragt had zulks zelf te ontdekken, maar niemand van alle zulks had willen advoueeren; dat dit dog een zaak zynde van een al te groot belang, om zulke Domesticquen in huys te houden, en gevonden hebbende in het Verbaal  Placaaten raakende de Vaart na het Oosten en Westen &£ 139 2. Publicatie van de Staaten Generaal, tot alte¬ ratie van V Placaat van 26 January 1781, betrekkelyk bet verbod van Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen. Den 15 November 1781» De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen diedeëfen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten; Nademaal wy alle die geenen, dewelke eenige Scheepen hier te Lande hebben leggen, even gelyke vrydom en permisfie willen laaten genieten, als wy aan de Rheeders, Eygenaars en Schippers, buiten 'sLands leggende, hebben gegunt, hebben wy goedgevonden en verftaan, met inhaefie van onfe Refoiutie van den 19 Oélober Iaastleeden, om, by alteratie van ons Placaat van den 16 January deefes jaars, alle Scheepvaart uit de Zeehavenen deefer Landen, na alle Ryken en Staaten zonder onderfcheid, het zy met of zonder Convoy, vryen open te {lellen; met uitfonderinge alleen van de Scheepen. tot de Walvisvangst en Haringvangst, welke tot onfe nadere ordre, aan het verbod, by het voorfz. Placaat gedaan, onder de poenaiiteiten daar by vermeld cn geflatueert, gefubjecleert blyven; gelyk meede alle Vaart ten dienfte van zyne Groot- Brittannifche Majefteyt, ofte desfelfs Onder* daanen. En op dat niemant hier van eenige ignorantie pretendeere, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van den felven Lande,, dat zy deelè onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren daar zulks van nooden weefen zal, en men gewoon is zoodanige publicatie en affixiete doen; Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal, en CommiCen Generaal, mitsgaders ah len Admiraals, Vice - Admiraals, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefe onfe Publicatie na te komen, en te doen nakomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien zonder oogluy^ king, faveur, disfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande noodig bevonden hebben te weefen. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prsefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 15 November 1781. (Was geparapheert f) C. L. de P A G N I E T, vt. (Onderfiond Ter ordonnantie van de hooggemelde Hee* ren Staaten Generaal. (Was geteekent,) H. F A G É L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 3» Placaat van de Staaten van Holland, tegen het afhuur en van Vaartuigen aan het Strand, geduurende den Oorlog met het Ryk van Groot-Brit* tannien. Den 17 Augustus 1782. De Staaten van Holland en Westvriesland, Alfoo wy in ervaringe gekomen zyn, dat van tyd tot tyd aan het Strand Vaartuigen worden afgehuurt, om fpoediger, als anderfints gefchieden kan, Perfoonen of Brieven over te brengen naar het Ryk van Groot-Brittannien; en vermits daar van in de tegen¬ woordige tyds omftandigheeden zeer groot misbruik zoude kunnen werden gemaakt, en het mitsdien nodig is, dat daar tegens promptelyk worde voorfien. Zoo is'i-, dat wy goedgevonden heb* ben by deefen wel ernftig te verbieden, dat geduurende den tegenwoordigen Oorlog met S 2 het  142 Placaaten. 1. Boek. 12. Titul. 3- Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende dispo/itie op verfcheide verfoeken van dedommagement wegens extraordinaire uitgaaven, door haar Iloog Mug. Ambasfadeur aan V II f van den Turkfchen Kerzer gedaan. Den 14 October 1763. Is gehoord het Rapport van dc Heeren van Hoytema en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Financie, hebbende, ingevolge cn ter voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutien Commisforiaal van den 9 ÖQobtr 1758, 9 October 1760, 24 January, 7 en 24 Maart, 9 Mey, 21 July en 18 Augustus van defen Joopenden jaare, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uic den Raad van Staten en Generaliters Reekenkamer, geëxamineert verfcheide Misfivcn zoo van den Heere Hochepied, haar Hoog Mog. Ambasfadeur aan het Hof van den Turkfchen Keyfer, als na desfelfs overlyden (ingevallen den 1 r February laatstleeden) van desfelfs Secretaris Matthias van Asten, Executeur van desfelfs voorfchreeve Testament en Mede - Voogd over desfJfs minderjarige kinderen, gefchreeven te Pera van Conftaminopolen of daar omtrent den 2 September 1758, 2 September 1760, 16 December 170:2, 16 February, 2 April, 15 Juny, en 16 July deefes jaars: concerneerende diverfe verfoeken, om namentlyk te erlangen dedommagement : 1. Van twee ryke Ga/a Ivfccderen en vier Livry Kleedercn breeder vermeld in haar Vloog Mog. Refoiutie van den 9 Augustus 1757. 2. Van gegeeven Ceremonieele Maakyden. 3. Weegens fchaaden geleeden door een Brand, di£t by zyn huis ontdaan. 4. Om de onkosten der Begraaffenis ten lasten van den Lande te mogen brengen. 5. En vervolgens om te proficeeren een quartaal Traetement van drie Maanden van het overlyden van gemelden Heer Hochepied, ten einde daaruit, gevoegd by dat geene dat door de Casfa van Directeuren was voldaan geworden, te vinden de nppoinctementen en onderhoud der Officiers van de Anibasfade, als meede de gages van de Officiers en Domesticquen van gemelden Ambasfadeur, als meede om de reiskoeten van drie repatrieerende Domefticqucn in declaratie te mogen brengen. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden e i verftaan ten opfigte van het bovengemelde tweede verfoek (in confideratie gelyke verfoeken bereyds op den 14 Augustus 1750, 25 Augustus 1752, 28 September 175Ö, en den 30 Augustus 1757 zyn afgeflagen , zelfs mee aanduiding van met defelve haar Hoog Mog. niet meer lastig te vallen,) dat het zelve zal worden afgeflagen. Gelyk meede van de hand gewefen word het derde verfoek om dedommagement van fchaden wegens Brand digt by zyn huis ontfhan, als zynde diergclyk verfoek in vry fterkcr termen geleegen, bereyds op de exempelen vervat in haar Hoog Mog. Refoiutie van den 11 Oélober 1725, en 25 Augustus 1752, op den 30 Augustus 1757 gedilliculteerd. Dat ten opfigte van het vierde verfoek gepermitteerd zal werden, dat van dc onkosten gevallen op de Begraaffenis van wylen den Ambasfadeur de Hochepied, geformeert zal mogen worden cn overgcfonden een fpecifique Declaratie, met de daar toe gerequireerdc bewyfen door den Secretaris van Asten, en die daar over de directie gehad zullen mogen hebben, geveriiieert na de ordre van den Lande, cn dat vei volgens defelve ingekomen zynde, gefonden zaJ werden aan den Raad van Staate en Generaliteits Reekenkamer, om te vifiteeren, examineeren en liquideeren, volgens en in conformiteit van de ordres van het Land. Dat nopens het vyfde verfoek, in confideratie van 't gunt by het 47 Articul van V Reglement van den jaare 1-00 ten opfigten van Spagne en Portugal, en by haar 1 loo^ Mog. Refo tutte z-an den 6 O cl ober 1735^ ten reguarde van Rusland is goedgevonden' ende dat meede de Officiers d' Amibasfade by Haar! looMo^.Refolutie van den xoMey 1 -48 zoo door het gemeene Land, als door de Levandfehen Handel zyn voldaan, is goedgevonden, dat het gemelde vyfde verfoek zal worden geaccordeerd, ende vervolgens de Boedel van wylen den Heer dc Hochepied proficeeren zal een quartaal Traftcmen:, met den dag van het overlyden ingaande, en geëxpireerd den elfde Mey deefes jaars, omme daar uit, gevoegd by't geene uit de Casfa der directie in gelyken tyd gewoon is tc werden uitgereikt, of reeds als voren door den Boedel getouchcert is, tot die tyd te vinden, en te voldoen zoo de Officiers van de Ambasfade, als de Officiers en Domesticquen van den Overleedenen, met verdere permisfie om de kosten van het repatrieeren der drie Domesticquen in de aanftaande Declaratie te mo^en brengen, ten einde daar op by de vifitatie , examen , en liquidatie der gemelde Declaratie, de nodige reflectie gemaakt zal kunnen werden. Ende dat laatftelyk om in geen precife discusQe van de bovengemelde eerfte en andere verfoeken te treeden, aan den Boedel van wylen den Heer Ambasfadeur de Hochepied tot extinctie van defelve en alle verdere pretenfien, bedagt of onbedagt, geene uitgefonderd, zal werden toegelegd, gelyk aan defelve toegelegd werd mirs defen, eens eene fomme van twee duifend guldens. En  Behelfende Ambasiadeurs, Ministers, en Confuls &e„ t4f baal van den Heere Grave van Weideren, haar Hoog Mog. extraordinaris Ambasfadeur aan het zelve 'Hof, dat haar Hoog Mog. by derfelver Refoiutie van den 3 April 1728. hadden gelieven te approbeeren desfelvs in diergelyk geval gehoudene conduite, en daar by verftaan, dat het geen in het Huis van een Minister op desfelfs verfoek gedaan word, in het minst niet prsejudicieert het Character dat defelve reprefenteert; den Ridder Fielding, die om zulke dingen uit te vorsfchen zeer habiel en gerenorneert is, door een billiet, copielyk nevens voorfchreve Misfive gevoegd, had laten verfoeken, om alle zyne Doraesticquen ten zynen huyfe te willen komen verhooren en onder Eede nemen, het geen gemelde Heer ook nog- dien zelveri avond gedaan hadde; maar tot nu toe niemand direct had konnen befchuldigen: doe twee derfelver wat fwaarder begonde te foupconneeren, tot welkers nadere examinatie de gemelde Ridder Fielding ZOude verfoeken voort te varen, hopende dat het geene hier inne gedaan hadde, door haar Hoog Mog. zoude worden geapprobeert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gem; Heerë Grave van Weidereri zal werden gerescribeerd, dat haar Hoog Mog. haar laten welgevallen en approbeeren, het geene door hem in defen is gedaan. 2. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdendê bepaling van de kosten van 'hét Tranfport ten behoeven van haar Hoog* Mog. Minister dan 't Hof van Portugal. Den 13 April 1763. "JTs gehoord het Rapport van de Heeren NaI gel en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de Fïnaneie, hebbende ingevolge ende tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 23 der voorleeden maand,met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State en Generaliteits Rekenkamer geëxamineert de Requeste van Reynier van Haaften, haar Hoog Moog Mog. gedefigneerde Minifter aan het Hof van Ponugal, houdende , dat haar Hoog Mog. by hoogst derfelver Refoiutie van den 21 April 1752 aan Charles Francois Bosc de Ja Calmette, als Minifter zullende gaan naar het voorfchreeve Hof, had- \ den gelieven toe te leggen voor de onkosten van zyn Transport, het zy te Water ofte Lande, by weege van uitkoop, de fomme van zes duyfend Guldens eens, alles daar onder begreepen, en fpecialyk de asfurantie, de ruwe kisten, matten, en verdere emballage^ dat haar Hoog Mog. vervolgens by hoogst derfelver Refoiutie van den 26 Oef ober 1759. aan Hendrik van Kretschmar in plaatfe van den voornoemden Minister Bosc de la Calmette, in gelyke qualiteit gaande naar Portugal, ter zake voorfchreeve mede eene fomme van zes duyfend Guldens eens hadden gelieven te accordeeren. Dat de Suppliant door haar Hoog Mog. benoemd geworden zynde, om ook als haar Hoog Mog. Minifter aan het Hof van Portugal te gaan refideeren, zig gereed maakte, om de reize naar Lisfabon aan te neemen; verzoekende derhalven, dat haar Hoog Mog. aan hem Suppliant op de voorgemelde exempelen meede gelieven te accordeeren eene fom- • me van zes duyfend Guldens eens, voor de onkosten van het Transport van hem Suppliant, zyne Domesticquen en bagages, alles daar onder begreepen, en fpecialyk van de asfurantie, de ruwe kisten, matten en ver¬ dere emballage, én dat daar toe ten Zyneri behoeven de nodige ordonnantie gedepecheert moge worden. . Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat om redenen°aan cn Suppliant nog voor defe reife zal worden geaccordeert en toegelegd, zoo als hem geaccordeert en toegelegd word mits delen, by wyfe van uitkoop eens, een fomme van zes duyfend Guldens voor de onkosten van zyn Transport naar Portugal, 't zy te water of te land, meede voor dat van zyne Domefticquen, bagagies, asfurantie, niets uitgefondert, Zojndef dat defe haar Hoog Mog. Refoiutie, of de, bovengemelde Exempelen in het vervolg, 't zy by uitreis of retour van een Minifter mar en van Portugal, in eenige confequentie getrokken zal mogen worden: maar dat geconfidereert zyno.e, dat de te rug reife door den Heer Minister van Kretfchmar en de uitreize van wylen den Heer van Til in 1732 , zoo méde zyn retour in den jare 1751, wanneer door hen de reize over Engeland, als door den kortsten weg gedaan is, gelyk bevorens door hunne Prsedecesfeurs mede gepractifeert is geworden, volgens de nog voor handen zynde Declararïen, merkelyk menageufer, en den Lande prohtabelder zyn afgelegd, de Minifters derwaards vertrekkende, of herwaarcis aankomende, van nu voortaan den kortsten weg over Engeland zullen volgen , en dien doende volgens de ordre van den Lande zullen mogen declareeren. En zal Extract van defe haar Hoog Möa Refoiutie gezonden worden aan den Raad van State en de Generaliteits Rekenkamer, om te dienen tot derfelver narigtinge; Ende tevens den Raad van State verfogt, om da bovengemelde ordonnantie van zes duyfertd guldens ten behoeven van den Suppliant te doen depecheeren, te betalen uit de Post van de defroyementen. S 3 Rt-  *44 Placaaten. t. Boek. 12. Titul. mis van gemelden Hecren Grrave van Wartcnslet*rn re Mentz, en denfelven rrargefchrecven, dat haar Hoog Mog. haar laten welgevallen, het geen door hem in deefen tot hier toe is gedaan. Dat hy van de bovengemelde brief kennisic za! geeven aan zyne Cheurfurstelyke Doorluchtigheid van MentZ, en daar by het vorder dienltig zal oordeelen, met betuiging in het byfonder aan den Heere Chcurfursc van Mentz, dat haar Hoog Mog. zeer fenfibel zyn aan de attentie, die voor baar'Hog Mog. en de digniteit van haren Minifter by defe gelegenheid heeft betoond, en verfoeken, dat gemelde 1 leere Cheurfurst zyne veel vermoogende olncien en devoiren in defen tot bcko- ming van hehoorlyke reparatie en latisftcVö voor den Staat, wil continueeren: Dat hy Secretaris by provifie te Mentz zal blyven, cn haar Hoog Mog. nader ordres aldaar afwagten, cn dat de onkosten van de Estafette, door hem herwaarts gefonden , zoo wel als van die welke uit Casfel heeft ontfangen, aan gemelden Heere Graave van Wartensleben in zyn eerde declaratie zullen werden goedgedaan cn gevalidcert; ten welken cynde Extract van deefe baar Hoog Mog. Refoiutie, zoo veel dit laatde poindt aangaat, gefonden zal worj den aan den Raad van State cn Generaliteits j Reekenkamer, om te ftrekken tot derfelver narigtinge. 5* Refoiutie van de Staaten Generaal, tot refutatie vdn het antwoord van den heer Landgraaf van Hesfen, betrekkelyk het Arrest, op de Perfoon van den Graaf van Ifdrtensleben gedaan» Den '20 December 1763. Ts gehoord het rapport van de Heeren LynJ_ den tot 1 lommen, cn andere I laar 1 loog Mog. Gedeputeerden tot de Buitenlandfche zaaken, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 5 deefer loopende maand, geexami* ncerd een Misfive van zyn Furdclyckc Doorluchtigheid den Heere I^ndgraave van Hesfen, gefchreven te Casïel den 27 der voorlecde maand, Houdende antwoord op H3ar Hoog Mog. Misfive van den 21 daar te voren , waar by zig befwa?.rd hebben over het perfbneel arrest, door de Regeering aldaar op den perfoon van den 1 leer Graave van Wartensleben Haar Hoog Mog. Minister Pleniporentiaris gelegd ; fudineerende gemelden Heere Landgraalf, dat de I leer Graaff van Wartensleben zig niet in dc qualiteit van een aan hoogstdefelve geaccrediteerd Minister had aangegeeven, of als zoodanig gelegitimeerd, maar a's een particulier perfoon, naraentlyk als aangeftelde Executeur van het Testament van Goertz, aanvankelyk te Homburg en naderhand te Casfel was gekoomen, en dat het dus de fchuld van hem zelve was geweest, dat de Regcering aldaar aan dcgedcldheid deefer zaak, die volftreke tot handhaving der Juftitie behoorde, zig aan zyn perfoon had moeten houden, en verder te werk gaan, zoo als in een beknopte informatie van "het geval neevens de voorfchreeve Misfive gevoegd, breeder was te zien; niet twyffelende of Haar Hoog Mog. zouden by het onderfock daar van vinden, dat zy door de geregtelyke handelwyfe van de Regeering aldaar niec in hec geringde waren verkort, en in tegendeel gemelden Heer Landgraaff niet verdenken, wanneer defelve, gelyk by de voorfchreeve Misfive kwam te doen, een eclatante fitisfiétie verfoor , ter zaake dat gemelde Heer Graaff van \\ ar.ensltben zyne byfondere belangen had willen doorferten onder het voorwendfel van een publicq Caraclcr, door haar Hoog Mog. aan hem by verfcheide Creytfen en aan deefe en geene Keurvordelykc Hoven gegeeven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verdaan, dat aan gemelden Heere Landgraave van Hesfen zal worden gereseribeert, dat haar Hog. Mog. met reden van de a?qu;'ceic van zyn Furdelyke Doorlugtigheid hadden verwagt, dat defelve op haare vorige Misfive, waar by zy haar befwaard hebben over de violatie van den perfoon van derfelver Minister Plenipotcntiaris den Heer Graaff van Wartensleben, eene fatisfactie aan haar zoude hebben gegeeven, overeenkomdigmet hetongelyk, het welk daardoor am dcn Staat was aangedaan; maar dat haar Hoog Mog. toe haar furprife uit het voorfchreeve antwoord van zyne FurdeJyke Doorlugtigheid hebben gefien, dat zyne Furdelyke Doorlugtigheid den daat van de questie ten ccnemaal veranderd, en een zaak, die het recht der volkeren concemeerd, in een andere, die alleen tot het civile recht behoord, zoekt te transformeeren. Dat haar Hoog Mog. te meer daar over verwonderd zyn geweest, om dar zy haar niet kunnen verbeelden, dat zyne Furdelyke Doorlugtigheid zelfs niet zoude voelen het groot onderfcheit tusfchen die twee zaaken, cn haar voor zoo weinig verligt houden, dat zy zieden eenen voor den anderen zouden laten or> dringen. Dat het geval, waar over zy zig bv zvne Furdelyke Doorlugtigheid beklaagd hebben, en daar de ganefche weereld met haar zeer vreemd van heefc opgehoord, is, dat zyne Furdelyke Doorlugtigheid, heefc kunnen goedvinden, den perfoon van den Heere Graaff van Wartensleben op een geweld/ge wyfe in Arrest te neemen, zyne Papieren te doen  Behelfende Ambüsïkèems, Ministers, cn Confuls &c. Ï43 Ên zal Éxtract van deefe ITnar Hoog Mog. Refoiutie gefonden werden aan den Raad van Staten cn Generaliteits Reekenkamer, om te ftrekken tot derfelver narigtinge; gelyk meede aan den Secretaris van Asten, om hem daar na te reguleeren. 4. Refoiutie van de Staaten Generaal, 'houdende reprefentatien aan den Landgraaf van LIesfen Casfel, wegens het door denfelven gedaan Arrest op de Perfoon van haar Hoog Mog. Minister, den Graave van Wartensleben. Den 21 November 1763. /'"Antmngcn twee Misfiven van den SecreV/ taris van den Heere Grave van Wartensleben, haar Hoog Mog. Minifter Plenipotentiaris, by de drie Geestelyke Keurvorsten, mitsgaders by den Opperrhynfche, Nederrhynfche en Westphaaliche Creytfen, gefchreeven te Mentz den 15 en 17 deefer loopende maand, beyde geaddresfeerd aan den Griffier Fagel, daar by kennisfe geevende van de critique fituatie, waar in de Heer Graave van Wartensleben zeederd den 12 déeler zig te Casfel bevond, hebbende den Heer Laudgraaff van Hesfen Casfel kunnen goedvinden van alle confideratien aan het Caraóler van een Publicq Minifter verfchuldigd, te buiten te gaan, en hem in zyn Kamer te doen arrefteeren, een Officier en agt man in zyn huys plaatfende, dewelke hem zyn Deegen had afgenoomen, en hem voorts als nog in hegtenis hielde: met by voeging, dat men hem de nodige post-paarden gerefufeerd had, om een Courier te kunnen expediecren: Weshalven hy Secretaris in onfeekerheid zynde, of gemelde Heer Minifter van dit geval direct notitie' aan den Staat had konnen geeven, van zyn pligt had geagt door een Estafette daar van te moeren infonmèren, hoopende dat haar Hoog Mog. de devoiren die hy uit eerbied en yver voor haaren dienst, gemeend had te moeten aanwenden, met haare hooge approbatie zouden verëeren, en te gelyker tyd aan den Heer Minifter goedgunftig toe teftaan, de onkosten van deefe Estafette, en van die, welke hy daags te vooren uit Casfel had ontfangen, op desfelfs aanftaande Declaratie temogen brengen; Verfoekende wyders haar Hoog Mog. ordies te mogen ontfangen , hoe zig in defen verder zal hebben te gedragen. Waar op gedelibereert zynde, fs goedgevonden en verftaan, dat aan zyn Furstelyke Doorlugtigheid den Heere Landgraave van Hesfen Casfel by Misfive zal werden gereprefènteerd, dat niet als met deuytterftefurprife, en bevreemdinge aan haar Hoog Mog. is voorgekoomen de ongehoorde behandeling, met derfelver Minifter den Heere Graave van Wartensleben, gehouden: Dat haar Hoog Mog. ten eenemaal ignorant zyn vah de reedenen, die gemelde zyn Furstelyke Doorlugtigheid hebben bewogen, tot het doen vah een zoo verregaande demarche, maar dat, welke die ook zouden mogen weefen \ haar Hoog Mog. een zoó violente behandeling niet anders kunnen aanfien, dan als een kleinagting voor defen Staat, en een verbreeking van het Recht der Volkeren, volgens het welke alle Mini^ fters met een publicq Caracter bekleed, voor haare perfoonen, bedienden en goederen ^ irk veiligheid moeten weefen, overal waar zig" die bevinden, en inzonderheid aan de Hoven*, aan welke die zyn geaccrediteerd, gelyk gemelde Heer Graaff van Wartensleben gehouden moet worden geaccrediteerd te zyn aart gemelde zyne Furstelyke Doorlugtigheid, als een Lid zynde van het Creyts, by wélke hy in zyne qualiteit is erkend en geadmitteert. ■'■ Dat, by aldien gemelde Heer Graaf vah Wartensleben iets begaan zoude mogen hebben , waar dóór hy zig het ongenoegen vari gemelde zyne Furstelyke Doorluchtigheid konde hebben geattireert, de regelen van decentie én ordre, onder alle IN aden plaats hebbende vereyfcht gehad zouden hebben, dat gemelde zyn Furstelyke Doorlugtigheid Zyné klagten over het gedrag van voornoemden Minister aan haar Hoog Mog. zoude hebben ingebragt, waar op zy als dan na bevind van zaken zóuden hebben kunnen disponeeren 9 maar dat op geenerley wyfe kan worden goedgemaakt, dat meergemelde zyn Furstelyke Doorlugtigheid, zonder haar Hoog Mog. te kennen, zig meester maakt van een perfoön, met haar Caraóler bekleed, en zelfs aan zyn Furstelyke Doorlugtigheid geaccrediteerd: Dat gelyk zulks een zaak is van de alleruytterfte gevolgen, en die by de gantfche Waareld zal moeten werden geimprobeerd; haar Hoog Mog. niet kunen nalaten, haare daar over ten hoogften te beklaagen, en haare gevoeligheid dies wegens aan meergemelde zyn Furstelyke Doorlugtigheid te kennen te geeven, verwagtende dat Hoogstdezelve daar aan hoe eer hoe beeter zal remedieeren, en gemelden haar Hoog Mog. Minifter aanftonds op vrye voeten fteilen, zonder hem of zyne papieren, en Goederen in het minfte te inquieteeren, èii dat Hoogstdefelve daar beneevens weegens dit, eclatant geval, aan haar Hoog. Mog. een fatisfactie zal geeven, geproportioneert aan het ongelyk, het welk daar door aan haar is aangedaan. Ende zal Extract van deefe haar Hoog Mog; Refoiutie nevens Copie van den Brief, hier Over aan zyne Furstelyke Doorlugtigheid të fehryvenj gefohderi Worden aan den. Secréta- fis  146* Placaaten. 1. Boek. 12. Titul. veel doenlvk eens voor al weg te neemen de meenigvuldige klagten van de voorfz. Confuls op de kust van Barbaryen- van dat zy met de aan haar respectivelyk toegelegde Tractementen cn fommen tot het doen der jaarlykfe Spendatien niet kunnen toekomen, en in hoope cn verwagdnge, dat eenige meerdere ruymte van penningen haar in (bat zal Hellen, om door de tydige Spendatien, onercufe verfoeken af tc weeren, of voor tc koomen, een proeve zal worden genoomen , of door het eenigfints augmentceren der Tractem e:icen van eenige der voorfz. Confuls cn vicc Confuls in die Quartieren, en door defelve respectivelyk van wat grooter fommen tot Spendarien meester te laaten, aan dat falutaire oogmerk zal kunnen worden voldaan, en d.it overfuiks by provifie en tot nader order zal worden wis: geilek, zoo a's vastgeftelc word mits deefen, dat aan de Confuls van Algiers en Marocco zal worden gepermitteert, om jaarlyks in plaatfe van drie duifend honderd vyftig guldens en van twee duifend vyf honderd guldens respectivelyk te mogen fpendeeren ieder een fomme van drie duyfend vyf honderd guldens: Dat voorts de 'i'ractementcn van de Confuls te Tunis cn Tripoli, dewelke voor ieder tot hier toe zyn geiixeert geweest op vyfticn honderd guldcr.s jaarlyks, zullen worden verhoogd, en gefield op twee duyfent guldens, en dat v.:n gelvke aan ieder van hun zal worden gepermitteert, om in plaatfe van vyftien honderd guldens, voor jaarlykfche Spendatien, in Keekemng te mogen brengen een fomma van twee duyfend guldens. Dat aan den Vice Conful te Salé zal worden toegelegd voor Traktement een fomma van twaalfhonderd, en tot jaarlykfche Spendatie een fomme van agt honderd guldens. Dat aan den Vice Conful te Sa[fy zal worden gepermitteert jaarlyks tot het doen van Spcndatie te mogen employeeren een ibrama van vyf honderd guld.ns. En dat aan den Vice Conful te St. Cruz zal worden toegelegd, zoo voor Traetement als eenige Spendatien (des noods) een fomme van een duyfend guldens'jaarlyks. Dat wyders, om defe kosten en augmentatie te \ inden, zonder het fonds van het verhoogde Last en Veylgeld meer te befwaaren, en zelfs om die Casfe te verligten, een voornaam gedeelte van de Lasten zal worden overgebragc op de Casfe van de Turkfche Pasporten , en dat overfuiks in 'c vervolg daar op zal irordea geasfigneert de jaarlykfche betaling van dc hier voorengemelde geaugmenteerde Spendatie - gelden aan den Conful Generaal Colety ter fomme van drie duiiend vyf honderd guldens. Hec Traetement aan den Vice Conful te Tanger a vyftien honderd guldens. Het Traetement en de Spendatie-gelden met derfel ver respective augmentatien aan den Vice Conful te Salè te famen ter fomme van twee duyfent guldens. Het Traktement en de Spendatie-gelden aan den Vice Conful te Saffy ter fomme te famen van vyftien honderd guldens. En het Tractemenc aan den Vies Conful te St. Cruz (dc Spendatien des noods daar onder begreepen) ter fomma van duyfend guldens. En dat daar en teegens ten laste van het fonds of de Casfe van het verhoogde Last en Vylgeld zullen blyven of gebragt worden, bet jiarlyks Traetement van den gemelden Conful Generaal Cvlety ter fomme van drie duyfend guldens. De augmentatie van Spendatie-gelden voor den Conful van Algiers, ter fomme van drie honderd vyftig guldens. De «ogmencatie zoo van het Traetement, als van dc Spendatie gelden voor den Conful van Tripoly, beloopende ce famen een fomme van duyfend guldens. En een gelyke fomme ter dier zaake voor don Conful van Tunis b duyfend guldens, blyvende voor het overige ten lasten van dit fonds (zoo als altoos daar uyc tot dus verre bccaald Zynjj de ovdinanis Tractementen eh Spendatiegelden vo>r de Confuls van Algiers, Tunis en Tripoly. Dm abc de voorfic. augmentatien van Tractementen en Spendatie-gelden zullen aanvang neemen en ingaan met den 1 january deefes jaars. DM van het vorenflaande aan de Confuls EUincklwyJcn, Colety, Neysfen, en Hof. mr.n, mitsgaders aan de Vice Confuls RosJigner, Lorenzo, Ojndair, etrjan fVillem Uhlman, ieder voor zoo veel hun aangaac kennisfe zal worden gegeeven, met ernrtigfte recommandatie om daar van goed gebruyk te maken, en vooral om door tydige Spendatien daar hec behoort, te doen aanneemen de reedenen , waar meede zy zig zullen moeten excufeeren van het inwilligen van meer kostbare verfoeken, en vergingen, en, zoo veel doenlyk van het fchry ven daar over aan haar Hoog Mog. * En dat daar beneevens aan defelve zal worden aangefchreeven , dat boven de nu aan haar toegelegde en dus geaugmenteerde Spendatie - gelden , niets meerder aan hun in derfelver respective Reekeningen, ter dier zaake zal worden geleeden, maar dat zy daar teegens in het jaar minder hebbende gefpendeerr, als de fomme, ten dien eynde aan hun toegelegt, beloopc, het furplus zullen kunnen gebruyken in de volgende jaaren, mits dat zy by haare respective deeiaracien aanwyfing doen van die voorige declaratien, waar opö eeni~ restant of furplus te goede is gebleeven. En zal Extract van deefe haar Hoo^ Mo". Reiolutie gefonden worden, zoo aan de Generaliteits Reekenkamer, als aan de Ontfangers van het verhoogde Last en Veylgeld, en van de Turkfche Pasporten , om te ftrekken tot derfelver respective informatie en narigtinge. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Gelderland hebben verklaart hier op ongelast te zyn. Na.  Behelfende Ambasfadetirs, Ministers, en Confuls &C. 145 doen doorfoeken en hem buiten acces te houden , even als of aan zyn Furdelyke Doorlugtigheid het Caracter, waar meede hy door haar 13 bekleed geworden, ten eenemaal on.beke. A was geweest, het welke zy niet anders kunneu aanfien, dan als een violatie van 5t regt der volkeren, en als een kleinagting ' voor defen Staat. Dat haar Hoog Mog. niet kunnen ontveinfen, dat zy deefe behandeling niet gewagt zouden hebben van een Furst,. met wiens DoorJugtigst Huis deefe Republicq in meenigvuldige opfigten zoo veel betrekking heefc, en altoos zoo naauw verbonden is geweest. Dat zyne Furllelyke Doorlugtigheid by zyne Misfive en by gevoegde beknopte informatie, te vergeefs weegens deefe behandeling , waar van het Ichynt dat zyne Furllelyke Doorluchtigheid de enormiteit zelfs gevoeld heeft, zig heeft tiagten te verfchoonen, met te be weeren, dat gemelde heer Graaf niet direclelyk aan zyne Furllelyke Doorluchtigheid geaccrediteerd is geweest, om dat zyne Furllelyke Doorluchtigheid de hoogfal: Heer Landgraaf Wilhem zig al lang van den Opperrhynïchen Creyts gelbpareerc zoude hebben, en zyne Furdelyke Doorluchtigheid daar aan nog met weeder gereaccedeert zoude zyn. Dat zonder zig te bemoeyen met een questie, die niet van haar Hoog Mog. resfort is, of en hoe verre een Furst van het Ryck zig van een Kreyts kan affonderen, liet buiten alle conteftatie is, dat zyne Furllelyke Doorluchtigheid een Lid van 'c Ryk is, en indien een Lid van't Ryk, dat zyne Furllelyke Doorluchtigheid, of onder den Opperrynfchen of ten minden onder een van de Kreyifchen géhoord, aan welke gemelde Heer Graaf door haar geaccrediteeit is, en by welke defelve als Minister Plenipotentiaris geadmitteert en erkend is, gelyk zyne Furdelyke Doorluchtigheid ook geen zwarigheid heeft gemaakt, hen) voor defen op dien voet aan zyn Hof toetelateu, met hem over desfelfs eigen belangen te fpreeken, en alle eer en diftinótie aan zyn Caraóler aan te doen. Dat het haar Hoog Mog. ten uitterde vreemd voorkomt, dat zyne Furdelyke Doorluchtigheid dit alles vergeetende, zig alleen blyft ophouden met een verhaal van civile proceduren tegens gemelden heer Graaf ondernomen, en zelfs van haar een reciproque fatisfactie durft vorderen, zonder dat zy kun¬ nen befeffen, uit wat hoofde die gepretendeert wierd. Dat indien zyne Furllelyke Doorluchtigheid gemelden heer Graaf van Wartensleben" niet confidereert als een publicq Minister, zy wel wenscheen te weeten, zeederd wanneer een Souverain refponfabel is geworden weegens het gedrag van zyn Onderdanen in vreemde Landen, wanneer defelve als private Perfoonen in haar eigen naam handelen; En zoo gemelde Graaf voor een publicq Minister moet worden gehouden, wanneer hy aan zyne Furllelyke Doorluchtigheid de gepretendeerde offenfie heeft gegeven, zyne Furllelyke Doorluchtigheid zyn beklag daar over aan haar zoude hebben behooren te doen, in plaats van zig zelve op zoo een violente wyfe regt te doen. Dat haar Hoog Mog. aan zyne Furllelyke Doorluchtigheid duidelyk moeten verklaaren, dat zy zig met diergelyke reciprocatien niet zullen laten ophouden. Dat alle Mogendheeden en alle Natiën hier \ in met haar een gemeen belang hebben, en / dat ai wilden alle Mogendheeden dit geval met I onverfchilligheid aanfien, zy deefe zaak niet j zullen laaten varen, en nooit toelaten, dat de posteriteit een voorbeeld by haar zal vinden, waar in zy verwaarloosd zouden hebben een regt, dat haar met alle Natiën gemeen is. Dat haar Hoog Mog. zig derhalven verpligt vinden haare vorige inflantien nogmaals te herhaalen, en zyne Furdelyke Doorluchtigheid te fommeren, om haar weegens het ongelyk aan 'c Caraóler van haren Minister aangedaan, een prompte en eclatante fatisfaólie te geeven: Zullende het haar aangenaam zyn, als zy defelve alleen aan de billykheid en regtvaardigheid van zyne Furdelyke Doorluchtigheid zyn verfchuldigt, zonder genoedfaakt te zyn haar toevlugt te neemen tot middelen, die aan zyne Furdelyke Doorluchtigheid onaangenaam zouden weefen, en die zy niet als met weerfm in het werk zouden dellen. Dat wanneer zyne Furdelyke Doorluchtigheid aan dit haar verlangen zal hebben voldaan, haar Hoog Mog. zig niet zullen onttrekken om aan te hooren de klagten, die zyne Fur» ftelyke Doorluchtigheid teegen gemelden haren Minister heeft intebrengen, en daar op als dan zodanig disponeeren, als de natuur van de zaak, en de reeden en billykheid van haar zullen vorderen. 6. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot aug- mentatie der Traclementen en Spendatie - Penningen van de Confuls en Vice - Confuls op de Kust van Barbar yen. Den 17 January 1764.. By refumtie gedelibereerd zynde op de continueerende klagten van de Confuls en Vice Confuls op de Kust van Barbaryen, van dat zy met de aan hun toegelegde TraóteJX. Deel. menten en Spendatie penningen niet kunnen bedaan, breeder in verfcheide Misfiven van gemelde Conful en Vice Conful begreepen; Is goedgevonden en verdaan, dat om voor zoo T veel  148 Placaaten. 1. Boek. 12. Titul. daan, haar ook zullen be weegen om aan te hooren de klagten, die door zyne Furstelyke Doorluchtigheid aan haar gedaan zullen worden weegens het gedrag van gemelden haaren Minider, om na bevind van zaken daarop te disponecren: maar dat zy nogmaals moeten hcrhaalcn, dat zy in hec onderfoek van die zaak niet zullen trecden, als na dat zyne Furstelyke Doorluchtigheid voldaan zal hebben aan 't geen zy van denfelven ten aanfien j van de Violatic van 't Caracter van haaren Mi11 ilter gerechtigt zyn te vorderen. Dat dit point ten haaren genoegen afgedaan zynde, het aan haar Hoog Mog. aangenaam zal zyn, en zy het zelfs een pligt zullen reekenen , zyne Furstelyke Doorluchtigheid zoo in die zin als in alle andere gcleegenhceden te overtuygen, dat verre van te vergeeten de goede harmonie en vriendfehap, dicaltyd zoo gelukkig tusfchen deefen Staat en zyne Furstelyke Doorluchtigheids voorouderen heeft gcfublideert, zy niets liever zullen doen, als defelve te onderhouden, de banden daar van naauwer toecctrckkcn, en die duurfaam te maaken , zoo lang deefe Staat en die van zyne Furstelyke Doorluchtigheid beltaan zullen. 8. Refoiutie van dc Staten Generaal, houdende nadere reprefentatien aan den lieer Landgraaf van Hufen -Casfél$ nopens liet arrest van den Graafye van ITaricnsleben. Den 25 jfunj 1764. Is gchoort het Rapport van de Heeren van Haerfolte tot Yrst en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken buiten 's Lands, hebbende ingevolge cn tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 21 deefer loopende Maand geëxamineert een Misfive van zyne Furftelyke Doorluchtigheid den Heere Landgravevan Hesfen, gefchreven te YYabern den 4 daar tc vooren, houdende antwoord op haar Hoog Mog. Misfive van den z der voorleede maand, raakende de zaak van den Heer Grave van Wartensleben , refercerende gemelde zyne Furftelyke Doorluchtigheid zig tot de geregtelyke confideratie of Deductie van desleis Regeering copyelyk daar neevens gevoegd, dog telfens verklaarcnde, tot betuyging van zyne opregte dienstwilligheid en vriendfehap, die aan haar Hoog Mog. ten allen tyden was toedragende, dat nooit het vermoeden en nog minder een voorneemen gehad heeft, om den Staat, voor welke de uytterfte agting had, in het geringde te bclcedigen, of toe te daan, dat zulks door desfelfs Regeering zoude gefchieden, zelfs bereid zynde tot betooninge van desfelfs agtingc door een daar toe behooriyk geauetorifeert Minister van een convenabelen rang deele verklaring tc doen herhalen , venvagtende dienaangaande haar Hoo<* Mog. welbehagen en Refoiutie, cn te gelyk hoopende, dat haar Hoog Mog. na i.reergcmelde zyne Furllelyke Doorluchtigheid de verfogte iatisfacfie zouden doen erlangen tegens den Heere Grave van Wartensleben en den Secretaris Peftel, en voldoen aan desfelfs voorheen gedane verfoek aangaande de nalatenfchap van Goertz, voorts zig nog by een P.- S. befwaarende over een pasfagie in de Keulfche Courant tot dit werk betrekkelyk, alles breeder in de voorfchreeve Misfive vermeld; Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde zyne Furdelyke Doorluchtigheid zal worden gerescribeert, dat haar J loog Mog. met genoegen uit desfelfs Mis/iee hebben gcfien de betuigingen van agting en vriendfehap voor haare Republicq, door zyne Furllelyke Doorluchtigheid aan haar gedaan, dat die gevoelens by haar altoos in hooge waarde zullen worden gehouden, en zy geenfmts twyifelen aan de opregthcid van de vcrièekcr/ngen, die zyne Furdelyke Doorluchtigheid haar daar van geeft, maar dat haar Hoog Mog. te goede gedagren hebben van desfelfs doorligt en billykheid, om niet overtuigt te zyn, dat zyne Furllelyke Doorluchtigheid zelve zal voelen, dat die verfeekcringen, hoe fterk en opregt die zouden mogen weefen, niet genoegfaam zvn in de teeg. n woord ige omdandighceden. Dat de Violatie van het Caracter van haren Minister onwecdcrfpreekelyk is, het ongelyk aan haar daar door aangedaan, openbaar, en de reparatie van gelykè moet zyn: Dat haar I loog Mog. dcrhalven niet kunnen afgaan of ietwes verminderen van den Eysch, die zy by hare Misfive van den 1 Mey laatstleeden hebben gedaan, en verwagten, dat zyn Furftelyke Doorluchtigheid daar aan zal voldoen, door de belending van een Minister van een convcnabelen rang en behooriyk geaüthorifeert, tot het doen van de declaratie, die zy gevraagt hebben, by hare Misfive van den 1 deefer maand. Dat haar Hcog Mog. zig niet verwagt hadden op een nieuwe Deductie van de Regcerinf van Casfel, die zyne Furftelyke Doorluchtigheid heeft goedgevonden by desfelfs voorgemelde Misfive te voegen: dat haar Hoog Mog. met niemand te doen hebben, als met zyne Furdelyke Doorluchtigheid aan wien zy haar beklaagt hebben over de geweldige proceduuren tegen haren Minister gehouden; dat zy nooit gedagt hadden en nog niet denken, met desfelfs Reegering in discusfie te komen; dat wanneer zy by haare voorige Misfive op een vrun-  Behelfende Ambasfadeurs, Minifters en Confuls, &c. 7. Nadere Refoiutie van de Staaten Generaal\ raakende het arrefteeren van den Graaf van Wartensleben door de Regeering van Hesfen-Cas» fel. Den 19 January 1764. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Lynden tot Hemmen en andere haar Hoog jyjog. Gedeputeerden tot de buytenlandfche zaken, hebbende, ingevolgen en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 10 defer loopende Maand, geëxamineert een Misfive van zyne Furstelyke Doorluchtigheid, Frederik Landgraaf van Hesfen , gefchreeven te Casfel den 2 daar te vooren, houdende provifioneel antwoord op haar Hoog. Mog. Misfive van den 20 December laatstleeden, aan hem den 25 daar aanvolgende ter hand gekoomen, rakende de gedaane arresteering van den Heere Gr «af van Wartensleben , verfeekerende gemelde zyn Furstelyke Doorluchtigheid geen het minfte voorneemen gehad te hebben, haar Hoog Mog. door dat voorval, welk tegens zyne intentie voorgekomen was, te beleed/gen, nogte derfelver rechten van Souverainiteit en Gefandfchap te verkorten, maar daar en teegen verwagtende, dat wanneer het geheele geval in desfelfs verband aan haar Hoog Mog. voorgekoomen zoude zyn, defelve van haar voor opgevatte contrarie meeninge niet alleen te rug zouden koomen, en in het toekoomende afftaaan van alle verwyten, maar ook in plaatfe der begeerde Satisfaótie hem een diergelyke zouden verfchaffen van den gemelden Gniaf, als door Wiens kwaad gedrag alle deefe differenten geoccafioneert waaren geworden, en voorts zig refereerende aan een breedvoerige en gedocumenteerde fpecies fkéhi, welke hy rans beezig was te doen vervaardigen, en daar by te voegen de reedenen of gronden, die tot het gedane arrest recht gegeven zouden hebben. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelde zyne Furftelyke Doorluchtigheid zal worden gerescribeert, dat haar Hoog Mog. met genoegen uit het provifioneele antwoord hebben gezien de betuygingen van zyne Furstelyke Doorluchtigheids agting voor deefe Kepublicq, en de verfeekeringen die dezelve daar by geeft, dat in al het geen voorgevallen is, met betrekking tot het arrest van den Heer Graaf van Wartensleben, dezelve geen het minfte voorneemen heeft, om haar Hoog Mog. te beleedigen, of te kort te doen aan het Caracter, waar meede gemelde Heer Graaf door haar bekleed is geweest. Dat die verfeekeringen haar Hoog Mog. mmurlyk hebben doen denken, dat zyne ï\vrftelyke Doorluchtigheid de oogen hebbende geopent, over de onordentelykheid van het gedrag van desfelfs Regeering, geneegen en bereid zoude zyn geweest hec zelve te difavoueeren, en aan haar de Satisfactie te gee¬ ven , die zy niet dan al te zeer gerechtigt zyn geweest te vorderen. Dat haar Hoog Mog. egter niets mindef als het zelve vinden, in het vervolg van het antwoord van zyne Furstelyke Doorluchtige heid, en aan denfelven niet kunnen ontveinfen, dat zy verwondert zyn, zyne Furstelyke Doorluchtigheid te zien perfifteeren by desfelfs gedagten, van het gedrag van zyne Re* geering te willen goedmaken, en twee questien die zy in haar antwoord duydelyk onderfcheiden hebben, en waar van het onderfcheid zoo onweederfpreekelyk is, dat de gantfche weereld daar van geconvinceerd is, onder malkanderen te mengen. Dat zyne Furstelyke Doorluchtigheid aan haar Hoog Mog. wel te kennen geefc, dat alchans beefig is, een breedvoerige en gedocu» merteerde Species facli te doen vervaardigen, waar door zy van het geheel geval in zyn verband onderrigt zynde, een andere meening zullen opvatten, maar dat als zy van die Species faóti zullen oordeelen uit het geene zyne Furstelyke Doorluchtigheid by zyn Jaatlte antwoord daar van zegd, zy zeer klaar zien, dac defelve fteunen zal op defelve gronden , als de beknopte informatie, die zy reeds hebben ontfangen, nergens in daar van verfchillende, als door een meerder uytgebreidheid, en dat zy gevolgelyk geen meerder reeden zullen hebben daar van voldaan te zyn. "Dat zonder derhalven te wagten na het toefenden van die Species fa&i, haar Hoog Mog* niet kunnen nakaten aan zyne Furstelyke Doorluchtigheid te verklaren, dat zoo dezelve niet verder gaat, als de quceflie van het Civile recht, te weeten over het Testament van de Vrouwe van Goertz, en het gedrag van den Heer Graaf van Wartensleben in zyn qua-* liteit van Executeur van hec gemelde Testament , zy defelve niet voor voldoende zullen kunnen aanfien- Dat de quaeflie die haar Hoog Mog. aangaat, en waar in zy direclelyk belang hebben, te weeten de Violatie van het Caracter van haaren Minifter, altoos inzyn geheel zal bly vem Dat zy zig altoos gerechtigt zullen houden de Satisfactie, die haar verfchuldigt is, te eysfchen. Dat de bewustheid van het geen zy aan zig zeiven, en zoo zy vertrouwen te mogen zeg-^ gen, aan gantfch Europa zyn verfchuldigt, niet kan toelaaten, dat zy hier omtrent on* verfchillig zouden weefen. Dat ondertusfchen het zelve respect voöf het recht der Volkeren, defelve yver voor de billykheid en rechtvaardigheid, en defelve agting voor de digniteit van deefen Staat, die haar fatisfaótie doen eysfchen, van het affront 1 aan het Caraóler van haaren Minifter aangeT a daan.  15° Placaaten. r. Boek. 12. Titul. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by getermtncert word het verfchil met den Heer Landgraaf van Hesfen-Casfel, betrekkelyk het Arrest van den Graave van Wartensleben. Den 1 Augustus 1764. 3 6 De Heeren van Bronkhorst cn andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de Buitenlandfche zaken, ingevolge cn tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van gisteren in conferentie geweest zynde met den Heere van Mofer, Minifter Plenipotentiaris van zyne Furstelyke Doorluchtigheid den Heere Landgrave van llcsfcn Casfel, hebben ter Vergaderinge gerapportccn, dat gemelde Heer van Mofer in de voorfchreeve Conferentie aan haar voorgedragen hadde, dat hoogstgedagte zyne Furstelyke Doorluchtigheid niets Opregtelykei wenfehende, dan na het voorbeeld zyner Doorluchtige Voorvaderen den gelukkigen band van harmonie en vertrouwen tusfchen beide Staten te confervcren , en 'fteeds meer en meer toetchalen, door het geven van alle mogclyke bewyfen zyner hoogagting en dienstwilligheid voor den Skaat,hem ten dien eynde expresfelyk herwaarts hadde afgefonden, om haar Hoog Mog. daar rj een uytdrukkelyke en byfondcre verfeekcr, j te geeven. Dac hoogstgedagte zyne Furstelyke Doorluchtigheid met Jeedwefen vernomen hebbende, bet ongenoegen, door haar Hoog .Vog. opgevat over het gedrag van desfelfs Regcering, uit een hoogagting aan haar hoog Mog. ten allen tyden toegeweyd, hem gelast hadde mondeling te doen en in gefchrifee over te geven dc declaratie hier navolgende geinfereert. Translaat Declaratie. „ ZyneHcogvorstelyke Doorluchtigheid, dc Regcerende Heer Landgraaf van Hesfen Casfel, heeft, overeenkomstig met de agtinge en vriendfehap aan hun Hoog Mog. de Heeren Staten Generaal ten allen tyden toegeweyd, met aandoeninge vernomen het misnoegen, welke hun Hoog Mog, teegen vermoeden op te vatten zig gerechtigd gehouden hebben, over het gedrag door de Regeeringe te Casfel tegen den Grave van Wartensleben om bekende oorfaaken ter hand geno- j men. I Gelyk zyne Hcogvorstelyke Doorluchtig¬ heid ten allen tyden verre af is op eenigerley wyfe aan een zyner Justitie Collegien eenige toegevenheid te gebruyken in 't geene waar door de Regten cn Waardigheeden van eenen nabuurigen Vriendfchappelyken Staat zouden konnen verkort worden, zoo heeft hoogstdefeive uyt de hier vorengemelde byfonderc confideratie van vriendfehap, my expresfelyk herwaarts ftfgcfonden, om daar door teffens en by herhaalinge cebetuygen, dac hoogstdelëlve, in al wat gefchied is, nooit gedagt veel minder het opfèt gehad heefc, de Republicq te beleedigen , of aan derfelver Gefandfchap en andere Regten en Waardigheden,het geringde indeel te laten toevoegen. En heefc gemelde Heer Mofer daar by ge* voege , dac hoogstgedagte zyne Furstelyke Doorluchtigheid hoopte en vertrouwde, dat gat Hoog Mog. defe declaratie overeenkomk:g zouden vinden met het opregt verlangen, Waar mede zyne Doorluchtigheid de lieer L Qdgraaf de dierbaare vriendfehap en genegenheid van den Staat voor nu en in het toekomende met ernst was verfockende. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevondenen verdaan, dat met de voorfz. Declaratie genoegen zal worden genomen, en dat daar van kennis zal werden gegeeven aan gemelden Heere van Mofer, met betuyginge dat het haar Hoog Mog. zeer aangenaam is, dat de differentcn cusfehen haar en zyne Furstelyke Doorluchtigheid gerecfen, door het doen van de voorfz. Declaratie zyn vereffend en uyt den weg geruymd, en de goede harmonie, intelligentie en vrundfehap tusfchen defen Staat en het Doorluchtte huys van Hesfen van allen tyden gefubfideert hebbende , daar door is komen te herleeven , kunnende haar Hoog Mog. hem verfeekeren, dat zy verders van haren kant alles wat in haar vermogen is zullen bybrengen, om die voortaan itandvastis en onverbreekelyk te maken. En zal Extract van defe haar Hoog Moe Reloiutie door den Agent van Bvemont aan gemelden Heere van Mofer worden ter hand Re-  Behelfende Ambasfadeiirs, Minifters, en Confuls, &c. 145 vrttndelyke wyfe wel onder het oog van zyne Furftelyke Doorluchtigheid hebben willen brengen de redenen, die zy hadden, omniet voldaan te zyn van de eerfte Deductie van desfelfs Regeering, zulks is gefchied , omdatzy merkten, dat zyne Furftelyke Doorluchtigheid defelve aanzag als ten eenemaal juftiiiceerendehet gedrag, het geen defelve gehouden had teegen den Graaf van Wartensleben. Dat het dus waaren de gevoelens van zyne Furftelyke Doorluchtigheid die zy te keer gingen, en dat het was om zyne Furftelyke Doorluchtigheid te overtuigen van de billykheid en gematigdheid van hare eisfchen, die zy aan defelve deden, en om te doen zien de zwakheid van de argumenten, die hem hadden ingenomen: Dat de gronden by hare Misfive gelegt klaar en zeker zyn, de gevolgen daar uit vloeyende het niet minder zyn, en zyne Furftelyke Doorluchtigheid zig daar van overtuigt getoond heeft. Dat haar Hoog Mog. niet verwondert zyn, dat zyne Furftelyke Doorluchtigheid's Regeering die nogmaals tragt te ehideeren, nadien desfelfs belang meedebrengt de onbetamelykheid van desfelfs gedrag en de verkeerde pas, waar in defelve zyne Furftelyke Doorluchtigheid heeft ingewikkelt, te verfchoonen, en zig zelve zoo veel mogelyk vry te pleyten: maar dat deefe Deductie voor zyne Furftelyke Doorluchtigheid en niet voor haar Hoog Mog. gefchikt zynde, zy haar niet zullen inlaten in de weederlegging van de zwakke teegen werpingen en beantwoordingen daar in vervat. Dat zyne Furftelyke Doorluchtigheid op het plegtigfte verklaard wel te mogen lyden, dat desfelfs Ministers in gelyke gevallen gehandelt worden even als de Graaf van Wartensleben gedaan is: Dat haar Hoog Mog. daar omtrent geen bepaling voor zyne Furftelyke Doorlugtigheid zullen maken, - maar dat zy zeekerlyk zodanige (tellingen nooit voor de hare zullen aanneemen, en dat ongetwyffelt alle andere Mogentheden op defelve wyfe , als zy, daar omtrent zullen denken; dat gelyk haar Hoog Mog. altoos bereid zullen zyn het onfchendbaar Caracter van publicque Ministers te doen refpe&eeren, en het genot van haare onbetwistbare rechten aan haar alhier te verieekeren, zy ook zoo de haare by haare posiesfie zullen maintineeren, en nooit denken te veel te eislchen als zy begeeren, dat defelve daar in ongeftoord worden gelaten. Dat belangende het gedrag van den Graaf van Wartensleben, haar Hoog Mog. haare gedagten daar op meer als eens duidelyk heb¬ ben gefegd: Dat indien hy zig vergreeperl heeft als Minister, zulks een zaak is dj© haar aangaat, en dat zy genoeg wetenwat zy aan zig zelve zyn verfchuldigt, om dienaangaande te handelen na de geleegenheid van het geval: Dat indien zyne Furftelyke Door* luchtigheid klagten teegen hem heeft intebrengen, haar Hoog Mog niet weigeren die aantehooren, zoo haast als zy verkregen zullen hebben de fatisfiictie, die aan haar is verfchuldigt , en na gehoord te hebben de middelen van defenfie van den Graaf van Wartensleben, zy niet zullen nalaten daarop te disponeeren, zoo als de egards aan Souverainen verfchuldigd, de regulenvan billykheid, en de digniteit van haar eigen Staat van haar vorderen. Dat ten aanfien van de executie van het Testamenten van de Fondatie van de Vrouwe van Goertz, haar Hoog Mog. zig ook klaar en omftandig hebben uitgedrukt; dat zy niet begeeren aan haar te trekken de kennis en judicature van een questie die civil is, en die beüist moet werden, volgens de wetten, coftumen en conftitutien van het Ryk, en door den competenten Regter. Dat het Articul van de Keulfche Courant waar over zyne Doorluchtigheid, by een post Jcriptum zig onvergenoegd toont, haaf Hoog Mog. ook mishaagt heeft, om dat het zelve niet exaételyk de zin of woorden van haare Misfive heefc aangehaalt: Dat zy niet weten, of het van den Courantier zelve is, of door een ander aan hem opgegeeven, maat dat zy geilen hebben, dat het in andere Nieuws - Papieren reeds is tegengefproken t Dat voor het overige zulks een onderfoek is, daar in haar Hoog Mog. ten minften teegenwoordig zig niet zullen inlaten: Dat al het geen hen aflydt van de yoprnaame questie tusfchen zyne Farflelyke Doorluchtigheid en haar, haar niet raakt, nog raaken zal, zoo lang zy van zyne Furftelyke Doorluchtigheid niet opentlyk ontfangen hebben de declaratien, die zy hier boven verfogt hebben, die zy als nog blyven verfoeken, en die volgens het fchryven van zyne Furftelyke Doorluchtigheid verwagten: Dat haar Hoog Mog. te meerder verblyd zullen zyn, een einde van deeze zaak te zien, dewyl zy niets opregtef verlangen, als met zyne Furftelyke Doorluchtigheid te onderhouden en aantekweeken de eenigheid en harmonie, die zoo lang tusfchen beider Staten gelukkig gefubfilteerd heefc, en in het byfonder aan zyne Furftelyke Doorluchtigheid blyken van haare waars en ftandvasdge vriendfehap te geeven. T 3 Re-  152 Placaaten. i. Bock. 12. Titul. 11. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende qualijicatie op haar //oog Mog. Conful te Cadix, tot het pasfi-ren van Zee-Protesten, Certi/icatien, en andere Adcns. Den 17 Maart 1766. "Dy refiimptfe gedelibereert zynde, op dc _D Reques:e do >r Jan Willem Nagel, haar 1 loog Mogende Conful cc Cadix, Puerto dc Santa Maria, Puerto Real cn Xcres den 29 Jai uary deefes jaars aan haar Hoog Mogende geprrefentcert, waar by tc kennen heefc gegeven, dat hy Suppliant geinformcert Wjts, dat de Schippers van andere Natiën alle haare Zeeprotesten, Certificaten en andere Actens pasfeerden voor dc Confuls van dc refpeélive andere Naden, het welk /.eer rjQttig cn nodig was voor de Commercie, aan de eene kar.c, om dac dc Schippers en Zcevaarende perfoonen, onkundig in de Spaanfche Taal, verpligt waaren alles te pasfeeren door een Tolk, waar uit veelryds quam te volgen , dat de Aétens niet conform waaren aan het opgeeven van de Arte/tanten, en dikwerf contrarie aan haar intentie, en aan de andere kant, dat alle Actens in het Spaanfch gepasfeert, en naar deeze Landen gefonden wordende, getranslatcerc moesten worden : Dat zulks groote kosten aan de Commercie veroorzaakte, en dat voor zoo verre dezelve in Spanje zouden moeten dienen en werden gebruykt, dezelve in de Spaaniche Taal door den Suppliant konden gefield worden, ter voorkooming van welke inconvenientcn de Suppliant ten nutte van de Commercie de vryheid nam , haar Hoog Mogende in confidcratie te geeven, of om die inconvenientcn voor te koomen, hec niet dienlfig zoude zyn, dat haar Hoog Mogende geliefden goed ce vinden, dat dc Zeeprotesten , Certiticatien cn andere vereilcht wordende Aétens , onder her voorgemelde Confulaat, door de Schippers, Rootsge- I zeilen , en Vaarcnslieden onder de Vlag van haar Hoog Mogende vaarende, door den Suppliant en ten 7.ynen overftaan gepasfeert, hier te Lande van dezelve kragt en waarde zullen werden gehouden, en aan dezetoe even zeer geloof geattribueerc, als aan alle andere die voor den Geregte of Notaris en getuigen zyn gepasfeerr, te meer dewyl de Kooplieden, Scheep-Reeders, Asfuradeurs, Cargadoors en Schippers deefer Landen bedugt waaren , dat de Actens, voor den Suppliant en ten zynen overftaan gepasfeert , eenige be¬ denkingen of zwaarigheid hier te Lande zouden kunnen ontmoeten, om reedenen, dat dc Suppliant ten dien eynde door haar 1 loog Mogende niet fpeciaal geauétorifeert en gecommitteert was, waar van als meede van de nuttigheid van dit verfoek, haar Hoog Mogende uit de Requeste en Declaratoiren van cc gedistingueerfte Kooplieden , Scheeps-Reeders, Asfuradeurs, Cargadoors,en voornaamlte Schippers deefer Landen , neevens de voorfchreeve Requeste gevoegd, nader zouden werden gecercioreerd , verföekende hy Suppliant derhalven, dat haar Hoog Mogende hem fpecialyk gelieven tc commicceeren en auctorifecren, dac dc Zeeprotesten,' Cercilicacien en andere vercyfehc wordende Actens, door de Schippers, liootsgefellen en Vaarcnslieden, onder dc Vhg van haar Hoog Mogende vaarende, door den Suppliant en ten zynen overftaan gepasfeert, van defelve kragt en waarde zullen worden gehouden , en aan defelve even zeer geloof geattribueerd, als of dezelve voor den Gerechte of Notaris en getuigen gepasfeert waaren, en dat haar Hoog Mogende daar van aan hem Suppliant gelieven te verleenen Acfe of Commisfie in torma; op den inhoud van welke Requeste de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland cn V estvricsbnd hadden aangenomen zig nader te zullen verklaaren. Is goedgevonden en verftaan, dat het verfoek door den Suppliant by de voorfz. Requeste gedaan, aan hem zal worden geaccordeert, en hy dienvolgende gequaüriceert, zoo als gcqualificeert word mitsdecfen,om wanneer zulks van de Commercie zal worden gerequireert, de verfogte Actens te mogen pasfeeren, welkeAetens injudicio van gelyke kragt zullen zyn, en het zelfde geloof hebben, als alle Notariaale Actens, en dat voorts de gemelde Conful, van alle zodanige Actens voor hem gepasfeerd, ! een behooriyk Prothocol zal moecen houden, hec geen by fterfgeval ak anderfints zal moeten blyven berusten onder den Succesfeur vaa hem Conful in der tyd, ten eynde daar van des noods gebruyk zoude kunnen werden gemaakt. Re-  Behelfende Atfibas&detas3 Miniftera en Confuls, && 151 10. Refoiutie van de Staaten Generaal, raakende het regt van de Confuls in het Kóningryk van Span • jen, tut het benoemen van Agenten of Vice- Confuls, zonder dat die door den Koning werden geapprobeert. Den 6 Mey 1765. By refuraptie gedelibereert Zynde op een Misfive met verfcheide Bylagen van den Heer Doublet van Groeneveld haar Hoog Mog. Extraordinaris EnvoyéenPlenipotentiaris aan het Hof van Spange, gefchreeven te Madrid den 14 January laatstleeden, en den 4 February daar aanvolgende alhier ter Vergaderinge ingekoomen, raakende zeekere ordre door den Capitein Generaal weegens het Collegie van Commercie te Madrid aan de respeéfive Confuls te Mallaga refideerende, gecommuniceerd , dat voortaan geen Agenten door de Confuls .aangefteld, zouden mogen fungeeren, maar dat defelve zouden moeten aanftellen Vice Confuls, die door den Koning zouden moeten worden geapprobeert inhoudende voorts een Relaas van de onaangenname gevolgen, die uit de daar teegens gedane protesten door den Conful van deefen Staat, en die van de Engelfche Natie zyn gefprooten, als meede de Confideratien van den gemelden Fleer Extraordinaris Envoyé en Plenipotentiaris over de behandeling van dit werk, en den weg by denfelven ingeflagen, om alle confufien voor te koomen, met een bygevoegd verfoek, dat haar Hoog Mog. desfelfs gehoudene condmtes gunstelyk zouden gelieven te approbeeren; En in agting genoomen zynde , dat de feyteiyke onderneeming van den Capitein Generaal, om aan de protefteerende Confuls een Huis-Arrest aantefeggen, op de daar toe gedaane remonilrantie door den gemelden Heere Doublet van Groeneveltaan den Eersten Minifter, door den Koning is gedisapprobeert, en de nodige' ordres tot het ontflag van het arrest zyn afgefonden ; dat daar en boven de gecommuniceerde ordre nopens de aanftelling van Vice Confuls was generaal, en geen meerdere prejudicie aan de Commercieerende Onderdanen van den Staat, als aan die van andere Mogendheeden konde toebrengen, en dat eindelyk door hetamplecteeren van de middelen by gemelde Fleere van Doublet voorgefteit, de onaangenaame gevolgen ,. die uit de gedaane protesten zyn gefprooten, apparentelyk zouden hebben kunnen werden geprevenieert; Is goedgevonden en verftaan,dat deConduites, by den gemelden Heere Doublet van Groeneveld in't werk gehouden, zullen werden geapprobeert , zoo als defelve geapprobeerd worden mits deefe dog dat niettemin denfelven zal worden aangefchreeven, dat gelyk als de refpective Confuls in het Kóningryk van Spange tot dus verre in de posfesfie zyn geweest, van eygener aucloriteit tot haare asfiftentie en ten dienfte van de Commercie, Agenten of Vice Confuls te benoemen, zonder dat daar toe eenige Acte van Admisfie of Approbatie van den Koning is gerequireert geweest, en het 22 Articul van het Traétaat tusfchen zyn Catholicke Majefteit en defen Staat op den 2 6 Juny 1714. I geflooten, uytdrukkelyk meedebrengt, datde ! Confuls, welke haar Hoog Mog. in de Ryken en Staten van hoogstgedagte zyne Catholyke Majefteit zouden aanftellen, tot hulp enbefcherming van haare Onderdanen, aldaar zouden hebben en genieten , defelve Magt en Aucloriteit in het oeffenen van haare bedieI ningen, a/s ook defelve Vryheid en Immuniteiten , die eenig ander Conful daar te vooren in defelve Ryken had gehad, of daar na zoude mogen hebben, hy Heer Éxtraordinaris Envoyé en Plenipotentiaris zeer wel zal doen, van by de eerfte bequaame geleegentheid discretelyk te infinueeren, dac de voorfchreeve ordre, by het Commercie Collegie te Madrid geëmaneert, en aan den Conful van den Staat te Mallaga door den Capitein Generaal gecommuniceert, niet zeer te compasfeeren fchynt met het voorfchreeve 22 Ar\ ticul van het Traëtaat van den jaare 1714, en op die grond te tenteeren, of het gemelde Hof niet zoude te beweegen zyn , om de I voorfchreeve ordre ten aanfien van de Confuls van deefen Staat in te trekken en buiten effect: te fteilen, en aangaande dit poinécalles te laten op den ouden voet. En zal eyndelyk Extraór. van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan den Conful La Mair te Mallaga, om te ftrek. ken tot desfelfs narigt, en denfelven nog in \ het byfonder aangefchreeven, om zig voor 1 het veivolg in alle gevallen, die uytftel kun| nenlyden, te wagten van daden, die gelyke I onaangenaame gevolgen kunnen na zig fleeI pen, als uyt het voorfchreeve gedaane protest zyn voortgekomen, maar daar van ten fpoedigfte kennisfe te geeven aan den Minifter van den Staat aan het Hof van Madrid refideerende, ten eynde door denfelven ter plaatfe daar het behoort, de nodige reprefentatien kunnen werden gedaan, tot confervatie van de waare belangen van deCommercieerendelngefeetenen van den Staat, en voorkoominge van alle indragt en misbruyken, die daar jegens zouden mogen werden ondernomen. Re.  154 Placaaten. !• Bock 12. Titul. 73. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot mor¬ tificatie van het Confulaat in den Kerkeljken Staat. Den 7 Maart 1768. By refumtie gedelibereert zynde op dc Requeste van Mr. Jbhannei Munnifcs , Advoeaat voor de ! lo. en van Juflitie in Holland, woonende tc Amfterdam, verfoekende, dac haar Hoog Mogende hem Suppliant geliefden aanteftellen tot Conful van de Neederlandfche Natie in den Kerkclykcn Staat, en in agting genoomen zynde, dat niet teegenftaande de Commercie cn Savigatie van deefe Republicq in de Mildelandfehe Zee reeds meer danandei halve Eeuw heeft geilorccrt, nogtans voor den jaare 1757. nooyc gedagc is, om een Conful in den Kerkclyken Staat aanteftellen; dat daar en booven de ondervinding in de Perfoon van den nu aldaar overleeden Conful Bom, de ccnigftc die ooitin deefe functie is geweest, heeft geleerd, dac defelve Conful, wac moeyte hy daar toe ook heefc aangewend, nooit heefc kunnen creeden in dc executie van gemelde functie, n >g Vice Conluls in de twee havenen Civita Vecchia en Ancona, de twee ecnigltc van dat Gou/erne nenc, kunnen aanftellen, en dat nteegendecl de Neederlandfche Scheepen geen asfiftentie altoos van den gemelden Conful konnende ontfangen , de zware Confulaac-regten der Italiaaniche Vice Confuls onderhevig zyn gcbleeven; dat egter ; dit Confulaat het eemgtte van al de Cónfuiaa* 1 ten in hec Christenryi was, het welk uic de j Cas van den Levahrichen I lancfel moet wor; den gefalarieert. En dac derhalven geconfidereert de infrac*hieusheid van het zelve, geen j reden altoos fublilteerd , waarom het meergemelde Confulaat weederom vervult, en de J voornoemde Cas daar mede befwaart zoude ; blyven. Is goedgevonden cn verfhall mits deefen vasc ce fteilen, dac hec Confulaat in I den Kerkelyken Staat, zoo lange geene reeI denen tot vervullingo van het zelve voorkomen, onvervuld zal werden gelaaten, cn dac mitsdien in het verfoek by de gemelde Requeste gedaan niec kan worden getreeden. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. I Refoiutie gefonden worden aan Directeuren van den Levantfchen handel en Navigatie in de Middelandfche Zee, om te ftrekken tot derfelver narigringe. 14. Refoiutie van de Staaten Generaal, /wadende ordres aan den Secretaris van wylen den lieer yan Haren , haar Hoog Afog. Gedeputeerden te Brusfel, hoedanig te handelen wet dtu particulieren boedel van gemelden Heer, die infolvent bevonden wierd. Den a8 >/y 17 68. Is gchoort het Rapport van dc Heeren Bntntfaj en andere hair Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Financien, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Cornmis/oriaal van den 20 deefer loopende maand, met cn nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State, geëxamineert een Misfive van den Secretaris Ernsc, gefchreeven te Brusfel den 18 daar te vooren, geaddre>feert aan den Griffier Fagel, daar by aan haar Hoog Mog. kennis geeven dc van den defolacen toeftand, waar in wylen den Heere van Haren, ba-ir Hoog Mog. Gedeputeerde by Zyn Hoogheid Prins Carel van Lottharingen, als Gouverneur Genenal van de Oostenrykfche Neederlanden, desfelfs Vrouwe en Kinderen hadde gelaaten, en van de declamatie die desfelfs Weduwe aan hem in prefentie van den Predikanc en van een Koopman van Amfterd-.m hadde gedaan, van aan de nagelatene Boedel te renuncieeren, ten eynde een Curator, door die geene door wien het gefchieden moest, daar in geftelt mogt worden, op welke verklaaring hy Secretaris eenige mcfures hadde genoomen, om de Meubüen en Effecfen by mnlkanderen te fetten, te fluyten, cn daar na te cachetteeren, tot fecumeit der Crediteuren, vertrouwende dat haar Hoog Mog. zyne ver- I rigtinge zullen gelieven te approbeeren; En ; verfoekende dac haar I loog Mog. hem Secretaris gelieven te vereeren met derfelver ordres, wat dienaangaande verder door hem verrigt j moet worden , en hem teffens gelieven tc gelasten, wac, raakende de Domefticquen van wylen den gemelden Heere van Haren, die zig nog in 'c huys bevinden, cn zyn drie Paarden die in de S:al ftaan, ce doen ftaat, aangezien dezelve ingevalle door hem tot tyd en wylen hy zig dienaangaande met haar I loog Mog. beveelen vereert zoude vinden , onderhouden moesten werden, zeer vccle kosten zouden veroorzaaken : aan haar Hoog Mog., war. de Domefticquen aanging, in bedenken geevende, of het niet zoude kunnen worden gefchikt, dat dezelve weegens haar te goed hebbende Loon betaalt wierden uyt j de maand Traetement, welke volgens het47 Articul van het Reglement na den fterfdag van een Minifter buyten 's Lands overleeden, door den Staat nog betaald word, her hem voor-  Behelfende Ambasfadeurs, Minifters en ConRtis, &C. IS3 12. Refoiutie van de Staaten Generaal', zo aar hy verklaard word, wat door een Minifter voor Rouwen , die op elkander volgen, in rekening gebragt mag worden. Den 18 Maart 1767. Is gehóort het Rapport van de Heeren de Bruyn, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Fmancie, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 17 October Laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uic den Raad van State, en de Generaliteits Reekenkaamer, geëxamineert hebbende een Misfive van den Heere Lestevenon van Berkenrode, haai Hoog Mog. ambasfadeur aan 'c Hof van Vrankryk , gefchreeven te Parys den 12 derfelver maand , geaddresfeerd aan den Griffier Fagel, houdende, dat haar Hoog Mog. by Refoiutie van den 12 Maart desfelven jaars, de goedheid gehad hadden, hem te permitteeren, om voor den Rouw van den Koning 'Stauiüms van Poolen, Vader van de Koninghme, ce mogen dêciareeren. Dat ingevolge van dien in declaratie had gebragt een halve groote Rouw, volgens het 17 Articul van het Reglement, om dat voor den Rouw over myn Heer den Dauphin tien weeken van te vooren aangenoomen, reeds gedeclareerd had. Dat hy Heer Ambasfadeur niet gedagt had, daar op 'bedenken zoude zyn gevallen, om dat de Rouw over den Koning Staniflaus als een nieuwe Rouw moest worden aangezien, te meer daar die over myn Heer den Daupbyn reeds met Knoopen aan de Rok verligt was, en weederom Kleederen zonder Knoopen, en alles wat tot de diep/te Rouw behoorende was, gedragen had moeten werden, dog, dac tot zyn verwondering die post op zyn Laatfle halfjaarige declaratie, door de Reekenkaamer was geroyeert geworden, met deefe volgende apoftille word geroyeert „ om dat niet en „ competeert volgens het Reglement Art. 17, „ als zynde de zes maanden van den voori- gen Rcuw niet verureeken, en tenens tee„ gens haar Hoog Mog. Refoiutie van den „ 24 December 1748." Dat hy vermeende, dat de Refoiutie tot zynen nadeele niet konde getrokken worden, zynde zoo als hy geinforrneert was, het volgende daar by vastgeftelt. „ Dat blyvende het 33 Articul van het „ Reglement in zyn geheel, de Minifters van „ haar Hoog Mog. buy ten 's Lands een Rouw „ hebbende aangenoomen, niet zullen mogen „ declareeren voor een tweede Rouw, als „ na de expiratie van den tyd by de eerfte „ Rouw bepaald, ten zy defelve eerfte Rouw „ door een ander fterfgeval'word' verfwaar d." Dat het laatfte was het geval waarin hyzig bevonden had, zo als hier voren is gemeld. Dac geen twee groote Rouwen in Reekening had gebragt, hoewel het twee groote differente Rouwen waaren, maar als of het maar eene groote Rouw was geweest, die een geheel jaar geduurd zoude hebben. Dat het wel waar was, dat de Rouw in het geheel geen twaalf maar omtrend neegen maanden geduurd had, en zoo de laatfte Rouw op het eynde van de eerfte had koomen te vallen, de beyde Rouwen geen twaalf maanden zouden geduurd hebben , dog dat buyten en behalven het ftipuleereu van den tyd van een grooten Rouw ten eenenmaalen afhing van het Hof die den Rouw aannam, hy Heere Ambasladeur (zig daar na confirmeerende volgens haar Hoog Mog. welbehagen) egter een tweede Rouw weederom had moeten aanvaarden, na dat de eerfte reeds verligt was, zullende hier omtrent de decifie van haar Hoog Mog. afwagten. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde , dat het verligten der Kieederen van den Heer Ambasfadeur niets ter zaake doet, vermits de Rouw daar door niet werd goedgedaani maar volgens 't 17 Articul van 't Reglement voor de Koetfen en Paarden. Dat daar uit volgt, dat als de ve.rfvaarir.ge gemeld in de Refoiutie van 24 Dece.rher 1 748, plaats zoude hebben, de Kouw van de Ifoetfèn en Paarden eerst verligt, en naderhand wederom verf waard hadde moeten worden. Dog dat hoe deefe Refoiutie begreepen mogt worden, 't klaar is volgens het 17 Art. van 't Reglement, dat de ƒ 750-:-: niet competeert als na de expiratie van de eerfte zes maanden. Is goedgevonden en verftaan, mits defen te verklaaren, dat de voorfchreeve post wel geroyeert is op den voet zoo als die gebragt is. Maar dat hoewel de Rouwen niet compleetelyk een jaar geduurt hebben, egter aan gemelden Heere Ambasfadeur zal werden gerescribeert, dat haar Hoog Mog. nogthans aan hem permitteeren, om voor de continuatie van de Rouwen, na de zes maanden, volgens het bovengemelde 17 Articul in declaratie te brengen de fomme van 750 guldens. En zal Extraét van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan den Raad van State, en de Generaliteits Reekenkamer, om te ftrekken tot derfelver narigtinge. IX. Deel. V Re.  i$6 Placaaten. I. Bock 12. Titul. 16. Refoiutie van de Staaten Generaal, betrek¬ kelyk de gedecerneerdc Curateele in, en de beredding van den infolvent en Hoe del van wylen den lieer van Haren , haar Hoog. Mog. Gedeputeerden te Brusfel. Den 20 "July 1769. Is gehoort het rapport van de T Teeren Brancfen en andere haar Hoog Mogende Gedepuceerden tot dc zaaken van de Placaaten en Reglementen, ingevolge cn tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 30 Mey laatstleeden , met en necvens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert hebbende de Refoiutie van de I Ieeren Staaten van de Provincie van Vriesland, genoomen op hec Rapport den 6 April laatstleeden ter Vergaderinge uitgebragt, over dc Curateele in den geabandonneerden Boedel van wylen den Heer Willem van I laren , den 30 Mey laatstleeden alhier ter Vergadering ingebragc. En daar neevens nader geëxamineert hebbende dc Requeste van Wopka Wopkcs, in qualiteit als geauthorifcerde Curator by den Hove van Vriesland aangeftelc, over den voornoemden geabandonneerden Boedel, aan haar I loog Mogende geprefenteerd, breeder inde Notulen van den 6 April laatstleeden vermeld. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden cn ver/ban, dat in het gedaane verfoek van den Suppliant in zyne qualiteit niet kan worden getreeden, en word het zelve mitsdien geweczen van de hand, wordende voorts de Curator by den Gerechte van St. Oedenrode aangclleld, by deefe gelast, om in zoo verre in zyn gemelde qualiteit als nog voort te gaan, als fpecteert het doen van Reekening en Verantwoordinge van zyne gehoudene Adminiftracie, welke hy gehouden blyfc, ten lpoedigfte aan het gemelde Gerecht van St. Oedenrode te doen, en omme voorts onder het zelve Gerecht te furnceren het fuyver provenu van dc goederen door den voornoemden Heer van I laaren te St. Oedenroode agtergelaaten, en aldaar door hem in zyne qualiteit verkogt: dan niet te min in agting genoomen zynde de finguliere omftandigheeden die in deefen hebben geconcurreert, en in 't byfonder, hoe haar Hoog Mogende ftilfwygcr.de by derfelver Refoiutie van den 5 December jongstleeden zig hebben laten welgevallen , de explicatie door de Heeren Staaten van Vriesland aan der felver Refoiutie van den 28 July bevoorens gegeeven, dat namentlyk haar Hoog Moogende eenparig van begrip zouden geweest zyn, dat het judicium preferentie & concurrentie over den meergemelden Boedel van den Heer van Haaren in Vriesland moest gehouden worden, offchoon by dezelve Refoiutie van den 2S July daar van geen de minfte mentie gemaakt, en alleen verklaart is, dat het haar Hoog Mogende voorquam, dat voornoemde Heer van Haren in zyne particuliere affaires hadde 't huis behoort in Vrieslanden zulks wel verre dat op eenigerhande wyfe daar door buyten effect zoude geftelt zyn al het gunc bereyds meer dan zes maanden te vooren tot beneficeeringe der goederen onder St. Oedenroode door denfelven agtergelaaten, door het Gerecht aldaar wel cn wetcig was verrigt; Js wyders goedgevonden en verftaan, dat in dit fingulier geval van het gewoone en met de gronden van rechten .anderfints overeenkomftig geb:uik, om het judicium preferentie & concurrentie op zoo veel differente plaatfen, als 'er goederen van een infolvencen Boedel gevonden worden, te doen houden, zal worden afgegaan, cn aan die van den Gerecht» van St. Ooedenroode voornoemt zal worden aangefchreeven, om zig in defen niet verder in te geeven in het houden vanjudicium preferentie ie? concurrentie over het provenu der Goederen, onder haare jurisdictie verkogt, maar in teegcndccl het zelve provenu te moeten brengen in Confignatie onder den Hove van Vries/and, ten einde aldaar het meergemelde judicium preferentie & Concurrentie over het provenu van de geheele nalaten* fchap van den meergemelden Heer van Haren gehouden werde, zoo als in Juftitie bevonden zal werden te behooren. En dat van den inhoude van deeze haar Hoog. Mogende Refoiutie by Misfive aan de Heeren Staaten van Vriesland zal worden kennis gegeeven, met by voeging dat haar Hoog Mog. verwagten, dat zy aan den I Iove van Vriesland niec zullen nalacen te gelasten, om in het pronunticcren over de preferentie op het provenue der Goederen, door meergemelden Heer van Haren te St. Oedenroode agtergelaaten, regard te neemen, zoo op de rechten als costumen aldaar vigeerende, ten eynde de Ingefeetenen van haar Hoog Mogende door de overgifce van het provenu van dezelve Goederen aan den Hove van Vriesland niet van erger natuur werden, en meerder fchaade koomen te lyden. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Vriesland hebben gedeclareerd, zig met voorfchreeve Rapport wel te kunnen conformeeren, in zoo verre daar by is verftaan, dat de penningen uit den Boedel van den Heer van Haren te St. Oedenroode nagelaaten, zullen werden overgegeeven aan Commisfarisfen' uit den Hove van vriesland, om aldaar eeniglyk het judicium preferentie concurrentie te houden; maar dat zy Heeren Gedeputeerdens niet kunnen avoueeren de gronden daar by gelegt, als ftrydende met de RefoJutie van de Heeren Staaten op dat fubjeét genomen, en alhier ter Vergaderinge ingebragt. Re-  Behelfende Ambasfadcurs9 Ministers, en Confuls ókc. 155 vóórkomende zulks daar toe gede/hneert te zyn. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan den Secretaris Ernst te Brusfel zal worden gerescribeert, dat haar Hoog Mog. hem Secretaris geene ordres kunnen geeven, weegens den particulieren nagelaten Boedel van wylen den Heer van Haren, zoo omtrent het gunt daar mede zal behooren gedaan te worden, als nopens de betaalingen, die daar uit aan zyne Domefticquen zouden kunnen gefchieden, als zynde, vooral daar de Boedel als geabandonneert en infolvent fchynt voor te koomen, dit alles het werk van de ordinaris en competente Magiftraat of Regter, door wien in zodanige Boedels gemeenlyk een Curator word aangefteld, en dat, gelyk het haar Hoog Mog. voorkomt, dat wylen gemelde Heer van Haren in zyne particuliere affaires heeft t'huis behoort in Vriesland , hy Secretaris mitsdien wel zal doen, zig in deefe fituatie der Boedels-zaken aldaar te addresfeeren, alwaar zulks behooren zal, tot het doen fteilen der nodige ordres, geevende ondertusfehen zoo veel mogelyk agt, dat alles wat 'er nog is, in weefen blyve, tot meefte beneficie van den Boedel en van de Crediteuren van dien. 15. Refoiutie van de Staaten Generaal', op een verzoek van den gedefigneerden Minister van haar Hoog Mog. aan 't Hof van Portugal, betrekkelyk de onkosten van desfelfs Reize naar herwaards. Den 5 Mey 1769. Ïs gehoort het Rapport van de Heeren Torck, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Finantie, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 10 der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate en Generaliteits Reekenkaamer, geëxamineert de Requeste van Philip Saurin, gedefigneerde Minister van haar Hoog Mogende aan het Hof van Portugal, houdende, dat haar Hoog Mogende by derfelver Refoiutie van ai April 1752 aan Charles Francois Bofc de la Calmette, als Minister zullende gaan , refideeren aan het voorfchreeve Hof, hadden gelieven toe te leggen voor de onkosten van zyn Tranfport, hec zy te Water of te Land, by weegen van uitkoop de fomma van zes duifend guldens eens, alles daar onder begreepen , en fpecialyk de Asfurantie, de ruwe Kisten, Matten, en verdereemballagie. Dat haar Hoog Mogende vervolgens by derfelver Refoiutie van den 29 Oétober 1759 aan Hendrik van Kretschmar, in plaatfe van den voornoemden Minister Bosc de la Calmette in gelyke qualiteit gaande na Portugal, ter zake voorfchreeve mede eene fomme van fes duifend guldens hadden gelieven te accordeeren. En eindelyk dat defelve fomme van fes duifend guldens ten einde als vooren, door haar Hoog Mogende by derfelver Refoiutie van den 13 April 17(53 al mede was geaccordeert aan Reinier van Haeften, wanneer defelve in plaatfe van den voornoemden Minister van Kretschmar in gelyke qualiteit na het voorfchreeve Hof van Portugal ftond te vertrekken. Dat hy Suppliant door haar Hoog Mogende benoemt geworden zynde , om ook als haar Hoog Mogende Minister aan het meergemelde Hof van Portugal te gaan refideeren, zig was gereed maakende, om de reife na Lisfabon aan te neemen; verfoekende den Suppliant derhal ven, dat haar Hoog Mogende aan hem op voorengemelde Exempelen mede gelieven te accordeeren eene fomme van fes duifend guldens, voor de onkosten van het tranfport van hem Suppliant, zyne Domefticquen en Bagages, alles daar onder begreepen, en fpecialyk de asfurantie, de ruwe Kisten, Matten en verdere Emballage, en dat daar toe de nodige Ordonnantie ten zynen behoeve moge worden gedepecheert. Waar op gedelibereert, en in agtinge genomen zynde, dat het aan de eene kant wel waar is, dat by Refoiutie van deh 15 April 1763 aan den Heer van Haeften ook is toegedaan, om by wyfe van uitkoop eens te brengen eene fomma van zes duifend guldens, voor de onkosten van het Tranfport van zyn Perfoon en Goederen na Portugal, maar dat aan de andere zyde ook is begreepen, dat dit in geen confequentie voor het vervolg getrokken zoude worden, ook uit de voorige declaratien der uitreyfe van wylen den Heer van Til, en die van 't retour van den Heer Kretschmar confteert, dat de reis over Engeland als de kortfte weg gedaan wordende, gelyk ook bevoorens door de predecesfeurs van die Heeren is geprafhTeert geworden, volgens de nog voor handen zynde declaratien ? merkelyk menageufer en proütabeïer voor den Lande zyn afgelegt; is in conformiteit van haar Hoog Mogende voorfchreve Refoiutie van 13 April 1763 goedgevonden en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoek niet kan worden getreeden , maar dat aan den Suppliant zal worden gepermitteert, zoo als aan hem gepermitteert word mits deefen, om zyn weg over Engeland neemende, volgens de ordres van het Land te mogen declareeren. En zal Extract- vanx deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan den Raad van Staate, en de Generaliteits Reekenkamer, omme te ftrekken tot derfelver narigtinge. v * Rt.  Placaaten. i. Bock. 12. Titul. 15S den 22 December 1678 en 24 November 1711, verfoekende dar. by nadere interpretatie van dc voorfchreeve Refolutien, den voorfchreeve Agent moge werden geinjungcerc de, wcderhcl fee van de waarde van de twee bovengemelde Tabacieres aan den Hofmeefter uictekecren. En daar by geëxamineert hebbende een Memorie van den Agent van Byemont, houdende agtervolgens en tot nakoming van gemelde haar Hoog Mogende Refoiutie van den 18 deefer maand desfelfs Berigt op de bovengemelde Requeste. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verftaan by nadere interpretatie van haar Hoog Mogende Refolutien van den 22 December 1678 en 24 November 1711, by deeiê tc verklaaren, dat onder dc Emolumenten en vereeringen welke door vreemde Minifters aan den Agent voor het overbrengen der prefenten van haar Hoog Mogende, tot een Contra - prcfent worden gegeven , en voor de eene helft by denfelven DERTIENDE TITUL. Inhoudende de Tractnatcn van Vreede en Commercie Sec tusfchen deefen Staat en andere uitheemfchc Koningen 5 Prinfcn , en Potentaaten gemaakt en geilooten. *• Publicatie van de Staaten van Zeeland, houdende bekentwakiHg yan de Conventie, met den Koning van Frankryk tot affchaffing van het Recht van Aubaine gefoten. Den 30 January 1776. De Staaten van Zeeland, allen den geenen, die deze zullen zien of hooren lefen, falut doen te weeten : Alfoo tusfchen den Heer Hertog d'Aiguillon, Minister en Secretaris van zyne Majefteit den Koning van Vrankryk, GL Ged. in naame en van wegens Hoogstgedagte zyne Majefteit; en den Heer Lestevenon van Berkenrode, hunner Hoog Mog. Ambasfadeur aan het Hof van Frankryk, in hun Hoog Mogende naam en van hoogst derfelver wegen, uic kragte van derfelver refpective Volmagten, op den 23 July 1773 te Compiegne, is aangegaan, en vervolgens daar na, door beide hooge Principalen, in behoorlyke forme, is gerauficeerd geworden, de Conventie ten vernietiging van en de andere helft by den Hofmeefter moeten geproficeert en genooten werden , niet alleen zyn begreepen zodanige vereeringen, welke in gelden beftaan, maar ook alle anderen van wat aard of natuur die zouden mogen wefen. En dat micsdien de Agenc van Byemont gehouden zal zyn de geregte hel fee van de waarde der twee Tabatieres, welke aan hem door den lieerde Cheusfes, Extraordinaris Envoyé van zyne Majefteit den Koning van Denemarken, en vervolgens door den Heer Baron de Bretcuil, Ambasfadeur van zyne Majefteic den Koning van Vrankryk, voor het overbrengen der prefenten van baar Hoog Mogende tot een contra - prcfent zyn gegeven, aan den Hofmeefter Ockersfe uyttckceren. En zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie aan den voornoemden Agent van Byemont cn aan den I Iofmeeftcr Ockersfe respective worden ter hand gefield, om te | ftrekken tot derfelver narigt, en om zig daar ' na te reguleeren. het wcderfydseh Recht van Aubaine, waar van de Artykelen hier na volgen: I. De onderdanen van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, zullen in de Staten van zyne Allerchriscelyke Majefteit niet meer aan het Recht van Aubaine onderworpen zyn; en teifens zullen de onderdanen van zyne Majefteit in de Staten van hun Hoog Mog., van dit Recht, indien het plaats mogt hebben, of eenig ander dergelyk, onder welke benaming het ook zy, vry zyn. II. Het zal dienvolgens aan alle de onderdanen van gemelde Heeren Staaten Generaal, 200 die geenen, welke hunne refidentie hebben, of woonachcig zyn in eenige Provinciën van Frankryk, of die 'er zich voor een/gen cyd  Behelfende Ambnsfadeürs, Ministers, en Confuls &c. 157 l7' Refoiutie van de Staaten Generaal, houden¬ de permisfie aan haar Hoog Mog. Envoyé aan het Hof van 'Deenemarken, om zyn Zoon tot Lieutenant hy de Deenfche Guardes te Paard, en tot Kamerjonker van den Koning te laaten benoemen. Den 31 January 1770. Ontfangen een Misfive van den Heere Bofc de la Calmette, haar Hoog Mogende Extraordinaris Envoyé aan het Hof van Deenemarken, gefchreeven te Coppenhagen den 20defer, houdende, dat de Koning aan zyn jongfte Zoon de gunst wel had willen"bewyfen, van hem tot Luitenant by hoogst desfelfs Guardes te Paard, en telfens tot Kamerjonker te benoemen; Dat zyn Majefteit hem zulks door den Heer Grave van Bernsdorlf hebbende doen weeten, hy gemeend had, daar zyn voornoemde Zoon reedts in zyn agtiende jaar was, en zig als nog buiten eenige bediening bevond, zyn Vaderlyke pligt en fchuldige voorforge voor zyn Kinderen van hem was vereysfchende, zoo een voordeel/ge occafie tot zyn verder Fortuyn niet te verfuymen: dat daar en boven door dien de herhaalde overvallen van Podagra en andere ongemakken, die hy al overlang, maar voornamentlyk zeedert nu ruym een jaar, zoo dikwils hadde ondergaan, hem maar al te klaar deeden bemerken, dat zyn gefontheid hoe langer hoe meer afnam, en dat dewyl zynoadtlle Zoon in het aanftaande voorjaar zig na den Haag zoude begeeven, om zyn dienst onder de Switferfche Guardes te gaanwaarnêemeo, het voor hem niet alleen zeeraangenaam, maar ook (van zyne Familie zoo verre afgelcegen zynde} een groote troost en gerustheid was, ten minden een van zyne Zoonen by hem te mogen behouden, en dus by zwaardere toevallen niet geheel aan de discretie van Domefticquen overgelaatèn te zyn; vertrouwende dat voornoemde reedenen die hem bewogen hadden, om zyn Zoon van de gunst des Konings te doen jouïsfeeren, aan haar Hoog Mogende wigtig genoeg zouden voorkoomen, om 'hem met derfelver approbatie te begunstigen. Waar op gedelibereert zynde: Is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelden Heere Bofc de la Calmette zal werden gerescribeert, dat haar Hoog Mogende met veel bevreemding uit de voorfchreeve Misfive hebben gezien , dat hy zyn Zoon tot Luytenant by de Deenfche Guardes te Paard, en teffens tot Kamerjonker van den Koning heeft laten benoemen, zonder alvorens haar Hoog Mogende permisfie daar toe te verfoeken; Dat zyn pligt had vereyfcht, haar Hoog. Mogende alvoorens daar van kennis te geven, en derfelver goedvinden daar op in te neemen, dewyl het aan geen Minifter van den Staat vryftaat, zig zelve of iemand van de zynen in den dienst van een Mogendheid, waar aan hy gefonden is, te engageeren. Dat gevolgelyk haar Hoog Mogende goede reedenen zouden hebben, om hun ongenoegen daar over aan hem op een eclatante wyfe te toonen, dan dat zy voor ditmaal het geen by hem Heere Bofc de la Calmette is gedaan, niet willen ten ergften behandelen, uit byfondere gunst aan hem permitteeren, zynen Zoon in den Deenfchen dienst te laten blyven, dog met uytdrukkeiyke verklaaring, dat het zelve hier na in geenerhmde confèquentie zal worden getrokken, en geene dispenfatien van de generale Regul hier omtrent voor het toekoomende meer zullen werden verleent. 18. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat alle Prefenten, het zy in Geld, het zy in Gelds-waarde, die door vreemde Ministers aan den Agent van hun Hoog Mog. gedaan worden, voor de eene helft by den Hofmeefter genoten moeten worden. Den 28 September 1770. Is gehoord het Rapport van de Heeren Brantfen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de Griffie, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 18 defer lopende maand, geëxamineert hebbende de Requeste van Mr. C. J. Ockerfe, waar by zig quam te beklagen, dat de Agent van haar Hoog Mogende weygerig was aan hem uyttekeeren de helfte van de Contra-prefenten, welke de voornoemde Agent bekomen hadde van de Heeren Ambasfadeurs en Minifters niet in geld beftaande, onder anderen van den Heer de Cheusfes een Doos van Schilderwerk in het Goud gemonteerd , waardig in de twintig Ducaten, en van den Heer Baron de Breteuil een masfive goude gefigureerde Tabatiere met eenige Juweeltjes befet, misfchien duyzend guldens waardig , als ftrydende teegens haar Hoog Mogende Refoiutie van V 3 den  i6o Placaaten i. Boek. 13. Titul. alle de voorfchreeve fubieeten, en den uiten invoer van de voorfz. Schepen, Goederen, Waaren en Koopmanfchappen, met uitfondering als boven , van nu af aan, tot onfe nadere ordre, zal mogen werden gehandelt met gelyke vryheid, als voor dato van onfe gemelde Placaaten en Oidres gepermitteert is geweest. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te prarendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erfiladhouder, Gecommitteerde Raden en Gedeputeerde Scaaten van 9e refpective Provinciën, en allen anderen O.Tïeieren en Jufticieren van defelve Landen , dat zy deefe onfe Publicatie doen verkondigen, publiceeren en affigeeren in alle Plaatfen daar zulks van noden weefen zal, en men gewoon is zodanige publicatie en affixie te doen. Lasten en beveelen voorts de Raden ter Admiraliteit, de Advocaten Fiscaal, deCommilen Generaal, mitsgaders de Admiraalcn, Vice-Admiiaalcn, Officieren en Bevelhebberen, en alle anderen Rcgtercn cn Oflicieren die het aaugaat, deefe onfe Publicatie te doen nakomen, procedeerende en doende procedeeren tegens de Contraventeurs van dien, fonder eenige oogluyking, fa zeur, düfimulatie of verdrag, want wy zulks alfoo ten dienfte van den Lande, en ten beste van de goede Ingefeetenen bevonden hebben re behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat; de Paraphuure van den Heer Prtcfideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 14 February 1783. (Hras geparapheert,) D. J. v. IIEECKERE N, vc. (pOnder/lo/idf) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent f) II. FACE L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. T W E E-  Inhoudende de Tractaaten van Vreede en Commercie &c. 159 tyd hebben opgehouden, en aldaar of in die Provinciën kwamen te overlyden, vryftaan, over hunne roerende en onroerende Goederen, van welke natuur ook, die zy in het Kóningryk bezitten, te disponeeren by Testament, Donatie of anderfints: verbindende zich hunne Hoog. Mog van hunne zyde, ingevolge het geen ten voordeele der bovengemelde onderdanen van hunne Hoog Mog. bepaald is, op de allerkragtigfte wyfe, de onderdanen van zyne Allerchristlyke Majefteit, defelfde Rechten, Voorrechten ende Vrydommen te laten genieten ; zoo dat Franfche evenals de onderdanen van de Republiek der Vereenigde Nederlanden, in alles, en overal, in de refpeélive Staten van zyne Allerchristlyke Majefteit en van hunne Hoog Mog., als de gebooren onderdanen van die Mogenheid, in wier Land zy zig zullen bevinden, gehandeld zullen worden. III. Ter uitvoering defer bovenftaande Artikelen, zal het den Erfgenamen, zoo der Franfche als van de Onderdanen van hooggemelde Heeren Staaten Generaal, die eenige Ertfenisfen in de refpective Landen der beide Mogendheden te pretenJeeren hebben, vry ftaan, defelven zelfs ab Inteftato, het zy in eigen Perfoon, het zy door volmagt hebbende, te acquireeren, en die buiten de Staaten, alwaar de zelve gelegen zyn, te vervoeren, en zulks niet tegenftaande alle Wetten en Gebruiken hier tegen aanloopende, als welke zyne Majefteit by deze Conventie affchaft: gelyk ook hun Hoog Mog. alle Statuten, Ordonnantiën, Placaaten en Coftumen welke ze ook mogen zyn , in hoogst derfelver Staten ingevoerd, die tegen defe Overeenkomst mogten ftryden, ten eenemaal affèhaffen. Zoo is 't, dat wy, in overweging genomen hebbende, dat verfcheide Ingefetenen onfer Provincie, daar by een merkclyk belang konnen hebben, en dat de Regter in voorkomende omftandigheden, ten delen betreklyk, behoord te weeten, waar na zig te konnen gedragen, hebben goedgevonden, de voorfz. Conventie, binnen onfe Provincie, alom daat zulks gewoon is,te gefchieden, te doen publiceeren en affigeeren, tot aller en een iegelyks informatie; met last aan alle Regcers binnen de zelve, om zig in Judicando daar na te reguleeren, &c. 2. 'Publicatie van de Staaten Oeneraal, houdende denuntiatie van een gefloten Wapen - Stilfiand tusfchen zy ne Groot - Brittannifche Majefteit en deefen Staat. Den 14 February 1783. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, Salut; Doen te weeten; Nademaal wy, onvermindert onfe vrye deliberatien over den Staat der Vreedes -Negociarie tusfchen zyne Groot-Brittannifche Majefteit en deefen Staat, hebben goedgevonden te accedeeren tot de voorgeflagen Stilftand van Wapenen, dewelke het gevolg zoude zyn van de Ratificatie yan de Pneliminaire Vreedes Articulen , op den 20 January laatftleeden tusfchen de Floven van Vrankryk, Spagne en Engeland, te Verfailles geüooten; en vermits de Actens van Acceptatie tot bovengemelde Armiftice alsnu geteekent en uitgegeeven zyn, en boven dien ook de Actens en Ratificatie der voorfz. Prseliminairen tusfchen de Hoven van Vrankryk en Engeland reeds op den 3 deefer maand zyn uitgewisfelt, en dewyl volgens defelve van den dag der voorfz. Ratificatie af alle vyandelykheeden moeten cesfeeren. Zoo is 't , dat wy, tot beeter naarkoming van dien, alle de Ingefeetenen van deefe Landen, van wat ftaat of conditie defelve zouden mogen weefen, by deefe wel ernftig verbieden eenige Aéte van hoftiliteit te pleegen tegen de Onderdanen van zyne GrootBfittannifche Majefteit, ofte aan defelve eenig nadeel of fchade toe te brengen. Verklaarende wyders, dat dienvolgende meede alle Schepen en Elfeéten, die in het Canaal of de Noordzeën mogten worden genomen na verloop van twaalf dagen, te reekenen van den voorfz 3 deefer maand, zynde den dag van de Ratificatie der gemelde Prseliminairen, van wederfyden zullen worden gerefticueert; dat de termyn zal. zyn van een maand van het Canaal en de Noordzeën af tot aan de Canarifche Eylanden incluis, het zy in den Oceaan of in de Middelandfche Zee; van twee maanden van de voorfz. Canarifche Eylanden af tot de Equinoxiale Linie of den Equator; en eindelyk van vyf maanden in alle andere Plaatfen van de Weereld zonder eenige uitfondering of onderfcheid van tyd en plaatfen. En om wyders, zoo veel mogelyk, weg te neemen alle onnodige belemmeringen in de Commercie en Navigatie onler Ingefeetenen, furcheeren wy mits deefen, meede tot nadere ordre, de executie van onfe Placaaten en Ordres, geduurende de twee laatst verloopene jaaren ter occafie van den Oorlog geëmaneert en gegeeven, zoo die geene, dewelke contineeren verbooden van in- en uitvoer van Schepen, Goederen, Waaren en Koopmanfchappen, daar in breeder vermeld, als die geene, waar door de Asfurantie, Navigatie of Visfcheryen van de Onderdanen van deefen Staat zyn bepaald geworden: blyvende nogtans de Verboden tegen den uitvoer van Contrabande fubfifteeren. Begeerende en permitteerende, dat omtrent alle  1C2 Placaaten. 2. Bock. 1. Titul. ren van de Roomfch Catholyke Gemeente der Heerlykheid Yeur, den 16 April 1776. Op de Requeste van de Bcfhiurders der Roomfche Kerk de Liefde op de Hooygragt te Leyden, den 6 Augustus 1779* Op de Requeste van Kerkmeesterefl der Roomfche Kerk in den Oppert te Rotterdam , den 3 Maart 1780. Op de Requeste van de Roomfch Pastoor en Armbezorgers van de Roomfch C.itholique Gemeente van dc Poeldyk, en daar onder re.Torteerciidc plaatfen , I Iondsholredyk, Monlter, Naaldwyk, 'sGravczande, Swancndyk, de l ley, en half Loosduinen, mitsgaders dc Heul I en Maasdyk, den 1 July 1780. Op de Requeste van de Beforgers der Roomsgezinde Armen van Zwimmerdan en Bodegraven, den 8 Maart 1782. Op de Requeste van Armmees- ; teren der Roomfche Gemeente van I Leymuyden cn Vriefekoop, den . 25 Maart 1784. Op de Kequefbe van Armmees- \ teren der Roomfche Gemeente te I Rhynfaierwoude, den 25 Maart 1784. Op de Requeste van den l^ftor van cc Roomfch Catholique Kerk en Gemeente in de Juffrouw Ida Straat in 'sl lnge, den 14 April 1785. Op de Requeste van Armmeesteren der Roomfche Catholique Armen van Zevenbergen, den 17 Maart 1786. Op de Requeste van Armmecsteren der Roomfche Gemeente van Sasfenheym , den 1 Pcbruary Op deRcqueste van Armbezorgers der Roomsgczindcn op den Leydfehendam, den 26 July 1787. Op de Requeste van Kerk- en Armmecsteren van dc Roomfche Kerk in Stompwyk by den Lcydfchendam, den 1 Mey 1792. Op de Requeste van den Pastoor en Armmecsteren van de Roomschgezinde Armen van Wasfenaar en Zuidwyk, den 8 January 1793. Op de Requeste van de Bezorgers van de Roomschge/.inde Armen in de gecombineerde Gemeente Ooster- en "Wester - Blokker, den 15 February 1793. 2> Refoiutie van de Staaten Generaal, houden- dt voorfiening tegen de inphltes en feitelijkheden aan de Protcpianten te Vaals in de oefening yan hunnen Godsdienst aangedaan wordende. Den 19 Ocïober Is gehoort het Rapport van de I Iccrcn Hoytcma en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Landen van Overmaze, hebbende, ingevolge ende tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commis(oraal van den 18 Mey hastleedcn, met cn i ncevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van de Predikanten der Gereformeerde Duitfche cn Walfche Gemeentens van Vaals, Aken en Borcher, alle Parochiecrende en hunnen Godsdienst ocdenende te Vaals voornoemt, territoir van haar Hoog Mog , houdende, dat zeedert het eclatante geval op den 14 April van het voorleeden jaar 1762 te Vaals voornoemt geplcegt, met het fcitelyk willen ontvoeren van feeker Kind, in de Gereformeerde Kerk aldaar ten Doop geprefenteerd, en de daar door begonne procedures door den Drosfoard van den Lande van 's Her- j togenrade tegens den Roomfchen Pastoor aldaar, alles aan haar Hoog Mog. bekend, de Gereformeerde Ingefeetenen van Aken en Borchet voornoemd, Parochianen van haar Hoog Mog. voorfchreeve Kerk te Vaals, van tyd tot tyd van de Roomfche Ingefetenen, woonende in de Stad en op het Terri¬ toir van Aken, hadden moeten ondergaan zeer veele molesten en infultcs, particulierlyk op zodanige tyden, wanneer zy of ter verrigringe van hunnen Godsdienst zig naar de Kerk van Va.tJs voornoemt wilden begeeven, of van daar wecder naar de voornoemde Stad retourneerden. Dat de motetten en intake» niet alleen hadden beftaan in zeer harde befpottingen cn befchimpingen, maar zelfs waren uitgcbarflen tot zeer verregaande dadelykhecden en exce?fen, in zoo verre dat de Supplianten cn verdere Gereformeerde Ingefeetenen van het Territoir van Aken voornoemd, zig niet dan met bekommeringen expofitie aan gevaar, na haar Hoog Mog. voorfchreeve Kerk te Vaals kouden begeeven. Dat het onder anderen op Zondag den 1 2 December van het gepasfeerde Jaar 1762 , en zulks immediaat na de apprehenfie van den Roomfchen Pastoor van Vaals voornoemd gebeurd was, dat verfcheide Roomfche Ingefeetenen, zoo in als buiten de Stad van Aken, de ffoutheid hadden gehad, om eenige Gereformeerde Perfoonen, na de Kerk van Vaals I gaande en van daar te rug koomende, op de publicque weg fekelyk met ftokken te attac- quee-  Fol. t6t TWEEDE BOEK- EERSTE TITUL. Behelzende de Placaaten en Refolutien teegens de Pausgezinden. i. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou* . dende Oétroy ten behoeven van de Roomfche Catholique Armen te Kralingen, dat de aan hun gemaakte Erffenisfèn en Legaaten niet contrarieeren aan '£ verbod van "t Placaat van 4 Mey 165^ Den 2, February 176a. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van de Prefident en Raden van den Hove, gefchreven alhier in den Haage den 7 December jongstleden, en den 13 January defes jaars ter Vergaderinge ingekoomen, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appoinótement van den 24 October 1761, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste , ten zeiven dage aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert door Adrianus Fynenburg en Willem Perdelf, Armbezorgers der Roomfche Armen te Kralingen, tendeer ende, om, uit aanmerking, dat het aantal der Armen aldaar, beftaande uit oude behoeftige Menfchen en ouderloofe Kinderen, welker aantal van tyd tot tyd fterk accresfeerde, en dat de gewoone liefde giften in verre na niet toereikten tot het noodig onderhond der gewelde Armen, ten waare eenige licfdaadige Perfoonen nu en dan goedvonden de Armen, ter bezorging der Supplianten ftaande, te foulageeren met een Erlfenis of Legaat, ootmoediglyk verzoeken, dat hun Edele Gr. Mog. gelieven te verklaaren, dat de Erflaatingen en Maakingen, die aan der Supplianten Armen reeds mog-en zyn gedaan, enverhooptelyk nog gedaan zouden worden, mede niet zullen contrarieeren aan het verbod begrepen in hun Ed. Gr. Mog. Placaat van den 4 Mey ióss, en daar van aan de Supplianten te verleenen Octroy, gelyk hun Edele Groot Mog, hadden geaccordeertten behoeve van de Roomfche Armen van Delft, Leyden, Amfterdam, Hoorn, Medemblick, 'sGravenhaage, en laatstelyk van Zaandam. « Is goedgevonden en verftaan, by deze te verklaaren, dat de Erflaatingen en Maakingen, die aan de Roomfche Catholique Armen te Kralingen reeds mogten zyn gedaan, en nog gedaan zullen worden, niet zullen contrarieeren aan het verbod, begrepen in hun Edele Gr. Mog, Placaat van den 4 Mey 1655, met dien verftande egter, dat van alle Erflaatingen of Maakingen, die in de tyd aan de Supplianten zullen koomen te gefchieden, door die IX. Deel. van den Geregte van Kralingen eerst kennisfe zal moeten worden genoomen, of die waarlyk ftrekken tot het einde en oogmerk by' de Supplianten in hunne Requeste voorgefteld, namentlyk het onderhoud der oude behoeftige Menfchen en ouderlooze Kinderen, dan of daar mede iets anders zoude worden voorgenoomen tegen het Piacaat van den 4 Mey 1655 ftrydende, en dat die van den Geregte voornoemt op die Erflaatingen of Maakingen, naar bevind van zaaken approbatie of disapprobatie gevende, de zelve Erflaatingen of Maakingen zullen bekragtigerrof kragtelöos laaten; en ten tweeden, dat de Supplianten in hunne qualiteit en derfelve Succesfeuren zullen zyn verpligt, om jaarlyks voor die van den Geregte van Kralingen te doen behoorJyke rekening van hunne admiwltratie,. ten einde altoos blyke, dat de omfangehe Penningen ten dienfte der Armen worden geimpendeert. - En zullen hier van behoorlvke Brieven van Octroy worden gedepecheert* Nota. Dergelyke Octroyen Zyn ook Verleend, op de Requeste van den Roomfch Priester en Armbezorgers van de Roomfch Catholique Gemeente of Kerk op de Haven té Dordrecht, by Refoiutie van qi Maart i;/68. Op de Requeste van Armmeesteren van de Roomfche Gemeente te Pynacker, den 29 July 1774, Op de Requeste van Armbezorgers der Roomfch Catholique Gemeente binnen dé Stad Schiedam, den 30 July 1774. Op de Requeste van de Bezorgers der Roomfchgezinde Armen in den Dorpe en Ambagte Ketel , den 17 September 1774. Op de Requeste Van de Bezorgers der Roomfche Armen teEdam, den 4 April 1770". Op de Requeste van Armmeeste* * ren  164 Placaaten. 2. Ende dat daar bcneevens door haar Hoog Mog. aan den Magiftraat van Aken zal werden gefchreeven, dat haar Hoog Mog. in ervaringe gekoomen zynde, dat zeedert eenigen tyd herwaarts de Proteftanten, daarom Ürceks woonende, zig tot wnarnceming van haaren Godsdienst r,a Vaals begeevendc, of van daar retourneerende, door Roomsgezinde Ingezeetenen der Stad cn 't Ryk van Aken geweldiger hand met Stokken, Stcenen, als anderfints gewapend, zyn gcattacqueerd, gekwetst, ende geinfukcert, zonder dat op de Publicatien weegens welgemelde Magiftraat daar teegen gedaan, eenige rcëele procedures teegens dc delinquanten gevolgd, of dat de voorfchreeve interdicten van eenig elfecl geweest zyn; zelfs dat onaangcficn de gevigeerde Magiftraats ordre de moedwilligheid fchynt te zyn toegenromen ende geëxaspercerd; daar aan de andere kant haar I loog Mog., zoo als noopens de bekende violentie in den jaare 1762 gefcfried was, dc overgifte van de Perfoon, welke het voorfchreeve geweld bedreevcn had, ende dat dus in het zelve geval de ordinaris Juftitie had kunnen werden geadtniniftrcerd, order gegeeven hadden, dat de Roomfche Kerk te Vaals weeder ontfiooten, en den dienst daar in onbelemmerd had konnen werden verrigt; ten blyke dat haar 1 loog Mog. intentie, vindicccrende het enorm attentaat op haar Territoir als toen in de Gereformeerde Kerk ondernomen, niet was om de Roomsgezinden onder haar gebied aldaar, in de oefrening van haar diensc, als die zonder ftoornis van de publicque rust, en goede policie gefchAede, te belemmeren; dan dat baar Hoog Mog. akans bevindende , dat de bovengemelde infukes der Gereformeerden aldaar van kwaad tot erger ongeftt aft voortgaan, gemeend hadden zodanige ordre te moeten afgeeven, Bock. i. Titul. 1 dat wanneer aan de Gereformeerde weederom eenige belemmering in het oefTenen hater Godsdienst of wel in hare Kerkgang of te rug komst van den dienst zal werden toegebragc, de Roomfche Kerken aldaar op Staten Territoir zullen werden gcllootcn, gcllooten gehoudtn, en de verrigting van alle Roomfche diensc belet, tot zoo lang, dat genoegfaame iatisfactie beforgd zal zyn; dat haar 1 loog Mog. avers van het gebruik van diergelyke middelen, hadden geoordeeld, met reprclëntatie van de mocdwiHe, aan haar Geloofsgenooten aangedaan, de Magiftraat voorfz. daar van te gelyk kennisje te moeten geeven, tot voorkooming van verdere defordres, die door behoorlyke ftrailevan dclchuld/gen kunnen werden teegengegaan en gefluit, en dus gepnevenieerd, dat deefer fyds geen verder employ van dc gegeeve ordres gemaakt werde: meenende zulks van de vriend-nabuurfchap van den Magiftraat voorfchreeve te mogen verwagtcn. Ende is ten opfigte van den vborflag gcop-. pert in dc Misfive, ende 't Berigt van den Luitenant Droslaard van 's Hertogenrade door den Raad van Staren gerequireerd, op den 27 [uny laastleeden ingekcomen, cn in dc conferntic geexhibcerd, omme namentlyk den Hoogduitfchen Predikant van Vaals, woonende in de Stad Aken, van daar zyn verblyf te doen verpJaatfen te Vaals; goedgevonden, dat daar omcrenc voor als nog geen verandering gemaakt zal werden, maar de zaake gelaaten , zoo als dezelve van den aanbeginnen, immers zeederd den jaare 16Ó3 na een volle* dig onderfoek volgens Refoiutie van den Raad van Staten in datoden 18 Mey 1720, om goede reedenen is gereguleerd en geobferveert. 3. Refoiutie van de Staaten Generaal'9 waar by word afgeweefen een ver/bek om den Pastoor en Cappeün.in te Lamsweerde geheel te rappelleeren; cn verder hunne verkeerde gedragingen aan het onderfoek der Juftitie worden gerenrojeert. Den 12 November 1764. ' Ts gehoort het Rapport van dc Heeren OpI geldcr en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Placaten en Reglementen, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 26 September laatstleden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate geëxamineert hebbende een Misfive van Bailliuw, Burgemeefter en Scheepenen der Stad Hulst, gefchreven aldaar den 18 daar te voren, verfoekende om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, dat haar Hoog Mog. gelieven de zogenaamde Roomfche Kapel op Lams waarde (: die langfiunerhand een Kerk en pastorale Wooning was geworden, grooter en van meer waarde als de Roomfche Kerk binnen haare Stad,:} te laten iluitcn, den Pastoor en onder Pastoor van daar te doen weeren, ten einde zy weederom in haar oude Privilegiën mogten worden herfteld, en de bediening der Roomfche Godsdienst van de geheele Hulfterfche Parochie weeder gebragt worde aan de Roomfche gepermitteerde Geestehken binnen de Stad Hulst; waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan Bailliuw, Burgemeefter en Scheepenen der Stad Hulst zal worden gerescribeert, dat aan haar Hoog Mog. zynde voorgekomen, dat van veele jaaren herwaarts een Pastoor en Cappellaan te Lamsweerde hebben gereiideerd, als  Behelfende de Placaaten en Refolutfert téegëns de Pausgezincien. i9j queeren, eh óp zoo een verregaande wyfe te flaatt en mishandelen, dat zelfs fommigen van hun by die geleegenheid zeer zwaar en gevaarlyk waaren gewond geworden. Dat daar over van weegens de Supplianten aan den Magiftraat der Stad Aken klagtig gevallen, en van tyd tot tyd op voorfiening geinfteerd zynde, de gemelde Magiftraat wel eindelyk had doen afkondigen een Edict, waar by aan alle eh een iegelyk was geinterdiceert voortaan aan eenige Gereformeerde Ingefeetenen eenigerhande Molesten en Infultes aantedoen, dan dat niettemin fommige der voorfchreeve Roomfche Ingefeetenen in hunne Violen tien en Excesfen voortvaarende, zig andermaal niet hadden ontfien, om op Sondag den 13 Maart laastleeden op de publicque weg tusfchen Aken en Vaals voornoemd te famen te rotten, en een rytuig, waar op zig verfcheide Proteftantfche Perfoonen bevonden, èn onder anderen ook één der Supplianten, welke dien felven dag den Predikdienst te Vaals voornoemd had waargenöomen, met het werpen van Steenen te attacqueeren , waar door zelfs één der zig op het voorfchreeve Rytuig bevindende Perfoonen was gekwetst geworden. Dat over de voornoemde gereitereerde violentien en vilipendie van het gemelde Edict gepleegd, door de Supplianten andermaal een niet min refpectueus als nadrukkelyk addres aan de voornoemde Magiftraat der Stad Aken ingeleeverd zynde, voornoemde Magiftraat daar op tot meerder ftuiting van diergelyke exorbitante feitelykheeden en tot ontdekking van derfelver Autheurs, op den 18 der gemelde maand Maart op nieuws had doen émanee* ren en den 26 daar aan volgende doen affigeeren een nader rigoureufer Edict, waar in de Supplianten zig als toen hadden gefiatteerd voortaan voor hun en de verdere Gereformeerde In- en Opgefeetenen van de Stad en het Diftricf van Aken, een volkoomen veiligheid jegens de voorfchreeve verregaande excesfen en uitfpattingen van het gemeen te zullen vinden, dog dat wel verre dat het gemelde Edict die gevvenfchte uitwerking zoude hebben gehad, inteegendeel het zelve gemeen daar door des te meer verbitterd fcheen te zyn geraakt, in zoo verre, dat op Sondag den 27 Maart, en dus flegts vier en twintig uuren na het affigeeren van het voorfchreeve nader Edict, weederom fommigen van hun de ïnfclentiehadden gehad, om'insgelyks op de opénbaare weg een Rytuig met Proteftanten aan tetanden , en daar en boven nog een Proteftants Perfoon te voet van Vaals na Aken gaande, met Zulke zwaare flagen op het Lighaam en Hoofd te mishandelen, dat defelve Perfoon in gevaar was geweest, om een zeer fmertelyké en dangereufe operatie aan het Hoofd te moeten ondergaan: zulks het notoir was, dat aan de Supplianten, zoo wel als aan de voornoemde verdere Gereformeerde In- en Opgefeetenen van de Stad en het Territoir van Aken dadelyk de vrye en geruste toegang en weederkeering na en van haar Hoog Mog. voor¬ fchreeve Kerk te Vaals wierden benomen, en zy verhinderd, Om, ingevolge haar Hoog Mog goedgunftige concesfie hunnen Godsdienst aldaar onbelemmert en zonder zig aan een evident gevaar bloot te fteilen, te "konnen verrigten: verfoekende de Supplianten; om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeerd, dat haar Hoog Mog. door zodanige wegen en middelen als daartoe bekwaamst, en met het maintien der Gereformeerde Religie meest overeenkómftig te zullen oordeelen, gelieven te effectueeren; dat voortaan: nog aan dé Supplianten, nog aan eenige Gereformeerde In- en Opgefeetenen van Aken erf het Diftrict van dien , eenigerhande Molesten of Infultes meer gefchieden, en fpeciaal aari hun onbelemmerd worden gelaateh de Vrye toegang en weederkeering na en vart haar Hoog Mog. Kerk te Vaals, ten einde aldaar, zoo als behoord > geruSt én ongemoeid hünneii Godsdienst te kunnen verrigten, en vervolgens hun daar omtrend Zodanig kragtdadig të protegeeren, ais haar Hoog Mog. te meermalen in foortgelyke gevallen getoond gehad hebben; Waar op gedelibereerd ende geconfidereerdt zynde, dat de voorgemelde infultes en verregaande feitelykheeden, welke de Proteftanten, die zig ter waarneemihge van haaren Godsdienst na Vaals begeeven, ofte na hec verrigten van defelve daar te rug koomen, door hét graauw zèedert eenigen tyd zyn eri werden aangedaan; haare fource hebben uit het oprokkenen der Roomfche Geestelyken aldaar, is goedgevonden ende verftaan , dat dë Luitenant Hoofd Officieren van de drie Landen van Overmaaze zullen worden aangefchreeven, dat zoo ras als aan de Proteftanten ter bywooning van den Godsdienst zig ter Kerke begee vende, of van daar te rug koomende \ of wel in de oeffening van gemelden dienst, eenige infultes, feitelykheeden of verhinderingen zullen mogen werden toegebragt, ende zy daar van eenige kennisfe bekoomen (waar op zy mits defen ferieusfelyk gelast werden een waakend oog te houden,) gemelde Luitenant Hoofd Officieren, ieder in zyn Diftrict, foigneüfelyk op voorfchreeve feitelykheeden zullen hebben te informeeren, en dat zy bevindende zulks in waarheid te beftaan, zy ieder iri haar Dillrid, waar in de voorfchreeve moedwil zal zyn bedreeven, de P^oömfche Kerken zullen hebben te fluiten, en daar in alle verrigtingen van den Roomfchen dienst te weeren, waar toe zy mits defen werden geauthorifeerd , en dat zy defelve Kerken tot nader order van haar Hoog Mog. gefloten zullen houden, ten wélken einde nogtans dë gemelde Luitenant Hoofd Officieren verpligt én gehouden zullen zyn, immediatelyk haar Höög Mog. van het voorgevallene , met by voeginge der bewyfen van de faïten, ende het gunt zy kracht defes verder vérrigt zullen hebben, behooriyk kennis te geeven; omme des aangaande zodanig nader te disponeeren ; als haar Hoog Mog. goedvinden zullen te behooren, X % kih  Ió6 Placaaten. 2. Bock. 1. Titul. ken, die in gemelden Lande ter zaake voor* fehreeve volgens haar Hoog Mog. bevoorens fbccesiiVC genoome Relblutien tot hier toe gellootcn zyn geweest, weederom zullen werden gcopcnt, ende dac de Roomfche Ingefeetenen op de refpective plaatfen aldaar, zullen werden tocgclaaten tot het oeffencn van derfelver Godsdienst, zoo cn in diervoegen defelve bevoorens hebben geëxerecert, en dat haar Hoog Mog. hem Luitenant Droslaard gelasten cn authorifeeren dieswegens dc behoorlykc voorfieninge te doen, en daar toe de nodige ordres te Hellen. Ende dat daar beneevens door haar Hoog Mog- aan den Magiftraat van Aken zal worden aangefchreeven, dat haar Hoog Mog. in ervaringe gekoomen zynde, dat de Protei'tanten daaromftrecks woonende, zeedert een gcruimen tyd weederom met een behoorlyke en ongeftoorde vryheid zig hadden kunnen en mogen begeeven na Vaals tot oeiïeninge van derfelver Godsdienst, vervolgens ook waaren gepermoveert geworden, om de Roomfche Kerken in den Lande van 's I Iertogenrade, die tot hier toe waaren gellootcn geweest, insgelyks als voor delen te doen openen tot de exccrcicic van derfelver Godsdienst, zoo als bevoorens gellhied was, waar van haar Hoog Mog. hadden vermeynt gemelden Magiftraat kennisfe te moeten geeven, en wel te meerder, om dat zulks niet anders gedaan hadden, dan in die billyke verwagtinge, dat gemelde Magiftraat niet zoude nalaten, voortaan fodanige mefures vast te fteilen, en met alle ernst en rigeur te doen executeeren, dat daar diergelyke infultes en buitenfporigheeden, als aan gemelde Luyden gefchied waren, niet wederom zouden gebeuren, en ongeftrafc gelaten worden, als waar op haar Hoog Mog. niec kunnen nalaten by deefen op het ferieufte en ernftiglte te infteren, dewyl anderzints genoodzaakt zouden worden haar ongenoegen verder te extendeeren, en fpecialyk ook haare reprrcfailles directelyk te doen gevoelen aan die geenen, aan wien d'oorfaak van dusdanige troubles voornamentlyk geattribueert moet worden, cn waar tot haar Hoog Mog. genoegfaame middelen voor handen hebben. Ende zal Extract, van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie, voor zoo verre het fchryven aan den Magiftraat van Aken aangaat, door den Agent van Byemont gefield worden in handen van den Heer Magis, Refident van den Heere Bisfchop en Prinfe van Luyk, omme te dienen tot zyne narichtinge. 5- Refoiutie van de Staaten Getier aal, houdende nadere bepaalingen omtrent de plaatfen van Pafoor en Cape!laan te Lamsweerde in Hulfer-Ambagt. Den 1 >(y 17*55. Ts gehoort het Rapport van de Heeren van 1 I leeckeren tot Keil en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van Vlaanderen , hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Relblutie Commislöriaal van den 19 December des voorleeden jaars, met cn neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van State geëxamineert een Misfive van Burgemeesteren en Scheepenen dei Siad Hulst, gefchreeven aldaar den 16 daar te vooren, houdende, dat op den 18 November van 't voorleeden jaar ontfangen hadden haar Hoog Mog. Refoiutie van den 12 daar te voor. n, genomen op de klagten door haar aan haar Hoog Mog. gedaan , nopens de verregaande authoriteit van den Bisfchop van Gcnd, in het extendeeren der Gcesrelyke Judicatuure binnen de Hulfterfche Parochie, alles tot merkelyke prajuditie, ja totale mine derfelver Ingefeetenen, breeder gementioneert in hare Misfive van den 18 September 1764. Dat na dat zy met de vereyfehte attentie haar Hoog Mog. voorenftaande Refoiutie geleefen hadden, daar uit geremarqueert hadden, dat de opgaave in den jaare 1730, door de refpeélive Officieren ter dier tyd gedaan, wel principaal oorzaak was, dat zy het effeét van haar verfoek van haar Hoog Mog. niec hadden mogen erlangen, alzoo haar I loog Mog. daar door geen genoeg fundament vonden, waar op tot het geheel rapelleeren van den Paftoor en Capellaan te Lamsweerde konde worden gerefolveert. Dat zig nu een evenement, het geen niet konde verwagt worden, en waar door zy begreepen dat alles zig in defen als nu op een allerfacielfte wyfe zoude kunnen fchikken en herftellen, actueel had opgedaan : hebbende ten zclven dage de tydmg vernomen van het overlyden van den voornoemden Paftoor van Lamsweerde Mauheus Roels. Dat niet hadden willen nalaaten, ten eeTftcn en zonder de minste tyd verfuym haar Hoog Mog. daar van kennis te geeven, verfoekende tot weering van alle verdere mocyelykheedcn, die nog te dugten waren, dat haar Hoog Mog. haar als nu gelieven te herftellen in de aloude prerogativen en voorregten , de Burgeren van Hulst competeerende, (gelyk zy het zelve in het breede by haar voorige van den 18 September defes jaars hadden aangetoont) met by de admisfie van den nieuw aanteftellen Paftoor, in plaatfe van den overleedene te verklaaren, dat defelve is Paftoor over Paulus Polder, en Seudeling of Capellaan in de Capelle van Lamsweerde, en daar in dependeert van de Roonifche Geestelykheid defer Stad. Blyvende dus de geheele Hulfterfche Pa- ro-  Behelfende de Placaaten en Refolutien teegens de Paüsgezindèri, ï'S$ als meede eén Cappellaan te Houtenisfe, beide onder Hulfterambagfi geleegen, als zynde voor den jaare 1730 daar van alfoo mede de wettige opgave gedaan, en daar uit voortgefprooten de admisfien van dien, gelyk die ze* dertindiervoegen zyn verbleeven, haar Hoog Mog. dienvolgende geen genoeg fondament kannen vinden, waar op tot het geheel rappelleeren van die Pastoor en Capellaan te Lamsweerde kan werden gerefolveert, terwyl bJyft vastftaan, dat voor zoo verre defelve ietvves mogten gedaan hebben, ofte by vervolg zouden commicteeren, dat met de wetten van den Lande onbegaanbaar is, of met haar verkreege admisfien zoude ftryden, daar tegens in Juftitie kan en behoort te werden voorfien. Dat haar Hoog Mog. op die wyfe fpecialyk omtrent het gevraagde by de voorfz. Misfive van den Magiftraat der Stad Hulst, van gedagten zyn, dat gelyk buiten haar Hoog Mog. niemand bevoegd is aan de Paftoors of Cappellanen onder haare Souverainiteit resforteerende en geadmitteert, eenige ordres te geeven tot het extendeeren van haare Geestelyke Jurisdictie oeffeninge, maar al het zel- 1 vé moet zyn nul en van geen het minde ef; feét, alfoo ook die genen, welke dusdanige ordres zouden mogen refpeéteeren, en zig daar na gedragen, daar over volgens de Wetten en Placaten ten uitterfte ftrafbaar zyn, en \ behooren gecorrigeert te werden, ende dat ten aanfien van de Pastoor en Cappellaan té j Lamsweerde zeeker zynde, dat dieniet anders zyn geadmitteert, dan om in haar voorfz. qualiteit te fungeeren te Lamsweerde en in ! het Diftrict van dien, zoo als zulks in den jaare 1730 zig heeft geextendeerd, en verders niet, daaruit van zelfs moet proflueeren5 | dat wanneer zouden mogen onderftaan, daar buiten eenige functie te verrigten, daar door j directelyk zouden ingaan teegens het gunt by ! het Placaat van den jaare 1730 is geftatueert, j en waar tegens in Juftitie de nodige voorfie'l ninge moet gefchieden; ende dat uit hét gunt 1 voorfchreeve is, haar Hoog Mog. verwag1 ten, dat de Magiftraat dér Stad Hulst ge! noegfaam zal kunnen zien en begrypen, wat j weg behooren inteflaan ter bereiking van haaf j voorfchreeve oogmerk, in zoo verre daar aan zal kunnen werden voldaan. 4. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot het weder openen der Roomfche Kerken in den Lande yan 'sHertogenraade. Den 14 Maart 176$. Is gehoórt het Rapport van de Heeren Brantfen en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Landen van Overmaze, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 3 January laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State , geëxamineert de Requeste van de Dorpmeesters der beide Hoofdbanken en Heerlykheeden Gulpen en Margeraten, Territoir van haar Hoog Mog., houdende, dat ingevolge gegeeven ordre door hunne refpective Schouten op den t February 1764 tot het fluiten der beidé Roomfche Kerken, de publicque Godsdienst voor haar Hoog Mog, onderdanen van den Roomfchen Godsdienst was verbooden, welke ordre hoe fmertelyk en ichadelyk vqor gemelde onderdanen , egter zonder eenige de minde murmureeringe en in teegendeel met de Volmaakfte gehoorzaamheid door hun aangenomen, en opgevolgd was, fchoon zulk een ongelukkig lot hun onverdient was ten deel gevallen: Dat de reedenen en motiven, waaromme de Supplianten in deefe omftandigheeden by weege van reprefaille waren gebragt, zeedert lange niet meer exteerden; zynde het waar en waaragtig, dat de Proteftantfche onderdanen van Aken en Borchet nu al over de drie agtereenvolgende maanden hunnen vryen en ongemolefteerden Kerkgang na Vaals alle Sondagen hadden gedaan en geëxerceert, en derzelver Gods¬ dienst ongeftoört aldaar Waargenomen , verfoekende de Supplianten derhalven, en om verdere reedenen breeder in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haaf Hoog Mog. aan hunne onderdanen van de Roomfche Religie aldaar genade gelieven te bewyfen, eö de geüoote Kerk te openen. Waar op gedelibereert en in agting genoómen zynde, dat het confteert, dat de Proteftantfche onderdanen van Aken en Borchet, nu zeedert eenige maanden hunnen Kerkgang en Godsdienst te Vaals weederom vry en ongemolefteert hebben mogen doen en exerceeren , dat ook eindelyk eens d'onderdaanen van haar Hoog Mog. die in deefen niet direct zyn geconcerneert geweest, van *t gunt tot reprefailie omtrent haar is gedaan, behooren te werden ontheft, 't gunt tefacielder kan gefchieden , nadien wanneer dusdanige zaken onverhoopt by vervolg nogmaals mogten gebeuren , daar teegens middelen van meerder aandrang en van directer applicatie kunnen wer* den geëmployeert, door het doen in beftag neemen en fequeftreeren der confiderabelé Thiendens, welke de Geestelykheid van Aken, die doorgaands de oorzaak van dusdanige ftoornisfen zyn, in den Lande van 's Hertogenraade heeft leggende; Is goedgevonden en verftaan, dat den Luitenant Drosfaard van 's Hertogenrade voornoemt Jacobi de Cadief zal werden aangefchreeven, dat haar Hoog Mog. goedvinden, dat de Roomfche Kef* X 3 këfij  i<58 Placaaten. 2. Bóek. 1. Titul. 6. Refoiutie van de Staaten Generaal, tot correctie van den Roomfchen Pafoor en Kerkmeesterett te Breugel, welke zonder voor af geohtinetrde permisfie van hun Hoog Mog. het firooye Dak van hunne Kcrkfchuur vernieuwd hadden. Den 1 1 April 1766. tie van aen Koomjc/ien iJajtoor en KerkmeestercrA Ts gehoort het Rapport van de Heeren van JL Bronkhorst en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de Meyerye van 'sBosch, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 15 January laatstleeden, met cn ncevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaten geëxamineert een Misfive van J. Kien, Stadhouder van den Quartier-Schout van het Quartier van Peelland Meyerye van 's Bofch, gefchreeven tc 's Bofch den 12 daar tc vooren, houdende dat by haar Hoog Mogende fuccesfive Refolutien van den 5 Maart 1721, 20 December 1752 en 28 Augustus 176r, alle melioraoen, vergreotingen of vernieuwingen aan Roomfche Kerfcfchuuren, binnen het Resfort van de Generaliteit, zonder alvoorens daar toe gcobtineert tc hebben haar I loog Mogende permisfie , verbooden waaren, en door hem in zyn gemelde qualiteit nu binnen korten ontdekt zynde , dat het Dak van de Roomfche Kerkfchuur binnen het Drop Breugel en voorfz. Quart/ere wan Peelland geleegen, in het hitst van het gepasfeerde jaar 1765 aan de eene zyde voor de hclfte en aan de andere zyde geheel met nieuw Stroo was opgedekt, zonder dat alvoorens aan hem Stadhouder was gebleeken of vertoont, dat daar toe door haar Hoog Mogende permisfie was verleent, hy Stadhouder by geregtelyke Infinuatie op den 28 December laatstleeden, den Paftoor cn Kerkmeesteren 1 van voornoemde Roomfche Kerkfchuur had doen afvragen, of tot voorfz. vernieuwing haar Hoog Mogende permisfie en auftorifatie had- | den bekomen; zoo ja, Copie authenticq requireerende, met verdere denunciatie, datby aldien zy binnen vier eerstkoomende dagen aan hem Stadhouder in opgemelde qualiteit geen fchriftelyk en cathegoriesch antwoord, met en beneevens voorfz. Copie authenticq quaamen te geeven, het daar voor zoude worden gehouden, dat by haar Hoog Mog. geen permisfie altoos daar toe was verleent geworden; waar op gevolgt zynde, dat zoo door den Roomfchen Paftoor als Kerkmeestcren binnen Breugel was geadvoueert, dat zy de | voornoemde vernieuwing aan het Dak van hunne Kerkfchuur buiten permisfie van haar Hoog Mog. hadden gedaan, blykende by de Acte van Infinuatie en het Relaas van den Deurwaarder neevens voorfz. Misfive gevoegd, hy i Stadhouder van voorneemens was geweest, tot provifioneele lluyting van voornoemde Kerkfchuur te procedeeren, en zulks reeds werk- \ Heilig zoude hebben gemaakt, indien hem niet f was voorgekoomen, dat door veele Practifyns I was gefultincert, dat het opdekken van een I oud en een vergaan Stroodak met nieuw Stroo [ onder geen Vernieuwing, Timmeragie of Melioraden konde gefield, maar enkciyk als ordinaire reparatie moeste aangemerkt worden, en dus de voorn. Pastoor en Kerkmeefteren van dc Roomfche Kerkfchuur in de termen en pocnaliteiten van haar Hoog Mog. Refolutien voornoemt niet waaren begreepen nog vervallen. Dat hy Stadhouder hem dus in onfeckerheid geftelt ziende, en bcdugt dat met zyn voorneemen ter uitvoer te brengen ictwes zoude kunnen verrigten, ftrydig teegen haar Hoog Mog. intentie, hy, alvoorens tot provifioneele iluiting van voorfz. Kcrkfchuur tc procedeeren, vermeent hadde het geval, zoo als het was exteerende, onder het oog van haar Hoog Mogende te brengen: verfoekende dat haar Hoog Mogende met derfelver ordres, hoe zig in deefen zal hebben te gedragen, hem Stadhouder gelieven te vereeren, cn dft hangende haar Hoog Mogende deliberatie over deefe zaak voor diligent moge worden gehouden. Waar op gedelibereert ende gelet zynde, dat het vernieuwen van het Strooye Dak van de RoomfcheKcrkfchuurte Breugel voornoemt, by dc voorfz. Misfive van den Stadhouder van den Quartier-Schout van het Overquartier van Peelland, Meyerye van 's Bofch, breeder vermeld , zonder daar tce alvoorens permisfie van haar Hoog Mog. verfogt en gcobtineert te hebben, is inloopende teegens den teneur van de Refolutien van haar Hoog Mogende van den 5 Maart 1721, 20 December 1752, cn 28 Augustus 1761, en mitsdien hoe gering ook raag voorkooraen, van weegens de confequentien met ongecorrigeert behoort te blyven: Is goedgevonden en verftaan, uit een finguliere gratie de Paftoor cn Kcrkmeesteren der Roomfche Kerkfchuure van Breugel te permitteeren , de vemieuwinge van het Dak van gemelde Kerkfchuur, zoo als thans gemaakt is, te mogen behouden, mits nogtans zullen zyn gehouden, binnen den tyd van een maand na dato deefes, aan gemelde Stadhouder ter vergoedinge van zyne in deefe biilyk gemaakte onkosten als anderfints , te voldoen en betaalen de Somma van twintig Zilvere Ducatons, op pcene van 't effect van deefe gratie te zullen verliefen, en dat den Stadhouder onverlet zal zyn, weegens deefe zaak zodanige actie te mogen inftitueeren, als te rade zal worden. Re-  Behelfende de Placaaten en Refolutien teegens de Pausgezindeti. t6f rochie alleen en ter feclufie van alle andere aan de Roomfche Geestelykheid aldaar, waar meede alle wanordre zoude werden voorgekoomen, en haare Ingefeetenen wederom van haare oude Privilegiën jouisfeeren. Waar op gedelibereert en in agtinge genomen zynde, hoedanig het voor deefen, enzedert langen tyd tot in den jaare 1763 met de bediening der Roomfche Geestelykheid zoo binnen de Stad Hulst als in Hulfter Ambagt,of eigentlyk in de zoogenaamde Hulfter Parochie is geleegen geweest, en waar omtrent het nog aan den Bisfchop van Gend, nogte aan wie het ook wefen mag, buiten haar Hoog Mog. toeftaat eenige beveelen te geeven, ofte de geringffe veranderingen te maken, ende daar benevens geconfidereert, dat het bedienen der voorfchreeve Roomfche Geestelykheid tusfchen die van de Stad en van Hulfter A rabagt, niet wel kan worden gefepareert, zonder merkelyke inconvenienten en tot groot nadeel voor die van de Stad, en van desfelfs regten, terwyl wat toevoeginge men ook van een gedeelte van Hu liter Arnbagt aan die van de Scad zoude willen doen, de Opgefeetenen aldaar door de Geestelykheid binnen de Siad dikwerf niec na behooren zouden konnen bedient worden, ende dat mitsdien aan het gemelde oogmerk niet beeter kan worden voldaan , dan door de zaken te brengen op zodanige biilyke voet, dat de Opgefeetenen in Hulfter Arnbagt haare Godsdienst konnen blyven oeffenen, met gelyke faciliteit als voor defen, ende dat daar teegens ook dePastorye binnen Hulst en Hulfter Arnbagt, of de zoogenaamde Hulfterfche Pastorye blyve jouisfeeren van zoodanige rechten, als waar van voortyds heeft gegaudeert, en waar van geenfints behoort te worden ontfet; Ls goedgevonden en verftaan, vast te /tellen , zoo als vast gefield word by deefen, dat de Paftpors plaatfe te Lamsweerde, teegenswoordig vaccerende door 't overlyden van den Paftoor Roels, zal blyven onbegeeven, des dat de Capellaan die er is, enzedertden jaare 1730. altoos is geweest, nu en by vervolg te Lamsweerde voornoemt zal zyn en blyven refideeren, omme de functie van Pastoor aldaar, en verders in Hulfter Arnbagt als voor deefen te blyven verrigten, dog niet anders, dan in qualiteit van Capellaan, en overfuiks dependent aan den Paftoor binnen de Stad Hulst, als aan welke Paftoor, beneevens desfelfs Capellaan te Hulst hec als voor defen meede zal vry blyven , gelyke funóticn in Hulfter Arnbagt, voor zoo verre tot de Hulfterfche parochie behooTt, te mogen exerceeren ; zullende in cas mogt werden bevonden, dat gemelde céne Capellaan te Lamsweerde voornoemt in zyn dienst te zeer zoude zyn befwaart, het aan gemelde Paftoor en Geestelykheid te Hulst voornoemt vry ftaan, aldaar nog een tweede Capellaan in plaatfe van gemelde overleeden Paftoor te mogen verfoe* ken, waar toe in dien gevalle zal zyn gehouden haar te addresfeereh aan den Raad van State, welke daar op na bevindinge zal disponeeren. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden werden aan den Bailliuw, Burgemeester en Scheepenen der Stad Hulst, mitsgaders gelyk Extract aan de Bailliuw, Burgemeester en Scheepenei \ van den Lande van Hulfter Arnbagt, niet alleen tot derfelver narichtinge, maar omme hier van ook kennisfe te geeven aan den Paftoor en Geestelykheid binnen de Stad Hulst, en aan den Capellaan te Lamsweerde refpective, met last *t gunt voorichreeve is ftiptelyk te agtervolgen en na ce koomen, als meede omme tot ieders onderrigtinge deefe Refoiutie alomme te doen affigeeren daar zulks gebruykelyk is, ieder voor zoo veel desfelfs Diftrict aangaat. En dewyl aan haar Hoog Mog. by deefe geleegentheid meede is voorgekoomen , dat by de Roomfche Priesters en Geestelykheid, zoo binnen de Stad Hulst, als in den Lande van Hulfter Ambagt, is gemaakt misbruyk ter zaake van hec willekeurig invorderen van hunne zoo genaamde Kerk rechten, tot groot nadeel en mine der Gemeentens en goede Ingefeetenen, en waar omtrent ten uiterfte bil.lyk is , dac voorfieninge werde gedaan; Is wyders goedgevonden en verftaan, cje Bailliuw en Magiihaat zoo van de Stad Hulst, als van Hulfter Ambagc by deefen te gelasten, omme op 't gunt voorfchreeve is haar gedagten te laten gaan, en ieder in den zynen een project Reglement te formeeren, waar door zy zullen vermeynen, dat diergelyke buitenfpoorigheeden best zouden zyn te beletten, en teegen te gaan, dat zy defelve haare confideratien of projecten zullen hebben te zenden aan den Raad van State, welke by defen word verfogt en geauétorifeert, dienaangaande zodanig te disponeeren, als ter berykinge van voorfchreeve oogmerk meest dienftig zal vinden. Rê>  i7o Placaaten. 2. Bock. 1. Titul. vonden en verftaan des Suppliants verfoek zoo verre te accordeeren, dat hy Suppliant by defe word verklaart voor een gebooren I lollander, ten dien cITecte, dat hy mede als alle andere Roomfche Waereldfchc Priesters in de Vereenigde Nederlanden gebooren, tot een vaceerende Roomfche Statie binnen de Pro- l vincic van Holland cn Westvricsland zal wezen admisfibcl, cn verder niet, en ten dien einde aan den Suppliant tc verleenen Brieven | van Naturalifatie, zonder dat hem haar Edele Groot Mog. Placaat van den 21 September 1730 zal obfteeren; mits, in conformité van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 30 Augusty 1748, betaalcnde ten behoeve van het Gemeene Land aan het Comptoir van 's Lands Domeinen, waar onder hy is geëtablisfccrt, een fomme van vyf honderd guldens eens. o*. Refoiutie van de Staaten GetieraaJ, betrekke¬ lyk het getal , de jaaren van admisfie, en de funclien der Religiën fen in de Kloosters te Maaftricht. Den 13 february 1767. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Lynden en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Landen van Overmaze, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 24 December laatstleeden geëxamineert de pointen van deliberatie, refulteercnde uit hec Verbaal van de Heeren Tengr.agel van Bronkhorst cn S:cenis, baar Hoog Mog. Commisfarisfen Decifeurs laatst geweest zynde te Maaftrigt, en fpecialyk het geverbal:feerde op hec 23 Articul van haare Jnllru.de conccrnecrende dc L)s:en van de Religieiifën, zoo van Mannen ah Wouwen Kloofters te Maaftrigt, cn de obfiervmeie van voorige Ordres en Reglementen dien aangaande. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden cn verftaan, dat de Vrouwe Klooftere zullen worden bepaalt op het getal zoo als defelve actucei zig bevinden, en by voorfchreeve Lvste is uitgedrukt. Dat dc jaaren van derfelver admisfie voor het toekoomende zullen worden gefield op twee en twintig jaaren, en eindelyk dat de Graauw-Susters, en die van St. Servaas Gasthuys zullen worden gclasc cn aanbevoolen, zig fliptclyk te boaden aan haare inilcllingcn, te weeten aan de ccrstgemeldc, om nlle zieken zoo Militairen als Burgers indiftinctelyk in haare huilen te 1 gaan oppasfen, en aan de laatstgemeldc om J alle zieken van minder qualiteit in haar Gasthuis tc ontfangen cn te belórgcn, mits genietende voor ieder zieke, zoo als haar van de Magiftraat is toegelegt geworden. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie geftelt worden in handen van de Heeren haar Hoog Mog. Commisfarisfen Decifeurs alle twee jaaren na Maaftrigt gaande, om reguard te neemen, of defelve wel word geobferveert en nagekoomen. 9. Refoiutie van de Staaten Generaal', houden¬ de voorftcning omtrent tiet doen van Colleclens door die van de Roo/nschgefinde Gemeente tc Bergen op den Zoom. Den 17 Augustus 1767. Ts gehcorthet Rapport van dc Heeren BrantI fen cn andere haar Hoog Alogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Placaten en Reglementen, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Hoog Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 15 December des voorleeden jaars, met en neevens eenige I Keren Gecommitteerden uit den Raad van Staate geëxamineert een Misfive van den Magift aat der Stad Bergen op den Zoom, gefchreeven aldaar den 11 daar te vooren , houdende derfelver Confideratien en Berigt aangaande de Collecte, welke by of van weegens die van de Roomschgefinde Gemeente binnen voornoemde Stad Bergen op den Zoom , feedert eenige jaaren is gepractifeert. ."Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Magiftraat der Stad Bergen op den Zoom zal worden aange¬ fchreeven, dat die voorfieninge zullen doen, dat van wegens de Roomschgefinde Gemeente binnen defelve Stad ten behoeven van derfelver Armen voortaan geen Collecte ns aan de huifen zullen gefchieden, dan na dat daar toe door defelve alvoorens zal zyn verfogt en verkreegen de permisfie van gemelde Magiftraat , welke telkens daar omtrent zal disponeeren, zoo als na de conftitutie der voornoemde Armen Casfe zal vermeynen nodig te zyn, ende te behooren, in 't byfonder daar by zorg dragende, dat de Collectens voor de Roomfche Armen niet gefchieden dan alleen aan de huifen waar in perfoonen j woonen, welke van defelve Religie zyn, als meede dat van defelve penningen altoos ook de behoorlyke Reekening en Vcrantwoordinge gefchiede voor denMagiftraat van gemelde Stad. Re-  Behelfende de Placaaten en Refolutien teegens de Pausgezinder!. t6g 7' Refoiutie van de Staaten van Bolland, waar by aan iemand, van Hollandfche Ouders te Riga geboren, doch hier te Lande opgevoed, worden verleend Brieven van Naturalifatie, ten einde tot een vaceerende Roomfche jiatie in deefe Provintie ad* misfibel te zyn. Den o Mey 1766. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 6 dezer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinclement van den 29 April laatstleden , geëxamineert de Requeste van Everhardus Gustavus van Sanen, woonende te Amfterdam, waar by te kennen geeft, dat zyn Suppliants Vader wylen Pieter van Sanen, geboren Zynde te Hoorn, uit egte Ouders, Burgers en Ingezetenen van deze Stad, en welker wederzydfche Familien zedert onheugelyken tyd hier te Lande waren geëtablisfeert, zig had begeven naar Riga, en aldaar eenige jaaren Negotie gedreven in het Hollandsch Comptoir of Huis van Negotie, het welk in die Stad reeds lang voor de aankomst van des Suppliants gemelden Vader, door zyne Familie was geëtablisfeert geweest, en nog actueel fubfilieerde op den naam van Pieter van Sanen en Comp., en welk Huis van Negotie te Riga voornoemt, altoos als een vreemd Huis, en geenzins als Rusüfche Onderdaanen was aangemerkt geworden; dat hy Suppliant wel ten tyde dat dezelve zyn Vader in de directie van het gemelde Comptoir te Riga was, aldaar is gebooven, dan dat vervolgens dezelve des Suppliants Vader weinig tyds na des Suppliants geboorte, met zyne geheele Familie binnen Hoorn met ter woon was te rug gekeert, en in dezelve zyn Vaderlyke Stad zynen overigen leeftyd had doorgebragt, wyders de Suppliant en zyne Broeders en Susters alle hier te Lande waaren opgevoed en groot gemaakt, zoo als mede één van des Suppliants Broeders, en twee van zyne Susters te Amfterdam, en een Suste r te Zwolle waaren gehuuwd, en geëtablisfeert, by welke ook de ongehuwde inwoonden. Dat hy Suppliant, zynde van de Roomfche Religie, en tot Waerelds Priester ftaande gewyd te worden, nu ook wel gaarne op de Hollandfche misfie zig zoude willen laten wyen, om vervolgens in deze Provincie, de welke hy Suppliant niet anders dan als zyn Vaderland konde confidereeren, en onder zyn Naastbeftaande by vacature tot een Statie geadmitteert te kunnen worden, dan dat de Suppliant bedugt was, dat hem daar in zoude kunnen obfteeren het geftatueerde by het tweede Artikel van haar Edele Groot Mog. Placaat van den 20. September 1730, dat namentlyk geene Priesters, dan gebooren Onderdaanen van den Staat der Vereenigde Nederlanden, tot eenige Statiën binnen deze Provincie zouden worden geadmitteert; dewyl de Suppliant zoo als gezegt is, niet eigentlyk binnen de Vereenigde Provinciën was IX» Deel. geboren; en dewyl de Suppliant egter vertrouwde ais een gebooren Onderdaan van den Staat der Vereenigde Nederlanden aangemerkt te kunnen worden, nademaal dezelve Zyn Suppliants Vader alleen voor een tyd zig in voegen voorfchreeve ter direétie van het gemelde Comptoir te Riga had onthouden \ en zulks niet begrepen konde worden zyn domicilium originis te hebben veriaaten, of opgehouden te zyn een Onderdaan van den Staat der Vereenigde Nederlanden te wezen b te meer daar de Directeuren van het zelve Hollandfche Huis van Negotie te Riga, die derwaards van hier van tyd tot tyd wierden gezonden, aldaar als Hollanders en Vreemdelingen , die 'er zig flegts voor een tyd onthouden , en in geen opzigte als Rusfifche In.'* gezetenen of Burgers werden aangemerkt of gehandeld; behalven dat ook de Suppliant zig onder reverentie verbeelde, dat alle de redenen, waaromniet dan gebooren Onderdaanen van dezen Staat tot Roomfch Priefterlyke Statiën alhier by het opgemelde Placaat admisftj bel zyn verklaart, in des Suppliants Perfoon ten eenemaal cesfeeren, als zynde hy Sup* pliant niet alleen, niet onder het gebied van eenige Roomfche Mogendheid gebooren, maar ook daarenboven in dit Land opgevoed, en door de naauwfte banden aan het zelve ver■ knogt; waaromme hy Suppliant zig keerde I tot haar Edele Groot Mog., zeer ootmoedig* lyk verfoekende, dat haar Edele Groot Mog., in aanmerking van het geene voorfz. ftaat, en in navolging van voorige exempelen, den Suppliant goedgunftiglyk geliefden te verklaaI ren, gehouden te moeten worden voor een gebooren Onderdaan van den Staat der Vereenigde Nederlanden, ten dien eftèéle, dat het opgemelde tweede Artikel van het Piacaat van haar Edele Groot Mog. in dato den 21 September 1730, hem Suppliant niet zal obfteeren, om als Roomfch Waerelds Priester tot een Statie binnen defe Provincie te kunnen . worden geadmitteert: of wel by aldien haat Edele Groot Mog. zouden mogen oordeelen, dat in de omftandigheden, waar in hy Suppliant zig bevond, het voorfchreeve Placaat van den 21 September 1730 hem Suppliant ee* nigfms zoude kunnen obfteeren, dat haar Edele Groot Mog. als dan, voor zoo veel des noods, hem Suppliant daar van gelieven te dispenfeeren, en hem Suppliant dienvolgende admisfibel verklaaren , om een Statie van Roomfch Waerelds Priester binnen deze Pro* vincie van Holland en Westvriesland by vaca^ ture te kunnen vervullen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgeY vöA*  ten. 2. Bock. i. Titul. w.lf, dogmat de Binnenvader van hec 1 fuys , v t hebbende die kinderen nan haar te latëri volgen , zy haar reccurs hadde genoomen tot y refamrïe gedelibereert zynde op het Advii van dc; Heeren Gecommitteerde Kalden van don 2 6 Juny deefes jaars, enden 4 My d-.ur aan ter Vergadering ingekoomen, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appoinctement van den 30 November laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Dirk van ftvrzclaar, fleer van Kyfhoek, als Bailliuw van Naarden cn het Gooyland, om dc daar by geallegueerde reedenen verfoekende, dat het hun Edele Groot Mogende behaagen mogte , even gelyk by hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 28 November 1753, ten faveure van den Bailliuw van Kcnncmerland, in een dergclyk geval genoomen, was gefchied, de Opfienders van de RoonUche Gemeente van Naarden en Busfera te gelasten, om aanftonds aan hem vertoonder de verfchuldigde Recognitie te betaalen , en, by weigering van dien, hem vertoonder te auetorifeeren, om dc Kerk te fluiten, fodanig, dat in defelve geen dienst werde gedaan, en die gellootcn te houden, tot dat de gemelde Recognitie zoude weefen vol- daan; als mede, om zulks in het vervolg, zoo omtrent deefe, als omtrent de andere Roomfche Gemcenrcns, in cas van weigering, te mogen in het werk Hellen. Is goedgevonden cn verftaan, de opdonders van dc Roomfche Gemeente van Naarden en Busfem by deefe te gelasten, om aanftonds aan den vertoonder dc verfchuldigde Recognitie te betaalen, en bv weigering van dien, hem vertoondcr te auctorifècrcn, om de Kerk van defelve Gemeentcns te laaten fluiten, fodanig, dat in die Kerk geen dienst worde gedaan, en defelve geflooten te houden, tot dat dc gemelde Recognitie zal weefen voldaan; cn voorts aan den vertoonder vry en onverlet tc haten, om in het vervolg , zoo omtrent dccfe , als omtrent andere Roomfche Gemeentcns, in cas van weigenng, zig aan hun Edele Groot Mog. tot het verkrygen van zodanige anetorifade te addresfeeren , ten einde daar op fodanige dispofitic te erlangén, als naar omfbmdigheid van zaaken zal bevonden worden tc behooren. 25- Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Octroy op 't Stuk van Erfenisfen ten behoeven van de Roomfche Kerk of Statie te Ih af recht; ;/;;7xgadèrs bepaaiing nopens de Puper-intendentie der Gerechten ten platten Lande, betrekkelyk defelve nalaten fehappen. Den 19 December i-*S- By refumtie gedelibereert zynde op dc Misfive van de Prefident cn Raden van den Hove, gefchreeven ia den Hage, den 6 September deefes jaars en den 12 daar aan ter Vergadering ingekomen, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 18 July te vooren, derfelver Confideratien en Advis op do daar by te rug gaande Requeste van den Pastoor en Armmeefteren van de Roomfche Kerk of Statie te Ha utrecht, verfoekende om reedenen by de voorfz. Requeste breeder gemeld, hun Edele Grooc Mog. Octroy om de Nalatenfehappen der Perfoonen by hun gealimenteert, ten behoeven hunner Armen naar zig tc mogen neemen, als mede om te mogen beuren en ontfangen zodanige Erffenisfèn, Legaaten en Donatien, als aan hun ten behoeven hunner Armen by Testament of andere Actens mogten werden gemaakt en befprooken; met dien verbande nogtans, dat van alle Erflaatingen of Maakingen, die in der cyd aan de Sup¬ plianten zullen ge.enieden, door Burgemeesteren cn Regecrdercn der Stad en Lande van Haastrcgt eerst kennis zal moeten worden gej noomen, of die waarlyk ftrekken tot het einde en oogmerk by der Supplianten Requeste j voorgeftelc, dan of daar meede iets anders zoude worden voorgenomen, tegen het Placaat van hun Edele"Grooc Mog.'.van dato 4 Mey 1055 ftrydende, en dat Burgemeesters en Regeerders voornoemt op die Erflaatingen of Maakingen , na bevind van zaaken, approbatie of disapprobacie geevende, defelve Erflaatingen of Maakingen zullen bekragtigen of kragteloos laacen. Is goedgevonden cn verftaan ce verklaaren, dac de Pastoor en Armmeesceren van de Roomfche Kerk of Statie te Haastrecht, de nalatenfehappen der Perfoonen by hun gealimenteert ten behoeve hunner Armen naar zig mogen neemen; als mede mogen beuren en ontfangen zoodanige Erffenisfèn, Legaaten en Donatien , als aan hun ten behoeve hunner Armen, by  Behelfende de Placaaten cn KefoJntien teegens de Pausgezindeii. 183 23. Refoiutie van de Staaten van Holland, vöaaf by geapprobeert en geconfirmeert word eene Teftametitaire dispofitie, door B. J. Byeveld, Ro&msch Waerelds Priester en Pastoor van de Roomfche Kerk in den Oppert te Rotterdam, ten behoeven van defelve Kerk gemaakt. Den 17 September 1778; Ontfangen een Misfive van den Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 9 deefer, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appoinétement van den 2 July deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Kerkmeefteren der Roomfche Kerk in den Oppert binnen de Stad Rotterdam , te kennen geevende, dat de Supplianten op den 19 Juny laatstleeden, wanneer Bartholomeus JohannesByeveld, toen Roomsch Waerelds Priester en Pastoor van de voorfz. Kerk, geneegen was, om, op zyn overlyden de voorfz. Kerk en Pastorye te beneficeeren , aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, vermits de afweefigheid van hun Edele Groot Mog. Vergadering, en het toen exteerende periculum in mora, by Request had verfogt de Tefiamenü fa&io pasftva: Dat gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden op defelve Requeste hadden geappointeert Fiat fermo Ordinibus, en dat voornoemde Bartholomeus Johannes Byeveld daags daar aan was geftorven, na alvoorens zyn Testament voor Commisfarisfen uit gemelden Hove, uit kvagte van een Oftroy daar toe door voornoemde Heeren Gecommitteerde Raaden, op den 19 Juny voorfz., ten naame van hun Edele Groog Mog. verleent, te hebben gepasfeert, waar by hy alleen in de veronderft elling , dat het Oclroy door de Supplianten op gemelde 19 Juny by Requeste aan Heeren Gecommitteerde Raaden, met betrekking tot de toen voorgenoomen en nu voltrokken dispofttie vpn voornoemden Priester en Pastoor Byeveld, ten behoeve van de Supplianten verfogt, by hun Edele Groot Mog. zoude worden verleent, na wegmaaking van verfcheide Goederen en Gelden, alle zyne Meubilen, Huiscieraaden en Silverwerk, zoo wel, die hy van zynen Oom Johannes Boomhouwer had geërft, als alle de anderen, had gelegateert en gemaakt aan de Supplianten ten behoeve van defelve Kerk, in confidera- I tie j dat hy de Meubilen en Huiscieraden vah I de opgemelde Kerk veertig jaaren lang had I afgelleeten; en wyders in alle zyne verdere en andere Goederen en Gelden by hem na| gelaaten, tot zyne Erfgenamen heeft géinfti| tueert de Supplianten, ten behoeve van de; felve Kerk; met last dat de Supplianten, binnen drie maanden na zyn overlyden, aan de j Armbeforgers van defelve Kerk, uit zynê \ Nalatenfchap zouden geeven, als een Legaat \ in eens af, een duifend Caroli gulden ten be\ hoeve van derfelver Armen, voorts met ver| bod, uitfluiting, aaöftellmg van Executeurs I en wat dies meer is, zodanig ais zulks alles / by het vooriz. Testament, onder den Hove / berustende, ftond geëxpresfeert. Dat de SupI plianten, ter hulp van voorfz. Kerk en Pastorye, en tot voorkooming van Procesfen, alfints nodig hadden hun Edele Groot Mog. i fouveraine en favorabele dispofitie, verfoekende derhalven, dat hun Edele Groot Mog* de maaking aan en erfitelling van de .Supplianten, door voornoemde Bartholomeus Johannes Byeveld, by zyn voorfz. Testament ge^ daan, zouden gelieven te approbeeren en të ; confirmeeren, en daar van aan de Supplianten * te doen depecheeren Octroy in forma* 1 Waar op gedelibereert zynde is goedgevonj den en verftaan, de voorfz. maaking aan efl \ erfftelling van de Supplianten door voornoemI de Bartholomeus Johannes Byeveld, by zyn voorfz. Testament gedaan, te approbeeren en re confirmeeren, met dien verftande, dat de Supplianten van het geen zy hier door zullen verkrygen, als meede van het employ, dat daar van gemaakt zal worden, behoorlyke ouvertures zullen moeten geeven aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rotterdam, 1 om zorge te dragen, dat daar meede niets ftrydende met het Placaat van 1654 worde voorgenoomen. Zullende hier van ten behoeve van de Supplianten Brieven van Oétroy worden gedepecheert. Re-  iS6 Placaaten. 2. Bock. r. Titul. gededommageert behoorden te worden, en de Vergadering daar op te dienen van derfelver confideratien en advis. Waarop, cnby refumtie gedelibereert zynde op hec Advis van de Heeren Gecommitteerde Raiden, in den Haage en tc Hoorn refideerende, van 10 Maart 1785, en den 17 ter Vergadering ingekoomen, hebbende tot voldoening aan bun Edele Groot Mogende Appointcmcnt van den 27 Mey 1784, en den 3 February 1785, geëxamineert de Raqueste der Rcprefentanten van diverfe Roomfch Catholique Gemeentcns binnen deefe Provincie, ten einde hun Edele Groot Mogende aan de respective Bailluwcn en Officieren zouden gelieven tc verbieden, om van de Roomfch Catholique Ingezeetenen eenige Penningen , het zy onder den tytel van Recognitiën , Admisficgelden, Bienvenucs, of hoe zulks ook zoude mogen worden genaamt, af te vorderen of te ontfangen, maar in tecgendecl de Roomfche Ingefeetenen deefer Provincie , hunne Godsdienst in ftiltc, cn in conformiteit van de nog in vigeur zynde Placaten op dat fubjeet te haren oeffenen: of wel hier omtrent naar goedvinden te voorfien ,• a/s meede op de nadere Kequeste van defelve Supplianten, den 16 February deefes jaars by Copie aan de Leeden gegeeven, ten einde hun Edele Groot Mog. de Supplianten van de voor vrye Ingefeetenen zoo verncederende als drukkende last, van het betaalen der Recognitiën en Commisfie-gelden, mitsgaders van diergclyke Jasten, alleen willekeurig door de Bailliuwen en Officieren ingevoerd, en by inkruiping getolereert, door een favorable Refoiutie op hun vorig Requesc, geliefden cc bevryden. Is goedgevonden en verftaan, aan de res¬ pective Bailliuwen en Officieren deefer Provincie by deezen tc verbieden, om van de Roomfch Catholique Ingefeetenen onder hunne rc.-pcctive Diftricten, eenige Penningen onder | den tytel van Admisficgelden, Bienvcnues, of hoe zulks Ookzoude mogen genaamt worden, af te vorderen of tc ontfangen, maar defelve Roomfche Ingezeetenen hunnen Godsdienst in ftilce en in eonformiteic van dc nog in vigeur zynde Placaaten op dat fubjeet, tc laaten oeffenen; zullende voorfz Roomfch Carholi- | que Lgefecrcnen verpligt zyn om, hangende hun Edele (hoorMogende deliberatien, over het point der jaarlykfe recognitiën, defelve te blyven betaaalen, als meede de verfchuldig- , de agterflallen voor het neemen deefer Refoiutie,- en is voorts goedgevonden, de Heeren Gecommitteerde Raaden in dc beide Quartic- ! ren, te verfoeken, om zig naauwkeurig teinformceren op her montant der zoo genaamde Recognitiën, welke door de Roomfchgefinde Ingezeetenen, cn dc Bcforgcrs van Roomfche . Kerken, aan de respective Bailliuwen deefer Provincie, zeedert de laatfte tien jaaren zyn I betaalt, en het zcJre in het Befogne te fuppeditecren; en is Wyóer» goedgevonden, dat door de 1 loeren van de Ridderfehap, en verdere hun Edele Groot N'.og. Gccommittcerden tot het groot Befogne, met de Heeren Gecommitteerde Raden, respectivelyk zal worden geëxamineert, of en in hoe verre de | voorfz. Recognitiën zouden behooren te wor- ' den geannulleert en afgefchafc, als meede op ' hoedanige wyfe de voorfz. Bailliuwen en Officieren, dien aangaande in zodanig geval, zouden behooren te worden gededommagecrr, en de Vergadering daar op van derfelver Ad- 1 vis gediend. 27. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Roon;fch Catholique Gemccntens deefer Provincie een jaar uitftel tot het betaalen der agterflalligc Recognitiën verleend word. Den 6 April 1786. Is geleefen de Requeste van de refpective Roomsch Catholique Gemeentens deefer Provincie, om de daar by geallcgueerde reedenen verfoekende, dat het hun Edele Grooc Mogende bchaagen mogte, om mits de Supplianten, hangende hun Edele Groot Mog. deliberatien over hec poinct der jaarlykfe recognitiën , exaételyk blyven betaalen aan de Bailliuwen en Officieren de jaarlykfe recognitiën, welke na dito van hun Edele Grooc Mog. Refoiutie van den 18 Maart 1785zullen verlchynen, nopens het betalen der agterftallen te willen vergunnen zodanige favorable termynen van betaaling, als hun Edele Grooc Mog. zullen oordeelen te behooren; en inmiddels de invordering van de voorfz. ngterfhllige recognitie te houden in ftatc cn furcheance, breeder hier na geinfereerc Aan de Edele Groot Mogende Ikerc:i Staaten yan Holland en tfestvriesla/id. Geeven onderdamglyk te kennen de refpective Roomsch Catholicque Gemeentens deefer Provincie. Dac zy Supplianten met dankbaarheid erkennen de gunst door UEd. Groot Mog. aan hun be wee fen by hoogstderfelver Refoiutie van den 18 Maart 178Ö, waar by het UEd. Groot Mog. gunfh'g behaagt heefc, aan de refpective Bailliuwen  Behelfende de Placaaten en Refolutien teegens de Pausgezinder!. 185 by Testament of andere Actens mogten worden gemaakt of befprooken; met dien verftande nogtans, dat van alle Erflaatingen of Maakingen , die in der tyd aan de Supplianten zullen gefchieden, door Burgemeesterenen Regeerders der Stad en Lande van Haastregt eerst kennisfe zal moeten worden genoomen, of die waarlyk ftrekken tot het eynde en oogmerk, by der Supplianten Requeste voorgeflelt, dan of daar meede iet anders zoude worden voorgenomen, teegen het Placaat van hun Edele Groot Mog. van den 4 Mey 1655 ftrydende, op dat Burgemeesteren en Regeerders voornoemt op die Erflaatingen of LVfaakingen, na bevind van zaaken, approbatie of disapprobatie geevende, dezelve Erflaatingen of Maakingen zullen bekragtigen of kragteloos laaten, en in het generaal, dat alles zal moeten gefchieden onder de fuperintendentie van defelve Burgemeesteren en Regeerderen, doof welke ook tot beheering van dezelve Erflaatingen of Maakingen een Rentmeester van de Gereformeerde Religie zal moeten worden aangeftelt; zullende hier van ten behoeve van de -Supplianten behoorlyke Brieven van Octroy gedepecheert worden. En is voorts by deefe geleegentheid meede nog goedgevonden en verftaan, dat in het vervolg voor een vaste cynofufé Zal worden geobferveert, 'dat niet alleen de Sceeden in het generaal, maar ook ten platte Lande, by het verleenen van zoortgeJyke Octroyen, alles aldaar zal moeten gefchieden onder de Superintendentie van Schout en Gerechte, door welke ook tot beheering van dezelve Erflaatingen of Maakingen een Rentmeeiter van de Gereformeerde Religie zal moeten werden aangeltelt» 20. Rcfoh/fie van de Staaten van Holland, tot vernietiging van de Admisfie - Gelden, Bienvenues, &c. die van de Roomsch Catholique Ingefetenen bevorens gevordert zyn geworden: En Commisforiaal het poinct van de afjehaffng der Recognitiën. Den 18 Maart 1786. De Heeren Gedeputeerden der Stad Gouda, hebben uit naam en van weegens hunne Principaalen, ter Vergadering voorgedragen, dat zy ter kennis van welgemelde Heeren hunne Principaalen hadden gebragt, de nadere Requeste door de Roomfch Catholique Gemeentens deefer Provincie, opfigtelyk de deliberatien van de recognitiën, bienvenues, admisfie penningen, aan hun Edele Groot Mogende op den 16 February laatstleeden geprefenteerc, en ten zeiven dage copielyk aan de Leeden ter hand geltelt; dat welgemelde Heeren hunne Principaalen by deliberatie op hec voorfz. nader Request, van gedagten waren geweest, dat deefe en voorige verfoeken op dit fubjeet, door de Roomfch Catholique Gemeentens gedaan, in een favorabel oogpunt befchouwt, en dienvolgende geaccordeert behoorden te worden, daar met voor by gaan van alle confideratien, uit het cesfeeren van de impulfive reedenen der Placaaten van de voorige Eeuw op deelè materie, door de verandering der tyden en omltandigheeden, te recht by voorfz. Requesten geallegueerd, het ten minften zeeker was, dat, volgens de regulen van een gezonde Staatkunde, in een vrye Republicq, geen Ingefeeten behoorde te worden geconftringeert, om voor de oeffening van zynen Godsdienst, zeekere fomme van Penningen, veel al naar willekeur van zommige Bailliuwen, te betaalen, te meer, daar by de respective Requesten, hier vooren gemelt, met zoo veele woorden gedeclareerd wierd, niets meer te begeeren, dan dat de Roomfche Ingezeetenen deefer Provincie, met bevryding van de voorgemelde drukkenIX. Deel. de Lastert, hunnen Godsdienst in ftilte, en in conformicé van de in vigeur zynde Placaaten , mogten oeffenen; dac 'er wel eenige reflexie by welgemelde Heeren hunne Principaalen gevallen was, hoe in plaats van de voorfchreeve Recognitiën, Admisfiegelden, en Bienvenues, die een zeeker emolument van de respective Bailluwen door een gewoonte geworden waren, een behooriyk dedommagement aan defelve zoude kunnen gegeeven worden; dan dac defelve Heeren hunne Principaalen begreepen hadden, dat de billykheid van de voorfz. verfoeken der Roomfch Catholicque Gemeentens geconftateerd zynde j de voorfz. pecunieele confideratie hun Edele Groot Mogende niet behoorde te rug te houden, om defelve verfoeken te accordeeren, voor al, daar 'er nog middelen voor handen waren, dat de gemelde Bailliuwen op eene andere wyfe in deefen gefubvenieert konden worden. Dac zy mitsdien op expresfe last van de Heeren hunne Principaalen, by hun Edele Grooc Mog. moesten ïnfteeren, om een dag te bepaalen, cen'eindeeenfinaaie afkomst van de voorfz. verfoeken , by de respective Requesten der Roomfch Catholique Gemeentens gedaan, te maken. En dat voorts by hun Edele Grooc Mog. een groot Commisforiaal Befogne met Heeren Gecommitteerde Raaden in beide de Quartieren werde gedecerneert, om ten fpOedigften te examineeren, op welke een convenable wyfe de respective Bailliuwen en Officieren deefer Provincie , ten aanfien van de affchaffing der voorf. Recognitiën en andere Penningen door de Roomfchgefinden aan hun betaalt wordende, A a g§-  Placaaten. 2. Bock. 1. Titul. cn do Beforgers van Roomfche Kerken, aan de reipective Bailliuwen defer Provincie, zeden de laatfte tien jaaren, waaren betaald; als mede geëxamineert, of en in hoe verre de Recognitiën zouden behooren te worden gcannulleert en afgefchaft; mitsgaders op hoedanige wyfe dc voorfz. Bailliuwen en Officieren dien aangaande in zoodanig geval zouden behooren te worden gededommageert. Is goedgevonden cn verftaan, dc Recognitiën, welke door de Roomschgezinde Ingefetenen cn de Beforgcrs van de Roomfche ; Kerke?) aan de refpective Bailliuwen defer Pi'ivmcie jaarlyks zyn betaald geworden, by defe van nu af aan tc annullecrcn en aftefchaf- j fen, mirs nogtans, dat gemelde Ingefetenen en Beforgers van dc Kcomfche Kerken ver- j pligt zullen zyn, om dc ngterftallen der voor- ; fchrceve Recogniticn tot dato defer aan de ' refpective Bailliuwen en Officieren tc voldoen. En is wyders goedgevonden en verftaan, dat de actueel fungeerende Bailliuwen en Officieren, wegens het voorfz. gemis, uit'sLands Casfe zullen worden gededommageert met WO jaarlykfche fom, ter montante der Rccog- ' nitien, tot hier toe by hen genooten; waar / op de Hoeren Gecommitteerde Raden in de ] refpective Quartiercn worden gequalificeert de ï oodige ordre tot executie tc fteilen; en 1 dat «OOrts door de I Ieeren van de Ridderfehap, en verdere hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, met de I Ieeren Gecommitteerde Raden in dc beide Quartie* ' ren, zal worden geëxamineert, of en in hoe verre de Succesfcuren der meergemelde Bailliuwen en Officieren, daar onder begrepen den actueelen Hoofd-Officier der Stad Monnickendam, ter zaake der thans afgefchaftc Recognitiën by vervolg zouden behooren tc worden gededommageert, cn de Vergadering daar op gediend van derfelver confideratien en advis. Dc Heeren van de Ridderfehap cn Edelen, mitsgaders de Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Leyden, ylmflerdam, Gouda, Rotterdam, Gorinchem, Brielle, Hoorn, Enckhuifen cn Mcdemblik, hebben gedeclareêrt, wel te mogen lyden, dat het poinct nopens het dedommagement voor de Succesfcuren van de jegenswoordige Bailliuwen cn Officieren wierd. gemaakt Commisforiaal, in een groot Befoigne met I Ieeren Gecommitteerde Raden in beide de Quartieren; met dien verftande nogthans, dat, hangende hun 'Edele Groot Mogende deliberatien, en tot dat 'er eene finoatt Refoiutie op dit werk zoude werden genoomen, de voorfz. Succesfcuren van het op heden gearrelteerde dedommagement zouden moeten puisfeeren, en dat zy dienvolgens tot de voorfz. Refoiutie, zoodanig als de zelve is leggende, niet hebben geconcurreert. 20. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot vry¬ dom van Impofttien en van het Zegel voor de Roomfche Armen. Den 16 Maart 1787. y^\r.tfangcn ccn Misfive van deJTecren GcV^/ committeerde R iaden, gefchreeven in den 1 lage den 13 der voorleede maind, houdende derfelver Confideratien omtrent het genot der Vrydommen voor de Roomfchgefinde Armen, waar van zy oordeelden dat de wyfe op een egaalen voet moest behandelt worden; als mede weegens het gebruik van het Zegel, en daar omtrent van Advis dienende als in de volgende Misfive is vervat. Edele Groot Mogende Heeren I Wy hebben reeds by onfe Misfive van den 17 February 1786 eenige melding gemankt van de diverfe begrippen, die plaats hadden tusfchen Diaconen en Armbeforgers van de Roomfche Gemeentens , over het verftand van Uw. Edele Groot Mogende Refoiutie van den 8Decembe 11785, waar by Uw. E dele Groot Mogende met opzigt tot de middelen van het Gemaal en den Turf hebben verklaart, dat gemelde Diacoren en Armbezorgers in het generaal voortuin zou¬ den kunnen voJftann, met de aangecving voor hunne Armen ten hunnen naame te doen, op den voet dat zy de Vrybillietten voor dc bedeeling hunner Armen van den Gaarder van het Gemaal zouden moeten verfoeken, op behoorlyke Declaratoiren , door twee van hun onderteckent, om daar op het Graan ter Moolen te doen, en dat al het zelve mede plaats zoude moeten hebben omtrent den Turf. Hier door nu zyn zommige derzelver in het begrip gevallen, dat dewyl Uw. Edele Groot Mogende daar by hebben gepermitteert, dat generalyk voortaan de aangeevingen van het Gemaal en den Turf opDeclaracoiren enVrybilletten zouden mogen worden gedaan, daaruit van zelfs volgde, dat zulks ook plaatfe moest hebben omtrent de verdere middelen van minder aanbelang, en hebben ook dadelyk alle verdere precautien daar omtrent nagelaaten ; zommigen nogtans , zoo als die van Amfterdam en anderen hebben begreepen, zig als nog aan de gefielde prsecautien te moeten houden, en hebben  Behelfende de Placaaten cn Refolutien teegens de Pausgezindèrt. Ï87 wen eh Officieren deefer Provincie te verbieden, om van de RoomfcbCatholique Ingefeetenen onder hunne direétie eenige Penningen onder den tkel van Admisfiegelden, Bienvenues, of hoe zulks ook zoude mogen worden genaamd, af te vorderen of te ontfangen, maar defelve hunne Godsdienst in ihlte en in conformiteit van de nog in vigeur zynde Placaaten op dat fubjecl te laten oeffenen; dan dat de Supplianten daar uit meede zyn ontwaar geworden, dat UEd. Groot Mog. het point van het annulleeren en affchaffen der jaarlykfe Recognitiën op nieuws hebbende gemaakt Commisforiaal, by defelve Refoiutie hebben gedeclareert, dat de Roomsch Catholique Ingefeetetenen zouden verpligt zyn , om hangende UEd. Groot Mog. deliberatien over het voorfz. point der jaarlykfe Recognitiën, defelve te blyven betaalen, als meede de verfchuldigde agterftallen voor het neemen der voorfz. Refoiutie; dat de Supplianten uit de voorfz. Claufule by de voorfz. PKefoluüe gevoegd, met leedweefen gemerkt hebben, dat daar het regt van de Bailliuwen tot het mo • gen vorderen van de Voorfz. jaarlykfe Recognitiën tot nog toe was geweest indecies, behalven dat mogelyk in twee of drie extraordinaire gevallen, in voorige jaaren aan de Bailliuwen daar in geconcerneert, was gepermitteert geworden de voorfz. Recognitiën te mogen innen, als nu by UEd. Groot Mog» aan de Supplianten een notoire verpligting is opgelegd, om de voorfz. Recognitiën niet alleen hangende UEd. Groot Mog. deliberatien te blyven betaalen , maar ook de vcrfchüidigde agterftallen; dat de Supplianten met redenen bedugt zyn, dat zommige van de voorfz. Bailliuwen, als nu voor zig hebbende de voorfz. UEd. Groot Mog. Refoiutie, niet alleen de hangende UEd. Groot Mog. deliberatien te verfchyne jaarlykfe Recognitiën , maar ook de agterflallige reeds verfcheene Recognitiën met alle vigeur van de Supplianten zullen afvorderen, en mogelyk by nalatigheid van volle betaaling"der Supplianten Kerken lluiten, waar door verfcheide Gemeen* ten zouden kunnen worden gemïneert, en by gebrek van hunnen Godsdienst gelyk voorheen te kunnen oeffenen, vooral ten platten Lande, tot wanorders zouden kunnen overftaan. Dat de Supplianten zig eerbiedig durven verfeekert houden, dat het rigoureus invorderen van de voorfz. als nu verfchuldigde Recognitiën, en particulier de agterftallen j geenfmts de intentie van ÜEd. Groot Mog. kan zyn. Weshalven de Supplianten zig met alle eerbied keeren tot UEd. Groot Mog. ootmoedigtyk verfoekende, dat hec UEd. Groot Mog. gunftig behagen mag, om, mits de Supplianten hangende UEd Groot Mog. voorfz. deliberatien exadelyk blyven betaalen aan de Bailliuwen en Officieren de jaarlykfche Recognitiën, welke na dato van UEd. Groot Mog. Refoiutie van 18 Maart i78ó~ zuilen verfchynen, nopens het betaalen der agterftallen te willen vergunnen zodanige favorable termynen van betaaling, als UEd. Groot Mog. naar derfelver hooge wysheid tot voorkoming van de ruïne van verfcheide Roomfche Gemeentens zullen oordeelen te behooren , en inmiddels de invordering van de voorfz. agterftallige Recognitiën te houden in ftaate en furcheance. (öttderftpndy \ Welk doende &c. (JVas gettekent) M. H. van SOX, Ilendkz. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten by deefen te vergunnen den tyd van een jaar na het neemen deefer Refoiutie, tot het betaalen der agterftallige Recognitiën aan de Bailliuwen en Officieren, voor dato van hun Edele Groot Mog, Refoiutie van den 18 Maarc 1786 verfchuldigt. £8» Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchaffing der Recognitiën door de Roomschgezinden aan de refpeélive Bailliuwen betaalt geworden zynde. Den 25 January 1787. By refumtie gedelibereert zynde op het 1 Rapport, den ia October laatstleden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot hec groot Befogne, hebbende, ingevolge en tot vol¬ doening aan hun Ed. Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den j8 Maarc te vooren, met de Heeren Geeommitceerde Raden in den Haag en te Hoorn refideerende, zig geinformeert op het montant der Recognitiën, welke door de Roomschgezinde Ingefetenen A a 2 en  ipo Placaaten. 2. Bock. 1. Titul. neemen Uw. Edele Groot Mogende j voor te (lellen, om dien conform mee- j de verklairing te doen. Waar meede Edele Groot Mogende Heeren! zullen wy God Almagtig bidden Uw. Edele Groot Mog. te willen houden in zyne heilige protectie. Gefchreeven in den Hage den 13 February 1787. (Onderjlond,) UEdele. Gr. Mog. Dienstwillige de Gecommitteerde Raaden van dc Staaten van Holland cn Westvricsland. (Lagcrjïond',_) Ter ordonnantie van dezelve. (Jfïts geteekent,) A. J. 110 Y ER. Waar op gedelibereert zynde, is goedge- j vonden en verftaan te verklaaren, dit Arrabelbrgers der Roomfchgcfinde Armen in hec ! generaal, voortaan zullen kunnen votftaan, I even als zulks omtrent het middel van het Gemaal cn van d n Turf by Refoiutie van den 8 December 1785 vastgcitelt is, de verdere Impost fubjeete Goederen, en Waaren, die > aan hunne Armen bedeelt worden. te geeven op hunnen naam , en wyders by elke aangeeving ten Comptoire van Collecte te exhibecren een Declaratoir, door twee van hun onderteekent, houdende dequnmiceitder Goederen en Waaren, die zy ten behoeven van hunne Armen en Godshuyfen zullen willen inflaan, om vervolgens daar op de nodige Vrybilletten van 's Lands Gaarders te bekoomen: en laatstelyk, da: gemelde Gaarders daar van in hunne Confumtie - boeken fpecihque en afzondcrlyke Notitie zullen moeten houden, en het montant van dien in de maand January van ieder jaar aan de I Ieeren Gecommitteerde Raaden opgcevcn, ten einde in Raat te zyn, om hun Edele Groot Mogende van hec generale montant der Vrydommen vans' Lands Impost jaarlyks te kunnen informeeren; wordende de Heeren Gecommitteerde Raden geauctorifeert, om aan die geenen van gemelde Armbeforgers, welke eenige van 'sLands Impofitien, voorde Waaren, aan hunne Armen bedeelt, in den jaare 1786 hebbeft betaalt, de verfogte rescitucie dier Impofitien te doen. En is eyndelyk goedgevonden te vvrklaaren, dat de Roomlche Armbe/brgcrs, in de gevallen , waar in de Gereformeerde en andere Proteftaotfche Gcfindheedcn van de Vrydom van het Zegel joüisfeeren, mede defelve \ rydom zullen genie:en, wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartiercn tot de executie deefer Refoiutie elk in den haaren geauctoriièert. 30. Pm-.icatic van dc Staaten Generaal, tot ze- rustftelhng der Roomfche Ingefetenen in de Generfitett tegen valfche uitfrooi fels y als of zy in de oefening van hunnen Godsdienst belemmert zouden worden. Den 28 November T^\e Staaten Generaal der Vereenigde NeJ^/ dcrlanden; Alle die deefe zullen zien, ofte hooren leefen, falut: Doen hier meede te weetcn: Alfoo Wy niet zonder bevreemdinge en indignatie zyn geinformcert, dat op diverfe Plaatfen in de Generaliteit, veele onrustige en muitfuchtige Geesten, ten einde het vuur van twecdragt, ter bereiking van hunne geheime en Landverdervende oogmerken meer en meer aan te ftooken, zig niet oncfien, om onder de Roomsgefinde In- en Opgefeetenen te verfpreiden en de minkundige te doen gelooven, dat wy voorneemens zouden zyn, of de mcencie van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, ErfScadhouder, Erf-Capicein en Admiraal Generaal , zoude weefen, om zoo door het doen van voorltellingen desweegens als anders, meede te werken, dat by de teegenswoordige gelukkige herflelde waare Conltitucie der Regeeringe van deefe Republicq, aan de Roomsgefinde In- en Opgefeetenen van de Generaliteit, merkelyk verkorten zelfs benomen werde de vryheid van Godsdienit-oeffeningen welke defelve tot hier aan toe hebben genoten gehad en zodanige gefingeerde en boosaardige u.tltrooifels echter niet anders kunnen verftrekken, dan om mistrouwen, twecdragt en muiterye te verwekken, en de gemeide In- en Opgefeetenen van de gehoorfaamheid aan Ons, en de hoogagtinge en getrouwe aanklecving aan hooggem. Zyne Hoogheid verlchuld, af te trekken. Zoo is t, dat wy daar reegen willende voorfien, met advis van den Raad van Staate der \ ereenigde Nederlanden, hebben goedgevonden by deefen alle In- en Opgefeetenen van de Generaliteit, profesQe doende van de Roomfche Religie, of die toegedaan, te waarichouwen en op het emltigfte te vermaanen, om aan de voorfz. Verleiders en hunne boosaardige uitflrooyfels geen het minfte eying zyn ontwaar geworden, dat in beide defelve de Goddelykneid van de Schriften des Ouden en Nieuwen Testatnents, en dus de gronden van de waare Christelyke Religie opentlyk worden geattaqueert, de verborgentheeden des Geloofs en andere Heylige zaaken op eene Godslasterlyke en laffe wyfe befpot, en hec eenig middel ter Zaligheid, en dus de grootfte weldaad, welke de opper/Ie Goedheid aanhetMenfchdom, ter verheerlyking haarer volmaaktheeden, heeft willen Ichenken, op het allerfmadelykst word veragt; en terwyl wy bedugt zyn, dat, hoe zeer de gronden van den Christelyken Godsdienst te vast zyn , dan dat iemand, welke defelve bedaart en verftandig overweegt, zig van defelve door boosaardige fpotterny en qualyk gededuceerde raifonnementen zoude laaten aftrekken, egter eenige ongelukkig denkende Menfchen daar door mogten worden benadeelt, en de eerbied voor de Goddelyke Majefteit niec duldt, dat derzelver fchending door de veragting van derzelver Heylig Woord en de befpotting der verhee- j ventfre zaaken, tot hcyl van hetMenfchdom / geopenbaart, met onverfchillige oogen werde aangefien: Zoo is 't, Dat het voorfz. Plof, inconformité van voorgaande Placaaten , op het ftuk van Godslasterlyke Boeken geëmaneert, noodig geoordeek heefc, de voorfz. Boeken, welke hec zelve op heeden door handen des Scherpregters publiquelyk heefc doen verbranden, te verklaaren als voorfchreeve is, en te decrieeren voor Godslasterlyke en Zielverderffelyke, vol van ongefundeerde en dangereufe Hellingen en grouwelen, tot nadeel van de waare Religie; verbiedende dienvolgende by deefen alle en een iegelyk, defelve of diergelyke Boeken te verkoopen , herdrukken , of op eenigerhande wyfe te verhandelen of gemeen te maaken, op pcene, dat de geene welke contrarie deefes bevonden zal worden gedaan te hebben, voor de eerfte reife zal verbeuren een boete van duifend guldens, en voor de tweede reife uit den Lande gebannen zal worden: Ordonneerende meede, dat alle Drukkers en Boekverkoopers, binnen drie daagen na de publicatie deefer , alle Exemplaaren, 1 welke nog onder hen mogten zyn, zullen hebben over te brengen in handen van den Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal, of van den Officier hunner reildentie, op poene dat die geenen, by wien na die tyd eenige Exemplaaren van defelve mogten ontdekt worden , zullen verbeuren een boete van honderd guldens. Lastende en authorifeerende den Procureur Generaal en alle Graaffelykheids Officieren, om hier op naauwkeurig toefigt te houden,en op de Uitgeevers, Drukkers en Verkoopers te informeeren, en tegens defelve conform de Placaaten van den Lande met alle rigeur te procedeeren; beloovende wyders aan den geene die iemand zal koomen te ontdekken, welke na de publicatie deefes zig aan het verkoopen, herdrukken, verhandelen of gemeen B b 2 maa-  !98 Placaaten. 2. Boek 2. Titul meerde In- en Opgefetenen van de Moerdyk-, Naslbu en Arenberger-Polder, gelegen onder de Jurisdictie van de Klundert, te kennen gevende, dat eenige van de Supplianten twee cn andere anderhalf uur van de Gereformeerde Kerken van de Klundert, Zevenbergen en de Swaluwe afwoonden, en die Supplianten, welker Woonplaatfen door de Rivier de Roodevaart van dc Klundert zyn afgefcheiden, daar door liet bywooncn van den openbaaren Godsdienst voor hun lieden, zelfs in denzoomer, is verleid met het uitterst ongemak, en in den winter door de bedroefde wegen en het ruwe faifoen geheel ondoenlyk, en vooral met opfigt tot de Vrouwsperfoonen cn bejaarde Lieden, die in het geheel daar van zyn gcI' uftrcert, cn ook die geenen van de Supplianten , welke aan dc Moerdyk wooncn, welker beroep, als zynde Schippers, Voerlieden en anderen , niet permitteerde, zig zoo ver cn zoo lang van huis te begeven, om de geduurige overtogt en pasfagie van daar op het Stryenfche Sas cn elders, waar door de Posten cn Pasfagicrs tot merkclyken ondienst en fchaade zouden worden opgehouden, cn geeonlidcrccrt, dat zy Suppiianten, voor zoo verre aan de Moerdyk woonden, met hunne Huisgefmnen een getal van honderd twee en dertig Perfoonen, en de verdere Supplianten een getal van zeven en vyftig, en zulks te zaamen lionderd negen cn tagtig Perfoonen, waar onder zes en vyftig Ledemaaten, zig bevonden, cn dus een aanzienlykc Gemeente uitmn.ikccn, die genoegfaam allé tot hun leedwe/cn (vermits de voorfz. afgelegenheid der 1 Kerke en andere redenen) het gebruik des openbaaren Godsdienst moesten misfen, en gefruftreert waaren van de heilige Bondfegelen op zyn tyd tc kunnen gebruiken, cn dat oo,c bovendien hun Supplianten en hunne Kinderen door het gemis van een Kerk en Predikant alle gelegenthcid was benomen, om zig in dc gronden des openbaaren Godsdienst te laaten onderwyfen, en tot Ledemaaten te worden aangenomen, mitsdien het bouwen van een Kerk en Predikants Huis aan de Moerdyk voor hun Supplianten tot voortplanting van de waare Gereformeerde Religie ten alleruitterfte noodfakclyk was, ook voor de Heiligers en Zeevaarende Perfoonen, welke met hunne Schepen voor de Moerdyk rtiJ leggen , en insgelyks te Kerk zouden gaan, die nu, hoe lang defelve met hunne Schepen ook blyven leggen, mede van den openbaaren Godsdienst moesten zyn verftooken; cn om die redenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. goede geliefte zyn moge aan hun Supplianten te accordeeren r om ten koste van den Lande aan de Moerdyk voornoemt ccn Kerk cn Predikants Huis te mogen laaten 1 bouwen, en den aldaar te beroepen Predikant het gevvoone en ordinaire Traetement, als op diergelyke Plaatfen gebruikelyk is, toe te leggen , en voorts nopens het een en ander zoodanige voorfiening te doen, als haar Edele Groot Mog. zouden oordeelen te behooren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten gedaane ƒ verfoek te wyfen van de lund. 6- Publicatie van zyne Hoogheid, ais Heer J efffn^* U°e,i het fo*4** ongeoorloofde Vergaderingen, Conventiculen, Catechifatten en Oef feningen aldaar. Den 23 September 1772. Wy Willem, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c.&c.ccc, onaf hankelyk 1 leer van de vrye cn fouveraine Erf heerlykheid Ameland, &c. &c ccc., Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen falut! Doen hier meede te wecten. Alfoo wy met veel leetweefen hebben vernoomen, dat onlangs zeeker Jongman van Holvert, voorgcevende te weefen Student in de Theologie op 'sLands Univerfiteit te Groningen, zig heeft onderftaan om tot Nes op onfe vrye en fouveraine Erf heerlykheid Ameland, zonder voorkennis van den Kerkenraad aldaar, zoo by ragt als by dag, onder een toevloed van verfcheider.e Portonen, op pretext van aan defelve de waarheeden des Geloofs en van de Gereformeerde Religie te verkondigen, ongeoorloofde byëenkomften en conventiculen ' te houden, en daar van, zelvs ongeacht de interdictie en gerichtelyke infinuatien door den ! Subftitut Bailliuw gedaan, niet heeft willen af- fien, al het welke niet anders kan verftrekken dan tot fcheuringe in eene Gemeente, tot veragtinge van den openbaaren Godsdienst, en tot verfmaadinge van de wettig-beroepene Leerraars, ja dikwils meede om eenvoudige Menfchen tot vertwylTelinge en dweeperye te brengen; cn het dierhaivcn nodig is, dat daar in by tyds werde voorfien. Zoo is 't, dat wy, in navolginge van het geene deefen aangaande by de Ordonnantie van de Provincie Vriesland 2 Boek Tit 18. is geftatueert, met Advis van die van onfen Raade, hebben goedgevonden by deefen te verklaren, te ordonneeren en te ftatueeren: Dat aan de eene zyde onfe intentie niet is om eenigfints tegen te gaan, veel min te beletten , zoodanige particuliere Byëenkomften of Gefelfchappen van eenige weinige goede Vrinden , als waar in defelve zig onderling foeken te ftichten en op te wekken, zoo doorfamenfpraaken over Goddelyke waarheeden, waar  Placaaten en Refolutien, &c. van den waaren Godsdienst. 197 derfelver Stadhouders of Subftituuten in het Resfort van de Generaliteit, dewelke volgens de respective 's Lands Placaaten en Ueglemen- ( ten moeten wefen van de waare Gereformcer- j de Christelyke Religie, ten dien effeéte, dat da j zulken die de voorfchreeve haare Religie komen ! te verzaaken, of zig in huwelyk begeeven | met Vrouwen van de Roomfche Religie, met 'er daad vervallen zouden zyn van haare Of- j ficien en Politicque Ampten. Dat hoe zeer voor de voorfchreeve twyffel geen ander fundament fcheen te konnen worden bygebragt, dan alleenlyk dat zulks by gemelde Refoiutie maar zoude weefen geftatueert en vastgeftelt ten opfigten van politique Officieren in het Resfort van de Generaliteit, waar onder de voorfchreeve verdere politique Amptenaaren pretenfelyk niet zouden kunnen werden verdaan; en offchoon gemelde Advocaat Fiscaal vermeende , dat het contrarie even uit defelve Refoiutie, als waar by duydelyk van Officieren en Amptenaren gemeld word, behalven uit de analogie en aard der zaake, allefints was evident en manifest, hy egter bedenkinge droeg, om op fundament van dien, Secretarisfen en alle andere politique Amptenaaren , de Officieren onder het Resfort van Braband en Landen van Overmaze, en derfelver Subftituuten, zig in het geval bevindende of bevinden zullende, van derfelver Ampten of bedieningen te weeren, aan haar Hoog Mogende derhalven in bedenken geevende, of niet by interpretatie voor zoo veel des noods van meergemelde haar Hoog Mogende Refoiutie van den 11 Mey 1739 zouden behooren goed te vinden, en te verklaaren, dat alle politicque Officieren, Amptenaaren en Bedien- j dens in het Resfort van de Generaliteit en derfelver Stadhouders of Subftituuten, dewelke volgens 's Lands Placaaten en Reglementen, en byfonder van het bekende Reglement op de Politique Reformatie van r April ró'öb. profesfie moeten doen van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, wanneer defelve de voorfchreeve haare Religie willen komen te verfaaken, of zig in huwelyk begeven met Vrouwen van de Roomfche Religie, met 'er daad vervallen zullen wezen van haare Officien en politique Ampten of Bedieningen, mitsgaders of de Refoiutie in defen by haar Hoog Mogende te neemen, zoo als ten reguarde van die van den voorfchreeven 11 Mey 1739, volgens haar Hoog Mogende Refoiutie van den 25 April 1740 gefchied was, niet zoude be¬ hooren te worden verfonden aan de refpective Officieren, en Magiftraaten in het Diftrict van de Generaliteit, aan wien men gewoon is diergelyke Refolutien en Ordonnantiën te zenden, om te (trekken tot derfelver narigtinge, en daar van kennisfe te geven aan alle de politique, zoo principale als gefubftitueerde Amptenaaren en Bediendens onder derfelver Jurisdictie nu zynde, als ook aan zulken die by vervolg aldaar zouden mogen worden aangefteld. Waar op gedelibereert zynde, en in agting genoomen, het gunt generalyk ten opfigten van de Politicque Amptenaren by 's Lands Placaaten en Reglementen is geftatueert, en fpecialyk by het Reglement op de Politique Reformatie van den jaare 1660; als mede gelet op het oogmerk, waar mede haar Hoog Mogende Refoiutie van den 11 Mey 1739 is genoomen: Is goedgevonden en verftaan, tot meerder klaarheid van dien by deefen te declareeren en vast te fteilen, dat alle politicque Officieren, en overzulks alle Amptenaren en Bediendens in het Resfort van de Generaliteit en derfelver Stadhouders of Subftituuten, dewelke alle volgens 's Lands Placaaten en Reglementen , en byzonder het bekende Reglement op de Politicque Reformatie van den 1 April 1666, profesfie moeten doen van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, wanneer dezelve de voorfchreeve haare Religie zullen koomen te verfaaken , of zig in huwelyk begeeven met Vrouwen van de Roomfche Religie, met 'er daad vervallen zullen zyn van haare officien en politicque Ampten of Bedieningen welke zyn befittende. Ende zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan den Raad van Staate, om te ftrekken tot derfelver narigtinge. En zal voorfchreeve deefe Refoiutie gedrukt en gefonden worden aan den Advocaat Fiscaal van Braband, en aan de Officieren en Magiftraten in het Diftrict van de Generaliteit , daar aan men gewoon is de Placaten en Ordonnantiën te zenden, om niet alleen te ftrekken tot narigtinge, maar ook om daar van kennisfe te geven aan alle de Politicque zoo principale als gefubftitueerde Amptenaren en Bediendens onder derfelver Jurisdictie gevonden wordende, zoo die 'er nu zyn, als by vervolg zullen werden aangeftelt, ten eynde zig daar na te reguleeren. g# Refoiutie van de Staaten van Holland, waarby word afgewefen een verfoek, van aan de Moerdyk ten 'kosten van den Lande een Kerk en Predikants Huis te mogen laaten bouwen. Den 24 January 1770. Is gelefen het Advis van de Heeren Ge- 1 haar Edele Groot Mog. Appoinctement Comcommitteerde Raden van den 12 defer, misforiaal van den 9 September laatstleden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van 1 geëxamineert de Requeste van de Gerefor- Bb 3 meer-  2CO Placaaten. 2. Bock. 2. Titul. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het uitge^en van Boeken ofGefchriften, f trekkende tot befpottinge yan de Christelyke Religie. Den 1 iMey 1773. Dc Staaten van Holland cn Westvriedancfj Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, fitlut! Doen te weeten; Alfoo tot onfe kennisfe is gekoomen, dat zeedert eenigen tyd de licentie door fommigen "zoo verre w<.rd geexton icerc, d it defelve zig niet ontficn van zoodmi.,e Boeken en Gefchriften te maaken* of uit tc geeven en te disfemineeren, wiar inne dc Chiisre.'ykc Religie in het generaal, ende Lecrftukken van defelve, dewelke onder onfe hooge authoriteit, hartdhavinge cn befcherming in de publicque Kerken van deefen Lande werden gcleert en bcleeden, in het particulier niet alleen opentlyk, op een vcragcelyke wyfe teegengefprooken, maar ook volftrckt befpot word;n, waar uit niet anders kan werden voorfien a's eene algemeene losbandigheid, en otokeerfnge van de goede ordre, in zoo verre dar zelf, Jaar door onfe fouverainc magt, on« der welkers pror.e:\ie de voorfz. Christelyke Godsdienst h er te La de is gcftelt, en ook in hec byfonder de gemelde Lccrftukkcn werden gelee.t en bcleeden, opcnbaarlyk werd gequets:. Zoo is 't, d.?r wy, om daar inne e/ïï- cacieufelyk te voorfien, na daar op ingenoomen te hebben het advis van den Heer Erfftadhouder, Prrcfident cn Raaden van onfen Hove, hebben goedgevonden te waarfchouwen allen en een iegelyk, van wat ftaat en conditie hy ook zyn mooge, voortaan geene zoodanige Ifvkcn of Gefchriften te maaken, uit te gec/en, te drukken of tc disfemineeren , waar inne dc Christelyke Religie in het generaal , of de Lccrftukkcn van defelve, dewelke in de publicque Kerken deefer Landen, onder onfe hooge protectie , werden geleert cn bcleeden , in het particulier op eene veragtelyki wyfe werden tecgengefprooken, of op eene bcfpottelfke wyfe werden voorgeftcld, op poene dat alle de geenen die zoodanige Boeken of Gefchriften zullen hebben genaakt, of willens en weetens zullen hebben gedrukt of gedisfemineert, d.,ar meede zullen werden verftaan, teegen dc Hoge Overigheid zelve tc hebben geattenteert, en als Perturbateurs van de gemeene rust cn verfeckertheid van den Lande, na exigentie van zaïken, zelfs met Bannisfement, «zullen werden geftraft. En belooven wy een Pia-mie van een duifend guldens, aan den gecnen welke iemand die deefe onfe Publicatie, door het maaken, drukken, uugecven of disfemineeren van zoodanige Boeken of Gefchriften als by deefe veibooden worden, zal hebben gecontravcnieert, zal weeten te ontdekken , zoo dac hy van het faic overtuigt werde, met impuniteic , zoo de Aanbrenger meedcpligtig mogte zyn, en geheimhouding zoo veel moogelyk van zyn naam. Lastende en beveelenie den Procureur Generaal, als meede de refpeélive Officieren deefer Lande, jeegens de Overcreeders vigoureufelyk ce procedeeren. En op dac niemand hier van ignorantie pretendeere, ordonneeren wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceerc en geaffigeert, daar zulks befaoort en te gcichicden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zcegel van den Linde den 1 Mey 1773. (Onderbond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekend,) C. C L D TTE.R B OOK E. 8- Publicatie van de Staaten van Holland, tot introductie van de nieuwe en verbeter de Rsm- Pfidmcn. Den 1 October 1773. t De Staaten van Holland en Westvricsland, allen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: Xademaal de Scaaten Generaal der Vereenigde Xederlan- * den, met onfe concurrentie en bewilliging, dienftig en noodig gcoordeelc hebben; dac in plaatfe van de alleïincs gebrekkige, en geheel verouderde Rym Pfalmen, by de Hervormde Kerk coc hier coe in gebruik, een nieuw* ea 1 verbeeterd Pfilmgeiang, by weege van keufe of  Placaaten en Refolutien, &c. van den waaren Godsdienst. (Was geteekent,) W. Pr. v. ORANGE. (Onderflondf) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontrafigneert,~) A, A R D E S C H. Pu- waar in een ieder, van dat Gefelfchap weefende, het zyne tot onderhoudinge van eene Godvrugtige Converfatie komt toe te brengen, als door het zingen van Pfalmen, Loffangen en Geeftelyke Liederen , mits dat men binnen die palen blyft, en defelve niet te buiten gaat; maar dat aan de andere kant alle zoodane feparate Vergaderingen, Conventiculen, Catechifatien en Oeffeningen, welke door particuliere Perfoonen of Ledematen by Wyfè van een Predikatie worden gehouden, waar in een alleen het woord voert of anderen ondervraagt, zonder onderfcheid welke naam aan die byëenkomften mogte worden gegeeven , gelyk meede of zulks op publicque Plaatfen of met opene Deuren, ten einde een ieder aldaar als Toehoorder kan verfchynen, dan met geflotene Deuren, zoodanig dat niemand in die Vergaderinge of dat Gefelfchap word toegelaaten, als aan wie men zulks wil toeftaan, gefchied, zonder fpeciale voorkennisfe en permisfie van den Kerkenraad, en zonder voorafgegaane kennisgeevinge daar van aan den Bailliuw en Borgemeefteren, gehouden zullen worden voor ongeoorlooft, interdiceerende en verbiedende dierhalven aan alle Borgeren, In - en Opgefeetenen onfer vrye en fouveraine Erf heerlykheid Ameland, en voorts aan een ieder, van welke ftaat, conditie of qualiteit hy zoude mogen weefen, om aldaar foodanige affonderlyke Vergaderingen, Conventiculen , Catechifatien en Oefleningen, zonder expresfe toelatinge van den Kerkenraad, te beleggen en by te woonen, en fulks by poene van vyftig Guldens door zoodanige Perfoon, welke zig in die Vergaderingen als Predikant, Ouderling, Diacon of Voorfanger komt te gedraagen, en van vyf en twintig Goudguldens door ieder Toehoorder, deefe ongeoorloofde Vergaderingen bywoonende, telkens te verbeuren, en te appliceeren de eene helfte ten profyte van den Armen, en de wederhelfte ten behoeve van den Officier, en zullende die respeétive Boetens worden verdubbelt in gevalle de voorfz. verbodene Vergaderingen tyde of gedurende de waarneminge van den openbaaren Godsdienst gehouden, of daar toe expresfe convocatien gedaan mogten worden. Lastende en ordonneerende wy wel expresfe de respective Predikanten en Kerkenraden onfer vrye en fouveraine Erf heerlykheid Ameland, om naauwkeurig toe te zien dat het geene voor!/,, niet word gecontravenieert, mitsgaders onfeit Bailliuw aldaar, om met kennis van de Borgemeefteren, de bovengemelde ongeoorloofde Vergaderingen met de daad te weeren, defelve des noots met de fterke hand te doen fcheiden, wanneer een Vreemdeling, zonder voorgaande permisfie, approbatie en kennisgeevinge als boven, functie van Predikant of Catechizeermeefter, Spreeker of Oeffeninghouder in de meergemelde Byeerdtomften mogte waarnemen, denfelven dan aanftonts van het Eiland te doen vertrekken, en meede des noods met de fterke hand hem daar toe te verpligten, en eindelyk om tegens de Contraventeurs van het geene vooriz. na behooren te procedeeren. Daar en tegen vermaanen wy alle Borgeren, In - en Opgezeetenen onfer vrye en fouveraine Erf heerlykheid Ameland, om de openbaare Godsdienst-Oeffeningen niet na te laaten, - en om aan de wettig beroepene Predikanten aldaar alle verfchulde hoogagtinge te betoonen, zonder defelve op eenigerhande wyfe met woorden veel min met daaden te beleedigen, by poene van arbitraire correctie. En ten« einde niemant hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen voorwenden, zal deefe op de drie Dorpen Hollum, Ballum en Nes na behooren gepubliceert en geaffigeert worden, ter plaatiè alwaar men gewoon is zoodanige publicatien en afdxien te doen.  202 Placaaten. 2. Boek. 2. Titul. lyken en roemwaardigen Arbeid van Ervaarene, Geleerde en zoo in Taal- als Digtkunde uitmuntende Mannen, daar toe fpeciaal benoemd en gecommitteert, ondernomen zynde , althans, onder den zcegen van God Almagtig, gelukkig voltrokken, en tot een gewenscht einde gebragt is. Zoo is 't, dat wy, niets zoo zeer ter harte ncemende, dan het geen ter bevordering en uitbreiding van Godes eer, cn tot ftïgtinge der Kcrkgcmcentens, door de weefentlykc en hoognodige verbectcring van een der voornaamedcelen van den publicquen Godsdienst , ftrekken kan, by deliberatie van den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, goedgevonden hebben te ordonneeren en tc ftatueeren, zoo als wy ordonneeren cn ftatueeren by deefen, dat het voorfz. nieuw en verbeeterd Pfalm - gefang, het welk reeds door den Druk is gemeen gemaakt, alomme in de Gereformeerde Kerken, in alle de Steeden cn Plaatfen onder het Diftricr, van de Generaliteit, zal worden ingevoerd, en ten dien einde alleen en met uitlluiting van alle andere Berymingen op de Predikftoclen, als meede in de Geftoeltens of Zitplaatfen der Magiftraaten, Geregten, Kerkenraaden en andere publicque Amptenaaren, mitsgaders in de Godshuifen cn Schooien, zoo in de Stecden als ten platten Lande, gebruikt zal worden, en dat daar meede een aanvang zal moeten worden gemaakt op Sondag den eerften January van het aanftaandc jaar 1775. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal konnen pretendeeren, lasten en begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heer Prsefideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onlen Griilier, op den zo September 1774. (ff'at geparapheert,) R. S L O E T, vt. (Onderfond f) Ter ordonnantie van de hooggemeld» Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) II. FACEL. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. IO. Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaar by aan de Clasfis van *g Gravenhage, en in appel aan de Synode van Zuidholland word gelaten de cognitie en dispofttie over de Approbatie op zekere Theologifche Verliandeling van Ds. Kleman. Den 18 Mey 17jó. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerdentot de Kerkelyke zaaken , hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Ed. Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 30 der voorleden maand, geëxamineert de Requeste van David Kleman, Predikant te Voorburg, waar by om geallegeerde redenen heeft verfogt dat haar Edele Groot Mog. de Clasfis van 'sGravenhage en alle anderen, is het nood, zouden gelieven te gelasten , met zyn Declaratoir, nevens de voorfchreeve Reques¬ te gevoegt, genoegen te neemen, en dezelve te interdiceeren, om den Suppliant, wegens het fchryven en uytgeven zyner Theologifche Verhandeling over de Orde des Heiis, verdere moeyelykheden aantedoen, met ordre aan de zelve Clasfis, om, hangende de deliberatien van haar Edele Groot Mog. over des Suppliants verfoek, alles te laaten in ftate en gefurcheert; als mede de Requeste van Petrus Nieuwland, Nicolaas Barkey, J. J. Serrurier en Joh. Heringa, Predikanten in 's Gravenhage, benevenslienricus Nicolas Schregardus Predikant te Wateringen, en Johannes Schagenvan Campen, Predikant te  Placaaten en Refolutien, &c. van den Waafeil Godsdienst, of feleétus uit een drietal der voortrelfelykfte Berymingen faamgefteld, aan den openbaaren Godsdienst toegeweid, en in de Gereformeerde Kerken deefer Landen ingevoert zoude worden,* en dit zoo heilfvam werk door de loffelyke en roemwaardige arbeid van ervaarene, geleerde, en zoo in Taal - als Digtkunde uitmuntende Mannen, daar toe fpeciaal benoemt en gecommitteert, ondernoomen zynde, altans, onder den zeegen van God Almagtig gelukkig voltrokken, en tot een gewenfcht einde gebragt is. Zoo is 't, dat wy niets zoo zeer ter harten neemende, dan het geen ter bevorderinge en uitbreiding van Godes eer, en tot ftigtinge der Kerk-Gemeentens door de weefentlyke en hoognoodige verbeetering van een der voornaame deelen van den publicquen Godsdienst ftrekken kan, na deliberatie , goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefen; dat het voorfchreeve nieuw en verbeeterd Pfalmgefang, zoo ras het zelve met den druk zal zyn gemeen gemaakt, in de Gereformeerde Kerken deefer Provincie alomme zal worden ingevoert, en ten dien einde , alleen en met uitfluiting van alle andere Berymingen, op de Predikftoelen, als meede in de Geftoeltens of Sitplaatfen der Magi* ftraaten, Geregten, Kerkenraaden, en andere publicque Amptenaaren, mitsgaders in de Godshuifen en Schooien, zoo in de Steeden, als ten platten Lande, gebruikt zal moeten worden: En op dat by het drukken en uitgeeven der Pfalmboeken van deefe nieuwe Beryming alle misbruiken op het kragtigfte geweert, en alles dien aangaande op een betamelyke en wettige wyfe ingerigt werde , begeeren en gebieden wy, dat tot het drukken en uitgee¬ ven van deefe Pfalmboeken * geene andereü zullen weefen bevoegt, dan zoodanige Boekverkoopers, of Drukkers, welke daar toé door de Magiftraaten in de Steeden van huflne Woonplaatfen, by fpcciaale Acte van confent en permisfie geadmitteert en tdegelaaten zullen worden, aan wien vervolgens tot het drukken der eerfte editie of uitgaave, een geauthentifeert Exemplaar, op onfe Drukkerye vervaardigt, beneevens de voorfz. Acte van Confent, ter hand gefteld zal worden, En zullen de Magiftraaten in de Steeden, alwaar de Pfalmboeken, na bekoomen confent. als booven, ter Drukpersfe zullen weefen gebragt, zoo wel by de eerfte als volgende uitgaaven zorge draagen , en die voorfieninge doen, dat de laatfte Proeve, door een or* meer Gecommitteerden uit de Kerkenraaden, of andere getrouwe en kundige Perfoonen , Belydenisfe doende van de Gereformeerde Religie, by defelve Magiftraaten daar toe të benoemen, opgenoomen, en na het authenticq Exemplaar naauwkeurig gecollationeerd en verbeetert worde, en bevonden zyndö daar meede naar behooren te accordeeren, dat als dan de Pfalmboeken dien volgende uit te geeven, door iemand, by de voorfz. Magiftraaten daar toe te authorifeeren, met zeeker kennelyk Merk geteekent worden- alles op de verbeurte der Exemplaaren, en een boete van een duifend Caroli guldens, te verbeuren by die geenen, die eenige Pfilmboeken contrarie deefes mogten koomen tö drukken, of uit te geeven. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar het behoord en tö gefchieden gebruikelyk is* Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande" den i Oétober 1773. (Onderflottdf) Ter ordonnantie van de Ëbatëm (Was geteekent,) . C. CLOTTERBOOKl q. Publicatie van de Staaten Generaal, tot im trodu&ie van de nieuwe en verbeterde Rym - Pjdhnèn in het Diftricl van de Generaliteit. Den 20 September 1774. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Nademaal wy dienftig en nodig geoordeelt hebben, dat in plaatfe van de allefints gebrekkige en geheel verouderde RymPfalmen, by de Hervormde Kerk tot hiertoe IX. Deel, in gebruik, een nieuw en verbeetert Pfalm> gefang by weegen van Keufe of Selecfus uit een drietal der voortreffelykfte Berymingen zaamen gefteld, aan den openbaaren Godsdienst toegeweid, en in de Gereformeerde Kerken deefer Landen ingevoerd zoude worden ; en dit zoo heilfaam Werk door den lofC c ly-  204 Placaaten. 2. Bock 2. Titul. 12. Refoiutie van de Staaten van l/olland, zvaar by het Genoodfchap, tot verdediging yan den Christetyken Godsdienst tegen desfelfs hcder.daagfche Bcftryders, in'sGravenhage opgericht , word geapprobeert, en in haar Ed. Gr. Mog. Jbeciale befcherming en protectie genomen. Den 30 Juny 1787. Is geleefen het navolgend Advis van de Directeuren van het Genoodfchap tot verdediging van den Christelyken Godsdienst tegens desfelfs hedendaagfche Bcftrydcrs, van 'sGravenhage; om de daar by gea'degueerde reedenen verfoekende hun Edele Grooc Mog. goedkeuring en befcherming van het zel/e. Jan de Edele Groot M gen de Heeren Staaten van Holland cn tf'cstvriesland. Geeven eeroiediglyk te kennen, Directeuren van het Gcnootfchap. tot verdeediging van den Christelyken Godsdienst tegen desfelfs heedendaagfche Beftryders, in 'sGravenhage. Dat wy eenen ty d bete*ven, waar in het ongeloof cn de zedenloosheid hand over hand toeneemen, en de Christen Godsdienst van alle zyden ftoutelyk word aangevallen; ook door zulken, die voorwenden, dat zy eerbied voor de . Goddelyke Openbaaring hebben, dog die, onder den fchyn van hec Christendom van verbastering te zuiveren , een Leerftelfel invoeren, uulooper.de op eene verlochening van den voornaamftcn inhoud deefer Openbaaring, en der Geloofs Belydcnisfen daar uit ondeent, en in onle Kerken vastgehouden. Dat waarheid en dcugdlievende Christenen nodig geacht hebben, dar 'er een Genoodfchap wierde opgericht, om den verderflyken invloed van dit kwaad, met vereenigde krachten tegen te gaan, en zoo veel mogelyk is, te (luiten. Dat de Christelyke Synodus van Zuydholland, in den j.vare 1785 gehouden te Dordrecht, haare byfondere aandagt gevcstigt heeft op het eerlte deel van de Hiftorie der verbasteringen des Christcndoms van Joflph Priestley; waar in veele welgegronde cn vol wichtige Leeritukken zeer mishandelt en beftreeden zyn; by welke geleegenheid Gecommitteerden der Clasfis van Gorin- , chem een vooritei gedaan hebben, ter uitbieding eener premie voor de beste Verhandeling tegen dat Werk, enteraanpryzing van het oprechten van een Ge- : noodfehap in ons Land, op dat terftond, Da het divulgeeren van een Godsdienst j hoonend werk, eerpryzen op desfelfs ; beste wederleggingen wierden uitgeiooft. Dat dit tweeleedig voorftel, door de gantfche Vergadering gebillykt, eene ge¬ paste aanleiding heeft gegeeven, dac zommige Synodaale Leeden, op aanmoediging van de Heeren Commisfarisfen Politicq, zig bereidvaardig getoont hebben, om ten centen de handen aan het werk te Oaan-j cn ten dien heilfaamen einde drie onderfcheidene ceregiften voor de beste Verhandelingen, tegen de gemelde I Iiftorie van Pricstly hebben aangeboden , met dit gelukkig gevoTg, dat 'er zeer wel bewerkte Verhandelingen , uit vcrfchillende oorden zyn ingekoomen, welker bcstgekeurde met dc uitgeloofde piannicri bekroond, en zeer onlangs met approbatie der Theolog./the Faculteit van *a Lands Univerfiteit tc Leyden, zyn in het licht gegeven, zoo als zy dan ook wel dra, met hulpe van verkcoren Meedeb roederen, in'sGravenhage een Genoodfchap hebben opgericht, welks hoofdbedoeling is bepaald tot bevestiging en veTdecdiging van het Godlyk gelag en de ingeeving der Heilige Schriften, van de Euangclifche verborgenheeden, en van dc Leerftukken der voldoening en d?r genade; in zoo verre die de gemeenfehappelyke Leere der Proteftantfche Christenen, volgens derfelver Confesiicn cu Symbolifchc Boeken, uitraaaken, cn door dc zoo genoemde nieuwe Hervormers in declè dagen wederiprooken worden, zonder evenwel de carafterfzeerende Leeritcllingen onfer Gereformeerde Xeederlandfche Kerk t welke in haai Formulieren van cenigheid duidelyk bepaald zyn, uit het oog te verliefen; dog met zorgvuldige vermyding van alle Broedergefchillen, waar omtrent in gemelde Formulieren geen bepaaling is gemaakt. Dat zoo ras deefe inrichting wereldkundig was geworden, door een openlyk Programma, ter uitnodiging van alle waarheid vrienden, zoo in als buiten ons Gemeenebest, om ter beVoordeelir.gvan het zelfde doel te willen mede werken, de Synodus in 1786 te Delft vergadert, zig zeer verheugende, dat 'er zulk een Genoodfchap in 's Gravenhage ftand greep, met voikomene eenftemmigheid van alle Leden bellooten heeft „ dat al,, le de Clasfen en Kerkenraaden daar ., onder behorende nomine Synodi zul„ len worden opgewekt, om zoo door „ zig zeiven, als door hunne pogingen ,* by de refpective Gemeenten, hec }, hunne toe te brengen, dat hetvoor- „ noem-  Placaaten en Refolutien, &c. van den waaren Godsdienst. aöj te s' G -ravezande , alle Leden der Clasfis van 's Gravenhage, daar by intercedeerende voor den voorfchreeven Predikant David Kleman. Mitsgaders het Berigt van de Clasfis vart 's Gravenhage op de beide voorfchreeve Requesten ; breeder met de Bylaagen tot het een en ander ipecfeerende onder de Notulen van den 28 Maart en 30 April laatstleden* Waar op gedelibereert, en in agtinge genomen zynde, dat, tert defen, geen bedenking kan vallen omtrent het regt en de bevoegtheid van de Clasfis van 's Gravenhage, om te cognosceeren en tedisponeeren over de Vraag, of de Kerkelyke Approbatie op de bovengemelde Verhandeling van den Predikant Kleman, den 21 Juny 1774 verleent> al, dan niét, ingetrokken en buiten effecf ge fteld behoord te worden, mitsgaders of de verlbgte Approbatie op het nader Gefchrift, door denfelven aan de Clasfis ter vifitatie overgelevert, al, dan niet, verleent dient te worden; Is goedgevonden en verdaan, de furcheance, by Refoiutie van den 2 8 Maart laatst¬ leden gedecerneert, tot zoo verre, op te heffen dat aan de voornoemde Clasfis zal worden vrygelaaten, zoo als vrygelaaten wordby defen, om Over het ai, oïniet, intrekkenen buiten effect Hellen der voornoemde Approbatie, mitsgaders over het al, of niet, accordeeren van de Approbatie, op het gemelde nader Gefchrift verfogt, te disponeeren, zoo als in gemoede zal oordeelen te behooren; behoudens aan D. Kleman, en de vérdere Leden der Clasfis, de welke zig met de dispofitie van de Clasfis befvvaard mogten vinden, de faculteit, om daar van aan de eerstkomende Synode van Zuidholland te mogen appelleeren: blyvende voor" het overige het gedecerneerd Commisforiaal, en de verleende Surcheance, hangende haar Edele Groot Mog. verdere deliberatien, gecontinueert. En zal Extract defer Refoiutie gefondert j worden aan de Clasfis van 's Gravenhage, en | gelyk Extract gegeven aan den Predikant D. I Kleman, te Voorburg, tot derfelver narigt t en om zig daar na te reguleeren respectivelyk; 11, Publicatie van den Hove van Holland, tegen het Vloeken, ligtvaardiglyk Zweer en, en misbruiken, van Gods Naam* Den 8 April 1777; iTVflLLEM, by der gratie Gods* Prince W van Orange en Nasfau, &c. &c. &c. Erfftadhouder, Erf - Gouverneur, Erf-Capitein Genera-al en Admiraal, mitsgaders de Prajfident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te Weeten: Datniettegenftaande byverfcheidene Placaaten van hun Edele Groot Mog, de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, en inlbnderheid by hoogst derfelver Placaat Van dato 10 January 1709, zeekere muiéten en poenen tegen het Vloeken, ligtvaardiglyk Sweeren en misbruiken van Gods Naam, zyn geftatueert, egter aan ons zeedert eenigen tyd, veele klagten zyn voorgekoomen, dat alhier in "s Gravenhage, het Vloeken, ligtvaardiglyk Sweeren, en misbruiken van Gods Naam op Straaten en Weegen, in Herbergen, Coffyen andere Huifen en Gelelfchappen, onder veele Menfchen, grooten en kleinen, ouden en jongen, foodanigis toegenoomen, dat desweegens Gods Regtveerdige Toorn te dugten is. Soo is 't, datwy daar inne willende voorfien, goedgevonden nebben, in gevolge van het voorfz. Placaat van dato 10 January 1709, te ordonneeren en ftatueeren mits deefen, dat Gedaan in den Hage den 8 April 1777. (pnderftond f) My prefent. (Was geteekent.") A D R I A A N BÖDT. een iegelyk het zy groot of klein, oud of johg$ die bevonden werd op Straaten ofte Weegen LIerbergen, Coffy-en andere Huifen ofte Gefelfchappen te Vloeken, ligtvaardiglyk te Sweeren, ofte Gods Naam te misbruiken, voor de eerfte reife zal verbeuren eene boete van zes guldens ^ voor de tweede reife twaalf guldens, en voor de derde reife boven het zelve, arbitralyk zal werden gecorrigeert, te appliceeren een derde part van de boete voor den Aanbrenger, het tweede derde part voor den Officier die de calange zal doen, en het refteerende derde part Voor den Armen. En zullen de Ouders gehouden zyn de boeten voor hunne Kinderen te betaalen, ofte defelve Kinderen by gebreeke van dien arbitralyk worden gecorrigeert. Lastende den Procureur Generaal en den Bailliuw van 's Gravenhage zig naar den inhoude deefes te reguleeren, en zoo veel mogelyk te vigileeren, dat deefe Ordonnantie exaételyk werden naargekoomen. En op dat niemand van deefe onfe goede meeninge eenige ignorantie zal konnen pretendeeren, zoo begeeren wy dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal worden, daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Cc s Re-  Fol. 206 DERDE TITUL. Betreffende de Kérken-ordening. 1. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan de cognitie yan den Kerkelyken Rechter wor» den gcrenvoyeert zekere differeuten over de verkiezing van nieuwe Kerkenraads-Leden, en het doen en onderteckenen der Armen-Rekening te Hrcrkendam> Den 6 Mey 1761. Is gelefen Het Advis van dc Heeren Gecommitteerde Raden van den 5 defer, hebbende, ingevolge cn ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 26 November 176a, geëxamineert de Requeste, aan hun Ed. Groot Mog. geprrcfenteert door Genrd van I louweningen, Cornelis Eigenaar en WillemSimons de Geus, Leden van den Kerkenraad van Werkendam en de Werken, waar by hebben te kennen gegeven, dat zy Supplianten tot drie maaien voor het Clasfis van Gorinchem, als hunnen competenren Regter in het Kerkelyke, hunne kfagren hadden moeten inbrengen wegens I de behandeling van hunnen Predikant fohannes Groene wegen, Cors Hanegraaf en Dame\ ' Dankcrs, in qualiteit als Diaconen van Werkendam en de Werken, in het verkeerd fchryven der Armen - Rekening en de onwettige Kerkenraads verkiezing, met dat gevolg, dat het gemelde Clasfis, na verfcheide minnelyke imnifligl II gedaan te hebben, eindelyk by der- I felvcr Relblutie van 2 September 1760 den Predikant en bovengemelde twee Leden gelast hadden, dat de Armen - Rekening moest J verandert cn door alle de Kerkenraads Leden onderteekent worden, alvoorens eenige verandering in de Leden van den Kerkenraad 1 wierde gemaakt; dat dit gedaan zynde, men j zoude overgaan tot de verkiefing van nieuwe Leden, dog dat, om zulks behoor'yk te doen, , tweemaal, ieder n is agt dagen na den anderen, alle de Leden van den Kerkenraad te | Werkendam en Werken tot het doen der verandering moesten worden geciteert, dog, zoo de Leden van den Kerkenraad agt dagen na de tweede citatie, niet compareerden, als dan j met de zaak zoude worden voortgegaan ; Dat ondertusVchen de voornoemde Predikant Groe- \ ueWégen met de twee bovengemelde Diaconen tegens de voorfchreeve Refoiutie van het Clasfis direct hadden aangegaan, in twee andere Diaconen, met naame Bastiaan van den Heuvelen Arie Jooste de Mink, welke zelfs niet op de nominatie hadden geftaaan, te verkiefen, in zoo verre, dat die reeds twee pro¬ clamatien hadden gehad, en den volgenden Zondag Honden te worden bevestigt, waar om de Supplianten verfogten, dat'by Refoiutie van hun Edele Groot Mog. aan den voornoemden Predikant Groenewegen nevens dc twee bovengemelde Diaconen mogtc worden geordonncert, met het bevestigen der twee voorgemelde verkoorene Diaconen niet voort te gaan, ter tyd en wylen, dat de zaak door het Clasfis van Gorinchem, alwaar de zelve was litispendent, zoude wefen afgedaan cn gedecideert; En ook geëxamineert hebbende het ampel Berigt met de daar nevens overgeleverde Ahikken van den voornoemden Predikant Groenewegen, Cors Hanegraaf cn Daniël Dankers , in \ve\ker handen de Heeren Gecommitteerde Raden voorfchreeve Requeste hadden gefield, als mede de nadere Memorie door de Supplianten aangaande defe zaak aan de Heeren Gecommitteerde Raaden overgclevert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, alle de differenten tusfchen de Supplianten ter eenre, en den Predikant Groenewegen, en de voornoemde Cors Hanegraaf en Daniël Dankers ter andere zyde, over de verkiefing ven nieuwe Kerkenraads Leden te Werkendam en de Werken, en het doen en onderteek-enen der Armen-Rekening fubfifteerende, te laaten, cn, voor zoo veel des noods, te renvoyeeren aan de pasfis van Gorinchem, om de zelve differenten ten fpoedigften, is het doeniyk, in der minne te vereffenen, èn, by ontitentenis van dien, zoodanig aftedoen cn te decideeren, ais het zelve Clasfis zal oordeelen te behooren ; behoudens, dat het, in cas van decifie, aan den geenen, welke zoude meenen daar by befwnart te zyn, zal vry ftaan daar van opdegewoone wyfe aan het Synodus van Zuid - holland te provoceeren; met ordre wyders aan den Predikant Groenewegen en de voornoemde Cors Hanegraaf en Daniël Dankers, zoo wel als aan de Supplianten, om het geen in der minne alfoo zal wefen geconvenieert, ef uicerlyk verftaan en gedecideert, in allen dec- len  Placaaten en Refolutien, &c. van den waaren Godsdienst . aöj „ noemde Genootfchap in *s Hage (tand „ grypende, ter bereiking van desfelfs „ he'üfaame en gewigtige bedoeling, „ door den arbeid van kundigen, en de „ onderftecining van vermogenden, op „ de best mogelyke wyfe aangemoedigt „ en geholpen worde; en dat haare ?J Correspondenten deefe inrichting by w andere Synoden met allen ernst zul„ len aangrypen, en defelve verfoeken, „ om in de begunftiging van dat Ge„ noodfchap met deefe Synodtis te eon„ curreeren." Dat verfcheidene zeer geleerde en godvruchtige Mannen beroemt in Kerken en Hooge Schooien, zich als Correspondeerende Leden reeds verbonden hebben, om dit Genootfchap daar omtrent met raad en arbeid te onderfteunen; en veele zeer aanzienlyke en vermogende aankleevers van het waare Christendom zig zeer gewillig getoont hebben, om als Honoraire Leden en Donateurs of Donatricen aan dit Genoodfchap op den duur vereischtcn bydand te verleenen. En dat 'er eerstdaags eene algemeene byeenkomst (laat gehouden te worden, om daar in de beste der ingekoomen antwoorden op uitgefchreevene vraagftukken met aanmerkelyke eerepryfen te be* kroonen, en weederom onderfcheidene premien aan te bieden voor de meest uitmuntende vertogen over eenige aangeleegene voordellen, ingericht om de algemeene belangen van het Ryk der waarheid voor te ftaan, en om het ongeveinst geloof der Christenen tegen de verleidingen der dwaalingen te ftefken; op dat 'er langs deefen weg, van tyd tot tyd, voortreffelyke Verhandelingen van binnen- en buitenlandfche Godgeleerden, ter ftaaving en verdeediging van het waare Christendom, aan de Natie worden ter hand gefteld; en op dat onze Vaderlandfche Kerk, van ouds vermaart door volftandige aankleeving der onvervalfchte Euangelie Leere, zoo God over deefe welgemeende poogtngen xfchynfel geeft, het fteunfel blyve van dit Gemeenebest, en het Zout der Aarde zy. Dan, dewyl deefe onderneemingen, hoe aangenaam en voordeelig de uitzigten weefen mogen, tot nog toe alleenlyk , als een werk van byfondere Perfoonen, befchouwt konnen worden, en deefe Maatfchappy, ter bereiking van haar doel, niet flegts Kerkelyke aanpryzingen van nooden heeft, maar ook tot meerder aanzien en uitgebreider nut, binnen en buiten de Republicq, door hooge goedkeuringonferSouveraine Overheid behoort gewettigt en gefterkt te worden; gelyk veele andere Genood¬ fchappen , elders door byfondere Perfoö* öen opgericht, de gewenschte goedkeuring der Oppermagten ontfangen "hebben l en gelyk onder andere ook de Holland* fche Maatfchappy der Weeten fehappen . binnen da Stad Haarlem in den jaare 1761 een zeer gunftig Oétroy van UEdele Groot Mog. verkreegen heeft: Zoo wenden de Supplianten zig met eerbiedig vertrouwen tot UEdele Groot Mogende , die ten alién tyde zoo duidelyk toonden, roem te dragen op de handhaaving der waare Gereformeerde Christelyke Geloofs Lëere, uit Gods onfeilbaar Woord in onfe Formulieren van Eenigheid begreepen; öotmoediglyk verfoekende, dat het UEdele Groot Mo- i gende gunftiglyk behaage moge, om het voorfchreeven Genoodfchap, tot verdee- l diging van den Christelyken Godsdienst tegen desfelfs hedendaagfche Beftrydersj binnen 's Gravenhage, door hoogst derfel ver Souverain Oppergefag, goed te keuren, te bevestigen en te befchermen , en zodanige edelmoedige blyken van goedgunftigheid aan het zelve toe te voegen, als defelven, volgens hunne beproefde wysheid en liefde tot den vastgeftelden Godsdienst, meest gefebikt zullen oordeelen, ter bevordering van het verlangde oogmerk, entenmeeften nut* te van Christus Kerk, en van het lieve Vaderland, en daar toe aan de Supplianten te verleenen Brieven in optima forma» (Onderftondf) *t welk doende enz. I uit slier Naam. (JVas geteekent,) JOH. HERINGA» Pred. in 'sGravenhage. I \ Waar op gedelibereert zynde, hebben hun '1 Edele Groot Mogende, het pryswaardig voorneemen van de Supplianten aliints laudeeren* de, en fteeds geneegen zynde tot handhaving en befcherming der waare Gereformeerde Christelyke Religie, goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten derfelver gedaan verfoek te accordeeren, en mitsdien te approbeeren het voorfz. Genoodfchap tot verdediging van den Christelyken Godsdienst, tegens desfelfs hedendaagfche Beflryders in V Gravenhage, het zelve neemende in de fpeciale befcherming en protectie van hun Ed. Groot Mog. En zullen hier van ten behoeve van de Supplianten de nodige Brieven van Oétroy ' worden geëxpedieert. C c 3 DER-  208 Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. 3» Refoiutie van de Staaten van Holland 9 tot het rejmimendeeren van den Emeritus Predikant Iloltius, die zig in zekere gefchriften over Kerkelyke gcfchillen zeer oubef heiden gedragen had. Mitsgaders Placaat van dezelve Staaten, tegen het uitgceven van Werken over Theologifche Stoffen, zonder naam van den Autheur, en zonder Kerke lyke approbatie. Den 4 Augustus 1761. I \c Kaadpenhojiaris neeft ter \ ergadering ge;apporteert dc Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfehap cn verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot het Groot llcfogne, hebbende , ingevolge cn ter voldoening van haar Edclc Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 1 Augustus des jaars 1760, geëxamineert een Misfive van Curateuren van's Lands Univerfiteit tc Leyden, en Burgemeesteren derfelve Stad, gefchreeven alhier in den Hage den 31 July daar bevoorens, houdende een kort verhaal van dc klagten, by welgemelde Curateuren en Burgemeesteren in den jaare 1753 gedaan, over zeekere toen ter tyd uitgekoomen zeer geanimeerde Gefchriften teegens een Advis van de Theologifche Faculteit van haar Edele Groot Mog. Univerfiteit, over een gefchil in de Kerke van Zwol ontdaan, cn voorts een nader zeer nadrukkclyk beklag, zoo over zccJter al zeedert eenige jaaren van tyd tot tyd by onderfchcidc Boekdeelcn gefchreeven, en zonder de gerequircerde KerkeVyke approbatie met den druk. gemeen gemaakt naamloos Theologisch Tractaat, geintituleert, „ Examen van het ont,, werp van Tolerantie, om de Leere, in de „ Dordrechtfche Synode vastgefielt, met de ., veroordeelde Leere der Remonftranten te „ veneenigen;" waar in niet alleen dat chimerique ontwerp van Tolerantie , het geen nooit dan in de hersfenen van gemelde Schryvers zoude hebben geexreert, word onderfogt cn gercfuteerd, maat ook op een hatelykeen onchristelyke wyze, fchoon bedektelyk, aan veele Hoogleeraars, en andere, fentïmentcn werden aangewreeven, die in hun nooit zouden zyn opgekoomen, maar in tegendeel mot horreur verfoeyt werden, als wel in het byfonder over de verregaande licentie, waar mede het den Emeritus Predikant f foltius heeft kunnen gelusten, in de voorreeden van het tien- ' de Rukje van het voorfz. ontwerp van Tolerantie, de Memorie van wylen den Profèsfor van den Honen, tot bezwalking van de eer van de Univerfiteit, op een fenfibele en te gelyk zeer quaardaardige wyze, aan te tasten en te lasteren, met een bygevoegt verfoek, f dat haare Edele Groot Mog. daar jeegens zodanige ordres zouden gelieven te (feilen, als ' dezelve tot voorkooming van het Drukken en Uitgeeven van Theologifche Tractaaten zonder Kerkelyke Approbatie , en ter beteugeling van de indecente en ongepermitteerde Laster¬ taal van den meergemelden Emeritus Predikant 1 Ioltius, her zy door hem in het geheel of ten dccle v.m zyn beneficie te privecren, of wel anderfints, nodigen oorbaar zullen oordeelen. Als mede nog, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Rcfoluti c Commisforiaal van den 30 Oétober 1760 , een Memorie van den gemelden Emeritus Predikant Iloltius, behelfende de reedenen, die hy ingevolge de gratieufe permisfie, door haar Edele Groot Mog. by derfelver Refoiutie van den 16 September daar bevoorens aan hem verleent, tot zyne pretenfè justificatie op de voorfz. po-neten van beklag heeft geoordeelt te kunnen en te moeten alleguccren. Waar op gedelibereert, en in agtinge genoomen zynde, du dc Emeritus Predikant I Ioltius de eerfte Aanvoerder en Autheur van de ontfiaanc gefchillen en oneenigheeden is geweest , als hy by een gedrukte Brief, in den jaare 1752 te Leyden u-'rgegeeven, op het boovcngemeJde Advis van de Theologifche Faculteit op een zeer onbefcheide wyfelsanngcvaUen, cn opentlyk verklaart heeft, dat hy aan dat Advis was geërgert, en dat hy zig beklaagde zoo lang gelieft te hebben, dat hy de gt lladiging der zuyvere hervormde leere ao'v- dat zoo hoogaanfienlyk en vermaard Colt*gt*°*erleêfd&, en die beroemde en waardige Mannen, die voorheen als Pvlaartn flonden voor de on^eranderlyke waarheid, zag wyken voor den verandèrlyken txd: dat de Emeritus Predikant Iloltius en de" zynen die attaque met geen minder heevigheid als onbefcheidentheid, zoo ten aanfien van de Leeden van de Theologifche Faculteit in het generaal, als van den Profèsfor van den Honert in het byfonder hebben voorrgefet, en zig door hun onbefonnen drifc en iever zelfs zoo verre hebben laaten vervoeren , dat zy de Memorie van den gemelden Profèsfor van den Honert (welke nooit met eenige grond van onzuiverheid in de Leer is verdagt gehouden', maar in teegendeel zig door zyne Godvrugt en Geleerdheid zeer veel roem en agtin^ by de geheele waareld heeft verworven) niet hebben gefpaard, maar met indecente en ongepermitteerde Lastertaal gehoont; en dat dit alles gefchied by Boekdeelen, welke tegens de uitgedrukte ordres vaH den Staat, zonder voorgaande Kerkelyke Approbatie , van tyd tot tyd in bet ligt worden gegeeven; Is goedgevonden en verdaan, den Raadpenfionaris re verfoeken, om den gemelden Emeritus Pre-  Betreffende dë Kerken ■ ordening len te agtervolgen en na te koomen, zonder op eenigerhande prsetext daarvan in gebreeke te blyven, en voorts met last aan den voornoemden Predikant Groenewegen, Cors Hanegraaf en Daniël Dankers, om met de bevestiging van Bastiaan van den Heuvel en Arie Jooste de Mink tot Diaconen niét voort te gaan, ter tyd en wylen dé voorgemelde dif- ferenten in voegen voorfchreeve zullen, wefett getermineert. En zal Extraét defes gegéveri worden aart de Supplianten, als mede aan den voornoemden Predikant Groenewegen, Cörs Hanegraaf eri Daniël Dankers, om zig daar na te reguleeren; zullende mede gelyk Extract worden gefonden aan de Clasfis van Gorinchem, om té ftrekken tot derfelver narigt4 Refoiutie van de Staaten van Holland\ M het ^verbeteren der Rym - Pfalmem Den ip Juny De Heer Penfionaris van Royen heeft ter Vergadering gerapporteert de confideratien en het advis van de Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, welke, ingevolge en ter voldoeninge van hun Edele Groot Mog. Appoinétement Commisforiaal van den 18 November i/5p, hadden geëxamineert de Requeste , door of van wegens de gefamentlyke Gedeputeerdens der Christelyke Synodus van Zuid - en Noord Holland aan hun Edele Groot Mog. geprefenteerd, om daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat het aan hun Edele Groot Mog, goede geliefte zyn mogte, hun te doen weeten, of defelve eene verandering of verbetering der Rym-Pfalmen, welke tegenwoordig in de publicque Kerken defer Landen gebruikt worden, zouden gelieven toe te ftaan. Gelyk mede ingevolge en ter voldoeninge van hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den i o November 1758, een Refoiutie van de Heeren Staaten van Vriesland van den 20 September des zeiven jaars, en door de Heeren derfelver Gedeputeerden ter Generaliteit ingebragt den 3 Oétober daar aan volgende, genoomen op een Request door de Deputaten van het toen laatst gehouden Synode in Vriesland aan de hooggemelde Heeren Staaten geprsefenteert, en tendeerendey om aan hun Hoog Mog. voor te flaan, om in de Gereformeerde Kerken in Nederland, in plaatfe van . de thans in gebruik zynde Pfalmen, te introduceeren en te doen gebruiken de Pfalmen door LIalma of van Ghyzen berymt, of te zaamen gebragt. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde, dat in de Rym-Pfalmen , welke jegenwoordig in de publicque Kerken defer Landen gebruikt worden, niet alleen inconvenable uitdrukkingen gevonden worden , maar dat daar inne ook voorkoomen verfcheide pasfagien, welke met den grond der Text weinig of niet overeenkomen, en anderen, welke of zeer gebrekkig berymt , of doof¬ den tyd onverftaanhaar geworden zyn*, dës wyl, zedert het introduceeren der boyengemelde Rym-Pfalmen in de publicque Kerkert defer Landen, de Taal en Digtkunst zoodanig verbetert en befchaaft zyn, dat veelé oude woorden en manieren van fpreeken en fchryven in ongebraik zyn geraakt, en dé Digtkunde geheel verandert is, het geen dan ook gelegentheid gegeven heeft, dat de voorfz. Rym-Pfalmen by naamloofe fchriften meef dan eens publicq ten toon zyn geftelt. Is goedgevonden en verftaan te declareerën$ dat hun Edele Groot Mog. wel mogen ly« den, dat de gemelde Rym - Pfalmen, of geheel tegens andere verandert, of anderfints verbetert worden, zoo nogtans dat defelvé verandering of verbetering volbragt zynde 4 daar van nader kennisfe gegeven i en defelve ter deliberatie van hun Edele Gr. Mog. overgelegt zullen moeten worden, omme daar op te refolveeren, zoo als hun Edele Gr. Mog. ten meeften nutte en dienfte van de publicqUö Kerken defer Landen bevinden zullen te behoorem Én is wyders nog goedgevonden én Vérftaan, de Heeren Gedeputeerden van defé Provincie ter Vergadering van hun Hoog Mog. te qualificeeren, omme (gebruik maakende van de redenen, welke hun Edele Groot Mog, tot het neemen van defe Refo^ lutie hebben gepermoveert) de zaake ter" Generaliteit daar heenen te dirigeeren, daf een gelyke authorifatie onder defelve reftric* tie aan alle Kerkelyke Vergaderingen, welke tot de bovengemelde verandering of verbetering der Rym - Pfalmen zouden moeten vacee-' ren s door de Bondgenooten mooge worden verleent. En zal Extract defes gegeven worden aart de Heeren Presfident de Grande en Raadsheer Slicher, Commisfarisfen Politicq op de Syno* des van Zuid- en Noord Holland, als medé aan de gefamentlyke Gedeputeerden der gemelde Christelyke Synodens, omme te die nen tot haar narigt*  2IO Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. direct ftrydende tegens ons Placaat van den 21 November 1715. Zoo is T, Datwy, totconfervatie van de waare Gereformeerde Religie en van de rust in do- Kerk , daar tegens willende voorfien, by Renovatie en Ampliatie van onfe Refoiutie van den 9 April 1675. en van ons voorfz. Placaat van den 21 November 1715 , goedgevonden, geordonncert cn gelhtueert hebben, gelyk wy goedvinden , ordonneeren cn ftatueeren mits deefen, dat niemand wie hy zy, cn dus ook niet de Profeslboren in de Theologie van onfe Univerfiteit tot Leyden, cn dc Regenten van de Collegien aldaar, eenige Boeken of Gefchriften, handelende van de Religie (uitgezonderd dc Excrcitationcs AcafkmtCétf) zullen vermogen tc laaten drukken, of anderfints uit tc geeven, ten zy op het Tiiulblad expresfeeren of doenexpresfeeren haar naam en profesfie. Dat wyders geen Doctoren in de Theologie, Predikanten, Leedemaatcnof andere van dc waare Gereformeerde Religie, zullen vermoogen te laaten drukken , of anderfints uit tc geeven eenig Boek of Gcfchriftc , handelende van Theologifche Stoffen , of van zaaken de Gereformeerde Religie betreffende, ten zy het zelve alvoorens zal zyn gevifiteert cn geapprobeert van het Clasfis, 1 waar onder dc Autheur van dien ge- I hoort, of van de Profeslboren van onze Univerfiteit, dog met voorwecten zyner Clasfis, alles Ingevolge en conform onfe Refoiutie van den 9 April i6~$. Dat zoodanig Boek of Gefchrift, zyn approbatie, het zy van de Profeslboren of Clasfis, als boven gemeld, hebbende gekreegen , de Autheur gehouden zal zyn agter het Titulblad te doen drukken, • dat het zelve van de Profeslboren of Clasfis is gevifiteert en geapprobeert, met byvoeginge, welke Clasfis de approbatie heeft gegeeven, en den dag van de approbatie der Profesforen, of vanhetCiaslis refpective. En zullen alle Boeken van de Religie handelende, en niet voorzien zynde vah zoodanige approbatie der Profesforen of Clasfis, als boven is gemeld, niet alleen gehouden worden als niet voortgekoomen [ uit den fehoot der Gereformeerde Ker- j ke, niettegenitaande dezelve ook door | een Gereformeerd Perfoon mogten gefchreeven of uitgegeven zyn, maar zullen daarenboven zoo wel de Autheur, Uitgcever, Disfeminateur, als Drukker ieder verbeuren een boete van duizend Caroli Guldens, voor elke reyfe dat defelve tegens de hier voor gemelde pointen, of eenige van dien, komen te contravcnieeren, zoo als meede in gelyke boete vervallen zullen alle die geenen, die eenig Boek of Gefchriften, waarvan de Autheur geen profesfie is doende van de Gereformeerde Religie, komen uit te geeven, te disfemineeren, of te drukken, zonder dat de naam cn profesfie van den Autheur, invoegen als boven gemeld, daar voor gefteld zal zyn. En op dat Ons heilzaam oogmerk niet moge worden geëludeert, door eenige Boeken of Gefchriften van natuur hier voren gemeld, dewelke in eenige van de Geünieerde Provinciën of Resfort van de Generaliteit gefchreeven; uitgegeven of gedrukt zouden mogen zyn, binnen deefc Provinciën in te voeren en te disfemineeren ,• zoo interdiceeren en verbieden wy wyders alle cn een iegelyk wel expresfelyk by deefen, defelve Boeken of Gefchriften binnen deefe Provincie in te voeren, te disfemineeren of verkoopen , op een boete van drie honderd Caroli Guldens, voor ieder exemplaar; en zullen alle voorgemelde Boetens genooten worden voor de eene helft by den Officier, die de calange zal doen, en voor de weederhelft, by de Diaconie van de Gereformeerde Armen van de Stad of Plaats, alwaar de calange gedaan zal worden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal komen te pretendeeren, begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den voorfchreeven Lande den En zal Extract deefes worden gegeeven aan de Heeren Curateuren over haar Edele Groot Mog. Univerfiteit, en Burgemeesteren der Stad Levden tot derfelver narigt; als mede aan fien Raadpenfionaris, om door denzelven aan den Emeritus Predikant Holtius ter hand te werden geftelc R*  Betreffende de Kerkenordening. 209 difcfint Holtius voor zig te ontbieden, en denfelven voor te houden, dat baar Edele Groot Mog. confidereerende, dat foortgelyke twisten tot groote onlusten, tweefpalt en fcheuring in de Kerk aanleiding kunnen geeven, de voorfz. behandeling met veel indignatie hebben genen,- dat defelve geenfints istecompasfeeren met de principes van Liefde, Vreede, Eendragt en Zagtinoedigheid , die in Gods Woord met zoo veel nadruk werdenaanbevoolen, en vooral by de Leeraars dienden te werden in het oog gehouden en nagekoomen, en dat in het byzonder een Man, aan welke haar Edele Groot Mog. om zyne klimmende jaaren , en de daar aan verknogte infirmiteiten, op zyn verfoek een honorable en profitabele rust hebben verleent; de meerder ruimte van tyd, die hy door de voorfz. gracieufe concesüe van haar Edele Groot Mog. heeft verkreegen, tot het voeden en voortfetten van twisten en oneenigheeden niet behoorde te misbruiken ; dat de excufen hier jeegens, door den gemelden Emeritus Predikant Holtius in zyne bovengemelde Memorie bygebragt, meer voor fyn uitgedagte fubterfugien, als voor reëele ontfchuldigingen zyn te houden, want dat het voorgeeven van blootelyk gerecrimineert te hebben hier niet te pas komt, daar in faclo confteert, dat de gemelde Emeritus Predikant Holtius zelfs de Aggresfeur is geweest, en in zyn voorneemen na de dood van den gemelden Profèsfor van den Llonert heeft blyven volharden; dat niet veel meer reflectie verdient de ontkentenis van Autheur of Schryver te zyn van de Vooneeden, welke voor het boovengemelde tiende ftulqe is geplaatst, om dat de gemelde Emeritus Predikant Holtius in zyn fchryven aan den Drukker Byl erkent de affender van de gemelde Voorreede geweest te zyn, en dus, zoo al niet als Autheur, ten minCcen als Diffributeur en Spargeur van defelve te confidereeren was en dat eindelyk het voorgeeven, als of het vragen van een Kerkelyke approbatie op Gefchriften , aan welke verfcheide handen werken, in onbruyk zoude zyn geraakt, en de daar by gevoegde refleche, dat in allen gevalle byhet Placaat van den 21 November 1715 geenhooger ftraffe zoude zyn geftelt, dan dat de Boeken van de Religie handelende, en niet van zoodanige approbatie van Profesforen of Clasfis voorfien zynde, zullen gehouden werden als niet voortgekoomen uit den fchoot der Gereformeerde Kerk in deefe Provincie; aanhaar Edele Groot Mog. van een zeer ver uitzigt zyn voorgekoomen: dat het niet zyndeftrenge ftraffen, die de Schryvers van Theologifche Werken in ordre behoorden te houden, maar het refpeét en de gehoorzaamheid, die dezelve aan hunne wettige Hooge Overigheid zyn verfchuldigt, en dat geen voorbeelden van overtreedinge van de Wet een ander regt kunnen geeven, om daar uit een verbreeking van de Wet te infereeren, en zig van de obfèrvantie van de ordres daar in vervat eigenwillig te ontflaan, voor al niet in een geval, IX. Deel. als dit teegenswoordige , daar men zonder eenig bewys de geheele Theologifche Faculteit van onfuiverheid in de Leer tragt te infimuleeren, of ten minften als Patroonen en Fauteurs van de zoodanigen, die daar mede zyn beftnet, te doen voorkoomen. Dat of wel alle de voorfz. confideratien , by den anderen genomen, genoegftame ftoffe zouden kunnen uitleeveren, om op zulke middelen bedagt te zyn, als by het flot van de bovengemelde Misfive van Curateuren en Burgemeesteren zyn voorgeflagen , haar Edele Groot Mog. egter, reflecterende op de groote iever, waar meede diergelyke twisten doorgaans hinc inde werden behandelt, en ook in het voorhanden zynde geval behandelt zyn , en uit dien hoofde meer geinclineert zynde, om het gepasfeerde meer aan een al te ver gaande drift, als wel aan andere quaader oogmerken toe te fchryven, geprefereert hebben van die voorgeflagen middelen voor als nog geen gebralk te maken, maar den gemelden Emeritus Predikant door monde van den Raadpenfionaris te doen aanfèggen, dat hy zonder fpeciaale permisfie en expres confent van haar Edele Groot Mog. zig zal hebben te onthouden van eenige Werken of Gefchriften over Theologifche Stoffen , uit te geeven, of te doen uitgeeven, direélelyk of indireclelyk, op poene van by faute van dien de hoogfte indignatie van haar Edele Groot Mog. te zullen incurreeren. En is laatftelyk nog goedgevonden en.verftaan , dat, om voor te koomen, dat eenige Werken of Gefchriften, handelende over Theologifche Stoffen, worden gedrukt of uitgegeven, zonder dat de naam van den Autheur daar voor geftelt zy, en, indien de Autheur is, of profesfie doet, van de waare Gereformeerde Religie, zonder daar op alvoorens de Kerkelyke Approbatie verkreegen te hebben, by Renovatie en Ampliatie van het Placaat van den 21 November 1715, zal werden gearrefteert, zoo als gearrefteert word by deefen, het Placaat hier agter geinfereert. PLACAAT. De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen: falut. Doen te weeten: Alfoo Ons van tyd tot tyd verfcheide klagten zyn voorgekoomen, dat veele Boeken en Gefchriften, Godgeleerde Stoffen beseffende, worden in het licht gegeven, zonder alvoorens, ingevolge van onfe Refoiutie van den 9 April 1675, door de Clasfis waar Onder de Schryvers gehooren, of door de Profesforen der Theologie, te zyn gevifiteert of geapprobeert; dat ook verfcheide Boeken en Gefchriften, van zaaken van Religie handelende, worden in het ligt gegeeven, zonder dat de naamen van de Schryvers daar voor ftaan bekend, D d éi-  2 12 kenraaden , (except in de Stad Brielle cn het Fort Hellevoetfiuys,) beftierende dc Diaconie-Armen der Gereformeerde Nederduitfche Gemeente, resibrtecrende onder defelve Clasfis, en zulks ten behoeve der Diaconien in de Gereformeerde Kerken van 'c Nieuwland, Oostvoorne, Swartewaal, Blankenburg, Rakagne, Nieuw - Hellevoet, Nieuwenhoorn, Spykcnis, Piershil, Abbenbroek, Geci vliet, Simonshavcn, Ilcekelingen, Koorndyk, Ileenvliet, Oudenhoorn, Zuidland, 'c Ouddorp, Nieuwe - Tonge, Middelharnas, Stad aan 't l laringvhet, Bommel, Dirksland, Goedereede, Herkingen, Ooltjens - Plaat, en Oude - Tonge. Den 11 November 1775. Op de Requeste van Diaconen der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente der Stad Rotterdam. Den 30 January 1776. Op dc Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente tc Capellc op den Ysfel. Den 7 February 1776. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Diaconie-Armen, mitsgaders Armmccsters van den Grooten - of zoo genaamden H. Geest Armen te Aarlandervccn. Den 8 Mey 1776. Op dc Rcquesrc van Diaconen der Gereformeerde Gemeente van BÏerkenwoude cn den Agterbroek. Den 24 July 1776*. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Diaconie - Armen, mitsgaders Armmecsteren van den Grooten of zoo genaamden Heiligen Geest Armen te Calslagen. Den 28 September 1776". Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Loosduinen. Den 28 September ij'6. Op dc Requeste van de Predikant, Ouderlingen en Diaconen der Gereformeermeerde Engelfche Gemeente in den Hage. Den 12 December 1776. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Armen te Maaslluis. Den 17 January 1777. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente, mitsgaders Schout en Armmeesters van de H. Geest Armen van Wasfenaar en Zuidwyk. Den 16 Mey 1777. Op de Requeste van Bailliuwen Armmecsteren, mitsgaders Predikant en Diaconen van Oestgeest, als gezaméntlyke Armbeforgers by de Hervormde Gemeente aldaar. Den 26 Sip tember 1777. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Edam. Den 1 November 1777. Op de Requeste van den Predikant en Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Voorfchoten. Den 4 September 1778. Op dc Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente tc Nieuwe Niedorp. Den 4 September 1778. Op de Requeste van Diaconen cn Behcerfchers der Gereformeerde Diaconie binnen dc Stccde Beverwyk. Den 24 October 1778. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Landsmeer. Den 11 Maart 1779. Op de Requeste van den Predikant en Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Bergen in Kenncmerland. Den 28 July IJ79. Op de Requeste van Diaconen van Oost - Terfchelling. Den 30 September 1779. Op de Requeste van Diaconen der Kerkelyke Gereformeerde en Verzorgers van dc gemeene Armen op het Eyland Wieringen. Den 26 Ocïober 1780. Op de Requeste van Diaconen en Ar mbo. iorgers van de Gereformeerde Diaconie en Heilige Geest-Armen van den Dorpe en Ambachte van Schipluiden. Den 30 November 1780 Op de Requeste van Dykgraaf en Heemraaden van dc Bedykte Schermeer; ten behoeven van Diaconen en Armbeforgers aldaar. Den 10 Mey 1781. Op de Requeste van den Kerkenraad van Krimpen op de Lecq, reprcfenteerende de Gecombineerde LI. Geest en Diaconie Armen van de Gereformeerde Gemeente aldaar. Den 14 December 1781. Op de Requeste van Diaconen der Hervormde Gemeente van Pancras. Den 4 July 1782. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente en Armmeesfieren van Sluypwyk, als adminifireerende de Gecombineerde Diaconie en Heilige Geest Armen aldaar. Den 3 January 1783. Op de Requeste van den Predikant, Ouderlingen en Kerkenraad, mitsgaders Schout en Armmeesfteren van de Heilige Geest of Gemeene Armen van den Ambachte van Pynacker. Den 28 January 1783. Op de Requeste van Regenten der DiaconieAnrlen te Scheveningen. Den 23 April 1783. Op de Re- Placaaten. 2. Bock. 3. Titul.  Betreffende de Kerken-ordening, qjj 4» Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende O&roy op 't jiuk der Erfenis/en, verleend aan Diaconen van de Gereformeerde ICerke binnen den Eylande van Rozenburg. Den 25 Juny 1762. Op de Requeste van Diaconen van de Gereformeerde Kerke binnen den Eylande van Rofenburg, als reprefenteerende de Gecombineerde Diaconie en Heylige Geestof Politique Armen van het zelve Eyland. Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refoiutie van den 6 Juny 1733, de Supplianten, voor foo veel het voorleedene aangaat, te laaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert en geacquireert hebben ten opfigte van de Goederen, nagelaten door Perfoonen by haar gealimenteert, en zonder Kinderen of verdere Defcendenten overleeden, zonder daar in eenige prejudicie te lyden, of ook eenige reclame fubjecf te zyn, wegens het geene uit dien hoofde reeds hebben genooten, en, belangende het toekoomende, de Supplianten te auctorifeeren en te qualificeeren, om voor hun qq. na zig te mogen neemen, en te behouden al het geene zal worden nagelaaten by eenige Kinderen of andere Perfoonen door de Supplianten gealimenteert, wanneer dezelve komen te fterven zonder Kinderen of verdere Descendenten na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeuren in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan; als meede om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen of bejaarde Perfoonen, die door de Supplianten reeds worden opgevoed of gealimenteerd, of in het vervolg opgevoed of gealimenteerd zullen worden, voor den tyd hunner opvoeding of alimentatie eigen of aanbeftorven zouden mogen zyn, voor haar Supplianten qq. te mogen na zig neemen en blyven behouden, daar onder nogtans niet begreepen, het geen defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen , geduurende haare opvoeding of alimentatie by Erffenisfèn, Legaaten of Giften, verkreegen zouden mogen hebben, behoudens nogtans, dat de Supplianten de vrugten daar van zullen genieten, zoo lang de felve Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar zullen werden opgevoed of gealimenteert, en langer niet. En wyders nog, ingevolge van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 16 Juny 1751, de Supplianten te qualificeeren, om, ingeval een bejaard Perfoon, Kinderen of verdere Defcendenten hebbende, door de Supplianten word gealimenteert, en aan defelve, geduurende die alimentatie, eenige Erffenisfe, Legaat of Gifte opkomt, welke door de Supplianten ontfangen word, by het overlyden van zodanig een bejaard Perïbon, van de opge- koomene Erffenis, Legaat of Gifte1, welke aan de Descendenten zal worden uitgekeert, aftetrekken, en voor hun Supplianten qq. te behouden het montant der Alimentatie by den overleede bejaarde Perfoon genooten, zonder dat de gemelde aftrekking egter eenigfints verder als de voorfz. Alimentatie zal mogen worden geëxtendeert. En zullen hier van Brieven van Oétroy gedepecheett worden. NB. Gelyke Oéhoyen op het .ftuk der Erffenisfèn zyn door haar Edele Groot Mogende mede verleend Den 27 July 1762. Op de Requeste van de Diaconen van de Gere* formeerde Gemeentens te Westzaanen en te Zaandyk. Den 8 July 1773. Op de Requeste van Schout en Armmeesteren van de Gereformeerde Buiten Armen van Nieuweveen, mitsgaders Predikant en Kerkenraad van de Gereformeerde Kerk van Nieuweveen voornoemt, als mede Predikant en Kerkenraad van Zevenhoven. Nota. Dit en de volgende Oc* troyen zyn geëxtendeert Volgens de Ampliatie der Refoiutie van 17 Decem~ ber 1766, welke hier na Zal worden geinfereert. Den 30 September 1773. Op de Requeste van Diaconen van de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente van Huyfen in Gooyland, en Armmeesteren van de Pot-Armen aldaar. Den 5 November 1773. Op de Requeste van AalmoesfenierS - Voogden binnen de Stad Medenblik. Den 18 December 1773. Op de Requeste van den Kerkenraad van Hellevoetfluis, in qualiteit als Adminiftrateurs van de Diaconie Armen aldaar. Den 20 July 1775. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeer* de Gemeente te Reeuwyk, en Armmeesteren van de H. Geest Armen aldaar. Den 18 Augustus 177$. Op de Requeste van de Clasfis van Voorn en Putten, uit naam van alle de KerD d 2 ken-  214 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. op verbeurte van zes guldens voor de eerfte, en twaalf guldens voor de tweede maal, ten behoeve van den grooten Armen, en by aanhoudende oppofitie , op verbeurte van alle Regten cn Privilegiën, die anderfints in cas van armoede aan de In- en Opgefetcnen com- peteeren, en wyders om de voorfz. boetens paratelyk te mogen doen executeeren , en haar Ed. Groot Mog. Dispofitie te mogen doen publiceeren en affigeeren, om te dienen tot een ieders narigt. +* Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oclrooy aan de Dorpen van Crommenie en Grommeniedyk, tot het heffen yan zekeren Impost van de Rogge en Tarwe, ten behoeven van de gemeene Armen Ifee/èn aldaar. Den 4 Augustus 1763. "1^0 Baidpcnfionaris heeft ter Vergadering J Jr et ra ^porteert dc Confideratien en het /idvis vr.n de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken de Financien, hebbende, ingevolge cn ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 17 Juny deefes jaars, met en neevens de Heeren Gecommitteerde Raden, nader geëxamineert het Advis van de laatstgemelde 1 Ieeren van den 3 Mey daar te vooren, en den 4 dito ter Vergadering ingekoomen, houdende , ter voldoening aan het Appovnctcment van 13 April des gemelden jaars, derfelver Confideratien en Advis op de daar neevens te rug gaande Requeste van Scheepenen, Vroedfchappen en Weesvaders van de Godshuyzen van de Crommenie en Crommeniedyk , om reedenen daar by gcaWegucert verfoekende, om by Collecte door de Gaarders van 's Lands Impost, ieder in haar Dorp, van hunne Bakkers te mogen laten ontfangen ten behoeve van derfelver Godshuyzen, tot onderfland der gemeene Arme Weefen, van iedere zak Rogge drie Stuyvers, en van iedere zak Tarw ncegen Stuyvers, die door de Bakkers in meergemelde Dorpen zal worden verimpost. Waar op gedelibereert zynde r is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten by deefe te permitteeren, om by Collecte door de Gaarders van 's Lands Impost, ieder in haar Dorp, van hunne Bakkers te mogen laten ontfingen, ten behoeve van derfelver Godsbuv/en, tot onderfland der gemeene Armen Weefen, van iedere zak Rogge drie Stuyvers, en van iedere zak Tarwe necgen Stuyvers, die door de Bakkers in meergemelde Dorpen zal worden verimpost, en dat de Bikkers in voornoemde Dorpen, nis onder de Stad Haarlem behoorende, van dc Broodletters derfelve Stad als van ouds zullen ontfangen dc Billietten, ingcrigt na de prys en zetti'nge der Stad Amfterdam, als waar na h.iar Brood zullen moeten verkoopen; en daar van aan de Supplianten te verleenen Octroy in forma. 7- Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Predikant F. C. Engels word gepermitteert een Tlieologisch Gefchrift in de Hoogduitfche Taal uiitegeven met approbatie van een der Theologifche Profesforen op een Nederlandfche Univerfiteit. Den 4 january 1764. Is gelefen de Requeste van Frederik Carel Engels, Hoogduitsch Predikant in de Gereformeerde Gemeente in 's Hage, te kennen gevende, dat by haar Edele Groot Mog. Placaat van den 4 Augustus 1761 was geftatueert, dat geen Doctoren in de Theologie, Predikanten, Proponenten , Ledemaaten of andere van de waare Gereformeerde Religie zouden mogen laaten drukken of anderfins uit te geven eenig Boek of Gefchrift, handelende van Theologifche Stoffen, of van zaken 'ie Gereformeerde Religie betreffende, ten zy het zelve alvoorens zoude zyn gevifiteert en geapprobeert van het Clasfis, waaronder de Autheur van dien gehoorde, of van de Profesforen van haar Edële Groot Mog. Univerfiteit, dog met voorwecten zyns Clasfis, volgens hoogst derfelver Refoiutie van den 9 April 1675, op poene en boete by het voorfz. Placaat geftatueert. Dat hy Suppliant voornemens zynde eenige Theologifche Stoffen in de Hoogduitfche taaie uit te geven, wel getragt had om zig naar de ordres in het voorfz. Placaat vervat punélueelyk te gedragen, en zig tot dien einde geaddresfeert had aan de Vifitatores van de Clasfis van 's Hage, om derfelver Approbatie op zyn uit te geven Werk te erlangen, dan dat defelve aan hem hadden te kennen gegeven, dat vermits zy de Hoogduitfche Taal niet magtig waaren . zy  Betreffende de Kérken-ordening. ^13 quêste van Armevoogden der Gereformeerde Gemeente van de Zype, en ook die van de Haafepolder. Den 5 September 1783. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Ammerftol. Den 19 February 1784. Op de Requeste van Schout en Heilige Geest Armmeesteren, mitsgaders Predikant en Diaconen , zoo voor de Heilige Geest, als Diaconie - Armen der vrye hooge Heerlykheid Warmond. Den 9 Juny 1784. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Haferswoude. Den 1 July 1784. Op de Requeste van den Predikant, Ouderlingen en Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Soetermeer en Zegwaard, reprefenteerende de Diaconie Armen aldaar. Den 29 July 1784. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Koudekerk, als in die qualiteit adminiflreerende de goede* ren, zoo van de Publique, als van de Diaconie - Armen aldaar. Den 19 Augustus 1784, Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente van Purmerland, mitsgaders Armen-Voogden van Piu> merland. Den 19 Augustus 1784. Op da Requeste van Diaconen der Gereformeerde Gemeente van Ilpendam, mitsgaders Armen - Voogden van Ilpendam. Den 13 OÏÏober 1784. Op de Requeste van Diaconen der Gereformeerde Diaconie-Armen, mitsgaders Armmeesfteren van de Gereformeerde Buyten Armen te Rhynfaterwoude. Den 3 November 178Ó. Op ds Requeste van Regenten van de Groote en Diaconie- Armen vanMy nsh.ee renland van Moerkerken. Den 24 November 1790. Op de Requeste van Diaconen in de Oude Loosdrecht, benevens Weesmeesteren aldaar. Den 10 July 1793, Op de Re* queste van Diaconen der Walfche Gemeente der Stad Rotterdam. 5« Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Predikant, Parochie-Raaden en Arm-meesters van de Lier, worden geau&orifeert tot het doen van eene jaarlykfche Collecle ten behoeven van den Grooten Armen aldaar. Den 8 Juny 1763. Ts gelefen het Advis van de Heeren GeJL committeerde Raden van den 7 defer, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Appoinóieinent Com- ! misforiaal van den 13 der voorlede maand, geëxamineert de Requeste van den Predikant, Parochie - Raden en Arm-meesters van den Dorpe en Parochie der Heerlykheid Liere, gelegen in het Westland, als door gemelde Heeren Gecommitteerde Raden op authorifatie van haar Edele Groot Mog. onder anderen by Dispofitie van den 17 February 1622. geaüthorifeert en gequalifkeert, om goede ordre te Hellen op het onderhoud der Armen, om de daar by geallegueerde redenen verfoekende, dat haar Edele Groot Mogende de Supplianten zouden gelieven te authorifeeren en te qualificeeren, om, in navolging van andere nabuurige Plaatfen, jaarlyks in den voorfz. Dorpe en Parochie te mogen doen een generaale Collecle by alle de In- en Opgefetenen, het zy met Armbosfen of Schaalen, of op eenige andere wyfe, zoo als best geoordeelt zal worden te convenieeren, om daar uit de jaarlyks te kort komende Penningen voor den grooten Armen te mogen vinden, en dat haar Edele Groot Mog. gelieven te ftatueeren, dat niemand der In- en Opgefetenen van den gemelden Dorpe en Parochie zig tegens het doen der voorfz. Collecle, of tegens de geenen, welke tot het doen derfelve zullen worden gecommitteert, zal vermogen aan te kanten op de verbeurte van zes of twaalf guldens voor de eerfte en tweedemaal, en by aanhoudende oppofitie of onwilligheid, op verbeurte van alle Regten en Privilegiën, die anderfints in cas van armoede aan de goede Burgers en Ingefetenen competeeren, en wyders om de voorfz. boetens en poene paratelyk te mogen doen executeeren, en om haar Edele Groot Mog. Dispofitie te mogen doen publiceeren en affigeeren tot een ieders narigt. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan de Supplianten by defe te authorifeeren en te qualificeeren, om jaarlyks in den Dorpe en Parochie van de Liere te mogen doen een generaale Collecle by alle de In- en Opgefetenen, het zy met Armbosfen of Schaalen, of op eenige andere wyze, zoo als geoordeelt zal worden best te convenieeren, om daar uit jaarlyks de te kort komende Penningen voor den grooten Armen te mogen vinden, met dien verffcan.de, dat niemand der In- en Opgefetenen van gemelden Dorpe en Parochie zig tegens het doen der voorfz. Collecle, of tegens de geenen, welke tot het doen derfelve zullen worden gecommitteert., zal vermogen aan te kanten, D d 3 ©p  2l6 Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. Mcycryc van 's Bofch voornoemt hebben laaten doen, in den jaare 1727 en 1729. en nog laater in den jaare 1751, op de Requeste van den Drosfard van Deurne, en in den voorleden jaare op die van den Schoolmeester, Koster en Voorlecfer van Genven, de Regenten van die plaatfen hebben geordonncert gehad, zullende hy Suppliant, ingevalle nog meer andere Goederen hem mogten ter hand geftelt worden, (gelyk na vermoede nog eenige weinige Goederen door hem zouden bekoomen worden) ten allen tyden daar van de waarde rcfundccren: voorts verfoekende, dewyl hy Suppliant ter voldoening van de Refoiutie van den Lande, gehouden geweest was, om alles tc ontdekken, wat hem bydendiefflal weedenaaren was, ten eynde de Justitie in (laat geftelt vierde om voornoemde Vagabonden ter eenigcr tyd te konnen in handen krygen, het geen (vermits zulks bekend was) moest verooriaken, dat hy Suppliant by het overige van het Complot moest gehaat worden , het welk veel ligt ter reprrefaiile wel eens een aanllag op zyn leeven zoude konnen wagen , waar toe gemelde Vagabonden gunftigc gclccgcnthcid hadden , alfoo zy defe en geene omleggende plaatfen geduurende verfcheide jaaren tot haare fcbuylplaatfcn hadden uitgekoofen gehad, cn hy Suppliant vervolgens tot voorkoming van alle gevaaren gedrongen geweest zynde, zyne naare en eenzame wooning te moeten veriaaten; Dat haar Hoog Mogende hem gelieven te ontflaan van dc huure van zyne wooning, van dien tyd af, dat hy defelve heeft moeten veriaaten, gelyk haar Hoog Mog. genoegzaam op defelve wyze onlangs hebben gelieven te handelen met den Schoclmccfier van Gerwcn en Wetten, aan wien het Dorp dc huur van zyn betrokke wooning gehouden was tc betaalen, waar door hy ten vollen van zyn oud huis door haar I loog Mog. was ontllagen geworden. Wyders vermits den Suppliant wegens de flegte cn eenfrume wooning, die hy en zyne I voorfiarcn op accoord met de Regenten en approbatie van den Raad van State betrokken had, genoodfwkt was geweest de Regenten van Bakel cn Miihecs tc verfoeken om een andere wooning, die op des Suppliants begeerte , gegrond op een appoinctcment van den Raad.van State, van dato den 22 October 174a, bciiooten hadden hem een nieuwe wooning te zullen bouwen. Dat haar 1 loog Mog. de Regenten van voornoemde Plaatfen gelieven te gelasten, om een goed, lterk en veylig huis onder de huyfen, met overleg v:;n den Suppliant te bouwen, gelyk de Regenten van Nuncn by een appoinctcment op haare Requeste in den jaare 1763. door haar Hoog Mog. zyn geordonneert geworden, of anderfints dat de Regenten van Bakel en Milhees mogen worden gelast tot voorkooming van alle verfchillen, om zig na het bellek van de onlangs gemaakte Pastomale wooning van iN unen te gedragen. Waar op gedelibereert ende in agting genomen zynde, het gunt by diergelyke gevallen is gerefolveert; Is goedgevonden cn verltaan, de Regenten van Bakel en Miihecs tc gelasten , zoo als gelast werden by deefen, den Suppliant met overleg van 's Lands Rentmeester van dc geestelyke goederen van 't Quartier, die den Suppliant daar op zal hooren en zyn belang inncemen, van een bequaam en goed huis tot een Pastooryc wooningc, digc aan of onder dc huyfen van Bakel en Milhees, het zy door koop of timmcringe te voorfien , cn voorts den Suppliant tc ontdaan van de huur van desfelfs oude Wooninge, zeedert dat ter zaake van het geweld hem daar inne overgekoomen, daar uit is vertrokken, met verdere last aan defelve Regenten van Bakel cn Miihecs, om dc fchadens, welke den Suppliant en dc zynen, in voegen als by de Reqi ïcstc breeder is vermeld, zyn toegebragt, te vergoeden, cn tot dat eynde te formeeren een fpecifique Lyst en Taxatie van al he t geene op den 22 October 1765 desnagts op zoo een violente en irrefiftiblc wyfe uit des Suppliants huylinge is gerooft en ontweldigt, en onder de vooriz. Lyste te doen Hellen en ten hunnen overftaan te laten pasfeeren ccn verklaaring van den Suppliant en die van zynen huyfe, die eenig goed misfen, of declaratoir daar van kunnen geeven, dat zy na den voorfz. 22 Oétober alle het geene op voorfz. Lyste zal werden uitgetrokken, hebben vermist, en dat zy in cas eenige van dien tegens verWagong weederom mogten magtig worden, aan de Gemeente ten allen tydeii, dc waarde van dien zullen refundecren. Dat voorts het import van dc voorfz. fchaade zal moeten werden gevonden, uit eene pcrfonccle omflag over dc Ingefeetenen van Bar kei cn Milhees, op te haaien binnen den tvd van twee cerstkoomendc jaren na dato van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie, of zoo veel eerder als de Regenten voornoemt zuilen oordeelen , dac dan zal konnen gefchieden: dat dc voorfchreeve Regenten daar van zullen doen formeeren aparte Collect-cedullen byhaar behooriyk ondertcekend, in het hoofd van welke deefe haar Hoog Mog. Refoiutie, mitsgaders dc voorfchreeve Lyst en Taxatie moeten worden geallegeert, en de voorfchreeve Collecte mitsgaders de betaaling aan den Suppliant en dc zynen daar uit gedaan by aparte Capittels van ontfang en uitgaaf zullen hebben te verantwoorden, in hare Dorps Reekening res• e civc, als meede by defelve over telcegen defe haar Hoog Mog. Refolurie, ende word den Suppliant mits defen gelast om defe haar Hoog Mog. Refoiutie te'laten regiftreeren by de Leen en Tolkamer te 's Hertogenbofch. Ende zal Extract defes worden gefonden aan den Rentmeester van de Geestelyke Goederen over 't Quartier van Peelland, om te ftrekken tot desfelfs narichringe. R:.  Betreffende de Kerken-ordening. c\n Zy aan zyn verfoek niet konden voldoen. Dat hy daar op, ingevolge het voorfz. Placaat, zig gewend had tot de Profesforen van haar Edele Groot Mog. Univerfiteit te Leiden , en van defelve wel tot antwoord bekomen , dat hy Suppliant zyn Werk op de Pers zoude kunnen geven, dog dat defelve daar by gërequireert hadden , dat, als eenige Bladen daar van afgedrukt zouden zyn, hy de zelve, ten fine van approbatie aan gemelde Profesforen van tyd tot tyd zoude toezenden, maar dat, vermits zyn voorfz. Werk, als in de Hoogduitfche Taaie gefchreven zynde, in defe Provincie niet kon, maar in Duitsland moest worden gedrukt, hy Suppliant, of wegens de groote kosten, die op het heen en weder zenden van de gedrukte Bladen noodwendig vallen moesten, of wegens gebrek aan gelegentheid van eene verfending, die beterkoop gedaan zoude kunnen worden, ten eenemaale buiten ftaat was aan de voorfz. requifitie te voldoen. Dat hy Suppliant zyn uit te geven Werk wel ter examinatie had gegeven aan Albertus Voget, Profèsfor in de Theologifche Faculteit te Utrecht, en dat gemelde ProfesCor het zelve niet alleen met zyn volkomen goedkeuringe, maar ook nog daarenboven met een Voorreden had vereerd; dan gemerkt zulks niet voldeed aan haar Ed. Groot Mog. opgemelde Placaat, als daar by precifelyk gërequireert wordende de Approbatie of van zyn Clasfis, of van de Profesforen op de Univerfiteit van haar Edele Groot Mog., en dat hy nog daar, nog by zyn Clasfis, om vooren gemelde reden, had konnen flagen; verfoekende hy Suppliant derhaivëh, dat haaf Edele Groot Mog. hem, by dispenfatie Vari derfelver opgemeld Placaat, zouden gelieven te permitteeren, om zoodanige Theologifche" Stoffen, als hy met voorweeten van de Clasfis, waaronder hy gehoorde, voornemens was m de Hoogduitfche Taaie, met expresfie van zyn naam en qualiteit, uittegeven, en de welke voorfien zouden zyn met de Aporobatie van één der Profesforen in de Theologh fche Faculteit in één van de Univerfiteiteii defer Vereenigde Nederlanden , te mogen doen drukken en uitgeven. Waar op gedelibereert zynde, is goedge^ vonden en verftaan, het verfoek by des Suppliants voorfz. Requeste gedaan, om de redenen daar toe geallegueerd, aan hem zonder: confequentie te accordeeren , en mitsdien hem, by dispenfatie van haar Edele Groot Mog. voorfz. Placaat van den 4 Augustus 1761, te permitteeren, om zoodanige Theologifche Stoffen, als hy met voorweeten vart de Clasfis, waar onder hy gehoord, voornemens is in de Hoogduitfche Taaie, met"expresfie van zyn naam en qualiteit, uittegeven, en dewelke voorfien zullen zyn me<- de Approbatie van één der Profesforen in dö Theologifche Faculteit in één van de Univerfkeiten defer Vereenigde Nederlanden te mogen doen drukken en uitgeven. En zal Extract defes worden gegeven aart de Curateuren over haar Edele Groot Mog. Univerfiteit, en Burgemeesteren der Stad Leyden, als mede aan de Clasfis van 'sHage, en aan den Suppliant, tot derfelver narigt. Refoiutie van de Staaten Generaal, houden* de ordre aan Regenten yan JJakel en Meihees, om aan hunnen Predikant, die door een 'troup Pdgabondert in zyne Wooning aangevallen en geplundert was, vergoeding van fchade te beforgen. Den 10 July \y66 Ts gehoort het Rappport van de Heeren JL Brantfen, en andere haar Hoog Mogenden Gedeputeerden tot de zaken van de Meyerye van 's Bofch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 16 January laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van State geëxamineert een Request van Jan de Keezel, Predikant van Bakel en Meihees, Quartiere van Peelland, Meyerye van 'sBofch, zig beklagende terzake dat op den 22 Oétober des voorleeden jaars door een Troup Vagabonden en Quaaddoenders, welke in zyn wooning met geweld gevallen waren, op eene verregaande wyfe mishandelt en geplundert was geworden, in voegen breeder in de voorfchreeve Requeste ter needergeftelt; verfoekende de Suppliant, om reedenen in de voorfz. Requeste ge* allegeert, dat haar Hoog Mogende de Regenten van Bakel en Meihees voornoemt, gelie¬ ven te gelasten, om hem en die van zyn Suppliants huyfe zyn (na voorgaande Taxatie der' Goederen) vergoeding te laten toekomen, van het geene hem op een violente en irrefiftible wyfe is ontweldigt geworden, als mede hem Suppliant kosteloos te ftelien in de fchade, die uyc den dieflhl is voortgevloeid, en die hy buiten 's Lands en binnen geleeden heeft, en ter wederverkryginge van eenige zyner Goederen, en zulks door een perfoneele omflag te accordeeren over de inwoonderen van gemelde plaatfe, gegrond op haar Hoog Mogende Refoiutie van den 4 Juny 16*57, (waar in haar Hoog Mog. fpecialyk de Pre dikanten hebben gelieven te begrypen) gelyk ook die van den 28 April 1691, den "20 October 1693, den 6 January 1707, den 1 April 1738, en allerduidelykst te vinden in haar Hoog M ogende Refoiutie van 16 Mey 1720, en dit toe te laaten op defelve wyze als haar Hoog Mog. andere Regenten in de Meye-  2i8 Placaaten. 2. Boek 3. Titul. 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by eene voorige Refoiutie, tot combinatie der Kerken van Ou dorp en O ter leek met St. Pancrasword gepelt buiten effecl. Den 30 January 1768. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van dc Heeren Gecommitteerde Raden in Wcstvriesland en het Noorder Quartier van den 3 December laatstleden, enden 5 daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende , ingevolge cn ter voldoening van haar Edele Groot Mog, Appoinctemenc van den 6 Augusty daar te vooren, geëxamineert de Requeste van Kerkenraaden der Gereformeerde Gemeentens van Oudorp en Oterleck,gchoorende onder het Clasfis der Stad Alkmaar, houdende, dat door het verval van zaaken by ReColutie van haar Ed. Grooc Mog. van den 18 january 1757 verftaan zynde, dat hunne Kerken met die van St. Pancras zouden werden gecombineert, dien conform wel ordre was gefteld, maar in de executie difficulteiten zyn gevonden, en ondertusfehen door redres van zaaken en verbetering van tyden by het cesfeeren van dc Runderfterfte, en goede gelding der Producten, dc zaaken haarer Kerken merkelyk zyn vooruitgegaan, zoo dat te zaroen 's jaarlyks f 525-0-0, tot het Traetement van den Predikant kunnen betaalen, en dat zy verfekert zyn, dat het te kort komende aan het van ouds gewoon Traetement 's jaarlyks zal worden gefuppleert, en alfoo in ftaat gefteld, om verder te zamen een Predikant te kunnen onderhouden; verfoekende dienvolgende , dat haar Ed. Groot Mog. de voor¬ fchreeve Refoiutie van. 18 January 1757 geheven tc fteilen buiten etfect, én de Supplianten tc vergunnen de vryheid, omwederals van ouds te zamen een Predikant te mogen beroepen. Is goedgevonden cn verftaan, de Refoiutie van 18 January 1757, voorzoo verremeede is genomen tot combinatie der Kerken van Oudorp cn Oterlcek met St. Pancras, by provifie te fteilen buiten effect, cn de Supplianten te qualificeeren tot liet beroepen van een nieuw Predikant op den voet, als voor dezen hebben gehad , onder fpeciaalc conditie, dat, ingcvaWe dc revenuen enfubfidie van het Clasfis te Alkmaar in het vervolg niet toereikende mogten zyn tot betaling van het PredikantsTractement, het kort daar van als dan by tauxatie over de Ingefetenen van Oudorp en Oterleek zal moeten gevonden worden, cn dat by nadere vacature van defe Plaatfen niet zal mogen worden geprocedeert tot een nieuwe beroeping , zonder alvoorens daar toe permisfie van haar Ed. Groot Mog. te hebben verzogt, en aangetoont, dac hec vermogen fuffifant is, om het Predikants-Traetement te kunnen betaalen. En zal hier van aanfehryving worden gedaan aan de Heeren Gecommitteerde Raden te Hoorn refideerende, om dien conform de noodige ordre te fteilen. tI* Refoiutie van de Staaten Generaal, houden¬ de disapprobatie van zekere nieuwigheden, die nopens de bediening yan den Doop te Sas yan Gendt waaren gepraclifeert geworden. Den 7 October ij 68. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Hogendorp en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van Vlaanderen , hebbende ingevolge en tot voldoenin- I ge van haar Hoog Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 15 Juny defes jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uytden Raad van State, geëxamineert een Misfive van de hetzelve Huis te mogen behouden; edogdat door het zelve Godshuis niet zal mogen in eigendom behouden worden, maar by het uitgaan der Kinderen uit het zelve Huis ain gemelde Kinderen zal moeten werden geextradeert en medegegeven, al het geen de zelve Kinderen, ftaande hunne alimentatie, in het zelve Huis by Erffenisfèn, Legaaten of Giften verkregen zouden mogen hebben, zullende egter het zelve Godshuis daar van de zuivere vrugten genieten mogen, zoo lang voorfchreeve Kinderen in het voorfchreeve Huis opgevoed zullen worden, en langer niet. Eu is voorts mede goedgevonden cn verftaan, dat van het voorfchreeve Regt ook zullen gaudeeren alle zodanige Publicque Gods of Armhuifen , als met gelyk Octroy door haar Edele Groot Mog. zyn gcbencficecr;, als mede die geenen , welke in het vervolg met fixutgelyke Oetroycn nog gebenificeert zouden mogen worden, zullende in het verleenen van dezelve Oetroycn de bovengemelde extenfie voortaan gevolgt worden. En zal Extract defes aan de Supplianten werden gegeven, om te dienen tot derfelver narigt.  Betreffende de Kérken-ordening. p. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot ampliatie van de Oftroyen op't pluk van Erffenisfèn ^ aan Publicque Gods- of Armen-buizen' verleend» Den 17 December 1766. De Heer Penfionaris Rygerbos heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, in gevolge en ter voldoeninge van het Appoinétement door haar Edele Groot Mog. op den 7 November defes jaars gefteld op de Requeste van de Meesteren en Regenten van het Heilige Geest of Anne Weeshuis binnen Leyden, geëxamineert de voorfchreeve Requeste, waar by dezelve hebben te kennen gegeven, dat zy Supplianten by Oétroy van haar Edele Groot Mog. van dato 23 Oef ober 1733, voor en ten behoeven van het gemelde H. Geest of Armen Weeshuis hadden verkregen het regt om te behouden en naar zig te nemen al het geen zoude werden nagelaaten by eenige Per/bonen in het voornoemde Armen Weeshuis groot gemaakt, wanneer de zelve kwamen te fterven zonder Kinderen, Kindskinderen, en verdere Descendenten na te laaten, ten waare de zelve met de Supplianten of hunne Predecesfeurs in der tyd daar van uitkoop gedaan hadden; mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen, die in der Supplianten Huis reeds ingenomen waaren, of na dien tyd nog ingenomen zouden worden, voor den tyd hunner inneminge, of eigen of aanbeftorven zouden mogen zyn, voor het zelve Huis te blyven behouden, daar onder nogtans niet begrepen het gëen defelve Kinderen,geduurende hunne opvoeding in het zelve Huis, by Erffenisfèn, Legaaten of Giften verkregen zouden mogen hebben; behoudens egter dat de Supplianten de vrugten daar van zouden mogen genieten, zoo lange defelve Kinderen in het voorfchreeve Huis opgevoed zouden werden en langer niet; dat zy Supplianten uit hoofde van gemelde Oétroy , conform de conftante practycq hier omtrent van alle Godshuifen hier te Lande, met dit woordelyk het zelve Oétroy van haar Edele Groot Mog. gebeneiïceert, gelyk ook conform de Coftume voor dato van het gemelde Oclroy, in dit zelfde Armen Weeshuis plaats gehad hebbende , dan ook altyd voor het gemelde Armen Weeshuis hadden behouden, en naar zig genomen al wat Perfoonen in het zelve Armen Weeshuis gealimenteert, kwamen na te laaten , indien de zelve zonder wettige Descendenten of uitkoop van alimentatie te hebben gedaan kwamen te overlyden, zonder distintie of gemelde Perfoonen, ftaande hunne alimentatie , of na uit het zelve Godshuis ontfiagen te zyn, waaren geftorven, nog ook of de by hun nagelaaten Goederen, geduurende hunne opvoeding aldaar, of na dien tyd IX. Deel. hun op beftorven, of anderuns door de zelve verkregen waaren; dan dat zy Supplianten onlangs in het verder ongeftoort oeffenen van dit hun regt waaren gecontradiceert door de Zuster van zeker Perfoon, welke, ftaande alimentatie, in het Weeshuis voornoemt was komen te overlyden, nalaatende eenige Gelden en Effecten, hem, na dat hy reeds aldaar eenigen tyd was gealimenteert, op beftorven, op voorgeven dat het Octroy niet fprak van Perfoonen, die in het Armen Weeshuis , ftaande hunne alimentatie kwamen te fterven, als mede dat het voorfchreeve Octroy quafi van het geen het Arme Weeshuis van geaümenteerde Perfoonen zouden erven, zoude uitfluiten het geen defelve, geduurende hunne alimentatie, by Erffenisfe Cgety& hier het geval was) mogte zyn op beftorven; en waar by mitsdien de Supplianten, omme voor het vervolg niet fubjeet te zyn zoodanige ongegronde fustenue en cavillatien over den zin der woorden van het voorfchreeve Oétroy, hebben verzogt, dat haar Edele Groot Mog., gemelde aan het H Geest of Armen Weeshuis gegeven Octroy zouden gelieven te altereeren, in dier voegen als breeder by de voorfchreeve Requeste is voorgedragen. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat het gunt, waar toe der Supplianten verfoek tendeert, bereids voor lange in de meeste Plaatfen is gepractifeert; Is goedgevonden en verftaan, het voorfchreeve aan gemelde H. Geest of Armen Weeshuis verleende Oétroy in defer voege te altereeren, gelyk het zelve gealtereert werd by defe, dat voor het toekomende dé Supplianten in hunne voorfchreeve qualiteit, zullen mogen behouden , erven en naar zig neemen al het geen zal werden nagelaaten by eenige Perfoonen, zoo die in het zelve Armen Weeshuis op hun overlyden nog gealimenteert mogten worden, als die aldaar groot gemaakt, en reeds uit gemelde Armen Weeshuis ontflagen zyn; en dat, met opzigt tot de laastgenoemde, indien de zelve zonder Kinderen, Kindskinderen, en verdere Descendenten na te laaten, koomen te overlyden, ten zy defelve met de Supplianten, of hunne Predecesfeuren in der tyd, uitkoop van alimentatie gedaan hadden, zonder uitzondering hoe, op wat tyd , of van waar die nagelaate Goederen door alle bovengemelde Perfoonen zyn geacquireert, aangeërft of den zei ven op beftorven, mitsgaders om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen die in der Supplianten Huis reeds ingenomen zyn, of na defen nog ingenomen zullen worden, voor den tyd hunner inneminge, of eigen of aanbeftorven zouden mogen zyn,voor Ee het  220 Placaaten. 2. Boek 3. Titul. morie door voornoemde Johannes Adriaanfen, relatief tot de gemelde /.anke, ten zeiven dage aan haar 1 loog Mogende geprefenteert. Waar op gedelibereert ende in agtinge genomen zynde aan de eene zyde, dat het den Kerkenraad wel toeftant ter executie tc doen Itellcn het gunt dc gerecipieerde Reglementen en Kerke-ordeningen terbcvordcringe van goede ordres onder dc refpeélive Gemeentcns meede brengen, cn aan defelve daar toe werd gedemandeert, dog dat aan de andere kant defelve Kerkenraden zig mede zorgvuldig moeten wagten, om in te voeren nicuwighecden, ofte om dc gefielde reguls anders ofte correcter te doen bctragten, dan defelve zyn vastgcllelt en aanbevoolcn, cn dien conform in gebruyk zyn geweest: Is zonder eenige reflectie tc maken op alle de omllandighccdcn in dc voorfchreeve zaake vermeld of voorgekoomen, goedgevonden en verlbaanby defen te verklaren en vast te flellen, dat omtrent dc adminiflratie der Doop by de Gereformeer¬ de Gemeynte te Sas van Gendt, zoo in het daar toe prcfenteeren van dien, als in het bedienen der Doop zelve, by provifie zal werden vcrblccvcn by den voet en uflintie,zoo als zulks voor dato van de Refoiutie by den Kerkenraad in October 1767 genomen, cn den 1 November daar annvolgcndc dc Gemeynte Van dc Predikftoel bekent gemaakt, aldaar in gebruyk is geweest, en waar over haar Hoog Mogende niet wecten dat immer eenige klagten zyn gedaan geworden, zulks onder anderen wel expresfelyk zal cesfecren , dat om aan eenig Kind den Doop te doen administreeren, het briefje daar toe rum een Predikant of Ouderling te prcfenteeren, alvoorens door de onderteekening van een der Predikanten zoude behooren bekragtigt te wefen. En zal Extract van dccfe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan den Magiftraat van Sas van Gendt tot narigtinge, als mede aan den Kerkenraad aldaar, om zig daar na te reguleeren. I 2. Refoiutie van de Staaten van Holland', zvaar by verklaard word, dat een Predikant beroepe» lyk is, wiens vereisfchte ouderdom, geduurende /.-* /• .'ƒ ./••'••'* "^n gratie, is geadimpLert. Den 3 October 1770. T>y refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Ka.iden van den 6 April deefes jaars, cn daags I daar aan tot Vergadering ingekoornen, hebbende, ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 3 Maart tc vooren, geëxamineert de Requeste van Ouderlingen en Diaconen der Gereformeerde Gemeente te Leerbroek, in den Lande van Arkel, te kennen geevende, dat aldaar in Mey laatstleden was overleeden hunnen Predikant, Srcphanus Dcnricus Odé, nalatende een Weduwe met vier Kinderen, waar van de oudfte Zoon genaamt Gabriel Adolph Odé, was getreeden in zyn drie en twintigste jaar, welke zig zonder middelen van beftaan bevonden; dat zy Supplianten, Verratte het halfjaar van Gratie, begonnen hebbende met 1 July, cn gecindigt ultimo December 1769, was verloopen, voorneemens waaren om na bekoome handopening, een ander beroep cc doen; dat zy Supplianten hadden ondervonden, dat de gantfche Gemeente van den voorfz. Dorpe zeer verlangde en hartelyk wenfehte om de Perfoon van den voornoemden Gabriel Ado'ph Odé, nc* ftudeerende op de Academie tc Utrecht, dog op het point zynde om Proponent tc werden, in plaats van zyn overleeden Vader tot Predikant te mogen hebben, aangezien zyn goed gedrag en groote verwagting van bequiamheid, als meede de ongelukkige omltandighecden, waar in de voorfz. Weduwe cn Kinderen, welke door het zelve beroep dus hun beftaan zouden kunnen hebben, zig an ierfints zouden bevinden; dat het mitsdien zoude kunnen gebeuren, dac de Kerkenraad van Leerbroek den voornoemden Perfoon tot Predikant aldaar zoude beroepen, dog dat zy Supplianten waaren geinformcert, dat zulks zomtyds eenige zwaarighcid zoude kunnen lyden, uit hoofde dat defelve zoude kunnen gezegd worden , dat hy ten tyde van het overlyden van zyn Vader, den ouderdom van twee en twintig jaaren nog niet had bereikt, nietteegenftaande zy Supplianten vermeenden, dat het genoeg was, dat ten tyde, wanneer het halfjaar van Gratie expireert, ingevolge van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 15 November 1675, eerst een andere beroeping zal worden gedaan, en dat derhalven binnen den omtrek van het half jaar van Gratie de Plaats als niet vaceerende fchynt geconfidereert tc moeten worden, daar in tecgendeel, wanneer een Predikants plaats by beroeping of anderfints vaceerde, ingevolge voorfz. Reiölutie binnen het halfjaar moest werden gedaan; dat zy Supplianten, na verzegte en verkreege handopening, gaarne, alvoorens tot de gemelde beroeping te treeden, volkoomen zeeker zouden zyn geftelt, en door haar Edele Groot Mog. geëlucideert, of wel anderfints desweegens dispenfatie zouden erlangen, en vervolgens verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. derfelver Refoiutie vanden 21 December 1680 gelieven te elucideeren, en ten gunstigfteteveaklaaren, dat, vermits de voornoemde G. A. Ode, op den 6 December 1 -óp van het loopend half jaar Gratie te Lee'' broek in zyn drie cn twintigfte jaar was getree-  Betreffende de Kérken-ordening. 31 a den Magiftraat van het hoge en lage Sas van Gent, gefchreeven aldaar den ö daar te vooren, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 21 April meede defes jaars derfelver Berigt op de Requeste van Johannes Adriaanfen , Burger en Inwoonder van Sas van Gendt voornoemt, mitsgaders Lidmaat van de Gereformeerde Gemeente aldaar, houdende dat hy Suppliant in de maand van November des gepasfeerden jaar 1767 voorneemens zynde, zyn jonggebooren Kind binnen de voorfchreeve Gemeynte te laaten doopèn, zig op den 14 der gemelde maand had geaddresfeert aan Diedrick Buit, oudfte Predikant in defelve Gemeente, ten eynde aan denfelven van zyn voorfchreeve oogmerk preallable kennisfe te geeven. Dat voornoemde Predikant, na den Suppliant met den uytterlyken fchyn van vriendelykheid hadde gefeliciteerd, en vervolgens önderfogt, of zyn Doop-getuygen meede Ledematen waren, eyndelyk den Suppliant hadde afgevraagd, of hy ten fine voorfchreeve was voorzien van een behooriyk briefje. Dat den Suppliant daar op hebbende aange- \ booden zyn briefje des anderen daags, wanneer hy zyn Kind ten Doop zoude prcfenteeren, te zullen meede 'brengen, enovergeeven, gemelde Predikant had verklaart zulks niet voldoende té weefen, nemaar dat het zelve briefje alvoorens door hem Predikant moest wefen geteekent, zonder welke onderteekening dè bediening des Doops aan des Suppliants Kind zoude werden gerefufeert, declareerende al verder by herhaaling, wanneer de Suppliant z\g deawegens als over een \ ongehoorde nieuwigheid beklaagde, onder profes tatie van hem naar defelve niet te konnen nog te mogen gedragen, dat als dan zyn Kind niet zoude worden gèdoopt, en dat hy Predikant daar over genootfaakt zoude zyn den \ Kerkenraad té convoceeren» Dat ten volgenden dage, zynde Zondag, na het eyndigen van de voormiddags Godsdienst, uit naam van den Kerkenraad, door den Koster aan den Suppliant zynde gedaan een gelyke denunciatie èn communicatie met afvraging van een cathagorisch antwoord, hy Suppliant daar op aan voornoemden Koster had ge- 1 antwoord „ dat hy voorneemens was des ha„ demiddags met zyn Kind in de Kerk te liö„ men, en hét zelve aldaar ten Doop tepre„ fenteeren, zullende daar toe wefen voof„ fien van een behooriyk briefje als naar ge„ wóonte." Welk briefje de Suppliant illico aan gemelden Koster aanbood, om aan den Predikant J. Mulet, aan wien de beurt ftond om zyn Kind te Doopen, uyt zyn naam over te brengen, dan het welk door gemelden Koster wierd geweigert, onder pretext, dat aan hem in zyn voorfchreeve qualiteit door dén Prsfes van den Kerkenraad, zynde geweest den meergemelde Predikant Buit, zoude wefen geinterdiceert géén briefjes aan te neemen nog over te brengen, dan die door één der Predikanten waren ondeiteekenc, Dat de Suppliant dien conform en ten finè Voorfchreeve des namiddags in de kerk bekomen zynde, nog voor den aanvang van deil Godsdienst van zyne ordinaire zitplaats opItaande , den voornoemden Predikant Mulet had overhandigt een Doopbriefje, houdende als naar gewoonte de namen van'het te doopen Kind, desfelfs Ouders en Getuigen, welke Predikant het voorfchreeve 'briefje geopent en geleefen hebbende, pretexeerde, dat hy uyt hoofde dat zyn Collega het zelve briefje niet hadde onderteekent, pretenfelyk het Kind van den Suppliant niet zoude vermogen te doopen. Dat de Suppliant wyders by het beliuyteh Van deh Godsdienst, te weeten onder hec nagefang, zig vervoegd hadde voor de Predikftoel, fchoon daar toe door den Predikant^ gelyk het behoorde en altoos gefchiede, niet zynde genodigd (hebbende zelfs den gemelden Predikant, om zulks te kunnen prevenieeren^ ftudieufelyk zyn Predikatie en Nagebed zonder eenige tusfehenpooimg aan den anderen gevoegd, zyn Kind in den Arm gehouden, en zyne oogen opgeliagen na deiiPredikant ;edog met geen ander gevolg, dan dat defelve, zonder zoo het fcheen daar op eenigfints agt té fiaan, zyne Predikatie door het ujtfpreeken van den gewoonen zeegen had geëyndigt, zon dér op den Suppliant eenige reflectie te neemen. Dat hy Suppliant, wilde hy zyn Kind van het Bondzegel des Doops niet ten minsten voor een geruymen tyd laten verfteeken Blyven , het zelve aan de Waifche Gemeente bmnen zyn Woonplaats ten Doop hadde moeten prêfenteeren, in welke hem ook de adminiftratie van dien zonder eenig fcrupél of hèfitatie was geaccordeert geworden, Dat de Suppliant zig ter zaake voórfenreëve by Requeste klagtig geaddresfeerd had aan Burgemeester en Scheepenen van het hdge eri lage Sas van Gehd, en daar tegens verfogt voorfieninge, dog te vergeefs; ver (bekend ;den Suppliant om' reedenen in de voorfchreevë Requeste geallegeert, haar Hoog Mogende gunftige en vermogende dispofitie, door welke' niet alleen by den Suppliant, maar ook by alle zyne Meede-Burgeren en Ledematen van desfelfs Gemeente, werde gcobtineert zodanige reparatie van het reeds gepasfeèrde, en veyJigheid voor het vervolg, als haar Hoog Mogende zullen oordeelen ter confufie van allé onwettige, temeraire en laéfive ondefneemihgeh, te behooren; als meede ingevölgë en tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van dert 3 Augustus laatstleeden eert Misfive van de Kerkenraad van de Neederduytfche Gemeente te Sas van Gend voornoemt, gefchreeven aldaar den 29 July daaf te voren, het voorfchreeve fubjeét concerneerende. En eynde'yk ter voldoeninge van haarHoog Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 22 September laatstleeden nog geëxamineert heb-» bende de nadere Requeste eh bygevoegdé MeEè 2  221 Placaaten. 2. Bock. 3, Tituï. 'zander docr 'den Soppliant, als hebbende zelfs eene zv.v.arc Famillie, de nodige fubliftentic tc konnenontf.vngcn; verfoekende dj ha'ven, d"t haar Edele Grooc Mog., in confileratie van de ongelukkige toeftand van genocide Kind-ren, aan defelve by continuatie het voorfc. Kindergeld gelieven te accordeeren, toe dat ze allen zouden mondig zyn, of zodanig, als haar Ed. Gr. Mog. zouden gelieven goed te vinden. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verdaan, den Ontfanger Generaal van haar Edele Groot Mog. Kerkelyke Goederen cn Inkomften, by deefen cc auélorifee- ren cn te gelasten, om, in dit fmgulier ge! vai, te continueeren in de betaaling van het cewoone Kindergeld, geduurende de mindcr; jaarighcid cn ongehuwden ftaat van ieder der voorfz. zeevcn Kinderen, cn verder of anders niet, cn den Suppliant of by dc- '; i overlyden, de Voogden in der tyd te qualifi.: ceeren, op zyne of haare quitantie hec vooriz. Kindergeld jaarlyks in vier termyncn te ontfangen, met cn zeedert het overlyden van j derfelver voornoemde Moeder Anna van Ileemert, Weduwe van den Predikant Johan Anthoni van liardevcldc. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar 'by aan een Predikants fVeduwe, zig in zeer beklaoglyke omflandighcden bevindende, zoo lang zy onhertrouwd zou zyn, het Kindergeld word toegelegt,. Den 24 'January 177a. *l"s gelefen het Advis van de IIeer;n GoJL committeerde Raden van den 17 deler, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Grooc Mog. Appoinétcmcnc 'Commisforiaal van den 5 December laatstleden, geëxamineert dc Requeste van Aagje Mens, W eduwe van Casparus Jansfej] Elinga , in leven Predikant in dc Gereformeerde Gemeente tc Wormer, tc kennen gevende in fubftantie, dac zy Suppliante door dc vrocgtydige dood vr,n hartr gemelden Man, benevens haare zes ongelukkige Kinderen, waar van de oudfte, ten tyde van het voorfz. overlyden, den ouderdom van veertien jaaren, en het jongfte llegts van eenige weeken bereikt had, in den aller beklaaglykften toeftand gebragt waaren geworden, nadien de Suppliante geene cydehke Goederen bcfittcnde, in de uitterfte armoede gedompelc was; dat in de voorfz. omfta.ndigheid de Suppliante boven dien geen fubfiftentie van haare Familie kunnende erlangen, als welke alle ook het hunne tot derfelver eigen beftaan van nooden hebben, te raade was geworden zig eerbiedig tc wenden tot de bekende goedertierentheid van haar Ed. Gr. Mog., verfoekende derhalven , dat haar Edele Groot Mog. in confi¬ dentie van het voorfz., uit Vaderlyke voorforgc ten nutce van der Sappli.mces zes ongelukkige Kinderen, gracïeufeJyk behagen mogte den Ontfanger Generaal der Geestelyke Goederen te authorifeeren, om ten behoeve van de Suppliante jaarlyks uit te kceren het Subfidie of Kindergeld voor haare meergemelde zes Kinderen, het welk aan de Kinderen der in leven zynde Predikanten by haar Ed. Groot Mog. ahoos word goedgedaan, cn deswegens tc verleenen dispofitie in forma. Waai op gedelibereert zynde, is goedge* vonden en verftaan, het voorfz. Subfidie aan dc Suppliante te accordeeren, en dienvolgende den Ontfanger Generaal van haar Edele Groot Mog. Geestelyke Goederen en Inkomften tc authorifeeren en te gelasten, om in die Cmgulier geval aan de Suppk'anrc tc betaalen het gewoone Kindergeld, geduurende de minderjaarigheid en ongehuwden ftaat van ieder der vcorfz. zes Kinderen, zoo lang zy Suppliante niet hertrouwt zal zyn, even als of haar voorfz. Man nog in leven was, integaan met de expirarie van het vierendeel jaars, waar in der Suppliantes Man is overleden , cn daar in alle vierendeel jaars te continueeren. '5' Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende, dat de Predikant van Opmeer gehouden is de kosten der beroeping, wanneer hy binnen de drte jaaren vertrekt, te vergoeden. Den 20 Miart I773* |\2 ffeer Penfionaris van Roven heeft ter ± Vergadering gerepporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groo: Mogende Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, hebbende, ingevolge en tei voldoening van haar Edele Groot Afog. Appoinctement Commisforiaal van den 2» July 1772, geëximineerc de Requeste vafl Mr. Christorfel Wouters van der Micdeo, Commis van de Generaliteits Finantien, en Mr.  Betreffende de Kerken-ordening aal treeden, defelve, wanneer hy tot Proponent gepromoveert zal zyn, tot Predikant in de gemelde Gemeente mag beroepen worden, of wel anderfints, dat baar Edele Groot Mog. de Supplianten in dit geval van den inhoud der voorfz, Refoiutie gelieven te dispenfeeren. Is goedgevonden en verftaan mits deefen te perfisteeren by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 21 December 1680; en nadien defelve verëifcht, dat de Predikanten, om beroepelyk te zyn in de Steeden en ten platten Lande, moeten hebben bereikt den vollen ouderdom van zee ven en twintig, vyf en twintig en twee en twintig jaaren respective, ten tyde als de plaatfe is vacant gevallen, dat tot elucidatie van de voorfz. Refoiutie zal worden verklaart, zoo als verklaard word by deefe, dat in een geval, wanneer de plaats is vacant gevallen door een Sterfgeval van een Predikant, dewelke een Weduwe nalaat, voor dewelke een half jaar van gratie moet werden gepredikt, het niet nodig is, dat de twee en twintig jaaren zyn geadimpleert, ten tyde van het overlyden van den Predikant, waar door de vacatuure is gevallen, omdat: byhaar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 16 November 1075 is bepaalt, dat, ingevalle ter Plaatfe van de Vacatuure een Predikants Weduwe nablyfc, voor dewelke het half jaar van gratie moet werden gepredikt, niet eerder dan binnen het jaar na het expireeren van het vierendeel jaars, waar in de voorgaande Predikant is overleeden, een ander Predikant behoeft bevestigt te weefen, en dat dienvolgens de Perfoon van Gabriël Adolph Odé (vermits defelve op den 6 December 1769 in zyn drie en twintigfte jaar is getreeden, en dus den ouderdom van twee en twintig jaaren, by haar Edele Groot Mog. meergemelde Refoiutie van den 21 December 1680 geftipuleert, heeft bereikt geduurende het halfjaar van gratie, dat 'er voor desfelfs Moeder de Weduwe van den overleden Predikant Stephariua Henricus Odé te Leerbroek heefc moeten worden gepredikt) aldaar beroepelyk is geweest 4 fchoon ten tyde als de Predikantsplaatfb aldaar is vacant gevallen, niet hadde bereikt den ouderdom van twee en twintig jaaren. Dat voorts voor het toekoomcnde de voorfz» haar Edele Groot Mog. Refolutien van den 21 December 1680, op den 23 Oétober 1725. nader geconfirmeert, fixeerende het getal van jaaren, welke die geenen, die na eenig beroep in de Steeden en ten platten Lande willen ftaan, moeten hebben, by continuatie ftiptelyk zal worden geobferveert en nagekoomen, ten waare de Predikant, door welkers dood de Vacatuure zal zyn gevallen, mogte nalaaten een Weduwe, in welk fpeciaal geval genoeg zal zyn, om beroepelyk te weefen tot de vacante plaats, dat de vereifchte jaaren geadimpleert zyn, geduurende het half jaar van gratie, dat 'er voor de Predikants Weduwen heeft moeten worden gepredikt; dan dat wanneer het mogte gebeuren, dat de Weduwe binnen het half jaar van gratie mogt komen te overlyden, als dan de gefixeerde jaaren zullen moeten weefen geadimpleert; ten dage als de voorfz. Weduwe zal zyn geftorven. En zal Extraét deefer Refoiutie gezonden worden aan de respeétive Synodi in deefe Pro* vincie, om aldaar, en ook by ieder Clasfe geregiftreert te worden, ten einde zig daar na praeciefe te reguleeren, als meede gelyk Extraét aan de iieeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende , om zoo veel een ieders Quartier is aangaande, aan de obfervantie deefer Refoiutie de hand te houden. 13. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by ten behoeven van zekere Predikanten Kinderen, wier beide Ouders waaren overleden, geduurende der' felver minderjarigheid en ongehuwden ftaat, de betaaling van het Kinder - geld word gecontinueert. Den 10 October 1771. Ts geleefen het Advis van de Heeren GeI committeerde Raaden van den 8 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinétement Commisforiaal van den 7 September laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Anthonius van Hardevelt, Predikant te Wyk in den Lande van Heusden, te kennen geevende in fubftantie, dat haar Ed. Groot Mog. den 5 November 1760 aan zyn Schoondogter Anna van Hemeit, weduwe wylen Johan Anthoni van Hardeveldt, Predikant te Aalburg en Heesbeen, hadden gelieven te accordeeren, zoo lang niet hertrouwt zoude zyn, de con¬ tinuatie van het ordinaris fubfidie van het Kindergeit der Predikanten, even als of haar voornoemde Man nog in het leeven was, nagelaaten hebbende zeeven Kinderen, waar van het oudfte toen maar agt jaaren had bereikt ; dat gemelde Weduwe in het voorleede jaar 1770 meede overleeden zynde, gemelde zeeven Kinderen daar door verftooken zyn, zoo van het Weduwe Traétement van honderd guldens's jaars, als van het voorfz. Kindergeld tot honderd veertig guldens, waar door de gemelde nu ouderloofe Weefen, de jongde nog geen twaalf jaaren bereikt hebbende , zig in een deplorable ftaat bevinden , E e 3 jjon*  224 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. non zyn voor andere gevallen, mn de Supplianten tot onderfteuning van de Kasfe der Franfche Kerke van Voorburg, by provifie voor den tyd van tien jaaren by deefe tc accordeeren een fomme van vyf honderd guldens jaarlyks; cn dienvolgende den Ontfanger Generaal van haar Edele Grooc Mog. Kerkely¬ ke Goederen en Inkom (Ten Mr. G. van Vreedenburch te auctorifeeren en te qualificeeren, om, ingaande met den dag van deefe RefoJutie, aan de Opücnders van d'voorfz. Kerk, geduurende dien tyd, op derfelver Quitanrie , de voorfchreeve fo 11 van vyf honderd guldens jaarlyks te betaalen. 17* Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan een Predikant, die, na eenigen tyd Emeritus geneest te zyn, zig naar Indien begeven bad, en van daar was geretourneert, tiet Traftement als Emeritus wederom word gecontinueert. Den 13 November 1773. 13 geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Rxadcn van den 12 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van Ml Edele Grooc Mogende Appoinctemenc Commisforiaal van den 2 October laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Comelis Cocifier, geweefen Predikant in de Gereformeerde Gemeente tc Samcrang in Indiën, te kennen geevende, dat hy Supplianc by haar Edele Groot Mogen Ie in den jaare 1758, ter oorliiake van zyne doenmaaüge (wakheid tot Emeritus Predikant verklaart zynde, met behoud van Eet en Traetement, denfelven buiten verwagting hedteld zynde , in den jaare 1765 tot Predikant na de Indiën gedeIpicieert, en het jaar daar aan volgende derwaarts vertrokken zynde, dc Suppliant in '1 voorfz. Gemeente van Samerang zyn dit .t ook had waargenoomen •. dat den Supp1 at door toeneemende ouderdom cn verfwak mde memorie, zyn dienst niec langer hebbende kunnen waarnecmen, defelve dan ook in den jaare 1772 had geobtineert zyn ontflag, als confteerde uit de Copie Refoiutie aan de voorfz. Requeste geannexeert; dat hy Suppliant vervolgens herwaarts zynde gekoomen , zonder in al den voorfz. tyd zodanige voldoende Middelen te hebben kunnen overwinnen of vergaderen, waar uit hy voor zig zeiven, en voor zyn Huisvrouw, welke tot zyn ongeluk is innocent, mitsgaders vier Kinderen, eenigfints kon beftaan, en daar en booven bereids bereikt hebbende den ouderdom van over de drie en zestig jaaren, defelve als nu weederom gaarne zoude jouïsfeeren van liet eenmaal aan hem als Emeritus Predikant toegelegde Traetement, dog dac hy bedugt was, dat daar omtrent zomwylen by den Ontfanger der Geescelyke Goederen eenige fpeculatien zouden worden gemaakt, en vervolgens verfoekende, dac haar Edele Groot Mog., zoo veel des noods, den Ontfanger Generaal van haar Edele Groot Mog. Ker¬ kelyke Goederen en Inkomfien zouden gelieven te gelasten, aan hem Suppliant zyn vooriz. Traetement, als Emeritus Predikant te voldoen, zeedert den 10 October 1772, tyde, dat hy Suppliant het laatfte zyn Traetement, cn het voorfz. ontfiag in Indien had genooten , en voorts van drie tot drie maanden daar meede te continueeren. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat de Suppliant door haar Edele Groot Mog. in den jaare 1758 te Giesfen, in het Land van Altcna, Predikant zynde, op loffelyke getuigenisfen, falvo honore & flipendio Emeritus is verklaart, en ook van die tyd af zonder interruptie tot zyn overlyden van de voorfchreeve gratie zoude hebben geprofiteert, indien hy zig niec na Indien had begeeven, en dus door dit zyn vertrek voor eenigen tyd aan defelve hebbende gerenuncieert, om zyne weederom eenigfints hcrficldc gefondheid op nieuws tot den Predikdienst te befteeden, daar door het Gecstelyk Comptoir van de betaaling van zyn Traetement, geduurende zyn uitlandigheid heefc gelibereerc; Is goedgevonden en verifaan, aan den Suppliant zyn voorig Traetement als Emeritus Predikant van Giesfen, in het Land van Altcna, by deefe toe te leggen, ingaande met den dag , dat hy weederom binnen deefe Provincie zig heeft geëtablifeert, en dienvolgende den Ontfanger Generaal van haar Edele Groot Mogende Kerkelyke Goederen en Inkomften, Mr. G. van Vredenburch, te auctorifeeren en te gelasten, om aan den Suppliant het voorfz. Traetement weederom te betaalen, aanvang neemende met den tyd zeedert welke hy aan gemelden Ontfanger uic een behooriyk bewys zal kunnen doen blyken, binnen deefe Provincie weederom woonagtig te zyn geweest, en daar meede te continueeren, zoo lang hy binnen defelve zal blyven woon en. Re-  Betreffende de Kerken ordening. 22« Mr. Gualtems George Gideon van der Mieden, Raad in de Vroedfchap der Stad Alkmaar,, als zynde gequalificeert tot de adminiftratie van de zaaken der Heerlykheid van Opmeer, als meede van Bailliuw, Burgemeester , Scheepenen en Rykdommen van Opmeer voornoemt, om daar by geallegeerde reedenen verfoekende , dat haar Édele Groot Mog. de Supplianten geliefden te auctorifeeren en te qualificeeren, om vast te fteilen,'te ordonneeren en te doen obferveeren, dat de Predikant van Opmeer gehouden zal zyn om de kosten op zyne beroeping aldaar gevallen, te moeten reftitüeeren en vergoeden, wanneer defelve binnen den tyd van drie, of althans van twee jaaren, na elders beroepen wordende, vertrekt, en dat haar Edele Groot Mog. daar toe aan de Supplianten geliefden te verleenen Refoiutie in forma. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde , dat der Supplianten verfoek (zonder eenig weefentlyk nadeel of befwaar toe te brengen aan de Predikanten, die voortaan te Opmeer zouden beroepen worden) alleen op het oog heeft een pryfenswaardige menagie van de Kerkelyke Goederen van Ópmeer voorfz. Is goedgevonden en verftaan, dac in het vervolg de Predikant van Opmeer gehouden zal zyn, om de kosten op zyn beroeping aldaar gevallen, te moeten reftitüeeren en vergoeden , wanneer defelve binnen den tyd van drie jaaren elders beroepen wordende, van daar vertrekt; wordende niet te min de' Supplianten gelast by voorvallende beroepingen re Opmeer, telkens de beroepe Predikanten tydig, en voor dat defelve zig op het beroep bepaald hebben, van den inhoud deefer haar Edele Groot Mog. Refoiutie kennis te geeven. En zal Extract deefer aan de Supplianten ter hand geftelt worden, om zig daar na te reguleeren. 16. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by zot onderfteuning yan de Kas Ce der Franfche Kerke van Voorburg, een jaarlyks fubfidie Word toegelegt. Den 8 Mey 1773. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 5 January deefes jaars, en den 14 daar aan ter Vergadering ingekoomen, hebbende, ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinaement Commisforiaal van den 6 November laatstleeden, geëxamineert de Requeste van de Walfche Gereformeerde Kerken van Delft en 'sHaage, als Gecommitteerden van de Walfche Synode deefer Landen, te kennen geevende, dac kon m de Revocatie van het bekende Edict van Nantes, en ter occafie van de daar op gevolgde perfecutie der Gereformeerden in Vrankryk, verfcheide Gereformeerde Familien zig uit Vrankryk hadden geretireert, en binnen deefe Landen ter neder gefet: dat een gedeelte derfelve zig ook in deefe Provincie, en fpeciaal in. en omtrent den Ambagte van Voorburg hadde geëtablifeert, aan welke dan ook in den jaare 1688 een Predikant was geaccordeerd; dat de gemelde Kerk ook daar na in den jaare ryio was geworden een integreerend Lid der Walfche Synode deefer Landen, en vervolgens zodanig toegenoomen en geaccresfeert, dat door defelve Gemeente, na bekoomen permisfie van den Magiftraat der Stad Delft, als Ambagtsheeren van Voorburg, een apart Gebouw ter verrigting haarer Godsdienst was geftigt; dat de gemelde Kerk zig tot hier toe zoo wel als haaren Leeraar uit haar eigen fondfen had onderhouden , dan dat die fondfen zeedert eenigen tyd door verfcheide onvoorfiene toevallen zodanig waaren verminderd, dat defelve eerlang geheel en al zouden zyn uitgeput, en niet meer in ftaat tot het onderhoud van een ordinaris Leeraar; dat de voorfz. Walfche Kerk van Voorburg door haare Gedeputeerden daar van aan de Synode der Walfche Gereformeerde Kerken deefer Landen in haare laatfte Vergadering, den 10 September des voorleeden jaars en volgende daagen te Gouda gehouden, hebbende kennis gegeven en gedeclareert, dat defelve fondfen tot het geeven van het ordinaris Traétement aan haar Predikant niet meer toereikten, waar door de Walfche Gemeente van Voorburg, thans nog even als voorheen, behalven de aldaar geëtablisfeerde.en floreerende Kostfchooien, eene talryke fchaare uitmaakende, by gebrek van onderhoud voor haar Leeraar, binnen kort daar van zoude weefen ontbloot, en de gemelde Kerk te niet geraaken, de gemelde Synode, tot voorkooming van dat onheil geen ander middel had geweeten, dan haar recours te neemen tot haar Edele Groot Mog., en fteunende op haar Edele Groot Mog. bekende Lands-Vaderlyke zorg en üefderyke fentunenren ten allen tyden, fpeciaal aan de Franfche Vlugtelingen betoond, de Supplianten hadden gelast en gecommitteert, om in haar naam haar Edele Groot Mog, gunftige proteétie voor de voorfz. Kerk te Voorburg te folliciteeren, en vervolgens verfoekende, dat haar Edele Groot Mog goede geliefte zyn mogte, om aan den Predikant der voorfz. Walfche Gemeente te Voorburg een Traétement te accordeeren. Is goedgevonden en verftaan, om de byzendere omftandigheeden , in deefen occurreerende, welke van geen confequentie kunnen  22<5 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. van den 15 September 1639 en 12 Juny 1734, onder de daar by voorgefchreven bedingen, hadden gelieven toe te ftaan, tocondéntetining der Weduwen van Hollandfche • Predikanten, cn dewyl zy Suppliante als nu ven den inhoud der voorfchreeve Refolutien was onderrigt geworden, om de daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat haar Ede- ' le Groot Mog. goedgunftig behaagc, haar Suppliante, ter herftelling van haare gezondheid, immers by provifie en tot nader ordre van haar i Edele Groot Mog. te ontheffen van de letter der voorfchreeve Refoiutie, cn aan haar te j permitieercn in dc Provincie van Gelderland j te mogen woonen, met authorifatie en last op den Ontfanger Generaal van dc Geestelyke I Goederen en Inkomften te Delft, om het voorfchreeve jaarlykfche traetement van honderd guldens aan haar Suppliante, fchoon buiten de Provincie zullende woonen , te betaalen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verftaan, als een finguliere gratie, en zonder confeqüentie voor het vervolg, het verfoek van dc Suppliante te accordeeren voor een tyd van zes jaaren, ingaande met den dag van het neemen defer Refoiutie; met authorifatie op de Heeren Gecommitteerde Raden, om aan den voorfchreeven Ontfinger Generaal van haar Edele Groot Mog. Kerkelyke Goederen en Inkomften daar toe de noodige qua* lificatie te geven. 20. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan den Emeritus Predikant van Crimpen op de Lecq word gepermitteert, om, ter herftelling zyner gezondheid, geduurende den tyd van drie jaaren, in Gelderland te mogen vcrblyvcn. Den 11 Augustus 177 5. Is gclefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 8 defer, hebbende, ingevolge cn ter voldoening van haar Ed. Mog Appoincfement Commisforiaal van den 15 July laatftleden, geëxamineert de Requeste van Diedcrik Colonius, Emeritus Predikant van Crimpen op dc Lccq, re kennen gevende, dat hy Suppliant door zwaare Zenuwziekten en andere ongemakken buiten ftaat geraakt zynde desfelfs dienst als Predikant waartenemen, door haar Edele Groot Mog. reeds in den jaare 1755 daar van gunfliglyk was gedispenfeert, met bchoudingvan zyn Traetement; dat aan hem Suppliant van tyd tot tyd wel waaren geappliceert veele middelen tot herftelling, dog aiie vrugtcloos, waarom hy als nu gaarne voor een jaar twee a drie zig zoude begeven naar de Provincie van Gelderland , in hoope van aldaar eenig foulaas of beterfchap te mogen genieten; en dewyl haar Edele Groot Mog. Refoiutie, waar by was 21. T>y refumtie gedelibereert zynde op het JlJ Advis van de i ieeren Gecommitteerde I Raden in den Hage en te Hoorn refideerende | van den 15 December 1775, en den 20 daar aan ter Vergadering ingekomen, ter voldoe- j ning aan haar Edele Groot Mog. Appointementcn Commisforiaal van den 28 January en \ 15 Aügüsty te vooren, op de Requesten, door de Gedeputeerden der Zuid- en Noord- ' geordonncert, dat Emeritus Predikanten binnen defe Provincie woonagtig moeten zyn, den Suppliant in het behouden van zyn Tractement zoude obfteeren; verfoekende, dat het haar Edele Gr. Mog. beliaagen mogte hem Suppliant tc permitteeren, om voor den tyd van twee of drie jaaren in de Provincie Gelderland te mogen domiciliceren , en egter te laaten genieten het Traetement, aan hem ais Emeritus Predikant geaccordeert, in hoope van aldaar in gefondheid hcrfteld te worden , of eenig foulaas te bekomen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, in dit fingulier geval aan den Suppliant te permitteeren, om, ter herftelling zyner gefondheid, geduurende den tyd van drie jaaren in Gelderland te mogen verblyven, zonder daar door verftooken te wefen van het Traetement, aan hem als Emeritus Predikant by haar Ede'e Groot Mog. Acte van den 21 Mey 1755 geaccordeert. hollandfche Synodes in denfelven jaare en in het jaar 1774» te Dordrecht en Ènkhuyfen refpechvelyk gehouden, aan haar Edele Grooc Mog. geprefenteert, en waar by defelve, om redenen in beide de voorfz. Requesten in het breede gedetailleert, in fubftantie hebben verfogt, dat haar Edele Groot Mog. het jaarlyks Penfioen , de Predikanten Weduwen, beneden de twintig duifend guldens gegoed, by Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar hy het Traetement van der Predikanten IFe duwen, met affchapdug van alle voorige bepaalingen, generalyk tot alle Weduwen geëxtendeert word. Den 15. February 1776.  ËetrefTendé de Kerken- ordening. fijg fLefblütie van de Staaten van Holland, waaf- by de Predikant van Ouderkerk en Crimpen op den Tafel Emeritus verklaard word, met dispenfatie* om den dienst tot den dag der bevestiging van zyn Succesfeur te laaten waarntemen. Den 14 Scp~ tember 1774. Is geleefèn het Advis van de Heeren Cécommitteerde Raaden van den 6 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Appointement Commisforiaal van den 27 July laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Georgius Alexander Lentfrink, Predikant in de Gereformeerde Gemeente te Ouderkerk en Crimpen op den Ysfel, oud vier en zeeventig jaaren, te kennen geevende, dat hy Suppliant, Zoo door zyn hooge jaaren, en fwakheeden die den ouderdom verfellen, als fpeciaal door een attacque van beroerte, waar aan zeedert zes maanden laboreert, en dat alle middelen ter zyner herftelling zyn geweest vrugteloos en te vergeefs, zig buiten Haat bevind, om langer zyn dienst eenigfints, veel min na behooren, waar te neemen, zoo als zoude blyken uit de Atteltatien van den Dorp Chirurgyn, en Van den Kerkenraad van Ouderkerk en Krimpen voorfz. en van de Clasfis van Gouda aan de voorfz. Requeste geannexeert; en vervolgens verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. den Suppliant falvo honore & ftipendio Emeritus gelieven te verklaaren, en verder tot foulaas van den Suppliant goedgunftiglyk te1 verftaan, 'dat hy , onmiddelyk na de verklaaring van het Emeritusfchap , van het genot van dien fal jouïsfeeren, even als waare des Suppliants ftandplaats door verderf of vertrek vacant geworden, dewyl anderfints, en wel voornamen tlyk in cas van vertraaging in het beroepen van een ander Predikant, de Suppliant , wel verre van gefoulageert, meer en meer befwaard zoude zyn. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, den Suppliant te verklaa¬ ren Emeritus, met behoud van eer en vatl desfelfs traétement, ingaande met den dag deefer Refoiutie; en dienvolgende in dit finguliere geval, en zonder eenige confequentie tot andere, waar in gelyke gratie mogte worden verfogt, den Suppliant te dispenfeeren van zyn dienst, volgens haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 15 July 1058, tot den dag der bevestiging van desfelfs Succesfeur zelf waar te neemen, of ten zynen kosten te laaten waarneemen; dog dat de Suppliant egter gehouden zal weefen om binnen deefe Provincie te blyven woonen, op piene vart het* effect deefer verleende gunst te zullen ver* liefen, wyders den Kerkenraad van Ouderkerk en Crimpen op den Ysfel, en allen eri een iegelyk, die zulks zoude mogen aangaan, by deefe te gelasten, om in conformiteit van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den ió* November 1675, zorge te dragen, dat de Vacatuure door het Emeritusfchap van den Suonliant te veroorfwk t j- * , """'vu VJA^U i^u, by defelve Refoiutie bepaalt, werde vervult; en eindelyk de Predikanten van den Ring van Crimpen te gelasten, om geduurende de Va¬ catuure van ne iJreüuiantsplaats te Ouderkerk en Crimpen voorfz. den dienst aldaar behooriyk waar te neemen, met auétorifatie om tet dier zaake by de Heeren Gecommitteerde Raaden zodanig ftipendium te mogen verfoeken, als geduurende de voorfz. Vacatuure, van den dag van het voorfz. verleend Emeritusfchap tot de vervulling van de Predikantsplaats te Ouderkerk en Crimpen voorfz. zal vervallen weefen; met auétorifatie aan de Heeren Gecommitteerde Raaden tot de becaa* ling van het zelve* ip» Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Predikants Weduwe, behoudens het genot van het Weduwen Traetement, gepermitteert word buiten de Provincie te gaan woonen. Den 14 Jpril 1775. x Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van heden, hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Edele Gr. Mog. Appointement Commisforiaal van den 30 defer, geëxamineert de Requeste van Cornelia Boellaard, Weduwe wylen Gerardus Velze, in leven Predikant te Geervliet, te kennen gevende, dat zy Suppliante, welker eene Dogter is geëtablisfeert in de Provincie IX. Deel. j van Gelderland, zeer gaarne zig in die Provincie zoude nederzetten, zoo als ook zy Suppliante aldaar een Wooning had doen huuren, onkundig zynde, dat zy, zonder eene byfondere gratie van haar Edele Groot Mog. (immers zoo lang zy zig buiten defe Provincie ophield) zoude moeten verftooken zyn van het traétement van honderd guldens jaarlyks, het welke haar Edele Groot Mog. by Refolutien Ff Yan  228 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. 23- Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by de Clasfis van Leyden en Neder - Rhynland bevoegd verklaard word, om de beroeping yan een Predikant te Benthuifen, met concurrentie van Schout cn Ambachtsbewaarders aldaar gedaan, te approbeeren. Den 3 Oclober 1777. Dc F Teer Penfionaris van Royen heefc ter Vergadering gcrapporteerc, dacdc I Ieeren hun Edele Grooc Mogende Gecommitteerden toe de Kerkelyke faaken, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Grooc "Mog. Refölucie Commisforiaal van den 13 Mey laatstleeden, geëxamineert hadden een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Scad Rotterdam, als Heeren van Benthuyfen, gefchreeven aldaar den 6 derfelver maand, en houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 23 January daar te vooren. derfelver Berigt op de daar neevens te ruggaande Requeste, door de Clasfis van Leyden cn Needer-Rhynland aan hun Edele Groot Moogcnde geprefenteerd, om daar by geallcgcerde reedenen verfoekende, dat het hun fidéle Groot Mog. mogtc behaagen de Supplianten nader voor tc fchryven hoe zy to handelen hadden, wanneer hun een beroeping van Benthuyfen ter Kerkelyke Approbatie wierd aangeboóden, van dewelke zy of gcgrondclyk vreesden, of met zeekerheid weecen mogten, dat defelve met concurrentie cn meede jlcmndng van Schout en Ambagt slcw aar ders van Benthuyfen, tut het verfoek van handopening of formeering der dcspcciic gedaan waare, ten waare hun Edele Groot Mog. bchaagen mogte te verklaaren, en de Supplianten te gelasten, dat zy, zodanig een beroep als voorfchreeven is, zonder overtreeding van hun Edele Grooc Mog. Refoiutie van den ip July 1624. konden, en dus voortaan moescen fimpliciter approbeeren, als conform met dc goede ordres van het Land. En dat zy I Ieeren Gecommitteerden bevonden hadden, dat de gemelde Clasfis inden beginne van haare volumineufe Requeste hadde gepofcert, dat de form en manier van Predikants beroeping, in de Gemeente van Benthuyfi n gebruyklyk , deefe was: dat de Kerkenraad aldaar, zonder concurrentie van iemand, hoe genaamt, en fpeciaal zonder concurrentie van Schout cn Ambagtsbewaarders, ofce Iemand v:n Dorpsregeeringe, Handopening by den Heere of Vrouwe in der tyd verzogt , cn bekoomen hebbende, insgelyks zonder zulk een concurrentie treede tot de despeche van tenen Perfoon, ten einde, dat die gedespicieerde Perfoon aan den Heere of Vrouwe geprefenteert, en door deefe, na derfelver goede geliefte, aan de Gemeente tot ordinaris Herder en Leeraar gegeeven wierde. Dat deefe wyfe van Predikants beroepingen aldaar, niet alleen van onbeuglyke cyden af, en zoo conftanc was ge volgt geworden, dat'er van voor meer dan honderd en vyftig jaaren af, tot op de laatste beroeping toe, geen voorbeeld van contrarie of zelfs diverfe practycq voor handen was ,• maar ook in al dien tyd nog door den Heere of Vrouwe , nog door de Dorps - Regceringc, als onbehoorlyk of weederregtelyk was gecontrovertcert * geworden. En wyders, dat het gemelde Clasfis getragc hadde de voorfchreeve pofitivcn zeer opercufelyk op de vyf navolgende gronden te adj frruceren, r.amentlyk. Dac de notable en weefentlyke verandering, welke in de Benthuyfcr Predikants verkiefinf ge, by de beroepinge van Do. van Kesfel, | in den jaare 1768, geintroduceerc, enbyeen ' ondergeteekent Declaratoir des Kerkenraads voor het vervolg was vastgcfielt, van allen grond en fundament ten eenmaal zoude zyn gedefidtueert. Ten anderen, dac gencralyk alle Benthuyfer Predikants beroepingen, welke met concurrentie van Schout en Ambagtsbewaarders j mogten werden gedaan, en fpeciaal ook die j van Do. van Kesfel, notoir fouden afwyken \ van, en uryden moeten teegen die beroepings form, welke hun Edele Groot Agtbaare de Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rotterdam als Heeren van Benthuyfen , in fublbntie zouden gedeclareert hebben, dac aldaar als de regte beroeping form behoor! de gevolgt en geobferveert te worden. T>n derden, dat een Benthuyfcr beroeping, met concurrentie als vooren gedaan, contrarieeren zoude aan het gebruyk, zeedert onheugelyke tyden, en tot nog toe, in die Gemeente gevolgt. Dat voorts de Benthuyfer nieuwe beroe■ pingswyfe by forme van Concurrentie , zelfs door een en ander enkel voorbeeld, hetwelk de tyden der Remonftrantfehe troublen, aan de gemelde Clasfis van zulk een gecombineerde beroepinge hadden nagelaaten, ten fterkfien als onwettig verklaard zoude zyn. En laatftelyk, dat de .onwettigheid der gecombineerde Benthuyfer beroepingsforra geconfirmeert zoude werden door die beroeping, dewelke aldaar de laatfte was geweesc, voor hun Edele Grooc Mog. Refölucie van den 19 July 16*24, en daaromgereekenc zoude moeten worden door haar Edele Groot Mog. in die gemelde Refoiutie, geftelt te zyn tot eene regelmaat voor alle volgende beroepingen daar ter Plaatfe. Dan dat zy Heeren Gecommitteerden geremarqueert hadden, dat welgemelde Heeren Uiu-gemeestèren en Regeerders der Stad Rotter-  Betreffende de Kerken-ordening. 227 22. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie van diverfe fchikkingen, door den Kerkenraad te Maasfïuis betrekkelyk de Ouderdingen en Diaconen aldaar gemaakt. Den 17 Maart 1777. Is geleien bet Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 26 defer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement van den 13 te vooren, geëxamineert de Requeste van de Leden des Kerkenraads van de Gereformeerde Gemeente te Maasfïuis, als gefamentlyke Adminiftrateurs van de Diaconie - Goederen aldaar, om de daar by geallegueerde redenen verfoekende , dat haar Edele Groot Mog. gelieven te aggreëeren en approbeeren: 1. Dat van nu voortaan de Diaconen aldaar, in plaats van twee, vier agter een volgende jaaren zullen moeten dienen, even als de Regenten van het Weeshuis te Maasfïuis verpligt zyn te doen, volgens Reglement by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 20 September 1732 geapprobeert. 2. Dat de afgegaane Diaconen, na den geufeerden ftilftand van twee jaaren, andermaal beroepelyk zullen wefen, om in plaats van twee jaaren te dienen voor gelyken tyd van vier agter een volgende jaaren. 3. Dat de voorfz. bepaaling van flilftand van twee jaaren geen plaats zal hebben in opfigte van zoodanige Diaconen, welke na flilftand van een jaar, tot den tweeden dienst beroepen werdende, zig zulks zouden gelieven te laaten welgevallen. 4. Dat in de beroeping van Diaconen voor den eerften dienst, geen aanfchouw zal behoeven genomen te worden op derfelver jaaren van ouderdom, zoo als wel nopens den tweeden dienst, wanneer iemand, welke den ouderdom van. vyftig jaaren zal hebben bereikt , voor het vervolg van het Diaconfchap zal wefen geëxcufeert. f 5. Dat D:aconen, welke hun eer/ten en | tweeden dienst in voegen voorfz. zullen hebi ben volbragt, voor het vervolg van het Diaconiefchap insgelyks zullen ontheven wefen.' 6. Dat niettemin de voorfz. bepaalingen van exemtie geen plaats zullen hebben nopens zoodanige Perfoonen, welke, om derfel ver zonderlinge nut en bequaamheid voor den dienst der Armen by den Kerkenraad tot een verderen dienst mogten beroepen worden, wanneer defelve Perfoonen niet onge. negen mogten zyn zulks vrywillig aan te nee\ men, en anders niet. \ 7. Dat zoo wel aan de prefente dienst, doende als reeds afgegaane Diaconen, derfelver reeds geprefteerd of nog te prefteeren / dienst, des begeerende, zal werden geimpuI teert op den eerften en tweeden vierjaarigen dienst van het Diaconfchap, in voeden als boven voor het vervolg bepaald. ° 8. En dat in de beroeping van Ouderlingen , zonderling reflectie zal worden gemaakt op zoodanige afgegaane Diaconen, welke boven den voorfz. bepaalden eerften en tweeden vierjaarigen dienst, als Diaconen zullen hebben gediend, en zelfs dan daar toe boven anderen preferabel zullen wefen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de agt hier vooren gemelde Artikelen te approbeeren; en de Supplianten vervolgens te authorifeeren, om defelve in hunne Gemeente in train te brengen, mitsgaders om die ten dien einde van de Predikftoelen aftekondigen; met last aan een ieder, die het aangaat, zig daar na te reguleeren. F f 2 Re- by haar Edele Groot Mogende Refoiutie van den 7 Augufty 1608 toegelegt, zouden gelieven te accordeeren aan alle de Weduwen der Predikanten , zonder onderfcheid, of defelve boven of beneden de voorfz. fom van twintig duifend guldens gegoed zyn. Is goedgevonden en verftaan by defe te verklaaren, dat alle Weduwen van Predikanten,'zoo lange defelve niet hertrouwen, en haar vaste woonplaats binnen defe Provincie houden, het Traétement van honderd guldens jaarlyks, aan de Predikanten Weduwen by haar Ëdele Groot Mogende Refolutien van den 7 Augufty 1698 en den 12 Juny 1734 toegelegt, voortaan zullen kunnen genieten , zonder eenig onderfcheid van derfelver gegoedheid, het zy dat defelve Kinderen hebben of niet, en zonder dat aan defelve zal obfteeren, dat de Tractementen van haar overleden Mans betaald zyn by de Steden, en niet by het gemeene Land, of dat zy mede eenig Penfioen trekken van Stads wegen. Wordende de Heeren Gecommitteerde Raden in beide Quartieren ieder in den haare geaüthorifeert aan defe Refoiutie de noodige executie te geven.  ago Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. voegd zoude zvn om over inbreuk op haar regt te klaagen, de concurrente formcn van beroeping of despectie, welke in de jaaren 1723 cn 1763 waaren gehouien, allefints voor wettig en behooriyk hadde erkent, en defelve tot op dit ogenblik toe in allen deelen hadde geacquiësceert, cn eindelyk dat de volumincufe Requeste der meergemelde Clasfis met derfelver Bylaagen door Heeren Burgemeesteren cn Regeerders der Stad Rotterdam, als Heeren van Benthuylèn, op zeer folide gronden in allen opfigten was gecnerveert, het mitsdien a.in hun Heeren Gecommitteerden was voorgekoomen, dat de Clasfis van Leyden cn Neder - Rhynland in deefen aangedaan geweest was met een al te fcrupuleufe delicatesfe, om een regt te handhaven, hetgeen dc Kerkenraad van Benthuyfen zelfs geenfmts fustineerde haar te competecren. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de voorfchreeve Heeren hun Edele Groo: Mog. Gecommitteerden , goedgevonden en vcrfta.in, te verklaaren, dat de Clasfis van Leyden en Neder Rhynland be¬ voegd en onhefwaard is, om, wanneer haar voortaan een beroeping van een Predikant te Benthuyfen, met concurrentie en meede ftemming van Schout en Ambagtsbewaarders aldaar tot het verfoek van handopening, of formcering tier despectie gedaan, ter Kerk el yte approbatie word aangebooden, zodanige beroeping fimpliciter, en ten fpoedigfte teapprobeeren , en de gemelde Clasfis daar toe (Voor zoo veel des noeds) te auctonleercn en te gelasten, gelyk defelve gcauetorileert cn gelast word mits deefe, om dc jeegenwoormgequestieufe beroeping ten fpoedigficn te aggreëeren, op dat de Gemeente van Benthuyfen, zoo ras doenlyk, weederom van een bequa;im Lcemar moge worden voorfien, en derfelver verdere verwildering voorgekoomen. En zal Extract deefer ter hand gcfielt worden aan de ILeren Burgemeesteren cn Regeerders der Stad Rotterdam, a^ 1 Ieeren van Benthuyfen, om te dienen tot derfelver narigt, gelyk meede aan de Clasfis van Leyden en Neder -Rhynlard, omme zig daar na te gedragen. 24. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een Predikant die met krank/innigheid bcfogt was, provifioneel Emeritus verklaard word. JJcvj 28 Ja//uarj ij8o. Ts gelefen het Advis van de Heeren Gc1 committeerde Raaden van den 25 defer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Gr. Mog. Appoinctement van den 21 December laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Mr. Joachim Rendorp, Heere van Marquette, Oud-Schepen der Stad Amfterdam, in qualiteit als by den Geregte van Wyk op Zee gefielde Curator over den Perfoon en Goederen van Johannes Sutter, Predikant van de Gereformeerde Gemeente aldaar, te kennen gevende, dat gemelde Johannes Sutter, even bereikt hebbende den ouderdom van agt en twintig jaaren, zedert de maand Mey 1776", alles wat tot het werk van een Leeraar word vereischt, in de voorfz. Gemeente tot algemeen genoegen had vervult, en in de fuccsfive Clasficale Vergaderingen zig had gedragen als een verftandig Raadgever, een ieverig voorftandcr van Waarheid en Godsvrugt, een groot beminnaar van vreede en eenigheid, en een voorbeeld van deugt en goede zeden, befogt was geworden met krankfinnigheid, zoodanig, dat 'er zig weinig hoop opdeed tot desfelfs herftelling, zoo als uit een Copie Acte van Curateele, de Atteftatien van den Medicina: Doctor van Rosfum, van den Kerkenraad van Wyk op Zee, en van de Clasfis van Haarlem , alle by de voorfz. Requeste gevoegt, zoude confteeren, en vervolgens veifoekende, dat hun Ed. Groot Mog. den gemelden Johannes Sutter, falvo honore & Jiipendio Emeritus gelieven te verklaaren , met dispenfatie van dienst, geduurende den tyd, dat desfelfs plaats zal wefen vervuld, en met authorifatie cn last aan de Clasfis van Haarlem, orn, geduurende de vacature, de noodige voorfiening te doen, ten einde de Heilige Dienst in de voorfz. Gemeente van Wyk op Zee behooriyk werde waargenomen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, den Predikant tc Wyk op Zee, Johannes Sutter, met behoud van Eer cn desfelfs Traetement, van den dienst als Predikant te ontdaan, geduurende den tyd, dat hy tot het waarneemen van denfelven door krankfinnigheid zal blyven buiten ftaat gefteld, en dat de Curateuren, over den gemelden Predikant gefteld of te fteilen, daar van jaarlyks by Atteitatie van een Medicina; Doector, ten genoegen van den Ontfanger Generaal van hun Edele Groot Mog. Kerkelyke Goederen en Inkomften, zullen moeten laaten blyken, en voorts zorg draagen, dat het Domicilie van denfelven Predikant binnen defe Provincie blyve gefixeert, op pecne van het effect: der verleende gunst te zullen verliezen ; en wyders de Clasfis van Haarlem te authorifeeren en te gelasten, om den Predikdienst te Wyk op Zee, geduurende de vacature,  terdam, in hunne voorfchreeve qualiteit, by derfelver booven gementioneert Berigt in fobftantie tot deftruch'e van de gemelde pofitiven en gronden geailegeert, en ook beweefen hadden. Dat de Jaatst voorgaande beroeping van Do, van Kesfel, in den jaare 1768 voorgevallen, op gelyke wyfe als de jeegenwoordige met concurrentie van Schout en Ambagtsbewaarders van Benthuyfen was gedaan, en dat de Clasfis van Leyden en Neder - Rhynland, hoe zeer daar van toen ter tyd geinformcert, het zelve beroep geapprobeert, en dus voor wettig erkent hadden. Dat daar en booven de Kerkenraad van Benthuyfen zelfs, die form van beroeping of despecfie, welke in den jaare 1768 was gehouden, met concurrentie van Schout en Ambagtsbewaarders, allefints voor wettig en behooriyk hadden erkent, en defelve tot op dit ogenblik toe in allen deelen hadden geacquiësceert. En dat in allen gevalle de beroepingswyfe zoo als defelve in het prefente geval, gelyk mede in den jaare 1768 was gepraétifeert, gecnfints inliep teegen eenige geapprobeerde Kerkelyke of andere Wetten of Reglementen, zoo als zulks in hun Edele Groot Mog. Refolutien van den 19 July 1624 en 19 Mant 1 65 8, en uit het ftilfwygen van de Clasfis op dit respect confteeren konde. Dat overfuiks welgemelde Heeren Burgemeesteren en Regeerders by hun voorfchreeve Berigt gefustineeit hadden, dat de vervulling van de jeegenwoordige Vacatuure van de Predikantsplaats te Benthuyfen weederom behoorde te werden gedaan op defelve wyfe als inden jaare 1768, ten zy 'er eenige gegronde en peremtoire reedenen wierden gevonden, waarom van die als doen gepraótifeerde ordre en forme van beroeping als nu zoude moeten of behooren te werden afgegaan. Dat voorfchreeve Heeren Burgemeesteren en Regeerders vervolgens toetreedende tot een discusfie van de reedenen door de meergemelde Clasfis teegen de jeegenwoordige Benthuyfer beroepings form by gebragt, tot rescontre van derfelver eerfte grond in het breede gededuceert en insgelyks weederom beweefen hadden : Dat defelve door een Request of Memorie in den jaare 1723, aan welgemelde haar Edele Groot Achtbaaren door den Schout en Geregte, mitsgaders die van den Kerkenraad van Benthuyfen by een Vacature geprefenteert, ja zelfs door een Extract uit het Kerkenboek der gemelde Plaats quam te vervallen. Dat de tweede grond door de gemelde Clasfis tot adftruche haarer fustenue gelegt, even min beftaanbaar was, zoo om dat defelve geen het minfte bewys voor dat haar pofitif te berde had gebragt, als om dat hetteegendeelvan het zelve uit de Acte der gemelde Clasfis van den 8 July ifvoS en 7 April 1615 (door haar zelve geproduceert) en daar en booven nog uit een beëedigde Verklaaring den 2 Septem- BctrefFende de Kerken-ordening. bef 1626 door den Balüuwen Schout, mits* gaders den Secretaris, twee Ambagtsbewaarders en den Boode van Benthuyfen gegeeven, wierden geconftateert; terwyl het verdere op dit point by de Clasfis geavanceerde, als alleen uit een verkeert begrip van de extenfie der Acte van Collatie refulteerende, van zelfs evanesceerde. Dat de derde grond derfelver Clasfis altoos van geen meer valeur dan de voorgaande was, dewyl defelve, voor het meerendeel, coincidecrende met de laatst voorgaande, de gemelde Clasfis ook op dit poinct gcenfints had beweefen dat geen, het welk aan de felven te bewyfen ftond, te weeten, dat de handopening en despe&ie van den Predikant te Benthuyfen altoos zoude gefchied zyn zonder concurrentie van Schout en Geregce of Ambagtsbewaarders derzelver Plaats, ja dat het teegendeel van dien reeds betoogt was. Dat het verhaal der meergemelde Clasfis tot betoog van haaren vierden grond, allefints was gewrongen en geretourneert na derfelver fantafie, opgemaakt uit gisfmgen, pretenfe mogelykheeden, onderftellingen, adfumtien, fllatien en vergefogte confequentien, met welke defelve het hiftorique van die gevallen hadde aangevult, dog zonder eenig bewys: dat het niet min zeeker was, dat voor en na de Kerkelyke troubles en tyden van verwarring de gecontefteerde despectie met concurrentie van den Geregte van Benthuyfen, namentlyk in de jaaren 1608, ió"io, iör5, 1694, 1695, 1696', 1723 en 1768 hadden plaats gehad. 1 Dat eyndelyk de vyfde grond der Clasfis \ moest corrueeren, om dat defelve by haare Requeste, pagina 86, 87 ep88 advoueerdè, dat de in deefe door haar gebuteerde beroeping in de alleruyterfte confufie, en zeer deI feót was toegegaan, te weeten, zonder Ker' kenraad (die 'er toen te Benthuyfen, zoo als de Clasfis bekent, niet was) op het te kennen geeven van een eenig Lidmaat, dat de Gemeente aldaar zeer gefint was tot eenen Nicolaas Andriesien. Dat zy Heeren Gecommitteerdens in het I onderfoek der voorfchreeve geoppofeerde fus1 tenuen geremarqueert hebbende, dat de concurrentie van Magiftraat en Kerkenraad by despectie van een Predikant geenfints door haar Edele Groot Mog. was verbooden, maar in teegendeel onder anderen by hoogst derielver Refoiutie van den 19 July 1624 en 19 Maart 1658 was gejustificeert, op dat niemand in zyn regten en geregtigheeden mogte werden gepraïjudicieert of verkort. Dat 'er voorts een meenigte gevallen voor handen waaren, in welke zodanige concurrentie te Benthuyfen had plaats gehad, ja dat zelfs in de laatfte beroeping, in den jaare 1768 voorgevallen , de nu klagende Clasfis een zodanige concurrente despectie en de daar op gevolgde Collatie, niet teegenftaande defelve daar van was bewust, hadde geapprobeert, mitsgaders dat de Kerkenraad van Benthuyfen zelfs, welke in alle geval in deefe alleen beFf 3 voegd  232 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. reert; cn verfoekende vervolgens op deefe cn andere reedenen, by voorfz. Requeste breeder geallegeerd , dat hun Edele Groot Mog. hec aanltaande Noord-hollandfche Synodus, in deefen jaare 1781 te Edam zullende gehouden worden, gelieven tc gelasten, om conform het voorfehreeve Dictum van gemelden Hoogen Raade, cn op het voetfpoor van het Clasfis van Edam, hem Suppliant weegens de cenfuur, teegens hem Suppliant door den Kerkenraad van Heets verleent, te hooren; Panyen te ordonneeren, om malkanderen tc geeven Copien van dc wecdcrfydfche Stukken cn Bewyfen, en, na een naauwkeurig onderfoek van defelve, daar omtrent finalyk tc refolvccfen, zoo en in voegen als defelve, volgens Kerken ordeoinge, cn in goede confcientic zal oordeelen te behooren, immers en in allen gevallen, dat by hun Edele Groot Mog. dusdanige voorfieninge worden gedaan, dat zyn Suppliants zaak op het aanthande Noord-hollandfche Synodus finaal mag worden afgedaan, en hem Suppliant daar door de weg gebaand, om aan het einde zyner procedures tc geraaken. Dat zy Heeren Gecommitteerden by een attent examen der Stukken cn Jlefcbeiden , nevens dc voorfchreeve Requeste gevoegd, hadden bevonden , dat dc daar by in het breede genarrcerde pofitiven der waarheid conform waaren, cn dac hec hun Heeren Gecommittcerden (anders zig imagineerende, dat van uitter/ykc Gcw}sdens van de refpective Sy nodi binnen deefe Provincie hec recurfus ad Principem niet te zeer behoorde te worden gcfavonfeert') vervolgens was voorgekoomen, dat geconfiderccrc byfonder de particuliere omftandigheeden, waar in de Suppliant zig was bevindende, het verfoek van den Suppliant by voorfchreeve Requeste gedaan, als gancsch niec ongepast behoorde ce worden befchouwd; dat die omftandigheeden , gelyk als uit de pofitiven der voor/chrceve Requeste en de daar bencevens overgelegde Bewyfen, ten duidelykfte confieerd, zig daar in bepaalden; dat de Suppliant tdet alken in Kerkelyke procedures was geimmisceert, maar ook uit defelve Jouree, tevens genoodfjakt geworden cot maintien van hec by hem gefuftineert regt zig te addresleeren aan den Hoogen Raade en dat by een interlocutoir Dictum van denfelven I ïoogen Raade de door den Suppliant aldaar gebragte questie was gehouden in advis, tot dat de hem concerncerende Kerkelyke procedures finaal zouden weefen gecermincert; en dat vervolgens, zoo lang die Kerkelyke 'procedures niet finaal zyn afgedaan, de Suppliant ontfec is en blyft van te kunnen profequeeren hec gure door hem by welgemelden I loogen Raade was vermeend ce moeten worden gefuftineerc Dat zy Heeren Gecommitteerden vervolgens f zond er zig in eenige verdere merites deefer zaake in te laaten) hadden vermeend naauwkeurig te moeten onderf >ekcn, of by de Refoiutie genoomen door het Noord-holJandlche Synodus in den jaare 1779 binnen Hoorn gehouden, de cenfuur, waar onder de Kerkenraad van Beets den Supplianc had geftelt, finaal was geterrnineert. Dat zy Heeren Gecoramittecrdens in dat onderfoek waren ontwaar geworden, dat by die Refoiutie, ja de uitfpraak, door den Kerkenraad van Beets, op den 11 Mey 1778, teegens den Suppliant gedaan, letterlyk was gcrcjcétecrt en dc cenfuur opgcheeven; dog dat daar beneevens was goedgevonden uic hoofde van groote ergernisje en merkelyk nadenken verwekkende fulpicien, den Supplianc door den mond van den Heer Profes coram Synodo, cn dus byna publicc, te doen aanleggen, dat hem Suppliant ferieufelyk geraaden wierd, en hy aller ernftigsc vermaand van zig te onthouden van het Nagtmaal des Heeren, ter tyd toe, dat de befchuldigingen ten zynen lasten loopende, gebleeken zouden zyn te weefen onwaaragtig, of, tot dat hy door een boetvaardig gedrag aan een volgend Synodus voldoende blyken van zyn berouw zoude gegeeven hebben; met overlaating verder aan den Kerkenraad van Beets, om, ingcvalle de Suppliant zig reegens verwagtingmogte ver/fouten, aan'hec Nagtmaal des Heeren ce naderen, met hem zodanig te handelen, als men met iemand, die de Syno daalc vermaaningen veragt, gewoon is tc doen. Dat deelc bevinding hun Heeren Gecommitteerdens niet weinig had doen aarfclen, hoedanig zy deefe boovengeme/dc Rciblutie behoorden en moescen confidcrecren. Dat zy niec konden onevcinfen, al vry veel bedenkingen tc hebben geformeert, daar men eene gcdeccmceidc cenfuurc onwettig verklaart en rejeeteert, en daar men nergens eenige blyken van openbaare ergernisfe, fchoon men defelve by de Refoiutie quafi groote noemt, opgeeft, of namentlyk, na Kerken order na, denken verwekkende fujpicien eenigen wettigen grond konnen.uitïeevercn, om iemand tot het aanhooren van vermaaningen voor eencn Kerkenraad te ontbieden; en dus dat het by hun al vry veel fpcculatie gemaakt heeft, of dusdanig eene grond (gelyk defelve alhier a:s de eenige fchync aangevoerd te zyn") eene wettige reeden kan uitleeveren, om iemand voor een Synode te roepen, en hem aldaar zulk eene fcrieufe raad, en ailercrnfiigfie vermaning toe te voegen, als de Suppliant naar inhouden van voorfchreeve Refölucie heeft moecen verneeroen. Dac hec by hun ook al mee weinig reflexie gemaakc had, of namentlyk en in hoe verre, eene aanraading en vermaaning coram Synodo en dus kvna 1 geaaan, gepaard men zulk een faeai- catif vermogen aan een Kerkenraad, als by voorfchreeve Refoiutie is vermeit, onderfcheiden ia van een cenfuure zelve, dan daar aan zeer gelykformig maggereekent worden, cn dus of en m hoe verre de zin en meentng van het tweede lid der voorfchreeve Refoiutie met den letter van hec eerfte Lid quadreerd, dan wel daar aan geoppolëert is; dan, dat zy, deefe bedenking en reüe&e daar  Betreffende de Kerken-ordening. ture, behooriyk te laaten waarneernen, en voorts Zoodanige voorfiening te doen, als van haar zoude kunnen dependeeren, op dat in de voorfz. Gemeente zoo fpoedig doenlyk een ander Predikant worde beroepen* 2 5. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aanfehryving aan de Noord-hollandfche Synodus, om de zaak van zekeren Abraham locker, Schoolmeester en Voorfanger op de Beets, betrekkelyk eene tegen den zeiven gedecerneerde Kerkelyke Cenf/ure, te onderfoeken en te decideerem Den 21 'july 1781. T\e Heer Penfionaris van Staveren heeft \J ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van hun Edele Groot Mog.. Appointement Commisforiaal van den 7 Juny laatstleeden, geëxamineert de Requeste door of van weegens Abraham Focker, Schoolmeester en Voorlanger op de Beets, ten zeiven dage aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert, houdende, dat hem Suppliant op den 22 Mey 1778, voor den Kerkenraad van Beets ontboden zynde, door Dom. Johannes Scholte, Predikant aldaar, was voorgeleefen een Briefje, behelfende, dat hy van 's Heeren Heilig Nagtmaal was gecenfureert geworden, om reedenen quafi, dat hy ergernisfe in de Gemeente zoude hebben verwekt, en aan eene Tryntje Koog, Huisvrouw van jacobBlom, "Brieven gefchreeven, onder den naam van Llfander; dat hem Suppliant op den 29 daar aan volgende, voor den Magiftraat en Kerkenraad ontboden zynde, was aangefegt, dat men zyn dienst niet langer nodig had, en dat hy binnen vier weeken het Kerkenhuis moest ruimen; dat hy Suppliant naar de reedenen van dien ge vraagt hebbende tot antwoord bekoomen had, dat men ongehouden was defelve te moeten geeven; dat hy Suppliant van de bovengemelde cenfuur aan de Clasfis van Edam had geappelleert, en teegens de voorfchreeve aanfegging van den Magiftraat en Kerkenraad, van den Hoogen Raade gevraagt en geobtineert Mandament van Maintenue; dat de laatfte vraage hem Suppliant op den 27 Maart 1779 had doen vernoemen een Diclum van welgemelden Hoogen Raade, waar by verklaart hadde, de zaak tusfchen hem Suppliant en de Magiftraat en Kerkenraad voor haar litispendent, te zullen houden in Advis, tot dat nopens de eenfuure, waar onder de Suppliant by den Kerkenraad van Beets was gefteld, by den gemelden Kerkenraad, of anderen Kerkelyken hooger Regter, finaal zoude weefen gerefolveert. Dat hy Suppliant daar op zyn Appel aan de Clasfis van Edam had geprofequeert, en van den Kerkenraad van Beets verfogt Copien van de bewyfen der Grayamina ten zynen laste ingebragt, met dat gevolg, dat onaangëzien hy Suppliant de verfogte Copien niet had kunnen magtig worden, en hem defelve volftrekt geweigert waaren geworden , de Clasfis van Edam egter, van wederfyde de ftukken hebbende gefien , op den 21 Juny 1779 de voorfchreeve cenfuur had te niet gedaan en voor onwettig verklaart. Dat van die ukipraak van de Clasfis van Edam, door den Kerkenraad van Beets was geprovoceert aan het Noord - hollandfche Synodus, in dat jaar 1779 te Hoorn gehouden; dat die zaak vervolgens op dat Synodus gebragt zynde, was geftelt in handen van Gecommitteerdens ad caufam, die, offchoort belast met het onderfoek deefer zaake wel hadden goedgevonden de Grayamina hun doof den Kerkenraad van Beets, ten lasten van hem Suppliant aangevoerd, te hooren, dog egter volftrekt geweigert te accepceeren de defenfie , door hem Suppliant, meermaalen aangeboden, onder voorgeeven van defelve in het decideeren deefer - zaake niet van noden te hebben, als fufh'neerende dat de zaak by hun te onderfoeken en te bepaalen, eigentlyk eene questie was tusfchen de Clasfis van Edam, en den Kerkenraad van Beets; dat dan daar van ook het gevolg was geweest, dat op een uitgebragt Rapport van defelve Gecommitteerdens by hec Noord - hollandfche Synodus in dat jaar 1779 te Hoorn gehouden, wel was goedgevonden hem Suppliant van zyne cenfuur te ontflaan, dog hem daar beneevens te vermaanen, om zig van het Heilig Avondmaal te onthouden, ter tyd en wylen., dat de befchuldigingen, ten lasten van hem Suppliant lopende, zouden blyken onwaaragtig te weefen, of dat hy Suppliant dooreen boet* vaardig gedrag aan een volgende Synodus voldoende blyken zoude hebben gegeeven van een opregt berouw en waaragtig leedweefen. Dat hy Suppliant Copie der voorfchreeve Refoiutie bekoomen hebbende, daar "teegen in het volgende jaar 1780 zyne regtmatige grieven wel had gefogt in te brengen , en by herhaaling zig daar toe aan het Noord-hollandfche Synodus, dat jaar te Enkhuyfen gehouden , geaddresfèerd, dog met geen ander gevolg, dan dat zyn zaak voor afgedaan was gehouden, en gerepeteerd verftaan, dat by het voorig befluit moest worden geperfevereert 1  234 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat in der Suppliantesverfoek niet kan worden getreeden; dog is uic confideratie van dc fiDgulicre cn ongelukkige omftandighceden, waar in zy Suppliante zig met haare drie kinderen bevind, goedgevonden , zonder eenige confequentic tot andere gevallen, den Ontfanger Generaal van hun Edele Groot Mog. Kerkelyke goederen en inkomften, te authorifeeren en gelasten, om am de Suppliante jaarlyks te betaalen de fomme van honderd vyftig guldens, in te gaan met den dag van het overlyden van haar Suppliantes Man, cn daar meede zoo langtecontinuceren, als zy Suppliante onhertrouwt binnen deefe Provincie zal blyven woonen. 2?. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by het Kinder-geld ten behoeven van zekere minder jarige ouderlooze Predikanten Kinderen word gecontinueerd. Den 2 April 1783. Ts gelcfen het Advis van de I Ieeren GeI committeerde Raden van den 2 8 der voorlede maand, hebbende, in gevolge enter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van den 5 December laatstleden, geëxamineert de Requeste van Petrus Cramer Fredrik?zoon, woonendete Amfterdam,Dirk Bloem en Dirk Zeylmans, woonende te Rotterdam , en P/eter du Bois, woonende te Waspik, in fubftantie ce kennen gevende, datzy Supplianten door wylen Gcrard Zeylmans van Sclm, in leven Predikant te Nieuveen, en desfelfs I Iuisvrouw Cornelia de Meiander waaren verzogt geworden toe Voogden over derfelver nacelaatene minderjaarige of andere toezigc behoevende Kinderen; dac de voornoemdc Cornelia dc Meiander op den 29 Juny 1778 , en de gemelde Gerard Zcylmans van Selm op den 19 Mey 1782 zynde overleden, hadden nagelaaten agt nog minderjaarige Kinderen , zonder eenige middelen, waar uic de voorfchreeve Kinderen zouden kunnen worden gealimenteert en opgevoed, zoo dat defelve noodzaakelyk ten lasten van de Diaconie van Nieuveen zouden moeten vervallen; dat de Supplianten met innig medclyden voor defe ouderloofe Weefen aangedaan, de zelve by provifie van den voorfchreeven Armen hadden afgehouden cn onder hunne directie genomen, dog dat zy Supplianten, in ovcrweeging nemende, dit het hun Edele Groot Mog. goedgunftig behaagt had aan de Predikantenm Holland, welke met Kinderen gezegene zyn, tot fubfiftentie hunner Kinderen, uit hetin'komen der Oeestelyke Goederen, jaarlyks toetcleggen voor het vierde Kind vyftig guldens, en voor de verdere Kinderen ieder dertig guldens , gemeend hadden van de clemencie van hun Edele Grooc Mog. eenige verligting van dien voor de Supplianten zoo zwaaren last te mogen hoopen; cn vervolgens verzoekende, dat het hun Edele Groot Mog. goede geliefce zy. de Supplianten in hunne bovengemelde qualiteit voor en ten behoeve van gemelde Kinderen te laaten jouisfeeren van het zelve faveur, het welk de Predikanten in Holland, met vier of meer Kinderen gezegend, genieten; cn mitsdien den Ontfanger Generaal der Geestelyke goederen te aüthorifeeren , aan de Supplianten in hunne gemelde qualiteit te betaalen dat gecne, het welk de gemelde Zeylmans van Sclm tot foutien van zyne voornoemde Kinderen van hun Edele Groot Mog. heeft mogen genieten, en daar mede te continuccrcn toe zoo lang gemelde Kinderen meerderjarig of eerder in ftaat zullen zyn geworden, om hun zei ven van hec noodige te voorfien. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verftaan, den Ontfanger Generaal van hun Edele Grooc Mogende Kerkelyke Goederen en Inkomften , Mr. Gcrard van Vredenburch, in die fingulier geval, by dc zen te qualificeeren, om ten behoeve van de voorfehreeve ouderlcoze Kinderen, aan Dirk Zeylmans, in qualiteit van derzelver Voogd, te blyven continueeren met het betaalen van het Kindergeld, door wylen derfelver Vader WD ^r hun genooten, ingaande met den 1 July 1782, en zulks zoo lang als gefchied zoude wefen, indien hunne voornoemde Vader was in leven gebleven. 23. Re/oiatie van de Staaten z-an Holland, : :>■ dende verklaaring fan het fuspenfief efect eener appellatie , van eene Kerkenraads Refoiutie aêt de Clasfts geinterjeeïeerd. Den 9 April 1784. Heer Penfionaris van Staveren heeft JL_J ter Vergadering gerapporceerc, dat do Heeren Gedeputeerden der Stad Leyden, en verdere haar Edele Groot Mog. Gcecmmi:- teerdens tot de Kerkelyke zaaken, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot MogRefoiutie L'ommisforiaal van den 20 derlaacst afgefoopene maand, hadden geëxamineerd Re-  Betreffende dc Kérken-ordening. 233 daar laatende , hadden vermeent te moeten j noteeren, dat deefe Refoiutie, hier vooren gemeld , was genoomen op een uitgebragt Rapport van Gecommitteerdens, die, in plaats van te onderfoeken de qusestie tusfchen den Kerkenraad van Beets, en den Suppliant, over de by de eerfte teegen den laatften gede- ! cerneerde cenfuur, of die, namentlyk wel en wettig was gedecerneert, hadden onderfogt I een qusestie tusfchen den Kerkenraad van Beets, en NB. de Clasfis van Edam, den Regter ter tweeder inftantie; en dat NB. zonder te willen hooren den Suppliant, die ter I eerfter inftantie was befwaard geweest, en van dat befwaar, by den Regter ter tweeder j inftantie, na overgelegde ftukken (welke men by de Gecommitteerdens van het Synodus volftrekt geweigert heeft te willen accepteereny hoe zeer door den Suppliant gerepeteert aangebooden) was ontheeven. Dat dit hun Heeren Gecommitteerdens was voorgekoomen van dien aard en natuur, dat de Refoiutie by het Synodus in 1779 te Hoorn gehouden , genoomen , niet wel als eene finale Kerkelyke Refohitie, betrekkelyk de by den Kerkenraad van Beets gedecerneerde cenluur gehouden konde worden, en dat dit alfoo zynde, het dan van zelve fprak, dat vermits de Suppliant uit defelve fources, als waar uic de cenfuur in qüaestie fchynt gerefulteert te zyn, procedures heefc ondernoomen voor den Hoogen Raade, en defelve Hoogen Raade de deciüe daar van heefc in advis gehouden, ' 2(5. Ts geleefen het Advis van de Heeren GeI committeerde Raaden van den 14 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van den2 der voorleede maand, geëxamineert de Requeste van Eva Dermout, Weduwe van wylen Johannes Sluyter, laatst Predikant van de Neederduytfche Gereformeerde Gemeente te Garderen in Gelderland, te kennen geevende, dat des Suppliants voornoemde Man van zyne voorfz. ftaanplaats wettiglyk zynde beroepen naar de Gemeente van Diemen, onder de Clasfis van Amfterdam, na gewoone Kerkelyke losmaaking, op den 9 en 16 Juny jongstleeden twee voorftellingen te Diemen voorfz. had gehad, en vervolgens den 23 dier maand aldaar ftond bevestigt te worden, dog dat, tot hartgrievende fmerte van haar Suppliante, haar voorfz. Man den 21 bevoorens, en dus twee dagen voor zyn beftemde bevesIX. Deel. tot dat kerkelyk finaal over die cenfuur zoude weefen gerefolveert, als nu daar over nader onderfoek moet worden plaats gegeven, en iets finaalyk getermineert. Waar "op gedelibereert zynde, is conform het Advis van de voorfchreeve I-keren Gecommitteerden goedgevonden cn verftaan, het aanftaande Noord - hollandfche Synodus, in deefen jaare 1781 te Edam te houden, aan te fchryven, cn te gelasten, o\z wanneer Abraham Fucker, de Suppliant in deefe, zig na behooren aan het zelve Synodus komt te addresfeeren, en te verfoeken, dat by het zelve nader mag worden onderfogt de vraag, of de cenfuur. by den Kenkenrard van Beets op den 22 Mey 1778 teegen hem gedecerneert, dog by de Clasfis van Edam op den 21 Juny 1779 te niet gedaan, en voor onwettig verklaard, na Kerken - ofder behooriyk en wel is verleend, dat onderfoek niet te wyfen van de hand, maar over het zelve tusfchen den Kerkenraad van Beets, als Appellant van de Clasfis van Edam, en den Suppliant als geappelleerde, na verhoor van weederfydfche Partyen te cognosceeren, en finaalyk te determineeren, zoo als in goede confidentie , en na Kerken - order zal vermeenen te behooren. En zal Extraéc deefer aan den Kerkenraad van Beets voornoemt, als meede aan den Suppliant worden gegeeven, om zig daar na te gedragen, als meede aan de Clasfis van Edam, tot derfelver narigt. tiging in de Gemeente te Diemen, deefer waareld was komen te overlyden, met agterlating van drie minderjaarige en nog zOrgelyke Kinderen, üitwyfèns de Atteftatten aan de voorfz. Requeste geannexeert; en vervolgens, om de verdere reedenen by de voorfz. Requeste gedetailleert, verfoekende, dat het hun Edele Groot Mog. behaagen mogt, om, uic confideratie van die zoo fingulier als deerniswaardig geval, aan de ongelukkige Suppliante by wyfe van gratificatie de honderd guldens jaarlyks, door hun Edele Groot Mog. aan de Weduwen der Predikanten binnen deefe Provincie toegelegt, te accordeeren , en aanhaar teffens toe te ftaan het foulaas van het Kindergeld, geduurende derfelver onmondige en ongehuwde ftaat, met voorregt, dat het zelve Kindergeld by vroegere dood van éèn of twee, op de overblyvende moge verfterven en accresfeeren. G g Waar Refoiutie van de Staaten van Rolland, opeen verfoek tot genieting van het We dmv en - Traitement en Kinder - geld, gedaan door een Predikants Weduwe, wiens Man, na op zyne voorige ftandplaats losgemaakt te zyn, en op de plaats zyner nieuwe beroeping twee voorftellingen gehad te hebben, twee dagen voor zyne bevestiging aldaar was overleden. Den 21 November 1782.  23°" Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. 2 9* Refoiutie van dc Staaten van Holland, tot objervantie en elucidatie van de Refoiutie van 9 1 December 1680, betrekkelyk den ouderdom der Predikanten, om beroepelyk te kunnen zyn. Den 10 November 1784. Tpye ÏIccr Penfionaris vnn Staveren heefc JL/ ter Vergadering gerapporceerc de Confideratien en hec Advis van dc Heeren hun Edele Groot Mog. Gccommictcerden tot de Kerkelyke zaaken, hebbende, in gevolge en ter voldoeninge aan hun Edele Grooc 'Mog. Appoinélement Commisforiaal van den 28 October laatstleden, geëxamineert de Requeste van Predikant, Ouderlingen en Diakoncn, uitmaakende den brecden Kerkenraad der Gereformeerde Nederduicfche Gemeente binnen de Stad Gorinchem, ten zeiven dage aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert, tendeerendc, om redenen daar by in het breede gcallegueert, om van hun Edele Groot Mogende te mogen erlangen Declaratoir of Refoiutie, dat de beroeping tot Predikant van die Gemeente, met eenpaarigheid en ten genoegen gedaan, cn by den Magiftraat van gemelde Scad geapprobeert, op den Perfoon van Johannes Vifch, thans Predikant te Scherpenzeel onder de Clasfis van Arnhem, zyn effect forteeren zoude , zonder dat daar tegen zoude kunnen ge rekent worden te obfteeren de letter van hun Edele Groot Mog. Refoiutie van 21 December 1680, of dat, wanneer daar omtrent eenige bedenkelykheid zoude mogen plaats hebben, hun Edele Grooc Mog. dan daar van zouden gelieven te geven dispenfatie. En dac zy Heeren Gecommitteerdens zig op den inhoud van voorfchreeve Requeste hebbende geinformeert, hadden bevonden, dat conform aan het daar by gepofeerde Ds. Petrus Ameshof, Predikant m voornoemde' Gemeente, 00 den 9 July defes jaars zynen diensc had neaergelegt; dat, na bekomen handopening van den Magiftraat, door den gemelden brecden Kerkenraad, de Supplianten \"n defen, tot fuppletie van voorfchreeve vacature op den 6 Augustus daar aan volgende was beroepen Ds. Johannes Smit, Predikant tc Amersfoort; en dac gemelde Ds. Smit voor die beroeoing op den 16 van die zelve maand had bedankt; dat, na weder bekomen handopening door de Supplianten toe een ander beroep was overgegaan , het welk op den 6 Oétober laatstleden was gevallen op gemelden Do. Johannes Vüch. Dat, offchoon defe beroeping door de Magiftraat was geapprobeert, 'eregeer, na een ingekomene Misfive van gemelden Do. Johannes Vifch, eene bedenkelykheid was ontfta.m, ofnamclyk, naar dc letter der RefoJutie van hun Edele Gr. Mog. van den 21 December l ódo, defe beroeping wel zoude kunnen etfe& fonecren, nadien meergemelde johannes Vifch op den 9 July, tyde van hec nederleggen van den diensc van voornoemden Do. Petrus Ameshoif, nog niec ten vollen bereikt had den ouderdom van 27 jaaren, zoo als by de voorfchreeve Refoiutie wierd gerequireerd, maar eerst op den p Augustus in zyn 28 jaar was getreden. En dat de omftandigheden, waar in de Gemeente zig aldaar bevond, vorderden, dat de vacante plaats hoe eerder hoe beter vervuld wierd, als zynde den Magiftraat reeds verpligt geweest een Predikbeurte te doen ftilftaan. Dat zy Heeren Gecommitteerdens daar op vervolgens hadden vermeend te moeten nagaan den inhoud der Refoiutie van 21 December 1680, gelyk mede derfelver fource, als ook hoedanig de zelve zederc gemelde jaar 16S0 by hun Ed. Gr. Mog. was begrepen. En dat zy met betrekking coc den inhoud zelven hadden bevonden, dat niet alleen daar by duidelyk was geftatueert, „ dat niemant bin„ nen de Steden, ftem in ftaat hebbende, „ mitsgaders binnen 's Gravenhage, tot hec „ Predikampt vermag geadmitteert te wor„ den, die ten tyde, als de plaats vacant „ word, tot bekleeding van de welke het „ beroep gefchied, niet bereikc heefc den „ vollen ouderdom van zeven en twintig „ jaaren, en zulks gecreden is in zyn agt „ en twintigfte;" maar ook daar benevens gevoegt, dac deeze Refol utie, en aan de Ma¬ de omfchreevcn zaak van J. J. Ie Sage ten 1 Broek by deefe tc verklaaren geheel fingulier ! en zonder voorbeeld, en in hec byfonder alle dc verrigtingen van den gemelden Kerkenraad in die gemelde zaak na dato van zyn gcintcijceteert Appel gancsch informeel cn weederregtelyk ; cn is voores gcrcfolvccrc, om den gemelden Kerkenraad tc gelasten by deefe, van aan mcergcnocmdcn J. J. Ie Sage ten Broek tc laeten vry cn onverlet, om zyn op den 10 December laatstleeden geincerjeéeeert Appel aan de Clasfis van Schicland van cene door den gemelden Kerkenraad op den 3 daar cc vooren genomenc Refoiutie te profequeeren, met verdere interdictie aan den gemelden Kerkenraad, van, hangende dac Appel, den gemelden J. J. Ie Sage ten Broek ter zaake voorfz. met eenige Procedures, van welken aart ook, te incommodccrcn, of daar over iets hoe ook genaamt tc onderncemen. En zal van deefe Refoiutie, en aan den meergemelden Kerkenraad der Ncederduytfche Gereformeerde Gemeente te Rotterdam, en aan den meergemelden J. J. Ie Sage ten Broek Copie werden gegeeven, tot derfelver narigt, en 0:11 zig d.iar na cc gedragen.  Betreflcnde de' Kérken-ordening; n9§ Request door ]. J. Ie Sage ten Broek, Doétor in de Wysbegeerte en 11. Godgeleerdheid, mitsgaders Bedienaar des Goddelyken Woords te Rotterdam, den 20* February daar te vooren geprefenteerc * en tendeerende, om den Kerkenraad der Neederduitfehe Hervormde Gemeente aldaar te doen interdiceeren, 0111, hangende des Suppliants geinterjeéteert Appel van zeekere by den gemelden Kerkenraad genoomen , en by voorfz. Request breeder ornfchreeven Refoiutie, met eenige procedures, fuspenfien als. anderfints in of wegens voorfz. zaak voort te gaan 3 &c. Als mede het daar op gërequireert, en den voorfz. 20 der laatst afgeloopene maand ingekomen Berigt van den meergemelden Kerkenraad; gelyk ook nog een van de minderheid des gemelden Kerkenraads, mede ten zeiven dage overgegeeven. En dat zy Heeren Gecommitteerdens uit de voorfz. Hukken hadden bevonden, dat, wanneer op den s November 1783 door eenige Perfoonen, zig noemende Ledemaaten van de Neederduytfche Gereformeerde Gemeente te Rotterdam, eenige bedenkelykheeden over de Léër van gemelden J. J. Ie Sage ten Broek by Misfive van den Kerkenraad van gemelde ..Gemeente aldaar" waaren voorgedragen, met verfoek van daar omtrent eene duidelyke verklaring van den gemelden Kerkenraad te mogen erlangen, &c. de meergemelde Kerkenraad die Misfive in de Aéte had doen inferceren, en voorts bepaalt in den volgenden ordinaris Kerkenraad daar over te zuilen handelen. Dat den 3 December daar aan volgende (zynde, zoo het Gecommitteerdens was voot- \ gekoomen, als toen die eerstvolgende ordinaris Kerkenraad geweest) de Kerkenraad by meerderheid, zonder den meergemelden J. J. Ie Sage ten Broek te hooren, of zeekere door 1 hem aan den gemelden Kerkenraad geaddres- I feerdé Misfive voor af te examineeren, had j beflooten, geen reguard te neemen op den inhoud van voorfz. Misfive, als hatende defelve in haare waarde, maar eene Commisfie te decerneeren, en voor denzelven te ontbieden den meergemelden J. J. Ie Sage ten Broek, ten einde den zeiven aldaar gecompareert j zynde, vriendbroederlyk te onderhouden 1 over zyne afwykende {tellingen , en Christelyk, dog ernftig' te vermanen, die Leërftellingen van toen voortaan, nog op den Predikftoel , nog in byzonder Onderwys ofgefprekken, nog in Gefchriften nooit meer te zullen Ieeren. Dat Op den 1 o daar aan volgende door meergemelden J. J. Ie Sage ten Broek van die genoomene Refoiutie by nadere Misfive behooriyk aan den Kerkenraad geaddresfeert, was geprovoceert aan de Clasfis van Schieland, welke op den 30 April 1784 zoude gehóuden worden. Dat niet tegenflaande deefe Provocatie en geinterjeéleert Appel, de gemelden Kerkenraad op den 7 january deefes jaars, nagehoudene deliberatie over den inhoud der voorfz. Misfivé had goedgevonden als nog té blyven perfeverceren by derfelver op den gemelden 3 December genoomen beiluyt, en daar van den gemelden J. J. Ie Sage ten Broek door derfelver Scriba te doen informeeren. Dat den 21 daar aan volgende op een aart den gemelden Kerkenraad nog nader addres van gemelden J. J. Ie Sage ten Broek, waar by hy telkens by zyn geinterjeéleert Appel bleef volharden, ten derdemalen door den Kerkenraad was gerefolveert, om denfelven door eene Misfive op het ernftigfte aan te maanen van zig voor de op den 3 December bepaalde Commisfie te fifteeren; dat meergemelde J. J. Ie Sage ten Broek, met inhrefie van zyn geinterjeéteert Appel, en met verklaaring van die Commisfie niet te kunnen erkennen, ook die derde Citatie even min als de voorige had gerefpeéteert. Dat den 4 February daar aan volgende de gemelden Kerkenraad had goedgevonden die gedecerneerde Commisfie in te trekken en meergemelden J. J. Ie Sage ten Broek voorden Kerkenraad te ckeeren regen den 11 daar aan volgende, om onderhouden të worden over zoodanige Leerftellingen, als afwykende van de hervormde Leer voor quaamen, ecc. En dac meergemelden J. J, le Sage ten Broek daar aan mede niet hebbende gedefereert, op den gemelden 11 vöor de tweede, en op den 18 daar aan volgende voor de derdemaal was geciteert geworden. Dat dit in faélo alfoo zynde, het huri Heeren Gecommitteerdens was voorgekoomen, dat de wyfe waar op deefe zaak van de zyde van den gemelden Kerkenraad, of wel de meerderheid van dien was behandelt geworden, niet wel anders konde genoemt worden dan fmgulier, informeel en wederregtelyk. Dac zy Heeren Gecommitteerdens daar toe ten deefen niet zouden toucheeren de öp den gemelden 3 December laatstleeden genoomene Refoiutie van den meergemelden Kerkenraad, als uitleeverende het objeélvan provocatie aan de Clasfis van Schieland , maar alleen noteeren, dat meergenoemde J. ]. le Sage ten Broek van die Refoiutie formeel by eene aan den Kerkenraad toegefondenë Misfive had geappelleert, en by aanhoudenheid fchriftelyk dat Appel geinhffireerc, eri dac des nietteegenftaande de Kerkenraad tegen alle gronden van regten en billykheid aan was voortgegaan, niet alleen om diegenomehe Refoiutie ter executie te leggen, maar ook, na dat defelve had gezien, dat daarin niet konde reusfeeren, in die zelve ,zaak, waar van bereyds geappelleert was, en waar over dus aan hun geene cognitie competeerde, op nieuws te neemen eene andere Refoiutie. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden , goedgevonden eh verftaan, de behandeling van den meergemelden Kerkenraad in de hier vooren in het breeGg 2 dé  23C Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. vcngcmeldc Refoiutie van den jaare 1770, ook in dat geval eenige nadere verklaaring by elucidatie zouden kunnen doen. Waar op gedelibereert zynde , is conform het Advis van de gemelde 1 Ieeren Gecommitteerden, goedgevonden en verdaan, te per(isteeren'oy hun Ed- Gr. .Mog. Refölucie van den 21 December 16*80, en nadien de zelve verdicht, dat de Predikanten, om beroepelyk tc zyn in de Steden en ten platten Lande, moeten hebben bereikt den vollen ouderdom van zeven en twintig, vyf en twintig en twee en twintig jaaren respective , ten tyde als de plaats is vacant gevallen; dat tot elucidatie van de voorfchreeve Refoiutie zal worden verklaart, zoo als verklaart word by defe, dat in een geval, wanneer om redenen tot een ander beroep moet worden overgegaan, de tyd, dat de plaats vacant is gevallen , zal kunnen worden gefield van of op dien dag, dat men verpligt word tot eene andere beroeping te procedeeren , als moetende door de gedaane eerdere beroeping, die eerdere vacature gerekent worden bereids te zyn gefuppleert, cn zulks ten dien eiieece, dat de volkomene ouderdom van zee ven cn twintig, vyf cn twintig en twee en twintig jaaren, om beroepelyk tc zyn, respective in die gevallen geacht moet worden daar te zyn, wanneer voorden dag, dat door het bedanken als anderfints tot eene andere beroeping moet worden voortgeprocedcert, die ouderdom daar is, zonder dat die vollen ouderdom by de eerdere vacature vereifcht word. En dat uit dien hoofde het beroep op Do. Johannes Vifch tot Predikant te Gorinchem op den 9 Oef ober laatstleden uitgebragt, als hebbende op den 9 Augastus den ouderdom van agt en twintig jaaren bereikt, en moetende de fuppletie defer vacature berekent worden van den 16 daar aan volgende, als op welken dag Do. Smith voorde op hem megebragte beroeping tot fuppletie van de vaeeerende Predikants-plaats hadde bedankt, zyn dieet moet forteeren. En dat voorts voor het toekomende de voorfchreeve hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van 21 December 1680, op den 23 October 1725 nader geconlirmcert, fixeerende het getal der jaaren, welke die geene, die naar eenig beroep in de Steden en ten platten Lande willen liaan , moeten hebben, by continuatie ftiptelyk zal worden geobferveert en H ergekomen, niet dien vettende , dat in geval, wanneer om redenen tot een ander beroep moet worden overgegaan, de tyd, dat de plaats vacant is ge- j vallen, zal kunnen worden gefield van of op dien dag, dac men verpligt word toe een an- i dere beroeping te procedeeren. En zal Extract van dele Relbiutie worden gefonden aan Praetidenten en Raden van den 1 loogen Raade en van den 1 lovc; mitsgaders aan de respeélive Synodi defer Provincie, om | aldaar, en ook by ieder Clasfis geregi(beert te worden, ten einde zig daar na voor hec vervolg te reguleeren; ais mede aan de Supplianten tot derfelver narigc. 3°. Refoiutie van de Staaten van IlJland, be¬ trekkelyk de approbatie op zeker Theologisch Gefchrift yan den Predikant J. J. le Sage ten Broek. Den 7 July 1785. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 16 Juny defes jaars ter Vergadering uitgebragc door de Heeren Gedeputeerden der Stad Leyden, en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, hebbende, ingevolge en ter voldoening aan hun Edele Grooc "Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 11 November laatstleeden, geëxamineert de Requeste en daar nevens gevoegde Byiaagen door J. J. le Sage ten Broek, Doctor in de Wysbegeerte en II. Godgeleerdheid, micgaders Bedienaar des Goddelyken Woords ce Rocterdam, gepnElenteerd, om redenen daar by in hec breede geallegueerc verfoekende, dac zekere door hem Supplianc daar nevens overgelegde een en vyftig beredeneerde Godgeleerde Stellingen, op de welke de Clasfis van Schieland, als niec overeenkomende mee de Leere der Hervormde Kerke, derfelver verfogce approbatie had geweigerc, mogcen worden gefteld in handen der Theologifche Profesforen van 'sLands Univerfiteit te Leyden, ten einde defelve te examineeren en te approbeeren, f of wel derfelver oordeel daar over aan hun Edele Groot Mog. ce doen toekomen; en dac voorts de Clasfis van Schieland mogt worden gelast met het afdoen der zaake tusfchen den Kerkenraad der Nederlandfche Hervormde Gemeente der gemelde Stad Rotterdam en hem Suppliant, voor de gemelde Claffis in Appel hangende, te fuperfedceren, toe dac die voorfz. Profesforen aan bovengemelde order zouden hebben voldaan; en dac eindelyk, ingevalle des Suppliants voornoemde een en vyftig Hellingen door de bovengemelde Profesforen mogten worden geapprobeert, door hun Edele Grooc Mog. ordre mogte worden gefteld, dat de voorfz. litispendente zaak niec door de Clasfis van Schieland werde getermineerd, maar aan het Zuid-hollandfche SynoI dus overgebragt, om aldaar te worden geinftrueerc cnbeflist, zoo als het felve Synodus zoude vermeenen te behooren. 1 Is goedgevonden en verftaan, de uitfpraak , van de Clasfis van Schieland op de door den I Suppliant verfogte approbatie van zyne een en vyftig beredeneerde Stellingen van den :8 Sep-  Betreffende de Kérken-ordening b, Magijtraaten der Steden, en aan de rcs- pecfive Glas jen, om haar daar na te ges, dragen, zoude worden gefonden." DatTrelatif de föureé, zy uic den inhoud der Refoiutie van den 30 July 1666 waaren ontwaar geworden, dat en het nuttige , en het noodfakelyke aanleiding tot het maken van zulke ftriéle bepalingen gegeven had. En dac, wat het begrip van hun Edele Groot Mog. omtrent defe materie aangong, de Refoiutie van 5 December 1668, welke eigentlyk de origineele Refoiutie konde genoemd worden, terwyl de Refoiutie van 21 December 1680 maar inhield een alteratie van voorfchreeve Refoiutie van 5 December 1668, dat al aanftonds had aan den dag gelegt, als wordende by het flot van die Refoiutie gevonden defe periode: „ Dat daar van aan,, fchryving zal worden gedaan aan de respec,, tive Clasfen van Zuid-en Noordholland, als mede aan de Hoven van Justitie, ende „ Kamer van Rekening, mitsgaders aan Bur„ gemeesteren en Regeerders der Steden, en „ aan de Officieren ten platten Lande ken„ nisfe gegeven, omme te firekken tot haar „ narigt, en voorts met last en order, om „ den teneur, en de dispositie van dien „ praecise te agtervolgen en te doen - agter„ volgen." Zoo als daar van nog nader konde confteeren uic den inhoud der Refoiutie van 25 February 1679, door hun Edele Gr. Mog. genomen op eene Propofitie van de Heeren Gedeputeerden der Stad Alkmaar ter Vergadering gedaan, om dispenfatie van voorfchreve Refoiutie van 5 December 1668, ter gelegenheid van het beroepen en door den Magiftraat van die Stad approbeeren van een Predikant, die bevonden was ten tyde, dat die Predikants-plaatfe vaceerde, niec ten vollen te hebben bereikt den ouderdom van 27 jaaren; als wordende by die Refoiutie niet alleen dat verfoek afgeflagen, maar ook daar benevens vastgefteld , dat voortaan geene zoodanige dispenfatien by hun Edele Groot Mog. zouden worden verleent: ten welken einde den Raadpenfionaris wel expresfelyk gelast en bevolen wordt, geene Propoütien, die daar toe zoiv den mogen worden gedaan, in omvraag te brengen , en geene Requesten of Remonftrantien, die hy zal weeten, ten voorfchreeven einde te tendeeren, te lefen, maar die te feponeeren, of wederom uittegeven. En welk begrip van hun Edele Gr. Mog. zig ook nog nader had gemanifesteert by derfelver Refoiutie van 23 Oélober 1725, als waar by niet alleen mede wierd afgeflagen een verfoek van dispenfatie van den letter der Refoiutie van 1680, maar ook tevens, in confideratie , dat na het neemen der Refoiutie van 21 December 1680 juist niet genomen was zoodanig eene Refoiutie, als op den 25 February 1679 door hun Edele Gr. Mog. was beflooten, vastgefteld, dat van toen voortaan geene dispenfatien van de Refoiutie van 21 December 1680 zouden worden verleend j maar dat een ieder zig ftiptelyk daar na zoude moeten reguleeren, met by voeging woordelyk van de last en order aan den Raadpenfionaris by Refoiutie van 1679 vervat; en voorts nog met defe additie, dat van die Refoiutie Copiè zonde worden gefonden aan het Züidhollandfche Synode, om aldaar en by ieder der Clasfen geregiftreerd te worden, met order haar daar na precife te gedragen. En dat, voor zoo veel hun Gecommitteerdens bekend was, na dato van gemelden 23 Oélober 1725, geene alteratie in voorfchicevê Refoiutie was gevallen, dan alleen, dat op den 3 Oélober 1770 by elucidatie wasgoedgevonden , de adimpletie der jaaren, welke by Refoiutie van 1680 tot het bekomen van een Predikantsplaats in de Steden en ten platten Lande vereifcht worden, ten tyde dat de plaats is vacant geworden, in geval die fuppletie was in de plaats van een overledene, voor wiens nagelaatene Weduwe moest worden gepredikt $ te bepaalen by het uiteinde van dien tyd, in welken voor de voornoemde Weduwe moesé \ worden gepredikt, ofby den dag dac die Weduwe was komen te overlyden. Dat niet te min aan hun Heeren Gecommitteerdens niet onbewust was, dat door hun Ed. Gr. Mog. op den 23 February 1720, in een geval in terminis quadreerende met dat, waar in de Supplianten zig bevinden, was goedgevonden, in confideratie van het algemeen genoegen, het welk die beroeping had vergefelc, en dat de Plaats (zynde Dirksland) meer dan vyftien maanden tot groot nadeel \ der Gemeente en van den Armen was vacant geweest, die beroeping, ongeprrejudicieertde Refoiutie van 21 December 1680, te doen voortgaan. Dan, dat het aan hun Heeren Ge- j committeerdens was toegefcheenen, daar de \ hier vooren door hun geavanceerdeposterieafe Refoiutie van 23 Oélober 1725 zoodanige dispofitien ten duidelykfte afkeurt, dat de voorfchreeve Refoiutie van 23 February 1720 ten defen tot geen voorbeeld van navolging door hen konde worden geavanceert ,* althans dat zy Heeren Gecommitteerdens zig daar toe 1 ten eenemaal onbevoegt agteden, en uit dien hoofde ook meenden verpligt te zyn op het verfoek tot dispenfatie ten defe gedaan1, de* clinatoir te moeten advifeeren; dog dat het aan hun Heeren Gecommitteerdens in confideratie aan de eene zyde van de fingulariteic van het geval, waar in ten defe geverfeert word^ en de daar mede gepaart gaande omftandighe* den, en aan de andere zyde, dat byhunEd, Gr. Mog. de tyd van vacature van een Predikants-plaats behoudens de Refoiutie van 21 December 1680, ten aanfien van eene fuppletie in een geval, dat 'er voor de Weduwe vari een overledene moet worden gepredikt, by voornoemde Refoiutie van 3 Oélober 17705 nader was geëlucideert, niet buiten bedenking was voorgekomen, of hun Edele Groot Mogende niet, naar het voorbeeld van boGrg 3 ver>  240 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. 32. Refoiutie van dc Staaten van Holland, tot interpretatie van het Oclroy op 7 fiuk van Erf fenisftn, dan Diaconen yan de Nederduitjehe Gereformeerde Gemeente van 's Gravenhage bevoorens verleend. Den 2 Augustus 1786". Oneffen een Misfive van de Pncfident en Kaden van den Flove, gefchreven in den Haage den 24 der voorlede maand, houdende, tor voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appoimcment van den 29 September 1785, derfelver confideratien en advis op de Requeste door Diaconen der Nederduitfehe Gemeente van 's Gravcnhaage geprrcfentcert, om nadere interpretatie van het Octroy door hun Edele Groot Mog. aan dor Supplianten Pr?:deeesfeuren den 21 November 1733 verleent, cn by Oétroy van den 26 July 1743 geinterprcteert en geampliccrt; als mede op dc Requeste antijotaal van Jan Hendrik llubens, Sergeant in het Regiment van den Generaal Major Monfter in dc Co:n;vg nie van den Capitein bi .nken; breci.; ra geinfereert. Edele Groot Mjgende Heeren! Wanneer U Ed. Groot Mog. in September des voorleden jaars 1785 onfe , confideratien cn advis gerequireerd hadden op de Requeste dr Diaconen der f Nederduitfche Gemeente van 's Graven- 1 haage, gcprccfcntcert, omme nadere interpretatie van het Octroy, door U Kd. Groot Mog. aan der Supplianten Praedecesfeuren den 21 November 1733 verleend, en by Oétroy van den 26 July 1743 geinterpretcert en geampliccrt, als 1 mede op de Requeste antidotaal van Jan ,' Hendrik Jlubens, Sergeant in het Regiment van den Generaal Major Monfter in dc Compagnie van den Capitein Blanken ; zoo hebben wy verfcheiden pogingen gedaan, om de zaak tusfchen de Supplianten en den voorfz. Rubens te fchikken, edog tc vergeefs, vermits Diaconen vreesden, dat zoo al eens mee defelve een accoord gemaakt waare, an- ' dere Perfoonen, die reeds in voorige tyden, even gelyk defe Hubens, van wegens den Raade van Staate der Vereenig- | de ^Nederlanden in het Diaconie - Huis geaiimenteerd, en daar uit gedeferteert zyn, nl mede pretcnlie op de verbeurde Loterye gelden maaken zouden. Wy i hebben vervolgens, zoo aan de Supplianten, als aan den voorfz. Hubens voorgedragen , o;n de queeftie of de poenaliteit van het voorfz. Oclroy op hem, als j van wegen den Raad van Staate in het 1 Diaconie-Huis ter alimentatie gefonden, appltcabel was, door ons als Regters te laaten decïdëferen, om dat de zaak, als fpeéteerende een geval, het welk reeds had geexteerd, ons voorkwam daar toe al zoo zeer gefchikt te zyn, als wel tot eene interpretatie van Üw Ed. Groot Mog., dan nu onlangs hebben de Supplianten en de gemelde Hubens ons gedeclareert, dat zy verkoofen, dat wy op der Supplianten vooriz. verfoek aan Uw Ed. Groot Mog. advifcerden. Hoe zeer, Edele Groot Mog. Heeren! de Supplianten by de middelen van het Request als eenigfints bedenkelyk fteilen, of'er niet wel eenig onderfcheid behoort gemaakt te worden in de applicatie van het meergemelde Oclroy tusfchen Subjecten, welke jaarlyks van wegens welgemelden Raade van Staate in het Diaconie -1 luis ter alimentatie worden gefonden , cn voor welk recht door welgemelden Raade van Staate jaarlyks eene zekere fomme Geld aan dc Diaconie zoude worden ter hand gefield, cn tosfbben de eerdere Subjecten , die aldaar gcalimenteetd worden, geven egter de Supplianten by die zelve middelen , cn ook nader by eene Memorie met eenige Hylaagen, aan ons overgegeven, verfcheide redenen op, waarom in defen geen onderfcheid zoude behooren gemaakt tc worden; maar in tegendeel de pcenaliteit by het Oétroy van 21 November 1733, en daar op gevolgde Interpretatie op den 2 6 July 1743 bepaald, waar by de Lotery - Gelden der geaufugieerde Perfoonen uit het Diaconie Oude Vrouwen- en Kinderhuis niet verders of anders behoeven te worden geextradeert, dan na aftrek van het geene zy wegens alimentatie, geduurende hun aanwefen in het zelve Huis, zullen genooten hebben, ook geappliccerd op de zulken , welke van wegens den Raade van Staate in het zelve Huis ter alimentatie worden gefonden. Dc meergemelde Hubens fuftir.ccrt daar en tegen, in eene Memorie aanf ons overgegeven, dat, hoe zeer hy den ouderdom van 19 jaaren bereikt hebben-* de, zonder permisfie van Regenten van het Diaconie -1 luis het zelve veriaaten en als Soldaat dienst genomen heeft, defelve Regenten egter, wanneer hy 25 jaaren oud geworden zynde, van bun gewaagt heeft de exrraditie van het geene aan hem ter gelegendheid van trokkene Pryfen in de Generaliteits L°' teryen tot een Douceur was gegeeven (Jon-  Betreffende dc Kcrken-ordeningi 23c) 31* Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de Ingefetenen van de Adriana en Eendracht} Polder, gelegen onder Stellendam, Kerke Ijk gebracht worden onder Goedereede. Den 14 OStober 1785. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 22 Augustus deefes jaars, en den 25 ter Vergadering ingekoomen, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 25 July 1784, geëxamineert de Requeste van een groot aantal Ingefeetenen der Adriana en Eendrachtspolder, geleegen onder de Heerlykheid Stellendam, om de daar by geallegueerde reedenen verfoekende, dat het hun Edele Groot Mog. mogte behagen de Supplianten eenen iveg aan te wylen, om onder hun eigen Kerkenraad , als behoorende onder eene affonderlyke Jurisdictie, gelyk zulks op meer andere Plaatfen gefchied, die voorregten te mogen verkrygen ten aanfien van de verrigting hunner Godsdienst, en het onderwys van hunne Kinderen in de gronden van de Gereformeerde Religie, als andere Ingefeetenen deefer Provincie genieten, en zulks tot tyd en wylen dat 'er, onder de approbatie van hun Edele Groot Mog., een Kerk in de voorfchreeve Jurisdictie zal weefen gedigt; als meede zonder de minlfe prejudicie toe te brengen aan de Gemeente der Steede Goedereede en derfelver Armen. Is goedgevonden en verftaan, den Predi¬ kant der Steede Goederede, nu en in der tyd, by deefe te auclorifeeren, en, voor zoo veel des noods, te gelasten, om de Ingefeetenen in de Adriana en Eendrachtspolder, geleegen onder de Heerlykheid van Stellendam, zoo ten aanfien van de Huisbefoekingen der Zieken, als het Doopen en onderwyfen van de Kinderen der gemelde Ingefeetenen, in alles te behandelen als de Ledematen der Gemeente zyner Standplaats, als meede om uit defelve Ingefeetenen, volgens het gebruik, binnen deefe Provincie plaats hebbende, een a twee Ouderlingen te kiefen, ten einde door defelve van de gefteltheid van dit nieuw gedeelte zyner Gemeente onderrigt te kunnen worden; en voorts den Ontfanger van hun Edele Groot Mog. Geestelyke Goederen in den Brielle te auctorifeeren en gelasten, om jaarlyks aan den gemelden Predikant der Stede Goedereede, tot remunetatie van de moeite, aan de voorfz. bediening geattacheert, een fom van vyftig guldens te betaalen; alles onder conditie, dat door deefe fchikking geen pnejudrcie, hoegenaamd, het zy ten aanfien van de alimentatie van der Supplianten Armen, of anderfints, aan de Gemeente der Steede Goedereede zal mogen worden toegebragt. September 1784, by defe te verklaaren nul, negcen en van onwaarde, en mitsdien buiten alle prcejudicie, hoe ook genaamt, van des Suppliants Leere. Wyders, ter bewaaring en bevordering der rust in de Kerken, en om eens eindelyk aan de tegen den Suppliant gemoveerd werdende quseffeien een einde te Hellen, den Suppliant, die, ter gelegentheid der differenten tusfchen den Kerkenraad der Nederduitfche Hervormde Gemeente te Rotterdam en hem ontftaan, de meergemelde een en vyftig Stellingen maar voorloopig heefc gecompileert, dog die zig anders by publicque Gefchriften verpligt heeft, om zyne denkbeelden by eene uitgewerkte Godgeleerde Verhandeling verder open te leggen, by defe te gelasten, om met zoo veel fpoed, als doenlyk is, en de opereusheid van zulk een werk zal toelaaten, aan defe zyne verpligting te voldoen, en het in gereedheid gebragte Stuk onder zyne handteekening ter Tafel van huri Edele Groot Mog. te exhibeeren, ten einde door defelve als dan daar over zoodanig te disponeeren , als defelve zullen oordeelen te behooren. En eindelyk de meergemelde procedures $ in cas d'appel voor de Clasfis van Schieland, betrekkelyk de differenten tusfchen bovengemelden Kerkenraad der Stad Rotterdam en den Suppliant ontftaan litispendent, hangende de bovengemelde deliberatien, als hebbende een byna, zoo niet geheel infeparable relatie op de principaale quoeftie, - by defe te furcheeren, tot dat door hun Ed. Gr. Mog. op de voorfz. uitgewerkte Godgeleerde Verhandeling finaal zal wefen gedisponeerd. En zal van defe Refoiutie Copie aan dê Clasfis van Schieland, als mede aan den Suppliant, werden gegeven tot derfelver narigt, j en om zig daar na te reguleeren.  242 Placaaten. 2. Bock 3. Titul. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by nadere interpretatie van het Oétroy door hun Edele Gr. Mog. aan dc Diaconie der Nederduitléhe Gemeente van 's Gravenhaage op den 26 Ju'y 1743 by wegc van interpretatie en ampliatie van het Oétroy aan de voornoem Je Diaconie op den 21 November 1733 gegeven, by defe te verklaaren, dat in het zelve onder Kind of Kinderen in liet Diaconie-Huis gealimenteert wordende, mede verdun worden de zulke, die door don Raade van Staate in het zeiveter alimentatie gefonden zyn , of in het vervoTg zullen gezonden worden. 32. Refoiutie van dc Staaten van Holland, waar ly S. F. J. Rau, beroepen Predikant by de lf alle he Gemeente te Leyden, yan de Refoiutie, betrekkelyk der Predikanten ouderdom, word gedispenfeert. Den 22 Augustus 1786. Ts gelefen de Requeste van den Kerkenraad 1 de: Walfche Gemeente tc Leyden, te kennen gevende, dat jean Samuel Roer, Predikant in de zelve Gemeente, als P;edikant beroepen zynde in de Walfche Gemeente te Amfterdam, en het zelve beroep aangenomen hebbende, zy, na bekomen handopening van die van den Gerechte der gemelde S:ad Leyden, tot vervulling der voorfchreeve vacature, waar in haddenbeoogt de bevordering van de eer en luister der voorfchreeve Walfche Kerk, en het nut van derfelver Gemeente, dien conform hadden ge nomineert Sebaldus Vedco johannes Rau, Pierre Chevalier, cn Louis Porte, respective Predikanten te 1 Iarderwyk, Zwol en VJisfingcn, welke Nominatie daadelyk door die van den Gerechte der Stad Leyden, met betuiging van hun genoegen, was geapprobeert, cn waar ut zy Supplianten met den Grooten Kerkenraad , opéén na, met unanimc ftemmen had Jen beroepen voornoemden Sebaldus Fulcö Johannes Rau, welk Beroep door die van voornoemden Gerechte der Stai Leyden mede gunftigwas geapprobeert, des erlangende dispenfatie van de dispofitie der Refoiutie van hun Edele Grooc Mogende van den 3 April 16-j. Dat zy Supplianten zig by voorfchreeve gelegenthcid wel hadden herinnert de voorfchreeve Refoiutie, bepaalende dat dc Predikanten in de Walfche Kerken defer Provincie tot den Kerkdienst beroepen wordende, in hun 2 ] jaar zouden moeten zyn getreden, eer het Predik-Ampt, tot welk men de zoodanige zoude widen beroepen , vacanc gevallen was, en dus voor zoo verre die Refoiutie ook zoude kunnen worden geëxtendeert toe het beroepen van Predikanten reeds in andere Kerken geadmitteert, het welk nogtans de Supplianten was voorgekomen niet te wefen het verlland der Refoiutie, welke alleen fcheen ingerigt tot bepaling der jaaren van Proponenten, om tot den Predikdienst aangenoomen te kunnen worden, wel hadden gepenetreert de bedenkelykheid, welke in dac geval een aanfien des Beroepenen, die maar omtrent een en twintig jaaren oud was, uit hoofde van dat defect gemaakt zou kunnen worden, en de daar uic voortvloey ende zwaarigheid in hec erlangen van approbatie zonder eenige lirnitaf.c, dan dat zy Fpplianten daar tegen overwogen hebbende dc bekende uitfteckende cn meer dan gemeene Talenten cn vermogens, mitsgaders fupcrieure kennis en geleerdheid van den Beroepenen, hadden gemeent, dat die bedenkelykheid cn zwaarigheid door tusfehenkomst van hun Edele Groot Mog, gunfb'ge Dispenfatie, gegrond op de byfondere perfoneele merites van den Beroepenen, cn dc veel beloovende uitzigten tot wcizyn van dc Kerk, zoude kunnen worden geremedieert en weggenoomen, waar toe zy Supplianten zig dc Refoiutie zelve ten nutte maakten, aangefïen hun Edele Groot Mog. (den gerequireerden ouderdom daar by niet zoodanig bepaald hebbende, dat buiten den zeiven geen beroep volftrekt zoude kunnen gefchieden , integendeel aan den Kerkenraad der Walfche Gemeente binnen defe Provincie , wanneer de zelve om eenige merkelyke confideratien zoude mogen beroepen Perfoonen, die van den Godt, den 1 leere Almagcig, mec uitfteekendc gaavcn waaren voorfien, (z- o I als van den Beroepenen in volle ruimte ge| zegt kan worden) dog den verciichtcn ouder1 dom nog niec hadden bereikt, en dat die geenen, die over het voorfchreeven beroep moe| ten worden gekent, het zelve beroep mede zouden voor goedkeuren , (zoo als in der Sup'i pfianten geval is gefchied,) de faculceic gegeven , om in zoodanige gelegenthcid zoodanig particulier voorval aan hun Edele Groot Mog. te reprefentceren tot behoorlyke dispofitie na| genoomen kennis van zaaken, van welke Refoiutie zy Supplianten aan die van den Gerechte voornoemt, by het prrefentecren der Nominatie om Approbatie, hadden kennis gegeven , en verfogt derfelver appui in het erlangen van dispenfatie van het voorfchreeven defect van jaaren cafu qua, dat voornoemde S. F. J. Rau beroepen moge worden, het 1 welk door hun Edele Grooc Achtb. gunffig j was beantwoord: verfoekende de Supplianten derhalven, dat hun Edele Groot Mog. den voornoemden Sebaldus Fulco Johannes Rau, door hun tot Predikant in de Walfche Gemeente binnen Leyden beroepen, van de dispofitie der voorfchreeve Refoiutie ten opzigtevan de daar by bepaalde jaaren , om tot het Predik-  Betreffende de Kerken -ordening 241 {zonder dat hy het montant daar van bepaalen konde) onbevoegc zyn geweest hem hetfelve te weigeren, om dat de poenaliteit van het meergemelde Oclroy en Interpretatie niet zoude zyn van applicatie op zulke Gealimenteerdens, waar voor de Raad van Staate eene jaarlykfche fomme geeft: vermits hec voorfz. Octroy meer zoude zyn een vergunning van den Souverain ten faveure van de Diaconie, dan wel eene poenaliteit met betrekking toe de gealimenteerd wordende Kinderen, en de voornaame intentie van het zelve zyn zoude, om, in cas van defertie van de in het voorfz. Huis gealimenteerd zynde Kinderen, de Diaconie wegens de alimentatie van dusdanige fubjecten (zoo veel mogelyk) fchadeloos te (tellen, dan welke fchadeloosftelling alhier niet te pas zoude komen, vermits de Raad van Staate jaarlyks ƒ 1500 -0-0 aan de voorfz. Diaconie betaalt voor de Kinderen van wegens defelve in het voorfz. Huis ter alimentatie gefonden wordende. De Supplianten hebben daar jegens gedaan allegeeren, dat reeds lange voor den tyd van het Oclroy Kinderen van wegens den Raad van Staate in het voorfz. Pluis zyn gealimenteert geworden, en dac echter by de meergemelde Interpretatie van het jaar 1743 geene diftinélie tusfchen zulke en andere Gealimenteerdens gemaakt word. Dat het groote oogmerk geweest is de defertie uit het Huis te beteugelen, door daar tegen eene poenaliteit te ftatueeren , en dat niet kan gepraefumeert worden, dat Uw Ed. Groot Mog. over eene en defelve misdaad eene ftraffe voor zommigen zouden hebben willen bepaalen, en anderen daar van eximeeren. Dat wat aangaat de ƒ 1500-0-0, die door den Raad van Staate jaarlyks gegeven worden, defelve niet zyn penningen ter alimentatie, maar eene fubfidie en liberaale Gift (om welke jaarlyks by Requeste onder den naam van fubfidie verfogt word, en welke ja wel meest altoos geaccordeert, edoch ook wel eens geweigerd is geworden). Dat zulks geheel aliëen is van de natuur van alimentatie penningen, als welke niet ootmoedig verfogt, maar in gevolge gemaakte Conventien geëischt konnen worden; dat te meer evident is, dat defe ƒ 1500 -0-0 geene alimentatie penningen zyn, als men confidereert, dat reeds in het jaar 1671 die fom van ƒ 1500--0 -o als een Subfidie van den Raad van Staate by de Diaconie is ontfangen, terwyl intusfehen in het jaar 1728 van wegens gemelden Raad noch geene Kinderen in het gemelde Huis waaren gefonden. Dat ook die fom, altoos defelve zynde, nooit geproportioneert is aan het IX. Deel. getal, dat gezonden of gealimenteerd word, en al zeer dikwils naar de ordinaire proportie van ƒ75-0-0 voor ieder gealimenteerde niet toereikende is; buiten en behalven dat, indien al eens die penningen als alimentatie penninningen konden worden gecor.fldereert, waar tegen de Supplianten de bovengemelde redenen meenen te uiiliceeren, dan nog. de applicatie van dat argument op het geval in quaestie zeer gevaarlyk zouden zyn voor de Diaconie, vermits voor ruim de helft der geenen, die in het gemelde Huis gealimenteerd worden, ook . jaarlyks of meerdere of mindere penningen ter alimentatie worden gegeven; en waarvan dan het gevolg zoude zyn, dat alle zulke fubjeélen mede van de ftraffe, by het Oétroy op de defertie gefteld, zoude zyn geëxir.ieerd, het welk effectueeren zoude, dat het Oclroy van 1743 groot endeels zyn kragt zoude verliefen. Defe redenen, Edele Groot Mog. Heerenen mfonderheid, dat het oogmerk van het Oclroy fehynt geweest te zyn, de defertie uit het Armhuis door defe poenaliteit te beteugelen , en niet zoo zeer de Diaconie wegens uitgefchotene alimentatie penningen te dedommageeren; en dat de Raad van Staate zelve dc ƒ 1500-0-0, welke defelve doorgaans jaarlyks aan de Diaconie geeft, als eene fubfidie en liberaale Gifte heefc geconfideree'rd, zyn ons van dat gewigt voorgekomen , dat wy geene difficuJteit maken, om te advifeeren, dat Uw Ed. Groot Mog., interpreteerende het Octroy, het welk hoogst defelve aan de Diaconie van de Nederduitfche Gemeente van 's Gravenhaage op den 26 July 174.3 by wege van Interpretatie en Ampliatie van het Oétroy aan de voornoemde Diaconie op den 21 November 1733 gegeven, hebben verleend, behooren te verklaaren, dat in het zelve onder Kind of Kinderen in het Diaconie ■ Huis gealimenteerd wordende, mede verftaan worden de zulke, die door den Raade van Staate in het zelve ter alimentatie gefonden zyn, of in het vervolg zullen gefonden worden. Ons niet te min eerbiedig refereerende aan het Hoogwys oordeel en goedvinden van Uw Ed. Gr. Mog. Hier mede, Ed. Groot Mogende Heeren ! bidden wy God Almachtig üw Edele Groot Mog. in eene langduurige en voorfpoedige Regeering te conferveeren. Gefchreven inden Haage den 24 July 17U. (Onderfond,) Uw.Ed. Groot Mog. gansch Dienstwillige, De Prsefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Lagerfond,) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent,) Adhiaan Bodt. Hh Waar  244- Fhcanten. 2. Bock. 3. Titul. pHant in defe, voor zoo veel hec verfogte flipendium aanging, wel favorabel zoude behooren tc werden gedisponeert; terwyl welgemelde Heeren Gccommitteerdè Raden egter zig refereerden aan het geene hun Edele Groot Mogende ten aanzien der voarfehreeve bedenking zouden gelievui goed tc vinden, by voorfchreeve hun Advis ten faveure van des Suppliants verfoek vermeend hadden te moeten rcmarquccrcn: 1. Dac in den jaare 1655 en i -29 twee van des SuppHanrs Prxdecesfeuren waaren verklaart Emeriti fa Ivo honore & fiipendio; 2. Dat de Refoiutie van 1752 was genomen, na dat de Suppliant reeds beroepen was, en dus by hec aanvaarden zyner Bediening niec had kunnen denken, te eeniger tyd van bet genoz van zyn Traélement tc zullen verftooken worden , uit hoofde van eene posterieure bcpaaling, welke ook NB. tot dus verre alleen op de Predikanten in dc groote Stede;; was van applicatie geweest. En dac zy Heeren Gecommitteerden deze by vnorfehrcevc Advis geopperde bedenking, en de daar óp door Heeren Gecommitteerde Radon gemaakte refleéfie, met dc gemelde Heeren Gecommitteerde Raden nader hebbende onderfogt, bun verpligt hadden gevonden van tc moeten zeggen, dat dc door den gemelden Ontfanger gefuppediteerde fpecuktie hun was voorgekomen, venc gcfogt, en in cas fubjeét buiten alle applicatie. IVat verre gezogt, zeiden zy, in confideratie zoo van den letter der voorfchreeve haar Edele Groot Mogende Refoiutie vttn den jaare 1752 zelve, als van de aanleidende gelegenheid tot het neemen van dcfcAvc , ate wordende by die Refoiutie woordelyk gevonden : ,, dat geen Predikanten, welker Traetemen„ ten door dc Steden worden betaald, van ,, nu voortaan zullen werden verklaart Eme,, riti, ten dien effeéte, dac hec liipendium „ van de zelve zal worden betaalt uit het Ker- kclyk Comptoir, of uit eenige andere in,, komftcn van den Lande." En hebbende de aanleidende gelegenheid zig daar inne bepaalt, dat dc Predikant Ruyfch, binnen de Stad Delft ftaande, dog niet behoorende onder hec ge*al van die Predikanten, welke uic hec Comptoir der Geestelyke Goederen en Inkomften, hec zy geheel, hec zy gedeeltclyk, becaald wierden , maar die zyn geheel T.aetement van Stads wegen ontfing, verfoek tot her obtineeren van hec Emeritusfchap, fa Ivo honore & fiipendio, aan hun Edele Gr. Mog. hadde gedaan. Het geen dan, naar de gedagten van hun Heeren Gecommitteerden, ten duidclykftcn manifesteerde, dat 1. de voorfchreeve hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie alleen zyne betrekking was hebbende tot de Steden, en geenzins tot het platte Land, gelyk Heeren Gecommitteerde Raden ook by derfelver voorfchreeve Advis rotundis rer-is hadden betuigd, met defe notable byvoeging, dat die Refoiutie tot dus verre alleen op de Predikanten in de groote Steden was van applicatie geweest; zo j als ook naar de gedagten van Heeren Gecommitteerden, vry palpabel was, nadien 'er wel Steden gevonden wierden, daar Predikanten, zonder relatie tc hebben op het GecstelykComptoir, direct en alleen van de Steden der zeiver Tractementen ontfingen, dog geen Dorpen voor handen waaren, alwaar dit plaats had. En 2., dat, in alle gevalle, uit de voorfchreeve Refoiutie geene andere confequentie zoude kunnen getrokken worden, dan alleen tot zoodanige Predikanten, welke derzelver Traétement of geheel of gedeeltclyk niet ontij van hun Ed. Gr. Mogende Comptoir der Geestelyke Goederen en Inkomften, het \. .". van den Suppliant niet wel kon worden vastgehouden. En buiten applicatie avanceerden zy; nadien in het generaal genomen , bet niet tegen te fpreeken was, dat, zou defe hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie mede moeten operceren ten aanzien der kleine Steden en het platte Land, uit hoofde van gclykvormigheid van redenen, gelyk dit by de voorfchreeve bedenking was geavanceerd, 'er a's dan nog eerst eene nadere Refoiutie door hun Ed. Gr. Mog. zoude dienen genomen tc worden, welke nimmer dan zeer alicen van de asquiteit van hun Ei. Gr. Mog. van employ zoude kunnen gemarkt worden op het verfoek van den Suppliant, als antcrieur aan het neemen van zoodanig eene dus verre nog niet cxilteerende Refoiutie. Maar in fpecie buiten applicatie in cas fubjeet, om reden, dac, al wis de voorfchreeve hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van den jatue 17 52 ook bereids tot het platte Land gcextendcerd, des geenzins, als dan nog 0;elyk zy I Ieeren Gecommitteerden zig verbeelden) de zelve niec een nadccle van den Supplianc zoude kunnen werden geapplicccrd, vermits des Suppliants Traétement, nog door den I leer der beide Noordwyken privativelyk, veel min nog als Bezitter der Conventualo Goederen , tot die Heerlykheid behoorende, betaald wierd, maar *sjaarlyks uit het Comptoir der Geestelyke Goederen, aan het welk de Gee?tclyke Goederen, tot die Heerlykheid behoord hebbende, (zoo als uit de by het voorfchreeve Advis genoteerde Refoiutie van hun Ed. Groot Mog. van den jaare 1648 zoude kunnen confteeren) waaren gecedeerd, uit dien hoofde werd voldaan; het geen , naar de gedagten van hun I Ieeren Gecommitteerden, peremptoir decideerde de inapplicabiliteic van voorfchreeve hun Edele Gr. Mog. Refoiutie : terwyl het ook zeker mogt werden gefteld dat, even om dat de betaaling van hec Traérement der Predikanten van de beide Noordwyken op het Geestelyke Comptoir der Kerkelyke Goederen is gealfecleerd geworden, uit hoofde van het cedeeren de Conventuale Goederen, tot die Heerlykheid behoord hebbende, aan dac Comptoir by de verhooging der Tmétementen van de Predikancen, ook uic dat Comptoir een vermeerdering aan de Predikanten van de beide Noordwyken ist0* ge-  Betreflende de Kerken-ordening. £i» 35- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende qualipicatie op Gecommitteerde Raaden, om. Predikanten in het Domein yan Vianen Emeriti te mogen verklaaren. Den 5 Juny 1789. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive vm de Heeren Gecommitteerde Kaden van den 20 April defes jaars, en den 7 Mey daar aan ter Vergadering ingekomen, waar by, op de daar toe gelegde gronden en bygebragte redenen, uit hoofde hunner bezorgtheid voor de continuatie der behoorlyke waarneeming van den Godsdienst ende Bediening der Sacramenten, op den ordinairen en bepaalden voet door Leeraaren, die daar toé de noodige gefondheid en vermogens hebben, aan hun Ed. Gr. Mog. in bedenking geven, hun te authorifeeren, om, hangende hun Edele Groot Mog. deliberatien over verfoeken van Predikanten in het Domain van Vianen, om met hunne Traélementen op het Geestelyk Comptoir te Delft overgebragt te worden, ten einde alfoo tot de verdere faveuren zoo van het Emeritusfchap als anderfints aan de Predikanten daar op geasfigneert ordinair gedaan wordende, te eerder admisfibel te zyn, in hoögstnoodige gevallen, zoodanige der Viaan- fche of Ameydenfche Predikanten, als blyken mogten buiten ftaat te zyn, om langer hunne Bedieningen te kunnen blyven waarneemen, op de daar toe aan hun gedaan wordende verfoeken, te mogen verklaaren voor Emeriti, en hun als zoodanige met jaarlyks Traétement of Penfioen tot zes honderd guldens toe, onder de bepaalingen hun noodig voorkomende, ten lasten van het Comptoir der Dömainen te Vianen, het welk zedert eenige jaaren in eenigen beteren toeftand was geraakt, en zoodanig befwaarprovifioneelkon draagen, te mogen gratificeer en. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raden by deefe te qualificeeren , om op verfoeken van Predikanten in het Domain van Vianen defelve in voegen boven gemeld Emeriti te mogen verklaaren, en gratïficeeren ten laste van het Comptoir der Dömainen te Vianen, tot zoo lang het zelve daar toe in ftaat zal zyn. 36. Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het verleenen van approbatie op beroepingen Van Predikanten, die door eenige politique dispojitie zyn gedimitteert. Den 16 Maart 1701. T)y refumtië gedelibereert zynde op de J3 Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden in den Haage en te Hoorn refideerende , van den 18 January defes jaars, en den 27 daar aan ter Vergadering ingekomen, voor zoo ver daar by, ter gelegenheid der kennisgeving hunner provifioneele voorfiening tegen den voortgang der beroeping, zoo van Ds. van der Schaaf in de Gemeente van Caftricum en Heemskerk, als van Ds. Houtcamp in de Gemeente van Laren en Blaricum, om de daar toe bygebragte redenen , hebben voorgeflagen een aanfehryving aan dë relpective Clasfen binnen defe Provincie, in de voorfz. Misfive vervat. Is goedgevonden en verftaan, dat geene Predikanten , welke uit hoofde van wanbedryven, van welken aart die ook zouden mogen zyn, door politique dispofitien, binnen defe Provincie of elders, van hunne Ampten zyn gedeporteert of gedimitteert, met verbod om binnen den omtrek van één der Vereenigde Provinciën, van de Generaliteits Landendof van het Landfchap Drenthe, den PredikHh 3 dienst.' geftaan, en in den jaare 1655 en 1729 aan twee van des Suppliants Rradecesfeuren door hun Ed. Groot Mog. geaccordeerd dat zelve faveur, als waarom de Suppliant zig aan hun Ed. Gr. Mog. had geaddresfeerd. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van dc voorfchreeve Heeren Gecommitteerden , op bovenltaande gronden, goedgevonden en verftaan, zonder eenig reguard te flaan op de by het voorfchreeven Advis gefuppediteerde fpeculatie, Ds. Adrianus Oudemans , Predikant in de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente te Noordwyk Binnen , te verklaaren Emeritus falvo honore & flipendio, en dat desfelfs Traétement zal in¬ gaan met den dag der Bevestiging van zyii Succesfeur, mits dat hy gehouden zal zyn; den dienst tot dien dag waar te neemen, of ten zynen kosten te doen waarneemen,' eh te blyven woonen binnen defe Provincie', ori poene van het effect defer verleende gratie té zullen verliefen ; en wyders ter vermyding van alle verdere cavillah'en vast te fteilen,dat de Weduwen en Kinderen van de Predikanten der beide Noordwyken, even als de Predikanten zeiven, tot het voorfchreeven Comptoir behooren. En zal Extract defer gefonden worden aari den Ontfanger - Generaal te Delft tot zyn narigt.  246 Placaaten. 2. Bock 3. Titul. dienst, en alle dc deden van het LccraarAmpt uit tc oeffenen, voortaan in eenige Gemeente defer Provincie, hec zy in de Steden, het zy ten platten Lande, tot denfelven Predikdienst, of oeffening der deelen van het Leeraar - Ainpc zullen mogen toegclaaccn worden, ten waare defelve met voorafgaande permisfie van hun Edele Grooc Mog., na genomen kennis van zaaken, daar toe waaren geadmitteert: dat mitsdien de refpeélive Clasfen zoodanige beroepingen niet zullen mogen approbeeren, zonder hun Edele Groot Mog. beveeien daar op tc hebben ingenomen; cn da: tegens de Predikanten, in bovengemelde termen verfeerende, die, zonder fpeciaalc permisfie van hun Edele Groot Mog., zig don Predikdienst of eenige deelen van hec gcmelJe Ampc binnen dele Provincie onderwinden , zal worden geprocedcerc naar bevind van zaaken. En is wyders goedgevonden en verftaan dc refpective Clasfen deler Provincie te gelasten, om in dc gevallen, dat aan haar approbatie zal worden verfogt op beroepingen in de Steden of ten platten Linde, van eenige Predikanten, tegen welke, offchoon in dc voorgemelde termen niec veriecrendc, egter binnen defe of andere Provinciën, het Landfchap Drenthe, of in de Generaliteits Landen, eenige politique dispofitien zyn gevallen, waar door defelve alleenlyk van den dienst in hun¬ ne voorige Gemeenten zyn ontflagen, alvoorens' op zoodanige verfoeken van approbatie te disponceren, van defelve aan de r lecren Gecommitteerde Raden refpeetivelyk in ieder Quartier kennis tc geven ten einde door defelve daar op zoude kunnen worden gerefolveert , naar omttandigheden van zaaken, en na genomen informatie van hec pofterieur gedrag van zoodanige Predikanten, byfonder omtrent die zaaken, uit welker hoofde zoodanige dispofitien tegen hen zyn gevallen. En zal Extract defer Refoiutie gegeven worden aan de Heeren Gecommitteerde Raden, in den Haage cn tc Hoorn refideerende, zoo tot derfelver narigt, als om zig daar na te reguleeren. En zal voorts het benoodigt getal Excmplaaren gefonden worden aan dc refpeélive Clasfen onder de Zuid- en Noordhollandfchc Synoden defer Provincie, zoo om zig daar na te reguleeren , als om aan ieder der Kerkenraaden van de Kerken onder haar Clasfis, en tot defe Provincie behoorende, een Exemplaar te beforgen, om zoo veel haar aangaat, zig daar na te gedraagen. Gefyk mede Extract defer zal worden gefonden aan den Hove, en aan de Magillraatcn der refpective Steden en Plaatfen defer Provincie, om zig daar na te rcguleeren, voor zoo veel haar betreft. 37- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende Oclroy aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, tot het heffen yan eenige Belastingen , met 7 recht yan parate executie, ten behoeven der Armen aldaar. Den 14 Juny 1792. Ts gele fen de Requeste van Burgemeefteren I cn Regeerders der Stad Dordrechc, houdende , dat zy Vertoonders zig in den jaare 1789 genoodfiakthaddcn gevonden, uit hoofde van dc zedert eenigen tyd toegenomen veragtering en importante kortkoming der Financie van de Nederduitfche Gereformeerde Diaconic-Armcn binnen voorfz. Stad, onder andere middelen ook intevoeren eenige macige en zeer draagclyke belascingen, ten behoeve der zelvcr Armen, volgens hunne Refoiutie en Publicatie van den 15 December des voorfz. jaars; namentlyk van elk Anker Azyn of Mee, hec welk binnen de Stad ter confumcie zal worden aangegeven, boven hec geen daar van tegenwoordig van 'sl*ands en Stads wegen word gevordert — — / 1-4-0 welke belasting ook moet worden betaald van zoodanige Wynen, welke door Burgers en Ingefetenen der Stad uit defelve op hunne Buitenpleatfen of Buiten verbly ven zullen worden ontboden. Van een Domeftique Diensthoode - f 1 - o - o Van twee dito van elk — 2-0-0 Van drie dito van elk — 3-0-0 Van vier dito van elk — 4-0-0 Van vyf of meer dito van En zulks boven hec geen daarvoor cegenswoordig van 's Lands wegen betaald word. Wyders insgelyks, boven het geen tegenswoordig wegens het Karosfegeld van 's Lands en Stads wege cn Yzer bellag word gevorderd , by verhooging van het Karosfegeld van een Koets mee vier Paarden f 20 - o - o Van een dito mee twee Paarden ■ \* -0-0 Van een Chais met twee Paarden 8 - o - Van een dito met een Van een Chais met een Paard van Grutters, Bleekers, Vleeshouwers, en diergcly- Van een Rypaard 5.0-0 Dat de ondervinding in de jaaren 1790 ea 1791 tot lecdwefen van de Vertoonders, ê6" Jeerd  Betreffende de Kerken ordening. 247 leerd hebbende, dat de voornoemde Belastingen te maatig waren genoomen, zy zig andermaal, huns ondanks, onvermydelyk genoodfaakt hadden gevonden, om boven dien, by hunne Refoiutie en Publicatie van den 31 December 1791, nog eene zeer geringe belasting te leggen van twaalf penningen op elke üoop Brandewyn, of andere gedisteleerde Wateren, het geen door Grosfiers en Slyters word aangegeven; en van een Stuiver op elke Stoop als vooren, het geen door Burgers en Tappers word aangegeven, boven en behalven het geen tegenwoordig van 's Lands en Stads wegen daar van word betaald : hoopende de Vertoonders, dat het montant van de voorfz. Belastingen te zaamen tot het oogmerk toereikende zal zyn, en dat de finantieele omttandigheden der bovengemelde Diaconie-Armen aan hun, zoo ras mogelyk, de gelegenheid zullen geven, om de vooriz. Belastingen te verminderen en intetrekken; hebbende zy Vertoonders raadfaam geoordeelt, defe door hun ten behoeve van de Armen ingevoerde Belastingen te brengen ter kennis van hun Edele Groot Mog, met verfoek, dat hun Edele Groot Mog. defelve, voor zoo veel des noods, door hoogst derfelver Souveraine approbatie gelieven te bekragtigen; en aan hun Vertoonders, tot rig- ! tiger invordering van defelve, mede voor zoo veel des noods te verleenen het Regt van parate executie tegens die geenen, welke weigerig of in gebreeken gebleven mogten zyn, of in vervolg bevonden zouden mogen-worden, de meergemelde Belastingen, zoolange de Vertoonders genoodfaakt zullen zyn die te heffen, te betaalen, en daar van aan de Vertoonders te doen depeeheeren Octroy in forma. Waar op gedelibereert, en iri agting genoomen zynde de omftandigheden, by de Requeste genarreert, en dat het verfoek daar by ten behoeve van de Armen word gedaan, is goedgevonden en verftaan, de voorfz. door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht ten behoeven van den Armen ingevoerde Belastingen, des noods te approbeeren, en aan de Vertoonders tot rigtiger invordering van defelve, mede voor zoo veel des noods, te verleenen het Regt van parate executie tegens die geenen, welke weigerig of in gebreeken gebleven mogten zyn, of in het vervolg bevonden zouden mogen worden, de / meergemelde Belastingen, zoo lange de Ver| toonders genoodfaakt zullen zyn die te hefs fen, te betaalen; zullende daar van aan de Vertoonders Oétroy in forma worden gedeI pecheerd. 38. Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk den Doop van Kinderen uit ongelyke huwelyken geboren: — het houden van dubbelde Trouwen Doop - boeken: — de affchaffing van de Bevestigings - maaltyden: — de vermeerdering van de Traclementen en Gratificatiën der Predikanten &c. Den 15 Juny 1792. de vermeerdering van de R y refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 21 January 1791 ter Vergadering ingebragt door de Heeren Gede¬ puteerden der Stad Leyden, en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, op de Remonftrantie der Zuid- en Noordhollandfche Synoden, en op dc Requeste der Walfche Predikanten van eenige Steden, over vier daar by gedetailleerde Pointen. Is goedgevonden en verftaan, met opfigt tot het eerfte Point, betreffende den Doop en de Godsdienflige opvoeding der Kinderen uit ongelyke, dat is, uit Huwelyken van Gereformeerden met Roomsgefmden gebooren, dat de deliberatien over eene materie van zoo veel delicatesfe en confequentie nog niet tot die maturiteit zynde gebragt, dat daar omtrent eene finaale Refoiutie kan worden genomen, defelve zullen worden aangehouden, en die over het Rapport den 4 October 1709, op het Advis van den Hove, en een daar by ge voegt Concept-Placaat ter Vergadering ingebragt , en door de Leden overgenomen, zullen worden hervat, en dit te meer, daar hun Edele Groot Mog. op den 18 Maart 1790 hebben gërequireert het Advis van den Hove Provinciaal op de vrage, of, en op welke wyfe, het Placaat van den 24 January 1755 eenige verandering zoude kunnen en behooren te ondergaan: en welk Advis ook al den 23 December 1791 ter Vergadering van hun Edele Groot Mog is ingekomen. Dat, met opfigt tot het tweede Point, namelyk, het houden van dubbele Trouw en Doopboeken, niet alleen door de hervormde Kerkenraaden , maar algemeen, door alle Gefindheden, zoodanige dubbele Trouw en Doopboeken voortaan zullen moeten worden gehouden, buiten kosten van de Ingefetenen , en op onderfcheide Plaatfen bewaard: dat in de Doopboeken ook zal moeten werden aangeteekend de dag en plaats van de geboorte der Kinderen, wanneer dezelve door de Ouders of Getuigen word opgegeven, en als dan daar by gevoegt: volgens opgave der Ouders of Getuigen gebooren den ...te....; en worden de Burgemeesteren en Regeerders der Steden met opfigt tot defelve Steden, en Gecommitteerde Raden der beide Quartieren, met opfigt tot het platte Land, verfogt en ge-  243 Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. geaathorjfeert, om dies aangaande zoodanige ordres te fteilen, waar door aan de intentie van hun Edele Grooc Mog. op de convenabclste cn volledigste wyfe zal worden voldaan. Dat, met opfigt tot hec derde Poinc, de affchaffing nameiyk van Bevesrigings Maalcyden, het geven van Foo.\en hy hec innaaien van Predikanten cn Schoolmeesters, en de baldadigheden by die gelegenheid geplecgt, nader van de beiden Synoden word gërequireert een Project cot afichafting van zoodanige Maalcydcn en Fooyen, als mede een opgave van (be .xmgeregeldheden, waar toe zoortgelyke gelegenheden aanleiding geven. Dac, rnet betrekking tot dc vermeerdering van de Tra .tementen der Predikanten, aan alle Predikanten in de Steden, zoo wel de Stemmende als kleine Steden deler Provincie (jl'c der Walfche, Engeifche cn Schotfche K srl 0, voor zoo verre defelve door het Land, of het Geestclyk Comptoir, betaalc worden, daar onder begrepen) cn welker Traetemcnccnmcc de va-te Emolumenten of oyHagen minder bedraagen dan duifend guldens' sjaarlyks, mitsgaders aan alle Predikanten ten platten Lande, welke minder 'Iraétemcnc (veste Emolumenten of Byflagen daar onder gerekend, ten zy. zoodanige By Hagen wierden gegeven voor extraordinaire Predikbeurten of wegens combinatiën) hebben dan zeven honderd vyftig guldens in Zuidholland, en zeven honderd guldensin Noordholland, zal worden gegeven vyftig guldens, jaarlyks tc beta den , met opfigt tot Noordholland uit 'sLand* Kas, cn in Zuidholiaud uic hec Geestclyk Comptoir, van welke verhoogint» de Emeriti niet ZüWefe jouisfeeren. Dat aan alle Predikanten, zoo in de Steden als ten platten Lande (êk der Walfche, Engclfche en Schotfe Kerken, onder de restrictie als hier boven, daar onder begrepen) als mede aan derfelver Weduwen, en beide Ouders overleden zynde aan de Voogden ten behoeve der Weefen, gelyk ook aan de ful • ken, welke fulvo honore & tlipendio uic den diensc ontflagen zyn, zal werden gegeven Kindergeld ter fomme van dertig guldens voor elk Kind, van het eerfte Kind af, en vervolgens, cn zulks tot derfelver Kinderen meerderjaarigheid of eerder gevestigden ftaac; dat ook aan alle defelve zal worden gegeven dertig guldens voor Schoolgeld, gelyk zulks tot hier toe gebruikelyk is geweest; dat verder aan de gemelde Predikanten, derfelver Weduwen, en Emeriti, voor die Kinderen, welke tot de Academifche Studiën bcvorderc zyn, zal worden betaalc zestig guldens voor ieder Kind; dog dac die Douceur voor zoodanige Kinderen , welke in de Heilige Theologie ftudeeren, zal worden vermeerdert toe honderd vyftig guldens, en zulks geduurende den tyd van zes jaaren, mits defelve hunne Studiën binnen defe Provincie op 's Lands Univerfiteit voortfetten en voleindigen, zonder defelve egcer te willen verhinderen, om, voor één a twee jaaren, andere Academiën bin¬ nen defe Republicq te befoeken, met dien verftandc nogtans,. dat by aldien zoodanige Jongelingen de Studie der H. Godgeleerdheid laaten vaaren, als dan het geen door defelve boven de gewoooe zestig guldens genoten is, door derfelver Ouders zal moeten gerefundeert worden, ten zy zulks gefchied was uit hoofde van blyvende lighaams ongcfteldhcid, of andere wettige oorzaaken, met kennis en goedkeuring van dc Gecommitteerde Raden. Dat al verder, geduurende den tyd van zes jaaren, aan Jongelingen, op's Lands Uuiverfiteic geftudcert hebbende, zonder de zelve als vo ren gemeld te verbieden, voor een a twee jaaren, ook andere Academiën binnen defe Republicq te befoeken, na dat defelve 10c Proponent en zyn aangenomen, zal worden gegeven een Douceur van honderd vyftig guldens, cn by hun Beroep en Bevestiging binnen defe Provincie , wanneer zy nameiyk als Proponenten binnen defe Provincie beroepen en bevestigr zyn, wederom een Douceur van honderd vyftig guldens, tot gededtclyke goedmaking der onkosten tot het oprigten van een 1 luishuuding noodig en dar aan zoodanige Proponenten, welke op andere Academiën geftudecre hebbende, o,^ één der Dorpen van dele Provincie beroepen en bevestigt zyn, een Douceur van honderd vyftig guldens zal' worden tocgeftaan; en zullen defe vermeerdering van Traefemenc, cn andere hier bovengemelde Gratificatiën gerekend worden ingegaan te Z3*n met den eerften fiwauy 1792. En op dac eens een einde gemaakt worde nan de enorme Clajficaale onkosten, welke by gelegenheid der Berpcprngon van Proponenten, en verphatfmgen van Predikanten, plegen afgevordett te worden, is verder goedgevonden en verftaan, dat van wege elke Clasfc op de eerstkomende Synode (na dac daar van aan dc Gedeputeerden der Synoden kennis zal gegeven zyn) van Zuid-en Noordholland een naauwkeurig berigt zal geeven worden , zoo van de onkosten by "voorfchreeve gelegenheden voor heen gevorderc als van de verminderingen daaromtrent gemaakt ; wel verftaande egter, dat defe vermindenig van onkosten zig niet zal uittftrekken tot zoodanige gelden, die enkel gefchikt zyn tot mftandhoudmgder Claslicaale Weduwen Beurzen, als by welker geduurfaamheid alle de Leden, welke daarin vry wiliigdeelneemen, voor zig en de hunnen een byfonder belang hebben. En dat ten einde de falutaire intentie van hun Edele Groot Mog. in defe volkomen effect fortcere, de bovengemelde vermeerdering van Traetement en andere Gratificatiën wel gerekend porden ingegaan te zyn met den eerften January 1792, nogtans onder defe referve, dat, indien de respective Clasfen niet dadelyk met den eerften January 1794 de voornoemde Claïficaale onkosten ten genoeg van h m Ed. Groot Mog. of derfelver Gecommitteerde Raden hebben vermindert, en daar van op de Comptoiren, alwaar de betaling deler l.aetementen en Gratificatiën moet «ft*** 6 den  Betreffende de Kérken-ordening. 049 den zal gebleken zyn, defelve ipfo faBo voor de Predikanten onder die Clasfen, welke in gebreken gebleven zyn, zullen gehouden worden voor ingetrokken. Dac met opfigt tot het maaken van eenigö verandering in het Scaaten Collegie en liet ver meerderen Van de Alumni in het zelve, Extract van het Rapport van den 11 January 1791, zoo veel dit point aangaat, zal worden gefield in handen van Curateuren van 's Lands Univerfiteit , om het zelve te examineeren, en hun Ed. Gr. Mog. daar op te dienen van hunne Confideratien en Advis. En zal Extract defer Refoiutie gezonden worden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Haage en te Hoorn refideerende, als mede aan den Ontfanger Generaal van hun Edele Gr. Mog. Kerkelyke Goederen en Inkomften te Delft, en aan den Ontfanger van het Geestelyk Comptoir in den Brief, mitsgaders aan de Zuid-en Noordhollandfche Synoden binnen defe Provincie tot derfelver r,arigt, en om door de gemelde Synoden de in defe gemelde kennisgeving van de Clasfen onder hun resibrteerende, te kunnen worden ge- vorderr j zoo als mede betrekkelyk het twee* de point aan voornoemde Heeren Gecommitteerde Raden, en aan Burgemeesteren en Regeerders van de respeétive Steden; en betrekkelyk het laatfte point aan Curateuren van 's Lands Univerfiteit. De Heeren Gedeputeerden der Steden Alkmaar, Hoorn, Enckhuylen, Edam, Monnickendam, Medemblifc en Purmerende hebben gedeclareert, dat de Heeren hunne Principaalen-verfeheidene confideratien en remarques, welke zy! anders op defe materie in het generaal zouden hebben kunnen maaken , daarom alleen wel hebben willen opofferen, om eens eindelyk defe zaak afgedaan te zien, en ten minlten eenig nuccig effect daar van te kunnen verwagcen; dog dat zy door defe faciliteit niet willen verftaan worden te advoueeren, dat de mindere Traótementen der Predikanten in het Noorder Quartier met die van het Zuider - Quartier vergeleken , op eenenbillyken grond bevoorens zyn bepaald, veel min by continuatie behooren te worden vastgeftelt. 39. RefoJutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling van den tyd tot het aanteekenen en vervolgen der appellatien in Pferkelyke zaaken. Den 4 October 1792. Is geleefen de Requeste der Deputatèn van de Zuidhollandfche Synode, te kennen geevende, dat in de laatfte Synodaale Vergadering gehouden in den Brielin dit jaar 1792, onder fanCtie van hun Edele Groot Mogende , tot een Reglement in de Kerk van Zuidholland was vastgeftelt, dat, „ Die zig met de uitfpraak van een Ker„ kenraad befwaard vind, en daar van wil „ appelleeren, is verpligt zyn appel te doen „ aanteekenen uiterlyk veercien dagen na de „ uitfpraak, en het felve te vervolgen in de „ eerfte Clasficaale Vergadering na die aan„ teekening, of in de tweede, indien er tus„ fchen den dag der aanteekening, en die „ eerfte Clasficaale Vergadering, geen vier „ weeken tusfchen beide koomen. ,, En die zig bezwaard vind met de uit„ fpraak van een Clasfis, zal insgelyks ver„ pligt zyn, zyn appel te doen aanteekenen „ uitterlyk veertien dagen na die uitfpraak, „ en het zelve te vervolgen op de eerstkoo„ mende Synodaale Vergadering; alleen met „ die uitfondering, dat, indien de uitfpraak, „ waar van geappelleert word, gefchied op „ de Clasfis Antifynodaal, in dat geval de „ Appellant, zoo hy het verkiest, zyn Appel „ zal mogen vervolgen op de Synodus van „ het volgend jaar. "By nalatigheid van het „ een of ander, zal de uitfpraak, voor be„ kragtigt, en het Appel vervallen gehouden „ worden." Zynde zy Deputaaren gelast dele fanctie van hun Edele Groot Mogende te verfoeken. Verfoekende de Supplianten dienvolgende, dac hec hun Edele Groot Mogende gelieven moge de gemelde lanctie op het voorfchreeve Reglement, als zynde een zaak van goede orde in de Kerk, gunftig te verleenen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. Reglement in de Kerk van Zuidholland, met de fanclie van hun Edele Groot Mogende by deefe te bèkragrigen. Des dac in plaats van de woorden veertien dagen na de uitfpraak daar in tweemaal voorkoomende werde geftelt, veertien dügtn na dat de Sententie ter kennis van de daar in belang hebbende Parthyen zal gekoomen zyn. En zal hier van Extract aan de Supplianten tot hun narigt worden gegeeven. IX. Deel. I i  250 Placaaten. 2. Boek. 3. Titul. 40. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar hy de vermeerdering van der Predikanten Tracleinenten, en verdere Gratificatiën, relatief gemaakt word tot de Predikanten te Hanen en Ameyden. Den 8 NóvembW 1792. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de I Ieeren Gecommitteerde Raaden van den 18 September deefes jaars, enden 4 Oétober daar aan ter Vergadering ingekoomen, hebbende tot voldoening van hun Edele Groot Mogende Appointement van den 30 Augustus te vooren , geëxamineert de Requeste aan hun Ed. Groot Mogende gepra;fentcert by of van wegens de refpective Predikanten, z.00 van de Nederduytfche als Walfche Gereformeerde Gemeente in de Steden en Landen van Vianen en Ameyden, tendeerende ten einde om redenen by de voorfz. Requeste voorgedragen, aan de Supplianten mede zouden mogen geaccordeert weden de vermeerdering van Traétement tot vyftig guldens jaarlyks, cn alle de andere voordeden ten aanfien van hunne Kinderen in het ge meen, als hun Edele Groot Mog. by Refoiutie van den 15 Juny laatstleeden aan alle de Predikanten in Zuid- en Noordholland hadden gelieven toe te leggen. Is goedgevonden en verftrran, hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 15 Juny deefes jaars by deefe mede relatief te maken tot de Nederduitfche Predikanten in de Steden en Landen van Vianen cn Ameiden, mitsgaders tor den Fnmlchcn Predikant te Vianen voornoemt; cn dienvolgende te verklaaren, dat de voornoemde Refoiutie ook betrekkelyk is tot de Supplianten, voor zoo verre defelve in de termen van dc voorfz. Refoiutie, ende daar by vermelde bepalingen zig bevonden, cn vervolgens dc Supplianten ten dien reguarde te aifigneeren op'sLands Casfe, alfoo zy even min als dc Predikanten onder Noordholland eenige hoegenaamde relatie hebben tot het Geesielyk Comptoir. En zal Extract deefer Refoiutie gefonden worden aan dc Heeren Gecommitteerde Raaden, om daar aan dc nodige executie te geven. VIERDE TITUL. Bcgrypcndc dc SchooJ-order. 1. Refoiutie van de Staaten Generaal, bonden* de, dat geene extraordinaris Byfagen of Tractewenten van Praceptoren &c. door Commisfarisfen Decifeurs te Maastricht geaccordeert, nog geene Emeritaten verleend zullen worden dan met voorkennis van haar Hoog Mogenden. Den 21 Juny 1765- Is gehoort het Rapport van de Heeren van I Ieeckeren tot Keil, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Landen van Overmaze, hebbende ingevolge ende tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 12 October des voorleeden jaars, geëxamineert de pointen van deliberatie, refulteerende uit het Verbaal van de Heeren van Heyden Hompesch en Alftorphius, haar Hoog Mog. Commisfarisfen Decifeurs in den voorleeden jaare geweest zynde te Maas¬ tricht , en fpecialyk het gerapporteerde by het 7, 8, 9, en 10 Articul van hun extraordinaris Rapport, houdende dat Johannes Esfers, Prreceptor van de Gereformeerde Latynfche Schooien, aan haar geprefenteert hadde een Request, klagende dat desfelfs Traetement van 450 guldens Hollands jaarlyks, niet genoegfaam was om hem met Wouw en Kinderen , voornamentlyk by desfelfs aanwasfende jaaren, verfeit met ziektens, en ongemakk-fi" te konnen onderhouden, daaar by wentiem*' ken-  Begrypende de Schóóls-order. *g*f 2. Refoiutie van de Staaten Generaal, zvaar by word afgewezen een verfoek van dispenfatie van het School - Reglement van de Generaliteit van den jaare 1680. Cap. 1. Art. 5, Den i July 1765. Is gehoort het Rapport van de Heeren van . Heeckeren tot Keil, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Landen van Overmafe, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 29 Mey laatstleeden, met ende neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van Staate geëxamineert de Requeste van Jacob Delhaas, houdende, dat hy Suppliant in den jaare 1755. de Vorstersplaatfe te Olne van den Heere Baron van Olne voor een aanfienelyke fomme gekogt hebbende, en by haar Hoog Mog. geapprobeert zynde, defelve tot heeden met behoorlyke vlyt had waargenoomen, dan dat thans by den Raad van Staate tot Voorleefer te Daelhem aangefteld zynde, daar door belet was, die plaats zelve te bedienen, verfoekende de Suppliant zulk eene dispenfatie te mogen erlangen , waar door hy geauthorifeerd \vord ie-< mand onder approbatie van haar Hoog MogÉ tot het waarneemen van gemelde Vorsters plaatfe te conftitueeren, welke diergelyke gunsten aan anderen in foortgelyke gevallen beweefen zynde, de Suppliant, die teffens met eene zeer zwaare familie beladen was, op een gunftigen uytflag hoopende was. Waar op gedelibereert en in agtinge genoomen zynde het geflatueerde by het 5 Articul van het eerfte Capittel van 't School Reglement voor de Generaliteit by haar Hoog Mog. in den jaare 1680 gearrefteerd, Is goedgevon-< den en verftaan, dat in het voorfchreeve verfoek niet kan werden getreeden , en werd het zelve mitsdien by deefe geweefen van d© hand. li 3 Re¬ kende van de duurte der leevensmiddelen, die zeedert eenige jaren merkelyk in prys gereefen waaren: dat zy dit Request geilek hadden in handen van Curatoren der Latynfche Schooien, en op derfelver favorabel bericht aan den gemelden Esfers toegelegd hadden een extraordinaris gratificatie van twintig Ryxdaalders jaarlyks, waar van het eerste'jaar zoude vervallen den laatften December 1764., met Aucforifatie op de voorfchreeve Curateuren, om zulks aan hem geduurende desfelfs leeven te doen, met die byvoeging nogtans, dat zulks in geen confequentie zoude worden getrokken door desfelfs Succesfeur, nog op denfelven zoude overgaan. Dat zy ook ontfangen hadden een Request door PaulusBarbin, Profèsfor Philofophite, geprsefenteert aan Curatoren van de Latynfche Schooien, verfoekende zyn Emeritat, met behoud van Traétement, Eer en Emolumenten, welk Request aan haar door gemelde Curateuren ter dispofitie was overgegeven: En dat zy vervolgens in confideratie genomen hebbende desfelis hogen ouderdom van byna 82 jaren, en toeneemende zwakken toefland, aan I gemelde Paulus Barbin zyn Emeritat hadden j geaccordeert, met behoud van desfelfs Traetement , Eer en Emolumenten. Dat zy vervolgens een Refoiutie genomen hadden, waar by zy de Curatoren der Latynfche Schooien hadden geauótorifeert, iom in plaats van de voorfchreeve Paul Barbin, een andere Profèsfor Philofophise aanteltellen, en ook tot meerder Inftructie van de Jeugd te benoemen een Profèsfor Aftronomiïe & Geographiee, alles tot het minste befwaar der Schoo- '» len; en Zodanig, dat by de eerfte Vacahirê van het laatstgemelde Profesforaat het zelVé weederom zoude zyn en blyven gemortificeertj En dat zy insgelyks aan W. van NeckzynfcV meritat als Profèsfor Theologise falvo hor,,: atque emolumcnto op desfelfs verfoek hebben^ detoegeftaan; de Curatoren van deLatynfchd Schooien mee haare voorkennisfe de èventueele Traétementen van den Profèsfor ThéolSgiss, en dat van den Profèsfor AftronomiaT& Geographise gebragt hadden op een egalen voet, buyten befwaar der Schoolmiddelen, waartoe zy hunne approbatie aan haar hadden verleent. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de verrigtingen en dispofitien van de Heeren Commisfarisfen Decifeurs in voorfchreeve gevallen, als op goede reedenen gegrond, zullen worden geapprobeert! dog dat voor het vervolg zal worden vastgeitelt, zoo als vastgeftelt word mits deefen, dat geene extraordinaris Byflaagen of Tractementen door Heeren Commisfarisfen Decifeurs zullen worden geaccordeert, nog geen Emeritaten ten kosten van de Kas verleent, als met voorkennis van haar Hoog Mog., maar dat diergelyke verfoeken aan haar gedaan werdende, zy die by haar Verbaal zullen rappor teeren, of wel geduurende haare Commisfie, ter kennisfe van haar Hoog Mog. brengen, om derfelver goedvinden daar op af te wagten. En zal ten dien eynde in het vervolg Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie, neevens de Inftrucfie voor Heeren Commisfarisfen Decifeurs, aan defelve worden meede gegeven , om haar daar na te reguleeren.  252 Placaaten. 2. Bock. 3. Titul. 3' Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by de Schoolmeesters in de Generaliteit eligibel verklaard worden tut de Regeering. Den 28 Maart 1771. Is gehoord het Rapport van de Heeren van Lynden van Swanenburg cn andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van dc Placaaten cn Reglementen, ingevolge en ter voldoeninge aan haar Hoog Mogende Refoiutie van den 8 January laatstleeden, met cn nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate geëxamineert hebbende een Memorie van Mr. W. van der Efèh, Advocaat Fiscaal van Braband, daarby aan haar Hoog Mog. voordragende, dat al zedert een geruimen tyd in de waarneeminge van zyn Ampt had ondervonden diverfe abuyfen, die byfonder plaats hadden in de Meyerye van 's Bofch , door dien dikwils wierden aangeftelt dc onkundigfte cn eenvoudigfte menfchen onder de Pausgefinden tot Scheepenen; en derhalven haar Hoog. Mog. in bedenking gcevende, om reedenen in dc voorfchreeve Memorie vermeit, te verklaaren by interpretatie, zoo veel des noods, van het 5 Articul van het Capittel van het School Reglement in dato 31 Maart 1725: Dat dc Schoolmeesters in de Stceden en ten platten Lande in alle Heerlykheeden cn Dorpen, ftaande onder de Generaliteit, in het vervolg eligibel cn admisfibel tot de Regccring aldaar zuilen wefen, ingevalle 'er geen genocgfame ftoiTe, om andere Gereformeerde Perfoonen tot Regenten te vei kiefen, voor handen zouden zyn, des dat defelve Schoolmeesters, wanneer het zoude mogen gebeuren, dat zy door een geheelen dag tot Dorps affaire te moeten vaceeren, eenig nadeel aan de Jeugd fcwaamen toe tc brengen, gehouden zouden zyn, het voorfz. nadeel te moeten repareeren op Woensdag en Saturdag, vacantie dagen. Mitsgaders nog by gelyke interpretatie en ampliaüe van de 3, 13 en 14 Articulen van de Politicque Reformatie goed te vinden en te verftaan: Dat de Pausgefinden Scheepenen enTienmanncn, Agt-of Vyf mannen aldaar gemeld, dewelke by defect van ftoffe der Luyden van ds Gereformeerde Religie mogen worden gekoofen en geëmployeert , niet alleen zullen moeten weefen de onpartydigfte en gefchikfte, waar ook zulke die bequaamlyk leefen en fchryven kunnen. En dat daar buiten vermoeden eenige aanftelinge tot de voorfz. bedieningen, contrarie aan de voorfz. haar Hoog Mogende een en andere vcrklaaringe, zyn of zouden mogen worden gedaan, ook in zulken gevallen de Advocaten Fiscaals van Braband en Vlaanderen respective zullen vermogen en gehouden zyn te procedeeren , in voegen als by het Art. 14 van dc Politicque Reformatie breeder is geftatueert. ■ Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan by interpretatie, voor zoo veel des noods, van het 5 Articul van het 1 Capittel van het School Reglement in dato 31 Maart 1725, by defen te verklaaren r dat de Schoolmeesters in de Steeden en ten platten Lande in alle Heerlykheeden en Dorpen, ftaande onder de Generaliteit, in het yervolg eligibel en admisfibel tot de Regeeringen aldaar zullen weefen, ingevalle 'er geene genoegfaame ftoffe om andere Gereformeerden tot Regenten te verkiefen, voorhanden zal zyn, des dat defelve Schoolmeesters zoo veel mogelyk zullen hebben zorg te dragen, dat dc Schooldicnsr daar door niet kome tc lyden. En dat wyders de Pausgefinden Scheepenen en Thienmannen, Agt, of Vyf mannen, byhet 3, 13 en 14 Articul van dePoI/cicque Reformatie vermeld, dewelke by defcéf van ftoffe der Luyden van de Gereformeerde Religemogen werden gekoofen en gecmployccrd, niet alleen zullen moeten weefen de onpartydigfte en gefchiktfte, maar ook zulken die bekwaamlyk leefen en fchryven kunnen; En dat eyndelyk, wanneer buyten vermoeden eenige aanftellingen tot de voorfchreeve bedieningen, contrarie aan beide deefe haar Hoog Mogende verklaaringen, zyn of zouden mogen worden gedaan, ook in zulke gevallen de Advocaten Fiscaals van Braband en Vlaanderen respe&ivelyk zullen gehouden zyn te procedeeren, zoo en in diervoegenals by het gemelde r 4 Articul van de voorfz. Politicque Reformatie breeder is geftatueert. En Kal deefe haar Hoog Mogende Refoiutie worden gedrukt en gefonden worden aan de Advocaten Fiscaals van Braband en Vlaanderen , mitsgaders aan de respective Officieren in het Diftrict van de Generaliteit, om te ftrekken tot derfelver narigtinge, gelyk ook een goed getal Exemplaaren gefonden zal worden aan de respective Rentmeesters en Ontfangers, op welkers Comptoiren de Schoolmeesters betaalt worden, ten eynde aan ieder derfelver een Exemplaar ter hand te fteilen. dB r-  Foi. m DERDE BOEK, EERSTE TITUL Begrypende allerhande Politicque zaaken* 8. Publicatie van de Staaten Generaal, waar by in de Banken van Holfeth, Vaals en Vylen voor den tyd van tien jaaren word gefurcheert het recht van Naasting, ten opfigt van Landen , en Huyfen, die aan van buiten inkomende perfoonen verkogt worden. Den 26 Maart 1761. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Alle de geenen die deefen zullen zien en hooren leefen; Salut: Doen te weeten, nademaal ons voorgekoomen is, dat verfcheide Perfoonen geinclineert zyn, omme zig binnen de Banken van Holfeth, Vaels, en Vylen, Lande van'sHertogenrade, Overmafe, partage van haar Hoog Mogende, ter needer te zetten, en aldaar zig te etablisfeeren, dan dat, vermits defelve tot het maaken van haare etablissementen zig zouden moeten voorfien van eenige Landen en Huyfen aldaar gefitueert, zy daar in eenigfins wederhouden werden door het cóllumiere Regt van Naafting, of Benaderinge, door de Bloedverwanten van de Verkoopers der Landen en Huyfen aldaar binnen 's jaars geufeert, als waar door in de uitvoering haarer voorneemen dien gantfchen tyd in fuspens gehouden zouden worden. Zoo is 't , Dat wy gemelde omftandigheeden geconfidereert, en teffens refiexie gemaakt hebbende op het waare belang van de aótueele Eygenaars der Landen en Huyfen binnen de voorfz. Banken: goedgevonden hebben te ordonneeren en ftatueeren, gelyk wy ordonnee¬ ren en ftatueeren mits deefen, dat het coftumiere Regt van Naafting of Benaderinge, het welke de Bloedverwanten van de Verkoopers der Landen en Huyfen binnen de Banken vah Holfeth, Vaals en Vylen gefitueert, aldaar gewoon zyn binnen's jaars te ufeeren op de voorfz. verkogte Landen en Huyfen, voor den tyd van tien jaaren na het emaneeren deefes zal zyn gefurcheert, buiten gebruik gefteld en opgeheeven; gelyk het zelve gefurcheert,! buiten gebruik, gefteld, en opgeheeven werd mits deefen, ten opfigte van zoodanige Landen en Huyfen, welke binnen den loop der voorfz. tien jaaren in de voorfz. drie Banken door de Eygenaars verkogt zullen worden aan zoodaan/ge Perfoonen, die van buiten 's Lands op ons gemelde Territoir zullen inkoomen, om zig aldaar in het geheel of ten deele terneeder te zetten, of te etablisfeeren. En op dat een ieder, die het aangaat, van deefe kennisfe mooge bekomen, lasten en ordonneeren wy, dat deefe alomme binnen de Banken van Holfeth, Vaals en Vylen gepubliceert en geaffigeert zal werden, daar meil gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage den 26 Maart 1761. (JIras geparapheert f) L. Q U A R L E S, vi (Onderfond f) Ter ordonnantie van defelve, {Geteekent,) Zynde óp het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, 'overdekt met een papiere Ruyte* li 3 11 F AGE L Mi*  254 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. 2# Renovatie-Placaat van de Staaten van Hol¬ land, tegen het misbrui hen van de Tonnen yan de Bier-en ylzyn - Brouwers. Den \6 Juny 1761. f^Vc Staaten van I Iolland cn Westvricsland, 1^/ allen den geenen die deefen jegenwoordijen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weetcn: Dat alhoewel by iterative Placaaten van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden volkoomen voorzien is geweest jegens het misbruyken van dc Tontten van de Bier- en Azyn-brouwcrs, wy nogtans wei neemen, dat defelve in deefe Provincie niet alomme zoo het behoord werden gepnetifeert en nagekoomen , cn dat niet teeaenftaande de Bier- en Azyn-brouwers in de Steeden haare Tonnen, daar inne zy haare Bieren cn Azyncn doen vaten en verkoopen, doen merken elk met een zeeker Merk, daar by een iegelyk genoeg mag en kan weeten, waar en tot wat Brouwer defelve Tonnen behooren: En dat ten einde defelve Tonnen , zoo wanneer zy leedig zyn, henluiden t'huis gebragt zouden mogen werden, daaraf fy ook de brengers gewoonlyk waaren te contcntccren, zulks zy altoos hadden gedaan, van haare moeite en arbeidsloon tot reedelykheid, en daar meede de brengers met reeden behoorden tc vreeden te zyn, en dat zulks niemand en behoorde defelve Tonnen in Hukken te /laan oftczaagen, en tot haarluider eigen profyt te employeeren, defelve Tonnen nogtans tegens alle reedenen en billykheid als vooren de Brouwers, zoo in de Steden als ten platten Lande, afhandig gemaakt werden, door dien eenige derfelver verbrand, andere Vaaten daar van gemaakt, en tot Botervaaten, Melken Waatervaaten, en andere diergelyke gebruykt werden, ook meede daar van haare Heyningcn maakende. Dat ook zommige peeën de Bodemen van defelve Tonnen omme te keeren, en alfoo de Merken van de Brouwers te verduifteren, ook die te verkoopen, of defeive Merken ook blyvende, met ander Bier en Azynen te doen vollen by andere Brouwers, dewelke defelve Tonnen niet toe en koomen, hoewel zy weeten dat die henluiden niet toe en behooren, en met de Bieren niet en zyn verkogt, en daaromme de Bieren en Azynen uitgedronken, of gefleeten en geconfumeert zynde, de Tonnen wel weeder behoorden tot den Brouwer te fchikken, of ten minden niet te beletten, dat by den F.-.cteur cn Toefienders van de Brouwers het zeWe gedaan mogte werden: En gemerkt het zelve hoe langer zoo meer daar tegen gedaan en gepleegt werd, vermits de duurte van de Tonnen, Hout en Berninge, mitsgaders de groote petulantie en dertelheid van eenige, die henluiden laaten dunken, dat zy daar meede niet en moogen verbeuren, hoewel het zelve genoeg fmaakt na dieverye, en niet alleen en komt tot groote cn enorme fehaade en verlies van de voorfz. Brouwers, maar ook van de geheele Gemeente, die haare Bieren cn Azynen eensdeels daar na moeten koopen, willende daarom by onfen Placaate daar inne voorfien. Zoo is 't, Dat vry de zaake voorfz. overgemerkt, tot vordering des gemeenen welvaart, by weegen van confirmatie van de voorfz. Placaaten van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal, en by renovatie van ons Placaat van den 18 Juny 1706, geinterdiceert en verbooden hebben, interdiceeren en verbieden by deefen ecnen iegelyk, van war ftaat, qualiteit of conditie defelve zoude mogen weefen , hen voortaan te vervorderen de voorfz. Brouwers Tonnen aan hen te houden cn te gebruiken, het zy tot Steygeringe of Stellagie, die te breeken, aan Hukken te liaan Óf te zaagen, of eenige andere Vaaten of Kuipen daar van tc maaken, of defelve te vetbernen, of ook de Bodemen van de voorfz. Vaaten omme tc kceren, of tc veranderen, of die tot andere Brouwers met Bieren cn Azynen te doen vaaten, of met eenige andere maniere de Brouwers haare Tonnen afhandig te maaken, op de boete van vyftig Caroli guldens, op ieder ftuk t' eiken reife tc verbeuren , cn nog, atbittalyk gecovigeert te werden, defelve boeten te appliceeren, de cene helft ten behoeve van den Officier, en dc andere helft ten behoeve van den Aanbrenger. Verbiedende en interdiceerende voorts alle Brouwers te beefigen, of met Bieren en Azynen te vollen andere Brouwers Tonnen, of tot dien einde ook andere Brouwers Tonnen te ontfingen, ook meede haare Tonnen of Half vaat en uit te zetten, of te leenen tot Spoeling , Wey-, Waater- of Bootervaaten, nog tot eenig ander misbruik in deefen Placaate verbooden: Dat ze ook dc Tonnen en Halfvasten, met baar Merk gemerkt zynde, niet en zullen mogen verkoopen of weggeeven, of fchenken, directelyk nog indire&clyk, in wat manieren het zelve zoude moogen weefen; nog verders interdiceerende en verbiedende eenig Vaatwerk, van wat zoorte het zoude moogen weefen, te verkoopen, of te koopen, en te gebruiken, als het geene met het Merk van de Kuypers in de respective Steeden en ten platten Lande, die het hebben gemaakt, zal zyn gebrand, alles op gelyke pcenenen boeten, zoo teegens de Kuypers, dewelke het voorfchreeve Vaatwerk ongebrand zonder haar Merk zullen hebben verkogt, als teegens de Bruikers, die het voorfchreeve Vaatwerk gekogt of gebruikt zullen hebben, te appliceeren als vooren; authorifeerende meede de respective Brouwers ia onfen voorfchreeve Lande van Holland en Westvriesland, omme ter plaatfe, daarzyrjet noo-  Begrypefltte $krhmr hooge geb op alle wyfe te contribueeren ter bevordering der Wetenfchappen, goedgevonden cn verftaan, aan de Supplianten derfelver gedaan verfoek by deefe te accordeeren, en mitsdien te approbeeren de voorfz. Maatfchappy der Weetenfchappen, defelve b.:kraqtie;ende onder en met den titul van de Hollandfche Maatfchappy der 11 eetenp'chappen binnen de Stad Haarlem, en ten bewyfe van dien laudeerende de fpreuke Deo c? Patria , by defelve Maatfchappy aangenoomen, met approbatie en bevestiging van derfelver Zeegcl, met de • Legende of het Randfchrift Sigillum Societatis Scientiarum Batavo Harlemenfis. Zullende hier van ren behoeve van de Supplianten de nodige Brieven van Oclroy worden geëxpedieert. En ii voorts nog goedgevonden en gerefolveert, dat het Oétroy aan de Sociëteit der Wetenfchappen tc 1 laarlem by haar Edele Grooc Mog. hier voren verleent, gecniints prejudicieeren z.il aan diergelyke Etablisfementen , die in andere Steeden deefer Provincie zouden worden opgerigt; dit al verder het voorfz. Octroy tot geen gevolg zal mogen hebben, dat door defelve Maatfchappy publicquelyk zal mogen w -rd n : er:; en dat eindelyk de Stukken, die aan de v orfli M ladchappy zullen worden toegefonden, cn waar van zy zullen goedvinden gebruik te maken, in geen andere Taaien door defelve Maatfchappy zullen mogen worden gedrukt als in de Neederlandiche^Taal, of in die Taaien waar in defelve door de Autheuren gefchreeven zyn. 4. Rcf d;tiie van dc Staaten van Holland, hou¬ dende Octroy op 7 ftuk der Erffenisfèn, ten behoeven van het IFeeshuis der Gereformeerde Gemeente onder den Ambachte van flip hen en Rietveld. Den 25 Juny 1762. Op de Requeste van de gefamentlyke Regenten van het Weeshuys en ArmeGocderen der Gereformeerde Gemeente, onder den Ambagte van Alphen en Rietveld. Is na voorgaande deliberatie goedgevonden en verftaan, in conformiteit van haar Edele Groot Mogende Refoiutie van den 6 Juny *733 de Supplianten voor zoo veel het voorleedene aangaat, te laaten by het regt en de posfesfie, welke zy geëxerceert en geacqui- reert hebben, ten opfigte van de Goederen, nagelaaten door Perfoonen by haar gealimenteert, en zonder Kinderen of verdere Dcfcendenten overleeden, zonder daar in eenige prejudicie te lyden, of ook eenige reclame fubjeet tc zyn, wegens het geene zy uit dien hoofde reeds hebben genooten, en, belangende het toekoomende, de Supplianten te auctorifeeren en te qualificeeren, om voor hun na zig K neemen en te behouden, al het eeen zal vor- 5 den  fèegrypendé allerhande Politiccjuè fcaafcen-. £5? den nagelaaten by eenige Kinderen of andere Perfoonen, door de Supplianten gealimenteert, wanneer defelve komen te fterven zonder Kinderen of verdere Defcendenren na te laaten, ten waare defelve met de Supplianten of haare Succesfeuren in der tyd daar van uitkoop hadden gedaan, als mede om de geringe Middeltjes, welke de Kinderen of bejaarde Perfoonen, die door de Supplianten reeds worden opgevoed of gealimenteert zullen worden, voor den tyd hunner opvoeding of alimentatie eigen of aanbeftorven zouden mogen zyn , voor hun te mogen na zig neemen en blyven behouden , daar onder nogtans niet begreepen het geen defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen , geduurende haare opvoeding of alimentatie, by Erffenisfèn, Legaaten of Giften, verkreegen zouden mogen hebben, behoudens nogtans , dat de Supplianten de vrugten daar van zullen genieten, zoo lang defelve Kinderen of bejaarde Perfoonen door haar zullen werden opgevoed of gealimenteert en langer niet. En wyders nog, ingevolge van haar Edelé Groot Mog. Refoiutie van den 16 Juny 1751 de Supplianten te qualificeeren, om, in geval een bejaard Peribon, Kinderen of verdere Defcendenren hebbende, door de Supplianten word gealimenteert, en aan defelve, geduurende die alimentatie eenige Erffenisfe, Legaat of Gifte opkomt, welke door de Supplianten ontfangen word, by het overlyden van zoodanig een bejaard Perfoon, van de opgekoomene ErfTenisfe, Legaat of Gifte, welke aan de Defeendenten zal worden uitgekeert, aftettekken en voor bun te behouden het montant der alimentatie by den overleeden bejaarden Perfoon genooten, zonder dat de gemelde aftrekking egter eenigfints verder als de voorfz. alimentatie zal mogen worden geëxtendeert. En zullen hier van Brieven van Oétroy gedepecheert worden. NB. Gelyke Ocfroyen op het ftuk der E'ffenisfen zyn door haar Edele Groot Mogende me !e verleend: Den 11 September 176a. Op de Requeste van de Meesteren en Regenten van het Huisfittenhuis der Stad Leyden. Den 22 Oélober 176*2. Op de Requeste van de Opfienders en Armbeforgers van de Waterlandfche Doopsgefinde Gemeenten te Barfingerhorn en in de Wieringerwaard. Den 22 Oélober 176*2. Op de Requeste van Schout, Secretaris, Predikant, Armmeesteren en Diaconen van Leyderdorp. Den 17 "Augustus 1770. Op de Requeste der Opfienders van de Remoiiftrantfche Kerk en Armen alhier in den Hage. Nota. Dit en de volgende Öctroyen zyn geëxtendeert IX. Deeï*. 'volgens de ampliatie der Refoiutie van 17 Decenrber 1766, welke hier vooren in het IP. B. 3. ﻫ geinlëreert is. Den 14 November 1770. Op dé Requeste van de Regenten van het Heilige Geest - huys ter Grooter Kerk, binnen de Stad Dordrecht. Den 16 Maart ifft. Op dè Requeste van Diaconen der Vrieftlïé Doopsgefinde Gemeente te Westfaandam, Diaconen der Vrierche Doopsgefinde Gemeente te Wormerveer, en Diaconen der Warerlandfche Doopsgefinde Gemeente aldaar. Den 5 July 1771. Op dè Requeste van de Opfienders der Remonftranifche Kerken en Armen van dè navolgende Steeden en Plaatfen in deefe Provintie, met naamen van Amfterdam, Rotterdam, Gouda, L y den, Hoorn, Alkmaar, Delft, Haarlem, Nieuwkoop, Noord wyk, Zevenhui/en, Waddingsveen en Bloemendaal, Soetermeer en Zegwaard± Moordrecht, Bleiswyk , Briélfe Schoonhoven, Zevenhoven, Berkel, Swammerdam, Nieuwpöort, Hafaarts • woude, Woerden, Oude Wetering, Vlaardingen en Gorinchem, alle té zamen als gedeputeerd uit de Sociëteit der Remonstranten, en die van elke der voornoemde teden en Plaatfen in het byfonder, als ge 'cutec d uit hunne refpeélive Groote Kerkenraaden. Den 20 January 1773. Op dé Requeste van de Opfienders der Waterlandfche en Vfiefche Doopsgefmdé Kerken en Gemeente binnen de Stad Alkmaar. Den 6 Maart 1773. Op de Requeste van de Confiftoriaalen der Euangelifche Lutherfche Gemeente binnen de Stad Alkmaar. Den 18 Maart 1774 Op dé Requeste der Algemeene of Societeks* Diaconen der negentien Vriefche Doopsgefinde Gemeentens in Noordholland , als tot Amfterdam de Kerls de Zon, te Hoorn, Alkmaar, Zaardam Westzyde, Wormerveer, Me» denblik, Edam, Westzaanen, Aalsmeer , op Wieringen, Texel, de Burgwaal en Oosterend, de Helder etl Huisduinen, tot oude Niedorp, T wifckj en Abbekerk, Lange- en Koedyky Oosthuyfen, Middelie en ApWyk§ Barfingerhorn en Colhorn, en Venhuyfen. Den 23 November 1774. Op dé Requeste van Regenten van het Weeshuis der Steede Vlaardingen. Den 17 Maart 1775. Öp dé Requeste der Leden van den KerkenK k taa4  258 Placaaten. 3. Bock. ' 1. Titul. 5. RefoJutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan de Stad Leerdam word toegekend bet recht tot het verleenen van Brieven van voorfchryvens, ten einde te obtineeren Venia /Etatis. Den 6 January 17Ó3. Ts trelcefen de Requeste van Jan van Oorde, J woonende te Leerdam , dm als nu zig eenigen tyd hebbende onthouden te Cuylcnburg tot voortzetting zyner affaires, oud over de agtien jaaren, volgens Extract uit het Doop- 1 boek der Nederduitfche Gereformeerde Kerk te Voorburg, aan de Requeste gevoegd, dat hy Suppliant tot het wnameemen zyner zaaken ten vollen in ftaat zynde , met kennis en confent zyner Ouders defelve geerne zoude aanvaarden, zoo als confteerde uit de Brieven vnn voorfchryvens van de Magiftraat van Leerdam ; verzoekende mitsdien , dat haar Ed. I Groot Mog. uit derzelver Souveraine magt en authoriteit aan hem gelieven te vergunnen venia eet at is, en daar van te verleenen Brie- j ven in ordinaria fonna. Waar op gedelibereerd, en in agting ge- j nomen zynde, dat op de Memorie Van do kleine Steden (op welker voorfchryvens by haar Edele Groot Mog. Brieven vr.n venia atatis zouden wórden verleend} niet word gevonden de Stad Leerdam, is goedgevonden en verftaan, dat voortaan op de Brieven van voorfchryvens, by Burgemeesteren der Stad Leerdam aan hunne Inwoonders verleend,om van haar Edele Groot Mog. venia a tatis te obtineeren,-• by haar Edele Groot Mog. reguard zal worden genomen, en dat de voorfchreeve Lyst der kleine Steden, die van het zelve regt jouisfeeren, daar meede zal worden geamplieerd; en worden dienvolgende aan den voorfchreeve Jan van Oorde de voornoemde Brieven van venia cetatis by deze door haaf Ed. Groot Mog. verleend. raad der Doopsgefinde Gemeente tc lUonnikkcndam. Den 7 July 1778. Op de Requeste van Gasthuis-meesteren van het öasthuis binnen dc Steede Bc-verwyk. Den 4 September 1778. Op de Rcqucrte van Regenten var. het Weeshuis binnen dc c?tcede Bevorwyk. Den 4 September 177,8. Op de Requeste van Regenten van het Burger Wccdiuis te Schcveningen. Den 11 mey, 1779. Cp dc Requeste van Regenten van het Oude Mannen-huis in den Hage. Den 10 October 17Ö0. Op de Requeste van de Regenten van het St. Pieten Gast- en Pest-huis der Stad Amfterdam. — Namentlyk ten reguarde van 7.oodanigc Perfoonen, als ten kosten van het gemelde Huis zyn geai unentcerd geworden. Den 10 OcJobcr 1780. Op de Requeste van Schout, Ambagtsbcu i ders cn Armmecsteren van Moordrecht. Den q Mey 1783. Op de Requeste van Dykgraaf en Ileemraaden van dc Heer Huygcnwaard. ])jn iP. Maart 1704. Op de Requeste van de Armbeforgers tc Winkel. pêtf 9 Juny 1784. Op de Re¬ queste van Schout en Annmeesters yan Hazerswoude. Den 24 Maart 1785. Op dc Requeste van dc Armbeforgers der Gereformeerde, mitsgaders der Roomschgefinde Armen van de Oude en Nieuwe Wetering , Roclofarendsveen , Rypweetering, Ade en dc Haage, alle gelegen binnen dc Heerlykheid Aikemade. Den 22 April 1785. Op dc Rcq teste van Armbeforgers te Nieuwcrkerk op den Ysfel. Den 9 April 1788. Op de Requeste van Armmeesteren van den Buiten - of zoogenaamde f Icilige Geest Armen, mitsgaders Diaconie Armmeesteren van den Dorpe en Opperftok van Streefkerk. Den 23 Augustus 1792. Op de Requeste van Armbeforgers der Heilige Geest Armen tc Capelle op den Ysfel. Den 28 Juny 1793.' Op dc Requeste van Armbeforgers van den Heiligen Geest Armen van Srryen. — Als mede van Armbeforgers van den Heiligen Geest Armen van Oud - Alblas. — En nog van Diaconen en Armbeforgers van de Diaconie en Heiligen Geest Armen van Cillacrshoek.  Begrypende allerhande Politicque zaaken, 359 «• . Refoiutie van de Staaten Generaal, houden¬ de auétorifatie op Regenten van Bergeyk, om zeker Krankzinnig Vrouwsperfoon, welke brand ge* f licht had, ten kosten van het Quartier yan Kempeland te mogen confineeren. Ben 30 Augustus 1763. Ontfangen een Misfive van den Raad van Staten, gefchreeven alhier in den Hage den 2.6 deefer, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 21 Juny deefes jaars, derfelver Advys op de Requeste van de Regenten van Bergeyk , Quartiere van Kempeland Meyerye van 'sBofch, houdende, dat in de maand Juny van het gepasfeerde jaar 1762. op het gehugt te Witregt brand ontdaan was, waar door verfcheyde Huyfen in de asfche waren gelegd, welke zeeker Krankzinnig Vrouwsperfoon, genaamd Cornelia Dirk Joosten, huisvrouw van Willem Kosters, op het voorfchreeve gehugt gewoond hebbende, geluipecfeert was geworden veroorfaakt te hebben, door op een ongeleegen plaats in haar eygen Huys, daar de brand begonnen was, vuur te hebben gelegd, weswegens die Vrouw ook op de gevangen poort binnen 's Bofch in gyzeling gebragt was, dog hebbende Scheepenen van voornoemde Stad, defelve meerder commiferatie dan ftrafwaardig geoordeeld, en daar van aan de Regenten van Bergeyk kennisfe gegeeven, en aan hen tenens gefchreeven, dat zy niet te min van oordeel waten, dat gemelde Vrouw tot voorkominge van verdere ongelukken behoorde te worden geconfineert. Dat Willem Kosters, de man van gemelde Vrouw, buyten Haat was de kosten van ge¬ melde Confinement te dragen, vermits hy neevens de andere onvermoogende Ingefeetenen, uit de Arme-kas moeste worden gealimenteert. Dat ook het Corpus zelve zodanig was belast, dat die kosten door het zelve niet konden worden gefupporteert: verfoekende derhalven, dat haar Hoog Mog. gelieven te verklaaren , dat de kosten van het Confinement in de voorfchreeve Requeste breder vermeld, mogen gebragt worden ten lasten van het Quartier van Kempeland. Waar op gedelibereerd zynde , is goedgevonden en ver/laan , dat de Regenten van Bergeyk zullen worden gelast, zoo als defelve gelast worden mits defen , om binnen het Resfort van den Staat de meergemelde Cornelia Dirk Joosten met kennis en overleg van Stadhouder en Gecommitteerden van het voornoemde Quartier op een fecuure wyze in een particulier huys te doen bewaaren, of zoo zig daar toe geenbequaamegeleegentheidopdoet, in een Publicq Tugthuys te doen confineeren, zullende de kosten daar op te vallen, moeten worden gebragt ten lasten van het Quartier van Kempeland; ten welken eynde Extract van defe haar Hoog Mog. Refoiutie aan Stadhouder en Ordinaris Gecommitteerden van hec zelve zal worden toegefonden. 7» Refoiutie van de Staaten Generaal, betrek¬ kelyk het bezorgen van Aclens van Indemniteit door jonge Lieden, welke in Steeden of Dorpen, alwaar zy gedient hebben, gaan trouwen, of op zig zelf huishouden. Den 28 Oclober 1763. Ontfangen een Misfive van den Raad van Braband, gefchreeven alhier in den Hage, den 24 deefer, houdende, ingevolge en ter voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 23 September 17153, derfelver Advis op de Requeste van Stadhouders en ordinaris Gecommitteerdens van de vier Quartieren der Meyerye van 's Bofch, repnefenteerende en uitmakende de Regeerders van defelve Meyerye: verfoekende om reedenen, in de voorfchreeve Requeste geallegeert , dat haar Hoog Mog. by nadere interpretatie van derfelver Refolutien van den 7 September 1731, en 12 February 1734 gelieven te verklaaren , dat wanneer jonge luyden, in ftaat om hun kost te winnen, in Steden, Dorpen en Plaatfen, alwaar zy gedient hadden, of op een andere eerlyke wyze de kost gewonnen, zig in den f fuwelyken ftaat koomen te begeeven, of op haar eigen gaan woonen,enhuyshouden, in het eerfte geval van de Regenten van de Plaatfen hunner geboorte, borg of ontlast-brie ven, alvoorens in ondertrouw te worden opgenoomen, zullen hebben te bezorgen: dat ten dien eynde aan de Commisfarisfen van de huwelykfche zaaken en aan de Predikanten van de refpective Steeden, Dorpen en Plaatfen van de vier Quartieren van de Meyerye van 'sBofch moge worden gelast, zodanige Perfoonen niet in ondertrouw aan te teekenen , ten zy defelve van zodanige borge of ontlast - brieven zyn voorzien, en in het tweeKk 2 de  s6o Placaaten. 3. Bock. ri Titul. de geval, dar dezelve Perfoonen , binnen jaar cn dag, dac zy op zig zelve zyn gaan woonen en eyge huys gehouden hebben, insgelyks zodanige borge of ontlast brieven zullen moeten brengen, en dat wyders haar Hoog Mog. almeede by interpretatie gelieven tc verklaaren t dat de Regenten van de Steden, 1 )orpcn en Plaatfen in de vier Quartieren der Meyerye van 's Bofch, niet verpligt zyn, aan Weduwen of Kinderen van gepenfioneerdc Officieren en Commifen zoo ter Rechcrge als van den Tol, by derfelver vertrek eenige borg- of ontlastbrieven te geeven, en eyndelyk dat haar 1 loog Mog. by interpretatie als vooren, als nog gelieven te verklaaren, dat Ingefeetenen voor al van dc Proteftantfche Religie, die zig uit eenige Steeden of Plaatfen, die niet gewoon zyn ontlast - brieven te geeven , in eenige Steeden , Dorpen of Plaatfen van de Meyerye met 'er woon koomen te begeeven, niet gehouden zyn ontlast brieven te brengen, of by vertrek aan zodanige Perfoonen geen ontlast - brieven tc geeven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan mits defen vast tc fteilen, dat wanneer jonge luyden, in ftaat om hunnen kost te winnen, in Steeden, Dorpen en Plaatfen, alwaar zy gedient hebben, of op een andere eeriyke wyze de kost gewonnen, zig in den huwelyken ftaat willen begeeven, gehouden en verpligt zullen zyn, alvoorens zig in den ondertrouw te laten opnecmen, van de Regenten van de plaatfen hunner geboorte borgof ontlast - brieven te verzoeken , wordende j de Regenten van dc voorfz. Steden, Dorpen en Plaatfen van de vier Quartieren dei Meye- I rye van 's Bofch hier meede gelast zodanige Perfoonen, de verzogte borg-of ontlast-brie¬ ven promptelyk te doen geworden , en de Coinmisfariifen van de huwelykfche zaaken cn Predikanten van de refpective Steden, Dorpen en Plaatfen van de vier Quartieren der Meyerye van 'sBofch voornoemd, de zodanige , die by het doen der ondertrouw daar van onvoorzien zyn, aan te zeggen, dat voor het gaan van het tweede huwelyks voorftel, de voorfchreeve borg- of ontlast-brieven zullen moeten brengen, of dat by ontftentenisfe van dien, en niet kunnende docccren tot het erlangen derzelve de nodige devoiren te hebben aangewend, de verdere huwelyks proclamatien zullen werden gefchorst. Dat ook wanneer jonge luyden in Steeden, Dorpen en Plaatfen, alwaar zy gedient hebben , of op een andere eeriyke wyze dc kost gewonnen, op haar eyge gaan woonen en huyshouden, insgelyks gehouden en verpligt zullen zyn, binnen jaar en dag, dat zy op zig zelve zyn gaan woonen, cn eygen huys gehouden hebben, zodanige borg- of ontlastbrie ven te brengen, welke door de Regenten der voorfz. plaatfe meede niet zullen mogen werden geweigerd, dog zullende hier van zyn en blyven ontheven de Ingezeetenen voor al van de Proteftantfche Religie, die zig uit eenige Steden of Plaatfen, die niet gewoon zyn ontlast-brieven te geeven, in eenige Steden, Dorpen of Plaatfen van de voornoemde Quartieren met 'er woon komen neder tc zetten. En eyndelyk dat de Regenten van Steeden , Dorpen en Plaatfen voori'chrcevc ongehouden zullen zyn aan Weduwen of Kinderen van gepenfioneerdc Officieren, en Commifen. zoo ter Recherge, ais van den Tol, by derfelver vertrek eenige borg- of ontlast- brieven te geeven. 8- Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by word afgewezen een verzoek van den Ambagts* heer ven Bodegraven, ten einde haar Ed.Gr.Mog. het recht van de eieftie van Schepenen aldaar aan hem voor een convenabclen prys geliefden af te ftaan. Den 2 February 1764. "|~"V Heet van Wasfenaar tot Wasfenaar _L/ heeft ter Vergadering gerapporteert, dat met en benevens de verdere Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerdens tot de zaaken van de Domeinen, mitsgaders met en nevens Gecommitteerde Raden , ingevolge en ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appoinetement Commisforiaal in dato 21 July 1763 , had geëxamineert de Requeste door of van wegen Mr. PetmsLeonardusSchippers,Ambagtsheer van de Heerlykheid Bodegraven, aan haarEdeleGrootMog. geprefenteert, tendeerende, ten einde haar Edele Groot Mog.het regt van de elecrie van Schepenen in denAmbagte van Bodegraven voornoemt, zoo als het zelve tot heden toe door den Bailliuw der Stede en Lande van Woerden word geëxerceert, en breeder byde j voorfchreeve Requeste was gedetailleert, aan hem Suppliant voor een convenablen prys gelieven af te ftaan, en ten dien e.nde eenige Heeren te committeeren, om met den Suppliant daar overin onderhandelinge te treeden. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerdens by het examen van de voorfchreeve Requeste zeer vreemd voorgekomen zynde, dat de Suppliant daar by herhaald een verzoek, het geen bereids by den zeiven in den jaare 1755 was gedaan, en waar van hy Suppliant zedert had gefcheenen te renuncieeren en af te zien» van wegen den voornoemden Suppliant in fubibantie waaren geinformeert, dat deszelfs voor- i fchreeve verzoek gedaan zynde ten tyde, dar het Bailliuwfchap van Woerden door het overlyden van den Bailliuw Arkenbout vaceerde, hy  Begrypende allerhande Politicque zaaken. ^Jj hy Suppliant het zelve niet hadde vervolgt, vermits de zedert gedaane eieehe van den Bailliuw van den Boerzelaar; dog dat de gemelde Bailliuw mede overleden zynde, en dus het Bailliuvvfchap op nieuws vaceerende, hy Suppliant gemeend had zyn voorfchreeve voorheen gedaan verfoek met des te meerder hoope van fucces te mogen inhcereeren en vernieuwen. Dat wel zedert het prefenteeren dier nadere Requeste een ander Bailliuw over den Lande van Woerden by haar Edele Groot Mog. was geëligeert; dog dat hy Suppliant ootmoedig verzogt, dat by aldien by haar Edele Groot Mog. onverhooptelyk eenige bedenkelykheid mogte voorkomen , om hem Suppliant, uit aanmerking van de voorfchreeve reeds gedaane eleclie, zyn gedaan verfoek voor het jeegenswoordige te accordeeren, het zelve egter aan hem Suppliant mogt geaccordeert worden, om daar van voor het eerst by eene nadere vacature van het meergemelde Bailliuwfchaps - Ampt te mogen gebruik maken. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerdens daar uit vermeenden te mogen opmaken, dat de Suppliant mede van begrip was, dat, by aldien zyn gedaane verfoek in genere al niet was ongefundeert, het zelve nogtans als nu en geduurende de functie van den jegenwoordigen Bailliuw niet wel konde geaccordeert worden, in confideratie dat aan den zeiven het voorfchreeve Bailliuwfchap geconfereert zynde op die zelfde eere, baaten en profyten, als zyne Praedecesfeurs daar van gehad en genoten hebben, en dus ook fpeciaal met het Regt van de ele&ie van Schepenen van "Bodegraven voornoemt, dierhalven dat Regt, en zulks zónder eenige de minfte pregnante reden aan den zeiven Bailliuw, niet met eenige gratie zoude kunnen ontnomen worden. Dat wyders welgemelde Heeren Gecommitteerdens ook niet hadden kunnen bemerken , dat by den Suppliant eenige pofitiven tot fundeering van desfelfs verfoek worden voortgebragt, of dat de generaale en particuliere Conditiën , waar op de Ambagtsheerlykheid Bodegraven in den jaare 172a is verkogt, ee¬ nige aanleiding geven , om daar op het gedaane verfoek zoo voor het jegenwoordige als voor het vervolg te fundeeren, en dat dierhalven niet zonder reden in aanmerking moest komen, dat de meergemelde Ambagtsheerlykheid volgens gedaane denuntiatie ten tyde van de verkooping was verkogt als een allodiaale Heerlykheid , denkelyk uit hoofde van de gedaane klagten van de Ambagtsbewaarders, ten einde Bodegraven niet als een Leen mogte gealiëneert en verkogt worden; waaromrne het dan ook geenzins geraden fcheen te zyn, om de aldaar nog behoudene Seigneuriaale Regten en Regalia geheel af te ftaan, en dus die Heerlykheid als geheel independent van haar Edele Groot Mog. te maken, en zulks te meer, vermits het verfoek tendeert tot bekoming van een alleraanzienlykst Regaal, te weeten de electie van Regters over des Suppliants MedeIngezetenen en Mede-Burgers, en over der zeiver geheele Burgerlyke welvaaren ; een Regaal dierhalven van dat gewigt, dat het zelve niet zonder zeer aanmerkelyke redenen aan eenig Ingezeten behoorde te worden geaccor- j deert, immers niet, ten zy dezelve door het ter leen ontfangen van zoodanig regt van tyd tot tyd het Dominium Supremum van den Souverain daar omtrent erkent. Dat daar by nog kwam, dat vermits de e> lééfde van Schepenen voornoemt meerder een honneur en eere, als- wel een profyt van eenig belang met zig brengt, het ook niet te verwagteri was, dat de Suppliant tot bekoming van dat Regt, zoodanige aanmerkelyke fomme van Penningen ten behoeven van het ge- 1 meene Land zoude aanbieden, als tegen het 1 gemis van het voorfchreeve Regaal en tegen de voorfchreeve voorgedraagene redenen in comparatie zoude kunnen komen. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de gemelde Heeren, haar Edele, Groot Mog. Gecommitteerden, op de gronden by derzelver Rapport gelegt, goedgevonden en verftaan, des Suppliants voorfchreeve gedaane verfoek by deze te declineeren, en op de by den zeiven geprefenteerde Reques- | te te appointeeren Nihil. n Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy, om het Sacraments Gasthuis in 'sHage, tot de fundatie van wylen den Heer van Heenvliet te laten approptieeren, met hehouding van de f elf de vrydommen, door dat Huis bevoorens genoten. Den 10 February 1764. Is gelezen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 9 defer, hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Apponiétement Commisforiaal van den 29 January 1763 , geëxamineert de Requeste aan Edele Groot Mog. geprefenteert by Burgemeesteren van 's Gra¬ venhage , om daar by geallegueerde redenen verzoekende, dat haar Edele Groot Mog. ex plenitudine poteflatis de Supplianten gelieven te authorifeeren, om het Sacraments Gasthuis alhier in den Hage, zoo haast het uitgeftorven, of de Commenzaalen uitgekogt zal zyn , tot de fundatie van wylen den Kk 3 Heer  2Ó2 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. Heer van Heenvliet tc laten approprieeren, cn aan het zelve, fchoon als dan van natuur verandert, de zelve immuniteiten, vrydommen en voordeden by continuatie te accordeeren , die het thans geniet. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 24 Juny 1756 wel is verftaan voor het toekomende te renovceren haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 21 October 1738, en overfuiks op nieuws vast te fteilen, dat van nu voortaan geen vrydom van Verponding zal worden geaccordeert voor eenige picufe Geftigten, welke in het toekomende door Particuliere Perfoonen zullen worden geftigt, en dat vervolgens, voor zoo verre op de fundatie van wylen den Heer van Heenvliet gezien word, dat Huis van die vry¬ dom niet zoude kunnen jouisfeeren; is eg-er in dit fingulier geval en om de byzondere omftandigheden daar in occurreerende, als mede, om dat de nagclaate Vrienden en Naastbeftaanden van meergemelden lieer van Heenvliet, voor zoo verre het eerfte lid van der Supplianten verzoek betreft, daar in hebben geconfenteert, biykens de Acte van Confent, den voorfchreeve Advifc annex, goed gevonden cn verftaan, explenituJine potestatts het verfoek door dc Supplianten in defen gedaan, gocdgunftiglyk by defe te accordeeren, mits de Supplianten zig voor het overige naar de letter van het Testament van meer gemelden I leer van Heenvliet zullen moeten gedragen. En zullen hier van Brieven van Oeiroy in ordinaria forma worden gedepecheert. 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan een Notaris word gepermitteêrt bet Prothocolvan zynen Broeder, met wien hy in gemeenfchap had gepraQizeert, onder zig te mogen houden. Den 19 Srptember 1764. y^Vntfangcn een Misfive van de Pnefident vJF cn Uaüen van den Hove, gefchreven alhier in den l lage den 18 defer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Appointement van den 26 July laatstleden derfelver Confideratien en /*dvis op de Requeste van Rorabout en Pieter Coster, Gebroeders, en Notarisfcn in'sl lage, in fubftantic te kennen gevende, dat de tweede Suppliant aangefteld geworden zynde tot Secretaris der Heerlykheden van Tilburg en Goirle, door zyn vertrek derwaards zoude kunnen verftaan worden gerenuntieert te hebben van zyne admisfie als Notaris, cn mitsdien gehouden te zyn tot de overbrenging van zyn Prothocol, uit kragte van haar Ed. Groot. Mog. Publicatie van den 15 Maart 1760; dog verzoekende , dat haar Edele Groot Mog. denfelven tweeden Suppliant van die Publicatie zouden geheven te dispenfeeren, en den eerften Suppliant te permitteeren, om, geduurende zyn leven, alle de Prothocollen, Minuten, Acten en Papieren, voor den tweeden Suppliant als Notaris gepasfeert, onder zig te mogen houden en bewaaren. Waarop gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat der Supplianten te kennen geven daar op berust, dat de tweede Supliant zedert zyne creatie en admisfie als No- \ taris in'sHage, met den eerften Suppliant, die al eenige jaaren bevoorens als Notaris had gefungeert, de Notariaale Practycq had geëxcrecert in gemeenfchap ,• dat des eerften Suppliants oogmerk in het aangaan en continueeren van die gemeenfchap alleen was geweest, om den tweeden Suppliant, nog jong zynde, 1 meet en meer te bequaamen en bekend te maken, en dat uit dien hoofde een zeer groot aantal van Actens, by den eerften Suppliant geconcipieert, voor den tweeden Suppliant als Notaris, ten overftaan van den eerften Suppliant als Getuigen, waaren gepasfeert; ten anderen, dat door de overgifte van die Aétens de eerfte Suppliant van een groot aantal Inftrumenten, hem in der daad toebehoorende , zoude worden geprivcert; Is , uit hoofde van de byfondere om Handigheid, waar in de Supplianten zig bevinden, goedgevonden en verftaan, den tweeden Suppliant by defe te dispenfeeren van de overbrenging van zyn Prothocol uit kragte van haar Edele Groot Mogende Publicatie van den 15 A.'aart 1760, en den eerften Suppliant te permitteeren , om, geduurende zyn leven, alle de Prothocollen, Minuten, Acten en Papieren, voor den tweeden Suppliant als Notaris gepasfeert, onder zig te mogen behouden cn bewaaren. Rt  Begvypende allerhande Politique zaaken. 26*3 ii- Refolutievande Staaten van Holland, waar by de Heeren van eenige Heerlykheden in de Meyerye van 's Hertogenbofch onbevoegd verklaard worden tot het maken van Reglementen, of het ftuk van de Visfcheryen. Den 12 November 1704. Is gehoord het Rapport van de Heeren Opgelder en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Meyerye van 'sSofch, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 27 Mey des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van State, geëxamineert hebbende de Requeste van de Heeren der respective Heerlykheeden St. Michiels Geftel, Oud en Nieuw Herkir; Boxel, Liempde, Venloon, anders genaamt Loon op Sand, Drunen, Tilburg, Goirle, Alem en Helmont, alle gefitueert inde Meyerye van's Hertogenbofch, houdende , dat nademaal veele en meenigvuldige buytenfpoorigheeden van tyd tot tyd binnen de voorfz. Heerlykheeden toegenomen hadden, en nog dagelyks toenamen, op het ftuk van de Visfcheryen, waar omtrent, voor zoo veel de Supplianten bekend was, tot hier toe geen vast Reglement ooit was gearrefteerd geweest, zy Supplianten, tot voorkominge van alle desordres voor het toekomende, hadden doen concipieeren het nevens gaande Reglement, waar toe zig refereerden, dog dat, bevoorens het zelve binnen hunne respective Heerlykheeden te doen publiceeren en affigeeren, zy gaarne voorfien zouden zyn met haar Hoog Mog. approbatie op het voorfz. Reglement, teneinde het zelve zonder eenig bedenken zyn volkomen eftecf en kragt zoude mogen hebben, verfoekende derhalven, dat haar Hoog Mog. derfelver approbatie op het gemelde Reglement gelieven te verleenen. , Waar op gedelibereert, ende in agtinge ge- j nomen zynde, dat het formeeren en arrestee- ; ren van dusdanige Wetten of Reglementen, 1 als waar op de voorfz. approbatie is verfogt, niet is van het regt of departement der respective Heeren van de Heerlykheeden, welke dat verfoek komen te doen, maar het zelve direét behoort te deriveeren van den Souverain; Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat in het verfoek byde voorfz.Re. queste gedaan, niet kan worden getreden, en word het zelve dienvolgende van de hand gewelen. Dan dat wyders in confideratie genomen zynde het oogmerk van voorfz. gedaan verfoek , en omme by vervolg nader te overwegen, of op het ftuk der Visfcherey binnen de Meyerye van 's Bofch eenige generale voorfieninge zal behoren gedaan te werden; Is verders goedgevonden en verftaan, dat den Hoogfchout der Stad enMeyereye van 's Bofch, de Rentmeester Generaal der Domeinen van Braband , mitsgaders de vier Quartierfchouten van de Meyerye voornoemt, zullen werden aangefchreeven en gelast, te famen in overweeginge te neemen, of er reedenen zig opdoen en gevonden worden, tot het maken van een generaal Placaat of Reglement op 't ftuk van de Visfcherye binnen de Meyerye van 's Bofch voornoemt, ende zoo ja, dat dieswegens haar Hoog Mog. zullen hebben te dienen van hare Confideratien, op wat voet en in .welker manieren zulks zoude behoren gefbrmeert ende gearresteert te worden, zullende Copie van het voorfchreeve concept Reglement aan haar Hoog Mog. ten gameiden einde geprefenteert aan haar werden gefonden, omme daar op by 't formeeren van hare Confideratien de nodige reflectie te kunnen maken. 12. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat Commisfarisfen Decifeurs te Maaftricht niet bevoegd zyn te verkenen dispenfatie van het Reglement, waar by verboden word het aanftellen van Vreemdelingen tot Magiftraats perfoonen in de Dorpen van Redemptie. Den 21 Juny Is gehoort het Rapport van de Heeren van Heeckeren tot Keil en andere haar-Hoog Mog Gedeputeerden tot de zaken van de Landen van Overmafe, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 12 October des voorleeden jaars, geëxamineert de pointen van deliberatie, refulteerende uit het Verbaal van de Heeren van Heyden Hompesch en Alftorphius, haar Hoog Mog. Commisfarisfen Decifeurs in den voorleeden jaare geweest zynde te Maaftricht, en fpecialyk het gerapporteerde by het 6 Articul van derfelver extraordinaris Rapport, medebrengende, dat geduurende hun verblyf te Maaftricht hun ter hand was gekoomen, een Pvequest van Bal- tha-  Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. thafar G. van Muysfon, zynde een Perfoon van Luykfehc geboorte, vertoonende dat de Graaff yin Veidbruck gebiedende Heer van I Ncederhoim en Peen, een der Dorpen van • Redemptie, zag bevond in de onmogelykheid om zig tc kunnen conformceren aan het Reglement van haar Hoog Mog. van den 4 October 1740, ffatuecrende ,, dat men voortaan „ in de Dorpen van Redcmptie gehouden zal j „ zyn, aan tc Hellen Drosfart, Schout, „ Scheepenen en Secretaris, gehoorendeon- j „ der de Jurisdictie van haar Hoog Mog. ,, zonder daar toe te mogen aanftellen vrecm- j „ dc Perfoonen, woonende cn gehoorende „ onder dc Jurisdictie van den 1 ieere Bis- ! „ fchop en Prince van Luyk, of eenige an„ dere Souvereynen." Dat gemelde Heer van Neederheym niet ongeneegen was aan hem Suppliant de vaceerende Scheepcnsplaatfe te conferecren, dat hy Suppliant mitsdien verfogt, dat de voorfchreeve Heer van Neederheym van het zelve Reglement mogt werden gedispenfeert, ten dien einde producecrende een declaratoir van den Gerechte aldaar, certiticeerendc, dat geen bcquaam Brabantsen, fubjeét zig tot die Schcepensplaats ; op deed, en hy Suppliant in teegendeel daar j toe de nodige bequaamheid hadde. Dat zy Heeren Commisfarisfen Decifeurs zig dien aangaande geinformcert en vernoomen hadden, dat door haare prredecesfeurs meermalen in de noodzaakelykhcid diergelyke dispenfatie was verleent geworden. Dat deefe Schcepensplaats reeds lange tyd / vacant geweest was, en het dicswegtns nood- ' zaakelyk was, dat defelve wierd geremplaceerd. Dat het waar was, dat in die plaats by na geen Brabantfche voorwerpen gevonden wierden, cn dat zy Heeren vervolgens confidereerende de onmogelykheid, om aan haar Hoog Mog. Refoiutie van den jaare 1740 te konnen voldoen, aan gemelde van Muysfen de verlbgte dispenfatie hadden verleent, met by voeging nogtans, dat zulks zoude zyn ongeprejudicieert het meergemelde Reglement, en mits na zyn aanftelling eed doende in handen van Commisfarisfen Inftmcteurs van haar Hoog Mogende. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan , dat de verrigtinge van Heeren Commisiarisfen Decifeurs in deefen zal worden geapprobeert, dog dat voor het toekoomende zal worden vastgeltelt, zoo als vastgeltelc word mus deefen, dat omtrent diergelyke verfoeken door Heeren Commisfirisfen Decifeurs geen dispeniatien meer zullen worden verleent, maar dat zodanige verfoeken aan haar gedaan wordende , die by hun Verbaal zullen moeten worden overgebragt, of wel geduurende de Commisfie aan haar Hoog Mog. toegeibnden, om na gehouden befogne daar op gedisponeert te worden, zoo^als bevonden zal worden te behooren. En zal ten dien einde in het vervolg Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie neevens de Inftructie voor Heeren Commisiarisfen Decifeurs, aan defelve worden ter hand geftelt, om haar daar na te rcguleeren. 13- Refoiutie van de Staaten Generaal, zvaar l>y Regenten van Udenhout gelast worden een Borg- of Ontlast-brief te geven aan zekere ion* ge Dogter, die aldaar te Fonde/ing gelegt zynde, a/daar was aangenomen, en uit de sfrmenCasfe gealimenteerd gnrorden. Den 27 'janua ry 1766. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Lynden tot Hemmen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden, tot de zaaken van de Placaaten en Reglementen, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 19 November laatstleeden, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaten geëxamineert een Misfive van Paulus Keuchenius, Predikant van flilvarenbeek, Diesfen cn Riel, Quardere van Oosterwyk, Meyerye van 'sBosch, gefchreeven te Hüvarenbeek den 13 der gemelde maand November, houdende dat op den 3 Mey desfel ven jaars, by hem was ondertrouwd een jonge dogtcr Maria van de Wall, dewelke verklaarde niet te weeten waar gebooren of gedoopt was, dog in den jaare 1740 te vondehng was gelegt, in den Udenhout, Ding- banke van Oosterwyk , en aldaar door Regenten bedeed, en gealimenteert uit de Arme | Kasfc, tot dat in ftaat was, om haar kost te winnen, blykende het een en ander uit het , Extract van ondertrouw, en de verklaaring van Ingefeetenen van den Udenhout, nevens de voorfchreeve Misfive gevoegt; dat het ook zeer waarfchynelyk was, dat defelve aldaar t gedoopt zoude zyn, het welk men ook na : gedagten wel zoude kunnen probeeren, was j het niet dat de Roomfche Priesters in de Meyerye van 'sBo?ch voorfchreeve gewoon waaren den Doop van Bastaarden en Vondelingen ordinair maar op een Memorietje aanteteekenen, en in haar Doopboek te leggen, of te fpellen, en welke Memorietjes door den tyd dikwils verboren gingen, waar door een meenigte van die ongelukkigen in groote ver, leegentheid werden gebragt, en verdreeven van  Begrypende allerhande Politicque daaken. 265 14, Refoiutie van de Staaten Oeneraal, betfeh kelyk het recht van Exuë of hfuë te Axel. Den 1 OStöber iyöö. rf^\ntfangen een Misfive van den Raad van \Jr Vlaanderen, gefchreeven te Middelburg in Zeeland, den 25 der voorleeden maand, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 18 Augustus laatstleeden, derfelver Advis óp de Requeste van Anthony van Bevenage, Koopman in Wynen binnen Middelburg, Zoon en mede Erfgenaam van Sufanna Yperman, laatst Weduwe van Jan Geudeke, in eerder Huwelyk verwekt, by Abraham Van Bevenage, Barbara Jacoba Geudeke, meerderjaarige Dogter en meede Erfgenaame van voornoemde Sufanna Yperman en Jan Geudeke , mitsgaders nog evengemelde Anthony van Bevenage en Petrus Arlebout, als gefielde Voogden over Jan Gerard Geudeke, minderjaarige Zoon en meede Erfgenaam van meergemelde Sufanna Yperman en Jan Geudeke , houdende, dat in den Boedel van opgemelde Abraham van Bevenage en Sufanna Yperman beide binnen de Stad Middelburg voornoemt overleeden, gevonden wierd zeekere Hofftede | geleegen in den kleynen UsIX. Deel. felspolder Axel Ambagt, groot circa 137 Gemeeten: Dat zy Supplianten ten einde gemelde Boedel tot liquiditeit te brengen, genoodfaakt waaren die vooifchreeve Hofftede te moeten verkoopen, waar in zy Supplianten voor als nog wierden verhinderd, in het zeekere geinformeert zynde, dat ingevalle diè Verkooping gefchiede, het regt van Exuë of Isfue door den Magiftraat van Axel ftond gevorderd te worden, op pretext dat hun, uit hoofde van zeeker Privilegie, dat regt van verkogte vaste Goederen, onder hunne Judi* eature geleegen, zoude competeeren, by aldien die Goederen door vreemde of afgefeetenen van Axel wierden verkogt, verfoeken.* de de Supplianten, dat haar Hoog Mog. aan hun de betaaling van het voorfchreeve door de Magiftraat van Axel pretenfelyk gevorderd recht van Exuë, by verkoop van voornoemde Hofïteede gelieven te remitteeren, en daar van de noodige Acte in forma doen depecheeren. Waar op gedelibereert zynde b is goedgevonden en verftaan mits defen te verklaaren, dat in het voorfz. geval het Regt van Exuë L 1 of van de eene plaats tot den anderen, zoo als de ondervinding dikwils had geleerd; dat gemelde jonge dogter meenigmaal by Regenten aldaar had verfogt om een borg of ontlastbrief, en niet hadde kunnen bekoomen, atfchoon boovendiéri eene gerigtelyke Infinuatie van den 25 Maart 1755, met het Relaas meede neevens de voorfz. Misfive gevoegd, had gedaan, en dat zy nog verdere devoiren zoude doen, óm die voor de tweede Proclamatie aan hem Predikant te vertoonen; Dat zy zulks niet kunnende bekoomen, hy zig had verpligt geacht volgens haar Hoog Mog. Refoiutie van den 28 October 1763, met de verdere proclamatien ftil te ftaan. - Dat de gemelde Bruyd dus in haar goede voorneemen geftremd was, en vergeefs getragt hebbende om van een Praétifyn alhier in den Hage Pro Deo wegens haare armoede bediend te worden, tot het bekoomen van een Borgbrief, en daar by zig ook zwanger bevindende, by hem Predikant inftantelyk hadde aangedrongen , Vermits volgens haar Hoog Mogende gemelde Refoiutie nu konde doceeren, dat de nodige devoiren tot het bekoomen van een Borgbrief hadde aangewend, dat nu eindelyk mogte getrouwd worden; Dat hy daar op volgens het 93 Articul van haar Hoog Mogende Echt Reglement van den 18 Maart 1656 zig hadde vervoegt by den Magiftraat van Hilvarenbeek voornoemt, om raad en voorfieninge daar in te doen, dog dat gemelde Magiftraat hem ernftig hadde ge raaden, uit notoire vreefe voor fchaade voor hunne Armen, defelve niet te trouwen, maar dat het best was zig by haar Hoog Mogende te addresfeeren; verfoekende derhalven dat haar Hoog Mogende, de Regenten van den Udenhout, een zeer vermogend Dorp, gelieven te gelasten om ilico een Borgbrief te geeven aan voornoemde Maria van de Wall* oni niet verftooken te worden van haar voorgenoomen Huwelyk, of anders hem Predikant te permitteeren met den Trouw voorttegaan, of alfulke ordre te fteilen, als haar Hoog Mogende zouden goedvinden te behooren. Waar op gedelibereert en in agting genomen zynde, dat het confteert, dat de voor^ noemde Maria van de Wall binnen Udenhout te Vondeling gelegt zynde, aldaar is aangenoomen en uit de Arme Casfe is gealimenteert geworden; Is goedgevonden en verftaan', de Regenten van Udenhout voornoemt te gelasten, gelyk gelast worden mits deefen , aan defelve Maria van de Wall, ten behoeven van die van Hilvarenbeek te geeven een behoorlyke Borg of Ontlastbrief, conform haar Hoog Mogende Refolutien van den 12 February 1734 en 28 Oétober 1763, met last en auétorifatie wyders op den Predikant Paulus Keuchenius te Hilvarenbeek voornoemt, om zonder na defelve Borg of Ontlastbrief te wagten, het Huwelyk van de voornoemde Maria van de Wall met desfelfs Bruydegom na de ordre te mogen folemnifeeren en voltrekken»  266 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. of Isfuë peen plaats heeft, en dienvolgende door den Magiftraat van Axel van de Suppliar.:cn wet kan gevorderd worden, z>nde ge¬ melde Privilegie in defen allefints buiten applicatie. 15. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende bepaaling, welke Armen door de lioomfche Kerken Arm-meesters te Bergen op den Zoom moeten worden onderhouden. Den 19 JSovember 1766. T"; gehoort het Rapport van de I Tcercn BrancI. fen en andore haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Placaten en Reglementen, hebbende ingevolge cn tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal v.in den 8 July laatstleeden, met en neevens eenige 1 lecren Gecommitteerden uit den Raad van State, geëxamineert de Requeste van de Kerk-en Arm-meestcrs van de Roomfche Kerk en Armen te Bergen op den Zoom, houdende, dat zeedert den tyd, dat gemelde St;id Bergen op den Zoom was gekoomen onder de Souverainiteit van haar Hoog Mog. tot dato van haaf I ioog xMogende RefoJutie van den 3 April 1751 toe, zoo verre dc Supplianten bewust was, geen feparate Armekas of fonds binnen de voorfchreeve Stad had gcfubfiftcert, tot onderhoud alleen van de Ledemaaten der Gereformeerde Religie, en een andere Kas of fonds gewoonlyk bekend onder de man pan Gemccnen, Publicquen of I leyligen Gee>t Armen y gelyk wel voonyds binnen dcft'ec S ..d h:;d geweest, cn th.ms nog overal ten platten Lande onder het Resfort van de Generaliteit wierden gevonden, ftrekkende tot al: nenratie van alle andere arme inwoonden?, bc öt rqgé Perfoonen, zonder onderfchyd van Religie, cn waar uit dan quam te volgen, dat de Arme Ledematen onder der Supplianten Kerk nooit uit de laasrgemelde Kas of fonds w.nen gealimenteert geworden, welke alimentarie haar Hoog Mogende by derfelver Refoiutie van den 3 April 1751 hadden gelieven te verbieden. Dat integendeel door Diaconen van dc Gereformeerde Religie aldaar voor dato van de voorfchreeve haar Hoog Mogende Refoiutie fteeds tcifens dc functie van Armmeesters van publicque of gemeene Armen was waargencomen, en daar toe door hun buyten en behalveri de Collecte in de Gereformeerde Kerk in 't geheel genooten de publicque Zondaagfche Collecte door de geheele Stad aan de huyfen vah alle de Inwoonders gedaan wordende, voorts ook alle Legaaten, Giften, Armgelden van verkopte vaste goederen, en wyders alle andere inkomften, dewelke in de voornoemde Stad, tot onderhoud van de Gemeene of I cque /^rmen van ouds waren gefixeert, ofte naderhand uitgedagt waaren, gelyk ook defelve Diaconen na zig genoomen hadden alle de vaste Goederen en andere Effecten , die voor defen aan de Heyligen Gee?t, Gemeene of oublicque Armen hadden toebehoort, en i ' uit welke alfoo geconfoiideerde Armenkas, de gemelde Diaconen altoos alleen hadden onderhouden alle arme cn behoeftige perfoonen binnen de voornoemde Stad, zoo wel Ledemaaten van dc Gereformeerde als van de Roomfche Kerk cn andere. Dat 'er ook tot nog toe geen feparate Armmeestcrs voor de Gemeene Armen waren aangefteld, en daar toe een fonds afgefondert, blyvende de voorfchreeve fondfen als nog by de Collecte, in de Gereformeerde Kerk gedaan wordende, gevoegd. Dat ofwel derhalven alle arme Perfoonen geene Ledemaaten van der S rpplianren Kerk weefende, zonder onderfcheid van Religie, uit de voorfchreeve Fondfen by continuatie zouden moeten blyven onderhouden worden, en de Supplianten enkelyk met de alimentatie der arme Ledematen van hunne Kerk belast, nogtans ter contrarie de Supplianten uit de geringe Collecte in haare Kerk ged.vm wordende, niec alleen de voornoemde hunne arme Ledemaaten moeften alimentecren, maar buyten die wictden belast met het verforgen cn onderhouden van alle andere Perfoonen van de Roomfche Religie, zoo Militairen Kinderen als Vreemden, dewcike van elders ï.ig binnen de Stad of Jurisdictie van dien kwamen ter neder te zetten, of aldaar pasfeert den, zodanig dat daar toe verre het meerder gedeelte van der Supplianten Kerk-ColIeclens wierden geabforbeert, Ichoon die Collectens zelf niet eens toereikende wc: ren, om alleen de nooddruft van de arme Ledemaaten te hulp te komen, waar door der Supplianten Armen Kas in eene deplorable toeftand was geraakt, en de krytende armoede van de Ledemaaten, alle Burgers en Inwoonders van de Stad, dagelyks was aangroeyende en ten eenemale ondragelyk wierd. Dac of wel buyeen dat alles der Supplianten voornoemde Arme-Kas uit kragte van haar Hoog Mogende gemelde Refoiutie van den 3 April 1751 was geworden een publicque geauCtorifeerde adminiftratie, en mitsdien niet begreepen onder de mfigten en hec verbod van haar Hoog Mogende Placaat van den 14 October 10*55, ais waar by haar Hoog Mogeode zodanige publicque cn gcaucrorifeerdc Adminiftran'en van haar Hoog Mogende ernib'ge wil en meeninge, by dal Placaat bedoeld, fpeciaal genoeg hadden gelieven uit te zonderen, nogtans de letter van het voornoemde caat tegens de Supplianten in hunne gualite* vier-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 36? wierde gecapteert, en de zulke die geneegen zouden wefen aan der Supplianten Armen Kas, tot onderhoud van de voornoemde Arme Ledematen van der Supplianten Kerk by Testament, Donatie ofte anderfints eenige geringe Giften te maaken of Legateeren, wierd geimbueert, dat zulks ingevolge haar Hoog Mogende voornoemde Placcaat niet zoude vermogen te gefchieden, maar zelfs als 'er zodanige Giften of Legaten der lieden van der Supplianten Religie in generaale bewoordingen gemaakt of gelegateert waren, de Supplianten belet wierden defelve te ontfangen, en de invordering van dien aan de Diaconen van de Gereformeerde Armen toegevoegd. Dat eyndelyk der Supplianten Arme Kas niet als zomtyds met conniventie en na groote moeite en follicitatien jouïsfeerde van de verdere Vryheeden en Exemptien, zoo van Impofitien als anderfints, die de andere Armen fondfen genooten, verfoekende de Sapplianten om reedenen in de voofchreeve Requeste geallegeart, dat haar Hoog Mogende by forme van ampliatie en interpretatie van derfelver gemelde Refoiutie van den 3 April 17$1 gelieven ze verklaaren. Eerstelyk, dat de Supplianten in hunne qualiteit niet verder of anders gehouden zyn om ce alimenteeren of uitkeering te doen, als alleen aan de arme Ledemaaten van hunne Kerk, zoo als de klaa-e letter van de gemelde haar Hoog Mog, Refoiutie meede brengt, en dat andere geen Ledematen zynde even als voorheen uit do Publicque of Heiligen Geest Armen cas zeilen moeten worden beforgt. Ten tweeden, dat der Supplianten Arme Kas als een puWiconé en geauctorifeerde adminiftratre niet is begreepen Onder de infigcen van het verbod van haarHóog Mogende Placaat van den 14 Oélober 1(5.55, en mitsdien dat aan dezelve Kr.s a'ierhande Giften en Legaten zoo by Testament als anderfints mogen worden gemaakt en gelaten, tot alimentatie van de Arme Ledemaaten van der Supplianten Kerk. En eyndelyk ten derden, dat der Supplianten gemelde Armen Kas zal mogen 'ouïsfeeren van alle verdere Vryheeden en Exemptien, zoo Impofitien, Accynfen als anderfints, die andere publicque Armen fondfen van gelyke natuur als die der Supp'ianten binnen de Stad en het Marquifaat van Bergen op den Zoom zyn genietende. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan te verklaaren en vast te fteilen, zoo als verklaard en vastgeftelt word by deefen, en wel omtrent het voorfz, eerst gedaan verfoek van de Supplianten, by amnliatie en interpretatie van haar Hoog Mog. anterieuref Refoiutie vart deh 11 Maart 1750, en van den 3 April 1 51 ,dat het 'woord Ledemaaten in de twee voorfc'-ree-e Refolutien voorkoomende, in diervoegen moet werden verftaan, dathet zelve is comoeteerende alle Arme perfoonen de Roomfche Religie toegedaan of tot defelve Gemeente behoorende, 'i zy daar van Ledemaaten zyn of niet, ende mitsdien ook alle Kinderen van zodanige Perfoonen, des nogtans dat wanneer de Supplianten zig met de Alimentatie van de voorfz. Kinderen niet zouden willen of konnen belasten, de Regen • ten van 'c Gecombineerde VVeeshuys te Bergen op den Zoom zullen gehouden zyn en blyven defelve Kinderen in 'c gemelde Huis aan te neeme en te alimenteeren, blyvende de Supplianten verobligeert voor de alimentatie van derfelver verdere Armen in voegen hier voren gemelt, de noodige zorg te dragen. En wyders vonr zoo veel het tweede verfoek van de Supplianten aangaat, dat der Supplianten Armen-kas niet is begreepen onder de infigten van 'c verbod, verbat by haar Hoog Mog. Placaat van den 14 Oélober 1655, en~ de overzulks dat allerhande Giften eh Legaten zoo by Testament als anderfints door Roomfchgefinde Perfoonen , voortaan zullen mogen worden gemaakt en bèfprooken, niet in generaale bewoordingen, maar fpeciaal aan de gemelde der Supplianten Arme Kas tot alimentatie van de voorfz. Armen, met dien verftande nogta s, dat van alle zodanige makingen ofErfflatingen doord?n Magtftraatvan Bergen op den Zoom eerst kennisfe zal moeten worden genomen, of defelve waarlyk zullen ftrekken tot het einde en oogmerk by de Supplianten voo-geft.lt, dan of daar mede ietwes anders zoude mogen worden voorgenomen, tegens den inhoude van voorgemel de Placaat, ten einde daar na derfelver approbatie of disapprob?tie daar op te geeven, waartoe de Sup\ plianten mits defen worden geodroyeert. 1 Werdende laatstelyk der Supplianten gedaane derde verfoek, om vrydom van impofitien met 't gunt daar toe behoort, geweefen van de hand en afgeflagen I Ende nadema d by dele occafie aan haar Hoog Mogende is voorgekoomen, dat by of! te van weegens de Roomfchgefinde Gemeente te Bergen op den Zoom zeedert eenige jaaren zoude zyn gepnefifeert het doen van Col'ecI tens voor derfelver Armen aan de huyfen der I Ingefeetenen aldaar; Is wyders goedgevonden < en verftaan, dat de Magiftraat van Bergen op 1 den Zoom zal worden aangefchreeven haar Hoog Mog te berigten, wat 'er van die zaak. weefen mag, hoe lange die Colleétens in train zyn geweest, hoedanig dezelve gefchieden, en of daar toe by d,3 Magiftraat permisfie werd verfogt of niet, als mede of daar van Reekening en Ver'antwoordinge aan defelve werd gedaan, mitsgaders infonderheid haar Hoog Mog. te dienen van derfelver confideratien, of zy zullen vermeynen dat diergelyke Colleétens abfolut nodig zyn, en of niet zonder zodanige publicque handelingen de Armen der Roomfchen binnen gemelde Stad genoeg zouden kunnen worden geholpen door de Collectens in derfelver Kerken, omme het zelve gezien zynde, daar omtrent verder te werden gedisponeert, zoo als bevonden zal worden te behooren. LI 2 Re-  2<53 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul 16. Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiezing der Regccring te Wyk op Zee. Den 26 February 1767. Tfi geleefen het Advis van de Heeren GeI committeerde Raaden van den 23 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Rdblutie Commisforiaal van den 5 July 176Ö, geëxamineert een Misfive van Klaas Suyen, Jacob J. Schoon cn Iicac Abrahamsz, geweest zynde Scheepenen van den Dorpe van Wyk op Zee, cn in de Maand February 1766 zig by Requeste aan haar Ed. Gr. Mog. beklaagt hebbende over de handelwyie door den Schout van gemelde Plaatfe, G. van Bergen, beneevens de twee overige Scheepenen, met namen Willem Simonfe Schuit en Jacob Mooyman, by en ter gelegenheid van de verkiezinge van nieuwe Kiezers of Burgemcefteren cn Scheepenen gehouden, zynde dezelve Misfive gefchreeven tc Wyck op Zee den 26 Mey 1766; mitsgaders een Misfive van de voornoemde Schout van Bergen en van Willem Simonfe Schuit en Jacob Mooyman, gefchreeven tc Wyck op Zee den 27 der gemelde maand Mey; dienende beide gemelde Misfivens ter voldoening aan haar Ed. Gr. Mog. Refoiutie van den 3c April 1766, waar by haar Ed. Gr. Mog. de gemelde weedcrfydfe partyen hadden gekist, om, het zy gefamentlyk of ieder afzonder/yk, binnen den tyd van een maand aan haar Ed. Gr. Mog. te laten toekomen een Copie v^n het Privilegie of Privilegiën , waar op zy in February 1766 zig by haar gcnrcfentcerdc Requeste of ingeleevert Berigt hadden beroepen, cn behooriyk befcheyt van de oude gebruiken, welke zy fuftinceren te Wyk op Zee, omtrend de verkiezing van Burgemeesteren, Scheepenen, Kerkmeesteren, Gasthuismeesteren, en V'uurboetmecstcren, plaatfe te moeren hebben, ten einde door haar Ed. Gr. Mog., na examinatie van al het zelve voor het toekoomende zodanige ordre op de gemelde verkie/.inge te werden geftelt, als haar Ed. Gr. Mog. ten meeften nutte van de Ingefeetenen vau Wyck op Zee, en tot het doen ophouden van de aldaar heerfchende tweedragt, zouden oordeelen te kunnen ftrekken. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan by deefen te verklaaren en vast te fteilen, dat de Regecring van Wyk op Zee zal beftaan uit den Schout en vyf Scheepenen. Dat defelve Scheepenen jaarlyks op grooten vasten avonds dag, by meerderheid van ftemmen, en, indien de Hemmen koomen te fteeken, by het Lot, zullen verkiezen twee Kiezers of Burgemeesteren, te weeten, een nieuw aankoomende en een die het voorige jaar als Kiezer of Burgemeester is aangekomen geweest. Dat niemand tot Burgemeester of Kiezer zal mogen verkoofen werden, dan die bevorens als Scheepen heeft gefungeerd gehad, cn dat daar toe ook niet zal mogen werden verkoofen iemand van de Scheepenen, die de verkiezinge komen te doen. Dat defelve Kie/.ersof Burgemeesteren vervolgens terftond zullen kiezen vyfSchcepenen, met dien verftande nogtans, datde Scheepenen twee jaaren agter den anderen zullen blyven fungeeren, zoo dat het eene jaar twee en het andere jaar drie, die het voorige jaar zyn aangekoomen, in dienst zullen blyven, en dus het eene jaar maar twee en het andere jaar maar drie nieuwe Scheepenen zullen aankoo11.cn. Dat de verkoorene Scheepenen vervolgens aanftonds door den Schout zullen *wcrden beëedigt en in funcfie zullen treeden, zonder dat daar over iemand eenig befte! zal hebben. Dat geen Vader en Zoon, of geen Broeders of Zwagers tc gelyk Burgemeesteren of Scheepenen zullen mogen zyn. Dat binnen den tyd van agt dagen na de gedane verkiezinge van Scheepenen, door de Scheepenen van het voorgaande jaar aan de fungeerende Kiezers of B irgcmccsrercn zal moeten worden gedaan behoorlyke fchriftelyke reekening cn verantwoording van den ontfang cn uitgaaf by haar als Scheepenen over dat 'yaat gehad cn gedaan, ten welken einde zy tot die tyt toe dc lleutcls van de Dorpski>t onder zig zullen mogen houden, welke Reekening door de gemelde Kiezers of Burgemcefteren zal moeten werden opgenomen, gcapoftilleert en gcllooten. Dat voorts door Scheepenen ieder jaar op goede Vrydag zullen worden verkooren twee Kerkmeesteren, vier Gasthuismeesteren en twee Vuurboetmeestercn, die gehouden zullen zyn op defelve wyfe jaarlyks van haare gehoude adminiftratie reekening te doen, als by Refoiutie en Octroy van haar Ed. Gr. Mog. van den 13 Mey 17^3 ten opfigte van Kerkmeesteren is bepaald. En laatstelyk dat by het doen van de verkiefinge van Kiezers of Burgemeesteren, mitsgaders van Scheepenen, Kerkmeesteren, Gasthuismeesteren en Vuurboetmeesteren, die geenen welke de verkiefinge moeten doen, voor en aleer daar toe te procedeeren, op den Eed ten aanvang harer Bediening gedaan, zullen moeten aanneemen en belooven, dat zy by het doen der verkiefinge geene andere perfoonen zullen nomineeren, dan de zodanige welke zy oordeelen de nodige bequaamheeden te hebben tot den Post, "waar toe zy gekoofen worden, en die teffens, zoo veel doenlyk, zyn van de vermogendftre en rekkelykfte van de Ingefeetenen, en van de Gereformeerde Religie. Re*  Begfypeiide allerhande Politique zaaken* 9,C$ 17* Refoiutie van de Staaten van Holland\ waar by de Bailliuw van Rhynland word gequalificeerde om zeeker Perfoon, welke zyn Vrouw ver* moord had, dog van tyd tot tyd buiten zyn zinnen was, ten kosten van den Lande te cwfinee* ren. Ben 13 Mey 1767. Js geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 12 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 1 daar te vooren, geëxamineert de Misfive van Bailliuw en Gefwoore Welgeboore Mannen van Rhynland, gefchreeven te Leyden den 29 April jongstleeden, houdende, dat op den 25 November 1766 aan den Bailliuw van Rhynland aangegeeven zynde, dat door Hendrik Weyand, Cherger van des gemeene Lands Middelen te Zeevenhoven, onder het Bailliuwfchap van Rhynland resforteerende, desfelfs Huisvrouw Emerentia Winfceler zoude zyn vermoord, en defelve Perfoon deswegens provifioneel in verfeekering was genoomen, gemelde Hendrik Weyand daar op na Leyden gevoert en geincarcereert, en teegens denfelven na ftyle was geprocedeert. Dat uit de ingewonne bewyfen teegens denfelven Hendrik Weyand, hy weefentlyk was geconvinceert zyne voorfz. Huisvrouw op eene zeer moordaadige wyfe door het inüaan en veibryfelen van het Hoofd en het afileeken van den Hals ter dood te hebben gebragt, dog van tyd tot tyd, zoo voor het pleegen van dat delicf, als by het perpetreeren van dien, buiten zyne zinnen was geweest, waar aan dat droevig toeval was te attribueeren, en waarom op propofide van den Badliuw was gerefolveert, om gemelde Henduk Weyand in een bequaame plaats van verfeekering te confineeren; dan dat het gemel¬ de Bailliuwfchap daar toe geen fonds of eenige middelen had, en de geringen Boedel vari gemelde Weyand geheel onvermogend was* en daar toe niets kon ge vordert worden van de Gemeene of Diaconie Armen van Zeevenhoven, aangezien gemelde Weyand aldaar vreemd was, en alleen met Commisfie van dë Heeren Gecommitteerde Raaden zyn post eil verblyf gehad hadde, verfoekende derhalven, dat haar Ed. Gr. Mog. hun, of den gemelden Bailliuw zouden gelieven te qualificeeren $ om gemelden Hendrik Weyand ten mmfteri kosten van den Lande in een verfeekerdö plaats binnen de Stad Leyden, of in een andere Stad of Plaats binnen deefe Provincie, geduurende desfelfs innocentie en krankfinnigheid te confineeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan den Bailliuw van Rhynland by deefe te qualificeeren, om gemelde Hendrik Weyand ter faake als vooren ten miniten kosten van den Lande in een verfeekerde plaats binnen de Stad Leyden, of irt een andere Stad of Piaats binnen deefe Provincie , geduurende desfelfs innocentie eri krankfmnigheid te confineeren, met last eri authorifatie op de Gecommitteerden ter Provinciaale Reekenkaamer, om de kosten daar* van, wanneer hun zal zyn gebleeken, dac defelve niet te hoog zyn bereekent, in de' Reekeningen fuceesfivelyk daar van over te geeven, aan den gemelden Bailliuw te laterï valideeren. . 18* Publicatie van den Raad van Staate, óffi* trent het maaken of vernieuwen van eenige Werken , waar door eenige perpetueele belemmering in de Straten of de Biefe te 's Hertogenbosch veroorfaakt zoude worden. Ben 17 Juny 17 67* T""\e Raad van Staate der Vereenigde NeJL/ derlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut; dom te weeten: Nademaal binnen de Stad 'sHertosenbosch eene vry algemeene onkunde word befpeurd, in hoedanige gevallen, item van, en aan wien, zoo by het maaken van nieuwe Werken, waar door eenige grond in, of onder de Straaten, of wel eenige fpatie in, of over de Diefe refpective binnen de gemelde Stad word geoccupeert, als by vernieuwing of reparatie van zulke Werken* mitsgaders by het maaken van temporeels belemmeringen in de voorfchreeve Straaten of Diefe refpecf ive, Confenten moeten werden verfogt, of kennisfe gegeeven. En wyders in agting hebbende genoomen dat de boetens in cas van contraventien teegens het oude Regt der Domeinen in fommige van de voorfchreeve en diergelyke gevallen te hoog gefteld, en in anderen niet pra> cife gedefinieerd zyn. Zoo is 't, dat wy allen en een iegelyk Wien zulks ook zoude moogen aangaan, wel LI 3 heb-  270 Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. hebben willen adverteeren en waarfchouwen: Eerftelyk, dat, volgens het voorfz. aloude Regt der Domeinen, geenerhande nieuwe Werken, waar door eenige grond in of onder de Straaten binnen 's Hertogenbosch, of eenige fpatie in of over de Stroom dc Diefe aldaar, voor altoos zoude werden ingenoomen, of dewelke eenige perpctueclc belemmeringe in defelve Straaten of Diefe zonden veroorfaaken, als (by voorbeeld) het maaken van Stoeppcn, Bordesfen, Uitfhkken, Luyffels, Keldermonden, Gooten en Rioolen, het leggen van Bruggen, Boogen, of diergelyke Werken, door niemand wie het ook zy, moogen worden gemaakt, zonder dat daar toe bevoorens by Request, het zy van die van dc Leen- en Tolkamer der Domeinen van Braband over dc Stad, Meyerye en het Quartier van 's Hertogenbo?ch, het zy van haar Edele Mog. zelve , Confent verfogt, en by Refoiutie of Acte verkreegen zal zyn. Ten tweeden, dat vangelyken geene, het zy geheele het zy gcdeeltelyke, vernieuwingen van oude diergelyke Werken, fchoon defelve vernieuwingen zouden, of zouden kunnen gefchieden zooder eenige of zonder eenige meerdere belemmeringen in de voorfz, Straaten of Diefe toe tc brengen, dan die oude Werken bevoorens daar in toebragten, moogen worden gedaan, ten zy ten minften driemaal vier cn twintig uuren te vooren daar van fchriftelyk en wel by Memorie zonder Zegel, (dog door den Êvgen.iar, ofte van zynentweegen behooriyk onderteekent,) ten Comptoirc der Domeinen , alwaar desweegens geene betaalinge zal werden gevordert, behoorlyke kennisfe zal zyn gegeeven; en zulks ten fine bequaamelyk geindageert zoude kunnen worden, of by zulke vernieuwingen het eerfte Belfecq zoude worden te buiten gegaan. En laatftelyk, dat geenerhande temporede belemmeringen in de voorfchreeve Diefe of S:raatcn, als (by voorbeeld) het leggen van Dammen in defelve Diefe, het afpaalen van de voorfchreeve Straaten, het zy geheel het zy gedcckclvk, het fteilen van Steigers of Schooren in defelve, of diergelyke belemmeringen, by wat occafie zulks ook noodig zoude moogen zyn, vermoogen te gefchieden , dan na dat insgelyks bevoorens ten gemelden Comptoirc, by gelyk cenc, (dog gefeegelde) Memorie, Confent daartoe zal zyn verfogt en gcobtineert. En hebben wy voorts goedgevonden cn geftatueert, gelyk wy goedvinden en ftatueeren by deefe. Dat al het geene voorfchreeven is van nu voortaan in alle de voorfchreeve cn diergelyke gevallen zal moeten worden in agt genoomen, op een boete van tien guldens in de gevallen begreepen in het voorfchreeve eerfte Lid; en van zes guldens in de gevallen gecomprehendeerd in de voorfchreeve tweede cn derde Leeden dccfer Publicatie, (voor cn in plaatfe van de boetens daar tevgen van ouds geftatueert;) by de Contravcnccurs te verbeuren, booven en beha/cn van dc demolitie van het zonder confent of kennis als vooren gemaakte of vernieuwde Werk ofte wel toegebragte temporede belemmering, mitsgaders de kosten. Tot al het welke de voorf-hrecve Raad- en Rentmeefter Generaal voor Leenmannen van de Leen- cn Tolkamer tb van ouds zal procederen. En op dat he^ar.d Yder van eenige ignorantie preterdeere, ordonneeren wy dat deefe Publicatie binnen de voorfz; Stad's Hertogenbosch zal worden gepubliceert en geaffigeert ] daar het gebruikelyk is; lastende alle en een iegelyk, die het aangaat, zig daar na te reguleeren. Aldus gedaan, goedgevonden en gearrefteert in 'sGravenhage den 17 juny 1767. (JVas geparapheert,*) Pr. SCHEYDERUYT, ft (OnderJlond,) Ter ordonnantie van den Raad van Staate. (JVas geteekendf) P. A. GILLES. Re-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 271 ip- Refoiutie van de Staaten Generaal, raaken¬ de het verleenen van inwooning aan Jooden in de Meyerye van V Hertogenbofch. Den 3 July 1767. Ts gehoort het Rapport van de Heeren Brant_|_ len en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot dc zaken van de Meyerye van \s Bofch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 16 der voorleede maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate geëxamineert een Misüve van Jacobus Aftholfer, Stadhouder van den Quavtierfchout van het Quartier van Oosterwyk, Meyerye van 's Bofch, gefchreeven te Oosterwyk den 11 daar te vooren, houdende ter voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 8 April deefes jaars, desfelfs Berigt op de Requeste van Levy Hartogh, Jood en Vleeshouwer, gebooren en woonende te Oosterwyk voornoemt, verfoekende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoog. Mogende de Regenten van Tilburg gelieven te gelasten, hem Suppliant even zoo wel als den anderen aldaar woonagtig zynde Jood, na het voorbeeld der overige Plaatfen in de Meyerye van 's Bofch ter inwooninge te admitteeren, of desweegens zodanige andere voorfieninge te doen, als haar Hoog Mog. zouden oordelen te behooren. Waar op gedelibereert en reflectie gemaakt zynde, dat hoe zeer de ]ooden op zommige plaatfen in de Meyerye van 'sBofch met 'er woon zyn gepermitteert, zulks nogtans geen regul moet uitleeveren, waarom defeive in alle andere plaatfen van dien, zouden behooren toegelaaten te worden, als waar teegens zeer gefundeerde reedenen zouden kunnen dienen , is niet te min in dit fmgulier geval, dog zonder eenige confequentie voor het vervolg, goedgevonden'en verftaan, den Suppliant te permitteeren, zig met'er woon binnen Tilburgh te mogen ter neder zetten, en de Regenten van dien des noods te gelasten dezelve aldaar te admitteeren, des niet anders, dan met deefe byvöeginge, dat de Suppliant booven en behalven het produceeren van een Atteftatie weegens zyn goed gedrag van de Regenten van Oosterwyk, alwaar tans woont, ook zal zyn gehouden, ten behoeven van de Regenten van Tilburgh voornoemt, te fteilen goede Cautie, van nooyt en in wat geval zulks ook zoude mogen weefen, te zullen koomen tot eenige lasten van gemelde Corpus van Tilburgh , ende ten anderen, dat de Suppf ant zig met geen andere Negotie of neering zal mogen ophouden, dan met de Negotie in Vee en met de Vleeshouwerye, als zynde het oogmerk waar toe de gemelde permisfie heeft gevraagd. Ende zal ExtracT: deefes werden gegeeven aan de Regenten van Tilburgh voornoemt, tot derfelver narigünge. 20. Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende de bepaaling der Jurisdiclie tusfchen de Stad Alkmaar en dè Bailliuagie van Pfennemerland langs den Westdyk in de bedykte Schermeer. Den 8 %/ly 1768. J IS geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder Quartier van den 23 der jongstlede maand, hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 13 Mey laatstleden, geëxamineert de Requeste van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Alkmaar, en van Mr. Carel van Dyk, Raad en Burgemeester der Stad Haarlem , als Bailliuw van Kennemerland, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert; verfoekende de approbatie omtrent de bepaaling van Jurisdictie tusfchen de Stad Alkmaar en de Bailluage van Kennemerland langs den Westdyk in de bedykte Schermeer. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by defe te approbeeren het geconvenieerde tusfchen Burgemeesteren en Regeerders der Stad Alkmaar ter eenre, en den Bailliuw van Kennemerland ter andere zyde, aangaande de bepaaling van de Jurisdictiën, dat namentlyk de Jurisdiclie van de Stad Alkmaar zal ftrekken langs den Westdyk in de bedykte Schermeer tot de Cavel Lands in de Polder geteekent met N\ 14 inc'ufive, en dat de Jurisdictie van de Bailluage van Kennemerland zal beginnen langs denfelven Westdyk van de Cavel Lands in de voornoemde Polder op de Kaart geteekent met N>. 15, en vervolgens zuid aan, blyvende de Jurisdictie van Kennemerland aan de overzyde, van den Middelweg en Middélvaart in de Polder op de Kaart geteekent Littera L., als niet behoorende tot de Jurisdictie der Stad Alkmaar, op den ouden voet, des dat tot aan wys van defe bepaaling een kennelyk merk op de Scheiding werde gefteld. Re.  272 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. 2 r. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by in zeker particulier geval tot confinement yan een Per Joon, die niet wel by de zinnen zynde een man/lag bad begaan, en daar van abolitie geobtineerd, eene bepaalde fomme uit V Lands Casjè word geaccordeert. Den 13 Augustus 1768. By refurmic gedelibereert zynde op het Advis van de I Ieeren Gecommitteerde Raden van den 6 Mey defes jaars, en daags daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Appoinclemcnt van den 7 Apn'1 nat te vooren, geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mog gepre&nteett, by of van wegens Clafina de [\ato, Huisvrouw van llaac Conllantyn Pel at dc Blagny, woonende te Ryswyk, in fubftantie te kennen gevende, dat het haar Edjle Groot Mog. goedgunstiglyk behaagt had , ter beede van de Suppliante ten behoeve van gemelden haaren Man tc verleenen Brieven van Abolitic van dato 23 Eebruary defes jaars, ter zaake van een zeer ongelukkige en onvoj.üene Manflag, by denfelven op 5 November laatstleden begaan, behoudens nogum^, dat dc voornoemde Pielat de Blagny, uit aanm^rkin^ van de ongelukkige fituatie, waar in z'g rCvd.; /.edert een geruimen tyd had bevonden, cn de verdere onheilen, welke daar uitte dugtcn zouden zyn, by aldien hy wederom in de zamcnleving wierd geadmitteert, waar tegen door eene po\\ticq.\e dispoune moest worden voorfien, \n zyn tegenwoordige detentie zoude moeten blyven ,' tot dat van wegen de Suppliante of Nabellaandcn by Bailliuw cn Welgeboore Mannen van Ryswyk de noodige voorfiening zoude wezen verfogt en gcobtineert, om hem in een verzekerde plaats tc doen Jogeeren en bewaaren, en het zelve alzoo dadelyk werkftellig zoude worden gemaakt. Dat dc Suppliante zig in zulk eene fobere en calamitieufe toeftand bevond, dat zy niet in ftaat zynde de kosten tot loet confinement van gemelden haaren Man te kunnen fupporteeren, haar by Requeste had geaddresfeert aan Bailliuw en Welgeboore Mannen van gemelde Heerlykheid, en daar by de voorfchreeve Dispofitie van haar Edele Groot Mog., en haar onvermogen te kennen gegeven, met verzoek, dat Bailliuw en Welgeboore Mannen voornoemt de nodige voorfiening geliefden te doen, ten einde de daar toe vereifchte kosten buiten de Supplianten mogten worden gevonden, dan welk Request aan de Suppliante zonder dispofitie was tc rug gegeven. Dat ondertusfehen der Suppliantes Manin zyne detentie bleef zitten, en dat ook dc Suppliante bedugt was, dat, indien zulks niet wierd voorgekomen, by Bailliuw en Welgeboore Mannen voornoemt veeliigt binnen korte ten zynen opzigte een Refoiutie ftond genomen te worden, waar door de voorfchreeve detentie veel harder en ondraagelyker zoude vallen, dan de zelve tot nu toe was geweest. Dat de Suppliante (die by herhaaling alles, dog vrugteloos, had aangewend, om dc Nabeftaanden van haar Man te disponeeren tot het contribueeren van het geen ter executie van dc opgemelde dispofitie van haar Edele Groot Mog. noodig was) om de voorfchreeve redenen breeder by de gemelde Requeste gedetailleert, haar recours nam tot haar Edele Groot Mog., verfoekende, dat het haar Edele Groot Mog. goedgunstiglyk mogte behaagen tc permitteeren, dat der Suppliantes Man ten kosten van den Lande in één dor Beterhuizen binnen defe Provincie mogte worden gecon/ineert, cn dat mitsdien haar Edele Groot Mog. de Bailliuw en • Welgeboore Mannen van Ryswyk geliefden te authorifeeren, en voor zoo veel des noods te gelasten, om, des verfogt zynde, het voorfchreeve confinement op dien voet aan den Suppliant te verleenen. En in agting zynde genomen de byfondere / omfhmdigheden in defen occurrecrendo, de welke alzins compastie meriteeren, en niet \ fcgt tot confequenüe voor. andere gevallen kunnen ftrekken; Is goedgevonden cn verftaan, zonder hier door eenigfints te difavoueeren de welgclegde gronden by het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden, uit een Zonderlinge gratie, mits dat door der Suppliantes Nabelbanden, of anderfints werde verfogt en gcobtineert by Bailliuwen Welgeboore Mannen van Ryswyk, dat de voornoemde Pielat de Blagny in een verfekerde Plaats werde gelogeert cn bewaart, waar van jaarlyks ter Einantie zal moeten worden gedoceert, tot onderhoud van denfelven te accordeeren en toe te leggen, zoo als haar Edele Groot Mog. accordeeren en toe leggen by defe, een fom van honderd cn vyftig guldens jaarlyks, zyn leven lang geduurende, en de Heeren Gecommitteerde Raden tc authorifeeren, cn te qualificeeren, daar toe (van de voorfchreeve detentie en bewaaring als vooren gedoceert zynde) jaarlyks een Ordonnantie ter concurrentie van honderd vyftig guldens tc doen depecheeren ten behoeve van die geenen, dewelke zy, ingevolge van de te maken arrangementen tot zyn detentie en bewaaring, daar toe zullen bevinden bevoegt te zyn. En zal Extract defer aan de Heeren Gecommitteerde P,aden tot executie worden gegeven, en aan de Supplianten, om te ftrekken tot derfelver narigt. He-  Begrypende allerhande Politicque Zaaken. s;3 22, Refoiutie van de Staaten Generaal, mar by verklaard word, dat zeker Perfoon, met desfelfs Familie, door den Commandeur van Tfendyck in zynen dienst geëngageert, wanneer hy tot armoede kwam te vervallen, aldaar niet behoeft geali* ment eer d te worden* Den n January 1769. Is gehoort het rapport vah de Heeren van Lynden tot Hemmen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de faaken van Vlaanderen, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 19 Augustus des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaté, geëxamineert de Requeste van Bailliuw, eerfte èn andere Hoofdmannen van Yzendyck, houdende, dat het aan Charles Matthey, Commandeur der Stad Yzendyck voornoemt, hadde goedgedagt, binnen die plaats, uit Holland, in te brengen een onbekend Perfoon, zeggende een geraimen tyd Soldaat geweest te zyn, de Luterfche Religie toegedaan, en hebbende een Vrouw en zes Kinderen. Dat zy Supplianten voornoemden Commandeur desweegens verfcheiden reyfen hadden opgewagt en te kennen gegeven, dat, nadien die Man jaren kreeg, dat Huishouden vermoedelyk een last voor hunne Armen zoude weefen, die door veelvuldige lasten gedrukt, tot zoodanig onderhoud onmogelyk zouden konnen worden %enecesfueett, te meer om dat die Man aldaar nimmer in Guarnifoen was geweest, nog zyn Paspoort bekoomen, maar zig altoos in Holland opgehouden had, en dat zy derhalven niet konden belast worden met het onderhoud van iemand, waar van zy nimmer eenige baaren genooten hadden. Dat gemelde Commandeur de voornoemde Perfoon niet wilde laten vertrekken, maar hun Supplianten tot haar Hoog Mogende rechtelyke uitfpraak geweefen hadde; verfoekende de Supplianten derhalven, dat haar Hoog Mogende gemelden Commandeur ge¬ lieven te ordonneeren, de voornoemde Perfoon uit voorfchreeve plaats te laten vertrekken, of ten minften zoodanige voorfieninge te gebruyken, dat de Armen aldaar buiten fchade geftelt worden. Waar op gedelibereert Zynde, is goedgevonden én verftaan, by defen te verklaaren, dat de wooning van den gemelden Soldaat Johannes Valerius Sehn met desfelfs Huisvrouw en Kinderen te Yfendyke ondernomen, nimmer kan nog zal met dat eftèét zyn, dat aldaar zullen behooren gealimenteert te worden» Dat niet té min hier door aan den Commandeur van Yfendycke voornoemt niec word benomen de faculteit, bm defelve Sehn met een of meër vari desfelfs Familie in zyn dienst te mogen engageeren, gelyk defelve Sehn ook aldaar op dien voet met Zyn Huishouden zal mogen verblyven, zoo lange defelve zonder eenige adfiftentie van den Armen zal kunnen fubfifteeren, des alles met deefe expresfe byvoeginge, dat zoo dra de gemelde Sehn ofte iemand vart desfelfs Huisgefm om eenige alimentatie uit de Armen Casfe van Yfendycke zig zal addresfeeren, het den Magiftraat vry zal ftaan de gemelde Sehn neevens zyn geheele Huisgefm uit Yfendycke en de Jurisdictie van dien te doen vertrekken, even als teegenwoordig zoude hebben kunnen doen. Ende zal Extract: van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan den Commandeur van Yfendycke Matthey tot narigtinge, en omme den gemelde Sehn van den inhoude deefes te informeeren. 23« Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk zekere gefchillen tusfchen den Ambagtsheer van Oudshoorn en de Gnephoek en de voortiaamfle Ingefetenen aldaar, over het aan- en affetten van Ambagtsbewaarders, Schepenen, Kerk-, 'Arm-, Polder- of Molen-meeflers en Bedefetters aldaar. Den 19 January 17 69. De Heer Penfionaris de Ville heeft ter Vergadering gerapporteerd de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den IX. Deel. ir5 December 1767, met eh beneevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, geëxamineert het Advis van defelve I Ieeren Gecommitteerde Raaden, ingevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mog. Appoinctement Commisforiaal van den 31 July daar M m te  274 Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. tc vooren, geformeert op de Requeste van Geerlof Vervooren, Jan I lonkoop, Jan Cornelifz Rhynsborgcr, cn Matthys de Wit, woonende onder den Ambagte van Oudshoorn en de Gnephoek, voor hun zelven, en zeggende ook verfogt cn gequalificeert te zyn door verfcheide van dc voornaamfte Ingefeetenen van gemelden Ambagte ; waar by defelve haare klagten aan haar Edele Groot Mog. voordragen over de handehvyfe van den teegenwoordigen I Iccr van Oudshoorn en Gnephoek omtrenc het doen van de electie of aanïtellingen van Ambagtsbewaarders, Scheepenen, Kerke, Arm, Polder of Moolcnmeefters, mitsgaders Beedefctters, en het licentieeren van eenige derfelve buitenstyds ,• als ook daar over, dat defelve de Ambagten van Oudshoorn cn Gnephoek, welke zy fuftineeren twee feparaate Ambagten te zyn, in alles , uitgefonderd in het ftuk van de Veenderye, als één Ambagt confidereerde en behandelde; cn waar by de voorfz. Supplianten, vervolgens, om reedenen by defelve Requeste in het breede gededuccert, verfoeken, dat haar Edele Groot Mog. uit derfelver Souveraine magt en authoriteit tegens dc door de Supplianten opgegevene zogenaamde nieuwigheeden en onwettige ondernemingen van den Ambagtsheer, en zulks tot maintien van dc by haar opgegeve prxrogativen cn geregtigheeden aan de voorfz. refpccüve Ambagten competeerende , en ter voorkominge v 1 alle indragc daar teegens gemaakt, of nog tc maken, en omme voorts de In- en Opge/êe- / ten van defelve Ambagten in en omtrent hunne voorfz. befwatvTen eens vooral bulten klag- \ ten te fteilen, desweegens dc nodige voorfieninge te doen, het zy door het vaitl tellen van een" behooriyk Reglement, waar by de refpective pra:rogativen en geregtigheeden van gemelde gecombineerde Ambagten, zoo veel docnlyk bepaald worden, en waar na gemelde Ambagtsheer zig by de electie en aanftellinge der Ambagts Regeering en Bediendens in het vervolg zoude moeten gedraagen, of , door het maken van zodanige andere redresfen en ordres, als haar Ed. Gr. Mog. daar toe meest bequaam en toereikende zouden oordeelen te weefen, en geenfints tot verkortinge van de regten van den Ambagtsheer te konnen ftrekken. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te renvoyeeren aan de ordinaris Juftitie, met dien verftande nogtans, dat de proceskosten, welke diesweegens zouden mogen worden gemaakt , op gecnerley wyfe tot lasten van het Ambagt van Oudshoorn en de Gnephoek zullen mogen werden gebragt, maar gedragen moeten worden bydie geenen, dewelke defelve zullen hebben veroorfaakt. En is dien onverminderd, en ongepnejudicieert dc fultenuen van den Ambachtsheer van Oudshoorn en de Gnephoek, noopens de rechten cn pnvrogativen, die aan hem ten opfigte van de beftellinge van de Regeeringe, en Ambagtsbedieningen zouden mogen competceren, als dewelke gelaaten worden volkoomen in haar geheel, verders goedgevonden cn geordonncert, dat by provifie, cn tot dat naderhand by den Regter anders zoude mogen werden verftaan, de Ambagtsbewaarders, Scheepenen, Kerkmeeftercn, Polderof Moolenmceftcren cn Wccsmeeftcren, mitsgaders Beedefctters, in de voorfchreeve Ambagtsheerlykheid van Oudshoorn cn de Gnephoek , zullen dienen den tyd van twee jaaren, zonder buiten wettige reeden buiten tyds te mogen werden gelicentieert, en ten einde van defelve afgaan, en andere in der zeiver plaatfen worden geëligeert of aangeftelt: Dat van de Ambagtsbewaarders het eene jaar twee cn het andere één; van Scheepenen, het eene jaar drie, en het andere jaar twee; van Kerkmeefteren jaarlyks één; van Polder- of Moolenmeefters jaarlyks twee; van Beedefctters meede jaarlyks twee; en van Weesmecfteren jaarlyks één zullen afgaan, en een gelyk getal in derfelver plaats worden geëligeert of aangeftelt: Dat de electie ofaanltellinge van Ambagtsbewaarders, jaarlyks zal moeten gefchieden voor half April; van Schepenen voor half Juny; van Kerkmeeftercn voor half January; van Polder- of Moolcnwccllercn op de wyfe by de Contraclen daar van zynde bepaald; van Beedefctters voor half December; en van Weesmecfteren meede voor half December: Dat Ambagtsbewaarders zullen moeten worden beëedigt op de laatfte Maandag in April; Scheepenen op de laatfte Donderdag in Juny; Kerkmeeftercn op de laatfte Woensdag in January; Beedefctters by het doen van de Reekening in het laatst van December en Weesmeefteren op defelve tyd : En dat ten opfigte van de electie en beëediging van Armmeefteren zal moeten worden gevolgt het geene dien aangaande by het Reglement op den 8 February 1662 op de directie en adminiftratie van de Goederen van den Grooten Huis - Armen gearrefteert, en by Refoiutie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 24 Mey daar aan volgende geapprobeert, is bepaalt geworden. En zal Extract deefes worden gegeeven aan de Supplianten, en gelyk Extraót gefonden aan den Ambagtsheer, mitsgaders den Schout van Oudshoorn en de Gnephoek, om te ftrekken tot derfelver narigt, en zig daar na te reguleeren.  Begrypende allerhande Politique zaaken. 275 24. Publicatie van den Raad van Staate, tegen het ryden met Karren döor den Overlaat langs desfelfs Lei-Dyken. Den 13 February 1769. De Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden : Allen den geenen die deefen «uilen zien of hooren leefen, falut; Alfoo tot onfe kennis gekoomen is, dat verfcheide Luiden zig niet ontfien met Karren te reiden door den Overlaat langs desfelfs LeiDyken, waar door de Grond, die niet te vast gellooten kan zyn, word los gemaakt, het geen zeer nadeelige gevolgen voor den Overlaat zöude kunnen veroorfaaken. Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben aan alle en een iegelyk, wie het ook zoude moogen zyn, te interdiceeren en te verbieden by deefen, met Karren, Waagens of ander Rytuig door of in de voorfz. Overlaat te ryden behalven over de Weg, die direcf van Drunen op Baartvvyk loopt, op pcene, dat een ieder, die bevonden zul worden n/etteegenftaande deeie onfe ordre door den voorfz. Overlaat met eenig Rytuig gereeden te hebben, t' elkens zal verbeuren eene fomme van Zes ponden van veertig grooten het pond, van dewelke de helft zal worden genoten by' den Officier die de calange doen zal, en de helft by den Aanbrenger; des nogtans, dac van dit verbod uitgefondert zullen zyn de Lfuurders van den meergemelden Overlaat, mitsgaders de Aanneemers van deefe of geene Werken tot defelve Overlaat of desfelfs Leidyken betrekking hebbende, voor zoo ver defelve in die qualiteiten refpeélivelyk eenige Rytuigen in den Overlaat zullen moeten gebruiken , lastende haar Ed. Mog. den Drosfaart van Drunen, deefe onfe ordre exaéfelyk naar te köomen, en te doen naarkotnen, en teegens de Overtreeders zonder eenige oogluiking te executeerem En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, ordonneeren wy dat deefe te Drunen behooriyk zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan by den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden den 13 February 1709. (JVas geparapheert f) ]. UStERS, vt. (Onderjlond,) Ter ordonnantie van defelvé* (JVas geteekent f) P. A. GILLES. &5« Publicatie van de Staaten van Holland, tot redding van Drenkelingen. Den 11 Mey 1769. De Staaten van Holland en Wéstvriesland, alle den geenen, die deefen zullen zien of hooren lefen, falut; Doen te weeten: alzoo wy in ervaring zyn gekoomen, dat veele van onfe goede Ingefeetenen , wanneer eenig Perfoon uit het Water opgehaald wordende geen teekens van leeven geeft, defelve voor dood houden, en, als zoodanig behandelen, zonder iets tot redding van desfelfs leeven aan te wendert, daar nogtans de ondervinding heeft geleerd, dat zoodanige Drenkelingen, ichoon al een geruimen tyd onder het Water geweest zynde, door het aanwenden van gepaste Middelen by het Leeven kunnen worden behouden. Zoo is 't, dat wyj dewyl ons niets meer¬ der ter harte gaat, dan voor het nut en weizyn, zoo van alle onfe Ingefeetenen in het gemeen, als van een ieder van defelve in het byfonder, onfe Vaderlyke zorge aan te wenden, tot wegneeming van alle twyffel, hoé men in zulke gevallen behoord te handelen , en, om onder den zeegen van God Almagtig, zoo veelen dier ongelukkigen te redden,als moogelykis, goedgevonden hebben, na voorgaande advis van zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erf - Stadhouder Erf - Gouverneur j Erf - Capitein - Generaal en Admiraal deefer Provincie, mitsgaders van Prsefident en Raaden van onfen Hove, elk en een iegelyk, die, zoo binnen de Steederi, als binnen de Heerlykheeden en Dorpen, of ten Mm 2 pias-  276 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. platten Lande binnen deefe Provincie een Menfch, het zy oud of jong, welke in het Water geraakt is, zal vinden , niet alleen te permitteeren, maar zelfs wel expresfelyk tc gelasten, zoodanigen Perfoon, fchoon defelve ook een langen tyd in het Water mogte geleegen hebben, en uitterlyk, zonder eenige beweeging of teekenen van Leeven bevonden worde, aanftonds, cn met allen moogelyken fpocd t' huis te beforgen; of, in gevalle van onbekendheid of vcrafgelecgendheid van desfelfs Woonplaats, in een der naast by gelecgc daar toe aangebooden wordende Iluifcn, of wel in die van Herbergiers of Tappers, (welke Herbergiers en Tappers van onfentweege worden gelast, zig in allen gevalle niet te ontrekken, cn hunne Huilen daar toe te moeten laaten gebruiken, met zoodanigen Perfoon in te neemen, en niet te beletten, dat aldaar aan defelve alles in het werk word gefield, wat noodig gevonden word, tot confervatie van defelve, op de verbeurte van een boete van vyf en twintig guldens of meerder, na exigentie van zaaken, ten behoeve van dc Armen van dc Plaats, alwaar zoodanig een Perfoon gevonden of gefecoureert zal zyn geworden ,) cn voorts tot confervatie van den uit het Water getrokkene Perfoon met de uitterfte fpocd, cn zelfs, zoo het gefchieden kan, met asliftentie van de naast by woonende Doctor of Chirurgyn, of, die hec eerst by de hand zal zyn, of oncbooden kunnen worden, tc beproeven, en aan te wenden zoodanige hulpmiddelen, nlswe/ke, dooreen pryswaardig Genoodfchap tot Amfterdam reeds waaretókundig zyn gemaakt, en door Gods zegen met een gewenfehc fucces bekroond, waar van ccn Specificatie agter dccfen Placaate is gevoegd. Des egter ordonneeren wy, dat, zoo dra men begonnen heeft het geen voorfz. is, omtrend dc uic het Water gebaalde Drenkelingen te appliceeren, ter zei ver tyd, cn zonder na den ukfhg der aan te wendene hulpmiddelen te wagten, aan de Bailliuwen, Officieren of Schouten van de respe;tive Steeden, Heerlykheeden, Dorpen of Diftriéten, onder welker Jurf-cdctie zoodanig een Perfoon mogte gevonden worden, behooriyk kennis zal worden gegeeven van het geval, met alle desfelfs om!landighecden; wordende de respective Bailliuwen, Officieren of Schouten, ieder in den haaren door ons geauct-orifeert, om, in gevaiie de Drenkeling onbekent of onvermogend mogte zyn, de gedaane onkosten van den Burger, ln - of Opgezeeten, of Herbergier en Tapper, ten kosten van den Lande te verfchieten, en te voldoen, en de aangewende moeite van den Doctor of Chirurgyn, wanneer zulks begeert mogt worden in alle reedelykheid en na omftandigheeden van zaaken, des noods, op tauxatie van het Gerecht te beloonen, het zy de aangewende hulpmiddelen van gewenfcht fucces zyn geweest, of niet; zuliende defelve verfchotten by ons in Reekening worden geleeden, mits de opgaave der refpective Bailliuwen , Officieren of Schouten, gemnnieert zyn met een behooriyk Certificaat van het Gerecht van de Plaats, alwaar zoodanig een geval is koomen te exteeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zoo begeeren wy, dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal worden daar het behoord, en tc gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Dage, onder het kleyn Zegel van den Lande, den 11 Mey 1769. (Onderjlond ) Ter ordonnantie van de Staaten. (II'as geteekent,') C. Clottf. rbooke. NB. De bejie middelen door de Befiierders der Maatfc/iappye ter behoudenis van Drenkelingen, o/> den 16 December 1767 opgegeeven. Eerftelyk, het blaafen in het Fondament (den Aarsdarm) door middel van een Tabaks of andere Pyp, of ccn Scheede van een I Mes, waarvan de punt is afgefneeden, of van een Blaasbalk zelve, cn hoe fpoediger, Retker en aanhoudender dit blaafen gcichied, hoe beeter het ook altoos zyn zal; indien men een brandende Tabakspyp of een zoogenaamI de Tabakskiifteerpyp (by Monfieur Sceitz in de Runftraat te Amfterdam te bekomen) heeft, en dac men dus, in plaats van enkele lugt of wind, den warmen en prikkelenden rook der brandende Tabak, in het Lighaam op kan blaafen , verdient zulks Reeds den voorrang. Die blaafen egter in het algemeen, op de eene of andere der gemelde wyfen, behoord fteeds het allereerfte werk te zyn, en kan ook altoos zonder eenig tyd verfuim overral verrigt worden, het zy op een Schuit, op het Land, aan de kant van het Water, in Steeden en 1 Dorpen, op den fteenen Wal der Straaten, of waar ook elders een Drenkeling het eerft word neederiegd: terwyl men inmiddels in de tweede plaats, zoo dra mogelyk tragten moet het door en door nat, ja dikwils reeds yskoud en verkleumt Lighaam vooriigtiglyk droog en warm te marken; ten welken einde weederom verfcheidene gemakkelyke middelen meest tyds te vinden of te bekoomen zyn; zoo als by voorbeeld het warme Hemd, en de Onderkleederen van een der Omftaanders, een of meer wolle Deekens voor hec vuurgewarrnt, warme Afch van Bakkers, Brouwers, Zout- of Zeepfjeders of van andere Fabricquen, «'arme Beestevellen, vooral SchaapenveUen, P eindelyk de warmte van een maatig vuur, &  Begrypende allerhande Politique zaaken. ^7 de koefterende natuurlyke warmte van twee gefonde warme Menfchen, zig met den Drenkeling te Bed begeevende. Terwyl men met het blaafen en verwarmen van den Drenkeling onvermoeid en teffens voorfigtig beefig is, kan het ook van zeer veel nut zyn, dat het Lighaam overal, maar voorna» mentlyk langs den geheelen Ruggegraat van het Hoofd af tot aan het Onderlyf toe, flerk gevreeven word met warme wolle of andere Doeken in Brandewyn nat gemaakt, of met veel droog Zout beftrooid. — Men mag ook geruftelyk een Doek met Brandewyn nat gemaakt, of eenig fterk vlug Zout, gelyk als de geest van Ammoniak Zout is, onder den Neus houden, en de zyden des Hoofds daar meede vry ven: met de Veer van een Pen in de Keel en Neus te prikkelen, is insgelyks zeer raadfaam; dog Wyn, Brandewyn, of eenige andere fterke Drank, met wat Zout, of iets anders dat prikkelen kan, vermengd in de Keel te gieten, behoord nooit eerder te gefchieden, dan na dat men eenig teeken van leeven befpeurt heeft: maar infonderheid kan het ook van zeer veel nut zyn dat een der Omftaanderen zynen Mond teegen dien des ongelukkigen Drenkelings zettende, en met zyn eene Hand de Neusgaaten toehoudende, terwyl hy met de andere hand op de Linkerborst des Drenkelings fteunt, desfelfs Longen onmiddelyk tragt op te blaafen, ja wy oordeelen, zulks van hec eerfte ogenblik af aan zoo noodig te zyn, als het blaafen in den Aartsdarm zelve. Men behoord ook, zoo het moogelyk zy, zonder uitftel alle Drenkelingen te doen aderlaaten, en beft tapt men alsdan het Bloed uit een groote Ader op den Arm, of uit de Strotader zelve af. Nota. Een dergelyk Placaat is ook gepromulgeerf door de Staaten Generaal betrekkelyk het District, van de Generaliteit, den 20 September 1769. 26. Publicatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende verbod aan de Grojfiers en Opkoopers van Boter en andere Waaren in de Meyereye van V Bosch, om, buiten de geocï'royeerde Markten, defelve Waaren ten hunnen huife op te koopen. Den 10 Au» gustus 1769. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut.. Doen te weeten: Alfoo wy in ervaaring gekoomen zyn, dat de geoclroyeerde Weekmarkten binnen eenige Steeden van de Meyerye van 's Bosch, byfonder van het Quartier van Kempeland en Peelland, zeederc eenige weinige jaaren ondermynt worden door een meenigte Groifiers en Opkoopers van Booter, en andere Waaren, welke hen op de Dorpen en kort om de voorfchreeve Steeden neederfetten, en onderftaan op eene ongepermitteerde wyfe de Booter en andere Waaren op te koopen , en yder ten zynen Huife of ook wel elders te fteilen en te affigneeren een vasten dag in de week tot een generaale opkoop en ontfangst, met toefegging van meer, als op de Weekmarkten in de Steeden voor de gemelde Waaren betaald word, alles niet alleen ftrekkende tot groote prejudicie van de Negotie in het algemeen, en om te introduceeren eene Neeringloosheid in zoodanige Steeden of Plaatfen, alwaar anderfints de Goederen ter Markt zouden moeten koomen, maar ook eene abfolute ftygering in de prys der Goederen, welke daar door in zeer geringe r quantiteit ter Markt worden gebragt, te veri oorfaaken, en waar door ook aan het Regt I van de Waag, als anderfints, eene merkelyI fee vermindering toegebragt Word. Zoo is 'x, dat wy, om alle zodaanige ongeoorloofde pracfycquen teegen te gaan, goedgevonden hebben aan alle Groffiers en Opkoopers van Booter en andere Waaren, hen op de Dorpen of in de Nabuurfchap der l Steeden van de Meyerye van 's Bosch onthoudende , te interdiceeren, zoo als wy defelve interdiceeren by deefen, van buiten de geoófroyeerde Week- en Jaarmarkten of anderfints, eenige Booter of andere Waaren een hunnen Huife op te koopen of te doen opkoopen, of tot den opkoop of ontfangst van defelve, ten hunnen Huife, ofte elders, eenen vasten dag te bepaalen, op verbeurte niet alleen van de voorfz. alfoo opgekogte Booter en Waaren, maar ook- op de boete van vyftig guldens voor de eerfte reyfe, en voor de tweede reyfe op de boete van honderd guldens en arbitrale correctie, te appliceeren de helft; der voorfz. boetens ten profyte van den Aanbrenger, en de weederhelfc voor den Officier die de calange doen zal. En op dat niemant hier van eenige ignoranM m 3 tie  Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. 278 tie pretendcere, lasten en beveelen wy, dat deefe alomme in de Stad en Meyerye van 's Bosch zal worden gepubliceert en geaffi¬ geert , ter plaatfe daar zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heer Pnefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van een van onfe Griffiers, op den jo Augufly 1769. (JVas geparapheert,~) A. B E R G S M A, vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) ft F A C E L Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 27. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende voorziening, ten einde de BaiII'twen van Texel, ter Schelling, en dergelyke Plaatfen, op de plaats hunner Bediening hunne vaste reftdentic houden. Den 14 December 1769. By refumtie ^edeWberecrt zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en hec Noorder Quartier, van den 10 der jongstlede maand, en den 17 daar aan ter Vergadering ingekomen, waar by ter gelegenheid der vacature van het Ampt van Schout en Dykgraaf van Texel, mitsgaders Bailliuw van het Eyerland, voordragen, dat hoe zeer volgens hajr Ed. Groot Mog. Refblurie van den 13 Maarc 1732, de Bailliuw en Dykgraaf over den Eilande Texel, en zyne Succesfeuren in der tyd, hunne vaste refidentie, verblyf en wooning op het voorfz. Eiland moeten houden, ten einde by Storm en Onweer, wanneer het zelve Eiland buiten acces en communicatie is, des te beter te kunnen voorzien tegens alle gevreesde en opkomende ongelukken, met fpcciale mentie daar van in de Commisfie ten behoeve van defelve Bailliuw en Dykgraaf te depechecren, en dat, fchoon dit verband in de Commisfie verleend aan Balthazer Huydekooper, ook is geinfereere, en daar op beëedigt , egter zoo precis door hem niet is nagekomen, door het accepteeren en bekleeden van een ander Ampt, en vervolgens in overweging geven, om de bovengemelde ordre en voorziening tot het houden van de vaste Woonplaats by een Schout en D>kgraaf op Texel, continueel te maken, en onderhevig te maken aan de prenaliteit, dat hy van defelve Ampten met 'er daad zal vervallen, in cas hy elders mogt blyven of gaan woonen buiten het voorfz. Eiland; gevende teffens aan haar Ed. Grooc Mog. in bedenking, of om de gelykheid van redenen in opfigt van andere Eilanden cn Zceplaatfen, en die de continueele prefentie van een Schout even noodfakeiyk maken als op Texel, niet voor het vervolg de op nieuw aanteltellen refpective Drosfaard, Schout en Bailliuwen van de Eilanden Ter Schelling, Vlieland, Wieringen, en van de Landen van Huisduinen en dc Helder, hun vaste refidentie, verblyf cn wooning ook zullen moeten hebben, en by continuatie houden op de Plaats van hun Bediening , op poene, dat in cas elders mogten blyven of gaan woonen buiten de Plaats van hunne bediening, met 'er daad van hun Ampt zullen vervallen zyn. Is goedgevonden en verftaan, de ordre cn voorfiening tot het houden van de vaste Woonplaats by een Schout en Dykgraaf op Texel, by haar Ed. Groot M<.g. voorfz. Refoiutie van den 13 Maarc 1732 vastgefteld, onderhevig te maken aan de poenaliteit, dat hy van defelve Ampten met 'er daad zal vervallen, in cas hy elders blyft of gaat woonen buiten het voorfz. Eiland; en dac mede voor het vervolg de op nieuw aanceftellen refpech*v« Drof  Begrypende allerhande Politique zaaken. 279 28. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende diverfe voorregten en vrydommen, ten behoeven van het Gebroederfchap der Weesjongens van de Portugeefche Joodfche Natie te Jmfierdam., Den 8 Maart 1770. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 21 December laatstleden, en daags daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende in gevolge en ter voldoening van haar Ed. Gr. Mog. Appoinétement Commisforiaal van den 25 November daar te vooren, geëxamineert de Requeste van de Regenten van hec Gebroederlchap der Weesjongens van de Portugeefche Joodfche Natie binnen de Stad Amfterdam, genaamt Abi Jetomira; te kennen gevende, dat zy Supplianten in de maand Mey van het jaar daar te vooren by Request aan haar Edele Gr. Mog. hadden verzogt , dat aan hun ten behoeve van hun gemeld Broederfchap mogten worden vergunt zoodanige voorregten als de publibque arme Godshuifen binnen Amfterdam genooten, en fpeciaal het regt van preferentie op de Goederen en Effeéten van zoodanige Perfoonen, als onwillig of nalaatig waaren gebleven aan hun Supplianten voor hun Broederfchap te restitueeren zoodanige Penningen, als zy volgens rekening fuccesfivelyk van de Supplianten hadden genooten. Dat op der Suppliinten Requeste het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden zynde verfogt, zy in overweging hadden genomen, of hun gedaan verfoek niet was al te generaal, en daarom aan de Supplianten niet zoude volgen, waarom zy te raaden waaren geworden daar van af te zien, en zig de novo aan haar Ed. Gr. Mog. te addresfeeren, in hoope, dat by een bepaalder Adres hgar Edele Gr. Mog. als dan op hun verfoek goedgunstiglyker zouden disponeeren, en vervolgers verfoekende te worden geoctroyeert, om in geval eenige Perfoonen , door gemelde Broederfchap gealimenteert, en onderhouden geweest, geen restitutie of uitkoop wegens de genootene alimentatie en onderhoud gedaan hebbende, zonder Kinderen of Kindskinderen en verdere Descendenten na te laaten komen te overlyden, uit derfelver Nalatenfchap te mogen vorderen en ontfangen zoodanige fomme van Penningen, als by erkende rekening zal blyken, dat de zelve genooten hebben: ten tweeden, dat aan de Supplianten worde verleend vrydom van het betaalen der Verponding van het Huys door der Supplianten Broederfchap bewoont, en waar in de Weesjongens de asfiftentie genieten, bedragende jaarlyks ƒ 120 - 6 - o; ten derden, vrydom van Impost voor duifend mandens turf, welke door der Supplianten Broederfchap ten nutte van de voorfchreeve Weesjongens word geconfumeert en uitgedeeld; en laatstelyk, dat in geval eenige Weesjongens komen te overlyden, zonder wettige Descendenten natelaaten, asfistentie en onderhoud van het voorfchreeve Broederfchap genooten hebbende,zy Supplianten zullen wefen geregtigt tot derfelver Nalatenfchap, zonder gehouden te zyn defelve te aanvaarden onder Beneficie van Inventaris, en alleen kunnen volftaan, met van hunne Nalatenfchap te doen maken behoorlyke Notariale Inventaris, en het doen van rekening en verantwoording aan derfelver Crediteuren, ingevalle die op hun overlyden mogten exteeren, ten einde de Penningen van derfelver Nalatenfchap ptovenieetende, zoo verre die zullen ftrekken, aan de Crediteuren te distribueeren, en daar van te verleenen haar Edele Gr. Mog. Octroy in forma. Is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten te accordeeren vrydom van de ordinaris en extraordinaris Verpondingen voor het Huis door der Supplianten Broederfchap bewoond, en waar in de Weesjongens de asfistentie genieten, met het Confent van defen jaare 1770; en voorts de vrydom van Impost voor duifend mandens Turf, welke door de Supplianten ten nutte der voorfchreeve Weesjongens worden geconfumeert en uitgedeeld; wordende de Heeren Gecommitteerde Raden geaüthorifeert en gequalificeert, om het gemelde Huis, tot honderd negen en twintig guldens zes Huivers in de Verpondingen aangeflagen,van het Quohierder Verpondingen te doen affchryven met het Confent van defen jaare 1770, voorzoo lange het Huis ten voorfchreeven einde zal worden geëmployëert; als mede, om omtrent het genieten van den vrydom van Impost voor duifend mandens Turf de noodige ordres te fteilen, ten einde defelve vrydom effectivelyk ten nutte der Weesjongens van der Supplianten Broederfchap, en niet tot andere eindens ten prajuditie van's Lands colleétive Middelen, werden genooten. Fn laatstelyk, in geval eenige Perfoonen, welke door hun Broederfchap gealimenteert of ©n Drosfaard, Schout en Bailliuwen van de Eilanden Ter Schelling, Vlieland, Wieringen, en van de Landen van Huisduinen en de Helder, hun vaste refidentie, verblyf en wooning ook zullen moeten hebben, en by continuatie houden op de Plaats van hunne Be¬ diening, op poene, dat in cas elders blyven of gaan woonen buiten de Plaats hunner Bediening , met 'er daad van hun Ampt zullen vervallen zyn; en zal daar van fpeciaal gewag worden gemaakt inde Commisfie, ten behoeve van defelve te depecheeren,  *8o Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. onderhouden zyn geweest, geen restitutie of uitkoop wegens de genootene alimentatie en onderhoud gedaan hebbende, zonder Kinderen, Kindskinderen en verdere Descendenten natekuten komen te overlyden, de Supplianten te verklaaren geregtigt tc zyn tot de zelve X.datcnfchap, zonder gehouden te zyn de felve te aanvaarden onder Beneficie van Inventaris , maar tc kunnen volftaan met van defelve Nalatenfchap te doen maken behoorlyke Notariale -Inventaris, cn met het doen van rekening en verantwoording aan derfelver Cre¬ diteuren, zoo daar eenige zyn, ten einde de Penningen van zoodanige Nalatenfchap provenicerende, na aftrek van het gunt dc Supplianten, als concurrente Crediteuren, uithoofde van verffrekte alimentatie en onderhoud, by erkende rekening bevonden zal worden re competeeren, tot welken aftrek de Supplianten by defe worden geaüthorifeert en gcqualiceert, aan de verdere Crediteuren , zoo verre de voorfchreve Penningenftrekkenzullen, te distribuecren. 29. Refoiutie van de Staaten Generaal, hou¬ dende bezaaiing, door wien de kosten op het - jchouwen yan verdronkene en andere verongelukte Ljkc/t in de Stad en Meyereye van V Bosch gedragen moeten porden* Den 26 Juny 1770. Is gehoort het Rapport van dc I loeren van Lynden tot Hemmen cn andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot dc faken van de Meyerye vnn 's Borch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal vnn den 16 January defes jaars, met en nevens ctnigc Heeren Gecommitteerden uit den Rand van State geëxamineert een Mi.-five van R. B. R. Graaf van Rcchtcrcn, Hoogfebout der Stad en Meyerye van 's Bosch, gefchreeven alhier in den Hage op den geme! Jen 26January defes jaars, houdende, dac bndtyds in dc Stad cn Meyerye voor/cbrecve, wanneer eenige Perfcor.cn qvmmcn te verdrinken, of op een andere wyfe te verongelukken , dok wel zig zelf om het leeven gcbragt hadden, niet alleen de kosten vanfehouwinge van die coccc Lighamcn, maar boven dien nog ccn zoogenaamde bloed - poene door dc Nanstbcfhande en Erfgenaamen van zoodanige verongelukte Perfoonen aan de Crimineele Officieren was bctaalr. Dat by het evengcmclde gebruik zyne predece?feuren tot de laatfte incluys gecontinueert hadden, en hy Hoogfchout ook in de ceifte twee a drie jaaren, na dat hy door haar Hoog Mogende tot Hoogfchout over dc voornoemde Stad en Meyerye was aangeftelt, in de voornoemde gevallen zoodanig een bioedpocne hadde gecischt, dog begreepen hebbende dat daar inne eene hardigheid lag opgeflooten, hy zeedert dien tyd van het invorderen en ontfangen van die poenaliteit geheel cn al hadde afgefien. Dat men nu federt eenigen tyd fuftineerdc,dat die kosten door den Crimineelen Officier over de Stad en Staate Plnatfen in de vier Quartieren der Meyerye van 's Bosch voornoemt, zouden moeten worden gedragen, en op dat fundament zoo wel in de Stad als Meyerye geweigerd wierd de fchouwinge en vifita-ie van verongelukte of om 't leeven gebrngte Perfoonen, welke voor verre het grootfte gedeelte geheel onvermogende waren te doen, ten zy defelve van weg^-hem Hoogfchout rykelyk gefalariecrt wierden, al het welke niet alleen een pure nieuwigheid was, maar ook, indien die fuftcnue zoude doorgaan, eene zwaare belasting zyn zoude op liet Ampt van Hoogfchout. Aan haar Hoog Mogende wyders cm reedenen in de voorfz. Misfive gcallcgccrt, in confideratie geevende, of haar Hoog Mog. tot voorkoominge van diergelyke cavilfcitien en tot maintien van het Ampt, het wc.k hj de eere hadde op Commisfie van haar I loog Mog. te beklccdcn, niet zouden ge', even goedtevinden cn te verftaan, dat in het vervolg zoo als van ouds de hier voorgemelde kosten ter zaake voorfchreeve, op den voet in de voorfchreeve Misfive voorgeflagen , zoo in de Stad als Staate Plaatfen, des noods ter taxatie van Scheepenen der Stad 's Bo^ch, als Crimineele Rechters, zullen mixten worden voldaan en gcrcftituccrt, even en op gelyke wyfe, als haar Hoog Mogende by derfelver Placaat van den 20 September 17Ó9, ten opfigten van het verpleegen der drenkelingen verftaan hebben. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde, dat het een pure nieuwigheid is, eerst onlangs in de Stad van 's Hertogenbosch geëxcogiteert, en naar het voorgeeven van Scheepenen van defelve Stad, uic eene meerdere verligting vnn hec oordeel der Ingefeetenen op deefe zaak refulteerende, omme de kosten van het Schouwen van zoodanige Lvken, als by de voorfz. Misfive zyn vermeit; tot lasten van de Crimineele Officieren in de Stad en Staate Plaatfen van de Meyerye van 's Bosch te doen komen, tegens het al oude en conftante gebruik, dat generalyk eeavoueert is, zoo in de Stad als Meyerye van 's Bosch plaats gehad te hebben; is goedgevonden efl verftaan, by deefe te verklaaren, dac inde Stad en Meyerye van *s Bosch, met rehv.e tot de onkosten van de Schouwingen, welke van cemge docde Lighaamen noocfuake/r* • ge-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 281 geoordeelt worden, zal moeten worden verbleeven by het gebruik aldaar altoos gevigeert hebbende, te weeten dat de voorfchreeve onkosten door de Erfgenaamen of Naastbeftaanden van de doode, by,aldien defelve vermogende zyn om die kosten te dragen, zullen moeten worden betaalt, ter taxatie des noods van Scheepenen van de Stad of Plaats 3 flat voorts by aldien defelve daar toe buiten ftaat zig bevinden, de voorfchreeve Schouwingen gratis zullen moeten gefchieden, zonder dat iemand zig daar van zal vermogen te onttrekken, en zulks zoo wel de Crimineele Officieren en derfelver Stedehouders of Subftituuten, als de refpective Scheepenen, Secretarisfen en Vorfters voor hec adfifteeren en waarneemen van hunne funcl ien by defelve .nietwes zullen mogen vorderen; dat insgelyks de Doel oren en Chirurgyns, voor zoo verre zy Stads of Dorps Docforen of Chirurgyns zyn, welke in die qualiteiten eenig Traétement trekken, als voor het zelve verpligt zynde de Armen gratis te bedienen, voor zoodanige Schouwingen mede nietwes zullen mogen pi etendeeren, dog dac in zulke Plaatfen alwaar j geen zodanige Stads of Dorps Doóioren of | Chirurgyns zyn, defelve des begeerende, I zullen moeten gefalarieert worden door den Crimineelen Officier, ter wiens requifitie de Schouwingen gefchieden, ieder met twee guldens, by aldien het Lighaam moet geopent of eenige incifie gedaan worden, en met ééne gulden ieder, zoo wanneer zy alleen infpectie van die Lighaamen neemen, en ingevallen de gemelde Doétoren of Chirurgyns buiten de plaatfen, alwaar de Schouwingen verrigt worden, woonen, dat in die gevallen door de Crimineele Officiers als vooren boven de voorfz. Vifitatie gelden aan defelve zal moeten worden betaalt ééne Gulden, voor ieder uur diftantie die de Plaats der Schouwinge van hunne Woonplaats zal af zyn. En zal Extract van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan den Hoogfchout, mitsgaders aan de Quartierfchouten der vier Quartieren der Stad en Meyerye van 's Bosch, ten einde zig daar na te reguleeren, en met last om defelve te doen komen ter kennisfe van de refpeótive Gerechten, daar zulks behoort, en exaételyk te doen obferveeren; gelyk roede Excraét van defelve Refoiutie gefonden zal worden aan Scheepenen der Stad 'sHertogenbosch voornoemt, met last om zig insgelyks daar na te reguleeren. 30. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy tot approbatie van het Bataafsch Genoodfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam. Den 5 'July 1770. By refumtie gedelibereert zynde op de Requeste van Directeuren van het Bataaffch Genoodfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam, onder de zinfpreuk, Cer tos feret experientia fru&us, den 3 Maart deefes jaars aan haar Edele Groot Mog. geprefènteert, te kennen geevende, dat, door zonderlinge edelmoedigheid van een particulier Liefhebber des welzyns van het Vaderland , een fonds was gefchikt tot oprigting en in ftand houding van een Genoodfchap ter voortzettinge van Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam, welks voomaame bedoelingen en bezigheeden zouden zyn, eensdeels , ep wel voornamentlyk het verbeeteren en uitvinden van Konsc en Werktuigen, die ftrekken kunnen ten voordeele van den Landbouw, Zeevaart en alle Werktuygèlyke Konden en Fabriecquen, ter in ftand houding en verbeeteringe van Rivieren, Dyken, Weegen en Landeryen, of ten nutte van eenige andere voornaame takken der Nationaale huishoudinge; anderdeels het ontdekken en door ontvvyffelbaare Proeven bevestigen van nieuwe waarheeden ofkundigheeden in de Natuurkunde, Scheikunde, NatuurlykeHiftorie, Practicaale Genees - en Heelkunde, het uitvinden van nieuwe Genees - en Heelmiddelen, cn wat van dergelyke natuur meer zy. Ter bereykinge van welke voor den Lande IX. De&l. 1 nuttige oogmerken de Supplianten wel befeffende, dat geen klein getal van Perfoonen, alle woonagtig in een en defeifde Stad, genoegfaam was, voortgegaan waaren om, na de intentie der Stigters, iömmige Mannen van bekende verdiensten en tretfelyke bequaamheeden in onderfcheydene Profesfien, Konften en Weetenfchappen, te verfoeken tot het willen deel neemen in dit Genoodtfchap, met gevolg, dat bereyds verfcheydene zeer geleer- 1 de en bedreevene Lieden in deefe en geene Plaatfen van het Vaderland, de nodiging der 1 Supplianten met veel genoegen hadden aangenoomen. Dat ook, om tot de verdere bereyking der gezegde oogmerken te koomen, waren ingeftelc bequaame middelen van algemeene opwekking, aanmoediging en honorabele belooning ; zynde het ten hoogften nuttig, dat bequaame Lieden, waar zy zig ook mogen bevinden , zouden worden uitgelokt om de kundigheeden, welke zy door hunne Studiën en Proefneemingen verkreegen hebben, ten gemeenen nutte meede te deelen. Ten welken eynde dan was vastgeftelt, dat de geenen, die de nuttigfte uitvindingen en ontdekkingen, met relatie tot het hoofd-oogmerk deefes Genoodfchapsgedaan, als meede, dat de geenen, die de opgegeevene Vragen . best beantwoord zouden nebben, de eere en N n be-  28a Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. belooning van Goude en Zilvere Medailles, met hunne Naamen daar op gegravecrt, genieten zouden. Dat zodanig een edelmoedig cn des lieven Vaderlands welzyn allerweegen bedoelend inftitut niet alleenlyk had kunnen behagen aan de Edele Groot Achtbaare Vroedfchap van Rotterdam, in zoo verre dat defelve wel goedwilüglyk had gelieven in te (temmen met deefe zoo prysfelykeonderncerningcn, en tot bevordering van derfelver fucces en luyster als Mxcenas behulpfaarn tc zyn, cn convenabele fchikkingen te maaken. Maar dat ook zyne Doorluchtige Hoogheid de I leer EnTlladhouder, Prince van Orange, het geenfmts benceden zyne Grootheid had geoordeelt, aan dit Genoodtfchap van Proefondervind Jyke Wysbegeerte zyne gunftige en zoo veelvermogende proteche allcrvricndelykst te verleenen, "met gratieufc vergunning aan de Supplianten, om van den Doorluchtigen Naam zyner Hoogheid in deefe Requeste gebruik te mogen maken, als met welker meedeweeten en voorafgegaane communicatie het zelve ten eerbiedigden wierd ingeleeverd. Dat in die toeftand van zaaken, naast den Goddelyken Zeegen over de heylfaame poogingen der Leeden van dit Genoodfchap, inzonderheid noodig cn overig was te imploreeren de toegeneegene attentie en gunstige approbatie van haar Edele Groot Mogendheeden , ten eynde dir Genoodfchap door blyken vnn zodanige goedkeuringen desfelfs aanfien vermeerdert zoude mogen vinden, niet alleen hierbinnen de Republicq, maar ook buiten 's Lands by alle zodanige vermaarde Etablisfementen en Sociteitcn, met welken dit Genootfchap voorneemens is in Correspondentie te trceden. Dat immers de Supplianten befeften, dat, hoe gewigtig, hoe nuttig, hoe favorabel voor den Lande ook moge zyn de inftelling van dit Genoodtfchap, al het zelve flegtsnogtans was het bedryf van welmeenenende particuliere Perfoonen, niet geftaafc door het respectabel gezag en het gedeclareerde welgevallen hunner Souveraine Overheid; met hoedanige verklaringen van hooge approbatie in andere Landen , de Geleerde Maatfchappyen tot bevordering van Konden en Weetenfchappen gemeenlyk pleegen gehonoreerd te worden. Gelyk ook hier in het Vaderland zelfs door haar Edele Groot Mogentheden een zodanige approbatie gracieus verleent was aan de loffelyke Hollandfche Maatfchappye der Weetenfchappen te Haarlem, op dat defelve by alle en een iegelyk verre en naby als eene goedgekeurde cn by publicque aucloriteit bevestigde Maatfchappye geconfidereert en aangezien zoude mogen worden. Tot welk elk een dergelyk, voor het Ba taaffch Genoodfchap zeer wigcig einde, de Supplianten hoopten, dat daar Edele Groot Mogende hetzelve insgelyks zouden gelieven te verwaardigen met eenblyk van hoogstderfel- 1 ver gunstige attentie en welgevallen, op dat het zelve daar meede gefavorifeert en gchonoreert wordende, des te bequaamer mogen (lagen in de aanmoediging van allen, die den bloei der Nationaale huishoudmgc beminnen, om het hunne te contribueeren tot bevordering van desfelfs goede oogmerken. Neemende in die hoope, en dat vertrouwen dc Supplianten dan zeer eerbiediglyk de vryheid, zig aan haar Edele Groot Mogentheeden te addresfecren, en met alle reverentie te verfoeken, dat het hoogstdofelvc behangen mogte ter meerdere beantwoordingeaan de intentie deefes Genoodfchaps, en tot meerderen roem en luyster van het zelve buiten 's Lands, door hoogst haarer Edele Gr. Mog. Aucforiteit het zelve tc bekragtigen, onder cn met den titul van het Bataaffch Genoodfchap der Proefondervindelyke fVysbegeertete Rotterdam; en ten bewyfe van dien desfelfs aangenoomen fpreuk: Certos feret experientia fruclus te laudeeren; mitsgaders deszelfs hier agter vergroot geteekent Zeegel (anderster omtrek van een kleyne gulden) met de Legende, Sigillum Societatis PhilofophU experimentaiis Batavo-Rotterodarnenjis te approbeeren en te bevestigen, cn daar toe te voegen zodanige andere en meerdere blyken vnn haar Edele Groot Mogentheedcn approbatie en confirmatie, als hoogstdefelve na haare wysheid en begunstiging van alle eeriyke en loftefjrfee Uitvindingen, Konsten cn Weetenfchappen , tot bereyking van der Supplianten en hunner Genoodfchaps falutair en heilfaara oogmerk, gerigt ten nutte des lieven Vaderlands, meest convenabel zouden oordeelen, mitsgaders aan de Supplianten daar toe te verleenen Brieven in optimd & communi formd. Als meede op de Requeste der Directeuren van de Hollandfche Maatfchappy der Wetenfchappen te Haarlem, waar van volgens Appointement van 29 Maart laatstleeden Copie aan de Leeden is gegeven, om redenen daar by geallegecrt tendeerende, ten einde haar Edele Groot Mog. als de Schut-en Schermheeren van derfelver Geoctroyeerde Maatfchappye , tot maintien van de eer en luister van dien, en confervatie van derfelver gunstig verleend Oétroy op den 30 July 1761, nog aan de voorfz. Rotterdarafche, nog aan eenige andere Etablisfementen gelieven te geeven zoodanige Approbatie en Oétroyen, waar door de Hollandfche Maatfchappye der Weetenfchappen in haaren wettig verkreegen titul, of in het werk, het geen tot het departement haarer Verhandelingen ftrekt, zouden kunnen gepnejudicieert, benadeelt of verkort worden, en dat mitsdien het verfoek van het voorfz. Rotterdamfch Genoodfchap, zodanig als het zelve legt, mag geworden gewezen van de hand. En eindelyk op de aanmerkingen der Supplianten van de voorfz. eerde Requeste op de gemelde Requeste van Directeuren van de Hollandfche Maatfchappye der Weetenfchappen te Haarlem , aan de Leeden gefuppcaiteert. Hebben haar Edele Groot Mog. het po*5- ie-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 3*. Publicatie van de Staaten Generaaltot voor* koming, dat de Pestilentiaale ziekte, die in Podolien en elders ontftaan was, niet in deefe Landen werde overgebragt en verfpreid. Den 28 Augustus 1770. T\e Staaten Generaal der Vereenigde \J Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te-weeten*, 'Na&emaal wy tot ons leetweefen gein formeert zyn, en het ook door de publicque tydingen alomme bekent is, dat een peftilentiaale en befmettelyke ziekte zeedert eenigen tyd in Podolien en Volhynicn en andere Plaatfen daar omtrent ontlteeken is, en groote bekommeringen geeft, of die niet wel zig verder zoude kunnen verfpreiden, ten zy door Gods goedheid zulks word afgewent , en gefeegent worden de middelen en pracautien, welke daar teegen worden genoomen ; en of nu wel de voornoemde Landen verre van ons afgeleegen zyn, en wy ook geinformeert worden , dat in de Landen en Staaten, tusfchen beide leggende, en naaft aan de befmette Quartieren grenfende, alle moogelyke middelen worden in het werk geilek, om voor te koomen, dat de voornoemde contagieufe ziekte door Perfoonen of Goederen , uit befmette Landen en Plaatfen koomende, niet moogen worden overgebragt, zoo dat wy voor' eerft en voor als nog vermeinen reeden te hebben om daar op te moogen berusten; maar aangefien wy des niet te min noodig geoordeelt hebben, om by provifie meede eenige ordre te fteilen, om onder Gods zeegen voor te koomen, dat deefe verderffelyke plaage in deefe Landen niet moogen worden overgebragt door Beedelaars, Landloopers en inzonderheid door Pakdraagende Jooden, Mans en Vrouwen, haar generende met het koopen en verkoopen van oude Kleederen en Vodden, en met daar meede langs het Land, en langs de Huifen om te loopen, niet zonder gevaat, dat door zoodanige Perfoonen en Goederen, van buiten inkoom ende of ingebragt wordende, de ziekte, dat God verhoede, zoude kunnen worden gecom* municeert. Zoo is 't, dat, om hier teegen zoo veel doenlyk te voorfien, wy goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren, ordonneeren en ftatueeren mits deefen, dat by provifie voor den tyd van een jaar geen Landloopers of Beedelaars, en infonderheid geene jooden, Mans of Vrouwen, haar generende met beedelen, of met koopen en verkoopen en met omdraagen van oude Kleederen, Vodden en diergelyke Waaren aan befmetting onderheevig, hier te Lande in het gantfche Diftriét van den Staat zullen moogen inkoomen of ingebragt worden, het zy te Lande, het zy te Waater, met Vaartuigen uit de klein e Ooft, van de Elve, Weefer, Eems of daar omtrent, als meede langs den Rhyn, Maafe, de Shelde of andere Rivieren, maar dat defelve Landloopers, Beedelaars, en beedelende of met oude Kleederen, Vodden en diergelyke omloopende Jooden, Mans en Vrouwen, op de eerfte plaatfe van haare aankomfte, daar zy bekent zullen worden, aangehouden, en de Goederen, die zy by haar hebben, zullen worden verbrant, en defelve gelast, binnen zeekeren korten tyd, te reguleeren na de diftantie, dat de Plaatfen der aanhoudinge afNn 3 ge- felyk voorneemen van de Supplianten alfints laudeerende, en geneegen zynde tot accres van desfelfs luyster, zoo binnen als buyten 'sLands, op alle wyfe te contribueeren, ter bevordering der Weetenfchappen, goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten derfelver gedaane verfoek te accordeeren, en ! mitsdien te approbeeren het voorfz. Genoodfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte, het zelve bekragtigende onder en met den Titul van het Bataaffch Genoodfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam , en ten bewyfe van dien laudeerende de fpreuke Certos per et experientia fruclus, by het zelve Genoodfchap aangenoomen, met approbatie en bevestiging van derfelver Zeegel, met de Legende of het Randfchrift Sigillum $ocietatis Philofophice experimentalis BatavoRptterodamenfis. Zullende hier van ten behoeve van de Supplianten de nodige Brieven van Oétroy werden geëxpedieert. En is voorts nog goedgevonden en gerefolveert, dat het Oétroy aan het Genootfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam by haar Edele Gr. Mog. hier vooren verleent, geenfints pnejudicieeren zal aan hec geen by haar Edele Groot Mog. op den 30 July 1761 aan de Hollandfche Maatfchappye der Weetenfchappen binnen de Stad Haarlem is geaccordeert, nog aan diergelyke Etablisfementen, die in andere Steeden deefer Provincie zouden mogen worden opgeregt; dat al verder het voorfz. Oétroy tot geen gevolg zal mogen hebben, dat door het zelve Genoodfchap publicquelyk zal worden gedoceert; en dat eindelyk de Hukken, die aan het voorfz. Genoodfchap zullen worden toegezonden, en waar van het zal goedvinden gebruyk te maken, in geen andere Taaien door het zelve Genoodfchap zullen mogen werden gedrukt als in de Neederlandfche Taal, of in die Taaien , waar in defelve door de Autheuren gefchreeven zyn.  Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. geleegen zyn van de uitterfte Frontieren, die de r, üfle fcyti , liet Tcrrkoir van den S:aatte ve.la.it_n, iondcr weeder daar in te koomen, öp prenc dat wecder daar in gevonden wordende, zullen worden gcgecsfelt en gebrantmerkr, en voor altoos gebannen. Dat de Veerluiden op dc Veeren van de Rivieren en Stroomen langs de Fronticren zig ftrekken.le, gehouden zullen zyn alle LandIcopers, Beedelaars of lV.kdmagende Jooden, Mans cn Vrouwen, die zig zullen aanbieden om op dc Veeren overgefet te worden, om vexer in het Land te koomen, defelve zullen afwyfen, en gelasten aanftonds tc rugge tc kceren, en uit het Land te vertrekken, op ptenc dat dc Veerluiden contrarie doende, met gevangenis tc Waatcr en te Brood, voor veerden daagen, cn m:t interdictie om de Veeren langer te bedienen, zullen worden geftraft. Dat alle Herbergiers, Waarden of SlaarerihxiJers, gehouden zullen zyn alleLandloopers, Beedelaars en becdelende of Pakdraagende Jooden, Mans cn Vrouwen, van buiten ingekoomen , die by haar mogten koomen, of die zy anders zouden moogen gewaar worden , aan den Officier of aan den Geregte van de Plaatfe haarer wooning, aan tc geeven, op poene meede van veertien daagen te Waater en te Brood gevangen gefet, en voorts van haare Neering ontCec te worden. Dat de Officieren cn Gcregten, alwaar eenige van de voorgemelde Landloopers, Beedelaars en becdelende of pakdraageHde Jooden, Mans of Vrouwen, aangehouden, en aan defelve het Land ontfegt zal worden, aantcckening zullen houden van derfelver Naamen en Toenaamcn, met een omlhndige befchryving van haar polluur of geftalté enkennelyke teekencn, om voor dc tweede reife weeder in het Land koomende, daar op nagevorst te kunnen worden, ten welken einde ook de gemelde Officieren cn Geregten daar van kennis Zullen, geeven aan de Officieren van de Plaatfen, dnar gefuspcéteert zal kunnen worden , dat zy weederom zouden moogen inkoomen, om daar op mauwkeurig gelet, en volgens deefen onfen Placaate geproccdeert te worden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te prctendeeren, ontbieden en verfoeken wy dc 1 ïeei jnS'.aaien , Erfftadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van dc respective Provinciën, en alle andere Jufticieren cn Officieren van defelve Landen , dat zy deefen onfen Placaate Van ftonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren, cn affigeeren, op allePlaacfen daar zulks noodig is, en daar men gewoon is zoodanige publicatie cn affixie te doen: Lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Ad/ocaaten Fiscaal en Commifen Generaals, mitsgaders alle Admiraalen, ViceAdmiraalen, Capiteinen, Officieren en Bevelhebbercn, deefen onfen Placaate te agtervolgen en re doen agtervolgen, procedecrende en doende procedeeren teegen dc Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, oogluikinge, diffimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienfte van den Lande cn ten beste van de goede Ingefeetenen van dien, bevon* den hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Pncfideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 28 Augustus 1770. (JVas geparapheert,} D ABLAING- GIESSESDURG, vl (Onderjlond f) Ter Ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) F. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog. Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. Re-  Begrypende allerhande Politique zaaken. 32. Refoiutie van de Staaten Generaal, tóï interpretatie van derjelver Placaat van 28 Augustus 1770, tegen het overbrengen en ver/pret den der Pestilentiaale ziekte. Den 21 September' 1770. Ontfangen een Misfive van J. de Lözanné; Lt. Bailliuw van Axel en Neufen, gefchreeven te Axel den 19 defer, houdende, dat na 8at haar Hoog Mogende Placaat van den 28 der voorleeden maand aldaar binnen de Sceeden en Ambagte van Axel en Neufen op den 6 deefer was gepubliceert en geaffigeert , over den inhoud van dien, en de daar in door haar Hoog Mogende bedoelde oogmerken, door differente luiden bedenkingen waren geformeert, het geene by onderfcheidene Leeden van den Magiftraat ook ingang had gevonden, het welk hem Lt. Bailliuw in verleegentheid en genoegfaam in onvermogen ftelde, hoe het zelve na de intentie van haar Hoog Mogen:le te doen executeeren. Verfoekende derhalven, dat haar Hoog Mogende het voorfchreeve Placaat gelieven te interpreteeren en verklaaren, of onder de daar in benoemde Landloopers, Beedelaars, Jooden, Mans of Vrouwen, haar geneerende met bedeelen, of met kopen of verkoopen, en met Omdragen van oude kleederen, vodden en diergelyke waaren, ook zyn begreepen, bekende of met behoorlyke atteftatien gemunieerde Kooplieden en Koopmanfchap omdragende Perfoonen, die hunFixumDomicilium zyn hebbende in de geünieerde Provinciën,de Generaliteit, en fpecialyk in de Stad óf Meyerye van 's Hertogenbosch of in Oostenryks Vlaanderen of Braband, en dewelke hun van ouds zyn geneerende geweest met op Jaarmarkten ofce by andere geleegentheeden ten gerieve der In- en Opgefeeten, hunne Koopmanfchappen zoo Wolle als Linnen om te, dragen of te koop te prefenteeren; wyders of voornoemde Placaat relatie heeft tot zulke Luiden, die hun woonplaats als voren zyn houdende, en hun kost winnen met Gist, en andere noodfaakelyke en niet gemist kunnende worden comfumptie waaren uit den Landen van Waas of van elders van de naast by geleegene Diftriéten in te brengen en aan de huyfen om te dragen. En eindelyk of daar mede ook werden bedoelt Lompen óf Linwaad Vodden, die ten dienfte der Hollandfche Papier - Moolens Q welke die genoegfaam niet misl'en konden:) van Oostenrykfche Bodem ter ftuyk, aldaar in meenigce werden ingebragt. Waar op gedelibereert Zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan gemelden Bailliuw de Lozanne zal worden gereseribeert, dat de drie gevallen by hem in de voorfchreeve Misfive voorgeftelt, niet begreepen zyn in het Placaat op den 28 der voorleede maand geëmaneert, en dat het zelve op de voorfchreeve drie gevallen niet behoeft te werden i geappliceert, blyvende niet te min aan hem \ Bailliuw op het ferieufte s&nbevoolen, den letter van het voorfchreeve Placaat ftiptelyk te agtervolgen, en alle attentie te geeven, dat geen Lompen of Ly waad Vodden, op 1 welke eenige fufpicie van befmettelykheid l zoude mogen vallen, hier te Lande werden ■ ingebragt. 33* Placaat van de Staaten Generaalj houdende nadere voorfieningen om voor te komen de overbrenging en verfpreiding der Pejiilentiaale Ziekte hier te Lande. Den 3 Oiïober 1770. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Nadémaal wy tót ons leedweefen geinformeert worden, dat de peftilentiale of befmettelyke ziekte in Pödolien en Volhynien ontftooken, zigreeds verder na Warfchauw toe heefc verfpreid, en het geheel onfeeker is, waar defelve Zal kunnen worden bepaald, en wy ons derhalven met reeden moeten bekommeren, dat defelve tot deefe Landen zoude kunnen worden overgebragt door Goederen de befmetting onderworpen, gekoomen uit dë Quartieren, alwaar de voorfz. ziekte heerscht, en ter Zee overgevoert wordende, het zy dat defelve koomen met Scheepen uit de Oostzee, of dat defelve van daar gebragt zynde na de kleine Óóst, aldaar zyn overgebragt in zoodanige Vaartuigen, waar meede defeive hier te Lande worden ingevoert; ert Wy gaarne daar teegens, zoo veel moogelyk* onder den zeegen van God Almagtig, zouden willen voorfien. Zoo is 't, dat wy, ampiieerende ons Placaat van den 28 Augufty laatftleeden, hebben goedgevonden, booven het geen daarby alreeds is verbooden, nog voor den tyd van zes maanden te verbieden, uit de Oostzee, principaal van Dantzig* en voorts meede uit de kleine Oost, als Hamburg, Bferaen, en diergelyke Plaatfen daar omtrent geleegen, dewelke direét op de Ooftzee handelen, in Nn 3 deè'«  286 Placaaten. 3. Boek. , 1. TituL deefe Landen in re voeren eenige oude Kleederen, Vodden, Lompen, Bedden cn Veeren , zonder onderfcheid vnn oude of nieuwe Veeren, mitsgaders de Schryfpennen uit dc Ooftzec: willende, dat rille defelve, op het inkoomen in deefe Landen, indien gelnaden zyn in de kleine Oost, veertien dangen, cn in dc Ooft/cc ccn maand na dato van dit ons Placaat, op het inkoomen van de Embalage los gemaakt cn uic een gcflrooit in Zee zullen worden geworpen of verbrand: Dog om de fettaade van die geenen, die met reeden onkunde van dit ons Placaat zouden kunnen bybrengen, zoo veel moogclyk ce verhoeden, permitteeren wy, dat de Lompen, Bedden en Veeren, die beweefen zullen worden voor dc voorfz. tyd te zyn afgeicheept, niec zullen worden in Zee geworpen, maar ten koste van den Inbrenger zullen worden ontfeheept in Vaartuigen door de Collegien ter Admiraliteit daar toe in ieder Zeegat te defpicieeren, en dat defelve by de eerfte gelcegentheid weederom zullen moogen worden uitgevoert. Ordonneeren voorts, dat eenige Wollen of Wollc Manufacturen, ruwe Zyden, Hair, cn 1 luyden van allerlei Dieren mer of zonder Hair, waar onder egter de Jugten en het bereide Leer niet begreepen zyn, uit de voorfz. Quartieren aangebragt wordende, en de Schryfpennen, die in de kleine Oost gelaaden en in Zakken en geen Vaten of andere Embalage gepakt zyn, en voorfien zyn van een Certificatie dat niet uit Poolen aangebrage, maar in Duitsland bereid zyn, zullen moeten houden een quarantaine van veertig dangen, geduurende welke veertig daagen defelve zullen moeten worden overgelaaden uit dc Scheepen, waar meede defelve zullen zyn aangebragt, in een oud Oorlogfchip, Kaagen, of andere Vaartuigen door de Collegien ter Admiraliteit daar toe na de gelecgenheid van ieders Diftrict tc ordonneeren: dat in die Vnartuigen de voorfz. Goederen van alle Embalage zullen worden ontbloot, zoo veel moogclyk los gemaakt, en in nieuwe Sakken gedaan en alibo verlugt, en dat defelve verder niet ingevoert zullen moogen worden, voor dat by Certificaat van een Chirurgyn Vilitateur zal zyn gebleeken, dat de Manfchap, die defelve geduurende de verlugting heeft behandeld, is getond, zonder eenige fuspicie van befmetting, en tot den verderen invoer permisfie zal zyn gegeeven by hec Collegie ter Admi- Uegeeven in oen riage onder net cacivec van den staat, ae rarapnuure van den Heer Prrefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signatuuie van een van onfe Griffiers, op den 3 October 1770. (JVas geparapheert,) L. Q U A K L E S, Vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent?) F. FA GEL Zynde op het fpadum gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een Papiere Ruyte. ^ ra'ireit, onder wiens Diftrict defelve ingevoert zullen weefen. Verders authorifeeren wy dc Collegien ter Admiraliteit, om op de eerfte informatie, die zy zullen bekoomen, dat de befmettelyke ziekte zig in eenige Plaats aan de Zee geleegen, of daar om hecnen mogte geopenbaart hebben, de Schccpcn uit zoodanige Quartiercn koomende te doen vifitccren, en defelve tc doen houden ccn quarantaine, gelyk omtrent de Schcepen uit dc Levant koomende gebruikelyk is, en by onfe Placaaten daar omtrent geordonneert is. Verbiedende alle en een iegelyk wel expresfelyk, om, koomende uic de voorfz. Quartieren, zonder permisfie van de Commandeerende Olïïcicrcn van de Uitleggers in de Zeegaatcn, daar defelve gevonden worden, en van de Officieren vnn de Convoyen en Licentcn op de uitterfte Wagten in dc Zeegaaten, daar geen Uitleggers zyn, verder als de Zeegaaten Landwanrds in te zeylen, of in eenige Havenen binnen te koomen, zonder alvoorens te nrikeren en permisfie toe het inkoomen verkreegen te hebben, op pcene van confiscatie van Schip cn Laading, dewelke des noods zullen worden verbrand, cn van arbitraire correct ie, en zelfs van de dood teegens de Schippers, dewelke teegens deefe onfe Placaaten zouden moogen beitaan door te zeylen, of in eenige I Iaaven binnen s Lands in te loopen. En op dac niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendceren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erf-S:adhouder, Gecommitteerde Raaden, en Gedeputeerde Staaten van de refpective Provinciën, en aile andere Jufticieren en Officieren van defelve Landen, dat zy deefen onfen Placaate van (bonden aan alomme doen verkondigen, publiceeren en affigeeren, op alle Plaatfen daar zuiks noodig is, cn daar men gewoon is zodanige publicatie en affixie te doen: Lastende en beveelende voorts de Raaden ter Admiraliteit, de Advocaaten Fiscaal en Commifen Generaal, mitsgaders alle Admiraals, Vice - Admiraalen, Capiteinen, Officieren en Bevelhebberen, deefen onfen Placaate te agtervolgen en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren teegen de Contraventeurs van dien, zonder eenige gratie, oogluikinge, diffimulatie of verdrag, want wy zulks ten dienfte van den Lande en ten besten van de goede Ingefeetenen van dien, bevonden hebben alfoo te behooren.  Begryperide allerhande Politicque daaken. &fy 34- Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot introductie yan eenige belastingen ten behoeven van de Diaconie te Vianen. Den i< February 1771. De Gecommitteerde Raaden van de Edele Groot Mogende Heeren Scaaten van Holland en Westvriesland; Souverainen van Vianen en Ameyde: Doen te weeten; Alfoo ter onfer kennisfe is gebragt de defolate toeftand van de Finantie der Diaconie der Steede Vianen, endaar by vertoond is, dat de Diaconie - Armen niet langer op een bequaame n voet na behooren kunnen worden gefustenteert en gealimenteert; en het egter nodig is, dat voor defelve de vereifchte zorge werd gedraagen: Zoo hebben wy, in agtinge genoomen hebbende, dat ieder Ingezeeten gehouden is, de Armen onder zyne Parochie gehoorende, naar mate van zyn vermoogen te helpen alimenteeren; en voorts na een en andermaal eenige Leeden van den Magittraat te deefer zaake te hebben gehoord en hunne confideratien ingenoomen, vervolgens goedgevonden en verftaan, te introduceeren en te arrelteeren de volgende belasting en boeten, omme ten behoeve van de voorfz» Diaconie ingevordert en bekeert te worden; en wel de voorfz. belading volgens expresfe auétorifatie van haar Edele Groot Mogende* Te weeten; Eerftelyk: Dat voortaan zal moeten worden betaald vier Huivers van ieder {tuks Rundvee; twee uvowets van ieder Kalf $ eene Huiver van ieder Schaap of Lam; en drie ftuivers van ieder Varken of Bigge; welke binnen de Steeden Vianen, en de daar onder Parochierende Schout - A mpteri gedagt of geconfumeert zullen worden; welke belasting of resoeétive fomme tetfens by de betaling van 's Lands Regt of impost voldaan za! moeten worden. Hebbende wy coc den ontfangft van dien, mitsgaders tot de extraditie ten behoeve van de Diaconie, behooriyk gequalificeert en gelast den Gaarder van 's Lands Middelen binnen de Steede Vianen voornoemt: En zal de voorf/^ belasting geheeven worden, tot dat wy defelve zullen revoceeren, of op eene andere wyfe hier omtrent voorfien. Ten anderen, dat geduurende de eerstkoo- mende en agtereen volgende twintig jaaren te reekenen van den eerlten dag deeles jaars' of geduurende zoo veel korter of langer tyd /als wy zulks dienftig en nodig vinden zulten* eene boete of recognitie van vyf en twintig guldens aan de voorfz Diaconie zal moeten worden betaald by de Inwoonders of In woonfters der Steede Vianen en daar onder Parochierende Schout-Ampten, die zig buiten de voorfz. Steede Voortaan in den Echt zullen laaten verbinden, en zulks boven en behalven de fes guldens, welke in zoodanige gevallen tot heeden toe gewoonlyk betaald zyn geworden. Zullende nogtans van de betalinge der voorfz. vyf en twintig guldens gelibereert en vry zyn die geene, welker Bruyden buiten de voorfz. Steede en Schout-Ampten woona^tia zyn. En eindelyk, ö Ten derden, dat geduurende den zelfden tyd eene boete of recognitie van dertig guldens aan de meergemelde Diaconie zal moeten worden betaald van ieder Lyk, 't geen ter begraving na buiten de Steede Vianen voortaan vervoert zal worden, te weeten, indien het een Lyk is van een Perfoon, die in de Steede Vianen of daar onder Parochierende Schout- Ampten woonagtig is geweest* Welke ïefpe&ive boetens of recognitiën aan de Diaconie - Kasfe zullen moeten worden voldaan, voor dat de voorfz. Echtverbintenis voltrokken; of'tLyk ter begravenis vervoert zal woroen, op poene, dat by nalatigheid van dien het dubbeld van defelve zal moeten worden voldaan, ende gebreekigen eer voldoeninge daar van door den Diaconie Boekhouder paratelyk zullen worden geëxecuteert dien wy daar toe by deefen expresfeiyk qualificeeren. En op dat de goede Ingefeetenen na behooren hier van geiuformeert moogen worden, zal deefe binnen de Steede Vianen en daar onder Parochierende Schout-Ampten werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord, en te gefchieden gebruikelyk is» Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande, den 15 February 1771. (Onderjlondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekent f) A. J. R O Y E R. Re-  288 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. 35. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie van zekere Conventie , tusfchen verfcheide Ambachtsheer en in den Lande van Voorne aangegaan. Den 15 Mey 1771. De Heer van Boetfelaar, Heere van Nieuwveen, heefc ter Vergadering gerapporteerc, dac de Heeren haar Ed. Grooc Mog. Gecommitteerdens tot de zaaken van de Domainen, ingevolge en ter voldoening van den Appointemente Commisforiaal van den 9 July des jaars 1768, met en benevens de Heeren Gccommiteeerde Raden, hadden geéxamineerc de Requesce aan haar Ed. Grooc Mog. geprcfenteert, by of van wegen Bailliuw cn Leenmannen van den Lande van Voorne, mitsgaders by of van wegen Helenus Willem van Leyden, als Ambagtsheer van Oostvoorne, Rugge, groot en klein Oosterland, Kockagne, Sc. Anna Polder en hec Schapegors, Nieuwen Hoorn en Nieuwe Goote; Pieter van Leyden, als Ambagtsheer van de vier Polders, genaamt het Nieuwland; en Johan Balthaiar Strik van Linfchotcn, als Ambagtsheer van Nieuw-Hellevoet en de Quak, alle gelegen in den Lande van Voorne voornoemt, by welke Requeste de Supplianten tc kennen geven, dat zy tot minnelykc asfopiatic van de differenten tusfchen defelve of hunne Predecesfeurs zedert veele jaaren ontrtaan over het regt van Ambagrsgevolg, met het welke dc voorgemelde Ambagtsheetlykheden op den 17 October 1724 waaren verkogt, en tot finale fchikking van de Procedures, welke te dier zaake voor den Hoogen Raade als nog zyn litispendent, te raade waaren geworden, onder approbatie van haar Ed. Groot Mog. te fluiten de Conventie, aan der Supplianten Requeste geannexeert, verfoekende mitsdien, dat haar Ed. Groot Mog. de voorfz. Conventie met derfelver approbatie gelieven te bekragtigen. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerdens in aanmerkinge neemende, dat de Supplianten nopens de fchikkinge der wederfydfche prctentien het met elkander volkomen eens zyn, vermeenden, dat ten defen alleenlyk in confideratie behoorde te komen, of de voorfz. Conventie zoude kunnen ftrekken tot wefentlyk nadeel van de goede Ingefetenen in de Ambagtsheerlykheden by de Requeste vermeld, en of door defelve te approbeeren de regten van de Grarfelykheid zouden kunnen werden geprejudicieert. Dat tot voorkommge van het een en ander, en verder, om zoo veel doenlvk te prevenieeren alle verkeerde explicatien, en te dugtene nieuwe differenten over defe cn geene duistere Artikelen, welgemelde Heeren Gecommitteerdens eenige Gequalificeerdens van de Supplianten hadden gehoord, en aan defelve hunne bedenkelykheden voorgedragen, met dat gevolg, dat de Suppliamen daar aan allefints hadden geremedieert, cn de geflootenc Conventie dien conform gedresfeert en verandert. Dat dus alle bedenkelykheid weggenomen zynde, welgemelde I Ieeren Gecommitteerdens alleenlyk moesten reilecteercn, dat, vermits Bailliuw en Leenmannen geenfints gequalifi- j ceerc kunnen zyn, om aan de Schouten en Geregten van de Ambagten in defen vernield; het regt van parate executie in Artikel 6 voorkomende , te kunnen aflfaan, cn die regc van parate executie met opfigt tot de Keuren en Ordonnantiën op de defecten der Binnendyken, Sluiten, Heulen, Dammen, Wegen, Slooten en Weteringen, allefins noodig is toe maintien van defelve, dierhalven dat rege aan Schoucen en Schepenen voornoemc, by haar Edele Grooc Mog. zoude dienen gcoctroyeert te worden. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerdens voor het overige van Advifc zouden zyn, dat de voorgemelde als nu gedresfeerde Conventie , zoo als hier na is volgende, zoude kunnen en behooren te worden geapprobeert , met die by voeging nogtans, dat defelve, nog ook baar Edele Groot Mog. approbatie toe eenige rigtfnoer zouden mogen verftrekken, min nog in eenige confequentie getrokken worden, het zy tot voordeel of nadeel van eenige andere Dift riccen en verkogte Ambagcsheerlykheden. .(volgt de voorfz. Conventie.*) Nademaal tusfchen het Collegie van de Heeren Bailliuw en Leenmannen van den Lande van Voorne, ter eenre, en I de Heeren der Ambagtsheerlykheden van Oosc-voorne, Rugge, Oosterland, Rockangie, St. Anna Polder en het j Schapegors, Nieuwen Hoorn, Nieuwe j Goote, de vier Polders, (genaamt het Nieuweland) Nieuwhelvoet en de Kwak, die door Heeren Gecommitteerden van \ de Ed. Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en West vriesland op den I 17 October 1724 zyn verkogt gewor* 1 den, weinig tyds na gemelde veckoopinge verfchil, eerst voor hun Edele Groot Mogende, en vervolgens voor de Hoven van Juftitie was ontftaan, met welk regt van Ambagtsgevolg de voorfz. Atnbagtsheerlykheden verkogt zyn: fuföneerende Bailliuw en Leenmannen vta Voorne by hun Request en Deductie, dat hunne furintendance over de Politie en Regeeringe van den Lande van Voorne, zoo als van ouds gehad hebben, moeste blyven fubfiftceren; en de Koopers der Ambagtsheerlykheden in tegen-  Begrypende allerhande Politique zaaken. deel, dat aan hun verkogt is het regt van generale magt en furintendence over alle het Ambagts - gevolg zoo middelbaare als laage, dat by de Heeren Raden der Graaflykheids Domainen befeten was: en dat dienvolgende het voorgemelde regt van Bailliuw en Leenmannen in Voorne is komen te vervallen; en in tegendeel het maken van Keuren over de Politie en Civile Jurisdictie der voornoemde Ambagtsheerlykheden aan hun is competeerende als een Ambagts-gevolg: en dat te dugten is, dat uit dit verfchil nog veele anderen zouden konnen ontftaan, om dat wel gedefinieert word by de Koops-Conditien, en nadere Refoiutie van hun Ed. Groot Mog. van den 12 July 1725, dat de Koopers der Ambagtsheerlykheden zullen hebben al het regt, Ambagtsheeren als Ambagtsgevolg competeerende, dog geenfins wat daar onder verftaan of begrepen zoude moeten worden: zynde niet dan te veel bekent, dat de Ambagcsgevolgen in verlcheiden Diftrióten zeer varië'eren, en zulks het een kwalyk kan dienen tot een exempel en rigtfnoer van een ander, waarom dan zeer bezwaarlyk een vaste voet op het geen Ambagts-gevolg genoemt word, beraamt kan worden, voornamentlyk in een Diftrict waar in een andere vTierfchaar de Hooge, Middelbaare en Laage Jurisdictiën te zamen van eenen immemorialen tyd geëxerceert heeft; i Zoo is 't: dat, zoo tot amputatie \ der geëxteerd hebbende differenten, als ' tor voorkominge van verdere' tusfchen ons Bailliuw en Leenmannen van Voorne , ter eenre, en ons als Ambagtsheeren der voornoemde Ambagtsbeerlykhe- i den, ter andere zyde, is gemaakt de navolgende Conventie. Artikel I. De Bailliuw en Leenmannen van Voorne zullen blyven geconferveert in hunne Prffiëminentien, Prsetogativen, Regten en Geregtigheden, zoo als zy defelve tot nog toe hebben befeten, uitgefondert dat zy zig niet zullen mogen ingereeren in eenige zaaken tot de Ambagtsheerlykheden behoorende, mitsgaders in het geen by de volgende Conditiën aan de Heeren van de Ambagtsheerlykheden zal worden gelaaten. I L Dat, ingevolge van de voornoemde Koops-Conditien, als mede van hun Edele Groot Mogende Refolutien van 24 Maart 1724 en 12 July 1725, de Heeren van de refpeélive Ambagtsheerlykheden zullen hebben al het recht, Ambagtsheeren als Ambagts-gevolg competeerende, en dat dienvolgende de Heeren Bailliuw en Leenmannen, direclelyk nog indireételyk, zig niet zullen mogen IX. Deel. bemoeyen met de exercitie Van het recht tot de vooriz. Ambagtsheerlykheden fpecleerende, uitgefondert alleen hec Opperweesmeesterfchap: en dat niet te min de Ambagtsheeren gehouden zullen zyn, op de aanftellinge van Schouten en Secretarisfen refpeélive, telkens by Mis-» five aan den Bailliuw kennisfe te geven van de aanftellinge en van den eed by defelve geprefteert: dat ook Schouten en Secretarisfen daar toe zullen honden > dat de Rekeningen gellootcn zynde, daar van aan Bailliuw en Leenmannen Copien, by hen geteekent, komen over te leveren. I I I. Dat fpecialyks aan de vooriz. Ambagtsheeren overgelaten word het recht, om zelve, of door der zeiver Schouten en Schepenen, te maken en doen publiceeren zoodanige Keuren, als defelve zullen oordeelen, tot confervatie en maintien van eene welgeftelde politie, admi-> niftratie van eene goede Juftitie, en fpecialyk mede op het poftuleeren voor hunne civile Regtbanken binnen de voorfz. Heerlykheden, vereischt te worden : zoo evenwel, dat defelve niet zullen mogen maken eenige Keuren of Ordonnantiën ftrydig tegen de Regten,' Keuren en Coftumen van den Lande van Voorne, zullende het den Bailliuw van Voorne vryftaan, om de voorfz. by de voorengemelde Ambagtsheeren gemaakte Keuren, te mogen caufeeren van iniquitek, en vervolgens daar van provoceeren aan Leenmannen van den voornoemden Lande van Voorne, indien hy vermeenen mogte, dat defelve keuren to£ nadeel van den zclven Lande en de Ingefetenen van de in het hoofd defer gemelde Ambagtsheerlykheden, zoude ftrekken, behoudelyk verdere provocatie ter wederzyden aan den Hove van Holland. i v, Dat tot obfervantie en executie van defelve Keuren, de gemelde Ambagtsheeren insgelyks zullen mogen fteilen zoodanige civile boeten en amenden, niet excedeerende de fomma van zes ponden, toe veertig grooten Vlaams het pond, als defelve, na exigentie van zaaken, zullen oordeelen te behooren: mitsgaders dat in het generaal alle boeten en amenden ter fomme voorfz. zullen komen ten profyte van defelve Am* bagtsheeren of derfelver Schouten, en dat ook generalyk de ponden zullen gerekent worden tot veertig grooten Vlaams. V. Dat Schouten en Schepenen, ieder in hunne Bedryven, omtrent half April* of als het oorbaar valt, zullen omgaan, fchouwen en doorfien de gebreken van Ö o de  290 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. «Je Rinncdyken, Sluifen, Heulen, Dammen , Wegen, Slootcn cn Wateringen, met alle haaren toebchooren, eri daar op Keuren en Ordonnantiën maken op dc gebreken tot de behoudenisfe en oorbaar derfelver, en des gemeene Lands, d :ar dat van nooden en behoef wefen zal. V I. Dat het aan Bailliuw cn Leenmannen vry zal liaan, tweemaal des jaars de naIchouw tc doen over de Binnedykcn cn Wegen, mitsgaders Dyk- en Wegflooten, Heulen cn Dammen, en de Ambagten obligceren, om defe naar behooren tc onderhouden, op poene van het zelve ten kosten van de gebrekige Ambagten te belteden. 1 )at Bailliuw en Leenmannen gerefolveert hebbende, wat dag zy de voorfz. Nafchouw zullen doen, de refpeélive Schouten en Gerechten veertien dagen te vooren door den Leenmannen Bode telkens zullen doen overleveren zoodanig Billiet, als alhier geinfereert is. Nofchouwdag in Voorne. Bailliuw cn Leenmannen van den Lande van Voorne maken ieder, die het aangaan mag, by defen bekent, dac haarEd. na het doen van dcVoorfchouwe van de refpeélive Gerechten in den voorfz. Lande, goedgevonden cn vastgefteld hebben, op den eerstkomende tc doen de generaale Nafchouwe, eerst over alle Dyken cn Wegen, of defelve wel en naar behooren zullen wefen geëffent en geflegt, ook of de breuken, deurllagcn cn derrygaten in defelve wel, het zy met Puin, of met Hout, of met Bladriet , naar den eisch van het werk zullen wefen gemaakt; ook of alle Dyken Wegflootcn van Kroos en Ruygte zullen wefen gcfuivert en fchoon gemaakc, cn fpecialyk of defelve Dyken Wegflootcn de wydte, ten minllen van agt Landsvoetcn, volgens de Kcure zyn hebbende, mitsgaders of iemand zyne Misfing niet en is leggende op 's Heeren Dyken en Wegen, tot bederf cn hir.dcrnisfe van de pasfagie yan defelve Dyken en Wegen, en of wel aldaar word gelaten een vrye Wagebaan. En indien ccnig Gerecht in den Lande van Voorne dies wegens in gesn mogt worden bevonden, zal defelve vervallen in de boete by dc Keure van Voorne daarop geftatueert. Gedaan op het Raadhuis der Stad Brielle den (Qnderjhmdf) Ter Ordonnantie van defelve. Ieder zy by defe gewaarfchouwt. 1 Welk Billiet door den Leenmannen Bode aan de Schouten en Gerechten overgelevert zynde, zullen die Schouten cn Gerechten of Commisfarisfen uit defelve, ieder inhunDiftriélop het doen der voorf/.. Nafchouwe, Bailliuw cn Leenmannen behooriyk komen opwagtcn cn adliftcercn: En by aldien het mogte gebeuren, dat de voorfz. Nafchouw door wettige verhinderinge op den gepncügeerdcn dag geen voortgang konde hebben, zullen Bailliuw en Leenmannen defelve als dan nog voor een of tweemaal den tyd van twee a drie wecken mogen uitfteïien en verfchuivcn, en dc Schouten en Gerechten of Comraisfjris/èn uit dclclvc gehouden zyn, in voegen als in dit Artikel op de eerst gearreftcerde Nafchouw gefegt is, de opwagting en adfiftentic te doen, zullende de bekent making en waarfchouwinge van die uitgcftclde Nafchouwe door den Leenmannen Bode, zoo fpoedig als doenlyk is ,* en naar behooren gefchieden, dog by aldien het komt te gebeuren, dat door aanhoudend flegt wcèr, of andere wettige verhinderingen, de voorfz. Nafchouwe vcor de tweedemaal geen voortgang konde hebben , zal die niet weder mogen worden uitgefteld of verfchoven, maar het daar voor gehouden worden, als of defelve in dc hier vooren gemelde order was gefchied ; gelyk hier van ook zoo fpoedig doenlyk behoorlyke kennisfe aan de respective Schouten en Gerechten zal worden gegeven. Dat in cas de Schouten cn Gerechten nalaatig zyn in ietwes, de voorfz. Nafchouw concerneerende, daar in by Keure door Baiiliuw cn Leenmannen tegen de Ambagten zal mogen worden voorfien. Dat nog Particulieren nog Schouten cn Gerechten, eenige nieuwe Sluifen, Heulen, Wegen, of Git wateringen van Polders zullen maken of verleggen, dan op expres confent van Bailliuw'' en Leenmannen. Dat van Vonnisfen by Schouten en Gerechten wegens Binncndyken, Heu- i len, Wegen of Wateringen geweien, zal mogen worden gereformeert aan het Collegie van Bailliuw en Leenmannen, blyvende niet te min de Vonnisfen van Schouten en Schepenen executabel, voor zoo verre defelve ten delinitive niet zouden wefen irreparabel. Zullende de Bailliuw cn Leenmannen verder aan Schouten en Gerechten o veriaaten de beheering, beforging cn onderhouding van de Binnedyken, Sluifen, Heulen, Dammen, Wegen, SIooten en Wateringen, nietwes dien aangaande uitgefondert, en dus laaten aan de Schouten en Gerechten, zoo als in het voorige Artikel gefegt is, de rnagr om Keuren en Ordonnantiën re m^en op  op de defecten derfelver als zy goedvinden zullen, en defelve tegen de gebrekigen te mogen executeeren volgens parate executie, mits de Boetens in opfigt van de Schouwen niet hooger als Art. 4 bepaald is, gekeurt zullen mogen worden. V I I. Dat alle civile zaaken (uitgefondert die van ouds gepriviligeert zyn, tot andere Rechtbanken behooren, of prorogatie van Jurisdictie contineeren) ter eerfter inftantie geventileert zullen moeten worden voor de relpeétive Gerechten in de voorgemelde Ambagtsheerlykheden , behoudens provocatie aan de Vierfchaar van Bailliuw en Leenmannen of den Hove van Holland, tei keufe van den Appellant. V 1 LI. Dat alle Gyfelingen in civile zaaken, waar in iemand by Vonnisfe van Schepenen is gecondemneert iets te doen, maken of prrefteeren, of zig voor Schepenen of by eenig Handlchrift heefc verbonden , zullen mogen gefchieden voor de relpeétive Regtbanken, zullende de plaats van civile Gyfeling by de refpective Ambagtsheeren nader gereguleert en aangeweien worden, dat ook de Boetens omtrent inobedientie van Gyfelinge in de voorfz. civile zaaken, zonder confent van Bailliuw en Leenmannen, of wel zonder approbatie en goedvinden van haar Ed. Gr. Mog., ingevolge het vierde Artikel, niet. hooget als op zes ) ponden bepaald zal mogen werden, en dat met opfigte tot het falaris der refpective Officianten precifelyk nagekomen zal moeten worden het tiende Artikel van de generale Conditiën, waar op de voorfz. Ambagtsheerlykheden zyn verkogt. I X. Dat alle de fchulden volgens Registers, Kerfftokken en Schrift aan den Wand, by Schout en Schepenen zullen worden getermineert en gedecideert, behoudens het regt van provocatie aan het j Collegie van Bailliuw en Leenmannen of aan den Hove van Holland. X. Dat de boetens, fpruitende uit ongeoorlofde Contracten, Koopmanfchappen, Weddingen, Speelen, &c, zullen komen ten profyten van de respeéfive civile Schouten, voor zoo verre in of door de zelve niets crimineels begaan is, en mits die boetens niet hooger worden geëxtendeert als tot zes guldens. X I. Dat de Ambagtsheeren order zullen fteilen, dat geduurende den Godsdienst op Kerkhoven geen geraas of getier, inwat maniere het ook zoude mogen zyn, worde gemaakt, en daar tegens fteilen Begrypende allerhande Politicque zaaken. 291 zoodanige poenaliteiten, niet excedeerende de lomme van zes ponden, als de zelve zullen oordeelen te behooren. X I I. Dat in opfichtvan de boetens, voortkomende uic Bruiloften, Kinder-en Doodmaaltyden, mitsgaders Vastenavond-fpeelen, zal worden gevolgt de Sententie van den Hove van Holland in dato 5 November 1632, gewezen tusfchen Wynand van der Eist , Schout te Ryswyk, Impetrant van Rauaéfie en Requiranc van Requeste civiel, ter eenre, en Cornelis Adriaansze Groteling, Bailliuw, en in die qualiteit voor hem zei ven, en het exploiét aangenomen hebbende voor Welgebooren Mannen aldaar, Gedaagde en Gerequireerde in her zelve cas, mitsgaders den Procureur Generaal van den Hove met hem gevoegt, ter andere zyde. XIII. Dat alle differenten, ontftaande uit koopen en verkoopen, transporteeren en bypothequeeren, moetende worden geconfidereert, als te fpeéteeren cot de jurisdictie van de respective Ambagtsheeren , in gevalle de beide Partyen aldaar woonachtig zyn, zullen worden geventileert voor de respeéfive civile Regtbanken van de Plaatfen, daar de zelve zyn gerefen en ontftaan, dog dat ten aanzien van de Mefufes, by Schouten, Secretarisfen en andere Officianten in hunne respective Bedieningen begaan, de Heer Bailliuw tegen de zelve dies wegens zyn actie zal kunnen inftitueeren, als hy naar bevind van zaaken zal oordeelen te behooren. X I V. Dat alle civile arresten, welke door Schouten en Gerechten der voorlchreeve Heerlykheden, zoo van den eenen Opgefetenen tegen den anderen, als tegen de Buitenlieden verleent worden, zullen worden gedaan door den Bode van het Ambagt, daar de Goederen, op welke het arrest gedaan word, gelegen zyn. X V. Dat alle differenten tusfchen Aanbefteders en Werkluiden , tusfchen Meesters en Dienstboden ontftaande, ter eerfter inftantie door Schout en Schepenen zullen worden afgedaan, uitgefondert in zoodanige gevallen, in de welke de Heer Bailliuw zoude bevoegt zyn criminaliter te ageeren. X V I. Dat ten aanzien van het Turf-ofDerrydelven, de Heer Bailliuw, aan wien de zorg der Ringdyken als Opperdykgraaf is gedemandeert, de bekeuring zal konnen doen, onvermindert het regt, competeerende aan de Ingelanden van den Nieuwenhoorn en Nieuwhelvoet, O 0 2 om  202 Placuaten. 3. Boek. f. Titul. om Birninge tc mogen winnen uit hun yelfs Grond, en die gebruyken binnen den '.inde tot zyn zelfs oorbaar, zonder uit den Lande tc voeren, mits hier w.o gevende dc ricn.ie vinnen cn des Heeren Vroon, niet gerakende binnen twaalf roeden, het zy den regten Heinfloot. X Vil Dat aüc Crimineele boeten en amenden zullen worden gelaaten aan den Heer Bailliuw, uitgefondert wanneer de ccn den anderen komt vuisilhgen te geven, met de vuist tc vegtcn, met de voet te fchoppen, of te trappen, te fchelden of injurieeren, daar van zullen de boeten cn poenalitciten by do civile Schouten worden gepercipicert cn genooten, mits niet cxecdeerende zes Caroli guldens tot veertig grooten het ftuk, met dien verftande nogtans, dac by aldien door het voorfchreeve vegten daan of fchoppen, aan iemand eenige quetzingen, verlamminge of gebrek van of aan eenig gedeelte of lid word veroorfaakc en toegebtagt, of ook eenige NocMorcingc volgde, dat ook het fchelden cn de injurien waaren van dieatrociteit, of aangedaan aan zoodanige Perfoonen, dat over dc zelve crimineelyk behoorde tc worden geageert, zulks zal ftaan ter coirecae van den Heer Bailliuw. XVII I. Dat by de Kmmcrs, "Kctcmoeters, Kuipers &c. kennisfe wordende gegeven van hunne Woonplaatfen , bckragtigt met een Atteftatie van dc Magiftraat, dezelve met confent van de civile Schouten, hun Ambagt en Neering ten platten Lande zullen mogen exerceeren. X I X. Dat van nu voortaan eenmaal des jaars, na dat een behoorlyke tyd te vooren de Billiettcn daar toe zullen wefen afgegeven, de Heeren Bailliuw cn Leenmannen met de Schouten der respective Ambagtsheerlykheden zullen vergaderen, ten einde te zamen de keur over de Springhengsten te doen, zullende de tien guldens, welke voor iederen Hengst worden betaald, voor dc eene helfte by de Heeren Bailliuw en Leenmannen, en voor de wederhelfte by de Schouten genooten worden, en in gevalle na den voorfchreeven Keurdag nog een ofander mogtc inclineeren zyn I Iengst te laaten fpringen, zal zoodanige Hengst door Heeren Commisfarisfen uit Leenmannen, met één of meer Schouten der Heerlykheden , welke zig M» loco bevinden , extraordinair gekeurt, en de respective tien guldens als vooren gepartageert worden. X X. Dat op het doen van klagten aan den Heer Bailliuw in crimineele zaaken , de Heer Bailliuw zoodanige ordres zal fteilen, als hy goed zal komen te vinden , dog dat ten aanzien van civile klagten de Ambagtsheeren daar voor zullen zorgen, dat de noodige ordres worden gefteld. X X 1. Dat de bekeuringen op het hollen van Paarden, voor zoo verre het door ongeluk is veroorzaakt, cn daar door fchaade aan Menfchen of Heeften of wel Goederen is toegebragt, door de Schouten gedaan, en dc voorfchreeve leiïaadcdoor die geenen, welke oorlïiak van zoodanig hollen zyn geweest, zullen moeten werden gebeetert,- dog dat iemand door dronkenfehap of roekeloosheid komende tc hollen, cn Menfchen of Beesten komende tc overryden, of eenige fchaaden te veroorfaken, de Heer Bailliuw tegens de zelve na bevind van zaaken zal konnen ageeren. X X I t Dat het ftatueeren van de boeten en verdere orders te fteilen op doode Paarden, Beesten of andere doode Krengen, als behoorende tot de dagelykfche politie, en goede ordre in de Heerlykheden, gelaaten zal worden aan de Ambagtsheeren. XXII I. Dat de Ambagtsheeren op het loopen en weiden van Stier of Stieren , en het fchutten van dc zelve, als mede het fchutten van Paarden en allerhande Vee geen uitgefondert, de noodige ordres zullen reguleeren cn Schutters fteilen, en dat de boeten daar op tc fteilen by de Schouten zullen \vorden genooten ; ten waare een Stier of Stieren eenige fchaade aan Menfchen kwamen tc veroorzaaken, . ' wanüeef het aan den Heer Bailliuw zal competecten deswegens zyne actie te inftitueeicn. X I V. En zal aan het Collegie van Bailliuw én Leenmannen gelaaten worden de decifie over de qnaestten tusfchen Gerechten en Gerechten; ook tusfchen Particulieren cn Gerechten ter eerfter inftantie. X X V. Dac ce Keuren en Ordonnantiën van den Lande van Voorne volgens defe Conventie, van nu af aan, zullen worden gehouden voor geredresfeerc, en dat voorts gebleven zal worden by de voorfchreeve Keuren cn Ordonnantiën van ccn Lande van Voorne , behoudens het regt aan den Heer Bailliuw en Leenmannen om de zelve te amplieeren, te altereeren of ver-  Begrypende allerhande Politicque zaaken. Vernieuwen; mits dat de jegenwoordigc in train zynde, of öarüaafs te altereeren of te vernieuwen Keuren alleen plaats zullen hebben, voor zoo verre de zelve niet ltrydig zyn aan de bovenftaande Conventie of Regten en Geregtigheden van de respective Ambagts Heeren. XXVI. Dat in gevalle na het approbeeren of /luiten en arrefteeren van defe Conventie eenige verdere fpeculatien of bedenkelykheden over de Keuren by de Heeren Bailliuw en Leenmannen, reeds gemaakt, of die namaals gemaakt zouden mogen worden, & vice verfa over de Keuren by de respective Ambagts Heeren temaken, of over het verftand van dien mogten ontftaan, zal by den Heer Bailliuw en Leenmannen daar over met de respective Ambagtsheeren op de minnelykite wyfe, is het doenlyk, worden geconvenieert en geaccordeert; dog dat zoo wanneer onverhooptelyk zoude mogen gebeuren, dat de Heer Bailliuw en Leenmannen en de respective Ambagtsheeren elkander daar over niet zouden mogen verftaan, de zelve als dan zullen worden verbleven en gelaaten aan de uitfpraak van haar Edele Groot Mog., om na Partyen te hebben doen hooren, ter Vergaderinge met meerderheid van ftemmen te worden gedecïdeert. En zyn eindelyk Bailliuw en Leenmannen, benevens de respective Ambagtsheeren over een gekomen , dat defe Conventie voor altoos zal ftand grypen, en zig ten dien einde by Requeste zullen addresieeren aan haar Ed.. Groot Mog., en daar verfoeken approbatie.op de bovengemelde Conventie: en dat de kosten dien aangaande te maken, zullen wefen voor de eene helft ten lasten van Bailliuw en Leenmannen, en de wederhelft ten lasten van de respective Ambagtsheeren. Aldus gedaan, gearrefteert en geteekent door Bailliuw en Leenmannen van den Lande van Voorne en de respective Am- bagtsheeren in den gemelden Lande, den 19 April 1768, (JVas geteekent f) Wegens de Heeren Bail- Wegens dë réspec- liuwen en Leenmannen tive Ambagtsheeren van den Lande van in den Lande van Voorne. Vódrne. W. L. v. Wassenaar. T. B e e l s. II. W. v. Leyden. A. D. Mirell, R van Leyden. F. d. Graaff. J. B. Strik van A. J. San d r a. Linschoten. augusttnus van der CRAP. O. Gevaerts, Joi-iz. C. v. Ysendoorn. J. C. Warry van Blootenburgh. G. v. Dam van Aërden. Waar öp gedelibereert Zynde, is goedgevonden en verftaan, de hier boven geinfereerde Conventie te approbeeren, mitsgaders aan de Schouten en Gerechten der Ambagten bovengemeld te oétroyeeren het regt van parate executie in Artikel 6 voorkomende, des dat de zelve Conventie, nog ook haar Edele Groot Mog. approbatie tot eenig rigtfnoer zullen mogen verftrekken, voor, nog in eenige confequentie getrokken worden, het zy tot voordeel ,e£ nadeel van eenige andere Districten en verkogte Ambagt s-Heerlykheden; zullende van de verleende parate executie Oétroy worden gedepecheert, en de Supplianten gehouden zyn defe aan de Heeren Gecommitteerde Raden te prefenteeren, in qualiteit, als by haar Edele Groot Mog. geaüthorifeert tot bewind en directie van en over de Domeinen' en Dominiaale Regten van haar Edele Groot Mog., om aldaar gévifiteert, geintenneert en geregiftreert te worden, als mede om de zelve te doen regiftreeren ten Comptoire van den Rentmeester Generaal 's Lands van Voorne en van de Beverlanden. 36. Publicatie van den Prince van Orange $ als Heer van Ameland, tegen het graven en haaien van Sand en Sooden op en van de voorfz, Heerlykheid Ameland, om te dienen tot Ballast van Schepen. Den 15 Juny' 1772. Wy Willem, by de gracie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c. &c, &e. onaf hankelyk Heer van de vrye en fouveraine Èrf - Heerlykheid Ameland, &c. &c. &c. alle die deefe zuilen zien ofte hooren leefen, falut; Doen hier meede te weeten: Alfoo wy in ervaringe zyn gekoomen, dat, onaangefien de Publicatie en ferieufe Waarfchouwin- gé van den 8 July 1729, veele Schippers Zig komen te onderftaan, om, tot Ballast van derfelver Schepen, Sand en Sooden te doen graven en haaien op én van onfe vrye en fouveraine Erf-Heerlykheid Ameland, welke daar door merkelyk word benadeelt, en aaii meerder gevaar van ihfpoelinge bloot gefteld, en dierhalven daar tegens willende voorfien. Oo 3 Zoo  294 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. Zoo is 't, dat wy op het advis van die van onfen Raade, by renovatie der voorn. Publicatie aan alle Galjoot-Smak-en SnickSchippers, mitsgaders aan alle en een ieder, wie het ook zoude mogen weefen, zoo Vreemdelingen als Ingefeetenen, wel expresfe verbicden en interdiceren , om zonder fpccialc cn fchriftelyke permisfie van den Bailliuw onfer gemelde l Ieerlykheid, derfelver Scheepen vnn de Grond onfer Heerlykheid Ameland te Ballasten of daar toe Sand, Aarde of Sooden, 't zy van de Zuyd-en Zuydwestkant derfelve Heerlykheid 't zy op dc Ballumer Rheede, van de Kromme Balg, en van dc Kuyl, of waar ter Plaatfe het anders zoude mogen weefen, te haaien ofte doen haaien, gelyk wy meede alle Dagwerkers en andere Arbeidslieden uitdrukkelyk waarfchouwen, om zig zonder permisfie als boven tot het graven en haaien van Sand, Aarde en Sooden op en van onfe meergemelde Heerlykheid, ten einde voor Scheeps-Ballast te dienen, niet te laten gebruiken. Alles by poene van een honderd Caroli guldens door de Schippers, Arbeiders, Daghuurders en andere, die zig mogten onderncemen zulks te doen, telkens te verbeuren, en dat defelve by onvermogen ora die boete te betalen, daar over arbitrair, 't zy met het Hondegat of de Kaak, 't zy anders geftraft fullen worden, cn zullen zoodanige Contraventeurs daarenboven gehouden weefen, de geroofde Sooden, Aarde of Sand wederom te brengen ter plaatfe van waar zy defelve hebben gehaald. Ordonnerende en authoriferende den Bailliuw, de respective Gerichten, en den Executeur van onfe vrye en fouveraine Erf-Heerlykheid Ameland, om te vigileren en forge te dragen, dat deefe onfe ordres na behooren agtervolgt en geexecuteert worden, gelyk meede alle In - en Opgefeetenen onfer gemelce Heerlykheid, om de Contraventeurs ten eerften aan onfen Bailliuw bekent te maaken en op te geeven, zullende den Aanbrenger daar voor tot eene pramie genieten een geregt derde part van de te provenicrene boete. En ten einde niemand hier van eenige onwetenheid zal mogen voorwenden, zal deefe op de drie Dorpen onfer vrye en fouveraine Erf-Hecrlykhcid Ameland en verder daar zulks nodig mogte weefen, gepubliceert en gea5igeert werden na behoren. Aldus gedaan, en gearrefteert op ons Hof dc Oranjezaal den 15 Juny I772- Qll'as geteekent f) W. Pr. v. ORANGE. (Onderjlond Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (GecontrafigneertP) A. A R D E S C H. 37. Publicatie van den Prince van Orange, aïs Heer van Tsfelfiein, waar by aan de Stokhouders \ aldaar tot invordering der Kooppenningen het recht \ van parate Executie word toegekend. Den 4 Au-\ gustus 1772. Wy Willem, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c. &c &c; Heer en Baron van Ysfelftein en van de Onderhoorige Heerlykheeden Benfchop en Noord-Polsbroek, écc. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut! Doen hier meede te weeten: Alfoo wy zyn geinformeert, dat eenige bedenkingen zyn ontftaan, of en in hoe verre aan de refpective Stokhouders van Ysfelftein , Benfchop en Noord - Polsbroek, wegens verfchulde Penningen provenierende van roerende Goederen by Publicque Venducie of met de Stok verkogt, competeert het Recht van Parate Executie, gelyk ook of en in hoe verre de koop penningen van Onroerende Goede¬ ren , mede Publicq by den Op- of Afflag ver-J kogt, insgelyks by parate Executie ingevoffl dert zullen mogen worden, en het dierhal-f ven, tot wegneminge van alle dubieteitefl deswegens , nodig is daar in te voorfien; Zoo is 't, dat wy, met Advys van die van onfen Raade, hebben verklaart, goedgevonden en verftaan, gelyk wy verklaaren, goedvinden en verftaan by deefen: dat aafl de refpective Stokhouders van Ysfelftein» Benfchop en Noord - Polsbroek, tot invorderinge der Penningen wegens roerende Goederen door defelve ten overftaan van Schout Schepenen Commisfarisfen Publicq by Venducie of de Stok verkogt, het recht van Executie competeert, gelyk mede dat & fcoop-  Begrypende allerhande Politicque zaaken kooppenningen insgelyks ten overftaan van Schepenen Commisfarisfen Publicq by infchry vinge, Op- of Afftag verkogt, by parate Executie zullen mogen ingevordert werden, mits dat by de Conditiën der Verkopinge zoo wel van roerende als van onroerende Goederen zal moeten weefen geinfereert, dat de Koopers en derfelver Borgen, by geene voldoeninge der kooppenningen binnen de gefielde termynen, zig vry willig fubmitteeren aan de parate Executie, en dat Schout en Schepenen Commisfarisfen by of na geëyndigde Verkopinge de refpeaive Kopers en derfelver Borgen werkelyk condemneren in de fubmisfie tot de parate Executie. En dat, ter voorkominge 29B van alle disputes by Gerechtelyke Verkopinge van roerende en onroerende Goederen, geene Borgtogten by Ifandfchrift zullen wordeni geadmitteert, maar dat zoo wel de Koopers als derfelver Borgen of in Perfoon of door een gequalificeert Vohnagtiger, voor Schout en Schepenen Commisfarisfen zullen moeten com* pareeren en zig als de zoodanige conftitueren. En ten einde niemant hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen voorwenden zal deefe binnen onfe Stadt Ysfelftein, als meede binnen onfe Heerlykheeden Benfchop en Noord-Polsbroek, werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe alwaar men gewoon is zoodane publicatien en affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert op ons Hof de Oranjezaal, den 4 Augustus 1772. (Was geteekent?) W. Pr. v. O R A N G & (Onderfond,) (L. S.) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontrafgneert?) A. ARBESCfl, 38. Refoiutie van de Staaten van Holland houdende bepaaüng, door wien de ouderlooze Kinderen te Oudewater, alvoorens in het Weeshuis overgenomen te worden, moeten worden gealimenteerd. Den 7 Augustus 1771. Ts gelezen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 5'defer, hebbende, in gevolge en cot voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoin&ement Commisforiaal van den eerften Mey laatstleeden, geëxamineert de Requeste van dc Magiftraat, mitsgaders de Vroedfchappen der Stede Oudewater , om de daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat het haar Edele Gr. Mog. geliefte zy de eerfte Supplianten te authorifeeren en te qualificeeren, -om Diaconen van de Gereformeerde Gemeentere Oudewater voornoemt, in cas van verdere onwilligheid, tot voldoening en nakoming van den inhoud van zekere politicque Refoiutie van den 11 February laatstleden, voor zoo verre defelve de gemelde Diaconen in hunne qualiteit eenigfints concerneert, te conftringeeren door alzulke middelen van executie, als haar Edele Gr. Mog. naar derfelver hooge wysheid zullen oordeelen te behooren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, tot wegneeming van der Supplianten klagten, en te gelyk tot voorkoming van de differenten, welke van tyd tot ' tyd nopens de alimentatie van Ouderloofe Kinderen te Oudewater fchynen plaats gehad te hebben, dat het jongde Kind van Abraham de Rotte, door de Regenten van den Grooten Armen, en de Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Oudewater, ieder voor de helft4 in hunne qualiteit zal worden gealimenteert en onderhouden, tot dat het zelve Kind den ouderdom van vyf jaaren zal hebben bereikt, en dat het zelve als dan door de Regenten van het Weeshuis zal moeten overgenoomen worden; dat voorts in het vervolg alle Ouderlooze Kinderen, by het overlyden'hunner Ouderen geen vyf jaaren oud zynde, door de Regenten van de Heilige Geest Armen en Diaconen I in hunne qualiteiten ieder voor de helft zullen moeten onderhouden en gealimenteert worden tot dat defelve den ouderdom van vyf jaaren zullen hebben bereikt, als wanneer"'defelve Kinderen in het Weeshuis zullen moeten overgenomen worden, met last aan Diaconen van de Gereformeerde Gemeente te Oudewater, en aan die geenen, die zulks zoude mogen aangaan, om zig daar na te reguleeren, en alle behoorlyke en verfchuldigde eerbied en  296 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. gehoorzaamheid aan de Magiftraat van Oudewater te bewyfen; zullende tot dat einde Extract deefer aan de Supplianten, als mede aan de voorfch. Regenten van het Weeshuis cn van de Heiligen Geest Armen, benevens Diaconen worden gegeven. 39- Publicatie van den Prince van Orange, als Graave van Leerdam, en Baron van AcfUOfi tot affchaffing der Rouw- of Dood-maaltyden aldaar. Den 28 Augustus 1772. Tl7y Willem, by de gratie Gods, Prince W van Orange cn Nasfau, ócc. &c. ccc. Grave van Leerdam en Baron van Acquoy, &£. &c &c. Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut.' Doen hier meede te weeten: Alfoo wy in ervaringe zyn gekomen, dat binnen onfe Stad cn Graaffchap Leerdam, mitsgaders Baronie van Acquoy, de kostbare gewoonte plaats heeft, en meer en meer inkruypt, niet alleen om by occafie der Begravenisien Wyn en Bier te fchenken, waar door dikwils veele disordres konnen ontftaan, mmr ook om ter dier gelegenthcid Rouw- ofDoodmaaltyden te geeven, tot excesfivc en ondragelyke kosten voor Weduwen cn Weefen of andere Erfgenaamen van den Overledene, cn het algemeen welzyn dus vereifchende, dat daar in na behooren word voorfien. Zoo is 't, dat wy, met advis van die van onfen Raade, hebben goedgevonden te arreflecren en te ftatueeren, gelyk wy arrefteeren cn ftatueeren by deelen: Dat van nu voortaan niemand, van welke fhat en conditie hy ook zoude mogen weefen, binnen ooft Stad en Graaffchap Leerdam, mitsgaders Baronie van Acquoy, zig zal mogen onderftaan om op de dag der Bcgravcnisfe 't zy voor of na defelve, eenige Wyn, Bier of andere Dranken publicq te doen fchenken, te prefenteeren of te geeven, nog ook eenige foogenoemdc Rouw- of Doodmaaltyden voor andere Periboncn dan de Erfgenaamen van den Overle¬ dene of de Voogden over desfelfs nagclatene Weefen, of de zoodanige welke eenige direct ie in het Sterfhuis hebben, aan te fteilen of te doen aanftellen , 't zy dan op den dag der Bcgravcnisfe zelfs, of eenige dagen voor of na defelve, en 't zy in het Sterfhuis zelfs of daar buiten, alles op verbeurte van een honderd Caroli Guldens by die geene welke eenige Wyn, Bier of andere Dranken op of ter occafie van Begravcnisfcn hebben doen fchenken, of de voorfchrevene Rouw- of Doodmaaltyden laaten aanregten, door defelve uit haar Privé Beurfe tc betaalen, zonder die Boete en de verdere door het fchenken van Wyn, Brer of andere Dranken of het geeven van gemeltc Maaltyden veroor laakte kosten, in eenigcr maniere te mogen brengen ten laste van den Boedel des Overledene, of iemand znJcrs daar aan niet geparticipeert hebbende. En zullen de voorfchrevene Boetens werden genoten voor de eene helfte door den O meier die de calange doet, cn voor de andere helfte door den Armen van dc Plaats alwaar de contra ven tic ge pleegt is. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen voorwenden, zal deefe binnen onfe Stad en Graaffchap Leerdam, gelyk meede binnen onfe Baronie van Acquoy, worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar men gewoon is zoodanige publicatien cn aüixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert op ons Hof de Oranjezaal den 28 Augufty 1-72. (JVas getekentf) W. Pr. v. ORANGE. (Onderflondf) (L. S.) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (En gecontrafigneert,) A. A R D E S C &  Begrypende allerhande Politicque zaaken. 297 4°« Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verbod, om binnen de zestig roeden van de Watermolens in de Zype en Hafepolder te timmeren , of boomen te planten. Den 6 November 1772. Is ge/efen het Advis van de Heeren Gecom- j mitteerde Raaden in Westvriesland en , het Noorder Quartier van den 22 der voorlede maand, hebbende, in gevolge en tot voldoening van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 1 o September daar te j vooren, geëxamineert de Requeste by Hoofdingelanden , Dykgraaf en Heemraden van de Zype - en Hafe polder, aan haar Edele Groot ! Mog. geprefenteert, tendeerende tot authori- I fatie, om aan alle en een iegelyk te interdiceeren binnen de diftantie van zestig roeden, I Zypfche Dykmaat, van de Molens in de j Zype-en Hazepolder, te timmeren, of op nieuw eenige Boomen te planten, op de ver- ! beurte van zekere poenaliteit. j Waarop gedelibereert zynde, is goed ge- i vonden en verftaan, aan de Supplianten te ver- ' leenen authorifatie, om allen en een iegelyk te interdiceeren binnen de distantie van zestig roeden, Zypfche Dykmaat, van de Watermolens in de Zype - en Hazepolder te timmeren of op nieuws eenige Boomen te planten, op poene van niet alleen te vervallen in een boete van vyftig guldens ten behoeve van de Diaconie-Armen in de Zype, maar dat ook daarenboven de zelve betimmering of beplanting tot den grond toe terftond zal moeten worden geamoveert, of op der Supplianten ordre ten kosten van de gebreekige zal worden weggenomen; en zullen hiervan Brieven van Oclroy worden verleend, en het verkregen Oclroy pok ter Secretarie vm de Heeren Gecommitteerde Raden, te Hoorn refideerende, moeten worden geregifa-eerr. 41, Publicatie van de Staaten van Zeeland9 houdende de noodige beveelen tot redding van Drenkelingen, op den voet der regelen, by de Maatfchappye te Amjlerdam voorgefchreven. ■ Den 14 December 1772. De Staaten van Zeeland, allen den geenen , die defen zullen zien of hooren lefen; falut! doen te weeten; alfoo wy in ervaring zyn gekomen, dat veele van onle goede Ingezetenen, wanneer eenig Perfoon uit het Water opgehaald wordende, geen teekens van leven geeft, de zelve voor dood houden, en als zoodanig behandelen, zonder iets tot redding van desfelfs leven aan te wenden , daar nogtans de ondervinding heeft geleerd , dat zoodanige Drenkelingen, fchoon al een geruimen tyd onder het Water geweest zynde , door het aanwenden van gepaste middelen by het leven kunnen worden behouden; Zoo is 't, datwy, dewyl ons niets meer ter harte gaat, dan voor het nut en welzyn, zoo van alle onfe Ingefetenen in het gemeen, als van een ieder in het byzonder, onze Vaderlyke zorge aan te wenden, tot wegneming van alle twyffel, hoe men in zulke gevallen behoord te handelen, en, om onder den zegen van God Almagtig, zoo veele dier ongelukkigen te redden, als mogelyk is, goedgevonden hebben, elk en een iegelyk, die zoo binnen de Steden, als binnen de Heerlykheden en Dorpen, of ten platten Lande binnen defe Provincie een Menfch, het zy oud of jong, welke in het Water geraakt is, zal vinden , niet alleen te permitteeren, maar zelfs IX. Deel. | wel expresfelyk te gelasten, zoodanige Perj foon, fchoon de zelve ook eem lange tyd in ! het Water mogte gelegen hebben, en uitter: lyk, zonder eenige bewegingen of teekenen I van leven bevonden worden, aanftonds met j alle mogelyke fpoed t'huis te beforgen; of, ingevalle van onbekendheid of ver afgelegen? heid van desfelfs Woonplaars, in één der naast by gelege daar toe aangeboden wordende Huij fen, of wel in die van Herbergiers of Tappers, i welke laatstgemelde van onzen t'wege worden I gelast, zig in allen gevalle niet te onttrekken, en hunne Huifen daar toe te moeten laten gebruiken, met zoodanige Perfoon in te nemen^ en niet te beletten, dat aldaar aan- de zelve alles in het werk word gefield, gevonden word tot confervatie van defelve, op de verbeurte van een boete van vyf- entwintig guldens of meerder, naarexigenfe van zaaken, ten behoeven van den Armen van de Plaats, alwaar zoodanig een Perfoon gevonden zal zyn geworden. Dat voorts tot confervatie van dien uit het Water getrokken Perfoon met de uiterfte fpoed, en zelfs, zoo het gefchieden kan , met asfiftentie van den naast by woonenden Doétor of Chirurgyn, of die het eerfte by de hand zal zyn, of ontboden kunnen worden, zullen moeten worden beproefd en aangewend zooP p da-  2p8 Placaaten. 3. Boek. U Titul. 42. Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het reclit van den Ambachtsheer van Raamsdonk, tot het {lellen van een Grutmoolen aldaar. Den 23 January 1773. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven in den I lage den 3 November laatstleeden, en den 7 daar aan ter Vergadering ingekoomen, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende marginaale Apoftille van den 10 September te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert by of van wegens Leonard de Jong, als in huwelyk hebbende Anna Elizabeth Geertruy van Son, Arabagtsvrouwe van Raamsdonk, tendeerende in fubftantie, ten einde haar Edele Groot Mog., om reedenen in die Requeste geallegeert, hoogst derfelver Refofitie van den 14 Augufty desfelven jaars, zoo met opfigte tot Anthony van Dam, als met relatie tot de daar uit alleen proflueerende ordres aan den Bailliuw van Zuidholland, te Hellen buiten effedt; en als nog het verfoek van den voornoemden Anthony van Dam, aan haar Edele Groot Mog. gedaan, te wyfen van de hand, en denfelven, indien hy zoude vermeenen, ter zaake in zyne te vooren gepnefenteerde Requeste breeder vermeit, eenig regt of actie tegen den Suppliant in zyne voorfz. qualiteit te hebben, desweegens te renvoyeeren na de ordinaris Juftitie, en inmiddels aan den Bailliuw van Zuydholland aantefchryven, om, hangende de deliberatien van haar Edele Groot Mog. met de executie van haar Edele Groot Mog. voorfz. Refoiutie van den 14 Augufty 1772 te fuperledeeren; als meede op de Requeste van den voorfz. Leonard de Jong, den 7 November laatstleeden by Copie aan dc Leeden gegeeven, nader infteerende op zyn vooriz. verlbck, en dat haar Edele Groot Mog. voorts de nodige ordres geliefden te fteilen, ten einde de Billicrtcn aan den dooi den Suppliant aangeftelden Grutter Jan de Bie, ten Comptoire der gemeene Middelen weeder mogten worden uitgereikt, en dat eindelyk aan den Suppliant in zyne gemelde qualiteit mogte blyven onverlet, om zodanige actie of aftien, als hy in zyne qualiteit tegen den voornoemden Anthony van Dam zoude mogen vermeenen te hebben, by den ordinairen competenten Regter te mogen inib'tueeren en profequeeren, zoo als defelve te raade zoude zyn, immers en in allen gevalle, I dat indien over deefe zaak nog langer deliberatien by haar Edele Groot Mog. mogten val- j len, haar Edele Groot Mog. by provifie de nodige ordres geliefden te fteilen, ten einde aan den voornoemden Jan de Bie zoude vryftaan, hangende defelve deliberatien van haar Edele Groot Mog., te Raamsdonk de Grut! tery en Grutneering te exerceeren, en dtf ' tot dien einde aan denfelven de nodige Bi Hief ' ten ten Comptoire der gemeene Middelen mogten werden uitgereikt. En in agting genoomen zynde, dat uit de Bylaagen agter het voorfz. Advis gevoegd» nader gebleeken is, dat de eerfte Kooper van de gemelde Ambagtsheerlykheid, 60 mitsdien ook de teegenwoordige Ambagtsneer door haar Ed. Groot Mog. is verleid, roet het regt van te mogen fteilen een Grutmodt* in fut West eind van Raamsdonk; en dat, hoe twyffelagtig dit regt uit de Collatie van de danige hulpmiddelen, als welke door een pryswaardig Genootfchap te Amfterdam reeds waareldkundig zyn gemaakt, en door Gods zegen met een gewenfcht fucces bekroond. Des egter ordonnneren wy, dat, zoo dra men begonnen heeft het geen voorfchreven is, omtrent dc uit het Water gehaalde Drenkelingen te appliceeren, ter zelvcr tyd cn zonder naar den uitflag der aantewendene hulpmiddelen te wagten, aan dc Bailliuwen of Cfiicieren, onder welker Jurisdictie zoodanig een Perfoon mogte gevonden worden, behooriyk kennis zal moeten worden gegeven van het geval met alle desfelfs omftandigheden; wordende de respective Bailliuwen en Officieren ieder in den haaren geauctorifeerd, om, ingevalie dc Drenkeling onbekend of onvermogend mogte zyn, de gedaane onkosten van den Burger, In- of Opgezetenen, of Herbergiers en Tapper te verfchieten en te voldoen, en de aangewende moeite van den Doctor of Chirurgyn, wanneer zulks begeert mogt wor¬ den, in alle redelykheid en naar omftandigheden van zaaken, des noods, op tauxatie van het Geregt te beloonen, het zy de aangewende hulpmiddelen van gewenfcht fucces zyn geweest of niet; zullende die verfchotten,mits de opgaven derfelve gemuniëerd zyn met een behooriyk Certificaat van het Geregt van de Plaats, alwaar zoodanig een geval is komen te exteeren, aan de voorfz. Bailliuwen en Officieren, wanneer zulks binnen de Hemmende Steden defer Provincie is gefchied, door de Regeeringen de felve; en als in de fmalle Steden of ten fiatten Lande is voorgevallen, door de respe.tivc Heeren Rentmeesters Generaal onfer Graailyke Domeinen Bewesten- en Bcoostenfchclde; mitsgaders over den Quartiere van Tholen, worden gerestitueerd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen prrctendeeren, zal defe alomme worden gepubliceerd en geaftigeerd, ter plaatfen, daar zulks gewoon is te gefchie1 den. Aldus gedaan enz.  Begfypetldé allerhande Politique zaaken. Leenbrief met de Koopconditieri oók zbüde mogen voorkoomen, het egter zeeker is, dat de bedenkingen en dubiëteiten desaangaande in allen gevalló het object van een Regterlyk onderfoek zouden moeten uitleeveren, en dat inmiddels de voornoemde Ambagtsheer in de exercitie van het zelve regt door geen politicque dispofitie behoord te worden verhinderd; Is goedgevonden en verftaan, de gemelde Refoiutie van den 14 Augufty 1772, te fteilen buiten effect, en dienvolgende het verfoek van Anthony van Dam, by desfelfs Requeste op den 13 Maart daar te voren gedaan, te wyfèn van de hand, met dien verftande nogtans ■, dat alle de procedures, welke door den Ambagtsheer van Raamsdonk tegens den gemelden Anthony van Dam ter deefer zaake bereids ondernomen zyn, of, zonder deefe voorfieninge nog ondernoomen zouden kunnen worden, hier door zullen worden gehouden voor geëxüngueert. En is wyders goedgevonden en verftaan, dat den Fiscaal van haar Edele Groot Mog. Domeinen zal worden gelaaten onverlet, om, indien hy zoude vermeenén, dat het regt van te mogen /lellen een Grutmoolen in hei IVesteind van Raamsdonk, aan den Bezitter van gemelde Ambagtsheerlykheid, op fundament der Koopconditien met grond kan worden gecontefteerd, als dan tegens den gemelden Leonard de Jong, in zyne voorfz. qualiteit desweegens zodanige provifie van Juftitie te verfoeken, als hy, tot confervatie van het Regt van haar Edele Groot Mog. Domeinen, zal bevinden te behooren. En is laatftelyk, gelet zynde op de reedenen , by de Heeren Gecommitteerde Raaden tegens de willekeurige verhooging der Recognitiën wegens het oeffenen van de Grutneering geailegeert, goedgevonden en verftaan j dat de Recognitie ter zaake voorfz. zal worden bepaalt, gelyk bepaald word by deefen, op de fom van dertig guldens jaarlyks, zonder dat defelve door den voornoemden Ambagtsheer of desfelfs Succesfeurs in der tyd, anders dan op fpeciale permisfie van haar Ede» le Groot Mog, verhoogt zal mogen worden. 43* Publicatie van den Domein-raad van den Prince van Orange, tot maintien der Dwangmolens in de Baronie van Breda. Den 30 November 1773. "V¥7y Raaden en Reekenmeefters der DoYV meinen van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau \ &c. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut 1 doen hier mede te weeten; Alfo wy in ervaringe zyn gekomen, dat de vorige Placaaten, Ordonnantiën en Reglementen, tot maintien der Dwangmolens van Hooggemelde zyne Hoogheid in de Barotmie van Breda ge'èmaneert, en ipeciaal onfe Waarfchouwingen van den 17 January 1715 en 7 January 1744 hoe langs hoe meer werden gecontravenieert. Zoo is 't, dat wy, by renovatie, alteratie en ampliatie van defelve, door deefen op nieuws ordonneeren en ftatueeren: dat geene In- en Opgefeetenen van de Baronnie van Breda, en in't byfonder niet die van Gilfe, Ginneken, Alphen, Baarle Nasfau en 'sPrincenhage , zig zullen mogen onderftaan om eenige Graanen, 't zy Hart- of ander Bak-en Brouw-Koorn, te doen maaien of breeken op de Molens van Rhiel en Meerfel, of op de Watermoolen van Rysbergen, except nogtans , met betrekkinge tot de laatfte, de Inen Opgefetenen van Rysbergen, dog geene andere; by poene dat die geenen, welke bevonden zouden mogen werden contrair gehandelt te hebben, boven en behalven het verlies van 't Graan of Meel, mitsgaders de Wagens, Karren en Paarden, waar mede het zelve werd vervoert, deswegens ieder reys zullen verbeuren een hondert en vyftig Caroli Guldens. Wyders interdiceeren en verbieden wy by deefen mede aan alle In- en Opgefetenen van de Batonnie van Breda, om in hunne Huyfen, Schuuren of elders anders te hebben, of te houden eenige zogenaame Querens, of Handmolens , veel min daar mede eenig Koorn of Graan, hoe genaamt, te breeken, by posne ais by de Publicatie in dato 18 February 1742 is geftatueert. Eyndelyk ordonneeren en ftatueeren wy by deefen wel expresfelyk, dat niemand wie hy ook zy, eenig Meel op de Molens van Rhiel en Meerfel, of op de Watermolen van Rysbergen, uitgefondert wederom ten reguarde van die Watermolen, voor zo verrede in-en Opgefetenen van Rysbergen betreft, veel min op een der Molens onder Oostenryks Braband, except nogtans de Koorn molen van Hooggemelte zyne Hoogheid onder Baarle Hartogh, gemalen, nog ook eenig Brood buyèen de Baronnie van Breda gebakken, binnen defelve Baronnie zal mogen inbrengen, of door andere op de Limyten of Scheidinge gebragt, invoeren nog aldaar uytveyien en verkoopen, op verbeurte van het ingebragte Meel en Brood, mitsgaders de Wagens, Karren en Paarden, waar mede het zelve ingevoert zoude mogen zyn, en daar en boven eene boete van een hondert en vyftig Caroli Guldens. En zullen alle voorfchreevene Boetens werden genoten een derde door den Officier die de Calange en Executie zal doen , een derde door den Aanbrenger, en een derde door den ArPp 2 men  Soo Placaaten. 3. Bock. t. Titul. men van de Plaats alwaar dc Calange gedaan werd. Lastendc en bevoelende wel expresfe de respcétive Drosfaarden cn Schouten in de Baronnie van Breda, om alle attentie tc geeven, dat de Contravcntcurs van het geene voorfz. agtcrhaalt cn deswegens na behooren gecorrigeert werden. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen voorwenden, zo ordonneeren wy, dat defe alomme binnen de Baronnie van Breda gepubliceert en geadigeert zal werden, ter plaatfe alwaar men gewoon is zodanige publicatien en affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert in den Raade van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau ccc. ccc. ccc. in 's Gravenhage den 30 November 1773. (JVas geparapheert) C. de V E R D U N, vt. (Onderftondf) (L- S) Ter ordonnantie van den Raad. (En gecontrafgneertf) A. A R D E S C II. 44. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by een Vonnis of L'ytfpraak van eenige Lutherfche Kerkenraaden, door haar Ed. Gr. Mog. fpecialyk gedelegueert geweest zynde, executabel verklaard word, met auctori fat ie op den Hove, om het zelve ter executie te doen leggen. Den 16 April 1774. Ontfangen ccn Misfive van de Prefident cn Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 13 deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 9 September laatstleeden, derfelver Confideratien en Advis op dc Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprefenteerd door of van weegens Petrus Albertus Moninx, geweefen Predikant in de Luterfche Gemeente te Westzaandam, tans woonende te Oostzaandam, te kennen geevende in fublfantie, dat tusfchen den Suppliant en desfelfs Kerkenraad dilferenten ontftaan zynde, waar over door den Suppliant desfelfs klagten waren gebragt ter Tafel van haar Edele Groot Mog., defelve differenten , uit kragte en in gevolge van haar Edele Groot Mog. respective Refolutien van datis 19 January 1769, en 8 April en 3 Maart 1770, by uitfpraak of vonnisfe der respective Kerkenraaden van de Lurerfche Gemeenten te Amiterdam, Hoorn, Monnickendam en Purmcrende waaren getermineert en afgedaan m deefer voege, dat de dienst van den Suppliant als Predikant by de Gemeente van Westzaandam voornoemt van toen aften eenemaal en tinaal zoude cesfeeeren, wordende ten dien eynde door de gefumentlyke Committenten van de gemelde Gedeputeerden, defelve Predikdienst vacant verklaart, cn den Suppliant van denfelven zynen dienst, en vice ver fa weederom de Kerkenraad van desfelfj engagementen aan dm Suppliant, als zynen Predikant, by het zelve vonnisfe ontWaagen, aan de eene zyde met die faculteiten vryheid, dat, en dc gemelde Kerkenraad, tot beroepinge van cenen nieuwen Predikant in hunne Gemeente, in plaatfe van den Suppliant zou mogen overgaan, en de Suppliant aan andere Gemeenten zynen dienst aanbieden,- cdog aan de andere zyde opdien voet, en onder deefe navolgende verpligtingen, dat de Suppliant op primo Mey 1770, het Kerkehuis,door hem bewoond, zou moeten ontruimen , en dat daar teegens dc Kerkenraad aan den Suppliant tegen behoorlyke quitantie zou moeten betaalen, eerstelyk immediaat zyn gewoon Traétement tot op den dag der Suspenfie, zynde geweest den 19 Maart 1768,! boovendien eene fomme van zeeven hondert guldens, cn laatstelyk jaarlyks in vier termynen tc finnen een fomme van driehonderd cn vyftig guldens, zoo lange als de Suppliant byde Luteifche Geloofsbelydenisfe zoude blyven, en tot geenen anderen Predikdienst in eenige Luteifche Gemeente zoude zyn beroepen, nog ook tot eenig ander beftaan, of kostwin* ning zoude zyn overgegaan, cn voorts de weederzydfche Parthyen in den inhoude en nakoomen van al het geen booven is vermeld, gecondemneert, met ontfegging van het over en weder verder of anders gefustineerde, en met compenfitie van kosten der gemelde Procedures ; cdog met dien verftande dat de Kerkenraad der Gemeente te Westzaandam voornoemt  Bcgrypencie allerhande Politique zaakeii. Jol hoemt de kosten aan hunne zyde gevallen, niet zou vermogen tc brengen ten lasten van de Kerke Kaste, nemaar uit hunne privé beurfen zou moeten voldoen en betaalen. Dat voornoemde Kerkenraad in gebreeke Zynde gebl'eeveh, aan dat gedeelte der vooriz. Uitfpraak of vonnisfe te voldoen, waar by defelve was gecondemneert, omme jaarlyks in vier termynen te famen een fomme van drie honderd en vyftig guldens aan den Suppliant te betaalen, de Suppliant na diverfe vrugteloofe aanmaaningen, eindelyk zig genoodfaakt hadde gevonden, omme den ordinairen weg van executie inteflaan, en ten dien eynde op den 9 November 1772 den gemelden Kerkenraad door den Schout en Geregtsboode der Banne van Westzaanen hadde gedaan fommeeren, en vervolgens renoveeren, ter voldoeninge van een fomme van agt hondert vyf en zeeventig guldens, weegens twee en een half jaar traétement of recognitie van den 23 Maart 1770, tot den 22 September 1772; edog dat vooriz. Kerkenraad op pretens fundament, dat de zelve uitfpraak of vonnisfe nimmer zoude zyn verklaart executabel, en dat mitsdien gemelde Schout en Gerechtsboode ten eenewaal onbevoegt zoude zyn geweest, uit hoofde van defelve eenige executie te dirigeeren, en dat ook gemelde fommatie en renovatie aan notoire nulliteiten zoude laboreeren, Zig hadden gefield Oppofanten teegen de voorfz. executie; en zulks met dat gevolg, dat Scheepenen der Ban- • hè Westzaanen voornoemt, by derfelver dispofitie, in dato 4 February 1773 , vermits het overlyden van den voornoemden Schout en Gerechtsboode, voot den dag in regten dienende, aan de voornoemde Oppofanten het by defelve jeegens den Suppliant gedaan verfoek van defaut wel hadden ontfegt, met de kosten, edog met byvoeginge, dat aan voornoemde Oppofanten onverlet lieten, om tegen den Suppliant uit wiens naam de executie was gedirigeert, ter dier zaake zodanige nadere inftantie te entameeren en te ageeren, als defelve te raade zouden weefen, zulks daar uit niet onduidelyk was te zien, dat de voorfz. fustenue van gemelde Kerkenraad, als of namentlyk een vonnis door by haar Edele Groot Mog. fpeciaal gedelegeerde Regters geweefen, niet zoude kunnen ter executie gelegt worden, voor dat het zelve zoude zyn verklaart execu- j tabel, mede by Scheepenen voornoemt was | gegouteert; waaromme, zoo als ook uit hoofde van het gantfche gedrag van voorfz. Kerkenraad , welker voornaam but of oogmerk I fcheen te weefen, den Suppliant met chicaheufe en langvvylige procesièn te inatteëren; en hem het leeven moede te maaken, hy Suppliant geen kans zag om het effect van de voorfz. uitfpraak of vonnisfe van de hier vooren gemelde haar Edele Groot Mog. Gecom- 1 mitteerden, met opzigt tot de reeds verfcheenen, en nog te verfchynen jaarlykfche recog- 1 nitie te bekoomen, ten zy hem het zelve door haar Edele Groot Mog. nadere dispofitie wierde geprocureert, en verfoekende oni voorfz. reedenen, dat haar Edele Groot Mog, de voorfz. uitfpraak of vonnis (voor zoo veel des noods) zouden gelieven te verklaaren executabel, en den Hove Provintiaal te auétorifeeren, om het zelve vonnisfe na ftyle van den voorfz. Hove ter executie te doen leggen , en daar op te depecheeren executorie in ordinaria forma; of wel anderfints dac haar f Edele Groot Mog. zodanige voorfiening zouden gelieven te doen, ten eynde den Suppliant te doen jouïsfeeren van het effect van gemelde uitfpraak door hoogst derfelver gedelegeerde Regters geweefen, als haar Edele Groot Mog. volgens derfelver hooge wysheyd zouden oordeelen te behooren, en dat aan den Suppliant, als ten eenemaale buyten ftaat zynde, eenige onkosten te kunnen fourneeren, pro Deo mogte werden verleent en uitgegeeven Copie of Extraét van haar Edele Groot Mog. dispofitie in deefen te vallen. 1 Waar op gedehbmett zynde is goedgevonden en verftaan, het eerfte en laatfte lid van des Suppliants verfoek aan denfelven by deefe te accordeeren, en mitsdien de voorfz. uitfpraak of vonnisfe te verklaaren executabel; met métorifütie op den Hove, om het zelve Vonnisfe na üyle van den Hove, ter executie te doen leggen, en daar op te depecheeren executorie in ordinaria forma. En zal Extraót deefer gefonden worden aan Prefident en Raaden van den Hove tot derfelver narigt; als meede aan die van den Kerkenraad der Luterfche Gemeente te Westzaandam , en gelyk Extract pro Deo aan den Suppliant gegeeven, óm zig daar na te reguleeren respectivelyk. 45< Publicatie van den Prince van Orange, als Heer en Baron van de Stad Grave en Lande van Cuyk, tot het ter culture brengen van vague, fterile en inculte Gronden in den voorfz. Lande. Den 2 Augustus 1774. Wy Willem, by de Gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c. &c. &c. Heer en Baron der Stad Grave en des Lands van Cuyk, &c. &c. &c. Alle die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut; Doen hier mede te weeten: Alfoo wy zyn geinformeert geworden, dat in onfen Lande van Cuyk op diverfe Plaatfen veele vague, fterile en inculte Gronden, zoo Heyden en Broeken als Moerasfen gevonden worden, die zoo lange Pp 3 de-  3C2 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. defelve blyven in den flut, waar in tegenswoordig zyn, van weinig of geen nuttigheid voor de goede In- en Opgefetenen konnen weefen: voorts in- fericule overweginge genoomen hebbende, dat het tot algemeen nut en welfyn,en in 't byfonder tot merkelyke advamagie der refpective Gemeentens, mitsgaders van dc In- en Opgefetenen des Lands van Cuyk zoude vcrltrckken, wanneer zoodanige gcdeelcens van der Gemeentens voornoemde vague, fterile cn inculte Gronden, als zonder merkelyk ongerief dèr In- en Opgefetenen konnen worden gemist, ten privative voordeel van defelve verkogt wierden, om onder genot van vrydom zoo der Thienden als anders voor feekere jaaren, ter culture gebragt of tot Weyen I fooy - Landen, mitsgaders tot Boslen en Piantagien aangelegt tc worden, gelyk andere Gemeentens ten platten Lande, daar onder meede in fommige onfer Domeinen cn fpeciaal alomme in Oostcnryks Branband, wecfentlyk een important voordcel daar van genieten, wyders voor zoo verre ons als Grond-Heer betreft, niet ongenegen wefende, om, met postpofuie van ons particulier Interest daar toe meede tc coöperceren, en tot dat einde niet alleen ten behoeve der refpective Gemeentens, of wel der Jn- cn Opgefetenen van dien, te renuncicren van hetaandeel der Kooppenningen deefer Gronden aan ons voor het gemis van den Eygendom derfelve anders competerende, maar ook aan de refpective Kopen tc remitteren ber gewoone voor/yf, cn dus voor ons niet anders te referveeren dan de gewoonlyke geringe Chyns mitsgaders dc Thiend Gcregd.gheid. En eindelyk door ons om het vooriz. falutair oogmerk te bereyken, de nodige ordres geftelt zynde, dat door de refpective Regenten in den Lande van Cuyk zal worden onderfogt en opgegeven, hoe veele Morgens vague, llcrile cn mcultc Gronden met diltinetie tusfen Ileyden, Broeken en Mocrasfen, tot of onder ieder Dorp of Gemeente na gedagten wel behoren, als meede hoe veele en welke van defelve gevoeg'yk en zonder merkelyk nadeel van de ln- en Opgefetenen , tot de voorfchrcevene eyndens en op de gemelde voet verkogt zullen konnen werden, gelyk meede welk employ van de daar van proveiiicrcnde Penningen na haare gedagten zal dienen gemaakt te werden , 't zy dan om defelve te doen komen in dc eygentlyk gelegde Gemeentens Casfen, 'c zy die gedeeltclyk te gebruyken, tot verbctcringe der overige of verdere Gemeentens Broeklanden, ten einde die voor 't vervolg tot merkelyk meerder nut, dienst en profyt van de In-en Opgefetenen te doen zyn, cn voor de mcerresc aan te le ggen tot Capitalen of andere vrugtdragende Eifecten, om daar uic te vinden een Eonds ter verminderinge der jaarlykfe Pcrfoneele OmÜaageni rcn emde hier door voornamentlyk de geringe en onvermogende Ingefetenen te foulageren; En laaftelyk welke middelen zy zullen vermeenen, dat gevocglyk by de hand konnen worden genoomen, ter verbeteringe Van de overige of verdere Broeklanden der refpective Gemeentens. S o o is 't , dat wy hier van aan alle Ingelandens of Geërfdens, als meede aan alle Inen Opgefetenen onfes Lands van Cuyk by deefen tot derfelver narichc wel hebben willen kennis geeven, ceifens verwagtende dat defelve aan de nfpoéitiim Regenten in het voldoen tan onfe bovengemelde intentie en ordres, als alleen tot algemeen nut en welfyn en tot meerder voordeel der Gemeentens, mitsgaders van de In- en Opgefetenen aldaar verhVekkende, zoo nodig de bcbulpfaame hand bieden en alle alliilentie verleenen zullen, gelyk wy daar en tegen ook aan een ieder, wia het ook zoude mogen weefen, wel expresfe huerdiceren en verbieden,om aan defelveKegentcn omtrent het geene voorfchreeven eenige hindernisfe of belet toe te brengen, veel min hen deswegens eenigfints te molelteren by poene dat tegens de zoodanige, welke zig daar aan mogten komen fchuldig te maken, na rigeur van Rechten zal werden geprocedeerr. En zul deefe alomme binnen onfen Einde van Cuyk werden gepubliceert cn gegeert ter plaatfe alwaar men gewoon is, zoodanige publicatien cn a/iixien te doen. Aldus gedaan, cn gearrefteert, op ons Hof het Loo, den 2 Augufty 1774. CL. » (tras. geteekent,) W. Pr. v. ORANGE. (Onderjïond,) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. fGecontrafigneert,) A. ARDESCE Re-  Begrypende allerhande Politique zaaken, 303 4& Refoiutie van de Staaten van Holland, waar ■ by eenige Ingefetenen van Crimpen op den Tsfel, zig beklagende over het doen van een Omjïag tot het vinden van kosten van procedures, door Schout en lieemraaden zonder voorgaande Buurfpraak ondernomen, worden gerenvoyeert aan Gecommitteerde Raaden, om aldaar in oppofitie van Executie te komen. Den 28 January 1775. Is gelefen hec Advis van de Heeren Gecom- t mitteerde Raden van den 27 defer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed, Groo cMog. Appointement Commisforiaal van den 20 Mey laatstleden, geëxamineert de zeer ampele Requeste van Johannes Hogendyk, Jan Weggeman, en Hendrik de Vos, Ingefetenen, Buurenen Ingelanden van Crimpen op den Ysfel, zoo voor zig zelve, als daar toe door verfcheide Mede - Ingelanden, Ingefetenen en Buuren van Crinpen voornoemt gequalificeert zynde, in fubftantie te kennen gevende, dat in den jaare 1770, door Schouten en Heemraden van Crimpen op dm Ysfel zekere procedures waaren ondernomen tegen Samuel Guldemont, toen ter tyd Se cretaris van Crimpen voornoemt, als Gaarder van de Verponding-gelden en andere Omflagen; dat alvoorens de zelve te entameeren, tegen de gewoone ufantie geen Buurfpraak was gehouden, en dat zy Supplianten bevreest zynde voor de importante kosten, welke door de voornoemde procedures Honden veroorzaakt te worden, aan de voornoemde Schout en \ Heemraden hadden laaten infmueeren, datzy wel expresfelyk protefteerden tegen het voeren derfelver Procedures en de kosten daar uit zullende refulteeren, als zonder voorgaande Buurfpraak ondernomen, met een bygevoegd Declaratoir, dat zy zig zouden oppoteeren tegen het brengen van defelve kosten ten lasten van het Ambagt of de Polder het Langeland; dat dezelve procedures niet tegenftaande waaren voortgefet, en dat zelfs van wegen Schout en Heemraden voornoemt was bekent gemaakt, dat op den 7 April 1774 een extraordinaris ' Omüag van de kosten der voorfchreeve proce- 1 dures zoude worden gedaan; dat zy Supplianten , na eenige pogingen daar toe te hebben aangewend, Copie authenticq van defelve reets gefloten Rekening en de daar toe behoorende Documenten magtig zynde geworden, daar uit hadden gezien, dat defelve extraordinaris Omflag bedroeg een fomme van ƒ2777-10 o, over ieder Morgen ƒ5-10-0 bedraagende, en ter zaake van de voorfchreeve Procedures in de voorfchreeve Rekening voor den Schout alleen wegens Vacatiën Wagenvragten en verfchot^ ten was gebragt een fomme van ƒ 1570 -13-12, zynde daar by nog verfcheide nakosren gereferveert geworden; dat de Supplianten hadden gemeent zig tegen het doen van den Omflag te moeten verfetten, en bevreest zynde, dat Schouc en Heemraden van Crimpen mogelyk tot het invorderen van den voorfchreeven Omflag zouden willen gebruik maaken van haar Edele Groot Mog. Oétroy op den 6 November 1753 aan Schoutenen Geregtea van den Crirapenerwaard tot het invorderen van derfelver lasten verleent, aan den Hove van Holland Mandament Poenaal tegen het innen van denfelven Omflag hadden verzogt, dog dat op het daar toe gedaan verfoek was verleent nihil hic; dat de Supplianten daar uit hadden geconjeóhureert, dat by dén Hove mogelyk was begrepen, dat het voorfchreeve Oétroy van haar Edele Groot Mog. op derfelver geval van applicatie was, en zy conform het zelve tegen de executie, waar mede zy uit kragte van den voorfchreeven gedaanen Omüag gedreigt zouden kunnen wefen, in oppofitie zouden moeten komen by de Gecommitteerde Raden, en vervolgens om de verdere daar by in het breede gealle?ueerde redenen verfoekende, dat haar Edele" Groot Mog. gelieven te verklaaren, dat het Octroy van dato den 6 November 17 63, aan Schouten en Geregten van de Dorpen inden Ciimpener waard verleent, niet van applicatie is, of kan worden gemaakt op Omflagen wegens kosten van procedures, welke door Schouten en Heemraden zonder voorgaande Buurfpraak, zonder confent van het meerendeel der Ingelanden, op zoodanige Buurfpraak prefenc geweesc zynde, en tegen hunne wettige Protesten zouden mogen zyn ondernomen, immers niet voor en aleer de questie over de bevoegtheid of onbevoegtheid van Schout en Heemraden, om de kosten wegens diergelyke procedures over het Ambagt, zonder voorafgaande Buurfpraaken en confent van Ingelanden ondernomen, om te Haan, by zoodanig een Regter, als volgens den aart der faake bevonden zoude mogen werden competent te zyn, zoude wefen gecognosceerten gecermineert, en dat haar Edele Groot Mog. inmiddels , hangende derfelver deliberatien,' alle invorderingen wegens de voorgemelde extraordinaris Omflag geliefden te houden in ftaate en furcheance. Waarop gedelibereert zynde, is goed gevonden en verftaan, der Supplianten gedaane verfoek te wyzen van de hand; Iaatende niet te min aan defelve vry en overlet, om, ingevalle zy ter zaake van het betaalen hunner portien in den Omflag, door Schout en Heemraden van Crimpen op den Ysfel den 7 April 1774 gedaan, uit kragte van haar Edele Groot Mog.  Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. 304 Mog. Octroy van den 6 November 1753, j geëxecuteert mogten worden ,cn zy vermeenen zouden, dat defelve geheele Omilag was informeel , of wel dat daar in onbehoorlyke posten zouden mogen wefen gebragt, in zooda¬ nig geval te komen in oppofitie van executie voor de Heeren Gecommitteerde Raden, in dier voegen als by het zevende Articul van het Reglement in het y.elvc Octroy geinfereert, is voorgefchreven. 47. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy tot approbatie van de Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden. Den 20 Mey J775. Ts gelefen de Requeste van dc Leden van I de Maatfchappy der Ncdcrlandfche Letterkunde te Leyden, te kennen gevende, dat zedert eenige jaaren binnen defelve Stad ccn Gefelfchap van Kunstminnaarcn had gefubfifteert, welk tot onderwerp in hunne byëenkomften had het beoeffenen der Nederlandfche Taal-, Dicht- en Oudheid - Kunde. Dac dit Gefelfchap van tyd tot cyd in getal van Leden aangroeyende, eindelyk een ontwerp had gevormt, om het zelve tot eene meer algemeene en geregelde Maatfchappy uitrebreiden, welke tot haar eenig oogmerk zoude hebben de beoeffening en uitbreiding der i Nederlandfche Letterkunde, hebben dc Grond- 1 leggers van defe Maatfchappy zig tot het be- j handelen van zulke Onderwerpen alleen be> I paald, welke geene der Maatfchappycn, door / haar Edele Groot Mog. geoctroyeert, rpfettclyk en wet uitf uiting van alle anderen tot haar byfonder fubjeet hadden genoomen \ en ! dat ook dit ontwerp door het acccdceren van j een aanmerkelyk getal van Beoeffenaaren de- ; fer Kunften en Wetenfchappen, waar onder dc Maatfchappy het geluk had eenige uit de aanfienelykfte Leden defer Republicq te kunnen tellen, in zoo verre tot (tand gebragt was, dat dc Maatfchappy reeds twee Deelen van ! haare Werken der Geleerde Waereld had mcdegedeelt, en defelve, behalven haare andere pogingen tot uitbreiding van dc kennis onfer Taaie, de Liefhebberen der Nederduitfche Taalkunde ook een Vraag had voorgefteld, op ' welker beste beantwoording zy de eer en belooning van een gouden Penning. met den naam van den Schryver dier Verhandeling daar op gegraveerc, beloofd had; hoedanige Vraag, genomen uic eenen van die Kunften en Wetenfchappen , welke toe haare beoeffening behooren , jaarlyks door haar zoude worden opgegeven. Dat, tot meerder bevordering van defe onderneeming, de Supplianten defe hunne Maacfchappy even als alle andere zoortgelyke Genoodfchappen , zoo in als buicen defe Provincie , geerne bekroond zagen mee de honorable approbatie, en gefterkc mee de veel vermogende authoriteit van haar Edele Grooc Mog., zonder welke approbatie en confirmatie alle verrigtingen der Maatfchappy alleen konden worden geconfidereert, als daaden van Perfoo¬ nen, niet gemunfeert m.t het gefig van den Souverain defer Landen. Dat zy Supplianten aller cerbiedigst vertrouwden , dat aan hun de gemelde hooge approbatie en confirmatie, door haar Edele Grooc Mog. goedgunftiglyk zoude worden verleent, gemerkt de Vaderlyke zorge van haar Edele Grooc Mog. in hec aankweeken van nutte Kunften en Wetenfchappen; gelyk ook uit confideratie van de blykbaare welmecncnthcid van defe onderneming, waar toe dc onkosten door dc Leden defer Maatfchappy zelve, uit liefde tot de Letterkunde, wierd gedragen: terwyl het ook ontwyïTclbaar een allervoordeeligst denkbeeld van defe Maatfchappy by haar Edele Grooc Mog. moest verwekken, dat zyne Doorlugtige Hoogheid, de Heer Erfstadhouder, Prince van Orange, na dat zyne Doorlugt'gc Hoogheid dc twee uJtgegevene Doelen rnarer Werken onder het oog had cehad, deefe Maatfchappy, op haar verfoek, met zyne hooge protectie op hec allergratieust wel had willen verwaardigen, met byvoeging van defe, voor haar zoo hoog te fchattcne, concesfie, omme van den Doorlugtigen naam van hoogstgemelde zyne Hoogheid in zoo verre gebniik tc maken, dat het zelve aan haar Edele Groot Mog. met hoogst desfelfs gunftig medewecten cn communicatie onderdanigst in» gelevert wierd: By al het welk zy het genoegen had, ook,nog te kunnen voegen, dat de Magiftraat der Stad Leyden, insgelyks op het allervriendelykst, alle fupport aan dc Maatfchappy tocgefegt, en ook reeds dadelyk goedgunftiglyk verleent had; keerer.de dc Supplianten , door dit alles aangemoedigt, zig eer» biedigst tot haar Edele Groot Mog , ootmoediglyk verfoekende, tot meerder aanwas vaa den luifterdefer Maatfchappy, en tot verdei* aankweeking der welmeenende oogmerken van derfelver Leden, defe Maatfchappy met ba* Edele Groot Mog. hooge approbatie te vereeren , en met derfelver fouveraine authoriteit, onder en met den naam van de MaatfcltopfS der Nederlandfche Letterkunde te Leyden te bekragtigen, en het Zegel met het Omfchrift, Zegel van de Maatfchappy der Nederlan&fd* Letterkunde te Leyden, volgens de teekening aan het Request geannexeert, goed te keuren en te bevestigen, en voorts aan defe Ma* fehappy te geven zoodanige andere en toeer- dc-  Begrypende allerhande Politique zaaken. 305 dere blyken van approbatie en confirmatie, als haar Edele Groot Mog. naar derfelver hooge wysheid, tot nut en luiffer van defelve best gefchikt zouden oordeelen; verfoekende de Supplianten, dat aan hun daar toe mogten worden verleent jBrieven van Oétroy in forma. Waar op gedelibereert zynde , hebben haar Edele Grooc Mog., het pryslyk voornemen van de Supplianten alfmts laudeerende, en genegen zynde tot accres van desfelfs luiffer, zoo binnen als buiten 's Lands, op alle wyfen te contribueeren ter bevordering der Wetenfchappen, goedgevonden en verdaan, aan de Supplianten derfelver gedaan verfoek te accordeeren, en mitsdien te approbeeren de voorfz. Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde, het zelve bekragtigende onder en met den naam van de Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden, met approbatie en bevestiging van derfelver Zegel met het Randfchrift, Zeegel yan de Maatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden; zullende hier van ten behoeve van de Supplianten de noodige Brieven van Oclroy worden geëxpedieert. En is voorts nog goedgevonden en gerefolveert, dat het Oétroy aan de iVaatfchappy der Nederlandfche Letterkunde te Leydmby haar Edele Groot Mog. hier vooren verleent, geenfmts praejudiciéeren zal aan het geen by haar Edele Groot Mog. op den 30 July 1761 aan de Hollandfche Maatfchappy der Wetenfchappen te Haarlem, en op den 5 July 1770 aan het Bataafsch Genoodfchap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam, is geaccordeert; nog aan diergelyke Etabh'sfementen, die in andere Steden defer Provincie zoude mogen worden opgerecht; dat al verder het voorfz. Oétroy tot geen gevolg zal mogen hebben*, dat door defelve Maatfchappy publicquelyk zal worden gedoceert; en dat eindelyk de Stukken, die aan de voorfz. Maatfchappy zullen worden toegefonden, en waar van defelve zal goedvinden gebruik te maken, in geene andere Taaien door defelve Maatfchappy zullen mogen worden gedrukt, als in de Nederlandfche Taal, of in die Taaien, waar in defelve door de Autheuren gefchreven zyn. 48. Publicatie van de Staaten Oeneraal, tot het houden van behoorlyke Leggerboeken van de vaste Goederen in de Landen van Overmaafe. Den 17 December 1775. T~\e Staaten Generaal der Vereenigde NeJLJ' detlanden, allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo ons is te vooren gekoomen, dat niettegenltaande onfe ernflige meening, vervat in onfe Refoiutie van den 5 December 1731, op veele Dorpen en Phatfen in de Landen van Overmaafe, onder onfe Partage gehoorende, als nog niet zyn geformeert behoorlyke Leggerboeken van de vaste Goederen, of daar defelve al geformeert zyn, nimmer in een goede en behoorlyke ordre zyn onderhouden geworden: Dat 'er ook eene merkelyke - disproportie gevonden word omtrent het Salaris van de Secretarisfen voor het doen van de overboekingen van groote of kleine Perceelen, zoodanig dat de minftvermogentfte meer als de vermogenfte zouden worden befwaart, by aldien men zig by continuatie daar omtrent na het getal der Perceelen, en niet na de groote der effective Bandertaaien zoude moeten gedraagen; dat 'er meede weefendlyke defecten en omisfien bevonden worden in de Leggerboeken van de respective Banken en Dorpen in de Landen van Overmaafe, als waar inne by ieder Perceel niet zyn aangebragt en geannoteert de Erflaften, Chynfen en Dominiaale Renten, op de voorfz. Goederen geaffeéteert, en waar door veele Goederen als vry en onbelaft werden verkogt, veralieneert of by fcheidinge toebedeeld, dewelke jaaren na dato bevonden worden met IX Deel. zoodanige Iafteh befwaart te zyn : Dat 'erboven dien ook merkelyke abuifen voorvallen omtrent de Renten aan het Land vergolden wordende, uit oorfaake dat de Landmeeters, by verdeelinge van Goederen tusfchen de Erfgenaamen , de lasten van de Landeryen fepareeren, in zoo verre zelfs, dat eenige Landen dewelke belast zyn, vry en onbelast toebedeelt worden, endaar en tegen de Landen, dewelke onbelast zyn, worden befwaart met Renten, geaffeéteert op de Panden der andere Condiviuenten of Erfgenaamen , waar door het gebeurt, dit de meefte Onderpanden ten Leggerboeken der Domeinen en Geestelyke Goederen bekent, als vry en onbelast befeeten worden, terwyl andere als Debiteuren, zomtyds geen Goederen meer befictende, te Boek fta m, alles tot merkelyke prejudirie van onfe Domeinen, infbnderheid omtrent die geenen, dewelke by verkoop aan de Pondpenningen of Werffchellingen fubjeét zyn. Zoo is 't, dat wy daar in willende voorfien, goedgevonden hebben by ampliatie en alteratie van onfe bovengemelde Refoiutie, en van onfe Publicatie van den 16 December 1774 , relatif tot den Lande van Valkenburg, van nieuws te ordonneeren en ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefen. Eerftelyk, dat alle en een iegelyk Eigenaar of Togtenaar van Huifen, Landen en andere Goederen, in de drie Landen van Overmaafe geleegen, hunne vaste Goederen, het zy by Q q koop,  3o6 Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. koop, uit kragte van Testament, ah intejlato, of op eenige andere wyfe in eigendom of togte verkreegen , of namaals zullende verkrygen, als nu op de Leggerboeken te laaten overboe- : ken, te weeten binnen den tyd van twee maanden na de Publica:ie deefer, zoo veel belangt de Eigenaars, welke woonagtig zyn ter Plaatfe daar de Goederen leggen; van vier maanden, zoo veel aangaat die, welke in de Stad van Maaltricht of in de Landen van Overmaafe elders woonagtig zyn; en van zes maanden ten aanfien van alle andere Eigenaaren, elders met 'er woon fig om houdende, en in het vervolg binnen den loop van drie maanden, na dat zy de voorfz. vaste Goederen in maniere voorfz. zullen hebben verkreegen, betaalende ieder Eigenaar, Togtenaar, of eenige Goederen door verfcheide Erfgenaamen ongefplist, of ongedeelt befeetcn wordende, de gefaamentlyke Erfgenaamen voor defelve overboeking aan den Secretaris van de Plaats in maniere als volgt: Van ieder Perceel groot beneeden de vyf tig kleine roeden twee Huivers, zynde eene Huiver voor affchryven, cn eene Huiver voor aan fchryven. Van ieder Perceel groot vyftig tot honderd kleine roeden, drie Huivers. Van ieder Perceel groot honderd tot vier honderd kleine roeden, vier Huivers. Van ieder Perceel, groot vier honderd tot fes honderd kleine roeden, vyf Huivers. En van ieder Perceel boven de fes honderd kleine roeden of een Bunder, indiltinétclyk fes Huivers Ho'landfch. • Zullende die geene bet zy fóg&ftMB of Tog- , tcnaar, welke de aangceving binnen den voorfz. tyd nu en in het vervolg niet zal heb- , ben gedaan, verbeuren voor ieder Perceel ; grooter als een Bunder, met of fonder Huis, f 150 - o - o. Van een Bunder cn min of Huis ƒ50-0-0; en van een parthy van honderd kleine roe- j den, en daar onder ƒ 25-0-0 Holland fch: Dat tot vermyding der abuifen omtrent de parthyen door een Togtenaar aangegeeven nevens defelve op de Leggerboeken zal moeten werden bygefchreeven, dat zoodanige Perceelen in Togt bcfeeten worden, en na expiratie i der Togten, weeder zullen moeten werden overgeboekt ten naame van den geenen, waar op als dan de volle eigendom koomen zal, met dien verHande dat zulks voor het toekoo- j mende plaats zal hebben, wanneer de gemelde vaste Goederen in maniere voorfz. overgaan, zonder dat daar van gepasfeert zy Acte, welke ter Secretarye van de plaats word geregiftreert; als in welken gevallede Secretarisfen j verpligt zyn, en des noods aan haar mits deefen gelast word, op een boete van ƒ25 - o - o Hollands voor ieder Perceel, de Goederen ter Secretarie getransporteert, of die by eenige Acte aldaar gepasfeert of geregiftreert, zyn toegedeelt, of anderfints aangekoomen, zonder nadere aangeeving of genot van de voorfz. twee, drie, vier, vyf en fes Huivers respective, te Hellen op den naam van den nieuwen Eigenaar of Togtenaar. Ten anderen, dat by den aanbreng van voorfz. vaste Goederen en vervolgens op dc Leggerboeken zal moeten werden aangegeeven en geregiHreert, niet alleen de exacte maatc van ieder Perceel met derfelver Rei genooten en Belendingen , mitsgaders den titul van eigendom, maar ook behooriyk gefpecifeeën de ErllaHen, Chynfen en andere Renten daar op geaffeéteert, op pcene van/25-0-0 Hollandfch voor ieder te verbeuren; ordonneerende aan de respeétive Secretarisfen, en die geenen, dewelke eenige overboekingen doen, om van alle verkoopingen, beleeningen, fcheidingen en deelingcn van Goederen, waar uit eenige Renten aan het Land vergolden worden, daar van aanteekening te doen in derfelve Protocollen, en aan het einde van ieder jaar aan den RcntmeeHer van onfe Domeinen en Geestelyke Goederen, over te lenden een kort Uittrekfe! uit haare Prothocollen of LyHe van de Goederen, Velkc met haar kennisfe verdeelt, verkogt of anderfints veralicneert worden, cn waar uit eenige Renten of Pagten vergolden worden; zullende voor ieder Post op de voorfz. Lyft in voegen voorfz. behooriyk gebragt, door den Rentmeefler voornoemt aan hun betaald worden twee Huivers Holland?; zullende onfen Rentmeefter gehouden zyn, om de voorgemelde Extraeten of LyHen bekoomen hebbende, pertinente aanteekening te doen in zyne Regifters van het geene hy uit die Extracten of Lysten tot informatie zal vinden, die aanteekening rclatif maakende tot defelve Extracten of Lysten, op welke hy zal noteeren het fo lium waar op defelve Extracten of Lysten gemeld zyn: Gelastende voorts alle Secretarisfen, Notarisfen en Landmeeters in de Landen van Overmaale , om by her pasfeeren van eenige Actens van verkoop, tranfport, beleeningen, fcheidingen en declingen of anderfints , de respective Comparanten uitdmkkelyk af te vraagen de Renten en Lasten uit de Goederen by de Acte vermeld vergolden wordende, en zulks exaételyk tc fpecificeeren, en infonderheid om by dc fcheidingen en deelingen der Goederen, door haar of ten haare* overftaan gefchiedende, de Lasten, Chyrfi* of andere Renten te laaten op de Goecertf cn Onderpanden, waar op defelve geaffö' teert Haan, zonder eenige Perceelen daar vtf te mogen ontheffen, of andere daar meede* befwaaren, op pcene van contrarie doendevoor iedere contraventie te verbeuren eer£ boete van vyftig Goud - guldens. Alle welke boeten in deefe Publicatie 1*" greepen, geprofiteert zullen worden een (^er" de door den Officier die de calange zal doen, een derde door den Aanbrenger, en een derde voor den Armen van de Plaats waar orde* de Goederen leggen, met last aan de re^C' tive Officieren, omforge tedraagen, dat Jee;  Begrypende allerhande Politicque zaaken. lê onfe goede meening allefints nagekoomen, en de pcenaliteiten tegen de Gebreekige na behooren geëxecuteert worden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie prretendeere, hsten en ordonneeren wy, 3Ö7 dat deefe alomme in de drie Landen van O* vermaaze onder onfe Partage gehoorende, zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfen daar men gewoon is publicatie en afïixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 's Gravenhage den 17 December 1775. (JVas geparapheert,) W. R. de S I T T E R, vt. (Onderfondf) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekentf) H. FACEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog, op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte* 49' Publicatie van de Staaten van Zeeland, tot voorkooming van de misbruiken in het opregten van Begraaffenis —, Huwelyks — Verjaaring ■ en Kraam — Beurfen of .Sociëteiten. Den 23 December 1776* De Staaten van Zeeland Allen den geenen die defen zullen zien of hooren lefen, falut! doen te weeten: dat wy in ervaring zyn gekomen, dat, eenigen tyd geleden, binnen onfe Provincie, zommige zoogenaamde Begravenis-Beurlèn of Sociëteiten, zonder eenige publicque aucforiteit, dog waar van waarichynelyk de goede intentie kan geweest zyn, om voor een geringe fomme aan Nabeftaanden of andere, die men genegen is eene ordentelyke Begravenis te verforgen, zynde opgeregt geworden; de toeloop, welke die eerfte Beurfen of Sociëteiten gehad hebben, en de berekening der voordeelen, welke men vermeende, dat uit defelve door de Directeuren genoten wierden, veele andere onfer Ingefetenen hebben aangefpoord, om insgelyks zulke Begravenis- en ook Huwelyks- Verjaaring- en Kraam - Beurfen of Sociëteiten aan te leggen; met zoo eene onbefonne drift, dat, nog in dit loopende jaar, 'er genoegfaam weekelyks nieuwe in train werden gebragt, en bereids tot een zeer aaiimerkelyk getal zyn aangegroeid: en wel zoodanige, waar van men, om verfcheidene daar in plaats hebbende misbruiken, en infonderheid, om den onbehoorlyken handel, van op Naamen van allerley-ftaat van Perfoonen zonder derfelver voorafgaande kennis en toeftemminge, inteteekenen, moet befluiten, dat, van het bovengemeld' goed oogmerk afgeweken zynde, men het eigen voordeel van Directeuren en Inteekenaaren alleenig, en geenfins dat der Perfoonen, op wier Naamen ihgeteekend is, bedoeld. En aangeiien, by de ondervinding, reeds gebleken is, hoe veele Dispaten en Procesfen uit defen handel zyn ontftaan, en het allefints te gemoet te zien is, dat zulks nog dagelyks zal vermeerderen; het geen, gevoegd by andere daar uit voortkomende inconvenien- • ten, eindelyk niet anders als zeer nadeelig eh ruïneus voor veele onfer goede Ingefetenen kan en moet uitvallen; waar tegen wy, zoö veel mogelyk willen voorfien: Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben te ftatueeren, gelyk wy doen by defen: dat, na de publicatie van dit ons Placaat, geene Begravenis - Huwelyks - Verjaaring- en KraamBeurfen of Sociëteiten binnen defe Provincie zullen mógen worden opgeregt, als in de ftemmende Steden derfelve, na alvoorens daar toe Confent en Auétorifatie van de refpeélive Regeeringen te hebben verfogt en bekomen; op pcene niet alleen, dat defelve voor nul en van geener waarde zullen werden gehouden, maar ook op eene boete van 50 Vis. voor ieder der Direéteuren dewelke zulks zouden beftaan te ondernemen , en van c£ 2 Vis. voor ieder, die in defelve zal hebben deel genomen. Dat ook zoodanig Confent en Auétorifatie Q q 2 mei  3o8 "Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. niet zal mogen werden verleend, als tot het opregten van Beurfen of Sociëteiten, in de welke, onder anderen, de navolgende Artikelen /uilen wefen geinfercerd, en worden geobfervcerd, op de poenen en boetens, als by ieder derfelve, ten laste der Contravcnteurs zyn gelbtueerd. 1. Dat niemand zal mogen intcekencn dan op zyn eigen Naam, of die van zyne of haare minderjaarige Kinderen; ten zy dat geproduceerd werde een fchriftelyk bewys op een Zegel van 4 Huivers, ondertcckend door den geeV.cn, op wiens Naam ingeteekend word, medebrengende ccn duidclyk Confent van zooUanig een Perfoon, op wiens Naam ingeteekend word ; op poene van nulliteit, cn boven dien van de boete van << 2 Vis., voor den Intcekcnaar, en van cC 6 Vis. voor dc Directeuren, die andere intcekeningen, als in voegen voorfz., hebben aangenomen of daar voor een Acte gepasfeerd. e. Dat in één en defelve Beurs op een Perfoon maar éénmaal zat mogen werden .ingeteekend, op poene, voor iedere reis, op dat iemand meer dan eens daar ingeteekend tl, ivhalven dc nulliteit, nog door den Inteekenaar, zoo hy zulks op zig zclven of zyne of haare minderjaarige Kinderen heeft gedaan , te verbeuren 2 Vis. cn gelyke dt 2 Vis. door den geenen, die meer als ccn fchriftelyk Confent, om op zig te laten inteekenen zal*hebben gepasfeerd, en vólgens het hierna genoemde 3 Artikel meer als ccne doublé der lnteekeninas Acte zal hebben aangenomen in écn en defelve Beurs. 3. Dat dc Naam van den IsteëkenSHi zoo wel, als van den Perfoon, op wiens Naam is ingeteekend, in de Ly.;ten zullen moeten uitgedrukt cn bekend ftaan; cn dat, zoo dra de intcekening gefchied is, daar van een Acte aan den Intcekenaar, cn een doublé daar van aan den Perfoon, op wiens Naam is ingeteekend, zullen moeten werden afgegeven, door de Directeuren ondertcekend, op een Zégel van6'duivers voor dc Orgincele Acte, eneén van 4 duivers voor dc Doublc; op poene van te zullen vervallen, zoo wel de Directeuren, als de Acceptanten der Aétens, in de boeten cn poenaliteiten, by de Ordonnantie op het Middel van het Klein-Zegel, in dato ó September 1764, tegens de Contraventeurs van dien geftatueerd. 4. Dat de inteekeningc, ingevolge het 1 cn 2 Artikel behooriyk gefchied zynde, de fomme, welke volgens het Contract eener Begravcnis - Sociëteit, by het aflterven van den Perfoon, op wiens Naam is ingeteekend, moet werden afgegeven, aan geen andere zal mogen werden betaald, als aan die geene, welke , in cas van overlyden, volgens een te procuceeren voldoende bewys, met de Begravenis van den Overleden is befwaard of de directie daar over heeft; ên in de andere gevallen, van Huwelyks-Verbaren- of Kraam-Sociëteiten aan geene andere, als aan de Pcrfoonea zelve, op wier Namen is ingeteekend; «raat van by Qultantie, op een Zegel van 4 Huivers, behooriyk zal moeten blyken; op I poene, ten laste van de Directeuren, dat die gedaane betalinge voor nul zal worden gehouccn, cn dc Perfoon, op wiens Naam is ingeteekend, in cas van Huwelyk, Verjaaren-of Kramen, cn in geval van overlyden , die geene, welke met dc begraving befwaard is, of die de dircétie daar over heeft, het recht bekomt , om de gcHclde fomme van dc Directeuren tc vorderen, die andermaal tot die betalinge, buiten kosten van de verdere Intcekenaaren, zullen gehouden wefen. En dat in zoo verre het Zegel, in dit Artikel vermeld, mede niet behooriyk mogtc werden gebruikt, dc dispofitie der opgemelde Ordonnantie in defen ook, zoo wel ten aanfien der Direéteuren, als van Geld-Ontfangers plaats zal hebben. 5. Dat tot dc Zegels, in de bovenHaande Artikelen gemeld, geene andere zullen mogen worden gebruikt, als die, welke, na dato van dit ons geëmaneerd Placaat, zullen zyn afgegeven en geparapheerd. 6. Dat jaarlyks, op verbeurte van ^25:0:0 Vlaams voor ieder Directeur, over iedere Beurs, met productie van de Jnteekcns• Lysten, Confenten tot Inteekening, en van alle de Quttantien der afgegevcne Gelden op zekeren, veertien dagen te vooren, in de Couranten te prxfigeeren dag, aan die Geintcresfeerden, welke pnefent zullen willen zyn, door dc [Direéteuren zal moeten gefchieden behooriyk bewys en rcliqua van hunne in het afgcloopcn jaar gehoudene Adminittratie, ra l dat alvoorens van de Mpeétivc Regccringcn \ de bepaünge van dien dag zullen verfogt nebben, om, of hun Ed. Agtb. mogten goedvinden den of meer Heeren Commisfirisfen uit den haaren te benoemen, om by het opneemen dier Rekeningen te adfiHceren. En eindelyk ten 7, dat alle Directeuren van de hier boven gemelde Beurfen of Sociëteiten by hunne Admisfie rot het opregten derfelve, en ook derfelver Opvolgeren, zullen moeten Hellen behoorlyke en fuffkantc Cautie van twee, door de Heeren van de Weth der respective Steden gclegalifeerde, en geene Directeurs zynde, Borgen, zoo voor dc behoorlyke Adminiitratie, als de Hipte naarkominge defer opgemelde Artikelen. Alle de voorfz. boeten te appliceeren een derde vcor den Officier, die de Calange doed; een derde voor den Aanbrenger, en een derde voor den Armen dier Stad, daar zulks voorvalt: zullende, om de Contraventien in defen te beter te konnen ontdekken, het aan de refpeélive Officieren vry Haan, om de laatstgedaane Rekenioge over iedere Beurs, met de daar toe relative Stukken, hier boven Artikel 6 gemeld, aan hun, ten fine van examinatic, te doen overgeven, zonder dat zulks, op eenig prretext, hoe ger naamd, door dc Directeuren zal mogen worden geweigerd, op poene van cC 50 Vis. telken reife. Terwyl wy , ten aanfien van de reeds fubfiHeercnde, cn, voor dato defes, op geregte zoo**"'  Eegrypende allerhande Politicque zaakert. gelyke Beurfen of Sociëteiten, als hier vooren zyn vermeld, voor het vervolg al verder ftatueeren, en wel uitdrukkeiyk bevelen, dat op geene derfelve, door eenige meerdere of mindere Rechtbanken onfer Provincie, eenig Recht zal mogen worden gedaan: met ftricte interdictie aan alle Advocaten, Procureurs, of andere Rechts vorderaars, om ooit of ooit, eenige Difputen, defen aangaande, voor defelve Rechtbanken te brengen, ofte vervorderen, op poene van in geen geheel jaar, voor eenige Rechtbanken in Zeeland, hoe genaamd, te zullen mogen dienen en poftuleeren. En zulks alles tot zoo lang, dat de voorfz. reeds opgeregte Beurfen of Sociëteiten mede de behoorlyke Admisfie , als boven, en op defelve Artikelen als hier vooren gemeld, zullen hebben bekomen. Ende op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen preetendeeren, zal defe alomme werden gepubliceerd en geaffigeerd 9 daar zulks gewoon is te gefchieden; mitsgaders worden toegefonden aan alle onfe Officieren en Gerechten, als mede aan onfe beide Hoven van Juftitie, om ieder, zoo veel hun aangaat, zig daar na ftiptelyk te gedragen; met last aan de welgemelde Gerechten en Hoven van Juftitie refpective, omme van den inhoud van dien, zoo verre zulks de PracnTyns" voor hunne Rechtbanken postuieeerende betreft, ter Rolle, praleétuure te laten doen; want wy zulks ten algemeenen nutte onfer goede Ingefetenen alfoo bevonden hebben te behooren. Aldus gedaan en gearrefteerd ter Vergadering van de Heeren Staaten van Zeeland, enz. Ter ordonnantie van Haoggemeidö Heeren Staaten. (JVas geteekent,) G. J. BLANKER T. 5°* Reglement op de Opontbieding of Presflng yan de noodige Manfchappen, tVaagens en Paarden op den Eylande Goedereede. Den 3 December 1777. IH^e Gecommitteerde Raaden van de Staa- \ JL/ ten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo de Heeren Gecommitteerden van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, tot beforging van de confervatie van het Eyland Goedereede, om in tyden van nood alle disordre en confufie voor te koomen, noodig hebben geoordeelt, op de presfmg van Waagens,Paarden en Manfchappen op het zelve Eyland, te arrefteerén het navolgende Reglement. Reglement op de opontbieding of presflng van de noodige Manfchappen, PVaagens en Paarden op den Eylande Goedereede, TT\c Gecommitteerden van de Heeren A_JP Staaten van Holland en Westvriesland , tot de confervatie van den Eylande Goedereede; in overweeging genoomen hebbende, dat wanneer door Stormen en hooge Vloeden het Eyland van Goedereede in gevaar werde gebragt van te inundeeren, de In- en Opgefeetenen van het voorfz. Eyland zig niet behooren te onttrekken, om ter requifitie van onfen Opfiender of Gecommitteerde by ons gefteld, zoo met hunne Perfoonen als met Waagens en Paarden onder een billyke belooning te helpen meede werken, om zoodanige gevreesde onheilen, waare het mogelyk, onder Gods zeegen voor te koomen; hebbende der^ halven tot voorkooming van alle confufie en disordre, noodig geoordeelt te moeten arrefteerén dit tegenwoordige Reglement op het presfen der Waagens, Paarden en Manfchappen , welke in zoodanige gevallen, aan en onder de directie van 's Lands Opfigters in der tyd, of die geene die door hun tot de directie gecommitteert zal worden, zullen moeten geleeveert en beforgt worden. Art. I. De Regeeringen van de Steede van Goedereede, mitsgaders van de Heer* lykheeden van het Oud-Dorp en OudeLand, Oude-Nieuwiand, Ouden-Oostdyk, en West - Nieuweland, zullen op de eerfte ordre van 's Lands Opfigter, of van den geen die door haar Edele Mogende tot de directie over de Werken van het Eyland zal zyn gecommitteert, moeten presfen zoo veel Waagens, Paarden en Arbeiders als daags aan hun zal werden opgegeeven, en daar inne houden Q q 3 zoo-  3io Placaaten. 3. Eock. 1. Titul zoodanige ordre, dat de eene Wangen of Arbeider geen meerder daagen in diensc ; zal zyn als de andere, en vervolgens aan den voorfz. Opüender of Gecommitteerden, moeten overhandigen een pnecüfl Lyst van dc gepreste Waagens, Paarden eo Arbeider», met by voeging op u-at daagen door hun gercgulecrt is, dar ieder van delèlve in dienst zullen moeten weefen. 1 L Van dc presfing op de Waagens en Paarden zal niemand vry zyn, dan de volgende, te weeten. Die, welke riet gewoon zyn hunne Paarden tot den Landbouw te gebruiken of op Vragccn te ryden. Die maar ccn Paard tot desfelfs gebruik houden. Die drie Werkpaarden heeft, zullen maar met een fpan van twee Paarden geprent worden. Die vyf Werkpaarden heeft, met twee fpan ieder van twee Paarden, en zco vervo'gens na maatc van het getal van Panreen die ieder befic. Dc Paarden die in dc Mceftoven moeten werken, voor zoolang hetScoofdryvcn zal duilren. De Paarden cn Waagens die reeds aan de Buitenwerken in dienst zyn, mits aan den OpiicnJer of Gecommitteerden te vertoonen een Verklaring van don Baas onder of voor wien die in dienst zyn, en dat zoo mecnigmaa! als zy geprest zyn cm te koomen werken. 1 \ 1. \ Van de presfing der Arbeiders zullen alleen vry zyn de volgende, namentlyk, de Pertbonen welke in actueeledienst zyn in de Regceringe der voorfz. Plaatfe. De Nagtwaakcrs. De Baakenftookers. De Jongelingen beneeden dc agtien panen oud, ten waare dat de hooge nood f zulks anders quara te vorderen, en als- / dan geordonncert zal worden, welke in j dat geval zoo veel Daggeld zullen genie- I ten , als men zal oordeelen dat defelve in \ reedelykheid zullen kunnen verdienen. • De geene die zestig jaaren of daar bo- f ven oud zyn, ten waare zulks meede in I gevalle van hooge nood anders mogte geordonncert werden, en zy het werk nog J m3gtig zyn. De gecr.e die ziek zyn of eenige ander gebrek hebben, mits aan den Opfiender of Gecommitteerde voorfz. ver- j toonende een VerkÏ3aring van den Doe- i tor of Chirurgyn, dat dtL-lve buiteD ftaat zyn, en dat zoo meenigmaai a's defelve gepreft zyn om te koomen werken. De geene die reeds aan de buitenwerken zyn arbeidende, roirs aan den Opdonder of Gecommitteerde te vertoonen ! een Verklaaring vnn den Baas onder of voor wie zy arbeiden, dat in dienst zyn, [ meede zoo meenigmaai als zy geprest mogrc worden. Alle de geene, die verder niet gewoon zyn, als Arbeider te gaan werken, des nogtans dat de Ajuyn of Aardnooten Boeren , fchoon defelve al niet voor ccn ander werken, de presfing zullen onderworpen zyn, om reedenen dat defelve gewoon zyn het werk van een Arbeider te doen. I V. Een Boer of Arbeider geprest zynde, zal verpligt weefen juist opdcnielfden dag te koomen als aan hem geordonncert is, zonder dat hy zal kunnen vol ftaan met zyn beurt op een anderen dag te vervullen , op peone van voor de eerde reis te verbeuren fes gulden, en vervolgens iedere reife dat manqueert, tien gulden, ten behoeve van de gemeenen Armen van de Plaats of het Diftrict daar zy woonagtig zyn. V. Een Boer geprent zynde, zal moeten koomen met ccn Waagen cn een fpan Paarden, en zullen dc Waagens op de Boodcm lang moeten zyn 8ïvoer, en breed 2 6 duimen; dc Planken op zy ftaande zullen zoo lang moeten zyn als de Boodcm plank, cn boog boven de Booaemplank 9 duim; dc Rongen zullen moeten ftaan op een ordinaire fchuynce van malkanderen in de wydte van de Waagen 32 a 53 duimen op dc Rongblokkcn binnenwerks te meeten, en in de lengte 5 voeten van malkandcren, midden op midden, alles RynYane\fche Y.a.\tvm 12 duimen in de voet; zullende dc Waagens wel grooter maar niet kleindcr mogen weefen, op pcene dac de geene die zig met kleinder Waagens mogte behelpen , na proportie volgens tauxatie van den's Lands Opficnder of Gecommitteerden, zoo veel minder Daggeld genieten zullen. V I. Da gcprclïe Arbeiders zullen verpligt zyn, hunne Gereedichappen meede te brengen, te weeten, ieder eenSchup0? Spaade, cn een Hakmes, en die krammen kunnen deGereedfchappen daartoe noodig, dog in gevalle de voorfz. Gereedfchappen aan hun van weegens het gemeene Land mogten geleevert worden, zullen defelven gehouden zyn die weederom te reftitüeeren, en daar inne nalaatig zynde, of defelve koomende te mishandelen, zullen zy verbeuren een boete van een gulden tien ft ui vers per ftuk, boven het geene de gemelde Gereedfchappen nieuw koomen te kosten. V I 1. Zullen wyders, zoo Boeren als Arbeiders, verpligt zyn, zoo veel uuren daags in dienst te wecfen als gebruikelyk is, op het ordinaris Dagloon, namentlyk voor de Arbeiders tot een gulden daags van den 1 Mey tot den 10 November» en  Begrypende allerhande Politicque zaaken. en vyftien duivers daags van den i r November tot den 30 April, en ten opfigte van de Boeren met hunne Waagens en Paarden op het Joon van drie gulden daags, zoo wel des Soomers als des 's Winters, en zullen voor ieder Vragt van de Zuyd - na de Noordzyde en vice verft, genieten een gulden; dog zoo het noodig bevonden werd, zullen zy zoo veel langer in dienst moeten blyven, als aan hun fal geordonneert worden, en na rato van de meerdere tyd, ook meerder Dagloon genieten. En voorts gehouden zyn te moeten werken of ryden op zoodanige daagen en «uuren als aan hun geordonneert zal werden, en niet vermoogen zig van hec Werk te abfenteeren, buiten kennisfe of toeftemming van den Opfiender of Opfienders , op eene boete van drie gulden, zullende de Opfiender of Opfienders bevoegt zyn, zoo dikwerf als defelve geraadenvinden, de geprefte Manfchappen, Paarden en Waagens te monitoren, om te zien of alle defelve behooriyk op de Werken zyn, en anders bevindende, de nalaatigen te corrigeeren ter arbitrage van Gecommitteerdens. VIII. Geene van de voorfz. geprefte Boeren of Arbeiders zullen vermoogen befchonken op het Werk te koomen, of zig op het geordonneerde Werk dronken mogen drinken, mitsgaders in het een of ander nalaatig of onwillig bevonden wer• dende, (behalven het geene Articul IV. is vermeld) zullen verbeuren hunne Dag- \ 3H loonen, en boven dien een fomme van drie guldens, meede ten behoeve van de gemeene Armen van de Plaatfe daar zY woonagtig zyn, zullende de calange gefchieden door den Officier van affuiten Plaatfe of Diftrict, waar onder defelve woonagtig zyn. ^ En werd den Opfiender van 's Lands VVerken o! Gecommitteerde wel expresfelyk gelast van naauwkeurig agt re geeven , wie van de geprefte Boeren of Arbeiders nalaatig in hun pligt zyn, en defelven aan den Officier aan te geeven. Aldus gearrefteert in 'sHage den 3 December 1777. En de gemelde Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerdens ons verfogt hebben, om op de publicatie en affixie van het voorfz. Reglement de nodige ordre te fteilen. Zoo is 't, datwy het zelve Reglement in allen deele approbeerende, allen en een ie-, gelyk, dien het zoude moogen aangaan, by deefe gelasten, zig na den inhoude van dien exaételyk tegedraagen, op poene van contrarie doende te zullen vervallen in de boetens en pcenaliteiten daar by geftatueert, welke wy willen dat fonder eenige conniventie tegens de Overtreeders zullen worden geëxecuteert. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy, dat deefe op den Eylande van Goedereede alomme zal worden gepubliceet en geaffigeert, alwaar men gewoon is van de Ordonnantiën en Placaaten van den Lande pvMicaüe en affixie te doen. Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande, den 3 December 1777. (Onderfond',) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas get eekend f) A. J. R O Y E R. 51. Publicatie van de Staaten van Holland, tot bepaaling van de Salaris fen der Officianten in den Lande van Vianen en Ameyden by publique verkoopingen van Huifen of Landen aldaar. Den 12 December 1777. De Staaten van Holland en Westvriesland, Souvereynen van Vianen en Ameyden, doen té weeten: Dat ter onfer kennisfe is gekoomen, dat, niettegenftaande by het Re- glement op het ftuk der Salarisfen voor de Officianten in den Lande van Vianen en Ameyde voornoemt, by onfe Refoiutie in dato 19 April 1727 gearrefteert, duidelyk zynvoorgefchree- ven  312 Placaaten. 3. Bock. 1. Titul. ven en bepaalt de Leges, welke by publique verkoopingen van Huis of Land mo >gen gevorderc worden, nogtans in diverfe opfigten daar van werd gerefilieert, en de goede Inge feetenen tegens onfe intentie meerder befwaard, als behooriyk is; en vermits wy zulks niet kunnen gedoogen, hebben wy goedgevonden daar jeegens te voorfien, en voorts, zoo tot elucidatie als interpretatie van het voorgemelde Reglement, tc arrefteerén de navolgende Pointen en Articulen. Art. L Dat byeenc publique verkooping van Huis of Land, het zy defelve uit meerder of minder getal van Perceelen beftaat, de navolgende Leges genooten zullen worden; te weetcn voor ieder Huis, en voor het eerfte Perceel Land, uic een en defelve hand koomende. De Schout \f 1 2 o Dc twee Scheepenen te (hamen - f 2 al o De Secretaris 220 Defelve voor het fehryven dei Conditiën 1 1 i o Sonder dat dc Secretaris voon eenige dubbelde der Con-( j ditien iccwes zal moogen/ / reekenen. De Boode —— -.' 012, o !- — ƒ 719 O Voor het tweede cn ieder der volgende Perceelen Land, in voegen als boven. De Schout •—— ƒ 080 De twee Scheepenen te faamen -\ o E o De Secretaris met het fchryven der Conditiën ■ . 012 0 Sonder voor dubbelde ietwes te moogen reekenen. De Boode 040 f 1 12 o I l Dat, in gevalle de Verkoopers goedvinden de opveiVingen en gumvngen of daadelyke verkoopingen ter zelfder tyd, of daagen cc laaten doen, de hier voorgemelde Officianten geene aparte Leges of Vacatiegelden desweegens mogen pretendceren of ontfangen; dog dat in cas defelve Verkoopers verkicfen mogten, de ver koop.nge of effeétive gunningen, op andere of onderfcheide daagen te lakten doen, als de opvedingen gedaan zyn, alsdan de hier voorgemelde Officianten by die daadelyke gunningen , zullen vermoogen te reekenen de volgende Leges; te weetcn. Voor ieder Huis of vcor het eerfte Perceel Land. De Schout if 2 2' o De cwee Scheepenen te faamen - 2 2! o De Secretaris • 2 2 0 De Boode > 012 o !..-L_ ƒ 6\is' o Voor het tweede en ieder der volgende Perceelen Land. De Schout ,ƒ o; 8, o De twee Scheepenen te faamen -j oj 8i o Dc Secretaris ; o 6. o De Boode ——— oj 41 o V i| ö| o Maar in gevalle volgens bepaalde Conditiën de Verkoopers mogten goedvinden, eenige afgellaagen cn verkogce Perceelen op nieuws gecombineerc op te hangen en alfoo te verkoopen, zullen daar van geen apaite Leges moogen geprctendeert, veel min genooten worden. I I I. Dat de Secrc.arisfen, in wtlker Diftriéten de voorfz. veilingen en verkoopingen gedaan worden, gehouden zullen weefen aan de geenen, die de voorfz. Leges, zoo op de verkooping, als cranfporc vallende, koomen tc voldoen, op hunne verfoeken te geeven Quitanrie van het by hun betaalde, met fpeciiicque opgave, w?t voor ieder post, en aan wien, en waar voor betaald heefr moeten worden, ren einde des te gemakkelyker kan worden nagegaan, of conform het Reglement, en hier voorenftaande Articulen is gehandek, zullende mitsdien hec montant van de elfectivelyk geëmployeerde Zeegels ook apart geëx« presfeert moeten worden. J V. Dat nicmar.d der Officianten onder Vianen of Ameyde by verkoop van HuiiVn of Landen, of in eenige andere gelcegentheeden, hoe genaamt, eemge meerdere of andere Leges en Vacatiën, als by het voorfz. Reglement bepaalt, of nader by deefe Publicatie geinterpreteert zyn , op eenig prcetext, het zy van aanbod, het zy anderfints, zal moogen genieten cn ontfangen, veel min vorderen, oppeene van een boete, bedrsagende het vier dubbeld van het geene tc veel gevordert of genoo.en zal weefen, we'ke boete verdeelt zal worden tusfchen den Drosfaard 's La&da van Vianen en Ameyde, die de bekeuringe zal doen voor de eene helft, en de weedeihelfte voor de Diaconie-Armen van hec Diftriet, alwaar de verkroping gedaan, en tc veel Leges genooten zullen zyn geworden, cn zal boven dien de Drosfaard van Vianen en Ameyde gehouden zyn, tegen zoodanige ce veel Leges gevor derc of genooten hebbende Officianten, als disobediecrende aan de Wetten en Beveelen van den Souvercin van den Lande, te procedeeren , zoo als in goede Juftitie bevinden zal tc behooren; wordende de voornoemde Drosfaard teffens gelast, en ferieufclykbellen, om by het doen van verkoopingen en tranfporten, te vigileeren, dat deefe onfe Publicatie wel en na behooren werde onderhouden; En op dat niet alleen de Officianten in den Lande van \'ianen en Ameyde moogen w<"eten, wat zyrooogen vorderen in de voorfzgevallen, maar ook de goede Ingefeetenen, wat zy nebben te betaalen, zal deefe worden  Bègrypende allerhande Politicque zaakcri 313 'gepubliceert en geaffigeert in cie Steede Vianen en Ameyde, en in de Dórpen en Diftriéten in den Lande van Vianen en Ameyde gelee¬ gen, zó als behoord en te gefchieden gebruikelyk is; Gèdaah ih den Hage onder het klein Zeegel van den Lande van Holland en Westvriesland, den 12 December 1777. (Ondèrftondf) / Ter ordonnantie van dè Staaten. (JVas geteekentf) C. CLOTTERBOOKE. 52. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar h geapprobeert word een Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonftrantfche ter eenre, en de Roomfche Armen van Zegwaard, ter andere zyde. Den 11 Maart 1778. Xs gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 25 der voorlede maand, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointemen t van den 24 Oétober laatstleeden, geëxamineert de Requeste van Schout, Ambagtsbewaarders en Armmeesteren van Zegwaard, te kennen gevende, dat de Supplianten, in het laatst van het" jaar 1776, by Requeste van hun Edele Groot Mog. hebbende verfogt Octroy tot het heffen van zekere belastingen, daar by vermeld, als mede, dat hun Edele Groot Mog. het onderzoek over de by zommigén begeerde Separatie der Roomfchgefinde Armen, of over eenig ander middel van redres oflbutieri der Armen- Kas, geliefden te renvoyeeren aan dë Heeren Gecommitteerde Raden , of aan zoodanig ander Collegie, als hun Edele Groot Mog. mogten goedvinden hun Edele Gr. Mog. by derfelver Refoiutie van den 25 January 1777 aan de Supplianten het verfogte Oétroy voor den tyd van een jaar hadden geaccordeert, en de Supplianten gelast , om voor de expiratie van de gemelde concesfie, aan hun Edele Groot Mog. teprefenteeren zoodanig Plan van Separatie tusfchen hunnen Armen, endiederRoomlchgezinden, als de zelve tot foutien eh het meeste voordeel der voorfchreeve Armen zouden vermeenen te kunnen ftrekken, ten einde als dan zoodanig door hun Edele Groot Mog. gerefolveert te worden, als bevonden zoude worden te behooren; dat de Supplianten zoodanig Plan hebbende vervaardigt naar hun beste vveeten en kunde, zig verpligt vonden, om het zelve, ter obediëntie aan hun Edele Groot Mog. voorfchreeve Refoiutie ,• onder het oog van hun Edele Groot Mog. te brengen, en vervolgens verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. op het voorfchreeve Plan, by de voorfchreeve Requeste gevoegt, en het verfoek by JX. Deel. der Supplianten voorig Requeste gedaan, zoodanige reflectie en Refoiutie gelieven te neemen , ais hun Edele GrootMbg., naar eequiteit, Zouden oordeelen te behooren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het navolgende Plan by defen te approbeeren, en daar omtrent asn de Supplianten te verleenen Refoiutie in forma. Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde -en Remonftrantfche ter eenre en de Roomfche Armen van Zegwaard ter andere zyde. By het maken der voorfchreeve Separatie , zullen met en zedert 1 January 1778, de arme Perfoonen van Zegwaard gebooren of verjaard, van de Gereformeerde en Remonftrantfche Religie, dog geene Ledemaaten zynde, voor het vervolg blyven uitmaken de groote of politicque Armen van Zegwaard, en uit de. Arme Kasfe der voorfchreeve groote of politicque Armen gealimenteert, en van noodig onderhoud voorzien worden; en de Perfoonen in Zegwaard gebooren of verjaard, zynde van de Roomfche Religie, zonder aanfchouw te neemen of defelve waaren al, dan niet Ledemaaten der Roomfche Kerk, daarvan gefepareert, en in het vervolg door de Kerk, waar onder zylieden behooren, te weeten van Zegwaard en Soetermeer, gealimenteert en onderhouden worden, en zulks op de navolgende conditiën. Art. I. De vaste Effeéten, beftaande in een Huisje onder Zegwaard; een dito onder Soetermeer, een dito onder Bleiswyk; en een Erfje aan de Rokkeveen onder Zegwaard; zullen publicq worden verkogt; En van het provenu daar van, R r mits-  314 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. mitsgaders van een Obligatie ten lasten van het gemeene Land van Holland, groot f 500-00, (dan welke aan den Armen is gelegateert, onder conditie, dat dc zelve niet mag worden verkogt,) worden uitgekeert twee derde aan de Gereformeerde en Remonftranten, cn aan dc Roomfche een derde part: mits de fchuldcn tot dato der Separatie gevallen, cn nog onbetaald gebleven, worden betaald door dc Gereformeerde cn Remonftrantfche voor tweederde parten, cn door dc Roomfche voor een derde part. I I. In dc blyvendc ordinaire en extraordinaire Inkomften, beftaande in twee derde parten van de Rantzocnen Oortjes dercolleclive Middelen, welke tc Leyden worden ontfangen, en waar van het andere een derde part word genooten door Soetermeer; de vaste Rentjes; de Stuivers per Stok van het ftallen van Byen; mitsgaders de Armbosfen, zoo in dc Kerken als Herbergen; mitsgaders waar mede de kosten aan de Rooster van het Kerkhof ftaat, by het begraven der Dooden; zullen, vermits niet kan worden gcwcctcn, van, en door wien provenieeren, mede worden verdeeld en genooten , voor twee derde door dc Gercfor meerde cn Remonftranten, en een derde door dc Roomfche. lil. Nopens de Pondgelden den Armen competeerende, by de publicque verkoopingen der vaste Goederen, zynde een Penning van de Stuiver per Gulden rantzoen, zullen defelve als boven worden verdeeld en genooten voor twee derde parten by de Gereformeerde en Remonftranten , en voor een derde part by de Roomfche Armen. I V. Na dato der Separatie zullen de Col- leetens met opene Schaalen worden gedaan alleen onder de Gereformeerden en Remonftranten, en niet by dc RoomIche, welke, zulks goedvindende, onder de hunne zouden kunnen doen. V. Wyders zullen de fuccesfien der te alimenteeren Perfoonen genooten worden, zoo by de Gereformeerde en Remonftrantfche, als by de Roomfche Armen, refpectivelyk by hun, die defelve zullen hebben bedeeld, en de fuccesfien van hun, die voor dato defer feparatie bereids zyn gealimenteert, vervallen aan dien Armen, tot welke zoodanige Perfoon na dato der feparatie zal behooren. V I. Omtrent de Makingen by uitterfte wille, het zy by wyfe van inftitutie, het zy by wyfe van legaat, zullen die Makingen, welke voor dato van dc Se¬ paratie zyn gepasfeert, en by fterfgevallen onverandert bevonden , zonder aanzien van wat Religie zulks zoude mogen zyn gemaakt, moeten komen twee derde parten voor de Gereformeerde en Remonftranten, en een derde part voor de Roomfche, dog aangaande de Makingen, na dato van de Separatie gemaakt, zoude dat geen, het welk by Proteftanten aan dc politicque Armen gemaakt was, komen ten voordeele van de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen , en dat geen, het welk by de Roomfche befproken word voor den Armen, koomen ten voordeden der Roomfche Armen, ten zy de Makers zulks uitdrukkelyk anders hadden begeert. V I I. Wyders zal het aan dien van de Roomschgefinde Gemeente, die door de Roomfche Armmecsteren gealimenteert worden, vryflaan hunne Kinderen ter Schoole te zenden, even als voor de Separatie is gefchied. VIII Zullende ook, ten einde die van de Roomschgefinde Gemeente niet geprivcert worden van den vrydom der belastingen op het confumabcle, welke zy geduurende de gemeene bedeeling hebben genooten, aan Armmecsteren tegen behoorlyke bcuahnggclcvcrt worden zoodanige quanticeit van Brood en Turf, als defelve een behoeve hunner Gealimenteerden zullen requireeren. 1 X. Voorts zullen Schout, Ambagtsbewaarders en Armmeesters van Zegwaard, zig addresfeeren aan de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland, en verfoeken Octroy, tot heffing voor den tyd van zes jaaren, van den tigtigften Pen* m'ng op alle publicque verkoopingen onder Zegwaard, van de roerende Goederen in Zegwaard, te betaalen by den Verkooper, en gelyke tagtigften Penning van alle zoo publicque als onderhand fche Verkoopingen van onroerende Goederen, onder Zegwaard gelegen, te betaalen bf den Kooper, en te verdeelen voor twee derde parten aan de Gereformeerde en Remonftranten, en voor een derde part aan de Roomfche Armen. En voorts tot qualifieatie van Schout, Ambagtsbewaarders en Schotkervers of Beedefecters van Zegwaard, om voor den tyd van gelyke zes eerstkomende jaaren, te doen een perfoneele Omllag, zoo over de Gereformeerde , Remonftrantfche als Roomschgefinde lage fetenen van Zegwaard, als namendyk de Gegoedfte van defelve Ingefetenen tot zes ftuivers per week, en de minder Gegoed narradvenant, omme de dagelykfche en jaarlykfche lasten van derfelver boven gemelde Armen te verminderen en geheel afredoerJr en  Begrypende allerhande Politicque zaaken. en zulks des noods by parate executie inte. vorderen en te ontfangen, des dat zoo de agterftallen geheel zullen zyn afgedaan ^ de weekelykfche Ocnlhg zoo verre vermindert zoude worden * dat men het te kort komende Slot van de Rekening daar uit telkens genoegfaam zal kunnen vinden: zullende egter het 8iS geen ifi voegen voorfz. door de Roomschgehnde Ingefetenen word opgebragt, ingevolge de verkerving van Ambagtsbewaarders en Schotkervers of Beedefetters aan Armmeeste^ ren van de voorfz. Roomschgefinde Gemeente worden uitgekeerté ?3- Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oclroy ten behoeven van het Proven-huys té Alkmaar, waar by Regenten van* '/ zelve Huis tot de Goederen der daar in gefuftenteerde Perfoonen gerechtigt verklaard worden, ben 10 Mey 1778. De Heer Penfionaris van Zeebergh heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 21 January defes jaars, met Commisfarisfen van den Hove, nader hadden geëxamineert een Advis van Piasfident en Raden van den Hove van den 17 November 1777, en den 2 December daar aan ter Vergadering ingekomen, op het Request met de geannexeerde ByJaagen van Mr. Arent Jan van den Steen, cum fuis, zynde de tegenwoordige Executeurs van denTestamente van wylen Johan van Nordingen, gewoond hebbende en overleden te Alkmaar, en alfoo ook thans Regenten of Adminiftrateurs van het Provenhuis, door den gemelden Johan van Nordingen by zyn Testament van den eerften November 1655 geërigeert; ver fodzende de Supplianten, omredenen by het zelve Request geallegueert, hun Edele Groot Mog. Octroy, waar by zou worden verklaart, dat al het geen door de Supplianten uit hoofde der Conventie, met de oude Mannen van tyd tot tyd aangegaan, ten behoeve van het voorfz. Gods- of Provenhuis is geacquireert, aan het zelve Huis in volkomen eigendom zal zyn en blyven, en dat des. wegens door niemand eenige profecutien kunnen worden in het werk gefteld; als mede dat de Supplianten en hunne Succesfeuren mogten wordengeregtigt verklaart, om ten behoeven van het Huis, te behouden, indien een Perfoon daar uit vertrekt, alle de Goederen door denfelven by zyn komst in het Huis gebragt , en wanneer de gefuftenteerde Perfoonen in het Huis komen te fterven, dat alles, door defelve nagelaaten, zonder onderfcheid, waar in het zelve beftaat, of waar het mogte gelegen zyn, alleen by het voorfz. Huis, met feclufie van alle anderen, zal mogen en kunnen worden geërft, niet tegenftaande zelfs by de gefuftenteerde Perfoonen, Kinderen, Kindskinderen of verdere Defcendenten wierden nagelaaten , of dat anders hun Edele Groot Mog. zoodanig deswegens ten faveure van het voorfz. Godshuis geliefden te disponeeren, als geoordeelt zoude worden te behooren. En dat zy Heeren Gecommitteerden hadden geconfidereert, dat, of fchoon de aart van zulke pieufe Geftigten, gelyk onder anderen het voorfz. Provenhuis, wel fchynt te vorderen, dat desfelfs beneficiën gratis worden uitgedeek, het nogtans geenfints gerekent kan worden, met de intentie van den Fundateur te ftryden, wanneer men, by verloop van tyd, de inkomften van het Geftigt hier toe niet toereikend bevindende, de uitkeering der beneficiën aan eenig min drukkend bezwaar, waar aan zig de Gebeneficeerden gaarne willen onderwerpen, vasthegt, endaar mededoed gepaart gaan; en dat het mitsdien, dm Heeren Burgemeesteren van Alkmaar by hunne Misfive, in het voorfz. Advis van het Hof vermeld, de noodfakelykheid erkent hebben, om de geringe inkomften van het meergemelde Provenhuis te verbeteren, niet anders dan ten uiterften gepast kan worden aangemerkt, dat de Regenten van het zelve Huis, in plaats van het getal der Gebenificeerden te verminderen, integendeel alleen uit derfelver geringe in het Huis ingebragte, of door defelven met den dood nagelaaten Goederen, eenig voordeel voor hun Huis gefogt zullen hebben, aangezien het bezwaar, hier uit voor de Gebeneficeerden voortvloeyende, door defelve, geduurende het voor hun alfints voordeelig genot der preuves, niet in het minfte word gevoelt , en boven dien ook uit aanmerking van de geringe condide der Perfoonen, die doorgaans in zulke pieufe Geftigten worden opgenoomen, by de uitkomst voor defelve en hunne Erfgenaamen niet dan van zeer weinig importantie zyn kan; waarom derhalven zulke Contracten, als op welke de Supplianten Approbatie en Oétroy verfoeken, zeker met een favorabel oog verdienden befchouwt te worden, en zulks niet alleen voor zoo veel die Contracten in vervolg van tyd gemaakt zullen worden, maar ook voor zoo verre die te vooren reeds gemaakt zyn; want dat, mee betrekking tot defe laatften, behoorde te worRr 2 dea  316 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. den gcconfiJereert, dat de voordeden en preuven, waarom de Gcbeneliccerden die Contraéten wel hebben willen aangaan, door dezelve reeds dadelyk, en alleen of fundament van hun reciproque engagement zyn genooren, en dat dus hier uit, even gelyk uit alle andere Contracten, die niec zyn ipfo jure nul, voor de Uegenten van het meergemelde Provenhuis ccn volftrekt geacquireerc rege ontftaan is. Dat zy Heeren Gecommitteerdens overzulks begrepen hebbende, dac zy op der Supp: aiiten verfoek in hec generaal gunftig konden advifeeren* zig nog maar alleen meer in hec byfonder hadden bepaalc coc een onderzoek, of dc difliculteit, by het voorfz. Advis vm hec Hof gemoveeit ten aanfien van het nadeel, dat door de meergemelde Contraéten aan Kinderen cn verdere Dcfcendenten \an Gcbeneliccerden, ten aanfien van derfelver Lcgitimc Portie, zou worden toegebragt, ten defen van eenige intluentie zoude behooren ce zyn; dog dac zy Heeren Gecommicteerden hadden vermcene, dac d;c gemaakte zwaarigheid, naar gronden van billykheid en regt, geen voldoende fundament kon uitleveren, om de Contracten, volgens wdke de Gebeneficeerden in het meergemelde Provenhuis zig verbinden, om by hun overlyden in dat Huis, aan hec zelve alle hunne Goederen natcle.aten, voor het geheel of een deelen tegen . re gaan, of niet voor allefints valide te bou- / den ; want wat de billykheid en dc natuur der [ zaaken betreft, dat het voorf/.. Huis, ingevolge de inl titutie van den Testateur, gefchikt 1 zynde tot opneeming en onderhouding van Mansperloonen, oud en vervallen zynde, of niec gefteld om de ko.-t te kunnen winnen, he: mitsdien van zelve fprak, dat de Boedelcjes van Perfoonen, welken in een Huis van zulke inftitutie liefdegaven kwaamen zoeken, altoos zeer gering moesten zyn, en in verre na niet toereikende om hun hec noodige onderhoud te verfchalfen, en dat derhalven de Kinderen van diergelyke Behoeftigen , wel verre van door de innceming van hunne Vaders of Grootvaders in hec voorfz. Huis op den thans beraamden voet, zig eenigfints ge- ! prcejudieieert te rekenen, in tegendeel altoos blydc zouden moeten zyn, dat zy tegen expeécance op een allcrgcringsc iioedeltje deverpligcing verwisfelen konden, om zulke onderhoud behoevende Perfoonen voor al hun leven te beforgen, en zulks te meer nog, daar zy zig verfekere kunnen houden, dat de Gebeneficeerden in het meergemelde Provenhuis naderhand eenige Goederen acquireerende, en met defelve uit het voorfz. Huis willende uitgaan, de vryheid behouden, om die j aan hunne Naastbeftaanden ageer te laaten; als hebbende het Provenhuis, ingevolge den exprësfen inhoud zelfs van der Supplianten tegenwoordig verfoek, fn zoodanig geval, geen ander regt dan op de Goederen, die zulke Gebeneficeerden by hunne komst in het zelve Huis aldaar gebragt hebben. En dat wyders, voor zoo veel aangaat de gronden van regten, het alfints zeker was, dac een ieder by zyn leven de volkoome dispofitie over zyne Goederen kan oeffenen, en dat zoo ook een Vader, niet tegenftaande de exiftencie van Kinderen of verdere Dcfcendenten , eene compleete vryheid behoud, om zig zelf uic "Zyne eigene befictingen een betaamlyk cn dc maat niet ce buicen gaande onderhoud ce verfchalfen, al waare het dan ook, dac hier door alles geabforbecre, en dus voor de legitimc portie der Kinderen nictwes overig blyven zou; waarom derhalven zoodanige Contracten, als dc Supplianccn met de Gebeneficeerden in hun Provenhuis ftceds zouden willen aangaan, als door dewelke zulke Perfoonen zig allen van een eerlyk onderhoud verlekeren, naar regten zeker allefints beftaanbaar zyn. Dac, wel is waar, in den eerften opflag hier tegen eenigfints zou fchynen aanteloopen die dispofitie van hec regc, welke aan Ouders verbied hun Goed , in prrejudicie der legitime portie hunner Kinderen, weg te geven, en in zoodanig geval den Kinderen onder anderen aan de hand geeft de querela inofficiofe donationis; dog dat, gelyk dit rtmedium juris naar regten c.sfcert in donationibus, ob caufam ontrofam facfis, gelyk ook in donationibiïs remuneratoriis > quntenus beneficium acceptum tio;i excedant, mitsdien dc applicatie hier van op het voor handen zynde geval de validiteit der meergemelde Contracten niet alleen niet infringeerde, mair integendeel meer en meer bevestigen moest, aangefien de agterharing van eene zeer geringe befitting, die de Gebeneficeerden volgens Conventie aan het Provenhuis verfchuldigt worden, in verre na niec kan opwegen ccgen hecgenoc der preuven en andere voordeden, die hun daar cegen van wegen hec zelve Huis toegelegt cn dadelyk geaccordeert worden. Die zy Heeren Gecommicteerden eindelyk nog hadden geconfidereert, dac, wanneer hun Edele Groot Mog. uit eene al te ver gepousfeerde precautie voor de legicime portie van Kinderen, mogten goedvinden, om de Supplianten niet verder te octroyeeren, dan om te contracleeren, dat de Nalaatenfchap van die geenen, welke in het voorfz. Provenhuis komen te overlyden, Kinderen of verdere Defccridcnr.cn agterlactcndc, alleenlyk voor de helft aan het zelve in eigendom zal zyn en blyven, hier door in allen gevallen niet anders zou worden gecffectueert, dan dat Perfoonen, Kinderen of verdere Defcendenten hebben, van hec genot der voordeden van hec voorfz. Huis op eene indirecte wyfe zouden worden uitgefiooten; nadien de Regenten van hec zelve Huis niet gepftefumeert kunnen worden, Perfoonen te zullen willen beneficeeren, die zy niet op eenen egaalen voet, conform de maxime, in het gemelde I luis geintroduceert, kunnen behandelen: terwyl dan hierom zoodanige bepaaling, weltf? verre van aan Kinderen van zulke Beboefr* een.  Begrypende allerhande Politicque zaakert* %tf gen, die anderfints als gefchikte Voorwerpen, om in het voorfz. Huis ingenoomen te worden , zouden kunnen worden geconfidereert, eenig voordeel aan te brengen, in tegendeel derfelver conditie, zoo wel als die van hunne behoeftige Vaders en Grootvaders, merkelyk verergeren zou. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. verfoek van de Supplianten, zonder eenige limitatie, te accordeeren, en mitsdien te verklaaren, dat al het geen door de Supplianten, uit hoofde der voorfz. Conventie, met de oude Mannen van tyd tot tyd aangegaan, ten behoeve van het voorfz. Gods of Pr ovenhuis is geacquireert, aan het zelve Huis in volkoomen eigendom zal zyn en blyven, en dat deswegens door niemand eenige profecutien kunnen worden in het werk gefield; als mede dat deSupplianten en hunne Succesfeuren geregtigt zyn, om, ten behoeve van het Huis te behouden , indien een Perfoon daar uit vertrekt $ alle de Goederen door denfelven by zyn komst in het Huis gebragt; en wanneer de gefuftenteerde Perfoonen in het Huis fterven, dat alles, door defelve nagelaaten, zonder onderfcheid , waar in het beftaat, of waar het mag gelegen zyn, alleen by het voorfz. Huis, met feclufie van alle anderen, zal mogen en kunnen worden geërfc, niet tegenftaandc zelfs by de gefuftenteerde Perfoonen, Kinderen, Kindskinderen of verdere Dcfcendenten werden nagelaaten: zullende hier van Brieven van Oétroy ten behoeve van de Supplianten worden gedepecheert» 54- Refoiutie van de Staaten van Holland* betrekkelyk de verkiezing en het domicilie van den Secretaris van den Crimpen er - fFaard. Den ii November 177'8. By refumtie gedelibereert Zynde op het Rapport den 16 July deefes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refolutien Commisforiaal van den 30 Juny 1735 en den 10 April *77&, geëxamineert de nethaalde Propofitie van de Heeren Gedeputeerden der Stad Schoonhooven, tendeerende, ten einde by hun Edele Groot Mog., eene voorfiening zoude worden gedaan, dat, in cas van Vacature van het Secretaris- Ampt van denCrimpenrewaard, de aanteïtellen Secretarisfen binnen de Stad Schoonhoven, of aan den Lekkendyk binnen den gemelden Waard, hun vast Domicilium zouden moeten houden. Is goedgevonden en verftaan, zonder eenige byfondere voorfiening te doen, ten aanfien van de plaats, waar de aanteftellene Secretarisfen van de Crimpenrewaard voortaan hun vast Domi¬ cilium zullen moeten houden, te përfifteerert by het eerfte Articul van het Reglement op den 8 January 1762 gearrefteert, en de daar op gevolgde Refoiutie van den 14 September van het zelve jaar, mitsdien by continuatie aan de drie Steeden Dordrecht, Gouda en Schoonhoven, beneevens den Dykgraaff van de Crimpenrewaard over te laaten, om tot Secteunsfen van den gemelden Waard zoodanige Perfoonen te verkiefen en aanteïtellen, als defelve ten meeften diensté van den Waard zullen oordeelen te behooren; wordende wyders opgeheeven de Surcheance omtrent de begeeving van het vooriz. Secretaris-Ampt, by Refoiutie van den 10 April 1778 gedecerneert. En zal Extract deefer Refoiutie worden gefonden aan de Steeden Dordrecht, Gouda en Schoonhoven, mitsgaders aan den Dykgraaff van den Crimpenrewaard, om te ftrek* ken tot derfelver informatie. 55. Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden van Holland, ten einde de Bakkers in. den Lam de van Vianen en Ameyde zig conform de Zetting van het Brood gedragen. Den lm February 1779- De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, Souvereynen van Vianen en Ameyde; doen te weeten; dat aan ons is voorgedragen, dat wy by onfe Refoiutie van den 7 April 1752. de Magiftraaten der Steeden Vianen en Amei^ de wel hebben gelast en gequalificeert, eene Zetting van Brood te maaken, en die van tyd tot tyd na omftandigheeden van zaaken te veranderen, en dat de Dorpen, onder ieder van de voorfz. Steeden gehoorende, na rato van den Impost zig daar na zouden moeten gedraagen; dog dat, vermits by die Refoiutie niec teffens eene poenaliteit is gefteld tegen de Brood - Bakkers, die zig na de voorfz. Zettingen niet zouden reguleeren, maar het Brood Rr 3 te  3i3 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. tc ligt koomen te bakken, zommige BroodBakkers daar van een ongepermitteert misbruik beginnen te maaken. En nadien zulks niet andere, als ten nadeele van de goede Ingefeeténen kan ftrekken, hebben wy goedgevonden, daarjecgen te voorden, cn hebben dienvolgende geordonncert cn gekeurc, gelyk wy Ordonneeren en Keuren by deefen. Art. L Dar de Brood - Bakkers in de voorgemelde Stecden en Dorpen 's Lands van Vianen en Ameyde voortaan precifelyk zullen moeten backen volgens het Gewigt, by de Zettingen dur op bepaald, en dac zy geen ander Brood in hunne Huyfen of Winkels zullen moogen hebben, als het geen de vereifchte en by voorla. Zettingen bepaalde Cwaartcis hebbende; op verbeurte van de navolgende boetens en pcenaütciten; ce weeccn, de eerfte reyfe, Voor ieder Brood, van welke qualiceic hec zelve ook zoude moogen zyn, hec geen in der voornoemde Brood - Bakkers Huyfen of Winkels gevonden zal worden, en te ligc zal zyn cwec iooc, de fomme van tien ftuivers; Voor een , het geen drie loot te ligc is, eene gulden. Voor een, het geen vier loot tc ligt is, dertig ftuivers. Voor een, het geen vyf loot te ligt is, twee guldens. Voor een, het geen zes loot te ligt is, drie guldens. En verder van het volle Gewigt afwykende, voor ieder loot nog dertig ftuivers. En wanneer defelve Brood - Bakkers andermaal koomen te neccccten \n het geen voorfz. is, zullen defelve dc tweede cn volgende reyfen het dubbeld van de voorfz. boetens verbeuren. Zullende boven dien de eerfte cn volgende teyCen al het alfoo ce ligc bevonden Brood verbeurt zyn, ten behoeve van de Armen van de Stede of Dorp en Didricl, alwaar de bekeurde Brood - Bakker woonagtig zal zjn. I L Dat wyders de Brood - Bakkers gehouden zullen zyn, het Billiet van de Zetting, zoo van de prys , als van het gewigt der byfondere fortimenten van het Brood, welke gevolge moet worden, in hunne Winkels ten toon te hangen, en voorts op dc Toonbanken hunner Winkels een Schaal tc hangen met behooriyk Gewigt, ten einde een ieder het gekogt wordende Brood zoude kunnen weegen; op pcene, dac de Brood Bakker, by wien zooda* nig Billiec, of Schaal cn Gewigt niet zal worden gevonden, verbeuren zal een boae van zes guldens. ï I I. Dat de Drosfard 's Lands van Vianen cn Ameyde ten allen tyden zal vermogen, cn zelfs van tyd toe tyd verpligt za! weefen, ora of in eigener Perfoon, of door zyn Subftitut dc Winkels of 1 tuyicn der Brood - Bakkers te vificeeren, cn hec Brood ce doen weegenten overftaan van twee Scheepenen uic den Geregte, alwaar de viiitaue gefchied, op gelyke wyfe, als zulks mee opfigte toe den Eyck en viiicacie van de Ellen, Maten &c. is geordonneert door Heer Wolfert van Bredcrode, Souverein van Vianen en Ameiden, by Ordonnantie van den 27 February i66y, en dat in cas de voornoemde Brood - Bakkers zoodanig! vifitatJe mogten relifteeren, of tragten te reliftccren, defelve verbeuren sullen de eerfte reyfe eene fomme van vyftig guldens, de tweede reyfe gelyke fomme van vyftig guldens, en dat daar benevens hunne Winkels en Bakkerye voor den tyd van zes weeken gellooten zullen worden; en voor de derde reyfe eene boete van vyftig guldens, en privatie van hunne Neering voor altoos. Zullende alle de voorfz. boetens, zoo by dit als de voorige Articulen geexpresfeert, bekeert worden voor de eene helfte ten behoeve van den Droslard 'sLinds vnn Vianen, en voor dc wecdcrhelfte ten behoeve van de Diaconye van de Plaats, alwaar de gepecccert hebbende Brood-Bakker woonagtig is. En zal deefe onfe Ordonnantie cn Keure rusten cn niec werken in die gevallen, waar in de Drosfird 's Lands van Vianen cn Ameyde zoo nu, als in der tyd zal vermeenen tc moeten ageeren op fundament van de eene of andere Wet, welke by hooggemelde Heeren Staaten nopens de hier voor geftatueerde pointen bereids geëmaneerc mogte zyn, of verder geëmaneerc zoude mogen worden; dog in alle andere gevallen zal deefe Ordonnantie cn Keure moecen ftand grypen en geobferveert worden, tot by ons nader ofte anders gedisponeert zal weefen. En ten einde de voornoemde Brood-Bakkers geene ignorantie zouden mogen of kunnen voorwenden, zal deefe worden gepubliceert en geaffigeert overal in de Steden en Landen van Vianen en Ameyde, daar en zoo zulks tc gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande, den 12 February 1779. (Onderjlondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Pas geteekent,') A. J. R O Y E M Re-  Begrypende allerhande Politique zaaken. 319 56*. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht word verleent het recht van parate executie, tot invordering van de Stads Excyns over de halve Myl. Den 4 September 1779. Is gekfen de Requeste van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, houdende, dat de Vertoonders zedert onheuge]yke tyden hadden geheven des Stads Excyns van Wyn en Bier in den Zwyndrechcfen en Papendrechtfen Waard, bekent onder den naam van den Excyns over de halve Myl, en zulks met betrekking tot den Zwyndrechtfen Waard, over de Ingefetenen woonende in en onder de Dorpen en Diftriéten van Zwyndrecht, Meerdervoort, Heer oude LandsAmbagt, Hendrik Ido-Ambagt, en den Oostendam, mitsgaders de groote en kleine Lindt, zoo als de verantwoording van den voorfz. Excyns over de halve MyJ in de Rekeningen van de respective Thefmriers der voorfz. Stad zedert twee eeuwen gevonden wierd; waar van de invordering by continuatie zoo by verpagting, als zedert den jaare 1750 by Collecle, in de voorfz. Diftriéten van wegens hunne Stad was gefchied, terwyl daarentegen, in aanmerking der invordering van gemelden Excyns, tot een gratificatie, by de Schoolmeesters van de Dorpen onder gemelde Diftriéten een jaarlyks Traetement uit Stads Kasfe wierd genooten; dat egter zedert eenigen tyd weinige Schouten der gemelde Dillriéten in den Zwyndrechtfen Waard, en in het byfonder ook de Schout van de Lindt, en vervolgens op derfelver voorbeeld, verfcheide Ingefetenen van de voorfz. Diftriéten hadden kunnen goedvinden de verdere betaaling van den voorfz. Excyns te weigeren, niet tegenftaande hun Edele Gr. Mog. by hoogst derfelver Refoiutie van den 9 November 1753 hadden gelieven goed te vinden het verfoek door Ambagtsheer, Schout en Geregte van de groote Lindt by Requeste aan hun Edele Groot Mog. gedaan, ten einde hun Edele Groot Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat de In en Opgefetenen van den zeiven Dorpe en Ambagte aan den voorengemelden Stads Excyns, of het zoogenaamde Mylgeld niet fubjeét, nog tot de betaaling van het zelve zouden gehouden zyn, na ingenoornen te hebben de Confideratien en het Berigt van Burgemeesteren en Regeerders der voorfz. Stad in der tyd, te wyfen van de hand; dat de Vertoonders wel in aanmerking hadden genoomen, dat aan de Steden binnen defen Lande was verleent het regt van parate executie tegens die geenen, welke wegens Stads Excynfen verfchult zyn, conform de Verklaaring, vervat in hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 14. February 1679, egter, vermits de evengemelde Dorpen en Diftriéten in den Zwyndrechtfen Waard, buiten het Territoir van hunne Stad gelegen zyn, en mitsdien uit de exercitie van het voorfz. regt aldaar, eenige düBculteiten zouden mogen ontftaan, de Vertoonders te raade waaren geworden, zig aan ƒ hun Ed. Groot Mog. te addresfeeren, met ] verfoek, dat hun Ed. Groot Mog, aan de I Vertoonders, voor zoo veel desnoods, mede gelieven te verleenen het regt van parate executie met opfigt tot den voorfz. Stads Excyns van Wyn en Bier over de halve Myl, tegen zoodanige Op- en Ingefetenen onder de voorengemelde Dorpen en Diftriéten in den Zwyndrechtfen Waard, die weigerig en ingebreeke blyven, om denfelven Stads Excyns van Wyn en Bier, volgens aloude ufantie, aan de \ "V ertoonders of derfelver Geqnalinceetdenstot de invordering van defelve Stads Excynfen te voldoen, en daar van aan de Vertoonders te verleenen Oétroy in ordinaria forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het verfoek by de voorfz. \ Requeste gedaan, te accordeeren, en dienvolgende aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, voor zoo veel desnoods, mede te verleenen het regt van parate executie met opfigt tot den voorfz. Stads Excyns van Wyn en Bier over de halve Myl, tegen zoodanige Op- en Ingefetenen onder de voorengemelde Dorpen en Diftriéten in den Zwyndrechtfen Waard, die weigerig en in gebreeke blyven, om denfelven Stads Excyns van Wyn en Bier, volgens aloude ufantie, aan de Vertoonders of derfelver Gequalificeerdens tot de invordering van defelve Stads Excynfen, te voldoen: zullende hier van voor de Vertoonders Oétroy in ordinaria forma worden gedepecheert. Re-  320 57- Placaaten. 3. Boek t. Titul. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by geapprobeerd word zeker Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde cn Remonftrantfche Armen in Soetermeer, ter eenre, en de Roomfche Armen aldaar, ter andere zyde. Den 2 February 1780. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 21 der voorlede maand, hebbende, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van den 22 December laatstleden, geëxamineert de Requeste van Schout, Ambagtsbewaarders cn Gereformeerde Armmeesteren van Soetermeer, te kennen gevende, dat zy Supplianten ten besten en nutte van en voor hunne Armen, waar onder ook zyn begrepen de Remonftrantfche Armen van Soetermeer voorfchreeve, ter eenre, en die van de Roomfche Armen aldaar, ter andere zyde, te zamen uitmakende de groote of politicque Armen van Soetermeer, uit welkers Kasfe de respective Armen zyn onderhouden geworden, onder het goedvinden van de Ambagtsheeren van Soetermeer, hadden geprojecteert, aangegaan en geteekent, een Plan van Separatie tusfchen de voorfchreeve respective Armen, integaan met den eerften January 1780, aan de voorfchreeve Requeste geannexeerc, mee voornemen, om hec zelve te brengen ter kennis van hun Edele Groot Mog., en daar op hoogst derfelver approbatie te verfoeken, cn vervol&ens ve\foekende: dat hun Ed. Groot Mog. hec zelve Plan van Separatie gelieven te approbeeren, en daar omtrent aan hun Supplianten ce verleenen dispofitie in forma; welk Plan van Separatie hier na volgt geinfereert. Plan van Separatie tusfchen de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen in Soetermeer ter eenre, en de Roomfcfie Armen aldaar ter andere zyde. By den aanvang der Separatie, die bepaald en vastgefteld werd met den eerften January 1780 zullen de Arme Perfoonen in Soetermeer gebooren of verjaard, zoo Gereformeerde als Remonftrantfche ("dog geen Ledemaaten van de respective Gemeenten zynde) voor het vervolg blyven uitmaken den grooten of politicque Armen van Soetermeer, en uic de Arme Kas van dc voorfchreeve grooce of politicque Armen gealimenceerc, en van noodig onderhoud voorzien worden En de Perfoonen in Soetermeer gebooren of verjaard, zynde van de Roomfche Religie, zonder aanfehouw te neemen , of de felve zyn of niet zyn Ledemaaten der Roomfche Kerk, daar van werden gefepareert, en in het vervolg door de Roomfche Kerk van Soetermeer en Segwaart, waar onder defelve behooren, moeten worden gealimenteert en onderhouden, en zullen by de Separatie de navolgende Conditiën plaats hebben» cn voor ieder in den zynen tot een perpetueel rigtfnocr moeten llrekkem Artikel L De Effecten , zoo Landeryen als Hy; potheecqbrief, aan den coc nog toe gemeenen Armen behoorende, zullen publicq of uic ter hand worden verkogt, en het provenue daar van (na aftrek der Lasten tot ultimo December J779 daar op vcrloopcn, mitsgaders van de kosten op de Vcrkoopinge te vallen) worden genooten voor twee derde parten by de Gereformeerden cn Remonftrantfche Armen, en voor een derde part by de Roomfche Armen , zullende de Alimentacien en Adminilïnitieder Armen Pcrlbonen cn Goederen tot ultimo December 1779 blyven op den ouden voet, en tot dien tyd gedaan cn gedirigcert werden door die Perfoonen, aan wie zulks is aanbevoolen, door welke ook alle Lasten, die voor den gemeenen Armen zyn loopende tot ultimo December 1779, zullen werden betaald, ten welken einde de Omflag van de Arme Steek, ter voldoeninge van het te kort komende flot der Rekeningen van den grooten of poliricquen Armen van Soetermeer van dea jaare 1779, waar in gebragt zullen wor* den de betaalde en onbetaalde Lasten vatt den voorfchreeve Armen in den jaare 1779 enbevoorens gevallen uit kragte vaa het Octroy van haar Edele Groot Mog. van dato den 6 January 1761, en van het nader Octroy van prolongatie van daf j den 3 Mey 1775 in den jaare 178» voor de Jaatstemaal werden ommegefl*' gen, zoo wel over Roomfchgezindenals Gereformeerde of Remonftrantfche Ingefetenen van Soetermeer, zoo als bevoorens jaarlyks is gefchied, zullende dal in hec vervolg, uic hoofde der Separatie, de Roomfche Ingefetenen daar in niet meer betrokken worden, ten zy Hais* gezinnen in Soetermeer, waar in Perfb> nen, tendeele van de Gereformeerdeot Remonftantfche Religie wierden gevonden , in welken gevalle zoodanige Hl** gezinnen egcer voor de helfce in den Omflag van de Armen Steek, in vetf*-  Begvypende allerhande Politicque zaaken. 3&t lykifig van Nabüuren van gelyke ftaatfie, zullen worden aangeflaagen, en daar in alfoo moeten contribueeren. I I. Het derde part der Rantfoenpenningen van de collective Middelen jaarlyks door Soetermeer genooten wordende, zal voor twee derde parten geproflteert worden by de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen, en voor een derde part by de Roomfche Armen, gelyk ook in dier voegen zal worden genooten, de Rentjes en Erfpagten aan den Armen behoorende, de ftuiver per Stok Byen in Soetermeer ftallende, mitsgaders de giften in de Armenbusfchen in de respective Herbergen onder Soetermeer hangende, als mede in de Bus, waar mede de Koster ten tyde van het begraaven der Dooden uit Soetermeer aan de Rooster van de Kerk ftaat, dog zullen de Colleótens langs de Huifen worden gedaan by ieder Religie in den zynen, zonder dat daar omtrent voor het vervolg eenige gemeenfchap zal plaats hebben. III. De Pondgelden, mitsgaders de twee duiten van de gulden, van de Verkoopingen van vaste Goederen onder Soetermeer gelegen, en eene duit van de Gulden van Boelhuifen onder denfelven Ambagte, die ten behoeven van den Armen geinnet worden, zullen als boven voor twee derdeparten genooten worden by de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen, en voor een derde part by den Roomfchen Armen, zullende, in cas van het Octroy van de voorfchreeve twee en eene duit per gulden respective, by vervolg prolongatie mogte worden verfogt, de kosten daar op vallende worden gedraagen in zoodanige portien als het provenue daar van word genooten. I V. De ingadering van de voorgemelde Rentjes en Erfpagten, mitsgaders de ontfangst van de ftuiver per Stok Byen, als mede van de Pondgelden en van de twee en eene duit per Gulden, respeótive van Verkoopingen van vaste Goederen en Boelhuifen, zal gefchieden door de respective adminiftreerende Armmeesteren van den grooten Armen van Soetermeer, in der tyd, die daar van jaarlyks op het einde des jaars de derde part aan de Armmeesteren van den Roomfchen Armen, volgens eene Lyste daar van overteleveren, zullen voldoen; des zal het leedigen der Armbusfchen in de respeétive Herbergen, als mede van de Bus aan den Rooster by het begraaven der Dooden, door de wederfydfche Armmeesteren gefchieden, en door ieder desfelfs portie daar van aanftonds naar zig genoomen worden, gelyk ook de derde part in de Rantfoenpenningen der ÏX Deel. collecïive Middelen gefamentlyk zal Won den ontfangen, en door ieder desfelfs , aandeel daar ih aanftonds by den ontfangst genooten worden* V. Legaten of Erfftellingen, die voor da-, to der Separatie, het zy door Gereformeerde, Remonftrantfche of Roomfchgezinden aan den grooten of politicquen Armen van Soetermeer zyn gemaakt, zuilen genooten worden by de Gereformeerde en Remonftrantfche politicquen Armen voor twee derde parten, cn by de Roomfche Armen voor een derde part, en die na dato der Separatie aan den grooten of politicquen Armen van Soetermeer mogten worden gemaakt, zullen komen ten voordeele van de Gerefor^ meerde en Remonftrantfche gecombineerde Armen Kasfe, en by aldien by de dispofitien fpeciale benamingen van gealimenteert zynde of nog gealimenteert wordende Perfoonen worden gevonden, zoo die benoemde gealimenteert zynde of nog gealimenteert wordende, is of zyn van de Gereformeerde óf Remonftrantfche Religie, zal het aan de zoodanige Perfoon of Perfoonen gemaakte, genooten wórden by en ten behoeve van de gecombineerde Gereformeerde en Remonftrantfche politicque Armen Kasfe, en zoo de benoemde is of zyn van de Roomfche Religie, zal zulks koomen ten voordeele van de Roomfche Armen Kasfe, zonder dat in beiden gevallen reguard zal worden genomen, of zoodanige Perfoon of Perfoonen, aan wien Legaat of Erfftellinge mogte zyn gemaakt, voor dato der Se parade uit de gemeene Armen Kasfe is of zyn gealimenteert geworden, gelyk ook de Boedels van gealimenteert wordende Gereformeerde of Remonftrantfche Perfoonen na hun overlyden zullen worden verkogt ten profyte van de Gereformeerde en Remonftrantfche Politicque Armen Kasfe, zoo ook in gelyken gevalle van Roomfchge. zinde Perfoonen, ten profyte der Roomfche Armen Kasfe, zonder al mede de voorige gemeene alimentatie in aanmerkinge te neemen. V I. Het zal aan dié van de Roomfchgezinde Gemeente, welke door de Roomfche Armmeesteren gealimenteert worden , vryftaan, om hunne Kinderen ter Schoole te zenden, even als voor de Separatie is gefchied. VII. En zullen de Roomfche Armen, hoe zeer van de Gereformeerde en Remonftrantfche Armen gefepareert, egter blyven jouisfeeren van den vrydom, die zy zoo wegens Brood , tot confumtie , als ten opzigte van Bier, by het begraven van Lyken van arme Perfoonen S s al-  322 Placaaten. 3. Bock. 1. Titul altoos voor dato der Separatie hebben gehad , gelyk ook van den Impost van de Turf. VIII. Edog word hec voorenflaande gecontracteerde ten opzigte van Schout, Ambagtsbewaarders en Gereformeerde Armmeesteren van Soetermeer niet anders aangegaan, dan op fpeciale approbatie van de wel edele Ambagtsheeren van Soetermeer, onder welkers goedvinden de Contractanten waaren gerefolveert het voorfchreeve Project - Plan van feparatie te brengen ter kennisfe van haar Edele Grooc Mogende de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, ten einde hoogst derfelver approbatie en authorifatie daar op te erlangen. Aldus gecondicioneert en gearrefleerc by Jacob Kerkhoven, Schout; Piecer Bos en Cornclis Jooscen Kerkhoven, Ambagcsbewaarders; Johannes Cornelis van Teylingen en Cornelis Broer, Armmeesteren van Soetermeer, ter eenre, ende Johannes Cornelis Maas, Roomfch Pastoor in Soecermeer, ter andere zyde, op den 24 November 1779. (JVas getekentf) Jacob Kerkhoven. P. Bos. Cornelis Joosten Kerkhoven. J. C. van Teylingen. Cornelis Broer. (Laager ftondf) In kennisfe van my als Secretaris. (JVas geteekent,) F. K I N D T. 1 wnves Cornelis Maas, Roomfch Pastoor in Soecermeer. Pieter Hillenaar, als Kerkmeester. Arexd van Dyk, als Kerkmeester. (Nog langer fondi) Wy Mr?. I Ienricus van Aalst Schouten en Gerardus van Aalst Schouten, Ambagtsheeren van Soetermeer, gezien hebbende het voorenflaande Plan van Separatie, verklaaren het zelve te approbeeren zoo als is leggende, confenteerende, dat door de respective Concraécanccn daar op de approbatie van haar Edele Grooc Mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvricsland zal worden verfogt. Gedaan den 11 December 1779. (JVas geteekentf) Henrjcus vam Aalst Schouten. Gerardus van Aalst Schouten. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfchreeve Plan van Separatie, door de Supplianten aan hun Ed. Groot Mog. gepraienreert, by defe te approbeeren, met die verandering nogtans, dat uit het zelve het geheele zevende Artikel £el\£t, en\n nVms dien daar in gcinfereerc zal moeten worden een Articul op de volgende wyfe geëxtendeert: En zullen ook, ten einde die van de Roonifchgezinde Gemeente niet gepriveert norden van de vrydommen op het confumable, welke zy, geduurende de gemeene bedeeling, hebben genooten , door Armbeforgers van de Gereformeerde en Remonf'rantfche Armen, aan Armbeforgers van de Roonifchgezinde Armen, tegen behoorlyke betaaling gelevert worden zoodanige quantiteit van Brood en Turf, als defelve voor hunne Gealim ent eerden noodig hebben, gelyk aan hun mede tegen betaaling als vooren, zal worden beforgt het Bier, dat by het begraven van hunne Gealimenteerden volgens gewoonte word gebruikt ; en daar omcrent aan de Supplianten te verleenen Refoiutie in forma. Re-  Begrypende allerhande Politique zaaken. 323 58. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Schepenen en Regeerders van Crommenie worden gemaintineert in derfelver aloud recht tot invordering van Prikken Schots van de Ingefetenen' aldaar. Den 7 Mey 1783. Is geleren het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder - quartier van den 10 April defes jaars, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Ed. Gr. Mog. Appoinctement van den 3 Maart te vooren, geëxamineert de Requeste van Schepenen en Regeerders van Crommenie, te kennen gevende, dat het van onheugelyke tyden af in den Banne van Crommenie , even als in andere nabuurige Plaatfen, gebruikelyk was geweest, en nog was, dat Schepenen, ingevolge de Privilegiën daar van zynde, Rellen Ponders om de vier jaaren, en wel bepaaldelyk als het een Schrikkeljaar was, die in de maand February alle Burgers en Inwoonders ieder naar rato desfelfs gegoedheid Ponden en Prikken, en defelve (tellen op zoo veel Prikken Schots, als defelve in gemoede oordeelden, naar dat de gelteldheid en omïtandigheden van zaaken en Perfoonen vereischten, of met de Ingefetenen accordeerden en overeenkwamen. Dat het van gelyke on • heugelyke tyden af, een vast gebruik en ufantie was geweest, en nog was, dat de Ingefetenen op dien tyd door de refpective Ponders geprikt en. %e^ond en \nnv\dde\s overi^dende, en haar nalatenfchap gaande aan Kinderen of Erfgenaamen ab Inteffcato of ex Teftamento, woonende in defelve Plaats, de Prikken Schots van zoodanige overledenen, de volle vier jaaren uit, naar maate van ieders iferfjaar vervallende, wierden gevangen, zonder intasfchen die Kinderen of Erfgenaamen, ftaande die vier Pond jaaren, voor ieders verkregen Erfdeel apart aan te Haan, of reeds aangellagen zynde, daar voor te verhoogen, maar dat daar mede -altoos zoo lange ge wagt wierd, tot dat het weder Pondjaar was, wanneer ieder zoo voor zig zelfs als voor de verkregene Erffenis wierd aangellagen, en gefteld, als in gemoede geoordeelt wierd te behooren, of anders met de zoodanige overeengekomen en geaccordeert wierd. Dat de Banne van Crommenie met den geheelen Banne van Westiaanen, en nog eenige andere Plaatfen, met den anderen in Conventie waaren, dat namentlyk op den tyd als de Ponders ieder in den haare om de vier jaaren de generaale Ponding en verriggeling deden, alle Ingefetenen op dien tyd, in ieders Plaats zynde, als dan wierden aangellagen en gepond, en dat defelve die vier jaaren uit, haar geftelde Prikken Schots aldaar bleven betaalen, gelyk ook alle Erffenisfèn ftaande dien tyd vallende, waaren en bleven voor die plaats^ daar de overledene gepond was, offchoon de Ingefetenen over en weder geduurende den loop van defelve vier jaaren naar elkanders Plaats vertrokken, het zy als Burgers, ofte gelyk als Erfgenaamen van een Ingefeten van één der voorfz. Plaatfen; terwyl met Ingefetenen van een plaats, daar men niet mede in Conventie was, over en weder by het inkomen en vertrekken van de zoodanige, hetzelve Prikken Schots wierd aan en afgefchreven, als komende daar mede die oude en gepractij feerde ufantie niet te pas. Dat de Supplian* ten vermeenden, dat het Octroy van hun Edele Groot Mog. op den 28 November 1776 aan hun Supplianten, mitsgaders aan de Regenten van den Banne Crommeniedyk verleent, waar by hun Edele Groot Mog. defelve had-; den geoótroyeert om de agterftallige aangella. / gen Prikken Schots te mogen vorderen en innen by parate executie, even als alle gemeene Lands lasten, en welk Octroy den 19 December 1776 ter Secretary van de Heeren Gecommitteerde Raden, refideerende te Hoorn, was geregiftreert, hun Supplianten recht op de aangellagen Prikken Schots van zoodanige overledene, invoegen hier vooren gemeld $ zoekende, om dat de Erfgenaamen ingevolge de voorfz. aloude en van onheugelyke tyden af > genuctvCeetde ufantie , ftaande die vierjaarige Ponding niet nieuw waaren aangeüagen, of voor verkregene Erffenisfèn waaren verhoogt. Dat by de laatfte Ponding in de mand February 1780 gedaan, door de toenmaalige Ponders, met genoegen was gepond zekere Jan Heke- I laar, zynde geweest een Inwoonder van Crommenie, gelyk defelve dan ook zelfs dat jaar aan den Schotvanger zyn geftelde Prikken Schots had betaald. Dat de gemelde Jan liekelaar in de maand October 1780 zynde overleden, met agterlaating van drie Kinderen, waar van twee in Crommenie en de derde in het nabuuvig Wormer woonagtig waaren, ingevolge de meergemelde aloude gewoonte en ufantie de voorfz. twee Kinderen te Crommenie woonagtig, na hun Vaders overlyden, niet op nieuw waaren gepond of verhoogt voor haar Vaderlyk Erfdeel, terwyl menverwagte, dat defelve overeenkomftig het meergemelde aloude gebruik den Prikken Schots, waar op hunne Vader met genoegen was gefteld, voor zoo verre die jaarlyks nog moest worden betaald, tot dat de vier jaaren zouden wefen geexpireert, in der minne zouden voldoen: dan dat niet tegenftaande de Schotvanger haar zoo wel als anderen jaarlyks daarom had aangemaand, defelve jaarlyks wel hadden voldaan het Prikken Schots, daar zy zelve in den jaare 1780 op gefteld waaren, dog op frivole pretexten weigerden het Prikken Schots * waar op hun Vader, als gemeld is, in het zelve jaar Ss 2 was  Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. was gefield, tc betaalen, als onder anderen, dac hun \ ader dood was dac de Boedel zoude zyn verdeelt, cn zy lieden niec op nieuws aangefogt- en aanheflaagen waaren, en datzy daarom f !Vn. erden vry ce zyn. Dat hoe zeer het onverfeh.iiie, voor defelve twee Kinderen was, of zy die volgende jaaren de Prikken Schots van hunnen Va .Ier betaalden, dan of immediaat na '•Vadera overlyden, hunne eigene Prikken Schots, ieder voor hun aandeel, daar mede was verhoogt, hun eenig doelwit was, o.n zig tegen net aloude gebruik, door de Regenten a'toosgcpraétifeert, tc verletten, tcr\\", l zy w.iarfchynelyk ook anderen oprokkenden, nadien zig bereids een tweede geval had opgedaan, van een Perfoon insgelyks ce Crommenie woonn^ig, die den jaare 17S1 een EriYems had bekomen van een Moeye mede tc Crommenie overleden, cn welke naar de voovf/.. oude gewoonte en ufantie niec op nieuw voor de voorfz. Erffenis opgefogc nog verhoogt was, en daarom insgelyks weigerde te voldoen het aangellagen Pukken Schots, waarop de voorfz. zyne Moeye geftelt was. Dat dc Supplianten vermeenden, dac wanneer de verhooging van het Prikken Schots telkens na Sterfgevallen en hec bekomen van Erffenisfèn in tram zoude moeten worden gebragt , het zelve veele verwarringen en moeyelykhc Jen zoude veroorfaaken, zoo onder voorledenen, die haar gevoege hadden naar die aloude gewoonte cn ufmric, als onder de volgende in gelyke gevallen, cn de Supplianten buiccn ftaat Hellen, om uic de Prikken Schots te voldoen dat geene, wa^r toe defelve weid geheven en omgellagcn, terwyl op ieder Pondjaar, na gehoudenc doleantie-dag, het Prikken Schots wierd omgefligen voor vier jaaren, en dus van den eencn Pondtyd tot den anderen , zoo hoog als Regenten oordeelden jaarlyks buiccn excra gevallen en gelegenrheden die vier jaaren door een genomen nodig te hebben. Dac dc Supplianten bedugc zynde, dac uic dc voorfz. handel wyfe van de Kinderen en Erfgenamen van jan Hekelaar en anderen , die hun op dat voetfpoor volgden, tot mine van hun Dorp en vertraaging der gemeene zaak, mitsgaders prejudicie van het hier vooren gemeld Oclroy van hun Ed. Gr. Mog., Proceduures zouden ontdaan, tc raaden waaren geworden , tot wegneming van alle dubieceicen, z| guard zullen neemen, als noodig zulte" oordeelen, en des noods, na ingenome» en gehoord te hebben dcconfideratienei belangens van Schout en Ambagtsbew*# 1 ders, de plano zullen decideeren. X V I 1. Na verloop van de voorfchreeve vier weeken, zullen de voorfchreeve Re*** ningen en Omflagen door de HeerenGecommitteerde Raden worden geapprobeert, of zoodanig gealtereert enge"*"6* fteerd, als bevonden zal worden te behooren. XVII I. Na dat de voorfchreeve Rekeningenen Omflagen by de Heeren Gecommitteerde Raden in voegen voorfchreeve zul!e°^ gearrefteert, zullen door of van  Begrypende allerhande Politicque- zaaken. §35 67. Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het admitteeren van Vreemdelingen, die gewapend zynde, of eenige Ammunitie met zig voerende, op het Territoir van den Staat binnen komen. De» 16 Oélober 1789. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen, die deefen zonen zien o? hooren leefen, Saint; "Doen tè weeten: dat wy in ervaringe zyn gekomen, dat zeedert eenigen tyd veele Vreemdelingen, byfonder uit Oostenryksch Braband, op het Territoir van den Staat, en wel voornamentJyk in de Meyerye van 'sBosch, de Baronnie van Breda en het Marquifaat van Bergen op Zoom zyn gekomen; en dat binnen weinige dagen derfelver getal niet alleen aanmerkelyk is vermeerdert, maar dat zelfs geheele Troupen te gelyk arriveeren, of het Land doortrek^ ken, geheel of gedeeltelyk gewaapend, of een quantiteit Wapenen en Buskruit in Karren met zig voerende. Zoo is 't, dat wy nodig geoordeeld hebben, onfe intentie omtrent de adminiftratie en het verblyf van voorfchreeve Vreemdelingen op ons Territoir, onvennindert en hy explicatie van onfe Refoiutie, op den 14 deefer maand, op dat fubjeét genomen, en welke reeds ter kennisfe van verfcheide Officieren in het Diftrict van de Generaliteit zal zyn gekomen, nader by deefen te kennen te geeven, en mitsdien te verklaaren, gelyk wy verklaaren by deefen, dat, hoe zeer wy geen oogmerk hebben, om aan Vreemdelingen, welke niet behooren onder de Clasfe van Vagabonden en Landloopers (als omtrent welke in we fen blyft ons Placaat van den 1 April 1738, gerenoveerd den 14 July 1775,) het inkomen of verblyven op het Territoir van den Staat te verhinderen, maar wel mogen lyden > dae defelve, zig ftil en wel gedraagende, het zy Yn YiefbeTgen, \\ex xj by de Ingefetenen, welke geneegen zyn hun in te neemen, zig ophouden, wy egter niet kunnen gedoogen, dat defelve op Plaatfen, onder ons Gebied geleegen, en in welke wy aan de Ingefetenen alle Wapening en het formeeren van eenige Corpfen of Genoodfchappen hebben geinterdiceert, zig gewaapend zouden vertoonen, of eenige Voorraad van Wapenen, Kruid, of andere Ammunitie met zig voeren, en Corpsgewyfe escorteeren, nög ook eenige Exercitiën van Wapenhandel verrigten, of in het generaal iets doen het welk tegens ons Territoriaal Gefag en de fubfifteerende Ordres en Placaaten zoude aanloopen, ontbieden en gelasten wy mits dien alle Officieren in het Diftrict van de Generaliteit, dat zy op het Territoir van den Staat niet moeten admitteeren zodanige Vreemdelingen, welke gewapend zouden willen inkomen, of eenige Voorraad Van Geweeren of andere Ammunitie Corpsgewys escorteeren, en met zig voeren, en dac zy voorts in het generaal aan de voorfchreeve reeds binnen gekomen Vreemdelingen, en die geenen, welke nog mogten willen binnen komen , van deefe onfe meening en goedvinden kennis geeven, en mitsdien defelve voorhouden , dat, by aldien zy willen jouisfeeren van de vrye inkomst en verblyf op het Territoir van den Staat, zy zig ftil en rustig moeten gedraagen, geen overlast aan de Ingefetenen vefl Schout en Ambagtsbewaarders terftond Billietcen daar van worden uitgegeven. X I X. En als dan geen betaaling volgende, Z,al des wegens by executie werden geprocedeert, conform den inhoud van Art. 6 tot 12 inclulive van dit Reglement. X X. De Rekeningen van de ordinaire DorpsLasten over de jaaren 1787 en 1788 zullen moeten worden gedaan, als mede de Omflagen gereguleerd worden, binnen de zes eerfte maanden van den jaare 1790. En zal wyders daar omtrent werden geobferveert de zelfde form, als by Art. 14 tot 19 inclufive van dit Regiement voorgefchreven is. XXI. Eindelyk zullen de Rekeningen van de ordinaire Dorps - Lasten over den jaare 1789 moeten worden gedaan, en de Omflagen daar van gereguleert worden. binnen de zes laatfte maanden van den jaare 1790. Terwyl de Rekeningen en Omflagen der ordinaire Dorps - Lasten over den jaare 1790, zullen moeten werden gedaan en gereguleerd binnen de zes eerfte maanden van den jaare 1791; de Re* keningen van Omflagen over den jaare 1791, binnen de eerfte zes maanden van den jaare 1792; en zoo vervolgens van jaar tot jaar. Waar omtrent verders zal werden geobferveert de zelfde form, als by Art. 14 tot 19 inclufive van dit Reglement is voorgefchreven. En zal by Schout en Ambagtsbewaar¬ders voornoemt moeten weiden zorge gedraagen, dat de Dorps-Lasten van ieder jaar, te beginnen met de Dorps Lasten van den jaare 1790, werden ingevordert en geïnt voor de expiratie van het volgend jaar; op poene van het effect der voorfchreeve concesfie van parate executie te verliefen.  336 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul vcroorfaaken, en zig onderwerpen aan de Ordres en Placaaten van den Lande, en hetgeen hier boven is geftatueert- En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te pretendeeren, begeeren wy, dat deefen onle Placaate alomme in het resfort van de Generaliteit gepubliceert en geaffigeert zal worden ter plaatfe, daar men gewoon is zodanige publicatie en affictie te doen, alfo wy het zelve ten dienfte van den Lande bevonden hebben alfo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de hooggemelde f Ieeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 16 October 1789. (Was geparapheertf) W. F. E£ vax WASSENAER, vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent P) I I. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. W Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende Oftroy tot /iet heffen van eenige belastingen ten behoeven van de Dorps - Kast te JlaringcarjpeL Den 30 January 1790. By refumtie gedelibereerd zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland cn het Noorder Quartier van den 20 November 1789 en den 26 ter Vergadering ingekomen, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 16 July te vooren, geëxamineerd de daar nevens te rug gaande Requeste aan hun Ed. Gr. Mog. geprefenteerd by de Regenten der Vrye Heerlykheid Haringcarspei, met kennis van den Heer derfelve Heerlykheid, en waar by dezelve om gealicgueerde reedenen verfoeken, dat bun Edele Gr. Mog. aan hun gelieven te verleenen zodanige middelen, als tot redding van hun Dorp zullen oordeelen te behooren, en tot dat einde aan hun Edele Gr. Mog. voordraagen, om te mogen genieten een Scliot van de Landen in voorfz. Heerlykheid gelegen van achtien tot twintig ftuivers per mergen, in gevolgeen even gelyk hunne nabuurigePlaatfen,- als mede om te mogen heften den tagtigften Penning van alle verkoopingen van onroerende Goederen, en den veertigften Penning van alle Collateraale Succeslien; en dat wyders uit s' Lands Kas aan hun mag worden geaccordeerd zodanig dedommagement, als hun Edele Gr. Mog. tot redding van de Dorps Kas zullen oordeelen te behooren, alles voor den tyd van tien, of zo veel meerder of , minder jaaren, als hun Edele Gr. Mog. zuflcn goedvinden. Is goedgevonden en verftaan, aan de Regenten der Vrye Heerlykheid Haringcarspel te verleenen Öctroy voor den tyd van tien jaaren, ingaande met den jaare 1790, om s jaarlyks ten behoeve van haare Dorps Kas te heffen, vorderen en ontfangen den tagtigften Penning van alle onroerende Goederen in voorfz. Heerlykheid gelegen, zo dikwylsdie verkogt of vermangeld werden, ten laste van den kooper en verkooper ieder de helfte, mitsgaders den veertigften Penning van de Goederen, ' het Middel van de Collateraale fuccesfie fubjecr., by ingefeetenen van de zelve Heerlykheid wordende nagelaaten, alles des noodsin te vorderen by het regt van parate executie, gelyk men gewoon is de gemeene Lands ISir 1 delen te innen: wordende het verder verzoek | geweefen van de hand , en de Supplianten gelast van drie tot drie maanden praecies van nun1 ne Dorps Inkomften en Lasten aan de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideeren* te doen behoorlyke reekening en verantwoording , en het geobtineerde Oef roy ter Secre■ tary van defelve te doen regiftreeren; en i» I voorts, zo met opfigt tot het verfoek by de I voorfz. Requeste, als in de andere gevallen nog in deliberatie zynde, om eene belasting op . Landen, goedgevonden en verftaan de, Hee*  Begrypende allerhande Politicque zaaken, ren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren by deefe te verfoeken, om te examineeren, of'er ook eenige andere, en welke, middelen kunnen worden uitgedagt, als die, 33? welke de Landeryen affecteeren, en de Vergadering daar op te dienen van derfelver Confir deratien en Advis. 69. Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot continuatie van zekere Belastingen ten behoeven van de Diaconie te Vianen. Den 14 December 1790. De Gecommitteerde Raaden vart de Edele Gr. Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland; Souvereynen van Vianen en Ameyde, doen te weeten: Dat wy nodig gevonden hebbende tot onderfteuning van de defolate toeftand der Financie van de Diaconie der Stede Vianen", by Publicatie in dato 15* February 1771 te introduceeren zekere Belasting op hetgeflagt of geconfumeerd wordende Beeftiaal voor een ombepaalden tyd, volgens expresfe authorifatie van haar Edele Groot Mogende, mitsgaders eenige Boeten of Recognitiën in zekere gevallen by het Trouwen en Begraven voor den tyd van twintig jaaren, en de voorfz. tyd met het aflopen van dit ten eynde fhellend jaar zullende expireren. Zoo 1 s 't , dat wy op het fpeciaal verfoek van den Kerkenraad der Nederduitfe Gereformeerde Gemeente te Vianen, tenderende tot continuatie van de vootft. Boetens of Recognitiën, deefe zaak onderfogt en bevonden hebbende, dat de Kasfe van voorfz. Diaconie, de Inkomften uit de voorfz. Belastingen en Boetens of Recognitiën proflueerende, immers by provifie geenfins kan ontbeeren, zonder ivederom in de uiterfte confufie en ongelegentheid te geraken; na ingenoomen te hebben de Confideratien en het Advis van de Magiftraat der voorgemelde Stede Vianen, hebben goedgevonden en verftaan, de voorgemelde onfe Publicatie ten reguarde van de voorgemelde Belasting te renoveren, en wyders ten aanfien van de daar by vermelde Boetens of Recognitiën van nieuws, en zelfs ter voorkoming van fommige abufive begrippen, by ampliatie te lïa« tueren. Eerftelyk, dat by continuatie, zoo lang hier omtrent by haar Edele Groot Mogende, of by ons op geene andere wyfe gedisponeert zal zyn, zal moeten worden betaald vier ftuivers van ieder ftuks Rundvee, twee ftuivers van ieder Kalf, eene ftuiver voor yder Schaap of Lam, en drie ftuivers voor yder Varken of Bigge, welke binnen de Steede Vianen, en de daar onder parochierende Schout - Ampten geftagt of geconfumeert zullen worden. Welke Belasting of respective fommen teffens by de betaling van 's Lands Recht of Impost voldaan zullen moeten worden. Hebbende wy tot den ontfangst van dien, mitsgaders tot de extraditie ten behoeve van deDi» IX. Deel. aconie behooriyk gequalificeert en gelast den Gaarder van 's Lands Middelen binnen de Stede Vianen voornoemd. Ten anderen: dat wederom, geduurende eerstkomende en agter een volgende twintig jaren , in te gaan met den 1 January des jaars 1791, of gedurende zoo. veel korter of langer tyd, als wy dienftig en nodig vinden zullen, I eene Boete of Recognitie van vyf en twintig / guldens aan de voorfz. Diaconie zal moeten ■ betaald worden by de Inwoonders of Inwoon! deresfen der Stede Vianen en daar onder parochierende Schout-Ampten, die zig buiten, de voorfz. Stede voortaan in den Echt zullen laten verbinden, en zulks boven en behalven de zes guldens, welke in zodanige gevallen tot heden toe , gewoonlyk betaald zyn geworden. Zullende nogtans van de betaaling der voorfz. vyf en twintig guldens gelibereert en vry zyn die geenen, welker Bruiden buiten | de voorfz. Stede en daar onAeï pMochietende Schout-Ampten woonagtig zyn: met dien verftande nogtans, dat in defe voor In woönderesfen gehouden zullen worden, voor zoo verre Lidmaten van de Gereformeerde Kerken zyn, die geenen, welken binnen den tyd van zes maanden, na dat zy hare Kerkelyke Atteftatien na elders verfogt ofgevordert hebben, zig inden Echt zullen begeven: En ten aanfien van de geenen, welke geen Lidmaten van voorfz. Kerken zyn, de zodanige, welke geen volle zes maanden geleden, en mitsdien binnen dat tydverloop na elders metter woon zullen zyn vertrokken. En zal niet, voor dat de voorfz. Boetens of Recognitiën zullen zyn betaald, ten behoeve van zodanige Perfonen eene Atteftatie wegens het onverhindert gaan hunner Huwelyks Geboden mogen geëxtradeert en uitgegeven worden; en de geenen, die bevonden mogten worden, desniettegenftaande zodanige Atteftatie te hebben uitgegeven, zonder dat hun van de voorgemelde gedane betaling zal zyn gebleken, verpligt zyn by derfelver wanbetaling, de Diaconie deswegens, te indemneren, en voorfz. Boete of Recognitie uit derfelver privé Beurfen te voldoen, welke voldoening (des noods) van hun zal I worden ingevordert op gelyke wyfe, als ten I aanfien van de verdere Boetens of Recognitiën hier onder zal worden geordonneert. En eindelyk, V v Tea  333 Placaaten. 3.' Boek. 1. Titul. Ten derden: dat, gedurende denfelven tyd' van twintig jaren, een Boete of Recognitie van dertig guldens aan de meergemeldeDiaconie zal moeten worden betaald van ieder Lyk,het geen ter begraving na buiten de Stede Vianen voortaan vervoert zal worden, tc weeten indien het een Lyk is van een Perfoon, die in dc Stede Vianen cn daar onder parochierende Schout-Ampten woonagtig is geweckt. Welke re-speetive Boetens of Recognitiën, (voor zoo verre omtrent zommige hier voor niét beréids irt het byfonder is gedisponeert)aan de D aconie Kasfe zullen moeten worden voldaan , voor dat de voorfz. Echtverbintenis voltrokken, of het Lyk ter begravenis vervoert Gedaan in den Hage onder het kleyn Zegel vnn den Lande van Holland cn Westvricsland den 14 December 1790. (Onderflondf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. zal worden, op poene, dat by nalatigheid van dien het cubbeld daar van zal moetenworden voldaan, cn de gebrekige ter voldoening van defelve, mitsgaders van alle de in defe vermelde Boetens of Recognitiën door dc Diaconie Boekhouder paratelyk zullen worden geexecuteert, dien wy daar toe expresfelyk qualificeeren by deefe. En op dat de goede Ingefetenen na behooren hier van geinformeert mogen worden, zal deefe binnen de Stede Vianen en daar onder parochierende Schout-Ampten worden gepubliceert en geatligeert, daar zulks behoord, cn te gefchieden gebruikelyk is. (JVas geteekentf) A. J. R O Y E R. *o. Publicatie van den Raad vat; Staate, totbe* paaling van het Maalloon in deMeyereye van 's Bosch , mitsgaders verfcheide Voorzieningen, het Mhalen der Graanen aldaar betreffende. Den 11 January 1791. Dc Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo reeds van tyd tot tyd zederd verfcheide jaaren herwaards, en nu wederom op nieuws van de Ingefetenen van verfchillendc Plaatfen in de Meyerye van 's Bosch aan ons klagten zyn voorgekomen over het ftuk van het Mailloon, en de quantiteit Graan, welke daar voor door de Molenaars wierd genoomen , en wy na gedaan onderfoek de vooriz. klagten niet van grond ontbloot hebben gevonden, naardien uit het zelve is komen te blyken , dat niet alleen over het geheel genomen niet is uitgemaakt of bepaald, welk Maalloon den Molenaar van regtswegen competeert, (waar door dan ook ongenoegfaarn is geweest de by onfe Refoiutie van 9 Augustus 1786 verleende vrylaating om de Molenaars en derfelver Bediendens by Eedc te doen belooven, van niet meer dan het gerechte Maalloon te zullen neemen of afhouden) maar dat ook daar omtrent hier en daar verregaande excesfen gepleegt worden, en veel meer genomen, dan de Ingefetenen daar voor redelyker wyfe kunnen of behooren te misfen, waar toe veel al aanldding geeft het Inftrument of de zoogenaamde Pan, waar mede de Molenaar zyn Maalloon neemt of fchept, als welke niet zoo zeer diend om daar mede te neemen juist die quantiteit Graan, welke defelve inhoud, en waar op geëikt is, maar welke, immers op verfcheide Plaatfen, gebruikt word om daar mede, zoogenaamd met de vlugt, te fcheppeo een grooter en meerder gedeelte, het welt mitsdien van de meerdere of mindere behendigheid of inhaaügheid van die geen, welke defelve behandeld, is afhangende, en de Ingefetenen van de willekeur van den Molenaar dependent maakt. Zoo is 't, dat wy niet alleen het gebrui van dit onfeeker en aan misbruiken onderhee* vig Inftrument volftrekt willen vernietigt en af* gefchaft hebben, en mitsdien verbieden, ge* lyk wy doen by deefen, dat voor het vervolg in eenige Plaatfen der Meyerye van "s Bosch geen AÏolfterpannen meer zullen mogen woeden gebcefigt, om daar mede op eenigerhande wyfe het Graan, dat voor Maalloon dienen moet, te fcheppen; maar dat wy ook bovendien , uit het onderfoek, het welk wy nodig geoordeeld hebben omtrent deefe materie in het generaal te laaten doen, zynde ontff*' geworden, dat behalven de voorfz. MoMta" pannen ook andere Inftrumenten, tot toemeeting van het Maalloon gefchikt, zoo als Sajfc maaten, en zelfs de ronde langwerpige Kannetjes, welke op onfe ordres in fomnuge Piefen waren geïntroduceerd, in het gebruik onfeeker of inpracticabel bevonden zyn, nut* iien  Bcgrypende allerhande Politique zaaken. dien al mede nodig hebben geoordeeld het gebruik van defelve Inftrumenten af te fchaffen, en voorts deliberatien hebben aangelegt om een middel daar te fteilen, waardoor het voorfz. poinct, op een vaste voet gebragt, en eenmaal alle klagten en difputen op dit fubjeet: met de aanleidende ooriaaken van dien uit den weg geruimd zouden kunnen worden. Dat wy om daar toe te geraaken, en reguard te kunnen ftaan zoo wel op het nut en voordeel der Ingefetenen, als op de wettige belangens der Molenaars, de nodige informatien op deefe zaak hebbende doen neemen, en de Regenten zoo wel als de Molenaars der respecfive Plaatfen in voornoemde Meyerye door de Ontfangers der Gemeene Middelen doen hooren, en vervolgens alle die ingekome Stukken geëxamineerd, en alles wat ter materie dienende was, , rypeiyk overwogen hebbende, geen beter of ander middel tot wegneeming van alle abuifen hebben gevonden, dan dat voor het vervolg het Maalloon niet meer in Graanen, maar in Geld volgens eene daar toe eens voor al te bepaalen Prys voldaan werde. Dat om die lom te üxeeren wy voor al met opfigt tot de Rogge en Boekweyt, zynde de foorten van Graanen, waar by de gemeene Ingefetenen wel het meest geinteresfeerd zyn, in aanmerking hebben genomen in de eerfte plaats, welk gedeelte Graan voor Maalloon aan de Molenaars kan geagt worden te competeeren, het geen op fommige Plaatfen op een twintigfte, op andere op een agtiende, en by eenige en op zyn hoogst op een zestiende wotd o^e^ee^ev*., en xn te vweete pWes te verfchillende Prys dier Graanen geduurende een geruime reeks van jaaren, op dat door het neemen van een gemiddelde fom, derfelver waardy, voor zoo veel de Prys van het Maalloon betreft, niet te hoog, nog te laag bereekend wierd, maar daar omtrent eene zooveel mogelyk juifte proportie geobferveerd, terwyl wy ook in de bepaaling dier fomme niet uit het oog hebben verlooren, dat de Molens zoo in derfelver opbouw, als onderhoud zyn kostbaare en zelfs aan gevaaren bloot geftelde Panden. Dat op die wyfe de bereekening gemaakt zynde wy bevonden hebben, dat de fom voor Maalloon te betaalen redelyker wyfe zoude konnen worden gefixeerd op twaalf guldens voor een Last Tarwe, agt guldens voor een Last Rogge, en zes guldens een Last Boekweyt , mindere gedeeltens naar advenant, en allerlei foorten van minder en Voeder Koorn onder dit laatfte, te weeten de Bcekwyt, begreepen , mitsgaders vyf ftuivers voor een Zak Mout, wegende omtrent 120 fg. Dat wy vertrouwen, dat de Ingefetenen zoo wel als de Molenaars zullen overtuigt zyn van de billykheid deefer bepaaling, en in de introductie van dit middel zullen vinden een blyk van onfe zorge voor derfelver welfyn, de eerstgemelde door verzekering te beko- 339 men, dat aan hun voor het maaien hunner Graanen niet meer zal konnen afgenomen worden, dan het geen daar voor by publicque authoriteit bepaald is, en dus van alle willekeurige behandeling ontheeven te zyn, ende Molenaars, die geen intentie hebben zig op eene onbehoorlyke wyfe temkoste der Ingefetenen te verryken, door onder het genot van eene redelyke belooning vry gefteld te worden, zelfs van alle fchyn en fufpicie van malverfatie op dat fubjeét Dat wy dan ook niet verwagten, dat tegens deefe fchikkingen eenige oppofitie zal geformeerd , of comradiétie gemaakt worden, maar dat wy zelfs, hoe zeer altoos geneegen om op billyke en gepaste repraefentatien reflexie te ftaan, elk en een ieder willen geadverteerd hebben, dat geen allegatie van gebruik ofposfesfie in dusdanige repraefentatien in aanmerking zal konnen komen, maar dat die geenen, welke zouden fuftineeren by de voorfz. bepaaling verkort te zyn, by hun deswegens te doene Addres zullen moeten doceeren van zoodanig liquide recht of titul van verkryg of Oef roy, waar op zy zig zouden willen fundeeren; terwyl wy egter om geleegenheid te hebben van, wanneer by ondervinding moge komen te blyken , dat deefe bepaaling der Pryzen van het Maalloon eenige verandering of verbeetering behoorde te ondergaan, zulks na bevind van zaaken werkftellig te maaken, raadzaam hebben geoordeeld defelve by deefen frègts provifioneel voor den tyd van twaalf jaaren vast te fteilen, om by expiratie van defelve termyn op de continuatie van dien met of zonder N^criterav^ cads.es. te fteilen, zoodanig als de omftandigheeden als dan zullen koomen te vorderen. En hebben wy mitsdien (hier mede ook: disponeerende op alle zoodanige Requesten, als van wegens eenige Plaatfen of Ingefeetenen indeMeyeryoverhet ftuk van het Maalloon aan ons zyn geprsefenteert geworden, als welke daar door worden gehouden voor afgedaan) goedgevonden te ordonneeren en te ftatueeren , gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat voor het vervolg, en zulks zoo dra op de Molens zullen zyn beforgt de zoo aanftonds te meldene Maaten, en voorts geduurende den termyn van twaalf jaaren, te reekenen van den datum deefer Publicatie, op alle de Molens ftaande binnen de vier Quartieren van de Meyerye van's Bofch, het Maalloon der Graanen aldaar gemaalen wordende zal worden betaald in geld, en wel in deefer voegen: Voor een Last Tarwe twaalf guldens. Voor een Last Pvogge agt guldens, en 'Voor een Last Boekweyt zes guldens.: De Last uitmaakende tien Mudden Bosfche Maat. Dat onder dë Boekweyt zal begreepen, en dus voor defelfde Prys moeten gemaalen worden allerlei andere'zoorten van minder Koorn, als Haver, Garst &c gelyk ook Voederkoorn, V v a en  340 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. cn dat liet Maalloon vnn het Mout zal zyn vyf ftuivers per zak, wcegende 125$ , vyf f8 meerder of minder onbegreepen. Dat om voor tc komen alle inegaliteit cn embaras, welke uit de dillcrente Maaten inde Meyerye plaats hebbende zouden konnen ontiban, en om niet nodig te hebben te komen in eene bereekening van de voorfz. gefixeerde fommen na proportie van defelve difterente Maaten, het Vat, het welk op de Molens tot het mecten van het Graan zal worden gebruikt, zal moeten zynBosfche Maat, waar van zestien in een >>kiddc gaan, cn dat misdien alle Molenaars in de Meyerye zonder onderfcheid op hunne Molens zullen moeten hebben zodanig geëikt Vat, en de mindere gedceltens van dien, te weetcn een Spint, cn een Kop, alle Boifcbe Maat, welke Maaten alleen zullen dienen tot het meeten der Graanen in voegen voorfz. op de Molens, zonder dat zulks eenige invloed zal hebben op, of verandering maaken in de grootheid der 1 laaten in de Koophandel als anderfints in dc respective Plaatfen in gebruik zynde. Dat dienvolgende by verdere verdeeling van een Last in kleinderc Bosfchc Maaten, zal worden betaald I Voor de . Voor de Voor de 1 Tarwe. \ Rogge. Boekweyt. Per Mudde 24 ftuiv. 16 ftuiv. 12 ftuv. Per Scheepel ; 3 2 1 Per Vat — i[ - 1 6 duit. Per Spint 6 duit. 4 duit. 3 ■ Gelasten wy mitsdien alle dc Molenaars in het voorfz. Diftrict der Meyery om zig met het hier bovengemelde bepaalde Maalloon te vergenoegen, zonder zig te onderwinden, om onder eenig voorwendfcl hoe genaamd eenig Graan, Mout, of andere Specie by hun ter Molen gebragt wordende aan de Eigenaaren van dien te onthouden, op pcene van drie honderd guldens voor de eerfte reife te verbeuren , waar van een derde zal zyn ten behoeven van den Officier, die de Calange doet, een derde voor den Armen, en een derde voor den Aanbrenger, en voor de tweede reife naar exigentie van zaaken, en rigeur van Wetten zelfs aan den Ly ve geftrafc te worden. Gelyk wy al verder aan defelve Molenaars wel crnltelyk verbieden om het Graan by hun ter Molen gebragt wordende te vervalfchen, verwisfelcn of vermengen op gelyke pcene; maar hen integendeel recommandeeren en gelasten, om alle en een ieder der Ingezetenen goed gerief te doen; die het eerst met zyn Graan ter Molen komt, het eerfte te helpen; in het fcheidenbehooriyk agt te geeven, dat ieder het zyne bekome, te zorgen dat de Stcenen behooriyk gezuiverd werden, en het Graan fyn en na vereifch gemalen, op pcene van het zelve andermaal zonder eenig Maalloon te zullen moeten herraaalen. En hebben wy wyders nog goedgevonden by deefe geleegenheid te arrefteerén de navolgenden Pointen. Eerftelyk, dat om weg te neemen en voor tc komen de klagten, die van de zyde der Molenaars gedaan worden, dat de Ingefetenen veeltyds minder Graan aangceven, als zy dadelyk ter Molen brengen, aan alle Ingefetenen op het ernftigfte zal worden gelast en bevolen, gelyk gelast en bevolen word by deefen, dat zy de quantiteit Graanen, die zyter Molen brengen om gemaalen te worden, naar waarheid aangeeven; en dat ten einde den Molenaar desaangannde gerust te fteilen, dat hy niet kan worden verkort, de Regenten der Plaatfen , alwaar een Molen of Molens ftaan, zullen worden gelast, gelyk gelast worden by deefen, om voor deefe eerfte reife tot gerief der Ingefetenen en Molenaars, en ten koften der Gemeente te doen vervaardigen een geëikt Schepel en Vat Bosfche Maat, en gedecltens van dien tot aan de Kop ingeftoten, en dezelve bovendien te laaten branden met een byzonder merk of teeken, op dat ten allen tyden blyken moge, dat het dezelve Maateu zyn, tot de meeting van het Graan gefchikt, en voorts defelve te fteilen of doen fteilen op ieder der Molens, en over te geeven aan den Molenaar, die daar voor venncwoordciyk zal blyven, en ook gehouden zyn defelve jaarlyks te doen Vcken. En zal het aan den Molenaar vryftaan om wanneer hy bedugt is, dat de aangceving van het Graan, het welk by riem tei Molen gebragt word, niet naar waarheid gedaan zy, van die geen, die het zelve Graan ter Molen brengt, te requireeren, dat hy het zelve in zyn of zyns Knegts prtcfehtie met de bovengemelde daar toe gereed ftaande Maaten her* meete, cn z.i! de Urenger van het Graan verpligt zyn van dc quantiteit by de gedaane meeting bevonden aan den Molenaar het gerecht Maalloon hier vooren bepaald te betaalen. Ten tweeden, dat de Molenaars niet langer verpligt zyn zullen Paarden en Karren te houden , om daar mede de Graanen der Ingezetenen op hunne Molens te haaien, en weder f huis te brengen, of ten behoeven van Bakkers, Brouwers of andere Ingefeetenen eenige andere dienften te doen; des dat egter in die Plaatfen, alwaar de Afolenaars tot gerief der Ingefeetenen vrywillig Paarden en Karren houden ; defelve ten verfoeke van de Ingefetenen onder den byvang van hunne Molens de Graanen van derlèlver Huyfen zullen vermogen af te haaien, en weder t'huis te brengen, en zal in zoodanig geval daar voor door defelve Ingefetenen werden betaald een vierde gedeelte meer aan Maalloon, als hier voor is bepaald en vastgefteld; dat niet te min aan alle de Molenaars word geinterdiceerd om met hunne Molenkarren te ryden onder de byvang van een andere Molen, nog ook in die Plaatfen»  Begrypeiide allerhande Poiiricque zaaken. atwaaf geen Molens ftaan, om van daar de Graanen der Ingefetenen op hunne Molens te haaien, op een boete van vyftig guldens, ten behoeve als vooren, en zulks boven de verbeurte ten profyte van den Officier van Paarden, Wagens, Karren of andere RytuigerJ, waar mede de contraventie zal zyn gefchied. Ten derden, dat alle en een ieder der Ingezetenen van de Meyerye zig prseciefelyk zullen hebben te reguleeren na den inhoud van het 13 Articul der Ordonnantie op het Gemaal en Hoofdgeld, ten platten Lande van Braband, in dato 31 january 1716, medebrengende, dat geen Ingefetenen van een Plaats of Dorp daar een Molen is, zal mogen zyne Graanen elders doen maaien, in conformité van de voorige Placaaten van 1 Juny 1654 en 16 Jannuary 1657, en op de poene daar bygeftatueerd. Dat aan de Ingefeetenen van de Plaatfen, alwaar geen Molens ftaan, zal worden vrygelaaten om hunne Graanen te breeken te brengen op een der Nabuurige Molens in de naastaangeleege Plaatfen, welke zy zullen verkiezen. Behoudelyk nogthans in deelen aan de Molenaars zoodanig recht, als defelve volgens een wettig recht of titul van verkryg, O&roy of andere Brieven mogten hebben, om privative en exclufive de Graanen der Ingefetenen van eenige Nabuurige Plaatfen op hunne Molens gemaalen te hebben, als moetende in zoodanig geval die Ingezetenen gereekend worden als gehoorende onder den byvang van zoodanige Molen, en dienvolgende gehouden zynde zig al mede prasciefe te reguleeren naar het 13 Articul van zoo evengemelde Ordonnantie van 31 January 1716 Dat ingevalle tusfchen de Molenaars van eene Plaats, alwaar meer dan ééne Molen ftaat, eenig different over den byvang van hunne Molens mogt plaats hebben of ontftaan, de Regenten derfelver Plaatfen zullen zyn gequalificeerd, gelyk daar toe gequalificeerd worden by deefen, om met kennis en overleg van den Ontfanger der Gemeene Middelen over het Quartier, waar onder die Plaats gehoord , deswegens zoodanige fchikkingen te maaken, en te decideeren, als in redelykheid zullen vermeenen te behooren. Dat ingevalle aan den Molen eenige nodige reparatie zal moeten gefchieden, waar door de¬ zelve voor eenige dagen zoude moeten ftil* ftaan, de Molenaar gehouden zal zyn de In* gefetenen daar van in tyds te waarfchouwen s ten einde zy zig te vooren van het nodige Meel voorfien, doch dat by aldien die réparatien binnen agt dagen niet geëindigt zyn, of de Molenaar verzuimd had de Ingezetenen daaï van te waarfchouwen, het als dan aan de Ingezetenen zal vry ftaan hunne Graanen naeené Nabuurige Molen te brengen, tot tyd en wylen de Molen, waaronder zy gehooren, weder in ftaat gebragt Zal zyn. Eindelyk ten vierden, dat aan alle Ingefetenen van de Meyery zal worden geinterdi* ceerd, gelyk geinterdiceerd word by deefen, om geen gemaale Meel of gebakke Brood, met uitfondering alleen van Tarwe Brood en andere Gebak van Tarwe gemaakt, van elders, ert zulks niet alleen van vreemd Territoir, maar ook van de eene Plaats in de andere , in te brengen, op eene boete van vyftig guldens, te verdeelen een derde voor den Officier, die de Calange doet, een derde voor den Armen, en een derde voor die geene, welke de voorfZé Contraventie aanbrengt, en daar en boven verbeurte van de Paarden, Wagens, Karren en andere Rytuigen, waar mede bevonden mogt worden de Contraventie te zyn gepleegt, en van het ingebragte Brood, ten behoeven van den voornoemden Officier. Werdende de Eigenaars der Koornmolens* de Molenaars en de Vorfters der Plaatfen, waar onder Molens ftaan, gequalificeerd om ten allen tyden, wanneer zy iemand zullen bevinden tegens dit geftatueerde te pecceeren, de aanhaaling te doen, en &&t v«a aan den Officier kennis te geeven, om tegens deContraventeurs te konnen procedeeren naar behooren. Ontbieden en beveelen wy mitsdien de réïpeófive Officieren in het Diftrief van de Meyery voornoemt, om aan de executie van deefe onfe beveelen de hand te houden, en tegens de Contraventeurs en Overtreeders, na den inhoud deefer Publicatie, zonder eenige conniventie te procedeeren. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pratendeere, lastenen beveelen wy, dat deefe alomme in de Meyerye zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter Plaatfe alwaar men gewoon is publicatie en affixie te doen* Aldus gedaan in den Raad van Staate in 'sGravenhaage den 12 January 1791. (JVas geparapheert f) C, J. van LICHTEN BER GH, vt. (Onderjlond,) Ter ordonnantie van den Raad van Staaten* (JVas getekentf) V v 3 J. H. MOLLÉRUi Re-  342 Piacaaten. 3. Boek. 1. Titul. 71- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie van zeker Reglement voor het Ambacht vnn Ouderkerk op den Tsfel. Den 17 Blaart 1791. Ts gelefen het Advis van de Heeren GecomI muteerde Raden van den 10 defer, hebbende , tot voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 26 Mey 17CÖ, geëxamineert de Requeste aan hun Edele Gr. Mog., geprrefenreert door Ilaac Vroombrock C. S. alle notable Ingelanden, Geërfdens of Ingefetenen van Ouderkerk op den Yslèl, om de daar by in het breedc gedetailleerde redenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. zoodanige voorfiening gelieven te doen cn ordres te (feilen, als noodig en dienftig zullen oordeelen , ten einde te elïeetueeren, dat binnen de voorfz. Heerlykheid Ouderkerk op den Ysfel het point van lalaris van den Schout en Secretaris derfelve I Ieerlykhcid op cenen vasten en redelyken voet werde gebragt, cn dat mitsdien aan denfelven Schout en Secretaris ieder bepaaldelyk werde toegelegt een fom van eón honderd en vyftig guldens, waar voor zy gehouden zullen wefen het meergemelde Ambagt cn Dorp het geheele jaar ten dienfte te ftaan, cn alle de zaaken, het voorfz. Ambagt of Dorp rpeeïeerende, daar onder mede gereckent het fchcuwen van binnen en buiten 's Lands, zonder in de refpective rekeningen, het zy van reëele, het v.y. van peafiofemta. Lasten , wélke by het prrefentccren van het voorfz. Request te doen ltonden, en in het vervolg gedaan zouden moeten worden, eenige verdere posten voor leges en vacatiën of verteeringen als anderfints, ten behoeve van het voorfz. Ambagt gehad of gedaan, te mogen brengen dircél of indirect. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het Reglement voor het Ambagt van Ouderkerk op den Ysfel, by het voorfz. Advis gevoegt, cn hier na volgende, zoo als het thans is ingerigt, by defe te approbeeren, en Schout cn Gerechte, mitsgaders den Ambagtsheer van Ouderkerk te gelasten , het zelve in train tc brengen, en te obferveeren; en voorts te permitteeren, dat de wederfydfche kosten ten dele gevallen in de Rekeningen van den reëelen en perfoneelen Omflag zullen mogen worden gebragt. Ordonnantie of Reglement voor die 'van Ouderkerk op den Tsfel. Art. I. De Schout zal gehouden zyn, ten dienfte van het Ambagt, alle ordinaire en extraordinaire Befognes, zoo binnen den Ambagte van Ouderkerk op den Ysfel, als in de Steden Gouda en Schoonhoven, benevens op de Dorpen en Plaatfen in den Crimpenrewaard gelegen, zoo wel het perfoneele als reëele betreffende, waar tc neemen, en zal daar voor genieten eens eene fomma van drie honderd en vyftig guldens, zonder dat hy daar voor het zy wegens Vacatiën, Rys- of Teerkosten, of waar voor het ook zoude mogen wefen, iets anders of verder in rekening zal mogen brengen, maar zal alles moeten doen op het voorfz. Traetement van drie honderd en vyftig guldens. II. De Secretaris zal voor Traetement genieten mede eens eene fomma van drie honderd en vyfüg guldcps, cn zal gehouden zyn, daar voor te Ichryvcn en te regiftrecren alle Conditicn van Bcfteeding der Gaarderingen van Verpondingen, Cavelgeld, reëele en perfoneele Lasten van verhuuringen der Kerke en Arme Goederen, als mede de Rekeningen van het Ambagt, de peribneele Rekeningen, Quotifatien en alles wat het perfoneele eenigfints aangaat, de Kerk- en Arrnmeesters Rekeningen, gelyk ook alle Refo\wütTi, MXfcra., VLeviten, Ordonnantiën, Publicatien en Laakcedullen, niets uitgefondert, wat zaaken het ook zouden mogen zyn, het Ampt concerncerende, welke op ordre van het Gerecht zullen moeten worden gedaan; cn zal ook gehouden wefen ten dienften van het Ambagt alle ordinaire cn extraordinaire Befognes, zoo wel binnen den Ambagte van Ouderkerk op den Ysfel, als in de Steden Gouda en Schoonhoven cn Dorpen en Plaatfen in den Crimpenrewaard gelegen, waar te neemen, zonder dat hy daar voor, het zy wegens Vacatiën, Rys- of Teerkosten, of waar voor het ook zoude mogen wefen, iets anders of verder in rekening zal mogen brengen, zullende hem alleen in rekening werden gevalideerd zyn verfchot van Briefporten, Zegels, Boeken, Papier, en andere behoeftens, tot de Secretarie gërequireert wordende, mitsgaders de betaalde Depêche Gelden, waar van hy by Specifica* tie zal moeten doen blyken. I I I. Het Gerecht zal, als van ouds, beftaan uit den Schout en zeven Heemraden, die de Regeeringe over het Ambagt en de adminiftratie over de civile Juftitie, als mede van de Weeskamer zullen hebben , en zal Pnrüdent Heemraad zyn, fc-.-e  Begrypend£ allerhande Politiecjue zaaken. 343 die de oudfte in bediening is, en één of meer van gelyken ouderdom in bediening zynde, zal de oudfte in jaaren pncfideeren, en zullen altyd twee Heemraden uit de Polder de Hooge en Laage Nesfe, drie uit de Polder de Zyde, of wel uit ieder Blok dier Polders één Heemraad in bediening moeten zyn. IV. De Heemraden zullen twee jaaren dienen, .dog zullen alle jaar uit ieder der voormelde Polders één, en om het andere jaar uit de Polder de Cromme en Geer twee van hun, als dan de oudfte in bediening Zynde, moeten afgaan, welke afgaande gehouden zullen wefen, ieder jaar op den 11 February, of wanneer de Ambagts Rekening wo'rd gedaan, te maaken hunne Nominatien ieder van drie Perfoonen , dewelke den ouderdom van vyf en twintig jaaren bereikt of eerder gehuwd of geëmancipeerd zullen moeten zyn, en zal een ieder van hun ten minften met drie mergen Lands, in zoodanige Polder of Blok, waar uit defelve Perfoonen als Heemraden genommeert worden, gëqualificeert moeten wefen. En in gevalle in één of meer der voorfz. Polders of Blokken geen drie alfoo gequalificeerdePerfoonen mogten worden gevonden zullen zoodanige Perfoonen, we!» ke in defelve Polders het voornaamfte 'gehuisd en geërfd zyn, mede nominabel en eligibel Wefen; ook zal een Zoon na hét overlyden van zyn Vader, gelyk medé na het overlyden van zyn "Moeder, zoo lang de quantiteit van zyn Ouders nagelaten Landeryen onverdeeld blyven* nominabel en eligibel zyn; in gevalle door het affterven van één of meerder Heemraden in de drie eerfte half jaaren eeh vacature mogte komen, zal door den Heemraad van het naast gelegen Blok in des overledens plaats drie Perfoonen uit defelve Polder of Blok, Waar in het ftërfgeval is voorgevallen, worden genornineert; zullende ten opfigte van de Polder de Cromme en Geer, in gevalle de Heemraad uit het middelfte Blok kwam te overlyden, de Nominatie door den Heemraad uit het bovenfte of eerfte Blok moeten worden gemaakt, dog zoodanig een ftërfgeval in het laatfte jaar voorvallende , zal die Heemraadsplaats, tot den aanftaanden tyd van de generaale verandering vacant blyven, wanneer dan ook de Nominatie, als boven gefegt, zal moeten worden gemaakt; de voornoemde Nominatien zullen aan den Wel Edelen Geftrengen Ambagtsheer van Ouderkerk op den Ysfel moeten worden geprafenteert of overgefonden, uiterlyk binnen agt dagen j na den 22 February of na den dag van het maaken derfelve j en zal zyn Wel Edele Geftr. uit de genomineerde twaalf, negen of drie Perfoo¬ nen voor ieder Blok één moeten eligeeren, zonder dat zyn Wel Edele Gefh enge iemand van do Heemraden in derielvev dienst zal mogen Continueeren. Ert zal ieder Heemraad jaarlyks voor zyn ordinaris en extraordinaris Wedde gepieten eene fomma van twaalf guluens. V. De Bodé zal voor zyn Traótement genieten, eens eene fomma van een en twintig guldens, en zal daar yoof gehouden zyn, alle ordinaris en extraordinaris dienften, het Ambagt rakende, te verrichten, ert generalyk alles te doen , het geene hem in zyn Post door den Schout en Heemraden word geordonneert. V I. Allé welke Traktementen zullen werden verftaan te zyn ingegaan op St. Pieter of op den 22 February 1785, en jaarlyks voor de eene helft in den reëelen, en voor de wederhelfte in den perfoneelen Omflag tot Lasten gebragt zul» len moeten worden, en zullen Schout, Heemraden, Secretaris en Bode, ieder in den zynen, wel en getrouwelyk moeten waarneemen alle het geene het Ambagt en het perfoneele, in voege als boven is gefegt, eenigfints concerneert, bedagt en onbedagt, zullende beha!ven de bovengemelde Traétementen, en het geen hier na affonderlyk word bepaalt, ter zaake bovengemeld het zy voor Vacatiën, Verteeringen, Ryskosten of ie» hoe genaamt, nietwes in rekening wor-r Óen ge\ec\en. V I t In gevalle de Schout, de Heemraden of de Secretaris ten dienften van het Ambagt buiten het zelve reifeh, uitgefondert naar de Steden Gouda en Schoon» hoven, en de Dorpen of Plaatfen ifl den. Crimpenrewaard gelegen, zoo als hier vooren is gefegt, zullen defelve voor Vacatie,. Rys en Teerkosten niet meerder genieten of in rekening mogen brengen, als de Schout vier guldens daags, een Heemraad drie guldens daags, mits dat tot reifen naar s'Haage en naar Plaatfen van gelyke diftantie, maar één dag voor de uitreife en één dag voor de x'huis reife zal mogen worden gedeclareert, en zullen tot eene Commisfie nooit meerder mogen worden gecommitteert dan de Schout met eenen Heemraad, behalven het geval hier na, Art. 8 geraelt, en wanneer door de rfooge Collegien meerder Heemraden als één mogten worden gërequireert* V II L Zoo wanneer de Schout met Gecommitteerde Heemraden zullen zyn gecommitteert op het aanftellen van een Cavel of op de Cavel - Rekening van de Crimpenrewaard j Zullen defelve geen Vacatiën trekken j jtnaar alleen tot lasten yan het Ara-  344 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. Ambagt mogen brengen dc Reys en Teerkosten by hun gemaakt, mets daar in alle mogelyke menagic worde betragt, en zal het geen in de Cavcls • Rekening van den Crimpenrewaard Óf Prrcfcntiegcld word gebrajt, ten behoeven en profyte van het Ambagt moeten worden verantwoord. I X. De Schout, Heemraden of Secretaris zullen ten diensten van het Ambagt niet buiten het zelve mogen reifen, dan op fehriftelykc Commisfie van Schout cn Heemraden, en zullen Gecommitteerdens gehouden zyn op de eerfte ordinaire byeenkomst van Schout cn Heemraden, of zoo dc zaaken zulks vereisfehen, op eene extraordinaire byeenkornst, van hunne verrigting cn den uitflag hunner Commisfie rapport te doen, en zal de voorfchreeve fehriftelykc Commisfie door den Secretaris moeten worden geregiftreert, door hem var: het uitgebragte rapport eene cxtcnlie geformeert, en na dat de zelve door het Collegie zal zyn gerefumeert, mede gcregiflreert moeten worden, of Zal by fiute van een of ander ten behoeve van Gecommitteerden voor Vacatiën, Rys cn Teerkosten, hier voor Art. 7 bepaald, nietwes in rekening worden geledon. X. De Schout zal ten verfocke van Parthyen de Vicrtlhinr moeten fpannen, en met Heemraden Rechtdag houden op derv eerften Vrvdag \n \cdcr maand, uit- 1 gefondert in de Vaeantien, waar omtrent zal gevolgt worden, het geen dien aan gaande voor dc Vierfchaar van Zuidholb.r.dinobfervantieis, en zulks in de Zomer van den 1 April tot den laatften September des namiddags ten twee uuren, en des Winters van den laatften September tot den 1 April 's namiddags ten ée;n uur. X I. In gevalle "door Parthyen een extraordmaire Rechtdag word verfogt, zal de Schout de Heemraden tot het houden van dien extraordinairenRechtdag moeten convoceeren; en zal de verfoeker van zoodanigen extraordinairen Rechtdag, alvoorens zyn zaake voor het Gerecht te brengen, in handen van den Secretaris moeten betaalen voor den Schout drie gulden, voor iedere Heemraad vyftien ftuivers, voor den Secretaris twee guldens cn tien ftuivers , en voor den Bode vyftien ftuivers, boven en behalvenhet geene door den Secretaris zal worden verdient. X 1 I. Zoo wanneer tusfchen eenige van de Ingelanden of Ingefetenen t' eeniger tyd qutestie mogte ontftaan over het fcheiden van hunne Landen of Erven, en overzulks Schout en Heemraden verfogt ' wierden, om Rheede te trekken, nopens het geen in quajstie is, zoo zullen Schout en Heemraden, indien zy op verfoek van Parthyen Rheede trekken, daar voor genieten daags, te weeten, vde Schout vier guldens; ieder Heemraad, die pracfent is, vyftien ftuivers; de Secretaris drie guldens, ende Bode vyftien ftuivers, voor hunne vacatiën, en dat boven het geen door den Secretaris met fchryven zal worden verdient. XIII. Schout of de meerderheid van Heemraden convocaticn van het Gerecht noodig oordeelende, zal de Schout gehouden zyn, Heemraden te doen convocceren, ten minftcn daags te vooren, ten waare de voorkoomende zaaken acceleratie vereifchten, in welk geval de Schout de Heemraden tegens dien zeiven dag zal moeten doen convocccrcn, en de Schout daar van in gebrceken bly vende , of abfent zynde, zal de oudfte prrefent zynde Heemraad die convocatie moeten laaten doen. En wanneer iemand van het Collegie in gebrceken mogte blyven, geconvoceert zynde, op zoodanige, als mede op alle andere belegde convocatien, te comparccrcn, zullen de Schout en Secretaris verbeuren ieder agtien ftuivers, en ieder Heemraad twaalf ftuivers, ten behoeven van de P/afentcn, zullende ziekte of abfentie buiten het Ambagt voor de bekomen aanfegging excufabel zyn. X \ V. Ingevalle zaaken megten voorkomen, tot welke eene convocatie van Schout en Heemraden ilico wierd vcreifcht, zal by abfentie van den Schout zoodanige convocatie door den Prefident Heemraad, of wel die ook abfenr zynde, altoos door den oudftcn der prafent zynde Heemraaden moeten worden belegt. X V. Schout en Heemraden zullen gehouden zyn, op St. Pieter of den 22 February in ieder jaar, in het Rechthuis openbaarlyk en met opene Deuren te doen pertinente rekening en bewys van derfelve; bewind en adminiftratie, zoo van des Ambagts als van den perfoneelen Omflag , en zulks van alle kosten en lasten, volgens de Octroyen daar van zynde, en zoo als van ouds gebruikelyk is gegeweest, en in gevalle de 22 February op een Zon-of Feestdag mogte invallen , zal zulks den daar aan volgenden dag moeten gefchieden. X V L Geen Posten zullen in de respective Omflagen worden geleden, als onder behoorlyke fpecificatie, met expreslie wanneer , waar aan, by wien, en waarvoor defelve zyn verdient, betaald, of uit- ; gefchoten.  Bcgrypende allerhande Politicque zaaken. 345 XVII. Alle des Ambagts Schouwen zullen worden gedreeven by Schout en Heemraden , als van ouds, terwyl het onaangevangen werk terftond tot lasten van de gebreekige zal worden befteed, en zal de Schout voor iedere bekeuring genie- . ten zes ftuivers, en de Bode voor het haaien der boeten en beftedings - penningen twee ftuivers. Wyders zal het werk, dat wel aangevangen, en egter niet behooriyk volgens de Keure gevonden word, eenmaal en zulks op zoodanigen dag, als Schout en Heemraden goedvinden, zullen, herfchouwen worden, en zal het zelve werk als dan nog niet compleet opgelevert zynde, niet alleen dadelyk tot lasten van de Gebreekige worden befteed, maar zal de felve Gebreekige nog daar en boven ten behoeve van den Schout verbeuren eene boete van zes ftuivers voor ieder bekeuring, en voor den Bode twee ftuivers voor het ophaalen derfelve boeten en befteedings - penningen als boven. XVIII. De ingaardering van de Verpondingen, honderdfte en twee hónderdfte Penningen, Heemraads en Cavelgelden, mitsgaders van den perfoneelen Omflag, zullen publicq ten besten van het Ambagt moeten worden befteed, ten zy door hun Edele Groot Mog. in tyd en wylen anders mogte worden gedisponeert, zonde* dit ienxaxvi. ws. Vat dö^N^da.MQQrfchreeve ingaarderingen zal mogen worden geadmitteert, als onder cautie fufftfanr, onder de behoorlyke en gewoone renuntiatien, ten genoegen van Schout en Heemraden. X I X. De Secretaris zal gehouden zyn, het Weerboek en de Verkondingboeken in ordre te houden, en defelve alfoo in ordre ieder jaar aan de Gaarders moeten o vergeeven, en de aangecavelde of aanbeftorven,. mitsgaders verkogte Goederen, zoo publicq als uit de hand v telkens moeten overboeken, zullende voor die overboeking va,n elk Perceel genieten twaalf ftuivers , die door de geenen, aan wien de Goederen aangecavelt of aanbeftorven zyn, of door de Koopers , zullen moeten betaald worden. XX. De Secretaris zal op den Eed, inden aanvang zyner Bediening gedaan, aan Schout en Heemraden moeten overleggen een Inventaris van alle Registers, Prothocollen, Brieven, Charters, en alle andere Papieren, Met Ambagt en de Secretarie raakende, zonder eenige van defelve te mogen agterhoudenofvan den felven Inventaris af te laaten; welke Inventaris in de Weeskist zal moeten gelegt en -aldaar bewaard worden, en zal een IX. Deel. dubbeld van gemelden Inventaris ter Secretarie moeten blyven, en telkens by vermeerdering of aanleg van Boeken en Papieren, defelve Inventaris, als mede het dubbeld, daar mede moeten worden geamplieert. XXI. Geene Procedures, het Ambagt rakende , zullen door den Schout en Heemraden mogen worden geëntameert, dan na gchoudene Buurfpraak en Confent van het meerendeel der Ingelanden en Buuren welke op de Buurfpraak praefent zullen zyn; ten dien einde zullen op de Buurfpraak geconvoceert worden de Ingelanden , en van de Ingefetenen en Buurende zoodanige, dewelke als Eigenaars van vaste Goederen in de Quohieren der Verpondingen bekend ftaan, zonder dat eenige andere tot de Buurfpraak admisfibel zullen zyn, en zullen de ftemmen worden gerekend en opgenomen wegens den Orrdlag van het Ambagt naar de Mergentaalen, welke ieder (temmend Ingeland heeft, en wegens den perfoneelen Omflag naar rato van de fom, waar op zy by de als dan laatst voorgaande quotifatie in den perfoneelen Omflag zyn aangellagen. XXII. De Secretaris zal gehouden zyn voor de Waardsluiden te maaken hun ieder Polders Omflagen, met de Copien authenticq van defelve, en zal daar voor genieten van iedere Omflag als van ouds, gelyk ook mede moeten öoen de veihnuringe van de gemeene Lands Polders Goederen, en daar van genieten van de Huurders van ieder Perceel mede als van ouds. XXIII. Schout en Heemraden zullen jaarlyks aanftellen twee Burgemeesteren en zulks by tourbeurten, als het eene jaar op de Polder de Hooge en Laage Nesfe, en het ander jaar één op de Polder, de Cromme en Geer, en altoos één op de Zyde, zoo als van ouds, welke Burgemeesteren ter approbatie van den Wel Ed. Geftr. Ambagtsheer zullen moeten worden voorgefteit, en zullen ieder voor hun Gagie trekken eene lömma van drie guldens als van ouds. XXIV. De twee Kerkmeesteren zullen mede by Schout en Heemraden worden aangeftelt, by tourbeurten in de Polders de Hooge en Laage Ncsfe en de Cromme en Geer, en zal 'er akydéén op de Polder de Zyde moeten zyn; defelve zullen twee jaaren moeten dienen, en zal ieder jaar de oudfte in bediening moeten afgaan, zonder dat defelve zal mogen worden gecontinueert; en zullen defelve Kerkmeesteren gehouden zyn, de inkomften van de Kerk prsecifelyk intevordeX x ren  346 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. ren, en alle fchuUen en lasten te betaalen en liquideeren; zullen mede gehouden zyn, zig praecilelyk en punftueelyk te reguleeren naar de uitfpraak van dc Vicrfchaar van Zuidholland, van den jaare 1589; en voorts jaarlyks hunne rekening te doen, en wyders waar tc neemen alle de zaaken, de Kerk raakende, zonder daar voor eenige Vacatiën, Reys of Teerkosten te mogen prtetendecren. X X V. De Armmecsteren zullen al mede aangeftelt worden by Schout en Heemraden, by tourbeurten in de Polders de Hooge en Laage Nesfe, en de Cromme en Geer, zullende er altyd één op de Polder de Zyde moeten zyn ,• zullen insgelyks twee jaaren moeten dienen, en vervolgens jaarlyks de oudfte in bediening moeten afgaan; dcfel/e zullen gehouden zyn, hunne rekening jaarlyks te doen op den zeiven dag, als Kerkmeesteren hunne rekening doen, zonder voor hunne adminiftratie, nog voor Vacatie, Reys of Teerkosten iets te mogen pnutendeeren. XXVI. Schout en Heemraden, ten tyden van Watersnood of andere ongemakken aan den Ysfel of Lekkcndyk befchreven wordende door Heeren Dykgraaf en Hoogheemraden van den Crimpenrewaard, zullende daar voor niets in rekening of ten lasten van het Ambagt mogen brengen , maar zig moeten contenteeren, met het geene in die gevallen ven hunnen behoeven is geftipuleert en bepaalt by het tegenwoordige Reglement van den zeiven Crimpenrewaard, of het geen in het vervolg by nadere Reglementen mogte geftipuleert en bepaalt worden. X X V I 1. Schout cn Heemraden zullen als van ouds in rekening van het Ambagt mogen brengen eene fomma van twee en twintig guldens voor het fchouwen van het Zandpad, dog zullen boven dien geen Verteeringen, Verfchotten, of iets van eenige andere natuur, dc voorgemelde fchouwen raakende , geleden of in Omflag gebragt mogen worden. X XVII 1. In gevalle van Militaire inkwartiering zal de Cavallerie, zoo veel mogelyk, by de Huisluiden, en die gelegenheid tot Hallen van Paarden hebben, moeten worden gebilletteert, en de Infanterie by de verdere Burgers en Ingefetenen, telkens by Tourbeurten , zonder dat daar van of dieswegens eenige kosten in de Omflagen zullen mogen worden gebragt. Op het Stuk van de Weesen. Vêogdtn te verfoeken. Als eenige Inwoonders aflyvig worden, Weeskinderen agterlaatende, zal de over¬ geblevene Vader ofte Moeder met twee of drie Magen van des overledens zyde, zoo verre die te bekomen zyn, binnen zes weeken na de voorfz. atlyvigheid, moeten komen voor den Schout als Oppervoogd, ende Heemraden, ende begeeren over haare Weeskinderen geor* donneert te worden Voogden, ende indien Vader en Moeder beide binnen zes weeken ftorven, zullen als dan de naaste Magen van eiker zyde, ten minden één, komen voor den Schout en de twee Heemraden, binnen agt weeken na des laatften afty vigheid, ende insgelyks Voogden begeeren, wel verftaande, dat elk daar toe twaalf wecken zal hebben, zoo wanneer iemand van de Familie geftorven ware van de heete ziekte indien Vader, Moeder ofte naaste Vrienden verfuimig ware, zullen elk verbeuren een gulden, en zoo zy daar na by den Bode ten einde voorfz. verwittigt zynde, andere zes wecken in gebrecken blyvende, zullen daar toe by gyfeling worden gedwongen, ten waare by Testament daar inne anders ware voorfien, in welke gevallen men zal mogen volftaan, mits binnen den voorfz. tydoverleverende dien aangaande Extract, van het zelve Testament. fFie Poogden zullen zyn. De Voogden in manieren voorfeid verfogt zynde, zuYien de Schout ^sOppervoogd cn twee Heemraden, indien daar in by uiterfte wille niet is voorfien, daar toe fteilen twee, de oudfte en naaste van des overleden zyde, by zoo verre zy daar toe dienen, indien niet, de oudfte Naaste daar aan, ende zoo voorts, ende by faulte van Magen twee andere Mansperfoonen, den overledene vremd wefende, na voorgaande kennisfe van zaaken, op haar luiden getrouwigheid en bekwaamheid, by Schout en Heemraden genomen, wel verftaande, dat Vadef ofte Moeder ofte Grootvader ofte Grootmoeder daar toe bekwaam ende willig zynde, voor allen anderen in voogdye geprrefereert zullen worden, mits dat de naaste van den bloede ofte een vreemde als vooren de tweede Voogd zal zyn» en zal altyd één van de Voogden ter discretie van den Schout als Opper voogd, Adminiftrateur zyn ofte bewind hebben, en de andere toefiende Voogd zyn, desz^l' len Moeder of Grootmoeder, kontf.*^ te herhuwelyken , niet langer Voogden mogen blyven, maar zullen by Schout cn Heemraden andere in hun pïaarJe gekoozen mogen worden. Otmillige Voogden. Indien iemand, wefen geordoni**^ \'oc%d,  Begrypende allerhande Politique zaakeil. Voogd, onwillig ware de Voogdye aan te vaarden, onder dekfel van wettig onfchuld, zal binnen veertien dagen, na dat hy van de opgeleide Voogdye zal zyn verwittigt, gehouden wefen voor den Schout en Heemraden zulks te openbaaren en bewyfen, en daar op te verwagten fommiere verklaaringe en dispofitie van defelve, ende in gevalle daar van geprovoceert ofte beroepen werd, zullen Schout en Heemraden by provifie andere Voogden in hunne plaatfe fteilen tot hunlieder kosten en perikel, by zoo verre zy bevonden worden met ongelyk beroepen te hebben; van gelyke, indien iemand , wefende by uiterfte wille Voogd of Executeur geordonneert, denfelven last niet en wilde aanneemen, vermits hy eenige wettige onfchuld was hebbende, zal hy nogtans mede binnen gelyken tyd, na hy kennisfe van het Testament ofte andere uiterfte Wille verkreegen zal hebben , gehouden wefen voor den Schout en Heemraden te komen, aldaar de voorfz. uiterfte wille te vertogen, ofte Schout en Heemraden te kennen te geven, wat daar van is, met verklaaring van reden van zyne weigeringe ofte onfchuld, de welke by Schout en Heemraden goedgekeurt wordende, zullen zy eenen anderen Voogd ofte Executeur, fteilen omme de uiterfte wille te volkomen in het gunt, dat by den zeiven weigerenden Voogd volbragt hadde mogen worden; maar indien Schovu en Yieemra&en verklaaren, dat hy ongelyk hadde, ende daar van wordende by hem beroepen, zal gehandelt worden als vooren. Eed van Voogden. Alle Voogden, het zy Testamentaire ofte anderen, zyn gehouden binnen veertien dagen, na dat zy van hunne verkiezinge zullen zyn verwittigt, in handen van den Schout als Oppervoogd, van het begin van hun bewind Eed te doen, van Perfoon en Goederen, hen betrouwt, getrouwelyk gade te ftaan en regeeren. Staat en inventaris te leveren by de Langstlevende. Dat Vader ofte Moeder wefende Langstlevende, gehouden zullen zyn, den Schout als Oppervoogd, en de Voogden binnen zes weeken na dat zy de Voogdye zullen hebben aangenomen, behoorlyke Staat en Inventaris van Goederen over te leveren, en denfelven aan handen van den Schout by eede te verfterken, omme die ten Regiftere gebragt te worden, en zal de Langstlevende niet eer mogen gaan ten tweeden Huwelyke op de boete van tien gulden; wel verftaande, dat de Schout als Oppervoogd, ten iniigte van de over- 34? gebleve Ouders, ofte van oirbaar vannagelatene Kinderen ofte Erfgenamen in Boedelen, daar in veele roerende eri önfekere Goederen, ende infchulderi van Neering zyn, ook zonder Staat en op het vertrouwen van de voorfz. Langstlevende tot uitkoop van de Goederen verftaan, ende de Voogden daar inne adiifteeren zal mogen, zulks als hy tot der Kinderen meeste oirbaar ende .profyte bevinden zal te behooren; van gelyke, dat alle Stiefvaders of Stiefmoeders , zynde de Langstlevende gehouden zullen zyn, den Schout als Oppervoogd , en de Voogden van haare Stiefkinderen binnen den voorfz. tyd van zes weeken pertinente Staat ofte Inventaris als vooren by eede gefterkt over te leveren, ende indien zy des onwillig waren, zullen defelve na dat zy by Heemraden fummïerlyk zullen zyn gehoord, by defelve daar toe by gyleling gedwongen worden, ende alwaar het, dat iemand hem vermeeten ofte zeggen zoude wille, by den Aflyvige geen Goederen agtergelaten, en de Boedel meer ten agteren als te vooren te wefen, zal al zoodanige nogtans daar mede niet mogen volftaan, nog van bewyfinge vry zyn, voor en al eer hy Inventaris in behoorlyke forme als vooren met fchulden en infchulden zal hebben, daar by het zelve alfoo te zyn, klaarlyk blyken zal mogen , en dit al binnen den tyd voorfz., tev\ sR-sate dat de Vrienden van den Aflyvige met confent van den Schout als Oppervoogd accordeerden, dat er geen Inventaris gelevert zal worden. Verzweege Goederen. Indien iemand in het maaken van Staat ofte Inventaris van eenig Sterfhuis bevonden werd, willens en weetens, iets verzweegen ofte agter gehouden te hebben, (welken aangaande hem elk, des verfogt zynde, gehouden zal zyn met eede te zuiveren) het zelve zal alleenlyken komen tot profyte van des overledens Erfgenamen. Inventaris, daar geen Boedelhouder is. Daar geen Vader, Moeder, Stiefvader of Stiefmoeder in den Boedel is gebleeven, zullen alle Voogden binnen agt weeken, na zy gefteld zyn, ofte na den dood van den Overledene, al ter discretie van';den Schout als Oppervoogd, moeten overleeveren Staat ende Inventaris , omme dien by den zeiven geaccepteert of geréfufeert, ende daar na ten Registere geteekent te worden, op de boete van drie gulden, welke tyd nogtans by den voorn. Schout als Oppervoogd omme merkelyke redenen eens Xx 2 ©f-  340 Placaaten. 3. Boek 1. Titul. ofce tweemaal verlangt zal mogen worden, ende in gevalle de Voogden geen verlangen verzogten, zullen Heemraden den onwilliger! fummierlyk hooren, ende denfelven na voorgaande dispofitie bedwingen tot overleevering als vooren. ITeder om inne te brengen in den getneeuen Boedel. Wie na het overleiden van zyn Vader ofte Moeder in het fterfhuis van denfelven wil komen, ende deelen jegens den Langstlevende, het zy met zyn Broeders ofte Zusters ofte alleen, die zal gehouden wefen alles inne te brengen, dat hem in Huwelyk uit den gemeenen Boedel gegeven is, ofte de restimatic van dien, zulks het ten tyde van de gifte waardig was. Bocdelfcheidinge. Den voorfchreeven Staat of Inventaris overgelevert en geregiftreert z\nde, zal de Bocdelfcheidinge, indien die by Meerderjaarige, daar inne part of deel hebbende, verfogt word, by Ad os van den Schout als Oppervoogd gefchieden in 's Heeren Hu/s, endezu//en de roerende Goederen, dc Weeskinderen aanbedcelr, met Advis van voorfchreeve Oppervoogd opcnbaarlyk vetko^t wie tot ge,\acn gemaakt worden, tot betaaling van dc Ichulden (is het nood) ofte anders geëmployeert worden tot koopinge van goede fuflifantc Landen ofte Renten, maar indien de fchulden daar mede niet en mogten worden voldaan, nog dat de Weeskinderen , ofte andere Perfoonen, toez/gt behoevende, uit de mkomflcn van hunne Goederen niet cn mogten worden onderhouden, zal men by Advis als vooren, daar toe mogen verftrekken het Capitaal van alfulke andere Goederen ,als ten minfte kwetfe van denfelven daar toe zullen mogen verkogt yzr .Meubilen te verkoopen. Dat men alle Meubile Goederen , als Huisraad, Kleederen, Juweelen, Kleinodiën ende anders, den Kinderen aanbeftorvcn , ofte by Vertigtinge toegevallen , in het openbaar zal opveilen ende verkoopen den meest daar voorbiedende, ende dit ter prefentie van de Vrienden en Voogden, indien hun gelieft daar by prefent te zyn, ten waare defelve Vrienden en Voogden van de Weeskinderen by advis van den Schout als Oppervoogd ommme redenen anders daar inne tc doen te raaden worden. Vertigtinge of Uitkoop. Alle Verrigtingen en Uitkoopen zulten gefchieden moeten voor den Schout als Oppervoogd en twee Heemraden. Bewaaring van de li'eeskinderen Brieven. De Voogden zullen gehouden zyn de Origincele Brieven van Conftitutie en alle anderen, de voorfchreeve Perlboncn toebehoorende, ter Weeshuife te brengen, omme aldaar bewaard, cn niet weder geligt te worden, dan als men die noodig van doen heeft, in welken gevalle in plaatfe van dien behoorlyke recepisfe gelevert zal worden. fVeeskinderen penningen ter f Veeskist te brengen, en niet te beleggen dan met advis. De Voogden meerder.penningen onder haar hebbende, a/s tot onderhoud van de Weeskinderen noodig is, zullen gehouden welen, defelve Penningen ter Weeskiste te brengen, en niet vermogen de/.elve uit te zetten zonder advis en confent van den Schout als Oppervoogd. Voogd jegens de Ouders deelen Je, "Wanneer een \Yecs\wn& ye'jens zyn Vader ofte Moeder deelen, ofte van hun B.vws ontfangen zal, 100 en za! Vi .er no^te Moeder geen Voogdye exerceeren, voor dat de zelve deelioge of Bewys gedaan zal zyn, maar zullen d -c'en ofte voortvaaren tot Bewys jegens den toezienden Mede Voogd . tenoverftaafl van den Schout als Oppervoogd en twee 1J jemraden. t Rekening doen. Alle bewindhebbende Voogden zullen gehouden zyn alle jaar te doen behoorlyke rekening en bewys van haar luiden bewind. Tjd van bejaardheid. Alle Weeskinderen, het zy Knegtkens ofte Meyskens, onder voogdye ftaande, zullen onder Voogdye blv?en tot haaren vollen ouderdom van vyf en twintig jaaren toe, en zullen alle Contracten en Verbanden by henluiden tot haaren nadeel of fchade middelertyd gemaakt ende gedaan (ten waare zy EP huwd en gecmancipeert waren) nul» kragteloos en van onwaarde welen. Oee-  Begrypende allerhande Politique zaaken. 319 Geene Proces/en aan te neemen. De Voogden zullen geen Procesfen van wegens de Weeskinderen, onder haare Voogdye ftaande, jegens iemand mogen inftitueeren, dan met voorgaande Advis en believen van den Schout als Oppervoogd, op poene van de kosten zelfs te moeten dragen. Mishoude Weeskinderen. Indien bevonden word, dat de Weeskinderen, het zy by Ouders, de naaste Vrienden ofte anderen, niet waren onderhouden, als bevoorwaard is, zoo zal men die by raade ende tot discretie van den Schout als Oppervoogd elders openbaarlyk hefteden, tot kosten en lasten van Ouders, Vrienden ofte andere Perfoonen, den last van het onderhouden aangenomen hebbende , ofte daar toe verbonden zynde. Goederen, agter gelaten by de geenen, die van de Aalmisfen gelee ft hebben. Indien iemand van den H. Geest ofte Armbeforgeren leeft en Aalmisfen ontfangt, ende binnen 'sjaars, na dat hy de Aalmisfen genooten heeft, fterft zonder Kinderen agter te laaten, zullen alle zyne Goederen komen aan den H. Geest ofte Armbeforgers, daar van hy de voorfchte^e^ixrivsïenontïangenheeït, maai \ Kinderen nalaatende, zullen zyne Goederen komen, erven eri fuccedeeren op de zelve zyne Kinderen, ten waare of zulken Kinderen magtig geweest waren j hunnen Ouders de kost te winnen,, de welke in dien gevalle hun niet fuccedee- l ren zullen, maar zullen als dan ook de Goederen, agtergelaaten by den overledene , komen aan den H. Geest of Armbeforgers als vooren. ! Tken. \ Dat geykt zal worden ingevolge de ' Waarfchouwinge van Bailliuw en Mannen van den Hove en Hoge Vierfchaar van Zuidholland in dato 3 November 1704, en zulks by den Schout en twee Heemraden , met adfiftentie van den Secretaris, ten minften om de twee jaaren eens, op zoodanigen dag, als by den Schout en twee Heemraden zal worden gefixeert, welke dag, by Publicatie en affixie ten minften agt daagen te vooren zal moeten worden bekent gemaakt, en zullen de Schout en Secretaris voor hun falaris en moeiterrs van het Yken hebben als volgt, voor 1 fchepel ƒ0:8:0; 1 half dito, 0:4:0; 1 fpint, 0:2:8; 1 half dito, o: 1 : o; 1 Maatje, 0:1:0; 1 Pint, 0:1:0; 1 half dito, 0:0:8; 1 Maatje of quartiertje, 0:0:8; 1 half dito, 0:0:8; 1 Wynkan, 0:1:0; r Pint, 0:0:8; 1 half pint, 0:0:8; 1 Musje, 0:0:4; i half dito, 0:0:4; 1 Oly Pint, 0:1:0; 1 half dito, 0:0:8; 1 vierendeel, 0:0:8; 1 half vierendeel, 0:0:4; -;Part 0:0:4;' rs Part, 0:0:4; Bierkan, 0:1:0; 1 Halfje, 0:0:8; 1 El 0:0:8; 1 zoe-' te Melks Pint, 0:1:0; 1 half dito, 1 half dito, 0:0:8; 100 # Gewigt, 0:7:0; 50 n 0:4:8; 25, 0:3:8; 20, o:3:o;i5,0:3:0; 10, 0:2:8; 8,0:2:0; 6, 0:1:8; 5, 0:1:4; 4, o:t:o; 3, 0:1:0; 2, 0:0:8; 1, 0:0:8;;, 0:0:4; i, 0:0:4; o 0:0:4;, TV, 0:0:4. Dit Reglement zal worden gedrukt, en op een Bord geplakt, en in het RegtYivós ^voidevi o^changen, en zal dit Reglement ieder jaar, by de verandering van het Geregt, aan de nieuw aankomende Heemraden werden voorgeleefen, om daar op den eed in handen van den Schout afteleggen. Voorts zal ten kosten van het Ambagt een genoegzaam getal Exemplaren van dit Reglement worden gedrukt, en gefteld worden onder de bewaaring van den Secretaris, welke verpligt zal zyn, om aan ieder der Ingefetenen, contribueerende in den perfoneelen Omflag, en aan ieder der Ingelanden, des verfogt zynde, een Exemplaar van het zelve af te geeven, mits daar voor betaalende eene gulden ten behoeve van de Secretarye, X x 3 Re,  35° Placaaten. 3. Boek. t. Titul. 7 2» Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Burger Krygsraad te Dordrecht word verleend het recht van parate executie tot invordering der li'agt ~ gelden. Den 19 Mey 1792. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de 1 Ieeren Gecommitteerde Raden van den 14 Mey 1790, en daags daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende, tot voldoening aan hun Édele Groot Mog Appointement van den 21 January te vooren, geëxamineert de Requeste van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, om de daar by gcaUegueerde redenen verfogt hebbende, dat het hun Edele Gr. Mog. behaage, zoo veel des noods, uithoogst derfelverSouveraine Magt cn Authoriteit, aan den BurgerKrygsraad binnen de gemelde Stad te verleenen het recht van parate executie tegen de geenen, die weigerig of nalatig mogten zyn, om het Wagtgeld, waar op zy door regee- rende Burgemeesteren en Colonellen voor heen gefet zyn, of in het vervolg gezet zullen worden , te betaalen. Is goedgevonden en verdaan der Vertoonders voorfchreeven verfoek by defe te accordeeren , cn dienvolgende aan den BurgcrKrygsraad binnen de Stad Dordrecht te verleenen het recht van parate executie tegen de geenen, welke weigerig of nalaatig mogten zyn, om het Wagtgeld, waar op zy door Burgemeesteren en Colonellen binnen de Stad Dordrecht voorfchreeve voor heen gefet zyn, of in het vervolg gefet zullen worden, te betaalen , zullende Extract defer aan de Vertoonders tot hun narigt worden gegeven. 73. Refoiutie van dc Staaten van Holland, tegen bet amoveeren of af breeken van Huyfen te Sasfenheim. Den 7 S'ovembcr 1792. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 25 dervoorleede Maand, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mogende Appointement van den 4 te vooren gecx.nnineert de Requeste ten zeiven dage aan hun Edele Groot Mogende geprefentcert door Schout cn Gerechte van de Ambachtsheerlykheid Sasfenhein, verfoekende dat het hun Edele Groot Mogende, uit aanmerking der reedenen by de Requeste geallegueert, behaagen mogt hen Supplianten te autorifeeren, en, des noods te gelasten, om voortaan zorg te draagen en kragtdadig te beletten, dat geene Huyfen of vaste Goederen in de Heerlykheid van Sasfenhem, nog Ambachte van dien, meerder worden geamoveert en afgebrooken, voor en al eer daar toe aan hun Supplianten het nodig verfoek zoude zyn gedaan , en aan hun door legaale bewyfen zoude wefen geconfteerd, dat defelve te amoveeren Perfeelen bereids een tyd van drie agter een volgende jaaren zou¬ den hebben leedig geflaan en onverhuurd gebleeven, en daar toe te verleenen hun Edele Groot Mogende Refoiutie in communi jorma. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, de Supplianten by deefe te authorifeeren, om voortaan zorge te dragen en te beletten , dat geen Huilen in de Heerlykheid van Sasfenheim nog Ambacht van dien, meerder worden geamoveert cn afgebrooken , voor en aleer daar toe aan de Supplianten het nodig verfoek zal zyn gedaan, efl aan hun zal zyn gebleeken, dat defelve te amoveeren Huyfen bereids een tyd van drie agter een volgende jaren zullen hebben ledig ge ftaan en onverhuurd zyn gebleeven, tefl waare door de Eigenaars van Huyfen zoodanige omftandigheeden en motiven mogten kunnen worden geallegueerd, welke de SuppliaO" ten zullen kunnen permoveeren, omhetamo veeren en af breeken van defelve in te gen en te accordeeren. I*  Begrypende allerhande Politique zaaken. ?4< Refoiutie van de Staaten van Holland, höü* dende diverfe bepaalingen, betrekkelyk een nieurt aan te leggen Begraafplaats te Hilverfum. Den 12 December 1792. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 28 der voorleede Maand, hebbende, tot voldoening tan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 8 te vooren, geëxamineert de Requeste aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert door Schout, Buurtmeefteren, Scheepenen en Raaden van Hilverfum, te kennengeevende, dat de Supplianten in het voorleeden jaar op voordragt van Kerkmeefteren van het voorfz. Dorp, om voorfiening nopens het begraaven der Lyken, waar toe de ordinaire Begraafplaatfen door de toeneemende volkrykheid en meer dan gewoone fterfte zeedert eenige jaaren niet toereikende waren bevonden, dusdanig, dat de Lyken vroeger als na gewoonte verplaatst, en de Graaven tot de begraaving der verfche Lyken hadden moeten worden opgeruimd, waar door reeds veelë ongeleegendheeden ontftaan en verdere te dugten waren, zig in dè noodfaakelykheid hadden bevonden hunne gedagten te laaten gaan over het vervaardigen van een nieuw Kerkhof, en verfoekende vervolgens, Voor eerst, dat het hun Ed. Gr. Mog. behaagen mogt de Supplianten te qualificeeren , om alle de Graaven in de Kerk van Hilverfum te Üuiten, mits aan de Eigenaars behoorlyke Begraafplaatfen Op het nieuw te vervaardigen Kerkhof gratis by wyfe van aequivalent verleenende; voorts ten tweeden, dat tot foulaas der kosten tot het nieuw té maaken Kerkhof het zelve door hun Ed. Groot Mog. m zoo ver mogte worden bevoorregt, dat d& Lyken geduurende de eerstkoomende tien jaaren van elders ter begraving op het zelve Kerkhof getranfporteert wordende, zullen mogen voldaan met de betaaling van eenmaal 's Lands regt ter plaatfe van hun overlyden; en dat hun Ed. Gr. Mog. eindelyk ten derde zouden gelieven te vèrklaaren, dat het niet vry zal ftaan, om, wanneer de voorfz. Begraafplaats in ordre zal zyn gebragt, eenige Lyken van het voorfz. Dorp na elders te doen vervoeren, zonder het Kerkregt binnen het voorfz. Dorp te betaalen, maar dat in dat geval even als thans het Kerkregt binnen het voorfz. Dorp zal moeten worden voldaan; of wel zodanig, als hun Ed. Groot Mog* zullen vermeenen te behoorenè Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te authotifeeren, om, na dat de Begraafplaats, welke zy van voorneemens zyn aan te leggen, in gereedheid zal zyn gebragt, alle de Graaven binnen hunne Kerk te fluyten, des dat de Supplianten zullen gehouden zyn om aan de Eigenaars van Graven binnen die Kerk alsdan buiten derfelver kosten, en voor niet op de nieuw aan te leggen Begraafplaats gelyke Gra« ven in eigendom te beforgen en op derfelver naam te doen fteilen, om daar van, onder betaaling van de gewoone lasten en onkosten, gebruik te maken; en verders te verklaaren, dat het niet vry zal ftaan, om, wanneer de voorfz* Begraafplaats in ordre zal zyn gebragt, eenige Lyken van het voorfz. Dorp na elders te doen vervoeren, zonder het Kerkregt binnen het voorfz. Dorp te betaalen, maar dat in dat geval even als thans het "Kerkregt binnen het voorfz. Dorp zal moeten worden voldaan; en eindelyk aan de Supplianten voor den tyd van tien eerstkoomende jaaren te verleenen dispenfatie van het gunt Art. 15 van de Ordonnantie op het Middel van het trouwen en begraaven in dato 26 Oélober 1695 Is gefta* tueert, en mitsdien te verklaaren, dat van de Lyken ter begraaving naar Hilverfum en elders vervoert wordende, het recht van begraven niet meer dan eens zal verfchuldigt zyn, en wel ter plaatfe van het overlyden, met last aan alle Officieren of Magiftraaten van andere Plaatfen, om de Lyken alfoo onverhindert te laaten vervoeren; en hier van aan de Supplianten te verleenen Acte in forma,  Fol 352 TWEEDE TITUL. Van dc Huwelyks-zaaken. 1- Refoiutie van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament yan sfppel, door 7 Hof verleend tegen Schepenen yan 's Hage, wegens derfelver Refoiutie tot jurcheance van //«weljks-Proclamatien, uit kragte yan 7 Placaat van 24 January 1755. — Mitsgaders Commisforiaal, hoedanige middelen en voorp'eninge in dusdanige gevallen zouden behooren te worden in 't werk gijl et7. Den 2 December 1762. De J ï:cr Penfionaris Gillis heefc ter Vergadering gerapporceerc de Confideratien en het AJvis van de Heeren haar Ed. Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge cn ter voldoeninge van haar Edele Groet AI >g. Refoiutie CommisIbri;?al van den 18 September laatstleeden, met cn neevens Heeren CommiVfarislèn van den Hove, geëxamineert een Misfive van Pradidcnt en Raden van den Hove, gefcVueevcLn«GsWa^e tan.... van de voorfz. maand September, houdende derfelver Berigt, gërequireert by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 27 July deefes jaars, op de Requeste door Scheepenen van 's Hage ten zeiven d.:ge geprcfenteert, daar by verfoekende haar Edele Groot Mog. approbatie op hun verrigte, uit kragte van het Placaat van den 24 January 1755, inde geordonneerde furcheance der Huwelyks -Proclamatien voor één jaar, ingaande den 1 Juny laatstleeden, Van 1 lcrman Nico'ans van den Schepper, met Johanna A- gelina van den Ende; mitsgaders dat hec Mandament in Cas d' Appél by den Hove van de voorfz. haare dispofitie van de voornoemde H. N. van den Schepper, en J. A. van den Ende verleent, en teegens hun Scheepenen als formeele partye disponeerendc, met alle de Procedures, daar op gevolgt, als mede het daar in verleende delault, zoude mogen worden geftelt buiten effect, of dat haar Edele Groot Mog. daar omtrent zoodanige andere voorfieningen zouden gelieven te doen, als na derfelver hooge wysheid zouden oordeelen te behooren; als meede de voorfz. Requeste zelve, zco als die, en hec voorfz. Berigt breedér voorkoomen onder de Notulen van haar Edele Grooc Mog. van den 27 July en iR September jongstleeden. Waar op'gedelibereert, en in agtinge genoomen zynde, dat het van de uitterfte hardigheid zoude zyn, dac die geenen aan dewelke in offao de executie der Wetten cn Placaaten is aanbevoolen, zouden kunnen genoodfaakt werden haare dispofitien uit dien hoofde gedaan, teegens die daar inne zoude mogen zyn geinteresfeert, te moeten ftaande houden en defendeeren, zoodanig dat daar door telkens voor kostbaare Proceduures zouden moeten bloot ftaan, en daar by kunnen ingewikkelt worden: Is goedgevonden en verftaan, dat het Mandament m Cas tf. Appel by den Hove aan de voornoemden. N. de Schepper en J. A.van den Ende, weegens de Refoiutie van Scheepenen van 'sHage den 8 July laatstleeden genoomen , omtrent het furcheeren der Huwelyks-Proclamatien van defelve Perfoonen voor den tyd van een jaar verleent, en disponeerende tegens Scheepenen van 's Hage, als forrneeJe 1 arthye, met het daar op gevolgde tweede Maiiuament, cn daar by verleent default, meel alle andere Procedures, welke daar op zouden! mogen zyn gevolgt, en breeder by het voorfzj Request en Berigt gementioneert, zullen war-1 den geftelt buiten effect, gelyk het zelve ge-1 daan word by deefen. En voorts reflexie gemaakt zynde op dein- I conyenientien en nadeelen, welke uit de tfr verfe opinien van zoo veclen, als over het verftand van het voorfchreeve Placaat van den 24 January 1755 moeten oordeelen, of het zelve | in de voorkoomende gevallen van applicatie is, of niec, zomtyds ten lasten der Ingefeetenen zouden kunnen refulteeren, indien defelve verobligeerc waaren zig alleen ce moeten gedragen aan dc Refolutien van de geenen, <*ie als competente en dagelykfche Rechters of Magiftraaten aldereerst hun daar op moeten verklaaren , zonder by een hooger Rechter daar in te kunnen verkrygen eenig behooriyk redres; Is wyders goedgevonden en verftaan, te verfoeken en te committeeren de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere haar Edele (fr* .Me:.  Vatt dê HüWeiyks-2aakëii4 Mog. Gecommitteerden tot de faaken van de juftitie , met Heeren Commisfarisfen van den Hove, omme nader te willen overleggen * of, en zoo ja, welke middelen en voorfieningen dien aangaande, zonder nogtans die geenen Zelfs, welke daar over alder eerst haare verklaaringen moeten geeven, dieswegens in Rechten te betrekken, en buiten en behalven het altoos openftaande recours tot den Souverain, ter wegnèeminge van de vcorfz. inconvenien- tett Zouden kunnen eh behooren ïh het wérk geftelt en verordineert te werden > en haar Edele Groot Mog. des aangaande te dienen van derfelver Confideratien en Advis. En zal Extract, deefes gefonden worden aan den Pnefidenten Raaden van den Hove, mitsgaders voor zoo verre het eerst gerefolveerde aangaat, gegeeven worden aan Scheepenen van '5Hage* tot haare narigtinge; S. Refoiutie van de Sidaten van Holland, vöaar by dispenfatie van V Placaat van 24 January 1755 verkend word. Den 3 February 1763. De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteert de confideratien en het advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening vnn haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 31 December laatstleden, met en neevens Heeren Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert de Requeste, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert by Herman Nicolaas van den Schepper en Johanna Angelina van den Ende, beide meerderjaarig, en woonende alhier in'sHage , verfoekende, omme de redenen by defelve haare Requeste in het breede gedetailleert, en gedeekelyk onder de "Notulen van haar Edele Groot Mog. van den 31 December 1702 geëxtendeert, dat haar Edele Groot Mog. (onder correctie) opvolgende derfelver Refoiutie van dato 1 Ocfober 1755, goedgunftelyk zouden gelieven te declareeren, dat de Supplianten omtrent derzelver voorgenomen Hüweïyk niet zyn gevallen in de termen van haar Edele Groot Mog. Placaat van 24 january 1755, en dat mitsdien het zelve daar op niet is applicabel; en voorts dat haar Edele Groot Mog. overfuiks ex plenitudine potejlatis de Refolutien van Schepenen van 'sHage in dato 22. juny, en8July 1762, breeder by de Requeste gemeld, zouden gelieven te fteilen buiten effecf, en dienvolgende te verklaaren, dat de reeds op den 13 Juny 1762, en op den 20 daar aan volgende gegaane eerfte en tweede Huwelyks Proclamatien van de Supplianten zouden zyn beftaanbaar en van volkomen waarde; en wyders Schepenen van 'sHage te gelasten, voor zoo verre, ingevolge de voorfz. Refoiutie van den 22 Juny 17Ó2, het voornoemde tweede Huwelyks - Gebod is ingetrokken, en ingevolge van die van 8 July 1762, de gemelde eerfte en tweede HuwelyksProclamatien mogten zyn geroyeert op de Legger der Huwelyks- Geboden dat op gemelde Legger door den Secretaris van 's Hage haar Edele Groot Mog. voorfchreve verfogte verklaaringe zoude worden genoteert, en dat op den eerstkomenden Sondag in de Nederduitfche IX. Deel. Gereformeerde Kerken vah 's Hagé Zoude worden gedaan der Supplianten derde Huwelyks-Proclamatie, of wel dat haar Edele Groot Mogende, aangaande der Supplianten voorfz. veribek, zoodanig zouden gelieven te disponeeren, als haar Edele Groot Mog. naar der zeiver hooge Wysheid, Souverainë Magt ert Authoriteit zouden vermeenen te ftrekken tot ontheffinge der Supplianten van de refpeélive poenaliteiten, in het voorfz. Placaat van dato 24 January 1755 geftatueert, waar onder zy Supplianten voor eeuwig en altoos niet alleen met betrekkinge tot hunne Perfoonen, maar ook van hunne Goederen, zouden moeten blyven liggen, indien de voorfz. Refolutien van Schepenen van's Hage zouden behooren te blyven werken. Waar op gedelibereert, en reflexie gemaakt zynde op het gunt de tweede Suppliante by de Requeste heeft betuigt, omme onder eede te konnen verklaaren, dat zy door de Leerftukken des Geloofs van de waare Gereformeerde Religie in haar gemoed overtuigt zynde geworden, defelve al een geruimen tyd^ en zelfs eer zy tweede Suppliante eenige kennisfe aan den eerften Suppliant heefc gehad, of dat hy aan haar heeft geuyt zyn genegenheid om met haar te trouwen, is toegedaan geworden; ten andere, dat zedert de gedaane Belydenis van de tweede Suppliante van de waare Gereformeerde Religie, meer dan agt maanden van het jaar bereids zyn geëlabeert, dat met het doen gaan der Huwelyks - Proclamatien volgens het Placaat hadde moeten worden gefuperfedeert; en voorts ook op de byfondere favorabele omftandigheden welke in defe zaak zig hebben opgedaan. Is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten te verleenen dispenfatie van het Placaat van haar Edele Groot Mog. van dato 24 January 1755, omtrent het trouwen van Gereformeerden met Roomsgefinden gearrefteert,gelyk defelve daar van gedispenfeert worden by defe, als mede van alle de ordres en poenaliteiten daar by eenigfints vervat en ter neder gefteld, met qualiftcatie dienvolgende op Yy Gom>  354 Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. Commisfarisfen van de Huwelyks-zaken , Kerkenraden, Predikanten, of alle anderen, dien het zoude mogen aangaan, omme de aanteekening der Huwelyks - Geboden van de Supplianten te nieuws te doen, en voorts der Supplianten Huwelyk daar op te voltrekken in ordinaria forma; wordende der Supplianten verder of ander gedaane verfoek gewefen van de hand. En zullen hier van de noodige Brieven van Octroy ten behoeve van de Supplianten worden gedepecheert, om zig daar na te reguleeren, en zig daar van te kunnen bedienen, zoo zulks behoord. 3. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot voortgang en folemnifatie yan een huwelyk met een overleden Mans Stiefzoon. Den 27 April 17(54. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van den Prasfident en Kaden van den Hove, gefchreven in den Hage den 5 Maart defes jaars, cn den 23 derfelve maand ter Vergadering ingekomen, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 28 January laatstleden, derfelver Advis op de Misfive van Schout en Schepenen van den Dorpe Stad aan 't Haringvliet, waar by defelve te kennen geven, dat de Predikant aldaar zwaarigheid hadde gemaakt in ondertrouw op tc neemen zekere Claasje Onwyn, Weduwe van Cryn Dekker, en Willem van Siena, Jongman, beide in den voorfz. Dorpe woonagtig; om reden, dat defelve Claasje Onwyn was getrouwt geweest j met den Stiefvader van den voornoemden Willem van Siena, den voornoemden Cryn Dekker, als die de Moeder van denfelven ' Willem van Siena in huwelyk hadde gehad, voegende defelve daar by, dat, offchoon zylieden diergelyke huwelyken by de Politicque Ordonnantie van den 1 April 1580, of by eenige Publicatie van haar Edele Groot Mog. wel niet woordelyk verboden vonden, zy niet te min twyffelagtig waaren, of dit geval niet zoude kunnen worden begrepen te vallen in de termen van haar Edele Groot Mog. Publicatie van den 23 February 1ver¬ biedende „ de huwelyken van een Man met ,, zyn overlcde Huisvrouwe Stiefmoeder, en „ van een Vrouw met haar overleden Mans ,, Stiefvader; daar in het voorfz. gepropo„ neerde huwelyk de vraag is, of een Vrouw ,, mag trouwen met haar overleden Mans ,, Stiefzoon?" en dat zy mitsdien met den gemelden Predikant, uit kragte van het twaalfde Artikel der voorfz. Politicque Ordonnantie, raadfaam hadden geoordeeld, met de verfogte Huwelyks - Proclamatien te fuperfedeeren; verfoekende van haar Edele Groot Mog. te mogen verftaan, of haar Edele Groot Mog. zouden gelieven goed te vinden, dac het gemelde voorgenoome huwelyk aldaar zoude konnen voltrokken en gefolemnileert worden, dan of het zelve zoude moeten worden verftaan te behooren onder .de verbode huwelyken, om zig daar na te gedragen. Is goedgevonden en verftaan, aan Schout en Schepenen voornoemt by defe vry te laaten , om door hunlieder Predikant het huwelyk , by derfelver voorfz. Misfive vervat, te doen folemnifeeren en voltrekken; ten welken einde Extracf defer aan defelve zal worden gegeven tot hunne narigtinge; en zal hier van mede aan den Hove kennisfe worden gegeven. 4- Refoiutie van de Staaten Generaal, zvad by verleend word dispenfatie van 't Placaat van 3 Juny 1750. raakende de huwelyken tusfcht* Gereformeerden en Roomfchgezinden. Den 34 Augustus 1764. Is gehoort het Rapport van de Heeren Brantfen en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Placcaten en Reglementen, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 16 Juny Iaatsdeeden, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State geëxamineert de Requeste van Mr. Johannes Bartholomeus Booymans, meerderjarigjongman, en Maria Barbara Bogaart oud en en tw intig jaren, beide woonagtig te ]\ laastricht, en van de Gereformeerde ReÜ' gie, houdende dat der tweede Suppliantes ouders , wylen Pieter Bogaart, in leeven ontfanger des Lands van Dalhem en Scheepen v"^ den Hogen Brabandfchen Geregte van Vroenhove te Maastricht voornoemt, en van de Gereformeerde Religie, en Maria Man?' recha Terborghorst, zynde geweest van & Roomfche Religie, met eikanderen ten huwelyk zullende treeden, expresfelyk was gecopditioneert, dat alle de Kinderen uit het vooriz- ba-  Van de Huwelyks - zaaken. huwelyk te procreë'eren, zoo wel Dogtersals Zoons, in de Gereformeerde Religie zouden werden opgebragt. Dat agtervolgens de voorfchreeve conditie, de tweede Suppliante, zoo wel als hare andere Broeders en Zusters, in de Gereformeerde Kerk te Maastricht voornoemt gedoopt, en alfoo in defelve Kerk was ingelyfc geworden, uitwyfensextraót authenticq uit het Doop register der Nederduytfche Gereformeerde Gemeente te Maastricht voornoemt, nevens de voorfz. Requeste gevoegd. Dat ook dien conform de tweede Suppliante geduurende het leven van haar gemelde Vader nu en dan den Gereformeerden Godsdienst bygewoond hadde, dog dat defelve haren Vader overleden zynde, zy tweede Suppliante toen omtrent den ouderdom van agt jaren bereikt hebbende, door haar voornoemde Moeder direct, tegens haar verbintenis was gefonden na Luyk, onder de directie van eenen aangetrouwden Roomfchen Oom van 's Moeders zyde van de Supplianten, en vervolgens als Penfionaire in het Kloolier der Urfelinen aldaar beitelt geworden, ten einde in haare kindfchc jaren van haare Vaderlyke Religie verwydert en tot den Roomfchen Godsdienst aangëbragt te worden, zoo als dan ook de tweede Suppliante, door de voorfz. directie van haar gemelde Moeder, tot derfelver overleyden töe in het voorfz. Klooster was gehou den, en in de gronden van de Roomfche Leer was opgevoed. Dat der tweede Suppliantes gemelde Moeder ondertusfehen meede zyn Je komen te overlyden, zy tweede Suppliante immediaat door de over haar gecommitteerde Voogden was gereclameert, met dat fucces, dat zy uit kragte van zeeker Vonnis van Scheepenen van den Hogen Brabandfchen Gerechte der Stad Maastricht voornoemt in daro 27 April 1750 mede nevens de vooriz. Requeste gevoegd, onder de magt en directie van haar gemelde Voogden was geilek geworden, met last aan defelve Voogden, om voor hare behoorlyke opvoeding en onderhoud te zorgen, alles nogtans onver mindert het point van Religie, welke de tweede Suppliante reets mogt aangenomen hebben, of nog zoude willen ampleëteeren, waar omtrent defelve Voogden haar volle vryheid zouden laten genieten. Dat de tweede Suppliante toen nog geen festien jaaren bereikt hebbende, en van den ouderdom van agt jaren af door de voorfz. directie van haar gemelde Moeder tot de Roomfche Religie en het Klooster leeven opgebragt zynde, vervolgens voornamentlyk op inftigatie en aanradinge van hare Roomfche vrienden te Maastricht en te Luyk voornoemt, weederom als Penfionaire haar intrek genomen had in het Klooster der zogenaamde Bons Enfans te Maastricht voornoemt, dog dat zy Suppliante by vordering van hare jaren, meerder begrip van zaken hebbende beginnen te krygen, en particulierlyk onderrigt, dat zy in de Gereformeerde Kerk was gedoopt, en door wylen haar 355 gemelde Moeder in de Gereformeerde Godsdienst.had behooren te zyn opgevoed, va., tyd tot tyd een feheus afkeer van het Koomfche Geloot had beginnen te krygen, voornamentlyk ook uit aanmerkinge van den haat en verfoeyinge die men haar Snpppliante in het voorfz. Klooster by continuatie tegens haar Gereformeerde Broeders en Zusters cragte in te prenten, in zoo verre dat zy tweede Suppliante eyndelyk in het laatfte van hec gepas* feerde jaar 1763 het voorfz. Klooster, waar inzy als Penfionaire was bevindende, dadelyk veriaaten had, en zig ten huyfe van Hubertus Nolens, Notaris te Maastricht voornoemt, en zynde één van haar Suppliantes voornoemde Voogden, had gerecireeit, ten einde in haar Vaderlyke Religie onderwefen te kunnen worden. Dat zy Supplianten zig tot dien einde hebbende vervoegt aan Johannes van Dyk, Predikant in de Neederduifche Gereformeerde Gemeente te Maastricht voornoemt, zy Suppliante door denfelven een geruimen tyd pi ivativelyk in de gronden van de waare Hervormde Godsdienst was onderweefen, en daar in eyndelyk zodanige vorderingen had gemaakt, dat zy op den 13 April defes jaars door gemelden Predikant van Dyk, na voorafgegane Examen en gedane Conf&fie in prefentie van twee Ouderlingen enagt der voornaamfte Ledemaren van de voorfz. Gemeente met afe volle vryheid en genoegen als Ledemaat van defelve Gemeente was aangenoomen, en ook als zodanig door den Kerkenraad van Maastricht voornoemt was ontfangen geworden, zoo als daar van konde confteeren uyt de Atteftatien, zoo van den voornoemden Predikant van Dyk, als van denfelven Kerkenraad, mede nevens de voorfz. Requeste gevoegd, gelyk dan ook zy Suppliante uit kragte van haar voornoemde Lidmaatfchap bereyds hec Bondfegel des Heiligen Nagtma;ds had g nooten, en alfoo opentlyk en met 'er daad de opregtheid van haar voorfz. gedaane beleydenis had gecoafirmeert. Dat middelerwyle en nade voorfz. retraite van de tweede Suppliante uit het gemelde Klooster, de beyde Supplianten in onderlinge kennis en converlatie geraakt zynde, zulks had geoccafioneert, dat zy Supplianten reciproque affectie en genegentheid voor elkander gekreegen hebbende, vervolgens waren ge-, convenieert,met kennis en roeftemming van der tweede Suppiiahces Voogden, welke ook niets teegens het voorfz. engagement waren hebbende, een wettig huwelyk met elkander aan te gaan, verfoekende de Supplianten om reedenen in de voorfz. Requeste gealle: geert, en tot voorkoominge van difuculteiten, welke haar op fundament van het voorfz. Placaat zouden mogen bejeegenen, dat haar Hoog Mog. gelieven te verklaaren, haar Hoog Mog. Placaat van den 3 Juny 1750 op der Supplianten voorfz. voorgenomen huwelyk niee te wefen applicabel, immers en in allen gevallen , de Supplianten van het zelve Placaat gratieufeïyk te dispenfeeren, en daar van.aan Y y a  3 56 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. 5- Refoiutie van de Staaten van Holland, omtrent de applicabiliteit yan 't Placaat van 24 January 1755. Den 6 Maart 1766. Ontfangen een Misfive van de Prcefidenc cn Kaden van den Hove, gefchreven in den Hage den 5 defer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 7 February'- laatstleden, derfelver Confideratien en Advis op de daar by te rug gaande Requeste cumannexis aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert door Matthys Jambroes, Mr. Paruikemaker, mitsgaders Schutter en Burger alhier in den Dage, en Cacharina Rogatfnik, mede woonende alhier, waar by de zelve, ter zaake in de voorfchreeve Requeste breeder gemeld, verfoeken, dat haar Edele Groot Mog., conform derfelver Refoiutie, den 1 Oef ober 1755 genomen op de Requeste van Paul du Cailar en Anna Alexandrina Richard , goedgunstiglyk zouden gelieven te declareeren, dat op dc Supplianten niet toepasfelyk waare haar Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755, en dat mitsdien het zelve op het voorgenomen Huwelyk van de Supplianten in defen niet zoude zyn applicabel; en voorts, dat haar Ed. Groot Mog. ex plenitudine potestatis over zulks en uit dien hoofde de Refoiutie van Schepenen van 's Hage van dato 18 January 1766, waar by defelve hadden verlban, dat de Huwelyks geboden van de Supplianten conform het voorfchreeve Placaat zouden moeten gaan van zes tot zes weeken, zouden gelieven te fteilen buiten alle effect, en dienvolgende te verklaaren , dat de tweede en derde Huwelyks proclamatien van agt tot agt dagen, op de twee eerftkomende Sondagen fuccesftvclyk na den anderen in alle de Gereformeerde Kerken alhier zouden worden gedaan; als mede op het Berigt van Schepenen voornoemt op de voorfchreeve Requeste, zynde het voorfchreeve Advis aan het einde defer geinfereert. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat de eerfte Suppliant reeds op 9 January 17^5 belydenis van de Gereformeerde Religie gedaan, en daar van nu meer dan een jaer profesfie gedaan heeft, en dat hy zig reeds in de Gereformeerde Religie heeft geoeffent voor dat hy eenige verkeering over de tweede Suppliante heeft gemaakt, en dat uit de verdere omftandigheden van dit geval confteert, dat de eerfte Suppliant van het Roomfch Geloof tot de Gereformeerde Religie niet is overgegaan alleen in uiterlyken fchyn, cn met intentie om na het voltrekken van het Huwelyk tot het Roomfch Geloof weder te keeren, is goedgevonden en verftaan by defe te verklaaren, dat de Suppplianten niet vallen in de termen van het voorfchreeve Placaat van den 24 January 1755 , en dat mitsdien het zelve op hun voorgenomen Huwelyk niet is applicabel. En zal Extract defer Refoiutie aan Schepenen van 'sHage tot derfelver narigt werden gezonden. Edele Groot Mogende Heeren / Wy hebben wel ontfangen UEdele Groot Mog. Misfive van den 7 der gepasfeerde maand February, dienende ui geleide der Refoiutie, by U Ed. Groot Mog. ten zei ven dage genomen, ten einde wy u Ed. Goot Mog. zouden dienen van onfe Confideratien, en Advis op de htó by te rug gaande Requeste cum at*+ xis, aan U Ed. Groot Mog. geprefenteert door Matthys Jambroes, Mr. Paruikemaker, mitsgaders Schutter en Burger alhier in den Hage, en Catharina R> gatfnik, mede woonende alhier: waart»? defelve ter zake, by de voorfchreeve Requeste in het breede gemeld, verfoeken, dat U Ed. Groot Mog., form derfelver Refoiutie den 1 Oétober 1755 genomen op de Requeste van ?d du Cailar en Anna Alexandrina Richari» goedgunftiglyk zouden gelieven te declareeren, dat op de Supplianten niet toe r*s- de Supplianten te verleenen haar Hoog Mog. Refoiutie in forma. Waar op gedelibereert, en in agtinge genomen zynde de favorable omftandigheeden, welke in defen voor de Supplianten zyn militcerende, die als tot de Gereformeerde Gemeente gehoorende in defelve Kerk is gedoopt geworden, en die zonder intusfehen, en nog geenfmts uyt haar felve , eenige fterke preuves van aanklecvinge aan den Roomfchen Godsdienst te hebben gegeven, zeedert eenigen tyd zig hadde doen onderwyfen in de gronden van de Gereformeerde Godsdienst, waar van in April laatstleden behoorlyke beleydcnisfe heeft gedaan, gelyk haare Broeders daar in zyn opgevoed: Is goedgevonden en verftaan, de Supplianten omtrent het voltrekken van derfelver Huwelyk te dispenfeeren van haar Hoog Mog. Placaat van den 3 Juny 1750, en overfuiks de Supplianten te permitteeren omme het zelve ordinario modo tc mogen voltrekken, mits zig ten dien opfigte regulcerende na 't gunt geftatueert by haar Hoog. Mog. Echt Reglement van den 18 Mey 1656, met authorifatie op de Predikanten en Kerkenraad van de Gereformeerde Gemeente der Stad Maastricht , de Supplianten 't effedf. van defe haat Hoog. Mog. concesfie, dispenfatie na behooren te laaten genieten.  Van de Huwelyks - zaaken.' pasfelyk waare U Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755, en dat mitsdien het zelve op het voorgenomen Huwelyk van de Supplianten in defen niet zoude zyn applicabel. En voorts, dat Ü Edele Groot Mog. ex plenitudine potestatis overfuiks, en uit dien hoofde de Refoiutie van Schepenen van 's Hage in dato 18 January 1766, waar by defelve hebben verftaan, dat de Huwelyks-Geboden van de Supplianten conform het voorfchreeve Placaat zouden moeten gaan van zes weeken tot zes weeken, zouden gelieven te fteilen buiten alle effect, en dienvolgende te verklaaaen, dat de tweede en derde HuwelyksProclamatien van agt tot agt dagen, op de twee eerst komende Sondagen fuccesfivelyknaden anderen, in allede Gereformeerde Kerken alhier zouden worden gedaan. By het examen van het Berigt van Schepenen voornoemt op de voorfchreeve Requeste hebben wy gezien, dat de reden tot het neemen der voorfchreeve Refoiutie hier in is beftaande, dat by hetagtfte i Artikel van het voorfchreeve Placaat wor- I dende gezegt. „ En alfoo het insgelyks tot vereyde„ linge van onfe falutaire intentie zoude „ kunnen gebéuren, dat de Romfchgezin„ den zoo verre zouden gaan van NB in „ uiter lyken fchyn hunne Religie te verla„ ten, en tot de Gereformeerde over te „ gaan, ten einde met een Perfoon van „ defelve Religie te kunnen trouwen, „ zonder aan het voorfchrift van dit Pla„ caat gehouden te zyn, dog met inten„ tie, om na het voltrokken Huwelyk tot „ het Roomfche Geloof weder te keeren; „ zoo is laatstelyk onfe wille, datinzoo,, danigen geval, tot voorkominge van „ het zelve, omtrent Perfoonen van de ,, Roomfche tot de Gereformeerde Re„ ligie overgegaan, en met iemand van „ defelve Religie willende trouwen, me„ de zal plaats hebben al het geene „ hier voor ten reguarde van Gerefor„ meerde tot het Roomfch Geloof over„ gaande is geftatueert. Mitsdien word gerefereerd tot het voorgaande zevende Artikel, in fubftantie behelfende. „ Dat aan Perfoonen, de Gerefor„ meerde Religie veriaaten hebbende „ en tot de Roomfche overgegaan zyn„ de, en vervolgens met Perfoonen „ van de Roomfchen Religie zig in Hu„ welyk willende begeven, geene Hu„ welyks - Geboden zullen mogen wor„ den gegunt, dan na verloop van een „ jaar, na dat zy de Gereformeerde Re„ ligie verfaakt en van het Roomfche „ Geloof profesfie zullen hebben gedaan; „ En dat in zoodanige Huwelyken me„ de plaats zal hebben al het geene in „ in de voorgemelde Artikelen isgefa- 357 „ tueert, even als of de voorfchreeve „ Perfoonen de Gereformeerde Religie „ niet hadden veriaaten. En dewyl by het voorgaande zesde Articul word gefegt: „ Dat de Huwelyks - Proclamatien van „ Gereformeerde Perfoonen boven de „ vyf en twintig jaaren oud zynde met „ Roomfchgezinderiv, in plaats van te „ gaan van weeke tot weeke, zullen „ moeten gaan van zes weeken tot zes „ weeken, &c. Zoo concludeeren gemelde Schepenen, dat overzulksde Huwelyks - Geboden van Perfoonen, die het Roomfche Geloof verlaten, en fchoon een jaar profesfie van de Gereformeerde Religie gedaan hebbende, met Perfoonen van de zelve zig willende ten Huwelyk begeven, mede van zes weeken tot zes weeken zouden moeten gaan, en zoodanige Huwelyken fubjeet blyven de poenaliteiten in het voorfchreve Placaat vervat; niet te min declareerende, zig ten defen geen partye te willen Hellen. Dog welke conclufie, Edele Groot Mog. Heeren! Wy begrypen uit de gemelde prasmisfen niet te procedeeren, alzoo het ons voorkomt, dat het voorfchreeve agtfte Artikel niet zooabfolutelyk moet worden opgevat, dat hetzelve applicabel zoude zyn op alle de geenen, welke van dat Roomfche Geloof tot de Gereformeerde Religie overgaan, maar dat het zelve in dier voegen behoord te worden geëxpliceert, dat de poenaliteiten, daar by vermeld, alleen geftatueert zyn tegen de zoodanige, welke alleen in uiterlyken fchyn het Roomfche Geloof verlaten, met intentie om na het voltrekken van een Huwelyk met een Gereformeerde tot het zelve weder te keeren, en dat uit vergelyking van het voorgaande Artikel mag worden opgemaakt; dar, 't zy er al geene andere omftandigheden voorkwamen, waardoor de pracfumtie van alleen in uiterlyken fchyn van ' Religie te zyn verandert, wierd tegengegaan, het genoeg is, dat de zoodanige een jaar profesfie van de Gereformeerde Religie hebben gedaan, voor het aangaan der Huwelyks - Proclamatien. Indien dog het begrip van Schepenen voornoemt doorging, zouden de geenen, die Gereformeert waaren geworden, van erger natuurezyn, als die by het Roomfche Geloof waaren gebleven; dewyl de zelve met Gereformeerde Perfoonen, vyf en twintig jaaren oud zynde, geen jaar behoeven te wagten, om zig in ondertrouw te doen opnemen: en zoo zoude ook, Edele Groot Mogende Heeren! niet worden voldaan aan de intentie van het Placaat, namentlyk de vermeerderinge van de waare Gereformeerde Religie. Gelyk nu daar van was afwykende het Y y 3 ge-  358 Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. geval van iemand, die met verzaakinge der gemelde Religie was overgegaan tot het Roomfche Geloof, zoo nebben U Edele Groot Mog. gewilt, dat in dat geval mede plaats zouden nebben alle de ptcnaliteiten, welke gelfatueert waaren tegens de geenen, die Gereformeerd zynde en blyvende, zig met Roonifchgezinde ten Huwelyk begaven. Wanneer men nu daar by vergelykt de omftandigheid van het geval voor handen , dat de eerfte Suppliant reeds op den 9 January I765belydenislè van dc Gereformeerde Religie gedaan, en daar van nu moer dan een jaar profesfie gedaan heeft, zouden wy geen zwaarigheid maken , op de voorgelegde gronden favorabel aan U Edele Groot Mog. teadvifceren. Tc minder, dewyl U Ed. Groot Mog. niet hebben gehxfiteert op den i October i- - «5 ten verzoeke van Paul du Cailar cn Anna Alexandrina Richard, welke eerst op den 19 September daar bevorens van dc Roomfche tot de Gereformeerde Religie was overgegaan, te verklaaren, ei.it He Supplianten niet vielen in de termen van hit voorfchreeve Placaat , en dat vervolgens het zelve op hun voorgenomen Huwciyk niet was applicabel. En op den 3 February 1763 hebben U Ed. Groot Mog. ook goedgevonden aan Herman Nicolaas van de Schepper, en Johanna Angelina van den Ende, welke op den 1 January 1762 van het Roomfch Geloof tot de Gereformeerde Religie overgaande, daar van belydenisfe, en dus maar agt maanden profesfie gegedaan hadde, te verleenen dispenfatie van het zelve Placaat. W; !kc beide favorabele dispofitien van 1 U Edele Groot Mog. daar op worden 1 gefundeert, dat het klaar lyk confeer- \ de, dat de respective Supplianten van het Roimfche Geloof tot dc Gereformeerde Religie niet waaren overgegaan alleen in uiterlyken fchyn, en met intentie. om na het voltrekken van het Huwelyk tot het Roomfch Geloof weder te keeren. By aldien, Edele Groot Mog. Heeren ! de eerfte Suppliant mede in de termen waare van een jaar profesfie derGereformeerde Religie gedaan te hebben, en het 'er mitsdien op aan zoude komen, of er zig geen andere om Handigheden opdeden , waar door de prxfumtie van alleen in uiterlyke fchyn van Religie te zyn verandert, wierd weggenomen; zouden wy U Edele Groot A-og. kunnen voordragen, datwy zyngeinformeert, dat de eerfte Suppliant in zyne jonge jaaren reeds een tegenzin in de Roomfche Religie heeft gehad, dat hy geene onderrigtinge in de Gercfiv meerde Religie in Braband kunnende bekomen, zig herwaards heeft begeven in den jaare 1763, dat hy na verloop van een weck of zes toen de Roomfche Religie heeft veriaaten en de Gereformeerde aangekleeft, in zoo verre, dat hy zig daar in heeft geoeftent voor en aleer hy ooit hadde gedagt eenige verkceringc over de tweede Suppliante te maken, veel min met haar te trouwen, en dat hy Suppliant, des gërequireert, met een goed en gerust gemoed onder folemneelen ende zoude bereid zyn te verklaaren, dat hy uit eige beweginge, en uit overtuiginge zonder iemands aanraaden, of zonder eenig inzigt, de Roomfche Religie heeft veriaaten. Hier op dan in allen gevallen zynde weggenomen alle fuspicie van den eerften Suppliant, om U Edele Groot Mogende voorfchreve Placaat te willen illudeeren, zouden wy van Advis zyn, dat door U Edele Groot Mogende het voorfchreeve verfoek aan de Supplianten goedgunftelyk zoude kunnen worden i geaccordeert; ons niet te min eerbiedig refe-J recrende tot U Edele Groot Mogende hoogwys oordeel. Hier mede, Edele Groot Moerende- Hee-m ren! bidden wy God Almagtig U Edele Groot» Mogende in een langduurendc en voorfpoedP ge Regeeringe te conferveeren. Gefchreven in den Hage den 5 Maart 1766. (Onderftond,^ U Edele Groot Mogende gantfeh Dienstwilh'ge, De Prrefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Laagerfcr.df) Ter ordonnantie van de zelve. (7/1.7 geteekent f) TH. B O E % Ae-  Van dè Huwelyks -zaaken* |^ £ kefolmie Wfi de Staaten van Holland, om¬ trent de applicabiliteit van V Placaat van den 24 January 1755. Den 26 July i766. Ontfangen een Misfive van de Prefident 1 en Raden van den Hove, gefchreven j in den Hage den 16 defer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 24 April laatstleden, derfelver confideratien en advis op de daar by te j rug gaande Requeste met de Bylaage aan haar | Edele Groot Mog. geprefènteert door Mein- j dert Steffens, Medicina? Doctor, en Anna I Elifabet Scheepen, zynde beide meerderjaarig, en woonende te Amfterdam, ten einde van haar Edele Groot Mog. te mogen obtineeren dispenfatie van derfelver Placaat van den I 24 January 1755, rakende de Huwelyken van Gereformeerden met Roomschgefinden; als mede van alle de ordres en poenaliteiten, daar by eenigfins vervat; en dat haar Edele Groot Mog. dienvolgende Commisfarisfen van de Huwelyks-zaken, Kerkenraden, Predikanten, i of allen anderen, die het zoude mogen aan- j gaan, geliefden te qualificeeren, om de J aanteekening der Huwelyks - Geboden van de f Supplianten op de gewoone wyfe te doen, en defelve van agt tot agt dagen te laten voortgaan, mitsgaders der Supplianten Huwelyk daar op te voltrekken in ordinaria forma; volgende het voorfchreve Advis hier na geinfereeit» \ Edele Groot Mogende Heeren t Wy hebbén ter voldoeninge aan de gerefpeóteerde bevelen van U Edele Grooc Mog., geëxamineert de hier hy te I rug gaande Requeste met de Bylaage, aan ƒ U Edele Groot Mog. geprefenteert door Meindert Steffens, Medicinse Doétor, en Anna Elifabet Scheepen, zynde beide meerderjaarig, en woonende te Amfterdam; ten einde van U Edele Groot I Mog. te mogen obtineeren dispenfatie ; van derfelver Placaat van den 24 January Ï755» rakende de Huwelyken van Gereformeerden met Roomschgefinden; als mede van alle ordres en poenaliteiten , daar by eenigfints vervat en ter neder geftelt; en dat U Edele Groot Mog. dienvqlgende Commisfarisfen van de Huwelyks-zaken, Kerkenraden, Predikanten of allen anderen, die het zoude mogen aangaan, geliefden te qualificeeren, om de aanteekeninge der Huwelyks-Geboden van de Supplianten op de gewoone wyfe te doen, en defelve van agt tot agt dagen te laten voortgaan, mitsgaders der Supplianten Huwelyk daar op te voltrekken in ordinaria forma. En gelyk U Edele Groot Mog. hier op hebben gelieven te requireeren onfe confideratien en advis, zullen wy de vryheid nemen U Edele Groot Mog. by defe kortelyk voortedragen den inhoud van het Artikel van het voorfz. Placaat, op defe materie applicabel. Wanneer wy vervolgens daar aan zullen hebben getoetst de gronden by der Supplianten Requeste ter neder geftelt, meenen wy (onder eerbiedige correctie) dat 'er genoegfaame redenen zullen worden gevonden, om aan U Edele Groot Mog. op het voorfz. verfoek favorabel te mogen advifeeren. Wat dan betreft de dispofitie van het zesde Artikel van het voorfz. Placaat, of wel het laatfte gedeelte van dien, te zamen getrokken met de daar voorafgaande Periode, komt defelve zakelyk hier op neder. Dat aan Roomsgefinden, in uitterlyken fchyn hunne Religie verlatende, en tot de Gereformeerde overgaande, ten einde met een Perfoon van defelve Religie te konnen trouwen, zonder aan het voorfchrift van het gemelde Placaat gehouden te zyn, dog met intentie, om na het voltrokken Huwelyk tot het Roomfche Geloof weder te keeren, in dien gevalle geene Huwelyks - Geboden zullen mogen worden gegunt, dan na verloop van een jaar, na dat zy het Roomfche Geloof zullen hebben verlaten, en tot de Gereformeerde Religie overgegaan zyn. Dat derfelver Huwelyks-Proclamatien moeten gaan van zes weeken tot zes weeken, zoodanig, dat het Huwelyk zelve mede eerst zes weeken na de derde Proclamatie zal mogen worden voltrokken. En dat daarenboven de poenaliteiten by het voorfz. Placaat geftatueert plaats zullen hebben, even als of de voorfz. Perfoonen het Roomfche Geloof niet hadden verlaten. Het voorfz. Artikel ïn defer voegen in zyn verband voorgeftelt zynde, zoude men argumento d contrario mogen befluiten, dat Roomschgefinden hunne Religie verlatende niet in uiterlyken fchyn, en tot de Gereformeerde overgaande, niet met intentie, om met een Perfoon van defelve te kunnen trouwen, zonder aan het voorfchrift van dit Placaat gehouden te zyn, en ook niet met intentie, om, na het voltrokken Huwe-  Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. 360 lyk, tot het Roomsch Geloof weder te keeren, niec vallen in de term-m der voorgemelde prohibtcive en poenale dispolk ie. Dat nu alle defe esceptive omftandigheden concurreeren in den Perfoon van de tweede Suppliante, en dat beide de Supplianten overfuiks verfeeren in hec geëxcipieerde geval, zal aan U Edele Groot Alog. nader blyken. Dog alvoorens het zelve te betoogen, kunnen wy ons, Edele Groot Mogende Heeren! niet dispenfeeren met een woord te remarquecren, dat het gemeene verflard van het gemelde Artikel klaadyk ; dief eert, dat een openbaare belydenisle van de Gereformeerde Religie niet genoeg zy, om te kunnen coneludeeren dat iemand niet in uit ter lyken fchyn het Roomfche Geloof zoude hebben verlaten; dewyl niemand kan gefegt worden tot de Gereformeerde Religie overgegaan te zyn, zonder zoodanige uicterlyke daad van belydenisfe te hebben gepleeg : maar dat van die exclufive (tellinge aliunde moet confteeren; zoo namentlyk, dat die uicterlyke plegtigheid der belydemsfe niet in abflra&o op zig zelve beruste, maar dat die wede onuerlteunc door eene innerKke en waaragrige overtuiginge des gemoeds, welke, vry van waereldfche en uiterlyke inligten, uitmxikt de eenige beweegreden der verhtinge van de eene, en de omhellinge van de andere Religie. Hier mede toetreedende ter befchouwinge der merites van het verfoek ten delen gedaan, om defelve tot het voorfz. geëxcipieerde geval te maken van applicatie, verbeelden wy ons, Kdele Groot Mog. Heeren! volgende de pofitiven van de voorfz. Requeste en de Bewyfen daar aan geannexeert, en i ?n ons verder gefuppediteert, het cas fubjeet- te mogen voor fteilen in defer voegen. Dat beide de Supplianten zyn meerderjaarig, en mitsdien de eerfte SuppH- I ant zynde van de Gereformeerde Reli- i gie, gemunieert met het confent zyner overgebleve Moeder, naar het voorfchrift van het gemelde Placaat, met de tweede Suppliante, fchoon defelve van de Roomfche Religie profesfie deede, zoude mogen trouwen, e" hunne HuwelyksGeboden aanftonds doen aanteekenen; egter blyvende gefubjecteert de poenali teiten by het zelve PI »caat vervat. Dat de tweede Suppliante door haare belydenisle van de Gereformeerde Religie, gedaan op den '.l Maart laatstle den, is geworden Lidmaat der Gereformeerde Gemeente, en dus regulriter zig met den eerften Suppliant mede zoude mogen ten Huwelyk begeven, 1 ronder aan het voorfcbnfc van het gemelde Placaat gehouden te zyn, by al¬ dien zy bevoorens niet waare geweest van de Roomfche Religie. Waar omtrent overzulks nader in confideratie komt, dat zy nooit eenige profesfie of beiydenisfe van het Roomfche Geloof hebbende gedaan, reeds zes è agt jaaren geleden, haare genegenheid heeft getoonten te kennen gegeven, om het zelve Geloof te verlaten, en profesfie te doen van de Gereformeerde Religie , voor dat zy aan den eerften Suppliant kennisfe heeft gehad, of van zyne genegenthcid om haar te trouwen heeft geweeten: gelyk zy verklaart bereid te zyn, desnoods, nader met folemneelen eede te bevestigen. Dat de tyd tot het doen der beleidenisfe bereids was gefixeert, zoo de Supplianten beide in gemoede verklaaren, eer zy eenig denkbeeld hebben gehad, dac iets in het gemelde Placaat gevonden wierde, hec welk op hen of hun geval van eenige applicatie zoude kunnen worden gemaakt. En dat de tweede Suppliante, zoo de zelve al mede zegt, met volkomen opregcigheid van haar gemoed ce beeuigen by het doen van haare beiydenisfe geene inientie heeft gehad of nog heeft, om 001c tot het Roomfche Ge/oo/ weder te keeren, als de vcrlatinge van her zelve, en de omhellinge der Gereformeerde Religie, gedaan hebbende zonder eenig voorukfigt, veel min intentie om met den eerften Suppliant te trouwen, uit eige beweginge en overtuiginge des gemoeds nopens de waarheid der Gereformeerde Religie, en dus buicen eenig oogmerk om hec voorfz. Placaac te eludeeren. Uic al het welke confteerende, dat de tweede Suppliante niet verfeert in het geval van haare voorfz belvdenisfe gedaan ce hebben, in uitterlyken febyn, kan delelve micsdien niet gehouden worden fubjeet te zyn aan de prohib:tive es poenale dispofitie van het gemelde Artikel , maar veel eerder voor zig ce hebbel genoegfaame redenen van dispenfatie. Vooral, Edele Groot Mog. Heeren! wanneer men hier by in aanmerking* neemt de favor Religionis, die U Edele Gvjot Mog. toe hec doen emaneer* van hec voorfz. Placaat heefc gemoveflt, om voor ce komen, dat de Gereformeerde Religie geen inbreuk of nadeel zoüde lyden door de Huwelyken mee RoonJ**D* gelinden, en zulks by vervolg van n/d als een indirference zaak zoude ba**11 werden geconlidereerc; en derhalven met geene de minfte incentie, om Roomschgefinden, die, uic overtuiginge derdwsalIeere van hun Geloof, en "der regtfinnigheid van de gronden der «raarheid, het zelve Geloof verlaten, en tot de Geretormeerde Religie overgaan, y*1  Van de Huwelyks -zaaken"* *$\ die loffelyke daad aftefchrikkea door verbod van het Huwelyk * en de zoodadanige te willen maken van ergere conditie, als wanneer zy hun Geloof niet verlaten hadden, in welk geval defelve, pofitis ponendis'•, zouden konnen trouwen en hunne Huwelyks-Geboden doen aanteekenen zonder eenig uitllel; daar in het ander geval defelve zouden verpligt zyn nog een gansch jaar daar mede te fuperfedeeren. Weshalven wy, zonder wederom op te haaien andere zoortgelyke gevallen, by voorige Berigten aan U Ed. Óroot Mog. voorgedragen, omtrent welke het U Edele Groot Mog. heefc behaagt favorabel te disponeeren, Wy ons verbeelden op de voorgemelde gronden te mogen advifeeren dat der Supplianten verfoek om dispenfatie door U Edele Groot Mog. gunftig zoude kunnen worden geaccordeert: ons niet te min eerbiedig onderwerpende aan het hoogwys oordeel van U Edele Grooc Mog. Hier mede. Edele Groot Mogende Heeren! bidden wy God Almagtig U Edele Groot Mogende in een langduurige en voorfpoedige Regeeringe te conferveeren. Gefchreven in den Hage den iö Juny 176& (Onderjlondf) U Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige, De Prrefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Laagerjlond f) Ter ordonnantie van defelve. (Was geteekent,") Th. BOE Y. Waar op gedelibereert, en in agtingegeno¬ men zynde, dat beide de Siipphantéh zyn* meerderjaarig, en mitsdien de eerfte SüppH» ant, zynde van de Gereformeerde Religie * gemumeert met het confent zyner övergeble* ve Moeder, naar het voorfchrift van het gemelde Placaat, met de tweede Suppliante» fchoon defelve van de Roomfche Religie profesfie deede, zouden mogen trouwen en hunne Huwelyks - Geboden aanftonds doen aanteekenen, egter blyvende gefubjeéteert de poenaliteiten by het zelve Placaat vervat; dat de tweede Suppliante, döor haare belyderiisfë van de Gereformeerde Religie gedaan op den 14 Maart laatstleden, is geworden Lidmaat der Gereformeerde Gemeente, en dus regulariter zig met den eerften Suppliant mede zoude mogen ten Huwelyk begeven, zonder aan het voorfchrift van het gemelde Placaat gehouden te zyn, by aldien zy bevoorens niet was geweest van de Roomfche Religie; dat zy daar benevens nooit eenige profesfie of bely^ denis van het Roomsch Geloof hebbende gedaan , reeds zes a agt jaaren geleden haare genegentheid heeft gecoonc, om het zelve Geloof te verhaten, en profesfie te doen van de Gereformeerde Religie, voor dat zy aan den eerften Suppliant kennis heefc gehad, of van zyn genegentheid om haar te trouwen heeft geweeten, gelyk zy had verklaart bereid te zyn, des noods, nader met folemneelen eede te bevestigen; dat de tyd tot het doen der ' belydenisfe bereids was gefixeert, zoo de Supplianten beide in gemoede verklaaren, eer zy eenig denkbeeld hadden gehad, dat ietsin het gemelde Placaat gevonden wierd, het welk op hen of hun geval van eenige applicatie zoude kunnen worden gemaakt; en dat uit de yerdere omftandigheden van dit geval confteert, dac de tweede Suppliante van het Roomsch Geloof tot de Gereformeerde Religie niet is overgegaan alleen in nitterlyken fchyn, en met intentie, om na het voltrekken van het huwelyk tot het Roomsch Geloof weder te keeren; is goedgevonden en verftaan by defe te verklaaren, dat de Supplianten niet vallen in de termen van het voorfz. Placaat van den 24 January 1755, en dat mitsdien het zelve op hun voorgenomen Huwelyk niet is applicabel. En zal Extract: van defe Refoiutie worden gegeven aan de Supplianten, om te dienen zoo zulks behooren zal IX. Deel. Z z fa  362 Placaaten. 3. Boek 2. Titul. 7' Refoiutie van de Staaten Generaal, hou» dende verklaaring, dat de Magijlraat van Huljicr Ambagt niet bevoegd is te beletten het huwelyk van een Ingefeten aldaar met een gefchavotteerd Vromsperfoon, maar alleenlyk om aan het zelve Vroimperfoon de inwooning aldaar te weigeren. Den 9 1767. Ontfangen een Misfive van den Raad van Vlaanderen gefchreeven te Middelburg in Zeeland, den 16 der voorleeden maand, houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 1 r daar te vooren, derfelver Advis op de Requeste van Bailliuw, Burgemeefteren en Scheepenen van den Lande van Hulfterambagt, verfoekende om reedenen in de voorfz. Requeste geallegeert, door haar Hoog Mog by forme van interpretatie te mogen worden onderrigt, of zy Supplianten uit hoofde van het ;8 Articul van het Echt Rpglement by haar Hoog Mog. op den 18 Maart des jaars 1655 over de Geneniliteit gearrefteert, niet ten vollen zouden zyn be voegd, om 't huwelyk van eenen Willem Vetjes met zeekere Catharina Swemers, zynde een gefchavotteert en dus eerloos Vrouwsperfoon , die zig daar by al tweemaal en wel de hütfte reyfe by den voornoemden Vetjes in onecht had laren befwangeren, te konnen teegengaan en beletten, dan of zy inteegendeel | het zelve zouden moeten gedoogen, met dat notoir gevolg, dat zy Supplianten die Luyden getrouwt zynde, insgelyks dc inwooninge binnen Hulfter Ambagt zouden moeten permittee- j ren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgej vonden en verftaan, by forme van interpreta! tie van het gemelde 38 Articul, mits dccfeo te verklaaren, dat de Supplianten niettecgenftaande den klaaren letter van het zelve, egter uit hoofde van desfelfs intentie en oogmerk, niet bevoegd zyn, op fundament daar van, het huwelyk in qureftie verder te koimen teei gengaan en beletten, maar in teegendeel den voortgang van 't zelve behooren te gedoogen, dog dat egter aan de Supplianten zal worden vrygelaaten, om aan meergemelde Cath.irina Swemers, de inwooninge binnen derfelver Ambagte te accordeeren of niet, zoo als naar omflmdghee cn van fnken in gemoede zullen oorde». icn te behooren. «->• Refoiutie van de Staaten Generaal, tot in¬ terpretatie van het Placaat van , Juny 1750, weegens d: huwtlyken tusfchen Gereformeerden en Roomschgefnden. Den 16 July 1767. IS gchoo-t het Rapport van de Heeren Brantfen cn andere haar 1 [oog Mogende Gedeputeerden t t de la iken van de Placaten en Reglementen, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commis • foriaal van den 17 der voorleeden maand, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van S:aate, geëxamineert een Misfive van Burgemeefteren cn Scheepenen der Stad en Scheependomme van Aardenburgh, gefchreeven aldaar den 1 daar te vooren zendende daar neevens een Request, waar by eerbiedig te kennen geeven, dat de Neederduytfche Kerkenraad derfelver Stad feedert dat haar Hoog Mog. Placaat van den 3 Juny 1750 in obfervantie was geweest, nimmer eenig Gereformeerde of Proteftanfche, met die van de Roomfche, nog Roomfche met die van de Gereformeerde of Proteftanfche Godsdienst in ondertrouw had opgenoomen, of eenige huwelyks proclamatien gegund, ten zy vice verfa alvoorens by exhibitie van Extraéren uit de Doopregisters gebleeken was, dat de Mansperfoonen hadden bereikt den ou¬ derdom van vyf en twintig, en de Vrouwsper» foonen die van twintig jaaren: dat gemelde Kerkenraad by nadere lectuure van voorfchreeve welgemelde haar Hoog Mogende P^caar, van oordeel en begrip geworden was, dal hoogstgedagte haar Hoog Mogende daar bf alleen hadden bedoelt en geftatueert, dat c* van de Gereformeerde of Proteftantfche Godsdienst den ouderdom van vyf en twintig j«* ren respective zouden moeten bereiken, zonder die van de Roomfche Religie te bepa*» in het zelve, of te begrypen, zig desweege* by de Supplianten hadden vervoegd, orn*** re Confideratien en Advis daar op in te neemen : dat zy daar op ingevolge het 93 Arricul van het Echt Reglement haar hadden geaddresfeert aan den Raad van Vlaanderen, de*e*e haar by Refoiutie van den 18 Mey hadden gelieven te renvoyeeren aan haar Hoog Mogende; verfoekende derhalven, om reedenen in de voorfchreeve Requeste breeder geallegeert, dat haar Hoog Mogende by elucidatie van meergemelde Placaat gelieven te verklaaren, of die van de Roomfche (even gelyk* van  Van de Huwelyks - zaaken. Van de Gereformeerde of Proteftantfche Godsdienst, met die van de Roomfche Religie, alvoorens defelve met iemand van de Gereformeerde of Proteftanfche Godsdienst mogen werden ingefchreeven, of eenige huwelyks gebooden gegund, en zulks vice verfa de -Mansperfoonen meede moeten hebben bereikt den ouderdom van vyf en twintig jaaren, en de Vrouwsperfoonen die van twintig. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, mits defen te verklaaren , dat de dispofitie van het eerfte Articul van voorfchreeve haar Hoog Mogende Placaat van den 3 Juny 1750, weegens het gunnen van de huwelyks gebooden aldaar vermeld, tób alleen zyn relatie en betrekkinge heeft tot dë jaaren, die de perfoonen welke van de Gereformeerde of Proteftantfche Godsdienst zyn» zullen moeten hebben, zonder dat de jaaren van de Roomschgefinden, in dat cas in aanmerkinge zullen behoeven genoomen te worden , anders dan voor het emaneeren van voorfchreeve haar Hoog Mogende Placaat heeft moeten gefchieden. Ende zal Extract, van deefe haar Hoog Mogende Refoiutie gefonden worden aan Burgemeefteren en Scheepenen der Stad en Scheependorame van Aardenburgh, om te dienen tot derfelver narigtinge. 9* Refoiutie van de Staaten Generaal, tot opheldering van hedenkelykheden i, door den Magiftraat's Lands van den Vryen voorgeftelt, raakende Huwelyken tusfchen Gereformeerdeen Roonifchgezinde Perfoonen. Den 20 July 116y. Is gehoort het rapport van de Heeren Brantfen, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaken van de Placaaten en Reglementen, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelverRefolutie Commisforiraal van den 29MeyIaastleeden, meten neevens eenige Heeren Gecommitteerden uic den Raad van Staate, geëxamineert een IVlisfive van Burgemeester en Scheepenen 's Lands van den Vryen, gefchreeven te Sluys den 23 daar te vooren, daar by aan haar Hoog Mog. kennisfe geevende, dat zeekeren Hendrik van Holde, woonagtig op het Retranchement in Cadzand, gebooren van Roomfchgezinde Ouders, Weduwenaar van Wylen Janna de Brabander, Zynde geweest van de Gereformeerde Religie, van welk Huwelyk hy nog een Kind in leeven hadde, dat in de Gereformeerde Kerk gedoopt was, en ook zeederd dat Huwelyk altyd de Gereformeerde Godsdienst toegedaan geweest, die Kerk en nimmer de Roomfche gefrequenteerd , zig aan hun had geaddresfeerd op den ai Maart, klagende dat hem door den Kerkenraad vanBreskens ,*de ondertrouw, en door die van het Retranchement (welke hem reeds in ondertrouw hadde aangenoomen) de voortgang zyner Huwelyk Proclamatien wierden geweigert, met zeekere jonge dogter Tonyna of Tonia Vermeulen, gedoopt in de Gereformeerde Kerke re Breskens voornoemt den 3 November 1748, welkers Vader Daniël Vermeulen en Moeder Laurina Lowyfen waaren, volgens Extract- uyt het Doop Register van den 12 April nevens de voorfchreeve Misfive gevoegd onder N°. 1, tot welk huwelyk haar voornoemde Vader Daniël Vermeulen confent hadde gegeven, blykende by eene Misfive aan den Kerkenraad van het Retranchement gefchreeven, door Bartholomeus Albregts, Adjunót Predikant te Breskens, den 9 Maart daar te vooren fub N°. 2. Dat zy op die klagten berigten hadden gërequireert , zoo van den Kerkenraad van hec Retranchement voornoemt, als van de Hooftmannen van Cadzand, welke gedagteekent den 23 en 24 Maart, neevens de voorfchreeve Misfive gevoegd, onder N0. 3 en 4, ingekoomen, uitgefondert eene Misfive van den Adjuncf Predikant te Breskens fub N<\ 5 over zyne zwaarigheid, gevoegd by het berigt van de Hoofdmannen voornoemt, duydelyk aanweefen, dat voornoemde Hendrik van Holde, hoe zeer inde Roomfche Religie opgevoed, en geen belydenisfe van de Gereformeerde gedaan hebbende, al over langen tyd was gehouden en erkent, met 'er daad de Leere der Gereformeerden toegedaan te weefen, in het oeffenen derfelve en naarlfig frequenteeren der Kerke, zelfs booven andere belyders van dien voorbeeldelyk uytmuntende, ook al ftaande zyn eerder huwelyk, waar door alle uyterlyke fchyn, om alleen huwelyks - halve de Roomfche Religie te hebben verfaakt, vooronderftelt wierd te cesfeeren; dat daar en booven de Predikant op het Retranchement voornoemt, haar Hoog Mogende Placaat van den 3 Juny 1750 teegens huwelyken van Gereformeerde Perfoonen met die van den Roomfchen Godsdienst, volgens zyn voorfchreeve Misfive fub N°. 3, vermits het in de Confiftoriaale Kas niet te vinden was, met veel moeite ter leen magtig geworden zynde, verfcheide gepaste confideratien en reedenen aan hun hadde gefuppediteert, die hy vermeinde den ondertrouw voornoemt te kunnen justificeeren, dog om alvoorens verfeekert te weefen, niets teegens haar Hoog Mogende ordres en falutaire oogmerken te com-ofomitteeren, den voortgang der Proclamatien had opgefchort. Dat op den 19 Mey hun weederom een geval was voorgekoomen ten aanfien van zeekeren Jofeph Jeune, oud zes en dertig jaaren, Z z 2 eer  3^4 Placaaten. 3. Boek. 1. Titul. gebooren van RoomfchgcfinJe Ouders en in die Reli?jeopgevoed, Arbeyder of Boereknegt in 'gemelde Land?, woonende in den Noordpolder onder het Kerkelyk Diftrict van Aardervbargh, welke in geen drie jaaren de Roomfche" Godsdienst had b'ygewoond, als zynde de Gereformeerde toegedaan, in welke hy zig v'ytig geduurende dien tyd had geoeffend, met voorneemen om dair van belydenisfc te doen, nl eer hy oogmerk hadde om te huwe lyken, dog welke naderhand eenigen tyd gelecdcn converfuie gemaakt hebbende met zeekere jonge• dogter Lena Philips, oud drie en twintig jaaren, zynde Van dü Gereformeerde Religie, zig tot het aangaan vaneen wettig Huwelyk met defelve had geëngageert, en zig ten dien eynde geaddresfeert hadde aan den Walfchen Predikant te Aardcnburgh voornoemt, die hem toe gefegt had, dat zoo dra hy zyn belydenisfcfoudehebben gedaan, voorfchreeve zyn geintentioneert Huwelyk zoude worden voltrokken, waarom hy ook daar aan voldoende, aangenomen was tot Lidmaat van de Walfche Gemeente voornoemt, des Vryd.igs voor Paasfchcn jmgstkeden, en dus in vertrouwen was amftonds na voorafgegaane wettige proclamatien tc konnen huwelyken, daar in was tc leur geftelt, dewyl nu daar en boven was gevorderd het verloop vaneen geheel jaar, daar hy bevoorens had kunnen Volftaan, 'om maar na verloop van den tyd der Proclamatien, van zes tot zes wecken wettig gelclrted zynde, tc kunnen en mogen huwelyken , waar over hy dc.n ook aan hun had gedolcert, met verfoek van voornerangc. Dat het ccn en ander van dien, en andere aart zig opdoende omfbndighceden, hun egter telkens was houdende in bcdenkinge en fcrupulcesheid, om te judiceeren over veele verfchilb'nd? Cafus, f gelyk het 93 Articul van het Echt Reglement was fpreekende) welke in Huwelyks zaaken met den aankleeven van dien, doorgaans voorkwaamen, en gemerkt zy het voornoemde Placaat qmamen aan tc merken, akeen ampliatie op het Echt Reglement voornoemt extenfive tot wc erin ge van Huwelyken tusfchen Gereformeerde en Roomfche Perfoonen, zy egter uit hoofde van den nadrukkelyken inhoud van het zelve, in het 011leekcre waaren, of haar Hoog Mogende even defek-c judicatuure en arbitragie aan de respective Magiftraten, om by voorvallen daar in tc voortieri, na bevind hadden overgelaaten, als by het voornoemde 93 Articul "van het Echt Reglement, dan of haar Hoog Mog. privativelyk de Decifie in alle Cafus voor zig hadden gelieven tc referveeren, waar omme zig altyt ook in voorfchreeve gevallen foigneufelyk hadden gemenageert eenige uitfpraak buyten haar Hoog Mogende prealabel goedvinden, daar omtrent hun aantematigen en te doen: Verfoekende de Magiftraat van het Vryen, om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegeert, ofhetaanhun gepermitteerd zoude mogen weefen, confent te geeven tot het Huwelyk, te weetcn in het bovengemelde geval, mits de Huwelyks proclamatien van Hendrik van Holde met Tonia Vermeulen gedaan worden van zes tot zes weeken, of wrmneer hy zyne Bclydenisfe van de Gereformeerde Leere zal hebben gedaan, zonder als dan nog èen jaar tyd verloop te behoeven te wagten. En in het tweede geval van Jofeph Le Jeune cn Lena Philips na drie gedane Huwelyks proclamatien van week tot week. 1». Of hair Hoog Mogende hun als Magiftraat, voot zoo verre haare Jurisdictie zig extendeert, overlaaten, om na zeer exact onderfoek in allesni rype deliberatie en met alle mogelyke omfigrigbeid aan de zulke, die tot de Gereformeerde Religie overkomen, en fuflicientelyk bewyfen met de daad, cn niet in uyrerlyke fchyn, al een geruymen tyd te zyn cn worden erkend als Gereformeerden, te verleenen confent om te Huwelyken, het zydat die kortelings daar van belydenisfc hebben gedaan of niet, en dat die dus hoe feer in de Roomfche Religie opgevoed, dog defelve verfaakt hebende, even gelyk zouden mogen aangemerkt worden , met hoedanige Perfoonen welke van de Gereformeerde Religie belydenisfc gedaan hebben, daar in opgevoed of aan defelve zyn toegedaan: Dat daar omtrent het bepaalde verloop van een geheel jaar van belydenisfe te moeten hebben | gedaan van de Gereformeerde Leere, arbitrair , 't zy met dispenfitie van dien tyd in 't ! geheel, of ten declc mogte worden geftelt ter • hunner judi'caturc na bevind van zaken, wel' ke doorgaans zeer verfchillende voorkoomende gevallen verfellen. En dat dus haar I loog Mog. conform het 93 Articul van het Echt Reglement boven geciteert, defelve faculteit ter voorfieninge en dispofitie met betrekkinge van het voornoemde Placaat van den 3 Juny 1_5° gelieven te verleenen, te meer om de mccnigvuldigheid van Cafus, dagelyks in het gcringfte daar omtrent voorkoomende, tot vermeydinge van interruptie van haar Hoog Mogende zeer gewigtige bezigheeden cn deliberatien. Waar op gedelibereert zynde is goedgevofl- \ den en verftaan, dat aan Burgemeester efl-t Scheepenen 's Lands van den Vryen zal worden gi rcfcribccrt, dat wat aanbelangt het geval van [ Hendrik van Holde met Tonia Vermeulen de omftandighceden van defelven van Holde ten reguarde dat zy toegedaan zyn aan de Gereformeerde Religie, bereyds zoo lange en zoo zakclyk heeft doen blyken, en ten andere dat de Ouders van Tonia Vermeulen in bet zelve Huwelyk hebben geconfenteert, btf Hog Mog. hebben doen befluyten, om deefe Pc, foonen, voorzoo veel des noods, met dispenfatie van haar I loog Mog. Placaat van den 3 Juny 1750, te permitteeren, haar voorgenoomen Huwelyk op de ordinaire wyze ce moogen voltrekken, waar omtrent zy Burgemeesteren Scheepenen voornoemt, defen conform de nodige voorfieninge zullen konnen doen, daar zulks behooren zal. Dat ten opfigten van het tweede voorgedragen geval van Jofeph Jeune en Lena gj  Vati de Iïü\velyks-zaak« ft. Ups *t haar Hoog Mog. meede is voorgekoomen , dat in confideratie gemelde Jeune zig bereyds voor drie jaaren vlytiglyk in de Gereformeerde Godsdienst heeft geoelfent, voor en al eer eenige converiatie heeft gemaakt gehad met Lena Philips, en hy ook aireede des Vry. dags voor Paasfchen laatstleeden tot Lidmaat daar van is aangenoomen, de dispofitie van Voorfchreeve Placaat van den 3 Juny 1750 geen plaats behoort te hebben omtrent denfelven, en derhalven met dispenlatie van voorgemelde Placaat van 1750, welke by deefen daar toe verleenen, ook begrypen, dat voorfchreeve Huwelyk op de ordinaire wyfe zyn voortgang kan gewinnen, waar in haar Hoog Mog. hun au&orifeeren üWocligè vöörllenihgê te konnen doen. Dat voor *t overige haar Hoog Mogende j hun Burgemeester en Scheepenen voornoemt niet anders hebben te gelasten, dan toe te zien en te helpen beforgen, dat voorfchreeve haar Hoog Mogende Placaat van 3 Juny 1750 na desfelfs letter en zin werde nagekoomen ende agtervolgc, en dat voor zoo verre haar gevallen mogen voorkoomen, waar in zy zelfs eenige bsefitatie zouden vinden, zy defelve moeten doen brengen ter deliberatie van haar Hoog Mogende, om de nodige voorfieninge daar in gedaan te worden. 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar byword afgeflagen een verzoek van een Weduwenaar, om te mogen trouwen met de Zusters Dogter van zyne overledene Huisvrouw. Den 19 October 1767-. Ontfangen een Misfive van dePrasfident en Raaden van den Hove, geicbreeven in den Hage den 28 dervoorleede maand, houdende , ter voldoening aan den Appoincfemente van den 30 July deefes jaars, by haar Edele Groot Mog. gefteld op de daar neevens te rug gaande Requeste van Jan JacobfZ. Vermeulen , Weduwenaar, en Aaltje Janfz. Hoogkamer , Zusters dogter van des eerften Suppliants overleede Huisvrouwe, beide wonende onder Wasfenaar en Zuidwyk, ten einde te obtineeren dispenfatie Pro Deo van haat Edele' Gröot Mog. Publicatie van dato 21 Mey 1664* uit welken hoofde zy door den Bailliuw met crimineele procedures wierden gedreigt, ter zaake hunner concubinage geduurende twaalf jaaren, en met dien gevolge, dat zy te famen zeeven Kinderen hadden geprocreéért, waar van nog vyf in leeven waren, als meede permisfie , om met den anderen een wettig Huwelyk aantegaan. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten gedaart verfoek te wyfen van de hand. ï 1. Refoiutie van de Staaten Generaal, waar by word afgefaagen een verfoek van een Weduwe* naar, om te mogen trouwen met zyn overleeden Huisvrouws Zuster Dogter. Den 6 December 1768. i^Vntfimgen een Misfive van den Raad van V_/ Braband , gefchreeven alhier in den Hage den 28 dervoorleede maand, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 21 daar te vooren, derfelver Advis op de Requeste van Johannes van der Gevel, in woonende Burger binnen dë Stad 'sBofch, houdende, dat des Suppliants Huisvrouw Catharina de Gaage zynde komen te overlyden, de Suppliant ontwaar wierd, dat hy zyne Broodwinningen, beftaande in het houden van Krankfinnigen en opfigt nodig hebbende Commenfaalen, waar van hy thans een zeer groot aantal hadde, niet konde voortzetten zonder eene Huisvrouwe, die hem quam te helpen in het dragen der Jast van zyn voorfchreeve zorgelyk beroep. Dat des Suppliants keuze daar toe was gevallen op Anna Geertruy van Cranenburg, des voorfchreeve Suppliants Huysvrouws Zusters Dogter, als dewelke zyn huyshouden by het Je ven van zyn Huisvrouw temeermaalen ge- | frequenteert hebbende, best in ftaat was hem 1 in zyn beroep te hulp te koomen, dan dat de \ Suppliant als nu wierd onderrigt, dat hem in ■ deefen zoude obfteeren het 63 Articul van haar j Hoog Mogende Echt* Reglement, interdiceerende het Huwelyk van een Oom met zyn behouwde Nigte i verlbekende de Suppliant derhalven, dat haar Hoog Mogende, om reedenen in de voorfchreeve Requeste breeder gemeld, uyt derfelver Souveraine magt en auctoriteit den Suppliant gelieven te dispenfeeren van de prohibitie van het voorfchreeve 63 Artii cul van haar Hoog Mogende Echt - Reglement I hier vooren vermeld, en hem te permitteeren $ j om met de gemelde Anna Geertruy van Cranenj burg een wettig Huwelyk aan të gaan. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevon; den en verftaan, dat in het verfoek gedaan by \ de Requeste in de voorfchreeve Misfive gemeld, niet kan worden getreden, en word het ' zelve dienvolgende afgeweefen. Z z 3 Re~  Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. 1». Refoiutie van de Staaten van Holland, waar hy word afgeflagen het verfoek van een Weduwenaar , om ie mogen trouwen met zyn overledene Huisvrouws Zusters Dogter. Den 9 Maart 1769. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van den Praefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 21 November 1768, en den 19 January deefes jaars ter Vergadering ingekoomen, houdende, ter voldoening aan haar Ed. Groot Mog. Appoinótemcnt van den 6 October daar te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert door Gerrit van den Oudendam, zeggende te zyn oud tusfchen dertig en een en dertig jaaren, cn weduwenaar van Anthonia Rateland, welke na nog geen drie vierendeel jaars met den Suppliant te zyn getrouwt geweest, zonder Kind of Kinderen by hem verwekt te hebben, was overleeden, en Aaltje van Fulpen, zeggende te zyn oud tusfchen de vyf en twindg en les cn twintig jaaren, en Dogter van Ary van Fulpen en Gysje Rateland, die een Zuster was geweest van des eerften Suppliants voornoemde overleedene Huisvrouw, beide thans woonende onder Bodegraven, te kennen geevende, d:?t eenigen tyd na het overlyden van des eerften Suppliants voornoemde Huisvrouw, de Supplianten geneegentheid voor malkanderen hadden opgevat, I en met den anderen verkeert, met oogmerk om met eikanderen in den egten ftaat te tree| den, en dat die verkecring aanleiding had ge. geeven, dat de tweede Suppliante door den ;' eerften Suppliant was befwangert; dat de Sup■ pliantcn na die befwangcring, dog voor de geboorte van het Kind, waar van de Suppli' ante naderhand was verlost, vrugteloos hadden getragt zig in ondertrouw te doen opneemen, en hun voorgenoomen huwelyk te doen folernnifeeren; verfoekende om reedenen by defelve Requeste geallegeert, dat het haar Edele Groot Mog goede geliefte mogte zyn, aan dc Supplianten te verleenen dispenlatie van het geftatueerde by haar Ed. Groot Mog. Publicatie van den 21 Mey i6ó"4, dienende tot elucidatie en ampliatie van het agtfte en volgende Articulen van dc Politicque Ordonnantie van den 1 April 1580, en dienvolgende te permitteeren, om met den anderen hunlieder voorgenoome huwelyk te mogen voltrekken; als meede op der Supplianten nadere Requeste met eene daar bygcvoegde Memorie tot verder adftrucöe van hun voorfz. verfoek. Is goedgevonden en verftaan der Suppliam ten voorfz. verfoek te wyfen van de hand. 13. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by voor wettig verklaard word een huwelyk, voor het Collegie der Christen-Commercie op St. Crux in Barbaryen gecelebreert. Den 21 Augustus 1770. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove , gefchreeven in den Hage den 25 July laatstleeden, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 5 Mey daar te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de daar nevens te rug gaande Requeste van Hendrik Willem Chlman, gebooren van Ifenftatt, en thans woonende te Amfterdam, te kennen geevende, dat hy profesfie doende van de Proteftantfche Religie, zig ter bevordering zyner Negotie begeeven hebbende na St. Crux in Barbaryen, en aldaar eenige maanden gebleeven zynde, uit geneegentheid en liefde voor Adriana Schaltwyk, geboortig van Schoonhoven, en meede van de Proteftantfche Religie, defelve op een behoorlyke wyfe ten wettigen huwelyke had verfogt, en het met haar eens geworden zynde, het zelve huwelyk had getragt door een plegtige trouw te laaten folemnifeeren, dan dat de abfentie van een Proteftantsch Predikant op St. Crux, hem zulks, volgens de Wetten deefer Lan* den, hebbende onmogelyk gemaakt, en bi* ten apparentie zynde, dat in'tkort aldaar een Proteftantsch Predikant zoude arriveeren, hy hec Collegie der Christen-Commercie aldtf hr.d verfogt, zyn voorfz. huwelyk metAdrö' nu van Schaltwyk met de folemniteiten gemelde Plaatfe, by afweefen van een Pro*' itantsch Predikant, in diergelyke gevallend brukelyk, te bekragtigen, gelyk ook docf*1 zelve Collegie op den 30 September 1753 was gefchied, uitwyfens het Declaratoir ^° Requeste annex: dat uit de voorfz. Ecftf °P den 6 December 1757 was gebooren^ Dochter, en op den 2 Augufty i?6o Zooi, dat ter gemelde tyden "nog geen rW£ (lansen Predikant op Sr. Crux zynde. c: \ \ ïiligen Doop aan gemelde twee Kinder^ was Doegèdient door den Engelfchen Koop* man John Court, met de moogelykfte p'^'  Van de Hüwelyks- zaaken. ^Qf heid, en wel i january 1758, aan des Suppliants Dogter, als toen genaamt Anna Dorothea, en op den 17 Augufty 1760 aan zyn Zoon met den naam van Hendrik Herman, volgens twee Declaratoiren by de Requeste gevoegd ; dat den Suppliant nu onlangs te Amfterdam zynde koomen woonen, bedugt was, dat zyn voorfz. huwelyk, als niet gecelebreert volgens 's Lands wetten en gewoonte, tot zyn nadeel en merkelyke prejudicie zyner voornoemde twee Kinderen mogte worden gequerelleerd, en de wettigheid daar van bedisputeert; verfoekende derhalven, dat haar Edele Groot Mog. ex plenitudine poteflatis, ac vi fummi imperii het voorfz. zyn huwelyk met voornoemde Adriana Schaltwyk, als wel en wettig gecontraheert, gelieven te confirmeeren, en te verklaaren, dat voorgemelde Anna Dorothea en Hendrik Herman, welke uit des Suppliants voorfz. Ëcht reeds zyn gebooren, en alle welke by vervolg daar uit nog mogten worden geprocrcëert, by een ieder te houden zouden zyn voor des Suppliants wettige en echte Kinderen, en aan hem daar van te verleenen Acte in forma. Waar op gedelibereert zynde, is góéd-gevonden en verftaan, het verfoek byde voorfz. Requeste gedaan, te accordeeren, en dienvolgende des Suppliants huwelyk met Adriana Schaltwyk, by het Collegie der ChristenCommercie op St. Crux bekragtigt, als wel en wettig gecontraheert, te confirmeeren, en voorts te verklaaren, dat Anna Dorothea en Hendrik Herman, uit voorfz. Echt reeds gebooren, en alle die by vervolg daar uit nog zullen worden geprocreëert, by een ieder zullen moeten worden gehouden voor des cup. pliants wettige en echte Kinderen. 14- Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan een Frouw, wier Man voor verfcheide jaaren naar Indiën was vertrokken, en hoogst' waarfchynlyk aldaar overleden, word gepermitteert een ander huwelyk aan te gaan. Den 29 November 1771. /^.ntfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 28 deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 18 October laatstleeden, derfelver Confideratien en Advis op de daar neevens te rug gaande Requeste met de Bylaagen, aan haar Ed. Groot Mog. geprefenteert door Hendrikje Hendrikfe, thans woonagtig re Buykfloot, in fubftantie te kennen geevende, dat zy in hawelyk zynde getreeden met Klaas fanle de Vries, (of Klaas de Vries) van Texel, en by denfelven uit dat huwelyk hebbende verwekt een Zoon, genaamt Jan de Vries, gemelde haar Man, te gelyk met haar voornoemde Zoon met het Compagnies Schip de drie Papegayen, Capitein Coenraad Dirk Wolk, voor de Kamer Amfterdam, in qualiteit als Derdewaak in den jaare 1758 was uitgevaaren na Oost-Indiën: dat zy Suppliante zeedert den 25 January 1760 uit Hougly in Bengalen geen de minfte tyding van haar Man hebbende bekoomen, was geraakt in bedugting dat hyivas overleeden; zynde daar in geconfir meert door een Misfive van haar voornoemde Zoon Jan de Vries, van den 16 February iy68, meede uit Oost-Indiën aan haar gefonden, waar by defelve haar tituleert Weduwe van Klaas de Vries • dat bovendien diverfe Perfoonen, meede op die tyden in Oost-Indiën geweest, haar niet alleen hadden geinforrneert, dat voornoemde haar Man was overleeden, maar zelfs door fommigewas gedefigneert de plaats en manier Op welke: dat zy om volkoomen verfeekert te zyn, op het üost Indiesch Huis te Amfterdam nog on¬ langs was geinforrneert, dat de naam van Klaas Janfz de Vries, haar Suppliantes voornoemde Man, feedert den7 November ij6i, by de Boeken der Compagnie niet voorkomt; dat de Suppliante vervolgens geen verdere bedenking had gemaakt, om zig op het aanfoek van Klaas Pranger, meede woonende te Buykfloot, tot een tweede huwelyk te engageeren, egter tot voorkooming van alle bedenkelykheeden, na een breedvoerig detail van het voorfz. by Re-^ queste aan den Gerechte van Schellingwoude en Buykfloot had verfogt au&orifatie op den Secretaris van Buykfloot, om haar Suppliante het inteekenen der Huwelyks-Proclamatien met gemelden Klaas Pranger te vergunnen, en na de drie gegaane Huwelyks Proclamatien' zonder ingekoome verhindering, haar huwelyk I met denfelven Klaas Pranger te laaten voltrekken ; dog dat het gemelde Gerechte aan de Suppliante haar voorfz. Requeste zonder dispofitie had ukgegeeven; dat de Suppliante dus | in de noodfaakeJykheid gebragt, om, zoo zy 1 langs den ordinaris train van procedeeren een gewenscht redres zoude tragten te erlangen, niet alleen nog zeer lang met de voltrekking van haar voorgenoomen Huwelyk te moeten Wagten, maar nog boovendien importante kosten te moeten maken, waar toe zy buiten ftaat was, te raade was geworden haar toevlugt te neemen tot haar Edele Groot Mog.; verfoekende derhalven, dat haar Edele Groot Mog., in confideratie, dat uit al het voorenflaande de allerfterkfte probabiliteit van het overlyden van haar eerderen Man Klaas Janfe de Vries wierd beweefen, de Suppliante uit kragte van hoogst '. derfelver Souveraine magt, zouden gelieven te per  368 Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. *5- Refoiutie van de Staaten van Holland', zvaat by een verfoek van dispenfatie van 7 Placaat van 24 January 1755 word afgewefen. Den 22 >/y 1772. "Ts geleien de Requeste van Geurt Vermeer, _|_ meerderjaarig jongman, zynde van de waare Gereformeerde Religie, en Opfiender op de Ranken van den I love van Holland in de Groote of St. Jacobs Kerk alhier in den 1 lage, te kennen gevende, dat de Suppliant, wiena Ouders reeds lang waaren overleden, ccn gcruimen tyd verkeert hebbende met Cornelia van Gesfef, meerderjaarige jonge Dogter, mede in den Hage woonagtig, de wederfydfche liefde en gencgenthcid hen zoo ver had gebragt, dat de voornoemde Cornelia van Gesfel door den Suppliant was befwangert, cn op den 2 Mey 1772 verlost van een Zoon, in de Gereformeerde Kerk alhier gedoopt; dat de voornoemde Cornelia van Gesfel. wier Ouders mede in den 1 laag woonagtig cn van eene Burgerlyke Familie waaren, was van de Roomfche Religie, waarom aan den Suppliant , om door een huwelyk met defelve Cornelia van Gesfel het by haar verwekte Kind te wettigen, obfteeren zoude haar Edele Groot, Mog. Placaat van den 14. January 1755, volgens het welke hy door defe Huwelyks voltrekking dadelyk van zyne gemelde Bediening zoude werden ontfet, waar van het vast jaar¬ lyks traetement maar omtrent vyftig guldens | opbragt, zynde de eenigfte resfourees van zyn . beftaan, om met voornoemde Cornelia van Gesfel te trouwen, zyn Kind te wettigen, alimenteeren cn groot brengen; dat voornoemde Cornelia van Gestel, tot facilireering van hun oogmerk by Acte den Requeste annex had overgegeven, dat dit Kind en verdere by haar in vervolg in wettig huwelyk tc precreëeren, zouden worden opgevoed in dc waare Gereformeerde Religie, en dien conform belydenis van defelve doen, of fchoon de Suppliant zelfs voor haar mogt overlyden; ver* foekende den Suppliant derhalven haar Edele Gr. Mog. dispenfatie van de voorfz. poenaliteit by het hier voor gemeld Placaat geftatueert, en dus hem te permitteeren, om met behoud van zyn vooriz. Bediening zig in huwelyk te mogen begeven met dc voornoemde Cornelia van Gesfel, ten einde haat daar door te eeren, en desfelfs by haar verwekte Kind te wettigen. War op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, des Suppliants voorfchreve gedaan verfoek af te Haan en te wyfen van de hand. Ifj. Refoiutie van de Staaten van Holland, wdP by verklaard word, dat het Placaat van z\ Jan** J 75 5» alleenlyk op Ingefetenen van deefe Pro vindt, ** niet op Vreemdelingen van de Gereformeerde^' ligie applicabel is. Den 30 September 177* Ts geleefen dc Requeste van Jacob Gueyle, I Weduwenaar en actueel zynde Pianter te St. Thomas in America, behoorende aan ccn Koning van Deeneraarken, en Johanna Schöbel, jongedogter, geasfifteert met haar Qttdera Ignatius Schöbel en Christina Swyck , Echtelieden, woonende te Rotterdam, fcfi** ftantie te kennen geevende, dat de eerfte Suppliant wes gebooren en opgevoed in de Gereformeerde Religie, en de tweede Suppliante confesfie deed van de Roomfche Relig*» de twee eerfte Supplianten met volkoomen jkpp permitteeren, om haar voorgenoomen tweede huwelyk met den voornoemden Klaas Pranger wettiglyk te mogen voltrekken, en daar van te verleenen Acte. Waarop gedelibereert cn in agtinge genoomen zynde, dat Pnx-iïdenten Raaden van den Hove depolitiven van der Suppliantes Requeste conform dc waarheid bevonden hebben, en voorts gelet zynde op de gronden by het voorfz. Advis van den Hove gelegt, mecdebrengende, dat de naastbeftaandc vrienden van de gemelde Klaas dc Vries, op hunne requifitie hebben gcdeclareert, volkoomen in der Supplianten voorgenoomen huwelyk te confentccrcn, en meede al over diverfe jaaren berigten weegens het overlyden van den gemelden Klaas de f Vries bekoomen te hebben; dat alle dc om* Bandigheeden by elkander gevoegt, genoegfaam geen twyffel overlieten, dat de voornoemde Klaas de Vries reeds over dc neegen jaaren was overleeden, cn dat de Supplnae verfcerde in veel favorabeler termen als waar in haar het regt permitteeren zoude haar voorgenoomen Huwelyk te voltrekken , volgem het welk ccn vyfjaarige abfentie, fchoon "met mindere gequalificeerde omftandighceden verfeit, daar toe genoeg zoude zyn; is vervolgens, om de omftandighceden in deefe occurreerende, goedgevonden cn verftaan, aan de Suppliante by deefe te permitteeren, om haar voorgenoomen huwelyk met Klaas Pranger voornoemt wettiglyk te mogen voltrekken.  Van de Huwelyks-zaaken 369 kennis en goedvinden der twee laatfte Supplianten zig hadden geëngageert, en ookgeneegen waaren met eikanderen een wettig Huwelyk aan te gaan; dat de Supplianten wel in agting hadden genoomen het geen haar Edele Groot Mogende by derfelver Placaat van den 24 January 1755» met opfigte tot de Huwelyken van Gereformeerden met Roomfchgefinden hadden geftatueert, maar dat de Supplianten (onder reverentie) begreepen, dat het zelve Placaat op haar voorgenoomen Huwelyk niet applicabel was, om dat het zelve alleen betrekking had op Huwelyken van Ingefeetenen deefer Provincie van de Gereformeerde Religie, en de eerfte Suppliant niet alleen was gebooren, maar ook actueel zyn vaste woonplaats had, mitsgaders Planter was te St. Thomas in America, onder het gebied van den Koning van Deenemarken behoorende , waar van hy nu zeedert weinige weeken was vertrokken, en om zyne particuliere affaires zig als nu alhier moest ophouden, en dus met geen fchyn kon geconfidereerd worden een Ingefeeten deefer Provincie te zyn, of een gedetermineert domicilium alhier te hebben, ge- I lyk dan ook by het gemelde Placaat niet was verbooden aan Roomfchgefinde Ingefeetenen deefer Provincie, om te mogen huwelyken met Vreemdelingen van den Gereformeerden of eenigen anderen Godsdienst zynde, en alfoo het zelve Placaat met opfigte tot der Supplianten geval niet kon worden geappliceert; dat de Supplianten daar in te meer waaren ge • fterkt door haar Edele Groot Mog. Declaratoir van den 5 Maart 1757, waar by haat Edele Groot Mog. hadden goedgevonden, na ingenoomen te hebben de Confideratien en het Advis van de Prsefident en Raaden van den Hove, op de Requeste van Frederik Willem van Hompefch, geboortig in het Hertogdom Gulik en Berg, zynde van de Gereformeerde Religie, en zig ten huwelyk willende begeeven met Louifa de Surmont, Vrouwe van Vlooswyk, Douariere van August Maria Ter Borch van Kerkring, woonende te Amfterdam, en zynde van de Roomfche Religie, te verklaa- ' ren, dat haar Edele Groot Mog. in agting ge- ! noomen hebbende, dat uit het voorfz. Placaat klaarlyk blykt, dat de intentie van haar Edele Groot Mog. by het emaneeren van het zelve Placaat was geweest, om voor te koomen, dat de Ingefeetenen deefer Provincie van de Gereformeerde Religie zynde, niet zouden worden gepermoveert tot het aangaan van Huwelyken met Roomfchgefinden, als meede dat het zelve klaarlyk fprak en disponeerde met opzigt tot de Ingefeetenen deefer Provincie, en geenfin ts van Vreemdelingen van de Gereformeerde Religie zynde, en dat gemelde Fredrik van Hompefch, die van de Gereformeerde Religie was, om reedenen by haar Edele Groot Mog. voorfz. Declaratoir gemelt geenzints als Ingefeeten van deefen Staat, maar^ alfints als een Vreemdeling behoorde geconfidereert te worden, waarom dan haar Edele Groot Mog. goedgevonden hadden te declareeren, dat het zelve voorgenoomen Huwelyk niet viel in de termen van haar Edele G root Mog. boovengemeld Placaat van den 24 January 1755, hebbende zelfs aan welgemelden Fredrik Willem van Hompefch geobfteerd, dat hy zeedert verfcheide jaaren was geweest in Militairen dienst van deefen Staat, en toen jongst Exempt van de Guardes du Corps van zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, waar van hy voor eenigen tyd had verfogt en bekoomen zyn demisfie; dat de Supplianten dus wel voor zig hadden een Declaratoir van haar Edele Groot Mog., waar by, onder eerbiedige reverentie, het geval, waar in zy .verfeerden, reeds ten hunnen faveur was gedecideert, dog dat zy Supplianten in een zaak van dat gewigt, en tot wegneeming van alle bedugtingen voor onaangenaame gevolgen, daaromtrent gaarne in het zeekere zouden zyn geftelt, verfoekende de Supplianten derhalven, dat het haar Edele Groot Mog. goedgunftig mogte behaagen, met opfigt tot het voorgenoomen Huwelyk van de twee eerfte Supplianten, te verklaaren, dat het zelve niet valt in de termen van haar Edele Groot Mog. boovengemeld Placaat van den 24 January 1755. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde, dat uit het voorfz. Placaat klaarlyk blykt, dat de intentie van haar Edele Groot Mog. by het emaneeren van het zelve is geweest, om voor te koomen, dat de Ingefeetenen van deefe Provincie, van de Gereformeerde Religie zynde, niet zouden worden gepermoveert tot het aangaan van Huwelyken met Roomfchgefinden, als meede dat het felve bepaaldelyk fpreekt en disponeert met opfigt tot de Ingefeetenen van deefe Provincie, en geenzints van Vreemdelingen van de Gereformeerde Religie zynde, en dat de Suppliant, die van de Gereformeerde Religie is , om reedenen hier vooren gemeld, geenzints als Ingefeeten van deefen Staat, maar alfints als een Vreemdeling behoord te worden geconfidereert: is dienvolgende, met inhxüe van haar EdeleGroot Mog. Refoiutie van den 5 Maart 1757, goetgevonden en verftaan mits deefe te verklaaren, dat het voorgenoomen Huwelyk van de twee eerfte Supplianten niet valt in de termen van haar Edele Groot Mog. boovengemeld Placaat van den 24 January 1755. IX. Deel. 3A Jk-  57© Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. l7- Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verleend word dispenfatie van fut Placaat van ij February 1751. tegen het doorgaan yan jonge Lieden gecmaneert. Den 6 sipril 1780. De Heer Penfionaris van Zeebergh heefc ter Vergadering gerapporteerr de Confideratien en het Advis van de I Ieeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Justitie, hebbende, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Gr. Mog. RefoJutie Commisforiaal van den 3 Maart laatstleden , met en benevens Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert eene Misfive van den Prrchdent cn de Raden van den Hove, gefchreven alhier in den Hage den 17 February bevoorens, houdende, ter voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 28 July 1779, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste, aan hun Edele Groot Mog. gcprefcntccrt door Mr. Pieter Lconard van de Kasteele, Advocaat voor gemelden Hove, in qualiteit als aan Paulina Maria Conflantia le Leu de Wilhem, by Refoiutie van voorfchreeven Hove van den 16 Juny te vooren, toege voegden Curator ad Ut es, verfoekende , om redenen, by het zelve Request gealfcgueert, dat hun Edele Groot Mog zouden gelieven te verklaren , dat defelve Paulina Maria Conftantiale Leu de Wilhem, door haare abfentie met Louis Theodore Fuiestier d'Orges, niet is vervallen in de termen van hun Edele Groot Mog. Placaat van den 25 February 1751, tegens; het doorgaan van Jonge Lieden geëmaneert ; immers en in allen gevallen, dac hun Edele Groot. Mog. ex plenitudine poteftatis, dezelve Paulina Maria Conftantia 1c Leu de Wilhem (voor zoo veel des noods) zouden geheven te dispenfeeren van het voorfch. Placaat, en de poenaliteiten daar by geftatueert; alsmede nog, tot voldoening aan hun EdeleGr. Mog. Appointement van den 1 sDccembcr 1779. op dc Requeste door Louis Theodore Forestier d'Orgcs, voer zig zeiven, en nog als m huwelyk hebbende Paulina Maria Conftam tia le Leu ce Wilhem, mitsgaders defelve Paulina Maria Conftantia le Leu de Wilhem, met haaren voornoemden Man geadfisceert, aan hun Edele Grooc Mog. gcprefcntccrt,'waar by defelven, inhrcrecrende het eersc gemelde verfoek, door voorfchreeven Curator voor de tweede Suppliante gedaan, hebben verfogt, dac hun Edele Gr. Mog. als nog favorabel zouden gelieven te disponceren op hec voorfchreeve Request, aan hoogst de zei ven door den gewefen Curacor van de tweede Suppliantegeprefenceerc, en dac hun Edele Gr. Mog. tevens zouden gelieven te verklaaren, dat de eerfte Suppliant, door zyne abfentie mee de tweede Suppliante, niet is vervallen in de ter ■ ! men van het voorfchreeve Placaat van den I 25 February 1751, immers, en in alle gevallen , dat hun Edele Groot Mog., ex plenitudine poteftatis, tevens met de tweede Suppliante , ook den eerften Suppliant, (voor zoo veel des noods) zouden gelieven te dispenfeeren van hec voorfchreeve Placaat, ende poenalicciten, daar by geftatueert. En dat zy IIeeren Gecommitteerden, geen j genoegzaamen grond gevonden hebbende, om op het eerlte lid van de in defen gedaane ver; zoeken, teneinde, namentlyk de voorfchreeve Louis Theodore Forcstier d'ürges, en Padlina Maria Conftantia le Leu de Wilhem verklaart zouden worden, door hunne abfentie niet vervallen te zyn in de termen van hun 1 Edele Gr. Mog. Placaat van den 25 February ; ï/51 tegen hec doorgaan van jonge Lieden ; gee'maneerc, favorabel ceadvifeeren, zig daarom in het byfonder hadden bepaalt tot eene naauwkeurige overweging van der Supplianten tweede of fubordinate verzoek, tendeerende, om van hec voorfchreeve Placaat en de daar by gcllatueerdc poenaliteiten door hun Edele Gr.Mog.explenitudinepotellatiSy gedispenfec rt te worden, zonder dac zy Heeren Gecommitteerden hadden kunnen vallen in het denkbeeld , dat zy om dc minderjaarigheid der twee Zusters van de voornoemde Paulina Maria Conftantina le Leu de Wilhem, en om het defect van derfelver confent in eene te vcrlecne dispenfatie , zig voor als nog van het voorfchreeve onderfoek van der Supplianten fubordinateJyk gedaan ver/bek zouden behooren te abftineeren; in confideratiey eensdeels, dat de gratiën van den Souverain nimmer van het conlenc of disconfent van derdens afhan^elyi moeten worden gemaakt, enanderdeels, dat, met betrekking in het byzonder tot het voorfchreeve Placaat, het klaar en evident is, dtf het waare en eigenlyke van hun Edele Groo: Mog. oogmerk, by het emaneeren daar van. niec beftaan heefc in het beneficeeren der Naa* beftaanden van zulke Minderjaarigen, die ter bevordering van een Huwelyk, hec welk tfders door Ouders of Voogden met re^t verhindert zou kunnen worden, met elkand-" doorgaan, maar alleen in het ftatueeren gepaste ftraffen tegen hen, die, zig door gemelde Wet niet laatendeaflchrikken, lipendie van de zelve, zig evenwel, ter bereikir.g van hun oogmerk, abfemeeren: om derhalven de poenaliteiten, tegen de gemelde Minderjaarigen geftatueert, oflehooouit dc execude daar van voor derdens eenig voordeel zoude kunnen fpruiten, nooit ten dien effecte aan zulke cafu quo gebenericeerde Naastbeftaanden een geacquireerc regt kunnen ver-  Van de Huwelyks-zaaken. 371 verfchaffen, dat hun Edele Groot Mog. zeiven daarom gebomeert zouden moeten zyn in het onderzoek, of zeker geval, fchoon, ftrict, genomen, in de termen van de by hoogst defelven gemaakte Wet vallende, nietbyweege van gratie van de daar by verordende ftraffen zoude kunnen en behooren te worden geëximeert en vrygefteld. Dat zy Heeren Gecommitteerden zig derhalven niet alleen bevoegd, maar zelfs verpligt gevonden hebbende, om, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. in defen genoomen Refoiutie Commisforiaal, zig in de merites van der Supplianten fubordinatelyk gedaan verfoek in te laaaten, by de examinatie daar van hadden bevonden, dat, ten aanzien zoo van de Perfoonen van de voornoemde Louis Theodore Forestier d'Orges en Paulina Maria Conftantia le Leu de Wilhem, als van de omftandigheden van derfelver abfentie en retraite, en den aard van hun toen voorgenomen, en nu naar de Wetten defer Landen voltrokken Huwelyk zelf, verfcheide dingen concurreeren, die, te zamen genomen zynde, niet minder redenen ten voordeele van defelven opleveren, als waarom ook in andere gevallen door hun Ed. Groot Mog. eene gunftige dispenfatie van het voorfz. Placaat verleent is. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan in het voor handen zynde geval by weege van gratie te disponeeren, en, ex plenitudine poteftatis, de voornoemde Louis Theodore Foreftier d' Orges en Paulina Maria Conftantia le Leu de Wilhem vry te fteilen en dispenfeeren van de poenaliteiten by het meergemelde Placaat geftatueert. ï 8, Refoiutie van de Staaten van Hollandwaar by een huwelyk, waar van de derde Proclamatie op Hemelvaartsdag, in plaats van den daar op volgenden Zondag, was gefchied, by dispenfatie voor wettig word verklaard. Hen 27 July 1780. Ontfangen een Misfive van de Praefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Hage den 25 defer, houdende, ter voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 23 der voorlede maand, derfelver confideratien en advis op de daar by te rug gaande Requeste Van Claas Dirkfz, Hogerhuis en Tryntje Jans Butler, woonende in deKoedyk, waar by defelve verfoeken, door hun Edele Groot Mog. gedispenfeert te mogen worden van derfelver Politicque Ordonnantie, voor zoo veel die niet exaételyk mogte zyn geobferveert in de voltrekking van hun Huwelyk, en het zelve ex plenitudine poteftatis te verklaaren wettig, en conform de Ordonnantie van hun Edele Groot Mog gefolemnifeert en voltrokken; ter zaake de Pre¬ dikant van Koedyk, Philippus Verbrugge, de Supplianten de derde Huwelyks Proclamatie gegeven heeft op Hemelvaartsdag, zynde geweest Donderdag den 4 Mey laatstleden, in plaats van op Sondag den 7 daar aan volgende, wanneer gemelde Predikant, die van huis ftbnd te gaan, zonder dien dag op zyn plaats te prediken, de Supplianten des morgens om zeven uuren in den Echt heeft ingefegent. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te dispenfeeren van de Politicque Ordonnantie, voor zoo veel die niet is geobferveert in de voltrekking van hun Huwelyk; en het zelve ex plenitudine poteftatis te verklaaren wettig, en conform de Ordonnantie van hun Edele Groot Mog. gefolemnifeert en voltrokken. ip. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een huwelyk, onwetend aangegaan met iemand, die op den dag der Bruyloft wegens gedaane Dievereye wierd geapprehen deert, en fchuldig bevonden, zonder dat er eenige byfaaping had plaats gehad, word geannulleert. Den 2 November 1780. Ontfangen een Misfive van de Prsefident en Raden van den Hove, gefchreven ln den Hage den 16 der voorlede maand, houdende, ter voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appoinétement van den 7 September laatstleden, derfelver confideratien en advis op de daar by te rug gaande Requeste van Johanna Broekhuyfen, woonende te Amfter¬ dam , waar by defelve in fubftantie te kennen geeft, dat zy Suppliante met Izaak Soomerdyk, van wien zy nooit anders had verooomen, dan dat hy was in allen opfigten een Man van een eerlyk caracfer en deugtfaame conduites, niet alleen voor Commisfarisfen van Huwelyks - zaaken der gemelde Stad zig in ondertrouw had doen opneemen, maar ook 3A 2 da-  $7 2 Placaaten. 3. Bock 2. Titul. 20. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by word afgejlagen een verfoek yan dispenfatie van't Placaat vnn i 8 July 1674, tegen de huwelyken van Perfoonen in over/pel gelee ft hebbende. Den \% October 1781. Is geleefen de Requeste van Cornelis Pranger, weduwena-.w van wylen Tryntje Bruyn, en Beertje Lubberts, meerderjaarige ongehuwde Dogter, woonende te Broek in Waterland, te kennen geevende, dat wylen des eerften Suppliants voornoemde Huisvrouw Tryntje Bruyn op den 30 April 1781, tot des Suppliants fmerce en leedweefen kinderloos zynde overleeden, hy Suppliant zig met de tweede Suppliante had geëngageert, om zig aan elkander door het aangaan van een wettig huwelyk te verbinden; dat de Supplianten zig uit dien hoofde hebbende geaddresfeert by den Secretaris te Broek voornoemt, ten ebde hunne huwelyks Gebooden aldaar te laaten aanteekenen, gemelde Secretaris , na daar van communicatie aan die van den Gerechte te hebben gegeeven, in het doen van die aanteekening had gedifhculteerd, op fundament, dat, volgens de publicque gerugten, de eerfte Suppliant, geduurende desfelfs huwelyk met nu wylen zyn voornoemde Huisvrouw, aan de tweede Suppliante een kind in onegt zoude hebben verwekt, en dat, volgens hun Edele Groot Mogende Placaat van den 18 Julï 1674, het Huwelyk tusfchen de Supplianten dienvolgende niet mogte beftaan; reprefenteerende de Supplianten vervolgens de omftandig» heeden waar in defelve verfeeren, en mitsdien op fundament van defelve verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende geheven te verklaaren, dat de Supplianten niet vallen ia de termen van het voorfchreeve Placaat f*0 hun Edele Groot Mogende in dato i5 Judy 1674, immers en in allen gevalle, by aldien onverhooptelyk en tegen alle verwagting mogte worden begreepen het zelve verföek aan de Supplianten niet te kunnen volgen, dat hun Edele Groot Mog. als dan aan de Supplianten van het zelve Placaat en de pcenaiiteicen daa-r dadelyk hunlieder voorgenomen Huwelyk op | Zondag, zynde geweest den 4 Juny laatstleden , des namiddags in de Oude Kerk aldaar had laaten infegenen, en raar ftyle van den Lande, en wel in gemeenfchap van Goederen, had voltrokken; dat zy had moeten ondervinden, dat gemelde Izaak Soomerdyk zig van de plaats, daar men des avonds Bruiloft houden zoude, had geablènteert, en dat de zelve daags daar aan door den Oilicier der Stad Amfterdam was gedaan apprehendeeren, en in de Boeyen was geincarcereert geworden, alwaar hy, zoo als de Suppliante zedert had vernomen, zig zei ven fchuldig had erkent, en ook dadelyk fchuldig was bevonden , aan eene zoodanige ntroce misdaad van dievery, dewelke eene corporcclc ftraffe, cn dus eene notoire iniamie ten gevolge zoude moeten hebben, cn zynde hy ook reeds dadelyk overgebragt in het Rasphuis der gemelde Stad, alw.ur defelve gecoufineert wierd gehouden ter tyde en wylen de verdiende ftraffe aan hem zal worden uitgevoert. Dat het Huwelyk tusfchen dc Suppliante cn gemelde Izaak Soomerdyk nimmer door eenige byllaaping of vlccfchclyke gemeenfchap was geconfummcert, zoo als de Suppliante voor zig zelve j op de allcrfolcmneclftc wyfe niet alleen declareert, maar ook, zoo als zy was geinforrneert, door den gemelden Izaak Soomerdyk in de Boeven, en by zyn verhoor aldaar, was geagnosccert geworden; ver/bekende de Suppliante , om redenen en op gronden by de voorfz. Requeste in het brecde geavanceert, dat het hun Ed. Groot Mog. behaagen mogte, het Huwelyk, door haar met gemelden Perfoon aangegaan, voor zoo veel des noods, te verklaaren nul en onbeftaanbaar; ofte wel het zelve uit kragte van hun Ed. Gr. Mog. Souveraine magt en authoriteit te annulleeren , en te fteilen buiten allen effeeft, zoodanig, dat de Suppliante worde verftaan te zyn gclibereert van alle zulke engagementen en verbintenisfen, als zy Suppliante door het voltrekken van het zelve Huwelyk zoude kunnen cn mogen worden verftaan, zoo ten opfigte van haare Perfoon, als van haare Goederen, te hebben gecontracteert, en dus zoodanig, dat de Suppliante haare aangebragte Goederen wederom naar zig zal mogen nemen , en, des begeerende , wederom met een ander zal mogen trouwen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het Huwelyk, door de Suppliante Johanna Broekhuyzen met gemelden Izaak Soomerdyk aangegaan, uit kragte van hun Ed. Gr. Mog. Souveraine magt, by defe te annulleeren en te fteilen buiten alle effect,' zoodanig dat dc Suppliante word verftaan te zyn gelibereert van alle zulke engagementen en verbintenisfen, als zy Suppliante door het voltrekken van het zelve Huwelyk zoude kunnen en mogen worden verftaan , zoo ten opfigte van haare Perfoon als van haare Goederen, te hebben gecontracteert, en dus zoodanig, dat de Suppliante haare aangebragte Goederen wederom naar zig zal mogen nemen, en, des begeerende , wederom met een ander zal mogen trouwen.  Van de Huwelyks-zaaken; by geftatueert, gunftiglyk gelieven te verleenen dispenlatie, mitsgaders in het een en ander geval den Secretaris, alsmede die van den Gerechte van Broek in Waterland te qualificeeren, en, voorzoo veel des noods, te gelasten, om de aanteekening en afkondiging van der Supplianten veffogte Huwelyks Pro- 373 clamatien te accordeeren; en dat hun Edele Groot Mog: daar van aan de Supplianten gelieven te verleenen Refoiutie in forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de verfoeken by der Supplianten voorfchreeve Requeste gedaan, afteflaan eh te wyfen van dè hand. 2i. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by gepermitteert word een hnwelyk van een Vader met de gewefen Bruid van desfelfs o verleeden Zoon. Den 8 Maart 1782. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hoove, gefchreeven in den Hage den 6 deefer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den $ der voorlëede maand, derfelver Advis op een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Brielle van den 2 te voren, verfoekende hun Edele Groot Mog. welbehagen te verftaan, of het Huwe^ lyk van Benjamin van Sul met Claaske Hoytema, welke in den jaare 1780 te Leeuwaarden in ondertrouw was aangenoomen met Johannes Willem Van Sul, Zoon van gemelde Benjamin van Sul, dog welke voor het folemnifeeren van het Huwelyk, en na dat'er twee Geboden waren afgekondigt,. aldaar was overleeden , forteert onder die Huwelyken, welke volgens het twaalfde Articul der Politicque Ordonnantie eerbaarheidshalven niet behooren voltrokken te worden; welk Advis hier na volgt geinfereerfc. Edele Groot Mogende Heeren! Wanneer wy, om te voldoen aan de requifitie van Udele Groot Mogende by Refoiutie van den 5 February deefes jaars, genoomen op eene Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Brielle van den 2 dito, met den vereifchten aandagt hebben Onderfogt, of het Huwelyk. van Benjamin van Sul met Glaaske Hoytema, welke in den jaare 17 80 te Leeuwaarden in ondertrouw was aangenoomen met Johannes Willem Van Sul, Zoon van gemelden Benjamin van Sul, dog welke voor het folemnifeeren van het Huwelyk, en na dat 'er twee Gebooden waren afgekondigt, aldaar was overleeden, forteert onder die Huwelyken , welke volgens het twaalfde Articul der Politicque Ordonnantie eerbaarheids halven niet behooren voltrokken te worden; hebben wy bevonden , dac by het gemelde twaalfde Articul de Overigheid* ingeval defelve twyffelt of een Huwelyk moet worden t toegelaaten, dan wel geweigert, geweefen word na de Goddelyke en Civüe Regten. ; Beide nagaande, is ons niet gebieeken, dat in hec Goddelyke Regt, in Gods woord vervat, zodanige Echtverbintenis, als waar over ten deefen de vraag is, verbooden word: maar wel dat het Roomfche Regt defelve afkeurt en niet toelaat in L. 12. § 1 en 2 Pandecl de ritu nuptiarum, „ later me & Jponfam patris mei •„ nuptice contrahi non posfunt, qu„ amquam Noverca mea non pro„ pria, dipatur, fed & per contra„ rium fponfa mea patri meo nube„ re nonpoterit, quamvis nurus non „ proprie dicatur;" en in L. 14. §. uit. in fine eod.. „ Efus matrem, „ quam fiponfam babui, non pos ft „ me uxorem ducere Augustus in„ terpretatus est, fuisfe enim eam „focrumf En dat dit gevoelen door Keifer Justinianus zelfs in § 9. Infiitut. de Nuptiis word bevestigt, wanneer hy zegt: „ Constatnecfponfamfilii „ nurum esje, nee patris fponfanp novercam esfe, reclius tarnen & „ jure fa&uros eos, qui ah hujusmo- di nuptiis abdinuerint" . Om welke reedenen wy in aanmerkinge neemende, dat UEd. Groot Mog eigentlyk van ons vragen, wat na ftriótheid van Regten ten deefen plaats hebbe; en geenfmts of ingeval de Geinteresfeerdens dispenfatie van dat ftricfe regt mogten verfoeken, defelve , goede reedenen daar toe die« nende, door UEdele Groot Mog. zoude kunnen verleent worden, van Advis zyn, dat hoe zeer de Politicque Ordonnantie niet direét verbied een Huwelyk van een Vader met de geweefe Bruid van desfelfs overleeden Zoon, des nietteegénftaande het voorgenoomen Huwelyk tusfchen Benjamin van Sul, en Claaske Hoytema, als ftrydende teegen het Roomfche Recht, voor zoo verre ook gereekent moet worden met meergemelde Articul der Politicque Ordonnantie, als zig tot het voorfz. Roomfche Regt refereerende, teftryden. 3A 3 Waar  374 Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. Waar mede Edele Groot Mog. Heeren ! God Almagtig bidden , dat hy UEd. Groot Mog. in eene langduurige en voorfpoedige Rcgeeringe wil conferveeren. Gefchreeven in den I lage den 6 Maart 1782. (Ondcrjlond,) UEdele Groot Mog. gantfch Dienst- willigen. De Pnefklent en Raden over Holland , Zeeland en Vriesland. (Lagerftond,) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent,) J. T. R o y e r. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de voorfz. Benjamin van Sul en Claaske Hoytema, by dispenfatie des noods van het twaalfde Articul van hun Edele Groot Mog. Politicque Ordonnantie, te permitteeren, om hun voorgenoome Huwelyk te voltrekken; zullende Extract deefer aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rrielle voornoemt tot rescriptie op hunne voornoemde Misfive worden toegezonden. 22 Refoiutie van de Staaten van Hollandzvaar by gepermitteert word het voltrekken van een Huwelyk , offchoon de Bruidegom wegens het afweten en onzeker leven van zyn Vader desfelfs confent niet konde aantoonen. Den 25 July 1782. Ts geleefen de Requeste van Ward Bingley I I en Maria Anna Wattier, woonende onder Oost- en West - Blommersdyk, genaamt Coo!, even buiten de Stad Rotterdam, te kennen geevende, dat de eerfte Suppliant uit Engelfche Epifcopaalfche Ouders gebooren , en blykens het ten Requeste annex Ex- , ttêét, in die Religie gedoopt en opgevoed, I al vroeg het ongeluk hadde gehad om door het ontydig verlies van zyne Moeder en het vemek van zynen Vader buyten 's Lands van zyne Ouders beroofd te zyn; dat den eerften Suppliant alfoo zeedert zyn vierde jaar desfelfs opvoeding aan zyne Moederlyke Grootmoeder, als de eenigfte overgebleevene te danken hebbende, hy vervolgens eenigen tyd geleeden door de dood ook van die zyn ltciin ontfet, en alfoo geheel en al aan zig zeiven was ovcrgclaaten, zonder dat hy met eenigen fchyn had kunnen bepaalen , of zyn opgemelde Vader teegenswoordig reeds geftorven was of nog k»fde, in confideratie dat hoe zeer de eerfte Suppliant bereids diverfe Brieven naar Engeland, als de plaats alwaar naar zyne gedagten nog de meeste apparentie zoude weefen, daar des Suppliants Vader zig zoude kunnen bevinden, had afgefonden, hy tot nog toe het ongeluk had gehad, om daar op geen antwoord tc ontfangen; dat de Supplianten ondertusfehen eenigen tyd geleeden aan elkandercn kennisfe bekoomen hebbende, eene overeenftemraing van humeuren aanleiding had gegeeven , dat onderlinge Converfatie van tyd tot tyd intimer en eindelyk van dien aart geworden was, dat de eerfte zoo aan de tweede Suppliante, als aan haar Ouders de gevoelens van zyn hart ontdekt had, met dat gevolg, dat zy onderling met toeftemming van der tweede Suppliantes evengemelde Ouders overeengekoomen waren , om met den anderen een wettig Huwelyk aan te gaan; dat de Supplianten vervolgens bedagt geworden zyn¬ de om dit hun voorneemen ter uitvoer te brengen, de eerfte Suppliant als meerderjaarig, en de tweede Suppliante gemunieert met het Confent van haare Ouders, zig dan ook met dar oogmerk by den Gerechte van boovcngemeldcn Ambachte hadde begeeven, terwyl de eerfte Suppliant geen zwaarigheid gemaakt had, om tl fier hier vooren verhaalde met betrekking tot zynen Vader ook aldaar voor te dragen; dat ondertusfehen die omftandigheid, gevoegd daar by dat de eerfte Suppliant was van de Engelfche Episcopaalfche, en de tweede Suppliante van de Roomfche Religie, by den voorfchreeven Gerechte bedenking gemaakt was , of zylieden wel bevoegt waaren om de Supplianten in Ondertrouw op te neemen, en dat dan] ook die bedenking vervolgens aanleiding gegee-l ven had, dat zy daartoe tot heeden niet hadden! kunnen geraaken; dat de Supplianten intus-1 fchen zig verbeelden, dat, offchoon hun Ede4 le Groot Mog. by derfelver Placaat'. in dato zD January 1753 tot confervatie en vermeerde-J ring van de waare Gereformeerde Religie had-I' den tragten te zorgen, dat Perfoonen van de Gereformeerde Religie zig niet in Huwelyk begeeven met die van de Roomfche Religie, hoogst defelve egter dat Placaat enkel tot de waa-e Gereformeerde Religie hadden willen relscif maken, en geenzints tot anderen, ved min tot de Episcopaal fche; dat de Supplianten al verder zeer wel wisten, dat, offchoon iemand meerderjaarig was, die een Huwelyk tragte aan te gaan, desfelfs Ouders egter of wel de langstleevende van dien, volgens de wil van hun Edele Groot Mog. daar op oe> hoorden te worden gehoort, dan d*xy^' fens meenden te moeten vastltellen, dat, zoo ras dieOuders,of wel de langstleevendersn dien, zig met agterlaating van zyne Kinderen, buiten ?sLands begeeven had, zonder naar dezelve geduurende den loop van twintig jaaren om te zien, en het uit dien hoofde geheel on- fee-  Van de Huwelyks - zaaken. feeker was, waar zodanig iemand zig bevond, en of defelve nog wel leefde, hec in dac geval alleronbillykst zoude weefen, om op dat confent te blyven ftaan, alfoo men uic hoofde van boovengemelde onfeekerheid buiten ftaat zynde om zoodanig confent teleeveren, dikwils ook niet dan na verloop van jaaren, en dan nog maar uit eene prasfumtie zoude kunnen bewyfen, dat die Vader of Moeder voor dood gehouden zoude moeten worden; dat den eerlfen Suppliant zig juist in die omftandigh.eeden bevindende, hy dan ook zoo wel als de tweede Suppliante zig flatteerde, dat hun Edele Grooc Mog. hun omtrent die zwarigheeden door een favorable dispofitie wel ce gemoed zouden willen koomen, en vervolgens verfoekende, dat het hun Edele Groot Mog. goede geliefte zy te verklaaren, dat het voorgenomen huwelyk van de Supplianten niet valt in de termen van hun Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755, mitsgaders dat die van den Gerechte van Cool bevoegd zyn, om, offchoon de eerfte Supplianc buycen ftaat is, om uic hoofde van hec afweefen en hec onfeeker leeven van zyn Vader eenig confent van den felven te Iee veren, zoo maar aan hun van het confent der Ouders van de tweede Sup¬ pliante gebleeken zal weefen, de Supplianten in Ondertrouw op te neemen, aan hun op de ordinaire wyfe de Huwelyks Proclamatien te vergunnen, en in den. Echt in te zeegènen, en van hec een en ander aan de Supplianten te verleenen hun Edele Groot Mog. Refoiutie in ordinaria forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, te verklaaren, dac hét voorgenoomen Huwelyk van de Supplianten niec vale in de termen van hun Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755, met qualificatie op die van den Gerechte van Cool, om f of fchoon de eerfte Suppliant buiten ftaat is om uit hoofde van het afweefen en Hét ohfeeker leeven van zynen Vader eenig confent van denfelven te leeveren, zoo ras aan hun van het confent der Ouders van de tweede Suppliante zal weefen gebleeken, de Supplianten in Ondertrouw op te neemen , aan hun op de ordinaire wyfe de Huwelyks Proclamatien te vergunnen, en in den Echt in te zeege^ nen. En zal Extraéi deefes gegeeven worden aan die van den Gerechte van Cool tot derfelver narigt, en gelyk Extraéi aan de Supplianten om haar daar na te reguleeren. 3?5 23. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat in het verleenen van dispenfatie» van 'f Placaat Qtegen het doorgaan van 25 February 1751, byfondere attentie zal worden gegeven op de bewilliging der Ouders van de Supplianten. Den 26 Juny 1783. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 19 July 1782 ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 3 te vooren, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert de Requeste aan hun Edele Gr. Mog. geprtefenteert door ïhimon Cornelis van Heerdt, voor zig zeiven, en nog als in huwelyk hebbende Johanna Jacoba Herbertina Mauritia van der Does van Noordwyk, en van defelve met haaren voornoemden Man geasfifteert, tendeerende, om te obtineeren dispenfatie van hun Ed. Gr. Mog. Placaat van den 25 February 1751, en van de poenaliteiten daar by op het doorgaan van jonge Lieden geftatueert; zynde hec zelve Request gemunieert met een confent van der Supplianten Ouders, en meerderjaarige Naastbeftaanden, welke alle fchriftelyk hebben gedeclareert te verlangen, en, voor zoo veel des noods, mede te verfoeken, dat op der Supplianten gemelde Requeste favorabel mogte werden gedisponeert; als mede de Misfive van de Prssfident en Raden van den Hove, gefchreven in den Hage den 2 der gemelde maand July, houdende, ter . voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den ï 5 Mey te vooren, derfelver confideratien en advis op de voorfchreve Requeste. En in het byfonder gelet zynde, zoo op het wederfyds Ouderlyk confent, waar mede der Supplianten Huwelyk is voltrokken, als op de fpeciaale aggreatie van des Suppliants Grootmoeder en de Ouders van de Suppliante, ten aanfien van hec een defen door de Supplianten gedaan verfoek; Is goedgevonden en verftaan ex plenitudine poteftatis de Supplianten te dispenfeeren en vry ce ftelien van de poenaliteiten, by het meergemelde Placaat van den 25 February 1751 op het doorgaan van jonge Lieden geftatueert. En is teffens gerefolveert, dat voortaan in de gevallen, wanneer over het verleenen van dispenfatien van het gemelde Placaac van den 25 February 1751 gedelibereert word, altoos eene byfondere attentie zal worden gegeven, zoo op de bewilliging der aanwefig zynde Ouders van de Supplianten in het voltrekken van het  37<* Placaafen. 3. Boek. 2. Titul. het quaeflieufe Huwelyk, als op de uitdrukke- I lyke blyken van derfelver aggreatie en toeftemming in het gedaane verfoek van dispenfatie zelve. En zal, tot een rigtfnoer van gelyke be¬ handeling omtrent Edelen en On-Edelen, Aanfienlyken en Min - aanfienlyken, van defe Refoiutie Extract gefonden worden aan de Praefident en Raden van den Hove, om defelven te dienen tot informatie en narigt. 24. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met een overleden Mans Stiefvader. Den 26 November 1784. De Heer Penfionaris van Zeeberg heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Gr. Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 23 September laatstleden, hadden geëxamineert een Request aan hun Edele Groot Mogende gepncfenteert door Jan Sluys en Grietje Best, Weduwe van Rcynder Koyman, beide woonende te Andyk , verfoekende, om redenen daar by geallcgecrd, dat hun Edele Groot Mogende uit hoogst derfelver Souverainc magt de Supplianten zouden gelieven te dispenfeeren van het verbod in dc Publicatie van den 23 February 1736" begrepen, en aan hun Supplianten te permitteeren, om zig met elkander in den Huwelyken ftaat tc begeven, en dat hun daar van zou mogen worden verleend Octroy in optima forma; mitsgaders het Advis van Pnrfident en Raden van den Hove op het voorfchreve Request, ter requifitie van hun Edele Groot Mogende gefuppediteert. En dat zy Heeren Gecommitteerden, in aanmerking neemende den duidelyken inhoud der voorfchreve Publicatie van den 23 Febru•ry 173 6y waar by onder anderen het Huwelyk van een Vrouw met haar overleden Mans Stiefvader (welke juist de betrekking is, ten defe tusfchen de Supplianten plaats grypende) expresfelyk was verboden, en mitsdien zig bepaald hebbende tot eene overweging der redenen, door de Supplianten voor hun verfoek van dispenfatie van de gemelde Wet bygebragt, niet hadden kunnen nalaaten, met Praelident en Raden van den Hove te convenieeren , dat defelve redenen als principaal ontleent zynde uit een onkunde van de Wet, en uit goede trouw, in welke de Supplianten, na ingenoomen te hebben de raad van ande¬ ren , bunne fchikking tot de voltrekking van een Huwelyk reeds hadden gemaakt, in het afgetrokkene befchouwd, niet gerekend konden worden van zoodanige waardv te zvn. dat daar op, als op een volftrekt voldoenden grond, de inwilliging van de verfogte dispenfatie zoude behooren te volgen, en dus vryheid gegeven te worden, om de Wet te mogen overtreden. Hat, offchoon derhalven de zaak uit dac gefrgc befchouwd wordende, zoiide moeten worden gadvifeert tot eene afwyfing van der öupp/iantcn gedaan verloek, 1Ieeren Gecommicteerden egter, in aanmerking noemende de fituatie en zamenloop van omltandigheden, waar in de Supplianten, volgens genoomen imormatien, zig bevonden, en daar by tetfens in hec oog houdende, dac zoodanig Huwelyk, als dc Supplianten wenfehcen tc vol¬ trekken , eigentlyk, naar het oordcel van hun HOM dr. Mog. zelven, blykbaar uit de interieur verleende permisfien, niet aanliep tegen de Goddelyke Wet of de Politicque Ordonnantie, om dat een en ander gemeend hadden, het voor handen zynde geval gunftigcr te kunnen befchouwen, en het zelve te mogen voordraagen, als niet ten eenemaal ongefchikr, om by wyfe eener byfondere gratie te worden behandeld. Waarop gedelibereert zynde, is, conform het advis van de voorfchreve Heeren Gecommitteerden, goedgevonden cn verftaan, in dit finguliere geval, en buiten eenige confequervrie, uit hun Edele Groot Mogende Sou* vcraine magt, de Supplianten te dispenfeeren van het verbod in de voorfchreve Publicatie van den 23 February 1736 begreepen, en hun voores ce permitteeren, om zig met elkanderen in den Huwelyken Sraac te begeven, en hun Huwelyk te voltrekken; en daar van aan de Supplianten worden verleend Octroy in forma. Re-  Van de Huwelyks-zaaken. 377 25. Refoiutie van de Staaten van Holland\ waar by voor gefolemnifeerd word gehouden een huwelyk, waar van alle de Proclamatien waaren gegaan, dog de Bruidegom Voor de foletnnifatie was overleden. Den 6 April 1/85» /^ntfangen een Misfive van de Praïfident 1/ en Raaden van den Hove, gefchreven alhier in den Haage den 5 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 4 der voorlede maand, derfelver confideratien en advis op de daarnevens te rug gaande Requeste van'Gozewina Bartholda Hekkers, meerde: jaarige Dogter, woonende te Amfterdam, en van Hendrik Jacobfon en Debora Jordéns , Echtelieden , woonende te Deventer, om de daar by geallegueerde redenen tendeerende, dat het hun Edele Gr. Mog. behaage, uit kragt van hoogst derfelver Souveraine magt en authoriteit te verklaaren, dat het daar voor zal moeten worden gehouden, ais of het voorgenomen Huwelyk van de eerfte Suppliance met wylen Herman Jacobfon, welke de Zoon is geweest van de tweede en derde Supplianten, (van welk Huwelyk de noodige Proclamatien naar behooren en zonder eenige verhindering zyn verrigt) geduurende het leven van gemelde Herman Jacobfon, naar de Wetten defer Landen was gefolemnifeert geworden, en alfoo met alle de effecten van dien daadelyk had plaats gehad, en dienvolgende, dat zy eerfte Suppliante in alle opfigten zal moeten worden geconfidereert als wettiglyk zynde gehuuwd geweest, en als nu zynde de nagelaate Weduwe van wylen den voornoemden Herman Jacobfon, en dat voor zoo verre haare jegenswoordige zwangerheid ten gevolge zoude mogen hebben, dat uit haar Suppliante een Kind of Kinderen gebooren worden, defelve Kind of Kinderen ook zullen worden geconfidereerd, even als of die door denfelven Herman Jacobfon in een wettigen Echt aan haar waaren verwekt, of wel ipfo jure door een opgevolgd Huwelyk waaren gelegitimeert, en dat hier van aan de Supplianten mogen worden verleend Brieven in optima forma. Waar op gedelibereert en in agting genomen zynde, dat de Huwelykfche Proclamatien alle onverhinderd zyn gegaan ,• dat de Bruidegom nog eenige dagen na het derde gebod heeft geleeft, en het Huwelyk zekerlyk zou¬ de zyn gefolemnifeert, indien hy nietophoo-" ge ordre, daags na dat de Ondertrouw was gefchied, zig naar boord van 's Lands Brik van Oorlog den Ajax, waar op hy als Luitenant fungeerde, had moeten begeven, en indien die folemnifatie door het vertrek van het gemelde Schip eerst van Texel naar Vlisfingen , en toen de eerfte Suppliante zig ter voltrekking van het Huwelyk naar Vlisfingen op reis ftond te begeven, weder van Vlisfingen naar Texel, en van daar naar Zee*(buitentoedoen van de eerfte Suppliante en gemelde haaren Bruidegom) niet was verhinderd, en naderhand door het verongelukken van denfelven in 'sLands Zeedienst, en dus daar hy verleerde in re admodum laudabili, onmogelyk geworden; en dat daarenboven de Ouders van den verongelukten Bruidegom zelve het verfoek mede doen, en uit het obtineeren van het zelve eenige verfagting van hunne rechtmaatige droefheid fchynen te hoopen; Is, om alle de gemelde redenen goedgevonden en verftaan , uit kragt van hun Ed. Gr. Mog. Souveraine magt en authoriteit by defe te verklaaren, dat het daar voor zal moeten worden gehouden, als of het voorge1 noomen Huwelyk van de eerfte Suppliante met wylen voorn. Herman Jacobfon, geduurende desfelfs leven naar de Wetten defer Landen was gefolemnifeerd geworden, en alfoo met alle de effeéten van dien dadelyk had plaats gehad, en dienvolgende, dat zy eerfte Suppliante in alle opfigten zal moeten worden geconfidereerd als wettiglyk zynde gehuuwd geweest, en als nu zynde de nagelaate Weduwe van wylen den voorn. Herman Jacobfon, en dat voor zoo verre haare jegenwoordige zwangerheid ten gevolge zoude mogen hebben , dat uit haar Suppliante een Kind of meer Kinderen gebooren worden , defelve Kind of Kinderen ook zullen worden geconfidereerd, even als of die door denfelven Herman Jacobfon in een wettigen Echt aan haar waaren verwekt, of wel ipfo jure door een opgevolgd Huwelyk waaren gelegitimeerd geworden, IX. Deel. 3B  378 Placaaten. 3. Boek. 2. Titul. 26. Refoiutie van de Staaten van Holland, hoüdehdc dispenfatie, om temogen trouwen met zyn Moeders Broeders fleduwe. Den 19 January 1786. Do Heer Penfionaris van Zeebcrjji heeft ter Vergadering gerapportcert 3 dac dc Heeren hun Edele Grooc Mog. Gecommicteerden tot de zaaken van de JufHtie, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Grooc MoS. Refoiutie Commisforiaal van den 18 November 1785, mee Commisfarisfen uic den Hove, hadden geëxamineert een Request, aan hun Edele Groot Mog. geprefenceerr door Johanna Middendorp, Weduwe van wylen Fredrik Willem Wokers, en doorCoenraad Fredcrik Wolcei s, woonende te Rotterdam, houdende in fubftantie, dat wylen der eerlij Suj pliantcs Man,dc voorfz. FreJerik Willem Wolters, die een Broeder geweest was van djs tweeden Suppliants Moeder, ChristinaElizibcth Wölfers, woonende in Pruifch - Minden, reeds ecu geruimen tyd overleeden gcwee.-e zynde, de Sppliantcn onderling voor clkmflereti ha Hen opgevat eene ferieufe benepenheid, die zy gaarne door een Huwelyk wilden wettigen, in welk voorneemen zy begunfiigt wierden, zoo door cenc gelyk heid van jaaren cn conditiën, afs door dc fpeciaale goedkeuring der beide Ouders van de cerfte Suppliante, cn van de nog in leeven zynde Moeder van den tweeden SurjpVtiht! 'zy Supplianten, fchoon niec weetende, dac ietwes hec voorfchreeve voorneemen zoude behooren te beletten, egter waren geintimiticerd geworden, dat zomtyds eene voor hen min gunftig geëxtendeerdc explicatie der Politicque Ordonnantie van den jare 1580 gevolgen zoude kunnen hebben, d/ehunhinderlyk weefen zouden, ichoon zy meenden ce mogen va*t fteilen, dat een Huwelyk in de relatie, waar inzy verfcerden , niet alleen niet uitdrukko'yk was verbooden in de gemelde Politicque Ordonnantie, of derfelver elucidatie van den juare 1664. (zynde poenaale wetten, die naar hunne gedagten niet geëxtendeerd konden worden) maar ook niet konden worden gefegt in te loopen teegen her Rurgcrlyk, Natuurlyk of GoJdclyk recht, of te zullen ftrekken tot destructie cf confufie van de Sociëteit, waar in de Supplianten zig bevonden; verfoekende zy derhalven, ten emde zig zoo veel mogelyk tegen alle rcrlexien te beveiligen, en uic ainme;-fcrog van voorige gunstige dispofitien, die zy meenden geinforrneert te zyn , dat door hun Edde Groot Mog. in zoortgelyke gevallen waaren gegeven , dac hec hun Edele Grooc Mog. goede geliefte zyn moge ce confenceeren in der Supplianten voorgenomen Huwelyk, immers en inaiie gevalie, dat hun Edele Groot Mog. uic kragte van hoogst derfelver Souveraine magt (voor zoo veel des noods) aan dc S'jpph.mcen zouden gelieven ce accordeeren dis- . penfatie tot het aangaan en voltrekken van het voorfz.IIuwelyk naar dcWcttcn deefer Landen, en daar van aan de Supplianten te verleenen Ocroy in optima forma: Als mede een Misfive van Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den jo November 1785, houdende, tot voldoeninge aan hun Edele Groot Mog. Appointemenc van den r 5 September te vooren, derfelver Confideratien en Advis op het Request van de voorfz. Supplianten. Endatzy Heeren Gecommitteerden by het onderzoek deefer in het byzonder nagegaan hebbende, of en hoedanig begrip van hun Edele Groot Mog. met opzigt tot de voltrekking van een Huwelyk in zodanige relatie, als waar in ten deelen geverfeerd word, was gemanifesteerd, bevonden hadden, dat, wan, neer :n de voorige eeuw een verfoek was gedaan door Emerentia dc Vos en Geraid van der Efch, ten einde hun voorgenoomen IIuwc| lyk (zynde de Suppliante, even gelyk in het j tegenwoordig geval, de Weduwe van den j Broeder der Moeder van den vooriz. Gcrard 1 van der Efch) geconfidereerd zoude worden niet te contrariceren nog aan de Politicque Ordonnantie van den jaare 1580, nog aan derfelver Elucidatie van den jaare 1664, cn ten einde zy Supplianten onverlet zouden worden verklaart, om het gemelde Huwelyk te voltrekken, hun Edele Groot Mog., zonder hier op eenige finaale dispofitie te geven, wel hadden begeerd, dat daar omtrent zoude worden inJ genomen de confideratien van beide de Hoven / van Jafhtie, mitsgaders van de Theologifche cn Juridifche Faculteiten te Leyden, dog niet tc min, op een nader geprefenteerd Request t der gezegde Supplianten, defelve by Refoluf i van den 30 Maart 1697 gepermitteerd hadden , om hun voorgenoomen Huwelyk te voltrekken, verleenende daar toe aan dc Suppli. :on voor zoo veel des noods dispenfatie: en dac weinig tyds na hec noemen deefer Refoiutie htm Edele Grooc Mog. op den 17 July 16$?, hadden gearrefbeerd eene aanfehryving aan Prefident en Raden van den Hove, om het zeevende, agefte, en volgende Articulen v;m de Politicque Ordonnantie, fpreekende van de ongeoorloofde en verboode Huwelyken , exaételyk te examineeren, en hun Edele Grooc Mog. ce dienen van Confideratien en Advis, of niet eenige, en hoedanige Huwelyken, die in de voorfz. Politicque Ordonnantie niet I fpeciaal bevonden worden verboden te zyn, of niet, als by illatie daar uit, voor verboo don gehouden kunnen werden, niet klaar en i.:':d:u:-:kelyk behooren te worden verbooden, cn fpecialyk onder anderen , of het behoorde toegelaaten te worden, of verbooden te worden,  Van de Huwelyks-zaaken. $7$ den, te trouwen met zyn Moeders Broeders Weduwe. Dat zy HeerenGecommitteerden wel bevonden hadden, dac het Hof aan deefe aanfehryving , welke ook nog eenige andere gevallen behelsde, geduurende den loop van dac zelfde jaar nog had voldaan; dog dat zy niet hadden kunnen ontdekken,dat hier op eenig verder gevolg, veel min eene decifoire Refoiutie was gekomen, nog ook, dat naderhand eenigerhande addres over de voltrekking van een Huwelyk in even die zelfde termen van affiniteits betrekking aan den Souverain gemaakt was. Dat zy Heeren Gecommitteerden, hierom begreepen hebbende, dat het ten deefen voor hun veiligst zoude zyn, om het voetfpoor, door hun Edele Groot Mog. zeiven in het geval van het jaar 1697 ingeflagen, te volgen, gemeend hadden, zig in het byfonder te kunnen bepaalen by der Supplianten fubordinatelyk gedaan verfoek van dispenfatie, voor zoo veel desnoods, en dat, offchoon by derfelver Request Wel geene reedenen waaren bygebragt, die op zig zei ven voor een verfoek van abfolute dispenfatie concludent genoeg zouden kunnen worden gereekent ; het nogtans by een nader onderhoek was gebleeken, dat in de omlTandigheeden van de Supplianten eenige byfonderheeden voorkwaamen, die hen, geconiidereert de termen van het voorhanden zynde geval, niec ongefchikc deeden zyn voor zodanige dispenfatie, als byhun Edele Groot Mog. in het jaar 1097 verleend is; zonder dat het nog in leeven zyn der Moeder van den Suppliant, naar het oordeel van hun Heeren Gecommitteerden, hier in eenige wefentlyke verandering zoude behooren te weeg te brengen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, op de voorfz. gronden, conform het Advis van gemelde Heeren Gecommitteerden, uit kragte van hun Edele Groot Mog. Souveraine magt, aan de Supplianten, voor zoo veel desnoods, te accordeeren dispenfatie tot het aangaan en voltrekken van hun voorgenoomen Huwelyk, naar de Wetten deefer Landen, en daar van aan defelve te verleenen Oclroy in optima form*. 2?. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word dat iemand, die Gereformeerd^ gebooren, naderhand Roomfch geworden, en vervolgens weder 'tot den Gereformeerden Godsdienst was te rug gekeerd, niet valt in de termen van 't Placaat van 24 January 1755. Den 15 February Ontfangen een Misfive van de Prafident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Haage den 7 defer, houdende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 11 der voorlede maand, derfelver Confideratien'en Advis op de daar by te rug gaande Requeste aan hun Edele Groot Mog. Pro Deo gepraeienteert door Hendrik WaUenaan, meerderjaarig Weduwenaar, en Henrietta Elifabeth Bowls, meerderjaarige jonge Dogter, beide woonende alhier in 'sGravenhaage,. waar by te kennen gegeven word, dat de eerfte Suppliant, gebooren uit Ouders van de Gereformeerde Religie, en in defelve opgevoed, in den jaare 1782 is getrouwt met Johanna Brand, mede Ledemaat van de Gereformeerde Religie, doghet ongeluk gehad heefc gemelde zyne Huisvrouw, negen maanden daarna, mee agcerlaating van een Kind, aan hem Suppliant verwekt, door den dood te verliefen. Dat het gemelde Kind befteed geweest zynde by zekere Geertruy van der Hoeck, Weduwe van Lith, zynde van de Roomfche Religie, zulks aanleiding gegeven heeft, dat de eerfte Suppliant met gemelde Weduwe van Lith eene gemeenfaame verkeering heeft verkregen , de welke tot gevolg heeft gehad, dat hy door onbefonne driften ên jongheid van jaaren (als hebbende toen maarden ouderdom van twee en twintig jaaren bereikt) niet alleen zig zoo verre heefc laaten verleiden , dat hy voorneemens is geweest mee de zelve Weduwe ce hertrouwen , maar ook op haar inttigatie de Gereformeerde Religie heefc veriaaten ^ en tot de Roomfche is overgegaan. " Dan dat eenigen tyd daar na de Suppliant, door de goede raadgevingen en vermaaningen van zyne Ouders en Vrienden overtuigt zynde , met berouw en leedwefen op zyn voorneemen en de verfaakinge van zyne Religie te rug heeft gezien, en gerefolveert van het zelve af te zien, als mede de Roomfche Religie te laaten vaaren en tot de Gereformeerde weder te keeren : als wanneer de eerfte Supplianc eenige inclinatie gekregen hebbende voor de Perfoon van de tweede Suppliante, zynde van de Gereformeerde Religie, beide Suplianten zig onderling verbonden hebben , orri met den anderen een wettig Huwelyk aan te gaan, maar ondertüsfchen de onvoorzigtigheid gehad hebben van met eikanderen te pleegen vleefchelyke eonverfatie, met dat gevolg, dat de tweede Suppliante, eenigen tyd geléden, is in de kraam bevallen. Weshalven de Supplianten in de maand Augustus laatstleden, met toeftenimingvan hunne wederzydfche Ouders zig by den Gerech3B 2 te  38o Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. te van 's Gravenhaage ren ondertrouw heb* ben laaten aanteekenen, en de eerfte Suppliant zig heeft opgegeven te zyn van de Gereformeerde Religie, inde welke hy als toen het noodig ooderwys genoot, orn zyne Belydenis te kunnen doen; maar dat, met tegenftaande het aan bovengemelde Weduwe van Lith gelukt was den voortgang der l luwelyks proclamatien van dc Supplianten te fluiten, op prxtext dat de eerfte van de zelve zoude behooren of behoort hebben tot de Roomfche Religie, hebbende daar na de zelve Suppliant op den 28 November 1786 zyne Befvdenis vandc Gereformeerde Religie gedaan , en zynde tot Lidmaat van de zelve aangenoomen, cn beide de Supplianten als nu gaarne, hoe eerder hoe liever, hetzelve Huwelyk willende voltrekken, zoo uit hoofde van hunneomftandigheden, als wel voornamentlyk om hun te zaamen verwekt Kind op defe wys te legitimeeren; dan dat de Supplian:en vreefenle dat omtrent het fpoedig voltrekken van het zelve Huwelyk zou ie obfteeren het Artikel in Uw Ed. Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755, waar by zaakelyk bepaald is 28. Ontfaragen een Misfive van de Prefident 1 en Raden van den Hove, gefchreeven in den 1 lage den 20 deefer, houdende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 28 der voorleede maand , derfelver Confideratien en Advis op de daar by te rug gaande Requeste van Cornelis van Ammelroy, oud circa 58 jaaren, en van Henrica van Ark-el, oud circa 37 jiren, beide woonende < te Gorinchem, zynde de Suppliante een Dog I ter van de Zuster van des Suppliants overleede Huisvrouw, tendeerende om van hun Ede- ! le Groot Mog. tc ohtineeren dispenfatie tot het aangaan en voltrekken van hun voorgenomen I luwelyk, breeder hier na geinfereert. Edele Groot Mogende Heeren! Ingevolge dc geëerbiedigde requifitie van UEdele Groot Mogende, hebben wy geëxamineert de hier neevens te rug gaande Requeste van Cornelis van Ammelroy, oud circa 58 jaaren, en van Henrica van Arkel,oud circa 37 Jaaren, beide woonende te Gorinchem, zynde de Supplianten eene Dochter van de Zuster van des Suppliants overleedene Huisvrouw, tenderende om van UEdele Groot Mogende te ohtineeren dispenfatie tot het aangaan en voltrekken van hun voorgenomen Huwelyk. Wy hebben defelve Requeste ver- geworden „ dat Perfoonen van de Roomfche tot „ de Gereformeerde Religie overgegaan zyn„ dc, aan defelve geen Huwelyksgebodcn zu 1„ jen vergunt worden , dan na verloop van een „ jaar, na dat zy de Roomfche Religie vcr„ zaakt, en van de Gereformeerde Profesfie „ gedaan zullen hcbben:"welk Artikel de eerfte Suppliant, die de Roomfche Religie alleenlyk voor een tyd geamplecteert heeft, vertrouwde op hem niet van applicatie tc zyn; verfoekende de Supplianten derhalven hun Edele Groot Mog. verklaaring, dat de cerfte Suppliant hier omtrent niet zoude vallen in de ftricte letteren in de termen van het voornoem de Placaat, ofte wel voor zoo veel des noods dat hun Ed Groot Mog. defelve van den inhoud van de gemelde periode van voorfchreve Placaat zouden gelieven.te dispenfeeren.. Waar op gedelibereert, cn gelet zynde op de om Handigheden in defe voorkomende, is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat de eerfte Suppliant, ter zaake voorfchreeve, niet valt in de termen van het gemelde Placaat van den 24 January 1755. volgens gefteld in handen van Burgemeesteren en Regeerders der Suid Gorinchem, om zig op de waarheid der pofitiven van de Requeste en de conditie van den Suppliant te informecren, de ouders van de Suppliante te hooren, en ons te dienen van onderrigtinge en confideratien. Gemelde Burgemeesteren cn Regeerders hebben ons gerescribeert, dac de Ouders van de Suppl ante de voornoemde 1 Ienrika van Arkel, voor hen ontboden, gedeclareert hadden, dac zy niet alleen volkomen toeftemden in het Huwelyk van haare Dogter met den Suppliant, den gemelden Cornelis van Ammelroy, maar dat zy ook uit hoofde van hunne naauwe betrekking, en in aanmerking van de fmertelyke gevolgen, welke, by verhindering van de voltrekking van dit Huwelyk te duchten Honden, naar niets meer verlangden, dan dat het verfoek om dispenfatie kon worden voldaan : dat zy Burgemeesteren en Regeerders zig vervolgens ook zoo veel mogelyk hadden doeninformeeren op de waarheid der verdere pofitiven van de voornoemde Requeste, en dat hun gebleeken was, dat de eerdere Huisvrouw van den Suppliant, metnaame Hendrica de Jongh, overleeden in den jaare 1765, eene Zuster is geweest van de Moeder der Suppliante, en dat 'er geen Kind, Kin- Refolulie van de Slaat en van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met de Dogter van de Zuster yan een overleden Huisvrouw. Den 21 Maart 1787.  Van de Huwelyks - zaaken. 38ï Kinderen, of Kindskinderen uit het Huwelyk van den Suppliant met gemelde Hendrica de Jongh zyn nagelaaten: dat beide de Supplianten zyn van de Hervormde Godsdienst, ordentelykeBurgerlieden, en, voor zoor ver hun Burgemeesteren en Regeerders kennelyk was, onbefprooken in derfelver gedrag; dat defelve , als zeer eenvoudige Perfoonen, zeekerlyk de Wettenen Placaaten, welke omtrent het aangaan van Huwelyken fubfifteeren, ignoreerende, moesten.aangemerkt worden zig ter goeder trouwe aan eikanderen te hebben geëngageert, en dat derhalven derfelver handelwyfe, zoo wel als derfelver perfoneel beflaan, allezints fcheen de gratie van UEdele Groot Mogende in het ohtineeren van de verfogte dispenfatie te kunnen merireeren. Nog onlangs, Edele Groot Mog. Heeren! hebben wy onfe Confideratien op een verfoek, prrecife in defelve termen vallende als dit tegenwoordige, aan UEdele Grooc Mogende voorgedragen, by gelegentheid dat Ifaac Bon cn Maria de Knegt, UEdele Groot Mogende hadden geadiëerd tot het ohtineeren van dispenfatie ter voltrekking van derfelver voorgenomen Huwelyk, het geen wy toen (met referte tot een anterieur meer gedetailleerd advis op het ftuk der dispenfatien omtrent Huwelyken) aangaande het uitdrukkelyk verbod van zoortgelyke Huwelyken, by UEdele Groot Mogende Publicatie van den jaare 1666, aangaande het requifit van fpeciale reedenen tot het ohtineeren van dispenfatie, aangaande de motiven, welke 'er veel ligt met betrekking tot de Politie voor handen zyn, om, of fchoon het Huwelyk met de Dó'gter van de Zuster van eene overleeden Huisvrouw by de Mofaifche Wet niet verbode» is, in het admitteeren van diergelyke Huwelyken minder faciel te zyn, en aangaande het ongenoegzaame van de onkunde van eenige Wet, tot het ohtineeren van dispenfatie om te mogen doen het geen by die Wet verbooden is, hebben geremarqueert, moeten wy als nog inhsereeren, en, gelyk wy toen van Advis waren, omtrent het verfoek van gemelde Ifaac Bon en Maria de Knegt, zoo zyn wy ook nu van advis, omtrent het verfoek van deefe Supplianten, dat het zelve zoude behooren te worden gedeclineert, ten waare UEdele Groot Mogende in aanmerking, van de by derfelver Requeste gebuteerde en gemelde recente voorbeelden van gunftig verleende dispenfatien, in gevallen, welke zouden kunnen fchynen geene favorabeler reflexien te verdienen, dan het voorhanden zynde geval, en uit confideratie van de onkunde van het verbod, waar in de Supplianten, toen zy hunne genegentheid tot eikanderen vestigden, geverfeerdhebben, en van de favorabele getuigenisfen aangaande der Supplianten gedrag, mogten relölveeren die Huwelyk door het verleenen van de verfogte dispenfatie te permitteeren; maar te gelyk door eene renovatie van de Publicatie van 21 Mey 1Ó64 en van 23 February 173 6, voor het vervolg minder aanleiding over te laaten , tot het allegueeren van onkunde van de prohibitie der Huwelyken in defelve Publicatien vermeld, met bygevoegde uytdrukkeh ke fpecificatie, dat onder de verboden Huwelyken mede behoord het Huwelyk van een Vrouw met haar Mans Broeder of Zusters Zoon; op welke renovatie wy vermeenen dat UEdele Groot Mog. te meer zullen behooren bedagt te zyn, indien ook dit Huwelyk van de Supplianten word gepermitteerd, omdat het anders te duchten is, dat de voorfz. prohibitive fanctie door de vermeenigvuldigde gevallen , waarin zonder byfonder dringende en ipeciaale reedenen aispenCade word verleend, geheelen al buiten werking zal geraaken, daar'er echter zeer gewichtige reedenen zullen geweest zyn, om defelve te doen emaneeren, en wel zulke reedenen, die als nog voor defelve fubfifteeren. Wy refereeren ons niet te min aan UEdele Groot Mogende wyfère bevattingen. Hier mede Edele Groot Mogende Heeren! bidden wy God Almagtig UEdele Groot Mogende in eene langduurige en voorfpoedige Regeering te conferveeren. Gefchreeven in den ffage den 20 Maart 1787. (Onderftond,) UEdele Groot Mog. gantfeh Dienstwilligen. De Prsefident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Laagerftond',") Ter ordonnantie van defelve. (Geteekend) Adriaan Bodt. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, in aanmerking van de by der Supplianten Requeste gebuteerde en gemelde recente voorbeelden van gunftig verleende dispenfatien, in gevallen welke zouden kunnen fchynen geene favorabler refiexien te 3B 3 ver-  382 Phcaateri. 3* Boek. 2. Titul. verdienen, dan het voorfz. voor handen zynde geval, en uit confideratie van de onkunde van her, verbod, waarin de Supplianten, toen zy hunne genegentheid tot clkanderen vestigden, geweest hebben, en van de favorable getuigenisfen aangaande der Supplianten gedrag, aan de Supplianten tc verleenen dispenfatie, cn te permitteeren hun voorgenoomen huwelyk te voltrekken; en dat wyders de 29. Ontfangen een Misfive van dc Pracfident en lKaden van den Hove, gefchreeven in den Hage op heeden, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van gisteren, derfelver Confideratien cn Advis op de daar by te rug gaande Requeste en Bylaage van Ifaac Dominicque Thoinnet, woonende tc Ancenis in dc Provincie van Rrctagne in Vrankryk, en van Margueritc Lovufe Greffalhe, geboren te Geneve; verfoekende om de reedenen ter zaake daar by gemeld, dat het geftacueerdc by het Placaat van den 24 February 1755 ten aanfien der Supplianten geen werkende kragt heefc, ofte wel anders dispenfatie in forma; waar by de eerfte Suppliant voorkomt als van het Roomsch Geloof, en de tweede Suppü- 30. De Heer Penfionaris van Zeeberg heeft ter Vergadering gerapporteerd , dat de Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Heeren Commisfarisfen van den Hove, ingevolge en ter voldoening van hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 16 February laatstleeden, hadden geëxamineert een Request van Nicolaas Jan Nesfing, Makelaar in Zyde te Amfterdam, en van Catharina Starre, Weduwe van Nicolaas van Goor, die geweest is de Broeder van des eerften Suppliants Moeder, wylen Margaretha van Goor, waar by defelve verfogten, dat hun Ed. Grooc Mog. behaagen mogt te confenteeren in hun voorgenoomen Huwelyk, immers en in allen gevalle, dat hun Edele Groot Mog., voor zoo veel des noods, uit hoofde hunner Souveraine magt, aan de Supplianten zouden gelieven te accordeeren dispenfatie tot het voltrekken van hun Huwelyk naar de Wetten van den Lande; als meede een Misfive van voorflag in defelve Misfive tot renovatie der Publicatien van den 21 Mey 1664. en van 23 February 1736", met de by voeging, zal worden geëxamineert door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot dc zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den l love, en de Vergadering daar op gediend van derfelver Confideratien en Advis. ante als meerderjarig en van de Proteftantfche Religie zynde, en welke mitsdien, ten opzigte van hun voorgenomen Huwelyk fchynen gefubjecteert te zyn aan het geftatueerde by het voorfz. Placaat van hun Edele Groot Mogende. Waar op gedelibereert en in agting genomen zynde, dat het voorfz. huwelyk ftaat te worden voltrokken tusfchen twee vreemde Lieden, welke voorneemens zyn deefe Provincie daar na weederom te veriaaten, waar op hun Ed Groot Mog. voorfz. Placaat van geen applicatie is; is, ten opzigte van het voorfz. verfoek, goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat der Supplianten voorgenomen Huwelyk niet valt in de termen van het zelve Placaat. Prrefident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 5 der gelegde maand, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 30 November bevorens, derfelver Confideratien en Advis op het evengemeld Request. En dac zy Heeren Gecommitteerdens op den grond der reedenen en motiven, vervat in hec Rapport, door hen op den 19 January 1786, ten aanfien van het verfoek van J. Meddendorp, Weduwe wylen F. W. Wolcers en C. F. Wolters, woonende te Rotterdam, uitgebragt, en door hun Edele Groot Mog. ten zei ven dage geadopteerd, als op hec Voor handen zy'fide geval, letterlyk en in allen deele, uit hoofde van de volkomen gelykheid der relauen, quadreerende, hadden vermeend, zig in deefe mede alleen tot het fubordinaac gedaan verfoek van dispenfatie te moeten bepaalen; terwyl zy, by de overweeging daar van, hadden bevonden , dat de reedenen hier voor, in der Supplianten omftan- dig- Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat V Placaac van 24 January 1755 niet applicabel is op twee vreemde Lieden, welke yoornemens zyn, om na voltrokken huwelyk deefe Provintie wederom te veriaaten. Den 6 july 1787. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met zyn Moeders Broeders ifêdu^e. Dtn 13 July 1787.  Van de Huwelyks-zaaken. 383 digheeden te vinden, vooral niet minder favorabel waren, dan die, welken in het vorig geval, tot eene gunftige dispofitie aanleiding hebben gegeven; te meer, daar de in het gemelde geval geopperde, fchoon toen niet gevvigtig genoeg bevonden bedenking, uit het nog in leeven zyn van de Moeder van den voornoemden C. F. Wolters ontleend, hier, daar des eerften Suppliants Moeder reeds overleeden is, geen plaats heefc. . Waar op gedelibereert zynde is, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden , goedgevonden en verftaan, uit kragt van hun Edele Groot Mog. Souveraine magt, aan de Suppliante, voor zoo veel des noods, te accordeeren dispenfatie tot het aangaan en voltrekken van hun voorgenomen Huwelyk, | naar de Wetten deefer Landen, en daar van ; aan defelven te verleenen Oétroy in optima I forma. 31. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie, om te mogen trouwen met de Dogter van een overleden Vrouws Broeder. Den 11 September 1787. Ontfangen een Misfive van de Prrefident I en Raden van den Hove, gefchreven j in den Haage den 7 defer, houdende , tot j voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 26 July defes jaars, derfelver confideratien en advis op de daar nevens te rug gaande Requeste van Arend van / Lind, woonende onder Schoonderloo, en Tryntje Borstje, Weduwe van Joris Kloek, woonende te Lekkerkerk, zynde de Dogter van den Broeder van Lysje Borstje, in leven Huisvrouw van den Suppliant, tendeerende om van hun Edele Groot Mogende te ohtineeren dispenfatie tot het aangaan van hun voorgenomen Huwelyk. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, in dit byfonder geval de verfogte dispenlatie aan de Supplianten te accordeeren, en hun te permitteeren het aangaan van hun voorgenomen Huwelyk; en is verder goedgevonden, dat de voorllag, in voorfz. Misfive tot het vernieuwen der Waarfchouwing van den 21 Mey 1664. en vm 2 3 February 1730", op den voet daar by gemeld, in de volgende Misfive vervat, zal worden geëxamineert door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove, , en de Vergadering daar op gediend van derfelver confideratien en advis. Edele Groot Mogende Heeren! Het heefc U Edele Groot Mogen- , de behaagt, onfe confideratien en advis te requireeren op de hier nevens te rug gaande Requeste van Arend vans Lind, woonendugpder Schoonderloo, en Tryntje Borstje, Weduwe van Joris Kloek, woonende te Lekkerkerk, tendeerende om van U Edele Grooc Mogende ce ohtineeren dispenfatie tot Ka aangaan van hun voorgenomen Huwelyk. Wy hebben defelve Requeste gefteld in handen van die van de Gerech¬ ten van Schoonderloo. en Lekkerkerk, de refpective woonplaatfen van de Supplianten , ten einde ons nopens de waarheid der pofitiven van de Requeste, de conditie, ouderdom en het gedrag van de Supplianten, te dienen van onderrigting. Schout en Gerechte van Schoonderloo hebben ons berigt, dat de Suppliant, gehuwd geweest met Lysje Borstje, by defelve geen Kind of Kinderen heefc geprocreëert, dat defelve omtrent 45 jaaren oud is, en zig tot nu toe eerlyk en onbefproken heeft gecomporteert: en Schout en Heemraden van Lekkerkerk, dac de Suppliante is de Dogter van de Broeder van Lysje Borstje, in leven Huisvrouw van den Suppliant, dat zy is van den ordinairen Burgerftand, 26 jaaren oud, en Weduwe van Joris Kloek, by wien zy twee Kinderen heefc gehad, van welke nog één in leven is, en dat, zoo verre hun bekend is, op haare gedragingen met grond geene nadeelige refleótien kunnen worden gemaakt. Dewyl der Supplianten voorgenomen Huwelyk, als het welk door den Suppliant zoude worden aangegaan met zyn overleden Huisvrouws Broeders Dogter, niet alleen inloopt tegen hec geen by Uw Ed. Gr. Mogende Politicque Ordonnantie is geftatueerd, maar daar en boven diergelyke Huwelyken by de Waarfchouwing van den jaare 1664, dired en totidem verbis verboden zyn, en (gelyk wy te meermaalen hebben gerefieéteert) geene dispenfatien van eenige Wet behooren verleend te worden, dan om fpeciaale redenen, welke in de gevallen, waar omtrent de Wet zoude blyven werken, geen plaats hebben, en hier geene zoodanige redenen geallegueerd worden, zoo kunnen wy niet anders dan tot ontfegging van der Supplianten ver-  384 Placaaten. 3. Bock 2. Titul. verfoek advifeeren; ten waare Uw Ed. Gr. Mogende, in confideratie dat, gelyk de Supplianten allegueeren, nog onlangs in zoortgelyke gevallen door Uw Ed. Gr. Mogende dispenfacien zyn verleend, zonder dac, voor zoo verre wy weeten, mede in defelve zeer fpeciaale redenen voor handen waaren, mogten goedvinden ook nog in die geval de verfog-.c dispenfatie aan de Supplianten gratieufelyk te accordeeren; maar dan ook te gelyk de Waarfchouwing van den 21 Mey 1664. en van 23 February 1736 te vernieuwen, met uitdrukkelyke fpecilicatie, dac onder de verbodene Huwelyken mede behoort het Huwelyk van een Vrouw met haar Mms Broeders of Zusters Zoon, cn met bygevoegde verklaa ing, dat door Uw Ed. Gr. Mog. in het vervolg niec dan om by¬ fondere dringende redenen dispen fitten zullen worden verleend: op welke renovatie wy vermeenen te meer te moeten inlfeeren, om dat het anders te vreefen is, dat dit geval weder een nieuw voorbeeld opleverende, de dispenfaticn in zoortgelyke gevallen naauwlyks zonder eenige hardigheid zullen kunnen worden geweigerd, en daar door een verbod, het welk om zeer goede cn nog fubfiftecrende redenen is gcintroduccert, geheel buiten werking zal genaken. Wy fubmittecren ons egter eerbiedig aan Uw Ed. Gr. Mog. wyfere bevattingen. Hier mede, Edele Groot Mogende IIeeren! wy God Almagtig bidden, Uw Ed. Gr. Mog. in eene langduurigc en voorfpoedige Regeering te conferveeren. Gefchreven in den Haage den 7 September 1787. (Onderfond,) Uw Edele Groot Mogende gantfeh Dienstwillige, De Prrefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Laagerflond,) Ter ordonnantie van dc zelve. (JVas geteekent,) ADRIAAN BODT. 32. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een yerfcek van dispenfatie van V Placa.it van 28 July 1674, (tegen de huwelyken van perfoonen, te zamen in ovcrfpel gelee ft hebbende) word afgewefen. Den 15 Mey 1788. Ontfangen een Misfive van de Pnefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 8 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 9 der voorlede maand, derfelver Confideratien en Advis op de daar j by te rug gaande Requeste van Joannes le Francq van Berkhey, Medicina: Doctor en Lector in de Nacuurlyke Hiftorie aan'sLands Univerfiteit te Leyden, en van Hester van 1 Diendering, mede woonende aldaar, tendee- j rende, om ter zaake daar by gemeld, van hun Edele Grooc Mogende ce mogen obcineeren (voor zoo veel des noods) dispenfacie van hun Edele Grooc Mogende Placaat van den 2 8 July 1674, voor zoo verre hec zelve geacht mogte worden aan hun voorgenomen Huwelyk verbintenis eenigfins te kunnen of mogen obfteeren; als mede, ingevolge hun Edele Grooc Mogende Refoiutie geëxamineert hebbende de Requeste en Bylaagen van Pieter Hoefman en Geertje Ie Francq, met den zeiven haaren Man geasfifteert, woonende te Leyden, en zynde de Suppliante eene nagelaate Dochter van Grietje van Nier, door defelve in wettig huwelyk verwekt aan den voornoemden Joannes Ie Francq van Berkhey, by welke Requeste defelve verfoeken, dat hun Edele Groot Mogende hec voorfz. verfoek van J. le F^^j van Berkhey gelieven te wyfen van de hand; immers en in allen gevalle de verfogte dispenfatie niet te verleenen met dat effeét, dat de Kinderen door denfelven aan de voornoemde Ilester van Diendering verwekt, of nog te verwekken, daar door zouden kunnen worden geconfidereert voor Legitiem, met furcheance. Waar op gedelibereert zynde, is goedge- von-  Van de Huwelyks-zaaken. vonden en verftaan het verfoek van J. le Francq van Berkhey en Hefter Diendering by defe te wyfen van de hand; waar door de dispofitie 385 op de verfoeken van P. Hoefman en Geertje le Francq is vervallen. 33» Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by een verfoek om dispenfatie van 't Placaat van 24 January 1755 (ten aanfien van de introduclie der gemeenfchap van goederen, en het beneficeeren by Test amen f) word afgewefen. Den 21 Augustus 1788. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hovegefchreven in den Hage den 6 deefer, houdende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 29 Maart deefes jaars, derfelver Confideratien en declinatoir Advis op de daar nevens te rug gaande Requeste aan hun Edele Gr. Mog. geprefenteerd door of van wegens Jean Henry Dekkelman, en Christina Maria Heyfterman, Echte Lieden, woonende te Amfterdam, en tendeerende, op gronden by defelve Requeste geallegeert, ten einde het hun Edele Groot Mogende behagen mogte te permitteeren, dat tusfchen de Supplianten de gemeenfchap van goederen, zoo als die tusfchen twee Gereformeerde Echtgenooten, zonder contrarie beding trouwende, vigeerd, zal plaats hebben; als mede dat de Supplianten elkander by Testamentaire dispofitie met hunne goederen zullen mogen bevoordeelen en beneficeeren; en dat hun Ed. Gr. Mog. de Supplianten in zoo verre van hec Placaac van 24 January 1755 gelieven te dispenfeeren, en daar van te verleenen Acte of Oétroy in forma. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het verfoek van de Supplianten by deefe te wyfen van de hand. 34* Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by het verfoek van een Militair Officier, ver/bekende, ten aanfien van den tyd tot het gaan der Huwelyks-Proclamatien, van het Placaac van 24 January J755 te worden gedispenfeert, word afgewefen. Den 24 January 1789. Ontfangen een Misfive van de Prsefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 21 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 14 te vooren, derfelver Confideratien en declinatoir Advis op de daar by te rug gaande Requeste van Ferdinand d'Oultremont de Wegimont, Lieutenant Collonel van de Cavallerie en Capitein van een Compagnie Guardes Dragonders ten dienfte defer Landen, Guarnifoen houdende alhier in 'sHaage; en van Johanna Sufanna Hartftnck, Weduwe Theodoor de Smeth, woonende te Amfterdam, en zynde de^rfte Snppliant van de Roomfche, en de tweede Suppliante van de Gereformeerde Religie; waar by defelve, voornemens zynde met den anderen een wettig huwelyk aantegaan, (waar van de Proclamatien ingevolge van hun Edele Gr. Mog. Placaat van den 24 January 1755, zouden moeten gaan van zes tot zes weeken, in dier IX Deel. voegen dat het huwelyk niet mogte voltrokken worden dan zes weeken na de laatfte afI kondiging) verfoeken, dac hec hun Edele Gr. Mog. behagen mogte, uit hoofde van derfelver Souveraine magt, en op voorbeeld van veele andere diergelyke gevallen, ten faveure van de Supplianten te verleenen dispenfatie van hec voorfz. Placaac, en dus te permitteeren, dat de drie afkondigingen mogten gefchieden van week tot week, en hun huwelyk na het laatfte of derde gebod mogte worden voltrokken; breeder in het volgende Advis vervat. Edele Groot Mogende Heeren l Wy hebben, ter voldoening aan het marginaal Appointement van U Edele Gr. Mog. geëxamineerc de hier by te rug gaande Requeste van Ferdinand d'Oultremont de Wegimont, 3C Li-  386 Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. Lieutenant Collonel van de Cavallerie en Capitein van een Comp. Guardes Dragonders ten dienfte defer Landen, Guarnifoen houdende alhier in 's 1 laage; en van Johanna Sufanna Ilartfinck, Weduwe Theodoor de Smeth, woonende te Amfterdam, cn zynde de eerfte Suppliant van de Roomfche, en de tweede Suppliante van de Gereformeerde Religie: waar by defelve, voorneemens zynde met den anderen ccn wettig huwelyk aan te gaan, (waar van de Proclamatien, ingevolge van Uwer Edele Groot Mog. Placaat van den 24 January 1755 zouden moeten gnan van zes tot zes wecken, in dier voegen, dat het huwelyk niet moge voltrokken worden dan zes weeken na de laatfte afkondiginge) verfoeken, dat het U Edele Gr. Mog. goedgunftig moge behagen, uit hoofde van derfelver Souveraine magt, en op voorbeeld yan veele andere diergelyke gevallen, ten faveure van de supplianten te verleenen dispenfatie van het vooriz. Placaat, en dus te permitteeren , dat de drie afkondigingen mogen gefchieden van weeke tot weeke, en hun huwelyk na bet laatfte of derde gebod moge worden voltrokken. Terwyl de Supplianten tot een grond van het zelve verlbek voordraagen, dat de eerlte Suppliant, uit hoofde zyner Militaire Charge, nimmer een oogenblik kon verfeckert weefen van de Plaatfen van zyn domicilium, vermits de eerfte Suppliant verpligt was op de eerfte ordres zig te laaten employeeren , zoo binnen als buiten het Territoir defer Provincie, ja zelfs defer Landen: waar door het zoude kunnen gebeuren, dat hun voorgenomen huwelyk nog langer tyd, dan by U Edele Gr. Mog. Placaat is bepaald, wierdc geretardeert, waar uit veele inconvenienten voor beide de Supplianten zouden kunnen refulteeren. En, gelyk het U Edele Gr. Mog. heeft behaagt hier op te requireeren onfe confideratien en advis, geven wy ons de eere U Edele Gr. Mog. te rescribecren, dat aan ons het voorfz. verfoek geheel ongefundeert is voorgekomen ; alfoo de reden, door de Supplianten geallegeert, om de voorfz. dispenfatie te ohtineeren, is te generaal, cn daar uit zoude proflueeren , dat alle Militaire Officieren van de Roomfche Religie zynde, zouden moeten begrepen worden van de voorfz. verpligtinge en ondcrwerpinge aan de prolongatie der HuwelyksProclamatien geëximeert te zyn. Niettegenftaande U Edele Gr. Mog. het tegendeel van dien by het eerfte Art. van het voorfz. Placaat hebben verftaan, als daar by wel expresfelyk inha;reerende hoogst derfelver Reiölutie van den 21 Mey 1737, ten respeéte van Militaire Officieren ter Repartitie van defe Provincie genoomen. Weshalvcn die geallegccrde reden zoo min gefchikt is tot het verkrygen der verfogte dispenfatie, als de confe» quentie, welke men omtrent het retardement ter voltrekking van het huwelyk tragt te clicieeren, by eene fpoedige verandering van guarnifoen, vermits het zeker is, dat zulks aan de fucccsiive Proclamatien van zes tot zes weeken geene veranderinge zoude kunnen te weege brengen; daar defelve ontwyIfclbaar ten einde toe moete» vervolgt worden ter Plaatfe,' daar de inteekening van het huwelyk is gefchied. Dan, Edele Gr. Mog. Heeren! hebben wy van den Procureur van de Supplianten, zig in dë tweede plaatfe beroepende op voorige zoortgelyke gevallen, in welke U" Ed. Gr. Mog. favorabel zouden hebben gedisponeert, opgave daar van gërequireert; dog welke wy bevonden hebben gronden te contineeren geheel van die der Supplianten, hier vooren gemeld, alleen. Weshalven defelve ons ook niet hebben kunnen moveeren, om dien conform aan U Edele Gr. Mog. favorabel te advifecren. Waar toe wy ons te minder toevoegt achten, daar het zedert eenigen tyd zig heeft laaten aanfien, door de vermeenigvuldigde verfoeken om dispenfatie van het voorfz. Placaat, als of de indifferentie van Religie, waar regen U Ed. Gr. Mog. by het voorfz. Placaat zoo veel doenlyk hebben getragt waakfaara te zyn, meer en meer begint toe te neemen; en voot al, daaT U Edele Groot Mog. met zoo veel orofigrigheid den tyd der Huwelyks - Geboden hebben gcprolongeert, „ om (naar luid van het vooriz. Pla„ caat) daar doorvoor te komen, dat „ de goede Ingefetenen door jonkheid „ van jaaren, onbelbnne driften, ver„ keerde infigten, en zonder overwe„ ginge van de beklaaglyke en ver- certtèlyke gevolgen van zoodanige „ huwelyken , zoo voor het eeuwige „ als tyd^Jce, tot het aangaan van j, defelve worden verleid, en in te„ gendeel aan de zulken, die daar „ toe reeds een voornemen mogten „ hebben, of in eenige zoodanige „ Huwelyks- of Trouwbeloften zyn „ ingewikkelt, den tyd en gelegen„ heid hebben willen geven, om ce „ luis-  Van de Huwelyks - zaaken* 38? si, luisteren naar goede raadgevingen, 5» en van het voltrekken van die voor» neemens of engagementen af te 5, zien." Om alle welke redenen wy van advis zyn, dat der Supplianten voorfz. verfoek door Ü Edele Gr. Mog. zoude behooren gewefen te worden van de hand: Ons niet te min eerbiedigst refereerende tot het hoogwys oordeel van U" Edele Gr. Mogende. Hier mede Edele Groot Mogende Heeren 1 bidden wy God Almagtig U Edele Groot Mogende in eene langduurige en voorfpoedigc Regeeringe te conferveeren. Gefchreven in dén ttagë den ii January 1789. (Onderflondf) U Edele Grooc Mogende gantsch Dienstwillige, De Pjrefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Langerflond,) Ter ordonnantie van defelve. (JVas geteekent,) ADRIAAN BODT* Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten voorfz. verfoek te wyfen van de hand* 35. Refoiutie van dè Staaten van Holland* waar by gepermitteerd word te mogen trouwen met een overledene Huisvrouws Broeders Dogter. Den 10 Maart 1789. Ontfangen een Misfive van de Prrefident ett Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 3 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 7 November laatstleden, derfelver Confideratien en Advis op de daar nevens te rug gaande Requeste van Hendrik Stigge, Burger en Inwoonder der Stad Amfterdam , tendeerende om van hun Ed. Gr. Mog., ter voltrekking van desfelfs Huwelyk met Mietje Balfens, zynde de Dogter van de Broeder van des Suppliants overledene Huisvrouw, te ohtineeren dispenfatie van hun Edele Groot Mog. Verklaaring of Publicatie van den 11 Mey 16*6*4, en (des noods) mede van de Politicque Ordonnantie van den 1 April 1580; reitererende het Hof by hun Advis derfelver meermaal gedaane voordragte, cot renovatie van van de tot defe materie betrekkelyke Publicatie. Waar op gedelibereert zynde, is goedge> vonden en verftaan, in aanmerking van de recente voorbeelden van gunftig verleende dispenfatie in gevallen, welke zouden kunnen fchynen geen meerdere favorable reflexie te meriteeren dan het voor handen zynde geval, en onder in hsefie van voorige Commisforiaalen, tot renovatie der voorfchreeve Publicatie, aan de Supplianten by dispenfacie der Publicatie van den 21 Mey 1664, te permitteeren , om met malkanderen te mogen trouwen. 3Ó« Waarfchouwing van de Staaten van Bol¬ land , tot renovatie van de Articulen der Politique Ordonnantie, handelende over de verboden huwelyken uit hoofde van namaagfchap. Den 13 OUober 1789. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen leefen , of hooren leefen. Salut : Alfo zeedert eenigen tyd aan ons verfcheide verfoeken zyn gedaan om dispenfatie van onfe Publicatie van den 21 Mey 1664., en van den 23 February 1736, door*Perfoonen welke zig aan eikanderen hadden verbonden, tot het aangaan van Huwelyken, by de voornoemde Publicatien expresfelyk verboden; en welke meerendeels tot een motief van hun verfoek hebben, dat zy die verbintenisfen aangegaan, of hunne genegendheid vóör eikanderen hadden gevestigd in onkunde van den inhoud van de¬ felve Publicatie, en alzo ook eenige twyffeling gereefen is, „ of onder de verboden Hu„ welyken, wel zoude behooren het Huwe„ lyk van een Vrouw met dén Zoon van den „ Broeder, of Zufter van haaren overleeden „ Man; hebben wy goedgevonden, onfe goede Ingezetenen te waarfchouwen; „ Dat „ het een Man niet is geoorloofd te Trouwen „ met een Dogter van de Broeder of Zuster, j, het zy van vollen of halven Bedde, of met „ de Stiefmoeder van Zyne overleede Huis„ vrouw; gelyk meede, dat het aan eene „ Vrouw niet is geoorloofd te Trouwen „ met den Zoon van de Broeder of Zuster, 3G a „ hêt  3S8 Placaaten.. 3. Boek. 2. Titul. „ hetzyvran vollen of halven Bedde; of mee den Stiefvader van haaren overleeden Man. En ten einde voor te komen, dat onfe goede Ingezetenen in het toekomende zig in verkeering abufeeren, of zig aan eikanderen verbinden tot het aangaan van Huwelyken, welke by de Politicque Ordonnantie van den jaare 1590, cn by deefe onfe Waarfchouwing voor ongeoorloofd zyn verklaard, en daar door zig zouden blootflcllen aan de fchaadelyke gevolgen, welke uit zulke verbintenisfen kunnen voortvloeycn; hebben wy wyders goedgevonden den inhoud van dc 5, 6, 7, 8, 9, 10, cn 11 Articul van de voornoemde Politicque Ordonnantie, by deefe aan allen en een ieder nader te doen bekend maaken; in voegen als volgd. Articul V. In den eerften ,en mogen niet Trouwen eenige Afcendenten met haare Descendenten, te weeten, Ouders en Einders opwaards ende nederwaarcU gaande in infinitum. V L Insgelyks niet Broeders met haare Zusters, het zy van vollen ofte halven Bedde. V I I. Ten derden , en mogenniet Trouwen de Oomen met haar Nichten, dat is, met haare Broeders ofte Zusters Kinderen, ofte Kindskinderen ende Descendenten , nogte insgelyks de Aioeyen met haaren Neven , dat is, met haaren Broeders of ZustersZoon, nogte KindsKinderen ofte Descendenten, beide in infinitum, alfoo Oomen cn Mot yen ten respecten van haare voorfz. Nichten en Neven, ftaan in de plaatfe van Vader ende Moeder. VIII. En zoo veele als het aangaat de graaden van Atlinitcic ende Zwagerichap, alfóo de band des Huwelyks alzulke gemeenfchap meede brengt, dat Manne ende Wyf maar eene zyn, zoo is het insgelyks verboden ende geinterdiceert, dat de Man met egeene Bloedverwanten ofte Maagen van zyne overleeden Huisvrouwe, noch de Vrouwe met egeene Bloedtverwanten ofte Maagen van haaren overleeden Man, denfelven Man en de Vrouwe binnen de voorfz. uitgedrukte graaden beftaande, malkanderen niet en zullen Trouwen, op gelyke peyne van onwaard ende ftrafte in Lyf ende Goet als vooren. Namentlyk dat egeene Man Trouwen en mag met zyn Schoondogter, dat is, mettc naghelaten Weduwe zyns Zoons, noch mette Weduwe van zyns Zoons ofte Dogters Zoone, ende zo voorts nederwaarts, ofte met egeene Weduwe eeniger zyner Descendenten; gelyk ook egeene Vrouwe Trouwen cn mach haaren Schoonfoone, dat is, mette Man van haare overleeden Dogtcr, noch mette Man van haars Zoons ofte Dogters Dogter, en alzoo vervolgende met egeene Man geweest hebbende van eenige haarer Descendenten. I X. Insgelyks egeene Man mach Trouwen met zyn Stiefdogter, dat is, mette Voordogter zynder Huisvrouw , noch met eenige van defelve zyne Voordogtcren Descendenten : gelyk ook egeene Vrouwe Trouwen mach met haar Stieffoone, dit is, met de Voorfoone van haaren overleden Man, noch met eenige Defcendenten van dezelve haare Stieffoonen. X. Item, egeen Man mach Trouwen de nagehmen Weduwe van zynen o* verlcedcn Broeder, noch egeene Vrouwe de Man van haare overleeden Zuster. X I. Hier en boven en mogen niet Trouwen de Man met de Weduwe zynder Neve, dat is, met de Weduwe van zyns Broeders ofte Zusters Zoone , noch mette Weduwe van eenige zyner Broeders of Zusters Defendenten: gelyk ook egeene Vrouwe Trouwen mach mette naghelaten Man van haare Nichte, dat is, mette Weduwenaar van haare Broeders ofte Zusters Dochter, noch mette Man van eenige haare Broeders ofte Zusters Kindskinderen ende Dcfcendenten. En op dat een ieder hier van behoorlyke kennis zoude hebben, begeeren wy dat deefe alomme zal worden gepubliceerd en geaffigeerd daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zegel van den Lande den 14 October 1789. (Onderbond,) Ter ordonnantie van de Staaten. QVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. Re-  Van dc Huwelyks-zaaken. 3gp S7. Refoiutie van de Staaten van Holland, Waar by word afgewejen een verzoek van dispenfatie van 't Placaac van 24 January 1755, Wr zoo verre beirept het verbod, dat Echtelieden van dé Roomfche en Gereformeerde Religie elkander niet mogen benepiceeren. Den 25 Juny 1790. By refumtie gedelibereerd zynde op het declinatoir Advis van de Prasfident en Raaden van den Hove van den 13 April deefes jaars, en den 17 ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appoinétement van den 12 December 1789, op de Requeste van Hendrik Kooyrnans, Koopman, thans woonende te Amfterdam, waar by te kennen heeft gegeeven, dat hy, die van de Roomfche Religie is, eenige jaaren geleeden een Huwelyk had aangegaan met Antonia van der Myle, die van de Gereformeerde Religie is; dat hy zeedert dien tyd met zyne gemelde Huisvrouw in de geJukkigfte harmonie hebbende geleefd, en twee Kinderen geprocreëerd, niets meer ter harte nam, dan om haar geluk geduurende haar leeven beftendig te maaken, en haar ook gaarne, na zyn dood, blyken van hoogagting, en liefde wilde geeven; dat hy daarom niet dan met aandoening kon denken aan het geftatüeerde by hun Edele Gr. Mog. Placaat van den 28 January 1755, „ dat, wanneer Perfoonen van ,, de Gereformeerde Religie en Perfoonen van „ de Roomfche Religie, met eikanderen in „ het Huwelyk zullen treden, zy ten gee- „ tien tyde Uit elkanders Goederen zullen mö„ gen neemen of heffen eenige Douarie, Lyf„ togt of andere Gaven, het zy uit kragte „ van eenige Huwelykfche Voorwaarden, by „ Testamente, gifte, overdragte, cesfie of „ anders, in wat maniere het zoude mogen „ weefen:" en waar by voorts, om geallegueerde reedenen heeft verfogt, dat het hun Edele Groot Mog. béhaagen mogt hem tert reguarde van zynen Boedel te dispenfeeren van dit geftatüeerde by het voorfz. Placaat, en aan hem te permitteeren, om zyne Huisvrouw tot meede Erfgenaame te inftitueeren; of anders f aan hem zoodanige gelimiteerde dispenfatie / te verleenen, waar door hy worde ih ftaat ge- ' fteId,om by Testament zyn Huisvrouw methet vrutgebruik zyner Goéderen te kunnen beneficeeren; of wel hem zoodanige andere refoiutie te accordeeren, Waar door hy de faculteit yerkryge, om zyne Huisvrouw by Testament te mogen fayorifeeren, op zooda- j nige wyze en tot zoo ver als hun Edele I Gr. Mog. zullen bepaalen. \ Is goedgevonden en verftaan , des Suppli- I ants gedaane verfoeken by deefe te wyzen van 1 de hand. 3V Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende dispenfatie yan het Placaat van 25 February 1751, tegen het doorgaan van jonge Lie* den geëmaneert. Den 30 July 1790. TTVe Heer Penfionaris Jager heeft ter Ver- \ JfJ gadering gerapporteerd de Confideratien 1 en het Advis van de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot ' Mog, Gecommitteerden tot de zaaken van de Justitie, hebbende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 9 July deefes jaars, met en benevens Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert eene Misfive van de Prefident en Raaden van welgemelden Hove, gefchreeven in 'sHage den 28 der voorleede maand; houdende, ter voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 14 January te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Jan Jacob O trens en Diderika Johanna | Rachel Onder de Linden, Egte lieden, woo- j nende te Amfterdam; verfoekende verklaaring, dat zy Supplianten niet zyn vervallen in de j termen van hun Edele Groot Mogende Piacaat van den 25 February 1751 tegens het ' doorgaan van jonge Lieden geëmaneerd; of in allen gevalle, dat hun Ed. Gr. Mog. voor zoo verre omtrent hit zelve verfoek eenige bedenkelykheid mogte vallen, de Supplianten geliefden te dispenfeeren van zoodaanige pcenalitei£eri,a!s in het voorfz. Placaat zyn gedecerneert* Dat zy Heeren Gecommitteerden met betrekking tot der Supplianten eerfte verfoek, mee Prrefident en Raaden van den Hove eenftemmig hadden begreepen; dat in confideratie genoomen zynde, dat de Supplianten zig heimelyk naar Cleef hebben geretireerd, en aldaar zig eenige weeken hebben opgehouden, zonder dat althans de Grootvader en Voogd van de Suppliante eenige kennisfe van hun verblyf' aldaar: heeft gehad; en dit gedrag derhalven vergeleeken zynde met de. dispofitie van het eerste en derde Articul van hun Edele Groot Mogende Placaat van den 25 February 1751, 'er geenerhande grond voor handen is, waarom het geval van de Supplianten zoude kunnen of 3C 3 moe-  39° Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. moeten worden geconfidereerd, als niet te vallen in de termen van hun Edele Gr. Mog. bovengemelde Placaat. Dat zy Heeren Gecommitteerden zig derhalven meer byfonder hadden geborneerd tot eene overweging van der Supplianten fubordinatelyk gedaan verfoek, om dispenfatie: Dac zy I Ieeren Gecommitteerden in de beoordeeling der reedenen en gronden tot verkryging van defelve, hadden vermeend geen beeter weg te kunnen betreden; dan te rtcurreeren tot hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 26 Juny 1783 „ waar by hun Edele Gr. Mog. „ op een zoorrgelyk verfoek, in het by/. n„ der, uit confideratie zoo va.i het weder„ zyds OuJerlyk confent, waar meede het „ Huwelyk van de diar by voorkoomende „ Supplianten was voltrokken, als van de fpc„ ciaale aggreatie van d<_s Suppliants Groot„ moeder, en de Ouders van de Suppliante „ favorabel hebben gedisponeerd; en voorts „ als een generaal principe, waar naar deefe „ materie met opzigte tot dc dispenfatien van „ het voorfz. Placaat, voortaan zoude wor„ den behandelt, hebben geïntroduceerd en „ vastgefteld, dat altoos, cn met ter zyde „ Helling van alle onderfcheid in den rang en „ geboorte der Verzoekers, eene byzondere „ attentie zal worden gegeeven, zoo op de „ bewilliging der afweezig zynde Ouders van „ de Supplianten in het voltrekken van het „ qu.iesrieufe Huwelyk, als op de uitdmkke„ lyke blyken van de felver aggreatie en toe„ fleraming in het gedaane verzoek om dispen „ fatie.,> Dat zy Heeren Gecommitteerden derhalven in het oog houdende, dat het verfoek van de Supplianten is gemunieerd met een Declaratoir van de beyde Ouders van den Suppliant, houdende een uitdrukkelyke blyk van derfel ver confent en aggreatie zonder eenige de minfte referve; en dat het defect van die uitdrukkelyke bewilliging en aggreatie, hec we k in het Declararo.r van den Grootvader en Voogd van de Suppliante, op den 4 Mey deefes jaars aan den llove ingeleeverd, volgens dc opinie van Praefident en Raaden van gemelden Hove, niet ongegrond refidcerd, thans volkoomenis uit den weggeruimd door een nader alfints voldoenend en appuyeerend fchriftelyk Declaratoir van denfelven, op requifitie van Heeren Burgemeesteren der fhd Amfterdam, ten behoeve van de Supplianten op den 21 July jongstlceden gegeeven, en door de Heeren Gedeputeerden derfelve Stad in hec Befogne gefuppediteerd, mitsgaders by dit Rapport gevoegd ; zig dan ook' onbefwaard hadden gevonden , o.n het verzoek van de Supplianten in een gunftig dagligt te befchouwen , zonder j dat zy Heeren Gecommitteerden waren weerhouden door de bedenking, en de reedenen daar toe, by het Advis van PneGdent en Raaden voornoemd geallegeerd, om ter contem(Ter zyde ftond) Amfterdam den ti July 1790. platie van den minderjaarigen Broeder en Saters van de Suppliante, de dispofitien op het fecundair verfoek voor als nog te dirfe reeren tot derfelver meerderjaarigheid of eerder geapprobcerden ftaat: dewyl daar voor geene voldoende gronden uit het Placaat van 25 february 1751 kunnen worden aangevoerd, loo als by een anterieur Rapport van den 6 April 1780 en dien conform genoome Refoiutie reeds is betoogd; en dat in het byzonder, behalvc n nog andere zaamenioopende omft indigheeden, in ailen gevalle liet voor handen zynde uiidrukkelyk confent cn aggreatie, zoo vin de Ouders van den Suppliant, als van de GroocVaderen Voogd van de Suppliante, volgens hun Edele Gr. Mog. gemelde Refoiutie van 20" Juny 1783 ccn genoegzaam cn voldoende rigcihoer behoord uitte leeveren, waar naar dn dispofitie van den Souverain by wegen* van gntie worde gereguleerd. Waar op gedelibereerd zynde, is, op de gemelde gronden, conform hec Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden, goedgevonden cn verftaan, in het voor handen zynde geval, by wege van gratie, ex plenitudine poteftatis van hun Edele Gr. Mog , de Supplianten by deefe te dispenfeeren en vry te (lellen van de poenaliteiten, by het meergemeld Placaat van den 25 February 1751 geftatueerd. En zal daar van Refoiutie in forma aan de Supplianten worden verleend. Ik Ondergetcckcnde, van wegens de Wel Edele Groot Achtbaare I Ieeren Burgemeesteren deefer Stad nader gehoord zynde, op het verfoek door Jan Jacob Octens cn Diderica Johanna Rachel Onder dc Linden , egte lieden, in de maand January laatstleeden aan hun Edele Gr. Mog. by Requeste gedaan, en teffens in aanmerking genoomen hebbende de door my aan de Supplianten gedaane remisfie van al her ongenoegen, het welk my door hunlieder ongcrcgclden uitflap was veroorfaakt geworden; verklaare by ampliatie van myn voorig Declaratoir, de dato 4 Mey laatstleeden, als Grootvader van de voornoemde D. J. R. Onder de Linden, niet alleen volkoomen te confentecren in de door hun lieden verfogte dispenfatie van zoodanige Poenaliteiten , als by hun Edele Groot Mogende Placaat, van dato 25 Febiuary 1751 tegen het doorgaan van ongetrouwde Jonge Lieden, gedecerneerd zyn, maar ook te verlangen, en, voor zoo veel des noods, meede aan hun Edele Gr. Mog. te verzoeken, dat hec aan hoogst dezelve behaagen moge favorabel daar op te disponeeren, en teffens goedgunftiglyfc in agt te neemen, de exiftentie van bet Kind, het welk aan de Supplianten bereids uit hunlieder Huwelyk verwekt is. JVas geteekend,) DIRK ONDER de LINDEN. Re-  Van de Huwelyks-zaaken. 39. Refoiutie van de Staaten van Bollandf] hu* dende dispenfatie van het gaan der Huwelyks - Pro* clamatien, ten behoeven van de Princesfe Frederi* ca Louifa Wilhelmina van Orange en Nasfau, en den Erfprins Carel George August van Brunswyh Den 1 Oftober 1790. Ontfangen een Misfive van zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, gefchreeven alhier in den Hage op heeden, houdende, dat zyne Hoogheid op den 17 September 1789 aan hun Edele Gr. Mog. en de Heeren Staaten der refpeélive andere Provinciën, by Misfive had kennis gegeeven, dat Zyne Hoogheids Dochter, de Princesfe Frederica Louifa Wilhelmina tot eene Huwelyks-AUiantie was aangefogt door Zyne Doorlugtige Hoogheid den regeerenden Hertog van Brunswyk, voor hoogst desfelfs oudften Zoon den Heere Erfprins Carel George August; dat de voltrekking van de gemelde Alliantie als nu bepaald zynde op den -4 deefer loopende maand Oétober, Zyn Hoogheid de eere had hun Edele Gr. Mog. daar van by defelve Misfive kennis te geeven, hoopende en verwagtende dat zulks aan hun Edele Gr. Mog. niet onaangenaam zal zyn, en dat hun Edele Gr. Mog. de hooge Contractanten by aanhoudentheid met hoogst derfelver genegenheid en vriendfehap wel zufen gelieven te vereeren; verfoekende Zyn Hoogheid teffens, dat het hun Ed. Gr. Mog. behaagen moge, hoog gemelden Heere Erfprins van Brunswyk en de Princesfe Zyn Hoogheids Dochter te dispenfeeren van het doen gaan der Huwelyks-Proclamatien, welke, uit kragte van de Politicque Ordonnantie binnen Holland, het celebreeren van het voorgemelde Huwelyk zouden moeten precedeeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de verfogte dispenfatie der gewoone Huwelyks - Proclamatien, te accordeeren , en ten dien einde te arrefteerén de A&e hier na volgende geinfereerd. De Staaten van Holland en Westvriesland, doen te weeten. Nademaal Zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau aan ons by Misfive heeft vertoond, dat Zyn Hoogheid op den 17 September 1789 aan ons en de Heeren Staaten der refpeélive andere Provinciën by Misfive had kennis gegeeven, dat Zyn Hoogheids Dochter, de Princesfe Frederica Louifa Wilhelmina tot eene HuwelyksAUiantie was aangefogt door Zyne Doorluchtige Hoogheid den regeerenden Hertog van Brunswyk, voor hoogst desfelfs oudften Zoon den Heere Erfprins Carel George August. Dat de voltrekking van de gemelde Alliantie als nu bepaald zynde op den 14 deefer loopende maand Oélober, Zyn Hoogheid de eere had hun Edele Gr. Mog. by defelve Misfive daar van kennis te geeven, hoopende en verwagtende, dat zulks aan hun Edele Gr. Mog. niet onaangenaam zal zyn, en dat hun Edele Groot Mog. de hooge Contraélanten by aarihoudentheid met hoogst derfelver genegenheid en vriendfehap wel zullen gelieven te vereeren; verfoekende Zyn Hoogheid teffens, dat het hun Ed. Gr. Mog. behaagen moge hooggemelden Heere Erfprince van Brunswyk en de Princesfe Zyn Hoogheids Dochter te dispenfeeren van het doen gaan der Huwelyks - Proclamatien , welke, uit kragte van de Politicque Ordonnantie binnen Holland, het celebreeren van het voorgemelde Huwelyk zouden moeten precedeeren. Zoo is 't, dat wy uit aanmerking, dat in voorige tyden, by gelegenheid van het contracteeren van Huwelyken tusfchen Fur-elyke Perfonagien, gelyke dispenfatien zyn ver* leend, na rype deliberatie van raade, uit onfe Souveraine magt en regte weetenfehap, den welgemelde Heere Erfprins Carel George August van Brunswyk en Haare Hoogheid Me-vrouwe Frederica Louifa Wilhelmina, gebooren Princesfe van Orange en Nasfau, gedispenfeerd en ontheven hebben, zoo als wy defelve dispenfeeren en ontheffen by deefe, van het gaan der Kerk-geboden, die men zoude mogen fustineeren, dat, ingevolge de Politicque Ordonnantie op de bondigheid der Huwelyken gemaakt, voor hec folemnifeeren van den trouw zouden behooren te gaan, met verdere verklaaring, dat het voorfz. Huwelyk dien onvermindert van wegen de hoogheid en geregtigheid deefef Lande, zal mogen hebben zyn voortgang, en van alfulke kragt en waarde Zyn, als of de voorfz. Politicque Or* donnantie deefen aangaande volkoo* men was geobferveerd; authorifeerende en gelastende alle Kerken dienaaren, die deefe Acte zal worden vertoond, het voorfz. Huwelyk te folemnifeeren, en alle Regteren, Jufticieren en Officieren, die deefen aart-» gaan mag, het voorfz. Huwelyk voor goed,  39* Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. goed, vast, bondig en van waarde te houden, zonder daar tegen direct of indirect tc doen, of tc gedoogen by iemand gedaan te worden; want wy het zelve alfoo goedgevonden hebben te behooren. Gedaan in onfe Vergadering onder hec Groot Zeegel van ons hier opgehangen den 1 October 1790. En word de Raadpenfionaris verfogc, en gecommitteerd om de voorfz. Acte van dispenfatie aan Zyne Hoogheid ter hand te Rellen, en daar by teffens aan hoogst den zeiven kennis te geeven, dat het hun Edele Gr. Mog. zeer aangenaam is geweest te verneemen, dat de dag van hec voorfz. Huwelyk is bepaald; zullende daar toe Extract deefer Refoiutie aan den Raadpenfionaris worden gegeeven. Nota. Gelyke dispenfatie is ook door haar Ed. Gr. Mog. verleend by Re/blutie yan 2 2 September 1791, ten aanfien van hec huwelyk van den Erfprins van Orange cn Nasfau met de Princesfe Frederica Louifa Wilhelmina van Pruysfen. 4°- Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende dispenfatie van 'r Placaat van 24 January 1755: met bygeyéjjpk bcpaaling omtrent de opvoeding! der Kinderen in den Gereformeerden Godsdienst. " Den 18 November 1791. De Heer Penfionaris Jager heeft ter Verga Jering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad l Iaarlem, en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerdens tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove, ter voldoening aan hun Edele Gr. Afog. Relblutie Commisloriaal van den 23 September deefes jaars, hadden geëxamineert eene Misfive van Pracfident en Raaden van voorfz. Hove, houdende, ter voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 11 Augustus te vooren derfel ver Confideratien en Advis op de daar nevens te mg gaande Requeste aan hun Ed. Gr. Mog. geprefenteert door of van wegens Jodocus Henricus Leemhuis, woonende als Wagemakers Knegt by en ten huife van Dirk van Zanten te Nieuwerkerk op den Ysfel, meerderjaarig Jongman, en zvnde van de Roomfche Religie, en Grietje van Zanten, (hu oud twee en twintig jaaren, blykens de geannexeerde Doopcedul) zynde van de Gereformeerde Religie, geasfilleert mee haar Vader, den voornoemden Dirk van Zanten, Meester Smit en Wagenmaaker, mede te Nieuwerkerk op den Ysfel als vooren woonagtig, en tendeerende op gronden by defelve Requeste geallegueerd, ten einde hun Edele Gr. Mog. ex plenitudine poteftatis hun Supplianten geliefden te dispenfeeren van het tweede en vierde lid van hun Ed. Gr. Mog. Placaac van den 24 January 1755, en daar van ce verleenen Octroy in communi forma. Als mede ingevolge hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 7 deefer loopende maand, de nadere Requeste van de voornoemde beide Supplianten; zynde de Suppliante mede wederom geadfifteerc mee haaren Vader den gemelden Dirk van Zanten; daar by ce kennen geevende, dac vermits op der Supplianten bovengemeld verfoek hun Ed. Gr. Mog. dispofitie nog niet was gevolgt, zy Supplianten bedugt waaren geworden, of zulks niet wel veroorfaakt mogt zyn, door dien by der Supplianten meergemelde Request geen mentie is gemaakc van der Supplianten intentie nopens den Godsdienst, waar in zy Supplianten van meening zyn hunne Kinderen op te voeden: het welk alleen veroorfaakt was, doordien de Supplianten met eikanderen waren afgefprooken, daar in te zullen volgen die oude gewoonte, volgens welke de Zoons gemeenlyk in den Godsdienst van den Vader, en de Dogters in die van de Moeder worden groot gebragt en opgevoed, waar door zy Supplianten vermeenen, dar de meeste v'reedfaamheid in derfelver Huisge7dn en onderling zal kunnen blyven geconfervcerd: declareerende zy Supplianten te zamen als nog de voorfz. alfpraak gaarne geftand te willen doen; cn de eerfte Suppliant aflbnderlyk, dat, zo hun Ed. Gr. Mog. volftrektelyk mogten oordeelen, dat alle der Supplianten Kinderen in den Gereformeerden Godsdienst behooren te worden opgevoed; hy in zodanig geval, daar toe mede genegen is: Declareerende de Supplianten eindelvfc. dat immers en in allen gevallen de Dogters by eikanderen in Huwelyk te verwekken, zullen worden gedoopc en opgevoed in de Gereformeerde Godsdienst, zonder dat hy eerfte Suppliant daar in eenige verhindering zal toe of aanbrengen; maar inteegendeel daar in volkomen behulplaam zal zyn; ofce fubordinatelyk, ingevalle hun Ed. Gr. Mog. zulks zouden mogen goedvinden, dac het zelve mede plaats zal hebben ten aanfien van der Supplianten by den anderen te procreëeren Zoonen, en dus ren reguarde van alle derfelver Kinderen: — En wyders verfoekende dat hun  Van de Huwelyks-zaaken. 393 hun Edele Groot Mog. onder beneficie van der Supplianten eerstgemelde declaratoir, of desnoods van hunlieder fubordinaat declaratoir, op derfelver voorfz. geprefenteerde Requeste favorabel zullen gelieven te disponeeren. Dat zy Heeren Gecommitteerden, alvoorens tot het onderfoek hun opgedragen over te gaan, niet konden nalaaten hun Edele Groot Mog. te informeeren, dat de eerfte Suppliant aan hun Heeren Gecommitteerden had doen inleeveren een nader declaratoir, het welk zy Heeren Gecommitteerden de vryheid namen, by dit hun Rapport over te leggen; waar by hy Suppliant verklaart, by nadere overdenking , zig in gemoede befwaard te vinden, om by het fubordinate declaratoir, by het tweede Request van de Supplianten gedaan, te perfi fteeren, mitsgaders verfogt heeft, dat het zelve declaratoir mag worden gehouden als, niet gedaan, en dat hun Ed. Gr. Mog. gunftig behaagen moge, om onder beneficie van der Supplianten eerfte declaratoir, derfelver verfoek van dispenfatie te accordeeren. Dat zy Heeren Gecommitteerden dan met ter zyde ftelling van dat fubordinaat declaratoir, en met ililzwygen voorby gaande de reflectien, die hec zelve anderfints zoude hebben opgeleeverd, als nu overgaande tot het examen van der Supplianten verfoek, hadden bevonden, dat ten einde hun Ed. Gr. Mog. tot het verleenen van dispenfatie te disponeeren, zy Supplianten zig hadden beroepen op de eenvoudige ftaat in welke zy zyn opgevoed , en de daar uit proflueerende onkunde van hun Ed. Gr. Mog. Placaat van 24 January 1755, mitsgaders op de bezwangerde ftaat van de Suppliante, als mede op het uitdrukkelyk confent van der Supplianten Ouders; en de fuccesfive favorabele Refolutien op foortgelyke verfoeken, en nog onlangs in dit loopende jaar door hun Ed. Gr. Mog. genoomen. Dat zy Heeren Gecommitteerden, met betrekking tot de geallegueerde gronden, geene van defelve in abftraclo befchouwd voldoende en genoegfaam hadden bevonden, om hun Fidele Groot Mog. voor het verleenen van dispenfatie, en vooral niet van het vierde Articul van het gemelde Placaat, favorabel te -advifeeren. Dat zy Heeren Gecommitteerden ten opfigte van de favorabele Refolutien, door de Supplianten bedoelt, en wel in dit loopende jaar, op de Requeste van Maria Guicherit eriFrancois Hamberger, van Henrica Antonia Weber eh de Roomfchen Luitenant Willem Camp, en van Thomas van Son, cum Juis, op den 12 January, 10 Maart en 17 Augustus jongstleeden genoomen, hadden geobferveerd; dat de Supplianten zig te vergeefs kunnen beroepen op eene prsecife paralelliteit van omftandigheeden; dewyl in het eerfte geval , maar weinige maanden aan des Suppliantes meerderjarigheid kwamen te ontbreeken; dat in dit, en. het eerfte geval, 'er expresfelyk met wederfydfche bewilliging was geconvenieerd, dat alle IX. Deel. de Kinderen, welke uit gemelde Huwelyken zouden gebooren worden, zullen worden gedoopt in de Hervormde Kerk en opgevoed in de Gereformeerde Religie; en dat in het laatfte geval, de Suppliante van de Roomfche tot de Gereformeerde Religie reeds was overgegaan; mitsgaders daar van had belydenis gedaan ; en dat die omftandigheeden, en vooral de overeenkomst voor de opvoeding der Kinderen in de preedominante Godsdienst, geen geringe grond voor het gunstbewys van den Souverain hadden opgeleeverd. Dat zy Heeren Gecommitteerden uit het nader Request van de Supplianten wel hadden ontdekt eene affpraak, dat de Zoonen, welke uit der Supplianten Huwelyk ftaan gebooren te worden, in de Roomfche, en de Dogters in de Gereformeerde Religie zullen worden gedoopt en opgevoed; mitsgaders een declaratoir en prefentatie van hem Suppliant, om die laatfte conditie te zullen helpen realifeeren. Dan dat zy Heeren Gecommitteerden in agt genomen hebbende, dat door die overeenkomst niec ten vollen is voldaan aan de bedenking ter Vergadering van hun Ed. Gr. Mog. by gelegencheid van het inkomen van 's Hofs vooriz. Advis gemoveerd; namentlyk of het al of niec verleenen van dispenfatie van de adimpletie der gemelde conditie, dat alle de gemelde Kinderen in de Gereformeerde Godsdienst zullen moeten worden opgevoed, met voorbygang van andere famenloopende omftandigheeden , zoude behooren af te hangen : en voorts die bedenking in ferieufe overweeging genoomen hebbende, hadden.begreepen, dat hoe zeer de confervatie van de waare Gereformeerde Religie, onder de gewigtigfte en belangrykfte objecten van hun Ed. Gr. Mog. oplettentheid en zorg behoord, defelve egter van alle verdenking of fchyn van dwang moet zyn en blyven afgescheiden. Dat zy Heeren Gecommitteerden dat principe in het oog houdende zwarigheid hadden gemaakt, den Suppliant in zyn vaderlyk regt, om de Godsdienftige opvoeding zyner Kinderen volgens zyn ligt en geweeten te regelen, of dieswegens met de Suppliante fchikkinge te maaken, ten dien effèfte te conftringeeren, dat ten einde eene gratie van den Souverain te kunnen verwerven, hy abfolutelyk verpligt zoude moeten worden, om alle zyne Kinderen met voorbygang van zynen Godsdienst, in de Gereformeerde Religie op te voeden, en daar door van hem iets te vergen, waar van geene bepaalingen by het Placaat van 24 January 1755, aan Roomfche en Gereformeerde Echtgenooten, wanneer zy beiden meerderjaarig zyn, gevonden worden. Dat zy Heeren Gecommitteerden daar en boven tot vroegere voorbeelden van verleende dispenfatien opklimmende, en in het byfonder het oog vestigende op hun Ed. Gr. Mog. favorabele Refoiutie van den 6 Decem ber 1788, in het geval van W. van Randeraat en M. van Schooten te Bennebroek, 3D daar  394 Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. Baar uit hadden ontdekt, dm of fehoon onder ce rnotiven, welke hun Kdele Groot Mogende foen, conform het Advis van Praefidcnt cn Raaden van den I Iove, rot het verleenen van dispenficie hebben bewoogen, mede eene overeenkomst was begreepen, dat alle Kindeum, welke uit der Supplianten Huwelyk zouden gebooren worden in de Gereformeerde Religie zouden worden opgevoed, defelve egter niet kan worden gelegd, de eenige cn ftbfolètefyft peremtoire grond voor deielvc tc hebben uitgelcevcrd, dewyl daar en bovenop andere frtmenloopende omftandighceden is regur.H genomen, als namentlyk het ouderlyk confent, gelykhcid van ftaat, dc onkunde van de poenale Wet, welke als niet geheel en al onvcrfchoonclyk, voor al ten opfigte van Lied n van het platte Land, werd befchouwd, en in het byfonder dat de befwangering in onkunde van de Wet gepleegd zynde, daar door dc -/aik eene gunftigergedaante verkreeg, ten respecte van een derde onfchuldigc, ten einde arm defe, door het niet verleenen van d;spenfnic, uit hoofde van een onwettig Geboorte , één allergrootfte nadeel toe tc voegen. Dat zy Heeren Gecommitteerde n dan de reedenen en omftandigheeden door dc Supplianten aangevoerd, in concreto befchouwende, cn metclkarderenfamei.voegende, mitsgaders ook gelet hebbende op het eerfte Declaratoir van de Supplianten, en mitsdien in hec tegenwoordige geval van de Supplianren eene genoegzaame gelykformingheid aan het bovengemelde ontmoet hebbende, hadden vermeend, dat het verfoek van de Supplianten, voor zo ver het tweede Lid van hun Ed. Gr. Mog. Placaat betreft, eenige gunftige refiexie zoude kunnen verdienen, mits dat die Kinderen van de Supplianten, welke eenmaal in de Hervormde Kerk zullen zyn gedoopt, van de Gere¬ formeerde Religie niet zullen mogen worden afgetrokken en tot de Roomfche overgebragt. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, by dis. penfatie van het tweede Lid van hun Edele 1 Groot Mog. Publicatie van 24 January 1755, de Supplianten te permitteeren, om dadelyk, cn zonder den vyf cn twintig jaarigen ouderdom van de tweede Suppliante af te wagten, met elkandercn, na voorafgaande drie Proclamatien van agt tot agt dagen", wettiglyk tc trouwen : en tot dat einde die van den Gerechte van Nieuwerkerk op den Ysfel te auctorifeeren, om dc infehryving van der Supplianten Huwelyks Gebooden, alsmede de Proclamatien van agt tot agt dagen, en de folemnifitie I van der Supplianten Huwelyk daar op te laaten doen: mits egter, dat het Kind, óf de Kinderen van de Supplianten, welke volgens affpraak tusfchen de Supplianten gemaakt, in de Hervormde Kerk zullen moeten worden gedoopt , en in de Gereformeerde Religie onderwcefen en opgevoed, het zy ftaande hun SupI phanten Huwelyk, of by voor overlyden van 1 de tweede Suppliante, van de Hervormde Kerk niet zullen mogen worden afgetrokken, en tot de Roomfche Kerk overgebragt; en zulks tot den tyd, dat dc voornoemde Kind of Kinderen, den ouderdom van agttien jaaren bereikt hebbende, in prefenrie van den Prcdikancvan hun Quartier of Dorp, in abfentie van de Supplianten zullen hebben gedeclareerd, dat zy uit eigen overtuiging den Hervormden Godsdienst willen veriaaten, en tot eene andere Religie overgaan; wordende voorts het verdere of ander verfoek van de Supplianten gedeclineert en geweefen van de hand. En zal Extract deefer Refoiutie ar.n de Supplianten worden gegeeven, om te dienen tot derlèlver informatie en narigt. 41 • Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met een ^verleden huisvrouws Zusters Dochter. Den 15 December 1791. /^Vr.tfangen een Misfive van de Pncfident en V^/ Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 7 deefer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot M ogen de Appointement van den 2 8 September laatstleeden, derfelver Confideratien en declinatoir Advis op dc daar nevens te mg gaande Requeste aan hun Ed. Gr. Mog. geprefenteert door of van wegens Jan Willem Pippenbrink , Weduwenaar en Geertruy Maanert, meerderjaarige ongehuwde Dogter, beiden woonende te Amfterdam, om dispenfatie van hun Edele Groot Mogende Placaat van den 21 Mey 1654, en een wettig Huwelyk te mogen aangaan. Waar op gedelibereerr, cn in agting genoomen zynde, dat hun Ed. Gr. Mog. Waarfchouwing van den 14 October i789uitdrukkelyk (conform gemeld hun Ed. Gr. Mog. Placaat van den 21 Mey 16*64) diefteerd, dac het een Manniet is geoorloofd te trouwen mee een Dochter van de Zuster van zyne overleedene Huisvrouw, in welke relatie de Supplianten in deefen met elkandereren ftaan; is goedgevonden en verftaan , het verfoek van de Supplianten by deefen te wyfên van de hand. Re-  Van de Huwelyks-zaaken. 395 42* Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewezen een verfoek, om te mogen trouwen met den Weduwenaar van een overleden Vaders'Zuster. Den 26'April 1792. By refumtie gedelibereert zynde op het Declinatoir Advis van de Prrefident en Raden van deii Hove van den 7 December laatstleden, en den 23 der voorleede maand ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog» Appointement van den 17 November 1791, op de Requeste aan hun Edele Groot Mog. gepraefenteért door of wegens Pieter Thysfèn, woonende in de Beverwyk, en Cornelia Loot, meerderjaarige Jonge Dogter, woonende të Haarlem, verzoekende om redenen, daar by geallegeert, dat Hun Edele Groot Mog. ex plenitudine potestatis, hen Supplianten (zynde de Suppliant getrouwt geweest met de Zuster van der Suppliantes overleden Vader) gelieven te dispenfeeren vart het verbod, het welk, ingevolge hun Edele Groot Mog. Publicatie van dent2iMey 166.4, en de Waarfchouwing van den 14 Oétober, aan hun Supplianten, in het aangaan van een Huwelyk met eikanderen, obfteert, en dat hun Edele Groot Mog. mitsdien aan de Supplianten gelieven te permitteeren , om met eikanderen te mógen trouwen, met authorifatie op den Predikant en Kerkenraad en Geregte, alwaar zy Supplianten zig ten dien einde zullen addresfeeren, of daar toe competent, om de Supplianten in Ondertrouw op te neemen, hunne Huwelyks-Proclamatien te laaten gaan, en hun Huwelyk te folemniféeren, zoo als behooriyk en gebruikelyk is; en dat hun Edele Groot Mog. aan hun Supplianten daar van gelieven te verleenen Oétroy in optinia forma. Is goedgevonden en ver/taan, het voorfchreeve verfoek van de Supplianten by deefe ce wyfen van de hand. 43. Refoiutie van de Staaten van Holland, waaï by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met een overleden Huisvrouws Zusters Dog* ten Den 3 Mey 1792. ^~\ntfangen een Misfive van de Prrefident \Jr en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage, den 17 der voorlede maand, houdende, tot voldoening aan hun Edele Grooc Mog. Appointement van den 22 December 179r, derfelver Confideratien, èn Declinaroir Advis op de daar by te rug gaande Requeste, aan hun Edele Groot Mog.' geprcefenteert door of van wegens Ernestus Augustus Heuneman, woonende te Amfterdam, te kennen gevende in fubftantie, dat hy Suppliant , Weduwenaar zynde van Alida Angenieta Braihing, aan welke door hem in Huwelyk waaren verwekt, en door haar nagelaaten twee Dogters , hertrouwt was met Wilhelmina SophiaBinquebane, Weduwe van wylen Cornelis Adrianus Witzen, welke Weduwe Witzen toen ter tyd by zig tot haar gefelfchap had woonen Catharina Augustina Regina Hufing, zynde een Dogter van haare Zuster Anna Regina Binquebane, in huwelyk verwekt by Christiaan Arnold Hufing: dat, ftaande het gemelde Huwelyk van den Suppliant met de gemelde Méuye van de voorfchreeve Catharina Augusta Regina Hufing, defelve Catharina Augusta Regina Hufing, altoos en onafgebrooken by hen was blyven woonen, en door haar uitmuntend gedrag, onvermoeyden yver en voorbeeldige bekwaamheid, dienstvaardigheid én getrouwheid, de agting van hem Suppliant en zyne voorfchreeve Huisvrouw, welke inde maand July laatstleden was komen te overlyden , meer en meer had vèrworven, waarom de Suppliant, zynde een Man van vyf en zestig jaaren , na het voorfchreeve overlyden van zyne voornoemde Huisvrouw, aan de voorgemelde Catharina Augusta Regina Hufing, nu oud drie en veertig jaaren, had geproponeert en verfogt, om by ëlkanderen te blyven; het welk door defelve geaccepteert zynde,.. dan ook tot hier toe had plaats gehad: dat de Suppliant , na het overlyden van zyne voornoemde Huisvrouw, de hulp misfende, welke zyne Huisvrouw gewoon was hem te bewyfen , en de betaamJykheid hem verbiedende, zoodanige hulp en adfistentie van de voornoemde Catharina Augusta Regina Hufing te requireeren, alshy nu reeds in zynen zoover gevorderden ouderdom noodig had, hem Suppliant had doen refolveeren de voornoemde Catharina Augusta Regina Hufing ten Huwe lyk te verfoeken, met dat gevolg, dai; de zelve op ( des Suppliants aanhouden , aan dó Suppliants voorfchreeve verfoek hadde gede fereert, en , zy vervolgens die zaak waren eens geworden, en zig aan eikanderen verbonden hadden; niet weetende, dat zoodanige Huwelyken volgens Placaat van hun Edele Groot Mog. verboden waren; dan dat zy naderhand daar van gemformeerd zynde, 3D 2 hy  30 Placaaten. 3. Bock 2. Titul. hy Suppliant eerbiedig vertrouwde, dat hun Edele Groot Mog. hem Suppliant en de voornoemde Catharina Augusta Regina I Iufing daar van dispenfatie zouden verleenen, na dien hy inde ra zoude moeten misfen die hulp, asfiftentie en foulaas, wel.'re hy in zynen ouderdom ten hoogden nodig had, en die hy van niemand met meerder grond, dan van voorgemelde Perfoon kon vervvagten; dat hy Suppliant eerbiedig vertrouwde te meer de voorfchreeve gratie van hun Edele Groot Mog.te mogen verhoopen, na dien uit het Huwelyk van hem Suppliant met de gemelde Moeye van de voorfchreeve Catharina Augusta Regina I Iufing nooit Kind of Kinderen hadden gcëxteert, en hec ook niet ftrecd tegen de wel v ■•.lelykheid of reverentie, dat hy, die geweesc was de aanghuwde Oom, als nu de Man zou worden van zyne aangehuwde Nichte, waar van hec contrarie zou kunnen begrepen worden , wanneer een aangehuwde Moeye met haarenaangehuwdcnNeef wilde trouwen; behalvcn dat de aanleiding tot het Huwelyk met de voorfchreeve Catharina Augusta Regina Hufing niet was voortgekomen uic een expresfe oplbeking van defelve, maar gcoccafioneert was door de gemelde toevallige zaamen wooning met de felve, en zyn Suppliants voorfchreeve omftandigheden; by al het welk nog ten overvloede kwam , dac ook des Suppliants Kinderen uit zyn eerfte Huwelyk, zynde alleen des Suppliants Dogcer, benevens haare Mans, zoodanig overtuigt waren van de nut- | tigheid van hec voorfchreeven Huwelyk voor den Suppliant, dat zy zig gaarne geconfor- ' meert hadden met den inhoud defer Requeste, en ten blyko daar van defelve Requeste mede onderteekend hadden. En op welke gronden de Suppliant dan voorts heeft verfogt, dat hec hun Edele Grooc Mog. goede geliefce zyn mogt, hem Suppliant en de voornoemde Catharina Augufca Regina Hufing ce dispenfeeren van hec verbod, hec welk, ingevolge hun Edele Grooc Mog. Publicacie van den 11 Mey 1664., en Waarfchouwing van den 14 October 1789, of van eenige andere Wee, d:e 'er zoude mogen zyn, aan hun in hec aangaan van een Huwelyk met eikanderen was obfteerende; en dac hun Edele Grooc Mog. mitsdien aan den Supplianc, ende voornoemde Cacharina Augusca Regina Hufing, geliefden ce permicccercn, om met eikanderen te mogen trouwen; met authorifatie op Commisfarisfen van de Huwelyks zaaken, Predikant en Geregten, alwaar zy zig ten dien einde zouden addresfeeren, of daar toe competent, om den Suppliant en de voornoemde Catharina Augusta Regina Hufing in Ondertrouw op te neemen, derfelver Proclamatien te laaten gaan en haar Huwelyk te foleranifecren, zoo als behooriyk en gebruikelyk is; en dat hun Edele Groot Mog. daar toe aan den Supplianc en de voornoemde Catharina Augusta Regina Hufing geliefden te verleenen Octroy in optirna forma. Waar op gedelibereert zynde, is goed gevonden en verihtan, hec ver/bek , door den Suppliant ten defen gedaan, te wyfen van de hand. 44. Publicatie van de Staaten Generaal, tot interpretatie van /iet (* Arr. yan het Echt-Reglement. Den 12 'July 179a. T^\e Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden. Allen den geenen "die deefen zullen zien, of hooren leefen, falut, doen te weeten; Naardien aan ons van tyd tot tyd verfcheide bedenke!ykheeden zyn voorgekomen, over den waren zin en meening van het tweede Articul van hec Echt-Reglement over de Steden cn een placcen Lande, in de Heerlykheeden en Dorpen ftaande onder de GeneraUteic, by ons op den 18 Maart 1655 gearrefteerd, mee opzigce tot de infehryving der Geboden van Peribonen, welke nog geen jaar en zes wceken gewoond of gerefideert hebben ter plaatfe, alwaar zy zig eer Infehry ving prcfenteeren, vooral, wanneer zoodanige Perfoonen op onderfcheiden Plaatfen zyn woonagtig ; waar in wy willende voorfien, en ten dien opfigte eene algemeene bepaaling maaken, voor het geheel Diftrict van de Generaliteit! Zoo is 't, dat wy alvoorens gehad hebbende hec Advis van onfe Lieve Getrouwe de ! eerfte Prceüdcerende ende andere Raaden van Braband en Vlaanderen, hebben goedgevonden by alteratie, elucidatie en ampliatie van hetzelve tweede Articul van hec voorfz. EchtReglement, en verders, voor zoo veel nodig van andere Articulen, daar toe betrekkelyk, te ordonneeren en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen. Eerftelyk, dac van nu voortaan de Huwelyks Aanteekening of Infehry ving der Geboden zal worden gedaan by de Magiftraaten , Commisfarisfen van de Huwelykszaaken, of Kerkenraaden, zoo wel in dc Steden, als ten platten Lande, ter plaatfe, daar de aanftaande Bruid ter dier tyd haare vaste Woonplaats en ; Refidentie is houdende, en zulks wel eer dier Plaacfe alleen; hec zy de aanftaande Bruydegom daar mede refideere dan niet, gelyk mede zonder onderfcheid, of de aanftaande Bruyd aldaar reeds een jaar en zes weeken of fteges een korten tyd heefc gewoond. Ten  Van de Huwelyks-zaaken 397 Ten tweeden, dat echter de gewoone drie Huwelyks-Proclamatien zullen moeten worden gedaan of de Geboden gaan, niet alleen ter plaatfe , daar de Bruydegom en Bruyd te dier tyd refideeren, en dus, indien zulks niet is een en defelfde Plaats , op beiden die plaatfen , maar ook daar en boven zoo wel ten opzigte van den Bruidegom, als van de Bruyd, indien defelven beide, of een van beiden, in hunne tegenswoordige nog geen jaar en zes weeken hebben gewoond, in die Plaats of Plaatfen, alwaar een ieder van hun laatftelyk den gemelden tyd van één jaar en zes weeken heeft gewoond, en dat in gevalle, dat de Bruydegom en Bruyd of een van beiden, na dat zy de laatfte Plaats hunner refidentie, alwaar zy jaar en dag gewoond hebben, veriaaten hadden, op meer dan eene Plaats hadden gerefideerd, de Geboden zullen moeten gaan niet alleen in de Plaats der tegenwordige refidentie , en in die, alwaar laatftelyk jaar en dag 1 gewoond bebben, maar ook op die Plaats of Plaatfen alwaar nog tusfchen beiden korter dan jaar en dag hebben gewoond. Ten derden, dat, ten einde behooriyk zonde kannen blyken, op welke Plaatfen de Bruyd en Bruydegom in de zoo even uitgedrukte gevallen, alfoo fuccesfivelyk korter dan jaar en dag mogten tfiebben gewoond, en op welke Plaatfen mitsdien defelve Geboden zullen moeten gaan, zylieden gehouden en verpligt zyn zullen, om daar van aan den Magiftraat, het Gerecht, den Kerkenraad, of den Predikant, welke de infehry ving der Geboden doen zal, exacte en getrouwe opgaaf te doen, en dat van die gedaane opgaaf, nevens de Infehry ving zelve, naauwkeurige,aanteekening zal moeten worden gehouden, en daar van zoo wel als van ce Infchryving zelve, indien de Bruydegom of Bruid zulks kwamen te vorderen, behooriyk bewys zal moeten worden uitgegeeven. Ten vierden, dat de Inzeegening van het Huwelyk zelve, het zy die zoude gefchieden ter Plaatfe daar de Infchryving gefchied is, het zy elders , geen plaats zal mogen hebben, ten zy alvoorens aan den Magiftraat, het Gerecht of den Predikant, welke tot het doen der Inzeegening zal zyn verfogt , by exhibitie van behoorlyke Atteftatie of Declaratoiren van de Magiftraaten of Predikanten van de respeétive Plaatfen, alwaar de gemelde Geboden in de hier vooren bepaalde gevallen hebben moeten gaan, en by vergelyking van defelve met hec Boek, in het welke de infchryving dier Geboden ftaat genoteert, indien het Huwelyk word ingezeegend ter Plaatfe daar de HuwelyksAanteekening of Infchryving der Geboden gedaan is, of anderfints, wanneer de Inzeegening elders zoude gefchieden, met het aan de Bmid of Bruydegom ter hand geftelde bewys van de gedaane Infchryving en daar in vermelde fuccesfive Woonplaatfen van de Bruyd en Bruydegom, en welk bewys zylieden aan denfelven Magiftraat, Gerecht, of Predikant almede zullen gehouden zyn te exhibeeren , zal gebleeken zyn, dat de Geboden van de Bruyd of Bruydegom alomme zyn gegaan ter Plaatfe, alwaar zulks, overeenkomftig het hier vooren geftatüeerde nodig was, en vereifcht wierd. En dat, by aldien kwame te blyken, dat defelve Geboden niet op alle defelve Plaatfen, alwaar zulks wierd gevorderd, behooriyk en zonder infpraak waaren gegaan, de Inzeegening van het zelve Huwelyk niet eerder zal mogen gefchieden, dan, na dat het zelve verfiiirfl zal zyn gebeeterd, en de Geboden als nog zullen zyn gegaan ter Plaatfe, alwaar zulks had behoord, en de Magiftraat, het Gerecht of de Predikant, welke tot de Inzeegening zoude mogen zyn verfogt, in dien gevallen zal gehouden zyn, de Bruyd en Bruydegom te renvoyeeren, tot dat in voegen voorfchreeven zal zyn beweefen, dat de Geboden onverhinderd zyn gegaan overal, daar zulks heeft behoord. En dat, voor zoo verre het kwame te blyken, dat de Bruyd of Bruydegom, by het doen der Infchryving voorbedagtelyk eenige plaats mogt hebben verfweegen, alwaar, in gevolge het hier vooren geftatüeerde, derfelver Geboden zouden hebben moeten gaan, of dat de Bruyd of Bruydegom, ter geleegentheid van de Inzeegening van het Huwelyk zelve, onder het een en ander onwaaragtig voorgeeven, de exhibitie van de vereifchte Betogen of Declaratoiren van het onverhinderd gaan hunner Geboden in de respeótive Plaatfen, alwaar zulks alfoo zoude mogen worden vereifcht, ftudieuslyk zoude mogen hebben verfweegen of agter gehouden, tegens de zoodanige van hun zal worden geprocedeerd, als naar bevind van zaaken in goede Juftitie Zal geoordeeld worden te behooren. Ten vyfden, dat by aldien iemand zoude vermeenen, infpraak tegens het gaan van de Geboden te moeten doen, het zelve zal moeten gefchieden ter plaatfe van de Infchryving, zonder onderfcheid of zulks den Bruydegom , dan wel de Bruyd zoude mogen concerneeren, zullende over zulks aan den Magiftraat dier Plaatfe ftaan de beoordeeling over de wettigheid of onwettigheid dier gedaane infpraak, behoudens egter aan de Geinteresfeerden 'ten wederzyde het gewoone middel van appel of reformatie. Ten zesden, dat, wanneer de Bruydegom of Bruid, pf een van beide zig mogten bevinden in de'termen van ^overeenkomftig met den inhoud vanhetgemelde Echt-Reglement) benodigt te hebben het confent van Ouders of Voogden; als dan van zoodanig confent, conform het 36 Articul van het zelve Reglement, vooraf zal moeten blyken, zonder het welke volftrektelyk geene Infchryving of Ondertrouw zal mogen worden gedaan, veel min met de Proclamatie voortgegaan. En dat, voor zoo verre de Bruydegom of Bruyd bevoegt mogten zyn, volgens den inhoud van het voorfz. Echt - Reglement de Ouders of Voogden, die geen confent gegeeven hebben, op te roepen en te verpligten, om redenen van derfelver wygering te geeven, 3Ü 3 üi  59S Placaaten. 3. Bock. 2. Titul. in dien gevalle, het zy de Infchryving verlokt word terPiaatle, daar de Ouders of Voogden woonagrig zyn, het zy elders, dejipintcresfeerde Parchy zig zal moeten addresfeeren, met opzigt tot Ouderen aan de Magiftraat der Plaats, alwaar defelve of wel de langstleevende van dien, woonagtig zyn, en ten opzigt van Voogden aan dien Magiftraat, nan wien de Oppervoogdy over den belang hebbende Minderjaarigen toekomt, by welken respectivelyk als dan zal worden gehandeld, overeenkomftig met het 46 Articul van hec meergemelde Echt-Reglement, ten einde vervolgens het nodige blyk, het zy van gedraage Confent in der minne, het zy van fuppletie daar van by Decreet van de Overheid, door dc Geinceresfeerden ter Plaatfe, daar de Infchryving verzogt word, naar behooren te worden vertoond , om nis dan de Infchryving voortgang te doen hebben. En op dat niemand hier van ignorantie cn hebbe te pnetendeeren, en dat deefe onfe mee- \ ning en intentie by een iegelyk exactelyk naar- | gekoomen en agtervolgc worde, willen en begeeren wy, dat deefe alomme in Staats-Bra- ; band , Scaacs - Vlaanderen cn de Landen van Overmafe, Resfort van deefen Staat, zal worden gepubliceerd en geafiigeerd, daar men gewoon is publicatie en aflixie te doen, en dat voorts defelve alomme in de Gereformeerde Kerken onderons voorfz. Diftrict, vandcPredikftoelen aan dc respective Gemeentens zal I worden afgekondigt. Even gelyk wy willen en begeeren, dat ; deefe jaarlyks nevens ons voorzeide Echt-Reglement, alomme in de gemelde DiHriclcn zal worden gepubliceert, even als by het laatfte Articul van het zelve is geftatueert. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Scaaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, onder hec Cachet van den Scaac, de Paraphure van den Heere Prrefideerendc in onfe Vergadering, cn de Signacure van onfen Grülier, op den 12 July ijgz. (Jl'as geparapheert,) P. U. R E N G E R S, vt. (Onder/fond,^) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeien Staaten. (Geteekent,) rr , . r , H. F A 'C E ti Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog. Mog.opeenroodenOuwel, overdekt meteen papiere ruite 45» Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by een verfoek van disfolutie van huwelyk, gedaan door een brouw, wier Man voor zyn leven was gecênfineert, word gerenvoyeert aan de ordinaris Jufiitie. Den 9 November 1792. Ontfangen een Misfive van de Pnefident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 7 deefer, houdende tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 27 July te voren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Lysbeth Cornelis dogter Zuidam, gewoond hebbende onder Ridderkerk, en zig nu zeedert onlangs van daar in dienstbaaren ftaat bevindende, getrouwt met Kryn Kalkman , thans geconfineerde in het Werkhuis der Stad Rotterdam, daarby verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende uic hoogsc derfelver Souveraine magt en authoriteit gelieven te disfolveeren hec Huwelyk cusfehen de Suppliante en den voorfz. Kryn Kalkman fubfiftee- rende, uit hoofde van het door Schepenen en Welgeboore Mannen van Schieland op den 23 December 1783 gearrefteerde en op den 22 January 1784 gepronuncieerde Vonnis, waarby voorfz. Kryn Kalkman, wegens bekend te hebben medepligtig te zyn geweest aan verfcheide Brandftigtingen, is gecondemneert geworden, | en op hec Schavot met den Strop om den hals aan de Galge vasc gemaakt mee roeden ftrengelyk gegeesfelc, voorts gebrandteekent met hec dubbelde Zwaard, en vervolgens geconfineerc in hec Werkhuis der Stad Rotterdam, om met zyner handen arbeid de kost te winnen , zyn Leeven lang geduurende; en de Suppliante te permitteeren, des goedvindende weder met een ander te mogen trouwen, en dac hun  Van de Huwelyks - zaaken» 399 hun Edele Groot Mog. daar van aan de Suppliante gelieven te verleenen hun Edele Groot Mog. Refoiutie in optima -forma; en zulks in aanmerking van haaren behoeftigen toeftand, blykens het Certificaat van Schout en Gerechte van Ridderkerk, pro Deo. Waar op gedelibereert Zyhcié, ïs göedgö* vonden en verftaan, het verfoek doordeSupplianre gedaan te- renvoyeeren aan de ordinaris Juftitie. Nota. De voorfz. quaeftie naderhand voor 't Mof gebragt Zyndè$ is by Sententie van 't Hof in dato 16 July 1793, de eifch tot disfolutie ontfegt; dog deefe fententie is doof den Hoogen Raad op 12 November 1793 te niet gedaan , en 't voorfz. Huwelyk gedisfolveert geworden. 46. Refoiutie van de Staaten van Holland^ waar by word afgewefen een verfoek, om te mogen trouwen met een overleden Huisvrouws Zusters Klein dogter. Den 28 Juny 1793. T>v" refumtie gedelibereerd zynde op het J3 Rapport den 18 January deefes jaars ter Vergadering, uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Ed. Grooc Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, met Coinmisfui-fen van den Hove, ter voldoeninge aan hun Ed. Groot Mog. Refolutié Commisipnaal van den 16 November jongstleeden, geëxamineerd de Confideratien en het Advis van de PS&tJdèht en Raaden van gemelden Höve , ter voldoening aan hun Ed. Groot Mog. Appointement van den 27 July te vooren, op de Requeste aan hun Éd. Gr. Mog. geprefenteerd door of van wegen Matthys Vermeulen , Scheepen der Steede Geervliet, Magteltje Troost, meerderjaarige ongetrouwde Dogter. woonende te Klaaswaal, als meede Dirk Troost en Maria Troost, Egtelieden, meede woonende te Klaaswaal, en zynde de pdder« van defelve Mngteltje Troost; verfoekende, om reedenen by defelve Requeste gëaüégueerd, dat hun Ed. Groot Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat het voorgenomen Huwelyk tusfchen den eerften Suppliant en de tweede Suppliante (welke is de Kiemdogter van eene overleedene Zuster van des eerften Suppliants overleede Huisvrouw) niet valt in de termen der Politique Ordonnantie van den 1 April 1580,en van de Publicatie van den 21 Mey 1664, als meede niet in de termen der Waarfchouwing van den 14 Oélober 1789, en dat dienvolgende de Huwe¬ lyks - Proclamatien van den eerften Suppliant en van de eerfte Suppliante mogten worden voltrokken; immers en in allen gevalle, dat hun Ed. Groot Mog. by forme van interpretatie of dispenfatie, gelieven te permitteeren den voortgang der voorfz. Huwelyks - Proclal matien, en wanneer defelve zonder wettige verhindering zullen zyn afgeloopen, de voltrekking van het zelve Huwelyk, en daarvan te verleenen Oétroy in forma. Als meede de nadere Requeste yan de gefamentlyke Supplianten, daar by te kennen geevende te hebben vernoomen, dat het Advis op hun verfoek van den Hove gërequi* reerd, niet gunftig zoude zyn, en dat de eerfte Suppliante zich bevond in een ftaat van Zwangerfchap, biddende mitsdien, dat hun Ed. Groot Mog. eene gunftige renexie geliefden te liaan op den inhoud der Memorie nevens de Requeste gevoegd, tot adllmótie en aandrang van hun voorfz. gedaan verfoek, en dienvolgende favorablc dispofitie te verleenen op der Supplianten voorfz. principaal verfoek om verklaaring, immers en in allen ge* valle, op der Supplianten fubfidiair verfoek, om eene goedgunftige dispenfatie. Is goedgevonden en verftaan, op de gron* den by het voorfz. Rapport gelegt, de verfoeken van de Supplianten te declineeren en te wyfen van de hand.- En zal Extraéi deefer RefoJutie aan de Supplianten worden uitgegeeven, om te dienen tot hunne informatie en narist. Ü E li-  400 Placaaten. 3. Bock. 3. Tiail DERDE TITULTeegens de Corruptien en aanneemin gen van Gefchenken, Eed van zuivering, écc. U Publicatie van dc Staaten Generaal, zvaar by verboden word het verkrygen van Ampten door beloften of betaalingen van Geld, in de Landen van Overmaaze. Den 2. Mey 1777. DeStaatcn Generaal der Vereenigde Nederlanden, Alle de geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te wecten : Dat tot onfe kennisfe is gekoomen, dat in verfcheide Plaatlen in het Land van Valkenburg O- .' vermaafe, als meede fpeciaal in de Heerlykheid van Olne, Lande van Daalhem, Partage van deefen Staat, zeedert eenige jaaren is gepractifeerc, dat vecie Commisfien van Scheepenen, Gerigtsbooden of Vorfters aldaar, door die gee- ; ncn aan welke de begeevinge van dien in cas | van vacatuure is gedemandeert, of defelve / word geexerceert, zynuitgegeeven aan zoodanige Perfoonen, welke daar voor, by wyfe 1 van koop , vergeldingc , als anderfints, een fomme Gelds belooft, toegcfegt, ofdaadelyk betaald hadden, in zoo verre dat dc Meestbiedenden voor anderen in het bekoomen dier Officien zyn gepnefereert geworden. Dat ook in de voorfchreeve Heerlykheid Olne zelfs de prys van elke vaceerende Commisfie van Scheepenen, aldaar is gefield op een fomma van drie honderd guldens h'gt Geld. MitsgaJers dat het ook is gebeurt, dat fee- l ker Scheepen van Climmen, Meerfen en Beek, in denoodlaakelykhcidzynde, van zyn Scheepens Ampten afltand te moeten doen, defelve alvoorens heeft verkogt of overgedaan vooreen zeer hooge fomme Gelds. Gelyk wy meede vernoomen hebben", dat in de voorfchreeve Landen van Valkenburg verfcheide Scheepenen aldaar, byhet verkrygen hunner Commisfien, zeedert eenige jaaren zyn gebragt onder zoodanige beloften , waar door defelven in fommige zaaken, tot hun Ampt fpecteerende, belet wierden in feekere Zaaken , waar toe zy amptshalven wierden gecommitteert, vryelyk hunne Hemmen te geeven, zoo als zy in goede confeientie anders zouden oordeelen te behooren; en zelfs in zommige Commisfien van Scheepenen, defelven zyn verpligt geworden, om gratis te I praefteeren Dienften, ten behoeve van den 1 Heer der Heerlykheid, waar toe zy niet ge- 1 houden of verpligt waaren, en zelfs geen relatie of betrekking tot het Scheepens Ampt hadden. En eindelyk, dat op eenige Plaatfen in de voorfz. Landen, de Secretarisfen of hunne Subftituten , te gelyk van defelve Bank of Gerigte Scheepenen zyn. Alle het welke zyn verregaande onbehoorlykc zaaken, na Regten, Wetten en Privilegiën van de voorfz. Landen allefints verbooden , waar door de eer der Juftitie verkort, veele ongeregeltheedcn worden veroorfaakt, en de goede Ingefeetenen aan vexaticn en cxactien worden bloodgefteld, en het te dugten is, dat alle deefe quaade practyequen nog langer zouden continueeren, en verder algemeen uitgebreid zouden werden, indien daar inne door ons niet zoude worden voorfien. Zoo is 't , dat wy, by deliberatie van den Raid van Staate der Vereenigde Nederlanden, hebben goedgevonden, ten overvloede te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefe, dat het niet en is toegelaaten aan onfe Önderfaaten , Officieren of derfelver Subftituten, Vafallen of anderen, exerceerende hooge, middele, of laage Juftitie, binnen onfe voorfz. drie Landen van Overmaafe, hun profyt te doen met de voorfz. Officien van Scheepen en, Gerigtsbooden of Vorfters, door voor de Commisfien van dien, by middel van verkoopinge, verpagtinge, vergeldinge, als anderfints, in wat maniere dat het zelve zoude moogen weefen, Geld of Geldswaarde te ontfangen. Verbiedende wel exprefelyk alle onfe Onderlasten, voor de collatie, afltand, of commisfie der voorfz. Officien, groote of kleine, hoedanig die zouden mogen zyn, onder wat pretext, te ontfangen, te geeven, of te be« looven eenige erkentenisfe in Geld of Geldswaarde , directelyk of indireételyk; op poene van te zullen verbeuren, het vier dubbeld van de fomme of waarde van het geene alfoo gegeeven en ontfangen zal zyn, te verbeuren zoo wel by de geene, die het zelve gegeeven  Teegens de Corruptien en aanneemingen van Gefchenken, &c. 401 ven, als ontfangen zullen hebben; dat daarenboven de Officien, alfoo verkreegen, zullen vaceeren ipfo facto, en daadelyk impetrabel zyn; en dat, boven de voorfz. poenen, die daar inne hun zullen misgrepen hebben, geevende of ontfangende eenige dingen, door den Fiscaal van Braband terftond van hunne Officien zullen werden geremoveert, en voor onbequaam gehouden worden, om eenige andere Otïicicn ooit te bedienen; als meede andere bequaame Perfoonen in hunne plaatfe zullen werden gefurrogeert, even als wy by het veertiende Articul van ons Reglement op de Politicque Reformatie, van dato i April 1660, in opfigte van de Pausgefinden, voor Luyden van de Gereformeerde Religie geprsefereert, hebben geftatueert; zonder dat hier inne eenige conniventie, mitigatie of moderatie zal mogen werden gebruikt. Gelyk wy meede op defelve poenen verbieden, dat van Scheepenen zullen werden gevordert, of door defelve zullen werden gedaan eenige beloften, hoe genaamt, als die vervat zyn in het Formulier van den Eed, agter het vyftiende Articul van ons voorfz. Reglement gefteld ,* en dat vooral geen elfeól zullen for- \ teeren, of eenigfints zullen mogen worden agtervolgt zoodanige beloften en verbintenisfen, het zy reeds gedaan g of nog te doen, waar door gemelde Scheepenen zouden zyn belet, hunne ftemmen of advifen vry, onbedwongen, en fonder aanfien van Perfoonen, te geeven in zaaken, welke aan hun Amptshalven werden voorgefteld, of waar toe zy in Commisfie zyn gefteld; mitsgaders om gratis te prasfteeren eenige Dienften, waar toe zy amptshalven niet zyn verpligt, of bevoegt zouden zyn derfelver jura en vacatiën te vorderen. Dat, om de voorfz. onbehoorlyke praélycquen des te beeter tegen te gaan, de Scheepenen, alvoorens zylieden tot het aanvaarden hunner Bedieningen werden toegelaaten, niet alleen zullen moeten doen den Eed, volgens het voorfchreeve Formulier, agter het zoo evengemelde vyftiende Articul gefteld; en de Gerigtsbooden of Vorfters den Eed, welke van defelve tot nog toe gewoonlyk is afgevordert alvoorens hun Officie te aanvaarden ; maar dat | ook voornoemde Scheepenen, Gerigtsbooden of Vorfters fpeciaal met folemneelen Eede zullen moeten fweeren. i Dat zy, nog door haar zei ven, of door haare Huisvrouwen, Kinderen of Familie, op wat wyfe, het zy direclelyk of indireételyk, hebben belooft, of gegeeven eenige dingen, hoe klein defelve ook mogten zyn, om te verkrygen haare voorfz. Officien; en dat, voor zoo veel hun concerneert, zy desaangaande zig exaételyk zullen reguleeren na den inhoud van ons Placaat van 10 December 1715, tegens het neemen van verbooden giften en gaven ge'émaneert. IX. Deel,. Waar van de respeétive Secretarisfen gehouden zullen zyn, in een der Registers van hunne Secretarye behoorlyke annteekeningen te houden, dat de voorfchreeve Eeden Zyn afgelegt; mitsgaders tegens betaalinge van hun reedelyk Salaris woordelyk te regiftreeren de uitgegeeven Commisfien der aangeiftelde Scheepenen , Gerigtsbooden of Vorfters, waar van ten allen tyde aan onlen Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal van Braband vifie zal moeten worden gegeeven. Eindelyk hebben wy goedgevonden en verftaan , dal alle de geenen , welke te gelyk Scheepen, Secretaris of Subfticut Secretaris zyn van een en defelve Bmk of Gerigte in onfe voorfz. Landen van Overmaaze, ftrydig met onfe intentie, vervat in het vyf en vyftigfte Articul van ons Reglement, ftyl en manier van Procedeeren in defelve Landen, van dato 15 Oétober 1663, binnen den tyd van veertien daagen na de Publicatie deefes zullen moeten afftand doen, het zy van het Scheepens, het zy van het Secretaris Ampt, welke zy te gelyk bekleeden; en dat dadelyk andere bequaame en gequalificeerde Perfoonen in hunne plaatfe zullen worden aangefteld. Dat, in gevalle by vervolg in dat opfigt weederom, contrarie onfe intentie, een en defelve Perfoon tot de waarneeminge van het Scheepens en Secretaris Ampt van een en defelve Bank of Gerigte wierde aangefteld, de zoodanigen door den Fiscaal van Braband ter^ ftond geremoveert, en anderen in haarlieder plaatfe, zoo wel tot de Bedieninge van het Secretaris, als van het Scheepens Ampt zullen worden gefurrogeert, zelfs ook in de Steeden , Dorpen en Heerlykheeden, Particulieren toebehoorende; en zullen de Officiers haar hebben te wagten, van ons hier inne te abufeeren, op poene van vyftig guldens, en voorts arbitrale correélie; welke boeten en amenden, uit deefen onfen Placaate refulteerende, geappliceert zullen werden, de helft voor den Fiscaal van Braband , en de weederhelft voor den Aanbrenger; behalven dat de Aanbrenger zal genieten impuniteit, in gevalle hymeedepligtig mogte weefen, het zy aan het neemen van de giften of gefchenken, by dit ons Placaat verbooden, het zy aan het geeven of belooven van defelve; in welk laatfte geval, boven de voorfz. heifte, aan denfelven gereftitueert z-al werden, het geene hy zoude mogen hebben gegeeven, en quytgefcholden het geen hy zoude mogen hebben belooft. Lastende en beveelende voorts onfen Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal van Braband en de voorfz. Landen, zig exaételyk te informeeren op de obfervantie van het gunt voorfchreeven is, en tegens de Overtreeders van dien, zonder eenige conniventie, verdrag of disfimulatie te procedeeren zoo als het behoord. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te prsetendeeren, zoo zal dit ons Placaat werden gepubliceert en geaffigeert ter audiëntie van de Rolle van den Raade en 3E Leen?  402 Placaaten. 3. Bock. 3. Titul. Ixienhove van Braband alhier in den Hage, en I is binnen onfe Landen van Overmaafe zoovoorts alomme ter plaatfe daar men gewoon [ danige publicatien en aflixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 'sGravenhage den s Mey 1777. (JVas geparapheert,) W A S S E N A A R, vt. (Onderf.ond,) Ter ordonnantie van defelve, (Geteekent,) II F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een Papiere Ruyte. VIERDE TITUL. Placaaten teegens fediticufe Perfoonen, Murmuratien, Saamenrottingen , fameufe Libellen, Pas<\uillcn, Straatfchendcrycn, Infolentien, ckc 1. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot beteugeling van de licentie der Courantiers. Den 9 February 1771. Ontfangen een Misfive van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, gefchreven in den Hage den der jongstlede maand, wairby, wegens de dage» lyks aan hun voorkomende klagten van de Ministers van den Staat buiten'sLands, over de licentie van de Cour»r>:s, welke zig niet ontfien, den inhoud van derfelver Brieven geheel of gedeeltelyk in hunne Nieuwspapieren te infereeren, en zaaken in defelve te brengen , of expresfien tc gebruiken, die aan vreemde Mogentheden aanitootelyk zyn, tot discredit van de Ministers van den Staat, en grooten ondienst van het Land; aan haar Ed. Gr. Mog., gelyk mede aan de Hoeren Staaten der andere Provinciën, verfoeken, in den haaren daar tegen de noodige voorfiening te willen doen, en ten minften by provifie, en tot dat nader en meerder toereikende middelen daar tegen zudlen zyn beraamt, te willen vernieuwen de ordres vervat in haar Edele Gr. Mog. Relblude van den 16 October 1723 , den 20 daar aan volgende ter Generaliteit ingebragt, Copielyk nevens de voorfz. Misfive gevoegt, op dat het h'centieus divulgeeren van de Brieven van de Ministers, en het debiteeren van Nouvelles, die aan vreemde Hoven otTenfic kunnen geven, zoo veel doenlyk, belet, en regtnuaoge redenen van klagten voorgekomen mogen worden. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, onvermindert en blyvende in vigeur haÉ Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 16 Oétober 1723, Burgemeesteren en Regeerders der Steden Haarlem, Delft, Leyden, Ajufterdam cn Rotterdam refpectivelyk, mitsgaders de Heeren Gecommitteerde Raden, voor zoo veel den Haag aangaat, te verfoeken, voor haar te ontbieden de Couranuers, en aan hun op het eixdtigfte te verbieden, over het formeeren van hunne Couranten of Nouvelles, op wat naam defelve ook mogten worden uitgegeven, te correspondeeren met eenige M:'n:?:ers van defen Staat buiten 's Lands, of met derfelver Secretarisfen, Amanuenfes, Ciercquen of andere Bedienden, directelyk of indirectelyk, nog ook in derfelver Couranten of Nouvelles te infereeren eenige Misliven van de gemelde Ministers in het geheel of ten deele, alfchoon zy zoodanige Misliven door andere wegen als van de Ministers, derfelver Secretarisfen, Ama-  Placaaten teegens fèditieufe Perfoonen, &c. 403 Amanuenfes of andere Bedienden mogten hebben verkregen, en voorts aan defelve Courantiers wel ftri&elyk te bevelen, dat, ingevalle mogte bevonden worden de teneur van zoodanige Brieven in het geheel of ten deele in derfelver Couranten of Nouvelles gebragt te zyn, en zy zouden fouteneeren niet geweten te hebben, dat het waaren Copien of Extracten van zoodanige Brieven, zy den Autheur zullen moeten bekent maken, zonder het op eenig pretext te mogen difficulteeren, en voorts zig generalyk te wagten van in hunne Couranten of Nouvelles eenige zaaken te brengen of expresfien te gebruiken, die offenfie buiten of binnen 's Lands zouden mogen geven; en eindelyk dat Burgemeesteren en Regeerders der voorfz. Steden de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raden zullen adverteeren, als aan hun over eenige van de voorfz. poincfen binnen hunne Stad iets van importantie zal voorkomen. En worden de Heeren Gecommitteerde Raden verfogt en geaüthorifeert, om, wanneer zulks iets zal voorkomen, dat tegens deze ordres komt aanteloopen , daar van aanftonds kennisfe te geven aan Burgemeesteren en Regeerders van de voorfz. Steden, daar het voorvalt, met bevel van wegens haar Edele Gr. Mog, om daar tegens convenable ordre te fteilen, of ook wel naar gelegentheid der zaaken tegen de fchuldige te doen procedeeren, en in allen gevallen de Heeren Gecommitteerde Raden te berigten, wat daar tegen voorgekomen en wat daar tegen zal zyn gedaan ; en dat van defe Refoiutie ter Vergadering van haar Hoog Mog. kennisfe zal werden gegeven, en ernftig geinfteert, dat de verdere Provinciën, alwaar Couranten of Nouvelles worden gedrukt, gelyke ordres in den haare fteilen, en daar van mede aan haar Hoog Mog. kennisfe geven. 2. ffaarfibomving van de Staaten van Zeeland, tegen het verfpreiden van oproerige Gefchriften. Den 23 February 1775. De Staat en van Zeeland, allen den geenen die defe zullen zien of hooren leefen falut! doen te weeten: Alfoo wy met leedwefen vernomen hebben, dat zommige onrustige en kwalyk gefinde Lieden zig niet hebben ontfien te verfpreiden verfcheide naamloofe Gefchriften, tot niets minder ftrekkende, als om de voornaamfte Bedienden des Eilands van Walcheren, en fpeciaal onfen Infpecfeur van 't Land en Opper-Commis des zeiven Eilands van Walcheren Jan Dingmans, als mede de Commis der Watering van de vyf Ambagten, mede in denfelven Eilande,. Abraham Dingmans, in veragting en miscredit te brengen, en de gemoederen der Opgefetenen tegen defelve te verbitteren, even als of zy zig aan zoodanig wangedrag en pligtverfuim hadden fchuldig gemaakt, waar door zy onwaardig zouden zyn de Bedieningen, welke zy bekleeden; waar over het onderfoek als nog uitmaakt de ferieufe en ernftige overweging van die geenen, wien het wettig examen daar van competeert; ja dat zelfs bereids verregaande bedreigingen tegen de gemelde Jan Dingmans en desfelfs voorfz. Zoon zyn gedaan en opentlyk verfpreid, welke ter uitvoer zouden worden gebragt, indien niet fpoedig genoeg, naar het begrip dier kwalyk gefinde Perfoonen, aan hunnen blinden iever wierde voldaan: al het welke zyn zaaken ter verftoolinge van de gemeene rust en de veiligheid van elk onfer Ingefetenen, wie hy bok zy, en dus van zoodanige gevolgen en infigt, dat defelve in een wel geftelde Politie en Land van Regten niet kunnen of behooren geleden te worden. Zoo is 't, dat wy-, ingevolge en by her¬ haling van meenigvuldige Waarfchouwingen, dien aangaande by ons geëmaneerd en de poenaliteit daar in vervat, wel uitdrukkelyk verbieden en interdiceeren het opftellen en verfpreiden van eenige naamloofe en hatelyke Gefchriften , hoe genaamd, waar by onder den fchyn van klagten, in de daad niet anders beoogd word dan om de gemoederen der Ingefetenen aan te ftoken tegen hunne Medeburgers , of zelfs zulken aan wien de direófcie van zaaken is toevertrouwd; gebiedende daar en tegen een ieder onfer In- en Opgefetenen zig ftil en gerust te houden, en hunne khgten-, zoo zy verder eenige mogten hebben, op eene befcheidene en gepaste wyfe te brengen ter kennisfe van die geenen, aan wien het onderfoek over derfelver grieven op een wettige wyfe toekomt, van derfelver billykheid en onfydigheid afwagtehde zoodanige redresfen, als met redelykheid beftaanbaar zyn, terwyl wy immiddels en geduurende dit onderfoek, of, wanneer de onfchuld van bovengemelde Bediendens, en ipeciaal van den voornoemden onfen Infpefteur van 't Land en Opper-Commis des Eilands van Walcheren Jan Dingmans, en van den voornoemden Commis der Wateringvan de vyf Ambagten in den zei ven Eilande, Abraham Dingmans, ten vollen zal zyn gebleken, defelve voorfz. Bediendens, en fpeciaal de zoo even gemelde Jan Dingmans en Abraham Dingmans, mitsgaders derfelver Familien en Beftttingen, ter voorkoming van alle onbehoorlykheid en ftoring der gemeene rust, neemen en fteilen in onfe befcherming en Sauvegarde; verbiedende en interdiceerende wel fcherpelyk allen en een iegelyk, om aan defelve of iemand van hun eenig letfel of hin3E 2 der-  404 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. 3» Nadere JVaarfchouzi-ing van de Staaten van Zeeland, tegen Oproer cn Mui ter je. Den 10 Maart 1775. "T\ Staaten vnn Zeeland, allen den gee_L/ ncn die defe zullen zien of hooren leien , falut! doen te weetcn: Dat of fchoon wy met redenen niet anders hadden konnen of mogen verwagten, dan dat onfe Wavfchouwing, den 23 der voorgaande maand February gearrefteert, en ten dien einde binnen defen Eüandc van Walcheren alomme, ook infonderheid te Westcapelle, gepubliceert, en ter laatsCgemelde Stede, onder anderen, op verfcheide Piaatfen geaffigeert; by de welke wy op het ftrictfte, en op'zwaare ftraffe ver boden hebben het verfpreiden van verfcheide naamloofe Gefchriften, tot niets minder ftrekkende, als om de voornoemde Bedienden des Eilands van Walcheren, cn fpeciaal onfen Infpeétcur van 't Land en Opper-Commis des zclven Eilands van Walcheren, Jan Dingmans, als mede den Commis der Watering van de vyf Ambagten mede in denfelven Eilande Abraham Dingmans, inveragtingenmiscredit te brengen, en de gemoederen der Opgefetenen tegen defelve te verbitteren: en ook gedeclareerd hebben, dat wy defelve Perfoonen, mitsgaders derfelver Familien en Be fittingen, ter voorkooming van alle onbehoorlykheid en ftooring der gemeene rust, genomen en gefteld hadden in onfe befcherming cn Sauvegardc, met verbod en interdictie daar by breeder vermeld; van die gewenschte uitwerking zoude geweest hebben, dat een ieder de voorfz. onfe ernftigc bevelen met alle fchuldige gehoorfaamheid zoude hebben naargekoraen; het in tegendeel zoo verre is gekomen, dat wy tot ons gevoelig leedwefen hebben vernomen, ca: men zig te Westcapelle voornoemd nfet heef: ontfien, om tusfchen Donderdag en Vry dag den 9 en 10 defer, niet aHeén defelve onfe Waarfchouwinge, geaffi* geert aan 's Lands bchuur, zoo veel mogelyk, af tc fcheuren, gelyk ook op zommige andere Plaatfen alwaar was gefchied; maar zelfs naast aan ce eerstgemeldc aan tc plakken een. naamloos Gefchrift, waar van de inhoud niet alleen zoude behelfen vernieuwde dreigementen tegen de voornoemde beide Perfoonen van Jan en Abraham Dingmans, maar ook zeer oproerige uitdrukkingen en veragtinge onfer Piaccaatcn. Zoo is t, dat wy, terbcwaringe van de Oppcrmagt, door de Voorfienigheid aan ons toevertrouwd, die door het geene voorfz. is merkelyk is benadeeld; en ter voorkominge van 7x>odanigc in een welgefchikte Regeerm^ onbetameJyke handelwyfe, ons, hoe ongaarne anderfints, onvermydelyk genoodfaakt gevonden hebben fterke middelen by de hand te neemen; en teffens alle en ieder nogmaals te waarfchouwen, om zig ftiptelyk naar den inhoude der voorfz. onfe Waarfchouwinge van den 23 February jongstleden te gedraagen, en als goede Ingefetenen betaamd zig ftil en gerust te houden, op pcene, dat tegens de Moedwilligen op de rigoreufte wyfe zal worden geprocedeerd, en die anderen ten exempel geftraft. Belovende voorts een prjcmie van drie honderd Guldens, voor den geenen die den opfteller van het gemeld aangeplakt naamloos Gefchrift, den Aanplakker zelve, en deAffcheurders onfer voornoemde Waarfchouwinge , zullen komen te ontdekken en aan te brengen, zoo "dat die in handen van de Juftitie komen te geraken, en van het fait overtuigt worden, met toefegginge, dat des begeerende, des Aanbrengers naam zal worden gefecreteerd, en dernis te doen aan Lyf of Goederen, 't zy met woorden of werken in ecniger wyfe, op poene van, boven de dubbelde vergoeding der toegebragte fchade, rigorcuslyk anderen ten exempel te worden geftraft. Lastendc en bevelende eindelyk de refpective Officieren in defe Eilanden de noodige tocvcrligt tc neemen cn een wakend oog tc houden, ter voorkoming van alle zamenrottingen» muitcryen of andere ongeregeldheden, cn in tegendeel dc noodige maatregulcn in 't werk tc fteilen, ter handhaving van de goede ordre , openbaarc rust cn algemeene veiligheid van de Ingefetenen. En op dat zig een ieder des te beter mog- j te kwyten tot handhavingc van de Juftitie cn ftuitinge van alle moedwilligheden, begeeren wy wel expresfelyk, dat zoo wie eenige kennisfe van zamenrottingen of muitcryen hebben mogtc, dat hy het zelve onfe Gecommitteer¬ de Raden of Officieren dadelyk bekend zal maken, omme daar tegen naar behooren te voorfien en alle ongemakken voor te komen; mitsgaders zoo wie zoodanig reeds gemaakt of nog te maken geweld, zamenrottinge of muiteryen, zal komen tc ontdekken, of de Aanvoerders, en die daar aan fchuldig zullen bevonden worden, bekend maken, zal tot een puemie cn verecringe genieten de fomme van drie honderd Guldens, cn zoo hy zelf daar agfl fchuldig mogte wefen, zal hy boven dien remis en kwytfchcldinge daar van verkrygen. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zal dele alomme in den EU.inde van Walcheren worden gepubliceerd cn gcafiigeerd, daar men zoodanige publicatie en aflixie gewoon is te doen; en zulks infonderheid te Westcapelle op drie a vier plaatfen gefchieden, enz..  Placaaten teegens feditkmc Perfoonen, &c. i|$g en boven dien van vryheid van ftraf, indien hy zelve aan bet een of andere dier misbedryven mogte fchuldig zyn. Ordonneerende voorts wel ftriótelyk den Bailliuw en die van den Gerechte der Stede Westcapelle voornoemd, met alle naauwkeurigheid en naarffigheid, naar de Daders van de voorfz. verregaande veragtinge van onfe Placaaten, en daar by vermelde bevelen, uitfoekinge te doen, en defelve in bewaarder hand te neemen, om volgens ordre van deri Lande, tegens defelve als verfloorders van dë gemeene ruste, zonder eenige oogluiking té procedeeren. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pratendeeren, zal defé binnen Westcapelle voornoemd worden gepubliceert , en op drie k vier plaatfen worden" geaffigeert, enz. 4> Publicatie van de Staaten Generaal, tot beteugeling van het plegen van refiflentie aan de Beaiendens van wegens de Collegien ter Admiraliteit tot de recherche en vifitatie der goederen g«#* donneert. Den 21 Augustus 1775. Tp\e Staaten Generaal der Vereenigde NeX_>^ derlanden, Allen den geenen die deefen zuilen .zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo ter onfe- kennisfe is gekomen,- dat het van tyd tot tyd aan de Bediendens van weegens de Collegien ter Admiraliteit, tot de recherche en vifitatie der Goederen geordonneert, gebeurd, om in de exercitie hunner Posten onaangename ontmoetingen te hebben, en de geest van geweldadige defraudaüe 'vah 's Lands Rechten, van .misleiding van en refiftentie aan's Lands Officieren, hoe langer hoe; meer de overhand fcheynen te neemen: en wy voor den dienst, van. den Lande allefints nodig geagt hebben, om defelve tegens alle geweldenaryen efficacieufelyk te maintineeren: Soo. is 't, dat wy goedgevonden hebben te ordonneeren' en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren mits deefen, dat, behoudens de generale ordres omtrent dc Judicature van alle refifténtien, verhinderingen en excesfen, de Officieren der Convoyen en Licenten in hunne functie wedervaarende, de Quartier - Schouten en alle andere Officieren $ zoo Crimineele als Civiele, ook de Vorfters, Schutters en diergelyke ten platten Lande van de Generaliteit, gehouden en verpligt zullen zyn alle zoodanige Perfoonen, die de Commifen der Convoyen en Licenten in hunne functien zullen refifteeren, of door geweld, belet, of eemgerfêy overlast, de aangehaalde Beesten of Goederen aan defelve zullen ontweldigen , of den vervoer derfelver Beesten of Goederen beletten, te apprehendeeren, en de aangehaalde Beesten of Goederen in bewaarderhand te neemen, om defelve aan den Officier, daar toe competent, over te geeven, zonder defelve Perfoonen te laten gaan, of de Beesten of Goederen te laten vervoeren, buiten kennisfe van het Collegie ter Admiraliteit van het.Resfort,waar onder deefe refiftentie of geweldige ontvoering is voorgevallen, eh zulks op pcene van voor de waarde der Beesten of Goederen , die alfoo vervoerd zullen zyn , te zullen weefen responfabel. Dat wyders, aangefien daar aan ten hoogften geleegen is, dat ook de informatien op zoodanige geweldenaryen ten fpoedigften mogen werden genomen, en beleid, alle de voornoemde Officieren, ieder in. hun Diftriét ^ gehouden zullen zyn om terftond de informatien daar over te beleggen voor de Geregten j waai* onder de refiftentie of geweldige ontmoeting is voorgevallen, defelve informatien fecreet të houden, en binnen agt dagen over te fenden aan het Collegie ter Admiraliteit van het Resfort , ten einde als dan daar op zoodanige nadere informatien zuilen mogen genomen werden, als bevonden zal worden te behooren. En zulks alles met deefen verftande, daê de onkosten op de voorfz. apprehenfie, en bewaaring, gelyk meede op het beleggen der' prseparatoire informatien gevallen, by het Collegie ter Admiraliteit van het Resfort, na voorgaande taxatie * provifionëel zullen moeten werden voldaan. Dat eindelyk nog j Om met des te meerder effect alle zulke geweldenaryen en refifténtien ten platten Lande van de Generaliteit te weeren, en tegen te gaan, de Rydende Commifen , gelyk meede de Commifen ter Recherché ten platten Lande van de Generaliteit ^ zoo' veel des noods, werden gehouden voor geaüthorifeert, zoo als geaüthorifeert werden raiti deefen, om, in gevalle aan hun de vereischté adfiftentie niet promptelyk mogte werden verleend , of door de afgelegendheid der Dorper! of Plaatfen niet fpoedig genoeg konde verleend Worden, geweld met geweld te keeren. En op dat deefe onfe goede intentiej ordre en beveelen , punélueelyk worden geobferveert en nagekomen, en niemand hier varj eenige ignorantie kome të preterjdeefen $ bë~ 3ïï 3  406 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. geeren wy, dat deefe onfe Publicatie alomme in het Resfort van de Generaliteit gepubliceert en geafligeert zal werden ter plaatfe daar het behoord, en daar men gewoon is zoodanige publicatie en affixie te doen, alfoo wy het zelve ten dienfte van den Lande bevonden hebben alfoo tc behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prafideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 21 Augufty 1775. (lias geparapheert) A. BERGS M A, vt (Onderftond',) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papie.e Ruyte. ü F A G E L. 5- Publicatie van den Hove van Holland, houdende poenaliteiten tegen de geenen die des nafhts aan de Huyfen infolentien plegen. Den 8 April 1777. Willem, by der gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c. &c. 8öc Erfstadhouder, Erf - Gouverneur, Erf-Captein Generaal en Admiraal, mitsgaders de Pnëudent en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten; Alfoo de moetwilligheid, infolentie en dertclhcid van veele ongebondene Menfchen van tyd tot tyd alhier in den Hage zeer toeneemen, dewelke haar vervorderen by nagt en ontyden der goeder Luyden Giafen uit te werpen, Stoepen cn Gevels der Huifen te befchadigen, Bellen te trekken en andere moetwilligheeden meerder te pleegcn, nicttegenfbande daar tegens by vcorigc Placaaten is voorfien. Zoo is 't, dat wy omme daar tegens order tc ltellen, by vernieuwinge hebben geordonncert cn geftatueert, ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat van nu voortaan, zoo wie bevonden of overtuigt zal konnen werden iemands Glafenbynagt ofte ontyden ingeflaagen of ingeworpen, Stoepen of Gevels der Huilen befchaadigt, Bellen of Knoppen, mits- Gedaan in den Hage den 8 April 1777. gaders Ralien nfgebrooken te hebben f op het rigoureuite, en zelfs na exigentie van zaaken aan den Lyve geftraft zullen werden, en zoo wie bevonden zal werden iemands Bellen by nagr 0f ontyden uit dcrtelheid of moetwil te trekken of op de Deuren te flaan, of diergelyke infolentien gedaan te hebben, dat defelve daar over verbeuren zal eene boete van zes ponden te veertig grooten het pond, te appliceeren een derde voor den Armen, een derde voor den Aanbrenger, en het refteerende derde voor den Officier die de calange zal doen; of eenige daagen gelegt te werden te Water en te Broode. En op dat niemand daar van ignorantie pre* tendeere, lasten en beveelen wy, deefe opentlyk van de Puye van den Hove voor den Volke met voorgaande Klokkeflag te publiceeren cn alomme daar zulks te doen gebruikelyk is te affigeeren, lastende den Procureur Genera.d en den Bailliuw van den Hage, deefe te onderhouden ende te doen onderhouden ende executeeren naar behooren, zonder eenige disfimulatie. (Onderfond,') My prefent. (tfds geteekent,) ADRIAAN BODT. Pu-  Placaaten tegens fediticufe Perfonen, &e. 40? <5. Publicatie van de Staaten van Zeeland, te- gesis muiterye over V intrekken van Krygsvolk. Den 9 November 1778. De Staaten van Zeeland, alle de geenen, die defe zullen zien of hooren lefen, Salut 1 Alfoo wy uic aangebragte Berichten reden hebben gekregen te vermoeden, dat het by ons niet zonder zeer dringende redenen gedaan ontbod van IVlilite naar en binnen het Eiland van Walcheren by de In- en Opgezetenen eenig nadenken heefc veroorzaakt en bekommering verwekt; zoo is 'c, dat wy, tot wegneeming van alle verkeerde begrippen, welke door kwalyk gezinden zouden konnen worden ingeboezemd, en ter gerustftelling van de goede Ingefetenen, zoo binnen de Steden als ten platten Lande, defelve by defe wel willen verklaren en bekend maken, dat defe buitengewoone maatregulen by ons, (hoe ongaarne ook) tot geen ander einde zyn te werk gefield geworden, dan ter beveiliging van de Wettige Overheden, en Regeeringen tegen alle gevreesde, ja bedreigde aanvallen; ter beteugeling van Onrustigen ftuking van zoortgelyke ongeregeldheden, als zedert eenigen tyd binnen het Eiland van Walcheren hebben plaats gehad; voorkoming van eene geheele omverrewerpmg van alle goede Orde en Regeering , zonder de welke geen Land beftaan T"\e Staaten van Zeeland, alle de geenen die ±Jf defe zullen zien of hooren lefen, Salut ! doen te weeten. Alfoo wy met leedwefen, zoo by mondelinge ouvertures, als Misfiven van de Regeeringe der Stelde Westca^ pelle in defen Eilandè van Walcheren, vernomen hebben de verregaande en allerongehoordfte behandelingen van zommige onrustige en kwalyk gezinde Lieden, zoo uic de Landfaten van denfelven Eilanden, als Ingefetenen van de voorfz. Stede zelve, welke door waarfchoüwingen, ongehoorde afvergingen, dreigementen, metiterative Eedfwaringen gepaard, en verdere diergelyke ten hoogften ftrafhaare handelwyfen, op den 23, 24 en 26 October jongstleden aldaar voorgevallen, de gemelde Regeeringe hebben gedwongen, om, wilden zy zig zelve aan geen alleruiterste gevaar voor Lyf en Goed blootftellen, op Diugsdag den 27 dier Maand, niec alleen in te trekken hunne op den 18 Juny 1777 genoomene Refoiutie „ waar by zekere Ifebrand Linfe Borggraaf, te dier tyd Mr. Tim,, rnerman aldaar, is geordonneerc geworden, om, binnen den tyd van tweemaal vier en kan; handhaving der Juftitie, zonder welke niemand veilig is; en ter bewaaring van de Have , Goederen en Bezittingen onfer getrouwe Onderfiten; ten welken einde wyookde Officieren der Militie het onderhouden van een goede discipline wel ernftig hebben gerecommandeerd. Terwyl wy, ons volkomen betrouwende op de goede gezindheid en trouwe van zoo veele onfer Ingefetenen, billyk verwagten, dat door defe onfe Publicatie alle verkeerde impresfien zullen worden voorgekoomen en weggenomen, en de liefde en vertrouwen tusfchen Overheden en Gemeente, meerder en meerder aangekweekt, gelyk wy niet zullen ophouden in onfen yver, om de Wetten en Privilegiën des Lands en van ieder in 't byzonder, te blyven handhaven, en daar by te befchermen, op dat alfoo een ieder de Voorrechten onfer Vryheid ongeftoord mooge ge» nieten. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zal defe alomme in den Eilande van Walcheren worden gepubliceerd en geafügeerd, ter plaatfe daar men gewoon is zulks te doen. enz. „ twintig uuren, die Stad en Jurisdictie te „ ruimen, en zig te wagten van daar weder „ binnen te komen, op pcene van zwaarder „ ftraffe; " maar ook, om by eene te doene en te affigeeren Publicatie te verklaaren: „ dat zy Bailliuw, Burgemeesters en Sche„ penen der Stede WTestcapelle het verfoek „ gedaan, confenteeren, nameiyk dat Ifebrand „ Linfe Borggraaf, de vryheid heeft alsBor„ ger aldaar te woonen, zyn Arnbagt te ex„ erceeren, kost - en fchsdeloos zal gefteld „ worden, en zyn Eer opgeleid," met dat gevolg, dat zulks voor een confiderablen toevloed van Menfchen, zoo te Voet als te Paard, rf gepubliceerd zynde, de meergemelde Ifebrand Linfe Borggraaf, te Paard zittende, is binnen gehaald. En offchoon het geene, op dien voet en met geweld, van den Magiftraat is afgeperst, uit zig zeiven is nul en van geener waarde, zoo hebben wy, dien onverminderd, goedgevonden en verftaan, ten overvloede, te declareeren, gelyk wy doen by dele, dat wy de hier bovengemelde gedaane en geajfigeerde Publicatie, ter intrekking van de Refoiutie van den 18 Juny 1777, houden voor nif- Püblicatie van de Staaten van Zeeland^ tegens muiterye te IVest-Capelle. Den 16 November 1778.  Placaaten. 3. Boek 4. Titul. nietig en als of nimmer gefcheid ware; en derhalven de faak van voornoemde Ifebrand Linfe Borggraaf by defe (tellen in dien ftaac, zoo als de zelve, even voor defe onrustige en ongehoorde bewegingen en handelingen , is geweest, met last aan de Regeeringc van Westcapellen, om uit het Register hunner Refoiutie te ligtcn alle dc hun, op zoo eene enorme wyze, afgedwongene beloften en Refolutien, nevens dc bovengemelde Publica; tic; mitsgaders defelve, zoo nog mogtc ge: affigeerd zyn, te doen affchcuren, want wy zulks ter bevordering van de goede ordre noodig hebben geoordeeld. Ten welken einde defe binnen Westcapelle voornoemd Zal worden gepubliceerd, cn ; op drie ;i vier plaatfen gcalligeerd. enz. 8' Refoiutie van de Staaten van Holland, tot correctie van den Leydfchen Courantier, wegens een articul in zyne Courant, waar over door den Deenfchen Envoyé by haar Hoog Mogenden klagten waaren ingebragt. Den 5 Mey 1781. Ontfangen een Misfive van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, gefchreven in den I lage den o<5 der voorleedc Maand, daar neevens fenden de Copie van eene Memorie , door den I Iccr de St. Saphorin, extraordinaris Envoyé van zyne Majefteit den Koning v in Denemcrken, ten zeiven dage aan hun gcprefcntccrt, waar by op ordre van zyn Hof zig beklaagt over twee pasfages in Num. 2? van de Leydfchc Courant, en Num. 40 van die ren Noordholland, waar in eenige onwaarheeden gevonden worden, relatie hebbende tor geïmponeerde onkosten, die zyne Majclleit dc Koning van Pruysfen zoude dragen in de Deenfche Vloot; verfoekende hun Hoog Mog. de nodige voorfiening, dat gemelde Courantiers, nevens een behoorlyke correctie dieswegens, gehouden mogen worden de voorfchreeve pasfages zonder uitftel te retraéteeren; en dat voorts de vcreifchte ordres mogen worden geftelt, dat de voorfz., en alle andere Courantiers, in hun Edele Groot Mog. Provincie zig bevindende, zig vooraan wagten van ee.nige vreemde Mogendheeden aanftoot te geeven ; volgende de voorfchreeve Memorie hier na gcinfercert, Hauts & Puisfants Seigneurs! Les egards dus a vos Hautes Puisfances, a la verité, & a foimème ont dicté les ordres que fa Majesté le Roi dc Dannemarcq vient de donnerau fousfigné de temoigner route fa furprife de f inexactitude des asfertions dont fe trouvent frequemment rernplis les Papiers pubhes de cc pays ci quant au Dannemarcq, qui mettent a la fin fa Majefté dans la necesfité de lui ordonner d'en porter plainte, & nommernent de demander que ce qui a, été temeraireraent avancé dans le No. 27 de Ia Gazette de Leyden, (connu fous le nom de nouvelles extraordinaires de divers endroits) fous farticle de Leyden du i Avrü, pag. 3 , touchant les pretendus fraix que le Gazetier inventc que fa Majesté Pmsfienne devoit fournir a farmement de la Plotte, & afencTCtien d'une partie des forces Danoifes, foit revoqué fans délay, comme étant abfolument destitué dc tout fondement, & qüe le Gazeticr ibit feverement reprimande de s ètre permis de debiter une tellc fuppofition. Obligé devcillera ce que les papier* pubh'csne contiennentrien relativemenc a fa Cour qui ne foit d'une exacte vérité fpuisque leur tolerance feroit regardce comme une confirmation tacite) le fousfigné doit ausfi requerir de la haute fagesfe & des égards de vos Hautes Puisfances, quele Gazeticrde Noord - Hollande foit averti fcrieufement d'ctre plus veridique & plus prudent a 1'avenir relativement I tout ce qui touche au Dannemarcq & obligé de retracter tout cc qn'il dit dans fon JVo. 40, fons farticle de la Haye dn 31 Mars, portant des fuppofltions a pcu pres les mómes, que le precedent ou de tout ausfi peu fondeés. Cependcnt, Hauts & Puisians Seigneurs, daigués en ètre convaincus, les relations entre les deux Augustes Cours de Coppenhague & de Ber lin, font trés intimes, la Cour de Dannemarc fpecinlement les cherit innniment; mars elles n'exigenc point que le publicq foit abufepar des Gazeoers. Donné a la Haye le 26 Avril 1781. QSignef) A. de Sc. Saphorin. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfz. Mssfive en Memorie zal worden gefonden aan Burgemeesteren en Regeerders derStadLeyden, met verfoek, om, gelet op de flaauwe re-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen , &c. tetnclme döor den Courantier Luzac, van de verkeerde infertie in zyn Courant onder Num. 27, in zyn Supplement van den 1 deefer onder Num. 35 ter nedergeftelt, denfelven op het kragtigfte en ten fterkften te gelasten het by hem voorfchreeve ter neder geftelde nader en behooriyk te retracteeren; en om voor het toekoomende zoodanige voorfiening te doen, dat defelve zig onthoude, van aan eenige vreemde Mogendheeden, vooral aan geallieerde van den Staat, eenigen aanftoot te geeven; als meede aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier, met aanfehryving om den Noordhollandfchen Courantier voor hun te ontbieden, en hem te gelasten het by hem 409 ter neder geftelde in zyn voorfz. Courant behooriyk te retraóteeren, en hem verder ernftig te recommandeeren van zig te wagten van diergelyke meer te dosn, op poene &van de hoogde indignatie van hun Edele Groot Mo», met respective kennis geeving aan hun Edele Groot Mog. van hun verrigte ter zake voorfchreeve, en dat voorts door de Heeren van de Ridderfehap, en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het Groot Befogne met de Heeren Gecommitteerde Raaden in. de beide Quartieren zal worden overlegt, op wat wyfe best in de licentie der Courantiers voorfien zal kunnen worden, en de Vergadering daar op gedient van derfelver Confideratien en Advis. 9* Placaat van de Staaten van PMland, tot ontdekking van den Autheur, mitsgaders tegen het disfemineeren van zeker, Libel, geinntuleerd', Aan het Volk van Nederland. Den 10 Oclober 1781. De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen die deefen zullen lien of hooren leefen, falut; Alfoo wy in ervaringe zyn gekomen, dat, nietteegenftaande de Placaaten en Ordonnantiën op het drukken en divulgeeren van feditieufe en calumnieufe Gefchriften van tyd tot tyd geëmaneert, onlangs op verfcheide Plaatfen binnen deefe Provincie is geftrooyt zeeker zeer oproerig en lafterlyk Libel, geintituleert Aan het Volk van Nederland, waar in de hooge Regeering deefer Landen, zyne Doorlugtige •Hoogheid de Heer Prince Erfftadhouder, mitsgaders Hoogstdesfelfs Doorlugtige Voorzaaten, aan weiken wy de grondlegging en handhaving van ons Gemeenebest en de vryheid van het zelve, naast God te danken hebben, op een fchandaleufe en verregaande wyfe werden gelastert, en de goede Gemeente tot oproer, en feditieufe beweegingen aangefet. Zoo is 't, dat wy daar in willende voorfien, onvermindert onfe voorige Placaaten tegens de Pasquillen, en andere fameufe, en ergerlyke Gefchriften, van tyd tot tyd geëmaneert , en in het byfonder onfe Renovatie van den 18 January iópi, en ons Placaat van 7 Maart 1754, hebben goedgevonden : om ter ontdekking 'van den Autheur cf Autheurs van het voorfz. oproerig en lasterlyk Libel, geintituleert Aan het Folk van Nederland, en derfelver Complicen, te belooven een Prsemie van een duifend goude Ryders aan die geene, die zal aanwyfen, zoo dat defelve in handen van de Juftitie geraaken en vah het fait zal werden overtuigt, den Maaker, Schryver of Drukker van het voorfz. Libel, of andere, die daar meede eenigfints zuilen zyn gemoeit geweest; en by aldien de voorfz. Ontdekker of Aanbrenger zoude mogen weefen meedepligtig, verklaaren wy al het gunt hy daar mee, IX Deel. de tegen de hooge Overheid heeft misdaan, aan hem nu voor als dan te pardonneeren, en dat hy daarenboven de voorfz. Prsemie zal genieten, en desfelfs naam niet gemeld, maar fecreet gehouden werden. Verbiedende en interdiceerende wyders wel ernftig by deefe een iegelyk,'van wat ftaat, qualiteit, en conditie defelve ook zoude mogen weefen, het voorfz. feditieus en lafterlyk Libel op eenigerley wyfe na te drukken, uit 'te geeven, te disfemineeren, of te verfpreiden , op de verbeurte van het zelve, en op een boete van fes duifend guldens, mitsgaders op poene ten minften van bannisfement voor altoos uit de Provincie van Holland en Westvriesland,- Welke boete voor een derde deel zal komen ten profy te van den Officier die de calange zal doen, het tweede derde deel ten behoeve van den Aanbrenger, en het refteerende derde deel ten behoeve van den Armen daar de calange zal werden gedaan. En vermits eenige Perfoonen om haare onbetamelyke handelingen fecreet te houden, zouden kunnen pretexeeren dat het voorfz. Libel aan haar onder een bloot couvert is toegefonden, zonder te konnen zeggen, door wie of van wat plaatfe, lasten en beveelen wy , dat alle Boekdrukkers, Boekverkoopers, en voorts alle en een iegelyk, aan welke het bovengemelde oproerig en lasterlyk Libel, geintituleert Aan het Folk van Nederland, gefonden mogte worden, het zy om te verkoopen, vereeren, diftribueeren, leenen of leefen, gehouden zullen weefen, het zelve aanftonds te brengen en over te leeveren aan den Officier of Magiftraat ter Plaatfe van hunne refidentie, of daar zy het zelve zullen ontfangen , op pcene, dat zy voor de Disfeminateurs en Verfpreiders van het zelve gehouden, en als de zoodanigen in voegen voorfz. geftraft zullen werden. 3F Or-  4io Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. Ordonneeren.le wel expresfelyk onfen Procureur Generaal en alle andere Officieren , dit ons tegenwoordig Placaat ftriételyk en precifelyiv ce executeeren na desfelfs forme en inhoude , zonder eenige disfimulatie of conniventie, op poene van privatie van haarlieder Officie. En op dat niemand hier van ignorantie prrètendecre, nemaar weeten mooge, waar na hem deefen aangaande zal hebben te reguleeren , zoo begeeren wy, dac deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Haage onder hec kleyn Zeegel van den Lande den 19 October 1781. CDnderflond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (JEas geteekent C. CLOTTERBOOKË; NOTA. Zoorcgclyke Publicacie, betrekkelyk die zelfde Boekje, ikookgeëmancert door de Staaten Generaal, den 26 Oclober 1781. IC. ÏPaarfcbouwing van Gecommitteerde Raaden vé* Holland, tegen het plegen van Refi/lentie aan VLands Bediendens van de Colïe&e inden Eylande van Overflacqueê. Den 28 November 1782. T^V Gecommitteerde Raaden van de Stacen vin Holland en Westvricsland,- Allen den ge*nen, die deefen zuilen zien, oChooren leden, falut; Doen tc weetcn; Alfoo toe onfe kennisfe gekomen is, dat eenige kwaadwilligen in den Eylande van Overilacquée zig niet ontzien hebben, omme van tyd toe tyd 'sLands Bediendens eer Collecle op eene zeer verregaande wyfe, zoo met woorden als met daden te beleedigen, en daar door te verhinderen, dat 's Lands dienst naar behoren waargenomen worde, niectegenflaandc hun Edele Groot Mog. dc Heeren Staren delêr Provincie alle des 's Lands Bediendens van de Collecte hebben genomen in hunne Sauvcgarde en Souveraine Protectie, en geordonneert, dat alle dadelykheid en geweld, tegens defelve geplcegt, als begaan direclelyk tegens de hoge Overigheid zelve, aan den Lyve, cn zelfs met de Dood, naar vereifch van zaken, zal worden geftraft. Zoo ts 't , Dat de Gecommirteerde Raaden voornoemt allen en een iegelyk , zoo Inen Opgezeeeenen, als Vreemdelingen in den voorfz. Eylande, door defe op hec ernftigfte waarfchouwen, dat zy zig onthouden van 'sLands Bedienden van dcColleéleop eenigerhande wyfe , het zy met woorden, of met dad en tc beleedigen , veel min defelve in hec ftuk van 's Lands dienst te refideeren of eenig het minst geweld aan te doen, op ftraffe, dac die geenen, die zulks zouden mogen onderneemen en hier regens aangaan, zonder eenige connivencie ofverfchoning aan den Lyve, en zelfs mee de Dood, naar omftandigheden van zaaken, zullen worden geftraft. En worddc Ruard van Putten, cn alle andere Bïülmwcn cn OtTicicren in delen geconcerneert,jwel expresfelyk gelast en geordonneert aliincs de hand aan dc executie van deefe hun Edele Mog. Waarfchouwing te houden en zoo veel in hun is zorge te dragen, dat aan derfelver intentie voldaan worde, alfoo wy zulks voor den dienst van den Lande nodig agten. En op dac niemand hier van eenige ignorantie kome te pretendeeren, gelastten wy, dac defe alomme inden Eylande van Overflacqué, ter plaatfe alwaar zulks gebruykelyk is, zal werden gepubliceert cn geaffigeert. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 28 November 1782. (OnderjlondP) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (lias geteekent,) l A. RO Y ER. Pis  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c, 411 11. Placaat van de Staaten van Phlland, ter ontdekking van den Autheur, en tegen het disfemineeren van zeker Libel, geintituleert, Brief over de waare oorfaak van 's Lands ongeval, gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort. Den 10 January 1783. De Staaten van Holland en Westvriesland, allen den geenen, die deefen zullen zien of hoooren leefen, falut: Doert te weeten. Nademaal wy met de hoogfte verontwaardiging in ervaaringe zyn gekoomen, dat onlangs binnen onfe Provincie is gedebiteert en verfpreid zeeker lasterlyk, oproerig en verfoeyelyk Libel, geintituleert Brief over de waare oorzaak van xs Lands ongeval gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort, waar in de hooge Regeering deefer Landen, zyne Doorlugtige Hoogheid, de Heer Prince Erfftadhouder, mitsgaders haare Koninglyke Hoogheid, hoogst desfelfs Gemalinne, op eene fchandaleufe wyfe werden gelastert, en de goede Gemeente tot oproer en feditieufe beweegingen aangefet; en wy met geen minder ongenoegen en indignatie ontwaar werden, dat, niettegenftaande door ons by verfcheide herhaalde Placaaten en Ordonnantiën tegens alle Pasquillen, en andere ergelyke en calumnieufe Gefchriften, op het kragtigfte is voorfien , des onaangeüen, de hooggaande licentie in het daikken en disfemineeren van Gefchriften, met een fmifterlyk, en allesfmts ftrafbaar oogmerk ingerigt, om de goede Ingefeetenen van de verfchuldigde gehoorfaamheid aan ons, als hunne Wettige Overheid, af te trekken, in weerwil en met vilipendie der voorfz. onfe Placaaten en Ordonnantiën , dagelyks toeneemt en tot den hoogIten top is gereefen. Zoo is 't, dat wy, wel uitdrukkelyk inteereerende, en by deefe voor gerenoveert houdende onfe vorige Placaaten tegens de Pasquillen en andere fameufe, ergerlyke en feditieufe Gefchriften, van tyd tot tyd geëmaneert, en in het byfonder onfe Renovatie van den 18 January 1691, en ons Placaat van 7 Maart 1754, dewelke wy hegeeren, dat ftand zullen moeten houden, en door onfen Procureur Generaal en alle anderen Officieren van onfe Landen rigoureufelyk^ en fonder eenige disfimulatie of conniventie geexecuteert moeten werden, als nu, voorts, by nadere voorfiening tegens het opgemelde Gefchrift, hebben goedgevonden, om ter ontdekking van den Autheur of Autheurs van het voorfz. oproerig en lafterlyk Libel, geintuleert, Brief over de waare oorfaak van 's Lands ongeval, gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort, en derfelver Complicen, te belooven een Prremie van een duifend goude Ryders aan die geene, die zal aanwyfen, foo dat defelve in handen van de Juftitie geraaken en van het fait fal werden overtuigt, den Maaker, Schryver of Drukker van het voorfz. Libel, of anderen, die daar meede eenigfints zullen zyn gemoeit geweest; en by aldien de voorfz. Ontdekker of Aanbrenger zoude mogen weefen meedepligtig, verklaaren wy al het gunt hy daar meede tegen de hooge Overheid heeft misdaan, aan hem nu voor als dan te pardonneeren, en dat hy daarenboven de voorfz. Prxmie zal genieten, en desfelfs naam niet gemeld, maar fecreet gehouden werden. Verbiedende en interdiceerende wyders wel emftig by deefe een iegelyk, van wat ftaat, qualiteit, en conditie defelve ook zou-de mogen weefen, het voorfz. feditieus en lasterlyk Libel op eenigerley wyfe na te drukken, uit te geeven, te disfemineeren, of te verfpreiden, op de verbeurte van het zelve, en op een boete van zes duifend guldens, mitsgaders op poene ten minften van Bannisfement voor altoos uit de Provincie van Holland en Westvriesland; welke boete voor een derde deel zal komen ten profyte van den Officier die de calange zal doen, het tweede derde deel ten behoeve van den Aanbrenger, en het refteerende derde deel ten behoeve van den Armen daar de calange zal werden gedaan. En vermits eenige Perfoonen om haare onbetamelyke handelingen fecreet te houden, zouden kunnen pretexeeren dat het voorfz. Libel aan haar onder een bloot couvert is coegefonden, zonder te konnen zeggen, doorwie of van wat Plaatfe, lasten en beveelen wy, dat alle Boekdrukkers, Boekverkoopars, en voorts alle en een iegelyk, aan welke het bovengemelde oproerig en lasterlyk Libel, geintituleert , Brief over de waare oorfaak van 'ƒ Lands ongeval, gevonden tusfchen Utrecht en Amersfoort, gefonden mogte worden, het zy om te verkoopen, vereeren, distribueeren, leenen of leefen, gehouden zullen wefen , het zelve aanftonds te brengen en over te leeveren aan den Officier of Magiftraat ter Plaatfe van hunne refidentie, of daar zy hec zelve zullen ontfangen, op poene, dat zy voor de Disfeminateurs en Verfpreiders van hec zelve gehouden, en als de zoodanigen in voegen voorfz. geftraft zullen werden. Ordonneerende wel expresfelyk onfen Pro3F 2 cu-  412 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. curcur Generaal en alle Officieren, dit ons tegenwoordig Placaat ftrictelyk en prccifelvk te executeeren na desfelfs forme en inhoude //onder ccnigc disfimulatie, op poene van privatie van haarlieder Officie. En op dat niemand hier van ignorantie pne- tendeere, nemaar wecten mooge, waar na hem deefen aangaande zal hebben te reguleeren , zoo begeeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, d;?nr het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Iïagc onder het kleyn Zeegel van den Lande den 10 January 1733. (Onderfond f) Ter ordonnantie van de Staaten. (lias geteekentf) C. CLOTTERBOOKE. 12. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het voeren van oproerige gefprekken, het hou. den van zawenrottingen, en het dragen van Leufen van l^artyfcliap. Den 16 Juny 1784. T"\e Staaten van Holland en Westvricsland: \_J Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, Salut; Alfoo vry met het uiterfte leedweefen en de hoogfte verontwaardiging vernoomen hebben de verregaande buiten fpoorigheeden, welke hier en daar binnen deefe Provincie worden gepleegd, en die, zoo door het voeren van tumultueufe gefprekken , en het houden van Byëenkomften, als het draagen van Teekenen of Leufen van partyfehap, eindelyk tot die hoogte geklommen zyn, dat defelve thans niet alleen in zommige Plaatfen zyn uitgebrooken tot Oproer, maar ook van dien aart, dat, wanneer daar tegens niet ten fpoedigften werde voorzien, defelve veelligt van Plaats tot Plaats zouden kunnen overftaan; alle het welke is (trekkende toe perturbatie der gemeene rust, en ftooring van de veiligheid der goede Ingezeetenen deefer Provincie. Zoo is 't, Dat wy, uit eene Vaderlyke gencegenheid en voorzorg op alles, dat, tot welftand van defen Lande, en ter beveiliging van de Inwoonderen van dien, ftrekken kan, hebben goedgevonden en verftaan, mits defen allen en een ieder wel ernftig te vermaanen, omme zich, als flille en vreedzaame In- en Opgefeetenen, te gedraagen, met expresfe last, zich ten zorgvuldigften te wagten van alle oproerige gefprekken, beweegingen en zamenrottingen, cn alles wat verder aanleiding zoude kunnen geeven tot ftooring van onderlinge rust en eendragt, verbiedende wy ten dien einde wel byfonderlyk het draagen van eenige Tcekenen of Lcufcn van Party fehap of Oproer, veel meer het forceeren van anderen tot het draagen van dien; alles voor de Overtrecders op pcene van onfe hoogfte indignatie; mitsgaders van als Perturbateurs der gemeene rust, rigoureufelyk te worden geftraft. Ordonnecrende wel expresfelyk onfen Procureur Generaal, en alJe andere Officieren en Jufhcrercn van onfen Lande, defe onfe Publicatie ftrictelyk en pnecifelyk te executeeren, naar desfelfs forme en inhoude, zonder eenige disfimulatie of conniventie, op poene van privatie van hunlieder Officie. En op dat niemand hier van ignorantie pnetendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat defe alom zal worden gepubliceerd en geafligeerd, daar het behoort, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder 't KJein Zeegel van den Lande den 16 Juny 1784. (OnderftondJ Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekend C. CLOTTERBOOKE. Re-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &e. 413 13. Refoiutie van de Staaten van Holland, ivaal* by eene Commisfie benoemd word tot het doen %ti onderzoek omtrent zekere tumultueufe bewegingen ts Rotterdam ontflaan. Den 10 Augustus 1784. Tr$ y refümtie, en tot finaale afkomst op heden, volgens hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 4 dezer, gedelibereert zynde op het provifioneel Rapport, den 28 der voorlede maand ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap, en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot'het groot Befogne, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 21 te vooren , geëxamineert het Berigt van Schout, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Rotterdam van den 20 July, uit kragte der requifitie by hun Edele Groot Mogende den 15 der laatstgemelde maand op de Requeste van eenige Burgers en Ingezetenen derzei ve Stad, waar by zig hadden beklaagt over het onvoldoende effect der maatregulen tot ftuiting van de oproerige discoursfen en bewegingen in het gemeen, en fpeciaal over het den 10 July voorgevallene in een gedeelte of divifie van de Compagnie" Burgeren No. 11; en tevens verfogt voorfiening tegens de fchroomelyke gevolgen, welke uit zoortgelyke bewegingen zouden kunnen refulteeren; welk Berigt met acht Bylaagen, mitsgaders de bovengemelde Requeste met zes Bylaagen; en nog een Request van eenige Burgers en Ingezetenen der gemelde Stad op den 16 July geprefenteert, ten einde het daar voor werde gehouden, als of hunne naamen. op het eerstgemelde Re¬quest geplaatst waaren ,• als mede een Request van Jan Jacob Elfevïer, Raad in de Vroedfchap, mitsgaders Colonel der Schutterye van voorfchreeve Stad, waarby, nader referveerende een Memorie met bewyfen gefterkt (op den ó defer geëxhibeerf) inmiddels zyne in1 ftanüen voegde by de beede zyner voorfchreeve Medeburgers; en nog een Request van een aantal Opper- en Onderofficieren en Adelborften in de Schutterye der voorfchreeve Stad; en eindelyk een Request van eenige Burgers en Ingezetenen aldaar, alle mede verfoekende gehouden te worden, als of hunne naamen op het eerstgemelde Request geplaatst waaren, breeder onder de Notulen van den voorfchreeven 21 July zyn geinfereert. Is goedgevonden en verftaan, dat aan Schout Burgemeesteren en Schepenen der Stad Rotterdam zal worden aangefchreven, om met en benevens de na te melden Heeren Commisfarisfen met alle attentie te onderfoeken en na te gaan de fources, uit de welke het voorgevallene in de Stad Rotterdam, en het aldaar fubfiiteerend ongenoegen en wantrouwen is veroorfaakt, en dat ten dien einde aan de gemelde Magiftraat, van wegens hun Edele Groot Mogende zullen worden geadjungeert eenigö Heeren, waar toe benoemd worden by defen de Heeren en Mrs. Willem Hendrik Teding van Berkhout, Schepen en Raad der Stad Delfc; Hendrik Balthazar van Halteren, Oudfchepen en Raad der Stad Leyden ; Carel Wouter Visfcher, Penfionaris der Stad Amfterdam; Itel Fredrik Pottey Turck, Raads* heer in den Hoogen Raade; en Johan Hen* drik Mollerus, Raadsheer in den Hove van Holland; om zig naar Rotterdam te begeven, ten einde gezamentlyk en gecombineert met de voornoemde Magiftraat het voorfchreve on* derfoek te doen, en de rust en het vertrouwen binnen de voorfchreeve Stad wederom te her/tellen, en daar toe met de voornoemde Magiftraat de bekwaamde middelen te helpen beraamen en ter uitvoer te brengen, en voorts van hunne verrichtingen aan hun Edele Gr. Mog omftandig Rapport te doen, om daar op door hun Edele Groot Mogende als dan verder te worden gerefolveerd, als bevon* den zal worden te behooren, wordende dö zelve Heeren gequalificeert, om een Secreta* ris tot der zeiver asfiftentie in deze Commisfie te asfumeeren; en zullen alle de ftukken de voorfchreeve zaak concerneerende, en geinfereert onder de Notulen van den 13 April, 15 en 21 July, en 6 Augustus dezes jaars, aan de voorfchreeve Heeren Gecommitteerden worden ter hand gefteld. En is, tot voorkoomihg dat de intentie van hun Ed. Gr. Mog. met het adjungeeren der voorfchreeve Commisfarisfen aan de Magiftraat der Stad Rotterdam niet verkeerdelyk werde geinterpreteert , goedgevonden by defen te verklaaren , dat de intentie van hun Edele Groot Mog. daar by geene andere is, als om zig alleenlyk op eene politicque wyfe omtrent de fubfifteerende oneenigheden te doeninformeeren, om vervolgens daar op nader te kun-3 nen delibereeren, en zoodanige ordres te fteilen en voorfieninge te doen, als naar gelegenheid der zaake zoude mogen geoordeelt worden te behooren, zonder daar mede in het oog te hebben, om hier door eenige kleinigheid aan de Regeering der Stad Rotterdam toe te brengen, of zig in eenige hunner huishoudelyke zaaken of beftuur te willen immisceeren; veel min om door het neemen van de voorfchreeve Refoiutie aan de wel herbragte Privilegiën, vry en geregtigheden van de refpective Steden en Leden van hun Edele Gr, Mog. Vergadering, en in het byfonder van de Stad Rotterdam, eenige atteinte of prsejudicie toetebrengen. En is laatftelyk nog goedgevonden en ver* 3F 3 ftaan j  414 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. ftaan, dat zoo tot verzekering van de rust binnen Rotterdam, als tot dcndigeaHfiftentie van voorgemelde Heeren Commisfarisfen en de Regeering der zelve Stad, zyn Hoogheid zal worden verfogt, zoo als verfogt word by defen, om, met overleg van Burgemeesteren aldaar, een convenabel getal Trouppes derwaards tc doen marchecren, cn daar toe de noodige Ordres cn Patenten te doen uitvaardigen, en dat dc Commandeerende Officier zal worden geinjungcerd, om den Eed, volgens het Formulier hier agter gevoegt, te 1 doen in handen van Burgemeesteren van Rotterdam, en om de ordres, welke aan hem door voornoemde Heeren Gecommitteerdens van bun Edele Gr. Mog., geduurende der zeiver aanwefen aldaar, gcfamentlyk met Heeren Burgemeesteren zullen worden gegeven, te obedieeren, en ftiptelyk na te komen, i EED. Wy hooge, middelbaare en laage Officieren, mitsgaders gemeene Soldaaten van dc Compagnien hier prefent, belooven en zweeren, I Ieeren Gecommitteerdens van hun Edele Groot Mog., mitsgaders I Ieeren Burgemeesteren defer Stad, gebouw en getrouw ce wefen, de zeive gccrouwelyk te dienen, en de ordres, welke aan ons door welgemelde Heeren Gecommicccerden van hun Edele Groot Mog., geduurende derfelver aanwefen alhier gefamentlyk met Heeren Burgemeesteren defer Scad zullen worden ge.geven, te obedieeren en na te komen, in het geen de zelve tot onderhoud, dienst en rust defer Scad, en wel voornamentlyk tegens alle oproer en feditie van den Volke ons zullen komen te beveelen; onvermindert nogtans de ordres, die de Hee.en Scaacen,.zyn Hoogheid de Heere Prince van Orange en Nasfou, als Capitein Generaal defer Provincie , of de l Ieeren Gecommitteerde Raden aan ons zouden mogen komen te geven. Zoo waarlyk moet my Goj Almagtig helpen. De Heeren van de Ridderfehap en Edelen hebben de voorfchreeve Conclufie aangezien. De Heeren Gedeputeerden der Steden Dclit, Brielle, Enkhuyfen, Edam en Medemblik hebben de voorfchreeve Conclufie aangeficn. De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotcerdam hebben volgens den Iasc van de Heeren hunne Principalen verklaart in hec eersee gedeelce der voorenihande Refölucie rakende hec zenden en benoemen van I Ieeren Gecommitteerden van wegen hun Edele Groot Mo^ ten einde als in de zelve Refoiutie breeder ftaat gemeld, niec te hebben geconfenteerd maar de Conclufie te hebben aangcfien, mee referve van faculteit, om hun Advis tot hunne decharge in de Registers van hun Edcle Grooc Mog. Refolucien te laaten infereeren. De Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn hebben, ter voldoeninge aan den fpcciaalen last van de Heeren hunne Principaalen gedeclareerd, dac, vermics by de Regeering der Stad Rotterdam geene Commisfarisfen zyn gerequireerd, zy ook in de Refoiutie ter benoeminge van de zelve niet concurreeren maar die contradiceeren, en daar tegens zoodanige Aanteekening referveeren, als de Heeren hunne Principaalen mogten goedvinden te doen. De Heeren van dc Ridderfehap en Edelen, hebben met opfigt toe den bovenftaanden Eed van getrouwheid aan de Heeren hun Edele Orooc Mog. Gecommicceerden, verklaarc te begrypen, dat die poinc niet gefchikt was. om by de pluraliteit tc kunnen worden geconcludeert. ° De Heeren Gedeputeerden der Scad Rotterdam hebben, ingevolge de last van de Heeren hunne Principaalen, met opfigt eoc den bovenltaciiden Eed van getrouwheid aan dc Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden , dit point gecontradiceert, daar teeen geprotefteert , en gereferveert zoodanige Aanteekening, als de Heeren hunne Fnncipaalen zullen tc raade worden. Refojutie van de Staaten van Holland, houdende q:;.::ificatie op Gecommitteerde Raaden, tot beteugeling van tumultuaire bewegingen ; met benoeming tejfens van Mr. J. G. Luyken, tot Advocaat Fiscaal. Den 31 January 1785. 14. T"Xe Heeren Gedeputeerden der Stad Ley«L# den hebben ter Vergadering gedaan de navolgende Propoficie. Edele Groot Mog. Heeren ! Gelyk de Geest van oneenigheid, twee • fpalc en fedicie, zig zeedert een geruimen tyd over verfcheide Ingefeetenen deefer Provincie, en, in het byfonder in fommige Steden derfelve , Cgelyk daar van onfe Stad, helaas! mede het gevoel heefc gehad) verfpreid heeft tot aan zoo ver-  Placaten tegens feditieufe Perfoonen, &c 415 Vérre zelve, dat openbaar gewelc,- en dadelyk tumult daar van de uitwerkfelen zyn geworden; even zoo worden 'er tans aan onderfcheidene gedeelten? van die zelve Provincie veele In- en Opgefeetenen van het platte Land gevonden met denfelven geest bezield, en fchynen als te zamen te willen fpannen, om of zig te verfetten tegen derfelver wettige Overheid, of, onder gefogte voorwendfels, het Land aan alle zyden in rep en roer te brengen. Wy behoeven immers (zoo wy ons verbeelden) de waarheid van dit gepofeerde niet te bevestigemde propofitie door de Heeren Gedeputeerden der Scad Gouda , in de voorleede week ter deefer Vergadering gedaan ; het addres door Drosfaart, Burgemeesteren en Scheepenen der Stad Gorinchem aan U Edele Groot Mog. gemaakt, en de Misfive van Heeren Gecommitteerde Raaden tot het bepaalen van nadere Ordres ter Wapening van de Ingefeetenen ten platten Lande ,• zyn daar in, behalven zoo veele andere door de publicque Nieuwspapieren gemeen gemaakte informatien, voor ons zulke fpreekende getuigen, dat wy daar toe niets meerder behoeven te avanceeren. Dan ! Edele Groot Mog. Heeren ! vertoont zig (gelyk wy avanceerden) deefe geest over de Ingefeetenen van ■verfcheide .Diftriéten deefer Provincie verfpreid-, in byna alle de Plaatfen rondfom onfe Stad geleegen, worden bereids desfelfs uitwerkfelen befpeurt, ja defelve zyn reeds tot zoo verre coegenoomen, dac de Regeeringe van onfe Scad, binnen dewelke (tot derfelver innig leedweefen) 'er nog maar te veel gevonden worden, die het zaad vantweedragtaanhoudent in hunnen boefem koefteren en vrugcbaar zoeken te maaken, daar, en wanneer zy de beste gelegenheid kunnen vinden; ter beveyliging van derfelver goede Ingefeetenen, haar heefc verplicht gevonden eenige van de Stads Poorten te doen fluyten, en andere met fterke bezetting uit de Schutteryen, wel gewapent te doen bewaaren : Althans in geene van die Plaatfen (gelyk wy naar waarheid kunnen zeggen) heefc kunnen ter execucie gelegt worden de order, door Heeren Gecommitteerde Raden uit kragt en ingevolge van de door U Edele Groot Mogende op hun gedecerneerde Commisfie geftelt, tot looting ter wapening van de Ingefeetenen, overeenkomftig het gedeclareert goedvinden van UEdele Groot Mogende. Op de eene plaats bediende men zig Van het praetext der looting, en nam die als het zwaard ter verdeediging by de hand; en, wanneer daar teegen eene vrywiïlige opfchryving wierd aangebooden, was de weigering daar van het fpreekend ,bewys van den Geest, waar meede men bezielc was. Op een andere plaats verfeccede men zig direct, teegen alle Wapening, vasthoudende , dat defelve als het middel moest werden befchouwt om den Landman tot den Militairen dienst te brengen, om van denfelven, in dien dienst zynde, gebruik te maken tegen den Vyand, en te employeeren daar en zoo men zoude goedvinden. Waar ceegen nog gepaste reedenen, nog letterlyke overcuygingen, nog onderceekeningen van een der Secretarisfen van U Edele Groot Mog., met eenige vrugt hebben mogen of kunnen werden aangevoert , zynde of het vooroordeel of ligt wel de bekoomene induótien zoo fterk, dat op geene overtuiging te raamen was. Op een derde plaats waaren de gemoederen zodanig gaande, dat de bedreigingen , waar meede de executie der ordres van U Edele Groot Mog., of van ' Heeren Gecommitteerde Raaden in naam van U Edele Groot Mog. wierden geresconcreert , moescen geoordeelt worden van deefen aart, dat het meer dan onvoorzigcig zoude mogen genoemt worden, den verkreegen last, hoe gewillig anders, werkftellig te maken. Wy bedoelen , Edele Groot Mog. Heeren! hier mede Oestgeest, Leyderdorp, Zoeterwoude, Voorfchooten, Valkenburg , Wasfenaar, Rhynsburg (om van anderen, als Catwyk en Noordwyk &c. niet te gewagen,) uit welke laatstgenoemde plaacs, (even gelyk men zulks ook van andere Diftriéten ondervonden heeft,) wy geinforrneert zyn,dat,wanneer men in dit of geene Diftrict; met ftilte de gegeevene ordres zoude hebben ter executie gelegt, zig deefe of die heefc vertoonC, die zeer ras de ftille kalmce deed verdwynen, en met een boos opfet verwisfelen, waar toe ook zelve de veiligheid van 's Heeren^wegen door hun zoude zyn misbruikt geworden. Maar.' het geen wat verder gaat, de aan ons aangebragte informatien van de zyde van Lisfe diéteeren, dat men aldaar , hoe armoedig men ook was, wel vvenschte een ducaat fchuldig te zyn dat 'er oproer kwam, en, dat eenige tyd daar na een ander zoude hebbenbetuygt, wel cwee Ducaaten te willen geeven,dat het oproer binnen een uur zig vertoonde; en dat op Zaturdag den 29 deefer te Rhynsburg eene Orange Vlag op denTooren zoude zyn geplaatst, welke zy, die defelve daar op hadden gefteld, onder de fterkfte bedreigingen hadden verklaart, dat van daar niet zoude werden afgenoomen, terwyl men na het plaatfen van  416 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. gemelde Vlagge meer dan twee uuren dc Klok hadde geluid, cn misfehien de ingefcerenen op eene brutaalc wyfe gedrongen tot het dragen van Oranje Linten, met welke een zeer groot gedeelte de ftraaten cn weegen aanhoudend langs gingen. Wy zwygen van gcrugten ons aangebragc, daar onder 'er ook gevonden worden, die dieteerden, dat het roepen van Oranje booven, de Staaten onder, het geluid was, het welk men voornamenlyk hoorde; liever achten wy dit tafercel, het welk wy de eer hebben UEd. Groot Mog. naar waarheid tefcheezen, genoegfaam, om gevoegd met zoo veele andere berichten, welke van elders worden aangebragt, en waaronder 'er ook al een is, waaruit blykt, dat de ftoucmocdigheid (om niet te zeggen het boos oplet,) bereids tot aan zoo verre zoude zyn gegaan, dat zelve de waakzaame adminiltratie der Jultitie door geweld zoude weefen te leur geftelt: (wy herfeggen) wy achten dit tafereel genoegzaam, om aan het doorzigtig oog van UEd Groot Mog. over te laaten, of het minut, waar in men verkeert, niet te waardig is, om niet dadelyk werkftellig te maaken die middelen, welke gepast mogen genoemt worden, om in deefen een prompften te voorzien, en om in liet byfonder met de meeste ernst en met minder rigeur te waken tegen de zoodanige, welke of daar van oorzaaken of wel de aanvoerders zyn , van welke laatfte volgens bekoomene berichten licht wel eenige te vinden zouden weefen; en neemen dus de vryheid aan UEd Groot Mog in fcrieufe overweeging te geeven, of UEdele Groot Mog. niet zouden kunnen goedvinden, het zy door hec emaneeren van eene zeer ernfhge Publicatie en Waarfchouwing, met eene daar by bepaal ie poenaliteit; het zy door het doen van eene aanfehryving aan den Hove van Holland, om door Commisfarisfen van denfelven Hove, geadfifteerd met den Procureur Generaal, of zodanig gequalificeerde, als daar toe zoude gefchikt geacht worden, op de voornaamftc plaacfen informacien in loco te doen neemen, dc fchuldigen ce apprehendeeren, die ce brengen op de Voorpoorce van den Hove, om ceegen de fel ven ce procedeeren, zoo als in goede Juftitie zal worden geoordeelc ce behooren; het zy door andere middelen; het zy door eene byfondere Qualificacie op een daar toe bequaam Perfoon te decerneeren, die met het Collegie van hun Heeren Gecommitteerde Raaden ten deefe zoodanige recherches deed, en zodanige Juscitie adminiftreerde, als het gewigt der zaaken vereifchte, ten prompfte die ordres ce doen fteilen, welke de presfance nood vorderd. cn de daar aan fchuldige mocc doen ontdekken, opdat, waare het mogelyk, deefe Reeds toeneemende begindfelen in derfelver loop mogten werden gefluit, en teegen gegaan een onheil, waarvan de gevolgen nog te doorzien nog genoeg te waardeeren zyn: terwyl wy in naam cn op last van de 1 Ieeren onfe Principalen ons zonder eene dusdanige dadelykeen weefentlyke voorziening voorde posteriteitonverantwoorl\k zullen achten, wanneer a:?n deefe onfe inltantien niet mogte werden gedcfereert. Wy vertrouwen, Edele Groot Mog. Heeren .' met alle gerustheid, dat UEd Groot Mog. van de gegrondheid deefer onfe vooritag ten vollen zullen zyn geconvinceerc, en dat dc lieden deefer Vergadering niet zullen vertoeven, om in eene zoo ferieufe materie als deefe ten prompfte te helpen neemen die raaacrcgulcn , welken gepase, en mee de digniteit van defe Souveraine Vergadering mogen geoordeelc worden over een te koomen, op dat niet alleen een voornaam gedeelte deefer Republicq of anders dit geheele Gcmeenebest niet door inwendig geweld werde gefolterd, terwyl defelve zig tegen Vyandelykhecden van buiten moet vaardig maken, maar ook veel eer den hoek/teen van 's Lands weiwart bcvescigc, en door eendragc van binnen de magt tegen alle aanval van buiten gefterkt. Waar op gedelibereert, en de Heeren Gedeputeerden der Scad Leyden voor derfelver attentie bedankt zynde, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitterde Raaden by deefe te auchorifeeren en ce qualificeeren, om een naauwkeurig onde/foek ce doen op het gehouden gedrag van de respective Bailliuwen binnen deefe Provincie, in alle de Distrieten daar tumultueufe beweegingen hebben plaats gehad, en fpeciaal, of defelve aan hun pligc hebben voldaan, dan in hoe verre daar in nalatig geweest zyn; om voorts te inquireeren omtrent de Belhamels en Opftookers van de voorzeide tumultuaire beweegingen, ten einde defelve mee ten eerften geapprehendeerd en herwaarts overgebragt te werden, om anderen ten exempele ten rigoureuste aan den Lyve, en na exigentie van zaaken met de Dood te worden geftraft; wordendede Heeren Gecommitteerde Raden verder gequalificeert, om toe het voorzeide onderfoek en procedures toe derzelver asfiftentie te employeeren den Advocaat Mr. Johannes Gerardus Luyken, onder den titul van Advocaat Fiscaal, mee zoodanige verdere Perfoonen rot Amanuenfes als nodig zoude mogen worden geoordeelc; en eindelyk nog de gemelde Heeren te qualificeeren , om mee zyn Hoogheid ten fpoedigften ce overleggen, hoedanige Compagnien en uic welke Fronneren herwaarts zouden kunnen worden gedetacheert, om aan de Justitie dts  Placaaten tegens feditieufe' Perfuönerh Ai des noods de vereifchte fterke hand te bieden. ' En zal Extract deefer gegeeven worden aan 15^ Èffolatie van'de Staat eri van Holland., hoÈdende aanfehryving aan de respective BatlfttiWék en Hooge Vierfchaaren, om de Proces ■ ftukkth tegen Belhamels en Aanftokers $an Oproer, alvoorens te fententièeren, dan Gecom/nittiw::'-: Raaden te doen toekomen. Den 8 February 17850 Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden, gefchreeven alhier in den Hage op heeden, houdende een dubieteithun voorgekoomen, nopens hun Edele Groot Mogende intentie by hoogstderfelver Refoiutie van den 31 January laastleeden, of alle de Belhamels en Opftookers, reeds door de Bailliuwen van fommige Diftriéten geapprehendeerd, naar herwaarts moeten overgebragt worden, dan of de ordre tot die overbrenging bepaalt is tot de zulken, die wegéns het Officie Fiscaal in detentie mogten geraaken; fuppediteerende daar omtrent hunne confideratien 5 als mede tot een aanfehryving aan de Bailliuwen en Hooge Vierfchaaren, om alle de ftukken, voor te fententièeren, aan de Heeren Gecommitteerde Raaden over te zenden , ten einde en voorts als breeder in de navolgende Misfive is vermeld* Edele Groot Mogende Heeren! Naardien ons eenige dubieteit is voor- gekoomen nopens U Ed Groot Móg. intentie by hoogst derfelver Refoiutie van den 31 January jongstleeden, daar in beftaande, of UEd Groot Mog. ook alle zodanige Belhamels en Opftookers, die reeds door de respective Bailliuwen van zommige Diftriéten geapprehendeert mogten zyn, na herwaarts over gebragt begeeren, dan of de ordre tot de te doene overbrenging bepaaldelyk de zodanige concerneert, welke nog niet in apprehenfie zouden weefen genoomen, maar van weegens het Officie Fiscaal in detentie zouden mogen geraaken. Zoo hebben wy gemeend ons dienaangaande nader aan UEd Groot Mog. te moeten addresfeeren, en UEd. Groot Mog. teffens in overweeging te geeven, of in allen gevallen de belangens der . Juftitie niet eenigermaaten, vorderen, dat op plaatfen, alwaar de Bailliuwen zig van hunnen pligt kwyten, de Judicatuure gelaaten worde aan den ordinaris en competenten Rechter, daar men ook de getuigen, beter dan hier, kanbyde hand hebben, en de Gevangenen tegen defelve met minder moeiten en omflag, dan wanneer zulks hier gedaan werde, zoude IX. Deel. kunnen confronteeren; behalvën dat hét te voorfien is, dat het getal der gederj> neerdens welligt zoo groot zoude kunneri worden, dat het onmogelyk zoude weefen, defelve ieder affonderlyk op daar toe gefchikte plaatfen te doen bewaaren. Wy neemen egter de vryheid, orri indien UEd. Groot Mog. deefe eonfide* ratie zouden gelieven te gouteeren, alé dan, op eene expresfe daar toe gedaané pröpofitie van den Advocaat Fiscaal, ver der aan UEd. Groot Mog. in overweging te geeven, of niettemin aan allé respective Bailliuwen, door welke eenige van de gemelde Belhamels en Aan* ftookers geapprehendeert zyn, gelyk meede aan de Hooge Vierfchaaren vari derzelver Diftriéten, door UEd GrooÊ Mog. niet eene foortgelyke aanfehryving zoude kunnen worden gedaan; als hoogst defelve aan den Hove van Holland hebben afgefondén gehad met relatie tot den befaamden Brakel, ten dien einde nament-4 lyk, dat de voorfz. Bailliuwen ên Hooge Vierfchaaren gehouden en verpligt zou* den weefen, om alle de ftukken, alvoo* rens 'er gefententieerd wierd, aan Gecommitteerde Raaden te doen toekoo* men, om daar op te verneemen de Con* deratien van den Advocaat Fiscaal. Waar meede Edele Groot Mog. Heeren! zullen wy God Almagtig bidden UEdele Groot Mog. te willen houden in zyne heilige proteétie. Gefchreeven in den Hagë den 8 February 1785. (Onderfond,) UEdele Groot Mog. Dienstwilligerk 1 De Gecommitteerde Raadeti van de Staaten van Holland g en Westvriesland, (LaagerftondP) Ter ordonnantie vah defelve, (Geteekend) R» van Spaan* 3Ö ' Waar de voornoemde Heeren Gecommitteerde Raaden , en den Advocaat Luyken voornoemt* tot derfelver narigt réspeétive.  Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. 41S Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verdaan, by explicatie van bun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 3 1 der voorlcede maand, nader te verklaaren/dat op Plaatfen, alwaar de Bailliuwen zig van hunnen pligt quyten, de Judicature over de geapprchendeerden in hun Diftrict zal worden gelaaten aan den ordinairis en competenten Regter ; des dat de respect-ive Bailliuwen, door welke eenige der gemelde Belhamels en Aanftookers geapprehendeert zyn, en die nog ge- apprehendeert zullen worden, als mede de Hooge Vierfchaaren van derfelver Diftricfen, zullen gehouden en verpligt zyn, om alle de Informatien, Verhooren, Confesfienen verdere ftukken, alvoorens 'er gefententieert werde , aan de Heeren Gecommitteerde Raaden te doen toekoomen, om daar op tc vernecmen dc Confideratien van den Advocaat Fiscaal; en zal van het geen voorfz. is Aanfehryving worden gedaan aan de voorzeide Bailliuwen en Hooge Vierfcharen van derfelver Diftriéten. I<5- Nadere Publicatie van de Staaten van Hol¬ land, tegen tumultueufe bewegingen. Den 23 February 1785. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen, die deefen zullen fien or hooren leefen, falut; Alfoo wy met het uiterfte Icedweefcn en het hoogfte ongenoegen vernomen hebben dar, onaangefien onfe vongc Publicatie van den 16 Juny 1784, diVerfe van onle In- en Opgefeetenen, byfonder ten platten Lande, zig niet ontfien hebben, om, door het eigendunkelyk uitlteeken van Vlaggen op de Torens van de Kerken, hec openclyk dragen van Leufen van Partyfchap of Oproer, waartoe byfonder de Oranje Coleur misbruikt is, mitsgaders door het noodfaaken van anderen om defelve ce dragen, en wyders door het maken van allerhande op'oerigc beweegingen en zamenrott'mgen, meest al onder het uitzinnig gefchreeuw vanHoezée, Oranje Boven, zig, metkleinagcing cn verfmading van ons I loog en Souverain Gezag, aan eene opzeccelyke verftoring van de gemeene rust fchuldig te maken; en dat wyders, onaangefien onfe daar jegens by Refoiutie van den 31 January jongstleden zoo ern/b'glyk gedaane voorfiening, als nog op verfcheidene Plaatfen binnen deefe Provintie , en voornamentlyk ten platten Lande, deefe cn geene voorbereidfc'cn worden gemaakt tot het toeftefen en begaan van luidrugtige of in het oog lopende Bedryven, welke in de thans zoo zeer beroerde emftandigheden van tyden welligt zouden kunnen overftaan tot verregaande buitenfpo-igheden , en de allergedugcfte gevolgen zouden kunnen na zi<* fleepen, mitsgaders de veiligheid van de goe°de In- en Opgezeetenen deefer Provincie op eene onherftelbaare wyfe in de Waagfchaal zouden kunnnen doen brengen, wanneer daar jegens niec een fpoedigften nader wierde voorfien. Zoo is 't, dat wy, uit eene Vaderlyke genegenheid, en voorforgeomtrencalles, dac 1 tot welftand van den Lande, en ter beveiliging van de In- en Opgezeetenen van dien ftrekken kan, onverminderd onfe Publicatie ran den 16 Juny 1784, nader hebben goedgevonden en verftaan, mits defen als nog allen en een iegelyk zeer ernftig te vermanen, om zig als ftille cn vreedfime In-en Opgezeetenen te gedragen, en zig ten zorgvuldigften te wagten van alle oproerige gefprekken, bewegingen, en zamenrottingen, en van alles, dac verder, het zy onder den bedriegelyken fchyn van vrolykheid, of onder wac voorwend fel het ook zoude mogen welen, tot ftoring van onderlinge rust cn eendragt aanleiding zoude kunnen geven. Verbiedende wy ten dien einde wel expresfelyk het uiüctcen van Vlaggen, zoo op de Torens, Kerken en Molens ais uic al/e andere c zy publicque, 't zy particuliere Gebouwen, mitsgaders van dc Schepen , Jachten en Schuiten binnen de Steden of Plaatfen of eenige binnen Havenen leggende , als meede het doen van Illuminatien , het draagen van eenigerhande Tcekenen of Leufen van Partyfchap of Oproer, van welke Coleur cic zouden mogen wefen, en in het byfonder hec draagen van Oranje Cocardes, Strikken, Papieren, en van alle andere Vercierfelen van Oranje Coleur, hoe ook genaamd, voor zoo verre defelve tot hier toe niet naar behooren zyn gewettigt, en alleen zoudcndicr.cn voor Tcekenen of Leufen van Partyfchap, of Oproer : Verbiedende wy in het generaal meede wel expresfelyk alle getier, gefchr.euw, of getrommel, gelyk mede al het willekeurig en eigendunkelyk Schieten langs de Weegen, of Straaten, mitsgaders alle openbaare, of in het oog loopende Bedryven, van welken aart of natuur die zouden mogen weefen, welke eenige aarleiding zouden kunnen geeven tot hec verwekken van Commotie, Combuftie, ofonbehoorlyke Zamenrottingen van Volk,- Alles voor de Overtreders op poene van onfe hoogfte verontwaardiging, en dat defelve, als Verftoorders van de publicque rusc, zonder eenige oogluiking, aan den Lyve, cn, naar exigentie van zaaken, zelfs met de dood zullen worden geftraft; hoedanige ftraffen in het byfonder ook plaacs zullen hebben een aanfien van de zoodaanigen, die, of fchoon zeiven de voorfchreeve daden niec^ helpende pleegen, nogcans anderen door beloften , bedreigingen, hec geven van geld, of op eenige andere wyfe , daar coe zouden mogen hebben aangefec: En  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen. &c. 4 fen op dat de zodanigen te eerder zouden kunnen ontdekt worden, gelasten wy allen en een iegelyk , aan wien eenigerhande voorftel tot het plegen van eenige der bovengemelde daden gedaan, of aan wien tot zoodanig einde eenige belofte, gefchenken, geldgeving, of bedreiging gefchied zouden mogen zyn, het zelve aanftonds ter kennisfe van de Juftitie te brengen, op pcene van anderfints als Medepligtigen te zullen worden geftraft. Belovende wy in tegendeel aan de ontdekkers van zulke verderffelyke voorftellen en aanhitzingen eene volkomene inipuniteit of bevryding van ftraffe, ten aanfien van het geen zy uit kragte, en ter inwilliging van zoodanige misleidingen, ftrydig met deefe onfe ordres, bereids zouden mogen hebben gedaan, of ondernomen* Ordonneerende wy voor het overige wel expresfelyk onfen Procureur Generaal, mitsgaders den Advocaat Fiscaal, by onfe Refoiutie van deh 31 January jongstleden benoemd, en alle andere Officieren eh jufticieren van on- Aldus gedaan en gearrefteert onder het klein Zeegel van den Lande, deefen 2 3 February 17 8 g> (Onderjlondf) Ter ordonnantie van de Staaten, (Was geteekent,) C. CLOTTERBOOKE, fen Lande, deefe onfe Publicatie ftrictelyk e prasciefelyk te executeeren naar desfelfs forten inhouden, zonder eenige de allerminfiv conniventie of disfimulatie, op pbc-ne van pri-. vatie van hunlieder Officie. Gelyk wy ook wel ernftelyk gelasten aan alle Schouten en Gerechten van de Dotpen , om op de nakoming van deefe onfe beveelen naar hun ven* mogen te waaken, en 't geen daar teegen door hen zoude mogen worden ontdekt, tenfpoedigfte ter kennis van den Officier van hunne Plaats of Diftrict te brengen, op pcene van naar vcreifch van zaaken weegens hunne nalaatigheid in deefen zoo door privatie van hunne Officien, als anderfints, te worden gecorrigeerd. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat deefe alom zal worden gepubliceerd en geaffigeerd ; daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. 17, Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het infulteeren der geaffigeerde Exemplaaren van haar Ed, Gr. Mog. Placaat tegen de tumultueufe bewegingen. Den 25 February 1785. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, by abfentie van hoogstgemelde Heeren Staaten. Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Naardien wy met de hoogfte verontwaardiginge vernoomen hebben, dat eenige der Gedrukte Exemplaaren van hun Edele Groot Mog. Publicatie van den 23 deefer op eene feer vuilaartige wyfe met Drek befmeerd, en andere , ter Plaatfe daar defelve zyn geaffigeerd geweest, afgefcheurd zyn, terwyl 'er de Juftitie ten hoogden aangeleegen Jegd, dat diergelyke onderneemingen, als ftrekkende tot openbaare fchending van, en verfoeyelyke indragt tegen de Hooge Souverainiteit van hun Edele Groot Mog., ten fpoedigften doenlyk ontdekt, en met alle rigeur geftraft worden. Zoo is 't, dat wy aan den geenen, wel¬ ke den Dader of paders van de voorfz, faiten zal komen te ontdekken, zodanig dat defelven , in handen van de Juftitie zynde geraakt, daar van werden overtuigt, of ten minfte op eene overtuigende wyfe bekend werden , belooven een premie van honderd goude Ryders, en daar en boven aan zodanigen Ontdekker, die, zonder zelfs den voornaamen Aanlegger te zyn geweest, zig als Medehelper tot net plegen van de voorfz. faken Zoude mogen hebben laten gebruiken, eene volkomene inipuniteit of bevryding van allé ftraffen , welke hy met betrekking tot de voorfz. faiten zou mogen verdiend hebben. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy, dat deefe alomme in den Haage zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter Plaatfe daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande, den 25 February 1785. (Onderfond,) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raadem (Was geteekent,) fGJ, A. J. R O Y Ë Ëi Waar'*  420 Placaaten. 3. Bock 4. Titul. 8' JVaarfchouzving van Gecommittttrde Raa¬ den van Hollawt, tegen het dragen van Medailles, ais Onderjchetds- of Herkennings -teèkenen. Den 5 Maart 1785. T~\c Gecommitteerde Raaden van de StaaJL/ ten van I Iolland cn Westvricsland, by abfentie van hoogstgemelde I Ieeren Staaten. Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen tc weetcn: Alfo tot onfe kennis is gekoomen, dat zeedert weinige daagen alhier een groote mecnigtc Medailles worden verkogt, cn wy vermoeden dat zulks gefchied met oogmerk, dat die opent! yk zouden worden gedraagen, even of zulks niet begreepen waare in het verbod by dc Publicatie van hun Edele Groot Mog. op den 23 February laatstleeden gecmancert. Zoo is t, dat wy uit Vaderlyke voorzorg, ten einde niemand door een dwalend begrip in ongeleegenheid gerake, allen cn ccn iegelyk by dcelè willen gewaarfehouwt hebben van zig zorgvuldig te wagten, om gemelde Medailles, zoortgelyke of eenigerhande andere Onderfcheids- of I lerkennings - Teekenen, welke niet gewettigt zyn, opentlyk te draagen' nadien wy oordeelen dat zulks direclelyk is flrydig, zoo met den wil van den Souverain als met den inhoud van gemelde Publicatie l en dat mitsdien de Draagcrs van die Teekenen of Vcrcierfelen daar door zig waarde zouden maken de draf by meergemelde Publicatie geflatucerd. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy, dat deefe alomme in den I laage zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zcegel van den Unde den 5 Maart 1785. ' (Onderfiondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. QVas geteekent,) A. J. R O Y E R. l9- Publicatie van de Sraaten van Hof/and, hou¬ dende Amnestie ten behoeven van de Ingezetenen van Wasfenaar en Zuidn-yk, die met betrekking tot de Wapen-oefening en Loting zig oproerig gedragen hadden. Den 9 Juny 1785. T^Xe Staaten van l Iolland en Westvrieslandt: J_^/ Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leezen, falut: Alfoo ons te kennen is gegeeven door Carel George van Wasfenaar, in qualiteit als Baanderheer van Wasfenaar en Zuydwyck, dat aan hem op den 5 April 1785 wasgeprrefenteerteen Request door een aamal Burgeren en Ingezeetenen van des Suppliants Baanderheerlykhcid van Wasfenaar en Zuydwyck on derteek ent, en inhoudende een eerbiedig verfoek om de bittere en angstvallige onflandigheden, waar in zy zig bevonden , aan ons voor te draagen, daar tog defelve Burgers en Ingezeetenen niec dorften onderdaan zig door een direct. Addres aan ons te wenden; Weshalven de Suppliant om reedenen, breeder by'c aan ons gemaakte Addres gedetailleert, ootmoedig en inftantelyk verfoor, dat wy van het zoo heerlyk als dierbaar cn menfchlievend Regt van Gratie gebruik maakende de eerbiedige en deemoedige fmeekingen der meergemelde Burgeren en Ingezeerenen gunfb'glyk geliefden ce verheoren, en aan defelve zoo voor hun, als alle die geenen welke zich op den cag der Looting tot Wasfenaar hadden vereenigt, vergeeving en abolitie te vergunnen, in diervoege als uy verftaan zouden ce behooren, cerwy! de Suppliant zig verder refereerende coc den inhoud van de voorfz. Requeste in originali aan ons overgegeeven , waar by door gemelde Bugeren en Ingezeecenen aan den Supplianc is voorgedraagen; Dat zy lieden zig zeedert een geruimen tyd gedompeld hadden gevonden in de kommerlykfte angsc en vreefe van zig onfe ongenaade waardig ce hebben gemaakc, door hun ge-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, 42f gehouden gedrag ter geleegendhcid van de door ons geftatüeerde Looring van den derden Man tot de Wapenoefening; Dat zy lieden, fchoon by zig zeiven volkoomen bewust zynde van geene kwaade nog oproerige oogmerken gehad re hebben, nu egter ten vollen waaren overtuigt van hunne grove dwalingen en misflag in de uitvoering van ons hoog Bevel te hebben geftremc, door ineen aanmerkelyk aantal ten daage tot de voorfz. Looting beftemd zig te verfamelen in en omtrent het Rechthuis te Wasfenaar, en aldaar den voortgang van de voorfz. Looting zoo niet ondoenlyk ten minften hoogstbefwaarlyk te maaken; Dat de gemelde overtuiging in hun de leevendigfte gevoelens van waaragcig berouw en leedvveefen verwekt, en hun des te fterker getroffen hadde , naar rnaate zylieden thans beeter onderrigt zynde de ongegrondheid van hunne bekommering voor de gevolgen van die voorfz. Looting, mitsgaders de verkeerdheid hunner vooroordeeling en opvattingen, en daar en tegen onfe voorzorge, voornamelyk hunlieder eigen nut en veiligheid bedoeld hebbende, met meerdere klaarheid bezeffen, en overzulks door de bewustheid van hunne fchuld en de kragt der waarheid gedrongen, rondborftig moeften erkennen, dat zy het aan hunne eigene onbezonnenheid te wyten hadden, dat de vreefe voor onfe regtmatige ongenade, en de daar uit voor htm te dugtene gevolgen, thans niet alleen hunne harten beklemde, maar ook in hunne bedroefde Huisgezinnen de angstvalligfte ongerustheid verwekte, en hun met hunlieder Vrouwen en Kinderen hét brood der fmerte deed eeten, en hunlieder leeven wrang en bitter maaken; Datzyneden raadeloosomziende naar eenig middel om uit hunnen benaauwden toeftand gered te worden, en zig niet durvende verftouten, om door eene directe Supplicatie aan ons vergiffenis en gratie van ons afcefmeeken, in die omftandigheeden van zaaken vermeent hadden, hun regt berouw en leedweefen over 't voorgevallene by de gemelde Looting aan voornoemde hunnen Baanderheer te moogen en moeten onder 't oog brengen, en denfelven eerbiedig te verfoeken, om voor en in derfelver naam aan ons te willen voordragen, niet alleen de meergemelde waaragtige gevoelens van berouw en leedweezen waar meede zylieden bezield waaren, mitsgaders hunlieder vreeze, angst en bekommering voor de gevolgen van onfe verdiende ongenaade, maar ook te gelyk hunnen afkeer en verfoeying van alles wat na oproerige beweegingen zoude kunnen zweemen, en hun onwrikbaar voorneemen onr zig voortaan als braave, ftille en gehoorzaame Ingefeetenen te gedraagen, alle beveelen door ons aan hun gegeeven zorgvuldig en vlytig naar te koomen, en voor hun Vaderland en wettige Overheid goed en bloed gewillig op te offeren, mitsgaders op die en zoodanige meerdere reedenenen motiven,als gemelde hunne Baanderheer daar nog zoude gelieven by te voegen, j op 't nadrukkelykfte niet alleen voor hun Sup- I plianten, maar ook voor hunnen Meede - In* gezeeten Jan vander Mark (thans op dé Voorpoorte alhier gedetineert zynde} onfe Clementie te imploreeren, ten einde hec ons behangen mogt ce prrcferceren Gratie voor rigeur van Juftitie, en uit de volheid onfer Souveraine Magt aan hun liedenen gemelden hunnen Meede-Ingezeeten derfelver begaane ongehoorzaamheid en misdryf genaadig te vergeeven en kwyt te fchelden, en daar vanten'be* hoeve zoo van hun lieden, als van alle degednen welke zig in de voorfz. Baanderheeriykheeden in meerdere of mindere mate teegens onfe beveelen met betrekking tot de Waapeiv oeffening en Looting mogten misgreepen heb-, ben te verleenen Brieven van Abolitie, Pardon of algemeene Amnestie, zoo en in diervoegen als wy ten meeften nutce van de Ingezeetenen der voorn. Baanderhcerlykheedert zouden verftaan te behooren. Zoo is 't, dat wy de zaaken voorfz. overgemerkt hebbende, en na ingenoomen Confideratien en Advis van onfe Gecommitteerde Raaden, geneegen weefende, ter beede van opgemelde Supplianten, in deele Gratie voor rigeur van Juftitie te pnefereeren, uit onfe Souveraine Magt en Aucforiteit in die geval, onverminderd nogtans de Procedures zoo teegens den voorfz. Jan van der Mark, als teegen zeekeren Jan Landweer, Tuinmans Baas op de Buitenplaats Hoogwoude, door den Advocaat Fiscaal by onfe Gecommitteerde Raaden geëntameert, gelyk meede de deliberatien over de verfoeken door gemelde Jan Landweer en ]an vander Mark, zoo aan ons als aan onfe Gecommitteerde Raaden gedaan, waar aan wy door deefe onfe Publicatie geen atteinte willen toebrengen, nog daar op anticipeeren; En voorts met fpeciaale uitzonde* ring van die geenen, welke van 'c gunt op den 25 January jongstleeden te Wasfenaar is voorgevallen, de Hoofdoorzaaken en allervoornaamfte Inftigateurs zouden moogen zyn geweest, hebben goedgevonden en verftaan te ordonneeren, zoo als wy ordonneeren by deefen , dat al 'c geen door de verdere Ingefeetenen der Heerlykheeden van Wasfenaar en Zuydwyck met betrekking tot de Wapenoef" fening en Looting eenigzints misdaan is, van nu voortaan zal zyn en blyven vergeeten en vergeeven; met interdictie aan gemelden onfen Advocaat Fiscaal, mitsgaders aan alle verdere Officieren en Jufticieren daar op nu of namaals eenig verder onderfoek, calange, of vervolg tc doen; Ordonneerende voorts Wel expresfelyk aan alle de In - en Opgezeetenen der voorfz. Heerlykheeden , dat defelve zig van nu voortaan met alle gehoorzaamheid aan de beveelen van Ons of van onfe Gecommitteerde Raaden ten opzigte der beoeffening van den Wapenhandel mee al 'c geen daar coe behoort en betrekkelyk is, gewillig, en met eenen betarnelyken eerbied zullen hebben ce onderwerpen, defelven teffens wel ernftig vermaanende, om zig voor 't vervolg* ten zorgvuldigften te wagten van 3^ 3 zig  422 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. zig daar jcegens op eenigerhande wyfe met i woorden of met daaden te verzetten, directe- 1 lyk of indireételyk. Op pame van onfe hoog(te verontwaardiging, en dat die zig in 't vervolg daar aan fchuldig zullen maaken, niet al- ' leen terltond van deefe onfe byfondere Gratie zullen vervallen en verftooken zyn, maar ook als Vcrltoorders van de gemeene Rust zonder eenige dc minlte oogluikingc in 'c open- baar gefchavotteert en naar exigentie van zaaken zelfs met de Dood zullen geitraft worden. En op dat niemand hier van ignorantie pnetendccre, begeeren wy dat deefe na voorgaande Klokkellag te Wasfenaar zil worden gepubliceerc en geaffigeert ter plaatfe alwaar zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den I lage onder het kleyn Zeegcl van den Lande, den y Juny 1785. (Onder/iond,) Ter ordonnantie van dc Staaten. door pi ivacie van hunne Officien, als anderfints, tc worden gecorrigeerd. En op dat niemand hier van ignorantie prrceendccre, zoo Iaseen en begeeren wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceerd cn ge atngeerd, daar hec behoord en ee gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Haage onder het klein Zeegel van den Lande den 23 February 1785. Qjndetpoihl,} Ter ordonnantie van de Staaten. C. CLOTTERBOOKE.  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c\ 425 22. Publicatie van de Staaten van Holland± waar by de Doodftraf, by Sententie van Gecommitteerde Raaden tegen Francais Mourand gedecerneerd, word geremitteert , en in een eeuwigduurend confinement verandert. Den 24 Maart 1785. De Staaten van Holland en Westvriesiand, Allen den geenen, die deefen zullen zien, of hooren leefen, falut: doen te weeten; Dat hoe zeer het enorme faiét, door Franfois Mourand, tans Gevangen op dé Voorpoorte alhier, byfonder op Vrydag den 17 deefer gepërpetreert, als zynde een direct; attentaat tegen de Hoogheid van onze Soliverainiteit, uythoofde van desfelfs aart en natuur , voor geen Pardon, Abólitie, of andere Gratie, fusceptibel is, eh wy ook om die reeden aan de Süpplicatie, door Johanna Elifabeth Byleveld, Huysvrouw vah gemeldeh Frangois Mourand, op den 23 deefer aan ons geaddresfeert, niet hebben kunnen defêreerert, en defelve dienvolgende, zoo als zë was leggende, ten zeiven dage nebben afgeflagen, en geweefen van de hand, nogtans de herhaalde intercesfien, door de Heeren GEVAERTS, Burgemeester, en DE GTSELAAR, Penfionaris der Stad Dordrecht, met alle mogelyk empresfement ten faveure van gemelden Frangois Mourand, ter onfer Vergadering gedaan , op het neemen onfer finale Refoiutie met relatie tot de zaake van gemelden Frangois Mourand geweest Zyn Van dat effect, dat wy, uit eene byfondere deferance aan de intercesfie van welgemelde Heeren GEVAERTS en DE GTSELAAR,goedgevonden en gerefolveert hebben, de ftraffe des Doods aan den meergemelden Frangois Mourand te remiceeerèn, en de Sententie tegen den zeiven door onfe Gecommitteerde Raaden gedecerneert, en welke door de opgevolgde Confesfte van gemelden Frangois Mourand, voor zoo veel des nóods, nog nader gejuftifkeert is, të veranderen in een eeuwigduurend Confinement. Dat wy egter tot deefe byfondere clementie, om reeden als voren, in dit geval uit onfe Souveraine aucloriteit en magt, befloten hebben in de verwagtihg, en in dat vertrouwen, dat alle de Ingefeetenen, van deefe onfe Refidentie-plaats zulks niet alleen aan de byfondere en nadrukkelyke intercesfie van ge¬ melde Heeren GEVAERTS en DE GTSELAAR, en vervolgens aan onfe zeer extraordinaire goedertierenheid, die ih dit voorhanden zynde geval haare fou^e alleen aan dé voorfz. deferance verfchuldigt is, zullen dank weeten , maar Ook , dat elk en èen iegelyk der Ingefetenen van deefe onfe Rëfidentieplaats zig van nu voortaan ten allerforgVuldigften zal wagten, van zig andermaal tegen de Souveraine befluiten onfer Vergadering te verfetten, in welke maniere zulks zoude mogen zyn, directelyk of indirecfelyk; terwyl wy alsnog allen en een iegelyk op hec ernftigfte vermanen zig als ftille, vreed&ame, en inlonderheid als gehöoriaame Ingefeetenen aan onfe Souvéraine beveelen, vooral aan de zoodanigen, die wy tot eer en luifter van onfe Vergadering noodfaakelyk oordeelen , te gedragen, zonder zig van nu voortaan op eenigerhande wyfe met woorden, Of met daden, daar tegen te verfetten; alles op poene niet alleen van ohfe hoogfte verontwaardiging, maar ook dat de Contraventeurs van dien, welke verfoeken , of intercesfien ten faveure der zeiven ook zouden mogen wördën gedaan, zonder eenige de minste genade met de Galge of zWaarder naar vereisch van zaaken, zullen worden geftraft; terwyl wy de Heeren onfe GeCommitteerde Raaden, onvermihdert onfe Publicatie van den 23 February 1786", waar aan wy by deefe geene de minste meinte willen toebrengen , voor zoo veel des noods, alsnog qualificeeren, om de Contraventeurs van deefe onfe Vaderlyke vermaningen waarfchouwing de plano en zonder figuur van Proces, doof onfen Advocaat Fiscaal voor hun, by preventie, te regt te doen fteilen, en wyders in conformité van deefe onfe Publicatie te ftraffen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo gelasten èn beveelen wy, dac deefe alhier in den Hage zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar zulks gebruikelyk is en behoord te gefchieden. Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 24 Maart 17S0*. (Onderftondf) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent?) IX DïïI* €. CLOTTERBOOKE.  426 Placaaten. 3. Boek 4. Titul. 23. Publicatie van de Staaten van Holland* tegen oproerige gedragingen van de Mditie. Den 9 September 1786". De Staaten van Hollanden Westvriesland, Allen den geenen, die defe zullen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten : Alfoo wy met de uyterfte verontwaardiging vernomen hebben, dat, onaangefien onfe zoo ernflige Publicatien van den 16 Juny 1784, 23 February 1785, en 25 February 1786", verfcheide van de Militairen zig van tyd tot tyd niet ontficn hebben, om zig byfonder in het doortrekken van deefe Provincie, op eene hoogst draf baare wyfe te buyten te gaan in het dragen van allerhande door ons zo ernftig verbodene Tcekenen en Leufen van Parthyfchap, gelyk mede in het onfinnig gefchrceuw van li szce. Oranje boven! en wat dies meer is, cn zig aldus met verfrnading van ons I loog en Souverain gcfag aan eene opfettelyke verftcoring van de gemeene rust fchuldig tc maaken , n.i:.-gaders anderen, door hun voorbeeld, daar toe aan te zetten. Zoo is 't , dat wy, by renovatie en ampliatie van de voorfz. onfe Publicatien, goedgevonden cn verftaan hebben, de Militie ten diensre van deefen Staat zeer ernfldg re waarfchouwen, dat delelve zig zullen hebben tè onthouden van alles, dat, het zy onder den I bedrieglyken fchyn van vrolykheid, of onder wat voorwendfel het zoude mogen wefen , tot ftooring van onderlinge rust cn eendragt aanleyding zoude kunnen geeven, en particulierlyk van het dragen van Oranje Cocardes, Strikken, Linten, Papieren, Bloemen, en alle andere Verderfden van Orange Couleur, hoe ook genaamd, gelyk mede van alle ge- 1 raas , getier en gefchreeuw , voornaamelyk van Hoezee, Oranje boven ! en wat dies meer is: En wyders van alles, hoe ook genaamd, en van welken aart en natuur het zoude mogen weefen, bet geen tot het verwekken van Commotie, of Combuftic, het zy in de plaatfen van hunne Guarnifoenen, het zy elders, eenige I de allerminfte aanleyding zoude kunnen geeven. Alles op pcene, niet alleen van onfe hoogfte indignatie, maar ook dat die geenen, weike zig verfhouten mogten, zig op nieuw aan het gunt voorfz. is fchuldig te maaken, als openbaare Wederftrevers van onfe Souveraine beveelen en moedwillige Schenders van de algemeene rust en veyligheyd, zonder een -ge oogluyking zeer rigoureus, ja zelfs mar exigentie van zaaken, met de dood zullen geftraft worden. Ordonneeren en gelasten voorts onfen Procureur Generaal, gelyk mede onfen Advocaat Fiscaal, en allen anderen Officieren van onfen Lande , om deefe onfe Publicatie ftrictelyk en prsccifelyk te executeeren, naardesfc!s forme cn inhoude, zonder eenige de allerminfte conniventie of disfimulatie,' op pcene van privatie van hunlieder Officie. En ten eynde alle overtreeding tegen do voorfz. onfe emftigc wil en meening met alle rigueur, en zonder eenige de minfte conniventie tegengegaan cn exeraplairlyk geftrafr werde, gehstcn en beveelen wy voorts aan dc Commandanten van de refpective Regimenten, ftaande ter repartitie van deefe Provincie, dar, zy hunlieder onderhoorige Manfchappen ter zaake voorfz. met alle exactitude tot derfelver pligt houden, op pcene, dat zy lieden zelve, by de minste oogluyking, terftond zullen worden gecasfeert. Al het welk wy ook beveelen aan de Commandanten van Militie op andere repartitie ftaande, en zig op ons Territoir bevindende, als zullende de zeiven voor alle desorders der Mmfchappen, onder hun bevel zynde, refponfabel weefen. En op dat niemand hier van ignorantie pretendcere, lasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, alwaar het zelve te gefchieden gcbruykelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zeegel van den Lande den 9 September 1785. (pnderf^-rdP) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekend f) C. CLOTTERBOOKE. . Pu-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c* 4*7 24. Publicatie van den ïiove van Botiatid $ tot ontdekking van den daader der infulti?, Ae* Vaandel van het Regiment Lyf- Gardes tè Voet van hun Ed. Gr. Mog. aangedaan. Den 23 February 1787» Alfoo het Hof van Holland in ervaringë 1 is gekoomen, dat op het Vaandel van het Regiment Lyf-Guardes te voet van hun Ed. Groot Mogende de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, waar onder voorleeden Sondag den 18 February laatstleeden de Wacht is afgetrokken, geteekend zyn eenige zwarte Schrappen of Trekken, verbeeldende een Galg, waar van een Streep loopt tot aan de Kop van den Leeuw op het Zelve Vaandel ftaande; en 'er der Juftitie ten hoogften aan geleegen ligt, dat de daader of daaders van dit enorm fait worden ontdekt, en anderen ten exempel geftraft; en die ontdekking echter tot hier toe, niettegenftaande alle ] aangewende devoiren, niet heeft konnen gefchieden. Zoo is het, Dat 't voorfz. Hof een Prsemie belooft van Duifend Zilvere Ducatons aan den geenen, die de daader of daaders van het zelve fait of derfelver medeplichtigen ont- I dekt, zo dat defelve in handen van de Jufti- ' tie geraeken, en van het fait wordën öiref* tuigd; zullende des aanbrengers naam, des begeerende, worden gefecreteerd. En in gevalle die geene, die de ontdekking zal doen, mogt zyn een daader of medeplichtige van of aan het voorf. fait, zo belooft het Hof, (als daar toe fpeciaal geauétorifëerd) boven de voorf. Prsemie, aan denfelven impuniteit of ftraffeloosheid; met die bepaaling nochtans , dat de daader of daaders van die imouniteit of ftraffeloosheid alleen zullen jouisfeeren, indien hy of zy tot het pleegen van de voorf. misdaad door een of meer anderen mogten zyn aangefet, en de geenen, die hem of hen daar toe heeft of hebben aangefet, ops eene overtuigende wyfe komen te ontdekken. En óp dat niemand hier van ignorantie pretendeefe, last en beveelt het voorf. Hof, dat deefe gepubliceerd en geaffigeerd zal worden daar zulks gewoon en te gefchieden gebruikelyk is* Gedaan in den Raade den 23 February 1787. (Onderfiond,} Ter ordonnantie van de' Staatem (JVas geteekent f) ADRIAAN BODT. 25> Publicatie van de Staaten van Holland, tot meerdere beteugeling van tumultueufe beweegingen Den 28 February 1787. T"%e Staaten van Holland en Westvriesland, \_J allen den geenen, die defen zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo wy met de uiterfte verontwaardiging vernomen hebben, dat, onaangezien onfe zo ernftige Publicatien van den 16 Juny 1784, den 23 February 1785 , den 25 February en 9 September 1786, Zo hier, als elders, en byfonder ten platten Lande, met verfmaading van ons Hoog en Souverain Gezag, van tyd tot tyd verfcheide ongeregeldheden met woorden en daaden zyn aangeregt, waar door de algemeene rust en veiligheid, byzonder ook van deefe onfe Refidentie-plaats, op eene hoogst ftrafbaare wyfe is geftooréi £00 is 5t, dat wy, tö't efficacieufe handhaving van de voorfz. onfe Souveraine Bevelen , en ten einde teffens, voor zo veel des noods, alle prsetexten af te fnyden, als of defelve in deefe of geene opfigten niet zouden zyn van eene fteeds voortduurende werking, by renovatie van de voorfz. Publicatie, goedgevonden en verftaan hebben, als nog allen ende een iegelyk, van wat ftaat of conditie hy ook zoude mogen weefen, zeer ernftig te vermaaneri, om zig als ftille en vreedfaame In- en Opgezeetenen te gedraagen, en zig in het byzonder te wagten van alle oproerige gefprekken, beweegingen en zamenrottingen, mitsgaders van alles, hoe ook genaamd, dat 3H 2 ver-  4^3 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. verder, het zy onder den bedrieglyken fchyn van vrolykhcid, of onder wat voorwendfd het ook zoude mogen wefen, tot ftööfihgvan onderlinge rust cn eendragt aanleiding zoude kunnen gecven, cn particulierlyk van het p!eegen van alle infolentien, cn het doen vanfmaadelyke bejegeningen, vooral bywege van feiten, of met geweld, aan wien het ook zyn mogte, zo ten aanfien van desfelfs Perfoon, als Muis of Goederen ; Verbiedende voorts als nog wel expresfelyk het Uitzetten van Vlaggen, zo op de Toorcns, Kerken en Moolens, als uit alle andere, het zy publicque, het zy particuliere Gebouwen, mitsgaders van de Schepen, particuliere Jachten cn Schuiten binnen de .Steden of Plaatfen, of eenige Binnenhavenen leggende; ais mecdc het doen van liluminatien; het te koop iicilcn , opentlyk ten toon plaatfen, verkoopon, diilribuceren cn draagen van eenigerhande Teekenen of Leuzen van Partyfchap of Oproer, van wat Couleur die ook zouden mogen wefen, en in het byzonder het tc koop fteilen, opentlyk ten toon plaatfen, verkoopen, diftribueeren en draagen van Orange Cocardes, Strikken, Linten, Papieren, Orange gecxilcurde Doeken, Dasfcn, I Ials en BorstCieraaden, Ilorologie- en Rottingbandjes, Kwasten , Bloemen, en alle andere Vercierfelen van Orange Couleur, hoe ook genaamd, onder we!k pratcxr het zyn mogte, uitgezonderd alJeen, wanneer het een of ander reeds naar behooren mogt zyn gewettigd; zullende dien aaar.gaande geene andere uicvlugten of voorwendfels geadmitteerd mogen worden , even min als nopens eenige verdere, of andere Leufen van Partyfchap, Medailles, Borstbeelden en Munten, ingevolge onfe Refoiutie van den 28 Juny 178Ó, fpecialyk daar onder begreepen; Verbiedende wyders als nog in het generaal meede wel expresfelyk alie getier en ge fchreeuw, parricuJ/er/yk van Iloezée, Orange boven, en wat dies meer is; mitsgaders het zingen van alle oproerige en zogenaamde O range - Liedjes; gelyk meede alle Getrommel en al het willekeurig of eigendunkelyk Schieten langs dc Wegen of Straaten; en voorts alle openbaare, gerugtmaakende , of in het oog loopende bedryven, van welken aart en natuur oie zouden mogen wezen, welke tot het verwekken van Commorie, Combuftie, of onbehoorlyke Zamenrottingen van Volk eenige aanleiding zouden kunnen geeven. Alles op pcene van onfe hoogfte indignatie, en dat dc O eertrecders van deefe or.fe'Publicatie, als openbaare Wederftreevers aan onfe Gedaan in den 1 lage onder het Klein Zegel een 13 February 1787. Souveraine Hevelen, en moedwillige Schenders van dc algemeene mst en veiligheid , zon. der eenige oogluiking, ten minften zullen worden geconfincert, of daar cn boven in het openbaar, ja Zelfs, naar exigentie van zaaken , met dc dood zullen geftraft worden; hoedanige ftraffen in het byzonder ook plaats zullen hebben ten aanlien van de zodanigen, die, offchoon zeiven de voorfz. dabden niec helpende plcegcn, nogthans anderen door beloften, bedreigingen, het geeven van Geld, of op eenige andere wyze, daar toe zouden mogen hebben aangezet. En op dat de zodanigen tc eerder zouden kunnen oncdeke worden, gelascen wy alicn cn een iegelyk, aan wien eenigerhande voorlid coc het plecgen van eenige der bovengemelde daaden gedaan, of aan wien, tot zodanig einde, eenige beloften, Gefchenken, Geldgeeving, of bedreiging zoude mogen gefchied zyn, het zelve aanftonds ter kennisfe van de Juftitie tc brengen, op pcene van anderfincs als Medcpligtigen cc zullen worden geftraft; bcloovende wy in tegendeel aan de Ontdekkers van zulke vcrderifiyke voorftellingen cn aanhiczingen eene volkoome impuniccic, of be: vryding van ftraffe , ccn aanfien van het geen • zy uit kragte en ter inwilliging van zodanige misleiding, ftrydig met deefe onfe Ordres, bereids zouden mogen hebben gedaan of ondernoomen. I Ordonneeren en gelasten voorts wel cx- ■ presfelyk onfen Procureur Generaal, ajs mee- ! de onfen Advocaat Fiscaal by het Collegie van de 1 keren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders alle andere Officieren en Jufticieren van onfen Lande, deefe onfe Publicatie ftrictelyk ; en met alle rigueur te executeeren, naar deszelis forma en inhoude, zonder eenige de allerminfte conniventie of disfimulatie, op pcene , van privatie van hunlieder Ofïïcie, gelyk wy ook als nog wel ernftig gelasten aan alle Schouten en Geregten van de Dorpen, om op denakommg van deefe onfe Beveelen naar hun vermogen te waaken, en het geen contrarie aan den inhoud deefes door hun zoude mogen ontdekt worden, ten fpoedigften ter kennisfe van den Officier van hunne Plaats of Diftrict te bren- I gen, op pcene van naar vereifch van zaaken, wegens hunne nalaatigheid in deefe, zo door privatie van hunne Officier, als anderfincs, j ce worden gecorrigeerd. j En op dac niemand hier van ignorantie pnetendeere, zo lasten en beveelen wy, dacdeefe alomme zal worden gepubliceert en geaffi- ! geert daar het behoord en te gefchieden gebrui kelyk is. yan den Lande (Otulerf.ondf) Ter ordonnantie van de Scaaten , (JVas gctecKent} C CLOTTERBOOKF. Pu.  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, && 4£J s5> Publicatie van de Staaten van Holland, ïé beteugeling van tumultueufe bewegingen Ben 4 July 1787. "IH*V Sw:1ten Van tt011^ en Westvries|J land, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo wy in het zekere zyn onderrigt, dat, niettegenfiaande onfe vorige reeds geëmaneerde Placaaten en Publicatien, eenige kwaadwillige en onrustige Perfoonen zich echter niet ontzien hun werk te maken, omme de Inwoonders en Opgezeetenen, zoo in de Steeden, als op het Platte Land, binnen deefe Provincie te ontrusten, en door veelerlei flinkfche wegen aftetrekken van de gehoorfaamheid en ontfach, welke defelve aan de Staaten deefer Provincie, als de Hoogfte en Wettige Overheid van den Lande, verfchuldigd zyn, en defelve Inwoonders en Opgezeetenen aan te hitfen, en te verleiden tot het plegen van ongeregeltheden en zaaken, waaruit niet anders te vervvagten is dan de grootfte Tweefpalt, Muitery en Oproer, mitsgaders het aanmerkeJykst nadeel en vei derf voor den Lande, en in het byzonder voor onfe goede Ingefeetenen, welken langs dien weg, niet alleen zig zeiven, maar fpeciaal ook hunne Vrouwen en Kinderen , in het noodlottigst onheil zouden ftorten. Zoo is 't, dat wy daar tegen op het ferieuste willende voorfien, hebben goedgevonden , alle- de In- en Opgefetenen defer Provincie, zo in de Steden, als op het Platte Land, Militaire en andere Perfonen, van welken ftaat of conditie defelve zouden mogen zyn, ernftelyk te vermanen en te gelasten, om zich in alle ftilheid te gedraagen, en, voor zo veel in hun is, mede te werken tot bevordering van de algemeene rust, en zich wel lerieufeiyk te wachten van het pleegen van alles, het geen eenige aanleiding zoude kunnen geeven tot commotie of oproerigheid, of tot kleinachting, of kwetfing van de fchuldige eerbied en gehoorfaamheid aan de Heeren Staaten, als de Lloogfce en Wettige Overheid deefer Provincie. Verbiedende mitsdien by defen wel expresfelyk het aanrichten van eenige tumultueufe beweegingen, bet Icbreeuwen van Orange hoven , het zingen, Ipeelen of blaafen van zoo¬ genaamde Prince -Deuntjes, èn andere, {Trekkende tot oneer, kleinachting van de Staaten van den Lande, of aanfpooring tot commotien, het rondloopen met, en het dwingen tot het teekenen van zogenaamde Requesten, direct, ftrydende tegen de gemanifesteerde wil van hun Edele Groot Mogende; als meede het ftrooyert of diftribueeren van alle oproerige Blaadjes, Liedjes of Couranten, onder welke benaming zulks ook zoude mogen zyn; op pcene, dat die geenen, welke zig daaraan fchuldig zouden mogen maaken, rigoureufelyk aan den Lyve met geesfeling, en zelfs, na bevind van zaaken, met de Koorde, dat 'er de dood na volgt, zullen worden geftraft, hoedanige ftrafoeffeningen zullen gefchieden de Plano, en buiten figuur van Proces, ten aanfien van dezulken die op de daad zelve betrapt mogten worden. Alles onvermindert onfe reeds bevoorens geëmaneerde Placaaten en Publicatien tegens het dragen van Leufen, Complotteeringen en Aanrichten van Oproerige Bewegingen, welke by deefen alle worden gelaten in hun geheel en volle kracht. Ordonneeren voorts Wel expresfelyk aafi onfen Procureur Generaal, mitsgaders aan onfen Advocaat Fiscaal, en alle andere onfe Officieren, om deefe Publicatie met alle rigeur te doen nakomen en executeeren, en zich daar na zonder eenige de minfte conniventie, ftiptelyk en preciefelyk te reguleeren, op pcene niet alleen van privatie van hunlieder Officie, maar ook nog boven dien, naar exigentie van zaaken gecorrigeerd, of geftraft; te worden, by aldien zy bevonden mogten worden by verfuim of andersfints aan hunnen pligt niet te hebben voldaan Want wy zulks bevonden hebben alfo teil dienfte van den Lande te behooren. En op dat niemand hier van ignorantie pre» tendeere, begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar, en zo als zulks behoort, en te gefchieden ge/ bruikelyk is. Gedaan in den Haage onder het Kleyn Zegel van den Lande, den 4 I^y 1787. 'J ■ (Onderfond p) Ter ordonnantie van de Staaten, (Was geteekent f) C. CLOTTERBOOKE. 3H 3 Pla.  430 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. 2?- P/acaat van de Staaten van Zeeland, tot handhaving van de Conftitutie der Regeering, met het Lrjttadhjuderjchap; a/s mede generaale Amnestie ten behoeven der geenen, die zedert 1778 door woorden oj daaden zig aan het verwekken van onrust en verdeel!heid hadden fchuldig gemaakt. Lcn ia Augustus 1787. Dc Staaten van Zeeland, alle de geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, falut j Doen tc weten: Dat wy met het uytérfle Icedwefen hebben gezien, hoe, zeden ccn geruimen tyd herwaards, deefe Provincie door veele ongenoegens cn vcrdccltheden is ontrust geworden, welke in zommige Plaatfen tot de fchromelykfte dadclykheden zyn uiegeborften, waar van verfcheide Ingezetenen in Perfoonen, Famiüen of Goederen de ongelukkige gevolgen ondervinden. Dat, offchoon de drift niet op alle plaatfen met defelve hevigheid gewoed heeft, cn zommige zelfs tot nog toe in uitwendige ruste zyn gebicven, wy nogtans met reden beducht zyn, da-: dezelfde oorfaaken, ook overal defclfde uitwerkzcls met der tyd zouden kunnen voortbrengen. Weshalvcn wy noodig cn dienstig geoordeelt hebbende, voor de goede Burgeryen, In- en Opgefetenen deefer Provintie by deefen open tc leggen onfe dcnkwyfe en welmeeninge ten deefen opzigte : Zoo is 't, dat wy, op dcfelfde wyfe, als breeder in onfe Refoiutie van den 16 Octo- ' ber 1785 is vervat, wederom by vernieuwingc en op het plcgrigfte, met eenparige bewilliging van alle de Leden van Staat, verklaaren, dat wy niets meerder ter harte nemen dan de bewaaring van de Conftitutie deefer Republiek, gelyk deefe door de Unie tor onderlinge de' , fenfie vereenigd is; de handhaavmg der Sou- / verainiteft deefer Provintie; dc befcherming j der vryheden en voorrechten der Ingefetenen; en dat wy vasteiyk gefmd zyn de hooge waardigheden van Ernladhouder, Kapitein cn Admiraal Generaal te maintineeren, met alle de Regten en P.\rrogativen, zoo door ons in deefe Provintie, als door de gezaméntlyke Bondgenooten met betrekkinge tot den gemeenen Staat, in de jaaren 1747 cn ^ó'ó'weccig en erffelyk opgedragen. Dat wy ook in gemeenfchap met do andere Provinciën, die met ons in defelve gevoelens ftaan, alle onfe vermogens zullen aanwenden , ten einde zyne Doorluchtige I loosheid worde in ftaat gefteld, om door de uicoeffening van desfehs hoge waardigheden mede te werken tot redding en bevrediging van het lieve Vaderland. Dat wy mitsdien ten fterklten afkeuren en verbieden alle middelen en wegen , die of in hare bedoeling of in hare gevolgen zouden uitlopen tot verandering van onfe Wettige Conftitutie en Rcgeerings^ form , of eenigfints aanleiding zouden kunnen I I geven tot partyfehappen, cn in het bvfonccr J de Wapenoefening der Ingefetenen in byfonj dere Corpfen of Genoodfchappen, afgefchei, den van dc ordinaire Burgcrwagten, cn het Colleéteeren van Penningen onder den naam van een Vaderlands Fonds ; mitsgaders alle zodanige daden, gefprekken cn fehriften J prenten of tcekeningen, waar door het zaad van wantrouwen zoude gefprcid worden, of iemand in zyn Perfoon, Eere of Goederen wor! den belcdigd,nict willende, dat iets van dc voorgemelde zaken voortaan in deefe Provincie zal plaats hebben; verfoekende de Regccringen 1 der (temmende Steden, en gelastende die der Smal Steden, mitsgaders alle onfe Officieren, daar tegen te waken, defelve kragtdadig te weeren , cn de overtreeders te doen corrigeeren cn flrailcn als verftoorders der pub/?ekc rust. Dat wy vertrou wen, dat na defe ern/fjge waarfchouwing, een ieder zig in tlilheid cn onderwerping aan de Wetten en Beveelen der I loge Overheid en respective Magiftraten, zonder welke geen Burgerftaat beftaan kan, zal gedragen, en met defulke, die in dc Volksbewegingen het voorwerp van haat hunner Meede Burgeren geweest zyn, wederom als voorheen m vreede en eensgefindheid zal i jen. Dac wy nogthans met droefheid hebbende gcfien, dat velen onfer Ingefetenen en \ reemden, in die Provincie verkeerende, zig zo> verre hebben laten vervoeren, dat zy zig fchuldig gemaakt hebben aan daden van geweld^ waar door de rust en publieke veiligheid op een fchnkke'.yke wyfe is geftoord geworden, en de fchuldige zeer regtmatige redenen hebben om voor de vervolging der Juftitie te vteezen, hebben wy, om een blyk te geven, hoe zeer wy genoegen zyn , de Burger-twisten te fmooren, ende onderlinge cenigheid, rust, en vrede, tc bevorderen, goedgevonden,uic onle Souveraine Mag: en zonderlinge Grarie, vascceftellen cn te doen verkondigen een generale Amnestie, Vcrgerelheiden Vergeving, zoo als wy defelve generalyk vascftellen by defe, over alle en een ygelyk, die defelve eenigfints aangaan mag; uic kragte van welke generaale Amnescie, by defen yin nu af aan worden vergeven alle Woorden, Gefchrifcen, en Daaden, die ten principalen of by confequentie zedert den jare 1778 toe heden coe, zyn gefprooken en verrigt , en direct of indirect mogten hebben gedient toe het verwekken of voortfetcen van onrusc, verdeelcheid, misnoegen cn geweld tegen'de Perfoonen  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. nen of Goederen van ymand onfer Ingefetenen, van wat ftaat of qualiteit hy zonde mogen zyn; verbiedende, dat daarover ooit eenig nader onderfoek door de Juftitie zal mogen worden gedaan, behoudens nogthans zodanige Civile Actie, als aan de befchadigde Ingefetenen tot weder verkryging van hunne vermiste Goederen, in Regten zal cornpeteeren; wordende alleenlyk van deefe Amnestie uitgefonderd zoodanige Perfoonen, welke zig onder voorwendfel van de Burger twisten, aan Doodflag, Roof, en Dievery, hebben fchuldig gemaakt, of tegen welke de Juftitie reeds gevonnist heefc. Vertrouwende wy dat alle Perfoonen onder defe onfe gratie begrepen, en alle anderen, zig voortaan jegens ons als Hoogfte Overheid, mitsgaders omtrent de Regeringen en Magiftraten, over hen gefteld, en jegens malkanderen, zullen gedragen als vredelievende, getrouwe en gehoorfame Onderfaten, en Leden van de Burgelyke Maatfchappy betaamd, zonder met woorden of daden , zamenrottingen of woest gefchreeuw, daar tegen aancegaan, op pcene niec alleen, van naar lirengheid der Wetten te zullen worden geftraft, maar ook het genot van defe onfe gratie geheel te zullen verliefen, en aanfprekelyk te zyn, over al het geene voor en 431 na de tegenwoordige zal zyn gedaan. Gelasten en bevelen derhalven alle onfe Officieren, Procureur Generaal en Fiscaal van den Hove Provintiaal, Rentmeester Bewest- en Beoosten-Schelde, de Bailluwen der Steden en voorts alle Magiftraaten en Ingefetenen, tegenwoordige en toekomende , zig na den inhoud defes te reguleeren, en een ygelyk, buiten de voorfz. uitgefon derde, het effeéten gevolg van defe Amnestie, rustelyk en vredelyk te laten genieten ; nademaal wy verftaan, dat over alle Burger-twisten en derfelver gevolgen, hier voren gemeld, een altoosdtirende vergeving en vergetelheid zal blyven; want wy zulks ten dienfte en nutte van de Provincie Zeeland, Steden en Leden van dien, en van alle Burgers en Inwoonders in het Particulier , hebben bevonden te behooren. En op dat niemand hier van eenige onwetenheid zoude voorwenden, zal deefe aan den Procureur Generaal van den Hove Provintiaal, en aan alle Officieren, CrimineeleJurisdidie oeffenende, worden toegefonden, en voorts alomme gepubliceert en geaffigeert, daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteerd in 'c Hof van Zeeland, ce Middelburg, den 13 Augustus 1787. 28. Publicatie van de Staaten van Holland, te¬ gen het maken van oproerige bewegingen, of het plegen van infolentien:, met renovatie van de voorige Placaaten op dat ftuk, uitgenomen voor zoo verre die disponeeren tegen het dragen van ornamenten van de Orange Couleur. Den 18 September 1787. De Scaaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, Saluut; Allo wy in de cegenwoordige omftandighedennoodig geoordeelt hebben, tot bewaaring van de publique rust, by renovatie van onfe voorige Placaaten nadere voorfiening te doen. Zoo is 't, Dat wy, tot efficacieufehandhaving van de voornoemde onfe Souveraine Bevelen, en ten einde teffens, voor zoo veel des noods alle praetexten af tefnyden, als of defelve in deefe of geene opfigten niet zouden zyn van eene fteeds vooreduurende werking, by renovatie goedgevonden hebben allen ende een iegelyk, van wat ftaat of conditie hy ook zoude mogen wefen, zeer ernftig te vermaanen om zig als ftille en vreedfaame In- en Opgefetenen te gedraagen, en zig in het byfonder te wagten van alle oproerige gefprekken, beweegingen en zamenrottingen , mitsgaders van alles hoe ook genaamd; dat verder, het zy onder bedrieglyken fchyn van vrolykheid, of onder wat voorwendfel het ook zoude mogen weefen, tot ftooring van onderlinge rust en eendragc aanleiding zoude kunnen geeven , en particulierlyk van hec pleegen van alle infolentien , en het doen van fmaadelyke bejeegeningen, vooral by wege van feiten of met geweld, aan wien het ook zyn mogte, zo ten aanfien van desfelfs Perfoon als Huis of Goederen; terwyl wy voorts goedgevonden hebben by provifie te furcheeren de verdere dispofitien van het voorfeide Placaat, met opügt tot het draagen van Oranje Cocardes, of andere Linten en Ornamenten van die Couleur, en het uitfteeken van Vlaggens; Iaatende dienaangaande allen en een iegelyk onverlet om daaromtrent naar goedvinden te handelen. En op dat niemand hier van ignorantie praetendeere, zo lasten en beveelen wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffh geert, daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande, den 18 September 1787. (Onderfondf) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekend',) C. CLOTTERBOOKE. Pu-  432 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. 29* Publicatie van de Staaten van Holland\ tegen het in/taan van Gtaafen, het Plunderen van //ui/en, en het plegen van alle ander geweld. Den 19 September 1787. De Scaaten van Hollanden Westvriesland, Allen die deefe zullen zien of hooren leeiën, Salut: Alfo wy met hec uitterfte leedweezen cn de hoogde verontwaardiging vernoomen hebben, dac onaangefien alle voorige Publicatien, door ons reegen oproerige bewecgingen, feicclykheeden cn geweld geë'maneerc, echcer verfcheide Perfoonen zich hebben verftout, om geduurende de voorige Nagc en zelfs nog op heeden verregaande geweid en molescen te bedryven aan de Huifen en Perfoonen van veele Ingefeetenen alhier, zoo mee hecinflaan van Glïafen, als hec Plunderen van defelve, waar door de veiligheid en rusc deefer Plaacfe op eene hoogftrafbaare wyfe is geltoorc. 3 Zoo is t, dac wy, coc voorkoming van de akelige gevolgen, welke uic de vooreduuring van zoortgelyke feitelykheeden zouden voortvloeyen, en welke de gefaamentlyke Ingefeetenen deefer Plaats coc onherftelbaare ruïne zouden verftrekken, hebben goedgevonden en verleun, nogmaals aOe cn een iegelyk op hec aUerernstiglle ce waarfchouwen, zich ceonchouden van hec pleegen van alle infolcneicn, feitelykheeden of geweld, aan wien het ook zyn mogte, ten aanfien van desfelfs Perfoon zoo als Huifen cn Goederen, op pcene van onfe hoogde indignatie, en dat defelve alsopcnbaare Weederdreevers van onfe Souveraine Beveelen en moedwillige Schenders van de rust en veiligheid deefer Plaatfe, zonder eenige oogluiking, op de aJJerprompcfte cn rigoureude wyfe, aan den Lyve, en zelfs, naexigencie van zaaken, met dc Dood zullen worden gedraft. Ordonneeren en gelascen voores wel expresfeyk onfen Procureur Generaal, als meede den Advocaac Fiscaal, mitsgaders den Bailliuw van'silage, deefe onfe Publicatie ftrictelyk te executeeren, naar desfelfs form en inhoude, fonder eenige de minde conniventie of disfimulatie. Als meede den Commandant van het Guarnifoen , cn de respective Officieren derBurgerye, om de Juffc'cic in hecapprehendeeren van die zig aan bovengemelde daaden fchuldig maaken, behooriyk en mee alle magt te adfifteeren, en het pleegen van zodaanig publicq geweld, met geweld te keer te gaan. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie pretendcere, zolasten en begeeren wy, dat deefe alhier in den Hage alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar het behoord, en te gefchieden gebruikelvk is. Gedaan in den Haage onder het kleyn Zeegel van den Lande den 19 September 1787. COnderjlond,') Ter ordonnantie van dc Staaten. Qfds geteekentP) C. CLOTTERBOOKE. 30. Declaratie en Uaarfcbouzuing van den Prince van Orange, tegen het begaan van iets het geen de publique veiligheid zou kunnen ftooren, ter gelegenheid van de voorgevallene Revolutie. Den 20 September 1787. Wy WILLEM, by de gracie Gods, Prins _^ van Orange en Nasfau, Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Nederlanden, Erf-Capicein Generaal en Admiraal van de Unie &c. &c. &c. Doen ce weeten, dac wy met hec uiterfte genoegen en aandoening, de algemeene blyken van vreugde en welmeenende aankleeving der Burgers en Ingefeetenen van allerley rang en ftaat, by onfe in¬ komst in deefe Plaacs op heeden hebben oncfangen, en ons niec hebben kunnen onchouden, om deswegens onfe opendyke erkentenis te becuygen; dan, dat wy, zonder hier door defelve Burgers en Ingefeetenen in deefe hunne blydfehap en de blyken van dien eenigfints te willen ftooren, gemeend hebben een ygelyk van hun, opheternftigfteenvriendelykfte te moeten aanmaanen en verfoeken om zig vervolgens ftil en ordentelyk te gedragen,  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, cke. 433 gen niemand, wie hy ook zyn mag, eenige de minfte molefte aan te doen of ce beledigen, veel min zig aan eenige buitenlpoorigheid, feitelyke aanranding vm Perfoonen of Huyfen, ofte aan het begaan van iets, 't geen de publicque veiligheid zoude kunnen ftooren, oftebillyke reden tot klagten geeven, fchuldig te maken , maar zig in tegendeel forgvuldig te onthouden van alles, 't geen tegens de Wetten en Placaaten van den Lande eenigzints zoude moogen aanloöpen * ten eynde de Vreugde en 't algemeen Genoegen van de tegenswoordige heuchelyke omwending van zaaken nergens door mogen befwalkt worden: Sullende al dat geen 'c welk tegens dit ons Declaratoir en rust bevende Waarfchouwing eenigfms zoude mogen aanloöpen, ons ten hoogften onaangenaam zyn, en niet anders, dan onfe billyke verontwaardiging en hoogst misnoegen s kunnen verwekken. Gedaan in's Gravenhage den 20 September 1787. (Was geteekent,) W, PRINCE van ORANGE, (Lagerflondf) Ter ordonnantie van ZYN HOOGHEID. (Oecontrafigneerd,} T. J. de LARRÉY* 3* Refoiutie van de Staaten van Holland't houdende eene Amnestie ten behoeven der geenen, die zig uyt per voor de belangen van het Huys Van Orange, aan onrustige bewegingen haddert fchuldig gemaakt. Den 27 September 1787. T\e Staaten van Holland en Westvriesland, J_JP allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut* Nadémaalzig door de zonderlinge en aanbiddelyke Voorfieningheid van den Allerhoogften, de Ongelukkige omftandiglieeden, in welke voornamentlyk deefe Provincie door hooggaande onlusten en. verdeeldheeden tusfchen Regenten en Regenten, Burgers en Burgers, en Ingefeetenen en Opgezeetenen was gedompeld, merkelyk ■ ten besten zyn verandert, en door de gelukkige herftelling van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heer Prince van Orange en Nasfau, Erfftadhouder, Erfcapitein Generaal en Admiraal Generaal deefer Provincie, in alle zyne hooge; Waardigheeden , Hoogstdenfelven by zyne meerderjaarigwording, Staatsgewyfe wel en wettig opgedraagent wel haast, zoo wy van . Godes gunftigen Zeegen hoopen en verwagten, geheel zullen ophouden, en wy thans hebben buiten effect gefteld de Placaaten of Publicatien, waar door de Voorftanders en Beminnaars van zyne Doorlugtige Hoogheid en Hoogstdesfelfs Vorftelyk Huys, wanneer zy op eenigerhande wyfe, al waare het zelfs door woorden of door in derfelver aart en natuur onverfchillige daaden, blyken van hunneverknogtheid en aankieevinge aan Hoogstdesfelfs Perfoon of belangen gaven, aan zwaare ftraffen wierden blootgefteld, en daar door is veroorfaakt , dat veele anderfints goede en welmeenende In- en Opgefeetenen, welke hunIX. Deel, nen yvCr voor die met het heil des Lands zoö zeer overeenkomende zaake, niet kunnende bedwingen, de voorfz. Placaaten in het eéri of ander opfigt overtreeden hadden, in de Gevangenisfen geworpen, en uit hoofde van Regterlyke Vonnisfen, zommigen aan den Lyve? andere met Confinement, andere met Bannisfement geftraft zyn geworden, en dat ook andere , uit vreefe van vervolgt eri geftraft te zullen worden, uit het Landgevlugt zyn, en het onbillyk Zoude zyn, dat iemand ter zaake van yver voor het geen wy thans erkennen de waare Conftitutie en belangen des Vaderlands te zyn, Zoude blyven lyden, of eenige onaangenaame gevolgen ondervinden. Zoo is 't dat wy, met rype deliberatiei na ingenomen advis van onfen Hove, hebben goedgevonden te verleenen, gelyk wy ver-* leenen mits deefen, aan alle en een iegelyk, welke uit hoofde van aankleeving aan of yver voor de belangen van het Doorlugtig Vorftelyk Huis van Orange, het zy voor of na het emaneeren van de bovengemelde onfe Placaaten of Publicatien, zig aan eenige onrustige beweegingen of oproerigheeden, of aan iets van het geene by de voorfz. Placaaten is verbooden , op eenigerhande wyfe hebben fchuldig gemaakt, eene Amnestie of volkomene vergeevinge en uitwisfinge van alles, wat zy daardoor tegen ons zoude mogen hebben overtreeden of misdaan;- verklaaren wyders alle Prov ceduures uit dien hoofden tegen defelve aar**  434 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. gevangen, hec zy defelve nog hangende, ofce reeds gecermineerc mogen zyn, voor vervallen; verniccigende by deefe alle Vronnisfen tegen de zoodanigen om zulke overcreedingen of misdaaden geweefen; hec zy defelve reeds zyn geëxecuteert of niet; mee herflellinge der Gecondemneerden en Geëxecuceerden in derfelver eer en regten, even als of zy die overtreedingen of misdaaden niet hadden begaan. Beveelen en gelasten de respective Officieren en Gcregten, om die geenen, welke uic zulken hoofde in hunne Gevangenisfe, of uic kragee van hunne Vonnisfen in eenig Confinemenc zyn, daar uic ilico kosceloos te oncflaan en te doen relaxceren; mitsgaders alle om zulke reedenen aangevange Proceduures ce Ihaken, en de eer zoodanige zaaken gebannen onverhindcre ce laacen ce rug komen, en als alle andere Ingezeetenen de vrye inwooninge en alle andere regten cn voorregten genieten, in verwagting, dac dezelve zig zullen gedraagen als ftille en vreedfaame Ingefeecenen, voor welke de weg van Regcen, maar niec die van eigenwillige wraak, open ftaat. En interdiceeren wel expresfelyk onfen Procureur Generaal en alle andere Officieren, iemand, wie hy zy, ter zaake voorfz. ooit of ooic in eeniger maniere ee bcmoeylyken, of inhec rustig en vreedig genot van deefe onfe Amnescie en vergeevingen ce ftooren of hinderlyk ce zyn; welverltaande nogcans, dac onder deefe Amnelhe niet begreepen zyn de zodanigen, die onder voorwendfel van zucht voor die goede zaak zig aan Moord, Roof, Diefftal, en Falliteiten, of eenig ander niec toe oproerigheid behoorende, maar op zig zelfs ftaande delict hebben fchuldig gemaakt, ais dewelke wy hier door geenfmts willen bevryden van de door I dmig delict verdiende of aan defelve by Vonniste opgelegde en geinfligeerde ftraffen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten cn beveelen wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks behoord en ie gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder hec kleyn Zcegcl van den Lande den 27 September 1787. (Onderfjndf) Ter ordonnantie van dc Staaten. (Was geteekent f) C. CLOTTER ROOK F.. 32. Publicatie van de Staaten van IJutland, tegen het aanhouden van Perfoonen zonder Rechtelijke aucloriteit; het overleveren derfelve aan de Pr uysfifche Militie; het aanranden van s Lands Gaarders en Bediendens; en generalyk het plegen van infolentie met woorden en daaden. Den o OStober 1787. De Sraaten van Holland en Wese vries land, allen den geenen die deefe zullen z:e n of hooren leefen, faluc. Alfoo ter onfer kennisfe gekomen is, dat op verfcheidene Plaatfen binnen deefe Provincie eenige Ingefeetenen zich veroorlooven, om hunne mede Ingefeetenen , welke zy meenen omtrent de oude en gezeegende Conftitutie van dit Gemeenebest niec wel gezinc geweesc cezyn, inplaacs van het onderfoek en de beoordeeling van het ïlrafoaare, hec welk defelve mogten becreeven hebben, aan den Regeer over ce laacen mee Schimp- en Scheldnamen ce vervolgen en in derfelver Perfoon en Goederen mee inllaan van Glafèn, Plunderingen en andere feicelykheeden te beleedigen , en zich dus fchöJdiP maaken aan verfcooring van de gemeene rust cn hec pleegen van publicq geweld, en dac zelfs eenige zich niet hebben ontfien fommi^e van hunne Meede - Ingefeetenen uic derfelver Huifen weg ce haaien, of aan ce houden, ce vervoeren en aan de Pruisfifche (zig hier ce Lan¬ de bevindende} Militie over te geeven, en bedreigingen ce doen van mee meer anderen op gelyke wyfe te handelen, en zich dus fchuldig te maken aan eene verregaande violatie van de Burgerlyke vryheid en veiligheid, dat ook op verfcheide Comptoiren der Gaarders van ■sLands Tollen en der gemeene Middelen, de Gelden van hec Land en derfelver particuliere Goederen geroofc, hunne Perfocoen mishandelc, gevangen gehouden, en weggevoert worden, waar door geëifeeeueerr word, dac ds invordering van 'sLands Inkom/tenen Impofitien niec alleen niec kan worden geëxecuteert , maar geheel ce niec loopc Zoo is 't, dac wy, daar op gehad hebbende de Confideracien en hec Advis van zyne Doorlugtige Hoogfieid den Heere Prince Erfftadhouder, &c. &c. &c. van onfe Gecommicteerde Raaden en van Prefident en Raad en van onfen Hove; (bly vende onfe voorige Placaacen cegen alle daaden van publicq geweld en-alle violacien der Burgerlyke vry- * heid  Placateti tegens feditieufe Perfoonen, &c. 435 hetd en veiligheid, ook ten aanfien van die zich, aart het geene voornoemt is, bereids hebben fchuldig*"gemaakt, in derfelver volle kragt) goedgevonden hebben op nieuws te verbieden, gelyk wy verbieden by deefen, iemand, wie hy ook zy, zonder Rechterlyke aucloriteit aan te houden, tc arrefteerén, weg te haaien of te vervoeren, en nog veel meer iemand moedwilliglyk aan de Pruisfifche Militie over te leeveren; gelyk wy meede op nieuws verbieden, iemand wie hy ook zy, roet Scheld- of Schimpnamen te vervolgen of anderfints in deszelfs Perfoon of Goederen door inflaan van Glaafen, Plunderingen of andere feitelykheeden te beleedigen, of door bedreigingen bevreest te maaken, en in het gerust verblyf ter plaatfe zyner inwdoninge, of 's Lands Gaarders en Bediendens in de exercitie van hunne Funétien te belemmeren, die te mishandelen, derfelver of'sLands Gelden te berooven, als welke, en derfelver Comptoiren wy in onfe fpeciale proteótie neemen; zullende alle die geene, welke zich aan het een of ander van het geen voorfz. is fchuldig maaken, aan den Lyve, ja zelfs naar exigentie van zaaken met de dood worden geftraft, met welke doodftraf wy begeeren, dat, zonder conniventie, geftraft zullen worden de geenen, die voortaan iemand moedwilliglyk aan de Pruisfifche Militie zullen overleeveren. Ordonneeren en gelasten voorts wel expresfelyk onfen Procureur Generaal, mitsgaders alle andere Officieren van onfen Lande tegen alle die geenen, welke zich aan het een 33- WY WILLEM, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau; Erfstadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Capitein Generaal en Admiraal der Vereenigde Neederlanden; Erf-Capitein Generaal en Admiraal van de Unie, &c. &c. &c. Doen te weeten; datwy, tot ons uiterfte leedweefen en met de gevoeligfte aandoeningen van droef heid en verontwaardiging, dagelyks verneemen, dat onfe vriendelyke verfoeken en ernftige aanmaningen aan de Burgers en1 Ingefeetenen deefer Plaats, èn aan een of ander van het geen voorfz. is hebben fchuldig gemaakt of nog zullen fchuldig maaken, zodanig te procedeeren , als hec recht van de hooge Overigheid vereifcht, en deefe onfe Publicatie ftriélelyk en prsecifelyk te executeeren , zonder eenige conniventie of disfimulatie, op poene van onfe hoogfte indignatie. Gelyk wy meede wel ernftelyk gelascen aan alle Schouten en Gerechten ten Platten Lande , om het geen contrarie den inhoud deefer door hen zoude mogen ontdekt worden, ten fpoedigften ter kennisfe van den Officier van hunne Plaats of Diftriórte brengen, op pcene van in cas van nalatigheid in deefe, naar vereifch van zaaken» te worden gecorrigeert. En op dac deefe Godcergende, ons en zyne Doorlugcige Hoogheid den Heere Erfftadhouder zoo zeer grievende, en den y ver voor de oude Conftitutie zoo zeer onteerende wanbedryven, des te beeter mogen worden gefluit, zoo belooven wy aan den geenen, die een der Belhamels, Aanvoerders of Aanftookeré van zodanige geweldenaryen op eene overtuigende wyfe komt te ontdekken, eene Premie van daifend guldens, en daarenbooven ftraffeloosheid, indien hy zelve, zonder een Belhamel , Aanvoerder of Aanftoker van defelve ce zyn, zich aan hec een of ander van het geen voorfz. is moge hebben fchuldig gemaakc. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. iegelyk van hun, by ons Declaratoir en Waar» fchouwinge in dato 20 September defes jaars, en by de daar op gevolgde Publicatien en WaarfchoUwingen, door ons en Pncfldent en Raaden van den Hove vervat, by veelen van zeer wynig ingang zyn geweest, en dat, wel verre van te hebben bereikt onfe falutaire oogmerken en hartelyken wensch, dat een iegelyk zig ftil en ordentelyk zoude hebben te gedraagen, en aan geenerley moleste of beleediging van eenige Perfoonen of Huyfen fchuldig gemaakc, in tegendeel de publicque 3I 2 rust Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van deh Lande den 9 Oétober 1787. '(Onderft ond,*) Ter ordonnantie van de Staaten; (Was geteekent,') C. CLOTTERBOOKE. Nadere Waarfchouwing en Declaratoir van den Prince van . Orange tegen het plegen van ge~ weid en ongeregeldheden. Den 15 Oclober 178 j.  43ö Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. rust en veiligheid , hy annhoudenheid, op eene verregaande wyfe word gelloord cn gefchonden, zoo door het toevoegen en naroepen van Scheldnaamen en bedreigingen, en het ftoocen, (laan cn mishandelen van verfcheide Perfoonen, als door het Plunderen of inllaan der Glaafen van meenigvuldige Huyfen, en zulks meest al onder voorwendfel dat die Perfoonen , of de Bewoonders van die Huyfen , bevoorens onfe herftelling in dc exercitie onfer Erffelyke Waardigheeden, teegens ons zouden hebben gcyvert, ofte hunne ongeneegenhcid jeegens ons zouden hebben aanden dag gelegt; al 'c welk met zoo veel drift en onverfettelykheid door geheele Trouppen Volk, en op verfcheide Plaatfen te gelyk, voor.ü by avond of des nagts, word gepleegt, dat de onvermoeide pogingen der Juftitie, onderftcund door de Schutterye en Militie , tot ftnyting deefer excesfen aangewend, defelven tot hier toe niet hebben kunnen beletten; en w.ur van het gevolg is, dat dit voormaals veilig en bloeiend 'sGravenhage thans alle 00 • gcnblikken in onrust is, en telkens door nieuwe en akelige Toneelen van wanorde en verwoclting deerlyk word ontciert, en hec voorts te vreefen ftaac, dat alle banden van gchoorfaamheid en Burgerlyke zamenleevmg zullen worden verbrooken, allerley eygendunkelyk geweld en wraakfugtigheid een top gevoerd, en de reecs mee fchrik vervulde gemoederen I van veele Ingefeetenen aan nog meerder angsc / en leed, cot fchande van een Land, waar in de Juftieie cn Orde boven alles behooren hei- I lig te w.efen, blootgefteld. 1 Dat wy alle die onbetamelykheeden en ongereegeldheeden haregrondig verfoeien en zeer bedugc zyn, dac defelven niec alleen oorfprongelyk zyn uic eene laakbaare verbiccering van zommigen, maar ook een grooeften deelen, uic listige en vuilaardige inboefemingen van andere, welke ons Yyandig zynde, daardoor aanleiding zoeken, om, met befwalking van onfe eer, het verfoeielyk denkbeeld te doen verfpreiden, als of deefe en zoortgelyke laage en veragtingswaardige uicoeffeningen van wraak ons eenig genoegen zouden kunnen geeven, cn wy defelven wel ongeftrafc zouden willen aanzien. Dac wy derhalven nogmaals op hec nadrukkelykfte allen en een iegelyk, die mee eenige agcing en liefde voor ons en voor ons Huis befield zyn, vermanen en opwekken , om daar van zodanige waare blyken te geeven, als wy van braave Aankleevers aan de eer en belangens van ons I Iuys bil/yk mogen en moeren verwagten, door zig in alle opfigten als ftilfe en vreedfame Burgers en Ingefeecencn ee gedraagen, zig ce onchouden van hec pleegen van infolentien of geweld aan Perfoonen of Huyfen, en, zoo veel eenigfints in hun vermogen en met dc goede orde beftaanbaar is, alle ongereegeldheedcn ce helpen voorkomen , ftuyeen en weeren; Gelyk wy ook by deefen op hec plegtigsc verklaaren en verfeckeren, dat wy allen die zodanige infolentien cn geweldenaryen eenigfints zouden mogen .amraaden of begunftigen, en veel meer nog, die defelve dadelyk zouden mogen pleegen, op welk een pnetexc zulks dan ook zoude gefchieden, zullen houden voor vyanden van onfe Perfoon en Huys, en van enfe dierbaare Koninglyke Gemalinne, cn daar en tegen die geenen, dewelke zulks mee emse engten voer te koomen, zig daar teegens op de eevengemelde wyfe te verfetten, en voorts ftil en vteedfaam zig gedraagen, zullen aanfien en houden voor waare Liefhebbers des Vaderlands , en van ons en ons Huys, en voor Voorftanders van onfe eer, belangens en genoegen, en die vervolgens eene billyke aanfpraak op onfe erkencenis en geneegenheid een allen tyde zullen blyven behouden. Gedaan in 'sGravenhage den 15 October 1787. (JVas geteekent,) Vv. Pr. v. ORANGE. (Onderfiond,) CL- S.) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (lias geteekent,) W. van C 1 T T E R S. Pu-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c ^ Publicatie van den Plove van HoUand^ legen het pleegen van feytelykheden tot ftoQ* ring van de publique rust te Maas/luis. Den 05 Oclober 1787, W- JLLEM, by der gratié Gods, Prince I van Orange en Nasfau, &c. &c. &c. Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, ErfCapi- J tein Generaal en Admiraal; mitsgaders de Prefident en Raaden over Holland, Zeeland, en Vriesland; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo ter onfer kennis is gekomen, dat, niettegenftaande onfe op den Dorpe van Maaslluys gedaane Publicatie van dato den 2 Oótober deefes jaars 1787; waar by wy allen ert een iegelyk op het allerernftigfte vermaand en bevoolen hebben, zig zorgvuldig van alle oproerige beweegingen en feitelykheeden te wagten, en niemand , wie hy ook zyn mooge , eenige de minfte molesten aan te doen, ofte beleedigen, of ook in desfelfs Perfoon aan te tasten of op te brengen, en niettegenftaande ook het ernftig verbod, vervat in de Publicatie van deE- ■ dele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en Westvriesland van dato den 9 Oótober daar aan volgende, egter nog, van tyd tot tyd, binnen den gemelden Dorpe van Maasfïuis verfcheide onbehoorlyke en oproerige feitelykheeden, tot verftooring der gemeene rust, en fchending der veiligheid van de Ingefeetenen gepleegt worden, zoo door afpersfing van Geld, als door eigendunkelyke aantasting of opbrenging van Perfoonen, zonder eenige Regterlyke authoriteit, gelyk meede door refiftentie der Juftitie of van desfelfs Bedienden , door het loopen vart onbevoegde Perfoonen met Zydgeweeren , Snaphanen, Piftoolen of andere Schietgeweeren, en het fchieten langs de Straaten; mitsgaders nog door het gebruiken van Scheldnaamen en het zingen van de Regeering-höonende Liedjes, alle welke en diergelyke rustverftoorende ongereegeltheeden wy niet anders kunnen aanfien dan als halftarrige en, ten hoogfte ftrafbaare overtreedingen en véragtingen van des Souvérains en onfe ernftige beveelen, en by herhaaling verklaarde intentie. Zoo is 't, dat wy nogmaals alle ert eeri iegelyk binnen den Dorpe van Maasfïuis ori het nadrükkelykfte vermaanen, en gelasten by deefen, zig ftiptelyk naar de hier voorgemelde Publicatien te gedraagen , en zig Zorgvuldiglyk te wagten van alle feitelykheeden eri ongereegeltheeden, welke tegen de voorfz; Publicatien op eenigerley wyfe ftrydig zyn, als meede in 't byfonder zig te onthouden; van iemand, wie hy ook zy, zonder Regterlyke Aucloriteit, in desfelfs Perfoon aan té tasten, te arrefteerén of op te brengen; of ook iemand onder eenigerley voorwendfel of bedreiging Geld af te vorderen; mitsgaders ook eenige refiftentie of oppofitie tegens de Juftitie of eenige Bedienden derfelver of eënigè andere ongereegeltheeden te pleegen; verbiedende wy ook wel fpecialyk allen en een iegelyk , uitgenomen alleen de Wagtdoende Burgery, ten tyde als defelve de Wagt hebben, binnen den gemelden Dorpe van Maasfïuis 0 eri de Jurisdictie van dien, met eenig Zyd- of; Schietgeweeren langs de Straaten te gaart of om te loopen, of ook langs de Straaten niét eenigerley Geweer te fchieten, als meede het gebruiken van Scheldnaamen. * en hec zingeri van de Regeering-hoonende Liedjes, op poéhé , dat metalleen alle zodanige Zyd- of Schietgeweeren, waar meede iemand ^ buiten dë aétueel de Wagc hebbende Burgers, concrarië het voorfz. verbod gevonden word, dadelyk zullen afgenomen worden, maar dat ook de Overtreeders van de voorfz. beveelen zullen worden gehouden voor verftoörders vandëgeineene rust, en alfoo ten rigoureusten conforni de Wetten en Placaaten van den Lande j aari den Lyve, en zelfs, naar exigentie van zaaken , met de Dood zullen worden geftraft; En op dat niémand hier van ignorantie pre1 tendeere, gelasten wy den eerften DeurwaarI der van den Hove, deefe op den Dorpe Maa3• fluis te publiceeren en te affigeeren, daar zulki | te gefchieden gebruikelyk is; Gedaan in den Raade den 25 Oef ober 1787; (Onderflond f) My prefent ^ (JVas geteekent,) ADRIAAN ËODT, I^ota. Dergelyke Publicatien zyn Ook vërvölgerts door 't Hof ten aanfien van andere Plaatfen gedaan; als van Vlaardingen, den 31 Oclober 1787. —; van Aikemade, den 1 November 1787. — vanMynsheerénland van Moerkerken, den 16 November 1787. 3l 3 &e'  433 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. 35» Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende diverfe bepaalingen, voornamelyk ten aanzien der Genoodfchappen van lWapenhandel en andere Sociëteiten, tot veiligheid van hun Ed. Gr. dPg. en verdere Regeeringen. Den 3 November T>y refumtie gedelibereert zynde op hec JD Rapport, uen 12 der voorlede maand ter Vergadering uugebragt door dc Heeren van de Ridderfehap cn verdere hun Ed. Gr. Mog. Gecommicteerden tcc hec Grooc Befoigne, hebbende, ingevolge en toe voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 3 te vooren, met Commisfarisfen van den IIovc, geëxamineert de Misfive van den Prcelidcnc cn Raden van gemelden Hove, ten zeiven dage gefchreven, waar by, volgens hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 26 September, hadden gefuppediteerc der zeiver voorlcopige confideracicn omcrene hec geen, d.ic nopens de Dcclaracoiren, Rcfolucien cn Voordragten aan hun Ed. Groot Mog. gedaan , cn by Refoiutie van den 12 der laatstgemelde maand aan den Hove in originali gefonden,coc rusc van den Lande, tot veiligheid van hun Ed. Grooc Mog. zelve, of van alle Begcerin gen of Perfoonen, die daarin bedoeld of genoemt zyn, zoude kunnen cn behooren gedaan te worden. Is goedgevonden en verdaan: 1. Dac de Adresfcn, in de Misfive van den Hove gemeld, zullen gefield worden in handen van den Procureur Generaal, en van de Officieren der respective Steden , en Bailliuwen ten platten Lande, daar de zelve geformeert, cn geteekend zyn, mitsgaders daar de Authcurs , Onderteekenaars der zelve, cn verdere Perfoonen, daar in deel gehad hebbende, woonagtig zyn, ten einde daaiomtrent zoodanig te handelen, als het Recht van de hocge Overheid zal vereisfehen. 2. Dat zoodanige gewapende Gcnoodfchapren, door welke, of uit welkers nar.m diergelyke Adreslën zyn gedaan, zullen worden ontwapent en gedisfolveerd, en vervolgens de Schutteryen voorfien van zoodanige Officieren , van welke men ten vollen kan verfekerd zyn, dat de zelve aan diergelyke zaaken geen deel gehad hebben. Dac voorts de gewapende Schutteryen of Burgeryen zullen moeten geiliiverd worden van de zoodanige, dewelke tot voorfchreeve Genoi dfchappen of tot de Burger-Legertjes behoord hebben , en zoo veel andere in der zeiver plaatfen geftelt, als Burgemcestereu en Regeerders, of de respective Magiftraaten in de Steden, ieder nden haare, zullen diensrig oordeelen, eri voorts voorfien van zoodanige Officieren, welke coc voorfchreeve Genoodfchappen niec behoord hebben, hec zy direct, of door honoraire Leden van hec zelve geweest ce zyn, wordende dc Officieren, welke .Leden van genoemde Genoodfchappen, hec zy honoraire of werkende geweest zyn, voor zoo verre de zelve als nog in defe of geene Steden niec zyn gedimitteert, by defe gehouden van hunne posten als Officieren te wefen vervallen ; blyvende aan Burgemecseeren cn Regeerders, of de'respective Mam'ftraaten overgelaaten, om zoodanige Reglementen te maaken, als voor de Schuttery heilzaam zullen oordeelen. 3. Dac overal alle distinctive teekencn der Schutteryen zullen worden afgefebare, cn aan dc zelve verboden gewapend op 's Heeren Straaten te verfchynen, ten zy op die tyden, dac de zelve de Wagt hebben, of wettiglyk als Schutters, elders Burgers geroemd , worden opgeroepen ; zoo nogtans, dac, tenopfigcevan hec draagen der uniforme kleeding der Schucteryen of Burgcryen, en den tyd wanneer de zelve daar mede zullen mogen verfchynen, aan Burgemeesteren en Regeerders, of de respcéhVe Magiftraaten word overgelaaten , om daar omtrent zoodanige voorfieninge te doen, als defelve zullen oordeeten te behooren; egter in het oog houdende , dat de uniformeklceding der Schutteryen of Burgeryen, zoo min mogelyk, werde gelyk geftelt of geconfundeert met de uniforme Weeding van de Militie, 4* Dac alle Burger-Sociëteiten, Genoodfchappen of andere Corporatien of Byëenkomften, welke deel gehad hebben in de onwettige zoogenaamde Volks-Vergaderingen, dadelyk zullen worden gedisfolveert en vernietigt, en voorts op zekere te bepaalene pcene geftatueert, dat geene andere , onder weikc benaming het zyn moge ingerigc, om over'sLands- of Re^eerings-zaaken re handelen of ce conespondeeren, mee oogmerk om zig jn ce zeJve te immisceeren, zullen mogen worden opgerigt, mee lascaanden Pro-  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. Procureur-Generaal en de respective Officieren, om daar tegen ten fterkften te vigileeren, en dat de Huifen daar toe aan de voornoemde BurgerSocieteiten, Genoodfchappen, of andere Corporatien of Byëenkomften in eigendom toebehoord hebbende , of door de Leden van dien, of geregtelyk ad opus jus habentium verkogt, en de Penningen aan de ge wefen Leden ter hand gefteld. 5. Dat in het byfonder zal onderfoek gedaan worden naar de Oprigters van zoodanige Sociëteiten, mitsgaders op de wyfe, waar op zy dit gedaan, en hoe de zelve zig verder gedraagen hebben; terwyl ook al vefaer zal geinquireert worden op de Gecommitteerden en Geconftitueerden zoo van zoo • danige Sociëteiten, als van andere Corporatien , onder welke benaaming die ook mogten zyn voorgekomen, welke mede in) de voorfchreeve Adresfen, het zy direct: of indireét, deel gehad hebben, of defelve zig in die posten ingedrongen, en hoe zig verder gedragen hebben, alle welke Gecommitteerden en Geconftitueerden by defen werden verklaart gedefungeerc te hebben. 6. Dat ook zal worden geinquireert op de Aanleggers en Uitfchryvers van de 439 zoogenaamde Volks- of der zoogenaamde Genoodfchappen - Vergaderingen, inzonderheid op die van de laatfte Vergaderingen te Leyden en Amfterdam gehouden; en 7. Dat alfoo mede zal worden geinquireert op de zoogenaamde Commisfie der gewapende Burger - Corps tot expeditie der Militaire zaaken, de Commandanten , en verder die geenen, welke in de zoogenaamde Burger - Legertjes eenige authoriteit geoeffent hebben , gelyk mede nopens het geen door de zelve by die gelegentheid is verrigt en uitgevoerd; alles met dien verftande, dat, ingevalle Procedures tegens eenige Ingefetenen uit hoofde van defe Refoiutie zouden moeten worden geëntameert, de zelve Ingefetenen voor hunnen dagelykfehen en competenten Regter zullen moeten worden opgeroepen en te recht gefteld. En zal Extracf defer gefonden worden aan de Praefident en Raden van den Hoogen Raade en van den Hove Provinciaal, als mede aan Burgemeesterenen Regeerders van de Steden, en de Gerechten ten platten Lande, mitsgaders aan de respeclive Hoofd-Officieren en Bailliuwen in de Steden en ten platten Lande, tot derzelver narigt respective, en om zig daar na te reguleeren. 36. Publicatie van den Prince van Orange, be¬ trekkelyk het veranderen der Regeeringen in de respeclive Steeden yan Holland. Den 5 November 1787. WY WILLEM, by de gratie GodsPrince van Orange en Nasfau, Grave van CatzeneJnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Culenburg; Marquis van Veere en Vlisfingen, Baron van Breda, Diest, Beilftein, der Stad Grave en Lande vanKuik, Ysfelftein, Craanendonk,Eindhoven en Liesveld; Onafhankelyk Heer van de Vrye en Souveraine Erf - Heerlykheid Ameland; Heer van Borculo, Bredevoort, Lichtenvoorde, 't Loo, Geertruidenberg, Klundert, Zevenbergen, de Hooge en Laage Zwaluwe, Naaltwyk, Polanen, St. Martensdyk, Soest, Baarn en Ter Eera, Willem-■ ftad, Steenbergen, Montfoort, St. Vith, Butgenbach en Daasburg; Erf-Burg-Graaf van Antwerpen, Erf• Maarfchalk van Holland , Erf - Stadhouder, Erf - Gouverneur, Erf - Capitein en Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden; Erf-Capitein Generaal en Admiraal van de Unie; Ridder van de Kousfeband en van den Svvarten Adelaar, &c. &c. &c. Allen den geenen, die deefe zullen zien of hooien leezen, Salut; doen te weetcn, dat wy by Refoiutie van de Ed. Gr. Mog. j Heeren Staaten van Holland en Westvries' land, van den 31 Oétober deefes jaars 1787, j zyn verfogt en geaüthorifeert, om, 't zy in ! Perfoon, 't zy door één of twee Heeren, door j ons daar toe te committeeren, gelyk met opj zicht tot de Steeden Schiedam en SchoonI ven den 9 van die zelve maand, reeds was t gerefolveert, binnen de overige respeétive \ Steeden van deefe Provincie, tot voorkooming van alle verdere murmuratien, en onheilen, door alle meest bekwaame middelen, en weegen, de gemoederen van de Burgeren en Ingezeetenen met de Regenten te confolideeren, en te verheelen, alle de gefchillen uit den weg te ruimen, mitsgaders de rust te herftellen, en, des noods, ook zoodanig Regent of Regenten van de Bediening van haare Magiftrature te ontdaan, en anderen in derfelver plaats te benoemen, en aan te fteilen, als wy, tot bereiking van het voorfz. heilzaam oogmerk, noodig en dienftig zullen oordeelen , met dien verftande nochtans, dat het gunt voorfz. is gefchieden zal, alleen voor deeze reife, en zulks zonder eenige prejudicie of confequentie voor het vervolg, en meede onvermindert en fonder eenig nadeel voor het  44° Placanten. 3. Bock. 4. Titul. het toekomende, ten aanzien van de Privilegiën, Vry- en Geregtighcedcn, do respective Steeden comneceerende, en dat de voorfz. Regenten daar door geenfints zullen worden gekwetst, of benadeeld in haaren goeden naam en faam , werdende wy daar by wyders vei logt den Regent, of Regenten, die van derfelver dienst, of dienflen zullen mogen worden ontflagen, mitsgaders haare Familien, en Goederen, te neemen in onfe fpecialeprotectie en Sauve Garde, met interdictie, op verbeurte van Lyf en Goed, defelve Regenten, haare Familien of Goederen, ofte eenig gedeelte van dien, eenigfints te molefteeren, befchadigen of incommodeeren , met verdere generale authorifuie, om in de respective Steden, zoo ten aanfien van Regenten, als ten aanfien van Burgers en Ingefeetenen, zoodanige verdere ordres te fteilen , als wy, tot de mcefte rust en dienst van den Lande in het gemeen, en van de voorfz. Steden in het particulier, zullen oordeelen te behooren. Dat wy ter voldoening aan het voorfz. verfoek ende authorifatie, en om dienaangaande met behoorlyke omzichtigheid te werk tc gaan, hebben gerefolveerd en goedgevonden, eerstdaags onfe Gcmagtigden te zenden naai dc Stad Amfterdam, welke dc bsfwaarcn der Burgeren en Ingefeetenen aldaar zullen hooren, en daar van aan ons rapport doen, op dat wy de zoodanige, welke wy billyk en gegrond zullen vinden, mogen doen redresfeeren. Wy hebben vervolgens goedgevonden onfe voorfz. Refoiutie en goedvinding by deefe bekend te maaken, op dat een iegelyk zich onthoude van alle verdere murrauratien tegens de Regenten, mitsgaders van alle onrustige beweegingen, of bedrygingen, en veel meer nog van bet pleegen van ecm'gcrlye infolentien, of feitelykheeden aan Perfoonen of Huilen, van wien hec ook zoude mogen weefen, als deweike wy ten hoogftcn afkeuren , met verklaring, dat wy alle die geenen, dewelke contrarie deefes zich daaraan zouden mogen fchuldig maaken, zullen houden en aanmerken als Vyanden van onfen Perfoon, van on; Huis, en van onfe waare belangens, cn als Beiecdigers van onfe eer. Gegeeven in 's Gravenhage, den 5 November ijSy. (Geteekent,) W. Pr. v. ORANGE. CL. SO (OnderdondJ Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontrafigneert,} W. van CITTERS. 37- Placaat van de Staaten van Holland, tegen de als nog continueerende buytenfpoorigheden, en geweldenaryen. Den 11 December 1787. De Staten van Holland en Westvriesland, allen den geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo wy tot ons gevoelig leedweefen dagelyks verneemen, dac, nicctegenftaande onfe reeds genoome maatregulen toe herüel van de rusc en publieke veiligheid binnen deefen Lande, en fpeciaal onfe emftige Waarfchouwing van den 9 October jongstleeden, nogchans zommige Perfoonen zig niec oncfien, op een verregaande wyfe defelve ce overcreeden, en daar door de verwarring en desordres by aanhoudendheid ce doen vooreduuren : dac ook, wanneer wy agc geeven op de aanleidende oorzaaken van deeïe ongeregeldheden, hec ons klaarlyk gebleeken is, dac wel aan deeenekanc defelvegroocendeels geleegen zyn in een verkeerde en ftrafbaare drift van veelen onfer Ingefeetenen, om hunne Mede Ingefeetenen, welke zy vermoeden of zekerlyk weeten, omtrent de oude en wettige Regeeringsform deefer Provin¬ tie niet wel gefind te zyn, toe een voorwerp van hunne af keerigheid te fteilen, en de beledigingen welke zy van defelve mogten ontvangen hebben, door wederkeerige feitelykheeden te wreeken, in plaats van hec onderlak en de beoordeeling hunner bedryven aan cn competencen Regeer over te laaien; maar dac ook aan den anderen kant, zeer veeleonru.-cige Perfoonen, die hunne verfoeilyke bedoelingen toe omkeering derfelve Regeeringsform gemisc hebbende , zig nu nog toeleggen, ouï niec alleen door bedekce we^en, maar zelfs openlyk, hec zaad van eweedragc in hec Land ce verfpreiden, en de Gemeente coc buicenfpooiigheeden aan ce hielen, om, indien het hun mogelyk was , deefe Provintie van de heilza^rae vrugten der gelukkige omwenteling te berooven, en onder de beroeringen door hen zelfs aangeftookt, hunne Landverdervende oogmerken voort te zetcen. Zoo is 'r, dac wy hier cegen willende voor.  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c. 44t voorfien, by renovatie en ampliatie van onfe ( voorige ordres, en in het byfonder van onfe Waarfchouwing hier boven gemeld, verbieden, iemand, wie hec ookzy, zonder Regterlyke auétoriteic, in zyn Perfoon of Goederen eenigfints te moletteeren, het zy door fchelden, Glafen inflaan, Plunderingen, feitelyke affetcingen, of op eenige andere wyfe te beleedigen, of bevreesc ce maaken, en in het gerust verblyf ter Plaatfe zyner inwooning te belemmeren: gelyk wy ook niet minder ernftig verbieden, door woorden, daaden of Gefchriften eenige aanleiding te geeven, waar door de drift tot het pleegen van zoodanige buitenfpoorigheeden zoude worden gaande gemaakt , en fpeciaal direct of indirect: iets te ondemeemen, toe disrespeót van de Hooge Regeeringe, en van de Perfoon, Huis of Waardigheeden van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heer Prins Erfftadhouder, of van de zo lang gewenfehte en van den Hemel blykbaar begunftigde omwending van zaaken, zullende alle de geenen, welke zig aan het één of ander hier boven gemeld, fchuldig maaken , als Verfloorders der publieke rust, aan I den Lyve, ja zelfs, naar exigentie van zaaken , met de dood worden geftraft. Ordonneeren en gelascen voorts wel expresfelyk onfen Procureur Generaal, mitsgaders alle andere Officieren van onfen Lande tegen alle die geenen, welke zig aan het een of ander van het geen voorfz. is, hebben fchuldig gemaakt, of nog zuilen fchuldig maaken, zo danig te procedeeren, als het recht van de Hooge Overigheid vereifcht, en deefe onfe i Gedaan in den Hage onder het kleyn Zeegel van den Lande, den 12 December 1787. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent) C. CLOTTERBOOKE. Publicatie ftriételyk en prtecifelyk te executeeren , zonder eenige conniventie of disfimulatie, op prene dat de Officierenen Jufticieren, die in deefen nalatig zyn, mee alleen van hun Officie zullen worden gepriveerd, maar boven dien, naar exigencie van zaaken, zullen worden gecorrigeerc of geftraft. Gelyk wy meede wel ernftelyk gelasten aan alle Schouten en Gerechten ten Platten Lande , om het geen contrarie den inhoud deefer door hen zoude mogen ontdekc worden, een fpoedigften eer kennisfe van den Officier van hunne Plaats of Diftriét te brengen, op prene van in cas van nalaatigheid in deefe, naar vereifch van zaaken te worden gecorrigeert; En op dac deefe Godtergende, ons en zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Erfftadhouder zoo zeer grievende, en den yver voor de oude Conftitutie zo zeer onteerende wanbedryven des ie beter mogen worden gefluit, zoo belooven wy aan den geenen, die een der Belhamels, Aanvoerders of Aanftookers van zodanige geweldenaryen en rustverftoorende bedryven, op een overtuigende wyze komt te ontdekken, eene premie van duifend guldens, en daarenboven ftraffeloosheid, indien hy zelve, zonder een Belhamel, Aanvoerder of Aanftooker van defelve te zyn, zich aan het een of ander van het geen voorfz. is, mogt hebben fchuldig gemaakt. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. ^8. Publicatie van de Staaten van Éolland, hou¬ dende Amnestie ten behoeven der geenen, welke zig in de verdeeldheden voor de Revolutie van den jaare 1787 gemengt hadden. Den 15 February 1788. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, doen te weeten; Alfoo zyn Hoogheid, op den 21 Novemberlaastleeden, ter onfer Vergadering verfcheenen zynde, aan ons heeft gedaan een Propofitie, tendeerende tot het emaneeren van een Placaat van Amnestie omtrent de geenen, welke zig gemengt hebben in de rampfpoedige verdeeltheeden, waar door deefe Provincie onlangs zoo aanmerkelyk is beroerd, en zulks onder zooIX. Dïel. danige uitzondering als de rust en veiligheid des Lands en de uitoeffening eener ongekreukce Juftitie vereisfehen; waar in zyn Hoogheid nogchans alleen het oog gehad heeft op de beleedigingen aan ons, aan de respeétive Regenten der Steden, en aan de Juftitie aangedaan, met voorby gaan van die geene welke zyn Hoogheid zelve en hoogst desfelfs Koninglyke Gemalin zoo zwaarlyk geinjurieert en beleedigt hebben. Zoo is 't, dat wy daar op ingenomen 3K heb.  442 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. hebbende dc Confideratien van onfen l lovc , ons confcirniecrendc nee den hoofdfaakelyken inhoud van welgemelde Propofitie, in aanmerking gmomen hebben, dac verre de meeltc van onfe ingefeetenen, welke zig in dc bovengemelde Beroerten hebben gemengt, zyn aangefpoort, verleid, bedroogen of gedwongen door Perfoonen, die uit hoofde van haar aanzien of vooron.ieritelde kundighecden, van meerder invloed op dc Gemeente zyn, en welke den fchooneo nam van vryheid en verbeetering misbruikende, eene verandering in de Conftitutie en Regeeringsform van den Landt hebben geeragc ce bewerken, om alfoo deefe Provincie onder hun, mee een genoeglaam willekeurig gelag, te beheerfehen. Weshalven wy alle zoodanige Ingefetenen, welke zig zonder een verkeerd opfet, in dc voorfc. Beroerten hebben ingebeten, willende befchouwen als voorwerpen van clementie, aan alle defelve, en een ieder van hun, vi rleencn een volkomen Amnestie en Vergiffenis van hec gunc ter zaake voorf/,. door hen is gedaan en gccommiccecrd ; uirgenoomen alleenlyk die geenen, weike als de voomaamfte oorfaaken, bewerkers of aanllookers van defelve Beroerten moeccn worden aangemerkc voor hoedaamgc wy houden, en voor alsnog, van onfe Gracie en Vergiffenis uitfluiten 'ccn dien effectc dac dc Juftitie ten hunnen opfigte in haare volle werking en uitoerfening word gelaaten,} de navolgende: ce weeren: Alle zoodanige Regenten, Leden of Mini* fters der Regeering, of Hooge Collegien des I^ands, zoo in Puliüe als juftiüe, welke 1. door verleiding van andere minkundige Ingefeetenen, met geld, beloften of bedreigingen, hebben geeragc e.m omkeering in's Lands Conftitutie cn Regeeringsform ce bewerken. 2. Welke door ongeoorlofde Correspondenrien mee vreemden, geconspireerd en geïnerigueerd hebben, om ror zu.'k een verfoeilyk einde, vreemd Kiytyptk in her Ijnd te brengen ; of welke den naam en de autoriteit van den Souverain misbruikt hebben in onderhandelingen met vreemde Mogendheeden. 3. Welke door het uitvinden of bedriegclyk verfpreiden van onwaaragtige gerugten van Vyandelyke. desfeinen tegen deefe Provincie, het Land met fchrik hebben vervuld, en gébragt tot een ftaat vnn defenfie, welke geheel noodefoos was, en waar door 's Laafes Penningen op een onverantwoorde!yke wyfe zyn verfpild. 4. Welke de Opfteilers zyn geweest van de Acte van Verbintenis in. de maand Augustus 17S6 te Amfterdam' begonnen te teekenen, of welke de hand gehad hebben in het doen van Propoficien in zoogenaamde Volksvergaderingen toe omkeering van de Conilicutie, en fpeciaal de Propofkie gedaan in zoodanige Vergadering den 17 July 1787. Gelyk wy mede van deefe onfe Amnestie en Vergiffenis, voor als nog, uiczondexen alle zoodanige Perfoonen, hec zy defelve -zyn Regentéh, Leden of Minifters der Collegien ' | van Regeering en Juftitie, het zy particuliere Perfoonen, welke de Attcteurt en Aanvoerders zyn geweest van de afzetting der wectige Regenten,of der geenen, die tot deXomina- 1 tic van Regenten m fommige Steden en Plaatfen waren getegtigé; wyders die last gegeeven hebben tot hec verzaa* len en opcrekken van B'.irgerlegerties. mitsga Jers die derfelver Operatien hebben beftierd, hec upper-Commando over defelve gevoerd, of als zoogenaamde Secrctarisfen daar by gefungeert hebben; als mede de Aucteurs cn Aanvoerders der geenen, ! die dc Regenten, welke op een onwettige wy- • fe waren gcremovcerd , benevens fommigen hunner mede Ingefeetenen naderhand feitelyk • lubben aangehouden, gaarnflficiU, of op eene enorme wyfe bedreigd; voores de geenen , welke lasc gegeeven hebben toe hec be- j rooven van 'sLands Magazynen, zig'meester tc maaken van de Poorten der Steden, buiten kennis cn toeftemming van de Regeering, of op eenige andere feicelyke wyfe de dcliberacien der weteige Regenten ce ftremmen; wyders die lasc gegeeven hebben coc hec open WttenderSluifen, en doorftccken der Dyken om bet Laad tc inunderen, na dac onfe Refoiutie om geene refiftentie te doen aan de Troupes van zyne Pruisfifche Majefteit ter hunner kennis was gekomen. Alle Predikanten, en Geestelyken van andere Godsdienstige Gezindhceden, welke, verfaakendc dc Phgtcn van hunne Bediening, als Exercecrende Leden van Genooefchappen van Wapenhandel zyn uitgetrokken , of welke by de feitelyke Remotie der wettige Regenten in perfoon hebben geadfiftcerd; de Directeurs en Schryvers der Hiftoriefche, Vadcrlandfche, beide Nederlandfche, Zu:dhoIlandfchc Couranren, Politique Kruyer en Spectator mee den Bril; en eindelyk de zoodanigen, die zig aan üoodilag, en openbaare daaden van Geweld tegen hunne meede Banjers, of andere ziv.:a.-e Fxcesfen v an dien aarc, hebben fchuldig gemaakc. Dog /.al hec, onverminderd deefe uitfonderingen , aan ccn ieder die moge cwyffelen, of by ook onder deefe uitgefonderde Clasfen zoude kunnen gcagt worden te behooren, vry (laan zig binnen den tyd van drie Maanden, na de publicatie deefls, aan ons te adresfeeren, mee fpeciaal verfoek, om mede in de Amnestie begreepen ce worden: waar op wy alsdan zullen daponeeren, gelyk wy, naar bevind van zaaken, zulien oordcelen ce behooren. En ten einde door hec uitoeffenen van een prompte en voorbeeldige Seraf, geeverrreedigd aan hec gewigt en de omitandigheeden der wan.bedryven, waaraandeuitgefonderden by deefe Amnestie zig hebben fchuldig gemaakt, aan de Juftitie genoegdoening gefchiede, en anderen'vanToortgelyke euveldaaden mogen werden afgefehnkc Zoo is 'x, dat wy, by herhaaling vad onfe voorige ordrés, aan alle onfe Officieren criiiuneele Jurisdictie exerceerende,. op hec ' ero-  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &e* 445 efnftigfte aanbeveelen, naar de üitgeforiderde Hoofd - aanleggers en Bewerkers van den verderflyken toeleg tot verandering der Conftitutie en Regeeringsform, eert naauwkeurig onderfoek te doen, en het regt van de Hooge Overigheid tegen defelve waar te neemen; gelyk wy mede aan onfe Hoven van Juftitie en andere Regtbanken, voor welke deefe Actiën zullen worden geinftitueerd, even nadrukkelyk aanbeveelen, eene prompte en met 's LancTs Wetten óvereenkomftige, Juftitie te doen- En op dat wyders defe onfe Amnestie geene verhindering moge toebrengen aan het zo hoognodig losmaaken en vernietigen der verderffelyke Factie en Cabaal, waar doör dit Gemeenebest op den oever van desfelfs ondergang gebragt is; en dewyl defelve Amnestie ook gefchikt is, en tot haar ge volg behoord te hebben, dat de gemoederen der Ingefetenen tot bedaartheid gebragt en de zo gewenfchte rust herfteld werde, zoo willen en begeeren wy voorts, ingevolge onfe Refoiutie van den 3 November des voorleeden jaars 1787, waar by is goedgevonden, dat alle Burger - Sociëteiten, Genoodchappen of andere Corporatien, en byëenkomften, welke deel gehad hebben in de onwettige zogenaamde Volksvergaderingen , dadelyk zouden worden gedisfolveert en vernietigt; dat onfe Procureur Generaal en refpective Officieren ten fterkften zullen vigileeren tegen het weder oprigten van al zulke. Sociëteiten en Genootfchappen, waar in zaaken van Politie, of Staats- Stadhouderlyk en Stedelyk beftuur , tot onderwerpen van 1 deliberatie of befchikking zouden worden ge- I maakt, mitsgaders tegen die geenen welke j tot voorfz. eindens, onder welke benaaming of prcetexten defelve ook mogten voorkomen weder opgerigt zouden mogen zyn. Interdiceeren nogmaals ophetnadrukkelykst allen Predikanten en Geestelyken van allerlei Gefindheid, voortaan eenige zaaken van Staat of Regeering op den Predikftoel, of in hunne Kerkelyke byëenkomften, Huisbefoekingen en Catechifatien te verhandelen, of hunnen invloed op de Gemeente ten dien einde te misbruiken ; gelyk wy mede ernftiglyk verbieden het maaken, drukken, debiteeren eii disfemineeren van Pasquillen en Spotprinten, mitsgaders het infereeren van fpotagtige, hekelende of tergende periodens het zy by forme van Brieven, als anders in Couranten of perïodique Gefchriften; als zaaken alle nergens anders toe ftrekkende, dan om de animofiteit en onderlinge verbittering in de gemoederen te blyven aankweeken. Verbieden mede wel expresfelyk allen en een iegelyk om de Lieden, welke by defe onfe gratie hebben geobtineert, of iemand, wie het ook zy, op eenigerhande wyfe fmadeiyk te bejegenen, of in Perfoon of Goederen te beledigen,, terwyl wy teffens verwagten, dat defelve aan hunne zyde zig mede zorgvuldig zullen onthouden van al dat geene , het welk billyk aanftoot of nieuwe oor¬ faak tot verbittering zoude kunnen gëeveh' Zullende defelve, ingevalle zig op nieuw aan eenig misdryf van gelyken aart, als waar vah zy by defen vergiffenis bekomen , mogten fchuldig maaken, als dan niet alleen ter oorfaak van dit hun nieuw, maar ook om de voorige wanbedryven, naar exigentie van zaaken geftraft worden : gelyk mede onfe hoogfte indignatie zullen incurreeren, en naar rigeur van Regt en Wetten defer Landen zullen wordert geftraft de zodanige, welke dit ons Placaat in eenige der hier bevorens geëxpresfèerde poincten zullen komen te overtreden of tegen tö gaan. Gelasten en beveelen derhalven onfen Pro» cureur Generaal en Officieren, zoo in de Steden als ten Platten Lande, en generalyk alle Regenten, Magiftraten, Geregten en Onder-5 faten , tegenwoordige en toekomende <, zig naar den inhoud defer te reguleeren, en een iegelyk (buiten de voorfz. uitgefonderden) het effect en gevolg van deefe onfe Amnestie rustelyk en vredelyk te laaten genieten; huri verbiedende tegen iemand, ter Oorfaak, öf over iet dat daar toe betrekkelyk is, eenige de minste recherche, veel meer eenige befchuldiging of actie aan te fteilen of bereids begonnen zynde verder te vervolgen, nademaal wy* verftaan dat alle defelve, uit kragt van deefd onfe Amnestie kwyt gefcholden en ontoege-* reekend blyven, mitsgaders in eeuwige ver-» getenheid zullen worden gefteld; behoudens nogthans zoodanige civile actiën aan die onfer befchadigde Onderfaten, als tot herftelling van de toegebragte fchadens hun in Regten zullen competeeren. Des zal een iegelyk, die uit vreefe voor dé Vervolging van de Juftitie uit het Land geweeken was, en nu van deefe onfe Gratie zal willen profiteeren, gehouden zyn, binnen den tyd van drie maanden na het publiceeren deefes tot zyne voorige Woonplaats terug te keoren, op prene van het effect, derfelver Gratie te verliefen; ten ware hy naderhand wettige redenen konde allegeeren, waarom de wederkomst binnen den gemelden tyd niet mogelyk is geweest, waar over de Magiftraat van zyne Woonplaats zal oordeelen. Vermaanende voor het overige allen en een iegelyk onfer Önderfaaten tot verfaking nietalleen van de pernicieufe drift ter onderneeming of bewerking van n/euwigheeden, maar ook van alle losbandigheid, aanltootelykegedragingen , gedisfipeerde en ongeregelde levenswy-5 fe, en generalyk van allen redenloofen handel en wandel, waar toe de meergedagte troubles eene meer dan gemeene aanleiding hebben gegeeven: en dat een iegelyk zig bevlytige om de daar door grootelyks veroorfaakte verwaarloofing van Godsdienftige en Burgerlyke Pligten, met een tegen overgefteld gedrag en wandel te boeten en beeteren, op dat alfo een iegelyk deelgenoot zyn moge van den als dan over Land en Volk billyk te verwagten Zegen des Allerhoogften; vooits, om by alle gelegenheden en in alle opfigten eikanderen heus*" 3R 2 fchs-  444 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. fehelyk tc bejegenen cn in goede verftandhouding te leven, zonder zig door verfchillcnde benoemingen, ofafgefonderde bycenkomiten, van den anderen te willen onderfcheiden; en alfo een ieder, zoo veel in hem is, het zyne tot herflcl van de onderlinge harmonie en eensgetintheid te helpen toebrengen, en zig jegens ons, als Hooge Overheid, omtrent Zyne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Erfstadhouder, hunne respective Regenten, Magiflraatcn en ailen anderen, die in hoogheid over hun gefteld zyn, met betamelyk ontfag eerbied, gchoorfaamheid cn onderwerping te gedragen, en generalyk in en omtrent alles te leven en handelen, zo als vredelievende getrouwe cn gehoorfaame Önderfaaten en Burgers betaamd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie prrctendeere, zoo lasten cn begeeren wy dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Higc onder het Klein Zegel van den Lande den 15 Eebruary 1788. QOndcrflond',) Ter ordonnantie van de Staaten. (Jfas geteekend,) C. CLOTTERBOOKE. 39. Placaat van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven van de geenen, welke zig aan liet plegen van infolentien aan de Per fa men 4) Goederen hunner Medeburgeren hadden Jcnuldig gemaakt. Den 21 February 1788 T^e Sraaten van Hollanden Wesnriesland L^J Allen den geenen, die defe zullen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten • Alfoo wy met de uyterfte aandoeninge van tyd tot tyd hebben vernomen, dat veele onfcr Ingefetenen zo in de Steden als ten platten Lande, aan welken wy by onfe Publicatie van den 27 September 1787, uit zonderlinge gratie wel hebben willen verleenen volkomen vergeeving en uitwisfmg van alles het welk door hen, uit hoofde van aanklecvmg aan, en yver voor, de belangen van het Vorltefyk Huis van Orange, mogte zynmisdreeven, in plaatfe van zig als ftiïle en vrcedfaame Ingefetenen te gedraagen, en alfo de vrugten van de gelukkige omwenteling van zaaken te genieten, de Onrust en Wanorde (leeds blyven voeden, door andere hunner Medeburgeren, welke van hun in denkwyfe over de gefegende Conftitutie verfchillen, of verfchild hebben, in hunne Perfoonen en Goederen kwalyk te bejegenen en te mishandelen en hunne verkleefdheid aan het Doorlugtig Huis van Oranje, tot een voorwendfel van aüerleye daaden van geweld te misbruiken. Dar defelve onfe Ingefetenen onfe aan hun betoonde clementie aldus zeer ondankbaar beantwoordende , zig zeiven bloot Hellen aan de regtmaatige vervolgingen der Crimineele Juftitie, en aan de geflrengheid der Straffen, door ons by verfeheiden Wetten tegens zodanige buitenfpoorigheeden geitatueerd, welke Straffen door ons aanmerkelyk zouden moeten worden verfwaard , en met de uiterfte lhengheid ten uitvoer gebragt, indien on^e- lukkiglyk een fteeds voortduurende moedwil en wreevel onder onfe Ingefetenen voorreinwaar door langs den kortften en zekerden we^ de ondergang van dit gefegend Land zoude worden bewerkt. Dan daar vry, alvorens over te gaan tot die geflrengheid, welke zulk eene handelwyle zoude vorderen, de gemoederen van alle onfe Ingefetenen, ware het mogelyk, tot bedaardheid en meedewerking tot herlteüingvan de rust, door den weg van zagtheid, en gepaste clementie wenschten te brengen, en wv daar van op nieuws hebben goedgevonden een doorftraalend bewys te geeven, door het verleenen van Amnestie en vergiffenis aan zodanigen van onfe Ingefetenen, welke zig door onkunde of misleiding hebben gemengd in de bcroertens, welke tot omkeering van\ Lands Conlhtune zyn ondernomen. Zoo is 't, dat wy, voor de laatfte reife een proet willende neemen, of onfe Ingefetenen, welke hunne aankleeving aan de oude Conftitutie, en aan de belangens van Zyne Doorlugtige Hoogheid, onfen geliefden Erfftadhouder, zo fchandelyk hebben befoedeld, door op nieuws onfe Souveraine gunst en goedertierenheid te ondervinden, gebragt zullen kunnen worden tot die bedaardheid en rust, zonder welke alle maatregu/en, tot behoud des lieven Vaderlands genomen, van geene vragt kunnen zyn; hebben goedgevonden en verftaan, na daar op ingenomen te hebben de Confideratien en het Advis van onfen Hove uit zonderlinge gratie, zodanige van onfe In' gefetenen, welke zig ter zaake der zedert een ge-  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. geruimen tyd plaats gehad hebbende Partyichapr.en inógten hebben fchuldig gemaakt aan het ploegen van infolentien, aan de Perfoonen of Goederen van hunne Medeburgeren, en uit hoofde van dit misdryf, het welk wy met de uiterfte indignatie en verfoeijing befchouwen, in Crimineele Procedures zyn of zouden kunnen worden ingewikkeld, 'voor ditmaal willende aanmerken als voorwerpen van clementie, aan defelve en een iegelyk van hun, te verleenen, gelyk wy verleenen by deelen, eene volkomen Amnestie, en vergiffenis van het geene ter zaake voorfz. door hun is gecommitteert, met uitwisfing van alles wat zy daar door tegen ons zouden mogen hebben misdreeven, verklaarende alle Procedures uit dien hoofde, tegens defelve aangevangen , het zy defelve nog hangende, ofte reeds getermineerd zouden mogen zyn, voor vervallen. Bevelen en gelasten de refpeélive Officieren en Gerechten, alle uit dien hoofde aangevangen Procedures te ftaaken, en interdiceeren wel expresfelyk onfen Procureur Generaal en alle andere Officieren, iemand, wie hy zy, ter zaake van zodanig misdryf, waar van by deefen vergiffenis heeft bekomen, in eenige maniere te bemoeijelyken, maar den zeiven het effect, en gevolg van deefe onfe Amnestie rustelyk en vreedelyk te laaten genieten ; welverftaande, dat onder deefe Amnestie niet zullen zyn begreepen de geenen, welke zig aan het geweldadig vervoeren van hunne Mede Ingefetenen ,of> te aan moord, roof, ofte diefftal, mogten hebben fchuldig gemaakt. En ten einde niemand van onfe Ingefeetenen , wie hy zy, en welke denkwyfe hy in de plaats gehad hebbende verdeeldheeden mogte hebben gevolgd, uit onfe aan hun zo by Placaat van den .15 February 1788, als by deelen betoonde clementie, en verleende vergiffenis , eenige hoop op ftraffeloosheid voor het toekomende verkeerdelyk afleide, en, met onfe goedertierendheid zig vleyende , op nieuws aan eenige rustverftoorende wanbedryven , onder welk fchoonfchynend voorwendfel zulks zoude moogen zyn, fchuldig maake. Zoo is 't, dat wy nogmaals op het allerernftigfte, allen en een iegelyk wien het behoud des Vaderlands, en zyn eigen welzyn 445 en leeven dierbaar is, verraaien en waarfchuwen, om zig van nu voortaan als Hitte en vreedlaame Ingefetenen te gedraagen, en zig zorgvuldig te wagten van alle fmnadelyke bejegeningen of mishandelingen van de Perfoonen of Goederen van iemand van zyne Medeburgeren of Ingefetenen, wie hy zy, en in het algemeen van alle zoodanige rustverftoorende daaden en bedryven, welke by onfe voorige Publicatien, en byfonder by die van den 12 December 1787, zo fcherpelyk zyn verbooden, alfo wy willen en begeeren, dat defelve onfe Publicatien, voor hec toekomende , in hunne volle kragt en werking zullen blyven, en de Overtreeders aan alle de geftrengbeid van de Scraffen en Pcenaliteiten daar by gefteld zullen worden overgelaaten, zonder eenige de allerminste gratie, oogluiking, of verfchooning. Ordonneeren en gelasten derhalven wel uitdrukkelyk onfen Procureur Generaal en alle andere Officieren van onfen Lande, van nu voortaan met de uiterfte geflrengheid te procedeeren tegens die geenen, welken zig aan een of ander der voorfz. wanbedryven mogten fchuldig maaken , en de voornoemde onfe Publicacien, byfonder die van den 12 December 1787, pnecifelyk te executeeren, op poene, dat de Officieren en Jufticieren, die in deefen nalaatig zyn, niet alleen van hunne Posten zullen worden ontfet, maar boven dien, na vereisch van zaaken, zullen worden geftraft, beveelende onfen Procureur Generaal, op het gedrag van de refpective Officieren naauwkeurig acht te neemen. Gelyk wy meede wel ernftig gelasten aan alle Schouten en Gerechten ten Platten Lande, om, het geen contrarie de voorgemelde onfe Publicatien door hen zoude mogen worden ontdekt, ten fpoedigften te brengen eer kennisfe van den Officier van hunne Plaats ofDiüricf, en den zeiven tot nafpooring en ontdekking van de Schuldigen, zo veel mogelyk, de behulpfaame hand te bieden, op pcene van in deefen nalaatig zynde, naar vereisch van zaaken, zelfs met privatie van hunne Officien , te worden gecorrigeerd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande den 2i February 1788. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Scaaten, (JVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. 3K 3 Pu.  446" Placaaten. 3. Bock 4. Titul. 40. Publicatie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, waar en hoedanig de geenen, die in de Amnestie van 15 February 1788 begrepen zouden willen zyn, zig zouden hekken te addresfeeren. Den 17 Jpril 1788. T""YJ - ten van Holland en Westvricsland, allen den geenen , die deefen zullen zien of hooren leefen, doen te wecten: Dat wy hy ons Placaat van Amnestie, gearreftcerd den 15 February laatstleden, met opfigt tot de geenen die in de Landverderllelyke Beroerten der laatst afgcloopen jaaren zyn ingewikkeld geweest, wel aan de eene zyde uit een bcginfèl van zagtmoedigheid voor een groot aantal onfer misleide Ingefeetenen, een volkomen Amnestie cn Vergiffenis hebben doen afkondigen, voor allen welke zig zonder een verkeerd opfet in deefe Beroerten hebben ingclaatcn, verbiedende dat tegen defelve eenige dc minfte ache of befchuldiging in Regten zoude worden aangefleld, of aangefteld zynde , verder zoude worden vervolgd; maar dat wy nogthans aan de andere zyde willende zorgen , dat door geen verkeerde zagtmoedigheid, «élke niet anders dan flapheid is, de" wanbedryven die den Staat op den oever van zyn ondergang hebben gebragt, ongeftraftblyven, hebben goedgevonden eenige van die wanbedryven uitdrukkelyk te noemen, en de Daders derfelve voor als nog, van onfe gratie uit te zonderen, met last aan onfe Officieren van de Juftitie, naar de uitgefonderde Hoofdaanleggers en Bewerkers van den verderffelyken toeleg tot verandering der Conftitutie en Regeeringsform een naauwkcurig onderfoek te doen, en het Regt van de Hooge Overheid tegen defelve waar te neemen; terwyl wy, onverminderd de voorfz. uitfonderingen, aan een ieder die mogt cwyffelen, of by ook onder deefe uitgefonderde Clasfen zoude kunnen geagt worden te behooren, vry gelaaten hebben, zig binnen drie Maanden na de Publicatie van onfe Amnestie, aan ons te addresfeeren met fpeciaal verfoek, om mede in de Amnestie begreepen te worden; waar op wy als dan, naar bevind van zaaken, zouden disponeeren. Dat zedert dien tyd, een vry groot aantal van Perfoonen zig aan ons by Requeste hebben geaddresfeerd, op onderfcheiden gronden en wyfen tendeerende om het genot van de voorfz. Amnestie te hebben; dog vermits de meeste van die verfoeken zoodanig zyn inmengt , dat de Supplianten toonen onfe meeninomtrent het vry laaten van deefe Addresfen niet begreepen te hebben, of niet te hebben willen begrypen; Zoo'is 't, dat wy hebben goedgevonden tot wegneeming van allen twyffel, ten deefen opfigte, tc verklaaren by deefe , onfe meening geweest te zyn, en te blyven , dat alle zoodanige Perfoonen, die gepleegd mogten hebben een of meer van zulke Daaden, welke wy, voor als nog, van onfe gratie en vergifl'cnis hebben uitgefloten, en die nogthans vermeenen , dat hunne gepleegde daad, door de bykomende omjlandigheeden, vryfpreeking of verfchooningmericeerc, zig ten dien einde niet aan ons by Requeste moeten addresfeeren, maar hunne redenen allegeeren by den Rechter voor welke de befchuldiging tegens hen zal zyn ingcfteld, nadien wy alle zulke meer of min verfchoonende omftandighceden aan het onJerfoek cn de beftisfing van den competenten Regter hebben overgelaaten. Dat wy alleenlyk aan onfe cognitie en dispofitie hebben willen voorbehouden de gevallen van zoodanige Perfoonen, die met reeden konden twyflclen, of de Daad door hen gepleegd in expresfe termen in ons gemelde Placaat was bedoeld, en dus of die Daad op zig zehe befchouwd, en niet uit hoofde van verfchooning door de bykomende omjlandigheeden van dien aart was , dat defelve door ons onder de uitgefonderde Wanbedryven was begreepen ; waar omtrent wy als dan na examinatie van de pofitiven en bevind van zaaken, zouden disponeeren. Dat wy deefe onderfcheidene Gevallen onveranderlyk uic het zelve oogpunt blyvende be fchouwen, onfe Dispofitien op de reeds ingediende en nog in te dienen Requesten naar deefen reegel zullen inrigten, onverminderd nogthans onfe byfondere geneigdheid om Gratie en Vergiffenis te verleenen aan zoodanige Perfoonen, welke met bekentenis van fchuld, en betooning van berouw en leedweefen zig aan onfe clementie fubmitteeren, en wier begaane Misdryven niet zoo groot en gevaarlyk zyn , dat de rust en veiligheid van den Staat alle Gratie en Vergiffenis zoude uitfluiten. En op dac niemand hier van ignorantie prxcendeere, zo lascen en bevelen wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceert en geafïïgeerc daar hec behoord en ce gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder hec Klein Ze-el van dea Lande den 17 April 1788. (Onderftondf) Ter ordonnancie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. Waar-  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. 44? 41. Waarfchouwing van het Hof van Hol¬ land 9 en den Magiftraat van 'sHage, tol herinnering der fticcesftve Placaaten tegen rust-verftoorende daaden, met byvoeging van nog eenige bepaalingen tot beter obfervantie van defelve. Den 21 April 1788. Het Mof van Holland, mitsgaders de Magiftraat van 's Gravenhage, allen den geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen , falut: Alfoo wy tot onfe innerlyke fnerte en gé voelig leedweefen verneemen, dat, offchoon wy bülyk hadden mogen hopen, dat de gefegende Onwenteling van Zaaken binnen deefe Landen eene gelukkige Herftelling der Rust en Eendragt onder de Ingefeetenen in het zelve fpoediger ten gevolge zoude gehad hebben, echter, nietteegenftaande de meenigvuldige door hun Edele Groot Mog. de Heeien Staaten deefer Provincie genomene maacregulen, tot herftel der vooriz. Rast en publicque Veiligheid, en hoogst derfelver tot dat einde fuccesfivelyk gedane Publicatien, nietteegenftaande ook de ernftige en vriendelyke Declaratoiren , Vaderlyke Vermaningen en Waarfchouwingen , zoo door Zyne Doorlugtige Hoogheid, als door ons ten dien opfichtegedaan , en niettegenftaande de uitdrukkelyke Verklaringc van hun Edele Groot Mog, verlangen en volftrekte wil en begeerte, dat alle de"Ingefeetenen des Lands, van hoedanigen denkwylè defelve ook geduurende de bevorens plaats gehad hebbende oneenigheeden en troubles mogen geweest zyn, zich met eikanderen verfoend, en voortaan, gelyk het aan goede en gehoorfaame Onderfaten betaamt, zien jeegens den anderen befcheidentlyk en in goede verftandhouding zouden hebben gedra gen, mitsgaders zich aan geene moedwilligheeden , teegen al het gunt voorfchreeve is direclelyk aanlopende, zouden hebben fchuldig gemaakc; wel verre dat deefe heilfaame oogmerken zouden zyn bereikt, in teegendeel dagelyks de moètwüligbeedenen ongereegeld> heeden nog fteeds by aanhoudentheid blyven ftand grypen, in zoo verre zelfs, dat daarby niet ontfien worden die geenen, welke met gedistingueerde Charaelers hier te Lande zyn bekleed , en zelfs in de hooge Vergaderingen en Collegien alhier refideerende fesfie hebben , en de onlusten en oneenigheeden door kwaade en onheufche bejeegeningen zoodanig de overhand nemen, dac by vooreduuringe van diergelyke handelwyfe, behalven hec ftrafwaardige daar in geleegen, het nóg daar en boven met alle reeden te dugten is, dac hec te rug keeren van zommige Ingefeetenen tot derfelver beroep en beüttir.gen op die wyfe niet alleen aanmerkelyk zal worden verhindert , maar dat zelfs aan anderen, die reeds mogten zyn wedergekeert, derzelver verblyf alhier. Zoo onaangenaam en zelfs gevaarlyk zal wor¬ den gemaakt, dat defelve en nog anderen * zelfs veelen der gegoedfte ingefeetenen niet uitgefondert, genootfiakt zullen worden dö party te kièfen, uit hoofde van devoorfz.beklaagelyke voortduurende onlusten en moetwilligheeden derzelver Woonplaatfen en Befittingen ce veriaaten, en buiten deefe Provincie naar andere Landen zich metter woon te begeeven, en zelfs Vreemdelingen deefe Plaats zullen fchuwen, waar door niet alleen eene groote vermindering voor 'sLands Inkomften in het gemeen, en van deefe Plaats in hetbyfonder zal veroorfaakt worden, maar waar uit ook boven dien noodwendig zal moeten voort- ' vloeijen eene neeringloosheid van verfcheide Winkel Neering of andere affaire doende Ingefeetenen, een gebrek aan werk voor den Ambagtsraan, en by verder gevolg eene vermindering der liefde gaaven, waar uic aan de Armen en Nooddruftigen anderfints de nodige byftand verleent word, ftaat gebooren te worden (al hec welk mitsdien eene zoo fpoedige als prompte en ernftige voorfiening is ver» 1 eifchende:) 1 Zoo is 't, dat wy, meede ter voldoéI ning aan de Aanfehryving van hun Ed. Groot ! Mog. aan ons refpectiveiyk in dato den 17 deefer maand gedaan, als nog allen en eenen iegelyk op het"allernadrukkelykst vèrmaanen, ! zig naar den inhoude der Vaderlyke Waar{bhouwingën, opwekkingen en ernftig gemanifesceerde wil en begeerte van den Souverain deefer Landen, in Hoogst derzelver Publicatien en Placaten vervac, als ftille en vreedfaame Ingefeetenen betaamt, jegens elkandeI ren in alle befchéidentheid te gedragen, en I in het byfonder ook aan de eene zyde zig te \ onthouden van alles, wat eenige de minste aanftoot of ergernis aan de Gemeente zoude kunnen geeven, en aan de andere zyde zig zorgvuldig te wagten van iemand, wie hy ook zy,°zonder Rechterlyke authoriteit, in zyn ! Perfoon of Goederen eenigfints te molesteer ren, of, het zy door fchelden, of naroepen van Kees uit de Hal, en het gebruiken van andere diergelyke hatelyke fcheldnaamen, door het Glafen inüaan of eenige andere fmadelyke bejeegingen of feitelyke mishandelingen, op eenigerhande wyfe, of onder wat pretext zulks | ook zoude mogen zyn, in het minste te beleedigen, (omtrent welk alles de Ouders voor derfelver Kinderen zullen responfahel zyn) ofte anderen tot het pleegen der voorfz. feitelykheeden aan te zetten, op pcene dat die. geenen, welke zig aaneenigederruscverftoo1 rende daaden of bedryven, en voorts aan de zoo-  44S Placaaten. 3. Boek. 4. Titul zoodanige, welke by de door hun Ed. Groot Mog. van tyd tot tyd gedaane Publicatien , en in het byfonder hy die van den 12 December 1787, (al? welke hun Ed. Grooc Mogende nog laatftelyk by hoogst derzelver Placaat van Amnescie van den 21 February laacstleeden, in hec byfonder gewild en begeerc hebben , dac alle defelve in hunne volle kragt cn werking zouden blyven) zoo fcherpelyk zyn verboden, mogcen hebben fchuldig gemaakt, als overtreeders derfelve, aan dc geilrcngheid van de ftraffen en poenaliteiten daar by geftelt zullen worden overgelaten, zonder eenige de allerminfte oogluiking of verfchooning, en alfoo dienvolgende als Verfloordcrs der publicque rust aan den Lyve, ji zelfs na exigentie van zaaken, mee den doaJ zullen worden geftraft. Ordonneeren en gelascen voorts wel expresfelyk den Procureur Generaal cn Bailliuw van 's 1 lage, op de poene meede by voorgemelde hun Ed. Grooc Mog. Publicacie van 12 December 1737, ingeval van nalatigheid geftatueert, tegens alle de geenen, welke zig tan hec een of ander van hec geen voorfchreeve is, na hun Ed. Grooc Mog. refpeitive PJacaacen van den 15 en 21 February Iaarsclccden, hebben fchuldig gema.ikc, of nog mogten fchuldig maaken, zoodanig cc procedeeren, als hec rege der hooge Overigheid vereischc, en dccfe onfe Publicacie preeiefelyk ce executeeren , zonder eenige conniventie of disfimulatie. Gedaan in den Ilaage den 21 April 1788. Ordonneeren en gelasten wy eindelyk nog wel expresfelyk, ook aan den Drosfaart en Dienaaren van de Juftitie van denHove, miesgacJers den Schouc en Dienaaren van de Jufbtie van'sGravenhaage, en alle anderen Bedienden van de Juftitie , in welke qualitcic ook dezelve eer bereiking van hec voorfz. heil faam oogmerk van hec herftel der algemeene Rusc en Veiligheid van eens ieders Perfoon en Goederen, eer deefer Plaatfe mogten geëmploieert worden, al hun vennogen by alle geleegcnchccden, en op alle plaaclën, daar zulks maar eenigfincs doenelyk is, aan ce wenden, om alle ongeregeltheedcn en moedwilligheeden teegen te gaan, cn de aanleidende oorfaaken m de beginfelen, zoo veel mogelyk, te fluiten en te verhinderen, op poene dac die geenen derfelve, welke in deefe hunne pligesbetragcingen, hec zy uic verkeerde vréefe of moedwillige verfuimenisfen nalatig mogcen bevonden worden, als begunftigers van de verftooringe der publique rusc, niec alleen mee privatie van hunlieder Officien of Bedieningen, maar zelfs na exigentie van zaaken, na rigeur der voorfz. Publicatien van den Souverain cn deefe onfe Publicatie, zullen worden gecorrigeerc en geftraft. En op dat niemand hier van eenige ignorantie precendeere , zal deefe alomme in den Haage en elders worden gcpubliceerr en geaffigeerc, daar zulks behoort en te gefchieden gebruikelyk is. (Onderfland,) In kennisfe van ons. (IVas geteekent,) ADRIAAN BODT. J. P. van der HAER. 4:. Placaat van de Staaten Generaal, houdende Amnestie ten behoeven van de geenen, die zig in de verdeeltheeden voor de Revolutie van 1787 hebben ingelaten. Den 5 Juny 1788. Dc Scaacen Generaal der Vereenigde Nederlanden; Alle de geenen, die deefe zullen zien of hooren, falue: Alfo Zyne Hoogheid op den 11 Maarc laacscleden in den Raad van S:aaee der Vereenigde Nederlanden verfcheenen zynde, aan defelve by eene fchrifcelyke Propoficie heeft in bedenking gegeeven , om aan ons voor te (tellen het verleenen Van eene generaale Amnestie en Vergiffenis van het geene zoude mogen zyn misdreeven door zodanige Ingefetenen en Bewoonders van het resforc van de Generaliceic, welke door onkunde, onvoorzigcigheid en verleiding zig ' hebben ingelaacen, en deel genomen in de I rampfpoedige Verdeeldheeden , welke den geheele Scaac beroerd, en tot op den oever van zyn verderf gebragt hebben, onder zoodanige voorwaarden , uiczonderingen en bepalingen nogthans, als wy een meesten nutte van den Lande noodfaakelvk zouden oordeelen. Zoo is 't, dat wy by deliberatie van welgemelde Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden; mitsgaders na ingenoomen Confideratien en Advys van onfen Raade en Leenbnve van Braband, en Landen van Overmafe, ons conformeerende mee de voorfz. Propolitie vm Zyne Hoogheid, als ten hoogften billyk  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. lyk en gefondeert, by deefe uit onfe rechte weetenfehap, en Souveraine Magt aan alle de geenen , welke zig in de voorgenoemde beweegingen zonder een opfettelyk en kwaadaardig oogmerk door inductie of dwang, uit onkunde of onvoorzigtigheid , hebben geimmisceert , verleenen eene volkomene Amnestie en Vergiffenis van het gunt ter zaake voorfz. door hun is gedaan en misdreeven, niet willende, dat iemand van de zodanige onfe In- en Opgefeetenen binnen onfe Landen van de Generaliteit daar over in Rechten, of daar buiten zal worden vervolgt. Edoch gemerkt, dat hoe zeer wy, conform het voordel van hoogstgemelde Zyne Hoogheid , het effect, van deefe onfe gratie wel zoo verre mogelyk willen extendeeren, egter de bewaaring van Rust en goede Order vorder d, dat daar van* blyven uitgefloten die geenen, weike op eene meer gefignaleerde wyfe blyken hebben gegeeven van een boos en kwaadaardig opfet, en uit dien hoofde moeten gehouden worden voor de Bewerkers en Aanvoerders van defelve Bcroertens, voor zo verre die binnen onle Generaliteits Landen hebben plaats gehad; zo willen wy dat van deefe onfe Amnestie zullen zyn uitgefonderd: 1. Alle zodanige Regenten, Leden, of Ministers der Regeering, zo in Politie , als Juftitie, welke andere minkundige Ingefeetenen door verleiding met geld , beloften of bedreigingen hebben aangefet, om meede te werken tot eene omkeering in 'sLands \ Conftitutie en Regeeringsform. 2. Alle die geenen, welke door ongeoorloofde correspondentien , het zy binnen, het zy buiten Lands geconfpireert en geintrigueert hebben, om tot zulk een verfoeyelyk einde vreemd Krygsvolk in het Land te brengen. 3. Die geenen, welke na dato van onle Publicatie van 13 Augustus des voorleeden jaars, waar by het verder opregten van eenige Genoodfchappen, Gefelfchappen, of byëenkomften van Wapenoeffening, of Wapenhandel affonderlyk van de Schutteryen, en het uittrekken der Ingefeetenen van de Generaliteit naar een der Provintien, met dadelyk infigt om aldaar tot Schutterlyke of Militaire dienften geëmployeerd te worden , is verboden , en van onfe nadere Refoiutie van 3 Oélober laatstleden, by welke het Burger-Corps uit de vier byfondere Bogaarden of Schutteryen in de Stad 's Hertogenbofch verfameld, is gedisfolveert, en voorts alle Genoodfchap pen van Wapenhandel, welke in de Meyerye zouden mogen exfteeren , meede zyn gedisfolveert, en geordonneert te ontwapenen, in vilipendie van onfe voorfz. Publicatie en Refoiutie, zig als Hoofden of Aanvoerders van zodanige Genoodfchappen of Gefel- IX. Deel. 449 knappen van Wapenhandel mogten hebben gedraagen. In het byfonder welke na dato van gemelde Publicatie en Refoiutie mogten hebben gecommandeerd zodanige Corpfen, welke uit de Generaliteit naar deefe of geene Provincie mogten zyn uitgetrokken, en aldaar de Wapenen hebben gevoerd tegen den wetrigen Souverain dier Pro vincie, of de Militie van den Staat 4, De zodanigen, welke als Gecommitteerdens van Sociëteiten of Genoodfchappen van Wapenhandel binnen de Generaliteit opgerigt, zyn gecompareert in de zogenaamde Provinciaale Vergaderingen van gewapende BurgerCorpfen in andere Provinciën , en aldaar Propofitien of Verfoeken om adfiftentie hebben gedaan, tot feitelyke wederftreeving van onfe Souveraine Bevelen. 5. Die Predikanten en Geestelyken van andere Godsdienllige Gefindheden, welke, verfaakende de pligten van hunne Bedieningen, als exer'ceerende Leden van Genoodfchappen van Wapenhandel zyn uitgetrokken. (5. En eindelyk de zodanigen, die zig aan Doodflag en openbaare daaden van Geweld tegens hunne Medeburgers, of andere zwaare excesfen van "dien aart, hebben fchuldig gemaakt. Tegen welke invoegen voorfz. uitgefonderde Perfoonen wy begeeren , dat geprocedeert, en eene prompte en met's Lands Wetten overeenkomftige Juftitie geadminiftreert zal worden, zodanig, dat in dit geval de Actiën ,üit dien hoofde door de daar toe competente Crimineele Officieren binnen den tyd van drie maanden na de publicatie deefes, en wanneer zulks niet gefchied mogt zyn, in zodanige gevallen alwaar een Fiscaal of Momboir uit hoofde van verjaaring van Delicten vermag te procedeeren, binnen andere drie maanden daar na zullen moeten worden geëntameert, ten dien eftecfe, dat na verloop van defelve zes maanden geen Aclie geinftitueert zynde, defelve zal worden gehouden voor vervallen, en de daar by geconcerneerde Perfoonen het effect van deefe Amnestie rustelyk en vreedeJyk zullen genieten, en van alle verdere aanfpraak des wegens bevryd. Doch zal het onvermindert deefe uitfonderingen aan een ieder, welke met bekentenis van fchuld, en betoóning van berouw en leedweefen zig aan onfe Clementie wilde fubmitteeren, of welke met reden konde twyffelen, of de daad door hem gepleegd in expresfe termen in dit Placaat was bedoeld, en dus op zig zelve befchouwd, en niet uit hoofde van verfchooning door de bykomende omftandigheden, van dien aart was, dat defelve onder de bovengemelde uitfonderingen was begreepen , vry ftaan zig binnen den tyd van drie maanden na publicatie deefes aan ons teaddresfeeren, waar omtrent wy als dan na examinatie 3L en  450 Placaaten. 3. Boek. 4. Titul. cn bevind van zaaien zuilen disponeeren , terwyl die geenen, welke mogten vermeenen, dat hunne gepleegde daad door de bykomende omHandigheden verfchooning meriteert, zig ten dien einde niet aan ons moeten addresfecren, maar hunne reedenen alleguceren by den Regter, voor welke de befchuldiging tegens hun zal zyn ingeheid, aan welkers onderfoek cn befiisiir.g wy de allegatie van alle zulke meer of min verlchoonendc omftandigheden overlaatcn. En op dat wyders deefe onfe Amnestie geene verhindering moge toebrengen aan het zoo hoog noodig losmaaken cn vernietigen der verdcrUeiyke Factie cn Cabalc, waar door dit Gemeencbest op den oever van desfelfs ondergang is gebragt, en dewyl defelve Amnestie ook gefehikt is en tot haar gevolg behoord te hebben, dat de Gemoederen der Ingefetenen tot bedaarheid gebragt, en de zo gewenschtc Rust verder werde hcrfteld, willen en begeeren wy voorts, dat alle zodanige Sociëteiten, Genoodfchappen of andere Corporatien of Byëenkomften van Wapenhandel in dc Stad cn Meyerye van '3 Hertogen bofch, of in de verdere Steden, Dorpen, Heerlykheeden en Plaatfen in de Generaliteit, ten onderwerp hebbende gehad, of welke geftrekt hebben tot het houden van Correspondentie met eenige diergelyke Sociëteiten, Genoodfchappen, Corporatien of Byeenkomsten in eenige andere Provinciën dien aangaande, voor zoo verre defelve nog niet mogten zyn gedisfolveert, daadelyk zullen werden gedisfolveert en vernietigd , en dat gecne anderen onder welke benaaming het zyn moge, het zy dan opentlyk by generaale Byëenkomften van de daar toe gehoorende Leden te faamen, het zy meer bedektelyk en in een minder getal, by meer of afzonderlyke Byëenkomften tot zodanige eindens of om over 's Lands of Regeeringszaaken te handelen, met oogmerk, om zig in defelve te immisceeren, zullen mogen worden opgerigt; lasten en bevelen onfen Advocaat Fiscaal en Procureur Generaal, en verdere Hooge en andere Crimineele Officieren in en over het resfort van de Generaliteit, daar tegens op het fterkfte te vigileeren, entegens de Wederopregters derfelven, als tegens Perturbateurs van de algemeene Rust, en als Belagers van de Wettige Regeeringsform van den Lande, te procedeeren, zoo als bevonden zal worden te behooren. Inhcereeren wy voorts onfe Publicatie van den 13 Augustus 1787, betrekkelyk het geen daar by ten aanfien der Predikanten, van welke Gezindheden die zouden mogen zyn, als meede ten aanfien der Roomfche Palïoors is geftatueert; en verbieden wyders wel expresfelyk het maaken, drukken, debiteeren en disfemineeren van Pasquilleu of Spotprenten, mitsgaders het infereeren van fpotagtige, heekelende en tergende Periodes, het zy by form van Brieven als anders, in Couranten of andere Periodlque Werken, als zaaken, ner- ! gens anders toe ftrekkendc, dan om de ani- I moliteit en onderlinge verbittering in de Genrlederen te blyven aankweeken; verbieden moede wel expresfelyk alle en een iegelyk, oni dc Lieden welke by deefen onfe Gratie hebben geobtineerd , of iemand wie het ook zy, op eenigerhande wyfe fmaadelyk te beje genen, of in Perfoon of Goederen te beieedigen, terwyl wy teffens verwagtcn, dat defelve aan hnnne zyde, zig meede zorgvuldig zullen onthouden, van al dat geene het welke billyk aanftoot of nieuwe oorfaak tot verbittering zoude kunnen geeven: zullende defelve , in geval zig op nieuw aan eenig misdryf van geh ken aart, als waar van zy by deefen vcrgilfeois bekomen, mogten fchuldig maaken, als darr niet alleen ter oorfiak van dit hun nieuw, maar ook om de voorige wanbedryven, naar exigentie van zaaken geftraft worden; gelyk meede onfe hoogfte indignatie zullen iucurrceren, en naar rigeur van Regt cn Wetten deefer Landen zullen worden geftraft de zodanige, welke dit ons Placaat in eenigeder hier bevoorens geëxprimeerde pointen zullen komen te overtreeden of tegen te gaan. Gelasten en bevelen derhalven onfen Advocaat en Procureur Generaal van Braband en de Landen van Overmaaze, mitsgaders den Advocaat-Fiscaal van Vlaanderen, en dcnMomboir van het I lof geordonnecre in het Overquartier van Gelderland re Venlo, en alle Hooge cn verdere Crimineele Otticicren in cn over het Resfort van de Generaffrcic, cn gencraalvk alle Regenten, Magiftraaten, Gcregten cn Onderzaten , tegenwoordige en toekomende, zig naar den inhoud deefer te reguleeren, cn een iegelyk (buiten dc voorfz. uitgezonderden) het effect en gevoig van deefe onfe Amnestie rustclyk cn vreedelyk te laaten genieten; hun verbiedende tegens iemand ter oorzaak, of over iec dat daar toe betrekkelyk is, eenige de minfte recherche, veel meer eenige Befchuldiging of Acfie aan te rteUen, of bereids begonnen zynde, verder te vervolgen, nademaal wy verftaan, dat alie defelve uit kragte van deefe onfe Amnestie kwycgefcholden'en ontoegereekend blyven, mitsgaders in eeuwige vergeetenheid zullen worden gefteld; behoudens nogthans zodanige Civiele Actiën aan die onfer befchadigde Onderzaten, als tot herftelling van de toegebragte fchaadens hun in Regten zullen competeeren. Des zal een iegelyk die uit vreeze voorde vervolging van de Juftitie uit het Land geveeken was, en nu van deefe onfe gratie zal willen profiteeren, gehouden zyn binnen den tyd van drie maanden naa het publiceeren deefer , tot zyne voorige Woonplaats terug te keeren , op pcene van het effect van defelve gratie te verliefen; ten waare hy naderhand wettige reedenen konde allegeeren, waarom de weederkomst binnen den gemelden tyd niet mogelyk is geweest, waar over de Magiftraat van zyne Woonplaats zal oordeelen. Venmanende voor het overige alle en een iegelyk onler Onderlaten, tot verfaking niec alleen van de pernicieule drift eer ondernee- ming  Pkcaalten teegens fediticuiè Perfoonen, &c. 45£ ïntflè of-'bewerking van nieuwigheden, maar 1 •ook van alle losbandigheid, aanltootelyke gödraagingen, gedisfipeerde en ongereegeldelee- j venswyfe, en generaalyk van allen reedenloozen handel en wandel, waar toe de meergedagre troubles eene meer dan gemeene aanleiding hebben gegeeven; en dat een iegelyk zig be /lycige, om de daar doorgrootelyks veroorzaakte vervvaarloozing van Godsdienftige en llurgerlyke pligten, met een tegenovergefield gedrag en wandel te boeten entebeeteren, op dat allo een iegelyk deelgenoot zyn moge van den als dan over Land en Volk billyk te verwagten Zeegen des Allerhoog!ten; voorts om by alle geleegenheden en in allen opzigten eikanderen heuslêhelyk te bejeege» nen, en in goede verftandhouding te leeven, zonder zig door veifchillende benoemingen of j -afgezonderde byëenkomften van anderen te willen ónderfcheideri; En alfo een ieder * zb veel in hem is, het zyne tot herftel van dë onderlinge harmonie en eensgezindheid te helpen toebrengen, en Zig omtrent ons, als Hooge Overheid, jeegens Zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Erfftadhouder mitsgaders omtrent hunne refpective Regenten, Magiftraaten, en alle anderen, die in Hoogheid over hun gefield zyn, met betaamelyk ontzag, eerbied, gehoorzaamheid en onderwerping te gedraagen; en generaalyk in, en omtrent alles, te leevén en te handelen, zoo ais vreedelievende, getrouwe, en gehoorzaame Onderzaaten en Burgers betaamd. En op dat niemand liier van eenige ignorantie pretendeere, zoo lasten en begeereh wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert daar zulks behoord en të gefchieden gebruikelyk is» Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van de hóóggemelde Heeren Staaten Generaal in den Hage, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Prsefideerende in onze Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 5 Juny 1788. (JVas geparapheert,) A. R. van HEECKÈREN van SUIDERAS, vt (Onderftond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent f) Ë. F A G E L. Zynde op het Spatium gedrukt het Cachet van haar Hóóg Mog. op een rooden Ouwel, overdekt mee een papiere Ruyte. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen de machinatien tot ondermyning van de Conftitutie en Regeer ings - form deefer Landen. Den 3 Oclober 1788. T "\e Staaten van Holland en Westvriesland; _fl 3 Allen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weecen, dat wy, van het eerfte oogenblik der gelukkige omwending af, alle onfe maatregelen daar heen hebben gedirigeerd, om de rust en eendragt, zonder welke een Burger-Maatfchappy niet gelukkig kan zyn, onder onfe Ingefeetenen te doen herleevên; dat wy op voorftel van Zyne Doorlugtige Hoogheid hebben gearrefteerd, en doen publiceeren een generaale Amnestie voor alle zoodanige Ingefeetenen, die zonder kwaad opfet, of door verleiding van anderen in de voorige Beroerten deel gehad hebben, met uitfondering alleen van de zoodanigen j die wegens hun meerder aanfien, of vooron- derftelde kundigheden niet konden geoordeeld worden misleid te zyn, of die zig fchuldig gemaakt hadden aan zulke misdryven, welke in een Land van Juftitie zonder exemplaare ftraf niet konden worden voorby gegaan; dat wy zelfs tot een doorflaande blyk van onfe zagtmoedigheid, voor de Perfoonen, die provifioneel van de Amnestie waren uitgefloten j een deur hebben opengelaaten, om, mits betooning van berouw en leedweefen over hunne* vorige bedryven, en verfekering geevende van hunne gedragingen voor het vervolg, gratie en vergiffenis van ons te bekomen, indien hunne misdry ven niet van dien aart waren, dat defelve alle gratie en vergiffenis uitfloten; dat wy nogthans naderhand tot onfe fmarte. onder- 3L É yoiï-'  452 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. vonden hebben, dat deefe zagtmoedigheid door veele kwalykgelinde Menfchen voor ilaphcid wordende aangefien, defelve niet ophouden hunne verderfelyke gevoelens te blyven aankleeven, en het zaad van tweedragt in het Land te verfpreiden, ja zelfs zig verftoutcn van opcnlyk roem te draagen, dat zy nog in defelve gevoelens tegen de wettige Regeering cn Conllitutie deefes Lands volharden, en hunne onkundige Mcede-Ingefeetenen vieyen, dat wel eens een gunftigc gelegenheid zal gehoren worden, om hunnen verfoeyelyken toeleg tot omkecring van defelve wettige Regeering en Conllitutie tc doen gelukken, waar toe veelcrhande flrafbaare discourfen, byëenkomften , en zelfs het voorneemen vaü middelen van geweld worden gebruikt. Zoo is 'r, dat wy deefe verregaande weerbarftigheid niet langer kunnende dulden, maar daar in (volgens de pligt van alle wclgeftelde Regeeringen) willende voorfien, goedgevonden hebben tc ftatueeren, dat alle die geenen, die, wel verre van zig te onderwerpen aan de tegenwoordige Conftitutie en Regeeringsform, gelyk wy defelve by onfe Refoiutie van den 15 February deefes jaars op nieuws vastgefteld hebben, in tegendeel door woorden en daaden toonen, een voorneemen te hebben, zig da.;r tegen tc verfetten, als onwaardig zynde de Voorregten te genieten van eene Maatfchappy, waar van zy de gronden tragten te ondermyncn, met bannisftmenr, of anderfincs, naar exigentie van zaaken zullen worden geftraft. Verbieden wy ook fpeciaal het verfpreiden van beroerende cn valfche gerugten, als of eenige Mogendheid, zelfs zoodanige, met welke dc Staat de eer heeft in alliantie en vriendfehap te ftaan, deskinen zoude hebben tot begunftiging van huune verderffelyke oogmerken, zullende dc Uitvinders of bedriegelyke Verfprcidcrs van zoodanige gerugten,/ het zy defelve mondeling, by gefchnfte, iri openbaare druk, of ook in publicque Nieuwspapieren, onder de goede Gemeente worden gebragt, en voor weike laatfte dc Schryvers cn Drukkers van die Nieuwspapieren zullen vcrantwoordelyk zyn, ten ftrengften, en zelfs met de dood worden geftraft. — En fchoon niemand onfer Ingefeetenen onkundig kan zyn, dat het een hoogstftrafbaare misdaad is, Manfchappen aan te neemen, of zig te laaten aanneemen tot eenigen Militairen dienst, buiten die van de Republiek cn de wettige geètablisfcerde Collegien in defelve, of tot eenige Expcaitien, die niet van wegens de Hooge Regeering des Lands worden geordonneerd, hebben wy egter goedgevonden op nieuws en by herinnering te ftatueeren, dat alle de zoodanige , die zig verfhouten, buiten permisfie van ons, of van de wettige Regeering der Steden en Plaatfen, Volk te werven tot eenige Expediticn of onderneemingen, pnefent of voor hec toekoomende, of daar toe Penningen zullen furneeren; gelyk meede de zulken, die zig in zoodanige Corpfen zullen laaten aanneemen, of aangenomen zynde daar in volharden, of djar voor eenige Penningen genoten hebben, ten ftrengften en naar exigentie van zaaken zelve met de dood zullen worden geftraft; en vermids wy alle gelegenheid (zoo veel in ons is) willen wegncemen, waar door de rusc cn veiligheid van onfe goede Ingefeecenen zoude worden geftoord, verbieden wy expresfelyk alle onweccige Wapeningen, hoe genaamd; en fpeciaal hec houden of verfamelen van Geweeren en Wapenen, Pulver, Kogels en diergelyke, in Huifen, Pakhuifcn, Zolders of Kelders, boven hec geen een particulier Ingefeeten naar maate van zyn ftaat, toe zyn onfehuldig gebruik kan geoordeeld worden nodig re hebben; autborifeerende wy alle de Officieren van de Juftitie, de fufpeef e plaatfen te vificeeren, en cegen de overtreeders van die ons verbod, op hec rigoureufte, als verhoorders van de publieke rust, tc procedeeren; cclyk wy ook ftatueeren, dat alle Vergaderingen van gewapende Perfoonen, buiccn de 'sLands of Stads Militie, wettige Schutteryen , elders Burger Compagnien of Burgeryen genaamd, en Bedienden van de Juftitie, waar defelve ook mogen gevonden worden, hetzy in of zonder het actueel gebruik der Wapenen, zullen gehouden worden als beftaande uit Vyanden van dc publieke rust, cn door de Militie, wettige Schutceryen, of Bedienden van de Juftitie mee geweld van Wapenen zullen mogen worden tegengegaan en ontwapend, zonder tegen de hooge Overheid te verbeuren, indien zy by zulke gelegenheid eenige van de onweccige vergaderde en gewapende Perfoonen kwamen ce kwetfen, of te dooden; eindelyk declareeren wy onfe ferieufe intencie ce zyn, van de rusc en veiligheid van een ieders Perfoon en Goederen mee alle magt te handhaven en befchermen; en dat alle de geenen, die zig aan geweldaadige beleediging van hunne Meede - Ingefeecenen, aan plundering of berooving van Goederen, uic weiken hoofde, of onder welk voorwendfel het ook zy, fchuldig maaken, en op hecter daad worden gevat, zonder de ordinaire foim van proces, met de dood zullen worden geftraft; terwyl andere, die niet op heeter daad kunnen gevat worden, op het nauwkeurigst zullen worden nagefpeurd, en naar exigentie van de misdaad worden geftraft. Geiascende wy wel uitdrukkelyk onfen Procureur Generaal en alle andere Officieren van onfen Lande, mee de uicerfte geftrengheid ce procedeeren cegens die geenen, welken zig aan een of ander der voorfz. wanbedryven mogten fchuldig maaken, en onfe vorige Publicatien, byfonder die van den 12 December 1787 en ai February 1788, prseciefelyk te executeeren; op pcene, dac de Officieren en Jufticieren, die in deefen nalaatig zyn, niet alleen van hunne posten zullen worden ontfec; maar boven dien, naar vereisch van zaaken , zullen worden geftraft; beveelende onfen Procureur-Generaal op hec gedrag van de respective Officieren naauwkeurig agc ce neemen. Gelyk wy meede wel ernftig gelascen aan alle  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &c* 453 alle Schouten en Geregten ten platten Lande, om het geen contrarie de voormelde onfe Publicatie door hen zoude mogen worden ontdekt, ten fpoedigfïen te brengen ter kennis van den Officier van hunne Plaats of Diftrict, en denfelven tot nafpooring en ontdekking van de Schuldigen, zoo veel mogelyk, de behulpfaame hand te bieden, op pcene van | 44. Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden, gefchreven in den Haage den 16 defer, waar by, vermits 'er onder de Courantieis gevonden worden, welke zig niet ontfien, in weerwil van hun Edele Groot Mog. Refolutien van 16 October 1723 en 9 February 1771, retlexien te maaken of expresfien te gebruiken, waar van meer dan eens het gevolg is geweest, dat daar door aan Buitenlandfche Heeren offenfie was gegeven, en daar over van tyd tot tyd klagten door Ministers van andere Mogendheden waaren gedaan, aan hun Edele Groot Mog. proponeeren het doen der nadere voorftening, in de volgende Misfive vervat. Edele Groot Mogende Heeren ! Het is U Edele Groot Mog. bekend, dat, hoe zeer hoogst defelve geduurende defe Eeuw van tyd tot tyd, en wel infonderheid by U Edele Groot Mog. Refolutien van 16 October 1723 en 9 February 1771, hebben voorfien tegens de licentie der Courantiers, het zelve egter nimmer is geweest van dat effect, dat daar door aan het heilfaam oogmerk van U Edele Gr. Mog. is beantwoord; hec contrarie daar van word ten duidelykfte gemanifefteert door meenigvuldige klagten en propofitien, welke na dien tyd zyn gedaan, en in de Registers der Refolutien van U Edele Groot Mog. van tyd tot tyd te vinden zyn; wel is waar, dat die Propofitien doorgaans zyn gerenvoyeert aan een Commisforiaal Befoigne, dog het is niet in deefen nalaatig zynde, naar vereisch vars zaaken, zelfs met privatie van hunne Officien, te worden gecorrigeerd. En op dat niemand hier van eenige igno* rantie pretendeere, zoo lasten en begeeren wy, dat defe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeerd, daar zulks behoort, en ce ge^ fchieden gebruikelyk is. minder waar, dat het ook daarby vèeh tyds is gebleven, zonder dat by Ü Edele Groot Mog. op defe materie eene nadere directe Refoiutie genomen is; inmiddels is het buiten alle conteftatie, dat 'er onder de Courantiers jegenswoordig wederom de zoodanige gevonden worden, welke zig niec ontfien retlexien te maaken, ot expresfien te gebruiken, waar van het gevolg niet anders konde zyn, en ook mee 'er daad reeds meer dan eens was geweese, dac daar door aan Buitenlandfche Hoven offenfie was gegeven, zoodanig dac daar over van cyd coc cyd klagcen door de Miniscers van andere Mogendheden waren gedaan. Hoe zeer nu, Edele Grooc Mogende Heeren! de twee bovengemelde Refolutien van U Edele Groot Mog. nimmer zyn ingetrokken, maar integendeel by fpeciaale Refolutien zyn geinhasreert, en wy micsdien ons verpligt rekenen, om, ingeval U Ede-* le Grooc Mog. niec mogcen goed vinden hier op immediaac ce refolveeren, ons daar naar, hangende Uw Edele Grooc Mog. deliberacien over defe onfe Misfive, te gedraagen, zoo is het egter naar ons begrip ten hoogften noodtaakelyk, dat defelve wederom op nieuws worden levendig gemaakt, en het is dan ook om die reden, dat . wy de vryheid gebruiken, Uw Edele Grooc Mog. in bedenking ce geven, of U Edele Grooc Mog. niec zouden kunnen goedvinden, om op nieuws, en met inhsefie van U Edele Groot 3L 3 Mog. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 3 October 1788. (Onderftond,*) Ter ordonnantie van de Scaaten. (JVas geteekent,') G. CLOTTERBÖÖttft Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening, tot beteugeling van de licentie der .Courantiers. Den 22 Maart 1792.  454 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. Mog. nnterieure Refolutien, tot defe materie relatief, te refolvecren, om Burgemeesteren en Regeerders der refpective Steden defer Provincie, mitsgaders de Gecommitteerde Raden, voor zoo veel den Haage aangaat, te verfoeken, voor haar te ontbieden de Courantiers, en haar op het emftigfte te verbieden over het formeeren van haare Couranten of Nouvelles, op wat naam defelve ook mogten worden uitgegeven, tc correspondeeren met eenige Ministers van defen Staat buiten 's Lands of met derfelver Secretarisfen, Amanucnfes, Clercqucn, of andere Bediendens, direclelyk of indireételyk, nog ook in derfelver Couranten of Nouvelles tc infereeren eenige Misfiven van de gemelde Ministers in het geheel of ten declc, alfchoon zy zoodanige Misfiven door andere wegen als van de Ministers, derfelver Secretarisfen, Amanuenfes, of andere Bediendens, mogten hebben verkregen; cn voorts aan defelve Courantiers wel ftrictelyk tc bevelen, dat, in gevalle mogte bevonden worden de teneur van zoodanige Brieven in het geheel of ten deelen in derfelver Couranten of Nouvelles gebragt te zyn, en zy zouden foutenceren niet geweeren te hebben, dar hec waren Copien of Extracten van zoodanige Brieven, zy den Autheur zullen moeten bekend maaken, zonder het op prxtext te mogen dilficulteeren, en voorts zig generaalyk te wagten van in haare Couranten of Nouvelles eenige zaaken te brengen , reflexicn te maaken, of expresfien te gebruiken, die aan eenige Natie, of' Buitenlands Potentaat, of aan iemand binnen sLands oiTbnfic zoude mogen geven , voor het welk de Courantiers en Nouvellisten altoos responfabel zullen zyn; en eindelyk dat Burgemeesteren cn Regeerders der voorfz. Steden de Gecommitteerde Raden zullen adverteeren, als haar over eenige van de voorfz. pointen binnen haare Stad iets van importantie zoude voorkomen; dat al verder de Gecommitteerde Raden zouden behooren te worden verfoor en geaüthorifeert, om, wanneer aan de zelve ietwes zoude voorkomen, dat tegen defe ordres kwam aanteloopen , daar van aanftonds kennisfe te geven aan Burgemeesteren en Regeerders van de voorfz. Steden, daar het voorvalt, met bevel van wegens hun Edele Groot Mog., om daar tegens convenable ordre te fteilen, of ook wel na gelegentheid van zaaken tegen de fchuldige te doen procedeeren, en in allen gevalle de Gecommitteerde Raden te berigten, wat daar tegen voor¬ gekomen, en wat daar tegen Zal zyrt gedaan; dat wyders defe Refoiutie niet alleen zoude behooren te «erken in de Steden , alwaar jegenwoordig Couranten worden uitgegeven, maar ook in alle de verdere Steden, ftem in Snat hebbende, en alwaar Hurgemcestcren en Regeerders mogten goed vinden het drukken van Couranten te admitteeren, ten welken einde dc bovengemelde geproponeerde Aanfehryving generaalyk aan alle de Steden zoude behooren ce worden gedaan, ten einde zorge te draagen, dat geene nieuwe Couranten worden geadmitteert, als onder de verpligting, en het verbod hier bevoorens breeder gemeld; en laatftelyk, dat van dc in defe te nemene Refoiutie ter Vergadering van hun Hoog Mog. zoude behooren te worden kennis gegeven, en ernftig geinfteert, dat dc verdere Provinciën, alwaar Couranten of Nouvelles worden gedrukt, gelyke ordres in den haare fteilen, en daar van mede aan hun Hoog Mog. kennisfe geven ; / Waar meede, Edele Groot Mogen- \ de IIeeren! zullen wy God Almagcig bidden U Edele Groot Mog. te willen houden in zyne heilige proccctic. (Ondcrflond,) UEdele Groot Mog. Dienstwillige. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland, en Westvriesland. Man, 1792. Ter ordonnantie van defelve. (JVas geteekend,') G. B. EMANTS. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, op nieuws, en met inh.xfie van hun Edele Groot Mog. anterieure Refolutien, tot defe materie relatief, Burgemeesteren en Regeerders der respective Steden defer Provincie, mitsgaders de Heeren Gecommitteerde Raden, voor zoo veel den Haage aangaat, te verfoeken, voor haar te ontbieden de Courantiers, en aan haar op hec emftigfte te verbieden over het formeeren van haare Couranten of Nouvelles, op wat naam defelve ook mogten worden uitgegeven te correspondeeren mee eenige Ministers van defen Staat buiten 'sLands, of met derfelver Secretarisfen, Amanuenfes, Clercquen of andere Bediendens, directelyk of indireételyk; nog ook in derfelver Couranten of Nouvelles ce  Placaaten teegens feditieufe Perfoonen, &c. 4SS tc infereeren eenige Misfiven van de gemelde Minifters in het geheel of ten deelen, ot Ichoon zy zoodanige Misfiven door andere wegen als van de Minifters, derfelver Secretarisfen, Amanuenfes , Clercquen of andere Bediendens mogten hebben verkregen; en voorts aan deielve Courantiers wel ftrictelyk te beveelen, dat, irgevalle mogte bevonden worden de teneur van zoodanige Brieven in het geheel of ten deele in derfelver Couranten of Nouvelles geblaat te zyn , en zy zouden fouteneeren niet «eweeten te hebben, dat het waren Copien of Extracten van zoodanige Brieven, zy den Autheur zullen moeten bekend maaken, zonder het op eenig pretext te mogen difficulteeren; en voorts zig generaalyk te wagten van in haave Couranten of Nouvelles eenige zaaken te bven^en, reflexien te maaken, of expresfien te gebruiken, die aan eenige Natie, of Buitenlands Potentaat, of aan iemand binnen 'sLands offenfie zouden mogen geven, voor het welk de Courantiers en Nouvellisten altoos refponfabel zullen zyn; en eindelyk,dat Burgemeesteren en Regeerders der voorfchreeve Steden de Heeren Gecommitteerde Raden zullen adverteeren, als aan haar over eenige van de voornoemde pointen binnen haare Stad iets van importantie zal voorkomen; en worden al verder de Heeren Gecommitteerde Raden verzogt en geaüthorifeert, om, wanneer aan de zelve ietwes zal voorkomen, dat tegens deze ordres aanloopt, daar van aanftonds kennis te geven aan Burgemeesteren en Re¬ geerders van de voorfchreeve Steden, daar het voorvalt, met bevel van wegens hun Ede* le Groot Mog., om daar regens convenable ordre te (tellen, of ook wel nrfer gelegenheid der zaalven tegen de fchuldigcn te doen procedeeren, cn in allen gevallen de Heeren Ge* committeerde Raaden te berigten, wat daar tegen voorgekomen, en wat daar tegen zal zyn gedaan; zullende defe Refoiutie niet alleen werken in de Steden, alwaar jegens woordig Couranten werden uitgegeven , maar ook in alle de verdere Steden, ftem in Staat hebbende, en alwaar Burgemeesteren en Regeerders mogten goed vinden, het drukken van Couranten te admitteeren, ten welken einde de bovengemelde Aanfehryving generaalyk aan alle de Steden, als meede aan de f Heren Gecommitteerde Raaden, ten opfigte van de andere Steden en Plaatfen binnen deefe Provincie , met inhefie van de qualificatien by voorige Refolutien aan de Heeren Gecommitteerde Raaden gedemandeert, zal worden gedaan, ten einde zorge te draagen, dat geene nieuwe Couranten worden geadmitteert, als onder de verpligting en het verbod hier bevoorens breeder gemeld; en zal van defe Refoiutie ter Vergadering van hun Hoog Mog. kennis worden gegeven, en ernftig geinfteert, dat de verdere Provinciën, alwaar Couranten of Nouvelles worden gedrukt, gelyke ordres in den haare fteilen, en daar van mede aan hun Hoog Mogende kennis geven. 45- Publicatie van den Have van Holland, tol ontdekking van den Auteur van zeker Lasterfchrift tegen den Raadpenfionaris defer Provintie. Den 16 July 1794.. De Prefident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland: Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut. . „ Alfoo in den nagt tusfchen Vrydag en Saturdag laatstleden, op verfcheide plaatfen alhier in den Hage, is geftrooit een zeer oproerig Lasterfchrift, waar by de Heer Raadpenfionaris defer Provincie op eene verregaande wyfe word gelasterd, en het welk wyders is opgevuld met zodanige listige en leugenagtige infinuatien, welke de Opfteller van het zelve Lasterfchrift gemeend heefc te kunnen dienen om 'sLands openbaaren Vyand, tenverderve der goede Ingefetenen in de hand te werken; zelfs in zoo verre, dat men zig daar by niet ontfiet, om de zaak van denzelven Vyand en Voorftander van zoodanige verdernyke gevoelens, als defelve jegens den Christelyken Godsdiensc heefc gemanifefteerd, te durven noemen de zaak van God. En vermits niettegenftaande alle mogelyke recherches van de Juftitie, de Autheur of Autheurs van het voorfz. feyt tot heden tos niet hebben kunnen worden ontdekt; en 'et evenwel, tot maintien der Juftitie en gerust* Helling van alle goede Ingefetenen, ten hoogden aan geleegen ligt, dat zoodanige ontdekking als noch werde gedaan; een einde ook daar door eiïicacieufelyk zouden kunnen worden tegengegaan en geftraft deménées van de zoodanigen, die door het op een ftapelen van de verfoeylykfte en ten eenemaal valfche befchuldigmgen tegens de Perfoon en het Minifterie van welgemelden Heere Raadpenfionaris, zo als zulks byhet meervoornoemde Lasterfchrift is gefchied, zouden tragten aan de goede Gemeente een mistrouwen in te boefémen tegens de maatregulen, die door de Hooge Regeering, ten besten van den Lande, onder het Minifterie van hem Heer Raadpenfionaris in het werk zyn gefteld, en als noch in het werk gefteld worden; waarom dan ook de Heeren Staaten deefer Provincie, tot wegneeming van alle vooroordeelen, die uit zoodanige ménées tegens meergenoemden Heef Raadpenfionaris zouden mogen kunnen oncftaan, reeds by Hoogstderfelver Refoiutie, op  45Ó Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. op gisteren, ingevolge eene Propolkie van zyne Doorluchcigfte Hoogheid den l leere Erfe Sta Ih'.vader, nopens deefe zaak genoomen, hebben betuigd zeer verontwaardigt tc zyn over het voorfz. infaam Lasterfchrift, en volkoomen vertrouwen te ilellen in het Minifterie van den Heer Raadpenfionaris, terwyl hun Edele Groot Mogende wyders hebben gedeclareerd zig verfeekerd ce houden van desfelfs continuatie in dien yver, door hem tot hier toe zoo loflyk, ten nutte van den Lande gemanifefteerd. Zoo is 't, dac hec voorfz. Hof, ingevolge dc fpeciaale aanfehryving van hun Edele Grooc Mogende, in de voorfchreeve Refoiutie vervac; by defen, coc becere ontdekking van het voorfchreeve enorm feyt, belooft een pramie van veertien duifend guldens, aan die geene, weike zal of zullen aanwyfen en ' oncdekken, hec zy den Aucheur of Aucheurs, j hec zy den Drukker, hec zy den Disfemina- > ceur of Disfeminaceurs van hec voorfchreeve Lascerfchrifc, of anderen, die daar mecdc cenjgfinrj zullen zyn gemoeic of in betrokken gew -sc, zoodanig dac defelve m handen van de Juftitie geraaken, en van hec feyc worden overtuigd. Beloovende hec voorfchreeve Hof, al meede ingevolge en uic kragce der voorfchreeve Refölucie, dac de Oncdekker of Aanbrenger, by aldien defelve zoude mogen weefen een dei A ledeplichcigen, zal genieten impuniteic ol vryheid van ftrarfe, en zulks boven enbehalven de voorfchreeve pramie: Zullende ook des Ontdekkers naam, des begeerende , worden fecreet gehouden. En op dat niemand -hier van ignorantie pnetendecre, lasten en beveelen wy, dat deefe zal worden gepubliceerd en geatligcqrd daar zulks behoord en te gefchieden gebniikelyk Gedaan in den Raade den 16* July 1794. (Onderfond,) In kei nis fe van my, (ff'as geteekent,) ADRIAAN BODT. 46- Publicatie van de Staaten van Holland, te¬ gen het ter teekening leggen van Adresfen, het Staats- of Stedelyk Bef uur betreffende, mitsgaders tegen het oprigten van Sociëteiten. Den 17 Oclober 1794. Dc Staaten van Holland en Wescvriesland: Allen den geenen die dezen zullen fien of booren leefen, falut: doen ce weecen: alzoo coc onfe kennis is gekomen, dac in eenige Sceden en Plaatfen defer Provintie ter reekening liggen zekere Adresfcn, cendeerende om in zaaken van Polirie, Scaacs, of Scedelyk beftuur de deliberacien der Overheid voor uic te loopen, of wel reekenfehap van derfelver verrigtingen af tc vorderen, en wyders mee de grooefte onwaarheden kwaadaarciglyk opgevuld cn ingerigc, dac de geesc van wederfpannigiieid daar in de plaats bekleedt van dac vercrouwen 'c welk Ingefetenen aan hunne weccige Overheid verfchuldigd zyn. Zoo is 't, dac wy coc voorkoming van de fchadelyke gevolgen, die daar uic noodfakelyk moecen fpruicen, en een einde door hec ftooren van de rusc van binnen, waar coe zoodanige Adresfen op meer dan eene wvfe aanleiding zouden kunnen geeven, de rampen van defen boven alle anderen zo verderfelyken Oorlog niec ondraagelyker te maaken, goedgevonden hebben en verftaan, gelyk wy goedvinden en verftaan by defe te verkaaren, dat wy alle Adresfen, zonder onderfcheid in wat form defelve zyn ingerigt, hec zy onder den naam van Requesten , Memorien, Rcmonftranden, Declaraeoiren of diergelyke, waar in de Ingefetenen zich op eene meer of min directe wyfe in de adminiftratie van 'sLands of Scads 1 zaaken zoeken ce inraisceeren, en de deliberatien der Overheden voor uic te loopen, aanfien , gelyk defelve waarlyk zyn, als belemmeringen en aanllagen op de vrye deliberatien der respective Overheeden, directelyk aanloopende tegens alle Wetten van ordre en ondergefchiktheid, zonder welke eene welgeregelde Maatfchappy niet kan beftaan. En hebben wy vooresom die reden, en een einde de gevolgen welke daar uic zouden kunnen voorcvloeijen, en mogelyk voor veele zeer noodlottig zouden kunnen zyn, voor te komen, noodzakelyk geoordeelt, alle en een Vgelyk by defeop het ernftigftc aan te maanen zich zorgvuldig te wagten van al hec geene eenigfines den fchyn zoude hebben , de vrye deliberatien hunner Overheden ce kunnen be- j lemmeren, en in het byzonder van hec opfteilen, drukken, eer onderteekening affchry- ! ven, onderteekenen, prafenteeren", of op eenige maniere, hoe ook genaamd, deel te nee-  Placaaten tegens feditieufe Perfoonen, &e4 45? neemen in zodanige Adresfen als hier voren breder zyn omfchreven, op pcene, dat alle de geenen, welke ons Placaat zullen overtreeden, als verftoorders der publicque rust zullen worden aangefien , en als zoodanige volgens'sLands Wetten naar exigentie van zaaken ten rigoureufte geftraft. Verbiedende wy alle de Overheden, zoo in de Steden als ten platten Lande, aan dewelke zoodanige Adresfen mogten worden geprefenteerd , daar op in eeniger maniere te disponeeren, maar integendeel hun gelastende, defelve zonderoogluiking te (tellen in handen van de respective Officieren en Bailliuwen , dewelke by deefe op het allerernftigfte worden geordonneert daar omtrent het recht van de hooge Overheid waar te neemen, en tegens alle de geenen, welke bevonden mogten worden daar aan in voege voorfchreeven eenig deel hetzy direclelyk of indireételyk te hebben, als Verftoorders der publicque rust te procedeeren. Ordonneerende wy al verder den Procureur Generaal, om op hec gedrag der Officieren en Bailliuwen in de Steden en ten platten Lande in deefe een wakend oog te houden, ten welken einde wy al verders verfoeken, en des noods begeeren, dat de Overheden aan welke zoodanige Adresfen mogten worden gemaakt, Copye derfelve aan den Procureur Generaal zullen doen toekoomen. En naardien zodanige Adresfen zoo al niet haare geboorte verfchuldigc zyn aan, een minften zeer fterk bevordert zyn door Sociëteiten, Gefelfchappen, Byëenkomften of Corporatien , welke door zich in te laaten in zaaken van Politie, Staat, Stadhouderlyk of Ste- • delyk Beftuur, directelyk vallen inde termen van ons Placaat van 15 February 1788, zoo. is het, dac wy, met inhjefie van voorfz. ons Placaac, goedgevonden hebben en verftaan, onfen Procureur Generaal en respective Officieren op het allerernftïgfte te gelascen,, om cegens defelve een fterkften ce waaken, en defelve mee 'er daad te disfolveeren. En vermids het oprechten van Sociëteiten, Gefelfchappen, Corporatien en Byëenkomften zedert eenigen tyd onder verfchillende benaamingen en pretexten meer algemeen is geworden, en daar onder zodanige, die, fchoon zy uitcerlyk onverfchiliig, en zelfs toe onderling nuc ingerigc fchynen te zyn, nogthans in de tegenswoordige cydsomftandigheden, door de aanleiding, die zy geeven coc argwaan omtrenc hunne bedoelingen, fchadelyk zyn voor de zoo hoognodige confervacie van de algemeene rusc, en der bevordering in de gemoederen der Ingefeetenen. Zoo is 'ï, datwy, daar tegen willende voorfien, hebben goedgevonden en verftaan , te ordonneeren en ftatueeren by deefe. Dac van nu voortaan, niemand, het zy Tapper, Herbergier of Logementhouder, of dergelyke, noch ook eenig particulier Perfoon of Perfoonen, wie defelve zy, zal vermogen aan zyn Woonhuis, Pakhuis, Kelder of eeIX. Deel. nige andere plaats hoegenaamd, te vergaderen, laaten vergaderen, af te wagten of verblyf te doen houden, noch ook op ce rigten of by ce woonen eenige Sociëteiten, Gefelfchappen, Corporacien of Byëenkomften van een aantal Perfoonen, die aldaar of regulier of zoo dikmaals zy goedvinden, in een apart Vertrek, by den anderen komen en waar toe niemand wordt geadmicceerd, dan die Lid van defelve is, of door een Lid word geïntroduceerd* of die als Lid van eenige andere Sociëteit daar in toegang heeft: dan na dac zoodanige Tappers, Herbergiers, Logementhouders of particuliere Perfoonen aan don Magiftraat hunner Woonplaats in de Hemmende Steden, den Hage daaronder begreepen, of, zoo veel de kleine Steden of het platte Land aangaat, a:in onfe Gecommitteerde Raaden respectivelyk van het Quartier, waar onder zy resforteeren, zullen hebben verfogt permisfie, en defelve zullen hebben bekomen. Ten tweeden, dat de geenen die actueel eenige Socieceicen, Gefelfchappen, Corporacien of Byëenkomften als hier vooren zyn ornfchreevea, aan hunne Huifen of elders ver-1 gaderen, afwagten, verblyf doen houden of hebben opgerigt, gehouden zullen zyn ten eerften, immers binnen driemaal vierentwintig uuren na de afkondiging van deefe Publicatie , met aangeeving van de plaats waar zoodaanige Sociëteiten &c, by één komen, zig tot bckoming van Permisfie te addresfëeren aan de Magiftraat van hunne Woonplaats, of, aan onfe Gecommitteerde Raaden respectivelyk van hec Quartier waar onder zy resforteeren , zoo veel de kleine Steden en het Platte Land aangaat, welke daarop zullen disponeeren zodanig als zy lieden respectivelyk tot behoud van de algemeene Rusc dienltig zullen oordeelen: en zullen de voorfz. permisfien niet anders dan tot kennelyk wederzeggen worden verleend, ten dien effecte, dac, ingevalle eenige Soeieceic, Gefelfchap, Corporacie, of Byeenkomst, als hier vooren zyn omfchreeven, geadmitteerd zynde, naderhand om eenige redenen bedenkelyk of ftrydig mee het behoud der algemeene rust mogten voorkomen, defelve pérmisfien dadelyk zullen worden ingetrokken^ Ten derden, dat alle de geenen welken dee> fe onfe Publicatie mogten komen ce overtreeden, hetzy, door zonder permisfie of tegen de weigering van de Magiftraaten of onfe Gecommitteerde Raaden respective, eenige van de voorfz. Socieceicen, Gefelfchappen &c. ce vergaderen, laaten vergaderen, af te wagten of verblyf te doen houden; hec zy door defelve op ce rigten, by te woonen of daar in deel te neemen, voor de eerfte reife zullen verbeuren een boete van een honderd Zilvere Ducatons, een profyte vöor een derde , van den Hoofd Officier der Stad of Bailliuw van het Diftrict die de Calange doen zal; voor een derde, van de Gereformeerde Diaconie Armen der Plaatfe daar de Calange gefchied; en voor een derde van den 2M Aan.  458 Placaaten. 3. Bock. 4. Titul. Aanbrenger, doch indien zy onvermogend zyn de voorfz. Boete tc betaalen , arbitraalyk zullen worden gecorrigeerd; en bovendien, indien zy eenige Ampten , Officien of Bedieningen , dependecrende van ons of van eenige Collegien, Corporatien of Steden binnen deefe Frovintie, mogten bekleeden , immediatelyk daar van zullen vervallen verklaard worden ; en voor de tweede reife na exigentie van zaaken, en des noods aan den Lyve, zullen worden geftraft. Alles onvermindert zodanige voorfieningen, als in de Steden door dc Magiftraaten reeds zyn gefteld of nog zullen gefteld worden. Gelastende wy onfen Procureur Generaal, en alle Bailliuwen of Officieren van Juftitie, op privaüe van hunlieder Officie, om c< gen de overtreeders van deefe onfe Publicatie, na. r desfelfs inhoud ftrictelyk cn zonder oogluikin ge tc procedeeren, cn zodanige Sociëteiten , Gefelfchappen, Corporatien of Byëenkomften , welke zonder Permisfie of tegens dc weygering van de Magiftraaten of Gecommitteerde Racen zouden mogen, lubfifteercn met 'er daad tc disfoiveeren. En op dat niemand hier van ignorantie prrctendcere, gelasten wy, dat deefe «alommezal worden gepubliceert cn geaffigeert ter plaatfen daar men gewoon is publicatie enaffixicte doen. Gedaan in den I lage onder het klein Zegel van den Lande den 17 October 1794. (Onderpand,) Ter ordonnantie van de Staaten. (II as geteekent,) A. J. R O Y E R. V V F D E TITUL. Oetroycn en Privilegiën tot redemtie en afkoop van Confiscatien der Sententien van verbeurte van Lyf en Goed. l- Publicatie van de Staaten Generaal', tot affchaffing der Confiscatien yan goederen yan Delinquanten, in de Oost- en tl est - Indi fche Colonien van den Staat. Den 10 Augustus 1778. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten, dat, offchoon van de eerfte tyden af tot den huidigen dag toe, in de Colonien van deefen Staat, zoo in Oost - als Westindien , resforteerende onder het bedryf en geleegen binnen dc Limiten van de Oetroyen van deOost en WestindifcheCompagnien deefer Landen, is geëxerceert het Recht van confiscatie yan Goederen der Delinquanten, welke uit hoofde van gepleegde misdaad hun lyf en leeven hadden verbeurt, egter aan ons is voorgekomen, dat niet alleen van dat Recht misbruik zoude konnen werden gemaakt, maar dat ook uit het gebruik van dien, verfcheide disputen en moeilykheeden telkens ontftaan; dac box-en dien daar in ook een weelentiyke hardigheid is geleegen, dewyl, door zoodanige confiscatien, de Vrouwen, Kinderen, ofnaastbeftaande Bloedvrienden van diergelyke Delinquanten, in de ftraifen, defelve opgelegt, door het verlies der geconfisqueerde Goederen , fchoon zelfs onfchuldig, meede deelen. Dat om die en andere reedenen ten afTemeenen nutte der Ingefeetenen, en om weg te neemen de voorfz. hardigheid, reeds in verfcheide Ryken en Staaten , en fpeciaal binnen de  O&royen en Privilegiën tot redemtie en afkoop van Confiscatien, &c. 459 de Provinciën van Holland en Zeeland, alwaar voorheen van dat Recht op gelyke wyfe wierd gebruik gemaakt, daar van afftand was gedaan, of in het geheel is afgefchaft geworden. Zoo is 't, dat wy daar in, tenalgemeenen nutte van onfe voorfz. Colonien, mitsgaders onfe Ingefeetenen van dien, meede willende voorfien, by deliberatie van den Raad van State, en na voorgaand overleg en communicatie met Zyne Hoogheid den Hee- ke PflINCE van orange en nassau, ON- sen Erfstadhouder, hebben goedgevonden te ftatueeren, gelyk wy uit onfe Souveraine magt en gezag ftatueeren by deefen, dat van nu voortaan geen confiscatie van Goederen van Delinquanten, in het geheel of ten deelen zal mogen werden gedecerneert in onfe voorfz. Colonien, het zy by de Hoven van Juftitie, of by eenige andere fubalterneRegtbanken in defelve, om welke oorfaak of deliét. het ook zoude mogen weefen, groot of kleyn, geene altoos uitgefondert, en zelfs niet het crimen Perduellionis of Ltefe Majeftatis, aboleerende, casieerende ende te niete doende in zooverre alle Wetten, Placaaten, Privilegiën , Coftumen en UTantien, welke hier aan zouden mogen contrarieeren, niet willende dat defelve in dit opfigt voortaan meerder van gebruik zullen mogen werden gemaakt, met last en expres bevel aan alle hooge en fubalterne Rechters binnen de voorfchreeve onfe Colonien, zig na dit ons Placaat punctueel te reguleeren. En op dat niemand daar van ignorantie moge pretendeeren, lasten en beveelen wy, de Bewindhebberen van de geoéhoyeerde Oostindifche Compagnie, den Reprafentant van zyne Doorlugtige Hoogheid en Bewindhebberen van de Weftindifche Compagnie, de Direéteuren van de Colonie van Suriname, mitsgaders de Direéteuren van de Colonie de Berbice, om dit ons Placaat alomme in de res| peétive Colonien onder haar Resfort behooriyk I te doen publiceeren en affigeeren ter plaatfen, S alwaar men gewoon is zoodanige publicatien enafhxiente doen, en om het zelve door alle de hooge en fubalterne Rechtbanken in voorfz. I Colonien te doen obferveeren en naarkomen. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphuure van den Heer Prafideerende in onfe Vergaderinge, en de Signatuure van onfen Griffier, op den 10 Augustus 1778. (JVas geparapheert f) G. J. D. PALLANDT, v< (Ondcrftond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal, (Geteekent f) H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog. Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere ruite. 2< Placaat van de Staaten Generaal, tot affchaffing der Confiscatien van goederen van Delinquanten, in Braband, de Landen van Overmaafe, Vlaanderen, als mede in het Over-Quartier van Gelderland. Den 10 Augustus 1778. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden , Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten, dat, offchoon van de oudfte tyden af tot den huidigen dag toe, in Braband, de Landen van Overmaafe, Vlaanderen, als meede in het Overquartier van Gelderland, is geëxerceert het Recht van confiscatie van Goederen der Delinquanten, welke uit hoofde van gepleegde misdaad hun lyf of leeven hadden verbeurt, egter aan ons is voor¬ gekoomen , dat niet alleen van dat Recht misbruik zoude konnen werden gemaakt, maar dat ook uit het gebruik van dien, verfcheide disputen en moeyelykheeden telkens ontftaan; dat boven dien daar in ook eene weefentlyke hardigheid is geleegen, dewyl, door zoodanige confiscatien,. de Vrouwen, Kinderen, of naastbeftaande Bloedvrienden van diergelyke Delinquanten, in de ftraffen, defelve opgelegt, door het verlies der geconfisqueerde Goederen, fchoon zelfs onfchuldig, meede 3M a dae-  40*o Placaaten. 3. Boek. 5. Titul. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Pncfidccrende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 10 Augusty 1778. (JVas geparapheert,) G. J. D. PALLANDT, vt. dpnJerJIond,') Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (JVas geteekent,) H PAGE L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een Papiere Ruyte. 3- Placaat van den Prime van Orange, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen van Delinquanten, in dè Gr da f fehappen Bwren, Leerdar;:, en Culenborg, de Baronien Ysfelftein en Acquoy, mitsgaders de Heerlykheid Ameland. Den 17 September 1778. deelen; dat om die, cn andere reedenen, ten algemecnen nutte der Ingefeetenen, en om weg te neemen dc voorfz. hardigheid, reeds in verfcheide Ryken en Staaten, alwaar voorheen van dat recht op gelyke wyfe wierd gebruik gemaakt, zelfs in zoodanige Landen, alwaar het emolumcntum of voordeel uit dat recht prollueerende, voorheen wierd aangemerkt als een notoir gevolg van hooge Juris diótie, fchoon niet fpeciaal cn expresfelyk, by de uitgifte van dien, daar van afftand was gedaan, of in het geheel is afgefchaft, of door verlcendePrivilegien van vrydom en van redemtie, als anderfints, door liberaliteiten cn gratificatiën aan de naafte Vrienden van dc Gecondemneerdens toegeftaan, merkelyk is gemitigeert geworden. Zoo is 't , dat wy daar in, ten algemecnen nutte van onfe voorfz. landen, mitsgaders onfe Ingefeetenen van dien, meede willende voorfien, en daar op ingenomen hebbende de Advifen van onfe Raaden van Braband en de Landen van Overmafe, van den Raade van Vlaanderen, mitsgaders van het Hof, geordonneert in het Overquartier van Gelderland, te Venlo renderende, by delibe- I rade van den Raad van Staate der Vereenigde ! Nederlanden, en na voorgaand overleg en \ communicatie met Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nassai , Onsen Erfstadhouder , hebben goedgevonden te ftatueeren, gelyk wy uit onfe Souveraine magt en gezag •ftatueerenby deelen, dit \ I van nu voortaan geene confiscatie van Goederen van Delinquanten, in het geheel of ten deelen zal mogen werden gedecerneert in onfe voorfz. Landen van Braband, van Overmaafe, Vlaanderen, cn in het voorfz. Overquartier van Gelderland, het zy by de Hoven van Juftitie, of by eenige andere Regtbank onfer voorfz. Landen, ofte tot de Generaliteit eenige betrekking hebbende, om welke oorfaak of delict het ook zoude mogen weefen, groot of klein, geene altoos uitgefondert, cn zelfs niet het crimen Pcrduellionis ofLcefe Majeftatis, abolecrende, casfeerende ende te niete doende in zoo verre alle Wetten, Placaaten, Privilegiën, Coftumen en Ufantien, welke hier aan zouden mogen contrariecren, niet willende dac defelve in dat opligt voortaan meerder van gebruik zullen mogen werden gemaakt, met last en expres bével aan onfe Hoven van Juftitie over Braband en de Landen van Overmaze, over Vlaanderen en het Overquartier van Gelderland, mitsgaders aan alle andere fubalterne Rechters binnen de voorfz. Landen, onder onfen Resforce behoorende , omme zig ieder in zyn reguard naar dit ons Placaat punctueel te gedraagen. En op da: niemand daar van ignorantie moge pretendecren, lasten en beveelen wy, dat dit ons Placaat alomme in onfe voorfz. Landen behooriyk zal worden gepubliceert en geaffigeert., ter plaatfen, alwaar men gewoon is zoodanige publicatien en aflixien te doen. Wy Willem by de gratie Gods Prince van Orange en Nasfau, Grave vah Catzenelnbogcn, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buren, Leerdam en Culenborg, Mar- quis van Veere en Vliffingen, Baron van Breda, Diest, Beylftein, der Stad Grave en Lan! de van Cuyk, Ysfelftein, Cranendonk, EindI hoven en Liesveld, Onafhankelyk Heer van de  Octroyeii en Privilegiën tot redemtie en afkoop van Confiscatien, &c. 46i de Vrye en Souveraine Erf-Heeriykheid Ameland, Heer van Borculo, Breedevoort, Lichtenvoorde, 't Loo, Geertruidenberg, Glundert , Sevenbergen, de Hooge en Laage Swaïuwè, Naaltwyk, Polanen, St. Martensdyk, Soest, Baaren en Ter Eem, Willemftad, Steenbergen, Montfort, St. Vith, Burgenbach en Daasburg , Erf-Burg Graaf van Antwerpen, Erf-Marfchalk van Holland, Erfstadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Capitein en Admiral General der Vereenigde Nederlanden , Eif Capitein Generril en Admiraal van de Unie, Ridder van de Kousfeband en van den Swarten Adelaar, &c. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofce hooren leefen, Salut! Doen hier meede te weeten: Dat offchoon in onfe Graaffchappen Buuren, Leerdam en Culenborg, nevens onfe Baronien Ysfelftein en Acquoy, mitsgaders onfe Vrye en Souveraine Erf-Heerlykheid Ameland, tot hier aan toe, het Recht van Confiscatie der Goederen van zodanige Delinquanten, welke uit hoofde van begaane misdaden hun Lyf of Leeven hebben verbeurt, heeft plaats gehad en is geëxerceert geworden, egcer daar in eene wefentlyke hardigheid gelegen is, dewyl derfelver Vrouwen, Kinderen of naaste Bioetvrienden, hoe zeer op zig zelfs ten eenemaal onfchuldig, door het verlies van voorfz. Goederen, aan die ftraffen mede moeten participeren , gelyk dan ook, om deefe en andere redenen, het gemelde recht van Confiscatie fuccesüve in verfcheide Ryken en Staaten, fpecial in de Provinciën van Holland en Zeeland, alwaar voorheen daarvan op gelyke wyfe gebruik is gemaakt, en nog laatst door de Heeren Staaten .General deefer Vereenigde Nederlanden, na voorafgegane communicatie aan en vooroverleg met ons als Erf - Stadhouder, by Placaat van den 10 Augufty laatstleden, ten opfigte der Landen van Braband, van Overmaaze, van Vlaanderen en van het Overquartier van Gelderland, Resforte van deefen Staat, geheel en al, en voor altoos, is gemortificeert en afgefchaft geworden: En "wy, ten reguarde onfer voornoemde Graaf4fchappen, Baronien en Heerlykheid, tot algemeen nut en welfyn van derfelver Ingefetenen , allezints genegen weefende die loftelyke voorbeelden te volgen: Zoo is 't, dat wy, met advys van die van den Raade onfer Domeinen, hebben goed» gevonden, te ordonneeren en te ftatueren, gelyk wy ordonneren en ftatueren by deefen; Dat van nu voortaan in onfe Graaffchappen Buuren, Leerdam en Culenborg, gelyk mede in onfe Baronien Ysfelftein en Acquoy, mitsgaders in onfe Vrye en Souveraine Erf-Heerlykheid Ameland, het Recht van Confiscatie der Goederen van Delinquanten, in 'tgeheel of ten deele, om welke reeden of oorfaak en uit hoofde van welk Delict, groot of klein, het ook zoude mogen weefen, geene, zelvs niet het Crimen Perduellionis of Icefe Majeftatis uitgefondert, geen plaats meer zal heb* ben, ten dien einde in zoo verre mede abolerende, casferende en te niet doende alle Privilegiën, Wetten, PJacaten, Ordonnanti-6 en, Couftumes en Ufantien, welke hier aan zonden mogen contrariëren, niet willende dat voor 't vervolg van defelve, in dat opfigt, eenig gebruik zal werden gemaakt, teffens met expresfe last en bevel aan de Crimineele Officieren en Gerichten in onfe voornoemde Graaffchappen, Baronien en Heerlykheid, om in geene faaken, nog over eenigerhande" deliden, hoe ook genaamt, de Confiscatie der Goederen van Delinquanten refpeétive te eifchen, te adjudiceren of te decernerenj maar zig, eenieder in desfelvs qualiteit, na deefe onfe welmeenende intentie exact te reguleren. En op dat niemand hier van eenige igno« rantie zal mogen hebben of konnen voorwenden , ordonneren wy meede, dat dit ons Piacaat alomme in onfe bovengemelde Graaffchappen, Baronien en Heerlykheid zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar men gewoon is zodanige publicatien en affixien t© doen. Aldus gedaan en gearrefteert op ons Hof in 's Gravenhage den 17 September 1778. (Was geteekent,) W. Pr. v. ORANGE, (Lagerflond,) (L. S.) Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (fiecontrajigneeri,} A. ARDESCE 3M 3 Re.  4^2 Placa.iten. 3. Bock. 5. Titul. 4- Refoiutie van de Staaten van Holland, tot affchaffing der Confiscatien van Goederen yan Delinquanten, in den Lande van Vianen en Ameyden. Den 29 'Juny 1781. Is geleefen hec Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 12 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den eerften daar te vooren, geëxamineert de daar by vermelde Misfive cum annexis, door de eerfte en andere Raaden van de Kaamer van Jiülitie van Vianen en Ameyden den 31 Mey uit V;ancn aan hun Edele Groot Mog. gefchreeven, waar by uit hoofde der reedenen daar toe geallegeert, verfoeken, te mogen bekomen hun Edele Groot Mog. Declaratoir, of de confiscatie van Goederen verftaan moet worden opgeheeven te zyn ook in den Lande van Vianen en Ameyden, feedert de Refoiutie, door hun Edele Groot Mog. ais Staaten van Holland en fVestvriesland op den eerften Mey 1732 omtrent de confiscatie genomen, cn zoo j.i, als dan met eene gelyke Refoiutie v.m hun Edele Groot Mog., als S'j'.iverainen van den Lande yan Vianen en Ameyden, te worden gemunieert, welk Advis hier na volgt geinfereert. De Gecommitteerde Randen, inge- volge en ter voldoening aan Uldele Groot Mog. Refoiutie van den eerften deefer loopende maand, geëxamineert hebbende de daar by vermelde Misfive cum annexis, door de eerfte en andere Raaden van de Kamer van Juftitie van Vianen en Ameyden, daags ce vooren uit Vianen aan ÜEdele Groot Mog. gefchreeven : hebben bevonden, dat defelve, uit hoofde van de daar by geallegeerde reedenen verfoeken, te mogen bekoomen Ufidele Groot Mog. Declaratoir, of de confiscatie van Goederen verftaan inoei worden opgeheeven te zyn ook in den Lande van Vianen en Ameyden feederc de Refoiutie, door UEdele Grooc Mog. als Staaten van Holland en fVestvriesland op den eerften Mey i73aomtrenc de confiscatie genoomen, en zoo ja, als dan met eene gelyke Refoiutie van UEdele Grooc Mog.-, als Souveraincn van den Lande van Vianen en Ameyde, ce worden gemunieert. Om, in conformiteit van de voorfchreeve Refoiutie, UEdele Groot Mog. te dienen, van Confideratien en Advis, zuilen de Gecommitteerde Raaden niec nodig hebben in een breedvoerig onderfoek van de voorgaffelde vraage zig uic te la:en, in confideracie, de gemelde i eerfte en andere Raaden, die als Judices primarii in den Linde van Vianen ' cn Ameyde gewoon zyn te onderfoeken cn te bcoordeelen, of, en in hoe verre geëmaneerde Wetten op de hun voorgedraage gevallen moeten verftaan worden applicabel ce zyn, duidelyk declareeren, dat zy, op de gronden, vervat by eene teffens overgefonden Memorie van den Drosfard 's Lands van Vianen en Ameyde voornoemt, van begrip zyn, dat de voorgemelde Refoiutie het Land van Vianen cn Ameyde geenlints regüardeert. Zullende de Gecommitteerde Raaden overfuiks alleen maar aanmeiken, dat het voorgemelde begrip niet ongefundeert kan voorkoomen, wanneer men agt geeft, dat uic die Refoiutie zelfs volledig kan opgemaakt worden, dat UEdele Groot Alog. te dier tyd geen intentie hebben gehad, om het daar by vermeld faveur aan die van Vianen meede te doen geworden. 1. Om dat de affchaffing der confiscatie bepaalt word tot die gevallen, waar in de Hoven van Juftitie of eenige andere Regtbenk deefer Provincie als Regters fungeeren: en dus niet als de Kamer van Juftitie te Vianen hec RcgterAmpt bekleed, dewyl defelve door UEdele Groot Mog. nimmer een Hof van Juftitie, nog met den eenvoudigen naam van Regtbank deefer Provintie geciculeert word. 2. Om dat de Aanfehryving toe obfërvanrie van de daar by vermelde vryftelling alleen gedaan is aan de beide Hoven van Juftitie, mitsgaders aan de Officieren en Scheepenen, en verdere Regtbanken, Crimineele Jurisdictie hebbende, zoo in de Steden als ten platten Landen in deefe Provincie, onder welke benoeming al meede de meergemelde Kamer van Juftitie, uit hoofde van de zoo evengemelde reedenen, niet kan verftaan worden gecomprehendeert te zyn; te minder, nadien de herhaaling van de woorden in deefe Provincie, duidelyk doet zien, dat defelve alleen relatie heefc tot die Regtbanken, welke mee opfigt toe geëmaneerde Wetten buiten alle bedenken en wel van ouds onder Holland behoord hebben, en mitsdien niet hec Land van Vianen en Ameyde, vermits het zelve nog kort te vooren onder een ander Heer, onder andere Wetgeeving, en onder andere foort van Regeering zvnde geweest, overfuiks even zoo min als diverfe andere daar omcrenc ge-  Oclroyen en Privilegiën tot redemtie en afkoop van Confiscatien, &c. 4$} geleegen Diftriéten kan verftaan worden onder de generaale Hollandfche Wetten begreepen te zyn. 3. Om dat, blykens de meergemelde Refolutie> eene voornaame reeden tot èc gedaane Affchaffing is geweest de onJeckerheid en fittUueer'tng omtrent de Confiscafie plaats gehad hebbende; al het welke geen relatie heefc tot Vianen en Ameyde, dewyl de daar vigcerende Statuten op dit poinct zeer duidelyk zyn, als dicteerende eenvoudig: „ dat de con„ fiscatie aldaar generaal plaats heeft, „ ingevalle iemand eenig delict metter „ dood ftrafbaar gecommitteert mogt heb„ ben; dog dat in reguaid van de Inge„ feetenen der Steede Vianen en Vry„ heid van dien, de Confiscatie geredi„ meert zal mogen worden ééns hondert „ guldens." Daar dan door deefe duidelyke wet alle hffifitatie, alle dubieteit, alle fluctueering, ja alles wat eenigfints duifier op andere plaatfen mogte zyn, voor Vianen en Ameyde ten eenetaaie is weggenoo- / men, proflueerc daar uit van zeiven, dac ' de meergemelde Refoiutie, als alleen geëmaneert tot wegnceming van duifterheeden en onfeekerheid, op den Lande van Vianen en Ameyde geenfints applicabel gemaakc kan worden. By al hec welke men laatftelyk 4. Nog kan voegen, dat dewyl UEdele Groot Mogende nimmer gewoon zyn eenige Wetten van groot belang of aan- \ fien te arrefteerén, zonder zig byfonder • lyk.te hebben doen informeeren nopens j de belangen van die geenen, welke de voorfchreeve Wetten zouden regardee- J ren, mitsgaders nopens het geene daar omtrent verder in confideratie zoude kunnen koomen; dit zelfs doed zien, dat de voorgemelde Refoiutie hec Domein van Vianen geenfints concerneert, als zynde nog by UEdele Groot Mogende zelfs, nog by hoogst derfelver Gecommitteerdens, de Gecommitteerde Raaden , of de Kamer van Juftitie, met relatie tot de belangens &c. van UEdele Groot Mog. Viaanfche en Ameydenfche Onderdanen, geadvifeert geworden; terwyl daar en teegen de beide Hoven van Juftitie'de belangens, zoo van UEdele Groot Mog. als die van de Ingefeetenen van deefe Provintie, in de gehoudene Befognes hebben kunnen helpen overweegen. De Gecommitteerde Raaden vermeenen dan, zoo qm deefe, als om eenige verdere door den Drosfard van Vianen voorgedragen gronden, dat de voorfchreeve Refoiutie van i Mey 1732 niet kan verftaan worden te reguardeeren UEdele Groot Mog. Souverainiteit en Domein van Vianen en Ameyde; en zouden de¬ felve alzoo hier mede hunne confideratien kunnen beiluiten, indien niet vermeenden de intentie van UEdele Groot Mog meede te brengen, dat de Ge« committeerde Stadiën, ingevalle van zoodanig begrip mogten zyn, ook tefrens zouden voordragen, of hun gevoeglyk voorkwam, dat de meergemelde Confiscatie voortaan in den Lande van Vianen en Ame .de kwam op te houden. Omtrent welk poinct dc Gecommitteerde Raaden dienvolgende de vryheid neemen aan te merken: Vtor eerst, dat hoe zeer de confiscatie in oude tyden misfehien haare nuttigheid heeft gehad, cn met goed overleg geintroduceert kan zyn, defelve nograns in deefe vellichter Keuwen, in welke de Menfchen dcor geen fterker, eenvoudiger en meer indruk maakende middelen van het bedryven van mia&iaden weeder houden kunnen worden, als door den gefuiverden waren Godsdienst, en eerbied voor de Goddelyke Wetten, tot voorkooming van het perpetreeren van doodfchuldige misdaaden, van geen het minfte nut geoordeeld kan worden, in confideratie, die geenen, welke door den Godsdienst van het bedryven van zodanige delicten niet kunnen weerhouden worden, zig daar van niec zulien laaten diverteeren door een overleg van het interest hunner Kinderen en Bloedverwanten. Ten anderen, dat de Confiscatie bó* ven dien zeer hard is in een tyd, waar in geene dood waardige misdaaden, zoo als in de vroegere Eeuwen, met Geld kunnen of mogen gered imeert en afgekogt worden; als men reflecteert, dac defelve ten nadeele ver/trekt meer van de Kinderen en Bloedverwanten der Misdadigen, welke aan het bedrevene 011fchuldig zyn, als aan de Misdadigers zelve. Vooral dat zulk een regt ten uitterften hard is een Eeuw en Land, daar de Souverein niet geconfidereert kan of wil worden, als een wreekend Regter, maar als een meedelydend en goedhartig Vader en verforger van zyne Onderdaanen. Ten derden, dat wel het regt van Confiscatie overal onder de Regalia Principum geftelt word, en UEdele Groot Mog* het Domein van Vianen en Ameyde ook met dat Regaal titulo onerqfg hebben verkreegen, maar dat het zelve nogtans zulk een Regaal is, het geen grootmoedige Vorften, en vooral UEdele Groot Mog. zullen, wenfehen, dat niet behoeft geëxerceert te worden, en ook zoo weinig te pasfe komt, dat de Ge^ committeerde Raaden niet hebben kunnen ontdekken, dat zeedert den aankoop van het voorfchreeve Domein in het jaar  464 Placaaten. 3. Boek 5. Titul. 1725 te dier zaake ietwes in 'sLands Kasle is verantwoord geworden. En eindelyk Ten vierden, dat de affchaffing van zoodanig een hard, ja in zig zelvcn thans hntelyk, en voor '» Lands Kasfe van Vianen niets of zelden iets imoorteerend regt, eene gratie zoude weefen, welke UEdele Grooc Mog. Onderdanen in het Domein van Vianen en Ameyde niec alleen meer en meer aan hoogstdefelvc zoude verbinden, maar ook verder van UEdele Groot Mog. vaderlyke zorg voor hun overtuigen, en hun dus met te meer icveren vertrouwen doen obferveeren a//e We dat voortaan tot het Collegie van de zestien Vroedfchappen der Stad Medemblik admisfibel zullen zyn Perfoonen, dewelke den ouderdom van twintig jaaren'en daar boven zullen hebben geadimpleert, en daar van te verleenen haar Edele Groot Mog. Oclroy in ordinaria forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en vei (laan, conform het verfoek by de vooriz. Requeste gedaan, te verklaaren, dat voortaan tot het Collegie van de zestien Vroedfchappen der Stad Medemblik admisfibel zullen zyn Perfoonen, dewelke den ouderdom van twintig jaaren en daar boven ziff len hebben geadimpleert; zullende hier van Brieven van Oétroy ten behoeve van de Vertoonders werden gedepecheert. 8. 1 Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan veertig Raaden of Vroedfchappen der Stad Delf word toegekend het recht, om over de verf teken van hunne Mede-Leden tot ontfiag van hunne Vroedfchaps-plaat fen te delibereren cn te disponeeren. Den 6 Maart 1777. By Refumtie gedelibereert zynde op het Rapport den 23 January defes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne', hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutien commisforiaal van den 9 en 11 Augufty 1775 en 5 April 1776, geëxamineert het Berigt van de Veertig Raden en Vroedfchappen derSrad Delft van den 29 July te vooren, tot voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 18 November 1774, op de Requeste van Mr. Adriaan van Vredenburch, Veertig Raad hunner Stad, en Bewindhebber der Oostindifche Compagnie ter Kamer Delft, ten einde haar Edele Groot Mog., by form van interpretatie van het Handvest en Privilevan Vrouwe Maria van Bourgondien, in Maart 1476, ftylo curiee, aan de Stad Delft verleent, zouden gelieven te verklaaren, dat desfelfs verfoek aan hun gedaan, om zonder aclueele ontvryding van zyn Poorterfchap, gehouden te worden voor ontflagen van zyn post als Veertig Raad, dog by Refoiutie van de meerderheid van den 10 December 1773 gedeclineert op fundament, dat het zelve, zoodanig als het legt, met het voorfz. Privilegie zoude ftryden, daar mede niet ilrydig is; en, ten tweeden, dat, vermits dan de eenige reden, waarom het zelve verfoek zoude zyn gedeclineert, zoude cesfeeren, hy behoudens zyn Poorterfchap, als nog mogte worden gehouden voor ontflagen; als mede de Requeste van de minderheid der Veertig Raden der gemelde Stad, zig met het voorfz. Berigt, als declina¬ toir zynde, en verfcheide zaaken van reflectie contineerende, niec hebbende geconformeert, maar daar tegens de noodige aanteekening gedaan , als vermeenende, dat op hec gemeld ; verfoeit van Mr. Adriaan van Vredenburch \ favorabel had behooren te worden berigt, fup1 pediteerende vervolgens nevens hunne Keques* i te, in hunne refpective qualiteiten, een Memorie van eerbiedige vertooning met eenige Bylaagen, met verfoek, dat haar Edele Groot Mog., na overweging van het wederzydfche gededuceerde, het voorfchreeve Privilegie zoodanig zouden gelieven te interpreteeren of te declareeren, als haar Edele Groot Mog., ten meesten nutte derfelver Stad, cn tot geruscftelling van der Supplianten confeientien, volgens derfelver hooge wysheid en Souverain gefag, zullen oordeelen te behooren; en eindelyk de Requeste van voornoemden Mr. Adriaan van Vredenburch, waar by verfogt heefc favorable dispofitie op zyn bovengemeld verfoek van den 18 November 1774. Is goedgevonden en verflaan te verklaaren, gelyk haar Edele Groot Mog. verklaaren by defe, dat het aan de veertig Raden of Vroedfchappen der Stad Delft vry ftaat en geoorloofc is, om de verfoeken van hunne MedeLeden , een einde van hunne Vroedfchaps* plaatfen met behoud van het Poorterfchap ont* Hagen te worden, in deliberatie te neemen, en daar op te disponeeren, zoo al s oordeelen en vinden te behooren; en voorts, gelet zynde, dat de dispofitie over zoodanige verfoe* ken tot het Domesticq Departement van de Regeeringen in de respeélive Steden fpecleert, en daar aan niet behoort te worden onttrokken, êm  472 Placaaten. 3. Boek. 6. Titul. den Suppliant tc renvoyeeren aan veertig Raden cn Vroedfchappen der gemelde Stad, ten einde over desfelfs aldaar op nieuws te doene verfoek, gedelibereert, cn, het zy met eenpaarigbeid, het zy by meerderheid van Hemmen , gerefolveert te werden als bevonden zal worden tc behooren. En tal Extract defer gegeven worden aan de Veertig Raden en Vroedfchappen der Stad Delft, als mede aan den voornoemden Mr. Adriaan van Vredenburch, om hen daar na tc rcguleeren respectivelyk. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by het getal der Leden van de Vroedfchap te Oude. water word gcreduceert op twaalf Perfoonen. Den 24 >6'. 1777- Is geleefen de Requeste van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Steede Oude- ï water, tc kennen geevende, dat het haar ' Edele Grooc Mogende gelieft had, zonder | prejudicie van de Privilegiën aan gemelde Stee- ! de verlcenc, defelve Sceede Oudewater, ten haaren welftand, rust en goede Regeering, op den 8 September io"u te Octroyeeren cn begunstigen, dat dc voorfchreeve Steede zoude zvn onder de Rcgecring van vier cn twintig Perfoonen, Vroedfchappen aldaar; op welke Octroy de Regeering eenige tyd gefundeert geweest zynde, het vervolgens haar Edele Grooc Vfóg., op hec te kennen geeven van der Supplianten Praïdecesfeuren, behaagt had, in aanmerking dac veele der aanfienlyklle en gequaiilïceerite Perfoonen waaren overleeden, I en dat 'er genoegfaam geene frabile Perfoonen waaren te despicieeren, de raeergedagte Stee- i de op den 10 Eebruary i6~i nader te Octroyeeren , dat de Vroedfchap aldaar zoude mogen uitfterven op een getal van ngtien Perfoonen en daar op gereduceert blyven, u\ twyfens dc Copyen Oetroycn annex* de Requeste; dac de Regenten der voorfchreeve Sceede vervolgens ook daar van gejouisfeerc, en zig / naar den inhoude van her gemelde nader Oc- / troy gereguleerc hadden , dog dat de Suppli anten voor het teegenwoordige zig des wee gens zeer verleenen vonden , geconfidereert 'er in dit loopende jaar, na dat er reeds twee 1 Vroed fehappen waaren vacant geworden, bin- j nen den tyd van eenige weinige maanden drie Leeden van de Vroedfchap fuccesfivelyk waaren overleeden, en dac daar ceegens, vermits dc kleinheid der voorfchreeve Steede (waar in ook veele Roomfchgefinden woonden) en het affterven van verfcheide der notaabel ite Per- I foonen, het aan bequaame Subjecten deficieer- i de, om hec voorfchreeve bepaald getal van agtien Leeden niet alleen weed er te fupplee- ren, maar ook verder compleet te houden; waarom zy Supplianten vermeenden,' dac het ten dienfte der voorfchreeve Steede zoude ftrekken, indien hec getal der Vroedfchappen aldaar, naar het exempel der Sceede Woerden, mogce worden gereduceert, en tot op twaalf Perfoonen uitfterven; weshalven de Supplianten (als eenpaarig zonder eenige overftemming hier coc hebbende gerefolveert) mec voorkennis van zyn Hoogheid den 1 leere Prince Erfftadhouder verfogten, dat haar Edele Groot Mog. hun Supplianten geliefden te begunlhgen en te Occroyecrcn, dac de Vroedfchap der Steede Oudewater verder zal mogen uit(lcrven op een getal van twaalf Perfoonen, en daar op gereduceerc blyven voor altyd, mies dac hec telkens binnen den tyd van agt dagen, na dat een van de twaalf Leeden der Vroedfchap zal weefen overleeden, een ander in des overleedens plaatfe by de Vroedfchap werde geëligeert en gefurrogeert, alles onvermindert voorgaan ie Oetroycn cn Privilegiën aan de voorfchreeve Steede verleent, en hier van te verleenen Brieven van Oétroy in Communi forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, Burgemeesteren en Vroedfchappen der Steede Oudewater te Oétroyeeren, dat de Vroedfchap derfelver Steede, in plaats van te beftaan uit agtien Perfoonen, 'verder zal mogen uitfterven op een gecal van cwaalff Perfoonen, en daar op gereduceert blyven voor altyd, mits dat telkens binnen den tyd van agt dagen, na dac een van de cwaalrf Leeden der Vroedfchip zal weefen overleeden ^ een ander in des overleedens plaaes by de Vroedfchap werde geëligeert; alles onvermindert voorgaande Octroyen en Privilegiën aan de voorfchreeve Steede verleend. En zullen daar van behoorlyke Brieven van Oef roy gedepecheerc worden. Re-  Oetroycn van de Magiftraats beftellingen in de Steden. 473 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaring, dat tot Raaden en Vroedfchappen, te Ènkhiii'fen admisfi'bel zyn perfoonen, welke ieder een Zuster ter Vrouwe hebben. Den 5 November 1778. Is geleefen de Requeste van Èurgemeeste- ' ren en Vroedfchappen der Stad Enkhuyfen, vertoonende, dat Mr. E verhard Pan, oudfte Raad derfelver Stad, aan hun had geproponeert hoe by hem zeedert eenigen tyd ipecuJati© was ontftaan; dat, aangefien het Privilegie of Handvest door Keifer Carel den 20 Maart Anno 1523 aan die van Enkhuyfen gegeeven, dicteerde , dat twee Gebroeders, nog'Swagers tot de Vroedfchap admisfibel waaren, 'er by deefe en geene een begrip reffdeerde, als of twee Perfoonen twee Susters ter Vrouwen hebbende, en tusfchen wien geene andere betrekking van affiniteit belfond, effecfivelyk Swagers waaren, en dus moesten verftaan worden, aan die Handvest fubjecf te zyndat, dewyl hy vermeende, de negative hier van te zyn allefints notoir, en overeenkomftig het Regt, in hetbvfonder met de Lex 4. §. 3. f. de Gradibus & apf nibus & nominibus eorum, als meede nog wel expresfelyk met de intentie van den Souverain, die virtualiter uit het agtfte Articul van de politique Ordonnantie is op te maaken, gecorroboreert met meenigvuldige voorbeelden 1 van andere Steeden in deefe Provincie, ge¬ lyke Handvesten, met relatie tot dit point hebbende , en ook alfoo het Octroy der Oostindifche Compagnie by electie van Bewindhebberen word geëxpliceert én gepraef ifeert, dat hy derhalven van hun Vertoonders verfogt te weeten, of dit zyn gevoelen meede alfoo by hun wierd geaccordeerd, dat hoe zeer meest alle de Léeden hunner Vergadering geen fwaarigheid maakten in de affirmative te condescendeeren, men egter raadfaamst had geoordeelt zig desweegens aan hun Edele Groot Mog. te addresfeeren; verfoekende de Vertoonders, dat hun Edele Groot Mog. gelieven te verklaaren , dat tot het Collegie van de twintig Raden en Vroediehappen der Stad Enkhuyfen admisfibel zyn Perfoonen, welke met twee Susters zyn gehuwt, en dus ieder eene Suster ten Vrouwe hebben. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, conform het verfoek> byde voorfz. Requeste gedaan, te verklaaren, dat tot het Collegie van de twintig Raaden en Vroedfchappen der Stad Enkhuyfen admisfibel zyn Perfoonen, welke met twee Susters zyn gehuwt, en dus ieder eene Suster ter Vrouwe hebben. II, Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat rot Magiftraats Leden te Leiden eligibel zyn twee Perfoonen, twee Susters ter Vrouwen hebbende. Den 20 November 1783. Is geleefen de Requeste van die van de groote Vroedfchap der Stad Leyden, houdende, dat by onderfcheidene Privilegiën, Oétroyen en Keuren, betreffende de Magiftraatsbeftelling binnen die Scad , bepaald was, dat nog Vader en Kind, twee Gebroeders, nog twee Swaagers, of tot Burgemeesteren mogten worden verkooren, of op de Nominatie van de festienen tot Schepenen gefteld. Dat de bepaaling van twee Swaagers boven vermeld by veele Leden fpeculatie had gegeeven, als vermeenende, dat nog naar befchreeven Rechten, nog volgens de intentie by hun Edele Groot Mog. te meermaalen gemanifesteert, twee Perfoonen, twee Susters ten Vrouwe hebbende en buiten dien in geen affiniteit den anderen beftaande, even zoo min als twee Perfoonen, daar van de een aan des andere overleedene Suster is getrouwt geweest, het zy dar van zoodanig Huwelyk Kind of . LX, Deel. Kinderen agtergebleeven zouden mogen zyn 9 het zy dat zoodanig Perfoon tot een ander Huwelyk zoude mogen zyn overgegaan of niet, den anderen als Swaagers konden of behoorden te beletten, om of niet te faamen tot Burgemeesteren te werden aangefteld, of ter Electie op de Nominatie van festienen tot Scheepenen gebragt, corroboreerende hunne meening met de letter der Refolutien by hun Edele Groot Mog. den 5 November 1778 op het verfoek van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Enkhuyfen, en den 30 September 1666 op het addres van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Brielle genomen. Dat, hoe zeer by eenige der Leden desweegens geene zwaarigheid was gemaakt, het egter by de Vertoonders was geoordeelt, ter voorkoming ook van alle misverftand voor het vervolg, het meest geraaden te zyn, hun daar over aan hun Ed. Groot Mog. te addresfee3 O ren,  474 Plncnatcn. 3. Bock. 6". Titul. ren, verfoekende de vertoonders, dat door hun F.d: Groot Mog. werde verklaart, dat dc in dé Privilegiën, Oetroycn of Keuren, betrekkelyk tot de Magiftraats befteliing der Stad Leyden, voorkomende bewoording van Swaagers, niet zal worden verftaan van twee Perfoonen twee Susters ten Vrouwe hebbende, even zoo min als van twee Perfoonen daar van de eene aan des andere overleedene Suster is getrouwt geweest, en zulks zonder onderfcheid of van zoodanig 1 Iuwelyk Kind of Kinderen agtcrgebleeven zyn, of ook de overbleevene weeder in een ander Huwelyk is overgegaan of niet en daar van te verleenen Rclblutie in forma. Waai op gebelibereert zynde, is goedgej vonden cn verftaan, by deefe tc verklaaren, 1 dat dc, inde Privilegiën, Octroyen of Keuren, betrekkelyk de Magiftraats befteiling der Stad Leyden, voorkomende bewoording van Swaagers, niet zal worden verftaan van twee Perfoonen, twee Susters ten Vrouwen hebbende, even zoo min als van twee Perfoonen daar van de eene aan des andere overleedene Suster is getrouwt geweest, en zulks zonder onderfcheid of van zoodanig Huwelyk Kind of Kinderen agtcrgebleeven zyn, of ook de overbleevene weder in een ander Huwelyk is overgegaan of niet. 12. Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot vernietiging van een nieuw Regeerings Reglement, te Ileus den beraamt. Den 16 Maart 1787. Dé: Gecommitteerde Raden van dc Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen , die deefe zullen zien, of hooren leefen, falut: Alfoo de zig noemende Magiftraat der Stad Heusden, by Misfive, gefchreven in hunne Vergadering aldaar, den 12 deefêr, aan hun Edele Groot Mog. verklaard heefc, dac zy onmogclyk voldoen konden aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie van den 9 deefer, om redenen, breeder in defelve Mi.-iive vervat; En de belangens van den Lande nogtana volftrekt noodzakelyk maken, du: ce Beveelen, welke by defelve Refoiutie niet dan na een ryp overleg, mitsgaders in allen opfigte overeenkomftig 's Lands waare welvcefen, Conftitutie, en den aart der zaake, door den Souverain beraamd zyn, volledig ter uitvoer werden gebragt. Zoo 1 s 't, dac de Gecommitteerde Raaden voornoemt, UIT DEN NAAM, EXDE VAN WEGENS DE EDELE GROOT MOG. HEEREN STAATEN VAN HOLLAND EN WESTVRIESLAND, overeenkomftig hoogstderfelver nadere Refoiutie van den 14 deefer, hebben goedgevonden en verftaan, al het geen open na den 6 January laatstleeden, met betrekking tot de Magiftraatsbeftelürg binnen de Stad Heusden is voorgevallen, by deefe te vernietigen , en buiten effect te fteilen; verklarende al het zelve dadelyk te herftellen op dien voet, waarop hec voor den gemelden tyd geweest is, waar na een yder, dien hec moge aangaan, zig zal hebben te gedragen. Ontflaan wyders dc Ingefeetenen der genocide Stad, van welken (taac of conditie defelve zyn mogten, van den gedaanen Eed op het nieuwe Regeerings Reglement, het welk aldaar op den voorfz. 6 January beraamd is, in welke betrekking defelven daar op den Eed zouden mogen hebben afgelegt: Ordonneeren cn gelascen voorts, dat allen en een iegelyk zig ten zorgvuldigften zullen hebben te wagten en te onthouden van al het geen aan het gunc voorfz. is eenige verhindering zoude kunnen coebrengen, direclelyk, of indirecf elyk; als hec welke niet anders zoude kunnen worden aangemerkc, dan als een roekeloofe indragc tegen de Hoogheid van den Souverain, en mitsdien te moeten incurreeren hunner Edele Groot Mog. hoogde indignatie, mitsgaders ahu/ke onaangenaame gevolgen, correcfien of ftrafïcn, als de overtreeding van Hoogstderfelver Beveelen billyk verdiend. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen prxtendeeren, zoo gelasten en beveelen wy, uit den name en van wegens als boven, dat deefe binnen de Scad Heusden, ten overftaan van de Heeren dotterbooke en Bogoert, die wy uic ons midden derwaarts gecommitteert hebben, zal worden gepubliceert, en wydersgeafligeert ter plaatfe, daar zulks, zoo binnen de Stad Heusden, als op de Dorpen daar onder resforteerende, gebruikelyk is, en behoord te gefchieden. Aldus gedaan en gearrefteert in 'sHage, den 16 Maart 1787. (Onderfloudf) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (lias geteekent,") A. J. ROYER. Ra  O&royen van de Magiftraats beflcllingen in de Steden. 475 13. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling% welke Perfoonen tot Vroedfchappen te Purmerende verkiesbaar zyn. Den 14 November 1788. Is geleefen de Requeste van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Purmerende, vertoonende, dat de Vroedfchap hunner Stad by een geruimen tyd na de opregting der Republicq had beftaan uit een en dertig Perfoonen. Dat egter dit getal al vroeg te groot, en daarom ondienffig en fchadelyk voor de Stedelyke belangens wordende geconfidereerd, dierhalven der Vertoonderen Prsedecesfeuren in het begin der zestiende Eeuw het zelve tot beneden de twintig hadden doen uitfterven, en van Uw. Ed. Gr. Mog. verfogt, en op den 26 February 1626 geobtineerd, dat de zelve Vroedfchap voortaan in het getal van twintig Perfoonen zoude beftaan. — Dat de Regeering zedert overweegende het klein begrip en omflag derfelve Stede, als meede dat ook verfcheide Steden binnen deefe Provincie, meerder in groote, met minder Vroedfchappen geregeerd wierden, niet alleen defelven verder had laaten uitfterven tot op vyftien perfoonen, maar hier in ook by Octroy van Uw Ed. Gr. Mog. in dato 29 Maart 1669 was geaP" probeerd geworden, by welk Octroy het zelve getal niet alleen voor het vervolg was vast gefteld, maar ook by die geleegenheid, conform weder aan der Vertboonderen PraedeceS' feuren verfoek, was geftatueerd onder anderen : „ Eerftelyk, dat nooit tot eenige ver„ dere vermindering gerefolveerd, nog „ verfoek gedaan zoude mogen worden. „ Ten anderen, dat geen Susterlingen „ (dat zyn Broeder en Susters Kinde„ ren) nog Perfoonen, malkanderen „ nader in den Bloede beftaande te ge„ lyk in de Vroedfchap zouden mogen „ weefen. „ Ten derden, dat niemand tot Vroed„ fchap verkooren zoude mogen worden, „ ten zy hy zelfs een Ingebooren Bur„ ger ware, ofte een Ingebooren Bur„ gers Dochter getrouwt hadde, of ge„ trouwd zoude gehad hebben. Dat na dien tyd geene alteratie ten deefen opfigte in voornoemde Octroy verfogt zynde, het zelve tot den huydigen daage aldus wasgeobferveerd gebleeven, edog niet zonder merkelyke prejudicie voor der Verthoonderen Stad, en goede Burgery, in opfigt van het laatst genoemde of derde Articul, by welke de Leden der Vroedfchap bepaald wierden tot Ingeboovene Burgers, of zoodanigen, die met Ingeboorene Burger Dochters zyn gehuwd of gehuwd geweest. Dat de reeden hier van palpabel was, en geen of weinig bewys requireer.de. Dat namentlyk zy Verthoonders van de utiliteit eener diergelyke bepaaling zeer gaarne convenieerden omtrent grootere S;ecden, welke in hunne eigene boefem een genoegfaam getal kunnen vinden van aanfienlyke Inboorlingen , bequaam om tot eer en dienst van Land en Stad de Posten van Regeering tebekleeden; maar dat de Stad Purmerende zodaanige fource in zig niet hebbende, dierhalven uit die teegengeftelde fituatie van zaaken proflueerde, dat defelve bepaaling allerverderffelykst voor haar moet worden aangefien, te meer, daar defelve Stad langs deefe weg volftrektelyk zynde afgefneeden van de mogelykheid ter verkryging van meer goede en notabele, maar buiten defelve Stad gebooren, Gehuwde, of Ongehuwde Luiden , welken indien door het bovengemelde Articul niet wierden verhinderd, zig ook te Purmerende zouden kunnen etablisfeeren, hier door (indien daar teegen niet tydig voorfien wierde) ftond veroccafioneert te worden, dat de Posten der Regeering zouden moeten vervallen aan zoodaanige Luiden, welken defelve in 'geene deelen convenieerden, en die zig ook zelden of nooyt zouden kunnen verkrygen de noodige bekwaamheid, en voornaraentlyk die agting, en dat gezag, van welken Regenten in een Land van goede ordre by hunne Burgery op eene betaamelyke wyfe behooren te gaudeeren. Dat daaromme de Verthoonders, vermeenen, dat de bovengemelde voorfiening hoe eer hoe beeter dient te worden geëffectueerd, en confidereeren, dat defelve niet gevoeglyker kan worden gevonden, (daar de twee eerfte Articulen niet gefchikt waaren tot eenige alteratie) dan wanneer hot meergemelde derde Articul ook wierde geëxtendeerd tot zodaanige Luiden, die drie jaaren in de Stad Purmerende zyn woonagtig geweest, verfoekende de Verthoonders met voorkennis van zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder, dat het hun Edele Groot Mogende goede geïiéfce zyn mogte om uic Hoogstderfelver Souveraine magt en authoriteit, by ampliatie en alteratie van het zelve derde Articul (blyvende voor het overige het Octroy in volle kragt,) in plaats der jegenwoordige bewoording , te ftatueeren deefe navolgende. „ Ten derden, dat niemand tot Vroed„ fchap verkoren zal mogen worden, ten „ zy hy zelfs een Ingebooren Burger zy, „ ofce eene Ingeboorene Burgers Doch„ ter Getrouwd hebbe, of gehad zal „ hebben; ofte dat hy den tyd van drie „ jaaren in defelve Stad als Burger woon„ agtig zal zyn geweest; in welk laatfte 30 2 „ ge-  47 6 Placaaten. 3. Boek. 5. Titul. „ geval hyeven admisfibel zal zyn als in „ do voorgaande gevallen by dac Articul gementioneerd." Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, conform hec verfoek by de voorfz. Requeste gedaan by ampliatie en alteratie van het derde Artikel van het Oétroy den 29 Maart 1660 aan de Stad Purmerende verleend, te ftatueeren; ,, ten derden, dat ,, niemand tot Vroedfchap verkoren zal mo„ gen worden, ten zy hy zelfs een Ingeboo- „ ren Burger zy, ofte eene Burgers Dogter „ getrouwd hebbe, of gehad zal hebben; of,, ce dac hy den cyd van drie jaaren in defel„ ve Stad als Burger woonagcig zal zyn ge„ weesc; in welk laacfte geval hy even ad„ misfibel zal zyn, als in de voorgaande ge„ vallen by die Artikel gementioneerd," blyvende voor hec overige hec voorfz. Octroy in volle kragc; en zullen hier van Brieven van Octroy een behoeve der Verthoonders worden gedepecheerd. *4- kefolutte van de Staaten van Holland, hou¬ dende l>epaaling van de manier, die omtrent de verkiezing der Vroedfchappen te Monnikkendam, moet worden in acht genomen. Den 9 July 1789. "Ts gelefen de Requeste van Burgemeesteren J_ cn Vroedfchappen dor Stad Monnikendam, houdende de redenen van derfelver verlegenheid, daar het getal van Vroedfchappen zig DU bepaald tot elf Leden, die te famen geen genoegfvam getal uitmaaken, om de jaarlykfche verandering van Burgemeesteren , die op den 9 Augustus aanftaande moet plaits hebben , als naar gewoonte by Boontrekking, en hec formeeren van drie nominatien te doen, en het zig niet laat aanfien, zoo uithoofde van het gebrek van de daar coe genoegfaam gequalificeerde Perfoonen in hunne Stad, ofte die de tegenswoordigc hcrftelde en bevestigde Conftitutie naar behooren zyn toegedaan; dat de vier nog vaceerende Vroedfchaps Ampten door zyn 1 loogheid voor den gemelden 9 Augustus zullen wefen vervuld, door dien, volgens den inhoud van het lanst Oétroy de Vroedfchap op dien dsg moet voltallig wefen, en alfoo het getal van vyftien Leden uitmaaken, in dien door de tusfehenkomst van hun Edele Gr. Mog. daar in niet wierde voorfien; en waar by vervolgens, met voorkennis en approbatie van zyn Hoogheid den Heere Prince Erfihdhouder, hebben verfogt, dat, daarvan de ferm van Boontrekking en het maaken van Nominatien, by gecne Handvesten of Privilegiën, aan de zelve Stad gegund en gegeven, maar alleen berust op een oud aangenomen gebruik, zy Vertoonders door hun Edele Gr. Mog. mogten worden geaüthorifeert, om, zoo lang de Vroedfchap van hunne Stad niet voltallig , cn dus coc hec getal van vyfeien Leden zal zyn gebragt, temogen afzien vanhetcoscumc en aloud gebruik van de Boontrekking en het formeeren van drie Nominatien co? Burgemeesteren, en het verkiefen van de felve uit één der drie geformeerde Nominatien; maar zig volkomen te houden aan het Privilegie van Hertog Aalbrecht van 22 Juny 1404, om daags voor St. Liurens, zynde den 9 Au- ' gustus des morgens de Klokken negen uuren, ƒ in dc Kerk te gaan en niet van daar te fchei1 den, eer door de Vroedfchappen by Oétroy van Koning Philippus van dato 26 July 1564 bepaald op één cn twintig, en by Oétroy van hun Edele Groot Mog. van 24 April 1711 tot j op vyftien Perfoonen (dog om redenen bevo/ rens geallegueerd nog niet voltallig) drie Raden gekooren zyn, en zoo te zamen te gaan naar het Stadhuis, om de drie verkooren Raden als Burgemeesteren onder Eede te neemen; en voorts een Prafidenc Burgemeester te verkiefen, om mede één jaar lang te regeeren; en dat hun Edele Grooc Mog. daar toe aan hun Vertoonders gelieven ce verleenen favorable Refölucie. Waar op gedelibereert, is, conform het verfoek by de voorfchreeve Requeste gedaan, ! en, op fundament van de daar toe gelegde gronden, goedgevonden en verftaan, Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Monnikendam by defe tc authorifeeren, om , zoo lang de Vroedfchap van defelve Stad niet voltallig, en dus tot het getal van vyftien Leden zal zyn gebragt, te mogen aflïen van het costume en aloud gebruik van de Boontrekking, en het formeeren der drie Nominatien tot Burgemeesteren, en het verkiefen van defelve uit één der drie geformeerde Nominatien; maar zig volkomen te houden aan het Privilegie van Hertog Aalbrecht van 22 Juny 1404, om daags voor St. Laurens, zynde den 9 Augustus des morgens de Klokke negen uuren, in de Kerk te gaan en niet van daar te fcheiden, eer door de Vroedfchappen by Oétroy van Koning Philippus van dato 26 July 1564 bepaald op 21 , cn by Oétroy van hun Ed. Gr. Mog. van 24 April 1711 tot op 15 per. foonen; dog, om redenen bevorens geallegueerd , nog niet voltallig, drie Raden gekooren zyn, en zoo te zamen te gaan naar het Stadhuis, om de drie verkooren Raden als Bur-  Oétroy en van de Magiftraats beftellingen in de Steden. 477 15, Refoiutie van de Staaten van Holland't houdende approbatie van een Reglement op de Magiftraats-befteliing te Dordrecht. Den 7 Mey 1790. By refumtie gedelibereerd zynde op de Requeste door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, den 5 Maart deefes jaars aan hun Edele Gr. Mog. gepraefenteerd, waar by, om de reedenen daar in vervat, hebben verfogt, dat hun Ed. Gr. Mog. het daar nevens geëxhibeerde Reglement by hun gearrefteerd, tot befteliing van de Magiftratuur binnen die Stad, uit hoogst derfelver Souveraine magt gelieven te approbeeren en te bekragtigen, en daar toe te verleenen hun Edele Gr. Mog. gewoonlyke Brieven van Octroy in de beste forme, breeder onder de Notulen van den voorfz. 5 Maart. Hebben de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, als mede de Gedeputeerden van de respective Steden, uit den naam en van wegens Burgemeesteren en Vroedfchappen van dezelve Steden, geconfenteerd en bewilligd, zo als hun Edele Gr. Mog. confenteeren en bewilligen by deefe, dat ten behoeve van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Dordrecht, zullen worden gedepecheerd behoorlyke Brieven van Oétroy op het Reglement tot befteliing der Magiftratuur binnen de Stad Dordrecht, zo als het zelve onder den 5 Maart laatstleeden is geinfereerd ,• het welk hun Edele Gr. Mog. approbeeren en bekragtigen. Ordre en Reglement by Burgemeesters en Regeerders der Stad Dordrecht, gearrefteerd tot befteliing van de Magiftatuur binnen de voorfz. Stad. Art. I. Eerstelyk zullen de dienende en oude Magiftraaten, of den Oudraad, biyven en gelaaten worden op het getal Van veertig Perfoonen, den Perfoon van den Schout of Hoofd Officier daar onder gecomprehendeert. I I. By welken Oudraad, nevens de goede Luiden van den Agten, op Drie Koningen avond van den jaare 1793 zullen worden benoemd drie Perfoonen, Leden van den Oudraad zynde, welke aan haar Ed. Gr. Mog. zullen worden voorgedragen ter Nominatie tot Schout of Hoofd Officier deefer Stad, ten einde door zyne Hoogheid, als Erfftadhouder deefer Provincie, daar uit een Perfoon tot Schout of Hoofd - Officier te worden geëligeerd, omme voor den tyd van drie agter een volgende jaaren het Schoutampt deefer Stad te bedienen; welkers functie egter nier eerder zal beginnen als met primo Mey 1793 en alfocontlnueeren tot ultimo April van den jaare 1790» zullende alfoo van drie jaaren tot drie jaaren telkens wederom in maniere voorfz. geprocedeerd worden tot den voorflag, Nominatie en Electie van een Schout of Hoofd Officier deefer Stad. I I I. Tot Schout of Hoofd - Officier deefer Stad, zal genomineerd en verkooren moeten worden een Perfoon uit den Oud' raad, zo nogtans, dat defelve Schout, geduurende den tyd van zyne voorfz. funétie, de zelve fesfie en ftemme in den voorfz. Oudraad hebben en behouden zal, die hy bevoorens daar in als Vroedfchap of Oudraad zal gehad hebben. I V. De Perfoonen, welken tot Schout of Hoofd Officier worden genomineerd en geëligeerd, zullen in alles moeten weefen gequalificeerd, zo als ten aanfien van Schepenen hier na Art. 15. bepaald en vast gefteld is. V. Alle die geenen, welken tot Schout of Hoofd-Officier geëligeerd worden, zullen verpligt zyn, alvoorens in hunne qualiteit te worden geinftalleerd, in handen van den Heer Prasfideerende Burgemeester, ten overftaan van myn Ed. Heeren van den Geregte, te doen den navolgenden Eed. Ik beloove en zweere de Staaten van Hollanden Westvriesland, zynde onfe hooge eh Souveraine Overheid, mitsgaders den Heere Prince van Orange , als Erfftadhouder deefer Provincie , in die qualiteit gehouw en getrouw te weefen, als meede onder derfelver Regeeringe de Kerke Christi naar Gods Heilig Woord te helpen hand houdem 30 3 #3 Burgemeesteren onder Eede te neemen; en voorts een Prrefident Burgemeester uit de afgaande Burgemeesteren te verkiefen, om mede een jaar lang te regeeren. En zal Extract defer gegeven worden aart Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Monnikendam, om haar daar naar te reguleeren.  4?8 Placaaten. 3. Bock. 6. Titul. De Stad Dordrecht, en alle de In- 1 woonderen van dien , in haare Privilegiën tc helpen maimineeren; Recht en Juftitie te doen ten allen tyde; regt- ; vaardige Vonnisfen tc vermaanen, cn regtvaardige fcheidingen te helpen gee- 1 ven tuslcta) twee Manthilen; de Roede van het Schout ampt niet te zul- j len laaten leggen, ten zy dac een ander Schout te Dordrecht gefteld is, daar men regt mee doen mag; en voorts alles te doen, dat een goed en getrouw Schout tot Dordrecht toeftaac en fchuldig is tc doen. V I. De Schout of Hoofd • Officier zal in het Gerecht hebben en behouden den zelfden rang cn ftemruc, en voorts zodanig gef.ig als desfelfs Pr&decesfeurs gehad hebben. V I I. De Schout of Hoofd - Officier, zal ge- ! duurende den tyd van zyne functie niet eligibel zyn toe Burgemeester of tot de bediening van eenig Collegie wegens deefe Stad, als zyn de Collegien van de I Ieeren Staaten Generaal, van den Raad van Staaten, Gecommitteerde Raaden van l Iolland, mitsgaders in de respective Admiraliteiten, als meede in de Reekenkamers zoo van de Generaliteit als van Holland, dan alleen op Drie Koningen avond in liet laatfte jaar van zyne I functie, als wanneer wederom eene nieuwe verkiefing van een Schout gefchieden moet. VIII. By den Oudraad, nevens de goede Luiden van den Agten, (welke goede Luiden van den Agten daar toe hebben en uitbrengen zullen twaalf keuren) zul- f len alle jaaren in Maart, volgens de Pri- I vilegien en oude onverbreekclyke obfervanticn, uit dc Leden van den Oudraad genomineerd worden vier Perfoonen, ten einde aan zyne I hoogheid, den Heere Prinfe van Orange en Nasfau als Erf- I ftadhouder deefer Provincie, te worden geprefenteerd, omme daar uit te kiefen of eligeeren twee Burgemeesteren, welke zuiienfungeeren voorden tyd van twee agter een volgende jaaren , te weetcn het eerfte jaar met ende benevens twee Burgemeesteren, die in den voorgaandenjaa- | re geëligeerd zyn en het tweede jaar met j die Burgemeesteren, die als dan zullen gekoren worden. I X. Zullende met primo April den oudften j Burgemeester in rang, r.a de ordre van de Regeering, het zy hy van het eerfte of ' tweede jaar verkooren is, voor den tyd van drie maanden weefen Proefideerende Burgemeester, met alle zodanige digniteiten en waardigheeden, als alle Bur¬ gemeesteren van de Gemeente hier bevoorens hebben gehad , mitsgaders in alle Collegien en Vergadenngenbinnendccfe Stad, cn fpecialyk ook van den Krygsraad geoblcrveerd hebben: Na de expiratie van welke drie maanden, voor gelyken tyd vervolgens prxfideeren zal, de tweede Burgemeester in den gezegden rang van den Oudraad, in maniere als vooren; en zco confequentelyk de derde en vierde Burgemeester, ieder voor gelyken tyd van drie maanden. X. En zal de pneiideerende Burgemeester telkens, ten einde van zyn Pnefi die of teelt van drie maanden, gehouden zyn te doen zyn Reekening, ge gelyk bevoorens alle vier n vaan den "by den Burgemeester van dc Gemeente gedaan wierd; op welken tyd de voorfz. Reekening zal worden gefloren, en de Burgemeester van 's Heeren wege woic'.en gemaakt, en nopens de ovcrgclecverdc Articulen van de goede Luiden van den Agten in alfulkc manieren ge neerd, als bevonden zal worden te behooren. X 1. En in cas ccn van de voorf/.. vier Burgemeesters, geduurende zyne functie, Jtwarn re overlyden zoo zal dc furrogatic in plaats van den ovcrleedcnen, voor den restccrenden tyd zyncs afgeftorven bedieninge gefchieden even en alfoo, gelyk dc Nominatie cn Electie in voege als vooren gefchied is. X I I. De vier regeerende Burgemeesters zullen, geduurende hunne broche, in de Vergadering van den Oudraad zitten en den rang hebben, voor alle andere Oudraaden cn Magiftraaten; cdog zoo haast hunne voorfz. functie ten einde van de voorfz. twee jaaren zal zyn geëxpireerd, zullen defelve als dan wederom zitten in hunne voorige plaatfen, naar ordre van den Oudraad. X I I I. En zullen voortaan tot Veertigen, Achten , Schepenen, Oudraaden en Burgemeesteren mogen verkoren worden alle Perfoonen, gebooren binnen de Provincie van Holland en Westvriesland, of die by haar Edele Groot Mog. zyn verklaard als zodanige te moeten worden gehouden, na dat de zelve met een Ingebooren Burgers Dogter twee jaaren getrouwd zullen zyn geweest, mits hebbende ook de verdere quah'iicatien by dit Reglement gerequireerd. Wyders zullen in het vervolg aan alle Leden van deefer Stads Regeering, die ter geleegenheid van Ampten en Commisfien , tot welker waarneeming zy voor zeeker geral van jaaren, of ook ai vham buiten dee-  Ocftroyen van de Magi/lraats-bcflcllingen in de Steden. 470 deefe Stad moeten refideeren, of die om andere reedenen zig met 'er woon buiten deefe Stad begeeven , ten behoeve van de Kinderen, die geduurende derzelver refidentie of abfentie buiten deefe Stad zouden mogen gebooren worden; mitsgaders aan alfulke Perfoonen, welkers Vaders, of Moeders, Groot-Vaders, of GrootMoeders refpecfivelyk binnen de Stad Dordrecht gebooren zyn geweest, door den zeiven Oudraad mogen worden verleend Declaratoiren, dat derfelver Kinderen , fchoon buiten de Stad Dordrecht, dog binnen den Lande van Holland en Westvriesland gebooren, in alles zullen worden gehouden, als of defelve binnen de Stad Dordrecht gebooren waren, ten zulken effeéte, dat defelve met 'er woon binnen Dordrecht gekomen zynde, tot Veertigen, Achten, Schepenen, Oudraaden en Burgemeesteren, zullen eligibel zyn, mits voor het overige in alles voldoende aan de requifiten in dit Reglement ter neder gefield. Gelyk ook het zelve regt in allen opfigte zuilen hebben alle die geene, die bevoorens zodanige Declaratoiren erlangt hebben, en waar van eenigen uit kragte van dien bereids Leden van de Regeeringe zyn geworden. X I V. De voorfz. Burgemeesteren zullen zoo wel mogen worden geëligeerd uit de Schepensbank, als uit den Oudraad, zonder eenige diftinótie; des dat defelve zullen hebben de voorgaande qualiteiten en malkanderen niet nader en beftaan als Broeders en Zusters-Kinderen, zoo in affiniteit als confanguiniteit, en den vollen ouderdom bereikt hebbende van zes en dertig jaaren. X V. Het Geregt of Bank van Juftitie zal blyven beftaan uit negen Schepenen, en zullen defelve Schepenen op alle Vergaderingen van den Oudraad worden geconvoceerd ende naar hunnen rang (temmen hebben. Van welke Schepenen het eene jaar vyf en het andere jaar vier zullen afgaan, ende voor St. Michiel wederom, gelyk getal by zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau , als Erfftadhouder van de Provincie van Holland en Westvriesland, na voorgaande Nominatie, aangefteld en geëligeerd worden. Ten welken einde de Veertigen, in gevolge van de Privilegiën, jaarlyks op den tweeden Maandag in September, by befloten Biljetten, zullen formeeren een Nominatie van een dubbeld getal, als namentlyk het eene jaar tien en het andere jaar agt Perfoonen, die alle zullen weefen uit den Oudraad, in gevalle den zei ven Oudraad op het maaken van de Nominatie compleet zoude mogen worden bevonden. Edog by aldien ten voorfz. tyde een of meer Plaatfen van den Oudraad open gevallen zouden mogen weefen, zullen defelve Veertigen als dan de Nominatie ten deelen uit den Oudraad als vooren moeten doen, en wyders tot ieder vacante plaats twee gequalificeerde Perfoonen uic de Burgery nominecren, en daar omtrent prsecife en met de meeste exaótitude in zonderlinge agting hebben te neemen dat de zelve zullen moeten wefen gekomen tot den vollen ouderdom van vyf en twintig jaaren , en zulks in het zes en twintigfte jaar getreden, en boven dien ook ingebooren Burgers, of wel conform het voorgaande dertiende Articul voor zodanige verklaard, of wel Inboorlingen van de Provincie van Holland en Westvriesland en twee jaar lang met een ingeboore Burgeres deefer Stad getrouwd, als meede dat defelve zullen moeten gedaan hebben profesfie van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, en laatftelyk dat ook de voorfz. Perfoonen ten minsten gegoed zullen moeten zyn tot tien duyfend guldens, of immers van hunne Ouders zodanige Erfenisfe te wagten hebben. Ende in cas het mogte komen te gebeuren, dat binnen een jaar meer Plaatfen in den Oudraad kwamen te vaceeren, als door het aanftellen van de voorfz. vyf of vier Scheepenen respective zoude kunnen werden gefuppleerd, zoo zullen de verdere Plaats of Plaatfen opengelaaten, en de Suppletie van dien tot het volgende jaar gereferveerd worden; en zal de voorfz. Nominatie, in voegen als vooren, gedaan ende geformeerd zynde, by de Veertigen overgebragt worden aan den Prefident Burgemeester, om de zelve Nominatie in den Geregte, na ouder gewoonte, gerefumeerd en geëxamineerd zynde, by befloten Misfive ter ordre van de gemelde Geregte overgezonden te worden aan zyne Hoogheid, om van de zelve als Erfftadhouder van de Provincie van Holland en Westvriesland daar uit hoogst desfelfs welbehaaglyke Electie van een enkel getal, als te weeten het eene jaar van vyf en het ander van vier Schepenen, dewelke twee agter een volgende jaaren dienen zullen te erlangen. Ende ten einde by onkunde ofinadvertentie geene Nominatie zoude mogen worden gedaan ftrydig tegens de Privilegiën , of ook tegens de verboden graden van Confanguiniteit of affiniteit; en zulks, dat in den Geregte niet meer en zullen mogen zitten als twee van één Geflagt, den anderen niet nader beftaande als in den tweeden graad naar de computatie van de Canonyke Regten, gelyk als zyn Broeders- en Zusters-Kinderen, welke ook zal worden geobferveerd in gelyke grade van Affiniteit of Zwagerfchap in Conformité van het Privilegie van  4$° Placaaten. 3. Boek. 6. Titul van den jaare 1481 zoo zal telken? agt dagen voor het doen van de vooriz. Nominatie, by de Secretarisfen, een Lyste geformeerd en in de groote Zaal opgehangen worden, houdende de namen van dc Oudiaaden die als dan nominabel cn eligibel zullen zvn. X V L De goede Luiden van den Agten zullen genomineerd worden by de Dekens van de gemeene Neeringcn of Gildens, in gevolge van den Accorde van den jaare 1Ó47 dienthalven opgerigt en gefloten. En zal de Electie uit een tripel getal, na dat defelve Nominatie, by myn Ed. JJcercn van den Geregte zal weefen gcrelumeerd, gelegitimeerd cn overgefonden als vooren irsgelyks worden gedaan by hoogstgedagte Zyne Hoogheid: Des zullen de geenen die tot Achten worden genomineerd en geëligeerd, meede in alles zodanig moeten weefen gequalificeerd, als in het voorgaande Articul ten opfigte van Schepenen breeder uitgedrukt ftaat. X V I 1. De Veertigen zullen, in conformiteit van de Privilegiën, de afgeftorven en vacante Plaatfen by befloten Billetcen fupplceren, bevorens tot het doen van de Nominatie van Schepenen te treeden. X V 1 I I. De Burgemeesteren, Schepenen, Goede Luiden van den Achten en Veenigen, in voege als vooren, voor de eerste maal geëligeerd weefende, zullen tot geen actueelc Bediening worden geadmitteerd, voor en al eer de zelve met folemneelen Eeden zullen hebben verklaard, dat zy na de voorfz. Ampten respective niet en hebben gefollicitcerd, dog zullen gehouden weefen telker aankomste, voor hec aanvaarden hunner Bediening, te doen den Eed van zuivering en namentlyk dat zy om het voorfz Ampt of Bedieninge te bekomen , nochte door haar zeiven nog door anderen belooft of gegeeven hebben, beloven of geeven zullen, eenige Giften, Gaven of Gefchenken aan eenige Perfoonen, het zy in of buiten de Regeering zynde, dircctelyk of indireételyk, in eenige manieren, met belofte onder Eede als vooren, dat in gevalle t'eeniger tyd tot haare kennisfe zoude mogen komen, dat iemand buiten haar weeten iets belooft, of gegeeven hadden, belooft of geeven zouden; zy het zelve aan Burgemeesteren aanftonds zullen openbaaren, met bekendmaaking van de Perfoon ofPerfoonen aan de welken iets belooft of gegeeven zoude mogen zvn,of belooft of gegeeven zoude /taan te worden X I X. Die van den Oudraad en Goede Luiden van Achten, mitsgaders de Veertigen , zullen in haare Collegien refpecti¬ ve rang en fesfie hebben na den tyd van de jaaren, dat de zelve zullen weefen geëligeerd, en de Leden van den Oudraad zullen insgelyks de zelve rang cn fesfie hebben in alle andere Collegie r/binnen deefe Stad. Edog zal de Prrefident Burgemeester in der tyd in alle Collegien pnelideeren van welken hy ccn Lid is, en voorts alomme zonder onderfcheid de prafeance en eersten rang hebben. X X. De Thefiuriers zullen gekoofen worden na het oude gebruik by de gemeene Nccringen, en de goede Luiden van Achten, en in alles moeten weefen gequalificeerd , zodanig als hier vooren ten opfigte van de Schepenen geëxpresfeerd ftaat, en zullen dezelve The fauriers meede gehouden weefen alvoorens tot die actueele Bediening te worden geadmitteerd, te fteilen fuflifante cautie, en met folemneelen Eede te verklaaren dat zy na de voorfz. Bedieninge nieten hebben gefollicitcerd. X X I. De Secretarisfen in der tyd zullen tot Schepenen nominabel en eligibel zyn, mits de zelve zoodanig meedein alles zynde gequalificeerd als hier vooren ten reguarde van de Schepenen is gelegd, zodttk nogcaas, dac de zelve geëligeerd wordende, en in functie als Scheepenen willende treeden, gehouden zullen weefen hunne Bediening af tc ftaan, en zonder eenige referve te fteilen ter dispofitie en collatie van den voornoemden Oudraad, nemaar in gevalle de zelve geneegen waren in hunne Bedieninge te blyven continueeren, dat in zodanig cas dezelve verftaan zullen worden onder hec getal van den Oudraad ce zyn, zonder nogtans daar in te mogen zitcen of ftemmen, geduurende der^zeiver Bedieningen, als alleen tot de Nominatie van Burgemeesteren. Dog zoo wanneer zy hunne Bedieningen zouden komen needer te leggen en effective af te ftam, dat de zelve rds dan in den voorfz. Oudraad rang en fesiie zullen neemen, zonder eenige formaliteiten van noode te hebben, na den tyd hunner Electie; mits welke de vooriz. Secretarisfen tot Schepenen invoe-evo •:'/. geëligeerd wordende, en niec genegen zynde aanftonds in die qualiteit te fungeeren, dat defelve als dan alleen zuilen doen Eed als Oudraaden en niet als Scheepenen, en dat in zodanig geval hunne Plaatfen als Scheepenen by den Geregte zullen vervuld worden by furrogatie uit de Leden van den Oudraad en anders r:etX X II. De dag van Drie Koningen avond zal blyven geprefigeerd tot beitellin^ en begeeving van de Ampten, die men van ouds gewoon 13 geweest te begeeven; en zul-  O&royen van de Magiftraats hertellingen in de Steden. 481 zullen die geene, welke van weegen deefe Scad ter Vergaderinge van de Heeren Staaten Generaal, micsgaders in de Collegien van den Raad van Staaten, Gecommitteerde Raaden van Holland, en de Admiraliteiten, als meede de ReekenKamers van de Generaliteit en van Holland , gecommitteerd worden, mitsgaders de Perfoonen, welke op den voorflag tot Schout of Hoofd-Officier gebragt worden , by den Oudraad met befloten Billetter» worden verkooren. Maar alle Ampten binnen de voorfz. Stad bediend wordende, als over de Godshuifen, de Colonelfchappen, Schutmeesterfchappen, mitsgaders Heemraadfchappen, zullen met open ftemmen begeeven worden, en dat by voorftelling of nominatie, of wel by abfolute Eleótie, zo als ten reguarde van defelve respeótivelyk van ouds in gebruik is geweest. Edog, by aldien het mogte komen te gebeuren, dat iemand tusfchen tyde kwam aflyvig te worden, welkers Ampt, ter collatie van den Oudraad fiaande, zonder ondienst niet vacant konde blyven tot den voorfz. dag van Drie Koningen avond, zoo zal daar in by den Oudraad worden voorfien; invoege ende maniere als vooren, en overfuiks het voorfz. Ambt by forme van furrogatie op een ander Perfoon worden geconfereerd. XXIII. En zullen Cgeiyk zulks voor deefen altyd gebruikelyk is geweest]), geen afgegaane Burgemeesters en Scheepenen genomineerd of ingekooren mogen worden, ten zy defelve twee volle jaaren in hunne respective qualiteiten ftil gefeeten hebben. XXIV, Zullende ook in den Oudraad, volgens gelyk oud gebruik moogen weefen Vader met een Zoon, mitsgaders cwee Gebroeders, en niet meen XXV. Voorts zal al het geene de Regeering van de voorfz. Stad concemeerd , en hier bevoorens niet fpecifice uitgedrukt ftaat, op den ouden voet gelaaten en dien conform gepractifeerd worden. XXV I. Ën ten einde de bovenftaande Poinócen én Articulen te vaster mogen worden gehouden, zonder eenige veranderingen, buiten evidente noodfaakelykheid, fubjeet ce weefen, zoo is by den Oudraad goedgevonden, bewilligd en overgegeeven , gelyk by defelve goedgevonden, bewilligd en overgegeeven word by deefen , dat geene deliberatie zal mogen worden aangefteld, veelmin eenige alceratiê of veranderingen in de voorenflaande Poinéten of Articulen worden gemaakt, voor en al eer den Oudraad daarop agt dagen ce vooren fpecialyk zal weefen geconvoceerd , en alle abfente Heeren ten zeiven einde meede by Misfive zullen weefen befchreeven, en dat als dan niet anders als met zes en dertig confonante ftemmen tot eenige verandering, ampliatie, dispenfatie of reftrictie, in de voorenflaande Articulen of eenig poinct van defelve geconcludeerd, en vervolgens eenig verfoek aan de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland gedaan zal mogen worden. ld Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de verkiefing van Vroedfchaps - Leden te Enkhuyfen. Den n Maart 1791. By refumtie gedelibereert zynde op de Requeste van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Enckhuyfen, den 9 December 1790 aan hun Edele Gr. Mogende geprrefenteert, waar by, zoo voor zig zeiven, als uit naam en van wegens Schout, Schepenen en de Leden van den grooten Krygsraad der voorfz. Stad, hebben vertoont, dat het Handvest van Keyfer Carel de Vyfde, als Graaf van Holland, op fchriftelyk verfoek aan Schout Burgemeesteren, Schepenen en gemeene Poorteren op den 20 Maart 1523 gegeven , onder anderen dicteerde, dat de Vroedfchap hunner Stede tot de getalle van twintig Mannen mogen continueer en, en dat oude en nieuwe en Burgemeesteren voor de eerfte reife zullen mogen procedeeren tot nieuwe electie van die voorfz. twintig Mannen, oud wefen de dertig jaaren, en daarboven, zonder IX. Deel. in het zelve getal van twintig Perfoonen te mogen kiefen de Vader met den Zoone, noch ook twee Gebroeders te zaamen, Swager of nader Namagen, naar gemeen recht verboden zynde in één Collegie te wefen, en of het gebeurde, dat één of meer van de voorfz. twintig Mannen defer fVaereld overleede, of buiten Stede ter wooning trokken, dat in dien gevalle die andere van den voorfz. getalle van twintig gefamentlyk zullen mogen kiefen één of meer bekwaam Perfoon, ofte Perfoonen in de plaats van den overleeden, of vart de geene, die hem van de voorfz. Steeds ter woning abfenteerende is &c. Dat hec aan de Vertoonders uit het voorfz. Octroy was gebleeken, dat de reden, die daar toe aanleiding had gegeven, beftond in de desordre welke ten fchade hunner Stad onder de Regenten by aanftelling en rewotie op dien 3P 94  482 Placaaten. 3. Boek. 6. Titul. tyd fchcen te heerfchen: dat de Keyfcr voorzl ;tiglyk dit Oétroy had verleend tot wederfeggens toe, zekerlyk met oogmerk, om, indi-jn door den tyd wierd bevonden, dat tot weliyn hunner Stad eenige alteratie nodig was, dnar van employ te maaken; dat egter, hoe' zeer men dikwüs het byfonder lastige had ondervonden , dat een ouderdom van volle dertig jaaren wierd gërequireert, alvoorens iemant den Post van Vroedfchap kon ambieeren, daar de vonrnaamfte Steden defer Provincie uiterlyk in dat cas niet meer dan eene alom bekende r e. rderjaarigheid van vyf cn twintig jaaren vorderen, des niet te min dit voorfz. Octroy tot heden ftand gehouden, en in volle vigeur &êé .ycobferveerr. Dat egter de welvaart cn het getal van aanfienlyke Inwoonders zedert ruim twee en een halve eeuw zoodanig was vermindert cn afgeriÖAeh, dat men by vacature van een Vroedfchapsplr.ars merkelyke moeite moest aanwenden, om die gevoeglyk gefupplcert te krygen , terwyl geene dan bejaarde Lieden eligibel zynde, by vCelen geen lust wierd gevonden, om zig aan den lasc der Regeering te fubjetteeren, of defelve op zig te neemen; daar nog by kwam het verbod omtrent de Namaagfehap en dc continueele vermindering van bekwaame Hof tot verkiefing. — Dat de Vertoonders alle defe omftandigheden, waar in dc Stad Enckhuyfen zig actueel bevond, in overweging hebbende genomen, hadden begrepen bedagc re moeren zyn op de / middelen, waar door de difTicultciten, welke d.n- uit reeds waren geprofluecrc, en in het vervolg nog zouden kunnenproflueeren, worden weggenomen, waar toe zy hadden gemeent, d it het gefchikfte middel zoude kunnen dienen in geval dat hun Edele Gr. Mogende behaagen mogte in het voorfz. Handvest van 20 Maart 1523 eenige alteratie te I maaken; verfoekende de Vertoonders derhalven, zoo voor zig zeiven, als uit naam cn van wegens Schout, Schepenen en de Leden des groocen Krygsraads voornoemt, met voorkennis van Zyne Hoogheid, den Heere Prince Erfftadhouder, dac hun Edele Gr. Mogende, uit hoofde der tegenwoordige fituatic hunner Stad, en doordien het voorfz. Octroy niet anders als temporeel en toe wederfeggens toe was gegeven, hec zelve, op hec voorbeeld van andere Sceden, gelieven te altereeren en ce verklaaren, dat 1. De ouderdom van dertig jaaren, om toe Vroedfchap verkiesbaar te zyn, worde vermindert op eene compleete meerderjaarigheid van vyf en twintig jaaren. 2. Dat het bepaalde getal van twintig Raden in de Vroedfchap, thans door eene nog onvervulde vacature in negenden Raden beftaande , in het vervolg mag uitfterven coc agtien, cn zoodanig coc wederfeggens blyven. 3. En dac eindelyk Swagers in de Vroedfchap mogen worden géadmicteert; en daar van te verleenen hun Edele Gr. Mogende Octroy in ordinaria forma. h goedgevonden cn ver/ban, het OJlroy den 20 .A/aart 1323 aan de Stad Enckhuyfen verleent, in zoo ver te altereeren, dac de ouderdom, om coc Vroedfchap verkiesbaar ce zyn, word bepaald op de meerderjaarigheid van vyf en cwintig jaaren; cn dac Swagers in de \ roedfehap mogen worden geadmicceert; blyvende voor hec overige hec voorfz. Octroy m volle kragt; en zullen hier van Brieven van Octroy ten behoeve der Vercoonders worden gedepecheert. 17. Refoiutie van de Staaten van Holland, raakende den tyd der inwooning van de geenen, die te Lrortncium tot l roedfehappen verkofen worden. Den 13 July 1701. T)y refumtie gedelibereert zynde op de ReJL> queste van Drosfaard, Burgemeesteren cn Vroedfchappen der Stad Gorinchem, den 19 January deefes jaars ter Vergadering ingekomen , waar by vertoond hebben, dat by de respective Octroyen van hun Edele Groot Mog., dat is 23 Augustus 1652 en 22 July 1662, aan delèlve Stad verleent, Art. 13 en i^respecciv^wasgeltacueerc, „ datniemant ., adraislibel zal zyn om Vroedfchap of Schee„ pen te weefen ten zy hy zes jaaren ageer den „ anderen, als Poörcer binnen deefe Stad per„ foneelyk heeft gewoond, zynde een inge„ booren Hollander;" dat de voorfz. Oetroycn by de Vertoonders en hunne Prccdecesfeuren wel alfytf ftiptelyk in agt genoomen zyn¬ de, zy nogtans. uic aanmerking van de tegenwoordige gefteltheid waar in defelve Stad, ten aanfien van het gebrek aan bekwame Stof tot bekleeding van de respective Vroedfchap of Scheepen Bedieningen zig bevond, en dat er zeer weinig apparentie was, dat gequalificeerde Perfoonen van buiten die Stad zig zouden opdoen, om na de voorfz. Bedieningen ce adfpireeren, by aldien iemand zes jaaren lang, als byde voorfz. Articulen van de voorfz. Octroyen bepaald was, hec Poorterfchap zoude moeten vervullen, alvoorens tot de Regeering admisfibel te kunnen weefen , na over weging van zaaken, van gedagten waren, dat het, tot welfyn hunner Stad, en ter bevordering van haare belangen, allefints zoude ver- ftrek-  O&royen van de Magiftraats beftellingen in de Steden. 483 ftrekken, wanneer met opfigt tot de voorfz. Articulen door hun Edele Groot Mog. eenige alteratie wierde gemaakt, en het requifit van het Pooterfchap voortaan, in plaats van zes, op twee jaaren wierde bepaald ; en derhalven, met voorkennis en approbatie van zyn Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder deefer Provincie, verfoekende dat hun Edele Grooc Mog., by alteratie der voorfz. dertiende en, veertiende Articulen van de gemelde Octroyen dat is 23 Augufty 1652 en 22 July 1Ö62, geheven te ftatueeren en te verklaaren, Dat niemand admisfibel zal zyn, om Vroedfchap of Scheepen te weefen, ten zy hy twee jaaren agter den anderen als Poorter binnen defelve Stad perfoneelyk heeft gewoond, zynde een ingebooren Hollander. Blyvende voor het overige de voorfz. Octroyen in derfelver geheel, en daar van te verleenen hun Edele Groot Mog. Oclroy in ordinaria forma. Is goedgevonden en verftaan, conformhet verfoek by de voorfz. Requeste gedaan, by alteratie der dertiende en veertiende Articulen van de Octroyen, door hun Edele Groot Mog. den 23 Augufty 1652 en 22 July 1662, aan de Stad Gorinchem verleent, te ftatueeren. Dat niemant admisfibel zal zyn, om Vroedfchap of Scheepen te weefen, ten zy hy twee jaaren agter den anderen als Poorter binnen defelve Stad heefc gewoond , zynde een ingebooren Hollander. Blyvende voor hec overige de voorfz. Octroyen in haar geheel: en zullen hier van Brieven van Octroy ten behoeve der Vertoonders worden gedepecheerd. ZEVENDE TITUL. Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. ï# Refoiutie van de Staaten van Holland, te- gen het oprechten van een Hoogefchool in Zeeland. Den 13 Juny 1761. Ontfangen een Misfive van Curateuren * over hun Edele Groot Mog. Univerfi- ! teic binnen Leyden en Burgemeesteren derfelver Stad, gefchreven te Leyden den 18 der jongstlede maand, houdende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refoiutie commisforiaal van den 6 September 1760 derfelver Confideratien en Ad vis op een Misfive van de Heeren Staaten van Zeeland, gefchreven te Middelburg den 14 Auguscus daar te vooren, en houdende antwoord op hun Edele Groot Mog. Misfive van den 19 September 1759, waar by hun Edele Groot Mog. aan defelve Heeren Staaten hebben voorgehouden derfelver bevreemding over de deliberatien, dewelke by defelve Heeren Staaten zouden worden gehouden over het opregten van een Univerfiteit in hun Provincie binnen de Stad Zirikzee, Itrydig aan het Octroy tot opregting van een Univerfiteit binnen de Stad Leyden in 1575 verleend, welk voorfz. Advis hier na volgt geinfereert. Edele Groot Mogende Heeren l Curateuren over U Edele Groot Mog. Univerfiteit en Burgemeesteren der Stad Leyden, ingevolge en ter voldoening van U Edele Groot Mog. Refoiutie commisforiaal van den 6 September laatstleden , geëxamineert hebbende een Misfive van de Heeren Staaten van Zeeland, gefchreven te Middelburg den 14 Au-_ gustus bevoorens, houdende antwoord op U Edele Groot Mog. Misfive van den 19 September des voorgaanden jaars, waar by U Ed. Groot Mog. aan defel* ve Heeren Staaten hebben voorgehouden derfelver bevreemding over de deliberatien, dewelke by defelve Heeren Staa3P a ten  484 Placaaten. 3. Bock 7. Titul. ten zouden werden gehouden over het opregten van een Univerfiteit in hun Prov incie binnen de Scad Zierikzee, ftrydig aan het Octroy tot opregting van een Univerfiteit binnen dc Stad Leyden in 1575 verleent; hebben bevonden, dat de Heeren Staaten van Zeeland, fchoon toelfcmmende, dat de woorden van het voorfz. Octroy op zig zelfs befchouwt: dat geen andere gelyke. Hooge Schooien feeniger tyd in Holland of Zeeland gefundeert of opgeregt moogen worden, maar dat het zelve daar hy verbooden werd: dc geheele zaak tot voordeel van U Ed. Groot Mog zoude decideeren, egter nicencn, dat defelve wacnader in gefien, en in haar omftandigheden onderfogt zynde, buiten bedenken zoude blyven, dat aan de Staaten van Zeeland het regt, om een Academie of Univerfiteit binnen derfelver Provincie opteregten, nooit zoude zyn bcnoomen, nog door derfelver Voorvaderen geccdeert of overgegeven, ja dat in tegendeel defelve Academie altoos van haar eerfte erectie als ccn f follandfche Academie zoude zyn geconfidereert geworden, zonder dat de Sraaten derfelver Provincie daar in ooit zouden zyn gekent geweest, ja dat U Ed. Groot Mog. zelfs zouden hebben verftaan oirbaarlyk en nootelyk te zyn, volgende de goede vermaan inge van zyne Excellentie, dat een goede en Hooge Schoolc binnen Holland zoude werden opgeregt, en daar toe zoude hebben verkoofen de Stad Leyden, waar door U Ed. Groot Mog. zelfs als Verleenders van het Octroy konden werden geconfidereert , cn dat de naam van den Graaf en zyn Stadhouder daar in alleen zouden voorkoomen om redenen in die tyden noodfaike.'yk, zoo dat de fu- / ftenue van de Heeren Staaten van Zee- I land hoofdfaakefyk werd gefundeert daar op, dat het Octroy aan de Univerfiteit te Leyden zoude wefen verleent buiten hun confent, en zonder dat zy daar in l zouden zyn gekent geweest, en dat zy mitsdien door het zelve in hun regt niet konden werden verftaan, gepnriudicieert te zyn geworden; allegatien, "waar aan de Heeren Staaten dc decifien van de zaak defereeren, als op welke gronden de inhoud van de geheele Misfive alleen rouleert: zoo dat het tegendeel werdende beweefen, niec anders kan werden verwagt, als dat de Heeren Scaaten van Zeeland van hun jegenswoordige fuftenue en deliberatien zullen defifteeren. Men moec zig reeds vooraf verwon- I deren, dac de Staacen van Zeeland na verloop van omtrent cwee eeuwen beginnen ce fuftineeren, dat zy in de opreg tinge van de Univerfiteit te Leyden geen deel hebben gehad, of daar in zyn wekend geweest, en dtt cegen een Occroy aan, waarin de Staaten van Zeeland even zo veel gelag werd gea:tribu'*erc ais aan die van Holland, en dat de Staaten van Zeeland zonder eenig bewys van hc: Tegendeel by te brengen, wi'len ontlast zyn van het bewys, dat op hen ligt, en het geen zy zelfs erkennen de teak op zig zelfs ingefien , tegens hen te decideeren, en dac, hoe zeer zy niets ter contrarie van zoo folemneel en wefenclyk ftuk in een zaak van zoo grooc een gevolg ten bewyfe van diftveu of van ignorantie allcgeeren, niet willen admit teeren, d it men in defe uit gebeurde zaaken Hfatien zouden moogen trekken, daar nograns hun Misfive me: anders behelst, dan argumentatien en illatien, ten grootften dcele getrokken uit de ideeby hen geformeert van den ouden :?ta..c der Regeeringe onder de Graven, daar in tegendeel aan de Staacen van Zeelmd incumbeert, de probatie, dac in het meergemelde Octroy hun naam zoude zyn misbruikc geworden, en wel niec door illatien, maar door expresfe u--orden van de Sraaten van Zeeland in der tyd, zoo als defelve het tegendeel van U Ed Grooc Mog. wel zouden willen vergen, coc probatie van de waarheid van een Octroy op naam van den Graaf cn Scadhouder van de Provincie van de Heeren Staaten van Zeeland verleend, een fuftenue welke zig zelfs deftrueerc. Alvoorens tot demonftratien te treeden, van het ongelyk van de Heeren Staaten van Zeeland, zoo moeten Curateuren en Burgemeesteren pneniitteeren, dac zy mee de Heeren Scaar-m vin Zeeland zeer wel als inconceftab ! kunnen toeftaan, dat het regt van ec n Univerfiteit te erigeeren toekomt aan den Souverain, en dac om die reden het Octroy op den naam van den Graaf *eexpedieert heeft moeten werden; dat, zy ook niec behoeven te contefteeren de idee door de Heeren Staacen van Zeeland van de oude Regeeringsform opgegeven , en dac de Graaf, hoe groot zrt raagc was, zig geen deel zyns Graaffchaps vermogce kwyc ce maaken, ja dac die ook applicabel op de Regalia van den Souverain kan werden gemaakt; zoo als al verder het gepofeerdo nu dc Heeren van Zeeland, dac Holland en Zeeland altoos. hoewel door een en den zeiven Graaf beilierd, twee fep.iraare Souveraine Graaffchappen zyn gebieeven, dewyl werdende aangetoond, dat de Heeren Scaaten van Zeeland liet verleende Ocfroy hebben geaggreëert opeen wyfe dat geen fterker preuves van een corn fenc of toeftemminge kunnen werden &e requireert; de gelegde gronden onaangeroerc kunnen werden gelaaten alfoo met daar over in discusfie te treeden! van de zaak zelfs zonder nuttigheid zoude  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 485 de werden afgeweeken, dewyl het zeker is, dat het O&roy op naam van den ' Graaf heeft moeren werden geëxpedieerr, Zonder dat daar toe betrekkelyk behoeft te werden gemaakt de oude Regeringsforme, om dat de ordre op het als doen vastgeitelde Gouvernement zulks abfoJut requireerde, dewyl de troubles en daar uit onrftaane Oorlog niet wierde verftaan te zyn ontfbaan of gevoert te werden tegens den Koning, maar tegen de Albaners en Spaanfche tirannye, zoo als men het noemde, en om het Land van foule en overdaad van knegten te bevryden, ten dienste van zyn Koninglyke Majefteit, zoo als in de Ordonnantie van Prins Willem van den 25 Augustus 1572 werd gefteld, en zoo als, quo ad rem, ook in het meergemelde Oétroy defelve ukdrukkinge werd gebruikt, en moest mitsdien de naam van den Graaf in alle Acten blyven geconferveert, zoo als nader blykt uit de Acte van het Gouvernement van den n July 1575, waar uit de Unie tusfchen Holland en Zeeland van den 25 April 1576 is gebooren , waar by aan zyne Excellentie geduurende den Oorlog de hooge Overigheid is gedefereert geworden, en by het agtfte Artikel defelve werd gequaliflceert van wegens den Graave van Holland en Zeeland Regt en Juftitie te doen adminiftreeren, en by het 10 Artikel alle Hoofd- en andere Officieren van juftitie in naam van den Koning aan te Rellen, zoo als al verder by het elfde Artikel pardonnen en gratiën &c. van wegens den Koning te verleenen, doende zien, dat, om het Octroy valide te doen zyn, het zelve op den naam van den Graaf geëxpedieert heeft moeten werden. Curateuren en Burgemeesteren zullen vervolgens detailleeren het geen kort voor en na het verleende Octroy van de Univerfiteit te Leyden in 1575 is voorgevallen , zoo als het in U Ed. Groot Mog. Notulen gevonden werd, in het volgende beftaande. Dat op den 2 January 1575 door den Advocaat van den Lande is voorgedragen, dat Mr. Jacob Fajaert derwaards by zyne Excellentie was gefchikt, met zekere Brieven en volkomen last van zyn Excellencie, om aan de Staaten voor te houden, dat by zyne Excellencie tot vorderinge en welvaart van den Lande, en om defelve in goede verzekertheid te fteilen en te maintineeren, zeer noodig bevonden was, dat zeker Collegie en Univerfiteit in Holland of Zeeland opgeregt en geftabileert behoorde te werden, en wel met den allereerften, alzoo zyne Excellencie bedugtende was, dat na de Pacificatie defer Landen, het zelve niet gegunt zoude wer¬ den; dat daar op het zelve voor goed ingefien zynde, is goedgevonden, den voorfz. Fajaert mondeling te hooren; dat het zelve zynde gefchied, en door hem geremonltreert zynde, wat vorderinge , goede Regeeringe en Policie, de inftitutie van de voornoemde Collegien en Univerfiteiten in diverfche Steden , P>ovincien en Landen, ingevoert en mede gebragt hadden, en wat vrugten en verfekertheid daar uit te wagten waaren; zyn Excellencie wel van advife zoude zyn, dat het zelve met den eerften aangehouden en bevordert behoorde te werden, niet twyilelende of de Staaten zouden mede van het zelve advis zyn, en dat daarom alleen refteerde de bekwaame Plaatfe, fuffifante en geleerde Perfoonen, en gereede middelen van onderhoud te raamen, waar toe zyne Excellencie de Stad Leyden als een bekwaame Plaatfe van meeninge zoude zyn op liet believen van de Staaten te ordonneeren: voorflaande verders, op wat wyfe defe inftitutie voor het eerfte zoude behooren te werden geëffectueert, alles in het breede aldaar gedetailleert, en d«t zyne Kx« cellencie daar toe had gefchikt zes duifend Caroli guldens, die op het believen der Staaten gevonden zouden mogen werden , de eene helfte binnen den Lande van Zuidholland, en de andere helfte by die van Zeeland en Noordholland, elks tot vyftien honderd guldens, te vinden uit de Geestelyke en der Kerken Goederen; verfoekende, dat, volgens het believen van zyne Excellencie, de Staaten daar op met den eerften zouden willen advifeeren, om daar af zyne Excelcie rapport te mogen doen; dat de Staaten daar op hebben goedgevonden, den voornoemden Fajaert te verfoeken by gefchrifte over te leveren, het gunt by hem in het lange was geremonltreert, om daar na hier in gedaan te mogen werden na behooren. Dat voorts op den 4 January 1575 ftaat geëxtendeert, dat op den 3 January is verftaan, oorbaarlyk en nootelyk te zyn, volgendede goede vermaaninge van zyne Excellencie, dat een goede Sehoole en Univerfiteit binnen Holland zonder vertrek opgeregt zoude werden, daar toe ook verkoofen is de Stad Leyden, en daar toe ook gecommitteert de Heeren van Noordwyk, Mr. Cornelis Koninck en Gerrit Hogeveen, Secretaris der Stad Leyden, om zonder ophouden terftond de vorderinge van dien te beginnen , als wanneer ook voorts is geordonneert daar af zyne Excellencie fchrif < telyk en by monde van Mr. Jaques Fajaert te adverteeren, waar van de Misfive aan zyne Excellencie aldaar mede, zoo als ook op den 6 January 1575 de Commisfie voor de drie bovengemelde 3? 3 Hee-  48(5 Placaaten. 3. Boek. 7. Titul Heeren ftaat geinfercert waar op dan werd verleend gevonden het voorfz. Octroy van dato 6 January 1574 /Ulo varia, dat is, 1575 (Ulo ommuni, te vinden onder U Ed. Groot Mog. Notulen van den 14 January daar aan volgende. Dat wyders onder de Notulen van den • Juny 1575 zyn geinfercert de Ordonnantiën en Statuten voor defelve Univerfiteit, op den naam van Prins Willem, als daar toe by het voorfz. Octroy fpeciaal geaüthorifeert, gegeven, ua op alles gehad te hebben het advis yan de Gedeputeerden van de Staaten van Hollana en Zeeland, na dat zoo als onder de Notulen van den ójuny ftaat genotulcerc, de Staaten van Holland en Zeeland de voorfz. Ordonnantiën cn Statuten voorgelefen zynde, defelve hadden goedgevonden en geapprobeert, om defelve zulks voor eerst geobferveert en onderhouden te werden; op welke datum nog gevonden werd: en aangaande het onderhoud van de Profes lor en van dien, die tot vyf duifend guldens jaarlyks ten naaste zyn geraamt, om in liet gemeen by de voorfz. Staaten gedragen te wer den, te weet en de helfte by die van Zuidholland, en de andere helfte b\ die van Noordholland en Zeeland by egale portien, is by die yan Noordholland en Zeeland genoomen rapport. Waar op al verders en wel op den 10 Juny 1575 ftaat genotuleert, dat de Staaten van Holland en Zeeland gcfien lubbende de Nominatie, by die yan Ley den gedaan, van drie Perfoonen tot het Ontfangerfchap van de Univerfiteit, tot defelve Staat liebben gepeld en gecommitteert Claas Dirkze van Munt fort, j en defelve daar van Brieyen van Commisfie verleend, zoo als die Covnmisde aJdaar ook gevonden werd op den naam yan Ridderfcluip, Edelen, Staaten en Steden yan Holland en Zeeland in het generaal Staatsgewyfe vergadert. Zynde daarenboven nog als zeer reraarquabel te notecren, d.it op den voorgemelden 6 Juny onder de Praefenten weegens Zee- j land gevonden werden die van Middel- j burg, Zierikzee, Vlisfingen en Veere, I dewelke ook op den 10 Juny waaren j praefent, wanneer aan hun gepermitteert wierd naar huis te vertrekken om rapport te doen, en een antwoord te procureerenop de zaaken van den Gouvcrnemente en den Landraad. Het is wel waar, dat zedert geen Refolutien , hier toe betrekkelyk, by beide de Provinciën genoomen gevonden werden , maar ook niet, dat door de Staaten van Zeeland aan die van Holland iets is gefchreven, of door defelve gedaan, Itrydig met het geen door derfelver Gedeputeerden concurrenter met die van Hoiland was gerefolveert en toegeltaan, en waar door gevolgelyk al het zelve in wefen en beftendigheid is gebleven; en zoo men zoude willen vraag,en naar de reden daar van, zoo is defelve evident te wecten, dat de Staaten van Zeeland niet hebbende kunnen goedvinden te contribueeren tot het onderhoud van defelve Univerfiteit, ook derfelver direcbë aan de Scaaten van Holland hebben moeten overlaacen. Curateuren cn Rurgemeesteren moeten on lerltellen, dat de Heeren Staaten van Zeeland van het gepasfeerde hier vooren gemeld onkundig moeten zyn, dewyl daar door alle de argumenten en illatien, door defelve in hun Misiivc gededuceert, naar de gedagten van Curateuren en Rurgemeesteren koomen te vervallen, wanneer de Scaaten 'van Zeeland maar zullen willen in confideratie neemen, dac de gelegentheid tot dc creétie van de Univerfiteit te Leyden door zyne Excellentie Prins Willem is gegeven mee voordagt, eerst om zulks in 1 loiland of Zeeland ce doen, dan nader mee p;a?ferencie om zulks te doen in I Iolland, en wel binnen de Stad Leyden; dat de Staaten van Holland daar op delibereerende, en die preferentie hebbende gegouteert, daar op hec Octroy werd bevonden verleend op naam van den Graaf rnec advis van den Prince van Orange Stadhouder &c., met die van den Raade van Holland, en van de gemeene Staaten van Holland en Zeeland, met infertie onder andere van het volgende, authorijeer ende als zulks den voorfchreven onfen lieven Neeve ende Stadhouder, van onfent wegen tot vorderinge der voorfchreve Univerfiteit en yan alle goede Policie en Regeeringe en Ordeninge van dien, mitsgaders tot onderhoud van de voorfchreve Dottooren en Leeraars, te maaken alfulke Ordonnantiën en Statuten als daar toe noodig en dien/lig zullen mogen zyn, by advis van de Staaten van de voorfchreve Landen van Holland en Zeeland: en verder, zonder dat wy nogtans willen eenitte andere gelyke Schooien tot eenige tyd in Holland ofte Zeeland ge fut)deert ofte opgeregt te werden, het welk wy voor ons en onfe Succesfeurs expresfelyk verbooden hebben en verbieden by deefen. Zonder dac uic de deliberatien van de Staaten van Holland iets getrokken kan werden, het geen de minite aanleidinge tot die claufule of de infertie van den naam van Zeeland zoude hebben gegeven: 7.00 dat het zelve aan de Sraaten van Holland niet kan werden geimputeert, en niet minder geloorlyk is, dat hec zyne Excellentie Prins Willem de Eerfte, een Vorst van zoo verre uitligt, buiten de waarheid zoude hebben gedaan. Het meergemelde Octroy was een ftuk, waar  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 4S7 waar op het oog van de geheele waereld vallen moest en waarvan de intentie moest zyn, om het zelve zoo veel mogelyk tot bevordering van die Univerfiteit aan alle en een iegelyk bekend te maaken, en dus Ook aan de Staaten van Zeeland niet konde of moest verborgen blyven, van wie mitsdien niet anders te verwagten was, als dat zy hun naam buiten hun kennisfe en confent daar in zynde gebruikt, het zelve zouden hebben gedifavoueert, en door een Aéte als anderfints tegens de prsejuditien, uit het voorfz. Octroy te refulteeren, zig zouden hebben gemunieert, waar door dit prysfelyk, nuttig en noodfaakelyk werk in den beginne gevaar zoude hebben geloopen van te vervallen, ja waar door ook op goede gronden de invaliditeit van dien in het vervolg gefuttineert zoude hebben kunnen werden: en het geen de zaak buiten allen twyffel moet fteilen, is, dat de Brief, waar mede meergemelde Fajaart is gemunieert geweest, is gefchreven uit Middelburg den 18 December 1574, wanneer f mitsdien zyn Excellentie zelfs in Zee- $ land was, en dus die zaak met de Staaten van Zeeland zal hebben beleid gehad, en ten genoegen van defelve meergemek den Fajaert wel zal hebben gelast Holland of Zeeland voorteflaan, dog teffens ook om daar op niet te blyven ftaan, in die verwagtinge, dac de Staaten van Holland de erectie van een Univerfiteit in I hun Provincie zouden moeten prteferee* I ren uit hoofde van de noodfaakelykheid, om daar van een goed fucces te wagten, waar van dan verders de reden: zal zyn dat geen gefamentlyke deliberatien hier over tusfchen de twee Provinciën gevon- j den werden, gelyk ook geen tra ces wer- I den gevonden, (zoo als reeds is gemeld) 1 dat de Staaten van Holland zouden heb- j ben aanfoek gedaan tot infertie van de claufule in questie, of geprsetendeert, dat de naam van Zeeland zoude werden in het Octroy geinfereert, waar uit, hoe men het opvatten of neemen wil , voor vast moet werden gehouden, dat zyne Excellentie van het confent van de Staaten van Zeeland moet zyn verfekert geweest, zoo als het vervolg doed zien, dat defelve zig daarin niet heefc bedrogen, wanneer hy op den 2 Juny 1575 de Ordonnantiën en Statuten voor defelve Univerfiteit ter deliberatie van beide Staaten heefc doen brengen, en de Gedeputeerde Staaten van Zeeland niet hebben gedifficulteert, om conjunctim met de Staaten van Holland voort te procedeeren , tot het geen verder tot het etablisfement van de Univerfiteit wierd vereischt als was het arrefteerén van de Ordonnantiën en Statuten, eenvoudig voorkomende , dat de zelve geleezen waaren, zonder eenige voorafgaande kennisfegevin- ge aan de Staaten van Zeeland van hec verleende Octroy, en zulks ook zonder eenig verfoek, om daar toe te concurreeren, maar alleen als een deliberatie, waar in de Staaten gefimentlyk participeerden, en waar toe defelve egaal regc hadden; zoo als ook verder is gevolgt, • dat de Promotie-Brieven van denbegVne af tot heden toe zyn en nog werden gegeven ex Decreto Ordinum Zcelandice, waar by dan nog komt het aanftellen van een Ontfanger van de Univerfiteit. Curateuren en Burgemeesteren weeten geen fterker bewys van het Confent van de Staaten van Zeeland in het meergemelde Oétroy te kunnen uitdenken: want op welke gronden zouden de zelve hebben kunnen fustineeren tot die deliberatien anders geregtigt te zyn, en hoe zouden de Staaten van Holland de zelve tot die deliberatien hebben kunnen admitteeren, zoo de ge'érigeerde Univerfiteit niec was geweest een erkende gemeene Univerfiteit van beide de Provinciën , en hoe kan werden veronderftelc, dat de Staaten van Zeeland, of derfelver Gedeputeerden, Staatsgewyfe met de Staaten van Holland vergadert, zig in die deliberatien zouden hebben ingelaaten, zonder te hebben geobtineert een Aéte van non pi-cxjudicie, of zonder door een daar aan voldoende Declaratoir zig te hebben gefecureeït, tegens de daaruit volgende illatien en confequentien , zoo als de Staaten van Zeeland uit debyhun aangehaalde deliberatien van ^Satoonen, daar op wel degelyk bedagt te zyn geweest, waar tegen door de Staaten van Holland niets tot hun gerustheid expliceer gërequireert konde werden als het convinceerende gedrag, dac de Staaten van Zeeland hier in betoonden, alleen rapport neemende op het poinct, om tot onderhoud van de Univerfiteit te contribueeren; zoo dat de Heeren .Staaten van Zeeland zig ten hoogften abufeeren, wanneer zy onderftellen, dat de naam van Zeeland in het meergemelde Oétroy alleen zoude zyn gefteld tot vordernisfe van zaaken, zoo als hec 'er ook weinig toe zoude hebben gedaan, wanneer de Staaten van Zeeland in het vervolg van tyd zig daar aan niet verbonden zouden hebben konnen rekenen: om welke redenen ook van geen applicatie kan werden gerekent, het geen in de Misfive van de Heeren Staaten van Zeeland daar toe werd bygebragt, als dat by de Staaten van Holland die naam wel meerder zoude zyn gebruikt in importante zaaken buiten kennisfe van de Staaten van Zeeland, dewyl hier niet de naam van Zeeland werd gebruikt by de Staaten van Holland, maar in een Oétroy op naam van den Graaf, met Advis van zyne  433 Placaaten. 3. Boek. 6. Titul. zyne Excellentie verleent, en geëxpedicert ter rehtie van defelve als Stadhouder Generaal en gecontrafigneert door A. Genits, één der Secretarisfen van den Hove van Holland, gelyk ook de Statuten zyn geëmaneere ten naame van den Prins alleen, en door zyne Excellentie alleen gefegeld en geteekent, en gecontrafigneert door F. de Beaumont geen Minister van dc Staaten of verdere Hoven ; buiten dat de allegacie van de Heeren Scaaten van Zeeland, getrokken uit derfelver Notulen van 1582, niets bewyst omtrent het geen in 1574 is gedaan, dewyl in 1582 fubfisccerde de Üniecusichen de Provinciën , volgens welke , zoo als is bekend, veele zaaken, op naam van beide Staaten moesten werden geëxpediteerc; zoo als al verder het zelve bygebragte niets bewyst, dewyl uit de Notulen van de Heeren Staaten van Zeeland zelfs blykt , dat die handelingen niet zyn gefchied, als mec communicatie en Advis van de Gedeputeerden van de Heeren Staaten van Zeeland, over de opdragc van dc Gniaflykheid aan zyn Excellentie , de welke men gerefolveert was, zoo als is hekent, gcfamentlyk tot perfectie tc brengen en dus over een zaak, waar aan men in het vervolg gcfamentlyk verbonden zoude werden: zoo als mede ook niers ter zaake doed het geallegcerdc omtrent den Ticul by dc f foven werdende gebruikt, als zynde expresfv geconvenieert geworden, en nog minder , dat in hec Tractaat van partage tusfchen den Koning van Pruisfen en den Heere Prince van Orange, ócn en defelve Titul aan beide werd toegefchreven, als zynde van een geheel andere natuur, dagelyks by Vorsten gebruikelyk, en om geheel andere redenen, en wel om dac zy wegens voorgaande posfesCien , of om dat zy bevoorens dien Titul hebben gevoert , of daar toe regt hebbende gehad &c. de zelve Tituls blyven voeren, het geen by de Staaten van Holland nooit op de Provincie van Zeeland is gefustineert, of gefustineert heeft kunnen werden , zoo als daar van niet alleen niets diergelyks gevonden werd , maar het tegendeel uit de deliberacien van de Scaacen van Holland van dien cyd bewefen zoude konnen werden. Hec is voorts van zonderlinge applicatie het geen de Heeren Staaten van Zeekind zelfs by het flot van hun Misfive avancecren, dat tot bevorderinge van de Academie noodig was den Graaf in hec Octroy van 1575 te doen belooven voor hem en zyne opvolgers, dat nergens anders in Holland of Zeeland eenige Hooge Schoole of Univerfiteit zoude werden opgeregt, op dac in de aanftaande vreede of verdrag die als een preliminair Artikel konde werden vastgefteld. en dus den Graaf de magt cn het regt benoomen van naderhand, door het invoeren van Roomfch Catholicque Hooge Schooien, de Gereformeerde Religie ce mogen drukken of belaagen, alfoo hec zelve werdende cocgeftaan, ce gelyk werd erkend, dac by hec aangaan van een verdrag met den Graaf zoude zyn gefustineert en bedongen geworden, dat geenandere IIooge Schoole of Univerfiteic in Holland of Zeeland zoude werden geërigcerr, waarroe dan de Scaacen van Zeeland mede zoude hebben moeten coöpereeren, niecs minder bewyfen de, als dac de Staaten van Zeeland met het voorfchreeven Octroy zeer wel te vrceden zyn geweest, en hunne Souverainiteit niec hebben gerekenc verkorc door in den haare diergelyke Hooge Schoole of Univerfkeic niet op te mogen regten, zoo als ook na verloop van byna twee ecuwen, zoo verre is bekend, deswegens geene deliberatien hebben geëxteert, en buiten de Testamenraire dispofitie van den 1 leer Mogge apparent als nog niet zouden exteeren, zynde het zeker genoeg, dat altoos zal zyn geoordeelt, dat de erectie van een Univerfiteit in Zeeland nooit zoude hebben beantwoord aan het waare but, nog aan dc kosten, die daar toe werden gërequireert , als zynde de Provincie van Zeeland, hoe wel cn gelukkig anders gelegen , daar toe geenfints gefitileert , en byfonder niet om met eenige verwagtinge Ingefetenen defer Landen, laat ftaan buitenlanders, te trekken, het welk nogtans tot den luister van een Univerfiteit niet weinig contribueert, en ook noodfaakelyk is. Meer redenen zouden kunnen werden bygebragt om dc Heeren Staaten van Zeeland ce perfuadeeren, om van hun deliberatien af re zien, wanneer zulks noodig was; dan gelyk niec verwagt kan werden, dat de Heeren Staaten van Zeeland, geinforrneert werdende van den waaren toeftand defer zaake, nog zullen perfisteeren, en ook het geen deswegens verders zoude kunnen werden geavanceert, aan hun niec zal efchappeeren, zoo zouden Curateuren cn Burgemeesteren wefen vanadvilë, dac UEd. Groot Mog., gebruik maakende van derzelver Confideratien, en ais nog inhaereerende die geen, dewelke by UEd. Groot Mog. Misfive van den 19 September 1759 zyngeallegeert, aan de Heeren Scaaten van Zeeland zouden behooren ce verfoeken,niet alleen van derzelver deliberacien over hec erigeeren van een Univerficeic binnen derzelver Provincie af te zien, in het verfoek van de Executeuren van den Testamente van den Heer Mogge te wyfen van de hand, maar ook mec hun ce verftaan, dat uit kragte van hec Octroy aan de Univerfiteit binnen de Stad Leyden in  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 489 in *575 fliïo cummuni verleend, geen verdere Hooge Schooien in Holland of Zeeland mogen werden opgeregt, en aan UEd. Grooc Mog. van die Refoiutie kennisfe te geven, tot een bewys van der zeiver toegeneigtheid, om de goede harmonie tusfchen zoo naauw verbonden Bondgenooten te maintineeren, met betuiginge, dat UËd. Groot Mogende zig daar toe altoos mede toegeneegen en bereid zullen betoonen. Waar mede wy, na UEd. Groot Mogende in de befcherminge Gcdes bevoolen te hebben, blyven. \ Edele Groot Mogende Heeren l (Onderftond,) UEd. Groot Mog. Dienstwillige Dienaaren, De Curateuren over 'sLands Univerfiteit binnen Leyden en Burgemeesteren der zeiver Stad. (Laagerftond,) Leyden den 18 Ter Ordonnantie van defelve. Mey 1761. (Geteekent,) Jan van Royen. Dav. Z. i?ói. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dac de voorfchreeve Misfive van de Heeren Staaten van Zeeland van den 14 Augustus, en den 6 September, beide des voorleden jaars ter Vergadering ingekomen, zal worden beantwoord op de gronden , gelegt by het gemelde Advis van Curateuren over hun Edele Groot Mog. Univerfiteit te Leyden, en Burgemeesteren der zeiver Stad van den 10 Mey jongstleden, en daar benevens als nog geinhrereert die geene, welke by hun Edele Grooc Mog Misfive van den 19 September 1759 zyn geallegueert, mec verder verfoek aan de Heeren Staaten van Zeeland voornoemt, om niet alleen van der zeiver deliberatien over het erigeeren van een Univerfiteit binnen der zei ver Provincie af te j zien , in het verfoek van de Executeuren 1 van het Testament van den Heer Mogge te | wyfen van de hand, maar ook om met hun Edele Groot Mog. te verftaan, dat, uit kragte van het Ocfroy aan de Univerfiteit binnen de Stad Leyden in 1575 ftilo cummuni verleend , geene verdere Hooge Schooien in Hol, land of Zeeland mogen worden opgeregt, en | aan hun Edele Groot Mog. van die Refoiutie kennis te geven, tot een bewys van der zeiver toegeneigtheid, om de goede harmonie tusfchen zoo naauw verbonden Bondgenoten te maintineeren met betuiging, dat hun fidele Groot Mog. zig daar toe altoos mede toe genoegen en bereid zullen betoonen. 2m Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om mandament van Revifie Pro Deo van een. condemnatie van de Univerfiteit s Vierfchaar te Leiden, word afgeweefen. Den 18 jdugustus 1770. Is geleefen de Requeste van Ezra de Clercq van Jever, gebooren Burger en Inwoonder der Stad Leyden, waar by in het breede s voordraagt, dat tusfchen Wilhelmina Swaan, Weduwe en Boedelhoudfter van Jan Milders, en hem Suppliant, gefchilzyndeontftaanweegens de betaaling van drie vierendeeljaars huishuur van zeeker Huis, door hem van voornoemde Wilhelmina Swaan in huur bewoond, Pieter Pottum, Boode, mec de Roede der Stad Leyden , quafi als Gemagtigde van voornoemde Wilhelmina Swaan , zonder eenige voorafgaande aanmaaning of interpellatie, aan Rector en Asfesfooren van 'sLands Univerfiteit by monde had verfogt, eerftelyk Arrest op, en voorts opfchry ving van Goederen van den Suppliant, dat Reétor en Asfesfooren voornoemt, hoe zeer geen Jurisdictie hebbende, en volgens de Wettenen Statuten van haar Ed. Groot Mogende Univerfiteit enkel be voegt, om Parthyen te accommodeeren, egter het pretens Arrest, en naderhand ook de opfchry ving der IX. Deel. Goederen, ook mondeling zouden hebben verleent , en door denPedel der Univerfiteit ter executie doen leggen, dat daar op zonder middelen te pofeeren, door gemelde van Pottum teegen den Suppliant was Eifch gedaan, en onder anderen, geconcludeert tot decretatie van het Arrest, uitwyfens de Notulen en Dingtalen, den Requeste annex; dat den Suppliant doorerreur der hem geadfcribeerde pretenfe qualiteit van geimmatriculeert Li' '.maat der gemelde Univerfiteit voor Rector en Regteren defenfie had gedaan, en, alvoorens te antwoorden op de verfogte Provifie, een conditioneele prefentatie had gedaan van te betaalen de geëischte Huurpenningen, mits ook provifioneel het Arrest wordende ontflagen, welke prefentatie aan de zyde van gemelde van Pottum geaccepteert, en aan de zyde van den Suppliant ook illico voldaan was geworden ; reprefenteerende den Suppliant de verdere procedures en zyne condemnatie daar op gevolgt; dog dat by zeeker toeval was ontwaar geworden, geen Lidmaat 3Q der  490 Placaaten. 3. Boe!;. 7. Titul. der voorfz. Univerfiteit te zyn , en ook niet, tyde van het prctens Arrest, tegens hem verfogt en verleent, als Lidmaat op hec s/ibum Studioforum bekent te hebben geltaan, dat in weerwil zyner prefentatie daar omtrent egter met de voorf/.. procedures was voortgegaan in de forme by des Suppliancs Requeste gede taillieert, en, aangefien den Supplianc vertrouwt, dat by revifie der Sententien of Arresten in zyne Requeste gemeld, de begaane erreuren zouden worden gecorrigeert, verfoekende, dac haar Edele Grooc Mog. (dewyl niec vermoed nog veronderfteld konde worden, dat haar Edele Groot Mog. aan de Univerfiteits Vierfchaar de faculceic van by Arrest ce wyfen zouden hebben geconfereerc, zodanig dac onvermogende of ce min gegoede, om pro ceskosten te fupporceeren, hoe inicq een Sententie mogte zyn, en hoe zeer zy daar door gegraveert mogcen weefen, zouden gedeftitueerc zyn van het remedium oppres/ionis en het prfjidium innocentie) aan den Suppliant (vermics des Suppliancs notoir regt en a!om bekende behoeftigheid, als blykt by dcAcceflacic van drie Perfoonen, aan de Requeste gevoegd; gelieven te verleenen Mandament van Revifie met de Claufule pro Deo en reliëf van zyn Acquiefcement of Submisfie aan des Univerficeits Vierfchaar, voor zoo veel hy daar van mogte van noden hebben gereleveerc ce worden, micsgaders mec inhibitie, en cc miemorden op alfulk verfoek, als de Supplianc ten dage dienende zal willen doen en neemen , om te hebben reparatie van de attentaatcn in prejudicie van des Suppliancs interjectie van revifie gedaan, en dac hangende de deliberacien van haar Edele Grooc Mog. deefe zaak zal blyven in State en Surcheancc, en den Suppliant voor diligentgehouden worden. \ raar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, hec verfoek by de vooriz. Requeste gedaan, te wyfen van de hand', uic kragte van haar Edele Grooc Móg. Refölucie van den 19 Juny 1675, waar by is verftaan en verklaart, dat afgeweefen zullen moecen w >rden alle verfoeken, die aan haar Edele Groot Mog. Vergadering zouden mogen worden gedaan, om in Civile zaaken revifie P>ro Deo te verfoeken. 3' Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by bet gedrag van het Hof het welk op een Request om mandament van sfrrest en Rouw sleïie tegen een Lidmaat van de Univerfiteit eene Cnmparatie bad geordonneert, en voorts rp een Obligatie,door den zclven gepasfeert, inhoudende prorogatie van junsdtclte, condemnatie had gedecerneert word gejustifceert. Den 14 Maart 1772. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport den 11 December des voorleden jaars, ter Vergadering uiegebragt door de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Grooc Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Julhtic, hebbende, in gevolge en eer voldoening van haar Edele Gr. Mog. Refoiutie commisforiaal van den 4 September daar te vooren, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert de Misfive door Rector cn Rechteren van 'sLands Univerfiteit te Leyden, aan haarEd. Groot Mog. gefchreeven den 31 January des gemelden jaars, houdende een tweeledig beklag over het geene door hec Hof in prejudicie van de jurisdictie der Vierfchaar van voorfchreve Univerfiteit zoude zyn gedaan, met opfigt tot twee onderfcheide zaaken, dog beide betreffende zekeren Alberrus Noordwyk, welke in den jaare 1747 zoude zyn gedoopc, en dus nog minderjaarig, en, ceffens mec zyn Vader Wilhelmus Noord wyk en zekere Henricus Bemhardusvan ter Beek van CoetsfeId,deszelfs cweedeVoogc, zouden zyn behooriyk geimmacriculeerde Lidmaaten van devoorfz. Univerfiteit , tendeerende, ten einde haar Edele Groot Mog. efficacieufelyk zouden gelieven te voorfien en effeetueeren, datde procedures, bree¬ der by de voorfchreeve Misfive gemeld, aan voorfchreeve Vierfchaar mogten worden gerenvoyeert; enzekeregedecerneerde coodeuflröe ten laste van voornoemde Albertus Xoorduyk, mede aldaar nader omfchreven, by den Hovc mogte worden gefield buiten effect, en dat, hangende haar Edele Grooc Mog. deliberatie, dc zaak mogte worden geftatueert, en de verde re voortgang van executie geftuit; als mede hec Berigt van Prefident en Raden van den Hove, en de nadere Berigten daar op zoo van Rector en Rechteren voornoemt, als van gemelden I love gërequireert; benevens nog twee Requesten vanD.Molech, Burgeren Inwoonder m den Haag, alles breeder onder de Notulen van den 1 en 13 February, 5 Ju/y eu 4 September laatstleden geinfereert. En bevonden zynde, dac de tweeledige klagten, welke Rector en Rechteren van sLands Univerfiteit aan haar Edele Grooc Mog. gedaan hebben , over her geen door den Hove van Holland, in prejudicie van de jurisdictie der Vierfchaar van gemelde Univerfiteit zoude zyn gedaan en verrigt, en waar tegen zy haar Edele Gr. Mog. voorfiening verfogt hebben, in fubftantie hier op uicko men. „;\-.z.p !'oor eerst, dac zekere Johannes Kanne- roan  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden* 49! man woonende in 's Hage, aan den Hove van Holland, verfogt hadde Mandament van arrest en rauaótie, disponeerende tegens zekekeren Albertus Noordwyk, cum fuis, dat het gemelde Hof, alvoorens het voorfchreeve Mandament te verleenen, geordonneert hadde comparitie, dat de gemelde comparitie by den gemelden Albertus Noordwyk, cum fuis, was gedeclineeert op fundament, dat defelve waaren geimmatriculeerde Ledemaaten van 'sLands Univerfiteit, dat ook door Rector en Rechteren van gemelde Univerfiteit aan den Hove was gefonden een Brief van aanfehryving, met verfoek, om van de begonne procedures aftefien, ende Judicature daar van aan hunne Vierfchaar over te laaten; dat het Hof daar op in de voorfcheeve zaak wel niets verder hadde verrigt; dog dat het zelve egter niet had kunnen goed vinden, om de voorfchreeve zaak direct af te wyzen, of de zelve aan Rector en Rechteren te renvoyeeren En ten tweeden, dat het Hof op zekere Obligatie, door denfelven Albertus Noordwyk , ten behoeve van Louis Buren en Daniël Moleth, of hun Regtverkrygende, voor den Notaris Monbrun en Getuigen in 'sHage op den 23 July 1770 gepasfeert, hadde goedgevonden te decerneeren condemnatie, niettegenftaande het zelve alvoorens geinforrneert was, dat de gemelde Noordwyk was een geimmatriculeert Lidmaat van 's Lands Univerfiteit , en dat het gemelde Hof op hun verfoek geweigert had, de voorfchreeve condemnatie te fteilen buiten effect, en te ordonneeren , dat defelve niet wierde gefteld ter executie. En met relatie tot de eerstgemelde klagte geconfidereert zynde, dat, hoe zeer aan de eene kant, volgens de Privilegiën aan 's Lands Univerfiteit gegeven, het wel volftrekt zeker is, dat geen Ledemaaten van defelve voor eenige Rechters in Holland gecobvenieert mogen worden, of gehouden zyn te compareeren, dan alleenlyk voor de Vierfchaar van gemelde Univerfiteit, het egter aan de andere kant niet minder zeker is, dat, wanneer aan het Hof een Mandament van arrest en rauaétie verfogt word tegens zekere Perfoonen, de welke als Ledemaaten van de Univerfiteit aan het zelve onbekent zyn, of welkers qualiteit hun twyffelagtig is voorgekomen, het gemelde Hof, alvoorens daar op te disponeeren, een comparitie kan ordonneeren, zonder dat het zelve gefegt kan worden daar door in eenigerley opfigte tegens de voorfchreeve Privilegiën te zyn aangegaan, dewyl het Hof notoirlyk kennisfe moet hebben , dat de Perfoonen, tegen wien zoodanige eene provifie verfogt is, waarlyk en met de daad geimmatriculeerde Ledemaaten van 's Lands Univerfiteit zyn. Dat Rector en Rechteren die faculteit aan het Hof ook niet fchynen te betwisten, maar in een begrip zyn gevallen, dat het zelve, na dat van de voorfchreeve qualiteit van gemelden Albertus Noordwyk, cum fuis, onderrigt is, verpligt zoude zyn geweest, de zaak in qusestie van de hand te wyfen, en aan hunne Vierfchaar te renvoyeeren; dan dat daar op doof het Hof is geremarqueert, dat, na den ontfangst van den Brief van aanfehryving, welke Rector en Rechteren aan hun hebben afgefonden, in de gemelde zaak niets is verrigc, en dat, vermits door den voorfchreeven Johannes Kanneman op geen dispofitie op zyn verfogt Mandament is geinfteert, daarin door het Hof niet wel konde worden gedisponeert, en dat dus de gemelde afwyzing en renvoy aan de Vierfchaar zeer ontydig zoude zyn geweest. En dat de voorfchreeve allegatie zeer gefundeert, is voorgekomen, dewyl de Judicature van de gemelde Vierfchaar niet verkort kan worden door het niet verleenen, maar wel door het al ve/leenen van een Mandement 5 en dat ook de voorfchreeve Johannes Kanneman, ziende, dat door den Hove het verfogte Mandament niet wierd verleend, den meergemelden Albertus Noordwyk cum fuis ter zaake voorfchreeve voor Rector en RechteI ren geconvenieert konde hebben, indien hy ' geoordeelt hadde zulks van zyn interest te zyn. En, met betrekking tot de laatstgemelde klagte geconfidereert zynde, dat by de ampliatie van het negen en dertigfte Artikel der Statuten voor de Univerfiteit van den 24 Maart 1662 de Ledemaaten van defelve, die meerderjaarig zyn, en die de jurisdictie van een ander Rechter in defe Provincie by contraét 1 ukdrukkelyk geprorogeert hebben, van de \ privative Jurisdictie van Rector en Rechteren worden uitgefondert: dat het voorts in confesfo is, dat de gemelde Albertus Noordwyk by de voorfchreeve Notariële Obligatie zig onder anderen aan de Judicature van den Hove gefubjecteert, en te gelyk overgegeven heeft, zig in den inhoude van defelve by welgemelden Hove vry willig te doen en laaten condemneeren, als mede, dat hy zig daar by als meerderjaarig Jonkman heeft uitgegeven, dat vervolgens het al uit dien hoofde zeer bedenkelyk zoude zyn , of de gemelde Albertus Noord1 wyk niet, zoo volgens den aard der zaaken, als fpecialyk volgens de Regts-Doctrine ex titulo Codicis, fi minor fe majorem dixerit, gefegt zoude kunnen worden, abfolutelyk te vallen in de termen van de exceptie, by de voorfchreeve Statuten ten aanfien van de prorogatie der Jurisdictie geprescribeerti Dan dat onnodig geoordeelt zynde, om in eenig onderfoek ten dien opfigte te treeden, terwyl Reótor en Rechteren zelfs by hun berigt een omftandigheid aan de hand geven, die de voorfchreeve fubjectie aan den Hove en desfelfs daar uit proflueerende bevoegtheid tot het decerneeren van de meergemelde willige condemnatie buiten bedenkelykheid komt te fteilen, namentlyk, dat de voorfchreeve Albertus Noordwyk de gemelde Obligatie gepasfeert heeft, eer hy als Lidmaat van de Univerfiteit geimmatriculeert is geworden ^ dewyl 3Q * hy  492 Placaaten. 3. Boek. 7. Titul. hy toen ter tyd, als gebruik makende van defelve Rechten, die aan alle Ingefetenen defer Provincie gemeen zyn, zig in getierc had kunnen en mogen onderwerpen aan de Judicature van den Hove, en tegelyk overgeven, om zig in den inhoude van een Acte obligatoir te doen en laaten condemneeren, cn dat hy zulks /'/; fpecie by dc voorfchreeve Acte ge .laan, cn zig te gelyk daar by als meerderjaarig uitgegeven hebbende, verpligt is, om dc gemelde onderwerping cn overgifte geltand te doen, offchoon hy na dien tyd ccn ander forum, al is liet nog zoo geprivilegiecrt, verkregen heeft, vermits de voorfchreeve fubjectie cn overgifte ccn gedeelte van zoodanig ccn Contract uitmaakt, en dat zyn Party, door de veroudering van zyn qualiteit, zoo weinig van de uitwerking van dat gedeelte van het gemeld Contract verftooken kan worden, als dat de zelve daar door een gedeelte van het verfchuldigt Capitaal of des bedongen intcresfen zoude moeten verliefen; en dat vervolgens het Hof niet kan nalaatcn, wanneer aan het zelve van het confent cn fubjectie van den gemelden Noordwyk, mitsgaders van zyn ge- j declareerde meerderjaarigheid gebleken is, op 1 de aanhoudende inltantien van zyne Crediteuren , de verfogte condemnatie op de gemelde Acte obligatoir te decerneeren. En dot vervolgens geconfidereert zynde; dat, zoo met relatie tot het eerfte, als ten aanfien van het tweede geval, door den Ho- ƒ ve van f lol/and nietwes is gedaan of verrigr, / waar door eenige aiteintc aan de Privilegiën van 'sLands Univerfiteit word toegebragt, cn het wyders uit verfcheide omftandigheden voorgekomen zynde, dat de voorfchreeve Albertus Noordwyk, na zig alvoorens rondom in de fchuldcn ingewikkeld te hebben, zig juist niet zoo zeer heeft laaten immatriculceren, om te Studceren, als wel om zyne Crediteuren te prejudicieeren, immers in allen gevallen, dat het zeker is, dat de zelve beide Inftrumcnten, waar uit tegens hem is geagcert, gepasfeert heeft voor dat hy Student is geworden, en dat hy reeds voor lange tot Advocaat is gepromoveert. Is goedgevonden en verftaan, dat in het verfoek by het Berigt van Rector en Rechteren van 'sLands Univerfiteit, in dato 31 January des jaars 1771 gedaan, „ ten einde haar Edele „ Groot Mog. zouden gelieven te cffeétu„ ccren, dat de procedures daar by gemeld „ aan hunne Vierfchaar mogten worden ge„ renvoyeert, en de gedecerneerde condem„ natie ten lasten van Albertus Noordwyk by „ den Hove mogte worden gefteld buiten ef,, fect." niet zal worden getreeden, en word het zelve mitsdien by delen gewcfen van de hand. En zal Extract van defe Refoiutie worden gegeven aan den Hove van Holland, mitsgaders aan Rector en Rechteren, om te ftrekken tot derfelver informatie cn narigr. De I Ieeren Gedeputeerden der Stad Ley. den hebben verklaart in de voorfchreve Refoiutie niet te confcntccren. 4- Refoiutie^ fan de Staaten van Holland, waar l>y een ver/bek om Reliëf tegen contuma ctee.c procedures voor de L'niyerfiteits PierfchOar !VV <"> »<» u Mej ,774. T^Ve Raadpenfionaris heeft ter Vergadering \_J gerapporteert de Confideratien en het Aavis van de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Rcfolude Commisforiaal van den 18 December 1773, en van den 18 Maart deefes jaars, geëxamineert het Berigt van Rector en Rechteren van 'sLands Univerfitcit te Leyden van den 16 December te vooren, door haar Edele Groot Mog. den 5 October desfelven jaars 1773 gërequireert op de Requeste van Mr. Abraham Cornelis de Bracomer, Oudminifter van haar Hoog Mog. by het Hof van Luyk, thans woonende te Zutphen, waar by defelve heeft verfogt, dat haar Edele Groot Mog. uit derfelver Souveraine magt hem zouden gelieven te releveeren, en in integruin te reftitüeeren, teegens de door hem, in procedures by defelve Requeste vermeld, gepleegde Judicieele omisficn en verfuymcnisfen, en uit dien hoofde de teegens hem gedecerneerde defautcn en veritekken in defelve zaaken, mitsgaders van de Condemnatie en Sententie van Rector en Regteren voornoemt, met alle de gevolgen en aankleevenvan dien, gelyk meede teegens alle acquiescementen en homologatien daar toe tam committendo quant omittendo, gehad en geflaagen, en hem Suppliant ten dien opfigte te fteilen in zulke ftaat, als hy voor dato derfelve defauten, veritekken en opgevolgde Sententie geweest is, en te admitteeren , om als nog voor Rector en Regteren voorfz. in zyne defenfie te mogen worden gehoord, en overzulks als nog ten principaalen, of ten tweën finen te antwoorden op zodanige eifch en conclufie , als daar uic naam en van weegens Maria Anna Bouhon is gedaan en genoomen en al-  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 493 e, i Refoiutie van de Staaten van Hollandwaar by een Subfidie van f 10,000-;-: tot goedmaaking der extraordinaire kosten by het vieren van het twee honderd jaarig Jubile van s Lands Univerfiteit, geaccordeert word. 15 December 1774. /"Antfangen een Misfive van de Curateuren \Jf van'sLands Univerfiteit binnen Leyden en Burgemeesteren derfelver Stad, gefchreeven alhier in den Hage den 7 deefer, houdende, dat indien de tyd voor handen is, op welke, het tweehonderd jaarig Jubilé van haar Edele Groot Mog. Univerfiteit plegtig zoude dienen te worden geviert, en 'er zig dus een bequaame geleegentheid op doet, om de luifter derfelver zoo buitens als binnen Lands uit te breiden en te vermeerderen, zy, als aan wien door haar Ed. Groot Mog. de zorg voor den bloey en welvaart derfelver aanbevoolen en toevertrouwt was, zig Ampts en pligtshalven genoodfaakt oordeelden, haar Ed. Groot Mog. onder het oog te brengen, dat de depences, die 'er onvermydelyk gedaan moesten worden, om zodanig een Solemniteit na behooren te celebreeren, onmogelyk gevonden konden worden uit de ordinaris Fondfen; welke tot onderhoud der gemelde Univerfiteit waren gedestineert, verfoekende teffens, dat het haar Edele Groot Mog. behagen mog1 te, hun by ditheugclykevenement voor eens I met een Extraordinaris Subfidie van tien duifend Guldens te gratificeeren, ten einde daar meede te kunnen goedmaken de ExtraordinaI ris onkosten, welke in deefe zoo fivorable ; omftandigheid ten nutte der gemelde haar Ëd. \ Groot Mog. alom beroemde Univerfiteit ge; impendeert zouden moeten worden. Waar op gedelibereert zynde, is-goedgevonden en verftaan, het verfoek by de voor1 fchreeve Misfive gedaan, te accordeeren, en j dienvolgende de Heeren Gecommitteerde Raa| den by deefen te auétorifeeren, om de nodïj ge ordonnantie van Subfidie van tienduifend j Guldens, ten einde voorfchreeve, te doen ; depecheeren. I X 6. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan 'sLands Univerfiteit te Leiden een jaarlyks Subfidie van zestienduyfend Guldens, voor den tyd van zeven jaaren geaccordeert word. Den 8 Mey 1776. Ontfangen een Misfive van de Fleeren Curateuren over 'sLands Univerfiteit te Leyden , en van Burgemeesteren derfelve Stad, gefchreven in den Flage den eerften Maart defes jaars, houdende, dat den 18 Augusty 1775 was geëxpireert het jaarlyks fubfidie, door haar Edele Gr. Mog. eerstmaal in het jaar 1719 tot vier duifend guldens aan derfelver Univerfiteit voor zeven jaaren toegelegt, ter vervulling van het als doenbsvon3Q 3 den aldaar met haar voort te procedeeren als na ftyle; of ten minften den Suppliant van al het boovengemelde te releveeren, en in integrum te restitueeren, zodanig als zy na regten en in goede Confcientie bevinden zullen te behooren , te geven last en bevel aan voorfz. Rector en Regteren, en ten dien eynde aan den Suppliant te verleenen Mandament of Brieven van reliëf met committimus aan welgemelde Rector en Regteren in communi forma. Als meede de nadere Requeste van gemelden Mr. A. C. de Braconier, daarbyprefenteerende een korte Memorie tot adftructie van zyn gedaan verfoek, en fupplieerende, dat haar Edele Groot Mog. als nog op zyne voorige Requeste geliefden te disponeeren, of wel aan Rector en Regteren van 's Lands Univerfiteit te prafigeeren een korte en prsecife tyd tot berigt, of daar omtrent anders te refolveeren, als haar Edele Groot Mog., tot acceleratie deefer zaake zouden bevinden te behooren. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde, dat in de voorfz. zaak by Rector en Regteren van 's Lands Univerfiteit op eene wettige wyfe en juxta legitimos justitia tramites is geprocedeert, en dat het verfoek van den Suppliant allefints ftrydig is teegens de reegels van regt en practycq, op het beleid der Civile procedures binnen deefe Provincie vigeerende. Is goedgevonden en verftaan, het verfoek, by de Requeste gedaan, afceflaan en te wyfen van de hand, met interdictie aan den Suppliant, en die van zynen raade, van met eenige verdere Addresfen ter zaake voorfz. de deliberatien van haar Edele Groot Mog. te interrumpeeren. En zal Extract deefer gefonden worden aan Rector en Regteren van 's Lands Univerfiteit tot derfelver narigt, en gelyk Extract gegeeven aan den Suppliant, om zig daar na te reguleeren.  494- Placaatcn. 3. Bock. 7. Titul. den kort der Financie; dat haar Edele Gr. Mog. het zelve fubfidie niet alleen den 2 Mey 1733 en 9 Maart 1741 op den voorfchreeven voet hadden gecontinueert, maar ook hetzelve op de ernftige recommandatie van zyn 1 looghcid den Heere Prince van Orange en Nasfau, hooglolfclyker gedagtenisië , den 18 Mey 1748, mede voor den tyd van zeven jaaren verhoogt tot agt duifend guldens 'sjaars, cn die gratie by derfelver fcvorable Refoiutie van den 12 November 1754, 19 July 1765, cn29November 1768 geinhecreerc. Dat, dewyl nu niet alleen de redenen, die inde jaaren 1719 en 1748, zoo tot het accordeeren als hecamplieeren van dat fubfidie, hadden kunnen bewegen, als nog de zelve waaren gebleven; DM ir dat, en die , en dc middelen, naderhand telkens, tyde der confecutive continuatien, geëmployeert, van meerder aandrang en noodlakelykheid waaren geworden; zy Heeren Curateuren en Burgemeesteren voornoemt, aan wien dc zorg over haar Edele Gr. Mog Univerfiteit was aanbevoolen, Amptshalvcn gemeent hadden aan haar Edele Gr. Mog. , als opperste Voorfianders cn Vcrforgers der gemelde Univerfiteit, te moeten verfoeken, niet alleen dc continuatie van het geexpireert fubfidie van agt duifend guldens 'sjaars, zonder het welk de ordinaris routine van het Comptoir van den Rentmeester der Univerfiteit niet zoude kunnen grande gehouden worden, maar zelfs uit overtuiging van de urgecrende noodfikclykhcid daar* te moeten by brengen, dat het zeer foude contribueeren tot de confervatie van den luister der Hollandfche Univerfiteit, by aldien haar Edele Groot Mog. defe fubfidie met nog een augmentatie van agt duifend guldens 'sjaars zouden gelieven te verbceteren, want dat zy niet konden verbergen, dat door de bekrompentheid der Financie van de Univerfiteit het aan hun een en andermaal was ontftaan op haar Edele Gr. Mog. Univerfiteit over te brengen Afannen van naam, waar mede zy egter gantfchelyk geperfuadeert waaren, dat de lmsrer der Academie, en de dienst der Ledemaaten, defelve frequentcerende, grootelyks zoude zyn bevordert geweest; welk point zy fchroomden nader aan te dringen, ver¬ mits het zelfs een alom bekende zaak was, dat in geene der Nederlandfche hooge Schooien de wedde derProfesfooren zoo modicq, om niec te zeggen, naar maate der tyden en omftandigheden , gering genoomen wierden, als op die van haar Edele Gr. Mog. Univerfiteit, maar daar by nog voordragende, dat zy belast mec hec becaalen der Traktementen van drie Profesföoren, welke in 's Univerfiteit dienst mec uitfteekend veel nut en roem derfelver zeer lange jaaren alle hunne vermogens aangelegt cn befteed hebbende, genoodftakt geweest waaren , anderen in derfelver plaatfen op zoo min kostbaare wyfe, als hec hun eenigfints doenlyk was gewcesc, ce furrogeeren, hec geen noodfakclyk een extraordinair en merkelyk befwaar aan 's Univerficeics Financie moest toebrengen , te gelyk de reden, waarom zy buiten Itaat waaren zoodanige Profesfoofen, die voor als noghunne volle Tractcmenten niec genooten , alhoewel hunne wefentlyke merites zulks van hun met billykheid al eenigen tyd vorderden, naar behooren te falariecren; dac by dit alles nog in aanmerking kwaamen dc aanfienlyke uirgaaven, die zy jaarlyks tot onderhoud en reparatie der zoo zeer verouderde Gebouwen van 'sLands Univerfiteit, niet tegenflaandc de daar in betragte menage genoodfaakt waaren te doen, en mitsdien, om de ondervondene zèle van haar Ed. Groot Mog., tot vermeerdering van de ccr cn luifter van dcrCel ver Univerfiteit zig indispenfabel verpligc gevonden hebbende, die hun nader verfoek aan het voorige te hegcen, ten einde dus in itaat gefteld te worden, om het welzyn der meergemelde Univerfiteit des teefficacicuferte kunnen bevorderen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, aan dc voorfchreeve Univerfiteit te accorderen een fubfidie van zestien duifend guldens 'sjaars, voor den tyd van zeven jaaren, ingaande mec de expiratie van het laatfte fubfidie, en zulks met den ipAuguscy 1775. En worden de Heeren Gecommitteerde Raden verfogt tot betaaling van het voorfchree. vcYublidie de noodige ordres te fteilen. 7- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat het aan een Vader vry /laat, zynen minderjarigen Zoon uit het Album Studioforum te doen royeeren, en aan het Forum Academicum te onttrekken. Den 11 Oclober 1776. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het Groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Gr. Mog. Refolutien Commisforiaal van den 19 | en 20 der voorlede maand, geëxamineert de Requeste van Cornelis van Engelen, Rustend Predikant onder de Doopsgefinden, te Leyden woonagtig, een einde hy en zyn Zoon Jacobus Voegen van Engelen, by den Rector van 'sLands Univerficeic ce Leyden niec mogcen worden geconfidereert als Ledemaaten der voor-  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leiden. 495 voorfchreeve Univerfiteit; mitsgaders het volkomen effect genieten der renuntiatie van het Lidmaatfchap door den Suppliant gedaan. Als mede een Misfive van Rector en Regteren, van 's Lands Univerfiteit te Leyden, waar by uit kragten der ontfangene ordre van de Heeren Gecommitteerde Raden, in haar Edele Groot Mog. abfentie, om op de voorfchreeve Requeste aan haar Edele Groot Mog. te berigten, kennis hebben gegeven, dat omtrent het gedrag van des Suppliants Zoon niet waaren geadieert, als ook dat hun onbekend waaren de redenen, waarom de Rector Magnificus des Suppliants verfoek ten opfigte van zyn Zoon had gedifficulteert, en dus die zaak ter cognitie hunner Vierfchaar niet gekomen was en ook uit haar aart, van wegen haar Edele Groot Mog. Refolutien van den 23 en 24 Maart 1662, niet had kunnen komen, en dat zy derhalven buiten Itaat waaren haar Edele Groot Mog. op het een en ander point te informeeren, zendende vervolgens daar nevens het Berigt, dat de Rector Magnificus had aangeboden voor zig zelfs in zyne qualiteit op de voorfchreeve Requeste te doen ,• mitsgaders oen Memorie ad/trueh'f van voornoemden Cornelis van Engelen, tot appui van zyn boven gemeld verfoek; en eindelyk de Requeste van Clara Johanna Jacoba van Meurs, meerderjaarige jonge Dogter, woonende te Leyden , ten einde , op fundament van door Jacob Voegen van Engelen, na eene converfatie van verfcheide jaaren met zyn Vaders mede weeten en feductie, onder folemneele trouwbeloften, te zyn geimprasgneert, haar Ed. Groot Mog. op het gedaane verfoek van Cornelis van Engelen, niet zouden gelieven te disponeeren, zonder haar daar op alvoorens te hebben gehoord. Waar op gedelibereert, en met opfigt tot het tweede verfoek van den Suppliant, terwyl aan het eerste door de anterieure dispofitie van den Rector, met kennis en approbatie van den Senaat, bereids is voldaan, in agting genomen zynde, dat het volgens de gemeene Regten defer Lande voor een generaale regel moet worden gehouden, dat, gelyk het aan Ouders of Voogden volkomen vry ftaat en geoorloofd is, om zoo wel het Forum, als het Domicilie van hunne minderjaarige Kinderen of Pupillen , naar goedvinden te doen veranderen, en de zelve buiten het genot van alle zooda¬ nige Privilegiën en Voorregten te fteilen, als door die Minderjaarigen, nimmer anders, dan met hun confent en bewilliging wettiglyk geacquireert en verkregen hebben kunnen worden, zoo ook aan Ouders of Voogden niet behoord te worden onthouden het regt en de bevoegtheid, om hunne minderjaarigeZoonen of Pupillen, geimmatriculeerde en gerecenfeerde Ledemaaten van 'sLands Univerfiteit zynde, aan het forum Academicum te onttrekken, en de zelve uit het Album Studioforum te doen royeeren; en dat het jegenwoordig geval geenzints in zoodanige termen gelegen is, nog op eenigerley wyze verftaan kan worden gelegen te zyn, welke eene naar regten gegronde exceptie van dien generaalen regel zoude kunnen uitleveren, te minder, nadien het negen en dertigfte Artikel der Statuten van gemelde Univerfiteit en de nadere verklaaring, vervat in hun Ed. Groot Mog. Refolutien van 23 en 24 Maart 1662, by het Berigt van den Rector gereclameert, zoo uit hoofde van den aart der zaake, waarin, volgens het voorfchrift der Politicque Ordonnantie, geen Proces of J Twistgeding, en dus ook geen préparatoire interlocutie of interpofitie van eenig Jufticieel gezag tusfchen een Vader en zyn minderjaarigen Zoon, tot het geven van Confent in het Huwelyk van den laatstgemelden, plaats konde hebben, als wegens het defect der concurrentie van Asfesfooren, by het voorzeide Artikel der Statuten duidelyk gërequireert, ten defe van geene de minste uitwerking voor de fustenue van welgemelden Rector zyn kan: Is goedgevonden en verftaan, hetvoorfchree- I ve verfoek van den Suppliant by defe te accordeeren, en dat dienvolgende Rector en Senaat van 's Lands Univerfiteit zullen worden aangefchreven en gelast des Suppliants minderjaarigen Zoon, Jacobus Voegen van Engelen, uit het Album Studipibrum te royeeren, en die voorzieninge doen, dat defelve niet verder als Lidmaat van de voorfchreeve Univerfiteit werde geconfidereert. En zal Extract defer gefonden worden aan den Rector en Senaat van 's Lands Univerfiteit te Leyden; als mede aan Rector en Regteren van de voorfchreeve Univerfiteit tot derfelver narigt; en gelyk Extract aan de Supplian ten gegeven, om hen daar na te reguleeren. 8. Refoiutie van de Staaten van Holland ^hou¬ dende verklaaring, waar de Ledtor es en extraordinaris Profesforen aan 's Lands Univerfiteit te Leiden, te recht moeten ftaan. Den 3 July 1783. Ontfangen een Misfive van de Curateuren over 's Lands Univerfiteit te Leyden en Burgemeesteren derfelver Stad,gefchreven aldaar op gisteren, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 13 der voorlede maand, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Joannes le Francq van Berkhey, Medicinse Doctoren Lector in de Natuurlyke Hiftorie aan'sLands Univerfiteit te Leyden voorfchreeve tendee- ren.  49<5 Placaaten. 3. Boek. 7. Titul. rende om te hebben zoodanige verklaarfng tot bepaaling van dc Judicature, tot de welke de zelve is gehoorende, als hun Ed. Gr. Mog. zouden oordcelen tc behooren; welk Advis hier na volgt geinlëreert. Edele Groot Mogende Heeren! In gevolgen en ter voldoening aan het Appoinetement Marginaal, by U Ed. Groot Mog. gefield op de Requeste van Johannes le Francq van Rerkhey^, V.edicinre Doctor en Lector in de Natuurlyke Hiftoric aan 's Lands Univeifiteit alhier, omme te hebben zoodanige verklaaringe tot bepaalinge van de Judicature, tot de welke de zelve is gehoorende^ als U Ed. Groot Mog. zouden oordeelen tc behoo.cn, en waar by U Ed. Groot Mog. hebben goedgevonden het zelve Request te flelien in onze handen om die tc cxamineeren, en U Ed. Groot Mog. daar op te dienen van onze Confideratien en Advis, hebben wy de eer U Ed. Groot Mog. voor te draagen, dat wy by den Letter der Statuten van de Univerfiteit by U Ed. Groot Mog. op den t Oclober 1631 gearrefteert cn opgevolgde ampliatien en interpretatien der zelve geene uitdrukkelyke uitzonderende bepalinge van de Judicature over de Lectores aan deze Univerfiteit hebbende gevonden, hebben getragt na te gaan , in hoe verre wy uit de zelve egter aanleiding zouden kunnen krygen, om daar uit eenige bepaaünge te formeeren, en wanneer wy dan in de eerste plaats onze attentie hebben gevestigt op dc ïudicatu re, u-aar onder de Heeren Profesforen zyn gefteld, en waar van by dc middelen van het Request van d^en Suppliant in defen werd mentic gemaakt, zoo zyn wy ontwaar geworden, dat U Edele Grooc Mog. by het negen en dertigfte Artikel van de voorgemelde Statuten hebben goedgevonden, dat de Rectoren Profesfoors in de eer/ie inftantie zuilen werden geconvenieert voor den Hove van Holland, en by ampliatie van het zelve Are. op den 23 en ia. Maarc 1662 nog nader en meer diftinCtelyk, dat de Rector en Profesfoors , zoo wel gefamentljk en het lig. liaam van den Senaat maaiende, als in hun particulier mitsgaders derfelver Weduwen, in de eerfte inftantie zullen werden geconvenieert voor den Hove van Holland, zonder dac by defe uicfonderende bepaling wy van Lectoren, niectegenftaande defelve al voor dien tyd aan defe Univerfiteit hebben geëxteerc, en op die Forum byzonder cn meer uitgebreid by defe ampliacie fchync ce zyn gereflecteert, eenige melding vinden gemaakt, waaruit wy dan onfes bedunkens zouden mogen afleiden, dac U Ed. Gr. Mog. intenrie nimmer fchync te zyn ge¬ weest, dat de Lectoren gemeenfl.Vippelyk mec de Heeren Rector en Profesioren en derfelver Weduwen zouden jouisfeeren van dat privativc Forum, dat aan defelve door U Ed. Groot Mog. welligc coc wegneming der inconvenienten, in gevallen de ü H. Rector en Profcsfores voor de Vergadering van de 1 Ieeren Rector en Rechteren, daar defelve van tyd toe tyd beurtelings alle Leden van waaren, hadden moeten te regt ftaan, is toegekent: dog defe reden omtrent Lectores nimmer kunnende plaats hebben, kan zulks oorfiak gegeven hebben, dac defelve daar by niec zyn benoemd; Egter fchync de Suppliant in defen zig, h )e zeer den tytel van Lector voerende, tot de Jura en Privücgii der Profesforen immers in verfcheide opfigten geregtigt te oordeelen, om uit defe adcequatie zyne bevoegtheid toe de judicature van den Hove van I Iolland af tc leiden; dog wy moeten daar op remarqueeren, dat wat betreft in de eerfte plaats desfelfs Commisfie en Acte van aanftclling, zoo als ook die der verdere Leetores aan defe Univerfitcic, in defelve geen melding van die Privilegiën en Prxrogativen word gemaakt, die in de Commisfien der H. H. Profesforen altoos uitdrukkelyk voorkomen , cerwyl desfelfs Commisfie zig meest byfonder bepaalt aan eene authorifatie tot het doen van publicque Lesfen, en het houden van privace Collegien, het geen dus dadelyk een voornaame diftinctie in defen oplevert. En met relatie tot de pofitiven by de middelen van des Suppliants Request opgegeven wegens de diftinctive handelingen, die op een gelyken voet omtrent hem als omtrent H. H. Profesforen by folemniteiten en feiliviteitcn nog actueel plaats hebben of plaats hebben gehad, moeten wy al verder aanmerken, dat de Suppliant in defen met opfgc tot hec doen van zyne inaugurale Oracie in hec Groot Auditorium het Jus Cathedram adfeendendi by zyne Promotie tot Medicinre Doctor aan defe Univerfiteit hebbende verkregen, ook daar toe uit dien hoofde boven andere Leetores, die hunne inaugurale Oracien in een andere convenable plaats, als dien gradus niet hebbende geacquireert, hebben gedaan, is bevoegt geweest, zonder dat die diftinctie ergens anders behoeft te werden gefogt, en met relatie coc aanlèggingen van publicque plegtigheden en admisfie tot feltiviteiten, mitsgaders het befchenken van een gouden Eerpenning ter gele^entheid van liet tweede Jubilee defer Univerfiteit, by desfêlfs Request vermeld, op een gelyken voecmet Heeren Profes' foren, zoo vermeenen wy, 'dat defe formaliteiten, terwyl die niec bepaald omtrent den Suppliant en verdere Leetores alleen, maar omtrent andere buiten het lig-  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 497 lighaam van H. H. Profesforen en buiten de Leetores nog actueel met relatie tot de aanleggingen plaats hebben, enby het gemelde Jubilee hebben plaats gehad, — geen bet minne regc tot adaöquatie van het Forum met H. H. Profesforen zouden kunnen introduceeren, terwyl ook by publicque folemniteiten van de Univerfiteit de Leetores nimmer eenig ncces in den Senaat bekomen, waar toe alleen de Secretaris van des Univerfiteits Vierfchaar in die gevallen by fpeciale Refoiutie is geadmitteert, waar agter de Leetores zonder connexie met den Senaat, nog met gelyken ïabbaart omhangen, gewoon zyn te volgen. En wy zouden dan vermeenen, Edele Gr. Mog. Heeren! dat defe pofitiven even zoo min als het genot van de gelyke vrydom van Accynzen als H. H. Profesforen, 't gunt aan de Leetores als een douceur of emolument zonder eenige i verdere (tipulatie of confequentie is toegevoegc, eenen genoegfaamen grond kunnen opleveren, waar door de Leetores aan defe Univerfiteit, en mitsdien de Sup- , plianc in defen zouden kunnen verftaan I worden onder de judicature van den Hove van Holland te behooren. En l defe judicature dus onfes bedunkens j vervallende, is het ons onder verbetering voorgekomen, nadien geene uitdrukkelyke en uitfonderende bepaaling van de judicature voor de Leetores aan defe Uni- j verfiteit nominatim by de Statuten defer i Univerfiteit is gemaakt, en defelve op voorige geallegueerde redenen geen gegrond regc cot het privative Forum van de H. H. Rector en Profesforen ons toefchynen te hebben geacquireerd, of niet . wel in confideratie van hec geen by het 29 Art. van de meergemelde Statuten met opfigt tot Studenten niet alleen, maar ook (buiten en behalven den Secretaris en de Bodellen aldaar genoemd) in het generaal tot alle die geenen, die tot de Univerfiteit behooren, in vergelyking van het geen in het 38 Art. met opfigt tot de Officiers van de Univerfiteit, mitsgaders Doctores & Magiftri, die hunne Ti tulen in defe Univerfiteit heb- : ben verkregen, en aldaar nog continueelyktot goede Studiën hunne naarftigheid doen, en in andere Artikelen met relatie tot verdere of andere Ledemaaten voorkomt, en welke in hetzelve 39 Art. gelast worden zoo wel in Civile als Crimineele zaaken, het zy dat ze Aanlegger s of Verweerders zyn, niet dan voor den Rector en de Asfesfeurs metten \ burgemeesteren en twee Scheepenen der \ Stad Leyden te regt te ftaan, daar uit j zöude moeten werden afgeleid, dat de ; Leetores aan defe Univerfiteit, en dien- I volgens ook — fpeciaal de Suppliant in | . defe onder defe benamingen moesten wer- \ IX. Deel. den verftaan begrepen te zyn, en daar onder als uit hoofde van de door ons aan hun verleend wordende Commisfie tot dë Univerfiteit behoorende te moeten reforteeren, en dienvolgens — direct onder de judicature van H. H. Reétor en Rechteren defer Univerfiteit te ftaan. ' In welke gedagten wy nog nader zyrt geconfirmeerc geworden, doordien wy zyn geinformeerd geworden, dac reeds in de vroegere tyden van defe Univerfiteit dit in de practycq alfoo fchynt begrepen te zyn geweest, en wel bepaald dac in den jaare 1620 Daniël Heynfius, extraordinaris Profèsfor aan defe Univerfiteit, voorde Vierfchaar der Univerfiteit heefc te regt geftaan, zoo als ook in den jaare 1634 Johannes Linderhaufen, mede extraordinaris Profèsfor alhier, gelyk ook Johannes Botefius de Granda Villa in den jaare 1643 tot Lector aan defe Univerfiteit verkooren, in den jaare 1644 Elifabet j ansdr. en Jan Janfz. haar Vader voor de Vierfchaar van de Univerfiteit heefc opgeroepen, om Acte van Trouwbeloften te inftitueeren, en dat wyders Johan Broen in den jaare 1694 tot Lector zynde aangefteld, en zig vervolgens hebbende geabfenteerd, inden jaare 1698 door Heeren Reótor en Rechceren een Curator in desfelfs agtergelaaten Boedel is gefield geworden, waar by laatftelyk nog komt, dat de Suppliant in defen in dert jaare 1778, waar van by desfelfs Request ook gewag word gemaakt, door Cornelis Hoogeveen voor de H. H. Rector en Rechteren zynde geconvenieert, de exceptio fori niet heeft geproponeert, maar . ook nog in die zelve zaake diverfe Perfoonen voor defe Vergadering heeft opgeroepen. En het is op defe gronden, Edele Grooc Mog. Heeren! dat wy aan U Ed. Groot Mogende in confideratie zouden geven, of niet de Suppliant in defen, en in het generaal de Leetores aan defe Univerfitit zouden kunnen werden verklaart , zoo wel in Civile als Crimineele zaaken, hetzy dat zy Aanleggers of Verweerders zyn, niet dan voor den Rector en Adfesfeurs met de Burgemeesteren en twee Schepenen der Stad Leyden te regt te moeten ftaan, conform den voet by de Ampliatie van het negen en dertigfte Artikel van de meergemelde Statuten defer Univerfiteit op den 23 en 24 Maart i6r52byUEd. Groot Mog. gearrefteert en vastgefteld, terwyl wy ons niet te min volkomen refereeren aan zoodanige dispofide ofte verklaaringe, als U Ed. Groot Mog. naar derfelver hooge wysheid zullen oordeelen in defen plaats te moeten hebben. Waar mede verhoopende aan U Ed. Grooc Mogende gerespecteerde Ordres te hebben voldaan, hebben wy de eer, 3R na-  493 Placaaten. 3. Boek. 7. Titul. na don Zegen des Allerhoogften over U Edele Groot Mogende Rcgcering te hebben afgebeeden, te verblyven, Edele Groot Mogende Heeren! (Onder/Ion d,) U Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige, De Curateuren over 's Lands Univerfiteit te Leyden en Burgemeesteren derfelver Stad. (Langer Jlondf) Lty Un ckn t Ter Ordonnantie van Juiy i7?3- defelve. (Geteekent,') J. J. HUBRECHT. Aan de Edele Groot Mo gende Heeren Staaten van (' Holland en IVcstvriesLwd. Geeft rcverentclyk te kennen Joannes : le Francq van Berkhey, Mcdecina: Doctor, en Lettor in de Natuurlyke Hiftorie aan 's Lands Univerfiteit te Leyden. / Dat al bereids van den aanvang van de / hooggunftige beroeping van hem Suppli- ; ant tot het voorfz. lectoraat, by diver- \ fe gelegentheden bedenkelykheden ont- \ liaan zyn, betreffende de prcerogativen en voorrechten, van welken hy Suppliant uit hoofde van zyn voorfz. rnunus en qualiteit, zoo ten aanfien van verfeheiden immuniteiten, als wel in het byfon- j der, met opfigt tot de Judicature, zoude kunnen en mogen joui'sfèercn. Dat wel over hec algemeen hec daar voor gehouden fchynt te zyn, dat dc Suppliant, hoe zeer ook den tytel van ; Lettor voerende, echter tot de Jura en Privilegia der Profesforen (immers in verfcheide opfigten) gerechtigt gehouden moest worden; gelyk hy dan ook zyne Inaugurale Oratie in het groot Audicori- I urn der Academie gedaan heefc met de- j felfde fblemnieeicen, die by een gelyke gelegenheid een reguarde van een Profèsfor gebruikelyk zyn. Dac hem suppliant dien gevolglyk dan ook een volkomen vrydom van Accynzen is toegelfaan, hoedanigen Profesforen van 's Lands Univerficeic voorfz. genieten; gelyk hy Supplianc daar ce boven , mec en benevens defelve ProfesfoIto, de diftinttive aanfegging van publicque plechtigheden altyd genooten heefc, i en als nog werkelyk blyfe geniecen. Dac ook in het byfonder ter gelegen- i beid van het cweede Eeuwfeest der Leid- I fche Univerfiteit, in alle de Feftiviteiccn, welke als coen plaats gehad hebben, de Supplianc mec en benevens dc Profesforen op gelyken voet is gefteld; zynde hy mec en benevens defelve, aan den llluftrendisch der Edele Achtbaan Heeren Curateuren gehonoreert, en mec een gelyken gouden Eerpenning befehonken. Dac, daar uic hec geen voorfz. is, ge noegfaam fchynt te conftceren, dac de Supplianc, ten opfigte van ooderfcheiden voorreggten, aan de Univerfiteits Profesforen gead*equeert word, zulks dan ook aanleiding heefc gegeven, dac by gelegenheid van judicieele demarches, tegens den Suppliant, door Cornelis van Hoogeveen, junior, Boekverkooper te Leyden, in den jaare 1778 ondernoomen, gedubiteerc is geworden, of de Supplianc niec, conform aan her geene m hec nc^cn en dertigfte Artikel der Wetten en Statuten van de Univerfiteit te Leyden, ten opfigte der Profesforen vastgefteld, en by Refoiutie Uwer Edele Groot Mog. van dato den 23 en 24Maart 1662 geconilrmeert is, ter eerfter inftantie voor den Hove van Holland geconvenicert had behooren te worden; of fchoon in hef gemelde negen en dertigfte Artikel niec woordelyk van Lettoren mentie gemaakt worde. Dac defe twyfreling veroorfaakt heeft, dat de Suppliant in het voorfz. geval, voor Rector en Rechteren van 'sLandl Univerfiteit geconvenicert zynde, de Exceptio fori niet heefc geproponcert gehad; dog dat nu wederom procedures voor defelfde Vierfchaar tegens hem ftaande geëncameerc te worden, de Suppliant gemeend heeft zigby U Edele Gr. Mog. te moeten vervoegen, ten einde mec betrekking tot de judicature, onder welke hy Suppliant begrepen moet worden te behooren, de noodige zekerheid teobtinccren. Waar omme de Suppliant zig is keerende, tot U Edele Gr. Mog., revcrentelyk verfoekende, dat U Edele Groot Mog. aan den Suppliant gelieven te verleenen zoodanige verklaaring tot bepaling van dc judicature, tot weike de Sup- < pliam is gehoorende, als U Edele Gr. Mog. zullen oordeelen te behooren. (OnderftondJ 't Welk doende, &c. (fVas geteekent,) W. BILDERDYX In margine ftond geappoftilleert. De Scaacen van Holland en \Vestvriesland vinden goed, dac defe Re'  Statuten en Ordonnantiën van de Univerfiteit te Leyden. 499 queste gefteld zal worden in handen van Curateuren van 'sLands Univerfiteit te Leyden, orn defelve te examineeren, en hun Edele Groot Mog. daar op te dienen van Advis. Aétum den 13 Juny 1783. (Onderjïond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by defe te verklaaren, 9- By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 30 Oélober 1786 en den 3 November ter Vergadering ingekoomen, hebbende, tot voldoening aan hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 5 September te vooren , geëxamineert een Misfive van de Heeren Curateuren over 'sLands Univerfiteit te Leyden en Burgemeesteren van defelve Stad, gefchreeyen aldaar den 29 Augustus des gemelden jaars, waar byzeer ernftig hebben verfogt, met een extraordinaris jaarlyks fubfidie ter fom van zes daiiend guldens te worden in ftaat gefteld tot inrigting van een Collegium Medico Practicum waar tos in het Cecilise Gasthuis binnen de Stad zig eene byfondere gefchikte geleegentheid opdeed; voor welke in- IO. Is geleefen de Requeste van Bavius Voorda, om de daar by geallegueerde reedenen en op fundament van thans geen de minfte zwarigheid te maaken om den Eed op de Conftitutie met de eigen woorden van het Formulier van February 1788, af te leggen en met dadelyk aanbod om dat Formulier eenvouwdig en zonder eenig byvoegzel te gebruiken , waar door den Suppliant niet zien kan eenig beletzel meer te zyn waarom hy zyn post, die nu zestien maanden had leedig geftaan, onder de hooge authoriteit van hun Ede¬ dat de Suppliant in defen, en in het generaal de Leetores en extraordinaris Profesforen aan 'sLands Univerfiteit te Leyden, zoo wel in Civile als Crimineele zaaken, het zy dat ze Aanleggers of Verweerders zyn, niet dan voor den Rector en Asfesfeurs met de Burgemeesteren en de twee Schepenen der Stad Leyden te regt moeten ftaan, conform den voet by de ampliatie van het 39 Artikel der Statuten van de voorfz. Univerfiteit op den 23 en 24 Maart 1662 by hun Ed. Gr. Mog. gearrefteert en vastgeftelt. En zal Extract defer gegeven worden aan den Suppliant, om zig daar na te reguleeren, en gelyk Extract gefonden aan Curateuren over 'sLands Univerfiteit te Leyden, en Burgemeesteren derfelve Stad; als mede aan Rector en Rechteren der voorfz. Univerfiteit, tot derfelver narigt respective. rigting jaarlyks de voorfz. fom zoude worden gërequireert, en welke uit de loopende Cas der Univerfiteit niet kon worden gevonden om de reedenen daar by gedetailleert, breeder onder den voorfz. 3 November. Is goedgevonden en verftaan aan Heeren Curateuren der gemelde Univerfiteit en Btu> gemeesteren der Stad Leyden tot het oprigten en onderhouden van een Collegium Medico Practicum in het Ciciiiae Gasthuys binnen de gemelde Stad het verfogte fubfidie van zes duifend guldens jaarlyks by provifie voor den tyd van tien agter een volgende jaaren by deefe te accordeeren, wordende de Heeren Gecommitteerde Raden tot de executie deefer Refoiutie gequalificeert. le Groot Mog., niet, hoeeerzoobeeter, zou kunnen hervatten, inftantelyk verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. zyn zaak gelieven - finaal af te doen, refereerende zig als nog tot zyne gemelde offerte, met infistement op zyn verfoek ten principaale gedaan. En vervolgens by refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport den 31 January des voorleeden jaars ter Vergadering uitgebragtdoor de Heeren van de Ridderfehap, en verdere hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende , tot voldoening aan hun Edele Groot. 3R a Mog Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by tot het oprigten en onderhouden van een Collegium Medico - Pra&icum in het Cecilia Gasthuys te Leyden, jaarlyks, by provifie voor tien jaaren een fubfidie van f 6000 - : - : geaccordeert word. Den 8 Maart 1787. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar* by de Profèsfor B. Voord a, met toelegging van een Penfioen, van zynen Post word gehouden voor ontflagen. Den 30 January 17go.  50O Placaaten. 3. Boek 7. Titul. Mog. Refoiutie Commisforirial van den 12 December 1788 geëxamineert het Berigt van de I Ieeren Curateuren over 's Lands Univerfiteit te Leyden , cn Burgemeesteren derfelve Stad, van den 9 te vooren, uit kragt hunner Edele Gr. Mog. requifiue van den i Oclober cn 3 December des gemelden jaars 1788 ,op de Requeste van Mr. Bavius Voorda, fecdert toen drie en twintig jaaren Hooglecraar in het Roomfche en hedendaagfche regt aan dezelve Univerfiteit, dog door voorf/.. Curateuren en Burgemeesteren by derfelver Refoiutie van den 1 September 1788 van zynen Post ontflagen; bywelk Request de Suppliant zyn befwaar heeft te kennen gegeeven, uit hoofde van den by hun Edele Cir. M^g. geordonneerden Eed op de Conllitutie der hooge Kegeering en het Erfitadhouderfchap, die hy wel bereid was geweest te doen op het Formulier by hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 23 November 1787, dog niet volgens de Refoiutie van den 15 February 1788; en by zyn nader Request op fpoed in die zaak had geinfteerd; als meede dc Misfive van Rector cn Senaat van voorfz. hun Edele Mog. Univerfiteit van den 10 January 1789 en den 15 by Copie aan de Leden gegeeven, houdende derfelver bezwaar over dc fustenue in het voorfz. Berigt van Curateuren en Burgemeesteren, dat defelve zouden de faculteit hebben om Profesforen te dimitteeren, hetgeen zy begreepen te ftryden tegen de Conventie of het Accord volgens hec vierde Artykel der Statuten, en op de gronden in derfelver Misfive gelegt verfoekende , dat hun Edele Gr. Mog tot wegneeming hunner bekommering, zodanige voorfiening geliefden te doen, dat dc voorfz. fustenue van Curateuren en Burgemeesteren door hun Ed. Gr. Mog. functie niet worde gewettigd. Is goed gevonden en veiflaan, dat hun Edele Gr. Mog. zonder thans iets te decideeren omtrent het regt der Curateuren van 'sLands Univerfiteit in het generaal gcfustineerd; en de contradieticn daar tegen aangevoerd, nogtans om reedenen hun Edele Gr. Mog. daar toe movccrende , Mr. Bavius Voorda houden voor ontflagen van zyne Bediening als Hoogleeraar in het Roomfch en hedendaags Regt aan 'sLands Univerfiteit te Leyden, met den gevolge en aaukleevcn van dien; dog te gelyk in conlHerafie zyn Je genomen, dat defelve, geduurende den tyd van drie cn twintig jaaren, met veel yver en applicatie de voorfz. Bediening aan de gemelde Univerfiteit heeft waargenomen , ten dien einde van ccn andere Academie beroepen zynde, en dat hy , nu reeds verre in jaaren is geavanceerd , is wyders goed gevonden en verftaan , de 1Ieeren hun Edele Gr. Mog. Gecommitteerde Raaden by deefe tc authorifeeren, om aan den voornoemden Mr. Bavius Voorda uit s'Lands Kas, toe tc leggen een Convenabel Penfioen, tot dedommagemenr, op zodanig een voet, als welgemelde 1 Ieeren overeenkomstig met desfelfs gedaane diensten en met de omftandigheden waar inhy verfcert, gelyk ook met het belang van 's Lands Financiën zullen oordeelen te behooren. En zal Extract deelèrgcionden worden aan de Heeren Gecommitccerde Raaden tot hun narigt; afs meede Extract deefer gegeeven aan Heeren Curateuren over 'sLands Univerfiteit tc Leyden en Burgemeesteren derfelve Stad, mitsgaders aan den voornoemden Mr. Bavius Voorda , om hun daar na te reguleeren. A G T S T E T I T L7 LHët Stapelrecht der Stad Dordrecht aangaande. Nil/L VIER-  Foi. 501 VIERDE BOEK EERSTE TITUL. Civile Wetten, Rechtzaak en en Reglementen. i. Publicatie van de Staaten van Holland, tot opheffing der Arresten op de goederen van Groningfche Ingefetenen gedaan, ter zaake van de agterftallige Groningfche Lyfrenten gedaan. Den 5 February 1761. De Staaten van Holland en Westvriesland: Alle de geenen die deefen zullen fien of hooren leefen; Salut: Doen te weeten, dat, nademaal wy van weegens de gefaamentlyke Geinteresfeerdens binnen deefe Provincie in de bekende agterftallige Groningfche Lyfrenten, zyn geinforrneert geworden, dat volgens de daar toe tusfchen ons en de Heeren Staaten van de Provincie van Stad en Lande aangegaane en fubfifteerende Conventie, als nu dien conform de betaalinge in contante Penningen, mitsgaders de extraditie der Obligatien aan de gemelde Geinteresfeerdens werkelyk is gefchied en volbragt, en mitsdien het billyk is, en ook na luid van de voorfchreeve Conventie, dat alle arresten en belemmeringen ter zaake voorfz. binnen deefe Provincie gedaan, thans werden opgeheeven, en alles weederom herfteld op den voet gelyk het voor deefe is geweest. Zoo is 't, Dat wy hebben goedgevonden en verftaan, door deefe te verklaaren, niet alleen op te heffen het generaale arrest, zoodanig als het zelve by onfe Publicatie van den 2 November 1759 op alle Effecten, Goederen, Actiën, Crediten en Penningen, de Ingefeetenen van de Provincie van Stad en Lande in deefe Provincie in eigendom toebehoorende, is gelegt geworden, met alle ver¬ booden al het gunt verders daar inne is gevoegt en geëxpresfeert, maar booven dien ook by deefe op te heffen, en buiten alle effect te fteilen, alle zoodanige particuliere arresten als by de voornoemde Geinteresfeerdens, of van haarentweegen door Jacob Roeters qq. op eenige diergelyke Effeéten, Goederen, Actief Crediten of Penningen, hoe ook genaamt, binnen deefe Provincie ter zaake voorfz. eenigfints zouden moogen gedaan zyn, zonder dat daar toe eenig verder of particulier ontflag noodig zal zyn, en zulks van ftonden aan, na de publicatie deefes, als niet willende, dat eenige van dien het alderminfte effect meerder forteeren zullen; met begeerte verders, dat alle Commercie, correspondentie, en alle verdere handelingen tusfchen de Onderdaanen van deefe Provincie en die van Stad en Lande voortaan weederom zal zyn, en moogen gefchieden zoo vry en onbelemmert als defelve voor dato van de voorfz. ongelukkige ontftaane, dog nu gelukkig by gelegde, en geheel gecesfeerde differenten, eenigfints is geweest, en gevoert heeft moogen werden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie precendeere, lasten en beveelen wy, dac deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert daar zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande den 5 February 1761. {Onderfond f) Ter Ordonnantie van de Staaten, (Was geteekend f) 3& 3 ARIS v. d. MIEDEN*  5o* Placaaten. 4. Boek. r. Titul. 2. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Pondgaarders te Rotterdam word toegeflaan gelyk recht van Reivindicatie omtrent Graanen, rond en plat Zaai, voor hunne meesters by hun om contant geld verkogt als aan de Eigenaars competeert. Den 23 July 176*1. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 7 Mey laatstleeden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad I Iaarlem en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot dezaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Kefolutie Commisforiaal van den 27 Juny 1760, met en neevens Heeren Commisfarisfen van deg. Hove, geëxamineert de Misfive van den Prrefident cn Raden van welgemelden Hove, gefchreeven alhier in den Hage den 2 Maart 176*0, en den 27 daar aan ter Vergadering ingekoomen, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement vnn den 6 February daar te vooren, derfelver ConfiJeracien en Advis op de Requeste door de HoofdluLien van het Pontgaarders en Makelaars Gilde binnen de Stad Rotterdam, ten zclvcn dage aan haar Edele Groot Mog. geprefenteerr, daar by om geaUegueerde reedenen verfoekende, dat het haaf Edele Groot Mo^. mogtc believen, by inre-prxratie der Keure en Ordonnantie by de Weth der voorfz. Sud gecmaneert, en by haar Edele Groot Mo*, geoctroyeert den 24Maart 1703 , mitsgaders gepubliceert den 7 April daar aan volgende , te verftaan, dat de Pontgaarders binnen Rotterdam voornoemt volgens defelve keure meede zouden hebben het regt van rei'vindicatie van Granen, rond cn pla: Ziad, voor hunne Meesters by hun om Contant geld ver¬ kogt; of indien haar Edele Groot Mog. daar omtrent ditficultcit mogten vinden, dan aan hunlieden het zelve regt van rei'vindicatie te vergunnen. Is goedgevonden en verftaan, aan dc Pontgaarders binnen de Stad Rotterdam by deefe te vergunnen en toe te ftaan , gelyk regt van reivindicatie omtrent Graanen, rond en plat Zaad voor hunne Meesters by hun om Contant geld verkogt, als ten dien reguarde byde Keure cn Ordonnantie by de Weth der Stad Rotterdam gecmaneert, cn by haar Edele Groot Mog. geoctroyeert den 24 Maart 1703, mitsgaders gepubliceert den 7 April daar aan volgende, aan de eigenaars en eerfte Verkoopers van dien is gegunt, cn verleent geworden, mits nogtans de voornoemde Pontgaarders, om van het gemelde regt van reïvindicatie te kunnen jouïsfeeren, zullen hebben te prrefteeren alle het gunt, waar toe de Verkoopers in dien gevalle vofgens de voorfz. Ordonnantie van 24 Maart 1703 eenigfints zyn gehouden : zullende daar van de nodige publicatie binnen de Stad Rotterdam worden gedaan. En is daar beneevens nog gerefolveert, dat wanneer in eenige andere Stad gelyke Perfoonen als Pontgaarders te Rotterdam zig zullen mogen bevinden, op derfelver verfoek, ten einde als hier voren gemeld aan haar Edele Groot Mog. te doen, meede favorable reilexie zal genomen worden. 3. Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by aan een Notaris gepermitteert word de Prothocollen yan zyn kader, mede Notaris geireest zynde, en met wien hy als een gecombineerd Comptoir gehouden luidde, zyn leven lang onder zig te houden. Den 22 September 176*1. Ontfangen een Misfive van den Prcefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhier in den Hage op gisteren, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Appointement van den 23 July laatstleeden, derfelverConfideratienen Advis op de Requeste van Mr. Cornelis Baart,Secretaris van Brederoode,verfoekende om reedenen daar by geallegueert, dat haar Edele Groot Mog. hem Suppliant, by dispenfatie van het Placaat van den 22 April 1670, of anderfints , goedgunltig gelieven te permitteeren alle Porthocollen, Minuten, Acten en Papie¬ ren voor zyn Suppliants Vader als Notaris gepasfeert, te mogen blyven behouden, ten minlten van dien tyd af dat hy Suppliant als Notaris hy haar Edele Groot Mog. was gecreëert, ter tyd en wylen toe dat hy Suppliant zoude mogen koomen te overlyden, of de exercitie van het Notarisfchap te quiteeren. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat het te kennen geeven van den Suppliant daar op berust, dat hy feeden* anno 1744 raet zy*1 nu onlangs overleeden Vader als een gecombineert Comptoir gehouden  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 503 clcn hebbende, zy dus over en weder voor malkanderen eenige meenigte Aótes hadden gepasfeert, dat derhalven door de overgifte Van defelve Prothocollen, hy Suppliant van veele Actes, hem in de daad toe behoorende, zoude worden gepriveert; is, uithoofde van t{c byfondere omftandighceden, waar in den Suppliant zig bevind, goedgevonden en verftaan, aan denfelve te accordeeren dat hy zyn leeven lang alle de Prothocollen, Minuten, Acten en Papieren, voor zyn Suppliants Vader als Notaris gepasfeert, onder hem zal mogen behouden, dewelke geduurende hy meede Notaris is geweest, zyn gemaakt; dog dat de voorgaande, ingevolge het voorfz. Placaat van haar Edele Groot Mog. van den 22 April 1670, ter Secretarye der Stad Haarlem zullen moeten worden overgebragt. 4, Publicatie van den Hove van Holland, te* gen de Dobbelfpeelen en in 't byfonder tegen het Hazard'~fpel trente un. Den 4 January 17Ó3. De Prasfident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland, Doen te weeten ; Alfoo wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat nietteegenftaande de meenigvuldige Placaaten, geemaneert en gepubliceert teegens het Speelen van Dobbel en andere ongeoorloofde Spellen, egter, in vilipendie van defelve, zeedert eenige tyd herwaarts binnen de Provincie van Holland, en wel zonderlinge in den Hage, de Dobbel/pellen, als Pasfèdix, Pharaon en andere, by voorige Placaaten expresfelyk verbooden, merkelyk zyn toegenomen , en zelfs onlangs is geinventeert zeeker Dobbel of Hazardfpel, genaamt trente un, het welk eeven of zoodanig Spel niet in fubftantie meede by de voorige Placaaten was verbooden , egter dagelyks niet alleen in Herbergen, Coffyhuifen en andere publicque plaatfen , maar ook in private en particuliere Huyfen, en zelfs ook tot groot • fchandaal en ergernisfe , op Sondagen en andere publique Beededagen openbaarlyk werd geoeffent en geexerceert, waar door groote en excesfïve Geldfommen werden verlooren, de Menfchen van allen noodfaakelyke en behoorlyke beefigheeden en applicatien afgetrokken, en veele Ingefeetenen, ook Kinderen van fatfoenelyke Luyden werden geruineeit, en veele desordres koomen te ontftaan, alles (trekkende tot groot nadeel van het Gemeen. Zoo is 't, Datwy, om daar teegens met nadruk op nieuws te voorfien, by renovatie en ampliatie van defelve onfe Placaaten, hebben goedgevonden, wel expresfelyk te interdiceeren en te verbieden aan alle en een iegelyken, wie het ook zy, in, en aan hunne Huyfen, het zy dat het zyn Herbergen, Coffyhuyfen, en andere publique Plaatfen, of wel private en particuliere Huyfen, op wat tyd het ook zoude moogen zyn, en in het byfonder op Sondagen, en andere puhlicque Beededagen, te admitteeren, toe te laaten of te gedoogen, eenige Dobbel- en andere Spellen, welke grof en om excesüf Geld werden gefpeelt, en by onfe voorige Placaaten bereids zyn verbooden, en fpeciaal het voorfz. geinventeerde Dobbelof Hazardfpel, trente un, Wyders ook alle en eenen iegelyken, van wat ftaat, conditie of qualiteit defelve zy, daar beneevens te ver- 1 bieden de voorfz. Dobbel- of andere ongeoorloofde Speelen, en infonderheid meede hetvoorfz. Spel van trente un, op wat plaats en tyd het ook zoude moogen zyn, en in het byzonder meede op de gemelde Sondagen en andere publicque Beededagen, te proporteeren , hun daar inne te laaten, daar by deel te neemen, defelve te exerceeren of teadfifteeren, en verders in eenige deelen de hand daar aan te houden, of te foveeren, dat de voorfz. Spellen werden geoeffent en gefpeelt, alles op poene dat de Bewoonders van die Huyfen, die defelve tot het exerceeren van zulke Spellen laaten gebruiken voor de eerftemaal zullen verbeuren een boete van duifend guldens, en voor de tweedemaal een boete van twee duifend guldens, dat ook de geene , die bevonden zullen werden defelve Spellen te hebben gefpeelt, geproponeert of geëxerceert, zullen verbeuren voor de eerfte reife een boete van vyf honderd guldens, en voor de tweede reife het dubbeld van defelve, en by aldien zy zig aan het gunt voorfz. is mogten fchuldig maaken op de Sondagen of andere puI blicque Beededagen, ais dan het dubbeld van I de voorfz. boetens respective, te appliceeren een derdepart voor den Aanbrenger, een derdepart voor de Armen van de Nederduitfche Diaconie, en het overige derdepart ten behoeve van de Hooge Overigheid. En dat daarenboven, teegens de Overtreeders in alle de voorgenoemde gevallen, voor de derde reife na rigeur van de befchreeve Wetten, en conftitutie deefer Landen, zonder eenige conniventie zal werden geprocedeert, en wel byfonderiyk zoo in opfigte van de Herbergen, Coffyhuyfen en andere publicque plaatfen, tot fuspenfie van derfelver Neeringen, en zelfs tot uitroeyinge van dien, als ten reguarde van de private en particuliere ,Huyfen tegens de Bewoonders derfelver, en generalyk teegens de Speelders, derfelver Participanten, en verdere hier booven gemeld, tot alfulcke correctien en ftraffen, als bevonden zullen werden na de merites, en geleegentheid derfaake, te behooren. Ordonneerende ten dien einde den Procureur Generaal van deefen Hove, en alle andere Officieren op de voorfz. excesfen, zonder aanfien  504 Placaaten* 4. Bock. iJ Titul. fien van Perfoon, nanuwkeurig agt tc geeven, cn des aangaande van het geene henluiden voor zal koomen, behoorlyke informatien te be leggen, cn zoodanige pourfuitcs tc doen, nis zy na Juftitie zyn gehouden, zonder daar van tc blyven in gebrceken, of eenige dissimulatie te gebruiken. En ten einde dit ons falutair oogmerk des te becter mag werden bereikt, beveelen en gelasten wy meede wel ernftelyk, en fpecialyk den Procureur Generaal, het oog te houden op dc executie en eguale obfervantie van deefen Placaate. En op dat niemand hier van eenige ignorantie en pretendceren, lasten cn beveelen wy, dat deefen, na voorgaande publicatie, alomme zal werden geaffigeert, daar het van nooden weefen zal. Gedaan in den Raade den 4 January 1763. (Onderft^nd^ In kennisfe van my, (JVas geteekent,") R. v. B LEIS W Y K. 1 7 *ö 3- 5. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Par nas fins van de Portugeefche Joodfche Natie te Amfterdam worden geaufforifeert, óm Erffenisfèn en Legaaten te aanvaarden, zonder Beneficie van Inyentaris noodig te hebbejt. Den 20 July 1763. Ontfangen een Misfive van Praifident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 15 deefer, houdende, ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 18 der voorleede maand, derfelver Confideratien en Advis op de daar neevens te rug gaande Requeste, door of van weegens Parnaslins van de Portugeefche Joodfche Natie binnen de Stad Amfterdam, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteerd, tendeerende, ten einde aan de Supplianten, als reprefenteerende de Portugeefche Jood fche Natie en de Sedeca of Armenkas, te verleenen Octroy, om, na voorbeeld der gunst aan andere gotollereerde Gefvntens binnen de Stad Amfterdam door haar Ed. Groot Mog. toegcltaan, de Erffenisfèn, Makingen, en Legaaten, by Testament, Codicil of andere Dispofitie ten behoeve van de Sedeca of Armenkas van de Portugeefche Joodfche Natie aan defelve gemaakt, door de Parnaslins in der tyd zullen mogen worden aanvaard, zonder een Mandament van beneficie van Inventans nodig te hebben, en zonder in eenige fchulden of lasten verder gehouden te zyn als de zuivere Effecten des Boedels kunnen toereiken, zynde de Supplianten bereid en te vree- den om te doen maken een behoorlyke Staat en- Inventaris van de Effecten en Goederen, die op de voorfz. Sedeca of Armenkas, in voegen hier vooren gemeld, koomen te devolveeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat ten behoeve van de Supplianten Brieven van Octroy zullen worden gedepecheert, waar by defelve werden geaüthorifeert, en gequaliriceert, om de Erffenisfèn, Makingen en Legaten, die by Testamente, Codicil of andere Dispofitie ten behoeve van de Sedeca of Armenkas van de Portugeefche Joodfche Natie aan defelve werden gemaakt , of ook by verfterf koomen te devolveeren, te moogen aanvaarden zonder een Mandament van beneficie van Inventaris nodig te hebben, cn zonder in eenige fchulden, lasten of borgtogt verder gehouden of verpligt te zyn, als de zuivere Effecten en Goederen des Boedels toereiken, mits dat de Supplianten , ten overftaan van Notaris en Getuigen, zullen moeten maken een Staat en Inventaris van de Effecten en Goederen, die op de voorfz. Sedeca of Armenkas koomen te devol veeren.  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 505 6. Waarfchouwing van den Raad van Bra¬ band, raakende de verpligting van Voogden en andere ~Adminiftratèurs, tot het maken van Staat en Inventaris, en het doen van Rekening Den 7 Juny 1764. De eerfte Prafideeren de en de andere Raaden van den Raade en Leenhove van Braband en Landen van Overmaafe: Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, Salut; Nademaal wy in ervaaring gekoomen zyn, dat van tyd tot tyd, zoo in andere Diftriéten onder het Resfort van deefen Raade, als fpeciaalyk in de Meyerye van 's Hertogenbosch, toeneemt het zeer verkeerd en fchaadelyk misbruik by die geene, dewelke gefteld zyn tot Voogden, Executeurs, Curateurs, Adminiftrateurs of onder andere benaamingen, bewind verkrygende in Boedels, waar inne zyn geconcerneert minderjaarige of toefigt behoevende Perfoonen, dat het onnoodig zy te formeeren of te doen formeeren eenigen Staat of Inventaris van de nagelaatene Boedels, en dat zy ook niet verpligt zyn te doen behoorlyke reekening en verantwoording van hunlieder bewind en adminiftratie, het geen zelfs zoo verre gaat, dat onnoofele en onkundige Menfchen zig laaten induceeren, om by derfelver Testamenten of andere Actens van uitteifte Wille, het doen maaken van Staat en Inventaris, als meede het doen van reekening en verantwoording, te remitteeren of te interdiceeren, niet lettende op de quaade en fchaadelyke gevolgen van dien, waar uit ontftaat dat die Voogden, Executeurs, Curateurs of andere Adminiftrateurs, fommige wel uit onkunde, maar ook andere uit verkeerde en finiftre oogmerken, op verfcheide Ilordige en onbehoorlyke manieren te werk gaan, en buiten ftaat geraaken, om ter zyner tyd zoodanige verantwoording te kunnen doen, waar inne de belanghebbende met eenige zeekerheid zouden mogen berusten, als zynde zeer bezwaarlyk na te gaan, of en in hoe verre zy verkort zyn geworden, zoo dat zy, of blindeling zig moeten laaten vergenoegen met het geen die onagtfaame Adminiftrateurs aan defelve tragten op te dringen of zig in de noodfaake vinden om lastige en kostbaare pro* ceduures teegens de zoodaanige te onderneemen. Zoo is 't, dat wy daar inne willende voorfien, en zoodanige onbetaamelyke handelwyfen, quade pracfycquen en pernicieufe maximen teegengaan en weeren, als waar door de Geinteresfeerdens van het befit en genot hunner Erfdeelen veel te lang ontfet, en de nagelaatene Boedels, indien niet geheel en al genoopt, immers zeer merkelyk geabforbeert en vermindert werden; alle en een iegelyk, en wel infonderheid de respective Geregten, Magiftraaten en publicque Amptfchryvers by deefen doen waarfchouwen, dat geene VoogIX. Deel. den, Executeurs, Curateurs of andere Ad* miniftrateurs, in of over Boedels gefteld, waar inne minderjaarige of toefigt behoevende Perfoonen eenigfints zyn geconcerneert, zullen vermogen na te laaten, maar in tegendeel zyn gehouden aanftonds by het aanvaarden van derfelver qualiteiten, en uitterlyk binnen zes weeken na dato, te maaken of te doen maaken behoorlyke en pertinente Inventarisfen van defelve Boedels, mitsgaders conform de Inventarisfen van derfelver adminiftratie ter zyner tyd te doen behoorlyke reekening en verantwoording, zonder daar van by dispofitien van uitterfte wille, of op eenige andere wyfe te kunnen of te mogen ontflaagen of bevryt worden. ( En ten einde dit ons faiutair oogmerk des te beeter mooge werden nagekoomen en agtervolgt, lasten en beveelen wy wel ernftelyk alle Officiers, Geregten, Magiftraaten en Secretarisfen , al is het dat zy by Actens van uitterfte wille of anderfints, van alle andere of verde beheering zouden zyn uitgeflooten, wel naauwkeurig daar op toe te zien en te inquireeren, en ook des noods te vorderen genoegfaame blyk, dat de aangeftelde Voogden, Executeurs, Curateursdf Adminiftrateurs binnen den voorfz. termyn van zes weeken, of, zoodanigen langeren bequaamen tyd als naar maate van de gefteltheid, omflag, en fituatie des Boedels in reedelykheid zullen noodig oordeelen, behoorlyke Staaten en Inventarisfen hebben geformeert of doen formeeren, mitsgaders by nalaatigheid defelve daar toe te conftringeeren, en, in geval van abfolute weigering of dilaye, de zoodanige als fuspeete Per^ foonen van hunne qualiteiten te removeeren, ! en anderen in derfelver plaatfen te fteilen; zonder dat die alfoo geremoveerde Perfoonen daar door zullen zyn ontlast van te moeten verantwoorden weegens hunne nalaatigheid, en daar door gehad en gefeedene kosten, fchaa! den en interesien van de belanghebbende te \ betaalen en te vergoeden. En voor zoo verre de Staaten en Inventa* ! risfen mogten worden geformeert onder de hand, zonder legaale of publicque Perfoonen ; daar toe te gebruiken, dat in al zulken geval een dubbelt daar van verfeegelt en geflooten zal moeten werden gedepofiteert ter Secreta! rye van de plaatfen, alwaar het Sterfhuis zal zyn gevallen, ten einde door de belanghebbende, en daar toe geregtigt zynde, daar van opening en ook Copie authenticq te kunnen verkreegen werden, zoo als naar geleegentheid van zaaken zal werden bevonden te behooren. 3S En  5o6 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendceren, willen wy dat deefe allomme in dc Steeden, Vryheeden , Dorpen en Plaatfen in de Quartiercn van Aldus gedaan in 'sllage den 7 Juny 1764. Braband cn Landen van Overmaafe onder deefen Staat gehoorende, by gedrukte Exemplaren zal worden gepubliceert en geafligeert, ter plaatfe daar zulks gewoonlyk is. (Onderfond,) By de voorfchreeve eerfte PraMidcerende en andere Raaden van den Raade en Leenhove van Braband cn de Landenvan Overraaaze. (ÏVas geparapheertf) J. A. de PERPONCHER SEDLMTZKV, vt (Onderjïond f) Ter Ordonnantie van defelve. (JVas geteekent,) J. Dl K E M P E X AAR. 7» ReJoJutie van de Staaten Generaal, omtrent het doen van vergoeding aan de Eigenaars van afgebrande Huyfen Stallingen of Schuur en. Den 14 January 1765. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Lynden tot / lemmcn en andere haar f Toog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Meyerye 's Bosch, hebbende ingevolge cn tot voldoeninge van derfelver lief ilutie Commisforiaal van den 4 Mey cn 4 July laatstleeden, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert twee Misfiven van gemelden Raad van Staate, houdende, derfelver Advis op de Requesten van eenige Ingefeetenen van hooge Mierden, Stryp en Loramel, geleegen in de A/eyerve van 's Bosch, verfoekende ter fake van het afbranden van hunne Huyfingen cn Meubilen , Remisfie van 's Lands en Dorps Lasten als mcvde zodanige andere ondeiftand als haar Hoog Mog. zouden goedvinden, en by die geleegentheid aan haar I loog Mog. voorfliande, of het niet dicnltig zoude wefen, tot beter bereiking van het oogmerk waar toe tot dus verre aan behoeftige Ingefeetenen van de Meyerye in Cas van het afbranden van haare Wooningen , Remisfien van 's Lands en Dorps Lasten zyn geaccordeerd, eenige andere en betere voorfieninge daar omtrent te doen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat conform den voorflag by de eerfte der voorfchreeve Misfiven van den Raad van Staate gedaan, zal worden vastgefteld, zoo als vastgefteld word mits defen, dat voortaan geen Remisfien weegens brand aan de Ingefeetenen van de Meyerye zullen worden geaccordeert, maar dat ter dier zake by ieder geval van brand den Officier, Regenten en Secretaris van de plaats alwaar den brand is voorgevallen, gehouden zullen zyn, binnen drie weeken na den brand, gratis, op den eed in den aanvang haarer bedieningen gedaan, te taxeeren dc waarde van de afgebrande Huyfen, Stallinge of Schuuren, daar van insgeïyk gratis een Acte van taxaat te formeeren, en die aan den Eigenaar der afgebrande Huyfen , Stallingen of Schuuren ter hand te fteilen, en dat zoo dra die afgebrande Huyfen, Stallingen en Schuuren weederom op voorigen voet zullen zyn herbouwt, immers binnen twee maanden daar aan, mits die herbouwing uitterlyk binnen twee jaaren na den brand is voltrokken, en mits den Eigenaar voor Officier en Scheepenen op den Eed vcrklare, beneeden de vier duyfent guldens gegoed te zyn, uit des gemeentens Cas aan den voornoemde Eigenaar zal moeten vold ra en betaald worden een vierde part van de Som, waar op de waarde van de afgebrande Huyfen, Stallingen of Schuuren zyn getaxcert, blyvende niet tc min het geftatüeerde by haar Hoog Afog. Placcaat van "den 4 Juny 1657 met opligt tot de vergoedinge van fenaade door moedwillige brandftigtinge veroorfaakt, in volle kragt, zullende ten voorfchreeve einde een Publicatie in behoorlyke forma worden opgemaakt en gedrukt, om in de Meyerye van 's Bosch gepubliceert en geaffigeert te worden na behooren, nogtans met dien verftande dat in extraordinaris gevallen, daar in het voor de Dorpen te befwaarlyk of onmogetyi zoude vallen, de afgebrande Ingefetenen op den boovengemelden voet te gemoet te koomen, zodanig anders zal worden "edisponeert, als bevonden zal worden te behooren. Re-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 507 8. Refoiutie van de Staaten van Holland, voaat by aggreatie verleend word op eene Venia JEtat'iS, van de Staaten van Zeeland geoptineerd. Den 6 November 1767. "TTs geleefen de Requeste van Maurits AgatiI nus Langhoorn, Zoon van Maurits Langhoorn en Jacoba van Brugge, woonende te Vlisfingen, te kennen geevende, dac hy Suppliant, oud twintig jaaren , op het rapporten recommandatie der Magiftraat van gemelde Stad, van de Heeren Staaten van Zeeland den 17 September laatstleeden had gcobtineert de Brieven van Venia atatis Copjeiyk daar neevens gevoegt; dat zig daar mede hebbende geaddresfeert aan Pieter Boon, even buiten Gouda woonende, als by den Testamente van wyle Arie Langboorn aan ge Helde, en Pieter Maas, woonende te Gouda, als in plaats van zyn Vader gefurrogeerde Voogd over hem Suppliant, voor zoo veel betreft het geen hy uit kragt der Testamentaire dispofitie van wylen Arie Langhoorn, gewoond hebbende en overleeden onder Bloemendaal, had geërft, van gemelde zyne Voogden had verfogt de extraditie van het geen onder hunne directie en Adminiftratie ten zynen behoeve mogte berusten, dan waar omtrenc eenige bedenkelykheid maakten, om dat de voorfz. Brieven van Venia atatis in Zeeland alleenlyk zouden kunnen effect forteeren, en hy uic dien hoof- 9. de niet geconfidereert binnen Holland gekoomen tot fodanigen geapprobeerde Staare om zyne Goederen te kunnen opeisfchen, regeeren en adminiftreeren tot zyn meeste profyt; verfoekende tot eviteering van disputen des^ wegens, dat haar Edele Groot Mog. voorzoo veel des noods de voorfz. Brieven van Venia atatis by hem van de Heeren Scaaten van Zeeland geobtineert, voor zoo ver deefe Provincie betreft, gelieven te confirmeeren, of welaan hem insgelyks Brieven van Venia atatis, in communi forma te verleenen. Waar op gedelibereert, en gelet zynde dat de Suppliants Voogden in zyn gedaan verfoek aan haar Edele Groot Mog. hebben geconfenteert, en dat des Suppliants Requeste is gemunieert met de Acte waar by de Heeren Senaten van Zeeland hem voor meerderjarig hebben verklaart, is goedgevonden en verftaan, zonder re requireeren het Advis van de Prsefident en Raden van den Hove, het verfoek by de voorfz. Requeste gedaan, te accordeeren , en zulien dienvolgende de voorfz. Brieven van aggreatie op de by den Suppliant van de Heeren Staaten van Zeeland geobtineerde Venia atatis worden gedepecheert. Renovatie - Placaat van de Staaten van Zeeland, houdende verbod tegen het colle&eeren voor alle vreemde Loteryen. Den 25 February 1768. TP\e Staaten van Zeeland; Allen den gee\ Jp nen die defen zullen zien, ofte hooren leefen, Salut! doen te weeten s Alfoo wy geïnformeerd weiden, dat binnen defe Provincie , niet tegenttaande ons Placaat van den 1 December 174.1, tot verbod van het Collecteeren voor alle vreemde Loteryen, nog dagelyks met zoodanige Collecten word voortgegaan, en particulier voor eene Loterye, welke den naam draagt, van de Bouchovenze Lotery; ftrekkende de voorfz. en andere Loteryen tot groot nadeel der Loterye van Generaliteits wegen, ten gemeene nutte en profyte van den Lande, alleen toegelaten: Zoo is 't, dac wy, tot voorkoominge van de fchadelyke gevolgen, dewelke daar uit ontftaan; ende het nadeel dat door de voorfz. Loteryen aan de Generaliteits Loterye van de Unie werd toegebragt, op nieuws, en by renovatie van het voorfz. ons Placaat, goedgevonden hebben, allen ende eenen iegelyken, dien het eenigfints zoude mogen aangaan, andermaal ftriftelyk te verbieden, gelyk wy by defen verbieden, dat niemand, wie hy ook zy, zig binnen defe Provincie zal vervorde¬ ren te Ojllecteeren, voor'de voornoemde, ofte eenige andere vreemde Loteryen, buiten die van de Generaliteit is aangelegd, op pcene, zoo wie tegens defe onfe ernftige meening , voor eenige vreemde en buitenlandfche Loteryen, hoe genaamd, zullen hebben gecollecteerd, voor ieder reife zal verbeuren, de fomme van tien Ponden Vlaams, te proftteeren, de eene helfte by den Officier, die de calange zal doen, en de andere helfte by den Aanbrenger. Ende, op dat de inhoud van dit ons Placaat agtervolgt ende geëxecuteerd mag werden ; en niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, ontbieden en bevelen wy, alle Officieren, Jufticieren en Magiftraten defer Provincie, dat zy dit ons Placaat alomme doen afkondigen ende aanplakken, daar men gewoon is het zelve te doën; procedeerende, en doende procedeeren tegens de Contraventeurs en Overtreeders van defe onfe. Placaate, zonder eenige oogluikinge, gunfte, disfimulatie, of verdrag: want wy zulks ten dienfte van den Lande alfoo bevonden hebben te behooren. 3S 1 Rê'  508 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. Iö» Refoiutie van dc Staaten Generaal, hou- dende verklaaring, dat een lage fe ten van StaatsVlaander en Oclroy noodig heeft om hy uiter/le uil te disponeeren over los haare Capi taaien, befet op de Reven:.'en en Inkom fen van Hulfter Ambagt, en op het Domeyn van den Prince van Orange. Den 25 Oclober 1768. Ontfangen een Misfive van den Raad van Vlaanderen gefchreeven te Middelburg, den 13 deefer, houdende ingevolge cn toe voldoeninge van haar Hoog Mogende RefoJutie van den 16 der voodecdc maand, derfelver Advis op dc Requeste van Catharina Adriahü ] icoba Strefo, woonagtig tc I luist in Vlaanderen, verfoekende om reedenen in de voorfchreeve Requeste gcallcgectt, dat haar I loog Mog. aan haar Suppliante by forme van interpretatie , de nodige elucidatie gelieven te geeven, of tot het disponeeren over losbaare Capitalen, befet op de Revenuen en Inkomften van I luifter Ambagt en op hec Domeyn van Zyne Doorluchtigfte Hoogheid den Hee¬ re Prinfe van Orange en Na.-fiu, Oclroy van haar hoog Mog. word gërequireert, dan wel of zulks alleenlyk betrekkelyk moet worden gemaakt tot Landeryen en andere vaste Goederen in Vlaanderen geleegen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verftaan, mits defen by forme van interpretatie te verklaaren, dat de vooriz. Capitale Obligatien onder de immobile moeten gecompureert worden, en dat de Suppliante agtervolgens de algemeene Landwet over defelve by uitterfte wille niet disponeeren kan; zonder Octroy van haar Hoog Mogende te hebben geobtineerr. n* Refoiutie van de Staaten van Holland, om¬ trent de pr.cfrentie yan Notariaale Obligatien boven onderhandfche, op de Roedels der geenen, die in dienst van de Oost - Indifche Compagnie infohent zyn komen te overlyden. Den 10 Mei 1770. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het .Advis van de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Edele Grooc Mog. Gecommicteerden toe dc zaaken van de Juftitie, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie commisforiaal van 5 defer, met Commisfarisfen van den Hoogen Raade en van den Hove, geëxamineert de Advifen, zoo van den I Iooge Raade van den 4 te vooren, als van den Hove van 30 Maart laatstleden, beide tot voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 18 Maart 1769, op de respective Misfives van den Reprelëntanc van zyn Hoogheid en Bewindhebberen der Oostindifche Compagnie ter Kaïneren defer Provincie, vervattende derfelver confideratien op het verfoek door Commisfarisfën van de Kamer van defolate Boedels ce Amfterdam aan haar Edele Groot Mog. gedaan, ten einde haar Edele Groot Mog. als een gemeene Wet zouden gelieven tc verklaaren, of de Notariaale Obligatien in de Oostindien verleden cn gepasfeert door Perfoonen in dienst van de Oostindifche Compagnie defer Landen, by een concurfus creditorum moeten hebben het regt van prcefe. rende, dan niet; welke Advifen onder de Notulen van den 5 Mey voorfz. zyn geinfereert; en daar nevens geëxamineert hebbende de bovengemelde Misfives der vyf Kamcrcn van de Oostindifche Compagnie, breeder onder dc Notulen van iS Maart 1769 vervat. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verfhan te verklaaren, dat wanneer het judicium prxferentiee £f concurrentie hier te Lande zoude mogen werden gehouden over den Boedel van iemand, die van hier in den dienst der Oostindifche Compagnie naar de Oostindien is gevaaren, en aldaar in diensc van defelve Compagnie infolvent is komen ce overlyden, Notariaale Obligatien, waar ter plaatfe defelve ook door zoodanig een Perfoon, na dat hy in dienst der Oostindiiche Compagnie is getreeden, verleden zouden mogen zyn, geprefercert zullen welen voor alle andere Obligatien onder de hand gepasfeerc En zal Extract defer gefonden werden aan de Pralidenten cn Raden van den Hoogen Raade en van den Hove; als meede aan Schepenen der Steden Delfc, Amfterdam, Rotterdam, Hoorn en Enkhuyfen, alwaar de Kameren der Oostindifche Compagnie in defe Provincie refideeren, aan welke Kaïneren de infolvente Boedels van Luiden m dienst der Compagnie ia Indiën overleden, en voor welke  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. sccj ke Kamer die Luiden zyn uitgevaaren, werden overgemaakt; en eindelyk aan de Commisfarisfen der defolaate Boedels Kamer te Am¬ fterdam , zoo tot narigt als om haar daar na te reguleeren. 12. Refoiutie van de Staaten van Hollandhou¬ den'de Oclroy aan iemand, die doof en fom, dog haar ver ftand volkomen machtig was, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove te testeeren. Den 23 November 1770. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den tjove, gefchreeven j in den Hage op heeden, hebbende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 7 deefer, geëxamineert de ; Requeste door Maria van der Burgt, meerderjaarige ongehuwde Dogter, woonende in de nieuwe Tonge ten Huize van Sebastiaan 1 Anemaat, Secretaris aldaar, en van Johanna . J Elizabeth Kerwal j Echtelieden, aan haar E- j dele Groot Mog. geprefenteert, enby de Sup- 1 pliante eigenhandig onderteekent, houdende in J Subftantie, dac zy Suppliante, offchoon het j ongeluk gehad hebbende van haare vroege Jeugd af aan het gehoor te misfen, en vervolgens fpraa- j keloos te zyn, egter haar ree den en verftand | volkoomen magtig was, zódanig, dat zy in Itaat was, Om zig niet alleen by de geenen, . die haar dagelyks frequenteeren, door teekenen verftaanbaar te maaken, maar ook te kunnen Schryven, en andere zaaken verrigten, waar toe reeden, verftand en oordeel werden vereischt; dat zy Suppliante na het overlyden van een het eenige Kind van voornoemde Elifabeth Kerwal, in eerder Huwelyk verwekt by wylen haar Suppliantes Broeder, Huybregt Van der Burgt; van die tyd af geneegentheid hadde getoonc uic affectie toe het Kind door haar voornoemde Schoonfuscer in tweede Huwelyk aan voornoemde Sebastiaan Anemaat verwekt, als meede uit Confideratie van de hulp en by ftand, door voornoemde haare Schoonfuster en haar Man beweefen, van haare Goederen by Testamente te disponeeren, hooffaakelyk als volgt, te weeten aan de wettige Kind, Kinderen, of verdere Descendenten van den voornoemden Sebastiaan Anemaat en Johanna Elizabeth Kerwal, en by vooro- verlyden van defelve aan de gemelde Johanna Elizabeth Kerwal, en by haar vooroverlyden aan de voornoemde Sebastiaan Anemaat, te prailegateeren alle haar Suppliants Kleederen, Goud Zilver en Juweelen, voorts in haare 0verige Goederen tot haare Erffgenaamen teinftitueeren de wettige Kind, Kinderen, of verdere Descendenten van voornoemde Sebastiaan Anemaat en Johanna Elizabeth Kerwal, en by vooroverlyden van defelve, den gemelde Sebastiaan Anemaat en Johanna Elizabeth Kerwal, of de langstleevende van hun beiden, voor twee derdeparten, en haar Suppliantes naaste vrienden , zoo van 's Vaders als van 's Moeders zyde, voor het overige een derde part, en wyders tot Executeurs van haar Testament , en tot Voogden over haare minderjaarige of toezigtbehoevende Legatarisfen of Erffgënamen te fteilen Gualtherus Kolff, Secretaris te Middelharnisfe, en den meergemelde Sebastiaan Anemaat; dan vermits zy Suppliante bedugt zynde, dat uit hoofde van haar voorfz. ongemak de validiteit van zodanige dispofitie zoude mogen worden gequerelleert, daarom gaarne gemunieert zoude zyn met haar Edele Grooc Mog. Oétroy, om in voegen ' voorfz. te disponeeren, mits zulks doende voor Heeren Commisthrisfen van den Hove, en verzoekende derhalven ten dien eynde het zelve Octroy te mogen ohtineeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en .verftaan, dat ten behoeve van de Suppliante Brieven van Octroy zullen worden gedepecheert, om in voegen voorfz. ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove by uitterfte wil over haare natelaatene Goederen te mogen disponeeren. 13. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende aggreatie op eene Venia iEtatis, van den Geheimen Raad van den Keurvorst van de Paltz geobtineerd. Den 5 December 1770. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage op heeden, -houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 1 deefer, derfelver Confideratien en Advis op de daar neevens te ruggaande Re¬ queste , door Anna Maria Elizabeth Middendorf, oud drie en twintig jaren, en woonende onder Eiberfeit, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, tendeerende, ten eynde haar Edele Groot Mog. gelieven te aggreëefen de door de Suppliante van den Geheimen Raad 3S 3 van  5ro Placaaten. 4. Bock. 1. Tirul. van den Keurvorst van de Pak? geobtineerde Venia ALtatis op den 23 January laatstleeden, in diervoegen, darde Suppliante hare Goederen in het to.'koomcndc zelve zal administrceren, maar de vaste Goederen niet zal mogen vervreemden of aggravcvren, voor dat zy meerderjarig zal zyn geworden, en wyders te verklaaren, dezelve Venia ZEtatis onder de daar by gemelde bepaaling binnen deefe Provincie effect zal forte^ren. Waar op gedelibere ert zynde, isgredgevonden en verftaan, hec verfoek by de voorf>.. Requeste gedaan, te accordeeren, en Bullen dienvolgende de voorfz. Brieven van aggreatie op de by de Suppliante van den Geheim Raad van den Keurvorst van de PaltZ geobtineerde Venia Aitatis, onder de bepaaling, Jaarby gemeld, worden godepecheerd. 14. Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaar by de Minuten van zekere Jclens welke de Notaris verzuymd hadde te onderteekenen voor behooriyk gepasfeerd gehouden worden; met ai/êlorifatie op een ander Notaris, om de Cros jen daar van te teekenen en uit te geren. Den 15 Maart 1771. Ontfangen een Misfive van dc Prtefident en Raden van den Move, van heden, houdende, ter volJoening aan haar Ed. Groot Mog. Appoinctemenc van gisceren, derfelver Confideratien cn Advis op de daar bygevoegde ICquesee van Adam Hackman cn Herman 1 logcwal, als Executeurs van hec Tescamenc van Ilermanus van Heel, in zyn leven Notaris tc Amiterdam, en Reddenaars van deszelfs Boedel en Sterfhuis; verfoekende om redenen by de voorfchreeve Requeste breeder gemeld, dat haar Edele Groot Mog. ex plenitudine potestatis gelieven te verftaan en te verklaaren, dat de Minuten van alle zoodanige Actens, als voor den voornoemden Notaris en zekere Getuigen zyn gepasfeert, en door de Comparanten en Getuigen onderteekent, niettegenftaande de zelve Minuten door gemelden Notaris niet zyn onderceekent, voor behoorlyke Notariala Actens zullen moeten gehouden worden, even als of dezelve door den zei ven I lermanus van Heel eifeccivelyk waaren ondemekent; cn wyders den Notaris Abraham van Beem te auchorifeeren en qualificeeren , om te teekenen en uit te geven de Grosfen van zoodanige Notariale Actens als voor den gemelden Ilermanus van Heel gepasfeert, en waar van de Grosfen door hem niet geteekent, nog uitgegeven zyn; mec verder verklaaring, Au de zelve Grosfen door den gemelden Notaris, geceekenc voor behoorlyke Grosfen zullen moeten gehouden worden, even als of die door den overleden Ilermanus van Heel zelve geteekent en uitgegeven waaren; alles mec hst aan een iegelyk welke daar by zyn geinteresfeert, om zig daarna te gedragen, en dat haar Edele Gr. Mog. daar van gelieven te verleenen Refölucie in forma. Waar op gedelibercerc zynde, is goedgevonden en veritaan, hec voorfchreeve verfoek by dezen tc accordeeren, en mitsdien te verklaaren, dat de Minuten van alle zoodanige Actens als voor den Notaris Herminus van Heel en zekere Getuigen zyn gepasfeert, en door de Comparanten en Getuigen onderteekent , niettegenftaande defelve Minuten door gemelden Notaris niet zyn onderteekent, voor behoorlyke Notariale Actens zullen moeten gehouden worden, even als of defelve door den zeiven Ilermanus van Heel effectivclyk waaren onderteekent ;en wyders den Notaris Abraham van Beem by deze te authorifeeren, om te teekenen en uiccegeven de Grosfen van zoodanige Notariale Actens, als voor den gemelden Hcrmanus van Heel gepasfeert, en waar van de Grosfen, door hein niet geteekent nog uirgegeven zyn, zullende defelve Crosten, door den gemelden Souris Abraham van Beem geteekent, voor behoorlyke Grosfen moeten werden gehouden, even als of die door den overleden 1 lermanus van I leel zelve geteekent en uitgegeven waaren; des dat de gemelde Notaris van Beemby de onderteekening der Grosfen zal moeten fteilen, dar defelve gefchied uic Kragte van haar Edele Gr. Mog. voorfz. authorifatie , ten dien einde op hem verleent, alles met last aan een iegelyk, welke daar by zyn geinteresfeert, om zig daar na te gedragen. Nota. Zoortgelyke Refoiutie is ook door haar Ed. Gr. Mog. genomen, omtrenc hec Prochocol van den Notaris Everard Haverkamp te Amiterdam, den 18 July 1777. — van den Notaris Nicolaas Gallc te Haarlem, den 29 July 1777. — van den Notaris Mr. Willem Hendrik Cramer, te Amiterdam , den 1 April en 24 July 1779. — van den Notaris Anthony Tappe, te Amfterdam, den 4 Mey 1785. — van den Notaris Leendert van der Horst, te Dordrecht, den 16 September i~85. — van den Notaris Hendrifc Horlaan, te Schagen, den "8 Mey 1789. Pu  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 5ii 15. Publicatie van den Prince van Orange, als Heer en Baron van Tsfelftein, betrekkelyk het ef feót der Huwelykfche Foorwaarden aldaar. Den \6 Mey 1772. WY WILLEM, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c. &c. &c. Heer en Baron van Ysfelftein, &c. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut: Doen te weeten; Dat wy in overweeginge genoomen hebbende dat by de Handvesten onfer Stad en Baronnie van Ysfelftein Rubricq van Huywlyks Voorwaerden Art. 3. wel is geftatueert. „ Dat Man en „ Wyf voor de Vergaderinge haeres Huyw„ lyks zullen mogen maken alle zodanige Huywlyks Voorwaerden, als hen believen zal: Én verder Art. 7. „ Dat by Huywlyks 5, Voorwaerden zal mogen werden geftipu„ leert, dat de een voor des anders fchulden, „ voor dato des Huywlyks gemaakt, van nie- J „ mant zal mogen werden aangeiprooken: " / dog dat daar by niet is bepaalt, of en in hoe verre alsdan die Huywlyks Voorwaerden, om ook tegens een derde te opereeren, zullen moeten werden geprothocolleert of gepubliceert, nog ook hoedanig het gehouden zal werden met bedingen by Huywlyks Voorwaerden tusfchen Ehelieden voormaals elders gewoonthebbende, en zig naderhand binnen onze Stad en Baronnie van Ysfelftein met de Woon begeevende: En dierhalven, tot voorkominge 1 van alle Difputen en Procesfendaarover,dien aangaande iets zekers willende bepalen: Zoo is 't, Dat wy, mec advys van die van onzen Raade, na dat defelve alvoorens desweegens hadden ingenomen, de Confideratien der Regenten onzer Stad van Ysfeliiein, hebben goedgevonden , by Interpretatie en Ampliatie van de bovengemelde Articulen der Handvesten van Ysfelftein, te arresteeren en te ftatueeren , gelyk wy arrefteerén en ftatueeren by deefen: Art. ï. 1 Dat wanneer tusfchen man en Vrouw de Gemeenfchap van Goederen, plaatsheeft,alsdan tusfchen defelve ook zal weefen Gemeenfchap der Schulden, zodanig dat de Goederen van den een, zoo aangebragte en aangeërfde, als geconquefteerde, voor de Schulden van de andere voor dato des Huywlyks gemaakt, ook zelvs na gefcheurden Bedde en geflotene Boedel fcheidinge, aanfpreekelyk en Executabel zullen zyn, voorbehoudens nogtans, aen den geene tegens wie zodane Executie, na gefcheurde Bedde en verdeelde Boedel gefchied , desfelvs regres tegens de andere of desfelvs Erfgenaamen voor de halffcheid, alles nogtans, ten waare omtrent het voorfz. Re- j gres by Huywlyks Voorwaarden anders was , bedongen. I I. ] Dog wanneer de Gemeenfchap van Goede- 1 ren geen plaats heeft, dan zal ook de gemeenfchap der Voorfchulden geen plaats hebben. I I t Dat echter die geene der toekomende Echtgenooten, die zig by Huywlyks Voorwaerden, tegens de Crediteuren der Voorfchulden zal willen dekken, gehouden zal zyn voor het voltrekken van het Huywelyk te maken een behoorlyken Inventaris zyner Goederen, 't zy dan met wederzyts Confent Gerechtelyk geperfecleert, of ten minsten door beyde de Conthoralen onderteekent, of anders door defelve erkent, en wyders om het beding dat den een voor des anders Voorfchulden niet aanfpreekelyk zal weefen, ten Prothocolle te doen regfstreeren. I V. Dat by verfuym van zodane Inventarifatie en Regiftrature, of van een der beyde, den een voor des anders Voorfchulden, uyt kragte van de Societas Conjugalis wel aanfpreekelyk zal weezen ftaande Huywlyk, dog dat in gevalle de Gemeenfchap der Voorfchulden by Huywlyks Voorwaerden five Expresfe, five tac'itè is uytgeflooten, de Crediteuren na gefcheurde Bedde, of Disfolucie van de Conjugale Sociëteit, de een tot betalinge van des anders Voorfchulden, in 't geheel of tendeele, niet zullen mogen aanfpreeken. V. Dat wanneer by Huywlyks Voorwaerden uytdrukkelyk is bedongen en vastgeftelt, dat ftaande Ehe de een ten laste van de andere geene Schulden zal konnen of mogen maken, gelyk mede dat een van beyde de toekomende Ehelieden de keuze zal hebben om in de Winst, of het Verlies ftaande Huywlyk vallende, te participeeren dan niet, het zelve ten refpeéfe der Crediteuren niet anders plaats nog effect hebben zal, ten ware en na dato dat die Claufule ten Prothocolle geregiftreerten teffens ook by Klokflag toe een ieders naricht gepubliceert is, zonder het welke des A-lans of Vrouws Goederen daar voor altoos, en dus zo wel ftaande Ehe als na gefcheurde Bedde, zelfs in Solt dum aenfpreekelyk zullen weefen, voorbehoudens dan alleen, aan den geëxecuteerde desfelfs regres tegens de andere of desfelfs Erfgenaamen. V I. Dat wanneer by Huywlyks Voorwaerden eenig Fideicommis of ander Verband van ongereede Goederen is vastgefteld, de Claufula Concernens daar van, 't zy dan ter inftantie van een der Conthoralen zelvs, 't zy van den geene die by zodane Verband geinteresfeert is, ten Prothocolle van befwaar zal moeten werden  512 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. den geregiftreert, of dac anders zodane Affectatie cegens ccn derde niet zal opereeren. V f L Dat by Huywlyks Voorwaerden fimpcl en eenvoudig Retour van Goederen bedongen weefende, bet zelve, als geen Fidcicommis imporcecrcr.de, maar alleen ordincm fuccedendi ab inteftato denoceerende en micsdien ook aan de Conthoralen of derfelver Kinderen niet belettende, om anders na welgevallen tc disponeeren, niec ccn Prochocolle zal behoeven gebragt te werden. VIII. Dat alle Huywlyks Voorwaerden cn derfelver Bedingen door Perfoonen voor daco van derfelver Inwooninge binnen onle Stad en Baronie van Ysfelftein, elders anders gemaakc en vastgefteld, wanneer die Perfoonen zig met de Woon binnen onfe Stad en Baronnie van Ysfelftein reets hebben of voor het vervolg nog zullen begeeven, van volle kragt en waarde zullen zyn cn blyven, en even hetzelvde effect hebben, dac die ter Plaatfe van hare vorige Wooninge gehad zouden hebben, mits dat in aanfien van die geene welke tecgenswoordig reces binnen onfe Stad cn Baronnie I van Ysfelftein woonachtig zyn, zodane Huyw¬ lyks Voorwaerden ten reguarde van de bovengemclte Claufulcn binnen dry Maanden na dato deefes, en met opzigt tot Perfoonen welke in 'c vervolg zig van Elders aldaer met de Woon zullen begeeven, binnen een jaar nahaere Inwooninge aldaer, refpective ten Prothocolle geregiftreert en gepubliceert zullen moeten werden. I X. Eyndelyk verftaan en ordonneeren wy by deefen meede, dat een Man of Vrouw komende te trouwen ccn Weduwe of Weduwenaar, hebbende Voorkinderen , door defelve nog uyt kragte der ftatutaire Gemeenfchap, nog by Huywlyks Voorwaerden, Gifte, Makinge of op eenigerhande wyfe, verder zal mogen werden gebenclicecrt, dan voor een Kinds gedeelte, en in cas van Kinderen, als de portie van het minst bevoordeelde Kind komt te gedragen. En ten einde nicmant hier van eenige ignorantie zal mogen of konnen pretendeeren, zal deefe coc een ieders naricht, binnen onfe Stad en Baronnie van Ysfelftein werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe alwaar men gewoon is zodanige Publicatien en Afiixien te doen. Aldus gedaan cn gcarrcltcert op ons Hof in 'sGravenhage den 16 Mey 1772. (fljs geteekent,') W. Pa. v. ORANGE. (Onderft ond,) (L. S.) Ter Ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Cecpntrafigneert A. A R D E S C H. *6. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan iemand, die wegens zwakheid yan geest onder Curateele was geftelt, gepermitteerd word, om ten overftaan yan Commis/aris fen van den Hove te mogen testeeren. Den 25 November 1772. Ontfangen een Misfive van de Prrefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Hage den 16 defer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Grooc Mog. Appointemenc van den 6 daar te vooren, derzelver Confideratien en Advis op de Requeste, door Johan Hendrik Amold, meerderjaarig Jongman , woonende alhier in den Hage, aan haar Edele Grooc Mog. geprefenteert, om redenen, daar by geallegeert, tendeerende, ten einde haar Edele Groot Mog. den Suppliant, voor zoo veel des noods, geliefden te permit¬ teeren en octroyeeren, om, ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove, over alle zyne nagelaatene Goederen, en fpecialyk mede van al hec geen hem van zyn Vader en Moeder was aangekomen, voor zoo ver hy daar over kan of vermag ce disponeeren, by Testament validelyk te mogen disponeeren, fubftitueeren, of anderzints te disponeeren naar zyn ; welgevallen, en om daar van te ohtineeren Brieven van Octroy in ordinaria forma. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat, offchoon de Suppliant by Acte  Civile Wetten, Rechtzaken, en Reglementen. fcti Acte van Burgemeesteren van 's Hage van den ii Maart 1768, geconfirmeert by zeker Verbaal , voor Commisfarisfen uit den Hove op den 5 Mey 1769 geflooten, wegens deszelfs innocentie of zwakheid van geest onder Curateele is gefield, egter zyne Curateuren zig tegen het voorfchreeve verfoek niet hebben geoppofeert, en dat Commisfarisfen van den Hove den Suppliant wel hebben bevonden Zwak van geest te zyn, dog egter niet in zoo verre, dat defelve buiten ftaat zoude zyn, om van zyne Goederen by uitterfte wille te disponee- De Heer Penfionaris de Ville heeft ter Vergadering gerapporteerd, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere haar Edele Groot Mogende gecommitteerden j met en beneevèns de Heeren Gecommitteerden Raaden, mitsgaders Heeren Commisfarisfen van den Hove, ih gevolge en ter voldoeninge van haar Edele Groot Mogende Refoiutie van den 30 july 1772, hadden geëxamineert de Misfive door de Heeren Gecommitteerde Raaden den 7 der gemelde maand aan haar Edele Groot Mog. gefchreeven, houdende in Subflantie, dat, vermits de inüAventie van den geweefen Commisfaris van het Manuaal van het Kleyn Zeegel, Pieter Pielat, en dat 'sLands Penningen, dewelke in Casfa moesten zyn; en wel tot een importante Sömme, wierden vermist, door hun Hee- I ren Gecommitteerde Raaden voorfieninge was gedaan ten Comptoire Generaal, dat de aflosfinge der Ampt-Obligatien van de Amptgelden, door gemelde Pielat, als Commisfaris van het Klein Zeegel gefurneert, bedragende te famen ƒ 4200-0-0 als meede de Jnfreófen daar op Verfcheenen, tot nader ordre niet zouden worden gedaan en betaalt; en gelyke Ordre ter Financie geftelt, dat de Ordonnantie van het loopende Traétement van denfelven Pielat, en verdere posten niet uitgegeven zouden wor^ den. Dat de Curateuren by dett Hove, in de voorfz. infolvente Boedel gefteld , de voorfz. Ampt-Obligatien en het te goeds zynde Traetement en verdere posten getragt hebbende te ontfangen, en zig daar over by Memorie aan Heeren Gecommitteerde Raaden geaddresfeert hebbende, hetzelve was gedeclineert; en dat IX. Deel. ren : Is goedgevonden en verftaan, het vi foek, door den Suppliant by voorfchreeve iv e queste gedaan , te accordeeren, en hem mits dien te permitteeren, om ten overftaan van Commisfarisfen van den Hove, over alle zyne nagelaatene Goederen en fpecialyk mede van al het geen hem van zyn Vader en Moeder is aangekomen, voor zoo ver hy daar ovër kan of mag disponeeren, by Testament validelyk te mogen disponeeren, fubftitueeren of anderfints disponeeren naar zyn welgevallen. vervolgens gemelde Curateuren zig desweegens hadden geaddresfeert aan den Hove, en van de bovengemelde weigeringe kennisfe gegeven , met verfoek, dat het Hof geliefde te ordonneeren, hoedanig zy zig in deefen zouden hebben te gedraagen, of wel defelve të vêrklaaren voor deligent, en te fteilen buiten verantvvoordinge en aanfpraak van de Crediteuren ; op welke Requeste by den Hove was geappoincteert Procedatur ordinario modo, het geen aanleidinge hadde gegeeven toteenige onderhandelingen tusfchen de Heeren Gecommitteerde Raaden en den voorfz. Hove j dog zonder effect; weshalven de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, op fundament van de reedenen eii motiven, breeder in dé voorfz. Misfivè gemeld, verfögten, om haar Edele Groot Mogende goedvinden hier op te verftaan, hoe zy zig verder hier in zouden hebben te gedragen, het zy met aan het verfoek der voorfz. Curateuren te defereeren, of zig in procedures met defelve in te laaten;of wel dat haar Edele Groot Mog. zouden mogen goedvinden Prssfident en Raaden van den Hove te gelasten, het hier vooren gemelde Appo'inctement in te trekken, en Curateuren te gelasten, geene verdere inftantien ten Comptoire Generaal of ter Financie tot afHosfinge van de voorfz. Obligatien en inning van de verdere hier voren gemelde Gelden te doen, eri de Heeren Gecommitteerde Raaden te qualificeeren, de meergemelde ingehoude Penningen , by de opgaave van het verfchuldigde aan het gemeene Land, te deduceeren. Als meede de Misfivë van de Pntifidenten Raaden van den Hove van den 27 July 1772, houdende, ter voldoeninge aan haar Ed. Groot 3T Mog, Refoiutie van de Staaten van Holland'5 waar by gelast word de Penningen tot aflosfng van Ampt-Obligatien het Traclement , en verdere vaste Posten van een Amptenaar, die infolvent gefiorven was, en aan wiens Boedel V Gemeene Land merkelyk te kort kwam, (welke door Gecommitteerde Raaden waaren aangehouden) aan de Curateuren in voorfz. Boedel af tb geven, behoudens aan 't Gemeene Land deszelfs gefustineerd recht van preferentie. Den 23 January 1773.  514 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. Mog. Refokuie van den 17 daar bevoorens, derfelver berigt op de voorf/.. Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden. En dat zy Heeren Gecommitteerden hadden geconfidereert, dat haar Edele Groot Mog. by derfelver Refoiutie van den 25 February 1678 uitdrukkelyk hebben verdaan cn geftatueert, „ dac, ja cas van infolvcntic van ee„ nige Roedels, aan dewelke het gemeene „ Land mogte bevonden worden, benecvens „ andere Mcede-Crediccuren te zyn, heczel„ ve Gemeene Land niec anders als Priyato„ rum loco in alle Judicieele Acecn omcrent „ denfelven Boedel geplcegc, kan geconfide„ recre worden, en zulks den ordinaris Reg„ ter van de Plaats, daar de intblvcnticgeval„ len is, by concurrentie van andere Credi„ teurcu, moet laten bcworden mec het ftel„ len van Curateurs, adminiftratie en Sub„ haflatie van Goederen,confignatie van Pen- : „ ningep, het houden ranpreferentie,uittel„ linge van Penningen aan die geene, die de- ' „ felve worden geadjudiceert, en alle verdc „ re gevolgen aan en van het voorfz. Judicium „ dependeerende": cn dat mitsdien daar uic notoirlyk proftueerende, dat het gemeene Land de Penningen van dc voorfz. Ampt Obligatien, en weegens het voorfz. Traetement cn andere vaste posten verfchuldigt, geenfints konde inhouden , in minderinge van het geene de voorfchreeve Commis PicJac aan den Lande ver- 1 fcbuldige was, en om de tel ve daar aan te de- I f.dquecren, maar in teegendeel dc Penningen van dc voorfz. Ampt Obligatien cn Traetement te goed zynde, moeten worden geconfidereert, als Penningen tot den voorfz. infolventen Boedel gehoorende, en welke even als de andere Penningen van denfelven Boedel geprovenieerr, cn in confignatic onder den Hove gedepofiteert, het generaal Judicum pneferentiae & 1 concurrentix fubjeet zyn; ten dien effecte, dac en hec Gemeene Land, en de particuliere \ Crediteuren de faculteit kunnen hebben, en ook I verpligt zyn, omme zodanig regt van preferentie , als defelve daar op vermeinen te hebben, ordinario modo, op dat generale Judicum meebrengen en te fusfmeeren, en daar omtrent dc decifie van den Regter af te wagten. Dat vervolgens het voorname point ten deefen in questie, eeniglyk daar op neerkomt, of de voornoemde Penningen door het Gemeene Land zouden kunnen cn behooren te worden ingehouden, toe dac het Judicumprxftrentie cr concurrentix zoude zyn afgeloopen, en dat by Sententie, in dat cas te vallen, zoude zyn gebleeken, of en hoe veel daar van aan het Gemeene Land zoude weefen gcadjudicieert, dan wel of defelve Penningen dadelyk aan de voorfchreeve Curateuren behooren te worden geextradeerten ter handen geftelc, om , ftaande de voorfz. preferentie, onder den Hove in Confignatie te worden gebragt. r Dan dat by hun Heeren Gecommitteerden diverfe bedenke!; kheeden waaren gevallen, of dit point in cas Subject by haar Ed. Grooc Mog. by een policicque Dispofitie wel behoorde ce worden gecermineerc; ce meer, daar by den Hove op de Rcqusce van de voorfz. Curateuren gcappointeert zynde Procedatur ordinario tnodo, daar door aan het Gemeene Land is gelaten de faculteit, om, wanneer vermeinen mogcen coc hec inhouden der voorfz. Gelden bevocgt te zyn, het zelve ordinario modo, voor den Hove ce lüstineeren, en de decifie van den Ordinaris Regeer daar omtrent afcewagcen. Dac daar en te-gen, aan de andere zyde, in aanmerkingc was genoomen, dac de voorfz. Penningen niec waaren van die Confideratie, dat hec voor hec Gemeene Land raadfaam was, om over hec voornoemde different zig in een formeel Proces mec de voornoemde Curateuren intclaatcn, en zoo het Gemeene Land als den voorfz. infolventen Roedel met Proceskosten te befwaaren, en ondertusfchen de afdoeningen van het generale Judicium van preferente merkelyk op ce houden en ce vercraagen. En dac daar ceegen de overgifte van defelve Penningen toe merkelyke prejudicie zoude kunnen ftrekken van hec Gemeene Land in andere gevallen, die van meerder aanbelang zouden kunnen zyn, en waar omtrent hec Gemeene Land, (zoo wel als particuliere Crediteuren, die in diergelyke omdxndighecden zouden iunncn verfèercn) reedenen "zouden vermeenen te hebben, zodanigeextraditievan Penningen aan Curateuren te mogen contestecren. Om alle welke reedenen zy Heeren Gecommitteerden derhalven hadden gemeent, dac cot vermcydinge van Procedures, en om ce cfiëctuceren, dat de voorfz. Boedel, zoo fpoedig als doenlyk was, coc liquidiceic zoude kunnen worden gebragt, niet ondienstig zouden zyn, dar deefe zaake in het particulier by forme van fchikkinge wierde geapplaneert en afgedaan, en de voorfz. extraditie in cas fubjeclgeëfiectueert, zonder dat egter daar uit eenige confequentie ten aanfien van andere gevallen in het vervolg zoude mogen worden geëlicieert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de Heeren Gecommitteerde Raaden zullen worden verfogt en gequalificeert, zoo als defelve verfogt en gequalinceert worden by defen, om de nodige voorfieninge te doen, ten einde de voorfchreeve Ampt-Obligatien, mec den Intrest van dien, gelyk meede het nog te goeds zynde Traetement en verdere vaste posten, aan den voornoemden Pielat ten laste van den Lande gecompeteerr hebbende, aan de Curateuren in den voorfchreeve infolventen Boedel geftelt, werden afgelost en geëxtradeert, gereferveert nogtans zodanig recht van preferentie, als hec gemeene Land zoude mogen goedvinden daar op by de te houdene preferentie te fustineeren, en mits dat de Refoiutie in deefen genoomen, niet zal mogen werden getrok-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. gig trokken in confequentie, ten opfigte van andere gevallen, die in het vervolg van defelve natuur zouden kunnen voorvallen. En dat hier van byAanfchry vinge kennisfe zal 18. Ontfangen een Misfive van de Prafidentert Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 6 deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 4 te vooren, derfelver confideratien en Advis op de daar neevens te rug gaande Requeste door Willemfz.Jeeffen Klindt, oud byna vier en twintig jaaren, geboortig van Üsterbye onder hec Graafffchap Schakkenburg in Noord-Jutland, zig thans onthoudende te Amfterdam, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert , tendeerende, ten eynde haar Edele Grooc Mog. gelieven te aggreëeren de worden gegeeven aan Prsefident en Raaden van den Hove, omme te ftrekken tot derfelver narigt. door den Suppliant van zyne Majefteit deü Koning van Deenemarken en Noprweegen, op den 12 Maart 1773 geobtineerde Brieven van Venia atatis, en te verklaaren, dat defelve binnen deefe Provincie effect zal forteeren. Waar op gedelibereert zynde is goedgevondeti en verftaan, het verfoek by de vooriz. Re* queste gedaan, te accordeeren, en zullen dien* volgende de vooriz Brieven van aggreatie op de by den Suppliant van zyne Majefteit deh Koning van Deenemarken geobtineerde Venia I atatis, worden gedepecheert. Refoiutie van de Staaten van Holland\ houdende aggreatie op eene Venia sEtatis, van den Koning van Denemarken geobtineerd. Den 7 Mey 1773, !p, Refoiutie van de Staaten Generaal, omtrent het effecH der Huwelyken ten aanfien van de gemeenfchap van Goederen, binnen de Steden en Ambacht ert van Axel en Neufen. Den 1 December 1773. Ontfangen een Misfive van den Raad van Vlaanderen, gefchreeven te Middelburgsen 18 der voorleeden maand, houdende, in gevolge en tót voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 10 daar te vooren, derfelver advis op een Misfive van de Magiftraat der Steede en Ambachten van Axel en Neufen te Axel, van dato den 6 der gemelde voorleeden maand, verfoekende, op grond van verfcheide reedenen, by defelve Misfive breeder gedetailleert, dat haar Hoog Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat alle Huwelyken, zonder contractantenuptiaalaangegaan , eene gemeenfchap van Goederen introduceeren , en dat alle Boedels > welke tot dien tyd toe, verdeelt mogten zyn > 't zy zulks gefchied waare, naar de befchreevene Rechten, *t zy naar de Coftume van Gendt-, op dien voet verdeeld zouden blyven, zonder zig, met de exceptien van die Coftumen, of van de Octroyen, by haar Hoog Mog. in de jaaren i<5i4 en 1761 aan die van Axel en Neufen verleent, te kunnen of te mogen behelpen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren , dat voortaan, binnen de Steeden en Ambachten van Axel en Neufen, met opfigt tot de Boedelmenging by Huwelyk en het recht van Bóedelhouders en Boedelhoudfters, by de fcheiding en déeling van zodanige Boedels, \ als in *t vervolg zouden mogen vallen, niet meer zullen worden gevolgd de Coftumen van Gendt, maar het gemeene Recht, dien aangaande in Holland en Zeeland Coftumier: ten dien effecte, dat, even gelyk zulks by haar Hoog Mog Octroyen van de jaaren 1614 ert iféi met rehtie tot de Succesüen zoö ex Teflamento, als aè inteftato is gefchied, weggenoomen zynde het onderfcheid tusfchen de deelzamè en zyde houdende Goederen, by de gemelde Coftumen van Gendt gemaakt, dadelyk na het behooriyk folemnifeeren des HuI welyks tusfchen de Echtgenooten, plaats heb\ ben en ftand grypen zal eene generaale Boedelmenging en gemeenfchap van alle allodialë of onleen Goederen, hoe genaamd zoo dié by weederzydfche Eechtgenooten ten Huwelyk aangebragt, als die ftaandè Huwelyk verkreegen, aangewonnen of aanbeftorven mogten zyn; en dat vervolgens insgelyks cesfeeren zal het Recht van byleevihg of lyftocht* den Langstleevende der Echtgenooten $ op* de helfte der onroerende Goederen, by dert Eerftftervendé nagelaaten, volgens de gemelde Coftumen van Gendt toekomende, als dé! folven ook, ten dien opfigten j wel expresfe\ lyk derogeerende, en te niet doende: alles % ten waare by Huwelykfche Voorwaarden \ tusj fchen de aanftaande Echtgenooten voor bande des Huwelyks gemaakt, zodanige gemeenfchap* ! \ zy geheel, 't zy ten deélë, mogt weefen uicge3T % ^  5i<5 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. floten, of anders daar omtrent bepaald. Zullende deefe haar I loog Mog. Refoiutie, vermits defelve niec Üegts de Magiltraac, maar alle de Ingefeetenen gefameotlyk is concerneerende, met den Druk gemeen gemaakt, en by publicatie cn aflixie door de Magiftaat van Axel en Neafen, a's naar gewoonte, ter kennisfe van een ieder gebragt worden; ten welken einde aan ce gemelde M. • •* van Axel en Neufen eenige Exemplaaren zullen worden toegezonden. En zal Extract, van deefe haar Hoog Mog. Refölucie gefonden worden aan den EUad van Vlaanderen, om tc ftrekken tot derfelver narigtinge. 20. Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaar by word af geweefen een verfoek van Abraham Ter Borch, om alle Procedures en Executicn, tegen hem ondernomen, te Jure heer en tot dut

onen zyn. En wy willen dan gaarne aan de overweeging van UEd. Ed. Groot Mog. ovcrlaaten, met wat gratie zu'ke Lieden zig kunnen beklagen over het niet accedceren van andere Crediteuren in het geproponeerd Accord, daar zy zelfs het zelve niet hebben geteekend , en d is of geene Crediteuren zyn, of daar meede voor zulks zelvcn ook geen genoegen neemen. Onder de pofitiven, (raar op hec verfoek gefundeerd word, v ;en wy, „ dat de meeste van de Crcj, ditcuren van voornoemde Abr. Ter „ Borch en Zoonen, of desfelfs Huys „ van Negotie, dc billykheid en ree,, dclykhcid van zyne gedaane propofi„ tien penecrccrcnde, in dc Convcncie waaren geacccdecrd, en die getec„ kend had Jen." van dit pofitief is zeekerlyk niets aan Uwe Ed. Groot Mog. beweefen; Scheepenen hebben ons ge- ; informcerd, dat by hec voordragen der zaaken van dc boovengemelde Requirantcn van arrest en apprehenfie, van weegens defelve was geavanceerd, dat de Crediteuren, die de Conventie hebben :>.mge.".oomen, Qegta een kleyn getal van de gantfche masfa uitmaaken ; cn wy hebben geen recden om te gelooven, dat de twee en veertig Teekenaars van defelve Conventie het meerder getal der Crediteuren en Credicen van hec gemelde Huys van Negotie zouden Conftitueeren, omtrent wiers engagemencen hec bekend is, dat defelve van de grooefte uitgeftrektheid geweesc zyn. „ Voorts zegt men, dat Abraham Ter \ s, Borch aan zyne zyde toont alles te I „ willen facrifïeeren, om op eene hon„ nette wyze zyne Schuldeysfchers „ te contenteeren." Maar wy konnen niec zien, dac hier van aan de Crediteuren genoegfiame blyken zyn gegeeven. Meer dan een aanfienlyk en gereputeerd Huis van Negotie, zoo onder de Jooden als Christenen, is in het noodlottig jaar van 1773 gebouleverfeerd geworden. Dog behalven die geenen, welke fchielyk middelen hebben gevonden; om naar maate hunner vermogens hunne fchuldeysfeheren te contenteeren, en welke ook de meesten van derfelver Crediteuren vry faciel hebben gevonden, zoo hebben de meesten van de gederangeerden Huyfen eenige uit haare Crediteuren laaten Committeeren, of zelfs ook geregtelyk laaten aanftellen, niet alleen tot het eenvoudig naargaan van den Staat cn Boeken, maar tot de daadelyke bewaaring en Cusiodic van alle hunne Goederen en Effecten, cn om alle defelve ten behoeven der gemeene Crediteuren te verfeekeren. Langs dien weg hebben zommige hunner Crediteuren, ziende dat zy alles genooten, wat de Debiteur befit, of het grootltc gedeelte van defelve tot kwytfchelding van het overige hunner fchuld geperfuadeerd. Terwyl anderen dadelyk zoo veel hebben laaten uitdeelen, als 'er by cas cn van tyd toe tyd was ingekoomen. I lier teegen heefc Abraham Ter Borch altyd de maniancie zyner zaaken zelfs gehouden, en alles zelfs gedirigeert en geadminiftrcert, zonder eenige meede Custodie van Crediteuren of derfelver GcqualificcQrdens toe tc laaten, De Gecommitteerdens in zyn Boedel hebben alleen infpeétie van de zaaken genoomen , en een rapport uitgebragt voor hem zeekerlyk favorabel, dog hec welk om de booven aangeroerde reedenen weynig fiducie heefc kunnen infpirceren by Crediteuren, die a!Ieenl}k mec belofte gepaayd wierden. En alles wat 'er van zyne kant gepnesteert is, is uitgekoomen op eene eenvoudige aanneming, om tien proeento voor hec eind van December laatstleeden te betaalen, 'twclk tot nog toe niet is geëffectueerd, en voorts tien proeento jaarlyks, zonder dac 'er eenige blyk is, dat ook daar aan voldaan zal kunnen worden. Wy willen gaarne aan Uwe Ed. Groot Mog. hoog verligt oordeel ovcrlaaten, of het Crediteuren kwalyk te neemen zy, na een jaar wagtens, zonder dac zy eenig dadelyk efforc zien doen, om hen ce contenteeren, eindelyk hun regt vervolgen. Dog wy meenen, dat het in alle gevalle van zelfs hbreekt, dac 'er geen reeden in hec gehouden gedrag van den Debiceur te vinden is, om defelve te beletccn van hun regt gebruik te maaken. Zeer veel ophefs word er wyders gemaakt van de nadeelige influentie, die hec zoude hebben , op de Negotiatien door eenige Surinaamfche, dog meesc Deenfche Flancers, een Comptoire van defelve Abraham Ter Borch en Zoonen gedaan: wanneer het aan fulke der Crediteuren van het zelve Huys van Negotie, die met hec geproponeerd Accoord geen genoegen neemen, wierd vrygelaaten, om hun regt te vervolgen. En het zyn facheufes fuitcs hier van voor veele der Ingefeetenen van den Lande, die men met een haatelyke ftyl aan Uwe Ed. Groot Mogende breedvoerig heeft uitgemoeten om langs dien weg hoogst derfelver piëtiet te misleiden. Dog hier omcrenc zy het ons gepermicceerc kortclyk te avanceeren: Dat 'sLands Ingefeetenen, zoo door hec tot nog toe geheel of gedeelce- lyk  Civile Wettere Rechtzaaken, en Reglementen» $2i lyk onbetaald laaten der v-erfcheene Interesfen op de Obligatien van die Negotiatien, als door de importante daaling van de Effecten zelfs waar van men hier alle de reedenen niet kan nog behoeft te detailleeren, reeds alle de ongelukkige gevolgen van het derangement van x^braham Ter Borch hebben uitgeitaan, die daar uit natuurlyker wyfe te wagten waaren, terwyl egter teffens voor het vervolg zodanige arrangementen, door de Commisfarisfen van die Negotiatie zyn gemaakt, dat de belangens van de Geinteresfeerdens in defelven niet alleen geheellyk, van den Boedel van Abraham Ter Borch zyn en blyven gefepareerd, zoo als uit de hier by gevoegde gedrukte Acte van den 4 October 177 3 tusfchen Abraham 'l'er Boich en desfelfs Zoonen, ter eenre, en de Commisfarisfen van desfelfs Negotiatie, ter andere zyde, gepasfeerd , en met willige Condemnatie van dén Hoogen Raade bekragtigt, te zien is, waar by particulierlyk gefegd word , dat defelve daar toe is aangegaan, op dat het Fonds van de Negotiatie in dier voegen mogt worden gefecureerd; dat het zelve door geen onverhoopte toevallen of derangementen van respective Dire&earen in der tyd, eenigfints zoude kunnen foufreeren. Terwyl daar by ook teffens de voordeelen van die Negotiatien in Cas van totaal derangement van Abraham Ter Borch voor desfelfs Zoonen gefecureert blyven. En wy kunnen niet zien, waarom in zodanig een geval (het welk wy egter wenfchen, dat door eene convenabele fchikking ten genoege van de Crediteuren moge gepraevenieerd worden) die geenen, die hetzy, door de RegterJyke auctoriteit, het zy by onderlinge arrangement, tot de vereffening en liquidatie des Boedels zoude mogen worden aangeltelt, de invordering van dat geene, het welke by Abraham Ter Borch aan zommige Planters booven de Hypotheecquenmogt hebben gefourneert, terwyl de Negotiatien onder de directie van zyne Zoonen blyven, niet op eeven zoo goede en gefchikte wyfe zonde kunnen gedaan worden i als door hem Abraham Ter Borch zelfs. Ten minften dit is zeeker, dat ook in een ander der gederangeerde Huifen de Surinaamfche Negotiatien, welke by het zelve was opgerigt, door nieuwe en geheel vreemde Directeuren is overgenoomen, terwyl de Gecommitteerdens van de Particuliere Crediteuren belast zyn gebleeven met de invordering van omtrent een half Millioen Guldens, welke door hunne Debiteuren aan de refpective Planters booven de vyf agtften der prifatien van de gehypotheecqueerde Plantagien waaren opgefchooten. IX. Deel. Maar iaat ons, Ed. Groot Mog. Pleeren, tot het verfoek zelfs overgaan, het welk tendeert, ten einde Uwe Edele Groot Mog., uit hoofde van derfelver Souveraine Magt en Auctoriteit, Scheepenen van onfe Stad, voor zoo veel des noods zouden gelieven te qualificeeren en te auctorifeeren, om alle de Procedures* en Executien, welke teegens Abraham Ter Borch, zoo in zyn privé als in zyne meergemelde relatie, ofte teegens zyne Goederen mogcen zyn ondernoomen, of nog verder mogten worden ondernoomen , te houden in ftaate en furcheance, tot dat op het verfoek van Inductie, by defelve Abraham Ter Borch en Zoonen gedaan, finaalyk zouden weefen gedisponeert» Dit verfoek meenen wy dat van de al* lerdoorfteekendfte abfurditeit is, en wel zodanig, dat daar op, het zy met alle reverentie gefegd, by Uwe Ed. Groot Mog. niet favorabel zouden kunnen worden gedisponeert, zonder de heilige bezwoorne Regten en Privilegiën der Ingefeetenen merkelyk te verkorten. Immers wanneer wy den aard der Remedien naargaan, door welke een onmagtig Debiteur uitftel van betaaling bekoomt, bevinden wy dat defelve by ons in tweederlei foorten beftaan,. te weeten, in Mandament van attenninatie of refpyt en van indu&ie. Door beiden krygt de Debiteur uitftel van betaaling, dog de atterminatie of refpyt is een beneficie van den Prins van den Lande; het welk ex fingul ar i gr atia word verleend, en dus geinterrineert moet worden, alwaare het fchoon, dat alle de Crediteuren zig daar teegen oppofeerden. Mits de Debiteur flegts voldoende Cautie Helle; en van de zyde der Crediteuren niet beweefen worde , dat 'er gronden zyn, om het interrinement van het heneficum principis te weigeren. Zulke Brieven van Atterminatie worden daarom by den Hoogen Raade, evenals andere Gratiën, opfpeciale Commisfien van U Edele Groot Mog. en in plaatfe van de Hooge Overigheid verleent. De Mandanienten van Induclie daar teegen zyn fimpele provifie van juftitie; tot welkers verleening het Hof opk daarorn bevoegd is gebleeven; tendeerende enkelyk om de Crediteuren van eenen Debiteur, die uitftel van betaaling zoekt, voor desfelfs Domiciliairen Regter pp te roepen, ten einde aldaar door vrindelyke perfuafien te worden geinduceerd en overreed, om in de verfogte termynen van betaaling, en het daar omtrend geproponeerd Accoord genoegen te neemen. Terwyl de Regter van het Committimus teffens naar de gronden van het Regt de bevoegtheid heeft; wanneer hy ziet, dat de meerderheid der Credi3V teu-  522 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. teuren in de verfogte inductie Jblutionis 1 toeftemt, en de Debiteurs behoorlyke | cn voldoende cautie prcefteert; om dan , de minderheid te condemnceren, om het meerdere getal te volgen. Zulk eene fimple provifie van Juftitie word Ho elk een verleend, die ze verfockt, zonder dat 'er iemand op gehoord word; cn de Practici hebben daarom ook altoos begreepen, dat door defelve, zoo lang de" zaak in Cas van Inductie niec was getermineert, het jus tertii niet gekedeert, nog geen Executien gefluit konden worden. Maar wat klem van reedenen kan het dan tog hebben van Uwe Edele Grooc Mog. te verfoeken, dat hoogstdefclve hunne Souveraine magt en Auctoriteit zouden incerponeeren, om aan zodanige fimpele provifie van Juftitie zulk een werkende kragt te geeven, waar door de loop der Jufticie voor 's Lands Ingefeetenen directelyk geltuit zoude worden, cn waar door defelven op eenmaal zouden worden beroofd van dat dierbaar voorregt, om in alle hunne zaaken, by de respective Regtbanken goed, korc cn onvercoogen regc te erlangen? Ln dat alles op een fimpel voorgeeven, dat de Debiteur in tien jaaren wil cn zal betaalen; zonder , dac 'er in het geheele Mandament van \ Inductie een enkel woord van het fteilen van cautie gefprooken word, veel min dat defelve zoude geoffercert zyn. Wy moeten ten deefen opfigte reclameeren het vyf en dertigfte Articul van de Ordonnantie van Keyfer Karei noopens de remisfie Brieven van refpyt &c. den 19 Mey 1544 gecmaneert, waar by uitdrukkelyk geftatueert is; „ Dat men „ geene Brieven verleenen zal om te „ bedwingen de Crediteur te confentee„ ren in het Appointement gemaakt by „ zyne Schuldenaaren met de meeste „ Partye van zyne Crediteuren, zoo „ verre dat by de voorfz. Appointemente ,, men kwytfchelde eenige Partye van „ de fchuld; of NB. dat men geeve „ dag van betaalinge zonder Cautie;" En gelyk daar om het fteilen van Borg niet alleen aan de Impetranten van Inductie , maar zelfs ook aan dc Impetranten van Atterminatie en refpyt notoirlyk incumbeert, volgens het 32, 33-^7 34 Articul van defelve Ordonnantie van Keyfer Karei; en het 126 Articul yan de ïnftrucïie van het Hof, zoo komt het ons voor, dat in het Mandament van Inductie van den Hove die verpligting tacité moet worden gehouden begreepen te zyn; terwyl het egter dan zeeker is, dac zulk een Mandament uit desfelfs aard, zoo lang het niet gedient heeft, en zoo lang 'er geen Cautie geftelc is, geen inhibicive kragt kan hebben; en dat van den Souverain te vragen, om aan het zelve zodanig eene kragt en effect ce geeven in fubftantie niet anders is, dan van denfelve ce vergen; dac hy atteinte toe brenge aan de allcrdierbaarltc vorregten van'sLands Ingefeetenen, aan welken reeds in de Graaffelyke tyden was toegefegd, dat men van weegens den Vorst geen Brieven verleenen zoude, om hen te bedwingen tot een Accoord, waarby dag van betaaling gegeeven zoude worden zonder Cautie, want zodanige Brief zoude het Mandament van Induétie weefen; by aldien Uwe Ed. Groot Mog. aan het zelve die werking gaven, die men flagiceerc; cerwyl wy teffens ook niet ongemerkt kunnen laacen pasfeeren ; dat men het zelve verfoekt tot dat op het verfoek van Inductie ftnalyk zoude zyn gedisponeert; dat is toe dat daar over op de Contradictie der Crediteuren die men zeekerlyk te gemoct ziet, eersc by Scheepenen, vervolgens by hec Hof, en by den Hoogen Raad; en eindelyk misfehien in Revifie zoude zyn geoordeelc; zulks men langs dien weg door eene enkele trait de plume, dac uitftel van bccaahng zonder eenige Caucie ten minften voor eenige jaaren zoude verkrygen ; het welk men door den weg van Regren nimmer zal kunnen ohtineeren. Dan wy hebben te meer gevoelig moeten zyn over deefe onderneeming, Ed. Groot Mog. Heeren'. wanneer wy geconfidereert hebben, dat defelve (trekkende was, om daar door Procedures in Cas van paraat Wisfelregt te ituiten; hec welk ons voorkomt van een onbegrypelyk uicfigt voor het toekoomende te zyn; de Commercie, door welke de Republicq is groot geworden, en welkers totaal verval ook desfelfs ruïne naar zig zoude fleepen, kan zonder den \Vishandel niec beftaan, en dependeert hoofdfaakelyk van het vertrouwen op Wisfels en van de zeekerheid, dat men over defelven ten allen tyde prompte en onverwylde Juftitie zal kunnen bekoomen. Hier toe is van ouds zoo wel hier als in andere Commercieerende Stceden van Europa de manier van Procedeeren de Plano in zaa' ken van Wisfel geintroduceert; wanneer de Wisfelbrieven en Protesten in order zyn. En gelyk daarom het effect: van dat zoo zeer gepriviligeerde Regt te ftremmen, niet anders ten gevolge zoude kunnen hebben, dan de volftrekte ruïne van het Credit, en teffens van de geheele Commercie, zoo wel van deefe Stad, in het particulier , als van het geheele Land; zoo heeft men alhier altoos zeer zorgvuldig ge weestom te prevenieeren dat nog door middel van Poenaale beveelen , nog door Provocatien aan de dispolitien in ""Materie van Wisfc'.geva'len eenige beletlêlen mogten worden toegebragt, en ivanneer zulks getenteert mogt zyn  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 52$ zyn heefc men daar over niet alleen zig aan UEd. Groot Mog. Vergadering op de kragtigfte wyfe beklaagt, maar men heefc ook van tyd tot tyd mogen ondervinden, dat de Hooge Gerechts-Hoven zelfs overtuigt, hoe veel 'er aan de Confervatien van dat Regt geleegen was, de verfoeken van Poenaal en Surcheance daar tegen by hen gedaan, zeer fchielyk. hebben van de hand geweefen. Immers, wanneer in den jaare 1763 daar op van weegens de Gebroeders de Neufville Mandament van Atterminatie by den Hoogen Raade was geimpetreert, en voor dac de dag van Regcen tot het interrinement diende, even als in het voorhanden zynde geval, Appointementen van Arrest en Apprehenfie in Cas van Wisfel teegen defelve by Heeren Scheepenen deefer Stad waarem verfogt en geobtineert, en wanneer teegen het ter executie leggen van defelven Poenaal by den Hoogen Raade was gevraagd, is het gevolg geweesc, dac de Hoogen Raad, aan welke men ook van weegens deefe Stad desweegens vertoogen had gedaan, het zelve directelyk heefc geweigert, ja de Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van UEd. Groot Mog. hebben ter zei ver tyd niet gehsefiteert, om wanneer defelve Gebroeders de Neufville insgelyks op pretext van de verfogte atterminatie, by abfentie van UEd. Groot Mog. Vergadering Surcheance hadden verfogt, dat verfoek by derfelver Refi> lutie van den 29 Augustus 1763 van de hand te wyfen, nietteegenltaande zelfs een der magtigfte Vorlten van Europa door derfelver valfche voorgeevens misleid, de fterkfte intercesfie voor henlieden by deefen Staac hadde gedaan, en wy vertrouwen dac UEd. Groot Mog. het gewigt der zaake penetreerende eeven weinig fcrupule zullen vinden, om niet alleen het gedaan verfoek van de hand te wyfen, maar ook de verleende Surcheance voor het vervolg directelyk op te heffen, en dus de Juftitie in het generaal, en de prompte manier van procedeeren, in Cas van Wisfel in onfe Stad weederom haaren onverbinderden loop te laaten ; terwyl het aan den eenen kant zeeker is, dat niets nadeeliger kan zyn voor eenen vryen Staat, dan dat de Cours van de Juftitie uit oorfaaken van Convenientie of Politicque infigten door den Souverain zelfs zouden worden geftuit, en het aan den andere zyde Uwe Ed. Groot Mog. van zelfs in het oog moet loopen, hoe gemakkelyk het valt voor eenen Koopman, die zyne geaccepteerde, getrokken , of geendosfeerde Wisfelbrieven niet kan of wil betaalen, om een Mandament van Inductie by den Hove te vraagen, en wat het gevolg zoude zyn, zoo men op prsetext van het zelve van den Souverain eéne Surcheance van allé Procedures en executien zouden kunnen en mogen ohtineeren; geduurende welke men meester zoude blyven om zyne Goederen te verduisteren, of den eenen Crediteur booven den anderen te betaalen, zoo als men zoude goedvinden. Wy erkennen voor hec overige gaarne, en met alle veneratie aan Uwer Edelé Groot Mog. Vergadering, als den Souverain van den Lande, de bevoegtheid, Om, wanneer de publicque Utiliteit zulks moge vorderen, de ftrikthefd der Wetten te temperen, en defelve in hunne bewerkende kragt té fuspendeeren ; dog wy zyn daar beneevens overtuigd, dat UEd. Groot Mog, zelfs ten hoogften bewust zyn, met hoe veel menagement en delicatesfe d;t regt van Souveraimteit in eene vrye Republicq geëxerceerd moet worden; alwaar de Regenten alle de handhaving der Wetten en de Confervatie der Voorregten en Vryheeden van een ieder der Ingefeetenen, van den kleinften af tot den gfootftert toe, zoo duur bezwooren hébben, terwyl wy vertrouwen dat de aïlëgarië van het Placaat van Uwe Ed. Groot Mog. in dato 26 December 1672, 't welk men by het Request abufievelyk eene Rejbluïie heeft genoemt, van weinig relevance in Cas fubjeet zal kunnen worden geoordeelt. Immers was dat Placaat een generaale Wet ten behoeve van alle de Ingefeetenen van den Lande werkende, die daar by geinteresfeerd zouden zyn, de algemeene nood van het Land eischte de voorfiening, die daar by wierd gedaan, en de vermindering van het regt der Particulieren was zeer gering, wanneer zy belet wierden geene Hypotheecquen nog Ruilingen geduurende het jaar i6"73 °P te eisfehen, mids er de Interesfen wel betaald wierden, hun regt van Hypotheecq geconferveerd bleef, en zy alleen verhinderd wierden de Panden, die door de algemeene Calamiteit hunne waarde verboren hadden, in executie te brengen, en evenwel heeft de Souverain ook in die tyd getoond, hóefoigneusdefelvé was om aan den loop der juftitie, en éen reeds verkreegen Condemnatie 't minfte beletfel toe te bréngen, wanneer defelve by Refoiutie van den 26 Augustus 1673 heeft verklaard, „ dat hec zelve „ Placaat van den 26 December 1672 „ geenfints applicabel was tot dé Capi„ talen of Rustingen, die voor dato van „ het zelve vervallen en opgeeischt was, ren, of daar over voor dato van dien „ Condemnatie was gekoomen, en dat „ dé Crediteuren met hunne Proceduu„ ren en executie ten dien opfigte mog„ ten voortgaan." Maar hoe weinig overeenkomst die gebeurtenis heeft met het teegenwoordige geval daar men eene 3V" a ftrem-  524 Placaaten. 4. Boek. 1. Titr.l. ftremming van de Juftitie ten respeéte van een cnkeld particulier Perfoon verfoekt, en dat pretenfelyk ten voordeel van eenige weinige Particulieren, die zig by den zeiven geintcresfeerd hebben, cn die zeckcrlyk geene genocgfaaine reedenen weetcn te avancecren, waarom zy zoo merkelyk gcpra'judicieerc zouden zyn, indien hunne Debiteur in die ficuatic wierd gebragt, dat zyne zaaken, het zy door onderlinge fchikkinge, het zy onder het oppergcfag van den Regter, ten algemecnen nutte der gefamentlyke Crediteuren moesten worden gered, behoeven wy nier te dctaillecren, alfoo het van zeifs in het oog moet Joopcn. De presfance, welke wv hebben willen maaken, om dit ons Berigt ter Vergadering van Uwe Ed. Groot Mog. te doen inkoomen, belet ons het zelve breeder te extendeeren, terwyl wy egter vertrouwen genoeg gefegd te zullen hebben, om Uwe Ed. Groot Mog. te convinceeren van de noodf.kelykheid die 'er is, om het gedme verfoek van de hand tc wyfen, en de verleende Surcheance voor het vervolg intetrekken. En hier meede neemen wy de vryheid, onder afbidding van Gods heilige befcherming over Uwer Ed. Groot Mog. llluftre Vergadering, ons met alle eerbied te noemen. Edele Groot Mog. Meeren! (Ondcrftond,) Dwer Edele Groot Mog. Dienstwillige, Burgemeesteren cn Regeerders der Stad Amftcldam. QLagerft>,nd,) Ter Ordonnantie van defelve. (Gclcckcnt f) J. A. van SLINGRLANDT. En is daar beneevens geleefen de Requeste der Crediteuren van Abraham Ter Börch en Zoonen, welke zig op den 14 deefer maand aan haar Edele Groot Mog. hebben geaddresfeerd, waar by, tot nader adltruccieYm haar voorig verfoek, een Memorie prcfenteeren, met verfoek, dat haar Edele Groot Mog. daar op zodanige reflectie zouden gelieven'te neemen, nis na derfelver hooge wysheid zullen oordcelen te behooren. Waar op gedelibereert, en gelet zynde op de Soliditeit der reedenen en gronden by bet voornoemde Herige geallegecrt, waar teegens de contrarie argumenten by der Supplianten nadere Requeste en Memorie bygebragt, in geënt n deelen kunnen opweegen; Is goedgevonden cn verftaan, met het voorfz. Berigt genoegen te neemen, en het verfoek door de Supplianten gedaan te wylen van de hand, met intrekking der verleende Surcheance voor het vervolg. 21' Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende verklaaring, dat Refoiutie van 7 Maart 1680, (dat Regenten yan f Feeshui fen en Diacoren geen Beneficie van Inventaris noodig bebbenf) ook op andere Proteftantfche Gemeentens van applicatie is. Den 26 Mey 1774. De Deer Penfionaris de Vi'de heeft ter Vergadering gerapporreert de Confideratien en het Advis van de HeeTen Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 22 April laatstleeden, geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, door of van weegens de Opfienders van de vereenigde Vlaamfche en Waaterlandfche Doopsgefinde Gemeente te Westzaandam, en de Regenten van het Weeshuis tot defelve Gemeente behoorende , houdende, dat zy van haar Edele Groot Mog. hadden gcobtineert Oétroy, in dato 18 Maart deefes jaars, om de Erffenisfèn by Kinderen of bejaarde Perfoonen, door hun gealimenteert, devolveerende, temogen profiteeren ; en verfoekende, op fundament van de reedenen daar by geallegeert, dat haar Edele Groot Mog., by Ampliatie van hec boovengemelde Octroy, haar Supplianten en derfelver Succesfeuren zouden gelieven ce permitteeren, by hec aanvaarden des Boedels, zoo van Perfoonen die by hun, het zy in of buiten hun Godshuis gealimenteert zullen worden, als van zodanige die gealimenteert geweest zyn, koomen te overlyden, en de fcouiden wa r meede defelve zouden mogen zyn befwaart, niet verder gehouden zullen zyn, dan zoo verre het zuyver beloop des Boedels zal kunnen toereiken. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat haar Edele Grooc Mog. by derfelver Refoiutie van den 7 Maart 1680 hebben gelieven te verklaaren en te contenteeren , dat de Regenten van de respective Weeshuifen en Diaconen van de Gereformeerde Kerken en de Aalmoesfêniers van de gemeene Armen en Huisfitten, zoo wel binnen de Sceeden als een platten Lande, ten profyte van de voorfz. Weeshuifen en Armen de E'rffenisfen, die haar by Testament, Codicil of andere Dispofitien worden gemaakt, of die ook by verlterf aan haar koomen te de vol veeren , zullen mogen adieeren en aanvaarden, zonder aan eenige Scholden, lasten of Borgtogtc-n verder ge-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 525 22. Refoiutie van de Staaten Generaal, houden* de bepaaling voor die van Zas van Gend, — i'oj waar naar zig te rcguleeren in het maaken van Testamenten, — 2°. nopens de fuccesfie ah inteftato, — 30. nopens de Gemeenfchap van Goederen tusfchen Echtgenooten. — En 4tot confirmatie van de Kei/ren en Coftumen aldaar. Den 23 Augustus 1774. Is gehoord het Rapport van de Heeren Brantfen, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van Vlaanderen, hebbende, ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie commisforiaal van den 29 der voorleede maand, geëxamineert een Misfive van den Raad van Vlaanderen, gefchreeven te Middelburg in Zeeland den 19 daar te vooren , houdende, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 2 Mey laatstleeden, derfelver advis op de Requeste, aan haar Hoog Mogende geprefenteert door Burgermeester en Scheepenen van hethoogeen Jaage Zas van Gent; verfoekende dat hec haar Hoog Mogende behaagen mooge ter voorkoominge en afwendinge van verfcheide gevreesde moeyelykheeden en onheylen, en om andere reedenen breeder in defelve Requeste ter needergefteld, uit hunne fouveraine magt te verklaaren. 1. Dat alle Testamenten en Aften vanuitterfte Wille te Zas van Gent, van den beginne dat het zelve onder haar Hoog Mog. magt is gebragt, en tot heeden toe, na het exempel van Axel en Neufen gemaakt en met de dood geconformeert, zullen blyven van effect. 2. Dat alle Huwelyken zonder Contract Antenupciaal aangegaan, eene gemeenfchap van Goederen introduceeren, en dat alle Boedels tot nu toe dien conform en na de befchreeven Regten verdeelt, op dien voet verdeelt zullen blyven, zonder dat iemand met de exceptien der Coftumen van Gent, of eenige anderen, zig zal kunnen of moogen behelpen; en eindelyk: 3. Dat de Ingefeetenen van Zas van Gent zouden continueeren geregeert en gereguleert te worden na alle Privilegiën, Ordonnantiën, Keuren en Coftumen, aan de In- en Opgefee¬ tenen der Steeden en Ambagte van Axel en Neufen, tot heeden geconcedeert en verleent, agtervolgens de verordeninge van haar Hoog Mogende in defelve Requeste vermeld, zoo als zy daar na, tot heeden, altoos zyn geregeert en gereguleert geworden. Waar op gedelibereert, en fpeciaal gelet zynde op de byfondere omftandigheeden ten Requeste voorgedraagen, is goedgevonden en verftaan, mits deefen te verklaaren, dat alle Testamenten en Actens van uitterlte Wille te Zas van Gent, van den beginne dat het felve onder de magt van haar Hoog Mog. is gebragt, en tot heeden toe, na het exempel van de Steeden van Axel en Neufen gemaakt en met de dood geconfirmeert zullen blyven van effect, mitsgaders dat alle Boedels tot dato Ideefes, of, uit hoofde van een gemeenfchap van Goederen, dewelke men heeft begreepen in Huwelyken, zonder Contract Antenuptiaal aangegaan, plaats te hebben, of anderfints na de befchreeven Regten verdeelt, op dien voet verdeelt zullen blyven, zonder dat zig iemand met de exceptien der Coftumen van Gent of eenige andere, daar tegens zal kunnen of moogen behelpen; Dat voorts by ampliatie van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 13 December 1645, zal worden geftatueert, zoo als geftatueert word mits deefen; In de eerfte plaats, dat het hooge en laage Zas van Gend en de Ingefeetenen van dien, zig in het maaken van Testamenten of andere Actens van uitterfte Wille, zullen moogen reguleeren na de Coftumen der Steeden en Ambagten van Axel en Neufen, fpeciaal na het Octroy verleent by haar Hoog Mog. Refoiutie van den 24 October 1614, en dat mitsdien aan defelve zal zyn gepermitteert om van haa3V 3 re gehouden of verpligt te weefen, als de zuivere Effecten en Goederen des Boedels meede brengen, en kunnen uitreiken, mits dat de voorfz. Regenten, Diaconen en Aalmoesfeniers respective, ten overftaan van Scheepenen zullen moeten maken een Staat en Inventaris van de Effecten die op do voorfz. Weeshuifm of Armen door de voorfz. Succesfie koomen te devolveeren, en dat defelve reedenen en motiven, waarop de voorfz. gratie aan de refpeélive Weeshui fen en Armen van de Gereformeerde Gemeente is verleent, ook van applicatie zyn op die van andere Proteftantfche Gemeentens onder publicque admini¬ ftratie ftaandej is goedgevonden cn verftaan, by Ampliatie van het voorfz. Oétroy aan de Supplianten te confenteeren en permitteeren, zoo als aan haar geconfenteert en gepermitteert word by deefe, orn de Erffenisfèn van de voorfz. onvermogende Perfoonen, by hun gealimenteert, te mogen aanvaarden zonder" beneficie van Inventaris nodig te hebben, op den voet van haar Edele Groot Mog. vooriz. Refoiutie van den 7 Maart 1680. En zal Extract deefes gegeeven worden aan de Supplianten tot derfelver narigting, en om zig daar na te reguleeren.  52Ö Placaaten. 4. Bock. r. Titul. re na te laitcne Goederen vry dyk te disponeeren, zoodanig egter dat deefe vryheid zig niet zal moogen extendeeren tot zoodanige Goederen welke buiten het Resfort van de Jurisdictie van het hooge en laage Zas van Gent, in eenige andere Diltrictcn van Vlaanderen zyn gelegen, als waar omtrent zy zullen gehouden zyn bevoorens van haar Hoog Mogende behooriyk Octroy te verfoeken, in conformiteit van hoogst derfelver Refoiutie van den 11 Juny 1695. Ten tweeden, dat voortaan alle Erffenisfèn en SuccesfKn ab inteftato binnen de Scad en Jurisdictie van Zas van Gent zullen moeten gaan en dcvolecercn, agtervolger.s het Placaat van de Heeren Maaten van Hollanden West* vriesland in dato den 18 December 1599, cn dat in dien opfigte alle voorige Coftumen of landwetten zullen worden geabrogcert, en met betrekking tot het voorfz. point van fuecesfie vernietigt. Ten derden, dat al meede van nu af aan binnen de Stad en Jurisdictie van het hooge en laagc Z is van Gent, met opligt tot dc Boedel menging by Huwelyk, en hec regc van Boedelhouders en Boedelhoudltersby de fcheiding en deeling van zoodanige Boedels, als in hec vervolg zouden moogen vallen, niec meer zullen worden gevolgt de Coftumen van Gene, maar het gemeene regc dien aangaande in I Iolland en Zeeland coftumier, ren dien cfffto dat weggenooraen zynde het onderfcheid cusfchen de dcehaame en zydehoudende Goederen, by de gemelde Coftumen van Gent gemaakt, dadelyk, na het behooriyk folemnifeeren des Huwelyks, tusfchen dc Egtgenooten plaats hebben en Itand grypen zal eene generaale Boedelmenging cn gemeenfchap aan alle AllodiaaleofOnlecngoederen, hoe genaamt, zoo die by weederzydfche Egrgenooten ten Huwelyk aangebragt, als die ftaande HuweJyk verkreegen, aangewonnen of aan beftorven mogten zyn: en dac vervolgens insgelyks cesfecren zal hec regt van Bjleeving of Lyfcogt, den Langsdcevcnde der Egtgenooten op dö : helft der onroerende Goederen by den EerstI ftervende nagelaaten, volgens de Coftumen i van Gent toekonniende, als defelve ook ten dien opfigte wel expresfelyk derogeerende en tc niec doende: ailes, een ware by Huwelykfche Voorwaarden cusfehen de aanftnmde Egcgenooten voorbanden des Huwelyks gemaakt, zoodanige gemeenfchap, hec zy geheel, hec zy een decle, moge weefen uitgellooten of anders daar omcrene bepaalt. Ten vierden , dat voor het overige die van het hooge en laage Zas van Gene al nog by provifie en toe dac anders by haar Hoog Mogende zal worden geordonneert, zullen worden geregeert cn gereguleert na de Keuren en Coftumen der Steden en Ambagten van Axel en Neufen, met, dien vc-ftanclp nogtans, dat daar onder niet woidcn gecomprehendeert of begreepen aan de Supplianten eeconcedeert cc zyn alle foodanige particuliere Privilegiën , als aan die van Axel en Neufen omcrene byfondere zaaken reeds mogcen zyn verleent, of nog verleenc zouden moogen werden, maar dac by voorkoomende gevallen daar omtrene zullen worden ge volge de Coftumen van Gent, of in gevalle daar by ter cas fuhject, niets gedetlnieert mogt werden gevonden, de gewoonrens van zoodanige andere Steeden of Plaatfen in \ laandcren, aan welke die byfondere Privilegiën niet vergunc zyn; En laatftelyk, dac, terwyl deefe haar Hoog Mog. Refoiutie niet flegts de Magiftraat van Zas van Gent, maar alle de Ingefeetenen gefaamentlyk concemeerc, defelve mee den druk gemeen gemaakc, cn by publicacie en afnxie als na gewoonce ter kennis van een ieder zal worden gebragt, ten welken einde aan voornoemde Magiftraat eenige Exemplaaren zullen worden coegefonden. En zal Excraet van deele haar Hoog Afog. Refoiutie gefonden worden aan den Raad van Vlaanderen, om ee ftrekken tot derfelver narigt. 23* Placaat van dc Staaten Generaal, omtrent de Vryheid der Neger- en andere Slaaven, welke uit de Cohnien van den Staat naar defe Landen overgebragt of overgefonden worden. Dtn 23 Mej 1776. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falue; doen ce weecen : Dat hoe zeer het volgens de zeedelyke gefteldheid deefer Landen, eene ontwyffelbaare waarheid is, dac in defelve Landen hec onderfcheid cusfehen VRYE en ON VRYE Perfoonen al zeederc verfcheide Eeuwen heefc opgehouden, en de Siavernye gecesfeerc is, zoodanig, dat alle Menfchen hier te Lande voor VRYE Luiden eikent en gehouden worden , de voorfz. waarheid egter niec in allen opfigten toepasfelyk gemaakc kan worden op de Neeger- en andere Slaaven, welke uit de Colonien van den Staat na deefe Landen overgebragt of overgefonden worden, met dat effeót, dat defelve, alleen door hunne gepermitteerde overkomfte hier te Lande, hunne j vryheid daadelyk zouden hebben verkreegen, • en dus nooit tegens hun wil weederom na de ' gemelde Colonien te rug geftnden zouden moogen worden, of dar, wanneer zy in de gemelde Colonien weederom te rug gekoomen waaren, de regten, die hunne Eigenaars op defelve gehad hebben, nooit zouden kunnen f revivisceeren, dewyl de Eigenaars van zooda-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen^ '52/ danige Slaaven dan veeltyds tegens hun wil en dank ontfet zouden worden van hunne Goederen , die hun wettiglyk toebehoorden, het geen veel fterker tegens de aangeboore en dadelyke vryheid van de Ingefeetenen deefer Republicq zoude aanloöpen, dan dat de regte denkbeelden der Vaderlandfche Vryheid, door de applicatie van het hier voorgemelde principe op de voorfz. Slaaven nader bevestigt zouden worden, en nademaal de denkbeelden van den ftaat en omftandigheeden der voorfz. Slaaven van tyd tot tyd gevacilleert hebben, en dat daar omtrent tot nu toe geen vaste bepaaling is gemaakt. Zoo is 't, datwy, tot wegneeming van alle dubieteiten, die daar omtrent zouden kunnen ontftaan, goedgevonden hebben te ftatueeren , gelyk wy ftatueeren by deefen. Eerfielyk, dat alle Slaaven, welke met hunne Meesters uit de Colonien van den Staat herwaards overgebragt of op derfelver order herwaards gekoomen zyn, en hunne vryheid op eene wettige wyfe van defelve verkreegen hebben., zoo lang zy hier te Lande blyven, als VRYE Luiden zuilen worden aangemerkt, en wel mec zoodanig effecl, dat hunne Meesters alle de regten, die zy op de gemelde Slaaven gehad hebben, koomen te verliefen, en geen de minfte betrekking op defelve blyven behouden. Ten tweede, dat daarentegen alle Slaaven, welke buiten weeten en toeftemming van hunne Meesters uit een der gemelde Colonien ontvlugt, en dus op eene clandeftine wyfe herwaards overgekoomen mogte zyn, als Slaaven zullen blyven aangemerkt, en ten allen tyden door hunne Eigenaars gereclameert, en na de gemelde Colonien te rug gefonden moogen worden, en dat voor zoo verre defelve daar toe onwillig zouden moogen zyn, de Eigenaars van zoodanige ontvlugte Slaaven of derfelver Gecommitteerden de fterke hand van den Regter van de Plaats, daar defelve zig mogten ophouden, daar toe zullen moogen verfoeken, die aan hun, mits betaalende de onkosten daar toe aangewend, niet geweigert zal moogen worden. Ten derden, dat wanneer de Slaaven, by het eerfte Articul vermeld, weederom met hunne vrye wil na de gemelde Colonien zouden willen retourneeren, zulks aan hun zal weefen geoorlooft, dog dat zy, aldaar koomende , niet anders dan als Vrygelaatene Perfoonen aangemerkt zullen worden, en dus onderworpen zyn aan alle zoodanige Ordres en Reglementen, welke door de Regeeringen aldaar ten opfigte van de Gemanumitteerden zyn gearrefteert; en dat voor zoo verre de Eigenaars van gemelde Slaaven, by derfelver viylaating in de Colonien, verfuimt mogten hebben aan de ordres, by de voorfz. Reglementen ten hunnen opfigte gërequireert, te voldoen, of wel niet eerder als hier te Lande te raade mogten zyn geworden, aan zoodanige Slaaven hunne vryheid te fchenken, de gemelde Eigenaars als nog gehouden zullen zyn, de voorfz. ordres te obferveeren, op pcené van te zullen zyn verfteeken van de avantages, welke uit de vrylaating der Slaaven, in gevolge de Reglementen dien aangaande gecmaneert, ten behoeve van hunne geweefë Meesters proflueeren. Ten vierde, dat de Slaaven, welke doof hunne Meesters hier te Lande alleen overgebragt of overgefonden worden tot yerrigting van deefe of geene zaaken, zonder aan defelve hunne vryheid gefchonken te hebben, met intentie om gemelde Slaaven weederom ten eerften, na hunne gedaane verrigting hier te Lande, na de gemelde Colonien te rug te fenden, geconfidereert zullen worden tot zoö verre en ten dien effefte inden eigendom van hunne Meesters gebleeven te zyn, dat defelve onwillig zynde de reife derwaards weederom aan te neemen, daar toe, op het verfoek en ten kosten van hunne Meesters of derfelver Gecommitteerden, door den Regter van de Plaats, daar zy zig zouden moogen bevinden, geconftringeert zullen worden. Ten vyfden, dat de voorfz. te rug fending der gemelden overgekoomen, dog niet vrygelaaten Slaaven, zoo fpoedig doenlyk, en uiterlyk binnen den tyd van zes maanden, te reekenen van den dag dat zy in de Republicq voet aan Land gefet zullen nebben, werkftellig gemaakt zal moeten worden, ten waare de dienst van de Eigenaars een langer verblyf van gemelde Slaaven hier te Lande noodfaakelyk requireerde, dog dat de gemelde Eigenaars of derfelver Gecommicteerden in dat geval verpligt' zullen zyn, om aan den Regter van de Plaats van hun verblyf of wooning permisfie te verfoeken, om de voorfz. Slaaven nog zoo veel langer hier te Lande te moogen laaten blyven, als door den Regter, na behooriyk onderfoek van zaaken, noodfaakelyk zal worden bevonden; dog dac in alle gevalle het zelve verblyf niet verder zal moogen worden gecontinueert, als uiterlyk in volftrekte noodfaakelykheid, tot nog andere zes maanden; zullende de gemelde Slaaven, welke binnen den voorfz. tyd van zes maanden, of van verder geobtineerde prolongatie, respectivelyk niet te rug gefonden b of ten minften aan Boord van de Scheepen, waar meede zy na de Colonien vervoert moeten worden, gebragt, maar hier te Lande gebleeven zullen zyn , voor VRYE Luiden gehouden, en als dan niet weederom, tegen hun wil na de gemelde Colonien gefonden mogen worden. Ten zesden, dat by aldien de voorfchreeve overgekoomen, dog niet vrygelaaten Slaaven, dewelke binnen den tyd, op het flot van het vyfde Articul gemeld, niet na de Colonien gefonden zyn, naderhand uit hunne vrye wil derwaards zouden willen retourneeren, zy als dan in gemelde Colonien njet anders dan als vrygelaaten Perfoonen zullen worden geconfidereert, dog niet ten aanfien van hunne voorige Eigenaars, maar ten aanfien van zoodanig een Casfa als de Regeering der Colonie, waar in zy zig bevinden, daar toe he£  Placaaten. 4. Boek. t. Titül. her tonv-jnabelfle zal oordcelen, coc welkers profyc vervolgens alleen zullen koomen de byantages, die uic de vrylaacing van Slaaven, ;olge 3e Regiementen dien aangaande geëD < BCït, ten behoeve van hunne geweeiène Meesters zouden kunnen profluceren , voor EOO verre die Jaar op van applicatie zyn. En cat hec zelve meede zal plaacs hebben ten aanfien van zoodanige vrygelaacen Slaaven (Jby het derde Articul vermeld]) welkers Eigenaars geweigert zullen hebben te voldoen aan de o Jres by de voorfz. Reglementen ten hunnen opfigten gërequireert. Ten zeefci&éi dat niemand eenige Slaaven, feelke aan gehypbtheaueerde Plentagien of Huifen gead Re teert, cn daar door meede tot leCUrkeic der Crediteuren verbonden zyn, uit dc Colonien van den Staat zal moogen voeren, of doen voeren, dan na alvoorens by de Regcering aldaar fuffifance caucie ce hebben gelLld, dat door den uitvoer van zoodanige Slaaven geen p:eejaditie aan de gehypothequeerde Gcldopfchiecers zal worden toegebragt, cn daar ven een fchriftelyk Declaratoir van de gemelde Regccring verkreegen te hebben, alles op verbeurte niet alleen van duifend Caroli guldens, zoo ten lasten van den Eigenaar als van den Schipper, voor ieder van zoodanige Slaaven, die zonder voorfz. ge/lelde cautie en verkreegen Declaratoir uitgevoert zal zyn, maar ook op pcene, dat zoodanige Slaaven hier te Lande gekoomen zynde, het zy derfelver Eigenaars hun hunne vryheid gefchonken mogten hebben, dan niet, op het verfoek der Crediteuren weederom terltond na de Colonie, daar zy in voegen voorfz. uitgevoert zyn, te rug gefonden zullen worden, en aan de gehypochequeerde Plancagies of Huifen geadfecceert hl wen, tot zoo lange derfelver Eigenaars aan de ordres op het manumitteeren van zoodanige Slaaven gearrelieert, voldaan zullen hebben. En laatftelyk, ten agtflcn, dat niec ce min de Senceneien of andere Dispofitien, welke voor hec publiceeren van die Placaat, een aanfien van den lbac der Slaaven, concrarie aan den inhoud van het zelve ruigten zyn geweefen, of genoomen, zullen zyn cn blyven in haar Volle kragt cn waarde, zonder door dit Placaat vernietigt of eenigfincs gederogeerc cc worden. En dat wyders de Eigenaars der Slaaven den eigendom derfelve zullen blyven behouden, cn de Slaaven daarentegen van hunne vryheid blyven jouisfeeren, indien dc eene en de andere daar van respectivelyk in de Colonien van den Staat, voor hec publiceeren van die PUcü.k, in eene geruste poslèsfic zyn geweest, mits egter gefubjecf eert blyvende aan de Reglementen op de manumisfien aldaar gearrefteert. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zouden moogen pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erfstadhouder, Gccommitceerde Raaden en Gedepuceerde Scaacen van de respective Provinciën, en alle anderen Jufticieren en Officieren van defelve onfe Landen, dac zy die Placaac van ftonden aan alomme doen verkondigen, uitroepen, publiceeren en affigeeren, ter plaatfen daar men gewoon is zoodanige publicatie en aiüxie te doen. En gelascen voorts den Reprefèocutt van zyne Doorlugtige Hoogheid, cn de Bewindhebbers van de geoctroycerde \\\scindifche Compagnie, de Directeuren van de Sociëteit van Surinamen, mitsgaders de Dire&euxen van dc Berbice, om insgelyks die ons Placaat in de Diftriccen onder hun Octroy geleegen en in gemelde Colonien respective te doen verkondigen, uitroepen, publiceeren en affigeeren eer plaacfen daar men gewoon is zoodanige publicatien en affixien te doen. Gegeeven in den Hage onder he: Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Pnefideerende in onfe Vergaderinge , en de Signature van onfen Griffier, op den *3 Mey 1776. (Jl'as geparapheert,) WASSENAER, vt. (Otiderjlotid P) Ter Ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) H. F A G E L. Zynde op het fpacium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt mec een papiere Ruice. P/a-  Civile Wetten, Rechtzaaken, on Reglementen. 529 24. Placaat van de Staaten van Zeeland, té¬ gen de frauduleufe Banqueroeten. Den 27 Juny 1776. De Staaten van Zeeland, Allen den geenen, die defen zullen zien of hooren lefen, Salut! Alfoo wy, van tyd tot tyd, ondervinden, dat, niettegenftaande de Placaaten tegens de frauduleufe Banqueroutiers geëmaneerd, veele en verfcheide Perfoonen, van allerhande Conditiën, zig niet ontfien frauduleufe Banquerouten te maken, alles tot merkelyke fchade van de goede Ingefeten, en nadeel van den Lande. Dat wyders de meeste bedriegeryen, fraudes en fchelmftukken by zoodanige frauduleufe Banqueroutiers; mitsgaders by derfelver Fauteurs , Helpers en Adfistenten gepleegd door onderhandfche Accorden en Conventien, door defelve Faillanten mec de Crediteuren aangegaan, bedekt, en voor het oog van de , Justitie, of de geene die net liegt van deHoo- ge Overheid verpligt zyn waar te nemen, verborgen werden gehouden. Zoo is 'ï, dat wy, om daar inne des te beter te voorfien, hebben geftatueerd en geordonneerd, ftatueeren en ordonneeren mits defen: Rakende de frauduleufe Banquerouten. I, Dat voor nu voortaan van Banqueroutiers zullen werden gehouden alle Perfoonen, van wat conditie of qualiteit zy ook zyn, die zig, om hunne Crediteuren te ontwyken, abfenteeren zullen van de Plaatfe van hunne refidentie, of latiteeren, zonder op te komen of ordre op hunne zaaken te fteilen, ten ware defelve ten Regten genoeg konden aantoonen, niet door gefimuieerde, maar door wefendlyke ongelukken in die omftandigheden geraakt te zyn. II. Item, alle de geenen die hunne Goederen heimelyk transporteeren, verfteeken of verfpreiden zullen, en dus hunne Crediteuren daar van frustreeren of daar omtrent bedriegen. lil. Item alle de geene, die hunne Papieren of Boeken van hunne handelingen, negotiatie, ontfang en uitgave, verfteeken, verduisteren, agterhouden, vervallenen of corrumpeeren zullen, en dus hunne Crediteurs onttrekken de kennis der gelegentheid van hunnen ftaat en zaaken. Alle welke mede geagt en gehouden zullen worden voor Banqueroutiers, al ware het fchoon dat de zelve niet waren geretireerd of hunne Perfoonen verborgen hielden. IV. Item, alle die na het opnemen van Penningen, of het Koopen van Goederen op credit , failleerende, en daar door buiten ftaat gerakende , om die opgenomene Penningen, of de prys der op credit gekogte Goederen te IX. Deel. betalen, of de Goederen zelve te restitueéVën $ niet zullen kunnen doceeren van de fchade of disfortuin, zedert het opnemen van defelve Penningen en inkoopen van de vooriz. Goederen, hun overgekomen, waar door het voorfz. fiillislëment veroorfaakt ts. V. Dat alle de voorfz. Banqueroutiers, ten minften met infamie, of daar en boven, na exigentie van zaaken, nog met banmsfement/, confinement, of ook aan den Lyve zuilen worden geftraft. VI. Alle welke poenen en ftraffen mede plaats zullen hebben, al ware het fchoon dat zoodanige geaufugeerde of 'iatiteerendë Banqueroutiers en hunne verdonkerde Goederen daar na agterhaald wordende, hunne Crediteuren daar uit compleece voldoeninge van der-' felver agterwelen mogten bekomen. VIL Dac wyders alle de geene, ■ die voorbedagtelyk zoodanige Banqueroutiers eenig faveur, hulp of adfiftentie in het verbergen of vervoeren van hunne Goederen en Koopmanfchappen mogten gedaan hebben; item de geene, die met zoodanige Banqueroutiers zullen maken of van de zelve ontfangen Contraéten, Transporten of Cesfien, wefende gefirauleerd, of om meerdere fomma, dan hun regt fchuld bedraagd, zullen gehouden en verbonden zyn, alle de fchulden van zoodanige Banqueroutiers te voldoen, en daar voor zoo wel, als de Banqueroutiers zelve, mogen vervolgd en aangefproken worden, VIII. En indien zoodanige Fauteurs, Helpers en Adfiftenten onvermogend mogten wefen, om alle de voorfz. fchulden te konnen betalen, zullen defelve als Banqueroutiers, invoegen als boven, geftraft werden. IX. En op dat de dieveryen, bedriegeryen, falfiteiten en fchelmftukken, welke van tyd tot tyd bevonden werden door zoodanige frauduleufe Banqueroutiers gepleegd te zyn, mitsgaders zoodanige ongeoorloofde faveur, hulp of adfiftentie aan de Banqueroutiers tegen dit ons Placaac verleend en gedaan, te beter mogt ontdekt, en tèr kennisfe van de Officieren en Regters werden gebragt, worden de Officieren mits defen geauétorifeerd en gelast, omme , op den Eed in den aanvang hunner Bediening gedaan, en zonder aanfien van Perfoonen, de infolventie daar zynde, by die geene, welke wegens de gefamentlyke Crediteuren of by den Gerechte of van wegens de Defolate Boedelkamer van de Plaatfe, daar hec Banquerouc is, komen te vallen, als Curateurs of Adminiftrateurs van zoodanigen Boedel zuilen zyn gecommitteerd en aangefteld, naauwkeurig onderfoek te doen, of aan defelve in den onder hun bewind geftelden Boedel eenige zaaken, fmakende naar dieveryen y bedriegery- 3X en,  530 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. en, filHccicenof fchelmftjkken, of ook eenige blyken v.in hulpofadiftencieaan voornoemdj Banqueroecicrs, invoegen hier boven geroeid , verleend of gedaan, mogten zyn voorgekomen. Omtrent bet aangaan van sfecorden door ongelukkige Faillanten. X. D m alfoo eenige onfer Ingefetenen, die, hunnen handel in opregcigheid en ter goeder trouwe dry ven Ie, door ongeluk ter zee of anderfincs in zoodanige zoberen Staat komen te geraken, dat zy tot hun groote droefheid cn leedwefen, gedrongen zyn tc moeten breeken by welke oeeaüe d;kwüs gefchied, dac aüede G oederen , die zy nog o . eng hebben, en daar mede zy hunne Crediteuren ten deele zouden konnen voldoen , geconfumcerd cn toe nier gebragt worden, by gebreke van dc zdve Goeren ce konnen beneiieeeren , mies dat zommigen en dikwils die minst geinteresieerd zyn, zoo ityffmnig op hun uitterlte regc liaan, dat zy in 'c minde coc geen afilag of eenig middelmacig verdra \ willen verftaan, daar hec mees ee deel der Credireuren, en die zomcyds meest daar door te verliefen hebben, genegen zyn, om tot een reJelyk accord te komen, en ailbo nog een goed gedeelte te falveeren, in plaats van alles te verliefen: hebben wy, om daar in ten moesten dienste van onfe goede Inwoonders te voorden, by vernieuwing van ons Placaat van den 11 December 164.9 wederom geordonneerd en geftatueerd, ordonneeren en ftatueeren mits defen, de Poinoten en Artikelen hier na volgende; willende, dat de zelve geobferveerd en onvcrbrekeiyk-elyk naargekomen worden; dog mee dien verltande, dac wy hier mede in geenen deele willen favorifeeren de malicïeufe en bedriegelyke Banquerouciers hier vooren vermeld, die niec alleenlyk een anders Middelen roekeloos avoncuuren, geene of weinige van hun zeiven dikwils hebbende, maar ook in de kostelyke drage en huis houden defelve confumecren cn opceecn , de welke wy van de navolgende beneficiën gehecllyk uitfluiten. XL Ten dien einde verklaren wy, dat een gebroken fehuldenaar, 'c zy dac zyn faillisfcmenc openbaar is, ofce niec, mag mec zvne Crediteuren accordeeren en de overeenkomen aangaande de betalinge , die hy hun zal hebben ce doen, 't zy in 'c geheel of een deele mitsgaders op de termynen en de verfekerheid ofce niec verfekerheid van dien; mies ftellende fufticance caucie, zoo wanneer het accord op termynen zal gemaakt worden en dat zulks gefchiede een overftaan van eene ofce meer W'ech - houders, of wel daar zulks coftumier is van Commisfarisfen van Delölace Boedels (voor welke delnfolvenczal moeten doen blyken zyn onnofeiheid en ongeluk hem overgekomen; en dac alle Crediteuren ce vooren weccelyk daar coe gedagvaard zyn. XII. Ende of alle de Crediteuren des niet eens konden werden, zoo mag alfulken ac¬ coord gefchieden by confente van dc drie vierendeelen derfelver, behoudelyk dac hunne t'agtcrheid kome tot cwcederdcdclen van alle de fchulden ofce wel by confente van de cwee derdedeeien van de Crediteuren zoo wanneer hunne c'agrcrheid uitmaakt dc drievie-endeelen van dc fchulden; met dien verltande , dat onder zodanige Crediteuren geen Item zullen hebben de zulke, die', ten aanfien hunner prxtenlien , door llypothecatien, B -.rgeogren, Pand der minne of anderlint? "'diedig zyn geadlecureerd. Xill. kam , zullen by zoodanig accoord door het meescendcel van de Crediteuren als vooren aangegaan, de andere Crediteuren werden vervangen, ende gehouden zyn 't zelve te j^tervo/gen, ten ware , dar zy pand ofce verlekennge hadden, ofte dat zy andeiiim.s in hun t'agtcrheid waren geprivilegecrd, in welken gevallen zy zullen mogen blyven* op hunne geregtighcid. XI v . Ende of na den accordc bevonden wierde dat de gebroken fchuldenaar een.'g bedrog hadde gedaan, in zyn Boeken, ofce ;n zyne Goederen te verbergen, ofte anderfints "tot agterdeel van zyne Crediteuren, zoo zal zoodanige Schuldenaar niet alleen verval: n van de gratie en quyücheldinge hem gedaan by denfelven accorde, maar zal ook gecorrigeerd en geltrafc werden op den zei ven vocc, als hier vooren Arr. 5 omtrent de Banqueroutiers is ge/tacueerd, naar de Keiferlyke Regcen, of anderfints naar exigentie of bevind van zaaken. XV. Item, of iemand ter kwader trouwe zig in zulken accoord hadde gedragen als Crediteur, ende dac hy 'c niet en ware, ofte dat hy zig van meerdere fomme Crediteur hadde verkiaard, dan hy in der waarheid was, de zelve zal (zoo als hier vooren Are. 7 omtrent de Fauteurs, Helpers en Adliltenten van de Banqueroutiers geftatueerd is) ook gehouden wefen, het te kort van alle de fchulden, by den Faillant door het accoord geprofiteerd, te fupplceren, en toe den ,'aaeften penning ee voldoen , en verders nog gecorrigeerd te worden, naar gelegentheid van zaaken, blyvende in cas van onderlinge ccllufie, de Faillant fubjeet de ftraffe in 't voorgaande Artikel gefteld. XVI. Insgelyks of iemand Crcdieeur zvn de, zonder weete van de andere zyne Mede' Crediteurs, eenige byfondere conditie of voordeel hadde beiprrokeo, 'c ware aangaande de fomme, tyd, ofce verfekerheid van zyne becalinge, ende zig nogcans geveinsde, als of hy met de andere Crediteuren, in ccn en hetzelve accoord cn conditie kwame, die zal vervallen van zyne Schuld, en de boven dien gehouden zyn 't viervouc van dien te betalen, toe verbeceringe ofce voldoening van de andere Crediteuren. XVII. Item, na dac een gebroken Schuldenaar mec zyne Crediceuren is geaccordeerd zoo vermag hy wederom zyne Goederen te vertieren of verhandelen, becalinge ce doen en oncfangen, niec min of meer, dan of hy niec gebroken ware geweest ; behoudelyk dat hy,  Civile Wetten9 Rechteaakcn, en Reglementen, 53i hy, ter zaake en op de voldoeninge van 'r accoord, den eenen van zyne voorgaande Crediteuren niet meer voordeel, by betalinge of anderfints mag doen, dan den anderen ; ende of hy het zelve gedaan hadde, zal zulks niet alleen zyn nul ende van onwaarden, maarzoodanige Debiteur vervallen in de zelve poenen als vooren Art. 15 op de collufien gefield. Tegens alle 'ftnistre handehvyfe in het maken van Transporten van roerende Goederen. XVIII. En alfoo wy geïnformeerd zyn, dat j veele Perfoonen, die komen te failleeren, van tyd tot tyd voor hun faiilisfement, voor diyerfche Notarisfen, ten behoeven van differente hunner Crediteuren, 't zy tot fecunteit van reeds opgefehoote of nog op te fchieten ! Penningen , 't zy tot betalinge van voorige fchulden, pasfeeren zekere Acten, inhoudende fpeciaal verband, of ook cesfie en fpeciaal Transport van hunne roerende Goederen, onder welke benaminge die ook kunnen voor- j komen, en welke getransporteerde.Goederen ! onder de Transportanten blyven berusten, zonder dat aan eenig ander Crediteur, als ten wiens behoeve defelve Acte word verleden, kenne- \ lyk is, of eenigzints blyken kan of de voorfz. i roerende Goederen reeds te vooren aan andere hunner Mede - Crediteuren zyn verpand of gecedeerd geworden, waar door zoodanige Mede-Crediteuren veel tyds fchadelyk verkort en benadeeld worden; als mede dat zoodanige Perfoonen re vcra infolvent zynde, dog wier infolventie nog niet in het openbaar gekomen is, korten tyd te vooren, door middel van zoortgelyke fpeciale Verbanden en Transporten, defe of geene hunner Crediteuren naar welgevallen gratificeeren, alles tot merkelyke prejudicie van hunne gemeene Crediteuren ; gelyk , ook dat zoodanige Perfonen, aan den één of den anderen hunner Crediteuren ter hand fteilen, zoö veele roerende Goederen Koopmanfchappen, Huiscieraden of andere, alsfufficient geoordeelt worden, ter betaling van hunne fchuld, zelfs van zoodanige overdragten, by wyfe van Koop en,verkoop, pasfeeren allefints frauduleufe Contracten of quitantien, ten einde, de infolventie daar zynde, zig daar mede te kunnen behelpen; hebben wy tegens het geene voorfchreven is., als zynde van eene ten uiterfte nadeelige confequentie voor de Maatfchappye, efficacieuslyk en zoo veel mogelyk willende voorfien, nog goedgevonden en verftaan te ftatueeren, gelyk wy doen by defen : dat geene obligatoire Acten, inhoudende fpeciale verbanden, Cesfien, Transporren of Verpandingen van eenige roerende Goederen, als Huiscieraad, Koopmanfchappen, Obligatien, Actiën, Crediten, Schepen, Portien Scheeps, Gagien, Maand - RecognitiePremie- en andere Gelden, reeds verdiend of nog te verdienen, prsefent en toekomende, of andere roerende Goederen, hoe ook genaamd , en by eenige Ingefetenen defer Pro¬ vincie, 't zy voor Schepenen of Notarisfen verleden worden, ten behoeve hunner Crediteuren/t zy tot fecuriteit van opgefehoote en geleende of by vervolg van tyd op te fchieten of te verftrekken Gelden, of tot voldoening ofverrekeninge van voorige fchulden, gedaane of nog te doene betalingen, geftelde of nog te ftellene Borgtogten, of wat dies meer zy, op geenerhande wyfe zullen zyn geprasfereerd„ ten zy de zelve Verbanden, Cesfien, Transporten of Verpandingen, binnen den tyd van acht dagen, na het pasfeeren derfelve, zullen wefen geregiitreerd, ten Comptoiren van Regiftrature of ter Secretarien der respective Steden en Gerechten defer Provincie, in een Regifter daar toe fpeciaal gedestineerd, en zulks ter plaatfen daar zoodanige Debiteur zyn Domicilium heeft; met dien verltande nogtans, dat zoodanige Regiftratie niet noodig zal zyn, wanneer de getransporteerde of de Verpande Goederen, voor den agtften dag na het pasfeeren van het Inftrument zullen zyn overgebragt , gefteld en gebleven in de posfesfie van den Crediteur, ten wiens behoeve defelve getransporteerd of verpand zyn, of zyne Genngtigden; zonder dat die Goederen, onder pretext van eenige precaire'Concesfie, Muur, of Leening, wederom direct of indirect in handen van den Transportant of Verponder zullen mogen komen. XIX. Item, dat Schepenen of Notarisfen , voor welke zoodanige Acten worden gepasfèerd, in defelve Acten zullen moeten expresfeeren een Claufule van vermaninge, dat defelve, binnen den tyd als vooren ten Comptoire van de Regiftrature of Secretaryen moeten worden geregiitreerd, op de boete van twee Ponden Vlaams, te verbeuren by den Secretaris, Notaris ofte andere Schryvers, de voorfz. Claufule omitteerende, XX. Dat ook een ieder, voor de acceptatie van zoodanige Transport of verband, de vryheid zal hebben, om ten Comptoire van Registrature of ter Secretary te laten opflaan de Regiftratie van alle zulke Acten, ten behoeve van andere gepasfeerd, als waar by hy zoude mogen geinteresfeerd zyn, als mede om te zien, of buiten het te verlyden Transport, bereids zoortgelyken ten behoeve van andere Crediteuren mogten wefen gepasfeert; mits alleenlyk exhibeerende het fchriftelyk. confent van zyne Debiteur of Transportant, door denfelven eigenhandig onderteekend; zonder welk fchriftelyk Confent aan niemand eenige vifie of communicatie van de voorfz. Registratie zal mogen worden gegeven: zullende voor het opflaan dier Registratien ten Comptoire van Regiftrature, of ter Secretaryen der respective Steden en Gerechten defer Provincie moeten betaald worden, telken reife, wel minder, maar niet meerder als zes ftuivers. XXI. Als mede, dat zoo veel aangaat de Transporten of andere gelyke Acten, voor defen gepasfeerd by Perfoonen die als nog niet zyn gefailleert, defelve mede in het voorfchre- 3X 2 ven  5&I ttacaaten. 4. Boek. 1. Titul. V mReg;cter zuücn moeten worden geregiftreerd binnen den tyd van een jaar en zes weeken na dc Publicatie defes, of dat anders defelve op gecnerhande wyfe zullen wefen geprefereerd; ten wnarc dat de getransporteerde Meubte Goederen binnen vier werken na de PuMica rie van defen, in manieren als vooren, worden overgebragt en gefield, of voor defen mogten zyn overgebragt of verplaatst ende gefield in branden van den grenen, tot wiens behoeve zoodanige Transporten of diergelyke Acten zyn luidende, of van hun LuidcnsGcmagtfgden; zonder dat de voornoemde Mcuble getransporteerde Goederen , of onderprrctext van eenige precaire Concesfie wederom in handen tot gebruik of dienst van den Transportant, directelyk of indireételyk, zullen mogen komen. XXII. Mistgiders dat tot verdere voorkorotóge van frauduleufe cn Rnbtre practyken, aliecesfien, Transporten, Verpandingen, en andere zoortgelyke Aücn, als hier vooren Art. 18 (laan vermeld, mi-pgaders ook hypothecatien van onroerende Goederen, respectivelyk gepasfeerd tot fecuritcit van voorige fchulden, niet zullen valideeren of op dezelve regt mogen gedaan worden , ten zy alle de zelve ten minften vier wecken tc vooren zullen wefen gepasfeerd, eer dat de Transportant of Vcrlyder is be wefen infolvent, of ter zaake van zyne fchulden zig abfenceerd of latiteerd, of anderfints infolvent komt te fterven , niet tegenfta.inde dc zelve Acten behooriyk waren geregiftreerd; ten ware nogtans, dat dc Crediteur reeds vier weefcen voor de infolventie van zynen Debiteur en Transportant in de posfesfie van de zelve Goederen ware geweest, zonder dat dc voornoemde Goederen by eenigerhande Conccsfie in handen van den Transportant, direct of indirect, zyn te rug gekomen. XXIII. 't welk egter geen plaats za! hebben omtrent zoodanige Crediteuren, die onder Eede konnen verklaren, hunne Gelden binnen de voorfz. vier weeken ter goeder trouwe aan den Transportant wcfendlyk te hebben uitgefchoten, zonder dat zoodanige bovengemelde Verbanden, Cesfien, Transporten, Verpandingen of andere Acten, mitsgaders hypothecatien van onroerende Goederen, tot fecuriteit van anterieure of te vooren gemaakte fchulden , zyn gepasfeert. XXIV. hem, dat ook geen Crediteur koopende eenigè Goederen van zynen Debiteur, ter zaake van zyne verfchuldigde Kooppenningen, zal mogen compenfeeren, tegeRs het geene de Verkooper hem te vooren fchuldig was, ten zy de Crediteur konde bewyfen, of, by manquement van dien, des noods, onder Eede konde verklaren, dat van het aanftaande Faillisfement van zyn Debiteur niets geweeten heefc; zonder dat nogtans door al het zelve eenige verdere compenfatie word toegeftaan, als volgens de befchreve Regten gepermitteerc is. XXV. Zullen buiten het voorgemelde on¬ verminderd en in vigeur blyven al 't geen zonder onderfcheid van cyd cn in'c generaal eegen de Transporren , Cesfien cn Pandfchappen cf ander ex catifa lucrativa gepasfeerd, mitsgaders tegen participatien van fraude, hoewel ex titulo onerofo, gracificatien en anderfincs by de befchrevene Rcgcen geftatueerü is. Omtreiit de Inventarisfen der Goederen door de Vrouwen of h'e duwen van failleer ende of infolvent e Debiteurs ten Huwelyk aangebracht of naderhand yerkregen. XXVI. Terwyl ook, om alle verkeerde Practyken, coc nadeel van de Crediceuren, cc meer malen plaats hebbende, omtrent de Goederen door de Huisvrouwen of Weduwen ten Huwelyk aangebragt, ofte haar gege/en ofte op haar gcfuccedeerd, waar van de Inventarisfen dikwerf kort voor den tyd van het faillisfement, cn dus niet buiten fuspicie van een frauduleufe handelwys, worden opgemaakt, te prreveniceren; wy mits c'efen nog ordonneeren cn ftatueeren, dat van nu voortaan, alle zoodanige Inventarisfen van de door de Vrouwen ten Huwelyk aangebragte Goederen, binnen een jaar en zes weeken na den Trouwdag zullen moeren werden opgemaakt, geteekend en voor / Schepenen of Souris en Getuigen gepasfeerd; dan wel verfegeld en gefupcrscribccrd, op denfelven voet, als met een befloten Testament word gehandeld ; mitsgaders geamplieerd worden met die Goederen, welke aan de Vrouw, ftaande Huwelyk, van elders zullen aankomen of aanbefterven, binnen gelyken tyd, na dat zulks is voorgevallen, op pcene dat andeifints, in cas van infolventie, op zoodanige Inventarisfen geen regt zal worden gedaan: ten ware, ten aanfien van de voornoemde aangekomene of aanbeflorvene Goederen, op een andere wyfe den Regten voldoende konde werden gedoceerd: zullende dien onverminderd de deugdelykheid van den voornoemden Inventaris door Man en Vrouw beide, of den eersten geaufugcerd, laciteerende I of infolvent overleden zynde, door de Vrouw alleen moeten worden bceedigd. XXVII. Welke beëediging voortaan ook plaacs zal moecen hebben omtrent de Inventarisfen der Goederen, voor daco defes, door de Vrouw een Huwelyk aangebragc, of naderhand aangekomen. De fipte obfervnntie fan dit Placaat gecommandeerd. XXVIII. En alfoo onfe ferieufe intencie is, dac ter voorkominge van alle de bovengemelde kwaade Practycquen, dit ons Placaat ten rigoureusten worde geëxecuteerd; ordonneeren en bevelen wy mits defen alle onfe Officieren, Jufticiere n en Gerechten, welke die mo^en wefen, op hec ernftigfte, tegens een ieder, van  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. van wat ftaat of qualiteit hy wefen mag, en dus zonder eenig aanzien van Perfoonen, naar den inhoude defes te procedeeren en regt m doen, zonder daar van om eenige redenen, hoe genaamd, te blyverf in gebreke; want wy zulks ten algemeenen hutte onzer goede Ingezetenen alfoo bevonden hebben te behooren. En op dat niemand hier van eenige igno¬ rantie Zoude kunnen prcetendeeren, zal deze alomme worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks gewoon is te gefchieden i mitsgaders alle onze Officieren en Gerechten; als mede aan onze beide Hoven van Juftitie, om zig zoo in de Procedures, als in judicandó daar na te reguleeren, worden toegezonden, enz. *5- Publicatie van den Domeinraad van den Prince van Orange, tot maintien van't Recht van Dwangmaalderye van den Koornmolen te Steenbergen. Den 28 Augustus 177 6. *T¥TY Raeden en Rekenmeesters der DoW meinen van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau,&c. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofte hooren leefen, falut! dóen hier mede te weeten: Alfoo wy in ervaringe zyn gekomen, dat, niettegenftaande het Recht van Dwang-enBan-Maleryeaen den Heer en Baron der Stad en Lande van Steenbergen binnen defelve indisputabel competeert, en ongelet by onfe Publicatie van dert ï6 Augufti 1752. tot maintien van voorf. Recht en voorkominge van prejudicie der Pagters van Zyne Hoogheids Koornmolens aldaar, aan alle In- cn Opgefetenen van de gemelte Baronnie wel expresfe is verbooden derfelver Koorn en Graan elders te doen malen, dan op de Molen te Steenbergen of die in Cruysland, fommige In- en Opgefetenen zig nu en dan wederom komen te onderftaan om op eene clandeftine wyfe hun Koorn en Graan na Molens buyten de Jurisdictie van Steenbergen te brengen en aldaar te laaten malen of breeken; Zoo i s 't , dat wy, om daar in na behooren te voorfien, by renovatie van voorn. Publicatie, hebben goedgevonden aan alle In- en Opgefetenen of Inwoonderen der Stad en Lande van Steenbergen wel expresfe te interdiceren en te verbieden , gelyk wy aan defelve interdiceren en verbieden by defen, om eenige van hunne Graanen elders anders te doen malen of breeken dan op de Dwang- of Bannal-Koorn- molens van Zyne Hoogheid, 't zy dan die te Steenbergen, 't zy die in Cruysland na een ieders verkiefinge, en zulks op verbeurte van het gemalene Koorn of Graan, Mout en Meel, mitsgaders de Vaartuygen, Zakken, Paarden, Karren, Wagens of andere Rytuygen waar in of op zoodane gemalen Koorn of Graan gevonden werd, en daar en boven eene Boete voor de eerfte reyfe van vyf en twintig Guldens, voor de tweede reyfe van vyftig Guldens, en voor de derde reyfe van een Honderd Guldens, mitsgaders arbitraire correctie, de voorf. Boetens te appliceren voor de eene helfte ten behoeve van den Officier en voorde andere helfte ten profyte van den Aanbrenger. Lastende en bevelende wel expresfe aan deh Drosfard der Stad en Lande van Steenbergen of desfelfs Stadhouder, om tegens de Overtreders van voorf. Interdictie en Verbod, zonder eenig vertrek of disfimulatie, te procederen of te doen procederen, en de Magiftraat aldaar om hier in, conform deefe Publicatie, prompte Juftitie te adminiftreeren en te verleenen. En ten eynde niemant hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen voorwenden, zoo ordonneren wy, dat deefe alomme binnen de Stad en Lande van Steenbergen zal werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar men gewoon is zoodane Publicatien en Affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert in den Raede van Hooggemelte Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. in 'sGravenhage den 28 Augufti 1776". (Was geparapheert,) P. B. D. BEAUFORT, il (Laagerftond,) Ter Ordonnantie van defelve» (Gecontrafigneert f) A. ARDESCtt 3X 3 Rt*  534 ^Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. 26. Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaar by verklaard word, dat de meerderjarigheid, die iemand >p zyne tl'oonplaats heeft ook elders werken moet. Den 26 September 1776. ^"^Vntfangen een Misfive van de Prrefident en V^/ Raden van den I Iove, gefchreven in den Hage den 24 defer, houdende, tot voldoening a. n haar Edele Groot Mog. Appoinctemenc van den 19 ce vooren, derfelverConfideracien cn Advis op de daar by cerug gaande Requeste van Catharina Schoon, eenige nagelacene Dogter van wylen Fredrik Pieeer Schoon, in Huwe.'yk verwekt aanllelena Ca thartna Stumphius, gebooren en woonagcig ce Wageningcn, ten einde haar Edele Groot Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat de meerderjaarigheid, welke de Suppliante, door hec vervullen van den ouderdom van agtien jaaren, naar de Wetten van haare voorfchreeve geboorte en vaste Woonplaacfe bereikc had, ook een aanzien van het re0c, hec welk zy Suppliante in den Boedel van wylen Adriana Schoon had neacquireerc, zal moccen werken ten dien effecle, dac zy Suppliance daar in, zonderasfiftencie van Voogden, haar eigen Perfoon zal kunnen en mogen reprscfenceeren, en micsdien Bartholomeus I lermanus de Moor en Hendrik Lodewyk de Gast, in qualircic als Executeurs van hec Testament van voornoemde Adriana Schoon (Voor zoo veel des noods) authorifeeren , om aan de Suppliante, het geen haar uit den voorfchreeven Boedel en Nalatenfchap competeert, uittekeeren en te laacen volgen. Waar cp gedelibereert, en in agting genomen zynde, de poficivcn van de voorfchreeve Requcsce door een Excratft uic hec Doopboek i der Gereformeerde Kerk van Wageningcn, cn een Declaratoir van den Secretaris der zeiver Stad, zyn gejustilicecrc, en daarenboven niec alleen dc voornoemde Voogden en Execuceurs zig door derfelver onderteekening ageer defelve Requesce gefield, hebben gerefereerc cot haar Edele Gr. Mog. goedvinden, maar ook de Alocder van dc Suppliante heeft gedeclarecrt, in hec verfoek van dc Supp.'iance te confentceren, en haare Dogter in deze alzints capabel te kennen tot adminiftratie haarer Goederen; is dienvolgende goedgevonden en verftaan, aan de Suppliante hec verzoek, by de voorfchreeve Requeste gedaan , tc accordeeren, en mitsdien te verklaaren, dat de meerderjaarigheid, welke de Suppliance, door hec vervullen van den ouderdom van agcien jaaren, naar de Weeten van haare voorfchreeve geboorte en vaste Woonplaats bereikt heefc, ook ten aanzien van I het regt, het welk zy Suppliance in den Boedel van wylen Adriana Schoon heefc geacquireerr, zal moecen werken een effeetc, datzySuppli- j ante daar in, zonder asfiftentie van Voogden, haar eigen Perfoon zal kunnen en mogen repnsfenteeren, en vervolgers Rartholomeus Ilermanus de Moor, cn Hendrik Lodewyk dc ■ Gast, in qualiteit als Executeurs van het Testament van voornoemde Adriana Schoon, voor zoo veel des noods te authorifeeren, om aan de Suppliante, hec geen haar uic den voorfchreeven Boedel en Nalacenfchap compeceerc, uit te keeren en te laaten volgen. 27. Refoiutie van de Staaten van Holland* hou¬ dende Oclroy van Parate Executie aan Schout en Kerkmeesteren, en Diaconen van de Gereformeerde Gemeente, en Armmeesteren van de ff Geest Armen van IVasjenaar en Zuidwyk, tot het invorderen van Renten, Landhuuren &c. Den 24 January i777. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommicceerde Raden van den 22 defer, hebbende , in gevolge en eer voldoening van haar Edele Grooc Mog. Appoinccemenc van den 17 te vooren, geëxamineert de Requesce van Schouc en Kerkmeesceren van de Gereformeerde Kerk, Diaconen van de Gereformeerde Gemeence, micsgaders Schout en Armmeesteren van den H. Geest Armen van Wasfenaar en Zuidwyk, om daar by geallegeerde redenen verzoekende, dac hec haar Edele Groot Alog. behaage de Supplianten ce authorifeeren , om hunne onwillige Debiteuren tot hec doen van betaaling van de Rencen, Opftallen, Erf¬ pagten en Losrenten, ten laste van Particulieren, mitsgaders huuren van Landen, Huifen en Boere-Wooningen aan de Supplianten in der zeiver voorfchreeve qualiteit competeerende, paratelyk door den Geregcsboode van den Ambagte van Wasfenaar en Zuidwyk voornoemt te ir.ogen executeeren , en daar van te verleenen Oclroy in forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfchreeve verfoek, uit kragte van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 15 Mey 1739, te accordeeren, en ce Supplianten vervolgens te authorifeeren en qualificeeren, om hunne onwillige Debiteuren toe  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 535 tot het doen van betaalinge van Rentjes, Opvallen, Erfpagten en Losrenten ten lasten van Particulieren, mitsgaders huuren van Landen, Huizen en Boere-Wooningen door den Ge- regtsboode van Wasfenaer en Zuidwyk paratelyk te mogen executeeren; en daarvan aan de Supplianten te verleenen Octroy in forma. 28. Publicatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende een Reglement op de behandeling van Executorïaale Verkoopingen, en infolvente Boedels in Rio Esfequebo en Demerary. Den 20 Mey 1777- "T\e Staaten Generaal der vereenigde NeJL>/ derlanden, Allen den geene die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten: Dat ter onfer kennisfe gekoomen is, dat verfcheide verkeerde praét ycquen en abuifen nopens de behandeling van zaaken, zoo omtrent executoriaale Verkoopingen, buiten eene totale en eigentlyke infolventie, als omtrent infolvente Boedels , mitsgaders omtrent hec houden en reguleeren van een judicium prx>rts niet die bepaaling, dat het ver kogte by form van Kuscing, cn dus allerccrfte Hypotheecq, voor dc betaaling der zelve Wisfelbricven of Koopfcbat zal worden verHaan verbonden tc zyn, en by gebrek vanbe- ' taaling van den Koopfcbat op de refpective termynen, of by retour met protest van de daar voor afgegecven Wisfelbrieven, ten lasten van den gebreekigen Kooper wederom zal worden opgevcilt, buiten eenig figuur van Proces,en dat zulk een Kooper dan reeds de posfeslie bekoomen hebbende , defelve immediatelyk zal moeten veriaaren, en by quaadwillighcid daar uit de facto door geregtelyke authoriteit zal worden gefet. V- Dat egter ook by eene dergelyke verkoop, de Kooper zal moeten Hellen twee fuffifante Borgen, welke zig, onder renunciatie van de 1 beneficiën, ordinaris feu excusponis ë? diyi/ionis, als principale Debiteuren voor den Kooper zullen moeten verbinden voor de dadclyke betaalinge van de Kooppenningen, of o ik by aldien men £by nalatigheid zoo van den Kooper zelfs als van dc Borgen, in het doen van bctaaling) mogt verkiefen liever direclelyk het verkogte Effect, als zynde bet Hypotheccq, aan te fpreeken en tot weeder opvciling van het zelve tc procedeeren, alsdan voor het geen het zelve verkogte Effect zoude mogen hebben geleeden, terwyl dc Kooper het zelve in befit heeft gehad , of voor het minder rendement van het zelve, by weeder opveiling ten laste van den gebreekigen Kooper. V L Dat wyders de Sententien by de Hoven in de voorfz. refpective Rivieren in cas van pre- • ferentie en concurrentie te wyfen, Effect zullen forteeren, en dat het provenue van den Boedel dienvolgende zal worden gediffribueerc, niettegenftaande daar van Revifie mogt weefen geinterjeéleert, mits de refpective Crediteuren by den ontfangst dier Penningen zullen moeten fteilen fuffifante, en by het Hof gejuflificeerde cautie, voor de reftitutie van het door hun by preferentie of concurrende ontfangenc, voor zoo verre zulks by uitterlyk gewysde in ReviOe zal worden bevonden te behooren. V I L Dat de preferentie en concurrentie geregu- J leert zynde, dc Kooper van het verkogteEffect gehouden zal zyn, naar mate de geftipulecrde termynen van de voldoening vervallen, de bemaling tc doen met Wisfelbrieven van zoodanige fommaas, als hem door den Secretaris van den Hove /uilen worden opgegecven, en welke fomnraas geregulcert zullen worden naar het gemaa'.te Reglement van preferentie, zoodanig dat dc eerst tc geevcne Wisfelbrieven zullen moeten zyn voor de eerste geprefereerde Crediteuren, en mitsdien voor den Kooper zelfs, indien hy de eerst geprefereerde Crediteur is, en zoo vervolgens tot dat de geheele Koopfcbat Zal zyn voldaan, zullende defelve Wisfelbricven moeten inhouden, dat zy zyn getrokken voor, of op Reekening van den Koopprys van Zulk een gekogt ctfeet, zoo als deflve ook door de Borgen tc faamen, cn ieder van hen in ftdldum, zullen moeten worden geendosfeert aan de ordre van den Crediteur tot wiens betaaling defelve zullen moeten ftrekken, met by voeging, dat de waarde zal ftrekken tot voldoening van het geen aan zoodanig Crediteur by het Reglement der preferentie , weegens zoodanig verkogt ElfeCt is geadjudiccert, en zullen dan die Wisfelbrieven door den Secretaris aan zoodanig een Crediteur, tot wiens betaaling defelve moeten dienen, werden gegeeven, die daarom op defelve zal moeten Hellen, afgegeeven ter Secretarye yan .' . . . en daar onder zyn naam cn den datum moeten teekenen. nu Dat wanneer de Koopprys der verkogte vaste Goederen van eenen infolventen Boedel zoude moeten werden betaald, eer de preferentien en concurrentien zyn gereguleert, en de Kooper mogte zyn houder van het eerfte Hypotheecq op het zelve verkogte Goed , defelve alsdan niet gehouden zal zyn de door hem uitgeloofde Kooppenningen het zy in Contanten, het zy in goede Wisfelbrieven, dadelyk in te brengen, verder of anders dan her geen defelve uitgeloofde Kooppenningen meerder dan het zelve Hypotheecq zullen bedraagen , maar dat integendeel het montant dier uitgeloofde Kooppenningen ter concurrentie van liet montant van het zelve Hypotheecq op den Staat en Verantwoording, welke geformeert zal worden van den Boedel waar toe dat verkogte Effect is behoorende, als eene uitftaande pretenfie van den zeiven Boedel zal worden gebragt, ten einde dusdanige Hypothequairen Crediteur en Kooper zyne pretenfie, uit hoofde van zyn Hypotheecq, daarentegen in den zeiven Boedel aangegeeven, en uit den zei ven Hove preferentie op het provenue van dat verkogte Effect gefuftineert hebbende, door de refpective Hoven zal kunnen werden gedetermineert, of en hoe veel door dusdanige Kooper nog in der daad in den zeiven Boedel behoord te worden ingebragt. I X. Dat voor zoo verre iemand een tweede Hypotheecq op het verkogt Goed hebbende, daar van Kooper mogtc worden, defelve zal'kunnen  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 537 nen voldaan, met in dien infolventen Boedel in te brengen en te betaalen, het montant van het eerste, en zoo hy Houder is van eene derde Hypotheecq, ook van het tweede Hypotheecq , en dat wyders de verdere uitgeloofde Kooppenningen, meer dan het montant van het eerste of van het eerste en tweede Hypotheecq, bedraagende in voegen voorfz. als een uitftaande pretenfie des Boedels 00 den Staat en Verantwoording, welke daarvan zal worden geformeert, zullen moeten worden gebragt, ten einde dusdanige tweede of derde Hypothequaire Crediteur, teffens Kooper zynde , zyne pretenfie, uit hoofde van zyn Hypotheecq , daarentegens in den zei ven Boedel aangegeeven, en uit den zelfden hoofde regt van preferentie, op het provenue van het verkogt Goed, gefufttneert hebbende, alfoo by de refpecfive Hoven werden bepaald, of, eri hoe veel defelve boven en behalven het reeds betaalde montant van het eerste of van het eerfte en tweede Hypotheecq, nog gehouden zal zyn, reëel en met 'er daad in den zeiven Boedel in te brengen, en zoo vervolgens, in cas van verdere Hypotheecquen. X. Dat eindelyk, door het gunt hier vooren is geftatueert, niet zal kunnen werden begreepen eenige verandering te zyn gemaakt in het geen by het 29 Articul van het Reglement op 29. Ontfangen een Misfive van de Praïfident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 22 deefer, houdende, IX. Deel. de manier van procedeeren in de Rivieren van Esfequebo en Demerary, by haar Hoog Mog. Refoiutie yan den 4 Oclober 1774 geapprobeert, is vastgefteld, nopens executoriale Verkoopingen van vaste Goederen, maar zal het aldaar geftatüeerde, geobferveert worden ,zoo wel in infolvente Boedels, als by zoodanige Verkoopingen in Executie, welke mogten plaats hebben, offchoon 'er geen dadelyke infolventie exteerde, in welke laatfte gevallen nogtans , de form van procedeeren, hier vooren bepaald, meede zal moeten worden geobferveert, voor zoo verre ook in die omftandigheeden het houden van een judicium preferenties & concurrentie moge vereischt worden, met dien verftande, dat de citatien , tot het houden van het zelve judicium, als dan wel teffens met de publicatie der Sequeftratie zal worden bekend gemaakt, dog de tyd binnen welke de eisfehen van piaeferentie en concurrentie zullen moeten in gelee vert zyn, op veertien dagen, na de verloop, de Goederen, onder Sequeftratie gefteld, zal moeten worden gefi xeert. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, ordonneeren wy Directeur Generaal en Gecommitteerde ter Gecombineerde Vergadering van Rio Esfequebo en Demerary, deefe te publiceeren en te affigeeren, daar en zoo het behoort. ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 14 deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de daar by 3Y ge- Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 'sGravenhage den 20 Mey 1777. (JVas geparapheert,) G. J. D. PALANT, vt. (Onderfondf) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent f) H. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. Refoiutie van de Staaten van Holland* dienende tot interpretatie, wie voor Franfche Refugiés, op welke de Retorfiè - Placaaten applicabel zyn, gehouden moeten worden. Den 23 July 1777-  538 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. gew ' V llc.-aicsre van Ecienne Eseot, Burger en Koopman te Amfterdam, «raar hy defelve tc kennen geeft; dat hy gebooren zynde te Bergerac in de Provincie van Guienne in Vrankryk van Gereformeerde Ouders, en dus inde Gereformeerde Religie zynde opgevoed, in den jaare 1736, wanneer hy Suppliant, omtrent festien jaaren oud was, alhier te Lande is gekoomen, om zig tot de Commercie bequaim te maaken, zoo als hy Suppliant dan ook te dier tyd op « en Comptoir te Amfterdam is geweest, om de Negotie te Ieeren, tot den jaare 174e. toe; dat den Suppliant in het laatsrgcmelde jaar weeder na zyn Vaderland geretourneerc zynde vervolgens zig aldaar heefc onthouden toe bat jaar J749, en toen , wanneer hy Suppliant den ouderdom van dertig jaaren bereikt bad, zig te Amfterdam is koomen etablisfeeren, alwaar hy, kort daar na, desfelfs Burgcrregt heefc gekogt; cn vervolgens by continuatie heeft gewoont en I Iandel g ' ■: pa; Dat hy Suppliant nimmer getrouwe zynde geweest, cn dus geene Lyfservcnver wekt hebbende, zyne Goederen by hem door zyne vlyt en arbeid onder den Goddelyken zeegen verkreegen, by zyn overlyden gaarne zoude nalaaten aaa zyne naastbeftiande Vrienden, zynde zyne Broeders Kinderen, welken attueelyk nog in Vrankryk woonen; dan dat daar omtrent door den eenen en anderen aan hem Suppliant bedenkelykheid is gemaakt, of eene Tcscancnraire D/spoficie, doorhem ten behoe ve van zyne Naastbeftaande in Vrankryk woonagtig, wel efltft zonde kunnen forteeren , uit hoofde van de Placaaten van hunne Hoog Mogende de Heeren S:aaccn Generaal der Vereenigde Neederlanden de dacis 31 Oclober 1709 en 7 Mey 1726, waar by die geene, die onder het Gebied van den Koning van Vrankryk met 'cr woon zyn gezecten, verbooden worden, het zy uit zaake vanlluwelykfc voorwaarden, hec zy uic zaake van Succes fien ab inteftato of ex Testamento, hec zy by Erffenis of Legaat, op of teegens die geenen, die fcedert den Jaare 1669 hier te Lande zig uit Vr.r-.kryk hebben gevctucert; of tót defelve zyn gebooren; of op, of uit derfelver Boedels eenige vordering te doen. Dac den Suppliant voor zig wel bcgrypt, dat defelve Placacen etgentlyk alleen betreffen de Succeafieo van die geenen, welke na de revocatie van hec Edici van Nances in den jaare 16^9 uic Vrankryk zyn gercfugieert om de Religie, en van derfelver Kinderen, en dat overfuiks de Dispofitie van defelve Placaten niec relatief kan worden gemaakc toe hem Suppliant, die fchoon van de Gereformeerde Religie zynde, egter niet ter faake van eenige vervolging om zyne Religie, maar alleen om zig in den Koophandel ce Amfterdam ce ecablisfeeren, alhier ce Lande is koomen woonen, en die dus in geenerley wyfe, als een zodanig Refugié kan worden geconfidereert; ten opfigte van welker Succesfien, defelve Placaten by weege van retorfie zyn geëmaneert; fuftincerende den Suppliant in teegendeel, omtrent zyne Erffenis te moeten werken de generaale verklaaring, vervat in de Refoiutie van hun Hoog Mog. in dato 7 Mey 1733, ,, Dat in het Gebied van den Staat en fpecia,, lyk in de Provincie van Holland en West„ vriesland, de Onderdanen van Vrankryk, „ ingevolge van het begrip dat altoos hier te ,, Lande is gemaakt, van de Tnuftaaten met ,, die Kroon, capabel zyn, om te kunnen „ Erven, zoo ab inteftato als ex Testamen,, to, zoo wel van de Onderdanen van den ,, Staat, als van de Vreemden, die in het „ Gebied van den Staat mogten koomen te „ overlyden:" en dat wel ce meer, nadat op den 23 July 1773 tusfehen deefen Staat cn den Koning van Frankryk te Compiegne is s;eflooten de Conventie, waar by het Droit dfAubaine is vernietigt, en de weedcrfydfche Onderdaanen capabel zyn verklaart' om in de respective S anten over en wecder tc kunnen Bl ven. Dan dat den Supplianc ondercusfehen bedugcis, dat, na desfelfs affterven, hierover dispucen zouden kunnen ontftaan; welke hy name zoude zien geprevenieert door eene verklaaring van haar Edele Grooc Mog. ccn deefen opfigte. Waarom den Suppliant by voorfchreeve Requeste verfoekt, dac het haar Edele Groot Mog. behaagen mogte, tot wegneeming van alle bedenkelykheeden, die 'er na des Suppliants affterven over de Capaciteit van zyne Naastbeftaande in Vrankryk om van hem te Erven, zouden mogen ontftaan, te verklaaren; dat dc Supphant niet moet worden gehouden voor zodanig een Gerefugicerden uit Vrankryk, ten opfigte van welker Succesfien by voorfchreeve Placaten van Recoriie in dacis 31 October 1709 en 7 Mey 1726 is gedisponeerc; en dac hec overfuiks aan den Suppliant vry ftaat zyne Goederen, die hy hier cc Lande bezie op en aan zyne Familie en Naastbeftaande in Vuakryk woonagtig, het zy by Testamentaire Dispofitie, of by fuccesfie ab inteftato te laten devolvecren; zoo als hy zal te raade worden, zonder dat defelve zyn Suppliants Naastbeftaanden ter Zaake van defelve Placaaten in het regt om van den Suppliant by V. lienis of Legaac ce kunnen acquireeren, door wie hec ook zy, zullen kunnen worden gemofefleert of geinquieceerc. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat de Supplianc bevonden is zyn Vaderland niec te hebben veriaaten ter faake van perfecucie weegens zyn Godsdienst, maar in teegendeel buiten alle noodfaake, en dus uit eigen motief, eersc om zig in hec Scuk der Commercie hier ce Lande bequaam te maken , zie; herwaarts heefc begeeven, en daar na zig binnen gemelde Scad even vrywillig heefc geëtablisfeert; dac wyders de voornaame grond van gemelde recorfioncele Placaacen is geweest de merkelyke prejudicie, van de egaliteit die tusfchen de twee Natiën behoord te zyn, gaders dat, zonder zodanige voorfieninge door de rigoureufe Franfche poenale fFet- te*  Civile Wetten, Rechtzaken, en Reglementen» 339 ten een goed gedeelte van de Goederen en Middelen van de Ingefeetenen deefer Landen, zonder eenige hoop of tnogelykheid van retour uit defelve, zoude moeten worden gediverteert-, welke illegaliteit in Cas fubjeet; geen plaats kan hebben, om dat den Suppliant uit zyn Vaderland ter zaake van zyne Godsdienst niet gevlugt zynde, zig dan ook in de termen van de voorfchreeve poenale Wetten niet heefc bevonden; nog eenige Erffenisfèn of Legaaten hem ex Testamento of ab inteftato competeerende, uit dien hoofde heefc moeten misfen: en derhalven zig in defelve termen bevind van alle andere Ingefeetenen deefer Landen, die zonder onderfcheid van Godsdienst, tot alle Erffenisfèn en Legaaten in Vrankryk, volgens de Conventie by de voorfchreeve Requeste geallegeert, admisfibel zyn; en daar by nog in aanmerking genoomen zynde den inhoud der voorgemelde Refoiutie van hun Hoog Mog. van den 7 Mey 1733. Is goedgevonden en verdaan, by deefe te verklaaren, dat de Suppliant niet moet Worden gehouden voor zodanig een gerefugieerden uic Vrankryk, ten opfigte van welkerSuccesfien by de voorfchreeve Placaaten van Re- I torfie van den 31 Oétober r 700 en 7 Mey 1720' J is gedisponeert; en dat het over zulks aan den Suppliant vry ftaat zyne Goederen die hy hier te Lande bezit, op en aan zyne Familie en Naastbeftaanden in Vrankryk woonagtig, hec zy by testamentaire Dispofitië, öf by Sucn cesfie ab inteftato te laaten devolveeren^ zoo als hy zal te raade worden, zonder dat-defelve zyn Suppliants Naastbeftaanden ter faake van defelve Placaten in het regt om vart den Suppliant by Erffenis of Legaat te kunnen acquireeren, door wie het ook zy, zullen kunnen worden gemolefteert of geinquieteert. En wyders nog by het voorfchreeve Advis gereflecteert zynde, dat, hoe zeer nog niet is gebleeken, dat de voorfchreeve poenale Wetten in Vrankryk expresfelyk buiten executie zyd geftelt, zulks egter mogelyk tegenwoordig wel te ohtineeren zoude weefen, by aldien van weegen deefen Staat, daar toe aanleiding gegeeven wierd, met aanbod om in dien gevalle de voorfz. retorfioneele Placaaten ook buiten effect te fteilen, en dus eene volkoomen reciprociteit, in de admisfie der weederfydfche Onderdanen en Ingefeetenen tot alle Erffenisfèn, Legaaten, en andere. Beneficiën in allen gevallen te etablisfeeren. Is goedgevonden en verftaan, dat het voorfchreeve Poinét nader zal worden geëxamineert door de Heéren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, en de Vergadering daar op gedient van derfelver Confideratien en Advis. 30. Publicatie van de Staaten Generaal* hou¬ dende , dat de Notariaale Ablens, te Marfeille gepas/eert, door haar Hoog Mog. Commisfaris dè Marinè, aldaar refideerende, moeten worden gelegalifeert, wanneer men daar van hier te Lande gebruik wil maken. Den 5 November 1777* TPVe Staaten Generaal der Vereenigde NëJL/ derlanden, Allen den geenen, die deefen zullen zien, of hooren leefen, falut; doen te weeten: Nademaal aan ons is voorgekomen, dat veeltyds abuyfen werden gepleegt, met Stukken of Aétens, die te Marfeille zyn gepasfeert voor Notarisfen of andere publicque Perfoonen, en gedeftineert zyn om te dienen voor eenige Geregtshoven in deefe Republicq, wanneer die niet behooriyk zyn gelegalifeert* Zoo is 't, dat wy tot voorkoming van diergelyke abuyfen, op het exempel van het geen door den Franfchen Commisfaris hier te Lande refideerende, fteeds word gepraétifeert, goedgevonden hebben te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat in het toekomende alle Aftens, die te Marfeille voor Notarisfen of andere pubiicque Perfoonen, zullen worden gepasfeert, en gedeftineert zyn om te dienen voor eenige Geregts¬ hoven of Regtbanken binnen deefe Landen * door onfen Commisfaris de Marine, te Marfeille refideerende, behooriyk teegen het genot van een reedelyk falaris, mits niet excedeerende drie Livres Tournois voor ieder document, zullen moeten worden gelegalifeert, op prene, dat by gebreeke van dien op defelve in judicando geen regard zal mogen worden genomen* En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staten, Erfftadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staten van de respective Provinciën, en alle andere Officieren en Jufticieren van defelve Landen, dat zy deefe onfe Publicatie van ftonden aan alomme doen verkondigen,- publiceeren en affigeeren in alle Plaatfen daar zulks nodig is, en daar men gewoon is zoodanige Publicatie en Affixie te doen; lasten en beveelen voorts de Raaden ter Admirali3Y 2 teit,  54Q Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. rót, cn de Advocaaccn Fiscaal, deefe onfe I gen, want wy zulks bevonden hebben alfoo Publicatie te agtervolgen en te doen agtervol- I te behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heere Prrefidecrende in onze Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 5 November 1777. (JVas geparapheert,) A. W. C. van NAGELL tot RYNENBURG, vt. (Ondcrjlond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde -ahnr! Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,') Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt mec een papiere Ruyte. H. F A G E L. 31. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op het daar in gein/er eert Reg/eincnt voor het Ambacht van Crimpen of) den is/el. r r Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 16 deefer, hebbende, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van don 14 Maart 1777, geëxamineert de Requeste van Heemraaden of Gcfwoorens van Crimpen op den Ysfel, in Subftancie te kennen geevende, dat zy Supplianten in de maand November van het jaar 1776 zig by Requeste hadden geaddresfeert aan hun Edele Groot Mog., en, om de daar by geallegeerde reedenen, verfogt, dat hun Edele Groot Mog. het Project - Reglement voor den Ambagte van Crimpen op den Ysfel, daar neevens gevoegt, zouden gelieven te approbeeren, en de Supplianten te auctorifeeren, om hec zelve als een verbindende Keur voor den voorfchreeve Ambagcece emaneeren, en aldaar behooriyk te publiceeren, ten eynde door een ieder, wie het zoude aangaan, punctueelyk geobferveert en nagekoomen te worden ; en dat by aldien hun Edele Groot Mog. begreepen, dat daar op alvoorens de gemeene Buuren en Ingelanden zouden behooren gehoort te worden, hun Edele Grooc Mo*, als dan de Supplianten, voor zoo veel des noods, zouden gelieven te qualificeeren, om het voorfchreeve Project - Reglement te brengen ter kennis van defelve gemeene Buuren en Ingelanden, met advertentie, dat elk derfelve binnen zeekeren daar toe gelteldcn tyd, zodanige Confideratien, als hy op het voorfchreeve ProjectReglement, of eenig Articul van dien zoude mogen hebben, fchrifcelyk, en met by voeging der Naamen van alle de geenen, voor welken zulks gefchiede, aan de Supplianten zoude hebben op te geeven, en defelve in het Regthuys , of ten huyfe van den Schout van Crimpen op den Ysfel over te geeven of te bezorgen , ten einde vervolgens door de Supplianten gebragt te kunnen worden onder hec oog van hun Edele Grooc Mog., alles zodanig en een dien effecte dac alle die geenen Scbrifrelyke Confideratien, invoegen als vooren zouden hebben ingeleevert, gcagczouden worden, zig met het voorfchreeve Project - Reglemenc, zoo als hec zelve lag te conlormeeren en daar in te berusten, dat hun Edele Groot Mog. vervolgens gevonden hebbende , het voorfchreeve tweede verfoek van de Supplianten, by Refoiutie van den 18 January 1777 te accordeeren, de Supplianten zift daar na hadden gedragen, dog dat niet alsee nige weinige Perfoonen hec meergemelde Project-Reglemenc hadden koomen leefen, en dat daar op aan hun Supplianten was overgegeeven een zeker gefchrift, Copielykbyde voorfchreeve Requesce gevoegt, dac de Suppliancen by examinacie van hec zelve hadden gefien, dac hec alleen tendeerde, om het voorfchreeve Reglement geheel te verwerpen, zonder eenigfints te resconcreëren, de Articulen , in hec zelve gevonden wordende, en vervolgens om de verdere daarby geallegeerde reedenen verfoekende, dat hun Edele Groot i\lo^ als nog op hec eersce lid van de Supplianten voorfchreeve verfoek gelieven te disponeeren en micsdien hec voorfchreeve Project Reglemenc te approbeeren, mitsgaders de Suppliancen ce auc-  Civlie Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. nuélorifeeren, om het zelve als een verbindende Keur voor den Ambagte van Crimpen op den Ysfel te emaneeren, en aldaar behooriyk te publiceeren, ten einde door een ieder wie het aangaat, punélueelyk geobferveert en nagekoomen te worden, als meede dat by aldien , hangende hun Edele Groot Mog. deliberatie over deefe zaak , door eenige gemeene Buuren en Ingelanden van Crimpen op den Ysfel, eenig Addres aan hun Edele Groot Mog. mogte worden gemaakt, om zig teegen het voorfchreeve Project - Reglement te verfetten, en daar teegen eenige meer gedetailleerde Contradictie te allegueeren, hun Edele Groot Mog. als dan -zodanig Request en Memorie, als ten dien eynde aan hun Edele Groot Mog. zoude mogen zyn geprefenteert of overgegeeven, geliefden te fteilen in handen van de Supplianten, om daar op hun belang te kunnen inbrengen. En hebbende nog, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van evengemelden datum, geëxamineert de Requeste van Johannes Hogendyk, woonende onder Capelle op den Ysfel, en Ary de Jong, woonende te Crimpen op den Ysfel, Ingeland en Geërfde refpective van Crimpen op den Ysfel voorfchreeve, voor zig zei ven, en als daar toe van byna alle de gemelde Buuren en Ingelanden van Crimpen op den Ysfel gequalificeert, om de daar by geallegeerde reeden verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. aan de Supplianten gelieven te doen toekoomen Copie authenticq, ten hunnen reedelyIten kosten van het voorfchreeve eerstgemelde Request door Heemraaden of Gefwoorens voorfchreeve aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert , mitsgaders Copie Authenticq van de nadere Requeste door of van wegens de gemelde Heemraaden of Gefwoorens aan hun Edele Groot Mog. overgegeeven, tot het ohtineeren der gemelde Approbatie op het voorfchreeve Project-Reglement, gelyk mede van de dispofitie van hun Edele Groot Mog. op het laatstgemeld Request, met by gevoegd verfoek, dat hun Edele Groot Mog. aan de Supplianten geliefden te accordeeren een bequaamen tyd, om een volledig betoog van het gunt by de voorfchreeve hunne generaale Confideratien, bier vooren gemelt, was vervat, in gereedheid te doen brengen, en aan hun Edele Groot Mog. over te leeveren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by dispofitie op het eerfte lid van het verfoek door de eerste Supplianten aan hun Edele Groot Mog. by derfelver Requeste op den 5 December 1770" gedaan, het zelve thans te accordeeren, en dienvolgende het Concept - Reglement, by de voorfchreeve Requeste aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert, zoo als het zelve legt en aan het eynde deefes is geinfereert-, te approbeeren , mitsgaders defelve eerste Supplianten te auctotifeeren, om het zelve als een verbindende Keur voor den Ambagte van Crimpen op den Ysfel te emaneeren, en aldaar te publi- 5+t ceeren, met last aan de tweede Supplianten % en verder aan een ieder die het zoude mogen aangaan, om het zelve punélueelyk na te koomen en te obferveeren. Reglement voor het Ambagt van Crimpen op den fsjel. Art. I. ."TV Regeering van Crimpen op den \Jr Ysfel zal als van ouds beftaan uit den Schout én zeeven Scheepenen of Heemraaden, die de Regeering over het Ambagt en de adminiftratie van de Civile Juftitie, als meede van de Weeskaamef zullen hebben. I ï. Over ieder der respective Polders, genaamt Langeland en Kortland, onder de Heerlykheid van Crimpen voorfchreeve behoorende, zullen als van ouds worden aangefteld twee Waardsmannen. III. Niemand zal tot Scheepen of Heemraad verkooren worden, dan welke in het Ambagt van Crimpen op den Ysfel is woonagtig, en vaste Goederen, het zy Huis of Huifen of Land in eigendom binnen het Ambagt heeft, en in de Verpon* dingen contribueert, dog zullen deZoo^ nen by Ouders inwoonende, gegoed als vooren tot Scheepenen of Heemraaden aangefteld mogen worden. 1 V. Niemand zal tot Waardsman van een Polder verkoofen worden, ten zy in die zelve Polder woond, en ten minsten tot drie Morgen Land in dien Polder geleegen, en in den Omüag over defelve Polder contribueerende, in 'eigendom heeft} dog zullen de Zoonen, inwoonende by Ouders die drie Morgen.Lands in de Polder in eigendom hebben, tot Waardsman mogen aangefteld. worden. V. De Scheepenen of Heemraaden zullen een jaar, dienen, en ten minsten een maand voor het eyndigen van ieder jaar een Nominatie formeeren van veertien Perfoonen by eiken Scheepen of Heem-raad twee (des zullen de Scheepenen of Heemraaden die in Regeering zyn ook voor het volgende jaar nominabel zyn) om daar uit by den Heer of Vrouwe van Crimpen op den Ysfel, of derfelverSchouc voor elk aanftaande jaar, zee ven Scheepenen of Heemraaden gekooren te worden. vi. . Niemand door den Ambagtsheer of Vrouwe in der tyd tot Scheepen of Heemraad verkooren en aangefteld zynde, zal vermogen zig den dienst te onttrekken, ten waare hy zoude hebben bereikt den ouderdom van zeeventig jaaren, of om 3^ 3 an»  542 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. andere wettige reedenen tot genoegen van den Heer of Vrouwe van Crimpen op den Ysfel in der tyd te allegeeren, op een boete van vyf en twintig guldens ten behoeven van den Armen te verbeuren. V I I. Dc Schout, wiens aanftelling aan den Ambachtsheer of Vrouwe der Heerlykheid behoord, zal hebben de Convocatie van het Collegie van Schouten Scheepenen of Heemraden, gelyk van oude tyden gebruykelyk is geweest, en by zyne abfentie, ziekte of negligentie ("na behooriyk vermaan) zal die Convocatie door den Prefident Scheepen of Heemraad gefchieden , zullende den Prefident Scheepen of Heemraad zyn den oudftenin bediening , en meer dan een van gelyken ouderdom in bediening zynde, zal de oudfle voorgaan in het voorfz. Preefidium. VIII. De Convocatien zullen ten minsten tweemaal vier en twintig uuren te vooren door den Boode werden aangezegt, ten waare den Schout of Piacfidcnt-Heemraad oordeelde nodig te zyn, dat de Convocatie fpoediger wierd belegt, in welkè beide gevallen alle de Perfoonen op het j uur het welk ieder van hen aangezegt zal ; weefen, ten minsten een half uur daar I na, zullen moeten zyn ter plaatfe alwaar zy zyn beftemt, of zulien telkens ver- ' beuren zes Stuivers ten behoeve van de voornoemde meede Leeden, en zal den Schout, te gelyk in der tyd Secretaris weefende, dubbelt verbeuren; dog zal niet te min de ziekte, en het agterblyven van iemand , die voor de aanzegging reeds buiten de Plaats zyner wooning was vertrokken, en zeedert niet weer 't huis i gekoomen is, alleenlyk verfchoonen. j I X De aanftelling van den Secretaris en Boode zal behooren aan Scheepenen of Heemraaden van Crimpen op den Ysfel, met Advis der gemeene Buuren van den voorfchreeve Ambagte. X. Scheepenen of Heemraaden van Crimpen op den Ysfel zullen de aanftelling van een Secretaris of Boode van het voorfchreeve Ambagt niet anders mogen doen, dan tot kennelyk wederzeggen toe, als van ouds, en voorts zodanig Contract met den aanteftellen Secretaris aangaan , als Scheepenen of Heem raaden ten meesten dienste van het Ambagt vinden zullen te behooren, zodanig egter dat het zelve Contract niet zal ftryden teegens dit Reglement. X I. Scheepenen of Heemraaden van Crimpen op den Ysfel zullen by het aanftellen van een Secretaris en Boode, van en voor het voorfz. Ambagt, verpligt zyn ' op den Eed in den aanvang van derfelver bediening gedaan in aanmerking te neemen de eerlykheid, bcquaamheid en vereyschte hoedanighceden van de Perfoonen, om defelve Ampten wel en behooriyk, ten meesten diensten van het voorfchreeve Ambagt van Crimpen op den Ysfel, en de Ingezeetenen van dien te kunnen waarneemen, en zonder dac Scheepenen of Heemraaden eenige Giften of gaven, onder wat benoeming het ook moge zyn, daar voor zullen mogen genieten. X I I. Wanneer het Secretaris of Boode Ampt van den Ambagte van Crimpen op den Ysfel op eenige wyze zal vaceeren, zullen Scheepenen of Heemraden by publicque Advertentie daar van aan de gemeene Buuren van het voorfchreeve Am bagt kennis moeten geeven, en te gelyk * den tyd bepaalen, op welken door Heemraaden of Scheepenen in het Rcgthuys zal worden gevaceert tot het aanftellen van een Secretaris of Boode met Advis der gemeene Buuren van het meergemelde Ambagt, en zal defelve Publicatie ten minsten veertien dagen te vooren moeten gefchieden. -X I I I. Op den dag, tyd en plaats by de Advertentie in het voorige Articul bepaald, zulien Scheepenen of Heemraaden (geasüsteert met een Publicq Perfoon ten kosten van het Ambagt, her zy Advocaat, Notaris of Procureur) van de gecompareerde gemeene Buuren van het Ambagt van Crimpen op den Ysfel eerstelyk afvraagen en verneemen hunne Confideratien , omtrenc de te doenc aanftelling van eene Secretaris of Boode, en die verftaan hebbende, daar op onder hun in afweezigheid der gemeene Buuren raadpleegen, na het welke Scheepenen of Heemraden aan de gemeene Buuren zullen voordragen de Perfoon, dewelke Scheepenen of Heemraaden desnoods, by meerderheid van Stemmen oordeelen dat tot Secretaris of Boode behoord aangefteld te worden , met bygevoegde vragen, of iemand van de gecompareerde gemeene Buuren van het voorfz. Ambagt ietwes daar teegen te Ad vifeeren heefc, of wettige ree denen weet op te geeven, waarom de voorgeftelde Perfoonen niec zouden behooren aangefteld ce worden. X I V. Zoo een of meerder Perfoonen van de gecompareerde gemeene Buuren zig mogcen oppofeeren cegen de aanftelling dei Perfoons by Scheepenen of Heemraaden voorgeftelc, zal of zullen gehouden zyn de reedenen van dien op ce geven, dewelke op een Memorie geftelc, en'door den Oppofanc of Oppofanten onderteekenc zullen worden. Het  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 543 X V. Het welk gefchied zynde, zullen de öpgegeevene reedenen van oppofitie by Scheepenen of Heemraden met alle voor figtigheid en neutraliteit werden geëxamineert, waarna vervolgens by Scheepenen of Heemraaden zal werden gerefolveert , zoo als defelve in Gemoede op hunnen gedaane Eed oordeelen zullen te behooren. XVI. Dog wanneer Scheepenen of Heemraden de voornoemde reedenen bevinden in natuur van dien aard te zyn, dat Zy nodig mogten oordeelen, alvoorens finaal te konnen refolveeren, het Advis van neutraale Regtsgeleerden in te nee men, zullen Scheepenen of Heemraaden zulks vermogen te doen, ten kosten van het Ambagt, en als dan gehouden zyn dit Reglement, beneevens de ondergeteekende Memorie of Memorien te (lellen in handen van twee neutraale Regtsgeleerden , om daar op Schriftelyk Advis in te winnen, en conform het zelve Advis de aanftelling in questie te doen of niet te doen. XVII. Onder de gemeene Buuren zullen voortaan behooren alle Perfoonen onder den Ambagte van Crimpen op den Ysfel geëi: gent en gegoed zynde in Land \ Huis of Huyfen, en op het Gaarboek van het Ambagt bekent, hetzy defelve binnen het Ambagt met 'er woon al of niet gefeeten zyn. XVIII. Scheepenen en Heemraaden zullen den Secretaris of Boode als alleen tot wee- > derfeggentoe, aangefteld werdende, mogen demitteeren, wanneer zy vermeenen daar toe reedenen te dienen, waar omtrent zy met behoorlvkedifcretie, en -x het belang van het Ambagt in het oog houdende, zoo als zy volgens haar Eed verpligt zyn, zullen moeten te werk gaan, zonder egter gehouden te zyn om desweegens reedenen te moeten geeven. XIX. De Secretaris en Boode zullen in het Ambagt van Crimpen op den Ysfel of ten minften binnen de Parochie moeten woonen. X X. Jaarlyks zal door Schout en Heemraaden van Crimpen op den Ysfel, als van Ouds een Kerkmeester voor de Parochiekerk van Ouderkerk op den Ysfel, van Crimpen op den Ysfel en Stormspolder aangefteld worden. XXI. Alle de voornoemde Perfoonen, het zy Scheepenen of Heemraaden, Secretaris , Kerkmeesteren, Boode enWaardsmannen, zullen alvoorens hunne voorfchreeve Bediening te aanvaarden, in handen van den Schout den Eed moeten doen, volgens de respective Formulieren agter dit Reglement respectivelyk gefield. X X I L De Waardsluiden zullen geftelt worden by de Ingelanden van ieder Polder, en zullen twee jaaren moeten dienen, en zal jaarlyks op den dag voor den Omflag die in de maand November van ieder jaar, ten overftaan van Schout en twee Heemraaden van Crimpen op den Ysfel gedaan zal worden, een derfelver afgaan. XX II I. De aanftelling 3 van een Waardsman van ieder Polder zal gefchieden in deefer voegen, den Schout zal door de Geregrs» boode aan de Ingelanden na het doen der omflag van de Polder, in het Regthuis prefent zynde, doen afvragen welken Perfoon de Ingelanden tot Waardsman verkiefen. En zoo by de Ingelanden meer dan een Perfoon genoemd word, zal by meerderheid van Mergentaalen der gemelde Ingelanden de Conclufie opgemaakt werden. By welk opneemen van ftemmen deefen voet zal worden gehouden, dat Zoons, inwoonende by Ouders, voor hunne Ouders zullen mogen ftemmen, en dat ook de abfente Ingelanden by onderteekende Brieffjes hunne ftemmen ten voordeden van deefen of geenen Perfoo^ nen zullen mogen uitbrengen. En ingevalle de Ingelanden of eenige derfelven op het doen der Reekening en Omflag, een Perfoon tot Waardsman nomineeren, fteilen, of daar voor hunne ftemmen uitbrengen, in dat geval zal door den afgaande en aan blyvende Waardsman ieder een Perfoon genomineert worden, en daar uit by Schout en Heemraaden, op het doen der Omflag piefent zynde, tot Waardsman verkooren worden. XXIV. De Waardsluiden zullen het dagelyks opfigt en de directie hebben over de Moolens, Sluifen en Bruggen en verdere Polders Goederen, als ook over het aan- en af/tellen van de Moolenaars. X X V. En zullen de Waardsluiden van ieder der respective Polders op den dag der Omflag Art. 22 vermeld, de gemeene Lands goederen van defelve Polder in het openbaar verhuuren, ten overftaan van Schout en twee Heemraaden, welke goederen booven de uit te loove Huurpenningen niet hooger belast zullen mogen werden dan met een ftuiver per gulden ten lasten van de Huurders of Polder, uit welke eene ftuiver per gulden zal moeten werden betaalt, het geen van ouds aan den Schout, Heemraaden en Secretaris, weegens derfelver Regt by het asfiftee- ten*  544 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. ren van publique verhuuringen als ander- 1 fints, en den Boode meede compareert. Edog van Goederen die voor meerder dan een jaar aan den anderen verhuurt worden, zal alleen van het eerfte jaar betaalc worden. X X V I. Voortaan zullen jaarlyks in de Ambagtsheerlykheid van Crimpen op den Ysfel gedreeven worden vier ordinaris ScbOttv. !), volgens keuren by Schout en Heemraaden of Scheepenen , met approbatie van den Ambagtsheer of Vrouw, in der tyd reeds gemaakt, of nog te maaken, op de navolgende tyden, naamentlyk de foomeaumae tiendewegfehouwin de Maand April, de zoogenaamde Alcyichomv in in de maand Juny, de Zandpadfchouwe in de maan 1 September, en dc zoogenaamde Bannis cn Keurüooten Schouw in ! dc maand October. En zal ten minften veertien dagen voor ' het doen van ieder der gemelde Schouwen, des Zondags voor Sonnc ondergang aan het Rcgthuys van Crimpen 'op den Ysfel bekcntmaiking werden gedaan by Publicatie cn afhxie van Billietten, gelyk meede van de veranderingen dewelke in de voorgaande Keuren op het doen van de gemelde Schouwen zouden mogen zyn gemaakt, cn zullen van nu voortaan geen nieuwe of buitengewoone Schouwen mogen worden bclcgc door Sehouc cn Heemraaden of Scheepenen, dan in voorkoomende omftandighceden van noodzaak» lykheid, dewelke meede by Publicatie als vooren zullen werden bekent gemaakt, en zulks zoo veel tyd te vooren als de nood vereifcht en permiccceren zal. En zullen alle de Schouwen, geene uitgcfondcre, door den Schout en Heem- I raaden of Scheepi n zelfs moeten werden I gedreeven, en zal voor ieder defect, voor \ de eerfte reis tot de boete betaald wor- I den tien ftuivers ten behoeve van den Schout, en twee ftuivers voor de Booés voor het ophaalen van de boetens, voor ; de cweede reis ten minften agt dagen daar J na eene gulden, meede een behoeve van 1 den Schout; zullende het werk dac voor I de derdemaal gelaakc word als dan dadelyk ten kosten en voor reekening van de gebreekige worden aanbefteed, booven ( en behalven de voorfz. boecens, en boovendien nog een boece van zes guldens , ten behoeve voorfz. En zal den Schout de Penningen waar voor het werk is befteedc uitfehieten, en tot weeder inning van dien en hec vol- ! doen der boecens mec de koscen jegens de Gebreekigen volgens Dykregc procedeeren , en zal de leggende of Tecrfchouw van nu af aan cesfeeren, cn niec meer J gebruykc worden. X X V I L Den Schout en de Waarsluyden van de Polder Langcland en Kortland, zullen voor ieder van de voornoemde Polders, mec approbacie van den Ambagtsheer of Vrouwe, moeten maaken de nodige en vascgcftelde Keure van hoogce, breedce en Dorceeringen op en over derfelver Boefems, Kadens cn Landfcheiding - Kaadens (daar geen genoegfaame en vascgellelde Keure op defelve of ccn van dien mogte zyn) zoo als door Schouten Waardsluyden van ieder der voorfz. Polders zoo nu als in der tyd nodig geoordeelt zal worden. En zullen al het zelve met den Schout tweemaal of meerder in het jaar befchouwen, na dat de nood vcieilchcn zal, even cn in diervoegen en op defelve boetens ten behoeve van den Schout als in het voorgaande Articul is bepaald. U V lil.} De gaaderinge van de verpondingen de Opdagen van Schout en Scheepenen of I Ieemraaden, hec Dykgelc en van de Polders omflagen waar meede hec Ambagt van Crimpen op den Ysfel en de Polders in het zelve Ambagt geleegen, zullen werden aan en omgeflaagen, zal werden gedaan in de maand October van ieder jaar, op naame van het Geregt van Crimpen op den Ysfel door den Schouc geasfifteerc, mec twee Scheepenen of Heemraaden de beste kennis van zaken hebbende, zoo als nu eenige jaaren na den anderen is gedaan. XXIX. Ten dien einde zal door den Schout cn twee Scheepenen of Heemraaden in de maand October van ieder jaar in het Rcgthuys van Crimpen op den Ysfel een zitdag gehouden worden tot den ontfang der voorfchreeve Lasten, des morgens van neegen tot twaalif cn des namiddags van twee tot vier uuren, en welke zitdag ten miniten veertien dagen te vooren by publicatie en afnxie van Billietten voor het Regthuis zal worden bekent gemaakt. X X X. Ten behoeve van zodanige Perfoonen, welken op den voorfz. zitdag derfelve verfchuldigde lasten niet hebben voldaan, zullen Schouten Gecommitteerde Scheepenen of Heemraaden gehouden zyn , binnen veercien dagen na den eerften Sitdag, een tweede of laatften Sitdag re houden in voegen als vooren, en daar van ten minften agc dagen ce vooren by Publicatie kennis geeven, en zal reegens de zodanige die andermaal in gebreeke blyven derfelver verfchuldigde lascen ce komen voldoen, dadelyk werden geprocedeert by parate executie, ingevolge het Octroy en Reglement van haar Edele Grooc Mog. de Heeren Staaten van Holland en Wescvriesland voor den Crimpenrewaard verleend en gearrefteerc den 6 November 1753. XXXI.  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 545 XXXI. Ten minften agt dagen voor den eerften Sitdag zal door den Geregtsboode van Crimpen op den Ysfel aan elk, voor zoo veel hy in de voorfz. lasten gehouden is te dragen, het zy als zelfs Eigenaar van Goederen of des Bruyker, voor zoo verre defelve in het Ambagt woonen, of derfelver aan den Schout behooriyk bekend gemaakte Gevolmagtigden, moeten gegeeven worden een Reekening van dien, inhoudende fpecifiquelyk en onderfcheidentlyk van post tot post de 'verpondingen of andere lasten, ieder op zig zelfs, en hoe veel defelve ieder bedragen, mitsgaders daar onder opgemaakt zynde, hoe veel defelve opgegeeven lasten te zamen in eene zom- I me beloopen. X X X I ï. De ontfangen Gelden zullen op lederen Sitdag van ontfang geflooten worden in de Weeskist, ftaande in het Regthuis, met drie onderfcheidene Slooten en Sleutels beflooten, waar van den Schout en ieder van de twee Gecommitteerde Scheepenen of Heemraaden een Sleutel zullen hebben. X X X I I T. Den Schout zal voor Gaarderloon genieten , als van ouds, voor ieder confent van verponding vier en twintig guldens, en voor het gaaren van den Omflag van Schouten Scheepenen of Ambagts Om- | flag, het Dykgeld, en van de Polders 1 Omflagen twee percent, zonder iets meer- J der ten lasten van het Ambagt of Pol- 1 ders in reekening te mogen brengen, het zy voor Vacatiën of Verteeringen op de Sitdagen, zoo tot den ontfang der gelden als betaalingen aan de Crediteuren van de Omflagen, het overbrengen van de gelden der Verpondingen na 's Gravenhage ten Comptoire Generaal en aan den Penningmeester van den Crimpenrewaard. XXXIV. Schout en Scheepenen of Heemraden van Ciimpen op den Ysfel, zullen jaarlyks voor het doen van den Ambagtsomflag Omflag openbaarlyk doen reekening en verantwoording van alle lasten geene uitgefondert, zoo wel van de ordina- I ris Verpondingen en honderdfte Penning, J als binnenlandfche Omflagen of uitfet- f tingen die ten laste van het Ambagt van Crimpen op den Ysfel, en de byfondere I Polders van dien, het jaar te vooren, of ten minften die twee jaaren te vooren geconfenteert, Omgeflagen of uitgefetzyn geweest, volgens de ordonnantie van hun Edele Groot Mog. van den 18 September 1600, en de Ampliatie van dien van dato 20 Augustus 1704, en derfelver Renovatie van den 27 November 1710. IX. Desl. XXXV. De Schout zal jaarlyks als van ouds genieten voor het formeeren of minuteeren van een Gaarderlyst van de ordinaire en Extraordinaire Verpondingen van den Omflag van Schout en Heemraaden of Scheepenen van het Dykgelc en van de Polders omflagen zes ftuivers per blad, en voor het in het net fchryven van de voorfchreeveGaarderlvst, gelyke zes ftuivers per blad, het welk alfoo in den jaarlykfchen Omflag van Schout en Heemraaden of Scheepenen zal worden gebragt en geleeden. xxxvi. De Schout zal jaarlyks als van ouds genieten voor hec formeeren en minuteeren van de reekening Articule 35 vermeld, zes ftuivers per blad, booven en behalven de verfc'notten van de Zeegels, het welk alfoo jaarlyks inden Omflag van Schout en Heemraden gebragt en geleeden zal worden. X X X V I I. De gemelde respective Reekeningen conform de gemelde ordonnantiën van hun Edele Groot Mog. met open Deuren en Venfteren gedaan zynde, zullen defelve door den Schout en Heemraaden of Scheepenen, als meede door den Secretaris geteekent worden, en zulks gedaan zynde, zal door den Secretaris mede worden voorgeleefen de Omflag of opge maakte Staat van de Schulden en baaten naar de order zoo als defelve onder elkander volgen, en zoo als die volgens de Noramers voor ieder post geftelt, in den zeiven ftaat zyn gebragt, welke door Schout en Heemraaden zyn goedgevonden, dat voor het Ambagt respectivelyk betaalt en ontfangen zullen worden, met byvoeging van het geheele montant van defelve, en hoe desweegens voor ieder Mergen is omgeflagen en geheeven of gegaard zal worden. XXXVIII. De Reekeningen in voegen voorfchreeve gedaan, waar teegens by het doen van defelve geen apoftille of debatten door of van weegens de Ingelanden of Eigenaars der Huifen voor zoo verre defelve daar by zullen weefen geinteresfeert zullen zyn gemaakt, zullen in de Ambagtskist worden gelegt en bewaard, met de Papieren daar toe behoorende in goede order by eikanderen geliasfeert. XXXIX. Ingevalle iemand der Ingelanden of Eigenaars van Huifen, voor zoo verre die daar by zullen weefen geinteresfeert, het zy alleen, het zy met iemand geasfifteerc op de respective Reekeningen van Schout en Heemraaden, en den Omflag hier vooren Articul 35 vermeld, mitsgaders de posten daar in gebragt, eenige debatten zouden willen maaken, zal al hetfelve door 3Z den  546 Placaaten. 4. Boek 1. Titul. den Secretaris op een byzonder Papier betrekkelyk tot den n houd van de gemelde Reekeningen Omflag, cn de Nommcr van de post daar in gemeld, worden aangetcckent, en defelve aanteekening worden onderteekent door den geenen, dewelke defelve zal hebben laaten doen, en zal ieder gehouden zyn van de a vnteekeningen, dewelke hy zal hebben laten doen bincn agt dagen na dato ten zynen reed K ken kosten ter Secretarye te' ligten Copie Authenticq, dog zal niet te min het montant van den Omflag, worden gehecven en gegaard , zonder dat iemand onder pretext van de opgegeeve ApQBfflfe of debarten, dewelke teegens den Omfi.ig of eenige post van dien zyn gedam fteilen, de voldoening van dien zag zal mogen onttrekken, of die op eenigerhande wyfe uitdienen te doen. X L. De Ingelanden, welke eenige Appostülen op de voornoemde gedaane Reekeningen en Omflag hebben doen (lellen, zulien binnen den tyd van veertien dagen , na dar zy lieden de Copie authenticq Articul 39 vermeld, zullen hebben bekoomen hunne reedenen en gronden van dien , en dewelke zy vermeenen tot debat te dienen, by Afernoire met de Documenten dewelke daar toe zouden behooren, in behoorlyke order moeten brengen ter kennis van den Ambig*sheer of Vrouwe in der tyd. un einde zylieden dien aangaande in gefchrifte binnen den tyd van zes weeken, na dat de ge melde Memorie, en de befcheiden daar toe relatif in behoorlyke order zullen zyn geleevert zoodanige uitfpraak doen als hy Ambagtsheer of Vrouwe zal vermeenen te behooren, om vervolgens neevens de respective flukken van onder den Ambagtsheer of Wou we in der tyd geffgtte I worden, door die geenen dewelke defel- ' ve onder hen zullen hebben geleevert. X L \. P.y aldien binnen de gemelde agt dagen de voorfchreeve Copien authenticq van de gemaakte Appostillen of debatten, niet zullen zyn ge'igt ende voornoemde Memoire met de Befcheiden binnen de gemelde veertien dagen niet zal zyn overgeleevert, zullen de debatten, dewelke men door het maaken van appoftillen had getoond te willen maaken, gehouden werden voor vervallen , ende respective Reekeningen en Omflag ten overftaan van Schout en Heemraaden door den Secretaris werden gefuyvert van de appoftillen welke daar jeegens zyn gedaan maaken , en zal daar van by de eerste te doene reekening aan de Ingelanden worden kennis gegeven. j X Lil Indien de gemelde Memorie behooriyk is overgegeeven en den Ambagtsheer of ' Vrouwe binnen drtn voornoemde tyd van zes wceken de gemelde uitbraak" of in het geheel niet of niet zodarag mogt hebben gedaan, dat daar door dc debatten cn klagten der gemelde Ingelanden ten hunner genoegen zouden zyn gereparcert cn weggenomen, zal het aan defelve Ingelanden volkomen vryftaan de Memorie cn de Documenten, dewelke zy onder den Ambagtsheer of Vrouwe geleevert, cn neevens de gedaane uitfpraak wecder geligt zullen hebben binnen vier weeken, na verloop van de gemelde zes wecken te brengen voor Heeren Gecommitteerde Raaden van hun Edele Groot Moflende de Heeren Sraaten van Hollanden Westvricsland, ten einde door Heeren Commisfarisfen, daar toe by het Collegie van I Ieeren Gecommitteerde Raaden te Committeercn, tc worden geëxamineert, om Parryen desweegens tc hooren, en tc verecnigen, is het doenlyk, of by ontftentcnis van dien, de plano cn zonder figuur van proces, gedecideert te worden, zoo als bevonden zal worden te behooren. XL l l I. By aldien, het zy by uitfpraak van den Ambagtsheer of Vrouwe in der tyd, of wel by verceniging van Partyen, of wel dat de zaaken van de gemelde Reckeningen en Omflagen zullen zyn getermineert, bevonden word dat eenige Penningen , welke ree 's ccgaard en betaalt zyn, wceder zouden behooren tc koomen ten voordeele der Ingelanden, zullen defelve in de volgende Reekening en Omflag in ontfang werden gebragt en verantwoord. X L I V*. AI het geen ten opfigte van het maaken der debatten op het doen der Omflagen van Schout en Heemraaden, hier vooren Art. 37, 38, 39, 40, 4r, 41, en 43 is vermeld, zal ook plaats hebben ten opfigte van het ctoen der Omflagen van dc Waardsluiden van de Polders in den Ambagte van Crimpen op den Ysfel geleegen. X L V. Ten koste van het Ambagt zal den Schout doen maaken een bequaame Kist met drieverfchillende Sloorcn, waarvan den Schouten Secretaris, mitsgaders de Prrefident- Scheepen of Heemraad elk zullen hebben een Sleutel, en in Cas de Schout en Secretaris Ampten door een en defelve Perfoon werden bedient, zal een der Sleutels onder den in rang volgenden Scheepen of Heemraad berusten. X L V I. In defelve Kist zullen in order werden needergelegt en beu-aard alle Boeken, Registers, Prothocollen, Reekeningen en alle andere Papieren, Gefchriften "tot het Ambagt of de respective Polders van dien,  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 54? dien, mitsgaders het Geregt en de Weeskaamer gehoorende, uitgefondert nogtans het geene van het voorengemelde voorhanden behoord te zyn om tot dagelyks gebruik te dienen voor die geenen, dewelke het zelve behoeven en nodig hebben , ten welken eynde het zelve onder den Secretaris zal blyven berusten, die daar voor aanfpreekelyk zal zyn. X L VII. Den Ambagtsheer of Vrouwe van Crimpen op den Ysfel in der tyd zynde, zal behouden de vrye en onverhinderde toegang, en zoodanig vermogen, als aan defelve eenigfints toekomt, tot het geen hier vooren Articul 46 is gemeld, waar toe de voorfchreeve Kist, op het vermaan van den Ambagtsheer of Vrouw, door de Perfoonen hier vooren Art. 45 gemeld, zal werden geopent en gefloottn. X L V I I I. Van al het geene hier vooren Articul 46" is gemeld, zullen Schout en Scheepenen of Heemraaden ten kosten van het Ambagt binnen den tyd van zes maanden doen maaken een behoorlyken Inventaris van alle zodanige Papieren en Procesftukken, als onder Schout en Heemraaden ter Secretarye en in de Weeskist berustende zyn, zoodanig dat defelve by affonderlyke Capittels zal behelfen, wat onderfcheidentlyk tot het Ambagt en de Polders behoord, en zal defelve Inventaris door den Schout, Scheepenen of Heemraaden, en den Secretaris vah de Ambagtsheerlykheid van Crimpen op den Ysfel onderteekent zynde, in de voorfchreeve Kist gelegt worden, na dat daar van een Dubbelt zal zyn gemaakt, en in voegen voorfchreeve meede geteekent, om onder den Secretaris te blyven berusten , waar van aan den Ambagtsheer een affonderlyke Copie Authenticq zal werden overgeleevert. X LI 1 • De gemelde Inventaris en het Dubbelt van dien, mitsgaders de voorfchreeve Copien authenticq, zullen jaarlyks na het doen der Reekening door den Secretaris worden vermeerdert met het geene Articul 46 is genoemt, en tot het dagelyks gebruik niet verder zal behoeven te dienen, zullende de voornoemde jaarlykfe byvoeging op den gemelden Inventaris en dubbelt van dien meede door Schout, Heemraaden en Secretaris, worden onderteekent , zonder dat den Secretaris uit hoofde van de gemelde jaarlykfche te doene byvoeging ietwes zal genieten. L. Welke voornoemde Kist zal worden geplaatst in zodanige Kaamer binnen het Ambagt van Crimpen op den Ysfel, als de Ambagtsheer of Vrouwe in der tyd aan Schout en Heemraaden zullen ordon¬ neeren, om aldaar te gelyk alle zaaken tot de Heerlykheid van Crimpen op den Ysfel betrekking hebbende te verrigten, en de nodige Vierfchaar te houden , en zal voor het gebruik van de gemelde Kaamer in den Ambagts omflag jaarlyks geleeden worden tien Guldens. L I. Den Schout zal beforgen dat ren min* Ren viermaal in het jaar ordinaris Regtdagen werden gehouden (te weeten als *er zaaken zyn) in de eerde week van de eerfte maand in ieder vierendeel jaars, uitgezondert in den Oogst geduurende zes weeken, te beginnen met St. Jan in de Soomer, als meede by Ysgangof Dykleeger, op welke te houden Vierfchaar of Regtdagen preciefelyk zal worden gehandek naar het voorfchrift van de ordonnantie van haar Edele Groot Mog» de Heeren Staaten van Hollanden Westvriesland , op het Stuk van de juftitie van dato 1 April 1580, en zal voor al hec geene op de voornoemde ordinaris Regtdagen zal worden gedaan niets aan den Schout en Scheepenen door partyen worden betaald. L I I. Den Schout zal voorts om eenige zaaken ter Vierfchaar ce brengen,. of verfogt zynde , om reede te trekken, of Wees- ' dag ce houden, ten allen tyden, uitgenoomen by Ysgang of Dykleegeringe (ten waare hy zoude vermeenen, dat, zulks niet teegenftaande gevoeglyk zoude behooren te gefchieden) op het verfoek van een iegelyk eenen buitengewoonen Regtdag, Weesdag, of reede trekking moeten verleenen, en defelve doen houden ten daage en uure door hem Schout beteekent, waar voorzal moeten worden betaalt by het doen van de gemelde verfoeken, in handen van den Schout eene fomma van agt Guldens tien Stuyvers, te verdeelen in diervoegen, dat daar uit zal worden betaalt aan den Schout eene Gulden zestien Stuyvers, en aan ieder Scheepen vyftien Stuyvers, aan den Secretaris eene Gulden, en den Boode neegen Stuyvers, zullende het aandeel van de afgebleeve Leeden verdeelt worden, tusfchen den Schout, prefente Scheepenen, en Secretaris in gelyke deelen, behoudens dat voor de verdere buitengewoone verfogte Regtda- - gen in de zaake dewelke op een buitengewoone Regtdag ter Vierfchaar is gebragt , in voegen als booven zal moeten werden betaald alleen de fomme van vier guldens vyftien Stuyvers, te verdeelen naar proportie, als hier booven; dog zal onder de voorfchreeve respective lommens van agt Guldens tien Stuyvers, en vier Guldens vyf Stuyvers niet begreepen zyn, het gunt Partyen anderfints by het houden van ordinaris Regtdaagen ge- 32 2 hou-  54S Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. houden zyn, ten hunnen kosten te dragen. Lil l L Schout cn I Iecmraaden of Scheepenen zullen zonder voorkennis van den Ambaetshecr en Vrouwe in der tyd geen Proccsfen mogen aanleggen nog Penningen Negoticeren ten laste van het gemeene Land of Ambagt; cn wanneer henlieden eenige procedures zullen werden aangedaan, zullen zy daar van binnen vier cn twintig Uuren, of zoo veel eer mogelyk zal zyn, na dat hen zal zyn geordonncert tc comparecren of in Regten dag zal zyn beteekene aan den 1 leer of Vrouwe van Crimpen op den Ysfel voornoemt, voorkennis in voegen voorfz. moeten geeven, met byvoeging van hec gunt tot derfelver onderrigting in defelve zaake zoude konnen dienen. L I V. De Waardsmannen of Waardsluiden van de respective Polders onder den Am bagte van Crimpen op den Ysfel behoorende, zullen als van ouds voor reekeninge van de Polder geene extraordinaris zaaken moogen onderncemen of verrigten, nog Proces of Procesfen voeren, voor cn al eer, daar over te hebben belegt een Buuritem, en by meerderbeid van Mergentaalen der Ingelanden daar toe te zyn geauétorifeert en gequalificeert. L V. In den Ambagts - Omflag zal jaarlyks ! gebragt worden voor verteeringen ten daage van het doen der respcéb've Ree- j kening en Omflag, Articul 37 vermeld, eens de fomme van derrig Guldens, en voor verteering op de Thiend - Verpagting, ah van ouds de fomma van tien I Guldens, aJs meede voor verteeringe I voor dc Dienaars van den Ifeer Bailliuw van Zuidholland, als van ouds gelyke tien Guldens, zonder dat uit hoofde van ietwes anders hoe genaamt eenige verteeringen tot lasten van het Ambagt of Pol- I ders daar onder gehoorende, zal mogen gebragt of geleeden worden. L V I. Dc Schout van Crimpen op den Ysfel zal voor het wnarncemen van alle gewoone en ongewoone diensten tot zyn Ampt eenigfints behoorende, geene uitgefondert die binnen hec Ambagc ce verrigcen vallen, als meede voor hec Heeringdraa'ren ' jaarlyks voor Traetement genieten, zoo ! als dan ook het zelve in den AmbansOmflag geleeden zal moeccn worden eens een fomme van één honderd en fes- 1 tig Guldens, zonder meer, behoudens dac Briefporcen, en andere nodige verfchoccen zyn Ambc becreffende, hem meede zullen werden goedgedaan, volgens Nocicie (is hec nood) met bevestiging van Eede, inden aanvang van zyne I Bedieninge gedaan, en dat ook hier onder niet zullen zyn begreepen, extraordinaire moeitens van importantie ter fiake van procedures of diergelyke , waarvoor den Schouc naar reedelykheid eene modicque Declaracie zal mogen formeeren, ter discretie cn taxatie van 1 Iecmraaden. L V II. Ieder Heemraad of Schoepen zal voor hec waarnecmen van alle gewoone en ongewoone dienften coc zyn Ampt eenigfmes behoevende, en binnen het Ambagt te verrigten vallende, als meede voor het I leeringdraagen eens jaarlyks genieten, en zal voor hem in den AmbagtsOmflag geleeden worden vyftien Guldens zonder meer. L V I 1 I. Den Secretaris zal voorzyne'Ambagtsdiensten, Vacatiën en Schrylloon tot zyn Ampt eenigfints behoorende jaarlyks genieten, cn zal voor hem in den binnenlandfchen Omflag geleeden worden een fomma van vyftig Guldens, en zal uit dien hoofde boven dien declareeren voor dc nodige verfchotten weegens Papier, Pennen, Lak, Ouwels, Briefporten, 'sLands klein Zeegel, Registers, Prothocollen, Boeken en andere Behoefrens, tot de Secretarye dienende, alles volgens Notitie (is het nood) met bevestiging van Eede in den aanvang zyner bedieninge gedaan. L I X. De respective Waardsmannen zullen ieder voor het waarnecmen van hun dienst in alles u-at tot hunlieder post behoord genieten voor gewoone en ongewoone diensten jaarlyks de fomma van drie Guldens als van ouds, dewelke zal worden gebragt en geleeden in den Omflag van iedere byfondere Polder. L X. Indien een Waardsman ten dienfte van den Polder komt te arbeiden, zal hy beloond worden als een Arbeider. L X L Den Boode van de Heerlykheid van Crimpen op den Ysfel zal voor alle gewoone en ongewoone dienften en moeitens, het Ambagt en de Polders daar in geleegen raakende, en daar in verrigt zullende worden, welke hem door den Schout en Secretaris, ieder aflonderlyk, of door het Geregt vergaderd zynde, zullen werden geordonneert, genieten een fomma van cwincig guldens, booven een fomme van vyf Guldens vyf Sluiven; voor hec publiceeren van Publicatien, Keuren en Ordonnantiën, van Bailliuw en Mannen van Zuidholland, Dykgraaf en Hoogheemden van de Crimpenrewaard, Schout en Heemraaden en Waardsluiden, welke in den AmbagtsOmllag voor hem gebragt en geleeden zullen worden. LXU.  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 54$ L x 11. Om zaaken buiten het Ambagt te verrigten , zal door den Schout en Heemraaden of Scheepenen moeten worden gemaakt Commisfie, en zal den Secretaris daar van behoorlyke aanteekening in het Refolutieboek moeten houden, zonder het welk voortaan geen Commisfie erkend, of desweegens eenige vacatiën in de respective Omflagen zullen mogen worden gebragt, ten waare den Schout of den Secretaris, of wel iemand uit de Heemraaden, na buiten zoude worden ontboden over faaken het Ambagt of desfelveri Bediening betreffende, waar van als dan behooriyk zal moeten blyken. L X I I I. Tot het waarneemen der Commisfien zal altyd den Schout, of by zyn afweefen of ongeleegenheid den Secretaris worden benoemd. L X I V. Neevens den Schout of Secretaris zullen tot de Commisfien meede benoemt worden een of ivtterlyk twee Scheepenen of Heemraaden. L X V. Voor Vacatiën, Reys en Teerkosten, wanneer buiten het Ambagt in den Crimpenrewaard moet werden gevaceert, zal in den Ambagts - Omflag worden gebragt en geleeden als volgt, eene dag voor den Schout of Secretaris vier Guldens, en voor een Scheepen elk twee Guldens, en zoo wanneer Schout en Gecommitteerde Heemraaden zullen vaceeren tot Stolwyk of Crimpen op de Lek, op het aanftellen van een Cavel, of dat defelve zullen gaan op de Reekeninge van de Crimpenrewaard, zullen Schout en Heemraaden ieder voor Vacatiën, Reis- ' en Teerkosten genieten zes Guldens daags, mits dat het geene voor Comparitiegeld in defelve Crimpenrewaards Reekening word gebragt, ten behoeve van het Ambagt werden verantwoord. L X V I. En voor de Boode drie Guldens. L X V I I. Maar indien defelve buiten den Crimpenrewaard moeten reifen, zal als dan door den Schout of Secretaris daags voor Vacatie, Reis-en Teerkosten mogen gereekent worden zes Guldens, en door de Scheepenen of Heemraaden ieder vier Guldens, zonder voor eenige Teerkosten, Waagenvragten, Schuit, Veer-, Tol- of Hekgelden te mogen declareeren. L X V I I I. Den Boode buiten het Ambagt ten dienste van dien door den Schout gefonden wordende, zal desweegens voor Daggeld Reis- en Teerkosten, in iedere vallende geleegentheid, zoo veel worden toegelegt als by Schout en Heemraaden zal geoordeelt worden te behooren. L X I X. De Waagen- en Schuit of Schouwevragten binnen het Ambagt, ten dienfte van Schout en 1 loemraadcn in het dryven van derfelver Schouwen, zoo op den Dyk als binnen het Ambagt, zullen als van ouds in den Ambagts Omflag gebragt en geleeden worden. L X XL In voorvallende faaken zal den Schout genieten als volgt: Voor het ftaan over een Trans- i port en het Zeegelen van den Brief als van ouds. ƒ3 16' o Twee Scheepen ieder. — . © öl Den Secretaris voor het fchry- j ven van een Transport en den Transportbrief. .— . g i6,ó De Boode. ——— o! 60 Voor het Overboeken. — o! 60 Voor hec ftaan over het ma- I ken van een uitterfte Wille van een gewoone groote, het zy het zelve zal worden gedaan ten huife van die geene dewelke defel- ! ve zal willen maken, of elders binnen het Ambagt, zal ieder Scheepen genieten. —— 0120 Den Secretaris voor Vacatie en Schryftoon. —. 4! 16 o Voor het Schryven van de Grosfen. ———- —-—— 3';i2o De Boode n ■ 090 En wanneer de voorfz. Aétens Schabinaal voor Schout en Heem raaden gepasfeert worden, de Schout hooven dien voor het ftaan j over defelven. «—1 3 i<5o Voor het aangeeven en noteeren van een Koop en van andere faaken, ter Secretary aanteteekenen, den Secretaris als van ouds. ■ ■ ■ > ■.— 1 40 Voor het fchryven van een Verkoop Conditie. ——» 300 Voor de Copie Authenticq van I een Verkoop Conditie. — ijióo Voor het fchryven der Grosfe van een Acte van Vertigting. - 3:120 Den Secretaris zal jaarlyks genieten voor het fchryven van iedere Conditie, behoorende tot de Verpagting van des gemeene Lands Polders Goederen. — 3 oó Voor het opmaaken en in het net fchryven van iederen Om- f flag. .—■—- 6 00 Voor het fchryven van een I I Copie Authenticq van den voorfz. jf Omflag. < • ———• j t i6ê Voor het fchryven van Publi catien van Schouwen 5 Verpagi I l 3Z 3 tin-  550 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. tingen, en het doen van den- Omflag. ~ ■ 1/3 00 Alles behalven dc kosten ter) faake van's Lands kleyn Zecgel, cn het Francyn tot de respective Aétens en Brieven gebruikt zyn de. De Boode zal voor het dagvaarden van de benoodigde Perfoonen in de voorfchreeve zaaken , cn het welk verder dien aangaande door hem te verrig ten, genieten. 1 0120 L X X f. Den Schout zal, ingevolge den Verbaalc gcflooten voor Heeren Commisfarisfen uit het Collegie vandc Edele Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden op den 19 April 1770, met den eerften maken een nieuw en precies Gaarbotk van alle de Huifen, Steenplaatfen en Landen, Thienden, Nakoop, Wyn en BierAccys, als meede van het Schout-Ampt, zoo als al het zelve in de Verpondingen, is aangefiagen volgens de respeelive Quohieren , de Mergentaalen gereekent teegens A Tergen van zes hondert Roeden in dc Mergen, volgens den aanllag, als meede een nieuw Weerboek der Landen binnen den Ambagte van Crimpen op den Ysfel geleegen. L X X 1 l. Al het zelve, in voegen als voorfz. is, opgemaakt zynde, zal door den Schout een preciefe Staat werden opgemaakt van het geene de Ingefeetenen zeedert den jaare 1769 te veel ofte weinig betaalt hebben, en waar na een ieder zig zal hebben te gedragen, het zy in het ontfangen of reftitüeeren, alles zoo na doenlyk zal bevonden worden. L X X l I I. Waar voor aan den Schout zal werden betaalt, zoo veel als Scheepenen of Heemraaden in reedelykheid zullen bevinden te behooren, en alfoo in den Ambagts - Omflag gebragt en geleeden worden. L X X 1 V. Laatftelyk zullen de extraordinaire kosten, voortvloeyende uit zaaken of differenten, weegens de combinatie of gemeenfchap met Ouderkerk op den Ysfel en Stormspolder, en het geen daar toe behoort, als van ouds, worden omgeflagen over de Huisgefinnen, onder het voorfz. Ambagt van Crimpen op den Ysfel, ieder Huisgefm voor een Hoofd gereekent, ten waare ineen en hetzelve Huisgefm twee of meer Perfoonen egaal Regt hebbende gevonden wierden, dewelke als dan ieder in het byfonder aangeftaagen zullen worden, alles volgens een Quohier, door Schout en Heemraa¬ den tc formeeren in zodanige Clasfen, ten aanfien van dc respective Huisgefinnen , als defelve op hunnen Eed vinden zullen te behooren, terwyl alle andere kosten, insgelyks conform den ouden vpet, ten lasten der Eigenaars van Landen gebragt, en over dc Alergentaalen omgeilaagen zullen worden. Formulier van den Eed van Scheepenen «f Heemraaden van Crimpen op den Tsfel. Dat fweere ik, dat ik Heemraaden Scheepen van Crimpen op den Ysfel weefen zal, en dat ik in die qualkeic de Religie van Gods Woord Gereformeert zal helpen handhaven; den Ambagtsheer en Schout, en alle hunne Regten en Privilegiën wel en loffclyk handhouden en maintineeren zal, en zoo delelven, daar jeegens eenige indragt quaamen te lyden, hun daar van aanftonds kennisfe geeven ttlj dat ik goede Keuren en Ordonnantiën (des noods zynde) tot welfyn cn verbeeteringen van de voornoemde Ambagtsheerlykheid, zal helpen maaken, dac ik voor geen gifte of transporten van vaste Goederen ftaan zal, dan met confent en wille van den Schout, en ten zy my blykt, dat het Regt van nakoop voor den Edelen Ambagtsheer is voldaan en becaalc, dac ik alle Sccreecen, de Ambagcsheerlykheid of hec Geregc conccmeerende, fecreet houden zal, dac ik meede de Regten van de gemeene Buuren en Ingelanden , naar myn vermogen zal voorftaan en maintineeren t als meede de wcltïand der Ingefeetenen en Ingelanden zal tragten te bevorderen, dat ik Weduwen en Weefen in haare geregtigheid zal helpen voorftaan en maintineeren, dat ik ten allen tyde, wanneer ik van den Edelen Ambagtsheer of Schout, gedagvaarc worde, in zaaken myne Bediening raakende, op het geftelde uur compareeren zal, tergefetter plaatfe (ten waare by ziekte of ander noodftaken) dat ik voorts, alles doen zal, dac een goed en gecrouw Heemraad en Scheepen, fchuldig is en behoord te doen. Seggende, Soo waarlyk helpe my God Almagtig. Eed van den Kerkmeester. Dat fweere ik Kerkmeester te zullen zyn binnen Crimpen op den Ysfel voor  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 551 voor den jaare. . . . volgens het oud gebruyk, geene Kerke - Goederen te verkoopen, zonder confent van Schout en Heemraaden de Kerke - Goederen te verhuuren, en de Huurpenningen te ontfangen en in te maanen; de Kerk en Pastoryhuis behooriyk te doen repareeren en te onderhouden, mits niet excedeerende de fomme van veertig Guldens, te verftaan een Reparatie op zig zelve, volgens Refoiutie van dato i January 1708, en daar op goede opfigt te neemen van alle Ontfang en Uitgaaf, deugdelyke Reekening en Bewys te doen, voorts alles te doen, dat een goede Kerkmeester fchuldig is te doen. Alles tot kosten en lasten van de Kerke - Goederen. Seggende, Soo waarlyk helpe my God Almagtig. Eed van den Waardsman, Dat fweere ik Waardsman te zullen weefen van de Polder. . . . voot den tyd van twee jaaren, dat ik de Ambagtsheerlykheid, en de Landen in Eere, Rust en Vreede, en in zyne Regten helpen, houden en ftyven zal, dat ik met den Schout, Keuren helpen maken zal, en defelve met den Schout befchouwen, op myn Eed, dat ik my voorts, als een goed, vroom en opregt Waardsman voor zoo veel my aangaat gedragen zal, naar het Reglement van hun Edele Groot Mogende voor den Ambagte van Crimpen op den Ysfel gearrefteerd op den... Seggende, Soo waarlyk helpe my God Almagtig. 32. Refoiutie van de Staaten van Holland* tot confirmatie van V Accord, door Cliffbrd en zoonen met de meerderheid hunner Crediteuren aangegaan. Den 22 July 1779 By refumtie gedelibereert zynde op de Mis1 five van de Prsfident en Raden van den Hove, gefchreven in den Hage den 24 Juny defes jaars, en daags daar aan ter Vergadering overgenomen, waar by kennis hebben gegeven van het yerrigte uit kragte van hun Edele Gr. Mog. Refoiutie van den 25 Maart 1777, conform hun provifioneei Advis, ingevolge van hun Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 24 january 177Ö, op de Requeste van Anna Wolters, Weduwe wylen Jan Cliffort, in leven Burgemeester der Stad Amfterdam, Jan Albert Cliffort en Pieter Cliffort Janfz. alle woonende te Amfterdam en genegotieert hebbende ten naame van Cliffort en Zoonen, ten einde hun Edele Groot Mog., ex plenitudine potestatis, zouden gelieven te verklaaren, dat, mits de Supplianten gehouden bleven, het effect van het door hun geproponeerde, en door de meerderheid hunner Crediteuren geaccepteerd Accord, in dato 1 April 1773 ook aan de Ongeteekende, en zulks aan alle hunne Crediteuren gefamentiyk en zonder onderfcheid te doen genieten, en alfoo ook hunne nog openftaande zaaken, met asfiftentie der in de Requeste gemelde geregtelyke aangeftelde Sequesters, en onder de opperdirecfie en toez'rgt van Schepenen der Stad Amfterdam, te vereffenen, en het daar van provenieerende, ten behoeve van hunne gefamentlyke Crediteuren, te doen ftrekken, zy Supplianten van alle verdere aanfpraak van de Crediteuren van het Huis van Cliffort en Zoonen, mits- gaders van wylen Jan Cliffort, welker prgetenüen haaren oorfprong hadden uit eenige handelingen anterieur aan den 1 January 1773, zouden wefen en blyven gelibereert, en dat hun Edele Groot Mog. inmiddels zouden gelieven te declareeren, dat, geduurende hoogst derfelver deliberatien over dit verfoek, de Supplianten zouden blyven Jouïsfèeren van de feureté du Corps, bevoorens aan hun door hun Edele Groot Mog. geaccordeert; en houdende de voorfchreeve Misfive verder derfelver nadere confideratien en Advis op de voorfchreeve Requeste en Bylaagen, dat opereufe werk concerneerende; als mede, tot volj doening aan hun Edele Groot Mog. Appoinctement van den 14 Mey 17 79 op de Requeste van Mr. Gerrit Corver Hooft, Commisfaris der Stad Amfterdam, Mr. Hendrik Hoeuft, Heere van V elfen, Raad ordinaris in den Leenhove van Braband, Mr. Daniël Hooft Gerritfz. Heere van Vreeland, Raad in de Vroedfchap en Schepen der Stad Amfterdam, als te zaamen, volgens den Testamente van wylen Maria Margaretha Corver, Weduwe Mr.Nicolaas Geelvink, in Leven Burgemeester der Stad Amfterdam, geftelde Executeurs Testamentair van defelve Maria Margaretha Corver, Weduwe M. Nicolaas Geelvinck, Conftantia Hooft, Weduwe Mr. Nicolaas Witzen Jonafz. in leven Schepen der Stad Amfterdam , van Rooyen en van Meyden, Kooplieden binnen de zelve Stad, Johannes van Drogenhorst, Koopman te Amfterdam, als medé  552 Placar.tcn. 4. Bock. t. Titul. dc Erfgenaam van wylen Cornelia vnn Drogenhorst, cn allbo by Acte van fchtidingvan denfelven Boedel bet regc verkregen hebbende tor de pratende van defelve Cornelia van Drogcnhorsc ten laste van Clillbrt en Zoonen, IN 1 -. . . van 1 loolk de Bruyn, cum fuis,..., ais Executeurs van den Testamence van wylen Willem Kops, in leven Koopman ce Haarlem, Willem Barnaert, meede Koopman aldaar, David Woesthoven en Zoonen, Crul en Comp., Kooplieden te Amfterdam, de Erven van wylen Johanna Theodora van der Meer, en de Erven van Willem van Heyningen, alle mede woonende binnen defelve Scad, daar by verfogc hebbende, dac hun Edele Grooc Mog. den Hove zouden gelieven ce authorifeeren, om, voor zoo ver in's Hof's uittcbrengen Advis van eenige ingresfie zouden zyn de [ötutierj, welke by de nadere Memorie, uic naam van de Weduwe CUfTort, cum fuis, den Hove ingediend op der Suppliancen ailcganen w ;arengefupédieerc, in dien gevalle, alvoorens finaal tan hun Edele Groot Mog. te advifeérén, defelve fo!ucie;i cn remarques aan de Supplianten te Communiceeren, mec vermogen , om daar cegens hunne nadere belangens cn defenfie intebrengen op zoodanige wyfe en in die form, ais het welgemelde Hof meest gepaft, naar de omftandigheden van zaaken oordeelen, en tot alle mogelyke verrnydir.g van longeur aan de Supplianten zoude geheven re pncscribccrcn; en wyders, mede zig door de vüie van de geëxhibeerde Boeken cn Documenten, door het Hof of Commisfarisfen, mede op zoodanige wyfe en plaats te neemen, als het Hof meesc converubel zoude vermeenen te zyn, omtrenc de gegrondheid of ongegrondheid van der Supplianten gemaakte objech'en, en daar tegens geallegeerde dcfenfien te eclaircisfêeren, of dat anders hun Edele Groot Mog. daar omtrent zoodanig zouden gelieven te disponeeren, als hun Edele Grooc Mog. in een zaak, die in ccn Lar.d van Co ~mercie zekerlyk van het uiterfte gewigt was, en tot maintien en bewaaring van der Supplianten goed regt, zouden oordcelen te behco-en. En geconfidereert zynde de byfondere zaamenloop vsn omftandigheden, welke in defe zank hebben plaats gehad, en daar by in aanmerking genoomen zynde, dit de Supplianten, de Weduwe van wylen den Burgemeester Jan Cüff >rc, mitsgaders Jan Albert Cliffort en Pieter Cliffort Jansz, by hunne Memorie vanfolutien, op meer dan eene plaats, met de uiterfte iiducie geoffereert hebben, defe en geene notable omftandigheden, tot hunne defenfie bygebragc, met folemneelen Eede (des noods) te willen ftaven en bevestigen; Is goedgevonden en verftaan, by finale Refoiutie aan de Supplianten hun verfoek te accordeeren; en dienvolgende te verklaaren, dat, mits de Supplianten gehouden blyven, het effect van het door hun geproponeerde, en door de meerderheid hunner Crediteuren geaccepteerde Accoord, in dato i April 1773, ook aan de Ongeteekende, en zulks aan alle hunne Crediteuren gefamentlyk, en zonder onderfcheid, te doen genieten , en alfoo i ook hunne nog openftaande zaaken, met asfiftentie der in de Requeste gemelde geregte - i lyke aangeftelde Sequesters , en onder de opperdireóhe en coefigt van Schepenen der Stad I Amfterdam, te vereffenen, en het daar van provenieerende, ten behoeve van hunnne ge- , famentlyke Crediteuren, te doen ftrekken, zy Supplianten van alle verdere aanfpraak van da Crediteuren van het Huis van Cliffort en Zoonen, mitsgaders vnn wylen Jan Cliffort, welker praccnlien haaren oorfprong hebben uic eenige handelingen anterieur aan den 1 January 1773, zullen wefen cn blyven gclibereerc, mits de Supplianten (de Weduwe vau wylen den Burgemeester Jan Cliffort, mitsgaders Jan Albert Cliffort en Pieter Cliffort J mf/.fj by aldien de Oppofanten zulks requireeren, binnen den tyd van zes weeken, tc reekenen van den dag defer Refoiutie zig zullen hebben te fifteeren voor Commisfarisfen uit den IIovc van Holland, of voor Schepenen der Stad Amfterdam, cn aldaar ter preientie van dc Gerequireerdens, onder lölera- I neclen Eede, ieder voor zig zeiven en in zyn 1 reguard, zig zullen moeten expurgeeren van I allen doleufen toeleg en quaade trouw, zoo in het generaal, nopens al het gunt door henlieden respective, in of omtrent den voorfchreeven Boedel is gedaan of verrigt, als fpecialyk nopens die byfondere poincten, welke byder Gerequireerdens overgegeve Memoden, als befwaaren tegen der Supplianten handel wyfe in defen zyn ingebragt; en voorts in dien gevalle de Sequesters (de Gevoegdens in deelen) te injungeeren, om, binnen den tyd van drie maanden, ten overftaan van Schepenen der Stad Amfterdam, aan de gefamentlyke Crediteuren van hunne tot dusverre in deefe gehou- I dene directie en adminiltratie te doen rekening I en verantwoording; alsmede, om ten fpoedig- i ften de nog openftaande pratenfien des Boedels, welke zy in der minne tot nog toe niet heb- ■ ben kunnen recrouvreeren, door middelen van r egten 'm te vorderen, en vervolgens ook van dat hun verrigtevan tyd tot tyd, behoorlyke rekeningen verantwoording te doen; rnetvrylaating van debath aan alle^zoodanige Crediteuren , welke de zelve Rekeningen, of eenige vnn dien, zullen willen debatteeren; dan by weigering (uit welken hoofde ook) der voorfc'-.reeve Eeds prestatie, op requillrie van de Gerequireerdens, als vooren in dien gevalle, nu voor als dan, hec verfoek door de Suppliancen, by derfelver voorfchreve Requesce ge- j daan, afceflaan en te wyfen van de hand. En voorts, dewyl door het voorfchreeven ! gerefolveerde komt ce vervallen het verfoek door de Gerequireerdens by derfelver Requesce aan hun Edele Grooc Mog. gedaan; Ismede goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat het voorfchreeve verfoek van de Gerequireerdens kome ce cesfeeren en ce vervallen. En zal Extract defer gefonden worden aan de  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen, 553 de Praefident en Raden van den Hove, mitsgaders aan Schepenen der Stad Amfterdam, tot derfelver narigt; en gelyk Extraét gegeven aan de Supplianten, mitsgaders aan de Gerequireerdens, om haar daarna te reguleeren. 33- Publicatie van den Raad van Staaten tegen het verpanden' van Meubilaire goederen buiten de geo&royeerde Bank van Leening te 's Hertogenbofch. Den 14 December 1779. De Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut; doen te weeten. Alfoo wy in ervaringe gekoomen zyn, dat niettegenftaande onfe Publicatie van den 4 April 1738, gedaan om te verhoeden, dat niemand binnen de Stad 'sBofch, Vrydom of forten van dien, hem quaame te vervorderen (buiten onfe geo&royeerde Bank van Leening aldaar) op wat pretext het ook zoude moogen weefen, eenige Penningen op interest uit te doen en daar voor Meubilaire Goederen te panden te neemen, egter zulks by eenige baatfoekende Menfchen, tot groot nadeel van onfe voorf Bank van Leening, nog word ondernoomen. Zoo is 't, dat wy daar tegens willende voorfien, goedgevonden hebben by renovatie van onfe voorfchreeve Publicatie van den 4 April 1738 op nieuws te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat niemand binnen de Stad 's Hertogenbofch, Vrydom of Forten van dien, van wat ftaat of conditie hy ook zoude moogen weefen, eenige Beleeninge of Gelden op interest zal mogen uit doen of fchieten, waar voorzy eenige Meubilaire Goederen te panden neemen, het zy Goud, Silver, Juweelen, of wat het ook zoude moogen weefen, op verbeurte van alle de Penningen, die daar op zullen zyn gegeeven, mitsgaders daarenboven van ieder Pand dat zy koomen te beleenen een boete van twee honderd guldens Dat ook voor zoodanige Beleeningen zullen worden gehouden alle Contraden, waar by eenige der voorfz. Goederen werden verkogt onder conditie, dat die na verloop van eenigen tyd, by de Verkoopers wederom kunnen worden gehaalt, mits betaalende gelyke fomme, als waar voor die waren verkogt, metde interesfen van dien, of daar, ten tyde van zoodanige fimulate verkoopinge, den interest word gerabbattteerd, of in eenige manieren, directelyk of indireételyk, eenige interest word genoomen, en zullen ten dien einde zoodanige Koopers gehouden zyn, ten allen tyden ter requilitie en inftantie van den Raad en Rentmeester Generaal der Domeynen van Braband in het Quartier van 's Hertogenbofch, voor die van de Leen- en Tolkamer aldaar, hen onder Eede te expurgeeren, dat zy geen interesfen hebben genooten nog in den beginne der voorfz. handelinge meinen te genieten, of zullen by weigering van voorfz. Eed voor Beleenders worden aangefien en incureeren de boetens hier vooren geftatueert. En voor zoo veel, by onkunde van onfe voorfchreeve Publicatie van den 4 April 1738, jeegemvoordig eenige Panden by particuliere Luiden zouden moogen weefen beleent, of in voegen voorfz. fimulate verkogt, werd by deefe geaccordeert en gefteld den tyd van een maand na de Publicatie deefes, om defelve Panden aan de Eigenaars te reftitüeeren, of wel in de geoéfroyeerde Banke van Leening oven te brengen, alwaar defelve, mits niet boven de waarde beleend zynde, zullen worden aangenoomen, op poane dat voorfz. tyd verftreeken zynde, zoodanige Beleenders meede ingevolge van deefe onfe Publicatie zullen worden gemuléteert. Sullende alle de voorfz. boetens en confiscatien zyn, een derde voor den Raad en Rentmeester Generaal der Domeynen van Braband in het Quartier van 'sHertogenbofch, welke gehouden is de calange te doen, en een derde voorden Aanbrenger, alwaar het fchoon dat daar meede handdadig aan was, en dat daarenboven haare Panden wederom vry zullen genieten, en het resteerende derdepart ten behoeven van den Armen. En op dat een ieder zig daar na koome te reguleeren, en niemand daar van ignorantie pretendeeren; ordonneeren wy dat deefe binnen de voorfz. Stad, Vrydom en Forten van dien zal worden gepubliceert en geaffigeert; en dat zonder eenige conniventie of oogluiking tegens de Contraventeurs van dien zal worden geprocedeert; want wy zulks bevonden hebben alfoo te behooren. Aldus gedaan by den Raad van Staate in 'sGravenhage den 14 December 1779. (JVas geparapheert f) H. D. v. LYNDEN tot LANDFORT, vt. (Onderflond,) Ter ordonnantie van de Raad van Staaten. (Was geteekent,) t j. van H E E S. IX. Deil. 4A  554 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. 34- Publicatie van de Staaten Generaal, betrek¬ kelyk het recht van Legaal Verband cn van Preferentie zoo aan Onmondigen als aan Verhuurders van IVooningen en Landeryen, onder Hulfter-Ambacht competeerende. Den 9 Augustus. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, ^ allen den geenen welke üeeie zullen zien of hooren leefen , falut, doen te weeten: alfoo aan ons in ervaaring gekoomen is, dac in Hulfter- Ambagt twyifelingen en differenten zyn ontitaan over de Regten van legaal Verband en Preferentie zoo aan Onmondigen en andere onder Curateele of Voogdy ftaande Perfoonen, als aan de respective V/erpagters of Verhuurders van Wooningen en Landeryen onder l luifter - Ambagt voornoemt respectivelyk competeerende, en over dc effecten vau die respective Regten. Zoo is 't, Dat wy totvoorkoomingderfelven, en ten einde dat Regt van legaal Verband en Preferentie in Iluliter-Ambagt voornoemt tusfchen de Ingefeetenen aldaar voor het vervolg ie bepaalen, hebben goedgevonden te ftatueeren, gelyk geftatueert word by deefen: Dat, in agting genoomen zynde, dat het naar regten zeeker is, dac wel Onmondigen of andere onder Curateele of Voogdye itaande Pei -foonen hebben een generaal legaal Verband cn Preferentie op de Goederen hunner Voogden en Curateuicn, maar dat even zeeker is, dat Verhuurders of Verpagters van Woonmgen en Linderyen hebben ccn fpeciaal regt van ftdzwygcnd Hypotheecq cn van Preferentie, zelfs boven antericure Hypotneecquen, op de Goederen van den Pagter, welke op het verhuurde of verpagce Goed bevonden worden, mitsgaders op "de Vrugten, welke als nog op dat verpagce Goed bevindelyk zyn; dus, eerftelyfc alle Verpagters of / Verhuurders van Wooningen en Landeryen, ■ Hulfter - Ambagt geleegen, voor hunne agterilaliige Pagten hebben een fpeciaal regt van legaal Verband en een daar uit fpruitend regt i van Preferentie (zelfs boven Onmondigen en anuere onder Curateele of Voogdy ftaande Perlbonen, het zy derfelver Voogdy of Curateele is antcrieur, hec zy defelve is pofterieur aan die gedaane verhuuring) op zoodanige Goederen van de Pagcers of Huurders van Wooningen en Landeryen, welke in en op hec verpagce of verhuurde Goed bevonden worden, mirsgiders op de Vrugten daar op te Velde ftaande, of daar op bevindelyk; dog dat het zelve regt van legaal Verbind en Preferentie alleenlyk zal plaats hebben en effeét forteeren, geduurende den tyd van vyf jaaren, wegeus ieder jaar Pagtof Huur; zoodanig dat de Verpagters of Verhuurders der Landeryen zullen gehouden zyn hunlieder regt, tot voldoening van ieder jaar verfcheene Huur of Pagt, telkens uiterlyk mec expiratie van het vyfde i 1 jaar na dac hec zelve Huurjaar zal zyn verfcheenen, cegens den Pagcer of Huurder te i doen gelden en ce vervolgen, op poene van na expiratie van dac vyfde jaar hun vooriz. regc van ftilfwygend I lypocheecq voor dat verfcheenen i Huurjaar telkens te zullen verliefen, gerefer; veert egter, na verloop van de vyf jaaren hunlieder perfoneel en concurrent regt ten laste van de Huurders of Pagters der voorfz. Wooningen en Landeryen onder Hulfter -.Ambagt voornoemt. Voorts, in de tweede plaats, dat alle Onmondigen en onder Voogdye of Curateele ftaande Perfoonen in Hulfter-Ambagt voornoemc ter verfeekering en verhaal van hunne Weefen Penningen, hebben regt van generaal le, gaal Hypotheecq, cn een daar uic ipruitend ; regt van Preferentie op alle de Goederen van hunne Voogden of Curateuren, of hunne Boedelhouders en Boedelhoudfters, en uic dien hoofde zyn geprefereert, na de Verpagters of Verhuurders van Wooningen en Landeryen binnen Hulfter - Ambagt voornoemt, een aanfien van Pagten of Huuren , niet meer dan vyf jaaren vervallen zynde, ongeprejudicieert nogtans het regt van het gemeene Land ter invordering van derfelver fouveraine lascen, als blyvende het zelve, als van ouds, volkoomen in zyn geheel, dog dac het gemelde regt van legaal Verband en Preferencie van ge. weefene Pupillen of onder Voogdy of Curateele gevreest zynde Perfoonen niet verder of langer zai plaats hebben en effect forteeren, dan geduurende den tyd van vyf jaaren, na dac de Voogdy of Curateele door meerderjaarigheid, Huwelyk, Venia Atatis, of door eenige andere wyfe van zelfswording van de onder Voogdy of Curaceele geftelde Perfoon, of ook door desfelfs overlyden zal zyn geëindigc, en dac derhalven de geweefene Pupillen of andere, onder Voogdy of Curateele geftaan hebbende Perfoonen voor de expiratie van gemelde vyf jaaren, of derfelver Èrfgenaamena hunlieder meerderjaarigheid of zelfswording of overlyden, van dac hunlieder regt van legaal Verband en Preferentie geen gebruik maakende, zullen worden verftaan daar van ftilzwygende te hebben afgefien, en het zelve vervolgens zal cesfee ren: gereferveert egter in dien ge valle hunlieder perfoneel regc cegens hunne Voogden of Curaceuren, en derfelver Boedelbouders en Boedelhoudfters, als meede een regt van Preferenrie boven andere Perfoonen cn concurrence Crediceuren. En laatsdyk, dac de voorfz. bepaaling van vyf jaaren, zoo een opfigte van de Verhuurders  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 555 ders of Verpagters van Wooningen en Landeryen, als van Onmondigen en andere onder Curateele of Voody ftaande Perfoonen in Hulfter - Ambagt voornoemt, niet eerder zal worden gereekent aanvang te neemen dan rnet dato deefer Publicatie, zoodanig, dat de nu reeds verfcheene Huurjaaren van Wooningen en Landeryen, offchoon ook reeds langer dan vyf jaaren voor dato deefer Publicatie verfcheenen geweeft zynde, egter ten deefen opfigte zullen worden geconfidereert, als of defelve eerst verfcheenen waren op dato deefer Publicatie, en dat alfoo de termyn tot invordering dier agterftallige en reeds verfcheenen Huurjaaren een aanvang neemen zal met dato van deefe Publicatie. En dat, op gelyke wyfe, ten aanfien van het regt van legaal Verband en Preferentie van Onmondigen en andere onder Curateele of Voogdye ftaande Perfoonen, op de Goede6m hunner Voogden of Curateuren of derfelver Boedelhouders of Boedelhoudfters, de gemelde tyd van vyf jaaren, voor zoo veel aangaat zoodanigen, welke reeds door meerderjaarigheid , Huwelyk of anderfinrs voor dato van het doen deefer Publicatie uic de Voogdye of Curateele zyn ontflaagen, eerst zal beginnen te loopen van den dag van defelve Publicatie, met die uitfondering en bepaalingnogtansj dat voor zoo verre op dato van deefe 'Publicatie eenige Pagt - of Huurpenningen reeds zoo lang mogten zyn verfcheenen geweest, of ook zeedert het ccsfeeren van eenige Voogdy of Curateele al zoo veele jaaren mogten zyn verloopen, dat 'er tot vervulling der tyd van prescriptie, by het gemeene regt bepaalt, minder dan vyf jaaren meer ontbreeken, als dan, en ten aanfien van zoodanige gevallen niet meer de volkoomen tyd van vyf jaaren aan zoodanigen Verhuurder, of een zoodanigen geweefen Pupil zal competeeren,. maar hunlieder voorfz. regt na dato deefer Publicatie alleen nog zal duuren zoo veel tyd, als tot vervulling dier precriptie van het gemeene regt op den tyd deefer Publicatie zal overig zyn, zonder dat de tyd der gemelde preeeriptie door deefe nieuwe Wet eenigfints zal worden geprolon geert. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zoude p re ten de eren, hebben wy goedgevonden en verftaan, dat deefe in HulÜer-Ambagc voorfz. alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe alwaar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Prefideerende in onfe Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den 9 Augusty 1780. (Was geparapheert P) H. W. van A Y L V A, vt. (Onderftondf) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (JVas geteekent,") H. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een Papiere Ruyte. 35. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende diverfe voorregten , fpecialyk nopens het recht van Retentie en Preferentie, ten behoeven van de I.ynwaad- en Kamerdoek-Bleekers. Den 17 Mey 1781. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 9 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van den 2 Maart laatstleeden, geëxamineert de Requeste van de Weduwe Dirk van Grichen, de Weduwe Lambert Byvoet en Zoon, de Weduwe Mauritz van Grichen, Dirk Tysterman, Jan Rusburg, Jan Kops, en Arent Lits, Lynwaad- en Kamerdoek Bleekers, resforteerende onder de Heerlykheeden Heemfteede, Bennebroek, Bloemendaal, en Velzen, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat, by alteratie van hun Edele Groot Mogenden Placaat van den 28 Maart 1667, mag worden bepaalt, dat van nu af aan de eerste uitlegging van Lynwaaden zal mogen gefchieden op den 20 Maart, en in bet najaar geen ruuwe en ongebleekteLynwaaden op den Bleek zullen mogen gehaalt, ontfangen of aangenoo4A 2 mea  55ö Placaaten. 4. Boek. f. Titul. men worden na den 31 July, op pmne van een hondurt guldens 9 maar dac zylieden dien onverminderc fchuldig en gehouden zullen zyn, defelve, Lynwaaden, Kamerdoeken of andere Goederen ter handen te Hellen aan den Curateur over den infolventen Boedel geordonneert, om by denfelven Curateur een profyte van alle de gemeene Crediteuren gebeneficeert te worden, en dat de voorfchreeve Bleekers gehouden zullen zyn voor Scheepenen van de Plaats daar den overleeden gehorven en de Curateur geftelt is, neevens andere Crediteuren haare pretenfien in te brengen, haar voorfchreeve Regt van praeferentie te vervolgen, en de decifie van den Regter daar op af te wagten, zonder van dat voorfz. regt van prsef erende gefrustreert te kunnen worden , om dat zy de voorfchreeve Lynwaaden, Kamerdoeken of andere Goederen aan den Curateur overhandigc, en zulks buiten haar magt geftelt zouden hebben, dac voorts niemand van de voorfchreeve Bleekers de Goederen van andere Bleekers, Kooplieden of anderen, zal mogen aanneemen ce bleeken of havenen, ten zy defelve Kooplieden, of anderen door hun zelve, of door den Bleeker, daar zy haare Goederen brengen zullen, den eersten Bleeker zullen hebben voldaan vnn zyn agrerweefen, aan zulke Kooplieden of andere Perfoonen, ter zaake van de voorfz. Bleekloonen; en indien eenige van de voorfchreeve Bleekers anders zouden mogen komen te doen, dat defelve en de Goederen onder hun gebragt, voof het agterweefen van den eerscen Bleeker zullen weefen verbonden en executabel, en dat de eerste Bleeker op defelve Goederen zal hebben regt van preferentie; en laatftelyk, dat ook de Dienstbooden, Knegts of Meiden van de Supplianten voor hare Loonen zullen hebben regt van preferentie voor alle anderen op de Goederen van haare Meesters en Vrouwen , welke zouden mogen komen te failleeren. 36. Refoiutie van de Staaten van Holland* 1 hoedanig te handelen met het Prothocol van zeker Notaris te Plensden, waar in verfcheide ongezegelde Minuten van Aflens gevonden werden. Den 23 October 1783. Ontfangen een Misfive van de Prasfident ' en Raaden van den Hove , gefchreeven in den Hage den 10 deefer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Marginaale A postille van den 30 April deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de daarnevens te rug gaande Requeste van Neelt- j je Andel, Weduwe en Boedelhoudfter van Petrus Pama Vos, in leven Notaris en Procureur ce Heusden, en woonende aldaar, waar 1 by defelve in fubftantie te kennen geeft, dat zy, om te voldoen aan hun Edele Groot Mog. ' beveelen by Placaat van 22 April 1670 vastgefteld, het Notariaal Prothocol, binnen de zes weeken na haar Mans overlyden, voorgevallen den 15 Maart defes jaars, zullende overbrengen aan die van den Gerechte der gemelde Stad, was ontwaar geworden, dat haar Man eenige Notariaale fnftrumenten, voor hem gepasfeerd , had gelaaten ongemunieert van de vereischte Zegels; dat zy daar van aan het voorfz. Geregt kennis gegeeven hebbende, zy op haar verfoek door het zelve was diligent verklaart; dat zy bereid zynde alle die Inftrumenten door een gequalificeert Perfoon met de vereischte Zegels te doen voorfien, geinformeerd was, dat zulks, ingevolge de Ordonnantie op het Klein Zeegel van den 30 September 1744 niet mogte gefchieden, en tevens dat het defect, der Zeegels merkelyke confufie en groot nadeel voor de daar in belangen hebbende Perfoonen zoude kunnen veroorfaaken; dat de Suppliante vertrouwt, dat ten deefen de bil- ) lykfte reedenen zyn om de Minuten der voorfz. Inftrumenten voor Wettig te doen houden, nadien van de egtheid derfelve uit de onderteekening der Comparanten en Getuygen nevens haar voornoemde iV!an als Notaris gedaan confteert; om reedenen by de voorfz. Requeste breeder gedetailleert, verfogt, dat hunEdele Gr. Mog.-ex plenitudine potestatis gelieven te verftaan en te verklaaren, dat de voorfz, Inftrumenten voor behoorlyke Notariaale zullen moeten gehouden worden, even of defelve met de vereischte Zegels waren gezeegelr, geweest en wyders Johan Hubert Rietveld, Notaris te Heusden, te qualificeeren, om aan de voorfz. Inftrumenten te hegten en te Haan de daar aan deficieerende Zegels, ten einde den Lande desfelfs gerégdgheid daar door koome te genieten, alles mec lasc aan een iegelyk, welke daarby zyn geinteresfeert, om zig daar na te gedragen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, den Notaris Johan Hubert Rietveld, refideerende te Heusden, by deefe te auétorifeeren en te gelasten, om ten kosten van de Suppliante, op alle de by de Requeste gedetailleerde Aétens , de behoorlyke Zeegels te flaan, en bevindende, dat 'er onder zyn, die noodfaakelyk moeten herfchreeven worden, van defelve te maken Copie Authenticq, en na defelve met den Secretaris van Heusden teegen de Origineelen te hebben gecollationeert, die Copie Authenticq aan de origineele vast te hegten; voorts alle de voorfz, 4A 3 A@-  558 Placaaten. 4. Boek. 1. Titul. Actens in voegen voorfz. geredresfeert, ter Secrecary van I feu.-den over re brengen, om daar bewaard te werden. Wyders ce verftaan en te verklaaren, dat alle de in voegen voorfz. in order gebragte Actens zullen moeten geh.v>kien worden, even of dezelve reeds van den beginne af aan met de vereischce Zecgds waaren ge/.eegelc, en in order waaren gecoucbeerc gewecsc, ructlasc aan een iegelyk, welke daar by zyn geinceresfeerc, om zig daar na te gedragen. En is voorts hec voorfz. Advis houdende dac Prcelidcnc en R iaden, mec verwondering ziende, cac in Heusden, geduurende een zoo langen reeks van jaaren een Nocaris ongezcegelde Actens had gepasfeerd , zonder dat daar teegens in die Stad eenige voorfien ine; was gedaan, derhalven nodig hadden geoordeeld de Magiltraac van Heu>dv.n r,an te fchryven en te requireeren aan hun fchriftelyk op te geeven „ of aldaar geen voorfiening gedaan word. om ,, teegen die ongeregelchecden te wa .ken, „ welke de Notauaale Aétens in de uitterfte „ desordre brengen, en waar in dezelve voor„ zieningen beftaan? " Waar op de Kegeering der voorfz. Scad hun by Misfive van den 26 Scpeember deefes jaars had gerescribeert, „ dat, voor zoo ver het aan defelve eenigfints „ bekent was, aldaar nimmer een Proro No„ taris of Commisfaris over de Notarisfen was „ aangeltelc geweesc, hec welk ongecwyrTelc „ uit hoofde der weinige Notarisfen in de Stad ,, en Lande van Heusden refideerende (zyn,, de hec gecal alleenlyk twee binnen de Stad} ,, was nagelaaten gebleeven; cn dathunmee„ de, zoo ver men weeten kon, nimmer be- | ,, kent of gebleeken waaren zodanige ordres 1 „ en abuifen , als in het Prothocol van den „ Nocaris Peerus Pama Vos, plaats hadden; „ dac dc Magiftraat, om in hec zelve voor hec „ vervolg ce voorzien, goedgevonden had, „ een Proto-Nocaris of Commisfaris over de ,, Nocarisfen aan ee fteilen, op zoodanige In,, ftructie als by hun Edele Groot Mog. was „ gearrefteert." Geevende Prscfidenc cn Raden vervolgens in Confideracie, of hun Edele Grooc Mog., nu voor deele keer, mec die | voorfiening voor het vervolg binnen Heusden' genoegen nemende, egter niec zouden kunnen I goedvinden, een einde, nog aldaar, nog elders binnen deeze Provincie diergtlyken frauden en ftordigheeden door de Notarisfen zouden kunnen gepleegc worden, daar eecgens zodanige vooiiïeningcn ee doen als hun Edele Grooc Mog. zouden oordeelen te behooren. Is goedgevonden en verftaan, dat de voorfchreeve voorgellaage voor/lening zal worden gee.Yaminecrc door de I ieeren Gedeputeerden der Scad Haarlem , en verdere hun Edele Grooc Mog. Gecommitteerden tot dc zaaken van dc Jufticie, mec Commisfarisfen van den Hove, en de Vergadering daar op gedienc van derfelver Confideratien en Advis. 37- Refoiutie van de Staaten van Holland, tot voorkoming der meenigvuldige verfoeken, om Surcheance van betaaling. Den 26 February 1784. T^\e Heer Penfionaris van Zcebcrgh- heeft 1^ ter Vergadering gerapporteerc, dac de I Ieeren Gedeputeerden der Scad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove , ingevolge en ter voldoeninge van hun Edele Groot Mog. Rofolutie Commisforiaal van den 6 deefer maand, geëxamineert hadden eene Propoficie, den 3 bevoorens door de Heeren Gedepueeerden der Stad Amfterdam, op fpecialen last van de Heeren hunne Committenten ter Vergadering alhier gedaan, betrekkelyk toe de macerie van furcheance van becaaling; als meede het Advis door Prrefidenc en Raaden van den Hove eer requilieie van hun Edele Grooc Mog. op de evengeraelde Propoficie gefuppediceerc. En dac zy Heeren Gecommiceeerden de gronden, by de voorfz. Propoficie tot het doen ophouden der furcheances van betaaling bygebragt, ten uiccerften billyk en regemaeig hebbende gevonden, geoordeelt hadden de Propoficie zelve in hec algemeen favorabel aan hun Edele Grooc Mog. ce moeccn voordragen; terwyl zy teffens hadden begreepen, dat, zal hec misbruik, dat 'er volgens ondervinding maar al te dikwyls van provifioneele furcheances gemaakt word, op eene voldoende wyfe worden weggenoomen, het dan niet genoeg is, dat het verkrygen van zoodanige provifioneele furcheances, of van derfelver prolongatien, aan meerder moeyclykhcid , en zelfs aan zeeker zoort van voorafgaande onderfoek, worde onderheevig gemaakt, maar 1 dat het volftrekt nodig zal zyn, om, daar het regt en de pracfyeq middelen aan de hand geeft, door welken Debiceuren, die alleen tyd nodig hadden om hunne faaken te redden, doorgaans genoegfaam kunnen worden gehol- : pen, het zoo buitengewoon e raiddel om furcheance van betaaling by den Souverein te verfoeken, maar finaal af te fnyden, immersten dien effecte, dac hec zelve niec meer als ordinair, of als buicen de aller dringenlte noodfaakelykheid impecrabel zynde, by de Ingefeecenen zoude kunnen worden befchouwt. Waar op gedelibereert, zynde, is, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden goedgevonden en verftaan. Eerfelyk, tot een generalen regel vast te fteilen, dat voortaan alle verfoeken om fur- che-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 559 cheance van betaaling, door Ingefeetenen deefer Provincie aan hun Edele Groot Mogende gedaan wordende, direct zullen worden geweefen van de hand, ten waare in volftrekt buitengewoone, en alfoo fummierlyk wel geverifieerde gevallen om byfondere reedenen door hun Edele Groot Mog. billyk en nodig mogt worden geoordeelt, om over dusdanige verfoeken eenige deliberatie te doen plaats hebben. Ten anderen, te verklaaren, dat de Requiranten van furcheance, op wier verfoek tot hier toe niet finaal is gedisponeert, gehouden zullen zyn om binnen twee maanden na het arrefteerén van deefe Refoiutie, eene finale dispofitie op de gemelde hunne verfoeken te 38. Is gelefen de Requeste van Regenten van het St. Pieters Gasthuis en Pesthuis der Stad Amfterdam, om de daar by geallegueerde redenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. aan hun gelieven te permitteeren, en hun te octroyeeren, om de Erffenisfèn, die aan het St. Pieters Gasthuis en Pesthuis by Testament Codicil of andere dispofitien worden gemaakt, of die ook by verfterf door het overlyden van Perfoonen, door hun pro Deo gealimenteert en verforgt, aan het zelve devolveeren, te mogen adiëeren en aanvaarden, zonder aan eenige Schalden, Lasten of Borgtogten verder gehouden of verpligt te zyn, dan de zuivere Effeéten en Goederen des Boedels mede brengen en kunnen uitreiken, en 39- De Staaten van Holland en Westvriesland, 1 Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen; falut, Doen te weeten; Alfoo aan ons door de respeétive Convoyloopers binnen de Stad Amfterdam by Requeste is verfogt, dat het ons, om de daar by geallegeerde reedenen behaagen mogte dat den tyd van één maand binnen welke het regt van preferentie op de Boedels van manqueerende Kooplieden aldaar, bepaaldelyk tot de ver- bewerken, en dat, by faute van dien, na hec verloop van den gefegden tyd, de verleende provifioneele furcheances verftaan zullen worden daar mede van zelfs te cesfeeren en buiten effect geftelt te zyn. En laatftelyk, dat Extraét deefer Refoiutie zal worden gefonden aan Prefident en Raaden voornoemt, en denfelven aangefchreeven, om aan de Procureurs by den Hove geadmitteert, als door wier handen de gedaane verfoeken om furcheance van betaaling hebben moeten gaan, van het voorfz. gerefol veerde kennis te geeven, ten einde zig daar na te reguleeren, en het zelve in het byfonder ook aan hunne daar by belang hebbende Meesters te communiceeren. hier van aan de Supplianten te verleenen Brie* ven van Octroy in communi forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te oétroyeeren , om de Erffenisfèn, die aan het St. Pieters Gasthuis en Pesthuis by Testament, Codicil en andere dispofitien worden gemaakt, of die ook by verfterf door het overlyden van Perfoonen door hun pro Deo gealimenteert en verforgt, aan het zelve devolveeren, temogen adiëeren en aanvaarden, zonder aan eenige Schulden, Lasten of Borgtogten verder gehouden of verpligt te zyn, dan de zwvere Effeéten en Goederen des Boedels mede brengen en kunnen uitreiken. fchoote Provinciale Lands Imposten en Stad Excynfen, zoo verre die van eenige Koopmanfchappen by het inkoomen moeten worden betaald, en wyders tot de Convoygelden en Licenten, beneevens de premie, of het Verhoogde Last- en Veilgeld door hun Hoog Mogende geordonneert, by onfe Publicatie van den 28 April 1764. aan hun verleend, mogte worden verlengd. Zoo is 't, datwy, uit aanmerkinge van het Refoiutie van de Staaten van Holland, zvaar by Regenten van het St. Pieters Gasthuis en Pesthuis te Amfterdam worden geoclroyeert tot het aanvaarden van Erffenisfèn, zonder Beneficie van Inventaris noodig te hebben. Den 4 Augustus ty8y. Publicatie van de Staaten van Holland, waar by het recht van Preferentie der Convoy kopers te Amfterdam, voor verfchootene Imposten en Convoy-Gelden, tot den tyd van drie maanden word verlengt. Den 5 April 1785. I  s6o Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. hec gerief dat door deefe debourfementen aan de Commercie werd coegebragc, goedgevonden en verftaan hebben, aan de Suppliancen tc accordeeren verlenging van hun voorfchreeve Regc van prxferentie tor den cyd van drie maanden, na dac de verfchoccen zullen zyn gedaan, en langer nog verder niec. En op dac niemand hier van ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy, dac deefe alomme zal worden gepubliceerc en geafhgeerr, alwaar hec zelve behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den I I*ge onder het klein Zeegel van den Lande den 5 April 1786. (Onderfond,) Ter Ordonnantie van de Staacen. (JVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. 40. /^Vntfangcn eene Mu0V6 van de Prcefident \J cn Kaden van den Hove, gefchreven in den I laage den 15 defer, houdende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 3 te vooren, derfelver confideratien en advis op de daar nevens te rug gaande Requeste aan hun Ed. Groot Mog. gepnefenteert door of van wegens Pieter PapilIon, woonende te Dordrecht, en Johannes Geervliet, woonende te 'sGravendeel, in qualiteic als door wylen Paulus Bosveld, inleven Schouc en Secretaris van 's Gravendeel en Leer-Ambagt, geftelde Executeurs van desfelfs Tescament, Adminiftraceurs over zyne verbondene Nalatenfchap, en Voogden over zyne minderiaarige Erfgenaamen, en tendeerende op gronden by defelve Requeste geallegueerc, dac hun Edele Gr. Mog. ex plenitudine poteftatis zouden gelieven te verklaaren, dat de Minuten van alle zoodanige Actens, als door wylen den voornoemden Paulus Bosveld , als Secretaris van 's Gravendeel en LeerAmbagc een overftaan van Schouc en Schepenen gepasfeert zyn, zouden moeten worden gehouden voor fchabinaale Actens, nietcegenftaande defelve niec door den Schout en Secretaris; of door de Schepenen daar in genoemt of door beiden zyn geteekend, en dat Piecer Roos Leendertsz. de cegenwoordige Secrecaris van 's Gravendeel en Leer-Ambagc zoude mogen worden geauchorifeert zulks op alle de defectueufe Minut-Actens te fteilen en te on- Rcfolutie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening tot het redresfeeren van eenige fcabinaale Actens ter Secretarye, te 's Gravendeel, welke niet door den Schout en Secretaris, of door Schepenen, of door beiden geteekend waaren. Den 16 Mey 1787. Re- \ derteekenen; mitsgaders om van alle Aétens, waar van nog geene grosfen zyn uitgegeven, defelve te onderteekenen, en aan de partyen 1 daar by geinteresfeert aftegeven." Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by defe te verklaaren, dac de Minucen van alle zoodanige Aétens, als door wylen den voornoemden Paulus Bosveld, als Secrecaris van 'sGravendeel en Leer-Ambagc een overftaan van Schouc en Schepenen gepasfeerc zyn, zullen moecen worden gehou/ den voor behoorlyke fchabinaale Actens, niet! tegen/taande defelve niet door den Schout en Secrecaris, of door de Schepenen daar in genoeme, of door beiden, zyn geeeekend; en | wyders Pieter Roos Leendertsz. den tegen1 woordigen Secretaris van'sGravendeel en LeerAmbagt , te authorifeeren zulks op alle de defectueufe Minut-Actens te fteilen cn te onderteekenen ; micsgaders om van alle Actens, waar van nog geene grosfen zyn uicgegeven, defelve grosfen fjia daar op gefteld te hebben, dat de Minuten uit kragte van hun Ed. Grooc Mog. verklaaring zyn gehouden voor behoorlyke fchabinaale Actens) aan de partyen daar by geinteresfeert aftegeven. Én zal Eïtract defer gegeven worden aan de Supplianten, als mede aan den voornoemden Secrecaris van 's Gravendeel en Leer Ambagc Piecer Roos Leendertsz., om haar daar naar te reguleeren.  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. 561 41. Refoiutie van de Staaten van Holland* hoedanig te handelen met het Prothocol van een Notaris, waar in Verfcheide ongeteekende en ongefegelde Aftens gevonden werden. Den 10 Mey 1787. Ontfangen een Misfive van de Praefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 15 defer, houdende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mog. Appointement van den 23 Juny 1786", derfelver confideratien en advis op de daar nevens te rug gaande Requeste van Anthony Deel, Commis ten Comptoire Generaal van de Unie, en Notaris en Makelaar alhier, in qualiteit als by Acte van gemelden Hove van den 20 Maart des gemelden jaars 1786 aangeftelden Curator in den geabandonneerden en gerepudieerden Boedel van Bartholomeus Planta, in leven ordinaris Clercq ten Comptoire van Financie, in het Departement van de Colleéfjve Middelen, en Notaris alhier, waar by defelve te kennen geefr, by het nagaan van het Notariaal Protocol van den gemelden PJanta verfcheidene defecten ontdekt te hebben, en teffens verfoekt permisfie en authorifatie, om eenige van de voorfz. defecten te redresfeeren, en wel, zoo dooronderteekening van die Actens, aan welke de mede onderteekening van den gemelden No.taris Planta manqueert, als door het omflaan van Zegels om die, welke daar mede niet gemunieert zyn, en het fuperfcribeeren dier Zegels , en het onderteekenen van die fuperfcriptie, en voorts hun Ed. Groot Mog. goedgunftige verklaaring omtrent alle de protocollaire Acten, welke aan de by de Requeste gcmelj de defecten laboreeren, dat defelve zullen hebben of behouden de kragt en het effect van notariaale Actens, welke op eene behoorlyke wyfe hier te Lande zyn gepasfeert. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het verfoek van den Suppliant om permisfie en authorifatie om de Actens, waar aan de onderteekening van den voorfz. Notaris Planta manqueert, te mogen onderteekenen, by defe te wyfen van de hand; maar desfelfs verfoek, om naar zyn beste kennisfe de vereischte Zegels te mogen Haan om zoodanige Actens, als daar mede niet gemunieert zyn, en om die Zegels te fuperfcribeeren, en die fuperfcriptie te onderteekenen, te accordeeren, en (Voor zoo veel des noods} te verklaaren, dat alle de voornoemde defectueufe protocollaire Aétes, ook de bilateraale (Voor zoo verre defe laatstgemelde door beide de Comparanten zyn geteekent) zullen hebben en behouden de kragt en het effect van notariaale Aétens, welke op eene behoorlyke wyfe hier te Lande zyn gepasfeert, en om den Suppliant te authorifeeren, om van defe hüft Ed. Gr. Mog. verklaaring aanteekening te doen op de voorfz. Minut- Actens, en zal Ex* tract defer gegeven worden aan den Suppliant, om hem daar na te reguleeren» 42. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat geene Surcheances van betaaling werken tegen Sententien, gegaan in kragte van gewysde. Den 26 Mey 1787. Ontfangen een Misfive van de Praefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 25 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den.... defer, derfelver confideratien en advis op de Requeste van Yves Marie de Marez Grave de Maillebois, Generaal van de Infanterie defer Landen, verfoekende , dat hun Edele Groot Mogende, reguardeerende het byfonder geval, waar in de Suppliant verfeert, uit hun Edele Groot Mogende Souveraine magt, de Proceduren, die over prsetenfien ten lasten van den Suppliant, het zy rauwlyks dan anderfints, het zy in executione, reeds zyn en al verder zouden mogen worden ondernoomen, gelieven te furcheeren, ter tyd en wylen, dat op het verfogte ^Equivalent, by de Requeste vermeld, finaal zal zyn gedisponeert, en de twee OrdonnanIX. Deel. 'tien, te zaamentenbedraage van ƒ 56765-0-0 zullen zyn betaald, of wel anders voor een zekeren bepaalden convenablen tyd, zoo als hun Edele Groot Mogende zouden goedvinden; en op welk verfoek aan den Suppliant, hangende hun Edele Groot Mogende deliberatien was verleend furcheance van Procedures, welke, ter zaake in de Requeste gemeld, het zy rauwlyks dan anderfints, het zy in executione reeds waaren of al verder zouden mogen worden ondernoomen. En is daar benevens gelefen de Requeste van Jacques Daufez en Compagnie, Kooplieden te Rotterdam, om de daar by geallegueerde redenen, uit eige ruineufe vervolgingen en de vrees voor een totaal derangement ontleend, verfoekende , dat hun Ed. Groot Mogende het gemelde verfoek van furcheance van den Generaal de Maillebois ten allerfpoedig4B ftea 4B  562 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. ften geliefden af te flaan cn te wyfen van de 1 hand. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verdaan, in confideratie van verfcheide redenen, vervat in de Memorie van Paufez cn Comp. aan Commisfarisfen van den Hove gefuppediteert, en copielyk by het voorf/.. Advis gevoegt, en in conformité van het geen by hun Edele Grooc Mogende Re- , folutie van den 19 October 1605 op hec vertoog van den Hoogen Raad een aanfien van het verleenen van furcré de Corps is goedgevonden, hangende dc verdere deliberatien over des Suppliants verfoek, de provifioneele furcheance in zoo verre op te heffen, dat defelve geen plaats zal hebben tegen Arresten van den Hoogen Raade of andere Sententiën en provifien, gegaan in kragte van gewysde. 43. Refoiutie van de Staate?} van Holland, om¬ trent liet ejfecl in deefe Pr oyine ie van eene Venia JEtatis, dor Burgemeesteren en Raaden der Stad Groningen verleend. Den 13 January 1790. Ontfangen een Misfive van de Prrefident en Kaaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 14 der voorleeden maand, houdende, coc voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appoinccmenc van den 26 November te vooren, derfelver conlideracien en advis op de daar nevens tc rug gaande Requesce van Diik van Dyk, te kermen geevende, dac dc Supplianc van Burgemeesteren cn Raaden der Stad Groningen geobtineerd hebben Vcniam JEsatis, cn hem in dc Provincie van Holland eenige Goederen zynde aanbeflorven, hy als nu ouk gaarne defelve zoude willen adminiflreeren, verfoekende hy Supplianc ten dien einde insgelyks van bun Edele Gr. Mog. Brieven van Venia JEtatis. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, voor zo veel des noods by deefe te verklaaren, dat de Suppliant Verriatn .Etatis geobcineerd hebbende van Burgemeesceren en Raaden der Stad Groningen, defelve Brieven hem, uic kragce van hun Édele Gnx>t Mog. Refoiutie van den 7 December 1673 buiten eenige controverfie ook habiliteeren, om van zyne Goederen in deefe Provincie geleegen te disponeeren, en dus in zyn geval geene andere Brieven van Venia -Iv.acis van nooden heefc 44- Publicatie van dn Raad van Staate, tegen het aanleggen van Loteryen yan Goederen, of het Collecteeren voor defelve. Den 19 September 1792. TH\e Raad van Staate der Vereenigde Nederianden: Allen den geenen die defe zulien zien of hooren lefen, Saluc: Alfo tot onfe kennisfe is gekomen, dat hier en daar in hec Resfort van de Generaliteit worden aangelegd particuliere Loteryen en Verlotingen , het zy dan van onroerende, het zy van roerende, en meubilaire, of andere zoorten van Goederen, of wel word gecollecteerd voor zoortgelyke Loceryen, welke in Plaacfen buiten hec Diftrict, van de Generaliceic, het zy door cn voor reekening van Ingefcecen van de Generaliceic, of van andere aangelegd worden , en dat daar omcrend hec verkeerd en erroneus denkbeeld plaacs heefc, als of op diergelyke Loceryen en Verlotingen niec applicabel zoude zyn, onfe Publicacie van den 14 Maarc 1737 op hec ftuk van andere Lotery en, dan die van Generaliceicswegen gearrefteerd zyn, geëmaneerd; dac ondercusfehen daar uic veele inconvenienrien oneftaan, en merkelyke prejudicie zoo aan de Winkel en dVeeringdoende Ingefeetenen als aan de Generaliteits Loceryen werd coegebragc; Zoo is 't, dac wy daar tegens willende voorzien, goedgevonden hebben te ftatuee- 1 ren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat I niemand zal vermogen in hec Resforc van de ƒ Generaliteit eenige Loteryen van onroerende, I of roerende, en meubilaire of andere zoorcen j van Goederen, van wac natuur, waarde of 1 importantie defelve ook mogten zyn, het zy 1 onderden naam van Verdcelingen, of onder j welke benaming ook, aan te leggen of aangelegd zynde ce concinueeren, op de boece van drie honderd guldens telkens ce verbeuren boven de coniïscarie van de Goederen, van welke de gem. Loceryen zyn aangelegd, cn van de penningen, die ingelegd of gecollecteerd zuilen zyn; Dac wyders geen Ingefeetenen van de Generaliceic zullen vermogen zoodanige Loteryen of Verlooringen voor hunne reekening aan te leggen of te doen aanleggen op Plaacfen buiten hec Resforc van de Generaliceic gelegen, op gelyke boecen van drie honderd guldens; Dac ook niemand zal vermogen in het Resfort van de Generaliteit te Collecteeren of te doen Collecteeren voor zoodanige Loteryen, door wie of voor wiens reekening defelve ook buiten het gemelde Resforc mogten zyn aan-  Civile Wetten, Rëchtzaaken, ert Reglementen. 563 gelegd, direclelyk of indireételyk, op gelyke boete van drie honderd guldens boven de confiscatie der Penningen, die gecollecteerd zullen zyn; Dat ook geen Biljetten of Cedullen van Notificatie wegens het houden van de bovengemelde Loteryen zuljen mogen worden gedrukt, gefchreeven, aangeplakt, gediftribueerd of gecommuniceerd, hoedanig en in wat voegen zulks zonde mogen weefen, alles op gelyke boeten van drie honderd guldens telkens te verbeuren. 45- TP\e Staaten van Holland en Westvriesland, \ JL^ Allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, Salut; Alfoo ons ter kennisfe is gekoomen, dat, onaangefien bnfe herhaalde Waarfchouwingen en Placaaten, en fpeciaal van ons Placaat van den 21 Septefh» ber 1725; in fommige Steden, Diftriéten en Plaatfen defer Provincie gecolleéteert èn aangelegt worden particuliere Loteryen eri Verlotingen van allerhande Meubilaire en andere foorten van Goederen, (trekkende niet alleen in nadeel vah de Winkel- eh Neeringdoende Ingefetenen deefer Provincie in het algemeen, maar ook infonderheid in mindering van'sLands Regt van den veertigften Penning, en Vah zodanige Loteryen, als met authoriteit van de hooge Regeering, zouden mogen worden gearrefteert en aangelegt. Dat ook zoo mede in fommige Steden, Dorpen en Plaatfen deefer Provincie, grenzende aan de Lauden onder het Resfort van de Generaliteit, zoodanige particuliere Loteryen , door of voor reekening van Ingefetenen van de Generaliteit worden aangelegt, onder den naam van Verdeelingen, zelfs met permisfie en ten overftaan van Hoofd-Officieren, Schout en Scheepenen dier Steden en Dorpen, tendeerende, om elufoir en infruétueus te maken , de ordres daar tegen by den Raad van Staaten gefteld. Zoo is 't, dat wy, daar in willende voorzien, by Renovatie en Ampliatie van ons voorfz. 1 Zullende alle de voorfchreeve boetens en confiscatien worden geappliceerd een derde voor den Officier de Calange doende, een derde voor den'Aanbrenger, ert een derde voor den Armen. En op dat een iegelyk van deefe intentie moge weefen geinformeerd, begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceerd en geaffigeerd daar het behoord en te gefchieden1 gebruikelyk is. Placaat van den 21 September 1725, hebben goedgevonden te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat niemand zal vermogen binnen den Lande van Holland en Westvriesland, eénige pardculiere Loteryen van roerende of onroerende Goederen van wat natuur, waarde of importantie, onder den naam van Verdeelingen of onder welke benamingen defelve ook zouden" mogen zyn, aan te leggen, of aangelegt zynde, te ccntinueeren, met uitfondering egter van zoodanige Goederen en Speciën als by het eerfte Articul van dë Ordonnantie op den veertigften Penning nominatim van dit Regt geëximeert zyn. Dat wyders niemand zal vermogen binnen denfelven Lande van Holland ert Westvriesland te coUecfecréh, of te dóen collecteeren voor Loteryen buiten denfelven Lande aangelegt, directelyk of indireételyk, en fpeciaal niet voor particuliere Loteryen, door of voor réekening van Ingefetenen van de Generaliteit, in eenige Steden, Dorpen of Plaatfen déefer Provinciën onder welke benaming zulks zoude weefen, willende èn begeerende, dat die geenen die reeds aangelegt zouden mogen' zyn, dadelyk zullen worden gedisccntinueert, en geen verderen voortgang zullen hebben, maar de ingelegde gelden veel meer zullen worden geréftitueerd aan de Eigenaars, alles op' een boete van duifend gulden boven de confiscatie van de Goederen van welken de Loteryen zyn aangelegt. 4B 2 Daf- Gedaan in den Haagé den 19 September 1792. (JVas geparapheert f) S. P. COLLOT D'ESCURY, yf> (Onderfondf) Ter ordonnantie van de Raad van Staate. (IFas geteekend'f) 1 H. MOLLERUS. Publicatie van de Staaten van .Holland, tegen het aanleggen van Loteryen van Goederen, of het Colkcteeren voor defelve. Den 22 OcHoher 1792.  564 Placaaten. 4. Bock. 1. Titul. Dac wyders de Drukkers van Couranten, of andere publicque Gefchriften, in wat Taal die zoude mogen wefen gefteld, geene Notificatien van zoodanige Loteryen in defelven zullen mogen infereeren, of doen infereeren, op een boete van twee honderd guldens, gelyk ook niemand, wie hy zoude mogen wefen , eenige Couranten, of Gefchriften, hoe ook genaamt, waar in Nocificacie van voorgemelde Loteryen zal worden gegeeven, zal mogen Verkoopen, Diftribueeren, of voorde hand leggen om geleefen te worden, of doen Verkoopen, Diftribueeren, of voor de hand leggen, om geleefen te worden, op gelyke boete van twee honderd guldens. Dat omtrent het geen hier voren gemeld is, generhande uitfondering, hoe ook genaamt zoo binnen de ftemmende als de niec ftemmendc Steden, den Haage daar onder begreepen, als ten platten Lande, zal plaats hebben, en zullen laatftelyk alle de voorfz. boetens cn confiscatien worden geappliceert, een derde voor den Officier die de calange doet, ccn derde voor den Aanbrenger, en een derde voor de Diaconie - Armen van de Plaats, alwaar de calange zal gefchied zyn. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen prrctendeeren, gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicacie en aflixie ce doen. Gedaan in den Hage onder het Klein Zecgel van den Lande den 22 October 1792. (Onderjlond P) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Geteekend,) A. J. R O Y E R. 4<5. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende bepaaling yan de vereischten, welke noodig zyn tot een verzoek om Surclieance van Betaaling. Den 15 November 1793. XJy refumtie gedelibereert zynde op het rap_|3 Porc den l2 Ju'y laatstleeden ter Vergadering uicgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edeie Groot Mogende Gecommitceerden cot de zaaken van de Juftitie, met Commisfirisfen van den Hove, toe voldoening aan hun Edele Grooc Mog. Refölucie Commisforiaal van den 21 Maart te voren geëxamineert hebbende , door welke meest gepaste maatregulen de verraeenigvuldiging van de verzoeken om furcheance zoude kunnen worden tegen gegaan. Is goedgevonden en verftaan by nadere verklaaring en ampliatie van hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 26 February 1784, voor een generaale regel by deeze vast ce (tellen. Dac voortaan alle verzoeken om furcheance van betaling door Ingezeetenen deezer Provincie aan hun Edele Groot Mog. gedaan wordende, direct zullen worden geweezen van de hand, ten zy dat het verzoek van den Suppliant zal zyn gemunieerd mec een berigc, nevens de Requesce aan hun Edele Grooc Mogende gevoegd, of afzonderlyk aan hoogstdezelve toegezonden van Burgemeesterenen Regeerders, of van de Magiftraat der Stad, (tem in ftaat hebbende , (den"Haag daar onder begreepen) alwaar de Suppliant zal woonagtig zyn, en voor zoo verre de Suppliant in een andere Scad, of een placce Lande zal woonachtig zyn, van de Regeering of Magiftraat der ftem in Itaat hebbende Stad, (den Haag daar mede onder vervat) het naast aan zyne Woonplaacs geleegen, en dac uic hec gemelde bericht ("welkers inhoud voorden Suppliant zal moeten blyven gelêcreteerd coc bun Edele Grooc Mo- 1 gende genoomen dispofitie) zal komen cc blyken , dac by een fummier onderfoek, en na \ alvoorens de Crediteuren, voor zoo verre zulks mogelyk zal zyn geweest, in hunne belangen te hebben gehoord, is bevonden, dat de Suppliant buyten zyn toedoen, door buytengewoone omftandighceden van Oorlog, of andere onvoorziene Calamiteiten en desaftres, in de onmogelykheid is gebragt, om voor hetceegenswoordige zyne Crediceuren een vollen cc voldoen: En dac ceffens uic een ftaat ofbalans van des Suppliants Boedel, of andere deugdelyke befcheiden, door den Suppliant wegens defelve gefuppediteerc, waarfchyneiyk is geoordeelc, dat de Supplianc door uycftel van tyd in de gelegenheid zal kunnen geraaken, om zyne Crediceuren een vollen ce voldoen; — en dac de Supplianc zal hebben geoffereerd, om zyn Boedel ce fteilen onder hec opzigt en de directie van zodanige zyner Crediteuren of Perzoonen , als Welgemelde Regeering zal goedvinden, met en beneevens den Suppliant ' daar toe te Committeeren, en dat ook dien Con-  Civile Wetten, Rechtzaaken, en Reglementen. Conform de nodige voorziening by provifie j zal zyn gedecerneert. Dat de verzoeken met zodanig Bericht gemunieert, zullen worden gezonden aan Prefident en Raaden van den Hove, om hun Edele Groot Mog., na een volleedig onderfoek van zaaken, en na, in het byzonder te hebben geinquireert, omtrent de gezindheid van des Suppliants Crediteuren, mitsgaders op de voornaame oorfaaken van des Suppliants ongeleegentheid, of de opgaven desweegens door den Suppliant aan de Regeering voornoemt gedaan, of by de pofitiven van zyn Requeste aan hun Ed. Groot Mog. genarreert, der waarheyd conform zyn, en wel hoofdzaakelyk, of'er genoegzaam zeker zal zyn gebleeken, dat de Suppliant Hechts uitftel nodig heeft, om zyne Crediteuren ten vollen te voldoen, te dienen van derzelver Confideratien en Advis, met provifioneele Surcheance, tot dat het gemelde Advis ter Vergadering van hun Ed. Groot Mog. ter deliberatie zal zyn voorgedragen. Dat, wanneer het voorfz. Advis zal zyn declinatoir, en dat daar op, door overneming niet direclelyk zal kunnen worden gerefolveert, de provifioneele Surcheance niet te min dadelyk zal worden opgeheven. Dat daar tegens, wanneer het voorfz. Advis zal zyn favorabel, en dat hun Ed. Groot Mog. billyk zullen oordeelen, om op het verzoek ten principale een gunstig reguard te neemen , de verzogte Brieven van furcheance, echter niet anders zullen worden verleent, dan onder de expresfe Conditie, dat de Suppliant als dan gehouden zal zyn, om ten overftaan van de Perfoonen door de Règeering (ten deeze daar toe gequalificeert) gecommitteert, of nog te committeeren, ten ipoedigften den ftaat zyns Boedels op te maken, of, opgemaakt zynde, open te leggen, en de deugdelykheid 563 des gërequireert werdende , in prefentie van voornoemde Gecommitteerdens, voorgemelde Regeering met Eede te fterken, en op gelyke wyfe te verklaaren, dat hy geen Gelden, Goederen, Boeken, of Papieren tot zyn Boedel betrekkelyk, agter heeft gehouden, of defelve direct of indirect ter kwader trouw heefc weerloos gemaakt. Dat wyders geduurende den tyd vah de verleende furcheance, welke, zonder een nader onderfoek van zaken, niet langer dan voor dert tyd van een jaar, zal mogen worden geaccordeert, de gemelde Gecommitteerdens, de adminiftratie, directie en beheering , van alle zaaken, den Boedel van den Debiteur fpecteerende, met en beneevens denfelven zullen moeten behouden, en hy verpligt zal zyn om zig te onderwerpen aan zodanige verdere, of andere fchikkingen, als de Regeering voornoemt, ten meesten nutte van.den Boedel, en fecuriteit van de Crediteuren, zal komen goed te vinden. Dat vervolgens van de alfoo verleende furcheance by advertentie in de Couranten kennis zal moeten worden gegeven, mitsgaders van de Perfoonen, tot de beheering van den Boedel met en beneevens den Debiteur gecommitteert. En zal Copie defer Refoiutie worden gefonden aan Prefident en Raaden van den Hove , mitsgaders aan Burgemeesteren en Regeerders der Steeden Item in ftaat hebbende, als" mede aan de Magiftraat van 'sHage; met verfoek en aanfehryving aan Prefident en Raden voornoemt, om aan de Procureurs by den Hove geadmitteert, als door wier handen de verfoeken om furcheance van betaaling moeten gaan, van het voorfz. gerefolveerde kennis te geven, tot derfelver informatie. 47. Refoiutie van dë Staaten van Holland* hou¬ dende permisfie by wegen van dispenfatie, aan de Geinteresfeerdens van de Porceleyn Fabricq te Ouderkerk aan den Amjiel, tot het aanleggen eener verlooting van Porceleinen. Den 19 December 1793. T~s geleefen het Advis van de Heeren Gé- I committeerde Raaden van heeden, hebbende ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mogende Appointement van den II te vooren geëxamineert de Requeste ten laastgemelde dage aan hun Edele Groot Mog. geprefenteerd door de geinteresfeerdens van de Porceleyn Fabricq geleegen onder het Ambacht van Ouderkerk aan den Amltel, by Amfterdam , waar by defelve op fundament der redenen in de gemelde Requeste geallegeerd, hebben verzogt, dat hun Edele Groot Mog. in Confideratie van de geheele byfondere omftandigheid, waar in zy zig bevonden, hun geliefden te begunstigen met de permisfie, om in de nabuuricbap van hun Fabricq ter plaatfe waar zy zulks het voordeeligst zouden oordeelen, een verlooting van Porcelain tot hun Fabricq behoorende, te mogen aanleggen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, aan de Supplianten, in dit geval, uit hoofde van de Particuliere omftandigheeden, derfelver verfoek te accordeeren, en mitsdien, met dispenfatie van hun Edele Groot Mogende Publicatie van den 22 October 1792, te permitteeren, om in de Nabuurfchap van hun Fabricq ter plaatfe, waar zy zulks het voordeeligfte zullen oordeelen, eene verlooting van Porcelain, tot hun Fabricq behoorende, te mogen aanleggen. 4B 3 TWEE-  rui. 566 TWEEDE TITUL. Aangaande Crimineele Zaaken. Publicatie van Gecommitteerde Raaden, tegen het af breeken, ruoven of fteelen van Ryswerk van den Dyk yan bet Gors Crayenisjè, in den Eyianden van Oyer-IYacqtu'e. Den o Oclober 17Ó1. ~I^\e Gecommitteerde Raaden van dc Staaeen van 1 Iolland en Wescvriesland. Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leden faluc. Alfoo de refpective Koopers en Bedykcrs van hec Gors, geleegen aan dc westzyde van de Haven van Dirxland, inden Eiiande van 0*rer Flacquee, in den voorleedene jaare 1760 bewnterdykc, onder de benanringc van Crayenisfe aan haar Edele Mogende klagclyk ce kennen hebben gegeeven, dac tot hunne bitcere fraerre en Icedweefen, nictceegenftaande de Ryswerkcn dagelyks gerepareert, en coc feer prooce koscen onderhouden werden, omme de fchaade cn rampen te prevenieeren, zoodanige eerloofe en baatfugtige Menfchen gevonden werden, welke zig niet ontfien de Tuynen af te breeken en vervolgens het gelegde Ryswerk te rooven tot totale ruine van den Dyk. Zoo is 't, dat wy daar tegens willende voorfien, alle cn een ieder wie het zoude moogen zyn, wel expresfelyk interdiceeren en verbieden by deefen, om eenig Ryswerk of andere 2ilatcrialen hoe ook genaamt, tot den voorfchreeve Dyk behoorende, af te breken, te rooven of te fteelen, op ptene dat die geene die bevonden zal of zullen werden zulks geplccgt, of daar toe geconcurreert en de 'hand daar aan gelcenc ce hebben, daar over hec rigoureufte volgens de Placaten van den Lande, zullen werden geftraft, waar na een iegelyk zig zal hebben ce rcguleeren. Werdende den Bailliuw van den Lande van Voorne of zoodanig (Jfficier als daar toe competent zoude moogen zyn, wel ernftelyk by deelen gelast, mec aile exactheid hier op te leccen, ende Overrreeders van deefen ce vervolgen, tc apprehendeeren cn wel fchcrpelyk zonder eenige conniventie tegens defelve in rigeur te procedeeren als na behooren, en aan de Ontdekkers van dien, te betalen een prremie van twee honderd guldens. En op dat niemand hier van ignorantie zoude konnen pretendeeren, ordonneeren wy dat deefe op de Dorpen van Dirxland en Melisfane en daar hec verder van vrugc zoude kunnen weefen, zal werden gepubliceert en gea/Sgeert. Gedaan in den Hage onder het klyn Zeegel van den Lande den 9 Ootobet 1761. (Onderflotid,) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekent,) C. C L O T T E R B O O K E.  Aangaande Crimineele Zaaken, 567 *< Pubhcatie van den Hove van Holland, tegen het uitrukken en weghaalen van eenige Paaien of Ballen in het Voorhout, Vyverb»rg en Plein in 's Hage. Den 12 July 1-762. De Prasfident en Raaden over Holland, l Zeeland en Vriesland, allen de geene die deefe zullen zien of hooren leefen, "falut; Alfoo tot onfe kennisfe gekoomen is, dat zeedert eenige tyd herwaarts verfcheide moetwillige Menfchen, nietteegenftaande voorige Pla caatenen Publicatien, hen onderftaan de Paaien en Balien van het Voorhout, Vyverberg en Plein alhier in 's Hage uit te roeyen en weg te haaien ? dat ook verfcheide Jongelingen en andere Perfoonen door het zoeken van Wurmen by de voorfz. Paaien groot nadeel aan defelve toebrengen, door dien daar door de Waterlooping gefluit en de voorfz. Paaien losgemaakt werden, en door de Putten waar in het Water blyft ftaan de voorfz. Paaien des te fchielyker rotten en bederven. Zoo is 't, dat wy daar teegens willende I voorfien, allen en een iegelyk, van wat ftaat, I conditie en ouderdom hy zoude moogen zyn, i wel expresfelyk interdiceeren en verbieden, eenige Paaien of Balien in het Voorhout, Vyverberg en Plein, uit te rukken en weg te haaien, op pmne van daar over arbitralyk te worden geftraft: Interdiceerende wyders eenige Wurmen by de voorfz. Paaien te zoeken, en daar toe de Grond los te maaken of eenige moetwilligheeden, hoe genaamt, aan de voorfz. Paaien en Balien te pleegen , op poene dat die geene die bevonden zal werden contrarie deefes gedaan te hebben, telken reyfe zal verbeuren de boete van drie guldens, welke boete zal werden geëxecuteert met het afneemen van het opperfte Kleed, zullende de Ouders en Voogden van weegens haare Kinderen of Pupilen voor de voorfz. boete executabel zyn. En op dat niemand hier van ignorantie en pretendeere, lasten en beveelen wy, dat deefe gepubliceert en geaffigeert zal werden daar men gewoon is publicatie en affixie te doen; lastende en beveelende den Procureur Generaal van den Hove en allen andere die deefen aangaan mag, goede zorge te dragen, dat deefe Ordonnantie agtervolgt en nagekoomen werde. Gedaan in den Raade den 12 July 1762. (Qnderflondf) My prefent (Was geteekent f) R. v. B L Y S W Y K. 1 7 6 2. 3* Refoiutie van de Staaten van Holland, tot het oprigten van een Gevangenhuis voor de BailUuagie van Noor dwykerhout, Hillegom, Lisje en Voorhout. Den 3 November. 1763. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden, gefchreeven alhier in den Hage den 13 July deefes jaars, enden 22 dito ter Vergadering ingekoomen, houdende hun verrigte, ter voldoening aan haar Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 2 February te vooren, waar by verfogt waren, om den Bailliuw van Noordwykerhout, Hillegom, Lisfe en Voorhout, mitsgaders de Ambagten onder die Bailluagie gehoorende, te hooren, raakende de plaats alwaar de Gevangenen van het zelve Bailliuwfchap zoude worden gedetineert, en het door hunne goede Officien daar heen te dirigeeren, dat de gemelde Bailliuw ten kosten van die Ambagten, als daar in byzonder geinteresfeert zynde, van een behooriyk Gevangenhuis werde voorfien, en vervolgens kennis geevende, van wat effect zulks was geweest, als meede van het befluit, met voornoemde Bailliuw beneevens Schout en Gerechten genoomen noopens het rapport aan haar Ed. Groot Mog. te doen omtrent de plaats, waar het voorfz. Gevangenhuis zoude worden gemaakt, en de wyfe van het approprieeren van het zelve, met de tyd tot betaalinge der nodige Penningen; geevende by de voorfz. Misfive eindelyk aan haarEd. Groot Mog. in bedenking, of defelve ook  5^8 Placaaten "4. Boek. 2. Titul. ook zouden gelieven hun te qnalificeeren, om, na dit voornoemde Bailliuw aan hun zou Je hebben doen blyken, dat het voorfz. Gevangenof Rechthuvs in de ordre, by gemelde Misfive gedetailleert, was geltigt, aan hem uit de kasfe van haar Ed. Groot Mog. Domeinen de fomme van twee hondert guldens te doen betaalen, welke by de geweefen Reekenkamer der Domeinen, op 25 September 1724 aan den doenmaligcn Bailliuw tot het ftigcen van een Gevangenis was geaccordeert, zonder dat defelve zom bevonden was ooit aan hem te zyn betaalt. Als meede op de Requeste van Schout en Gerechte van Noord wykerhour, den 10 September laatstleeden ter Vergadering ingekoomen, tendeerende, o:n by het accordeeren van het voorfz. vctfoek van den Bailliuw Tescarc tot het doen maken van een Gevangenhuis in één der vier gemelde Dorpen, teObtineercnhaar Ed Groot Mog. Refoiutie, dat het zelve in het Dorp van Noordwykerhout werde geplaatst, en dat aldaar ook gehouden werde de Vergadering van welgeboore Mannen, dat dc Crimineelen aldaar ook mogen worden verhoort, als meede de Crimineele Vonnisfen geexeuteerd, en dat ook het Schavot aldaar mogt werden bc»vaard. Is goedgevonden en verftaan, de Schouten en Gerechten van Noordwykerhout, Hillegom, Lisfe en Voorbout, by deefen tegelasten, om uytterlyk voor den 1 February 1765 ieder voor een gerecht vierde part, aan den Bailliuw van Noordwykerhout, Hillegom, Lisfe en Voorhout, te furnceren eene Somme van een duyfent Guldens, om daar uit goed tc maken de kosten tot het aankoopen of bouwen, van ccn huis tot bewaring van de Gevangenen in het zelve Bailliuwfchap, en voorts jaarlyks meede ieder voor een gerecht vierdepart aan den voornoemden Bailliuw te voldoen een zomme van een en twintig guldens voor de repararien van hec zelve huis, en gelyke een en twintig guldens voor het onderhoud van een Cipier, welke beide een en twintig guldens voor het eerst zullen verfchynen en betaald moeten worden een jaar nadat het voorfz. Gevangenhuis in ordre gebragt, en een Cipier daar in gewoond zal hebben, des dat de voornoemde Bailliuw daar en teegen gehouden zal zyn om met den eerften in het Dorp Lisfe, als in het midden van de Bailliuwagie leggende, cn alwaar ook het gemakkelykst een huis te bekoomen zal zyn, een bequaam Huis tc bouwen of aantekoopen, en het zelve indiervoegen te appropriecren, dat daar in , behalven een ordentelyk verblyf voor den Cipier gevonden worden twee Vertrekken, waar in Gevangenen fecuur konnen worden bewaard, en ook een kamer, waarin Bailliuw en Welgeboore mannen zullen kunnen by een komen en de Gevangenen verhooren; dat voorts het zelve Gevangenhuis of Rechthuis door den Bailliuw in der cyd voor de voorfz. jaarlykfe fommen van een en twintig Guldens na behooren zal moeten worden gerepareert, en onderhouden, en dac hec zelve gehouden zal worden de voorfz. vier Ambagten tce te behooren, zonder dat dc Bailliuw daar over eenige andere Dispofitie zal mogen maaken dan waar toe het het is gedistincert: Én verder aan Schouten en Gerechten van Noordwykerhout, Hillegom, Lisfe en Voorhout tc permitteeren om ieder haar vierdepart het welk zy inde voorfz. fomme van duifend Guldens eens, en in dc tweedemaal een cn twintig guldens sjaars moeten contribueeren, tc mogen innen van de respective Ingelanden en Ingefeetenen in hec geheel of ccn deden by de ordinaris verpondingen , of uit de dorps of Ambagts Omflagen , zoo als ieder in de zynen toe hec minfte befwaar van de Ingelanden en Ingefeetenen zal vermeenen te kunnen ftrekken, en defelve orateftaane penningen van de onwilligen by paratie executie in te vorderen. En is wyders verftaan, dat de by eenkomften van Bailliuw en Welgeboore mannen van het voorfz. Bailliuwfchap, in hec voorfz. Rechthuis gehouden zullen worden , de verhooren der Gevangenen en de executie der Crimineele Vonnisfen aldaar gedaan, en het Schavot ten kosten van Schout cn Gerechten van Lisfe aldaar bewaard cn onderhouden zal worden; Wordende eindelyk de Heeren Gecommitteerde Raden gequali tic eert , om , na dat dc voornoemde Bailliuw aan defelve zal hebben doen blyken, dat het voorfz. Gevangenof Rechthuys inde veteyfehte ordre isgeftigt aan hem uit de Kasfe van haar Ed. Groot Mog. Domeinen een fomme van twee honderd guldens te doen betaalen. 4. Refoiutie van de Staate?: van Holland, zvaar by abnlitis yerleent word aan iemand, die badineer ende met een geweer, bet geen by niet wist geladen te zyn, een ander doode lyk gequetst had. Den 18 July 1764. Ontfangen een Misfive van den Prsefident en Raden van den Hove gefchreven in den Hage'den 17 defer, houdende, ter voldoening, aan haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 15 Juny daar te vooren der¬ felver Advis op de Requeste van JacobusVerhey, Jongman, geboortig van en woonende te Haarlem,verfoekende van haar Edele Groot Mog, te mogen obtineeren Brieven van abolide, ter zaake van het zeer ongelukkig en doo-  Aangaande Crimineele Zaaken. 56*9 doodelyk kwetfen van Maria Wilkes met een Snaphaan, die hy, na zig met defelve Maria Wilkes op eene geoorloofde wyfe vervrolykt te hebben, by het uitgaan in de Gang had vinden ftaan, en, niet denkende dat de zelve gelaaden was, al badineerende dat Geweer opgenomen, en op de voornoemde Maria Wilkes aangelegt had. Waar op gedelibereert zynde, hebben haar Edele Grooc Mog. als exerceerende de Voog¬ dye over zyn Hoogheid den Heere 'Prince Erfftadhouder, goedgevonden en verftaan, by defe te accordeeren het verfoek by de voorfchreeve Requeste aan haar Edele Groot Mog. gedaan, en mitsdien aan den gemelde Jacobus Verhey, ten aanfien van het Voorfchreeve geval, te verleenen Brieven van abolicie"in toni' muniforma, mies, hy betaale de kosten doof den Bailliuw van Bloys, ratione Offtcii ge' maakt. 5. Refoiutie van de Staaten van Holland, hoiP dende verklaaring, dat de indagingen, waar vart in het Placaac van 21 July 1730. gefproken word, ook hy vervolg van tyd kunnen worden van gebruik gemaakt. Den 27 July 17 04. Ontfangen een Misfive van den Praefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Hage op heden, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 25 defer maand, derfelver confideratien en Advis op de Misfive van Schout en Schepenen van Amfterdam, rakende zekere bedenkelykheid, by geleegenheid van het op nieuws grasfeeren van het onnatuurlyk crimen van Sodomie ontftaan, of de intentie van haar Edele Groot Mog. was geweest, dat de indaging, waar van in het zesde Articul van het Placaat van haar Edele Groot Mog. van den 21 ]uly 1730 gefproken word, alleen zoude ftand grypen in het gemelde jaar 1730, dan of daar van in zoortgelyke gevallen in vervolg van tyd zoude kunnen en mogen gebruik gemaakt worden. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat de voorfchreeve gruwelen zyn van dien aard, dat de zelve geenfints onvervolgc behooren te worden gelaten, en dat gelyke omftandigheden gelyke voorfiening requireeren; Is goedgevonden en verftaan bydefe te ver¬ klaaren , dat, wanneer ter gelegentheid van gedaane apprehenfien of recherchien over het verfoeyelyke crimen van Sodomie, eenige Perfoon of Perfoonen zïg abïenceereri, zonderen tegen alle apparenre redenen hunne Ampten, Pröfesfien , Dienften, Kostwinningen, Huis* houdinge en Wooningen verlatende, en de voorfchreeve abfentie geduurende den tyd van drie maanden continueeren, de authorifatie by haar Edele Groot Mog. Placaat van den 21 July 1730, aan de Hoven van Justitie, ieder voor zoo veel haar aangaat, en de Schepenen of Geregten van de respective Steden, mitsgaders de Bailliuwen en crimineele Regters ten platte Lande, verleend, zal ftand houden en agtervolgt worden. En zal van defe Refoiutie by aanfehry ving aan de respective Hoven van Justitie, ieder voor zoo veel haar aangaat, en aan Schepenen of Geregten van de respective Steden, mitsgaders aan Bailliuwen en crimineele Regters ten platten Lande kennisfe worden gegeven, om respectivelyk te ftrekken tot derfelver narigt. 6. Refoiutie van de Staaten van Holland* waar by aan eene Jodinne, die zwak van Geest zynde, zig aan Blasphemièhadfchuldig gemaakt9 abalitie geweigert worden, Den 3 january 1765* De Heer Penfionaris Rygerbos heeft tëf Vergadering gerapporteert de Confideratien , en het Advis van de Heeren haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerde, hebbende, in Gevolge en ter voldoening van haat Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 6 November 1764, geëxamineert het Advis van den Hove op de Requeste van Imanuel dePinedo, woonende te Naarden in Gooiland, en zynde van de Portugeefche Joodfche iNaüe, verfoekende, om reedenen by de Requeste geallegeert, voor desfelfs Huisvrouw IX. Deel. Ablgail Peixotto, ovöf en tér zaake, dat defelve zig zoude hebben geuit in onbefonne termen teegen de domineerende Religie ftrydig, haar Edele Groot Mog. Brieven van Aboltiie, met aanfehryving aan den Bailliuw van Gooyland, om, hangende haar Edele Groot Mog. deliberatien , met desfelfs voorgenoomene procedures te fupercedeeren. Waar op gedelibereerd en in agting genomen zynde, dat, het fait, waar aan de voornoemde Abigail Peixotto zig zoude hebben fchuldig gemaakt, volgens de informatien door 4q den  Placaaten. 4. Bock. 2. Titul. 7- Refoiutie van de Staaten Generaal, hou- dende verklaaring, dat de kosten van het confinement van een Buikvast Ingezetenen, op zyne woonplaats gedelinqueert hebbende, door de Gemeente van die Plaats gedragen moeten worden. Den 14 january 1765. Ts gehoort het Rapport van de Heeren van I. Lynden tot I lemmen, en andere haar I loog i\ log. Gedeputeerde tot de zaken van de Meyerye van 's Bofch, ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 18 September des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaten geëxamineert hebbende de Requeste van Stadhouders en ordinaris Gecommitteerdens van de vier Quartieren van de Meyerye van 'sBofch, reprefentcerende en uitmaken le de Regeerders van de geheele Meyerye, houdende dat zeekere Adriaan Ariera van de Craanmeer, Inwoonder van Erp, Quartiere van Peelland, Meyerye voorfchreeve, by vonnisfe van Scheepenen van 's Bofch van den 4 Oétober des voorleeden hars 1763 was gecondemneert omGegeesfelt cn gebrandmerkt tc worden, en voorts uit kragte van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 8 Oclober 1750 voor den tyd van 25 jaaren ren kosten en laste van de vier Quartieren tc Utrecht of elders geconfincert in het Tuchthuys, om aldaar met zyn handen arbeyd den kost te winnen. Dac de Supplianten vermeenden dat de gemelde Haar Moog. Refölucie alleen bccrekkelyk was op dc Gevangenen van Generaale Jagten, waar van in hecbreedein de voorfchreeve Refölucie wierd gemeld, en geenfints op Buykvaste Ingefetenen , de Supplianten ook in vertrouwen waren , dat de kosten van Confinement van voorfchreeve Adriaan Ariens van den Craanmeer, ook niet ten lasten van de vier Quartieren konden koomen, te meer daar haar Hoog Mog. by derfelver Refoiutie van den 1 Maarc 1754 hadden goedgevonden en verftaan te verklaren, dat de onkosten van het onderhoud der Crimineele Gevangens, in dien defelve waren Buykvaste Ingcfccccncn van de Meyerye, mocsce worden gedragen door de Gemecnccns van de plaatfen alwaar zy c' huys behooren, cn welke Refölucie nog nader was geconfirraeert by haar Hoog Mog. Refölucie van den 10 Auguscus 176*1, dan dat egter daar na haar Hoog Mog. by derfelver Refoiutie van den 31 Augustus 1763 hadden goedgevonden en verftaan, dac de kosten van Confinement van zeekere Cornelia Dirk Jooscen Huisvrouw van Willem Costers gewoond hebbende op dc Wimeyt, onder Bergheyk, Quartiere van Kempeland, Meyerye van 'sBofch, en die gefuspecleert wierde in Krankfinnigheid haar eygen Huys in brand geftooken te hebben, ten lasten niet van de Meyerye in 'c generaal, maar van hec voorfz. Quartier moeste worden gebragt, verlokkende de Supplianten derhalven , dac haar Hoog Mog. by incerprecacie van derfelver Refoiutie vaa den 8 Oélober 1750, gelieven te verklaaren, ccn wiens lasten de kosten van Confinement van den voorfz. geconfmeerde Adriaan Ariens van den Craanmeer moeten koomen. Waar op gedelibereert en in agtinge genomen zynde, dat de voorfchreeve Gecondemneerde Adriaan Ariens van de Craanmeer is geweest een Buykvasten Ingefeeten van Erp, Quartiere van Peelland, Meyerye van 's Bofch, en dat het delict waar over gecondemneert is, by hem ook is geperpecreerc binnen gemelden dorpe ,• Is Goedgevonden en verftaan in defen te verklaren, dac de onkosten van hec Confinement van de gemelde van de Craanmeer, ingevolge van haar Hoog. -Mog. Refölucie van den 1 Maarc 1754, moeten komen, en gedragen worden ten lasten van de gemeente van Erp. Pm 1 :n B illiuw van Gooyland genoomen, daar in beftaan hebbende, dat defelve zoude hebben geuit verregaande lasterlyke woorden cecgen den I leere Jefus Chriscus, het zelve importeerde een misdaad van dien aart, dat daar van geen abolitic kon nog behoorde plaacs ce hebben. Dac daar en booven ook dc reedenen, welke by de voornoemde Requeste als motiven tot het accordeeren van de voorfz. verfogte gra-Je waaren gcavanceert (als namenclyk dac de voornoemde Abigail Peixotto was een Jodinne, en van die zwakheid van Geest, dat men bedugc was dac defelve tot eene formeelc rafernye zoude overftaan,) in allen gevallen geen grond toe abolicie konden uitleeveren, maar alleen ftrekken, om daar op by den Regter , na behooriyk gedaan onderfoek, reguard te werden genoomen. Is goedgevonden cn verftaan, het verfoek by de voorfz". Requeste gedaan, tc wyfen van dc hand.  Aangaande Crimineele Zaaken. 571 8. Publicatie van de Staaten van Bolland\ houdende Oualifcatie op de Bailliuwen en crimineele Rechters ten platten-Lande, tot het be> koven van een Pramie van f 600 uit * sLands kasfe, ter ontdekking van de geenen, die zig aan Iluysbraak, of ander publicq geweld fchuldig maaken. Den 1 february 17 65, De Staaten van Holland en Westvriesland; allen den geenen die deefe zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Alzoo wy in ervaaringe gekoomen zyn , dat zeedert een geruyme tyd door een rneenigte Vagabonden en Boosdoenders ten platten Lande, zoo onder de Bailluagie van Kennemerland, als elders, zeer geweldige Huysbraaken, Rovereyen en Plunderingen zyn gepleegt , tot groote bekommering van onfe goede Opgefeetenen, en dat nog onlangs in de nagt, tusfchen den 27 en 28 December des gepasfeerde jaars op een Huysmanswooning geleegen aan de Osdorperweg onder de voornoemde Bailluagie van Kennemerland, door een fterke troup Booswigten verregaande violentien zyn ter uitvoer gebragt geworden, waar van de Daaders, nietteegenftaande alle aangewende devoiren tot apprehenfie van een of meer derfelven, en eene by publicque Couranten beloofde premie van twee honderd en vyftig guldens voor den Ontdekker van een of meerder fchuldigen, tot nog toe niet hebben kunnen werden agterhaalt. Zoo is 't, Dat wy, in aanmerkinge van die meenigvuldige gepleegde violentien, goedgevonden en verftaan hebben, tot meerdere fecuriteit van onfe goede In- en Opgefeete¬ nen, om de Bailluwen, Officieren, en crimineele Regters ten platte Lande te authorifeeren en te qualificeeren, zoo als wy defelve authorifeeren en qualificeeren by deefe, om te moogen belooven een praemie van fes honderd guldens, te betaalen uit'sLands Kasfe , aan den geenen, welke iemand, die zig aan het pleegen van eenige Huysbraak of ander publicq geweld mogte hebben fchuldig gemaakt , of in het vervolg zig daar aan zoude moogen fchuldig maaken, ofte wel, die tot die Bende, waar doorgemelde excesfen zyn gepleegt geworden, zonde moogen behooren, zal weeten te ontdekken, zoodanig dat in handen van de Juftitie geraake en van het fait werde overtuigt, met bygevoegde belofte, dat zyn naam zal werden gefecreteert, en van impuniteit, zoo den Aanbrenger op eenigerhande wyfe meedepligtig mogt zyn, het zy door zig werkelyk daar aan meede te hebben fchuldig gemaakt, het zy door het verbergen of koopen van het geroofde, of het herbergen der opgemelde Vagabonden. En op dat niemand hier van ignorantie foude kunnen pretendeeren, begeeren wy, dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoort en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage onder het klein Zeegél van den Lande den 1 February 170*5. (Onderfond,) Ter Ordonnantie van de Staaten, (JVas geteekent) A, v. d. MIE D Ê K 0 Refoiutie van de Staaten Generaal, waar '* by eene compofitie in materie van Overfpel geper¬ mitteert word. Den 28 Maart 176$. Ontfangen een Misfive van den Hoog Bailliuw 's Lands van den Vryen D'Ablaing Giesfenburgh, gefchreeven alhier in den Hage op heeden dato deefes, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den ad deefer desfelfs berigt op de Requeste van Cyprianus Ovèrvelt, ge woont hebbende in der Groede, dog zig feedert de maand October laatstleeden van daar geabfem teert hebbende, en Catharina Lechner, Huisvrouw van Matthys Keimmel Fs. Jan, woonende in der Groede, verfoekende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoog Mog. hun gelieven te dispen4C 2 fèe-  572 Placaaten. 4. Bock 2. Titul. feeren van de ftraf by het Echt Reglement geftatueert, en die zy hebben gemeriteert, weegens het by hun gepleegde Overfpel, of dot hun bcgaane misdaad mogte worden verklaart compofibel, en zy deswegens in fubmisfie ontfangen worden. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden cn verftaan, mits defen te verklaaren, dat fchoon de Supplianten niet konnen worden gedispenfeert van de Straf by het 79 Articul van het Echt Reglement geftatueert, egter uit enkele Gratie aan hun zal worden gepermitteert, zoo als aan hun gepermitteert word mits deefen, om wegens het by hun gepleegde Overfpel te mogen compofeeren, met authorifatie op het Collegie 'sLands van den Vryen te Sluys in Vlaanderen, om uit het midden van hun te nomineeren twee Commisfiuisfen, om ten overftaan van defelve, de compofitic mec gemelde Hoog Bailliuw of zynen Lt. Bailliuw te rcguleeren. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan het Collegie 's Lands van den Vryen te Sluys in Vlaanderen, om te ftrekken tot derfelver narichtinge, cn zig daar na te reguleeren. 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, waarby aan den fubftitut Schout van Amfterdam, wegens het ontdekken van een Jood, aan huisbraaken fchulaig zynde de pnemie van f 600 - : W'jrd toegtweefen. Den 14 September 1765. T[^Y- Heer Penfionaris Rygerbos heefc eer J^/ Vergadering gerapporteerd de Confideratien en Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommiccecrden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Grooc Mog. Refölucie Commisforiaal van den 3 Augufty 1765, geëxaraineerc de Requeste van Dirk Burgers, fubftitut Schouc cc Amfterdam; verfoekende dac haar Ed. Grooc Mog. aan hem ter zaake dat hy zeekeren Hoogduytfchenjood, MofesWyl, als een Mcedepïigtige van diverfe gepleegde huisbraa'.-en, roveryen en plunderingen, en desweegens op den 1 Juny laatstleeden te Amftelveen met de dood geftraft, hadde ontdekt, uic 'sLands Kas de by haar Edele Grooc Mog. Publicacie van den 1 February deefes jaars beloofde, en hem door den Bailliuw van Amftelland, uitwyfens Declararoir neevens de Requesce, toegefegde fom van fes honderd guldens geliefden ce accordeeren, en op ordonnantie op den Ontfanger Generaal van Holland te voldoen. Als meede de Requeste van Andries Nieters , Jan Koreveld en Jan de Bruyn, Wagtmcescers van de Wyk van de Utrechtfche zyde van den Amfteldyk, onder Amftelland, verfoekende ter faake der apprehenfie van den voornoemde Jood meede de pramie van fes honderd guldens uit kragte als boven. Dac zy Heeren Gecommitteerden, wanneer zy hec verrigte van de respective Supplianten in deefen, zoo namentlyk van gemelde Wagtraeesters Nitters, Koreveld en dc Bruyn, als van voornoemde fubftitut Schout Dirk Burgers, hadden ter toets gebragt aan den inhoud der Publicatie van haar Ed. Groot Mog. van den 1 February 1765 by de respective Requesten vermeld, hadden geconfidereert, en wel eerftelyk met opfigt toe de eerstgemelde Supplianten, dat, dewyl by gemelde Publicatie de bewuste pnemie alleen beloofd was, of wel de Bailliuwen, Officieren en Crimineele Regters ten platten Lande geaü¬ thorifeert waren defelve te belooven aan de geenen, welke iemand, fchuldig aan huisbraak of ander publicq geweld, zoude wecten te ontdekken, zodanig dat in handen van de Juftitie geraakte, cn van het fait overtuigt wierde, cn het gunt zy Supplianten (welke vnn / . wecgen Schouc en Scheepenen ter Nieuwerf Amftcl gefteld waren, om aldaar de wagt te houden) in deefen hadden gedaan, daar in ! alleen hadde beftaan, dat zy op prefumtic hadden vast- en aangehouden den voornoemden Hoogduytfchen Jood, Mofes Wyl, zonder dat defelve verder ietwes tot ontdekking of overtuyging van denfelven Jood hadden geeontribucert, zulks dat, volgens het Declaratoir van den Bailliuw en Dykgraaf van Amftelland, hec Gercgc van Nieuwer - Amflel, nagedane < eximinatie uit denfelven Jood niets hebbende I kunnen krygen, waar overhy iirafbaar zoude | zyn geweest, hem weeder zouden hebben moeten laacen loopen, ten waare den voornoemde Dirk Burgers, ontdekt hebbende dac defelve Jood aan diverfe gepleegde huisbraaken en ander publicq geweld fchuldig waare, hem daar over by het voornoemde Geregt van Nieuwer-Amftel hadde aangeklaagt, met dac gevolg, dac gemelde Mofes Wyl cot confesfie gebragt, en door meergemelde Geregt over zyne begaane misdaad mec de dood geftraft was geworden, vervolgens na inhoude van opgemelde Publicacie aan voornoemde Supplianten Niccers, Korenveld, en de Bruyn de voornoemde prremie niet was competeerende , terwyle ook een opfigce van deefe Suppliance deiicieerde de eigentlyke Caufa debiti | petendi, of de belofte der praemie, als welke aan hun Supplianten door den Bailliuw van Amftelland niet en was gedaan. En wat voorts betrof het verrigte van den voornoemde Burgers, dat voor eerst ten zvnen opfigte wel exteerde de voorfz. Caufa \ petendi, n3raentlyk de belofte van de praemie , volgens het evengeraelde Declaratoir van den  Aangaande Crimineele Zaaken. 5?$ den voornoemde Bailliuw van Amftelland, door denfelven aan hem Suppliant voor dato van de door hem gedane ontdekking mondeling beloofd, en dat voor het overige door denfelven ook aan het voornaamfte requifit der voorfz. Publicatie was voldaan, dewyl door de devoiren , welke hy hadde aangewend de meergemelde Jood van zyne faiten was overtuigd gewordem Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden , goedgevonden en verftaan, het ver¬ foek door de voornoemde Nittërs, Korenveld en de Bruyn by derfelver Requeste gedaan, te wyfen van de hand, en daar en teegen het verfoek door den voornoemde Burgers gedaan;, aan denfelven te accordeeren, en dienvolgende aan hem te verleenen een Ordonnantie op den Ontfanger Generaal van Holland en Westvriesland, om aan hem de voorfz. fom van fes honderd guldens te voldoen, waar toe de Heeren Gecommitteerde Raden worden geaüthorifeert de noodige ordres tot executie te fteilen. II. Refoiutie van de Staaten Generaal, houdende verklaaring, dat de onkosten der alimentatie van twee Kinderen van een Landloopfter. te Lommei geapprehendeert en te 's Bosch geëxecuteert, komen ten lasten van het Quartier van Kempeland. Den 16 Mey 1766. Is gehoort het Rapport van de Heeren van Lynden tot Hemmen, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de laaken van de Meyerye van 'sBosch, hebben ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 19 December des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State geëxamineert de Requeste van de Regenten van de Vryheid Lommei, Quartiere van Kempeland, Meyerye van 's Bosch, hou* dende dat in de maand February daar te vooren, ter geleegenheid van het fteelen van een Schaap, ontdekt zynde, dat zig eenige Vagabonden en Landloöpers in een Schaapskooy ftaande op de Heyde onthielden, eenige Ingefeetenen van der Supplianten plaats daar op los gegaan waren, en geapprehendeeit hebben twee Vrouw sperfoonen, waar van de eene twee Kinderen by haar hadde, en een Jonge, zynde het de Mansperfoonen, welke zig daarby bevonden met de vlugt ontkoomen, dat die vervolgens na de Stad 's Bosch overgebragt zynde, Anna Catarina van Boekhok, Alias Stompes Trien, een van de voorfz. twee Vrouwsperfoonen, en Moeder van de voorn, twee Kinderen, waar van het eene ontrent feeven jaaren, en het andere ontrent drie jaaren oud was, by Vonnisfe van Scheepenen der Stad 'sBosch geweefen, den 13 November des jaars 1705, op den 10' daar aan volgende met de dood was geftraft, nalaatende de gemelde twee Kinderen. Dat vervolgens Scheepenen der Stad 'sBosch, by Misfive in dato den 2 2 November voornoemt daar van aan de Supplianten hadden kennis gegeeven, en op fundament, dat de beforging en onderhoud van Kinderen van geëxecuteerde delinquanten koomen tot lasten van de plaats, alwaar de delinquanten waren geapprehendeert en geexëeuteert, gelyk zulks met relatie tot een geval, geexteert hebben binnen de Heerlykheid Deurne en Liesfel, was verftaan, by haar Hoog Mog. Refolutien van den 16 Maart en 28 October 1745, van dé Supplianten waren verwagtende, dat zy dé voornoemde twee Kinderen die door haar próvifioneel waaren verforgt, hoe eerder hoe liever zouden doen af haaien, en tot zig neemen, om defelve in voegen voorfchreeve te alimenteeren, verfoekende de Supplianten om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeerr^ dat haar Hoog Mogende gelieven te verklaaren , dat de kosten van onderhoud en alimenteeren van de twee Kinderen van de geëxecuteerde Anna Catharina Boekhok, Alias Stompes Trien, moeten koomen ten lasten van dë vier Quartieren der Meyerye van 'sBosch, en dat haar Hoog Mogende mitsdien Stadhouders en ordinaris Gecommitteerden van de vier Quartieren van de gemelde Meyerye van 's Bosch gelieven te auólorifeeren en des noods gelasten, om voor de alimentatie en onderhoud van voornoemde Kinderen zorge te dragen , en de kosten daar van jaarlyks in de respe&ive Staaten van fchulden van de vier Quartieren der Meyerye volgens den gerecipieerden taux tusfchen de vier Quartieren in uitgaave te brengen, en te valideeren. Waar op gedelibereert en gelet zynde op haar Hoog Mogende Refoiutie van de 10 Augustus 17 61, als meede op de particuliere omftandigheeden, in het voorfchreeve geval voorkomende; is goedgevonden en verftaan by deefen te verklaaren, dat de onkosten vart de alimentatie van de voorfz. twee Kinderen, by de geexëcuteerde Anna Catharina Boekhok^ Alias Stompes Trien, nagelaaten, zullen komen ten lasten van het Quartier van Kempeland, waarby dienvolgende tot derfelver opvoedinge de nodige zorge zal moeten werden gedragen. 4C S Pu-  57+ Placaaten. 4. Boek. 2. Titul. 12. Publicatie van den Hove van Holland, tegen Tuyn-dieveryen. Den 3 Oclober 1766. WILLEM, by der gratie Gods, Prince van Orange cn Nasfau, &c. ócc. &c. Erf-Stadhouder, Erf-Gouvemeur, Erf-Capitein Genera.1l cn Admiraal, mitsgaders de Prrefident cn Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland; Doen te weeten: Alfoo verfcheidene Eygenaars van Landeryen, I loffleeden, Tuynen , Plantagien en Boomgaarden, in Delfland, en omtrent 's Gravenhage geleegen, van tyd tot tyd, en nog onlangs, aan ons kiagcig gevallen zyn, dat zy groote infolentien enoverlast lydcn, door Dieven cn andere moedwillige Menfchen, die zig des Zoomers niet ontfien zig over de Slooten te begeeven, Hcyningen, Hekken en Poorten te beklimmen, die mec geweld te breeken, dc Slooten daar van te loreccren, cn zoo tc koomen in particuliere Tuynen en Plantagien, dc Aard cn Boomvmgren daar uit te fteelen, mitsgaders de Teynhuisjes, nfs ligt gellootenzynde,met geweld , of andere quaade praétyequen, tcopeneh, en het geene daar in bevonden word, meede te neemen; gelyk ook de Boomen, zoo op de Laanen, Cingels, wilde Plantagien, als in de Tuynen te fcheuren, aftehakken en uiccctrekkcn; en dac defelve infolenrien des Winters nog veel grooter zyn , wanneer defelve D.even en Moedwillige Menfchen de ftoutheid hebben, van allerhande foorten van wasfend l louc afcebrecken, afcekappen, en hec zelve in zeer groote quantiteit meede te neemen, en op die wyfe dc Plantagien tc deformceren, en de Eygenaars te befchaadigen , mitsgaders te fteelen de Boonftaaken, Peulryfen, Stakecfclen en Afhcyningen, die in de Tuynen, Boomgaarden endaar omtrent gevonden worden; inibnderheid als hec befiooccn Waater is, wanneer defelve Dievenen Moedwilligen groote quantiteic zoo geftoolcn Hout op Ysilecden, en anders, o;erYs fteependc, wegvoeren; gelyk meede, dat defelve de ftoutheid hebben, van de Boomen, voor de particuliere Vaarten liggende, mec geweld aan ftukken ce breeken, en defelve Vaarten mec alle (oorten van Visnetten, ccegen wil en dank van de Eygenaars ce bevisten; ook de Kanten van de versgegraavcn Zandvaarten afeccreeden, en die mec moedwil ondiep ce maaken, de Vishouwers in de gemelde Vaarcen liggende, met geweld open te breeken, de Vis daar ui: ce fteelen, en mec zig te neemen : En dac ook onder defelve Dieven en moedwillige Menfchen , welke zig fomtyds in groote gecaale attroupeeren, verfcheidene gevonden worden, die zie; met Roers en ander Geweer voorfien, om zig te weer te fteilen teegens cie geenen, die zoodanige Geweldenaryen en Dicfftallen zouden willen beleccen, defelve daar meede dreigende; Alles niettegenftaande zoodanige Diefftallen niec alleen zyti ftrydig tegen alle be- i fchrecvene Regten , maar ook gefchieden in vilipendie van de geëmaneerde Placaaten deefer Landen; als meede van diverfche Publicatien, by dewelke wy, ten reguarde van verfcheidene Quartieren, tegens zoodanige ondernemingen hebben voorfien, gelyk onderanderen by die van den laatften February 1574, den 15 July iöSr, den 21 December 1689, en den 19 December 1695; alle welken alhier gehouden worden voor gerenoveert. En dewyl door hec aanwasfen van de gemelde infolentien, Dieveryen en Geweldenaryen, de Eygenaars enBruykers van Landepyen, Hof. fteeden, Tuynen, Plantagien cn Boomgaarden in Delfland, en inibnderheid in de nabuurfchap van den Hage, hun Goed gantsch niec zeeker woonen; hec welk in een Land van goede Juftitie en Policie niec behoord ce worden geleeden, maar anderen een exempel geftrafr. Zoo is 't, Dat wy, omme daar inne na behooren te voorfien, verbooden hebben, cn verbieden wel expresfelyk by deefe, een iegelyk, van wac ftaac, conditie en qualiteit hy zy, zig over de Slooten of Hcyningen tc begeeven, of Hekken en Poorten te beklimmen, die mec geweld te breeken, Slooten van defelve te forceeren, en zoo te koomen in particuliere Tuynen cn Plantagien, de Aard- en Boomvrugten daar uit te fteelen, mitsgaders de Tuynhuisjes met geweld of quaade praeftycquen te openen, en hec geen daar in moge bevonden worden weg te neemen; gelyk ook de Boomen, zoo op de Laanen, Cingels, wilde Plantagien, als in de Tuynen, te fcheuren , af te hakken en uic te trekken; of de ftouthe/d te hebben van eenigerhande föorten van wasfenc of dor houc ce breeken, af ce kappen cn meede ce neemen, en op die wyfe de Plantagien te deformeeren en de Eygenaars te befchaadijien, of ook Boonftaaken, Peulryfen, Staketfels en Afheyningen, of andere zaaken, die in de Tuynen, Boomgaarden of daar omtrent gevonden worden, te fteelen, infonderheid by beflooten Water, hec zelve mec Sleeden weg ce voeren; als meede de Boomen voor de particuliere Vaarcen of Slooten liggende met geweld te breeken, of teegens wil van de Eygenaars te openen, daar in ce koomen mec Schuycen of Neccen, de Slooten door afcreeden van de Kancen of anderfincs moedwüliglyk ondiep ce maaken of te bederven ; de Vishouwers, in de gemelde Vaarten of Slooten liggende, mec geweld open ce bree ken, de Vis daar uic ce fteelen, en met zig te neemen, of diergelyk geweld of overlast te doen; op poene, dac die geene, die be« vonden zullen worden zulks te hebben gedaan, mec 'er dood, ofanderfincs, arbitralyk aan den Lyve geftraft zullen worden , na exigencie van zaaken, en volgens de Placaaten en Regten dee-  Aangaande Crimineele Zaaken. 575 deefer Landen; En by zoo verre in de hier voorgemelde Diftriéten en Jurisdictiën, eenige Eygenaar of Huurder van Landen, Tuynen, Plantagien of Boomgaarden, iemand daar in bevind, die zig over de Slooten of Heyningen begeeven, of over Heyningen had geklommen, of die de Boomen voor particuliere Vaarten of Slooten, de Vishouvvers in defelve liggende, met geweld had opgebrooken, de vooriz. of andere Goederen beefig was te vervoeren, fteelen of verderven, zoo zal het den Eygenaar of Huurder, of der zei ver Bedienden, vryftaan op zoodanigen Roover of Roovers met Roers of ander Geweer te moogen afgaan en fchieten; ook tot allen tyden, als het hem gelieven zal, Voetangels,Spreu- 13» Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 2 5 July deeles jaars, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 18 Mey te vooren, geëxamineert de Requeste van Jacob Boekweyt, Subftitut Schout te Amfterdam , mitsgaders Steedehouder van den Bailliuw van Amftelland, wegens hetDiftriót van Ouderkerk aan den Am{lel, te kennen geevende, dat haar Edele Groot Mog. by derfelver Publicatie van den 1 February 1755, tot Securiteit van de goede Inen Opgefeetenen deefer Provincie, de Bailliuwen, Officieren, en Crimineele Rechters ten platten Lande hadden gelieven te auctorifeeren en te qualificeeren, om te mogen belooven een' premie van zes honderd guldens, te betaalen uit 's Lands kasfe aan den geenen, welke iemand, die zig aan het pleegen van eenige huisbraak of ander publicq geweld, zoude hebben föhüldig gemaakt, of in het vervolg zig daar aan fchuldig zoude moogen maken, te ontdekken, zodanig, dat defelve m handen van de Jufticie geraakte, en van het fait wierde overtuigt; dat hy Suppliant zig met alle mogelyke vigilantie altoos had toegelegd, om, volgens de verpligting van zyn Ampt zodanige Quaatdoenders te ontdekken en agter- kels, en diergelyke Inftrumenten te leggen i en Honden op defelve los te laaten: En indien iemand het zelve doende eenige van alfulke Roover of Roovers daar over mogte grieven of quetfen, ook alwaar het dat de alfoo Gequetlte van die quetfure quaame te fterven, zal daarom in geene poenen, ftraffen, boeten ot breuken vervallen, maar zal het zelve , als gedaan tot befcherminge van zyn of haar eigen Goed, verftaan worden wel en wettiglyk gedaan te zyn. En op dat niemand hier van ignorantie pre-* tendeere, lasten en beveelen wy, dat deefe, na voorgaande publicatie, alomme ter voorfz. plaatfen zal worden geaffigeert, daar het vari 1100de weefen zal. haaien, dat hy in de maand Maart van het jaar 1765 te Amfterdam geapprehendeert hebbende zeekere Pieter de Batt, Alias Piet Schurftkop, welke bekend hebbende meede fchuldig te weefen aan de geweldige Braak Diefftal en Mishandelingen , des nagts tusfchen den 2 en 3 September 17Ó3, aan het Huis van den Perfoon van W. Bees, Tollenaar aan het Abcouder Tolhek onder Ouder Amftel, en desfelfs Huisvrouw gepleegd, desweegens by den Gerechte van Amfterdam met 'er dood was geftraft geworden ,• dat hy Suppliant verder in den voorleeden jaare ontdekt hebbende, hoe. zig binnen Amfterdam onthield zeekeren Pieter Pieterfe, welke op den 20 July des jaars 1767 had begaan een Huisbraak en Diefftal onder de Bailliuagie van Amftelland, aan en in een Huis ftaande aan den afloop van den Dyk by Diemen, en die daar over agterhaald en geapprehendeert zynde, voor het Stadhuis te Amfterdam, van de Waagen waar op hy derwaarts was gevoeit, afgefprongen, en alfoo uit de handen van de Jufticie geëchapeert was; dat hy Suppliant denfelven niet zonder het fpendeeren van groote kosten had opgefpoord, en alfoo ontdekt hebbende, dat gemelde Pieter Pieterlè ook binnen Amfterdam verfcheide Dieveryen pleegde, hy Suppliant daar van kennisfe Gedaan in den Raade den 3 Oclober 1766". (Onderftond,) In kennisfe van my^ (JVas geteekent,j ADRIAAN BODTi Refoiutie van de Staaten van Holland\ waar by een verzoek van den Subftitut Schout te Amfterdam, om te mogen hebben de Pramie van. f 600 - : - :, voor het apprehendee'ren van twee ■Huisbreekers, word afgewezen; dog met vryla- ting om de bidtengewoone onkosten, deswegens befteed aan Gecommitteerde Raaden of te geven. Den 25 Augustus1 1770.  57f5 Placaaten. 4.. Boek. 2. Titul. 14. IVaarfchouzving van het Hof van Holland, tegen het plegen van ontuchtigheden op publique plaatfen in den J/age. Den 28 February 1772. Alfoo het Hof van Holland in ervaringe is gekoomen dac zeedert eenigen tyd verfcheidene Perfoonen, mec eer zyde Helling van alle fencimeneen van eerbaarheid en fchaamte, zig fchuldig maaken aan het pleegen van ontugtigheeden in het Bofch, het Voorhout, de Vyverberg en andere publicque Plaatfen alhier in den Hage, zoo heefc hec voorfchreeven Hof den Procureur Generaal fpeciaal ge- lasc, en lasc hem mits deefen, daar teegens by conrinuacie ce vigileeren, en door de Dienaars van de Juftitie te doen aanhouden, alle de geenen, zoo Mannen als Wouwen, welke bevonden zullen worden, zig aan het pleegen van ontugtigheeden op publicque plaatfen alhier in den Hage fchuldig te maaken, zullende teegens defelven desweegens, na exigentie van zaaken, worden geanimadverteerc. Gedaan in den Raade den 28 February 1772. (Onderftondf) In kennisfe van my. • (tfras geteekent,) ADRIAAN BODT. 15. Publicatie van de Staaten Generaal, houden¬ de Amnestie ten behoeven der geenen, die zig aan het gebruik maken van valfche Certificatie*, ~oo in het vervoeren van Runderbeesten, als tot het ohtineeren van de noodige Pasporten, luidden fchuldig gemaakt. Den 9 Juny 1773. De Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen ce weecen: Dat wy hebben bevonden, dat zeedert eenige jaaren, en infonderheid in de jaaren 1770 en 1771, veele baacfugtige Menfchen, door verfcheide quaade pracfyquen een groote quantiteit buiten Lands Rundvee heb¬ ben weeten in te brengen in het Diftnct van de Generaliteit, of aldaar door anderen ingebra ie zoude behooren te worden in train gebragt , de Suppliante de gemelde oneenigheeden tusfchen haare Ingefeetenen wel had tragten te doen ophouden, dog dat zy daar in niet alleen niet had kunnen reusfecren, maar tot haar leedweefcn had moeten ondervinden, dat dc Gemoederen van haare Ingefeetenen, ter faake voormeld, meer cn meer teegen den anderen waren verbittert, zoodanig, datdefelve tot feytelykheeden waren uitgebarftcn, met dat gevolg, dat door den Bailliuw van Delfland crimineelyk desweegens wierd geprocedeert, bereids vyf Perfoonen waren geapprehendeert, en eenfesde, op het point ftaande van meede geapprehendeert te worden, zig met de vlugt had gefalvccrt. Dat een zeer groot aantal van der Suppliante Ingefeetenen zig aan gemelde feytelykheeden als anderfints hebbende fchuldig gemaakt, de Suppliante voorfag, dat de Juftitie ter dier faake niet zoude kunnen blyven buiten nog meerder activiteit, en dat defelve teffens had geconfidereert, dat, indien daar meede na rigueur wierd voortgegaan, daar uit noodwendig zoude profluccren, dac een groot aantal van Ingefeetenen der gemelde Heerlykheid ongelukkig gemaakt, veele Vrouwen en Kinderen in de uitterfte armoede gedompelt, en de gemelde Heerlykheid van veele haarer Ingefeetenen berooft en te gronde gebragt zoude worden ; Weshalven de Suppliante ootmoediglyk verfogt dat wy uic onfe Souveraine Magc cn Authoriteit, vermits 'er periculum in mom was ten prornpften geliefden te depecheeren onfe Acte van amneftie en dienvolgende te ordonneeren, dat al het gunt ter faake voormeld, zoo met faiten, woorden, als in Gefchrifce eenigfints zoude moogen weefen misdaan, by wien het ook begaan zoude moogen weefen, zal zyn cn blyven vergeeten en vergeeven, met interdictie aan alle Jufticieren en Officieren, daar op nu of namaals teegens iemand eenig onderfoek, calange of vervolg te doen, en met ordonnantie, dat niemand,-van wac ftaac of condicie hy zoude moogen zyn, zig voortaan vervorderen zal zig aan foortgelyke zaaken fchuldig ce maaken, op pcene, als na exigencie van zaaken bevonden zoude worden ce behooren. Zoo is 't, dat wy de zaake voorfz. overgemerkc hebbende, en, na ingenoome confideratien en advis van den Pnefident en Raaden van onfen Hove, conform het hoog wys Advis van zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, geneegen weefende ter bcede van de Supplianten, willende in deefe praferceren gratie, voor rigueur van Juftitie, uic onfe Souveraine Magt cn Authoriteit, in dit geval, hebben goedgevonden en verltaan, te ordonneeren, zoo als wy ordonneeren by cc.ie, dat al het gunt ter faake hier vooren gemeld, zoo met fiiten, woorden als in Gelchrifce eenigfincs is misdaan, zal zvn en blyven vergeecen en vergeeven, mec "interdictie aan alle Officieren en Jufticieren, daarop nu, 01 namaals eenig onderfoek, calange of verƒ volg te doen; met lasc aan allen cn een iegeI Jyk, van wat ftaat of conditie hy zoude moogen zyn, zig van alle foortgelyke faaken, en wat daar na fweemt, te onthouden, en byfonder van al het geen zoude kunnen ftrekken om de mede Ingefeetenen over de wyfe van het zingen der Pfalmen in hunne Huyfen of elders eenige moeyelykhcid te veroorfaaken, op poene, dac die zig in hec vervolg op eenigerhande wyfe daar aan zullen fchuldig maai ken, als perturbaceurs van de gemeene rusc, | op hec rigoureufte na exigentie van zaaken | zullen worden geftraft: des dac in deefe gratie of amnestie niec zullen zyn begreepen de Perfoonen van Kaac Perfoons, anders genaamt Kaat Frans, Jan van derThuyn, Gideonvan der Krane en Ary Woucersfe, welke volgens hec Advis van den Hove in de informacicn ter deefer faake ingewonnen, voorkoomen als Aanvoerders van, of voornaame Medeplichtigen aan de oproerige beweegingen, welke te Maasfluys hebben plaacs gehad. En op dac niemand hier van ignorantie pre- ten-  Aangaande Crimineele Zaaken. 579 tendsere, begeeren wy, dat deefe te Maastendfluys zal worden gepubliceert en geaffi- 17. Placaat van de Staaten Generaal, tegen de Vagabonden, Schoyers en Bedelaars in de Landen yan Overmaaze. Den 2 Mey 1777. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden,* Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren leefen, falut: Doen te weeten, dat tot onfe kennisfe is gekoomen, dat ons Placaat van den 14 July 1775 op verfcheide Plaatfen in onfe drie Landen van Overmaaze tegens de Vagabonden, Schoyers en Beedelaars, niet na behooren word geobferveert en zelfs ook niet behooriyk ter executie kan worden gefteld, door dat in de Dorpen en fommige Heerlykheeden niet zyn eenige Dienaars der Juftitie, of zoogenaamde Bedelvoogden, door welke zoodanige Vagabonden, Schoyers en Beedelaars belet worden binnen onfe Landen te komen, of daar in zynde uit defelve verdreven, als meede die daar weeder inne komen, geapprehendeert werden, ten einde ingevolge ons voorfz. Placaat tegens de zoodanige kan worden geprocedeert, waar door onfe goede Ingefeetenen der voorfz. Landen groote overlast komen te lyden en buiten ftaat gefteld worden, omme aan arme en behoeftige Ingefeetenen de noodige onderftand te geeven. Dat ook veele Roomfche Geestelyke . Perfoonen van de nabuurige Landen, onder andere Mogentheeden behoorende, by continuatie in onfe voorfz. Landen komen op zoogenaamde getyden, en van de Ingefeetenen ophaalen Geld, Eet waaren en wat dies meerder is, tot groot befwaar der goede Ingefeetenen. Zoo is 't, dat wy daar in willende voorfien en daar op ingenomen hebbende het Advis van onfen Raade van Braband, en de Landen van Overmaaze, goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat ons voorfz. Placaat van 14 July 1775 in de voorfz. Landen van Overmaaze exaételyk zal moeten worden agtervolgt; en ten einde alle Vagabonden, Schoyers en Beedelaars te beeter uit onfe Landen werden geweert en de Officieren in het apprehendeeren en bewaaren van crimineele Misdadigers ook fpoedige adftftentie kunnen bekoomen, zoo authorifeeren en gelasten wy by deefe de Regenten en Geërfdens der respective Dorpen en Heerlykheeden , van ten fpoedigfte in ieder Bank of Dorp, en in de Heerlykheeden, met concurrentie der Heeren dier Heerlykheeden, aan te fteilen en voortaan te houden een of twee Beedelvoogden, na maate van de uitgeftrektheid der Jurisdictie van die Plaats; op zoodanige Inftruétie en Traétementen, ten lasten van de Gemeente van elke Plaatfe, als tot executie van ons voorfz. Placaat tegens de vreemde Beedelaaren bevonden zal werden te behooren. Welke Beedelvoogden niet zullen mogen worden gebruikt in de particuliere dienst van de Officieren of Scheepenen, geen betrekking hebbende tot de Gemeente, of de adminiftratie der Juftitie, op poene van casfatie van zoodanige Officier en Scheepenen, welke defelve ten hunne particuliere dienst zullen hebben gebruikt gehad; maar dat de voorfchreeve Beedelvoogden egter gehouden zullen zyn de Officieren te adfifteeren in het apprehendeeren en bewaaren der crimineele Misdadigers, mitsgaders by het doen executeeren der crimineele Vonnisfen, niet alleen ter Plaatfe, waar zy zullen zyn aangefteld, maar ook in de nabuurige Plaatfen binnen onfe voorfchreeve Landen , na dat daar toe aan den Officier van de Plaats, of by zyn abfentie aan den oudfte der Scheepenen in rang, daar toe behooriyk verfoek zal zyn gedaan, en de verfogte adfiftentie zal zyn geaccordeert, waar omtrent wy willen dat alle onfe, en der Vafal-Heeren Of4D 2 fi- Gödaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 26 July 1776. (OnderJlond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. ■ (JVas geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. geert ter plaatfe alwaar zulks te gefchieden gebruikelyk is.  58o Placaaten. 4. Bock. 2. Titul. ficieren, mitsgaders de respective Scheepenen alle faciliteit zullen gebruiken, zonder gemelde adfidentie te mogen wygeren, dan in cas zylieden hunne Beedelvoogden ten dienfte der Juftitie zelfs op zoodanige tyd binnen hun Jurisdictie noodig mogten hebben. Verbiedende en interdiceerende meede wel expresfelyk by deefen aan alle cn een ieder, van wac ftaat of conditie hy zoude mogen weefen, van iets te mogen geeven aan eenige vreemde Bedelaars, of Roomfche Geescelyke Perfoonen van vreemde Diftriéten, van welke order defelve zouden moogen weefen, geene uitgefondert, op verbeurte telkens van een boete van vyf en twintig guldens, te appliceeren een derde een behoeven van den Officier, ccn derde een behoeve van de Armen van de Plaacs, en hec refteerende derdepart ten behoeve van den Aanbrenger, welke boetens by parate executie door de Ollicieren zullen worden ingevordert. Interdiceerende ook alle vreemde Roomfche Geeftelyke Perfoonen, van wat order defelve zouden mogen zyn, om in onfe voorfchreeve Landen van Overmaaze op getyden re gaan, eenig Geld, Eecwaaren of andere Goederen by de Ingefeecenen op te haaien, van defelve te ontfangen, of aan te neemen, onder wat voorwendfel of benaaminge zulks zoude mogen weefen, op pcene dac defelve concraric deefe onfe Interdiétie gedaan hebbende, en daar van overtuigt werdende, voor altoos zullen worden gebannen uit onfe Landen, endaar na daar wecder inkoomende, daadelyk zullen werden geapprehendeert cn aan den Lyve publicquelyk zullen worden geftraft, en voorts den Lande worden uicgejaagc. En ten einde de inhoud van deefe alomme geobferveert en punétueelyk nagekoomen werde, lasten en beveelen wy onfen Advocaat Fiscaal cn Procureur Generaal, micsgaders al| le onle en onfer Vafallen Ollicieren, Jufticie; ren, en Ondcrfaacen in de Landen van Overmaaze hen exaételyk, na het geen voorfchreeve is, te reguleeren, zonder eenige conniventie , verdrag of disfimulatie. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te prretendeeren, zoo zal dit ons Placaac meede alomme werden gepubliccerc en gearfigecrt ter plaatfe daar men gewoon is binnen onfe Landen van Overmaaze, zoodanige publicatien en affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 'sGravenhage den 2 Mey 1777. (li'as geparapheert,) WASSENAER, vt. (Onderjlottd,j Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent,) H. FAGEL, Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruice, iS. Placaat van dc Staaten Generaal, tegen de Vechteryen, het dragen van onhehoorlyk gnreer, en dergelyke ongeregeldheden. Den 2 Mey l777- De Scaacen Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen zullen zien ofce hooren leefen, falut; Doen te weeten, dat wy in ervarenisfe zyn gekoomen , dat nietcegenftaande onfe Placaten van den 6 September 1661, 25 November 1665, 4 Juny 1Ó83 en andere, de Dood (lagen , Vechceryen, hec draagen van onbehoor- lyk Geweer, en verdere ongeregeldheeden, niet alleen niet en koomen op ce houden , maar zelfs, vooral in onfe Landen van Overmaafe, meer en meer toeneemen , zeer veroorfaakt werdende door het draagen en gebruiken van ; zeer fwaare Stokken, voorfien met Knotfen , ' Pinnen beflaagen met Yfer, Koper en ander | Metaal. Dat  Aangaande Crimineele Zaakem Dat ook verfcheide abuifen en faulten gecommitteert werden by eenige van onfe en onfer Vafallen Officieren in onfe Landen van Overmaafe, aangaande de Crimineele zaaken, ofte vervolging van Misdaden, hec zy in het conniveeren, di/Iimuleeren, compofeeren, transfigeeren, ofte wel in het pleegen en uferen van andere onbehoorlykheeden, ende indirecte middelen, ten regarde van de fake ofte delicten, ftraffe ende correctie vereisfchende, niettegenftaande onfe voorige Placaten, Reglementen en Ordonnantiën daar tegens gemaakt. Zoo is 't, dat wy daar tegens nog nader willende voorfien, alvoorens gehad hebbende het Advis van onfen Raade van Braband ende Landen van Overmaafe, by vernieuwing van onfe voorige Placaten, Reglementen en Ordonnantiën, welke wy willen dat in allen opfigte zullen geobferveert en nagekoomen moeten worden, voor zoo verre dezelve niet fpeciaal by deefen zullen zyn gealtereert, voorts hebben goedgevonden te ordonneeren, gebieden en ftatueeren, gelyk wy ordonneeren, gebieden en ftatueeren by deefen, dat voortaan niemand zig zal hebben te ver- / vorderen (uitgenoomen onfe Officieren en met derfelver kennisfe hunne Dienaaren van Juftitie) met eenige Zakpiftolen of ander Schietgeweer, als meede met lange Mesfen met fpitfe punten, Stokken met Degens, Priemen, ofte die van onderemetKnotfen, Pinnen, ende met Yfer, Koper ofte ander Metaal voorfien ofte beflaagen zyn (zullende overfuiks aan niemand gepermitteert weefen eenige andere Stokken te 1 draagen, dan de zulke die van ondere en bo- ] ven niet excederen de dikte van een ordinaire Rietftok) ofce met eenig ander onbehoorlyk Geweer hoe genaamd, zig bedektelyk of openbaarlyk te wapenen, p«e met zig te draagen, op poene, dat by zoo verre iemand met ter daad daar op bevonden werd, ofce met geloofwaardig getuigenis -beweefen kan worden, zulks gedaan te hebben. Voor de eerften reifen zal verbeuren vyf en twintig Guldens, voor de tweede reife vyftig, en voor derde reife honderd Guldens, boven Bannisfement voor eenige jaaren ter discretie van den Rechter. En by foo verre iemand met eenig Schietgeweer op of na een ander fchiet, ofte met een Mes, Stok als voorfchreeven is, ofte ander onbehoorlyk Geweer op ofce tegens iemand trekt, ofte opligt, het zyhy den zelve daar meede quetfe of niec, zal verbeuren een boete van vyftig Guldens, en zoo hy daar meede iemand zwaarder Wonden infligeert dan een Keur Wonde vyf en feventig Guldens, en boven dien nog aan den Lyve zal geftraft: j worden na exigentie van zaaken- Ordonnee- | rende en ftatueerende meede, dat in gevalle eenig Delinquant de voorfchreeve boetens niet zoude kunnen betaalen, defelve in plaats van dien met publicque geesfeling en bannisfement zal werden geftraft. Voorts ordonneeren en 58i ftatueeren wy meede, dat zoo wanneer iemand op of tegens een ander trekt een gemeen Mes, het zy daar meede iemand grieft of niet, zal verbeuren vyf en twintig Guldens, gelyk ook verbeuren zal, die iemand dreigt met een fwaarder hand, het zy Stok, Kan of anderfints te flaan, fchoon hy denfelye daar meede niet en raakte of quetfte. En nadien wy verders in ervaringe gekomen zyn, dat verfcheide Slageryen en Vechteryen gefchieden met voorbedagte weete, koele moede, en met opfet, by daage en by nachte, zoo in publicque Huifen, Herbergen , als op publicque Heeren Straaten en Wegen by aanrandinge, zamenrottinge als anderfints , en dat veele Officieren over zoodanige Delicten met de Delinquanten compofeeren, zelfs buiten kennis en decreet van de Rechters; zoo hebben wy goedgevonden tot voorkoming van al het zelve, te ordonneeren en te ftatueeren gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat voortaan onfe Officieren tegens zoodanige Delinquanten, als publicque Straatfchenders en Pertürbateurs van de gemeene ruste, extraordinaire zullen procedeeren, het zy by apprehenfie ofce indaging in Perfoon , zullende de Rechters gehouden weefen defelve boven de geincurreerde amende en de vergoedinge van de kosten, fchaden. en interesfen, de gequetfte toegebragt, (het welk wy willen en begeeren, dat door den Rechter, welke zal zyn competent, om te oordeelen over het voorfchreeve delict, te gelyk by desfelfs Vonnisfe tot een zeekere zomme na billykheid en de qualiteit van den Gequetften zal moeten worden getaxeert) te ftraffen met incarceratie, bannisfement, en zelfs met Lyfftraffe, na exigentie van zaaken. En teneinde des te beeter ontdekt worden de Daders van zoodanige faite, gelasten en beveelen wy aan alle Herbergiers, dat zoo dra ten hunne Huife eenige Slagerye zal zyn voorgevallen of dat defelve by of ontrent hunne Huilen werde geperpetreert, na dat eenige rufie of oneenigheeden ten hunne Huife is geweest, daarvan aanftonts zullen moeten kennis geeven aan den Officier hunner Woonplaatfen, of by desfelfs abfentie aan die geene, welke de zaaken van denfelven Officier waarneemt, en in gevalle bevonden mogt worden, dat zoodanig Herbergier daar omtrent in gebreeke zoude komen te blyven, of onwillig waare, van het geen ten zynen Huyfe en in zyn byweefèn voorgevallen is, een behoorlyke Verklaaring onder Eede, of prefentatie van dien te pasfeeren , zoodanige Herbergier verbeuren zal, de eerfte reyfe, een boete van drie Guldens voor elke dag, dac hy daar inne nalatig of onwillig is geweest, en de tweedemaal, boven gelyke boete ± den tyd van zes weeken, en de derdemaal voor altoos zal werden geintardiceert eenige Herberg te houden binnen onfe Landen; en dat in cas eenig Herbergier aan den Officier of Rechter van zyne Woonplaats bevonden word tegens de waarheid vcorge- 4D 3 gee-  g8a Placaaten. 4. Bock. 2. Titul. geeven tc hebben den Daler of Daders niet te weccen of niec gekent te hebben, defelve voor alcooszil worden gebannen uit onfe Landen van Braband en (Wérmaafe, zonder ooic of ooic daar iruie wederom te mogen komen, op pmne van zwaarder ftraffe. En na Jien de menigvuldige Kertnfsfen ende Feescdaagen dewelke van cyd toe cyd op verfcheide tyden en plaacfen door de Ingefeecenen van onfe Landen van Overmaafe gehouden en gevierc worden, veel de oorfaaken zyn en aanleyding geeven tot Vechteryen, Slageryen en andere ongeregcldheeden, zoo hebben wy goedgevonden alle defelve Kermisten te verbieden, mitsgaders voor aJcoos af ce fchaffenin onfe voorfchreeve Landen, in zoodanige Kermis - Week als men coc nog toe gewoon is geweest defelve te vieren, zoo als wv defelve verbieden en affchaffeti by deefen, zullende geen derfelver Kermi.-fen voortaan op eene an lere tyd meer gehouden moogen worden als op den eerften Sondig na den 11 November jaarlyks, en welke generaale Kermis uiterlyk cn ten langften niet meer, als drie daagen, zal mogen duuren; zonder dat op d:e dangen in de Roomfche Kerken eenige buitengewoone diensc zal mogen werden verrit, als die coc nog toe op de gemelde drie daauen gewoonelyk is verrigt geworden. Kn alfoo wy verder in ervaaring zyn gekomen , dat zommige Schouten, Scheepenen, Secretarisfen en Bodens de Officieren door ons aangefteld, of derfelver Subftitu'.en, met zeer zwaare kosten befwaar en , zoo in bet neemen van Informatien, Vifit.voen en Gettgrs» kosten, in zaaken, waar in alleen pro jupiiia word geageert, zonder dat de Officieren daar uit voor zig zelve eenig voordeel genieten, en dan ter contrarie van zommige Officieren, door onfe Valallen aangefteld, niets desweegens word gevorderc, waar door de Officieren, door ons aangefteld, worden argefchrikt na behooren re informeeren cn te ageeren in zaaken, waar van geen prtcmien, amenden of boecens kunnen worden gecrokken. Zoo is 't, dat wy tot voorkoming van het zelve, by deefe verklaaren onfe wdle en ïntentie te zyn, dat de respective Schouten , Scheepenen, Secretarisfen en Bodens niets ten lasten van onle, en onferVafallen Officieren mogen vorderen , maar ter contrarie gratis derfelver Officie respectivelyk gehouden zyn te pnefteeren in zaaken, waar in defelve Officieren alleen pro Jufiitia informeeren en ageeren buiten eige profyt, zoo wanneer van de Delinquanten niets te haaien is, of dat tegens defelve als voortvlugtig by contumacie word geprocedeert, dan dat daar en tegen in die gevallen, waar in de Officieren ontvangen eenige amendes, ce gelyk zullen zorg draagen, dat voldaan werde het gunc Schout, Scheepenen, Secretaris en Bode respectivelyk is compeceerende, zoo wegens het hooren van Getuigen als anderfints, of dat, by nalatigheid van dien, zoodanig Officier voor de voldoeninge dier jura /al 7.?n aanfpreekelyk en verbonden. Zullende ook alle Officieren, in gevalle de zaake tot compofirie over de pcene cn muitte gedisponcerc is, gehouden weefen over hec gecompofeerde fait in een gebonde Register, danr toe affonderlyk tc houden, Acte ce laten opftellen onder de Signatuure van den Secretaris, en eenen Scheepen van het Reslbrc van den Misdadiger, waar inne de amende ofce mulcce, mitsgaders de onkosten, dog feparatelyk en diftinftelyk van den andere zullen werden gefpecificeert en uitgedrukt dc zoorce van hec faic, misdaad of crimen , mar over defelve compoficie gefchied, in welk Register ook zullen worden gefchreeven alle propoficien van den Officier, omme Decreet van apprehenfie of Dagvaardmge in Perfoon, met de dispofitie daar op gevallen, als meede alle crimineele Vonnisfe, zoo interlocutoir als diffinitif, waar af de Secretarieën gehouden zullen zyn voer hec einde van de maand February, van jaar tot jaar, een dubbeld Cahier of Extract amhenticq te zenden aan onlen Raade Vatt Braband4 onder hsareSignacure, om door hec officie - Fiscaal gevificcert en geëxamineert te worden, op verbeurte van vyftig Guldens in cas van nalatigheid, of voor elk defect, dat daar inne bevonden zal worden door den Secretaris gecommitteert te zyn. En by aldien bevonden word , dat de Officieren voorcaan mogten hebben gecompofeert over eenig fait, zonder dat daar van is gemaakt een Acte in voege voorfchreeve , zal zoodanig Officier verbeuren telken reyfe drie dubbeld van het gunt, defelve Officier weegens zoodamge compofitie heefc ontfangen, onvermindert de correctie of ftraffe plaats hebbende tegens onbehoorlyke com- ' poficien, by aldien defelve zouden zyn gefchied over faicen en delicten, waar over na rechee of onfe voorige Placacen geene compofitien zyn tocgclaacen. En alle welke boetens by de Officieren of Secrecarisien verbeurc werdende zullen worden geproficeere, voor een derde door de Hooge , Overheid, een derde door den Fiscaal van Braband en het overige derde door den Aanbrenger. En in gevalle de Officieren voortaan nalatig MOgtep weefen, om na behooren de bewyfen of informatien in te winnen, zoo dra toe hunne kennisfe zal zyn gekoomen, dac eenig ; defet is geperpeereerc waar over aan hen de ' kennisneminge compceeert, zoo auchorifceren en ordonneeren wy by deefen onfen Procureur Generaal een koste van zoodanigen nalatigen Officier de bewyfen en informatien in te winnen, en tegens denfelve Officier als meede tegens den Misdadigen voor onfen Raade en Leenhove van Braband alhier in den Hage, zonder eenige connivencie of disfimulatie te procedeeren, gelyk hy bevinden zal te behooren. En opdat niemand van het geen voorfchreeven ftaat eenige ignorantie hebbe te preten- dee-  Aangaande Crimineele Zaaken. 583 1,9. Publicatie van de Staaten Generaal, tegen het fteelen van Graanen en Veld-vruchten het befchadigen van Boomen, en ander Hout, mitsgaders Tuyn - dieveryen , met geweld gepaart. Den 2 Mey 1777. T~\e Staaten Generaal der Vereenigde NeI 9 derlanden, Alle de geene die deefe zullen fien of hooren leefen falut; Doen te weeten: Alfoo tot onfer kennis gekoomen is, dat, vooral in onfe Landen van Braband Overmaafe, veele moetwillige en baatfoekende Menfchen zig verftouten, zoo by daagen als by nagte, de Graanen en Veldvrugten uit den Velde te fteelen en te roven, de befaayde Landen af ihyden, en de wasfchende Vrugten uit de Aarde te delven en te haaien, als meede, dat defelve zig niet ontfien alle zoort van Hout in de Bosfchen of elders ftaande, weg te neemen en te rooven, door de Takken van de Boomen en ander groeyend groen Hout af te fcheuren en af te hakken, en verders omme onder fchyn of voorwendfel van het droogof zoogenaamt Kraakhout te gaan raapen, en dorre Takken van Boomen af te breeken in de Bosfchen of Plantagien, als ook uit puur geweld en moetwil het groen groeyend Hout te kreuken, te breeken, om het zelve daar na als droog Hout met haar te fleepen en vervoeren, waardoor die Plantagien en Bosfchen zeer werden geruïneert, de Boomen gefchonden en de Bosfchen zeer dun en ydel van Hout werden gemaakt, mitsgaders uit de groene of dorre Heggen en Tuynen, omdeWeydenen Beempden gefteld, ten einde de Ingefeetenen door des andere weydende Beesten geen fehaade werde toegebragt, het Hout te breeken, en defelve Heggen en Tuynen te befchaadigen; dat ook verders defelve zig derven onderwinden, van de Heyningen, Heggen, Muuren en Poorten te beklimmen, ja die met geweld te breeken, en alfoo te koomen in de particuliere, Thuynen, Boomgaarden en Plantagien, om de Aard- en Boomvrugten en andere zaaken daar uit te fteelen, de daar in geplante Boomen en Heggen uit de grond te haaien, of aan ftukken te hakken en te breeken. Dat ook zommige Veldboden quafi voor hun oppasfen en vigiieeren in den Oogst, zig niet ontfien om ongevrzagt of buiten weeten of toe1 ftemming van den Eigenaar, een Winter- en | Soomergerve by nagc en ontyden uit het Veld te neemen en na Huis te haaien. Alle welke moetwilligheeden, dieveryen en geweldenaryen ten hoogften ftrafbaar "zyn. I Zoo is 't, dat wy daar inne willende j voorfien, en daar op ingenoomen hebbende het Advis van onfe Raaden van Braband en de Landen van Overmaafe goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deele, dat niemand gepermitteert zal weefen eenigerhande Graanen, Veldvrugten of Groentens ten Velj de ftaande weg te neemen, af te fnyden of I uit te trekken, nogte eenige Schoove ofte j Gerven te Velde zynde uittefchudden, nogte anderfints die te rooven, en te neemen, j geweldelyk ofte bedriegelyk tegens den wille ; van den Eigenaar, onder wat voorwendfel zulks | zoude mogen weefen: Soo als meede aan nieI mand, van wat ftaat of conditie hy zy, geI oorloft zal weefen in de Bosfchen, Plantagien publicque Weegen of anderfints eenig groen Hout of Takken te raapen , van de Boomen af te breeken, trekken of kappen, of defelve ee¬ deeren, zoo ordonneeren wy, dat dit ons Pla- I caat meede alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe daar men gewoon is 1 Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 'sGravenhage den a Mey 1777. (Was geparapheert f) WASSENAAR, vt. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekent,) „ , , , . H. F A G E L. Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. binnen onfe Landen van Overmaafe zoodanige publicatien en affixien te doen.  5S4 Placaaten. 4. Boek. 2. Titul. eenigfints te fchenden, zonder daar toe alvoorens te hebben verkregen het confent cn tocfiemming van de respective Eigenaars , gelyk ook geen dor Hout of Takken, om onder prretext van dor Hout tc fprokkclen of kappen geen occafie te hebben het groen Hout te verderven , of ietwes anders tc onderncemen, waar door de groene en groeyende Plantagien, en de Boomen zouden kunnen worden gekrenkt en gefchonden, de Bosfchen ydel en dunne van Hout gemaakt, cn de Wcegcn van Boomen ontbloot, op pcene dac zoodanige hec ccn en ander doende als openbaare Dieven en Gcweldenaaren, aan den Lyve of anderfincs na exigentie van zaaken, zonder eenige conniventie, geftraft zullen worden: Gelyk als ook met gelyke pcene, cn zelfs na exigentie van zaaken met de llraf des doods, tegen dc inbraaken geftatueert, zullen geftraft worden die gecne, dewelke zig des nagts over Gragten, Hcyningen, M uuren of Poorten begeeven; ofte die mec geweld breeken, en alfoo komen in particuliere Tbuyncn, Boomgaarden cn Plantagien, om daar uit eenige Peulrysfen, Boomtaken, Aard- cn Boomvrugeen, of andere zaaken daar gevonden wordende te llcclcn, weg te neemen en te bederven; en by zoo verre eenige Eigenaar of Huurder van Landen, Tuynen, Plantagien cn Boomgaarden, iemand daar inne bevind, die zig des nagts over Gragten, Heyningen ofce Muuren begeeven, ofce over defelve hadde geklommen, dc voorfz. of andere Goederen c,e.am tc vervoeren, fteelen of verderven, zal het den Eigenaar, Huurder, of derfelver Dienaaren vry ftaan op zoodanige Rover of \ lovers met Roers of ander Geweer te mogen afgaan cn fchieten, ook met vooikennis \an den Officier van de Piaats, Voerangcls, Sprenkels cn diergelyke Inftrumenten te leggen, mitsgaders Honden op haar los te laaten; en indien iemand hec zelve doende, eenige vanalzu/kc Rover of Rovers daar over quaame te grieven cn quetfen, ook alwaar het den alfoo Gcquctften van de quetfuur quam te fterven , zal daar om in geen pcene, ftraffe , boete, of breuke vervallen, maar zal het zelve als gedaan toe befcherming van zyn of haar eige goed verftaan worden wel en wettelyk gedaan te zyn; en nadien zoodanige Nagcdieven en Geweldenaaren dikwils niet kunnen werden ontdekt en agcerhaald, zoo werden alle Officieren in de drie Landen van Overmaafe by deefe geauchorifeert en gequalificeert, om wanneer zal confteeren by geregtelyke vificacie, dac de voorfz. dieverye is gelchied door middel van brcekinge van Deuren en Heggen of ander geweld, een Prremie te belooven van twee honderd guldens Hollands , die den Daader of Daaders weeten aan te wyfen; zoodanig dat defelve in handen der Juftitie geraaken en van het feit worden overcuigt, met belofte van impuniceic aan die geene, welke meedepligtig mogte weefen, zullende de voorfz. Praemie werden voldaan door den Rentmeester onfer Domaincn in den voorfz. Landen, zullende voorts die gecne, dewelke op hec Veld zullen komen, om te oogftcn, voor cn aleer alle de Gerven en Schooven ofce Veldvrugten door den Eigenaar van hec Land zyn afgehaald en weggebrae;t, incurreeren eene poenaliceic van vyf en twintig guldens, en zullen de Ouders voor hunne Kinderen, cn de Meesters voor hunne Dienstbooden verantwoordclyk zyn; verbiedende verders aan ieder eenige van voorfz. geroofde Goederen op desfelfs Erven te ontfangen ofte in haare Huyfen ofce Schuuren ce verbergen, op pcene, dac die geene, welke zullen kunnen werden overcuigc, dac zy niec onkundig zyn geweest, dac de by hun geborgc goederen zyn gcroofc ofce buiccn wee cen en toeftemming van den Eigenaar van zyn Lauden of Erven zyn vervoert, met gelyke poene als dc Dieven en Rovers zonder eenige conniventie zuilen werden geftraft; verbiedende ook wel expresfelyk aan alle Veldbodcns, eenige Gerven hec zy Winter- of Soomervrugten, van de Ingefeetenen in de Velden te vraagen , veel minder eigener authoriteic defelve ce neemen, maar mec het vraagen van defelve Gerven tc wagten coc dac dc IngefeeI tenen hunne Vrugten hebben ingeftamcld, I zullende het aan dc Ingefeetenen vry ftaan, om zoodanige Gerven re geeven of ce wcigeI ren, zonder dac henlieden desweegens eenige i overlasc zal werden gedaan, op pcene, dac die \ geene der Veldbodens, welke hier cegen zal ' komen te handelen aanftonds zonder eenige \ oogluiking zal worden afgefet, en nooit of i ooic binnen onfe Landen coc eenige Bedienin; gen zal mogen werden aangefteld. Vorders beveelen wy aan alle Officieren, met alle mogelyke naarftigheid te leccen op de executie van deefe onfe Ordonnantie, defelve, zoo 1 ook alJe Magiftraaten, Scheepenen en ande' rc Jullicieren verders ordonneerende tot lasten der Delinquanten de plano te procedeeren , en defelve zonder uicftel te doen ftraf. fen; authorifeerende daarenboven een iegelyk te mogen aantasten, apprehendeeren en den Officier van de Plaatfe te mogen overleeveren alle de geene, die zy tegens deefe onfe Ordonnantie bevinden zullen gedaan te hebben, en dat hier inne den een den andere zal moeten byftaan, helpen en asfifteeren, mec verdere last aan alle Officieren en Regeerders van, in gevolge ons Placaac van den eerften April 1738, de Rondes en Patrouilles zoo by daage als by nagte te doen doen, zoo op de groote en andere Weegens, als op de Velden, voomamenrlyk een cyde van den Oogst en wanneer de Graanen op de Velden zyn ftaande. En ten einde den inhoud van deefe alomme geobferveert en punctueelyk nagekoomen werde, lascen en beveelen wy onfe Advokaat Fiscaal en Procureur Generaal, mitsgaders alj le onfe en onfer Wallen Officieren, Jufticieren en Önderfaaten in den Lande van Over- maa.  Aangaande Crimineele Zaaken. rnaafe, hen exaételyk na het gene voorfz. ié te reguleeren, zonder eenige conniventie, verdrag of disfimulatie. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koomen te pretendeéren, zoo zal dit ons Placaat alomme werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe, daar men gewoon is binnen onfe Landen van Overmaafe j zoodanige publicatien en affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. In 's Gravenhage den z Mey' 1777- (JVas geparapheertf) WASSENAAR, vb (Onderfiondf) Ter ordonnantie van defelve. (Was geteekend,) H. FAGËi Zynde op het Spatium gedrukt het Cacfiet van haar Hoog. Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 20. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raa¬ den van Holland, tegen het af breeken en fteelen van de Gemeene Lands PVachthuifen aan de Stranden en elders. Den 9 December 1783. De Gecommitteerde Raaden van de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en Westvriesland: Doen te wéeten: Alfoo men in voorige tyden in ervaaringe gekoomen is geweest, dat eenige baatfoekende en ondeugende Menfchen haar niet ontfien hebben des Gemeene Lands Wacht-Huyfen langs de Stranden en elders, in tyden van Oorlog gefteld, wanneer in defelven niet gewaakt word, af te breeken, het Hout daar van weg te neemen, te gebruiken of te verbranden; Zoo is 't, dat wy, om het zelve thans voor te koomen, goedgevonden hebben allen en iegelyk by deefe te verbieden en te inter¬ diceeren, de voorfz. Wacht-Huyfen in het, geheel of ten deele te reppen, te roeren, of te breeken, het Hout daar van te vervoeren, te gebruiken of te verbranden, op pcene van daar over ftrengelyk aan den Lyve te zullen worden geftraft: ordonneerende alle Officieren, in welkers Difttióten de voorfz. Wagthuyfen gefteld zyn, daar op Ipeciaalyk te letten en te informeeren, die geenen die daar aan fchuldig zouden moogen bevonden worden te apprehendeeren, en te regt te fteilen, zonder eenige disfimulatie of conniventie de voorfe Lyfftraffe te laaten ontfangem Gedaan in ,den Hage onder het klyn Zeegel van den Lande, den 9 December 1783. (pnderftondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (JVas geteekent f) A. J. R O Y E R, IX. Deel. Re-  586 Placaaten. 4. Boek. 2. Titul. 21. Refutatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende, dat geen Officier, of desfelfs Stadhouder, binnen derfelver respeclive Difrieten en Jurisdictiën, de funtlie van Notaris of Procureur mag exerceeren. Den 6 February 1787. TAc Moeren van Spaan van I Iardefteyn, cn J^/ andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden hebben ter Vergaderinge gerapporteerd, dat dc I Ieeren Gecommitteerdens uit den Raad van Staate in eene Conferentie aan hun hadden voorgedragen, dat in verfcheide Plaatiên cn Diftriéten der Meyerye de functie van Notaris word waargenoomen door de Stad- ! houders der Quartier - Schouten of Drosfaarden, of wel dode die Officieren zelve, waar uit nogtans veele inconvenientcn cn abuyfen, ten r.adecle der goede Ingefeetenen, konnen ontftaan, en dat om die reeden den Raad had gemeend haar Hoog Mogende in bedenking l te moeten geeven, of daar omtrent niet eenige dispolitic zoude konnen worden genoomep. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en ver/laan, mits deefen in het gene- | raai vast te fteilen, dat, met ukfondering van ' dc gecne, welke daar van thans in de posfesGe zyn, voortaan geen Officier, of desfelfs Stadhouder, binnen derfelver respectave Diftriéten en Jurisdictiën, de functie van Notaris, even min als die van Procureur, zal mogen exerceeren. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden, aan de respective Quartier - Schouten, der Meyerye van 's Bosch, en wyders aan alle verdere Officieren in het Diftrict van de Generaliteit, mitsgaders aan den Raad van Braband, en de Landen van Overmaaze, en aan den Raad van Vlaanderen, als meede aan het Hof in het Overquartier van Gelderland, refideerende te Venlo, om te ftrekken tot derfelver respective narigtinge, cn defelve alomme te doen publiceeren en affigeeren, daar, en zoo het behoord. 22. Refoiutie van de Staaten van Holland tot bepaaling der Limiten van de Crimineele %rtsdtcite, tusfchen Zuid- cn IJest-loorne. Den 23 October 1787. T> y refumtie gedelibereert zynde op dc MisJD five van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 16 July defes jaars, en den 31 daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende, tot voldoening aan hun Ed. Gr. Mogt Appointement van den 31 Maart te vooren, geëxamineert de Requeste van Bailüuw en Leenmannen van den Lande van Voorne, waar by, na een fubftantieele voordragte, dat de bedyking der Polder dc Ecndragt en andere onder Stellendam geleege Gronden, eene bepaaling der Limiten van de Crimineele Jurisdictie tusfchen Zuid- en West-Voorne vorderde, in confideratie, dat die geene, die gedelinqueert hadden onder Zuid-Voorne in de Stad Brielle, en die onder West-Voorne zie misgreepen, te Goedereede moesten te reg? geilek worden; vervolgens zekere te makene bepaaling ormrent de voorfz. Limiten proponeeren, en hun Ed. Groot Mog. goedvinden deswegens verfoeken, breeder onder de Notulen van voorfz. 31 July. Is goedgevonden en verftaan, by defe te verklaaren, dat al het geen Bezuidoosten dc Stelleweg gelegen is, en zoo voorts in een regte lyn Noordoostwaards op, zoo verre de Ambagts-I Ieerlykheid van Stellendam nu ftrekt, of m der tyd (Trekken zal, zal behooren in het Crimineele onder Zuid-Voorne; en dat daar en tegen af het geen aan de Noordwest zyde van denfelven weg gelegen mogte zyn, gerekent zal moeten worden te behooren onder ^est-Voorne; mitsgaders dat ten opfigte van de \\ ooning en Getimmertens van Mr. Irnan Cau ftaande en gelegen aan het einde van denfelven weg; alsmede van alle Wooningen en C-et.mmertens, welke in vervolg van tyd op defelve Roying zullen worden gebouivt, defe cynofure zal worden gehouden, dat de misdaaden aldaar gepleegt, en de Perfoonen aldaar geapprehendeert, zullen worden beregc of te Brielle, of te Goedereede. naar maate des Bailliuws gefubftitueerde van Zuid- dan wel die van West - Voorne daar omtrent zal hebben gepnevenicerd; met last aan de Supplianten, om zig voortaan daar naar te reguleeren. Plo-  Aangaande Crimineele Zaaken. 587 2^, Placaat van de Staaten van Holland, tegen de Landloopers, Vagabonden en Bedelaars. Den 30 Oclober 1789. De Staaten van Holland en Westvriesland , 1 Allen den geenen die deefen zullen zien j of hooren leefen, Salut: doen te weeten: Datwy, in ervaaringe gekoomen zyn, dat, I «iet tegen ftaande onfe Placaaten op het ftuk der Landloopers, Vagabonden en Beedelaars van tyd tot tyd geëmaneert, de toevloed van Bedelaars, Landloopers en Vagabonden hier te Lande wederom merkelyk is vermeerdert, en dewyl de ondervinding heeft geleert, dat zulks niet alleen is ftrekkende tot groote last van onfe goede Ingefeetenen, maar ook den weg baant tot dieveryen, huisbraaken en allerhande geweldenaryen, waar van men binnen korten tyd meer dan te veel droevige narigten heeft gehoord. Zoo is 't, dac wy in het oog houdende het algemeene nut en welfyn deeler Landen, mitsgaders de veiligheid van de goede Ingefee- j tenen, daar op alvoorens hebbende gehad het advis van den Praefident en Raaden van onfen Hove, inhaereerende onfe voorige Placaaten, en fpecialyk die van 12 Mey 1Ó49 en 25 Oefober 1760, voor zoo verre defelven deefen met . zyn eontrarieerende, goedgevonden hebben te ordonneeren ert ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren mits deefen; Eerftelyk* dat geene Landloopers, Vagabonden of Bedelaars, Mans of Vrouwen, uit andere Landen gebooren, in deefe Provincie zullen mogen komen, en dac de zodanigen, welke zig reeds in defelve bevinden, binnen agt dagen ma de publicatie deefes, uit deefe Provincie zullen vertrekken, op pcene in beide gemelde gevallen, dac de Ovextreeders zonder eenige oogluiking volgens ons Placaat van 25 Oclober 1760 aan den Lyve geftraft en geconfineert zullen worden. Ten tweeden, dat geene Schippers, Schuitevoerders en Voerluiden eenige Bedelaars, of die hun van beedelarye fufpecl zyn, in ! deefe Provincie zullen mogen invoeren, op pcene van zes guldens voor ieder Bedelaar, ten behoeven van den Armen te verbeuren, en defelve op hunne kosten wederom uit deefe Provincie moeten brengen. 'fen derden, dat voor Landloopers en Vagabonden gehouden en als zodanige geftraft zullen worden, alle Keetelboeters, Swavelftokverkoopers , Kuipers, Schoenlappers, Kraamers, Stoelenwindersof Matters, Schoorfteenveegers, Leproofen, Quakzalvers,. Deeken-, Rattekruit- en Vlakballenverkoopers, Mesfen- en Scheerenilypers, Liedjeszangers, Speelmannen, Goochelaars, Omloopers met Kykkasten, Olieverkoopers, en diergelyken, die hunne Neeringen en Handwerken ten platten Lande exerceeren, ten waare defelve binnen de een of andere Stad of Dorp woonag* tig, en tot de exercitie hunner Neeringen by de Magiftraat hunner Woonplaatfe geadmitteert zullen zyn, hoedanige admisfien ten minften jaarlyks zullen moeten vernieuwt worden. Ten vierden, dat alle Bedelaars, hier te Lande gebooren, die fwak en onbequaam zyn om te werken, hen binnen agt dagen na de publicatie van deefen tranfporteeren zullen na de Plaatfe daar zy van daan zyn, of daar zy hun meest onthouden hebben, alwaar zy hun onderhoud zullen mogen zoeken na de ordre aldaar gebruikelyk, zonder dat zy in andere Steden of Dorpen zullen mogen gaan beedelen, op pcene van de eerftemaal geduurende drie dagen te Water en te Brood gefet, en . voor de tweede reife gegeesfeld en gebannen te worden, conform den inhoude van het vierde Articul van ons Placaat van 12 Mey 1649. Ten vyfden, en op dat geene Landloopers of Vagabonden door anderen tot bedelen worden aangemoedigt, zoo verbieden wy wyders elk en een iegelyk Ingefeeten deefer Provincie , om iemand der bovengemelde Landloopers en Vagabonden in het voorfz. derde Articul vermeld, eenig geld of andere gaaven te fchenken, veel min defelven in hunne Huifen , St allen, Schuuren of elders te herbergen of te laaten vernagten, op pcene van zes guldens telken reife voor ieder Perfoon te verbeuren als vooren, uitgefonderd de Perfoonen in het derde Articul gemeld, welke men zal vermogen te herbergen, indien zy een Acte van admisfie van de Magiftraat hunner Woonplaats, geen jaar oud, vertoonen, en anders niet, als meede de Perfoonen in het vierde Articul vermeld, dewelke, mits zig preciefelyk reguleerende na het voorfchrift van dat vierde Articul, binnen de Plaatfen hunner Refidentie , en nergens anders zullen mogen met Aalmoesfen begiftigt en geherbergt worden. Ten zesden, en op dat deefe onfe ferieufe intentie te beter effecf forteere, hebben wy goedgevonden, by renovatie en ampliatie van het dertiende Articul van hec meergemelde Placaat van 1649, alle Heeren van Hooge- of Ambagtsheerlykheeden, mitsgaders de Steden , welke Crimineele of Civiele Juftitie zyn admmiftreerende, en generaalyk de Geregten van alle Dorpen of Ambagten binnen deefe Provincie, te gelasten en beveelen, dat zy ieder in den haare, hun werk daar af zullen maaken,. om de Beedelaars, Landloopers en Vagabonden in denfelven Ambagte te doen apprehendeeren, en te leeveren in handen van den Hoofd-Officier van de Plaatfe, die daar meede handelen zal na inhoud der Placaaten. Beveelende wyders allen Officieren, datzy dit ons Placaat, mitsgaders dat van den 25 4E 2 Oc-  5S8 Placaaten. 4. Boek. 2. Titul. Oclober 1760, en fpeciaal meede het zevende, agtfte en negende Articul van ons meergemelde Placaat van 12 Mey 1549, exaételyk nakomen en executeeren, waar toe door ons buitengewoonc voorfiening is gedaan. En op dat niemand hier van ignorantie zoude kunnen pretendeeren , begeeren wy, niec alleen, dac deefe alomme zal worden gepubliccerc en geaffigeerc, daar hec behoord en ce gefchieden gebruikelyk is, maar gelascen boven dien alle Officieren, Schoucen en andere Geregtsbediendens naauwkeurig cocflgc cc neemen , dac die ons Placaac in alle Herbergen, Kroegen en Slaapfteeden ten placcen Lande, en in de Sceden daar zulks nodig zal weefen en door de Magiftraaten geordoneerd zal worden, mitsgaders in alle Vragt, Beurt-en Trekfchecpen op een zigtbaare plaatfe worde opgehangen, op poene van drie gulden, een behoeve van den Officier, welke de calange zal doen , ce verbeuren byden Herbergier, Kroeg of Slaapfteehouder, of Schipper, welke van zulks ce doen in gebreeken blyfe, of dit Placaat gefcheurt of gefleeten zynde, niet na behooren vernieuwt. Ordonnecrende wyders, dat die ons Placaat jaarlyks in de Steden op nieuws zal worden gepubliceerd, en voorts op de tweede Sondag in October, na de Predicatie, alomme ten platten Lande door de Geregtsboodens of Voorlcefers, eer Plaacfe daar geen Geregtsboode is, aan den Volke diftinctelyk zal voorgelccfen worden, voor welke opleefing de Geregrsboode of Voorlecfer, door den Ge regee telkens zal geloond worden mec twaalf ftuivers, en indien de voorfz. Geregtboode of Voorlecfer daar van in gebreeken blyfe, zal defelve celken reife verbeuren drie guldens ten behoeve van den Armen. Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 30 October 1789. (Onderpand,) Ter ordonnantie van dc Scaacen. (Was gc:ceke:;:,) C. CLOTTERBOOKE. 24* Publicatie van de Staaten van Holland, 1 tegen het befchadigen yan de Rys-, Kram-, en Steen-werken aan de Buiten - Dyken en HavenDammen, mitsgaders van het Hout -plantfoen en Boomen, ftaande aan de Dyken en IVegen, in den Eylanden van Over-Flacquée. Den 24 September 1790» De Staaten van f Iolland en Westvricsland, doen ce weecen : Dac ter onfer kennisfe is gekomen, dat in den Eylande vanOverFlacquee verfcheide Perfoonen zig onderwinden, de Rys-, Kram en Steenwerken aan de buicen Dyken en Haven - D .ramen op allerley wyfen ce befchadigen , zoo mec dc fcyswerken los re breeken, als de Steenen op te neemen of verleggen, op prretext van Hout te fprokkelen , en Alikruyken te zoeken; en dat zelfs zulks zoo verre is gegaan. dat 'er geheele Stapels van het alfoo weggehaalde Paal eri Ryswerk zyn gemaakt, en wyders, dat zommige Lieden zig niec ontfien, van hec Houtpltntfoen en Boomen, ftaande aan de Dyken en Weegen in den voorfz. Eylande van Over-Flacque;e, tefchillen, af ce hakken en op een andere wyfe te fehenden. En nadien zodanige Daaden niec anders s3s voor verregaande Dieveryen, ende onbetaamelykfte moedwil, ftrekkende niet alleen tot fchade en nadeel van onfe g^ede Ingefeetenen in hec particulier, maar ook in hec generaal toe vernieling van de zeer koscbaare Dyk- en Zeewcrken, in welkers welfbnd hec gebeele Eyland allefints is geinteresfeerd, kunnen geilen en gehouden worden. Zoo is "t, dat wy tot weering van Zulke misdaadige handelingen goedgevonden "hebben , te ordonneeren en te ltarueeren by deefen. I. Dat niemand fjiitgefbnderd de daar toe /peci^ral gequalificeerde Perfoonen) op welk pretext zulks ook zoude mogen weefen, zal verregen te gaan aan of in en op de Rys- en >:e:nwerken, dienende tot confervatie van de Buitenwerken der respective Polders in den voorfz. Eylande, op een boece van drie guldens voor de eerfte, en van zes guldens voor dé tweede reife, zul/ende de onvermogende tot het betaalen der voorfz. boetens te Water en  Aangaande Crimineele Zaaken. en te Brood gefet wor Jen, voor den tyd van agt of ook voor veertien dagen, gelyk ook die geenen, die nog meerdere reifen zullen bevonden worden, in deefe te misdoen, boven den voorfz. boeten, nog voor gelyke of langer tyd in voegen voorfz. te Water en te Brood gefet zullen worden. II. Dat niemand zal vermogen aan, op of by de voorfz. Rys- en Steenwerken Mosfelen of Alikruyken te zoeken of te raapen, veel min op pretext daar van, defelve Werken los te maaken ofte breeken, of eenige Steenen op te neemen of te verleggen, of defelve Werken op eenigerlei andere wyfe te befchadigen of te benadeelen op de verbeurte van het dubbeld der boetens, mitsgaders op de verdere poenaliteiten by het i Art. geftatueert; zullende de Overtreeders boven dien gehouden zyn te vergoeden alle de fchadens en nadeden door hun aan de voornoemde Werken toegebragt, en by zoo verre daar toe onvermogend zouden mogen zyn, met Bannisfement voor meerder of minder tyd, en zelfs met Lyfilraffe na bevind van de meerdere of mindere aangebragte fchade, geilrafc worden. III. Dat niemand zal vermogen eenig Sprokkelhout, het zy Rys , Gaarden, Staaken of Paaien van de voorfz. Werken, op eenigprsetext te raapen of wegdraagen, op pcene niet alleen van gelyke boetens als hier vooren geftatueerd zyn, maar ook van arbitraire correctie, Bannisfement, of Lyfftraffe, na 'maate meerder of minder in dit opfigt misdaan zal zyn. I V. En dat een ieder zig zal hebben te wagten eenige Boomgewasfen aan de Dvken en op de Weegen ftaande, aan wie defelve ook zouden mogen toebehooren eenigfints te befchadigen, veel min die om te hakken ofte verderven, op pcene niet alleen van te doene vergoeding van aangebragte fchaade, maar zelfs, van zonder eenige conniventie, met openbaare Geesfeling te zullen worden geftraft. b En zullen de hier voorgemelde boetens worden verdeeld tusfchen den Officier die de Calange zal doen, tusfchen den Aanbrenger en tusfchen de Armen van het Diftrict, daar het deliét gebeurd zal zyn, ieder voor een derde gedeelte; en zullen de Ouders voor de voorfz. boetens, by hunne Kinderen verfchuldigd, aanfprakelyk gehouden worden. Lastende en beveelende wy den Bailliuw 's Lands van Voorne, mitsgaders alle verdere Officieren en Jufticieren in Over-Fiacquée, die daar toe behooriyk bevoegd zouden mogen zyn, deefe Publicatie exaételyk te obferveeren, en te doen obferveeren en executeeren, zoo als zulks behoord. En ten einde niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen voorwenden, zal deefe worden gepubliceert en geaffigeert op allé plaatfen in den voorfz. Eylande van OverFiacquée, daar zulks behooriyk en te gefchieden gebruikelyk is, en de voorfz. publicatie en affixie van tyd tot tyd moeten worden vernieuwd, naar maate tot ieders te beetere onderrigting nodig bevonden zal worden. Aldus gedaan en gearrefteerd onder het klein Zeegel van den Lande, in den Hage den 24 September 1790. (Onderjiond,} Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent f) C. C L O T T E R B O O K E. 4E 3 DERDE  Fol. 590 DERDE TITUL- Zaaken van Leen. 1. Refoiutie van dc Staaten van Holland, zvaar by aan een Perfoon van de Roomfche Religie gepermitteert word, over haare Leengoederen by uiterfte wil te disponeeren voor Notaris en Getuigen mits niet in prejudicie van futare Erfgenaamen ab inteftato, niet van de Roomfclie Religie zynde. Den 8 Mey 1789. Ontfangen een Misfive van de Praefidenc en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 6 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 2 der voorlede maand, der zeiver Confideratien en Advis op de daar by te rug gaande Requesce van Maria Magdalena van Sluypwyk Moens, om de daar by geallegueerde redenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende zouden gelieven re verklaaren, dat zy, die van de Roomfche Religie is, bevoegd is, om over haare Leengoederen by uitterfte wil te disponeeren voor No taris en Getuigen, en dat haare dispofitie over de zelve Goederen, voor Notaris en Gecuigen gemaakt, of die zy in het vervolg nog voor Notaris en Getuigen zoude mogen maken, mec haar dood bekragcigc wordende, op haar overlyden zal kunnen en moeten en eet iortceren, mits en voor zoo ver de zelve niets behelst in prejudicie van iemand van .haare Erfgenaamen ab inteftato, nret van de Roomfche Religie zynde, of in eenigerhande opfigte tegen eenige Wetten of Placaaten van den Lande aanloöpen; cn dat, by aldien geduurende de deliberatie van hun Ed. Gr. Mog. over het evengemelde verfoek ieti'Menlchetyksaknde Suppliante mogte overkomen, als dan evenwel hun Ed. Gr. Mog. de door haar voor Notaris en Getuigen gepasfeerde dispolicie over haare Leengoederen zullen gelieven ce confirmeeren, en verftaan, dac de zelve effect, forteeren zal, voor zoo verre die niet tegen eenige Wet of Placaac van den Lande aanloöpen; welk Advis, leggende favorabel op hec voorfchreeven verfoek, en voores cendeerende cot eene generaale veiklaaring, hier na volgt geinfereerc Edele Groot Mogende IIeeren! De hier nevens teniggaande Requesce van Maria Magdalena van Smypwyk Moens hebben wy, in gevol¬ ge de requificie van U Ed. Gr. Mog., geëxamineert en bevonden , dac de Suppliance daar by verfoekc, dat hec aan U Edele Gr. Mogende bebaage te verklaaren, dat zy, die van de Roomfche Religie is, bevoegt is, om over haare Leengoederen by uitterfte wil te disponeeren voor Notaris en Getuigen, cn dac haare dispofitie over de zelve Goederen, voor Nocaris en Getuigen gemaakt, of die zy in het vervolg nog voor Notaris en Getuigen zoude mogen maaken, met haar dood bekragtigt wordende, op haar overlyden zal kunnen en moeten effect forteeren, mits cn voor zoo verre dezelve niets bchelfen in praejudicie van iemand van haare Erfgenaamen ab inteftato,niet van de Roomfche Religie zynde, of in eenigerhande opzigte tegen eenige Wetten of Placaaten van den Lande aanJoopen, en dac by aldien, geduurende de deliberatie van U Edele Gr. Mog. over het evengemelde verfoek, iets Menfchelyks aan de Suppliante mogte overkomen, als dan evenwel U Edele Gr. Mog. de door haar voor Notaris en Gecuigen gepasfeerde dispofitie over haare Leengoederen zullen gelieven ce confirmeeren , en te verftaan, dat de zelve effect forteeren zal voor zoo verre die niet regen eenige Wee of Placaac van den Lande aanloope: En dat de Suppliante by de middelen van de voorfz. Requesce pofeerc dac haar eenige bedenkelykheid was voorgekomen, of haare dispofitie die zy, na in den jaare 17Ó8 voor twee Raden uit defen Hove getesteert ce hebben, naderhand voor Nocaris en Getuigen had gemaakt, voor zoo verre die haare Leengoederen , om over welke te disponeeren zy Octroy van U Edele Groot Mog. had geobtineerd niet zoude kunnen worden gequerelleerd, uic hoofde van U Edele Gr. Mog. Placaac van den 4 Mey 1655, waar  Zaaken van Leen. jm{ waar by op het einde, na dat daar by even te vooren waaren gecasfeert en geannulleert alle Octroyen en Conceslien aan Pausgefinden verleent, om over Leengoederen te mogen disponeeren, uit kragte van welke Octroyen de naaste Erfgenaamen ah inteftato, niet zynde van de Pausfelyke Religie, zouden mogen worden of wefen voor by gegaan en verkort, wyders is geftatueert, „ dat geene Per„ foonen van de Pausfelyke Religie by „ Oclroy over Leengoederen zouden mo„ gen disponeeren anders als voor den ,, Praefident en Raden van den Hove, „ ten einde geene, welke tot de fucces- j „ fie naast geregtigt zyn, gepraeterieert „ of voorby gegaan worden, als met vol„ komene kennis en goede redenen." Dat zy wel teffens geinforrneert was, dat al voor lang by aanzienelyke Regtsgeleerden van vroeger en laater tyd, als onder anderen by Mr. Pieter Bort, en by den Praefident van Bynkershoek, om ! in derzelver Schriften gededuceerde re- i denen geoordeelt was, dat de evengemel- j de dispofitie van het voornoemde Placaat \ omtrent de verpligting der Roomschgefinden, om over Leengoederen niet anders dan voor Praefident en Raden van den Hove te disponeeren, in gevolge de baarblykelyke intentie en zamenhang van het gemelde Placaat alleen kan en moet worden geappliceert in zoodanige gevallen wanneer door een Roomschgezinden over desfelfs Leengoederen ten behoeve van zoodanige Perfoonen, welke-,mede van de Roomfche Religie zyn, en die anders tot die Leenen niet zouden hebben gefuccedeert, word gedisponeert in prejudicie van de naaste Erfgenaamen ab inteftato , niet zynde van de Roomfche Religie, en dat conform dat begrip zelfs in de voorige Eeuw by Sententie van den Hoogen Raad, volgens het getuigenis van den voornoemden Bort, zoude zyn gejugeerd; zoo als de Suppliante dan ook was geinforrneert, dat 'er veele voorbeelden van dispofitien van Roomschgezinden over Leengoederen zouden exteeren, welke voor Notaris en Getuigen zyn gepasfeert , zonder dat de zelve immer uit dien hoofde waaren gequerelleert, en dat zy mits dien ook vertrouwde, dat haare dispofitie over haare Leengoederen, voor Notaris en Getuigen gemaakt, valide en beftaanbaar is, en na haar overlyden effect zal moeten forteeren vermits haare Naastbeftaande, even als zy, profesfie doen van de Roomfche Religie, waar te- j gen haare gemaakte dispofitie over haare ! Leengoederen bevat eene maaking van het grootfte gedeelte derfelver Goederen aan Perfoonen van de publicque Kerk op welke zy, om redenen van vriendfehap en affectie, de zelve na haar affterven gaarne zoude willen doen overgaan; ' dog dat zy egter ten dien opzigte niet gaarne in het onzekere willende verfeeren , en door haaren hoogen ouderdom buiten ftaat zynde , om naar 's Haage over te komen, ten einde voor Prafidenc en Raden van den Hove Testament of andere dispofitie over haare Leengoederen te maaken, te raade was geworden de bovengemelde verklaaring van UEdele Groot Mogende te verfoeken. Wat nu, Edele Gr. Mog. Heeren! onfe Confideratien en Advis omtrent dac verfoek betreft, wy kunnen wel niet zien, dat de explicatie, welke Mr. Pieter Bort in desfelfs Tract. over het Leenregt Cap. 5. Tit. 2. pag. 81, en de Prrefident van Bynkershoek in desfelfs Quaest. juris Priv. Lib. 3. Cap. 2. circa finem, aan de bovengemelde Periode van U Edele Gr. Mog. Placaat van 4 Mey 1655 geven, beftaanbaar is met de woorden, waar in die Periode is vervat, en wy zouden, om dat die Periode generaal en op zig zelve ftaat, meer inclineeren, om met onze Praedecesfetiren te begrypen, dat het de wil van den Wetgever, ten tyde van het emaneeren van het voornoemde Placaat * is geweest, dat alle Testamentaire dispofitien van die van de Roomfche Religie over Leengoederen voor Praefident en Raden van den Hove zouden worden gemaakt, al waare het dat in dezelve geene Naastbeftaande van de Gereformeerde Religie wierden geprceterieert of verkort; als met den Praefident van Bynkershoek niet kunnende inftemmen, dat 'er in dien tyd geene redenen zouden hebben kunnen exteeren, waarom de Wetgever meer zorge zoude hebben willen draagen, dat geene Roomschgefinde Naastbeftaande door Roomschgefinde, dan dat geene Gereformeerde Naastbeftaande door Gereformeerde in de fuccesfie in Leengoederen, zonder kennisfe van zaaken, wierden ge» praeterieert. Wy begrypen egter Edele Gr. Mog. Heeren! dat daar thans die redenen, welke 'er toen konden exteeren, by verandering van tyden, zoo zeer niet in aanmerking fchynen te komen, 'er eene zekere hardigheid in zoude kunnen gerekend worden te refideeren, dat Roomschgefinde ook dan, wanneer zy geene intentie hebben, om Naastbeftaande van de Gereformeerde Religie ten opfigte van de fuccesfie in hunne Leengoederen te prreterieeren , genoodfaakt zouden worden hunne uitterfte wils-dispofitie over defelve voor Praefident en Raden van den Hove te maaken, en wy zouden daarom van Advis zyn, dat U Edele Groot Mogende by eene Refoiutie op der Suppliante verfoek favorabel zouden kunnen disponeeren , en by die te neemen Refoiutie te gelyk in het generaal verklaaren, dat de laatfte Periode van U Edele Groot Mog-  59 * Placaaten. 4. Boek. 3. Titul. Mog. Placaat van 4 Mey 1655, behelfende de verpligting der Roomschgefinden, om over Leengoederen niet anders dan voor Proefident en Kaden van den Hove te disponeeren , thans alleen van applicatie is op zoodanige gevallen, in welke iemand van de Roomfche Religie over zyne Leengoederen wil disponeeren ten behoeve van Perfoonen, welke mede van de Roomfche Religie zyn, met voorbygaan van dc naaste Erfgenaamen, ab inteftato , niet zynde van de Roomfche Re- hëie- . , Ons niet te min eerbiedig rcferceren- de tot U Edele Groot Mog. wyzere bevattingen.Hier mede Edele Groot Mogende Heeren! bidden wy God Almagtig U Edele Groot Mogende in eene langduurige en voorfpoedige Regeering te conferveeren. Gefchreven in den Haage den 6 Mey 1789. (Onderftond,) Uw Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige, De Prafidenc en Raden over Ho/land, Zee/and en Vriesland. (JLaagerftond,) Ter Ordonnantie van defelve. (JFas geteekent,) ADRIAAN I30DT. Waar op gedelibereert zynde, is goedgovonden en verftaan by favorable dispofitie op der Suppliante verfoek te verklaaren, dat zy Suppliante, zynde van de Roomfche Religie bevoegd is, om over haare Leengoederen by uitterfte wil te disponeeren voor Notaris en Getuigen, en dat haare dispofitie over de zelve Goederen, voor Notaris cn Getuigen gemaakc , of die zy in het vervolg nog voor Notaris en Getuigen zoude mogen maaken , met haar dood bekragtigt wordende, op haar overlyden zal kunnen en moeten effect forcecren mies en voor zoo verre defelve niecs behelfe in prxjudicie van iemand van haare Erfgenaamen ab inteftato, niet van de Roomfche Religie zynde, of in eenigerhande opfigte tegen eenige Wetten of Placaaten van den Lande aanloopende. En is voorts, met opfigt tot de geproponeerde generaale verklaaring by hccflocvanhcc voorfchreeven Advis, dac de laacfte Periode van hun Edele Groot Mogende Placaac van den 4 Mey 1655, behelfende de verpligting der Roomschgefinden, om over Leengoederen niet anders dan voor Praefident en Kaden van den Hove re disponeeren, thans alleen van arplicacie is op zoodanige gevallen , in wel. ke iemand van de Roomfche Religie over zyne Leengoederen wil disponeeren ten behoeve van Perfoonen, welke mede van de Roomfche Religie zyn, wet voorbygaan van de naaste Erfgenaamen ab iuttflato, niet zynde van de Roomfche Religie , goedgevonden en verftaan , dat het voorfchreeve Point zal worden geëxamineert door de Heeren van de Ridderfehap en verdere hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, mec Commisfarisfen van den Hove, en de Vergadering daar op gediend van der zeiver Confideratien en Advis. VIERDE T I T U L. Houtvesterye en Jachtzaaken. 1. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende voorfiening, ten einde de gedepopuleerde Konyn duinen efte&ivelyk voor altoos blyven gedepopuleert. Den 4 August as 1763. By Refumptie gedelibereert zynde op het Rapport den 15 Juny deefes jaars ter Vergadering uitgebragc door de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter voldoening van  Houtvesterye èn Jachtzaaken* van haar Ed. Groot Mog. 'Re/blutie Commisibriaal van den 10 Maarc deefes jaars, meten neevens de Heeren Gecommitteerde Raden in den Hage, en teffens vervangende de Heeren Gecommitteerde Raden ce Hoorn refideerende , geëxamineert het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder Quartier van den 23 February daar te vooren, en den 4 der gemelde maand Maart ter Vergadering ingekomen, houdende, ter voldoening aan haar Ed. Groot Mog. Aanfehryving en Refoiutie van den 27 January desfelven jaars, derfelver Confideratien en Advis omtrent de wyfe, waar.op best zoude kunnen en behooren ce worden geeffeétueert, dac de Konynduynen in Westvriesland en het Noorder Quartier, voor dewelke vermindering van Verponding was geaccordeert, onder voorwaarde van gedepopuleert te moeten worden, effeótivelyk voor altoos blyven gedepopuleert, ten einde te dier zaake een eenparige voet over de geheele Provincie konde worden beraamd en vastgeftek, breeder vervat in hec gemelde Advis, geinfereerc onder de Notulen van den 4 Maart vooriz. ,• a/s meede de MisCiva van de Heeren Gecommitteerde Raden, mitsgaders Dykgraaven en Hoogheemraden van Rhynland en Delfland, gefchreeven alhier in den Hage den 18 November 1762, en houdende, ter voldoening aan haar Ed. Groot Mog. Refolutien van den 25 December 1758, 22 Juny en 2 November} 1762 , derfelver Confideratien en Advis nopens het voorfi. behooriyk effectueeren, dat de Konynduinen, die vermindering van Verponding genieten, onder voorwaarden van gedepopuleerd te moeten worden, effectivelyk voor altoos blyven gedepopuleerd, by I infertie gebragt onder de Notulen van den voorfz. 1 December 17^2. Is goedgevonden en verftaan, aan de Aangelanden van alle de gedepopuleerde Duynen in het Zuider Quartier deefer Provincie geleegen, by deefen te geeven de faculteit, om de Konynen, en Konyshoolen, gevonden wordende in de Gedepopuleerde Duynen binnen de duifend roeden van haar Landen geleegen, ten overftaan van een Toefiender of Guardes Chasfe, door haar te falarieeren op een dag gek van vyftien ftuivers daags, te mogen uitroeyen en vernietigen, ende gevangen Konynen voor zig te behouden; om welke Guarde Chasfe te bekomen, de voorfz. Aangelanden zig zullen moeten addresfeeren aan den fubftitut Houtvester van de Houtvestery waar onder de Duynen geleegen zyn, of de geenen die de Houtvestery aldaar waarneemt, dewelke gehouden zal zyn aanftonds daar toe de nodige ordre te fteilen, des dat de Aangelanden , tot de Jagt gequalificeert, de voorfz. uitroeying en vernietiging zullen mogen doen, zonder daar toe een Toefiender of Guarde Chasfe als boven nodig te hebben, en dat in allen gevallen de Eigenaars van de voorfz. Duynen zullen hebben te verforgen, dat defelve voor het einde van het loopende jaar IX. Deel. 593 zullen wefen gedepopuleert, en daar van ter Financie van het Quartier, waar onder gebooren, zullen, hebben te doceeren, op prenö van de aan haar geaccordeerde Gratiën te zullen verliefen; zullende daar van by een te publiceeren en affigeerene Notificatie aan een iegelyk kennis worden gegeven. Voorts, met opligt tot dc Duynen in Westvriesland en het Noorder Quartier, de Heeren Gecommitteerde Raden te Hoorn refideerende, by deefen te authorifeeren, cm alle gedepopuleerde Duynen te laten infpecteeren, en voor zoo verre eenige Duynen werden gevonden, welke niet na behoren gedepopuleert zyn, het zelve ten fpoedigften, en wel binnen den tyd van dit loopende jaar te laaten ejfectueeren, de Konynshoolcn te laaten infeóteeren en te laten ftoppen, en, na de gedaane depopulatie, te ordonneeren aan de geenen, welke met de Helmptanting daar van belast zyn, om defelve beplanting na vereisch ten eerften te doen. En wyders, ten einde de .Duynen effedivelyk en voor altoos gedepopuleert mogen blyven, 'by deefen vast te fte/len, ten opfigte van de Duynen zoo in het Zuyder als Noorder Quartier geleegen, dat geen dedommagementen byhet Gemeeneland, of by deHoogheemraadfehappen van Rhynland en De'nand, zullen mogen betaald werden , ten zy 's jaarlyks een Certificatie van Schout en Gerechten , waar onder de gedepopuleerde Duynen in de Verponding zyn aangeflagen, gegeeven op den Eed in den aanvang van hare bediening gedaan, door den Eigenaar van de Gedepopuleerde Duynen werden overgelegd, dat de Duynen in der daad Konynloos Worden gehouden. Dat ook geen ordonnantiën van remisfie ter Financie zullen worden geflagen, ten Zy door den Eigenaar 's jaarlyks word geëxhibeert een Certificatie van Schouc en Gerechte, als boven is gemeld, ten bewyfe dat zodanige Duynen als nog gedepopuleerd worden gehouden. En dat voorts de nieuwe Octroyen en Continuatien wegens het depopuleeren van de Duynen met deefe precautien zullen worden geamplieert: En zal van de voorfz. Refoiutie aanfehryving worden gedaan aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in beide Quartieren, en aan Dykgraaven en Hoogheemraaden van Rhynland en Delfland, zoo om de executie daar aan te geeven, als om zig daar na te reguleeren , met aanfehryving teffens aan Dykgraaven en Hoogheemraden voorfz., om jaarlyks ter Financie van haar Ed. Groot Mog. te beforgen een verklaaring, op den Eed in den aanvang harer bedieningen gedaan, dat de Duynen onder haar directie ftaande, en die gedepopuleert moeten zyn , behooriyk zyn gedepopuleert , en in der daad Konynloos worden gehouden, met authorifatie op de Heeren Gecommitteerde Raaden, om by ontftentenis van dien, daar van kennis te geeven aan haar Ed. Groot Mog , ten einde als dan daar in nader werden voorfien. 4F ffaar-  594 Placaaten. 4. Boek 4. Titul. 2. IFaarfchouzving van de Staaten van Hol¬ land, ten einde de gedepopuleerde Konynduynen in het Zuider - Quartier wor altoos gedepopuleert gehouden werden. Den 4 Augustus 1763. De Sraaten van Holland cn Westvricsland, Allen den geenen die deefen zullen fien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Alfoo wy in ervaaringe gekomen zyn, dat op veele Plaatfen binnen deefe Provincie, de Konynduinen, voor welke door ons vermindering van Vcrpondinge of andere gratiën zyn geaccordeert, op die voorwaarde, dat defelve effecfif gedepopuleert zullen moeten zyn, en voor altoos gedepopuleert zullen moeten gehouden worden, by continuatie blyven gepopuleert tot groote fchaade der Aangelanden. Zoo is 't, Dat wy daar in willende voorfien, goedgevonden hebben ten res^cte van het Zuyder Quartier deefer Provincie vast te fteilen, zoo als wy vascftellen by deefe, aan de Aangelande van alle de gedepopuleerde Duinen in bet voorfz. Zuider Qaartier deefer Provincie geleegen, te geeven de faculteit, om de Konynen en Konynshoofen, gevonden wordende in de gedepopuleerde Duinen binnen de duifend roeden van haare Landen geleegen, ten overflaan van een Toefiender of Guarde Chasfe, door haar te fikirieeren op een Opgeld van vyftien ftuivers daags, te mojen uit roeyen en vernietigen, en de gevangene Konynen voor zig te behouden, om welke Gu¬ arde Chasfe te bekoomen , de voorf/.. Aangelanden zig zullen moeten addresfeeren aan den Subftitut Houtvester van de Houtvesterye waar onder de Duinen geleegen zyn, of aan de geenen die de Houtvesterye aldaar waarneemt, dewelke gehouden zal zyn aanftonds daar toe de noodige ordre te fteilen , met dien verftande egter, dat d# Aangelanden tot de Jagt gequaliriceert, de voorfchreeve uitroeymg cn vernietiging zullen mogen doen, zonder daar toe een Toefiender of Guarde Chasfe als booven noodig te hebben, en wyders te ordonneeren, zoo als wy ordonneeren by deefe, dat in alle gevallen de Eygenaars van de voorfz. gedepopuleerde Duinen, zoo in het Zuider als Noorder Quartier deefer Provincie, zullen hebben te verforgen, dat defelve voor het einde van dit lopende jaar zullen weefen gedepopuleert, en daar van ter Financie van het Quartier waar onder gehooren, zullen hebben re docceren, op pcene van de aan haar geaccordeerde gratie tc zullen verliefen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, zoo begeeren wy, dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 4 Augustus 176T3. (Onderfond,) Ter Ordonnantie van de Staacen. (JVas geteekent,) A. v. d. M I £ D E N. 3- Refoiutie van dc Staaten van Holland, hou¬ dende verklaaring, dat het Placaat van 4 Augustus 1763 (raakende liet depopulceren der Duinen) niet betrekkelyk is tot de klingen en Duin offPdrande behoorende tot de Hof pi ad, genaamt groot Hafebroek, onder ffasfenaar. Den 5 November 1762* Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 3 deefer, hebbende, ingevolge en ter Voldoening van haar Ed. Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 20 September deefes jaars, geëxamineert de Requesce van Mr. Jan de Bac, woonende alhier in den Hage, te ken¬ nen geevende in fubftantie, dat hy in den jaare 1751 by Publicque Verkooping hadde gekogt, en aan hem by willig Decreet van den Hove van 1 Mey 1752 was getransporteerd geworden de Heer/yke Hofftad genaamt Groot Hazebroek, geleegen in den Ambachte van Zuvdwyk onder den Banne van Was- fe-  Houiresteryen en Jagtzaaken. 595 fenaar, met desfelfs aanhorigeBoerewooning, Bergen, Schuur, en particulier met zeekere Klingen, groot omtrent zeeventien Mergen, voor de gemelde Hofftad, Wooning en Landen geleegen, en daar en boven nog zeeker Duyn of Warande, groot omtrent twee en dertig Mergen als doen, als ook van oude tyden met Konyn gepopuleert geweest, met het regt van VVaranderyen over defelve Duynen; dat ook Johan, Heer van Wasfenaar &c. &c. by acte van 24 January 1477 de gemelde HofIteede cum annexis aan Adriaan van den Boukhorst hebbende verkogt, daar by als doen reeds hadde belooft voor hem en zyne Erven, den gemelde koper en zyne Erven alle hulpe en by ftand te zullen doen , die hem mogelyk zoude weefen, om die voorfz. Hoffteede met de Klingen en Warande van Konynen mstelyk en vreedelyk te bezitten en te gebruyken ; dat gelyk reeds in de oude tyden het gemelde Duyn met Konynen was gepopuleert geweest, het zoo verre van daar was, dat in volgende tyden daar in eenige verandering zoude zyn gekoomen, dat in teegendeel in den jaare ló^p by pubJicquelyk Geaffigeerde Billietten de verkoping van de gemelde Hofllad ivas gedenuntieerc met zeer deugdelyke byvoeging, dat teffens zoude worden verkogt die Klingen, Groot omtrent vyftien Mergen, en daar en booven nog zeeker Duyn of Warande , groot omtrent twee en dertig Mergen , als doen gelyk van oude tyden met Konynen gepopuleerd zynde, met het recht van Warande over defelve Duynen, en dat defelve Hofftad op dien voet publicq was geveyld en verkogt, en by willig Decreet van den Hove van Holland van den 14 February io"3o geleeverd geworden; dat ook de exercitie van het recht van Warande over de voorfz. Duynen uit de oudfte Huurcedulen kwam teconsteeren, en dat Houtvester en Meesterknaapen van Holland den Eigenaar van de voorfz. Hofftad op de formeelfte wyfe bevoegd en gerechtigd hadden erkend om gepeupleert Duyn of warande van Konynen te houden, wanneer by Sententie van Meesterknaapen van 4 December 1683 , door de gemelde Houtves¬ ter geacquiesfeert, tusfchen Arend van Wasfenaar van Duyvenvoirde, Houtvester van deefe Provincie, als Eysfcher ter Eenre, en Huybert Cornelisz. Lubbe, als Ge^yfelde ter andere zyde, het voorfz. recht van d*n gemelde Eigenaar buyten contradictie was gefteld en bepaald , hoe verre de limiten van hec zelve Duyn waren (trekkende, en tot hoe verre de Pagter van het zelve de Konynen aldaar zoude mogen vangen; zulks dat na de gemelde Sentencie in de Verhuuringen van het zelve Duyn wel duidelyk was bygevoegd, dat zulks gefchiede na de uytwyfinge van den Procesfe van het beloop; fustineerende den Suppliant om die en verdere reedenen by de Requeste gemeld, dat op dein voegen voorfz. by hem titulo onerofo geacquireerde Duynen van geen applicatie konden zyn of gemaakt worden haar Ed. Groot Mog. waarfchouwing van den 4 Augusty deefes jaars, waar by aan de Aangelanden van alle de Gedepopuleerde Duynen in het zuyder Quartier deefer Provincie word gegeeven de faculteit, om de Konynen Konynshooien, gevonden wordende in de gedepopuleerde Duynen binnen de duyfend Roeden van haare Landen geleegen, ten overftaan van een Toeziender of Guarde Chasfe te mogen uytroeyen en vernietigen, en de gevangene Konynen voor zig ce behouden; en derhalven verfoekende, dat haar Ed. Groot Mog. gelieven te verklaaren, dat de gemelde waarfchouwing van den 4 Augusty 17 63 op des Suppliants gemelde Klingen en het Duyn of Warande hier voren gemeld, niet is applicabel , en dat haar Ed. Groot Mog. gelieven te ordonneeren, dat geduurende de deliberatien van haar Ed. Grooc Mog. alles met relatie tot den Suppliant zal worden gehouden in ftaate. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, aan den Suppliant desfelfs gedaane verfoek by deefen te accordeeren, en dienvolgende te verklaaren, dat haar Ed. Groot. Mog. waarfchouwinge van den 4 Augusti 176*3 op desfelfs voorgemelde Klingen en Duyn of Warande niet is applicabel. 4» Placaat en Ordonnantie op de Houtves¬ terye en de Jagt in Holland en Westvriesland. Den 24 July r/67. Wy WILLEM, by der gracieGods, Prince van Orange en Nasfau, Graaf van Catzenelleboogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Kuylenborch, Marquis van Veere en Vlisfingen; Heer en Baron van Breda, Beilftein, der Stad Grave en Lande van Cuyck , Liesvelt, Diest, Herftal, Cranendonk, St. Vith, Daas ■ bug, Polanen, Willemftad, Niervaart, Ysfelftein, Bredevoort, Steenbergen-, St. Maartensdyk, Geertruidenberg, Turnhout, Ze¬ venbergen, de Hooge en Laage Zwaluwe, en Naaltwyk; onafhanklyk Heer der vrye en fouveraine Heerlykheid Ameland; Erf-Burggraaf van Ancwerpen , Erfmaarfchalk van Holland; Erfftadhouder, Erfgouverneur, Erfcapitein Generaalen Admiraal van de zeven Vereenigde Nederlanden ; als meede Erfcapitein Generaal en Admiraal van de Unie, OpperHoutvester en Jagermeester Generaal over Holland en Westvriesland, mitsgaders Ridder van de Koufeband, &c. &c. &c. 4F 2 Al-  59^ Placaaten. 4. Bock. 4. Titul. Allen den geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo f onfer kennisfe gekoomen is, dat dagelyks in de Bosfchen, Klingen, Duinen, Wildernisfen, mitsgaders in het Vlakke en andere Plaatfen, onder den bedryve van de I Ioutvesterye en Duinmeycrfchap van Holland cn Westvricsland, zeer groote exeesfen gegebeuren , die geperpetrcert worden by veele en diverfe Perfoonen, zoo in het vangen, rooven, fchieten cn vernielen van ontallyk veel Haefen , Konynen en ander loopend Wild; als ook in het vangen, rooven cn fchieten van Patryzen, Faifanten, Korhoenderen, wilde Zwanen, Crapganfen, Reigcrcn, Scholvaers, Kraencn en ander vliegend Wildt, cn dat mec Honden, Netten, Strikken, Busfen, Boogen cn andcrfir.s. Item, dat veele en diverfe Perfoonen hen tot noch toe onderwonden hebben, onder den bedryve van dc voorfz. Houtvesterye, naar Haefen, Konynen, Patryfen en ander, zoo loopend als vliegend Wild hier vooren genoemt, te jaegen, zonder daar toe gequalificeert te zyn. Dac meede hec Geboomce, Ryfen en Ruigten , wasfende in de voorfz. Bosfchen, Duinen cn Wildernisfen, dagelyks afgehouwen, gebrooken en vernielc worden, alles concrarie de oude Ordonnancien daar op gemaakc, waer inne nootzakelyk dient voorfien, omme de I verdere vernielinge en verderffenisfe van het j voorfz. Wild cn Wildernisfen te verhoeden. Dat ook van tyd tot tyd verfcheide differenten zyn ontftaan over de Perfoonen , die verftaen behooren tc worden tot de jagt gequalifieert te zyn. Zoo is 't, datwy, tot beter obfervantie van de Ordres, op de Houcvesterye en de jagt van Holland en Westvriesland gefteld , goedgevonden hebben te ordonneeren en te ftatueeren , zoo als wy ordonneeren en ftatueeren mies deefen. Eerst, dac een iegelyk hem zal hebben te wachten in de voorfz. Bosfchen, Klingen, Duinen en Wildernisien, mitsgaders in het vlakke, naerHaezcn, Konynen, Patryfenof ander van het voorfz. Wilde ce jaegen, of ook mec 1 lavikken of andere Vogelen ce vliegen, of op ecnigerlei wyfe ce vangen, anders als hier na coegelaaten wordt, op pcene van te verbeuren c'eiken reife twintig ponden, en daar en boven voor elke gevangen Haas veertig ponden, en voor elk gevangen Konvn, Patrys, Faifanc, Korhoen of ander van hec voorfz. vliegend Wilde, twintig ponden, alle van veertig grooten het pont, boven de verbeurte van dc Honden cn Vogelen, of andere Inftrumenten die men gebruikt zal'hebben. II. Hier inne alleenlyk uicgefondert die van de Ridderfehap en Edelen van Holland en Wescvriesland en derfelver weccige Afkomelingen, mitsgaders de Burgemeesteren, Raaden en Vroedfchappen van zoodanige Steden, de- welke zyn Leden van haar Edele Groet Mog. Vergadering, benevens derfelver Minifters ter Vergadering van haar Edele Groot Mog.comparecrende, gelyk mede de Raedperfionarisfenen fecretarisfen van haar Edele Groot Mog. in der tyd, als mede dc Commifen van haar Kdcle Groot Mog., ten Comptoire van den Raadpenfionaris in der tyd, die de Vergadering van haar tdele Grooc Mog. zullen bywoonen, micsgaders beide de Pra-fidcncen en andere Racden van den Hoogen Raede en Hove van Holland, de Griffiers, den Advocaet Fiscael, den Procureur Generacl, de Secretarisfen, de twee eerfte Deorwacrders van beide de Raedkamers, de eerfte en andere Luiden van de Rekcninge, de Auditeurs, den Klerk ordinaris, deDykgraevcnenHoogheemraeden van de drie Collegien, als Rhynland, Delfland cn Schieland. ' hem den Bailliuw van Kennemérland, den Rentmeester voerende den titul van Raed-en Rentmeester van Noordholland en van Kennemerland, de Meefterknaepcn en Secrecaris van de Wildernisfen, den Rentmccscer van do Exploicten en de Epargnes, den Griffier van den Lecnhove, den Kascclyn van hec llofin den l lage, weefende de voorfchreve Ollicieren al cc zamen gerepuccarc voor O/Meieren die men noeme den Efcroixof Domefliques van des Graeflykheids van Hollands Huife, dewelke van oudes tocgelaecen zyn geweese en als noch toegelaecen worden, onverhindere te mogen jaegen in hacr zelfs Perfoonen, of door haeren dagelyks gebrooden cn ordinaris Lyfdienaer, des door defelven op Konynalleen, en dat elk met een Zeel winden, tc weeten drie winden met twee Spilüoenen, of vier winden met een Spillioen of baftaert voor een Zeel winden gerekent, doorleidende heusfelyk de Duinen en Warande, zonder in de gaten te rommelen of te ftommelen, of naar eenige Haezen laegen te leggen, het zy op Dammen, Wegen, Hekken, Bruggen of anders, en dat niet meer ais twee dagen ter weeke in alle de Duinen en Waranden waar dat het zy, gaende eens Oost ende eens West, ent'elken reife te vangen niet meer, onder wat pretext het ook zoude moogen weezen, dan twee a drie I kezen, en een Koppel-Konynen of twee, alles en in ieder reguart op eene boete van twintig ponden, en daer en boven noch eene bdete van twintig ponden voor eiken Ilaes, en tien ponden voor elk Konyn, welk daer over gevangen zal worden, ook zullen defelve Gequalificeerden met Valken niet moogen vliegen dan in haer eigen Perfcon , op gelyke boete als vooren, zonder dat nochtans iemand van hen t eenigen tyde zal moogen jaegen in de Capittels Duinen, dewelke van de jagt vrygehouden werden, achtervolgende Sententie van den grooten Raede, van dato den drie en twintigftea Decembris anno vyfnen honderd vyf, en die contrarie doet, het zelve zal mede wet fen t' eiken reife op een boete van twintig ponden ,boven gelyke twincig ponden voor elken Haes, by de fel vealdaer te vangen, met dien ver-  Houtv-esteryen en Jagtzaaken. 597 verftande nochtans, dat het voorfz. verbot van jagt in de Capktelduynen zich niet extendeert tot het uitroeien en depopuleeren der Konynen. III. Den Deurwaarder van het Comptoir van Noortholland en de Wildernisfen zal in het exerceeren van zyn officie, uitgaande met een Hond, moogen jaegen op Konyn, zonder anders of meer, en mits hem reguleerende volgens deefe Ordonnantie, I V. Ordonneerende den Lt. Houtvester hem wel en behooriyk te informeeren op de qualiteit van andere de Jagt gebruikende, en den geenen, dien hy zal bevinden ongequalificeert te weefen, het Velt te verbieden, en tegens denfelven te procedeeren naar den inhout dee fer Ordonnantie, zonder eenige conniventie of disfimulatie, zonder dat ook op eenige pretenfe posfesfie van te jaegen eenig regart zal moogen worden genoomen, ten waere die zyne Ouders of Pisedecesfeurs in officio in vreedllimig gebruik van te jaegen waeren geweest voor den jaere vyftien honderd twee en zeventig zonder particulier conient, en dat daer van ten genoegen deede blyken* V. Verbieden ook den Lt. Houtvester, dat hy alleen, of met Meescerknaepen, eenige Ongequalifieeerden ter jagt by particulier confent zal admitteeren in eeniger manieren. V Is En ftatueeren wy wyders, dat alle die geene , welke Acte van Confent tot de jagt van ons zullen hebben geobtineert, gehouden zullen zyn, defelve, alvorens daer op te moogen jaegen, te vertoonen aan den Lt. Houtvester, en ter Secretarie van de Houtvesterye te doen regiftreeren, op pcene van te verliefen het effect: van de verkreegen Acte, en als Ongequalifieeerden te werden gegyfelt. Dat voorts ook die geene, die de voorfz. Acte zullen hebben geobtineert, daarop alleen zullen moogen jaegen in Perfoon, ten waere de Acte anders duidelyk medebragt, en zig voorts in allen deele moeten reguleeren na de Ordonnantiën en Placaeten op de jagt en Wildernisfen bereits geëmaneert of nog te emaneeren , op pcene van te vervallen in de boeten en poenaliteiten daer by gefteld. V I L Verbiedende overzulks eenen iegelyken, in voegen voorfchreve niet ter jagt gequalificeert- zynde, te hebben of te houden eenige loopende Honden, Winden, Haezewinden, Bastaart- winden of Bastaert Haezewinden, Spiilioenen, Brakken, Legerhonden, Tuimelaars of eenige andere Honden, ter jagt geleert of bequaem zynde: En beveelen den geene, die alfulke Honden hebben, hen dezelve binnen een maend na de Publicatie van deefe als noch quyt te maeken, of buiten den bedryve van de Houtvesterye te fchikken, op de verbeurte van tien ponden op eiken Hond, boven de verbeurte van den zeiven Hond, die by den Dienaar van den Lt. Houtvester met 'er daet zullen worden aengevaart. VIII. En zullen de voorfchreve Gequalificeerden ter jagt, haere Dienaren of anderen defelven moogen gebruiken op Konyn van den vyf en twintigften July af, en op Haes van den eerften September af tot den laetften November daer aen, en niet eerder of langer, op een boete t'elken reife van twintig ponden, en daer en boven noch twintig ponden van eiken Haes, en tien ponden voor elk Konyn het welk buiten dien tyd zal werden gevangen, boven de verbeurte der Honden; zonder dat ook de voorfz. Gequalificeerden zullen moogen jaegen voor den Zonnen opgang, nochteookna der Zonnen ondergang: Gelyk zyluiden ook niet zullen moogen jaegen of het Velt frequenteeren op Zondagen, Beededagen of diergelyke Feestdagen, alles op verbeurte van . dubbelde boeten, zoo wel ten opzichte van de generaale boete wegens het jaegen, als de fpeciale boete op ieder ftuk Wild: Ook word wel expresfelyk by deefen verboden in eeniger manieren te jaegen in eenig noch te Velde ftaende Koorn, of Honden daer in te zenden op een boete van vyf en twintig ponden. I X. Zullende ook de geene, ter jagt gequalificeert zynde, die het Wyspel met den Vogel hanteeren, het zelve niet moogen doen dan buiten de voedende tyd, te weeten niet anders dan van den eerften September af tot ultimo November toe, zonder eer of langer, uitgefondert alleenlyk de Vlugt op de Pitoir, die men in de pomptyd naer ouder gewoonte zal moogen vliegen, en dat op gelyke boete t'elken reife als voren. X. WTeIverftaende, dat de meeninge niet is iemand van de voorfz, Gequalificeerden de jagt toe te laeten, die vervallen zoude moogen weefen tot eenige mechanique Ambachten of Neeringen te doen, of die Haefen of Konynen of eenig ander Wild verkoopen, verwisfelen of leveren om eenig gewin, of daer op leeven, den welken wy het Velt verbieden, en interdiceeren van. nu voortaan meer naer Haes, Konynen of eenig andere Wild te moogen jaegen, op poene jegens de Ongequalifi' ceerden geftatueert. X I. Dat ook de geene, die gequalificeert zyn om te moogen jaegen, defelve jagt niet anders zullen gebruiken dan tot eeriyke exercitie en vermaekelykhied: en indien iemand bevonden werde een Haes gedekt, geflagen, ter laete of anders dan ter loop gevangen te hebben, dat zal t' eiken reife weefen op een boete van twintig ponden. X I I. En om te fchouwen mecnigvuldigheid van Gyfelingen en Procesfen,- welke veroorfaekt zouden moogen worden uit de qualiteit van den geenen, die onder titule van de voorfz. Ridderfchappe, Edeldom of anders hen onder- 4F 3 win-  59- Placaaten. 4. Bock. 4. Titul. winden te jaegen, zoo werd by deefen geordonneert dnt een iegelyk, die voortaen, onder alzulkc titule zal willen jaegen, gehouden zal weefen, alvorens voor Houtvester en Meesterknacpen zyne qualiteit te koomen justihceeren, des dat Burgemeesteren cn Regeerders van de Steeden zullen mod£en volltaan met van jaer tot jacr na dc verandering van de Regeering in de respective Steden aen den Lt. Houtvester en Mecstcrknaepen over tc zenden een Lyst van de Regenten, die gequalificeert zyn, en by aenftclfinge van een nieuw Lidt buiten tyds, daer van aen defelve kennis tc geeven, op poene als ongequalificeert te zullen worden gegyfelt en jegens hem geprocedcert, zullende ter Secretarie van de Houtvesterye van al het gunr voorfz. is, behoorlyke aentekeninge cn Register gehouden moeten worden; en by aldien iemand by ft leesterknaepen m^gte verftaen worden ter Jagt ongaqualificeert te zyn, zal defelve hem van de exercitie van de Jagt moeten onthouden, tot dat by den Leenhove in cas van provocatie met kennis van zjeken anders zal weefen vcrItacn. XIII. Ook zal niemand over het (luk van qualificatic, aangaende de exercitie van de Jagt, zich moogen onttrekken de kennisfe en de Judicature van Mee;:erkraepen, het zy door middelen van provifien potütfbèt of andere diergelyke van de Hoven te verfoeken, maer zullen allen en een ieder haer dien aengaende hebben te reguleeren na de Refoiutie van de Edele Groot Mog. I Ieeren Sl ieten van Holland en Westvriesland, in dato den 22 November 1670. X I V. Zullen ook de Gequalificeerden omme te jaegen of vliegen, b\ tyden als de Sneeuw en Ys leit, niet moogen Jaegen of Vliegen, en indien zy deer inne excedeerden, dat zal weefen op de boete van tien ponden f eiken reife te verbeuren, en daeren boven gepriveert te blyven van meer te jaegen of vliegen in vier jaeren daer na, en dat op de boete van vyftig Carolus guldens t'elkens te verbeuren indien zy ter conrraric deeden, boven de ordinaris Boete h er voren in het eerfte Artikel geftatueert, zonder dat defelve, als hem zelfs in Perfoon, niet geoorloft is te jaegen, haere voorfchreve gebroode Lyfdienaars in defelve Duinen of Waranden zullen moogen zenden op gelyke boeten, en de Dienaers daer en boven arbirralvk gecorngeert te worden. X V. Item zullen de voorfz. Gequalificeerden geen gefpan moogen maaken, of te zamen jaegen met geleende of genepte Honden, maar zullen elk alleen jaegen met geene andere ais haer eige Honden, op een boete van twintigponden. * V L En alfoo daar groote questien dikmaels gemoveert worden op de interpretatie van het gefpan, zoo werd alhier verklaert, dat voor een gefpan gehouden werd als eenige gequalificeerde Weyluiden met opfet en wille, en met een getal van veele Honden, excedeerendc het getal van een Zeel winden zyn jaegende, alsmede wanneer een Gequalificeerde op een en den zeiven tyd op verfcheidene wyfen, als, by voorbeelt, met de lange Honden en teffens met de Snaphaen, of met de Snaphaen en de Valk, of wel met de Valk en de lange Honden, of wel eindelyk met alle drie te zamen, alles op een boete in ieder reguart van vyftig ponden, behalven de ordinaris boeten op ieder gevangen of gefchooten Ituk Wildt; maer eenige gequalificeerde Weyluiden bygeva!le in het Velt de een den andere ontmoetendende, in een weinig tyds by den anderen blyvende, en maeken geen gefpan, gelyk mede indien zy per Compagnie met den : anderen hcusfchelyk zyn gaende, altyd niet excedeerende een Zeel winden; 'gelyk mede niet verftaen zullen werden gefpan te mackoa zodanige, die gequalificeert zynde om te moogen Ja gen met de Snaphaen met eikanderen per Compagnie ter Jagt gaen, mits te zamen en in alles geen meerder Wildt fchietende als hier na by het 41 Art., aen een Gequalificeerde werd gepermitteert; en zoo Wie anders of contrarie deefen bevonden wordt met gefpan te jaegen, het zelve zal zyn elke j reife op een boete van twintig ponden en daer I en boven tien ponden op ieder Perfoon. XVII. Het welk alleen vei ftaan wordt van de GequaVtncecTde in Perfoon, zonder dat eenige derfelver gebroode Dienaers, aen dewelke het alleen is toege.'aeren voor haere Meesters op Konyn te moogen jaegen (allchoon niet excedeerende een Zeel winden) te zaemen zullen moogen jaegen op de boeten felken reife als vooren. XVII I. Ook zal niemand, ter Jagt gequalificeert zynde, eenige ongequalitieecrde Perfoonen, omme het vermaek van de Jagt te genieten, met hem moogen neemen dan een of uiterlyk twee boven zynen gebrooden Dienaer, op pcene van Gefpan en gelyke boeten als voren : Edoch zullen daer onder niet begreepen zyn Huisluiden, Duinmeyers of andere Perfoonen , die men zoude moogen hebben gebruikt of weeten te gebruiken, omme her Wildt te fpeuren of daer van aenwyzinge te doen, dewelke in hec Velt bevonden werdende, aenftonds de boeten zullen verbeuren zonder verfchooning. En werd wyders het fpeuren of opfoeken naer Wildt door Ongequaliriceerdens, of Bediendens der Gequalificeerdens verboden op gelyke boete als vooren. X I X. En nademaal groote excesfen in hec ftuk van de Jagt koomen ce gefchieden door een zoortvan Honden, diemen Tuimelaars noemt, als werdende door hec misbruik derfelver op een ongewoonlyke wyfe de Konynen in "rootc meenigte opgevangen, tot merkelyke'ont- Uoo*  Houtvesteryen en Jagtzaaken. blootiiïg van de voorfchreeve Wildernisfen ende evcesfive fchade van.derfelver Pachters, zoo interdiceeren en verbieden wy mits deefen , dat van nu voortaen niemant vermoogen zal met de voorfchreve Tuïtnelaers in de Duinen te jaegen door zyn gebroode Lyfdienaers of andere op zynen naem , maer werd alleenlyk aan die geene, dewelke ter Jagt zyn gequalificeert mits deefen toegelaeten met de voorfz. Tuimelaers te jaegen voor haer exercitie en vermrtkelykheit, met dien verltande, dat zy luiden vermoogen zullen zulks te pleegen zelfs in Perfoon zonder dat de voorfchreve Lyf of Broot - Dienaeren of iemant anders van wegen de voorfchreeve Gequalificeerden, en zonder dat zy zelfs daer jegenwoord ig zyn met de voorfchreve Honden de Jagt zullen moogen gebruiken t' eiken reife op de boete van tien ponden voor ieder Hond, boven de verbeurte van dezelve Honden, mitsgaders noch tien ponden voor ieder gevangen Konyn , alles onvermindert de Placaeten en Ordonnantiën in het reguarde van de Ongequalificeerden geëmaneert. En zulks op de boeten hier voren in het eer/te Art. geilek. XX. Verbiedende ook expresfelyk een iegelyk van wat flaet of conditie hy zy (niemant uitzondert) hem te. vervorderen eenige. Konynsnesten te rooven of na Konynen te fchieten met Busfen of met Boegen, of in Bergen na Konynen te rommelen of dommelen, of Konynen uit te delven, of in de Warande na Haes of Konynen met Havikken of andere Vogelen te vliegen op een boete jegens den geenen, die in de Bergen gerommelt of geftommelt met Busfen, Roers pf Boogen in het Duin of Waranden ge wandelt of ook met Vogels daer inne gegaen zullen hebben t' elkens van tien ponden, fchoon nietvves zulien hebben gefchooten of gevangen, en zoo iets vangen daer en boven noch eene boete van veertig ponden voor eiken Haes, en van twintig ponden t'elken reife voor elk.Konyn , het welk in diervoegen gevangen of gefchoten zal moogen weefen, en verbeurte van de Busfen, Roers, Boogen en Vogelen, of het gunt daer mede zy het zelve gedaen zullen hebben. X X L ■ Niemant zal het Weyfpel van Quartelen moogen exerceeren, dan de Gequalificeerden tot de Jagt, en de Ongequalificeerden niet anders dan na bekoome permisfie van ons of van den Lieutenant Houtvester, op eene boete van tien ponden t'elken reife te verbeuren. En dewyl bevonden werd, dat by den geenen, die hen met het voorfz. Weyfpel van Quartelen zyn geneerende veel jong Hoen, dat noch niet fpringen kan, als ook mede oud Hoen noch broedende, en dikwils jonge Haefen door Spillioenen en andere Honden, die zy met hen in het Velt neemen, vernielt en geprint werden: Zoo is 't, dat niemant van nu voortaen het voornoemde Weyfpel van Quartelen hanteerende, eenigerhande Honden met hem in het Velt zal moogen neemen, op eene boete 599 van tien ponden t eiken reife te verbeuren, en daer en boven voor eiken Haes het zy jong of oudt, twintig ponden, en elk Hoen, het zy mede jong of oudt, tien ponden boven de verbeurte der Honden. X XII. Werd meede verbooden alle Huislieden ert der zeiver Bediendens benevens alle Ongequalificeerden in het Velt uitgaende, omme haeri lieder Hooy of Koorn tc maeyen ofte fhyden, eenige Honden mec hen te neemen, maer zullen defelve t'huis moeten laeten, op de boete van tien ponden, en noch twintig ponden voor eiken Haes, en tien ponden voor ieder Konyn , het welk zyluiden zullen gevangen hebben, boven de verbeurte der Honden. XXII I. Dat voortaen niemant wie hy zy, hem vervordere te koopen of verkoopen eenige wilde Konynen, het zy die gefchooten, met Honden gevangen, of met Netten afgefer zyn,of andemns, noch ook eenige Haefen ,Parryfen, Faifanten, Corhoenderen, Rygers of ander Wildt, ftaende tot kennisfe van den Lieutenant Houtvester en Meesterkmepen, op eene boete van twintig ponden voor eiken Haes, en tien ponden voor elk ander Wildt t'elken reife, zoo wel by den Kooper als Verkooper te verbeuren , uitgefeit de Duinmeyers, die alleenlyk in haarluider gepachte Duinen op zynen behoorlyken tyd Konynen zullen moogen met Netten affetten, fretteeren of anders behooriyk vangen en verkoopen. X X I V. Dat geene Voorkoopers, Herbergiers, Pasteybakkers, noch andere particuliere ■ Perfoonen, eenige Konynen zullen moogen koopen dan van de Duinmeyers of den geenen, die zelfs Duynen of Waranden hebben, of wettelyk gebruiken, of van den geenen, die defelve Konynen van de Duinmeyers of van anderen , de Duinen wettelyk gebruikende, voorgekogt zullen hebben of overgenoomen, en des verfogt zynde daer van ten genoegen kunnen doen blyken op eene boete van gelyke twintig Ponden voor elk Konyn t'elken rei. fe te verbeuren. XXV. Verbiedende mede wel expresfelyk allen Duinmeyers, forteerende onder de voorfz. Houtvesterye voortaen na Konynen met lange Netten af te zetten anders dan voor middernacht op dat de Haafen, zo jong als oud die in het Vlak te Lavye geweest zyn, en wederom na middernacht te Duinewaards willen, daar door niet gevangen of befchadigt en worden, op een boete, zo anders bevonden zullen zyn te doen, van twintig ponden en daar en boven nog twintig ponden voor eiken gevangen Haas, en tien ponden voor ieder Konyn mitsgaders op de verbeurte der Netten. XXVI. Dat mede de Duinmeyers hun voortaan zullen hebben te wagten, met Honden, Netten, Strikken, Roers, Busfen, Boogen of andere Inftrumenten, eenige Haafen, Patry- fen,  (Sco Placaaten. 4. Boelc. 4. Titul. fen, of ander Wild te vangen of fchieten, en vangen de de Konynen van haare eygen of gepakte Duinen, dat zy defelve almede niet en zuilen mogen vangen met eenige Honden,of Strikken, nog ook fchieten mec eenige Roers, Busfen, Boogen of eeivge andere diergelyke Inftrumenten, of buicen hunne gepagte Duinen, naar Konynen mec lange Netten af te zetten , ten zy alvoorens confent van den Eigenaar der Grond, waar op zy willen afzetten verkreegen te hebben, en voorts zich zullen hebben te rcguleeren naar het voorgaande vyf en twincigfte Articul: Werdende de voorfz. Duinmeyers ook wel uitdrukkelyk verboden mec lange Netten af ce zetten buiten hunne eigen of gepachte Duinen, dan in prrjefenrie van een beëedigt Toefiender van de Wildernisfe, welke zy daer 10e zullen moeten verfoeken; alles op gelyke boete van twintig ponden , en daer en boven nog twintig ponden voor elk gevange I laas, en tien ponden voor elk Konyn, Patrys of ander Wild, en voorts arbitralyk gecorrigeert te worden als Overtreeders van deefe Ordonnantie, dewelke zy, volgende haere Eed, gehouden zyn te onderhouden. XXVII. leem dat de voorfz. Duinmeyers niet en zullen mogen houden of met hen in hec Veld neemen dan eenen, of ten hooglten twee Bastaarts of Rekels, haer in eigendom toebehoorende , omme het Ongedierte mede te vernielen , zonder dat zy eenige Windhonden zullen mogen houden, of van andere aanneemen te houden ter minne om die tc bedryven of ook met andere gefpan maaken, of in het Veld gaan om aanwyfinge op Haas of Hoen te doen, op een boete van tien ponden boven de verbeurte van de Honden. X XVII ï. Werd mede alle Duinmeyers en andere verboden voor een Wyman het Veld af re jagen, hec zymet klappen, roepen of ander getier te maaken, haare Honden af ce zenden, of iets anders te doen dat daar toe zoude mogen ftrekken op de verbeurte f eiken reife van twintig ponden , boven de verbeurte der Honden. X X I X. Gelyk ook alle Duinmeyers werd verboden den anderen of de Gequalificeerdens hinderlyk te zyn, in hun eigen of gepachte Duinen, in hec heimelyk of openbaar, mec affteeken, aannaaien, fretteeren of anderfincs, in wac maniere dac het zy, op poene voor deeersce reife van twintig ponden, de tweede reife van veertig ponden, en voorts op arbicrale correctie, na gelegenheid van zaake, en daar en boven de fchaaden, coc zeggen van Meescerknaapen ce beeceren: Werdende wel expresfelyk by deefen verboden af ce zeccen mec large Neccen in of roncom eenige Bosfchen, of op eenige Landen gelegen voor of naasc een anders gepachc of verpacht Duin, offchoon zulks gefchiede met confent van de refpective Eigenaars van de gemelde Bosfchen of Landen, zullende daar toe alleen bcvoegt 'zyn de Eigenaars of Pagters van de naatc fchaade van de Duinmeyers, zoo werd geordonneert cn geftatueert by deefen, dat zulke Perfoonen, mits by de Duinmeyers of Dienaers van de Wildernisfen bevoorens gewaarfchouwt zynde, dac zy haarlieder Honden in de Duinen delvende bevon, den hebben, cn dat van die waarfchouwinge ' blvke , gehoudea zullen zyn defelve uit de / Duinen te houden, op een boece van vyf ponf den van veercig grooten het pond, telken reife, en voor ieder Konyn, dat by defelve zal wefen gevangen, cn voor ieder Konynsgat, dat by haar zal wefen uitgedolven, tien ponden , als zy na de waarfchouwinge daar over by den Duinmeyer of Dienaars op haeren eed gegyfelt zullen zyn, boven de verbeurte der Honden. X L V. Word voorts geordonneert en geftatueert, dat alle de geene, die aan de voorfz. W/lder1 nisfen Land gebruikende zyn, het zy in ei' I gend im of huure, de Wallen van de Slooten, (trekkende tusfchen de Wildernisfen en haare Landen aan de zyde van defelve Wildernisfen, zoo afdraagende en deklyf zullen maaken, en 1 houden dat de Konynen grafende of aftoopenj de, beneden aan het Water van de voorfz. Slooten, bequamelyk en zonder hinder daer uit weder in de Wildernisfen zullen mogen loopen, cn daar hetzelve overmits de hoogte , en ftyligheid van de Wallen, niet bequamelyk kan gefchieden, zullen aldaar van roede tot roede of ren minsten van anderhalve roede tot anderhalve roede tot haeren kosten maaken of doen maaken en onderhouden Sloppen of Oppereelkens van twee roeden voeten wyd, daar door de Konynen wederom uit de Slooten naer de \\ïldernisfen zullen kunnen genaken, en zullen de aarde, zant of ftoffe, uit het graven van de Sloppen of van der Slooten decliviceic komende, zoo verre brengen, dat het zelve daar niec weder inne ftuiven en kan, en die alles aangaandeh.ee maaken van die Sloppen of Oppereelkens, binnen den cyd van zes weeken na de Publicatie van defen, en aen-  Houtvesterye en Jachtzaaken. 603 aengaende het voorfz. onderhouden voor altyd , op pcene dat een ieder, die bevonden zal werden daar van in gebreeke te zyn gebleeven, verbeuren zal eene boete van drie ponden van veertig grooten het pond, en dit alles en verder als in den Placaete, dienaangaande by de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland geëmaneert op den 10 September anno 1597- X L V I. Voorts werd allen Ongequalificeerden , verboden en geinterdiceert, te fchieten ofte vangen eenige Eentvogels of Duiven, hetzy dan Woutduiven, Tortelduiven, of ook Huisduiven, item Eendvogels het zy wilden of tam men, en onder dat praetext het Veld af te zoeken, op een boete van twintig ponden, en op de verbeurte van het Roer of Inftrument daar mede het zelve werd gedaan, dat hen met 'er daad zal werden afgenomen, en gelyke boete voor elke gefchote of gevangen Duif of Eendvogel, mitsgaders verbeurte der gefchoten Duiven of Eendvogels, en zal voorts een ieder hem reguleeren, volgende de Placaeten, daar op fpecialyken geëmaneert. X L V II. En alfoo men bevind dat in de voedende tyd veel Nesten van Patryfen, Faifanten, en ander vliegend Wild geftoort, en de Eyeren daar van berooft worden, onder deklël van Kievits of andere Eyeren te zoeken, zoo werd by deefen ook verboden het zoeken na, of verkoopen van Patrys of Faifant Eyeren, op een boete van vyf en twintig guldens, en gelyke boete daar en boven op ieder Ey, te verbeuren by den Koper en Verkooper beide; en zal ook niemand zyn gepermitteert naer eenige Kievits, Maarlen, Wulpen of andere Vogelen Eyeren in de Wildernisfen te zoeken, dan na bekomen confent en permisfie van ons of van den Lt. Houtvester op een boete van tien ponden, ten lasten van die geene, die zulks buiten zoodanig confent zal werden be • vonden te doen. X L V I I I. En gemerkt by diverfche Perfoonen gepractifeert werd het zetten van koopere en andere Strikken waar mede veel Haes, Konyn en ander Wild vernielt werd, zoo word een iegelyk, van wat ftaat, conditie of qualiteit hy zy, verboden, zulke of eenige andere Strikken te fteilen, of gedoogen op zyn Land geftelt te worden daar van hy hem, by aldien hy het zelfs niet en zoude mogen hebben gedaan of doen doen, nog weet wie het gedaan zoude mogen hebben, by eede zal konnen en moeten purgeeren) op een boete van tien ponden als vooren voor elke Strik te betaalen by ieder die defelve Strikken mogte hebben gefet, daar toe geholpen of daar by geweest zyn, en daar en boven voor eiken Haes, die men bevinden zal daar mede gevangen te zyn, elke reife een'boete van twintig ponden, en voor elk Konyn tien ponden, en zullen zoodanige Strikfetters, bekende Stroopers van geringe en flegte conditie, Vagabonden en alle ande¬ ren, het Wild tot hun profyt opvangende, en zich met het verkoopen van het zelve geneerende , wanneer op de daad betrapt engegyfelt werden, zoo lange ten haeren kosten in gyfelinge gehouden worden, dat de boeten en kosten hebben betaalc, en die betaalinge binnen den tyd van veertien dagen niec gefchiedende, zullen defelve werden gecondemneert in een Geeiëling, Bannisfement, Confinement of andere diergelyke ftraffe, na exigencie van zaaken. X L I X. Verbiedende mede fcherpelyk eenen iegelyken (ook ter Jagt gequalificeert zynde,) te loeren op Patryfen, Faifanten of ander Wild, ofte eenige Patryfen of ander vliegend Wild, ftaande toe kennisfe als vooren mec Leghonden, Loopnetten, Lapnetten, of Sleepnetten, te vangen of overloopen, op pcene van twintig ponden voor elke Patrys of ander vliegend Wild, telken reife, en daar en boven de Netten, Leghonden, en andere Inftrumenten te verbeuren; wel verftaande dat de Prrefidenten en andere van ouds daar toe ge rivil/geert zynde, wel zullen vermogen confent te geeven, omme t'haeren behoeve Patryfen te vangen, met de Zak, Schilt, of levendig Paart zonder anders: Interdiceerende mede wel uitdrukkelyk het na houden van de voorfz. Loopnetten, Lapnetten, of Sleepnetten op een boete van tien ponden voor ieder Net, en verbeurte der Netten. L. En zal niemand vermogen in de Houtvesterye van f Iolland en Westvriesland, anders dan op zyne Wooning of Buitenplaats by hem in eigendom of als Huurder gebruikt werdende , of buiten dat geval na bekoome permisfie van ons of van den Lt. Houtvester, te fteilen eenige Vlouwen, Rennen, WTargaerens of diergelyke Netten, op de boete van vyf en twintig guldensop iedere opgerechte VIouw, Renne, Wargaeren of diergelyke, zoo ten laste van den Bruiker van het Land waar op het werd bevonden, als die geene welke het mogte hebben gefteld , en eene gelyke boete van vyf en twintig guldens op ieder daar mede gevange Vogel of ander Wild, boven en behalven de amotie en verbeurte van de voorfz. Inftrumenten met alle derfelver toebehooren; en zal het wyders niemand, gequalificeert of ongequalificeert, zyn gepermitteert binnen onfe Vryheid nochte binnen de Klingen de voorfz. Vlouwen, Rennen, Wargaerens of diergelyke Netten te fteilen nochte met Netten te leggen op Leeuwerk, Vink, Spreeuw, Plevier of diergelyk Gevogelte, dan met bekoome confent en permisfie van ons of van onfen Lt. Houtvester; doch buiten onfe voorfz. Vryheid en de Klingen zal het leggen met Netten op Leeuwerk, Vink, Spreeuw, Plevier of diergelyke Gevogelte in de geheele Houtvesterye van Holland en Westvriesland zyn gepermitteert aan de Gequalificeerden tot de Jagt, en aan de Ongequalificeerden niet anders dan op hunne Wooning, Buitenplaats of 4G 2 Gront  604 Placaaten. 4. Boek. 4. Titul. Grom hy hart in eigendom of in hunre gebruikt of bewoont werdende, en daar buiten niet anders dan mec bekoomen permisfie van ons of van den Lt. 1 foutvester op de boete en verbeurte als vooren. L I. Hec vangen, koopen of verkoopen van Nagcegaalen en hec (looren van derfelver Nesten of Eyeren, werd in de geheele Houtvesterye abfoJutelyk verboden, op eene boece van honderd guldens op ieder gevangen Vogel of ieder geftoorc Nest of Ey. L I L En omme te voorfien dat in de voorfchreeve B-sfehen en Wildernisfen van Holland en West vriesland, het Geboomte, Rys en Ruygtc niet en werde vernielt, zoo verbieden wy eenen iegelyken, eenige dorre Boomen te houwen of te hakken met Bylen, Koorden of andere Infirumenten te fcheuren, breeken, wegvoeren cn fteelen, op de boete voor de geene die defelve met den hals weg haaien de eerfte reife elk drie ponden, de tweede reife zes ponden, te veertig grooten het pond, en zoo verre zy het niet en hebben ce becaalen mec Gel 1, zuüen naar de quaüceit van het Faic daar af aan haarluyder Lichaam gcltrafc en gecorrigeert worden; en de geene die hec zelve Hout met Paarden, Waagens, Karren of Schuiten wegvoeren, die zullen verbeunen defelve Paarden, Waagen?, Karren of Schuiten, en daar en boven voor de eerfte reife twintig ponden voor elke Waagen of Schuyc, voor dc tweede reife veertig ponden, en by gebreeke van betaalinge zullen aan haar Lyf gecorrigeert werden als vooren. L I I I. Verbiedende mede wel fcherpelyk eenen iegelyken, eenig groen ftaande Hout in de voorfchreeve Brsfchen en Wildernisfen, als Eykcn, Berken, Beuken, Elfen of diergelyke wasfende en opgaande Hout, te houwen of te doen houwen hu/ren weeten cn kennisfe van de Luiden van de Reekcninge van ' Holland, en die contrarie doen, zullen voor de eerfte reife verbeuren twintig Carolus gul- 1 ders, de tweede reife veertig Carolus guldens, i en de derde reife honderd Carolus guldens, alles boven de verbeurte van de Inftrumenten, Waagens, Paarden, Karren of Schuyten die zylieden daar toe gebeefigt zullen hebben, en zullen daar en boven arbitralyken geftraft cn gecorrigeert worden, en die de voorfchreeve pecnen niet en mogen betaalen, zullen aan den Lyve worden geftraft als vooren. L I V. En alfoo den Geyl, Doorn, Helm en andere Ruygte dagelyk» berooft werden, tot groot achterdeel van de Wildernisfen, zoo verbiet men een iegelyk by deefen, voortaan in de Duinen, Bosfchen en Wildernisfen eenige Doorns, Helm of andere Ruygten af ce houwen, op re delven , ce plukken of ce haaien buicen confenc en kennisfe van ons of van den Lr. Hcucvester, op de verbeurce van cien | ponden voor de eerfte reife, de tweede reife op de verbeurte van twintig ponden, en de derde reife op de verbeurte van veertig pon- \ den, en anders arbitralyk of crimineel geftraft cn gecorrigeert te worden, na gelegenthcid van de zaake en misdaat. I Iet welk ook alfoo verftaan werd in regard van de Pachters of Duinmeyers zelve in haar gepagte Duinen. L V. En teneinde dc Hclmplantinge alomme mag worden geconferveert, en dc Konynsbergen niet verftopt of vertrceden, verbieden en interdiceeren wy wel fcherpelyk eenige Hoornbeesten, jong of oud, of eenige Paarden, Kalveren, Schapen, Varkens of diergelyke, in de Duinen ce laaten loopen of weiden, op de boete van drie ponden voor elk Beest: En vervolgens cn zullen de Lt. Hcucvester, en de Luiden van de Rekeninge in I iolland en andere geene verhuuringe of infehfyvingc daar af moogen doen of gedoogen, revoceerende en te niete doende alfulke verhuuringen, als daei van zouden mogen zyn gedaan. L V I. En zoo wie zich vervordert de Duinen of \\ iidernisfen te ontgronden of verminderen, Turf daar uit delvende, Zant haaiende, de i Wildernisfen omheinende of eenige Konynsbergen coedempende of floppende, die zal verbeuren, zoo dikwils als het gefchieden zal, ce weeten van elke Waagen of Schuyc Zant of Turf en van elk Konynsgat te floppen, en Heiningen te breeken tien ponden voor de eerfte reife, de tweede reife twintig ponden, en de derde reife veertig ponden, en voorts crimineelyk geftraft en gecorrigeerc te werden na gelegencheid der zaake en misdaac. L V I I. Ordonneerende voorts alle Wagenaers die door Hekken van de Duinen en de Wildernisfen van de Houcvesterye vaaren en keeren, defelve Hekken wederomme te fluiten op eene boete van drie por. den, zonder dar iemand zich zal mogen excufeereeren, dat hy defelve Hekken open of ongeflootcn gevonden heefc; ende en zal ook niemand eenige nieuwe Slaagen in defelve Duinen of Wildernisfen mogen mnaken of de oude toeftoppen, op geIvkc boece van drie ponden. L V I I I. Dac meede geene Wagenaers, hec zy van Vragt wagens of andere, by daege of by nachte, Schüpen van Scranc of Duinen haaiende, eenige Honden zullen mogen hebben, loopende by haere Waegens of Karren, nochte gehengen dat eenige Perfoonen die zy voeren , van haere Waegens of Karren na eenige Konynen of ander Wild zullen fchieten, maar zulien hec zelve moeten beletten indien zy mogen, en indien niec, zullen gehouden weefen de naemen van de geene die gefchooten zullen hebben den Lc Houcvester t'zyner vermaeninge aen te geeven, indien zv die kennen, daer van zyluiden hen by eede zullen konnen en moeten purgeeren, of by refus van  Houtvesterye en Jachtzaaken. van dien zullen verbeuren eene boete van drie ponden alfoo dikmael en menigwerve als zulks bevonden zal worden. L I X. Dat mede zich niemant en zal vervorderen te visfchen in eenige Wateringen of Vy veren tot de Domeinen van de Heeren Staeten van den Lande gehoorende, immers zoo weinigh als in eenige Wateren of Vy veren van de particuliere Vafallen of andere Onderfaeten van de opgemelde Heeren Staeten, nochte ook eenige Ganfen, Eenden of eenige andere Vogelen flaen, fchieten of ook mec eenige Netten, Strikken of andere Inftrumenten vangen, hoe die zouden moogen genaemt weefen, nochte ook ftooren de Nesten en Eyeren van defelve Vogelen buiten blykende confent van ons of van den Lt. Houtvester of van desfelfs Vafallen of respeclive Onderfaeten, op eene boete van tien ponden t'elken reife te verbeuren, te appliceeren een derdendeel ten'profyte van den Lt. Houtvester of den Officier die de executie doen zal, het tweede derdedeel ten profyte van den Eygenaer van de voorfz. Wateringen of Vy veren, en hetlaetfte derdedeel een profyte van den Aenbren- \ ger, en by zoo verre hec zelve by nachce, op Zondagh of andere Bededagen gedaen werd dac zal zyn op dubbelde boecen, in conformicé van den Placaete by Keifer Carel den 8 September anno 1551 geëmaneert, enden 19 Maert anno 1585 gerenoveert. L X. En gemerkt ook dat dagelyks groote klagten koomen van de geene die Driften en Vogelkooyen hebben dat het Gevogelte aldaer zeer verjaegc en vernielt werd word geinterdiceert en verboden eenen iegelyken, van wac ftaat of conditie hy zy, met eenige Roers of Busfen te fchieten in of omtrent eenige Vogelkooyen binnen de vyf hondert roeden, , noch op haere Schuiten te kloppen, romme- 1 len of ftommelen, Zeyl over flingeren, roepen of kryten, omme daer mede het Gevogelte uit de voorfz. Driften te verjaegen noch ook binnen de voorfz. vyf hondert roeden by dage of by nachte omtrent eenige Driften, Vogelkooyen, Kreeken en Killen te koomen, met de Slaglyn leggen, op eene boete van tien ponden t'elken reife, en daar en boven te verbeuren de Roers, Busfen en Vogeltouwen, daer zy het zelve mede zullen doen, en de Schuitevoerders, die op haere Schuiten of anders rumoer gemaekt hebben, om hec Gevogelte uit de Kooyen en de Griften wegh te jaegen, zullen verbeuren voor de eerfte reife eene boete van zes ponden en voor de tweede reife van tien ponden, te appliceeren als in den voorgaenden Articul, en die alles in conformiteit van den Placaete den 8 January anno 1585 geëmaneert; en mede gerenoveert den voorfz. 19 Maert 1586. L X I. Van de andere zyde zullen wederom de Kooyluyden, en alle andere die eenige Eenden houden, gehouden zyn haere Eenden op ' re flatten, of te hokken in den Zaeityd en in den Maeicyd , te weeten , van half Maert tot den eerften Mey, en van half July tot den eerften September, telkens op eene boete van vyf ponden voor ieder Eent te verbeuren zoo dikmaels als haere Eenden bevonden zullen worden niet gehokt of opgeflooten geweest te zyn, boven de verbeurte van defelve Eenden. L X I I. En indien iemand, Edel of Onedel, tègens deefe Ordonnantie deede, en by de Subftituten, Dienaers van de Houtvesterye, of de Pachters van de Duinen of des Houtvesters gebroode Dienaers gegyfelc zynde, of uit kragte van Sententie van Meefterknaepen gecxecuteert werdende of anderfins defelve1 in functie zyndedaeromme dreigde, qualyk toefpraeke of floege, daar jegens zal den Lt. Houtvester crimineelyk procedeeren als tegens de geene die openbaer kragt en gewelc doen, en dat aen haer Lyf of Goed, na de groote en gelegenheid van de misdaet; En werd den Lt. Houtvester by deefen ook geaüthorifeert, om de gemelde Delinquanten;. en anderen, des noodigh oordeelende, te leveren in handen van den Procureur Generaal, om, door denfelven, tegens hen als vooren te werden geprocedeert ten kosten van den Lande. L X I I I. Ende en zullen geen Duinmeyers of haere Dienaers geloove hebben op haer aanbrengen, ten zy dat zyluiden eed gedaen zullen hebben, in handen van den Lt. Houtvester of Meefterknaepen, weefende defelve Duin^ meyers of Dienaers ten minften van den ouderdom van achtien jaeren, ftaende ter goeder naeme en faeme , en zal den Secretaris van de Wildernisfen gehouden zyn van den eed, zoo wel van de Subftituiten van den Lt. Houtvester, Duinmeyers en haere Dienaers, Opfienders, als ook van alle andere op wiens eed Meefterknaepen recht doen, goet en pertinent Register te houden, omme by Meefterknaepen goetregart genoomen te worden, wie van den eed is , dan niet. L X I V. Edogh de voornoemde Subftituiten, Duinmeyers of haere geëede Dienaers, Opfienders en alle andere gezwooren Dienaers behooriyk geëet zynde, zullen na ouder gewoonte op haeren eed geloove hebben als na geleegenheit van de zaake bevonden zal werden te behooren, gelyk mede hebben zal een particulier gequalificeert Perfoon, of Weiman, bevindende de Duinmeyers of Dienaers, of iemand anders contrarie de. ordonnantie van de Wildernisfen, in de Duinen of Wildernisfen delinqueerende, mies het zelve fait ten langften binnen zes daegen, den Lt. Houtvester of zynen Subftituit, of een van de gezwooren Dienaers van de Houtvesterye aendienende, die als dan gehouden zal zyn, mede ten langften binnen veertien dagen daer na den Delinquant te gyfelen, met denominatie van het fait, plaetfe en dagh, daer en wanneer het 4-G 3 zei-  6c6 Placaaten. 4. Bock. 4. Titul. zelve fait gefchiee is zonder langer te vertoeven, of zullen de Meefterknaepen daer geen recht op doen, cn zal alfulken Acnbrenger in der manieren als vooren, mede op zynen eed, geloof hebben, en daer op by Meefterknaepen recht gedaen moogen werden, ais by henluiden bevonden zal worden te behooren. En zullen alle de voorfz. Perfoonen voortaen ftrictelyk hebben te obferveereen, dat zy de Gyfelingen binnen veertien daegen aan den Lt. 1 lou.vescer of den Secretaris van dc Houtvesterye bekent maeken, ten einde by den voorfz. Secretaris ten eerften te Boek te kunnen werden geftdc. L X V. De Subfticuic of Subilicuicen, Deurwaarders, Duinmeyers, Opfienders of wie het ook weefen magh, zullen geene gyfelingen moogen verzwygen, of compofeeren over eenige prenal.teken of boeten by deefe Ordonnantie of by eenige andere Placaeten of Ordonnantiën geftelt, op pcene yan boven de reftitutie van hec gunc zy zullen oncfangen hebben, gecondemneert te werden, in zoo veel als zoude bedraegen hebben den eisch van den Lc. Houcvester tegens den Delinquant, en boven dien noch als meineedigexemplaerlyk te werden geftraft, alles onvermin dert de calange van den Lr. Houcvescer tegens den Lelinquant of Delinquanten. L X V I. Noch zullen alle geëede Perfoonen gehouden zyn de Delinquanten over haer delict of mefufe, defelve op het fait bevindende terftont te gyfelen, en op ftaende voet aan te fpreeken, met alfulke woorden dat daer uit gyfelinge verftaen mag worden, ten waere dat zy luiden Veltvluchtig waeren, zulks dat men haer niec en konde ingaen of beloopen, of dat hec faic BfcTSt zekeren cyd, na dat het gefchiet waere, koomen mogte eer kennisfe van den Lc. Houcvescer, zyne Subftirujcen, Dienaers, Opfienders of andere geëede Dienaers , in welken gevalle ten langften binnen drie weeken daer na de weete van gyfeling aen den Delir.quant of Delinquanten gedaen Eri worden, of haere Perfoonen niet konnende bekoomen tot haere Vy oonftede, met denominatie van het delict, plaetfe en dagh, of zal anders van geender waerde zyn. L X V I I. Welk voorfz. delict, plaetfe en dag den Lt. Houtvester mede gehouden zal zyn in zyne Gyfel-of Citatie-Cedulle percinencelyk te infereeren. L X V I I I. En zullen alle delicten en mefufen waer van de boecen niec en excedeerende cwintig ponden, in de Wildernisfen en Houcvescerye van Holland en Wescvriesland gevallen en geperpecreerc, dewelke eersc na een jaer en zes weeken eer kennisfe van den Lt. Houtvester koomen zullen, geprefcribeert zyn en de De linquanten daer van bevrydc, een waere daer licispendencie van waere, of de zaekeby Meefterknaepen in Ifaac geftelt, om inipectie of informatfe ce neemen, maer alle andere delicten en mefufen, waer van de boecen excedeeren de voorfz. fomme van cwintig ponden, zoo van grof Wilt te fchieeen of vangen, als anders, zullen geëifchc moogen werden den cyd van drie jaeren, en daer na eerst gehouden worden voor geprefcribeert. L X I X. Wordt noch mede verklaert, dat by zoo verre eenige Jongens of Einders concrarie deefe Ordonnantie quacmen ce misdoen, dac de Ouders of Meescers de boecens daer coe ftaende zullen moecen becaelen; gelyk de Gequalificeerden ter Jagt voor haere Dienaers ook zullen moecen inflaen en boecen, op dac de Gtqaaüficeerden bedagt moogen zyn, geene quacde Dienaers te gebruiken in zaeken van de Jagt, daer inne zy die moogen gebruiken, en niet hebbende, of willende die betaelen, zullen die Jongers daer voor mec roeden gegeesfelc worden of anders gecorrigeert, na geleegenheid der zaeke. L X X. En zal den Lt. Houtvester niec moogen compofeeren dan over pecunieele Geldboecens, en zulks geenlias over excesfèn, waer tegens andere ftraffen by de Ordonnantiën of Placaaten zyn geftelt, dan met kennisfe en ten overftaen van cwee, ten minften een van de Meefterknaepen, van welke laecsrgemelde compoficie pertinent Register door den Secretaris zal moeten werden gehouden, en op de eerfte of laetfte byeenkomst van Meefterknaepen daer van rapport gedaen. L X X L Zullen raede de Opfienders niet vermoogen met eenige Jagthonden in het Velt te gaen, maer hen alleen bemoeyen met de opfigte van de Duinen en Wildernisfen, zonder eenige de minfte Jagtpleeginge te moogen doen, op pcene, dac zoo zyluiden bevonden mogcen werden zelfs gejaegt, de Jagt van anderen aengeleidt of geasfi/leert, of en infonderheid Ongequalificeerde Perfoonen ter Jagt geincroduceert of getolereert te hebben , daer over gedeporteert en arbitralyk gecorrigeert te werden, en in cas van nalaeiigheid, het zy in het aenbrengen of in het gyfelen van de Ongequalificeerde Perfoonen of andere jegens de Placaeten van de Wildernisfen peceerende, zullen defelve voor de eerftemael gemuléleert worden in eene boete van dertig ponden te veertigh grooten het pont, en voor de tweedemael in eene boete van festigh gelyke ponden , en ook andersfins zwaerder na exigencie van zaeken. L X X I L Dac verder cweemael m hec jaer, ce weeten den cweeden Maendagin de maend van Mey, en de eerfte Maendag in de maend van Occober, precies en zonder incermislie, en zonder die daegen ce moogen verleggen, gehouden zal werden eenen Rechtdagh voor den Lc. Houcvescer en Meefterknaepen, tot onderhouding van alle goede ordre op het ftuk van de Wildernisfen, en omme te corrigeeren en te  Houtvesterye en Jachtzaaken. 607 te ftraflèn alle contraventien en excesfèn die daer inne en omtrent de Jagt bevonden en gecommitteert zullen werden. L X X 1 I I. Alle Vonnisfen van de Houtvesterye, inhoudende eene boete beneeden de vyftigh guldens, zullen by default en condemnatie zonder tweede citatie moogen werden geweefen enftant moeten grypen, ten waere iemand konde bewyfen dat de eerfte citatie niet was gedaen, nochte ter zyner kennisfe gekoomen; en zullen ook geene Vonnisfen van de Houtvesterye , inhoudende pecunieeie boeten van honderd guldens en daer beneeden appellabel weefen, maer by provifie hebben executie onder cautie In conformité van de Placaeten van de Heeren Staecen van Holland en Westvriesland, in dato den 25 Juny anno 1621. L X X I V. En dit alles onvermindert alle andere voorgaende Placaeten en Ordonnantiën op het ftuk van de Jagt en Wildernisfen gemaekt en geëmaneert , en by deefen niet verandert of gederogeert, als welke alle zullen moeten blyven in haer geheel en vigeur, immers byprovifie en ter tyd en wylen daer inne anders zou- i de moogen werden voorfien en geordonneert, I en zullen defelve Placaeten en Ordonnantiën, j en fpecialyk dit tegenwoordig Placaet en Or- 1 5- WY WILLEM, by der gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, Graaf van Catzenelleboogen, Vianden, Dietz., Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Kuylenborch; Marquis van Veere en Vliflingen, Heer en Baron van Breda, Beilftein, der Stad Grave en Lande van Cuik, Liesveld, Diest, Herftal, Cranendonk, St. Vith, Daasburg, PolaanenjWillemftad, Niervaart, Ysfelftein, donnantie, voortaen in allen deelen ftrikt en na de letter moeten werden geobferveert en geëxecuteert, zonder eenig regart te moogen neemen op pretenfe oude gewoontens, daer tegens, in wat regard het ook mogte weefen, aenloopende, als welke alle by deefen werden gehouden voorquaede inkruipingen encorruptelen en als zoodanigh vervolgens werden te niet gedaen, werdende den Lt. Houtvester ook op nieuws geaüthorifeert, om toefigt te neemen dat de Placaeten en Ordonnantiën, zoo in de Houtvesterye van Brederode als alomme wel werden nagejsoornen en bewaert. L X X V. En op dat deefe Ordonnantie te beter in alle haere poinct en magh werden geobferveert, zoo ontbieden en beveelen wy onfen Lt Houtvester, en Meefterknaepen, mitsgaders alle andere Officieren, Jufticieren, Dienaeren en alle de geenen die het eenigfins aengaet, deefen onfen Placaete na te koomen en te doen nakoomen, mitsgaders tot executie van dcfrïvc de gerequireerde .asfiftentie te verleenen. En op dat niemand hier van ignorantie zoude konnen pvetendeeren, zoo begeeren wy dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daer het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Brede voort, Steenbergen, St. Martensdyk, Geertruydenberg, Turnhout, Zevenbergen, de Hooge en Laage Zwaluwe en Naaldwyk; onafhankelyk Heer der Vrye en Souveraine Heerlykheid Ameland; Erf - Burggraaf van Antwerpen, Erf - Maarfchalk van Holland, Erf - Stadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Capitein Generaal en Admiraal van de Zeeven Vereenigde Nederlanden; als meede Erf- Ca- pi Gegeeven op het Loo, onder onfe Hantekening en Furftelyk Zegel, den 24 July 17057. (Was geteekent,} W. Pr. v. ORANGE. (Lagerjiond,) (L. SO Ter ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. By abfentie van den Geheim - Secretaris. (Gecontrafgneert,) D. COOLHAAS. Publicatie van den Prince van Orange, als Opperhoutvester van Holland, tegen het laaten loopen van Pionden, het vangen van Nachtegaaien, het ryden met Paarden over de Wandelpaaden van het Hout, in het Plaagfche Bofch. Den 23 November 1768.  6o8 Placaaten. 4. Bock. 4. Titul. pitein Generaal cn Admiraal van de Unie; Opper Houtvester en jagerrneester Generaal over Holland en Westvriesland , mitsgaders Ridder van den Kousfeband en Zwarten Adelaar, &c. &c. &c. Allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo tot onfer kennisfe is gekoomen , datde Placaaten en Ordonnantiën op het Bofch van den 1 lage, van tyd tot tyd gecmaneert, in veelerley opzigten zeer worden overtrceden, inzonderheid door het laaten loopen van Honden , en het gaan wandelen met defelve in het voorfz. Bofch, waar door het Wild in het zelve Bofch word verftoort, verjaagt, gevangen of geruineert, als meede door het lebenden , uitroeyen en wegvoeren van de Boomen, Takken of Gewafch, mitsgaders nog door het vangen van Nagtegaalen en diergelyke Vogeltjes, en het ftooren of wegneemenvan derfelver Nesten of Eyeren. Zoo is 't, dac wy, teegens de voorfz. en andere misbruiken en ongeregelcheeden meer, op nieuws willende voorfien, de voorfz. Placaaten en Ordonnantiën op hec voorfz. Boleh en fpeciaal de Placaaten van den 9 Mey 1608, 23 April 1 <513 en 23 Maart 1751 renoveeten en ampliecren, in maniere als volgt. Eerstelyk, begeeren wy wel ernftelyk, dac een iegelyk zig naar den inhoude van de voorfz. Placaaccn en Ordonnancien, voor zoo verre defelve by deefen niec worden verandert of gederogeert, in allen deelen exactelyk zal hebben te reguleeren, op poene van te zullen incurreeren in de respective boeten en ftraffen daar by geftelt. Dac voores een iegelyk, wie het zy, ter jagt gequalificeert of ongequalificeert, zig zal nebben te wagten van zyne Honden , het zy Jagthonden of anderen, hoe genaamt (alleenlyk uitgefondert de Honden, in het doorreyden of doorreyzer. van het voorfz. Bofch, by of agter hunner Heeren of Meesters Rytuigen wordende gevonden} ce laacen loopen, of met defelve, het zy gekoppelt of los, te gaan of wandelen in het voorfz. Bofch, veel min op I laas of Konyn of eenig ander Wild daar meede te jaagen, op pcene, dac die geene, die concrarie bevonden word ce doen, zoo defelve cot de Jagc mogte zyn gequalificeert, vervallen zal voor de eerfte reyfe in eene boete van vyf en cwincig ponden, tot veertig grooten het pondt, voor de cweede ieyfe vyftig ponden, en voor de derde reyfe honderd ponden, en in dubbeld van de vooriz. poenen, zoo defelve cot de jagt ongequalificeert mogten zyn, alles booven en bchalven de verbeurte van de Hond of Honden. En zullen de Hond of Honden, die in het voorfz. Bofch zullen worden gevonden los te loopen, te jaagen of ce delven, zonder dat hun Meester of iemand daar by gevonden word, door die geene, welke daar toe by ons of van onfent weegen zyn gequalificeert, moogen worden aangehouden of doodgefchooten. Nog verbieden wy meede wel expresfelyk hec vangen van Nagregaalen of diergelyke Vogeltjes in hec voorfz. Bofch, als meede hec ftooren of wegneemen van derfelver .\ esten of Eyeren, op een boete van honderd guldens op ieder gevange Vogel of weggenoomen Nest of Ey. Voorts interdiceeren en verbieden wy alle en een ieder, wie het ook zoude moogen weefen, door of over het Gangpad in het voorfz. Bofch, van ouds geraamt het Kerkpad, of ook door of over de Noord- of Zuyder Wandelpaaden, te lyden of dry ven Paard of Paarden, of eenig ander Vee, of daar door te Paard te ryden of ce rennen, veel min mec eenig Rycuig, hoe genaamt, daar door te ryden of ce pasfeeren. als meede de jonge Boomen of Boomtjes, ter zyde geplant, cf nog te planten, eenigfints te beichaadigen, het" zy met fnyden, fchenden, hakken, of uit de grond te trekken, alles op eene boete van tien ponden, tot veertig grooten het pond, voor de eerfte reyfe, twintig voor de tweede reyfe, en arbitrale correctie naar exigenue van ken voor de derde reyfe. Laatftelyk interdiceeren en verbieden wy nog het plukken van Meyen, of eenige andere Bloemen, en wel fpeciaal ook de QuaJfterbl oemen en wilde Camperfoelye, op eene boete telkens van drie gelyke ponden als vooren. En zullen de Ouders of Meesters van de geenen, die contrarie deefes zullen koomen te doen, voor hunne Kinderen of Bedienden, moeten infban, en de boeten waar inne de zelve mogcen zyn vervallen, betaalen. En op dat niemant hiervan eenige ignorantie pratendeere, lasten en beveelen Wy, dat deefe zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar het behoord, en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage, onder onfe handteekening en Furftelyk Zeegel, den 23 November. (Was geteekent f) W. Pr. v. ORANGE. ( Onderftondf) Ter Ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontrafgneert f) T. J. de L A R R E Y. Pu-  Houtvesterye en Jachtzaaken. fop £ • " Publicatie van den Have van Holland, te- gen het pleegen van moedwilligheden, zoo door het rooven en fteelen, hakken en fnyden van het Hout en andere Ruygten, als door het befchadigen, doorrennen en doorloopen van hst Jonge Plantfoen in de Duynen en Wildernisfen, omtrent den Hage. Den 17 February 1769. WILLEM, by der gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau, &c, &c, &c, Erf-Stadhouder, Èrf Gouverneur, ErfCapitein Generaal en Admiraal, mitsgaders de Prrefident en Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland: Doen te weeten: Alfoo tot onfe kennisfe is gekoomen, dat daagelyks in de Duynen en Wildernisfen, omtrent den Hage , voornamentlyk in de Scheeveningfche en Wasfenaarfche Duynen, en de daar aan geleegene Plantagien, infonderheid meede aan die van den Heer Griffier Fagel, veel moedwilligheeden worden gepleegt, zoo door het rooven en fteelen, hakken en fnyden van het Hout en andere Ruygten, als door het befchaadigen, doorrennen en doorloopen van het jonge Plantfoen, aldaar zeedert eenige tyd gepoot. Zoo is 't, dat wy teegen alle diergelyke misbruyken enongeregeltheeden willende voorfien, hebben goedgevonden te verbieden, gelyk wy verbieden by deefen, eenen iegelyk, van wat ftaat, conditie of qualiteit hy zy, in de voorfeyde Duynen, Wildernisfen en daar aangeleegene Plantagien, byfonder meede in de Plantagien van den Heer Griffier Fagel aan het hooge Duyn, en het Huisje daar op ftaande, nieuwelyks aangelegt, eenig Hout of Ruygte uit de Grond te trekken, of eenige fchaade aan het jonge Plantfoen toe te brengen, het zy met het zelve te fchenden, fnyden, of door hec zelve heen te loopen of rennen, of eenige ander ongereegeltheid van die natuur te pleegen, op een boete van tien ponden tot veertig grooten het pond voor de eerfte reife, twintig voor de tweede reife, en arbitaale correctie voor de derde reife; blyvende niettemin in volle kragt het geftatüeerde by onfe Publicatie van den 3 Oclober 1766, teegens de Geweldenaryen, Rooveryen en Infolentien, aan Hoffteeden, Tuinen, Plantagien, Boomgaarden, Slooten en Vaarten, en wat dies meer is, in Delfland en omtrent 'sGravenhage gepleegt wordende, en zullen de Ouders van de geenen, die contrarie deefes zullen doen, in alle gevallen voor hunne Kinderen de boovengemelde boetens moeten voldoen; als meede de Meesters voor hunne onvermoogende Bedienden, wanneer die Bedienden, zig voor de tweede reife aan övertreedinge deefes fchuldig maaken. Alle welke boetens zullen bekeert worden, een derde ten profyte van den Officier die de calange Zal doen, een derde ten profyte van den Aanbrenger, en een derde ten behoeve van den Armen. Gelasten mitsdien den Procureur Generaal, en alle andere Officieren, die zulks aangaan mag, deefe behooriyk te doen executeeren, geevende daarenbooven aan de Eigenaars der Plantagien, en hunne Bedienden de magt, om de Óvertreeders, op de daad bevonden wordende, te doen aanhouden, ten einde defelve ilico aan de Juftitie over te geeven. En op dat niemand hier van ignorantie en pretendeere, lasten en beveelen Wy, dat deefe zal worden gepubliceert en geaffigeert daar het van noode weefen zal. Gedaan in den Raade, onder het Zeegel van Juftitie van den Hove hierop gedrukt, den 17February 1769. (Onderftondf) In kennisfe van my. (JVas geteekent,) ADRIAAN BODT. IX. Deel. 4H Re»  6io Placaaten. 4. Boek. 4. Titul. 7. Refoiutie vnn de Staaten van Holland, zvaar by gtjvsti/iceert word het verleenen yan ten man ■ dement Poenaal door 7 Hof tegen een Gyzeling en Citatie van den Lieutenant Houtvester, Den 25 January 1770. De Raadpenfionaris heefc ter Vergadering gerapporteert de confideratien en hec Advis van de Hoeren van dc Ridderfehap en verdere haar Edele Grooc Mog. Gecommicteerden coc de zaaken van de J ifticie, hebb.nide, ingevolge en ccr voldoening van haar Edele Grooc Mog.mde Refoiutie cornmisforiaal van den 2+ November laatstleeden, met Commisfarisfen van den l ïovc geëxamineert een Misfive van dc Prefident en Raden van den gemelden I Iovc, een zeiven daage in den Hage gefchreven, houdende, ter voldoening aan haar Edele Grooc Mog. Refölucie van den 15 July daar ce vooren, derfelver berigt en Advis op de Misfive door Lieutenant l loucvcscer en Meescerknaapen den ro July des zclven jurs aan haar Edele Grooc Mogende gefchreeven, en behelzende, dac de Lieutenant Houtvester in zyn qualiteit als reprefenteerendc zyn Hoogheid, den Perfoon van Gerrit van der Speek, woonende aan den Rhyndykonder Voorfclioocen, over hec fchieten van een wilden Eendvogel onder het Ambagt van Valkenburg, en die door den Bailliuw Gerardus Albertus Worms aldaar gegyzelt was. uic kragte van het zes en veertigfte Artikel van hec jongst Placaat en Ordonnantie op de Houcvescery en jagt in Holland van den 24 July 1767, als een a&fej hem competeerende , cn den Bailliuw Worms over het gyzelen van den voorfchreeven van der Speek met het geen daar op verder was gevolge, had doen ciceeren voor de Vierlchaar der Houcvescery tegen den Regtdag op 8 December i~6S, dog dac gemelde Gerardus Albercus Worms , in plaats van te comp vreeren, tegens voorfchreeve gyfeling cn citatie van den Lt. Houtvester van den Ho.e van Holland had geob tincerc Mandament poenaal en van rauaetie, reprefeiiteerende de Lc. Houcvescer en Mees- ■ cerknaapen vervolgens hun belang , gefmdcert op hair fidele Gr. Mog. Refoiutie van den 22 November 1670, en op de redenen en gronden by hunne Misfive verder gelegt, verfoekende, dac haar Edele Grooc Mog. c< >c maincien der ordres in de voorfchreeve Refoiutie vervac, en van hec regc der Houtvescery, mitsgaders van het Bëftftrid doen blyven hunner Vierfchaar, en fpeciaal ook tot Justificatie van hun voorfchreeve verrigte', den Hove zouden gelieven aancefehryven, her Mandament van poenaal en rauactie, aan Gerardus Albertus Worms verleend, in te crekken en binten eftecr. ee itellen. Waar op gedelibereert, cn geconfidereert zynde, dac hec geval, thans tusfchen hec Hof en Lieutenane Houcvescer en MHBlQcrtnaapen in questie, niec vale in de eermen van fusccnuen coc posfe»fie van de jagc, nog ook over 1 excesien daar in gepleegt, waar van de Refolutie van 22 November 1670 fpreekc, maar veel eer en alleen zyn applicaeie moeë vinden in haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 3 January 1760, waar by de Schouten en Geregten zyn gelast op de excesfèn in het voorfchreeve Placaat vervat, en byfonder tegens het fchieten van Eendvogels door ongequalificeerde Perfoonen te vigileeren, en daar van op hunnen gedaanen Eed aan de Bailliuwen van het Diftric't kennis tc geven. Is goedgevonden en verftaan, dat het voorfchreeve Mandament poenaal en van r. n ietje wel en te regt is verleend, en word mitsdien I het verfoek van Lieutenant Houtvester en I Meescerknaapen geweien van de hand. En zal hier van Extract, worden gefonden aan Preefidenr. en Raden van den Hove, als : mede aan Lieutenant Houtvester cn Meester- 1 knaapen, om te ftrekken tot derfelver narigt ' respective. °' Publicatie van den Prince van Orange als Opper- Hout mees ter van Holland, tegen het meenigvuldig jaagen en ftroopen in de Wildernis fen omtrent den Hage. Den 1 Augustus 1772. WY WILLEM, by de gratie Gods Prince van Orange en Nasfau, Grave van Cacfenelnbogen, Vianden, Diecz, Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Culenborg, JMarquis van Veere en Vlisfingen, Baron van Breda, Diesc, Beilftein, der Scad Grave en Lande van Cuyk, Ysfelftein, Cranendonk, Eindhoven en Liesvele , Onafhankelyk Heer van de Vrye en Souveraine ErfHeerlykheid Ameland, Heere van Bredevoore, 'cLoo, Geertruydenberg, Clunderc, Sevenbergen, de Hooge en Laage Swaluwe, Naak-  Houtvesterye en Jachtzaaken. * 611 Naaïtwyk, Polanen, St. Martensdyk, Soesr, Baren en Ter Eem, Willemftad, Steenbergen, Montfort, St. Vith, Butgenbach en Daasburg, Erf- Burggraaf van Antwerpen, ErfMarfchalk van HoJJand, Erf - Stadhouder, ErfGouverneur, Erf - Capitein en Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden, Erf-Capitein Generaal en Admiraal van de Unie, Opper - Houtvester en Jagermeester Generaal over Holland en Westvriesland, Ridder van de Kousfeband en van den Swarten Adelaar, &c. &c. &c. Den Deurwaarder of gefwooren Exploióteur van des Graeffelykheids Wildernisfen in Holland, falut; Doen te weeten: Dat wy in ervaringe koomen, dat door het meenigvuldig jaagen en ftroopen te dugten is, dat de Wildernisfen omtrent den Hage, genaamt de Klingen, ganfch zouden werden ontblood van Wildt, en het te vreefen is, dat die in korten tyd voorts daar van ten eenemaale zouden werden gedepopuleert, ten zy, door goede ordre daar tegens te fteilen, in tyds daar inne werde voorfien. Zoo is 't, dat wy het zelve by goede middelen willende voorkoomen, opdat de jagc in de voorfz. Klingen niet mogte koomen ten eenemaale te vervallen, U ontbieden en beveelen , daar toe committeerende mits deefen dat gy trekt ter plaatfe daar het van nooden weefen zal, en men gewoon is Publicatie te doen, en daar by U roepende den Officier van de Plekke (is het nood) van wegen de Hooge Overigheid gebiedt en beveelt eenen iegelyken van wat ftaat of conditie by zy, hem te reguleere naar de Poincten en Articulen by ons geftatueert zulks hier na volgen. Art. I. Dat binnen deefe navolgende Limiten, te weeten Oost- en Westwaardts van 's Gravenhage, beginnende van het Oosten van het Huis te Per fyn, rooyende Noordwaarts aan op de Woóning het Hoefyfer en Jan Koey, en zoo tot in de Zee, en langs defelve tot in de Maefe, en langs de Maefe tot Maaslandfluis, en van daar langs de Gaeg die door Maesland en Schiplui loopt, tot Delft, en van de Stad Delfc langs den Haegfche Vaert door den Haege, en van daar langs de Zuidhoutfche Weg tot den voornoemden Huife te Perzyn, niemand van wat ftaat, qualiteit of conditie hy zy, geene uitgefondert, hy zy dan Edel of Onedel, en zal moogen op Haes of Konyen, of eenig ander Wilde, Jaegen of Hoenvliegen, noch mec haere Honden in de Duinen, Wildernisfen of in het Veld, binnen de voorfz. Limiten te gaan, binnen den tyd van vyf jaeren eerstftoomende, in te gaen mec den dag van de Publicatie deefes, op poene dat die geene, die contrarie bevonden werd te doen, zoo defelve tot de jagt mogte zyn gequalificeert, vervallen zal voor de eerfte reife in een boete van vyf en twintig Ponden, tot veertig grooten het Pont; voorde tweede reife vyftig Ponden; en voor de derde reife honderd Ponden, en in dubbelt van de voorfz. poenen, zoo defelve tot de jagt ongequaliiiceert mogte zyn; booven en behalven een boete van vyf en twintig Ponden op ieder gevangen ftuk Wildt. I I. En by zoo verre iemand, van wat qualiteit hy zy, bevonden wordt een Haes of meer gevangen te hebben, of Hoen gevlogen, zal boven de pcene, hier vooren verhaelt,' voor de eerfte reife het Velt verboden worden voor een tyd van drie jaeren, voor,de tweede reife ten eeuwigen daagen, en tot meerder reifen bevonden zynde, zal arbitralyk geftraft worden, tot de fudicature van MeesterKnaapen van Holland en Westvriesland; hier van nochthans uitgefondert die geene, welke van Ons confent toe de jagc binnen de voorfchreeve Limiten zullen hebben geobtineert, mits defelve hem voorts in alle andere deelen praecifelyk reguleeren naar de Placaaten en Ordonnantiën op het Stuk van de jagt in deefe Provincie, en fpecialyk naar hec zesde Articul van het jongfte Placaat en Ordonnantie in dato 23 July 1767. En word wyders ook het fpeuren of zoeken naar Wildt door Ongequalificeerden , of door de Bediendens der Gequalificeerden , in abfentie van defelve Gequalificeerden , verboden op een boete van vyftig Ponden t'elken reife. I I I. Verbiedende voorts wel expresfelyk een iegelyk van nu voortaen met Roers, Busfen of Boogen, binnen de voorfz. Limiten t'eeniger tyd te gaan, of eenige Strikken te zetten of fteilen, noch Rennetjes, die men in de Paeden hangt, onder pneeext van daar mede Snippen te vangen, of andere Netten, en byfonder ook niet in het Koorn, Rogge, of eenig ander Gewafch , als mede op Paden, Wegen, Hekken, Dammen, of daar omtrent, overmits tot nu toe veele Haaien, Konynen, Patryfen, Faifanten, of ander Wilde, daarmede zyn vernielt op verbeurte van de Roers, Busfen en Boogen, of Netten die haar met 'er daad zullen afgenoomen worden, en daarenboven van vyf en twintig Ponden, gelyk mede voor eiken Strik, en daarenboven voor eiken Haes, Konyn, Patrys, Faifant of ander Wildt, dat men bevinden zal gefchooten, met Strikken, Netten, of anderlins gevangen te zyn, de eerfte reife vyf en twintig Ponden, voor de tweede reife vyfeig Ponden, en de derde reyfe honderd vyf en twintig Ponden, al mede van veertig grooten het Pond, en arbitraele correctie cot discretie van Meefter Knaapen voornoemt. Blyvende voorts het fteilen van Vlouwen en Wargarens, als mede het leggen met Netten op Leeuwrik, Vink, Spreeu, Plevier, of diergelyk klein Gevogelte, binnen de voorfz. Limiten zonder voorgaande permisfie van ons of van onfen Lieutenant Houtvester Generaal over Holland en West vriesland, aen een ieder verbooden in conformité van het vyftigfte Articul van het bovengemelde Placaat en Ordonnantie, in dato den 24 July 1767. 4H 2 En  612 Placaaten. 4. Bock. 4. Titul. 9' Waarfcbouzvitig van Gecommitteerde Raa¬ den van I lot land, tot intrekking eener bevoorens gegevene permisfie aan de Ingefetenen van Goeder eede of IVestvoorn, tot het uitgaan met Schietgeweer op konynen aldaar. Den 30September 1776. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, Doen te wceten \ dat ter onfer kennisfe is gekoomen, dat diverfe Perfoonen een m>bruik makende van de permisfie by onfe Relolutie in dato 8 November 1742, aan de Opgezeetenen in den Eylande van Goedereede of Westvoorn gegeeven, om ter pravenieering van dc verdere grooten aanwas der Konynen aldaar, en ten einde defelve des te boeter tc kunnen wegvangen en deflueercn, zig te moogen bedienen van Schietgeweer, zig niet ontfien, om onder dekmantel van na Konynen te fchieten, het aldaar zynde ander WiJd te verjaagen, weg te fchieten en te ruïneeren; en dewyl het maaken van zoodanig misbruik van eene permisfie, by ons graticufelyk en alleen ten nutte en voordeel van de goede Opgefeetenen in den voorfchreeve Eylande geaccordeert, by ons niet kan werden gedoogt, maar daar jcegens dient voorfien te werden, en wy teffens geinforrneert zyn, dat 'er teegenwotrd;g zoo weinig Konyn in den voorfchreeve F.y lande gevonden word, datterprsevenieerirg van derfelver vermeenigvuldiging het gebruik van Schietgeweer niet langer noodfaakelyk is, hebben wy by onfe Refoiutie op heeden genoomen , goedgevonden de voorgemelde permisfie, by onfe meergemelde Refo¬ iutie in dato 8 November 174a verleent, by provifie en tot ons kennelyk weederfeggentoe in zoo verre in te trekken, dat niemand uit kragte van defelve, en zonder van elders behooriyk gequalificeert te zyn, naden 15 November aanftaande, zal vermoogen met Schietgeweer op Konynen uit te gaan, veel min defelve te fchieten, op pcene, dat teegen denfelven door Bailluw 'sLands van Voorne zal worden geageert conform de Ordres en Keuren op het ftuk van de jagt geëmaneert, en in den Lande van Westvoorn vigeerende. Blyvende het nogtans aan de Opgeieecenen by continuatie gepermitteert, om mec Strikken en op allerlye gebmikelyke andere wyfe het Konyn aldaar te moogen vangen, en deftrueeren. En ten einde de voornoemde Opgefeetenen van de voorfchreeve intrekking van onfe te vooren verleende permisfie behoorlyke ken nsfe moogen hebben, en zig zouden kunnen hoeden voor fchaaden, en hun nadeelige calangien, hebben wy goedgevonden hun by deefen van het geen voorfz. is te waarfchouwen , en te gelasten, zig daar na allefincs ce gedragen, zullende boven dien teraffnyding van alle voorgeevens van ignorancie deefe worden pe publiceert, en geaffigeert daar zulks behoord , en ce gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage den 30 September 1776. (Onderfond P) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. jj (JVas geteekent,) A- J. R O Y E R. Re- En op dat deefe onfe Ordonnancie ce beeter I in alle haare Poineen mag worden geobferveert, zoo ontbieden en beveelen wy alle Officie- j ren, Jufticieren, Dienaaren en Ingefeecencn I Gegeeven in 'sGravenhage, onder onfe Handteekcning en Furftelyk Zecgcl, den 1 Auguscus 1772. (lias geteekent,) W. Pr. vam ORANGE. (Onderfond P) (L S ) Ter Ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontrafgnecrt P) T. I. de L A R R E Y. Nota. Deefe Publicatie is gerenoveert den 31 July 1777 cn den 17 Augustus 1782'. der Graaflykheid van Holland en Westvriesland, dac zy U, dit doende, ernftelyk verftaan , obedieeren, en alle Hulpe en byfianJ doen, zonder des te laeten in eeniger wyfe.  Houtvesterye en Jachtzaaken. 10, Reglement op bet Beplanten der Dyken en . IVeegen, gelyk meede omtrent het aanleggen yan Grienden, Boomgaarden, Heggen, en ander Hout gewas ch in de Baronie Tsjeljkin. Den 23 Augustus 1778. Wy WILLEM, by de Gratie Gods Prince van Orange en Nasfau, Grave van Catzenelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Culenborg; Marquis van Veere en Vlisfingen, Baron van Breda, Diest, Beilftein, der Stad Grave en Lande van Cuyk, Ysfelftein, Cranendonk, Eyndhoven en Liesveld; Onafhanklyk Heer van de Vrye en Souveraine ErfHeerlykheid Ameland; Heer van Borculo, Bredevoort, Lichtenvoorde, 't Loo, Geertruy denberg, Clundert, Sevenbergen, de Hooge en Laage Zwaluwe, Naaltwyk, Polanen, St. Martensdyk, Soest, BaarenenTer Eem, Willemftad, Steenbergen, Montfort, Sr. Vith, Butgenbach en Daesburg, Erf-Burggraaf van Antwerpen, Erf Maarichalk van Holland, Erfstadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Capitein en Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden , Erf Capitein Generaal en Admiraal van de Unie, Ridder van de Kousfeband, en van den Swarten Adelaar, &c. &c. &c. Doen hier meede te weeten. Dat wy op het voorftel desweegens aan ons gedaan en het advis van die van den Raade onfer Domeinen, hebben goedgevonden, by Alteratie en Ampliatie zoo der Reglementen, op het Schouwen der Dyken, Weegen en Watergangen in den Schout-Ampte van Ysfelftein, mitsgaders in de Heerlykheeden Benfchop en jNoordpolsbroek, onder onfe Baronie Ysfelftein, in datis respecfive 14 April, 1738, 28 Maart 1740 en 9 July 1742, als van de nadere Ordonnantie op het Planten van Grienden , Boomgaarden, Heggen en ander Houtgewasch in gemelde onfe Baronnie van den 21 November 1754 te ordonneeren, te ftatueeren en te permitteeren, gelyk wy ordonneeren, ftatueeren en permitteeren by deefen. Art. I. Dat van nu voortaan alle Gemeentens en Polders Dyken en Weegen in onfe Baronie van Ysfelftein, voor zo verre zulks gevoeglyk en zonder merkelyk prsejudicie kan gefchieden, en door den Drosfard, mitsgaders de respecfive Schouten en verdere Regenten noodig en dienftig werd gevonden, met opgaande Eyke- Olme- of Esfen Heyfters, of ook wel met opgaande Willige of Populiere Pooten, na mate de Grond voor ieder het beste • zal werden geoordeelt, ten kosten en behoeve der respective Gemeentens en Polders zullen moeten werden geplant. I I. Dat het insgelyks aan een ieder, het recht van Eygendom aan Dyken en Weegen hebbende, voortaan zal vryftaan, om defelve, voor zo ! verre dat zyn Regt zig uitftrekt, met voorj kennisfe en confent van den Drosfard, mitsgaders de respeótive Schouten en verdere Regenten, met opgaande Eyke- Olme- of EsfenHeyfters, of ook met opgaande Willige of Populiere Pooten te beplanten. I I 1. Dat wanneer of voor zo verre dusdanige Eygenaars van Dyken en Weegen niet mogten verkiefen defelve te beplanten, en egter den Droslard de respective Schouten en verdere Regenten oordeelden, dat het zelve gevoeglyk zoude konnen en ook behooren te gefchieden, die bephntinge in voegen voorfz. alsdan ten onfen kosten en behoeve zal werden gedaan door den Rentmeester onfer Domeinen , zodanig nogtans dat het aan den Eygenaar van die Dyken en Weegen ten allen tyde zal vryftaan, die Boomen weederom ten zynen profyte over te neemen, mits alsdan aan gemelde Rentmeester voldoende de waar. de der Boomen ter taxatie van twee onpartydigen, hun des verftaande. 1 v. Dat geene publicque Dyken en Weegen metKnootboomsn, 'tzy Willige, Populieren of ander foort, veel min weyniger met eenig laag Houtgewasch, zullen mogen werden beplant, ten zy tusfen of langs de buyten kanten van geplante opgaande Eyke Olme- of EsfenHeyfters, of opgaande Willigen en Popelieren, wanneer den Drosfard, mitsgaders de respective Schouten en verdere Regenten, bevinden , dat het zelve zonder merkelyk nadeel van de Weg of het naastgeleegen Land kan \ gefchieden. V. Dat alle teegenswoordig op Dyken en Weegen reets ftaande Knoot Boomen, voor zo verre den Drosfard, de respeóiive Schouten en verdere Regenten mogten oordeelen dat defelve abfolute zouden behooren geamoveert tè werden, de Eygenaaren derfelve gehouden en verpligt zullen weefen die, op de eerfte aanfegginge, binnen zeekere daar toe te bepaalene Termyn te doen hakken en wegneemen, maar dat defelve alle de overige reets aldaar ftaande I Knoot-Boomen, by provifie zullen mogen blyVen behouden, dog dat by verfterf van defelve geene andere in de plaats zullen mogen werden gefet, dan alleen op die wyfe, alsby den voorgaanden Art. is gefegt. V I. Dat geene Beplantinge van publicque Dy4H 3 ken  6i4 Placaaten. 4. Boek. 4. Titul. ken en Wecgen, 'c zy ten behoeve der respective Gemeentcns of Polders, 'c zy door particulieren zal mogen werden gedy aan de ordinaris Juftitie'word gerenvoyeerd de qihcfie over een Gy/èling, door den Lieutenant Houtvester gedaan, ter zaokt fan het fchieten van IFild op zyn eigen Land. Den 22 Augustus 1788. De Heer PenhOMris Jager heeft: ter Ver. gaiering gerapporteerd, dat de Heeren Gedepuceerden der Srad 1 Iaarlcm en de verdere Heeren hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Jufticie, ingevolge, en ter voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 29 Juny 1785, hadden geëxamineerd eene Misfive van den Luitenant Houtvester cn Meescerknaapen van 1 iolland en Westvricsland, gefchreeven in den 1 lage den 23 derfelve maand, houdende. tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 20 Mey tc vooren, derfelver Confideratien en Advis, op de Requeste aan hun Edele Grooc Mogende, geprefenteerd door Piecer Hogenduyn, Bouwman, woonende op de Wooning genaamd Hoogkamer onder den Atnbagce van Voorhouc, verfoekende verklaaring, dac, uit hoofde van de Placaacen en Reglementen op het Stuk van de Jagt en Wildernisfen geëmaneerd, aan de Houtvestery van Holland en West vriesland geen rechc, nog jurisdictie corapeteerd over Bosfchen, Duineu, Wildernisfen of Landeryen aan particulieren in Eigendom toebehoorende, en micsdien, dat de Luitenant Houtvester onbevoegc is eenige Gyfeling of Calanges aldaar ce laacen doen. En dat zy Heeren Gecommitceerden hadden bevonden, dac de Supplianc by de poficiven van zyn gemelde Request, volmondig erkend, dac hy op den 22 April 1785 op zyn gehuurd Land in de Boekhorst Polder binnen de Vryheid van Teylingen, heeft gefchoten één Haas: — dac hy ter zaake voorfz. door of van wegen den Luitenant Houtvester Generaal over Holland cn Westvriesland is Gegyfeld en Geciteerd, tegens den 22 Mey daar aan volgende om te aanhooren zodanigen • eisch en conclufie, als tegen hem ren dage voornoemt voor de Vierfchaar van Meescerknaapen zoude worden genomen, daar jegens j peremroir ce ancwoorden, cn voort te Proccj deeren als na Rechten. Dflt zy f reeren Gecommitteerden, in confidcracie hebbende genomen, dac hec onderfoek, of de daad, door den Suppliant gepleegt, in zig vervat ééne transgresfie tegens dc Placaaten en Ordonnantiën, op het Stuk van de Jagt, reeds geëmaneerd, notoirlyk behoord tot de cognicie en decifie van den ordinaris Rechcer; zoo als hun Edele Grooc Mogende uiedrukkelyk hebben geftacueerd by hoogst derfelver Refoiutie van den 22 November l6~o; en nader geinhareerd by het 12 Artykel van het Placaat van den 2r5January 17 irT; en voorts gelee hebbende op de verdere gronden by het Advis van den Luitenant Houtvester en Meefterknaapen over 1 Iolland en I Wcstvriesland aangevoerd, hadden vermeend, I dat het verfoek van den Suppliant aan den ' Souverain ongepast cn zeet verkeerdelyk is ; ingerigt. Waar op gedelibereerd zynde, is, conform hec Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden goedgevonden en verftaan, de furcheance der Procedures by Refoiutie van hun Edele Grooc Mogende van den 18 Mey l7&5 geordonneerd, by deefe op te heften; en den Suppliant ter zaake voorfz. te renvoyceren aan de ordinaris Ju/brie. En zal Extraéi deefer Refoiutie worden gefonden aan den Luitenant Houtvester en Meescerknaapen van Holland en Westvriesland ; nvtsgvders aan den Suppliant, om , voor zoo veel ieder van hun aangaat, te dienen tot derfelver informatie en narigt. 13» Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, trgen het befchadigen van Hout, in de Duynen en IVildcrnisfen. Den 21 September 4 *79Pf De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Hollanden VVescvriesland, doen ce weeten: dac wy van tyd tot cyd in ervaaringe zyn gekoomen, dac de Bosfchen van Berkenhouc en andere Houcgewasfen, welke in de Duynen en Wildernisfen gevonden worden, en een merkelyk voordeel aan den Lande gewoon zyn aan te brengen, door deefe en geenen worden befchadigd, benadeeld en verdorven, en dat zelfs de ongereegeldheid daar omtrent zoo verre is gegaan, dac in de laacsc gepasfeerde Winter zeer groote Trouppes van Dorpelingen en andere zig te zaamen gevoegt , en de voorfchreeve Bosfchen en Houcgewasfen grootelyks gedeftrueert, geruineerd en afgehakt, mitsgaders het alfoo afgehakte Hout  Houtvesterye en Jachtzaaken. ^ Hout vervoerd en weggeftoolen hebben. En nadien het te dugten is, dat indien tegen zodanige ten hoogften ftraf baare handelwyfe niet ernftig word voorfien, in het aankomend Najaar en Winterfayfoen diergelyke ondeugende handelingen zullen voortgefet worden, waar door's Lands Domeynen grootelyks benadeeld en in derfelver inkomften merkelyk verkort zouden worden. Zoo is 't, dat wy, die als beheerende de voorfchreeve Domeynen, gehouden zyn, daar jeegens te ernftiger te vigileeren en te voorfien, hebben goedgevonden en verftaan, alle en een iegelyk te interdiceeren en te verbieden, om het zy in kleinen getalle, het zy in groote complotten in de Duynen en Wildernisfen van den Lande zig te begeeven, en onder prsetext van droog of dor Hout te fprokkelen, eenige Bosfchen of ander Hout af te breeken, af te houwen ofte eenigfints te befchadigen , direct of indirect.; mitsgaders, om eenig Hout, van wat aard of natuur zulks zoude mogen weefen, al waare het, dat men konde voorwenden, het zelve gevonden te hebben, of op eenig ander voorwendfel, hoedanig ook zoude mogen weefen, uit de voorfchreeve Duynen en Wildernisfen te mogen opraapen, meedeneemen, en na hunne Huyfen of elders vervoeren, zonder daar toe byfonderlyk of op eene behoorlyke wyfe van Gedaan in den Hage den 21 September 1790. (Onderftondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. {Was geteekentf) A. J. R O Y E R, ■ ; ________— , , —|—_^ ^ 1 ^ VYFDE TITUL. Dykwaterrecht, Ontgvondmge, en Slachturven. sLands weegen gequalificeerd te zyn, on poene dat tegen de Overtreeders volgens de Wetten van den Lande zonder eenige de minfte conniventie zal worden geprocedeert, als tegen openbaare Dieven en Berovers van 'sLands Goederen; en de Overtreeders mitsdien aan den Lyve worden geftraft, en zulks onverminderd zodanige verdere en andere poenaliteiten , als daar jeegens by het Placaat op het ftuk van de Jacht zyn geftatueerd. Lastende wy den Procureur Generaal van den Hove om tegen de voorgemelde misdry ven te vigileeren en de Overtreeders derfelve te apprehendeeren, en alle andere Officieren den zeiven daar in te adfifteeren, en ieder in het byfonder zoo veel mogelyk onderfoek te doen, waar van daan het Hout, het geen eenigfints in verdenking zynde Perfoonen na hunne Woonplaatfen zoeken te vervoeren, gehaald is; en voorts gefaamentlyk deefe onfe Publicatie ten ernftigften te doen executeeren, alfoo wy zulks ten dienfte van den Lande hoog nodig oordeelen. En op dat niemand desweegens eenige ignorantie zoude mogen voorwenden, zal deefe worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord, en in het byfonder op de Dorpen langs en omtrent 's Lands Duynen en Wildernisfen gefitueerd. k Refolutié van de Staaten van Holland, hou¬ dende een Reglememt yan gegoedheid in Landeryen voor Dykgraaf en Dyks - Regenten van den Hondfchbosfche, mitsgaders yan de uitwaterende Sluyfen. Den 13 Mey 1762. BY refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder Quar- ' IX. Deel. tier, gefchreven te Hoorn den 14 January Jongstleden, enden 12 February daar aan ter Vergadering in gekoomen, waar by defelve, 4I ter  6i8 Placaaten. 4. Boek. 5. Titul. tor bccafle van hun Edele Groot Mog. actiieele deliberatien over het verf>ek van de Duincavel comribueerende onder het voorfchreven Quartier, om foulaas ten aan zien van den aanllag der Verponding op de Landen, aan hun Edele Groot Mog. voordrangen , om een Reglement van gegoedheid in Landeryen voor Dykgraaf en Dyks- Regenten van den Hondsbosfche, mitsgaders voor Dykgraaf Heemraden , Rentmeester cn Secretaris van dc uitwaterende Sluifèn, fjiet geen tot nog toe niet had plaatsgehad) te doen maaken, waar dooreen gedeelte van de Landeryen onder het Duincavel, of van andere zoortgelyke Landeryen zoude blyven in handen van gequalificeerde Perfoonen, of ten minften van die in de directien waaren van de Werken, waar coc de zelve Landeryen moesten contribueeren, en over welk Duincavel geen generaale Dyksrekening zynde, uit hoofde der hooge fituatie defer Landeryen, het zelve de naaste relatie tot beide voorfchreve Dyks-Collegien had, om dat de Landeryen onder het Duincavel betaalden in de hoogfte contribiuien, zoo aan den Ilondsbosfche als aan de uitwacereiide Sluifen , fuppediteerende vervolgens -twee Concept-Reglementen van gegoedheid in oude Landeryen het eene voor hec Dyks - Collegie van den Ilondsbosfche, en hec andere voor het Dyks-Collegie van de uirwaterende Sluizen, om voor hec coekoocnende ce worden geobfervcerc. Is goed gevonden en verftaan, mits defen vast te fteilen , dat in het aanftchen van Dykgraaven , Dyks - Regenten, Rentmeesters en Secrctarisfen van de gemelde twee Dyks Collegien, niet alleen zal moeten worden gelet op de kundigheid en bekwaamheid van de Perfoonen cot het bekleeden van defelve Bedieningen , maar ook dat de aanteftellen Perfoonen ten minften zullen moecen gegoed zyn, en op eigen naam bezircen, de tams van mergencaalen conmbueerende aan den ffondsbosfche of uitwaterende Sluifen respectivelyk, gemeld in de Reglementen aan het einde defes geinfereert; met dien verftande, fat, in geval een Perfoon meer als een Eraploy bekleed, defel ve zal moeten gegoed zyn tot zoo veel merg .maaien als toe ieder Employ word vereifcht, en dat de aangeftelde Perfoonen, alvoorens toe de Regeering geadmitteert te worden , zullen moecen doen blyken , daczy den vasrgeftelden taux van mergencaalen in eigendom beurten, nameiyk de respective Dykgraaven aan de Heemraden, en de Dyks Regenten, Rentmeesters en Secretarisfen aan den Dykgraaf, waar onder zy ge hooren, en dat niet alleen daar van behoorlyke aanteekening ter Secretarye van ieder Dyks - Collegie zal moeten worden gehouden, maar ook 'sjaarlyks aan de Heeren Gecommitteerde Raden te Hoorn refideerende kennis gegeven door Dykgraaf en Heemraden respectivelyk, dat hec zelve Reglement naar behooren word geobferveerc, zynde onder de bovengemelden Reglementen niet begrepen de respective Hoofdingelanden van de voorfchreve twee Dyks - Collegien, om dat de zelve niet zyn vasce Perfoonen, maar uic de Steden , Cavels, Dorpen, of uic hoofde van Ampcen van tyd toe cyd gecommitceerc worden en compareeren, dog dac mec relacie tot de vaste Amptenaaren, als Dykgraaf en Secretarisfen de voorfchreve Regiementen alleen zullen werken op het tockoomende voor hunne Succesiëurs, en een aanfien van Dyks - Regencen, welke niet permanent zyn, maar één of meer jaaren fungeeren en vervolgens afgaan en verwisfelen zullen aanvang neemen mec de eerfte verwisfeling. En zullen dele Regiemeneen worden gefonden aan de respective Dyks - Collegien van den Ilondsbosfche cn van de uitwaterende Sluizen voor zoo veel ieder aangaat, mee lasc om zig daar naar te reguleeren; als. mede Extract defes aan de Heeren Gecommitteerde Raden te Hoorn refideerende, zoo om te dienen toe hun narigt, als om te letten, dat de zelve Reglementen naar behooren werden geobferveert en nagekoomen. Reglement van gegoedheid in oude Landeryen, contribueerende tot onderhoud van den Hondsbosfcbe, voor het DyksColiegie van den Hondsbosfefie en Duinen tot Petten. De Dykgraaf, in het vervolg werdende aangefteld, zal moecen beziuen (zonder onderfcheid van oude en nieuwe Landen , of waar gelegen) contribuabel aan den Hondsbosfche, ■ 25 mergen. De zes Heemraden in die Ca- bels, uic welke de zelve worden geëligeert, ieder 15 > De Rcncmeescer concribuabel indistinéce waar gelegen 10 - De Secretaris uit. 1 o ■■■ En wanneer defe twee laatste Employ en door een Perfoon werden bekleed als vooren 20. Zes Waarsmannen in die Cabels, uit welke de zelve worden gecommitteerc, ie- Reglementen yan gegoedheid in oude Landeryen, contribueerende tot onderhoud van de uitwaterende Sluifen, voor het Dyks- Collegie van de uitwaterende Suifen. De Dykgraaf, in hec vervolg wordende aangefteld, zal moeten beziccen(zonderondencheid van oude en nieuwe  Dykwatefrecht, Ontgrondingé en Siachtürvèn* 619 uwe Landen, of waar gelegen) contribuabel aan de uitwaterende Sluifen 25 mergen. Een Heemraad uit de Stad Alkmaar zal moeten bezitten (zonder onderfcheid van oude en nieuwe Landen, of waar gelegen) contribuabel als boven. 15 —— Drie Heemraden in drie Ca- bels, uit welke de zelvé werden geëligeert, ieder 15 — De Rentmeester j contribuabel indistinéte waar gelegen io De Secretaris uts. - ■ 10 . En wanneer defe twee laatfte Employen door één Perfoon worden bekleed als voorcrn • 20 - t 4. Refoiutie van de Staaten van Holland, be¬ trekkelyk de invordering der Afkoop- of fVaarborg-Penningen van verveende Landen in dè Loosdrecht. Den 14 Juny 1764. By refumtie gedelibereert zyndé op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 8 Mey defes jaars, en den 12 dito ter Vergadering ingekomen, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinótement Commisforiaal van den 20 Maart daar te vooren, geëxamineert de Requeste van Schout en Geregte van de Loosdrecht, en van Margaretha Helena Graafland, Weduwe wylen Mr. Jacob Alewyn,in leven Schepen en Raad der Stad Amfterdam, als Ambagtsvrouwe van de Loosdrecht zig met defelve voegende , waar by defelve te kennen geven, dat de gemelde Ambagtsvrouwe in den jaare 1761 met de voorfchreeve Heerlykheid zynde verleid geworden, kort daar na, zoo in Perfoon als door die van haaren Raade, by de voorgaande Geregten zig onder anderen had geinforrneert, naar den toeftand der Veenderyen van Loosdrecht, en het daar onder behoorende Loenderveen, en by die occafie hadde ontdekt, dat met wat meerder attentie die zaken hadden behooren te worden behandelt, en de ontfangene Waarborg-Penningen prompter ten gemeene Lands Comptoiren moesten zyn gefurneert, zynde de aanmaning aan Schout en Geregte in dien tyd van dat effecT; geweest * dat in den jaare 1762 in twee termynen te zamen een fomme van twaalf duifend vier honderd guldens ten Comptoire voorfchreeve was gebragt; dat de Supplianten by hunne aanftelling in het voorleden jaar 1763 , op aanmaning van welgemelde Vrouwe niet alleen, maar ook uit eigen beweging, zig hadden toegelegt, om, zoo veel mogelyk, zorg te dragen, dat tot confervatie van het vooriz. Ambagt, de Waarborg-Penningen van verveende Landen, de welke eenige Veenluiden hadden gemanqueert te betalen, waaren gefurneert geworden, en daar door in ftaat waaren gefteld, om dat jaar veertien duifend Guldens ten Comptoire Generaal te beleggen; dat de Heeren Gecommitteerde Raden, aan wien de Supplianten, om voorfchreeve Penningen te beleggen, zig by Requeste hadden geaddresfeert, en van wie zy de permisfie ook daar toe hadden geobti¬ neert , een weinig tyd daarna aan de Supplianten hadden aangefchreven, en te kennen gegeven in fubftantie, dat defelve verwondert waaren, dat wegens de Loosdrechten zulke importante fommen ter zake van verveende Landen in zoo korten tyd waaren belegd geworden , daar in veele voorgaande jaaren dieswegens byna nietwes was gefurneert, en dat zy bedugt waaren, of door de Supplianten de Waarfchouwing en Refoiutie de datis 20 Juny 1721 en 28 January 1723 wel waaren geëxamineert en te regt wierden geobferveert; dat de Heeren Gecommitteerde Raden diensvolgens aan de Supplianten ordonneerden, om aan hun ouvertures te doen omtrent de manier , waar op het werk der Waarborg-Penningen by de Supplianten wierd getracfeert; dat de Supplianten ter obediëntie van defelve ordres, daar op aan de Heeren Gecommitteerde Raden hadden gerescribeert, dat het hun Supplianten zeef aangenaam was geweest de Aanfehryving en Jast van herige van Heeren Gecommitteerde Raden te hebben mogen ontfangen, terwyl zy Supplianten konden betuigen, dat hun voornaame oogmerk was, om aan de intentie van haar Edele Groot Mog., de bevelen van Heeren Gecommitteerde Raden, het weifyn van hun Ambagt j en vervolgens ook aan hun pligt te voldoen; dat zy Supplianten ook de voorfchreeve Waarfchouwinge en Refoiutie van haar Edele Groot Mog. by hunne aanftelling als vooren niet alleen hadden geëxamineert. maar ook geconfidereert als een rigtfnoer, waar na zy in defen moesten handelen, dog dat hun Supplianten eenige bedenkelykheden waaren voorgekomen, of hunne Preedecesfeuren door het kwalyk interpreteeren van de voorfchreeve Waarfchouwinge wel completelyk aan de intentie van haar Edele Groot Mog. hadden voldaan: dewyl zy hadden ontdekt, dat defelve hunne Prredecesfeuren aan de zoodanige, de welke niet inclineerden de Waarborg Penningen te voldoen, haddeh geaccordeert om voor de voldoening van die Penningen të verborgen (zoo als hetgenoemt Wierd) hunne nog onverveende vaste Landen, ook wel Huifen en 4I 2 Hof-'  Ó20 Placaaten. 4. Bock. 5. Titul Hoflieden, welke verborging alleen op het Quohier wierd genoteert, zonder daar van eenig Contract te pasfeeren, tot merkelyke prejuditie in cas van verkoop of verfterf van veertigfte Penning, Collateraal en Zegels, zynde het te dugten, dat by aldien niet in tyds daar in wierd voorfien, het zelve zoude ftrekken tot totale ruïne van het Ambagt, alfoo verfcheide vervallcne Huifen, en nok wel Landen , om van een dubbelde last ontllagen te zyn, gcabandonneert wierden, en het Ambagt daar mede befwaard; dat zy Supplianten derhalven om die en andere redenen niet hadden kunnen goedvinden die zoogenaamde verborging op het Quohier te noteeren, en voor genoegfaam aan te neemen, maar dat zy integendeel de Veenluiden tot de betaling der Inleg Penningen hadden aangemaand , en van de zoodanige, welke op dien tyd niet in ftaat waaren die Pennin gen te voldoen, hunne prcfentatien der verborging van Landeryen, niet anders alsprovifioneel en apart hadden genoteert tot zoo lange zy Supplianten dicswegens nader zouden zyn geinformcert; dat eindelyk de Supplianten ran het einde van hunne voorfchreeve Misfive hadden verfogt van Heeren Gecommitteerde Raden te mogen vernemen. 1. Cf zy de verborging op Huifen en Landen op het Quohier genoteert (waar van veele door hun infumTant wierden geoordeelc) moesten laten cor.tinueeren, dan of zy de Eigenaars tot het furnecren der Waarborg-Penningen mocsren conftringeeren. 2. Of de Supplianten met de verborging, op nieuws geprefenteert wordende, genoegen moesten nemen, en defelve als vooren op het Quohier noteeren. 3. En eindelyk, ofby de Heeren Gecommitteerde Raden wierd verftaan, dat alle de Goederen van Ingelanden, zoo wel Opgefetenen als Buitenlieden en derfelver Praedecesfeuren, de welke door de Supplianten wierden ontdekt, nier of re weinig re hebben ingelegt, voor de Waarborg Penningen zyn verbonden en executabel, en of defe Penningen voorandere particuliere Hypotheccquen waaren geprefereert. Dat dc Heeren Gecommitteerde Raden hier op a.m de Supplianten hadden gerescribeerr, 1. Dat Schout en Geregten, Ambagtshewaardcr?, of die het toeftond daar in tc voorfien , in gevolge van haar Edele Groot Mog. Waarfchouwinge van den 20 Juny 1721, verpligt zynde zorge te dragen, dat'er volkomen gerustheid wierde gegeven, dat de ordinaris en extraordinaris Verpondingen, binnenlandfche Omflagen en andere Ongelden, die van uitgeveend wordende Landen moesten worden betaald, altoos konnen worden geconfequeert, de Supplianten niet alleen bevoegt, maar zelfs gehouden waaren te erfectueeren, dat dien aangaande een volkome gerustheid wierde gevonden, en dat zy Supplianten derhalven, ten j opfigte van zoodanige uitgeveende Landen, waar omtrent zy zouden oordeelen zoodanige volkome gerustheid niet te wefen , het beste aan hunne verpligting zouden voldoen met de Eigenaars der zeiver tot het furneeren der Waarborg-Penningen te conftringeeren. 1. Voorts ten opfigte van de tweede vraage, dat de intentie van haar Edele Groot Mog. | zynde, dat de Afkoop-of Waarborg-Penningen voor de voldoening der verfchuldigde hs[ ten mec 'er daad wierden gefurneert, maar zoo, dat omtrent den tyd binnen welke het zelve moest gefchieden eenigfins aan de convenientie der Eigenaars wierde te gemoetgekomen, om die Gelden uit het provenue der Vecnderyen te kunnen furneeren, de Supplianten zoo veel mogelyk behoorden te effechieeren, dac voor de Landen, die in het vervolg verveend zouden werden, aanftonds voordat de vervcening gefchiede, de Afkoop of Waarborg Penningen wierden voldaan, en by zoo verre de Eigenaars der zeiver daar omtrent op eenig uitftel zouden mogen infteeren, in dien gevalle aan defelve een bepaalden cyd coc hec furneeren der Afkoop of Waarborg Penningen ce vergunnen, mies defelve zig als dan by een ordencelyk Contract verbonden, om bet voorfchreeve furnisfement 00 den bepaalden tyd te doen, en daar voor zoodanig verband kwamen te doen, dat hec Ambagc dies wegens volkomen geruscheid kwame tc erlangen, zonder dac egter van het zelve verband de veertigfte of cagtigftePenningen zouden behoeven te worden becaald. 3. En eindelyk belangende de derde vraage, dat dewyl dien aangaande by I Ieeren Gecommitteerde Raden nog eenige bedenkingen waaren overgebleven, de Supplianten, nadat by defelve het onderfoek wegens verveende Landen, waar voor niets of te weinig was ingelegt , gedaan wordende, geheel zoude zyn afgeloopen, aan Heeren Gecommitteerde Raden zouden moeten overfenden een Lyst of Memorie van de verveende Landen, welker Eigenaars of Pncdeces/éunen der zelver daar voor niecs of ce weinig hadden gefurneert, met byvoeging op ieder respeót van de Perfoonen en Goederen, welke de Supplianten zoaden oordeelen daar voor aanfprekelyk te kunnen zyn, om vervolgens het goedvinden van Heeren Gecommitteerde Raden daar op nader aan de Supplianten te laten toekomen; dat de Supplianten, in gevolge de voorfchreeve ordres van Heeren Gecommitteerde Raden, eerst en vooral zulke Perfoonen, die Eigenaars waaren van verveende Landen, waar voor niets was ingelegt, en waar voor de Supplianten geen genoegfame fecuriteit voor her coniequeeren der Verpondingen hadden, en gevolgfyk periculum in mora was, hadden aangemaand tot het inleggen der Waarborg-Penningen, of ten minften by provifie tot het geven van gerustheid voor het Ambagt wel met dat effect, dat eenige daar aan reeds tot genoegen van de Supplianten door het furneeren van een gedeelte van defelve Penningen hadden voldaan, maar dac zy Suppliancen op allerhande wyfen wierden getergiverfeert door den Perfoon van Adriaan  Dykwaterrecht, Ontgrondinge, en Slachturven. aan de Nooy, woonende inde Loosdrecht, geweest zynde Impostmeester der gemeene Lands Middelen te Amfterdam, welke, onaangefien alle mogelyke aangewende devoiren, in het breede by de Requeste gedetailleert, niet hadde kunnen worden gepermoveert, om de door hem verfchuldigde Waarborg- of Afkoop-gelden te furneeren, of daar voor de vereischte gerustheid te geven; Weshalven de Supplianten, om die en verdere redenen by de Requeste geallegeert, verfoeken , dat haar Edele Groot Mog. door het verleenen van parate Executie, of anderfins, de Supplianten gelieven in ftaat te fteilen, om zonder forme van procedures zoodanige middelen te kunnen en mogen employeeren, die genoegfaam zyn, om de onwillige Veenluiden onder de Loosdrecht tot het furneeren van de Inleg-Penningen of het geven van behoorlyke fecuriteit te conftringeeren. Is goedgevonden en verftaan, Schouten Geregten, zoo van de Loosdrechten en het daar onder gehoorende Loenderveen, als van alle andere Veendorpen, by defe te authorifeeren en te gelasten, om alle de geene, welke als Eigenaars van Landen, onder derfelver Jurisdictie gelegen, delelve Landen, of eenige van dien, zeedert het emaneeren van haar Edele Groot Mog. voorgemelde Waarfchouwing van den 20 Juny 1721 hebben verveend, zonder tot hier toe de daar voor verfchuldigde Afkoop- of Waarborg-Penningen te hebben gefurneert, en voor zoo verre die Eigenaars, of eenige der zelve reeds zouden mogen wefen overleden, in dien gevalle derfelver Erfgenaamen of regt verkregen hebbende, tot het fur- 62I neeren der verfchuldigde Af koop of WaarborgPenningen te conftringeeren; en wyders ten opfigte van de Landen, welke in't vervole onder haare Jurisdictie zullen worden verveend, de Eigenaars derfelve daar toe te houden dat de Afkoop of Waarborg-Penningen daar voor verfchuldigt, aanftonds, voor dat de verveening gelchiede, worden voldaan, ten waare de Eigenaars daar omtrent op eenig uitftel zouden mogen infteeren, in welken gevalle Schout en Geregte aan defelve een convenablen tyd tot het furneeren der Afkoop- of Waarborg Penningen zulien mogen vergunnen, mits de Eigenaars zig als dan by een ordentelyk Contraét, verbinden , om het voorfchreeve furnisfement op den bepaalden tyd te doen , en daar voorzoodanig verband komen te doen, dat het Ambagt dieswegens volkome gerustheid kome te erlangen, zonder dat egter van het zelve verband de veertigfte of tagtigfte Penning zal behoeven te worden betaald. En wyders aan Schouten en Geregten tot alle het geene voorfchreve is te verleenen regt van parate executie, met bygevoegde verklaring?, dat alle de geenen, welke tegens defelve executie zullen willen komen in oppofitie , het zelve zullen moeten doen voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in het Quartier, waar onder defelve gehooren, als over een zaake de invordering der Verpondingen concerneerende; en wordende Heeren Gecommitteerde Raden, zoo in den Hage als te Hoorn refideerende, by defe verfogt, op de executie defes alle attentie te geven. 3» Refoiutie van de Staaten van Holland, ten wiens lasten de extraordinaire Dakwerken, en in V byzonder de Zinkdyken, in de Krimpenerwaard, gemaakt moeten worden. Den 27 'Juny 1765. Ontfangen een Misfive van de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht, Gouda en Schoonhoven, als haar Edele Groot Mog. Gecommitteerdens tot de zaaken van de Crimpenrewaard, gefchreeven in het Regthuys van Gouderak den 4 deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 15 Maart laatstleeden , hunne Confideratien en Advis op de Requeste van Dykgraaff en Hoogheemraaden van de Crimpenrewaard; verfoekende, dat, indien het Handvest van de Crimpenrewaard, met betrekking tot de Zinkdyken en Aardbermen, breeder in de Requeste gemeld, aan eenige duisterheid onderheevig mogte zyn, haar Edele Groot Mog. (na Verhoor der respective Ambachten in gemelde Waard) by interpretatie van het Handvest en haar Edele Groot Mog. Reglement van den 8 January 176a gelieven te verklaaren, of de Keur op de voorfz. Bermen en gefonken ftuks Dyks door de Supplianten Conform het derde Articul van het Handvest en het dertiende en een en twintigfte van het Reglement, gelegt ten laste van de Gehoefflaagden, door de gemelde Gehoefflaagden gemaakt moeten worden, of door de gemeene Waard. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by interpretatie van het voorfz» Handvest, en gemelde haar Edele GrootMog. Reglement voor de Crimpenrewaard door deefe te verklaaren, dat alle extraordinaire Werken, zoo die reeds gemaakt zyn, en daar 0ver nu different ontftaan is, als die in het vervolg gemaakt zullen worden, en dus alle Verhoogingen en Verfwaaringen van de Dyken booven het ordinaire Peyl ofKeurinde Crimpenrewaard gemaakt wordende, gelyk meede, alle Zinkdyken, die jaarlyks het zydoorVerfchuivingen of door Zinkingen drie duymen verlaagen, of wel eensklaps fterk neerfakken of geheel verfchuiven, ten laste van de Crim4l 3 pen-v  fj2 2 Placaaten. 4. Boek. 5. Titul. penrewrurd gemaakt zullen moeten worden, dog dat geenfints voor Zinkdyken gehouden zuilen worden Dyken, die aan de buitenkant van onderen eenigfints uitfakken, als kunnende deefe uitfakkingen, door de tegen den Dyk geworpen Steenftukken, van geen groote gevolgen zyn, en dat voorts alle Aarde Bermen, die aan de binnenkant tot verfterkmg van den Dyk worden gelegt, meede ten laste van de Waard zullen moeten worden gemaakt en onderhouden, en laatftelyk, dat het onderhoud der Dyken buiten de voorfz. gevallen , en hec opmaken der gemelde geringe uitfakkingen zullen zyn en blyven ten laste van de particu¬ liere DykgehoefTlaagden; en is voorts gerefolveert tot amputatie van verdere gefchillen, by deefe te bepaalen, dat de differenten, welke daar over en over de zakking of uitfehuiving tot een Zinkdyk gerequireerd, onverhoopt zouden mogen ontftaan, door de Heeren Gedeputeerden der Steeden Dordrecht, Gouda en Schoonhoven, als haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Crimpenrewaard , na ingenoomen Advis van kundigen en onpartydige Lieden, gedecidcert zullen worden; ten welken einde Extract; deefer aan gemelde Heeren tot naricht zal worden gegeeven. 4. RefoJutie van de Staaten van Holland, te¬ gen het planten van Houtgewas in-de nabyheid Van de ti'atermolens te Krimpen op de Lek. Den 21 December 1765. By refumptic gedelibereert zynde op de Misfive van Dykgraaf cn Heemraaden van de Crimpenrewaard, gefchreeven te Gouda den 25 October deefes jaars, enden 8 November daar aan ter Vergadering ingekoomen, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 23 Maart 1764, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Schout, Heemraden en Waardsluiden van Crimpen op de Lek, gelegen in de Dykagie van de Crimpenrewaa, d, ten einde haar Edele Groot Mog. met betrekking tot de daar by vermelde voor, of twee hoog maaiende Waatermoolen en alle verdere Moolens, daar by gevoegd, zouden gelieven te ordonneeren en te ftatueeren, dat niemant, wie hy zy> Op vvftlg roeden na de voorfz. voor of twee hoog maaiende Waatermoolen zoude moogen pooten of planten eenig Rys, en dat alle Piamagïen binnen de voorfz. vy rag roeden aldaar ftaande, als meede by en omtrent alle verdere Moolens, die in vervolg van tyt ten dienfte van der Supplianten Ambagt onverhooptelyk geftelt zouden moeten worden , binnen een maand na eedaane publicatie op een Zondag na dc Prcdicade inde Kerken van Crimpen, zuilen worden weggenoomen en uitgeroedt, en dat geen Planting van Stooven of opgaand Hout yan de vyftig tot honderd roeden ftaande zal mogen worden gehouden, ten zygeknoot,en voorts alles Conform aan der Supplianten Octroy van den 22 Maart 1042, ten opfigte der laage Mooicn, des egter, dat al het Houtgewas, om alle de voorfz, Moolens tusfchen de vyftig tot honderd roeden binnen Dyks drie Voeten, en buiten Dyks vier voeten booven de Grond, om de drie jaaren, en wel voor ultimo DecembeT, telkens zal moeten weefen afgeknoot en gehakt, met permisfie aan de Supplianten om teegens de gebreekige Betaalders of Weigenvars eer by hun Supplianten te ftellene poene of mulclen, by parate executie te mogen procedeeren. 1 Is goedgevonden en verftaan, het verfoek by de voorfz. Rcqucstegedaan,zooalshetIegt, tc wyfen van de hand, en in plaats van dien, te ordonneeren, dar af het Houtgewas, hoe genaamt, geen uitgefonderd, ftaande in den Ambagte van Crimpen op de Leek, binnen de vyftig ZuydhoIIandfche roeden in het ronde van de voor of twee hoog maaiende Waatermoolen van het Ambagt van Crimpen op de Leek voornoemt, ten einde van een maand na de publicatie en afiixic, daar toe van weegens de Supplianten op een Zondag na de voormiddags Predikatie voor de Kerk van Crimpen voornoemt gedaan, door of van weegens de Schout, Heemraaden en Waardsluiden van Crimpen voornoemt zal worden weggenoomen; wel verftaande, dat alvorens door de Eigenaars van het voornoemde Houtgewas ter zaake van dien tot Jaste van de Gemeene Ingelanden van f Crimpen voornoemt, zal worden gedaan behoorlyke Vergoeding en Contcnremcnt ter taxatie (is het nood) van Dykgraaf en Heemraden van den Crimpenrew.ard, ingevalle de voornoemde Eigenaars diesweegens met den Schout, Heemraaden en Waardsluiden voornoemt hun niet zouden kunnen verftaan; en dat het voorts aan defelve Eigenaars zal vryftaan, om, by aldien zy zig met de taxatie van Dykgraaf cn Heemraaden voorfz. befwaart zouden mogen vinden, zig aan de Heeren Gedeputeerden der drie Steeden Dordrecht Gouda en Schoonhoven op het doen van de Reekening van de Crimpenrewaard te addresfeeren, om op derfelver befwaar de plano en i y arrest zodanige refiectie te neemen en het zelve te decideeren als gemelde Heeren Gedeputeerden na reeden en billykheid bevinden zulien te behooren ; behoudens nogtans dat alleen de Appelen- en Peerenboomen binnen de voorfz. refpective Roetaalcn gevonden wordende, zullen mogen blyven ftaan, tot dat die of geftorven of bevoorens door de Eigenaars zullen zyn uitgeroeit, zonder dat egter in de plaats van  Dykwaterrecht, Ontgrondinge, en Slachturven, 623 van dien eenig Houtgewas hoe genaamt, geen 1 uitgefondert, weeder zal mogen geplant of gepoot werden. En wyders, dat niemand wie hy zy, op vyftig roeden in het ronde van de gemelde Moolen eenig Houtgewas, hoe genaamt, geen uitgefondert, zal mogen pooten of planten, maar gehouden zyn het zelve ten zynen kosten op het eerfte vermaan , aan hem van weegens den Schout van Crimpen gedaan, uitteroeyen en weg te doen; en voorts, by zoo verre in vervolg van tyd ten dienfte van der Supplianten Ambagt meer Waatermoolens onverhooptelyk geftelt zouden moeten worden, dat zy Supplianten het zelve zullen mogen doen, des dat zylieden daar toe, en van plaatfen waar op defelve Moolens zouden behooren gefteld te worden, alvoorens zullen hebben verkreegen behooriyk Confent van het Collegie van Dykgraaf en Heemraaden voornoemt, en zulks gedaan zynde, dat van weegens de Supplianten als dan al het Houtgewas, hoe genaamt, geen uitgefondert, ftaande binnen de vyftig roeden in het ronde van defelve geconfenteerde Moolens, zal worden weggenoomen na voorgaande Publicatie, zoo en indier voegen als hier booven in reguarde van de j reets geftelde voor of twee hoogmalende Waatermoolen is gemelt, als meede dat al het Houtgewas , geen uitgefonderd, ftaande in den Am¬ bagte van Crimpen voornoemt, van vyftig tot honderd Zuydhollandfche roeden in het ronde van de reets geftelde, of binnen den voornoemden Ambagte nog te fteilen Waatermoolens, door de respective Eigenaars van dien, na voorgaande Publicate en Affixieals vooren, zal moeten worden geknoot, Binnendyks tot drie voeten, en Buitendyks tot vier voeten booven de Grond; en dat het zelve knooten zal moeten worden gedaan van tyd tot tyd, ten minften, om de drie jaaren, na dat hetzelve eerstmaal zal zyn gepubliceert te doen, uitterlyk voor den laatften December van het derde jaar; al het bovengemelde op zodanige boe ten en verbeurtenisfen, als de Supplianten op de Contraventie van het gunt voornoemt is, zullen bepaalen, om defelve by parate executie te moogen worden geinnet, behoudens dat by oppofitie teegens de ondernome parate executie, de zaaken na verboor van Parthyen, Geintresfeerdens by het Collegie van Dykgraaf en Heemraaden van de Crimpenrewaard, de plano en by Arrest, zonder appellatie of eenigerhande provocatie zullen worden afgedaan en gedecideerc. Èn zullen hier van ten behoeve van de Supplianten Brieven van Oéfroy worden gedepecheert. 5. Publicatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende permisfie aan de In- en Op-gezetenen van Overysfel, Drenthe, fVedde en Westwoldingerland, tothet turven, beboekwyten, en wy denvan de Moeren en Moer as fen, aldaar en daaromtrent gelegen. Den 28 Maart 1775. De Staaten Generaal der Vereenigde Neederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; doen te weeten: Nademaal bereids met het afgeloopen jaar i774is geëxpireert de tyd, waar voor -wy by onfe Publicatie van den 6 September 1764 andermaal voor een Termyn van tien eerstkoomende jaaren, op de inftantien in die tyd aan ons gedaan, aan de In- en Opgefeetenen van de Provincie van Overysfel, Landfchap Drenthe, en Heerlykheid Wedde en Westwoldingerland hebben gepermitteert, het Turven, Beboekwyten, en weyden van de Moeren, enMoerasfen, in en omtrent gemelde Provincie, Landfchap en Heerlykheid geleegen, op de Conditiën, en onder de reftricfienby onfe Publicatie van den 10 April 1755 in het breede ter needer geftelt, en dat thans weederom by verfcheide van de voorfchreeve Geinteresfeerdens, aan ons verfoek is gedaan, ten einde wy de voorfchreeve permisfie voor nog eenigen tyd zouden gelieven te continueeren, waar toe wy, zoo veel zulks zonder ondienst van den Lande gefchieden kan, ten welzyn van de voorfchreeve In- en Opgefeetenen geneegenzyn, alle faciliteit toe te brengen. Zoo is 't , dat wy alsnog weederom voor den tyd van tien agter een volgende, te expireeren met ultimo December 1784, aan de in- en Opgefeetenen voorfz. hebben gepermitteert , gelyk wy permitteeren by deefen, dat zy aldaar zullen mogen Turf fteeken, mits zulks doende, zoo, en op die wyfe als bevoorens meerendeels is gefchied, en dus zonder daar toe Canaalen en weide Dwarsftooten te graaven, of by forme van Colonie zig needer te zetten, reguliere Turfgraavingen aan te leggen, en vaste Weegen te maaken, als wordende het zelve uitdrukkelyk geinterdiceert, op verbeure van twee honderd guldens telkens. Dat wyders voor gelyke tyd aan defelve Inen Opgezeetenen zal worden vry gelaaten, in de gemelde Moerasfen te Gruppelen, omme daar in te Saayen en Boekwyten, mits nogtans, dat de Gruppels van verfcheide Streeken, welke Befaayt of Beboekwyt wo- den.  624 Placaaten. 4. Boek. 5. Titul. den , niet zoodanig in en aangetrokken zullen mogen worden, dat daar door ofloopende Waterlydingen Canaalsgcwyfe gemaakt worden, en dac boven dien wanneer gemelde Akkers als na gewoonte, eenige jaaren Bcboekwyc zynde, weederom veriaaten worden, de gemaakte Gruppels aan de eindens zullen moecen werden coegeworpen, omme niec ce kunnen blyven uic-en afwaaceren. Dac wyders de Landen en Screekcn, welke nu in (laat zyn, om met Beesten beweyd te worden, in het vervolg door de voornoemde In- en Opgefeetenen zullen moogen worden beweyd, zonder nogtans daar toe meerder Akkers te prrepareeren of droog te maaken, en dac dus, voor zoo veel aangaac hec Turven , Boekwycen en Wyden, in voegen voorfz. ons Placaat van 5 fuly 1694., voor den loop van defelve tyd, zal worden gefurcheert, gelyk het zelve gefurcheert werd by deefen; dan dac dien overmindert op dc boeten en poenen by het zelve Placaac geftatueert, zal blyven verbooden en geincerdiccert. Eerftelyk, het doorgraven en nüneeren van Dammen en Waacervallen, Schuccingen of andere Werken, welke cot hec ophouden, afleiden, ofce (luiten van hec Wa;er in de Moerasfen, Rivieren ofce Kreekcn gemaakc zyn, ofce hier na gemaakc zullen mogen worden. Als meede hec formeeren van nieuwe vascc Voctpaaden of Rydweegen door, en het pasfeeren over de voorfz. Moerasfen ce voec, door een of meer Perfoonen, ofce wel met Waagens, Karren, Paarden of eenigRytuyg: Blyvende nogtans geëxcipicert de korte Toe- en Afpaaden tot de Plaatfen, daar als vooren met permisfie Turfgeftookenen Geboekwyt word, 0111 derwaards aan en af te koomen. En dac derhalven de voorf/.. In- en Opgefeecenen, en alle anderen, zig voor hec overige zullen moecen bedienen van de ordinaris Weegen door de Bourcange, Coeverden en langs hec Rooveen. En dac dus meede fpecialyk zal blyven geincerdiceerc de Pasfage cusfehen de Hebei (Munilers Terricoir) en Rooswinkel, Terricoir van hec Landfchap Drenche, gelyk meede die van hec Klooster ter Appel naar het JVIuniterfche, werdende voor zoo veel deefe twee P.xsfagien aangaac gepenlfteert by de Waarfchouwinge van den Raad van Staate van den 16 Mey 1718. En op dac van deefe onfe permisfie en nader ordre die geenen, die zulks aangaac de vereisfehte kennisfe bekoomen, en zig daar na precifelyk mogen gedraagen, willen en begeeren wy, dat deefe in de bovengemelde Provincie, Landfchap en Heerlykheid, als meede in de Forteresfen en Dorpen, omcrene de voorfz. Moerasfen geleegen, behooriyk werde gepubliceert en geafii-eert; Lastende alle Ollicieren, zoo Politicquen als Militairen, naauw reguard te neemen dat gemelde In- en Opgefeetenen jouisfeerende van de by deefe gegeeve permisfie, zig voor het overige na dc ordre daar by geftelt praecifelyk koomen ce gedraagen, en teegen de Overcreeders en Contraventeurs der zeiver by preventie te procedeeren, want wy zulks ten dienfte van den Lande alfoo bevonden hebben te behooren. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Scaat de Paraphure van den Heere Praefideerende in onfe Vergaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 28 Maart 1775. (Ji'as geparapheert A. BERGS MA, vt. (Onderflon d,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) Zynde op het Spatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. K " H. F A G E L. Re-  Dykwaterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. 625 6. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende nadere bepaaling yan den Dykpeyl in de Crimpenrewaard. Den 9 Juny 1780. Ontfangen een Misfive van de Heeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht, Gouda .en Schoonhoven, als Commisfarisfen van hun Ed. Groot Mog. tot de zaaken van de Crimpenrewaard, gefchreven te Crimpen op den Ysfel den 6 defer, waar by ter kennisfe van hun Ed. Groot Mog. brengen het verfoek door de Ambagten van de Crimpenrewaard aan hun gedaan, om byhunEd. Groot Mog. te effecfueeren, dat, tot voorkoming van de zwaare onkosten jaarlyks by hooge Rivieren, zonder dat 'er het minde gevaar van inundatie, door de merkelyke verbetering, verhooging en verzwaaring der Dyken, voor de Crimpenrewaard te dugten was, op de Dyklegers, ingevolge het vyf en twintigHe Artikel van het Reglement, door hun Ed. Groot Mog. op den 8 January 17Ó2 gearrefteert, vallende, het hun Ed. Grooc Mog. behaagen mogte, hangende hoogst derfelver deliberatien over zeker Request door Dykgraaf enHoogdykheemraden van de Crimpenrewaard aan hun Ed. Groot Mog. in 1775 geprefenteert , by alteratie en ampliatie van het voorfz. Artikel, den Dykpeyl voor Commisfarisfen tot vyf en vyftig duimen, en voor het Colle gie tot vyf en zestig duimen te verhoogen, met byvoeging van hunne Confideratien en Advis daar omtrent. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, hangende hun Ed. Groot Mog. deliberatien over het voorgemelde Request, by ampliatie en alteratie van het vyf en twincigde Artikel van het Reglement van den 8 January 1762, te verklaaren, „ dat, „ wanneer het Water op de Lek gekomen zal „ zyn op vyftig duimen aan de Peylpaal te „ Schoonhoven, de Boode gehouden zal zyn „ daar van aan het Collegie van Dykgraaf „ Hoogdykheemraaden, als mede aan den „ Penningmeester, kennisfe te geven, op „ pcene van Casfatie, wanneer de Dykgraaf, „ de twee Commisfarisfen van voorvallende „ zaaken, de Secretaris en de Penningmees„ ter zig immediaat daar na toe zullen moeten „ begeven, de Dykgraaf op de boeten van „ agtien guldens, en ieder Commisfaris, de Secretaris en Penningmeester op de boete „ van twaalf guldens, en aldaar opontbieden „ tien gefchierde Manfchappen, met een „ Hoofd (dog niet meerder) van een der „ naastgelegen Ambagten, tot eene Dykwagr, „ en voorts het Water blyvende wasfen tot „ op zestig duimen, en het gevaar dus ver„ meerderende aanftonds het geheele Collegie „ convoceeren, welkers Leden alle insgelyks „ gehouden zullen zyn, ten fpoedigften te „ compareeren, de Dykgraaf, indien hy van „ te vooren mec Commisfarisfen niet op den. LX. Deel. i „ Dyk gekomen is, wederom op de boete „ van agtien guldens, en de Hoogdykheem„ raden, de Commisfarisfen, die op hun post „ niet gekomen zyn, daar by, zoo wel als „ de Secretaris en Penningmeester, in gely- ken gevallen gerekent, ieder op een boete „ van twaalf guldens, en zal het Collegie daar „ gefamentlyk moeten refolveeren, of men „ de gefchierde Manfchappen zal opontbie„ den, en hoe veel, mitsgaders generalyk al„ les doen, wat zylieden vermeenen zullen „ tot behoudenis van de .Waard, aan hunne „ zorge toevertrouwt, te kunnen en te moe„ ten in het werk gefteld worden, dog hec „ Water ingevalle van Ysgang of Yskropping „ gewasfen zynde tot op dertig duimen aan „ den gemelden Paal, zal de Boode, op pcene „ als vooren, daar van kennisfe geven, zoo ., aan het Collegie, als aan den Penningmees„ ter, welke alsdan verpligt zullen zyn, alle „ op de boetens als vooren, zonder uitftel „ zig ter Dyk te begeven in verdeelde Quar„ tieren langs de Lek, onderling te regulee„ ren op de Schierdag van ieder jaar;" blyvende voorts de verdere inhoud van het voorfz. Artikel in zyn geheel. En wyders het vyf en zeventigfte Artikel van het meergemelde Reglement in defer voegen te altereeren. „ Ten einde ons Regle„ ment, met de Ampliatien van het zelve, „ exaételyk worden geobferveert, en daar in „ geen infraétie of indragt gefchiede, zullen „ onfe Gedeputeerden geene Posten contrarie „ defes in Rekening van de Crimpenrewaard „ Jyden of aannemen, maar defelve royee„ ren. „ En zal aan de van tyd tot tyd nieuw aan„ komende Leden van het Collegie, mitsga„ ders Secretaris, Penningmeester, Dykbaas, I „ Timmerman, Boode en verdere Bedienden, „ een Exemplaar van dit Reglement en de „ Ampliatien werden ter hand gefteld; en zal „ voorts van het voorfz. Reglement en de „ Ampliatien op hec zelve, een goed aancal „ Exempiaaren in Plano gedrukt, en door „ het Dyk Collegie aan de Schouten van ieder „ Ambagt in de Crimpenrewaard gelegen, ter „ hand gefteld moeten worden, om tebefor„ gen, dat het zelve alfoo gedrukt Regle„ ment, in de Regthuifen van hunne Dorpen „ of Ambagten aangeplakt of opgehangen worde, om ten allen tyde van een iegelyk ge„ fien en gelefen te kunnen worden, zullen„ de daar van in de Publicatie, die jaarlyks „ wegens het doen der Rekening word gedaan, „ mentie gemaakt moeten worden; en zullen „ Dykgraaf, Hoogdykheemraden, Secretaris, „ Penningmeester, Dykbaas, Timmermanen ' „ Boode, telkens voor het doen der Reke4K „ ning  626 Placaaten. 4. Boek. 5. Titul. „ mn* zwoeren, dat zy dit Reglement met „ desfelf» Ampliatien, een ieder voor zoo „ veel hem aangaat; zullen nakomen, de „ Dykgraaf in handen van onfe Gedepuceer- „ den, en dc IToogdykhecmraden, Secreca- „ ris, Penningmeester, Dykbaas, Timmerman „ en Boode, in handen van gemelden Dyk- „ graaf." | En zal Extract, defer gefonden worden aan de Regceringen der Steden Dordrecht, Gouda en Schoonhoven tot haar narigt; als mede aan het Dyk-Collegie van de Crimpenrewaard, mitsgaders aan Cavelen en Ambagten van defelve Waard, om zig daar na te reguleeren. 7- Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende approbatie op zeker Contra tl, tusfchen Schout, en Schepenen, Poldermeesteren en Ingelanden van de Polder benoorden de Zuwe onder Mydrecht, ter eenre; en Schout en Schepenen van Waverveen, mitsgaders Poldermeesteren en Ingelanden van voorfz. Polder onder denJelvcn (Utrechte, ter andere zyde. aansezaan. Den 1 Jpril ^84. Ontfangen een Misfive van Heeren Gecommitteerde Raaden, mitsgaders Dykgraaf cn Hoogheemraden van Amftelland, gefchreeven in den Hage den 23 der voorleede maand, houdende, tot voldoening aan hun EdcJe Groot M(.\gende Apoftille van den 4 Juny 1783, derfelver gefamendyke Confideratien en Advis op de daar neevens te ruggaande Requeste van Schout en Scheepenen van Waverveen, mitsgaders Poldermeesteren en Ingelanden van de Polder benoorden de Zuwe onder Waverveen voornoemt, waar by defelve verfoeken, dat hun El. Gr. Mog. het Contract, tusfchen Schout en Schepen .-Ti, en Poldermeesteren van de Polder, benoorden de Zuwe onder Mydrecht geleegen, ter eenre, en de Supplianten ter andere zyde aangegaan, en door wederfydfche Contracten den 22 February en 26 Maart des jaars 1783 ge. teekent, by Copie aan die Requeste geannexeert, gelieven te approbeeren, en daar van te verleenen Refoiutie in forma. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het gemelde Contract tusfchen SchoutenSchecper.cn, Poldermeesteren en Irg landen van de Polder benoorden de Zuwe onder Mydrecht ter eenre, en de Supplianten ter andere zyde aangegaan, en door die van Mydrecht geteekent cen 26February, a's meede door de Supplianten den 22 Maart 1783, by Copie Authenticq hier na geinfereert, by deefe te approbeeren. Wy ondergefchreeven Schout, en Scheepenen, Poldermeesteren, cn Ingelanden , van de Polder benoorden de Zuwe onder \ i ydrecht ter eenre t en Schout en Scheepenen van Waverveen, mitsgaders Poldermeesteren en Ingelangen van voorfz. Polder onder defelve Gerechte ter andere zyde bekennen en verklaaren by deefe zoo voor ons als onfe fuccesfeuren en nakomelingen met eikanderen te hebben gecontracleert. Art. I. Dat wanneer de Contractanten ter eenre Octroy zullen verkrygen om hunne uytgevcende ï^nden te bedyken en droog ce maken en voorfz. Polder daar inne meede zal kannen worden gecomprehendeert, als dan de Dyk in defelve Polder zal worden gelegt van de Hollandfche weg onder Mydrecht , hne.s den agterften Dyk, noordoostwaarts op, tot aan de Limiet fcheiding, van daar langs defelve oostwaarts op over het Kampje van Hilletje Nagtegaal, tot aan de Veendykin Waverveen, en langs defelve noordwaarts agter om het Dorps Hout Bosje volgens de geftelde baakens tot cp de INesferkade, voorts langs defelve westwaarts op, tot aan het Bankergat, en van daar over, en aan de zuydfyde van hec Bylevclc, Jangs de oude Kade of Zuwe, tot op. . . . roeden na by de Nesferfluys, en eindelyk van daar zuydwaarts op meede volgens de geftelde baaken, tot aan of over de Zuwe onder Mydrecht. I I. Dat langs de voorfchreeve Ringdyk van de Hollandfche weg, tot in de Waverveenfche Watering en langs de Nesferkaade, van en tot in het Byleveld, zal moeten werden gemaakt en onderhouden een Ringfloot ter breedte ten minften van 30 en ter diepte van vyf voeten mec een glooying aan de Dykfyde van agt duymen op de voet, uitgefondert daar merkelyke flag van Waater is, alwaar die glooying van twee voeten op de voet zal moeten werden gemaakt, en welke Ringfloot teegens alle flag van Waater zal moeten werden gefecureert ook zal de Waterveenfe Watering' langs voorfz. Ringdyk, cot aan deByleveld- fe  Ï3ykwaterrecht, Ontgrondinge en Slachttirven. fè Brug op voorfchreeve diepten, en ter breedten ten minften van 24 voeten en in de Hoofdens beneeden op zyn diepte ter breedten van 1 o voeten moeten werden gebragt en door de Contractanten ter andere zyde, voorts gehouden, en door defelve by de voorfchreeve Brug de pasfagie zodanig gemaakt dat een ordinaire Veerfchuit daar door uit ende in voorfchreeve Weeteringen vice ver fa ordentelyk kan pasfeeren* I I L Ook zullen de Contractanten ter andere zyde de ftrook Lands, langs die Weetering aan de oostfyde geleegen moeten houden in dien ftaat als defelve zig teegenwoordig bevind, met digtmaaking der doorfnydinge, zonder daar inne naderhand andere te mogen maken, ten einde de voorfchreeve Weetering voor alle flag van Waater blyve gefecureert, ook zullen zy moeten zorg dragen, dat de Vaart daar inne met verhinderd worden, door het overhangen van takken van Boomen, of eenig ander Houtgewas, en generalyk zullen de Contractanten eikanderen over en weeder, met hunne meede geinteresfeerdens, voor altoos moeten doen genieten de vrye doorvaart in voorfchreeve Watering, en geheele Rmgfloot, en aan het Waterfchap van Byleveld, of desfelfs regtverkrygende de vrye Visfchery, en defelve van de Kerkbrug af tot aan de Nesferfluys, gelyk het voornoemde Waterfchap die Visfchery in het Byleveld van alle oude tyden gehad en geëxereeert heeft, en zullen de Contraétanten ter andere zyde dies moeten effectueeren dat de Aangelanden langs de Nesferkade voor zoo verre de Dyk daar op komt te leggen, permitteeren, dat gemelde Ringfloot ten fine voorfchreeve langs en beoosten defelve Kaade werd gemaakt, en de Visfchery door het voornoemde Waterfchap of desfelfs regtverkrygende , met uitfluyting van alle anderen daar in, in plaatfe van in het drooggemaakte Byleveld, geëxereeert. I V. Dat wyders de Contraétanten ter andere zyde aan de gemeene Droogmakery gratis, in vollen vryen eigendom zullen moeten afftaan, en overgeeven de gronden, nodig tot het leggen van de Ringdyk onder derfelver Gerecht, en dat ter breedte vart 10 roeden en langs de Nesferkade en het Bankergat zoo veel meer als daar toe nodig weefen zal, voor zoo verre namentlyk die gronden niet aan particuliere eygenaaren, maar aan het Dorp of Polder zyn behoorende of verlaten; en voor zoo verre voorfchreeve gron- 62? den aan particuliere eygenaaren behooren , zullen defelve die daar toe moeten geeven ofte wel permitteeren, dat de Dyk daarop geleten ook onderhouden word, edog zullen zy den eygendom en het vrugtgebrrtyk van voorfchreeve Dykgronden blyven behouden, mits daar voor betaalende als omtrent de drooggemaakte gronden Art. 7 is geftipuleert. V. Dat ook de Contractanten ter am dere zyde, aan de gemeene Droogmakery in vollen vryen eigendom zullen moeten tranfporteeren en overgeeven de gronden nodig tot het fteilen der Molens, het leggen en maken der Molenvlieten, en andere werken; egter tegens behoorlyke vergoeding der waarde aan hen door de Contractanten ter eenre, het zy by reedelyk accoord, of des noods by tauxatie te voldoen, gelyk de Contractanten ter eenre ook in voegen voorfz. zullen moeten voldoen en fehaade/oos fteilen de Eigenaren der Gebouwen die in de weg ftaan en geamoveert moeten werden. V I. Dat voorts de Contractanten der andere zyde tot het leggen der voorfz. Ringdyk, gratis zullen moeten geeven alle de Specie van Aarde of Kley die op Akkers of andere ftukken Lands niet aan particuliere Eygenaaren, maar aan het Dorp of Polder behoorende of verlaten gevonden zal worden, gelyk zy ook gratis ztülen moeten geven de kraggen nodig tot het fecureeren van de Ringfloot langs de Nesferkade, immers voor zoo veel aan de Polder of het Dorp behoorende, daar toe kunnen gevonden werden, zullende niet te min de Eigenaaren der Aarde die zy zelve benodigt hebben ten einde Voorfz. gratis moeten geven. V I I. Dat eindelyk nog de Contractanten ter andere zyde, aan de Contraétanten ter eenre zullen moeten betaalen voor ieder morgen Land, dat onder de Gerechte van Waverveen boven gekoot men en na behooren Drooggemaakt met Togten en Slooten hen zal wer-* den opgeleevert, en eens de fomma van een honderd en vyftig guldens de Dykgronden aan particulieren behoorende hier onder begreepen, te voldoen voorfz. fomma by de overgaave en opleevering, zullende inmiddels en zoo lange die gronden alfoo niet zullen weefen overgenomen het gewas en Vrugtgebruyk daar van zyn ten voordeele van de Contraétanten ter eenre. V I I I. Dat daar en teegens alle de kosten der bedykinge enDroogmaakinge, het 4K 2 fchir-  628 Placaaten. 4. Bock. 5. Titul. fchieten der Slooten en Togten, het maken der Moolens cn Molenvlieten, en alle andere werken hoe genaamt, door de Contraétanten ter eenre alleen en voor het geheel zullen moeten werden gelast en gedragen, zonder dat de Contractanten ter andere zyde, in eenige de miniton der voornoemde kosten zullen zyn gehouden. I X. Dog dat zoo ras dc Drooggemaakte gronden by de contractanten ter andere zyde /.uilen weefen overgenomen, zy gehouden zullen zyn van defelve Mergen Mergens gelyk te helpen dragen de Moolen- en andere Lasten die jaarlyks over de ingedykte Landen te zamen zullen worden gcrepareert, en omgeflagen, en zullen zy dan ook in allen gevalle eeven gelyk de overige geinteresfeerdens in de gemeene bedykinge moeten werd.n geconfidereert, en dus alles in agt neemen, en ook omtrent hen in agt genoomen worden , het geene by het Reglement der bedykinge omtrent de geinteresfeerdens of ingelanden fpeciaal is of nader zal worden bepaalt. X. Dat ook de gefamentlyke contracten aan de gemeene Droogmaakery zullen moeten aftlaan en overgeevcn, gelyk zy verklaaren te doen by deefen, de teegenwoordigePolders Watermolen, ten fine ten nutte der gemeene Droograakinge te kunnen werden gcëmployeert en zoo ras de Polder bedykt is ook de Visfchery in defelve, en dat alles meede gratis. X L Dat eindelyk wanner over ditConcraét eenige Quesnen of differenten mogten ontiTaan defelve door Dykgraaf en Heemraden der Ronde Veenen zonder Apel of eenigerhande provocatie zullen werden afgedaan, en partyen weederzyds zig dus zullen moeten gedragen, na de decifie van voorfz. Dyk Collegien, door wien ook de nodige tauxatien zullen moeten gefchieden. Aldus geconcraéteert en over een gekoomen by onsondergefchrecven als in het Hoofd deefes gemeld, cn zyn in tecken der waarheid hier van gemaakc twee al eens luidende, die by ons wederzyde zyn onderteekend, op den 11 Maart 1783, door die van Waverveen (fVas onderteckent,) J. v. Wicicevoort Frans Wassenaar. Crommklin. Klaas Boon*. Albert Hoonhavt. Gerrit BlekkenHermanus van Es. naal. Gerrit Ver aar. Cornelis Jooste. Otto Denniguan. Cornelis schouten. Tom as Rietveld. Pieter Fransen VisC. v. Ryken. ser. De Weduwe van Jan van Breemen. r y k 1 n. h a r ma n n us overkeek. Jacobls Knvtf. Dirk van Ryk. Gerrit Goktkn egt De Erve Jan Ver aar. Pieter Veraar. (OnderfondJ In kennisfe van my Secretaris (JVas geteekent,) ]. v. Wickevoort Crommelin. (Verder fond,) De ondergetekende gezien en geëxamineert, hebbende het bovenftaande contraét verklaart by deefen als Ambagtsheer van Waverveen, het gemelde Conmól, voor zoo verre het zelve hem in d/equaliceic becrefc, zig te laaten welgevallen en te approbeeren. Aftum'sHage den29 April 1783. P. A. GILLES. $. Refoiutie van de Staaten van Holland, tegen het moeren of turf feeken in de Zuidhollandfche Dorpen, in Landen , die met Verponding, Chynfen, Dykfchotten of andere Lasten zyn befwaard. Den 13 jfanuary 1785. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 13 Oétober laatstleeden, en den 21 ter Vergadering ingekoomen, hebbende , tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appoincement van den 14 Mey te vooren, geëxamineert de Requeste aan hun Edele Groot Mogende geprefenceert by of van wegens Schouc en Gerechcen van de Zuidhollandfche Dorpen in de Langftraat, als Raamsdonk, Waspik, Capelle, Befoyen, Sprang en's Gravenmoer, om redenen daar by  Dykwaterrecht, Ontgrondinge en Slachturven. 629 by geallegeert verfogt hebbende, dat het hun Edele Groot Mogende mogte behaagen aan de Supplianten de vergunning, om in de voorfz. Dorpen ten behoeve en ten gebruike alleen van de In- en- Opgezeetenen aldaar te mogen moeren en tot Haardbrand bequaam te maaken de Hey- en Moerlanden aldaar geleegen, op nieuw te continueeren voor den tyd van tien of vyftien jaaren, ingaande met den i January 1785, alles voor zoodanige fom en op zoodanige Conditiën restriétien en bepaalingen als by Refoiutie van hun Edele Groot Mogende van 20 July 1774 zyn gementioneert. Is goedgevonden en verftaan, in de eerfte plaats, dat voortaan niemand in de voorfz. Zuidhollandfche Dorpen, in Landen die met Verponding en Chynfen, Dykfchotten of andere Lasten zyn befwaard, zal mogen moeren of eenige Turf fteeken, als met bepaald fchriftelyk confent van de respective Gerechten aldaar, met ernftige Last aan die Schouten en Gerechten, om geen permisfie of confent tot het moeren of fteeken van eenige Turf te geeven uit Landen met Verpondingen of eenige andere Lasten befwaard, als alleen in die gevallen, dat hec bepaldeïyk tot verbeetering van zoodanige Landen zoude mogen ftrekken; dat zy daar op een allernaaukeurigst oog zullen moeten houden, nadien van zoodanige Landen nooit remisfie verleent zal worden, maar defelve ten lasten van de Dorpen zullen blyven leggen, en overzulks, dat het nadeel weegens 'sLands Verpondingen en verdere Lasten ten haaren pericule lopen zal; en laatftelyk dat zy meede goede toeverzigc zullen moecen hebben, dat hec vermoeren en weggraaven niec gefchiede van Landen al ce na aan de Dyken geleegen, op pcene van het effect der verleende gratie te zullen verliefen; in de tweede plaats, de boete van drie honderd guldens by voorige Concesfie teegen den uitvoer dier Zuidhollandfche Turf na buiten de Provincie gefteld, te Commuteeren en te veranderen in een Corporeele ftraf of arbitrare Correctie, zoo dra die vervoering behooriyk geconftateert en beweefen zal zyn; en laatftelyk de Heeren Gecommitteerde Raaden te audorifeeren, om over de voorfz. Dorpen eene nadere en meer geproportioneerde omflag te formeeren, en ter goedkeuring aan hun Edele Groot Mogende over ce geeven. 9. Refoiutie van de Staaten van Holland, hou¬ dende verklaaring, tot het doen van hoedanige Gaaringen de Schout van Alpen bevoegd is. Den 28 Juny 1786. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 7 February defes jaars, en den 16 daar aan eer Vergadering ingekomen, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 5 November 1785, geëxamineert de Requeste van Agatha Alewyn, Douariere de Smeth, Ambagtsvrouwe van Alphen, mitsgaders van Jan van der Snoek, Schout van den zeiven Ambagte , om de daar by geallegueerde redenen verzoekende, dat het hun Edele Groot Mogende behaagen mogte, om by eene Refoiutie te verklaaren, dat aan den tweeden Suppliant , in qualiteit als Schout over den Ambagte van Alphen, en vervolgens aan zyne Succesfeuren in officio, toekoomen de Gaaringen van het Molengeld en de binnenlandfche kosten, en fpeciaal ook de Gaaring van het Sparendams Geld, over het voorfchreeve Ambagt van Alphen jaarlyks wordende omgeflagen, en zulks op den voet en onder de bepaalingen , als vervat zyn in het Verbaal Accord , door de geinteresfeerden in het Reglement voor het Ambagt van Alphen, doorhun Edele Groot Mogende op den 8 Mey 1696 gearrefteerd, voor Commisfarisfen van den Hoogen Raade op den 19 Juny 1697 geflooten, en by hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 23 July daar aan geapprobeerd. En voorts, tot voldoening aan hun Edele ! Groot Mogende Appointement van den 8 December laatstleden, mede geëxamineert hebbende de Requeste van Gysbert Baars, Jacob Boest, Jacob Wezelenburg en Wil- j lem van Zwieren, regeerend Ambagtsbewaarders, Cornelis van Hoorn en Cornelis van Diest, laatst afgetreeden Ambagtsbewaarders van Alphen en Rietveld, insgelyks om de daar by geallegueerde redenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende behaagen mogt, by form van interpretatie te verklaaren, of onder de respeeïave Gaaringen in den Ambagte van Alphen, aan den Schout van denfelven Ambagte gebleven by het gemelde Verbaal Accord, ook zyn begreepen de Sparendams of Rhynlandlche Mergen- of Penninggelden, binnenlandfche kosten, Moolen- en Poldergelden, by het Collegie van Rhynland geconfenteerden omflaagen wordende; en of dus in zoo verre, door het voorfchreeve Verbaal Accord en opgevolgde approbatie, de respeétive Keuren van het Hoog* heemraadfehap van Rhynland zyn gederogeerd, dan of alleen door de voorfchreeve Gaaringen zyn verftaan zoodanige Gaaringen van Penningen, welke door een Schout van Alphen, by het fluiten van het gemelde Verbaal Accord, reeds wierden gedaan, en waar omtrent niet fpeciaal, by Refolutien, Keuren of Ordonnantiën van het Collegie van Rhynland, niet anders was voorfien. 4K 3 b  630 Placaaten. 4. Boek. 5. Titul. Is goedgevonden en verfhan by defe te verklaaren, dat onder de respective Gadcringcn in den Ambagte van Alphen, aan den Schout van het zelve Ambagt toegekent, by hun Edele Groot Mogende Reglement van den 8 Mey i6or5 het Verbaal Accord voor Commisfarisfen van den Hoogen Raade omtrent het zelve op den 19 Juny 1697 geflooten, en by hun Edele Groot Mogende Refoiutie van den 23 July daar aan volgende geapprobeert, cigentlyk niet zyn begreepen de Sparendams of Rhynlandfche Mergen of Penninggelden , binnenlandfche kosten, Moolen- en Poldergelden by Dykgraaf en Hoogheemraden van Rhynland geconfenteert en omgellagen wordende, en dac dus daar omtrent door hun Edele Groot Mogende voorfchreeve Refolutien in het gemelde Verbaal Accord niec is gederogeerd aan de respective Keuren , door geDMldc Dykgraaf en Hoogheemraden nopens de Gadering van zoortgelyke lasten gearrefteert ; dog dac de Gadering van die lascen, welke in conformiceic van defelve Keuren moe- I ten gefchieden; de Gaderingen van de Rhyn- f landfche Mergen en Penninggelden, mitsgaders van de binnenlandfche kosten over den Ambagte van Alphen, door den Schouc van den zei ven Ambagte ,• benevens Ambagtsbewaarders aldaar zullen moeten worden gedaan; en dat de Moo len- of Poldergcld en in de Polders, onder denfelven Ambagte jaarlyks omgellagen wordende, door den Schouten Moolen of Poldenneestcren gefamentlyk zullen worden ge» gadert; cn dat van hec profyt van de eerstge•en door den Schouc één derde, en door de gefamentlyke Ambrtgtsbewaarders cwee derden; gelyk van hec Profyc der gadering van de in de cweede plaats gemelde lascen, mede door den Schouc een derde, en door Moolen of Poldermecsrers van ieder der respective Po.'ders, gcfamentlyk twee derden zal worden genooten: wordende de verdere verfoeken van de respective Supplianten afgellaagen en geweefen van de hand. En zal Extract defer Refoiutie gefonden worden aan Dykgraaf en Hoogheemraden van Rhynland, tot derfelver narigt. V Y F-  Fol. 631 VYFDE BOEK EERSTEN TITUL. Juftitie en Rechtsvordering^ in Civile Zaaken voor het Hof van Holland. *" Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by de pinten van JurisdMe, tusfchen het Hof en den Hage differentiaal, worden gereguleert. Den 14 Maart 17Ó5. By reCamtie gedelibereert zynde op het f Rapport den 9 Febrnary deefes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Rygerbos, van Bleiswyk, van Royen, Graafland, Penfionarisfen der Steeden Haarlem, Delfc, Leyden en Amfterdam, en van den Steen, ordinaris Gedeputeerde der Stad Alkmaar; gemelde Heeren van Bleiswyk, van Royen en van den Steen, als by Refoiutie van haar Edele Groot Mogende van den 4 Maart 1763 gecommitteert, 'en gemelde Heeren Rygerbos en Graafland, als by Refoiutie van defelve haar Edele Grooc Mog. van den 18 July 1764, in plaats van den Heer Mr. Paulus Abraham Gillis, thans Secretaris van den Raad van Staate, als meede in plaats van wylen den Heer Mr. Johan Staal gclarrogeert in de Com- j ffilsfie tot de differenten tusfchen het Hof Provinciaal en den Haag fubfifteerende, hebbende, in gevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. respeftive Refolutien commisforiaal van den 3 Augusty 1763 en 10February, mitsgaders 5 Mey 1764, geëxamineert, eerftelyk, alle de ftukken en Papieren, concerneerende eenige questien, die gereefen waaren cusfehen hec Hof en den Haag, en, ter kennisfe van haar Edele Groot Mog. gebragt zynde, aldaar waaren gemaakt commisforiaal in handen van het groot befogne; voorts de Requeste op den 18 December 17Ö3 door Schouc, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, raakende de Judicature over de Solliciteurs Militair alhier, 'en zeekere Curateele byhet gemelde. Hof gedecerneert in den Boedel van den Solliciteur Militair Jan van den Berg, beneffens het Berigt van den Hove op de voorfz. Requeste; en eindelyk een Memorie van Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage voornoemt, tot nader adftruétie van hun verfoek by het voorfz. Request gedaan, en weederlegging van het geen in het voorfz. Berigt was vervat: by welk Rapport door de voorfz. Heeren Gecommitteerden teffens is geëxhibeert zeeker Proje&, geintituleert, Poin&en dienende tot elucidatie en ampliatie van de provifioneele Ordre, geftelt by de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland op de differenten tusfchen den Provin c laaien Raade en de Magifraat van 's Gravenhage van dato 27 September 1614, geinfereert onder de Notulen van den voorfz. 9 February, zynde gemelde Heeren Gecommitteerden in die hoope en verwagting, dathetfelve, by haar Edele Groot Mogende geapprobeert en gearrefteert werdende, zal kunnen dienen tot een bafisof grondflag, om voor het vervolg de frequentie van diergelyke disputen te amputeeren. Is goedgevonden en verftaan het voorfz. Project by deefe te approbeeren en te arrefteerén op den voet als het zelve hier na volgt geinfereert. Poin&en dienende tot elucidatie en ampliatie van de provifioneele Ordre gefield by de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, op de differenten tusfchen den Provinciaalen Raade, en de Magifraat van 'sGravenhage van dato 27 September 1614. Art. I. Dat het maaken van Keuren en Ordonnantiën, de Policie en het welvaaren van den Hage en de Marktplaat- fen  632 Placaaten. 5. Boek. 1. Titul fen aangaande, by hec tweede Articul van de provifioneele Ordre van den jaare 1614 eeniglyk zynde coegckcnc aan Schout, Burgemeesceren en Geregte van 's Gravenhage, na luyd van haare Privilegiën, en volgens de provifioneele In ftructie van den jaare 1560, micsdien het zelve regc in diervoegen als nogprivacivelyk werd overgelaaten, en toegeweefen aan die van de Magiftraat van 's Gravenhage voornoemt, met dat effect,, dat tegens alfu'ke dispofitien, de Policie van den Hage aangaande, even zoo weinig als tegen diergelyke dispofitien van de M>ftnHten in de andere S:eedenby den Raade Provinciaal eene tegenftrydige dispofitie gemaakc, of eenige provifien van Juftitie zullen mogen werden verleenc. I I. Dac ten reguarde van alle andere Keuren en Ordonnancien , by Schouc, Burgemeesceren en Geregce van 's Gravenhage ce maaken, en by hec derde Articul van de voorfchreeve provifioneele Ordre van den jaare 1614vermeld, niec alleen za! werden agtervoglc hec guncby hetfelvc derde Arcicul isgeftaeucere, maar ook dac geene, het welke dien aangaande by hec vierde, vyfde, zesde, zoevende cn agtfte Articul van defelve provifioneele Ordre is vastgefteld. 1 1 I. Dat over het verftand van de nccgende en tiende Articulen van de voorf/.. provifioneele Ordre, handelende van de privative Jurisdictiën, aan den Raade Provinciaal en de Magiftraat van 'sGravenhage respectivelyk toegekent, veele cn verregaande differenten en disputen van tyd toe tyd zynde ontftaan, haar Edele Grooc -Mog. toe voorkoominge van dien, nader verü aan en declareeren, dat voortaan onder de andere geprivüegeerde Perfoonen , welke by het voornoemde neegende Articul aan de privative Jurisdictie van den Raade Provinciaal werden gefubjecteert, byfonder meede zullen werden begreepen alle Amptenaaren die zonder eenige Burgerlyke Neeringen of Hand"- * werken te exerceeren, in dienst van de Vergaderingen enCoIIegien alhier in 'sGravenhage zig bevinden; dog dat daar onder niet zullen werden gecomprchendeert de Predikanten in den Hage, de Doctoren in de Medicymn , de Solliciteurs Milicair, en de zoodanige, die zig als Renceniers in den Hage met 'er woon hebben ter needer gefet, nog ook de Jooden, die aldaar woonagcig zyn, en dac mitsdien alle de laatstgemelde Perfoonen, voorzoo verre defelve geen qualiteiten befitten, waar door zy voor Suppoosten van den Hove zouden moeten gehouden werden , zullen zyn en blyven fubjeet aan de privative Jurisdictie van ' den den Hage, by het tiende Articu! van de voorfz. provifioneele Ordre breeder vermeld; en dac alles omtrent de voorfchreeve Subjecten, zonder onderfcheid of defelve op hec Hof, endedcpendencien van dien , of wel elders in den den I lage, en de Jurisdictie van dien woonagtig zyn. I V. Dac een aanfien van de vificacie de Protocollen van de Notarisfen in den Hage, en de overbrenging van defelve by verfterf of afftand, zal gehouden werden deefe cynofuur, dat de Protocollen der Notarisfen, welke geen Acte van admiafië van de Magiftraat van den Hage hebben, zullen onderhecvig zyn aan de vifitatie van den Protonotaris, by den Raade Provinciaal aangefteld, en dac de gemelde Protocollen, by verfterf of afftand dier Notarisfen, ter Gnilie van den Hove zullen moecen worden overgebrage; dog dac dc Protocollen der Nocarisfi n, welke by de Magiftraac van den Hage, op derfelver verfoek zyn gcadmifreerc, alleen aandc vifitatie van de Proconoraris , by de Magiftraat aangeftx ld, zullen zyn onderworpen , cn by verfterf of afftand der Notarisfen ter Secretarie van den Hage moeten werden overgebrage, cn dac alles meede zonder onderfcheid , of de gemelde Notarisfen op het Hof, en de dependentiën van dien, of wel elders in den Hage , cn dc Jurisdictie van dien woonagtig zyn. V. Dac ten aanfien van hc-c procedeeren by preventie, alhier in den Hage , zonder onderfcheid van Territoir, het zelve zoo wel zal mogen gefchieden by die van 'sGravenhage, als weegens het Hof, een einde alle Quaatdoenders, of die zig ergens in misgaan, in flagranti delifio mogen werden geapprehendeert, welke allen zonder onderfcheid zullen werden berecht door die geenen, van welkers wecgen de apprehenfie alfoo zal zyn gefchied, ten waare by die van 's Hage in voege voorfz. wierden geapprehendeerc Perfoonen, welkenotoirlyk cocdejurisdictic van denl Iove behooren, of by hec Hof de zoodanige welke nocoirlyk coc de Jurisdictie van die van 's Hage behooren , als dewelke respectivelyk op dc daar roe gedaan wordende requificien zullen moeeen worden ovcrgclecvcrt, om door derfelver competente" Regter na bevindinge geftraft en gecorrigeerc re werden. V I. Dat ten aanfien van alle delicten, of crimineele actiën, welke aan het Hof, een laste van die geene, die onder de judicatuure van den Hage behooren, op eene andere wyfe, dan voorfz. is, mogten voorkoomen, alle de informatien van dien door of van weegens welgemelde Hof zullen moeten werden gefteld in han-  Juftitie en Rechtsvorderinge in Civile Zaaken, &c. 633 handen van die van den Hage, omme het Regt van de hooge Overigheid by defelve daar tegens te werden waargenoomen, en voortgefet. En dat die van 's Hage in voege voorfz. zullen zyn gehouden alle informatien in diergelyke gevallen, ten lasten van zoodanige Perfoonen, welke, volgens de voorgemelde bepaalingen, tot de Jurisdiéte van den Hove behooren, hun voorkoomende, te doen koomen in handen van welgemelde Hove, ten einde by defelve daar omtrent voorfieninge te werden gedaan , zoo als in goede juftitie bevonden zal werden te behooren. V I 1. Dat ten opfigte van fchouwingen van doode Lichaamen, die in het vervolg van tyd zullen werden gevonden , zonder onderfcheid van Torritoir, en overfuiks zoo wel op de fundus Fiscalis, als op de Grond van 's Hage zal worden geobferveert en agtervolgt deefe regul, dat defelve fchouwingen zullen gefchieden door den Hove van Holland, in gevalle de Lichamen eerst zullen zyn gevonden door de Bediendens van de Jufticie van den voornoemden Hove; en dat defelve fchouwingen zullen gefchieden door die van den Hage, in gevalle de Lichamen eerst zullen zyn gevonden door de Bediendens van de Juftitie van 's Hage; des dat, om de onfeekerheid, of de Schuldigen aan het ter dood brengen van een alfoo gevonden Lichaam ter eerfter inftantie behooren onder de Jurisdictie van den Hove, dan onder die van het Geregc van 's Hage, het Hof na zyn gedaane fchouwinge, ten eerfte Copie authenticq van de Acte van fchouwinge zal geeven aan hec Geregc van den Hage, gelyk hec Geregt van den Hage aan den Hove insgelyks ten eerfte zal laaten toekoomen Copie authenticq van de Aéte van zoodanige fchouw, als door haar gedaan zal zyn; en zal de nafchouw door een van beide verfogt en gërequireert werdende, ook niet vermogen te werden geweigerd. Alles nogtans met dien verltande, dat, zoo wanneer zoodanig Lyk bevonden word te zyn van een Perfoon notorié behoorende tot de Jurisdictie van den Hove, by den Hove de informatien genoomen, en de verdere proceduures, zoo van publicatie als anderfins, belegt zullen werden; en voorzoo verre het een Lyk is van een Perfoon notorié tot de Jurisdictie van den Hage behoorende, al het zelve zal werden overgelaaten aan den Geregte van 's Hage; zullende ten dien einde alle de voorfz. alfoo bevondeneLyken, na de gedaane fchouwingen over en weeder, door die van 's Hage aan het Hof, en door die van den Hove aan den Geregte van 's Hage moeten overgelaaten en zelfs overgegeeven worIX. Deel. den, en zal omtrent Lyken van Perfoonen , over welker competentie tusfchen het Hof en de Magiftraat van 'sHage contentie zoude mogen ontftaan, by provifie plaats hebben, dat, na gedaane fchouwinge ter weederzyde, de proceduures, zoo van de publicatie, als die anderfints noodig zullen werden geoordeeld, zullen werden geinftitueerc en belegt by het Hof, of die van 's Hage, welke van beiden in voege voorfz. daar over de eerfte fchouwinge zal gedaan hebben. x VII I. Dat wyders in alle overige zaaken het Hof tegen de Burgers van 's Hage, en die tot de privative Jurisdictie van dien fpecteeren, op geene andere wyfe zal mogen procedeeren , of doen procedeeren , dan tegens alle Burgers en Ingefeetenen van de andere Steeden deefer Provincie En zal het Hof, fpecialyk in zaaken, waar inne noodig zoude oordeelen eenige Burgets j, of Onderhoorige van 'sHage, voor haar te moeten ontbieden, hetzelve niet vermogen te doen, dan in dusdanige termen, dat die geene, welke gërequireert worden, klaarlyk konnen begrypen dat zy geenfins in haar eigen, maar alleen als Getuygen in een anders zaak verfogc werden; En zullen die geene , welke alzoo niet vrywillg geneegen mogten zyn zig ten Hove te fifteeren, daar toe niet anders dan door middelen van Regten, en Provifien van Juftitie, als alle andere Ingefeetenen van den Lande vermogen te werden gecompelleert. I X. Dat mitsdien ook hec Hof geene confinementen, nog Actens van Curateele zal vermogen te decerneeren over Burgers, en onderhoorige Ingefeetenen van den Hage. X. En dit alles weederom by provifie, en tot dat andere of nadere ordre by haar Edele Groot Mog. zal zyn gefteld; en voorts alles met dien verltande, dat by al het voorfchreeve geftatüeerde, als alleen en bepaaldelyk tusfchen den Hove en de Magiftraat van 'sHage disponeerende, niet werd gederogeert, nog verftaan zal mogen werden gederogeert te zyn aan andere Jurisdictiën of Regtbanken, welke buiten het Hof en de voornoemde Magiftraat alhier in den Hage zyn geëtablisfeert; zullende hier meede, en met hec gunc verders by de voorfz. provifioneele ordre van den jaare 1614 is vastgefteld, voor zoo verre daar inne door deefe geene alteratie of ampliatie is gemaakt geworden, cesfeeren alle differenten tusfchen het Hof en den Hage openftaande, en door een van beide gebragt ter kennisfe van haar Edele Grooc Mog., blyvende alle verdere questien 4L van  6*34 Placaaten. 5. Boek. 1. Titul. v«w Jurisdictie, die tusfchen defelve hier m (ouden mogen ryfen, gelyk meede het verlland van deefe gereferveert ter kennisfe van haar Edele Groot Mog. En zal Extract deefer gefonden wer¬ den aan dc Prrefident en Raaden vnn den Hove, als meede aan Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhave, om haar respective daar na preeifelyk te reguleeren. 2. Refoiutie van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament van Appel, door V Hof verleend, van een provijionecl Vonnis van Schepenen van Leiden. Den 13 Novcmbcr 1766. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confi ieratien cn het Advis van de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van dc Juilitie, hebbende, ingevolge en tot voldo:ning van haar Edele Groot Mog. Refölucie Commisl"'riaal van den 16 September defes jaars, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert het Berigt, den 3 der gemelde maand van den Hove gërequireert op de Propofitie door de Heeren Gedeputeerden der Scad Leyden, ten laacscgemelden dage in den naam en van wegens de Heeren hunne Principaalen eer Vergadering van haar Edele Groot Mogende gedaan, en waar by defelve zig hebben beklaagt over een Mandament van Appel, disponeerende tegen Mr. Cornelis Jan Witcerc, Advocaat voor de respective Hoven van Jufticie in Holland, woonende in 's Hage, met inchimatie aan Schepenen der Stad Leyden, door den Hove verleenc aan Hermanus van Seppenwolde van een Vonnis van Schepenen der gemelde Scad van den 15 July laacsdeden, waar by de gemelde van Seppenwolde was geconderaneerc zekere fom en ineeresfen by provifie, onder caucie de refiituendo ce nampciteeren voor een fchuld, waar van gemelde Advocaac toe Pand der minne onder zig had drie en dertig (tuks Saxifche Steuer - Obligatien, die circa drie en veertig duifend Guldens Holland?ch zouden waardig zyn; en by welke Propofitie gemelde Heeren Gedeputeerden, op fundament van haar Edele Grooc Mog. Refoiutie van den 19 Maart 1622, hebben verfogt, dac haar Edele Groot Mog. den gemelden Hove zouden gelieven aantefchryven en te ordonneeren hec vooriz. Mandamenc van Appel, aan Hermanus van Seppenwolde verleenc, in ce trekken, met furcheance inmiddels van alle procedures; zynde de voorfchreve Propofitie en Berigt onder de Notulen van haar Edele Groot Mog. van den 3 en ió September voorfz. geinfereert. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 19 Maart 1622 woordelyk medebragt „ dat het I lof Provinciaal niec vermag eenige „ provifie van Appel of Reformatie te verlce,, nen jegens Vonnisfen interlocutoir van de „ Geregten van de Steden, Bailliuwen Man„ nen, of van de Dorpen, conform het der„ de Articul van dc Ampliacie van hunluider ,, Inftructie, daar onder haar Edele Groot „ Mog. voor defen tot meermaalen verftaan „ hebben, en als nog verftaan by defen, de „ Namptisfemcncen mede begrepen ce zyn, ,, om wac oorfaake het zelve zoude mogen „ wefen, ook niet onder pretexc van eenige „ nulliteit of in"qu;tcit, als alleenlyk in dat „ cas, zoo wanneer de executie van de voorfz. „ interlocutoire Vonnisfen ter definitive niet „ zouden wefen reparabel, gelyk het voorfz. „ Arcicul klaarlyk inhoud,' en dat aJ/e de Leden van haar Edele Mog. Vergadering eenpaarig hebben begrepen, dat de exceptie, by de voorfz. Refoiutie vastgefteld in het jegenwoordige geval van geen applicatie is; Is goedgevonden en verftaan, dat Praefident en Raden van den Hove by Aanfehryving van wegens haar Edele Groot Mog. zal worden gelast en geordonneert het voorfchreve Mandament van Appel, aan Hermanus van Seppenwolde verleent, in ce trekken en buiten effect te fteilen. Re-  Juftitie en Rechtsvorderinge in Civile Zaaken, &c. 635 3« Refoiutie van de Staaten van Holland, tot intrekking van een Mandament van Arrest en Rau jfttie, door 't Hof tegen Curateuren in een infolventen Boedel te Leyden verleendDen 11 Maart 1767. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteerd, de Confideratien en het ^dvis van de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en tot voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 4 September 1766, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert het Berigt den 4 July daar te vooren van den Hove gërequireert op de propofitie door de Heeren Gedeputeerden der Stad Leyden, ten laatstgemelde dage uit den naam en van weegens de Heeren haare Principalen ter Vergadering van haarEd. Grooc Mog. gedaan, en waar by defelve zig hebben beklaagt over een Mandament van Arrest en Rau Actie; disponeerende onder anderen teegens Johannes Thysfen, en Ifaac Elias Lufac, Notarisfen en Procureurs te Leyden, door die van den Gerechte derfelver Stad geftelde Curateurs in den infolventen Boedel van Mr. Thimon van Schoonhoven, door den Hove verleend aan Jacobus Das, Makelaar te Amfterdam, in weerwil der Remonftrantie door de Heeren Burgemeesteren der Stad Leyden daar teegens gedaan, en direct teegenftrydig teegen haar Ed. Gr. Mog. Refoiutie van den 10 July 1677; en by welke propofitie gem. Heeren Gedeputeerden, op fundament van haar Ed. Gr. Mog. Refoiutie, en uit Confideratie van het gevolg daar uit te refulteeren, hebben verfogt, dac haar Edele Groot Mog. aan den Hove van Holland zonden gelieven aan te fchryven hec voorfz. Mandament van Arrest en Rau Actie, aan den voorn. Johannes Thysfen en Ifaac Elias Lufac, in qualiteit als geftelde Curateuren in den geabandonneerden en infolventen Boedel van meergemelden Mr. Thimon van Schoonhoven betreft; en dat, hangende de deliberatien van haar Ed. Gr. Mog. alle Procedures uit het zelve Mandament kunnende fpruyten, immers voor zoo verre defelve de gemelde Curateuren zouden mogen concerneeren, mogen worden gehouden in ftate en furcheance; zynde de voorfz. propoficie en berigt onder de Notulen van haar Ed. Gr. Mog. van den 4 July en 4 September boven gemeld geinfei eerd. Waar op gedelibereert en bevonden zynde dat hec aan die van den Gerechte der Stad Leyden heefc geincumbeert de voorfz. Boedel onder féqueftratie, en in het vervolg van derfel ver infolventie gebleeken zynde onder Curateele te fteilen, en dat daar van door de Hee| ren Burgemeesteren en Regeerders der gemelj de Stad aan den Hove de gerequireerde Re| prefentatien zyn gedaan en de nodige befchey| den zyn overgefonden, waar door defelve is j gevallen in de termen van haar Ed. Groot Mog. Refoiutie van den 10 July 1677, waar by verftaan is, dat alle quseltien en gefchilf len, vallende in en over Boedels, die infol| vent geworden of onder beneficie van Inventaris geadieert en aangevaard zyn, of anderfints by Commisfie of onder het oppertoefigt van Scheepenen Commisfarisfen van defolate I Boedels geadnnniftreert worden, gevendleert I en afgehandelc moeten worden voor den Reg! ter van de plaats, en dat het Hof niet vermag de voorfz. zaake daar van ter eerfter inftantie aftetrekken, nog ook ter eerfter inftantie kennisfe daar van te neemen; Is goedgevonden en verftaan, dat Prrefident en Raden van den Hove by aanfehryving van weegens haar Ed. Gr. Mog. zal worden gelast hec voorfz, Mandament van Arresc en Rau Actie aan Jacob Das tegens de Curateuren van de infolventen Boedel van Thimon van Schoonhoven verleent, intetrekken en te fteilen buiten effect, en dus den Suppliant te renvoyeeren ter plaatfe, daar den voorfz. Boedel infolvent gevallen en onder adminiftratie als vooren geftelt is. 4- Refoiutie van de Staaten van Holland waar by het Hof verboden word zig met zeker gefchil over eene politique uit fitting, door den Magiftraat der Stad Brielle gedaan, te bemoeyen. Den 11 Augustus 1768. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 14 July defes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren vah de Ridderfehap en verdere haar Edele Grooc Mog. Gecommicteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoe¬ ninge van haar Edele Groot Mog. Refoiutie commisforiaal van den 18 December 1767, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Brielle, gefchreven aldaar den 14 te vooren, houdende derfelver Berigt, 4L 2 by  636 Placaaten. 5. Bock. 1. Titul. by ha ir Edele Grooc Mog. Refölucie van den 1 8 Auguiiy desfelven jaars gërequireert op de Mi.-five van den Hove van den 4. Juny bevob'rens, nopens zekere regtelyke daaden, die door de Magiftraat derfelve Scad zouden zvn i:epleegr ccn :nnCien van P. Lankhorsc als 11 >ef. ;is;n evster, breeder onder de Notulen van den 8 Augufty en 18 December 1767 vennclc. En in agting genomen zynde, dac het zoo zeer niec aankomt op hec geen ter gelegeneheid van de üitfetting van den Perfoon van P. binkhorst is voorgevallen, als wel of Praefident cn Raden van den Hove hevocgt zyn, 0111 over de wetcig- of onwettigheid der gemelde uicfetring ce cognofceeren, en dac, gelyk haar Edele Grooc Mog. by derfelver Refölucie van den 12 July 16*74 verklaarc hebben, dat de Ho/en van Julticie gansch niec | bcvoegt zyn aan hun te trekken of kennis te l emen van eenige zaaken van Policie, het dan ook van zeiven fpreekt, dat de gemelde Hoven zig met de uitfettingen der Ingefetenen uit de Steden, als mé re toe de Policie gehoorende, niet kunnen bcmoeyen, en dat zulks ook met becrekking coc zoodanige uicfettingen reeds ee meermaalen by haar Edele Grooc Mog. en fpecialyk by derfelver Refölucie van den eerften Augulty 1680 is verftaan. Is goedgevonden cn gerefolveerc, dac aan Prrefidenc en Raden van den Hove zal worden aangefchreven, zig met de cognitie over de voorfz. uicfetcing van den gemelden P. Lankhorsc niec verder ce bemoeyen; werdende aan gemelden P. Lankhorsc gelaten onverlet, zulks te raaden wordende, zig deswegens aan haar Edele Grooc Mog. ce addresleeren. 5* Refnïutte van de Staaten Generaal, hou¬ dende klagten en reprefentatien over een Mandament van - trrest, door V Hof van Hoüsmd aan den Gefchutgitter J. Irerbrugge tegen den Raad van Staaten verleend. Den 6 Juny 177°* Ontfangen een Misfive van den Raad van Staace, gpflhieevcn alhier in den Hae;e den 1 deefer, houdende dac op den 18 der laatst argetoopen maand Mey terwyl zy met zyn 1 loo;heid vergadert waaren , aan hun was ter hand geftelt een toegefeegelt Papier'aan hun geaddresfeert, het welk geopenten in piefentie van zyn Hoogheid geleefen zynde, gemelde Raad van Staate bevonden hadde te zyn een Misfive onderteekent A. S. Hagenberg zig qualificeerende eerfte Deurwaarder van den Hove van Holland, Zeelanden Vriesland, en waar by gevoegd was Copie van een Amandament van Arrest op de naam van zyn Hoogheid, mitsgaders Priéfidenc en de Raden over Holland, Zeeland en Vriesland aan Jan Verbrugge, door voornoemde Raad van Staate ten dienfte van de Generaliteit als Grof Gefchucgieter zynde gebruikt op den 10 derfelver maind verleenc op drieëntwintig ftukken Gefchut, ten behoeven van het gemeene Land op hunne ordre vervaardigt en leggende in de Grof Gefchutgieterye alhier in den Hage, by welk Mandamenc voornoemde Raad van Staace en allen anderen was 'c nood, waren gelasc, hec zelve arresc ee gehengenen ce gedoogen , coc dac dien aangaande nader by gemelde R^ade Provinciaal van Holland, Zeeland en Vriesland zoude zyn gedisponee'rc, en waar by wyders nopens de Rau Actie, d'oor denfelven Verbrugge regens hun verfogc, zy mec gemelde Verbrugge als parthyen waren geordonneert op Maandag den 21 van defelve maand ce cornrv.reeren voor cwee Commisfarisfen van gemelde Haade, omme pareyence hooren en vereenigen was het doenlyk, zoo niet, voores rapporc cc doen, en dac hee zelve gehoort, voorts gedisponeert zoude worden als naar behooren. Zynde agter die Copie verder gefchreeven een Acte van Relaas inhoudende dat voorfz. Hagenberg het gemelde Mandament op den 18 Mey na voorgaande Klokkeflag ter Puye van de groote Saai alhier in den Hage hadde geëxploicteert, en dat het zelve Mandamenc by voorfchreeve Misfive aan voornoemde Raad van Scaace wierd geinfinueerc, een einde zy daar van geen ignorantie zouden kunnen prctendeeren. Dac voornoemde Raad van Staate na Lecture der voorfchreeve Documenten, goedge, vonden hadden, om ten zeiven dage den ge1 melde Rade provinciaal by Misfive te infor| meeren, dat zy het verleenen van het gemelde Mandament van Arrest met den aarikleeveri van dien, hadden gevonden zoo vreemd, zonder exempel en geheel buiten den haak, dat zy geen oogenblik hadden behoeven te hedteeren, om ee refolveeren, daar aan niec te zuilen defereeren, en met die informatie alle het voorfchreeve aan hun geaddresfeerde aan gemelden Rade provinciaal hadden ce rug gefonden, hun ceffens gereferveerc hebbende wegens hec voorfchreeve ondernoomen accentaac teegens de Rechcen en Praeëminencien, hun door de gefimenclyke Bondgenoocen defer vereenigde Nederlanden coegekend, zodanige verdere facisfactie ce vorderen, als zy zouden oordeelen meest dienftig te zyn. Dat zy verder hun verpligt gevonden hadden die zaak te brengen ter kennisfe van de Bondgenooten der vereenigde Nederlanden, en  Juftitie en -Rechtsvorderinge dn Civile Zaaken, &c. 637 en tot dat einde aftefenden aan de refpective Heeren Staaten der zeven Provinciën hunne Misfivens ter verlanginge van eenige gepaste latisraótie overeenkomftig de Mie hun aangedaan , terwyl zy teffens hadden gemeend, dat alles ook te moeten brengen ter kennisfe van haar Hoog Mogende, ten welken einde zy de voorfchreeve Misfive hadden gevoegd een Copie der Misfive door hun aan de Heeren Scaaten van Holland en Westvriesland, gelyk ook aan de Heeren Staaten van Zeeland, geJykformig gefchreeven en afgefonden, en waar toe zy hun waren refereerende, zullende daar uit by haar Hoog Mogende gefien worden de gronden waar op hunne klagten waren berustende, en hoedanige voorfieninge en fatisfaétie door hun van de Bondgenooten en byfonder van de Heeren Staaten van Holland en Zeeland verfogt en verlangd wierd. Dat in vertrouwen waren dat haar Hoog Mogende de voorfchreeve zaak voor het welzyn der gantfche Republicq van zeer verregaande uitligt zouden confidereeren, mitsgaders dat haar Hoog Mogende, die zoo veel aandeel hadden in hec doen beforgen van alles dac ten nutte van de gemeene zaak de/er geünieerde Landen dienen moest, en ter defenfie en veyligheid van defelve ftrekkende was, mitsdien ten klaarften geperfuadeert zouden zyn van de allefints pernicie'ufe en nadeelige gevolgen, die uit de toelatinge van eene zodanige onderneeming noodwendig moeten refulteeren, dewyl op zodanige wyfe op de Executie van al het geene, dat door haar Hoog Mogende alleen, zoo wel-als met den Raad van Staate, ten voorfchreeven einde gerefolveert, en nodig geoordeelt zouden worden, nimmer eenige vaste ftaat zoude konnen worden gemaakt, maar het zelve door duyfenden van inventien en door de dispofitien van de minfte Rechtbank in de zeeven Provinciën altoos infruclueus zoude konnen werden gemaakt. Dat vervolgens niet waren twyffelende of haar Hoog Mogende zouden volgens derfelver bekende yver en trouwe voor den welvaart van defen Staat niet naarlaaten derfelver veel vermogend Crediet by de Bondgenooten te interponeeren, ten einde de genoemde zaak ten fpoedigften wierde getermineert, en wel op zoo een fatisfactoire wyfe als door gemelde Raad van Scaace op zoo billyke gronden by hunne voorgemelde Misfives was verfogt. Waar op gedelibereert zynde, hebben de Heeren Gedepuceerden van de Provinciën van Gelderland, Zeeland, Utrecht, Vriesland, Overysfel, en Stad en Lande de voorfchreeve Misfive Copielyk overgenoomen, om in den haaren breeder gecommuniceert te worden, En is dien overmindert goedgevonden en verftaan, dat Copie van de voorfchreeve Misfive gefonden zal worden aan de Heeren Staaten van de Provinciën van Holland en Westvriesland en van Zeeland en aan defelve ir gemaakt V 22 Art. van de Ord. op 'f Kleine Zegel. Eindelyk, dac ook de ondervinding zederc geruiincn tyd had geleerd, dac de respective Procureurs uit eene verkeerde infehikkelykheid voor c'ikanderen, ten nadetle van hunne meesters en tot merkelyk dilay der Procesfen; de by hun resp. geobtineerde veritekken, byna nimmer laten opmaken. Op welk een en ander gedelibereerd zynde is goedgevonden en verftaan. i°. Betrekkelyk de rapport gelden : Dat defelve conform *t 154. Art. van de InfruQie van dezen Hove, niet zullen wordenge'éischc voor de pTonuntb.de van de Sencencie, maar zal ook Conform hec zelve 154 Art. indien de partye die gecriumpheerd heefc, het zelve rapport geld binnen 20 dagen niet gelegd heefc in handen van den Grifner tegen den zeiven Triumphant werde geëxpedieerd letteren van Executorie o:n hem ce execuceeren in de fomme van hec rapport geld gecauxeerd, niec tegenflaande oppofitie of appellacie. En zal ook boven dien van nu voortaan geen dictum van eenige Sencencien aan parcyen werden uitgegeven voor en aleer hec rapporcgeld zal zyn betaald. En alfo hec zoude kunnen gebeuren, dac partyen of een van defelve woonagtig waren buyten de Jurisdictie van defen Hove, zal of zullen de Procureur of Procureurs van zodanige uielandige, indien de zaak zal worden bepleic, alvorens caucie moecen Rellen voor de fomma van hec rapporcgeld, na dat hem of hun door de Griffier zal wefen aangefecht, dat zodanige zaak eer vifitacie is gebragc een ware redenen eer conerarie aan de Griffier ce allegueeren, welke daar van aan den iade rapporc zal doen, om defelve gchoorc dien aangaande by den Rade ce werden gedisponeerd, als bevonden zal worden te behooren. 2°. En is betrekkelyk tot de comparitie gelden, goedgevonden, dat de Procureurs, defelve binnen 3 dagen na dat de compantie zullen wefen gehouden zullen hebben te leggen in handen van de Adjuncten ofte derfelver Clercquen, op poene dat de Procureur die daar in nalacig zoude moge zyn na Expiratie van defelve 3 dagen voor ieder-niec becaalde con paritic zullen moecen fteeken 1 Schelling in de Armbusch ccn overftaan van Heeren Commisfarisfen , voor wien die comparitie za! wefen gehouden, en zulks in cas van verdere nalatigheid by verdubbeling van 3 toe 3 dagen, zonder dac de Procureurs hec daar voor becaalde zullen mogen brengen ceu lasten van hunne metscers. 30. Afet opfigte tot de Actens Judicieel is goedgevonde, dac de Clercq een dien einde eer Griffie gecommicceerd van nu voortaan defelve zal moecen opmaken zodra dc zaken zullen wefen voldongen. En zullen de Procureurs verpligt zyn defelve Actens binnen 14 dagen nat voldingen van de zaak ter Griffie te komen ligten, al meede op poene van voor yder binnen de gemelde 14 dagen niet gelichte Actens te zullen moete Reken 1 Schelling in den Armbusch en zulks in cas van nalatigheid by verdubbeling van 8 tot 8 dagen, ten overftaan van I Ieeren Commisfarisfen van de Rol, zonder dac de Procureur bet daar voor becaalde zullen mogen brengen coc Lascen van hunne meesrers. En zal defelve Clercq meede fucccsfivelyk ten fpoedigfte moecen opmaken de Actens Ju■ dicieel van die zaken, welke reeds voldongen iyn en nog vervolgt worden dan waar van de Actens toe heden nog niet zyn gelige. En zullen de Procureur defelve Actens al mede moecen ligcen binnen 14 dagen na dac hun door defelve Clercq zal wefen aangefegc, dac defel\ e Actens zyn opgemaakt al meede op poene en onder de bepalinge hier boven vermeld. 4°. Eindelyk mec relatie coc de veritekken, dac de Subftitut Grifher van defen Hove een pertinent Register zal houden waaruic Heeren Commisf ter Rolle zullen kunnen zien op welken cyd in eiken zaak verftek op purge ofce abfoluc genome zy, dac voores de veritekken eer behoorlyker cyd zullen worden gepurgeerd, en dac de cyd der Purge verftreeken ende verftekken niet opgemaakc zynde hec Hof ex of . , defelve veritekken zal doen opmaken ten ware de Procureur ten wiens laste hec verftek kegc aan Heeren Comm. zoude weten ce alle- guee-  Juftitie en Rechts vorderinge in Civile Zaaken, &c. Ó39 gueeren en te fnppediteeren, zodanige redenen en bewyfen waardoor Heeren Comm. zoude mogen worden gepermoveerd om ten dien einde nog eenig kort op/fel te accordeeren. En zal van defe Refoiutie Copye werden gegeven aan de oudfte Procureur die defelve aan de overige zal hebben te communiceercn ten einde zig punélueelyk daar na te gedragen. 7. Refoiutie van den Hove van Holland, hou¬ dende bepaling, door men de kosten op het hooren van getuigen betaalt moeten worden. Den 11 February 1772. In den Raade gemoveert zynde dat &c. is &c. Ên is wyders by deefe gelegendheid vastgefteld, dat de Procureur welke 't Mandement van Tuygen zal hebben verfogt, zal moeten betalen alle de kosten, welke ter dier zaken zullen komen te vallen zoo wegens 't hooren van de getuigen, welke hy zal komen te produceeren als wegens de vacatiën tot 't horen van die getuigen op Contra- Interrogatorien. En zal van dit laaste gerelblveerde mede extract werden gegeven aan den Oudften Procureur ten einde zulks aan de andere Procureurs te communiceercn. 8. R efolutie van de Staaten van Holland, zvaar by 't Hof word gejustificeert in het verleenen van eene admisfie pro Deo, en opgevolgde Provifie van JufihU tegen Stquesters in zekeren onbeheerden Boedel te Goedereede. Den 2 September 1773. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport den 17 July deefes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 23 September 1772, beneevens Commisfarisfen van den Hove,geëxamineert de Requeste door Burgemeesteren en Scheepenen der Steede Goedereede aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, tendeerende, om reedenen daar by geallegeert, ten einde den Hove mogte worden aangefchreeven de admisfie pro Deo en opgevolgde provifie van Juftitie aan Jan Deugt, in zyne qualiteit verleent, intetrekken en te fteilen buiten effect;, blyvende aan denfelven Jan Deugt in zyn qualiteit en desfelfs Principalen onverlet, om zodanige actie als defelve vermeenen te hebben voor den Gerechte van Goedereede , tegen de gemelde Sequesters en Curateuren in de Nalatenfchap van Petronella Koole te inftitueeren, zoo als te raade zullen worden ; als meede de Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 23 July desfelven jaars, derfelver berigt op de voorfz. Requeste, en waarby teffens aan haar Edele Groot Mog. onder het oog brengen een misbruik het geen van de AEtio ex lege Diffdmari word gemaakt, waar omtrent voorfiening behoorde te gefchieden; en nog, in gevolge haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 19 January deefes jaars, de nadere Requeste van Burgemeesteren en Scheepenen der Steede Goedereede voornoemt, met de daar neevens gevoegde Memorie tot nadere adftructie van haar voorfz. gedaan verfoek. Is goedgevonden en verftaan,. by deefe te verklaaren, dat de admisfie pro Deo , en opgevolgde provifie van Juftitie, door Prefident en Raaden van den Hove aan den voornoemden Jan Deugt in zyn qualiteit verleent, effect, moet forteeren, en word mitsdien het voornoemde verfoek van Burgemeesteren en Scheepenen van Goedereede geweefen van de hand; zonder dat egter deefe Refoiutie tot eenige andere gevallen in confequentie zal kunnen worden getrokken. En word wyders aan Prefident en Raaden van den Hove gelaaten onverlet, om , ingevalle defelve vermeenen eenige remarques te hebben omtrent het misbruik, het geen van de Aclio ex lege Diffamari in het doen van ediétale Citatien door Curateurs of Sequesters in diergelyke Boedels, word gemaakt, en waar omtrent eenige voorfiening behoorde te worden gedaan, zig als dan daar over nader aan haar Edele Groot Mog. te addresfeeren, en te dienen van derfelver Confideratien en Advis.  640 Placaaten. 5. Boek. 1. Titul. 8. Refoiutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk de executien, uit kragte vr.n Sententien van de Hoven gsdirig.-ert wordende op vaste Goederen , welke in de Verpondingen en andere lasten ten agt eren zyn. Den 20 January 1778. Dc? Raadpenfionaris heefc ter Vergadering ge apporteert de Confideratien en hec Advis van de I Ieeren van de Ridderfehap en verdere hun Edele Grooc Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juilitie, hebbende, in gevolge en eer voldoening van hun Edele Groo: Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 27 january 1776, mee Commisfa isfen van den Hoogen Raidc en van den Hove, geëxamineert de Propofitie, door de Heeren Gedeputeerden der Scad Amfierda n ten zeiven dage ter Vergadering van hun Edele Grooc Mog. gedaan , cot voorfiening omtrent execucoriaale Verkoopingen uic kragce van gewysdens van de Hoven op vaste Perceelen over agrcrftallige Verpondingenen andere lasien , breeder onder den voorfchreeven datum vermeld. Waar op eed el; bereerc zynde, is goedgevonden cn Vemttn, by defen tc verk/aaren; eerflelyk: dat, in cas eenige e.recuticn uic kragte van Sencencicn van de Hoven worden gedirigeert op vjsce Goederen, welke in de Verpondingen en andere lasten ten agteren zyn , en defelve executien op de eene of de andere wyfe gcfircheert blyven, of niet direclelyk worden voltrokken hec aan dc Scedenen Dorpen , of die geenen, welke van wegen defelve met de invordering met voorfeidc gemeene Lands laacen zyn gechargeerc, zal vryftaan, zoodanige Perceelen ter voldoening van defelve agterihilige lasten te mogen executeeren, en dat de Deurwaarders zul/engehoudenzyn, niettegenftaande zoodanig vooraf begonnen, dog gefurcheerde executien van Particulieren, ter requificie van Heeren Thefaurieren extraordinair of Comvnisfirisfen van den honderdften Penning te Amfterdam, en van zoodanige andere Perfoonen of Collegien als in de andere Steden en Dorpen tot de invordering der Verpondingen en andere Lands lasten zyn gequam ceert defelve Perceelen te executeeren en defllve executien coc den einde coe ce volcrekken, zoodanig egcer, dat bet den geëxecuteerden Particulier zal vryftaan dc execucie een behoeve van hec gemeene Land ce pnevenieeren of ce fluiten, door hec becaalen en verfchiecen van defelve agterftallige lasten, waar medehy dan zelfs vervolgens op de af komften van hec Perceel zal zyn geprefereerc. En ccn anderen, dac de respective Deurwaarders van de Hoven van Jufticie eenige vaste Goederen by executie moetende verkoopen, gehouden zullen wefen, voor den dag der verkoop by de brandende Waskaars» te Amfterdam ter Thefaurie extraordinaris en ter Kamere van den honderdften Penning, cn in de andere Sceden en Plaatfen, daar zulks behoord, Declaratoiren te vraagen, wegens de agterftallige lasten, en dac defelve voorts in de Koop Conditiën zullen moeten infereeren, dac de Kooper gehouden zal zyn, directelyk de agterftallen ce zuiveren, zoodanig, dac hy, wanneer hy Kooper blyfe, de door hem becaalde lascen coc den dag van hec afneemen van hec Zegel coc, aan den uitgeloofden Koopfchac zal kunnen korten; en dat, by aldien het bod voor dc finale incerpofitie van hec Decreet nog mogte worden verhoogd, de nieuwe Kooper aan den eerften Kooper die betaalde agterftallen zai moeten reftitüeeren, om defelve van den Koopprys wederom te kunnen inhouden; alUs ten waare de Executant goed vond, om zelfs de agterftallige lasten te verfchieten, het welk hem vry word gelaaten, en in welk geval zoodanig Executant dc alfoo by hem uitgefchooten agterftallige lasten, met en nevens zyne verdere Execucie koscen, na de incerpoficie van hec Decreet, by preferentie, uit de afkomften van het geëxecuteerde Goed zal kunnen repereeren. En zai Extracl defer Refoiutie, als mede van de Refoiutie van hun Edele Groot Mog. van den 16 November 1735, enconfirmatóTre van den 22 April 1751, nopens hec doen van transporten van vasee en andere in de Verponding contribueerende Goederen, na het zuiveren der lasten van defelve worden gefonden aan Prefident en Raden van den Hoogen Raade en van den Hove, om hun daar na te reguleeren; gelyk mede van defe Refoiutie by aanfehryving zal worden kennis gegeven aan Burgemeesteren in de Steden ftem in Staat hebbende, den Hage daar onder begrepen, aan de Magiftraaten in de kleine Steden, en aan Schouten en Gerechten ten platten Lande, om haar respectivelyk daar na te reguleeren. Nota. Van deefe Refoiutie heeft het Hof by Publicatie in dato g January 1784 ter Rolde notificatie gedaan. Re-  Juftitie en Rechts vorderinge in Civile Zaaken, &c. 641 10. Refoiutie van de Staaten van Holland, op een verfoek om Brieven van Sauf- Conduit, gedaan door iemand, die van een tegen hem gedecerneerd confinement aan den Hove had geprovoceert. Den 22 December 1780. De Heer Penfionaris van Zeebergh heefc ter Vergadering gerapporteert, dac de Heeren Gedeputeerden der Scad Haarlem, en j verdere hun Edele Gr. Mog. Gecommitteer- j den coc de zaaken van de Juftitie, mec Hee- I ren Commisfarisfen uit den Hove Provinciaal, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Gr. Mog. Refoiutie commisforiaal van den 14 December laatstleden, hadden geëxamineert eene Misfive van de Prsefident en Raden van den zei ven Hove, gefchreven alhier in den Hage den 7 defer loopende maand, houdende, ter voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Appointement van den 20 der gepasleerde maand November, derfelver confidera- ] tien en Advis op het daar by te rug gaande / Request van Izaak VViller, Koopman en Fabricqueur ce Leyden; verfoekende om redenen in het breede gemelt, dat hun Edele Gr. 1 Mog. aan hem zouden gelieven te verleenen Brieven van Saufconduit, om, hangende de procedures tusfchen hem als Impetrant van Mandament van Reformatie ter eene, en Maria Wüler, Weduwe van Sarnuel Louis Changuion, cum fuis, als Gedaagden in het voorfchreeve cas ter andere zyde, nog voor gemelden Hove litispendent, en vooresin dien yan de.Sententien, daar in bereids gevallen j èn nog verder te vallen, door de Gedaagden, j als mede door den Suppliant aan den Hoogen j Raade zoude mogen worden geprovoceert, ter tyd en wylen die procedures toe in het uitterfte Resfort by uyterlyk Gewysde zullen zyn getermineert, vry en zonder door de zelve Perfoonen in zyn Perfoon, door eenig confinement of perfoneele bewaaring te mogen worden gemolesteert, of geincommodeert, di- I reót of indirect, binnen de Provincie van Hol- 1 land en Westvriesland te mogen omgaan en verkeeren, en voorts in communi forma. Mitsgaders nog eene Misfive van gemelde Praefident en Raden, gefchreeven in den Hage den 14 defer, houdende, ter voldoening aan hun Edele Grooc Mog. Appointement van den 6 te vooren, derfelver confideratien en Advis öp hec daar by te rug gaande Requesc van Maria Willer, Weduwe van wylen Sarauël Changuion, cum fuis, allen beha!ven den laatsten dier Supplianten, Nabeftaanden van den voorfchreeven Izaak Willer, verfoekende, dat het verfoek van Saufconduit, door den zei ven Izaak Willer aan hun Edele Gr. Mog. gedaan, zoude mogen gewefen worden van de hand. En dat zy Heeren Gecommitteerden had- IX. DSEL. den begrepen, dat gelyk iemand, aan wien het vry ftaat,, om van eene tegen hem gedecerneerde Curateele of confinement aan een hooger Rechter te provoceeren, alleenlyk heefc het middel van Reformatie, met geen ander dan mec een devolutief ejfedt, derhalven hec verfoek van den voornoemden izaak Willer, om, hangende de voorfchreeve procedures , in cas van Reformacie, en, tot dat defelve inhetuitterste Resfort gedecideert zouden zyn, door middel van een Saufconduit, zig van het gedecerneert confinement volkomen vry te maaken, even zeer tegen de gerecipieerde regelen van de practycq aanloopt, als het geoppoCeert verfoek van desfelfs Partyen daar mede overeenftemt. Dac of fchoon er daarom, de zaak over het algemeen befchouwt zynde, voldoende reden genoeg voor handen zoude wefen, om het verfoek van den voornoemden Ifaak Willer, als tendeerende om by het devolutief ejfecl zyner Reformatie, ook een fuspenfief ejfecl te erlangen, geheel en al af te wyfen; zy Heeren Gecommitteerden nogtans hadden gemeent, dat het ten deefen eene byzondere reflectie meriteerde, dac het Hof, aan hec welk de cognicie over de voorfchreeve gedecerneerde Curaceele, zoo wel als over het Confinement, in Reformatie is overgelaaten, heefc begrepen en expresfelyk gedeclareerc, dat zy den Perfoon van den voornoemden Izaak Willer tot het geven van onderrigtingen, welken uit hoofde van een ontdekc important erreur in de geformeerde Balance van desfelfs Boedel te meer vereifcht wierden, volftrektelyk noodig hadden: aan welk begrip van het Hof, zy Heeren Gecommitteerden hadden geoordeelt, dat door het verleenen van een Saufconduit voor zekeren bepaalden tyd, zonder iemands reëel prejuditie (als hebbende de voornoemde Izaak Willer door zyne retraite toch de executien van het gedecerneert confinement ontweken) gevoeglyk kon, en naar billykheid ook behoorde te worden gedefereert, particulierlyk ook ten einde langs defen weg de Juftitie in de behandeling van de voorfchreeve zaak te beter te bevorderen. Waar op gedelibereert zynde, is., conform het Advis van de voorfchreeve Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, om in dit finguliere geval aan den meergemelden Izaak Willer te accordeeren Brieven van Saufconduit voor den tyd van drie maanden, en desfelfs verder of ander verfoek te wyfen van de hand. 4M Re-  642 Placaaten. 5. Boek. 1. Titul. 11 • Refoiutie van den Hove van Rolland, om¬ trent de verplichting der Procureurs om of zelf, of door hunne Opper-Clercquen, op het uur van de Rolle ten Iluve prefent te zyn. Den 8 July 1782. Op het gerapporteerde &c. En is by defe gelegenheid , na deliberatie goedgevonden en verftaan &c. Als meede, dat door de Heeren Nolsc cn van Nispen den Oudften Procureur van den Hove zal worden aangezecht, dat de Procureurs volgens de Inftructie en fucceslive Ordonnantiën van defen Hove, zullen gehouden zyn in 't vervolg, alle, op dagen, wanneer de Rolle gehouden wordt, zig van 11 tot 12 uuren in perfoon ten I love te laten vinden, ofte wel, by wettigen abfentie, hun¬ ne Opper-Clcrcqucn, en dat, by nalatigheid van dien, in gevalle iemand van de gemelde Procureuren op zoodanigen tyd ten Hove mogt worden gërequireert defelve verpi ichc zal zyn de gemelde Deurwaarders deswegen uit zyne privé beurfe te filariceren, zynde dc voorfz. aanfegginge door welgemelde Heeren aan den oudften Procureur gedaan, die aangenomen heefc defelve aan zyne mede Procureuren te zullen communiceeren. En zal ccc. !2. Refoiutie van den Hove van Holland, hou¬ dende renovatie van voorige ordres tot het leveren yan feertete Scbriftuurcn. Den 11 July 1782. Nader gedelibereerd zynde op het geproponeerde van de Heer Pradidenc raakende de Ordre cn Reglement van die I lof van den 19 January 1750 teegens de excesfèn in het extendeeren der Requesten, middelen der Actens Judicieel, fecrete Schrifturen, langwyligheid der Pleydoyen, en recardemenc van de Expeditie der Jufticie, door hec niec cydig overleveren der Schriftuuren, is goedgevonden dac de Griffier de Oudfte Procureur (mec lasc om zulx aan zyn meede Procureurs te communiceeren 0 zal aanfeggen dat het Hoffin "t vervolg ihpteïyk 1 zal doen executeeren 'c boovengeraelde Reglemenc , fpeciaalyk noopens 't leeveren van fecrete Schriftuuren, binnen den by 't Reglement bepaalde tyd zonder dat ook r.a dien tyd, eenige Requesten in judicio tot productie van Nieuwen ftukken zullen werdengeadmitccerd, ten ware in de gevallen by dat Reglement bepaald , en eyndelyk dat de Procureurs welke over eenige tyd tot 'c leeveren van fecreete Schriftuuren zyn aangemaanc, defelve zullen moecen leeveren uyccerlyk voor den 17 Auguscus aan/taande. 13- Refoiutie van de Staate?; van Holland, waar ly een verzoek, om vermindering van het getal dtr ordinaris Deurwaarders in den Hage word afgewezen. Den 15 February 1787. Ontfangen een Misfive van den Prsefident en Raden van den Hoogen Raade, gefchreven in den Haage den 14 defer, houdende, tot voldoening aan hunEd. Gr. Mog. Refoiutie van den 1 te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van wegens A. Box c s., ordinaris Deurwaarder van beide de Hoven van Juftitie alhier in den Haage, aan hun Edele Groot .Mog gepra-fenteert, ccn einde hoogscdefelve geliefden goed ce vinden, dac hec geial der ordinaris Deurwaarders, alhier in den Haage refideerende, zoude moecen uitfterven op vier en dat voor dien cyd de vacanc vallende Deurwaardersplaacfen, het zy direct door hun Ed. Groot Mog., het zy door zyn Hoogheid, den Heere Erfftadhouder, ter relatie van hun Ed. Groot Mog., niet zullen worden vervult, en dac hun Ed. Grooc Mog. de begeving over de chans vaceerende Deurwaardersplaacs, hangende hoogscderfelver deliberacien , geliefden ce furcheeren; welk Advis hier na volgt geinfereerr. Edele Groot Mogende Heeren! Wy hebben op den 5 defer maand oncfangen Uw Ed. Gr. Mog. Misfive en Refölucie in dato 1 derfelver maand,  Juftitie en Rechtsvorderinge in Civile Zaaken, &c. 643 maand j waar by Uw Edele Gr. Mog. hebben goedgevonden te requireeren onfe Confideratien en Advis op de daar nevensgaande Requeste van wegens A. Box, c. s. Ordinaris Deurwaarders van beide de Hoven van Juftitie alhier in den Haage, aan U Edele Gr. Mog. geprae-fenteert* Ten einde aan defelve Uw Édele Gr. Mog. gerespecteerde bevelen pp eene behoorlyke wyfe te voldoen , hebben wy gemeend in defen communicatief te moeten gaan met den Raade Provinciaal, welks Confideratien en Advis wy uit de voorfchreeve Uw Edele Gr. Mog. Refoiutie hadden gefien insgelyks door U Edele Gr. Mog. gërequireert te zyn j en welke het voorfchreeve verfoek, als in het meerder of minder getal, der Ordinaris Deurwaarders, alhier in den Haage, meer dan wy geinteresfeert zynde, voornaamentlyk was concerneerende. Wy hebben dienvolgende, Edele Gr. Mog. Heeren! aan den Raade Provinciaal geproponeert eene conferentie 4 welke gehouden zynde geworden; van dat gevolg is geweest, dat Commisfarisfen yan den Raade Provinciaal geen Zwaarigheid hebben gemaakt, de Confideratien door den Raade Provinciaal op voorfchreeven verfoek gemaakt, aan ons te communiceeren; en daar defelve coincideerden met de reflexien daar op door ons gemaakt , vermeenen wy het onnoodig te zyn de attentie van U Edele Gr. Mog. met een gedetailleerde voordragt onfer bedenkingen te occupeeren; vertrouwende integendeel ons gerustelyk te kunnen refereeren tot de Confideratien, door Commisfarisfen van den Raade Provinciaal aan onfe Commisfarisfen gecommuniceert, welke wy niet twyffelen, of zullen door Welgemelden Raad in het breede aan Uw Edele Groot Mog. worden voorgedraagen; wy zullen dus alleenlyk met een enkeld woord zeggen, dat het ons is voorgekomen , dat de redenen en middelen by de Requeste van de Supplianten tot fundament van derfelver verfoek bygebragt, niet zyn van die relevance of van dat gewigt, dat Uw Edele Gr. Mogende daar door zouden behooren te worden gepermoveert, om op defelve eenefavorable Refoiutie te neemen; integendeel vermeenen wy,- dat de by Requeste verfogte vermindering van het getal der Ordinaris Deurwaarders ten merkelyken ondienfte van het Publicq zoude ftrekken, en vinden ons derhalven verpligt Uw Ed. Gr. Mog. te advifeeren dat Uw Edele Gr. Mog. het voorfchreeve verfoek zouden behooren te wyfen van de hand. Terwyl wy Uw Edele Gr. Mog. in confideratie geven, of, in gevalle Uw Edele Gr. Mog. des niettegenftaande mogten vermeenen over defelve Requeste by x Uw Edele Gr. Mog. nog verdere deliberatien te moeten vallen, hoogstdefelve als dan niet zouden kunnen goedvinden, hangende Uw Edele Gr. Mog. deliberatien, de by hoogstderfelver Refoiutie gelegde Surcheance op te heffen, ten einde inmiddels het getal der Ordinaris Deurwaarders alhier in den Haage niet al te zeer werde verkleind; refereerende wy ons niet te min tot U Edele Gr; Mogende hobgstwyfe dispofitie. » Hier mede, Edele Groot Mogende Heeren! bidden wy God Almagtig Uw Edele Gr. Mog. lange in een voorfpoedige Regeering te conferveeren. Gefchreven in den Haage den 14 February 1787. (Onderftond,) Uw Edele Groot Mog. Dienstwillige, De Prefident en Raden van den Hoogen Raade over Holland, Zeeland ende Vriesland. (JLagerflondj) Ter Ordonnantie van defelve. (Was geteekend,) A. N. MOLLERUS. . Als mede een Misfive Van de Prefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 13 defer, houdende, mede tot voldoening aan hun Ed. Groot Mog. voorfchreeve RefoJutie van den 1 te Vooren, derfelver Confideratien en Advis op de bovengemelde Requeste ^ hier na geinfereert. Edele Groot Mogende Heeren! Wy hebben wel ontfangen Uwer Ed; Gr. Mog. Misfive Van den 1 van defe maand, dienende tot geleide van hoogstderfelver Refoiutie, ten zeiven dage genomen öp de daar by Copielyk gevoegde Requeste van A. Box c. s , Ordinaris Deurwaarders van beide de Hoven van Juftitie alhier, verfoekende, omredenen daar by breeder gemeld, dat U Ed. Gr. Mog. gelieven goed te vinden, dat het getal der Ordinaris Deurwaarders alhier in den Haage refideerende, zal moeten uitfterven op vier, en dat voor dien tyd de vacant vallende Deurwaardersplaatfen, het zy direct door U Ed. Gr. Mog., het zy door zyne Hoogheid den Heere Erfftadhouder, ter relatie van U Ed. Gr. Mog , niet zullen worden vervuld, en dat U Ed. Groot Mog. de-ba* 4M 2 : eg.  Placaaten. 5. Bock. 1. Titul. gevirrg over de thans vaceerende Deur- 1 waardersplaatfe, hangende hoogstderfelver deliberatien, geheven te ilircheeten. Waar op U Ed. Gr. Mog. by hoogstderfelver voorfchreeve Refoiutie hebben goedgevonden en verdaan dat de voorfchreeve Requeste zoude worden gefonden aan de Prtcfidcnt en Raden van den 1 Hoogen Raade cn van defen Hove, om | defelve te examineeren, en U Ed. Gr. Mog. daar op tc dienen van Confideratien en Advis, met vcrleeninge der voorgemelde verfogte furcheance. En wy geven ons vervolgens ter voldoeninge aan de gerespecteerde bevelen van U Ed. Groot Mog., na de voorfchreeve Requeste geëxamineert, overwogen , en daar over met Prxfident en Raden van den Hoogen Raade, by eene wederfydfche Commisfie, geconfereerd te hebben, ons de eere U Ed. Groot Mog. d.nr omtrent te rescribeeren, dat ons niet voldoende voorgekomen zynde redenen, door de Supplianten tot ftavinge van hun verfoek ter nedergefteld, als nameiyk, dc veranderingen van tyd tot tyd omtrent I het getal der Ordinaris Deurwaarders in defe Provincie, en lpeci'aal omtrent de geene, die alhier in den Haage refideeren , en de vermindering van derfelver gvtal van meer dan twintig tot dat van tien, volgens Uw Ed. Gr. Mog.Refoiutie van den 20 September 1707, en het welk naderhand zoude zyn gebragt tot op agt; de verminderde Practycq voor de Hoven van Juftitie zedert dien tyd, en het daar uit gevolgd minder inkomen, het geen voot de Deurwaarders, alhier refideerende, geen redelyk beftaan zoude opleveren. Wel is waar, Edele Groot Mogende Heeren dat ten tyde voorfchreeven het getal der gemelde Deurwaarders is gereduceert van zestien tot tien, dog van de verminderinge tot het getal van agt is aan ons niets gebleeken; en de Supplianten door ons daar omtrent elucidatie gevraagt zynde, hebben daar van geen bewys weeten te fuppediteeren, of eenige reden te geven; zynde het eenige, dat wy daar omtrent hebben kunnen nafpooren, daar in beftaande, dat'erin den jaare 1751 nog tien, en tot den jaare 1752 nog negen Ordinaris Deurwaarders zyn aangefteld geweest; zoo dat het ons toefchynt. dat dc verminderinge tot het getal van agt alleenlyk moet toegefchreven worden, of aan eene verkeerde opvattinge omtrent de gemaakte verminderinge door den tyd ingeiloopen , of aan gebrek van Sollicitanten. Wy moeten ook, Edele Groot Mog. Heeren! erkennen, dat de Practycq zedert den jaare 1707, en, vooral binnen nu weinige jaaren, merkelyk is ingekrom¬ pen, en dat zulks het inkomen der Deurwaarders geringer maakt; dog defe reden fchynt ons niet toe gerioeglaam re zyn, om het tegenwoordig getal der Deurwaarders daarom te verrriïnderen, vermits zulks zeer nadeelige gevolgen voor de Liugantcn naar zig zoude lleepen;die als dan geene keufe meer overig zouden hebben, om zig tc kunnen bedienen van iemand, die zy, by zekere omftandigheden, zouden, oordeelen defe of geene bekwaame hoedanigheden te moeten hebben; vooral wanneer het by abfentie of ziekte van den Drosfaard van den Hove kan gebeuren, dat eender Ordinaris Deurwaarders tot het waarneemen van dien post ad interim worde geëmployeert; dat 'er ook zommige door hec doen van Exploiéten of het doen van Executien niet by dc hand zyn; en ook andere door ziekte of anderfints kunnen verhinderd worden. En zoude het te vreefen zyn, dat zoodanige verminderinge der Deurwaarders gelegenheid gave tot willekeurige handelingen, of ten minften de emulatie, om, door zig En hun Otlicie te evertueeren, geëmp/oyeerd te worden , wegnaame; behalven dat de Practycq door den tyd wederom kan roenecmen; waar by komt, dat de Ordinaris Deurwaarders in den Haage zynde, volgens het laatfte Artikel van het Reglement voor de Deurwaarders van den Hove, in dato 28 Maart 1680, onder anderen verpligt zynde de Crimineele Juftitie te adfisteeren , zoo by het doen van apprehenfie als van executie, het verder verminderen van derfelver getal ook voor de Crimineele Juftitie ten uiterftcn nadeelig zoude zyn. Hier tegen nu, Edele Groot Mog. Heeren! kan niet opwegen een minder inkomen voor de Deurwaarders, die verkeerde/yk asfumeeren, dat hun Officie zoude gefchikt moeten zyn, om hun een genoegfaam of ten minften een redelyk middel van beftaan op te leeveren, alfoo het zelve niet anders word geconfidereerd , dan een behulpmiddel van beftaan, by eenig ander Ampt of Bedieninge , en daarom ook doorgaans word geambicert of door een Procureur; Notar ris, Opper Clercq op eenProcureursComptoir, of iemand, een andér middel van beftaan hebbende; gelyk het ook zoo mec de Supplianten is geleegen, zynde één van hun zelfs Procureur van den Hoogen Raad cn den Leenhove van Braband en te gelyk Notaris. De Supplianten hebben te minder reden , om zig te beklaagen van geen redelyk middel van beftaan in hec Deurwaarderfchap re kunnen vinden, alfoo daar voor nog Amptgeld,noghonderdftePenning betaald word, en zy het zelve dus volkomen tituk lueratiyo bezitten Uit  Juftitie en Rechtsvorderingen in Civile Zaaken, &c, 645 Uit dit een en ander, Edele Groot Mog. Heeren ! meenen wy te mogen befluuen, dat 'ér aan de zyde der Supplianten (by welk deOrdmaris Deurwaarder Johannes Niemvenhuyfen zig niet heelt gevoegO gcen retle;i is te vinden, om het getal der Ordinaris Deurwaarders te verminderen, maar dat veel eer in tegendeel de dienst der Juftitie en het wezenlyk b'elang der Litiganten vorderd, dat 'er een toereikend en ruim getal van Deurwaarders alhier voor handen zy; en mitsdien ook aan U Ed. G r. Mog. te moeten advifeeren, dat het getal der Ordinaris Deurwaarders, alhier in den Haage refideerende, ten minften op agt behoorde bepaald te blyven, en dat overfuiks U Ed. Gr. Mog. der Supplianten verfoek behoorden te wyfen van de hand; immers , dat, indien by U Ed. Gr. Mog. hier omtrent nog eenige bedenkinge mogte overblyven, de door de Supplianten van U Ed. Groot Mog. verkregen furcheance , geduurende hoogstderfelver deliberatien, als dan moge worden opgeheven; te meer allbo het zoude kunnen gebeuren (gelyk het zelfs zeer app'arent is) dat 'er geduurende dien tyd nog meerdere vacatures voorvielen, waar door de Juftitie merkelyk zoude veragtert, en de Litiganten important nadeel toegebragt worden; ons niet te min eerbiedigst refereerende tot het hoogwys oordeel van ■ U Edele Groot Mogende. Hier mede, Ed. Groot Mogende Heeren! bidden wy God Almagug Uw fidele Gr. Mog. in eene langduurige en voorfpeedige Regeering te conferveeren. Geiehreven in den Haage den 13 February 1787. (On derft ond,) Uw Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige. De Praefident en Raden over Holland, Zeeland en Vries* .land. (Lagerftond,) Ter Ordonnantie van defelve. {Geteekent,') ADRIAAN BODT. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, der Supplianten voorfz. verfoek by defe te wyfen van de hand, en dien volgende de furcheance, ter zaake voorfchreeve verleent, mede op te heffen. En zal Extract: defer worden gefonden aan de Prtefidenten en Raden van den Hoogen Raade en van den Hove tot derfelver informatie en narigt. 14. Refoiutie van de Staaten van Holland9 be¬ trekkelyk den ouderdom van de Raaden in de beide Hoven van Juftitie en^ derfelver Ministers. Den 9 November 1791. ' Öntfange'n een Misfive van de Heeren Staaten van Zeeland, gefchreeven te Middelburg den 24 der voorleeden maand, houdende, dat zy Heeren Staaten van Edele Groot Mogende Misfive van den 29 Juny deefes Jaars". waar by bun Ed. Gr. Mog., by geieegentheid der aanftelling van Mr. Stephanus Adriaan Verniers van der Loeff, tot Raad ordinaris in den Hove Provinciaal, te kennen hadden gegeven, dat by hun Ed. Gr. Mog. Refoiutie van den 15 September 1730 verftaan was, dat van toen voortaan, niemant tot de Ampten van Raaden in de beide Hoven van Juftitie en van derfelver Ministers zouden weefen admisfibel, als die bereikt zouden hebben den ouderdom van vyf en twintig jaaren, en getreeden zyn in zyn zes en twintigfte jaar, het welk zedert dien tyd alfoo punctueel was geobferveerd; dan daar bovengemelde aangeftelde Raad in het Hof van wegens de Provincie Zeeland dien ouderdom niet had bereikt, en 'er egter alle reedenen militeerden, dat in Collegien op naam van de beide Provinciën de Juftitie adminiftree- rende, een gelyke voet dienaangaande werde gehouden, dat hun Edele Groot Mogende diënftig hadden gevonden, aan hun de voorfz. Refoiutie van den 15 September 1730, met töefending van Copie derfelve te doen geworden, en teffens te verfoeken, om voor het vervolg gelyke Refoiutie te neemen, ten einde met opfigt tot de Raaden en Ministers in den Hoven van Juftitie, op naam der beide Provinciën geadminiftreerd wordende, een eenparigen voet werde geobferveerd; in deliberatie gelegt en de gronden daar in vervat, zo zeer overeenkomftig met de goede order bevonden hadden, dat zy geen'zwarigheid hadden gemaakt', conform hun Ed. 1 Gr. Mog. gedaane voordragt by een dergelyke Refoiutie te bepaalen, „ dat voortaan niemant van „ wegens de Provincie Zeeland tót de Amp„ ten van Raaden in beide de Hoven van Jufti„ tie, en van derfelver Ministers zal admisfi„ bel zyn, als die bereikt zal hebben den ,, ouderdom van .25 jaaren en getreeden zyn „ in zyn zes en twintigfte jaar," vertrouw 0 nde hier door aan hun Edele Groot Meende in4M 3 ten-  640* Placaaten* 5* Boek. 1. Titul. tentie ten einde met opfigt tot de Raaden en Ministers in de Hoven van Juftitie, op naam der beide Provinciën geadmimftreerd wordende, een eenpaarigen voet werde geobferveert, te hebben voldaans, Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, dat aan de Heeren Staaten van Zeeland zal worden gerefcribeert, dat, door het nemen eener gelyke Refoiutie door de beide Provinciën op den vervulden ouderdom van 25 jaaren om tot Raaden in de beide Hoven van Juftitie en van derfelve Ministers admisfibel te kunnen zyn, hun Edele Groot Mogende van hunne zyde hebben gerefolveert de Conventie tusfchen de beide Provinciën in de jaaren 1742 en 1743 aangegaan, daar mede te houden voor geampheerd; met verfoek, dat de Heeren Staaten van Zeeland van gelyke gelieven te doen, ten einde door de aangefteld wordende Raaden en Ministers by de beide Provinciën daar op mede de nodige verklaaring werde gedaan, en in derfelver Commisfien daar van mentie gemaakt. TWEEDE TITUL- Omtrent de Juftitie en Rechtsvordering ih den Hogen Raade in Holland, lé Refoiutie van de Staaten van Holland, tot Juftificatie van het gedrag van den Hoogen Raade, in het verkorten van den termyn tot profecutie van zekere Revifie. Den 17 April 1765. Is geleefen de Requeste van Mr. Coenfaad van Heemskerk, woonende alhier in den Hage, zoo voor zig zelvëd, en als gemagtigde, mitsgaders direétie en administratie hebbende over de Perfoonen en Goederen van zyn Moeder Anna Petronella van Schnylenburch, Weduwe van Heemskerk, meede woonende alhier, te kennen geevende, dat hy, door het laatst eerder fcheidert van haar Edele Groot Mog. als by hem was verwagt, verhindert zynde geworden de daar neevens gevoegde Requeste met de daar aan geannexeerde Memorie en Bylaagen geduurende de laatst gehoudene Vergadering aan haar Ed. Groot Mog. te prefenteeren, op den 19 Maart laatstleeden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden by Requeste hadde verfogt, dat defelve het Appoinéteraent of Dispofitie van den Hogen Rade van den 9 February 17 f55 met de gevolgen van dien, breeder by die Requeste gemeld geliefden te furcheeren, tot dat op zyn voorgemelde verfoek aan haar Ed. Groot Mog. by de eerstkoomende Vergadering te doen, finaal zoude zyn gedisponeert; dat by Appoinctement van Heeren Gecommitteerden Raden van 4 April 1765 op gemelde Requeste zynde verleent Nihil, de Suppliant daags daar aan by een nadere Requeste aan gemelde Heeren had verfogt, om, als reprsefenteerende haar E- delë Groot Mog. geduurende hoogst derfelver afweefen , op defelve Requeste, Memorie Adftrucrif en Bylaagen zodanig te disponeeren of voorfiening te doen, als oordeelen zouden te behooren, dog waar op ten zeiven daage meede Nihil was verleenc; prefenteerende vervolgens, de voorgemelde Requeste , Memorie Adftruétief en Bylaagen aan haar Edele Groot Mog. , houdende zyn befwaar over zeekere Gurateele door Willem van heemskerk, cum fuis, op den 2 Augusty 1764 van den Raade Provinciaal aangaande zyn voorfz. Moeder geobtineert, waar van door hem zynde geappelleerd, den Hoogen Raad by Sententie van den 29 january 1765 den Suppliant had verklaart by de voorfchreeve Dispofitie van den Raade Provinciaal te weefen niet befwaard cum expenfis, dan van welke Sententie zyne Revifie hebbende gedaan interjecteeren, om defelve Conform de inftruclie voor den Hoogen Raade te profequeeren, door voornoemden Willem van Heemskerk, cum fuis, aan den Hoogen Raade was verfogt Appointement, tot ordre aan den Suppliant, öm de geinterjeéteerde Revifie binnen zeekeren korten en precifen dage te vervolgen, op pcene van defertie, breeder met het gevolg van dienby de Requeste genarreerr, en verfoekende, dat haar Ed. Groot Mog. zig gelieven te laaten infor- mee-  Juftitie en Rechts vorderinge in Civile Zaaken, &c. 047 meerer», ofhy Suppliant by ftaaking der ftemmen door het uitvallen der ftem van den Raadsheer Pautv, in plaats van te fuccumbeeren, niet hebbe getriumpheert, en mitsdien geen Revifie noodig heeft, waar aan hem in deefe uit hoofde van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 23 Mey 1602 ten uiterften geleegen Jag, en dat, ingeval aan haar Edele Groot Mog. mogte blyken, dat den Suppliant met vier of meer ftemmen, waar onder de Item van den Raadsheer Pauw niet was geweest, by den Hoogen Raad had gefuccumbeert, haar Edele Groot Mog. als dan de Dispofitie van den Hoogen Raad van dato den 9 February } 765 5 waar by zyn Suppliants termyn van twee jaaren was vermindert op omtrent elf weeken, geliefden te fteilen buiten effect, en hem te laten vry en onverlet zyne geinterjefteerdeRevifie te profequeeren, Conform de Inftruclie van den Hoogen Raade, en inmiddels, voor zoo veel des noods, hangende haar Edele Groot Mog. deliberatie, alles te houden in ftaate en furcheance. En heeft de Raadpenfionaris daar beneevens gecommuniceert, dat de Heeren Gecommitteerde Raden op de voorfz. Requeste van Mr. Coenraad van Heemskerk hebbende verfogt de Confideratien en Advis van den Hoogen Raade , in eene Conferentie door Commisfarisfen uit naam van den Hoogen Raade aan haar in fubftantie was gefegt, dat den Hoogen Raad defelve Requeste allezints buitenfpoofig, en het verfoek daar by gedaan buiten voorbeeld had bevonden, en dus wel was gewenscht, dat gemelde Heeren Gecommitteerde Raden, zonder haar daar over te Confuleeren, het zelve Request hadden geweefen van de hand; dat zy, zonder in discusfie van de zaak zelfs te treeden, gelast waaren op de voorfz. Requeste te remarqueeren, dat niets eigender of bekender was, als dat op een verfoek tot verkorting van termynen van Revifie na verhoor van Parthyen by den Hogen Raad na bevinding werd gedisponeerd, dat het zelve byfonder plaats had, wanneer door den Revifeur, zoo als in deefen gefustineert werd, dac de Dispofitie van den Hoogen Raad inmiddels moest blyven buiten executie , om dac als dan geene reedenen konden worden uitgedagc waarom zodanige Dispoficie twee a drie jaaren zoude moeten blyven gefurcheert. Dat de Heeren Gecommitteerde Raaden dienvolgende hadden gemeend geen zwarigheid te moeten maken om op de Requeste van Mr. Coenraad van Heemskerk te appointeeren Nihil, zoo als by derfelver Refoiutie van den 4 deefer was gerefolveert, en om daar van door den Secretaris Clotterbooke uic naam van hec gemelde Collegie aan den Griffier van den Hoogen Raade kennisfe ce doen geeven. Waar op gedelibereert zynde, en geconfidereert zynde, dac de Heeren Gecommitteerde Raaden, na van een Compleet berigt van den Hoogen Raade gedient te zyn geweest, op de voorfz. Requeste hebben gedisponeert, en voorts gelet op de informatien door den Raadpenfionaris op hec eerfte Poinct van hec voorfz. Request gegeeven; Is goedgevonden en verftaan, het voorfz. verrigte van de Heeren Gecommitteerde Raaden by deefe te approbeeren en het verfoek by des Suppliants Requeste gedaan, te wyfen van de hand. 2. Refoiutie van de Staaten van Holland houdende, dat zeker Mandament in de tweede inftantie door den Hoogen Raad tegen Burgemeesteren yan den Br iel verleend, effect moest forteeren, zonder dat het zelve by beflotenMisftve heeft behoeven te gefchieden. Den 7 Augustus 17Ó7. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport den 31 July jongstleeden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Grooc Mog. Gecommicceerden tot de zaaken van de Juftitie, voor zoo veel betreft het Mandament aan P. Lankhorsc, Boelhuismeester in de Stad Brielle, door den Hogen Raade verleent, disponeerende teegens Burgemeesteren van defelve Stad, fuftineerende dat hetzelve by befloote Misfive had moeten gefchieden. En in agting genomen zynde, dat uit de Lyste van de Sententien van den Hoogen Raade , by haare Memorie gevoegt, confteert, dat de Hemmende Steeden in de tweede en verdere inftantien alcyd by opene Brieven zyn gedagvaart, en dac dus Prrefident en Raaden van welgemelde Hoogen Raade door het verleenen van het voorfz. Mandament niets hebben gedaan, dan het geen in diergelyken gevallen tot nu toe door haar is gepractifeert, en dac hec geen haar Edele Groot Mog. hier in uit kragte van derfelver Refoiutie Commisforiaal van den 18 juny laatstleeden, of'er namentlyk eenige reedenen zouden mogen zyn, waarom de Heeren van de Ridderfehap en ftemmende Steeden niet zoo wel in de tweede en verdere inftantien als in de eerfte by befloote Misfive zouden behooren te worden gedagvaart, en waar op, om de geopperde bedenkingen door Commisfarisfen uit de beide Hoven in het befogne den 31 July voorfz. gehouden, het zelve is gecontinueert, verder zullen goedvinden, ook eerst kan werken voor het vervolg. Is goedgevonden en verftaan, dat het voorfz. Man-  f548 Placaaten. 5. Boek. 2. Titul. 3. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden gequalificeerd, tot het doen der nodige fiurrogatien, in geval van indispofitie of wettig belet van Adjuntlen Revifeurs. Den 23 January 1778. 00 het geproponeerde van den Raadpenfionaris , nopens de by hem bekomene informatien, dat de Raadsheer Rygerbos, op den 2 Oélober laatstleden door hun Edele Groet Mog., uit het Hof, gecommitteert tot Adjunct Revifeur in het Proces voor den Hoogen Raad tusfchen den Hoofdofficier van Amfterdam, R. O., en J. B. F. van Gogh, Gevangenen op de Voorpoorte, en welke Revifie op voorlede Dingsdag reeds was begonnen, door indispofitie belet wierd daar by te asfifteeren, en het niet buiten vrees was, dat gemelde Heer by continuatie daar in zoude worden verhindert, gevende hy Raadpenfionaris vervolgens in bedenking, of niec hun Edele Grooc Mog., naar hec exempel van hec gerefol veerde op den 15 September 1674, de Heeren Gecommitteerde Raden zouden kunnen qualinceeren, om de noodige furrogatie, cafiu quo te doen. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raden by defen te qualifi- f ceeren, om, in gevalle iemand van de HeeI ren, by hun Edele Groot Mog. tot Adjunct ! in de voorfz. zaak van Revifie uit den Hove, | of uit defe Vergadering, gecommitteert, door I ziekte of noodelyke abfentie zouden mogen | worden verhindert in defelve zaak te befogneeren, een ander Heer in desfelfs plaats uit het Hof, of uit defe Vergadering, te furrogeeren; en is voorts by defe gelegentheid goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitceerde Raden, ten aanfien van alle Revifien voor den Hoogen Raade in de gevallen van I indispofitie of wettig belet van Adjuncten, uit defe Vergadering of uic den Hove, tot het !doen der noodige furrogatien, in abfentie van hun Edele Grooc Mog. by defen te qualificeeren.En zal Extract defer Refoiutie gefonden \ worden aan de Heeren Gecommitteerde Ra1 den, als mede aan de Praefident en Raden van den Hoogen Raade, om hun daar na te ' reguleeren. 4., Refoiutie van de Staaten van Holland9 waar by een verfoek, tot het buiten effect feilen van zekere Interlocutie van den Hoogen Raad, word afgewefen, dog de weg van Revifie open gelaten. Den 23 July 1779. Is geleien de Requeste van Nicolaas Miniman, Daniël Roelof Muilman en Hendrik Muilman, Kooplieden te Amfterdam, als, volgens procuratie, op den 22 April 1773, ten overftaan Van den Notaris Pieter Hogenberg en Getuigen te Londen gepasfeert, Gemagtigdens van Peeter en Richard Muilman, Kooplieden te Londen, te kennen gevende, dat de Supplianten genoodfaakt zynde geweest in de maand Mey van het jaar 1773 voor Schepenen der Scad Amfterdam procedures ce entameeren tegen Hermanus van Seppenwolde, mede Koopman te Amfterdam, en te concludeeren, dat hy Hermanus van Seppenwolde zoude worden gecondemneert aan de Supplianten tegens en nevens de extraditie van drie Rellen Wisfelbrieven, op den 6, 9 en 16 October 1772 voor zyne Rekening op Clifford en Zoonen getrokken, te zamen bedra¬ gende L. Sterling 47547, én welke Wisfelbrieven door defelve Clifford en Zoonen ook wel voor rekening van hem Hermanus van Seppenwolde waaren geaccepteert, dog op de respective vervaldagen waaren onbetaald gelaaten, met en benevens de gedaane protesten van non-betaaling en Actens van honoratie in banco der gemelde Stad af te fchryven, of andersin Kasgeld, met den Agio van dien, volgens den cours van den dag te reftitüeeren en betaalen zoodanige fomme van ƒ518995-4-0, als der Supplianten Principaalen wegens de honoratie van die Wisfelbrieven met de protest onkosten en een derde per cento provifie verpligt zyn geweest te reinbourfeeren, en te betaalen met de interesfen van dien a vier per cento; zedert de respective vervaldagen tot de dadelyke en effeótive voldoening toe; gemelde Hermanus van Seppenwolde aanftonds was Mandament by den Hoogen Raade aan den voórn. P. Lankhorst verleent, zyn effect zal moeten forteeren, en daar op voort geprocedeerc. En zal hier van Extract worden gefenden aan den Praefident en Raaden van den Hoogen Raade, als meede aan Burgemeesteren en Vroedfchappen der Scad Brielle, om te ftrekken tot derfelver narigc respective.  Juftitie en Rechtsvordering in den Hogen Raade in Holland. 04Ö was bedagt geweest, om bet onderfoek van Eoo importante en egter niet minder eenvoudige questie te eludeeren, immers zoo lang mogelyk te dilayeeren; reprefenteerende de Supplianten vervolgens de procedures, die daar omtrent hadden plaats gehad, met dat gevolg, dat op den 15 July laatstleden by den Hoogen Raad in de voorfz. zaak was geproRuncieert de navolgende Sententie. „ Het Hof met rype deliberatie van Raa„ den doorgefien en overwoogen hebbende „ al het gunt ter materie dienende was, en „ heefc mogen movcercn, doende regt, uit „ den naam en van wegen de Hooge Over„ heid en Graaflykheid van Holland, Zec„ land en Vriesland, voor zoo verre by het „ Vonnisfe van Schepenen der Scad Amfter„ dam, in"dato 27 Augusty 1776, en daar 5, op gevolgde Sententie van den Raade P;0„ vinciaal in dato 3 April 1778, beide in „ questie, des Appellants exceptive defenfie „ gerejecleert, en hy gecondemneert is ge5, worden in de kosten, op defelve exceptive ,, defenfie gevallen, verklaard den Appellant „ by gemelde Vonnisfe en Sententie te we„ fen niet bezwaart, en condemneert hem in „ een derdepart der boete van fbfappei, j, mitsgaders van de kosten defer inftantie, 5, wyders de principaale zaake houd defelve M in advis, tot dat het Proces tusfchen den „ Appellant ter eenre, en Clifford en Zoo„ nen ter andere zyde, tè Amfterdam litis„ pendent, zal zyn geterneert door een ge„ wysde, (het zy van Schepenen der gemeld ,, de Stad, het zy in appel van den Raade „ Provinciaal) waar aan de daar in belang heb„ bende Partyen zullen hebben geacquies„ ceert, of tot dat het gemelde Proces (in „ cas van de Sententie, welke by den Raade „ Provinciaal daar in mogt worden gewefen, „ geprovoceerd word aan den Hoogen Raad) „ in ftaat zal zyn gebragt, om, benevens de „ zaake ten delen in questie, gelykeJyk te worden gedecideert, en relerveert de dis- 5* Ontfangen een Misfive van H. Mollerus, gefchreven alhier in den Hage op heden, houdende, dat de eer hebbende Praefident te zyn van den Hoogen Raad, zig daar door in de onaangenaame noodzakelykheid bevond hun Ed. Gr. Mog. deliberatien te moeten interrumpeeren, nopens een discrepance in het gemelde Collegie ontftaan, ter occafie van het verfoek om Mandament van Revifie van de interlocutie, vervat in hec tweede lid van het IX. Deel. „ pofitie nopens de kosten op de voorfz* „ principaale zaak, in beide de voorige in„ ftantien , en twee derde parten van de „ kosten, alhier in appel voor den Hoogen „ Raade gevallen, ten uiteinde defer zaïke." Dat de Supplianten over den inhoud dier Sententie, voor zoo verre daar by de princf paale zaak in voegen voorfz. was in advis gehouden, ten uitterllen gefrappeert en aangedaan waaren geweest en dat aan hun daar door zoodanig grief was toegebragt, waar cegens geen andere weg van redres dan per reen rfum ad Principzin open ftond, om eene blliyke en noodfaakelyke voorfiening tegen de nadeelige gevolgen van dt felve Sentenrie te imploreeren; verfoekende de Supplianten derhalven, dat hun Edele Gioot Mog. ter zaake voorfz. zoodanige voorfiening gelieven te doen, als hun Edele Groot Mog. zullen oordeelen te behooren, ten einde de vooriz. Sententie worde gefteld buiten effect, en voorts defelve zaak. ten principaale ten ipoe« digften finalyk worde getermineerc. Waar op gedelibereert en in agting genoomen zynde, dat de'weg van revifie, als zynde een ordinair en competent middël, waar door der Supplianten gefuftineert- grief kan worden onderfogt, in defen voor defelve open ftaat; Is goedgevonden en verftaan, het verfoek van de Supplianten, by de voorfz. Re-. queste gedaan, zoo ais het zelve is leggende, af te liaan en te wyfen van de hand; laatende niet te min aan de Supplianten vry en onverlet, om van de voorfz. Sententie van den Hoogen Raade van den 15 defer maand ordinario modo Mandament van revifie te verfoeken, en in defelve inftantie zoodanige conclufie te neemen, als de Supplianten te raade zullen worden, ten einde alfoo in reyiCiezoa worden onderfogt, of de vooriz. Sententie van den Hoogen Raade wel of qualyk geweien zy; en in het laatfte geval het bevonden wordende erreur dadelyk gecorrigeert zou worden. Diétum in de zaake in cas d1 Appel voor den Hoogen Raad hangende tusfchen Hermanus van Seppenwolde en de Gemagtigdens van P. en R. Muilman, op den 15 july jongstleden ter Rolle gepronuncieert; beftaande gemelde discrepance daar in, dat eenige Heeren van begrip waaren dat één der Leden van den Raad, die op zyn verfoek was geëxcufeert om over de voorfchreeve litispendente zaak te zitten, uit dien hoofde ook niet zoude kunnen of mo4N , gen Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by verklaard word, dat zeker Lid van den Hoogen Raad, die geëxcufeert was om over zekere zaak te zitten, ook niet ver mogt te voteer en over het Verleenen van Revifie van de Sententie, door den Hoogen Raad in die zaak gewefen. Den 21 October 1770.  6" dërdom en verfwakte toeltahd hem ex plenitudine poteftatis gunftig gelieven te authorifee-* ren, fpeciaal om in de Crimineele procedures tegens den Perfoon van Auke Ritskes, gedetineerde op Texel, den Perfoon van Bernar» dus Henricus van Dam, Procureur en Notaris aldaar, in officio te fubflitueeren en te qua* liHceeren, om de gemelde procedures in den naam Van de Hooge Overheid te pourfuiveeren en ten uiteinde toe te vervolgen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dén Suppliant in dit fpeciale geval by defe te authorifeeren, om in de crimineele procedures tegenS Auke Ritskes, gedetineerde op Texel, den Perfoon vah Bernardus Henricus van Dam, Procureur en Notoris aldaar, in officio te mogen fubflitueeren en qualificeeren, om de gemelde procedures in den naam van de Hooge Overheid ten uiteinde toe te vervolgen. En zal Extraéi defer gegeven worden aan den Suppliant, en gelyk Extraéi gefonden aan Schepenen van Texel tot derfelver narigt. » Refoiutie van de Staaten Generaal, bov* dende bepaling, door wien de kosten van 7 confinement gedecerneert tegen Vagabondeerendt Per/bonen, gedragen tnoeten worden. Den 17 . April 1767* Is gehoort hét Rapport van de Heeren van Lynden tot Hemmen, en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Meyerye van 's Bosch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolude Commisforiaal van den 25 September des voorleeden jaars met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State, geëxamineert een Misfive van Scheepenen der Hoofftad 's Bosch, gefchreeven aldaar den 21 daar te vooren, houdende dat het was geweest in de maand February van het jaar 1765 , dat zeekere Jongeling van omtrent agtien jaaren oud genaamt Jan Baptist Bordeley gebooren en groot gebragt by de fameufe Bende Gaauwdieven, die feedert een geruimen tyd in verfcheide Provinciën van defen Staat, en vooral in en omtrent de Meyerye van 's Hertogenbosch hadden gevagabondeert, te Lommei Quartiere van Kempeland Meyerye voorfchreeve met nóg twee Vrouwspersonen was geapprehendeert, en op de Gevangen Poorte der Stad 's Bosch overgebragt. Dat voorfchreeve Bordely in zyn Gevangenis door ontdekkingen veel dienst aan de Juftitie doende, het Hoog Officie hem daar door een geruimen tyd in detentie had moeten houden, tot dat nu onlangs dóór het zelve op de Stukken tot lasten van voornoemde Gevangene ingewonnen, van gemelde Scheepenen regt was verfogt, als wanneer zy denfelven by Vonnisfe van den 13 Augustus laatstleeden, hadden geeondemneert tot een Geesfeling, mitsgaders de kosten en rnifen van de Juftitie, en voorts vooral zyn leeven geconfineert, om aldaar met zyn handen arbeid de kost te verdienen* Dat het Hoog Officie voorfchreeve Confinement ter executie zullende fteilen, zig alvoorens aan hun hadde geaddresfeert, om te weeten ten wiens lasten de kosten van dac Confinement moeste koomen. Dat zy als toen hadden begreepen, dat gelyk volgens haar Hoog Mogende interpretatoire Refoiutie van den 10 Augustus 1761 de kosten van onderhoud van Crimineele Gevangenen , zoo defelve waaren Vagabonden en Landloopers, moesten gedragen worden, door alle de Sraren Dorpen geleegen in het Quartier van de Meyerye, alwaar de apprehenfie was gedaan, zoo Ook om de connexiteit en gelykheid der zaake, op defelve manier de kosten van een Confinement moesten gevonden worden, maar vooral om dat haar Hoog Mog. zulks alfoo in eenige gevallen hadden begreepen, als onder anderen te zien in haar Hoog Mog. Refolutien van den 31 Augustus 1763, 14 January en 29 November 1765 waar toe zy kwaamen te refereeren. Dat zy vervolgens het zelve hun fentiment aan den Stadhouder van den Hoogfchout wel hadden te verftaan gegeeven s en dat dienvol- 4R 2  684 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. gende de onkosten van dat Confinement na hunne gedagten behoorden gedragen te worden door het Quartier van Kempeland, alwaar « in de voorfchreeve geconfineerde was geapprehendeert, met verfoek van het gedecerneerde Confinement met den eerfien ter executie te fteilen, en daar van aan gemelde Quartier kennis te geeven, dan dat de ordinaris Gecommitteerdens van het meergemelde Quartier aan den Steedehouder van Adrichem, in fubftantie hadden gerefcribeert, dat vermits het hun uit geen wetten confteerde, dat Scheepenen van 's Bosch voornoemt, bevoegd waaren, iemand voor altoos ten lasten van het Quartier te confineeren, zy derhalven zig den Perfoon van J. Baptist Bordeley niet konden aantrekken, of op derfelver beforging eenige ordre te ftel/en, verfoeken de gemelde Scheepenen van's Bosch derhalven, dat haar Hoog Mog. gelieven te verftaan, dat de kosten van het Confinement van den voornoemde J. Baptist de Bordeley moeten gedragen worden by het Quartier van Kempeland, als waar in defelve is geapprehendeert, of wel by de gefamentlyke vier Quartieren van de Meyerye, gelyk haar Hoog Mog. aan de Regenten van Hilvarenbeek, by Refoiutie van den 17 April 1766 hebben geaccordeert. Waar op gedelibereert en in agting genomen zynde, dat den voornoemde Jan Baptist Bordeley is groot gebragt onder de fameule Bende Landloopers en Vagabonden, die zeedert een geruimen tyd alomme in den Staat en vooral in de Meyerye van 's Bosch heefc omgefworven, zonder dat weegens zyn Geboorteplaats ietwes confteert; Is goedgevonden en verftaan in dit geval te verklaaren, dat de onkosten van het Confinement by Vonnisfe van Scheepenen van 's Bosch den 13 Augustus laatstleeden, ten lasten van gemelde Bordeley gedecerneert, moeten koomen en gedragen worden, by de vier Quartieren van de Meyerye voorfchreeve, en mits dien de respeétive Stadhouders en ordinaris Gecommitteerdens van defelve te auétorifeeren en te gelasten, voor het onderhoud van gemelde gecondemneerde te zorgen, zodanig zullen vinden te behooren, welke onkosten jaarlyks in de respeétive Staten van kosten der vier Quartieren in uitgaaf zullen konnen brengen, en aldaar gevalideert worden. Des dat niet te min Scheepenen der Stad's Bosch voorfz., zullen worden aangefchreeven, by vervolg zig te wagten van eenige Condemnatien te doen, tot Confinement, waar van de kosten buiten de Stad van 'sBosch zouden vermynen te moeten gedragen worden, zonder daar toe alvoorens verfogt te hebben de permisfie en authorifatie van haar Hoog Mog., op pcene dat die last altoos by de Stad zelve zal moeten gedragen worden. 8* Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof onbevoegd verklaard word, om de verhooren, voor den Rechter ter eerfter infiantie gevallen, in zaaken, waar in crimineelyk, extraordinaris, en op confesfie gepropedeert is, van denfelven Rechter te requireren. Den 11 Augustus 17 68. By repartitie gedelibereert zynde op het Rapport, den 19 Mey defes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie commisforiaal van den 29 January daar te vooren, met en benevens Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert de Misfive van de Praefident en Raden van denfelven Hove, gefchreven in den Hage den 27 der gemelde maand January, houdende, ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinctement van den 10 December 1767 , derfelver Berigt op de Requeste van Burgemeesteren en Schepenen van Westerfchelling, te zamen uitmakende het geregt aldaar, om voorziening , ten einde zeker Mandament om ontfangen te worden als Appellant, door gemelden Hove aan eenen Jan Reynders verleent, mogte werden ingetrokken, mitsgaders de daar nevens gevoegde Confesfie en het Vonnis van Schepenen van Westerfchelling, nevens twee Memorien door de Praélizyns van Jan Reynders aan hun verfogt ter kennis van haar Edele Groot Mog. te brengen, mitsgaders nog zekere Memorie door Burgemeesteren en Schepenen van Westerfchelling tot ftaving van hun voorfz. verfoek geformeert, met eenige Bylaagen daar toe gehoorende, en door defelve aan hun Heeren Gecommitteerden gefuppediteert; als mede op de Requeste door gemelden Jan Reynders aan haar Edele Groot Mog. op gisteren geprefenteert, tot decifie van zyn voorfz. zaak. En in agtinge_ genomen zynde, dat het voorfz. Vonnis niet direél vak in de termen van haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 10 September 159:1, nader geëlucideert door die van den 25 Mey 1735; Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat in het verfoek van Burgemeesteren en Schepenen van Westerfchelling voornoemt niet kan worden getreden : en zal daar van by Misfive kennisfe worden gegeven aan de Praefident en Raden van den  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering 68* den Hove, met last om in de voorfz. zaak by hen verder te worden geprocedeert en vervolgens gedisponeert, zoo als in goede Juftitie zal bevonden werden te behooren; dan in agting genomen zynde, datby het Berigt van Praefident en Raden van den Hove gevoegt zyn de interrogatorien, waar op de gemelde Jan Reynders by Schepenen van Westerfchelling is gehoort, benevens de responfives van denfelven; is, tot vermyding van alle confequentien, die daar uit zouden kunnen worden getrokken, wyders goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat gemelde Praefident en Ra¬ den niet bevoegt zyn, de verhooren voorden Regter ter eerfter inftantie gevallen, in zaaken waar in crimineelyk extraordinaris en op confesfie geprocedeert is, van denfelven Regter te requireeren. De Heeren Gedeputeerden van Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen en Purmereinde hebben verklaart in het eerfte Lid def voorfz. Conclufie niet te kunnen confenteeren, en daarop gereferveert de nadere aanteekening van de Heeren hunne Principaalen. 9' Refoiutie van de Staaten Generaal, op een verfoek tot intrekking van een Mandament yan Reformatie yan een crimineel Vonnis yan Schepenen van Tilburg, door den Raad van Bra* band verleend. Den 4 November 1771. Ts gehoort het Rapport van de Heeren BrandJL. fen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Meyerye van 's Bosch ingevolge en toe voldoeninge van haar Hoog Mogende Refoiutie van den 30 July laatstleeden, geëxamineert hebbende een Misfive van den Raad van Braband gefchreeven alhier in den Hage den 25 derfelver maand, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 5 daar te vooren, derfelver berigt op een Misfive van Scheepenen, der Hoofdftad 's Hertogenbosch, gefchreeven aldaar den 4 derfelver maand July betrekkelyk tot zeeker Mandament van Reformatie door voorn. Raad van Braband op den 5 Juny deefes jaars verleend aan Johannes Welthey, geweefe Vorfter te Tilburg, Meyerye van 's Bosch, verfoekende gemelde Scheepenen op gronden by derfelver voorfz. Misfive gelegt, dat door haar Hoog Mog. aan voorn. Raad van Braband mogen worden aangefchreeven, omme het voorfz. verleende Mandament van Reformatie weer intetrekken en te fteilen buiten effect, en dat mitsdien mogen worden verklaart dat voorn, johannes Welthey, alvoorens by gemelde Scheepenen in Appel van zeeker Crimineel Vonnis in de voorfz. Misfive vermeit, te worden ontfangen, zig over de geproponeerde nulliteit en informaliteit van het zelve aan haar Hoog Mog. behoort te addresfeeren, als meede agtervolgens en tot nakominge van haar Hoog Mog. Refoiutie van den 12 Augustus laatstleeden geëxamineert hebbende de Requeste van Scheepenen der Heerlykheid Tilburg en Goirle Quartiere van Oosterwyk Meyerye van 's Bosch, mede verfoekende om reedenen, breeder in gemelde Requeste gededuceert, dat haar Hoog Mog. aan den Raade van Braband gelieven aantefchryven en te gelasten het voorfz. verleende Mandament van Reformatie intetrekken te fteilen buiten effect. Waar op gedelibereert zynde en in agting genoomen aan de eene zyde, dat ingevalle het Crimineele Vonnis van Scheepenen van Tilburg en Goirle teegens Johannes Welthey geweefen, aan nulliteit en informaliteit laboreert , als dan aan denfelven Johannes Welthey ingevolge haar Hoog Mog. Refoiutie van den, 25 July 1753, vryftaat daar van appel of reformatie van den fupperieure Rechter te verfoeken en dat Scheepenen van 's Bosch in eert abufive fuppofitie, dat zy niet competent o£ bevoegd zullen zyn, om over die vermeende nulliteiten informaliteit te cognosfeeren, maar dat deswegens door denfelven Johannes Welthey een Adres aan haar Hoog Mog. zoude worden gemaakt, het verfoek van den voornoemde Johannes Welthey om befchryf brieven in Appel hebbende afgeweefen, hem onverlet laatende, om zig daar over te addresfeeren daar en zoo als hy te raade mogten worden, de Raad van Braband wel en te regt aan den voorn. Johannes Welthey heeft verleent een Mandament van Reformatie van die dispofitie van Scheepenen van'sBosch, en aan de andere zyde dat Scheepenen van 's Bosch niet ex meritis caufe, maar alleen om hunne vermeende incompetenfie in voegen voorfz. op het gemelde Request van Johannes Welthey hebbende gedisponeert niet te min zyn Competent en bevoegd om over het gemelde verfoek van Johannes Welthey als fuperieure Rechters te cognosfeeren, als mede dat aan defelve Scheepenen eerst competeert de Cognitie in Cas van provocatie van het Vonnis van Tilburg en Goirle, eer defelve zaake aan den Raad van Braband kunnen devolveeren, en eindelyk, dat door de afwyfinge van het verfoek zoo door Scheepenen van 's Bosch als door Scheepenen van Tilburg en Goirle respectivelyk aan haar Hoog Mog. gedaan, met 'er daad word gedecideert alle dat geene 't welk in de thans geëntameerde inftantie van Reformatie voor den Raad van Braband het object van discufie en decifie zouden mogen en be4R 3 ho@*  686 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul; hooren uitteleeveren, en dat vervolgens ten eenemaale onnodig is, om daar over in Reformatie voor den Raad van Braband verder voort te procedeeren. Is goedgevonden en verftaan dat in het verfoek zoo door Scheepenen van 's Bosch als van Tilburg en Goirle aan haar Hoog Mog. gedaan niet kan worden getreeden, en dienvolgende defelve werden afgeweefen, dan dat niet te min alle verdere proceduren uit kragte van het voorfz. verleende Mandament van Reformatie voor den Raad van Brabant (: als door de voorfz. afwyfing der gemelde verfoeken ten eenemaal innutil:) zulIen cesfeeren met vrylaating aan denfelven Johannes Welthey om op nieuws by Requeste aan Scheepenen van 's Bosch befchryfbrieven in Cas tf Appel van gemelde Crimineel Vonnis van Scheepenen van Tilburg en Goirle op fundament van gefuftineerde nulliteit en informaliteit te mogen verfoeken, om daar op by Scheepenen van 'sBosch te werden gedisponeert, zoo als defelve in goede Juftitie zullen bevinden te behooren. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refoiutie gefonden worden aan den Raad van Braband en aan de Scheepen van 's Bosch Tilburg en Goirle respective om te ftrekken tot derfelver narigtinge. Gelyk meede diergelyk Extract Pro Deo zal worden uitgegeeven aan den voorn. Johannes Welthey om zig daar na te reguleeren. 10. Refoiutie van de Staaten van, Holland, waar by een verfoek van Bailliuw en Schepenen van 'sHage, om zes Gevangenen buiten proces tot V Lands kosten te confi'neren, word afgewefen: — Ln voorts vernieuwd het gedecerneerd Commisforiaal tot het revideeren der Crimineele Ordonnantie. Den 8 Mey 1773. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 29 April deefes'sjaars, houdende, ter voldoening aan baar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 18 Maart te vooren, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste van Bailliuw en Scheepenen van'sGravenhage , waar by, op fundament der reedenen by hun in het breede geallegeert, hebben verfogt, om zes Gevangenen buiten ordinair of ander proces, tot 'sLands kosten te mogen confineeren; Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het verfoek door de Supplianten by derfelver Requeste gedaan, als ongefundeert en van zeer dangereufe gevolgen zynde, te wyfen van de hand; en is wyders, by geleegentheid van het voorfz. Advis, gerefolveert, dat het Befogne tot het revideeren der Crimineele Ordonnantie van het jaar 1570, en van de ftyl van procedeeren van denfelven jaare, by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den eerften Mey 1732, met de beide Hoven, gedecerneert, en waar toe haar Edele Groot Mog. op den 18 September desfelven jaars 1732 drie Heeren uit derfelver Vergadering met twee Raaden uit elk der beide PIoven, op een Daggeld by haar Edele Groot Mog. Refoiutie van den 15 January 1734 bepaald, hebben gecommitteert, zal worden gereasfumeert, en op de furrogatie en benoeming van Heeren Commisfarisfen tot het zelve nader gedisponeert. II. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by Commisfarisfen benoemd worden tot het revideeren der Crimineele Ordonnantie. Den 16 December 1773. Op het geproponeerde van de Heeren van de Ridderfehap en Edelen, met Communicatie van zyn Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder; Is na voorgaande deliberatie, en ter voldoening aan haar Edele Groot Mogende Refoiutie van den 8 Mey deefes jaars, goedgevonden en verftaan, dat tot het revideeren van de Crimineele Ordonnantie van den jaare 1570, en van de ftyl van procedeeren van denfelven jaare, zullen worden benoemt , zoo als haar Edele Groot Mog. daar toe benoemen en committeeren by deefe, uit derfelver Vergadering, de Heeren Bosfchaert, de Ville, Emants, van Royen, van Berkel en Ras, Penfionarisfen en ordinaris Gedeputeerden der Steeden Dordrecht, LIaarlern, Delft, Leyden, Amfterdam, en Alkmaar respective; uit den Hoogen Raad, de Heeren Pauw en Graafland, en uit het Hof de Heeren Nolst en Rygerbos, zullende de Heeren Commisfarisfen uit deefe Vergadering declareeren op den voet als de Gecommitteerden van haar Edele Groot Mog. gewoon zyn te declareeren , namentlyk des daags zeeven Guldens zes ftuyvers; en de Commisfarisfen uit de beide Hoven, op zodanigen voet als by de res- pec-  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 68? 12- Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by zeker crimineel Vonnis van Leenmannen van de Nyenburgen word vernietigt: en dc cognitie van die zaake op nieuw gedelegeert aan den Hoogen Raad. Den 13 January"1774. T)y refumtie gedelibereert zynde op het .O Rapport den 18 December laatstleeden Eer Vergadering uitgebragt, door de Heeren van de Ridderfehap en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 17 July te vooren, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert het Advis van de PresCident en Raaden van gemelde Hove van den 16 der laatstgemelde maand, uit kragte van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 14 te voren geformeert op de Requeste van Geertje Volger, Huisvrouw van Jacob van der Velden, en Abraham van der Velden, woonende in de bedykte Schermer, onder de Bailluage van de IS yenburg, ten einde haar Edele Groot Mog. goedgunftiglyk zouden gelieven te verklaaren, dat het Vonnisfe van Leenmannen van de Bailluage van der Nyenburg, ter zaake by de Requeste vermeld, tegen den voornoemden Jacob van der Velden geweefen, niet valt in de termen van haar Edele Groot Mogende RefoJutie van den jaare 1591, maar dat het zelve is appellabel; immers dat haar Edele Groot Mog., om redenen by de Requeste gedetailleert, den gemelden Jacob van der Velden van de voornoemde Refoiutie zouden gelieven te eximeeren, en hem in te willigen het vermogen om van het voorfz. Vonnisfe te appelleeren, met furcheance, hangende haar Edele Groot Mog. deliberatien; of daar in anders zodanig te voorfien, als hoogstdelëlve tot maintein der Juftitie, ten nutte van denfelven Jacob van der Velden, en tot troost van de Supplianten, na defelver wysheid en requiteit, zouden oordeelen te behooren. Als mede de Memorie van Bailliuw en Leenmannen der voorfz. Bailluagie, tot elucidatie van hun gedrag, met opfigt tot den voorfz. Jacob van der Velden, en ter deftructie van het voorfz. verfoek. En nog, ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refoiutie Commisforiaal van den 13 November laatstleeden, de Requeste van Abraham van der Velden voornoemt, met een Contra-Memorie tot weederlegging der bovengemelde Memorie. En geconfidereert zynde, dat de Refoiutie van den 10 September 1591, verbiedende het verleenen van Appel, Reformatie of Provocatie aan eenige Perfoonen , tegens welke criminelyk, extraordinair en op haare confesfie is geprocedeerd, in zeer klaare en duidelyke bewoordingen disponeert, en dat die Refoiutie , als een fundamenteele Landwet op het beleid der Crimineele Procedures, alom binnen deefe Provintie geobferveert en gemaintineert behoord te worden; dan dac het teffens inconteftabel, dat het recurfus adPrincipem altoos moet open blyven, en nimmer afgefnedén kan worden, in die gevallen, waar omtrent zodanige omftandighceden voorkoomen, waar door de Souverain tot eene extraordinaire Dispofitie ex plenitudine po te fiat is zoude kunnen worden gemoveert, zonder dat door zoo eene extraordinaire Dispofitie het gefiig en de Jurisdictie van de Regters ter eerlier inftantie eenigfints geprrejudïcieert, veel min aan defelve Regters eenige fletrisfure toegebragt werde; en by examimde der voorfz. zaak gebleeken zynde, dat de omftandigheden van het tegenwoordig geval genoegfame materie konden uitleeveren tot dusdanige extraordinaire Dispofitie. Is goedgevonden en verftaan, het voorfz. Vonnisfe by Leenmannen van den Nyenburg ten laste van de voorfz. Jacob van der Velden gewefen, ex plenitudine poteftatis, te fteilen buiten effect, en te houden in dier voegen als of nooit gearrefteert was geweest; en voorts de Cognitie en Judicature over het fait van den Gevangen, met overleevering van denfelven, en met extraditie val het gunt by den Bailliuw van den Nyenburg is geinformeert en ingewonnen, by fpeciale delegatie, en zulks onvermindert en ongeprrejudicieert de Jurisdictie aan Leenmannen voornoemt, ter eerfter inftantie in alle voorvallende zaaken competeerende, te demandeeren aan den Hoogen Raade, om daar in door den Procureur Generaal het Regt van de hooge Overigheid ten laste van den voorfz. Jacob van der Velden, op nieuws te werden waargenoomen, en door gemelden Hoogen Raade deefe zaak rauwlyks en ab ovo geëxamineert, gedecideert en daar in gefententieert te worden, zoo pective Hoven gebruikelyk is,, met auétorifatie op defelve gefamentlyke Commisfarisfen, om het Berigt en Confideratien op de zaaken fpecteerende tot het voorfz. Befogne, te mogen vorderen van den Procureur Generaal en Advocaat Fiscaal van denfelven Hove, en van die zy verder zouden mogen nodig agten, om - met volkomen kennis van faaken te kunnen voldoen aan haar Edele Groot Mogi intentie. En word voorts de Raadpenfionaris verfogt om defelve Befognes van tyd tot tyd, en zoo veel zyne andere occupatien toelaaten, by te woonen.  688 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. zoo als in goede Juftitie bevonden zal worden te behooren. En zal Extract deefer Refoiutie worden gefonden aan de Praefidenten en Raaden, zoo 13. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage den io deefer, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 28 July deefes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Rtqueste van Johannes Letterie, tendeerende om van haar Edele Groot Mog te ohtineeren permisfie, om zig voor hec Hof in Gevangenis te begeeven, ten einde zyne zaak met die van zeekere drie andere Gevangenen by het Hof mogten worden onderfogt, onder verfeekering nogtans, dat zyne ontvlugting uit de Gevangenis , en zyne komst in Holland teegen zyn Bannisfement, by de Requeste gemeld, aan hem voor geen misdaad zouden worden gereekent; volgende het voorfz. Advis hier na geinfereert. Edele Groot Mog, Heeren l Het heeft U Edele Groot Mog. behaagt by marginale Appoin temente van den 2 8 July deefes jaars, ten fine van examinatie en Advis, in onfe handen te fteilen de Requeste van Johannes Letterie , tendeerende, om van U Ed. Groot ^vlog. te ohtineeren permisfie, om zig voor het Plof in Gevangenis te begeeven, ten einde zyne zaak met die van zeekere drie andere Gevangenen by het Hof mogte worden onderfogt, onder verfeekering nogtans, dat zyne ontvlugting uit de Gevangenis, en zyn komst in Holland tegen zyn Bannisfement, by de Requeste gemelt, aan hem voor geen misdaad zouden werden gereekent. Ten einde des te beeter aan de gerefpecteerde ordres van U Ed. Groot Mog. te kunnen voldoen, hebben wy het gemelde Request mec het ingaan van de Vacantie van Ougst geftelt in handen van den Procureur Generaal om ons te dienen van zyne fchriftelyke Confideratien en Advis, en vervolgens, na dat hec Advis van den Procureur Generaal op het zelve was ingekoomen, en na het expireeren van de gemelde Vacantie, in handen van den Bailliuw en Scheepenen van 'sGravenhage, om ons, zoo fpoedig doenlyk, te dienen van hunne onderrigtingen en Confideratien; aan welke re- van den Hogen Raade als van den Hove tot derfelver naricht, als 'mede aan Baiiliuw ert Leenmannen van der Nyenburg, om haar daar na te reguleeren. .quifitie den gemelden Bailliuw en Scheepenen dan ook hebben voldaan by eene Misfive, welke wy even voor het fcheiden van U Ed. Groot Mog. laatstgfhoudene Vergadering hebben ontfangen, waar door wy dus buiten'ftaat zyn geweest, om dit ons Advis eerder te doen koomen onder het oog van U Ed. Grooc Mog. Wy zullen ons by het zelve niet inlaaten in een onderfoek van het geen de Suppliant by de Middelen'van het Request, enby zeekere Memorie vanSug. geftie, van weegen zyne Huisvrouwe den Hove overgegeeven, zo aangaande zyn onfchuld, als het defectueufe, het welk in de informatien ten zynen laste zoude gevonden worden, en eenige andere omftandigheeden, pofeert; om dat het ons is voorgekoomen, dat al het zelve niet is van dien aard, dat het eenige influentie zoude kunnen maken op U Ed. Groot Mog. dispofitie op des Suppliants Request, en dat het boven dien, hoe U Ed. Groot Mog. ook mogten goedvinden te disponeeren, zeer ontydig zoude zyn voor af te willen bepaalen, of de Suppliant fchuldig dan onfchuldig zy. Het zal genoeg zyn U Ed. Grooc Mog. eenige weinige Confideratien op het verfoek zelve voor te draagen : Voor af egter moeten wy remarqueeren, dat de fteller van het Request door te vooronderftellen, dat de vart weegen den Procureur Generaal gedaane aanhouding van nog drie andere Perfoonen , met naamen Henderik Letterie, Piet den Dryver, en Ary van der Laan, welke om defelfde reedenen als de Suppliant eenen geruimen tyd voor hec Gerecht van den Hage hebben gevangen gefeeten, toe gevolg zoude hebben, dat de zaak van den Suppliant, indien hy zig voor het Hof fifteerde, te gelyk met die van de gemelde Perfoonen door het Hof volleedig onderfogt en ten einde gebragt zoude kunnen worden; zig heeft geabufeert; tyant die aanhouding is alleen gefchied met oogmerk , om voor te koomen , dat de zaak niet wierde gebragt buiten haar geheel, geduurende de deliberatie van het Hof, of door de dispofitie van Schce- pe- Refolutie van de Staaten van Holland', op het verfoek van zeker Perfoon die uit de Gevangenis ontvlucht, en tegen zyn Bannisfement te rug gekomen was, ten einde zig voor 7 Hof in Gevangenis te begeven en aldaar zyn zaak te doen onderfoeken. Den 18 November 1774..  ïlaakende Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 68$ penen van den Hage , waar by de gemelde Gevangenen, onder handtascing zyn ontflagen, ook te kort waare gedaan aan het regt van de Hooge Overigheid, en of dienvolgende van defelve door den Procureur Generaal zoude behooren te worden geappelleert; het geen het Hof wel bedenkelyk voorquara, wanneer hetzelve met die Dispofitie vergeleek, het door Bailliuw en Scheepenen van den Hage in den voorleeden jaare aan ü Ed. Groot Mog. voorgedraagene by derfelver Request om zes Gevangenen (waar onder ook deefe drie) buiten figuur van Proces ten kosten van den Lande te confineeren: dog het welk het Hof na een fummier examen van de informatien eh verhooren, relatief tot de gemelde Gevangenen , niet is voorgekoomen te zyn van die liquiditeit , dat het zelve zig verpligt zoude geagt hebben, den Procureur Generaal, die geen fundament vond, om de te niet doeninge van de voorfz. Dispofitie in Appel teegen de gemelde Perfoonen te fulh'neeren, tegen desfelfs Advis aan te gelasten, om het geinterjecteerd Appel te profequeeren; het welk . dan ook tot natuurlyk gevolg heeft gehad , dat de gemelde Perfoonen weeder Zyn gerelaxeert; weshalven wy het verfoek van deefen Suppliant met dat oog zullen moeten befchouwen, als of hy van U Ed. Groot Mog. hadde verfogt, dat zyne zaak (zonder defelve te connécteeren met die van de gemelde drie andere Perfoonen) door het Hof mogte worden onderfogt; waar omtrent U Ed. Groot Mog. dan gelieven te refleéteeren, dat, indien dit verfoek aan den Suppliant wierd geaccordeert, het onderfoek van desfelfs zaak als dan zoude worden gebragt voor een Rechter, aan wien zeekerlyk ter eerfter inftantie de Judicatuure over den Suppliant ter zaake van de delicten, waar van hy is geaccufeèrt, niet competeert , en dat daar en boven eo ipfo de Suppliant niet allen het zelfde zoude confequeeren, als of hy van het Gontumacieele Vonnis van Scheepenen van'sHage in dato 13 Mey deefes jaars (waar by de Suppliant uit kragte van de tegen hem gedecerneerde defauten van alle exceptien declinatoir, diJatoir en peremtoir, mitsgaders van alle defenfien en weeren van Regten is verfteeken, en voorts gebannen uit den Lande van Holland en Westvriesland, zonder ooit daar weeder in te mogen koomen, op poene van zwaarder ftraffe,) hadde geappelleert, het geen nogtans regulariter volgens Art. r5ó van den ftyl van procedeeren in Crimineele Zaaken aan gecontumaceerde Perfoonen, niet is geoorlooft; maar dat het gemelde Vonnis van Scheepenen van den Hage zelf zonder eenig Rechterlyk onderfoek geheel buiten effect IX. taL> zoude geftelt worden, tot hoedanige Extraordinaire en voor de belangen van de Juftitie doorgaans min gunftige voorfieningen , wy vermeenen U Edele Groot Mog. nooit dan om de allerdringenfte reedenen, door ons Advis aanleiding te mogen geeven; immérs niet wanneer eeri ordinair middel door de Wet zelve word gedicteert, gelyk in het voorhanden zynde geval, gefchied door het 59 Art. van den gemelden ftyl van Procedeeren in Crimineele Zaaken ; volgens het welk eeri voortvluchtige, die by contumacie is gebannen , en naderhand in het Land re^ tourneert, zyne defenfien, zoo van zy^ ne abfentie, als op zyne innocentie en onfchuld, mag proponeeren, om naderhand recht gedaan te worden, gelyk zoude geweest zyn, indien hy van het begin aan zig gedefendeert had; welk Articul niet anders fchynt te moeten worden opgevat, en ook, voor zóo ver ons bekend is nooit anders word opgevat, dan van het proponeeren van die defenfieii voor den zelfden Rechter, die het Von« nis ob contumaciam heefc geweeien; gelyk U Ed. Groot Mog. zelve het ook indien zin fchynen begreepen te hebben ^ ter geleegentheid van een Addres door eenen Pieter WTeber in den jaare ij66 aan U Ed. Groot Mog gedaan; de weg is derhalven by het gemelde 59 Art. den Suppliant aangeweefen, indien hy zynö defenfie, zoo van zyne abfentie als op zyne innocentie als nog wil proponeeren* het ftaat hem vry zig ten dien einde te fifteeren voor Scheepenen van den Hage, den Rechter, die het contumaciele Vonnis tegen hem heeft geweefen. Hier teegen zoude mogelyk in bedenking kunnen koomen, of de regel, ■ Jude x qui femel gravavit iierum ■ gravure posfe non debet, in dit geval geen andere voorfiening zoude noodzaakelyk' maken , dewyl deefe Suppliant op Decreet van dè gehielde Scheepenen reeds tweemaal is gepyningt, en daar door zig ten fterkften gegraveert reekent. Dan, Edele Groot Mog. Heeren, zoo lang niet is gebleeken, dat deefe herhaalde pyniging van den Suppliant teri önregt is gefchied, leevert defelve niet uit zodanig gravamen, als waar op de gemelde reegel alleenlyk ziet; want, indien het brengen ter fcherper examen op zig zeiven zonder dat van de onrechtmatigheid daar van bleek, voor den Suppliant genoeg was om het forum van Scheepenen van den Hage te Declineeren, zo zouden op dien zelfden grond alle geaccufeerden, aan welke de tortuur was geappliceert , kunnen weigeren te recht te ftaan voor den Regter, op wiens decreet het zelve was gefchied: het fchynt ons derhalven toe dat ook de gemelde regel in deefe geene verandering kan maken of 4S ef.  6po Placaaten. 5. Boek. 5. Titül. effeétueeren, dat door den Suppliant zyn ordinaire, dagelykfche en competente Regter zoude kunnen worden geprseterieert, en hy niet gebonden zyn aan het voorfchrift van het meergemelde 59 Art., wel is waar, dat door Mr. Pieter Bort in zyn TracJaat van Crimineele Zaaken, Tit. 5 N°. 123 en elders word gewag gemaakt van een geval van eenen Sufio, teegen wien voor het Hof by defauten was geprocedeert, met dat gevolg, dat hy niet compareerende was Gebannen , en die egter naderhand zig heeft gefifteert, niet voor het Hof, maar door middel van Reliëf voor den Hoogen Raad, het welk niet fchynt over een te koomen met de gewoone opvatting van het gemelde Articul; maar misfchien zoude men deefe fchynltrydigheid kunnen wegneemen door eene diftinétie te maaken tusfchen een contumacieel Vonnis of Sententie geweefen teegen eenen voortvlugtigen; die op pcene van Ban was gedagvaart, en het welk dus eigentlyk alleen is eene declaratie van dien Ban, en tusfchen een Vonnis of Sententie geweefen wel teegen eenen gecontumaceerden voortvlugtigen, dog die niet op pcene van Ban was gedagvaart, en waar by de ftraffe, welke de Rechter oordeelt op de begaane misdaad te pasfen, teegen eenen AbCenten word geftatueerd: in welk laatfte geval, waar in misfchien de gemelde Sufio heeft geverfeert; termini habiles zouden kunnen zyn tot een Appel onder beneficie van een fubftantieel Reliëf, om dat de Rechter van de eerfte inftantie in het zelve heeft gedefungeert; het welk geen plaats heeft in het eerfte geval, al' lbo de Rechter in het zelve de ftraffe op de misdaad pasfende niet infiigeert, maar alleen een declaratie doet van den Ban, op pcene van welke de voortvlugcige was gedagvaart, waarom ook als dan de Gecontumaceerde, indien hy zig nog wil defendeeren, het zelve moet doen voor dien zelfden Regter, en zulks zonder Reliëf nodig te hebben: Maar, al is het dat men deefe diftinctle niet admitteert, in het geval van Sufio is de Sententie van het Hof niet zonder een Regterlyk onderfoek en niet zonder bekoomen Relief buiten effect gefteld; het geen omtrent het Vonnis van Scheepenen van den Hage in Cas fubjedt zoude gefchieden , indien aan den Suppliant zyn verfoek wierd verleent. Het geen wy tot dus verre de eer gehad hebben U Ed. Groot Mog. voor te dragen, nopens de applicabiliteit van het gemelde 59 Art. van de Crimineele ftyl op het voorhanden zynde geval rust op deefe fuppofitie, dat het Vonnis van Scheepenen van den Haag teegen den Suppliant geweefen, moet geconfidereert worden als eene declaratie van den Ban, op pcene van welken de Suppliant gedagvaart was te compareeren; maar niet als een Vonnis, waar by de zaak van den Bailliuw van 's Hage tegen den Suppliant finaal is getermineert. Eene Suppofitie, die wy billyk maken, om dat Baiiliuw en Scheepenen voornoemt by hunne Rescriptie aan het Hof zelve de zaak in dat ligt befchouwen, en van gedagten fchynen, dat de Suppliant de faculteit nog zoude hebben, om, ingevolge van het meergemelde 59 Art. zig voor Scheepenen te fifteeren tot het doen van zyne defenfie. 'Er zoude anders uit de L. I. pr-. D. de Req. vel abf. dam. en het fentïment van fommige Regts-Doétooren wel aanleiding kunnen genomen worden tot eene bedenking, of de termen, waar in de zaak van den Suppliant, die zig in den'beginne niet geabfenteert, maar in teegendeel na zig vrywillig gevangen gegeeven te hebben, in de respeófive verhooren zyn onfchuld heefc tragten ftaande te houden, zig bevond, zodanige Procedures wel requireerden, en of defelve den Rechter niet wel zouden hebben mogen permoveeren, om deefe zaak af te doen op eene wyfe, dat het gemelde 59 Art. den Suppliant niet meer zoude hebben kunnen te ftade koomen. Maar wat hier ook van zy, het fpreekt van zelve, dat dit geene verandering zoude maken, die eenige favorabele Confideratien zoude opleeveren, voor het verfoek van den Suppliant, want indien de zaak van den Bailliuw van 's Hage tegen den Suppliant finaal was getermineert, dan zoude dat Vonnis reeds zyn gegaan in kragt van gewysde, en dan zoude het nog minder te pas koomen, die zelfde zaak nog eens door hec Hof te laten onderfoeken, en dat wel zonder eenig Reliëf; waar toe egter het verfoek van den Suppliant tendeert; dan het welk wy om alle deefe confideratien vermeenen , dat door U Ed. Groot Mog. behoord te worden geweefen van de hand, laatende niet te min aan den Suppliant vry en onverlet het employ van zodanige judicieele middelen, als waar van hy volgens regtenpractyck zigfoude mogen bedienen. Hiermede, Ed. Groot Mogende Ileeren! bidden wy God Almagtig, U Ed. Groot Mog. in een langduurige en voorfpoedige Regeeringe te conferveeren. Gefchreeven in den Plage den 10 November 1774. (Onderflond,) U Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige. De Prrefident en de Raaden over Holland, Zeeland en Vriesland. (Lagerjlondf) Ter Ordonnantie van defelve. (JVas geteekent,) ADRIAAN BODT. Waar  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 69f Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verdaan, het verfoek van den Suppliant by deefe te wyfen van de hand; laatende niet te min aan hem vry en onverlet het employ van zodanige judicieele middelen, als waar van hy volgens regt en practycq zig zoude mogen bedienen. 14. Refoiutie van de Staaten. van Holland, waar by aan den Bailliuw van de Nyenburgen gepermitteert word de detentie-kosten van zekeren Gevangenen, wiens zaak aan den Hoogen Raad was overgebragt, in rekening te mogen brengen. Den 17 Maart 17/5. Ontfangen een Misfive van de Gecommitteerdens in de Provinciaale Rekenkamer van Holland en Westvriesland, gefchreven in den Hage den 8 dezer, houdende,ter voldoeding aan haar Edele Gr. Mog. Apppinc • tement van den 25 January laatstleden, derzelver Confideratien en Advis op de Requeste van Mr. Willem Winder, in qualiteit als gewezene Bailliuw van de Nyenburgen, verzoekende om redenen daar by geallegeert, dat zy Gecommitteerden mogten worden geaüthorifeert en gelast, om de onvermydelyké onkosten van Custodie, door de Dienaars van de Juftitie, fustentatie en alimentatie van den Perfoon van Jacob van der Velde, welke by Sententie van Mannen van Leen was gecondemneert, om met den dood te worden geftraft , dog door een Adres aan zyn Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder van Geertje Volger, Huisvrouw, en Abraham van der Velden, Vader van den Gecondemneerden, dit Vonnis of Sententie was gefurcheert, en daarna door haar Ed. Groot Mog. ten eenemaal vernietigt, en de cognitie defer zaak de novo gedemandeert aan den Hoogen Raade in Holland, aan wien gemelde Jacob van der Vel¬ de , als toen door den Suppliant was overgelevert , en bedragende met den anderen f 1395 ~5~0 °P des Suppliants vierde Rekening als Bailliuw van de Nyenburgen in uitgaave te lyden en te valideeren; en by welk Advis als nog inh?ereeren, dat er eens eenmaal een vaste regel en rigtfnöer ten dienfte der Juftitie mogte worden gearrefteert, waar op de Graaflykheids Officieren zig zonder hunne merkelyke jfchaade, na de Inftruétie of Ordonnantie van den 2 July 1728 konden reguleeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, des Suppliants gedaane verfoek by defe te accordeeren, en mitsdien de Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder Quartier te qualificeeren, om ten behoeve van den Suppliant op de voorfchreeve Rekeningen een Ordonnantie te depecheeren ter verfogte fom van dertienhonderd vyf en negentig guldens en vyf ftuivers, en de zelve door den Ontfanger der gemeene Middelen der ftad Alkmaar te doen betaalen en in zyne ordinaire Rekening te laaten valideeren. i£. Infiru&ie en Reglement voor den Dros¬ faard van den Hove. Den 5 Mey 1775. Art. L De Drosfard zal zig, in zyne Funétie, uit den Plaag niet moogen begeeven, dan met confent van den Heer Prafident, de Heeren Commisfarisfen van de Rolle en den Procureur Generaal. I L Ook zal hy boven dien zig, 't zy voor zyne particuliere affaires, 't zy voor zyn plaifler, uit den Haag niet moogen begeeven, dan met confent van den Procureur Generaal. I I I. Zai voor zyn vertrek een van de eerfte Deurwaarders moeten verfoeken en inftrueeren, om geduurende zyne abfentie, by voorvallende geleegenheeden, zyn Ampt waar te neemen. I V. Zal altoos zorge draagen, wanneer hy in zyn Functie uit den Haag zal geweest zyn, om op het expireeren van zyne permisfie weeder in den Hage te weezen, en alsdan aanftonds van zyn retour aan den Heer Praefident, Heef en Commisfarisfen en den Procureur Generaal kennisfe moeten geeven. V. Zal des Zoomers *s morgens ten zeven uuren, en des Winters ten agt uuren, in Perfoon de Nagtwagt vifiteeren, en by den Dienaar, wiens Post het geweest is, in de Wagt te blyven, informeeren, of 'er dien nagt iets is voorgevallen; of de Dienaars,de Nagtwagt gehad hebbende, alle zyn poefent geweest, of zy nugteren en bekwaam geweest zyn; mitsgaders of defelve de behoorlyke Patrouilles, volgens het Reglement op de Wagten, gedaan hebben. 4S 2 lü"  6ö2 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. V I. Indien 'er iets van aangeleegentheid, de Juftitie concerneerende, tot kennisfe van den Drosfaard zal gekoomen zyn, zal defelve zonder aanfchouw van tyd, den Procureur Generaal daar van kennisfe moeten geeven, ten einde daar omtrent desfelvs beveelen te ontfangen. En indien 'er een of ander Perfoon, het zy in de Wagt, of direct op de Voorpoorte werd gebrast, zal hy daar van aanftonds aan den Heer "Praefident of by desfelvs abfentie aan den oudfte Heer in loco prefent, en aan Heeren Commisfarisfen van de Rolle in Perfoon kennis moeten geeven , dog zoo 'er een of ander Perfoon uit de Wagt op de Voorpoorte werd gebragt, zal hy kunnen volftaan, met aan den Heer Praefident of by desfelvs abfentie aan den oudfte Heer in loco zynde door een Biljet binnen het uur kennisfe te geeven. Wanneer hem Drosfaard door de Dienaars kennisfe gegeeven werd van eenige hindernis of refiftentie, by geleegentheid van apprehenfien hun ontmoet, zal hy daar van aanftonds aan den Heer Prrefident, of by desfelvs abfentie aan den oudften praefent zynde Heer en Commisfarisfen van de Rolle, en den Procureur Generaal kennisfe moeten geeven. VIL In cas van Brand of andere ongeleegenheeden, in of omtrent den Hage, zal de Drosfaard zig ten fpoedigften by den Procureur Generaal vervoegen, om te verneemen, wat door hem en de Dienaars, in de Wagt by een zynde , verrigt en gedaan zal moeten werden. VIII. De Drosfaard in voegen als by het vyfde Articul is geordonneert, de Nagtwagt gevifiteert hebbende, zal zig des Zomers ten agt en des Winters ten neegen uuren by den Procureur Generaal vervoegen, en rapport doen van 'c geen in die nagt mogte zyn voorgevallen , als meede of de Dienaars die nagt de Wagt gehad hebbende, zig van hunne pligt hebben gekweeten. Indien 'er in de voorige Nagtwagt of in de extra Patrouilles, dien nagt geordonneert, iets mogte voorgevallen zyn, zal de Drosfaard aanftonds moeten vaceeren tot het neemen van zodanige informatien, als hem by den Procureur Generaal zullen werden opgegeeven. X. De Drosfaard zal gehouden zyn alle morgen een uur met een Dienaar agter zig te patrouilleeren op 'sHofs Grond, om zorg te draagen, dat de Dienaars aldaar ergens Wagten hebbende op hunne Posten zyn, als meede dat de orders op 't weeren van Beedelaars enflegt Volk gefteld, behooriyk geobferveert en nagekoomen werden, ten waare defelve door andere noodige occupatien daar inne wierde verhindert. X h Wanneer 't Collegie van den Raade vergadert is, of Heeren Commisfarisfen ten Hove zyn, zal de Drosfaard precife ten elf uuren meede ten Hove moeten weefen, en zonder confent van Heeren Commisfarisfen en den Procureur Generaal (meede ten Hove 7.ynde) zig van daar niet mogen abfenteeren, tot dat de Raad gefcheiden zal zyn, en Heeren Commisfarisfen derfelver occupatien geëindigt zullen hebben. X I I. Geduurende de tyd, dat de Drosfaard zig in voegen voorfz. ten Hove bevind, zal defelve naauwkeurige toefigt neemen, of de Dienaars dien dag de Wagt ten Hove hebbende, aldaar alle prefent en nugteren en bekwaam zyn. XIII. Item zal de Drosfaard alsdan zorge draagen, dat de Dienaars zig van daar niet abfenteeren, en dat wanneer defelve met eenige boodfchappen belast werden, zy alvorens defelve te doen, hem Drosfaard daar van kennisfe zullen hebben te geeven, om van de reeden van derfelver abfentie geinforrneert te zyn. X I V. Des nademiddags zal de Drosfaard met een Dienaar agter zig weederom op de Hofgrond, en daar zulks verder noodig mogte weefen, ten minften een uur patrouilleeren, om te zien of de Dienaars op derfelver Posten zyn, als meede of de ordres op 't weeren van Beedelaars en liegt Volk gefteld, behooriyk geobferveert en naargekomen werden, ten waare defelve door andere noodige occupatien daar in wierde verhindert. X V. Des avonds ten half negen zal de Drosfaard in Perfoon de Nagtwagt vifiteeren, en aan de Dienaars dien nagt moetende patrouiileeren, zodanige ordres geeven, als met overleg van den Procureur Generaal dienftig zullen geoordeelt werden. XVI. Des avonds ten neegen uuren zal de Drosfaard zig vervoegen by den Procureur Generaal ■, en aan denfelve kennisfe geeven van de rapporten door de Dienaars, dien dag Wagten gehad hebbende, aan hem gedaan, ais meede of de Dienaars den aanftaande nagt de Nagtwagt hebbende, behooriyk op hunne Posten zyn gekoomen. XVII. Des Zondags en andere Feestdaagen zal de Drosfaard, met twee Dienaars agter zig, ten minfte tweemaalen door den Haag en den omtrek van dien, moeten patrouilleeren, om tegen het fchenden en ontheylïgen van voornoemde daagen te vigileeren, en van zyne ontmoeting des avonds aan den Procureur Generaal rapport doen. XVIII. De Drosfaard zal zoo veel moogelyk goede correspondentie in de Beedelaars Doelen moeten houden, om te informeeren op het flegte Volk, 't welk zig van tyd tot tyd in 's Hage ophoud, doende daar van telkens den Procureur Generaal rapport. De  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 6*93 X 1 x. De Drosfaard zal zorge draagen, dat men aan de Voorpoorte altyd weete, waar hy te vinden is< X X. De Drosfaard zal in Perfoon de daagelykfehe rapporten van Wagten, Patrouilles en Cornmisllen van de Dienaars moeten ontfangen. b XXI. De Drosfaard zal te meermaalen, en zonder zig aan een bepaalde tyd te binden, zoo wel de Dag- als Nagtwagten van de Dienaars in Perfoon moeten vifiteeren, en bevindende, dat iemand buyten zyn kennis en zonder zeer wettige reeden, zig van zyn Post heefc geabfenteert, daar van aanftonds aan den Procureur Generaal kennisfe moeten geeven. XXII. De Drosiaard zal fteeds een wakend oog op het gedrag en de conduites van de gemelde Dienaars en derfelver Huysgeün moeten houden, en eenige gegronde fufpicie bekoomende, dat de een of ander van hun zig in flegte conduites te buyten gaat, daar van den Procureur Generaal aanftonds kennisfe geeven, ten einde met denfelven te overleggen, op welke wyfe zodanig een Dienaar in zyn gedrag na te gaan, en zyne flegte conduites te ontdekken, In tot behooriyk bewys te brengen, en zal ook zorge draagen, dat de Dienaars geen Herbergen of Beedelaars Doelens houden. b XXIII. De Drosfaard zal ieder Zatur dag morgen des Zomers ten zeven, en des Winters ten agt uuren, alle de Dienaars doen in de Wagt koomen, en met defelve reguleeren de ordinaire en extraordinaire Wagten, welke in de naastvolgende week door de Dienaars zullen moeten gedaan en waargen oomen worden, van Gedaan in den Raade den 5 Mey 1775. welke Lyst de Drosfaard dien zelve dag by zyn Avond Rapport een Copie aan den Procureur Generaal zal moeten overleeveren. XXIV. De Drosfoard zal op de laatfte werkdag van ieder maand, op zeeker bekwaam uur, alle de Dienaars in de Wagt doen koomen, en aan defelve overluid en diftinct voorleefen hec Reglement en de In'Iru^iïe voorde Dienaars van den Procureur Generaal gearrefteert, en telkens na de lectuur van 't vooriz. Regiement en Inftructie , defelve Dienaars uit naam van den Procureur Generaal op hec ernftigfte recommandeeren, zig in alle opfigten daar na zorgvuldig te gedraagen. X X V. De Drosfaard zal accuraate aanteekening moeten houden in zeeker Boek van de Correctien, Breukenen Straffen, welke de Dienaars van den Procureur Generaal van tyd tot tyd zullen werden opgelegt, met melding van de mefufes, de tyd wanneer begaan, en de wyfe op welke zylieden desweegens gecorrigeert, gebreukc, of geffafc zyn gewórden, en het zelve Boek van tyd tot tyd aan den Procureur Generaal, zulks requireerende, moeten - vertoonen. En zal Copie deefer Inftructie, zoo aan den Procureur Generaal, als aan den Drosfaard worden ter handen gefteld, ten einde de Drosfaard zig daar na exaételyk gedraage, op poene dat defelve, by aldien hy in het een of ander nalaatig mogte zyn, deswegens by den Hove zoodanig zal worden gecorrigeert, als het zelve zal oordeelen te behooren; ende Procureur Generaal zorge draage, dacdirbovenftaande Reglement in alle desfelfs pointen en deelen by den Drosfaard van den Hove exaételyk werde geobferveert en naargekoomen. (Onderjlondf) My prefent, (JVas geteekent f) ADRIAAN BODT. j£ Reglement en Inftru&ie voor de Dienaars van den Procureur Generaal over Holland, Zeeland en Vriesland. Den 5 Mey 1775. Art. I. De Dienaars van den Procureur Generaal zullen moeten weefen eeriyke, bekwaame en nugtere Perfoonen, zynde van een goed getugte, kunnende leefen en fchryven en zynde van de Gereformeerde Religie. I I. De Dienaars van den Procureur Generaal zullen Prsefident en Raaden, mitsgaders den Procureur Generaal en de Minifters van den Hove by alle geleegentheeden behoorlyke eer en reverentie bewyfen. 11 i. De Dienaars van den Procureur Generaal zullen den Drosfaard van den Hove meede by alle geleegentheeden, behooriyk refpeét be4S 3 wy-  6*94 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. wyfen, denfelven by alle Exploiélen getrouw byftaan, en zyne beveelen zonder tegenfpreeken exaételyk obferveeren en nakoomen, op poene van arbitraire correétie. I V. Geen van de Dienaars van den Procureur Generaal zullen zig uyt den Hage na elders moogen begeeven, dan na daar toe confent en permisfie van den Procureur Generaal verfogt en verkreegen te hebben, welk confent en permisfie defelve aanftonds aan den Drosfaard zal moeten communiceeren, op poene van arbitraire correctie. Vi De Dienaars van den Procureur Generaal geen Wagten hebbende, zullen zorge draagen, dat aan hunne Huyfen altoos te verneemen is, waar defelve binnen korte ce vinden zyn, nadiep zy ten allen tyde tot diensc van de Juftitie behooren bekwaam en by de hand te zyn, en zulks alles op pcene van arbitraire correctie. V T. Tn cas van Brand of andere ongeleegentb.eeden, zullen de voorfz. Dienaars zig ten fpoedigften na de Voorpoorte van den Hove in hunne ordinaire Wagc begeeven, ten eynde van den Drosfaard aldaar zoodanige ordres te ontfangen, als noodig zullen geoordeelt werden , op poene, dat de geene die aldaar te laac komt zal verbeuren ƒ 1- 10- o, en die zonder wettige reedenen alsdan in het geheel agterblyfc, zal verbeuren zes guldens, en boven dien arbitralyk zal gecorrigeert werden. V 1 I. In het apprehendeeren en opbrengen van Delinquanten, zullen de voorfz. Dienaars met alle moderatie en befcheidénheid moeten te werk gaan, en zig van hun Geweer en Stokken niet moogen bedienen, dan alleen in cas van oppofitie en refiftentie, of daar de nood zulks mogte Vereysfchen, op pcene van arbitraire correétie. Vilt De Dienaars van denProcureurGeneraal zullen alleen op ordre van den Procureur Generaal, of van den Drosiaard van den Hove; als meede wanneer zy iemand op de heete daad van misdaad bevinden, moogen apprehendeeren en opbrengen, werdende hun wel fcherpelyk verbooden, op verfoek of requifitie van een ander , wie hy ook zy, iemand te apprehendeeren, en op te brengen, alles op poene van na exigentie van zaaken geftraft te werden. I X. De Dienaars van den Procureur Generaal ie* mand geapprehendeert hebbende, zullen zig door geene prefenten, of beloften van prefenten , of op eenigerhande andere wyfe, hoe ook genaamd, moogen laaten permoveeren en beweegen, om zoodanige geapprehendeerde weeder los te laaten, op poene van de faéto gecasfeert, en boven dien na exigentie van zaaken, zelfs aan den Lyve geftraft te werden ; en indien hun by geleegentheid van apprehenfien eenige hindernis of refiftentie wee- dervaard, zullen zy gehóuden zyn ten fpoedigften daar van aan den Drosfaard kennis te geeven. X. De voorfz. Dienaars eenige Delinquant of Delinquanten geapprehendeert en opgebragc hebbende, zullen zig met defelve in het geheel in geen gefprek, hunne misdaad aangaande, moogen inlaaten, maar den Drosfaard daar van kennisfe doen geeven, op poene van arbitraire correctie. X I. De voorfz. Dienaars zullen des Zaturdags morgens van iedere week, 's morgens ten agt uuren, in de ordinaire Wagt moeten verichynen, ten einde door den Drosfaard aldaar te zien reguleeren de Wagten voor de naastvoïgende week, en zal alsdan ieder Dienaar in een Memorieboek hebben aan te teekenen zoodanige Wagten, als hem in de naastvolgende week te doen ftaan, en zullen de voorfz. Dienaars zonder confent of wettige reedenen niet moogen nalaaten, ten voorfz. daage en uure, in de Wagt te verfchynen, op poene van telken reife te verbeuren ƒ i- 10- o, en boven dien gehouden te zyn, hunne Wagten exaételyk waar te neemen. X I I. Van de ordinaire Wagten, welke weekelyks aan de Kerken, op het Hof, op de Cingel, by den Procureur Generaal, aan de Voorpoorte van den Hove, in het Bofch, en elders door de Dienaars moeten waargenomen werden , zal een Lyst geformeerd, en in de ordinaire Dienaars Wagt moeten opgehangen werden. XIII. De voorfz. Dienaars zullen van malkanderen geene Wagten moogen overneemen, op pcene, dat de geene, die zyn Wagt overgeeft, zoo wel als de geene die zodanige Wagt overneemd ieder reys zal verbeuren zes guldens, en boven dien arbitralyk gecorrigeert werden. XIV. Die door ziekte of andere wettige reedenen belet werd, zyn Wagt waar te neemen, zal, op pcene van arbitraire correétie, daar van zoo fpoedig mogelyk den Drosfaaid doen kennisfe geeven, ten eynde die zig op de voorfz. ziekte en reeden van belet zal kunnen informeeren, en op zoodanige Wagt alzulke ordre fteilen, als de dienst van de Juftitie zal vereysfchen. X V. Een Dienaar, zonder wettige reedenen te laat op zyn Wagt komende, zal telken reyfe verbeuren een Daalder. X V I. Een Dienaar die door verfuim ofonagtfiamheid voor het geheel zyn Wagt laat leggen. zal gehouden zyn veertien daagen agter den anderen de Nagtwagt waar te neemen, en die zig andermaal daar aan fchuldig maakt, zal arbitrairlyk werden gecorrigeert. XVII. Een Dienaar, die door dronkenfchap zyn Wagt in het geheel Iaat leggen, zal voor de eer-  Raakende de Crimineele Juflicic en Rechtsvordering. 695 eerfte reys drie daagen op zyn eigen kosten op de Voorpoorte van den Hove te Wateren te Brood gelegt werden, voor de tweede reys ,gt daagen en voor de derde reys de facto gecasfeerd werden; die zig dronken zynde op zyn Wagt begeeft, of zig geduurende zyn Wagt dronken drinkt, zal insgelyks voor de eerfte reys drie daagen ten zynen koste op de Voorpoorte van den Hove te Water en te Brood gelegt werden, voor de tweede reys agt daagen, en voor de derde reys de facto gecasfeerd werden. XVIII. Dewyl de Dienaar ten allen tyde tot dienst en asfiftentie van de Juftide kan geroepen werden, zal defelve zig ten allen tyden van dronkenfehap zorgvuldig hebben te onthouden, op pcene dat een Dienaar, hoe zeer geen Wagc hebbende, dronken gevonden werdende, voor de eerfte reyfe agt daagen de Nagtwagt zal moe-, ten waarneemen, en voor de tweede reys drie daagen ten zynen koste op de Voorpoorte te Water en te Brood gelegt zal werden, en voor de derde reyfe voor den tyd van agt daagen meede ten zynen koste op de voornoemde Voorpoort te Water en te Brood gelegt zal l werden, en boven dien ten behoeve van den Armen zal verbeuren een vierendeel van het iaarlyks Tiactemenc. J XIX. Die eenige Wagten by dag of nagt aan de Kerken, in 't Bofch of op andere plaatfen zullen gehad hebben, item die by den Procureur Generaal of Drosfaard tot eenige extraordinaire Patrouilles of om op zeekere zaaken te vigileeren, gecommitteert en uitgefonden werden, zullen zig in die voorfz. Wagten, Posten en Commisfien niet alleen met alle getrouwheid en iever gedraagen, maar ook aanftonds na 'c afloopen van ieder Wagt, Post en Commisfie den Drosfaard rapport doen van het geen, hun daar in is ontmoet, metmeldinge of alle de Perfoonen, tot zoodanige Wagt, Patrouille of Commisfie behoord hebbende, zyn teegenwoordig geweest, of zy nugteren en bequaam zyn geweest en ieder hun pligt gedaan hebben, op pcene dat de geene die | hier omtrent willens en weetens en valfch rapport zullen bevonden werden gedaan te hebben, de facto zullen gecasfeerd werden. X X. Die van de Dienaars tot bewaaringe van een Gearrefteerde in de Caftelenye van den PIove of elders werd gecommitteert, zal dubbelde zorge draagen, van zig niet onbekwaam te drinken, nadien hy boven de poenaliteiten hier boven tegens de dronkenfehap van Dienaars, de Wagt hebbende geftatueert, ook voor de bewaaringe van zoodanige Gearrefteerde verantwoordelyk blyfe. XXI. Indien zoodanige Gearrefteerde in de Caftelenye of elders zit, zonder acces, zullen de Dienaars ter zyner bewaaringe gefteld, alle moogelyke zorg en oplettenheid gebruyken, dat met denfelven geen correspondentie wer¬ den gehouden, op pcene dat de onagtfaamheid daar omtrent na ex'gentie van zaaken zal geftraft werden, en in cas zoodanige Dienaars alfulke correspondentie, willens en weetens, mogten begunftigen, of wel defelve kwamen te doen, de faélo zullen gecasfeere werden. XXII. Een of meer van de voorfz. Dienaars ter gelee^entheid van een execucie dooreen Deurwaarder van den Hove ter bewaaringe van eenige Goederen gefteld weidende, zullen zig daar in getrouw, eerlyk en nugteren moeten gedraagen, op pcene van arbitraire correétie, en ten behoeve van den Armen te verbeuren, 't geen zy in dusdanige Commisfie mogcen gemeriteert hebben. XXII I. Om aan de Dienaars zoo veel moogelykde geleegentheid tot dronkenfehap, en daar uit fpruytende onordentelykheeden en wandevoirs te beneemen, werd aan defelve wel fcherpelyk verbooden, om voortaan 't zy met hunne Cameraats of metanderen zig in eenige Herberg in of omtrent den Plaag in een Gelag te begeeven, op pcene van arbitraire correctie. X X I V. Die van de Dienaars van den Procureur Generaal in een Hoerhuis of andere flegte Huifen gevonden word, zonder door den Procureur Generaal of Drosfaard derwaards gefonden te zyn, om eenige informatien te neemen, of anderiints tot dienst van de Juftitie, zal drie daagen op de Voorpoorte van den Hove ten zynen koste te Water en te Brood gelegt, en booven dien na exigentie van zaaken geftraft werden. XXV. De Dienaars van den Procureur Generaal zullen voorts in het generaal zprge draagen, zig aan geenerhande liegt gedrag fchuldig ie maaken, ten einde daar door de Juftitie geen oneer werde aangedaan, werdende den Drosfaard wel fpecialyk gelast, om daagelyks op het gedrag van de vooriz. Dienaars een waakfaam oog te houden, ten einde iets van die natuur ontdekkende, met den Procureur Generaal te overleggen, op wat wyfe zoodanige Dienaar na te gaan, en hem tot zyn pligt te brengen. X X V I. Die zyn meede Dienaar fcheld of injurieert, zal voor de eerfte reys verbeuren twaalf guldens, voor de tweede reys vier en twintig guldens, en voor de derde reyfe arbitrair geftraft werden. XXVII, Die door zyn meede Dienaar gefcholden of geinjurieert zynde, weederom fcheld of injurieert, zal in defelve poenaliteiten, als by de voorige Artikel zyn gearrefteert vervallen. X X V 1 I I. Die eikanderen met handen of vuystenflaan of andere feycelykheeden aandoen, zullen na exigentie van zaaken geftraft werden. XXIX. Die tegen malkanderen het Mes of Geweer trek-  ■6c$ Placaaten. 5. Boefe. 5. Titul, trekken, of zig onderling met hunne Stokken Slaan, zoodanig dat daar door eene of ander gewond werd, zullen de facfo gecasfeert werden, behoudens den Procureur Generaal boven dien zoodanige crimineele Aóte, als bevonden zal werden hem te competeeren. XXX. Dit Reglement zal aan de gefaamentlyke Dienaars op den laatften dag van ieder maand (mits geen Zondag zynde) daar toe in de Wagt geqonvoceert zynde, door den Drosfaard van -t begin tot den einde toe moeten voorgeleefen worden. XXXI. Die geduurende het voorlefen van 't voorfz. Reglement praat, of iets anders doet, waar door den aandagt zoude kónnen geftoord werden, zal ten behoeve van den Armen verbeuren eene gulden, welke den Drosfaard aanftonds voor den Armen zal moeten invorderen. XXXII. Aan iedér van de Dienaars van den Procureur Generaal zal een Exemplaar van dit Reglement werden ter hand gefteld, 't welk zylieden zorgvuldiglyk zullen moeten bewaaren, ten einde het zelve ten allen tyden aan den Drosiaard, zulks requireerende, te vertoonen, op pcene dat die geene, die zyn voorfz. Exemplaar aan den Drosfaard niet zal kunnen vertoonen, t'elkens zal verbeuren eene gulden. Gedaan in den R.aade den 5 Mey 1775. (Onderfond,') My prefent 1 (JVas geteekentf) ADRIAAN BODT. 1 f. Refoiutie van de Staaten van Holland± zvaar by een Gedaagde in perfoon, eene recufatie van den Rechter willende fustineeren aan de ordinaris Justitie word gerenvoyeert. Den 27 Maart 1776. Is gelefen de Requeste vanjacques vanBergeon, Banquier, mitsgaders Oudhooftraan van de Schuttery alhier in 's Hage, waar by, na een ampel voordel van zyn befwaar over de crimineele dagvaarding van zyrt Perfoon wegens den Bailliuw van'sGravenhage, R. O. voor Heeren Schepenen ter zaake in de Requeste gemeld, uit kragte der geobtineerde furcheance by Heeren Gecommitteerde Raden van de procedures tegens hem door den Bailliuw van 'sGravenhage geëntameert, en inhrereerende de grond van recufatie by zyne Requeste aan gemelde Heeren voorgefteld, tot adftruélie van welke grond een fummiere en korte Memorie van regten nevens de voorfchreeve Requeste is gevoegt, vervolgens verfoekc, dat haar Edele Groot Mog. gemelden Bailliuw van 'sGravenhage, in die zyne qualiteit, gelieven aan te fchryven, zoodanige Aétie, als hy R. O. zoude vermeenen hem te competeeren ter zaake breeder by de dagvaarding in Perfoon van zynentwegen op den 24 February defes jaars 1776 aan den Suppliant gedaan exploióteeren vermeld, tegens den Suppliant de novo te inftitueeren voor den Hove van Holland, of zoodanig ander Collegie van Juftitie, als haar Edele Groot Mog. daar toe zullen gelieven te benoemen; of dat wel anderfints, indien haar Edele Groot Mog. zouden vermeenen, dat de grond van recufatie voormeld, alvoorens ordinario modo zoude behooren te worden onderfogt, haar Edele Groot Mog. in dien gevalle den gemelden Bailliuw in zyne qualiteit benevens den Suppliant gelieven te renvoyeeren aan den Hove van Holland, of wel aan zoodanig ander Collegie van Juftitie, als haar Edele Groot Mog. daar toe zullen gelieven te benoemen, ten einde defelve grond van recufatie aldaar met den anderen ordinario modó te demelleeren, met vrylaating aan Schepenen van 'sGravenhage, om zig, indien zy zouden vermeenen zig tegens den Suppliant Parthyen te moeten fteilen, in de Zelve procedures nevens den Bailliuw van 'sGravenhage voornoemt te voegen, en zig voor hunlieder interest bekent te maken; en dat hangende haar Edele Groot Mog. deliberatien over des Suppliants voorfchreeve verfoek, alles zal worden gehouden in State en Surcheance; Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, het verfoek by des Suppliants voorfchreeve Requeste gedaan, te wyfen van de hand, en den Suppliant terenvoyeeren aan de ordinaris Juftitie. En zal Extract defer gegeven worden aan den Suppliant, als mede aan Schepenen van 'sGravenhage tot derfelver narigt, en om zig daar na te reguleeren, Re-  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering 69? 18. ■Refoiutie van de Staaten van Holland, iuaar by de Judicatuure over twee Scheepsgezellen, van 'Sodomie befchuldigt, aan Schout en Schepenen van 'Hoorn word gedelegeert. Den i8 December iyj6' Ontfangen een Misfive van Bewindhebberen der Oostindifche Compagnie ter Kamer Hoorn, gefchreven te Hoorn den 16 de • zer, houdende, dat den 15 der laatst gepasleerde maand Augusty, de Equipagiemeester derzei ve Kamer, Jager, aan Boord van het Compagniesfehip Bredehoff, het welk dies tyds in Texel naar Batavia zeilreede lag, het comman do voerende, aan hun gecommuniceert had, dat twee Perfoonen van dien Bodem zeer naspeel: waaren wegens het crimen van Sodomie, volgens de Befcheiden, annex de voorfchreeve Misfive; dat zy daar op den voornoemden Equipagiemeester hadden gelast, om aan 's Lands Capitein Bentinck, voerende het Oorlogfchip Venus, en commandeerende op de Rheede van Texel, van dat geval kennis te geven, met verfoek, om voornoemde Perfoonen, met de daar toe behoorende Befcheiden over te neemen, dat het zelve door gemelden Equipagiemeester gedaan zynde, gemelde Capitein Bentinck daar op had geantwoord, daar toe niet wel te kunnen refolveeren, om dat ordre had, by de eerfte goede wind zee te kiefen, dog dat daar op ordre zoude verfoeken te gelyk voorfchreve Befcheiden overneemende; dat ondertusfchen gemelde Capitein den 23 der voorfchreve maand Augusty met het voorfchreeve Schip BredenhofFwas naar zee gezeild, na dat dien zeiven dag de Befcheiden aan den Equipagiemeester Jager waaren te rug gefonden, zynde de twee Delinquanten alvoorens van het Schip Bredenhoff in een Ligter overgebragt tot transport naar Hoorn, welke Ligter dan ook daags daar aan ter Rheede derfelve Stad was gearriveert, en nog lag; dat alfoo hun was voorgekomen, dat door het niet overneemén van gemelde Delinquanten door Capitein Bentinck, en desfelfs vertrek naar Zee, die van den Gerechte vah Hoorn thans in defen competent zyn, om dat het Schip Bredenhoff aldaar was geequipeert, zy van het voorfchreeve geval aan gemelden Gerechte terftond kennisfe hadden gegeven, met verfoek, dat Je zelve, de voorfchreeve Delinquanten met de boven gemelde Befchei" den geliefden over te neemen, waar op de* felve geantwoord hadden, dat daar toe by provifie niet' konden refolveeren, om redenen haar moveerende; dat zy Bewindhebberen voornoemt, dit verfoek hadden vernieuwt, en tclvons geinsteert, dst gemelde Gerechte omtrent de custodie van die twee Perfoonen in voorfchreeve Stadsgevangenisfe de noodige voorfieninge geliefden te doen, tot dat haar Edele Groot Mog. zouden hebben gedecideert, welke Rechter in defe zaak , als competent, moet aangefien worden, het geen ègter mede zonder effect zynde geweest, de Compagnie tot haare merkelyke kosten , metde bewaaring der voorfchreeve Perlöoncn belast bleef, verzoekende voornoemde Beivindhebberen vervolgens, dat baar Edele Groot Mog. zouden gelieven te decideeren , welke Rechter in de* fe en zoortgelyke gevallen als competent moet worden aangefien. Waar op gedelibereert zynde, 111 onvermindert de deliberatie op het Rapport van den 28 Mey 1751, goedgevonden en verftaan, dat de cognitie en Judicature van en over de faken der gemelde twee Delinquanten, in de bovengemelde Informatien en Befcheiden vervat , zal worden gedelegueert, zoo als gedelegueert word by defen, aan Schout en Schepenen der Stad Hoorn, om byde zelve in die zaaken te worden geprocedeert en gevonnist, Zoo als in goede Jnilitie zal worden bevonden te behooren, en dat ten dien einde de voorfchreeve twee Delinquanten, benevens de Informatien door Bewindhebber en van de Oostindifche Compagnie, tegens de gemelde Perfoonen ingewonnen, door de zelve aan den Schouc der Stad Hoorn zullen worden overgelevert. En zal Copie van defe Refoiutie worden gezonden aan Schout en Schepenen van Hoorn, mitsgaders aan Bewindhebberen der Oostindifche Compagnie ter ICamere aldaar, om zig daar na te reguleeren. 19. Refoiutie van de Staaten van Holland, houdende ordre aan den Procureur Generaal, om ze- 1 keren Gevangen op de foorpoorte, met de informatien, aan den Bailliuw van Delfland over tè geven. Den 31 October 1777. De Raadpenfionaris heefc ter Vergadering gerapporteert de confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfehap, en verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de faaken van de Juftitie, hebben- IX DïEL. dé, ingevolge en ter voldoening van haar Édele Groot Mog, Refolutien Commisforiaal van den 24 July en 19 September 177Ó, i<5 January en 29 July 1777, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert, de Requeste 4T vast  Placaaten. 5. Boek. 5. Titul, van Mr. Jacob van der Lely, veertig Raad en oud Burgemeester der Stad Delft, mitsgaders Bailliuw van Delfland, ten einde de Procureur Generaal mogte werden gelast den Perfoon van Gys de Wild, Gedetineerde op de voorpoorte van den Hoove, ten fpoedigften te doen overbrengen in de Gevangenis van Delfland, en aan den Suppliant te doen overleeveren de informatien door hem Procureur Generaal ten lasten van denfelven de Wild ingewonnen benevens zodanige examina, als door voornoemden Procureur Generaal met denfelven mogten zyn gehouden, ten einde voorfchreeve Gys de Wild door den Suppliant als Bailliuw van Delfland voor welgeboore Mannen te regt geftelt zoude kunnen worden; en dat haar Edele Groot Mog. zouden gelieven te voorfien, dat den Suppliant in zyne qualiteit, als meede welgeboore Mannen van Delfland, mitsgaders de Ingefeetenen van Delfland, van het indisputabel regt door haar Edele Groot Mog. by derfelver Placaat van den 15 September 1677 aan defelve respectivelyk toegekent, rustelyk en vreedelyk mogten Jouïsfeeren; als meede het berigt daar op van Pi sefident en Raaden van den Hove, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement van den 17 July 1770", op defelve Requeste» Voorts de Requeste van voornoemden Bailliuw van Delfland, met een Memorie, zoo tot nader adftructie van het gunt by zyne voorfchreeve eerfte Requeste was vervat, als tot wederlegging van het geen daar teegens by het gemelde Berigt van Praefident en Raaden van den Hove was geallegeert. Wyders de Misfive van Praefident en Raaden van den Hove voornoemt, met een Memorie van den Procureur Generaal tot rescontre der Sustenu van voornoemde Bailliuw in zyne voorfchreeve Memorie, dat, namentlyk door haar Edele Groot Mog. Placaat van den 15 September 1677, en opgevolgde Refoiutie van den 16 December i6jB, zooniet expresfelyk ten minften virtualiter zoude weefen buiten effect gefteld het agtfte Artikel van 'sHofs Inftructie, over de kennisneeming van verjaarde en ongecorrigeerde delicten. En eindelyk de Misfive van voorfchreeve Praefident en Raaden van den Hove, waar by onder het oog van haar Edele Groot Mog. hebben gebragt, dat Gys de Wild, over wiens judicature een different met den Bailliuw van Delfland ter deliberatie van haar Edele Groot Mog. was gebragt, en aan wien zyn Hoogheid verleent had Brieven van abolitie, mits dat zig zoude onthouden uit Delfland, op poene van het effect der geobtineerde abolitie te verliefen, egter in de Bailluagie van Delfland gevonden zynde, weegens gemelde Bailliuw was geapprehendeert, en op de Gevangen Poort te Delft gebragt, met verdere kennisgeeving van het geen daar op was gepasfeerd, tusfchen den Procureur Generaal uit naam van voorfchreeve Hove en den voornoemden Bailliuw van Delfland; infteerende teffens by deefe geleegentheid op het houden van het gedecerneerde Befogne over het gemelde different, en op de afdoening deefer zaak; alles breeder in de voorfchreeve Notulen van den 24. July en 19 September 1776, 16 January en 29 July 1777 vermeld. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat de dispofitie van het agtfte Articul der Inftructie van den Hove, waar by aan het zelve Hof de Judicature over verjaarde en ongecorrigeerde delicten is gedefereert; alleen betrekkelyk gemaakt kan wbrden tot zodanige gevallen, waar in confteert of beweefen werd, dat de gepleegde verjaarde delicten door verfuym en nalatigheid van de respective Officieren of Bailliuwen tot de caufatie en profecutie van defelve bevoegt en verpligt, ongeftraft zyn gebleeven; en inhetjeegenwoordig geval niet blykt, dat de Bailliuw van Delfland , ten aanfien van de faken en excesfèn * waar van de voornoemde G. de Wild befchuldigt werd, infodanige termen geverfeert zoude hebben, dat de verjaaring van deefe delicten door desfelfs negligentie en verfuym veroorfaakt zoude zyn; is, onvermindert het wederfyds gefustineerde, zoo aan de zyde van den Procureur Generaal, als van den voornoemden Bailliuw, met opfigt tot het verftand en de derogafoirê kragt van het Placaat van den 1 s September 1677 en van de opgevolgde Refoiutie van den 16 December 1678, het welk by deefe onaangeroert word gelaaten, goedgevonden te verftaan en te verklaaren, dat het geftatüeerde by het voorfchreeve agtfte Articul van de Inftruóiie van den Hove op het thans voor handen zynde geval niet is applicabel ; wordende dienvolgende de Procureur Generaal gelast de informatien en bewyfen ter deefer zaake ingewonnen, aan den Bailliuw van Delftand over te geeven, om door denfelven Bailliuw tegens den voornoemde G. de Wild voor de Vierfchaar van den zeiven Lande zodanig te worden geprocedeert, als in goede Juftitie bevonden zal worden te behooren. En zal Extract deefer gefonden worden aan de Praefident en Raaden van den Hove, als meede aan den voornoemden Procureur Generaal en den Bailliuw van Delfland, tot derfelver narigt respective. Re-  Raakende dc Crimineele Juftitie en Rechtsvordering 699 tö. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by aan den Bailliuw yan Wasfenaar word gepermitteerd de kosten yan het opfetten en afbreken, van het Schavot, in zyne rekening te moeten brengen. Den 18 September 1778. Ontfangen een Misfive van de Gecommitteerdens in de Provinciaale Reekenkaamer, gefchreeven in den Hage den 15 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mogende Appointement van den 3 July deefes jaars, geëxamineert de daar nevensgaande Requeste aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert by öf van wee. gens Jacob Jan, Baanderheer van en tot Wasfenaar , als Bailliuw van Rhynland, zig daar by beklaagende, dat in zyne eerst gedaane reekening van het zelve Bailliuw - Ampt door de Reekenkaamer was geroyeert zeekere post van vyftig guldens voor het opfetten en weederom af breeken van het Schavot tot de executie van eenen Pieter Langevelt, door geüvoore welgeboore Mannen van Rhynland gecondemneert, om op het publicq Schavot met een Strop om den Hals te worden gegeesfelt en gebrandmerkt, en dat wel uit hoofde om dat zoortgelyke kosten tot laste van den Lande niet konden worden gebragt mitsdien verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. de Gecemmitteerden in de Reekenkaamer geliefden te auctorifèeren, om in zyn vertoonders eerst volgende aan den Lande te doene reekening de gementioneerde fom van vyfftig guldens, en wyders zoo dikwyls als defelve fom by het ter execu¬ tie leggen van Crimineele Vonnisfen genoodfaakt zal fyn te betaalen, eh hy bewyfen zal defelve betaald te hebben, in uitgaaf te laaten Valideeren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, des vertoonders gedaane verfoek te accordeeren, en mitsdien de Gecommitteerden in de Provinciaale Reekenkaamer by deefen te Auéhorifeeren, om in zyne eerst volgende aan den Lande te doene reekening de fom van vyftig guldens, en wyders zoo dikwyls, als hy defelve fom , of wel een mindere by net ter executie leggen van Crimineele vonnisfen, genoodfaakt zal zyn te betaalen op quitantie in uitgaaff te laaten valideeren; en wyders de Gecommitteerden in de Reekenkaamer by provifie te qualificeeren, om alle zodanige posten, dewelke de respective Schouten en Bailliuwen in hunne Crimineele Reekeningen mogten brengen, en die niet prascife by de teegenwoordige Inftructie zyn bepaalt, wanneer hun voorkoomen billyk en reedelyk te zyn, en tot nut van de Juftitie te verftrekken, of in het geheel te valideeren, of wel zodanig te modereeren, als na bevind van zaaken zullen oordeelen te behooren, ter tyd en wylen eene bepaaldere en nadere Inftructie zal zyn gearrefteert. 2i. Refoiutie van de Staaten Generaal, hou¬ dende verbod aan de Gerechten , en derzelver Minifters in Braband, om van de Crinineele Officieren eenige Jura of Leges te vorderen, dan voor zoo verre die aan de Gecondemneerden kunnen worden verhaalt. Den 13 Juny 1780. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, Salut; Doen te weeten: Dat wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat by fommige Geregten, derfelver Minifters en Suppoosten in onfen Lande van Braband, van onfe of onfer Vafallen, Officieren, de Hooge Jurisdictie exerceerende, in Crimineele zaaken worden afgevordert Jura, Leges en Salarisfen, zoo in het neemen van préparatoire Informatien, Vifitatien en andere Gerigtsfaaken, als in het voeren van Crimineele Procesfen, waar in den Officier niet is gecondemneert in de kosten, en in zulke gevallen waar in alleen pro Juftitia word geageert, zonder dat de voorfz. Officieren daar uit voor zig zeiven eenig voordeel genieten; al het gee¬ ne ftrydigis teegen onfe intentie, en {trekkende tot merkelyk befwaar der Crimineele Officieren, welke daar door worden afgefchrikt op de gepleegde misdaden naar behooren te informeeren, en teegens de Delinquanten tot condigne ftraffe te procedeeren- Zoo is 't, dat wy daar teegens willende voorfien, narype deliberatie, en alvoorens gehad hebbende het Advis van onfen Raade van Braband en de Landen van Overmaaze, tot beeter handhaving en promter expeditie der Crimineele Juftitie, en om de Officieren van defelve daartoe te meer aan te moedigen, goedgevonden hebben, by deliberatie van den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, te ordonneeren en te ftatueeren, zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefen, dat de 4T a re.  7oo Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. respective Schouten, Scheepenen, Griffiers, Secretarisfen, derfelver Clercquen, Gerigtsboodens, Vorsters en diergelyke Perfoonen, tot de Juftitie behoorende, binnen onfen Landen van Braband voortaan niets ten laste van onfe of onfer Vafallen Officieren, de hooge Jurisdictie exerceerende, zullen vermogen te vorderen, voor Jura, Leges, Salarisfen, Advis- of Pasportgeiden, het zy in het neemen en inwinnen van préparatoire Informatien, het zy in het voeren van Crimineele Procesfen, waar in den Officier niet gecondemneert is in de kosten, maar dat alle defelve Perfoonen ter contrarie gehouden zullen zyn, derfelver Officie respectivelyk gratis te prsefteeren, in zoodanige zaaken en gevallen, waar in de voorfz. Crimineele Officieren alleen Pro-Juftitia informeeren en ageeren, buiten eigen profyt, zoo wanneer van de Delinquanten of Gecondemneerdens niets te haaien is, of dat teegens defelve als voortvïugtig by contumatie word ge- procedeert, dan dat daarenteegen in die gévallen , waar in de Crimineele Officieren ono fangen eenige Amendens, of dat de Delinquanten , gecondemneert zynde in de kosten en mifen van Juftitie , vermogende mogte weefen die te betaalen, en ook daadelyk voldeeden, de voorfz. Officieren te gelyk zullen zorge draagen, dat ook voldaan werde het geene Schout, Scheepenen, Griffier, Secretaris, Geregtsbooden of Voster respectivelyk is competeerende , zoo weegens het hooren van Getuigen als anderfints, of dat by nalaatigheid van dien, zoodanig Officier voor de voldoening der gemelde Jura zal zyn aanfpreekelyk en verbonden. En op dat niemand hier van eenige ignorantie kome te pretendeeren, zoo ordonneeren wy dat dit ons Placaat alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is binnen onfe Landen, van Braband publicatien en affixien te doen. Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Prsefideerende in onze Vergadering, en de Signature van onfen Griffier, op den l3 .My l78°- (JVas geparapheertff) D. ]. v. HEECKEREN, vt. (Onderjlond f) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (JVas geteekent f) H, FAGEL. Zynde op het Spatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op' een fooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 22. Refoiutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek van de Bailliuw en Schepenen van de Zwaluwen, om zekere perfoonen, aan het fchryven van Brandbrieven fchuldig ftaande, aan den Hove over te geven, word afgewefen. Den 4 April 1781. Ontfangen een Misfive van de Prrefident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Hage den 3 deefer, houdende, ter voldoeninge aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den ió der voorleede Maand, derfelver Confideratien en Advis op de daar by te rug gaande Requeste van Bailliuw en Scheepénen der Hooge Heerlykheid van beide de Zwaluwen, waar by in fubftantie te kennen geeven , hoe feedert een geruimen tyd in voorfchreeve Heerlykheid, en in het byfonder in de Baronnie van Breda, en in het Marquifaat van Bergen op den Zoom, in zwang had gegaan, en nog gong de Atroce misdaad van het leggen van Brandbrieven opgevuld met vreefelyke dreigementen, indien aan den inhoud derfelve Brieven niet voldaan; dat, na alle aangewende moeitens, om de fchuldigen te ontdekken, zeekere Wouter van Wesfem, Inwoonder van de voorfchreeve Heerlykheid, op het na zig neemen van het geld, hetwelk, ingevolge den Brandbrief op de daar by gedefigneerde plaats was gelegt, was geapprehendeert en opgebragt, die zyn misdaad by zyn eerfte verhoor had beieeden, met byvoeging, dat hy door zeekeren Anfem van de Klundert, woo-  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 70I honende onder Zevenbergen, daar toe vvas Lleyd, die dan ook als Complice door den Lost van Zevenbergen vvas geapprehendeert, en vervolgens onder aéte van honpreejudicie Ende supplianten overgegeven; datd*flegte toeftand van gevangenis veroorfaakt had, dat, h inkende'deVocedLlres' Wouter van Ves" fem'ük zyne Gevangenis was uitgebrooken, tóe dac hy naderhand weder was geapprehendèerti eiJ ^e Supplianten voor diergelyke en aridere onheilen, uithoofde van de vooriêhreeve jiegte Conllitutie der Gevangenis bedugc z,7nde, hem mec zyn voornoemde complice t0t''meerder zeekerbeid in het Gevangenhuis ce Breda hadden geplaatst, hec welk de Supplianten zeiden voor hun in het exerceeren hunner Officie een zeer groote moeyelykheid te jnaaken, by welke geopperde zwaarigheid de güpplianten nog hadden gevoegd, dat, veruit de gedaane verhooren verfcheide zwaare prefumtien teegens andere Perfoonen, onder anderen Jurisdictiën woonagtig (in het byzonder onder Zevenbergen) waren ontftaan, die zelfs Complices van deefe Gevangenen maden zyn, door verfchillende fuhakerhe legtbanken zoude moeten worden onderfogt, en tegens de Complices dfonderlyk geageerr, uec welk de Supplianten oordeelden tot naAeel en ondiensc der Juftitie te zullen zyn, en het de te doene Confrontatien van deefe Gevangenen, met die onder andere Jiuisdicien geapprehendeert mogten zyn, of worden, \lermoeyelykst, en zelfs allergevaarlykst zoude maken» verfoekende de Supplianten'daaroï0 dat hun Edele Groot Mog. in dit fpeciale gev'^' ^un ge^e^en ce qualificeeren, on) den voornoemden Wouter van Vesfèn en Anfem van de Klundert, pedo li.0 te doen overbrengen op de voorpoorte «gelden Hove, en defelven alfoo beneevens alie de Informatien en Procedures ortegeeven aan den Procureur Generaal, dien zy Supplianten meede verfogten, datgeoualifesert mogt worde»-röm ter zaake ' voorfchreeve zoo teegens Wouter van Vesfem en j\nfem van de Klundert, als teegens alle an^eMedepligtigen, voor zoo verre die onderden van hun Edele Groot Mog. zyn, voor ^melden Hove, ten kosten van den Lande het Regt der hooge Overigheid waar te neemen, en dat verder het Hof mogte worden eequaüficeert, om de Cognitie en Judicature over deefe zaak op en aan zig te neemen; volgende het voorfz. Advis hier na geinfereert. Edele Groot Mogende Heeren! Wy hebben in gevolge het Appointement van UEd. Groot Mogenden van den 16 der voorleede maand, geëxamineert het hier by te ruggaande Request van Bailliuw en Scheepenen der Huoge Heerlykheid van beide de Zwaluwen, by het welke de Supplianten in fabftantie te kennen geeven; hoe zeeJert een geruimen tyd in voorfchreeve Heerlykheid, cn in het byfonder in dé Baronnie van Breda, en in het Marquifaat van Bergen op den Zoom, in zwang heeft gegaan, en nog gaat, de Atroce misdaad van het leggen van Brandbrieven, opgevuld met vreeslyke drygementen, indien aan den inhoude derfelve Brieven niet wierde voldaan. Dat, na alle aangewende moeitens, om de Schuldigen ie ontdekken, zeekere Wouter van Vesfem, Inwoondorvan de voorfchreeve Heerlvkheid, op het na zig neemen van het Geld, het welk, ingevolge den Brandbrief op de daar by gedefigneerde plaats was gelegt, is geapprehendeert en opgebragt geworden, die zyn misdaad by zyn eerfte verhoor heefc btdeeden , met byvoeging, dat hy door zeekeren Anfem van de Klundert, woonende onder Zeevenbergen, daar toe was verleid, die dan ook als Complice door den Drost van Zeevenbergen is geapprehendeerd, en vervolgens onder Acte van non prejudicie aan de Supplianten overgegeven geworden. Dat de flegte toeftand der Gevangenis veroorfaakt heeft, dat, hangende de Procedures, Wouter van Vesfem uit zyne Gevangenis is uitgebrooken, dog naderhand is hy weeder geapprehendeerd, uit hoofde van voorfchreeve fiegteConftitutie der Gevangenis, bedugc zynde, hebben hem met zyn voornoemden Complice tot meerder zeekerheid in het Gevangenhuis te Breda geplaatst, hec welk de Suppliancen zeggen voor hun in het exerceeren hunner Officie een zeer groote moeyelykheid te maaken. By welke geopperde Zwaarigheid de Supplianten nog deefe voegen, dat, vermits uit de gedaane verhooren verfcheide zwaare pfsefumtfea teegens andere Perfoonen , onder andere Jurisdiéfien woon* agtig, (in het byfonder onder Zeevenbergen ,) zyn ontftaan, die zelfs Complices van deefe Gevangenen zouden kunnen zyn, door verfchillende fubalterne Regtbanken zouden moeten worden onderfogt, en teegens de Complices af* fonderlyk geageert, het welk de Supplianten oordeelden tot nadeel en ondiensc 1 van de Juftitie te zullen zyn, en het de te doene Confrontatien van deefe Gevangenen , mec die onder anderen Jurisdiéfien geapprehendeert mogten zyn, of worden, allermoeyelykst en zelfs allergevaarlykst zoude maken, om welke reedenen de Supplianten by hun Request verfoeken, dat UEdele Groot Mog. in dit fpeciale geval hunlieden geliefden te auctorifeeren, en qualificeeren, om dert voornoemden Wouter van Vesfem en Anfem van de Klundert, pede ügato te doen overbrengen op de voorpoorte vam deefen Hove, en defelven alzoo. beneevené alle de Informatien en de Procedures o4-T 3 ver  702 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. ver te geven aan den Procureur Generaal , dien zy Supplianten meede verfogcen, dac gequalificeert mogte werden, om ter zaake voorfchreeve, zoo teegens Woutef van Vesfem en Anfem van de Klundert, als teegens alle andere Medepligtigen, voor zoo verre die onderdanen van UEdele Groot Mog. zyn, voor deefen Hove, ten kosten van den Lande, het regt van de Hooge Overigheid waar te neemen; en dat verder het Hof mogte werden gequalificeert, en geauótorifeert, om de Cognitie en Judicature over deefe zaake op en aan zig te neemen, en dac UEdele Grooc Mog. daar van aan de Supplianten gelieven te verleenen Uwer Edele Groot Mog. Refoiutie in forma. Wy hebben, Edele Groot Mog. Heeren , de drie gronden, waar op de Supplianten hun verfoek bouwen, te weeten, de flegte toeftand van de Gevangenis, de moeyelykheid in cas van Confrontatie van Meedepligdgen, ——— en de verfcheidenheid van Gewysden, die by de verfchillende fubalteine Regtsbanken, na het voorgeeven der Supplianten, zouden kunnen plaats grypen, geëxamineert en gepondereert met zoo veele fcrupule, als het belang der Juftitie m het voorhanden zynde cas zou kunnen vorderen, maar begrypen, dat zy niet zyn van die relevance, dat om defelve een delegatie aan deefen Hove zoude behooren plaats te grypen; want, wat belangt de flegte gefteitheid der Gevangenis, zoo kome hec ons voor, dac die geene genoegzaame reeden behelsc, om dac de Gevangenisfen in zodanigen behoorlyken ftaat moecen, en kunnen worden gehouden,' of gerepareerc, dac defelve alfints fecuur zyn, zoo teegens het uitbreeken, en teegens het kunnen houden van gefprekken van den eenen Gevangen mec den anderen, als tegens de mogelykheid, om met Perfoonen van buiten te kunnen Correspondeeren. En wat aangaat de moeyelykheid, en gevaarlykheid van Confrontatien van Gevangenen uit de eene Jurisdictie met die uit de andere, zoo is dit weederom in dit geval, of omtrenc dit Ciïmen, even zoo als in alle andere gevallen, daar onderfcheide Perfoonen onder diverfe Jurisdictiën geapprehendeért zyn, gelyk doorgaans plaats heefc in Complotten van Dieverye, Huisbraaken, Moorden, en andere Atroce Crimina, die meescalcoos op difference cyden, onder diverfe Jurisdiéfien geapprehendeerc worden. Ook kunnen wy niet begrypen, dat eene vrees voor verfchillentheid van gewysden genoegfamen grond voor der Supplianten verfoek zoude opleeveren, nadien ieder individu die zig aan een misdaad fchuldig maakt, zig op zig zelfs uithoofde van zyn eige misdaad verbind aan de ftraf - oeffening, by de Wetten op zyn misdaad bepaald, welke bepaling der Weccen een ieder Regter, onder denfelven Souverain ftaande, verpligt, om na hec voorfchrift dier Wetten te vonnisfen, en dus gelyke misdaden defelve ftraffen te appliceeren, zoo maar de omftandigheeden defelve zyn, welke omftandigheeden by een en denfelven Regter zelfs een diverfiteit of meer of mindere verandering in het gewysde zouden kunnen te weeg brengen, en het mitsdien geene reeden kan opleeveren, waarom niet in 't Cas fubjeét, even als in alle andere Atroce misdaden, een Delinquant zoude de worden beregt by dien Regter, die hem in flagranti heeft geapprehendeert, of die in zyn reguard is ordinaris, dagelyks en Competent; welke laatfte reflectie ons aanleiding geeft, om te remarqueeren; dat het zoo dikmaals tegen dit Hof ingeroepe Privilegie de non evocando is een Privilegie, het welk niet den Regter, maar eigentlyk den Ingefeetenen raakt, die buiten hunne toeftemming daar van niet wel kunnen gepriveert worden, zynde het wyders evident, dat de differentie van Woonplaats der Delinquanten ook geen fundamenc is, om een zaak aan aan den Superieuren Regter te doen devolveeren; vooral niet wanneer de Delicten, boe wel van defelfde benaming, egter in aparte daaden, op verfcheide tyden en plaatfen gepleegt, beftaan. Wy moeten, Edele Groot Mog. Heeren , nog remarqueeren dat der Supplianten verfoek booven dien is niet alleen, dat de Cognitie over dit deliét moge gedelegeert worden aan deefen Hove, voor zoo verre betreft hunlieder Jurisdictie, maar ook omtrent alle andere Meedepligtigen, voor zoo verre die onderdanen van UEdele Groot Mog. zyn, en dit alle ten kosten van den Lande; al het welk behalven, dat andere Jurisdictiën li gtelyk niet gaarne zodanige overgave van hare Judicature zouden doen, met zig zoude meedebrengen een befwaar van ongehoudene kosten voor den Lande; zo zouden de occupatien van den Raade daar door ook ten aller fterkften zodanig 'er meede gechargeert, en vermeerderd worden, dat het een allernotabelst grief en veragtering aan de Civile Juftitie zoude toebrengen , en onherftelbaare fchaade van veele, ja zelfs de ruïne van zommige goede Ingefeetenen deefer Provincie, en ook van uitheemfchen, zoude kunnen Veroccafioneeren; te meer, daar den Raad reeds, geduurende een zeer geruimen tyd, met veele Crimineele zaaken is geoccupeert geweest, en nog fteeds met nog verfcheide andere aanhangige bezet  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 703 zet blyfe, waar door reeds eene merkelyke veragterfng in het Civile werk is ontftaan, en nog te vreefen is. Alle welke reedenen, Edele Groot Mog. Heeren, ons verpligten, om UEdele Groot Mogende te advifeeren, dat hoogstdezelve der Supplianten verfoek behooren te wyfen van de hand; ons niet te min eerbiedig refereerende aan UEd. Groot Mog. Welbehaagem Hier mede, Edele 'Groot Mogende Heeren 7 bidden wy God Almagtig U Edele Groot Mogende in een langduurige en voorfpoedige Regeering te cönferveeren. Gefchreeven in den Hage den 3 April 1781. (Onderftondf) Uw Edele Groot Mogende gantsch Dienstwillige, De Praefident en Raden over Holland, Zeeland en Vriesland.(Langer ftond f) Ter Ordonnantie van defelve. (Was geteekentf) Adriaan Bodt. Waar op gedelibereert zynde, is goedgeI vonden en verftaan der Supplianten verfoek te [ wyfen van de hand. Refoiutie van de Staaten van Holland* waar by, op een voorftag van 't Hof, om zekere procedures, waar in, zoo ten aanfien van het 'corpus delicli, als de praecedente informatien, merkelyke defeclen waaren, by wegen van provocatie voor den Hove nader te onderfoeken, aan den Bailliuw van Zuidholland word gelast die defecten te redresfeeren, en de in te winnen bewyfen aan zyne Iioogheid, aan wien een verfoek om gratie was gedaan, te fiippediteeren. Den 3 Mey 1782» De Heer Penfionaris vah Éeebergh heeft t ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie , ingevolge en ter voldoeninge van hun Edele Groot Mogende Refoiutie Commisforiaal van den 31 Oclober 1781, met Commisfarisfen van den Hove, hadden geëxamineert een Misfive van Prefident en Raaden van den Hove van Holland, gefchreeven den 13 September van dat zelfde jaar, waar by defelven ter kennisfe van hun Edele Groot Mog, bragten eenige omftandigheeden, betreffende de Crimineele Proceduuresvoor den Hove en Hooge Vierfchaar van Zuidholland gehouden tegen Adtiaantje Lopik, welke aan Prefident en Raaden voornoemt by examinatie dier Procedures ter geleegentheid van een aan zyne Hoogheid gedaan verfoek van gratie, waaren voorgekoomen van dien aart, dat zy den Procureur Generaal by Refoiutie hadden gequalificeert, om met betrekking tot de door hem gefuftineerde nulliteit en onbeftaanbaarheid der Procedures j die naar zyne gedagten materie opleeverden tot eene provocatie aan den Hove, en eene conclufie tot annullatie illico, zodanig verfoek te doen, als hy zoude meenen te behooren , dan omtrent welke zaak Prefident en Raaden voornoemt niet gaarne verder zouden disponeeren, zonder voor af verfeekert te zyn, van daar door niet te zullen ingaan tegen hun Edele Groot Mog. intentie. Als meede een Misfive van Bailliuw en Man- I nen van den Hove en Moge Vierfchaar vari Zuidholland, gefchreeven den 24 Oclober 1781, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refoiutie en Aanfehryving vari den 14 der maand September bevoorens, derfelver Berigt op de voorfchreeve Misfive vaö Prefident en Raaden van den Plove. En dat zy Heeren Gecommitteerden by het onderfoek deefer zaak fpeciaal gelet hebbende op de reedenen en motiven, waar uit de Prefident en Raaden van den Hove, ingevolge de voorfz. aan hun Edele Groot Mog. geaddresfeerde Misfive, aanleyding hebben genomen, om de in deefen gehouden Procedures van dien aart te confidereeren, dat door middel van provocatie voor den Hove een nader onderfoek eerst over derfelver beftaanbaarheid of nulliteit, en, het laatfte geconftateert wordende, dan over de geheele zaak zoude behooren te worden geinftitueert, aanftonds zig geconvinceert hadden gehouden, dat die bygebragte reedenen en motiven, op zig zeiven befchouwd, een alfints voldoende grond opleeverden, om in deefen dë ferieufe attentie van het Hof gaande te maaken, voor zoo verre dat Collegie, zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder zullende advifeeren op het verfoek van gratie < ten behoeve van Adriaantje Lopik gedaan, by het examineeren vari de merites der zaak alleen heeft kunnen zien de Confesfie van de Gevangene, zonder in het aan zyne Hoogheid toegefonden Proces eenig bewys van het Corpus delicliof eeni- P  704 Piacaaten. 5, Boek. 5. Titul. rr rc ? , -> 0p a-Her*1 1 fornu^, r i tc , ^ ' ^ ^ ha 1 " "g / 1 3 j f ?1 c r ? i . hc" *. f ! i- v c ; bewv " - ^ j > ^ ^ 1 en ' J h 1 ' 1 n ■ e -J^e 0 1 ^ ' v '" /" L - t t p 1 - 0 l'i 1 v " 1 1 ' - r C 1 r \ 1 V c' t. ^ L ' > ^ 1 \ a. ' , iZua ' ^ r ^ ti) , h y r j ' ^ r L)iI! s 1 n co f< H.>Cv, , ^7 ' u i °r. v je ,ji 1 'i% i"i h ' 1 - ■ t "i t1 v i "Ct „ _ v q a n~ t> lOteit, en l d i 1 1 l i, tcc , en vn de Gr iia^ne v r u. i ve. ^oo > pi''", _i ^\ Lil IV > n / \ n riHpe->", 1 ^ w r - " „ 'T ) n j n d~ j der] 11 1 t ^ Lo v l u G^v 1, e- j-j 1. r„ t „ ^ve t z n, t-1 !; v1"1, ^ciep'er \ii ,i: v - e-k" 0 > - 1, ' 1 v iJ t t . " r _ t J x ' t 0 , M \ Vïï ' 11 tO km n lC 11 v. 1 xfki'ic , er e g n d \ 1 1 d~ s rwii' 1 T T u A _i s eb 1 I Ute «hal \i 1 de Ce» \ v,wi in* Iof ia het p , - 1 1 ,ji r " ! i if m 0 >. \ 1, / ^ ' . i ' i / i V 1 , " ' 1 1 f 0 \ < W Wl l i^uid krtli J > ■> t 1 ) - ^ , d. ^ i icci 3j 1 C.f vt"tl,Jur , ( i 1 1 i ;>i ! i iie j ;, h-) i- 1 i'.u . ' \ \ - » 1 - ~ 'i Rnun \ 1 11 1 ^ r i ^> 'v ^ n i '' , 1 : / a . 1 c ondc f > % f, ^.^p n lud-n, d\t, ten ci ,de het II f n lint tj fu"ti, c n op ha geJaa ne verfoek van gratie het gerequireerde Advis aan zyne Hoogheid te kunnen fuppediteeren (het welk ten deefen altoos de hoofdfaak is, en blyven moet) voornamentlyk in confideratie behoorde te koomen, of, en langs welken weg, al dat geene, het welke tot volleedige onderrigdng, zeekerheid ea overtuiging van den Coiripetenten Regiev van de Gevangene heeft gefnekt, mede onder het oog van zyne Hoogheid, en door hoogst denfelven ook onder het oog van het Hof, zoude kunnen gebragt worden: En datzy Keeren Gecommitteerden geinformeert zynde, dat zoo ten aanfien van het Corpus deli&i, als ten opfigte van de verdere mondelinge informatkn, die by de Vierfchaar van Zuidholland te vooren in aanmerking gekoomen zyn, als nog door middel van fckriftetyke ïnjlrumenten, de bewyien kunnen worden gefüppediteert; derhalven gemeend hadden, de vollediger Iüftruciïe van het proces langs deefln weg alfints te moeten prefereeren boven een, gelyk altoos, zoo ook bylbnder in dit geval, zeer bedenke! yk geheel nieuw onderfoek der zaak, by President en Raden van den Hove te inftitueeren, en dat wel door middel eener provocaric, welke de Procureur Generaal van de gedecerneerde Condemnatiein Cas Crimineel, waar toe Mannen van dcVierfchaar van Zuid.holland in deefe na de volleedige en gecircum- ' ftantieerde Confesfie van de Gevangene ge fteint hebben, of fchoon zelfs het Vronnts nog niet by hen gerefameert of ünaal gearrefteeri is, doen zoude. Dat zy Heeren Gecommitteerden in da 3 voorfchreve Misfive van Prccildcnt en Radea van den Hove nog wel als een tweeden grond voor het geproponeerde nader onderfoek der zaak gevonden hadden eene allegatie van zeekere retraclatie va:i Confesfie , die de Gevangene zoude hebben gedaan, zonder dat meede van de wyfe, op welke dit gefchied zy, en van de verdere gevolgen hier van, eenigfints ten procesle zoude blyken, dog dat zy uic het Ben'gt van Baiiliuvv en Mannen voornoemt hebbende gefien, dat al het geene tot deefe | oufhndigheid behoort gebeurd is, na dat het * examen van de Gevangene was gehouden voor s voltrokken „ en na dat zelfs gediend was v:=n J Criraincelcn Eisch, door den Baillitiw, der« halve gemeend hadden, het geene hier om\ trent gepasfeerd mag zyn , niet als een gedeeli te van het Crimineel Proces van de GevangeI ne te kunnen aanmerken, vooral, daar iv'annen van de Vierfchaar van Zuidholland hec zelve te futiel hebben geoordeek, dan datzy het reeds g-flooten Proces daarom weeder zouden openen; en dat dus voor den gedaanen voorflag van Prsefident en Raaden van den Hoj ve, zoo deiè/ve in het defeéi van bewys no~ | pens het Corpus delictien van precedente, lyk genoomen informatien niet genoeg gefun, deert is, zeeker in de vooifz. zoo genaamde \ retractatie van Confesüe, r,a de informatie, die desweegens by het gemelde Berg? gesteven is, geenerhande voldoende reeden of grond is te vinden. Waar op gedelibereert zynde, is conform het Advis van voorfz. Heeren Gecommitteerden, en op de gelegde gronden, goedgevonden en verslaan, denBailliuw vanZtiiJholhmd aan te fchryven, en te gelasten, om zoo ten aanfien van hec Corpus deli&i, ais nopens do pracedente informat/en, welke iiKevofie het voorfz. Berigt, in het Crimineele Proces van Adriaantje Lopik hebben plaats gehad, en by de Vierfchaar van Zmdholbnd met betrekking tot het zelve Proces in aanmerking gekoomen S kunnen zyn, zig te munieeren met de nodige lchriltelyke Bewyfen, endefelven, na dat ze by Mannen van de Vierfchaar voornoemt zullen zyn gefien en geëxamincert, ten fpocdig. ften te fuppediteeren aan zyn Hoogheid den Hecre Prince Erfltadhouder tot nadere elucidatie, en om hoogst denfelven tot volleediger beoordeling van het verfoek van gratie, in deefen ten behoeve van de voornoemde Adriaantje Lopik, gedaan, in Haat te (lellen. En zal wyders Copie van deefe ReCuhnle gefonden worden , zoo aan iVefi lev.r. en R:viden van den Hove, als aan Mannen van den Hove en Hoogc Vierfchaar van Zuidho]hnd om defelve respcélavelyk te dienen tf.K infocmatie, mitsgaders tot oarigting.  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 705 2* Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over zekeren Major by de Armee en gepenfioneerden Lieutenant aan den Hage gelaaten word; en een verfoek van 'f Hof, om die zaak aan hun over te geven, word afgewezen. Den 17 July 1783. De Heer Penfionaris van Zeebergh heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove Provinciaal, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 23 April defes jaars, hadden ge'éxamineert eene Misfive van Prsefident en Raden van welgemelden Hove van den 17 derfelver maand, wegens hun different met den Magiftraat van 'sGravenhage omtrent de Judicature over den Major by de Armée en gepenfioneerde Luitenant van der Plaat, houdende in het byfonder een verfoek, dat hun Edele Gr. Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat die van den Haage gehouden zyn de informatien, in de zaak van den voorfz. van der Plaat, breeder by de gefegdeMisfive vermeld, ingewonnen, als nog aan den Hove overtegeven, ofte wel anderfmts, dat hun Edele Gr. Mog. hun derfelver goedvinden nader zouden doen verneemen; mitsgaders eene Misfive van Schout, Burgemeesteren en Schepenen van den Haage, gefchreven den 22 Aprilden den volgenden dag ter Vergadering ingekomen, houdende derfelver Bericht op de voorfz. Misfive van Prsefident en Raden van den Hove, Waar op gedelibereert, en de redenen en motiven, door Prsefident en Raden van den Hove by hunne Misfive voor het gedaan ver¬ foek gelegd, en ontleend of uit zekere voor* dragt, welke de Bailliuw van den Haage aan den Procureur Generaal zoude hebben gedaan, of uit de Conventie van den 12 Maart 1733, voor zoo verre de fuftenue van het Hof omtrent eene privative Judicature over Militai* ren, geen Guarnifoen hier houdende, daar by gaaf en ongefchonden is gebleven, of eindelyk uit hun Edele Gr. Mog, Refolutie van den 14 Maart 1765 naauwkeurig onderfogten overwoogen, maar in defelve geenen voldoen* de grond gevonden zynde, waarom hun Edele Gr. Mog. in het voor handen zynde geval de crimineele pourfuite, voor den Magidraac van den Haage tegen den voornoemden van der Plaat reeds begonnen, zouden moeten afkeuren , en de verdere behandeling dier zaak. aan Prsefident en Raden van den Hove toewyfen; Is derhalven goedgevonden en verdaan, het primaire verfoek, döor Prsefident en Raden van den Hove by de voorfz. Misfive gedaan, by dele te wyfen van de hand, en daar entegen aan den Magiltraat van 's Haage onverlet te laaten, om met de in defen aangevangen Procedures te doen voortvaaren, onvermindert de exceptie en defenfie van den befchuldigden. En zal Extract defer Refolutie worden gefonden aan Prsefident en Raden van den Hove, mitsgaders aan den Magiftraat van 's Haage, tot naricht. 25. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatuure over zeker Perfoon, van wien het onfker was, of hy tot de jurisdictie van "t Hof, of van den Haage behoorde, aan 't Hof uit hoofde van preventie word toe' gewefen. Den 15 January 1784. De Heer Penfionaris van Zeebergh heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de heeren Gedeputeerden der stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaken van de Juftitie met Commisfarisfen van den Hove, ingevolge en ter voldoening aan hun Edele Gr. Mog. Refolutie Commisforiaal van den 1 October 1783, hadden geëxamineert eene Misfive van Prsefident en Raden van den Hove, gefchreeven in den Llage den 29 September bevoorens, houdende derfelver Berigt op het Request den IX. Deel. 13 van de laatstgemelde maand aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert door Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Graven* hage , over eene ontftaane Jurisdictie questie, ter zaake van de overleevering en te regtftelling van zeekeren Lambert, welke eenen la Chapelle zwaar gewond hebbende, in de Militaire Hoofdwagt alhier gebragt en gecuftodieert was; mitsgaders een Request van Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage, om geallegeerde reedenen verfoekende, dat het Berigt, door den Hove aan hun Ede- éV te  yo6 Placaaten. $. Boek 5. Titul. Ie Groot Mog. toe te zenden, in hunne handen raogt worden geflelt, ten einde hun belang dien aangaande ten fpoedigften aan hun Ed. Groot Mog. te mogen voordragen, op welk Request toen aanftonds eene gunftige dispofitie verleent is: Als meede nog, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 16 October 1783, eene Misfive van Schout, , Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage, gefchreeven alhier ten zei ven dage, daar by, uit kragte van hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 1 bevoorens, nader hun belang voordragende wegens de bovengemelde Jurisdictie-questie met den Hove. En dat zy Heeren Gecommitteerden uit al het geene weegens deefe zaak door middel van de voorfz. Stukken tot hunne kennisfe gekoomen is, niet met eene genoegfaame zeekerheid hebbende kunnen opmaken, dat de Perfoon van den voornoemden Lambert begreepen zoude moeten worden notoirlyk te behooren, het zy tot de Judicature van den Hove , het zy tot de Jurisdictie van den Haag: derhalven, naar aanleyding van het vyfde Ar- j ticul derPoincten, by hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 14 Maart i/65, met betrekking tot de difrerenten tuslchen den Provincialen Raade en den Magiftraat van 's Graven- , hage vastgeflelt, zig hadden moeten borneeren toe een onderfoek nopens de Praeventie, welke in het voorhanden zynde geval aan beiden de zyden word gefuftineert plaats te hebben : terwyl zy by dit onderfoek bevonden hadden, dat in den zamenloop van het weederfyds gefuftineerde dien aangaande zeekerlyk aan de preventie, welke van den kant van den Hove geallegeert word, als meerder gequaiificeert zynde, den voorrang zou dienen te worden gegeeven. Waar op gedelibereert zynde, is, om de voorfz. reedenen, en in hetbyfonderook gelet zynde op de bevordering van den dienst der Juftitie, welke tot hier toe tegen denPerfoon in quaeftie voor den Hove is vervordert, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden goedgevonden en verlhan, de Judicature over den voornoemden Lambert wegens de zaak, waar over hy' thans is gedetineert, finaal aan den Hove by deefe toe te wyfen. En zal Extract van deefe Refolutie worden gefonden aan Prsefident en Raaden van den Hove, mitsgaders aan Schout, Burgemeesteren en Scheepenen van 'sGravenhage, ten einde zig, refpectivelyk, daar na te reguleeren. %6. Refolutie van de Staaten van Hol/and, waar by aan den Vaandrig de Witte de Doodftrafen andere flraffe van 't Schavot word gere* mitteert, en voorts aan 't Hof de bepaaling der verdere ftrafe overgelaten. Den 29 Jpril 1784. Ontfangen een Misfive van de Heeren Staa ten van Zeeland gefchreeven te Middelburg den 19 deefer, waar by, bedankende voor het ontfangen affchrift van het Rapport der Heeren hunner Edele Groot Mog. Gecommitteerden , behelfende de Confideratien van weederfydtfche Commisfarisfen, nopens het verfoek van gratie van den gevangen Vaandrig de Witte, in refcriptie toefendende het Rapport door de Heeren hunne Commisfirisfen over die materie uitgebragt. en by gemelde Heeren Staaten in een Refolutie verandert; waar door de weederfydfche Correspondentie hier omtrent was afgeloopen, breeder hier na geinfereert. Edele Groot Mog. Heeren! byfondere goede Vrienden, Nagebuuren en JBondgenooten ! By ons op heeden ontfangen zynde U Edele Groot Mog. Misfive van den 26* Maart jongstleeden, waar by aan ons wel hebben gelieven te zenden een AfTchrift van het Rapport door de Heeren U Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie ter Vergadering van hoogstdefelve uitgebragt, behelfende de Confideratien tusfehenhen en de Heeren onfe Commisfarisfen tot de ordinaire Befognes, noopens het verfoek van gratie van den Gevangen Vaandrig de Witte geconcerteert, bedanken wy UEdele Groot Mog. desweegens, en hebben de eer daar op te rescribeeren, dat door de vyelgemelde Heeren onfeCommisfarisfen in onfe Vergadering insgelyks over die materie Rapport zynde uitgebragt, wy goedgevonden hebben het zelve op heeden in eene Refolutie te veranderen, en daar van, met toefending van Copie van het zelve Rapport aan UEdele Groot Mog. kennis te geeven, ten einde de voorfz. zaak ook by UEdele Groot Mog., zoo als by ons gefchied is, te kunnen worden getermineert op den voorgeflagen voet; houdende wy mitsdien  Raakende dê Crimineele Juftitie èri Rechtsvordering. dien de wederzydfche Correspondentie hier omtrent voor afgelöopen. Waar meede, Edele Groot Mog. Heeren! By finder e goede Vrienden, Nagebuuren en Bondgenooten, zullen wy God Almagtig bidden UEdele Groot Mog. Jofièlyke Regeeringe met alle pro-periteit en voorfpöed te willen Zeegenen! In het Hof van Zeeland tot Middelburg den 19 April .1784. (Onderflond,~) ÜEdele Groot Mog. goede Vrienden, Nagebuuren en Bondgenooten, De Staaten van Zeeland. (Lagerftond Ter Ordonnantie van | defelve. (Was ge teekent,} \ L. P. v. d. SPIEGEL. Extracl uit het Register van de Refolutien der Heeren Staaten van Zeeland. Ben 4 Maart 1784. De Raadpenfionaris heeft gerapporteert uit naam van Heeren Commislarisfen, hebbende, ter Voldoening aan hun Edele Mog. Refolutie van 11 September laatstleeden, geëxamineert de Requeste door den Gevangen Vaandrig Jacob Eduard de Witte , om Brieven van abolitie ten zeiven dage aan hun Edele Mog. geprefenteert; mitsgaders het daar op gerequireerdt en den 6 November ingekoomen Advis van Prsefident en Raaden van den Hove van Holland en Zeeland, beneevens de Confideratien van den Procureur Generaal aan den Hove, en de verdere (lukken de voorfz. zaak concerneerende; en verder ter voldoening aan hun Edele Mogende Refolutie van den 6 November laatstleden , met de Heeren Gecommitteerden der Heeren Staaten van Holland eene Schriftelyke Conferentie over deefe zaak gehouden hebbende, en beraamt een gemeenfchappelyk Rapport aan de Heeren Staaten der beide Provinciën op dit fujet uit te brengen. Dat Heeren Commisfarisfen na het wisfelen van eenige Confideratien met wel-* gemelde Hollandfche Heeren Gecommitteerden met defelve waren over eengekomea, ten aanfien van het Advis, dat 70? in deefen zoude behoorén te worden uitgebragt, zoo wel als van de generaale gronden die daar toe konden dienen. Dat Heeren Commisfarisfen ingevolge hier van dan ook de eer konden hebben aan hun Ed. Mog. té rappörteeren. Dat zy, naauwkeurig overwogen hebbende de reedenen en gronden, waarom door Prsefident en Raaden van den Hove , op des Gevangens verfoek om abolitie , een declinatoir Advis aan hun Ed-, Mog. is ingedient, niet hadden kunnen disconvenieeren, eensdeels, dat demisdaad van Landverraad, door den Gevangen gepleegd en geconfesfeert, is een Crimen Atrocisfimum, het geen op zig zelfs befchouwd niet zeer fusceptibel is Voor abfolute gratie: en anderdeels, dat de reedenen door den Gevangen tot verfchoning, was het mogelyk, van zyn misdryf aangevoert, van dien aart zyn, dat defelve, als alleen tendeerende om de graad van misdaad te verminderen, op het guniTigfte befchouwd, maar zouden kunnen dienen tot eene mitigade van de ftraf, en dus eigëntlyk niet op een verfoek van gratie, aan den Souverairi geaddresfeert, maar by den Regter in judicando te pas gebragt kunnen worden. Dat zy Heeren egter, in aanmerking neemende de bedenking door Prsgfident en Raaden van den Hové by hun Advis aan hun Ed. Mog. voorgefteld, namelyk, of niet, dewyl des Suppliants langduU' rige Gevangenis, nog aan hem zeiven, nog aan den gewoonen loop dir Regtspleeging is toe te fchryven, maar door 'een zaamenloop van extraordinaire om■ jlandighteden, en zelfs door de deliberatien van kun Ed. Mog. is toegekoomen, deefe Confederatie van dien aart zoude zyn, dat op defelve meer by den Souverain zelf dan by den Rechter reguard zou behooren te worden gsnoomen, niet konden ontveinfen deefe bedenking niet ongefundeert bevonden te hebben, terwyl het bekent is, tot welke deliberatien, infohderheid by de Heeren Staaten der beide Prövintien, het geval van den Suppliant aanleiding gegeeven heefc welke gewigtige gevolgen daar uit zyn geproflueert ,• hoe even die zelfde deliberatien een afwisfeling van Regtsonderfoek omtrent den Suppliant hebbert geefFeciueert; en eindelyk, hoe hier door de Gevangenis van den Suppliant is verlengt , en zyne anglten door eene geduurige flingering en beklemmentlleonfekerheid wegens zyn aannaderend lot zyn verdubbeld; Dat Zy Heeren, begrypende dat alle deefe omftandigheeden alleen by den Souverain na behooren kunnen worden geapprecieert, gemeent hadden, dat j voor zoo verre uit defelve een grond tot eeni4V 2 ge  7o8 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul ge mitigatie van ftraf konde worden afgeleid , de bepaaling daar van niet onvoeglaam by den Souverain zelf zoude gefchieden, terwyl zy, met applicatie van de voorfi. ornftandigheeden op het voorhanden zynde geval, en by eene fcrupuleufe overweeging der zelve, zoo in hetafgetrokkene, als met betrekking tot verfcheide zaaken, die hen by de anterieure examinatie der Procesftukken zyn voorgekoomen, geoordeelt hadden, dat deefe fmguliere gebeurtenis, welke ten aanfien van haar beloop, en vooral van haare merkwaardige gevolgen, in de Jaarboeken van Neederland altoos een zeer notabele plaats beflaan zal, zonder de minfte vrees voor de gevolgen, kan fusceptibel gemaakt worden voor eenige; uit hoofde der Circumftantien geenfints willekeurig te noemen gunste van den Souverain, door dewelke, zonder een totale uitwisfeling der gepleegde misdaad plaats te geeven, egter in de mate van de te infligeeren flraf eene aanmerkelyke verzagting zoude worden daar geftelt. Dat Heeren Commisfarisfen mitsdien van Advis zouden zyn, dat het verfoek om abolitie door meergemelde Gevangen Vaandrig de Witte aan hun Edele Mog. gedaan, zoude behooren te worden geweefen van de hand,- dog dat egter, uit aanmerking der reedenen en gronden by dit Rapport gedetaüleert, aan den Suppliant zoude kunnen en behooren te worden geremitteert de Doodftraf, mitsgaders alle andere Straf op een Schavot, welke het Hof ter zaake van de voorfchreeve misdaad aan den Procureur Generaal teegen den Suppliant by Sententie zoude koomen aan te wyfen; en dat wyders aan Prefident en Raden van den Hove, met toefending eener Copie van de in deefen te neemen Refolutie, en van de reede- . nen en motiven, daar toe hy dit Rapport geallegeert, zouden behooren te worden aangefchreeven, en aan defelve als Regters overgelaten, om, reguard neemende op de alfoo verleende Brieven van gunflige remisfie, verder ter voldoening aan de Eisfchen van het regt, zoodanig teegen den Suppliant ter zaake voorfchreeve te fententieeren, als het Hof in goede Juftitie zoude oordeelen te behooren. Dat Heeren Commisfarisfen aan welgemelde Heeren Gecommitteerden der Heeren Staaten van Holland, wel hadden voorgehouden of het niet beeter zoude zyn, dat het Hof in de zaak van den Gevangen de Witte eene Sententie teegen denfelven arrefteerde, alvoorens by de Heeren Staaten der twee Provinciën eenige dispofitie op des Suppliants verfoek om gratie verleend wierd, dan dat hier over eenige Confideratien gewisfeld zyn- j de, daar van de uïtflag geweest was , dat het zelve voorftel weeder met gemeen goedvinden was ter zyde geftelt. | (Onderftond,~) Accordeert met voorfz. Register. (Get'eekent,) L. P. van de SPIEGEL. En vervolgens by nadere refumtie gedelü reert zynde op het Rapport den 19 February deefes jaars ter Vergadering uitgebragt door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende met Commisfarisfen uit den Hove, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 10 Oétober 1783, geëxamineert een Requèst door Jacob Eduard de Witte, Vaandrig Supernumerair in het Regiment van den Luytenant Generaal van Yfenburg, in dienst van den Staat der Verëenigde Neederlanden, aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert, ten eynde het aan hoogstdefelve behaagen mogte al het geen door den Suppliant, in de zaak daar by gemelt, gedelinqueert of verbeurd zoude mogen zyn, teaboleeren en te niet te doen, en daar van aan den Suppliant, te verleenen Brieven van abolitie in optima forma; als meede een Misfive van Prsefident en Raaden van den Hove gefchreeven den 8 Oétober 1783, houdende tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 4 September bevoorens, derfelver Confideratien en het Advis op het voorfz. Request; en eindelyk ook de Confideratien en het Advis door den Procureur Generaal in deefe zaak aan het Hof op de gewoone requifitie geiuppediteerc en door den Hove by de bovengemelde Misfive als een bylaag gevoegd. En door de voorfz. Heeren Gecommitteerden , ingevolge het geconcerteerde met de Heeren Commisfarisfen van de Heeren Staaten van Zeeland, gerapporteert zynde, datzy, naauwkeurig overwogen hebbende de reedenen en gronden, waarom door Prefident en Raaden van den Hove op des Gevangens verfoek van abolitie een declinatoir Advis was uitgebragt, niet hadden kunnen disconvenieeren eensdeels, dat de misdaad van Landverraad, waar in hier geverfeerd wierd; als een Crimen Atrocisfimum, waar omtrent veelebyfonderheedenza« menliepen, die allen den ernst van den Wetgever, om daar tegens te voorfien billykten, uit haar aart en op zig zelve befchouwt, niet zeer fusceptibel was voor een abfolutie gratie, en anderdeels, dat de reedenen, door den gevangen tot excufatie, ware het mogelyk, van zyn delicl geallegeerd, zodanig waren, dat defelven, als alleen tendeerende,omdegraad van misdaad te verminderen, op het gunftigfte befchouwd maar zoude kunnen dienen tot een  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 70c, een mitigatie van de flraf,- en dus eigentlyk piet op een verfoek van gratie aan den Souverain geadresfeerd, waar by den Regter in judicando te pas gebragt konden worden. Dat zy Heeren Gecommitteerden egter daar en tegen in aanmerking genomen hadden de bedenking door Prasildent en Raaden van den Hove by hun Advis aan hun Edele Groot Mog. voorgefïelt, of niet, dewyl des Suppliants langduurige Gevangenis, nog aan den Suppliant , nog aan den gewoonen loop der Regtspleeging, was toe te fchryven, waar door een zaamenloop van extraordinaire omftandigheeden , en zelfs door de deliberatien van hun Edele Groot Mog. was toegekoomen, deefe Confederatie van dien aart zoude zyn, dat op defelve meer by den Souverain zelf, dan by den Regter reguard zouden behooren genoomen te worden, welke bedenking hun was voorgekoomen van zeer veel aanbelang ten deefen te zyn, naardien het bekend was, tot welke deliberatien, infonderheid by de Heeren Staaten der beyde Provinciën , het geval van den Suppliant aanleiding had gegeeven: welke gewigtige gevolgen daar uit waren geproflueerr; hoe even die zelfde deliberatien een afwisfeling van regtsonderfoek omtrent den Suppliant hadden geeffeélueert; en eyndelyk hoe hier door de Gevangenis van den Suppliant was verlengd, en desfelfs anglien door eene geduurige flingering, en de beklemmendde onfeekerheid wegens zyn aannaderend lot, waren verdubbeld. Dat zy Heeren Gecommitteerden, begrypende dat alle deefe omflandigheeden alleen by den Souverain na behooren konden worden geapprecieert, derhal ven gemeend hadden, dat voor zoo verre uit defelve een grond tot eenige mitigatie van flraf konde worden afgeleid, de bepaaling daar van niet onvoegfaam door den Souverain zelfs zoude gefchieden ,• terwyl zy, met applicatie van de voorfz. omflandigheeden op het voorhanden zynde geval en by eene Scrupuleufe overweeging derfelven zoo in het afgetrokkene , als met betrekking tot veifcheide zaaken, die hun, by de anterieure examinatie der proces flukken van deefen gevangen en ook van P. van Brakel, waren voorgekoomen, geoordeeld hadden dat de finguliere gebeurtenis, ten deefe occurreerende, welke ten aanfien van haar beloop, en vooral van haare merkwaardige gevolgen in de Jaarboeken van Nederland , altoos een zeer notable plaats beflaan zouden, niet onvoegfaam kon, en zonder de minlte vrees voor gevolgen, mogt fusceptibel gemaakt worden voor eenige, uit hoofde der Circumltantien, geenfints willekeurig te noemen gunde van den Souverain, door welke, zonder eene totaale uitwisfehing der exteerende Schuld plaats te geeven, egter in de maate van de te inrligeeren ftraf eene aanmerkelyke verfagting zoude worden daar geftelt. Is mitsdien, volgens het eenparig begrip van voorfz Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verdaan, het verfoek om abolitie door den Gevangen aan hun Edele Groot Mog. gedaan te wyfen van de hand dog egter, uit aanmerking van de reedenen en gtonden, by het voorfz. Rapport gedetaüleert, aan den Suppliant te remitteeren de Dooddraf mitsgaders alle andere ftraffe op een Schavot, welke het Hof anderfints ter zaake van de voorfz. misdaad aan den Procureur Generaal teegen den Suppliant by Sententie zoude koomen aan te wyfen; zullende wyders aan Prefident en Raaden van den Hove, met toefendingeener Copie deefer Refolutie, waar in de reedenen en motiven daar toe by het Rapport geallegeerd, zyn vervat, worden aangefchreeven, en aan defelve als Regters overgelaaten, om (reguard neemende op de alfoo verleende gunftige remisfie) verder ter voldoening aan de eisfehert van het regt, zodanig teegen den Suppliant ter zaake voornoemt te Sententieeten, als het Hof in goede juftitie zal oordeelen te behooren. *7< Refolutie van de Staaten van Holland9 waar by het Traclement van den Cipier van de Voorpoorte word bepaald op vier honderd Guldens. Den 25 Juny 1784. By Refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 30 April defes jaars, en den 7 Mey ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan hun Edele Gr. Mogende Refolutie van den 19 February te vooren op een Misfive van de Praefident en Raden van den Hove, den 17 February alhier gefchreven, waar by defelve, op fundament van verfcheide geallegueerde redenen, aan hun Edele Groot Mogende in confideratie hebben gegeven, of hun Edele Groot Mogende niet zouden ge¬ lieven goed te vinden het Traélement van den Cipier der Voorpoorte, (welk Arapt zy tot beter bewaaring der Gevangenen van het Drosfaarts-Ampt wederom hadden gefepareert) van een honderd guldens te brengen op vyf honderd guldens. Is goedgevonden en verflaan aan den Cipiet van de Voorpoorte tot een augmentatie van Traclement te accordeeren een fom van drie honderd guldens'sjaars, en zulks zyn Traétament van honderd tot vier honderd guldens te verhoogen. 4V 3 Re-  fto Placaaten. 5. Boek. 5. TituL 28. Refolutie van de Staaten van Holland* ■lot vernietiging der crimineele procedures tegen de Weduwe van der Meiden, mitsgaders de eeds-prNov., 76. defdve> (Was get eekent ^) M. G. REES. Waar op gedelibereett zynde, is goedgevonden en verftaan, by deefe te verklaaren, dat de thans fungeerende Scheepenen in de Stad Dordrecht bevoegt zyn als Rechters tot de decifie der voorengemelde Procedures en het Arrefteeren en Pronuncieeren der Vonnisfen in defelve. 35. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het Hof gequalificeert word om de ftraf e van publïque Geesfeiing, gedecermert te-, gen iemand, welke wegens zyne lichaams conflituite buiten ftaat was dejcive te ondergaan in eene andere jlrajfe te veranderen. Den 2Q July 1787. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven in den Hage op heden, houdende, dat zekere Pieter Nolte by hun gecondemneert, om wegens zeekere Dievery gebragt te worden ter plaatfe, daar men gewoon is Crimineele Juftitie te doen, en aldaar wel ftrengelyk te worden gegeesfelt, en voorts ten eeuwigen dage gebannen uit deefen Lande, welke ftraf op heden aan hem zoude worden ter executie gelegt, waar toe het Schavot reeds was opge- regt, onder het voorleefen der Sententie der Rolle zodanige fterke Convulfien had, dat de Medicinee Doctor van den Hove, daar over geconfuleert, by desfelfs Declaratoir, waar van Copie Authenticq nevens de Misfive was gevoegt, had gedeclareert, dat de voorfz. Pieter Nolte door desfelfs namurlyke Lichaams Conftitutie, buyten ftaat was om de publicque ftraf op hec Schavot te ondergaan; geevende het gemelde Hof derhalven aan hun Ed. Groot Mog. in Confideratie, of hun Edele Groot 4Y 2 Mog.  724 Placaaten, 5. Boek. 5. Titul. Mog. niet zouden kunnen goedvinden het Hof te qualificeeren om de publicque geesfeling te commuteeren in zodanige andere ftraf als het Hof in goede Juftitie zoude oordeelen te behooren. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Prsefident en Raaden van den Hove by deefe te qualificeeren, om dé publicque Geesfeling, waar toe de voornoemden Pieter Nolte by hun is gecondemneert, te commuteeren in zodanige ftraffe als het Hof in goede Juftitie zal oordeelen te behooren, waar toe Extract, deefer Refolutie aan gemelde Hove zal worden gefonden tot hun informatie en narigt. De ondergefchreeven Med. Doétor van den Ed. Hove van Holland en desfelfs Voorpoorte, des gerequireerd zynde, heeft op huiden den 20 July 1787 (Was geteekentf) geëxamineert Pieter Nolte, gevangen by gemelde Hove, welke by-gejeegenheid van het aanhooren van zyn Vonnis door flaauwtens en ftuyptrekkingen zodanig is aangetast geworden, dat de ondergefchreeven, na het toedienen der nodige Medicamenten en herhaalde vificatie niet kan afzyn aan den Ed. Hove voor te ftellen, het levens gevaar waar aan gemelde Pieter Nolte kan blootgefteld zyn, wanneer hy de publicque ftraf zal moeten ondergaan, wyl uit zyne natuurlyke geftekheid en groote gevoeligheid der Zeenuwen, hem ondergefchreeve by zyne apprehenfie en detenfie gebleeken, zoo dat hy dien tyd niet als door herhaalde Aderlaatingen heeft kunnen gered worden, nu niet dan een ogenfchynlyk gevaar,thans byna geen oogenblik zonder ftuiptrekkingen zynde, te wagten is. ' G. VERRYL MUILMAN, Med. Doét (Onder-flondf) Accordeert met het origineele Declaratoir. By my ADRIAANBODT. 36"» Refolutie van de Staaten van Holland9 waar by de Bailliuw van de Beyerlanden word geauclorifeert, in zaaken van tumultueufe bewegingen ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 18 Augustus 1787. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 16 defer, hebbende , ingevolge en ter voldoening aan hun Ed. Groot Mog. Appointement van den 14 defer, geëxamineert de Requeste aan hun Ed. Groot Mog. geprasfenteert door Mr. Nicolaas Backus, Heer van Nieuw Beverland, inqualiteit als Bailliuw van de Byerlanden, waar by verzogt heeft, dat hun Ed. Gr. Mog. hem Suppliant, als Bailliuw van de Byerlanden, zouden gelieven te authorifeeren en te qualificeeren, om in de Procedures, welke door den Suppliant R. O. ter zaake van de oproerigheden daar by vermeld, op decreet van den Regter gevoerd zouden worden, ten kosten van den Lande te procedeeren, en om derhal ven de reeds gemaakte en verder nog te vallene kosten, zoo wegens de extraordinaire als ordinaire Procedures, met, de gevolgen van dien, te mogen brengen ten koste van den Lande, en dat hun Ed. Groot Mog. daar van zouden gelieven te verkenen Refolutie in forma. De Gecommitteerde Raden, ingevolge en ter voldoening van Uw Edele Groot Mogende Appointement marginaal van den 14 defer, geëxamineert hebbende de Requeste aan Uw Edele Groot Mogende geprasfenteert door Mr. Nicolaas Backus, Heer van Nieuw Byerland, in qualiteit als Bailliuw van de Byerlanden; Hebben bevonden daar by verzogt te zyn, dat Uw Edele Groot Mogende hem Suppliant, als Bailliuw van de Byerlanden, zouden gelieven te authorifeeren cn te qualificeeren , om in de Procedures, welke door den Suppliant R. O., ter zaake van de oproerigheden daar by vermeld, op decreet van den Rechter gevoerd zouden wor-  Raakende Crimineele Juftitie cn Rechtsvordering. 725 worden, ten kosten van den Lande te procedeeren en om derbalven de reeds gemaakte en verder nog te vailene kosten, zoo wegens de extraordinaire als ordinaire Procedures, met de gevolgen van dien, te mogen brengen ten kosten van den Lande; en dat Uw Edele Groot Mogende daar van zouden gelieven te verleenen Refolutie in forma. En wanneer de Gecommitteerde Raden vervolgens overwogen hebben de gronden, waar op het gemelde verfoek gefundeert is, nebben defelve zig ten eenenmaale onbefwaart gevonden, om j daar op van een favorabel advis aan Uw. j Edele Groot Mogende te dienen, vooral in confideratie, dar, zoo 'er ooit termen zyn, om zulke authorifatien te ver- | leenen, zulks dan althans in dit geval aan geehe de minde dubieteit kan onderhe- \ vig wefen, dewyl het zelve in allen op- j zigte is extraordinair, zoo uit hoofde van \ de exorbitance en meenigvuldigheid der | buitenfpoorigheden, geweldadigheden en 1 plunderingen, welke in de maand July j laatstleden in de HeerJykheid van Oud- j Byerland hebben plaats gehad, en des j Suppliants yver hebben gaande gemaakt, | om het Recht van de Hooge Overheid j dien aangaande met alle mogelyke dcligentie en vigeur te handhaven, als in j aanmerking van het confiderabel groot aan- j tal van die geenen, tegen welke door ; den Suppliant reeds dadelyk van Officie j wege geprocedeert is, en tegelykvande ' zeer groote importantie van de daar toe j reeds gemaakte en nog verder te makene j kosten; zynde het aan de Gecommitteerde Raden toegefchreeven, dat althans zulk een volftrekt unicq geval met geene gratie aan een Bailliuw te vergen zoude welen , om zulke zoo aanfienclyke kosten voor zyn rekening te neemen, behalven dat zulk eene verging ten gevolgen zoude kunnen hebben, dat een Bailliuw in zoodanig geval liever van zyn geheeie Ampt zoude defiileeren, dan zig met de verdere waarneeming van dien, vvelligt tot zyne eige ruine, belasten; en dat langs dien weg het Recht der Hooge Overheid gevaar zoude kunnen Ioopen van niet te worden vervolgt, het geen directelyk tegen hun Edele Groot Mogende gedeclareerden wil en intentie zoude aanloopen, en waar omtrent de verderffeiykheid der Suittes, in een tyd als defe, al te manifest zoude wefen, dan dat de Gecommitteerde Raden noodig zouden hebben zig daar over ten defen te elargeeren. Weshalven de Gecommitteerde Raden , onder het welneemen van Uw Edele Groot Mogende, van Advife zouden zyn, dat in dit extraordinaire geval aan den Suppliant desfelfs gedaane verfoek zoude behooren geaccordeert te werden, zoo als het zelve is leggende; des egter, dat het zelve niet getrokken zal mogen worden in confequentie. Niet te min 'refercercn zig-de Gecommitteerde Raden ter hoogwyfe dispofitie van Uw Edele Groot Mogende, den 16 Augustus 1787. Waarop gedeübereert zynde, is goedgevonden en verdaan, in dit extraordinaire geval aan den Suppliant desfelfs gedaane verfoek by defe te accordeeren, zoo als het zelve is leggende; des egter dat het zelve niet getrokken zal worden in confequentie. 37. Refolutie van de Staaten van Holland* waar by de Hooft- Officier der Stad Leyden word gequalificeert om de kosten in de zaak van de Weduwe van der Meulen, en verdere aanhoorigen tot die zaak, in zyne rekening te mogen brengen, Den 24 Mey 1788. De Heer Penfionaris Jager heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Justitie, in gevolge en ter voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie commisforiaal van den 8 September 1785, hadden geëxamineert de Requeste van Mr. Pieter Jan Marcus, Hoofd - Officier der Stad Leyden, om de daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mog. aan hem gelieven te permitteeren, om de kosten, welke de Suppliant, in de zaake daar by gemeld van Catharina Taan, Weduwe Gilles Christiaan van der Meulen, mitsga¬ ders van Johannes Gryfzoe, en andere daarin geconcerneert genoodfaakt is geweest temaaken, in desfelfs jaarlykfe rekening, welke hy als Graaflykheids Officier aan de Provinciaale Rekenkamer moet overfenden, te brengen, met authorifatie op voorfchreeve Rekenkamer, om die kosten in desfelfs rekening te lyden; mitsgaders eene Misfive van Schepenen der Stad Leyden, gefchreven aldaar den 5 September voornoemt, waar by zy, repeteerende hun verfoek by Misfive van den 28 October 1784 gedaan over de voldoening der kosten, zoo op de custodie van voorfchreeve Catharina Taan, Weduwe Gilles Christiaan van der Meulen, als op de perfoneele Arresten of 4Y 3 Gy*  7 26 Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. Gyfeling van gemelden Jan Gryfzoe en Johan» na Cornelia van de Sant, verder verfoeken, dat daar onder werde gecómprehendeert de kosten na hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 October 1784, daarop gevallen; met en benevens de gewoone kosten en mifen van Justitie van de Delinquanten Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant. En dat zy Heeren Gecommitteerden hadden vermeend te moeten nagaan en opklimmen tot den inhoud van hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 October 1784, ten einde daar uit de beüisfmg, zoo ten opfigt van het fpeciaal verfoek van den Suppliant in zyne qualiteit, als van het generaal verfoek van Scheepenen der Stad Leyden, volgens gronden van aequiteit en redelykheid te denveer en en vast te Hellen. Dat aan hun Heeren Gecommitteerden uit de gemelde Refolutie was gebleeken, dat hun Edele Groot Mogende hebben goedgevonden, ex plenitudinepoteftatis, de Crimineele Procedures, door des Suppliants Praedecesfeur Mr. Hieronyraus Johannes van der Marck tegens Catharina Taan, Weduwe Gilles Christiaan van der Meulen, gevoerd, en onder hun Edele Groot Mogende Notulen van den 14 Mey en 16 July i784breeder gementioneert, met de gevolgen en aankleeven van dien, te Rellen buiten effect, en in het byfonder ook de Eedspnestatien, waar mede Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant, hunne gedaane befchuldingen, of gegeven dcpofiuen tegens de voornoemde Catharina Taan hadden beves- „ tigt; ongeprsejudicieerd nogtans by provifie de custodie, waar in Catharina Taan zig toen bevond; als mede het perfoneel Arrest, zoo als het zelve ten aanfien der voornoemde Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant toen plaats had; en wyders den Suppliant, als toen het Hoofd-Officierfchap der Stad Leyden eerstdaags zullende aanvaarden, fpecialyk te qualificeeren , om na het overneemen der ingewonne informatien, dog zonder de zelve daadelyk verder te employeeren, dan voor zoo veel hy die zoude mogen be vinden in behoorlyke order ingerigt, mitsgaders relevant te zyn, ïadttwetyks en ab ovo, de gantfche zaak te onderfoeken , en omtrent de zelve op nieuw, en van toen af aan, het recht van de Hooge Overheid voor Schepenen der Stad Leyden waar te neemen; alles ten einde in defelve, zoo ten aanfien der voorfchreeve Weduwe van der Meulen, en Johannes Gryfzoe, als omtrent anderen die daar in geconcerneerd mogten zyn, zoude kunnen worden geftatueerd, gedisponeerd, of gevonnist, zoo als in goede Juftitie zoude worden bevonden te behooren. Dat zy Heeren Gecommitteerden vervolgens hadden geconfidereert, dat daar een HoofdOfficier, nietaltyd, en indistincte, gehouden is, om de Procedures, door zynen Prsedecesfeur ondernomen, voorttefetten, wannneer hy de zelve ongefundeert of ongeraden vind te pousfeeren; aan den Suppliant egter, die i van zig zelfs geheel onbevoegd , en het Caracter van Accufator publicus misfende, geheel ongehouden was, om eenige Notitie van die Procedures te neemen; uit hoofde van hun Edele Groot Mog. gemelde Refolutie zekerlyk geene keufe overig bleef, om defelve, door Mr. Hieronymus Johannes van der Marck gevoerd, zig al of niet aan te trekken; terwyl hy Suppliant integendeel onder de fterkfte verpligting wierd gebragt, om die Procedures , in eene finguliere qualiteit, hem door den Souverein opgedraagen, terwyl de voornoemde Mr. Hieronymus Johannes van der Marck nog werkelyk als Hoofd - Officier der Stad Leyden fungeerde, daadelyk ab ovo af voor den ordinaris Rechter te moeten entameeren; zoo als hy dan ook defelve, volgens het getuigenis van Schepenen der Stad Leyden voornoemt, met alle mogelyke activiteit heeft ondernomen, en na veel' moeite en arbeid te hebben aangewend, tot zoodanig einde heeft gebragt, dat, na dat de custodie van de Porfoon van de Weduwe van der Meulen , by dispofitie van Schepenen voornoemt, op den 23 December 1784 was opgehèeven, en de perfoneele Arresten of Gyfelingen van Jan Gryfzoe en Johanna Cornelia van de Sant in eene overbrenging naar de publicque Gevangenis waaren gecommuteerd, de misdaad van Meineedigheid en detestabe/e caltimnie, door de twee laastgenoemde Perfoonen tot Crimineele vervolging van eerstgemelde uit de verfoyelykfte principes gepleegd, vervolgens by vonnis van gemelde Schepenen haare condigne ftraf heeft bekomen; waarom zy Heeren Gecommitteerden hadden vermeend, dat de redelykheid en billykheid vorderen, dat de kosten, die de Suppliant uit kragte van een uitdrukkelyk, dog teffens buitengewoon en fingulier bevel van den Souverein heeft moeten maaken, en die hy van de Gecondemneerdens, om reden van hun notoir onvermogen, niet zoude kunnen recouvreeren, aan denfelven worden vergoed, en hy mitsdien, in dit fpeciaal geval gelyk gefield worde met een, particulier Perfoon of Rechtsgeleerde, die, wanneer hun Edele Groot Mogende uit hoofde van derfelver Souvereine magt hadden kunnen goedvinden, zoodanig iemandtot het waarnemen van het Recht der Hooge Overheid in de gemelde Procedures te coramitteeren, zonder de minlle tegenfpraak of bedenking van wegen het Gemeene Land fchadeloos zoude zyn gefteld nopens de Proceskosten, na hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 October 1784 , tot het uiteinde der faak gevallen, boven en behalven het falaris, het welk hy in redelykheid zoude hebben verdiend. Dat zy Heeren Gecommitteerden wyders in overweeging hebbende genomen het verfoeit door Schepenen der Stad Leyden gedaan, om de kosten, zoo op de custodie van de Weduwe van der Meulen,, a/s op de Perfoneetó Arresten en Gyzelingen van Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant in het gene-  Raakende de Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. neraal gevallen, ten laste van den Lande te brengen, hadden vermeend wederom in het öo-; te moeten houden hetfingulier geVal, irt welke defe Procedures zyn geintigreerd geweest; de zwaarigheid van den Regter door de- verhietrgfn'iÊ derfelve, om ietwes dieswégens , en voor al ten opzigte van die kosten, welke voor hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 21 October 1784 zyn gehupen* deerd, volgens gronden van Regten te termineeren; ende uit dat alles voortvloeyende noodiivakelykheid en billykheid , dat tot be- | taaling van die kosten, door den Souverein op eene extraordinaire wyfe worde voorden i vooral om dat zy Heeren Gecommitteerden hadden geconfidereert, dat de gemelde kos- j ten voor eerst niet kunnen worden gebragt tot j laste van Mr. Hieronymus Johannes van der j Marck, amgeüen defe als fungeerend Hoofd- j Officier der Stad Leyden door hun Edele Groot Mogende geheel en al, by hoogst der- j felver meergemelde Refolutie van den 21 October 1784, buiten het Proces met-de ge vol* gen en aankleeven van dien, en zonder eenige de minde referve van kosten of pecunieel befwaaar, is gefield; beha!ven dat verre het grootfte gedeelte der kosten, zoo op de voorfchreeve custodie, a's op de Perfoneele Arresten en Gyzelingen, gevallen, niet door zyn toedoen, maar door de deliberatien van den Souverein , en het langduurig onderzoek van hoogit desfelfs Gecommitteerden is veroorfaakt. • Dat, in de tweede plaats, de zelve ook niet met eenigen fchyn van redelykheid kunnen flrekken tot befwaar van Mr. Pieter Jan Marcus, dewyl het grootfte deel derfelve reeds was gemaakt, zonder dat hy eenigzints in de meergemelde Procedures was geconcerneerd; behalven dat , na een naauwelyks onderfoek der zaak uit kragte van een fingulier en extraordinair bevel van den Souverein door hem ondernomen, de beide Delinquanten Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant, by Vonnis van Schepenen der Stad Leyden, in de kosten en müenvan Juftitie zyngecondemneerd geworden. En eindelyk, in de derde plaats , dat gee* ne dier kosten, zonder alle principes van bil* lykheid den bodem in te flaan, behooren te worden gebragt tot befwaar van de Weduwe van der Meulen, om dat haare onfchuld, na een plenair onderfoek van zaaken volkomen is gebleeken en geregt vaardige; en dat haare Beschuldigers en calumniateurs in de kosten zyn gecondemneert. Terwyl zy Heeren Gecommitteerden hadden geoordeelt, dat hier tegens in geene bedenking verdient te komen, dat de perfoneele custodie die door de Weduwe van der Meulen vrywillig is aangeboden ; om dat daar tegen met grond kan worden geëxcipieerd, dat het gemelde aanbod door haar is gedaan, om de vrees voor grievender excesfen en onderneemingen van den toen fungee- renden Hoofd - Officier der Stad Leyden voortekomen; en die in het oog van de Weduwe van der Meulen zig nietonwaarfchynlyk moest vertoonen , wanneer men in aanmerking neemt, dat hun Ed. Gr. Mogende by derfelver Refolutie van den 2 1 October 1784. zig overtuigt hebben verklaart van de irregulariteit in den aanleg der Procedures door .den gemelden Hoofd-Officier, uit hoofde van een erroneus fystema tegens haar Ondernomen, en van de regtmaatigheid van het beklag dieswegens in den Schoot van hun Edele Groot Mogende door haar uitgeftorr. Uit welk alles zy Heeren Gecommitteerden hadden vermeent te mogen beiluiten, dat het voor de meergemelde Weduwe van der Meulen eene groote hardigheid zoude uitleveren, ombefwaard teblyven met kosten, gevallen op eene voor haar zoo tsedieuiè als langw^lige custodie, geheel en al buiten haar toedoen, den tyd van eenige maanden , door de deliberatien van den Souverain geprotraheerd, zonder zig den weg te zien aangewefen, om de zelve immer of ooit van haare Befchuldigers te kunnen recouvreeren. Waar op gedelibereerd, en gelet zynde op alle de particuliere omftandigheden, welke in de bovengemelde Procedures op eene buitengewoone en zeldfaame wyfe hebben te zaamen geloopen; Is, conform het Advis van de voorfchreeve Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan* aan den eerften Suppliant Mr. Pief er Jan Marcus, gewefen HoofdOfficier der Si ad Leyden , by defe te permitteeren , om de kosten, welke hy Suppliant in de zaak van Catharina Taan, Weduwe Gilles Christiaan van der Meulenb mitsgaders van Johannes Gryfzoe, en anderen daar in geconcerI neerd, genoodfaakt is geweest te maaken, in desj felfs Rekening ten laste van den Lande te mogen brengen; mitsgaders de Gecommitteerden f in de Rekenkamer defer Provincie te authorifeeren , om de voorfchreeve kosten in de gemelde Rekening te valideeren: met verdere last en qualificatie in dit fpeciaal geval, en zonder het zelve tot eenige confequentie te doen \ ftrekken, om daar en boven de kosten en mi1 fen van juftitie, zoo op de custodie van de gemelde Weduwe van der Meulen, als op de Perfoneele Arresten of Gyzelingen van Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant, zoo voof .als na hun Ed. Gr. Mogende Refolutie van den 21 October 1784 gevallen, met en benevens de gewoone kosten en mifen van Juftitie van de Delinquanten Johannes Gryfzoe en Cornelia van de Sant, wanneer de zelve ter Rekenkamer in deliberatie zullen wolfden gebragt, te lyden en te voldoen. En zal Extract defer Refolutie worden gefonden aan de Gecommitteerden in de Provinciaale Rekenkamer, mitsgaders aan Schepenen der Stad Leyden, en aan Mr. Pieter Jan Marcus , om, voor zoo veel ieder van hun aangaat, te ftrekken tot derfelver informatie eri narigt. Ré-  y%$ Placaaten. 5. Boek. 5. Titul. gS. Refolutie van de Staaten van HoUatid, waar by de Hooge Vierfchaar van Zuidholland word geoclroyeert, om ook uit de Stad Dordrecht en de Heerlykheid de Merwede te mogen bannen. Den 16 January 1789. Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raden van den Hove, gefchreven in den Haage den 13 defer, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 5 December laatstleden, derfelver confideratien en favorabel advis op de daar nevens te rug gaande Requeste van Bailliuw en Mannen van den Hove en Hooge Vierfchaar van Zuidholland; daar by verfoekende te worden geoctroyeerd, om van nu voortaan alle zulke Misdaadigen, welke by Vonnis van denfelven Hove en Hooge Vierfchaar uit de Jurisdictie van Zuidholland zullen werden gebannen, ook uit de Stad Dordrecht en Jurisdictie van dien, en de Heerlykheid Merwede te mogen bannen. Waar op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verftaan, het verfoek by de voorfchreeve Requeste gedaan te accordeeren, en dienvolgende Bailliuw en Mannen van den Hove en Hooge Vierfchaar van Zuidholland te octroyeeren, accordeeren en confenteeren, om van nu voortaan alle zulke Misdaadigen, welke by Vonnisfe van den zeiven Hove en Vierfchaar uit de Jurisdictie van Zuidholland zullen v/orden gebannen, ook uit de Stad Dordrecht en Jurisdictie van dien, en de Heerlykheid Merwede te mogen bannen. 39. Refolutie van de Staaten van Holland'% waar by aan de Weduwe van iemand die met den doodgeftraft was, remisfie van de kosten en mifen van Juftitie word geaccordeert. Den 14 Maart 1789. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van Bailliuw en Welgebooren Mannen van Rynland van den 23 Augusty 1783, en den 28 daar aan ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 30 July te vooren, op de daar by te rug gefondene Requeste van Hester van Dam, Weduwe van Jacob Hey, teSIufpwyk, ten einde te bekomen remisfie van de kosten en mifen van Juftitie , waar in haar Man ter zaake van eene wonde, aaneenen Ary van Leeuwen aldaar toegebragt, waar aan de laatfte des anderendaags was overleden, by vonnisfe van Welgeboore Mannen, boven de dooddraf met den zwaarde, was gecondemneert. Is goedgevondenen verftaan, het verfoek, by de voorfchreeve Requeste gedaan, aan de Suppliante te accordeeren in zoo verre, dat Gecommitteerden in de Provinciaale Rekenkamer werden geauthorifeert, om aan den Bailliuw van Rhynland in de voorfchreeve zaak in rekening te laaten valideeren tot laste van den Lande die kosten, welke, in geval de geëxecuteerde Jacob Hey geene Góederen, hoegenaamt, had befeeten en dat daar van door den Regter een Declaratoir gegeven was, als dan, volgens de gewoone en vastgeftelde order in zulke gevallen aan den Lande in rekening zouden mogen worden gebragt, en door gemelde Rekenkamer aan de Officieren in hunne crimineele Rekeningen geleden worden. En zal Extract defer gefonden worden aan de Gecommitteerden in de Provinciaale Rekenkamer, als mede aan den Bailliuw van Rhynland tot hun narigt. 40. Refolutie van de Staaten van Holland* waar by een verfoek van den Franfchen Minister, om zekeren ver dagten Fabriceer der van Atfhnaten, te Amfterdam geapprehendeert, aan het Franscb Gouvernement oyer te geven, word gedeclineert. Den 3 Mey 1792. Ontfangen een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfteldam, gefchreven aldaar den 29 Maart deies jaars, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 7 te vooren, derfelver Confideratien en Advis op een Notedoor den Heer la Tour du Pin Gouvernet, Minister Plenipotentiaris van zyne Majefteit den  Raakende de Grimineele Juftitie en Rechtsvordering. 72$ Koning van Vrankryk aan den Raadpenfionaris ter hand gefteld, ten einde by de Regeering derfelve Stad Amfteldam mogte worden geëffe&ueert de extraditie van zekeren Johan Henry Schleucher, verdagt Fabriceerder van valfche Asfignaten, met zyne Stukken aan den Perfoon in de gemelde Note vermeld, en tot desfelfs overvoering naar Parys belast; breeder in het volgende Advis vervat* Edele Groot Mogende Heeren! Ter voldoening aan de Refolutie van Uw Edele Groot Mog. van den 7 Maart defes jaars, by de welke hoogst defelve hebben goedgevonden onfe Confideratien en Advis te requireeren op een Note door den Heer la Tour du Pin Gouvernet, Minister Plenipotentiaris van zyne Majefteit den Koning van Vrankryk , aan den Heer Raadpenfionaris ter hand gefteld, ten einde by de Regeering der Stad Amfteldam mogte worden geëffeótueert de extraditie van zekeren Johan Henry Schleucher, verdagt Fabriceerder van valfche Asfignaten, met zyne Stukken aan den Perfoon in de gemelde Note vermelden tot desfelfs overvoering naar Parys belast, zullen wy eerst opgeven, wat ten defen in faclo heeft plaats gehad, om dan daaruit in de tweede plaats te deduceeren die Confideratien en dat Advis s welke U Ed. Groot Mog. van ons verlangen; Johan Henry Schleucher, gebooren te Heidelberg in de Paltz, zig eenige jaaren met 'er woon in Vrankryk hebbende opgehouden, dog dat Land zedert eenigen tyd uit hoofde der onlusten, en daar uit voor hem gefprooten onaangenaamheden hebbende verlaaten, metvoomeemen, om zig hier met 'er woon te begeeven, onder het vermoeden gekomen zynde, dat hy hier te Lande preparatie maakte, om Franfche Asfignaaten na te maaken, is op den 1 January van dit jaar geappnehendeert, en in de Boeyen geraakt , en is tegens hem het Proces door den Heer Hoofd-Officier begonnen geintenteert te worden. De Heer Hoofd-Officier, begrypende dat defe zaak voor Vrankryk van veel gewigt was, heeft om die reden den Heer de Lironcourt, waarnemende de zaaken van het Franfche Hof te Amfteldam, daar van kennisfe gegeven. De Heer Minister van Vrankryk heeft zig eerst indirecrelyk, en naderhand in Perfoon, vervoegt by den Heer HoofdOfficier, ten einde te bewerken, dat de Gevangene wierde geëxt radeert Schepenen hier van kennis hebbende bekoomen, vonden de zaak in alle haare omftandigheden te zaamen genomen zoo IX. Dml. vreemd, dat men ten minden geen béfluit konde neemen op het verfoek H zoó als het zelve toen wierd gedaan! maar dat de Heer de la Tour du Pin Gouvernet zig behoorde te vervoegen by den Souverain zelve; en dit fchynt dan ook aanleiding te hebben gegeven tot de Note , door den Heer Minister van Vrankryk aan den Heer Raadpenfionaris ter hand gefteld, waar op thans Onfe Confideratien zyn gevordert En hier toe als nu overgaande, meenen wy tot een fteiregel in criminalibus te mogen aanneemen, ubi te invenio, ibi te judico, waar uit dan al aanftonds volgt, dat de Gevangé te Amfteldam door den Hoofd-Officier fuo pericu/ö, en niet op aanfoek van het Fran' fche Minifterie geapprahen deert zynde , ook daar moeten worden te recht ■gefteld. ' Wy ontkennen niet, Ed. Groot Mog. Heeren 1 dat defe regel zyne uitfonderingen hebben kan, Welke uitfonderingeii wy meenen, dat vier in getal kunnen zyn, en gefogt moeten worden. Of 1. in den Perfoon van den Dehnquant Of 2. ih den aart en natuur van het Delict. Of 3. indeplaatfe van het begaan van het Delict Of 4. in de Continentia Caufie. De eerfte uitfondering betreft den Perfoon van den Delinquant, maar defe Gevangene een Paltzer van geboorte, heeft wel eenigen tyd in Vrankryk gewoont, aldaar ook voor dien tyd zyn domicilie gehad: maar zig met de heerfchende gevoelens daar niet kunnende vereenigen, defe zyne woonplaats reeds voor eenigen tyd verlaaten, met voornemen, om zig hier ter Stede, alwaar hy nog eene Suster heeft, neder te zetten, zoo als hy dit zyn voornemen aan haar dan ook meermalen had te kennen gegeven. De temporaire Woonplaats van den Gevangene, reeds door hem voor dato van zyn aangetygde misdaad verlaaten, kan dus geen grónd tot uitlevering uitmaaken 3 en andere omftandigheden, den Perfoon betreffende, zyn aan ons onbekend* De tweede uitfondering is gelegen irt den aart van het gepleegde Delict. Er zyn tweederley Delicten, Welke de veiligheid der Burgermaatfchappyeri vordert, dat geftraft worden: Voor eerst zulke, die, waar oök gë' pleegt, over al misdaden zyn, en overal ftraf baar j, hoedanige zyn; Roof, Moord, Dievery, Brandftigting en zoorgelyke; maar'er zyn andere misdaden 4 die^ hoé zeer in zig zei ven misdaden zynde ^ egter niet overal ftraf baar zyn; van dïeri 4Z aari  73^ Placaaten. 5. Boek 5. Titul. nart zyn by voorbeeld Rebellie, Seditie en zoortgelyke; iemand die in Vrankryk Rebellie gepleegt heeft, zal uit dien hoofde in een ander Land niet geftraft worden: en dit is dus een misdaad, die, wanneer zy in tydéri, die voor het overige rustig zyn, gepleegt word, uit haaren aart gefchikt is, om de daar aan fchuldigen te reclameeren, om dat zy anders ongeftraft zouden blyven. Onder welk zoort van misdaden nu hoort de aan defe Gevangene aangetygde misdaad ? defelve beftaat in het maken van preeparatien, om Franfche Asfignaten na te maken, en dus in een voornemen, om het Crimen falfi te pleegen, het zy men het confidereere als een falfum in genere, of wel als eenfpecies f al fee r,ionetce, Maar hoedanig dit ook by den Regter zoude mogen befchouwt worden, altoos is het een misdaad, die overal ftraf baar h, want iemand, die door de handteekening van een vreemde na te maaken iemand zoekt te bedriegen, is zoo wel ftraf baar, als de geene die zulks zouden willen doen door het nabootfen van de hand van eene Ingefetenen; iemand die valfche Guinees of Louifen munt, is zoo wel ftraf baar als iemand / die valfche Guldens maakt, om dat aan j de handteekening,' van den Vreemdeling, aan de Engelfche en Franfche Munt hem, een zekere waarde'word \ toerekent. En het zelve heeft ook plaats met de • Asfignaten, die, hoezeer een zoort van Franfche Munt, en daar eenige waarde hebbende, ook hier eenige waarde heeft, welke haar beftaan vind in de meerdere of mindere foliditeit, die men aan de Financie en Conftitutie van Vrankryk toe wil kennen. Wei is waar, dat dele misdaad in de eerfte plaats haare betrekking heeft op Frankryk, maar zy concerneert geheel Europa, dat door defe valfche Asfignaten zoude kunnen bedrogen worden, even als het maaken van valfche Hollandfche Guldens defe Provincie wel in de eerfte plaats betreft, om dat het Crediet van haar Munt daar door vermindert, maar zig vervolgens tot alle andere Landen, daar men die zoude willen uitgeven, uitftrekt. De derde uitfondering is de plaats van het begaane Delict; maar behalven dat niet word voorgegeven, dat defe daad in Frankryk zoude wefen gepleegt, of op dien grond de uitlevering verfogt, zoo komt de befchuldiging daar op neder, dat de Gevangene het papier, waar op de Asfignaten gedrukt worden, aan zekeren Molen aan de Zaankant zoude hebben laten namaken, en by een Jood binnen defe Stad zekere Stempel hebben befteld. Waar uit dus volgt, dat de prteparatien tot het Crimen hier en niet in Frankryk zyn gemaakt, terwyl het Crimen zig tot hier toe alleen tot prseparatien heeft geborneerd. Eindelyk is de vierde uitfondering defe regel, de Continentia Caufaj; wanneer 'er by de Juftitie in Frankryk Lieden geapprehendeert waren, welke aan het fabriceeren van Asfignaten zig hadden fchuldig gemaakt, en defen Gevangene met eenigen grond hadden betigt, dan zoude defe uitfondering in confideratie kunnen komen, maar dit word niet voorgegeven, veel min bewefen. Men zoude mogelyk, Edele Groot Mogende Heeren! als een vyfde uitfondering kunnen opgeven, wanneer iemand op verfoek van een Buitenlandsch Vorst was geapprehendeert: maar behalven dit althans hier geen plaats heeft, zoude men zulks niet zoo zeer als eene uitfondering moeten befchouwen, dan wel als een apprehenfie, die wel Corporeel was gefchied, maar niet animo Judicandi, maar detinendi & judici ordinario tradendi; wy erkennen wel, dat, alhoewel de uitlevering van Gevangenen aan Naburige Mogendheden in defe Stad zeer zelden gefchied, deswegens omtrent Frankryk geen zwaarigheid gemaakt word uit hoofde der beproefde reciprociteit; de gevallen zyn daar van meenigvuldig, en één zelve vry recent, dog in die gevallen was de apprehenfie op verfoek van den Koning van Frankryk gefchied. Dit zyn de Confideratien, welke wy ons verpligt gevonden hebben onder het oog van U Edele Groot Mogende te brengen, terwyl wy, daar U Edele Groot Mogende ook ons Advis hebben gevraagt, eerbiedig van gedagten zouden zyn, dat aan den Heer la Tour du Pin Gouvernet in antwoord op desfelfs Note op eene Convenable wyfe zoude kunnen worden te kennen gegeven, dat, daar de Regeering van Amfteldam op gronden van Rechten meend te moeten difficulteeren in de extraditie van defen Gevangene, UEdele Groot Mogende aan het verfoek van hem Heer Gouvernet niet kunnen defereeren, en vertrouwen, dat zulks ook alfoo by het Hof van Frankryk by nader reflexie zal worden geconfidereert, terwyl U Edele Groot Mogende daar by zouden kunnen voegen, verfekerd te zyn, dat, wanneer de Gevangene by den Rechter fchuldig zal worden bevonden, hy dan ook geftraft zal worden conform de Wetten, op dergelykeMisdaaden geëmaneerd. Hier meede, Edele Groot Mog. Heeren! God Al- mag-  Raakende dê Crimineele Juftitie en Rechtsvordering. 73 * magtig biddende U EdeJe Groot Mogende te willen Zeegen met eene vooripoedige Regeering, blyven wy (Onderfond,) U Edele Groot Mog. Dienstbereide Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfteldam. {Lagerftond,') Ter Ordonnantie van defelve. Amrierdam den (Geteekent,) 19 Maart ' . iwp REN DORP. Waar op gedelibereert, en gelet zynde op de gronden by het voorfz. Advis gelegt, is goedgevonden en verftaan, Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfteldam by defe te verfoeken, om, aangefien geen Minister van het Hof van Vrankryk thans hier aanwezig is, aan de Commisfaire de Marine van het zelve Hof in hunne Stad te kennen te geven, dat, daar de Regeering van Amfterdam op gronden van Rechten meend te moeten difficulteeren in de extraditie van den voorfz. Gevangene, hun Edele Groot Mog. aan het verfoek door den Heer Gouvernet gedaan, niet kunnen defereeren, en vertrouwen, dat zulks ook alfoo by het Hof van Vrankryk by nadere reflexie zal worden geconfidereert, terwyl hun Edele Groot Mog. verfekert zyn, dat, wanneer de Gevangene by den Rechter fchuldig zal worden bevonden, hy dan ook geftraft zal worden conform de Wetten, op dergelyke Misdaaden geëmaneerd; wordende Schout, 1 en Schepenen der Stad Amfterdam gequalifi| ceejt met de begonne Procedures tegen den i gemelden Gevangene voort te gaan. ZESDE T I T U L. Betreffende de Rechtsvordering in de Steden, den Haage, en ten platten Lande» i. Refolutie van de Staaten van Holland^ tot Juftificatie van het gedrag van de Kamer van Juftitie te Vianen , in het verkenen van een Mandament van Evocatie, tegen het Gerecht der voorfz. Stede. Den 25 January 1774. Tp\e Heer Penfionaris van Zeebergh heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Gr. Mog. Refolutie Commisforiaal van den 20 July 1775, geëxamineert het Request by den Schout en die van den Geregte der Steede Vianen aan haar. Ed. Groot Mog. geprefenteert, om redenen daar by geallegeert, tendeerende, dat haar Edele Groot Mog. die van de Kamer van Juftitie van Vianen en Ameiden' zouden gelieven te ordonnéeren het Mandament van evocatie, ten verfoeke Van Maürits Cornelis de Waal, Heer Van Leksmond verleent, intetrekken en buiten effect te ftellen, met ftateering immiddels der geën¬ tameerde procedures, mitsgaders eene Coplé van het gemelde Mandament van evocatie; en eindelyk ook eene Misfive van de eerfte en andere Raden in de Kamer van Juftitie te Vianen, gefchreven te Vianen-den 17 Mey van het zelve jaar, houdende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 8 Maart bevoorens derfelver berigt op het voorfz. Request. Waar op gedelibereert, en in agting genomen zynde, dat, hoe zeer ook de fomme, waar over in het voorhanden zynde geval de questie origineel ontftaanis, is'Van zeer'Wéinig importantie, nogtans defe geringheid Van het object niets nemen of geven kan, ten aanfien van de vraag, of het Mandament van evd. catie wel én te regt ten deefe Verleend zys 4Z 2 ém  732 öan niet; aangefien het verfoeken van een diergelyk Mandament een middel is, in de practycq verordent, in het byfonder voor allen en een iegelyk, dien in eenigerhande, zoo geringe als grootere Judicieele zaaken, by den Regter, voor wien hy procedures ondernomen heeft, Juftitie geweigert word: dat derhalven de Kamer van Juftitie te Vianen, met zoodanig verfoek geadieert wordende, en Wel ineen zaak, dieniet anders dan eenecondiclio indebiti, en dus eene op zig zelf ordinaire en civile actie, tot onderwerp had; als fuperieure Regter niet alleen bevoegt, maar zelfs verpligt is geweest, om, zonder aanfchouw van de geringheid der fomme in questie, aan die gedaane klagten te defereeren: dat mitsdien die van den Geregte van Vianen geenerhande reden van doleantie in defen hebben, zoo dra zy maar niet kunnen ontkennen, dat zy als Regters geweigert hebben; Juftitie te adminiftreeren: terwyl ondertusfchen dit laatfte naar de eigen voordragt van zaaken, welke de Schout en het Geregt van Vianen by hun geprsefenteert Request aan haar Edele Groot Mog. hebben gedaan, geen de minfte twyffeling kan onderhevig zyn, nademaal zy die gedaane weigering avoueeren, en hun oogmerk, om de zaak buiten vervolg te houden, zelfs tragten te billyken. Dat gelyk dus eene op zig zelfs voldoende reden voor het vraagen van een Mandament van evocatie exteerde; die van de Kamer van de Juftitie van Vianen overfulks niet gefegt kunnen worden, het zelve Mandament ten onregte verleent te hebben, vooral, daar zy hier toe niet gekomen zyn, dan na dat zy het Geregt Placaaten. 5. Boek. 6. Titul. van Vianen alvoorens, dog vrugteloos, tot het adminiftreeren van Juftitie in de voorfz. zaak by Misfive hadden aangemaant; en dat voor het overige de redenen , waar mede die van het Geregt van Vianen hun gedrag tragten te juftificeeren, welker alleguatie alleen ook genoeg doed zien, dat zy ten aanfien van de origineele queste niet wel als onfydig kunnen worden geconfidereert, allen van die natuur zyn, dat zy zeer gevoeglyk kunnen en ook behooren te worden gedemelleert, het zy by het geding in cas van evocatie, waar by die van het Geregt van Vianen direct hunne dcfenfie kunnen doen, het zy by de voortzetting en verhandeling van de zaak in rauactie, waar by die van het gemelde Geregt zig, des goedvindende, als gevoegden kunnen bekent maken; zonder dat daarom, wat 'er van dat alles ook zou mogen wefen, hei; questieufe Mandament van evocatie, als op zig zelf debite en in de vereischte form verleent, zou behooren ingetrokken te worden. Is dien volgende op de voorfz. gronden, conform het Advis van de gemelde Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, het verfoek, by der Supplianten voorfz. Requeste gedaan, te declineeren en te wyfen van de hand; mitsgaders om de furcheance, op de bovengemelde procedures by Refolutie van den 8 Maart 1775 gelegt, opteheften en buiten effect te ftellen. En zal Extract defer gefonden worden aan die van de Kamer van Juftitie te Vianen tot derfelver narigt, en gelyk Extract gegeven aan de Supplianten, om zig daar na te reguleeren. ZEEVENDE TITULBetreffende de Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 1. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een gewefen Pagter van de gemeene Lands middelen, om oude restanten van gepagte middelen voor Schepenen Commisfarisfen te mogen invorderen. Den ia September 1761. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 3 April deefes jaars, en daags daar aan ter Vergadering ingekoomen, hebbende, ingevolge en ter Voldoening van haar Edele Groot Mogende Appointement Commisforiaal van den 31 January daar te vooren, geëxamineert de Requeste van Arend van Bleiswyk Burger en Inwoonder der Stad Leyden, en geweefe Pagter van diverfe Gemee-  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 733 meene Lands Middelen onder hec Comptoir van Leyden, om de daar by geallequeerde reedenen verfoekende, haar Edele Groot Mogende Refolutie, waar by aan den Suppliant werde gepermitteert en vrygelaten, om het geen hy met behoorlyke Extracten authenticq uyt zyne respeótive Boeken, des noods en des gerequireert met Eede gefterkt, zal kunnen bewyfen hem te Competeeren wegens restanten van Middelen by den Suppliant onder het Comptoir van Leyden zeedert primo April 1740 en vervolgens gepagt, en welke voor Ultimo September 1747 zyn koomen te expireeren, van de Debiteuren van dien, of wel derfelver Erfgenaamen en Reprcefentanten, het zy in der minne in te vorderen, of by onwilligheid en dilay defelve rauwelyks en a&ione perfonali tot voldoening van dien in Regten aan te fpreeken en te noodfaaken, en waar by voorts Scheepenen Commisfarisfen over de Stad Leyden en Rhynland ter eerfter inftantie, en de Heeren Gecommitteerde Raden in cas van Appel en reformatie, fpeciaal zouden worden geauthorifeert en gequalificeert, om, in cas tusfehen den Suppliant en gemelde Ingefeetenen over de voldoening der voorfchreeve restanten eenig verfchil mogte vallen, daar in als Regters te fungeeren, en tusfehen Parthyen regt te fpreeken, zoo als defelve in goede Juftitie zullen bevinden te behooren, of wel dat by haar Edele Groot Mogende in de voorfz. zaake zouden worden gedelegeert zoodanige andere Regters, of ook wel zoodanige andere voorliening worden gedaan, als haar Edele Groot Mogende tot Schaadeloosftelling van den Suppliant ten meesten nutte der ïngefeej tenen defer Landen, mitsgaders ten diensten ! van den Lande, zouden vinden te behooren. Is goedgevonden en verftaan, dat in de \ verfoeken by des Suppliants voorfz. Reques| te gedaan niet kan worden getreeden, enwor> den defelve mitsdien afgeftagen. 2. Refolutie van de Staaten van Hollandzvaar by een mandament van Revifie Pro Deo van eene Sententie van Gecommitteerde Raaden verleend word: En wyders voorziening gedaan word, omtrent het verkenen van Auclorifatien, om ten kosten van den Lande te procedeeren in zaaken van gemeene middelen. Den 3 December 1761. De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 25 November laatstleeden, met ennevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, geëxamineert het Advis van welgemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, ten zeiven dage in voldoening van haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 24 September daar te vooren ter Vergadering ingekoomen op de Requeste van Gerhard Johan Kohlgartner, Winkelier in 's Hage, aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert, waar by defelve om geallegueerde reedenen verfoekt, dat haar Edele Groot Mog. aan hem zouden gelieven te verleenen Mandament van revifie Pro Deo van de Sententie van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 4 September 1761 in zeekere zaak tusfehen den Bailliuw van s'Hage R. O. en hem Suppliant geweefen, mitsgaders de voorfchreeve Requeste zelfs, alles breeder geinfereert in de Notulen van haar Edele Groot Mog. van dato den 2 5 November voorfchreeve. Waar op gedelibereert, en reflectie gemaakt zynde op alle de omflandigheeden en zaaken in deefe materie voorgekomen, en die ook wel by het voorfz. Advis van de Heeren Gecom» mitteerde Raaden zyn gementioneert, is goedgevonden en verftaan, vast te ftellen, gelyk vastgefteld werden by deefen de navolgende Pbincten. Als eerstelyk, dat om de finguliere Circumftantien, welke zig in den loop der voorgemelde Procedures hebben doen fien, en wel principalyk ter zaake dén Bailliuw van 's Hage R. O. in de tweede inftantieen zulks voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in de voorfz. zaak ten koste van den Lande heeft geprocedeert, aan den Suppliant, conform het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden, het verfogte Mandament van revifie Pro Deo zal worden verleent, mits het zelve koomen te verfoeken van de Heeren Gecommitteerde Raaden, en dat voorts daar in werde geprocedeert als na ftyle. En ten anderen, dat niet alleen werd geapprobeert de Reiblutie, dewelke by de Heeren Gecommitteerde Raaden den 4 . November laatstleeden omtrent het verleenen by vervolg van de auctorifatie om ten kosten van den Lande te mogen procedeeren, alle de Leeden prefent zynde, met Unanime Stemmen is genoomen, en meede brengende, „ dat „ voortaan aan de Officieren en Bailiiuwen, „ of aan de Gaarders of derfelver Adfiftenten „ geen Auclorifatien om in de gemeene Mid„ delen ten kosten van den Lande te procé„ deeren zullen werden verleent in Contra„ ventien, wanneer 's Lands Impost niet is „ gefraudeert, en ook niet, in geval een Offi„ cier of Bailliuw, Gaarder of desfelfs Adfi,, ftent wegens fraude in de eerfte inftante op 4Z 3 »  734 Placaaten. 5. Boek. f. TituL „ zyn eige kosten heefc geprocedeert:" Maar dat haar Edele Groot Mog. daar en boven goedvinden, dat defelve Refolutie voortaan als een permanente Wet by de Heeren Gecommitteerde Raaden zoo in den Hage als te Hoorn refideerende zal worden agtervolgt en nagekoomen; met ernftige recommandatie daar beneevens , om met relatie tot alle verdere auclorifatien, die, om ten kosten van den Lande te procedeeren zuilen worden verfogt, met alle omfigtigheid en ten meesten menage, van 's Lands Financie te willen handelen, vooral in het oog houdende, dat defelve niet werden verleend dan alleen in zaaken, die alfoo voorkoomen, dat, zonder het voortfetten van dusdanige actiën, een generaal of immers een merkelyk declin in eenig Middel te vreefe of te wagten zoude zyn. Wordende de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere Leeden tot de zaaken van de Juftitie, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, verfogt en gecommitteert, om wyders te willen nagaan en overleggen, of en in hoe verre een Officier of Bailliuw, die ten kosten van den Lande zal mogen procedeeren, en vervolgens geen nadeel voor zig zelve uit het vervolgen van zoodanige heeft te verwanten, ' voortaan zal profiteeren eenig gedeelte van dö boete, waar in den Geactioneerde zal worden gecondemneeit, in voegen zulks tot hier toe volgens het drie en twintigite Articul van het Generaal Piacaat op den ophef der gemeene Middelen van den 22 July 1749 in gebruik is geweest; en of die portie, ingevalle wierd gerefolveert, dat defelve by de Officieren of Bailliuwen niet zal mogen werden geprofiteert, als dan zal komen ten profyte van den Lande, en door die Officieren of Bailliuwen daar aan zal moeten werden verantwoord. Als meede om eindelyk te willen nagaan en overleggen, of en in hoe verre de Mandamenten van Revifie Pro Deo in zaaken van de Gemeene Middelen, het zy in Cas van Contraventien of fraudes, of over eenige andere delicten voor te vallen, zouden kunnen en behooren verleend te worden, en de Vergadering op beide die pointen te dienen van derfelver Confideratien en Advis. En zal Extract deefer Refolutie gefonden werden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden zoo hier als te Hoorn refideerende, om te dienen tot haare narigting, mitsgaders voor zoo veel het eerfte poinct aangaat, worden gegeeven aan den Suppliant, om zig daar na te kunnen reguleeren. lnftru&ie voor den Advocaat Fiscaal van de Gemeene Lands Middelen voor het Collegie van Gecommitteerde Raaden. Den 9 January 1762. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun.Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 6 January laatstleden, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raden, nader geëxamineert de Inftructie van den Advocaat Fiscaal van de thans by Collecte geheven wordende gemeene Lands Middelen voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raden, gearrefteert by hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 5 Mey 1757. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Inftructie op het voorfz. Ampt van den 5 Mey 1757 by defe nader te arrefteeren, in voegen als defelve hier agter is geinfereert; En is wyders by defe gelegentheid gerefolveert, dat, in plaats en vermits de dimisfié den 6 defer aan Mr. Anthonius Matthajus op desfelfs verfoek verleend, op aanftaande Donderdag, zullende zyn den 14 dezer, zal worden geprocedeerd tot de fuppletie van dezelve Post, onder den Titul van Advocaat Fiscaal van de gemeene Lands Middelen voor het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raden, ingevolge en op den voet van de bo¬ vengemelde Inftructie op heden nader gearrefteert. Inftrublie voor den Advocaat Fiscaal van de gemeene Lands Middelen voor het Collegie vanGecommitteerde Kaden. Art. I. TH\e Advocaat Fiscaal zal moeten wezen een habil en naarftig Perfoon, ftaande ter goeder naam en faam, van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, zoo als dezelve in de publicque Kerken hier te Lande word geleert; Item een Regtsgeleerde en zeer goed Coftumier en Praétizyn, vooral ervaaren in het (luk van de Gemeene Lands Middelen, mitsgaders van de Placaaten en Ordonnantiën, zoo . generaale als particuliere dien aangaande geëmaneert. I I. • En ten einde het gemeene Land te beter en geftadig van den zeiven mag werden gedient zal hy geen Ampten of Officien benevens het zelve binnen of buiten de Provincie van Holland en Westvriesland mogen bedienen in eenigerhan- de  Rechtsvordering ta des gemeene Lands Middelen. 735 de manieren of onder eenig pretext, uitdezondert alleen zoodanige als de Heeren S. aaien of zyn Hoogheid, de I Ieere Erfftadhouder of die defelve digniteit als Vrouwe Gouvernante zal waarnèeinen , op hem zelfs zouden mogen conrfereeren. I I % Zal geduurende zyn dienst zyn ordinaris Woonplaats moeten houden in'sGravenhage, en buiten dezelve niet mogen vernagten, als mét voorweeten en goedvinden van Gecommitteerde' Raden. I V. Zal ten allen tyden zig moeten fifteeren in het Collegie van Gecommitteerde Raden, wanneer het zelve zal zyn vergadert , na dat de Klok van elf uur door den Kamerbewaarder zal zyn gedenuncieert, ten waar hy eerder zoude mogen werden gerequireert. Zal voorts moeten prsefent zyn, wanneer Pleidoyen, de gemeene Lands Collective Middelen concerneerende, voor het Collegie werden gedaan, om te letten op het geen aldaar zoude mogen voorkomen , daar op voor des Lands dienst agt genoomen en ordre gefteld behoord te worden. V I. Zal mede moeten asfifteeren alle befognes de gemeene Lands Collective Middelen raakende, waar toe de Gecommitteerde Raden of derzelver Commisfarisfen of Gecommitteerde Raden in beide Quartieren, hem zullen requireeren, en defelve dienen van zyn Prseadvis, en gehouden zyn het refultat in fcriptis te vervatten, uitgefondert in zaaken, raakende eenige van zyn parentage, hem in den vierden graad van confanguiniteit of affiniteit beftaande , of waar in geintresfeert. V I I. Dezelve zal ook op alle Requesten, Misfiven of Memotien, die aan Gecommitteerde Raden werden geprasfenteert, of door de Heeren Staaten aan defelve gezonden worden om Advis, de gemeene Lands Collective Middelen raakende, en die door dezelve, in zyn handen werden gefteld, zyn Advis fchriftelyk moeten geven, bekleed met redenen zig reguleeren- . de daar omtrent naar de Placaaten, Ordonnantiën , Reglementen en Refolutien, en zoodanig als hy ten meesten dienfte en beneficie van den Lande zal oordeelen te behooren. VIII. Gelyk hy ook zal moeten uitvoeren zoodanige Commisfien, als aan hem, zyrt Ampt betreffende, door Gecommitteerde Raden zullen werden aanbevoolen, en moéten reizen naar zoodanige Steden of Plaatzen binnen deze Provincie, zoo wel in het Noorder- als Zuider-Quartier, als noodig zal werden bevonden, en zal als dan voor Vacatiën, Reis- en Teerkosten genieten tien guldens daags. I X. Zal voorts moeten examineeren de Maandftaaten van de Ontfangers van de Gemeene Middelen, byzonder om te letten, dat de Gemeene Middelen, daar in naar behooren werden verantwoord, en daar op remarques hebbende, dezelve aan de Heeren Gecommitteerde Raden moeten communiceeren met byvoeginge van deszelfs Advis. X. Zal wyders bezorgen en geduurig naauwkeurig het oog houden, dat de gemeene Middelen in Holland en Westvriesland op een eenparigen voet werden gepractifeert, en de Collecteurs en verdere Bediendens van de gemeene Middelen werden gemaintineert, en dat het generaal Placaat, generaale en particuliere Ordonnantiën, Placaaten en Refolutien, mitsgaders het Reglement op de Proceduuren punétueel werden geobferveert en nagekomen, en ten dien opzigte exaételyk letten, dat alle de Bediendens4 tot de gemeene Middelen geëmployeert, hun Inftructie prtecife koomen te agtervolgen. XI. En bevindende, dat by de Officieren in zaaken van de gemeene Middelen,of by eenige Bediendens tot de gemeene Middelen geëmployeert , eenig exces, naiaatigheid of contraventie is gepleegt, zal hy na gedaane rapport en met goedvinden van Gecommitteerde Raden, gehouden zyn tegen dezelve te ageeren * en zal daar toe, zulks verzoekende, werden geasfifteert van Advocaaten van den Lande, by de Gecommitteerde Raden te ördonneeren, gelyk mede in alle andere en verdere zaaken, waar in de Gecommitteerde Raden volgens het generaal Placaat en de generaale en particuliere Ordonnantiën, het zy rauwelyk, hetzyby provocatiè of evocatie, de competente Regter zyn. X I t In de gevallen, waar in de Collecteurë bevoegt zyn, hun belangen ter eerfter inftantie te brengen en te vervolgen voor Gecommitteerde Raden, als mede by provocatie , in cas de Collecteur vermeende , dat ter eerfter inftantie het Regt van het gemeene Land niet naar behooren is gsade geflaagen, zal de Advocaat Fiscaal moogen verzoeken aan Gecommitteerde Raden, om zig ten procesfe te voegen tot voorftand van 's Lands dienst, egter zonder genot van de portie van den Officier in de boeten en breuken* XIII. Zal niet vermoogen te compofeereh ovef  Placaaten. 5. Boek. f. Titul. ■over eenige boetens en mulóten dan na voorgaande confent, en fpeciaale authorifatie van Gecommitteerde Raden: en welke boeten en muiéten, gelyk mede die in het voorige Artikel zyn gemeld, zullen koomen ten profyte van den Lande» XIV. ïn Crimineele of Fiscaale zaaken, fpruitende uit excesfen tegen de Placaaten en Ordonnantiën van de gemeeneLands Middelen ter Judicatuure van Gecommitteerde Raden, by derzei ver Inftruftie of by de voornoemde Placaaten en Ordonnantiën gefteld of nog te ftellen, zal hy ter Ordonnantie van Gecommitteerde Raden aan welke hy bevoorens de delicten, excesfen &c. die hy zal ontdekken of ter zyner kennisfe zullen koomen zal moeten bekent maaken, mede moeten ageeren, en deswegens, gelyk mede inde gevallen Artikel n, 12 en 13 gemeld naar ftyle moogen declareeren. X V. In cas van overlyden van den zelve, of by verlaatinge van het voorfchreeven Ampt zullen moeten werden overgegeven alle de Papieren en Stukken, de Financie concerneerende en onder hem berustende, byfonder die geene, die fecreet zyn of behooren te zyn, en waar uit de Conftitutie van 's Lands Financie of eenige branches van defelve zouden kunnen werden gefien of nagegaan. X V t Zal geen Depêches of Extracten (Sécretesfe requireerende) aan iemant moogen doen of laaten communiceeren, nog aan iemand daar toe acces geeven, als die daar toe geregtigt zyn, gelyk mede gehoudèn zal zyn alle zaaken, in het Collegie van Gecommitteerde Raden voor* vallende, te fecreteeren, zoo verre dezelve Secretesfe zullen requireeren. XVII. Zal geen giften, gaaven of* gefchenken moogen ontfangen , by de befchreven Regten verbooden direcïelyk of indirecteiyk. x v 11 i. Zal Eed doen aan hun Edele Groot Mogende, van zig prsecife naar defe Inftructie te zullen reguleeren. XIX. ' Voor welken dienst de Advocaat Fiscaal jaarlyks Tractement zal genieten de fomme van drie duifend guldens jaarlyks te betaalen alle vierendeel jaars een geregte vierendeel en voor een Clercq jaarlyks een fomme van drie honderd guldens, en daarenboven genieten voorvaste emolumenten jaarlyks voor Conynegeld honderd twintig guldens, voor Almanakkengeld vier en dertig guldens, voor Fiambeauwgeld agt en veertig guldens, en voor Leggeld een en tagtig guldens. Gearrefteert den 9 january 1762. m Refolutie van de Staaten van Holland\ waar by de Bailliuw van 's Hage word gequalificeerd, om als Gedaagde in cas van Revifie ten kosten van den Lande te procedeeren. Den 12 Maart 1762* De Heer Penfionaris Gilles heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 30 January laatstleden, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raden, geëxamineert de Misfive van welgemelde Heeren Gecommitteerde Raden, gefchreven alhier in den Haage den 14, en ter Vergadering ingekoomen den 30 January voorfchreeve, waar by hebben verfogt te mogen verneemen de intentie van hun Edele Groot Mog. nopens het al of niet verleenen Van authorifatie op den Bailliuw van 's Haage, om, als Gedaagde in cas van revifie, het Proces tegens G. J. ICohlgartner ten laste van den Lande te vervolgen; zynde de voorfchreeve Misfive onder de Notulen van hun Edele Groot Mog, van den 30 Jaduary laatstleden geinfereert. Waar op gedelibereert, en in agting genoomen zynde, dat, wanneer in February 1761, het Vonnis1 in defe zaak ter eerfter inftantie by Schepenen Commisfarisfen van 's Hage was ge wefen, waar by aan den Bailliuw van's Hage R. O. zyn eisch en conclufie tegens den voornoemden Kohlgartner genoomen, wasontfegt, met compenfatie van kosten, gemelde Bailliuw R- O. daar van aan het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raden nietdirec» telyk heeft geprovoceert en zelfs niet heeft verfogt daar van te mogen provoceeren, en dat daar toe aan hem zoude worden verleend authorifatie, om ten koste van den Lande te procedeeren: maar dat welgemelde Bailliuw de voorfchreeve zaak by Misfive, met by voeging van de Documenten, daar toe dienende, aan het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raden alleen heeft open getegt, met verfoek, dat alvoorens in het zelve Vonniste acquiesceeren, om de confequentien, die daar in  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 737 '0 konden gelegen zyn, met de ordres van hun Edele Mogende mogte worden vereert, hoedanig zig in die zaak zoude hebben te gcdraagen? en, by aldien hun Edele Mog. mogten goedvinden hem Bailliuw te gelasten van het bovengemelde Vonnis te provoceeren, defelve aan hem ook in dat geval zouden geheven te verleenen authorifatie , om het zelve Proces ten koste van den Lande te vervolgen; en dat daar op is gevolgt de Refolutie van de Heeren Gecommitteerde Raden van den n Maart I7r5i, waar by is goedgevonden en verdaan, den Bailliuw van 's Haage te authorifeeren, om van het voorfchreven Vonnis aan hun Edele Mog. te provoceeren, en aldaar het zelve Proces tegens den voornoemden Kohlgartner ten koste van den Lande te vervolgen. Is goedgevonden en verftaan, zonder hier door eenigzints aftegaan van de Refolutie, den 3 December 1761 genoomen, omtrent het verleenen by vervolg van de authorifatien, om in de zaaken van de gemeene Middelen ten kosten van den Lande te doen procedeeren, de Heeren Gecommitteerde Raden in defe te qualificeeren de verfogte authorifatie van den Bailliuw van 's Haage R. O., om ook verders als Gedaagde in cas van revifie in de voorfz. zaak ten koste van den Lande te procedeeren , aan den zeiven te mogen accordeeren. Èn zal Éxtract defes gefonden werden aan de Heeren Gecommitteerde Raden in 'sHaage refideerende, tot hunne narigting. Refolutie van de Staaten van Holland; waar by Schepenen Commisfarisfen worden bevoegd verklaard om ie cognosceeren over een zaak in cas van gemeene Middelen, waar in tot lyfftraf primario was geconcludeert. Den 15 February 176%. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden, in den Hage en te Hoorn refideerende, van den 31 December jongstlèden, en den 6 der voorlede maand ter Vergadering ingekomen, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 2 der gemelde maand December, geëxamineert de Misfive van Schepenen Commisfarisfen der Stad Delft Van den 29 November daar bevorens, waar by in fubftantie aan haar Edele Groot Mog. voordraagen, dat Abraham Douglas, Bailliuw van 's Gravezande R. O. voor hun hebbende doen dagvaarden eenen Philip Ixvi, Vleeshouwer en Halhouder te Gravezande, tegen den zei ven ten daage dienende had eisch gedaan, en geconcludeert, dat de Gedaagde ter zake van de by hem begaane fraude omtrent het Middel van het Beestiaal, by Vonnisfe, ingevolge het twee en twintigfte Artikel van de Ordonnantie öp dat Middel, zoude worden verklaart te wefen meineedig, eerloos en infaam, en voorts gebannen ten eeuwigen daage uit den Lande van Holland en Westvriesland, en wyders tot zodanige verdere ftraf en poenaliteiten als by den eisch vermeld zyn; dat daar tegen door den Gedaagde defenfie was gedaan en genomen contrarie conclufie, en vervolgens die zaak voor re- en duplicq voldongen; dat Schepenen Commisfarisfen voornoemt uit het voorfchreeve Geding gezien hebbende, dat daar in primario was geconcludeert tot bannisfement, het geen uit zyn aart, en volgens de duidelyke letter van het vierde Artikel der Generaale Ordonnantie involveerde een Lyfftraf dan ook hadden begrepen, dat die zaak was Crimineel, en daar uit ontftaan was de dubieteit, of die zaak particulierlyk gehoorde ter cognitie en bellisfing van hun als Schepenen Commisfarisfen ordinair, dan. wel tot de geheele Schepensbank, verfoekende vervolgens daar op haar Edele Groot Mogende eclaircisfement en goedvinden ; gevende Heeren Gecommitteerde Raden voornoemt by hun voorfchreeve Advis aan haar Edele Groot Mog. in naderë overweging, of niet defelve, volgens de Analogie van haar Edele GrOot Mog. Refolutie van den 19 July 1750, meer overeenkomftig zouden vinden, dat in alle ordinaire Crimineele zaken in gemeene Middelen, waar in primario tot Lyfftraf word gecontendeert, het geheele Collegie van Schepenen alg Schepenen Commisfarisfen cognosceerdeen judiceefde. Is goedgevonden en verftaan by defe te declareeren, dat Schepenen Commisfarisfen der Stad Delft over de zaak in questie gehouden en verpligt zyn te cognosceeren en te judiceeren, zoo als in Juftitie vinden zullen te béhooren. En zal Extract defer gefondeh worden aan Schepenen Commisfarisfen der Stad Delft, om te ftrekken tot derfelver ntfrigt; IX. Deel. 5A  ?3S Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. o» Refolutie van de Staaten van Bolland\ tot intrekking van een Mandament van Appel, door Gecommitteerde Raaden verleend van een Refolutie van Burgemeester en Schepenen van v den Brielle, waar hy een verfoek om Decreet van apprehenfie was afgefiagen. Den 16 Jum 1763. De Heer Penfionaris Gilles heefc ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog, Refolutie Commisforiaal van den 26February laatstleden, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raden, hadden geëxamineert de Propoütie door de Heeren Gedeputeerden der Stad Brielle uit den naam en van wegens de Heeren hunne Principalen,den29December 17 62 ter Vergadering van haar Edele Groot Mog. gedaan, houdende derfelver beklag over en ter zake van het Mandament in cas d'Appel by de Heeren Gecommitteerde Raden den 7 December 1762 verleent aan Jacob Arent van Waslënaar, Heere van Hafertswoude en Hogeveen &c. als Bailjtnv der Stad Briele en Landen van Voorne, mitsgaders den Advocaat Fiscaal van haar Edele Groot Mog. in des gemeene Lands Middelen, als zig met hem voegende, tegens Jan Vergoes, Jan Borstlap, en Pieter Borstlap, woonende in den Brielle voornoemt, en zulks van een Refolutie van Burgemeester en Schepenen van den Brielle, van dato den 30 October daar te vooren, waar by aan welgemelden Bailjuw van den Brielle en Landen van Voorne R. O. desfelfs mondeling gedaan verfoek tot Decreet van apprehenfie op de voorgemelde Perfoonen terzake van verregaande contraventien en fraudes, en dat zig fchuldig zouden hebben gemaakt aan het crimen faiïi, was afgeüagen, met verlbek, ten einde haar Edele Groot Mog. daar tegens zoodanige voorfieninge zouden gelieven te doen, als defelve tot mamtien van der Privilegiën der gemelde Stad, naarhoogstderfelver equiteit zouden oordeelen te behooren; als mede het Advis en Berigt van welgemelde Heeren Gecommitteerde Raden op de voorfchreeve gedaane Propofitie by de Heeren Gedeputeerden der Stad Brielle voornoemt. Dat zy Heeren Gecommitteerden hadden geconfidereert, dat in defe van geen applicatie konde worden gemaakt het dictamen van het civile Regt, maar dat alleen moeste worden gefien op het gunt haar Edele Groot Mog. hadden goedgevonden, ten regarde van het werk der gemeene Middelen expresfelyk te ftatueeren, en dat zy niet hebbende gevonden , dat haar Ed. Groot Mog. op dat refpeet derfelver intentie hebben verklaart, mitsdien gemeent hadden veel zwarigheid te moeten maken, om, zonder eene nadere en precife explicatie van haar Ed. Groot Mog. dien aangaande , te onderftellen, dat hoogst derfelver intentie daar by zoude zyn geweest, het Appel vry te laten van dusdanige weigeringen, als waar uit de questie in defe is gerefulteert. Dog dat zy Heeren Gecommitteerden egter hadden bevonden;^dat,gefupponeertzelfs, dat in defe het Appel hadde konnen plaatsheb* ben, in allen gevalle klaarlyk confteerde, dat de interjectie, mitsgaders de profecutie van dien geenzins was gedaan conform hetprajfcript van het agt en dertigtte Artikel van het Reglement op de manier van procedeeren in zaken van de gemeene Middelen, den 23 Augusty 1749 by haar Edele Groot Mog. gearrefteert, aan welkers ftricte obfervantie nogtans een iegelyk was verbonden op poene vandefertie, en zelfs zonder dat daar tegens eenig reliëf* verleent konde worden. Waar op gedelibereert zynde, is,conform het Advis van welgemelde Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, het Mandament van Appel by de Heeren Gecommitteerde Raden in maniere voorfchreeve verleend en hier vooren breeder vermeld, by defe te ftellen buiten effect, den Bailjuw van den Brielle en Landen van Voorne vry blyvende, om tegens de voornoemde Perfoonen ' ter zake voorfchreeve voor den Regter in cas van de gemeene Middelen in den Brielle voornoemt, ter eerfter inftantie zoodanig verders te procedeeren als te raaden zal worden. En zal Extract defer Refolutie worden gefonden aan de Heeren Gecommitteerde Raden tot derfelver narigtinge, mitsgaders gelyk Extract worden gegeven aan den Bailjuw van den Brielle en Landen van Voorne, om zig daar na te reguleeren. Re*  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen, 739 Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Gecommitteerde Raaden word gelaten de Judicatuure over een Bediende van de gemeene Lanjs Middelen, befchuldip van Luiden gecorrumpeerd te hebben om een tfynkoopef te doen Smokkelen, ten einde denfelven te kun* 11 en calangeeren. Ben 27 April 1764.. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 22 der voorlede maand Maart ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaken van de gemeene Middelen, welke ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 7 daar te vooren, met en nevens de Heeren Gecommitteerde Raden, hadden geëxamineert de Misfive van de laatstgemelde Heeren van den 20 January laatstleden, ter Vergadering ingekomen den 28 derfelver maand, waar by ter kennisfe en te gelyk ter decifie van haar Edele Groot Mog. hadden gebragt het different tusfehen hen en Schepenen der Stad Rotterdam ontflaan, of namentlyk een 's Lands Bediende, door hen gefield tot weering van fraudes en contraventien in des gemeene Lands Middelen, die volgens het eige adveu van gemelde Schepenen befchuldigt wierd Luiden gefeduceert en gecorrumpeert te hebben, om by defen of geenen ffynkooper etnige Flesfen Wyn ter Smokkel te haaien, om langs dien weg dien TVynkooper te doen calangeeren , en daar door eenig voordeel aan den Gecorrumpeerde , aan den Officier, en aan zig zeiyen toe te brengen; ter eerfter inftantie tot hunne Judicature, dan wel tot die van Schepenen der gemelde Stad behoorde, als mede op het Berigt van Schepenen der Stad Rotterdam, den 7 der gemelde maand Maart tegens de ; voorfz. Misfive ter Vergadering ingekomen. Is goedgevonden en verdaan, dat de Judi1 cature over den Perfoon van Matthys Raqua, ! Toefiender van des gemeene Lands Middelen \ te Rotterdam, over het geene hem als vooren word te Vaste gelegt, zal worden gelaaten in gevolge van het veertiende Artikel van het generaal Placaat van den 22 July 1749 , aan de Heeren Gecommitteerde Raden, en dat aan Schepenen der Stad Rotterdam zal worden aangefchreven, om denfelven Matthys Raqua aan de Heeren Gecommitteerde Raden onder ' de door defelve geoffereerde Acte van non prsejuditie over te geven. De Heeren Gedeputeerden der Stad Rotterdam hebben op expresfe last van de Heeren hunne Principaalen op de voorenftaande Refolutie doen aanteekenen, dat zy in defelve niet hebben geconfenteert, maar die gecontradiceert, referverende verder aan de Heeren hunne Principaalen het doen van zoodanige nadere aanteekening als defelve zullen oordeelen te behooren. g. Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by gereguleert word de Judicatuure in cas van gemeene Middelen in den 'Lande van Vianen en Ameyde. Den 18 Ociober 1764. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland cn Westvriesland Souverainen van Vianen en Ameyde, Allen den geenen die deefe zullen zien, of hooren leefen, Salut. Doen te weeten: Dat wy, in agt genocmen hebbende, dat, hoe zeer de heffing van 's Lands gemeene middelen by Collecte in de Steede en Lande van Vianen en -Ameyde thans aldaar tot volkoome confidentie is gebragt, nogtans tot nu toe de judicature daar over, waar van het maintien derfelve afhangt, fluctueert en niet hnalyk is getermineert, en dat eenmaal daar in behoort te worden voorfien, hebben goedgevonden en verftaan: Dat voortaan alomme in den Lande van Via¬ nen en Ameyde omtrent de judicature in zaaken, raakende des gemeene Lands middelen zal worden gehouden en geobferveert de voet daar op by het festiende Articul van het generaal placaat vastgeftelt, zoo als het zelve alomme in de Provincie van Holland word geobferveert ; Dat ten dien einde jaarlyks by het veranderen van de Scheepensbank te Vianen door ons zullen worden geëligeert en aangeftelt drie Scheepenen Commisfarisfen, voor wien alle actiën, calangien en pretenfien in zaaken des gemeene Lands middelen betreffende, en zoo in de Steede Vianen, als in Heykoop, Lexmond, Lakerveld en Meerkerk, Ameyde en Thienhovea voorvallende, ter eerfter 5A 2 in-  740 Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. inftantie zullen worden gebragt en geventileert; Dat gemelde Scheepenen Commisfarisfen, in conformiteit van het zeeventiende Articul van het gemelde generaal placaat, terftond na hunne aanftelling gehouden zullen zyn, in handen van den Drosfard der Steede en Lande van Vianen en Ameyde den Eed te doen, die wederom daar van binnen drie daagen fchriftelyk kennis aan ons zal moeten geeven; Dat in cas van provocatie zal worden geobferveert het neegentiende Articul van het evengemelde generaal placaat,' en wyders al het geen verder met opfigt tot de judicature, zoo by het generaal placaat, reglement van procedeeren, als haar Edele Groot Mog. Refolutien van den 29 July 1750 en 9 April 175S, in cas crimineel is vastgeftelt en gerefolveert; Dat dienvolgende voortaan daar door zullen koomen te cesfeeren, en gehouden worden buiten effect te zyn onfe provifioneefe Refolutien op het ftuk van de judicature omtrent 's Lands gemeene middelen in de Steede en Lande van Vianen en Ameyde genoomen, en fpecialyk die van den 7 April 175a, die van den 24 February 1756 met opfigte tot Torenhoven, en die van den 9 February 1758 en van den 14 February 1760 met opfigte tot Meerkerk genoomen. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude konnen pretendeeren, lasten en beveelen wy dat deefe, zoo in de Steede Vianen als in Heykoop, Lexmond, Lakerveld en Meerkerk, als meede in Ameyde en Thienhoven, zal worden gepubliceert en geaffigeert daar het behoort, en te gefchieden gebruykelyk is. Gedaan in den Hage den 30 October 1764. (Onderfond,') Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was get'eekent,) C. CLOTTERBOOKE. 9. Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, waar by Schepenen Commisfarisfen in zaaken van gemeene Middelen te Vianen worden geauclorifeeri1, om uit de Proyintie, van Holland en Westvriesland te mogen bannen. Den 26 April 176$. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland Souverainen van den Lande van Vianen en Ameyde; Allen den geenen die deefe zullen zien, of hooren leefen, falut: Doen te weeten, dat hoe zeer wy by onfe Refolutie van den 18 December 1751, op fpeciale qualificatie van hooggemelde Staaten genoomen, hebben vastgeftelt , dat de gemeene Middelen in de Steede en Lande van Vianen en Ameyde geheeven wordende, voortaan met den jaare 1752 geheeven zouden worden by Collecte op den voet van haar Edele Groot Mog. generaal Placaat, generaale en particuliere Ordonnantiën en opgevolgde Publicatien, en wy by onfe Publicatie van den 18 October 1764 de judicature daar over op denfelfden voet hebben gereguleert, 'ernogtans bedenkelykheid fchynt over te blyven, of niet Scheepenen Commisfarisfen ter judicature van zaaken, raakende des gemeene Lands Middelen aldaar, nader zouden behooren te worden geauthorifeert, om in cas van bannisfement ter zaake van des gemeene Lands Middelen, niet alleen te bannen uit de Steede en Lande van Vianen en Ameyde, maar ook te gelyk uit de Provincie van Holland en Westvriesland. Zoo is 't, dat wy vermoogensde voorfz. qualificatie, om voorgemelde bedenkelykheid weg te neemen, en de In- en Opgefeetenen van Vianen en Ameyde op gelyken voet te behandelen als de In- en Opgefeetenen van deefe Provincie, hebben goedgevonden en verftaan, Scheepenen Commisfarisfen ter judicature van zaaken, raakende des gemeene Lands Middelen te Vianen voornoemt, door deefe te authorifeeren, omme voortaan in cas van bannisfement ter zaake voorfchreeve niet alleen te bannen uit de gemelde Steede van Vianen en Ameyde, maar ook te gelyk uit de Provincie van Holland en Westvriesland. En op dat niemand hier van eenige ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy dat deefe zoo in de Steede Vianen als in Heykoop,  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 74I jcoop, Lexmond, Lakerveld en Meerkerk, 1 den gepubliceert en geaffigeert, daar het beals meede in Ameyde en Tienhooven zal wer- j hoort en te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan in den Hage den 26 April 1755. (Onderflondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was geteekent f) C. CLOTTERBOOKE. 10. Refolutie van de Staaten Generaal, waar by een verfoek om Mandament van Appel van een Sententie van den Raad van Staate, in cas van gemeene Middelen, word afgewefen. Den 3 >(y 1767- Is gehoort het Rapport van de Heeren Brantlen en andere haar Hoog Mogende Gedeputeerden tot de zaaken van de Meyerye van 'sBosch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van derfelver Refolutie Commisforiaal van den 25 der voorleede maand, metenneevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, geëxamineert de Requeste van Johan Heeren, inwoonende Burger en Koopman binnen de Stad 'sBosch, houdende dat hy Suppliant vier Scheepen met Haver, invoege en ten fine als in de voorfchreeve Requeste ter needergeftek, verfonden hebbende, de Pagter van den zogenaamde grooten Brabandfchen fwygende Landtol gefullineert hadde, dat de Suppliant wegens de vier Ladingen , alfoo te Water verfonden, den Landtol hadde gefraudeert, en dat dien volgende alle de bereids geconfumeerde Haver, te linnen bedragende zes en neegentig Lasten, was in Commisfum vervallen, en verklaard moeste worden ten zynen profyte verbeurd te zyn, en daar op dan verder den Suppliant buiten eenigerley voorige calange of aantal, by vier byfondere inftantien, had geconvenieert voor de Leen en Tolkaamer te 'sBosch, en jeegens hem niet by reëele (volgens zyn voorgeeven, maar by enkel perfoneele actiën de Rentmeester Generaal der Domeynen van Braband met hem gevoegd} met opfigt tot tien Lasten Haver, welke den Suppliant te Maaren hadde doen inlaaden in het Schip van Bordecat» te concludeeren, dat de tien Lasten Haver die de Suppliant (aldaar Gedaagde) te Maaren had doen inladen in het Schip van Bordecat, ingevolge het 1 en 17 Articul van de ordonnantie op den Landtol, zouden worden verbeurd verklaard en in Commisfum vervallen te zvn, mitsgaders de Suppliant gecondemneert omopgemelde Lasten Haver, of ingeval le defelve niet zouden kunnen worden geprefteert, als dan de waarde van dien, immers en ten minften het geen van die Lasten Haver byden Suppliant was genooten en geproflteert, (des noods) onder expurgatie van Eede, aan den Pagter Willem van Hanswyk van opgeroeide Land-Tol te extradeeren, over en af te geeven ; dat na genomen contrarie conclufie jeegens die pretenfe aétie, en voorts die zaak aldaar voldongen zynde, daar op was gevolgd, deefen verwagten uitilag, dat by Vonnisfe van de Leen en Toikaamer de gemelde Conclufie was ontfegt cum expenfts. Dat de voornoemde Pagter inmiddels was koomen te overlyden, en door zyne Erfgenamen Anthony (en nu wylen) Johan van Hanswyk in die qualiteit waren aangenoomen geweest de Avrementen van den voorfchreeve Procesfe, dewelke vervolgens by den Raad van Staate hadden weeten te verkrygen Mandament in cas d'Appel met de Claufule van inhibitie. Dat de Suppliant aldus in de noodfakelykheid gebragt, om weederom voor dat Collegie zyne behoorlyke defenfie te doen, vervolgens de Procedures aldaar naar Style waren geinftrueert; waar op na opereufe Pleydoyen, voor de prefent zynde Leeden van het zelve Collegie, in de maanden January en February van het voorleeden jaar 176Ó eindelyk was uitgekoomen de Sententie van gemelde Raad van Staate van datoden 24 April deefes jaars, gearrelteert, by de vyf overgebleeve Leeden , voor welke die zaak was bepleyt, volgens welke Sententie tot uitterlte Confternatie van den Suppliant was bevonden: „ Dat de Raad „ gehoort de Pieydooye, en voorts doorge,, zien en overwogen hebbende, al het geen „ ter materie dienende was, en konde mo„ veeren, doende recht, te niet deede het „ Vonnis van ordinaris Leenmannen van den „ Leen en Tolkaamer te 's Bosch van den 14 5» Juty l7^2 •> ten deefe in quseftie, en doen„ de het geene defelve als Rechters ter eerfter „ inftantie hadden behooren gedaan te hebben, „ wyders verklaarde de tien Lasten Haver, 5A 3 »  742 Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. „ die de Suppliant aldaar gedaagde in denjaa „ re 1762 te Maaren had doen inlaaden in „ hec Schip van Bordecat ten Procesfe bree„ der gemeld, ingevolge het i en 17 Articul „ van de Ordonnantie op den grooten Bra„ bantfchen fwygênden Landtol, geleide en „ Paardegeld, den 20 Augustus 1716 gearre,, fleert, verbeurd en in Commisfum verval„ len te zyn, en voorts de Suppliant gecon„ demneert de gemelde tien Lasten Haver, „ of, ingevalle defelve niet zouden konnen „ worden geprosfteert, de waarde van dien, „ zoo als die was geweest ten tyde dat het Schip waar in de meergemelde Lasten Haver waren gelaaden geweest, tot aan of in ,, de Dicfe gekomen zynde, zyne reife na „ Holland hadde aangenomen, aan de Impe„ tranten te extradceren, over en af te gee„ ven, ontfeggende aan de Impetranten den „ verderen Eisch en Conclufie op ende jee„ gens den gedaagde gedaan en genoomen, „ met compenfatie der kosten van die en voor„ gaande inftantien." Verfoekende de Suppliant om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, dat haar Hoog Mog. aan hem, jeegens de voorfchreeve Sententie van den Raade van Staate van 24 April deefes jaars 1767 neevens de voorfchreeve Requeste gevoegd, en welke reeds teegen den Suppliant ter executie word gelegd, gelieven te verleenen Mandament van Appel, met de Claufule van inhibitie in communi forma, en ook (voor zoo veel des noods) met de Claufule van Reliëf, tegens de indebité verheffing en profecutie zyner'appellatie. Waar op gedelibereert, de Retroacta nagefien, en fpecialyk gelet zynde, op den inhoude van de Misfive van den Raad van Staate, den 14 Febniary 1718 aan haar Hoog Mog. gefchreeven, waar op ten zeiven dage het verfoek van den geweefen ontfanger Aridries Kaan om Mandament van Appel van een' Sententie van den Raad van Staate is afgeweefen; Is goedgevonden en verftaan, dat in het verfoek by den Suppliant in deefe gedaan niet kan worden getreeden, ende word dienvolgende het zelve afgeweefen. De Heeren Gedeputeerden van de refpective Provinciën hebben zig met het voorfchreeve Rapport geconformeert, mits dat aan den Suppliant werde opengelaaten de weg van Revifie; En hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland en Utrecht zig dm meede niet anders geconformeert, dan onvermindert de vrye deliberatien van de Heeren Staaten hunne Principaalen, welke zig toe nog toe niet geexpliceert hebben, of Appellen van Sententien van den Raad van Staate verleent kunnen werden of niet. 11. Refolutie van de Staaten Generaal, waar met de Heeren Gecommitteerde Raden , geëxamineert het Advis van de laatstgemelde Heeren van den 7 Maart voorfz., ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 27 January desfelven jaars, geformeert op de Misfive van Schepenen Commisfarisfen der Stad Rotterdam, in qualiteit als Schepenen Commisfarisfen ter Judicature van des gemeene Lands Middelen, den 16 bevoorens aan haar Edele Gr. Mog. gefchreven, om daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat haar • Edele Gr. Mog. gelieven te verklaaren of de cognitie en judicature over de zaak van eene Geertruy Middegaal, Wed. Brouwer, en alle andere zoortgelyke aétien en caufatien ter zaake van refiftentie, dewelke in de Steden en de Resforten van dien, tegens des gemeene Lands Bediendens, zouden mogen zyn begaan; (zoo wanneer door de Heeren Gecommitteerde Raden niet geprtsvenieert is) moet worden verftaan by het generaal Placaat mede te zyn gedemandeert aan Schepenen Commisfarisfen ter Judicature van des gemeene Lands Middelen, dan of integendeel defelve competeert aan den ordinaris en dagelykfchen Regter; als mede de Misfive van Schepenen Commisfarisfen voorfz. Is goedgevonden en verftaan, conform het Advis van de gemelde Heeren Gecommitteerde Raadenj als nog, ten overvloede te verklaaren, dat de cognitie en Judicature over refiftentie, gepleegt aan 'sLands Bedienden in het rechercheeren en vigileeren tegens fraüdes en contraventien in gemeene Lands Middelen , in gevallen (wanneer door de Heeren Gecommitteerde Raden daar omtrent niet geprsevenieert is) conform aan de intentie vart haar Edele Gr. Mog. in het zestiende Artikel van het generaal Placaat begrepen, aart Schepenen Commisfarisfen ter Judicature van des gemeene Lands Middelen in de respeótive Steden competeert; en dat diehvolgende deri tegenwoordigen Hooftofncier der Stad Rotterdam zal worden aangefchreven eh gelast, om* conform de Sententie van Heeren Gecommitteerde Raden den 13 February 1767 in dé zaak van Geertruy Middegaal, Weduwe Brouwer, gepronuntieert, met dé procedures tégen defelve Weduwe Brouwer b voor Schepenen Commisfarisfen ter Judicature van des gemeene Lands Middelen in cas crimineel té Rotterdam geëntameert, ilico en zonder tydverzuym, voort te gaan; en te gelyk aaii gemelde Schepenen Commisfarisfen, om dié zaak als nog aantenemen, en daar over medé promptelyk te cognosceeren en te judiceerëfij zoo als zy in goede Juditie en tot maintiert van 's Lands gemeene Middelen het meest zuilen oordeelen te behoorem De Heeren Gedeputeerden der Stedefl Amfterdam en Rotterdam hebben verklaart in de voorfchreve Refolutie niet te confenteeren * maar defelve expresfelyk te contradiceeren, en daar tegens té protefteeren, met referve van zoodanige nadere Aanteekening, als de Heerert hunne Principaalen zullen oordeelen ée behooren. De Heeren van de Ridderfchap éri Edele* alsmede de Heeren Gedéputeef^ den der Steden Dordrecht ^ Haarlem • Öelfta  H4 Placaaten. 5. Boek. 7. Titül. Delft, Leyden, Gouda, Gorinchem en alle de volgende Leden hebben tegen de voorfz. Aanteekening zoodanige Contra- Aanteekening gereferveert, als te raadè zullen worden. 13, Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling omtrent het beleggen van den Regt dag voor Gecommitteerde Raaden in cas yan provocatie. Den 30 Juny 1770. Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden, gefchreven in den Hage den 28 defer, houdende, dat haar Ed. Groot Mog. by het tweede Artikel van het eerfte Capittel van het Reglement op de manier van procedeeren in zaaken van de gemeene Middelen hadden gelieven te bepaalen, dat die geene. die iemand in de voorfchreeve materie met regt wil aanfpreken voor Schepenen Commisfarisfen, denzelven door een Deurwaarder , Boode of eenig ander Perfoon, magt hebbende om geregtelyke citatien te doen, jegens den naasten Regtdag, drie dagen te vooren te doen dagvaarden; en zoo ook van gelyke by het een en twintigfte Artikel van het tweede Capittel van het voorfchreeve Reglement, dat iemand in zaaken, alwaar de Gecommitteerde Raden ter eerfter inftantie competent zyn, een Appointement of Mandament bekomen hebbende, zyn Party moet doen dagvaarden jegens den naasten Regtdag agt dagen te vooren; dan dat haar Edele Groot Mog. hieromtrent geenerhande bepaaling hadden gemaakt in het derde Capittel van het voorfchreeve Reglement, waar by gehandelt word van Zaaken, die by wege van provocatie voor de Gecommitteerde Raden devolveeren, want dat haar Edele Groot Mog. fprekende by het negen en dertigfte Artikel van het doen van Exploicten van geimpetreerde Appointementen of Mandamenten, en by het een en veertigfte van het doen van dagvaardingen, niets anders ftatueeren, dan dat die behoorlyk moeten gefchieden, zonder daar by gelyk in de voorige gevallen te bepaalen, hoeveel tyd die Exploicten en dagvaardingen den precifen dag in regten moeten prsecedeeren; dat het gevolg hier van was geweest, dat een Impetrant van Appointement of Mandament in cas van provocatie goedgevonden hebbende zyn Party te doen dagvaarden of dag in Regten beteekenen, vier, vyf of zes dagen na het gedaan Exploiót of dagvaarding, de Gedaagde zig daar tegen heeft verfet, en fustineerende, in gevolge het voorfchreeve een en twintigfte Artikel van het Reglement, agt dagen voor den naasten Regtdag gedagvaaart te moeten zyn geweest, geproponeert heeft de exceptie van nulliteit van citatie, en geconcludeert tot abfolutie van de inftantie, en wederom, dat de Impetrant uit hoofde van het niet bepaalen van den Regtdag na het doen van het exploict mede daar tegen in oppofitie gekomen is, en vervolgens geconcludeert heeft tot rejectie van die exceptie, èn dat de Gedaagde^ zoude worden geordonneert ten principaale te antwoorden; dat zy Heeren Gecommitteerde Raden in defe omftandigheden niet hadden durven hazardeereri, om, buiten de expresfe wil van haar Edele Groot Mog., die exceptie te admitteeren, hoe zeer zy ex paritate rationis hadden mogen twyffelen, of niet wel haar Edele Groot Mog. intentie mogt geweest zyn, om den Regtdag en het doen der exploicten of dagvaardingen in zaaken voor de Gecommitteerde Raden in cas van provocatie devolveerende te fixeeren en te bepaalen op denfelven voet en wyfe, als zulks by het een en twintigfte Artikel van het voorfchreeve Reglement in zaaken, alwaar de Gecommitteerde Raden ter eerfter inftantie competent zyn, gefchied is; maar gelyk zy Heeren Gecommitteerde Raden oordeelden, dat zoodanige incidenten, die nergens anders toe dienen dan tot het prolongeeren van Procedures, eenmaal voor het vervolg behoorden te worden geamputeert, in confideraüe gevende, of haar Edele Groot Mog. niet zouden kunnen goedvinden, even zoo wel als by het een en twintigfte Artikel van het tweede Capittel van het Reglement, waar by van zaaken ter eerfter inftantie voor Gecommitteerde Raden behoorende gehandeld cas van provocatie devolveerende, den pre- enen tya, weiKenetaoen der exploicten en dagvaardingen voor den Regtdag moet prtecedeeren, te fixeeren en te bepaalen, en, nadien over de bepaaling van dien Regtdag al mede differenten zynontftaan, dewyldiemet opzigt tot de zaaken in cas van provocatie mede niet bepaalt is, of haar Edele Groot Mog, ook Zoo van gelyke niet zouden kunnen goedvinden te declareeren, dat generalyk in alle regtsplegingen voor de Gecommitteerde Raden gehouden wordende, de Dingsdag als de ordinaire Regtdag voortaan zal moeten worden geobferveeit. Waar op gedelibereert zynde , is goedgevonden en verftaan, by elucidatie van denegen en dertigfte en een en veertigfte Artikelen van het derde Capittel van het Reglement op de manier van procedeeren in zaaken van de gemeene Middelen, dat mede in zaaken voor de Heeren Gecommitteerde Raden in cas van provocatie devolveerende, het doen der dagvaardingen en exploicten van geimpetreerde Appointementen of Mandamenten moet gefchieden jegens den naasten Regtdag agt dagen  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 745 gen te vooren; en voorts te declareeren, dat generalyk in regtsplegingen voor de Heeren Gecommitteerde Raden gehouden wordende, de Dingsdag als de ordinaire Regtdag voortaan zal moeten worden geobferveert; wordende de Heeren Gecommitteerde Raden tot de executie defes geauthorifeert, ten welke einde Extract defer Refolutie aan defelve zal worden gegeven, 14. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by Gecommitteerde Raaden worden gequdlificeert, een Mandament van Reliëf, met Comminimus aan Schepenen Commisfarisfen te Amfterdam, te verkenen. Den 31 July 1772. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Groot iVlog. Refolutie Commisforiaal van den 23 defer, met de Heeren Gecommitteerde Raden in den Hage en te Hoorn refideerende, hadden geëxamineert het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den ii Maart defes jaars, en den 13 daar aan ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan haar Ed. Groot Mog. Appointement van den 20 December 1771 op de Requeste van Wouter Jan Kuyper, Wynkooper te Amfterdam, om geallegeerde redenen verfogt hebbende haar Ed. Groot Mog. Mandament van Reliëf met committimus aan Schepenen Commisfarisfen ter Judicature van des gemeene Lands Middelen te Amfterdam; als mede de Requeste van gemelden Wouter Jan Kuyper den 5 Mey laatstleden by Copie aan de Leden gegeven, daar by verfoekende, dat haar Ed. Groot Mog. by nadere deliberatien op zyn eerstgemeld verfoek reguard gelieven te neemen op het gededuceerde by de korte Memorie tot adftruótie van het zelve annex zyn nader Request. En dat zy Heeren Gecommitteerden geconfidereert hadden, dat de wettigheid of onwettigheid der verleende defauten ten defen in quseftie, en of de Suppliant daar jegens behoorde te worden gereleveert, voornamentlyk dependeerde van de wettigheid of onwettigheid der gedaane Citatie, en dat zulks wederom afhong, of defelve aan den Perfoon of Woonftede van den Suppliant gedaan was? dat zy Heeren Gecommitteerden bevonden hadden, dat de affirmative daar van by den Hoofdofficier der Scad Amfterdam wel met alle fiducie wierde gefuftineert, dog dat met geen mindere fermiteit by den Suppliant ontkend wierde, dat hy zoude woonen in het Huis by zyn Broeder, daar de voorfz. Citatie was gedaan; Dat zy Heeren Gecommitteerden voorts wel gereflecteert hadden, dat by het vyfde Artikel van het eerfte Capittel van het Reglement op de manier van Procedeeren geftatueert wierd: dat na het tweede defaut geen purge van defauten zoude mogen worden verleent; en dat de Suppliant niet viel in deterIX. Deel, men van de eènigfte uitfondering daar by vefmelt; dog dat dewyl het zeker was, dat de voorfz. vooriiening, als alléeniglyk ingerigt zynde totaffnyding van noodeloofe incidenten en vexatoire difayen, niet konde zien op nulIe en informeele gedaane Citatiên, en dat, dewyl de Citatie in quseftie by den Suppliant als zoodanig wierd aangemerkt, en dat hy uit dien hoofde vermeiiid hadde Ongehouden te zyn, om daar op te cömpareeren, het aan hun voorgekomen was, dat de Suppliant niet zoo zeer gefegt konde worden in mora te zyn geweest, als wel te verfeeren in een verkeert begrip omtrent zyne verpligtinge, van op de voornoemde Citatie te moeten cömpareeren. Dat vervolgens, hoe peremtóir ook de bewyfen van den Hoofdofficier der Stad Amfterdam mogten fchynen tot betoog van de wettigheid zyner gedaane Citatie, aan den Suppliant egter niet behoorde te worden ontnoomen de faculteit, om daar jegens gehoord te worden, en zóódanige contrarie bewyfen in te leveren, als hy pretendeerde aan de hand te hebben; en dat gevolglyk, dewyl hetconftateeren van het voorfz. factum tusfehen Partyen in quaïftie, en het oordeel over de bewyfen dien aangaande niet wel anders, dan voor den ge woonen Regter konde worden gediscutieert, het verfogte Reliëf daar toe als een gepast middel konde worden aangemerkt. Dat zy Heeren 'Gecommitteerden daar voorts nog by geconfidereert hadden, dat, door het verleenen van het gemelde Reliëf, aan den Hoofdofficier der Stad Amfterdam geen wefendlyke prejuditie wierde toegebragt, dewyl hy, zulks goedvindende, het verfoek van den Suppliant, om als nog ten principaalen, onder beneficie van het voorfz. Reliëf, gehoord te worden, op het interinement in judicio konde contradiceeren, of wel in het interinement confenteeren, mits de Suppliant refundeere alle de kosten der defauten; wanneer gemelde Hoofdofficier van geen erger conditie zoude zyn, dan hy geweest was ten tyde van den eerften Regtdag, dat de Suppliant had moeten cömpareeren; daar integendeel door het afwyfen of niet verleenen van het verfogte Reliëf, de Suppliant a limine judicii geremoveert, en onverhoord gecondemneert zoude worden uit kragte van defauten, die hy zig niet pertinaciter, ex mora. op den hals gehaald hadde, maar waar in hy SB al*  746 Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. alleen uit een quaad begrip gevallen was geweest. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raden by defe te authorifeeren en te qualificeeren, om aan den Suppliant het verfogt Mandament te verleenen met committimus aan Schepenen Commisfarisfen dei Stad Amfterdam in ordinaria forma. 15. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om reliëf tegen het niet tydig impetreeren van een Mandament van Reformatie van een Vonnis van Schepenen Commisfarisfen te Leyden word afgewefen. Den 1 Mey 1773. Is geleeTen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van heeden, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Appointement van den 20 Maart deefes jaars, geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprasfenteert by of van weegens Gerard van Bergsland, gedomicilieert geweest zynde in de Stad Amfterdam, als meede een Buitenplaats gehad hebbende onder de Baronnie van Wasfenaar, thans Griffier en Secretaris te St. Oedenroode in de Meyerye van 'sHertogenbofch, en aldaar woonagtig, om reedenen daar by geallegeert verfoekende, dat het haar Edele Groot Mog. welbehaagen zyn mogte, den Suppliant te releveeren, en (voor zoo veel des noods) in integrum te reftitueeren, van dat niet tydig het Mandament van reformatie met de Claufule van inhibitie van het Vonnis van Scheepenen Commisfarisfen van des Gemeene Lands Middelen in de Stad Leyden, gepronuntieert den 20 February defes jaars, was verfogt, mitsgaders geimpetreert, om het zelve insge- lyks meede tydig hebben kunnen doen exploicteeren en dienen op den laatften Regtdag in de loopende maand na pronuntiatie van het voorfz. vonnis, als meede den Suppliant te ftellen in dien ftaat, als hy zoude geweest zyn, by het niet ophouden van de gedaane, immers getendeerde interjectie van gedaane provocatie het het gemelde vonnis, mitsgaders daar uit gerefulteert abuis of misverftand van niet eerder als op den 9 Maart 1773 te zyn uitgegeeven, immers te hebben bekoomenhetgementioneerde vonnis van Scheepenen Commisfarisfen van des gemeene Lands Middelen in de Stad Leyden, en dienvolgende den Suppliant te admitteeren, om als nog het bedoelde Mandament in Cas van provocatie van het meergemelde Vonnis te mogen verfoeken en impetreeren van de Heeren Gecommitteerde Raaden , omme het zelve ordinario modo te mogen doen dienen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan het verfoek van den Suppliant te wyfen van de hand. 16. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word word afgewefen een verfoek om mandament van appel van een Vonnis van Schepenen Commisfarisfen te Dordrecht, met de claufule van Reliëf tegen begaane contumade. Den 4 April 1781. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de HeerenGecommitteerde Raaden van den 22 February 1779 en den 2 Maart daar aan ter Vergadering overgenoomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 14 October 1778 op de Requeste van Jan Dirkfe Jaspers, Slagter en Vleeshouwer, woonende onder de Jurisdictie van de hooge Zwaluwe, om de daar by geallegeerde reedenen verfogt hebbende, dat hun Edele Groot Mogende aan hera geliefden te verleenen Mandament van Appel van het Vonnis van Scheepenen Commisfarisfen van des Gemeene Lands Middelen over de Stad Dordrecht en den Resforte van dien, van den 29 Junyi 776 met de Claufule van fubftantieel reliëf Pro Deo, uit kragte van welke de Suppliant worde gereleveert, en in integrum gereftitueert van zyne begaane Contumacie in de procedures voor gemelde Scheepenen Commisfarisfen , en van zynomisfie, om in defelve procedures zyne defenfie ter eerfter inftantie tydelykte allegeeren, mitsgaders van alle verftekken en defauten tegens hem gegaan en verleent, als meede van het voorfchreeve Vonnis zelfs, en eindelyk van het verloop der fatalia van de interjectie en profecutie van het Appel van het voorfz. Vonnis, alles met alle de gevolgen en aankleeven van dien, en van affe fauten, homologatien en acquiescementen, die daar in Jive Commitendo, Jive omittendo, eenigfints raogten zyn begaan, voor zoo ver al hetzelve aan  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 74? aan des Suppliants appel, en zyne als nog te allegeerene defenfie mogte hinderlyk zyn en obl'teeren, en uit kragte van welk in teegendeel de Suppliant werde geftelt in dien Staat, als of het zelve niet was gefchied, en de ge • melde verruimen door den Suppliant niet begaan waaren, te dienen voor en met Committimua aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage; en dat hun Edele Groot Mog. geduurende derfelver deliberatien opdeé Suppliants verfoek, de Surcheance door de Heeren Gecommitteerde Raden verleent, ge* lieven te aggreëeren en te Continueeren tot dat door hun Edele Groot Mog. finaal zal zyn gedisponeert. Is goedgevonden en verftaan, het verfoek door den Suppliant in deefen gedaan, by deefe te wyfen van de hand. 17* Refolutie van de Staaten van Holland\ houdende verklaring van zekere Claufule van furcheance van een Decreet van apprehenfie met de gevolgen en aankleven van dien, hy voorige Refolutie van haar Ed. Gr. Mog, ver* leend. Den 30 September 1784. Is gelezen de Requeste van Bailliuw en Schepenen van 'Gravenhaage, te kennen gevende, dat hun Ed. Gr. Mog. den 24 defer in hunne handen ten fine van Berigt, hadden gelieven te (lellen een Request en Bylagen, van wegen Christiaan Ludwig Wagner, geweest zynde Wynkooper alhier in den Haage , aan hun Ed. Gr. Mog. geprsefenteert; en aan den Suppliant te verleenen furcheance van het tegen hem door den eerften Suppliant in ofiicio geobfmeert Decreet van apprehenfie, met alle de gevolgen en aankleeven van dien, als mede van de procedures door den eerften Suppliant R. O. tegen denzelven geëntameert; Dat het voorfchreeve hun Ed. Gr. Mog, dispofitif, naar de letter opgevat, ten gevolge zoude moeten hebben eene compleete provifioneele te niet doening van het voorfchreeve Decreet van apprehenfie: en dat dienvolgens teffens zouden moeten worden afgedaan en vernietigt alle zoodanige daaden van Jurisdictie, als welken zedert het voorfchreeve verleende Decreet van apprehenfie ten laste van den voornoemden Wagner door de Supplianten respect-ivelyk waaren gepleegt, en waar door de zelve Wagner de faculteit ook zoude fchynen bekomen te hebben, om zig alhier in loco te fisteeren, en de Justitie alfoo vryelyk, zonder eenige vrees voor dadelyke apprehenfie, onder dc oogen te kunnen zien; allegueerende de Supplianten hunne redenen van befwaar tot befpotting der heilige Justitie, en waar door de adminiftratie van defelve voor het vervolg ten uiterften moeyelyk, en irivee« le gevallen ten eenemaal in fu'fabel zoude worden gemaakt,* en op fundament derfelve redenen verfoekende; dat het hun Ed. Gr. Mog* mogte bchaagen te verklaaren, dat de Refolutie van hun Ed. Gr. Mog. van den 24 defer maand niet anders moet worden geconfidereertj dan als een ordinaire Surcheance van de, crimineele procedures tegen den voorfchreeven Wagner uit kragte van het tegen denfelven geobtineert Decreet van apprehenfie door den eerften Suppliant voor het Geregt van den Haag gevoert wordende, en dienvolgënde, dat daar door niet moge worden belet * om den Perfoon van voorfchreeven Wagner te appre-» hendeeren en te custodieeren tot hun Ed. Gu Mog. finaaledispofide, ingevaJJe defelve mog^ te kunnen goedvinden, Z'g daar toe in de mo* gelyk beid te ftellen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, by defe te verklaaren * dat het voorfchreeve dispofitief van hun Ed. Gr. Mog. van den 24 defer niet anders moet worden geconfidereert, dan als een ordinaire furcheance van de crimineele procedures tegen den voorfchreeve Wagner, uit kragte van het tegen den zeiven geobtineert Decreet van apprehenfie door den Bailliuw voor het Geregt van den Haag gevoerd wordende; en dienvolgënde, dat daar door niet mag worden belet, om den Perfoon van voorfchreeven Wagner te apprehendeeren en te custodieeren tot hun Ed. Gr. Mog. finaale dispofiti@é  748 Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. 18. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek tot annulleering van een Decreet van apprehenfie, door den Bailliuw van 'sHage tegen zekeren Wynkooper geobtineert, word afgewefen. Den i April 1785. De Heer Penfionaris van Zeebergh heefc ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, in gevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mogende drie Refolutien commisforiaal, allen van den 22 December 1784, hadden geëxamineert, eerstelyk een Request van Christiaan Ludwig Wagner, tot annulleering van zeker Decreet van apprehenfie, door den Bailliuw van 'sliage tegen hem geobtineert, met de gevolgen van dien, als mede het Bericht van Bailliuw en Schepenen van 'sHage op het zelve Request aan hun Edele Groot Mogende gemppediteert; wyders een Bericht van dien zeiven Bailliuw en Schepenen op de Requesten van Sufanna ElifabethTierens, Huisvrouw van den voornoemden Christiaan Ludwig Wagner, tot.opheffing der verCegeling van Wynen en Goederen in haar Huis, Kelders, Pakhuis of Pakhuifen gevonden wordende, en tot een provifioneele voorfiening hangende de procedures tusfehen den Bailliuw van den Haage en haaren voornoemden Man; en laatstelyk nog een Bericht van meergemelden Bailliuw en Schepenen op de Requesten van Fredrik van Geulen cum fuis, alle Wynkoopers pecunieele pretenfien wegens geleverde Wynen op den voornoemden Wagner hebbende, mede verzoekende opheffing der verfegeling in de Kelder en het Pakhuis van den gemelden Wagner, en van de Wynen daar in gevonden wordende , en eene provifioneele fchikking hangende de procedures, tegen denfelven door den Bailliuw van 's Hage R. O. ondernomen; alles benevens de Requesten en Bylaagen by de voorfchreve commisforiaal gemaakte ftukken respectivelyk gevoegt. En dat zy Heeren Gecommitteerden in aan¬ merking neemende, hoe de voorfchreve Requesten, of fchoon tot differente einden tendeerende, egter allen tot grondflag hadden verregaande klagten over zekere crimineele procedures, door den Bailliuw van 's Hage tegen Christiaan Ludwig Wagner ondernomen als mede over derfelver gevolgen, en uit dien hoofde gemeend hebbende, de behandeling van dat een en ander gevoegelyk te kunnen combineeren , by examinatie van alles bevonden hadden, dat de voorfchreve klagten, wel verre van zulk eene doorfteekende liquiditeit te hebben, als volftrekt zou vereifcht worden, om in zaaken van die natuur een recurfus ad Principem te wettigen, integendeel alles ontbeerden , wat haar zelfs als eenigfints daar toe aanneemelyk zoude kunnen doen voorkomen, of haar vatbaar kunnen maken voor de minfte gunftige dispofitie van een Souverain, die de Justitie wil handhaaven, en zig kragtdadig verletten tegen de verfoeyelyke pogingen van hun, die door flinkfche aanvallen de zelve in veragting zoeken te brengen. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de voorfchreve Heeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, de verfoeken by de voorfchreve Requesten van Christiaan Ludwig Wagner, van Elizabeth Sufanna Fierens, Huisvrouw van denfelven Wagner, en van Fredrik van Ceulen, curn fuis, respectivelyk aan hun Edele Groot Mogende gedaan, by defe te wyfen van de hand, en daar door teffens buiten eiYeél te Hellen de furcheance, door hun Edele Groot Mogende op den 24 September 1784 aan den voornoemden Wagner verleent. En zal Extract defer Refolutie gefonden worden aan Bailliuw en Schepenen van den Haage tot derfelver informatie en naricht. 19. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by een verfoek om Request civiel tegen verleende defauten in extraordinaire crimineele procedures word afgeweefen, dog yrygelaaten defelve naar ftyle te purgeeren. Den 4 Augustus 1785. De Heer Penfionaris van Zeebergh heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, inge¬ volge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie commisfor/aal van den 1 July laatstleden , hadden geëxamineert een Request door de Huisvrouw van Christiaan Ludwig Wagner , eerst aan Heeren Gecommitteerde Raden,  Rechtsvordering in des gemeene Lands Middelen. 749 den, en naderhand op naam van den voornoemden t. L. Wagner zelf a*n hun Edele Groot Mog. geprefenteert, ten einde aan den gemelden Wagner zoude werden verleend Request Civil Pro Deo waar by hy zoude worden gereleveert van den Staat van den procesIe tusfehen den Bailliuw R. O. en hem Wagner voor den Gerechte van 's Hage litispendent, en hy alfoo geadmitteert, om als nog ter Rolle van Schepenen van 'sHage, qua gedelegeerde Regters in cas crimineel ter Judicature van 's Lands gemeene Middelen over den Haage en het resfort van dien, verfoek te doen van purge van het tegen hem op den 6 April laatstleden verleende default met den efiè&e van dien, met committimus aan Schepenen van 's Gravenhage daar op, aan hun Edele Groot Mog. ingevolge hoogst derfelver requifitie gefuppediteert, en de daar by gevoegde confideratien, door den Bailliuw van 'sHage aan welgemelde Schepenen op derfelver begeerte ingejevert. En dat zy Heeren Gecommitteerden uit de voornoemde confideratien van den Bailliuw van 'sHage gefien hebbende, dat dezelve de faculteit, om niet alleen het default, in der Supplianten Requesten vermeld, maar zelfs alle de.in defe verleende defaulten te purgeeren, aan den voornoemden Wagner toekende, als een middel dat hem naar rechten zoude vryftaan, en het welk hy Bailliuw althans niet voornemens zou zyn aan den zeiven te betwisten; derhalven geen genoegfaame reden hadden kunnen vinden voor der Supplianten gedaan verfoek van Request civiel, ten waare met het zelve fpeciaal mogt zyn bedoeld, om op eene indirecte wyfe inliet extraordinair crimineel proces een ordinair geding in te vlekten, ten einde dus, zoo veel mogelyk, eene verandering in den aart der zaak te effectueeren: dan tot welk laatfte in het byfonder, naar het oordeel van Heeren Gecommitteerden , nimmer, buiten de dringendfte noodzakelykheden, eenige gelegenheid of aanleiding behoorde te werden gegeven. Waar op gedelibereert zynde, is mitsdien, conform het Advis van de voornoemde Heeren Gecommitteerden, goed gevonden en ver| ftaan, het voornoemde verfoek om Request civil, door of wegens de meergemelde C. L. j Wagner gedaan, by defe te wyzen van de 1 hand; laatende egter voor zoo veel des noods, aan den zeiven Wagner vry en onverlet, om : de defaulten in de zaak by zyn Request verj meld, tegen hem verleend, als nog te purI geeien op den voet en met de gevolgen als naar rechten en ftyle, in crimineele zaaken gebruikelyk. En zal extract defer Refolutie gezonden worden aan de Bailliuw en Schepenen van 's Hage tot derfelver naricht en informatie. 20. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, aan de Schippers en derzelver Bedienden, om zonder eenige refistèn'tie hunne Schepen door de Bedienden der Collecte te late?? vifiteeren. Den 15 July 1789. ifr\é Gecommitteerde Raaden van de StaaJ[_JI ten van Holland en Westvriesland, allen den geenen, die deeze zullen zien of horen leefen, Salut; doen te weeten: dat wy in ervaring gekomen zyn, dat onaangezien hoogstgemelde Heeren Staaten by het 12 Articul van de generaale Ordonnantie op den ophef van 's Lands Gemeene Middelen geëmaneert, uitdrukkelyk hebben geftatueert, dat de Bediendens van de Collecte behoorlyk geafifteert, in cas van fuspicie , zullen mogen vifiteeren alle Schepen en Schuyten, mitsgaders alle Vragtwagens en Karren, of andere Vaar- en Rytuigen, nochtans zommigen en voornamentlyk de Schippers, derfelver Knegts en Bediendens, weigeren die vifitatie te haten doen, en zig dadelyk daar tegen verfetten, onder voorgeeven van op het Water niet te mogen worden gevifiteert, of dat de vifitatie met Schout en Dienaars van de Juftitie zou¬ de moeten gefchieden, het welk nergens word geordonneert. Zoo is 't, dat wy daar in willende voorzien, allen en een iegelyk, en voornamentlyk de Schippers, varende op de Stroomen en Rivieren, als meede derfelver Knegts en verdere Bediendens voor deefe wel ernftelyk willen gewaarfchouwdt hebben hunne Schepen, Schuyten, of andere Vaartuygen, zoo voor het geheel, als ten deele, zonder eenige de minfte refiftentie, het zy met daaden, woorden, of op eenige andere wyze, hoe ookgenaamt, te laaten vifiteeren, wanneer de Bediendens van de Collecte hunne qualiteiten behoorlyk zullen hebben aangetoont, alles op poene en ftraffen by het 15 Articul van de voorfz. generaale Ordonnantie geftatueert, zonder dat de uitvluchten van op het Water niet te mogen gevifiteert worden, of dat de vifitatie met adfiftentie van Schout en Dienaars 5B 3 van  pr^o Placaaten. 5. Boek. 7. Titul. AGTSTE TITUL- Betreffende de Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. t, Refolutie van de Staaten Generaal, voaat by een Zee-Krygsraad word aangefielt, tot het beregten van de zaak van zekere Gevangen Muytelingen van het Oost-Indifch Compagnie Schip Nyenburg. Den 13 February 1764.. Ontfangen een Misfive van het CoUegie ter Admiraliteit te Amfterdam gefchreeven aldaar den 11 deefer, houdende dat's Lands Fregat het Zeepaard onder Comando van den Capitain Dirk Hartogh op den 10 daar te vooren in Texel was binnen gevallen van Lisiabon, overbrengende twintig gevangenen van het üostindiefch Compagnie Schip Nyenburgh, gevoerd door Schipper Jacob Ketel , onder welke zig bevonden Èpke Elders Opperfluurman en Tennis Jacobfe de Koek derde Stuurman, dewelke de zaak aan den Gouverneur Fernambuc hadde geopenbaart, zoo als haar Hoog Mog. uit de Misfive van derfelver Minifter van Haeften te Lisfabon hadden gefien. Verfoekende het gemelde Collegie ter Admiraliteit met haar Hoog Mog. Ordres te mogen zyn gehonoreert, hoe met voorfz. gevangenen te handelen, te gelyk aan haar Hoog Mog. voorflaande, dat by aldienhaar Hoog Mog. hun geliefden tegelasten, die Perfoonen in een Scheeps Krygsraad te laten fententieeren, of het niet om de zwaarwigtigheid van het geval, het beste zoude zyn, dat aan het hoofd van die Krygsraad wierden gefield eenige Vlag Officieren beneevens eenige Capitainen, dewyl zig actueel niet meer dan drie Oorlog Scheepen in Texel bevonden, van welke reeds twee by na twee maanden na een goede wind in Texel hadden gewagt om Zee te kiefen, en by welker uitzeyllng de Commercie ten hoogden geintresfeerd was; Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het gemelde Collegie ter Admiraliteit te Amfterdam zal worden aangefchreeven de voorfz. Gevangen Muytelingen met 's Lands Fregat van Oorlog het Zeepaard in Texel binnen gebragt, of aan boord of aan Land in goede bewaaring te houden, tot dat defelve zullen kunnen worden te regt geftelt, fepareerende egter den Opperftuurman Epke Elders en den derde waakTeunis Jacobfe de Koek, als die onfchuldig worden gehouden, van de voorfz. Manfchappen, met dien verftande nogtans dat gemelde Opperf uurman en derde waak aan de hand werden gehouden, om behoorJyke informatien te kunnen geeven. Dat van da Juftitie zoude moeten gefchieden, hun in eenigerley manieren zullen te ftade komen, of tot hunne verontfchuldiging verftrekken; En op dat niemand hier van eenige ignorantie Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 15 July 1789. (Onderfond,j Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Wds geteekent,') A. J. ROYER. zal kunnen pretendeeren, gelasten wy, dat deefe allomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar en zoo als zulks behoort en te 1 gefchieden gebruikelyk is.  Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. 751 Dat vervolgens zal worden vastgeftelt, zoo sis vastgelteld word mits deefe, dat de voorfz. Manfchappen zullen worden beregt voor een groote Krygsraad van Zee Officieren, welke zitting zal hebben in Texel aan boord van het Fregat van Oorlog, het welke met de voorfz. Manfchap is ingevallen : Dat deefe Krygsraad zal moeten beftaan uit drie Vlagofficieren en een bequaam getal Capitainen, en geasfifteert worden door den Secretaris van 's Lands Vloot Mr. Pieter Binkhorst. Dat het gemelde Collegie ter Admiraliteit te Amfterdam in dit geval zal worden geauctorifeerd, zoo als geaudorifeerd word mits deefe , om de voorfz. Krygsraad zoo ras doenlyk te befchryven en daar toe ook te employeeren drie a vier Officieren van andere Resforten, ten welken einde het zelve Collegie aan het Collegie op de Maze, in Zeeland, Westvriesland of Vriesland een ordre zal verfoeken voor één twee of meer Officieren harer Resforten, om zig tegen zeekeren prseeife dag in Texel aan boord van het voorfz. Fregat van Oorlog, tot het houden van den Krygsraad geordonneertte doen vinden. Dat het voorfz. Collegie ter Admiraliteit voorts zig in dit geval zal moeten addresfeeren aan de Pnefidiaale Kamer der Generaale OostIndifche Compagnie, om de informatien en befcheyden, welke onder defelve zouden mogen gevonden worden, nopens de muyteryen geweld en moord op het voorfz. Schip Nyenburgh voorgevallen, ten einde defelve in handen van den Preeüdent van de voorfz. Krygsraad te kunnen (lellen: En dat denfelven Krygsraad dienvolgënde zal worden gelast, zoo als gelast word mits deefe, om op den Eed door een ieder der Officieren aan den Lande gedaan, de voorfz. Manfchappen te beregtcn na de Wetten defer Landen, en fpeciaal na den Articulbrief van de Generaale Geoctroyeerde Oost-lndifche Compagnie defer Landen. En dat laatftelyk alle de kosten zoo van het overbrengen, te regt ftellen, houden van den Krygsraad, en wat daar toe meerder behoord, zullen moeten worden gedragen by de Generaale Geodroyeerde Oost-lndifche Compagnie defer Landen: En dat dienvolgënde het gemelde Collegie ter Admiraliteit te Amfterdam zig weegens het Transport der voorfz. Manfchappen met 'sLands Fregat van Oorlog 't Zeepaard zal moeten addresfeeren aan de praefidiaale Kaamer der gemelde Oost-lndifche Com¬ pagnie te Amfterdam, om by behoorlykefpecificatie rembourfement de Kostpenningen en verdeïe onkosten te vorderen: en dat voor zoo veel de kosten van den Krygsraad aangaat, het Collegie ter Admiraliteit te Amfterdam de vacatiën der Officieren en verdere onkosten na ftyle en ordre van den Lande by dat Collegie gebruykelyk, zal avancèeren, en het rembourfement van haare uitgiften insgelyks by Specifique declaratie van de prsefidiaale Kaamer der gemelde Compagnie moeten vorderen. Dat wyders de refpecfive Collegien ter Admiraliteit zullen worden aangefchreven, om derfelver Officieren, welke met eenige Schee pen of Fregatten van Oorlog uit de Middelandfche Zee of van Cadix na herwaarts moeten retourneeren, te gelasten, dat defelve op haar Retour te Lisfabon zullen moeten aanloopen, en zig by den Heer van Haeften haar Hoog Mog. Minifter aldaar addresfeeren, om te verneemen of nog eenige van die Muytelingen van het voorfchreeve Schip Nyenburgh aldaar worden gevonden, om defelve in dat geval over te neemen en in bewaaring te houden tot dat een bequaame Scheeps geleegendheid zig opdoet, om defelve herwaarts te zenden: En dat gemelde Officieren op haar arrivement aan het Collegie ter Admiraliteit harer Resforte zullen moeten opgeeven, het pnecife getal der voorgemelde Manfchappen die zy zullen hebben overgebragt, ten einde by het Collegie ter Admiraliteit op de bewaaring en het overbrengen derfelver Manfchappen als dan ordre mogen worden geftelt. En zal ten dien einde Extract, van deele haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan de reipective Collegien ter Admiraliteit, mitsgaders aan de prafidiaale Kamer van de Oost-lndifche Compagnie te Amfterdam, als meede aan den Secretaris van 's Lands Vloot Mr. Pieter Binkhorst om te ftrekken tot derfelver narichtinge en zo veel een iegelyk aangaat, haar daar na te reguleeren. En zal gelyk Extract van deefe haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan den Heere van Haeften haar Hoog Mog. Minifter aan 't Hof van Portugal, om het Minifterie van 't Hof aldaar wegens haar Hoog Mog. voor de prompte overleevering der voorfz. Manfchappen te bedanken, enkennis te geevenvande ordres, die op de afhaaling van de overige, die aldaar nog zouden mogen aankomen, reeds zyn geftelt. 2. Refolutie van de Staaten Generaal, betrefa kelyk de wyze van executie van Sententien van Scheeps-Krygsraaden. Den 25 Juny 1765. Ontfangen een Misfive van den Luytenant Admiraal Schryver gefchreven alhier in den Hage op heeden dato deefes prefenteerende daar neevens aan haar Hoog Mog. het ver¬ baal, gehouden by de Hooge Scheeps Krygsraad over de Muytelingen van het Oost-Indifch Compagnies Schip Nyenburg, zynde daar aan geannexeert de proceduren over defel-  752 Placaaten. 5» Boek 8. Titul. felve Muytelingen gehouden, als meede een kort Extract, uyt het gemelde verbaal meteen Kaart en aanwyzing alwaar de executie was volbragt, met de reedenen daar in vermeit, waarom de executie volgens oud gebruyk niet binnen Scheepsboord tot een fpectakel was gefchied , voor het Scheepsvolk van 's Lands Schip van Oorlog het Zeepaard als andere Lands of Oost Indifche Compagnie Scheepen en Koopvaarders daar ter Rheede ten Anker leggende, op dat haar Hoog Mog. volkomen geclaircisfeert zynde van de twee differente fentimenten onder de Leden van den Hogen Krygsraad, zouden konnen oordeelen, welke van de twee wyzen van executeeren, omtrend de volgende Muytelingen het beste was en geobferveerd behoorde te worden voor de meeste dienst van het Land en tot de grootfte afTchrik voor het toekoomende onder de Zeevarende Manfchap¬ pen, waar van hy Luytenant Admiraal haar Hoog Mog. goedvinden was afwagtende. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat het voorfz. verbaai gehouden by den Hogen Scheeps Krygsraad met de Stukken daar toe gehoorende ter Grif* fie zal worden gefeponeert, om te zyner tyd te dienen zulks en daar het behoord. Dat wyders zal worden vastgefteld, zoo als vastgefteld word mits defen, dat in het vervolg de Sententien ter executie zullen worden gelegt binnen Scheepsboord, om te dienen tot meerder affchrik van de Zeevarende Manfchap, zoo van de Oorlog Scheepen van den Staat, als van de Scheepen van de Oost-lndifche Compagnie en andere Koopvaarders. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan den Luytenant Admiraal Schry ver om te ftrekken tot desfelfs narichtinge. g, Refolutie van de Staaten Generaal, tot maintien van de Collegien ter Admiraliteit, in derzelver recht van Judicatuure in zaaien van fraudes en contraventien, betrekkelyk deConvoyen en Li cent en. Den 24 Juny ijóó. Ontfangen een Misfive van het Collegie ter Admiraliteit in Vriesland, gefchreeven te Harlingen den 16 deefer, houdende dat zy uit de bekoomene informatien van hunnen Advocaat Fiscaal kennisfe droegen, dat zeekeren Mindelt Jansz. Meening den 22 October des voorleerden jaars met een Laading Turf van den Peekei a. door Windfchooten, zynde een onderhoorige post van de Lang-akker of Nieuwe Schans, was gevaren, zonder zig aldaar te voorden van het vereischte pasport en daar beneevens geinformeert waren, dat door hunnen voornoemden Advocaat Fiscaal ratione officii ordre tot het aanhouden van gemelde Schip was gegeven, als ook dat het zelve Schip op den j 8 Maart defes jaars te Winfchooten voornoemt was aangehouden, en na de Lang-akker Schans opgefonden. Dat Zy geen zwarigheid hadden gemaakt het verrigte van hunnen Advocaat Fiscaal te approbeeren, en daar meede volkomen genoegen te neemen, dog dat zy voor haar Hoog Mogende niet konden verbergen, dat om alle faciliteit tot aanqueekinge van de Commercie te gebruyken, zelfs in het voorfchreeve geval, fchoon ftriktgenoomen,aanloopendeteegens den Letter en zin van haar Hoog Mog. Placaat en wel infonderheid tegens het 150 en andere Articulen van dat van den 31 July 1725, met toeftemming van partyen, welke daar by geinteresfeert waren, goedgevonden hadden, meergemelden Schipper te permitteeren van in Compofitie te mogen werden ontfangen, met verderen Last aan hunnen Advocaat Fis¬ caal , wanneer de Schipper Mindelt Jansz. Meening niet aan de hand quam, de ondernomen procedures na rigeur van Juftitie verder voorttezetten. Dat zy in die billyke verwagting waren geweest, dat daar door de zaak binnen korten zoude zyn getermineert geworden, aangefien de Schipper Mindert Jansz. Meening zig daar over bevorens aan hunne Officieren in de Langakker Schans had geaddresfeert, en daar toe verfoek gedaan, dog naderhand, vermoedelyk op induótien, rond uit hebbende gedeclineert van niet te willen Compofeeren, hunnen Advocaat Fiscaal zig genoodfaakt had gevonden de procedures te reëntameeren, en Ordre ge" geven, dat het Schip na het gemelde Collegie te Harlingen voornoemt, als behoorende tot hunne Judicature zoude worden opgebragt, procedeerende wyders zoo na ftyle. Dat zy wel gevvenscht hadden, dat aan hun eerfte falutair oogmerk door den Schipper was voldaan, op dat zy de attentie van haar Hoog Mogende niet hadden behoeven te interrurapeeren, dat zy hun daar toe indispenfabel verpligt vonden, aangezien dat geval aanlydinge had gegeven tot een zeer verre uitflap van den Drost van beide de Oldampten Hendrik Jan Veltman, welke had kunnen goedvinden een Requifitoriale Citatie te zenden aan den Richter Goedieus in Westwoldingerland, beneffens een Misfive Copyelyk nevens de voorfz. Misfive gevoegd Sub. Lias. A. en B. waaruit haar Hoog Mogende ten vollen zoude confteeren, dat gemelde Drost hunnen Ontfanger in  Rechtsvordering voor de Admiraliteiten in Zeezaaken. 753 in de Lang-akker Schans had doen Citeeren, ten eynde voor denfelven te Cömpareeren en fe beantwoorden zodanigen Eifch en Conclufie , als Mindelt Jansz. Meening teegens denfelven zoude neemen, ten eynde genoegfaarn Redens reedenen tegeeven, waarom deslmpetrants Schip met Turf op den 18 Maart 176Ö tot Windfchooten in den Oldampte geregtelyk door den Wedman ter plaatfe aldaar had doen arrefteeren : En om Rekenfchap te geven, waarom zonder voorkennisfe aan opgemelde Gerechte voornoemde Schip weederom had laten vervoeren, en na de nieuwe Schans transporteeren, geevende ten dien eynde vier Termynen, uytwyfens de gemelde Citatie Reprefenteerende het gemelde Collegie hoe zeerdie handelwyfe reg'tdraats aanliep tegens diverfe Refolutien en Placcaten by haar Hoog Mogende genoomen. En verfoekende om reedenen in de voorfz. Misfive geallegeert, dat haar Hoog Mog. zodanige eflicafieufe middelen gelieven te employeeren als de fpoed der zaake vereyfcht tot dadelyke ftuyting deefer door den Drost van de beide Oldampten, zoo zy op geallegeerde •ronden vermeenen, ten onregten aangevangen proceduren, op dat hunnen Advocaat Fiscaal in de voortfetting zynerprocedures,onverhindert, en hunnen Ontfanger der Convoyen en Licenten in de Lang-akker Schans, rustig en vredig, zoo wel als alle andere Officieren der Convoyen en Licenten, in de exercitie hunner Fun&ien en Bedieningen mogen worden gelaaten, terwyl zy alvoorens te fententieeren, alles overlieten aan het oordeel van haar Hoog Mogende, en met verlangen de ordres van haar Hoog Mogende zouden te gemoet zien. Waar op gedelibereert zynde,.Js.goedgevonden en verftaan, dat aan het gemelde Collegie ter Admiraliteit in Vriesland zal worden gerescribreert, dat haar Hoog Mogende haar laten welgevallen het geen door haar in defen ïs gedaan: Dat wyders van het voorfz voorval by Misfive kennisfe zal worden gegeven aÉ de Heeren Staaten van de Provincie van Stad en Lande, en aan defelve gereprefenteert, dat haar Hoog Mog. met geen geringe bevreemding hebben vernomen de onbetamelyke en verregaande Conduite van gemelden Drost van de beide Oldampten, welke van zig heeft kunnen verkrygen, om een ontfanger van het Collegie ter Admiraliteit in Vriesland, en dus een Bediende van de gelamentlyke'Bondgenooten, wegens het waarneemen van de functie aan hem toevertrouwt, voor een particulier gerichte te citeeren, om dieswegens aldaar Reekening en verantwoording te doen i 1mo2. ncj.orrr Dat aan hooggemelde Staten met onbekent kan zyn, dat by hec 30 Articul van de Inftru&ie voor de Collegien ter admiraliteit door de respeótive Bondgenooten aan defelve Collegien is gederaandeert, de kennisneeming van alle fraudes en contraventien tegens de Placcaten en Ordonnantiën op de Convoyen IX. Deel. en Licenten, en dat nader by het 20a Articul van het Placcaat van den 31 July 1725 folemneel is vastgeftelt, dat de Judicature van zaken van Contraventien tegens haar Hoog Mog. Ordonnantiën privativelyk aan de Collegien ter Admiraliteit zal worden opgedragen, zonder dat eenige andere Officieren of Magiftraten de Calange van dien zullen mogen aanneemen, by pcene van nulliteit. Dat gemelde Inftructie en Placaat de Regelen Wet zynde, waar na de Officieren van de Convoyen en Licenten zig eeniglyk kunnen en moeten reguleeren, het aan geen particuliere Provincie , veel min aan een byfonder perfoon, als den Drost van de beide Oldampten, vryftaat, zig de kennis daar van aantematigenen dat het een zeer irreguliere en buiten exempel zynde behandeling is, gemelde Officieren voor een byfonder gericht daar over te willen calangeeren. Dat zoo een temerair beftaan, niet anders kan werden aangefien, dan als een infractie in het Regt van de gefamentlyke Bondgenooten en een Vilipendie van de ordres met gemeen confent gearrefteert. Dat het gevolg daar van niet alleen nood/akelyk moet wefen, dat de Officieren*zullen worden afgefchriktvan het doen van haar pligt in hét ontdekken van fraudes, maar dat de ordres van den Lande buiten executie gehouden, alles in verwarring gebragt, en de middelen te Water ten eenemaal geruïneert zullen worden. Dat zoo gemelde Drost van de beide Oldampten of iemand anders gemeend had zig te moeten befwaaren, over de aanhaling van de Ladinge Turf, welke tot dit geval oorfaak heeft gegeeven, defelve zig had moeten addresfeeren aan het Collegie ter Admiraliteit in Friesland, aan het welk, gelyk aan de Collegien ter Admiraliteit in 't gemeen, volgens 't 173 Articul van het voorgemelde Placcaat, toekomt de arbitrage, of de goederen daar van men zoude kunnen zeggen, dat diè maar in kleyne partyen en ter confumptie vervoert worden, waarlyk ter confumptie vervoert worden, of tot koopmanfchap zyn ingenoomen, en by confequentie of defelve vry mogen werden vervoert zonder Pasport of niet, en zoo hy nog verder zoude willen gaan en fuftineeren, dat de Ingefeetenen by de generale ordre buiten noodfakelykheid, te veel befwaard zyn, defelve zyn klagten had moeten inbrengen by de Heeren Staten van Stad en Lande, en defe zyn klagten gefundeert vindende, hun vertoog daar over hadden moeten doen aan haar Hoog Mog. om met een gemeene concurrentie der Bondgenooten daar in gefoulageert en geholpen te werden, maar dat zig zelfs in defe regt te doen, en zulks I niet alleen maar daarenbooven 's Lands Bedienden, die niet anders dan zyn pligt beiragt heeft, dieswegens voor een incompetente Regter te actioneeren, een daad is van zoo verre uitfigt, en zoo dangereufe gevolgen, •dat .haar-Hoog Mog. die met geen indifferentie kunnen aanfien: En dat derhalvenhooggemelde Heeren Staten op het allerferieufte zul5C lea  754 Placaaten. 5. Boek. 8. Titul. NEGENDE TITUL, Betreffende de manier van Procedeeren voor Dykgraaf en Heemraaden van Rhynland, Delfland en Schieland &c, $» Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Dykgraaf van Rhynland word geauclprifeert, om de onroerende Goederen, die volgens Dyk- recht ten zynen behoeven vervallen zyn, by Decreet te mogen doen verhopen. Den 8 Mey i7?6. T>y refiimtie gedelibereert zynde op het 13 Rapport door den Heer Penfionaris van Zeeberg, en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden, op den 3 der voorlede maand, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 14 December 1775, uitgebragt, met Commisfarisfen van den Hove geëxamineert hebbende het Request door Jacob Jan, Baanderheer van en tot Wasfenaar en Zuidvvyk, in qualiteit als Dykgraaf van Rhynland, aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert; verfoekende, dat hun Edele Groot Mog., tot zekerheid van de Dykagie binnen Rhynland, mitsgaders totmaintienvan het regt van den Vertoonder in zyne voorfz. qualiteit, en van alle anderen, die hem in het gemelde Dykgraaffchap zouden fuccedeeren, den Vertoonder in zyne qualiteit, en alle des¬ felfs Succesfeuren in officio, voor zoo veel des noods zouden gelieven te authorifeeren en te qualificeeren, om alle onroerende. Goederen onder het Hoogheemraadfchap van Rhynland gelegen, die volgens Dykregt, na behoorlyke proceduures. van Uitlegging, Panding en Schatting, mitsgaders de daarvan opgevolgde approbatie van-Hoogheemraden, ten behoeve van den Dykgraaf vervallen zyn, of in het vervolg uit gelyke oorfaak verder zouden mogen komen te vervallen, te mogen doen verkoopen by Decreet, het zy voor Schepenen der Stad Leyden, het zy voor den Hove, en dat daar van aan den Vertoonder in zyne qualiteit mogt worden uitgegeven Acte m forma : gelyk mede dat welgemelde Heeren Gecommitteerden daar by overwogen hadden de Misfive van den Prefident en Raden van len werden verfogt de procedures door gemelden Drost van de beide Oldampten op een onregtmatige wyfe aangevangen, als nul en van onwaarde ten fpoedigfte te doen Ruiten, en gemelde Drost aantefchryven, van daar niet meede voort te gaan, maar die buiten gevolg te laten, met ordre aan denfelven, om den Advocaat Fiscaal van het Collegie ter Admiraliteit in Vriesland, in het voortfetten van zyne procedures onverhindert te laten voortgaan, en om voortaan den ontfanger der Convoyen en Licenten in de Lang-Akkerfchans en alle andere Officieren van de Convoyen en Licenten, hunne Funétlen en Bedieningen rustig en vredig te laten exerceren. En zal extract, van deefe haar Hoog Mogende Refolutie gefonden worden, aan zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, als Admiraal Generaal van de Unie, met verfoek, om de hand daar aan te houden, dat defe haar Hoog Mog. intentie effect moge forteeren, en zoo lang met gemeene bewilliging geen verandering in het werk van de binnenland fche Pasporten is gemaakt, de generale ordres daar omtrent geftelt by continuatie geobferveert moge worden. De Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland en Overysfel hebben by deefe geleegentheid geinfteert en verfogt, dat de befognes ontrent het werk van de binnenlandfche Pasporten eenmaal mogen werden voorgenomen, en na de idees en het verlangen van derfelver Heeren principalen tot confiftentie gebragt en gefchikt. Den aanweefende Heer Gedeputeerde van de Provincie van Stad en Lande heeft de voorfz. Misfive Copielyk overgenomen, om in den haren breeder gecommuniceert te worden.  Manier van Procedeeren voor Dykgraaf en Heemraaden &c. 755 van den Hove, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appoinctement van den 25 November 1774, derfelver confideratien en advis op het voorfz. Request. En in het byfonder in agting genoomen zynde, dat naar den inhoud der Mandamenten van willig Decreet, alle en een iegelyk, diev eenig regt of actie op of aan het verkogte Goed vermeent te hebben, en dus in het byfonder ook de Hypothecarisfen de vryheid behouden, en zelfs direct gedagvaart worden, om zig op de interpofitie van het Decreet bekent te maken, en hun gefuftineert regt, or* dinario modo, te laaten onderfoeken, zonder dat de voorafgaande daad van verkooping hier aan op zig zelf de minfle prejudicie kan toebrengen. Is goedgevonden en verftaan, tot meerder zekerheid van de Dykagie binnen Rhynland, mitsgaders tot maintien van het regt der Dykgraven, den Vertoonder in zyn qualiteit, en allen die hem in het Dykgraaffchap van Rhynland zullen fuccedeeren, voor zoo veel des noods, te authorifeeren en te qualificeeren, om alle onroerende Goederen, onder het Hoogheeraraadfchap van Rhynland gelegen, die volgens Dykregt na behoorlyke proceduures van Uitlegging, Panding en Schatting, mitsgaders de daar van opgevolgde approbatie van Hoogheemraden, ten behoeven van den Dykgraaf vervallen zyn, of in het vervolg uit gelyke oorfaak verder zouden mogen koomen te vervallen, te verkoopen, mitsgaders vervolgens by Decreet te leveren, en zulks, het zy voor Schepenen van Leyden, of van eenige naastgelege Stad, het zy voor den Hove, en daar van aan den Vertoonder in zyne qualiteit te verleenen Acte in forma. T I E N D Ë T T T Ü L* Betreffende de Manier van Procedeeren voor Houtvester en Meesterknaapen. j, ïlefbluïie van de Staaten van Holland $ waar by een verfoek van den Heer van Meerkerk , om verklaaring, dat het Jachtgericht aldaar bevoegd is ie wyfen by Arrest zonder provocatie, word afgewefen, en aan de or dinar is - juftitie gerenvóyeert. Den 14 Juny 1787. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 12. deefer, hebbende ingevolge en tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Marginale Apostille van den 27 February deefes jaars, geëxamineert de Requeste van Jacob van Nes, Heer van Meerkerk, verfoekende hunEd. Groot Mog. verklaaring dat het jagtgericht van Meerkerk bevoegd is in de zaaken tot desfelfs Departement behoorende, te vonnisfen by arrest en zonder dat desfelfs Vonnisfen eenigerhanden provocatie fubject zyn, en dat dienvolgënde door Mr. Dirk Boellaard, Schout van Meerkerk , als Vader en Voogd van zynen minderjaarigen Zoon Jan Willem Boellaard, van de mterlocutie van het Jachtgericht van Meerkerk kwalyk en ten onregte aan de kamer van Justitie der Stad en Lande van Vianen is geappelleert, en dat wyders hun Edele Groot Mogende de voorfchreeve kamer gelieven aan te fchryven, om in de door den voornoemden Mr. Dirk Boellaard door middel van Appel voor derfelve gebragte zaak niet verder te laten voort procedeeren; mitsgaders, hangende de deliberatie van hun Edele Groot Mog. over dit verfoek, de gemelde zaak te houden in ftaatë en furcheance; breeder hier na geinfereert. De Gecommitteerde Raaden, ingevolge en ter voldoeninge aan UEdele Groot Mogende marginaale Apostille van den 27 February deefes jaars, geëxamineert hebbende de Requeste aan UEdele Groot Mog. geprefénteert, by ofte van Wegen Jacob van Nes, Heer van Meerkerk , hebben bevonden dat de Suppliant daar by voordraagt, dat de Luitenant Houtvester van des Suppliants voorfz. Heerlykheid, voor het Jagtgerigt aldaar 4 gedagvaart hebbende Mr. Dirk Boellaard, als Vader en Voogd over zyn minderjaarige Zoon Jan Willem Boellaard, tot be5C 2 tai-  75B Placaaten. 5. Boek. 10. Titul. taaling van twee boetens, ieder van twintig guldens, ter zaake dat defelve, tot twee malen toe, getransgredieerd zoude hebben de door Gecommitteerde Raaden, op den 17 September 1743, geapprobeerde ordonnantie, op de Jagt aldaar, de voornoemde Mr. D. Boellaard, alvoorens op de provifioneele betaaling der voorfz. boetens gepleit zoude worden, verfogt had eene nadere expresfie van de dagen en plaatfen, op welke, en in wiens Land, zyn voornoemde Zoon de voorfz. Ordonnantie overtreeden zoude hebben, met dat ge volg, dat het voorfz., verfoek, in voegen het zelve was gedaan, door het gemelde Jagrgerigt, voor als nog was ontfegt geworden , en dat vervolgens de voornoemde M. D. Boellaard, van het voorfz. interlocutoir gewysde van het voorfz. Jagtgerigt, aan de Kamer van Juftitie van de Steede en Lande van Vianen had geappelleert, en het zelve Appel door gemelde Kamer was geadmitteert; Suppliceerende de Suppliant vervolgens, na het voordragen van eenige reedenen, dat USdele Gr. Mog. zouden gelieven te verklaaren, dat het Jagtgerigt van Meerkerk bevoegt is, in de zaaken tot desfelfs Departement behoorende, te Vonnisfen by arrest, en zonder dat desfelfs Vonnisfen eenigerhande provocatie fubjeét, zyn, en dat dienvolgende door Mr. D. Boellaard, Schout van Meerkerk als Vader en Voogd van zyn Minderjaarige Zoon, Jan Willem Boellaard, van de voorfz. interlocutie van het Jagtgerigt van Meerkerk, kwalyk en ten onregten aan de Kamer van Justitie der Stad en Lande van Vianen is geappelleert ; en dat wyders UEdele Gr. Mog. de voornoemde Kamer zouden gelieven aan te fchryven, om in de voorfz. door den voornoemde Mr. D. Boellaard, door Middel van Appel voor defelve gebragte zaak niet verder te laaten voort procedeeren ; mitsgaders, hangende de deliberatien van UEdele Gr. Mog. over het voorfz. verfoek, de gemelde zaake te houden in Staate en furcheance. Op wélke Requeste en verfoek de Gecommitteerde Raaden, ter voldoeninge aan de verdere inhoud van UEdele Groot Mog. voorgemelde Apostille, zullende dienen van derfelver Confideratien en Advis, vermeenen defelve te moeten aanmerken, dat men met reede zoude mogen verwagten, dat een verfoek, waar door niet minder als een volkoomenfte ftremmingin de loop der ordinaris Juftitie, en een weefendlyke prejudicie aan de al* gemeene Rechten der Ingefeetenen zoude worden toegebragt, ten minden op eenig erkend regt en duydelykst Privilegie of Cesfie by de Requeste zouden worden gefundeert, maar niet, zoo als de Suppliant eenvoudig en alleen komt te doen, op eene wel gepofeerde dogonbeweefe ufantie, geftaaft door eene geenfints duidelyke uitleg van de mftraétie voor de Raaden van de Kaamer van Justitie , te Vianen , mitsgaders van de Conditiën waar op de Ambagtsheerlykheid van Meerkerk uit de Domeynen is verkogt geworden. Hoe zeer dan de Gecommitteerde Raaden zig ten opzigte van de onvoldoenentheid der voorgemelde des Suppliants gronden zouden kunnen volftaan met zig eenvoudig te refereeren, tot hetnevensgaene berigt en advis van de voorgemelde Kamer van Juftitie, met derfelver Bylagen, als welke onvoldoendheid daar by ten vollen gedemonftreert word, zullen defelve egter, ter Compleete elucidatie van UEdele Groot Mog. daar nog byvogen, dat, ten tyde van dé acquifitie en koop der vrye Heerlykheid van Vianen , ten behoeven van deefe Provincie, het recht van de jacht was in de boefem van den Heer van Vianen, en dat het opzigt en maintien van het zelve was toevertrouwt aan een Houtvester en twee of drie Meesterknaapen, die zig, zoo in het beoordeelen van de voorvallende Callangien, als anderfints moesten gedragen aan de ordres op het Jagtgericht van tyd tot tyd by den Heer geëmaneert, en fpeciaal op het Placaat, den 30 April 1681, en verdere Reglementen by defelve gearrefteerd, en zeedert in volle obfervantie gebleeven. Daar nu by het voorfz. Placaat, zo min als by voorige en verdere geëmaneerde ordres, eenige aanleiding gegeeven word, om te kunnen in het denkbeeld vallen, dat die twee of drie Meesterknaapen zouden hebben geweelen by arrest, in zulker voegen, dat van derfelver uitipraaken niet zouden hebben kunnen worden gekoomen in Appel of in reformatie, zoomoet, uithoofde van het algemeene recht, den Ingezeetenenook aldaar Competeerende, om namentlyk van de Vonnisfen by defubalterne Regters geweefen, te kunnen en mogen appelleeren, geconcludeert worden , dat zodanig Appel, zoo wel omtrent de Jagt qusestien, als in andere niet duidelyk geëxcipieerde zaaken, kan plaats hebben; zynde 'er te minder reede, om het tegengeftelde begrip vast te ftellen, om dat by het voorfz. Placaat niet alleen Bannisfementen, maar zelfs infiimeerende fchavotteeringen en Lyfftraffen zyn bepaalt; en het niet te fupponeeren is, dat by de Heeren van Vianen in der tyd, ooit of ooit eenige intentie kan zyn geweest om , althans in cas van discrepantie der fentimenten, op het gewysde alleen van twee Menfchen, de Ingefeetenen met derfelver Huysgefinnen aan de rampen uit zulke bepaalingen en ftraffen refulteerende, te exponeeren, zonder hun de  Manier van Procedeeren voor Houtvester en Meesterknaapen. 759 de faculteit te laaten om by een hogër Collegie en een meerder getal van geëclaireerde Regters hunne befwaaren te kunnen doen onderzoeken. Dit nu zoo zynde, zoude het moeten conlteeren, dat by de verkoop der Diftricten in de Landen van Vianen enAmeyde tot Ambagtsheerlykheeden, en fpeciaal by de verkoping van de Ambagtsheerlykheid van Meerkerk, het voorgemelde algemeene recht der Ingefeetenen aldaar, ten behoeve van den Kooper nauwer was beperkt geworden, maar ook ten dien opzigte werd niets gevonden. Het is wel eene waarheid, dat by de voorfchreeve verkooping is geconditioneert, dat de Koopers dier Ambagtsheerlykheden zouden hebben het recht van de privative jagt in hunne voorfz. Ambagtsheerlykheeden, als mede het recht om na het overlyden van den toenmaaligen Houtvester en de twee Meesterknaapen, te mogen aanftellen een Houtvester, mitsgaders een Competent getal Meesterknapen; dog (het geen in deefe byfonder moet gerefïecteert worden) niet anders als onder die fpeciaale mits, dat defelve zig zouden moeten reguleeren na het Placaat op het ftuk van de jagt, in den Lande van Vianen en Ameyde, geëmaneert; waar uit zeifs al aanftoncs niet onduifler is te zien, dat aan de Kooper van voorgemelde, en verdere Ambagtsheerlykheeden, ten opfigte van de regtspleeging in materie van de jagt niet is gecedeert of verkogt, het geen te voren of niet gepractifeert wierd, of ten minften niet gepractifeert mogt worden, en na dat 'er by de Koop Conditie geen de minfte aanieyding is gegeven , om te kunnen vallen in een be^ grip, dat het Jagtgerigt, byden Ambagtsheer aan te ftellen voortaan, tegens het belang van de goede Ingefeetenen, zoude wyzen by arrest. De Suppliant fundeert zyne Sustenue daar omtrent, by de gepresenteerde Requeste, ook niet op eene duidelyke verklaring van UEdele Groot Mogende, maar alleen op eene Ufantie, van, namentlyk niet te appelleeren van de Vonnisfen der Jagtgerigten der respeótive Ambagtsheerlykheeden, in den Lande van Vianen en Ameyde, welke hy zegt dat aldaar plaats zoude hebben; dit fundament al eens aangenoomen, en niet toegefchreven wordende aan het zeer geringe getal van Vonnisfen, het welk misfchien te berde gebragt zoude kunnen worden, nog ook aan de duydelykheid der bewyfen van de begaane contraventien , nog aan het onvermogen van de Gecondemneerde Perfoonen, om te kunnen appelleeren; zoude het egter zeer fpeculatief blyven, of zodanig berusten in Vonnisfen door eenige weinige Ingefeetenen in duidelyke zaaken, ten haa- ren particuliere lasten geweefen, aan anderen daar mede niet bemoeyt geweest zynde Ingefeetenen zoude kunnen beneemen het vermogen om van het hun Competeerende algemeene recht van Appel te kunnen en mogen gebruik maken en of mitsdien aan her. jus tertii in zaaken welke een facultatief recht, om daar van al of niet gebruik te kunnen, Contineeren, door zommige Ingefeetenen ten nadeele van alle hunne verdere mede Ingefeetenen, eenige prejudicie kan worden toegebragr, en of zodanig berusten van zommige Ingefeetenen geetablisfeerde Ufantie kan daar ftellen, want de erkentenis van de weezendlykheid en obfervantie van zodanige Ufantie daar uit te willen elicieeren, dat by de Inftructie voor de Kamer van Juftitie nietwes wegens de manier van Procedeeren in jagt zaaken te vinden zoude zyn, zoo als by des Suppliants Requeste word voorgedragen , zoude zoo als by het voorgemelde Berigt van de Kamer aangemerkt word, niet wel doorgaan, nademaal by het 14 Articul van die inftructie metzoo veel woorden gefegt word „ dat de Ka„ mer kennisfe zal neemen van zaaken „ by beroep aan hunlieden koomende, „ van Subalterne oflaage Regters;" en en wyders by het opnoemen van het 16 Articul der zaaken, waar van niet geappelleert zoude mogen worden, niets hoe genaamt wegens jagtzaaken gevonden Word. En het is uit dien hoofde, des te fingulierder, dat de Suppliant van zig kan verkrygen op dit point te reclamee» ren de Koop - Conditiën, volgens welke de Heerlykheid van Meerkerk van wegen U Edele Groot Mog. is verkogt, op fundament dat daar by geftipuleerd zoude zyn, dat alles, waar omtrent by defelve Conditiën geen verandering was gemaakt, zoude moeten bly ven op den ouden voet; want dewyl geen het minfte bewys van eene erkende en geëtablisfeerde Lfantie, zoo als de Suppliant,die komt op te geven , geëxhibeert word, zoude de voorgemelde periode, indien defelve, volgens de gedane opgaave, in de voorfchreeve Conditiën gevonden wierd, tegen de Suppliant, en zyne fustenue, moeten militeeren, maar. boven dien, is, by het Berigt van de meergemelde Kamer van Juftitie, ten duidelykften gedemonftreert, dat het4Artikel van de voorgemelde koopConditie , waarop door de Suppliant werd gebuteerd, alleen contineerd een beding die de regten, welken op de particuliere of fpecifique Lysten der preëminentien en rechten, mitsgaders lasten, waar op de Heerlykheeden wierden verkogt , niet vermeld ftonden, zoude bly ven aan de Domeynen van haar Edele Groot. Mog., waar uit dan al meede komt te volgen, dat, in geval de Suppliant het zelve Ar5C 3 ti-  Placaaten. 5. Böek. 10. Titül. tikel ten zyne voordeele zoude willen reclameeren defelve zoude moeten kunnen aanwyfen, dat zyne gefustineerde Ufantie daar bygefpecificeerd was geworden, en teffens dat indien by het zelve van die Ufantie geen melding word gemaakt, het tegengeftelde van des Suppliants gefustineerde daar uit geëlicieerd zoude kunnen worden. Het zoude overboodig zyn meerder hier by te voegen, om dat uit des Suppliants Request confteerde, dat de eigentlyke grond van zyn verfoek beftaat in de gefupponeerde exiftentie van de verhandelde Ufantie, de weefentlykheid en begaanbaarheid van die grond uitleevert eene juridique qusestie; hoedanige UEdele Groot Mog. niet gewoon zyn te termineeren , maar door den daar toe Gompetenten Regter in Judicio contradi&orio te laaten onderfoeken en decideeren. En 'er is te minder grond, ja zelfs in het geheel geen reede om de Cognitie over het ontdane different tusfehen den Houtvester te Meerkerk, ter eenre, en Mr. D. Boellaard met zyn minderjaarige Zoon, ter andere zyde, den ordinaris Regter af te wyzen, en daar partyen over en weer zig by desfelfs Regtbank hebben ingelaaten, als nu van denfelven te avoceeren, en politicé te termineeren in confideratie de voornoemde Houtvester de gefustineerde inappellabüiteit van het geallegeerde Vonnis of interlocutoir Vonnis, zoo als de Suppliant het zelve komt te noemen als nog voor den Regter kan allegeeren, en by denfelven doen onderfoeken en beoordeelen. Het is dan ook, om die, en verder geallegeerde reedenen, dat de Gecommitteerde Raaden, zullende dienen van Advife, buiten alle bedenkelykheid, van gedagten zoude zyn, dat UEdele Groot Mog., ten opfigte van des Suppliants gedaane verfoeken, zouden behooren te verklaren, dat in defelve niet kan worden getreeden, en wyders den voornoemden Suppliant ten dien opzigte te renvoyeeren aan de ordinaris Juftitie. Refereerende de Gecommitteerde Raaden zig niet te min tot UEdele Groot Mog. hoogwyfe dispofitie. Den 12 Juny 1787. Waar op gedelibereert zynde 3 is goedgevonden en verdaan, ten opfigte van des Suppliants gedaane verfoeken by deefe te verklaaren, dat in defelve niet kan worden getreeden, en den Suppliant ten dien opfigte te renvoyeeren aan de ordinaris Justitie. 2. Refolutie van de Staaten van Holland) waar by word afgeweefen een verfoek van Burgemeesteren en Regeerders van Naar den, ten einde het Jachtgericht in Gooyland door den Prefident Burgemeester van Naar den als Floutyester, en Schepenen van Naar den, als Meester knapen, zoude worden geëxerceert. Den 11 April i?88< De Heer Penfionaris Jager, heeft gerapporteert de confideratien en het Advis van de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem, en verdere hun Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Justitie, in gevolge en ter voedoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 21 December 1784, geëxamineert hebbende eene Misfive van Houtvester en Meesterknaapen van Gooyland, houdende, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 19 Augustus te vooren, derfelver Berigt en Bylaagen op de Requeste aan hun Edele Groot Mogende door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Naarden, en Buurmeesteren en Regenten van de Dorpen Laaren, Hilverfum, Huyfen en Blaricum in Gooyland gepraefenteert, met één en dertig Bylaagen gemunieert, en in fubftantie tendeerende, inde eerfte plaats, ten einde de Judicature van hat Jagtgerigt, en alle de zaaken de jagt en Houtvestery betreffende, die yan alle oude tyden af aan den Prsefident Bur¬ gemeester van Naarden in der tyd als Houtvester , en Schepenen van Naarden als Meesterknaapen, zouden toegekomen hebben, aan hun mogten worden wedergegeven, en defelve alfoo herfteld in derfelver aloude en wettige posfesfie; mitsgaders dat aan alle In- en Öpgefetenen van Gooyland, die recht hebben van Gemeente of Veldflag, vergund mogte worden, om, gelyk van ouds, in denfelven Lande te mogen jaagen, conform aan de keuren en ordonnantiën, door het voornoemde Gerecht daar op van ouds gemaakt of nog te maaken. En in de tweede plaats, dat voor zoo verre hun Edele Groot Mogende daar omtrent mogten difficulteeren; dat ieder op zyn eigen Land alle Haafen, Konynen, Kraayen, Exters, en verder fchaadelyke Gedierte zoude mogen vangen, dooden, fchieten of verwoesten ; zonder daar in van wegen het Jagt - Gerigt te mogen bekeurt of daar in 'gemolesteert te worden, of dat eindelyk hun Edele Groot Mogende omtrent alle defelve objecten geliefden  Manier van Procedeeren voor Houtvester en Meesterknaapen. 761 den te doen zoodanige efficacieuiê voorfiening, els hun Edele Groot Mogende zouden oordeelen meest dienftjg en toerykende te zyn. En dat zy Heeren Gecommitteerden ha een attent onderfoek hadden bevonden, dat behalven dat by het voorfchreeven Berigt op zeer folide gronden de ongerymdheid van het primaire verfoek, en de irjeleyance der middelen , waar op het zelve gefundeert word, is gededuceerd, de thans wederom door die van Naarden en het Gooyland gemoveerde quasstie, by twee formeele Staats-Refolutien van den 31 Augustus 1708 en 25 February 1719, eau fa benecognita, en na alvorens te hebben ingenomen de Confideratien en het Advis van de toenmaalige Raden en Meesters van de Rekeningen van hun Edele Groot Mogende Domeinen, compleetelyk is afgedaan en getermineert. Terwyl zy Heeren Gecommitteerden hadden vermeent, dat de geëxaggereerde klagten door de Supplianten in tyden van onrust, partyfehap en wanorder ondernomen , geen grond behooren uitteleveren, om eenige verandering in de gemelde wettig genooine Staatsbefluiten te admitteeren ,• w;iar by en in het byfonder by de Jaars.tgemelde Refolutie, de Houtvestery en het Jagtgerigt van Gooyland, tegens de prsetenfien van der Supplianten Pncdecesfeuren, en'om derfelver ondernemingen buiten fundament en in weerwil van hun Ed. Groot Mog. eerstgenoemde Refolutie gedaan, best en kragtdadigst te Ruiten en te redresfeeren is geftelt onder het opfigt van gemelde Raden en Meesters van de Rekeningen van hun Ed. Gr. Mog. Domeinen, rnet authorifatie voor eerst, om by vacature van de Luitenant Houtvestersplaats, en van Meesterknaapen , toen voor die reife door hun Ed. Groot Mogende gecreëerd, andere aan te ftellen, en van de noodige Commisfien te vborftën'3 en ten anderen: „ Om te refu, meeren, en in den naam van hun Ed. Gr. M Mog. te arrefteeren en vervolgens te doen publiceeren de Placaaten en Ordonnantiën op het Stuk van de Jagt en het Jagtgerigt 2 in het Gooyland bevorens gemaakt; en ver„ ders te doen, het geen zy Raden en Mees„ ters van de Rekeningen tot executie van h hun Ed. Gr. Mog. Refolutie noodig zou}, den agten, met last en order aan Burge„ meesteren van Naarden en de refpeStive „ Dorpen in Gooyland, om zig daar na „ punffueelyk ie gedragen. £n dat zy Heeren Gecommitteerden wyders in agt genomen hebbende, dat aan zyne Doorlugtige Hoogheid den tegenwoordigen Heer Erf - Stadhouder in het jaar 1766 door hun Ed. Groot Mog., even en op den zeiven voet, als aan hoogst desfelfs Pradecesfeuren, hoogloflykër memorie, in den jaare1675 en 1747, het Houtvester-of Jager- meesterfchap van Holland, mitsgaders deprivative jagt in het Gooyland is opgedraagen, het misdien ge^ne tegenfpraak kan iyden, of hoogst defelve heeft daar ook teffens verkregen de exercitie van alle die regten, welke in Stadhouderloofe tyden aan den toenmaalben Domein-Raad by hun Ei, Gr. Mog. gemelde Refolutie van den February 1719 zyn gedemandeerc, en dour defelve zyn uicgeoef- fent. ' fOY 031 Dat ten opfigte van het tweede verfoek zy Heeren Gecommitteerden overwogen hebbende de confideratien door Houtvester en Meesterknaapen daar tegens aangevoert; en gelet heb* bende op derfelver aangeboode bereidwilligheid , om door alle mogelyke voorfbrgen de vermecnigvuldiging der Konynen en verder Schaadeiyk Ongedierte tegen te gaan; mitsgaders aan alle billyke klagten van de In-en Op» gefetenen, wanneer de zelve met betaamelyke decentie, en ter behoorlyker tyd worden voosgedraagen, gehoor te geven, en, zoo veel mögelyk zal zyn, tot voorkoming van fchadens aan de Landeryen en Veldgewasfehen te voldoen, hadden vermeent, dat daar door alle redenen voor den Souverain komen te vallen, om door eene politïcque voorfiening Houtvester en Meesterknaapen te (hemmen in bet neemen van die maatregulen, welke de zelve voor het gemeene belang vermeenen noodzaakelyk en nuttig te zyn. Waar op gedelibereert zynde, is, op de gronden by het Rapport gelegt, en conform het Advis van gemelde Heeren Gecommit» ' teerden, goedgevonden en verftaan, met het Berigt van Houtvester en Meesterknaapen van Gooyland by defe genoegen te neemen, en dienvolgënde de beide verfoeken van de Supplianten te declineeren en te wyfen van de hand; ' mitsgaders defelve nogmaals tegelasten, om zig te onthouden van alle Judicature van hec jagtgerigt, mitsgaders van alle zaaken, de jagt en Houtvestery in het Gooyland betreffende; en zig voorts te reguleeren naar de Placaaten en Ordonnantiën op het ftuk van de jagt en het Jagtgerigt aldaar reeds gemaakt, of welke in het vervolg, met goedvinden van zyne Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder, door het Collegie van LuitenantHoutvester en Meesterknaapen zullen worden gearrefteert, en uit naam van gemelde zyne Hoogheid zullen worden gepnbliceert. En zal Extract defer Refolutie worden gefonden aan zyne Hoogheid den Heere Prince Erfftadhouder, en aan het Collegie van Luitenant - Houtvester en Meesterknaapen van het Gooyland, mitsgaders aan Burgemeesterenen Regeerders der Stad Naarden, en Buurmeesteren en Regenten van de Dorpen Laaren, Hilverfum, Huyfen en Blaricum, om te dienen tot derfelver informatie en narigt. ELF-  Fol. 760 ELFDE T I T U L. Betreffende de Manier van Procedeeren voor Stadhouder en Leenmannen. Nihil. TWAALFDE TI TUL. Betreffende de Juftitie en Rechtsvorde- dering in Militaire Zaaken. Refolutie van de Staatm Generaal houdende approbatie, dat Schepenen yan 's Bofch aan hunne Burgers en Ingefetenen per misfit mogen verleenen, om voor den Krygsraad getuigenis der waarheid te geven en dat ook gely» ke permis/ie door den Krygsraad gegeven zouden worden aan Militaire Perfoonen, als getuigen voor Schepenen gerequireerd wordende. Den 31 July 1771. Ontfangen een Misfive van Scheepenen, Gezwoorens en Raaden der Hoofdftad 's Bofch, gefchreeven aldaar den 30 deefer, houdende dat Petrus Werden , Pagter van voorfz. Stads Impost op de Brandewynen en Gedisteleerde Waateren, over den loopenden termyn, onlangs aan Scheepenen van voornoemde Stad hadde te kennen gegeven dat Do rus van Lottum op den 7 January deefes jaars voorheen in zoodanige Proceduren als voorfz. Pagter genoodfaakt geworden was tëentameeten tegens Nicolaas van Tinbergen, Koopman ip Gedisteleerde Waateren te *s Bofch voornoemt ter inftantie van. den Aanlegger, getuigenis der waarheid gegeven hebbende , zig zeedert in den Militairen dienst als Soldaat had geetigageert. Dat hy Pagter voorfz. verklaaring in de Procedures zullende gebruiken, nodig had, dat defelve onder Eede wierden gorecolleert, en daarom aan haar Scheepenen voornoemt ver¬ fogt derfelver Letteren Requifitoriaal, addre* houdende aan den Krygsraad van het Guarnifoen van voornoemde Stad, ten einde aan voornoemde Soldaat Doms van Lottum, die zig met verlof in het Guarnifoen aldaar bevond, mogt worden toegedaan, voornoemde getuigenis der waarheid voor hun Scheepenen om der Eede te Recolleeren. Dat de verfogte Letteren Requifitoriaal by gemelde Scheepenen op den 8 deefer loopende maand aan den voorfz. Pagter verleentzynde, die aan den Krygsraad by Misfive van den 22 daar aanvolgende, in fubftantie gerescribeert hadden „ dat zy, hoe zeer in vroeger „ tyden, in het voorfz. cas wasgepracfifeerd, „ dat de interrogatoiren of verklaringen wier„ den genoomen voor der Getuigens Compe„ tenten Rechter, in overweeging hadden ge„ noomen, dat in een pararel geval, haar „ Hoog Mog. by Refolutie van den 24 Maart „ 17Ó1 op het Advis van zyn Hoogheid den „ He*  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. 76 i • Heere Hertog van Brunswyk des tyds in " qualiteit als reprefenteerende den Erff-Ka'l pitein Generaal van de Unie, op een Mis. five van den Krygsraad des Guarmioens te ' Sluys in Vlaanderen, de Magiftraat van Sluys hadden gelast om aan de Burgers en Inge" feetenen, welke by den Krygsraad verfogt " wierden om Getuigenis der waarheid te gee" ven en daar op aldaar den Eed af te leg" gen, te verleenen de nodige permisfie, en " daarom tot wegneeminge van weederfydfche moeite, mitsgaders om voor het toekoomen- de tusfehen gerAelde Scheepenen en Krygs, raad des voornoemden Guarnifoens,inop- gemelde gevallen een vasten voet te ftellen, ' zy aan den Soldaat Dorus van Lottum had" den geordonneert, de door hem op den 7 ■', January deefes jaars gegee ven Getuigenis der waarheid voor Scheepenen van voorn. Stad ^ 's Bofch ónder Eede te reeolleeren, in die l verwagting , dat in het vervolg gemelde „ Scheepenen de Burgers en Ingefeetenen ins„ gelyks zouden gelasten zig voor hun tefis- teeren wanneer derfelver verklaringen gere„ quireert wierden in zaake voor hun hangen„ de, of zullende koomen." Dat Scheepenen voornoemt de voorfz. zaak als concerneerende de privilegiën en geregtigheeden van de Poorters van voornoemde Stad, volgens welken zy zoo in Crimineele als Civile zaaken voor niemand anders, dan voor haar Scheepenen te recht ftonden en dus tot de Politie van voornoemde Stad behoorende, ter deliberatie van de Magiftraat gebragt hebbende, zy uit aanmerking, dat het niet alleen met het gemeene recht allefints overeenkwam, dat de Getuigens moeten worden gehoort by den Rechter van de zaak, waar inhundepofitie of getuigenis der waarheid wierd vejeifcht, maar dat zelfs haar Hoog Mog. meer dan eens zoo ten aanfien van den Militairen als Politicquen Rechter van andere Plaatfen hadden verftaan , gelyk om nu niet te fpreeken van de reeds geallegeerde Refolutie van den 24 Maart 1761, onder anderen in de Refolutien van den 25 September 1722, én 12 Maart 1735 5 en zoo als de Raad van Staaten by Refolutie van den l p January meede hadde begreeperi; Eri dat het ook tot bevordering van de Juftitie teri uitterfte dienftig was dat daar omtrent een vasten voet wierden beraamd, in de voörgeflaage fchikking hadden bewilligt en mitsdien aangenoomen, aan haare zyde zorge te dragen dat haare Burgers en Ingefeetenen op gelyke wyfe zig zoude fifteeren voor den Krygsraad van het Guarnifoen, wanneer derfelver verklaaring wierd gerequireérd in zaake, hangende voor den Krygsraad en dit alles ongeprejudicieerd de boovengemelde Privilegiën en Voorregten, Poorteren der Voornoemde Stad Competeerende en zonder dat zulks ook in andere voorvallen of zaaken in eenige Confequentie aan de eene of andere zyde zullen getrokken worden, verfoekende daar op de goedkeuring van haar Hoog Mogende; Waar op gedelibereert zyndè, is goedgevonden en verftaan dat de voorfz. fchikking zal worden geapprobeert, en dat dienvolgënde Scheepenen der Stad 's Bofch, aan de Burgers en Ingefeetenen, welke by den Krygsraad reedts zyn of in het vervolg nog Zouden mogen werden verfogt de nodige permisfie zullen mogen geven, ten einde voor den Krygsraad te Conn pareeren, tot het geeven van Getuigenis der waarheid, daar op den Eed aldaar afteleggen en voorts, omtrent en met de voorfz. Getuigen al dat geen te doen, dat tot de adminiftratie van de Juftitie noodfaakelyk word vereifcht; mits dat zoo nu als in het toekoomende gelyke Permisfie door den Krygsraad worde gegeeven daar Militaire Perfoonen welke Getuigenis door Scheepenen voornoemt zouden mogen worden gerequireert , alles ongeprejudicieert de Privilegiën en Voorrechten, Poorteren der voornoemde Stad's Bofch competeerende, en zonder dat zulks in anderen voorval' len ofte tot andere zaaken in eenige confequentie aan de een of andere zyde zal worden getrokken. En zal Extract van deefe haar Hoog Mog. Refolutie gefonden worden aan Scheepenen, Gefwoorens en Raaden der Stad 's Bofch, om te ftrekken tot derfelver narigtinge en haar daar na te reguleerem Publicatie van de Staaten van Holland^ tot affchaffing van de Militaire Jurisdiclie. Detï 30 Jpril 1783. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Nademaal tot onfe kennisfe is gekoomen, dat niettegenftaartde wy nimmer de Judicature over zaaken, onfe Ingefeetenen betreffende, aan eenige Militaire Collegien hebben afgeftaan, maar integendeel te meermaalen blyken gegee ven hebben, hoe zeer wy voor de confervatie dier Judicature wilden zorgen, egter onder den naam van het oeffenen eener Militaire Jurisdictie, welke volgens IX. Deel. de Conftitutié deefer Provinciebeftaanbaar zyn zou, van tyd tot tyd, zoo in het Civile, als in het Crimineele, verfcheiden gevallen tot de zoogenaamde Militaire Rechtbanken worden getrokken, die, ovSreenkomftig Onfe waare intentie, het goed recht, en de veiligheidonfer Ingefeetenen, niet dan voor den ordinaris burgerlyken Rechter behandeld behoorden te worden; Zoo is 't, dat wy, tot voorkooming en daadelyke ftuiting van alle verdere excesfen 5D •»  Placaaten, 5. Boek. 12. Titül. 762 in deefen, mitsgaders tot confervatie der Rechten en Privilegiën van elk onfer Ingefeetenen, goedgevonden hebben te verklaaren, gelyk wy verklaaren by deefen, dat in het generaal, zoo wel in Civile als Crimineele zaaken, Militaire Perfoonen, volgens de Grondwetten van deefe Provincie, te recht moeten liaan voor de ordinaris Rechters binnen defelve, zoodanige byfondere gevallen alleenlykuitgefonderd, waar omtrent met valable Bewyfen zoude kunnen worden aangetoond, dat wy by fpeciale Commisfie, 't zy affonderlyk, of wel met concurrentie van onfe Bondgenooten, de Hee* 3- De Heeren Gedeputeerdens der Stad Dordrecht hebben ter Vergadering bekend gemaakt, dat zy met zekerheid waaren geinformeert, dat, niettegenftaande hun Edele Groot Mog. Refolutie en Publicatie van 30 April laatstleden, omtrent het werk der Militaire Jurisdictie, en die van i Mey, by welke is beflooten, om de Post, voor den Hoogen Krygsraad op den Staat van Oorlog gebragt, aftewyfen, de zoogenaamde Hoogen Krygsraad nogtans kan goedvinden, om op dit Souverain Territoir Aélens judicieel te pleegen, het welk direét is (bekkende tot vilipendie van de authoriteit van den Territoriaalen Souverain; weshalven zy Heeren Gedeputeerdens voornoemt hadden gemeent hun Edele Groot Mog. in bedenking te moeten geeven, of hoogstdefelven niet zouden behooren te refolveeren, om aan het pretenfe Collegie, zig den Hoogen Krygsraad noemende, aan te fchry ven en expresfelyk te interdiceeren, om Collegialiter of anderfints op het Territoir van defe Provincie eenige Juflicieele Aétens of gefag teoeffenen direélelyk of indireételyk; en om voorts van defe aanfchryving kennisfe te geven aan ren Staten Van de andere Provinciën, de rechtsoeffening aan den Militairen Rechter binnen onfe Provincie zouden hebben gedemandeerd of vrygelaaten. En, op dat niemand, het Zy in 't vervorderen van zyn goed recht, of in het administreeren van de Juftitie, van deefen onfen emftigen wil en meening eenigfins ignorant zoude zyn, zoo willen en begeeren wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks te gefchieden gebruikelyk is. het Hof Provinciaal met ordre, om zorgvuldig te waaken, dat aan defe Refolutie van hun Edele Groot Mog. geen de minfte atteinte werde toegebragt. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat aan het pretenfe Collegie, zig den Hoogen Krygsraad noemende, zal werden aangefchreven, en expresfelyk geinterdiceert, om Collegialiter of anderfints op het Territoir van defe Provincie eenige Jufticieele Aélens of gefag te oeftenen direételyk of indireófelyk, en dat voorts van defe aanfchryving kennis zal worden gegeven aan het Hof Provinciaal met ordre, om zorgvuldig te waaken, dat aan defe Refolutie van hun Ed. Gr. Mog. geen de minfte atteinte werde toegebragt. De Heeren van de Ridderfchap cn Edelen hebben wel expresfelyk de voorfchreve Refolutie gecontradicecrt, engeperfisteert by derfelver Declaratoiren op de Refolutien van den 30 April laatstleeden en 1 defer gedaan. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande * den 30 April 1783. (Onderfond,') Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geieekent,) C. CLOTTÊRBOOKË. Refolutie van de Staaten van Holland^ houdende aanfchryving aan den Hoogen Krygsraad, om op het Territoir deefer Provintie geene Juftmeele Aclens te oefenen. Den 30 Mey 1783, " Pu-  Juftitie en Rechtsvorderiug in Militaire Zaaken. 763 4. Publicatie van de Staaten van Zeeland > betrekkeljk de Militaire Jurisdictie. Den 22 September 1783. De Staaten van Zeeland, allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leien, Salut! Alfoo wy zyn onderricht van de van tyd tot tydontftaaneklagten, dat,door die van de Militie, binnen deefe Provintie Guarnifoen houdende, onder den naam van uitoeffening eener Militaire Jurisdictie, zoo in het Civiele, als Crimineele, verfcheidene inbreuken zyn gepleegd op het recht en gefag der ordinaire Juftitie, aan welke wy de adminiftratie van alle rechtsdwang op ons Souverain Territoir hebben toevertrouwd. Zoo is 't, dat wy, daar tegens willende voorfien, goedgevonden hebben mits defen te verklaaren, dat in het generaal, zoo wel in Civiele, als Crimineele Zaaken, alle Militaire Perfoonen, volgens de Grondwetten deefer Provintie, moeten te recht ftaan voor de ordinaire Burgerlyke Rechtbanken binnen defelve; uitgefondert voor eerst in pure Militaire Delicten, te weten, wanneer door een Militair Perfoon tegens de Krygs-Discipline alleen, en zonder eenig gelyktydig gepleegd commun delict, mocht wefen gepecceerdten ten tweeden, wanneer eenige misdaad mocht zyn bedreven door den eenen Militairen Perfoon tegens den anderen in de plaats van hun Guarnifoen, en de Delinquant by preventie door den Militairen Rechter aldaar mocht zyn geapprehendeert; in welke beide gevallen alleen , wy goedgevonden hebben aan die van de Militie de Judicatuure en Strafoeffening toe te ftaan onvermindert zoodanige nadere ordres en bepaalingen, als wy daaromtrent by vervolg mogten noodig vinden te ftatueeren; alles nochtans met dien verftande, dat in de eerfte plaats aan de Zwitferfche Regimenten zal worden gelaaten het recht van eigen Juftitie, zoo verre het zelve fteunt op de Tractaten, tusfehen deefe Republicq en de Zwitferfche Cantons gemaakt: — Ten tweeden, dat zoo wanneer een Militair zig aan de misdaad van hoog verraad, binnen deefe Provintie kwaame fchuldig te maken, door een hem aanbetrouwden Post in handen van den Vyand te willen ftellen, of dadelyk gefteld te hebben, of den Vyand op eenigerley wyfe behulpfaam te zyn geweest; de Militaire Rechter zig de Judicatuure van een zoodanige zaak niet zal mogen aantrekken; — En eindelyk ten derden, wanneer het onverhoopt gebeuren mocht, dat in der tyd over deefe onfe intentie, in byfondere gevallen, verfchil mogt ontftaan, ofte wel, dat die van de Militaire Krygsraaden ondernamen exces te plegen, zal de zaak niet buiten haar geheel mogen worden gebracht, maar zullen de Burgerlyke Rechtbanken, daar by geconcerneert, zich terftond deswegens moeten addresfeeren aan ons, of by onfe abfentie aan de Heeren onfe Gecommitteerde Raaden, ten einde daar op naar bevind te worden gedisponeert. En op dat niemand, het zy in het vervolgen van Recht, het zy in hetadminiftreren der Juftitie, van deefen onfen ernftigenwil, ignorantie zoude pretendeeren, zal deefe worden gepubliceerd en geaffigeerd alomme, daar zulks gewoon is te gefchieden. Aldus gedaan en gearrefteerd ter Vergadering van de Edele Mogende Heeren Staaten van Zeeland, in 't Hef aldaar, te Middelburg, den 22 September 1783. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van hooggemelde Heeren Staaten. (Was geteekend,) L. P. van dïn SPIEGEL. 5D * Ri*  764 Placaaten. 5. Boek. 12. Titul. 5, Refolutie van de Staaten van Holland, betrekkelyk het verleenen van kortingen op de Traclementen van Officieren, tot Zwitferfche Regimenten behoor ende. Den 3 December 1784. De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het Groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter vóldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 11 Juny deefes jaars, met de Heeren Gecommitteerde Raaden, geëxamineert het Advis van de Jaatstgemelde Heeren van den 26 Maart 1783, en den 28 daar aan ter Vergadering ingekoomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 29 January te vooren, op een Misfive van Schout en Raad der Stad en Republicq Bern, van daar den 2 der gemelde maand January aan hun Hoog Mogende gefchreeven, en den 15 ter Generaliteit ingekomen, houdende in Subftantie, dat Gabriël Sturler, hunne groote Raadverwant, en Chef van een Stand-Regiment in dienst van htm Hoog Mog. hun had berigt, dat de Heeren Gecommitteerde Raaden zeedert eenigen tyd aan onderfcheidene Crediteuren, die zig aan hun hadden geaddresfeert, kortingen verleend hadden op de Traëtementeii van de Officieren van het gemelde Regiment , en dat hy zig dus verpligt had gevonden aan hun hier van kennis te geeven, dewyl het zelve flreed met het tot nu toe gewoonlyk gebruik, en afweek van het vyf en twintigfte Articul der Capitulatie met hun Hoog Mog. geflooten; dat zy volkoomen van gevoelen zynde, dat wanneer een Crediteur Zyne pretenfie ten laste van een Officier wilde inbrengen, hy zig desweegem, volgens de ivoorden der Capitulatie als een fait perfonel moest melden aan de Judicatüure van het Regiment, te meer, dewyl deefe wég tot nu toe als altoos by hunne Regimenten was ingeftagen en ge volgt, vervolgens verfogten, dat hun Hoog Mogende de nodige voorfiening geliefden te doen, op dat, zoo wel met opfigte tot de reeds gebeurde gevallen, als in het vervolg , na het duidelyk voorfchrift der Capitulatien mogte worden gehandelt, en dat dus de Crediteuren voortaan aan de Judicature van het Regiment mogten worden geweefen, alwaar aan hun ontwyffelbaar eene fpoedige en korte Juftitie beforgt zoude werden; als meede de nadere Misfives van gemelde Schout en Raad van den 29 Augustus 1783, en 18 Maart 1784, den 13 September 1783 en 4 April 1784 ter generaliteit ingekoomen, op de voorfz. voorfiening zonder verder uitftel infteerende. Dat zy Heeren Gecommitteerden by examinatie der voorfz. Stukken geen de minfte reeden hadden gevonden, om af te gaan van de gronden by het voorfz. Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden gelegt, maar als nog van gedagten waaren, dat 'er, ten aanfien van het regt tot het verleenen van kortingen geen onderfcheid kon nog moest worden gemaakt tusfehen de Traclementen van de Officieren onder de Zwitferfche of alle andere Regimenten ten dienften van den Staat militeerende; dog dat niet konden ontkennen, dat by de Zwitferfche en infonderheid de Bernfche Troupes zeekere huishoudelyke fchikkingen plaats hadden, waar door de fchulden, door de Officieren onder defelve Troupes gecontraéteert, gewoonlyk op een prompte wyfe, en in alles overeenkomftig de ordres binnen deefe Provincie omtrent het verleenen van kortingen plaats hebbende, ten volkomen genoegen der Crediteuren wierden voldaan, ja dat het zelfs zeer dikwils gebeurde , dat ten dien einde door de familien van zodanige Officieren aan de Krygsraaden der Regimenten, waar onder defelve gehoorden, aanifienlyke fommen uit Zwitferland wierden overgemaakt, waar door de Ingefeetenen deefer Landen op een ipoediger wys, als door het verkrygen van korting, van derfelver agterweefen wierden voldaan. Dat voorts niet konden disconvenieeren, dat deefe fchikkingen door het verleenen van een korting fomtyds geheel en al konden worden buiten effeéfc geftelt, en dus veroor%ikt, dat door de betaaling van een enkele fchuld veele andere fchulden geduurende een geruimen tyd onbetaald moesten bly ven, welke anderfints door de voorfchreeve fchikkingen zouden zyn voldaan geworden; dat dewyl deefe zeekerlyk nuttige fchikkingen alleen plaats hadden by de Zwitferfche, en in het byfonder onder de Bernfche Regimenten, en dat door de Regeering van het Canton Bern by herhaaling de nadrukkelykfte adresfen ter Generaliteit waren gedaan, op dat defelve fchikkingen niet door het verleenen van kortingen mogten worden illufoir gemaakt; zy Heeren Gecommitteerden vermeenden, dat aan het verlangen van het gemelde Canton vooral in de teegen* woordige omftandigheeden door hun Edele Groot Mog. zoude behooren te gemoed te worden gekomen, mits egter hier door niet wierde afgegaan van de generaale ordres, welke ten aanfien der kortingen binnen deefe Provincie altoos hadden plaatsgehad; en dat door twee Gecommitteerden van het meergemelde Canton, welke met Commisfarisfen uit het Collegie van Gecommitteerde Raaden over de voorfchreeve materie hadden geconfereert, was te kennen gegeeven, dat door de Regeering van het zelve Canton ten aanfien der voorfz. klagten genoegen zoude worden genomen, indien de verfoekers van kortingen, ter bekooming van derfelver agterweefen, aan de Krygsraaden der geconcerneerde Regimenten wierden geren vo> eert, roet bepaaling nog- nc  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. teili, dat indien defelve verfoekers aldaar gee- , ne betaaling konden erlangen, defelve zig in dit geval nader aan de Heeren Gecommitteerde Raaden zouden kunnen addresfeeren, en dat als dan op derfelver te doene verfoek zodanig door defelve Heeren Gecommitteerde Raaden zoude worden gedisponeert, als bevinden zouden te behooren. Waar op gedelibereert zynde, is» conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden, goedgevondenen verftaan, dat, wanneer Crediteuren van Officieren tot Zwitferfche Regimenten behoorende, en ftaande op de repartitie van deefe Provincie, zig voortaan ter bekoomïng van kortingen, aan de Heeren Gecommitteerde Raaden zullen adresferen, defelve, tot confecutie van derfelver agterweefen, aan de Krygsraaden van defelve Regimenten zullen werden gerenvoyeert, onvermindert nogtans, dat, wanneer zodanige Crediteuren geene voldoende betaling op die wyfe zullen kunnen bekoomen, of vermcenen mogten door de dispofitien der gemelde Krygsraaden befwaard te weefen, defelve zig in dien gevalle nader aan de Heeren Gecommitteerde Raaden zullen kunnen en moeten adresfeerën, in welk geval dan ook op derfelver gedaane verfoek finaal door de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden zal worden gedisponeert, zodanig als defelve zullen bevinden te behooren; en dat de zaak ter Generaliteit vervolgens daar heen zal worden gedirigeert, dan aan Schout en Raaden der Stad en Republicq Bern in antwoord op derfelver voorfz. Misfives werde gerescribeert, dat hun Hoog Mog. op de hoogfte prys Hellende de vriendfehap van de gemelde Republicq, altoos bereid zullen worden gevonden, om defelve op alle wyfe te cultiveeren, en in het byfonder ftiptelyk na te koomen den inhoud van de Capitulatie in den jaare 1714 met de gemelde Republicq aangegaan, mitsgaders zorg te dragen, dat niet het allerminfte werde ondernoomen tegens het 25 Articul van dien, waar by aan de Krygsraaden van de Bernfche Regimenten de privative judicatüure over derfelver Officieren is gereferveert en toegekent; maar dat de intentie van hun Hoog Mog. by het fluyten der gemelde Capitulatie nimmer is geweest of heeft kunnen weefen, om by het zelve Articul aan deefe Krygsraaden een Regt af te ftaan, dat aan geene Krygsraaden van Nationaale Troupes in dienst der Vereenigde Neederlanden competeert, dewyl niemand hier te Landen, volgens een aloud en eikend Landregt, geregtigt is, om over het Traétement van een Officier te disponeeren; of daar op een korting te verkenen, als alleen den Betaalsheer van het zelve, en dat zelfs geen Geregtshoven of andere Regters hier te Lande bevoegc zyn daar omtrent eenige dispofitie te maaken; maar dat, in geval een verfogte korting word gecontiadiceert, het Proces daar over ontfeaande niet door den 'ordinaris Regter van die geene, tot wiens laste de korting is verfogt," maar door den Betaalsheer moet worden onderfogt en gedecideerd dat zulks Ook altoos te regt is begreepen; en dat vervolgens aan de loffelyke Regeering van Bern abufivelyk is berigt, dat het verleenen van kortingen op Traclementen van Officieren tot derfelver Regimenten gehoorende, zoude weefen een nieuwigheid; nadien in de Provincie van Holland alleen een getal van zeven en vyftig gevallen gevonden word, waaf in kortingen zyn verleend op Traclementen van Officieren onder Zwitferfche Regimenten gehoorende; en zelfs onder die gevallen gevonden worden, waar in zoodanige kortingen op Traclementen van Officieren gehoorende onder het Regiment, waar van het thans quseftie is, zyn verfogt door perioonen, welke van de Capitulatien derfelve Regimenten volkoomen waaien geinformeert; dog dat hun Hoog Mog. egter, ten einde aan de Regee* ring van de Republicq Bern, een nieuwe blyk te geeven van die Vriendfehap, welke zeedert onheuglyke tyden tusfehen hooggemelde Republicq en hun Hoog Mog. zonder eenige interruptie heeft gefubfifteert, op zodanige middelen zyn bedagt geweest, waar door behoudens de ordres hier te Lande fubfifteerde aan het verlangen van de Regeering derfelver Republicq, zoo veel mogelyk, konde worden voldaan; en dat ook reeds in de Provincie van Holland de nodige voorfiening was gedaan, op dat, wanneer door Crediteuren van Officieren tot Bernfche Regimenten behoorende, eenige kortingen op derfelver Traélementen zullen worden verfogt, defelven tot bekooming van derfelver agterweefen aan de Krygsraaden van defelve Regimenten in het vervolg zullen worden gerenvoyeert; des dat het egter aan die Crediteuren vry en onverlet zal blyven, om, ingevalle defelve geene behoorlyke voldoeninge van derfelver pretenfien by de gemelde Krygsraaden mogten kunnen erlangen, zig als dan aan de Betaalsheeren van zodanige Officieren nader te kunnen adresfeerën; en dat in zodanig geval op te doene adresfen in dier voegen zal worden gedisponeert, als bevonden zal worden te behooren; dat, daar hun Hoog Mogende zig flatteeren, dat door deefe fchikking aan het verlangen van welgemelde Regeering op de volleedigfte wyfe zal worden voldaan, hoogst defelve ook vertrouwen, dat defelve Regee! ring geen zwaarigheid zal maken, om aan derfelver onderhoorige Officieren de nodige ordres te laten afgaan, ten einde aan de Crediteuren , welke zig aan hunne Krygsraaden tot confecutie van deugdelyke pretenfien zullen koomen te adresfeerën, conform de ordres van den Lande, goeden kort regt te doen geworden, en in geval zulks by defelve Krygsraaden geen plaats zal kunnen hebben, en doof de Betaalsheeren van defelve Officieren in voege voorfchreeve beforgd zal moeten worden, zig als dan tegen de voorfieninge dien aangaande te doen, geenfints te verfetten, maar zig ten dien opfigte, als alle andere Officieren in dienst van den Staat zynde > fchuldpligtig te onderwerpen» 5D 3  766 Placaaten. 5. Boek. 12. Titul 6. De Heer Penfionaris van Zeeberg heeft ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren Gecommitteerden by hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 19 September laatstleeden, ingevolge en ter voldoening van de gemelde Relblutie Commisforiaal, geëxamineert hadden een Misfive van Schout Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage aan hun Edele Groot Mogende van den 14 bevoorens, behelfende klagten en Communicatie van een verfchil over de Judicatüure van zeekeren Jacobus Enning, Corporaal in hun Edele Groot Mog. Regiment Lyfguardes te Voet, thans in Militaire bewaaring zig bevindende, en door den gemelde Magiftraat gereclameert, maar door den Commandeerende Officier geweigert; als meede een Misfive van C. van Boetzelaar, gefchreeven alhier op den gemelden 19 September, en ten zeiven dage ter Vergadering ingekoomen, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mog. Requifitie, het Berigt van hem, als Commandeerend Orucïer van het voorfz. Regiment Lyfguardes te Voet, op de gefegde Misfive van de Magiftraat van den Hage. En dat zy Heeren Gecommitteerden hadden bevonden, dat gelyk hier verfchil was ter zaake van de Judicatüure over een Militair Perfoon weegens een commun delict, dit wel aanftonds de gedaane reclaame door den Magiftraat van den Haag zouden biJJyken, indien niet daar by in aanmerking moest koomen hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 30 September 1654, waar by met betrekking tot het Guarnilben deefer Plaats bepaald is, dat de Perfoonen , daar toe behoorende, zullen worden overgelaaten aan den Militairen Regter wanneer defelven door de ordinaires Patrouilles van de Compagnien Gardes van hun Edele Groot Mogende ofte anderfints door ordre van de Militaire Officieren, over gemeene Delicten, op de verfche daad geattrappeerd en geapprehendeerd mogten worden. Dat hierom meer byfonder zynde nagegaan en ondcrfogt, of ten defen in de termen van de evengemelde exceptie en fpeciaale concesfie wierd geverfeerd; en of zulks voor den Commandeerende Officier by het voorfz. Regiment Lyfguarders op eene ontwyffelbaare en alfints voldoende wyfe (gelyk naar den aard der zaak zeeker ten deefen zoude moeten plaats hebben} geverefieerd wierd, zy Heeren Gecommitteerden zodanig bewys by het ingeleeverd Berigt niet hadden aangetroffen, dewyl zy de bewaaring, waar in de voornoemde Ja- Refolutie van de Staaten van Holland, houdende aanfchryving aan den Commandant van het Guarnifoen van 'sHage, om zekeren Corporaal, van een gemeen delict befchuldigt, en in Militaire bewaaring zynde, aan den Gerechte van 's Hage over te geven Den 28 September 1786. cobus Enning eenige üuren, na dat het geval gebeurd was, op ordre van den Commandeerende Officier by zyn Regiment, gefegd word gefteld te zyn (gefupponeerd al dat defelve geconfidereerd kon worden op verfche daad te zyn gefchied) nog op zig zelve, nog in vergelyking van de omflandigheeden, hadden kunnen befchouwen als eene dadelyke apprehenfie , en wel als eene apprehenfie over het gemeen delict, waar omtrent ten deefen alleen de quteftie is: Dat derhal ven geen genoegfamen grond in deefe voor handen zynde, waarom de reclame van den voornoemden Jacobus Enning, door den ordinaris Regter gedaan, met welke zig in dit geval bovendien ook de dienst van de Juftitie manifeftelyk paart, voor ongefundeerd zoude moeten werden gehouden, zy Heeren Gecommitteerden dus de grootfte zwaarigheid hadden gevonden, om aan de inftantien van den voornoemden Commandeerenden Officier tot afwyfmg van de gefegde reclame eenigfints te defereeren, maar in teegendeel gemeend hadden, dat alles hier zamen liep, om nietteegenftaande de voorfz. hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 30 September 1654, en zonder dat men hier uit met grond eenige reeden tot klagte over eene vermindering van het daar by vastgeftelde faveur voor de Militie alhier zoude kunnen afleiden, de Judicatüure over den meergemelden Jacobus Enning, voor zo veel defelve wegens het gemeen Delict , ten deefen in quseftie, ftraf baar zoude mogen weefen, aan den Gerechte van 's Gravenhage toe te wyfen. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het Advis van de voorfz. Heeren Gecommitteerden op de gronden daar by gelegd, goedgevonden en verftaan, onverminderd de Refolutie van den 30 September 1654, en zonder daar in ten aanfien der gevallen, waar op derfelver applicabiliteit beweefen zou kunnen worden, verandering toe te brengen, den Commandant van hun Edele Groot Mogende Regiment Lyfguardes te Voet, alhier Guarnifoen houdende, by deefen te gelasten, om den bovengemelden Jacobus Enning, met en beneevens de informatien ten zynen Jasten ingewonnen, wegens het gemeen Deliót, in den Nagt tusfehen 11 en 12 Augustus laatstleeden gepleegd, aan den Gerechte van 's Gravenhage overtegeven; ten einde defelve voor zo veel hy ter zaake van dat gemeen Delict fchuldig zoude mogen worden bevonden, deswegens in goede Juftitie by den ordinaris Rechter  Juftitie eh Rechtsvordering in Militaire Zaaken. ter zoude worden geftraft; met verderen last aan die van welgemelden Gerechte, om den ineergenoemden Jacobus Enning, zo wanneer defelve weegens het gemeen Delict niet ftrafbaar mogt worden geoordeelt, als dan aan den voorfz. Militairen Commandant weeder te extradeeren, om, naar bevind van zaaken, weegens de overtreeding der Militaire Discipline, 767 die tot laste van hem zoude mogen zyn, te worden gecorrigeert. En zal Copie van deefe Refolutie worden gegeeven zo aan de Magiftraat van 's Gravenhage, als aan den Commandeerende Officier van hun Edele Groot Mogende Regiment Lyfguardes te Voet alhier, om denfelven respeétivelyk te ftrekken tot narigt. 7, Refolutie van de Staaten van Holland± tot maintim van de Kamer van Juftitie te Vianen, in derfelver recht van Judicatüure over Mi' iitaire Perfoonen, zig aan gemeene delicten fchuldig makende. Den 27 April 1787. Ts gelefen het Advis van dé Heeren Gecom- ' JL initieerde Raden van den 25 defer, hebbende , ingevolge en tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 19 te vooren, geëxamineert de daar nevens weer te rug gaande Misfive van de eerfte en andere Raden van de Kamer van Juftitie 's Lands van Vianen en Ameyde, met de daar toe behoorende vier Bylaagen, daags te voören uit Vianen afgefonden, waar by ter kennis van hun Edele Groot Mog. hebben gebragt een allergruwelykfte misdaad, op den 10" van die maand geperpetreert door vier Perfoonen, waar van reeds drie bekent waaren Soldaaten te zyn in de Compagnie Van den Capitain Schutter, in het Regiment van den Luitenant Generaal van Hardenbroek, te Lexmond en daar om- j trent gecantonneert, breeder daar by omfchre- I ven en in het volgend Advis vervat, en daar uit gelegentheid neemende de noodfaaklykheid van het maintien der ordinaris Juftitie ernftig aan te dringen; met verfoek, dat hun Edele Groot Mogende niet alleen in het generaal, maar ook fpeciaal in het prsetenfe geval, het welk notoir een commune deliétum contineert en vordert, dat met alle vigeur werde geinquireert op de geene, die, het zy door mal verfatie, het zy door onagtfaamheid, oorfaak tot de aufuge van een arreftant gegeven hadden, zoodanige voorfiening geliefden te doen, en bepaaling te maaken, als hun Ed. Gr. Mog. zouden vinden te behooren. De Gecommitteerde Raden, ingevol* ge en ter voldoening aan Uw Ed. Groöt Mog. Refolutie van den 19 defer loopende maand, geëxamineerd hebbende de hier nevens wêer te rug gaande Misfive van de eerfte en andere Raden van de Kamer van Juftitie 's Lands van Vianen en Ameyde, met daar toe behoorende vier Bylaagen, daags te vooren uit Vianen voorfz. afgefonden: hebbende bevonden , dat de gemelde Raden daar by hooftfaakelyk ter kennisfe van U Ed. Gr. Mog. brengen een allergruwelykfte misdaad, op den 16 derfelve maand geperpetreert door vier Perfoonen, waar van reeds drie bekend waaren Soldaaten te zyn in de Compagnie van den Capitein Schutter, in het Regiment van den Luitenant - Generaal van Hardenbroek, te Lexmond en daar omtrend gecantonneerd,- beftaande in het 's Nagts inbreeken in het Huis van zekere Weduwe dé Jong, onder Agthoven woonende, en in het verkragten van haare Dogter &c., verfeld van zoodanige omftandigheden, welke dit gruwelftuk nog merkelyk aggraveeren; voegende de gemelde Raden daar by, dat welk de voornaamfte Perpetrarjt van de voorfz. Vrouwefchending, op de befchuldiging van de mishandelde jonge Dogter in Militair Arrest was gefteld , dog dat de Commandeerende Luit. Collonel Brender a Brandis op de requifitie vah den Adjunét Drösfaard, geadfifteerd met Schout en Dienaaren, had gedeclineerd den voorfz. Arreftant, zynde de andere bekende Soldaaten bereids gevlugt; aan voorfz. Drösfaard over te geven zonder kennisfe en goedvinden van den Lt. Collonel van Hogenheim te Vianen; en dat, gédUurende de conferentien, deswegens gehouden wordende, de voorfz. Arreftant mede was geaufugeert, en, vermits die anfugie ook neg verfeld was van eenige omftandigheden en de contenance zoo door voorfz. Lt. Collonel Brender a Brandis en andere Officieren, aldaar prseient, gehouden in de converfrtie met den voorgemelden Adjunét Drösfaard, van zeer veel aanbelang waaren,. en de allerernftigfte attentie fcheenen te meriteeren, neemende gemelde Raden daar uit gelegenheid, de noodfakelykheid van het maintien van de ordinaris Juftitie, zonder daarin door een zoogenaamd pöint d'honneur verhindering te ontmoeten, ernftig aantedririgen; verfoekende welgemelde Raden vervolgens in fubftantie, dat U Ed. Gr. Mog. niet alleen ih het generaal, maar ook fpeciaal in bet pnefente geval, het welk notoir een commune deliétum contineert, en vorderd, dat met alle rigeur wor-  Placaaten. 5. Boek. 12. TituL worde geinquireert op de geene, die, het zy door malverfatie, het zy door onagtfaamheid , oorfaak tot de voorgemelde aufugie gegeven hebben, zoodanige voorfieninge zouden gelieven te doen en bepaaling te maaken, als U Ed* Groot Mog. zouden vinden te behooren: waar op zy Raden verder betuigen de dispolitie van U Ed. Gr. Mog. te zullen afwagten. Hoe zeer nu de Gecommitteerde Ra den allefints bereidvaardig zyn, om, ingevolge den inhoud van voorfz. Refolutie, hier op ten fpöedigften te dienen van derfelver Confideratien en Advis, vinden defelven zig egter daar omtrent zeer verlegen, voor zoo verre namentlyk de generaliteit van de gedaane voortelling der noodfaakelykheid van het maintien dér ordinaris Juftitie tegen dé vorderingen of fuftenuen der Militairen Zoude mogen betreffen: in confideratie, dat die vastftellingen, welke zouden mogen gemaakt worden, niet alleen de onder Vianen gecantonneerde Militie, maar alle de Hollandfche Regimenten Zouden dienen te reguardeeren, en tot alle egaal betrekkelyk gemaakt te worden, het welk Gecommitteerde Raden vermeenen een point van rype deliberatie te zyn, waar omtrent een naauwkeurige overweeging van de noodfaakelykheid aan de eene, en van de zwaarigheden, welke daar tegens aan de andere zyde in aanmerking zouden kunnen komen, volftrekt noodig fchynt te zyn. Maar, voor zoo verre in het byfonder betreft het weigeren van op een of andere post Commandeerende Officier, om te extradeeren een Gearrefteerde, uit hoofde van het begaan van een notoir commune deliétum, zonder daar toe verlof van hooger Officieren, op andere plaatfen zig moetende ophouden, bekomen te hebben, kunnen de Gecommitteerde Raden niet ontveinfen, dat zoodanige weigeringen voorkomen volftrekt ten nadeele van de Juftitie, en tot verkleining van de eere van den Regter te moeten verftrekken , en boven dien van geen nut ter waereld zyn, maar alleen occafie geven, om de gearrefteerde Delinquanten te doen ontvlugten; gelyk in het prsefente gruwelftuk ook fchynt gebeurt te zyn , ten minften kan niet ontkend worden , dat de Documenten, by de voorfz, Misfive van welgemelde Raden gevoegt, veel aanleiding geven, om ,zulks te fufpeéteeren. Dan bepaaldelyk met betrekking tot het geval in quseftie, is het zelve notoir zulk een grouwfaam bedryf, en van die importantie, dat daar omtrent met alle ernst en vigeur diend gerechercheert en gehandelt te worden, zonder door defe of geene prsecife obfervantien van onbe¬ paalde of ongedecideerde pointen van Militairen, of andere fuftenuen daar in. te worden gehindert of geftremt, nadien het te dugten is, dat zulke of diergelyke boosheden anderfints meer en meer zullen toeneemen, en de wyd van elkander verfpreide Ingefetenen in den Lande van Vianen aan de verregaanfte driften en brutaliteiten van geheel verbasterde Soldaaten geëxponeerd zullen worden, en het platte Land alfoo voor hun onbewoonbaar Zal geraaken. Weshalven de Gecommitteerde Raden, voor zoo Verre dit prsefente geval concerneert, zullende dienen van advis, Onder het welneemen van U Ed. Gr. Mog., van gedAgten zouden zyn, dat dé eerfte en andere Raden van de Kamer van Juftitie 's Lands van Vianen en Ameyde zouden behooren a'angefchreven te worden, Om Op het voorgedraagen geval en misdaaden, door de voorgemelde Vier Perfoonen geperpetreert, verder het noodige onderfoek te doen, met alle vigeur te inquireereh ook op de geene, die, het zy door malverfatie, het zy önagtfaamheid, oorfaak gegeven mogten hebben tot de aufugie van die gëene der Delinquanten, die bereids ter voorfz. zaake was gearrefteert geworden, en wyders zoodanige Jaftide te doen, en hunne Sententien te executeeren, als zy Raden door hunne Bediendens en Onderhoorigen gewoon zyn te laaten verrigten; dat voorts U Ed. Groot Mog. .den Commandeerenden Officier van het voorfz. Regiment van Hardenbroek, te. Vianen geinquartiert, zouden dienen te gelasten, niet alleen, om de noodige Ordres by het Regiment te ftellen, dat voortaan op geen pnètext, hoe genaamt, word gedifficulteerr, zoodanige Militairen , als welke wegens commune deiiélert door de Kamer van Juftitie Worden opgeëischt, ilico uit te leveren; maar ook ten aanfien van het enorme deliét, ten huife van de Weduwe de Jong begaan, te faciliteeren zoodanige onderfoekingen by, en verhooringen van allerley Militairen van onderfcheiden rang, als dë gemelde Kamer, onder het obferveeren van de gewoone civiliteiten in hunne onderfoekingen, zouden vermeenen noodig te hebben, niet alken ten opfigte van de Delinquanten zelve, maar ook ten aanfien van het aufugeeren van den ter zaake van het voorgemelde Delict reeds gearrefteerden Soldaat, ten einde zco over de misdaad zelve, als over de geene, die tot de voorfz. aufugie zouden mogen geholpen of gecontribueert hebben, by gemelde Kamer zoude kunnen gefententioneert worden, zoo als defelve in goede Juftitie zoude vinden te behooren- En eindelyk, dat ten opfigte van het ftel-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. 769 ftellen van generaale voorfieningen en bepaalingen deswegens zouden behooren verfogt te worden ook het perfoneele Befoigne, om Ü Ed. Gr. Mog., met ' en benevens de Gecommitteerde Raden, het vereischte daar omtrent voor te draagen. Refereerende de Gecommitteerde Razig in allen defen nogtans tot Uw Ed. Groot Mog, hoogwyfe dispofitie. Den 25 April 1787. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, dat, voor zoo ver dit prsefente geval concerneert, de eerfte en andere Raden van de Kamer van Juftitie 's Lands van Vianen en Ameyde zullen worden aangefchreven, om op het voorgedragen geval en misdaaden, door de voorgemelde vier Perfoonen geperpetreert, verder het noodige onderfoek te doen, met alle vigeur ook te inquireeren op de geene, die, het zy door malverfatie , het zy door onagtfaamheid, oorfaak gegeven mogten hebben tot de aufugie van die geene der Delinquanten, die bereids ter voorfz. zaake was gearrefteert geworden, en wyders zoodanige Juftitie te doen, en hunne Sententien te executeeren, als zy Raden door hunne Bedienden en Onderhoorigen gewoon zyn te laaten yerrigten; dat voorts den Com¬ mandeerenden Officier van het voorfz. Regiment van Hardenbroek, te Vianen geinquartiert, zal worden gelast, niet alleen, om de noodige ordres by het Regiment te ftellen, dat voortaan op geen preetext, hoe genaamt, werd gedifficulteert zoodanige Militairen, als welke wegens commune delicten door de Kamer van Juftitie werden opgeëischt, ilico uit te leveren; maar ook ten aanfien van het enorme delict, ten Huife van de Weduwe de Jong begaan, te faciliteeren zoodanige onderfoekingen by, en verhooringen van allerley Militairen van onderfcheiden rang, als de gemelde Kamer, onder het obferveeren van de gewoone civiliteiten in hunne onderfoekingen, zullen vermeenen noodig te hebben, niet alleen ten opfigte van de Delinquanten zelve, maar ook ten aanfien van het aufugeeren van den ter zaake van het voorgemelde delict: reeds gearrefteerden Soldaat, ten einde zoo over de misdaad zelve, als over de geene, die tot de voorfchreeve aufugie zouden mogen geholpen of gecontribueert hebben by gemelde Kamer zoude kunnen gefententioneert worden , zoo als defelve in goede Jaftitie zal vinden te behooren ; wordende ten opfigte van het ftellen van generaale voorfieningen en bepaalingen des« wegens het Perfoneele Befoigne verfogt, om met en benevens de Heeren Gecommitteerde Raden het vereischte daar omtrent voor te dragen. 3. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de cognitie over de zaak van zekeren OcrcJy, Lieutenant-Collonelvan de TVaardgelders te Amfterdam beftchuldïgt van een delict niet pare Militair zynde, en begaan op het Territoir der Steeede Vianen, aan de Schepens-bank van Vianen werd overgelaten. Den 10 Augustus 1.787. T*Ve Heer Penfionaris van Zeebergh heeft JLr ter Vergadering gerapporteert, dat de Heeren hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, met Commisfarisfen van den Hove, in gevolge en ter voldoening van hun Ed. Gr. Mog. Refolutie Commisforiaal van den 31 July laatstleden, hadden geëxamineert zeker gedeelte uit eene Misfive van de Heeren hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden ter defenfie van defe Provincie en der Stad Utrecht, gefchreven te Woerden den 27 bevorens, daar by voorfiening verfoekende , ter zaaken dat zekere Ocroly, LuitenantCollonel van de Waardgelder? der Stad Amfterdam, zig zoude hebben fchuldig gemaakt aan verregaande excesfen tegen, als mede aan het geweldig aanvallen en kwetfen met drie wonden van den Major A. van Helden, onder het tweede Bataillon van den GeneraalIX. Deel. Major Onderwater; mitsgaders de Confideratien en het Advis door Prsefident en Raden van den Hove, nopens het questieufe point der Judicature over den gemelden Ocroly ter Vergadering alhier ingelevert. En dat zy Heeren Gecommitteerden hadden geconfidereert, dat de misdaad, waaraan de voornoemde Ocroly zig zoude hebben fchuldig gemaakt, niet vallende in de termen van een Militair delict, en dus ook by den Militairen Regter niet kunnende worden vervolgt, derhalven wel ter beoordeeling gelaaten moet worden van een ordinaris Regter, die omtrent den gemelden Perfoon voor competent kan worden gehouden; dog dat met betrekking tot die competentie zelve, en gemerkt de voornoemde Ocroly een Vreemdeling is, nergens hier te Lande t'huis hoorende, en door niemant gereclameert wordende , zeer veel reflexie 5E moest  Placaaten. 5. Boek. 12. Titul. 770 moest veroorfaaken de aart van het misdryf, t het welk volgens informatien tot desfelfs laste is, als het geen niet zou beftaan in eene fimpele vegtery, maar in een zoodanig gequalificeerd delict., waar in de dienst defer Provincie en de authoriteit van hun Ed. Mog. Gecommitteerden tot derfelver defenfie niet weinig bevonden zoude kunnen worden geinteresfeert te zyn. Dat egter door Prsefident en Raden van den Hove den Index loei commis[i delicli in defe als den meest competenten Regter geconfidereert zynde, volgens dat fystema dan ten defen byfonder in Confideratie zoude dienen te komen de Schepensbank der Stede Vianen, als zynde het fait volgens bekomen informatien op het Territoir der gemelde Stede voorgevallen, fchoon het dan egter, uit hoofde der plaats hebbende omftandigheden, niet onbillyk zoude zyn, dat de kosten der Procedures, tegen den gemelden Ocroly alfoo te voeren, genomen wierden voor rekening van den Lande. Waar op gedelibereert zynde, is,conform het Advis van de gemelde Heeren Gecommitteerden , op de voorfchreeve gronden goedgevonden en verftaan, de Judicature over den meergemelden Luitenant-Collonel Ocroly ter zaake voorfchreeve by defe over te laaten aan de Schepensbank der Stede Vianen, met qualificatie op den Drösfaard aldaar, om de kosten der Procedures, deswegens door hem R. O. tegen den zeiven Ocroly te voeren, in dit extraordinair geval op eene redelyke wyfe tot lasten van hun Ed. Groot Mog. alleen te brem gen. En zal van defe Refolutie Copie worden gefonden zoo aan de Heeren hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden tot de defenfie van defe Provincie en de Stad Utrecht, als aan Drösfaard en Schepenen der Stede Vianen, om den zei ven respectivelyk te ftrekken tot informatie en narigt: met bygevoegt verfoek aan welgemelde Heeren hun Ed. Groot Mog. Gecommitteerden , om niet alleen den Perfoon van den voornoemden Ocroly, die op hunne fpeciaale ordre aangehouden is, aan den Drösfaard van Vianen te doen extradèeren, maar aan den zei ven Drösfaard teffens ook te doen toekomen zoodanige informatien, als by hun Heeren Gecommitteerden deswegens mogten zyn bekomen, of door hen nog gefuppediteert kunnen worden. 9- Publicatie van de Staaten Generaal, tot het uitoefenen van onvervulde en exemplaire ftraf. oefening tegen Militaire Perfoonen, op demisdaad van plundering of revolte betrapt wordende. Den 13 December 1787. De Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden ; Allen den geene die deefe zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten: Dat wy met de meeste oplettenheid overwoogen hebbende het onlangs gebeurde zo te 's Hertogenhofch, als in andere Plaacfen die met Troupes van den Staat zyn befet geweest; en zeer wel bevroedende, dat zonder eene prompte en exemplaire ftrafoeffening van de Militie welke zig fchuldig heeft gemaakt, of onverhooptelyk in het vervolg zoude fchuldig maaken aan eenige opftand , revolte of plundering, de hoogstnodige fubordinatie, ordre , gezag en algemeene rust en zeekerheid niet kan worden herfteld, op het voorftel daar toe door den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden, na ingenoomen te hebben de confideratien ^en het hoogwys advis van Zyne Hoogheid den Heere Capitein Generaal aan ons gedaan, in deefe buitengewoone en dringende omflandigheeden hebben goedgevonden hoogstgedagte Zyne Hoogheid te verfoeken, en des noods te authorifeeren, om van de Gouverneurs of Commandeurs, en by derfelver abfentie aan de Commandeerende Officieren in de Steden en Plaatfen in het Diftrictvande Generaliteit met Troupes van den Staat befet, geenen minderen rang van dien van Ritmeester of Capitein hebbende, aan te fchryvenen te gelasten, omme in alle zodanige gevallen, waar in tegen alle verwagting door de voorfz. Troupes eenig opentlyk geweld, plundering, opftand of revolte mogten worden gepleegt, en de Daders van zodanige enorme delicten op het begaan van het fait mogten worden betrapt en geapprehendeert, of aanftonds daar na in hegtenis genomen, door eenen daartoe te benoemen Krygsraad zonder uitftel de plano te doen beoordeeleh, en ingevalle aan den zeiven by confesfie of volleedige bewyfen gebleeken is, dat de geapprehendeerde Perfoonen aan de gepleegde excesfen fchuldig zyn, der zeiver Vonnisfen en Sententien naar de geftrengheid der Wetten te doen opmaaken en ter executie leggen, ten einde door zodanige onverwylde en exemplaire ftrafoeffening den geest van eene allergevaarlykfte losbandigheid en oproerigheid, kragtdadig te beteugelen , en alle verdere onheilen voor te komen. En bp dat zulks aan de goede Ingefeetenen bekend, en zy overtuigt mogen worden van den ernst, waar meede wy, mitsgaders Zyne Doorluchtige Hoogheid en den Raad van Staate , gefind zyn alle ongereegeldheden van de Militie tegen te gaan, en zy dus zo veelmogelyk tegen alle vrees en bekommering mogen worden gerust gefteld. Zoo is het dat wy heb-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. 771 10. Refolutie van de Staaten van Hollandr;' waar by een verfoek om Mandament van Appel van een contumacieel Vonnis van den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, met de Claufule van Reliëf tegen de gedecerneerde Defauten, word afgewefen. Den 3 Oiïober 1788. Ontfangen een Misfive van de Heeren Ge- . committeerde Raaden, gefchreeven in den Hage den 28 Augustus defes }aars, waar j by, tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 23 July te voren, declinatoir advifeeren, conform de folide gronden in het door hun gerequireerd Berigt van den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, op de Requeste aan hun Edele Groot Mog. geprsefenteerd door Frans Steven Carel Philip van der Hoop, ge- , weefen Vaandrig in het zelve Regiment, om de daar by geallegueerde reedenen verfogt hebbende, dat hun Ed. Gr. Mog. aan den Suppliant geliefden te verleenen Mandament, waar by de Suppliant, voor zo verre zulks nodig mogte zyn, gereleveerd en integrum gereftitueerd werde jegens de gedecerneerde Defaulten en Sententie by den voorfz. Krygsraad in dato den 23 Mey 1787 ge weefen, met den gevolgen en aankleeven van dien, mitsgaders jegens de indebite interjectie en profecutie zyner appellatie, en voorts in Appel met de Claufule van inhibitie, disponeerende tegens den Auditeur Militair van het voorfchreeve Regiment, en te dienen voor zodanig Collegie van Juftitie, of voor zodanigen den Rechten kundige Perfoonen, als hun Ed. Groot Mog. tot de Judicature in de voorfz. zaak, zullen gelieven te authorifeeren, en voorts in commu- ni forma; of wel anders, dat hun Ed. Groot Mog. zodanige andere voorfiening, waardoor de Suppliant ih de gelegenheid zoude zyn gefteld, om het importante Grief, aan hem door de voorfchreeve Sententie toegebragt, op eene bekwaame wyfe te kunnen doen repareeren, gelieven te doen, als hun Ed. Gr. Mog. zullen oordeelen te behooren, het zy door het annulleeren of vernietigen van de voorfz. Sententie of door de voorfchreeve Sententie te houden als niet geweefen, en de zaake ab ovo, door een Collegie van Judicature, of door byfondere der Regten en Practycque kundige Perfoonen, te doen examineeren en te decideeren, zo als in goede Juftitie bevonden zal worden te behooren; het zy anderfints; breeder hier na geinfereerd. Edele Groot Mogende Heeren! Uw Ed. Gr. Mög, goedgevonden hebbende ten fine van Advis in in onfe handen te ftellen de Requeste aan Uw Ed. Gr. Mog. geprsefenteerd door Frans Steven Care' Philip van der Hoop gewefen Vaandrig in het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, om de daar by geallegueerde redenen verfoekende, Uw Ed. Gr. Móg. Mandament van Appel met de Claufule van inhibitie, en, voor zö veel des noods, reftitutio integrum ten $E 2 aaa* hebben goedgevonden en verftaan, om hier van de nodige Publicatie te laaten doen. En zal deefe ten dien einde, tot een ieders naricht, allomme in het DiftricT: van deGe- Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage den 13 December 1787. (ffas geparapheert,) D. J. v. HEEC KEREN, yk (: , . (Onder•fond,') Ter Ordonnantie van defelve. (Geteekentf) H. FAGEI* Zynde op het Spatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. neraliteit werden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe alwaar men gewoon is zóódanige Publicatien en affixie te doen.  ;?7ö Placaaten. 5. Boek. 12. Titul aanfien van de Procedures by de voorfz. Requeste in hetbreede omfchreven: hebben wy op defelve gerequireerd en bekomen het berigt van den Krygsraad van het evengemelde Regiment Guardes. En dewyl wy bevonden hebben, dat al het daar in vervatte op de waarheid en zeer folide gronden berust, maaken wy geen de minfte zwaarigheid, om ons met het flot van het zelve conformeerende, Uw Ed. Gr. Mog. te advifeeren, dat Uw Ed. Gr. Mog. alle de verfoeken, door den Suppliant by de voorfz. Requeste gedaan, zouden behooren af te liaan en te wyfen van de hand; ons niet te min refereerende tot het hoogwys goedvinden van Uw Ed. Gr. Mog. Waar meede Ed. Gr. Mog. Heeren, zullen wy God Almagtig bidden UEdele Groot Mogende te willen houden in zyne heilige protectie. Gefchreeven in den Hage den 28 Augustus 1788. (Onderftond',j U Edele Groot Mogende Dienstwillige De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland. (LagerfiondO Ter Ordonnantie van defelve. (Was geteekent,) A. J. R O Y E R. Edele Mogende Heeren! Ingevolge het Appointement van den 25 July laatstleeden, waar by Uw Edele Mogenden, ten fine van bericht, in handen van den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet hebben gelieven te ftellen het Request,door Frans Steven Carel Philip van der Hoop aan hunne Edele Gr. Mogenden, de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, geprsefenteerd, daar by verfoekende Mandement van Appel, met de claufule van reliëf en inhibitie, tegen het Vonnis, by voornoemden Krygsraad op den 23 Mey 1787 tegen den Suppliant geweefen, en fubordinatelyk omme voorfieninge; — ■ hebben wy de eer aan Uw Ed. Gr. Mog. voor te dragen. Dat, wanneer Uw Edele Mogenden hebben gelieven goed te vinden, by eene Misfive, op den 15 Maart 1787aan ons gefchreeven, van ons te requireeren alle de informatien en verdere ftukken, tot de zaak van den Suppliant betrekkelyk, als meede eene pertinente opgave van de redenen, welke ons gepermoveerd hadden, om het Arrest van den Suppliant by den Provoost te muteeren in een Huis Arrest, wy als toen by eene zeer Ampele refcriptie, in dato 19 Mey daar aan volgende, de eer hebben gehad aan Uwe Edele Mogenden verflag te doen, van al het geen in deefe zaak tot dien tyd was gefchied, als meede de redenen van ons gehouden gedrag ,• waar toe wy mitsdien kortheids halven de vryheid neemen ons als nu eerbiedig te refereeren. Dat onder anderen meede by defelve ftukken zyn geweest eene Misfive, waar van in des Suppliants Request word gewag gemaakt, door den zei ven aan den Prsefident van den Krygsraad gefchreeven, en gedateerd uit Cleeve den 12 Maart 1787 inne houdende de reedenen, waar omme de Suppliant gemeend zoude hebben zyn Huis-Arrest te hebben moeten violeeren, en deefe Provintie te verlaaten; aïs meede de Acte van Citatie aan den Auditeur Militair, op zyn verfoek, door ons tegens den Suppliant op den 16 Maart daar aan volgende verleend. Dat al het zelve door Uwe Edele Mogenden ter Vergadering van hunne Edele Groot Mogende, de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, gebragt zynde, hoogstdefelven hebben goedgevonden gehad, geen regard te flaanopde evengemelde Misfive van den Suppliant maar integendeel alle defelve ftukken wederom aan ons hebben doen ter hand ftellen, met last, dat de evengemelde Acte van Ckatie naar haare form en inhoud zoude worden geëxploiteerd en geafïïgeerd. Dat ingevolge van dien de Suppliant op den -23 Maart 1787 by openbaare Tromflag en affixie van Biljetten, is ge dagvaard geworden, omme voor ons te cömpareeren op den 6 April daar aan volgende, ter zaake als breeder by defelve Acte van Citatie is vermeld, dog den Gedaagden ten dage dienende niet compareerende, is van wegen zyne Huisvrouw aan ons Request geprtefenteerd, verfoekende opgenoegfaam defelfde gronden , als welke de Suppliant by zyne hier voorgemelde Misfive hadde voorgedraagen, dat de Krygsraad zoude gelieven te ftateeren de Procedures, door den Auditeur Militair tegen den Suppliant by openbaare Indaaging, als anderfints geëntameerd , tot zoo lange de deliberatien van hunne Edele Groot Mogenden, de Heeren Staaten van Holland, ten regarde van den Suppliant, by Refolutie van hoogst-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. hoogst defelven zouden zyn afgedaan; dog gelyk de redenen, door den Suppliant voor zyne retraite opgegeeven, reeds te vooren door ons ter kennisfe van Uwe Edele Mogenden, en vervolgens van hoogst gemelde Heeren Staaten waren gebragt, en wy niet te min ordres bekomen hadden, om de conttimacieele Procedures tegen den Suppliant te doen beginnen, hebben wy dan ook gemeend, geen regard te mogen liaan op het verfoek van des Suppliants Huisvrouw, en derhalven by Refolutie verklaard, dat in het gemelde verfoek niet konde worden getreeden. Dat vervolgens de conttimacieele Procedures tegen den Suppliant zyn voortgefet volgens de ordinaris fteyl by Krygsraaden gebruikelyk, wanneer de Suppliant by Vonnis, door ons op den 23 Mey 1787 geweefen, wegens zyne non comparitie, is verftoken van de exceptien declinatoir, dilatoir en peremptoir; mitsgaders van alle defenfien en weeren van rechten, welke hy, gecompareerd zynde, hadde kunnen of mogen proponeeren en doen; en waar by de Suppliant voorts is gecasfeerd van zyne Militaire Charge in dienst van deefen Staat bekleed, en verklaard eerloos en infaam, en dienvolgënde inhabiel om den Lande ooit wederom te kunnen dienen; zynde den Suppliant wyders nog ten eeuwigen dage Gebannen uit de Provincie van Holland en Westvriesland, en gecondemneerd in de kosten en mifen van Juftitie, als meede in de kosten van den Procesfe. Dat het zelve Vonnis, met alle de Stukken van den Procesfe, op den 23 Mey 1787 aan Uwe Ed. Mogende gefonden zynde, hoog defelven, by Refolutie van den 30 Mey daar aan volgende; den Generaal Major van Kretschmar hebben gelieven aan te fchryven, het evengemelde Vonnis te doen executeeren, en zulks in gevolge eene qualificatie van hunne Edele Groot Mogende, by Refolutie van den 26 Mey bevorens, op Uwe Edele Mogende verleend; uit hoofde van het welke het meergemelde Vonnis dan ook is gepronuncieerd en geaffigeerd geworden. Dat wy vervolgens op den 5 November van den voorleeden jaare 1787 ontfangen hebben eene Requeste, door den Suppliant aan Zyne Hoogheid geprssfenteerd, (dan waar vanby deefe Requeste van den Suppliant geen het minfte gewag word gemaakt) verfoekende om redenen daar by voorgedraagen, dat Zyne Hoogheid aan den Suppliant zonde gelieven te permitteeren, om zig vry en onverhinderd in deefe Provincie te mogen onthouden, en zulks onvermindert de Sententie van den Krygsraad van het Re- 773 giment tegen hem by contumacie gewee* fen, mitsgaders onvermindert de nadere Adresfen by den Suppliant ten regarde der voorfchreeve Sententie te doen, en omtrent welk verfoek Zyne Hoogheidons heeft gelieven de eer aan te doen, om te vraagen Bericht, Confideratien en Advis. Dat wy daar op, na alvorens te hebben voorgedraagen alles wat in deefe zaak was gefchied, voorts ook geene zwaarigheid gemaakt hebben aan Zyne Hoogheid te advifeeren, dat hoogst defelve het verfoek van den Suppliant zoude kunnen accordeeren, mits dat de Suppliant, binnen den tyd van drie maanden, zodaanige Adresfen ten regarde van het Vonnis, tegen hem geweefen, deed, zoo als hy zoude te raade worden, en daar hy zoude vermeenen te behooren. Dat één der gronden van dit ons Ad* vies onder anderen voornamelyk is geweest , dat gelyk de Suppliant by contumacie was gecondemneerd, hy mitsdien, indien hy zig wilde fifteeren voor zynen competenten Rechter, hoe zeer verftoken van alle defenfien en weeren van Rechten, niet te min volgens den ftyl van Procedeeren, altyd gehoord zoude moeten worden op de redenen van zyne defertie en contumacie, dog dat echter zodanige permisfie altyd maar voor een bepaalden tyd zoude moeten zyn, op dat de Suppliant daar door het Bannisfement tegen hem gedecerneerd, niet geheel eluibir zoude maaken. Dat hoogstgemelde Zyne Hoogheid, onder zodaanigen bepaalden mits, het verfoek van den Suppliant hebbende geaccordeerd , van wegen denfelven by Requeste in de maand January laatstleden, van ons is verfogt Copie Authenticq van het Vonnis, by ons tegen hem gewee* fen, welk verfoek, hoe zeer anderfints van Crimineele Vonnisfen gewoonlyk geene Copie gegeeven word, wy echter gemeend hebben aan den Suppliant niet te moeten weigeren, uit hoofde dat het zelve Vonnis publicq was gepronuncieerd en geaffigeerd geweest. Dat gelyk de Suppliant den tyd om Zich alhier in de Provincie te mogen onthouden, by de evengemelde permisfie van Zyne Hoogheid bepaald, zonder verder iets te doen hadde laaten verloopen, wy mitsdien niet meer verwagt hadden een verfoek, zoo als nu door den Suppliant aan hunne Edele Gr. Mogende by Requeste is gedaan, en waar omtrent wy vermeenen al verder te moeten voordraagen. Dat de Suppliant zig by zyne Requeste nog toefchryft de qualiteit van Vaandrig in het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, hoe zeer hy daar van by ons Vonnis is ontfet geworden. $E 3 Pat  }»4 Placaaten. 5. Boek. 12. Titul. t)at by defelve Requeste abufivelyk word voorgegeeven , dat hy des Avonds op den 18 February 1787 op last en ordre van den Generaal Major van Kretschroar, als Commandant van het Regiment, in des Provoost gefteld, en buiten acces was gehouden, alfoo die Generaal Major den Suppliant dien Avond alleenlyk in Huis arrest heeft gefonden, en niet voor des anderdaags, na gehouden Befoigne met de vier Hoofd Officieren en den Auditeur Militair van het Regiment, by den Provoost buiten acces heeft doen plaatfeh» Dat de reedenen, by den Suppliant voor. het violeeren van zyn Arrest en zyne retraite uit de Provincie opgegeeven, alleen by hunne Edele Groot Mogende kunnen worden beoordeeld, vermits het zeeker is, dat, daar de Krygsraad in deefen alleen op fpeciaalen last voort procedeerde, daar omtrent geene verandering konde komen, dan door eene dispofitie van hun Edele Groot Mogende zelve* Dat het voorgeevën van den Suppliant j als of defelve niet gevveeten zoude hebben den preecifen inhoud van de Actens van Citatie, en van het Vonnis daar op gevolgd, zeekerlyk onwaar/chynlyk moet voorkoomen, wanneer men in het oog houd dat al het zelve by Tromllag is gepubliceerd en geafflgeerd, en des Suppliants Pra&ifyns en Nabeftaande alhier in 'sHage zyn woonagtig. ' Dat de Suppliant in zyne Requeste by het pofeeren der faiten, uit hoofde van welken crimineelyk tegen hem is geprocedeerd, by het eerfte fait verfwygt, dat hy geweeten zoude hebben, dat 'er eene figuur, welke een Galg verbeelde, op het Vaandel was geteekend, toen hy met het zelve van de Wagt was afgetrokken, welke weetenfchap alleen het misdadige omtrent dat eerfte fait moeste opleeveren. Dat daar zoodanige fchandelyke daad door den Suppliant is geconfesfeerd, als meede zyn verder pligt verfuim geduurende en na die Wagt, waar by gevoegt het violeeren van zyn Arrest en defertie, mitsdien byfonder vreemd moet voorkomen de Periode in des Suppliants Request , waar by gefegt word, dat de Suppliant vertrouwt in ftaat te zullen zyn om zyn gedrag, tusfehen den 17 en 18 February 1787 en daar na gehouden, te kunnen vindiceeren van alle crimen of misdaad, of van pligtverfuim, het welk eenige Crimineele Procedures zoude kunnen wettigen. Dat de Suppliant om aan te dringen Zyn verfoek om Mandement van Appel als een grond legt, dat in deefe zaak niet van den beginne af aan by contumacie is geprocedeerd, en dat het Vonnis niet eenig en alleen op contumacie is geweefen , en dat daar en boven vanCrirainee» le Sententien, by contumacie geweefen, naar Regten j en volgens de conftante Leer, zoo van Inlandfche, als Buitenlandfche meest geaccrediteerde Regtsgeleerden, wel degelyk Appel zoude vallen; dan waar omtrent wy met opfigt tot het eerfte gedeelte aanmerken, dat al wat ten deefen buiten de contumacie aan den Suppliant is te laste gelegt, alleenlyk, berust op zyne volleedige gedaane confesfie, en hoedanige confesfie nimmer een grond voor. Appel kan opleeveren; terwyl het tweede gedeelte, naamentlyk, dat volgens de conftante Leer wel deegelyk Appel zoude vallen van Crimineele Vonnisfen, by contumacie geweefen, zonder eenigen fchyn of fchaduw van bewys word ter needer gefteld; daar het in tegendeel als een Axioma in de Practyk word gehouden quod contumax non appellat , en het geen niet anders kan zyn uit hoofde dat anderfints ieder gedaagde of befchuldigde het vermogen zoude hebben om zig aan zynen competenten Regter, ter eerfter inftantie, te kunnen onttrekken, en door het middel van Appel een extraordinair Crimineel Proces in een ordinair Crimineel Proces te veranderen, en dus alle middelen om confesfie te bekomen* elufoir te maaken. Dat wy verders vermeenen ons niet te mogen uitlaaten en de decifie van hunne Edele Groot Mogende voor uit loopen, in hoe verre by den Souverain zoude kunnen worden verleend een Mandement van Appel, het welk zoude moeten dienen by eenen gedelegeerden Regter door den Souverain te benoemen, terwyl het verders aan U Edele Mogende bekend is, dat wy alleen regt hebben gedaan in naam van hunne Edele Groot Mog. uit hoofde van hoogst derfelver Refolutie van den 19 September 1785 aan de Auditeurs Militair in Holland, en dus ook aan den Auditeur Militair van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet gefonden, en waar omtrent de Raad vari Staate der Vereenigde Nederlanden gemeend heeft in dien tyd geene voorlieninge të moeten ftellen, hoe zeer de evengemelde Refolutie, (zoo als wy geinformeert zyn) ter kennisfe van hoog defelven is gebragt geworden, door den Generaal Major van Verfchuur, als Commandant van het Regiment Guardes Dragonders; dog welke Refolutie by den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, na de zoo heugchelyke omwenteling van zaaken, niet meer is gevolgt geworden. Dat wy insgelyks eerbiedig aan het oordeel van U Edele Mogende zullen overlaaten, in hoe verre immer zoude kunnen worden geappelleerd van een VTon-  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken. Vonnis, het welk, na onder het oog van den Souverain geweest te zyn, op hoogst desfelfs ordre word gepronuncieerd , en daar door het kenmerk draagt Van door den Souverain zelve , als regtVaardig geweefen, goedgekeurd te zyn; en dit zelfde meenen wy, dat den Suppliant in zyn fubordinate verfoek insgelyks altyd moet obfteeren, behalven dat eene annullatie van een Vonnis, gelyk de Suppliant by zyn fubordinate verfoek vraagt, eene fletrisfure voor den Regter in zig bevat, vermits defelve op die wyfe geen plaats kan hebben, ten zy zoodanig Vonnis aan verregaande iniquiteiten of nulliteiten laboreert, en wy als nog van begrip zyn, dat, al ware het voorgeeven van den Suppliant waaragtig, namelyk, dat hy uit eene gegronde en regtmaatige vreefe zyn Arrest hadde gevioleerd, en zig op de vlugt begeeven, het Vonnis niet te min even billyk, regtvaardig en volgens de Wetten zoude zyn, vermits de misdaad in allen gevalle zoude bly ven daar gefield, en die reedenen niet anders zouden kunnen opleeveren dan een grond om gratie voor rigueur van Juftitie te verfoeken, of zig by zynen competenten Regter te fifteeren. En hier meede Vertrouwende aan de gevenereerde ordres van UEdele Mogende voldaan te hebben, neemen wy de vryheid ons met den diepften eerbied te teekenen. Edele Mogende Heeren! (Onderftond',j Van UEdele Mogende de zeer ootmoedige en gehoorfaame Dienaren. De Prsefident en Leden van s den Krygsraad van het Regiment Hollandfche Guardes te Voet. (Geteekent,~) J. L. Reynst, Prafident. (Lagerftond,') i'Gravenhage den Ter Ordonnantie van (Was geteekent,') R. VAN SüCHTEiEN. 77$ Aan de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en Westvriesland. Geeft met diepen eerbied en onderdanig te kennen, Frans Steven Carel Philip van der Hoop, Vaandrig in het Regiment Hollandfche Guardes te Voet, in Guarnifoen liggende in den Hagë. Dat, wanneer op Zondag den 18 February 1787 ontdekt was, dat op het Vaandel van het voorfz. Regiment waar onder de Wagt doenmaals is afgetrokken, geteekend waren eenigfc zwarte fchrappen of trekken, verbeeldende een Galg, waar van een ftreep liep tot aan den Kop van den Leeuw, op het zelve Vaandel ftaande, de Suppliant, die in zyne voorfz. qualiteit de Wagt had gehad, en met het zelve Vaandel afgetrokken was, des avonds, op last en ordre van den Generaal-Major van Kretfchmar, als Commandant van het gemelde Regiment, in de Provoost gefteld, en de buiten acces gehouden, mitsgaders by herhaalinge op een aantal Artikiüen van onderfcheidenaart en onderwerp, door den Auditeur Militair ten overftaan van Commisfarisfen uit den Krygsraad van het voorfchreeve Regiment, gèlyk meede een en andermaal voor den Hove van Holland met betrekkinge tot het voorfz. fchrappen of trekken op het gemelde Vaandel bevonden, gehoord is geworden. Dat de voorfz. Crimineele detentie by dispofitie van den voorfz. Krygsraad, in een Huisarrest veranderd geworden zynde, geduurende het voorfz. Huisarrest aan den Suppli. ant by gerugte voorgekomen is, dat hy wel ligt via facli en de by wegen van een onverhoedfche apprehenfie, voor een anderen Regter betrokken, en de plano en buiten figuur van Proces gefententieerd zoude kunnen worden. Dat de Suppliant in confideratie van de doenmaalige omftandigheeden van zaaken, en dat 'er wel ligt periculum in mora zoude kunnen zyn door eene wettige vreefe bevangen, geen ander middel om zig daar vooren te beveiligen heeft kunnen uitdenken, dan omme zig ten fpoedigfte uit zyne Woonplaatfe alhier in den Hage en buiten deefe Provincie te retireeren. Dat de Suppliant vervolgens van de voorfchreeve zyne retraite, ende van de reedenen van defelve aan den Prsefident van den voorfz. Krygsraad kennisfe gegeeven heeft, met byvoeginge, „ dat de Suppliant defelve niet had „ ondernomen, om zig aan de judicature van „ den voorfz. Krygsraad te onttrekken, maar „ om zig veilig te ftellen tegens de effe&en „ van eene delegatie, aan welke hy zig voor„ al in de omftandigheeden, waar inne doen„ maals geverfeerd wierd, niet zoude kunnen „ fubjeéfeeren, met betuiginge tevens van „ zyne bereidwilligheid, om zoo dra hy ver„ zeekerd zoude zyn van het voorregt, van „ voor zynen wefendlyken Regter alleen, en ,1 zonder belemmeringe in zyne vrye defen- » fie5  Tj6 Placaaten. 5. Boek. 12. Titul. „ fie, te recht te ftaan, zig vveederom te ft„ fteeren, terwyl hyzig voorts wel uitdruk„ kelyk referveerde de faculteit, om in allen „ gevalle zig wegens al het geene hem op„ gelegt wierd, zoo wel als wegens die zyne „ retraite, als naar raade te justificeeren." Dat des Suppliants Huis vrouwe weinig tyds daar na vernomen hebbende, dat de Suppliant publicquelyk, en by openbaare Trommelflag, van wegens den Auditeur Militair ingedaagd was, omme voor den voorfz. Krygsraad, op den 6 April 1787 te cömpareeren, zig by Requeste aan welgemelden Krygsraad geaddresfeerd, ende, om reedenen by defelve vervat, verfogt heeft, ftateeringe van de voorfz. ondernomen Procedures by indaaginge, dog met dat onverwagt gevolg, dat wel gedagte Krygsraad goedgevonden heeft te verklaaren, dat in het verfoek niet konde worden getreeden. Dat de Suppliant zig buiten deefe Provincie bevindende, wel vernoomen heeft, dat door den gemelden Auditeur Militair, voor den voorfz. Krygsraad tegens den Suppliant by indaaginge voort geprocedeerd, en by welgemelde Krygsraad fententie geweefen was, dog van den prsecifen inhond van defelve geene genoegzaame informatie heeft kunnen verkrygen, en de zoo daar omme als wel voomamelyk, , uit hoofde van de doenmaalige omftandighee- j den van zaaken tegens de voorfchreeve Procedu res en Sententie niet was met eenige hoope van fucces , heeft kunnen onderneemen of werkftellig maaken, en alfoo genoodfaakt is geworden of te wagten gunftiger oogenblikken, welke aan hem geleegenheid zouden kunnen geeven, om met eene volkomen confiance in de Justitie, Wetten en Voorregten deefer Provincie, zoodanige middelen, als naar bevindinge van zaaken, ter zyner defenfie en justificatie, meest gepast zouden werden geoordeeld, werkftellig te maaken. J Dat de voorfchreeve lang gewenfchte 00- j geabiikketi eindelyk gekoomen zynde, de Suppliant ook terftond op middelen bedagt is geweest , omme nopens de voorfchreeve Procedures , en nopens den praxifen inhoud van de voorfchreeve fententie volleedige informatie te kunnen bekoomen, ten einde vervolgens tegens defelve zodaanige middelen te beraamen, j en werkftellig te maaken, als bevonden zou- j de worden te behooren. Dat de Suppliant dan ook zig by Requeste aan : welgemelden Krygsraad geaddresfeerd, en op zyn verfoek van den zeiven geobtineerdheb- ! bende Copie authenticq van de Sententie, door j de zelve op den 23 Mey 1787 ten lasten van | den Suppliant geweefen, by examinatie van defelve, bevonden heeft, dat door den Auditeor Militair van het voorfchreeven Regiment, tegens hem Suppliant, voorden voor- \ fchreeven Krygsraad, by contumacie voort ge- | procedeert geworden is, „ en dat de voor- I „ fchreeve Krygsraad Recht doende in den „ Naame en van wegens Uwe Ed. Groot „ Mogende, den Suppliant heeft verfteken 3, van de Exceptien dcclinatoir, dilatoir en ' „ peremptoir, mitsgaders van alle defenfien „ en weeren van Rechten, welke hy, ge„ compareerd zynde, zoude hebben kunnen „ of mogen proponeeren, of doen, en voorts „ van zyne Militaire Charges in dienst van ,, deefen Staat bekleed, gecasfeerd, mksga„ ders verklaard eerloos en infaam, en dien„ volgende inhabil om den Lande ooit wede„ rom te kunnen dienen, wyders Gebannen „ ten eeuwigen dage uit de Provincie van „ Hollanden Westvriesland, zonder ooit daar „ weder in te mogen komen, op poene van ,, zwaarder ftraffe, met condemnatie van den „ Suppliant in de kosten en mifen van Justi„ tie, als meede in de kosten van den Pro„ cesfe." En zulks, zoo als by de voorfchreeve fententie gefegt word, ter zaake, „ dat de Sup„ pliant zig zoude hebben fchuldig gemaakt. „ Voor eerst, aan het aftrekken van „ de Wagt met een Vaandel, waar op „ een figuur, welke een Galg verbeeld, „ was geteekent. „ Ten anderen, aan het geen kennis„ fe geeven van de zelve zyne bevin„ dingen aan den Capitein, of aan den „ Luitenant van de Wagt, en aan het „ toelaaten, dat het zelve Vaandel we„ derom ten huyfe van den Commandant „ van het Regiment is gebragt geworden, „ zonder deswegens eenige de minfte „ waarfchouwinge te doen. „ Ten derden, aan het niet doen van „ Rapport van zyne bevindinge aan het „ gemelde Vaandel, aan den Comman„ dant van het Regiment, voor en al „ eer zulks in zoo verre was bekend ge„ worden, dat hy daar over reeds van ,, wegens de Justitie was ondervraagt. „ Ten vierden, aan het nalaaten van „ het doen der Ronde volgens zyne pligt „ in den Nagt tusfehen den 17 en 18 „ February 1787. en „ Ten vyfden, aan het violeeren van „ zyn Arrest, aan het gaan zonder ver„ lof uit zyn Guarnifoen, aan het ver»» laaten van zyn Regiment, en dus aan „ eene fchandelyke daad, ten hoogften „ laefif, zoo ten aanfien van den Sou„ verain, als ten opfigte van het Regi„ ment, aan verregaande plicht verfuim „ en aan defertie." Dat de Suppliant vertrouwende in ftaat te zullen zyn, omme zyn gedrag tusfehen den 17 en 18 February 1787 en daar na gehouden, te kunnen vindiceeren, van alle Crimen of misdaad, of van pligt verfuim, hetwelk eenige Crimineele Procedures, men laate ftaan eene zoodaanige ignomjnieufe misfie en ftraffe, zoude kunnen wettigen, vervolgens naar middelen heeft omgefien, omme daar toe geleegenheid te kunnen bekoomen. Dat de Suppliant vermeenende, dat het meest gepaste middel zoude zyn, het middel van  Juftitie en Rechtsvordering in Militaire Zaaken van Appel, aangezien in de voorfchreeve zaak niet van den beginne af aan by contumacie is geprocedeerd, en dat de voorfchreeve Sententie niet eenig en alleen op zyne contumacie is geweefen, dat daar en boven, dat van crimineele Sententiën by contumacie geweefen naar rechten, en volgens de conftante Leere, zoo van Inlandfche als Buitenlandfche meest geaccrediteerde Regtsgeleerden, wel degelyk Appel valt, voornamentlyk, wanneer het gunt voorfchreeve is, zoude kunnen worden gedemonftreerd, ende eindelyk, dat de omftandigheeden van zaaken enkel en alleen tot de voorfchreeve contumacie oorfaak gegeeven hebben, de Suppliant dan ook het middel van Appel in deefen gaarne van employ zoude maaken, dan dat de Suppliant zig verleegen vint, op welken hoogeren Rechter hy Suppliant zig in deefen zoude kunnen, mogen of moeten beroepen, gemerkt de Suppliant onderrigt is, dat, daar by de voorfchreeve Sententie door den voornoemde Krygsraad recht gedaan is in den naame ende van wegens Uw Edele Groot Mog. van die Sententie niet kan wórden geappelleerd, dan aan eenen hoogeren Militairen Réchter, insgelyks in naame ende van wegens Uw Edele Gr. Mog. recht doende, en dat thans binnen deefe Provincie zoodanige Rechter niet exfteerd. Dat de Suppliant mitsdien geenen anderen weg open vint, omme zyn voorfchreeve oogmerk te kunnen bereiken, dan zig te addresfeeren aan Uw Edele Groot Mog. als den wettigen fouverain van deefe Provincie, in welkers boefem a'le jurisdictie refideert. Derhalven keert de Suppliant zig in alle onderdanigheid tot Uw Edele Groot Mogende, allereerbiedigst verfoekende, dat het Uw Edele Groot Mogende behaagen moge aan den Suppliant te verleenen Mandament, waar by de Suppliant, voor zoo verre zulks noodig mogte zyn, gereleveerd en in integrum gerestitueerd werde jegens de voorfchreeve gedecerneerde Defaulten en Sententie, by den voorfchreeven Krygsraad, in dato den 23 Mey 1787 geweefen, met den gevolgen en aankleeven van dien, mitsgaders jegens de indebité interjectie en profecutie zyner voorfchreeve Appellatie, ende voorts in Appel, met de claufule van inhibitie, disponeerende tegens den Auditeur Militair van het voorfchreeve Regiment, en de te dienen voor zoodanig Collegie van Justitie, ofte voor zoodanigen der rechten kundige Perfoonen, als Uw Edele Groot Mog. tot de judicatüure in de voorfchreeve zaake, zullen gelieven te authorifeeren ende te qualificeeren, ende voorts in communi forma; of wel anders, dat Uw Edele Groot Mog. zoodanige andere voorfieninge, waar door de Suppliant in de geleegenheid zoude zyn gefteld, om het importante grief, aan hem door de voorfchreeve Sententie toegebragt, op eene bekwaame wyze te kunnen doen repareeren, gelieven te doen, als Uw Edele Groot Mog. naar derfelver hooge wysheid zullen oordeelen te behooren, het IX. Deel. zy door het annulleeren of vernietigen Van de voorfchreeve Sententie, of door de voorfchreeve Sententie te houden als niet geweefen, ende de zaake ab ovo, door een Collegie van judicatüure, of door byzondere der Rechten en Praêtycque kundige Perfoonen, te doen examineeren en te decideeren, zoo als in goede Justitie bevonden zal worden te behooren, het zy anderfints. (Onderftond,) 't welk doende &c. (Was geteekent ,j G. v. Zelder van Beveren. W* BlLDERD-ïK. D. V. D. LlNDËN. (In margine ftond geappostilleerd,) De Staaten van Holland en Westvriesland, vinden goed, dat deefe Requeste gefteld zal worden in handen van hun Edele Groot Mogende Gecommitteerde Raaden, om dezelve te examineeren , en de Vergadering daar op te dienen van hunne confideratien en Advis. Actum den 23 July 1788. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van dé Staaten. (Was geteekent?) C. Clotterböokë6 (Lager ftond geappostllleerd,) Zy deefe Requeste gefteld in handen van den Krygsraad van het Regiment Guardes te Voet, om hun Edele Mogende daar op te dienen van Bericht. Actum den 25 July 1788. (Onderftond) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raa* den. (Was geteekent,) A. J. Royër* Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, alle de verfoeken door den Suppliant by de voorfz. Requeste gedaan, by deefen af te Haan en te wyzen van de hand. 5F ZES-  Fol. 778 ZESDE BOEK, EERSTE TITUL. Raakende de Domeinen. 1. Refolutie van de Staaten van Holland 9 houdende approbatie op zeker Contract en accord van Correspondentie, tusfehen Commisfen van haar Ed. Gr. Mog. Posteryen, en Gecommitteerdens tot' de Posterye der Stad 's Hertogenbofch, aangegaan. Den 1 December 1762. Ontfangen een Misfive van de Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mogende Posteryen, gefchreeven in den Hage den 29 der voorleede maand, daar by kennis geevende, dat de Gecommitteerdens tot de Posterye der Hoofd ftad 's Hertogenbofch, geinclineert hebbende, volgens haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 17 September deefes jaars, met hun de afgebrookene Conferentie, aangaande het fluyten van een ContracT; en Accord van Correspondentie, te hervatten, zy die Conferentie gereëntameert hadden met de voorfz. Gecommitteerdens en eïndelyk met defelve gefiooten en geteekent, op den 22 der laatstgemelde maand, het ContracT: en Accord van Correspondentie Copielyk neevens voorfz. Misfive gevoegt, in hoope dat haar Edele Groot Mog. hun met hoogst derfelver approbatie zouden gelieven te honoreeren, en hun j te auclorifeeren om de ratificatie daar op te geven. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan by deefen te approbeeren het ContracT: en Accord van Correspondentie tusfehen Heeren Commmisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen, en Gecommitteerdens tot de Posterye der Stad 's Hertogenbofch op den 22 der voorleede maand geftooten en geteekent, en hier agter geinfereert, en vervolgens de gemelde Heeren Commisfarisfen te auébrifeeren, om hunne Ratificatie daar op te mogen geven, en met Gecommitteerdens tot de Posterye van 'sllertogenbofcb tegens die van derfelver Principalen uit te wisfelen. Contracten Accord, wegens de Correspondentie van het generaal Post - Officie van Holland en Westvriesland en het Post comptoir van de Hoofdftad V Hertogenbofch, op approbatie van wederzydfche Heeren Principalen gemaakt en gefooten tusfehen den Hoog Ed. Gebooren Heer Jacob Philip Baron van Boetfelaar Heere\van Nieuveen, &c.in qualiteit als eerfteCommisfaris van de Posterye vanHolland en Westvriesland , benevens den WelEdelen Geftrengen Heer Mr. CornelisvanCollen, in qualiteit als Commisfaris van de voorfchreeve Poster yen ter eener zyde ; ende den WelEdelen Geftrenge Heer Mr. Hendrik de Kempenaar en den Wel Edelen Geftrengen Heer Mr. Anthoni Jan de Vlieger, Gecommitteerdens wegens de Edele Achtbaar e Magiftraat der Hoofdftad 's Hertogenbofch , tot het werk van de Posteryen dier Hoofdftad, ter andere zyde; als door welgemelde Heeren Principalen behoorlykgequalificeert. Eerfte Articul. Het Societeits Contrad by de Hollandfche Postmeesteren in der tyd en de drie Generaliteits Steden, 'sHer-  Raakende de Domeinen. *sHértogènbofch, Breda, Maastricht, in den jaare 1722 geflooten, geannulleert zynde, zal ten reguarde van het Postcomptoir van 's Hertogenbofch, gehouden worden met primo OcTober 176*2 gecesfeert te zyn geweest. Tweede Articul. Het Post - Officie van Holland en West vriesland neemt op zig het Rit van Drunen op Alphen vice verfa alle dagen op de üuren en tyden, zoo als nu gefchied, of eerder mogelyk te doen beryden alles ten haaren kosten, gelyk ook driemaal ter week, tê weeten des Maandags, Woensdags eh Zaturdags van Drunen tot Hamont toe, vice ver fa,, om aldaar te vervangende Correspondentie op Maastricht, Aaken en Luyk. Derde Articul. Met welke Ritten het Postcomptoir van 's Hertogenbofch werd toegefegt haare Correspondentie te volbrengen met beflooten zakken ofPacquetten, geaddresfeert aan alle die Steeden , waar op zy door deele gefpecificeerdé Ritten zal correspondeeren, mits in die geflooten zakken of Pacquetten geen andere Brieven werden gevoegt, als die in de Stad van 'sHertogenbofch en daar om heen zyn geColleéteert, en in die Steeden 'thuis behooren. Vierde Articul. De Correspondentie op alle de Steden van Holland en Westvriesland word alle dagen gefixeerd te volbrengen , in beflooten en befeegelde Sakken, op welke aan de eene kant moet ftaan 's Hertogenbofch ^ en aan de andere kant van binnen de naam van de Stad, daar die na toe gedestineert zyn Te weeten een zak voor de Stad Amfterdam. Een zak voor de Stad Haarlem. Een zak voor de Stad Alkmaar, bevattende te gelyk de Brieven voor de Steeden Hoorn en Enkhuy fen, en en een apart pacquet voor de Beverwyk; maar de verdere Noordhollandfche Steden en Plaatfen , als mede die in Waterland leggen, zullen in de zak van Amfterdam moeten gefonden eri tot daar toe gefranqueert werden, de enkelde Brieven met twee ftuivers, de dubbelde boven een en een half lood met vier ftuivers en boven het once tot twee oneen met fes ftuivers, de verdere oneen altoos met het beloop van het eerfte once te verdubbelen. Welk Franqueergeld aan het Postcomptoir te Amfterdam telkens zal bygeforiden moeten werden. Een zak voor de Stad Leyden. Een zak voor de Stad Delft. Een zak voor den Hage. 779 Een zak voor de Stad Gonhchem. Een zak voor de Stad Dordrecht; waar in gevoegt moeten werden de Brieven op Zevenbergen, Clundert, Willemftad, en omleggende Plaatfen, als mede het Pacquet voor Steenbergen. Een zak voor de Stad Schoonhoven. . . Een zak voor de Stad Gouda, waar in gevoegt moeten werden de Brieven voor Boscoop , Oudewater * Haast regt, Crimpen en verdere Plaatfen. , En zal voor Alpheri, met de Brieven voor alle de Omleggende Plaatfen die daar over kunrten loopen, als Woerden, Swammerdam, Bodegraaven, als mede het Dorp van Voorburg, Leydfendam, &c. by 's Hage leggende- • ry,,v.j Een zak voor de Stad Rotterdam * waar in gevoegt moeten werden de Brieven voor de Stad Brielle, Delftshaven, Viaardingen, Maasfluys eri Hellevoetflais &c. . En eindelyk een zak voor de Stad Schiedam. Vyfde Articul. , . De brieven voor de Stad Utrecht ên daar om heen t' huis behoorende, zullen méde in een aparte zak gedaan werden en gefonden op Alphen, om aldaar te werden verwisfelt. Dog is verder geconditioneert dat alle Brieven verder als de Stad Utrecht opgaande, als na de Provinciën van Overysfel, Vriesland, Groningen en hetLandfchap Drenthe, en verders alle Brieven zonder uitfondering, deWelke tranfitöir over het Postcomptoir van de Stad Utrecht hebben geloopen, nu voortaan door het Postcomptoir van van de Stad 's Hertogenbofch over het Hollandfche Entre - Postcomptoir buiten de Witte Vrouwen - Poort van Utrecht, zullen gedirigeert werden, en dat alle de Brieven door het Postcomptoir van 's Hertogenbofch na de voorfz. Provinciën en Plaatfen werden afgefonden, zonder eenige referve, zullen worden gemaakt franco tot Utrecht ] (welverftaande franco het Hollandfche Entre-Post comptoir buiten Utrecht)in diervoegen: Dat de Brieven door de Steden en Plaatfen boven de Provincie van Utrecht leggende, tot in de Provincie van Overysfel toe, door het voorfz. Postcomptoir van 's Hertogenbofch zullen werden gemaakt franco, tot Utrecht met drie ftuivers de enkelde 2 fwaardere en once na advenant^ en dat de Brieven die na de Provinciën van Vriesland, Groningen èn het Landfchap Drenthe &c. gedeftineert zyn, door het zelve Postcomptoir van 'sHertogenbofch zullen werden gemaakt fran-  ^8© Placaaten. 6. Boek. i. Titul. co Utrecht, met vier ftuivers de enkelde, zwaardere en once na advenant; welke franqueergelden het Postcomptoir van 's Hertogenbofch zal gehouden zyn, alle maanden onder behoor! yke afreekening en teegens quitantie aan het Post-Officie van Holland, of aan een van derfelver Postcomptoiren, by het voorfz. Post - Officie'nader te nomineeren, op te leggen en te voldoen; verpligtende , zig daar en tegen het welgemelde PostOfficie van Holland, om alle de Brieven welke uyt de voorfz. boovenleggende Plaatfen en Provinciën retourneeren, zonder eenig verfchot ofboovenport aan het Postcomptoir van *s Hertogenbofch, over de ordinaire route van Alphen en Drunen te zenden, zoo als ook het volle port van defelve Retourbrieven van Utrecht af, door het Postcomptoir van s'Hertogenbofch zal ontfangen en genooten werden. Wordende voorts vastgeftelt, met opfigt tot hetgèwigtoffwaarteder Brieven hier gemeld, dat een Brief booven een en een half lood weegenzal werden gehouden voor een dubbelde en op den volgende voet gereekent werden; Dat een Brief na de Provinciën van Vriesland, Groningen en het Landfchap Drenthe, minder weegende dan een en een half lood, zal gehouden werden voor een enkele de Brief, en daar voor betaalt werden vier ftuivers, dat voor een Brief weegende boven een en een half lood tot een once toe zal worden betaalt zes ftuivers, boven een once tot twee oneen agt ftupers, boven twee oneen tot drie oneen festien ftuivers, boven drie oneen tot viex oneen vier en twintig ftuivers en zoo vervolgens ieder once meerder agt ftuivers voor elke once te verhoogen. Dat een Brief na de Plaatfen booven de Provincie van Utrecht leggende , tot in de Provincie van Overysfel toe, minder weegende dan een en een half lood, zal gehouden werden voor een enkelde Brief en daar voor betaalt worden drie ftuivers, dat voor een Brief weegende booven een en een half lood tot een once toe zal worden betaalt vyf fluivers, booven een once tot twee oneen fes ftuivers, boven twee oneen tot drie oneen twaalf ftuivers, boven drie oneen tot vier oneen ngiien ftuivers, en zoo vervolgens ieder once meeder met fes ftuivers voor elke once te verhoogen. Sesde Articul. De Brieven op Groot Brittannien Zullen zonder franqueeren door het Postcomptoir van 'sHertogenbofch gefonden worden op de Stad Delft; de retouren zullen aan het Pastcomptoir van 's Hertogenbofch aangereekent werden de enkelde Brief tot tien flutvers dubbelde tot festien ftuivers, en de once tot fes en twintig ftuivers , zullende die Posten, aan het Postcomptoir van Delft alle quartaalen moeten goedgedaan worden. Seevende Articul. Het Postcomptoir van 's Hertogenbofch zal haare Correspondentie op Oostvriesland, Oldenburg, Breemen, W7ilshaufen en het geheele Keurvorftendom Hanover, als meede Hamburg, Holftein, Denemarken en Zweeden op Amfterdam zenden, en tot daar toe franqueeren, met twee ftuivers de enkelde, vier ftuivers de dubbelde en zes ftuivers de once, booven en behalven de franqueeringen 'die booven Amfterdam, ingevolge het Tarif, daar by moeten gevoegt worden; voor de retouren zal het Postcomptoir van'sHertogenbofch niet meer betaalen aan verfchotten, boovenporten, &c. als een Ingefeetenen van de Stad Amfterdam betaalt; zullende die binnen - en buitenlandfche franqueeringen alle drie maanden aan het Post - Comptoir der Stad Amfterdam moeten goedgedaan worden. Agtfte Articul. Vervolgens word van de kant van bet Hollandfche Post-Officie, aan het Postcomptoir van 's Hertogenbofch toegefegt driemaal ter week vice verfa gebruik te mogen maaken van het Rit van Drunen tot Hamont voor haar Correspondentie op Eyndhoven, als meede tweemaal ter week met het Hollandfche Rit na Achelen voor de boovengemelde Correspondentie op Eyndhoven en geheel DuytschJand; zullende ook verders alle de Brieven op die routen tusfehen Drunen, Hamont en Achelen, door de Hollandfche Postritten vice verfa werden vervoert, enover en weder de porten by elk Postcomptoir daar dezelve Brieven aankoomen, werden ontfangen en genooten: waar teegens het Postcomptoir van 's Hertogenbofch zig engageert, om met haar rit loopende op Baarde, dé Brieven van Tilburg op Antwerpen vife verfa ten behoeven van het PostOfficie van Holland en Westvriesland te zullen vervoeren, en verders voor het gebruik van de genoemde Ritten op Achelen aan het Hollandfche Verwisfel - Comptoir tot Alphen 's jaarlyks betaalen de fomme van vyftig guldens, alle vierendeel jaars de gerechte vierdepart. Neegende Articul, Het Postcomtoir van 's Hertogenbofch neemt aan, om 'sjaarlyks voor de  Riakende de Domeinen. de fwaardere kosten in verwisfel - Comptoiren en Ritten, die het Post-Officie van Holland moet doen, als meede voor de affchaffing der Reekening van Egalifatie der Brieveporten, aan het Vost-Officie van Holland en Westvriesland te betaalen de fomme van vier hondert guldens, alle quartalen de gerechte vierdepart, onder quitantievan den Hoofd - Commis van het Hollandfche verwisfel Comptoir te Alphen; Tiende Articul. Het Post-Officie van Holland en 7%t Westvriesland en het Post - Comptoir van 's Hertogenbofch engageeren zig om haare expeditien van Brieven of Correspondentien niet anders te doen, als door haare refpe&ive Posten en Postcomptoiren en malkanderen over en weder zoo veel voordeden mogelyk te zullen toebrengen. Elfde Articul. Deefe Conventie zal ingaan metdeh. ï January 1703 en weederfyts punetueelyk geobferveert worden. Aldus gedaan, geflooten én geteekent iri den Hage den 22 November deefes jaars 17(52. (is geteekent,) J. P. v. BOETZELAAR. C. v. C Ö L L Ë N. H. de KEMPENAAR. A. J. de VLIEGER, 2. Refofotte van de Staaten van Holland; waar by aan den Hoofd.Commis van het PostComptoir te Gouda tot Tra&ement word toegelegt de fomme van f 700-:- • Ben 1 December 1764.. By refumtie gedelibereert Zynde op de Misfive van de Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen, gefchreven in den Hage den 25 July defes jaars, en daags daar aan ter Vergadering ingekomen * waar by aan haar Ed. Groot Mog. hadden voorgedragen de klagten door de Heeren van Gou-^ da, ingevolge van het BeCogne op 14 September 1763 gehouden, aan hun gedaan, dat namentJyk de Hoofdcommis van het generaal Postcomptoir aldaar niet beloond wierd op den voet van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 25 Mey 1752, by welke voor de beheering van het zelve was bepaald een fom Van zeven honderd guldens, daar hy maar was aangefteld op een tra&ement van vyf honderd guldens een belooning te zober voor al zyn werk, als niets anders daar byaan de hand kunnende nemen, expofeerende gemelde Heeren Commisfarislèn vervolgens hun verrigté ten aanfien van het generaal Postcomptoir in gemelde Stad, met betuiging, dat zevenhonderd guldens 'sjaars daar aan wel wierd verdiend , om geen interruptie in de acceleratie der Brieven te verwekken, en mitsdien aan haar Edele Groot Mog. gevende in confidentie, om aan hun dien aangaande de vereifchte authorifatie te geven, fundeerende hunne voorflag op haar Edele Groot Mog. Refolutie van 25 Mey 1752 pag. 4, als zynde het voorfchreeve Comptoir van Gouda effeclivelyk gekomen in het cas van nader voorfiening aldaar gereferveerd. Is goedgevonden en verdaan de Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen by defe te?qualificeeren, aan den Hoofdcommis van het Comptoir te Gouda voortaan toe te leggen tot traftement de zeven honderd guldens jaarlyks, voor de beheering van het zelve bepaald by haar Edele Groot Mog. Refolutie van 25 Mey 1752 $ in plaats van de tegenwoordige vyf honderd guldens; en is wyders by defe gelegentheid noggerefolveerd, dat door de Voorfchreeve Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaken van 'sLands Posteryen voortaan geen meerder Bediendens als daar toé by haar Edele Groot Mog. zyn vastgefteld, op 's Lands Postcomptoiren Zullen wórden aangefteld * fchoon al buiten kosten van den Lande, dan na zulks alvoorens ter kennisfe van haar Edele Groot Mog. gebragt, ende noödige authorifatie daar toe bekomen te hebben, SF 3  Placaaten. 6. Bóek. i. TituL |, jüefolutie van de Staaten Generaal, hou¬ dende voorfiening nopens de adminijiratk der Gemeentens - gronden te Tilborg en Goirle. Den 5 April 1765. Is gehoort het Rapport van de Heeren Brantfen, en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaken van de Meyerye van 'sBofch, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog. Mog. Refolutien Commisforiaal van verfcheide datums, met ende neevens eenige Heeren Gecommitteerden uyt den Raad van State geëxamineert de Requeste van Francois van Heist, en een meenigte Gëerfdens en Inwoonderen der Heerlykheid Tilborgh; verfoekende dat haar Hoog Mog. den Heer van gemelde Heerlykheid van Tilborgh en alle anderen, die eenige des gemeentens Gronden of Erven, ingegraven en tot haar particulier gebruik ingenomen, en geapproprieert hebben, gelieven te gelasten en te beveelen, die zelve Erven weederom te fiegten, en in zodanige ftaat te Hellen, als defelve voör dato van de bezitneeming zyn geweest , met interdictie en verbod, jegens alle én ook hoegenaamde diergelyke particuliere Occupatien of ingravingen van des Gemeen • tens Gronden voor het toekoomende te doen. En daar neevens geëxamineert hebbende een Misfive van P. W. de Schmeelingh, Rentmeester Generaal der Domeinen van Brabant , houdende desfelfs berigt op de voorfchreeve Requeste, voorts de belangen en contra belangen door den Heer en Regenten van Tilborgh, en door de geinteresfeerden in deefen van weederfeyde aan haar Hoog Mog. overgegeeven, en alle de verdere ingediende ftukken deefe zaak concerneerende*, Waar op gedelibereert ende aan de eene zyde in agtïng genoomen zynde, dat volgens de eerfte uitgifte daar van zynde, confteert, dat aan de Luyden van Tilborgh en Goirle wegens de Gemeente en Woeste plaatfen in gemelde diftrict niet anders is veikogt en afgeftaan dan het Gemeenfchappelyk gebruyk van dien, waar toe de nodige ordonnantie by haar zoude mogen gemaakt worden, en geenfints den eigendom van de zelve gronden. Dat ook het klaar en duydelyk verftand van genïeide verkreegen regt in diervoegen voor deefe by die van Tilborgh en Goirle is erkent, door de verfoeken, welke tot permisfie of Octroy om dusdanige Gemeentens Gronden te mogen aliëneeren of verkopen, in vroeger tyd aan den Souverain hebben gedaan. Ende dat dienvolgënde aan defelve particu* lierlyk niet is gepermitteert van die Gemeentens Gronden eenig perceel aan een Ingefeeten quaü op verbeetering te mogen uitgeeven of afftaan, als een middel zynde, waar door zodanige gronden worden afgefcheurd van 't gemeen gebruyk waar toe gedestineert zyn, en den eygendom van dien geraakt in handen vari een particulier, en zulks zonder dat daar voor ten behoeven van de Gemeente iétwes word gegee ven, gelyk by verkoop veeltyds nog zouden kunnen bedongen worden. Ende daar tegens aan de andere zyde ook zynde geconfidereert Dat alles te laten herdoen en te vernietigen het gunt by die van Tilborgh en Goirle nu zeedert veele jaaren, hoezeer ten onregte terzake voorfz. is gedaan en verrigt, niet alleen zoudê meede brengen een groote hardigheid en onbillykheid ten opfigte van veele particuliere Ingefeetenen, maar zelfs zoude moeten redundeeren tot merkelyk nadeel van de gemeente van Tilborg en Goirle in 't generaal genoomen, terwyl nogtans de fchade door deefe handelwyfe zoo aan 't Gemeene Land als aan de Casfe van de voorfz. Gemeente toegebragt, op een andere wyfe kan en behoord te werden vergoed. Dat infonderheid omtrent die gronden, welke laatstelyk aan den Heer van Tilborg eri Goirle op verbeetering zyn uitgegeven, en waar over zoo veel beweeging is gemaakt, buyten alle dubieteyt confteert, dat defelve zyn van die natuur, en daar by zoo verre afgeleegen, dat dies wegens het minfte befwaar voor de Gemeente van Tilborg ooit te wagten is. ; . ïo:.'.. ■ ■ - Ende dat boven dien nu nog een genoegfame quantiteit van Gemeentens Gronden exteeren, eia voorhanden zyn, omme na het voorfchrifc tot gerief en gebruyk van de gefamentJyke Ingefeetenen te konnen dienen, wanneer maar gelyk het regt en degoedeordre vereifcht tegens alle verdere mïsbruyken, dien aangaande voor 't toekoomende werde voorfien; Is goedgevonden en verftaan te verklaaren, dat rietpunt by de Regenten van Tilborg en Goirle tot hier toe weegens het uitgeven op verbeeteering van Gemeentens Gronden is gedaan, zal zyn en bly ven van zodanige kragt en waarde, als of zulks op een wettige wyfe gefchied was. Des nogtans dë befitters van zodanige gronden tot vergoeding van fchadens daar door in voegen voorfz. geoccafioneert, zullen zyn gehouden, te voldoen aan de Conditiën en verpligtingen, welke hun na gedane onderfoek van zaaken nader zullen werden geinjungéert en opgelegt,- Ende voorts Drosfart en Scheepenen van Tilborg en Goirle Voornoemt en' alle anderen die van Gemeentens weegen eenigfmts zouden mogen zyn gequalificeert, te gebieden, ende te beveelen , zoo als gebooden en bevoolen werden by deefe, alle nog  Raakende de Domeinen. «?gg 4» Refolutie van de Staaten Generaal, hou¬ dende approbatie op zekere Ordre en Reglement tot voorkoming van misbruiken of overtredingen wegens den Peel, en Gemeente aldaar. Den 12 Juny 1765. /^ntfangen een Misfive van den Raad van 1 VJ^ State gefchreeven alhier in den Hage den 7 defer, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van de 4 Maart laatstleeden, derfelver Advis op de Requeste van de Regenten van Someren Quartiere van Peelland Meyerye van'sBosch, verfoekende om reedenen in de voorfchreeve Requeste geallegeert, te mogen obtineeren haar Hoog Mog. Approbatie op een by haar geconcipieert en by gemelde Requeste gevoegde Ordre en Reglement, tot voorkooming van misbruyken of overtreedingen weegens ! den Peel en Gemeente aldaar. Waar op gedelibereert zynde, is goedge- | vonden en verdaan, dat het Reglement aan het einde deefes geinfereert, zal worden ge- I approbeert, daar toe een Acle van approbatie j in behoorlyke forma zal worden gedepecheert: wordende dienvolgënde de Supplianten de Regenten van Someren voorn, geauótorifeert, om het zelve Regiement op haar naam, dien conform te mogen arrefteeren. Ordre en Reglement tot voorkooming van misbruyken of overtreedingen weegens de Peel en Gemeente alhier. Myn Heeren de Gecommitteerden van 't Officie en Scheepenen des Dorps van Someren defen ondertekent, in agt genoomen hebbende, dat van tyd tot tyd hoe langer hoe meerder ondervonden word, dat baatfoekende Menfchen haar niet ontfien, om deefe Gemeente te misbruyken, en in 't particulier d'een nog exteerende Gemeentens Gronden en woeste Landen, onder derfelver Jurisdictie geleegen, exadtelyk te doen adminiftreeren en gebruyken, tot dat eynde als by de eerfte uitgifte van dien is vermeld, en hier voor breeder is geëxpresfeert, namentlyk tot gemeen gebruyk van derfelver Ingefeetenen, met Speciale interdictie en verbod aan alle defelve Regenten, omme van nu voortaan eenige van de voorfchreeve nog exteerende Gemeentens Gronden te verkoopen, weg te fchenken, op de verbeetering uit te geeven, ofte op eenigerley wyfe hoe genaamt te alieneeren, anders dan na voor af verfogte en bekoome permisfie ofte Oétroy van haar Hoog Mog., ofte van den Raad van State, mitsgaders aan alle en een iegelyk der Ingefeetenen of wat particulier hy wefen mag, eenige van zodanige Gronden op eenigerhande wyfe aanteflaan, ofte tot zyn dispofitie te neemen, op poene niet alleen tegens de particuliere Perfoonen van de boetens volgens het Domein regt daar omtrent geftatueert, maar ook van nulliteit van al het gunt Contrarie zoude mogen gedaan zyn, als het welke aanftonds zal moeten werden herfteld, ten kosten van die geenen der Regenten , welke tegens deefe dispofitie zullen hebben aangegaan, tegens welke boven dien zal werden geprocedeert als tegens overtreeders van haar Hoog. Mog. beveelen, omme dieswegens arbitrairlyk te werden gecorrigeert na exigentie van zaken; werdende Drosflird en Scheepenen van Tilborg en Goirle voornoemt wyders gelast omme ten fpoedigfte, im- S mers binnen den tyt van drie Maanden na da- | to deefes op den Eed ten aanvang van haare i Bedieningen gedaan, te vervaardigen en op te j maken een exacte Lyste ofte Memorie van '] alle zodanige perceelen van Gemeentens Gronden, als by haar of derfelver prtedecesfeurs op verbeetering zyn uitgegeeven, ofte waar van zonder eenige Permisfie ofte Oétroy van den Souverain by defelve zoude mogen zyn gedisponeert met defignatie van de groote van ieder perceel van dien en lopen faten, als mede van de qualiteit en waarde van defelve Gronden , en waar die geleegen zyn, gelyk ook wie de teegenswoordige befitters daar van zyn, en voorts met zodanige verdere elucidatien en bewyfen, als ten einde voorfchreeve meest dienftig znllen oordeelen, gelyk ookinfonderheid eene verificatie van de prys, welke de Gemeentens Gronden hebben mogen gelden, wanneer by gemelde Regenten in den jaare 1700 ofte op eenige andere tyd op verkreege Oétroy van den Souverain zyn verkogt geworden , en welke Lyst ofte Memorie in voegen voorfchreeve met de bewyfen daar toe dienende , zullen hebben te zenden aan den Raad van State, ten einde daar by ter zaake voorfchreeve als dan zodanige nadere fchikkingen geftelt en gemaakt te worden, als in billykheid geoordeelt zal worden te behooren. En zal Extraét defes niet alleen werden gegeven aan Drosfard en Scheepen van Tilborg en Goirle voornoemt met last zig daar na precifelyk te reguleeren, maar ook Francois van Heyst cura fuis, alle Ingefeetenen van Tilborgh voornoemt tot haare narichtinge. En zal boven dien gelyk Extraét gefonden worden aan den Rentmeester de Schmeeïing ten einde exaetelyk te letten, dat al het gunt voorfchreeve is na behooren werde agtervolgt, en tegens de overtreeders te procedeeren zoo zulks zal behooren.  784 Placaaten. 6*. Boek. i, Titul. d'een den anderen te benadeelen, principaa]yk in den Peel alhier, en het te dugten is, dat by vervolg van tyd gevaren en ongelukken daar uit zouden ontdaan, indien daar teegens niet ten eerften werd voorfien, zynde omtrent 't geen voorfchreeve is, door Scheepenen en Regeerders alhier, op den 11 January 1686 wel gemaakt en genoomen een Ordre en Reglement, dog vaele en verfcheide Articuls daar in vermeit, die jeegenwoordig tot geen nut of voordeel meer konnen ftrekken, en ook voorfchreeve Reglement door haar Hoog Mog. niet geapprobeert zynde , waaromme ten hoogften nodig zynde, om een ieder tot zyn pligt te houden, en ook om des te beeter te konnen vigileeren, is geformeert dit Concept Reglement, onder approbatie van haar Hoog Mog. de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Neederlanden, zoo als het zelve in zyne Poincten en Articulen hier na is volgende. Art. I. Eerftelyk dat niemand ter zyde, nog op de baanen in den Peel alhier, waar het wefen mogt, of hoe genaamt, zal mogen torven of fcheltorven, om daar door defelve onbruykbaar te maken op poene van tien Guldens. I I. Dat niemand haare Velden eens overfteken zynde, en weederom op nieuws van agter zullen mogen aantorven nog defelve aan te maken, maar zal als dan weederom zyn en bly ven tot behoef defer Gemeente, op poane Articul I. I I I. Gelyk meede verboden word, dat niemand eenige Torf of Groes Vlikken in den Peel of Vennen in de Heyde alhier, nog waar het wefen mogt, de Gemeente toe behoorende, zal mogen fteeken op poene van zes Guldens. I V. Dat niemand zal mogen Vuur in den Peel brengen, tot voorkoominge van Brand aan Torf Banen of Velden, op poene van drie Guldens. V. Dat niemand zig zal hebben te verftouten, om de Heyde in brand te fteeken, op poene van agtien Guldens. V I. Word meede goedgevonden en verftaan, dat ieder zyn Peelvelden behoorlyk zal hebben te ontfleupen binnen den tyd van een jaar naar de eerfte Publicatie deefes, ten minften neevens de baanen op verbeurte van 't Veld, en een poene van drie Guldens. V I I. Dat ieder de Rioolen door de baanen in den Peel alhier, die daar over moeten vaaren of ryden, behoorlyk met een Schoor daar over zullen moeten openhouden, op poene van eene Gulden vyf Stuivers. vin. Dat geene Ingefeetenen van de omleggende plaatfen defer Gemeente zullen mogen Torf of Vlikken fteeken in den Peel of Heyde al- i hier nog Heyde maayen op de boete van der; tig Guldens, ende zoo wie van defelve in ma- niere voorfchreeve Torf of Grond komtteftee. j ken en weg te haaien, zal verbeuren een boe- te van vyftig Guldens, en daar en boven de Kar en Paard, waar mede dusdanige weghaa- linge zal gefchieden. I X. Dat geene Ingefeetenen alhier eenige Torf of Vlikken zullen mogen fteeken voor Ingefeetenen van omleggende Plaatfen, om door defelve op de geftooke Plaatfen of Grond alhier te halen op poene van zes Guldens. X. Dat ook geene Ingefeetenen alhier eenige Heyde de Gemeente toebehoorende, zullen mogen maayen, om defelve naar.buiten te varen , en aan de Ingefeetenen van omleggende Plaatfen te verkopen, op poene van zes Guldens. XI. Dat ook geene lngefeeten den geftoken Torf of Vlikken op haar Veld in den Peel of Heyde alhier, zullen mogen verkoopen aan Ingefeetenen van omleggende Plaatfen, om door defelve met haar Kar en Paarden te haaien, neen maar zal den Eigenaar van 't Veld gehouden zyn, denfelven Torf of Vlikken zelfs te moeten brengen van den grond alhier, op den grond daar hy na toe gaat op poene van zes Guldens. X I I. Dat geene Ingefeetenen van eenige der omleggende Plaatfen zullen vermogen éenig gebruyk te maken van der anderen Grond of Jurisdictie, en dat wanneer bevonden zal worden, dat eenige Paarden, Hoornbeesten of Schaapen toebehoorende aan eenige buiten gefeetenen op de Grond van defe Jurisdictie, mogte zyn overgeloopen of weydende waren, defelve zullen mogen werden gefchut, waar voor den Eygenaar zal moeten betaalen voor één Paard eene Galden, van een Hoornbeest tien Stuivers, en van ieder Schaap twee Stuivers. XIII. Dat ook geene Ingefeetenen van omleggende plaatfen, door het zetten van Beyen iemand zullen mogen benadeelen, en om zulks te verhoeden, die geenen dewelke haar Beyen in de Heyde of Peel willen zetten, gehouden zullen zyn, daar van aan de Regenten kennisfe te geeven, en confent daar toe te verfoeken , die vervolgens de plaats haar zullen doen aanwyfen, door de Schutter, die daar voor alleenlyk zal genieten van ieder quantiteit Beyen aan een Perfoon toebehoorende, zes Sruyvers voor zyn moeite, ende zal voorts niemand buiten de Ingefeetenen van Someren in des Gemeentens Vennen mogen Visfen met eenige Netten op verbeurte van defelve Netten en een boete van tien Guldens. X I V. Niemand zal zyn Peelvelden mogen ver- 4 koopen, nogte vermengelen op verbeurte van het Veld, en een pcene van tien Guldens. X V.  Raakende de Domeinen. 785 X V. Dat ook niemand zig zal hebben te verfhouten, om nieuwe Peel Velden zonder kennis en toeftemminge van den Gerechte inne te neemen, op pcene van twaalf Guldens en verbeurte der ingenomen Velden. XVI. Dat zoo wanneer iemand der Ingefeetenen bevonden word met zyn Kar en Paard te la■ den aan Torf of Vlikken, geftooken op onbehoorJyk Veld; de Gemeente toebehoorende, zal verbeuren eene poene van vyf Guldens. XVII. Dat zoo wanneer van weegens en op ordre van den Gerechte gepubliceert word, om baanen in den Peel Gemeentens Straten of eenige andere nodige Gemeentensdienften, alhier moeten gemaakt, gerepareert en gedaan worden, zal ieder daar toe gecommandeert wordende, met zyn Paard en Slagkar, en die geen Varing heeft, met een Schup zoo als 't werk vereischt, ter geftelder uur en plaatfe onder zyn Commandant of Rotmeester, die met zyn huyshouden vry van 't werk zal zyn,. moeten cömpareeren ter plaatfe daar zy gerequireert zullen worden, en zullen de Ingefeetenen moeten gehooriaraen aan de ordre van de pre fente Scheepenen en Rotmeesters, endemanqueerende en ongehoorfaamen, zal den Rotmeester gehouden weefen, aan den Officier of desfelfs Gecommitteerde over te geeven, om te calangeeren voor de boete van drie Guldens , de eene helft voor den Officier, en d' andere helft voor de obferveeren.de Rotgastente verdrinken. X V I I I. Dat geene Ingefeetenen alhier zullen mogen Schuyten brengen in den Peel, genaamd het Vcnftaakeyten Eyland, om daar meede 't Moer van de eene plaats naar de andere te vervaaren, op verbeurte van de Schayten en een boete van drie Guldens. X I X. Dat alle Ingefeetenen alhier, die twee, drie, of meerder Huyfen in deefe Gemeente hebben , aan haar in eigendom competeerende, en by ieder derfelver is uitgegeeven of getrokken een Peelveld, zal den Eigenaar of Eigenaars gehouden weefen het Peelveld by dat Huis, daar hy het voor getrokken heeft zonder het een of ander over en weeder te laten gebruyken doof zyn Pagter of Huurder van zyn Goederen, neen maar, zal den Eigenaar gehouden weefen den Huurder van zyn Huis, op een ordentelyke wyfe te laten gebruyken, zoo lang hy Huurder van zyn Huis is, 't eigen Veld het geen by of voor zyn gehuurd Huis getrokken is, by weigering en manquement van dien, zal zodanig Veld blyven ten behoeve van de Gemeente, en daar en boven zal den Eigenaar nog verbeuren een boete van zes Guldens. X X. Dat alle Ingefeetenen alhier de Slöoten neevens haar Erve principalyk binnen de tyd van twee jaaren na de eerfte Publicatie deefes, ie- IX. Deel. der behoorlyk zullen moeten opgraaven ter breedte van drie voeten, en zoo diep als nodig bevonden zal worden, en dan defelve voorts alle jaaren zuiver op te veegen, op dat het Waater zyn aftrek kan hebben op de zoogenaamde Aa en Waterlaaten, op poene van eene Gulde tien Stuyvers. XXI. Alfoó de ondervinding leert, dat 'er dagélyks difputen en verfchillen voorkomen, over 't weegen van den eenen over den anderen zyn Land, om die te vermyden, zullen alle Ingefeeten alhier, die eenige Zaay of Weylanden binnen deefen Dorpe hebben leggen; waar op van de Gemeene ftraaten niet konnen komen, nog ook geen anderen vaste weg hebben , 't welk zy met behoorlyke en fufficicante bewyfen konnen toonen, in zulken geval zal den voorften den agterften ter behoörlyker tyd moeten wegen ten naasten velden en ter minftën fchade, conform den 8 Tytel en 43 Articul van de Coftumen der Hoofdftad 's Bosch. XXI I; Dat de Regenten alhier aan de zodanige Perfoonen, die geen vasten weg hebben, om op haar goed te konnen koomen, in voegen voorfchreeve een weg zullen aanwyfen, en die aangeweefen hebbende, zal als dan die vredig en gunftig (op zyn behoorlyke tyd) mogen gebruiken, op poene dat die geene die aan zulke Perfoonen eenige hindernis of ftooring zullen komen te doen, telkens zullen verbeuren een boeten van tien Guldens. XXIII. Niemant zal zig hebben te verfhouten, örri. in Gemeentens Waaterloopen te leggen, of zetten, zoogenaamde Viskorven, waar door het Water opgekeerd word, dat het zyn loop niet behoorlyk kan hebben, dog defelve met Aarde of anderfints op te vullen, op de ver* beurte der Viskörven, en daar en boven eeri boete van drie Guldens. XXIV. Dat de Ingefeetenen zullen zyn geauctorifeert, 0111 de Beesten Paarden of ander Veé in haar Erven overloopende, of weidende, het zy die toebehooren aan ingefeetenen van Someren, of anderen, en of defelve daar iri fchaade hebben töegebragt, ófte niet , daar uit te mogen doen haaien, en te doen fchutten, en voor fchutregt daar van te doen vorderen, de boete hier vooren Articul 12 vermeld , en zulks booven en behalven de vergoedinge van fchaade, welke door zodanig Vee, aan de Landen zal zyn töegebragt des noods voor Scheepenen van Somèren te taxëeren, als meede van het Voeder, dat aan gemelde Vee, in cas het binnen vier en twintig uuren niet gelost is, gegeeven zal zyn. XXV, Ook zullen geene Ingefeetenen alhier vermogen met haare Paarden, Beesten of Schaa-, pen, te weiden op fmalle weegen, nog in of tusfehen Broekftraaten, maar zullen gehouden: zyn hunne Schaapen haar de Heide of Peel té 5G dry-  7%6 Placaaten. 6. Boek. i. Titul. dryven, langs de respective Heirbanen, op poene van drie Guldens telkens te verbeuren. XXVI. Dat alle Ingefeetenen alhier gehouden zullen weefen haare Paarden, diezy op Gemeentens Vroetens, op zoogenaamde Broeken, laten weiden, behoorlyk zullen moeten fpannen, en die bevonden worden, zulks niet te doen, zal verbeuren een boete van drie Guldens. XXVII. , Dat voor de poene en boetens by ieder Articul geftelt, de Ouders voor hunne Kinderen, de Meesters en Vrouwen voor hunne Dienstknegten, Dienstmaagden en Arbeiders, aanfpreekelyk en executabel zullen zyn. XXVIII. Alle welke poenen en boeten door den Officier van Someren zal mogen werden ingevordert ten aanfien van de Contraventeurs geen Ingefeetenen van Someren zynde, by arrest, of wel voor de Regtbanken alwaar zodanige overtreeder zal woonen, en met betrekking tot de overtreeders binnen Someren woonag- tig ordinario modo voor Scheepenen aldaar zullende het Relaas van de Vorfter, onder Vorfter, Schutter, of ander onder Eed ftaande, voor volkoomen geloof worden aangenoomen, en zal den gecalangeerde in geene oppofitie mogen ontfangen worden, ten zy alvoorens de boete zal hebben genamptifeert, en alle welke boetens, uitgefondert alleen' die by het 17 Articul is vermeld, zullen worden geprofiteert een derde by den Officier, een derde by den Aanbrenger, en het refteerende derde by den Armen van Someren voornoemt. XXIX. Ende ten einde hier van niemant eenige ignorantie pretendeere, maar in teegendeel moge weeten, waarna hy zig defen aangaande kan en moet reguleeren, zal dit Reglement binnen Someren, niet alleen aanftonds moeten werden gepubliceerd en geaffigeert, maar zal het zelve ook jaarlyks eens binnen denfelven Dorpe, ter plaatfe en uure gewoonlyk moeten worden gepubliceerd, ende zulks alle jaren op den eerften Sondag in de maand April, zonder daar van te bly ven in gebreeken. 5- Refolutie van de Staaten van Holland, houdende bepaaling van het getal en Traalement der brieven-Beftelders te Rotterdam. Den n Maart 1768. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport den 9 December laatstleden ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 19 September desfelven jaars, met Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen, geëxamineert een Misfive van de laatstgemeld© Heeren van den 10 der gemelde maand September, waar by door defelve onder het oog van haar Edele Groot Mog. is gebragt, dat het getal der Beftelders en derfelver Salarisfen in de Stad Rotterdam niet was geproportioneert naar de opereusheid van het werk, in zoo een notable Koopftad, zedert het jaar 1752 toegenomen uit hoofde van het befwaar, vervat in de drie Pointen by gemelde Misfive gefpeci'ficeert, met de voorflagen tot de noodige voorfiening daar omtrent. Is goedgevonden en verftaan, in confidera- 11 tie dat het zelve Postcomptoir meer als voor defe is befwaart, en dat de prompte beftellingen der Brieven voor de Commercie is van het uiterfte belang, de Heeren Commisfarisfen van de Posteryen te authorifeeren, zoo als defelve geauthorifeert worden by defen ^ de jegen woordige Brievenbeftelders te vermeerderen van vyf op agt; en voortsin agting zynde genomen haar Edele Groot Mogende gerefolveerde van den 9 February 1753, waar bv voor agt Brievenbeftelders in 'sHage is toegeftaan een fom van negentienhonderd Guldens defelve Heeren Commisfarisfen verder te qua' lificeeren aan de gemelde agt Brievenbeftelders toeteieggen gelyke fom van negentien honderd Guldens jaarlyks, en die onder defelve 111 eene behoorlyke proportie te verdeelen en dat de belooning van de jegenwoordige' Comptoirknegt zal worden gelaten op den jegenwoordigen voet. En zal ExtracT: defes worden gefonden aan de Heeren Commisfarisfen van de Posteryen, om te ftrekken tot derfelver narigt. ■ Re-  Raakende de Domeinen. 78? 6. Refolutte van de Staaten van Holland, waar by jure eminentis dominii gelast word zeker Jtué Land aan Burgemeesteren van Schiedam tegen behoorlyke vergoeding af te ftaan, tot het leggen van een Sluys en Spuye aldaar. Den 10 Mey 1760. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 28 der voorleede maand, hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog. Appoinctement Commisforiaal van den 15 daar te voorren, geëxamineert de Requeste van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Schiedam, waar by defelve in fubftantie vertoonen, dat haare Sluys en Spuye, omtrent het einde van derfelver Haven,aan de Rivier de Maas geleegen, door ouderdom zodanig gedelabreert en vervallen was, dat zy vertoonders zig in de abfolutie noodlakelykheid bevonden, van daar jegens hoe eer hoe beeter te voorfien, dat, gelyk defelve Sluys van de uytterfte importantie was, voor der vertoonders Stad, vermits daar door derfelver geheele Commercie moest worden gedreeven, en het welfyn van hunne Traficquen (kar van ten eenemaale dependeert, en dat voorts het zelve werk zeer kostbaar zoude vallen, de vertoonders raadfaam hadden gevonden daar op de Confideratien en het Advis van de Contrarolleurs Generaal van 's Lands Fortificatiën in te neemen, welkers Advis was geweest, dat in deefe geene behoorlyke voorfieninge konden worden gedaan , dan door bet leggen van eene geheele nieuwe Sluys en Spuye, en dat daar toe geen andere plaats konde worden uitgedagt, dan aan de Oostzyde van de teegenwoordige Sluys, dar,- ingevolge van dit voorfz. Plan, en een Beftek daar van gemaakt,, nodig zoude zyn tot het leggen van zeekere fwaare Dam, welke in ftaat zoude zyn, om geduurende een of meer V/interfaifoenen te kunnen duuren, te employeeren veertig roeden Lands aan de Oostzyde der tegenwoordige Sluis geleegen, welke, fchoon in eigendom aan hunne Stad beboerende, egter begreepen waaren in zeeker fti-ik Lands, groot vier Mergen drie hondert zeeven en tagtig Roeden, het welk eerst in den jaare 1739 aan Willem van Straaten voor den tyd van vyf en twintig jaaren, en vyf en twintig jaaren optie, en by zyn overlyden aan zyne Zoonen Jan en Willem van Straaten, als in derfelver Vaders optie jaaren getreeden zynde in 17Ö5 , voor nog andere vyf en twintig jaaren in Erfpagt was uitgegeven, en volgens zeekere Conditie door den voorfz. Wiilem van Straaten, tot een Steenplaats geapproprieett, welke Traficq door de voorfz. Jan en Willem van Straaten wierd geëxcerceert; dat, offchoon zy vertoonders zig niet hadden kunnen imagineeren, daar omtrent eenig obftacul by de voornoemde Jan en Willem van Straaten te zullen vinden, nemaar in teegendeel hadden verwagt, dat defelve, mits bekoomende behoorlyk dedommagement, volvaardig zouden zyn geweest, tot nut van de Stad, waar van zy Meedeburgers zyn, te coöpereeren, dog dat zy vertoonders, na alles wat mogelyk was daar toe te hebben in het werk geftelt, hadden moeten ondervinden, dat defelve van Straatens hadden geweigert iets ter weerelt van de gemelde grond ten einde voorfz. afteftaan, en vervolgens om de reedenen verder by de voorfz. Requeste in het breede gedetailleert, verfoekende dat haar Ed. Groot Mog. ex plenitudine poteftatis & jure eminentis Dominii feu imperii, de voorfz. Jan en Willem van Straaten gelieven te ordonneren en te gelasten, de voorfz. veertig roeden Lands, waar van aan hen alleen de Erfpagt, dog aan de Stad den eigendom 'is toekoomende, tot het gebruik als vooren aan de vertoonders afteftaan, en te laaten volgen, jeegens betaalinge van zodanige fomme van Penningen, als conform zeeker contract daar van zynde, vier neutraale Perfoonen, hen des verftaande, twee door de vertoonders, en twee door gemelde Jan en Willem van Straaten te verkleien , in mindering van de jaarlykfche verfchuldigde, en volgens contract geconvergeerde Gelden zullen komen te tauxeeren, als meede de vertoonders ( voor zoo veel des noods} te auéiorifèeren en te qualificeeren om de gemelde veertig roeden Lands, op den voet en ten fine als voren de fa&o in en na zig te neemen, en daar van aan de vertoonders te verleenen haar Edele Groot Mog. Refolutie of dispofitie in forma. En is daar beneevens geleefen de Requeste van Jan en Willem van Straaten, Steenbakkers te Schiedam, om reedenen daar by gealle^eert verfoekende, dat haar Edele Groot°Mog. het voorfz. verfoek van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Schiedam, ten lasten van de Supplianten gedaan, gelieven te wyfen van de hand, en defelve, in cas zy ter zaake in hunne Requeste vermeld, vermeenen eeni» recht of actie ten Jasten van de Supplianten te hebben, te renvoyeeren aan de ordinaris Tutftitie. J Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan ex plenitudino poteftatis, en (des noods) jure eminentis Dominii, de voorfz. J. en W. van Straaten by deefe te ordonneeren en te gelasten, zeeker veertig roeden Land aan de üostzyde van de teegen woordige Sluys der Stad Schiedam geleegen, by hen alleen opErfpagts regt befeeten, dog waar van den eigendom aan de voorfz. Stad be5G 2 hoord,  788 Placaaten. 6. Boek. i. Tim!. 7. Refolutie van de Staaten van Holland, raakende de vernieuwing en reparatie, mitsgaders de onderhouding van het Slot te Geervliet. Den 4 O & ober 1771. By refumptie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 28 Augufty deefes jaars, en den 6 September daar aan ter Vergadering ingekoomen , hebbende, ingevolge van haar Ed. Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 12 July te vooren, geëxamineert de Requeste van Mr. Dirk Bouwens, Ruard, Bailliuw en Opperdykgraaf van den Lande van Putten, om daar bygealiegeerdereedenen verfoekende , dat haar Ed. Gr. Mog. de Heeren Gecommitteerde Raaden gelieven te qualificeeren , om het Hot van Putten te Geervliet, ten koste van den Lande in zodanigen ftaat te ftellen, dat het zelve kan dienen tot een behoorlyk verblyf voor den Suppliant,en, om ingevolge haar Ed. Groot Mog. Refolutien van den 20 February 1732 en 31 October 1761 de Vierfchaar van den Lande van Putten, volgens het oud gebruyk, by continuatie in het zelve kan worden gehouden, en wyders aan den?Suppliant, als het zelve flotindiervoegen zal weefen gerepareert, jaarlyks voor onderhoud van het zelve, by continuatie te valideeren een fom van twee honderd guldens, mits nogtans, by desfelfs overlyden zyne Erfgenaamen bly ven gedispenfeert, het voorfz. Slot en Stallen in een behoorlyken ftaat te moeten opleeveren. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden by deefen teauétorifeeren, om aan het Slot te Geervliet, de vernieuwingen en reparatien in de Memorie van den Contraroileur Generaal van 's Lands For¬ tificatiën , J. van der Graaf, neevens hun Ad-" vis vervat, op de menageuste wyfe, ten kosten van den Lande te laten executeeren, mits niet excedeerende de fom van zes Duyfend Guldens daar by bepaald; en voorts aan den Suppliant, wanneer het zelve aldus zal weefen gerepareerd, in conformiteit van haar Ed. Gr. Mog. RelöJutie van den 31 Oétober 1761, tot onderhoud van het voorfz. Slot, te laaten behouden de fom van twee honderd Guldens jaarlyks, mits dat defelve alleen zal worden geëmployeert tot reparatie van het zelve en het geen daar van dependeert, en geenfints tot eenige Melioratie van dien, onder Conditie, dat den Suppliant, wanneer hy de post van den Ruard mogt koomen te quiteeren, of, by desfelfs Overlyden, zyne Erfgenamen,ge* houden zullen weefen, het zelve Slot, ten aanfien van de dagelykfche reparatien, in een behoorlyke ftaat op te ieeveren, dog gedispenfeert zullen blyven, om zulks te doen omtrent zodanige groote defeélen, welke aan de Muuren of andere gedeeltens van voorfz. Slot door Ouderdom, Verfakkingen of anderfints, veroorfaakt zouden kunnen werden, en welke door geen onderhoud te prsevenieeren zyn, en dat de Suppliant voorts aan de Heeren Ge* committeerde Raaden van vier tot vier jaaren zal moeten doen blyken, dat de voorfz. foramen van twee honderd guldens, het eene jaar door het andere gereekent, effeétive aan de dagelykfche reparatie en onderhoud van het zelve Slot zyn geimpendeert. hoord, tot het leggen van een Sluys en Spuye aan de Vertoonders afteftaan en te laaten volgen jegens betaling van zodanige fom van Penningen als Conform aan het Contract tusfehen de Vertoonders en J èn W. van Straaten fubfilteerende, vier neutraale Perfoonen, hen des verftaande , twee door de Vertoonders en twee door gemelde van Straatens te verkiefen, in mindering van de jaarlykfche verfehuldigde en volgens gemelde Contract geconvenieerde Gelden zullen komen te tauxeeren, en mits de Vertoonders ten kosten Van de Stad zullen moeten beforgen, dat den Dyk of Kaade ter zy¬ de van de voorfz. Steenplaats langs de Haven loopende, gelyk ook de Gronden daar voor leggende, niet komen af te Spoelen, en dat indien teegens verwagting daaraan fchaade mogte koomen, defelve Dyk of Kaade en de gronden daar voor leggende door de Vertoonders óp Scads kosten in de voorige ftaat herfteld, en by Continuatie gehouden zullen moeten worden. En zal Extraét deefer gegeeven worden, zoo aan de gemelde Vertoonders, als aan da voornoemde van Straatens, om haar respeftiveiyk daar na te reguleeren.  Raakende de Domeinen. ^9 Refolutie van de Staaten Van Bolland* waar by de Grutter van Raamsdonk in de exercitie der Grutneèring aldaar, met exclufie van den aldaar meuwlmgs door den Ambachtsheer aangejlelden Grutter, wordgemaint ineen Den 14 Augustus J772. Ontfangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raden , gefchreven in den Hage den 17 der voorlede maand, houdende , ter voldoening aan haar Edele Gr. Mog. marginaale Apostille van den 13 Maart defes jaars, derfelver Confideratien en Advis op de Requeste aan haar Edele Gr. Mog. geprefenteert by of van wegen Anthony van Dam, woonende te Raamsdonk, waar by defelve zyn merkelyk befwaar voordraagt daar over, dat, daar zyn SuppliantsPraedecesfeurs in den jaare 1707 van de Raden en Meesters van haar Edele Gr. Mog. Domeinen hadden geobtineert Oétroy voor een tyd van een en twintig jaaren, om, ten gerieve van de ingefetenen , in het westeinde van den Dorpe van Raamsdonk te mogen doen opftellen een Grutmolen, en het Gruttenmeel aldaar te mogen verkoopen, mits jaarlyks betaalende ten Comptoire der Domeinen van Zuidholland de fom van agtien ponden te veertig grooten het pond vry Geld; en daar zedert het voorfchreeven Oétroy voor gelyke een en twintig jaaren door den Ambagtsheer van Raamsdonk, als zynde dat Dorp intusfchen als een Ambagtsheerlykheid verkogt, een en andermaal was vernieuwt, tegen betaaling van eene jaarlykfche recognitie van dertig guldens, de gemelde Ambagtsheer als nu met de expiratie van de laatfte concesfie in de maand April laatstleden aan den Suppliant eene verdere prolongatie had geweigerd, en, zoo hy Suppliant geinformeert was, een nieuwe vergunning gedaan aan een ander voor eene recognitie zoo important, dat defelve in het geheel niet was geproportioneert naar de winst welke zoodanige affaire in voorfchreeve Heerlykheid met alle mogelykheid kon op¬ brengen ; én wa&r by de Suppliant om verder gelegde gronden en geallegueerde redenen verfoekt, dat haar Edele Groot Mog. den Suppliant gelieven te permitteeren, ter voornoemde Plaatfe de Grutmolen te mogen blyven behouden , en het verkoopen van Gruttenmeel te exerceeren, en vervolgens den Suppliant daar van te verleenen haar Edele Gr. Mog. Brieven van Oétroy, en dat voorts hangende haar Ed. Groot Mog. deliberatien, den Suppliant werde gepermitteert, voorfchreeve zyne affaire te blyven continueeren, met interdictie aan die geene daar het noodig mogte wefen, van voorfchreeve affaire te doen, of een nieuwe Grutmolen te Hellen. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan , den Ambagtsheer van Raamsdonk by defe te gelasten, den Suppliant ilico en voor een behoorlyk getal jaaren, weder te permitteeren de Grutneèring temogen, blyven exerceeren, mits betaalende jaarlyks ten zynen behoeve eene recognitie van dertig guldens, en hem Suppliant in de privative exercitie van zyne Grutmolen en Neering te laaten ongeftoort, en voorts den nieuweJyks aangeüelden Grutter zyne eerstgemaakte Molen ten eerften te doen afbreken en wegdoen, met intrekking van de hem daar toe gegeve permisfie; en is wyders gerefol veert den Bailliuw van Zuidholland aan te fchryven daar op te vigileeren, en indien de voorfchreeve Molen binnen den tyd van één maand na defe Refolutie niet mogte zyn opgeruimt en afgebroken, als dan de Publicatie van haar Edele Groot Mog. van den 26 November 1749 naar de letter te executeeren, en aan de daar by gefielde ordres zonder eenige conniventie te voldoen. 9' Refolutie van de Staaten van Holland > waar by gearrefteerd word eene Inftructie voor den Commis Generaal der Posteryen van Holland en Westvriesland. Den 7 October 1773. De Raadpenfionaris heeft ter Vergaderinge gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot het Groot Befogne, hebbende, ingevolge en ter voldoening aan haar Edele Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 14 Mey deefes jaars, met de Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog, Pos¬ teryen , geëxamineert de Misfive van de laatstgemelde Heeren, gefchreeven in den Hage den 8 December 1759, en den 4 january daar aan ter Vergadering ingekoomen, waar neevens, tot redres der ondervondene defeélen 'in de Posteryen, hebben geprefenteert een ConceptInftruétie door een bequaam Perfoon tot Commis of Contrarolleur Generaal; als meede de nadere Concept-Inftruétie voor een Commis5G 3 Ge-  790 Placaaten. 6. Boek. i. Titul. Generaal der Posteryen in het Befogneop den 2 July laatstleeden geëxhibeert. Waar op gedelibereert zynde, is goedge-' vonden en verftaan, dat een Commis-Generaal der Posteryen van Holland en Westvriesland, op de benoeming van zyn Hoogheid, door haar Edele Groot Mog. zal worden aangeftelt, op de Inftructie hier navolgende, dewelke by deefe word gearrefteert; en dat het voorfz. Ampt in de Quohieren der Amptgelden van de jaaren 1727 en 1744 zal worden aangeflagen op een fom van twee duyfend vyf honderd Guldens, en ook na die proportie, op den voet van haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 21 July 1728, inhetQuohier der tweehonderden Penning op de Ampten op twee en zestig Guldens tien ftuivers; met dien verftande, dat den aanteftellen CommisGeneraal, als eerfte Furneerder der voorfz. Amptgelden daar op geen veriies zal ondergaan ; en werden de Heeren Gecommitteerd^ Raaden verfogt, ter Executie van het geen" voorfz, is, de nodige ordre te ftellen. Inftruelie voor den Commis Generaal der Posteryen van Holland en Westvriesland. Art. T. Den Commis Generaal zal moeten zyn een bequaam Perfoon, ftaande ter goeder naam en faam, van de waare Gereformeerde Religie en moeten hebben \ bereikt ten minften den ouderdom van vyf en twintig jaaren, en in den Hage moeten woonen. I I, Defelve zal gehouden zyn jaarlyks de ronde te moeten doen in alle de Post- en Verwisfel-Comptoiren der Posteryen van Holland en Westvriesland, en zyn eerfte werk moet zyn, om een exacte Confrontatie te doen van alle de Advis Brieven teegen de Postboeken, om precifelyk na te gaan, of het geheele getal der Brieven, welke geadvifeert worden uit alle Post-Comptoiren, zoo binnen- als buitenlandfche, behoorlyk zyn aangekoomen, en voorts zyn geboekt, en Conform de gearrefteerde Postlysten uitgetrokken , en voor Ontfangst gebragt, en of van alle dubbelde en zwaardere Brieven de Overporten meede zyn verantwoord en in de Boeken uitgetrokken. I I I. Gelyk meede, of by alle affendingen van Brieven in defelve ordre alle franqueeringe, zoo vry willige als geforceerde , het montant daar van op gelyke voet de gearrefteerde Portlysten behoorlyk zyn uitgetrokken en verantwoord. Als meede of alle gerecommandeerde Brieven en Paquetten behoorlyk op het Postboek zyn genoteert, met denotatie van hun Addres, en volgens hunne Nummers, en of voorts dagelyks het getal der inkoomende en afgaande Brieven in de totaliteit op gecalculeert zyn. I V. Allen het welke door hem van Post tot Post opgereekent en gecalculeert moet worden, en het totaal ieder op zyn respect van maand tot maand tot een hoofdfomme gebragt, om door de Heeren Commisfarisfen , en den Ontfanger in het doen van hunne jaarlykfe vifitatie en opneemen der Reekeningen te kunnen worden vergeleeken teegens de Maandftaaten, waar na de Generaale jaarlykfche Reekeningen der Hoofd-Commifen moeten werden opgeftek. V. Dat alle erreuren, zoo in het uitreekenen der Brieven, die geadvifeert zullen zyn, als mede die in de Calculatien op de Postboeken bevonden worden, niet alleen op defelve door hem genoteert zullen moeten worden, maar dat hy daar en booven van ieder Post-Comptoir op zyn zelfs zal moeten maken een aparte Notitie , inhoudende alle voorfz. erreuren met dag cn datum, waar op hy die gevonden heeft, en defelve* overgeeven voor den eerften April van het volgende jaar aan den Ontfanger van de Posteryen , ten eynde wanneer met den Heer of Heeren Commisfarisfen van het Departement de jaarlykfche Generaale Reekeningen gaan opneemen, alle het zelve des r.oods nog Zoude konnen worden nagegaan en ordre gegeeven, dat de erreuren inde Maandftaat van December van het volgende jaar worden gebragt. V I. Zal een byfondere attentie hebben by het doen der Confrontatie, of van alle Post-Comptoiren exacte en accurate Advifeering omtrent het getal der Brieven gedaan worden, en die welke daar inne nalaatig zyn, desweegens de exactitude recommandeeren, gelyk ook of behoorlyke attentie hebben op het geene de andere Comptoiren particulier buiten de Brieven melden, en fteeds exaclelyk is beantwoord , en of daar van Copie is gehouden, op de rug van die Advis-Brief; gelyk meede; dat alle verkeert gefondene Brieven op de ad vifeeringe worden afgetrokken , en dat die immediaat na de Plaats van haar deftinatie worden gefonden , en zoo in het een of ander manquement is, daar van kennis geevenaanden Heer of Heeren Commisfarisfen van het Departement. VII. Zal vervolgens met alle attentie nagaan, dat zoo veel mogelyk, overal uniforme en egaale Postboeken in train worden gebragt, zoo veel het met de Conftitutie der diverfe en onderfcheide PostComptoiren, en derfelver Corresponden- tien  Rankende de Domeinen. tien over een te brengen is, en daar van voor af Concepten maken, met de veranderingen die hy zal meenen daar inne te moeten werden gemaakt, en met ree • denen bekleed defelve dus aan Heeren Commisüirisfen overgeeven , ten einde ieder in hun Departement daar over oordeelen alvoorens defelve in train te brengen. VIII. Zal voorts attentie moeten hebben, dat van alle Post- en Verwisfel Comptoiren onder de Hollandfche dire&ie ftaande, ieder Postdag een Advis-Brief word gefonden , het zy dat 'er Brieven zyn of niet, en daar toe alle Commifen moeten houden, en by manquement van dien daar van Rapport doen aan Heeren Commisfarisfen, en in de buitenlandfche Correspondentien , van waar de Brieven ongeteld en zonder advifeering koomen, als van Hamburg, Emmerick, &c., daar zulks teegenwoordig alfoo niet word gepraétifeerd, een vaste voet ftellen, dat de Hoofd-Commifen dusdanige Male zelfs openen, en alle precautien genoomen worden,, dat 'er, alvoorens zulke Brieven ter beftelling uitgegeeven worden, men fecuriteit zoo van haar getal als beloop der Porten heeft en diftinct te Boek word geftelt. I X. Zal ook moeten agt geeven, dat in alle Post- en Verwisfel-Comptoiren, en in derfelver onderfcheide Departementen, ordentelyke en duidelyke Kasfa-Boeken worden gehouden, gediftingueert in het provonu van de aankoomende Brieven en van de Franqueer Gelden der afgaande en andere Ontfangden van Transporten van Transfitoire Correspondenten, Couranten of andere extraordinaire zaaken, welke maandelyks accord moeten zyn met de Maandftaaten. X. . Zal meede attentie moeten hebben, dat de Commifen fpecificque Lysten formeeren van alle Rebut-Brieven, en dat die niet van den Ontfang der aankoomende Posten worden afgetrokken, maar dat defelve in handen van den Hoofd-Commis ter verantwoording blyven moeten, voor zoo verre defelve in tyden en wy- i len zouden kunnen worden afgehaald, en j na verloop van den geftelden tyd door den Commis Generaal de voorfz. Lysten voor die geenen, welke als dan nog overgefchooten zyn, het beloop dier Lysten door hem zal werden geverifieert, na dat alvoorens behoorlyke afreekening zal zyn ! gedaan op de buitenlandfche verfchotReekeningen, voor zoo verre die op die Rebut-Brieven gevonden worden, en welke Rebut-Lysten, dus geverifieert, de Commifen als dan in de uitgaave van hunne Reekening zal valideeren; enzalzor- 79* ge dragen, dat maandelyks een aparte Lyst van de Rebut of onbeftelde Brieven worde geformeert, en in de Comptoiren opgehangen, zodanig dat ieder voorbygaande defelve kan leefen. X I. Zal voorts ook moeten toefien of al le buitenlandfche Afreekeningen we1 en conform de gemaakte Conventien worden opgeftelt, en of alle de erreuren daar ia behoorlyk zyn nagegaan en gereétifieert. XII. Zal gehouden zyn jaarlyks den Heer of Heeren Commisfarisfen in derfelver Departement te asfifteeren by het nagaan en opneemen der Huishoudelyke of Domefticque Reekeningen in alle de PostComptoiren, en in die welke in Gebouwen van het Land werden gehouden jaarlyks nagegaan en opneemen de noodwendige en onvermeidelyke reparatien, die van eenige Confideratie zyn, aan die Gebouwen nodig, en daar van feperaat een fchriftelyk rapport doen aan Heeren Commisfarisfen, ten eynde daar op door het Collegie zodanige ordre werde geftelt als defelve zullen vermeenen te behooren,- en zal meede moeten attentie hebben, dat in gemelde Post-Comptoiren geene betaalingegefchiede, als met kennisfe van den Heer of Heeren Commisfarisfen ieder m desfelfs Departement, en bevindende dat zulks mogte gefchied zyn,zal als dan daar van ten eerften kennisfe moeten geeven aan voorfz. Heer of Heeren. XIII. Zal zig moeten benaarftigen, om van de beheeringe en maniantie der expeditien van de Brieven in alle 's Lands Postcomptoiren een volkoomen kundigheid te acquireeren, gelyk meede op alle Verwisfel Comptoiren, te weeten de Verwisfelin^ der zakken, en daar van moeten formeeren, daar die nog niet zyn, diftinfte Verwisfel-Boeken, ten einde de Commifen aldaar by ieder aankoomende Post in ftaat geftelt mogen worden, aanftonds te kunnen zien, of 'er geen Zakken of Paquetten manqueeren, en ten dien einde daar in een goede ordre ftelien, op dat by de Verwisfeling geene twyffel zy, of zulk een Zak of Paquet vermist is, ja of neen XIV. Dat hy by ziekte, of wanneer in eenige Comptoiren een Hoofd-Commis zoude koomen te vallen, hy aanftonds, zoo andere kundige handen in dusdanig Comptoir mogten manqueeren, zig op ordre van den Heer of Heeren Commisfarisfen immediaat aldaar zal moeten laaten vin* den, ten einde de expeditie op dat Comptoir te verrigten, zoo by de aankomst als het vertrek der Posten, tot tyden en wylen van herftellinge of vervullinge van die Post, of zoo lange als Heeren Commis - fa-  79^ Placaaten. 6. Boek. i. Titul. farisfen het zullen konnen goedvinden. X V. Zal meede op ordre, of met goedvinden van Heeren Commisfarisfen, zoo ras een nieuwe Hoofd-Commis aangefteld word, en daar geen kundige handen zyn, om de bewerkinge van dusdanige PostComptoiren te doen, den nieuw aangeftelden Commis de expeditie moeten onderwyfen, zodanig, dat men de gerustheid kan hebben, dat geen Confufie kunne ontftaan. XVI. Zal attentie moeten hebben enagtftaan, in welke Post-Comptoiren de besteen facielfte fchikkingen omtrent de expeditien in gebruik zyn, om dus in alle andere Post-Comptoiren, z§o veel den aart en geleegentheid der diverfe expeditien van die Comptoiren toelaaten, die aldaar te doen obferveeren, na dat alvoorens daar van een Concept zal hebben geformeert, en met een beraifonneerde Memorie aan Heeren Commisfarisfen zal hebben geprefenteert, om daar op te hebben derfelver approbatie, eer die in dusdanige Comptoiren word geintroduceert. XVII. Zal, na dat hem Copien van alle Tractaten, Conventien of Accorden, &c., door het Hollandfche Post-weefen, zoo met de buitenlandfche als binnenlandfche Post-Officien gemaakt, ter hand gefteld zullen worden, behoorlyke attentie moeten hebben, dat de Brieven zoo by affendinge als by de aankomst dien Conform worden behandelt, en fpecialyk ook omtrent die Comptoiren, daar tranfitoire Correspondenten zyn, ten einde die met alle exaótitude werde behandelt, en dat in de ter Boekftelling der buitenlandfche Brieven alle duisterheid werde geëviteert en weggenomen, op dat daar van geen misbruik werde gemaakt. X V 1 1 I. Zal ook tragten een intrinfique kennis te acquireeren van alle de Poftroutes en Uitweegen van de Republicq, en ten dien einde defelve op de Routes na gaan, en zoo iets ter verbeetering daar omtrent aan hem voorkomt, moet daar van by een beraifonneerde Memorie kennis aan Heeren Commisfarisfen geeven. X I X. Zal ten dien einde ook moeten nagaan of alle buitenlandfche Advifeeringen duidelyk en klaar fpreeken, volgens de gemaakte Conventien, en daar inne eenige dubieusheid vindende, kennisfe moeten geeven aan Heeren Commisfarisfen; ten einde om by dusdanige Post-Comptoiren te infteeren, datdeAdvifeeringegefchikt moge worden conform aan de Conventien. X X. Zal, wanneer aan Heeren Commisfa¬ risfen klagten inkoomen van eenige Verwisfelinge van Brieven, en hem ordre tot recherge gegeeven word, aanftonds van de Comptoiren daar de affending gefchied is, per Misfive alle de vereischte informatien requireeren, gelyk ook daar de vermiste Brieven hadden moeten aankoomen, en vervolgens alle de voiren aanwenden , om de vermisfinge dier Brieven te ontdekken, en de Omisfien, dewelke dien aangaande gepleegt mogen zyn, rectificeeren, en de Commifen beetere attentie recommandeeren, en van diergelyke particuliere gevallen aan Commisfarisfen fchriftelyke Rapporten doen, ten einde die op foortgelyke gevallen altoos gevat zoude kunnen zyn, om door goede ordre zulks in alle Comptoiren zoo veel doenlyk te prevenieeren. X X li Zal, des gerequireert wordende, alle de Befognes van Heeren Commisfarisfen, zoo in den Hage als in onderfcheide Departementen, moeten bywoonen. XXII. Zal voorts op ordre van Heeren Commisfarisfen, zoo dikwils zulks gerequireert word, moeten reifen na alle Plaatfen, daar door een of ander Extraordinaris geval nodig geoordeeJt zal worden; en zal in alles moeten agtervolgen het geene hem verder door de voorfz. Heeren Commisfarisfen zal werden geordonneert, en dewyl de directie der"Posterye vereyscht, dat defelve met alle attentie werde nagegaan, zoo zal hy ook gehouden zyn te reifen na zodanige Comptoiren , en verders zoo als tot nut van de Posteryen nodig bevonden zal worden, en hem door Heeren Commisfarisfen voorfz. zal werden geordonneert. XXIII. Zal de ronde, by het tweede Articul gemelt, niet vermogen te gaan doen, of nooit buiten den Haage vernagten, als met voorgaande kennisfe, van den eerften Heer Commisfaris, of by afweezigheid van defelve van den Heer Commisfaris van het Departement van 's Hage , in loco zig bevindende. XXIV. Zal voorts de zaaken aan hem voorkoomende, de Posteryen van Holland concerneerende , moeten Secreteeren * voor zoo verre die Secreet moeten gehouden worden, zonder die aan iemand, als daar toe volgens de ordre deefer Lande gequalificeert, te mogen openbaren. XXV. Zal geen giften of gaaven mogen ontfangen by befchreeve Rechten eenigfmts verbooden, van die geene die eenige betrekkinge tot de Posterye hebben, directelyk of indireclelyk. XXVI. Voor al het welke de voornoemde CommiS*  Raakende de Domeinen. r 10. By refumtïe gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen van den 8 November 1775, enden 10 daaraan ter Vergadering ingekomen, tot voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 18 July te vooren, op de Misfive van Burgemeesteren en Regeerdes der Stad Schiedam den 8 der gemelde maand July aan haar Edele Groot Mog. gefchreven, behelzende klagten over het dagelyks te laat aankomen, en weder te vroeg vertrekken der Post tusfehen hunne Stad en Rotterdam; als mede dat maar één Brievebeftelder aan het Comptoir te Schiedam was geaifecteert onder de zobere befolding van vier guldens 'sweeks, en die, volgens haar Edele Groot Mog. Refolutie van 21 July 1764, verpligt was, zig met de mzniantie van 't Postcomptoir te ocenpeeren; terwyl een tweede klagte raakte het rètardement der buitenlandfche correspondentie, fpeciaal met opzigt tot de Brieven met de Duitfche Post naar hunne Stad geëxpedieert welke Brieven over het Postcomptoir te Rotterdam circuleerende, dog aldaar niet aankomende, juist voor het vertrek der dagelykfche binnenlandfche Post, aldaar tot des anderendaags wierden opgehouden; wordende wyders als een derde befwaar voorgefteld, dat de buitenlandfche Brieven van boven komende, en over het Comptoir te Rotterdam circuleerende, als mede de Duitfche met twee ftuivers de Brief wierden gechargeert, daar men van andere buitenlandfche Brieven, als de Engelfche, even als van andere van beneden koomende Brieven, binnen hunne Stad precies zoo veel betaalde als men te Rot- Refolutie van de Staaten van Holland\ houdende voorfiening tot redres van het ret ar dement, aan het Post- Comptoir te Schiedam plaats hebbende. Den 5 April 1776 IX. Deei. 0 mis Oeneraal der Posteryen zal genieten een jaarlyks Traélement van twee duyfend vyf honderd guldens. XXVII. Dog zal booven dien mogen declareeren Brieven-Porten, welke hy als Commis-Generaal zal hebben betaalt, mits defelve Brieven aan de Heeren Commisfarisfen van de Posteryen exhibeerende, gelyk meede agt guldens 's daags voor vacatiën. Reis-en Teerkosten, over zoo veel dagen als hy zal befteeden tot het doen der ronde, 'of wanneeer hy op or¬ dre van Heeren Commisfarisfen zal reyfen, mits overleverende aan de Heeren Commisfarisfen van de Posteryen zyné declaratie en behoorlyk verbaal of Dagregister van zyne verrigting en weedervaarert, en Herkende zyne Declaratie met verklaaring op den eed aan den Lande gedaan. X X V I I L Zal in handen van onfe Commisfarisfen van de Posteryen moeten eed doen op deefe Inftruétie, om zig na defelvë punélueelyk te zullen gedraagen. terdam vorderde; verfoekende gemelde Burgemeesteren verders, dat de dagelyks aankomende Post van Rotterdam over Delfshaven Schiedam, VJaardingen, Maasfluis,denBriel'. Ie tot Hellevoetüuis, hunne Brieven vroeger mogte aanbrengen, en dat zy zig dus gelibereert mogten zien van liet zoo ontydig heitellen hunner Brieven, als thans zonder noodzaake ; en dat even als aan de Brabandfche eri Franfche Brieven op derfelver arrivement te Rotterdam tot expeditie ordre was gefteld, alfoo ook op de Duitfche gelyke ordre gegeven mogt worden, op dat commercieerende Ingefetenen defer Provincie naatiwelyks een uur van malkander gelegen, zig in gelyke favorable omftandigheden mogten bevinden. Is goedgevonden en verftaan, de Heereri Commisfarisfen van haar Edele Groot Mog. Posteryen by defe te authorifeeren, óm het* in 1753 afgefchafte dagelykfche aparte Rit tusfehen Schiedam en Rotterdam weder op te regten; mits daar door geen rètardement werde töegebragt aan de Brieven over Vlaardingen, Maasfluis, den Brielle en Hellevoetfluis; en om verder aan den Hoofdcommis van het Postcomptoir te Rotterdam te gelasten, •wanneerde Brieven van Mafeyk en Emmerik by hem, na het vertrek der ordinaris Post aankomen, de zelve immediaat met de eerst vaarende Schuit naar Schiedam te verfenden, in een Paquet aan den Hoofdcommis aldaar geaddresfeert, en die Brieven niet tot 's anderendaags te houden leggen, ten waare dat voor derfelver aankomst aan het Postcomptoir te Rotterdam, alle de Schuiten van dien dag naar Schiedam mogten vertrokken zyn.  794 Placaaten. 6. Boek. i. TM, 11. Refolutie van de Staaten van Holland 9 betrekkelyk het oprichten en reguleeren der Posterye van en na het Vlieland. Den 3 December 1777. Ontfangen een Misfive van de Heeren Commisfarisfen van hun Edele Groot Mog. Posteryen, gefchreven in den Hage den 13 der voorleede maand, waar by kennisfe geeven van de wyfe, waar op, uit kragte van hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 25 January laatstleeden, omtrent het opregten der Postery van en na het Vlieland, tot Commis van het Post Comptoir hadden aangeftelt Harmen van Aken van den Berg, daar neevens ter approbatie prefenteerende een Inftruétie voor denfelven fub Litt. A., aan den welken op den voet in hunne Misfive vermeit meede hadden aanbefteed het ryden der Brieven van zyn Postcomptoir tot het Veer; wyders van hun Engagement van den Praayfchipper Cornelis de Boer tot Postfchipper op de Rheede van het Vlieland, ter approbatie prefenteerende een Inftruétie voor denfelven Sub Litt B., voorts van het aan neemen van Douwe Nettes tot Veerman tusfehen Vlieland en het zoogenaamde Eyerland, ter approbatie aanbiedende een Inftruétie daar toe Sub Litt. C., mitsgaders der aanbefteeding van het ryden der Brievenfak van het Eyerland na het oude Schild aan Hendrik Dekker; dat verder, tot invordering der Postgelden van de Scheepen uit en in het Vlie zeylende, hadde gequalificeert Heimerik Hendrik Lutteken ;en dat meede aan Jolle Jacobs te Harlingen hadde aanbefteed denAanbouw van het nodig Huisje en Stalletje op het Vlie ter bewooning van den Veerman, alles breeder op den voetby de voorfchreeve Misfive gedetailleert, met by voeging van hunne Confideratien daar omtrent; als meede van een Lyst der Posten van de Brieven en Postgelden der Scheepen Sub Litt. D.; verfoekende Heeren Commisfarisfen voornoemt door hun Edele Groot Mog. te worden gequalificeert, om, op het Addres der twee Brievenbeftelders van het Texelfch Post - Comptoir te Amfterdam van hun by Requeste gedaan, aan defelve, om de meerdere Correspondentie door de voorfchreeve nieuwe Postery van en na het Vlieland , even als aan alle de Beftelders van het binnenlandfch Post - Comptoir te Amfterdam in het vervolg neegen guldens 'sweeks, inplaats van zeeven guldens, te laaten genieten; als meede aan Meyert Bakker, Commis van het Post Comptoir op Texel, om zyn meerder moeite door het loopen van meerder Brieven over zyn Comptoir een douceur van vyf en twintig guldens's jaars; behelfende voorts nog de voorfchreeve Misfive de reedenen waarom voornoemde Heeren Commisfarisfen nog niet hadden kunen denken op het beforgen der middelen, om gereguleerde Zeetydingen uit de Maafe en de goede Rheede te bekoomen; verfoekende voornoemde Heeren Commisfarisfen hun Edele Groot Mog. approbatie op al het voorfchreeve, breeder in de novolgende Misfive en Bylaagen vervat, en qualificatie om de gemelde Postery op den voor* fchreeve voet te doen in train brengen. Edele Groot Mog. Heeren. Ingevolge en ter voldoeninge van UEdele Groot Mog. zeer gevenereerde ordres , vervat in hoogst derfelver Refolutie van dato 25 January laastleeden, hebben wy een aanvang gemaakt met het opregten van de Posterye van en na het Vlieland, enge», ven ons de eere aan UEdele Groot Mog. kennisfe te geeven, dat wy hebben aangeftelt, de Perfoon van Harmen van Akee van den Berg, Secretaris van het Vlieland, tot Commis van het Postcomptoir aldaar, met fpeciale bepaalihge, dat hy zal moeten hebben een expeditie van die Posterye met den aankleeve van dien, moetende dus houden het generaale opfigt op alle de t verders Bediendens tot deefe Posterye tegebruyken, voor zoo verre die daar toe zullen behooren, waar toe wy een Inftruétie voor hem hebben geformeert, die wy de vryheid neemen hier neevens ter Approbatie te prefen* teeren Sub Litt. A. Dat wy vervolgens aan dienfelven Harmen van Aken van den Berg, hebben aanbefteed het reyden van de Brieven van zyn Postcomptoir tot het Veer; hebbende wy, voor de waarneeminge van de voorfchreeve Commisplaatfe, aan den voornoemde Harmen van Aken van den Berg toefegd de fomme van drie honderd guldens jaarlyks, en met defelve voor het beryden van gemelde Rit niet minder kunnen accordeeren, dan voor eene gelyke fomme van drie honderd guldens, en dus voor vyftig guldens 'sjaars minder by het opgegeevene, en door UEdele Gr. Mog. geapprobeerde Plan was voorgedragen, aanbefteed. Dat wy de Perfoon van Cornelis de Boer, Praayfchipper van Noordholland, voor de fomme van drie honderd vyf en twintigguldens 'sjaars hebben geëngageerd, om als Postfchipper op de Rheede van het Vlieland, de Zeetydingen aan de boovengemelde Commis van het Post-Comptoir aldaar over te brengen, als meede; om de Brieven aan de Scheepen aldaar ter Rheede leggende te beforgen, en ook van daar weederom aftehaalen, alles op zodanige Inftru&ie, als wy  Raakende de Domeinen. wy de eere hebben aan UEdele Groot Mog. hier neevens Sub Litt B. ter approbatie toetefenden. Datwy vervolgens, ter fomme van zeeven honderd guldens jaarlyks hebben aangenoomen den Perfoon van Douwe Nettes (alfoo den Perfoon van Coert Leendertfe Smist, die wy byhet eerfte Plan daar toe hadden voorgedragen, inmiddels is komen te overlyden) om als Veerman te vaaren tusfehen de Eilanden Vlieland en Texel op den Hoek, of het foogenaamde Eyerland, vice verfa, waar toe dan ook eene Inftructie is gecoucheert, die wy UEd. Groot Mog. Sub Litt. C. hier neevens ter approbatie aanbieden. Dat wy aan Hendrik Dekker, zynde Castelyn in het Huis, dat Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en den Noorder Quartiere, op het Eyerland toekomt, hebben aanbefteed, het reyden van de Brievenfak van het Eyerland na het oude Schild en vice verfa, voor de fomme van fee ven honderd guldens jaarlyks; wanneer deefe Brievenfak, vervolgens even als die van Texel, op de gewoone wyfe na Amfterdam zal werden getransporteert. Dat wy ter invordering der Postgelden van de Scheepen, die uit en in het Vlie zeylen, en haare Postgelden niet elders mogten hebben voldaan, met den Zoon en Adfiftent van den Commisfaris extraordinair van de Monftering, Heimerik Henderik Lutteken, zyn geconvenieert, om hem te 1 qualificeeren tot het doen dier invordering, 1 op den zelfden voet, zoo als zulks op Texel I gefchied, en by UEdele Gróót Mog. Publicatie op den 25 January laatstleeden ge- I > arrefteert, reeds is bepaald, en waar toe dan 1 aan denfelven H. H. Lutteken eene dierge- I lyke Acle van Qualificatie zal dienen te werden gegeven, als den Commisfaris van Texel is verleend. Dit alles Edele Groot Mogende Heeren, nu zoo verre"bepaald zynde, hebben wy daar van meede ingevolge UEdele Groot Mog. feer gevenere'erde ordres, een be- 1 hoorlyk Beftek tot den aanbouw van het I benoodigde Huisje en Stalletje op het Vlie, ter bewooninge van den Veerman doen formeeren, en het zelve aan den Perfoon van Jolle Jacobs, Woonende te Harlingen, zoo goedkoop mogelyk aanbefteed, en wel voor j een fomme van fes honderd zestig guldens eens geevens geld, hebbende wy in dit geval van gemeenen regul, om de Aanbefteeding volgens een Bestek publicq te doen, . moeten afgaan, alfoo die fomme veel laager is, als die van alle de andere Baafen, welkers begrooting daar omtrent gerequireert zyn, en 'er onder alle die andere begrootingen niet een was, welke de by ons Plan opgegeeve fom niet verre te booven ging, en dit dan voltooid zynde zoude met deefe nieuwe Posterye hoe eer hoe beeter een aanvang kunnen werden gemaakt. ?95 ; Wy hoopen dan, dat alles aan de intentie en de aangewende moeite zal voldoen, en dat in de beheeringe geen nieuwe fwaarigheeden zullen voorkoomen; hoe zeer wy niet kunnen ontveynfen , dat wy ons nog zeer fterk bevinden in die vreefe, dat het overvaaren van het Vlie na het Eyerland niet altoos, en voor al niet in de Winter zal kunnen gefchieden met die expeditie, als' wy wel gaarne zouden zien, en de Commercie zalwenfchen; nademaal de Doorfcheuring, die in het Vlieland is gekoomen, oorzaak is' dat het veer ongevaar anderhalf uur verder van het Eyerland aangelegt heeft moeten werden, en niet ter zyde af, alwaar het Vaarwater altoos niet even favorabel voorkomt, en aan Variatien onderworpen is; daar in teegendeel, zoo wanneer men het geheele Vlieland konde afryden (indien er eenige mogelykheid was, de Doorfcheuring met een Dam als anders wederom aan een te brengen) de overvaart van het Vlie op het Eyerland, conform het eerst overgegeevene Plan oneindig fecuurder zoude zyn, terwyl het dan maar een kleyn Traject, was, het welk altoos dwars Ty bevaaren wordende, door geen Banken of Plaaten eenige hinder zoude gehad hebben, en als dan nimmer aan weefènriyke obftaculen onderheevig zoude fchynen. Niettemin zal voor het jeegenswoordige na de aófueele Confti* tutie een Proef genoomen kunnen worden, ten einde te zien, hoe best aan het groot verlangen van de Commercie te voldoen; terwyl wy voor als nog moeten betuygen, geen beeter,fècuurder nog onkostbaarder middel te hebben kunnen uitdenken, om meerdere expeditie op die route te verkrygen. En dewyl het UEdele Groot Mog. heeft behaagt van ons te requireeren een Lyst der Porten, die van de Brieven, en der Postgelden, die van de Scheepen zouden behooren te worden betaalt en ontfangen; geeven wy ons de eere, aan UEdele Groot Mog. hier neevens Sub Litt. D. te prefenteeren eene Lyst, hoedanig wy ons, onder verbeetering, zouden verbeelden, dat die betaalingen behoorden te werden gedaan, en die zyn ingerigt omtrent op defelve voet, als op Texel te betaalen gebruykelyk is; gelyk die der Postgelden van de inkoomende en uitgaande Scheepen zyn bepaald op den voet, zoo als defelve by notificatie van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam in den jaare 17 iC, voor de Scheepen op de Helder , Texel en Strooven daar omtrent zyn bepaald, en tot nu nog werden geheeven. Hier meede Edele Groot Mog, Heeren, zouden wy nu deefe kunnenbefluyten, was het niet, dat de twee Brievenbeftelders van het Texelfche Post - Comptoir tot Amfterdam , zig by Requeste aan ons hadden geaddresfeert, en daar by te kennen gegeeven, dat zy geinformeert waaren, dat 'er in het kort een nieuwe Posterye van en na 5H 2 het  796 Placaaten. 6. Boek ï. Titul. het Vlieland ftond te werden opgeregt, verfoekende, dewyl zulks notoir veel meerder Correspondentie van Brieven zouden veroorfaaken, en zy dus ook veel meerdere moeite in het beftellen zouden hebben , dat zy ook even als alle de Beftelders van het binnenlandfche Postcomptoir tot Amfterdam, in het vervolg met neegen guldens 's weeks in plaatfe van zeeven guldens , zoo als zy tot nu toe hadden genooten , mogten werden beloond, en dit verfoek hebben wy te billyk gevonden, om het zelve niet favorabel by UEdele Groot Mog. voor te dragen. Wy hebben zulks ook wel verwagt, en ook daarom by ons eerfte Plan daar van al mentie gemaakt, verfoekende dus, dat UEdele Groot Mog. ons daar toe de behoorlyke qualificatie gelieven te verleenen. Ook heeft de Perfoon van Meyert Bakker, Commis van het Postcomptoir op Texel, zig meede aan ons geaddresfeert, met ootmoedig verfoek, dat ook aan hem uit Confideratie van de meerdere moeite, die het loopen van meerdere Brieven over zyn Comptoir zal veroorfaaken, eenig douceur, of verhooging van Traélement zoude mogen werden toegelegt, het geen wy ook meenen favorabel aan UEdele Groot Mog. te moeten voordragen, en, onder reverentie, zouden vermeenen, dat zulks door UEdele Groot Mog. ter fomme van vyf en twintig guldens 's jaars zoude kunnen en behooren te werden geaccordeert. Wat nu betreft het beforgen der Middelen om gereguleerde Zeetydingen uit de de Maafe en Goede Rheede te hooren, zoo hebben wy, ingevolge van UEdele Groot Mog. voorfchreeve Refolutie van den 25 January jongstleeden, onfe gedagten wel daar over laaten gaan; dog de verfchillende Huishoudingen, die daar omtrent in de Steden aan de Maaze geleegen plaats hebben, leeveren zoo veele en verfchil lende confideratien, dat wy ter dier zaake nog geen Plan tot genoegfame Maturiteit hebben kunnen brengen, om op dat fubjeél aan UEdele Groot Mog. onfe confideratien en ons Advis te laaten toekoomen. En vermits wy met al het boovengemelde vertouwen aan de intentie van U Edele Groot Mog.. vervat in de meergemelde Refolutie van. 25 january 1777, met be i trekkinge tot de Posterye op Vlieland te hebben voldaan, zoo hoopen wy dat UEdele Groot Mog. geene zwaarigheid zullen maken, om het zelve met hoogst derfelver approbatie te vereeren; immers en in allen gevalle, dat UEdele Groot Mog., om aan het groot verlangen van de Commercie te re voldoen, ons gelieven te qualificeeren, om deefe Posterye op den boovengemelde , voet, en tot dat by UEdele Groot Mog. daar op nader of anders zoude moogen werden verftaan, te doen in train brengen, en op die wyze inmiddels geduurende UEdele Groot Mog. deliberatien, hoe eerder zoo beeter, en dus by provifie, een aanvang te doen neemen. Waar meede Edele Groot Mog. Heeren, zullen wy God Almagtig bidden UEdele Groot Mog. te willen houden in zyne heilige proteélie. Gefchreeven in den Hage den 13 November 1777. (Onderftond,') U Edele Groot Mogende Dienstwillige De Commisfarisfen van UEdele Groot Mog Pos: teryen. (Lagerftond,) Ter Ordonnantie van defelve. (Was geteekent,") S. E. Croisset. Litt. A. InftrucJie voor den Gom¬ mis der Posteryen op \ het Eiland Vlieland. Art I. T\e Commis zal moeten zyn een JL/ bequaam Perfoon, van de waare Christelyke Gereformeerde Religie, ftaande ter goeder naam en faam, en in het fchryven en reekenen wel ervaaren, en zal die geenen, dewelke zig aan zyn Comptoir addresfeeren met alle Civiliteit moeten bejeegenen en ondenigten. I I. Zal op zyn Comptoir, daar toe hy zyn eigen Huis zal moeten gebruyken, goede ordre houden, en wel zorgen, dat de Bediendens onder hem geftelt, als daar zyn, de Postfchippers°dieop de Rheede vaart na de Scheepen, de Veerman van het Vlieland, vaarende op het Eyerland, -en de Postillion, hunne Inftruélien agtervolgen, als meede dat de Castelyn op het Eyerland aan zyne engagementen voldoe, en dewelke ten dien eynde aan hem zullen ter hand gefteld worden, en daar in eenige naalaatigheid, ofquaadcomportement bevindende, daar van aanftonds kennisfe moeten geeven, aan de Heeren Commisfarisfen van het Departement, onder men hyzal gehooren. III Zal moeten zorgen, dat zyn Post op het uur daar toe bepaald precies zal  Raakende de Domeinen. ^ zal vertrekken, hetwelk provifioneel is geilek des avonds om tien uuren in den fomer, dog van i November tot ultimo Maart zoo vroeg als maar zal oordeelen te behooren, welverftaande, ha dat den Postfchipper zal zyn aangekoomen; en men, om den duister geen tyding van eenige Scheepen meer zoude kunnen bekoomen , en zal verpligt zyn, voor, of op de middag door het Dorp te laaten weeten, wat uur zyn Post zal moeten vertrekken, en dit altoos zoo veel mogelyk in de avantage van den Veerman fchikkende; en zal moeten zorgen, dat de Brieven teraffendinge by hem gebragt, het zy van de Scheepen, of uit het Dorp, zoo gerecommandeerde als andere, ingoede ordre, en wel beforgt by den andere gebonden in de zak werden gedaan, en, defelve behoorlyk toegefeégeld zynde of geflooten, in de Maal, of het Valies werden geflooten waar van een Sleutel byhem zal weefen , en een Sleutel by den Commis op Texel, dewelke daaruit zal neemen de gezeegelde of gefloote Linde of Leerebrieven zak, waarvan de eene Sleutel op de Heider, en de andere op het Vlieland behoorde te zyn , om die beneevens zyne Brieven na de Helder te expedieeren. I V, Zal niet vermoogen onder wat pretext, eenige Brieven aan zyn Comptoir ter verfendinge gebragt, mogen terug houden, of weder afgeeven aan den Eigenaar als op vertooning van het , Cachet, of eenig ander wettig bewys van de geene, die defelve ter verfen- i ding heeft gebragt of laaten brengen, gelyk meede by het aankoomen der Post aanftonds prefent zal moeten zyn, om de Maal te openen en wel te letten, of het geene aan hem geadvifeert werd, daar in werde gevonden, en hier aan het minfte manqueerende, daar van terftond kennisfe moeten geeven. V. Zal exactelyk met dag en datum het getal der Brieven aan hem gefonden, en alle Brieven gehoorende op het Vlieland feparaat van de geene dewelke op de Scheepen behooren, behoorlyk in getal en fwaarte moeten Boeken, en het beloop der Porten, ingevolge de Pörtlyst, die hem daar van ter hand geftelt zal werden, uytgetrokken moeten werden; en de Brieven gechargeert zynde, aanftonds moeten befteld worden; en zal geene Brieven, gehoorende op Scheepen die op de Rheede leggen, met Porten mogen befwaaren, als zullende fteeds in Amfterdam gefranqueert weefen tot het Vlieland, en dienvolgens defelve ten eerften aan den Postfchipper moeten behandigen, om aan de voorfz. Scheepen te werden beforgt; en zal zoo veel de omftandigheeden het konnen lyden den Postfchipper niet na de Rheede laaten vaaren wanneer hy kan reekenen dat den Veerman tydig konde op het Vlieland koomen, om de Brieven van Amfterdam die hy mogte meede brengen, nog op de Scheepen te doen afgeeven. V ï. Alle Brieven, die op zyn Comptoir zullen koomen ter verfendinge, zal hy exaételyk moeten tellen, en het getal daar van op een particulier Advisbrief moeten noteeren, distingeeren de hoe veel van het Dorp Zyn, en hoe veel van de Scheepen tot narigt van het Postcomptoir van de Helder, alles met dag en datum; en zal alle afgaande Brieven burineeren op de rugge met het woord Vlieland. V I I. Ingevalle het quaame te gebeuren, dat 'er een of eenige Scheepen (Westervaarders genaamt) van Surinaamen, Curacao, de Berbice, St. Euftacius, alhier mogte in komen, en hunne Brievefakken aan de Postfchipper afgeeven, zal hy moeten zorgen, dat daar toe bequaame leedere zak heeft, om gemelde hunne zak daar in te doen, en defèlve behoorlyk toezegelen, en booven op het Valies vast binden, en aldus met het Paard doen vervoeren, en meer als eene zak hebbende, moeten zorgen, dat die alle wel geconditioneert in de leedere zak, op een Kar of Wagen werden vervoert, "dog alles binnen den gefteiden tyd. VIII. Zal alle avonden, zoó dra den Post fchipper aan hem verflag zal koomen doen, van het geene dien dag op de Rheede zal weefen gepasfeert, vier 'Lysten moeten fchryven, met een leesbaare hand, en waar van hem de formulieren zullen werden ter hand geftelt, te weeten, twee eensluydende Lysten van alle Scheepen die ingekoomen zyn, de Naamen der Schippers, die der Scheepen en de Plaatfen waar defelve van daan koomen, en onder aan ftellen de tydingen die zyopgeeven uit Zee; en twee eensluidende Lysten van alle uitgefeylde Scheepen, meede de naamen der Schippers, die der Scheepen, en de Plaatfen, waar defelve na toe zyn gedestineert, en booven aan den dag en datum, en de Wind die op die dag het meeste waayt, zal, wanneer geen Scheepen zyn ingekoomen , zulks op de Lyst melden in deefer voegen- niets binnen gekooSH 3 men.  798 Placaaten. 6. Boek. i. Titul. men, als meede geen Scheepen na Zee gefeyk zynde, daar op ftellen: niets uitgefeilt. I X. By Winterdag, wanneer 'er Ys op de Reede zal dry ven, of by ftorm, of zwaar weer, zal hy daar van verflag doen op gemelde Lysten, en teevens in wat ftaat de Scheepen zig bevinden, als meede, wanneer eenig Schip komt te ftranden, melden wat Schip het is, de naam van de Schipper, en waar van daan komt, en waar na toe gedestineert, en voorts alles wat eenigfints Zeetydingen betreft; en zal deefe Lysten alle avonden na Amfterdam verienden (na dat hy het gunt voorfchreeve zal hebben gefchreeven in een Boek daar toe by hem te houden) beneevens de Brieven in een zak, dewelke zal moeten weefen gemerkt met de Naam van de Helder, en omgekeert zynde met de Naam Vlieland. X. Zal ook verpligt zyn zig dagelyks te vervoegen by den Commisfaris extraordinair, Hendik Lutteken ten eynde van denfelven te ver/beken de Lyst i der uitgaande en inkoomende Scheepen by hem geklaart, om te konnen dienen tot Completering van zyne Zeetydingen. X I. Zal geen particulier Credit als voor zyn eigen Reekening of rifico moeten geeven, en zonder dat hy uitdien hoofde eenige Penningen uit zyn Casfa zal mogen laaten blyven. X I 1. Zal wanneer by hem eenige Brief of Paquet van waarde ter verfending werd I gerecommandeeid, daar van vorderen f het volgende Declaratoir. „ Verklaare ik ondergefchreeve „ aan het Post-Comptoir alhier ge- „ bragt te hebben een „ waardig en hou- „ dende aan „tot en dat ik tot „ mynen laste en rifico neeme alle „ fchade en ongeval, het welk aan „ voornoemde zoude „ mogen overkomen, na dat het „ van het voorfchreeve Post-Comp„ toir zal weefen afgezonden, zon„ der dat het zelve desweegens aan I „ eenige verantwoordinge gehou- f „ den zal zyn. „ Actum Vlieland den .... Van welke voorfchreeve Declaratoiren j aan hem neevens deefe Inftruétie zul- j len werden ter hand geftelt een quanti- \ teit Exemplaren, te zamen gebonden in een Boek, om defelve in te vullen, na dat de gevallen zullen exteeren, en vervolgens te doen onderteekenen. XIII. Van de aankoomende gerecommandeerde Brieven en Paquetten zal hy by zyne eerfte advifeeringe na de Helder kennisfe moeten geeven van den Ontfangst, en ten eynde defelve op een fecuure wys haar Addres -mogen erlangen, zal hy daar van vorderen het volgende Recief. Ik ondergefchreeve bekenne ontfangen te hebben van het Post* Comptoir alhier een aan my geaddresfeert, en van het Post-Comptoir op de Helder gerecommandeert, daar voor by deefe quiteerende. Aétum Vlieland den den Alle welke gequiteerde Brieven hy wel zorgvuldig zal moeten bewaaren, en aan en Lias doen, ten einde altoos des gerequireert de nodige verklaaringen te konnen uitleeveren van promte beforginge, van welke Recieven aan hem zullen werden ter hand geftelt eenige Exemplaaren. XIV. Zal niet vermogen onder wat pretext aan iemand wie het zy eenige vryaom accordeeren. X V. Zal gehouden zyn alle maanden ten minften binnen agt dagen van de volgende maand aan den Commis Hoogland op de Helder moeten zenden een behoorlyke Maandftaat, houdendezya Ontfang en Uitgaaf, neevens de Penningen in Caa zvndp n!c mpoda aan t.J —j * - j >TT ^wn dubbelt daar van te zenden aan de Heeren Commisfarisfen van zyn Departement , en waar van hem een formulier ter hand zal werden gefteld. XVI. Zal gehouden zyn, alle drie maanden een generaale Staat te maken, en met voorfchreeve Hoofd - Commis Hoogland te liquideeren; en zal een dubbelt van gemelde Staat alle drie maanden aan Heeren Commisfarisfen tot Amfterdam te zenden. XVII. Zal gehouden weefen, de Brieven, dewelke aan hem concerneerende de Posteryen, zullen werden geaddresfeert aan Heeren Commisfarisfen rnoe. ten communiceeren, en op geen zaaken van belang, en niet zynde ordi< nair mogen, refcribeeren, als met kennisfe en goedvinden van hoogstdefelve, veel minder iets zonder hoogst derfelver ordre in het werk mogen ftellen;  Raakende de Domeinen. 799 len; zal alle aankoomende Misfivens de Posteryen concerneerende behoorlyk liasfeeren en bewaaren, en van de uitgaande Copie houden in een Boek. XVIII. Voorts zal hy van alle zaaken, die hy zal meenen, dat tot verbeeteringe van deefe Posteryen kunnen dienen, kennisfe moeten geeven, gelyk ook van hetgeen tot zyn kennisfe zal koomen , dat tot nadeel van de Posteryen zoude mogen werden getenteert, of ondernoomen, het zy dat zulks door Bediendens, Postillons, Veerluiden of andere zal gefchieden. X I X. Zal onder zyn Addres geen Couverteeringe aan andere mogen laaten doen, om daar door het Land van het Portloon te ontfetten, maar zal alle Brieven aan hem ingeflooten behoorlyk moeten met het geftelde Port chargeeren, en defelve verantwoorden. X X. Zal de nodige zorge dragen, dat van zyn Comptoir geen Postillon komt afteryden of aantekoomen, zonder Rypas, en zal den Postillon en Veer0 q daar toe moeten houden, dat zy op le Rypas, by ieder Station daar in vermeld, laaten aanteekenen het uur van haar afgaan en aankoomen refpectivelyk, ten einde men allefints kan zien, dat de Ritten binnen den geprteAgeerden tyd werden afgelegt, of indien daar meerder tyd bevonden werd door gebragt te zyn, aan hem zal kunnen blyken, waar ter plaatfe de vertraaginge haar oorfaak heeft om daar in te kunnen weiden voorflen. X X I. Zal gehouden zyn, alle Brieven die onbefteld blyven, het zy defelve gerefugeert worden, of niet te vinden waaren, aanteekeninge van zodanige Brieven op een blad papier te houden, of in een boekje, daar toe interigten op gemelde Brieven Hellende, niet begeert of niet te vinden, ten einde zig altoos te kunnen recolleeren, in cas van navraag op zodanige Brieven, gelyk hy meede zal moeten te rug zenden na Amfterdam of de Helder, alle Brieven gehoorende aan Scheepen welke voor de aankomst der Post mogten na Zee gezeylt zyn, en daar op moeten ftellen, dit Schip is in Zee, en zal geen van defelve, onder wat pretext ook, niet vermogen te openen. XXII. Zal alle zaaken de Posteryen concerneerende moeten Secreteeren, zonder defelve aan iemand buiten Heeren Commisfarisfen van zyn Departement, of wel het Collegie van haar Edele Mog. tot de Posteryen, of derfelver Minister temogen openbaaren, en byfonder ook, aan niemand mogen communicatie geeven van eenige Paquetten of Brieven op zyn Comptoir ter verfendinge befteld, of ook van de geene, dewelke hy ter beftellinge zal hebben ontfangen. XXIII. Zal moeten ftellen fufficante cautie ten genoegen van ons, en ter fomme als hem by Refolutie zal werden geordonneert, zoo voor zyne goede Adminiftratie als Comportement. XXIV. Zal niet mogen neemen eenige giften of gaven, om aan iemand wie het zy eenig faveur te doen; en zal voorts moeten doen den Eed op deefe Inftruétie, als meede den Eed van zuyveringe op het Formulier in haar Edele Groot Mog, Refolutie van den 24 January 16$6 vervat, van zig daar na wel en getrouw te zullen reguleeren, voor alle welke dienften hy zal genieten zodanig Tractement en Emolumenten, als aan hem by zyn Commisfie zal blyken te weefen toegelegt. XXV. Referveerende aan ons de faculteit om deefe Inftruétie te amplieeren, te altereeren, en te elucideeren, zoo als in het vervolg bevonden zal werden te behooren. Litt. B. Injlructie voor den Post¬ fchipper op het Vlieland. Art. I. Zal moeten weefen een bequaam en nugter Perfoon, in de Scheepvaart wel ervaaren, zal alle naarftigheid en vigilantie moeten aanwenden, ten besten van de Posteryen, en voorts alles wat daar aan dependeert. 1 r. Zal zig moeten gedragen na de ordres, dewelke hem van den Commis der Posteryen op het Vlieland, zyne funélie als Postfchipper betreffende, zullen werden gegee ven. III. Zal alle inkoomende en alle uitgaande Scheepen praayen, en zoo defelve eenige Zeetydingen opgeeven, zal die behoorlyk moeten aanteekenen, en aan den Commis der Posteryen op het Vlieland moeten opgeeven, als meede de naamen der Schippers, Scheepen, en de Plaatfen waar na toe van de geenen die uitzeylen, zoo meede van de Scheepen die inkoomen, de Plaatfen waar van daan, de naamen der Schip- pers,  8oo Placaaten. 6. Boek. i. Titul, pers, en die der Scheepen * zonder aan iemand anders als den Commis voornoemt verflag te doen van zyn weedervaaren, op de verbeurte van zes Guldens van zyn. Traélement te korten. I V. Zal moeten zorgen, dat alle daagen des Avonds de Zeetydingen van de Scheepen, zoo meede de Brieven die hy op defelve zal hebben gecolligeert, zoo tydig aan het Post-Comptoir werden gebragt, te weeten, half neegen of neegen uuren, dat defelve daar van daan konnen vertrekken om tien uuren; en zal aanftonds, zonder zig elders op te houden, wanneer aan de wal zal koomen, zig na het voorfz. Post-Comptoir moeten begeeven, en zal niet mogen na de Rhee vertrekken zonder voorgaande kennisfe van den Commis. V. Zal de Brieven aan hem ter beftellinge gegeeven werdende, daar meede ten eerften moeten vaaren, zoo het weer en ty zulks toelaat, en de Brieven aan de Scheepen overfteeken, alles in den vaarweg zonder den een meerder als den anderen te voordeelen, en zal aan Boord der Scheepen niet mogen aanleggen, als omeenRecief te teekenen, ten einde de Brieven by tyds werden afgegeven op alle de Scheepen. V I. Het zal den Postfchipper gepermir> teert zyn Pasfagiers aan Boord van de Scheepen, of na de Wal meede te neemen, ten zynen profyte, mits zulks niet verftrekken tot nadeel van de Posteryen, gelyk als met eerst te vaaren aan de Scheepen, daar Pasfagiers moeten affetten en geen Brieven over te geeven hebben, zal zulks niet vermogen te doen, maar zyn Vaarweg of Cours met de Brieven moeten vervolgen op de verbeurte van zes Guldens telken reyfe van zyn Traélement te korten, als van 'het contrarie zal worden overtuigt; en zal ook eenStuyver genieten voor elke Brief die hy van de Scheepen zal colligeeren, en aan het Post-Comptoir op het Vlieland zal brengen, te betaalen door den Commis op het voorfchreeve Post-Comptoir. V I I. Zoo dra ordres zyn voor 's Lands Oorlogfcheepen, of de Commisfarisfen op het Vlieland, zoo zal hy van zyn Schuyt een Signaal of Teeken laaten waayen, edog daarom de Brieven aan de Scheepen beftellen, ten waare hem andere ordres wierden gegeven, van den Commis op het Vlieland v na zig zal moeten reguleeren* VIII. Zal altyd zelfs in perfoon moeten meedevaaren, om by alle voorvallende zaaken verantwoording te kunnen doen, except door ziekte of ander noodmkelykheeden belet; edog zal dan eea Man in zyn plaats moeten ftellen, en daar van aanftonds aan den Commis op het Vlieland kennis moeten geeven. I X. Zal niet vermogen eenige particuliere dienften te verrigten, tot nadeel van de Posteryen, en zoo dikwils het mogte gebeuren, dat daar door de Brieven op zyn tyd niet wierden beitelt, nog dat van het voorgevallene dien dag behoorlyker tyd voor het afryden der Post aan den voorfchreeve Commis geen Rapport wierd gebragt, zal hy verbeuren ieder reis zes Guldens van zyn Traétement te korten, ten zy hy door weer, wind, of itilte, of diergelyke rètardement waare opgehouden, en zal gehouden zyn met bondige reedenen daar van aan den Commis op het Vlieland kennisfe te geeven. X. By opkoomende Winter-getye van Vorst, zal alle vigilantie gebruyken ten profyte van de Posteryen, zoo lang doenelyk, door het Ys niet belet werde, tot voorkoominge van extraordi¬ naire Kosten. X I. Zal voorts alle zaaken de Posteryen concerneerende, moeten fecreteeren zonder defelve aan iemand tot de Adminiftratie der Posteryen niet gehoorende, te mogen openbaaren, en zal in het bvibnder aan niemand m^pn i-l- ' -«^.viat*- VCU1 UW X ten enürievenhem met zyn Schuit ter beftelling aan de Scheepen, of op het Vlieland meede gegeven. X I I. De Postfchipper zal gehouden zyn, Zig te voorfien van de nodige Vaartuigen tot verrigtinge van zyne dienften voor de Posteryen, en defelve ook ten zynen kosten moeten onderhouden, als meede zig te voorfien van de vereischte Vlaggen, om eenkennelyk fein te hebben, dat hy de Postfchuyt is, als meede van een Leedere Sak om de Brieven in te bewaaren vooralle ongemak. XIII. Zal geen giften of gaven mogen ontfangen, om iemand, wie hy zy, eenig, faveur te doen, en zal voorts zig moeten gedragen als een vroom, eerlyk en getrouwe Schipper of Bedien*  Raakende de Domeinen. $ót dienden, en zal moeten doen den Eed op deefe Inftruétie, als meede den Eed van zuyvering op het Formulier by haar Edele Groot Mogende Refolutie van den 24 February 1650" vervat, voor alle welke dienften hy zal genieten zodanige Traélementen en Emolumenten, als by desfelfs Commisfie, of by Accord of Contraél zal blyken aan hem te weefen toegelegt of bedongen. X I V. Referveerende aan ons de faculteit, om deefe Inftruétie te amplieeren, te altereeren en te elucedeeren, zoo als in het vervolg bevonden zal worden te behooren. Gearrefteerd den. . . . Litt. C. Contract en Infiruclie voor den Veerman vaarende van het Eiland Vlieland, van het Veer by het Mallegomfche Pad op het Eiland Texel aan het Eyerland, en vice verfa. Art. I. Zal moeten weefen een bequaam en nugter Perfoon, in de Scheepvaart wel ervaaren; zal alle naarftigheid en vigilantie moeten aanwenden, ten besten van de Posteryen, en voorts alles wat daar aan dependeert. ï h Zal zig moeten voorfien van bequaame Vaartuigen, om daagelyks vice verfa van de plaats daar het Veerhuis ftaat na het Eyerland op Texel te kunnen vaaren, vice verfa; en zal deefe Vaartuigen voor zyn reekening hebben en onderhouden met al zyn toebehooren. I I ï. Zal ten dien einde gemelde Schuiten ook altoos zoo moeten bergen, dat defelve fteeds in het Viotwater zyn, en vervolgens zig dan ook van de nodige Booten moeten voorfien, om van Strant tot zyn Schuit te koomen. I V. Zal, zooras hem de Maal met Brieven van het Post - Comptoir van het Vlieland ter hand zal koomen, op de Rypas moeten aanteekenen het uur dat hem die is behandigt. V. Zal vervolgens daar meede, zoo fpoedig mogelyk, moeten afvaaren, om gemelde Maal te brengen op het Eyerland, en die ter hand moeten ftellen aan den Castelyn van het gemeene IX. Deel. Lands Huis aldaar, en weederom op •de Rypas doen aanteekenen, wat uur hy daar aangekoomen is, en vervolgens de Rypas overgeeven, om met de Maal Brieven na het oude Schild gebragt te worden. V I. Zal hier maar mogen vertoeven, tot zoo lange dat hem het Ty weeder na het Vlieland kan brengen, ten einde daar weeder is, om de volgende Post en Expeditie van het Vlieland aftebrengen, en zal vervolgens in zyn retour moeten meede neemen de "Maal met Brieven van Amfterdam komende, zoo defelve tydig genoeg daar zyn; en moeten zorgen, dat op de te rug gaande Rypas werd genoteert, wat uur hem die overgegeeven is, en daar meede zoo fpoedig te rug vaaren als het mogelyk is, en op de Rypas noteeren het uur dat hy op het Vlieland zal aankoomen, en het zelve vervolgens overgeeven aan den Postillon , die de Maaien immediaat aan het Vlieland zal brengen. V I I. Zal niet vermogen eenige Pasfagiers of Goederen aan het Vlieland na het Eyerland vice verfa over te brengen, dan alleen wanneer hy de Maal der Brieven overvaart, en zelfs dan nog geene Goederen, waar door het Vaartuig te veel zoude kunnen werden befwaard, en het zelve daar door geretardeerd, of in gevaar gebragt, dat eenig ongemak, aan het Maal zoude kunnen komen, ten waare hy daar voor een apart Vaartuig en Knegt wilde houden, het welke hem zal vryftaan. v t i l. Zal tot het overvaaren met de PostMaal fteeds alle vigilantie moeten gebruiken , en onder voorgeeven van harde of contrarie Wind, Stroom of fwaare Ysgang, nimmer zal moeten nalaaten de Post-Maal over te brengen vice verfa, dan alleen in gevalle, dat'er in effeéle leevens gevaar meede gemoeid is. I X. Zal een particuliere attentie moeten hebben, dat de Post-Maal in zyn Schuit zoo beforgt word, dat die nimmer nat of befchadigt kan worden. X. De Veerman zal moeten onderhouden zyn Vaartuigen geheel en al, met al wat daar toe behoord. X I. Zal genieten vrye Wooning in hec Veerhuys, ftaande op het Vlieland, bewesten het Dorp, aan het zoogenaamde Mallegomfche Pad, welk Huis 5I ten  8o2 Placaaten. 6. Boek. i. Titul. ten kosten van het gemeene Land zal werden onderhouden, dat het Waater en Wind digt blyft. X I I. Zal verpligt zyn den Postillon aldaar Huisvestinge te moeten geeven voor den tyd dat hy zig daar bevinden zal, maar denfelven zal ook geheel en al, zoo voor zig zelfs als voor zyn Paard, buiten last van den Veerman zyn. XIII. Zal zoo meenigmaal hy van een weefentlyke vertraaging befchuldigt, en daar van overtuigt word, telken reife verbeuren een poenaliteit van drie Guldens, welke hem van zyn bedongen Loon zal werden gekort. X I V. Voor alle het welke de Heeren Commisfarisfen aanneemen aan den Veerman jaarlyks te. betaalen een fomme van ƒ . ... alle drie maanden de ge • regte vierdepart door handen van den Commis der Posteryen op het Vlieland. X V. -En zal dit Contract, duuren den tyd van onbepaalde jaaren, te weeten, zyn leeven lang geduurende, onder ipeciaa] beding nogtans, dat, zoo hy Veerman niet in allen opfigte aan dit Contract, door alle vigilantie en naarftigheid komt te voldoen, welgemelde Heeren Commisfarisfen fpecialyk aan haar de faculteit behouden, om hem jaarlyks zes maanden te vooren waarfchouwende dit Contract te kunnen opfeggen, en een ander Veerman aan te ftellen. XVI. En zal hy Veerman, inclineerende van dit Veer te willen affien, ook de vryheid behouden, zulks te mogen opleggen een jaar te vooren. XVII. In welk geval hy Veerman als dan het voorfchreeve Veerhuis zal moeten inruimen aan den nieuwen Veerman ep den verfchyndag. XVIII. En in geval den nieuw aangeftelden Veerman de Schuiten en Vaartuigen, die in deefe overtogt zullen werden gebruikt, bequaam oordeelt, defelve van hem Veerman zal overneemen, volgens taxatie van twee ormartydige Perfoonen, hen dit verftaan de, enby hun ieder een te kiefen, en zulks ten overftaan van den Commis der Posteryen op het Vlieland. Dit Contraót, zal ingaan den. . . , Litt. D. Port Ijst voor Vlieland, zoo als defelve geheeven worden aan kt Post-Comptoir op Vlieland, zoo van dis aankoomen, als die welke by het vertrekken vrywillig gefranqueert worden. Enkelde! Dubbel jSwaarBtieven de Brie-idere ven, Briewee- ven, gende weet-vee gende Oneen drie Oneen , en daar en boven , * elk Once drie Stuivers meer. Stuiv. (Stuiv. Stuiv. Van Texel 2 .4 6 Van de Helder —f3 6 \ 8 Van Amfterdam ofj 6 10 \ 16 "Noordholland. * ' • p Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de voorfchreeve verrigtingen by deefe te approbeeren, en de Heeren Commisfarisfen van hun Edele Groot Mog. Posteryen by deefe te qualificeeren, om de voorfchreeve Postery op den boovengemelde voet, en de geëxhibeerde Inftru&ien te doen in train brengen; als meede om aan twee Brievenbeftelders van het Texels Post - Comptoir te Amfterdam neegen Guldens 's weeks in plaats van zeeven Guldens te laaten genieten; gelyk ook aan den Commis Meyers Bakker van het Post-Comptoir op Texel een douceur van vyf en twintig Guldens 'sjaars; en werden defelve Heeren eindelyk nog verfogt hun Edele Groot Mogende ten lpoedigften te dienen van hunne Confideratien en Advis omtrent de middelen, om gereguleerde Zeetydingen uit de Maaze en de Goederheede te bekoomen. Pu-  Raakende de Domeinen, 803 4 s* Publicatie van den Domein-Raad des Prin- een van Orange , houdende diverfe voorzieningen tegen de Bezitters van V Heeren Gronden zonder voorafgaande Oclroy, mitsgaders van Cynsphchtige Goederen en Gronden in de Ba* rome van Breda. Den n September 1782. WY Raaden en Reekenmeesters der Domeinen van Zyne Hoogheid den Hee. re Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. Alle die deefe zullen zien ofte horen leefen falut! Doen hier meede te weeten: Alfoo wy in ervaringe zyn gekomen, dat zedert eenige Jaeren herwaards, deefe en geene zolngelandens of Geërfdens, als particuliere Ingefeetenen van den Lande van Breda, de Vryheeden Oosterhout en Rofendaal, mitsgaders de Heerlykheid Nispen daar onder begreepen zig hebben onderftaan om , zonder fpeciaale Permisfie, Confent, of Oftroy van den Heer of van Hoogst-Desfel vs Raad, hier en daar eenige gedeeltens van des Heeren Gronden, tot de Domeinen respe<5h've van Breda, van Oosterhout , Dongen en de Braque en van Rofendaal en Nispen gehorende, in te neemen, en Zig in posfesfie van defelve te ftellen, gelyk meede, dat fommige de by de door hun geobtineerde Oclroyen bepaalde groote van die Gronden, merkelyk geëxcedeert en eene meerdere quantiteit als de Brieven van Uitgifte behelfen, 't zy van den beginne af aan, 't zy fuccesfive, ingenomen hebben, zonder ook daar van het bedongene Voorlyf ende bepaalde Jaarlykfche Chins te betalen, en dit alles meede zonder dat, die onbevoegd eneygener autoriteit ingenomene Gronden, inconformité van het Reglement op het ftuk van de Politie en Financien in de Baronnie Breda van den 15 September 1680 Cap. 1. Art, 9. ook ten Quohiere der Onroerende Goederen van de respeclive Vryheeden, Heerlykheeden, en Dorpen te hebben doen regiftreeren; Zo is 't , dat wy, om voor het tegenswoordige daar omtrent alle toegeevendheid te gebruyken, by deefen wel expresfe fummeeren, alle Be~ fitters van 'sHeeren Gronden, tot deDomainen refpeclive van Breda, van Oosterhout, Dongen en de Braque en van Rofendaal en Nispen gehorende, tot welkers inneeminge geen Permisfie, Confent of Oclroy, door of in naame" van den Heer is verleent, en die op de respeclive Chins Regifters niet bekend zyn, gelyk meede alle die geene welkers uit kragte van geobtineert Oclroy ingenomeneChins-gronden zig verder extendeeren en eene meerdere groote behelfen, dan by de Brieven van Octroy en Uytgifte is bepaalt, de eene en andere , 't zy defelve reeds gedefricheert zyn dan niet, om uyterlyk binnen de tyd van zes Maanden na Publicatie deefes, al het zelve ten Comptoire der refpeclive Rentmeesters van de voornoemde Domeinen aan te geeven, met verfoek om in het eerfte geval die zonder Permisfie of Oclroy ingenomene Gronden, voortaan na Chins-Rechten en op den voet van andere Chins-Gronden te mogen befitten en in het tweede Cas, om ook die meerdere Gronden te mogen blyven behouden en wel in beyde de gevallen met remisfie zo van het anders gewoone Voorlyf, als van alle Chinspligtigheid tot den Jaere i78oincluys, mitsgaders van alle geincurreerde pcenaliteiten, maar teffens ook met offerte om voortaan van die respeclive ten onrechten ingenomene Gronden eene reedelyke en geproportioneerde Jaarlykfche Grondchins te betaalen, op welk een en ander dan ook by deefen Raade eene favorable reflexie zal werden genomen, daar in tegendeel by ontftentenisfe van zodane aangifte, verfoek en offerte, binnen voorfz. Termyn' tegens de Ufurpateurs en Ongequalificeerde Befitters van de boven zoo wel in het eerfte als in het tweede Cas, gemelte Gronden,zo tot verlatinge en weeder inruyminge van defelve, als tot betalinge van de reeds geincurreerde Boetens en anders, op het rigoureufte zal werden geprocedeert. Wyders ordonneeren en gelasten wy by deefen wel expresfe alle teegenswoordige Befitters van Chinspligtige Goederen en Gronden, resforteerende zo onder Zyn Hoogheids Domein Comptoiren van Breda, Oosterhouten Rofendaal als onder het Comptoir der Geestelyke Goederen van Breda. 1. ) Om voor zo verre die Goederen en Gronden nog niet op de Quohieren der onroerende Goederen van de refpeclive Vryheeden Heerlykheeden en Dorpen bekend zyn, defelve alnog en wel uyterlyk binnen de voorfz. Termyn van zes Maanden 5 in Conformité van het bovengemelde Reglement des jaars 168o ter jufte groote van defelve op die Quohieren te doen brengen en regiftreeren. 2. ) Om alle zodane van derfelver Chins-* posten, welke op de Chins Regifters nog niet op hunne Namen zyn overgeboekt, meede uyterlyk binnen de tyd van zes Maanden na Publicatie deefes, ten Chins-Regifter op hunne Namen te doen ftellen, by poene daar toe na Chins Regten ftaande. 30 Om binnen defeïvde Termyn van zes Maanden deefe hunne Chins-Goederen of Parceelen, voor zo verre zulks reeds niet is gedaan of de eygentlyke Limiten derfelve niet meer Zigtbaar zyn, alnog door Gragten en Wallen, na vereyfeh te doen afgraven, of doof het opwerpen van Pollen volkomen kenbaar 5Ï 2 te  8ö4 Placaaten. 6. Boek. i. Titul. te maken, by poene van thien Guldens voor ieder Parceel te verbeuren. En 4.) Om telkens, op requifitie der refpeclive Rentmeesters van de voorfz. zo Domein- als Geestelyke Goederen, aan defelve behoorlyke aanwyfinge van die hunne ChinsGoederert en van derfelver Limyten te doen, en eyndelyk om op de eerst te houdene ChinsDagen gelyk ook vervolgens, zo dikwyls de voornoemde Rentmeesters zulks zullen komen te requireeren, aan defelve refpeélive op te geeven de Belendingen of Naastgelandens van hunne Chins-Goedereh by poene van drie Guldens, wegens ieder Parceel, waar van zodane aangifte niet is gedaan, te verbeuren. Voorts interdiceeren wy by deefen meede wel expresfe aan een ieder, wie het ook zoude mogen weefen, om voortaan eenige 's Heeren Gronden in te neemen, te cultiveerenof te beplanten, zonder daar toe alvoorens Permisfie, Confent of Oétroy van Zyne Hoogheid of van deefen Raade namens Hoogst-denfelven te hebben bekomen, en hetfelve, in Conformité van het bovengemelde Reglement, ten Quohiere der onroerende Goederen van de respeclive Jurisdictiën te hebben doenregiftreeren, gelyk meede om, na dat zy de voorfz. Permisfie, Confent of Oétroy hebben geobtineert, eene meerdere quantiteit der geaccordeerde Gronden in te neemen of zig by ver¬ volg toe te eygenen, als de Brieven van Oétroy en Uytgifte bepalen en meedebrengen, alles by poene dat tegens defelve als Veld-Rovers op het rigoureuste zal werden geprocedeert. En gelasten wy eyndelyk de Officieren en verdere Regenten der refpeélive Vryheeden, Heerlykheeden en Dorpen aldaar, om wanneer en zo dikwyls zy mogten ontwaar werden, dat iemand zig komt te onderftaan des Heeren Gronden zonder fpeciaal Confent, Permisfie of Oétroy van Zyne Hoogheid, of van deefen Raade namens Hoogst denfelven, in te neemen en zig toe te eygenen, of ook de Limyten van de werkelyk in Chins uytgegeevene Gronden, te excedeeren, en die verder te extendeeren als by de Brieven van Oétroy is bepaalt, alsdan daarvan ten eerften aan de refpeélive Rentmeesters van den Heer, kennis te geeven of te doen geeven, om daar in na behoren voorfien te werden. En ten eynde niemand hier van eenige ignorantie zal konnen of mogen pretendeeren zal deefe alorame in den Lande van Breda, de Vryheeden Oosterhout en Rofendaal, nevens de Heerlykheid Nispen daar onder begreepen, werden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar men gewoon is zodane Publicatien en affixien te doen. Aldus gedaan en gearrefleert in den Raade van Zyne Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. h» 'sGravenhage den n September 1782. QVas geparapheert ,j C. de VERDUN, Tt. (Onderftond^) Ter Ordonnantie van ZYNE HOOGHEID. (Gecontraftgneert,) A. ARDESCft 13. Refolutie van de Staaten van Holland\ tot vermeerdering van de Traclementen der Bediendens aan het Post-Comptoir te Amfterdam. Den 25 Oclober 1782. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van de Heeren Commisfarisfen van hun Edele Groot Mog. Posteryen, gefchreeven in den Hage den 8 January deefes jaars, en den 25 daar aan ter Vergadering overgenoomen, waarby , na een praeliminair voorftel van het geadminiftreert Postcomptoir te Amfterdam, zoo ten aanfien der Bediendens, als van derfelver werk en belooning aan hun fi¬ dele Groot Mog. hebben voorgedragen eene vermeerdering der Bediendens in het zelve Postcomptoir, mitsgaders eene verhooging hunner Traétementen, met adftructie der reedenen daar voor militeerende; en voorts daar neevens hebben gevoegt een Concept Inftructie voor den eerften Hoofd Commis van het gemelde Generaal Postcomptoir; met een bygevoegt verfoek eindelyk om den Brief beftelder Dirk  Raakende de Domeinen. Dirk Scheffers, geduurénde zyne ongelukkig ge omftandigheeden te mogen penfioneeren, alles op den voet en wyfe in de voorfz. Misfive en Bylaage breeder onder de Notulen van den gemelden 25 January. Is goedgevonden en verdaan, het Traétement van den eerden Hoofd Commis op het Fostcomptoir te Amfterdam te vermeerderen met twee honderd guldens, en dus te brengen op agtien hondert guldens, beneevens de vrye woöning in het Postcomptoir, zodanig egter, dat indien deefe post mogt worden bekleed door een Perfoon, aan wien dé inwooning in het Postcomptoir niet mogt convenieeren, hy diesweegens met een van de andere Commifen, onder approbatie van Heeren Commisfarisfen , fchikkingen zal mogen maaken, om aan een van defelve de wooning te cedeeren; wyders in het eerfte generaale Departement, het Traétement van den Hoofdcommis met vyf honderd guldens te vermeerderen, en dus te brengen op vyftien hondert guldens; de Traclementen van de twee Ondercomifen, ieder met honderd guldens, en dus op neegen honderd guldens en agt honderd guldens,- en by de drie oudfte Beftelders, die als Ondercommifen moeten werken, een vierde te voegen , alle onder den naam van Asfiftenten; en het Traétement, in plaats van zee ven guldens, of neegen guldens 's weeks, te brengen op tien guldens 's weeks, verder in het tweede Departement het Traélement van den Hoofdcommis te vermeerderen met vyf honderd guldens, en dus te brengen op vyftien honderd guldens; het Traélement van den eerften Ondercommis met honderd guldens, en dus op neegen hondert guldens, en de post van tweede Ondercommis en die van Adfiftent te converteeren op een Traélement van tien guldens 's weeks in plaats van vier honderd vyftig guldens 's jaars; voorts in het derde generaal Departement het Traélement van den Hoofdcommis met twee honderd guldens te vermeerderen, en dus té brengen op twaalfhonderd guldens, beneevens de vrye wooning in het Postcomptoir; het Traétement van den eerften Ondercommis te vermeerderen met honderd guldens, en dus te brengen op neegen honderd guldens 4 en in plaats van den tweeden Ondercommis aldaar te Creecren twee posten van Asfiftenten, ieder opeen Traétement van twaalf gul dens s weeks; wordende de Traélementen van alle de effeélive Brievenbeftellers gelaaten zoo als defelve zyn; als meede, in plaats van twee Vahefepakkers, vier Perfoonen aan te ftellen tot Brie venbeftellers,zullende niet alleen het tegenswoordig werk der Vahefepakkers onder deefe vier Perfoonen worden verdeelt, maar defelve ook worden geëmployeert om by ziekte van een der Bediendens desfelfs plaats byverfchikking, of direél te vervangen, en de langst in funétie geweest zynde van deefe Perfoonen, by vacatuure van een Befteldersplaats in een van de Departementen, per fé aan defelve, of zoo 'er eenige verplaatfing word gedaan, aan die geene, wiens plaats open werd, moeten fuccedeeren, en derfelver Traélement te ftellen op negen guldens 'sweeks; wordende de voorfz. Heeren Commisfarisfen, aan welke de executie van het geen voorfz. is by deefe word gedemandeert, meede geauétorifeert, ten aanfien der emolumenten van de voorfz! Bediendens zodanige voorfiening te doen , als zy zullen meenen te behooren; en is wyders nog goedgevonden te arrefteeren de ConceptInftruaie voor den eerften Hoofdcommis van het Generaale-Postcomptoir te Amfterdam by de voorfz. Misfive gevoegd; zynde de laatfte voorflag by de voorfz. Misfive gedaan, om den Brievenbeftelder Dirk Scheffers, geduurénde zyne ongelukkige omflandigheeden met zes of zeeven guldens 's weeks te penfioneeren, door desfelfs overlyden, komen te vervallen. 14. Refolutie van de Staaten van Holland ■ houdende nadere bepaaling van de TraStementen der Bediendens aan het Post-Comptoir te Rotterdam. Den 24 Maart 1785. By refumtie gedelibereert zynde op de Misfive van Heeren Commisfarisfen van hun Edele Groot Mogende Posteryen, gefchreeven in den Hage den 26November 1783,en den 4 daar aan ter Vergadering ingekoomen, waar by, op de aanhoudende verfoeken van denHoofd-Commis van het generaal PostComptoir te Rotterdam, zoo voor zig zeiven als vcor de verdere Bediendens van dat Comptoir, aan hun Edele Groot Mog. hebben voorgedragen de zeer werkfaame en penible taak, die door defelve aldaar moest worden verrigt, dog waar aan de Traélementen niet geëvenreedigt waren^ en vervolgens tot noodwendige ver¬ beetering van het Rotterdamfche Post-Comptoir hebben voorgeflagen de fchikkingen en verhogingen in de voorfz. Misfive breeder gedetailleert. Is goedgevonden en verftaan het een percent van den ontfang boven de ƒ54209-0-0 waar van den Hoofd Commis vyf agtften en den Ondercommis drie agtften genieten, te niet te doen, en het Traélement van den HoofdCommis te Rotterdam in eens te bepaalen 's jaars op een fom van zestien honderd guldens; dat van den Onder-Commis op twaalf honderd guldens; en dat van den tweeden op agt honderd guldens; en met betrekking tot 51 3 dei]  8o6 Placaaten. 6. Boek. Titul. den Comptoir Knegt en Beitel fiers, haarlieder werkloonen in het vervolg te brengen, namelyk voor den Comptoir Knegt op agt guldens 's weeks, of vier honderd zestien guldens jaarlyks, en voor de vier eerfte Beftelfters op zee¬ ven guldens 's weeks, en de vier overige op zes goldens 's weeks, met qualificatie op voorn. Heeren Commisfarisfen, om aan deefe Refolutie de nodige executie te geeven. 15- Publicatie van Gecommitteerde Raaden van Holland, tegen het doen van afgraavingen van den gewoonen ttyweg der Limietfchy ding tusfehen het Gooyland en het Sticht van Utrecht. Den 30 December 1790. De Gecommitteerde Raaden van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, doen te weeten: Alfoo wy ontwaar geworden zyn, dat men zeederd eenigen tyd heeft kunnen goedvinden aan de Limietfcheiding, tusfehen het Gooyland, en het Sticht van Utrecht, en wel op den Bodem deefer Provincie, voornaamelyk tusfehen de Limiet-Paaien 16, 17 en 18, op onderfcheiden Plaatfen, zoo den Ryweg als den Grond omtrent den zalven geleegen, ter bekoming van grof Keegel-Zmd, tot een aanmerkelyke diepte af te graaven, waar door niet alleen die Ry weg al/engskens>final/er word, maar dat het ook te voorfien is, dat door het losmaaken van den Zandgrond, de Scheifloot aldaar toewaayenen metter tyd onzigtbaar worden zal, welke dan ook niet zonder merkelyke kosten voor de Ingefetenen deefer Provin¬ cie jaarlyks zoude moeten worden opgehaald. Zoo is 't, dat wy, daar in by tyds willende voorfien, hebben goedgevonden, allen ende een iegelyk wie hy zy, te verbieden, gelyk wy ten ernftigften doen by deefe, eenige afgraaving van den gewoonen Ry weg der Limietfcheiding, ofte daar om ftreeks, zoo tusfehen de voorfz. Paaien, 16, 17 en 18, als elders te doen, of te laaten doen, op peene dat de zulken, die deefe contrarie zullen hebben gehandeld, arbitraallyk , ook, des noods, naar exigentie van zaaken, aan den Lyve zullen worden geftraft. En op dat niemand hier van eenige ignoran* tie zonde kannen voorwenden , zal deefe alomme onder de refpeclive Gerechten aan de voorfz. Limietfcheidingen grenfende, worden gepubliceerd en geafngeerd na behooren. Gedaan in den Hage den 30 December 1790. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. QVas geteekend,') A. J. R O Y E R. 1(5. Publicatie van de Staaten van Holland, tegen het mede geven van Paquetten of Brieven aan de Postillons. Den 9 July 1794. De Staaten van Holland en Westvriesland: Allen den geenen die defen zullen zien of hooren leefen, Salut: Doen te weetem Alfoo ons ter kennisfe gekomen is, dat zommige In- en Opgefetenen defer Provincie, woonende of zich bevindende in Steeden of Plaatfen, alwaar van Onfent wegen, generaale Postcomptoiren zyn geëtablisfeert, hunne Brieven of Paquetten veeltyds ter hand ftellen of doen beforgen aan de Poftillons, ten einde defelve buiten de beflooten Brievenmaa. Ie te doen vervoeren, en door ongequalifi- ceerde Perfoonen te doen beftellen, ende zulks, hoe zeer het alfints onbehoorlyk is, dat men ter vervoering zyner Brieven of Paquetten'sLands Posteryen employeerende, den Lande van het verfchuldigde Postloon zoude verfteeken. Dat mede zommige Postillons zich niet ontfien, omniet tegenllaandezulksuitdrukkelyk is geinterdiceert, de voorfeide Brieven of Paquetten aan te neemen, te vervoeren en te beftellen ofte doen bedeüen, zonder het port van zoodanige Brieven of Paquetten aan de Hooft  Raakende de Domeinen. Hooft Commifen op 'sLands Postcomptoiren te verantwoorden. Dat eindelyk diverfe Herbergiers, Tappers of andere Perfoonen in de Steeéen en Plaatfen voornoemt, in hunne Huifen of Kelders veele Brieven of Paquetten aannemen en collecteeren, en defelve ter vervoering aan de Postillons buiten de beflooten Maale overgeven: door al het welk het Rendement van 'sLands Posteryen merkelyk word verkort, de directie van voorfz. Posteryen op een onzekeren voet gebragt, en veel confufie en wanorder omftaat. Zoo is 't, dat wy daar tegen willende voorfien, na ingenomen advis van Commisfarisfen van 'sLands Posteryen, goedgevonden hebben te ftatueeren, en vast te ftellen zo als wy ftatueeren en vast ftellen by defe. i. Dat alle de geenen, welke woonen of zich bevinden in Steden of Plaatfen, alwaar van onfent wegen Postcomptoiren zyn geëtablisfeert, en diebegeeren hunne Brieven of Paquetten met 's Lands Post te doen vervoeren, gehouden en verpligt zullen zyn, om hunne voorfz. Brieven of Paquetten te beforgen of te doen beforgen aan de gemelde Postcomptoiren , of in de Busfen, daar toe in diverfe Steden reeds geplaatst of nog te plaatfen, zonder voorfchreeve Brieven of Paquetten aan de Postillons meede te geeven of ter hand te doen ftellen ofte ten voorfchreeve einde te brengen of doen beforgen in eenige Huyfen of Kelders, ■ alwaar zoodanige Brieven zouden mogen worden gecoJleéleert, op eene boete van vyf en twintig guldens tegen die geenen, die bevonden zullen worden dien contrarie te hebben gehandelt. Ten 2. Dat de Postillons, welke in Steden of Plaatfen, alwaar 'sLands Postcomptoiren zyn geëtablisfeert, zullen bevonden worden eenige andere Brieven of Paquetten als zodanige welke hun aan het Postcomptoir door een der Commifen zullen zyn ter hand gefteld te hebben medegenoomen of die onderweg eenige Brieven of Paquetten zullen hebben aangenomen, zonder defelve voor zoo verre niet weder onder weg hebben moeten afgegeeven worden volgens het addres aan de Hooft Commifen der respeótive Postcomptoiren dadelyk by hun aankomst over te geven, boven en behalven de poenaliteiten daar tegen by hunne Inftructie geftatueert, 8c? zullen verbeuren een boete van vyftig guldens, en dat die buiten ftaat zyn defelve boete te betaalen, arbicralyk zullen worden gecorrigeert na exigeRtie van zaaken. Ten 3. Tat mede met gelyke boete van vyftig guldens zullen worden gecorrigeert alle die geenen, welke zouden mogen onderftaan om Brieven of Paquetten door Postillons aangebragt, welke zy niet van de Hoofd - Commifen van het Postcomptoir ontfangen hebben, te beftellen ofte doen beftellen , het zy defelve daar vooreenige belooning zouden hebben bedongen of niet. En Laatftelyk, Dat alle de geenen, welke in Steeden of Plaatfen, alwaar eenige 'sI,andsPostcomptoiren zyn, bevonden zullen worden , in hunne Huifen of Kelders eenige collecte van Brieven of Paquetten te doen of te laaten doen om aan de Postillons ter hand te dellen, voor de eerfte reife zullen vervallen in de boete van een honderd guldens: voor de tweede reife in eene boete van twee honderd guldens met fuspenfie, voor zoo verre zy Herbergiers, Tappers of diergelyke mogten zyn, van hunne Neeringe voor den tyd van zes weeken; en voor de derde reife in een boete van drie honderd guldens, en remotie van haare voorfchreeve Neeringe voor altoos: alle welke boetens zullen worden geappliceert voor een derde ten behoeve van den geene die de Calange zal doen, voor een derde ten behoeve van de Diaconie Armen van de plaats en voor het laatfte derdepart ten behoeve van den Aanbrenger, wiens naam, des begeerende, zal worden gefecreteert. En ten einde niemand hiervan eenige ignorantie kome te praetendeeren, lastenen beveelen wy, dat deefe alomme zal worden geaffigeert en gepubliceert, daar zulks behoort en te gefchieden gebruikelyk is. Lastende ook den Procureur Generaal van onzen Hove, en alle Officieren deefer Provincie, deefe Publicatie na te komen en te doen nakoomen; procedeeren de tegens de Contraventeurs zonder eenige oogluiking of disfimulatie: —— want wy zulks voor den dienste van den Lande bevonden hebben te behooren. Gedaan in den Haag den 9 July 1794 (Dnderjlond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,') A. J. R O Y E R.  Fol. 808 TWEEDE TITUL in Raakende de Zeevonden, en Strand- rooveryen. 1. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by de Judicatüure over iemand, die van Strandroof was geaccufeert, onvermindert de qucestie zelve, aan wien die Judicatüure eigentlyk behooren zoude, word gelaten aan den Hove van Holland. Den 24 Mey 1769. By refumtie gedelibereert zynde op het Rapport, den 18 deefer ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juttitie, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 18 January deefes jaars, met Commisfarisfen van den Hove, geëxamineert het Berigt van Preefident en Raaden van denfelven Hove van den 21 December 1768, by haar Ed. Groot Mog. Refolutie van den 24 November daar te vooren gerequireert op de Requeste van Bailliuw en Leenmannen van den Lande van Voorne , waar by zy zig beklagen over de apprehenfie van Teunis verhagen, Binnenloots, woonende te Hellevoetlluys, en desfelfs transport op de voorpoorte van den Hove, ter zaake dat defelve zig aan de misdaad van ftrandroof zoude hebben fchuldig gemaakt , en op de gronden daar by gelegt, verfoeken , dat de Supplianten by haare gemeene en byfondere Regten en Privilegiën mogen werden gemaintineert, en gemelden Hove gelast, om de voornoemde Teunis Verhagen, als zynde een Ingefeeten der Lande van Voorne , en nog voortvlugtig nog in flagranti delicJo geattrapeert of geapprehendeert, benevens de informatien en Procedures tegens hem bekoomen en gehouden, aan den eersten Suppliant R. O. over te leeveren, ten einde teegens denfelven voor de verdere Supplianten in goede Justitie te worden voortgeprocedeert; en dat voorts denfelven Hove mogte worden aangefchreven, de voorfz. zaak en procedures tegen den voornoemden Teunis Verhagen, geduurénde haar Edele Groot Mog. deliberatie te furcheeren, tot dat by haar Edele Groot Mog. daar op finaal zoude zyn gedisponeert; als meede op de Requeste van Leenmannen van den Lande van Voorne, waar van by haar Ed. Groot Mog, Refolutie van den 6 April laatstleeden was gerefolveert Copie te geeven aan de Leeden, als meede aan Commisfarisfen van den Hove, houdende , dat by het voorfz. Berigt van den Hove, en de confideratien van den Procureur Generaal daar aan geannexeert, zouden zyngeallegeert verfcheide circumltantien, toucheerende in het byfonder de eer van den Bailliuw van den Lande van Voorne, die in het geval yan gemelde Teunis Verhagen van inactiviteit wierd geaccufeert niet alleen , maar ook even als deSupplianten in zoortgelyke gevallen wierd geftelt fchuldig te zyn aan zodanige nonchalances, dat daar door de misdaad van Strandroof in den Lande van Voorne geheel en al ongerechercheerd zoude werden gelaaten; dat de Supplianten hier van kennis bekoomen hebbende, gerefolveert hadden in te neemen de confideratien van den Bailliuw op de periodes ten zynen lasten daar in voorkoomende, dog waar omtrent door gemelde Bailliuw by zyne Misfive van 3 Maart waaren geprevenieert, zig daar by expurgeerende van al het geen by het voorfz. Berigt en byzonder by het Advis van den Procureur Generaal aan hem te lasten was gelegt, waar in de Supplianten niet alleen hadden genoomen volkomen genoegen, maar dat ook tot decharge van gemelde Bailliuw, en tot confervatie van de eer en luifter van hua Collegie in het generaal, gelyk ook om weg te neemen alle verkeerde irnpresfie, die uit zodanige abufive alleguatie by haar Edele Groot Mog., uit gebrek van behoorlyke elucidatie, mogte worden geformeert, te raade waren geworden defelve Misfive ter kennisfe van haar Ed. Groot Mog. te brengen, met verfoek van op den inhoude van dien in het examineeren hunner eerstgemelde Requeste en het daar op gekoomen Berigt van den Hove, zodanig reguard te neemen als haar Ed. Groot Mog. zouden oordeelen te behooren. En geconfidereert zynde, dat het verfoek van  Raakende de Zeevonden en Strandrooveryen. 809 van Bailliuw en Leenmannen van den Lande van Voorne by de voorfz. Requeste gedaan, alleen dependeert van de generale vraag, of het Crimen van Strandroof van de Cognitie en de Judicatüure van den ordinaris Rechter geëximecrd en aan die van den Hove Provinciaal privativelyk aanbevoolen is, dog dat, dewyl Prsefident en Raden van den gemelden Hove by derfelver Misfive van den 3 December van het gepasfeerde jaar aan haar Ed. Groot Mog. in bedenking gegee ven hebben, om niet alleen de Piacaten op het Ruk van Strandroovery geëmaneert, te alter-eeren, te corrigeeren en te vernieuwen , maar ook om in de geheele materie, fpecteerende tot beveiliging der Stranden, en het befchermen en redden van de genaufrageerdePerfoonen en Goederen, een notabele verandering te maken, de voorfz. Generaale vraag tans nog niet tot een finale dispofitie gefchikt is, nadien de gemelde voorgeflaage zaaken, een zoo naauwe relatie tot de voorfz. vrage hebben, dat defelve niet wel afzonderlyk onderzogt of getermineert konden werden, dat voorts de gemelde zaakén nog niet gebragt zyn tot die maturiteit, dat daar op voor als nog geen rapport kan uitgebragt, veelmin een refolutie daarop genoomen werden, maar dat in teegendeel zoo weegens de opereufe fchriftuuren, die met relatie tot de voorfz. materie aan weerskanten zyn gefuppediteeft, als weegens de omflag der zaake zelve, het nog al eenige tyd kan lyden eer defelve finalyk getermineert zyn, en dat de te regtftelling van de gemelde Teunis Verhagen, thans gedetineert zynde, daar na niet kan wagten, maar dat de Crimineele Procedures tegens den zeiven ter zaake voorfz. genoomen, voor den een of anderen Regter, hoe eerder hoe beeter dienen te werden gepourfuiveert, dat het daarom best zal zyn, dat, zonder in eenig onderfoek deefer zaak te treeden, en fpecialyk niet, in hoe verre de apprehenfie van gemelde Teunis Verhagen, door Prefident en Raden van den Hove geordonneert, met algemeene en byfondere regten en privilegiën van den Lande van Voorne beftaanbaar is, daar omtrent een provifioneele fchikking, zonder prejudicie van ieders recht, gemaakt werde; en vervolgens alleen in agting genoomen zynde, dat de apprehenfie van den meergemelden Verhagen door den Hove is werkflellig gemaakt op het voorbeeld van diergelyke fchikking, vervat in haar Ed. Groot Mog. Refolutie van den 23 February 1725; Is, alleen tot bevordering van de Justitie, behoudens de vrye deliberatie van haar Ed. Groot Mog., over de generaale vraage door welk een Rechter het crimen van Strandroof ^beregt moet worden, goedgevonden en verftaan, dat de meergemelde Teunis Verhagen, ter zaake van het voorfz. aan hem te laste gelegde Crimen van Strandroof, gelyk als ook wegens den flimenhang der zaake die geenen, welke zig aan het voorgemelde geval meede fchuldig zouden mogert hebben gemaakt, zullen werden beregt door den Hove Provinciaal zonder dat hier meede aan het gefustineerde ter eenre of andere zyde eenige prejudicie zal werden töegebragt. En zal Extract deefer Refolutie gefonden werden aan de Prefident en Raaden van denHove, mitsgaders aan den Bailliuw en Leenmannen van den Lande van Voorne, om te dienen tot hunne narigting, en zig daar na te reguleeren. De Heeren Gedeputeerden der Stad Brielle, hebben op expresfe last van de Heeren hunne Principaalen in de boovenftaande Refolutie niet geconfenteert, maar daar tegens gereferveert te doen zodanige aanteekening als defelve zullen vermeenen te behooren. Refolutie van de Sldaten van Holland, waar by gelast worden de restitutie aan de Ei' genaars van geftrande goederen, welke door particuliere Perfoonen op Vlieland en Ter Schelling geborgen waren, mits feilende Cautie voor de Berg- en Hulp-honen, welke .door Commisfarisfen van de'Pilotagie benoorden de Maafe zouden worden gereguleert. Den 9 October 1771. By refumptie en ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Refolutie van den 7 der jongstleede maand tot een finale afkomst, by meerderheid gedelibereert zynde op het Rapport, den 11 July daar te vooren ter Vergadering uitgebragt door de Heeren van de Ridderfchap en verdere haar Ed. Groot Mog. Gecommitteerden tot het groot Befogne, hebbende, ingevolge enter voldoening van haar Ed. Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 16 Mey deefes jaars, met de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende geëxamineert het Berigt en Advis van de geIX. Deel. melde Heeren Gecommitteerde Raaden van den 4 der laatstgemelde maand, volgens haar Ed. Groot Mog.-. Appointement van den ió* April laatstleeden, geëxamineert hebbende de Requeste der Weduwe Pierre Syma en Zoon en Huguël, Kooplieden te Amfterdam, meede Geconfigneerdens van een gedeelte der Laading, en Klaas Taan en Zoonen, te Saardam, Boekhouders van het Schip de Prins Willem, gevoert by Schipper Hendrik Janfz. Nobel, in qualiteit als volgens Notariale Acte Gemagtigdens en Geauctorifeerdens van de gefamentlyke Geintresfeerdens in de Laading 3K van  8io Placaaten. 6*. Boek. 2. Titul. van het gemelde Schip, aan haar Ed. Groot 1 Mog. te kennen geevende, dat het gemelde Schip op de Buitengronden van Vlieland was in de grond geflooten, en by die geleegentheid door diverfe Perfoonen van Vlieland en Ter Schelling, uit het Wrak veele der ingelaade Goederen en Scheepsgereedfchappen geborgen , welke de Bergers weigerden na Amfterdam over te voeren, op fundament, dat de Supplianten alvoorens daar toe ontflag van de Heeren Gecommitteerde Raaden in het Noorder Quartier zouden moeten verfoeken, en verder om geallegeerde reedenen verfoekende , dat haar Ed. Groot Mog. de nodige prompte en efficafieufe ordres gelieven te ftellen , ten einde immers ten minfte buiten prejudicie van een ieders regt en gefustineerde, de Bergers van de Goederen, behoorende tot het Schip de Prins Willem, ge voert geweest by Schipper Hendrik Janfz. Nobel, of desfelfs Laading na de Stad Amfterdam worden overgevoerd, en onder behoorlyke enfufficante Cautie voor de Berg-en Hulploonen des weegens verfchuldigt, aan de Supplianten in derfelver qualiteit afgeleevert en overgeïeevert, als meede ingevolge van haar Ed. Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den voorfz. 16 Mey, het Berigt en Advis van de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden, volgens haar Ed. Groot Mog. Appointement van den 16 April laatstleeden, geëxamineert hebbende de Requeste van Wernier, Hartfink en Wemier, Kooplieden te Amfterdam, meede Inlaaders, en Willem van Woenfel, Boekhouder van het Schip, genaamt de Juffrouw Hillegonda Jacoba, gevoert door Schipper Rokus Verfchoor, als volgens Notariale Aéte, geauétorifeerdens in de Laading van het gemelde Schip, aan haar Ed. Groot Mog. te kennen geevende, dat het zelve Schip in het afzeylenna Texel op den 12 February deefes jaars, door hetYs en den Ysgang op de Gammels in de grond en vol water is geraakt, en totaal verongelukt, en dat deefe omftandigheeden aanleiding hebben gegeeven, dat door diverfe Luiden, zoo van Texel, alsWieringen, en Staveren, veele der ingelaaden goederen en Scheepsgereed- > fchappen zyn geborgen, dat, niet teegenftaande haar gedaane verfoeken en aanmaaningen om de geborge Goederen na Amfterdam te voeren, en onder, en teegen behoorlyke Cautie voor zodanige Berg- en andere Loonen, als aan defelve desweegens by den Competenten Rechter zullen worden bevonden te competeeren, aan hun Supplianten te laaten volgen, dan dat de Bergers zulks weigerden, op fun¬ dament quafi dat alvoorens daar toe ontflag van de Heeren Gecommitteerde Raaden in het Noorder Quartier zoude moeten worden verfogt, en verder om geallegeerde reedenen, verfoekende haar Ed. Groot Mog. prompte en efficacieufe ordres, ten einde immers en ten minsten buiten prejudicie van een ieders Regt, en gefustineerde, de Bergers van de Goederen, behoorende tot het Schip de Juffrouw Hillegonda Jacoba, of desfelfs Laading na de Stad Amfterdam werde overgevoert, en onder behoorlyk en ftifficante Cautie voor de Berg- of andere Loonen desweegens verfchuldigt, aan de Supplianten in derfelver qualiteit worden afgeleevert en overgegeeven. Is door de meerderheid goedgevonden en verftaan, dat ongeprejudicieert het weeder* zyds gefustineerde, en zonder dat hier uit eenige iliatie zal mogen getrokken worden, het reguleeren van de Berg- Hulploonen en andere kosten, in deefen gevallen zal worden ge* demandeert, gelyk het zelve gedemandeert word by deefe aan de gefamentlyke Commisfarisfen van de Piiotagie benoorden de Maafe, om defelve binnen den tyd van zes weeken by accommodement of finale dispofitie te taxeeren, zonder dat by appel of reformatie daar van zal mogen worden geprovoceerr. En voorts de Heeren Gecommitteerde Raaden te Hoorn refideerende, te verfoeken en aantefchryven, de nodige ordres te ftellen, dat de Goederen uit de voorfz. Scheepen de Prins Willem en de Juffrouw Hillegonda Jacoba, geborgen, waar defelve zig thans bevinden, aanftonds aan de Eigenaars onder behoorlyke Recepisfen werden overgegeeven en afgeleevert, na dat defelve een Aéte van Cautie of Borgtogt, volgens het Formulier onder de Notulen van den 6 Maart deefes jaars geinfereert, zullen hebben gepasfeert, en aan haar overgegeeven voor de prompte voldoening, zoo van de Berg- en Hulploonen als verdere kosten in deefen gevallen, waar op defelve door Commisfarisfen voornoemt van de Piiotagie zullen worden getaxeert, en zal hier van by aanfchry ving kennis worden gegeeven aan Commisfarisfen van de Piiotagie benoorden de Maafe, om te dienen tot derfelver narigt, om zig daar na te reguleeren; En voorts Extraét deefes worden gegeeven aan de Supplianten, zoo veel hun aangaat, en aan de Bergers van Vlieland en Ter Schelling, zoo ver het Schip de Prins Willem, concerneert, en van Texel en Wieringen, zoo veel het Schip de Hillegonda Jacoba betreft, om zig daar na te reguleeren. Pk-  Raakende de Zeevonden en Strandrooveryen. gn 3- De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen, die deefen zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Dat, nademaal van tyd tot tyd verfcheide questien zyn ontdaan over de wyfe, op welke de geborge Goederen uit reddeloofe, geftrande, of gefonke Scheepen, benoorden de Maafe zouden worden behandeld, ter fiake dat by geen Wet bepaald is, in welke gevallen de Helpers en Bergers der voorfz. Goederen en Scheepen zig moeten gedraagen, na de Placaaten op de Zeevonden geëmaneert, of wel na de Ordonnantiën op de Pilotage voor die van Vlieland en ter Schelling, mitsgaders voor die van Huisduinen, Helder, Petten, Calantsoog, Texel, en andere Plaatfen daar omtrent, op den 24 October 1098 gearrefteert; en vermits het niet anders dan tot zeer groot nadeel van de Commercie ftrekken kan, dat door diergelyke questien de Goederen of Scheepen, weike zoodanig nootlot hebben moeten ondergaan, dog egter geborgen of gered hebben kunnen worden, niet zoo fpoedig en zoo min kostbaar, als eenigfmts moogelyk is, aan de Eigenaars van defelve worden overgegeeven; en nadien wy voorts nog tot faveur van de Commercie geneegen zyn, om de ordres, welke reeds by de voorfz. Ordonnantiën op de Pilotage benoorden de Maafe, ten aanfien van de berging en extraditie der voorfz. Goederen en Scheepen, zyn vastgefteld, ook befuiden de Maafe, en dus over de geheele Provincie, te doen ftand grypen. Zoo is 't, dat wy tot voorkooming van de hier voorgemelde questien in het vervolg , en tot bereiking van ons verder voorgefteld oogmeik, na daar op ingenoomen te hebben de hoogwyfe confideratien en het advis van zyn Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erfftadhouder deefer Provincie, &c. &c. &c. goedgevonden hebben te ftatueeren ; gelyk wy ftatueeren by deefen: Eerftelyk ,• dat voortaan alle en een iegelyk zonder onderfcheid vvaarzy woonagtig zouden moogen zyn, en zulks 300 wel befuiden als benoorden de Maafe, dewelke eenige Goederen of Scheeps-Gereedfchappen uit de reddeloofe, geftrande of gefonke Scheepen, by irt of omtrent de Zeegaaten en langs de Zeeftranden van deefe Provincie opgevist en geborgen, of Scheepen gered zullen hebben, en door den Schipper, Eigenaar, of die geene die defelve reprefenteeren, daar by of omtrent gebleeven zynde, geinformeert zullen zyn geweest van de Plaats, alwaar de voorfz. Góederen , Scheeps - Gereedfchappen , en Scheepenen binnen deh Lande van Holland Placaat van de Staaten van Holland9 omtrent de behandeling der geborgen Goe, deren uit gefonkene Scheepen. Den 22 *iu1771* en Westvriesland t'huis hooren, of waar na toe defelve binnen deefe Provincie zyn gedeftineert, verpligt zullen zyn, alle moogelyke hulpe en asfiftentie te bewyfen, ten einde de zoodanige Goederen, Scheeps - Gereedfchappen en Scheepen derwaards, zoo fpoedig doenlyk, ter requifitie van den Schipper, Eigenaar, of die geene die defelve reprefenteeren, worden getranfporteert, en ten overftaan van den Commisfaris van de Pilotage of zyn Gecommitteerden, of, in geval aldaar ter Plaatfe geen Commisfaris van de Pilotage zoude refideeren, ten overftaan van den Geregte, aan den Schipper, Eigenaar of die geene die defelve reprefenteeren; onder behoorlyke en fuffifante cautie voor de voldoening der HulpBerg- en andere Loonen, mitsgaders de kosten, worden afgeleevert, op poene dat de geene, die daar van in gebreeke zullen blyven, of in teegendeel de meergemelde Goederen, Scheeps Gereedfchappen en Scheepen nietteegenftaande de voorfz. bekoome informatie , zullen hebben gefteld in handen van de Subftituten van de Pventmeefters derEpargnes, of op eenige wyfe buiten noodfaake zullen hebben opgehouden, daar meede alle pretenfien tot Berg- of ander Loon zullen kooI men te verbeuren, mits door of van weegen de Eigenaars of Geinteresfeerdens beweefen worde, dat de Schipper, Eigenaar, of die geene die defelve reprefenteeren, hy of omtrent de opvisüng en berging der Goederen en redding der Scheepen prefent zyn geweest, en aan die geene, welke de voorfz. Scheepen en Goederen gered en geborgen hebben, de gemelde informatie gegeeven hebben. En by aldien de voorfz. Scheepen mogten t' huis hooren binnen of gedeftineert waaren na een ander Quartier in deefe Provincie, benoorden of befuiden de Maafe, dan onder welkers Resfort defelve zyngefonken, reddeloos geraakt, of geftrand, zullen de zoodanige Scheepen en Goederen, zoo ras doenlyk en ter requifitie als boven, getran/porteert moeten worden na de naastgeleegene Stad of Plaats, daar de hulpe en asfiftentie is töegebragt, en aldaar ten overftaan van de Geregte aan, den Schipper, Eigenaar, of derfelver Reprefentanten, op den voet en onder de cautie zoo even gemeld, afgeleevert moeten worden, op pcene hier boven geftatueert, het welk meede plaats zal hebben met opfigt tot vreemde Goederen en Scheepen, die de wille hebben ten eerften weeder uit te gaan, of op de Kusten gebleeven en geborgen zyn. Ten tweede;, dat de voorfz. Subfïituten geene Goederen of Scheepen, als vooren geborgen en bekend geworden zynde, onder 2 hun-  8l2 Placaaten. 6. Boek. 2. Titul. hunne bewaaring zullen moogen neemen of ophouden, op poene dat boven de vergoeding van kosten, fchaade en interesfen zylieden zullen moeten gedoogen, dat de voorfz. Goederen of Scheepen ten hunnen kosten werden getranfporteert na de Plaatfen alwaar defelve t' huis hooren, of na dewelke zy gedellineert zyn: Alles met dien verftande ten aanfien van de geftrande Scheepen, dat door het gunt voorfz. is het opfigt of de beheering over de Zeeftranden in geenen deele zal worden geprasjudicieert of verkort, en dat dienvolgënde de redding van de op Strand geraakte Scheepen met kennis en onder het opfigt van de Subfiftituten van de Rentmeelters der Epargnes zal moeten gefchieden; zullende niet te min de Goederen uit zoodanige Scheepen geborgen niet moogen worden opgehouden, maar aan den Schipper, Eigenaar, of derfelver Reprefentanten vry gelaaten, ten einde, op den voet in het bovenltaande eerile Articul in de onderfcheidene gevallen gereguieert, getransporteert te worden, zonder dat daar toe eenig confent of permisfie van de voorfz. Rentmeelters of derfelver Subftituten noodig zal zyn. Ten derden; dat, nadien het Jigtelyk gebeuren kan, dat de Schipper, Eigenaar, of die geene die defelve Reprefenteeren, door toevallen verhindert worden, om by of omtrent de opvisfching en berging van de voorfz. Goederen en redding der Scheepen prefent te zyn, en daar door veroorfaakt zoude worden, dat de meergemelde Goederen en Scheepen immediatelyk na de berging en redding na de Plaats daar defelve behooren niet zouden kunnen worden vervoert, de voorfz. Bergers in dien gevalle abfolutelyk gehouden zullen zyn, de geborge Goederen en geredde Scheepen terftond aan te geeven, en onder bewaaring te ftellen van den Officier van de Plaats alwaar zylieden met zoodanige Goederen en Scheepen het eerst binnen deefe Provincie zullen aankoomen, en ten over/taan van defelve en twee uit den Geregte, of by abfentie van dien voor Notaris en Getuigen of ander by de hand zynde publicq Perfoon daar toe te kiefen, te doen inventarifeeren, met expürgatie des noods onder eede, dat zy geen meerdere of anderen Goederen geborgen, of geene van dien in hunne particuliere bewaaring gehouden hebben. Ten vierden; dat de gemelde Officier zorge zal moeten draagen, dat de voorfz. Goederen op de beste en minstkostbaare wyfe bewaard worden, en van het voorfz. geval kennis moeten geeven aan de Heeren Gecommitteerde Raaden waar onder hy resforteert, mitsgaders daar van advertentie moeten laaten doen in de Couranten. Ten vyfden; dat, by aldien de Schipper, I Eigenaar, of derfelver Reprefentanten, de voorfz. geborge en in bewaaring geltelde Goederen , binnen den tyd van veertien dagen na dat de voorfz. Advertentie in de Couranten zal zyn gedaan, komen te reclameeren, de gemelde Officier gehouden zal zyn, de voorfz. Goederen op vertooning van Cognofcement, Factuur, of ander gelyk bewys van Eigendom te laaten volgen, op den voet zoo als in de onderfcheidene gevallen hier vooren Articul I. is gemeld, ten einde defelve Goederen, binnen het Resfort van het Quartier, waar onder de Berging is gedaan, t' huis behoorende of daar na toe gedellineert zynde, derwaarts werden getranfporteert, en ten overftaan van den Commisfaris, zyn Gecommitteerde, of Ge' regte refpeélive, teegen behoorlyke cautie voor de voldoening der Hulp- Berg- en andere Loonen, mitsgaders voor de kosten van de cuftodie en vacatiën van de Officieren, en voor alle namaaninge (ten genoegen van gemelde Commisfaris, zyn Gecommitteerde, of Geregte reguleeren} of anders ten genoegen van het Gerecht van de Plaats, alwaar de Goederen in bevvaaring zyn gefteld, wanneer defelve onder het Resfort van een ander Quartier van deefe Provincie benoorden of befuiden de Maafe, of wel in het geheel buiten deefe Provincie t' huis hoorden of derwaarts gedeflineert mogten zyn, onder Quitantie aan de Eigenaars of die hun reprefenteeren afgeleevert te worden; en voorts van de gemelde reclame en affending kennisfe te geeven aan de Heeren Gecommitteerde Raaden van het Quartier waar onder hy resforteert. Ten zesden; dat de voorfz. tyd van veertien daagen geëxpireert zynde, zonder dat de Schipper, Eigenaar, of hunne Reprefentanten zig daar toe hebben opgedaan, de voorfz. Scheepen en Goederen gehouden zullen worden voor Zeedrift. En zal den Officier, onder welkers bewaaring de gemelde Scheepen en Goederen zyn gebragt en gebleeven, terftond na het expireeren van de voorfz. veertien dagen kennisfe moeten geeven aan de Heeren Gecommitteerde Raaden van het Quartier waar onder hy resforteert, dat de voorfz. Scheepen en Goederen niet gerechmeert zyn, ten einde de noodige ordres te /tellen, dat de voorfz. niet gereclameerde Scheepep en Goederen alsdan verder op den voet van de Placaaten op de Zee- en Strandvondery behandeld worden. Ten zevenden; dat alle questien en misverRanden, welke over de Hulp- Berg- Bewaaren andere Loonen , mitsgaders kosten van de voorfz. geredde Scheepen en geborge Goederen zouden moogen ontdaan, in cas defelve questien en misverftanden niet by minneJyk verdrag tusfehen de Geinteresfeerde Partyen onderling geadplaneert en vereffent mogten zyn, waar toe by deefe volkoomen vryheid word gelaaten, zullen moeten gebragt worden voor den Commisfaris van de Pilotage van de Stad daar de Scheepen of Goederen t'huis hooren, of waar na toe defelve gedeflineert zyn, om door denfelven Commisfaris, of wel by de goede Mannen, die hy ordonneeren zal, de plano en buiten figuur van Proces afgedaan tè worden, en dat, in gevalle daar ter Plaatfe geen Commisfaris zoude refideeren, de voorfz. questien insgelyks de plano en buiten figuur van  Raakende de Zeevonden en Strandrooveryeft. 813 van Proces getermineert zullen worden by die van den Geregte der gemelde Stad of Plaatfe daar de Goederen t'huis hooren, of na dewelke zy gedellineert zyn; zullende in het geval , dat de Scheepen binnen of na een ander Quartier van deefe Provincie benoorden of befuiden de Maafe mogten t' huis hooren, of gedellineert zyn, als onder welkers Resfort defelve zyn verongelukt, de voorfz. questien in voegen als vooren afgedaan moeten worden by die van den Geregte der naastgeleegene Stad of Plaats, daar de hulp en asfiftentie is töegebragt , gelyk aldaar meede getermineert zullen moeten worden de questien over Hulp- Bergof andere Loonen en Kosten ten aanfien van vreemde Goederen en Scheepen, die de wille hebben terftond weeder uit te gaan, of op de Kusten gebleeven of geborgen zyn. En zal van alle de voorfz. Decifien of Uitfpraaken geen Appel vallen, dan aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, onder wiens Diftricl de Helpers, Bergers, en andere Perfoonen, die eenige Hulp- Berg- Bewaar- of andere Loonen te pretendeeren hebben, woonagtig zyn, dewelke hier toe expresfelyk en in het hoogfte Resfort worden gecommitteert, welverftaande, dat alle de geene, die de Goederen in voegen als vooren door hun geborgen anders als hier vooren is gefegt, om daar meede hun profyt te doen, zullen hebben vervoert of verduiftert, als Dieven en Roovers zullen worden geftraft. Alle welke Decifien of Uitfpraaken, in kragt van Gewysdens gegaan zynde, alomme effeél forteeren en haare executie teegens de Eigenaars of Geconfigneerdens van de geborge of geholpe Scheepen of Goederen en derfelver Borgen gewinnen zullen moeten, zoodanig en in dier voegen als of defelve Decifien of Uitfpraaken geweefen en gedecerneert waaren by de ordinaris Juftitie van de Stad of Plaats, alwaar de voorfz. Eigenaars of Geconfigneerdens of Borgen refpeélive woonagtig zyn. Ten agtften; dat de gemelde Commisfaris of goede Mannen of die van den Geregte respeélivelyk, die de voorfz. questien zullen heb¬ ben afgedaan, voor hunne moeite of vacatiën genieten zullen een ftuiver van de gulden, te weeten een halve ftuiver van de Eigenaars van het geborgen of geholpen Schip of Goed, en een halve ftuiver van de Bergers, des dat dit Salaris voor ieder Schip of Laading niet zal moogen excedeeren de fom van vier honderd guldens. Ten neegenden; dat de Schippers of Eigenaars van de geredde Scheepen en geborge Goederen of derfelver Reprefentanten, mitsgaders de Helpers en Bergers voor den Commisfaris van de Pilotage of zyn Gecommitteerde zullen moeten verfchynen, en driemaal door een Notaris of Geregtsboode tot hunne kosten gedagvaart zynde, en niet compareerende, teegen defelve by defaut zal worden regt gedaan. En dat laatftelyk de Officieren, Helpers, Bergers, en andere Personen ten laste van de Eigenaars der geborge Goederen, een Schip of Schuit zullen vermoogen te huuren, om het geborge Goed daar meede te zenden daar het behoort, mitsgaders een Perfoon daar by te ftellen of te zenden, om het Berg- of ander Loon te ontfangen, welke voor zyne Reis- en Teerkosten boven het Bergloon zal genieten twee guldens daags, gelyk ook genieten zullen alle Bergers en Helpers, die opkoomen moeten, om hun Berg- of ander Loon te doen afmaaken en ontfangen, en dat voor ieder dag, zoo in het opkoomen en legdaagen, als keeren, alles na goedvinden van den Commisfaris, zyne goede Mannen of Geregte respective. Wordende hier meede alle voorige Placaaten, Ordres, en Inftruélien, op dit fubjeér. bevoorens geëmaneert, voor zoo veel het geftatueerde by de voorenllaande Ardculen daar aan is contrarieerende, mits deefen gehouden voor geabrogeert, en buiten effeél gefteld. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zoo begeeren wy, dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal worden daar het behoort en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 22 July 1772. (Onderfïond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,) C. CLOTTERBOOU 5K 3 Re.  8*4 Placaaten. 6. Boek 2. Titul. 5 4. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Bailliuwen Schepenen van 'sHage word gelaten de Judicatüure over zeker Perfoon, van Strandroof befchuldigt; onvermindert de deliberatien over dpfelve JurisdiclieQuaftie. Den 22 December 1778. Ontfangen een Misfive van Bailliuw, Burgemeesteren en Scheepenen van 's Gravenhage , gefchreeven in den Hage den 15 deefer, houdende, ter voldoening aan hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 20 November te vooren, derfelver Berigt op de Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove van den 19 der laatstgemelde maand, omtrent de Judicatüure over Dirk de Swart, Inwoonder van Scheveninge, weegens de Misdaad van Strandroof geaccufeert; met verfoek, dat, nadien de finale dispofitie over 'sHofsfuftenue omtrent de privative Jurisdictie over de misdaad van Strandroof, nog eenigen tyd konde blyven uitgetteld, terwyl voornoemden Dirk de Swart intusfchen zoude dienen te blyven in Gevangenis, hun Edele Groot Mog., hangende hoogst derfelver deliberatien, gelieven te verftaan, dat door den Bailliuw en Scheepenen van 'sHage met de reeds verre gevorderde Procedures teegens denfelven, in goede Juftitie werd voortgegaan; volgende het voorfz. Berigt hier na geinfereert. Edele Groot Mog. Heeren! Ter voldoening aan UEdele Groot Mog. Refolutie, in dato 20 November 1778, waar by UEd. Groot Mog. ons hebben gelieven toe te zenden eene Copie van de Misfive van den Prefident en Raaden van den Hove van den 19 van deielfde maand: hebben wy de eer UEdele Groot Mog. te berigten: Dat de Judicatüure over Dirk de Swart, onfen Inwoonder van Scheveninge, weegens de misdaad van Strandroof geaccufeert zynde by zynen dagelykfchen, ordinaris en competenten Regter, zynde Scheepenen van 'sGravenhage, niet is geëntameert ter geleegentheid van zyne apprehenfie door den Bailliuw van 's Hage, nu onlangs gedaan, zoo als nogtans by de voorfz. Misfive van welgemelde Hove fchynt te worden onderfleld, maar dat het is geweest in de maand September van den jaare 1777, wanneer korten tyd te vooren het Oostindisch Compagniefchip Overhout was geflrand, dat voornoemden Bailliuw aan Scheepenen van 'sHage heeft verfogt, zoo als ook aan hem isgeaccordeert, decreet van apprenfie, niet alleen teegens den voornoemden Dirk de Swart, maar ook als met en beneffens denfelven Dirk de Swart zig fchuldig gemaakt hebbende aan de mis¬ daad van Strandroof, tegen Cornelis Boon en Cornelis van der Lubbe, woonende insgelyks op den Dorpe van Scheveninge voornoemt: Dat de gemelde Perfoonen zig door de vlugt gefalveert hebbende, zoo als dan ook op den 20 September 1777, na dat van weegens den voornoemden Bailliuw te vergeefs huisfoekinge was gedaan, vervolgens tegen gemelde Perfoonen by Edicte en openbaare Klokkengeflag voor Scheepenen van 'sHage voort geprocedeert is, in zoo verre dat by Scheepenen van 's Hage het vierde defaut jegens hunlieden is verleend, geworden, en voorts gedient van intendith, en regt verfogt. !< Dat intusfchen de Huisvrouwen van voornoemden Dirk de Swart en Cornelis Boon, mitsgaders de Vader van voornoemde Cornelis van der Lubbe, zig by Request hebben geaddresfeert aan zyne Doorlugtige ffoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, &c. &c. &c. en daar by verfogt voor derfelver' respective Mans en Zoon Brieven van abolitie pro Deo: dat het gemelde Request door welgemelde zyn Doorlugtige Lloogheid gefteld zynde in handen van den Bailliuw van 's Hage om te dienen van Berigt, daar op vervolgens, na het overleeveren van het zelve Berigt, en ingenomen Advis van welgemelden Hove, by zyne Doorlugtige Hoogheid het verfoek by het voorfz. Request gedaan is gedeclineert. Wanneer wy vervolgens, Ed. Groot Mog. Heeren, uit de voorfz. Misfive van welgemelde Hove hebben gezien, dat het zelve Plof, door de by den Bailliuw gedaane apprehenfie van voornoemden Dirk de Swart, en het niet voldoen aan de daar op gevolgde reclaame by den Procureur Generaal gedaan, oordeelt difficulteit ontmoet te hebben in de oeffening van de Judicatüure over de misdaad van Strandroof, welke het Hof fuftineert aan hun privativelyk te competeeren, in zoo verre, dat het zig verpligt gevonden heeft, de gewigtige deliberatien van UEd. Groot Mog. daar meede te interrunipeeren; zoo hebben wy niet kunnen Pene' treeren welke meerdere difficu/te/c voor den Hove geleegen is in de Procedures, welke thans, nu de voornoemden Dirk de Swart in Gevangenis is, tegen denfelven gevoerd worden, dafl toen te vooren teegen denfelve, mitsgaders voornoemden  Raakende de Zeevonden en Strandrooveryen» $1% den Cornelis Boon en Cornelis van der Lubbe, voor Scheepenen van 's Hage by contumacie is geprocedeert. En hierom hadden wy ons geflatteert, dat het Hof geoordeelt zou hebben zig ook te kunnen dispenfeeren, om, tergeleegentheid van de apprehenfie van voornoemden Dirk de Swart, zig aan UEdele Groot Mog. te addresfeeren. Wat de fultenue van welgemelde Hove betreft omtrent de privacive Jurisdictie, welke aan hun over de misdaad van Strandroof zou competeeren, desweegens zullen wy ons niet inlaaten, als met alle onderdanigheid vertrouwende, ons, even a!s by welgemelden Hove in de voorfz. Misfive is gedaan, ten opfigt van desfelfs gemelde fultenue, meede te mogen refereeren tot het geen over die materie tegen defelve fultenue van den Hove te meermalen aan UEdele Groot Mog. is voorgedragen. Dan nadien de finaale dispofitie van UEd. Groot Mog. hier over nog eenigen tyd zou kannen blyven uitgefteld, terwyl voornoemden Dirk de Swart intusfchen zou dienen te blyven in Gevangenis , zoo neemen wy de vryheid onderdanig te verfoeken, dat UEd. Groot Mog. hangende hoogst derfelver deliberatien, gelieven goed te vinden en te verftaan, dat door den Bailliuw en Scheepenen van 'sHage met de voorfz. reeds verre gevorderde Procedures word voortgegaan, zodanig als defelve in goede Jufticie zullen oordeelen te behooren. ^ Waar meede toaete Groot Mog Heeren, wy God AImagtig bidden dat hy de Perfoonen van UEdele Groot Mog. wil Zeegenen en derfelver Regeering voorfpoedig maaken» Gefchreeven in den Hage den 15 December 1778. (Onderfond f) U Edele Groot Mogendens onderdanige Dienaarem Bailliuw, Burgemeesteren en Scheepen van 's Gravenhage.(Lager/lond,) Ter Ordonnantie van defelve» (Geteekent,) ï- P. VAN DER HAER» Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, ter bevordering der Juftitie , en behoudens de vrye deliberatie van hun Edele Groot Mog. over de generaale vraag door welk een Regter het Crimen van Strandroof beregt moet worden, de Bailliuw en Scheepenen van 'sGravenhage by deefen teauctorifee* ren, om met de Procedures teegen den gemelden Dirk de Swart voor te gaan, als defelve in goede Juftitie zullen oordeelen te behooren, zonder dat hier meede aan het gefuftineerde van den Hove omtrent derfelver privative Jurisdictie over de misdaad van Strandroof eenige prejudicie zal worden töegebragt. En zal Extraét deefer Refolutie gefonden worden aan de Prefident en Raaden van den Hove, mitsgaders aan Bailliuw, Burgemeesteren en Scheepenen van 'sGravenhage, om zig daar na te reguleeren, •> Refolutie van de Staaten van Holland, houdende verklaring dat zekere Sententie van Gecommitteerde Raaden, in appel geweefen over een quaftie van Berg-loonen, geen Revifie onderhevig is. Den 27 Mey 1785. TT\e Heer Penfionaris van Zeeberg heeft JL/ ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren hun Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Juftitie, hebbende, ingevolge en ter voldoeninge van hun Ed. Gr. Mog. Appointement coinmisf. van den 13 Mey laatstleden, geëxamineert het Request vanSimon Mosfel en Dirk Pietersz. Visfer, voor zig en Medeftanders, Zeelieden van Tesfel, als met diverfe Vaartuigen, Vinders, en Bergers van het geftrand en verlaaten Schip genaamd St. Antonio, gevoerd geweest door Capitein Antonia Pereira Dos Santos, verfoekende verklaaring, het zy by interpretatie (voor zoo veel des noods) van hun Edele Gr. Mog. Placaat, nopens het bergen van Goederen L>ït gefonke en geftrande Schepen van den 22 july 1772, of anderfints, dat 'er geen revifie valt van zekere Sententie ten behoeve van de Supplianten in appel gewefen door Heeren Gecommitteerde Raden in Westvriesland en het Noorder Quartier op den 1 April laatstleden, conform aan eene decifie of uitfpraak van goede Mannen door hun Edele Gr. Mog. Commisfaris op het Stuk van de Pilotage te Amfterdam ge committeert • ofte wel anderfints^ prefixie van eenen korten tyd, binnen welke der Supplianten Partyen, zynde de Kooplieden Sylva en Compagnie te Amfterdam qq gehouden zouden zyn zoodanige revifie te vervolgen op poene van defertie. En dat zy Heeren Gecommitteerden den inhoud van het bovengemelde hun Edele Gr* Mog. Placaat van den 22 July 1772, en het daar by gegeven voörfchrift nopens de wyfe, op welke de ontftaane verfchilien over de hulp en Bergloonen zouden worden getermineert, vergeleken hebbende met het manifest oogmerk van hun Ed* Gr. Mog., om zoortgelyke  gIf5 Placaaten. 6. Boek. 2. Titul. ke procedures zoo min mogelyk kostbaar, omflagtig, of langwylig te maken, mitsdien de uitdrukkelyk daar by voorkomende verklaaring, dat Heeren Gecommitteerde Raden van dat Diftriét, aan welke van eenige uitfpraaken van goede Mannen, door den Commisfaris op het Stuk van de Pilotage daar toe benoemd, geappelleerd zoude zyn, ten aanfien van zulke zaaken wyfen zouden in het hoogfte resfort, niet anders hadden kunnen aanmerken, dan als eene directe uitfluiting van het in andere gevallen gewoone middel van Revifie. Dat zy Heeren Gecommitteerden ten vollen overtuigd, dat eene behandeling van zaaken naar dusdanig denkbeeld ingerigt, ook fteeds tot de meeste bevordering der belangen van de Commercie zoude kunnen (trekken, derhalven gemeend hadden, dat daar by behoorde te worden geperfifteerd. Waar op gedelibereert zynde, is, conform het advis van de voorfchreve Heeren hun Ed. Gr. Mog. Gecommitteerden, dienvolgënde goedgevonden en verftaan, op der Supplianten voorfz. gedaan verfoek, voor zoo veel des noods, nader te verklaaren, dat de Sententien door Heeren Gecommitteerde Raden respeétivelyk, uit kragte van het gefegde Placaat van den 22 July 1772, in Appel geweefen over de ontftaane questien wegens de hulpberg- bewaar- en andere Loonen, mitsgaders wegens de kosten van de by dat zelve Placaat vermelde geredde Schepen en geborge Goederen . niet onderhevig zyn aan het middel van Revifie. En zal Extraét van defe Refolutie gefonden worden aan Heeren Gecommitteerde Raden in de beide Quartieren, tot informatie en narigt. <5# Publicatie van de Staaten van Holland, houdende Amnestie ten behoeven van eenige Ingefetenen van Schevening, die zig aan Strandroof hadden fchuldig gemaakt. Den 17 November 1785. T*\e Staaten van Holland en Westvnes\J land, Allen den geenen die deefen zullen fien, of hooren leefen; falut: Alfoo ons te kennen is gegeeven door de Kerkenraad der Gereformeerde Gemeente, mitsgaders Kerkmeesteren en Regenten der respeclive Godshuifen, en eenige verdere Ingefeetenen van den Dorpe van Scheevening, dat nu onlangs eenige Planken van geringe waarde aan het Strand van en omtrent Scheevening voornoemt zynde aangefpoelt, defelve door eenige arme Ingefeetenen waren opgenoomen en aan andere Ingefeetenen overgedaan geworden; dat hoe zeer de waarde van die Planken, zoo wel als de daar voor gegee ve prys, zeer weinig importeerde, zulks egter ten gevolge had gehad , dat het zelve ter kennisfe van den Bailliuw van'sGravenhage gekoomen zynde, desweegens door denfelven R. O. crimineele Procedures waren geëntameert, en bereids vyf Perfoonen waren geapprehendeert geworden, terwyl andere zig met de vlugt hadden gefalveert; dat niet alleen onder de gemelde geap> prehendeerde en geaufugieerde Perfoonen gevonden wierden Kinderen, maar boven dien zig ook bevond een en ander der notabele en bejaarde Ingefeetenen, welke nimmer eenige fchyn van wangedrag hadden gegeeven, of hun aan eenig bekent misdryf hadden fchuldig gemaakt, nog ook daar van eenigfints waren verdagt gehouden, maar in tegendeel door hun voorbeeldig gedrag in Kerke en andere publique Bedieningen waren geëmployeert geworden, dat daarenboven het gerugt wilde, en het ook vry waarfchynlyk, zoo niet zeeker was, dat een aantal andere Ingefeetenen van Scheeving voornoemt, zig meede fchuldig hadden gemaakt aan het opneemen of koopen | van de nu onlangs aangefpoelde Planken, waar omtrent de Supplianten voorfaagen, dat offchoon defelve Planken meest al op de Strand gelegt, alfoo gereftitueert waren, de Juftitie by nader onderfoek niet buiten activiteit zoude kunnen blyven; dat ondertusfchen de twee eerfte Supplianten, Zoo uit hoofde van hunne Bedieningen in het voorfz. Dorp, als de byfondere betrekking, welke zy neevens de verdere Supplianten op de welvaart en bloey van het Dorp, en de Ingefeetenen van dien hadden, in confideratie hadden genoomen; dat by aldien met het crimineel onderfoek der voorfz. zaake na rigeur wierd te werk gegaan, daar uit noodwendig zoude proflueeren dat een groot aantal van Ingefeetenen van den voorfz. Dorpe ongelukkig gemaakt, veele Vrouwen en Kinderen in de uiterfte armoede gedompelt, tot laste van de reeds zeer befwaarde Ar- \ mén zouden vervallen, en het gemelde Dorp [ van veele haarer Ingefeetenen berooft, een totale ondergang te wagten had; weshalven de Supplianten ootmoediglyk verfogten, dat wy uit onfe Souveraine magt en authoriteït ter zaake voorfz. zouden gelieven te verleenen een generale Amnestie voor de Ingefeetenen van Scheeving voornoemt, en dienvolgënde te ordonneeren, dat al het geene ter zaake voorfz. door eenige Ingefeetenen van den Dorpe van Scheevening, of wie het ook zoude mogen weefen, is misdaan, van nu voortaan zoude zyn en blyven vergeeten en vergeeven, met interdictie aan alle Jufticieren en Officieren, daar op nu of namaals eenig onderfoek, calange of vervolg te doen, en daar van te depecheeren Acle in commumi firma pro Deo ; Z o 0 1 s 't , dat wy 'de zaake voorfz. ovei- ' gemerkt hebbende, en na ingenoomen te hebben  Raakendë de Zeevonden en Strandrooveryen. 817 ben hec Berigt van Schepenen van 's Gravenhage, conform het advis van Heeren Gecommitteerden uit onfe Vergadering, geneegen weefende ter beede van de Supplianten, gratie voor rigeur van Ju/h'tie te pnefereeren, uit onfe Souveraine magt en authoriteit hebben goedgevonden en verftaan, in dit geval te ordonneeren, zoo als wy ordonneeren by deefe, dat al het geene ter faake hier voren gemeld, zoo door de Ingefeetenen van den Dorpe van Scheevening, of wie het ook zy, in het generaal, als door Arie Koofe van Zaanen, en desfelfs Huisvrouw Leuntje Arends Dogter Knoeftert, Cornelia Knoeftert, Huisvrouw van Willem Arendfz. Groen, Korvins Bronsvelt en Maarten Bruyn, thans Gedetineerdens alhier in den Hage, in het byfonder eenigfints is misdaan, zal zyn en blyven vergeeten en Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 17 November 1785. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,) C. CLOTTERBOOKE. vergeeven, met interdictie aan alle Officieren en Jufticieren, daar op nu of namaals eenig onderioek, calange of vervolg te doen. Gelasten wyders alle en een iegelyk, van wat ftaat of conditie hy zoude mogen zyn, zig voor het toekoomende van alle zoortgelyke zaaken, en wat daar na fweemt, te onthouden, op poene, dat die zig in het vervolg op eenigerhande wyfe daar aan fchuldig zullen maken, zonder eenige de minfte oogluiking op het allerftrengfte na vereisch van zaaken zullen worden geftraft. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, begeeren wy , dat deefe na voorgaande Klokkegeflag alhier in den Hage, en binnen den Dorpe van Scheevening zal worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfe alwaar zulks te gefchieden gebruikelyk is. DERDE T I T U L. Raakende de Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 1. Waarfchouwing van Gecommitteerde Raaden van Holland, tot maintien van het Veer, van Stolwyk op Stolwykerjluis opgerecht. Den 5 April 1769. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland, doen te weeten; Alfoo ter onfer kennisfe gekoomen is, datnietteegenftaande wy ten nutte van haar Edele Groot Mogende Domainen, hebben opgeregt een Veer van Stolwyk op Stolwykerfluys, ten einde der Ingefeetenen Goederen op eene behoorlyke wyfe te Waater zouden kunnen worden vervoert, en mitsdien niemand vermag met zyne Schuyten de Goederen van andere Luyden derwaarts te tranfporteeren, dewyle daar door het voorfz. opgeIX. Deel. rigt Veer noodwendig te niete zoude geraaken, egter diverfe Luyden zig niet ontfien zulks by continuatie te blyven doen, fchoon zelfs desweegens vermaant zynde; Zoo is 't, dat wy, tot maintien van 's Lands Rechten en Regalien, goedgevonden hebben alle en een iegelyken te waarfchouwen en te doen waarfchouwen by deefen, dat niemand wie hy ook zoude moogen weelèn zig vervordere eenige Pasfagiers ofte Goederen, hem zeiven niet toekoomende, met eenige Schuyten of Scheepen van Stolwyk op 5L Stol-  8i8 Placaaten. 6". Boek. 3. Titul. Stolwykerfluys, of van daar te rug, te voeren of te tranfporteeren, zonder expres confent van de Huurders van het voorfz. Veer, op pcene van twee ponden te veertig grooten het pond van ieder Pasfagier of ftuk Goeds het geen contrarie deefer zal weefen vervoert, mitsgaders op poene van dubbelde Vragtloonen, zoo weegens ieder der voornoemde alfoo overgebragte Pasfagiers, als weegens ieder ftuk Goeds te verbeuren, welke Vragtloonen, zoo enkelde als dubbelde, zullen genooten worden by de Huurders van het Veer, en de resfpettive boetens van twee guldens bekeert worden voor de eene helfte ten profyte van den Officier die de calange zal doen en de weederhelfte voor den Aanbrenger: En zullen de Schuyten en Goederen voor de voorfz. boetens zyn arreftabel en executabel: Lastende haar Edele Mogende, ten einde niemand eenige ignorantie zoude kunnen voorwenden, dat deefe Waarfchouwing zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar en zoo zulks te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage den 5 April 1769. (Onderftond Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. QVas geteekent,) A. J. R O Y E R. s. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan de Stad Gouda word afgeftaanhef een derde part van de inkomften der Gabellen van het Moordrechtfche verlaat, aan de Graaflykheld competeerende; mitsgaders het Veer van Gouda op Bodegraven. Den jq Mey 1769. y De Heer van Boetfelaar, Heere van Nieuveen, heeft ter Vergadering gerapporteerd , dat de Heeren haar Edele Groot Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Domeinen, ingevolge en ter voldoeninge van den Appoinétemente Commisforiaal van den 15 Maart deefes jaars, met en beneevens de Gecommitteerde Raaden , hebben geëxamineert de Requeste aan haar Edele Groot Mog. geprefenteert by of van wegen Burgemeesteren en Regeerders der Stad Gouda, te kennen geevende, dat hun is competeerende twee derdeparten, en haar Edele Groot Mog. Domeinen een derde part in de Gabelle van het Moordrechtfe verlaat, laatst op den 25 February 1768 verpagc voor den tyd van drie jaaren, ingegaan den 1 April van dat zelve jaar, en te expireeren ultimo Maart 1771 aan zeekere Pieter de Jongh, voor de fomme van drie honderd een en twintig guldens jaarlyks; en dat zy Burgemeesteren en Regeerders voornoemt veele jaaren aan den anderen van de geweefene Raaden en Meesters van de Reekeningen van haar Edele Groot Mog. Domeinen, en nu nog van haar Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raaden in pagte hebben gehad het Veer op Bodegraven, voor eene fomme van eene gulde jaarlyks; verfoekende Burgemeesteren en Regeerders voornoemt, dat, vermits zy voor en ten behoeve der voorfz. Stad Gouda de voorfz. Gabelle geheel, gelyk ook het voorfz. Veer m eigendom gaarne wenschten te hebben , haar Ed. Groot Mog. het voorfz. een derde part in voorfz. Gabelle mitsgaders het voorfz Veer aan hun ten behoeve der voorfz. Stad' tot een reedeiykeprys gelieven te accordeeren. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerden met relatie tot het voorfz. verlaat hadden ontdekt, dat door Keizer Carel, als Grave van Holland, op den 24 July i545 aan Bur# gemeesteren, Scheepenen, en GemeinenRaade van der Steede Gouda, zoo voor hen zeiven als ten behoeve van de Gemeene Inwoonders der voorfz. Steden, was geconfenteerd dat zy ten kosten derfelve Stede en ten fine' daar by vermeld, zouden mogen doen maken het voorgemelde verlaat; behoudelyk dat alle Scheepen, die gelaaden daar door zouden vaaren , elke reife gaande of koomende zouden moeten betaalen eenen groote Vlaamfch waar van de voorfz. Stede zoo tot fupport van de kosten van het maken als van het onderhouden van het voorfz. verlaat, zouden genieten twee derde gedeekens, en hoogstgemelde Grave het overige derde; en voorts onder die notabele Conditie, dat, indien hier namaals bevonden mogte worden, dat het voorfz. verlaat der Gemeine welvaart fchadelyken waare, dat hoogstgemelde Grave of zyne Nakomelingen 't zelve zouden mogen ordonneeren weder af te doen, en alle dingen te ftellen in /late , gelyk die toen waaren. Pat  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 8it) 3- Refolutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie tot het heffen van een Tol, tot reparatie en in f andhouding van de hooge Waddinxveenfche Brugge. Den 3 April 1770. By refuratie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 11 January defes jaars, en den 27 daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende , in gevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mog, Appointement Commisfo5L 2 haal Dat daar uit confteerde, dat het voorfz., een derde part, by de Graaffelykheid als nog genooten wordende, veel eer als een Recognitie voor het verleent Confent, dan wel als een eigentlyk gefegd Regaal moeste aangemerkt worden, yvelgemelde Heeren Gecommitteerden vermeend hadden, dat het zelve dien volgende zonder praejuditie van den Lande, of zonder dat daar uit tot andere zaaken eenige verkeerde illatien of confequemien zouden kunnen gehaald worden, ten behoeve van de Stad Gouda zoude kunnen worden verkogt, en ten dien einde met Heeren Gedeputeerden uit defelve in Conferentie getreeden, en op de verfeekering van gemelde Heeren Gedeputeerden, dat de inkomilen van het voorfz. verlaat van tyd tot tyd minder zouden worden , uit hoofde van de vermindering van het Veer, het geen haast vergraaven zoude zyn, vervolgens onder approbatie van haar Ed. Groot Mog. geconvenieert waaren, dat voor den afitand van het voorfz. derde part ten behoeve van den Lande zoude worden betaalt de fomme van vyf duifend vier honderd guldens 'eens geld, mits dat, in cas van het voorfz. verlaat, uit hoofde dat der Gemeine welvaart fchaadelyk geoordeelt wierd, naderhand op bevel van haar Ed. Groot Mog. mogte worden ge/topt, de voorfz. fomme als dan aan hun zoude worden gereftitueert. Dat met opfigt tot het voorgemelde Veertje van Gouda op Bodegraven welgemelde Heeren Gecommitteerden geinformeert waaren, niet alleen dat het zelve booven Menfchen geheugen by de Stad Gouda voor eene galde jaarlyks in Pagt was genoomen, maar ook dat het zelve van zo geringe Vsleur en aanfien was, dat de voorfz. Stad daar van niets ter Weereld quam te genieten, en zelfs moeite had, om eenig Perfoon tot waarneeming van dien te vinden. Dat zy wyders reflecteerende, dat haar Ed. Groot Mog. in diverfe geleegentheeden, en ook by het verkoopen van veelvuldige Am- l bagtsheerlykheeden uit de Domeinen, zig niet \ ongeneegen getoont hadden, om het Regt van Veeren, hoe wel een Regaal, zynde, aan Particulieren over te doen, mits geen reedenen van belang ter Contrarie militeerden, en dat fpeciaal in het questieufe geval van het ver¬ koopen van dit Veertje, geen nadeel fcheen te dugten te zyn, dienvolgënde te deefer zaake met meergemelde Heeren Gedeputeerden moede in onderhandeling getreeden zynde,het onderling eens geworden waaren, dat'daarvoor zoude betaalt worden eens een fomme van honderd gulden?. W;iar op gedelibereert zynde, is, Conform het Advis van welgemelde ïleeren Gecommitteerden, goedgevonden en verftaan, dat aan Burgemeesteren en Regeerders der Srad Gouda ten behoeve van defelve Stad zal worden gecedeert en afgeftaan het een derde part van de inkomilen der Gabellen van het Moordrechtfe verlaat, aan dë Graaflykheid Corapeteerende, mir-ga Iers het Veer van Gouda op Bodegraven, mits daar voor betaalende ten Comptoire van den Rentmeer.ter Generaal van Noordholland, Kennemerland en Brederode in het Zuider Quartier; te weeten voor het voorfz. een derde part de fomme van vyf duifend en vier honderd guldens; en voor het voorfz. Veertje de fomme van honderd guldens, en dus te laraen de fomme van vyf duifend en vyf honderd guldens; onder Conditie nogtans, dat de Pagtpenningen van de voorfz. Gabellen van den eerften April deefes jftarsaf zullen koonion ten behoeven van de voorfz. Stad Gouda; en dat in Cas het voorfz. verlaat, uit hoofde dat der Gemeene welvaart fchaadelyk geoordeelt wierd, naderhand op bevel van haar Ed. Groot Mog. mogte worden gedopt, de' voorgemelde fomme van vyf duifend en vier honderd guldens aan Burgemeesteren en Regeerders voornoemt zal worden gereftitueert; en eindelyk, dat welgemelde Burgemeesteren en Regeerders, alvoorens het effect van deefe haar Edele Groot Mog. Refolutie te mogen genieten, gehouden zullen zyn, defelve aan Heeren Gecommitteerde Raaden ! te prefenteeren, in qualiteit als by haar Ed. Groot Mog. geauthorifèert tot het bewind en direefie van en over de Domeinen en Domiifêffè Pvegten van haar Edele Groot Mog. ofn aldaar gevifiteert, geinterineert en geregiftreert te worden, ais meede om Copie AuSienticq van defelve Refolutie aan den gemelde Rentmeester Generaal over te Ieeveren, ombyde verantwoording van de voorfz, Capiraalen by zyne Reekening te worden overgelegt.  820 Placaaten. 6". Boek. 3. Titul. riaal van den 25 November daar te vooren, geëxamineert de Requeste van den Bailliuw, Schout en Gerechte van Bloemendaal benevens Schout en Geregte van Zuid Waddinxveen en verdere Geinteresfeerdens in de hooge Waddinxveenfche Brugge, gelegen over de Rivier de Gouwe, om de daar by geallegeerde redenen verfoekende, dat haar Ed. Gr. Mog. gelieven te permitteeren, dat de Supplianten de voorfchreeve hooge Waddinxveenfche Brugge, ftaande in het Quohier van de ordinaris Verponding aangeflagen op ƒ 108 - o - o, als een zaak en Gebouw zynde, waar van geenvrugten worden getrokken, ten einde van het nog loopend Oclroy, en zulks met den 30 April aanftaande zouden mogen abandonneeren, des de Verpondingen zoo ordinaris als extraordinaris zuyverende tot en met den jaare 1770 incluis, dan wel, ingevalle het haar Edele Groot Mog. mogte behagen, dat de gemelde Brugge en derfelver overtogt door de Supplianten wierde geconferveert, haar Edele Gr. Mog. in dat geval de Supplianten zouden gelieven te qualificeeren om met den eerften Mey 1770, en vervolgens tot een Tol te mogen vorderen en ontfangen, te weeten. Van een Karos, Koetswagen, of ander Rytuyg, met twee of meer Paarden getrokken wordende, twee Halvers. Van een Wagen met één Paard eene ftuiver en agt penningen. Van een Kar of Chaisfe met een Paard eene ftuiver, de Perfoonen daar op zittende, daar onder begrepen. Van een Paard agt penningen. Van een Os, Koe of Hoornbeest vier penningen. Van ieder Schaap of Varken twee penningen. En van ieder Perfoon over de voorfchreeve Brug pasfeerende twee penningen, even zoo als de Supplianten by hun Requeste in den den jaare 1749, waar op het voorig Oclroy j is verleent, hadden verfogt, of wel anderfints I de Supplianten op zoodanige andere wys in ftaat te ftellen, om de voorfchreeve Brug buiten hun verdere last en befwaar in wefen te kunnen houden, als haar Edele Gr. Mog. zouden vinden te behooren. Is goedgevonden en verftaan, de Supplianten te qualificeeren, om tot fupport der onkosten , welke zullen moeten worden gedaan, om de voorfchreeve Brug naar vereischt te repareeren, en vervolgens in ftaat te houden, van al het geen over de voorfchreeve Brug pasfeert, wederom voor den työ van twinti» jaaren, en zulks met den eerften Mey 1770 tot een Tol te mogen heften , Art, I. Van een Karos, Koetswagen of ander Rytuyg met twee of meer Paarden getrokken wordende, twee ftuivers. I I. Van een Wagen met een Paard, eene ftuiver agt penningen. I I I. Van een Kar of Chaisfe met een Paard, eene ftuiver, de Perfoonen, daar op zittende , daar onder begrepen. I V. Voor een Paard, agt penningen. V. Van een Os, Koe of Hoornbeest, vier penningen. V I. Van ieder Schaap of Varken, twee penningen. V I L En van ieder Perfoon over de voorfchreeve Brug pasfeerende, twee Penningen. Des dat Dykgraaf en Hoogheemraden van Rhynland en derfelver Bediendens voor hunne Perfoonen, Rytuygen en Paarden, als mede de Ingefetenen van de beide Ambagten van Waddinxveen en Bloemendaal, zoo in opfigt van hunne Perfoonen, als van hunne Wagens, Paarden en Beesten daar over rydende en de zelve lydende of dryvende, de vrye pasfage over defelve Brug zullen hebben. En dat de Supplianten gehouden zullen zy aan de Heeren Gecommitteerde Raden te doen fpecifique opgeving en rekening van de kosten, die tot reparatie der voorfchreeve Brug zullen worden geimpendeert, als mede, om, wanneer de Supplianten by het eindigen van de voorfchreeve twintig jaaren, continuatie van Octroy tot het heffen der voorfchreeve Tol zouden willen verfoeken, als dan ook te exhibeeren een Rekening van het geen de voorfchreeve Tol in de twintig jaaren zal hebben opgebragt, alles ongeprsejudicieert het regt, het geen Dykgraaf en Hoogheemraden van Rhynland op de voorfchreeve Brugge zouden mogen pretendeeren te hebben. En word der Supplianten verder verfoek gewefen van de hand. Re-  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 821 * ^folutie van de Staaten van Hofland 9 houdende approbatie op zeker p/a„ en Cm, tie tot bet formeeren van een Rywejr ym ^Gravenmoer na de Langfiraat, over de Jurisdictie van Groot Waspik en Elf - half hoevin ' 'Den 19 November 1775. ' By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 3 r Augustus deefes jaars, en den 15 September daar aan ter Vergadering ingekomen, hebbende, ter voldoening aan haar Edele Groot Mog. Appointement Commisforiaal van den 20 July te vooren geëxamineert de Requeste van Schout en Scheepenen der Heerlykheid's Gravemoer mitsgaders Schout en Geregte van Groot Waspik Elf-half hoeven, om de daar by geallegeerde reedenen in lubftantie verfoekende, dat haar Edele Groot Mog. zeeker Plan en Conventie tot het maaken van een Ryweg van 's Gravenmoer na de Langftraat over de Jurisdictie van Groot Waspik en Elf half hoe ven, door de Supplianten geformeert en aangegaan, gelyk het zelve by de voorfz. Requeste is geannexeert, gelieven te aggreeeren, en voorts de Supplianten, tot goedmaking van de kosten van het jaarlyks onderhoud^van defelve Weg, Brugge en aankleeve van dien, te permitteeren en auélorifeeren, om te mogen vorderen en ontfangen, voor Weg- of Bruggeld, van ieder Paard, het zy los en onder de Man, of voor Rytuvaen gefpannen, telken reyfe als het zelve zal pasfeeren, eene Suyver; voor ieder Runderbeest groot of klem, agt Penningen; voor ieder varken of Schaap twee penningen; en voor ieder Pasfagier te voet, het zy defelve de voorfz. Ryweg, ofwel den ouden Voetweg, pasfeert, vier penningen; dog alles met dien verftande en bepaaling, dat de weederfydfche Ingefeetenen, zoo van 'sGravemoer als Waspik en Elf-half hoeven, en het daar aan geleegen kleine Diltria Hendrik Luyten-Ambagt, over het geene zy onder 's Gravemoer of Waspik tot eigen gebruik haaien of brengen, van het voorfz. Weg of Burg - geld zullen weefen geëximeert, dog niet, wanneer zy Roopmans Goederen voeren of eenige andere Goederen van elders mogten haaien of brengen, en dat het zelve Weg- en Bruggeld ten gelyken voordeele van beide de Dorpen zal ftrekken, en door ieder alternative voor een gelyk getal van jaaren, of anders te faamen in gemeenfchap, dogalfints op een en defelve Inftruétie en conditiën zal werden verpagt; en van dit alles aan de Supplianten haar ^ Edele Groot Mog. Oclroy te verleenen. Is goedgevonden en verftaan, het Plan en de Conventie door de Supplianten tot hn formeeren van een Ryweg van 's Gravemoer na de Langftraat gemaakt en geflooten, mitsgaders aan derfelver voorfz. Requeste geannexeert, teapprobeeren; en voorts defelve, tot goedmaking van de kosten van het onderhoud van defelve Ryweg met de Brugen den aankleeven van dien; te au&orifeeren, om op den voet van de voorfz. Conventie, voor Weg en Bruggeld te mogen vorderen en ontfangen; voor ieder Paard, het zy los en onder de Man, of voor Karren en andere Rytuygen gefoannen, telken reife als defelve zullen pasfeeren een ftuiver; voor ieder Runderbeest, groot of klem, agt penningen; voor ieder Varken of Schaap twee penningen; en voor ieder Paslagter te voet, het zy defelve de voorfz. Ryweg of welden oudenvoetweg pasfeert, vier penningen; dog alles onder deefe voorwaarden en bepaaling, dat de recognitie, welke althans aan haar Ed. Groot Mog. Domeinen, voorde Voetweg van 's Gravenmoer na Cappelie word betaalt, jaarlyks zal worden voldaan; en dat voorts de weederzydfche Ingefeetenen zoo van s Gravemoer als Waspik en Elf - halfzeven, en het daar aan geleegen kleyneDiftrift van Hendrik Luyten - Ambagt, over het geene zy onder 's Gravemoer of Waspik voor eigen gebruik koomen te haaien of brengen van het voorfz. Weg- en Bruggeld zullen zyn geeximeerd, dog niet, wanneer zv Koopmans Goederen voeren, of eenige andere Goederen van elders mogten haaien of brengen, en dat het voorfz. Weg of Bruggeld ten gelyke voordeele van heide Dorpen zal {trekken, en door ieder alternative voor een gelyk getal van jaaren, of anders te zamen in gemeenfchap do* alfints op een en defelve Iiiftructie en Conditiën , zal worden verpagt, wordende van dit alles aan de Supplianten verleent Oclrov informa. J 5L 3 Waar-  822 Placaaten. 6. Boek. 3. Titul. 5. Waarfchouwing van den Raad van Sta¬ te, waar by het verbod van Pasfagie hoven en beneden het Veer agter de Jonkvrouwe Schans by Tfendyk tot de distantie van één en een half uur word geëxt en deert. Ben 9 Mey 1775. De Raad van Staaten der Vereenigde Nederlanden in ervaring gekomen zynde, dat door het meerder verval van het Water na de zyde van het Eyland veel misbruyk van Pasfagie gemaakt word in praejuditie van het Veer over het Canaal agter de Jonkvrouwe Schans by Yfendyk, en dat het dus nodig is, dat het verbod van Pasfagie binnen een uur gaans boven en beneeden het voorfz. Veer, by haar Edele Mog. Waarfchouwing van den 24 January 1758 gedaan, verder als een uur gaans boven en beneeden het voorfz. Veer word geëxtendeert, hebben alle en een iegelyk mits deefen wel willen waarfchouwen en teffens interdiceeren, om binnen de diftantie van een en een half uur gaans boven en beneeden het Veer agter de Jonkvrouwen Schans 6. De Heer van der Does, Heere van Noortwyk, heeft ter Vergadering gerapporteert, dat neevens de Heeren haar Edele Groot Mogende Gecommitteerdens tot de zaaken van deDomeynen, mitsgaders meten beneevens de Heeren Gecommitteerde Raaden, ingevolge en ter Voldoening aan haar Edele Groot Mogende marginale Appostille van den 10 December 1773, had geëxamineert de Re- by Yfendyk door het Canaal te ryden, eenige Pasfagiers of derfelver Goederen, het zy met Wagens of Schuyten, in praejuditie van het voorfz, Veer, over te brengen, op poene van jegens deefe interdictie contravenieèrende erf agterhaalt wordende telkens te verbeuren twee ponden Vlaams ten behoeven van den Veerman, en daarenboven nog gehouden te zyn te betalen het Veergeld, het welk wegens de Pasfagie van het Canaal, of het transport der Perfoonen en Goederen volgens de Verpagtings - Conditiën aan den Pagter moet werden voldaan, En op dat een iegenlyk hier van behoorlyke kennis hebbe, zal deefe te Yfendyk, aan het Veer en verder ter plaatfe daar het behoort geaffigeert werden. queste van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem, als Ambagtsheeren van Zeevenhoven en Noorden, waar by defelve, om daar by geallegeerde reedenen verfoeken, dat haar Edele Groot Mogende het regt van de Veeren in de voorfz. Arabagtsheer/ykheid aan hun teegen eene Convenable prys zouden gelieven te verkoopen en af te /fc^n. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerdens, en Aldus gedaan in den Raad van Staaten in 's Gravenhage den 9 Mey 1775. (JVas geparapheert,) % B. v. d. SANDHEUVEL, vt. (Onderftond f) Ter ordonnantie van de Raad van Staaten. (JVas geteekent,") i J. van H E E S. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by aan Burgemeesteren en Regeerders van Haarlem word gecedeert het recht van de Veeren van Zevenhoven en Noorden op de Steeden Leyden en Amfterdam, op den voet van een Ordonnantie en Reglement, daar benevens geapprobeert. Den 2 Oclober 1777.  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 323 en Gecommitteerde Raaden vervolgens bevonden hadden, dat het voorfchreeve verfoek zig eigentlyk bepaalde tot de thans in weefen zynde Veeren op de Steeden Leyden en Amfterdam , en dat het zelve daar op wierd gefundeert, dat by de generaale Conditiën, waarop de voorfchreeve Ambagtsheerlykheid in den jaare 1724 uit de Domeynen van haar Edele Groot Mogende publicquelyk was verkogt, onder anderen Art. 7. was verklaart, dat het legt van de Veeren of recognitiën van dien onder het gevolg van de Ambagtsheerlykheeden niet was begreepen, maar blyven zoude aan de Domeynen van haar Edele Groot Mog., des dat aan de Ambagtsheeren en aan de Gerechten respeclive geneegen zynde de regten te verkrygen, zoude vry ftaan zig desweegens te addresfeeren aan haar Edele Groot Mog., en dat als dan, na voorgaande examinatie van de zaake, en het arrefteeren of conformeeren van eene ordonnantie, mitsgaders Reglement op het veerfchat, daar op na bevinding van zaaken zoude worden gedisponeert. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerden en Gecommitteerde Raaden erkennende, dat de voorfchreeve toefegging meede relatie had tot de Koopers van de voorgemelde Ambagtsheerlykheid , dan ook vermeenden, dat in deefen alleen maar in aanmerking behoefde en behoorde te koomen, of 'er eenige voldoende reedenen zig in kas fubject op deeden, waarom de hier voorgemelde Veeren aan de Ambagtsheeren van Zevenhoven en Noorden niet behoorden gecedeert en in koop afgeftaan te worden; dog dat aan welgemelde Heeren daar omtrent niet alleen niets tegen het gedaane verfoek was voorgekoomen, maar hun zelfs was aange weefen, dat de voorgemelde Veeren aan de Domeynen van geen zonderlinge dienst of nut waaren, en alleen een jaarlykfche pagt of recognitie van zes guldens opbragten. Dat welgemelde Heeren Gecommitteerden en Gecommitteerde Raaden dus begrypende, dat, in gevolge de hier voorgemelde toefegging, de voorfchreeve Veeren aan Burgemeesteren en Regeerders van Haarlem in hunne voorfchreeve Qualiteit in koop zouden kunnen en behooren gecedeert te worden, met defelve in conferentie waaren gekoomen, zoo over het arrefteeren van de gerequireerde ordonnantie en Reglement, als over den Koopfchat, en vervolgens onderling hadden geconcipieert de hier na geinfereerde Ordonnantie en Reeglement, en verders aangaande de Koopfchat het eens waren geworden voor een fom van drie honderd guldens eens geld, zoo weegens het Domeyn felve, als weegens het daar op gefloote Regal; vermeenende zy Heeren Gecommitteerden , en Gecemmitteerde Raaden, dat beide voldoende waaren, zoo ter behoorlyke behandeling van de hier voorengemelde Veeren, en het daar in geleege nut van de goede Ingefeetenen van de voorfchreeve Ambagtsheerlykheid , als om den Lande weegens het te doene verlies van het verfogte Domeyn te dedommageeren. Reglement en Ordonnantie op de Vragt en en Vragtloonen, mitsgaders het afvaar en der veerfchuiten van de Dorpen van Zeevenhoyen en Noorden, op de Steeden Amfterdam en Leyden. DArt. I. e Schipper, op het voorfcheeve Veer, aanteftellen, en buiten welke zig niemand als Veerfchipper zal mogen gedragen, of eenige verfaameling van vragten, infonderheid op de gewoone Marktdagen, aanleggen, zullen gehouden zyn zig van eene bequaame Veerfchuit te voorfien, en defelve in goede order te houden, mitsgaders te maaken, dat zy in het vaaren altoos ten minfte van één Perfoon, als knegt, geadfifteerd worden. En zullen defelven niet alleen goede toeügt op alles, wat het veer raakt, moeten neemen, maar ook zorg moeten dragen, dat zoo de Pasfagiers, als de Inladers en verfenders der Goederen, ten allen tyde zoo door hen, als door hunne Knegts met behoorlyke befcheidenheid en beleeftheid worden behandelt; alles op poene van ter contrarie doende met een boete van zes guldens gemulcteert, ofwel anders na bevind van zaaken gecorrigeert te worden. I I. De Pasfagiers, in de voorfchreeve Schuit vaarende, zullen in weerwil van hunne meede Pasfagiers, of een derfelven, geen Tabak in de gemelde Schuyt mogen rooken, eningevalle, het zy desweegens, of wel om eenige andere oorfaak eenig verfchil onder den weg mogt ontftaan, zal het zelve door den Schipper met alle befcheidenheid worden geapplaneert, waar na een ieder zig geduurénde de reife zal moeten reguleeren. III. De Veerfchippers op Amfterdam en Leyden respeclive zullen gehouden zyn met hunne Veerfchuytop Amfterdam d*es Sondaags, en op Leyden des Vrydagsin elke week, 'smiddags ten vier uuren op hunne ordinaire Legplaats gereed te leggen, om de Goederen behoorlyk te kunnen inlaaden, uitgenoomen inde Wintermaanden van November, December January en February, wanner zulks by open Waater, 's middags ten twaalf uuren van de voorfchreeve dagen zal moeten weefen. , IV. De gemelde Veerfchippers zullen gehouden zyn op de van ouds gewoone tyden van hunne Legplaats af te vaaren, te weeten op Amfterdam Sondags 'savonds ten agt uuren en op Leiden Vrydags'savonds een uur voor Zonnenondergang; uitgefondert nogtans geduurénde de voornoem-  824 Placaaten. 6. Boek. 3. Titul. noemde vier Wintermaanden, wanneer de voorfchreeve Veerfchuyten by ligt weder ten zeeven uuren, en by donker weder respeétivelyk ten vyf uuren naar Amfterdam, enten drie uuren naar Leyden zullen afvaaren; zullende de Schippers gehouden zyn dit een en ander exaételyk te obferveeren, en wyders hunne reife met allen mogelyken fpoed, en zonder zig buiten volftrekte noodfakelykheid ergens op te houden, te vervolgen. V. De Veerfchippers zullen voor vragtloonen genieten van ieder Perfoon, naar de Steeden Amfterdam en Leyden, of van daar naar de voorfchreeve Dorpen vaarende vier ftuivers, en van Kinderen van zes tot tien jaaren half vragt, alles buitenen behalven het Pasfagiegeld; En ten aanfien van de Goederen, zodanig alsby de volgende Lyst ftaat gefpecificeert, zonder iets meerder te mogen vorderen, op de boete telkens van een gulden, te weeten van. 10b pond nieuw yfer of Spy-j I \ kers. 1 '/o i 8 i mand met oud Yfer, be-j j needen de vyftig pon-I j den. o i' o booven de vyftig tot j honderd pond. °i 1 ^ i Kist of Mand met nieuwl i gemaakt Yfer benee- j den de vyftig ponden, o i o booven de vyftig tot j honderd ponden. o i 8 i Douzyn of Bos Treeften, l Hangyzers , Lenfen , Mesfen of Harpoenen, o i o i Slypfteen. — 012 o 1 Ton Slibbe. — óU o 1 Pakje geld beneeden de) | vyftig guldens. o. 2 o boven de vyftig tot hon- | derd guldens. 1 o 4 o 1 Sak Tarw, Rogge, Gerst ,1 Erweten , Boonen ,1 Zout, &c. 020 1 Korf Vygen , Rozynen,' | Kastanjen of Nooten.1 020 1 Aam Oly. ■ ■ 040 1 Half Aam. > o' 3 o 1 Quart Aam. — o| 2 o 1 Vaatje Zeep. o! 2 o 100 Hennip - of Lynkoeken , | of hondert ponde Kaas. 020 1 Vierendeel Booter. | oj 4 o 1 Agtfte of zestiende deel. o' 2 o 1 Vloot met ftukken Booter. o! 3 o 1 Halfvat Bier. ■ oj 2 o 1 Vierde of agtfte deel. oj 1 o 1 Halv Aam Wyn. o 4 o 1 Quart aam. ■ o' 3; o 1 Vat Tabak. — oj 6\ o 1 Sak Tabak. >. 020 o 8 o O O 1 Bos Beezems. 1 oj i[ o 1 Kooy met Hoenders, Een-1 den of Duiven. \ o\ 1 o 1 Kalf. — o\ A o 1 Varken (mager). oj al 0 1 Dito (vet), 050 1 Bed en toebehooren. 060 1 Brief naar de Stad met beftellen. Oj 2 0 1 Brief naar het Dorp. ö 1 0 1 Ton Haring of Vifch. 040 1 Mand met Groenten, Druiven of Vlierbesfen, o 1 0 100 Pannen of Eftrikken. 040 1 Ton Kalk. o 3 0 100 Metzelfteenen. o 1 0 100 Pond Stroop, Ryst of Raarsfen. —— 020 25 Pond Koffyboonen. o' 1 0 booven de vyf en twintig tot honderd pond. oj 2 0 1 Pot Kandy. —— o: 1 0 25 Pond losfe Suyker. o 1 0 boven de vyf en twintig tot honderd pond. o 2 0 1 Oxhoofd Jenever,Brande- wyn, &c. 012 0 1 Stuk. « 1 40 1 Anker. ■ o 3 0 1 Kruyk. - o 2 0 1 Boomoly (Pyp). 012 0 1 Leedig Oly-Stroop, of, j Ryst Vat. ■ I o 2 o; kleinder na advenant. • \ 1 Rol Dwylen of een bos Gaaren. ———— o 1 ö 1 Trommel met Babbelaars, oio 1 Riem Papier of een Bos Lamp Catoen. o 1 8 1 Ton Befchuyt ordinair. o 2 0 1 Dito grooter tot twaalf honderd ftuks. ——— o 4 0 1 Blad Varkens Reufel. o 1 0 1 Kleyn Pakje met een brief naar de Stad. o 2 0 het Dorp o 1 0 1 Extra vragt naar Amfterdam of Leyden, en te rug. 12 0 0 Item alleen na de Stad,| of van de Stad naar het! Dorp. 1 10 0 0 100 Schaapenvellen. 1! 0 0 1 Koe of vaarfen Huid. o 1 8 Meerder dan é^»,ieder a. o1 1 o (twee Pinkhuyden voor, / een gereekent) II' 1 Kalfsvel, groot of klein. \°\ 0 4 100 Blooten. • I °j ö 0 100 Dozyn Schaapen Zeem ,! het zy rood, wie of | anders. —— 2j o 0 ico Dozyn, Kalf of Harten Zeem, ^ar of ligt.! 3] 0 0 100 2 0 O 2 0  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 825 100 Ruige velletjes, het zy groot of klein. 060 100 Pond wol. ■—1—1 040 Linnen (Vlaamfch) tot h een en een half El breed, van tagtig tot' honderd El. 018 De Munfters vier vier» de El breed. o 012 ïoo Pond Lym. ■■ * 030 1 Ton Lymvleefch. 030 Leedige wolfakken het' ftuk. ■ 002 Leedige Kisten ordinair ieder. ■ ' 040 Leedige Kisten kleinder 020 Leedige vaten a. dertig fteekkan, ieder 060 Leedige Oxhoofden, ieder 020 Grooter of kleinder naar advenant. — i Ton ongeraffineerd Zout.] 0 4 ö 1 Ton Traan of Teer. 040 Kisten, Vaten of Sakken met verwftoften of an-j dere Materiaalen, ieder! honderd. / o ij 8 Zullende het afhaalen en 'tj huis brengen van het goed in alle reedelykheid apart moeten worden betaalt. V I. r De vragtloonen van zulke Goederen die in de voorftaande Lyst niet zyn uitgedrukt , zullende naar rato of evenreedigheid van het geen daar by gefpecificeert is gevorderd en genooten werden; zullende, wanneer desweegens verfchil zou mogen ontftaan, het zelve by Schout en Ambagtsbewaarders, als daar toe by deeien gequalificeert en gelast, de plano worden gearbitreert en gelchikt. En wanneer in het vervolg mogt bly- ken, dat de hier voorengemelde Lyste met diverfe nieuwe Posten of benamingen van goederen zou behooren geamplieert of vermeerdert te worden, zal zulks door Heeren Burgemeesteren van Haarlem, als Ambagtsheeren worden gedaan, en de vragtloonen daar by uittetrekken, na rato van de boovenftaande Lyst werden geftatueert. V I l De Veerfchippers zullen gehouden zyn de goederen, en al het geen hun ter verfending gebragt word, behoorlyk gade liaan, en voor de fchaade of het gemis, die daar aan door toedoen van hun of hunne Knegts zou mogen worden töegebragt, inteftaan. VIII. De Veerfchippers zullen de Brieven en draagbaare Pakjes, die zy aan de Stad ontfangen hebben, terftond na hunne aankomst te Zevenhoven aan die geenen, waar aan defelve geaddresfeert zyn, moe IX Deel. ten beforgen, ten waare zy des avonds na agt uuren zouden mogen aankoomen; in welk geval zulks direct 's anderendaags 's morgens zal moeten gefchieden; op de boete telkens van zes ftuivers per ftuk, by aldien hier teegen zou mogen zyn gehandelt. Dog by aldien defelven eenige zwaardere Pakken of Goederen meede brengen, geaddresfeerd aan eenigInwooner van Zeevenhoven, zullen zy gehouden zyn by hunne aankomst den Eigenaar daar van kennis te geeven, teneinde die defelven, des goedvindende, zou •kunnen afhaalen; zullende de Schippers, die deefe kennis geeving mogten verfuymen desweegens 't eiken reyfe verbeuren eene boete van een Gulden, en zulks boven de vergoeding der fchaade, die daar door veroorfaakt zou mogen zyn. I X De Veerfchippers zullen ten allen tyden zoo in hunne Schuiten en Huifen als by het beftellen der Goederen eene Co* pie van dit Reglement by de hand moeten hebben, ten einde daar meede, des gerequireert, altoos de regtmatigheid hunner behandeling en de wettigheid van hunne gevorderde vragten te kunnen aantoo* nen; op de verbeurte telkens van tien ftuyvers, zoodikwilszy bevonden worden hier in te manqueeren. X. De boetens, uit kragte deefes te verbeuren , zullen allen koomen ten profyte van den gemeene Armen van Zeavenhovem X I. By aldien in het vervolg zou mogen worden bevonden, dat 'er eenige verfchikking zou dienen gemaakt te worden, het zy in de daagen of uuren van het afvaaren der Veerfchuyten of het beftellen der Goederen, of dat'er eenige nadere ordres op het wel behandelen van de voorfchreeve Veeren ten meerderen nutte van de goede Ingefeetenen of Pasfagiers zouden kunnen of dienen gefteld te worden; houden hun Edele Groot Achtb. als Ambachtsheeren, in gevolge de concesfie van hun Edele Groot Mogende aan zig gereierveert, om als dan zodanige ordres te ftellen en verfchikkingen te maken, als ten voorfchreeve einde het dienftig zuilen voorkoomen* Aldus deefe Ordonnantie en Reglement gemaakt en gearresteert by ons Burgemeesteren enRegeerders der Stad Haarlem, als Ambagtsheeren van Zeevenhoven en Noorden, en by de Ede* le Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en Westvriesland geapprobeert, den 2 October 1777. Waar op gedelibeert zynde, is, conform het Advis van welgemelde Heeren Gecom- rait-  826 Placaaten. 6. Boek. 3. TituL mitteerden en GecornmitteerdeRaaden, goed- j gevondenen verdaan, aan Burgemeesteren en j Regeerders van Haarlem te cedeeren het recht van de Veeren van Zeevenhoven en Noorden op de Steeden Leyden en Amfterdam, op den voet eer hier voorgemelde Ordonnantie en Reglement, welke by deefe word geappro- \ beert, om voortaan geobferveert te worden ; j alles egter onder de volgende conditiën. 1. Dat Burgemeesteren en Regeerders voornoemt in hunne voorfchreeve qualiteit verpligt zullen weefen, binnen vier weeken na deefe Refolutie, ten behoeve van haar Edele Groot Mog. Domeynen, ten Comptoire der voor- • fchreeve Domeynen te Haarlem gehouden j wordende, voor Koopfchat weegens deefe Cesfie te betaalen eens drie honderd guldens, ' zoo weegens het Domeyn zelve, als weegens het daar in befloote Regaal. En 2. Dat Burgemeesteren en Regeerders voornoemt , op poene van het effect der voorfchreeve Cesfie te zullen verliefen, gehouden zullen weefen, deefe Refolutie binnen de voorgemelde vier weeken aan Heeren Gecommitteerde Raaden te prefenteeren, in qualiteit, als by haar Edele Groot Mog. geauclorifeert tot het bewind en directie van en over de Domeynen en Dominiale Rechten van haar Edele Groot Mog. om aldaar gevifiteert geinterineert en geregiftreert te worden, als meede, om defelve te doen regiftreeren ten voorfchreeve Comptoire der Domeynen te Haarlem. "Dy refumtie gedelibereert zynde op het Jö Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier van den 8 January deefes jaars, en den 16 daar aan ter Vergadering ingekoomen, hebbende , tot voldoening van hun Edele Groot Mog. Appointement van den 2 October 1777 , geëxamineert de Requeste van de Blok- Stoken Schopmaakers, mitsgaders Witwerkers, Fabricqneurs in Zeildoeken, alle Ingefeetenen in den Dorpe en Ambagts • Heerlykheid Uitgeest, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, uit oorfaake van verregaande benadeelingen, hunlieden in hunne Traficquen fuccesfieveiyk van tyd tot tyd aangedaan door de Veerfchippers aldaar, en de weinige of geene voorfiening van Regenten ter maintien dier Fabricquen, dat het hun Edele Groot Mogende goede geliefte zy het Collegie van de Heeren Gecommitteerde Raaden in het Noorder Quartier te qualificeeren, om onvermindert het Regt der Regenten van Uitgeest als Ambagtsheeren competeerende, en zonder daar aan in het vervolg eenige prsejudicie toe te brengen ten reguarde van der Supplianten ingebragtc klagten, zodanige finaale ordres te ftellen, en aan de Supplianten finalyk te accordeeren , dat defelve voor derfelver Fabricquen een eigen Schuiten Schipper mogen hebben, of zodanig behoorlyk Reglement te formeeren waar na de Goederen van der Supplianten Traficquen en Negotie door den Schipper teegen een ordentelyk Vragtloon en op eene behoorlyke wyfe na de Steeden Amfterdam , Haarlem en Alkmaar zullen moeten worden vervoerd en befteld, en om door derfelver hooge auctoriteit het zelve Reglement te maintineeren, en by continuatie te doen obferveeren; en voorts welgemelde hun Edele Refolutie van de Staaten van Holland % waar by geapprobeert word een Reglement op het bevaaren van de Veeren van het Dorp Uitgeest op de Steden Haarlem, Amfterdam en Alkmaar. Den 14 July 1778. j Mog. te auctorifeeren, om in alle gevallen \ zodanige voorfieningen, fchikkingen en uit1 ipraaken te doen, als defelve zullen oordee! len te behooren ,• als meede om middelerwyl i hangende derfelver deliberatien op dat point ! zodanige provifioneele fchikkingen en arrangej menten te maaken, dat daar door ondertusfchen werde geëffectueert, dat der Supplianten Goederenen Negotie op een ordentelyke wyfe worden vervoert ,• en ter Plaatfe hunner deftinatie op zyn tyd worden befteld. Als meede op de Requeste door Regenten | van Uitgeest, gelyk ook Ambagtsheeren aldaar, op den 13 Mey deefes jaars aan hun Edele Groot Mog. geprefenteert, daar neevens, tot voorkoom'mg van alle verdere verwyderingen en oneenigheeden binnen de voorfchreeve Ambagts-Heerlykheid van Uitgeest, prefenteerende een Reglement by hun geprojeéteert en gearrefteert, en waar omtrent de | gefamentlyke Blok- Stok- en Schopmaakers, mitsgaders Witwerkers en andere Fabriqueurs te Uitgeest, uitwyfens derfelver.Declaratoir, onder der Supplianten Requeste gefteld, zig hadden gerefereert ter dispofitie van hun Edele Groot Mog., en verfoekende daar op hun Edele Groot Mog. approbatie &c. Is goedgevonden en verftaan, het voorfchreeve Reglement aan het einde deefes geinfereert by deefe te approbeeren, met hst aan een iegelyk dien het aangaat, om M gemelde Reglement in alle deelen lliptelyk na te koomen, of te doen nakoomen, blyvenóe de Fabriquanten en andere Ingefeetenen van Uitgeest, indien de Schippers van defelve plaats op de Steeden Haarlem, Amfterdam en Alkmaar, in het een of ander opfigt het vporfchreeve Reglement mogten overtteedenb zonder dat ' daar omtrent door Burgemeesteren van Uitgeest,  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 82f. geest, ha voorgaande klagten der Ingefeetenen, behoorlyke voorfiening gedaan wierd, vry en onverlet, om zig desweegens dan te mogen addresfeeren aan de Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Qumier, wordende in zulk geval nu voor als dan de gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden by deefen geauCtorifeert, om de hand te houden aan de executie en obfervanu'e van het voorfchreeve Reglement, en tot majntein van het zeive in het voorfz. geval, zodaning te disponeeren, als defelve bevinden zullen te behooren; en worden eindelyk de Supplianten gelast haar bekoomen Octroy te laaten regiftreeren ter Secrecarye van de voornoemde Heeren Gecommitteerde Raaden in Westvriesland en het Noorder Quartier. Reglement op het bevaaren van de Veeren van het Dorp en, de Ambagtsheerljkheid Uitgeest op de Steeden Haarlem, Amflerdam en Alkmaar. Art. r. j Op de Si ad Amfterdam zal alle Zondagen 's morgens ten tien uuren een Schuit van Uitgeest afvaaren, waar in gelaaden zullen worden Stukgoe- l deren, als ook Vee, dat ter Markt of j aan Slagters te Amfterdam moet wer- ' den gebragt;. het zal op die reis den Schipper vryftaan om aan de Zaan ter uit- of inlaading aanteleggen, aan de Stad koomende zal de gemelde Schipper moeten zorg dragen, dat de Goederen van Fabriekhouders op de Steenen voor de Steiger worden opgelost, en by die Steiger ook met zyn Schuit ter inlaading van Goederen, welke naar Uitgeest; zyn gedellineert, tot Maandag middag ten twaalf uureri toe liggen moeten; wanneer hy weeder van daar naar Uitgeest zal moeten afvaren, zullende die Goederen, welke voor den gemelde tyd van twaalf uuren niet kunnen worden ingelaaden, voor de Schuit, welke die zelfden dag ten half twee uuren van daar afvaart, worden overgelaaten. I I. Ook zal op devoornoemde Stad Amfterdam alle Zondag avond ten half tien uuren een Schuit van Uitgeest afvaaren; en op die reis zal de Schipper gehouden zyn alle Stukgoederen, gelyk ook leevendig Vee, welke dien dag, na tien uuren 's morgens, aan zyn Schuit worden gebragt, in te nemen, maar teffens ook zorg moeten dragen, dat 'er in de Schuit ordentelyke ruimte voor de Pasfagiers zy om te liggen, als ook dat 'er geen Vee by de Pasfagiers worde ingelaaden, maar dat alle het zelve in een vak, beilaande niet meer dan een derde gedeelte van het ruym der Schuit, en met een Schut van de plaats, waar in de Pasfagiers zjg met de Stukgoederen bevinden , afgeionderd bepaalt zyn ; door weik Schut de Pasfagiers van het ongemak der open Lugc boven het Vee zullen bevryd zyn. Den Schipper lh\ aan zyn gewoone Legplaats binnen de gemelde Scad met zyn Schuit, zonder ergens anders te mogen gaan iaaden of loslen , moeten blyven liggen tut Maandag ten half twee uuren, en voor dien tyd de Goederen en het Vee, welke door de Schuit die ten twaalf uuren afgevaaren is, zyn agtergelaten, gelyk pok welke na de gemelde klok van twaalf uuren aan zyn Schuit worden befteld, moeten inianden; en voorts ten half twee uuren direct naar Uitgeest moeten afvaaren, zonder zig ergens onder weg met landen en loslen van Goederen op te houden. lil Alle Woensdagen 's morgens ten agt uuren. zal 'er een Schuit van Uil geest op de meergemelde Stad Amfterdam afvaaren, op welke reis het aan den Schipper zal vryftaan om aan de Zaan ter ontfeheeping of inlaading aanteleggen; te Amfterdam zal hy tot Donderdag middag ten twaalf uuren met zyn Schuit;blyven liggen, en op dien tyd weederom naar Uitgeest afvaaren; zullende by aldien hy elders in de Stad moet zyn om Goederen te losCen of m te haden, gehouden zyn om buiten wettige verhindering 's morgens ten elf uuren aan de gewoone Steiger met zyn Schuit te zyn, om de Goederen, welke daar zullen worden gebragt in te laden; op deefe terugreis zal de Schipper ook de vryheid hebben om aan de Zaan ter laading of losfing- aanteleggen. I V. In gevalle de wind gunftiger is om van Amfterdam naar Uitgeest over Nauerna te vaaren, zal de Schipper by meerderheid vim Stemmen der Pasfagiers, verpligt zyn om de reis in dier voegen te neemen; te Nauerna gekoomen zynde, zal hy by ftike of teegen wind op zyn eigen kosten een Paard moeten aanleggen, dog zoo de Pasfagiers een tweede Paard verkiefen, zullen defelve de onkosten van dat tweede Paard betaalen moeten. . v.;. .: Op de Stad Alkmaar zal alle Vry• dagen 's morgens ten agt uuren een Schuit van Uitgeest afvaaren, welke dien zelfden dag ten drie uuren na de middag de te rug reife direct naar Uit5M 2 geegg  828 Placaaten. 6. Boek. 3. Titul. geest zal aanneemen; den Schipper zal voor zoo verre by plaats in zyn Schuit overig heeft, ook Goederen voor vreemde Luiden mogen inlaaden, mits egter op zyn tyd afvaaren de, en ook onder die bepaaling, dat, by aldien de Schuit onder weg door de Jaading der goederen van vreemden mogt vast raaken, de Schipper zal vervallen in een boete van vyf en twintig guldens, waar van de eene helft aan den Schout van Uitgeest, en de weederhelft ten behoeve der Diaconie Armen aldaar zal worden geappliceert; de Legplaats binnen gemelde Stad Alkmaar zal, als dan van ouds, by de Roo - Toorensbrug zyn. V 1. Op de gemelde Stad Alkmaar zal alle Zaturdagen een Schuit van Uitgeest afvaaren, 'smorgens ten zes uuren, dog van half April tot half Juny's morgens ten half zes uuren; dien zelfden dag nademiddag ten half twee uuren zal de gemelde Schuit ook direól op Uitgeest weederom afvaaren; omtrent het laaden voor vreemde Luiden, als ook in gevalle de Schuit door de laading der Goederen van vreemden onder weg mogt vast raaken, zal het zelfde plaats hebben, als in het vyfde Articul desweegens is uitgedrukt; de Legplaats te Alkmaar zal als voorheen op de Mient moeten gehouden worden. V I I. Op de Stad Haarlem zal alle Zondagen een Schuit van Uitgeest vaaren, 'smorgens ten tien uuren, dog van Kerstyd af tot Vrouwendag toe om de veertien dagen; de te rug reis van Haarlem op Uitgeest zal zyn 's Maandags na de middag ten twee uuren, egter zoo, dat de Schipper nog Bier verttagtende, zoo lang aan de gemelde zal mogen blyven liggen, tot dat hy het zelve Bier ontfangen heeft. VIII. De Schipper zal ontfangen weegens naar of van Amfterdam in deefer voegen; Voor een Blokzak ■ i/o i 8 Voor een Bos Stokken — 008 Voor een Bos Schoppen ~ o 1 o Voor een Bos Schotelftal- o 1 o Voor een Bos Ellen — oio Voor een Bos Piekftokken o 1 o Voor een Bos Harpoen Stokken. ■ . oio Vooreen Kist vol Witwerkers Goed, volgens het Nommer op defelve Kist, voor ieder Nommer. - I I. oio Voor defelve Kist leedig te rug. —— —— o 11 o - Voor een Pak wit Goed. /oj 2 o Voor hondert Ponden Staf-i yzer. * 0 1 o Voor een Steenzaag. — oi \\ o Voor een Zak Karlen Gaa- \ ren*. —■■ ■ 0! 2 0 Voor honderd Ponden In- j Aagt. —1 o' a 0 Voor hondert Ponden Hennip. —•—o 1 e Voor een Rol Zeildoek. — o 10 Voor ieder Perfoon — oi 7 0 Onderdeden jaren oud.o! 8 3 Beneeden de vier jaaren | oud, niets. — « Voor een volwasfen Perfoon , welke met de Schuit daar hy mede is heen gevaaren, te rug keert, voor de heen en weerom reis telkens. -040 Onder de tien jaaren oud. - 020 Voor iedere honderd gul dens aan Geld. ——-— o 2 0 Voor Brief van Fabricq houders. 010 Voor een Brief buiten Fabricq. o, 2 0 I X. De Vragt van en op de Stad Alkmaar zal zyn. Van een Blokzak. — |/o 2! o Van een Bos Stokken. 4 o 10 Van de andere Goederen even als van en op de Stad Amfterdam, van ieder Perfoon. —— 030 Dog heen en weerom vaaren, ieder reis. — 020 Van Kinderen onder de tien jaaren oud, half geld. En van Kinderen beneeden de vier jaaren, niets. - X. 1 Weegens vragt naar en van de Stad Haarlem zal betaald worden. Voor een Blokzak ./b 2 0 Vooreen Bos Stokken, -oio Vooreen BosSchoppen.-- o 1 0 Voor een Bos Knypers. - o o n ' Voor een Pak wit Goed naar de groote daar van, in eevenredigheid van andere Goederen op dit Veer. En verders voor andere! / / Goederen, gelyk ook] / voor Menfchen, even ah in het agtfte Articul! \ is uitgedrukt. Aldus gearrefteerd by de Regenten van Uitgeest, zynde Ambagtsheeren aldaar, den 10 April 177& Waar-  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 8. WaarfchöWLVtng van Gecommitteerde den van Holland, tot maintien van den Heusdenjchen Land-tol, leggende te Veen. Ben 7 Augustus 1778. De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en Westvriesland; Doen te weeten: Dat ter onfer kennisfe is gekomen, dat diversfe Perfonen van zig kunnen verkrygen om den Heusdenfen Landtol, leggende te Veen en desfelfs onderhoorige Wagten, niet te willen erkennen, maar met hunne Waaren ofte Koopmanfchappen, het zy Veldgevvasfen, Vee, Huisraad, het zy andere Goederen den Tol fubjeór, defelve te pas* feeren, zonder de voorfz. Goederen aan den Collecteurs of Wagters aan te geeven, en de geregtigheeden, die zy desweegens verfchuldigt zyn te voldoen; en dat ook andere, fuftineerende Vryluyden te zyn, de voorfz. TolComptoiren pasfeeren zonder defelve aan te fpreeken of hunne Tolbrieven te vertoonen. En vermks al 't zelve zaaken Zyn, welke ftrekken moeten tot nadeel van 'sLands Domeinen, en volleedig aanloopen teegens alle rechten, welke niet alleen in deefe Provincie, maar overal omtrent de Thollen, en Tholregten geobferveert moeten worden, en welke mitsdien niet kunnen worden getollereert; heb¬ ben wy goedgevohden alleeneeniegelyk door deefen ten overvloede te waarfchouwen, dat niemand zig vervordere, het zy door zig zeiven, het zy door zyne Dienaaren of Knechts, op eenigerley wyfe door of voor by de voornoemde Thol of Wachten van dien te pasfeeren met eenige Waaren pf Koopmanfchapoen, zo van Veldgewas als anderfints voor en aleer zy defelve aan den Collecteur van den voorfz. Thol of zyne Wagters bekend gemaakt, aangegeeven, en de geregtigheeden die zy desweegens zullen verfchuldigt zyn, aan hem Collefteur of desfelfs Wagters voldaan en betaald hebben, of in cas zy Vryluyden zyn, haare Tholbrieven aan hun vertoond en by defelve geëxamineert en goedbevonden zullen zyn; werdende de voornoemde Collecteur expresfelyk en ten ernftigften gelast, om de geenen, die daar jeegens verder mogten aangaan, aan te haaien, en teegens hun te procedeeren na behooren. En ten einde een ieder zig zoude kunnen hoeden voor fchaade, zal deefe Waarfchouwing geaffigeert werden daar zulks gebruik elyk is. Gedaan in den Hage den 7 Augufty 1778. (Onderfond,) Ter Ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. (Was geteekentf) A. J. R Ö V Ë it 9- Publicatie van de Staaten Generaal, hou* dende renovatie en ampliatie van een voorig verbod, om te voet of met Wagens en Paarden hei Canaalkopende van de Stad Axel langs Axel Ambacht naar het Hellegat, en zoo vervolgens in de Rivier de Hondt, met voorbygaan van dé ordinaire en bekende Veeren te pasfeeren. Den ao April 1781. De Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut;Doen te weeten i Dat wy in ervaaringe zyn gekoomen, dat, niettegenftaande ons ernftig Verbod, by Publicatie van den 7 Mey 1751 ge¬ daan, Veele Perfoonen, zoo te voet als mei Wagens en Paarden, het Canaal, loopende van de Stad Axel langs Axel Ambacht na het Hellegat , en zoo vervolgens in de Rivier de Hondt * het geen van tyd tot tyd zeer is opgeflikt b by laag Water pasfeeren i zonder gebruik te maa^ SM 3 k@i  830 Placaaten. 6. Boek. 3. Titul ken van de Veeren aldaar zynde, en dewyl zulks niet alleen is {trekkende tot merkelyk nadeel van de voorfz. Veeren, en dus van de Financien der Stad Axel, maar dat zulks daar en boven ook aanleiding geeft tot het pleegen van meenigvuldsge fraudes en andere ongepermitteerde handelingen. Zoo is 't, dat wy daar inne willende voorfien, by renovatie en ampliacie van de voorfz. onfe Publicatie, als nog verbieden en interdiceeren by deefe alle en een iegelyk., zonder onderfcheid, (except alleen de ordinaris Post-Bode, ten tyde dat de ordinaris Veeren door Storm en zwaaren Ysgang niet practicabel zyn, en die dan nog met een behoorlyk Pasport, door den Commandant tot Axel onderteekend zal moeten voorfien zyn) uit wat oorfaak zulks zoude mogen weefen, het voorfz. Canaal of zoogenaamde Axelfche Vlakte te voet, met Wagens, Karren of Paarden te pasfeeren, of na het Land van Axel eenige andere Weegen te gebruiken, als de ordinaire en bekende Veeren, daar toe van ouds gefteld, 10. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende permisfie tot het opregten van een Pondveer tusfehen de Ambachts Heerlykheden van Albiasfer dam en Ridderkerk. Den 19 January 1785. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 8 September 1783, en den 10 ter Vergadering ingekoomen, hebbende tot voldoening aan hun Edele Groot Mogende Appointement van den 4 April te vooren, geëxamineert de Requeste van Mr. Paulus Bogaart, Raad in de Vroedfchap en Burgemeester der Stad Rotterdam, in qualiteit als Ambachtsheer op poene dat de Contraventeurs voor de eerfte reife, boven de verbeurte van Wagens of Karren en Paarden, zullen vervallen in een boete van twee honderd Caroli guldens, teverdeelen tusfehen die de Calange doet en den Aanbrenger, ofte by aldien buiten vermogen zyn, om de voorfz. fomme te betaalen, datdefelvé als dan den tyd van veertien dagen zullen gefteld worden te Water en te Brood, en dat defelve voor de tweedemaal aan de voorfz. Contraventie fchuldig bevonden wordende, zonder eenige conniventie aan den Lyve roet Geesfeling zullen worden geftraft; Lasrende en beveelende de Magiftraat voorfz. deefe punctueelyk te doen onderhouden, procedeerende teegens de Overtreeders naar behooren. En op dat niemand hier van ignorantie zoude konnen pretendeeren, lasten en beveelen wy , dat deefe zal worden gepubliceert en geafflgeert ter plaatfe daar zulks gebruikelyk is. van Alblasferdam, en Mr. Cornelis Groeninx van Zoelen, meede Raad in de Vroedfchap van de gemelde Stad, in qualiteitalsAmbagtsheer van Ridderkerk, om de daar by geallegeerde reedenen verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende hun' Supplianten geliefden te permitteeren het leggen en maaken van de Veerdammen by de vboriz. Requeste vermeld, met al het geen daar toe behoort , overeenkom- ftig Gegeeven in den Hage onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heerë Praefideerende in onfe Ver-' gaderinge, en de Signature van onfen Griffier, op den 20 April 1781. (Was geparapheert ,j G. J. D. PALLANDT, vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van de hooggemelde Heeren Staaten Generaal. (Geteekent,) Zynde op het fpatmtn gedmkt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt mee een papiere Ruyte. H. F A G E L.  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 83! {lig de Kaart Figuratief daar van aan hun EdeJe Groot Mog. overgegeven, en de Supplianten tot al het zelve te au&orifeeren, ten einde alfoo in ftaat geftelt mogten worden om hun oogmerk te kunnen bereiken, en mitsdien tusfehen hunne Ambagtsheerlykheeden op te regten en aldaar voortaan te hebben een Pondveer, waar omtrent zy dan voorneemens waren, onder hun Edele Groot Mog. approbatie zodanig Reglement of zoodanige Ordonnantie te formeeren en te arrefteeren als zy oordeelen zouden te behooren. Is goedgevonden en verftaan, voorzoo veel het Interest van 's Lands Rivieren betreft, en zulks zonder daar door eenigfints te verkorten het Regt en de fuftenuen van die geenen, wel¬ ke zouden mogen meenen bevoegtheid te hebben om aan de Supplianten het aanleggen van hun geproject Veer te bedisputeeren, aanhun Supplianten by deefe te permitteeren om tot het aanleggen van het voorfz. Veer te laaten maaken en leggen de Veerdammen by derfelver Requeste vermeld, in- diervoegen als aangeweefen is by de Kaart Figuratief; en voorts aan de Supplianten onverlet te laaten, om, wanneer het voorfz. Veer zal weefen aangelegd, en tot ftand gebragt, nopens het zelve aan hun Edele Groot Mogende een Ordonnantie en Reglement te prefenteeren, ten einde als dan daar op zoodanig gerefolveerr te worden, als hun Edele Groot Mogende zullen bevinden te behooren. lh Publicatie van de Staaten van Holland, waar by gearrefteerd word een Haven - geld, in het generaal op Commercieerende Schepen, en fpeciaal op de zoodanige, welke goedvinden van de Haven aan het Nieuwe Diep gebruik te maken. Den 15 November 1788. T~"V Staaten van Holland en Westvriesland, JL# allen die deefen züÜen zien of hooren leefen, falut: doen te weeten, dat wy uithoofde van de aanmerkelyke voordeelen welke de Commercieerende Scheepvaart reeds zeedert een geruimen tyd van de Haven van het Nieuwe Diep geniet, als meede wegens hetgeduurig onderhoud aan die Haven geimpendeerd en van tyd tot tyd te impendeeren, hebben goedgevonden by deefèn te Arrefteeren een Haven-Geld in het generaal op de Commercieerende Scheepen, en /pedaal op de zodanige welke goedvinden van die Haven gebruik te maaken op den navolgenden voet. Ten eerften. Dat het zelve Haven-Geld zal moeten worden betaald van de in Texel en in het Vlie t'huis komende Scheepen, zoo Vreemde als Nationaale, en mitsdien ook van alle zoodanige, welke naar eene andere Provincie deefer Lande gedeftineerd zyn, 's Lands Seheepen van Oorlog alleen uitgefonderd, en zulks eens in het jaar, tegens eene Stuiver per Last, waar op de Scheepen, blykens MeetCedul van de Admiraliteit of Westindifche Compagnie, zyn gemeeten. Ten tweeden. Dat de Scheepen die van de Haven in het Nieuwe Diep gebruik maaken, het zy uitgaande of t'huis komende, zullen moeten betaalen drie Stuivers per Last, zonder onderfcheid of zy daar lang of kort blyven leggen, zoo nochtans, dat de Scheepen, welke genoodfaakt zyn, na uit die Haven vertrokken te zyn, weder binnen te loopen, al voorens haare reis te vervolgen, llegtsééns voorgemelde drie Stuivers zullen betaalen. Ten derden. Dat van deefe drie Stuivers zal worden afgetrokken de ééne Stuiver in Ar* tieul één vermeld, wanneer defelve reeds bevoorens by het koomen in Texel en het Vlie zal weefen betaald, en dat , zoo wanneer de Scheepen in Texel en het Vlie niet alleen zyn geweest ten tyde dat zy in de Haven van het Nieuwe Diep koomen, en aldaar dus de drie Stuivers zullen betaalen, dan ookbevrydzullen zyn van de eene Stuiver welke by hunne komst in Texel en het Vlie anders zouden moeten betaald geworden zyn. Ten vierden. Dat daar meede zal cesfeeren het betaalen van het Haven-Geld, het geen 1 tot hier toe van de Scheepen in het Nieuwe Diep is gevorderd. Ten vyf den. Dat geen tiende Verhooging of iets diergelyks zal worden gevorderd; gelyk meede zonder eenige kosten te vorderen Qukantie van den ontfangst aan den Schipper zal moeten worden ter hand gefteld. Ten zesden. Dat die belasting niet geheel zal geheeven worden van de Schippers, Rheeders of Boekhouders ten merkelyken befwaare der Scheeps-Rheederyen, maar dat ook de Laadingen welke door eene goede Legplaats van Seheepen beveiügd worden, in die Belasting zullen moeten drangen, en wel zoo, dat de Schippers van de Ontvangers der Laadingen tot dat einde zuilen mogen vorderen ééne Penning per ieder Gulden Vragt van de Scheepen in Texel of het Vlie binnen komende, wanneer defelve beneeden de agt duifend Guldens aan Vragt maaken, doch die fom of meerder aan Vragt maakende, flegts een halve Penning per Gulden. En op dat een iegelyk, dien het aangaat, hier  Placaaten, 6. Boek. 3. Titul. hier van kennisfe moge hebben, lasten enbegeeren wy, dat deefe alomme zal worden ge¬ publiceerd en geaffigeerd daai zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 15 November 1788. (Onderjlond,*) Ter ordonnantie van de Staaten* (Was geteekent,) C. CLOTTERBOOKL 12. Ordonnantie van Gecommitteerde Raaden van Holland, op het Doorpasfeeren en Schutten der Schepen en Schuiten, van de Goudfche Sluys onder Alphen, en waar naar de Sluyswagt er aldaar, als meede alle anderen zig zullen hebben te gedraagen. Den 20 Angustui 1790. Art. I. Ey het Schutten zal niet meer als een Vaartuig, bekend onder de naam vanPleyt; of van zoodanige grootte, met nog drie Friesfche zoogenaamde Tjalken of Schepen daaraan gelyk, in de Sluyskolk, of binnen de Vooren Agterdeuren, mogen gelegt worden, of twee Pleyten, en twee Friesfche Tjalken; of drie Pleyten met een kleinder Vaartuig, of wel'vyf Friefen te gelyk, of Schepen van dergelyke groote, om gelyktydig te Schutten; voegende tusfehen beide nog zoo veel kleindere Schuyten , als zal kunnen gefchieden. I 1. Voor Schutgeld van een Pleyt of dergelyk Vaartuig, zal aan den Sluyswagter tot Loon, met het wippen van de Brug'er bygereekend, betaald worden zes Huivers by dag, en na Zonn n ondergang negen duivers; voor een Fries of ordinair Vaartuig, by dag vyf, en na Zonnen ondergang agt ftuivers. Een Kraak of Poon by dag vier, en na Zonnen ondergang zes ftuivers; eindelyk voor alle kleindere Schepen of Vaartuigen, met leggende of ftaande Mast, twee ftuivers. I I I. Het Schutpeyl word gereekend als het Rhyntvater zig zal bevinden, op de hoogte van zeven voet, tien en een half duim Rhynlandfche Maat beneeden den Hoekfteen aan de Westzyde der regter vleugel aan de Brug der voorfz. Sluys, alwaar een Teeken of Pyl geflaagen is, aan dat van Rhynland gelyk; terwyl het Rhynwater op, of tot die hoogte gekomen zynde, de Deuren moeten geflooten, en gefchut worden , dog voor zoo lange dit geen plaats heeft, zal ieder Schip zonder onderfcheid van groote , voor het welke de dubbelde Valbrug moet worden opgehaald, by dag daar voor betaald worden drie, en na Zonnen ondergang zes ftui« vers. I V. De Sluyswagter zal niet vermogen te Schutten , dan wanneer de Kolk behoorlyk met Vaartuigen zal voorfien zyn, en dus de particuliere Schepen daar na moeten wagten, en zig volgens aanwyfinge plaatfen; dog zal de Sluyswagter gehouden weefen, voor alle vice veria vaarende Volk enPakfchuiten, Jagten, BoterYkers, Markt, Dorpfchuiten, Schepen met Vee en Visch, dadelyk te Schutten, en zig ten allen tyde ook gereed houden op tyd en uuren, wanneer de Volkfchuiten van Amfterdam, Leyden en den Hage vice verfa vaarende, ftaan te pasfeeren, en zal daar toe door niemand eenige hinder mogen worden töegebragt. V. De Schippers, dewelke deefe Sluys pasfeeren zullen gehouden zyn, ter voorkoming van fchaade, alvorens aan de daar toe gefielde Teekens of Handen te komen, derfelver opftaande Zeylen te ftryken , digt te Geyen, vast maaken en in tyds volgens gebruik roepen, zoo lange dat de Sluyswagter of zyn Bedienden zal hebben geantwoord, om voort te kunnen vaaren, en dus het zy by dag, veel minder na Zonnen ondergang, tot binnen de Handen, of de Sluys zelve mogen doorvaaren, en de Lynen van de Schepen door de Jagers moeten worden afgeflagen, alvoorens aan de voorfzHanden of Teekens zullen gekomen zyn, telkens op de verbeurte van drie gulden, de eene derde ten voordeele van den Sluyswagter, en het refteerende ten profyte vande Gereformeerde Armen van Alphen. V I. Wanneer door fterke Wind of Stroom., het noodfaakelyk mogte zyn, zullen de Schippers een Lyn of Takel aan Wal uitbrengen, om al vierende, tot voorkoming van fchade de Sluys te pasfeeren, en geen Schepen klein of groot, nog binnen de Sluys, of de Handen buiten Schut-  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren, 833 Schuttyden worden toegelaaten om te Jeggen, Ankeren, of zig vast te maaken, op de boete van drie gulden, te verdoelen als hier voor is gefegt. VfT. Vr>lD*>rK de Dublicaue Waarfchntmnpp zul- ' I ~ J. v "'o len de Schippers zig zorgelyk wagten, met Haaken of Boomen in de Sluysdeuren,Muuren., Gordingen of de Paalwerken te fteeken of haaken, maar zig daar toe by het doorvaaren bedienen van de geftelde Yfere Pennen, en verder alle fchade, hoe, en onder welke benaaming aan 's Lands Sluyswerken, (al ware het zelve by ongeluk) töegebragt , dade]yk ten vollen moeten betaald en voldaan worden. Ook zal zig niemand mogen verftouten , om aan eenige der 's Lands Werken, het zy Gordingen, Paaien, of wat meer mogten zyn, Lynen vast te maaken, om zwaar gelaade Schepen, door te winden, maar in dat geval, derfelver Vaartuigen doen ligten, en wel in't byfonder in agt neemen, dat de vrye Vaart, het zy door zwaare Schepen of floutvlotten niet worde belet, telkens op de poenaliteit voor ieder uur van twee gulden, te verdeelen als boven , en de Sluyswagter daar en boven.ten kosten van de geene die hinderlyk mogten zyn, Ligters aan Boord zenden. : , V I I I. In , de Kolk van 's Lands Sluys, zal men ook nimmer eenige Vuilnis of Steen voor de Sluysdeuren mogen werpen, of boven op de Vaartuigen by het pasfeeren eenig Vuur mogen ftooken,'of branden, en de Schepen met geftreeke Mast en Tuygen in agt moeten neemen; door het aan of tegen vaaren met An¬ kers als anderfints, aan de Brug of Sluysdeuren, geen fchade wórd töegebragt, en ter voorkoming van het zelve derfelver Ankers binnen Boord neemen; in het laatfte geval voorde herlcelhng van het befchadigde aanfpraakelyk zynde , waar toe onwillig zynde te betaalen de Sluyswagter hun zal vermogen by de naastvolgende Brug te doen ophouden, enbyheteerfte, telkens op de verbeurte van drie guldens, al mede te verdeelen, als te vooren is gefegt' zonder in deefe of andere gevallen den*Sluyswagter door kwaade woorden of bitfe bejeegeningen te brusqueeren of fchelden, en de Schip pers in deefen voor derfelver Knegts of Bediendens moeten inftaan, op poene van daar over als Contraventeurs van deefe onfe Ordonnantie te zullen worden geftraft, dog waaren tegen de Sluyswagter ook verpligt zal zyn, de Schippers zoo fpoedig mogelyk te bedienen, in derfelver voorgenoome reyfen bevorderlyk te zyn , en wanneer iemand mogte vermeenen, het bovenftaande Loon, ofte gefixeerde poenaliteiten niet verpligt te zyn te betaalen , als dan met de behoorlyke befcheidenheid, deefe Ordonnantie, en het Articul daar op ftaande, te vertoonen. Zoo als men verder ook niet zal vermogen aan eenige der 's Lands Goederen de handen te ftaan, het zy om de Sluysdeuren of Slakken op of toe te winden, op de Brug te wippen &c; dewyl de behandeling daar van, ah leen aan den Sluyswagter moet worden gelaaten. Wordende de Sluiswagter laatftelyk gelast, te letten en zorg te draagen, dat deefe haar Edele Mogende Ordres, exaót en letterlyk worden nagekomen. Gedaan in den Hage den 20 Augustus 1700. (Onderftondf) Ter ordonnantie van de Gecommitteerde Raaden. A. J. RÖYE R. 13- Conventie, nopens het recht van Frylaa¬ ding tusfehen de Steden Haarlem en Amfterdam. Den 30 December 1790. T~\e Heeren Gedeputeerden der Steden 1 J Haarlem en Amfterdam hebben uitnaam van Heeren Burgemeesteren en Regeerders der gemelde Steden aan hun Edele Gr. Mogende kennis gegeven. Dat, daar hun Edele Gr. Mogende by hoogst der zeiver Refolutie van den IX. Deel. 16 April van het voorleden jaar, by gelegenheid der deliberatien over de Propofitie van de Heeren Gedeputeerden der Stad Amfterdam van den zevenden te vooren van het Mandement van Complainte, door Prtefident en Raden van den Hoogen Raaden verleent 5N aan  Placaaten. 6. Boek. 3. Titul. 834 aan Boekhouders, Deken en Vinders van het groot Schippers Gilde der Stad Haar- j lem, voor hun zelfs, en uit naam en van wegens degemeene Schippers aldaar, mitsgaders aan Burgemeesteren en Regeerders der voorfchreeve Stad, tot voorRand van hunlieder Stad en derfelver Geregtigheid, disponeerende tegens dievau het Binnenlandsvaarders Schippers Gilde; mitsgaders den Schout en die van den Geregte der Stad Amfterdam, het gefchil ten princïpaale, tusfehen de beide Steden ontdaan over het regt van Vrylading, hadden befchouwt van die importantie in zyne gevolgen, dat tot behoud der harmonie tusfehen twee Leden van Staat allernoodfakelykst was, dat de beide Steden alle haare vermogens aanwenden , om met eikanderen, onder de intercesfie en mediatie van zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heere Prince Erfftadhouder defer Provincie, ingevolge hoogst desfelfs aangebode ofheien, zoo de zelve van vrugt konden zyn, dieswegens een minnelyk accoord aamegaan, de Regeeringen der beide Steden, in gevolge van haare betuigde bereidwilligheid, met elkanderen, door derfelver Gecommitteerden in onderhandeling waaren getreeden, welke, na wisfeling van verfcheide voorflagen, zoo door voornoemde zyne Hoogheid, als ter weder- \ zyden onderling gedaan, door de tus« fchenkomst en de pogingen, door hoogst denfelven, ter bemiddeling en accomodement der onderfcheide fustenuen aangewend , eindelyk dat gewenfcht fucces hebben gehad, dat tusfehen Burgemeesteren der Stad Haarlem, mitsgaders Burgemeesteren en die van den Geregte der Stad Amfterdam, de qusestie ten principaale by eene Conventie, ten overftaan en in prasfentie van meergemelde zyne Doorlugtige Hoogheid op den 30 December jongstleden, uit naam van de respeótive Contractanten door den Penfionaris der Stad Haarlem en door den eerften Penfionaris der Stad Am* fterdam geteekend, tot wederfyds genoe- j gen, finaalyk is getermineert, en gereguleert. Dat Burgemeesteren en Regeerders der beide Steden in confideratie hebbende genomen het belang, het welk hun i Edele Gr. Mogende, by het begin van het gefchil in de bemiddeling van het zelve hebben gelieven te ftellen, teffens \ hadden vermeent, dat hun Edele Gr. ! Mogende ook niet onverfchillig konden j zyn, om van de vereffening van het zei- I ve te worden geinformeert; en derhalven niet hadden kunnen af zyn een Co- j pie van de gefloote Conventie ter Tafel van hun Edele Gr. Mogende over te j leggen. Conventie, nopens het recht van vry lading, tusfehen de Steden Haarlem en Amfterdam. Nadien tusfehen de Steden Haarlem en Amfterdam, verfchillende begrippen zyn ontftaan, over de Afte van restablisfement van den Hoogen Raade in Holland den 10 December 1700 ter inftantie van die van Haarlem gedecer* neert, welke op nieuw aanleiding hebben gegeven dat door die van Haarlem op den 20 January 1790 van welgemelden Hoogen, Rade, ten hunnen pericule was verfogt en geobtineert Mandament van Complaïnte, en dat daar over dooi die van Amfterdam eene Propofitie inde Vergadering van hun Edele Gr. Mogende zynde gedaan, het zelve ten gevolge heeft gehad, zoodanige voorflagen tot accord, als uit de Refolutie vanhooggemelde hun Ed. Gr. Mog. van den 16 April 1790, waar toe alhier gerefereert word, kan blyken. Tewyl voorts in conformiteit van de voorfchreeve Refolutie, dadelyk zyn ontflagen de Schepen van Haarlemfche Schippers welke te Amfterdam waaren gearresteert geworden. En wyders onder de intercesfie en mediatie van zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heeren Prince, Erfftadhouder defer Provincie, tusfehen de gemelde Steden, tot wederfyds genoegen , de ontftaane verfchillen zyn geaccordeert, en het mitsdien noodig is, dat daar van by formeele Conventie confteere: Z 0 0 1 s 't , dat wy Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem ter eenre, en Burgemeesteren en Regeerders mitsgaders die van den Geregte der Stad Amfterdam ter andere zyde, verklaaren met den anderen te zyn geaccordeert en verdragen, en dadelyk te accordeeren en verdragen by deefen; Dat de hier vooren gemelde Acte van reftablisfement van welgemelden Hooggen Raade van 10 December 1700 tusfehen de Steden Haarlem en Amfterdam, en de respeótive Schippers Gildens derzelve Steden, zal gehouden worden voor een definitief gewysde in het Petitoir, met dien verftande egter. Vooreerst, dat voor geen Haarlemmer Schippers zullen gehouden worden, dan gebooren Burgers, of die, tenminften vyf agter een volgende jaaren, hun fixum domicilium te Haarlem gehouden hebben, en ten minften drie jaaren, als Knegts by Haarlemmer Schippers hebben gevaaren. Ten tweeden, dat het recht van vryladinge van , of op Steeden, op welke te Amfterdam een gereguteert Veer is, nog zoude mogen worden aangelegt, zig niet zal  Tollen, Gabellen, en Reglementen op ver/cheidc Veeren. 835 zal extendeeren tot verfamelde vragten van Bestel - Goederen van Particulieren, Winkeliers Fabricquanten of Trafricquanten, aan Particulieren, Winkeliers, Fabricquanten of Traficquanten , nog ook van één derfelve aan Kooplieden, nog eindeiyk ook van Kooplieden aan Particulieren, Winkeliers, Fabricquanten of Traficquanten; ais daar zyn, Brieven*. Pacquetten, Geld, Kisten, Koffers 4 Mandens, Blikjes, Pakken, en zoortgelyke , die gevvoonlyk aan de geadmitteerde Markt - Schippers worden mede gegeven; en dat mitsdien het recht van vry lading en losfing alleen plaats zal hebben omtrent allerley Koopmans Goederen en Waaren, welke door Kooplieden aan Kooplieden in masfaofby parthyen worden verfonden, als mede omtrent de vervoering , zelfs ook van, en voor Partiticulieren van allerley Graanen en andere ftortgoederen en Rytuygen, mitsgaders Kraamen, Inboedels, of aanmerkelyke gedeeltens derfelven, en diergelyken. Ten derden, dat de Conventie van 15 October 1611 tusfehen Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem, en Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amfterdam gefloten, ten aanfien van verfamelde Vragten, van Goederen ■, van Amfterdam naar Haarlem, of van Haarlem naar Amfterdam gedestineert zynde, zal worden gehouden voor vernieuwt en voor altoos gecontinueert, mitsgaders de wederfydfche Schippers worden verpligt, zig punctueelyk naar de zelve Conventie te gedraagen. Ten vierde, dat de Haarlemmer Beurtfchippers op Middelburg en verdere Zeeuwfche Steden, even vry op, en van Arasterdam zullen blyven vaaren, als de zelve tot hier toe aldaar hebben gedaan, en dat ten hunnen opfigten nimmer zal obtineeren de hier voor gemaakte exceptie van verfamelde Vragten, des evenwel dat de zelve Haarlemmer Beurtfchippers nimmer of ooit eenige Goederen, hoe ook genaamt, te Amfterdam zullen inneemen, om te Haarlem of elders in hunne doorvaart, op eenige Hollandfche Steden of Plaatfen gelost of befteld te worden, nog ook immer of ooit te Haarlem , of in eenige andere Hollandfche Steden of Plaatfen, in hunne route liggende , eenige Goederen, van wat natuur die ook zouden mogen wefen, zullen mogen inneemen, om te Amfterdam gebragt en ontladen te worden* En dat laastelyk, al het recht vanvrylaading en losfing, het welk aan Haarlemmer Schippers, in voegen als boven te Amfterdam is toegekend, mede aan de Amfterdamfche Schippers te Haarlem komende losfen en laden, zal moeten geprasteert worden. Dat voorts Burgemeesteren en Regeerders van de wederzydfche Steden der Zeiver Gildens zullen houden in de verpligting, om dit geconvenieerde punctueelyk te agtervolgen, met vrylating over en weder, om, ingevalle onverhooptelyk by vervolg van tyd* ter zaake voorfchreeve verfchillen mogten ontftaan, de zelve te brengen ter cognitie en decifie van de ordinaire Justitie. Dat eindeiyk, door het hier vooren geconvenieerde aan de eene zyde zoo veel de Leden van het Schippers Gilde der Stad Haarlem betreft, zal komen tecesfeerenhet effeél: van de Keure , door den Geregte van Amfterdam den 8 December 1789 geëmaneert, en aan de andere zyde de procedures in cas van complainte door Boekhouder Deken en Vinders van het Groot-Schippers-Gilde der Stad Haarlem, voor hun zeiven, en uitnaam en van wegens de gemeene Schippers aldaar, mitsgaders Burgemeesteren en Regeerders derfelve Stad voor den Hoogen Rade geentameert, dadelyk zullen ophouden , met compenfatie van kosten. Aldus gedaan en geconvenieert by Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem, ende by Burgemeesteren en Regeerders, mitsgaders den Geregte der Stad Amfterdam; des te oirconde hier van gemaakt twee eensluidende Acten door den Penfionaris der Stad Haarlem, als daar toe door Heeren Burgemeesteren en Regeerders der zelve Stad, en door den eerften Penfionaris der Stad Amfterdam , als daar toe, zoo door Heeren Burgemeesteren en Regeerders, als door myne Heeren van den Geregte derfelve Stad, behoorlykgeamhorifeen, terpra^fentie van zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heere Prince Erfftadhouder defer Provincie geteekent, in 'sGravenhage defen 30 December in den jaaren onfes Heeren duifend zeven honderd negentig- (Geteekent) W11>lem Jager* D. A'. Meerma^ van der go£s. Waar op gedelibereert zynde, hebben hun Edele Gr. Mog. onder dankfegging aan zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heere Prince Erfftadhouder voor de moeite in defen tot behoud der harmonie tusfehen twee Leden van Staat genomen, en aan de beide Steden voor derfelver met de daad betoonde bereidwilligheid , om tot dat falutair oogmerk mede te werken, goedgevonden en verftaan Copie van de voorfchreeve Conventie te zenden aan Prefident en Raden van den Hoogen Raade, omte dienen tot derfelver informatie en narigt. 5N 2 Rt-  %%6 Placaatea. 6. Boek 3. Titul. !4« Refolutie van de Staaten van Holland9 houdende Oclroy tot het heffen van een Havenof Kaay-geld van de Schepen en Schuiten, die eenige goederen te Puttershoek komen te laden en te los fen. Den 7 Oclober 1791. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 4 deefer, hebbende ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mogende Appointement van den 15 Il% jongstleeden, geëxamineert de Requeste ten zei ven dage aan hun Edele Groot Mog. gepreefenteert door Dykgraaf en Heemraden van de Landen van Myn 's Heerenland van Moerkerken, te kennen geevende, dat onder der Supplianten Adminiftratie en Beheering zig bevonden de groote Sluys te Puttershoek , benevens eene Haven, een gedeelte van het Dorp van Puttershoek uitmaakende, alles dienende tot uitwatering van hunne en verfcheide 3ndere Polders; dat de Supplianten by geleegenheid, dat de houte Kaay of befchoeying langs de Oostkant van gemelde Haven, en uitwatering diende te worden gerepareerd , een verfoek van verfcheide Ingelanden, tevens Schippers zynde of daar in belanghebbende , bekomen hadden, daar by te kennen geevende; dat wanneer Dykgraaff en Heemraden, tot hun gemak een fteene Kaay, in plaats van een houte Befchoeying geliefden te laaten maken, zy lieden gereed waaren zodanige belasting voor hunne in de Haven laadande en losfende Scheepen te betaalen, als in redelykheid daar op zoude worden geftelt; dat de Supplianten, ,wier Casfe, door de importante uitgaven, voor al by het droogmaken en geheel vernieuwen hunner groote Sluys te Puttershoek, zig in geenen bloeienden ftaat bevond, daar op, volgens de by de Requeste geannexeerde Ciering van derfelve Fabricq bevonden hadden, dat gemelde fteene Kaay hun eene fomme van ƒ2821-:-: meer zoude kosten, dan de houte befchneying zoude bedragen; dan dat de Supplianten des nietteegenftaande , öm de Ingefeetenen, en voor al de Schippers , te gerieven, tot het maken van eene geheele nieuwe fteene Kaay, waren overgegaan, en defelven in het afgeloopen voorjaar hadden aanbefteed, en dus werkelyk aan het voorfz. verfoek, het welk tot zeer veel gerief der Ingelanden en andere Ingefeetenen zoude ftrekken, voldaan hadden; dat de kasfe der Supplianten daar toe niet toereikende, de Supplianten alfoo eenige Penningen hadden moeten negotieeren, en dat daartoe in het vervolg aanhoudend, zoo tot vinding der Intresfen, affosfmg van de Hoofdfom, uitdieping der Haven en onderhoud van gemelde fteene Kaay, Penningen vereifcht zullende worden de Supplianten mitsdien gaarne wegens gemelde kosten en verdere onderhoud, en, ingevolge het aanbod van voornoemde Ingelanden van de aldaar losfende en laadende Scheepen het navolgende Haven of Kaay-geld zouden genieten, het welk zoo matig was geftelt, dat daar uit in de eerfte jaaren niet veel meer dan de Interesfen der Hoofdfom zouden kunnen gevonden worden; en vervolgens verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende de Supplianten geliefden te permitteeren, om van een ieder, welke met een Schip, Schuit en ander vaartuig 't zy Vlas, Hooy, Strooy, Riet, Boomen, Hout, Turf, Potten, Aardappelen, Afch en Vuilnis &c. of eenige andere Goederen , te Puttershoek zoude komen laaden en losfen, 't zy zulks gefchiede voor of ten behoeve van Ingelanden der voorfz. Polders,of niet, alvoorens defelve inlaading of losfing zoude mogen worden gedaan, voor Haven o£ Kaaygeld te mogen heften, vorderen en ontfangen , te weeten : Van een Gaffel ofDordtfche Terrie en een Potfchip eene gulden en tien ftuyvers. Van een Friefche Ferrie, Dam, Kraak of Sprit - Schip eene gulden en vier ftuyvers. Van een Poon en Turffchip eene gulde twee ftuivers. Van een gtoote Hengst tien ftuyvers. Van een Aardappelen, Afch en VullisSchip eene Gulde en tien ftuyvers; En Van kleinder vaartuygen naar advenant; met verdere bepaaling ten aanfien van de Beurt of Marktfchippers van het Dorp Puttershoek* dat defelve vry zouden zyn van het bovengemelde Haven of Kaaygeld, indien zy geen andere Goederen komen te laaden of te losfen, dan tot gerief der Burgers, dan dat wanneer defelve tevens zouden laden of losfen Goederen hier boven gefpecificeert, dat zy in zodanig geval, even als de Buiten - Schippers, het Haven of Kaaygeld zouden moeten betaalen; alles op een boete van vyf en twintig guldens, telkens te verbeuren by die geenen die zonder betaaling van het voorfz. Haven of Kaaygeld eenige der boven gemelde Goederen zouden hebben gelaaden of gelost» en dat hun Edele Groot Mogende daar van aan de Supplianten zouden gelieven te verleenen het nodige Oétroy. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Supplianten voorden tyd van twaalf jaaren te Oótroyeeren, om van een ieder, welke met een Schip, Schuit en ander vaarttuig, 't zy Vlas, Hooy, Strooy, Riet, Boomen, Hout, Turf, Potten, Pannen, Aardappelen, Afch en Vuilnis, of eenige andere Goederen te Puttershoek zal komen te laaden en losfen, het zy zulks mogt gefchieden, voor of ten behoeve van Ingelanden der voorfz. Polder, of niet, alvorens defel-  Tollen, Gabellen, enjReglemeiiten op verfcheide Veeren. 8y refumtie gedelibereert zynde op de Mis_D five van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 24 der voorleede maand, en den 9 deefer ter Vergadering ingekoomen, houdende den voet, waarop, uit kragte van hun Edele Groot Mogende Refolutie van den 1 September deefes jaars met Mr. Reynier Frederik van Staveren Raad in de Vroedfchap der Stad Rotterdam, als Ambagtsheer van Herkingen, ten aanfien van de daar by vermelde Veeren van Herkingen op Dordrecht en op Rotterdam over de koop van de voorfz. Veeren waren geconvenieert, en verfoekende, dat hun Edele Groot Mogende de overdoening van de beide voorfz. Veeren volgens het gemelde geconvenieerde geliefden te approbeeren en te ordonneeren van de Reglementen en Ordonnantiën by de Misfive gevoegd zullen moeten geobferveerd en nagekoomen worden. Is goedgevonden en verftaan, de overdoening van de voorfz* beide Veeren van Herkingen op Dordrecht en Rotterdam door de Heeren Gecommitteerde van Rotterdam aan den Ambagtsheer Mr. Reynier Frederik van Staveren volgens het geconvenieerde in dier voegen te approbeeren. i.Dat aan den Ambagtsheer zullen gecedeerd worden de te Herkingen thans fubftfteerende Veeren op Dordrecht en op Rotterdam. a. Dat de Ambagtsheer voor die Cesfie ten Comptoire van hun Edele Groot Mogende Domeynen 's Lands van Voorne binnen de Stad Brielle zal opleggen en betaalen eens de fom van negen honderd guldens, en zulks binnen zes weeken na deefe approbatie, waar tegens de directie over, en de voordeelen van de voorfz. Veeren aan den Ambagtsheer zullen overgaan met den 1 January 1792. 3. Dat de Reglementenen Ordonnantiën op de voorfz. beide Veeren fubfifteerende, zullen worden geobferveert, en moeten nagekoomen worden Zoo ais defelve hier na volgen geinfereert. Reglement op het bedienen vati . het Veer van Herkingen op Dordrecht, mitsgaders Ordonnantie op het Veerloon vari het zelve. TT\e Veerfchipper zal het zelve Veer JL/ door twee goede en bekwaame Knegts moeten laaten bedienen, welke Knegts (des noods) zuilen ftaan ter afkeuring van den Eigenaar van het voorfz. Veer of desfelfs gequalihceerde ten einde daar door dit Veer zoo veel mogelyk, in goede ordre werde waargenoomen. De Veerfchipper zal verpligt zyn de Brieven en Goederen welke te Dordrecht moeten worden befteld in het vaaren naar Rotterdam eerst te Dordrecht aan derfelver Adresfen te laaten beforgen zonder daar mede naar Rotterdam te doen vaaren, en zulks dan in het retour te laaten doen. De Veerfchipper zal gehouden Zyn, indien 'er door de In- en Opgefeetenen van Herkingen Goederen van Dordrecht ontboden worden de Schuit zoo lang te DordSN 3 tecM  Placaaten. 6". Boek. 3* Titul. recht te laaten léggen, dat 'er behoorlyk tyd zal weefen, om de Goederen Scheep te beforgen. De Veerfchipper zal insgelyks moeten zorge dragen in geval hy Graanen Scheep heeft, het meeste voordeel van die van Herkingen te betragten. Wyders zal de Veerfchipper niet meer voor Vragt van Menfchen, Vee en Goederen mogen afneemen dan in de onderftaande Lyst, of Ordonnantie op het Veerloon ftaat geexpresfeert. En eindelyk zal de Veerfchipper moeten obferveeren en nakoomen alle zodanige verdere gebruyken, als omtrent dit Veer altoos geobferveerd zyn geworden, en hem in het vervolg voor zoo verre aan deefe niet contrarieeren, door den Eigenaar van het Veer te obferveeren gegeeven zoude mogen worden. Lyst van Vragtloonen van het Veer van Herkingen op Dordrecht en wederom. Van ieder Zeeuwfche Zak Tarw, Gerst, Rogge, Zaad, Haver, Erweeten, Boonen en alle anderen ter Markt gebragt wer-i dende Graanen. ■ . ■ \fo\ i\ 4 Van iedere Pasfagier meer dan tien jaaren oud Zynde. -— 080 Beneeden de tien tot vier jaarenl 040 Van een vierde Ton Booter. o] 4 o Van minder Quantiteit naar advenant. Van een Vloot Booter, naar maate van de groote van twee tot vier Stuyvers. Van eenvierde Zeep. 020 ——• minder Quantiteit naar advenant. ——• een half Vat Azyn. / o 3/0 — Kinnetje dito. —— / o al o ■ ' Aam Oly. ■ o o"j o 1 » half dito. ■ ■ < >» o 4' o I Anker dito kleynder. - o 2,1 o —— ieder 100 Pond Stroop. -030 —— meer en minder naar adve nant. — een Zak Zout. ■ 020 « halve dito en minder. - o ij o —— 30 tot 100 Pond Kaas. - o' 4 o <——• meer en minder naar advenant. —— een Zak Zout. o 2 0 ■ halve dito en minder. - o 1; o —— 30 tot 100 Pond Kaas. ~ 040 Daar booven naar maate. j Van minder Quantiteit altoos. - o 2 0 —1- ieder Vat Meekrap of Mu lien zonder onderfcheid, en voor het Scheepfetten van defelve, te zamen. — o 14 o —— iedere Ton Peeren, Aardappelen , Ajuin en dergelyke. o 2' o Van elk Oxhoofd Wyn. — Ifoioj 0 — de leedige Flesfen te rugf 1 gaande. -—*—.—, J. 3 o —- ieder Anker Wyn in Bot- 1 \ tels. — , 0! 4 0 meer en minder naar adve- 1 nant. — iedere Ton Pik, Teer, | Traan, Zoute Visch en Haa- 1 ring. ■ 060 —— een halve Ton dito. - 040 minder Quantiteit altoos. 020 —— een half Vat Bier. 020 '—1—Kinnetje. « o 1 0 1 ■ leedig half Vat te rug. oj c 8 ■ ' Kinnetje. —— 0 0 4- " iedere Mand Peen. — oj 4 0 een Paard. - 1] ic 0 •* ■ Rundbeest. ■ ij 4 0 ■ ' Kalf of Varken. — oj 6 0 — 1 Schaap. —— 040 " ieder Pakje zonder onder- i fcheid boven 50 Pond. o: 4 o Boven 25 Pond. ■■ - ■■ o' 3 o Daar beneeden. ——~. I o1 2 o Van een Brief. ■ ■ f °i 2 0 En in geval 'er Geld neevens! gaat, van elke 100 Guldens, o' 2 o Van een bruine houte Kast. - ij o o —— —• Kabinet. ——. 1 0 0 1 1 Kist of Latafel. - o 6 o ■ Koffer naar maate van derfelver groote, twee, vier of zes Stuyvers. — Sluytmande en Bagge naar derfelver groote, twee, vier, zes, of agt Stuyvers. extra groote, naar discretie. — een agtendeel of maate Grutten, Gerst, Ryst, gepelde Gerst, Meel en diergely ke Waaren. — o 2 o ———— Stuk Linnen. — o! 3 o Meerder als een Stuk in een Zak geftooken zynde, naar proportie. Van ieder 1000 gemeene Tee gels. . oio o gelyk getal Mopfteenen. 1! o o elke 10000 Vloerteegels. 2'10 o ieder 1000 Pannen of | Vorften. ^» 2 o o ieder 100 Muurteegels. o 2 o alle nieuw Timmerhout naar de waarde van elke Gul- I den. ■ • - — o 1/ o het Slytershout naar dis ƒ / cretie. / / ■ ieder 100 Pond nieuw/ / Touwwerk. , 040 •———- Lood. oj 2 o • een Steen Kaarsfèn. — oio ——— Kist met Kaarsfen. oj 6] o ~ Mande met Delfs, Keuls,  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 839 Keuls, of Engels Aardewerk, naar maate van derfelver, groote, vier, zes en agt Stuyvers. ■i Pak Laaken en andere Wollen Stoffen mede naar rato van derfelver groote, zestien, en veertien Stuyvers. ■ ■ Bed en zyn toebehoo- ren. -■ f0:10 o • Korf Glas. oj 8 o — Kist met Glas. — Oj 5 o — Korf Rofynen. - oj 3 o » ■ Matje Vygen. — o] ai o ; Pot Kandy. ■ oj 2 o ■ 1 Boot Leeder. — 060 ■ ■ Kip Stokvis. — o 3 o ■■ Kist met Koek naar maate van derfelver groote, van vier tot tien Stuyvers. ■ ■ Kisje Zuyker. — o io' o ■ Vat Duygen. — o| 1 o Mandje met Spykers,' drie k vier Stuyvers. — ■ 1 Riem wit Papier. o, 2 o — dito Graauw. — o! ij o —— ieder douzyn Luywagens,! | j platte Borftels, Varkjes,1 Witftokken, fyne en dub-j belde Ryze Beezems of minder Quantiteit. —— 020 En van meerdere naar advenant,1 I dog minder zoort van Bee-^ I zems, als mede van Boen-! I ders, maar half geit. ! Van ieder Hoed Kooien. — 1 4' o —- elke Schaal Kooien. — | o 6 0 — iedere Zak Nooten, Cas-| I tanjes en diergelyke. — I o! 4' o ——• een ordinaire Huid. \ oj 2I o I —— ieder Kalf of Schapen huid.' 01 ij q ——— —— Hoed Kalk. — j o ro* o — Ton Tras. — oj 3 o —— — Ton Run. —— 030 — een Wagen of Rytuyg op vier Wielen — i i\io o ■ ■ op twee Wielen. I v cl o Alle opgenoemde Waaren en Pakkagien zullen volgens de boovenftaande Lyst en naar proportie en met discretie moeten gereekend en betaalt worden. Aldus het voorenflaaude Reglement, mitsgaders Ordonnantie geapprobeert, in haar Edele Groot Mog. Vergadering. Den 23 December 1791. Reglement op het bedie* nen van het Veer van Herkingen op Rotterdam, mitsgaders Or- t donnantie op het Veerloon van het zelve. De Veerfchipper zal het zelve Veer met j een bequaame Poon met twee goede en be- j quaame Knegts moeten laaten bedienen, welke Knegts, des noods, zullen ftaan ter afkeuringe van den Eigenaar van dit Veer of desfelfs Gequalificeerde, ten einde daar door dit Veer zoo veel mogelyk in goede ordre werd waargenoomen. De Veerfchipper zal het geheele Jaar door weekelyks, en wel des Zaturdags met het eerfte Getey van Herkingen naar Rotterdam moeten doen afvaaren, en weederom van Rotterdam naar Herkingen te rugkeeren, weekelyks des Dingsdags mede met het eerfte Getey, alles ten zy zulks door Storm of Ysgang verhinderd mogte worden. Voorts zal de voornoemde Veerfchipper te Rotterdam eene vaste Legplaats moeten houden en mitsdien van daar altoos uit defelve Haven zoo veel doenlyk van defelve Legplaats in die Haven moeten doen afvaaren. De Veerfchipper zal wyders alle de hem toevertrouwde en by hem Scheep gebragte Goederen naar behooren in agt moeten doen neemen, en tegen derfelver benadeelinge, mitsgaders voor derfelver befbrging moeten doen zorgen en vigileeren. De Veerfchipper zal moeten zorge dragen , dat zyn voorfz. Knegts of een van beide tydig en dus ten minflen twee uuren voor hun afvaaren, zoo te Herkingen als te Rotterdam zig Scheep zullen moeten laaten vinden, om de beftelt wordende Goederen aan te neemen, en daar op acht te flaan, als mede dat defelve by hun arrivément te Herkingen en te Rotterdam -respeetivelyk zoo lang Scheep zullen moeten blyven , ot dat de door hun mede gebragte Goederen gelost zullen zyn. De Veerfchipper zal moeten obferveeren en nakoomen alle zodanige verdere gebruiken als omtrent dit Veer altoos geobferveert zyn geworden, en hem in het vervolg , voor zoo verre aan deefe niet contrarieeren, door den Eigenaar van het Veer te obferveeren gegeeven zouden mogen worden. En eindelyk zal de Veerfchipper niet meer voor vragt van Menfchen, Vee en Goederen mogen afneemen, als vermeit is op de onderftaande Lyst. Lyst van Vragtloonen van het Veer van Herkingen op Rotterdam en weederom. Van ieder Zeeuwfche Zak Tarw, Gerst, Rogge,Zaad, Haver, Erweeten, Boonen en alle andere ter Markt gebragt werdende Graanen. fo 14 Van iedere Pasfagier meer dan j tien jaaren oud zynde. ~ o 8 o Beneeden de tien tot vier jaaren. o 4I o Van een vierde Ton Booter. 040 Van minder Quantiteit naar advenant. Van  840 Placaaten. 6. Boek. 3. Titul. Van een Vloot Booter, naar i maate van de groote, van twee tot vier Stuyvers. Van een vierde Zeep. —— /o 2 o —— minder Quantiteit naar advenant. —— een half Vat Azyn. — 030 ——— Kinnetje dito. 020 « Aam Oly. ■ 060 '- half dito. 040 1 ■ Anker dito kleynder. 020 ieder 100 Pond Stroop. 030 ~— meer en minder naar advenant. —— een Zak Zout. ■ 020 » halve dito en minder, oio •—— 30 tot ico Pond Kaas. -- c 4 o Daar booven naar. maate. Van minder Quantiteit altoos. 020 —— ieder Vat Meekrap of Mulien zonder onderfcheid, en voor het Scheepzetten van defelve te zamen. ■ 014! o —— iedere TonPeeren, Aard- j appelen, Ajuin,endergelyke. o 21 o —— elk Oxhoofd Wyn. — oio: o —- de leedige Flesfen te rug gaande. -■ c g ' o ieder Anker Wyn in Boo- l tels. ■—••1 ■ o 4 o — meer en minder naar advenant. — iedere Ton Pik, Teer, 1 Traan, ZouteVisch en Haaring. ■ 060 ■—- een halve Ton dito. - 040 • ■ minder Quantiteit altoos. 020 —— een half Vat Bier. —- 020 — Kinnetje. ■ o 1 o ———» leedighatfVatterug. 008 « Kinnetje. ■ 004 ieder Mand Peen. - I o 4 o een Paard. —— r/io o * i Rundbeest. — i{ 4 o • • Kalf of Varken. o 6 o ■ Schaap. «-*-*• o 4 o Van ieder Pakje zonder onderfcheid boven 50 Pond. - 040 Boven 25 Pond. 0 3 o Daar beneeden. oj 2 o Van een Brief. ■ o 2 o En in geval 'er Geit neevens gaat, van elke 100 Guld. 020 Van een bruine houte Kast. 11 o o ■ Kabinet. -— iho o ■ Kist of Latafel. « 060 Koffer naar maate van derfelver groote, twee, vier,) of zes Stuyvers. Sluytmande en Bagge naar derfelve groote, twee, vier. zes of agt Stuyvers. —- extra groote, naar discretie. :— een agtendeel of maate Grutten, Gerst, Ryst, ge¬ pelde Gerst, Meel en dier-; j j gelyke Waaren. 1— \ o 2! 0 —— een Stuk Linnen. | ol 3! 0 Meerder als een Stuk in een Zak' \ \ geflooken zynde, naar pro-I portie. Van ieder icoogemeeneTeegels' oio 0 —— gelyk getal Mopfteeneni 1 0 0 elke 10000 Vloerteegelsl 210 0 —— iedere 1000 Pannen of Vorften. ■'■ 2 0 ö ieder 100 Muurteegels. 020 Van alle nieuw Timmerhout naar j de waarde van elke Gulden.; 0 1 0 —— het Slytershout naar discretie. -— ieder 100 Pond nieuw Touwwerk. o 4 0 , , , Yzer. o 3 0 .■" 1 11 i;° Lood. o! 2 0 -— een Steen Kaarsfen. — o' 1 0 ' Kist met Kaarsfen. oj 6 0 — i Mande met Delfs, Keuls of Engels Aardewerk, naar maate van derfelver groo-l te, vier, zes, en agt Stuyv.' ' pak Laaken en andere1 Wolle Stoffen mede naar rato van derfelver groote, zes- | tien en veertien Stuyvers. i 1 Bed en zyn toebehoo- ren. —— ■ oio 0 « .— Korf Glas. , o'. 8 oj 1 . Kist met Glas. — ol 6 I - • Korf Rofynen. — 030 ■ 1 Matje Vygen. — o; 2 o 1 . Pot Kandy. - o 2 o ■ Boot Leeder. . . o\ 6 0 - « Kip Stokvis. . oj 3 0 ! Kist met Koek naar I maate van derfelver groote, J van vier tot tien Stuyvers. • Kistje Zuyker — o|io 0 ■ VatDuygen. . 0 t 8 ■ —- Mandje met Spykers I 3 ü 4 Stuyvers. . . —- Riem wit Papier. - o 2 0 ■- dito Graauw. —— 030 -— ieder Douzyn Luiwagens, platte Borftels, Varkjes, Witftokken, fyne dubbelde RyzeBeezemsofminderQuantit. o 2 o En van meerdere naar advenant, dog minder zoort van Beezems, als mede van Boenders, maar half gek. Van ieder Hoed Kooien. - 14 o elke Schaal Kooien. - / o 61 o iedere Zak Nooten, Cas- \ tanjes en diergelyke. - / oj 4 o een ordinaire Huid. 4 o 2 o ieder Kalf- of Schaapenhuid. 1 oj 1 0 r— Hoed Kalk. — o!i6 0 — Ton Tras. ol 3 0 Van  Tollen, Gabellen, en Reglementen op verfcheide Veeren. 841 Aldus het voorenftaande Reglement* mitsgaders Ordonnantie geapprobeert, in haar Edele Groot Mog. Vergadering den 23 December 1791. Ën zal Extract deefer gegeeven worden aan de Heeren Gecommitteerde Raaden, en aart den Ambagtsheer van Herkingen tot derfelver narigt. o o Van ieder Ton Run. —- \fo\ 3 o een Wagen of Rytuyg op vier Wielen. — 1 10 o . 0p twee Wielen. -- i| oj o Alle ongenoemde Waaren en Pakkagien zullen volgens de bovenltaande Lyst en naar proportie en met discretie moeten gereekent en betaalt worden. VIERDE TITUL' Raakende de Vry dom van Tollen by de navolgende Extra&en der Authenticque Steden Handvesten. Nihil. VYFDE TITUL. Raakende de Lysten der Graaffelyks- heid Tollen en Gabellen. Nihil ZESDE TITUL. De Munt en Munterye betreffende, Wisfel 9 Wïsfelaars, Affineurs, en Gouden Zilver-Smeeden. %, Refolutie van de Staaten van Bolland^ op een verfoek van den Muntmeester derfelver Provintie, om, onder beneficie van zekere offerte, voor zyn privé rekening, goude Ryders te mogen Munten. Den 25 July 1161, De Raadpenfionaris heeft ter Vergadering gerapporteert de Confideratien en het Advis van de Heeren van de Ridderfchap en IX. Deel. verdere haar Edele Groot Mogende Gecommitteerden tot de zaaken van de Munt, hebbende , ingevolge en ter voldoening van haar Ede-  842 Placaaten. 6. Boek. 6. Titul. Edele Groot Mog. Refolutie Commisforiaal van den 16 Jany deefes jaars, meten nevens de Raden en Generaalmeesters van de Munt, geëxamineert de Requeste, door Mr. Wouter Buck, Muntmeester deefer Provincie bin-. nen Dordrecht, aan haar Edele Groot Mog. ten zeiven dage geprefenteert, daar by te kennen geevende, dat, wanneer ingevolge haar Hoog Mogende Refolutie van den 2 Juny 1760 iian de Munte binnen voorfz. Stad ordres tot het munten van geheele en halve Goude Ryders gegeeven waren, hy Suppliant, in navolging van de Muntmeesters van alle de andere Provinciën, getragt hadde te obtineeren, dat hy de quantiteit der te munten© Ryders voor zyne eige Reekening zoude mogen maken, met offerte van aan den Lande daar voor een profyt van een half percent te doen genieten, (op de doenmaals geftelde Quota van een en een na If Millioen, uitmaakende zeeven duyzend vyf honderd guldens,) dog dat geene zyner gedaane inftantien van eenige vrugt geweest waaren, fchoon alle de Muntmeesters in de andere Provinciën daar meede begunftigt waaren, nietteegenftaande geen derfelve zoo veel voordeel aan hunne respeclive Provinciën hadden doen genieten, als den Suppliant had aangebooden; hebbende de Muntmeester van Zeeland aan zyne Provineie een vierde percent of/ 3750-0-0, en die van Utrecht-ƒ 2000-0-0, goedgedaan. Dat des Suppliants principaalfte Correspondenten, die geftadig na de voorfz. Hollandfche Munte hun Goud tot vermunting in Ducaaten toefonden, en genoegfaam altoos defelve aan het werk hielden, aan hem Suppliant wel een en andermaal hadden voorgeftelt, om voor hun Goude Ryders te maaken, dog dat hy, vermits zyn gedaanen Eed, van maar alleen Ryders voor reekening van het Land te maken, genoodfaakt was geweest zulks te moeten afwyfen: Dat uit hoofde deefer weigering gemelde zyne Correspondenten dadelyk hun Goud na de Munten van Utrecht, Harderwyk en Middelburg gefonden, en aan hem Suppliant te kennen gegeeven hadden, dat, vermits hy hun geen Goude Ryders had willen furneeren, zy ook, fchoon tot nog toe altoos de Hollandfche Munte booven alle andere hadden geprefereert, nu voortaan hunne Ducaaten zouden laten maken by die Muntmeesters , die hun thans met Goude Ryders gerieft | hadden, en dat het zyn Suppliants eige fchuld was, zoo zy in het vervolg hun werk niet meer na de Hollandfche Munte, maar na andere Munten toefonden. _ Dat by Suppliant het gevolg deefer bedreiging ook had ondervonden, dewyl zeedert gemelde zyne weigering op de voorfz. Munte ongelyk minder Ducaaten als voorheen waaren \ gemaakt, en dat in teegendeel op de andere ! Munten het werk was toegenoomen. Dat hy Suppliant vervolgens de vryheid nam aan haar Edele Groot Mog. onder het oog te brengen \ het merkelyk nadeel voor de Hollandfche l Munt, door de verfchillende direclie in den I Muntflag der Ryders gehouden, en de qtiaade gevolgen daar uit onvermydelyk te refulteeren, dewyl voorfeeker het werk der Ducaaten van gemelde Munt geheel vetloopen zoude, en tot andere Munten worden overgebragt, dat het zelve, eens een andere route genoomen hebbende, niet zoude zyn te rug te brengen; Dat de Sleyfchatten of het heerlyk Regt van haar Edele Groot Mog. van de Munt, tot groote fchaade van het Land geheel verminderen zoude, en tot niet loopen, dat het Land derhalven belast zoude worden met de betaaling der Traclementen en andere onkosten, thans uit bet gemelde Regt gevonden wordende; dat de Muntgezellen, op deefe Munt in veel grooter aantal als op eenige andere , en die reeds niet buiten reeden klaagden van geen behoorlyk beftaan te hebben, in het vervolg tot de uitterfte armoede vervallen zouden, en dat de gantfche ondergang deefer Munt, altoos als de voornaamfte geconfidereert , daar uit te wagten was. Dat den Suppliant wel begreep, dat weegens de reeds vermunte twaalf Millioenen aan Ryders, geen verandering te maaken was, dog zig teffens flatteerde, dat haar Edele Groot Mog. in de fchikking van de op nieuws te maaken Ryders I wel eenig redres zonden gelieven te maaken, tot welzyn der Munte, aan zyn opfigt toevertrouwt, betuygende hy Suppliant geen meerder voordeel uit den Muntflag der Goude Ryders voor zig daar door te beoogen; Dat hy zig ook verbeelde , dat haar Edele Groot Mog. daar van overtuigt zouden'zyn, in confideratie zyner bereidheid tot het geeven van veel meer voordeel wegens zyn portie in de voorfz. twaalf Millioenen in deefe Provincie, als door de Muntmeesters in Zeeland en Utrecht aan gemelde twee Provinciën gegeeven was; En dat hy Suppliant alleen verlangde verfeekering te mogen hebben, dat de Muntmeesters der andere Provinciën conform hunnen Eed op den 9 Juny 1700 in handen van Raaden en Generaalmeesters geprefteert, geen Goude Ryders zouden moge~n munten als ah leen van Goud* het geen hun door de Heeren Staaten hunner respeclive Provinciën zouden worden gefurneert, of het geen voor reekening van gemelde Heeren Staaten zouden zyn ingekogt en geenfints, onder welk pretext het ook zyn mogte , daar toe hun eigen Goud of dat van particulieren te employeereo, en dat dus met defelve Muntmeesters, met hem aan denfelven Eed en Inftruétie gebonden, op gelyke voet mogte worden behandelt. Dog vermits hy Suppliant op goede gronden vreesde, dat by de respeclive Provinciën daar toe weinig inclinatie zoude werden betoond, verfogte defelve ootmoedig, dat haar Edele Groot Mog., tot voorkooming der quaade gevolgen hier vooren gemeld, in navolging van de andere respeclive Provinciën, aan hem de te muntene Quota van Goude Ryders geliefden over te geeven, om die voor zyn privé reekening te mogen maken, en dus in ftaat geftelt te mogen-worden van het werk we-  De Munt en Munterye betreffende, Wisfel, &c. $4% wederom na deefe Munt te konnen trekken, aan het Land een behoorlyk Sleyfchat op te brengen, en aan zyne Correspondenten genoegen te konnen geeven, prefenteerende nogmaals in dat geval aan het Land, overeenkomlb'g zyn aanbod in den voorleeden jaare gedaan, te zullen doen genieten een voordeel van vyf duifend guldens. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, dat in het verfoek by des Suppliants voorfz. Requeste gedaan niet kan worden getreeden, en het zelve mitsdien te wyfen van de hand; dog is niettemin gerefol¬ veert de Heeren Gecommitteerde Raaden in den Hage en te Hoorn refideerende by deefen te auctorifeeren en te qualificeeren om behoudens de letter van haar Hoog Mogende Refolutien van den 2 Juny en 16 July beide 1700, en 21 April i76i 0p den iVluntnV van geheele en halve Goude Ryders gahoomen, met de Muntmeesters, voor zoo veel ieder in zyn Quartier betreft, dienaangaande zoodanige fchikking te maaken, als tot bevordering van de voorfz. Muntflag op de Munte deefer Provincie neevens het interest van 's Lands Financie zal kunnen gefchieden. 2* Waarfchouwing van de Staaten van Zeeland, waar by de Prys van den Zeeuwfchen Rijksdaalder °P 53 Stuyvers word geftelt. Den 8 Maart 1762. De Staten van den Lande van Zeeland: Allen den genen, die deefe zullen zien of hooren lefen, Saluc; doen te weeten: dat wy, ter preventie, en om, zoo veel doenlyk, te verhinderen het verfenden uit deefe Provincie van den Zeeuwfchen Zilveren Ducaat voor een Penning van Negotie, of wel het verfmelten van denfelven door baatfoekende Lieden, 't welk wegens het goed allooi en de zwaarte van denfelven, en, daar en tegen, den hoogen prys van het Munt - Materiaal, meer en meer althans in zwang gaat, tot groote prejudicie van de Provincie, zonderling in deefe Conjancïare des tyds, die daar door 't eenemaal van gedagten Penning ontbloot ftaat te worden , nietegenftaande de voorforg, van tyd tot tyd daar teegens genomen, goedgevonden hebben den Zilveren Dukaat, die in onfen Munt te vooren gemaakt, en jeegenswoordig of in het vervolg gemunt mogte worden, van dato defer, gangbaar te laaten wefen tot acht Schellingen en tien grooten Vlaams of drie en vyftig Stuyvers, en den halven Zilveren Dukaat tot vier Schellingen en vyf grooten Vlaams, of zes en twintig Stuyvers en acht Penningen. Aldus gedaan en gearrefteerd, ter Vergaderinge van de Heeren Staaten van Zeeland, in 't Hof aldaar, te Middelburg, den 8 Maart 1762. (Onderflond^) Ter ordonnantie van Hoogge melde Heeren Staaten. (Was geteekent,) A. STEENGRACHT. 3' Placaat van de Staaten Generaal, hou¬ dende bepaaling der waarde in het uitgeeven der Vlaamfche Vyffluivers - en Vyfgroot - Stukken. Den 3 Mey 1763. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Doen te weeten, alfoo wy koomen te verneemen, dat binnen onfe Landen van Vlaanderen, dagelyks worden ingevoerd en gedebiteert, zeekere in de Oostenrykfche Nederlanden geflaage Muntfpecien, geraeenlyk genaamd Vlaam5° * fche  $44 Placaaten. 6". Boek. 6. Titul, fche Vyfftuyvers- en Vyfgroot- ftukken, dewelke , tot notabele fchaade en detriment van onfe goede Ingefeetenen, worden uitgegeeven teegens vier ftuyvers en een half, en neegen Oortjes respechVe, waar teegens willende voorfien. Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben , dat de voorfz. Vlaamfche Vyfftuyversen Vyfgrootftukken, na dato deefer Publicatie , in den Lande van Vlaanderen, Territoir van de Republicq, niet hooger zullen moogen worden gedebiteert en uitgegeeven, als teegens vier, en twee ftuyvers Hollands respec- tive, op een boete van zes guldens op ieder derfelve, die, na dato deefer Publicatie, hooger als teegen den geftelden prys zal zyn ontfangen of uitgegeeven, zoo wel tot lasten van den Ontfanger als Uitgeever van dien, ieder in folidum, te appliceeren, de eene helfte voor den Officier die de calange doen zal, en de wederhelfte voor den Aanbrenger. En op dat niemand hier van eenige ignorantie koome te pretendeeren, zal deefe worden gepubliceert en alomme geaffigeert, daar zulks gewoon en gebruikelyk is te gefchieden. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden. In den Hage den 3 Mey 1763. (Was geparapheert,) T. van BERCHUYS, vt. (Onderftond,) Ter ordonnantie van defelve. (Was geteekent,') H. FAGEL Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruyte. 4' 'Publicatie van de Staaten Generaal, hou¬ dende ver klaaring, dat de Goude Ducaten, op de respeclive Munten deefer Landen gemaakt, alle van één en defelfde gehalte zyn, zonder dat die van de Hollandfche Munt eenige meerdere waarde hebben. Den 11 Oclober 1763. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, Allen den geenen die deefe zullen zien of hooren leefen, falut; Doen te weeten: Alfoo wy in ervaaring gekoomen zyn, dat buiten 's Lands, en vooral in het Gebied van den Koning van Poolen, de goude Ducaaten, dewelke, of een Haantje, of een Schuytje, of een ander Byteeken draagen, dewelke in deefe Nederlandfche Munten worden geflaagen, alleen uitgenoomen die van de Hollandfche Munte worden gedenigreert, even als of defelve in haar intrinfique beftaan niet zoo goed zouden weefen, als die geene, welke tot Dordrecht worden gemunt. Zoo is 't, dat wy, confidereerende, dat door zoodanige quaade uitftrooyfels het credit der andere Provinciaale Munten zeer word benadeelt, noodig hebben geagt, daar tegens efficacieufelyk te voorfien, en overfulks, na ingenoomen advis van onfe Raaden en Generaalmeesters van de Munten deefer Landen, hebben goedgevonden te verklaaren, zoo als wy verklaaren by deefen, dat alle goude Ducaaten op de Munten deefer Landen worden gemaakt en befchikt na een en defelve Inftructie , en op een en defelve voet en gehalte, en ook in alle de Provinciën van tyd tot tyd door een en het zelve vast Collegie van Raaden en Generaalmeesters van de Munten deefer Landen worden geëxamineert, gewogen en geësfayeert, zoo dat het intrinfique beftaan der zeiver volkoomen overeenftemt met die van de Hollandfche Munte, en de eene van geen meerder waarde is als de andere. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude hebben, lasten en beveelen wy, dat  De Munt en Munterye betreffende, Wïsfel, &c. 845 rastheid zig daar na zoude kunnen reguleeren. 0 dat deefe alomme zal werden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks gebruikelyk is te gefchieden , ten einde een iegelyk tot zyn ge- Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden in '«Gravenhage den u Oétober 1763. QFas geparapheert,) F. H. v. WASSENAAR, vt. (Onderfond,) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent f) Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogende op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. H. F A G E L. ' s' Refolutie van de Staaten Generaal, hou¬ dende hepaaling, door wie en op welke wyze de voorzieningen omtrent de evaluatie der Geldspeciën in het Overquartier van Gelderland moeten worden gedaan. Den 23 April 1766. Is gehoort het Rapport van de Heeren Brantfen en andere haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van het O verquartier van Gelderland , ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 5 Augustus des voorleeden jaars, met en neevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van State, hebbende geëxamineert een Misfive van hetHof geordonneert in het Overquartier van Gelderland, gefchreeven te Venlo, den 23 . . . .daar te vooren, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 24 Juny desfelven jaars, derfelver berigt, op een Misfive van de Magiftraat der Stad Venlo voornoemt, gefchreeven aldaar den2iderlelve maand Juny, houdende, klagten ter zaake dat het Hof van Juftitie te Venlo voornoemt, met alle mogelykheyd was tragtende allen inbreuk, hinder en ftoornisfe in haare Stads en Inwoonders Rechten, Privilegiën en Vryheeden toetebrengen; hebbende het gemelde Hof kunnen goedvinden, zonder hunne kennisfe in dato den 14 daar te vooren, uittegeven, en op den 19 daar aan volgende op de Stads Poorten te doen publiceeren, derfelver Ordonnantie, raakende eenige moeyelykheeden omtrent het munt weefen, zeedert eenigen tyd voorgekomen, neevens de voorfchreeve Misfive gevoegd Sub Litt. A. Verfoekende de gemelde Magiftraat, om reedenen in de voorfchreeve Misfive geallegeert, dat haar Hoog Mog. hun en hunne Stad gelieven te maintineeren in derfelver oude Rechten en Gerechtigheden, Jurisdictie enPosfesfie, en dat ten effeéte van dien, des Hofs voornoemde Ordonnantie van den 14 Juny 176$ moge worden gehouden buyten effeél: en Publicatie,- En dat aan het voornoemde Hof moge worden gelast, geene reguleeringe van Muntfpecien by vervolg, of des aangaande eenig Gebod of Verbod te doen, als de Concert, met kennisfe, interventie en participatie van de Magiftraat, op den Voet als van ouds en op onheugelyke tyden gefchied, en zoo als by haar Hoog Mog. Refolutien van den 12 Augustus 1752 en 21 September 1761 geftatueerd is, en hun daar na punélueelyk te reguleeren; met verdere last aan gemelden Hove geen dergelyke of andere affi&ien op de gemelde Stadspoorten door haaren Deurwaarder of Bodens meer te laaten exploiéteeren, en haar van allen diergelyken inbreuk en infractie van der gemelde Stads Rechten en Jurisdictie te onthouden, met alle zulkeferieufe voorfieninge als haar Hoog Mog. naar exigentie van zaaken zullen nodig vinden. Voorts ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 9 Augustus geëxamineert hebbende een Misfive van de Magiftraat der Stad Venlo, gefchreeven aldaar den 6 daar te vooren, zendende daar neevens Copie van zeekere Ordonnantie op den 10 Juny I7ö5> gegeeven by het Gouvernement te Brusfel, ten reguarde van de Stad Ruremonde, rakende het reguleeren van den Cours der Goude, Zilvere en andere Munten: Verfoekende dat haar Hoog Mog. daar op gelieven te refleéfeeren by het onderfoek der klagten door gemelde Magiftraat, den 21 Juny van ge- 5 O 3 meh  846 Placaaten. 6. Boek. 6. Titul. melde jaare 1765 , by Misfive aan haar Hoog j Mog. gedaan, wegens inbreuk en infractie in hun regt en jurisdictie door den Hove van Ju- I fr.ir.ie te Venlo voornoemt, weederom ondernomen en begaan, en voorts reprsefenteerende, en inhaereérende hunne verfoeken by gemelde Misfive van 2i Juny ter zaake voorfz. aan haar Hoog Mog. gedaan. En laatftelyk tot nakominge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 18 October des voorleeden jaars geëxamineert hebbende een Misfive van den Hove geordonneert in 't Overquartier van Gelderland , gefchreeven te Venlo den 15 der voorleede maand, houdende ingevolge en tot voldoeninge van haar Hoog Mog. Refolutie van den 23 Augustus daar te vooren , derfelver berigt op een Misfive en Bylaagen van de Magiftraat der Stad Venlo voornoemt , houdende klagten teegens zeekere Ordonnantie van gemelden Hove, rakende het Cours houden by Provifie van de Goude en Zilvere Speciën in het Diftriéf, van Ruremonde. Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, als nog te perfifteeren by haar Hoog Mogende Refolutie van den 18 Juny 1765, v/aar by de Ordonnantie door 't Hof geordonneert in 't Overquartier van Gelder- . land, omtrent het Muntwee/en gepnbliceert, j is geapprobeert; ende voorts in agtinge geno- ■ men zynde, dat de Continueele gefubftifteert hebbende Disputen tusfehen het gemelde Hof en de Magiftraat van Venlo, by de minfte voor- 1 gevalle verandering in de evaluatie der Geld Speciën, by vervolg behooren te cesfeeren, als zynde tot merkelyke ondienst van 't Gemeeneland, en van de Ingefeetenen aldaar; ende daar toe meede gelet op de Refolutien by haar Hoog Mogende ter voorfchreeve zaake den 12 Augustus 175 2, en 21 September 1761 j gearrefteert. ; Ts wydérs goedgevonden en verftaan, mits defen te verklaaren en vast te ftellen, dat voortaan wanneer eenige prompte en provifioneele voorfieninge omtrent de evaluatie der Geld Speciën in het Overquartier van Gelderland,'tzy aan de zyde van 't Hof, 't zy aan de zyde van de . Magiftraat der Stad Venlo zal worden nodig geoordeelt, zy daar over met eikanderen zullen treeden in minnelyke Conferentie, en dat wanneer het eens zullen zyn, zoo omtrent de voorfchreeve noodiakelykheid, als nopens de te arrefteeren evaluatie zelve, devereyschte publicatie daar van, van weegens het Hof zal worden gedaan; geevende nogtans daarvan aanftonds kennisfe aan haar Hoog Mogende, om hoogstderfelver approbatie daar op te erlangen ; dog dat indien zy omtrent het een ofte ander point oneens zouden zyn, zy als dan ten fpoedigfte een nadere Conferentie zullen beleggen, met Overroepinge van den Land Rentmeester van het Overquartier, aan wien opening der weederzydfeheopinien zullen geeven, en zyn Advis verfoeken, ende dat het zelve Advis, het zy het Conform zoude mogen zyn, aan de Opinie van het Hof, het zy aan dat van de Magiftraat, provifione'yk gevolgt, en de voorfieninge in qutestie, dien Conform by het Hof gepubliceert ofte nagelaaten zal moeten worden, met gelyke kennisgeoving aanftonds aan haar Hoog Mog. van hetgepasfeerde, om vervolgens nader hoogstderfelver intentie en goedvinden daar op te verneemen. Ende zal Extraét van defe haar Hoog Mogende Refolutie gefonden werden aan gemelde Hof en Magiftraat van Venlo, met recommandatie en Last, om zig met aflegginge van alle eyge belangens na deefe te gedragen;als meede gelyk Extraét- aan den Land Rentmeester van gemelde Overquartier, om zig daar na te reguleeren. 6. Waarfchouwing van de Staaten Generaal, omtrent zekere Valfche Zeeuwfche Ryksdaalders, met het jaargetal van 1766. Den 1 December 1766. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo tot onfe kennisfe is gekoomen, dat in onfen Staat zeedert eenigen tyd zyn gedebiteert geworden valfche Nederlandfche Ryksdaalders, na den Muntflag van die der Provintie van Zeeland, met het Jaargetal van 1766, hebbende uitterlyk de gedaante van deugdelyke en goede Ryksdaalders, zoo hebben wy ten hoogften noodig geagt, zoo wel om de reputatie der Nederlandfche Ryksdaalders te maintineeren, en door de nagemaakte valfche in geen veragtinge te brengen, als om onfe goede onderdaanen voor fchaade te be vry den, by deefe Waar- fchouwinge alle en een iegelyk bekent te maaken, dat de gemelde valfche Ryksdaalders van de goede zyn te onderfcheiden door de volgende Kenteekens. Ten eerfte, Dat den zelve gegooten zynde, zig veel ligter als de goede in de hand ontdekken, weegende per ftuk veertien en een half Engels, daar de goede weegen moeten agtien Engels en agt Afen ruym. Ten tweede, Dat het Waapen der Stad Middelburg, ftaande aan het Hoofd van den geharnasten Man, zynde een Bargt, aan den booven kant van een egaale dikte als beneeden zig vertoont. Tm derde, Dat de Letteren aan den Rand, zeer  De Munt en Munterye betreffende, Wisfei, &c. zesr in groote verfchillende, en hier en daar aan en in eikanderen zyn loopende, en ein- delyk; Ten vierde, Dat de Karteling buiten om den Rand daar aan fchynt te zyn gevylt, terwyl de ftreepjes, die Cabelsgewyfe daar op moesten gevonden worden, meerendeels daarop regt ftaan. En op dat een iegelyk hier van zoude moogen kennisfe krygen, en zig voor fchaade zou¬ de kunnen wagten, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Erfftadhouder, Gecommitteerde Raaden, en Gedeputeerde Staaten van de refpeclive Provinciën, en alle andere Jufticieren en Officieren van defelve Lam den, dat zy deefe onfe Waarfchouwinge van ftonden aan alomme doen verkondigen pubhceeren en affigeeren, ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige publicatie en aifixie te doen. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergaderinge van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Hage den i December 1766. (Was geparapheert,) C. G. WASSENAER TWIdKEL, vt. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van defelve* (Geteekent,j H. F A G E U Zynde óp het fpdtium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel overdekt met een papiere Ruyte. 7. De Staaten van Holland en Westvriesland,* Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, ialut. Alfoo tot onfe kennisfe gekoomen is, dat men zeedert eenige jaaren op zeeker Meubilair, bekent onder den naam van. Argent haché , uit Kooper beftaande, maar dermaaten met zeekere Compofitie omtoogen, dat het aan Minkundige als weefentlyk Silver voor doet koomen, heeft kunnen goedvinden te ftaan zeekere kenteekenen, zeer overeenkoomende met de Keur en Merkteekenen, die by ons op het zilver Meubilair, om de deugtfaamheid daar van te probeeren, zyn geordonneert, en waar door das de deure werd opengefet, dat onfe goede Ingefeetenen zeer notabel zouden kunnen werden bedroogen, gelyk de voorbeelden daar van reeds zyn bekent. Zoo is 't: dat wy, om daar teegen té voorfien, na de confideratien van de Raaden en Generaal-Meefters van de Munten der vereenigde Nederlanden daar op te hebben ingenoomen, hebben goedgevonden te ftatueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat voortaan nooit meer eenig Werk, het zy van het zoogenaamt Argent haché, of ook van eenige andere Compofitie van Metaalen, hoe genaamt, Placaat van de Staaten van Holland* tegen het Keuren of Merken van zeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent haché. Den 5 Mey 1768. / geen eigentlyk Goud of Zilver zynde, gekeürê of geteekent binnen desfe Provincie van buiten zal moogen werden ingebragt, of in de Steeden, den Hage daar onder begreepen, of ten platten Lande, alwaar men zig geneert met het zelve te maaken of te verkoopen, zal moogen gekeurt of van een Meefters teeken voorfien, of eenig ander merkteeken daar op gevonden zal moogen worden, op poene dat alle en een iegelyk, die, na de Publicatie deefes, eenig Werk van het zoogenaamt Argent haché of eenige andere Compoiitie van Metaalen als hier vooren met eenig teeken voorfien, ihge{ voert, gemaakt, of zelve daar op geflaagen I zoude moogen hebben, en. daar van kanwerI den overtuigt, vervallen zal weefen in een boete van honderd Nederlandfche goude Du! caaten, op ieder geftempelt Stuk te verbeuren, te appliceeren een derde voor den Aanbrenger, een derde voor den Officier ,die de I calange zal doen, en het overige derde voor den Armen, ter Plaatfe daar de calange gefchieden zal: Wordende hier meede het eerfte Lid van het derde Articul van ons Placaat van den 15 April 1751 in zoo verre gederogeert. En belangende de Werken van het gemelde Argent Iiachê, of andere Compofitie voorfz. d§~  S48 Placaaten. «5. Boek. 6. Titul. dewelke reeds met eenige Keur- of Merkteekenen voorfien, in de Winkels binnen de Steeden en Plaatfen in deefe Provincie gevonden mogten worden, het zy defelve hier te Lande of elders gemaakt mogten weefen, zonder onderfcheid, willen en begeeren wy* dat na verloop van drie maanden van den dag der Publicatie deefes af te reekenen > niet meer zullen moogen werden verkogt of verruilt, neen maar, buiten 's Lands gefonden zullen moeten worden, om onfe goede Ingefeetenen voor fchaade in het toekoomende te bevryden. Gelasten voorts de refpeclive Deekens en Overluiden van de Goud- en Zilverfmeederi Gildens in de Steeden deefer Provincie, den Hage daar onder begreepen, dat zy, om aan dit ons falutair oogmerk te voldoen, gehouden zullen weefen om by de jaarlykfche en maandelykfche ommegangen, die zy in de Steeden en Plaatfen onder haar Gilde gehoorende, Verpligt zyn'te doen, ook ophetalleronverwagtfle te gaan infpecleeren de Winkels waar in het gemelde Argent haché of eenige andere Compofitie van Metaalen als vooren werd verkogt* qualificeerende defelve, om, zoo on verhoop telyk door haar mogte werden ontdekt, dat in weerwil van deefe onfe goede ordres, na den in dit Piacaat bepaalden tyd, nog eenig ge keurt of van merkteckenen voorfien Argent haché of andere Compofitie van Metaalen booven gemeld in Winkels binnen deele Provin¬ cie mogten worden gevonden, deVerkoopers of Eigenaars van het zelve, na den inhoud deefes te moogen doen aclioneeren, en daar voor te genieten het derde in de boeten in dit Placaat ten behoeven van den Aanbrenger gefteld. En ten einde dit ons Placaat in train gebragt, en aan onze goede meeninge werde voldaan) willen en begeeren wy, dat de Raaden en Generaal-Meefters van de Munten, aan dewelke door ons de zorge op het onderhoud der refpeélive Placaaten op de Goud- en Zilverfmits Neeringe in deefe Provincie door ons geëmaneert, is toebetrouwt, dit ons Placaat met een Misfive aan de refpeclive Goud- en Zilverfmeeden Gildens in de Steeden deefer Provincie, den Hage daar onder gereekent zullen verfenden, met aanmaaninge en last, om ieder in den zyne zig na het zelve punclueelyk te gedraagen, zonder daar inne ooit te manqueeren. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, lasten en beveelen wy, dat dit Placaat alomme zal worden gepubliceert en geafflgeert, alwaar het zelve te gefchieden gebrulkelyk is: Willende ook dat alle Regteren en Officieren door deefe geheele Provincie, her zelve zullen doen nakoomen en executeeren, doende teegens de Contraventeurs procedeeren zonder ooglaikinge of verdrag, want wy zulks ten nutte van onfe goede Ingefeetenen bevonden hebben te behooren. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 5 Mey 17Ó8. (Onderftond Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,~) C. CLOTTERBOOKE, gt Placaat van de Staaten Generaal, tegen het keuren of merken van zeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent Haché. Den 19 September 1768. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, falut: Alfoo tot onfe kennisfe gekoomen is, dat men zeedert eenige jaaren op zeeker Meubilair, bekend onder den naam van Argent Haché, uit Kooper beftaande, maar dermaten met zeekere Compofitie omtoogen, dat het aan minkundige als weefentlyk Silver voor doet koomen , heeft kunnen goedvinden te ftaan zeekere kenteekenen, zeerover een koomende met de Keur en Merkteekenen, die op het Silver Meubilair, om de deugtfaamheid daar van te probeeren, zyn geordonneert, en waar door dusdedeure werdopengefet, dat'sLands goede Ingefeetenen zeer notabel zouden kunnen werden bedroogen, gelyk de voorbeelden daar van reeds zyn bekent. Zoo is 't, dat wy, om daar teegen te voorfien, na de confideratien van de Raaden en Generaal Meesters van de Munten der Vereenigde Neederlanden daar op te hebben ingenoomen, hebben goedgevonden te /fetueeren, zoo als wy ftatueeren by deefen, dat voortaan nooit meer eenig Werk, *et zy van het zoogenaamt Argent Haché, of ook van eenige andere Compofitie van Metaalen hoe genaamt, geen eigentlyk Goüd of Silver zynde gekeurt of geteekent binnen de Vereenigde Provinciën, of het Diftnct van de Ge-  De Munt en ;Mun teryen betreffende, Wisfel, &c. 849 Generaliteit, zal moogen werden ingebragt, of zoo het zelve aldaar zoude moogen worden gemaakt, niet zal gekeurt of van een Meesters teeken voorfien, of eenig ander merkteeken daar op gevonden zal moogen worden, op poene dat alle en een eigelyk, die na de Publicatie deefes, eenig Werk van het zoogenaamt Argent Haché, of eenige andere compofitie van Metaalen , als hier vooren met een'g teeken voorfien, ingevoert, gemaakt of zélve daar op geflaagen zoude moogen hebben, en daar van kan worden overtuygt, vervallen zal weefen in een boete van honderd Neederlandfche Goude Ducaaten, op ieder geftempelt ftuk te verbeuren, te appliceeren een derde voor den Aanbrenger, een derde voor den Officier die de calange zal doen, en het overige derde voor den Armen , ter plaatfe daar de calange gefchieden zal. En belangende de Werken van het gemelde Argent Haché, of andere Compofitie voorfz., dewelke reeds met eenige Keur of Merkteekenen voorfien, in de Winkels binnen de'Steeden en Plaatfen van den Staat gevonden mogten worden, het zy defelve hier te Linde of elders gemaakt mogten weefen, zonder onderfeheid, willen en begeeren wy, dat na verloop van drie maanden, van den dag der Publicatie deefes af te reekenen, niet meer zullen moogen worden verkogt of verruylt, neenmaar buiten 's Lands gefonden zullen moeten worden, om 's Lands goede Ingefeetenen voot fchaade in het toekoomende te bevryden. Dat voorts de respeclive Magiftraaten in alle Steeden en Plaatfen der Vereenigde Provinciën en in het Diftriel van de Generaliteit, alwaar zig Goud- en Silverfmeeden bevinden, zullen worden verfogt, en gelast, gelyk wy defelve verfoeken en lasten by deefen, om aan dit falutair oogmerk te voldoen, de Dekens en Over- luiden van dat Gilde voor haar te ontbieden, en aan te zeggen, dar. zy gehouden zullen weefen om by de jaarlykfche of maandelykfche ommegangen, die zy in de Steeden en Plaatfen onder haar Gilde gehoorende, verpligt zyn te doen, ook op hetalleronverwagtfte te gaan infpecleeren de Winkels waar in het gemelde Argent Haché, of eenige andere Compofitie van Metaalen als vooren word verkogt, qualifkcerende defelve, om , zoo onverhoopte'yk door haar mogte worden ontdekt , dat, inweerwil van deefe onfe goede Ordres, na den in dit Placaat bepaalden tyd, nog eenig gekeurt of van merkteekenen voorfien Argent Haché, of andere Compofitie van Mecaa'lèh booven gemeld in Winkels binnen de Sceeden en Plaatfen der geünieerde Provinciën of het Diftriel van de Generaliteit mogte worden gevonden, de Verkoopers of Eigenaars van het zelve, na den inhoud deefes te moogen doen aclioneeren, en daar voor te genieten het derde in de boeten in dit Placaat ten behoeven van den Aanbrenger geftelt. En op dat niemand hiervan ignorantie pretendeeren, ontbieden en verfoeken wy de Heeren Staaten, Stadhouder, Gecommitteerde Raaden, en gedeputeerde Staaten van de respeclive Provinciën en alle andere Officieren en Justicieren, dit ons Placaat aanftonds te doen publiceeren en aanplakken, daar men zulks gewoon is te doen. Lasten en beveelen voorts de Raaden en Generaal Meesters van de Munten, alle Officieren en Regteren deefe te agtervolgen, en te doen agtervolgen, procedeerende en doende procedeeren, teegen alle Overtreeders en Contraventeurs van dien, zonder eënige oogfuyluykinge, difimulatieof verdrag, want wy het zelve bevonden hebben, ten dienfte van den Lande, en van de goede Ingefeetenen alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert in de Vergaderingé van hooggemelde Heeren Staaten Generaal in den Hage, onder het Cachet van den Staat, de Paraphure van den Heer Prosfideerende in onfe Vergaderingé, en de Sighature van een van onfe Griffiers, op den 19 September 1768. (Was geparapheert,) W. v. L Y N D E N, vt. (Onderfiond,') Ter ordonnantie van hooggemelde Heeren Staaten. (Was geteekent,) H. F A G Ë U Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papiere Ruite. IX. Dbïl* 5P PUk  850 Placaaten. 6. Boek. 6. Titul. 9' Placaat van de Staaten van Holland, te¬ gen den invoer van vreemde Duiten. Ben 24. Mey 1769. De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen, die deefen zullen zien ofte hooren ieefen, falut: Doen te weeten, Alfoo wy om veele nadrukkelyke reedenen, in onfe Placaaten van den 20 October 1702 vermeld, den 11 January 1704, den 7 February 1706,' 29 Oclober 1707 en 15 December 1714 gerenoveert, genoodfaakt zyn geworden een generaale herftelling en redres te maaken in de Duyten, of koopereMunte van den voorfchreeven onfen Lande, en daar by te ordonneeren en ftatueeren, dat in de Provincie van Holland en Westvriesland egeene andere koopere Munte, of Duyten, ingebragt zouden moogen werden, of gangbaar zyn, als de nieuwe Duyten, zeedert den jaare 1702 op de Munten van Holland en Westvriesland gemaakt, met uitfluytinge van alle andere .Duyten, of koopere Munte, hoedanig defelve ook zoude moogen weefen, egeene uitgefondert, onaangefien dat defelve zoude weefen geflaagenop eenige Munte in de andere Provinciën der Vereenigde Nederlanden, of dat defelve zoo goed als onfe voorfchreeve Provinciale Duyten mogten werden geagt, niet te min defelve hebbende verbooden op de verbeurte niet alleen van de ingebragte of uitgeboodene andere Duyten , of koopere Munten, maar ook op een boete van twaalf guldens on ied^r Duytof ftuk koopere Munte, dewelke bevonden zoude moogen werden ingebragt, uitgebooden of ontfangen te ZVn. te hetaalen vnn wel by den Ontfanger als Uïtbieder, of Inbrenger derfelver Duyten, ieder in folidum, te appliceereen de eene helft voor den Aanbrenger, en de weederhelfte voor den Öiïïcier, die de calange zoude koomen te doen : En by aldien een vanbeyde, het zy Ontfanger of Uitbieder, de overtreeding'zelfs zoude koomen aan te brengen in dier voegen, dat de Meedepligtige van zyneovertreedinge zoude koomen overtuigt te werden, den Aanbrenger niet alleen zoude vry zyn van de-boete, nemaar daarenbooven zoude genieten de helfte van de boete van zyn voorfchreeve Meedepligtige. En zoo het zoude koomen te gebeuren , dat de Overtreeders van den vooffchree- '• ven Onfen Placaate niet in ftaat zouden zyn de geïmponeerde geldboetens op te brengen defelve arbitralyk, by gevankenïsfe of aan den* lyve, na dat zy het zelve meer als eens mogten hebben gepleegt, zouden werden geftraft. Zoo is 't, dat wy gantfch ernftelyk be| geerende, dat de voorfchreeve onfe heylfaame ordres precifelyk en zonder de minfte disfimuJatie of mfraótie geobferveert en geëxecuteert zullen werden, hebben goedgevonden zoo als wy goedvinden by deefen , de gemelde ordres teegens den invoer van alle vreemde Duyten te: vernieuwen, egter, tot voorkoominge van fchaade onfer Ingefeetenen permitteerende, om aan defelve geleegentheid te geeven zig daar van te kunnen ontdoen, defelve den tyd van de eerfte drie maanden na de Publicatie deeles te moogen uitgeeven, mits niet meerder als tot betaaling van een ftuiver te gelyk na welken tyd wy defelve wel expresfelyk verbieden in deefe Provincie uit te geeven ofte ontfangen, op de boeten hier vooren teegen de Ontfangers en Uitgeevers der vreemde Duyten geftatueert. Lastende alle Officieren van de Juftitie op de Overtreeders deefer fcherp regar'd te neemen, en defelve zonder dihy, disfimuhtie of conmvencie te calangeeren, ofte doen calangeeren , op poene van onfe indignatie indien daar omtrent m het minfte bevonden zal werden te hebben genegligeert, zynde te gelyk onfe ernftige meemnge, dat een iegelyk, die eenige overtreedinge zal koomen aan te brengen van het zelve by Misfive of anderfints ook kennis zal geeven aan de Raaden en Generaalmeesters van de Munte op dat zy zouden kunnen inquireeren,. op de executie, ende boetens der aan, gebragte overtreedinge, ende Aanbrengers des noods behülpfaamzyn, om haare geregtigheid te bekoomen, mitsgaders ons van hunne ondervmdmge en weedervaaren deefen aangaande rapport te doen. 6 En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, zoo begeeren wy dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeert zal werden daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk is ueuaan m den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den 24 Mey 1769. (Onderfiond,') Ter ordonnantie van de Staaten. {Was geteekent,) C. CLOTTJJRBOOïE. Pi*  fie Munt en Munteryen betreffendej Wisfel, &c. 851 tb. Placaat van de Staaten Generaal, teseh den invoer van vreemde Duyten. Den 4. Augustus 176$. * De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen die deefen zullen zien ofte hooren ieefen, falut; Doen te weeten; Alfoo wy in ervaaring gekoomen zyn, dat, niettegenftaande onfe voorige Placaaten t' zeedert eenigen tyd binnen het Diftriel: van de Generaliteit word ingebragt en onder de Gemeente gedebiteert eene groote meenigte van Duiten, ongewyffelt met zeer veele quaade vermengt, in zoo verte, dat defelve met geheele Vaatjes ingebragt, en een zoort van Koopmanlchap daar meede gedreeyen word , en niet alleen de Ambagtsluiden nauwelyks anders dari in Duiten hunnen Loon ontfangen, maar dat ook de Neeringdoende Luiden door dien weg dermaaten mét Duiten worden overJaaden, dat defelve binnen weihig tyds zig buiten de mooge^ lykheid zouden bevinden, om hunne Koopluiden in andere Speciën te konnen betaalen * alles tot groote confufte in den daagelykfehért Handel en Commercie, en tot groote fchaade van onfe Opgefeetenen, waar jeegens willende voorfien. Zoo is 't, dat wy hébben goedgevonden1 te ordohneeren en te ftatueeren; zoo als wy ordonneeren en ftatueeren by deefe, dat voortaan in het Diftriel: van de Generaliteit geene andere zoörtèh Van Duiten zullen gangbaar zyn, dan zoodanige die óp de ProVinciaale Munte, mitsgaders op de Ryksmunten in de Steeden binnen de geünieerde Provinciën^ Voor Zoo verre van de laatstgemelde nog eenigen zouden moogen in weefen zyn, geftaa-i gen zyn, met interdictie van geene andere soorten van Duiten, die elders, of op eeni* ge andere Munten zyn geflaagen, na de publicatie deefes, in het Diftriel van de Generaliteit te moogen inbrengen, op poene van confiscatie, en daarénboovên een boete van twaalf guldens op ieder Duit, egter tot voorkooming van fchaade onfer Ingefeetenen, en Ofttaan defelve geleegentheid te geeven zig van de voorfz. vreemde Duiteiï te konnen ontdoen, pérmitteerende, defelve den tyd van de eerfte drie maanden na de publicatie deefes te moogen üitgeeven, mits met geen meerder quantiteit, als tot betaaling van eene ftuivér te gelyk é na welke tyd wy defelve wel expresfelyk verbieden in het Diftriel: van de Generaliteit uit te geeven ofte ontfangen, op de boete van gelyke twaalf guldens, op ieder zoodanige D\iit te verbeuren, zo wel by den Ontfanger, als Uitgeèver, ieder in folidumt Dat wyders van de Duiten, op de Provinciale Münten deefer Landen, en Ryksmunten in de. Steeden binnen de respeclive Provinciën, voot Zoo verre defelve nog zouden moogen in weefen zyn, geflaagen, voortaan ten hoogften niet meer als tien ftuivers aan Duiten teffens zullen moogen worden uitgegeeven of ontfangen, en het zelve bok niet rrieer als eène reife * op den zelve dag, tusfehen een en defelvë Per- (foonen, zal moogen gefchieden, op een boete van twaalf guldens op ieder Duit, dewelke booven dert voorfz. taux van tien ftuivers aan Duitën word uitgeheeven of ontfangen; dat ook geene Frabriqueurs, Werkbaafen of andere , die eenig Arbeidsvolk in haar dienst heb- • ben, aan defelve ter week meer als tien ftuivers aan Duiten zullen moogen betaalen, op gelyke boete van twaalf guldens op ieder Duit, die zy daarenbooven zullen hebben betaalt ; te appliceeren, deefe; als ook de andereboovengemelde boetens, de eene helft voor den' Aanbrenger, en dé weederhelft voor den Officier die de calange zal koomen te doen ,* edog een Van beide, het zy ontfanger of Uitgever j in de eene en andere der voorfz. gevallen de de overtreedinge zelfs aanbrengende^ in dier voegen, dat de Meedepligtige van zyne overtreedinge zoude koomen overtuigt te worden 4 zoo verftaan wy, dat defelve niet alleen zal vry zyn van zyne boete, maar ook daarenbooven als Aanbrenger zal genieten, de helft van de boete van zyn voorfz. Meedepligtige: En zoo het gebeurde j dat de' Overtreeders van deefe onfen Placaatê niet in ftaat waaren de geïmponeerde Geldböetens op te brengen, zullen defelve arbitralyk by Gevangenisfe of aari den Lyve, na dat zy het Zelve meer dan eens mogten hebben gepleegt, geftraft worden* lasrende alle Officieren van de Juftitie, mits-; gaders Onfe Generaalmeesters van de Munten,; op de Overtreedërs deefes feherp reguard te* neemen, en defelve zonder dilay f disfimulatie of connivêntie te calangeeren en doen calangeeren: Zyndê te gelyk onfe ernftige mee* ninge, dat een iegelyk, die eenige overtreeding komt aan te brengen,- van het zelve by Misfive of anderfints ook kennisfe zal geeven aan defelve Generaalmeesters,» opdat zy zouden konnen inquireeren op de executie en voldoeninge van de boetens der aangebragte overtréeding*En op dat niemand hier van eenige jgnomri-  85* Placaaten. 6. Boek. vcht van vrydorn van Impofitien, by de Erfmunters wordende genoten, en ingeval bleek, dat het zelve was g .fundeert, als dan nagegaan op welke voor den Lande minst fchadelyke, en voor de Erfmunters redelyke wyfe , het zelve recht zal kunnen worden vernietigt, en de Vergadering daar op gediend van derfelver Confideratien en Advis. Conditiën waar op een Munt • meester voor de Hollandfche Munte te Dordrecht zal worden aan genoomen. 1. Hy zal genieten de hel ft e van het bedraagen der Sleyfchatten van alle Goude en Zilvere Speciën, dewelke voorheen altoos geheel by den Lande wierden genooten. 2. Hy zal vrydorn hebben van alle Stads en V Lands Impofitien op de gemeene Middelen, zoo verre het confumahle raakt, en zulks by voorgaande Muntmeesteren genooten is,gelyk mede van de Turf, die voor de Munte en Muntmeesters Hui zin ge werd gebruikt. 3. Hy zal gedispenfeert zyn van alle onderhoud, zoo van het Woonhuis en Stallinge, Munt en Werkhuifen, als van de Pletmoolen, Ovens en Brandwerken , mitsgaders van Persfen, Doorhakten en Handmolens met het geen daat toe behoort. 4. Hy zal, zonder eenige voldoeninge, mogen gebruik maken van alle de Inftrumenten tot het Muntwerk gehoorende , by den Lande van den Muntmeester Buck over te neemen, waar van het vervallene by het aanvaarden van de Munte, ten kosten van den Lande , zal werden in ordre gebragt: maar zal het zelve in het vervolg met al het geen verder tot het gang vaardig houden der Munte en van de Esfaykamer noodig is, voor de helfte ten zynen lasten moeten neemen, en jaarlyks eene fpecificque rekening van zyne geheele uitgaave formeeren, waar van de helft aan hem door den Lande betaalt zal worden. 5. Ter goedmaking der onkosten, ter gelegenheid van het overbrengen der IX. Deel. Muntbusfe van Dordrecht naar 's Hage, om te werden geopent, wanneer hy de Heeren, die daar by adftfteeren, - defroyeeren moet, zal hv genieten eert fomme van f 500-0-0, wa/r voor te vooren maar ƒ 345 - o - o/gegeven wierden. 6. Hy zal het getal der werkende Munters mogen vermeerderen, tot op 24 Man , de welke zig in allen deelen zullen moeten fubnftteercii aan de ordres, die hun door den Muntmeester zullen worden gegeven, en defe overtredende, naar exigtntie van zaa« ken door den Muntmeester zullen worden gecorrigeert ] en zal de Muntmeester voorfchreeve de vryheid hebben, om by extraordinair drukwerk Daggelders te gebruiken; tot een bepaalt ioon van 24 ft. daags, halve en gedeeltens van dagen naar adyenant, en zal de meerdere winsten dier Werklieden egter moeten komen ten voordeele der gemeene Munters. 7. Hy zal, zoo als van ouds, betaalen de Traktementen der Munt Officianten, en zal hem ten dien einde by den aanvang zyner Bediening worden verleend een Ordonnantie op den Raad en Rentmeester Generaal van de Wal, groot ƒ 2000-0-0, omme defe gelden tot betaaling der gemelde Traktementen te employeeren , en zal hem voorts jaarlyks gelyke Ordonnantie werden verleend ten zeiven einde, welke hy by elke Busch opening in den Ontfang zyner Rekening aan den Lande zal moeten verantwoorden. 8» Wanneer aan hem, by de aanvaarding van het Muntmeesterfchap, voorkomen mogten inconvenienten, waar in tot verbetering van het Muntwerk, of in de Huishoudelyke direclie op de Munte , redresfen zouden werden gemaakt, zal hy zig deswegens aan het Collegie van de Ed. Mog. Heeren Gecommitteerde Raden vermogen te addresfeeren, en met alle discretie daar in verandering verfoeken. En zullen defe Conditiën ftand grypen by provifie, ten waare defelve aan te veel zwaarigheden voor de Gegaadingdens onderhevig mogten bevonden wor- • den, waar omtrent denieuwaan te ftellen Muntmeester zig zal moeten verklaaren, uiterlykbinnen den tyd van twee Busch openingen, dewyl als dan zal kunnen blyken, of aan het groote oogmerk voldaan zy, dan neen* Voorts zullen aan den aan te (tellenen Muntmeester, alvoorens in funcSQ tii  858 Placaaten. 6. Boek 6. Titul. tie te treeden, worden ter hand gefield, niet alleen de Inftruétien tot zyn Ampt fpecleerende, maar ook alle zoodanige Refolutien en Reglementen, als op het ftuk der Munte in het algemeen, en op die van Holland in het byfonder of op derfelver Huishoudelyk"beuier, reeds zyn of in het vervolg nog zullen worden geëmaneert. '7. Placaat van de Staaten van Holland, tegen den invoer van vreemde Duiten. Den 14 Mey 1790. De Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen, Salut: doen te weeten: Alfoo wy om veele nadrukkelyke reedenen,by verfcheide Placaaten, en nog laatflelyk by ons Placaat van den 24 Mey 1769gemeld,tegens den invoer van vreemde Duiten hebben voorfien, en wy desniettegenftaande veelvuldige klagten bekoomen, datdeNeeringdoendeLieden binnen deefe Provincie weder geheel met vreemde Duiten worden overlaaden; Zoo is 't , dat wy hier tegens alsnog willende voorfien, hebben goedgevonden te ordonneeren en ftatueeren, gelyk wy ordonneeren en ftatueeren by deefe, dat geene andere kopere Munte of Duiten ingebragt zullen mogen worden of gangbaar zyn, als de Duiten zeedert den jaare 1702 op de Munten van Holland en Westvriesland gemaakt, als meede de zoodanigen, die zeedert den jaare 1709 op de Munten der andere vereenigde Provinciën zyn geflaagen, en zulks fpecialyk, in aanmerking van hun Hoog Mogende Refolutie in dato 13 November 1709, waar by de Muntflag van Duiten voor het vervolg in alle de refpeclive Munten van den Staat, gelyk in die van Holland en Westvriesland is geordonneerd en vastgefteld geworden; terwyl wy wel expresfelyk hebben goedgevonden te verbieden, zoo als wy verbieden by deefe, den invoer of het uitgeeven van alle verdere of andere kopere Munte of Duiten, hoedanig defelve ook zouden mogen zyn, geene uitgefonderd, onaangefien dat defelve voorden jaare 17 69 zouden zyn geflaagen op eenige Munte in de andere Provinciën der vereenigde Nederlanden, of dat defelve zoo goed als de voorfz. geadmitteerde Duiten mogten worden geagt, op verbeurte niet alleen van alle de zoodanige ingebragte of uitgeboden andere Duiten of kopere Munte, maar ook op een boete van twaalf guldens op ieder zoodanige Duit of ftuk kopere Munte, dewelke bevonden zoude mogen worden ingebragt, uitgeboden of ontfangen, te zyn, te betaalen, zoo wel by den Ontfan¬ ger als Üitbieder of Inbrenger derfelve Duiten, ieder in folidum, te appliceeren de eene helft voor den Aanbrenger, en de wederhelftevoor den Officier, die de Calange zoude komen te doen. En zoo hetzoude komen te gebeuren, dat de Overtreeders van den voorfz. onfen Placaate niet in ftaat zouden zyn, de geïmponeerde Geldboetens op te brengen, defelve arbitralyk by Gcvankenïsfe of aan den Lyve, nadat zy het zelve meer als eens mogten hebben gepleegd, zouden worden geftraft; Permitteerende niet te min, tot voorkominge van fchade onfen Ingefeetenen, ten einde aan defelve geleegenheid te geeven, zig van de by deefe ongangbaar verklaarde Duiten te kunnen ontdoen , defelve den tyd van de eerfte drie maanden , na de publicatie deefes, te mogen uitgeeven , mits niet meerder quantiteit, als tot betaaVing vaneen ftuiver te gelyk; nawelken tyd wy defelve wel expresfelyk verbieden in deefe Provincie uit te geeven ofte ontfangen, op de boeten, hier vooren tegen de Ontfangers en Uitgeevers der vreemde Duiten geftatueerd. Lastende alle Officieren van de Juftitie, op de Overtreeders deefer fcherp reguard te neemen, en defelve zonder diJay, disfimulatie of conniventie te calangeeren, of te doen calangeeren, op poene van onfe indignatie, indien daaromtrent in het minfte bevonden zal worden te hebben genegligeerd, zynde te gelyk onfe ernftige meeninge, dat een iegelyk, dié eenige overtreedinge zal komen aan te brengen, van het zelve by Misfive of anderfints ook kennisfe zal geeven aan de Raaden en Generaalmeesters van de Munte, op datzy zouden kunnen inquireeren op de executie en de boetens der aangebragte overtreedinge, en de Aanbrengers, des noods, behulpfaam zyn, om haare gerechtigheid te bekomen, mitsgaders ons van hunne ondervindinge en wedervaaren deefen aangaande rapport te doen. En op dat niemand hier van ignorantie pretendeere, zoo begeeren wy, dat deefe alomme gepubliceert en geaffigeerd zal worden,daar het behoord en te gefchieden gebruikelyk Gedaan in den Hage onder het klein Zegel van den Lande den 14 Mey 1790. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (JVas geteekend',) C CLOTTERBOOKE. WW'  De Munt en Munterye betreffende, Wisfel, &c. s59 ^ ^a?fff°™>tog van de Staaten van Hol¬ land, omtrent zekere valTchP ?Z. r, n , daalders, met het ïaartiZeeuwfchs ^ Den 17 Nonmt/™^ W en I787. De Staaten van Holland en Westvriesland allen den geenen die deefen zullen leelen of hooren leefen, Salut: Alfootot onfe kenmsfe is gekomen, dat zeederd eenige tyd binnen de Provincie van Zeeland zyn ontdekt geworden zommige Ryksdaalders, die na gedam onderfoek waren bevonden valsch te zyn en ja den Stempel van die Provincie met het Jaartal van 1757 en 1787 gemaakt, en het te vreefen is, dat die gemelde valfche Speciën ook in onfe Provincie zullen worden gevonden, zoo hebben wy nodig geacht, teneinde onie goede Ingefeetenen voor fchade te bevryden, by deefe Waarfchouwing, allen en een iegelyk bekend te maaken, dat degemelde valfche Ryksdaalders met het Jaartal^ bevonden worden te zyn gegooten vanenkeJd lm, en dus zonder eenige waarde, zynde meest kenbaar door dien t 1. Van een Tinne couleur en klank zyn. *. Dat tusfehen de Letters en ïWuren zig bevinden Kladdetjes van Stipjes veroorfaakt door de onzuiverheid in het Drukzand. 3. Dat op de Karteling rondsom de Buytenrand kan worden gefien de Braam van de Busjes, tusfehen welke hy gegooten is. En 4. Dat defelve omtrent vyf Engels ligter zyn, dan de echte. f D f ?yders de hier vooren gemelde val fehe Ryksdaalders met het Jaartal va n zyn bevonden van rood Koper en vISlvercf en mitsdien van geene waarde, zynde naar n%e7lZ™^^ ^ « Door dien de twee Sterretjes boven oe Kroon zyn weggelaaten Dat het binnenfte der Kroon is opgehoogt daar het in de echte plat is; da men wel negen Pylen in den Bonaeiin plaats van zeven tellen kan. Dat op de voorzyde de Burg op zyde yan het Hoofd van den Man is weggelaaten. Dat in plaats van de Karteling opde Rand, zig maar regte dunne Streep. jes mgefneeden of gevyld bevinden, daar de Streepen van de Karteling in de echte fchtnns over den Rand door ue Jiartelbank zyn ingedrukt h^lÓa\eilddyk defelve éèa™ één echtf "S ZWa3rder WeeSen aIs de En op dat een ieder hier van zoude mogen kennis krygen en zig voor fchaade kunhën wagten, begeeren wy dat deefe alomme zal wordengepubl,ceerd engeaffigeerd, daarzulks behoord en te gefchieden gebmikelykh Gt?*Z^>^ h£t kIeb Z^ - d- Lande (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staateii (Geteekent,') J- R O V E & Waarfchouwing van de Staaten van Holland omtrent zekere valfche Quart-Ryksdaalders, m de Provincie van Zeeland roukerende. Den 14 Mey 1794, De Staaten van Holland en Westvriesland alle den geenen, die defen zullen zien ot noren leefen, Salut: doen te weeten- dat niet tegenftaande de zwaare ftraffen en pcenaliteiten, welke by de Munt-Wttten en beicnreeye Rechten tegen het vervalfchen van Muntfpecien, èn het uitgeeven van defelve zyn geftatueerd; echter zedêrt weinige dagen ter onfer kennisfe is gekoomen dat binnen de Provincie van Zeeland eene valfche QuartRyksdaler, welke na gedaan onderfoek, is bevonden te weefen geheel van Tin, en derrl 2 haf*  Placaaten. 6\ Boek. 6. Titul. 860 hal ven gantsch week van fubftantie: — heel Ruw, zoo op de platte grond als in de figuren , gegoten op den afdruk van den Zeeuwfchen Muntflag, waar van het jaartal in het gieten is geklad, en dus niet wel te bekennen, doch zoo veel men kan gisfen, van den jaare 1775; — voorts zonder Karteling op den Rand, en meer dan een Engels ligter, dan de echte. En nadien zulks ftrekt tot merkelyk nadeel van onfe Ingefetenen, en wel te meer, daar deefe fnoode practyken tot hier toe op de kleineren Muntflag en gedeeltens van den Ryksdaler, niet waren geappliceerd bevonden, en dus minder den aandagt en oplettendheid van den Ontfanger of Uitgever derfelve, die in de goede trouw verfeert, zouden opwekken: Zoo is 't, dat wy daar tegen, zoo veel mogelyk, willende voorfien, een ieder by deefen waarfchuwen en kennis geeven, dat zoodanige valfche Quart-Ryksdaler binnen de Provincie van Zeeland rouleert, ten einde zich voor fchade te kunnen wagten; terwyl wy voorts hebben goedgevonden, by renovade. van onfe voorige Placaaten tegen het vervalfchen van Munt-Speciën, en het uitgeeven derfelve geëmaneerd, mitsgaders van de Straffen, daar by geftatueerd, ten ftrengflen te verbieden, zoo als gefchied by deefe, eenige valfche Muntfpecien, en infonderheid QuartRyksdalers, binnen deefe Provincie te brengen, om aan, of van iemand, wie hy ook zoude mogen weefen, uittegeeven of te ontfangen, maar dat ieder een, die defelve zoude mogen in handen krygen, verpligt zal zyn, die te brengen of te doen verforgen in de Provinciaale Munt, om terftond doorgefneeden, en weerloos te worden gemaakt. En op dat een ieder hier van zoude mogen kennis krygen en zig voor fchaade kunnen wagten, begeeren wy dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geafngeerd, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Haage, onder het klein Zeegel van den Lande den 14 Mey 1794. (Onderftond,) Ter Ordonnantie van de Staaten. (Geteekent,} A. J. R O Y E R. 20. Publicatie van de Staaten Generaal, om¬ trent zekere valfche Westvriefche Drie - Guldens, met het Jaar getal van 1793. Den 22 July 1794. De Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden; Allen den geenen, die deefe zullen zien of hooren leefen, Salut,- doen te weeten, dat, niettegenftaande de zwaare ftraffe'n en pcenahtevten, welke tegens hetvervalfchen van Muntfpecien en het uytgeeven van defelve zyn geftatueerd, echter zeedert wynige dagen ter onfer kennisfe is gekomen, de ontdekking van een Drie-Gulden, welke gegooten na den afdruk van de Westvriefchen Muntflag met het Jaargetal 1793, na genomen esfiy is bevonden valsch te zyn, zynde gemaakt van een compofitie van Koper en Tin, en houdende geen het minfte Zilver; En nadien zoodanige fnoode practycq ftrekt tot merkelyk nadeel van onfe goede Ingefeetenen. Zoo is 't, dat wy daar in, zoo veeldoenlyk is, willende voorfien, dienftig hebben geoordeeld, de goede Gemeente by deefen daar van kennisfe te geeven en te waarfchouwen, dat de voorfchreeve valfche Drie-Gulden zig van de egte daar in doet onderfcheiden. 1. Dat de eerstgemelde weinig of geen glans heeft, en tusfehen de Letters zeer ruw is. 2. Dat de Figuuren zoo van de Beeldenaar als v.m de zyde van het Wapen geenzints uitkomende maar zeer plat zyn. 3. Dat het Gezigt van de Beeldenaar gevlekt is. '4. Dat d2 Carteling niet is doorgedrukt, En 5. Dat dezelve circa vier en een vierde Engels lichter is, dan de echte. Terwyl wy voorts hebben goedgevonden by renovatie van onfe vorige Placaaten tegens het vervalfchen van Muntfpecien en het uitgeeven van defelve geëmaneert, mitsgaders van de ftraffen daar by geftatueerd, ten ftrengften te verbieden, zoo als gefchied by deefen, eenige valfche Muntfpecien, en infonderheid de voorfz. valfche Drie-Guldens binnen de respeclive Provinciën en derfelver geasfocieerde Landfchappen te brengen, als meede om defelve aan of van iemand, wie het ook zoude mogen zyn, uit te geeven of te ontfangen, maar defelve te brengen ofte doen beforgen aan een der Provinciaale Munten, om terftond doorgefneeden en weerloos te worden  De Munt en Munterye betreffende, Wisfel, &c. 8's den gemaakt, op poene, dat die geenen, welke zullen worden overtuigt, zoodanige valfche Muntfpecie voorbedagtelyk en ter kwaader trouw ontfingen, uitgegeeven of onder zig gehouden te hebben, als Complices en Meedeftanders van Muntvervalfching zullen worden gehouden en geftraft. Wordende wyders een Praemie van een duyfend guldens beloofd aan die geene, die den Maafeer of Maakers van de voorfz. valfche Drie Guldens zal konnen ontdekken, zodanig, dat defelve in handen der Juftitie geraaken, en van het fait worden overtuigd, zullende den naam van den Aanbrenger, des begeerende, worden gefecreteerd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zoude mogen of konnen pretendeeren, ont¬ bieden en verfoeken wy de Heeren Staaten , Erfstadhouder, Gecommitteerde Raaden en Gedeputeerde Staaten van de respeclive Provinciën en alle andere Juftideren en Officieren, dat zy deefe onfe Publicatie van Ronden aandoen pubhceeren enaffigeeren in alle plaatfen daar men gewoon is zodanige pubJicatien en affixien te doen. Gelastende en beveelende alle Officieren en Regteren, deefe onfe Publicatie te achtervolgen en te doen achtervolgen, procedeerende teegens alle Overtreeders van dien, zonder eenige disfimulatie of conniventie, want wy bevonden hebben al het geen voorfchreeven is, ten dienfte van den Lande en van desfelfg goede Ingefeetenen alfoo te behooren. Aldus gedaan en gearrefteert ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 'sGravenhage den 22 July 1794.. (JVas geparapheert,) R. A. B. J. SLOET tot WESTERHOLT, vf. (Onderftond,) Ter ordonnantie van defelve. (Geteekent,) h. fagel Zynde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mog. op een rooden Ouwel, overdekt met een papicre Ruyte. sQ 3 zee-;  f ol. 862. ZE EVEN DE BOE& EERSTE TITUD Raakende de Financie. ié lT\e Staaten van Holland en Westvriesland, Allen den geenen die deefen zallen zien of hooren leefen, Salut: Doen te weeten, Alfoo, nietteegenftaande onfe Placaaten fuccesfivelyk gearrefteert en geëmaneert op den 5 Ju/y des jaars 1652, den 19 July 1653 en den 10 Maart 1654., wy in ervaaringe koomen , dat onfe goede meyninge ten meefteh dienften van den Lande, en tot weeringe van alle mefufen ten aanfien van de Atteftatien, daar op de Lyfrenten worden betaald, niet na behooren werd betragt. Zoo is.'t, dat wy daar in nader willende voorfien, na rype deliberatie, goedgevonden, verftaan en geftatueert hebben, gelyk wy goedvinden, verdaan en ftatueeren mits deefen, dat van nu voortaan alle Atteflatien de vita, alvoorens op defelve eenige Lyfrenten tot laste van den Lande moogen werden ontfangen, gepasfeert zullen moeten weefen voor de Magiftraat van de Plaatfe, onder dewelke de Perfoonen op wiens Lyve de Rente zal zyn geconftitueert, woonagtig zyn, of anderfints voor zoodanige Magiftraat of Scheepenen en Secretarye binnen de Provincie van Holland en Westvriesland, alwaar de voorfz. Perfoonen bekend zyn, of ten minften dat de' voorfz. Atteftatien zullen moeten weefen gepasfeert ter Secretarye voor en geëxpedieert door den Secretaris, of zoodanig gezwoore Clercq van defelve Plaatfe als tot het opmaaken van andere importante Aften is gequalificeert. Welverftaande dat by zoo verre den Secretaris of gezwooren Clercq, als booven den Perfoon van welkers leeven Atteftatie moet worden verleeden, niet en is bekend alsdan defelve Atteftatien zullen moeten weefen bekragtigt, ten minften met twee geloofwaardige Getuygen. Des zullen de Secreta- Placaat van de Staaten van Holland, houdende ordre op het inrigten der Atteftatien de Vita, tot ontfangst van Lyfrenten. Dm 7 February 1761. , risfen of gezwoore Clercquen ferieufelyk werden vermaand, gelyk wy defelve vermaanen mits deefen, zoo veel doenlyk te letten op de qualiteit van de Getuygen en op de reedenen van weetenfchap die defelve geeven, als meede dat m de Atteftatien de vita defelve reedenen van weetenfchap van het lee,ven der Perfoon of Perfoonen voor wien zy attefteeren worden uitgedrukt, ordonneerende, dat voor ieder van zoodanigen Atteftatie als booven gepasfeert , booven ons Regt van het kleyn Zeegel in alles niet meer betaald of afgevorderd zal moogen worden dan vier ftuyvers. Beveelende de Ontfangers, zoo generaal als particulier van onfe gemeene Middelen, geene ' betaahngen van Lyfrenten in eeniger maniere te doen, ten zy de voorfz. Atteftatie alvoo rens aan henluyden zal weefen geëxhibeerr ook defelve ordonneerende de voorfz. Atteftatien tot een document van derfelver Reekemnge, neevens de ordinaris Quitantie te voegen, op poene dat by gebreeke van dien, die abufive betaalinge henluyden in haare Reekemnge niet zal werden gevalideerd, waar na de Gecommitteerden in onfe Provinciaale Reekenkamer haar precifelyk zullen hebben te reguleeren. Verbiedende voorts wel expresfelyk, dat niemand eenige Lyfrenten zal moogen vorderen, voor of op de naame van Perfoonen die afgeftorven zyn, op poene van Lyf&nffen, en verdere arbitraale correcfie, zoo ten aanfien van de geene die zulks willens of weetens zullen onderneemen, als van die geene die zoodanige abufive Verklaaringen of Atteftatien zullen hebben gegeeven. En op dat zulks te beeter tot kennisfe koomen en na behooren gecorrigeert mooge worden, zoo hebben wy goedgevonden en belooft, vinden goed enbelooven mits deefen, dat aan den geenen die zul-  Raakende de Financie. zullen weeten aan te wyfen zoodanige Perfoonen, dewelke op abufive, verkeerde of valfche Verklaaringen of Beièheyden eenige Lyfrenten hebben genooten, of a/s nog /.uilen komen te pretendeeren, zal werden betaald twee jaaren van de voorfz. abufive betaalde of gepretendeerde Rente. En ten einde niemand hier van ignorantie o<53 en pretendeere, maar alle het geene voorfz. is, na zyne forme en innehouden moogewerde nagekoomen en agtervolgt, zoo lasten en • beveelen wy, dat deefe alomme binnen onfen Lande zal werden gepubliceert en geaffigeert daar en zoo zulks te gefchieden gebruikelyk is, want wy het zelve voor den dienst van den Lande alfoo bevonden hebben te behooren, Gedaan in den Hage, onder het klein Zeegel van den Lande, den 7 February 1701. (Onderftond ,j Ter ordonnantie van de Staaten. (Was geteekent,) A R I S v. d. M I E D E N. 2» Refolutie van de Staaten van Holland'9 waar by de eerst Prafideerende Raad in den Raad van Braband, word verklaard te kunnen vo,'ftaan met voor Ampt geld te voldoen tweeduyzend Guldens. Den 31 Oelober \j6i. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 23 January deefes jaars, en den 7 February daar aan ter Vergadering ingekoomen , hebbende, ingevolge en ter voldoening van haar Edele Groot Mogende Refolutie Commisforiaal van den 28 November 1759, geëxamineert een Misfive van de Eerst Pnefideerende en andere R.aaden van den Raad en Leenhove van Braband en Landen van Overmaze van den 5 November daar te vooren, aan haar Hoog Mog. gefchreeven, en den 14 dito ter Generaliteit ingekoomen, daar by, ter occafie dat de Eerst Praefideerende Raad de Perponcher Sedlnitsky, het volle furnisfement van het Amptgeld ter fomme van drie duyfend Guldens zoude moeten veriiefen, even gelyk de Pvaaden die na 1750 zyn aangeftelt, en vol furnisfement ter fomme van vyfthien hondert Guldens hebben moeten veriiefen, aan haar Hoog Mog. voordragende de geringheid van derfelver Tracfementen en verfoekende augmentatie van defelve, inhaereerende ten dien einde de reedenen, in haare Misfive van den 14 January 1739 vervat, met verfoek, dat de deliberatien daar op mogten worden tot activiteit en tot een gewenscht fucces gebragt, tot foutien van haar caraéler en digniteit, waar mede zy waaren vereert, mitsgaders van de Clercquen en Kamerbewaarders , zoo als die in billykheid bevonden zoude worden te behooren, en dat haar Hoog Mog. haar daar by zouden gelieven te honoreeren met derfelver goedvinden nopens de afgevorderde en met haar kennis als nog onbetaalde drie duifend Guldens, van de Eerst Praefideerende in gemelden Raade. Is goedgevonden en ver/laan, om de byfondere reedenen in deefe concurreerende, 'en zulks zonder confequentie, by deefe te ordonneeren dat de Eerst Praefideerende Raad van den Raade en Leenhoove van Braband en Landen van Overmaaze, zoo wel den teegenwoordigen als zyn Succesfeurs in der tyd, zal kunnen volftaan met het furnisfement van het Amptgeld deswegens, in plaats van drie duyfend Guldens, te mogen voldoen de fomme van twee duyfend Guldens, wordende de Heeren Gecommitteerde Raaden by deefe geauclorifeert, om, desnoods, daar toe de nodige ordre te ftellen, als meede dat aan de gemelde Eerst - Praefideerende Raad hier van kennisfe door den Ontfanger Generaal van Holland werde gegeeven. Re-  8 tynfche Schooien, welke de Kinderen frequenteeren , of, voor zoo verre de zelve door hun Vader, of door een ander, in o'e voorgemelde gevallen worden geinflrueerc, van een Rector van de naast geleege Stad, waar uit Wykt, dat deielve in de Latynfche Taal] worden geinftrueert, en ook voor de eerftemaal, dat Ordonnantie van het Schoolgeld word verfogt, geëxhibeert een Extract uit het Doopregister, waar uit koome te blyken dat de Predvkants Zoon bereikt heeft den ouderdom van tien jaaren: En ten aanfien van het Academiegeld, geëxhibeert een Declaratoir van den Secretaris van den Senaat, dat de Predikants Zoon is Lidmaat van de Uni e liteit te Leyden, en mede gecerrifieeert door den Profesfor, onder welke de Zoon rtudeeri wordende, de Heeren Gecommitteerde Raden in den Haagé en te Hoorn refideerende; by defe gequalificeert, om tot her voorfchreve School- en Academiegeld, in mmierebooven gemeld, Ordonnantie te moogen depecheeren. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by word afgewefen een verfoek, om fidei' commis faire Effeclen, beftaande in tMtiak Acl;ien ter Kamer Amfterdam, en in Holland' fche Obligatien, te converteer en in Etigelfehe Fondfen: En Commisforiaal omtrent dergelyke verfoeken voor 7 vervolg. Den 31 J^J l7^2' Ontfangen een Misfive van de Prefident en Raaden van den Hove, gefchreeven alhièr in den Hage op gisteren, houdende, ingevolge en ter voldoening aan haar F dele Groot Mogende Appointement van den 5 February deefes jaars, derfelver confideratien en Ad-  Raakende de Financie 8  876* Placaaten. 7. Boek. 1. Titul. jaar, met welke dat Ampt ten behoeve van het Gemeene Land is aangeflaagen, moge worden opgeheeven. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. Vendumeesters-Ampt der Stad Hoorn, uit de Lysten, of ten Quohieren van de Ampt gelden van. 1716, 1727, en 1744, tot drie honderd Guldens, ieder Amptgeld, enten Quohierevan de vier twee honderdfte Penningen op de Ampten, waar in het zelve met zeven Guldens tien ftuivers over ieder twee honderdften Penning, en dus met dertig Guldens is aangeflagen, met den jaare 1789 by deefe te royeeren en af te fchry ven; en, gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden daar toe te qualificeeren, als meede , om de nog ten lasten van het Gemeene Land loopende drie Ampt-Obligatien, te zamen bedraagende negen honderd Guldens, aan de Erven van wylen Mr. Diderik Cornelis van Hoolwerff, uit 's Lands Kas te doen aflbsfen. 23. Refolutie van de Staaten van Holland, tot affchryving van het gemortificeerde Jmpt van tweede Commis ter Thefaurie "der Stad Amfterdam uit de Quohieren der Amptgelkn en 2Qoe penning. Den 28 January 1790. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 26 deefer, hebbende, ingevolge, en tot voldoening aan hun Edele Gr. Mogende Refolutie van den 15 te vooren, geëxamineerd een Misfive van Burgemeesteren en Regeerders van Amfterdam, gefchreeven aldaar den 16' December laatst- , leeden, waar by, goedgevonden hebbende I het Ampt van tweede Commis van de The- I faurie Ordinaris, bediend geweest zynde by Willem Hartfinck te mortificeeren, verfoeken 1 dat door hun Edele Gr. Mogende het gemelde Ampt van tweede Commis in het Quohier der Ampten onder No. 09, ter fomme van vyf en dertig Guldens in de twee honderdfte Penning waarop dat Ampt isaangeflagen, mag worden ontheft, in gaande met dit jaar 1790. Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. verfoek toe te ftaan, en dien volgende de Heereri Gecommitteerde Raaden by deefe te qualificeeren om het Ampt van tweede Commis ter Thefaurie der Stad Amfterdam in den tweehonderdften Penning onder No. 09. tot vyf en dertig Guldens aangeftagen in het Quohier der Ampt Gelden, en de Lysten der honderdfte Penningen met het confent van deefen jaare 1790 te doen royeeren. 24. Refolutie van de Staaten van Holland, houdende qualificatie op Gecommitteerde Raaden om de Post van Secretaris der Stad Delft te doen fplitfen in drie gelyke posten, ieder in 1000-:- en in de iooe Penningen medt in drie gelyke posten, ieder, a f 66-13-4. Den 24 Juny 1790. Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van den 15 deefer, hebbende, ingevolge en ter voldoening van hun Ed. Gr. Mog. Refolutie van den 6 December 1786 geëxamineerd een Misfive door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Delft den 5 bevoorens aan hun Edele Groot Mog. gefchreeven, waar by defelve, om geallegueerde reedenen, in confideratie hebben gegeeven , of hun Edele Groot Mog. niet zouden kunnen goedvinden het Amptgeld op het Ampt van Secretaris der gemelde Stad tot vyftien honderd Guldens ftaande, voor die na deezen daar meede zullen worden gebeneficeerd, te fixeeren op duyfend Guldens, blyvende de honderdfte Penningen op het Ampt van oudfte Secretaris bepaald op honderd Gul¬ dens, wordende dat van tweede Secretaris gebragt op twee en zestig Guldens, tien Huivers , en dat van derden Secretaris op zeeven en dertig Guldens, tien ftuivers; met bygevoegd verfoek dat de Gecommitteerde Raaden mogten worden gequalificeerd, in het doen* maals voorhanden zynde geval te voorfien,op dat ieder der twee te dier tyd aangeftelde Stads Secretarisfen Mr. J. L. de Bruyn en H. Vockeftaart, door s'Lands Ontfanger aldaar, tegen intrekking der Recepisfe van het Amptgeld van 1744 aan hun gefaamentlyk ter hand gefteld, wierd geëxtradeerd een Obligatie van /75o-:- Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden by deefe te qualificeeren, om  Raakende de Financie. dé Post van Secretaris der Stad Delft te doen fplitfen in drie gelyke Posten ieder k duyfend Guldens, en in de honderdfte Penningen mee- 87; de drie in gelyke Posten ieder a zes en zestig Guldens, dertien ftuivers en vier deniers. 25. Refilutte van de Staaten van Holland waar by dispenfatie verleent word, ten einde de Lyken ter begraafenis naar Diemen en Die merdam uitgevoerd wordende, het recht van be graven niet meer dan eens verfchuldigt zyn Den 7 July 1790. J * Is geleefen het advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van deni deefer, hebbende ingevolge en tot voldoeninge van hun fidele Gr. Mog. Appointement van den 14 Mey te vooren, geëxamineerd de Requeste aan hun Edele Groot Mog. gepnefenteerd by of van wegens George Hendrik Aman, woonende te Amfterdam, om reedenen daar by geallegueert, verfogt hebbende, dat hun Ed. Gr. Mog. gelieven te verleenen dispenfatie van het gunt Art. 15 by de Ordonnantie op het Middel van het Trouwen en Begraaven in dato 20" Oétober 1095 is geftatueerd, voor zoo verre betrekkelyk is op desfelfs Begraafplaats binnen den Ambagte van Diemen aan de Weesper Trekvaart, en dienvolgënde te permitteeren, dat van de Lyken, welkederwaards ter begraafenis worden uitgevoerd, maar eens het Recht of den Impost aan den Secretaris van Diemen en Diemerdam worde betaald, en wyders alle Officieren of Magiftraaten van andere Plaatfen geordonneerd, om op confent van voorgemelden Secretaris, de Lyken onverhinderd te laaten vervoeren. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, den Suppliant te verleenen dispenfatie van het gunt Art. 15 van de Ordonnantie op het Middel van het Trouwen en Begraaven in dato 26 Oétober 1095 is ge¬ ftatueerd; en mitsdien te verklaaren, dat de Lyken ter begraaffènis naar Diemen en Diemerdam uitgevoerd wordende het Recht van begraaven niet meer dan eens zullen verfchuldigd zyn, en dat het voorfz. Recht niet, aan den Secretaris van Diemen en Diemerdam betaald , noch de Lyken op desfelfs confent vervoerd zullen mogen worden, maar dat zulks zal moeten gefchieden aan en op een confent van den Secretaris der Stad Amfterdam, met Jast aan alie Officieren of Magiftraaten van andere Plaatfen, om de Lyken alfoo onverhindert te laaten vervoeren; en voorts by het voorfz. Advis nog ter overweeging van hun Ed. Gr. Mog. gegeeven zynde of hoogst defelve niet zouden kunnen goedvinden de voorfz. dispenfatie generaal te maaken, en gelyk Declaratoir te doen met opfigt tot zoodanige andere afgefonderde Begraafplaatfen als voor het vervolg buiten andere Steden aangelegd of vervaardigd zouden mogen worden, is goedgevonden en verftaan, dat defelve confideratie tot eene generaale dispenfatie, zal worden geëxamineerd door de Heeren van de Ridderfchap en verdere hun Edele Gr. Mo*. Gecommitteerden tot het groot Befogne, mee de Heeren Gecommitteerde Raaden, én de Vergadering daar op gediend van derfelver confideratien en Advis. 26» Refolutie van de Staaten van Holland, ten einde het Jmpt van Penfionaris der Stad Brielle in het Quohier der xooe Penningen ie royeeren. Den 27 January \79i. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 24 defer, hebbende, tot voldoening aan hun Edele Gr. Mogende Refolutie van den 13 te vooren, geëxamineert de Misfive, door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Brielle den 8 derfelver maand aan hun Edele Gr. Mogende gefchreeven, waar by vermits de tyd van drie jaaren, voor welken hunne Penfionaris Mr. Jacob Camper was aangeftelt op een Tracle- ment van duifend Guldens jaars, met den rj defer was geexpireert, en gemelde Penfionaris al voor lange admisfibel was tot de Regeering, en thans geen Traétement meer in voorfchreeve qualiteit genoot, hun Edele Gr. Mogende verfoeken, dat het voorfchreeve Penfionaris-Ampt met defen jaare 1791 mag worden gelige uit het Quohier der honderdfte en twee honderdfte Penningen op de Ampten. Waarop gedelibereert zynde, is goedge5^3 vor*.  8?8 Placaaten. 7. Boek. 1. Titul. vonden en verftaan, het voorfchreeve verfoek toe te ftaan, en de Heeren Gecommitteerde Raden dienvolgënde by defe te qualificeeren , om het Ampt van Penfionaris der Stad Brielle iri het Quohier der honderdfte Penningen te doen royeeren, ingaande met defen jaare 1791. 27. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt van Exploiteur binnen de Stad Rotterdam in het Amptgeld op ƒ400-:-, en in de 1 ooe Penning tot f 15 -14 -: word verminderd. Den 28 January 1791. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 27 defer, hebbende , in gevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 11 Augustus laatstleden, geëxamineert een Misfive van Burgemeesteren der Stad Rotterdam, houdende, dat het Ampt van Exploióteur binnen de gemelde Stad, door het onlangs overlyden van die geene, welke daar mede was gebeneficeert geweest, was komen te vaceeren, en dat zy daar toe als nu, in voldoening hunner Refolutie van den jaare 1766, zoudenaanftellen een Perfoon op een Traétement van vier honderd Guldens, dog dat het gemelde Ampt in het Amptgeld bekend ftond op zeven hondèrd Guldens, en in de honderdfte en twee honderdfte Penningen op vyf en vyftig Guldens , met verlbek, dat hun Ed. Gr. Mog. de noodige ordre gelieven te ftellen, teneinde het zelve Ampt in beide gemelde Quotifatien in evenredigheid mogte worden vermindert, i Waar op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raden by defe te qualificeeren, om het voorfchreeve Ampt van Exploiteur binnen de Stad Rotterdam in het Amptgeld te doen verminderen op vier honderd Guldens, en in de honderdfte Penningen tot vyftien Guldens en veertien ftuivers met het confent van defen jaare 1791. 28. Refolutie van de Staaten van Holland, waar by het Ampt, van tweede Commis ter 1 Thefaurie der Stad Rotterdam in het Ampt¬ geld, en ioo2 Penningen word aangeflagen. Den 20 Mey 1791. Is gelefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raden van den 19 defèr hebbende ingevolge en ter voldoening van hun Edele Groot Mog. Refolutie van den 4 te vooren, geëxamineert een Misfive door Burgemeesteren en Regeerders der Stad Rotterdam, den 26 April defes jaars aan hun Edele Groot Mog. gefchreven, waar by noodig geoordeelt hebbende een tweede Commis ter Thefaurie der zeiver Stad aan te ftellen, en den zeiven toeteleggen een jaarlyks Traélement van zes honderd Guldens , daar van aan hun Edele Groot Mog. Kennis» geven, ten einde het voorfchreeve Ampt, het welk geene andere Emolumenten had, naar evenredigheid van het voorfchreeve Traélement in het Amptgeld en de honderdfte Penningen zoude kunnen worden aangeflagen. Waar op gedelibereert zynde is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raden by defe te authorifeeren, om het voorfchreeve Ampt van tweede Commis ter Thefaurie der Stad Rotterdam in het Amptgeld tot zes honderd guldens, en in de honderdfte Penningen tot zes guldens te laaten aanflaan. 29. Refolutie van de Staaten van Holland, tot vermeerdering van het Penfoen der geporde Postillons. Den 7 September 1792. By refumtie gedelibereert zynde op het Advis van de Heeren Commisfarisfen van hun Edele Groot Mog. Posteryen van den 24 Mey deefes jaars, en en 13 juny ter Ver¬ gadering ingekomen, tot voldoening aan hun Edele Groot Mog. Appointement van den 15 February te voren op de daar nevens te rug gaande Requeste van den Gegageerden Postillon  kaakende de Financie. \en Pieter van der Meer, verfogt hebbende, dat het hem toegelegde Penüoen van eene Gulden tien ftuivers 's Weeks nog eenigfints, en wel met zoo veel als hun Edele Groot Mog. zouden goedvinden, verhoogt mogt worden. Is, uit aanmerking van de reedenen by het voorfz. Advis geallegueerd, en dat het voor den Lande een gering Objecf is, tegen het nut dat daar door zal worden te wêéè gebragt goedgevonden en verftaan de voorfz. Heeren Comimsfansfenby deefe te authorifeeren, om aan den Suppliant, en aan de andere reeds gegageerde Postillons, en die welke in het vervolg gegageerd zullen moeten worden, in de plaats van eene Gulden tien ftuyvers 'sWeeks toe te leggen een jaarlyks Penfioen van hondert dertig Guldens. SO. Refolutie van de Staaten van Holland\ waar by de gewoone kortingen der Militaire Traclementen geduurénde den Oorlog worden gé* furcheert. Den 20 Maart 1793 Is geleefen het Advis van de Heeren Gecommitteerde Raaden van heden, hebbende, tot voldoening aan hun Ed. 'Groot Mog. Appointement van den 4 deefer, geëxamineerd, de Requeste ten laatstgem. dage aan hun Ëd Groot Mog. geprsefenteerd door de Hoofd Officieren, Ritmeefters en Capitainen van de Cavallerie, Dragonders en Infanterie, ftaande ter repartitie van hun Ed. Groot Mog. te kennen geevende, dat by Refolutie van den 3 1 Mey ió~So onder anderen welwas goedgevonden, dat alle de geenen, die daar na zouden gevorderd worden tot eenige Ampten, het zy Poliricq, het zy Militair, tot Capltain incluis, zouden moeten goed doen eens één jaar hun Traétement, dat zy van het Ampt genoten, zoo nogthans, dat de voldoening van het voorfz. Traétement zoude worden betaald en gekort in vier jaaren, hun Ed. Gr. Mog. egter by nadere Refolutien van den 18 Maart 1702, n April en 30 July 1744, mitsgaders den 1 Maart ij8$ hadden goedgevonden, dat gedaurende de toeninaalige Conüitutie van tyden, de voorfz. kortingen voor de Militairen, van alle Officieren zouden worden geroyeerd, en zy daar van zyn, en blyven geëximeerd, behoudens dat de Conftitutle van tyden cesfeerende, de voorfz. Refolutie weder ftand en plaats zoude grypen, omtrent die Officieren, zoo ver de vier jaaren, in welke zy de kortingen zouden hebben moeten ondergaan, niet verloopen zouden wefen; dat zyn Hoogheid aan de Militie ordre gefonden hebbende om zig te voorfien van de noodige Paarden, Karren, Wagens en zigraarsch- vaardig en gereed te maaken, om op de eerfte ordre te kunnen worden geëmployeerd, daar toe dan ook de noodige kosten moesten impendeeren, zy Supplianten vertrouwden in de termen te zyn om van het effect van zoortgelyke exemtie te joyïsfeeren, en verfoekende vervolgens, dat de meergemelde korting op hunne Traélementen gedaan, en nog te doen, zeedert den 1 January i793 mogte worden geroyeerd, en zy Supplianten geduurénde de jegenswoordige Conftitutie van tyden en zaaken daar van blyven gelibereerd; als meede dat het bereids gekorte zeedert den voorfz. tyd, aan hun mogt worden goedgeuaan. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, dat de gewoone vierendeel jaars kortingen geduurénde de teegenwoordige omftandigheeden des tyds en van den Oorlog zullen cesfeeren, te reekenen ingegaan te zyn met den 1 January 1703 en dat het bereids gekorte zeedert den voorfz. tyd aan de Supplianten zal worden goedgedaan behoudens nogthans, dat deefe tyden cesfeerende, de gewoone kortingen omtrent der Supplianten Militaire Traétenlenten, en van alle Militairen, weeder terftond ftand zullen gry* pen, en de vier jaaren korting, voor zooverre die niet gedaan zullen zyn , ten behoeve van de Provincie, conform hun Ed. Gr Mog. Refolutie van den31 Mey 1680 zondereenis ondericheid of exceptie zal moeten gedaan worden ,• met qualificatie op de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren om hier aan executie te geeven. 31. Publicatie van de Staaten van Holland houdende last aan de Amptenaaren, om op meurt het montant van hun Amptgeld in zekere Geld* Negottatie ten behoeven van den Lande te furnee* ren. Den 5 Augustus 1794, De Staaten van Holland en Westvriesland; Allen den geenen die deefen zullen zien of hooren leefen: Salut; Doen te weeten? dat, nadien de omftandigheden van den Oorlog, welken de Beftuurders der Franfche Natie deefe Republicq* zoo önregtvaardigïyk hebben  8Öo Placaaten. 7. Boek. 1. Titul ben aangedaan, thans wederom zulk een keer genomen hebben, dat de Frontieren van den Staat op nieuw aan het geweld van eene Vyandelyke invafie zyn blootgefteld, welke niet anders kan worden afgeweerd, dan door het gebruiken van de kragtdadigfte middelen van tegenftand, en wy ten dien einde, bezield met defelve gevoelens, als door Zyne Doorluchtige Hoogheid den Prins Erfftadhouder zyn aan den dag gelegd, by hoogdesfelfsPropolltie ter Generaliteit gedaan den 14 der voorleede maand, vastelyk gerefolveerd zyn Goed en Bloed op te zetten tot verdeediging van den Staat, en in het byfonder van deefe Provintie, en tot befcherming van al wat dierbaar is in den Lande, hebben wy nodig en pligtmaatig geoordeeld, van deefe onfe ernftige voorneemens en bedoelingen aan de goede Ingefetenen kennis te geeven, en te verklaaren , dat wy verre zyn van te wanhoopen aan het behoud van den Staat met alle desfelfs Godsdienftige en Burgerlyke Voorregten, indien de middelen, welke de Godlyke goedheid ons gefchonken en bewaard heeft, met die cordaatheid, eensgefindheid en waare Vaderlandsliefde worden aangewendt, welke van alle tyden af, den vrygeboren Nederlander hebben gekenmerkt: dat wy met dit oogmerk uitnoodigen en aanfpooren een yder Ingefeten , die niet geheel verbasterd is van de Voorouderlyke Deugd, om in een tyd waar in het Vaderland in gevaar is, alle partyfchap af te leggen, en met malkander hart en handen te vereenigen tot behoudenis van hunne eigen belangen , en te begrypen, dat yder in zyn kring verpligt is daar toe mede te werken, dewyl 'er niemand gevonden wordt, die by den val van den Staat, ook niet zyn eigen perfoonlyke vryheid, onbelemmerde kostwinning, en middelen van beftaan zou verliefen, maar vooral dat die verpligting grooter wordt, naar maate een yder, uit hoofde van zyne Befittingen of andere Betrekkingen, grooter aandeel heeft in den welvaart van dit gefegend Land. Dat onder de middelen welke wy oordeelen dat met kragt kunnen en moeten gebruikt worden , te tellen zyn de plaat felyke gefteltheid en natuurlyke fterkte van ons Land, door Vestingwerken en Inundatien onderfteund, waar door zoo dikwyls een Vyand van onze Grenfen is verwyderd: mitsgaders de verfterking, ruime verforging en aanmoediging van de Armee van den Staat, welke zig in de twee voorige Campagnes, onder haare dappere Aanvoerders, een onfterflyken roem heeft verworven ; maar dat men zig ook niet ontveinfen moet, dat om het een en ander in dien gedugten ftaat te brengen,, als waar voor defelve vatbaar zyn, zeer aanfienlyke Geldfommen worden vereischt. Datwy, in tyds, getragt hebben aan die benoodigdheden te voorfien, zoo door het arrefteeren van differente Geld Negotiatien, als door het uitfchryven van een Belasting, op het voorbeeld van zoortgelyke omftandigheden van den jaare 1747, welke wy, met alle web geïntentioneerde Ingefetenen, reeds voor drie termynen blymoedig hebben opgebragt, en waar van de noodfaakelykheid ons gedrongen heeft den laatften termyn een maand te vervroegen : dat het opbrengen nogthans van alle die middelen te faamen genoomen, op verre na niet fuffifant is, om aan de benodigdheden van deefen kostbaaren Oorlog te voldoen, vooral in dit tydftip, waarin het ftaan of vallen van de Republicq afhangt van het fpoedig furneeren der hoognoodige Geldmiddelen. Dat wy ondertusfchen tot ons groot genoegen vernomen hebben, dat veele braaveen gegoede Ingefetenen, zig gewillig verklaard hebben, om in deefe omftandigheden het Land kragtdaadig met hun vermogen by te ftaan, indien daar toe een generaale oproeping wierdt gedaan, en een Negotiatie geopend op zooda' nige Conditiën als meest overeenkomftig zyn met de tegenwoordige waarde der Geld-Renten; Zoo is 't, datwy deefe welwillendheid en genegenheid der Ingefetenen in confideratie neemende, goedgevonden hebben, gelyk gefchiedt by deefe, om onvermindert de nog openftaande Negotiatie, gearrefteetd by onfe Refolutien van 17 January 1793 en 20 February 1794, nog boven dien eene vry willige Geld-Negotiatie open te ftellen, tot een" voor als nog onbepaalde fomme, doch welke wy daadelyk zullen fluiten wanneer defelve tot een genoegfaame hoogte zal gekomen zyn, volgens welke een yder op één van 's Lands Comptoiren naar zyne verkiefmg, zal kunnen furneeren zoodaanig een fomme, als zyne gelegenheid en het gevoel van zyne verpligting aan het Land, zal toelaaten, het zy in contante Penningen, of in gewerkt Goud en Zilver, het welk zonder nogthans het fatfoen te rekenen, naar tauxatie van Goud- en Zilver* fmeden zal worden aangenoomen ,• voor welke alibo gefnrneerde fommen zullen worden uitgegeeven ordinaire Obligatien ten laste van Holland en Westfriesland, tot den interest van vyf ten honderd in het jaar, vry van alle kortingen van honderdfte of tweehonderdfte Penning, welke Obligatien zullen afgelost worden met het tweede jaar na den Vreede, welken wy hopen, en met Gods hulpe, vertrouwen, dat opeen manmoedigen tegenftand, door zulke middelen zal worden verkreegen. En ten einde de Ingefetenen met een goed exempel voor te gaan, hebben wy goedgevonden en geordonneerd, gelyk gefchied by deefe, dat alle Regenten en Amptenaaren, die eenige Ampten of Bedieningen bekleeden, welke bekend zyn op de Lyst van de Amptgelden van het jaar 1727, binnen de tyd van zes weeken na de Publicatie deefes, in de voorgemelde Negotiatie zullen furneeren op de respeclive Comptoiren van hun resfort, zoo veel Penningen als de voorfz. Ampten en Bedieningen op de voorgemelde Lyst zyn aangeflagen ; gelyk mede dat de Magi/rraaten van ie respeclive Steden zullen worden aangeèhreevea, om ten fpoedigften aan onfe Ge- com-  Raakende de Financie. 881 committeerde Raaden in de respeéiive Quartieren op te geeven, welke Ampten en Bedieningen in den haaren bekleedt worden, die ia de voorgemelde Lyst niet bekend zyn, met b/voeging van de ibmme waar op defelve zyn aangeflagen of behoorden aangeflagen te word n, ten einde mede in dit Furnisfement begreepen te zyn: dat voor deefe gefurneerde Penningen mede Obligatien zullen worden afgegeeven op den voet als hier vooren gemeld, en af te losfen op denfelven Termyn, ten ware by eerder vacature van defelve Ampten en Bedieningen, in welk geval defelve dadelyk immers voor de fuppietie, door het gemeene Land zullen worden afgelost, en niet tot bezwaar van de Succesfeuren in officio gebragt worden. Dat wy oordeelen geen andere beweegreden nodig te hebben, om alle Ingefetenen van wat ftaat, rang, Godsdienftige of Burgerlyke begrippen zy ook mogen zyn, en by welke nog een druppel oud Nederlands Bloed door de Aderen fpeelt, aan te moedigen om in deefe vrywillige Geldligting naar vermogen deel te neemen, dan alleen aan defelve in overweeging te geeven, aan welke verantwoording zy zich voor God, voor hunne Medeburgeren, voor hun Nageflagt zouden fchuldig maaken, indien door het verfuim van pligt en liefde voor het Vaderland, een zoo ryk en gefeegend Land ten prooy van een Vyand zoude moeten worden, die overal waar hy zyne Wapenen gevoerd heeft, met der daad heeft getoond, dat het hem niet ontbreekt aan middelen, om de ongelukkige Slagtoffers zyner overheerfching tot op den laatften ftuiver van hunne Bezittingen te berooven, en zelfs van zoodanige Bezittingen, welke zv door een onnutte voorforg gemeend hadden m veiligheid te hebben gefteld. Dat zulke voorbeelden, welke in zoo groote meemgte voor handen zyn, een ieder be hooren te doen gevoelen, dat het beter is eerï gedeelte van zyn vermoogen aan het Land ter leen te geeven om het zelve te behouden ("al waren de omftandigheden nog veel gevaarlyker dan wy defelve agten te zyn) dan door het onraogelyk maaken der middelen tot defenfie, het geheel vermogen, ja het Leven zelfs, ter willekeur van den Vyand te ftellen. Dat wy derhalven vastelyk vertrouwen, dat deefe opwekking de gewenfehte uitwerking zal hebben, en dat 'sLands Overheden daar door nevens Zyne Doorlugtige Hoogheid, zullen in ftaat gefteld worden, om zig van hunnen daaren pligt tot verdeediging van den Staat te kwyten. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen praetendeeren, gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, ter plaatfe daar men gewoon is publicatie en affixie te doen. Gedaan in den Hage onder het klein Zeegel van den Lande den s Augustus 1794. (Onderftond,) Ter ordonnantie van de Staaten. (Geteekend,") A. J. R O Y E R. 32. Publicatie van de Staaten van Holland, tot het uitgeven van Recepisfen tegen vyf percent , om daar mede betaalingen van wegen den Lande gedaan te worden, en defelve tot voldoening van zekere V Lands Lasten weder aan te nemen. Den 19 November 1794. De Staaten van Holland en West vriesland; Allen den geenen die defen zullen zien of hooren leefen, falut. Doen te weeten: dat nadien wy zyn geïnformeerd geworden, dat veele Ingefeetenen zich geneegen hebben getoond om in betaling van Gelden, welke zy van den Lande te vorderen hebben, Efteéten teegens den Intrest van 5 per Ct. uit de Negotiatie van 5 Augustus deefes jaars het zy geheel of ten deele aan te neemen, wanneer defelve op eene fpoedige en fecuure wyfe weederom konden werden gerealifeerd, wy IJL Dkël. noodig geoordeelt hebben, aan deefe aliefints loffelyke welwillendheid, zoo veel in ons vermogen is, te gemoet te koomen. En ten einde de geene, welke zodanige Effeélen zullen hebben ontfangen in de geleegenheid te ftellen, om defelve weeder op eene cf andere wyfe uittegeeven, of met aanmerkelyk voordeel te be waaren. Zoo is 't, dat wy goedgevonden hebben en verftaan, de Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren te qualificeeren, om Recepisfen in de Negotiatie teegens 5 per 5T Ct„  882 Placaaten. 7. Boek. 1. Titul. Ct., gearrefteert den 5 Augustus deefes jaars, uittegeeven, ook van kleinere fommen dan gewoonlyk, en op eene daar toe byfondere wyfe expresfelyk fagerigt. En daar meede alle betaalingen het zy geheel, het zy gedeeltelyk, te moogen doen, naar maate van de natuur der te doene betaalingen, en de geneigdheid der geenen, die de Recepisfen zullen ontfangen, des echter dat Heeren Gecommitteerde Raaden geen meerder Recepisfen van dien aart zullen mogen doen circuleeren, als tot vyf Miliioen Guldens, ten einde de houders van de voorfz. Recepisfen zeekerheid te geeven, dat die Recepisfen binnen korten tyd in 's Lands Kas zullen kunnen worden afgegeven en alfoo gerealifeerd. Dat om van nu af aan de voorfz. Recepisfen eene courante waarde te beforgen, defelve direcl naar den eerften January van het jaar 1795, m ^e navolgende Lasten zullen wor. den aangenoomen, fchoon over den jaate 1794 dog niet vroeger geconfenteerd: als De Ordinaire Verponding. Het Collateraal. De veertigfte Penning. De honderdfte en tweehonderdfte Penning op de Ampten. Het Heeren en Redemtiegeld. Koffy en Theegeld. Plaifiergeld. Waaggeld. De Rondemaat en Inkoomende Graanen. Dat de te goed zynde Interesfen op de voorfz. Recepisfen, ook in betaaling zullen worden aangenoomen, zoodanig, dat de Recepisfen in de eerfte helft der maand in betaling wordende gegeeven, de Intrest der loopende maand, niet zal worden bereekend, doch, dat in de laatfte helft, dat is na de vyftiende dag der maand, de volle maand Intrest zal worden geval/deert, dog zullen die geenen, welke de voorfz. Recepisfen, met de daar op verfcheene Interesfen in betaaling geven , agter in dorfo van defelve met hunne naamen moeten aanteekenen, hoe veel maan¬ den Interesfen zy in betaaling hebben gegeeven, ten einde anderfints met deefe Recepisfen ten nadeele van 'sLands Finantie, geen misbruik zoude kunnen worden gemaakt. Dat deefe Recepisfen. als meede de Obligatien uit de gemelde Negotiatie fpruytende loopende teegens 5 per Ct. zullen worden aangenomen voor Contanten by alle Negotiatien van wat aart ook, welke hun Edele Groot Mog. zouden goedvinden te arrefteeren, geene derfelve uitgefonderd. Laatftelyk dat aan zoodanige houders van Recepisfen, welke niet in betaling van'stands Lasten zullen weefen gegeven of in Negotiatien geëmployeerd, by aflosfing van defelve, welke ingevolge onfe Publicatie van 5 Augustus 1794 met het tweede jaar na de Vreede zal moeten gefchieden, zullen worden gegeven Certificatien, waar by de houders van defelve , geregtigd werden verklaard, om, wanneer eene aflosfing wordt vastgefteld van Obligatien uit vroegere Negotiatien fpruitende, daar in by prseferentie teegens overgifte der Certificatien te paticipeeren, ter aflosfing van Obligatien tot zoodanige fommen, als bedragen hebben de Recepisfen welke tot de aflosfing toe, zyn bewaard geworden, en welke fommen in de Ceniücacien zullen worden uitgedrukt, met dien verftande, dat geene aflosfmg op Certificatien zullen gedaan worden, dan wanneer de voorfz. Certificatien het zy alleen het zy gecombineerd te zaamen bedraagen een fom van drie honderd guldens en daar booven, en dat wanneer 'er meerder fommen uit hoofde van voorfz. recht van prseferentie wierden aangebooden, als opdien tyd zouden worden afgelost, in dat geval by Looting door Heeren Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren te doen, zal worden bepaald, welke onder defelve den voorrang zullen hebben, terwyl de overige in een of meer volgende aflosfmgen zullen worden gebragt. En op dat niemant hier van ignorantie prstendeere gelasten wy, dat deefe alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatfen daar men gewoon is publicatie en afïïxie te doen. Gedaan in den Haage onder het klein Zegel van den Lande den 19 November 1794. (Onderftond f) ordonnantie van de Staaten. (Geteekend ,j A. J. ROYEH TWEE-  Fol. 8ÖS TWEEDE TITUL. Raakende de Perfoneele Quotifatie. Nihil DERDE T I T U L* Weegens de Liberaale Gifte of Vyf tigüe Penning en andere zoortgelyke Belastingen. Placaat van de Staaten van Holland, betrekkelyk eene geforceerde Geld-Negotiatie van den vyf en twintigften Penning, of vier ten hon- derd, van een ieders Bezittingen. Den 30 September 1788. De Staaten van llollanden Westvriesland, allen den geenen, die deeièn zullen zien of hooren leefen, Salut, doen te weeten : dat, nademaal de veiligheid en welvaart van eene Natie veelal afhangt van de meerdere of mindere welgelteldheid haarer Finantien, onfe Voorouderen altoos getragt hebben, door fpaarzaamheid te zorgen, dat defelve zig in eene zoo bloeyende ftaat bevonden, als de omftandigheden van zaaken eenigfints toelieten, terwyl zy, wanneer defelve door deefe of gee ne rampen of toevallen waren aangetast, al hun vermogen befteededen, om delelve weder op te beuren, en het wankelend publicq Credit door gepaste middelen te onderfchraagen. Dat het gevolg van eene zoo wyfe, als voor zigtige handel wyfe is geweest, dat de Finantien van deefe Provincie, welker vermogen even vóór het midden deefer eeuw tot eene zeer groote laagheid was vervallen, in den jaare 1780 zoodanig ten voordeele waren veranderd, dat defelve, indien de Republicq nog eenigen tyd had mogen blyven by haare onfydigheid, binnen zeer korte jaaren geweest zouden zyn in zoodanigen allerbloeyendften ftaat, als waar na onfe Voorvaderen te vergeefs hadden verlangt, en waar van in de Jaarboeken deefer Provincie geen voorbeelden zouden te vinden geweest zyn. Dan dat het een ieder bekend is, dat de Buitenlandfche onlusten, in welke de Republicq, zedert dien tyd, met twee magtige Nabuuren is ingewikkeld geworden, de Provincie van Holland en Westvriesland genoodfaakt hebben, niet alleen haar aandeel te draagenin de zoo importante fommen, als tot verdeediging van het lieve Vaderland wierden vereifchr, maar zelfs (wilde zy het algemeen behoud niet in de waagfchaal ftellen) nog boven dat aandeel aanzienlyke fchatten te befteeden; en dat allerbyzonderst de inwendige beroerten en desordres, waar door in de teatfte jaaren deefe Provincie zoo jammerlyk is gefchökt geworden, aanleiding hebben gegeeven tot het doen van veelerhande ongehoorde uitgaaven, en welke 's Lands Financien op zulk eene geweldige wyfe hebben aangetast, en haare Schatkisten zoodanig geleedigt, dat zelfs de ordinaire zaaken tot hier toe niet dan met veel moeite efl Bekommering zyn gaande gehouden. Dat het al mede waereidkündfg is,- 'dat dö 5T 3  Placaaten. 7. Boek. 3. Titul. 884 nadeelen van den Oorlog van den jaare 1780 in eene zeer groote maate zyn gevoeld geworden, door de Oostindifche Maatfchappy, als welke geduurénde dien geheelen Oorlog met zeer groote en buitengewoone uitgaaven is bezwaard gewbrden, zonder genoegzaam eenige dier voordeden te genieten, welke defelve anderfints zoo rykelyk ontfangt; dat het dan ook daar aan toe te kennen is, dat Bewindhebberen der gemelde Compagnie, verre van te kunnen voortgaan in hunne maatregulen, om van tyd tot tyd genegotieerde Penningen af té losfen, in tegendeel genootzaakt zyn geworden , naar middelen om te zien, om op nieuws Gelden te negotieeren; dog dat zy buiten ftaat zynde, om defelve op eigen credit te beko • men, wy op de daar toe fuccesfivelyk gedaane Addresfen, hebben moeten befluiten, om defelve Compagnie inde verleegendheid, waar in zy was geraakt, door het opfchieten van Penningen, dog voornaamentlyk door tusfehen beide ftelling van ons credit,. uit haaren nood te helpen. Dat wy ook in aanmerking hebben genomen de benodigdheid van de Admiraliteits Collegien , het gerequireerde herftel en onderhoud van 'sLands Fortificatiën, de aanvulling der Magazynen voor de Zee- en Landdienst, en andere middelen van Defenfie, aan onze zorge toevertrouwd, doch aan welke door de bekrompenheid van 's Lands Kas, uit hoofde van de hier bovengemelde oorzaaken, zeer veel ontbreekt, en welk gebrek nogthans vervuld moet worden, indien men de veiligheid van den Staat en van een ieders Bezittingen wil handhaven. Dat tot deefe heilzaame eindens eene groote hoeveelheid van Penningen benoodigd zynde, wy getragt hebben de Provincie daar van te voorfien, en mitsdien reeds in het begin van dit jaar op zeer favorabele Conditiën een geldleening hebben uitgelchreeven, gelyk wy ook tot de volkome vervulling van aJJe de benoodigdheeden daar in zouden gecontinueerd hebben, indien wy niet tot onfe fmarte hadden ondervonden, dat de omftandigheden des tyds zulke onoverkomelyke beletfelen veroorfaakten, waar door wy verhinderd wierden, van zoo fchielyk, of op zodanige conditiën, de benodigde Penningen uit vrywillige furnisfementen te bekomen, als de zaak vereischte; terwyl het middel van Negociatie, by forme van Wisfelbrieven, in de allerpresfantfte benoodigdheid onlangs geïntroduceerd, behalven de kostbaarheid, nog veele andere en in haare gevolgen veel fchadelyker inconvenienten zoude medebrengen, indien de gantfche Masfii van benoodigdheid op dien voet moest worden vervuld. Dat het onder de eerfte pligten van alle Ingefetenen te tellen is, dat een ieder meedewerke, om den welvaart van het Land te bevorderen , zelfs met een gedeelte zyner Bezittingen, door het opbrengen van jaarlykfche leasten, of op eenige andere wyfen, daar toe te befteeden. Dat wy daarom ons in de noodfaak bevonden hebben bedagt te zyn geweest op eenmiddel, waar door de Ingefetenen t«ot eene zekere fomme gegoed, een iegelyk haar evenredigheid zyner Befittingen, verpligt worden aan den Lande zekere fomme van Penningen tegens een gevoeglyken interest te leenen, om afgelost te worden, op zodanige tyden en wyfen als nader by ons zal worden gerefolveerd, en uit zodanige Fondfen, als wy daar toe zullen uitdenken en aanwyfen; en vermits die wyfe, om in de benoodigdheden van het Land, en de Lighaamen, daar aan verknogt, te voorfien , ons voorgekoomen is, genoegiaara niet befwaarend, immers oneindig min drukkend, dan wanneer alle onfe Ingefetenen of de meervermoogende van hun, verpligt wierden,een gedeelte hunner Befittingen aan den Lande af te ftaan, zoo ais zhlks reeds in deefe Eeuwe heeft moeten gefchieden, hebben wy goedgevonden , overeenkomftig het hcogwys Advis van Zyn Doorlugtige Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nassau, teconfenteeien en bewilligen, gelyk wyconfenteeren en bewilligen by deefe, tor een Negociatie van Penningen, waar in ieder Ingefeten, zonder onderfcheid van Staat, mits tot een zekere fomme gegoed zynde, zal verpligt zyn te furneeren vier ten honderd van het Montant ' van zyne Befittingen en vermogen, tegens Obligatien ten laste de Provincie van Holland 1 en Westvriesland rentende tegen vier ten hon^ derd in het jaar, fubjeét, de korting als andere 'sLands Obligatien, of dertig jaarige renten, ter keufe van de Beleggers, tegen vyf ten honderd . jaarlyks, en zulks in maniere navolgende : Dat de voorfz. Negociatie zal worden gefurneerd door alle die genen, die tot vyf en twintig honderd guldens, of daar boven, in Capitaal gegoed zyn, of die (fchoon zoo veel in Capitaal niet gegoed) nogthans zodanige Ampten, Bedieningen en Beneficiën befitten, welke hier na niet fpeciaal zyn uitgefonderd: en zal het voorfz. furnisfement in deefe Negociatie beftaan in den vyf en twintigften penning, dat is, vier ten honderd, van het zuu ver beloop der waarde van een ieders Capitaal, Befittingen of Ampten, volgens de wyfe van tauxatie hier na te bepaalen, en zullen onder deefe tauxatie moeten gebragt worden alle Goeren en Befittingen, zoo roerende als onroerende, Ampten, Bedieningen en Beneficiën,en - generaaliyk alles, wat in het volgende Artykel breeder zal worden gefpecificeerd. Dog zullen onder de tauxatie niet behoeven gebragt te worden, en dus ook geen furnisfement van derfelver waarde noodig zyn, allerlei Meubilen en Huisraad, daar onder begrepen al wat tot de huishouding, kleedingen dekfel is dienende, mitsgaders allerley Werktuigen en Gereedfchappen, als mcedede Paarden die tot de bouw- en andere Neeringen, en tot de oeffening van eenige Kunften, Handwerken of Ambagten moeten gebruikt worden, waar  Weegens de Liberaale Gifee of Vyfcigfte Penning, &e. 885 traar onder egter het Rund- en ander Vee niet begreepen worden: geiyk ook worden uitgefonderd de Ampten van de Profesforen en Lectoren van hun Ed. Groot Mog. Univerfiteit: de bedieningen der Predikanten, zoo van de Gereformeerde Religie, als van andere Proteftantfche Gefindheden, mitsgaders de Traclementen en Penfioenen van der zei ver Weduwen ,• voorts de Militaire Employen; en voorts zodanige kleine Bediening of kleine Bedieningen , die door één Perfoon bekleed wordende, te famen in Traétement en Emolument geen vier honderd guldens in het jaar bedraagen, of in het generaal, welker inkomften uit Dag-of Arbeidsloonen beilaan: welke alle, voor zoo veel het jaarlyks inkomen van deefe uitgefonderde Ampten en Bedieningen aangaat, van dit Furnisfement zullen weefen vry gefteld, blyvende nogthans de Befitters van zodaniVe uitgeibnderde Goederen en Ampten verpligt tot de tauxatie van hunne andere Goederen en Ampten, voor zo verre defelve ƒ 1500 - o - o en daar boven zuiver in Capitaal bedraagen. Dat, om aan de goede Ingefeetenen die twyféling, zo veel mogelyk is, weg te neemen, op het maaken van den nodigen overflag hunner Befittingen, zal worden vastgefteld"", zoo als vastgefteld word mits deefen, dat de overflag en vervolgens de Negociatie, moet gaan over Obligatien, Los- en Lyfrenten, Pefioenen, Prtebenden, Aétien en Crediten, zoo binnen als buiten 'sLands, ten laste van deefe of eenige andere Provinciën, van de Unie, Admiraliteiten, of eenige andere Generaliteits Comptoiren, als meede ten laste van eenige Steden, Collegien, Banken. Diaconien, Kerken, Godshuifen, of andere Corporatien, hoedanig defelve ook genaamd zouden mogen zyn, mitsgaders ten laste van alle andere Ryken, Staaten, Princen enPotentaaten, hoegenaamd; en derhalven ook over de Befittingen in Engelfche, Franfche, of andere Fondfen buiten 's Lands, als meede over de Revenuen van Ampten, Bedieningen en Beneficiën, het zy die by den Furneerder zelve of by andere bekleed of bediend en waargenoomen worden: over Landeryen, Erfpagten, Tienden, Visfcheryen; Grienden en Houtgewasfen, Heerlykheeden, Huifen , Hoffteeden, Buitenplaatfen, Tuinen, Boomgaarden, en andere Befittingen , zoo in deefe als de andere Provinciën, in het resfort van de Generaliteit, mitsgaders in andere Ryken en Staaten; en fpecialyk ook over Suyker- en andere Plantagien, gelyk meede over alle andere Befittingen in de Colonien van den Staat, en in die van andere Natiën : overuitftaande Crediten, Maandgelden, Transporten, Hypotheequen, Custingbrieven, Schepenkennisfen, Bylbrieven, Wisfel- en Bodemarybrieven, gelden in de Wisfelbanken, Actiën, Obligatien en Anticipatiepenningen , in en ten laste van de OostWest-en andere Compagnien, en andere Colonien, alles zo hier te Lande, als in andere Staaten en Ryken buiten 's Lands: over uit- ftaande Penningen onder Soliciteurs, Casfiers of andere Particulieren, het zy met of zonder Verband, zoo binnen als buiten 's Lands; over Schepen, Schuiten en Jagtenin de Havenen, ?eVn °P dCJlivieren z^de> en over allerley Waaren en Koopmanfchappen, hoegenaamd , als mede zoo binnen als buiten 's Lands ter Zee, op de Rivieren en te Lande als meede over gereede goude en zilvere Penningen, gemunt en ongemunt, Zilveren Goud gewerkt of ongewerkt, Juweelen, Kleinodiën Roetfen en andere Rytuigen als meede de Paar! den en het geene tot defelven behoord; gelyk ook over Bibliotheequen, Rariteiten, Medailles, Schilderyen, Porcejeyn en, en andere Curiofiteiten: en voorts generaalyk over alles wat eigendom en befittingen kan genoemd worden: zonder eenige andere uitzonderinge, als hier boven in de eerfte Paragraaf is gemeld: mits dat daar tegens werden afgetrokken allerley fchulden, dewelke den Befitter ten zynen laste , zo binnen als buiten 's Lands zoude mogen hebben: zynde de intentie, dat de voorfz. Negociatie zal gaan over de zuivere en effective Befittingen, der goede Ingefetenen , zoo na mogelyk te bepaalen, als ieder in confcientie zal bevinden te behooren. n , 3- Uat wyders, om de goede Ingefetenen nog meerder te gemoet te komen in het maaken van den overflag hunner Befittingen, en alle fcrupuleusheid dien aangaande weg te neemen, zal werden verklaard, zoo als verklaard werd mits deefen, dat het een iegelyk zal vryftaan, ten aanfien van de Eife&en, die hy befit, zoo binnen als buiten 'sLands, waar op een Cours of Pryscourant is, die by zig zeiven te tauxeeren na de waarde en de Cours of Pryscourant, die daar op is ten tyde, wanneer hy zyn overflag maakt, welke tyd ten aanfien van de voorfz. Effeélen moet gereekend worden op den dag van het arrefteeren van dit Placaat; dat ten opfigt van de Goederen, zoo binnen als buiten 's Lands, waar op geen Cours of Pryscourant is, een iegelyk, die zal mogen by zig zelve tauxeeren, na rato van de Pryfen der laatfte koopen of verkoopen, die van diergelyke Goederen door anderen gedaan zyn, ofwel tot zoodanige waarde, als hem die, ten tyde wanneer hy zyn overflag maakt, afftaande zouden mogen weefen; dat ten refpecfe van de Goederen, die eenig gevaar of rifico loopen, gelyk Schepen en Koopmanfchappen, mitsgaders Cargafoen Goederen, die aétueeiyk in Zee zyn, ten tyde wanneer hy zyn overllag maakt, een iegelyk die by zig zeiven zal mogen tauxeeren ter montant van de Asfurantie, die hy daar op heeft laaten doen, of, zoo hy die in het geheel of ten deele niet heeft laaten asfureeren, voor zoo verre na maate dat hy die in gemoede door de loopende rifico minder waardig fchat, als de opregte en reëele waarde van dien: dat Infchulden, uitftaande Gelden, Actiën en Crediten ten laste van Particulieren, zoo binnen als buiten 'sLands, die dubieus zouden mogen weefen, zullen mogen geree- 5T 3 kend  Placaaten. 7. Boek. 3. Titul. kend worden na de waarde, waar voor men defelve in gemoede wel zoude willen overgeeven: dar. Goederen, waar voor de bezitter eene byfondere affectie heeft, gaande boven de ordinaris prys of waarde, nogtans in den te maaken overflag niet hooger als tegens den ordinaris prys of waarde genoomen en gereekend zullen behoeven te worden: dat wyders het zuiver inkomen der. Ampten, Beneficiën, en Bedieningen, als mede van de Lyfrenten, Tontinen, Contracten van Overleeving, Penfioenen en Prebenden, zal moeten gereekend worden op den voet zoo als de Lyfrenten in het Placaat van den ophef op de Collateraale fuccesfie in Capitaal getauxeerd werden, volgens deLyA in het negende Articul uitgedrukt; volgens welke Lyst de Lyfrenten en Tontinen , en in deefen ook de zuivere revenuen van een Ampt, Beneficie, ofBedieninge, als mede van de Penfioenen enPrsebenden, moeten gereekend worden aldus: te weeten op Lyven van 1 tot 20 jaren, 10 maal de Lyfrenten, Revenuen van Ampten , Bedieningen, Penfioenen , etc. 20 tot 30 jaaren 9 maal. 30 tot 40 . 8 ——— 40 tot 50 7 ■ 50 tot 55 6 55 tot 60 5 60 tot 65 ■ 4 —— 6$ tot 70 —— 3 ■ ■ 7° tot 75 — 2'—— Boven de 75 — 1 —Zullende de zuivere jaarlykfche Revenuen van de Tontinen, Contraéten van Overleeving, Penfioenen en Prebenden gereekend worden na rato van het geen defelve het laatst voorgaande jaar opgebragt of geïmporteerd heb, ben; en de zuivere jaarlykfche Revenuen van een Ampt, Beneficie of Bediening, dat in het geheel of ten deeJe geen vast inkomen heeft, over de vyf Iaatfte jaaren moeten omgeftagen worden, en van de geenen, die zoo lang door den jegenwoordigen Bezitter niet befeeten zyn, na rato van het apparente inkomenvan dien, of daar het ten eenemaale onzeker zoude mogen weefen, na rato van het inkomen geduurénde den tyd dat die door den jegenwoordigen Bezitter befeeten zyn. En dat de zuivere inkomften van de rouleerende Commisfien, die iemand bekleed in de respeéiive Collegien, en van andere Ampten, die niet permanent zyn, zullen gereekent werden op de helft van het inkomen van dien voor die jaaren, welke daar aan nog resteeren. Dat, om niemand tegen zynen wille te obligeeren tot het openleggen van zynen ftaat, en nogthans gerustheid te hebben, dat elk en een ieder in het furneeren van de voorfz. Negociatie zig zalkwyten naar behooren; aan een iegelyk zal worden vrygelaaten; en gerecommandeert, zoo als hem vrygelaaten en gere- commandeert word mits deefe, om zig zelfs een exaélen overflag en begrooting van het zuiver beloop der waarde van alle zyne Goederen, zoo roerende als onroerende, Ampten, Bedieningen, Effecten, Actiën en Crediten, mitsgaders Bank en Contante ■ Gelden, alles zoo binnen als buiten 'sLands, ter Zee, op de Rivieren, önte Lande, zonder andere uitfonderinge als hier boven is gemeld, zoo na mogelyk is te maaken in goede confcientie, en zoo hy na aftrek van aüe fchulden zig gegoed bevind, mits tusfehen hetverfchynen van den eerften en tweeden Termyn deefer Negociatie onder folemneele Eede, en ten aanfien van de Mënnogezinden, met waare woorden in plaatfe van Eede, naar het gebruik hun toegeftaan, verklaarende„ datzy, „ voor zoo verre zy tot de fomme van/2500-0-0 „ en daar boven gegoed zyn, of Ampten en „ Beneficiën befitten die by de eerfte §. niet „ zyn uitgezonderd, naar hunne beste ken,, nisfe en weetenfchap, en zoo na* als hun „ mogelyk is geweest, op den voet by dit „ Placaat uitgedrukt, den overflag enbegroo„ tinge van het zuiver beloop der waarde van „ alle hunne Goederen en Bezittingen" (of, furneerende in eene andere betrekking van Voogden , Adminiftrateurs of diergelyke, met uitdrukking van de Perfoonen of Goederen, waar voor zy furneeren ,, hoe genaamd „ en waar gelegen of zynde, en zonder ee„ nige andere uitfonderinge als by dit Placaat „ bepaald is, gemaakt hebben: en datzy daar „ van ter goeder trouwe ten minften vier per' „ cent hebben gefurneerd of zullen furnee„ ren, insgelyks op den voet en naar het voor„ fchrift in dit Placaat vervat, zoodanig dat „ zy niet minder dan een vierde part reeds „ hebben gefurneerd, en het refteerende voor „ of op de bepaalde Termynen zullen furnee,, ren dat zy, in gevalle naderhand nog ietwes „ van hunne Befittingen tot hunne kennisfe „ mogte komen, dat by inadvertentie over„ gefiagen was, ook daar van vier per cent „ in maniere als boven furneeren zullen; mits-. „ gaders dat zy de Billietten of Quitantien „ van 'sLands Ontfangers, waar uit blykt, „ dat hunne gefurneerde Penningen waarlyfc „ in 's Lands Kas gekomen zyn, onder zig „ zullen houden tot na het afloopen van den „ vierden termyn deefer Negociatie , En dat „ zy defelve Biljetten of Quitantie aan nie„ mand hebben geleend of overgegeven, zal„ len leenen of overgeeven," welken Eed eensby het Furnisfement van een voorig Termyn afgelegt zynde, andermaal by het Fur*, nisfement der volgende Termynen niet zal behoeven herhaald te worden, als werkende den zei ven Eed over alle de Termynen, ten ware nogthans iemand na het afleggen van den voorfz. Eed, en eer alle de Termynen by hem gefurneerd zyn, mogte komen te overlyden, in welken gevalle desfelfs Erfgenaamen, Executeurs of Boedelredders ten aanfien van de Termynen, dié aan des Overieedens Boedel nog refteeren, gehouden zullen  Weegens de Liberaale Gifee of Vyfcigfte Penning , &c. 887 zyn, den overflag en begrooting van het zuiver beloop der waarde van den zei ven Boedel op nieuw te maaken, en den voorfz. Eed af te leggen. f. 5- Dat niemand, Ingefeten van deefe Provincie zynde, en vallende in de termen van Articul 1. van het Furnigfement in deefe Negotiatie zal weefen geeximeert, het zy hy tot een Huisgefin behoort, by andere, of op zig zelve woond, het zy hy die zelf beheert, of onder de VoogdyeofCurateele van anderen ftaat, of de Adminiftratie daar van aan anderen gedemandeerd is, zoodanig dat een iegelyk van wat ftaat of conditie hy ook zoude mogen zyn, in deefe te doene Negotiatie zal weefen begreepen, zonder eenige uitzondering, en dat, om vervolgens zorg tedraagen, dat een ieder, hier toe verpligt zynde, daar aankome te voldoen; en dat niet alleen uyt zyn eigen, maar ook uit een anders hoofde voor zoo verre hy daar toe verpligt is, alleen een iegelyk, voor het prsefteeren van den voorfz. Eed, zullen gehouden weefen, op den Eed by hun af te leggen, te verklaaren, „ ,, of zy eenige goederen voor andere Perfoo„ nen, Ingefeetenen deefer Provincie, admi„ niftreeren, het zy in de qualiteit van Voog„ den, Curateurs, Adminiftrateurs, of met „ welken titul het ook zy, en van of voor „ welke Perfoonen, als mede of zy eenige „ Perfoonen by hen inwoonende, 'hebben, „ en welke die zyn; gelyk ook nog ofzy ee„ nige Goederen in Fideicommis of Lyftogt „ bezitten, en voorts of zy het Furnisfement „ doen voor zig zelve alleen, dan wel voor „ alle de andere Goederen door hen geadmi„ mftreert of in Fideicommis of Lyftogt be„ feeten wordende." Zal ook het Furnis/ement in de Negotiatie gedaan worden door Weeskamers van de Goederen de Weefen, Ingefetenen van deefe Provincie zynde, of alhier t'huis hoorende, en by hen geadminiftreerd wordende, in opfigt van ieder Wees affonderlyk, by Weesraeesteren, of twee Gecommitteerden derfelve, of ook wel by een of meer van derfelver Suppoosten of de door hun geftelde Adminiftrateurs, te doen: welverftaande, dat onder de Adminiftrateurs van eens anders Goederen niet zullen zyn begreepen, Adminiftrateurs van Goederen ad pi os & publicos ufus gedeftineert zynde of van Goederen toebehoorende aan geauthorifeerde Gilde of Confrerien, ook niet van zoodanige Goederen, welke aan Arm-of Weeskinderen in Godshuifen gealimenteert wordende, opgekomen zyn, welke alle van deefe Negotiatie zullen zyn geëximeert: en dat mede Weesmeesters of derfelver Suppoosten , nog ook Voogden, Curateurs of Admiftrateurs van eens anders Goederen in het furneeren zig zoo na mogelyk is, moeten houden aan de vier per cent, gelyk defelve ook niet zullen mogen declareeren voor de moeite of vacatiën, die zy ter deefer zaake gehad heb ben; en worden voorts de Weeskamers, Voog- 55 den, Curateurs en Adminiftrateurs by deefe generaalyk gequalificeert, om te verkoopen of te beleenen zoo veel van de Effecten onder hunne Adminiftratie, als zy tot benoodigde Penningen ter voldoening hunner Furnisfemeuten in derfelver qualiteit zullen nodig hebben, zonder meer. ö %. 6. Dat van Goederen in Fideicommis of Lyftogt befeeten wordende, waar van het expe&atif of den eigendom aan Ingefetenen van deefe Provintie behoord, de voorfz. Negotiatie gefurneert zal moeten worden op gelyke wyfe en voet, als van alle andere Goederen, dogafzonderlyk en op zig zelve; behoudens dien aangaande aan den Contribuant zyn regres tot vergoeding van de helft van het gene gefurneerd is, ten laste van den Fideicommisfairen Erfgenaam, of van den geenen aan wien de Eigendom gemaakt is, by de overleevering of uitkeering derfelve Goederen: welk regres zal plaatfe hebben, niet tegenftaande zulke of diergelyke kortingen by Testament verboden waren, waar aan mits deefen word gederogeerd: en dat van alle andere Goederen in Fideicommis of Lyftogt befeeten wordende, waar van Buiten - Ingefetenen het expedatief of den eigendom hebben, de jegenswoordige Bezitters of Lyftogter zal kunnen volftaan, met alleen voor de helft der waarde van dien in de Negotiatie te furneeren,, onder de generaale masfa van zyne andere Goederen, zonder des wegens eenig regres of vergoeding te kunnen pretendeeren. §• 7> Dat, in gevalle daar de helft der gefurneerde Penningen van Goederen in Fideicommis of Lyftogt befeten, moet komen ten laste van de geenen, die daar van het expeétatief of den eigendom hebben, defelve helft uit die Goederen zelve voldaan zal mogen worden; en dat ten dien einde zoo veel van die Goederen door den tegenwoordigen Befitter of Lyftogter zoo verre het mogelyk is met voorkennis van den geenen die het expedatief heeft, zal mogen worden verkogt, of op defelve genegotieerd, onder fpeciaal verband van defelve Goederen, als het montant van de helft der Penningen uit dien hoofde in de Negotiatie gefurneerd, zal komen te bedraagen, mits de Recepisfen of Obligatien voor de gefurneerde Penningen wederom fubintreeren in plaats van het verkogte of genegotieerde, en onder het zelve verband gebragt worden. Ten welken einde wy, in dit fpeciaal geval, geau&orifeerd hebben in de ftemmende Steden, den Hage daar onder begreepen, de Magiftraaten, en voor de kleine Steden en het platte Land, onfe Gecommitteerde Raaden in de beide Quartieren, om confent te geeven tot het verkoopen of belasten van zoodanige Goederen onder de noodige precautien. §■ 8. Dat van Goederen, toekoomende aan Min» derjaarigen, waar van de Ouders of de Langstlevende van dien, de vrugten of interesfen ge-  888 Placaaten. 7. Boek. 3. TituL genieten, tot alimentatie der Kinderen, en dus ook niet langer dan tot derfelver meerderjaarigheid of trouwdag toe, de vyf en twintigfte Penning moet gefurneerd worden uit het Capitaal der Kinderen, en niet uit de Vrugten, §■ 9- Dat van Goederen nagelaaten by Ingefetenen deefer Provincie, en onder Adminiftrateur binnen deefe Provincie beruftende, waar toe by Testament als Erfgenaamen geroepen zyn Perfoonen, die na verloop van zekere jaaren, of na het exfteeren van zekere Conditiën, in leeven zullen bevonden worden, en i» welker opfigt gevolgelyk onzeker is, wie de Erfgenaamen na expiratie van voorfz. tyd wefen zuilen, en of defelve Ingefetenen van deefe Provincie wefen zullen, dan niet, door de Adminiftrateurs, de vyf en twintigfte Penning ten volle zal moeten gefurneert worden: gelyk ook zal moeten gefchieden van Goederen ■ onder Adminiftrateurs binnen deefe Provincie berustende, waar van de Eigenaars, Ingefetenen van deefe Provincie geweest zynde, al eenige jaaren vermist zyn geweest, fchoon men niet weet, wie tot dezelve, indien de Eigenaars niet opdaagen, geregtigd zullen zyn. J. 10. Dat, in gevalle iemmd zig mogt in de nood* zaakelykheid bevinden, het zy in zyn particulier of in een der bovengemelde qualiteiten, om tot het bekomen van gereede Penningen, ten einde in deefe Negociatie te furneeren, eenige vaste Goederen te belasten, waar van de Hypothecatie fubject is aan den veertigften Penning, defelve belasting in dat geval van den veertigften Penning zal vry zyn, en nogthans van het zelve effect zyn als of de betaaling van gemelden Penning daar van gedaan was, mits de Perfoonen, die de Belasting doen, desnoods, onder Eede verklaaren, dat defelve tot geen ander einde gedaan word, dan om de Penningen daar van komende te furneeren in de tegenwoordige Negociatie,- gelyk wy ook, tot meerder gemak van de genen die in deefe Negociatie moeten furneeren, en uit verlegenheid van contante Penningen, zouden verkiefen gewerkt Goud of Zilver te furneeren , ordres zullen ftellen, dat het zelve tegen de waarde zonder het fatzoen kan worden ingewisfeld. §.»; Dat alle Perfoonen, Ingefetenen deefer Provincie geweest zynde, en zig nu buiten defelve bevindende, het zy met der woon, of door een abfentie voor zekeren tyd, zullen gehouden zyn in deefe Negociatie op den voet van dit Placaat te contribueeren, en den Eed of in Perfoon of door Gemagtigden af te leggen, ten ware defelve reeds een jaar en zes weeken voor het emaneeren van het Placaat abfent waren geweest; en zullen de genen, die voor dat zy ten vollen aan hunne verpligting omtrent de Negociatie hebben voldaan, zouden begeeren met der woon buiten de Provincie te vertrekken, by arrest tot het vol¬ doen aan hunne verpligtinge worden gehouden tot dat zy ten vollen voldaan of Cautie gefteld hebben. $. «. Dat de genen, die uit andere Landen of Provinciën, na het emaneeren van dit Placaat, zig binnen deefe Provincie komen neder zetten , niet gehouden zyn te furneeren. §• IS* Dat Militairen Officieren, Ingefetenen of Onderfaaten deefer Provincie zynde, offchoon elders in Guarnifoen liggende, nogthans voor hunne Goederen en Effecten, uitgenomen hunne Millitaire Tractementen, zullen moeten furneeren, en den Eed afleggen ter plaatfe, daar zy binnen het laatfte jaar hun domicilie binnen deefe Provincie hebben gehouden , met vrylaating nogthans om het voorfz. furnisfement op die plaats of wel op een andere binnen defelve Provincie te doen. § 14. Dat Perfoonen, Ingefetenen deefer Provincie zynde, doch geen vast domicilie in defelve houdende, maar nu in deefe, dan in geene plaats van de Provincie, voor een tyd hun verblyf neemende, het zy zig geneerende met ter Zee te vaaren, of in andere omzwervende funófien, gehouden zyn den Eed af te leggen, ter plaatfe daar zy gevonden worden, by gelegenheid van welken termyn het ook zy, ten ware zydeeden blyken, elders inde Provincie hunne verpligtinge voldaan te hebben, en dat zy, by nalaatigheid of onwilligheid voor hun vertrek, daar toe,'by;arrest zullen worden gehouden. § 15. Dat de voorfz. Negociatie zal mogen worden gefurneerd door een iegelyk in Perfoon of door een ander, wie hy verkiest, zonder dat daar by verklaard behoefd te worden voor wien het furnisfement gefchied; maar dat de prsftatie van den Eed voor Commisfarisfen hier na te melden, zal moeten gedaan worden door een iegelyk in Perfoon, of door een Gemagtigden, met behoorlyke onderhandfche en gefegelde Procuratie voorfien, volgens een Formulier agter dit Placaat gevoegd. § 16". Dat de furm'sfementen van deefe Negociatie zullen worden gedaan in goede gangbaare Gouden of Zilveren Munt, die gewoon is op 'sLands Comptoiren ontfangen te worden, of in gewerkt en ongemunt Goud en Zilver volgens § 10 van dit Placaat, of in Amfterdamsch en Rotterdams* Bankgeld, het welk zal worden aangenomen met een Agio van drie per cent, en zullen ook tot furnisfement kunnen geëmployeerd worden de Wisfelbrieven , door Bewindhebberen van de Oostindifche Compagnie getrokken, »c kragte van onfe Authorifatie van den 30 Juty deefes jaars en van onzentwege geaccepteerd, welke Wisfelbrieven zullen worden aangenomen tegen het volle Capitaal, met den verfcheenen Interest tot den eerften dag der maand, in welke zy zullen worden geëmployeert; en voorts in vier termynen, te weeten?