511
B
72












Proje£ï: Request (a) door de IngeI zetenen van Nederland, tepre-
fènteeren ieder aan de Magiftraat der Stad zyner invvooninge.
FT et is met den diepfien Eerbied, welke alle getrouwe,'ftffle, vreedzaame, en. Vaderlandlievende 1 Ingezetenen, aan hunne wettige Overheid toedragen, en ook fchuldig zyn; dat de ondergetekenden, alle te zamen Burgeren en Ingezetenen der Stad de vryheid gebruiken, om in den
fchoot hunner Burgervaderen neder te leggen, hunne hartgrondige droefheid, over de inwendige gefteldheid dezer Republiek; hunne bekommering over de fchroomelyke gevolgen daar van, voor't toekomende, en hunne verontwaardiging, over de middelen en oogmerken, door, en met welken, die gefteldheid van zaaken, is te wege gebragt.
Zo vreemd als wy zyn , Edele' Groot Achtbaare Heeren, zo vreemd als wy zyn, van het denkbeeld, dat de Oppermagt over deze of andere Provinciën, zodanig zoude huisvesten in het Lichaam der Burgeren, en Ingezetenen, dat dezen zig zouden kunnen bevoegd en gerechtigd oordeelen, om aan hunne Overheden voor te fchryven, wat Zy, in het beftuur der algemeene belangen van dit Gemeenebest, of in de uitoefening van haare byzondere plichten, als Regenten eener Provincie, of van eenige Stad te doen en. te laaten hebben, zo zeer oordeelen wy ons, in de tegenwoordige omftandigheden bevoegd, en gerechtigd, en zelfs min of meer verplicht, om door het tekenen en aanbieden van dit Request, een openbaar bewys, en getuigenis af te leggen, van onzen afkeer tegen de zo evengemelde grondbeginze'en, en van welken kant men hen ook befchouwen moge, niet anders dan Regeringloosheid, geduungê wisfelvalligheid, noodzakelyke verwarring, eindelooze verdeeldheden, en.dus een onkerilelbaar verderf van het Vaderland ten gevolge kunnen hebben.
Door 's Lands gefchiedenisfen geleerd, en door de plegtigfte erkentenisfen en verklaaringen van de Hooge Machten dezes Lands bevestigd, in het denkbeeld, dat deze Republiek, bejtaande uit Zeven Bizondere Provinciën, ider in den haaren Souverain, en waar inne ten deezer opzichten , niet zeilen Bizovdere, ook wel jlrydige belangens de overhand hebben , door welke het gemeene welzyn verachtert en de Securiteit van den Staat, na behooren niet bewaardt word, onmogelyk kan beftaan , noch behouden blyvcn , zonder boven de band van de Unie voorzien te weezen van een Illuster en Eminent Hooft, zoodaanig dat de Staat van die vooraangeroerde grondbeginfelen afgeweeken zynde, tot op den oever van deszelfs tot aaien ondergang meer dan eens is gebragt "geweest,
ooi
(a) Of fcboon 'er reeds, een zeer groot aantal van fatfoenelyke . en gegoede Burgers en Ingezetenen zy, het welke zich bepaald heeft, om die Request, aan hunne Regenten te Prefenteercn ; heeft men raadzaam ge? oordceld, om het zelve vooraf door den Druk bekend te maken, op dat een ygelyk gelegenheid zoude heb. ben, om het zelve met aanJagt te leezen , en rvplyk te overweegen; en dus niemand zyne naamteekenih<* waage, zonder te weeten wat hy tekent: de Auéteurs van dit Project, verlangen gecne anderen, dan vrywi£ lige tekcnaaien, dan zulken, die overtuigd zyn, van de waarheid, van alles wat Zy met hunnen Naam ondertekenen ; en tellens van de nuttigheid die 'er voor het vaderland uit zoude geboren worden; indien het 's Lands Hooge Machten behaagen mogt, aan de daar by voorgedrageue verzoeken te voldoen ; en willen 'er daarom ook wel openlyk voor uit komen; en ten vollen overreed dat geen waar liefhebber van het vaderland, van de Vryheid, en van den Vreede, eenige gegronde bedenkelykheid heeft te maaken, om het getal der tekcnaaren te vergrooten , zal 'er na verloop van cenigen tyd, een exemplaar van dit Request, in alle de Heden van ons Vaderland, ter tekening gelegd worden; in het vast vertrouwen, dat het aan niemand van 's Lands Regenten, die den Stadhouderlyken Regeringsvorm met lieden bezvvooren hebben, onaangenaam zal zvn, in deze tyden van verwarring, een bewys te hebben; niet hoe veele Ingezetenen vry zyn gebleeven van de befmetting, maar hoe veelen er nog tegenswoordig., voor die Vadcrlandfche gevoelens, die hier voorgedragen worden durven uitkomen; veelcn cog zullen door vrees, of door andere Redenen worden te rug gehouden van de ondertekening , die evenwel in den grond van hun hart verlangen, dat aan de verzoeken voldaan worden.
. A



(O
6fk uit dit zelve ; döar gttnè andere middelen heeft kontien worden gered, dan door de verkiefing van een Stadhouder, Capitain en Admiraal Generaal; dat onder die gelukkige Regeeringsvorm deze Staat van deszelfs Pntnitive opregting uf aan, zoodaanig in Magt en Welvaart heeft toegenoomen, dat Hy ly zyne Nabuuren ontzaglyk, en door de grootfle en magtiglle Maogentheden en Vorfieh , niet alléén v*n Europa» maar ook van andere IVaereld- gedecltcns , om deszelfs Vrinden Bondgenoodfchap is aangezocht geworden, is het onsaltyd voorgekomen als uit de Natuur der.Zaake voortvloeijende (en hier toe behoeft men geen Staatkundige te zyn) dat'sLands belang vordert, dat, dat Eminent Hoofd blyve in het bezit en genot van dat vertrouwen, en van die liefde, zoo van Regenten ais van Ingezetenen, zonder welken het Hem onmogelyk is, om te weezen de Band waar door alle die verfchillende Leden van eèn Lichaam tót een verbonden Sehooren te blyven.
Veélen onzer hebben dèrhalveii met de levèhdiglte aan doeningen opgemerkt, hoe het zeden eenige jaaren aan dezen en geehen onzer Medeburgeren en Ingezetenen, welken wy om de opgenreide reeden niet anders kunnen aanzien, dan als gevaarlyke Vyanden van 's Lands hef, heeft kunnen gehistcn, om onophoudelyke, en, onzes bedunkens höogstmisdaadige, middelen in het werk te ftellen, om, Zyne Doorl. Hoogheid, Nederlands tegenwoordige Erffladhouder te ontzetten van die liefde en dat vertrouwen.
Deze poogingen hebben wy, tot ons leedweezen zien aanwenden, en duizenderlei middelen daar toe zien in 't werk Hellen, in een tyd, dat nog niemand ooit eenige klagten over het beduur van Zyne Hoogheid had gedaan , en eer nog die oorlog was aangevangen , waar van de rampzalige gevolgen tot voorwendzel gediend hebben, om die liefde en dat vertrouwen by veélen te doen veranderen, in de tegenovergeftelde gevoelens.
Uit deze omftandigheid alleen, zouden wy reeds dit beiluit moogen opmaaken, dat het eigeniyk niet het ongenoegen over den uitflag des oorlogs, noch over het beftuur van Zyne Hoogh. is, hét Welke die poogingen heeft doen aanwenden, maar dat dezelve aan andere oogmerken moeten Worden toêgefchi'eVeTi; doch wanneer hier by in aanmerking komt, dat Zyne Hoogheid, bytwee onderfcheidene Memörien eerrö breedvoerige opening gegeeven heeft van Zyne geheele diereaie, «©ruk* dat tot hier toe, het zy door uwe Ed. Groot Achtb., 't zy door eenig ander Staats Lid, in deze of eenige andere Provincie eenige befliii.tcn genomen zyn , waar uit blyken zoude dat en waarin Zyne Doorlugtige Hoogh. ten dézen opzichte zoude hebben misdreven, meenen wy, dat 'er voor 's Lands Ingezetenen niets meer noödig is, ter overtuiging, dat de gegevene openingen voldaan hebben om Zyne Hoogheid vry te pleiten van alle misdfyf (£).
Intusfchen evenwel word Zyne Doorlugtige Hoogh. zo in deze als in andere Provinciën, ontzet van verfchcide Rechten ën Praerogativen welken door Hoogstdeszelfs I Iooge Praedecesfeuren zyn geoéffend, en welke dus ook aan hem zyn opgedragen , vermits de hooge waardigheden van Erffladhouder, Ëifcapitain en Admiraal Generaal op Zyne Hoogheid gedevolveerd zyn, met dezelve Praerogativen met welke die door de voorige Heereh Stadhouderen zyn geoefendgeworden, zynde ons niet gebleken dat aan den tegenwoordige:! Ilcere Erffladhouder nog ooit bepaaldelyk te lasten gelegd geworden is, in welk poioft Hy zich eenig autoriteit zoude hebben aangematigd, welke niet door de voorige Heeren Stadhouderen is bezeeten, of aan den regenwoerd igen nitdrukk-elyk is opgedragen geworden (c).
ffa-
fj) is het wel te denken, 'dat, by aldicn 'er wezenlyke misdagen, of onvergevclyke misdryveu door Zyne Hoogheid begaan waren, 'er nicttiartt onder 's Lands Regenten zouden zyn,-die het van 's Lands belang geoordeeld zondeii hebben, om jfc zelve aan te wyzen? is liet Vvel te denken, dat, zo hieromtrent flcchts eenige twyffel was over gcblecvcn, die twyffel niet reeds lang zonde zyn opgeheven geworden? dit is echter niet-ge fehied; bewystdit niet dat 'er zulke misdagen, of misdfyVen, niet gevonden zyn?
(0 Willem III •«» TPilttm IV hebben liet recht jcoell'cnt, van eenen Hoogen Krygsraad aan te ftellen, van de IvTagittraats bcftetrfng'eh in alle de Steden, ook te Alkmaar, te Hensden, en te Purmerende; van de Kutftetling van Vlagofficieren; van de ruslchen béfden openvallende Vroedfchaps plaatzen te Utrecht te begeven-; in een woord, aan Zyne Hoogheid is niets afgénóOme'n 't welke Hy niet van Zyncn Heer Vader geërfd had, -en 't welke «ietdoor Zyne Voorzaateu Was bezeeten. .....
En wanneer wordt Hem dat alles algenoomeir? toen Hy het Stadhouderfchap aanvaarde? Neon ; na dat Hy dat Récht geduurende éttclvkc Jaarcn zonder tegenlpreeken geoeffend had; na dat men een ongegrond misnoegen tegen Rem had opgevat; be wyst dit 'niet dat het niet de bevordering van 's Lands belang, niet de overtuiging van plicht, maar dat zelfde ongenoegen 't Welk'als de aanleidende oorzaak van alle die zoogenoemde Rèdresfen moet worden aangemerkt ; of liever de lust om Hem allen Invloed te beneemen, en uit die Directie der algemeeue zoo buiten ais bmnelandfche zaaken, over welken men Hem ook niet meer raadpleegt uit te ftooten?



C 3 )
Waren deze. bekortingen en befhocijingen van de Rechten van Zyne Doorl. Hoogheid, voor niemand anders nadeelig, dan voor den Heer Erffladhouder zeiven, wy zouden oordeelen de verdeedigiiv daar van aan Hoogstdezelve te moeten overlaaten. !
Maar, even gelyk het vertrouwen en de liefde der Natie, ons toefchynen een noodzakeiyke vereischte te weezen voor de Perfoon die met de bovengemelde Waardigheden bekleed is, eeyen eens komt .het ons voor, (en ook hier toe word geene uitgebreide Staatkunde gevorderd) dat de Stadhouder, zal hy in ftaat zyn , om te voldoen, aan de plichten van dezen Zynen Hoogwigtigen Post, denzelven niet alleen in naam, maar in der daad moet kunnen bekleeden, en dat Hem derhalve behoorde gelaaten te worden, een genoegzaam gezag,om in alle de gewigtige Staats-deliberatien eenen toereikenden invloed te hebben, die . Hem gelegenheid verfchaffen om die deliberatien te devigeeren en te doen uitvallen volgens de weezentlykfte, en aan den Stadhouder best bekende , algemeene en duurzaame belangens van 't Vaderland.
Smertelyk vallen ons daarom, Edele Groot Achtb. Heeren, alle die veranderingen, die 'er dagelyks gemaakt worden, tot befnoeijing van den Erffiadhouderlyken invloed; veranderingen , welken men ons in de Publieke Gefchriften en Nieuwspapieren, fchildert als noodzakeiyke verbceteringen, tot herftel van de ingelTóopene abuizen; maar welke wy,als zodaanigen niet konnen aanmerken, om dat het ons onbegrypelyk voorkomt, dat de Objeften, waarin de rechten en gerechtigheden van 't Erffladhouderfchap, Erf-Capitain en Admiraalfch. generaal geconcerneerd zyn, (de éénigfte echter, waaromtrent veranderingen plaats hebben) de éémgiTe zoude zyn, waar in abuizen zoude zyn ingefloopen: de éénigfte derhalven , welke vcrbeetering zouden nodig hebben.
Van de noodzaakelykheid daar van, ten aanzien van deze Objecïen hebben wy, tot hier toe, zelfs geen fchaduw van bewys gezien: en deze omftandigheden vermeerderen onze bekommering, dat, langs den weg van deze veranderingen, en door de vermindering van den invloed van het wettige Erfïiadhouderlyk gezag, wederom zullen worden ingevoerd, die zelfde of foortgelyken abuizen , die voorheen, in Stadhouderlooze tyden plaats hadden, waar aan door deherftellingc van het Erffladhouderfchap is geremidieerd, en waar door, volgens het getuigenis van s' Lands Hooge Machten zelve, het Vaderland, voor die gelukkige omwenteling, tot op den oever van deszelfs verderf was gebragt geworden.
Wanneer wy , behalven al het tot dus verre gemelde, nog in aanmerking neemen, Ed. Groot Achtb. Heeren, de onvermoeide poogingen, deropenbaare en bedekte vyanden, van Zyne doorl. Hooo-heid, en van't Stadhouderfchap, om aan de waereld te willen beduiden, dat de vooringenomenheid tegen het beftuur van Zyne Hoogheid, en de overtuiging van de noodzaakelykheid der befnoeijinge van't Stadhouderlyk gezag, de ftemme zoude zyn van de geheele Natie, waardoor derhalven uwe Edele Groot Achtbaare, en de overige Leden der hooge Regeringe zich zouden mogen ontflagen reekenen van den plechtigen Eed, op de handhaving van den tegenwoordigen Regeringsvorm, zo en in diervoegen als dezelve in 1747 en 1748 is herfleld, en onveranderbaar vast gefield: wanneer wy befchouwen de gewelddaadige middelen, met welken die gewaande voorftanders der Vryheid, hunnen Meede-Burgeren zelfs de vryheid van denken willen betwisten en beletten, dan verbeelden wy ons, niet langer te mogen ffilzwygen, maar tot voorkomingen van verdere beroertens, en Burger-oorlog, ons te moeten wenden tot uwe Ed. Groot Achtbaare, met een eerbiedig, maar teftens ernstig verzoek, dat het uwe Ed. Groot Achtbaare, zal gelieven om de noodige middelen by der hand te neemen, waar door de euvelmoed der vyanden van het Vaderland en van het Erffladhouderfchap beteugeld, en alle verdere onlusten voorgekomen mogen worden.
Hartlyk zouden wy wenfehen Ed. Groot Achtbaare Heeren, Vaderen des Vaderlands, Handhavers van Recht en Gerechtigheid, Steunpikaren van onze Vryheid, dat uwe Ed. Groot-Achtbaare, zoindenhaaren, als by de Souveraine Staaten van deze en de andere Provinciën, het daar heenen konden en geliefden te dirigeeren, dat de Wetten en Placaaten van den Lande, tegens de vuilaartige Schot- en Lasterfchriften zo al niet voor het voorieedene, ten minsten voor het toekomende, op het naaukeurigfte, en zonder aanzien van Perfoonen, wierden geëfeétueerd, en daar door alle die zaaden van oproer, burgertwisten, oneenigheden en mistrouwen, die thans met zulke ruime handen gezaaid worden, en hier en daar reeds zulke diepe
A 2 wor-



(4)
wortelen gefchooten, en zulke verderflyke vrugten voort gebragt hebben, met wortel en al wierden uitgeroeid. t
I Iartlyk zouden wy wenfehen,. dat door de Heeren Staaten, van alle de Provinciën, een Refolunc genomen wierd, waar uit de geheele Natie overtuigende zien kende, dat's Lands Hooge Magten genoegen neemen, met de verantwoording van Zyne Hoogheids beftuur, zoals dezelve vervat is in de twee overgegeevene Merriorien; of by aldien ten deze opzichten, tegen verwachting, eenige twyilcl mogt overgebleeven zyn, dat aan Zyne Hoogheid, door eene Specifique opgaave van die reedenen van twyffel, gelegenheid wierd gegeeven, om zich daar op nader te verantwoorden.
Hartlykzouden wy wenfehen, datZyne Hoogheid, hier door wederom herfteld in deliefde en het vertrouwen der Natie, welke Hem zo onontbeerlyk zyn, zo het den Landen zal welgaan, ook teffens wederom herfteld wierd, in'hetbezit, van alle de Rechten, en van al dat gezag, en die invloed welken deszelfs Hooge Pncdecesfeuren geoeffend hebben, en welken dus ook aan Hem zo plechtig als wettiglyk zyn opgedragen.
Hartlyk zouden wy eindelyk wenfehen, dat, tot wegneeminge Van alle onlusten en mistrouwen onder de Burgeren en Ingezetenen zo van deze Stad, als alomme in ons geheele Vaderland, alle die Vry-Corpfen die aan de meesten zoo niet aan alle en een igelyk, van der zeiver Leeden, voor hunne perfoonen en huislyke oinftandigheden zo nadelig, voor 't Land van geene nuttigheid, maar zelfs van de fchadelykfte gevolgen kunnen zyn, eens wederom afgefchaft en vernietigd werden.
Wy vérgenoegen ons met deze onze ernstige bede voor uwe Ed. Groot-Achtbaare eerbiediglyk te hebben mtgeftöttr wy betuigen niets te bedoelen , 't welk eenigzins zoude mogen ftrekken tot kwetfinge van het „een wy aan uwe Ed. Groot-Achtbaare, als onze Wettige Overheid, of aan de Souverainen des Lands verfchuldig zyn;wy hebben alleen willen een bewys gevehvan onze verkleefdheid aan den tegenwoordigenVorm van Regeering; van onzen afkeer tegen de dagelyks voortgeplante nieuwigheden; van onze verknochtheid aan het Doorluchtig Huis van Oranje, door het welke dit vrije gemeenebest gegrond en bewaard is, en van onze begeerte om onder het beftuur van eenen afftammeling uit dat Doorluchtig Huis, zo wel als onder de Vaderlyke Regeering van uwe Ed. Groot-Achtbaarheden, en van 's Lands Staaten, ons als ftille, gehoorzaame vryheid en vredeminnende Ingezeetenen te gedraagen: zo wel als ons bepaald en ftandvastigbefluit om h'et wettig gezag van uwe Ed. Groot-Achtbaare, en de daarftelling der middelen tot hertelling van dee'enigheid, mst,vreede en vryheid, desnoods, te onderfteunen en verdedigen, tegen allen die daar in, op eenige wyze, inbreuk zouden willen toebrengen:
't Welk doende &c.
Dit Request word uitgeeven te Utrecht by de meeste Boekverkoopers, Leyden Luzac m van Damme, 's Haage, van Os en Agé, Rotterdam Hoffhoud, Kraefft en Hake, Dordrecht de Haas, Jmfierdam Arends, Bom en Elwe, en verder m alle Steden van Nederland.
T>e Prjs is a Stuivers.