N E D E ït L A N D S VERNIEUWDE WELVAART, door 't HERSTEL der, MANUFACTUREN, en de M I D B E L E N DAARTOE AANGEWEZEN. door PEN RECHTSCELE£ROE N , G. R. Te L E T D E N, bij J. van T H O I R, mdccx cvii.   D E UITGEVER AAN DEN LEZER. 1^ eze gewichtige en zaakrijke Verhandeling is haren oorfprong yerfchuldigd aan de ijverige pogingen, die, vooral, gedurende de ja' ren 1751. tot 1756". werden aangewend, om het Koophandel- Fabriek- en Financie - wezen in ens Vaderland op te beuren. Hoe zeer de omftandigheden van tijd en de denkbeelden over deze en gene onderwerpen, federd het op • /lellen van dit Gefchrift, veranderd zijn, en waaraan dan ook toetef chrijven zal zijn, dat fommige uitdrukkingen meer overeenkomen met het voorleden zamenflel van zaken, dan met het tegenwoordige : zoo bleef evenwel de hoofdzaak, te weten, dat er middelen van herftel moeten aangewend worden, wil het Vaderland behouden blijven, tot heden toe onveranderlijk dezelfde, ja, zij is mogelijk nu nog veel drin* * gen-  gender dan voor 40 jaren; en, daar de je* genswoordige tijd zwanger gaat van allerlei plans , pogingen, en overleggingen, om zulk een goed en gewenscht einde te bereiken; vond ik het niet ongepast, deze Verhandeling, van •wier handfehrift ik geruimen tijd bezitter •was, op aanraden van een waardig vriend, die de moeite van bezorging ter drukperfe wel op zich wilde nemen, in druk te laten uit' gaan. Dezelve is reeds in V jaar 1756. {zie bh 141. en 171.) opgeffeld, en hieruit moet verklaard worden V gee 111. 1. gezegd wordt, dat de opgemelde middelen thans van ons begeerd worden. Men is intusfelifin niet onkundig van de veelvuldige Gefchriften, die federd het op/lellen van dit puk over dezelfde onderwerpen, bijzender over het Fabriekwezen zijn uitgekomen, maar men vleit zich echter, dat er gcenen zijn, die zoo opzet lijk, in zulke geregelde orde, met zoo vele naaukeU' righeid, geleidelijken afloop en zamenhang van onbetwistbare waarheden. en met de volkomen*  fle overtuiging meclejleepende redekavelingen, het onderwerp voldongen hebben, als dit veorkandcn zijnde Gefchrift, met afzondering evenwel van eenige voordrachten , of ftellingen, die meer overeenkomst met den geest van dien tijd hadden, en door de veranderde om flati' digheden der Republiek thans, of eene andere wending genomen hebben, of nog kunnen nemen. Het is genoeg , dat de aanmerkingen toonen , dat men onder V vorig Bewind ook niet altijd /lil gezeten heeft, maar dat er ook echte Vaderlanders gevonden wier den, die het ware belang van V Land, V welk ook aller belang bevat, kenden en behartigden, en dit door dadel'jke en vruchtbare Bcfluit en poog- i den te bevorderen. En V is uit dien zelfden grond, en met het zelfde oogmerk, dat hier en daar bij den tekst eenige latere ophelderingen gevoegd zijn, die door bijzet, van, den uitgïver, onderfcheiden zijn van de aanteekeningen des Schrijvers zeiven. Niets wezenlijks is in het eotfpronglijke veranderd, * r> bui»  buiten eenige meen in 't oog kopende taal-' en [pel'-fouten, fchosn ook niet alles heeft kunnen verbeterd worden, en V zal weinig oplettendheid behoeven, dat het Werkjen door eenen Rechtsgeleerden, onder voorlichting en met be* hulp van twee onderfcheiden Leydfche Fabrikeurs, zijnde opgefleld, met vele onduitfche en basterdwoerden gevuld en doorweven is; voor wier behoud dus geene verontfchuldiging gevraagd wordt. Flet zelfde zij gezegd van 't Kort Begrip, V welk tot beter ver/land en inlichting vooraf gaat, zijnde van dezelfde hand des opftellers. De Lezer doe er zijn voordeel mede, en vindt hij naar zijn oordeel misvattingen , hij verbetere dezelve ten algemeenen nutte! KORT  KORT BEGRIP van het WERKJE, genoemd: MIDDELEN tot HERSTEL der INLANDSCHE WOLLEN, ZIJDEN enz. MANUFACTUREN. A!s den Voot naamften tak en meeste bevordering van den algemeenen Koophandel, en welvaart der vereenlgde Provinciën van ons Gemeenebest, en in 't. bijzonder van Holland. I. INLEIDING: behelzende A. Eenige algemeene aanmerkingen over den oorfprong en voortzetting der manufacturen, benevens derzelver gewigtige omftandigheden en gevolgen, bladz. i—10. als daar is i ) Het algemeen en noedzakelijk gebruik der rrranufaauren , 'c geen den grond legt tot eert overvloedig vertier, a en 3) Dat tot maaking van derzelver onderfchei* dene foorten zeer veele mentenen vereischt worden. * 4  VIII 4—8) Dat zulks immenfe lommen gclds in eea land doet circuleeren, dewelke weder een' aanmerkelijken invloed hebben op alle de imvooners. 5—li) Dat de arbeid, daartoe nodig, zeer ftrekt tot foutien der behoeftige gemeente; en 12—ij) Het land zelfs met inwoonders, en reëele inkomsten verrijkt. B. bl. 10-18. De veele en onderfcheidene perfodnen aangetoont, die daarbij geinteresfeert zijn, maakende alleen van kooplieden , fabrikeurs en zverklieden, tusfchen dc 6o en 70 foorten uit, zonder nu van het getal in elk foort te gewaagen , als 't geen in 't vervolg nader blijken zal. C. Eenige wettige gevolgen daar uit getrokken, betreffende het geluk of ongeluk van een land, waar de inlandfche fabrieken al of niet gade geflagen worden, bl. 18. D. Wordende al dit beredeneerde overgebragt en toegepast op ons land. bl. 19—21. 1) 't Welk wegens zijne Noordelijke fituatie bo. ven verfcheiden andere landen veel mafiUfafturen tot kleediag en dekfel nodig heeft, fi en 3) Waarin ook nog veele vermogende en matig gegoede invvooners zijn, die deeze manufacturen kunnen gebruiken, enz. bl. 21. 4) En aan den anderen kant veele arbeidslieden in ons land zijn, die gebrek van beftaan hebben ; wordende hier verder geweezen tot de Confultratien op het fiuk der manufacturen wegens de ftad Leyden, omtrent den jaare aan Hun Ed. Gr. Mog. overgegee. ven bl. 22. Waar uit dan van zelve vloeit, bl. 22—24, dat ons land de vrugten genieten zal in de  fcs loontn der arbeidslieden, winsten der fabrikeurs, voordeden der kooplieden in de ruwe en onbewerkte (tollen, enz. E. Alle welke ftukken aangedrongen en voldongen worden , uit aanmerking, bl. 25. A. Dat wij niet meer zijn, gelijk wel eer, de bijna eenigfie of vooriiaamfte negotianten in de producten van andere landen , en dienvolgens ons toe te leggen hebben op een zeekerder fundament, dat ons niet kan ontnomen worden, namelijk den handel en vertier van eigen gemaakte goederen. \>\. 16. E. Dat te gelijk ftrekksn zal tot bevordering dér algemeene commercie , navigatie enz., zoo als uit de vorige toeftand van onze Republiek aange» toont wordt, in 6 bijzondere poinften , ten opzigte van de zee/leden , binnenlandfche /leden, ha platte land, 'stands kasfe enz. bl. 27—30. Voordeelen, die C. Ons nu alle ontnoomen zijn, doordien van 100, ja van 200 ftukken manufacturen , die door ons gebezigt worden , op zijn best I a 2 ftukken zijn van inlandfche fabriek, gelijk hier gedediiceert wordt , bl. 30. enz. Zo dat en de zeefteden kwijnen , de binnenlandfche fieden geheel vervallen , de armen overal vsrmenigvuldigen, en het gemeene land zelfs van inwooners en inkomsten beroofd wordt. bl. 31—39- II. de MIDDELEN tot HERSTEL, waarbij, voor dat dezelve opgegeeven worden, Eerst aangetoont wordt, dat 1) zij niet ftrijdig zullen zijn tegen eenig Tra&aat met andere Mogendheden , 2) niet * 5 »M>-  aanloópen tegen de waare vrijheid dér commercie, 3 ) en ook niet ftrijden met de vrijheid van eigen verkiezing van vreemde doffen boven de inlandfchen. bl. 39. Ter. anderen , bl. 45. enz. die middelen dadelijk worden aangeweezen in negen artikelen, waarvan Art. I. Dat de verfcheiden PInkaaten ter weering van Treemde manufaauren , inzonderheid dat van den 4. Meij 1663, ftriclclijk geëxecuteert worden, bl. 45. Art. II. Dat de Publicatie der Provincie van Holland van den 16. Atlg. 1753. gerenoveert , geampliëert , en geêxlendurt worde tot alle de 7 Provinciën, en de Genei alken, waarvan de redenen, wijze van ampliatie enz. worden opgegeeven. bl. 51—55. Art. III. Dat volgens het lo.felijfc voorbeeld en de Rcfolutie van de Provincie van Holland 1730., en nader van den 15. Dec. 1734. ook alle de ftLlitie van deezen Staat, ftaande ter repartitie van de andere zes Provin. cien, de uitheemfche troepen daar onder begreepen, als ook die der Admiraliteit! ■ Collegien , voorzien worden vr.n klecding, en ( in gelijkheid met Holland, volgens Refolutie van den 16. October 1709.) van alle andere mon. turen , die in de vcreenigde Provinciën zijn gemaakt, enz. bl. 57. Art. IV. Dat naar de goede maxime der lieden Haar. lom, Delft, Leyden en Gouda, die haare iveczen en armen klceden met tnlandiche fabriek ook in ieder Provincie enz. een algcmeene wet mogt worden geftaruè'crt, dat alle derzelver armen voortaan moeten gekleed worden met eigen manufacturen, waarvan de billijkheid zoo notoir is, wijl deezc armen uit de liefdadige giften der «igeu ingezetenen hun onderhoud trekken , wordende hier  Él hier omtrent een zeekere tcgenbedenkyig weggenomen, bl. 61-04. Art. V. Dit onze Ooit - en ff est - ImVfcht Compagnltn, in opzigt der manufaauren , voonaan niet anders mogen verzenden, dan onze eigen bier te lande gefabriceerde lakenen , greinen , en andere poffen , te redelijker , wijl de Indifche manufaauren, die van jaar tot jaar in zulk een menigte overgebragt en hier gedragen •worden, de eigen fabrieken van een land important verzwakken, en daarom het draagen daarvan in Engeland en Vranknjk zelf verboden is. — Voorts diende het «crstgemelde ook plaats te grijpen omtrent alle particuliere fchepen, die naar onze Colonien op de West vaaren. bl. 64—69. Art VI. Nadien de bevinding leert, hoe weinig het edelmoedig gebruik van eigen fabrieken boven die der -vreemden , onder de ingezetenen van ons land plaats grijpt, was het wenfchelijk, dat er een algemeene wet vóór de ganfche Republiek gemaakt wierd, gelastend* dat van alle vreemde manufaauren bij derzelver inflag zekere geproportioneerde aecijs, impost of iets dierge'lijkt , geheven wierd ; de buitenlandfche v erzendingen dier vreemde fabrieken nogtans, om de vrijheid der commercie niet te be-iadeelen , daar van uitgezondert. bl. 60. De noodzakelijkheid van welke belasting A. Gebillijkt wordt door de volgende redenen. 1) Om dat het voorbeeld, vriendelijk verzoek, en ernstige recommandatie, zoo van de Heeren Staaten dezer Provincie, als van wijlen zijne Doorl. Hoogheid en vato haare Koningl. Hoogheid , loff. gedagt., tot voorftand en gebruik van eigen fabrieken in deezen niets geholpen heeft. bl. 71. s) Uit de bekende voorbeelden van andere landen, die  d>e zulk eene belasting ten besten van hunne f»*ri«en , dog ten grooten nadeele van de onzen m 't werk geilek hebben, bl. 72 3) Dewijl Zlliks nie£ als jm nUuw zoude ^ hQu^ den zijn , alzo zulk eene belasting op de invoering van vreemde tabakspijpen in dien jaare I75f. en in vroeger tijd op de koek enz. van buiten mgebragt, 1738. en 1749. is geftatuëert, en nog onlangs in Nov. Ir7i. oP het Francforter aardewerk; om nu niet te fpreeken van de belastingen op de uitheemfche bieren, buiten 's lands gefnedene kurken, enz. bl. 72. 4) Om dat 's lands eigen manufacturen tot kleeding van een onbetwistbaar grooter en uitgeftrekter belang zijn, dan alle de voorgemelde fabrieken te zaamen genomen , gelijk bl. 78. enz. breeder aangetoond wordt. 5) Om dat onze eigen manufacturen in der daad belastingen en imposten draagin , en dus alleszins redelijk is, dat vooral de vreemde daaraan onderheevig zouden zijn. bl. 79 «-9) N.dien er geene pliattrt in de 7 Provinciën noch in de Generaliteit te vinden zijn , daar men zo goedkoop zou kunnen fabriceeren, dat men tegens de vreemden markten kan, maakt dit zuïfc een belasting noodzakelijk. - Dog geftelt, dat er zodanige plaatzen ten platten lande eens te vinden waren, zou zulks in de Heden en 's lands finantien het importantfte nadeel toebrengen Zie bl. 80—88."* B. De -wijze nu, op welke deeze lelaning zou kunnen plaats hebben of geheeven worden, wordt opgegeeven in 4 of 5 bijzonderheden, bl. 88. %. 1. Dat a'le uitheemfche manufaauren , die voorhanden waren, gemerkt wierden, met eea  een zeker teeken bij het ingaan deezer ac cijs. bl. 88. enz. 5. 2. De reëele inlandfche fabriek met behoorlij. ke looden voorzien zouden moeten zijn en ook blijven. S. 3. Van de vreemden bij den inflag deeze belasting aanftonds zoude moeten betaalt worden, bl. 89. §. 4,5. En dat in geval van fraude de mannfafturen verbeurt zouden zijn , en de fraudateurs in zekere boeten enz. zouden dienen beflagen te worden, enz. bl. 90. Wordende deeze belasting nader fpecifiek gecalculcert, zo ten opzigte van de foorten als breedte det vreemde roanufafturen. bl. 92—ïoo. C. Tegens deze belasting wordt wel (behalven eenige weinige andere redenen, welke naar behooren zijn opgelost in het werkje , genaamr Hollands alglmeene bloei of ruïne , door het al of niet gebruiken van ei. gen manufaauren, gedrukt te Leyde» i'j A. Ilonkoo? ",754.) door onkundlge of onverfchillige lieden in. gebragt, dat het niet reedelijk en misfehien niet dienjlig zoude zijn voor ons land, daar de belastingen reeds vrij menigvuldig zijn , dat men nog de goedkoop kleeding door vreemde manufaduren aan dcszelfs inwooners door zulk een belasting ontneemen Z0U(le. _ Dog welke fchijntagenwerping bl. 191. a) Wordt opgelost, door aantetoonen: l) Dat de vermindering van 's lands welvaart, (voornamelijk, zo niet ecniglijk veroorzaakt door het menigvuldig invoeren en gebruiken van allerlei vreemde manufaauren) de grootfte reden is van de vermenigvuldiging der bovengemelde lasten, bl. 101. 5) Om dat zulk eene belasting genoegzaam het eenig  eenig efficacieus middel is, om onze bijna te niet gelopene eigen fabrieken te herftellen. bl. 103. 3) Wijl ieder ingezeten verpligt is, 's lands *U gcmeene welvaart te helpen uitwerken. O Om dat de reden, in deeze tegenwerping bijgebragt, verre van in ftaat te zijn den dagelijks verminderenden welftand van ons lani te herftellen, de allergrootfte oorzaak zelve js van ons algemeen verval; 't geen dui. delijk betoogt wordt in een beredeneerde vergelijking van het buitengewoon voor- of nadeel (of wel het gering voordeel, te weeten, 't geen het land trekt van het vertier der vreemde manufaauren) , *t welk het land en deszelfs inwooaers bij het maaken en verkoopen Van eigen boven vreemde manufaauren genieten ; zo als dit breed en grondig betoog kortelijk in eene bijgevoegde tafel anngeweezen wordt, bl. 104—124. en de Tafel op bl. J32. *) Een uitvlugt tegens deeze begrooting van vooren nadeel op onwrikbaare gronden weggenomen, bl. 124—132. O Het deugdelijk befluit hieruit opgemaakt, dat de goedkoop kleeding door vreemde manufaauren, voor de alleronbillijkfte en tefFens allcrnadeeligfle zaak voor ons ganfehe land, en voor zoo veel duizenden van ingezetenen te houden zij; 't geen door verfcheidene algemeene remarques, als ook door eenige bijzondere, genomen uit het advijs van de Admiraliteit van Zeeland, op de geproponeerde verhandeling van wijlen Zijne üoorl. Hoogheid, hoogl. memorie, tot redres  dres der commercie wordt geadltruè'ert en opge. heldert, bl. 133—153. Art. VII. Ziende op de verdere bevordering der int landfche manufacturen, ten einde de fabnkeurs zouden kunnen markten tegen vreemde Natiën, behelst een verzoek en voordel, bl. 153- e') Om te jouïsfeeren van een' vrijen invoer of bepaald porto franco, als van wollen, ruwe zijden, katoenen, turksch garen, verwftoffen, enz. bl. 153—155 b~) Een verbod van uitvoer der wolle , die in ons land valt, als die hoognodig is ter fabriccering , of ten minft.en eene zwaarder belasting bl. 155—160. c) Het encouragecren der wolteek. bl. i6l. tl~) Het ftrict obfervceren van het Plakaat van Hun Ed.' Gr. Mog. van den 26. Juli] 1749- en net ampliëcren daarvan , met de nodige reftrifticn ten opzigc van het uitvoeren van fabriek-gereedfchappen. bl. 164. Art. VIII. Ziende op de bevordering van de verzending der inlandfche fabrieken buiten 's lands, fielt daar toe als de gepastfte middelen voor: ï. Het vastftellen van eeue gratificatie van 's lands wege op elk ftuk inlandfche fabriek, gelijk in andere landen costumier is, en waar van de wijze opgegeevea wordt bl. 167. II Dat een vrije en onbelaste uitvoer van dito inlandfche manufacturen naar buiten toegedaan worda. bl. 173. Art. IX. De oprichting van een Ccllegie -van Commercie in elke Provincie , beflaande uit Kooplieden , Fa. trikeurs enz., welke onder het opzigt der Hooge Overigheid op alle de takken van negotie enz. hunne aandagt en zorgen zouden kunnen hebben , en daartoe met den anderen correspondeeren. bl. 176. De  De aanmerkelijke invloed, die deeze IX. Artikelen al» voorgcftelde middelen van her/lel zouden hebben voor den arbeidsman, burgerftaat, eigenaars van vaste goederen , Hoplieden, zeevaart en 's lands en der /leden finan. tien. bl. 177. Bij wijze van Aanhangfel is er bl. 183. bijgevoegd een Lijst der veelerlei foorten van menlchen, die uit de welvaart der binnenlandfche handwerken hun beftaaa of voordeel trekken. MID-  tot HERSTEL der INLANDSCHE WOLLEN, Z T D E 2V en andere M ANU FA C T U R E N~ L Ingevolge de voorftelling in zeker gedrukt Gefchrift, met naamc Hollands algemeene bloei of ruine door het al of niet gebruiken van eigen Ma~ nufaüuren QO,bladz.zo. zo hebben wij (nadien de opgemelde middelen thans van onsbegeert worden) dezelve alhier voorgedragen, zo als ze, naar onze, bevatting, daar toe het dienftigfte zouden kunnen zijn; gevende ondertusfen gaarne het onze (i) Dit werkjen kwam fn 't Jaar 1754, eenigen tijd voor de opftelling van dit tegenwoordig Gefclirift te voorfchijn bij 4br. Honfaop, te Leiden, in 410. en feene tweede Uitgave van 't zelve, bij de Weduwe St. Honkoop 1777. onder den brecder titel: Hollands 'algemeem Bloey of Ruine door het ai pf niet gebruiken A f INLEIDING,.' A.  INLEIDING, A. 2 MIDDELEN t oï ' HER.STEL ze om een beter, ja opregtelijk betuigende, dat het ons ten hoogden aangenaam zal weezen, indien er van anderen heiïzasmer middelen tot devoorfz. eindens reeds gijn, of nog raogten worden aan de hand gegeeven; vermids wij met de onzen niet anders bedoelen, dan het geen ftrekken kan , om een totaal verval niet alleen van de Manufacturen in V byzonder, maar ook van den algemeenen Koophandel dezer Landen , en dus derzelver Ruine en ondergang, onder affmee- ken vaji eigen Mamfa&uren aangetoond in een Vertoog van derzelver eertyds gewensihien Jlaat. tegenstoordig deerljk. verval, en uiterfte fioodzakclykhetd yan — en middelen iet herfis!; nevens de; veelvuldige voordeelen, die voor alle ingezetenen daaruit te wachten (laan: gevolgd van eens Opwekking aan alle regtgeaarde Vaderlanders, om edelmoedig alles toe te brengen, dat tot bevordering van dien voornamen tak van Koophandel die;;en kan; en een dieper verval valt 's Lands welvaart voor te komen, met het voorftaan en in gebruik brengen van onze eigen Fabrieken, boven dien der Vreemden. Door Een" die het zich de grootfie eere reke.it, zyn Vaderland te beminnen en eenigen dienst aan 't zelve te mogen doen. Dit zelfde Werkjen wordt aangehaald in zeker jidres aan dn Staten van Utrecht van den 2 Febr. 17S5. door de Fabriekeurs van Utrecht, volgens den Post van den Ne-  der. MANUFACTUREN: 4 fmeking van den Godlijken zegen, voor te ko- ] men: nademaal de generaale Commercie en welvaart van ons land, naar ons begrip , volgens den tegenwoordigen ftaat van het Comaiercieerend Europa, volftrekt op geene andere gronden genoegzaam kan herftelt worden , ten zij men alle onze Wollen , Zijden, en verdere Manufaauren op eenen en den zeiven tijd, te gelyk met de Generaale Commercie, of ten minften zeer fpoedig daar na, tragte te redresfeeren, en al het Nederryn No. 314. bl. 14. Bij de Publicatien der Slaten van Holland, door onzen Schrijver in 't Tervolg aangehaald, tot bevordering der Inlandfche Fabrieken, mag men zich mede herinneren den voorflag der Rotterdamfche Regeering reeds in *t Jaar 1698 ter Staatsvergadering van Holland gedaan, te vinden in de Bywgzels op Wagenaars Vad. Hist. D. XVII. bl. 11. Zie het uittrekfel daar van in de Algtmeene Vadert. Lettertejf. 1796 ü Stuk bl. 586". Men haalt dit hier aan, om te toonen, dat men al in vroegeren tijd op dit zelfde onderwerp bedacht is" geweest; offchoon liet altijd fteken bleef, en tot heden toe niet werkftellig heeft kunnen gemaakt worden, 't Is te hopen, dat de tegenwoordige toeftand de v'oorige beletfelen op eene voorzichtige en rechtvaerdige wijze zal kunnen wegruimen. BE. ÜITGEVEJti A a NLEIDINOi A.  JpLEIDING. A. MIDDELEN tot HERSTEL het" geene daar toe nuodig is, met der daad ter uitvoer te brengen. Alvorens wij nu de gemelde middelen alhier opgeeven, zullen wij als tot een voorbereidingen meerdere hope van goed gevolg vooraf laten gaan verfcheidene aanmerkingen, aan den anderen gefchakelt, over den oor/pronk en voort' zetting der Mam,-facturen, nevens derzelver gewigtige omftandigheden en gevolgen, zo voor het Land, als deszelfs Inwoonders, bij welke die Manufacturen geexerceeit en gevonden worden: als voor Cl) Dat tot j' menfehen nooddruft in dit leven { en vooral in de Noordelyke landen, nevens het voedfel niets minder kan ontbeert worden, dan het dek fel tot kleding en anderfins, tegen de koude en andere ongemakken der lucht, en zulks zo wel des ragts, als bij den dag, den ganfchen tijd des levens door; en dat bijgevolge hetzelve van een gedurig, menigvuldig en noodzakelijk gebruik is voor alle menfehen in 't gemeen, en voor alle Inwooners in die landen jn 't bijzonder, geene uitgenomen, rijk of arm, oud of jong. v Ce) Dat zulks onder de gefhapene dingen niet tt  der MANUFACTUREN. g te vinden is, of.' door de Natuur zelve niet wórdt voortgebragt, maar wel de ftoffen, waar uit het gemaakt kan worden, zo dat tot verkrijging daar van, 's menfehen arbeid , door deszelfs vernuft, of aangeleerde kundigheid beftïert, nodig is. (3) Dat er bij gevolge tot het tnaaken van hetzelve, als voor alle menfehen in zo een land geene uitgezonden, nooit te ontboeien zijnde; en daar en boven door de rijken verfchillende foorten daar van begeert wordende tot verfchcidene min nodige gebruiken en eindens, als b. v. tot fier ad, of tot vertooning van hunnen rijkdom, en fomtijds ook van hunnen hoogmoed , of verheven ftaat boven anderen ; gelijk mede voor huisraad, a!s daar zijn bekleedfelen van fiaapfteden, van taf eis, ftoeien, muuren en andere dingen j dus ook zecrveels arbeiders en een groot getal van werkvolk tot het maaken van alle die ftoffen voor die evcngemelde, als ook nog voor verfcheiden andere niet gemelde gebruiken, vereischt wórden, meer of minder, naar maate die ftotfen Van meerder of minder moeite, waarde, deugd . of fchoonheid zijn. (4) Dat er (naar de tegenwoordige gefteltheid van het raenfchelijk geflagt, of van derzelver za- A 3 men* INLEIDING, A.  A. 6 MIDDELEN tot HERSTEL . menwooning in de Burgerlijke maatfchappijen van Landen en Steden) geene eigenlijke gemeenfchap van Goederen plaatfe heeft, raaar een ieder het zijne bezit; noch dat ook de verruiling van Waaren tegens Waaren ftand grijpt, maar dat het Geld de waarde of Prijs der Goederen, als mede van den arbeid is; zo volgt hier uit (5) Dat er aan het maaken van de nodige ltoffen tot kleding, en dekfel voor alle menfehen geene uitgevonden, als mede tot de min nodige gebruiken voor rijken, niet alleen zeerveele arbeidslieden noodzakelijk zijn, maar dat die ook voor hunnen arbeid-, de behoorlijke vaarde pf belooning in geld moeten ontvangen, en dadelijk ontvangen. en van hunne yrouwen en kinderen, of ook van anderen, wier bezorging hen aangaat. (7) Dat de gemelde belooning in Geld, het eenig middel zijnde voor het levensonderhoud van hunne eigene perfoonen en van de hunne, dewijl zij andere genoegzaame goederen tot hun beftaan bezittende, voor andere menfehen niet zouden arbeiden  der. MANUFACTUREN. 7 den, maar naar hun gemak en goeddunken zouden i keven; zo volgt derhalven, dat dat ontvangen loon of geld door hun aanftonds aan noodige befipeftens moet beft'eed enuitgegeevcn worden; welke fpocdige en fteeds aanhoudende befteding van het ontvangen geld van zo veel arbeidsvolk (als wij |o*t gemeen met reden geftelt hebben, en in't vervolg nader bewogen zullen, dat tot het maaken van alle rein of meer nodige ftoffen tot kleding, dekfel én andere gebruiken vooralle de inwoonsrs van een Land vereischt worden) gefchiedende, zulks ten («) Eene zeergroote uitgaave en te gelijk circulatie van Geld moet veroorzaaken in een land, waar alle de gemelde Stoffen, geen uitgezonden, die voor de inwooners nodig of begeerlijk zijn, gemaakt worden. Dat ten (9) Een Land, waar in zo veel arbeidslieden tot het maaken van alle de gemelde ftoffen. (buiten en behalven de menigte van perfoonen, die vereischt worden tot het maaken en bereiden, zo van de overige noodwendigheden van des menfehen natuurlek leven, te weten, wooning, fpijs en drank enz. als van alle de menigvuldige geïieffelijkheden tot deszelfs burgerij leven, nevens A 4 VLEIDINGr A.  inleiding. • A, . 8 MIDDELEN tot HERSTEL de gereedfchappen tot die beiden noodig , en inzonderheid tot den Landbouw) behooren, en welke alle met een tot hun onderhoud daar voor beloont worden, niet alleen een volkryk land moet zijn, maar ook een land, waar de noodzakelijke arbeid van het gemeene volk, zo wel als de noodige belooning daar voor, tot hun levensonderhoud te vinden is; en bijgevolg Cio) Een Land, waarin geene of zeerweinige armen en behoeftigen, gelijk ook geene of zeer weinige misnoegden oï oproerigen zullen zijn, (hoe ter contrarie fomtijds eenige daar over mogen öordeelen) zo lange voor dien noodzakeliiken arbeid van kleding, dekfel en ar.derfints, als mede van alle de verdere gemelde noodwendigheden en gerieffelijkheden des levens te maaken en te verzorgen , de vercischte waakzaamheid wordt gehouden , en daar inzonderheid ook de noodige ftrafoefteningen tegens de luiaards en de verkwister*, 3ie er mugten zijn, niet worden verzuimt of nagelaten gelijk mede niet de fpoedigs beteugeling 3er ongehoorzaamen, die onder de zelve mogten levenden worden: te meer, indien niet alleen ie noodigezorg worde gedragen, om den gemelde» Hbeid voor de eigen inwooners, zo veel die nodig A 5 hebben j>  der MANUFACTUREN. o hebben, gedurig te maaken, en in goeden Hand te houden, maar wanneer nog grootcr zorge daar bij komt, om dien arbeid ook ten dienste van andere Landen te doen ftrekken; zo zal zulks ten Cu.) Een gewènscht middel zijn, om meerder werk te verzorgen, 't zij voor het volk, dat er is, of (het welk waarfchijnfijker is, dewijl hetzelve uit hoofde der evengemelde zorge cn waakzaamheid reeds werk genoeg zal hebben) voor 'nieuw werkvolk: en dus zal die grootere zorg voor meerder werk, nevens de daar toe ftaande belooning, ten (12) Een der beste middelen weezen) om vermeerdering van inwooners uit andere Landen en plaatzen te krijgen; als mede ten (13) Eene meerdere uitgaave en eene meerdere hcftècding van het verdiend loon of geld, en daar door ook eene meerdere omloop van hetzelve in zo een Land; behalven nog ten (14) Om ook voordeden en winsten uit die ander: Landen , tot welker dienst en gebruik men Stoffen voor kleding en andere noodwendige gerieffelijkheden maakt en bezorgt, wegens dat gemaakte en bezorgde te trekken; en daar benevens nog om zo veel arbeidsvolk; als ten dienste var A 5 di< [NLEIDIN8. A.  .inleiding, A. i B, i io MIDDELEN tot HERSTEL die Landen werkt, ook door die Landen te doen betalen, zijnde het loon daar toe begrepen inde waarde of prijs, die ze voor de gemaakte lT<,fFen voldoen of betaalen. — Deeze gemelde winden nu in arbeidsloonen vcor die gefabriceerde flufTen door die andere landen betaald wordende , zal dan ten (15) en ten laatften , een der beste middelen zijn tot verrjking van het land, alwaar die voornoemde {toiTen, en noodwendige gericifelykheeden worden gemaakt en verzorgt. Dus hebben wij tot hier toe in ,t algemeen kortehjk befchouwt, en zo wij vertrouwen bij wettige en onwederipreekehjke bewijzen aangetpont het groot voordeel, 't welk een Land geniet, alleen en voornamen! ijk van de arbeidJoonen der werklieden, die ftoffen tot kleding en dekfel enz. maaken en verzorgen, en wel in hit eerjle, \ewigiigft& en voorde^liqfie opzigt voor eigen ln.vooners, en in een tweede opzigt niet min voorieelig, ook ten dienfle van andere Landen. Nu moeten nog in overweging komen de Ma'eriaalen of Ruwe ftoffen, waar uit alle de gemelle toebereide dingen (die wij voortaan met dericlver gemeeufte betiamingen, Manufa&uren of Fa-  oer MANUFACTUREN. u Fabrieken zullen noemen) gemaakt worden; als i: mede de Ingrediënten, die verders tot derzelver volmaking nodig zijn; nevens de Meesters van het Werkvolk, of de Fabrikeurs, gelijk ook de Verzorgers van de gemelde Materiaalen en Ingrediënten , of de Kooplieden, die in dezelve handel doen, en laatfteiijk nog de zodanige, die tot derzelver hulp en diende zijn, als Zeevarend volk, Voerlieden en andere: immers i. Moet een Fabrikcur of Meester, die de voorzeide Stoffen of Manufacturen, gelijk ook die andere gemelde noodwendigheden en gerieffelijkheden, door zijn werkvolk laat maaken en bearbeiden, de materiaalen en ingrediënten, daar toenoodig, van andere zijner medeïnwoonderen van 't zelve land koopen; vervolgens, en ten «. Moet hij die tot zig laaten brengen, wederom door arbeidslieden, welke daar aan ook. loon verdienen, tot hun en der hunnnen levensonderhoud; ten 3, Moeten de verkopers of de kooplieden en grootc handelaars van die materiaalen en ingrediënten, de zelve , of in hun eigen, of in vreemde landen zoeken, ophopen of ontbieden , en mei fcheepen of wagens laaten. brengen en ia hunne Pakhuizen opflaan; waartoe i Bi  B. ar- ja MIDDELEN tot HERSTEL «• 4. Weder m zeerveele menfehen zo tototó als zeevarend volk nodig zijn ; als mede die de onderfcheidene foorten van jehcepen en wagens, daar toe dienstig, en wat tot der zei ver toerusting behoort, maken en verzorgen ; gelijk mede die de paarden tot die wagens enz. zo wel als die derzelver voedfel leveren; welke alle daar voor ook hun loon ontvangen, tot befïaan zo van hunne eigen perfoonen a!s van de hunnen. 5. Moeten de Fabrikeurs van gemelde Manufacturen niet alleen, maar ook de IFerkbaazen en Verzorgers der andere gemelde levensnóodwendigheden enz, in een land, waar alle de min of meer noodige ftoffen, tot kleding, dekfel cn verdere genoemde gebruiken, voor alle de Ingezetenen des Lands gemaakt en verzorgt worden^ buiten twijffel ook zeerveelen zijn ; en ook met een lieden weezen, die onder de geringen en behoeftigen niet geteld kunnen worden, maar die zelve goederen of kapiiaalen van geld bezitten , of ten minften van anderen de nodige penningen op renten krijgen, orn daar mede de vereischte materiaalen en ingrediënten tot het fabriceer» der Manufacturen en andere gemelde dingen te kopen, als mede om ,hun werkvolk voor hunnen  oer MANUFACTUREN. 13 ai-beid aan dezelven het behoorlijke loon te kun- in men geeven: gelijk dus ook de Kooplieden in de voorfz. Materiaalen en Ingrediënten, mede onücr de gegoede, ja veeltijds onder de rykjle ingeizctenen des lands te rekenen lijn, en daar en boven nog dikwils zwaare kapitaalen tot hunnen [handel (waar van deswegen de renteniers ook :een' goeden intrest trekken) nodig hebben, het welk 6. Immers de'een en ander niet doen zouden, iindien ze of voor hunne uitgefchotene penningen, tóf voor hunne kundigheid en aangewende vlijt miet behoorlijk wierden beloont, ja dan gemeenlijk snog overwinsten daar van konden genieten; het •welk dan 7. Blijkbaar ftxekt tot verryking van het Land, daar in zij woonen; het geen 8. Nog meer plaats heeft, wanneer zij van hunne bereide Manufacturen of andere gemelde noodwendigheden en gerieifeiijkheden , of ook andere kooplieden van hunne ruwe materiaalen en ingrediënten naar en ten dienste van andere landen verzenden, en aldaar verkoopen; waar door dan 9 De Reders van hunne Scheepen, en het Zeevolk , gelijk ook de voerlieden en derzelver wagens en leiding» B.  ihleïding fii ï4 MIDDELEN to* HERSTEL • en paarden , die tot de gemelde verzendingen ge* bruikt worderi, ook loon verdienen, en veeltijds nog overwinJlen kunnen maaken, alles wederom (trekkende, zo tot hun beftaan en van de hunnen » als tot verrijking van het Land. Behalven nu alle de reeds opgenoemde gemeen» werklieden voor de Manufacturen enz. en zulken, die tot het kaaien, brengen en verzenden der gemaakte of ruwe ftolFen noodig zijn ; als mede de fabrikeurs en kooplieden, boven genoemt; zo worden er 10. Nog tot het maaken of toebereiden der gemelde Manufacturen en andere noodwendigheden vereischt eene menigte anderfoortige lieden, of meesters, benevens hunne knegts, enonderhoorige, als verwers , inflrumcntmaakers enz. a!s me<3e de verkopers van licht en brandfloffen, welke beiden tot het maaken van de meeste, zo niet van alle de gemelde Manufacturen enz. inzonderheid bij den winter en korte dagen nodig zijn ; en die wederom alle hun loon of winjlcn tot hun en def hunnen beftaan daar van genieten. ir. Moeten boven en Luiten alle de evengemelde % tot de Manufaéhiren en overige handwerken vereischte perfoonen, nog daar toe in aanmerking ko*  des. MANUFACTUREN. 15 Komen, de aanfareekers en eerfle verzamelaars der ruwe ftofiên, of materiaalen enz. uit welke de ivoorzeide Manufacturen beftaan , of daar door toe» bereid worden, namelijk de Jandlieden met de igeenen, die in htm werk en dienat zijn, als welken door de bearbeiding en bouw van hun land en vee- de gemelde ruwe ftoffen, zijnde de zuivere ivoonbrengfels en gewasfen of ptodutien vari vee i en veld of geboomte , aankweeken, en anderen als 'Verzamelaars en ookopers daar van, leveren; alle 1 welke al wederom hun geheele of gedeeltelyke ' beftaan daar van hebben, als (a) ten opzïgté van groot en Hein vee, der zeiver huiden en vachten , als mede het hdir , en inzonderheid de Wolk op dezelve. (b) Ten opzigte van kleindere gediertens of In feÜen; de Zyde en eenige Verwjiofen, (c) In opzigt van het Veld, het Vlas en de Heniiip , als 01 >k de Meetroppen* Cd) Mee betrekking op het Geboomte en fommigi mindere gewasfen der aarde, als het Katoen e: èadrd'ebóllen, eenige Verw'/lofen en verfcheide; foorten van hout tot verfcheidene ambagten en veeierlei werfcgereedfehappen nodig. Oo INLEIDING.' 1 1 » k  inleiding. Ér. iö MIDDELEN tot HERSTEL. Ce) Ook uit de Mynen , te Met aaien en eenige andere bergftoffen , tot fommige handwerken . tot verwen, en vooral tot zecrveel werktuigen noodzakelijk, als mede (f) Uit dc wateren door het vangen der groote visfchen, als Walvisfchen , Robben enz. van dewelke het voornaam/ie gedeelte tot licht voor de geringe werklieden wordt toebereid, of ook tot eenige andere dingen gebruikt; en het ander gedeelte tot verfcheiden handwerken en andere eindens dienstig is. Behalven dan nog eindelijk 12 Zeervee/e andere inwooners, die voor zo eene groote opgenoemde menigte (Van arbeidsvolk, van fabrikeurs en werkbaazen, van kooplieden enz. als er tot het maaken van zo veele manufacturen en allerlei andere handwerken, zo voor alle de ingezetenen des lands als voor die van andere landen nodig zijn, als ook nog voor veel ander werkvolk en varensgezellen, om alle de voorzeide zo ruwe als gemaakte fioiFen te halen, te brengen, op te doen en weder te, yervoeren ) dc vereischte wooningen of huizen bouwen, bezorgen of verluiuren moeten; als mede  bEk MANUFACTUREN. t? de fpys en drank en in geval van ziekte geneesmiddelen verzorgen: of ook bij tijden van gezondheid middelen tot rust of uitfpanning en vermaak, zo in de Heden als op het platte land; gelijk mede tot het gemakkelyk reizen ter zaake van koophandel of verlustiging, en welke alle wederom hun beftaan daar van hebben, ja veeltijds ook overwinden tot verrijking van hunne Familien en van het Land; edog welk flag van lieden, in landen, waar in geene of zeerwefriige der voorzeide ManufaÜurcn enz. gemaakt worden , en waar bijgevolg ongelijk minder inwoonders moeten zijn, ook veel minder in getal gevonden zouden v/orden ; als mede veel minder hun beftaan van hunne beroepingen of bedieningen en zelden overwinften daar van zouden kunnen hebben (2). Uit welke geheelc en van ?t begin af aaneengefchakelde redenering bij wettig, ontwyffcibaar en ouwederfprekelyk gevolg, dan mag en moet befloten worden dit navolgende, (O (2) Vergelijk hiermede de achtergevoegde Tafel, of optelling van de veelerlei foort van menfehen-, die voordeel ti\kken Uit de welvaart der binnenlandfche Fabrieken. ■ f.'l'';''-^ '-i ' -'\ •-« ■ B Bi  c. 18 MIDDELEN tot HERSTEL Cl) Dat een Land, waar in voor den arbeid en koophandel', en met een voor de vereischte honen en winflen daar voor Cvan zo een bijzonder ,§töo£ aantal van inwoonden, als er ontegenzeggelijk toe nodig zijn) de bchoorlyke zorg word gadragen, buiten alle bederking een volkryk, welvarend, vergenoegd en geruit , ja beminnens- en zoekenswaardig,— met een woord, een zeer gelukkig en maglig Land zijn moet- C*0 Dat uit het gering dgten en verwaarloozen van gemelde behoorlykc zorg noodwendig moet volgen een gemis van de gemelde groote3 en voor dc ingezetenen, als mede voor het Land zelve, ten hoogden wenfehelyke voordcelen; welke dan gemeenlijk of geheel of voor het grootfte gedeelte aan vreemdelingen of aaa de inwuonders van andere landen en plaatfen Cin de welke meerder zorg voor de Manufacturen en' handwerken, als ook voor den koophandel in 't algemeen gedragen wordt) te beurt vallen; zo dat dan zodanig tand geheel het tegendeel moet zijn, van het geen wij boven befchreven hebben, dat is weinig bevolkt* zonder welvaart, armc'iyk, onvergenoegd en ongerust; en derhalven gapsch 'nteP 'teminrtens of zoekenswaardig, maar veel eer tc haten en te verlaten, tn gevolglijk hij flot een .egt ongelukkig en magteloos Land,  der MANUFACTUREN. to C3) Dat zulk een droevige en ellendige toeftand: nog meer plaat/e heeft, en nog veel gevoeliger en fmertelijker ondervonden word in zo een Land, waar in alle de gemelde groote en wenfehelykt voordeelen voor de ingezetenen weleer gevonden wierden , edog die door het minagten en nalaattn van de gemelde hoognodige zorge en waakzaamheid hoe langer hoe meer zijn vermindert en in verval geraakt. Dat nu de gcfteUheid der evcngemelde landen èn volken geen harsfenfehimmige. of ingebeelde befchrijving is, maar wezenlyk en inderdaad dusdanig in verfcheiden oorden te vinden zij ■ zoude gemakkelijk uit de aanhaaling van derzelver toeftand te tooncn zijn; edog zulks agcen Wij ovrtollig, als genoegzaam bekend aan allen, die ftcgts eenige kennis en opmerking nopens den tegen woordigen toeftand der landen en volken Iri Europa, of ook daar buiten hebben; laat ftaan, die door het lezen van oude en nieuwe Hiftorien eene meerdere kundigheid dien aangaande bekomen hebben. Dog nadien wij zo even, als ook meermaalen te voren fpraken van eene behoorlyke, ja van eene hoognodige zorge en waakzaamheid, tot opregting B a niet NLEIDIN Si c. &  inleiding. D. r ao MIDDELEN tot HERSTEL niet alleen, maar inzonderheid ook tot voortzetting ep bewaring van allerlei Manufacturen, neeringen en handwerken in een land, zo voor eigen als buitenland; vertier, en daar door ook ter bevordering van den algemeenen koophandel (om dus een aUeruitgeftrektfte en gewenschtc welvaart vool alle de ingezetenen , zo wel ten platte lande als in de (leden, gelijk mede voor deszelfs hoogfic en lagere Overheden, ook voor de aanzienelyke en mindere ambtenaar en , benevens alle andere 's lands en Jledcn-bedienden, te verkrijgen) zo zal en mag men billijk vragen, waar die genoemde hoognodige zorge al in gelegen zij? En het antwoord daarop zou niet ongevoeglijk weezen, nu op het voorgaande te laten volgen; edog dewijl het voornaamfte daarvan , in de hier agter optcgevene middelen van herdel zal vervat zijn, zo zullen wij (ook om dit voorwerk te bekorten) thans daar van geen verder géwag maaken , maar alleen na al hei voorgefielde nopens de oorzaak , bevordering , gewig'lige omftandigheden en gevolgen der Manufacturen, nog eenige aanmerkingen over dezelve, in betrekking van ons ganfche Gcmeenebest, en bijzonder van de Provincie van Holland, tot nodige erinnering voordragen, ; ' . x  der MANUFACTUREN. ar i. Dat ons Land een der noordelyke Gewesten' v»n Europa zijnde, de gemaakte Stoffen of Manufacturen tot kleding en dekfel in het zelve ook nier kunnen ontbeerd worden, maar in tegendeel van de\uitérfte noodzakelijkheid zijn voor alle de InwoonderS) geene uitgezonden, rijk of arm, oud of jong, zo wel des nagte,'als bij den dag, en euIKs den gsnfcften leeftijd door. c. Dat nadien in ons Lind, bchalven eene zeer greote menig'e van behoeftigen , en van geringe intv'oonders, ook nog veele ryke en andere matig gegoede menfehen gevonden worden, er derhalven van dezelve, niet alleen de nodige, maar ook verfcheiden foorten van min nodige Manufatturen, handwerken &c- zo tot kleding en dekfel, als tot gemak , fieraad, meubelen, en andere eindens begeert worden. 3, Dat bij gevolge in ons land, zo wegens de evengemelde noodzakclykhtid, als ook begeerlykhcid, uit den rijkdom of overvloed voortkomende , eene natuurlijke gelegenheid pjaatfe heeft, omzeerveel arbeidsvolk tot het maaken der meer en min nodige Manufacturen en allerlei andere handwerken en trafieken, aan den arbeid te helpen en ook daar bij te houden, gelijk ten B 3 4 [NLÊIDirfG. D.  s inleiding. D. * MIDDELEN tot HERSTEL 4. Aan een ieder, die met aandagt befchouwt en nagaat, en vooral zulk een, die daar omtrent een behoorlijke kundigheid heeft, of deswegens onderrichting bekomt, nog meer overtuigende zal blijken, wat al verfcheiden arbeid, en bijgevolg wat al verfchillende foorten van werklieden tot het maaken van een Huk Laken (3) of andere wollen, zijden enz. ftoiFen, al vereischt worden: gelijk ook hoe veele menfehen tot het maaken vin alle andere handwerken, als mede tot het oeifencn der verfcheide trafieken, eer die van haare eerfle ruwe itoffen tot haare behoorlijke volkomenheid gebragt zijn, om dezelve tot kleding, dekfel of andere eindens te kunnen gebruiken. Uit deze Vier wezenlijke en onloochcnbaarc (tellingen moet dan weder noodwendig volgen. (1) Dat alsdan in ons land mede genoten zouden worden (gelijk dit te voren plaats heeft gehad) alle de bovengemelde voordeden, dewelke voortkomen van de menigvuldige, verdiende, en ftraks we- (2) Zie hier van eene korte opgave, nevens de gr cue voordeelen daar aan vast, voer het Land, inde Cenfder/itieii over het fttik van de Manufacturen en Fabriquen wegeis de Stad Leiden, ter overweging van hun Ed. Gr. Mog. en andere Leden van dc hooge Regeering des lands overgegeven..  der. MANUFACTUREN: 03 weder uittegeveue arbeidskanen van 20 een aller- : grootst getal van werkvolk, als tot het maaken van alle de meer en min nodige Manufacturen, 2,1a mede van allerlei andere handwerken en transken voor alle de inwoonders van ons Land, nodig zijn, en vereischt worden'; gelijk ook (o) Alle de voordeden en winften, die van de Fabrihurs en andere IVcrkbaazcn of Metsiers weo-ens het laten maaken of toebereiden der zelve; mitsgaders ten (3) Van de kooplieden of handelaars in de ruwe ftoffen, of materiaalen en ingrediënten, tot dezelve dienstig, dan zouden genoten werden; als mede (4) De voordeden van de aankweekers en eerfle verzamelaars der ruwe ftoffen, welke in ons eigen land vallen. (5) De voordeden van het beftaan , als mede de overwinsten van alle die inwoonders, welke zo ter zeeën op de binnenwateren, als te lande (buiten het maaken en toebereiden) tot verfcheiden andere hier voorens gemelde diensten voor de Fabrikeurs eti andere Werkbaazen* als mede voor ds Kooplieden wegens het groot vertier , dat er dan zijn zou in allerlei foort van ruwe ftuffen', B 4 -g.' NLr.iDi;;%;,D.  inleiding. 30. 1 1 ( t 1 1 ■\ e 2 \ t d B4 MIDDELEN tot HERSTEL. tot Manufacturen en andere trafieken nodig, ah mede nog (6) De voordeden en winsten van alle die ingezetenen, welke voor de zo evengemelde verfcheir dene foorten van werklieden en andere , die alsdan in ons land tot de Manufacturen enz zouden wor3en vercischt, en te famen zeer verre de grootfle neenigte van inwoonders zouden uitmaaken, de neergemelde noodwendigheden en gerkffelijkheïen des levens verzorgen moeten en zouden. Geijk dan eindelijk hier nog in aanmerking moet toornen; ten (7) Alle zulke inwoonders, dewelke zo op het and , als vooral in de ftecden , 't zij tot ondervijs, of oefféning van vrije konften, van den üodsdlenst en van andere wetenfchappen, 't zij ot het waarneemen en bekleeden van ambten of >edieningen, in een meer aanmerkelijk getal we;ena de algemeene groote vermeerdering van invoonders., boven opgenoemt, zouden nodig zijn, n' die er 'reeds zijn, 'ook blijkbaar verbeteren ouden in de middelen van hun beftaan ; alles veder tot verrijking zo van hunne Familien, als an het land zelye: edog in alle welke opzigten hans een zeer groot aanmerkelijk verlies ondervonen wordt. Vor«  der MANUFACTUREN. a$ Vorders, dat nu , (zo als wij in bet höotd dezes Vertoogs onderftelden ) de voortzetting en gebruik alhier en het vertier elders van on.se eigen inlandfche , wollen, zyden en andere Manufa&uren Cgelijk rriede vin onze overige eigen handwerken en trafieken) en inzonderheid thans naar de tegenwoordige gelleldheid van het handeldrijvende Europa , de grooifle tak en bevordering van onzen algemeenen ksvphat.del, en (gelijk wij elders onderftelt hebben) mede van onze Scheepvaart konnen zijn, zal nader blijken, als men overweegt deze twee navolgende a'gemeene, en nog eenige weinige byzonder e poincten, die dit uit den vorigen ftaa: en opkomst dezer Republiek voldingen zullen. A. Dat wij niet zijn, gelijk wel eer, de bijns eenigfte of voomaamfte Negotianten in de Producten en waaren van andere landen, nog ook dc eenigite of vooi lunvnjle Reders in Schepen tot ver voering dier goederen van d'eene plaats naar de andere; maar dat federt langen tijd de Engel fche, daar na de Franfche, en vervolgens ge noegzaam alle de andere Natiën in Europa zig z< op de Commercie en Navigatie in 't gemeen, al op de Manufacturen in 'c bijzonder, hoe lange hoe meer hebben toegelegd, waardoor wij in all 13 g dl INLEIDING. E. > y c s  inleidinc E. atf MIDDELEN tot HERSTEL • die opzigtcn zeer aanmerkelijke nadeekn hebben geleeden; en voor welker herftelling door de aanhoudende zorg voor de Confervatie daar van, als mede door de Conftitutie van onze Republiek , niet veel welgegronde hoope , gelijk wij dugten, fchijnt te weezen (waar van wij egter volgens de heilzaame Propofaie van wylen zyne Doorluchtige Hoogheid uit grond des harten het beste wentchen,) derhalven behooren wij naar onze gedagten, ons voornamelijk toeteleggen op het ander Fundament van onze algemeene Commercie en Navigatie, welke voor onsnogover is , ja die vasteren zekerderkan zijn, zoo dat zij ons niet ligt ontnoomen kan worden, bij aldien het wel behartigt wordt, namentajk op den handel en de vervoering van onze eigengemaakte goederen , en 's lands ProduSicn , als mede die van onze Colcnien, voor zo verre zulks plaats kan hebben naar de tegenwoordige gefteltheid der Commercieerende Landen; en verders op het haaien en verhandelen van het geen wij, zo zelve tot het maaken van onze goederen, het zij eigenlijk gezegde Manufacturen of andere trafieken, [als tot dat geene daar van, 't welk nog fommige vreeraden bij ons komen koopen of ontbieden, noodig hebben. Waartoe E*  der MANUFACTUREN. 27 B. De fchaarsheid van de nodige materiaalen 1 :en ingrediënten lot het maaken van alle de menigvuldige, te voren gemelde, meer of min nodige manufacturen en andere handwerken, als mede tot het doen of oeffenen der verfcheidene trafieken, ten diende en gebruike van onze. ei!gen inwoonders, een zeer goede gelegenheid aan ,de hand geeft; dewijl het bekend is, dat verre ide meeste materialen en ingrediënten daar toe :nodig, uit andere landen moeten gehaalt woriden, en zulks met onze eigen Schepen kan-, en ook zo veel mogelijk is, behoort te geleideden: en het daarenboven vast ftaat, dat alle de voorzeide materiaalen en ingrediënten, de meeste waaren uiimaaken , waar omtrent onze buitenlandfche koophandel plaats heeft, en welke met eenen den grootften en den voordeeligften handel voor ons land en deszelfs inwoonders uitleveren; dewijl de overvloed van die ruwe ftoften de beste aanleiding kan geeven tot het maaken en toebereiden, ja tot het keurigfte en voordeeligfte maaken en toebereiden van alle die Manufacturen enz- met alle derzelver opgetelde gewenschtc gevolgen. En dus blijkt het dan ten vollen, dat het boven j ^LEIDING, E.  inleid inc E. *8 MIDDELEN tot HERSTEL • vengeftclde ; namelijk dat onze eigen inlandfche, Wollen, Zyden enz- Manufacturen, a!s rmrde onze overige eigen handwerken ec trafiekèri (naar de tegenwoordige geiteltheid van zaafcen) de grootfte tak en bevordering van onzen algemeenen koophandel, mitsgaders van onze fchtcpvaart, konnen zijn. - Gelijk zulks ook in den beginne van onze Republiek (naar dc gefteltheid dier tijden) met de daad is ondervonden; dewijl onze Commercie , wegens al het nodige voor onze eigen manufacturen, handwerken en trafieken, l De aanleiding en verdere encouragemente» gekregen heeft, om die materiaalen en ingrediënten, niet alleen bij kleine partijen met onze fcheepen herwaards te doen brengen, maar 0ok om den ftapel of ganfche Magazijnen van alle die Waaren, in onze Kooplieden op te richten; waar van I a Een verder allergewenscht gevolg is geweest de ongemeene groote vermeerdering en gedurige aanwas van 's lands ingezetenen, die geftadig tot het fabriceeren van veelerlei manufacturen en van andere trafieken vereischt wierden, en daar bij eene goede kostwinning vonden: en waar van al weder 3  der. MANUFACTUREN. ao f. 5 Een gewenscht en zeer voordeelig gevolg i ivoor den koophandel en zeevaart is voortgeko» ijnen, namelijk het haaien van foor» en andere graa•nen of leeftogt met onze fcheepen (dewijl ons :eigen land dezelve voor zo eene groote menigt» 'van vermeerderde inwoonders niet genoeg konde iopleveren) ja het oprichten van de grootfte maI «zijnen daar van in onze kooplieden; en zulks ;in 't vervolg niet, alleen van onze eigen behoefden, maar ook voor die van andere Landen, bij tijden v?n mijgewas, of ander gebrek, en aldus is het ten 4 Blijkbaar, dat door het bloeien van onze eigen manufacturen, benevens andere handwerken en trafieken de binnenlandfche lieden niet alleen, wegens den aanhoudenden toevloed van xabrikcurs en werklieden, maar ook de zce-ofc koopjSeden, wegens den geltadigen aanwas van kooplieden en varensgezellen, en die verders' tot derzelver hulpe en dienst nodig waaren, zo aanmer'kelijk in welvaart zijn toegenomen, dat zij verfcheiden reizen hebben moeten uitgelegt worden, zo als dezelve ten aanzien haarer grootte zig heden ten dage nog bevinden. Door weike zeer aanmerkelijke vermeerdering van inwoonders in de Heden, ten S NLEIDING, E.  inleiding. E. 1 j < i So MIDDELEN tot HERSTEL 5 Het platte land mede ten hoogden is be» voordeelt geworden ten opzichte van de meerdere waarde van alle de producten van vee eu veld, en bijgevolge ook van de landcrycn , 't zij die tot den vee- en akkerbouw wierden gezogt , of door bedyking op nieuws aangelegt, 't zij tot ümmcring van pragtige hofjïedcn of andere buitcmvootiingen wierden begeert, en waar door dan ook het getal der opgezetenen aldaar mede zeer vermeerdert is geworden. Wat aanmerkelijk voordeel nu fwegens den gemelden geduurh-en aanwas van 's lands ingezetenen en welvaart , veroorzaakt door het boeien van eigen manufacturen en andere trafieken , en daar door van den buitenlandfchen koopïandel, zee-land - en veld-bouw, gelijk ook van 3e visferijen zo in de binnen - als buiten - wate■cn); en ten 6 's Lands Kasfe of Financien, uit hoofde van 1 het gemelde hebben moeten genieten , kan eder ligtelijk nagaan, en zal bij niemand, wien Ie aantekeningen deswegens in 's Lands gefchielenisfen en elders te vinden , niet onbekend ■ijn, in twijffel konnen getrokken worden. C Daar in tegendeel, nu de vreemde manufactie*  der MANUFACTUREN. 31 turen en handwerken van allerlei foorten zo zeer ide overhand hebben genomen , dat men met verzekering , op de dagelijkfche ondervinding fteumende, zeggen en vastftellen mag, dat van de ihondert, van de tweehondert ftukken, ja nog vrij imeerder, indien men het accuraat naging, van lailerleij flag, door malkanderen of te famen gere:kent, welke in onze geheele Republiek gebruikt .worden, 't zij tot k'eding, dekfel, meubilen, [fieraad, of tot eenig ander einde, flegts eenoïtwee 'ftukken van eigen inlandfche fabriek of maakfel, Egebczig-t worden; zo zal een ieder derhalven zeer [ligt konnen en moeten oordeelen, dat het gansch tt»et te bewonderen is , dat ook het verval in ons lland algemeen en zeer groot moet befpeurt worden, [cn dat men-bij noodwendig gevolg, alomme van Haar tot jaar, de fabrikeurs ziet verminderen, en «zeer weinige heeft, die hunne kinderen daar toe «opbrengen; insgelijks dat men gedurig veel werkvolk het land ziet verlaaten, of tot de publieke arjmen vervallen, zo dat de binnenbeden wel eerlang i weder ftaan gebragt te worden tot die vermindei ring van inwoonders en huizen, gelijk ze voorlezen geweest zijn, en de bulten- of koop/leeden ,daar na dit zelve lot zullen moeten ondergaan', INLEIDINO. E.  INLEIDING. E. 33 MIDDELEN tot HERSTEL gelijk de aanhoudende wezenlijke klagten over het groot verval der commercie in dezelve, bij de ingezetenen niet alleen voortgebragt, maar ook bij de hooge overigheid der ganfche Republiek in hunne jaarlijkfche uitfehrijving van den Bededag met nadruk bevestigt, maar al te zeer veorlpellen. Een verval , dat ook niet anders zijn kan, ten opzigt van deze laastgenoemde voomaame kooplieden, nademaal het voornaamfle voedfel voor de commercie ontbrekende, deeze Heden ook noodzakelijk hoe langer hoe meerder in negotie en beftaan verminderen ; want als men geene materialen en ingrediënten, tot eigen fabrieken en andere handwerken meer nodig heeft, of maar zeer weinige , zo kunnen de ncgotianten in de kooplieden die aanmerkelijke takken van commercie niet langer gaande houden, al verkrijgen ze fchoon een Porto Franco voor dezelve; dewijl de voornaamfte landen, waar die materiaalen en ingrediënten voor haare eigen manufacturen en handwerken nodig zijn , zig al lange hebben toegelegt, om die door hunne commercie uit de cerftc hand zelve te krijgen, en derhalyen die bij ons, welke de tweede hand zijn, niet zullen kon en zoeken cf van ons ombieden» alzo  der MANUFACTUREN. 33. alzoo die in dit geval de voordeden van hunnen ei-: gen handel in dezelve zouden koomen te. misfen. Een voorbeeld dat daarom van andere minder vermogende landen , in de manufacturen en commercie, ook hoe langer hoe meer word nagevolgt! En derhalve zullen onze gemelde kooplieden al mede moeten vertrekken naar zulke landen, daar de Manufacturen bloeien, en op allerlei wijzen worden befchermd ,en begunstigt, of eene yerdere begunstiging (zo zij het niet alreeds hebben) van een Porto Franco, voor de voorfz. materiaalen en ingrediënten zullen kunnen bekoomen; en dus zal onze commercie ook al geheel kwijt raaken het vertier van zodanige gemelde waaren, welke fommige buitenlanders nog van ons komen te ontbieden, dewijl derzelver aantal te gering is, om die aanzienelijke takken van handel, buiten verder groot debiet, te kun> nen ftaande houden. Uit dit naar waarheid gefielde moet dan einde» lijk noodwendig volgen, dat men binnen korte jaa» ren ons land bijna geheel ontbloot zal zien, niet alleen van fabrikeurs en hun werkvolk, maar ook van kooplieden en zeevaarend volk, gelijk het gebrek aan deeze laatstgemelden, al federt eenen geC rui- nleidino. E*  inleiding E. 34 MIDDELEN tot HERSTEL , ruimen tijd tot groote fchade van onze nog overig zijnde commercie en rederij in fchepen plaats heeft» eh nog dagelijks zo handtastelijk word ondervonden, en men bij oorlogstijden voor !r Lands Floot, of kleinere uitrustingen ook ten groote nadeele is ge« waar geworden; 'c welk voortgaande haast onherftelbaar zal weezen. i Na welk klaarblijkelijk en deerniswaardig verlies van de voordceligfle ingezetenen des Lar\ds, insge» lijks noodzakelijk zeer veele anderen, die van deezen hun beftaan hebben, het land zullen moeten verlaten, en daar door ons Gemeenebest en vooral deze Provincie van Holland, als den doodfteek zal ondergaan, in alle derzelver inkomsten, zo wegens de middelen van confumtie, als wegens de verpondingen van huizen en landen; den xl. penning; de collateraals fucces/ie, en van alle verdere belastingen, van wat natuur die zijn mogen, dewijl men volgens den gemeenen loop van dergelijken toeftand, met grond veronderftellen mag, dat deze Provincie inzonderheid , (fchoon het meest in gewoone of huitengewoone belastingen moetende opbrengen) dan naauwlijks de helft van derzelver inwoonders zal kunnen voeden of overhouden; zo dat een gemis van de  der MANUFACTUREN. 35 de helft der jaarlijkfche inkomsten, voorwaar een: zeer groot gemis zijn zal; en wel in zo een klein land, als het onze; een land, het welk (buiten de ongewoon groote fommen tot betaling der jaarüjkfcke iniresfen van 's lands ichulden, of van de genegotieerde capitaalen zo bij de Generaliteit als bij elke Provincie) tot onderhoud van de militie en fortificatiën, magazijnen van oorlog, Admiraliteits-collegien en oorlogsfcheepen, als mede voor de buitenlandfe Ministers, en verfcheiden andere dingen, jaarlijks zulke aanmerklijke fommen nodig heeft; om nu niet te fpreeken van het zware onderhoud der groote Steden, als mede de bedijkingen en borstweeringtn enz. tegen het geweld der binnen- en buitenwateren, en wat dies meer is; en wel in een land, alwaar dan geene andere neeringen of kostwinningen, die in getal of waardij veel te rekenen zijn (buiten de bedieningen van ambten, welke dan ook veel minder en fchraalder zullen geworden zijn) zullen overblijven dan de gemeene ambagten van timmerlieden en metfelaars, fchoen- en kleermakers, bakkers, grutters en wat dier löorten meer zijn; en welke almede in tijden van zo een groot verval niet alleen ongelijk minder in getal zijn, maar ook doorC » gaans INLEIDING» E.  ïnliidins. . E- 36 MIDDELEN tot HERSTEL gaans als dan flegts een fobere kostwinning geeven; edog, daar men het voornaamfte tot dekfel en voedfel, namelijk de manüfa&uuren en het koorn uit andere landen zal moeten haaien, of bij gebrek van eigen zeevolk door vreemde fcheepen laten brengen, en daar voor het contante geld tot verrijking van die landen, dog hoe langer hoe meer tot verarming van zijn eigen land, zal moeten wegzenden. Waarbij nog volgens de gemelde loop van zaaken zal komen, dat de zo zeer verminderde of weinige overgeblevene ingezetenen, in vergelijking van den vorigen ftaat, volgens den tax der tegenwoordige belastingen niet genoeg voor alle die bovengemelde groote behoeftens, die het lana onvermijdelijk noodig heeft, zullen kunnen opbrengen, en gevolgelijk nog zullen dienen te worden verzwaart, of met nieuwe belastingen vermeerdert, al waren het maar alleen de zodanige, die tot onderhoud van een nog groot er getal van armen, als er door zo een toeftand van eene vermeerderde algemeene werk- en neringloosheid noodwendig zullen komen, verflrek* ken; en waarvan men in deze Provincie en zelfs in 1 meer dan eene der grootfte en eertijds welvarendfte fteden daar van, wegens die evengemelde oorzaaken, a!  der MANUFACTUREN. 37 alreeds de droevige ondervinding heefr. Gelijk ook ] deze verzwaring of nieuwe vermeerdering van lasten al weder, in plaatfe van nieuwe hoognodige inwoonders in 't Land te lokken, veelen van de ouden zullen noodzaaken het zelve te verlaaten, om elders, of werk, of een beterkoop beftaan te vinden: zodat (om deze redenering te' fluiten) de natuurlijke gevolgen van den tegenwoordigen toeftand van ons land en bijzonder van deeze Provincie, en vooral van derzelver toekomende toeftand , ten opzigt van het groot verval van derzelver voornaamfte takken van welvaart, te weten onze eigen manufacturen , nevens alle andere handwerken, trafieken en koophandel (van wat zijde men die ook befchouwe) niet dan hoe langer hoe deerlijker zijn konnen; bij aldien men niet ten fpoedigflen befluite, om de hoognodige en regte middelen van herftel daar omtrent, welke zo in het fchoone voorftel van wijlen zijne Doorl. Hoogheid, onfterfelijker memorie, als in deeze en waarichijnelijk ook in andere Gefchrifteh zijn voorgedragen, met alle-ernst in 't werk te ftellen, en de hand daar aan te houden. Edog men moet zig egter niet verbeelden , dat men (gelijk wel te wenfehen waare) door het aanC 3 wen» NLFIDINO» E.  inleidin< E, SS MIDDELEN tot HERSTEL ',. wenden der even gemelde middelen, aanftonds zonde in ftaat geraaken, om onze zo zeer vervallene manufacturen en commercie wederom in 'c geheel, en in derzelver voorigen grootften bloei te herftellen, dewijl de hoop en wegen daartoe voor een groot gedeelte zijn afgefneden door de verfpreidinge derzelve in veele andere landen, alwaar zij op alle wijzen worden befchermt en begunstigt: zoodat onze verwagting en toeleg, nevens de aanwending van ons uiterfte vermogen, vooreerst, dient te weezen, om onze Fabrieken, en andere handwerken, trafiken en koophandel voor verder verval te bewaaren, en in de tweede plaats, om dezelve, zo veel het mogelijk zij, op te beuren en te doen aanv. asfen, met die alleiins te gebruiken, voorteftaan en te begunstigen, boven die der vreemden, van wat land, of foort dezelve ook zijn mogen, ,'t Welk indien met er daad alomme in ons Gemeenebest word behartigt, er ook eene welgegronde hoope, ja een zekere verwagting zijn zal, dat onze eigen manufacturen, trafken, handwerken en commercie niet alleen zullen opgebeurd, en vervolgens aanmerkelijk verbetert worden, maar ( 't geen daar van ook een natuurlijk ge volg moet zijp) dat die van andere landen, als  der MANUFACTUREN. 39 als gebouwt op de ruine van de onzen, ook in den daad integendeel zullen verminderen, ja, niet alleen hunne manufacturen, maar ook hunne generaale commercie, die dog voornamelijk, zo niet alleen, door hunne manufacturen en andere handwerken gevoed word en ftaande gehouden. I \. De middelen nu, die wij (naar ons begrip) volgens de waare gronden der commeicie, en naar de tegenwoordige gefleltheid, zo van onze Republiek, als van andere commercieerende landen en plaatfen, tot het voorfchreven herftel, de bekwaamde oordeelen uittemaaken, zijn in de volgende negen artikelen vervat; artikelen, welke voor alle de 7 vereenigde gewesten tot het gemelde einde van dienst zijn, of zijn konnen, naar mate dezelve meer of minder deel aan de commercie en manufaétuuren of andere handwerken en trafieken hebben; dog egtei voornamelijk tot deeze onze Provincie van Holland en West-Vriesland hun opzigt hebben: zijnde daar en boven alle van zodanige natuur, dat ze Vooreerst geenfins ftrijden tegen eenig traftaat mei C 4 vreenv NEMDING. E.  inlbidin E. 4o MIDDELEN tót HERSTEL s. vreemde Mogendheden gemaakt, dewijl derzelver enderwerp tot die Mogendheden niet betrekkelijk is,maar enkel in een zuivere dsmestieke zaak van onze' eigen binnenlandfche huishouding gelegen is; en waar omtrent wij op geenerlei wijzen , door eenig aangegaan verdrag of verpligtjnge fchuldig zijn aan anT deren rekenfchap te geeven, maar desaangaande volkomen onze eigen meester zijn, en ook altoos naar al ons vermogen móeten zoeken te blijven, indien de welvaart van onze Republiek, van ons zei ven, en van onze nakomelingen, ons eenigfms ter harten gaat. Ten tweeden zijn de voorzeide artikelen ook niet Jhijdïg tegen de waare en regie vrijheid der cemme,cie; welke (zal ze die lieflijke en een der beste en voordeeligfle naamen in de menfchelijke zamenleving waardig zijn) geenfins tot nadeel, maar tot merkelijk voordeel van het land en volk, alwaar ze gedreeven wordt, moet ftrekken, en hoedanige vrijheid van koophandel wij zo zeer als iemand onzer mede-landgenooten, van harten wenfchen, dat niet alleen bewaart en befchermt worde, maar ook, daar het op goede gronden tot het gemelde einde gefchieden kan, moge vermeerdert worden. ~ En Ten  •der MANUFACTUREN. 41 { Ten derden is ook geene dier te noemene artike-: len firijdig met de 'vrijheid van eigen verkiezing der vreemdeftoffen boven de inlandfche, (mUs een redelijke vergoeding voor 's lands gemis in dien gevalle betaalende) uitgezondert in betrekking tot de overheeden en ambtenaaren, dewijl deeze uit hoofde of van de eer of van het voordeel , dat ze wegens hunne posten van het land of lieden genieten, ook billijk verpligt z;jn, ?s lands voordeel in het gebruiken van deszelfs manufacturen en handwerken boven die der vreemden, te behartigen, en ook daarin als goede voorbeelden de overige ingezetenen wel voortegaan, en dus tot een goed navolgen aante< moedigen; welk laatlle naar alle gedagten, ook vrij wel zal ondervonden worden, indien het voorgaar maar inderdaad en naar behooren word in het werk geftelt, nadien de eigenzinnigheid van veele men ichen (beftaande in een waan of verbeelding , da' de gemelde vrijheid van verkiezing een regt is, 't well hun in alle gevallen en omfhndigheden, geene uit gezonden , toekomt) door het voorzeide loffelijl voorgaan der Regenten en Ambtenaaren, en he edelmoedig navolgen van veele anderen, hoe lange hoe meer zal verminderen, en al haaren indruk ii C 5 't vet INLEIDING. E. 1  inleiding E. 4* MIDDELEN tot HERSTEL . 't verkeerd begrip van de zodanigen bijna geheel zal verliezen; en te meer, wijl dat begrip deunt op een zeer gering voordeel, 't welk zij bij die eigenzinnigheid of verkiezing van het vreemde boven het inlandfche hebben; niet tegenftaande zulks ten grooten nadeele ftrekt voor het algemeene welzijn der zamenleevinge, waar van zij leden zijn, en bij gevolge verpligt zouden weezen, derzelver belang, naar al hun vermogen te helpen bevorderen, zelfi met eenig nadeel voor zig deswegen te willen ondergaan, edog hetwelk door de bewustheid en het genoegen van hun pligt betragt en een goed voorbeeld aan anderen gegeven te hebben, rijkelijk zoude vergoed worden; ja zij zelve of de hunnen na hen, aan dat algemeene welzijn, door zodanige pligtsbetragtingen uitgewerkt en bevordert, ook hun deel zouden hebben, en bij vervolg van tijd met de grootfte waarfchijnelijkheid, veel grootere en meerdere winsten daar van daan te genieten, dan het voorfchreven gewaand en gering voordeel beloopt. En (om dit ftuk te voldingen) vooral behoorde zulk ;en berispelijk en nadeelig gedrag van vreemde doffen enz. boven inlandfche te verkiezen en te gebruiken, geen plaats te hebben in Republieken of Ge- mee-  der MANUFACTUREN. 43 meenebesten, in dewelke alles tot het algemeene weliZfjn dient gefchikt en aangelegt te worden, gelijk :de naam zelve van Gemeenebest zulks duidelijk ie ikennen geefc en vereischt; en in dewelke derhalven (ook de Regeering allefins, en niet minder dan in ïKoningrijken of andere onafhankelijke Regeeringen, imet alle goede reden en grond geregtigt en zelfs verjpligt is, het algemeene welzijn, in welke zaaken of Igevallen het ook gelegen zij, langs de beste wegen waar van insgeh1ks de nauwkeuriger in achtneming bij aanhoudendheid tot bewaring van dien voornamen tak der wollen manufacturen van ons land, zeer te hopen is; als ook een drifter uitvoering der Plakaaten en ordonnantiën tegens alle omkopen , 't zij inboorlingen, 't zij vreemden, met allerlei, dog meest uitheemfche fabrieken, of andere diergelijke koopmanfchappen, zo in de deden als vooral (5) Men zie deze twee aanmerklijke Plakaaten, welken de meerdere instandhouding der Deken - fabrieken zoo zeer bevorderd hebben , onder anderen, in het Recueil -van alU de Plakaaten , Ordonnantiën , enz. betreffende de Admiraliteiten , Convoijen , Licenten en Herders. Zeezaken, D. IV. bl. 328. en 410. DE ÜIIO.  der MANUFACTUREN. 5* vooral ten platten lande ; gelijk mede inzonderheid . zeer te wentchen zou zijn het weeren van zulken onder de Joodfchc Natie, welke hier en daar op de dorpen hun domkilium quaji neemen, dog in plaats van (gelijk andere inwoonders in hunne huizen doen) uit hun kamer of intrek, bij andere lieden voor een' geringen Huiver gehuurt, te verkoopen, meest alle de dorpen daar omtrent met hunne waaren afioopen, zo dat de winkels van andere ordenlijke inwoonders, welke aldaar met hun geheele huishouding altijd met der woon blijven en alle lasten betaalen, bijna niets te doen hebben. Art. II. Dat de Publicatie van den 16. Aug, 1753. (6) wederom werde vernieuwd, en niet alleen (6) Bij dit bevel der Staten van Holland, ingericht tor betere handhaving der inlandfche manufacturen , werd nader, na eene vorige Publicatie van den jaare 17492.6. Julij, over geheel Holland, geftetueerd, vastgefteld, en bevolen , dat de Hceren van de Ridderfchap en Ede-' len, mitsgaders Burgemeesteren en Regeerders van de Steden, leden van Hollands Vergadering, en de Regeeringen der verdere Steden, en voerds alle JSeambten , en Officianten , binnen de Provincie voortaan met den I. Mai 1754. bij het maken van kleederen van lakenen en v/ollen of zijdene floffen , zoo voor zich zelfs, als voor D a bun- \rtikel-I.  artikel IL 52 MIDDELEN tot HERSTEL leen zijn betrekking hebbe op de Provincie van Hol* Ja ui en West"Friesland, neen maar, dat het ook daarhenen werde gedifigeeft 4 dat dezelve insgelijks Hand giijpe in alle de zeven vereenigde Provinciën, en in 't r es fort van de Generaliteit, ten opzigte van alle de leden der Regeering, en van alle de Beambten en Officianten in dezelve, zo ten platten lande als in de fteden ; waar onder mede, enzes bedunkens, met regt te rekenen zouden zijn, alle Profes foren en Lectoren, alsmede alle Rectoren eri Presceptoren, nevens derzelver bediendens, of anderen , die wegens de Akademien, Illuftre en Triviaale Schooien worden aangefteld, of in bediening zijn ; gelijk mede alle Predikanten, en andere bezoldigde bedienaars der Kerken, dewijl die alle uit 's lands of ftads casfe worden behaald: insgelijks, dat dc woorden: uitgezonden die als daglooners te confidereeren zijn, uit de gemelde Publicatie mogen worden hunne vto'itven ei kinderen, in hunne huizen wonende, mitsgaders vior hunne livreibedienden , geen andere lakenen en ivollen of ziiden jli.jfen zullen emploiëeren , als die in deze Provincie zijn gemaakt of gefabriceerd. Men vindt hetzelve in de Ntdcrlandfehe "Jaarboeken, 1753. bl. $1. »e ü1tc.  der MANUFACTUREN. 53 den uitgelaten, vermids zodanige beambten, fcboon als daglooners aangemerkt, egter alle ook van lands of ftads wegen hunne bezolding genieten, en door hun zeer groot aantal, al te aahmerkelijken invloed tot herftel van onze eigen manufacturen hebben, om dezelven daar van uitteiluiten; te meer, dewijl er ook reeds veelerlei mindere foorten van inlandfche fabrieken zijn begonnen gemaakt te worden, en, de gemelde uitzondering weggenomen zijnde, nog in veel meerder overvloed ftaan gemaakt te worden, zo dat de gemeene lieden zo wel als de meer en minder rijke of vermogende, ieder naar zijne verkiezing en beurze in de winkels zullen kunnen te regt raaken. Dat vervolgens allen den evengemelden werde bevolen , onze eigen inlandfche fabrieken te moeten dragen , op den eed, bij den aanvang van hunne bediening gedaan, of hij hunne aanftelling te doen; en zulks niet alleen voor zich zeiven, matr ook voor hunne vrouwen, kinderen en bedienden; en dat tot een naauwkeurige waarneeming daarvan tegens de overtreders worden geftelt merkelijke boetens, en andere ftraffen, V zij opfchorting of verlating van hun ambt, of inhouding van tractement; met D 3 bij- ARTIKEL II. /  artikel II. 54 MIDDELEN tot HERSTEL bijgevoegd bevel en verlof aan allen, die de voorzeide officianten of de hunnen , klederen van uitheemfche fabriek zien draagen, dat aantebrengen, en daar voor \ van de boete, of van de inhouding Tan het tractement te genieten; dat verders te gelijk verklaart worde, dat door de inlandfche fabrieken en manufacturen verdaan moeten worden de zodanigen, welke in de befloten /leden Jder vereenigde Provinciën, van 't begin af van ruwe materiaalen zijn'gemaakt, maar dat alle dergelijken , welke ten platten lande, fchoon binnen de Republiek gelegen, zijn of worden gefabriceert, daartoe niet behooren; vermids het fabriceeren op het platte land in Holland bij Plakaaten verboden is, als te nadeelig voor de fteden zijnde; en derhal ven dat de lakenen, wollen , zijden of andere foppen, alsmede de hoeden, fnutfen, kousfen, handfehoenen, wanten enz. welke ih dé Meijerije van 'i Hertogenboseh of andere Genefaliteits landen en fteden gemaakt worden,- van 's gelijken niet te rekenen zijn onder de inlandfche manufacturen, dewijl die plaatfen naar rato zd veel niet contribueeren in de gemeene middelen en lasten, als in de befloten fteden der Provinciën doorgaans wordt betaalt: verders dat bij ampliatie in de ge-  der MANUFACTUREN. 55 gemelde Publicatie werde bijgevoegt, dat de win- a keiiers zullen gehouden zijn allerlei foorten van inlandfche fabriek in hunne winkels te moeten hebben, en die zo wel als het vreemde te moeten te koop bieden , alsmede ongevraagt te moeten zeggen , wat th - en wat buitenlands zij; en dat tot een naauwkenrige nakoming daarvan , en beletting van bedrog, of misleiding van de genen, die na inlandsch goed vragen, het nodig zij, dat den winkelhouderen eene zwaare geldboete worde opgelegt voor de eerfle reis, (en geen uitvlugt van onkunde, of abuis van hun, of hunne bediendens plaats hebbe) als zij tegen het evengemelde aangaan , en voor de tweede reize, worden geftraft met verdubbeling dier boete, of met opfchorting Van neering voor een' zekeren tijd , en bij herhaling van pligtverzuim in dezen, met een finaal verbod van dezelve. Dat nu zulke boetens en flraffen ten uiterften noodzakelijk zijn, blijkt ten vollen bij de dagelijkfche ondervinding; dewijl verre de meeste winkeliers met de gemelde Publicatie als den fpot drijven, geen inlandsch goed begeerende inteflaan of te koop te houden, zo dat, als er door MagiftraatsperfooD 4 nen RTIKEI." H.  a1tikej II. 56 MIDDELEN tot HERSTEL . nen, Officianten en andere lieden daar na gevraagt wordt, zij tot antwoord geeven: het is er niet gemaakt , noch ook te hekomen; fchoon zulks regelrecht, zo wel tegens de waarheid, als tegens hunnen pligt aanloopt. En dus is de gemelde Publicatie daar door bij de meeste Officianten ook in, veragting en non ohferva.ntie gekomen, gelijk in alle de fteden dezer Provincie genqeg bekent is, doordien buiten dat in dezelve geene ftrafFen tegens hen gedelt zijn, terwijl ook de verzogte en aanepre* zene navolging der andere ingezetenen van zeer weinig belang is; zo dat, wil, en zal men de inlandfche manufacturen met regten ernst berftellen, zodanige of diergelijke middelen van contrainte, als even gemeld, (en gelijk ook jn andere landen teq zeiven einde plaats hebben) nevens die, welke men in V VI. jirtikel hierna zal opgeeven , onzes bedunkens, dienen in 't werk geftelt te worden; dewijl zonder dezelve (gelijk de gedurige ondervinding nu zo lange ten klaarften en overtuigende heeft doen zien) er volflrekt geen herftel voor onze eipen inlandfche manufacturen, en andere daarvan afc hangende handwerken, te hoopen of te verwagten is, maar dezelven, boe langer hoe meer, zullen — moe-  bzr MANUFACTUREN. 57 :moeten vervallen, en geheel het land uitraaken, ! waarvan de gevolgen in 't eind van zaaken (.geuj'k iwe in onze Inleiding breeder getoond hebben) voor het algemeen allerfmertelijkst zullen zijn. Art. III. Dat volgens het loffelijk voorbeeld iyan de Provincie van Holland en Wat - Friesland, ;slle de Militie van dezen Staat, ftaande op repartitie van de andere Provinciën, alsmede van her. landfehap Drenthe, en ook die der Admiraliteits'Collegien, zo te water als te lande, welke monture draagt, gelijls ook de uitheemfche troepen, ftaande [ter bezolding van eenige der Provinciën, of van den ;Staat in 't gemeen, voortaan niet anders mogen iworden gekleed en voorzien, dan niet manufacturen, zo van lakenen, carfaaijen, faaijen enz., alsmede van hoeden, mutfen, kousfen, knopen, boordfels, chabrakken, piftoolzakken, vriezen of duffels tot paardenkleeden, en verders van andere diergelijke :zaaken tot de Militie fpecteerende, volgens de Re'fblutie van Holland in dato den 26. OB. 1709. ("7), dan (7) Te vinden in 't Groot Plakaatboek D. V. bl. IÏ3. En ook was deze maar eene vernieuwde orde van de D 5 Sta» ARTIKEIj II. en III.  APTTKEL JU. /■ 58 MIDDELEN tot HERSTEL dan die in de befloten fteden der vereenigde Provinciën zijn gemaakt, dewijl er niets met de redelijkheid en billijkheid meer kan overeenkomen, dan dat eene der grootfte en zwaarfte lasten voor de ingezetenen , dus beftierd worde , dat dezelve hun ook, zo veel het eenigfins mogelijk zij, tot voordeel mooge ftrekken. Dar derhalven (herzeggen wij) alle de Militie van ons Gemeenebest met 0,7ze eigen inlandfche manufa&uren en handwerken worden gekleed en voorzien, nadien de ingezetenen al* le die lasten draagen, uit welke de Militie word onderhouden, gekleed en verders toegerust; hetgeen te meer • diende ftand te grijpen, dewijl daardoor ook nog zeer veele arme werklieden aan hun beftaan zouden worden geholpen, die nu van de armbezorgers moeten bédeelt worden, dog dan hun eigen Staten van Holland van den 17. F;br. l7a6\ voor hunne Provinciën, die toch het vooniaamfte aandeel in alles had, zoo als- dezeïvé in dat Plskaat aangehaald wordt. Zijnde hetzelve zeer. 'cjpstig , en 'met veele voorzorgen en inrichtingen tegen alle bedrog cn listen, zoo van'de zijde der Kapiteinen , Leveranciers, Sollicitcurs - militairen , als anderen, naauvvkeurig voorzien, en door veele Verklaringen veritcikt. | I)E UIIG,  der MA;NUFACTUREN. 50 fche Republiek, (hetwelk nopens derzelver groot getal en de menigvuldige perfoonen, die in dezelve onderhouden worden, gemakiijk is nategaan) zijn zal voor alle dc fteden, alwaar dezelve thans gemaakt worden, of daar men die in 't vervolg mogt beginnen te maaken; zo zal er ook noodwendig ongelijk meerder werkvolk in die plaatfen vereischr worden, dan er nu in is, zo dat veele armen van andere plaatfen, aldaar ook werk en broodwinning zullen kunnen vinden, waar door eene groote ontlasting aan die huizen, het ganfcüe land door, (alleen wegens het algemeen gebruik van inlandfche manufacturen in dezelve) buiten alle twijffel zal toegebragt worden : ja niet alleen ontlasting in dit opzigt, maar ook aan een' anderen kant een zeer merkelijk en dadelijk voordeel, nadien dan ook veele jongens en meiden uit de voornoemde huizen aan een betere weekelijkfche winning, ten voordeele dier huizen, zullen konnen geholpen worden, dan nu, wegens de groote werk - en neringloosheid; zo dat al het gemelde wel overwogen zijnde, het niet zonder .rtikes, I-V,  ARTIKEt IV. 64 MtDDELEN tot HERSTEL der reden voor een verkeerde menage, alsmede voor' een wonderlijke politie zoude mogen gehouden worden , dac men in een land, waarin zulke goede, deugdzaamë en fterke ftoffën tot kleeding der armen en Weezeri gemaakt worden, ali ergens elders i dat men daar egter, om. een weinig berer koop, de vreemde fabrieken boven de inlandfche zoude verkiezen, en dus het" geld en den arbeid te zamen j beiden zo hoognodig voor het beftaan vari de geringe gemeente, en bijgevolg tot voorkoming vari armoede, buiten zijn eigen land, bij andere volkeren zal gaan befteeden en doen plaats hebben. Art. V. Dat onze Oost - en West - Indifche Co;;ipagnien, in opzigt van manufacturen, voortaan niet anders mogen Verzenden, als Onze eigen hier te larf. de gefabriceerde lakenen, greinen , en andere Jlojfen t, Of, indien onverhoopt, bij het aanftaande hoognodig herftel voor de manufacturen, het nog daar toé niet te brengen zoude zijn, dat dan ten minften bij de eerstkomende vernieuwing van derzelver oêïrooijen; zulks onverbreekelijk worde vastgeftelt, en in 't vervolg ftiptelijk onderhouden; wantdewijl het aan niemand van onze ingezetenen, die buiten dienst van de  der MANUFACTUREN. 65 de Oostindifche Compagnie is, vrij ftaat derwaarts , te vaaren, en aldaar handel te drijven, zo behooren de ingezetenen ten minsten dat voordeel van de Colonien aldaar te genieten, dat hunne eigene waaren door de Maatfchappij gekozen wierden boven die der vreemden, in de zending derwaarts; en te meer, dewijl de Indifche manufacturen door gemelde Compagnie her waards in een zeer groote menigte, jaar op jaar, overgebragt, aan 's lands eigen manufacturen, en dus aan het beftaan van duizenden van ingezetenen een zeer aanmerkelijke fchade toebrengen. Dog welke importante fchade voor het welzijn van ons land, geheel geremedieert, en daar en tegen in een aanzienlijk voordeel voor hetzelve verwisfeit zoude worden, indien de gemelde Compagnie het dus wilde of moeste fchikken, dat ze geene gemaakte manufacturen meer liet overvoeren, maar in plaatfc derzelver, alleen de ruwe Ito&n van zijde, wolle, catoen en catoenen garens enz. om daar van hier te lande zelve manufacturen te maaken , of immers daar nevens enkel witte catoenen en lijwaten liet brengen, om dezelve alhier tot een merkelijk voordeel voor het land en deszelfs ingezetenen tot gecouleurde catoenen of chitfen te doen drukken. Edog E hier IRTIKEi V.  artikei V. 66 MIDDELEN tot HERSTEL hier tegen zou buiten twijffel opgeworpen worden, dat die Compagnie te veel voordeel van die goederen trekt, om dezelve te laten vaaren; ten minsten dat, zo lange de vreemde [Oostindifche Compagnien de voorzeide manufacturen medebrengen , zulks bij de onze niet kan nagelaten worden, ten einde de eerften niet alleen de voordeden daar van genieten. Waar op ter beantwoording dient: Vooreerst, dat in alle gevallen het welzijn van ons eigen land of gemeenebest, oneindig meer en hoger behoorde in aanmerking te komen en behartigt te worden, dan het voordeel van eene Compagnie, die eigenlijk tot onderfteuning van 's lands welvaart is opgericht, en die buiten het evengemelde genoeg middelen van voordeel, ja van zeer groote winsten aan de hand heeft, en het daarenboven aan deskundigen niet onbekend is, dat de meeste voordeden van die Compagnie niet altoos in de grootfte retouren gelegen zijn. Ten tweeden zij hier ter beantwoording van het bovengemelde, dat, indien hier te lande zodanige goede voorzorge gedragen wierd, als in de landen dier 'gemelde vreemde Compagnien, om voortekomen en kragtdadig te beletten, dat de Indifche ma- nu-  der MANUFACTUREN. 67 nufadturen door hunne Compagnien aldaar gebragt,i weinig of geen fchade aan 's lands eigen manufacturen veroorzaaken, dan ook alhier zeer weinig reden van klagre over dat doen van onze Oostindifche Compagnie zoude plaats hebben. Belangende de Westindïfche Compagnie; dezelve behoorde (gelijk ook alle particulieren, zo die met bijzondere permisïie of op recognitie-gelden, als die zonder dezelve, naar onze Colonien in dat waerelddeel hunnen koers en handel rigten) derwaarts mede geene andere, dan hier te lande gefabriceerde ma» nufadluren te mogen brengen , en geenfins eenige buitenlandfche, 't zij regelrecht in ons land zelve, 't zij op vreemde plaatfen ingeladen. — Ook moesten geene vreemde fchepen eenige buitenlandfche manufacturen, van wat naam of foorte zij zijn mogten, derwaarts mogen vervoeren, even gelijk het aan onze fcheepen en kooplieden belet word eenige van onze manufacturen in vreemde Colonien te brengen, maar het ons alleen vergunt word in cas van itorm, gebrek aan water, of andere ververfching, of wegens reparatie aan de fchepen, daar iii te loopen; 'c geen derhalven ook alle vreemde fchepen alleenlijk in onze Colonien moesten genieten, en E a ver- 1RTIKE1 V.  /.rtikel V. 68 MIDDELEN tot HERSTEL verders belet worden aldaar geen den minsten han del te mogen doen. Alle welke verfeheiden punten en middelen van herftel naauwkeurig in 't werk geftelt wordende, aanmerklijk veel voordeel zouden toebrengen aan onze eigen manufa&uren ,niet alleen (zo wel als aan 's lands jinantien, door meerder werk en kostwinning aan veele duizenden van inwoonders van ons Gemeenebest te bezorgen, die daar door in ftaat zouden zijn, ook veel meer tot de gemeene middelen te kunnen contribueeren) maar ook onze bui. tenlandfche commercie en fcheepvaart, behalven nog aan de gemelde colonien zelve, en aan haare deel. genoten, dewijl hier door het meeste contante geld in de Westindien bij onze eigen ingezetenen aldaar zoude blijven, of vooreen groot gedeelte herwaards over gemaakt zijnde, zo hier als ginder, hoe langer hoe meer het vermogen en den rijkdom zou doen aanwasfen, om over en weder grooten handel en winsten te kunnen hebben; daar anders, gelijk het nu toegaat, een voornaam gedeelte van het contante geld, en van de winsten door ons zeiven aan de vreemden word gegeven ; immers die aldus, zo niet meerder dan wij zeiven, ten minsten een zeer aan-  der MANUFACTUREN. 69 laanzienlijk voordeel van onze Colonien genieten;, 't welk nogtans lijnrecht aanloopt tegen het waare ien eigenlijke oogmerk van de oprichting van buiitenlandfche volkplantingen of colonien; welk einde ien oogmerk bij andere mogendheden op alle wijzen, :zo veel het maar eenigfins mogelijk zij, ja zelfs 1 met zwaare kosten van uitrusting en onderhoud van verfcheiden fchepen, welke tot kustbewaarders diei nen, om den vreemden handel te beletten, word in iagt genomen; een voorbeeld, dat wij dan ook, zo < om het gemeene welzijn van ons land, en van deszelfs zo zeer met lasten bezwaarde ingezetenen, als om de uiterfte billijkheid, die daar in ligt opgeflo» ten, allezins behoorden natevolgen. Art. VI. Nadien de herftelling der inlandfche manufacturen (beftaande voornamelijk in het eigen gebruik of confumtie daarvan) niet alleen voor de ingezetenen ah 'ingezetenen, maar ook voor de fteden en provinciën, alwaar dezelve gefabriceert worden, ja zelfs voor de andere provinciën, wegens de zeer naauwe verbintenis met en de onderlinge hulp en bijftand voor malkanderèn, van de uiterfte aangelegenheid is, ^gelijk in eenige vorige artikelen dopt E 3 om lrtikel L en VI.  A5TIKEL VI. 0 MIDDELEN tot HERSTEL ons getoont is,) en des niettegendaande de gedurige ondervinding geleert heeft, dat het vrijwillig en edelmoedig gebruik derzelve boven die der vreemden, bij zeer weinige der inwoonders van ons Vaderland gevonden wordt: zo zal het, onzes bedunkens , van de hoogde noodzakelijkheid blijken te zijn, dat men in dezen opzigte ook wederom het voorbeeld van andere landen zal dienen te volgen, wil men met regten ernst, en met een gewenscht gevolg, de voorzeide herftelling zoeken en behartigen; hier in beftaande, dat er een algemeene wei worde gemaakt voor de ganfche Republiek, of de zeven vereenigde Provinciën, alsmede voor het res* fort der Generaliteit, gelastende, dat er van alle vreemde manufacturen, van wolle, zijde, garen en?, gemaakt, van wat foort of benaming die ook zijn mc?en, welkeJn de winkels binnen de gemelde Provinciën en derzelver resfort, als dienende tot eigen confumtie, gevonden worden, en in 't vervolg worden ingedagen, eene belasting, onder den naam van accijs, impost, ef dergelijke , worde geheven ; mids daar van, tot behoud van de vrijheid der commercie, uitgezonden blijve de buitenlandfche verzendingen dier gemelde vreemde manufacturen. Immers A.  m MANUFACTUREN. 71 A. Dat zulk eene belasting, eene der nodigde en t beste middelen tot herftel der inlandfche fabrieken moet gerekent worden, blijkt 1) Uit het zo evengemeld gedrag der inwoonderen van ons land, ten opzigte van de eigen en van de vreemde manufacturen, niettegendaande het hoog aanzienlijk voorbeeld van de Heeren Staaten dezer Provincie, van wijlen zijne Doorluchtige Hoogheid, en van haare Koninglijke Hoogheid, en niettegen? ftaande het daar nevens herhaalt vriendelijk en erns* tig verzoek en recommandatie van alle die hoogst» gemelde perfonagien, tot voordand en gebruik van onze eigen fabrieken: van welk gedrag der inwoonders de reden gelegen is in de prijzen, die de vreemde manufacturen doorgaans minder komen te kosten, dan de inlandfche, ontdaande uit de duur? dere levensmiddelen alhier , in vergelijking van die andere landen, van waar de vreemde manufacturer herwaarts worden toegevoert: om welk onderfcheiq tusfchen de vreemde en tusfchen de inlandfche wol len en andere ftoffen te doen ophouden, er dai geen gereeder noch zekerder weg, onzes oordeels te vinden is, dan de voorzeide belasting dus te fte: len, dat de vreemde manufacturen altoos eenigfit E 4 duu RTIKtU Vï. I > is l*  artikel VI. { I 1 I 7» MIDDELEN tot HERSTEL duurder dan de inlandfche in de winkels te beko» men zijn. En waar omtrent men 2) Al wederom het voorbeeld van andere landen, die hetzelve ten besten einde voor hunne eigene fabrieken, dog ten grooten nadeele van de onze, dus geoordeelt en vastgefteld hebben, maar volgen zoude. Ten 3) Zoude zulks geenfins voor eene gansch nieuwe of ongehoorde zaak bij ons te houden zijn, die' buiten voorbeeld was, of nooit omtrent eenige fabrieken of trafieken in trein gebracht of vastgefteld was geworden, dewijl het tegendeel daar van meermalen gebleken is, als bij voorbeeld ten opzigte Van de tabaks - pijpen, als zijnde, op de klagten van de pijpenmaakers en pijpenbakkers binnen deeze Provincie, over het verval hunner fabriek, bij Hun Ed. Gr. Mog. in V jaar 1751. op alle pijpen buiten dese Provincie gebakken, en in dezelve gebragt woriende, bij het'inkomen in de Provincie een belasting gelegt van 6\ fluiver, met de 10de verhoging laarenboveh, öp ieder gros, meerder of minder hoe'eelheid na rato; en wel zonder onderfcheid, of dé emelde pijpen in deze Provincie worden opgeflaen en verkocht, of dat dezelve alleen deze Provin»  d(er MANUFACTUREN. 73 vincie pasfeeren, en naar elders worden vervoert, a Gelijk mede tot behoud dar koekebakkerijen in deze Provincie al van overlange, niet alleen de koek van buiten de vercenigde Gewesten en derzelver resfort komende, geheel verboden is, maar ook op. de koek uit eenige der gemelde Provinciën en het resfort der Generaliteit komende, bij Hun Ed. Gr. Mog. een belasting is gelegt van 6 guldens op ieder hondert pond; alsmede zo veel op de honderd ponden fiijffel, brood, befchjit en meel, komende uit eenige der gemelde geünieerde Provinciën, en het resfort van de Generaliteit. — En tot een overtuigend blijk van den noodzakelfken voorftand i der arbeidsloonen in deeze Provincie, bij Hun Ed. Gr. Mog. in agt genomen, zo is met eenen geordonneert, dat van twee lasten gebuild meel, van buiten als evengemeld inkomende, zo veel zal betaalt worden, als van zes- lasten ongebuild meel, mede als voren inkomende; ja het geen nog veel meer aantoont de noodzakelijkheid der befcherming en van 't behoud der fabrieken en trafieken in de befloten fteden, zo is op de klagten der koekebakkers in de fteden dezer Provincie, over het verval hunner neeringe, veel veroorzaakt door den gróten toevoer E 5 van r ti kei» VI.  artikei VI. ( 74 MIDDELEN tot HERSTEL , van den beter koop koek, ten platten lande binnen deze Provincie gebakken , bij Hun Ed. Gr, Mog. in 't jaar 1738. gelegt, en bij vernieuwing in de jongfte ordonnantie op 't gemaal in den jaare 1749. gecontinueerd eene belasting van tj ftuivers, en de 10de verhoging daarenboven, op elke hondert ponden koek, van daar binnen de befloten fteden in-. gebragt wordende. Ja, is niet om dezelve reden, namenlijk het groot nadeel voor de fabriek of ambagt der fchoenmakers , door het inbrengen van fchoenmakers werk, ten platten lande en bijzonder in de Langeflraat gemaakt, (plaatfen , daar dat werk beter koop kan gewerkt worden,) dat men den invoer daar van, in 'bijna alle Hollandfche en Zeeuwfche fteden, gelijk mede in de drie hoofdlieden van Gelderland, geheel verboden heeft? En wordt het niet zelfs alle jaar bij publieke advertentien, om het tegendeel niet te laten inktuipen, vernieuwt? Wat is nu het fchoenmakers werk te rekenen bij manufacturen, die tot kleding dienen van allerlei foorten-van menfehen! En egter, indien het, door verwaarlozing van de evengemelde voorzorg tot behoud van het voorzeide ambagt, eens daar toe kwam, dat bijna allefchoe- nen  der MANUFACTUREN» 75 tien en muilen voor de ingezetenen van onze Repu- / bliek, om den beter koop, (dewijl dat al zo veel in zijn foort verfchilt, als inlandfche en vreemde manufacturen) van buiten wierden inge voert, gelijk het ten opzigt van de manufacturen tot kleedirg in ons land thans gekomen is; zoude zulk een doen niet zeer nadeelig voor een menigte van onze eigen inwoonders moeten geoordeclt worden, die nu hun beftaan van het maaken der fchoenen en muilen heb» ben ? alsmede voor de looijers en leê, winkels in ons land, die het leder voor dat ambagt bereiden en verkopen, en daar van weder hun beftaan hebben met de hunnen? En wat is dog, moeten wij an* dermaal vragen, al het fchoenmakers werk te reke. nen bij het fabriceeren van allerlei manufacturen tot kleding van alle foorten van menfehen in onze Republiek? Voorwair immers als een tegens twintig en meer te fchatten! Dog om van eene zaak van meerder aanzien en belang in dezen opzigte te fpreeken, te weten, van de brouwneeringe deezer Provincie; tot behoud van welke Hun Ed. Gr. Mog. hebben gezorgt, met een zwaare belasting te leggen, niet alleen op de uitheemfche bieren, gebrouwen buiten de geünieerde Pro. RTIKEt, VI.  artikel VI. 76 MIDDELEN tot'HERSTEL Provinciën en kei resfort der Generaliteit, wanneer zij binnen deze Provincie ter confumtie worden ingebragt, namelijk van f ia:io:— nevens de iom, (vermids aldaar thans nog zo veele fabiieken L Fa zijn ARTIKEL VI. A.  84 MIDDELEN tot HERSTEL artee: VI. A. .zijn ("9), zo niet meer dan in eenige andere ftad dezer Provincie) door de voornoemde foorten van menfehen nu bewoont, dan ledig zouden itaan, en dus (9) De Heller dezer Verhandeling geeft in eene bijgevoegde aanmerking te kennen, dat voordezen in Amjlerdam wel van 500 tot 6cc lakengetouwen aan den gang geweest zijndaar er nu geen één meer is, waar op ge* •werkt wordt. Men mag dit als van iemand der zake kundig wel voor waarheid aannemen, offchoon wagenaar, in zijne Befchrijv. van Amflcrdam, zooveel ik wete, er van zwijgt. Alleen verhaalt hij ter plaarfe, waar hij van de lakenneering fpreekt, D. IX. bl 87., dat het Gerecht in eene kture nog van 't jaar 1618. den Lakenhandel verklaarde voor eene der voornaamjle neeringen, waar door God almagtig deze jlad gezegend had. Doch hij voegt er bl. 88. bij , dat die fabriek allengskens zoo Verminderd is, dat er tegenwoordig geene lakenweverijen in de jlad meer zijn , en dat de laaijle lakenwever in 't jaar 1748. overleden is. Evenwel ontbreekt het te Amfteldan), Zoo als onze Schrijver zelf erkent, aan geene veelvuldige andere Fabrieken, welker foorten en gewicht hij ons opgeeft, in dat zelfde IX. Deel, 't welk Jn/fterdams Koophandel befchrijft, bijzonder onder het zoo gewichtig Artikel, Gilden der Neeringen , Handwerken , en Arbeiders, van bl. 64 enz. Men vergelijke hiermede de Lijst der Fabrieken en Trafieken, die voigtns le long. Koophandel van Amjlerd. O. II. bl. 232. ten zijnen tijde in Amfterdam bloeiden, waar 4nen opgenoemd vindt.' 108 Suikerbakkerijen of rafinaderijen. 19 Mouterijen. 13 Brouwerijen. 12 Zeep;  der MANUFACTUREN. S$ dus tot een alleruiterfte fchade, zo niet tot ruïne vai derzelver eigenaars zouden (trekken, én waarfchijnelijk tot puinhoopen vervallen, of tot enkele af- ï2 Zeepfiederijen. 9 Lijmmakerijen. 8 Wasch - en Smeerrmelterijen 7 Azijnmakerijen. 7 Goud en Zilverdraad - wcrkerijen. . 1 Blaau wverwerijen. 5 Blaanw - Saai - vervverijen. 3 Zwart - S:.ai • verwerijen. 3 Kruidrnakerijen. 3 PUttcel- Pot - en Steentjes.bakkerijen. 3 Waschbteekerljèn. 2 Zoutkeeten. % Ijzergieterijen. 2 Glasblazerijen, en zeerveel andere fabrieken en trafieken, onder welken yelen van groot belang en eenig in hun foort, gelijk onder anderen één Vermilioenmakerij, één Kamfer- en Borax - rafinaderij. He} zoude voor het huishoudkundige dezer Republiek niet onaangenaam, maar teffens zeer nuttig zijn , dat deskundigen eens nagingen , de verandering, vermeerdering of vermindering, die federd li long, welke voor wacenaar., en federd waoe. naar, welke in 't jaar n66. fchreef, tot op onzen tegenwoordigen tijd daarin zijn voorgevallen; en daarbij onderzochten, of bij het achteruitgaan van eenige takken van beftaan , er ook eenige anderen , en welken , hunne plaats vervangen hebben; gelijk dit veelal het zeggen is. de Vixg. F 3 artikel VI. A.  autikeï, VI. A. 85 MIDDELEN tot HERSTEL -afbraak dienen, Maar ten and'-ren, wat onherstelbaar verlies zou 'y lands phiautie,. daarbij niet lijden, door het gemis van dc jaarlijklche twee- cf driedubbele verpondingen der gemelde huizen, gelijk ook in opzigt van den veertigften penning bij derzelver verkoping, aïsmede in opzigt van de belasting op de collateraal fucëesfie, behalven nog het zwaar gemis van de menigvuldige accijfen, welke zo van landsals Jlads wegen van allerlei eet- en drink ■ waaren, door die menigte van weggetrokkene fabrikeurs en werklieden in deze Provincie betaald wierden ; zo dat eene verbetering van dien aart'voor de inlandfche manufacturen, indien zij ooit Hand mogt grijpen , ongelijk meer nadeel en allerlei droevige gevolgen voor het gemeene land', voor de fteden, en voor dc particuliere inwoonders zoude, te weeg brengen , dan wezenlijk voordeel, ingevalle men maar hetzelve te regt befchouwt, in alle deszelfs verzeilende oraftandljheden en gevolgen, gelijk men in zaaken van groote aangelegenheid, nis deeze is, dient te doen ; vermids men alsdan, behalven al het evengemeids , nog bevinden zou, dat de menigvuldige kosten van zeer veele nieuwe gebouwen te maaken, tot wooning, wtrk- en pakhuizen, verwerijen, enz. zo  öer MANUFACTUREN. S? zo groot zouden weezen, dat het gansch niet te ver- , moeden is, dezelve beter koop te zullen bewoont of gebruikt kunnen worden, dan de zodanigen , die nu in de fteden zijn, alwaar nog een overblijffel van manufacturen gevonden wordt; waarbij waarfchijnelijk nog komen zoude, dat wegens de groote toevloed van inwoonders naar die plaatfen, zo de huizen die er ledig mogten zijn, ah alle eet- ea drinkwaaren en verdere noodwendigheden merkelijk in prijs zouden opCaan, zo dat, althans in de eerlte jaaren, en eer dat alles, wat tot de diverfs manufacturen van wollen, zijde enz. benodigt is, (hetwelk gansch in geen' kleinen omflag beflaat, en wederom verfcheiden nieuwe onkosten zou vereifchen ) in goede orde en trein was, er vrij wat tijd zoude verloopen, eer men de winkels van inlandfche fabriek konde verzorgen, en zo al ja, 't een en ander opgenoemde, egter niet veel beter koop voor die fabrieken zoude kunnen bezorgen, noch te weeg brengen. Zonder nu nog eens te fpreeken van het verlopen van het werkvolk in den gemelden tuslchentijd, dat alle de gereedfehappen voor de manufaétu* ren niet alleen in gereedheid moesten gebragt, maai ook de nodige huizen en werkplaatfen voor dezelve F 4 Se" iRTIKlt VI. A.  artikei VI. B. SS MIDDELEN tot HERSTEL , gebouwt zouden moeten worden; en bijgevolg worde hieruit nog nader en ten vollen blijkbaar, dat er geen ander of beter middel tot een wezenlijk en wenfchelijk herftel van de inlandfche manufaauren, naar de gefleldheid van ons land, en bijzonder van deze Provincie, uictedenken en in 'c werk te Hellen zij, dan de voorzeide belasting op de binnenlandfche confumtie der uitheemfche manufacturen, nadien de inlandjche op andere plaaïfen in onze Republiek beter koop te kunnen fabriceeren, geheel onmogelijk is. B. De wijze nu, op welke de meergemelde belasting of accijs zoude kunnen geheven en ingerigt worden, zou, onzes bedunkens, deeze kunnen zijn. §. i. Da: alle uitheemfche manufaauren, welken den winkeliers, zo kleinen als grooten, toebehooren, het zij dezelve in hunne winkels, of in andere eigen of vreemde plaatfen en pakhuizen te vinden zijn, en het zij geheele ftukken of lappen, door hen opregtelijk en zonder eenige agterhouding moesten warden opgegeven, om op het voor - en agtereinde derzelve te bekomen een cachet van lak, tot een teken , dat ze bij het ingaan van den accijs in de winkels of andere evengemeide plaatfen waren gevonden ,  der MANUFACTUREN. 89 den; alsmede ten dien einde een nieuw inflaan daar a van in 't verborgen voortekomen. §. 2. Dat in de winkels en andere gemelde plaatfen, alle zodanige goederen, die voor inlandfche ma» nufafturen aangegeven worden, het zij geheele ftukiken of ook lappen, naauvvkeurig wierden nagezien :en onderzogt, of het wel reëel inlandfche fabriek lis, en of er de behoorlijke looden ;ftraks te noemen) iaan zijn, en zo niet, dat ze dan als uitheemsch goed ■ wierden gecachetteert, gelijk boven gemeld is. %. 3. Dat bij de winkeliers een of meer ftukken - vreemde fabriek zullende worden ingéflagen, dezelve aanftonds zouden moeten worden aangegeven, en den accijs daar van alvorens betaalt worden, gelijk ook tetTens ieder dier ftukken zoude moeten bekomen het evengemelde cachet van lak, ten bewijze dat het vreemd goed is, en dat de accijs daar van was betaalt; op welk cachet zoude ftaan het wapen dier Provincie, waarin het vreemde goed ter fleet of confamtie was ingellagen: insgelijks, dat aan ieder ftük inlandfche fabriek zoude moeten zijn een lood, zo aan 't voor - als agter - einde, van die ftad, dwaar het gemaakt is, eer dat een fabrikeur het mogt verzenden, of door een winkelier worden ingeflagen. F 5 §• 4« r ti kel VI. B.  ar tikb VI. E. i 1 9o MIDDELEN tot HERSTEL * M* Zo er een winkelier mogte zijn, die- een of meer ftukken of lappen van vreemde manufaauren in ziji winkel of elders hadde, waar oP het evengemelde cachet niet waare te vinden, ofte ock fiukkeu of lappen voor inlands opgegeven , waar aan de vereischte loockn niet waaren, dat zulk goed, zo vreemd als inlands dan aanftonds confiscabel en verbeurt zoude zijn, behalven. eene groote boete, bij zulke overtreeders voor de eerfte r/ize te verbeuren; voor de tweede reize een verdubbeling dier boete, me: een verdere penaliteit van opfchoning der netring voer een zekeren tijd; edog voor altoos, in- ' dien ze voor de derde maal zig daar aan fchuldig maakten; en waarbij de zodanige nog wel zouden verdienen, dat zij als moedwillige overtreeders en trouwlooze verkorters van 's lands inkomsten voor eerloos en infaam wierden verklaart; en eindelijk, dat ook de kraamers van manufacturen .op de vrije markten en kermisfen, of ook op andere tijden, daar fan in gcencn deele uitgezonden mogten zijn, gelijk nede niet de omkopers, die, fchoon verboden is, net manufacturen in fieeden of ten platten lande om:eloopen, egter daarenboven nog manufacturen bij dg zouden kunnen hebben, die niet behoorlijk gelood I  der MANUFACTUREN. 91 lood en ook niet gscachetteert waren, weshalven de . boefens en penaliteiten wel degelijk over deze laatfte fcort van verkoopers dienden te worden verzwaart, alzo dezelve ai het vorige beraamde grootendeels nutteloos zouden maken, indien dat verkoqpen en omloopen niet kragtdadig belet wierd. §. 5. Indien iemand, 't zij winkelier fabrikeur, O? gros fier, het zij plaat- of flempcl Snijder-, graveerder of medailieur, man of vrouw, of wie het zijn mogt, zig verftoutte de bovengemelde looien of cachetten, of derzelver ficmpels (om welke reden t ook; buiten ordre van *t lands wegen na te maaken, of die zig verftoutte, dezelve nagemaakt zijnde, in 't geheim zelfs cf met de zijnen te gebruikeu tot het looden of cachetteeren van vreemde manufacturen; of ook die onderzont de regte looden en cachetten van het eene ftuk aan het ander overtefteeken, vast te hegten, of te verplaatlèn, dat die clan als een falfaris zoude moeten worden gefhafc, en voor altoos de neering aan denzei ven verholen zijn; verders zou tot naricht en ir.ftruciie van de collecteurs dier voorfz. belasting of accijs nodig zijn, dat alle de diverfe looden van ieder fabriek uit elke fiad, in onze Republiek , aan hun lieden tót vergelijking daar van, met het vrtikei, VI. B.  artike VI. B. 1 < i t t 92 MIDDELEN tot HERSTEL l het geen hun in dien opzigt* zoude kunnen voor. komen, op ordre der Hooge Overigheid toegezonden wierden, en zij ook mee eenen gemagtigt dienen te zijn, als het voorviel, dat wegens het een of ander gebrek aan een ftuk inlands laken of andere dierge. lijke ftof, eene der einden, waar aan het lood is, zouden moeten afgefneden en wedergegeven worden, om dan een nieuw lood aan het nieuwgemaakte eind te mogen flaan, of het lood, het welk aan het ge. brekkig eind zijnde, met hetzelve was afgefneden, aan dat voorn, nieuw gemaakte eind te mogen overfteeken en vast hegten. De gemelde accijs nu, welke (wegens alle de bovengemelde gewigtige redenen voor het algemeene welzijn onzer Republiek, en van deeze Provincie in 't bijzonder) zöude nodig zijn, te leggen op de binvelandfche comfumtie der uitheemfche manufacturen, Dm die daar door aan onze eigene fabrieken in prijs :e doen geëvenredigd zijn , zou (onzes oordeels) allus dienen vastgeftelt te worden , dat dezelve van 11e lakenen, rattijnen, drogetten, ftametten, karfaaien, baaijen, flenellen, fergies, croonrasfen, faaijen, 'amasten, greinen, ftamijnen, calaminken, everlas•■ngs,geblomde en effen wollen of zij den ftof en, poude- fooi-  bEft MANUFACTUREN. 93 fcöijen, ftuweelen, trijpen , diemetten, bombazijnen, tri aj verders van alle geheel of half, of anderfins gemengde wollen, zijden, -catoenen of linden ■ garen, floret» ten of van nog anderfoortige garens gemaakte ftoffen of manufacturen, van wat voor benaming of van wat hoedanigheid die zijn mogten, welke tot kleding, dekfel, overtrekkingen of bekledingen worden gebruikt, dat van deeze alle (herzeggen wij) zoude moeten betaalt worden naar gelang van derzelver breedte, in dezer voegen: Als dezelve breed zijn beneden de | elle,-} dan 5 ftuiv. per elle. ca Van | elle tot i elle ingefloten, io ftuiv. § ^ b per elle. p § |* Boven i elle tot i£ elle ingefloten, 15 j *"■ ^ ftuiv. per elle. Boven ii elle tot a ellen ingefloten, a ^ ^ ** 20 ftuiv. per elle. § » O-O E> En boven de 2 ellen breed zijnde, 25 « "* ftuiv. per elle. j Ten zij men bij nadere overweging begreep, dat er eenig meer onderfcheid gemaakt moest werden tusfchen gemeene en kostelijker ftoffen van dezelfde breedte, nadien anderfins een wollen ftcffe van 7 ft, per t ti KEÏi VI. B.  Artiki Vi. B. 94 MIDDELEN tot HERSTEL :l per el, dat | el breed is, gelijk zoude ftaan met fluweel van 6 gl. van dezelfde breedte: en dus een boer zo veel zou moeten betalen voor zijn liegt goed, als een rijk heer, die zig in fluweel kleedt, 'een dienstmaagd, als haare vrouw , die met een zijden taf praalt; ook zouden in dat geval onze Fabrikeurs van zijden ftoffen niet naar gelang bevoordeelt worden : wes'nalven die accijs omtrent kostelijker ftofc fen.dus diende gerigt te zijn, dat van halfzijden ftoffen, van wat foort of benaming die mogten zijn ^ betaalt wierd Onder de | el breet, 10 ftuiv. per el. Boven | tot | el, 15 ftuiv. per el. Boven l tot i\ 10 ftuiv. per el. Boven i| enz. 25 ftuiv. per el. En van heek zijden ftoffen en fluwelen, van wat foort die mogten zijn, of wat benaming die mogten draagen. Onder de § el breed, 15 ftuiv. per el. Boven £ tot £ el, 25 ftuiv. per el. Boven ~s,iot if el, 35 ftuiv. per el. Boven i-i enz. 45 ftuiv. per el.' \ of om in eens alles voortekomen, zouden de vreemde manufacturen , zonder onderfcheid van breedte, kun-  der MANUFACTUREN. 95 :kunrien bezwaart worden met 30 percent boven der- 1 :zelver innerlijke waarde; mids dat ingeval van beIdrog in de egte waarde, het goed zou verbeurt zijn; 'zoo dat de belastingen als dan zouden berekend vvoriden, als volgt: [Goederen beneeden 10 ft. waardigs ft, belasting. ., , 20 ■ ■ 6 —■ 1 25 ' H 35 ÏOi • ., 45 ■ Ï3f ,__ , 53 15 — 55 i6§ ,. 60 18 65 i9ï , ____ ... 70 ■ 21 '• —— A 75 225 ' . 4 — 80 24 ' _ ,— . 85 — ftj| , . 1 co : 27 • . i 95 — 28^ , .1 L - _ ■ 100 1 . 30 per cento. en rtikks VI. 33.  artike: VI. m 9ö MIDDELEN tot HERSTEL en boven de ƒ' 5 : — telkens naar evenredigheid verhoogt. Wanneer men nu bevond, dat er gefraudeert was in het opgeven der zuivere waarde, zoo zoude men hier kunneri handelen gelijk men doet in het geval van de uitgaande en inkomende rechten; men zoude de waaren voor den opgegevenen prijs kunnen houden 5 en hun volgens opgaaf het geld teilen, en de goederen openbaar ten voordrele doen verkoper. Verders dat op alle andere vreemde manufacturen, welke niet bij de elle, maar bij het Huk, paar, dcu.djn of-ar dei fins, in de winkels tot de binnenlandfche confumtie verkogt worden, als hoeden, nm*\ feu, kousfen, handfehoeuen, wanten enz. gelegt worde een impost of accijs ten minden van 30 per cent van derzelver waaide; mede dienende en nodig ter haarer egalifeering met onze eigen inlandfche fabriek ken van dezelfde foorten; waar aan dan, zo in deze als in de andere Pi 0vinden wederom een groote menigte van menfehen hun beftaan zal kunnen vinden , dog welk getal federt verfcheiden jaaren, door den overgrooten invoer van alle die vreemde goederen, ongelooflijk is vermindert geworden, en de meeste van die zo nodige als nuttige manufaauren, bijna  der MANUFACTUREN. 9) Bijna tot niet gelopen zijn, in vergelijking dat ze j voor deezen waren. Dog dat egter niet worde toegelaaten, dat eenige manufacturen, waar van de invoer regelrecht verboden is, offchoou men den evengemelden accijs daar van betaalen wilde, zoude mogen in 't land gebragt, en in de winkels ingeflagen worden ; vermids ander*, bet zo hoognodig gevolg van het, Plakaat van den 4> Meij 1663. (10) (Art. I. vermeit) daar door ge- (10) Men kan hier tot opheldering bijvoegen, dat, bij gelegenheid der onderhandeling over de vernieuwing van het Commercie - traftsat met Vrankrijk, 't welk in 't jaar 1739. ten einde liep , wanneer dc Pranfche Minister eenige aanmerkingen maakte over het niet toelaten van Pwfifche Camelotten , toen door den Staat aan onzen Ambasfadeur geiast werd ,, te reprefenteeren, dat bij het Plakaat van den 4. Mei 1663. is verboden, dat uit ,, geen andere rijken of\ plaatfen hier te lande zouden ,, mogen wórden ingevcert eenige geverfde lakenen, fiametten , karfaaijen of baaijen , het zij dezelve in de ,, wolle, of gefpennen zijnde, gcverfl zenden wezen , al' leen de gemengelde colcuren uitgezonden. Dat het voorfchreven verbod bij haar Hoog Mog. Rcfolutie van ,, den 20. April 1685. is vernieuwt, niet alleen met nader expre^üc van eenige andere foorten van die wol„ len ftoffen, maar zoodanig, dat hetzelve tot alle wol,, len ftoffen is geëxtendeert; dat met de verandering van tijden en modes in de naamen en foonen vaH de wollen ftoffen verandering zijnde gekomen, en daaruit G », dis- . RTIKKL.. VI. B.  o8 MIDDELEN tot HERSTEL artikei VI. B. geheel te niet zoude raaken, gelijk nu federt eeren geruimen tijd gefchiedt, zo dat de winkels Ook van uitdrukkelijk verboden en confiscabele goederen vol zijn, ja dat die zelfs openlijk op de vensters ten toon liggen , (gelijk we met nadruk herhaalen) ter oorzaake, dat dit verboden goed binnen het land en in de fteden gebragt zijnde, de Admiraliteit;Collegien daar na geen onderzoek moogen doen, en dus zelfs verbodene manufacturen, tot merkelijk na* deel van het land en deszelfs ingezetenen, vrij en openlijk worden verkogt, zonder dat men er eenige agt op flaat; dog hetwelk door de voorfz. voorziening, disputen zijnde ontflaan , of de ftoffen van die nienwe benaming ook waren begrepen onder het voorfz. j, verbod, haar Hoog Mogenden, tot voorkoming vaa ,, dezelve, bij hare Refohitie van den 4. Februarij 1688. ,, hebben verklaart, dat onder het voorfz. verbod iva* ,, ren begrepen alle foojten van ftoffen , -welke gemankt ,, zijn van dezelfde ftoffen als reeds gemelde [leffen , Kat ,, naam dezelve ook mogte -worden gegeven. Dat daar ,, door aan het voorfz. verbod gefubiefteerd zijnde a'le ,, ftoffen, gemaakt van wolle, daaronder ook zijn be,, grepen de ftoffen in de voorfz. Memore g-meld, ,, vooronderftelt zijnde , dat die van wolle ziin ge- maakt, dat ook geene verandering kan ma- ken, dat die ftoffen zouden zijn geverft in de wolle, ,, dew jl het Plakaat van 1663., de grond \ an de volgende orders, zoo wel fpreekt van die in de wolle, „ of  der MANUFACTUREN. 99 ring, ge voegt bij de bevolene uitvoering van 't voorzeide Plakaat, belet zoude wosden. In opzigte nu der vreemde manufacturen, welke óm de bovengemelde reden, uit hoofde van de voorzeide belasting op dezelve, of wegens het evengemelde Plakaat van den 4. Meij 1663. of ook om eenige andere genoemde of ongenoemde oorzaaken, ïn 't vervolg verbeurt of geconfiskeert zullen worden, behoorde ook (en zulks al wederom in navolging van andere landen) bepaald te worden, dat dezelve hier in 't land niet zouden mogen blijven, neen, maar aanftonds onder bezorging van de admi. of gefponnen zijnde , geverf: zouden zijn , als aan het ftuk. Dat aan haar Hoog Mog. niet kan wor- den gevergt, het voorfz. veibod op te heffen, ten reguarde van de ftoffen, in dezelve Memorie gemald, „ zonder ook hetzelve in te trekken ten opzichte van de ,, ftoffen, gemaakt uit wolle, uit andere landen inkomende, gelijk hij Hr. Ambasfadeur zelve, met relatie tot Groot-Brittannieri, bij zijne Misfive wel heeft gere» „ marqneert; en , gelijk aan alle de wereld be. ,j kend is , het interesfe van de verwerijen hier te lande, en zulks van een handwerk van zoo grooten be,, lang, hetzelve geenfins kan permitteeren. " Men vindt dit in de Secrete Refolatien der Staten -van Holland over de jaren 1735-1741 bl. 414. en is misfehien niet bekend geweest aan den Steller dezer Verhandeling. de unc. G a A.RTIREI» VI. B.  ARTIKEL VI. TegenwerVingen. ioo MIDDELEN tot HERSTEL miraliteit, daar het geval plaats heefc, gebragt moeten worden, om bij de eerfte gelegenheid door den eenen of anderen commisfionaris of koopman, voor rekening van de gemelde admiraliteit, buiten's lands verzonden, en aldaar verkogt, of anders alhier verbrand te worden. Dog eer wij van dit VI. artikel geheel affcbeiden , zal het niet ondienftig zijn, eens te zien, wat daar tegen van fommigen wordt ingebragt.' C. Van alle de verfcheidene tegenwerpingen, of zwarigheden, gemaakt dcör onkundige of onverfchillige lieden omtrent de wezenlijke welvaart van ons Vaderland, tegen het gebruiken en op allerlei wijzen begunftigen van onze eigen manufacturen, (welke anders alle behoorlijk zijn beantwoord en opgelost in het meergemelde gefchrift, met naame: Hollands algemeene bloei, of'ruine, door het al of niet gebruiken van eigen manufacturen) is er ééne, wel op 3© gl- per ftuk wordt gecal„ culeert, 't gunt monteert . . . ƒ 60000: o: o „ Dat er ten derden „ 9 Verwersknegts een gansch jaar „ door aan het verwen der gemel- ,, de ftukken te werk kunnen ko- ^ Transporteere /' aooooo: o: o men, TIJSEÏi VI. C.  artikel VI. c. ioS MIDDELEN tot HERSTEL Transport/'200000: o: o men, die dan winnen ieder 7 gl. „ 's weeks, makende te famen . ƒ 3276:050 „ En dat er eindt lijk ten vierden, „ 7 Man, een geheel jaar door, aan „ het kasfenmaaken, pakken, fl'éi,, pen, fehuitevoeren enz. hun ar„ beid vinden, en wekelijks door ■ ., een iéder 6 gl. konnen verdienen, belopende . . . . . ƒ 2084:0:0 „ Het gunt, dan 1170 menfehen of „ werklièden uitmaakt, en vcor „ dezelve aan arbeidsloonen be- » draagc ƒ 205360: o: p „ En men kan verzekeren, dat deeze calculatie „ zeer bekrompen genomen is; want in gevalle men „ alles par le menu (of tot het minfte toe) had „ willen opmaken, 't gunt men, des gerequireert „ wordende , zeer faciel zoude kunnen doen, en „ waartoe men bereid is, dat als dan de gemelde „ forama bij de icooc gl. hooger aan arbeidsloon ,. zoude belcopen. „ Men remarqueere ook nog, dat hier niet wor- „ den,  der MANUFACTUREN. 109 den bijgerekenr. de avantagien (of de winften van 1 „ de gemelde ftukken inlandfche lakenen) waarop ,„ vcrfcheiden fabrikeurs en verwers als fatfoenlijke ,„ luiden, een gansch jaar haar huishouding op zou,„ den onderhouden. „ Alleen ftelt men, 't geen niet wel kan tegengefproken worden, dat de Provincie van Holland, ,„ alwaar de gemelde ftukken gemaakt worden, (en ,„ hetwelk in andere Provinciën ftand grijpende, na .„rato van haare belastingen, mede plaats zoude „ hebben) wegens derzelver ordinaire en extraordi.„ naire gemeene middelen, van die voorfz. ƒ205360 , „ aan verdiende arbeidsloonen , ten minften profiteert een derde, bedragende deswegen ƒ68453:6: o. „ (En dit alles, behalven het genot van de iraL posten, die het land nog profiteert van den be„ nodigden turf, kooien, waaggeld enz. bij de ver„ wers der gemelde lakenen gebruikt)." Dog als men eens nagaat, hoe veele inwoonders bij de welvaart der inlandfche manufacturen (door leverancien van allerlei eet- drink - en andere waaren aan de fabrikeurs en verwers, en aan de groote menigte van derzelver werkvolk") hun beftaan hebben, (hetwelk zij bij 'c verval dier manufacturen niet .rtikel' VI. C.  Arttrei, VI. c. iio MTDDELEN tot HERSTEE nier. hebben, maar geheel misien moeten) en waar van de Provincie wederom f- wegens de ordinaire en extraordinaire lasten geniet, zo mag nien het voordeel van het land öf Provincie, in het fabriceeren van 2cco ftukken lakenen, ten minften op dé helft van de daar aan verdiende voorfz. arbeidslooiien door een , en dus op ƒ 1026S0 Hellen. ,, Daar, als er 2000 ftukken vreemd of uitheemscB „ laken worden ingevoert, om als commercie we„ der buiten *s lands te vervoeren, dan daaraan, of ,, aan 't fleepen, kruien en fchuitevoeren te werk j, komen 4 menfehen, een gansch jaar door, en dat „ ieder derzelve kan verdienen 6 gl. 's weeks, en „ dus te famen ƒ 1248:0:0 in 'r. jaar. }j En indien de gemelde 2000 „ ftukken niet gefraudeert, ,, maar behoorlijk''aangegeven worden ter waarde van ,, ieder ftuk op 150 gl.; het „ inkomend regt daar van be- draaft tot 2 per cento . ƒ 6000:0:0 » „ En her uitgaande regt tot „ 1 per c nto ƒ 30:0:0:0 1 „ Lus m 't geheel maar ƒ 10248:0:0 in 't jaar. „ Men  der MANUFACTUREN. ui Men remarqueere, dat het inkomend regt hier ai ,, bijna £ te hoog genomen is, alzo men in 't aan» geven g van den prijs kan minderen; dog dit zij ,, zo, ten blijke, dat in deze calculatie geen ftu« ,,, dieufe vermindering is beoogt: [alsmede, dat hier „ niet bij gerekent zijn de voordeden van den com,„ misfionaris of koopman, (die de gemelde vreem» ,„ de lakenen ontfangt en weder in 't gros debiteert) ,5, en die het overige profijt alleen geniet, om dat ,„ de avantagies of de voordeekn der fabrikeurs en verwers, in de eerfte calculatie der 2000 ftukken ,,, inlandfche lakenen, mede zijn overgeflagen. .„ Als men nu arbeidsloonen tegen avbeidsloonen „ ftelt, bevind men in 't eerfte geval (der f«„ landfche lakenen )....ƒ 205360: o: o „ en in 't tweede geval ( dev uitheem- „ fche lakenen ) ƒ 1248:0:0 En dus een verfchil van /' 204112 : o: o En als men het profijt van het land of van de Fro„ vincie nagaat, is zulks in 't eerfte geval der inlandfche lakenen ƒ68453:0:0 „ en in 't tweede geval der vreemde „ laken, van 2000 ftukken aan arbeidsloon verdient ƒ 1248:0:0 „ is LTIKEti VI. c.  artikel VI. C4 Ui MIDDELEN tot HERSTEL Transport ƒ68453:0:0' „ is het pröfljt van 't land maar f. ,, of de 1, dat is ƒ 624:0:0, ge„ lijk de hierna volgende Tafel; „aanwijst, daar van . . . . ƒ 416:0:0 „ Dus een verfchil , dat het land „ meerder geniet. . . ... ƒ 68037 : o: o „ Het geen nu in 't laatfte geval der vreemde la„ kenen, als die niet gefraudeert, maar beboor„ lijk na derzelver waarde aangegeven worden „ C 't welk zelden gebeurt) voor de admirali„ teit komt ^ ...... f 9ooo: o : o „ en dan de. verdiende arbeidsloonen, » hier voor gemeld ƒ 1248:C;o s, zulks 2coo vreemde ftukken lakenen „ maar in 't geheel, zo voor 't land, „ als verdiende arbeidsloonen te fa- „ mengeeven ƒ 10248:0:0 „ De 2000 Hukken inlandfche lakenen, ,, komen te rendeeren zo'ten profijte „ van het land, als arbeidsloonen. .ƒ205360:0:0 , waar tegens het bovcnftaande afge„ trokken. ........ f. 10248:0:0 Een verfchil uitmaakt van / 195112:0:0 Als  der MANUFACTUREN. . 113 . Als nu de uitheemfche lakenen in 'c land blijven, en ter (liet of confumtie gebruikt worden, gelijk zeer veele duizenden ftukken jaai lijks daar toe van buiten worden ingevoert, zo zal het arbeidsloon, dat er aan het ontpakken en wederom op nieuw inpakken en verzenden derzeive verdient word, mede al niet hooger belopen, dan te voren gemeld is, wanneer ze als commercie buiten 's lands verzonden worden, namelijk ƒ' 124S : o : o in 't jaar, voor 4 perfoonen, die daar aan te werk koomen, en dan ook, alleen het inkomend regt daar van voor de Ad' miraliteit'op het favorabelfte gerekent ƒ 6000:0:0 bedragen, als ze namenlijk niet gefraudeert worden, maar behoorlijk aangegeeven, dog het welk jbijna nooit zo hoog, als gemeld is, gedaan word. — Edog de meeste winst daar van zal komen aan een of t:vee Negotianten, of Commisfionarisfen in die vreemde lakenen, zonder dat ons eigen werkvolk (uitgenomen de 4 evengeraelde perfoonen, of mogelijk eenige weinigen meer wegens de verzendingen ) iets, dat noemenswaard is, daar aan verdienen; daar ons werkvolk bij het tabriceeren van een gelijk getal inlandfche lakenen bij de 1200 fterk, als getoond is, uitmaakt, en gezamenlijk f 205360 guld. daar aan H ver- ARTlKElj VI. c.  AKT1 k e Vi. c. 114 MIDDELEN tot HERSTEL r. verdient, en de Provincie daar van, wegens de getheene middelen ten minsten profiteert \ ter fomme van ƒ 68453 : 6 : o, ja mag men zeggen de ± , bedragende ƒ 102680 guld., zo als wij hier nevens in de ftraks volgende Tafel nader getoond hebben. — Tegens de winsten nu der voorzeide Commisftonairen, zullen de winsten van onze fabrikeurs en verwers te famen niet alleen rijkelijk kunnen opweegen, maar dezelve vrij wat te boven gaan, gelijk een ieder kundige gemakkelijk zal kunnen oordeelen. — En wat betreft de winsten der winkeliers, dezelve zullen op het debiet der inlandfche lakenen wel wat minder, dog egter genoegzaam en behoorlijk kunnen zijn tot derzelver beftaan; edog daar en tegen zullen de winsten van onze kooplieden in alle de verfeheidene materiaalen, verwftoffen , en -andere ingrediënten, tot de fabriek der inlandfche lakenen nodig, ten minsten zo groot zijn, als die de gemelde winkeliers op de uitheemfche lakenen hadden: en we'ke winsten van onze koopluiden in 't geheel geene plaats hebben bij de confumtie dier vreemde lakenen, dewijl zij aan of tot dezelve niets leveren ; bij gevolge dan, moet de buitenlandfche commercie, door de binnenlandfche confumtie van eigen ma- nu-  der MANUFACTUREN. 113 ttufa&uren , ongelijk meer voedfel en welvaart ondervinden, dan bij de confumtie van vreemde manufacturen ; gelijk dus mede de binnen - en buitenlandfche fcheepwart noodzakelijk beter vaaren moet, nadien onze buiten - nat igatie bij het invoeren der vreemde lakenen en allerlei andere uitheemfche ftoffen (ten minsten zo verre het Engelsch maakfel is, en welke wel de groorite menigte uitmaaken, van die hier te lande inkoomen) bijna niets profiteert, dewijl die allen bijna altoos met Engelfche fcheepen herwaards worden overgebragt; en het zal met den invoer vaa alle andere uitheemfche manufacturen, het zij die te land of te water herwaarts worden gebragt, ook omtrent dus gelegen zijn, dog waar van, bij omkeering, het tegendeel door de confumtie van eigen inlandjche manufacturen plaats zoude hebben ten aanzien onzer buitenlandfche fcheepyaart, terwijl de binnelandjche ook merkelijk profiteeren zoude door het vervoer van allerlei foorten der ingrediënten, tot de Fabriek nodig. Als men nu, in plaats van aooo ftukken der gemelde inlandfche lakenen, eens neemt 10000 ftukken ('t welk naar de waarfchijnelijkfte calculatie, maar een derde gedeelte zal uitmaaken van alle de lakeH a nen HRTIKKfc VI. c.  Vi. c. 116 MIDDELEN tot HERSTEL l nen zo fijne als mindere foorten , die voor eigen confumtie ia onze republiek, het eene jaar door het ander geflagen , gebruikt worden ) zo zullen tot het fabricecren der zelve vereischt worden 5850 menfehen , zo oud als jong, en die gezamenlijk voor arbeitsloon daar aan verdienen zullen (op zijn minst gerekent, gelijk boven vermeit is) de fom van ƒ i,o<26S!oo : — : — en waar van de helfce (zo als bier vooren nader getoont is, dat het cigentlijk moet genomen worden) wegens ordinaire en extra ordinaire belastingen aan de provincie zal opbrengen . . . ■ . ƒ 513400 : — : — Daar tot het werk, dat aan 10000 ftukken uitheemfche lakenen hier te lande te doen is, volgens de reedsgemelde zekere opgaven, maar ao perfoonen nodig zijn, die daar van hun beftaan hebben; en het arbeidsloon, dat voor de gemelde ao werk' lieden daar aan te verdienen is, enkel bedraagt ƒ 6240 gl., waar van de helft, om het egaal te Hellen, door de provincie genoten word , en dus ƒ31:20 gl. en vervolgens het inkomend regt voor de admiraliteit, op z:jn hoogst gerekent, en als het niet gefiaudeert, maar behoorlijk aangegeven word, komt op / 30000 : «— : — waarbij gevoegt zijnde de  dik MANUFACTUREN. "7 de evengemelde fomme van ƒ 6240 : — : — we- / gens arbeidsloon, waar in het voordeel van de pro« vincie begrepen is, maakt ƒ 36240 : — : — het welk al het voordeel is, dat de ingezetenen aan arbeidsloon , dat de provincie daar van wegens de gemeene middelen, en dat de admiraliteit wegens het inkomend regt, van di zelve genieten, dit laaste op •zijn favorabelst gerekent zijnde: (want wij fpreeken wederom hier niet van de voordeden der commisftonarisfen en winkeliers op die vreemde lakenen, "alzóo daar tegen, gelijk gezegt is, de voordeden van onze fabrikeurs en verwers, als mede van de winkeliers van inlandfche manufacturen , en der •koopluiden in de ruwe materiaalen, verwftoffen en verdere ingrediënten tot de manufacturen benodigt, te faam genomen, rijkelijk op weegen) daar in tegendeel het arbeidsloon van even zo veel ftukken inlandfche lakenen over de millioen guldens rendeert; bet voordeel voor de provincie wegens de belastingen ruim vijfmaalhondert duizend guldens, en 5SWO perfoonen bij de zelve hun werk en kcstwinr.inj vinden. Wanneer men nu nog een ftap verder gaat, en volgens de bovengemelde calculatie neemt het gc- 3 tikel Vi. c. 1  artikr) VJ. c. I iï8 MIDDELEN tot HERSTEL . tal van 30000.ftukken fijne inlandfche lakenen, welk getal volgens getuigenis van fabrikeurs en winkeliers voor de jaariijhfche confumtie in onze republiek nodig geoordeelt wordt, %o zuilen aan dezelve werk en kostwinning hebben 17550 menfehen , zo oude als jonge, en gezamenlijk daar aan verdienen ƒ3,080,400 gl. waar van het voordeel of genot voor de provinciën, in welke die lakenen gefrabriceert worden, wegens de ordinaire en extra ordinaire belastingen, de helft zijnde, het eene jaar door het ander gerekent, de zelve dus daar van genieten zullen ƒ 1,540200 gl. dat is meer dan anderhalf mülioen guldens. De overige manufacturen nu van wollen, zijden, linnen, catoenen, turkfche en andere garens of hair, 't zij in zijn geheel en zuiver, of met den anderen meer of min vermengt zijnde, gefabriceert, welke voor de jaarlijkfche confumtie in onze republiek aodig zijn , indien de zelve maar op f meer, dan le voorf. 30000. inlandfche f^ne lakenen gerekent vorden (fchoon der zeiver getal naar alle waarfchijnelijkheid wegens de geringe foorten onder de selven, ten gebruike van 't gemeene volk, op veel meer dient gefehat te worden) zo zullen grofjo mo- i  der MANUFACTUREN. n? do gerekent, ten minsten 52650 perfoonen (12), a zo oud als jong , daar aan hun werk en beftaan vinden, en volgens een ruwe calculatie (dewijl eenige foorten meer, andere wederom minder arbeidsloon geeven) daar aan verdienen ten minrten f meer, dan in opzigt der bovengemelde inlandfche Jakenen , netto - is opgegeven, 't welk dan zal bedragen met het \ van de lakenen te famen een fomma van ƒ9,241,200 : — : — en de helft daar van, gezamenlijk voor alk de provinciën , die deel in 't Fabriceeren hebben , zal jaarlijks belopen ƒ 4,620,600 : — : — Edog men kan in dezen, op zeer goede gronden, nog al verder gaan, als men het getal der ingezetenen van de republiek in overweging neemende, vooronderftelt, dat er in de Provincie van Holland een millioen inwoonders zijn, en in de. 6 andere (ia-) Ja vrij wat meerder, dewijl aan de zijden man*, fêteren van or.s land ailcen , meer dan ,0,000 meniehen ep een onlenAijke wijze hun beftaan zoudrrr kunnen hebben (als de zelve, gelijk fcij andere «eiken getchied, wierden befchermt, en boven de vr temde zijden ftoffen gepraeFereert) blijkens het getuigenis v4fi de commifa.isfen der zijden manufacturen der flad Amfltrdam ■ in der zeiver requeste aan wijlen zijne doerl. luo^.etd in dat» den 11 Maart 1749. H 4 RTTKKfc VI. c.  /rtike VI. c. B! t7lx©. 120 MIDDELEN tot HERSTEL r, dere Provinciën, nevens de GènëraTiteitï landea en fteden, ten minsten ook zoo veel, gelijk dezelve daar op of op wat meer doorgaans gelchat worden; (13) wanneer men nu ftelde/dat ieder van de |de gedeeltens (welke wij hier maar ftellen, en dus een geheel £de gedeelte, dat is 5coooo inwoonders wegëns de algemeene groote werk - en Wering - loosbéid jn ons land , voor zeer behoeftigen neemen, die (13) Door de hatlte telling des volks van Neder, land, waar van de opgave een getal is van boven de 1,880,000 zielen, zoo als de bevolking was federd de laatlle Allianue 1755 met Frankrijk en de daarbij gedane overgift der landen van Staatsvlaanderen , Maaftricht, Venlo, en om- en bijhoorige ftreken, blijkt het, dat de berekening des fchrijvers vrij naaukeurig uitkomt, als hij de bevolking toen ftelde op twtt milliocn ingezetenen, ten minnen als men nu daar van af rekent de bewoners van die afgeftane landen, welken al een vrij groot terrein beflaan. Wat voor 't overige des fchnjvers berekening betreft van de voordeden, die de gemeene Middelen van verteering aanbrengen over de 1170 perfoonen, en zoo velen meerder naar evenredigheid vvn twijfelen of de ondervinding en de ontvangst dier Middelen, hier wei aan beantwoorden. Meerderen grond van zekerheid fchijnt tc hebben die volgende bereke. mng; dat door elkander jaarlijks voor 20 guldens M„ Inlandfche manufacturen van alierle-i foorr, door elk perfoon van het drie vierde gedeelte der ingezetenen verbiuikt worden.  der MANUFACTUREN. i^i die geen nieuwe kleederan maaken, maar met ou- a de en van andere afgelegde, zig behelpen) der gemelde 2 millioenen menfehen, door malkander gerekent, jaarlijks maar voor 20 gulden aan inlandfche manufacturen van allerleij foorten tot kleding en dekfel gebruikte (het welk voorwaar, op dat groot getal, door malkander gerekent, met reden .niet te veel kan gefchat worden, en voor al niet naar de tegenwoordige gewoonte van dikmaalige verandering van kleding in vergelijking met vorige tijden) zo zoude zulks ieder jaar 30 millioenen guldens belopen, welke (behalven het geen voor de materiaalen en ingrediënten, die van buiten moeten ingevoert worden, dog waar bij onze fcheepvaart, zo linnen als buitenlandfche wederom Veel voordeel, als boven betoogd is, zoude genieten,) voor hen grootfte gedeelte dan in 't land zouden blijven, om zeer veele duizenden van inwoonders, door het werk of fabricq daar van te maaken, als mede zeer veele andere, die van deezen wederom leeven, te doen beftaan, en eindelijk nog andere daar en boven goede overwinsten daar uit, tot verrijking zo van hun, als van het land, te doen genieten. Daar in tegendeel wanneer de vreemds manufattu11 5 ren, RTIKEL VI. c.  artik VI. c. 12a MIDDELEN tot HERSTEL £l ren, in de plaatfe van onze eigene, in zulk een algemeen gebruik blijven, als zij thans zijn, zo moe. ten die confiderabek en zo imporante fommen , bijna geheel, jaar op jaar, het land uitgaan,.uitgezonden enkel de winsten , weike de commisfionarisfen en winkeliers in die vreemde manufacturen daar van genieten , dog die in opzigt van die voornoemde groote fommen, maar zeer geringe gedeeltens zijn; maar het land ter contrarie, nevens zeer veele du*, zende van des zelfs ingezetenen moeten bij noodwendige en onwederleggelijke gevolgen, hoe langer hoe meer verarmen en uitgeput worden. Welke zeer nadeelige en beklaagelijke toeftand nog verder moet blijken bij ons reeds op een confiderabele wijze plaats te hebben, en in het vervolg veel meer te zullen toeneemen, ingevalle het met onze eigen manufacturen dus blijft, gelijk het thans daar mede gelegen is; als men gelieft te 0verweegen , dat de evengemelde fomme van 30 Millioenen, hoe groot en important de zelve ook zijn mooge, egter bij nader onderzoek zal bevonden worden nog het geheel niet te bedragen, niet alleen vm de ganfche waarde van allerhande ftoffen of manufacturen, welke alle de inwoonders van onze Re. pu-  der MANUFACTUREN. iaS uubliek te famen genomen, in een jaar tot hun kleiring en dekfel nodig hebben, of gebruiken; maar tielfs niet te bedraagen het geheele montant van de rrbeidsloonen, die daar voor betaak zouden moeten worden; nadien vervolgens de gemelde zeer waarcchijnelijke onderftelling, dat er dertig duizent fiuk* teen fijne of beste lakenen jaarlijks voor onze binne'dana/che confumtie vereischr. worden) her genoegzaam zeker is na te gaan, dat *er van wegens de groote menigte van min vermogende en geringe Helden in ons land, van de tien menfehen omtrent een tte rekenen is, die fijn laken draagt, zo fchieten 'ei ddan van dc tien, negen over, of &dj? deden var aalle de inwoonders, welke gemeen ilag van laken, cof andere mindere foorten van manufacturen vooi bhunne kleding gebruiken, (waar onder de vrouwer imede be'nooren, welke, fchoon geen of zeer wei rnig laken gebruiken, egter met andere ftoffen, zc iyan wolle als anderfins gemaakt, zig kleeden) zc °6r680 : o : o * 1,440,840 : o : o ^ 30000 17550 ,„030,4 ^. ^ Iomaal meer als er alle 10 maal meer *° maal' 10 maal 1° ™al 10 mgal N^irS ' — —7^^ "al"^ ~Z^T 75-.— ,^00:0:0 / 30,6^ o : o f ^ : i: o bij gereekent worden. 175500. ƒ 30,804,000 : o : o ƒ I5j4oj50 men_ NB. Mits dat er in de Die jaar in jaar uit aan Dat is ruim veertien mil- Datisruimhondndviif- Dat is ruim dertig mil- Dat is ruim vijftien mil- aangeeving bij de arbeidsloon uit het lioenen die het ge- n-zeeventigduizend lioenen guldens aan lioenen, die ^t ge- Admiraliteit „iet land gaan, door het mee** Land jaarlijks menfehen die er bij arbeidsloonen, waar meene land, in de . geüookcn wordt. gebruiken Van „tm- aan reel mkomen ver een a lemeen gebruik bij men voegende nog middelen van confum- „ man„f«afturen,zö„ liest.bij het gebrm- van inlandfche fabrie- eens zoo veel voor de enz. profileren der nu te reekenen de ken der „u.i. t, ken zouden kunnen de ftofagie, zoo zal zoude, door t ge- ftoffagie die nog eens bueUen. hun beftaan hebben. het zaamen bedraagen bruik van «ge..jr zoo veel bedraagt. ruim 6.1 millioenen, fabriceerde manufac die in het land zou uiuren. den blijven, en rou- leeren , en de helft daar van maar eens voor de algemeene commercie a 20 per cento winst geree- kend , zoude dezelve ook over de 12 mil j | lioenen jaarlijks voor- ! : deel doen.   deb. MANUFACTUREN. 133 hierboven naaukeurig is aangetoont, zo is het mede 1 in opzigt van alle andere manufacturen, die hier te lande gemaakt worden, en die van buiten worden ingevoert, naar rato van derzelver ftoffagie en arbeid daar aan hefteed, insgelijks gelegen; het welk gerequireert wordende, men ook van ieder foort zoude aantoonen kunnen. c) Zo dat, alles zaamgenomen zijnde, wij befluiten, dat de goedkoope kleding voor de ingezetenen van ons land,. door vreemde manufacturen , 't geen wij te voren zagen, dat door anderen als een billijke en wenfchelijke zaak voorgedragen, of ons tegengeworpen wierd, inderdaad, wel ingezien zijnde , voor de alleronbillijkjle, en teffens voor de allernadeeligfle zaak voor de welvaart van ons land, en voor zeer veele duizenden van des zelfs ingezetenen (dewijl die daar door hun ganfche beftaan en kostwinning moeten misfen) met alle regt en reden te houden is; en waar tegen het gering voordeel van het voorf. beter koop voor de andere ingezetenen, op generleij wijze kan opweegen: waarom ook, gelijk boven vermeld is, alle andere lan den, alwaar eenige goede gelegenheid tot het fabri ceeren van eigen manufacturen kan plaatfe hebben I 3 zi RTIKEIs VI. c. >  Artikel VI. c. j' -. ( 134 MIDDELEN tot HERSTEL zig met alle vlijt en zorg daar op toeleggen, rekenende de binnenlandfche confumtie derzelve voor het grootfte voordeel, dat ze daar van kunnen hebben, ja wordende zelfs bij die volken, welke de meeste buitenlandfche verzendingen in de zelve hebben, nogtans de binnenlandfche confumtie van hunne eigen manufacturen voor de grootfte markt, of voor het grootfte debiet, dat ze daar van hebben, gehouden, ja, voor merkelijk grooter, dan alle derzelver buitenlandfche markten of verzendingen te faamgencmen; en daarom ook bij de zelve , zo veel maar eenlgfms doenlijk zij, met alle vermogen behartigt, geconferveert, en aangemoedïgt, gelijk bij de Engelfchen en Franfchen gefchiedt, en der zeiver eigen fchriften zulks ten klaarden getuigen. Zonde men nu, zo uit het even, als het weinig te voren aangetoonde, dan ook niet mogen opmaa» ken, dat de binnenlandfche confumtie van eigen manufacturen, bij ons mede, gelijk het bij de andere gemelde volken gerekent word, voor de beste markt, of het grootfte debiet, en aanmoediging van onze manufacturen te regt zoude te houden zijn, én ook inderdaad zoude kunnen weezen ? indien de zaaken door de wijze voorzorg der hooge Overheid dus ge- fchikt  dïrMANUFACTUREN. ï35 fchikt wierden, dat door de voorf. belasting op deA vreemde manufacturen, als mede door de andere middelen tot redres & aanmoediging van onze eigene fabrieken, de zelve zo algemeen in 't gebruik raakten, als thans de uitheemfchen zijn, te weten, dat in plaats van een, of ten hoogten twee ftukken inlandsch maakfel, die onder honderd ftukken van allerleij foort tot kleding en dekfel in onze Republiek gebezigt worden (gelijk we te voren getoont hebben, dat in der daad zo is) het tegengeftelde ftand greep, namelijk dat er onder ïoo ftuks, zo niet geheel, ten minften ~~ deelen of anders gezegt 98 of 99 ftukken inlandfche fabriek gebruikt wierden. Door welke confiderabele verandering het buiten eenige twijffel zeker zoude zijn, dat alle onze nu zo zeer vervallen en bij na te niet gelopen manufacturen, dan geheel en al zouden worden opgebeurt , en in een allerwenfchelijkften bloeijenden fiaat gebragt, behalven den bloeij der algemeene commercie , en veele andere reeds gemelde aanmerkelijke Voordeden, die daar van zekere gevolgen zouden weezen; zo dat, al kwam er dan de buitenlandfche verzending onzer manufacturen niet bij, zo als die voor dezen geweest is (en waartoe ook niet veel I 4 grond RTIKEt, VI. C.  artikei VL C. I3<5 MIDDELEN tot HERSTEL 1 grond ran hope is, federt de opregting van eigen manufacturen in de meeste vreemde landen, en de groo« te zorg aldaar voor der zeiver confervatie en ver» dere aanmoediging) er egter wegens de gemelde confiderabele verandering en verbetering voor den ftand onzer manufacturen, en daar door voor de algemeene welvaart van ons land overvloedige reden van genoegen zoude zijn bij alle regrgeaarde Vaderlanders, die , zeer gaarne het groot algemeen welzijn d waar aan een ieder bij vervolg van tijd deel zal hebben) zouden zien herleeven, en met regt patriottifche harten tot de laatfte nageflagten zouden wenfchen en dadelijk poogen te doen ftand grijpen 9 boven een zeer gering, bijzonder, ja gewaant, eigen voordeel, 't welk, tot ruine van het land en •yan de meeste ingezetenen, onwederfprekelijk ftrekt. Indien nu bij de voorf. generaale confumtie van eigen manufacturen rot kleding en dekfel in onze Republiek door de edelmoedigheid der ingezetenen en uit een eigenaardige zucht tot 'slands welzijn, en dat van hunne mede landgenooten, in loffelijke navolging van verfcheiden natiën, en in 't bijzonder der Engelfchen, nog kwaame een algemeen gebruik van alle andere eigen handwerken, zo tot huisraad,  der MANUFACTUREN. 137 raad, als kunstwerken, Galanterie waaren, of tot eenig andere foort behoorende, zo zoude men niet alleen de evengemelde confiderabele verandering en verbetering van 'slands welvaart zien ftand grijpen, maar men zoude cok verders op zeer goede gronden daar uit mogen te gemoet zien, ja vastftellen , dat het tegenwoordig getal der ingezetenen van ons gemeenebest dan op verre na niet groot genoeg zoude zijn, om al het benodigde van eigen manufacturen , en van allerlei andere handwerken, als mede van alle noodwendigheden dezes levens, behoorlijk te kunnen maaken en' verzorgen, maar dat er dac wel een verdubbelt getal van de tegenwooidige ingezetenen ten voorf. einde noodwendig zoude ver. eischt worden. Waar uit verder gemakkelijk is optemaken, wat al meer veelvuldige groote voordeden vooi ons ganfche Gemeenebest en voor alle foorten vai inwoonders, zo ten platten lande, als in de /leden daar uit te wagten zouden zijn; en in 't bijzonder of dan wel met eenigen fchijn van reden zoudi kunnen gezegt worden, gelijk nu gefchiedt, dat e in de Provincie van Holland, eer te veel dan te wei nig landerijen zijn, en dat bij gevolg de ondernee mingen van het droogmaaken van het Haarlemme I s Mei ARTIKEL VI. c. 1 f ' r  artike VI. €. 138 MIDDELEN tot HERSTEL l Meir en van andere groote plasftn, niet raadzaam , noch voordeelig zouden zijn; immers het tegendeel daar van, zoude de evengemelde confiderabele vermeerdering van 'slands inwoonders en welvaart bij een ieder dan zeer ligt ingang doen vinden, en daar uit alle aanmoediging en hope van gewenscht lucces, tot die gewigtige, zeer nuttige en teffens ten hoogten noodzakelijke onderneemingen doen geboren worden. De eren klaar aangetoonde groote verandering van 'slands welvaart, ten besten zo van des zelfs inkomften, als voor de ingezetenen, door het op allerlei wijze bevorderen en gebruiken van onze inlandfche manufacturen, en alle andere eigen handwerken, zoude dan het regte middel ter verbetering van on» zen.koophandel en van des lands finantien tegelijk, tonnen zijn, zo als dit ook bij de Admiraliteit van Zeeland in der zeiver advijs op de geproponeerde verhandeling door wijlen zijne doorl. Hoogheid tot her ^ 1 der'commercie, word goédgekeurt en gewenscht, aldus luidende: hl. 12 van den ;druk in quarlo. „ De Vierde remarque (zeggen zij ) beftaat daar „ in, dat het niet genoeg is, dat in prejudicie van ?y 's lands  der MANUFACTUREN. *39 „ »s lands inkomften, de ingezetenen met winsten A: „ worden verrijkt, die mogelijk niet heel greetig „ zouden weezen , om uit dat confiderabel voor„ deel, pro rato te draagen in zulke lasten, welke „ te voren uit de aftefchafFene inkomen wierden betaalt; maar, 't geen een der grootfte oogmer„ ken van de ganfche verbetering behoorde te zijn, „ dat zodanig een middel van redres worde gere„ quireerd, het welk de vervallen: finar.tie, zo wel „ als den quijnenden koophandel zoude opbeuren, v en zo veel mogelijk hertellen; want anders vraag „ aan een ieder, wie hij ook weezen mag, wat tot , redres diene, hij zal niet lang draalen van te antwoorden', de ontheffing van alle lasten; zijnde „ het maar al te waar, dat een ieder fpreekt naar „ eigen interest, met voorbijzien van het land zij„ ner inwooning." Welk vereischte van hun Ed. Mog. ganfchelijk word toegeftemt in de gedrukte aanmerkingen op der zei ver gemeld Wjs in deezer voegen bl. ïto. „ Men wil gaarne toeftaan, dat het een treffelij„ ke onderneming is, om in een en het zelve prolje&, en 's lands finantien te verbeteren, en tef„ fens de commercie te herftellen; zijne Hoogheid „ is itiïeï» VI. c.  VI. c. 140 MIDDELEN tot HERSTEL „ is van begrip geweest, dat hoe zeer in het be« „ gin de revenues van de admiraliteits-collegien, „ iets door het gelimiteerde porto franco zouden „ hebben te lijden, ja, zo men wil, komen te „ misfen, zulks egter bij vervolg van tijd dooreen „ bloeijenden handel in de republiek zoude wor„ den vergoed; dan bij aldien er een middel uitte„ vinden is, om, was het mogelijk, beide de fi„ muien van den lande, en te gelijk de commercie „ te bevorderen, zoude misfchien het beste en tef„ fens bet veiligfte middel zijn, het getal en den „ omflag onzer admiraliteits-collegien te proponi> „ neeren naar de groote onzer zeemagt; uit welk „ noodzakelijk redres aanftonds zoude worden ge„ boren een accroisfement en aanwas van revenues, „ zo als haar Ed. Mog. op bl. 66 enz. zelve no„ dig oordeelen; te meer, nademaal dat accroisfe„ ment zig niet zoude bepaalen tot de inkomende „ en uitgaande rechten alleen, maar zelfs tot de ' » belastingen van waaggeld , kraangeld en dierge„ lijken." Het middel tot beide de voorf. groote eindens in deeze aanmerkingon vermeld, laaten wij aan het wijs en vooruitziende bellier van hunne Hoog Mog. de  BF.it MANUFACTUREN. 141 de Weren Staaten Generaal van onze vereen';gde Ne- AR dtrlanden, als mede aan de trouwe voorzorge van haare Koning lijh Hoogheid, de vrouwe Gouvernante deezer Republiek ( 15 ) 5 r.eemen de vrijheid van (IS) Men ziet Uit deze woorden, dat dit gefchrift vervaardigd is gedurende het bewind en de voogdij van Princesfe Anna, toen genoemd 's Lands Moeder, en ouder wie men hope had (immers zoo waren toen de omHandigheden en de dankbeelden) dat 'slands zaken, koophandel, zeevaart en £eldmiddelen wederom opgebeurd en herfteid zouden worden. En 't is hierom dat men het den kundigen Pieter Paulus in zijn welgefchreven boekjen, het nut der Stadhouderlijke Regeering bl. 89, 90. niet kwalijk kan afnemen, als hij zegt „ dat „ hare ontijdige dood het Vaderland beroofde van eene „ getrouwe Gouvernante, het Volk van eene goedhartige Weldoeniler , en den jongen Prins en Princes van eene „ tederhartige en verftandige Moeder". En dat die 2elfde fchrijver over 't algemeen aanmerkt „ dat deze „ landen onder haar opzigt lóflijk beftierd geworden, '„ en door het genot van ftilie rust en vrede niet weinig in vermogen totgenomen zijn". Hij voegt er zelfs bij deze aanmerklijke verklaring: fommige , die deze Koninglijke Vorflin van nabij gekend hebben, weten, hoe zeer zij zig wegens eene ongemaakte vriendelijkheid en tedere Zorg bij de landzaten had bemind gemaakt, en hun op hare beurt beminde; men heeft haar nagegeven , dat zij in het uitdelen van ampten of andere milde giften doorgaans een Nederlander boven een' vreemde* Vmg fielde; een deugd die alle Forflen in de harten der onderdanen plaatst, en niet tegenjlaande de dood hun heeft weggerukt, nogtans geftadig op de tong der levenden doet t ij den , TI KEI» VI. Cl  14a MIDDELEN tot HERSTEL artike VI. c. c van te zeggen, dat wij meenen met confidentie te mooge;i fuflineeren, dat zodanig een middel, als in de beide evengemelde fchriften allelins word vereischr, goed- rijden, enz. Hij fchreef dit in eenea tijd ( 1772) toen men de gelukkige gevolgen harer loflijke bezorgdheid voor en in de bloeiende welvaart van 's Jands ha-del en finantie nog onder het oog had en ondervond. Maar hoeveel verfchillen daarvan de latere tijden, federd dert rampzaligen oorlog met Engeland in 't jaar i?8i. ons berokkend! Men kan van dat verfchil overtuigd worden uit het geen ons de Burger Reprefentant van de Kasteelt laatstlijk ten opzicht der finantièn heeft geopenbaard, volgens de Dagbladen van van Schelle, dat namelijk tusfchen de vorige jaren van 1756 en 1781. zodanige aflosfingen van de Hollandfche ftaatsfchulden zijn gedaan, dat daardoor de interesfen of renten der verfchuldigde kapitalen verminderd, en in 't jaar 1781. geweest waren, eene fomma van f 1,178,530. minder dan in het jaar 1756. 't welk tegen den interest van s>| percent gcreekend zoude moeten uitbrengen eene aflosfing van kapitaal, tot ƒ 47,141,200. of meer dan 47 millioenen in die jaren; waar tegen, zegt hij, federd Januarij 1795. tot 30 Junie 1796, die fiaatfchuld vermeerderd is mét ƒ 44,84-M6"a. dat is, met meer dan 44 millioenen. Een bewijs voorzeker! hoe hoognoodig het zij, dat de Nationale Reprefentar.tcn , bijzonder die van Holland, alle hunne zorgen belleden tot het weder opbeuren der inlandfche fabrieken en handwerken, waartoe in die vroegere jaren onder den Stadhouder Willem IV. en zijne Gemalinne Anna de pogingen zoo weinig vruchtbaar geweest zijn. Zie de volgende aanteekening (16). B e iiirc.  der MANUFACTUREN* 143 goedgekeurt en voor ten hoogden wenfchelijk verklaart, in deeze onze middelen van herftèl is aan de hand gegeeven niet alleen, maar ook op onwrikbaare gronden wordt gedemonftreert; en wel in dier voegen, dat het buiten eenigen twijffel of onzeker» heid nopens den uitflag kan ftandgrijpen; ah mede zonder eenig gevaar of bedugtheid in opzigt van vreemde mogendheeden; gelijk ook buiten eenig* nadeel of verlies aan het gemeene land, of aan eenige collegien te veroorzaaken, maar integendeel met een algemeen voordeel en bloei aan de ganfche Republiek toetcbrengen, uitgezondert alleen eenige vermindering der groote winsten van die weinige lieden onder ons, welke wegens de vreemde manufacturen en handwerken thans een van den besten handel (die bij ons uit hoofde van den overgrooten invoer van alle foorten derzelve, nog is overgebleven) hebben; hoewel in tegen overftelling van honderd duizenden inwoonders, ja van bijna het ganfclie land, welke door dien handel in hun beftaan en welvaart zo aanmerkelijk moeten lijden, en de zaaken dus blijvende, hoe langer hoe meer zullen uitgeput, en totaal geruineert worden, of veele van hunne landgenoten, die hen reeds zijn voorgegaan, in kRTIKEl» VI. Ci  i44 MIDDELEN tot HERSTEL ARTT KE VI. c. Lin andere landen zullen moeren volgen, om aldaar een beter middel van beftaan voor zig en de hunnen te gaan zoeken. Edog met het evengezegde willen wij de middelen tot her/lel van de generaale Commercie deezer landen, in het heilzaam voor/lel van wijlen zijne doorl. Hoogheid voorgeflagcn, niet afkeuren, maar in tegendeel wenfchcn wij van harten (gelijk reeds, door ons geuit is) dat alle dezelve, zö veel ze eem'gfins tot herftel van de algemeene welvaart vart ons land iets kunnen toebrengen (nevens de geenen, welke alhier door ons zijn voorgefteld) hoe eerder hoe liever, eer het te laat zijn zal, met eens wtlmeenende en vaderlandlievende overeenftemming van alle de Provinciën, mogen in 't werk geilek worden (i6}. Toe (;5) Het zal den lezer dcnklijk niet onaangenaam zijn dat ik hier een woord gewage van 't geen tot redres van den koophandel in 't jaar 1751. door zijne Doorl. Hoogheid, Willem IV. zoo aan de Staten Generaal als die van Holland is voorgefteld, te vinden in de Nederl. jaarboeken 1751. bl. 894. waar hij, na alvorens te hebbsn opgege» ven de oorzaken vnn den grooten aanwas en 't gevolgd langzaam verval onzes handels, die hij brengt lo. tot natuurlijke, 20. tot zcdelijken, en 30. tot toevalligen, en oa de opgave van zoo vele verfehillende plans, om den koop-  her MANUFACTUREN. 145 Tot adftructie van welk zeer wenfchelijk en hoog-' nodig befluit, nevens de eenparige uitvoering daar van, wij hier nog het een en ander uit het advijs van de Admiraliteit van Zeeland zullen laaten vol» gen, als mede uit de aanmerkingen ■ op dat advijs gemaakt (beide hier voren reeds aangehaalt) en waar bij uit de advijfen der Hollandfche Collegien 'over de zeezaaken, naar alle gedagten, ook eenige cita- koophandel meer aan te moedigen en op te beuren, onder anderen een Voorftel doet, om in te voeren een zogenoemd gelimiteerd porto franco van zulke goederen, welke tot de generale commercie behooren , op zodanige wijze ingericht, dat daar door fommige goederen eenen geheel vrijen invoer of onbepaald porto franco zouden geBicten ; anderen bij den invoer zekere rechten of rollen betalen , maar bij den uitvoer te rug betaling zouden krijgen , 't welk in Engeland bekend was onder den naam van drawbak; en dat tot het binnenlandfche beftuur ge. weerd behoorde te worden de ongelijke ophef der middelen te water in de Provinciën, en de bedriegérijen der kooplieden beter te keer gegaan. Dit voorftel met alle de middelen daartoe dienende heeft zeer vele ftoifc toe deliberatien en gefchriften opgeleverd, bijzonder na den kort daar op gevolgden dood des Stadhouders , onder zijne Weduwe, de Gouvernante, aan wie de AmlteJdamfche en Rotterdamfche kooplieden, afgezonden om het rouwbeklag te doen, teffens zich kweten van hunnen last, om te bedanken voor de heilzame propoptie ter herftelling éts koophandels door u-ijlen zijne Ihogheid gedaan,, en K Haar ARTIKEL VL  146* MIDDELEN tot HERSTEL * r tt kei VI. c. citatien tot meerder aandrang van het gemelde, zouden zijn gevoegt geworden, indien we de zelve waaren magtig geweest. Op bladz. 66. dan van 't voorn. Zeeufche advis word gezegt; ,, Deeze verbeterde lijst ([waar van te voren „ gefproken was) aldus gearrefteert werdende, „ zal, onzes eragtens veel goede en aangenaame inbaar tellens te verzoeken, om door haar gunstige bcfturing die goede oogmerken te helpen bevorderen. Men zie de Nederl. jaarb. 1751. bl. 916. 1057. 1169. Het gevolg was ook, dat, na veelvuldige conferentien , advifen , en lefmgnes der afzonderl jke en generale Staten in 't jaar 1754 den 19. December te voerfchijn en ter tafel van Hun Hoog Mog. kwam een zeer breedvoerig en, mag men zeggen, vrij eenparig opgcfteld Advis, 't welk, indien het toen ten befluite en uitvoer had kunnen gebracht worden, zeer veel kwaad in 't vervolg zoude geweerd hebben- Men leze hier van het Raport van het Sefenjit' viezen , bijlage F. bl 9. in fol. . en in de Nederl. jaarb. 1789 bl. 1680. waar men met de woorden van de Admiraliteitscollegien dus fpreekt: dat dit geheele werk , tot hoe vele klaarheid en preciesheid het zelve, in alle decle;; Vlas gebracht , en hoe zeer het zelve, ingevolge de pogingen van willen zijne Hoogheid, en hare Koningl. Hoogheid glor. ged., en de inflantien van verfeheiden bondgenoten , met zoo veel moeite, tijd, en arbeid, zoo.verre was.gehrfut, dat daar aan niets meer fcheen te ontbrceken da» scSanciit. der bondeenden , het zelve nóchtans was blijven lig'  der MANUFACTUREN. 142 „ influentien hebben op den binnenlandfchen ban„ del, voor al zo de trafieken, fabrieken, manu~ facturen en producten door andere voorregten „ en ontlastingen worden gebeneficeert , om daar „ door onze kooplieden in ftaat te ftellen , tegens „ anderen, hunne goederen te verzenden en te de„ biteeren, en daar en tegen vreemdelingen te al- s, lici- liggen even als of aan het voorfz. werk in bet ge¬ heel niet was gedacht. Men had toen bijzonder ook zijne aandacht gevestigd op der Engelfchen grondregelen, die hunnen koophandel en manufacturen zoo grootlijks bevorderen en ftijven, en welken men met korte wooiden dus omfchrijven kan: ,, dat zij de zaken daar henen wendei, ,, om hunne Nationale manufacturen uit tc voeren met de ,, minstmogelijke lasten, en daar bij de vreemde mate,, rialen en ruwe ftoffen, die hun dienstig zijn, in tc ,, voeren en aan tc lokken met de minstmogelijke belas,, tingen; maar daar en tegen , de uitheemfche manufac,, turen of te beletten of te belemmeren door zware belastingen, en hunne ruwe ftoffen en materialen, die aan anderen van dienst konden zijn, bij den uitvoer „ of te beletten of ook zwaar te beiasten". Waar bij men vergelijke de grondregels aangehaald bij charle« king, hiftorie van den koophandel van Grootlrittannien D. I. bl. 15. enz. Aan deze poogingen , toen aangewend, heeft men ook dit tegenwoordig gefchrift te danken, fchoon meer regelrecht ingericht, om onze maniit facturen door 't beletten van nitheemfchen te bevorderen. be V i t a. Tv 2 ARTIKEt VI. c.  artikei Vi. c. 148 MIDDELEN'tot HERSTEL „ licieeren, om zig hier te lande tot zodanig een „ einde nedertezetten; bezwaarende diergelijke waa- ren en koopmanfchappen, die yan buiten inko„ men, tot encouragement onzer eigene ingezete* nen ter ffigtinge en oprichtinge yan meerdere fa» „ brieken enz. ten voordeele van het algemeen. Op bladz. 74 en 75. Na dus eenige weinige remedien tot verbete- ring in confideratie gegeven te hebben, zo mee„ nen wij, dat de navolgende poincten onder die hulpmiddelen geiangeert mogen worden; als s, Ten eerften, dien algemeenen grondregel , zo „ veel doenlijk,,in .agt te neemen van het Konink„ rijk Engeland , '/ welk alle zaaken, die eenigen „ invloed op zijne memufaéuren en fabrieken kunnen „ hebben, als namenlijk alle foorten van ingredi- enten , waar aan nergens elders eenig geld 'van arbeidsloonen tot volmaking is verdient, vrij „ laat ir.koomen , en zeer zwaar belast of intertui „ ceert om uittevoeren, houdende voor een ftokregel, dat al wat de arbeidslieden, fabrikeurs en „ kooplieden winnen, een voordeel voor het ge- „ meen is; — En zwaare belastingen leg- „ gende op alle goederen, welke tot overdaad en »4  dier MANUFACTUREN. 149 ti luxe dienen , of die het vertier van hunne eigen , manufacturen zouden können fchadehjk zijn ; en integendeel aan zijn eigene producten j en die van zijne vreeo.de colonien ontheffing van lasten gun$, nende, bij middel van drnwbak, ten einde dien j, uitvoer, zo veel mogelijk, te faciliteeren". Al het welke (uitgezondcrt de zsvaare belasting of verbod van uitvoer nopens de ingebragte ingrediënten voor de manufacturen) met de meergemelde propofitie van zijn Hoogheid accordeert. „ Ten tweeden, alle handwerklieden hier te lan„ de, door alle mogelijke middelen, te blijven be,, houden, en inzonderheid té beletten, dat zij. ,, door fchoonfchijnende beloften, en hooge geld,-, premien niet. worden uitgelokt, om deeze landen te verlaren en naar elders re vertrekken". Tot welk einde, als zeer dienstig en noodzakelijk bij hun Ed; Mog. gerocmt wordt het plakaat .van de Heeren Staaten Generaal van den 24 December 1749. Nopens welk laatstgenoemde tweede poinct, in de aanmerkingen op het gemelde advijs bl. X89. gezegc wordt bij wijze van eenige toeltemming: K 3 „ Daar iRTIKBI. VI. C.  ARTI KEI VI. c. iSo MIDDELEN tot HERSTEL „ Daar is niets zekerder, dan dat men zomtijda-, „ naar exigentie van zaaken, dwangmiddelen moet „ in 't werk ftellen; maar wat zullen alle dwang,, middelen helpen, wanneer men door het bezwaa» „ ren van de fabrieken en van den handel, onze „ handwerkslieden noodzaakt, om, bij gebrek van „ nodig onderhoud, na Oost-Indien of elders te „ vertrekktn ? kortom, de zaaken wel ingezien „ zijnde, kan men van alle zulke dwangmiddelen „ niet anders verwagten , dan van plaasters , die ,, gelegt worden bezijden de wonde. Mogelijk ,, zouden er wel zulke middelen zijn uittedenken , „ die het werkvolk, in plaats van te verjaagen, „ herwaards zouden lokken , wanneer anders de oor» „ zaaken en redenen, die hun nu doen vertrekken, „ wierden weggenomen , en men toeleide om hun ,, een eerlijk beftaan te bezorgen". Dat nu zulks wel ter degen mogelijk is, en niet flegts om ons tegenwoordig werkvolk, dat er nog is, te behouden; maar ook om door de aanwinninge van nieuw werkvolk tot een ongelijk groter geta te doen aangroeien, en teffens gedurig werk en onderhoud te bezorgen, om als eene der beste goudmijnen voor den Staat en deszelfs ingezetenen, bij  der MANUFACTUREN. 15't :bij aanhoudendheid te doen (trekken, is in dit ons a \gefchrift, mogen wij met vrijmoedigheid zeggen, ■zonneklaar aangetoont. In de voorf. aanmerkingen bh 164 word riog (zo :ter bevestiging van het even door ons gezegde, als look van ons ftraks vólgende Vltïfiè Artikel, nopens de aldaar voorgédelde premie tot encouragement van de buitenlandfche verzendinge onzer eigen : manufacturen fpeéteerertfJe ) geavance'ert. „ In andere landen, wiens' welvaren maar gedeel„ telijk op da commercie fteunt, confidcreert men „ de zelve als een fchat en bronader Van alle voordeden; om die reden accordeert men daar aan „ nier alleen protectie, en wat meer ter bevorderin„ ge ftrekt, gratis, maar men approprieeit nog ex„ presfe jondfen tot encsufagement derzelve : dog „ in ons land, (waar van de commercie het èeni„ ge foutien is, en, door het beftaan, dat de zel„ ve aan den inwoonder geeft, een fchat van in„ komflen uit de middelen van confumtie profluee„ rende, voor den lande uitlevert) laat men zulks „ na, en integendeel zijne gedagten meer gaan om „ den handel te bezwaaren en te belasten; alhoe-' „ wel, wil men anders de waarheid erkennen, deK 4 » zcl" rtikel VL C.  ar tik e 1 VI. c. 15* MIDDELEN tot HERSTEL . „ zelve daar door zichtbaar vertrapt en verjaagt „ word. „ Indien haar Ed. Mogenden (yan de AdmiratU „ telt in Zeeland) geliefden het waare interest van „ den lande wel te onderzoeken, dan zouden zij eindelijk middagklaar zien, het geen men reeds „ in de laaste eeuw begreepen heeft, dat de belas„ tingen de commercie niet alleen, maar zelfs alle „ beftaan uit deeze landen moeten verbannen en „ doen verloren gaan". Dat de ondervinding, die dc beste en onfeilbaar, fta leermeester is, het evengemelde, federt een lange reeks van jaaren, ten opzichte van onze commercie, manufacturen en alle andere welvaart in ons land, heeft geleert, en nog dagelijks de zeer nadeelige gevolgen daar van doet zien en gevoelen, zal bij een ieder, wien onze toeftand bekend is, moeten erkent worden: edog niemand die met eenige aandagt, en zonder vooringenomenheid, dit ons werk geleezen heeft, vertrouwen wij, dat tot die jedagten zal vervallen, dat hij de van ons voorgelagene belasting op de vreemde manufacturen mede :ot de evengemelde oorzaaken van een verder verral onzer commercie en van alle andere welvaart, zou»  der MANUFACTUREN, 153 zoude betrekken; dewijl regt het tegendeel daar van, a met zo veel.: welgegronde redenen en bewijsftukken (gelijk we met goede bewustheid mogen zeggen) is gedemonftreert en aangetoont, als men van eenige zaak, die te betoogen is, mag verwagten, of mogelijk is, dat gefchieden kan. Hebben we ondertusfchen over dit poindt ons wat breeder uitgelaten, wij agteden dit zeer nodig, zo om dat het een van de voornaamften is, als om dat we het des wegen van alle tegenwerpingen aagten te bevrijden , en in helder daglicht te ftellen, terwijl bet onder de hand ook uitgedijd is door noodzakelijke extracten. Wij gaan derhal ven over tot Art. VIL a) Dat alles, 't geen vereischt wordt tot het fabriceeien der inlandfche manufacturen, mooge genot hebben van een porto franco, als daar zijn, allerlei wollen en wollene - garen, alj^rlei zijden, floretten en kemels of turksch - garen, allerlei katoen en katoenen-garen ; insgelijks de bever - haazen-, en konijns - vellen , met het hair op de zelve. Wij fpreeken met voordagt van vellen met het hair er op, en niet ieder bijzonder, (indien ze anders kunnen bekomen en ingevoerd worden) dewijl an« ]£ 5 ders RTIE»* VI. c.  ARTIFTI VII. in Ï54 MIDDELEN tot HERSTEL * ders hier te Iande veel minder aan de zelve te verdienen valt. Voords alle foorten van verwjlofen, en alle vétderê materiaalen, welke tot onze fabrieken nodig zijn: edog dat egter alle die foorten van verwfiofen, en alle bovengemelde goederen, bij de verzending van bier buiten Vlsitófc, uitgaande reg. ten zouden dienen te betalen (behalven de Indigo, die men konde vrijftellen ) vermids het faveur van' een porto franco voor die gemelde goederen alleen maar behoort te ftrekken tot bevordering van ome eigen mamtfa Sturen, en dat derhalven de buitenlan. ders daar van niet moeten profiteeren, maar voor uitgaande regten zo veel daar van behooren te gee. ven, dat onze buitenlandfche commercie in de voorf. waaren daar door niet geflremt worde, of voor die van vreemde plaatfen in de zelve goederen zoude moeten wijken en onderdoen; en op dat dus ook de Admiraliteits - Collegien niet geheel hunne inkomsten van gemelde goederen komen te misfen; (ten zij die buitenlandfche commercie, zonder een gansch vrijen uitvoer, alhier geen plaats zoude konnen hebben,) edog in dit laatfle opzigt zoude het voor al nodig-zijn, dat er in het aangeeven dier loeder en, eene betere manier van aangeving wierd  aer MANUFACTUREN. i$5 in agt genomen, waarbij zodanige voorzorg wierd -t gebruikt, dat niemand ligt in ftaat zoude weezen, om de zelve minder te kunnen aangeven, dan ze kosten , en alzoo tot merkelijk nadeel der Admiraliteiten te kunnen fraudeeren, dewijl het daar mede thans zo flegt toegaat, dat er naaulijks f van de waarde, van 't geen de voorf. goederen bij den inkoop kosten, wordt aangegeven. b) Dat verders op alle cnze inlandfche wollen, welke wij zelve lot eigen fabrieken, bij het ftandgrijpen van der zeiver redres, hooglijk van doen zouden hebben, ja, zonder aankweeking van vrij meerder wol, dan er nu in de ganfehe republiek valt, of zonder merkelijken toevoer van buiten, niet genoeg zouden hebben, het welk aanftonds ten vollen moet blijken, als men zig gelieft te herinneren, het geene wij hier vooren getoonc hebben, te weten, hoe groot en ongelooflijk veel het vertier dei vreemde manufaauren en inzonderheid zulke, die van wolle gemaakt worden, thans in ons land is. in vergelijking van de zeer weinige, ja tegens dc uitheemfche, bij na niet noemenswaardige inlandfch fabrieken , dog het welk bij het ftandgrijpen var het nodig redres, geheel omkeereade, derhalven ge mak lrtiksï. VIL i  Ah t ie VII 156 MIDDELEN tot HERSTEL el makkelijk is nategsan, « z\ conflderabek quantli teiten van wollen dan meerder voor onze eigene manufactmen in alle de Provinciën, die zig op de zelve toeleggen of mogten toeleggen, zullen benodigt zijn; zo dat de bruikers van landerijen enz., noch derzelver eigenaars geenfins behoeven verlegen te zijn, dat ze van de wol der fchaapen op de zelve geweidt, geen aftrek genoeg. rb;j hec ftaEuee. ren van het zo aan [fonds te meldene verzoete verbod of belasting omtrent den uitvoer naar vreemde landen) zouden hebben, maar dat ze het tegendeel daar van al aanftonJs bij de eerfle uitgaave van zulk een ordonnantie , zouden ondervinden ; huedanige vrees of voorwend ül daar van dierhalven bij de hand* laaren in de inlandfehe wolle, ook met alle regt ma^ gezegt en ftaande gehouden worden, op geen goed fundament te fteunen , en bij hen wel begrepen zijnde, ook van zelve verdwijnen moet. Wij herzeggen dan, dat op alle onze inlandfche wollen mogte worden gelegt een verbod van uitvoer, of ten minsten bij provifte eene belasting van 25Peiccnto, wanneer die uitgevoert wierden gekamt en bereid zijnde; dog dat de uitvotr daar van nog rauw en gefloten, of ongekamt en ongefcheiden zijnde, als' mede  dsr MANUFACTUREN. ï«f mede de uitvoer van fchaabs -vagten abfoluut en ge- ar heel op zwaare boetens en poe* aliteiten verboden wierde, dewijl de zelve eetst g-blo.dt en de wol daar af gefcheiden en geforteert behooren te zijn, op dat er dan nog arbeid Joon hier te lande aan konne verdient worden; en dat dus ook onze fahile.irs de zelve dan ook beter koop kunnen hebben (niet zo zeer, dan te voren, ™«aO dan ds vreemden , die nu de zelve bij na al te maal raw.v komen opkoopen, of door hunne commisfionarbfea zulk, haten d< en; zo dat daar aan, fchoon een produSt van ons land zijnde, geen of zeer weinig arbeidsloon verdient wordt (17): te meer, wijl daar en boven, als reeds aangevoerd is, niet alleen onze eigen manufacturen daar aan gebrek zouden hebben, maar ook anders van Üegter en geringer foort en van wolle zouden moeten gemaakt worden, gelijk ten opzigte van de monteering voor de militie enz. meermalen is ondervonden. Ter voor- ko- (17) Wij wee-en met volkomen zekerheid, dat daar er voor circa 25 jaaren fleg-s 3 ■ 4- ™»' honderd .duize.id ponden onzer inlandfche wolle naar Vrankrijk uitgevoerd is geworden , die uitvoer thans op a millioenen ponden beioopt. riK«4 VII,  VII. ï5« MIDDELEN tot HERSTEL el koming van welke groote nadeelen, onzes bedunkens, ten hoogften nodig zoude weezen, het plakaat van den o MIDDELEN tot HERSTEL C onze ^ra» — en van fommige zijde - fabrikeurs, welke de zelve nodig hebben. Edog tot een nader voorbeeld van verbod van uitvoer der wolle hebben we in onzen eigen boezem de Provincie van Friesland, de welke over eenige jaaren tot voorftand van haare fabrieken en handteeringen zulks gedaan heeft, en dat niet alleen ten opzigte van vreemde landen, maar ook van deeze en andere geünieerde Provinciën (19). e) Vor« C 19) Men kan tot opheldering van dit gewichtig onderwerp der wolle, en der voorzorge, om dezelve door voorzichtige verordeningen , beter ten onzen nutte aan te kweeken , hier bijvoegen de pogingen, die federd het jaar 1791 te Leyden gedaan zijn, doch zonder ge. Tvensclu gevolg , bij gelegenheid der Deliberatien bij Holland over de Finantien , toen die ftad een voordracht deed van drie middelen tot opbeuring van het zuchtend Fiuantie-wezen, beftaande 10. Sta het dragen van inlandfche manufaauren. 2,0. jn 't naauwer bepalen van den onbelemmerden uitvoer van de Noordhollandfche, Tcxelfche , en andere inlandfche wollen, en 30. het geven yan premien aan de laken - fabrikeurs. Tot voprkomiu" nu der gro;:e duurte der inlandfche wollen door eene te buitenfponrige verzending-naar buiten, als zijnde het tweede onderwerp, 't welk de finantie ft ij yen en der ingezetenen algemecner welvaart bevorderen kon, heeft de Vroedfchap van Leyden bij die gelegenheid, den 4. Maart 1791 ter Vergadering van de Sraten van Holland de vooidracht gedaan om eene belasting van 25 per.  ötn MANUFACTUREN. 1S1 c) Vorders zoude het mede zeer te wenfchen zijn, dat er zodanige middelen wierden in 't werk geftelt tot encouragcment voor het bekwaam maken en percent op den uitvoer der wolle te ftellen, en heeft bij nadere voordracht den 16 December 1791. de door anderen gemaakte tegenbedenkingen getracht op tc losfen. Men heeft daarbij toen aangemerkt, (en 't kan niet fchaden dit hier ter neder te Hellen , ") dat bij andere natiën een volkomen verbod van uitvoer met goed gevolg plaats heeft, gelijk in Engeland federd .1788. in Deenemarken, in Brandenburg, in de Pakz, en gedceltlijk in Spanje : doch men voegde er voorzichtig bij, dat men bij ons zoo eensklaps niet te werk konde gaan; dat zulk volkomen en vollb'ekt verbod alleen dan in de landen plaats kan grijpen , wanneer men den bloei zijner fabrieken geheel, zoo men zegt, onder de knie heeft, dat is zoodanig dat zij de inlan-Jfcbe wollen geheel en al ten nutte verbruiken kunnen; waartegen bij ons op een driederlei belang met voorzichtigheid het oog gehouden moet worden; namelijk i°. dat van het landbouwend gedeelte der M.atfchappij en de veeleelt, die hierdoor niet moet geftremd worden; *t welk ligtlijk 't geval wordt, en ook in Friesland het geval fchijnt geweest te zijn, welk gewest in 't jaar 1743» zulk verbod van uitvoer deed , maar 't welk in 't jaar 1746. wederom werd opgeheven, om dat er nog geene fabrieken van Belang waren , die alle de wolle konden verbru ken , en omdat hier door de fcliapemeelt verwaarloofd wierd. 120. Her belang van de huizen van commercie, die buiten 's lands hunnen handel drijven, weiken door een plotslijk verbod zeer groote fchade konden lijden. En 3°. het groot belang van 't werkend L ge- ARTIKStn VIL  /.b ti kei VIL 162 MIDDELEN tot HERSTEL , en beweiden van de duinen en heiden van ons land met fchaapen; als mede de nodige orders, dat er op eiken, of cp ieder twee morgen weiland in deeze en andere Provinciën ten minsten een fchaap het ge- gedeelte der natie, of de fabricerende fteden en gemecntens , en de welvaart voor duizende handen uit de fabrieken voordfpruitende. Dat men dit laatfte belang, bet opbeuren der Fabrieken, op die wijze moet trachten te bevorderen, zonder de belangen des buitenlandfchen koophandels , en der huizen van Negotie, en dat der landbouwers en veeteelders uit het oog re verliezen, 't welk gefchieden zoude , wanneer het verbod zoo algemeen wierd, alzoo de handelaar dan ophield, en de fchaficntcelt grootlijks verwaarloosd zoude worden, die thans meer bloeide, zoodat, daar er voor 50 of 60 jaren flechts icoooo ponden wolle wierd uitgevoerd, men thans wel 3 tot 4,000.000 ponden verzond, 't welk dan nog meerder is, dan de Schrijver in de vorige aanteekeriing omtrend zijnen leefiijd opgeeft, waar hij den uitvoer reeds op 2 millioenen ponden begroot. Doch dat door dien uitvoer de prijs der wolle voor onze eigen fabüeken zeer gefteigerd , en de fabrieken zelve vervallen zijn , is ook zeker, 't Is mogelijk, dst die opgave der hoeveelheid ecnigzins overdreven zij; doch 't is niet te iriin zeker, dat federt het jaar 1767. tot 1786. en dus in twintig jaren er meer dan 21 millioenen ponden wolle ter waag en ter markt gebracht is alleen in de fteden en dorpen van Noordholiand en 't Noorderkwartier, volgens de Lijsten in de Nieuwe Nederl, Jaarboeken 1789. bl. 936 en 994. DE U I T G*  df.r MANUFACTUREN. 16' gfcbeele jaar door, of zo lang het weder zulks toelaat, wierde onderhouden, op dat er dus een grooter overvloed van allerlei wollen bij ons zeiven te vinden waare, zoo wel tot een merkelijk voordeel van onze fabrieken, als ook van den landbouw, en van de jagt, als mede voor alle de ingezetenen, en voor de inkomflen der Provinciën zelve; waar van reeds in 't jaar 1738, het een en ander project k in 't licht gekomen, en ook ten opzigt van de bovengemelde beweiding der duitten met fucces een proeve genomen is (>); dienende ook ter aan- too» C 20) Te recht fpreekt hier onze Schrijver van Projeften van 1738. En het zal waarfchi jnltjk onzen lezer «niet ongevallig zijn , dat wij hem Uitii* iets van deel H0 let'''CD zoo als zij voorkomen in dik TAgen- Woordigen Staat der vcreenigde Nederlanden D \ \\ 5.72. te meer, danr men in het Adres van V Committi Van algemeene weivaart te Haarlem over V gebruik Jet tuingronden ten dienste der Faderlandfche Fabrieken ,796 dezcltae berichten, grondregelen, cn voordellen aantreft „ In de Provincie van Holland (leest men in deu Tege,m. L Staat) en bijzonderlijk in de oude Zijpe dn op dc ei. I hndon Tf*e** dringen cn Ameland, wordteen goed , g?tal van fchapen geweid, welker wolle zoo fijn cu g^ed valt, dat zij der Spaanfche zelve n,et behoeft ., toe te geve». Ook wordt zij om hare blondere deugd \ van de Vhmingen opgekocht, cn door han aan de , Franfeb.cn geleverd, die er hunne b.ste geweven Holle i- 2 „ vau ASTtSï^ Vil. '  AUTTKEL Vil. 164 MIDDELEN tot HERSTEL tooning van de mogelijkheid om in ons land ook ten goeden aanleg en aanwinst voor zijde voor de manufafturen te kunnen hebben enz. en waar door ook veel geld in 't land zoude blijven, 't welk anders daar uitgaat, als men diergelijke wollen bij enkele andere natiën , die des zelfs uitvoer toelaat ten, moet gaan zoeken, of van de zelve ontbieden. el) Dat wijders blijve verboden de uitvoer van alle de gercedfchappen tot allerlei foorten van fa- brie- „ van maken. In plaats van dit te gedogen, moest men 1 „ niet alleen zeiven deze wolle gebruiken, maar nog „meer fchapen in Holland aanfokkeB. Vraagt men „ waar ? De Hollandfche Duinen , groen gemaakt, zou,[ den, zoo men wil, dc bekwaamfte weide van de we„ reld voor twee of driemaal honderd duizend fchapen zijn. Mm begroot dezelven , als vlak land, aange" merkt, op 50000 morgen, cn men fielt, dat er 4 of 6 fchapen op één morgen lands zouden kunnen ge„ weid worden. Behalve dc Duinen zijn er nog andere ,', ftreken in Holland, die bekwame weide voor fchapen; verfchalfen zouden .fgelijk de gemeene wegen , de zee, dijken, het Koegras benoorden Medenblik , enz. zoo", dat me.i rekent, dat er is Holland met weinig of geen ,', hinder in 't g heel wel een 000,000 fchapen zou " konnen gevoed Worden. Wijders ftek men , dat iedei " fchaap, iaa-HijlvS 3 pond wolle uitlevert, cn nog ruini een pond, dat aan 't vel blijft, wanneer het dier ge.1 llacli  der MANUFACTUREN. 165 brieken en manufacturen, welke hier te lande wor-. den vervaardigt, of dadelijk tot het fabiiceeren worden gebruikt, ingevolge hec plakaat van Hun Ed, Groot Mog. de Heer en Staat en van Holland en West' vriesland in dato den 16 Julij 1749. En dar een ftricle obfervantie bij aanhoudendheid omtrent het zelve worde in agt genomen: edog dat van deeze gereedfchappen worden uitgezonden, en dus gepermitteert worden te mogen uitvoeren, en ook deeze alleen , de kaarden voor de fpinders , en dé fchrob- ,, flacht wordt, zoo dat er wolle genoeg [3 tot 4 mil,, lioenen pondenj getcelt zoude worden , om onze we„ verijen werk te geven. De Buintn* die allengskens van konijnen ontbloot raken, zouden, zoo men wil, ,, door het zaaien of planten van hei, ligtelijk groen ge- maakt; en voor't verftuiven bewaard konnen worden , ,, cn behalve dat er de fchapen bekwaam-voedfel zou- ,, den vinden vele andere voordeden , zoo ,, wel voor den Staat in 'c algemeen, als voor de inge. ,, zeienen in 't bijzonder, belooft men zig van deze Schapen • weiderij". Maar 't is te bejammeren, dat alle deze Projeften tot nog toe zoo weinig gevolg hebben gehad, en waarom ook toen wagen aar., dien men voor den Schrijver houdt, er bijvoegde, dat men het al verre genoeg zoude gebracht hebben, indien er de wollewevenj wat door begon te herleven. En 't is te wenfehen, dat de tegenwoordige tijd beieie gevolgen opleveren zal. de uitc. L 3 VRTIKEL VU.  artikel VII. i65 MIDDELEN tot HERSTEL fchrohbelkaarden voor de fchrobbelaars, als mede droogfcbeerders Jchaaren, dewijl het ijzerwerk tot gemelde kaarden ons wordt gelevert van die landen, alwaar wij wederom een gedeelte van onze hier gemaakte kaarden naartoe verzenden, of ook uit fommige van dien de ftroo- kaarden ontfangen; en wij cok de bladen, daar wij onze fchaaren van maa* ken, van daar bekoomen; zo dat deze twee of diie materiaalen, zo hoognodig tot onze fabrieken, mede behooren te worden gedelt op de lijst van die goederen, welke van een porto fianco zullen jouïsfeeren. Art. VIII. Nu fchiet nog over het agtfle artikel, 't welk ieder Provincie voor zig zelve zoude kunnen invoeren, naar de wijze, ftraks bij ons te melden, en zo als dat volgens har.re conjiitutie of de [laat van haare finantie best gefchikt kan worden; [trekkende de voorgaande artikelen of middelen voornamelijk tot herftelling der eigen confumtie van onec Manufacturen binnen 's lands, dog met dit agt?e artikel wordt inzonderheid bedoelt onze verzeniir,g daarvan buiten 's lands. — Dog heeft het zeiten opzigt van ors tegenwoordig verzoek of voor- flag  der MANUFACTUREN. 167 iflag eigenlijk en afzonderlijk zijn betrekking rot de .Provincie van Holland en West-Vriesland, als welke ;dit artikel in dezer voege zal kunnen arrefteeren. I. Dat van ieder ftuk laken, 't welk in eene der : Steden binnen deeze Provincie is gefabriceert en bui' >ten 's lands verzonden word, aan den Koopman of :aan den fabrikeur, die het buiten 's lands komt tï 'verzenden, van wegen de Provincie, wierde gegeven 1 een gratificatie ofce premie van tien ftuivers per elle; ■ welke premie dus zoude konnen worden gefchikt en ■ vastgeftelt, dac de Provincie daar van betaalde | en ,de Stad, waar in het gefabriceert was \, volgens ïhet deel, dat die beiden, in de gemeene middelen van confumtie hebben, die van 's Lands en Stads wegen ; betaalt worden , en uit welke men derhal ven de Voorfz. premie gevoeglijkst zoude kunnen voldoe», vermids de Provincie en de Stad te zamen, van het montant van de arbeidsloonen der inlandfche lakenen, op zijn minst, gelijkgetoont is, \ profkecren door de voornoemde middelen van Confumtie; behalven nog het voordeel der Provincie, komende van de Ordinaire en Extra-Ordinaire verpondingen der groote er. kleine hutzen, als dezelve bij het b!oc jen der fabrieken, nevens ook veele werk- en pak-huizen, L 4 be' iRTTTCEt Vilt  BTÏTCEI VIII. IÓ8 MIDDELEN tot HERSTEL bewoont en gebruikt zouden worden, zo door een menigte van fabrikeurs en werkvolk, als van verwers, kooplieden en anderen, die ook van en door de fabrieken hun beftaan hebben, daar nu zeer veele van dezelve ledig ftaan, ja reeds tot verval gekomen zijn, en het welk, buiten redres der Inlandfche Manufacturen nog veel meer tot een zeer groot nadeel der Provincie en bij gevolge ook van de Steden, notoir zal en moet volgen. Gelijk het nu, in de bovengemelde conjtderatisn over de manufa'cluren en fabrieken, op goede gronden is beweezen en aangetoont, dat de Provincie en de Stenen, in dewelke wollen lakenen gefabriceert worden, wel meerder, dog niet minder dan \ van de arbeidsloonen, aan dezelve verdient, uit hoofde der gemeene middelen van confumtie, genieten (21), bet welk op ieder ftuk laken 36. gl. komt te bedragen, zo kan het land en de ftad, daar het gefabriceert word, van elk ftuk, bij het geven van de evengemelde premie, nog overig houden ƒ11:0:0. dewijl het ten minsten gecalculeert is, als men vastftelt, dat alle de Hakken lakenen, zo de witte, dia tot OO Rosh men zie hieromtrent de aanteek. (13).  der MJA NUF ACT UREN. 169 tot zwart, rood enz. geverwt worden, als de co«-ai leurde gemelleerde en ongemelleerde lakenen , door malkanderen gerekent, lang zijn 50 ellen; zo dat, wanneer de gemelde premie van 10 ftuivers per el gegeven wierd, zulks op ieder ftuk , door malkanderen maar ƒ25 : o : o zoude bedragen, en aldus van de bovengemelde ƒ 36 : o : o voor de Provincie en de Stad, daar het gefabriceert was, nog overig zijn ƒ11 : o : o welke bij dezelve worden geprofkeert; daar nu het gemeene land of de admiraliteit, ne' vens de Provincie en de Stad, alwaar de vreemde lakenen in commisfie ontvangen, en weder van daar naar buiten verzonden worden, (boedanige fteden er drie of vier in onze Republiek zijn) van elk ftuk derzelver, op zijn ruimst gerekent, en dat nog, als er niets gefloken word, ('t welk zelden gebeurt) niet meer profiteert, dan ƒ 4 : 10 : o. En als het hier in ons land geconfumeert word, maar ƒ3:0:0. Ten opzigt van alle verdere wollen, zijden en andere manufacturen, binnen de fteeden dezer Provincie gemaakt, waare het ook tc wenfchen, dat tot encouragement van derzelver buitenlandfche verzending, mede een premie, naar derzelver waarde in vergelijking der vreemden van dezelfde foorten. L 5 wier. itikei. Vlll.  artik3 VIII. een i-o MIDDELEN tot HERSTEL l wierde vastgeltelt, waartoe, indien er grond van hoope zijnmogte, men bereid is een nette calculatie der arbeidsloonen van iedere foort overtegeeven; zijnde de bovengemelde fpecifïcatie omtrent de fijne lakenen , als eene der voornaamfte inlandfche manufacturen, welker herftelling alle voorftand en bevordering zoude verdienen, bij dezen als een modél voorgedragen. Buiten al het gemelde, komt er nog een confideratie van belang in dezen opzigte te voren, namenlijk, dat er, behalven het gemis van alle arbeidsvoren voor ons eigen werkvolk, daarenboven (ingevalle van het gebruik van vreemde manufacturen, gelijk thans plaats heeft) nog ten minsten wel 15 per cento aan dc buitenlandfche f abriekeurs voor hunne manufacturen, die zij herwaarts zenden, door ons gegeven wordt. Welk geld derhal ven (al was het fchoon minder, wijl een fabriekeur van goederen, die binnen 's lands blijven en veniert worden, zelden of nooit zo een hooge; winst geniet, fchietende er meer over op een buitenlandfche verzending, om dë rifico enz. die de vei zender meerder moet üitftaan) nevens de bovengemelde confiderabele fommen aan arbeidskanen, in 't land zoude blijven, tot  der MANUFACTUREN. 171 een aanmerkelijke welvaart der ingezetenen, en tot aï eene groote onderfteuning van den Staat, in tijden van oorlog, of andere calamiteiten; daar nu alle die winsten, arbeidsloonen enz. buiten het land gaan. De andere geüniëerde Provinciën zouden ook ieder 'voor zich afzonderlijk, naar mate van hunne accijfen of andere belastingen, mede een premie kunnen geeven voor die manufacturen, welke bij hun binnen de fteden wierden gefabriceert, en ook buiten 's lands wierden verzonden, op dezelfde of diergelijke wijze, als hier nu ten opzigte van deeze Provincie van Holland is voorgeltelt. De Heeren Staa. ten van Friesland hebben onlangs (22} iets diergelijks ten voordeele van hunne Provincie geftatuëerd, ten opzigte van het beestiaah vergunnende ter aanmoediging van den uitvoer daar van, op ieder ton gezouten en ingepakt vleesch, een rijksdaalder' tot pramie; welk loflijk voorbeeld, (zo in dat als in andere opzigten, en inzonderheid wegens de binnenlandfche fabrieken, als van de meeste aan- ge- farO Volgens derzelver Publicatie van den 14 April dezes" jaar, l'gtf , inhoudende eenige veranderingen, gemaakt in derzelver Ordonnantiën op d* Impofiuen. tikel VIII.  -ARTTRE VIL'. *7* MIDDELEN tot HERSTEL fc gelegenheid en nuttigde gevolgen zijnde) zeer te hopen is, dat zo bij Hun Ed. Mog. als bij de Heeren Staaten der andere Provinciën, en vooral bij die van Holland, meer en meer mag gegouteerd en nagevolgd worden. Door dit laatfte middel dog zouden wij wederom in ftaat geraaken , om met onze eigen manufacturen, kuiten 's fancis, tegen de vreemden , te konnen markten; edog buiten zodanige onderfteuning, zal men onmogelijk langer, met een behoorlijke winst (zonder welke de commercie noodwendig moet vervallen en te gronde gaan) dezelve buiten 's lands kunnen verzenden, en alzo dien buitenlandfchen handel , welke zo confiderabel en profitabel , voor een zeer groote menigte van ingezetenen plagt te wezen, geheel kwijt raaken, enkel en alleen wegens' den algemeenen beter koop der vreemde manufacturen mede al ten deele veroorzaakt door gratificatiën of prtmien, op fommige foorten derzelve verleent. En aldus is dit laatfte, zo niet het tenige, althans het voornaamfte middel, dat er, on* ses eragtens, te vinden en uittedenken is, om die -veleer aanzienlijke tak van onze buitenlandfche comnercie te herftellen en te behouden ; zonder het  ÖER MANUFACTUREN. *7§ gsmeeneland, of de Provinciën, daar «,1» pl«» a.t ZOude hebben, ^ Cwel fag^ zijnde, gelijk betoogt is) merkelijk voordeel daar door toetebrengen ; waaromme ook de Engelfche Regeering zodanige gratificatiën ter aanmoediging van de buitenlandfche verzendingen , zo ten opzegt van eeni-e manufacturen en handwerken, gelijk zo even * 't verfchiet van ons aangeroert is, ais van eenige hunner lanis-prfuten en visfcherijen, en bij gevolge ook ter bevordering van een meerder en voordeeliger landbouw, gaarne heeft toegedaan, en nog bij continuatie verleent. Verders, dewijl de buitenlandfche commercie in onze eigen manufacturen, ten gemelden einde, naxnenlijk ten voordeele van 't gemeene land der ganfche Republiek, zo zeer verftrekkende is, zo mag men derhalven ook met gegronde hoope verwagten, dat dezelve bij zulk een verzendinge buiten 's lanis van een forto franco zullen jouïsfeeren , om geheel vrij, zonder eenige uitgaande regten te betaalen, verzonden te mogen worden; alsmede, wanneer aan dezelve eenig ongemak buiten V lands ware gekomen, of dat ze om andere redenen, onverkogt „eder terug kwamen, dezelve in beiden die geval- len [ kkl .11.  AR Tij Vlj ccm- m MIDDELEN tot HERSTEL ERh len (volgens behoorlijke attejlatien ,beweezen) dan ook geene inkomende regten behoefden te geeven, en te meer, Wijl er dan doorgaans fchade of ten' nünften zeer weinig voordeel voor den koopman in gelegen is. Bij deze gelegenheid dient ook voorgedragen te worden, dac de eigen manufacturen buiten Holland lB d6Ze °f «ene P*>™^ gemaakt, bij den invoer Cm amïere P*«*«cie, met haven-gelden of eenige andere belasting, gelijk i„ de provinde ^ ^ en vooral in die van Friesland gepradifeerd word, „iet behoorden bezwaard te worden, en te binder, dewijl de fabrieken of manufacturen, aldaar gemaakt, bij het inbrengen in Holland en de overge Provinciën, in genen deele bezwaard zijn, maar een volkomen vrijen invoer genieten, derhalven «cht de rechtvaardigheid, en vooral de billijkheid en befcheidenheid, die tusfchen vrienden, buuren en bondgenoten Czo naauw als de geünieerde Pro. vinden aan malkanderen verbonden) behoort plaats te hebben, dat de voorzeide belastingen ook wor. den opgeheven; en te meer, dewijl dezelve niet alleen zeer ten nadeele der gemdde manufacturen, maar ook ten groeten nadeele en der  der MANUFACTUREN. *7.5 commercie, inzonderheid in de voorfz. Provinciën , zelve zijn ftrekkende. Edog indien, onverhoopt, de gemelde ontheffing geen ingang bij de voorfz. Provinciën mogte vinden , zo zouden de Heeren Staaten der andere Provinciën volkomen geregtigd zijn, alsmede geobligeerd om, tot voorftand der manufacturen van hunne ingezetenen, het inkomen der fabrieken enz. dier gemelde twee Provinciën mede te bezwaaren: hetwelk dan, fchoon niet aangenaam noch voordelig voor de gemelde Provinciën zullende zijn, egter niet dan een billijk en wettig gevolg van derzelver eigen gegeven voorbeeld zoude uitleveren , en derhalven ook geene wettige redenen van klagten deswegens plaats zouden kunnen hebben; dog vermits de Heeren Staaten van Friesland reeds tot vermindering of een gedeeltelijke wegneeming van de voorzeide belasting in hun bovengemelde Publicatie van den 14. April, vrijdom van impofitie hebben verleend op zulke materiaalen van buiten inkomende, als tot de fabrieken in derzelver tuchthuis te Leeuwaarden verwerkt worden, mitsgaders van de ftoffen en waaren, aldaar gefabriceerd , uiten weder in de Provincie gevoerd wordende ; alsmede gelijke vrijheid aan de handelaars in Fiie- fche IRTtKEt VJIï.  artikei VIII. i?ö MIDDELEN tot HERSTEL fiche faïjetten, als die onverkogt weder ingebragt worden ; zo fchijnt zulks als een gewenscht begin te weezen, dat men in dezen opzigte, zo ten voor* deele van de oBderliage commercie tusfchen de vereenigde landen, als vooral voor den bijzonderen koophandel van de gemelde Provincie zelve , verdere ontlastingen te hoopen heefc. Art. IX. Om nu alle de boven geavanceerde middelen van redres, zo ten opzigte van de aldaar gemelde, als van alle andere inlandfche manufacturen, fabrieken, trafieken en handwerken, gelijk ook het geene fpecleert tot welzijn van de generaale en particuliere commercie, zo binnen- als buitenlandfche, mitsgaders tot de fcheepvaart en de visferijen deezer landen (zo wanneer omtrent dat alles, voor zo verre, of in de meesteen voornaamfte deelen, als het vereischt word, de nodige voorzieningen en verbeteringen zullen zijn vastgefteld) op de beste en fpoedigfte wijze ter uitvoer te brengen, en op een goe. den en eenpaarigen voet fteeds te fchikken en te on» derhouden; zonder dat de eene Provincie de andere, of de eene Stad de andere, in eenige dier ftukken tot nadeel of belemmering llrekke; zo zoude, on- zes  der MANUFACTUREN. 177 zes oordeels, ten hoogden dienftig zijn, dat er in i elke Provincie, alwaar manufacturen, trafieken, of koophandel van eenige aangelegenheid gevonden wierden , wierde opgericht een Collegie van Commercie of dergelijke, om over alle de evengemelde wigtige takken van 's lands en der ingezetenen welvaart (al wederom naar het voorbeeld van genoegzaam alle handeldrijvende landen) onder het gezag der hooge Overheid, de naaste opzigt en zcrge te hebben; en vervolgens niet alleen met bijzondere kooplieden, fabrikeurs enz., maar ook met diergelijke Collegien van andere Provinciën, daar die ook mogten zijn aangedelt, te correspondeeren, en zo dikwils het belang der zaaken , aan hunne zcrge toebetrouwt, zulks vorderde, aan de Regeering, zo der Steden, als der Provincie , en inzonderheid aan die van de ganfche Republiek, zig te addresfeeren. Door alle de voorfz. middelen (deunende, zo wij vertrouwen, op de regte fundamenten der waare commercie en welvaart van landen en fteden, het« welk verders met de getuigenisfen der voornaamfte Schrijvers, zo in- ah uitheemfche, indien het nodig ware, zoude kunnen bevestigd worden) zullen de ingezetenen van deeze en der andere Provinciën M in RTTKSL IX.  ar tik ei IX. 178 MIDDELEN tot HERSTEL , in Raat geraken, om hunne eigene inlandfche manufacturen niet alleen optebeuren, maar ook dezelve genoegzaam te herftellen: en waaruit mede van zelfs (nevens andere nodige redresfen in de heilzaameproportie van wijlen zijne Doorl. Hoogheid, onjlerjfelijker memorie, voorgedragen) zal volgen, dat de algemeene koophandel dezer Republiek niet flegts voor verder verval zal worden bewaart, maar dat dezelve ook op vaste en ontwijifelbaare gronden, waarbij geen gevaar voor dezelve of eenig nadeel voor 's lands welzijn te dugten is, zal worden verbetert, en op nieuw in een bloeijenden ftaat komen zal; een bloei,. die niet ligt zal kunnen worden ondermijnt, of wederom in verval gebragt worden , zo lange men bij die maatregelen beftendig bljjve. Dan zal men zien , dat er voor dén arbeidsman 1 werk zal weezen, om zig en de zijnen met eere te i kunnen voeden en onderhouden, in plaats van hun : bróód te moeten gaan bedelen, of door de aalmoes- 1 feniers bedeelt te worden, of wel het land te moe- I ten verlaten, om hunne kostwinning elaers te gaan ] zoeken. Dan zal de algemeene burgerjlaat wederom begin- 1 nen te herleeven, dewijl dezelve van de werklieden* zijn  de* MANUFACTUREN. 179 zijn meeste beftaan heeft, maar die wegens een verarmde gemeente, nu ook moet kwijnen, en met reden in allerlei opzigten over neringloosheid klaagen. Dan zullen de eigenaars en bezitters der vaste goederen hunne kuizen en landerijen in waarde zien toeneemen, en betere vrugten daar van trekken, door een vrij aanzienlijker, ja verdubbelt getal van inwooners, die er alsdan in ons land zullen gevonden worden, en welke alle te zamen dan een goed bellaan zullen kunnen hebben, om behoorlijke huurgelden voor de landen en huizen, die ze gebruiken, optebrengen: gelijk ook de renteniers alsdan meerdere voordelen van hunne capitaalen zullen kunnen trekken, dewijl het geld tot bet fabriceeren van allerlei manufafturen, trafieken, en tot het voeren van koophandel dan beter gewilt, en meer gezogt zal weezen , en zij derhalven dit hun geld niet naar vreemde landen zullen behoeven te rifikeeren, om een hooger intrest daarvan te genieten; als 't welk verfcheiden maaien tot hun of hunner erfgenaamen merkelijk nadeel is uitgevallen, of ten minften van verfcheiden kosten en langwijlige moeilijkheden 'is agtervolgd geworden. Ma °I ARTIKEl IX.  artikel IX. 180 MIDDELEN tot HERSTEL Op die wijze zullen er weinige klagten vallen onder de kooplieden en het zeevaarend volk, naardien het meeste, dat men dan zo cor.fiierabel veel tot onze fabrieken en manufacturen, trafieken en allerlei ambagten zal nodig hebben , alsmede tot min en meer noodzakelijk levensonderhoud voor een veel grooter getal van menfehen in ons land, door onze kooplieden en met onze fcheepen zal bezorgt en herwaards gebragt worden ; gelijk ook de buitenlandfche verzending van eigen matiufa&uren, en bij die gelegenheid ook van andere goederen, dan wederom veel meer plaats zal kunnen hebben. Eindelijk zullen dan ook hunne' Ed. Groot Mog. de Heeren Staaten dezer, en die.der andere geünieerde Provinciën (naar mate zij in den hunnen ook deel aan manufacturen en commercie hebben of vervolgens neemen, en daartoe de voorfz. middelen goedvinden optevolgen ) ondervinden, welke importante verbeteringen de voornoemde redres/en, li van den beginne af, dog in vervolg van tijd hoe langer hoe meerder, omtrent hunne ftaantien zullen toebrengen; en dat, zonder eenige zulke bezwaaraisfe, die met reden kan gelaakt worden, maar die integendeel van alle verftandige en welmeer.ende in. ge-  öér MANUFACTUREN. 1S1 gezetenen der Republiek moet goedgekeurt en gepreezen worden ; en waar door de gemelde hoogs Overheden in Raat zullen worden gefte{|, om het land en deszelfs Welvaart en ingezetenen, met magt, gelijk] voor dezen , te konnen befchermen, zo dat wij een regt vrij, onafhanglijk en Moeiend, ja een gedugt Gemeenebest, onder den Goddelijken zegen, weder zullen kunnen wordenen ook op den duur blijven: gelijk dus al van ouds van den aanvang dezer Republiek, en ook nog bij Hun Ed. Gr. Mog. en bij de Heeren Staaten der andere vereenigde landen, alsmede in 't bijzonder bij de Heeren Staaten Generaal, midsgaders ook bij wijlen zijne Doorl. Hoogheid, en haare tegenwoordige Koning!. Hoogheid, de bloei van manufacturen en daar door van de commercie, voor het beste middel tot de even.gemelde gewenschte cn allergewigtigfte eindens gehouden en aangezien is; en dezelve daar voor ook. in hunne Refohstien, Plakaaten, Propofitien en Re commandatien , met de nadrukkelijkfte betuigingen , openlijk zijn gedeclareert en in hunne protectie ge nomen. Uit dit en al het hierboven geavanceerde, te za men genomen, moet dan ook blijken, hoe zeer d M 3 zc IX.  artikel IX. AAN- 18a MIDDELEN tot HERSTEL zodanigen het waare en algemeene 's lands intrest eri welvaart tegen zijn, of zouden weezen, die de bevordering der inlandfche fabrieken openbaar of heimelijk dwarsboomen, of althans niet voorfiaan willen; en bij gevolge ook dat zij en alle anderen, welke de vreemde en uitheemfche manufacturen niet tegen zijn, maar dezelven , 't zij in 't geheel, of ten deele wel willen begunfrjgeii , dan ook met alle regt en reden zouden moeten aangezien worden voor iezulken , die de ruïne en den ondergang van ons gemeenebest, en vooral van deeze Provincie, (door lewelke nogtans alleen, meer dan door de overige :es Provinciën, tot behoud en onderfteuning van de lepubliek moet worden opgebragt) verders zouden :oeken en verhaasten willen; en zulks buiten eenig vezenlijk voordeel van een of meer andere Provin:ien, hetwelk daar tegen eenigfins kan gerekent worlen, te kunnen opweegen, maar dat integendeel 'het Ruk in zijn geheel, naar alle deszelfs omftanigheden, wel ingezien zijnde) bij het verval van Ie Provincie Holland , de overige Provinciën ook ltoos een aanmerkelijk nadeel zullen ondervinden.  der MANUFACTUREN. 183 AANHANGSEL, behelzende aanmerkingen, hoeveeier lei foort vast menfehen in hunne negotie en handwerken voordeel trekken uit het welvaaren der binnenlandfche lakenfabrieken. O Kooplieden in wollen, zeep, olij, pek, teer, linnen, verwftoffen, papier, kanefas, matten, hen-' hip, ijzer, hout, fpaans riet, Brabandfche volaarden, enz. 2.) Schippers, om de bovenftaande goederen uit verre landen te haaien. 3) Makelaars, welken deeze goederen te koop veilen. 4.) Waagmeesters en Kraankruijers, om dezelve te weegen , te fleepen enz., pm fcheep te brengen. 5) Mandemakers, voor mandens, om de wol te laaten wasten , klitten, pluizen, fpinnen , ichrobbelen, enz. M 4 d) aanhang* ikz*  aanhangsel. m MIDDELEN tot HERSTEL 6) Kuipers, voor tonnen omtewasfen, verwen, bereiden, enz. 7) Wagenmakers, voor wagens van wolwasfer, verwer, fchrobber, bereiders, enz. 8) timmerlieden, voor mandens om te wasfen, vlotten, haspels, houten paarden, berrien, dekfels bij de verwers, ftaanders eh Rokken om te droogen, vlaakhorden, ichrobbelbanken en feheermolens, ramen voor de pappers, getouwen voor de wevers, rekken en tafels voor vet - en fchooh-noplters, en om overtehaalen en te rouwen, raam voor de droogfcheerders, planken , kratten , lesfenaars , wolbakken , brandplauken voor de persfter, pakkisten en planken om te pakken, enz. 9 ) Draaijers, voor de wolwasfers broeiftokken en klouw, verwer-fpoelftokken, vlakerhorden en vlaakRokken, de blokken onder de wasmandens, fpinder voor wielen, haspels, fpülen en toortels, weeverfchijven en fpülen , papper , die ronde houten in het raam bereiden , de fafthouten , knaap, en draagflokken. 10) Metzelaars voor het maaken der furnuizen b'j de verwers, enz. 11) Kaper/lagers, voor het maaken van ketels bij de  . der MANUFACTUREN. 185 de verwers, olijketels voor de fpinders en fchrob-belaars, pijpen aan de kagchels, enz. ia) De Molenmakkers, voor het maaken- van vololij - en papier - en twijn - molens. 13) De Scheepmaakers, voor het maaken van fche« pen en 1'chuiten, om de goederen uit verre landen te haaien en binnen 's lands te .vervoeren. 14 ) De Zeilenraaakers, voor het maaken van zeilen voor fchepen en molens, enz. 15) De Blokkenmaaker, voor de katrollen der fchepen en in de persferijen. iö") Lijndraaijers, voor het maaken der. touwen van fchepen, en bijna voor alle werklieden in de fabritk, inzonderheid voor de kammen der wevers, die veel in getal zijn, en voor de pakkers, enz. 17) De Smits, welke gebruikt worden tot het maaken van het nodig ijzerwerk aan alle de werktuigen der fabriek, van den wolvvasfer af tot in de, persferije. 18) Mesfenmaakers, voor het maaken van nopijzers en fchrapmesfen voor de vet- en fchoon-nopIters enz. 19) Uurglasmaakers, voor de uurglazen, welke nieest bij alle de werklieden gebrcikt worden. «O aanhangt ssl.  aanhangsel. 186 MIDDELEN tot HERSTEL 20) Schietfpoelmaaktr, voor de Icbietfpoelen def wevers. si) Rietmaaker, voor de kammen en rieten. 22) Kruisfenmaaker , voor de kruisfen daar de kaarden in gezet worden. 23) Kaardezetter,'voox de droogfcheerders kaar. den en der rouwers. 44) Zadelmaaker, voor de teugels' en fchilden der droogfcheerders. 25) Brouwer, voor het brouwen van het gastenbier. 26) Lederbercider, voor de leem der pappers en fchootsvellen der droogfcheerders, ook tot het maaken der fchrobbels, enz. 27) Borstehnaaher, voor de borstels en varkens der uitfteekers en droogfcheerders. 28) Kaardemaaber, voor de kaarden der fpinders en fchrobbelaars, enz. 29) Tzerdraadmaaker, om de kaarden te maaken. 30) Schaarmaaker, voor de fchaaren d=r droogfcheerders. 31) Persfenmnaber, voor het maaken der persfen, en ook de persfer zelf. 32) De Frizeerder met zijn ab- en dependentie. 33)  per MANUFACTUREN. Ï87 33) Loodgieter, voor het maaken der pompen bij de verwers, de looden aan de lakens, en op de fchaa* ' ren der droogfcheerders, enz. 34) De Fellenblooter, yoor het levereu van lijstewol, enz. 35) De Linnenweever, voor her maaken der toiletten. 36) De Schilder, voor her fchilderen der toiletten, zo als fommige fabrikeurs de gewoonte hebben te laaten doen, in navolging der Engelfchen. 37) De Bot duur fier, voor het borduuren der la. kens en rattijnen , welke na Braband en Vrankrijk verzonden worden. 38) De Gaarenklopper, voor het nommer-gaa« ren, enz. 39) De Turf hoer en anderen, voor het leveren van turf voor verwers, voor de kagchels om te droogen, en des winters daarbij te werken, van teenen om mandens te maaken , en van ftroo om te pakken. 40) De Turfdraagers, voor het opdraagen der turf. 41) De Commisfarisftn, voor het aanteekenen der verzendingen.; 42) De Expediteurs, enz. Maa- \anhano* iel.  • aanhang" ski.. 183 MIDDELEN tot HERSTEL Msakende tusfchen de 60 en 70 onderfcheidene trafieken, negotien of ambagten uit, die deel en intrest hebben in het vertier der binnenlandfche rna» nufaéturen, buiten nog oneindig veel anderen, die weder van deeze opgeuoemden als een fchakel afhangen» te veel om optenoemen.