BEKNOPT HANDBOEKJE DER VADERLANDSCHE •GESCHIEDENISSEN.   BEKNOPT HANDBOEKJE d e r vaderlandsche GESCHIEDENISSEN. Aanvang tieemende met de komst van Karel be Vde tot de Graaffelijke Waardigheid over deeze Landen , tot den tegetiwms^digen tijd. Uit de beste AüTHEUREN, en andere echte stukken, ten dienfte van NEêRLANDSCH Jongelingschap, bij een gezameld, en in er de gefield, door CORNELIS van d e li Aa. derde deel. met plaaten en pourtrattten. te amsterdam, bij JOHANNES ALLART.. m d c c c.   INHOUD VAN DIT DERDE DEEL. DERTIENDE AFDEELING. Vervolg der Hiflorie, /mts de dood van Philips de Ilde in 1598. tot het treffen van het Twaalfjaarig Beft and in 1609. Bladz. 1 VEERTIENDE AFDEELING. Beknopt, en volledig bericht, van den Oorfprong, Voortgang, Beflisflng 9 en Gevolgen, van de Ker * kelijke Verfchillen,. tusfehen de navolgers van Arminius en Gomavim, naderhand bekend gewor- * 3 den  vi I N H OU D. den onder de naamen van Remonftranten en Contra-Remonflraiuen :. flnti de vrcegfie tijden , " tot naa het eindigen der Nat'ionaale Synode, gehouden te Dordrecht in de jaar en 1618 e n 161 p 54 VIJFTIENDE AFDEELING, Vervolg der Hïftorie, fints het'-fluiten' van het Twaalfjaarig Beft and in 1609« tot de dood van Fkedrik Hendrik in het jaar 1647 144 .0miaaaasA aawsitüaav ZESTIENDE AFDEELING. Vervolg der Hiflor ie, flnts de Verheffing van Willem de Ilde tot Stadhouder, in 1647, tot het begin van den tweeden Engelfchen Oor hg in het jaar 1663. . .2212 BE-  BERICHT VOOR DEN BINDER. Johannes Uitenbogaart * . Bladz. 10 De Prtefident Jeannin . . . a8 De Spaanfche Gezanten komen in den Haag, tot het fluiten des Beftands, en worden door Mauritz verwelkomd 36 Franciscus Gomarus Hoogleeraar te Leyden . . •. •. 7« De Waardgelders te Utrecht door Prins Mauritz afgedankt en ontwapend . 114 Cornelis Pieterszoon Hooft, Raad en Burgemeester der Stad Amfterdam . 122 Lands Advocaat Mr. Johan van Oldenbarneveld in den Ilaage onthalst . . 138 lenige Remonftrants-gezinde Predicanten worden ten Lande Uirgebannen 14a Willem van Oldenbarneveld, Heere van Sroutenburg . , . Reinier van Oldenbarneveld, Heere van •Groeneveld . . m ,g4 Prins  BERICHT voor den BINDER Prins Mauritz op zijn fterfbedde liggende ; . . . l8t De Admiraal Pieter Pieterszoon Hein . 202 Eenige RemonftrantfchePredicanten ontvluchten uit hunne gevangenis op het Fort Loevefteijn . . 214 •Maria de Medicis, Koninginne Moeder van Vrankrijk . . . 228 Karei den I. Koning van Engeland, op het Schavot Onthoofd . . 258 Zes Staatsleden gevangelijk naar Loevefteijn gevoerd .... 278 Afbeelding der Blokhuizen, aan den Am- ftel opgericht, te Amfterdam . 282 | Maarten Harperrz. Tromp, Lieutenant Admiraal van Holland . . 316 Mr. Johan de Witt, Raadpenfionaris van Holland . . ... 312 1 Michiel Adriaanszoon de Ruiter, Lieutenant Admiraal van Holland . 358 152-  BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE DER VADERLANDSCHE GESCHIEDENISSEN. DERTIENDE AFDEELING. 1598 I609. INHOUD. Philips de lilde verbied allen handel der Ne- . derlanderen in zijne Staaten. < Neemd . hunne Perfoonen en Schepen in bejlag, . De Aartshertogen verbieden allen Vaart en . ■ Handel van de Vereenigde Gewesten met da . ovsrige Nederlanden. Vijandelijke aan- Slagen der Spaanfchen. Wederzijdfcbe . bedrijven Overwinningen ter Zee UI. Deel. a * ^  2 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Ook te Lande. Roemrijke /lag hij Ni:- poort. Gevolgen van dezelve. —— Oostende belegert, j Oraave gewon. nen. De Vaart op de'Indien ondernomen. — De O. L Compagnie opgericht. — Vijandelijke*' Galeien door De Moor overmeesterd. Yzendijke , en Sluis gewonnen. Vreede tasfehen Engeland en Spanje gefloten. Oostende naa een drie ja- rig Beleg verleren. Dé Schelde doofde Staaten gefloten. Vaordeelcn daar door veroorzaakt. Voorflagen tot Vrede aan de Staaten gedaan, door de Spanjaarden. —— JVapenfchorsflng te Lande gefloten. Handelingen daar over gehouden. — Verfchillende gedachten over dit ondertverp. Oldenbarneveld ijvert ,er voor. -—- Overwinning van Heemskerk , in de Straat van Gibraltar. Toeneemend aanzien en verinogen der Staaten. — Spaansch gezantfehap in den Haage. ■ Aankomst van de Franfche Gezanten al- dmr. Handelingen van Koning ]::CO^ , tn in Vrankrijk met Aarsfens. 1 Geheime . Èio&elingen der Franfchtn. —— Vtarüker van  DER VADERL. GESCfllffDENISSEISf. 3 van Jeannin. ———f De Spanjaarden trachten Aarsft ns door gefchenken te winnen. — Hij ontdekt dien handel. Geheime en epenbaare pogingen van jeannin. Oor- zaaken van de verzvijdering tusfcben Mau- R:tz en Oldenbarneveld. De Wmpen- fchorjing verlengt. Verbond met Vrank- rijk gefloten. De Aartshertogen trach¬ ten eenen Vrede onder alle de Nederland- fche Gezvesten te fluiten. . Oldenbarne- veld's geheime handelingen daarbij gebou- itn. Gezantfchappen van verfcheida Noord fche Hoven, komen in den Haage. —Ook eene van wegen den Keijzer. Aankomst der Spaan fche Gezanten hier te Lande. Zij verkrijgen gehoor, en de onderhandelingen tot Vrede neemen eenen aan* vang. Verflag van de onderhandelingen, Bedrieglijken handel der Spaan- fchen. De onderhandelingen fiaan ep bet punt om afgebroken te zvorJen. . Engeland en Vrankrijk, raaden tot een Ba- fiand. De Franfchen trachtten, onder fchijn van Vriendfchap, meer gezach in dee- ze Landen te krijgen. Middeien daar A a toe  4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE toe in het -werk gefield, Oldenbarneveld neemd een aanzienlijk gefchenk aan. — Onderzoek of hem dit geoorloofd was? Bet Beftand word tegen den zin van Mauritz , èn het groot/ie deel der Natie doorgedrongen. Voornaamfte punten van hetzelve, Vrankrijk en Engeland weigeren de Vrijheid des Lands te erkennen. • Stellen zich als Borgen van het Bef and. Voordeelen aan Mauritz , geduurende het Bedand toegedaan. Vrankrijk raad tot bet aan feilen van eenen Raad van Staaten. Oldenbarneveld is 'er tegen, en zijne oogmerken daar mede. Pogingen van Jeannin , ten voordvcle van de Rooms cb- gezinden. De Landmacht van den Staat verminderd. Vertrek der Vreemde GeZanten. Spanje bekrachtigd het Be- fland. Aanzien der Staaten, bier door vermeerderd. Overgang tot het verhaa- ieu der Kerkelijke gef biilcn , die in de volgende Afdaling zullen vermeld worden. De  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN, 5 De dood van Philips de Ilde verwekte nieuwe rampen aan 's Lands Ingezeetenen. Niettëgtmftaande, de twisten en oneenigheden weieer zoo hoog klommen, d)t zij in openbaaren Oorlog met hem ingewikkeld waren, dat zij h:m alle recht en aanfpraak op deeze Landen ontzegd, en pltchug afgezworen haddfn; zoo ging den Koophandel tusfchen de beide Landen echter zijnen gang, en Philips, was Staatkundig genoeg, om dezelve niet te beletten, ban, zijnen Zoon en Opvolger, aan het bewind gekomen zijnde, liet al fpoedig blijken, wat men van hem te wachten had, daar hij eeriflags, alle Vrijheden dei.wegens toegeftaan , introk en vernielde . en, zonder voorafgaande waarfchouwing, alle de Schepen en Vaartuigen tier Nederlanderen, in aüe de Havenen zijner uitgeftrektc Heerfehappijen in betlag nam. Veele NederJan deren, die zich ter oorzaake van den Hand i in Spanje bevonden, en 'er zelfü jaaren lang gewoond had der . werden bij de kop gevat, en op de fnoodfte wijze laishaudeld. Meer dan 500 Schepen werA 3 den  6 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE den op deeze wijze aangehouden, waar ui: men niet alleen een denkbeeld van de hoe grootheid dér ichadc, maar ook van de uitgebreidheid van den Koophandel, en Zeevaart onzer Voorvaderen vormen kan. Dit dolzinnig en onftaatkundig gedrag des Koning, gaf eene al^emeene verflagenheid hier te Lande, en verwekte veel ongenoegen in Spanje, en Portaal, daar men, ondanks het bevel des Konings, omtrent de hélfte der Schepen het gevaar ontkomen deed. Hier bleef het niet bij: 'er kwam te m-MjU een Macaat in 't licht, waar bij de Infante, t® Jen handel met 'de Veréénigde Gewesten op de ftrergfle wijze,,aan de Ingezeetenen der overige Nederlanden, verbood, waar mede zij bedoelde, aan den binnenlandfchen Mandel den doodfteek te gceven, terwijl haaren Broeder, den bukenlandfchen vernielde Het duurde niet lang, of de Infante verzamelde een geducht Leger van o2;OCO mau en iïekle het onder bevel van Mendoza, Admirant van Arragon , met geen ander oogmerk, dan om door de Betuwe, in het hart van Holland te dringen, en alles aan zich  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 7 te onderwerpen. De zwakke toeftand van het Staatfehe Leger, zijnde in het geheel ruim 7000 man fterk, verhinderde Mauritz om aanvallender wijze te handelen, weshalvcn hij zich vergenoegen moest, met het bewaaren der Grenzen, waar in hij dan ook meesterlijk Haagde. De Spanjaarden namen Rhijnberk en eenige andere„plaatfeo weg, maar de baldadige plunderingen en andere ongeregeldheden, die zij atonime aanrichtten , veroorzaakte zulk een gebrek, dat zij genoodzaakt werden, op elen Duiïfchen bodem terug te trekken. Hier mede iiep de Veldtocht voor dit jaar ten einde, en nu verfterkten de Staaten hun Leger, door het in drenst neemen van ordci fche.dene vreemde hulpbenden, dat al vroeg in het voorjaar van 1599. te velde trok, en de bewegingen der Vijanden gade floeg. Geduurende dit. jaar werden de Krijgsbedrijven te Lande met weinig ijver doorgezet : Mauritz ontdook een algemeen gevecht , en matte daar door den Vijand niet weinig af, terwijl hij zijn Leger niet verzwakte; maar ter Zee, ging het werkzamer toe: want de A 4 Staa-  S BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Sraaren rustten eene aanzienlijke Vloot van ruim zeventig Schepen uit; onder bevel varï den Admiraal Van der Does, en gaven hem in last, om de Spaanfche Vloot, die inde Corunha uitgerust werd, te vernielen, en den Vijand alle afbreuk te doen. Met eenen gunitigen wind liep de Vloot uit de Maaze, en kwam reeds in Junij, ter beftemder piaatfe, maar de Spanjaarden ontweken een gevecht, waar op de Vloot zeil maakte, en, naar de Kanarifche Eilanden ftevende. Hier ondernam men eene Landing, en eerlange werd Groot Kanarie, door de Nederlanders bemachtigd: ook werden op de Vaderïandfche Kusten, eenige Duinkerker Kapers, en zes vijandelijke Galeien, onder bevel van Fredrik Spinola, in Zee gedoken, overmeesterd, en vernield. Door alle deeze voordeden aangemoedigd, befloot men tegen den aanvang des jaars iéoo, zich ter Zee en te Lande, in eenen geduchten ftaat te brengen. Men had een buitengewoonen flrengèn Winter, waar door alles met fterk Ijs bezet was; dit deed Graaf Lcdewijk al vroeg in Louwmaand, eene onderneeming op fVag- /r> Niett* poort. Om twee uuren naa den middag, geraakten de Legers aan elkander, en er werd met eene onvoorbeekklijke woede gevochten, tot zeven uuren des avonds, als wanneer de Vijand den aftocht blaazen, en het flagveld verlaten moest, met verlies van Sooo dooden > en een veel grooter aantal gevangenen, waaronder veele armzienelijke Perfonen, bijzonder den Admirant van Arragon, zich bevonden.' Dc-eze werd in 1Ö02 tegen alle Nederlandfche krijgsgevangenen uirgewisfc.it. Deeze onderneeming van Maunnz, Was alkfints .ftoutmoedig; alles hong af, aan den uitilag van deezen ftrijd; was h»j geflagen geworden, het ware met 'sLauds Vrijheid gedaan geweest, nu hong alles arm zijn goed beleid, en den zegen van G03. Alle onze Historiefchrijvers komen daarin overeen, dat de roemrijke overwinning van deczen altoos gedenkwaardigen dag, groot* • '. deels    DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. I I deels was toe te fchrijven, aan het beleid van Mauritz , die de Oorlogfchepen van Land tleed fteeken, ten einde het vluchten naar dezelve, aan het Volk te beletten, ook zorgde hij, het voordeel van Zon en Wind te behouden; want, daar de Vijanden die beiden in het aangezicht hadden, veroorzaakte hun zulks veel hinder. De Spanjaarden konden ook weinig met hun gefchut uitvoeren, want daar zij het in de Duinen geplant hadden, zonk het derwijze in het zand, dat zij 'er geene fchade door konden toebrengen, aan Mauritz, die zijne Hukken op eene vloer van planken had doen ftellen, en daar door eene groote llachiing onder de Vijanden te weege bracht. Den volgenden dag, deed den Overwinnaar zijne intrede binnen Oostende, alwaar hij, benevens de .Afgevaardigden der Staaten , eenen plechtigen Dankdag beval over de behaalde zege, welke Godsdienstoefening verricht werd, door Jobannes ■Uittnbogaart, Predikant in den Eaage, die door de Staaten van Holland , naar het Leger gezonden was. Mendoza werd te Woerden gevangen gezer,. A 6 doch  12 -BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE doch Mauritz hield zich nog eenigen tijd m Vlaanderen op, en keerde toen naar HolW terug, waar mede de krijgsbedrijven du jaar een einde namen, en eenige gerezene gefchillen in Groningen, en Vriesland, vereffend werden. - De overwinning bij Nieupoort bevochten, deed den roem der Nederlandfche Meldenmoed aan heel de wereld bekend worden , en de Staaten fpanden geduurende den Winter, alle hunne krachten in, om het Leger van Mauritz in eenen geduchten flaat te brengen, terr einde de overwinningen voort te zetten. Engeland leverde hun manfehap, Irankrijk, bezorgde hun geld, en hier bij gevoegd de inkomften van eene belasting op de Schoorfteenen in Holland, waren zij m ftaat, al vroeg in het voorjaar, een aanzienlijk Leger te Velde te brengen, waar mede Mauritz Rhijnberk en aan dfa Vijand ontnam. Om deezen tijd, floeg den Aartshertog het beleg voor Oostende, het welk door de belegerden langer dat» drie jaaren werd uitgehouden, en aan den Vijand zoo veel Schat, en Volks koste, dat hij ge- duu-  EER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 13 duurende dien tijd, niets van gewicht onderneemen kon. Mauritz, daar door aangemoedigd, zette zijne overwinningen voort, trok zelfs in 1602. over de Maaze, en b-ood den Vijand eenen Veldflag aan, doch daar het Spaan fche Leger omtrent 6,000 man zwakker was, dan het Staaifche, ontdook Mendoza het gevecht, niet vergeten zijnde, wat hem voor TSIietipoort bejegend was. Hier op werd de Vesting Graave belegerd en gewonnen; Graaf Lodeivijk van Nas/hu, viel in het Luxemburgfche , met agt Galeien, door de Spanjaarden uitgerust, om den Ncderlanderen re beftoken, werden door eenige Staatfche Oorlogfchepen overzeild en vervolgens vernield. Dit voordeel kon echter niet haaien, bij den aanraerkelijken zegen, die den vereenigden Staat, te beurte viel, door de verbaazende voortgangen die onze Voorvaderen, fints de laatfte vijf jaaren, in de Oast-Indiën gemaakt hadden, en van dat aanbelang geworden waren , dat 's Lands Staaten zien nu die zaak aantrokken, door allen bijzonderen har del op die Gewesten te verbieden, en hun, die ten koste van A 7 200  14 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE zoo veel Schats, dien Vaart en Handel ondernomen hadden, toe een Lichaam of Maatfchappij te veréénigen , onder haare befcherming te neemen, en een uitfiuitend Oclrooi voor den tijd van een - en - twintig jaaren te verleenen. Wij hebben in de Eerfie Afdeeling van dit Handboekje , de Eerfte beginfelen van de Vaart .op de Indien, en het voornaamfte van alles wat tot de gewenschte gevolgen dier onderneming betrekking heeft, uitvoerig gefchetst, waarom wij de vrijheid neemen , den Lezer derwaarts te wijzen, en thans overtegaan tot het opgeven van de voornaamfte bedrijven die in het jaar 1603. plaats hadden. Deeze waren te Lande met zeer belangrijk , evenwel fioeg de balans ten onzen voordeele door, want fchoon '* Hertogenbosch vruchtloos door Mauritz belegerd, en Wagtendonk door de Spaanfchen verrast werd, zoo werd Hoogftraaten echter gewonnen, den Sp-,anfchen bevelhebber De/la Bella met 2.000 Ruiters verflagen , en agt Spaanfche Galeien onder bevel vart Frcdrik Sphnêtfi die eenen vijandelijken aanval op Wal- cue-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 1$ cheren in den zin had, door den dapperen Joos de < Bloot- verflagen , waar bij Spinola het leven liet. De dood van Koningimie Elifabeth, die in dit jaar voorviel, had echter geene voordeelige gevolgen voor den Staat, want Jacob , Koning -van Schotland, haar opvolgende, was traag in het leveren van onderftand, en floot in het volgende jaar eenen Vrede met de Spanjaarden, waardoor zij van dien kant, van alle hulp en onderftand vcrftoken werden. Gelukkig dat Mauritz , in dat jaar over ftak naar het Land van Kadzand. Hij bemachtigde Tzendijke, en andere plaatfen; fïoeg het beleg voor Sluis, en omring Ambrofius Spinola, die het trachtte te ontzetten, zoo dapper, dat hij eene geduchte nederlaag ondergaan moest. Het gevolg was, dat Sluis zich aan Mauritz overgaf, en de Ncderlanderen ruim 70 ftukken Gefchuts, en 10 Galeien, ten buüe viel. Meer dan 1400 Turken cn Mooren, door de Spanjaarden weleer gevangen genomen, en als flaaven behandeld wordende, verkregen hier hunne Vrijheid, en Mauritz was Staatkundig genoeg, om die allen naar  16 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE naar hun Vaderland terug te zenden, door welk gunstbetoon , de belangen van den Koophandel, bij die wijdafgelegene Volken, ten voordeele der Nederlanderen, niet weinig bevorderd werden. Hoe gewichtig die voordeden ook waren, zij werden merkelijk getemperd, door het verlies van Ooftende, dat fims meer dan drie jaaren was belegerd geworden, en nu eindelijk genoodzaakt was, zich met den Vijand te verdragen. De Stad, was geduurende dit langduurig beleg derwijze verwoest, dat zij in eenen ateeligen puinhoop, ontledigd van bijna alle haare voorige bewooneren , herfchapen was. Het ftreng beleg had den Staat wei 50,000 man, en eenen verbazenden fchat aan geld gekost, doch, daar den Vijand geen minder verlies aan Volk, en nog oneindig meer fchats verfpild had, kwam hem de overgave van dien Steenhoop nog duurder te ftaan, door dien hij daar door zijne werkzaamheden verlamd, en alle zijne vermogens verfpild had. De dappere bezetting 3,000 man fterk, bedong eenen vrijen aftocht naar Sluis, met behoud van  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. IJ van hunne Wapenen, en eenig Kanon, zij trokken midden door hec Vijandlijk Leger heen, en werden door Mauritz binnen Sluis, niet ais overwonnenen, maar als overwinnaars, met alle achting ontfangen. De Vrede tusfchen Engeland en Spanfi gefloten, deed de vriendfehap tusfchen deezen Staat, met het Britfche Rijk niet weinig verflaauwen, want de Staaten weigerden aan de Engelfchen , de vrije Vaart naar Antwerpen, als hebbende bij Placaat bevolen , dat geene goederen voorbij 's Lands Sterktens , langs de Schelde mochten vervoerd worden, dan, naa dat dezelve onderzocht en verbodemd waren. De Staaten namen dit befluit, eensdeels; om te verhoeden dat de Spanjaarden, zich van Kngelfche Schepen, ten onzen nadeele gebruik maaken zouden ; en anderdeels, om de Koophandel van Antwerpen, te befchadigen, en naar de Veréénigde Gewesten over te brengen. Dit fluiten van de Schelde, werd bij den Munfterfchen Vrede, ondanks den fterkften tegenftand bedongen, en aan de Staaten  IS BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ten toegedaan , en is aftoos gehouden voor eenen van de voornaamfte middwlen, ijfaaf door den bloei en welvaart des Koophandels is verzekerd geworden. De Staaten, nu ontzet van buitenlandfche hulp, en de Spanjaarden, afgemat door zoo veele verliezen, beflooreu de eerstgenoernden flecbts verwerender wijze te Oorlogen. Van daar dat de bedrijven van 1605 en 1606. te Lande, niet* belangrijks ople* veren, maar de voortgangen die den lndiic!>en Handel maakte , veroorzaakte een Vijand aanmerkelijke verli .^en, en decdeu hem met ernst op eene bevrediging bedacht zijn. In het begin des jaars 1Ó07. zond den Aartshertog eene bezending aan de Algemeens Staaten, met den vonrllag, om in onderhandeling over Vrede, of ftilfland van Wapenen te treden, daar bij te kennen gecvende, dat den Aartshertog niets meerder zou, vorderen , dan V geen hem met recht toekivam. He Staaten bevroedende, dat men aan de Spaanfche zijde, door dee-ze uitdrukking, noch eenig recht op deeze Landen waande te bezitten, beantwoordden dit aanbed, met . een  DÉR VADERL. GESCHIEDENISSEN, lp een betöog, dat den Aaartsbertog geen bet tninfle recht op de Verêênigde Gewesten had: de Staaten, waren bij de machtigde Koningen als Vrije Staaten erkend, door de Verbonden die zij gefloten hadden, en dus verklaarden zij, geen Vrede te kunnen /luiten ' dis' hunne Vrijheid, eeniger'maate in tzvijjfel trekken , en de overdracht der Opperheerfcbappij, aan den Aartshertog gedaan, wettigen zouden Dit rustig antwoord, deed den Vijand var» toon veranderen, die daarop, ïn een nader voorftel, verklaarde: bereid te zijn, met de Verêênigde Gewesten, als met Vrije VOLKEN te. willen handelen, het zij over eenen eeuwigen Vrede; of over een Bestand van 12, 15, of 20 jaaren; of', over eene wapenschorsing, op voorwaarden, dat elk zou blijven in zijn tegenwoordig bezit. Deeze fchorfing van vijandelijkheden, werd naa rijp beraad, voor agt maanden aangenomen, doch ftrekte zich alleen -te Lande uit, en dan nog wel onder beding, dat de Koning van Spanje, binnen drie maanden dit Verdrag bekrachtigen , en deeze Landen, insgelijks voor Vrije Landen erkennen zou. Verfchillend werd '  20 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE werd 'er gedacht, over het al of niet toetreden tot eenen duurzamen Vrede, waartoe deeze Wapenfchorljng den weg baande. Een groot deel der Ingezetenen, mistrouwden het werk, zich herinnerende de trouwloosheid der Spanjaarden, bij de handelingen te Breda, en te Keulen; en oordeelden dat hij Hechts tijd zocht te winnen, om zich van geledene verliezen te herftellen. Een ander deel , en daar onder behoorde ook Prins Mauritz , was van gedachten, dat men den Oorlog boven de Vrede verkiezen moest, beducht zijnde, dat de Gewesten, die zich gt duurende den Oorlog op het naauwtt verenigd hielden , na het fluiti n van Vrede of langdurig Beftand, in onderlinge twisten geraken zouden. Zij waren bevreesd, dat de Koophandel al ligt weder naar Antwerpen verlegt, en de voortgangen in de Oost- en West Indien, daardoor belemmerd worden zouden. Zij, die in den Krijgsdienst hun beftaan hadden , voegden zich bij deezen; en veelen onder de Kooplieden, die hun voordeel bij den Oorlog hadden , volgden dat zelfde fpoor. Men kan hier  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 21 hier uit opmaaken , dat verre het meerder deel der Natie, van geen Vrede hooren wilde; doeh het ontbrak niet aan eene andere partij, waaronder Oldenbarneveld behoorde, die van oordeel was, dat naa zulk eenen langen en hevigen ftrijd, naa het vergieten van zoo veel bloed, naa het verfpiilen van zoo veel fchatten, oenen eerlijken Vrede, of een langdurig B-ftar.d, niet te verwerpen was, men kon in het laatfte geval, eenigen adem fcheppen, en de inwendige zaaken des Lands, op een geregelder en vaster voet brengen. Oldenbarneveld die zich reeds een groot gezach in den Staat verworven had, door zijne kunde en bekwaamheid in het ftuk van -Regeering, ijverde zeer voor dit gevoelen,, ter Staatsvergadering van Holland, en toonde aan, dat niettegenftaande, de verhoging op de Imposten, en andere buitengewoone lasten, die Provincie, in negen jaaren tijds, wel zes-en-twintig Millioenen ten achter geraakt was, en betoogde op dien grond, dat eenen Vrede of Beftand, boven alles te verkiezen was, mits men vooraf , aan de zijde van Spanje , erkentenis van de Vrijheid en On-  fiü BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ünafhangelijkheid dezer Landen deed. Wij hebben de verfehillende gedachten, over dit 'belangrijk onderwerp, hier eenigermaate uitvoerig vermeld , om dat dit verfchil van denkbeelden, den \vezentlijken grond gelegt heeft , tot die onzalige twisten, die wij in het vervolg melden zullen. Het kostte Oldenbarneveld weinig moeite, om de Leden van Holland, tot zijn gevoelen te doen overhellen, en daar hij ook veel 'invloeds had, ter Algemeenè Staatsvergadering, vond het ook aldaar veel bijval, bij die Gewesten, die meerder aan de onheilen blootgefteld waren, en door den Spaanschgezinden aanhang, die zij nog in hun mid'den hadden, zich in grooter gevaar bevonden. Meerder moeite koste het hem, om Mauritz in zijn gevoelen te brengen , het welk hem echter gelukte. Deeze liet zich •bewegen tot de handeling, volgens fomniiger gedachten, denkende, dat de Spanjaarden nooit tot dien flap komen zouden, dat zij deeze Landen , tot Vrije Landen, verklaaren zouden , hetwelk echter door hun gefchieddc ; waar door 's Lands luister niet wei-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 23 weinig vermeerderde bij de buitenlandfche Mogendheden. Daar'het ophouden der Vijandlijkheden, zich alleen te Lande bepaalde, kan men lichtelijk nagaan, dat de Staarcn hunne pogingen ter Zee , met eenen verdubbelden ijver voortzetten- Al vroeg in het voorjaar, geduurende de onderhandelingen over de Wapenfchorfing, hadden zij eene Vloot van öertig Schepen doen uitrusten , en zorden dezelve, onder, bevel van den dapperen Jacob van Heemskerk, die zich reeds door verfcheide tochten , en zijnen betoonden heldenmoed, beroemd gemaakt had, in Zee. Hij was derwijze van de eerlijkheid zijner bedoelingen, en goede voornemens bewust, *dat hij voor zijn verrrek verzekerde , dat let Vaderland, hem nog eens, bet zij dood, of 'levend, voor zijne bedrijven vereeren zou. De Staaren fielden ook zulk een vertrouwen in "Zijn beleid en eerlijkheid , dat zij hem onbepoalden Jast gaven, om met de Vloot alles te doen , wat hij ten diende van den Lv.de , nuttig obrdeclen zou. Zijn eerde plan was , om de Sjsaanfche Oost-ïndiTcha Sche-  24 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Schepen, die de Taag opgelopen waren, en voor Lisbon lagen , te bemachtigen, maar vernemende, dat zij van daar reeds vertrokken waren, nam hij cours naar de ftraat van Gi bral ter, en beipeurde in de Baai van die Stad, eene aanzienlijke Spaanfche Vloot van t waalf zwaare Oorlogfchepen, en negen üallioeuen : aldaar wagtende , op de aankomst eener Koopvaardijvloot, uit de Middenlandfche Zee. Hoe ongelijk zijne macht tegen die van den vijand gerekend, ook wezen mocht, de kans was hier te feboon, om geene blijken van dapperheid te geeven , en den vijand afbreuk te doen : de Nederlandfche Vlootvoogd vermaand elk tot het betrachten van zijnen plicht, doet hun zulks met eenen plechtigen Eed bezweereu, loopt daar op de Straat van Gibralter in, en brand los op de Vijandelijke Vloot. De trotfche Spaanfche Bevelhebber, de Nederlanders , met zulke kleine Schepen, op zijne Zeekafteelen ziende afkomen, glimplacht, en vraagt aan eenen gevangenen, wat bijmeende, dat zij in den zin hadden? en toen deeze hem antvvoorde: dat zij hem jlag leve-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 25 veren zenden, waande hij', met zijn Admiraalfchip, de geheele Nederlandfche Vloot te kunnen overmeesteren : doch de uitkomst deed zien, dat hem dit fnorken luttel baatte, dë Nederlanders vochten als leeuwen, en bijna de geheele Vijandelijke Macht, werd op dien roemrijken dag vernield. Ongelukkig , dat de dappere Heemskerk hier het leven liet, wiens gezegde (hier boven opgegeven) ook bewaarheid werd , want zijn Lijk, in het Vaderland overgevoerd zijnde, werd op 's Lands kosten, met groote liane begraven., in de oude Kerke der Stad Amfterdam, alwaar een prachtig Praalgevaarteder vereeuwiging zijner heldenmoed werd opgericht; eene eer die hier te Lande, nog nooit aan eenig Zeeheld te beurte gevallen was. Deze overwinning, gevoegd bij den flap waar toe de Spanjaarden, ten aanziene van de Verêênigde Gewesten gekomen waren , deed het aanzien dezer Landen bij de nabijgelegene Volken niet weinig vermeerderen; en daar de Engelfchen thans met de Spanjaarden bevredigd waren , oordeelde het Fran- III. Deel. E fche  2ü BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE fche Hof, zich alle deeze ornfrandigheden ten nutte te maaken, door' zich van de genegenheid cn vriendfehap der Staaten te verzekeren. Ongaarne zag men in Vrankrijk , dat de doorfleper-c Monnik Jan N/jen, als Afgezant van den Aartshertog, in den Haage zijn verblijf hield, naa dat hij de Wapenfchorsfing tot ftand gebracht had, en in een gehoor bij de Algemeene Staaten verdocht, dat de Vloot, onder Heemskerk in Zee geit ok en, te rug ontboden werd: verfchillend waren de gedachten over dit verzoek, doch Mauritz oordeelde te recht, dat het niet kon toegedaan worden, uit krachte van het gefloten verdrag, dat zich alleen bepaalde tot eenen ftilftand van Vijandelijkheden te Lande. Te midden van het raadplegen over dit onderwerp , landde een buitengewoon Gezantfchap uit Vrankrijk te Viisjingen aan, alleen dienende, om een wakend oog te houden, op het geen 'er hier te Lande met Spanje gehandeld werd, en het befluit naar hunnen zin te leiden. Koning Henrik, w as niet onkundig gebleven , dat Jacob, niet vreemd was, om t'eenigen tijde deeze Ge- wes-  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 17 westen aan zijne Kroon te hechten,, en daarom een Huwelijk aan Philips deed voordellen , tusfchen zijnen oudften Zoon, en eene Infante van Spanje ; hij had daarom reeds aan den Gezant der Staaten, Frangois Aarsfins , in last gegeven, om de Staaten, eemge vraagen te doen , die zijne oogmerken , om de Opperheerfchappij in handen te krijgen, ingewikkeld te kennen gaven, doch de zaak was flcpende gehouden, en veelcn waren in het vermoeden, dat hij de Engelfchen de kans meende aftezien. Hoe zeer Henrik zich over dat vermoeden gebelgd toonde, het ontbrak echter niet aan fpreekendc bewijzen, dat hij inderdaad niets minder bedoelde. Met deeze oogmerken, ■zond Henrik het Gezantfch'ap waar van wij zoo even melding maakte, en aan weikers hoofd zich bevond, de doorliepen Staatsman Pierre Jeannin, Prefident van Bourgondien , een Man , bedreven in alle takken van Geleerdheid, en daar bij, uitgeleerd in de geheimen der Staatkunde van dien tijd. Hij was een uitnemend redenaar, en, volgens het getuigenis van den beroemden GroB 2 tius3  2u BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE tius, Zoo volkomen meester van zijne uitdrukkingen en gelaatstrekken , dat hij het operbartigst fcheen , wanneer hij bet meest veinsde. Al fpocdig werden de Gezanten ter gehoor bij de Staaten toegelaaten, waarin Jeannin de eestte proeve van zijne bekwaamheid gaf, door in eene cierlijke rede, zijnen last bekend te maaken, het welk door Oldenbarneveld, beantwoord werd, waar naa men door Gemachtigden, met hem in nadere onderhandeling trad, over den toefrand van zaaken, en de hulpmiddelen die men, aan deeze zijde, behoefde. De Aartshertogen verzuimden intusfchen niet , om de oogmerken van ILnrik te dwarsbomen : zij bedienden zich van de doornepen Neijen, om was het mooglijk, de Staaten ten hunnen voordeele in te neemen , en Neijen nam een proef, om door omkoping van den Heer Aarsfens, hun doelwit te bevoorderen. In zeker geheim g,efprek, beloofde hij aan Aarsfens, aanzienelijke gefchenken voor hem, en zijne Huisvrouwe. Doch deeze, do@f voor blinkende aanbiedingen, ten nadeele van zijn Vaderland,    DER VADERL. GESCHIEDENISSEN 20 land, gaf'er kennis van aan Mauritz,,en de Staaten, die, om geen argwaan aan hunne andere Bondgenooten te geeven, eenige Gezanten naar Engeland , en Deenmarken zenden, om van die Koven door goeden raad gediend te worden. Wij zouden te uitvoerig worden , wanneer wij alle de doovflepene handelingen van de Franfchen Gezanten, en bijzonder van Jeannin vermelden wilden, waarom wij Hechts aanmerken , dat hoezeer hij in den beginne tot het voortzetten des Oorlogs genegen fchee^n, en om die rede, een onderzoek naar den finantieelen toeftand der Gewesten, en andere Staatsgeheimen deed:, in gedutirige bijeenkorrften met Maukhz en Oldenbarneveld, die beiden hier over zeer verft lullende denkbeelden hadden ; hij echter al fpoedig van toon veranderde, en het gevoelen van den Advocaat opentJijk begunftigdc, en dac van den Prins tegenwerkte. Dit bleek duidelijk, toen hij, en zijnen Amptgenoot Buzanval, zich de moeite gaven , eene reize te doen naar Leijden, /lmfterdam, en Haarlem, ten einde de VroeclB 3 fehap-  30 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE fchnppen dier Steden, die van geen Vrede hooren wilden , tot andere gedachten te brengen , waarin zij ook volkomen flaagden. Oldenbarneveld, zulk eene krachtdadige medehulp in het Franfche Oezantfehap bekeurende , het nu ook niets onbeproeft, om zijn gevoelen, dat vierkant ftreed met dat van den Prins, door te drijven. Hét groot aanzien dat hij in den Staat voor zich verworven had, door zijne uitmuntende talenten, had hij fints eei.ige jaaren niet weinig gefterkt en vermeerderd, door een groot aantal zijner Vrienden en Vereerers, in de meeste Steden op het kusfen te helpen, en het was voor hem, om die rede, weinig moeite, de befluiten der Vroedfchappen, l ij het geevcn van haaren last aan de Gedeputeerden ter Dagvaar:, mit zijnen -Ai te doen uitvallen. Mauritz, die zulks niet ontflipte, kon niet wel dulden, dat hij door eenen Staatsdienaar zoo zeer gedwarsboomd werd: dit gaf eerst aanleiding, tot verkoeling in de vriendfehap, die tusfchen hun beiden zoo veele jaaren beftaan had , en fpoedig verwandelde die verwijdering in vij- %  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 31 vijandfehap, die van de droevigfte gevolgen voor den Nederlandfchen Staat worden moest. Wij hebben hier boven, de wederzijdfche gedachten van deeze twee groote Mannen ©pgcgeeven, waarom wij dezelve niet willen bethalen; wij geloven voor ons, dat zij beuun in den beginne uit waare Vaderlandlievende gronden werkzaam waren, en in het voornaame punt , het welzijn des Vaderlands toen eenltemmig dachten : dat hei>verfchil alleen beftond, in de keuze aangaande de middelen om dat groote doel te bereiken ; en dit zoo zijnde , vertrouwen wij, dat zij eerimge zich met elkander zouden veivcdc'd -hebben, wanneer 'er aan de zijde van Ohhnbarneveld geene andere inzichten en bedoelingen waren bijgekomen; inzichten die hij veel gereder kon herijken bij het treffen van een Befland of Vrede, dan bij het doorzetten van d n Oorlog, doch die hij, zorgvuldig bedekte ender bet voorwendfel, dat hij ijverde, om 's Lands Finantie op eenen beteren voet te brengen, en den Staat ruimer adem te doen haaB 4 km.  32 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Jen. Wanneer wij zijn gedrag uit dit gezichtspunt befchouwen , waar toe de gefchiedenisfen , ons geene andere keuze overlaat, dan vinden wij daarin, de natuurlijke rede van den haat, die Mauritz tegen hem opvatte, door dien hij de man was, die hem verhinderde , den reeds zieltogen den Spanjaard, door de roemrijkfte daaden , geheel en al ui? het veld te iTaan, en daarenboven hem bij de Natie verdacht maakte, ais ftond hij naar meerder aanzien: en dit zoo zijnde, wie ziet dan niet het onvoorzichtige, het dubbelzinnige, in het gedrag van Oldenbarneveld? die in tijds zeijl had moeten minderen, en begrijpen, dat hoe groot hij zijnen invloed ook gemaakt had, hij toch niet opgewasfen was, tegen eenen Vorst als Mauritz, welks roem en heldenmoed op aller tongen zweefde, die door Vriend en Vijand erkend werd. Had hij zijnen veelvermogende invloed gebruikt, om in dit geval, de gevoelens der Staatsleden , tot eenigheid te leiden, had hij de geheime woelingen van Jeannin zooveel te keer gegaan, als hij ze nu bevoor- der-  DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. 3^ derde, gewis hij had zijnen roem onbefmet bewaard gezien, en zou zich bevrijd hebben voor een droevig uiteinde, waar over de volgende gedachten altoos verfchillend gedacht hebben , want zijne vrienden en aanhangeren , befchouwden hem als eenen Martelaar voor de Vrijheid, terwijl anderen oordeelden, dat hij het ftrenge doodvonnis te recht verdiend hadde. Wij hebben het noodzaakiijk geoordeeld, de waare bron van oneenigheid tusfchen deeze twee voornaame Mannen op te gee,ven, en 'er otize bijzondere gedachten over ontwikkeld , zonder dat wij dezelve aan iemand 'willen opdringen , Iaat<:n wij nu zien welke middelen 'er aan den Spaanfchen kant in het werk gefield werden, om het geheele verlies dezer Landen nog te voorkomen. De begeerde en toegezegde bekrachtiging van de geflootene Wapenfchor•fing kwam eindelijk uit Spanje aan, maar de uitdrukkingen daarin gebruikt , waren zoo ingewikkeld, dubbelzinnig , en duister, dat de Staaten 'er geen genoegen in namen, en op eene onbewimpelde erkenning van li 5 de  34 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE de Onafhangelijkheid dezer Landen aandrongen; waar over naar Spanje moetende gefchreven worden, de oorzaak te vinden is, dat de Wapenfehorfing nog tot het begin des volgenden jaars verlengd werd, in welken tijd een Verbond van Vriendfchap met Vrankrijk tot Hand gebracht werd, waarbij de Koning beloofde , al zijn vermogen in het werk te jlellen, om aan de Staaten eenen goeden en eerlijken Vrede te bezorgen , en ingeval die gefchonden werd, hem met 10.000 man ter hulp te komen, waar tegen de Staaten, in een tegenovergefteld geval, aan hem 5,000 man of cenige Oorlogfcbcpen zouden bijzetten. De vreugde hier over was algemeen, en het deed de achting voor de Fraiifchen allengs hooger klimmen, het welk de jalouzij der Engelfehen en andere Vorften niet weinig gaande maakte De bekrachtiging uit Spanje niet komend.- , werd 'er intusfchen eene handeling door de Aartshertogen aan de Staaten voorgeflaqen, onder beding, dat'er geene" andere dan Nederlanders tot dezelve zouden benoemd worden, dan. daar Philips, het gewichtig werk der handeling aan ges-  DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. $$ geene Nederlanders alleen vertrouwen , maar 'er ook eenige Spaan fchen toe benoemen wilde, wist Oldenbarneveld, die zaak gehi im te houden, en bij de paspoorten, die voor de Gezanten opentlijk alVevaerdigd werden , een geheim briefje te voegen, waarin men tot het ontfangen van Vreemden, zich genegen toonde; een fpreekend bewijs, hoe veel gezachs door deezen Man reeds oitgeoeffend werd. De gewichtige handelingeh, die nu reeds in den Haage pfaats hadden, en nog belangrijker Monden te worden, deeden verfebeiden Mogendheden befluiten, tot het afzenden van Gezantfchappen aan de Staaten, ten einde op alles een wakend oog te houden : behalven de Afgevaardigden van Deenmarken , Zweden , en Brandenburg , die ai fpoedig aankwamen , zond Keijzer Rudolf een brief, waarin hij de leenroerigheid van deeze Landen , aan het Duit fche Rijk ter baane brengende , de Staaten vermaande, zich niet vrij te doen verklaren , ten zij dan dat zij alvorens met hei Rijk gehandeld hadden, gij beantwoorden dien brief in vnen* B 6 de-  36* BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE delijke en algemeene bewoordingen , docli van de Leenroerigheid aan het Rijk , werd niet gefproken. Huig de Groot geeft 'er ons de rede van op, zeggende: het ■wederleggen zou hatelijk, en bet erkennen weinig eer geweest zijn. Het duurde nu niet lang, of de Vijandelijke Gezanten , verfchenen in den Haage: en ingevolge het geheim bericht, door Oldenbarneveld afgezonden , bevonden er zich, behalven Neijen en Verreiken, die gebooren Nederlanders waren, drie vreemdelingen onder, te weten : Ambrofius Spinola, Joan Richardot, en Don Jan de Mandei'dor, zij werden overal met'groote vreugde ontfanaen , bijzonder bij den Haage, alwaar Prins Mauritz hun met een talrijk gevolg te gemoete gereden was. Al fpoedig hadden zij hun openbaar gehoor, en 'er werden bij de Algemeene Staaten, en die der bijzondere Gewesten , eenige Gemachtigden benoemd, om de onderhandelingen te beginnen. Wegens Holland werd dit belargrijk werk aan Oldenbarneveld opgedragen , hij was de Man die gewoonlbk het woord voerde, en de zaaken het meest befiierde. Schoon ée  ÏAWKOM.ST BKR SPAANSCHE GJEZA.KTJCKi   DER VADERLi GESCHIEDENISSEN. 37 de Staaten over Vrede , en de Spaan fchen fleclits over een langdurig Befland handelen wilde, kwam men eindelijk tot het gevoelen der Staaten over, en werden als torn bepaald, deeze volgende punten. r) Erkentenis van de Vrijheid der Nederlonderen. fche Conferentie. De verf billen over den Godsdienst vermengt. met Staatkundige twisten. Oorzaaken daar van. —. Ds Remonilranten tasten door, en vinden tulp bij de Regenten van fommige Steden. — C 4 De  56 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE De Contraremonftranten fltllen Vf zich tegen .en worden in andere Steden befihermd. — Verdeeldheden ter Staatsvergadering van Holland. Onlusten te Rotterdam. Scherpe keure in Sehieland ontwerpen tegen de Contra Remonftranten. De fcheu- ring word openbaar. • ■■■ Mauritz mengt zich in in den twist, en raad de Staaten, t;js de beiden partijen , gelijke voorrechten te gunnen. Het zvord vervcorpen. > De Prins voegt zich bij de Contra-Remorftranten , die de Kloosterkerk in den Haa?,e bemachtigen. De Koning van Engeland fjbrijft aan de Algemeene Staaten , en faad tot het houden eev.er Nationaal e Synode. — Verdeelde gevoelens onder de Algemeene Staaten. ——— Scherpe Refolutie bij de Staaten van Holland genomen. Protsst van eenige Steden daar tegen. Waardgel- ders in Ho-liand aangenoointn-. ' Dt zoogenaamde Arminiaaufehe Schans te Leijden opgericht. Oldenbarneveld trekt naar Utrecht. Zijne handelingen aldaar. —■ Waard gel de rs aldaar door hem ingevoerd en aangensemen. —■ Gerechtshoven in Holland ***  DER VA DER L, GESCHIEDENISSEN. 57 gefcborst. De Ingezeetenen aan bunn gewoone Rechters onttrokken. JJe m ter- derheid der Gewesten is voor da Synode. üitenbogaard fchijnt 'er toe over te hellen. Okknbarneveld verf bi ld daar in, en ijvert 'er fterk tegen. Raad der Engel fche en Franfche Gezanten Mauritz verfterkt den Briel. Doet eene rei ze door Holland. Zijne ver¬ richtingen in de Froedfchappen der Steden. — Hij trekt naar Gelderland en OvcrijsfU op de Landdagen. Schotfchriften tegen 01- den barnc veld. Hij verdedigd zich bij de Staaten van Holland. Het meer¬ derdeel /leid zich in postuur van verdediging — Bezending der Staaten van Utrecht aan dezelve. Handeling ten huize van den Commies Daniël Trefel. Gedrag van Ledenberg, Secretaris der Staaten van "Utrecht. —- Voorfiel van de Groot , Bezending der Algemeene Staaten naar Utrecht. Prins Mauritz field zich aan het hoofd, en zijn gefprek met de'Groot te Utrecht gehouden. Het meerderdeel van Holland, zend insgelijks eene Comml+fs *• 5 vaan  58 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE naar Utrecht. Verdeeldheden onder de Staaten aldaar. .VIauritz dankt de Waardgelden te Utrecht, af - I)e Staaten nemen de vlucht De Regeering deor Mauritz, binnen Utrechr, Stadsen Staatsgewijze veranderd, - Waardgelden in Holland afgedankt. De Algemeene Staaten roepen de Nationaale Sijnede , te Dordrecht bij één. Oldenbarneveld Hogerbeets , de Groot, en Ledenberg gevangen. Zij worden door eene Commisfe uit de Algemeene Staaten ondervraagd. — Uiten bogaard, en anderen, wijken ten Lande uit. Mauritz veranderd de Regee- ïingen in de meefie Steden van Holland. — Ledenberg bencemd zich zelfs het leeven. De 'Synode komt te Dordrecht bij een. . Kort verjlag van het geene aldaar omging. — Veroordeeling der Remonftrantfche gevoelens. De Synode word geëindigd. — Een Collegie van vier en twintig Rechters over de Staatsgevangenen bencemd. Bekentenis van Oldenbarneveld. —— Aanmerkingen over zijne fcbulcl of onfchuld, — tfigingen door de Franféhe Gezanten ten zijnen  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 59 ntn voorde ele. —— Hij word ter dood veroordeeld , en zulks hem aangezegd. BijKonderheden van zijne laat/ie gefprekken en verrichtingen. Aanmerking over zijne Godsdienjiige begrippen in zijn uiterfte. — Korte inhoud van zijne Sententie. Zij. ne aanmerkingen op dezelve. Zijn gedrag op het Schavot. Hij voord Onthoofd. Aanmerkelijke pasfagie wegens zijn dood in de Refo(utien van Holland. — Vonnisfen tegen de ^ overige Staatsgevangenen. Ook tegen eenige Uitgeweeke- tien. ■ Refolutien omtrent de Rtmonftran- ten. • . Be Hoofden weigeren zich daar aan te onderwerpen. En werden ten Lande Uitgebannen. Gewichtige veranderingen op dit alles, in Holland voorgevallen. Remonfirantfcbe Sociëteit te Antwerpen ongericht. T J. hans leid />ns de Gefchiedenis aan den oever eenes wijduitgeftrekten Oceaans, onItuimig en beroerd door de felfïe ftormen, van netelige Burgertwisten! eene Zee, waar c 6 op  60 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE op wij ons niet, dan met eene angstvallige befchroomdheid te ontwaren, van Land begeven kunnen. De waarheid en onpartijdigheid tot onze gidzen verkiezende, zullen wij ons, in het fchctfen der Kerkverfchillen veroorloven , om dezelve, zonder vermenging van gebeurtenisfeit van eenen anderen aart, aan onze Lezeren voortedragen , ten einde hun daar door in ftaat te ftellen, om dit gewichtig deel onzer Gefchiedenis zich uit één oogpunt ter befchouwing voor te ftellen, waarom wij ons bepaalen: ï. Tot eene e/gaave van de eerfte beginfelen en oorzaaken van deezen tvoist. Iï. Deszeifs verbaazende voortgangen, en den invloed die zij bad, op de Staatkundige belangen onzes Vaderlands, en eindelijk ten HL De heflisjing der Gefcbillen, en de gevolgen die dezelve veroorzaakten. Wat her Eerjie aanbelangt. Men zou zich zeer vergisfen, en eene groote onkunde aangaande den aart en natuur van bet menfche- lijk  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. f5ï lijk denkvermogen (als eene eigenfchap, elken redelijken geest toebehoorende, aangemerkt moetende worden,) aan den dag leggen, wanneer men waande, dat ten tijde der Hervorming , de gedachten van allen, die de Biiuelovige misbruiken der toenmalige Roomfche Geestelijkheid, moede waren, en zich van dezelve affcheiddc-n, omtrent alle de leerftellige waarheden van den Christelijken Godsdienst, in allen opzichte, eenftemmig waren : zoo valsch dit denkbeeld is, even zoo onmooglijk is hetzelve: want, zoo min, als men bevveeren kan, dat alle menfchen één en hetzelfde voorwerp, ten allen tijde, op één en dezelfde wijze , befchouwen kunnen , even zoo min kan men vorderen of verwachten, dat alle menfchen , aangaande alle de. befchouwende onderwerpen voor den Geest, in het ftuk van den Godsdienst , eenftemmig denken zouden, Van hier het verfchü in denkbeelden , dat men in de Oude Joodfche, ea eerfte Christenkerk, en ook in laater tijden, onder de Roomfchen ontdekte: en niets was natuurlijker, dan, dat bij de Hervorc 7 ming^  62 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE naing, even het zelfde plaats had, In d« eerfte Christentijden was men in het algemeen van gevoelen, „ dat de Mensch, een „ Vrij werkend Wezen zijnde , echter de „ Godlijke hulpe nodig had, tot het buigen „ van den wil, om de geopenbaarde waar„ heden van den Godsdienst, van harten te „ geloven, en aanteneemen; dat God geen oorzaak van de zonde was; en dat Hij, „ allen die deugdzaam leven, of (zoo als anderen zich uitdrukten .) „ geloven , en „ volftandig bleeven, tot de bezitting van „ een Eeuwig geluk verordineerd had." Deeze eenvoudige en duidelijke voorftel^ ling* gegrond op de uitfpraaken der Heilige Schrift , werd het eerst wederfproken door eene Schotfche Monnik, Pelagius genaamt, die beweerde: ,, dat een Mensch „ de Godlijke hulp en genade niet behoef„ de, om zalig te worden; dat dit aan zij„ nen vrien wil ftond, die, in geval die „ hulp en genade noodzaaklijk was , niet „ vrij zijn zoude." Dit gevoelen, zoo zeer ftrijdig met de gewoone Leerbegrippen der Kerke, als met de duidelijke verklaring der M.  DER. VADERL. GESCHIEDENISSEN. 63 II. Schrift, werd al rasch te keer gegaan, onder anderen, ook door den Kerkvader Augustinus , die van oordeel was, „ dat ,, 's menfchen bekering alleen van het God„ lijk Befluit afhing, en dat daar aan al„ leen was toe te fchrijven, dat God zijne „ genade, niet aan alle menfchen deelachtig „ maakte." Deeze beide gevoelens vonden verdedigers , en , (gelijk het gewoonlijk gaat,) om één gevoelen (taande te houden, werd men genootzaakt, om andere, te plooijen, of tot een tegenoverftaand wangevoelen te befluiten. Om Augusti/rfs gevoelen te verdedigen, tegen Pelagius, beweerde in laater tijd, eene andere Monnik Godfchr.lk genoemt: „ dat God niet wilde, dat iemand anders za„ lig worden zou, dan die hij daar toe ge„ fchikt had, en dat de Zoone Gods', ook alleen voor de zulken geftorven was." Dit laatfte gevoelen, dat even zoo min als dat van Pelagius, (trookte , met den Bijbel, werd in eene Kerkvergadering afgekeurd ; terwijl het verfchil over het gevoelen van Atigustinus, tusfchen de Monniken van zijne Orde en die van Franciscus, levendig ge-  64 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE houden werd. De beroemde Lutber, die een Augustijner Monnik' was, de misbruiken zijner Kerke niec Janger kunneiide dulden , verklaarde zich wel tegen drszelfs wanbegrippen, doch bleef echter ten aanziene van de opgenoemde leerftukken, de gedachten van de Augustijner Orde behouden, waaromtrent Erasmus van Rotterdam 9 die mede zeer veel tot de Kerkhervorming bijdroeg, echter merkelijk verfchilde; deeze maakte zijne gedachten bekend in een werkje, over den Vrijen Wil, waar in een geest van gematigdheid allerwegen doorftraalde. Lutber nam daarop de pen in de hand, en fchreef een werkje, over den Knecbtelijken Wil, dat Erasmus niet onbeantwoord liet, en het welk door den bijval , die lüelavetbon aan die gedachten verleende, van die uitwerking was , dat Lutber afftand deed, van eene Leer, die Gods Befluiten, zonder Vtorxoaarden , voorfteld. Johanncs Calvinus , die even als Lutber, eene groote voorftander der Kerkhervorming was , hield zich aan het cerfte gevoelen van Lutber, en voegde daar nog bij, „ dat een Mensch het „ waar  DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. 6$ „ waar geloof ééns deelachtig geworden „ zijnde, het zelve nimmer kon verliezen." Uit dit bijvoegfel trokken anderen wederom zulke gevolgen, die ingewikkeld, het Opperwezen , als de oorzaak van de zonde | deed voorkomen, waar door de verwijdering tusfchen de navolgers van Lutber en Cahijn, (die reeds over het Avondmaal des Heeren, verfchillend dachten,) hoe langer hoe grooter werd. Het licht der HervorI ming in deeze Landen doorbrekende , en I wel het allermeest in IVahcb Vlaanderen en Brabant, werden de Gemeentens veel al bediend, door zulke Leeraaren, die uit Vrankrijk en Geneve hervvaards kwamen, en het gevoelen van Calvijn omhelsden. Wat was natuurlijker, dan dat het grootfte deel der geenen die in de Nederlanden de Roemfche Kerk verlieten, die gevoelens ook omhelsden ? Schoon men veilig kan befluiten, dat deeze gefchilpunten, (als niet vallende ouder het bereik van ongeoeffende verftanden,) in de eerfte tijden van de verkondiging der gezuiverde Leere, weinig aangeroert zijn geworden; zoo bleek het echter al  66 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE al fpoedig, dat 'er hier en elders Predikanten gevonden werden, die deeze gefchillen op den Predikftoel behandelden, en de eerfte zaaden van oneenigheid in de harten hunner hoorderen , ftrooiden. Intusfchen was 'er reeds ten jaare 1578, op eene Nationaals Kerkvergadering, te Dordrecht gehouden, een- Kerkenordening beraamd, en de Leerfteliingen , vervat in de Nedcrland(bhe peloofsbclijdenenis , en nader uitgebreid in den zogenaaniden Heide/bergfchen Catechismus , als &e algemeene Leer der Netierlai'dfche Hervormde Kerk, en nader- : hand als de heerfehend* Leer des geheeien Staats, vastgefleld, en alle Piedikanten verplicnt, om bij onderteekemn.. van die Befluhen en Formulieren van Eeuigheid, zich te verbinden, nimmer iets te zullen leeren, het welk daar mede zoude ftrijden. üeeze eensgezindheid in het ftuk der Lee- i re, was allernuttigst, wilde men de Kerk niet tot een toneel van de grootfte verwarringen maaken; en in zoo verre was ook dc gevorderde verbindtenis en onderteeke- I Hing ailernoodzaaklijkst. Maar deeze han- de-  DER VADSRL. GESCHIEDENISSEN. 6? deling had even als alle Contracten of wederzijdfche Verdragen, yeene verdere vvederkeerige kracht, dan alleen tusfchen hun, die het voorfchreeven, en hen, die 'er vrijwillig, door onderteekeni' g, zich toe verbor.ckn: en daar uit volgde dan ook, dat hij die zulks gedaan had, verplicht was, geene andere Leer te prediken, dan hij werkelijk beloofd had, te zullen doen; kwam hij in volgenden tijd tot andere gedachten, dan was hij, als een Man van eer, gehouden, zijne onderteekening en belofte t herroepen, en zich van allen openbaaren dienst te onthouden , onder dat Genootfchap , dat als nog in het door hem gewraakte gevoelen blijft volharden , en a's de Leer der Kerke eerbiedigd. Niettegenftaande dit alles plaats genomen had, fints het vastftellen der Kerkenordening in 1578, en zelfs drie jaaren daarnaa, in eene Synode te Middelburg gehouden, nog nader beves;igd was, ontbrak het echter niet aan zulken, die op de eene of andere wijze, van'de vastgeftelda Leerpunten afweeken, en de eerfte onrust in de Kerk veroorzaakten: onrusten , die  ÓS BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE die niet gedempt werden, dan door de tusfchenkomst van 's Lands Staaten, waar van eenen Coolbaas, ILrberts, en f-Figgjrts, Predikanten te Leijdeu , Dordrecht, en Hetrrt , de fprekendfte bewijzen opleverden, 't Is waar , zij werden in hunnen dienst gefchorst, maar dit verhinderde niet, dat zij hunne gevoelens aan anderen inprenten, en aanhangen maakte. Wanneer men dit kort tafreel befchouwd , wie gevoeld dan niet te gelijk, hoe onredelijk het was, dat Christenen, die nog zoo onlangs de bitterfte proeven van de onverdraagfaamheid der Roomfche Rcrk, van die dagen, ondervinden moesten, en even in het vrij uitoeffenen van hunnen Godsdienst gefield waren, zoo onverdraagfaam■omtrent malkander verkeerden, en het Vaderland in rep en roere fielden? Wat nuttigheid kon 'er doch gelegen zijn, in het behandelen van zulke diepzinnige en afgetrokkene Leerftellingen, die voor bet grootfte gros hunner hoorderen onverlraan^aar, en uit dien hoofde onnut waren? Waarom geen gehoor gegeeven aan den raad van 's Lands Staa-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 6p Staaten, die op de ernfHgfte wijze, de rust en vrede , de broederlijke verdraagfaamI heid, en het onderhouden der vastgeftelde I Kerkenordening, aan twistende partijen aanI beval? Vraagen, die wij niet anders kunnen beantwoorden, dan door te zeggen, dat niet zoo zeer eene waare zucht tot de uitbreiding van het Rijk der Waarheid, als wel een ander geheim oogmerk, ter bereiking van Staatkundige inzichten , grootheid en aanzien in de wereld, en andere oogmerken, veele drijveren van deeze twisten bezielden, zoo als ons het vervolg duidlijk leeren zal. Onder die, welken van het algemeen aangenoomen gevoelen der Kerke, in fommige Leerftukken , verfchilde , was ook eenen Jacobtis Anninius , die , te Oudewater in isrto uit geringe ouderen geboren zijnde, van jongs af, uitmuntende blijken van vernuft, en fmaak voor weetenfchappen ten toon fpreidde. Het onvermogen zijner ouderen , om in hem die natuurlijke bekwaamheden verder te doen ontwikkelen, werd vercoed, door de gunst van meer vermogende Vrienden, die de kosten tot eene betere  JO BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE re opvoeding voor hunne rekening namen, en hem op de Hoogc Schoole re Lcijden het onderwijs en nutte kundigheden , tot het Frcdik-ampt behorende , deedcn genieten. Zes jaaren had hij in die Loopbaan doorgebracht, toen hij, voor rekening van het Kramers-gilde der Stad Amflerdam, naar Gerieve trok, om aldaar de Lesfen in de Godgeleerdheid, uit de mond van den beroemden Beza te hooren; van daar terug gekeerd, werd hij tot den openbaaren Predikdienst bij de de Hervormden toegelaten, en eerlange tot Predikant te Amflerdam beroepen. Het leed niet lang, of hij geraakte bij den Kerkcraad in verdenking van onrechtzinnigheid, doch, toen hij daar over onderhouden werd, wist hij het derwijze te plooijen dat hij zijnen dienst bleef waarnemen, fchoon men aan zijne zuiverheid bleef uvijffelen. Ten jaare 1603. werd hij beroepen tot Hoogleeraar in de Godgeleerdheid te Leijden, dat echter tot geen volkomen bcflag kwam, dan naa dat hij door Fravciscns Gomarus, in biizijn van twee Raadsheeren, op aanhouden van den Amfterdamfchen Kerke-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. J\ i keraad, onderzocht werd. Aan dezen gaf I hij volkomen genoegen, en beloofde zich, in alles naar de voorfchriften der Kerk, in j de Geloofsbelijdenis en Catechismus begre| pen. te zullen gedragen, waarop hij in zij*, j ne waardigheid eerlange bevesti-d werd. i Naauwlidts twee jaaren den Leerftoel be\ klommen hebbende, ontdekte men, dat hij de ltudeerende Jeugd, door het mededeelen zijner gewraakte gevoelens, in geen geringen twiiffel bracht. Want de gevoelens van Gomarus, verfchilden in Veele opzichten 1 van die van Arminius, en beiden lagen elj kander de gevaarlijklte (tellingen te last. 4l Arminius beweerde , dat zijnen Amptgenoot, | Gode tot de oorzaak van de zonde maakj te, en de gemoederen der menfchen verhardde in het kwaade: Gomarus rlaar en tegen, oordeelde dat Arminius door zi,ne 1 Leer, den menjc1! veel trotfeher maakte , I dan die van de Roomfche Kerk, Gode alj leen de eer betwistende, van het gefchenk eens welgezinden gemoeds , waarop het | voornamelijk aankwam. Arminius, en die • van zijn gevoelen waren, zeer wel bemerken*  J1 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE kende, dat hunne gedachten niet over een te brengen waren, met de Leere, vervat in de Formulieren van Èenigheid, wilden, dat de Geloofsbelijdenis en den Heidelbergfcben Catechismus , op nieuws overgezien zouden werden, waar mede zij verandering in dezelve bedoelden , en verwachtten. Dit gefchiede echter zoo geheim niet, of het kwam ter ooren van de Kerkeraad der Stad Leijden, en van de Afgevaardigden der Synode , die wel eeuige onderhandelingen daar over met Arminius wilden aangaan , doch die hij echter telkens ontweek, In deezen toeftand bleef de zaak fteeken, tot dat bij de Synode in 1603. te Rotterdam gehouden wordende , befloten werd , dat „ 'er onderzoek zou gedaan worden, naar „ de punten, waar over aan de Leijdfche „ Academie, en in fommige Kerken ver„ fchillen ontftaan waren, en dat men aan de Heeren Curatoren, of aan de Staaten ,, zou verzoeken, dat die Profesforen, die ,, van eikanderen verfchilden , onbewimpeld „ hunne gevoelens aan de Afgevaardigden „ der Synode zouden ter hand ftellen, die „ het  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 73 „ het dan aan de Clasfen zouden overzen„ den; doch in geval van weigering, zou „ uit eik der Clasfen één perfoon benoemd „ worden, die, benevens de Afgevaardig',, den, alles zouden verrichten, wat zij ingevolge de nood, tot algemeene ftichting „ zouden oordeelen te behoren." Dit werd in het werk gefield. Arminius en Gomarus, gaven elk hunne gedachten op, en de Afgevaardigden leverden die over, aan de Curatoren der Hooge Schoole; doch het antwoord dat deeze daarop gaven was onvoldoende. Toen wendden zich de Afgevaardigden tot de Staaten Generaal, die daarop hunne toefteroming gaven, tot het houden Van eene Nationaale Synode , ten einde de Gefchillen te onderzoeken, en te gelijk de Geloofsbelijdenis, en den Catechismus, op nieuws te overzien. De Afgevaardigden der Synode, vonden zich ten aanziene van het laatfte zeer bezwaard, en gaven de redenen van hunne vreeze aan de Staaten te kennen, maar het baatte luttel: Oldenbarneveld, de groote begunftiger van Arminius, gaf hun als voor- III. Deel. D zit-  74 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE zittend Lid der Algemeene Staaten, ten antwoord, dat 'er in hit genomen bijluit geene verandering vallen bon, ten zij dan, dat de, Staaten der onderfcheidene Gezvesten zulks goedvonden, en dat men niet twijfelde aan de waarheid dier Leere, welke in de Belijdenis begrepen was/. De Kerkdijken niet zeer gefticht over dit hefluit, waren ongeneegen, om op den voorgeleiden voet, de Synode bij een te roepen; doch. Arminius, ijverde hier voor, niet zoo zeer, om oe Leer der Kerk te bevestigen, dan wel, om daar door te ontdekken hoedanig het grootfte deel der Predikanten en Kerkeraden , ten aanziene van zijne gevoelens daehtten, om daar naa zijne maatregulen te neemen. Dit bleek duidelijk, want in eene voori erijdende bijeenkomst tot de Synode,'ten jaare 1607, in den Haage gehouden , bemerkende , dat zijne gevoelens meerder afkeur dan bijval vonden, veranderde hij van batterij, en trachtte nu het bijeenroepen der Synode te verhinderen, daar hij bevorens zoo zeer voor ijverde, en toen nam hij den toevlucht tot de Po-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 75 Politiccque Macht, verzoekende aan de Staaten van Holland, „ dac zij zulke middelen „ 'geliefden te beramen, en te bevelen, om „ de gefchoi.dene eendracht te herftellen, en verdere onaangenaamheden voor te ,, koomen; verklarende bereid te zijn, om „ onder het beleid der Hooge Overheid, „ met zijne Medebroederen in onderhande„ ling te treden, het zij dan in eene Na„ tionaale of Provinciaale Synode, of wel „ met eenige weinigen, door de Staaten te ,, benoemen." Arminius, deed dezen voorflag, wel weetende, dat wanneer de beflisfing aan de Staaten ftond, hij een aanmerklijk voordeel boven zijne partij verkrijgen zou: want, daar de Kerkdijken, de zijde van Gomarus hielden, waren de Regeeringen in de meeste Steden van Holland, het gevoelen van Arminius toegedaan. Een opmerkzaam Lezer, dit laatfte gezegde met aandacht overwegende , zal zich moglijfc daar over verwbnderéo', en vraagen, va» waar kwam het, dat de Regeeringen zoo zeer overhelden, tot de gevoelens van een Man, die zoo zichtbaar afweek, van dit Leer, die D a zij  ?ó BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE zij verplicht waren, niet alleen opentlijk te* belijden, maar ook voor te ft aan, en te befcbermeu ? Dan , deeze bedenking is niet moeilijk optelosfen, wanneer men in aanmerking neemt , dat Oldenbarneveld ftnts eenige jaaren zulk eenen groeten invloed op het bejluur van zaaken uitoefende, dat hij alomme zijne Vrienden tot de Regeeringsposten , wist bevorderd te krijgen, en de overigen in zijne maatregulen deel deed neemen: en daar hij de Boezemvriend van Arminius, en zijne gevoelens toegedaan was, -was bet zeer natuurlijk, dat de Afgevaardigden van Holland, de oogmerken van Arminius begunftigden. Fn, of dit niet genoeg ware, zoo kan men bier nog als eene andere, niet min voornaame reden bijvoegen, dat de aanhangers van Arminius, met die van Gomarus merkelijk verfchiiden, over den invloed die de Polkiecque Ovnle'd, omtrent Kerkelijke Perfoonai en Zaaken K hoorde uitteoeffenen. Als een oud oyerbüjj/fel van het Geestelijk geraeh der Roomfche Kerk, was het algemeen gevoelen der Hervormden , naa de Reformatie, dat Kerkelijke zaaken, ook Kerke-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. ~7 kelijk meesten behandeld voorden; doch 'Af* minius, en die zijne zijde hielden , beweer-" den daar tegen, dat de Burgerlijke Ov.rheid het recht toekwam, om over Kerkelijke Zaaken te oordeelen en te befJsfen. Wij willea hier geen uitfpraak doen, wie de waarheid en het recht aan zijne zijde had; wij willen hier niet onderzoeken , of de aanhangers van Arminius, dit gevoelen uit overtuiging van de billijkheid der zaake, voorftouden; dan wel, of zij het alleen deeden, om zich des te meer in de gunst der Stedelijke Regeeringen in te dringen; maar dit is zeker, dat het verzoek van Arminius aan de Staaten gedaan, toen hij zag dat hij bij de Kerkdijken weinig hulpe vinden zou, den weg baande, dat de Politiecque Macht, zich met ernst begon toe te leggen, om aandeel in de gerezene gefchiilen te neemen : want Gomarus, en Arminius werden kort daarop t«aar den Haage ontboden, en gelast, om met en benevens vier Predikanten, die de itaaten zelve daartoe benoemden, voor den Hoogen Raad te verfchijnen, en aldaar over de verfchillende gevoelens met elkander in J> 3 on-  ^8 BEKNOPT HISTORieCII HANDBOEKJE onderhandeling te treden , en was het mocglijk , de eensgezindheid te hcrftellen: maar het oogmerk miste, na veel twistens werd de onderhandeling, zonder eenige vrucht bewerkt te hebben, afgebroken. Arminius ontwikkelde bij die gelegenheid zijne gevoelens meer dan ooit te vooren; Gomarus oordeelde die zoo onbertaanbr.ar met de door hen aangenoomene Leer, dat hij cpentlijk verklaarde, mei het gevoelen van Arminius, niet voor het oordeel Gods te durven verfchijnen. Eene uitdrukking, die wij alleen aanhaiden, £gj [g doen opmerken; dat de ge¬ moederen hoe langer hoe meer vei wijderden, en tot bitterheid overhelden. In het volgend jaar ióoo. wies de oneenigheid al hooger, en deed Gomarus, benevens de Afgevaardigden der Hollandfche Synoden, den toevlucht neemen tot de S:aaten van Holland zelve, aan welken zij, in eene Redevoering door Comarus uitaefproken, den toeftand der Kerke vertoonden, en aandrongen tot het bijeenroepen eencr Prnvnciaa'e Synode , ten einde d eze de gcfchillen zouden onderzoeken en beflis- fen;    DER VADÉRL. GESCHIEDENISSEN. 79 fen; maar de invloed van 's Lands Advocaat, en de geneigtheid der meeste Staatsleden tot het gevoelen van Arminius, veroorzaakte , dat het verzoek van de hand gewezen werd , en de Staaten , bevreesd voor meerdere fcheuring, de beide Hoofden der twistende partijen, ieder vergezeld met vier Predikanten van hunne denkwijze, voor hunne Vergadering ontboden, met aanzegging dat zij ter Staatsvergadering hunne wederzijdfebe gefch'illen behandelen zouden.. Te midden in deeze handelingen, werd Arminius, door den dood weggenoomen, verklarende op zi'n doodbed. in het gezichr van de Eeuwigheid, niets geleerd te hebben , dan het geen e hij overeenfl,.wn.eude met Gods Woord , bt vonden had. Gnwarns . benevens de Pre iik&frtetl de ondch.uidclingen rfég ecnigen tijd voortgezet hebbende - fchcidden in hèt laatst, doch zonder eenige vrucht. De Staaten weigerden het bijéénroepen der Synode, en raadden de beiden partijen, dat zij elkanderen in liefde verdragen, en cl» behandeling der bei wiste Leerfhii4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE, ten, en den invloed die zij hadden op de Staat' kundige belangen onzes Vaderlands, (waar toe wij nu overgaan) zullen doen zien. Wij hebben geen oogmerk, om onze Lezeren te vermoeijen, met eene optelling van alle de verwarringen, die zich over de geheele uitgeftrektheid des Vaderlands vertoonden : waarom wij Hechts eene algemeene fchets zullen opgeeven, welke de hoofdbedoelingen van de beide partijen, over bet algemeen , waren, en op welk eene wijze men in de onderfcheidene Gewesten handelde. Wij zullen ons op deeze wijze bekortende, des te meer gelegenheid hebben , om het door ons opgenoemde Derde Stuk, meer uitvoerig te behandelen. Men zal uit het geene wij hier vooren reeds gezegd hebben , zeer geredelijk befluiten kunnen , dat de voorftanders der Remo-nftranten , onder de Staatsleden,, eene gemeen? zaak maakten , met de voornaamfte Kerkelijke Perfoonen, die voor de nieuwe gevoelens het meest ijverden. Het eigenbelang de zucht naar grootheid, en uitbreiding van gezach , die groote drijfveeren, van  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. $5 van de meeste menfchelijke verrichtingen, in alle tijden, en onder alle volken, fpeelde (onzes inziens) ook in deeze twisten, eene groote rol , onder de beide partijen. Liet grootfte deel der Kerkdijken , ftond in het begrip , dat Kerkelijke Perfoonen en zaaken , ook Kerkelijk moesten behandeld werden , waar door het gezach der Overheid merkelijk beperkt fcheen. Het klein* fte deel , namelijk zij , die de gevoelens van Arminius aankleefden , oordeelde daar en tegen, dat de Polieticque Macht dat recht toekwam. Dit verfchil was iets, waar bij de Overheid een rechtsftrceks belang had, en niets was natuurlijker, dan dat de meeste Staats- en Regeerings-Leden, de partij der Remonflranten begunftigde, tegen den zin, van het grootfte deel der Ingezeetenen , dat het oude gevoelen der meeste Leeraaren aankleefden. Van hier, dat een verfchil over zuiver Godsdienftige onderwerpen , dat in den aanvang niets gemeens had met Staatkundige begrippen, al ras onder één vermengd, en langs hoe moeilijker werd: van hier, dat het voorwendfel van D 7 een  86" BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE een gemoedelijk bezwaar, over den aart en werking der Goddelijke Befluiten, omtrent het eeuwig geluk van redelijke Schepfelen, tot een werktuig gebezigd werd, om het tijdelijk geluk van veele duizenden menfchen te verwoesten, en de pas geboren Vrijheid dezer Landen, het wezentlijk geluk, den bloei en welvaart van den opkomenden Staat, de hartader aftefleeken. Beklaaglijk bewijs van den bedorven toefland van het menfchelijk hart, en van het algemeen Zedebederf, dat door de eene partij ftaande gehouden, doch door de andere, als merkelijk minder, voorgedragen werd. Iytusfchen werden deeze gefchillen in fommige Gewesten, met veel minder drifts en hevigheids gedreven, dan in de overigen, waar van de oorzaak alleen te zoeken is, in de meerder of minder ernst, die de Overheid in het dempen der onlusten gebruikte, en 'er is geen twijffel, dat wanneer men daar in eenen eenparigen voet gehouden had , en geene bijzondere oogmerken zulks belet hadden, het kwaad nimmer tot die hoogte zou gefteegen zijn. Ze»- land-,  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. land, Vriesland, en Groningen, hielden zich bijna onbefmec van de nieuwe gevoeiensder Remonftranten; in Gelderland en Overij's/el vonden zij bijval , en werden daar door verfcheidene onlusten veroorzaakt, echter ftegen dezelve nergens tot zulk eene verbazende hoogte, dan in Holland en Utrecht, waar van wij flechts de voornaamfle tafreelen kortelijk fchetfen zullen. Uit de herhaalde befluiten bij de Staaten van Holland genomen , blijkt, dat zij eene verééniging van de beide partijen gaarne tot ftand wilden brengen ; daar nu het meerderdeel der Gemeentens zich met het gevoelen der Remonftranten niet vereenL gen kon, en niet dulden wilde, dat eenige Leeraaren van dat gevoelen, den Predikdienst uitoeffenden , gaf dit gelegendheid, dat zij op veele plaatfen, door behulp van den fterken arm des Gerichts, op den Leerftoel" gebracht, en de Contra-Remonftranten van dezelve geweerd werden, zoo als te Warmenhuizen, een Dorp in Noord-Holland , gebeurde. Een Makelaar te Rotterdam, gezegd hebbende, dat hij liever door een Varken ,  88 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ken, dan door een Arminiaan, zou zvillen getrouwd werden, werd zijn Ampt ontnomen, en geduurende een jaar van zijn Burgerrecht ontzet. Een Collecteur in de Loterij te Schiedam, in een devijs, op eenige Loten , gevraagd hebbende, wat onderfcheid *er was, tusfchen de Inquifitie die te Rotterdam plaats had , met die welke de Spanjaarden weleer ingevoerd hadden ? Werd op ordre van Gecommitteerde Raaden, voor veertien dagen op Water en Brood gevangen gezet , en zijne Loten verbeurd verklaard. Te Schoonhoven, daar men twee Remonftrantfche Predikanten , tegen den zin van een groot aantal Leden, in den dienst gefteld had, zonderden zich zestig Ledematen af, en gingen naar elders ter Preeke en ten Avondmaal, het welk zoo euvel genomen werd, dat 'er eenigen van onrpoorterd , en van hunne Kostwinningen ontzet werden, en men zelfs de Huizen en Goederen in beflag nam, van zulken die men verdacht hieid, tot de Contra Remonftranten te behooren. Te Gouda ging het niet beter: aldaar hadden zig eenigen van het gros der Kerke afgezonderd, en  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 8p en fr.icht.ten elkander, in een daartoe afgezonderd huis, doch zij werden, op last der Regeering, uit elkander gedreven, en het huis toegefpijkerd. In den Briel, en te Hoom, nam men dergelijke maatregulen. De Staaten van Holland, den uitgeflagea brand nog willende dempen, gelastten, de Kerkelijken nogmaals , elkander in liefde te verdragen, en zich te onthouden over de punten in verfchil op den Leerftoel te twisten; doch het befluit werd niet met eenparigheid van Hemmen, en flechts bij de meerderheid genomen, Amflerdam, Enkbuizen, en Edam, wilde 'er niet m toeflemmen, waar van de rede alleen te zoeken was, in het gevoelen der Regenten, die de zijde der Contra Remonftranten hielden. Te Amflerdam, ftelden zij alles in het werk, om den voortgang der Remonftrantfche gevoelens te weeren, waar van het ontflag van eenen Simon Goulart, Walsch Predikant aldaar , eene duidelijke blijk opleverde j ook weigerde de Regeering dier groote Stad, om aan het befluit van de meerderheid der Staaten, tot vrede en eenigheid ge-  90 BEKNOPT HISTORISCH HANDS OEKJS genomen, de hand te houden. Deeze weigering gaf gelegenheid tot het afzenden van eene Staats • commisüe, aan den Raad der Stad Amflerdam, ónder welke zich ook bevond, de beroemde Huig de Groot, Penfionaris der Stad Rotterdam. Het gezsncfchap in de Raadkamer toegelaaten zijnde, deed de Groot, in eene cierlijkc redevoering , opening van haaren last, en poogde den Raad dezer groote Stad te overreden, van het nut, dat te wachten ftond , wanneer zij tot het gevoden van de meerderheid der Leden Van Holland toetrad: htj werd met dien aandacht gehoord, die de zaak verdiende, en men gaf de Commlsfie alleen ten antwoord, dat men over alles nader befluiten zou. Uit dit antwoord bemerkte de Gom* misfie al fpoedig, dat de bezending van weinig vrucht zijn zou, zoo als ook al fpoedig bleek,. want het meerderdeel der Vroedfchap nam een befluit, „ dat zij den waa,, ren Godsdienst, nu meer dan eene halve ,,. Eeuvve, hier te Lande geleerd, zou hand„ haven: dat het onnut voor den Staat zijn „ zou, in denzelven, eenige de minfte ver-  SER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. JU j, andering te gedogen, dan bij het befluit van eene wettige Synode. Dat men niet ,, zou kunnen dulden , dat zonder zulk „ een Synodaal befluit, eenige Contra-Rej, monftrantfche Predikanten in hunnen dienst gefchorst, of afgezet werden, om ,, dat zij met de Remonftranten geene Ker„ kelijke gemeenfchap houden konden enz." De Staaten, dit befluit van Amflerdam vernomen hebbende, namen daarop bij meerderheid van ftemmen een befluit, om zich aan de voorige Refolutïe , ter bevoordering van de onderlinge eendracht , te blijven houden , en gelasten aan Gecommitteerde Raaden, om de uitvoering van dat befluit, in de Steden en ten platten Lande, te doen naak omen. Deeze tegenftrijdige befluiten, gaven voedfel aan de tweedracht, die alomme heerschtte, en het afzetten van Contra-Remonftrantfche Predikanten was daaglijksch werk. Bailjuw en Mannen van Scbieiand, namen twee violente Keuren tegen het houden van Contra-Remonftrantfche Vergaderingen, waarbij de Gebouwen daartoe gebezigd, verbeurdverklaard ,  J)2 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE klaard, en zij die 'er in geleerd hadden, ia eene boete van 300 guldens verwezen werden. Dit was olij in het vuur, en deed de Contra-Remonftranten , op veele plaatfen befluiten, om, ondanks het gedaan verbod, alle gemeenfehap met de Remonftranten af te fniiden, en bijzondere bijeenkomften aan te leggen, noemende hun zeiven de Kerken tnder het Kruis. Eenigen der voornaamfte Predikanten, openden eene onderlinge verftanclhouding, waarbij zij alleen voor broeders erkenden, die de Remonftranten voor valllhe Leeraars hielden. De-Remonftranten bleven hun hier in niets fchuhiig, dus werd de feheuring algemeen, en de bitterheid aan wederzijden wies dag aan dag. Prins Mauritz , die tot hier toe zich met deeze twisten weinig bemoeit had , oordeelde niet langer te moeten ftil zitten, en floeg ter Vergadering van Holland voor, dat men den Contra ■ Remonftranten , vrijheid van prediken gunnen, en hunne Leeraaren wederom tot den dienst toelaten moest. Doch het meerderdeel was 'er tegen, dus kwam men tot geen befluit. Nu  DER VADF.RL. GESCHIEDENISSEN. 93 Nu werd de fcheuring eerlang algemeen en openbaar: de Vergaderingen werden van wederzijden , naar maate elke partij het fterkfre was, op de onbefchof'tfte wijze geftoord, en uit elkander gedreven, en dit gaf oorzaak, dat de Contra Remonftranten, die veelal de meerderheid uitmaakten, zich beijverden, om eenige der openbaareKerken ten gebruike machtig te worden. Zij beproefden zulks in den Haage, daar den Zetel der Remonftranten gevestigd fcheen ; Jehannes Uitenbogaart, een ijverig Remonftrant, en voorzien van veele uitmuntende talenten, ontdekt hebbende, dat Prins Mauritz de zijde der Contra • Remonftranten hield, fchroomde niet, om aan hem te verkiaren, dat hij het voor openbaare fcheuring hield,' wanneer men de Contra-Remonftranten eene der Kerken inruimde. Het duurde echter niet lange, dat zij zich in den Haage meester maakten van de Kloosterkerk, alwaar Prinfe Mauritz , Graaf miitm Lodewljk , en een aanzienlijk gevolg van Hovelingen, zich vinden lieten, het welk vervolgens in verfcheidene andere Steden werd nagevolgd. Ter-  £4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Terwijl die alles gebeurde, was men ter Vergadering van de Algemeene Staaten', ernftig bezig, met het raadplegen of men eene Nationaale Synode zou bijeenroepen of niet? De aanbieding hiertoe, fchijnt gelegen geweest te zijn, in eenen brief van den Koning van Engeland, waarin hij het houden eener Synode, den Staaten aanbeval. Zeeland was het eerfte Gewest, dat daar op aandrong, en Gelderland, Vriesland, en Groningen, deeden het insgelijks, doch die van Holland, Utrecht, en Overijsfel hadden 'er geene ooren naa; ook bleek het ras, dat de Remonftranten eene poging in den zin hadden , om , onder begunfiiging_ van de Kerkelijke oneenigheden, de voorftanders van hun gevoelen, op het kusfen te helpen, waardoor eene verandering in den vorm der Regeering zeer waarfchijnlijk werd. Men zag 'er al fpoedig de bewijzen van in verfcheiden plaatfen, en in Utrecht, ondernamen de Contra-Remonftranten hetzelfde , doch met eenen ongunftigert uitflag. Qldenbartreveld , befpeurende waar het op ge-  BER VADERLs GESCHIEDENISSEN. 95 gemunt was, en hij, zoo min als de Regenten van. veele Steden in Holland, ongenegen zijnde, hunne posten aan de Contra-Remonftranten in te ruimen, namen zij het befluit, om eenige Waardgeld rs in dienst te neemen, en ter hunner verzekering in de Steden in bezetting te leggen. In veele plaatfen had men geen Krijgsvolk in guarnizoen, eri op de Schutterijen die grootdeels Contra-Remontrantsch waren, durfde men zich niet verlaten. Van hier, dat de Staaten" van Holland op den 4 Augustus 1617, een befluit namen, dat federt onder den naam van de Scherpe Refilutie, in onze Jaarboeken bekend geworden is. Zij behelst niet minder, „ dan dat zij het bij„ éénroepen va» eene Nationaale Synode, „ af kern den, als ftrijdig met de hoogheid ,, en het recht hunner Provincie : dat zij „ hunne genomene befluiten zouden doen „ achtervolgen, en alle daaden daar mede „ ftrijdende, zouden doen weeren: dat zij „ de Magiftraaten der Steden, Staat*gewij„ ze, gelastten en machtig den, tot het aan* neemen van meerder Volk van wapenen, „ ter  9-5 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ,, ter hunner eigene verzekering : wijders „ werd elk, die zig over zijne Regenten beklagen mogt , bevolen , zich niet bij „ hunne Ordinaris Rechters , maar direct „ aan de Staaten zelve, te vervoegen." Al fpocdig kreeg Prins Mauritz, kennis van deeze Refolutie, en toonde 'er zijn ongenoegen over, dit zelfde deden ook de Regeringen der Steden Amflerdam, Enkbuizen. Edam, Purmerende, en Dordrecht^ die 'er opentlijk tegen protefteerden , en op bet houden eener Nationaale Synode op nieuws aandrongen. Het neemen van dit befluit, werd al fpoedig gevolgd, van het aanwerven van een groot aantal Waardgelders in de Steden, Haarlem , Leijden , Gouda, Rotterdam , Schoonhoven, en Hoorn. Deeze maatregul, ontftak de jalouzij onder de wettige Schutterijen, die t'onvrede waren, over het bewijs van wantrouwen dat de Magiftraaten, hier door, ten hunnen aanziene, aan den dag leiden. De'Leijdfcha Schutterij bood aan, om dubbele wachten waarteneemen, mits, men de Waardgelders afdankte, doch het baatte luttel :  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 97 tel: hier op werd der Burgerij eenen nieuwen Eed afgevergt, die door veelen geweigerd werd, en voor hun van dat gevolg was, dat 'er eenige honderden Ontfchutterd werden. Zulke gevveldadige maatregulen deeden den twist in top ftijgen, en de Regeering zich niet veilig achtende, had de dolzinnigheid, om het wantrouwen onder de Burgerij , nog meerder aantevuuren, door zich op bet Stadhuis te verfchansfen, even als of de Stad in vijandelijke handen gevallen was. Zij deed naamlijk op de Ereedeftraat , voor het Raadhuis , een houten Staketzei , uit zwaare houten ribben , en deelen faamgefkld, oprichten, van boven voorzien met ijzere pennen, die de ContraRemonflranten, den naam van Bamevelds* tanden gaven : voorts planten zij 'er eenige ftukken gefchut op, en lagen 'er een aantal Waardgelders in. De dwaasheid van dit bedrijf, is door onderfcheidene Kunfienaars voor de nakomelingfchap vereeuwigd geworden, door eene juiste afbeelding van dit Retranchement te geeven, onder de benaming van de Artniniaanfcbc Schans, en. III. Deel. E worej  98 BF KNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE word nog heden ten dage, onder de Verzamelingen van Vaderlandfche Histiriepriaten vertoond. In zulk eenen verwarden toeftand, waar in de partijfchappen dag aan dag veld wonnen, en de gemoederen verbitterd werden, achtte Oldenbarneveld , zich in den Haage niet langer veilig, en nam de wijk naar Utrecht. Hij was de Man, die voor het aan» neemen der Waardgelders in Holland bijzonder geijverd had, onder voorwendfel, om het gezach der Regeeringen in de Steden te bewaren, te^en de ondernemingen der Contra-Remonftranten : maar wat bewoog hem, om ook deeze nieuwigheid in Utrecht tot fknd te brengen, daar de Remonftrantfche partij volkomen meester was? Hoe zeer dit onnodig fchcen, en tegen den zin van Mauritz , en die der Algemeene Staaten was, het gefchiedcle echter door zijnen invloed : want weinig dagen naa zijne aankomst te Utrecht, deed Gillis van Ledenberg , Secretaris der Staaten van Utrecht, die zijnen vertrouwelijken Vriend was, den voorflag, om binnen Utrecht ook een aantal  DER VADZRL, GESCHIEDENISSEN, 99 tal Waardgelders aanteneemen, het welk van dat gevolg was, dat weinig dagen daar naa, befloten werd, om 600 man in dienst ie neemen , die ook welhaast aangeworven, gewapend, en in den bijzondcren Eed van die *;ad genomen werden. Deeze handelingen , zoo zeer ftrijdende tegen den duidelijken letter der Unie, werden nog gevolgd van zodanige maatregulen , die het leven en de veiligheid der Ingezectenen van Holland, op losfe fchroeven Helden. Als een heilzaam tegengift tegen alle willekeurige handelingen van Stedelijke Regeeringen, waren de Hogere Gerichtshoven ingelteld, aan welken de Ingezeetenen, in gevalle zij zich door ecnig vonnis bezwaard vonden , zich beroepen korden : daar nu in veifcheidene gevallen reeds gebleken was, dat die Coliegien de willekeurige bedrijven van verfcheidene Rechtbanken afkeurden , lud men bij de zoogenaamd." Scherpe Refolutie , de befiisfing aan den Hoogen Raad, en het Hof, ontnomen, en tot de Vergadering der Staaten overgebrachr. Dit veroorzaakte eene nieuwe bron van E a twist.  100 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE twist, want de Steden, Amflerdam, Enkhtiizen, Edam, en Purgerende, die tot het neemen van die Refolutie niet toegeftemd hadden , gaven aan dezelve eenen geweldigen knak, door te verklaren, dat aan alle klagende Jngezeetenen , den gewonen weg ea  110 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE „ en andere middelen van verdediging, op „ eigen veiligheid bedacht was. Kwalijk„ gezinden, wilden deeze Waardgelders af„ gedankt hebben , en daar tegen moest „ men zich verzetten. Hij had met droef„ beid vernomen, dat de Staaten van Utrecht ook daar toe overhelden, het welk de „ goeden verflagen maakte, en de kwaaden „ met moed bezielde. De Gemachtigden „ wilden zich toch noch nader bedenken, „ en fchoon men wist, dat de buitenge„ woone onkosten die de Waardgelders „ veroorzaakten, hun Gewest zeer zwaar „ drukten, oordeelden die van Holland, „ dat men daar toe 's Lands middelen, voor „ alle andere, gebruiken moest." Vcrderffelijke raad voorzeker! recht gefchikt om de ijsfelijkfte toneelen van Hoeks- en Cabeljauwsgezinden , op nieuws ten toon te ftellen. Hoe welfpreekend deeze.aanfpraak ook ingericht was, zij had (tóehits dat vermogen, dat de Utrechtfche Commisfie aannam , om nog eenige dagen te toeven, met het openen van haaren last, en dat zij van het gehandelde kennis geeven zoude aan de  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. Iïï de Staaten van hun Gewest. Hier op fcheidde de Vergadering, onder wederzijdfche belofte, van alies geheim te zullen houden. Hoe geheim die alles behandeld was, het bleef echter niet verborgen voor de Algemeene Staaten , die tot de afdanking der Waardgelders befloten hadden, en goedvonden eene bezending naar Utrecht te benoemen, om de afdanking aldaar te bewerken. De Vergadering van Hallatid dit verneemende, zond insgelijks eene Commisfie derwaards, om dit werk te verhinderen-, elk dezer Gezantfehappen werkte uit bijzondere gronden, en met verfchillende oogmerken, hes welk een doolhof van verwarring veroorzaakte. Prins Mauritz, die zich aan het hoofd van de eerstgenoemde bevond, werd door de laatstgenoemde begroet, en toonde in een gefprek, gehouden met de Groot, „ dat hem de waare bedoelingen van alles „ wat 'er omging, niet onbekend waren; „ men wilde vijf valfche punten in den Godsdienst invoeren; hem van het Stad„ houderfchap ontzetten, en ten Lande uiti% jagen. Doch, hij had op alles order ge- » fteld,  112 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE „ ftdd, en wist zeer wel wat hij deed. „ Hij had vijf Gewesten voor zich, en zes „ Hollandfche Steden zouden hem onder- fteunen. Voorts drong hij aan op het „ bijeenroepen der Nationaale Synode, en „ eischte dat ook aan de Contra - Remon- ftranten de nodige Kerken ingeruimd, en „ de Waardgelders afgedankt werden Dee„ ze (zeide de Prins) waren erger dan de „ Spaanfche Kasteden. Hij gaf de fdmld „ van alles, aan Oldenbarneveld, die de Staa- ten van Holland, fcheen te willen maa„ ken tot de Algemeene Staaten." Hoe zeer deeze en dergelijke gezegden, de meerheid van Holland, tot andere gedachten had behooren te brengen, zoo bleek al ras, dat het zonder eenig goed gevolg was, want weinig dagen daar naa, deelden die van Holland hun befluit mede aan die van Utrecht, niet minder behelzende, dan dat zij hunne Vrijheid zouden handhaven , in vertrouwen dat de Utrcchtfchen , hetzelfde doen zouden. De Staaten van Utrecht , toonden ook al fpoedig aan dien raad gehoor te geeven, want niet alleen, dat zij de weuighdd der Af- ge-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 113 gevaardigden van de Algemeene Staaten, in twijffel trokken, maar daarenboven verklaarden zij ongeneegen te zijn, tot de afdanking der Waardgelders, en het bijeenroepen der Synode. Geduurende dit alles, verfcheen een derde Commisfie binnen Utrecht, betraande uit afgevaardigden van de zes Steden van Holland, die des Prinfen zijde hielden, met oogmerk om de handelingen van de meerderheid onnut te maaken, en zijne Hoogheids eifchen meer kracht bij te zetten. Zoo veele dringende aanzoeken voor en tegen •> deed eene groote verdeeldheid onder de Staaten van Utrecht geboren worden , want fommigen wilden volhouden, en anderen begonden tot gematigder denkbeelden over te hellen. Het gevolg was, dat men befluiteloos en werkeloos bleef, terwijl de Siaatsleden van Holland nog ééne poging in het werk fielden , om hun doel te bereiken , hier in beftaande: Zij ontboden de P.evelhcbberen der bezetting, die door Holland betaald werden , en gelastten hun , om niemand anders, dan do Staaten van Utrecht gehoorzaam te zijn, op ftraf-  M4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ftraffe van hun in een tegenover gefield geval, niet te zullen voldoen: ook gaven zij van dit befluit aan Mauritz kennis. Dan , deeze voor die bedreigingen niet vervaard zijnde, bekreunde zich des weinig, en oordeelde nu te moeten doortasten, en een einde aan de zaak te maaken. Hij had ten dien einde reeds eenige fchikkingen beraamd, die hem de uitvoering genoegzaam verzekerden, en de meeste Staatsleden, benevens de Hollandfche Afgevaardigden eindelijk deden befluiten , naar elders de wijk te neemen , (n zich niet verder tegen Mauritz te verzetten. Zij deeden dit ook in tijd» , want, hadden zij nog een uur gedraald, zij hadden hunne vrijheid op den huize Hazenberg, het Utrechts Raadhuis , moeien betreuren. Kort naa hun vertrek, deed Mauritz, de bezet* tjng der Stad verfterkt hebbende, aV.e toegangen naar de Neude bezetten , ontbood aldaar de Waardgelders; ontflöeg hun van allen Eed en dienst, en beval hun de wapenen neder te leggen : als lamineren voldeden zij aan dien eisch, en elk ging zijns weegs. Den volgenden dag baarde nog groo-  FEÏHB MATTHIT S BASET TE UTMCHT BE WAAJÏBGEIIJISS AT.   DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 11$ grooter veranderingen, want op denzelven ontfloeg den Prins de Leden der Staats- en Stads-llegeering van hunne posten, en benoemde anderen in derzelver plaatfen , voorts werd aan de Contraremonstranten, de Domen Buurkerken, ter uitoeffening van hunnen Godsdienst, (waar van zij zoo lange verftooken waren,) ingeruimd: nu was het ook geen werk om de Staaten van dit Gewest overtehaalen, tot het inwilligen van de begeeide Synode; en dus werd de rust allengs herboren. De Prins in den Haage terug gekeerd zijnde , ontdekte men al fpoedig , dat de verandering te Utrecht voorgevallen , den moed van de Hollandfche meerderheid merkelijk had doen verminderen. Immers men begon met ernst te raadplegen over het afdanken der Waardgelders, zelfs hadden die van Rotterdam, op raad van de Groot, daar ih bewilligd. De moetwil die deeze bende te Leyden aanrichtte, was oorzaak, dat een aantal Burgers van die Stad, een fchrifteli/k verzoek deden, om hun ook aldaar buiten dierst te Hellen: het een en ander bewerk-  116" BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE werkte al ras, dat zij alomme afgedankt werden: hier naa kwam het punt van de Synode ter baane, waartoe insgelijks bij de meerderheid befloten werd. Nu had het werk van de Synode het vol beflag; de Algemeene Staaten zonden de brieven van befchrijving, naar alle de Gewesten, ook aan de Gereformeerde Kerken in Vrankrijk, aan den Koning van Engeland, en voorts aan alle Vorsten en Staaten, die den Hervormden Godsdienst beleden of befdiermden, met verzoek dat elk uit den haren , eenige Godgeleerden, naar deze Landen wilden afzenden, om binnen de Stad Dordrecht de Nationaale Synode bij te woonen, ten einde de Gefchiilen in de Nederlandfche Kerk ontftaan , te onderzoeken, en ten einde te brengen. Naauwlijks waren deze fchikkirtgen beraamd , toen 'er eene gebeurtenis plaats had, die, fchoon zij aan veelen niet onverwacht voorkwam , echter het grootfte deel der Ingezeetenen verbaasde, en de gemoederen der Remonftranten met fchrik vervulde. Behoeven wij hier te zeggen de gevangennee-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. I \ f neeming van Oldenbarneveld, Advocaat van Holland; Hogerbeets, Penfionaris van Leyden , en de Groot. Penfionaris van Rotterdam? Een geval, dat van dien dag af dat het gebeurde, tot den tegenwoordigen tijd toe, oneindig veel ftof tot onderfcheidene denkbeelden en gefprekken opleverde. Wanneer wij ons herinneren het geene wij hier boven gefchetst hebben, zal 'er geen bedenking vallen, dat de drie genoemde Heeren, de eene meer, de andere minder, een groot aandeel in de hooggaande twisten genomen, en 'er verfcheidene omftandigheden plaats hadden, die het ongenoegen van den Prins ten hunnen aanziene, buiten alle bedenking fielden. Niemand van hun, deelde echter in dat ongenoegen meerder, dan den Eerstgenoemden, want de Prins hield hem voor den eerften bewerker der Kerkelijke twisten, door het begunftigen der Remonftranten; voor de voornaamfte doordtijver van het aanneemen der Waardgelders ; voor een ondermijner van zijn gezach over het Krijgsvolk, door het invoeren en afs'orderen van eenen nieuwen Eed, buiten zijne bewilliging; en einde-  ïlo BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE tUlijk, als de oorzaak van alle de verwarringen te Utrecht: door al het welke, de Leden der Hooge Staatsvergaderingen onderling verdeeld, dé Kerk beroerd, en veele zorgelijke beroerten omftaan waren. De twee anderen, hoe zeer, op. verre naa dat aandeel in dit alles niet ten hunnen laste hebbende, hadden echter, in veele opzichren , zijne oogmerken begunfiigd, bijzonderlijk te Utrecht, daar zij zich zoo zeer beijverden, om de Afgevaardigden der Algemeene Staaten te dwarsbomen; en het is onzes erachtens, daar aan voornamelijk toe te fchiijven, dat zij in den naam, en op ordre van de Algemeene Staaten in hechtenis genomen werden, niettegenftaande zij in Eed en dienst van Holland ftonden. Alfchoon Oldenbarneveld, reeds een en andermaal in het vertrouwen gewaarfchouwd was, dat hem een onvveêr boven het hoofd hing, en de Groot hem raadde, hetzelve te ontwijken, hij oordeelde zulks onnodig, en dacht, dat men hern op zijn hoogst genomen , flechts aan een Ordinair Rechtsgeding onderwerpen kon. Hij bleef des in dui  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. I19 Haage, te meer, daar hij zich vleidde met de befchcrming der Staaten van Holland, waar in hij nog zoo veele Vrienden telde. Hoe dit zij, het was op Zondag den 29 Augustus, dat de drie Heeren, niets ergs vermoedende, ten hove kwamen, en de een naa den ander, in verzekerde bewaring genomen werden, terwijl zij allen van elkanders lot onkundig gehouden werden. Dien zelfden dag werd Ledenberg te Utrecht gevangen genomen, en vervolgens naar den Haage overgebracht, daar zij allen eenen geruimen tijd zaten, zonder gehoord te worden. De Staaten van Holland, al fpoedig hier van onderricht geworden zijnde, door eene bezending van wegen de Algemeene Staaten, met bijvoeging, dat dit op haart crdre gefchied was, ten dienfle van den Staat in het algemeen, welke door de handelingen dier Gevangenen, in het grootfte gevaar gtbracht was. Het meerderdeel der Leden van Holland, antwoordde, dat zij dit alles aanmerkten, als eene fchending van hun gezach , en 'j Lands Vrijheid, begeerende dat de Gevangenen aanftonds ontjlagen werden: doch de zes  120 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE zes Steden, namen het over, mits alles in dien ftaat bleve tot nader order van hunne Principaal en. Het meerderdeel der Leden, beuevens de Familie van,Oldenbarneveld verzochten dien zelfden dag aan den Prins, dat 'er moderatie mocht plaats hebben, doch het was zonder vrucht: zijne Hoogheid wees hun tot de Algemeene Staaten, terwijl Van der Mij'le des Advocaats Schoonzoon, Uitenbêgaart, Trefel. en anderen zijner vertrouwde Vrienden, het Land ruimden. Niets is in dergelijke gevallen meerder in zwang , dan dat het kwaad gerucht,-den Gevangen Man, met de grootfte fchanddaden beticht, en zijn wezentlijk misdrijf, met de lompfte leugens tracht te vergrootten. Niets is intusfchen onredelijker dan even dit, daar eenen Gevangenen buiten de mooglijkheid gefteld is , zulke befchuldigers den mond te kunnen ftoppen. Dit was ook het geval van deeze Staatsgevangenen; een ftroom van Schotfchriften, waar in de oude befchuldiging v.;n Landverraad aan Spanje , op nieuws werd opgedischt, maakte den haat van het al-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 121 algemeen, hoe langer hoe grooter, en daar het niet gefluit werd, vond het bij den onkundigen gereedden ingang. Terwijl de Gevangenen dus van de Maatfchappij afgezonderd leefden, deed Mauritz eene reize door de Stemhebbende Steden van Holland, en veranderde de Regeeringen van de meesten derzei ve, het welk echter in fommige Steden niet zonder eenigen tegenftand doorging. Immers was dit het geval te Amflerdam, want toen de Prins de zes en dertig Raaden uit den dienst ontflagen had, trad de beroemde Cornelis Pieterszoon Hooft, uit, en verzocht dat Zijne Hoogheid, die Stad en Vergadering - wilde verfchoonen, het welk den Prins beantwoordde , met te zeggen: Beste vaér! het moet nu zoo zijn, den nood en dienst van bet Land, vereisebt zulks. De Prins dit werk verricht, en de Staaten van Holland alles goedgekeurd hebbende, benoemden de Algemeene Staaten vijf Leden uit hun midden, benevens drie Fiscaalen en eenen Griffier, om de Gevangenen te ondervragen. Deeze begonden op den %f September hunnen taak met Holil. Deel. F  I2t BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE gcrbeets, vervolgens met Ledenberg, daarnaa met hij altoos, met een goed oogmerk trach- ten te bevoorderen,en geoordeeld, dat de,, verfchillen niet van dat gewicht waren, om 'er de rust der Kerke om'te ftooren : — „ hij erkende de Vertogen der drie Gewes5, ten, Holland, Utrecht, en Ovcrijsfel op„ gefteld te hebben, doch dat de Groot die „ gefchreven had: hij hield ftaande ,, dat elk Gewest vrijheid en recht had, om „ Waardgelders aan te neemen , en oor„ deelde, dat zij doorniemand, buiten be„ wiüiging der Staaten, mochten afgedankt „ worden: • hij had aan de Bevelheb- „ beren der Bezettingen gezegd, dat zij niet „ de Algemeene Staaten, maar alleen hunne „ Betaalsheeren , en de Magiftraaten der „ Steden waar in zij bezetting hielden, ge„ houw en getrouwheid verfchuldigd wa- ren enz. enz." Wanneer men fommigen deezer bekentenen onpartijdig nagaat, cn met den letter der  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 133 der geflootene Unie, tusfchen de Gewesten ftand grijpende, vergelijkt; wanneer men daar bij voegt den grooten invloed die Oldenbarneveld zich in de meeste Gewesten, en bovenal in Holland, had Weeten te bezorgen; wanneer men zijnen handel geduurende de Kerkelijke twisten daar nevens zet; en overwcegd, dat het aanneemen van Gefchenken van Vreemde Mogendheden hem alfints ongeoorloofd was; dan kunnen wij niet ontveinzen , dat wij hem nimmer op den lijst der onfchuldigen plaatfen, of als de Vermoorde Onnozelheid befchouwen konden. Veelen zijner handelingen waren ftraffchuldig, doch, of bet volftrekc nodig en nuttig ware, dat men zijnen bijnaa voleindigden levensloop , nog op een Straffchavot ten einde bracht, is ons nimmer gebleken. Hoe dit ook moge zijn, dit is zeker, dat Oldenbarneveld dit laatfte zich nimmer voorftelde, en zulks eerst begon te vermoeden, toen de Uitfchrijvïngsbrief van den jaarfchen Bededag, die tegen den 17 April bepaald werd, ter zijner kennisfe kwam. Hij vond uitdrukkingen in dezelve , die hem F 1 moes-  134 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE moesten doen befluiten . dat het Hecht met hem aflopen zou. De Franfche Gezanten, deeden alles wat de hooffchc wellevendheid uicriclnen kon, om het dreigend onheil alieweeren, maar het was vergeefVch: want op den ia Meij, des avonds om half zes uuren, werd hem, bij monde van eenen der Fiscaalen, de droeve maare gebracht,dat hij zich had te bereiden, om reeds op den volgenden dag, te komen aanhooren de fententie des Doods, tegen hem geveld. ?*Teer verwonderd dan bedeesd, antwoordde hij: Ds fenientie des doods! de fententie des doods! dit bad ik niet verwacht. Ik meende dat men mij nog zou gehoord hebben, ik bad fommige dingen gefield, die ik meende te veranderen, als door drift vervoerd zijnde. Maar helaas l dit alles was nu te laat. Had den ouden Man dit twee jaaren eerder willen doen, het had wellicht nimmer zoo ver met hem gekomen, thans bleef hem niets over, dan de weinige uuren die hij nog te leven had, te hefteden tot het befchikken over zijne tijdelijke, en eeuwige belangen. Hier in was hij ook niet nalatig: vrijheid gekregen heb-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN» 135 hebbende , om voor het laatst aan zijne Echtgenoote en Kinderen te fchrijven,.deed hij dit zeer kort en Christelijk: toen hij daar nog mede bezig was, kwam AntoniusWaUus, Profesfor en Predikant te Middelburg, in zijne kamer, om hem in zijnen toeftand te troosten: deeze was een Man van verftand, en van een zeer -befcheiden aart, en den Gevangenen had veel genoegen in zijne gefprekken met hem. Om tien uuren des avonds, verzocht hij dat Walans aan den Prinfe voor hem vergiffenis -wilde vragen, zo» lij iets tegen hem mocht misdaan hebben? en, dat hij zijnen Kinderen gunjiig zijn wilde ? Walceus vroeg hem, ef hij door bet eerjle ook verftond, Remisjie van de Jlraffe des doods? doch hij antwoordde, dat zijn verzoek zo» ver niet ftrekte. MAURITZ het voorftel IlOOrende , werd derwijze bewogen, dat hij traanen flortte over 's Mans ongeluk, betuigend» dat hem zulks leedjeed. Naa eene korte opnoeming van Oldenbarnevelds handelingen , zeide hij: bet geene bij mif misdaan beeft, vergeef ik hem gaarne, doch bij kon zulks wel zonder voorwaarden gedaan hebben enz. Wat Zij-  136 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE zijne Kinderen belangt , die zal ik gunftig zijn, zoo lange zij wel doen. Geduurende den nacht hield hij uitvoerige gefprekken met Wal Hulst bemachtigd. Vredehandeling te Mursfter begonnen. Fre- drik Hendrik word ziek en Jlerft. Zijn Cbaracler en Lof. I Iet aaneengefchakcld verhaal van de Kerkeliike verfchillen, ten tijde van het gefloten beftand, verplicht ons thans eenen terugtred te doen, om de voornaamfte gebeurtenisfen van dien tijd te fchetten, die inet de binrienlandfchc onlusten niets gemeens hadden, en echter van veel aanbelang voor onze Lezeren kunnen geoordeeld worden. •• De  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, ï 49 De fchorfing van alle vijandlijkheden , . door het geüooten Beftand; en de ombe- , wimpelde erkenning van de Vrijheid , en Onaf hangel ij kheid dezer Gewesten door ii Spanje, deed den roem onzer Vaderen, bij een aantal Mogendheden, niet weinig vermeerderen , en elk beijverde zich, als om ftrijd, in het ftreeven naar de Vriendfchap van den nieuwen Staat. De Algemeene Staaten verzuimden ook niets aan hunne zijde, om zich die gunflige gezindheid ten nutte te maaken, zoo door het zenden van '\ Gezanten aan verfcheiden Hoven, als door het wederkerig ontfangen van verfcheidene Afgevaardigden van dezelve in diii Haage, tot het aangaarj en fluiten van befchermen- I de , en vneiidfchappdijke Verbonden. Sints eenigen tijd, wajreii 'er verfchillcn omftaan, over de opvolging in de waardigheden en nalatenfchap des overledenen Hertogs van Kieeve en Qujjk. Deeze, zonder eenen Opvolger naatelaaten, overleden zijnde, maakte den Keiizer aanfpraak op die Landen, en trachtte daar door de paaien zijnes gebieds uit te breiden: de Duitfche Vorften, G 3 van  IfO BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE van Ahbaft. Brandenburg enz., oordeelden daar en tegen, dat zij daar op een meerder recht hadden , waar door het gefchapen fcheen, dat het tot eenen openbaaren Oorleg csfchcn de beide partijen zoude komen, in welk geval het ligtelijk te voorzien was, dat de Keijzer zijne oogmerken bereiken zou. Henrik de IF, Koning van Frankrijk dien aanwas van de macht des Keijzers willende beletten, en de Staaten riet onvérfchillig zijnde , in welke handen , die Landen kwamen, aan welken deeze Gewesten grensden, gaf zulks gelegenheid, dat Koning Henrik de Staaten aanfpoorde, om met hem, gemeenfchappelijk te handelen, en door het verleenen van onderbanden, de eisfchen der Duufche Vorften, tc^en den Keijzer , krachtdadig te onderfteunen. Al ras bewilligden de Staaten in dit aanzoek des K< nin.s,.die ook fpoedig een Leger aan de grenzen bijeen deed komen, waarover hij in Perfoon het bevel voeren zou. Deeze toerusting verwekte argwaan bij de Aai tshertogen , vrezende, dat hij een kwaad oog had op de Spaanfche Nederlanden,  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. I < ï den, zij werden in dien waan nog meerder verfterkt, door dien Henrik, hun verzocht, om met zijn Leger door Luxemburg te nekken , en het befluit nam om de Koninginne plechtig te doen kroonen, ten einde zij in zijn afwezen, het beftuur uitoeflenen zou. Zijn verzoek te weigeren, of toeteftaan, vsas voor de Aartshertogen gevaarlijk, dus drialden zij , terwijl de toerustingen ten Ooilog , als mede het gereedmaaken van opet.baare vermaaken, voor de aanftaande Kroofing, geduurig werden voortgezet. Geheel ïaiijs baadde zich in vreugde over het aanltaai.de Feest, de Koning zelve nam 'er deel in, en deed op den 14 Mey, een open rijdtuig iilpannen , om hier en daar de toebereidfelea in oogenfchijn te neemen, toen al die vreujd, eensklaps in de grootfte fchrik en droefheid veranderd werd. Maar even van het Paleis verwijderd zijnde, word de voortgang van den Koninglijken ftoet belet, door din grooten drang des Volks, en dit tijd flip neemt eenen Francois Ravillac, (daar toe omgekocht zijnde) waar, om op eenen der wielen van het Rijdtuig te flappen, en G 4 met  152 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE met een tweefnijdend mes, den Koning derwijze naar het hart te fteeken, dat hem de holie ader afgefneden werd, en hij oogeabiiklijfc den dood ten prooie viel. Hoe zeer de Aartshertogen zich vleidden, dat deeze moord eene verandering ten hunnen voordeele zou veroorzaaken, de ondervin ding deed echter al ras zien, dat zij ziai bedrogen vonden, want Henrik eenen Zoon van Hechts negen jaaren naalaatende, volgde hem die, onder den naam van Lodecvijk de XIII. op , en werd geduureude zijne minderjarigheid , de Regeering toevert'ouwd aan de Koninginne Moeder, Maria de Me' dicisy die eerlange eene macht va» 10,000 man, deed opbreken, om ten behoeve van de Duitfche Vorften, de betwist/e Landen te overmeesteren. De Staaten veegden hier bij ook hunne macht, aan weikers hoofd zich Mauritz voegde, en bet beleg voor Gnlik floeg, welke Stad zich eerlang aan den Prins overgaf, die dezelve in handen ftelde, van de Vorften van Brandenburg en JVieutvburg. Wij zouden te uitvoerig worden, wanneer  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 153 neer wij alle de handelingen mee Vreemde Mogendheden, te dien tijde gehouden, oraftandig vermelden wilden, wij vergenoegen ons, om flechts als in het voorbijgaan te melden, het fluiten van een Verdrag met Engeland, ten voordeele van de Haririgvisfeberij; een Verdrag van vriemifchap met den Fenetiaanfchen Staat; een Verbond met Ziveeden en Deenmarken, ter bevoord. ring van den Noordfchen Handel ; een Trnétaat van Koophandel en Vriendfchap met de Turken, en zelfs met de wijdafgeleegen Perfiaanen; een Verdrag met de Lubckkers, ter begunfHging van den Handel in de Oostzee, het welk gelegenheid gaf tot een nader Verbond met de Ziveeden, door weiken beiden, de Walvisvangst hier te Lande begonnen, en de Noordfche. Maatfchappij werd tot ftand gebracht. De toeneemende macht der Nederlanderen in Oost-Indien, gaf oorzaak tot gefchillen met de Engelfchen in die wereldftreek, die insgelijks door een Gezantfchap naar Engeland werden bijgelegt. Door dit alles, fteeg het aanzien dezer Landen tot zulk eene ongemeene hoogte, dat G s den  154 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE den Groot-Vorst van Muscovien, de Vriendfchap en hulp der Staaten door eenige Afgevaardigden, zoeken kwan,het eerfte werd gereedlijk toegedaan, doch het tweede wezen zij heufchelijk van de hand. 's Lands Staaten hun aanzien en vermogen aan alle zijden ziende toeueernen, bleeven echter niettegenstaande dit alles, afhangelijk van de Engelfchen, die als nog de verpandde Steden bezet hielden. Hoe gaarne zij zich van dien band losrukken wilden, het werd verhinderd door de onmooglijkheid die 'er was, om de achterstallige onkosten en foldijën, die meer dan tachtig Tonnen Schats bedroegen, tot een losgeld op te brengen. Men moest dus uit dien hoofde, hoe ongaarne ook, van dat ontwerp afzien, tot eene gunstiger gelesenheid, die zich eerlang opdeed, en door het fchrander beleid van Oldenbarneveld, gelukkig ter hand genomen werd, om daar door den invloed der Engelfchen hier te Lande,uit den weg te ruimen. De vernuftige wijze waar op dit groote werk tot Hand gebracht werd, verdiend, dat wij het eenigfmts omftandig mededcelen. Hoe  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN; f$$ Hoe ijverig Koning Jactb zich ook toonde , om den Hervormden Godsdienst te handhaven; hoe zeer hij in de ontftaane Kerkelijke twisten, zich tegen de Remonftrantfche gevoelens verzette, en voor de rechtzinnigheid der Contra - Remonftranten ijverde, en 'er met de penne opentlijk voor ftreed, hij vond echter geene zwarigheid, om een Huwelijk te bewerken, tusfchen zijnen Zoon 'Karei, Prinfe van Walles, met Maria de Dochter van Ptiiur/s de IIWe Koning van Spanje. Zijne Staatkunde was hier met zijne Rechtzinnigheid in eenen geduchten ftrijd, en men ontwaarde fpoedig, dat de eerfte over de tweede triumpheerde. Hoe zeer hij eene keuze had kunnen doen, uit een aantal Princesfen aan de Duitfche Proteftantfehe Hoven; zijne Staat- en Eerzucht gaf hem in, dat een Konings Zoon, ook aan een Konings Dochter moest uitgehuwelijkt worden, alfchopn zij den Roomfchen Godsdienst beleed.. De ongelijkheid in jaaren, aan de zijde der Spaanfche PHncesfe, (die nog in lange naa niet huwbaar was,) verhinderde het Huwelijk zelfs eeniG 6 p-<»  l$6 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ge jaren, en het werd ook om die rede geheim gehouden, echter zoo geheim niet, of Oldenbarneveld, wist 'er achter te komen, en het deed in hem de vrees geboren worden, dat door dat Huwelijk t'eenigen tijde, de verpandde Steden, door Koning Jacob, aan de Spaanfchen afgedaan, en dus de Vrijheid dezer Landen in gevaar gebracht kon worden. Men was nier onkundig dat Jacob door allerhande gcldverfpillingen in eenen benarden toedand was, dus nam men die omftandigheid te baat,. om eene proef te neemen, of men tot een mindere fom de Steden uit het verband kon ontdagen krijgen, en du wel op zulk eene wijze, dat Koning Jacob, daar toe het eerde aanzoek deed. Om dit oogmerk te bereiken, raadde Oldenbarneveld, dat men de Fngelfehe Soldaaten niet betaalen moest, om daar door klachten te verwekken. Men deed dit, en toen 'er over geklaagd werd, beriep men zich op onvermogen, uit hoofde van den berooiden toedand van 's Lands kas, door den Oorlog. De Scaatfche Gezant in Engeland, Ncël Karen, werd hier ft } • over  DER VADER Li GESCHIEDENISSEN. 157 over een en andermaal aangefproken, die daarop, (als (prak hij uit zich zelden,) te kennen gaf, dat mooglijk ds Staaten middelen beramen zouden x om tegen eene hooge rente , de nodige gelden bijcentebrengen, zoo men gezind zvas, om op redelijke voorwaarden. de verpandde Steden -uit bet verband te ontjlaan. Dit gezegde van Karon, werd opgemerkt, en het leed niet lang, of de Koning gaf aan de Staaten te kennen, dat bij genegen zvas, om de Steden, aan bun aftefiaan, op redelijke voorwaarden. Dit Was juist hetgeen men bedoelde, en Karon werd gelast, om die zaak tot Hand te brengen: in weinig dagen was ailes geregeld, enliet zich vergenoegen met een fom van Tweemillioenen, Zevenhonderd , en Agt en tzvintig Duizend Guldens eens , die op den bepaalden tijd door de Staaten voldaan werd. Nog voor het einde van de maand Meij des jaars 1616, kreegen de Engelfche bevelhebberen, van den Briel , Vtisfingen , en Rammekens, uit Engeland bevel, om die plaatfen te ontruimen, en Mauritz trok fpoeriig derwaards, om het werk ten einde te brengén. Het G 7 Krijgs-  1$$ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Krijgsvolk, van hunnen ouden eed ontheven zijnde, ging nu over in eed en dienst der Staaten, en op deeze wijze werden de Engelfchen ontzet, van dien invloed die zij nu zoo zeele jaaren achter een, uit krachte van dat verband, op deezen Staat hadden uitgeoeffend : terwijl het aan geheel de wereld een duidelijk bewijs opleverde, van het aanzien en vermogen, waar toe de Nederlandfche Republiek gedegen was. Dit bleek in volgenden tijd nog duidüjke* toen de Staaten zich mengden in den binnenlandichen krijg, die eerlange in Frankrijk ontftond , door de handelingen van Maria de Medicis, om een dubbel huwelijk te bewerken, tusfchen haare beide kinderen, met een Infant, en Infante van Spanje. De Hugenoten bevreesd, dat door deeze naauwe verbintenis met de Spanjaarden, voor hunnen Godsdienst eenig gevaar te wachten ftond , Uoegen aan hét morren , waar uit een tweede partij geboren werd, 't welk de Staaten befluiten deed, om onderftard aan Lodezvijk XIII. te bieden, maar de vrede te Soisfens gefloten , en de moord aan den Maar-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. I59 Maarfchalk d'Ancrê gepleegd , maakte dien bijftand onnodig , en liet den Staaten de banden ruim, om de Venetiaanen met 3,000 man bijtefpringen , in de onlusten die zij hadden, met den Aarts Hertog van Oostenrijk, die kort daar naa .vereffend werden, om nu niet te fpreeken van de aanzienlijke onderftanden in geld , die zij verftrekten, aan den Hertog van Savoijen, rot krenking van de Spanjaarden, en atm den Koning van Zweden, tot ftuiting van de progresfen der Poolen. Wanneer men alle deeze opgenoemde handelingen onzer Voorvaderen met aandacht overweegd, wie ftaat dan niet verbaasd , over den gelukkigen ommekeer van zaaken, die men uit dit alles duidelijk befpeuren kan. Een volk dat nog zoo weinig jaaren geleden , om de befcherming van Frankrijk en Engeland te vergeefsch fmeeken moest, was nu niet flechts in ftaat, om zijne eigene vrijheid en onafhangelijkheid te bewerken, maar was daar en boven tot dat aanzien geftegen, dat men bij alle de opgenoemde Mogendheden, eene begeerte toonde,  IfjO BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE de, om met hun in vriendfchap te leeven, en door hun op de eene of andere wijze, krachtdadig onderfteund re worden. Men zou in den eerden opflag verwonderd vraagen kunnen, van waar dien fpoedjgen aanwas in macht en vermo,,en, te midden van zoo veele binnenlandfche verdeeldheden , als onder dit alles plaats hadden? Ooch die verwondering zal ophouden , wanneer men zich herinnert den bloei en uitbreiding van den Handel en Bezittingen in de OostIndiën, niet alleen, maar ook de gelukkige onderneemingen, die ten dezen tijde, ook in de West-Indifche Gewesten tot ftand kwamen. en die wij in de Ec.rjle Afdeeling dezes werks, uitvoerig behandeld hebben. Hoe zeer Oldenbarneveld de Vaart en Handel op de West-ïndiën bevoorderde , hij oordeelde echter, dat men, naa het fluiten des Beftands met Spanje, geen recht had, om znlk eene Geoétroijeerde Maatfchappij op te richten, zoo als ten jaare 1603, ten aanziene van den Oo-.t-lndifchen Handel gepractifeerd was. Schoon de Kooplieden bier op ten fterkften aandrongen, hij wist zulks te be-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, *l6l beletten, doch toen hij in banden raakte, verleende de Staaten de oprichting der Maatichappij , die met een Octrooi begunftigd werd, ten jaare 1621, als wanneer het Twaalfjarig Beftand. een einde, en den oorlog tegen de Spanjaarden op nieuw eenen aanvang nam. ■ Wij gaan het verhaal van de onlusten in Jiohanen, over de opvolging in de Koninglijke Waardigheid ontftaan, en waar in de Staaten eenig aandeel, ten voordeele van de Proteftanten namen , voorbij, om de aanmerkeiijkfte gebeurtenlsfen hier te Lande, die even voor en bij het ontbranden van den Krijg, plaats hadden , te bezien. Wij hebben in het einde der voorgaande Afdeeiing doen zien, dat daar de Remonftranten weigerig waren, de hun voorgelegde AcJe van Stilftand te teekenen , het leeren in godsdienstige vergaderingen, hun fcherpelijk verboden werd; dat zij, die dit verbod in den wind fioegen, ten Lande uitgebannen werden; in Antwerpen, den zetel van hun verblijf, eene Sociëteit oprichtten, om hunne zaak aan den gang te houdenden de onkosten, op het be-  IÓ2> BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE bezoldigen der afgezette Predikanten vonden, door het inzaamelen van gelden ten dien einde bijeengebracht. Wanneer men dit herinnert, behoeft men zich niet te verwonderen , dat zij , in weerwil van het ftreng verbod, in stilte bijeenkwamen, om de verstrooide gemeentens , volgens hunne bekende begrippen te stichtten.' Hoe ftil en geheim dit ook toeging , het ontbrak niet aan zulken , die, bekoord door het toegezegde aandeel in de geldboeten, op die bijeenkomsten een wakend oog hielden, en gerechtelijk beletten. Verfeheidene Leeraaren, die men als Woordvoerders in die vergaderingen werkzaam vond , raakten in hechtenis , en veelen moesten in akelige Kerkers hun lot betreuren. Samuel Prince, en Johamies Greevius, weleer Predikanten" te Baartvoijk en te Heusden , werden in het Rasphuis te Amflerdam $ Bernardus Vezehius voorheen Leeraar te Echteld, in het Tuchthuis te Haarlem, even als de fnoodfte boeven opgefloten, terwijl anderen dergelijk lot in andere Sreden te beurte viel. Hoe naauwkeurig zij ook bewaard werden, het ge-  DER- VADERL, GESCHIEDENISSEN. 163 gelukte echter fommigen de oplettendheid hunner opiluiteren te verkloeken, en hunne vrijheid in de vlucht te zoeken. Te Amflerdam trok 'er een de klederen zijner vrouwe (die hem bezoeken kwam) aan, en pasfeerde op die wijze door vcrfcheide deuren, terwijl d2 Vrouw in zijne plaatfe zitten bleef, die men echter wel fpoedig ontdaan moest. Te Haarlem had men aan Fezekius, een ouden fleutel weten ip de hand te doppen, door welks behulp hij het Tuchthuis aldaar, ontfnapte. Grevius en Prince, ontvloden, door hulp van eenigen hunner Vrienden, het Amfterdamfche Rasphuis bij nacht, al het welke gelegenheid gaf, dat bij de Staaten van Holland een beduit genomen werd, om zulke Predikanten niet meer in de gemeene Gevangenisfen op te fluiten, maar naar het Fort Loevefleijn te voeren, als meenende dat zij daar veiliger in banden blijven konden. Maar wie kan de uiterfte grenzen van het vernuft eenes Gevangenen bepaalen, in het uitdenken van middelen ter verkrijging van zijne natuurlijke Vrijheid? Een aantal gevallen van vroeger cn  I64 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE en Iaater tijden gaven bewijs, dat veelen, in weerwil van het naauwfte toezicht, en de zwaarfte grendelen en flooten , hunne bewaarders wisten te ontfnappen, en dat het vernuft der Vrouwen, in dat geval, dat der Mannen doorgaands overtrof; een fpreekend bewijs kan men hier van ontdekken, in de gelukkige ontkoming van den beroemden Hugo de Groot, die door den fchranderen inval zijner Echtgenoote, Maria van Reigersbergen , te dezen tijde het aaklig Loevefieijn ontvlood, en in het blij genot zijner Vrijheid herfleld werd, waar van wij de voornaamfte omftandigheden aanftippen zullen. Ruim twintig maanden, had de Groot, op het gezegde Fort, doorgebracht, in gezelfchap van zijne Echtgenoote, die zich bij hem vrijwillig had doen opfluiten , om hem in zijne Gevangenis op te pasfen, waar toe hij voor geheel zijn leven verwezen was. De Gevangene hield zich, geduurende uien tijd, onledig» met het febrijven van eenige nuttige werken, en had tot dat einde een aantal boeken nodig , die hem gerecdlijk ten  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 165 ten gebruike toegezonden werden , door den beroemden en geleerden Thomas Erpenius , Hooglecraar te Leijden, en. anderen. Gewoonlijk werden deeze boeken heen en weder gezonden in een Koffer , dat Hechts drie voet en tien duim lang was, en in beide gevallen werd geaddresfeerd, aan het huis van eenen Abraham Daatji/aar, Koopman in Gaarens en Linten te Gorincbem, welke gehuuwd was. met de Zuster van den genoemden Hoogleeraar , die de boodfchappen en goederen voor en van Mevrouw de Groot, ontflng, en verder bezorgde Herhaalde reizen was dit Koffer aangekomen , en terug gezonden , zonder dat de Slotvoogd , Jacob Prounink , (de Zoon van den beruchten Utrechtfchen Burgemeester, ten tijde van Leicester,~) iets anders dan boeken in dezelve ontdekt had, waarom hij_ deswegens het gewoone onderzoek niet meer in acht nam,"en het Koffer, ongevifneerd pasfeeren liet. Mevrouw de Groot, geduurig peinzende om haaren Echtgenoot in vrijheid te helpen herftellen, valt op de gedachten, dat hij zich in dit Koffer, moest  ï66 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE moest doen opfluiten, en beproeven om op die wijze naar buiten gedragen te worden. Zij deed den voorflag aan de Groot, die het niet geheel onuitvoerlijk voorkwam, maar echter aan veele gevaaren onderhevig oordeelde, vermits de Koffer zoo kort was, en daar en boven geen lucht doorliet, dan door de opening van het fleutelgat. Met dit alles, kon de reis naar Gorinchem in korten tijd gefchieden, ert dus beproefde, hij een en andermaal, hoe lang hij het in dien bekrompen en benaauwden tocftand kon uithouden: en daar dit gelukte , belloot men eenen dag aftewachten , dat Prounink van huis, en men dus verzekerd veor alle onderzoek was. Op den 21 Maart was deeze naar Hemden verreist, en dezen bepaald tot het uitvoeren van den list, onder het beleid van eene getrouwe Dienstmaagd, Elsje van Houwening genaamd, dia zich gereed toonde om de Koffer, met alle zorgvuldigheid , ten fpoedigften ten huize van Daatfclaar te bezorgen. Naa het uitftorten van een plechtig gebed tot God, vlcidde zich de Groot, in de kleene Koffer, Hechts  DER VADERLv GESCHIEDENISSEN. \6j flechts in linnen onderklederen, terwijl de holtens met eenige boeken, garen, enz. aangevuld werd. Waarriaa Mevrouw de Groot de kist toefloot, met den wensch: dat zij hem nimmer levende zveuschte wederom te zien, dan in Vrijheid! zij" geeft de fleutel aan de trouwe Dienstmaagd , trekt de fchel , en fpoedig komen 'er eenige Soldaaten boven, om de Koffer naar beneden, en aan boord van het Schip te dragen. Het fchijnt dat de Groot zich eenigunts beweegd hebbe onder het afdragen, want eenen der Soldaaten zulks bemerkende, vroeg aan zijnen makker , zou ''er ook leven in zijn? een ander vroeg, zou ''er ook de Arminiaan in zvezen? De trouwe Dienstmaagd hun in de rede vallende, zegt: 7er zijn boeken in, en die hebben immers geest en leven! dus kwam de Koffer beneden, alwaar Elsje onbedeesd, aan de Vrouw van. Prounink vraagt: of zij de Koffer wilde examineeren? doch. deeze waanende, dat 'er niets antjers dan boeken in waren, geeft verlof dat die aan bonrd gebracht werd. Al fpoedig ging het Schip onder zeijl , en geraakte behouden aan de over-  1(53 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE overzijde te Gorinclem , alwaar de Schipper en zijn Zoon, de Koffer naar het huis van DarAftlaar in een achtervertrek van het huis brachten, waar naa zij dezelve openfloot, en de Groot, naa een verblijf van bijna twee uuren, eenigfints bedwelmd, uit dezelve, ten voorfchijn kwam. Daatfelaar van het gebeurde kennis krijgende , oordeelde de Groot, zelve, niet te moeten fpreeken, maar liet het aan zijne Vrouwe over, om de Groot verder voort te zenden. Met bahulp van haaren Zwager , befchikte zij een Metfelaars gewaad, het welk de Groot aantrok, hij befineerde de handen met kalk, nam 'er eene. maatflok in , en ging met eenen Meester Metfelaar, Jan Lambertzoon genoemd , de deur van Daatfelaar uit, en zette, door een menigte Volks, dat om de Marktdag aldaar gekomen was , den gang naar het Waalwiiker Veer; hier begroette men hem voor een Metfelaarsknecht, en zonder eenige bedenking voerde men hem aan de overzijde van den ftroom, van waar hij, vergezeld met Jan Lamjertzoon , de reize haar Waalwijk te voet aannam ; hier kwam  EER VADERL. GESCHIEDENISSEN, I r5p kwam hij in den vooravond aan, huurde een wagen, kwam op den volgenden dag 'S middags behouden te Antwerpen, bij zijnen Vriend Episcopius, en begaf zich kort daar op naar Parijs, daar hij door Vitenbégaart,en veele andere uitgebannenen verwelkomt werd. Prounink, des avonds van Neusden terug komende, ontdekte geen licht op het gewoone Schrijfvertrek van de Groot, waar door hij het eerst vermoeden kreeg: op het Fort gekomen, fnelt hij naar boven, en ontdekt, tot zijne groote verbazing, wat'er gebeurd was; hij flaat aan het dreigen, doch de fiere Reigersbergen , belacht hem , en zegt: het Vogeltje is U ontvlogen, en bevind zich reeds in vrijheid. Zij werd nog eenige dagen in arrest gehouden, toen men haar ontfloeg , en zij naar Parijs vertrok , en met haaren Echtgenoot vereenigd werd. Terwijl dit alles voorviel, liep het Twaalf-' jarig Beftand ten einde : de Spanjaarden oordeelden om die rede, eene poging te doen, ten einde op nieuws noch eenige voorhagen van bevrediging, op reeds verworpen voorwaarden, te moeten doen. Zij zonden III. Deel H de»  I/O BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE den Kanfelier Pekkius, om de Staaten te vertoonen, boe nuttig het ware, dat alle de Nederlanden onder één Hoofd verêénigd werden. Doch hier klopten zij aan een doodmans dcure. De Staaten waren fier genoeg, om een befluit te neemen, waarbij zij verklaarden, dat allen de geenen , die in het vervolg , de Oppermacht dezer Landen in twijffel trekken mocht, onbekwaam gerekend werden , om ooit met bun in eenige onderhandelingen te treden. Toen nam de Vijand, den toevlucht tot het verraad, en trachtte bij het eindigen des Beftands, de Stad Thiel in handen te krijgen.: jacob Mom, Elbert Botbergen, en Adriaan van Eekhout, lieten zich tot dien ondeugenden handel verleiden , doch het werd in tijds ontdekt, zij moesten hun misdrijf met den hals boeten, en de Staaten maakten zich gereed, om den aanval der Vijanden, moedig te keer te gaan, terwijl zij befloten hadden, flechts verweren der wijze te handelen. Het ontbrak niet, aan fchrikbaarende tijdingen, dat eerlange den Vaderlandfchen grond, door niet minder dan drie vijande- Jij-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. \?\ lijke Legers zou overstroomd worden; dat hun toeleg was, de Féluzve te bemachtigen, en van daar, door Utrecht, tot in het hart van Holland intedringen. De uitkomst deed echter het logenachtige van dat uitftrooifel zien; Mauritz versterkte zich aan den Tsfel, en floeg de bewegingen der Vijanden zoo zeer gade, dat 'er geduurende den Veldtocht des jaars 1621. niets van eenig aanbelang door hun kon uitgevoerd worden, Spinola maakte zich wel meester van Gul ik , doch den aanflag op Sluis , liep vruchtloos af. Het regenachtig jaargetijde, de dood van Philips de lilde in Spanje, en die van den Aartshertog dlbertus te BmsJel , veroorzaakten eene merkelijke vertraging in de bedrijven der Spaanfchen, en de Algemeene Staaten aarfelden ook nu niet langer, met het geeven hunner toestemming tot het oprichten der WesMndifche Maatfchappij, die zij met een Otfrooi voor vier en twintig jaaren begunstigde , en eene krachtdadige befcherming van zestien Oorlogfchepen, en vier Jachten verleende. Het volgende jaar zag naauwlijks de Lente herH a bo-  1-2 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE boren, of Mauritz zond zijnen Broeder Fredrik Hendrik, met een aantal Voet- en Paardevolk naar Brabant, met oogmerk om eene afwending ten voordeele van den Hertog van Brunswijk te maaken, die zeer belemmerd werd door de Spaanfchen, in bet aanwerven van manfchappen : doch terwijl de Staatfchcn alomme den fchrik verfpreidden, en tot voor de poorten van Brusfel en Leuven ftroopten, floeg Spinola net beleg voor Bergen op den Zoom, en nam Steenbergen , dat niet verfterkt, en van manfehap onvoorzien was, in eenen dag weg. Deezï progresfen van den Vijand deed de Staaten befluiten, om den Graave van Mansveld, met zün Volk in hiintferi dienst neemen , hij tr^k ten dien einde uit de Neder Palts door Lotharingen , Henegouwen , en Namen , naar Brabant, en geraakte bij Fleuri met de Spanjaarden in een bloedig gevecht, waar in de beide partijen zich de overwinnirg niet konden toefchdjven , maar echter aan Mansfdd het voordeel bezorgde, dat hij, met het overlVhnc zijnes Legers, zich den weg naar de Langeftraat baande, alwaar hij zich neder- flot g,  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 173 floeg, en daar door den moed der belegerden binnen Bergen op den Zoom niet weinig deed opwakkeren, die in herhaalde uitvallen den Vijanden veele fchade toebrachten. Intusfehen kwam Mauritz met het Staatfche Leger van ff Graavemvaard opdagen, en verêênigde zich met Hlansfe/d, waar door den Vijand genoodzaakt werd, het beleg voor Bergen optebreeken; ook had Craave Ernst van Nasfau, het verloren Steenbergen wederom aan de Spanjaarden ontnomen, die eenen inval in de Zevenwolden ondernomen hebbende dia r,hn;rt ,.n , .—, ..... „ lwU< gui|j. betaalen^ cn door de dapperheid der Staatfchen , wel fpoedig de wijk neemen moesten. Terwijl dit alles aan de Grenzen voorviel , hield de ontvluchtte de Groot ach binnen Parijs onledig, met het opbellen van zijne Verantxvoording der wettelijke Rggeering van Holland, waar in hij te gelijk zijne zardk , en die ziener Medeftanderen trachtte te verdedigen. Hij had dit werk "naar Amflerdam gezonden, om het aldaar te doen drukken, en hield deswegens brief, wisfcling met de beide Zoonen van Olden» 3 bar-  174 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE bameveïA. Hoe geheim dit fchrijven ook toeging, het fchijnt echter de waakzaamheid der Regcering niet ontflipt te zijn; want zijne brieven werden te LUI» aangehouden, en in den Haage geopend zijnde, daar uit ontdekt, dat het werk ter persfe lag. Al fpoedig hoorde men te AmfterAam dat het ftuk ontdekt was, dus werd men te raade, den arbeid te ftaaken , en de nog overige bladen te Hoorn, bij eenen Izaak Willemzton Verbeek te doen afdrukken, en in het licht te geeven. Doch naauwlijks nit«egeevca zijnde, kwam 'ft e*« fe&Op Placaat tegen hetzelve uit , waar bij den Schrijver ftrafbaar verklaard weid, aan lijf en goed, en het verfpreiden, hebben, en leezen, van hetzelve werk, ten ftrengftea verboden werd. De Groot, van dit alles bericht ontfangende, begon voor het behoud zijner Vrijheid beducht te worden , en wendde zich tot Koning Lodtivijk Ae XIII, hem verzoekende om zijne befcherming, die hem ook verleend werd, terwijl het fireng verbod, ook in dit geval, eene tegenftrijdige uitwerking deed, dewijl het van vee-  DER VAOERL, GESCHIEDENISSEN, 175 vielen geleezen , en naderhand herhaalde reizen is herdrukt geworden. Dus liep het jaar 1622. ten einde, en mauwlijks had het volgende eenen aanvang genoomen ,toen het gantfche Land op nieuw in rep en roer, en veelen tot een ongelukkig einde gebracht werd, door eene dofzsn n'ge, kwalijk bedachte, en nog dommer uitgevoerde aanflag, op het leven van Prins Mauritz, waar van ons nu de voornaamfte bijzonderheden kortelijk te vermelden ftaat. Wij hebben hier voren op Eladz. 136. verhaald, dat Prins Mauritz in dan laacften nacht van Oldenbarneveld''s leven, hem de toezegging liet doen, dat hij zijne kinderen zoude gun/lig zijn, zoo lang zij volhardden in wel te doen : wij 'zagen verder op Bladz. 142. dat, niet tegenftaande deeze belofte, zijne beide Zooncn Reinier en Willem van Oldenbarneveld, van hunne Ampten ontzet, en zijne beide Schoonzoonen, de Heeren Van Veenhuizen en Van der Mijle, niet meer in het Lid der Edelen béfchreven werden. Niets was meer gefchikt, om H 4 d2  1JÓ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE de wrok, die den dood van kunnen Vader, in hen verwekt had, aan te vuuren, dan even dit, terwijl zij nog daar en boven het verdriet ondervonden', dat voormaalige Vrienden allen omgang en verkeer met deeze ongelukkige Familie ichuuwden , uit vreeze dat hun zulks den weg van bevoordeling tot eenig Ampt fluiten zou. In niemand der opgenoemde Zoorcn en Schoonzooren des Advocaats, flecg de woede en wraak in hooger top, dan-in den jongftëtt Zoon , Willem van Old^bameveld, Heer van Stouienbnrg, die flats eenden tijd zwanger ging nsk her boöze opzet, om Prins Mauruz, die hij voor de oorzaak van zijn's Vaders dood , 'en van het ongelukkig lot zijnef Familié hield, moorddadig van kant te helpen, en was het moogjijk, ook eene verandering in den Staat der Ilcgeerirg dezer Landen te bewerken. Daar hij in eigen Perfoon dit alles niet uitvoeren kon, zocht hij eenigen zijner Vrienden en bekenden op , aan welken hij zijn voornecmen fmaaki\\k maakte, en van welkers medehulp hij zich eerlange verzekerd hield. Reiner van 01*    DER VADEBL. GESCHIRDf.NI£SEN. f%* Oldenbarneveld, Heer van Grtcr.evtld, zijnen Broeder, dien hij mede het geheim toevertrouwde, was 'er sfkeerig van, doch liet zich eiadehik, naa lang aanhouden, bewegen, om 'er in zoo verre deel aan te neemen , dat men op zijn Credtet de ócoo guldens, die 'er tot den aanflag nodig geoordeeld wei den, bekomen kon . doch h<at h\i gelijk ftond. aan de arootfle Hel„ d;n der oudieid; dat Hij dapper, voor- „ zich-  ipo BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE „ zichtig, onvertzaagd, en in arbeid onver„ moeid was; begaafd met eene groote en „ edelmoedige ziel , en een uitmuntend doordringend verftand; ervaren in deWis,, en Vestingbouwkunde, overtrof hij den „ vermaardften Ingenieur, in het aanleggen „ van Sterktens. Hij onderhield de beste „ Krijgstucht, en was 'er altoos op uit, om „ het Krijgsvolk zoo veel moes lijk te fpaa,, ren, waarom zij hem hunnen Vader noem„ den. Zijn Leger was het Leerfchool voor „ alle Natiën, en als Staatsman befchouwd, bezat hij geene mindere verdienden" De Franfche Gezant Jeannin, die deezen Vorst zoo van nabij kende, getuigd van hem, „ dat hij een wijs en eerlijk Man „ was, die het geene hem, in zijn perfoon „ aanging, niet dan door zachte middelen „ zocht." Een getuigenis hemelsbreed verfchillende, van een aantal zijner tijdgeneoten, en fchrijveren van laater dagen, die zich alle moeite gegeeven hebben, om het tegendeel te betogen, door het niet beletten van den geweldigen dood van den afgeleefden Oldenbamtveld, die zoo veel toege-  der vaderl, geschiedenissen. 101 gebracht had, tot zijne bevoordering in de hoogfle en aanzienelijkfte waardigheden, aan hern toevertrouwd, voor welken dienst zij .oordeelen, dat hij dien ouden Staatsdienaar had moeten bevrijden, voor den doodelijken (lag, die een einde aan zjin leven maakte. De beflisfing van dit pleit aan den Lezer beveelende, fpoedden wij voort tot de befchouwing der gebeurtenisfen die op den dood van Mauritz volgden. 'Er verliepen Hechts eenige weinige dagen, dat de Staaten van Gelderland, Holland, Zeeland, Utrecht, en Overijsfel, de Stadhouderlijke Waardigheid, over hunne Gewesten opdroegen, aan 's Prinfen Broeder, Fredrik Hendrik , die zich te dien tijde in het Leger bevond: doch die van Groningen en de Ommelanden , benevens het Landfchap Hrenthe, verkoren tot die waardigheid Ernst Kaflmir, Stadhouder van Vriesland. Opgevoed in den Oorlog, verftond Fredrik Henbrik de konst, om dezelve wel te voeren, in eenen Uitmuntenden graad, en oordeelde het van de grootfte nuttigheid, om den Vijand niet langer vervverender, maar aanval-  102 BHKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE vallcnder wijze te beftoken, en tot het aan. gaan van eenen eerlijken en fluurzamen Vrede te noodzaaken: en fchoon alle de kosten daar toe nodig, het vermogen van den Staat te boven gingen, dacht hij zulks vergoed te krijgen, door middel van buitenland fche hulpe, bijzonder van Vrankrijk en Engeland, aan welke beide Htfwn hij in groote achting ftond, en waar aan men voornamelijk had toe te fchrijven , dat de onlangs geflotene zeer 'voordeelige verbonden bevestigd werden. Bij zijne komst aan het bewind, was de rust cn eendracht in den Staat, (zoo zeer gefchokt, door de binnenlandfche onlusten van de voorige jaaren, en de aanmerkelijke veranderingen in 1613 en 1619 ) nog op verre naa niet hei field en bevestud. Dat gedeelte der Ingezeetenen, dar in die dagen buiten bewind geraakte, was niet gering, en betoonde zich, fints dien tijd, ongenegen tot het draagen van grooter lasten, die noodzaaklijk vereischt werden, wilde men den Oorlog met meerder kracht doorzetten. Van hief, dat Hij, zich met ernst toe-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. Jflj toelag, om de verwijderde gemoederen toe elkander te brengen, en alle vervolgingen om verfchillendc gevoelens in het fiuk van den Godsdienst den bodem in te Maan. Van tijd tot tijd hertelde hij. fommigen der Regenten, die buiten bewind gefteld waren door zijnen Broeder, in hunne voor heen bekleedde posten, en won de harten van veelen onder de Remonftranten, door zijnen openbaaren afkeer, van alle ftrenge ten hunnen opzichte genomen Door zulk een edelmoedig voorbeeld van gematigdheid , geraakten veeier harten aan het bedaren, en deed zijne, achting en w. «ch ten toppunt ftijgen, zoo als uit het vervolg onzes .gefchiedverhaals ten duideften blijken zal. Door de aanzienelijke verfterkingen van Fransch en Duitich Krijgsvolk, was hetStaatfche Leger tot 40,000 man gebracht, en •Phnfeneerfte zorge W2Sj Qm ^ yj fc noodzaaken, toc het opbreken ' beleg van Lreda, weHce Stad c ei- m%m^^m^m^* ~ genoten, en Burgerij en Bezet! ting, •  194 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ting in . dc kommerlijkfte omstandigheden gedompeld was. Doch Spinola had zich voor deeze Vesting zoo zeer versterkt, dat alle hoop op ontzet verijdeld, en allen toevoer aan de Belegerden onmooglijk was, het welk de Prins noodzaakte , den dapperen Verdediger , Justinus van Nasfatt, vrijheid te laaten, op eerlijke voorwaarden de Stad over te geeven, zoo als dan ook in het begin van Junij dezes jaars gefchiedde. De bezetting ruim 3000 man fterk, trok met alle tekenen van eer uit dc Vesting, zij werd met blijken van achting bij het gros des Legers verwelkomd, en voor hunnen betoonden moed, door den Prins, uit naam der Staaten bedankt. Hoe wenfcbeüjk ware het, wanneer de gefchiedenïs ons een dergeliik bericht had naagelaaren , wegens de Krijgsbedrijven der Stantfche Vlootelingen in den jaare iW%. onder bevel van den Admiraal If'Wekens, naar de Brazil uitgezeild, en waar van wij nu eenig verfbg doen zul ï en. Met eenen heimelijken last voorzien , was deeze in Zee geftoken,en bevond zich in de maand  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 195 maand Meij des jaars 1Ö24. voor den ingang van de Allerheiligen Baai, gelegen op de Brazilfche Kust. De dappere Vice-Admiraal Hein, tastte hier met vier Schepen, een aantal Portugeefche Schepen, in de Baaivoor anker liggende , met zulk een goed gevolg aan, dat zij hem ras ten buite vielen, en aan Willekemgelegenheid verfchafte, om rufm 1200 Soldaaten aan Land te zetten , die zich, naa eenen geringen tegenftand, van de Stad San Salvador en eenen rijken fcbat meester maakten. Stad en Baai, werden in den naam der Staaten e-n der West Indifcbe Maatfchappij in bezit genomen, en aan het bevel van AHert, en Willem Schouten toevertrouwd, doch zij vergaten niet alleen hunnen plicht, om zich in het bezit dier plaatfen te handhaven en te verfterken, maar verfpilden daar en boven een groot gedeelte van den verkregen buit, in de fpoorlooste ongebondenheden , waar van het gevolg was, dat bij de aankomst van eene Spaanfche Vloot, onder bevel van Don Fredrik van Toledo, die in het begin dezes jaars 1625. kwam opdagen, deeze ge1 2 wich-  106 B: KNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE wichtige plaatfen wederom aan de Spanjaarden moesten ingeruimd worden, onder beding, dat Schepen, Manfchappen, Gefchut, en Goederen, eenen vrijen aftocht naar het Vaderland werd toegedaan, alwaar dit alles eerlang te ftade kwam, door het aandeel dat de Staaten namen, in den twist die te dezen tijde ontftaan. was, tusfchen Lodezvijk de XIII. en de Genueezen: zij Meiden eene Vloot in dienst, onder bevel van den Admiraal Houtain, die zich met de Franfche Vloot verêênigde, en het beleg voor Roebelle floeg, alwaar de onlusten met de Ilugenooten tot eenen hoogen graad geile* gen waren ; het liep aan tot in het volgend jaar, toen 'er een verdrag tot fiand kwam tusfchen die Stad en den Koning, waar naa de Vloot terug geroepen werd, het weik zeer tegen den zin van het Franfche Hof was, alwaar de beruchte Kardinaal de Ricbelieu, als eerfte Staatsdienaar des Konings het voornaamfte bewind voerde. Intusfchen was Koning Jacob in Engeland overleden, vn zijnen Zoon Karei de I. volgde hem op in het bewind, die kort daar nat  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. I naa zijn Huwlijk voltrok met de Zuster van Lodezvijk de A'III, met vvicn de Staaten ook ten dezen tijde een befchadigènd Verbond flooten, volgens het welke zij twintig Oorlogfchepen, onder bevel van IVillem van Nas/au La Leek, bij de Engelfchen voegden, voornamelijk ten doel hebbende, om den Spanjaarden ter Zee afbreuk te doen. Terwijl dit alles gebeurde, werd den Oorlog te Lande "flappclijk gevoerd, de Staaten der Gewesten verfchilden onder elkander, of men aanvallender of verwerendtr wijze bandelen zou : fommige Gewesten helden tot het laatfte, uit hoofde van de kosten, terwijl dc Prins en de meeste Leden van oordeel waren, dat men den verzwakten Vijand, met alle kracht moest tegen gaan. Met befluit der meerderheid wei d ge volgt, en het liep aan tot in Julij, eer de Prins zich aan het hoofd das Legers flelde. Al fpoedig bemachtigden de Staatfchen de fterkta Gldenzeel, welk daarnaa gcfl cht werd, vervolgens werd 'er eenen tocht naar Vlaanderen ondernomen, maar het viel niet gun, flig uit, en maakte een einde aan den te1 3 gen-  ip8 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE genwoordigen Veldtocht. In tusfchen was de Princesfe van Oranje, in den Haage bevallen van eenen Zoon, die wij in het vervolg onder den naam van Willem de II. nader zullen leeren kennen, ook werden van tijd tot tijd, aan de Remonftranten verfcheidene vrijheden oogluikende toegeftaan. Op fommige plaatfen hielden zij Codsdienftige bijeenkomften, bijzonder te Rotterdam, daar hun aantal niet gering was, en men zulks uit vreeze voor nieuwe beroerten niet beletten wilde; dit joeg een aantal ContraRemonftrantfche Predikanten in het harnas, die bij de Staaten aandrongen op het handhaven en vernieuwen der Placaaten, waar over de Leden niet eenparig dachten. Te Amflerdam geraakten in het volgende jaar eenige Leden aan het beftuur, die ten dezen aanziene zeer gematigd dachtten, waar door de ftiikte in acktneeming der Placaaten ook aldaar achter weege bleef. Het jaar 1627. een aanvang genomen hebbende, oordeelde de Prins eene onderneemtng van aanbelang te moeten in het werk ftellen, en had ten dien einde voor, om Grol  DER VA DER L, GESCHIEDENISSEN l<}<) Grol te bemachtigen. Niettegenftaande dit plan aan groote zwarigheden onderhevig was, werd 'er echter toe befloten, en die Stad op den 19 van Hooimaand door de . Suatfchen berend, vervolgens ■beftormd, en eindelijk veroverd. Geduurende dit beleg poogden de Vijanden eene Landing op Zk4i\ beveland te doen, die vruchtloos afliep, en gelegenheid gaf tot het aanleggen van vier Schansfen, waar door de veiligheid van Zeeland niet weinig verzekerd werd. Te midd,u van deeze gebeurtenisfen, ontftonden 'cr nieuwe gefchillen met de Engelfchen, niet alleen over den .handel in de Oost, en den Lakenhandel hier te Lande, maar ook over het befluit der Staaten, waarbij zij den Engelfchen Gezant ontzetten van het zitten in den Raad van Staaten, het welk aan hun ten jaare 1585. was toegedaan. De Staaten oordeelden te recht, dat daar de verpandde Steden reeds eenige jaaren geleden, gelost waren, dit bewijs van afhangelijkhcid ook niet langer nodig was, zij ftonden hier op te meerder, dewijl 'er zich niet alleen eenige verfchillen tusfchen Frankrijk en Enge1 4 W,  200 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE land, begonden op te doen, waar in zij niet gaarne deel neemen, maar onzijdig blijven wilden; maar daarenboven door het wegneemen van verfcheidene Schepen , eene fchade van eenige millioenen aan den Lande was toegebracht geworden. Jacob Cats, te dien tijde Penfionaris van Dordrecht, werd om het een en ander derwaarts gezonden, doch het baatte luttel: de Engelfchen vertoonden zich met eenige Schepen vaovTexel, en waren Hout genoeg om een Fransch Schip, aldaar leggende, vijandelijk te overmeesteren. Cats kwam onverrichter zaken uit Engeland terug, en de vrees voor de tiitharfting van eenen openbaren Oorlog tusfchen de Engelfchen en Franfchen, vermeerderden dag aan dag. In deezen benarden toeftand trachten de Staaten de gerezene gefi killen tusfchen de beide Natiën in der minne bij te leggen, en zouden ten dien einde, in het het begin des volgenden jaars, aanzienlijke Gezantfchappen aan de beide Hoven. Te Lande werd 'er ondertusfehen niet veel aanmerkelijks verricht: dc Spanjaarden wa-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, 20I waren derwijze in hunne Finsntien gefnuikt door verfcheidene verliezen, zoo in de Indien als elders, dat zij flechts eenen verraderlijken aanflag op Bergen op Zoom, en ook op Zuid-Beveland in het werk ftelden, doch beiden mislukten, cn bleven zonder gevolg: maar ter Zee, had men dit jaar eenen bui* tengewoonen zegen, die den toeftand deiSpanjaarden nog bedenkelijker maakte. De Staaten hadden niet alleen eene Vloot van vijf-en-dertig Oorlogfchepen en andere Vaartuigen doen uitrusten, om deVlaamfcheKusten te bezetten, en de Zeevaart te befchermen, maar de nieuw opgerichtte West-Indifehe Maatfchappij, bracht voor eigen kosten eene Vloot vrm een-en - dertig Schepen in Zee, die zij onder bevel van den reeds bekenden Pieten Pieterszoon Hein ftelde, met last, om op de verwacht wordende Spaan¬ fche Zilvere Floot te pasfen, en te overmeesteren. In de maand Meij, verliet hij de Vaderlandfche Kust, en kwam in Augustus, in. het gezicht van de Havana, alwaar de Spaanfche Vloot verwacht werd. Hiej bleef hij kruisfen, en zorgde dat den Vijand I 5 rty  202 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE van zijn oogmerk onkundig bleef, door het wegnemen van eene Spaanfche Bark , die den Gouverneur van de Havana afgezonden had , om den Bevelhebber der Spaanfche Vloot van alles kundfchap te brengen. Het duurde niet langer dan tot in het begin van September, toen de rijkgeladen Vloot kwam opdagen, en niets ergs vermoedde. Oogenbliklijk maakten de Nederlanders jacht op dien grooten buit: de Spanjaarden niet in Maat om hun het hoofd te bieden, hielden naar de Kust, en weeken in de Baai van Matanza, daar de meeste Schepen aan den grond raakten. Naauwlijks hadden de Hollanders vuur gegeeven, of de laffe Spanjaarden gaven zich over, waarop den rijken buit ontladen , in de Nederlandfehe Schepen overgebracht, en een aantal vijandelijke Schepen vernield werden. In ruim eene week tijds, was alles verricht: want op den 17 September zette men cours naar het Vaderland, daar de rijkgeladen Vloot behouden aankwam, en voor het grootst" gedeelte te Amflerdam ontladen werd. De vreugd en blijdfchap, over zulk eenen buiten-    DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 203 tengewoonen zegen, was algesneen, en op aller aangezichten ten toon gefpreid: en geen wonder, want niettegenstaande 'er bij alle mooglijke oplettendheid, nog een gedeelte van den fchat verdonkerd was, werden de aangebrachte Goederen, beiTaande in ,Goud, Zilver, Juweelen , Paarlen en andere kostbaarheden , mitsgaders een groote menigte Indigor Conchenilie, enz. berekend op eene waarde van Elf Millioencn, Vijf* maalbondtrd Negenduizend , Vijfhonderd en Vierentzvintig Guldens. Verbazende Schat voorzeker! waar van het gemis den Vijand eenen doodelijken fchrik aanjoeg, en den moed en het vermogen der Nederlanderen een nieuw leven gaf. De Staaten fchreven des wegens eenen algemeensn Dankdag uit; aan de Deelgenooten der West-Indifchc Maatschappij, werd eene uitdeeling van vijftig ten honderd, en aan eik der VlooteÜngen eene verecring van zeventien maanden Soldij uitgereikt. Nu oordeelde Fredrik Hendrik den Veldtocht des jaars 1629. met eenen verdubbelden ijver te befpoedigen, door het beleg I 6 voor  a©4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE voor 's Hertogenbosch te flaan, en reeds op den 28 April werd die Stad door het Staatfche Leger berend. De Spanjaarden, wien het behoud dezer Vesting zeer naa aan het harte ging, traentten eene aftvending te maaken, door eenen inval in de Veluive , en het inneemen van Amersfoort, en het huis ter Eem, het welk eene groote bekommering in Holland verwekte', en veelen aldaar ia de gedachten bracht, dat de Prïns het begonnen beleg moest opbreken; doch hij zette dit met zulk eenen ijver en kunde door, dat hij zich eerlang meester maakte van de fterke Schanfen Izabella en Antonia, ook werd Eindhoven voor de S:aaten gewonnen. Intusfchen duurde de bekommering over den inval in de Vcluvoe niet Ianz, want de Kemonel van Lieden, Bevelhebber van Emmerik, ondernam om met een hand vol Volks, de gewichtige Vesting Wezel te overrompelen , waar door de Spanjaarden genoodzaakt werden de Veluvoe in aller ij! te v.r'aiKn, en Amersfoort en het huis ter Eem te ruinen, ook werd op den'14 September 'i Hertogenboscb bij verdrag aan den Prins  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. £05 Prins overgegecven, en deze glorievollen Veldtocht befloten, met de verovering van' het Steedje Burik\9 en de Sloten Tsfelburg en Ringehnberg. Deeze aanmerkelijke overwinningen , benamen den Vijanden allen moed , waarom 'er in het volgende jaar niet alleen geenen Veldtocht te Lande plaats had, maar 'er zelfs eene poging door hun in het werk gefield werd, om op nieuw een Beftand te treffen, waar toe men echter zeer ongenegen was, en zulks eerlange van de hand wees. Tot dit befluit hielp niet weinig den raad der Franfcben, en des Konings van Bobeemen, die zulks ongaarne zagen , tvaarbij de West Indifche Maatfchappij, door het inleveren van een Vertoog ter Algemeene Staatsvergadering , haaren wemch voegde, dewijl zij door het fluiten eenes Beftands vreesde verhinderd te worden , in het voortzetten van haare onderneemingen, die zij in den zin had, om de behaalde overwinningen met kracht door te zetten. Zij had reeds in den voorleden jaare eene Vloot van negen en-twintig Schepen in Zee gezonden, onder bevel van den I 7 Ad-  20fj BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Admiraal Lonk, en vermeerderde dezelve daarnaa tot agt-en-zestig : aan boord derzelve bevonden zich 2800 Solda ten en Matrozen , die in het begin des jaars 1630. de Brazilfche Kusten bereikten, zich van Fernambuk meester maakten, en 'er eene fterkte dichte, die den naam van Freürik Hendrik verkreeg. De Maatfchappij werd door dit alles meester van den handel in Verfhout, die haar zulke groote voordeden bezorgde, dat zij met de Oostermaatfchappij naar den voorrang dong, en zelfs nog grooter voordeelen dan deeze, aan haare deelhebberen bezorgde. Wij zouden de paaien van ons bedek te. buiten gaan , wanneer wij de gewichtige handelingen der Staaten met de voornaainfte Mogendheden van Europa, die ten dezen tijde, en in ejmige volgende jaaren plaats hadden, vermelden wilden, waarom wij ons Hechts bepaalen tot het melden van de voornaamfle bedrijven, die in dien tijd-, door de Land- en Zeemacht van den Staat verricht werden. Twee jaaren waren 'er verlopen, fints de Spanjaarden werkeloos lig-  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 20/ liggen bleven, doch met het begin des jaars 1631. waren zij te Antwerpen bezig met het uitrusten eencr Vloote, met oogmerk om eene Landing op Zuid-Beveland te ondernemen. Naauwlijks had men hier van de lucht gekregen, of de Prins trok met een Leger van 10,000 man naar Qeertruidenberg, en van daar te fcheepe naar Bergen op Zoom. daar zich een aantal Franfchen onder bevel van den Hertog van Buillon, met de Scaatfchen vereenigden. Ket duurde niet lang of de Vijandelijke Macht, beftaande uit 6,000 Man, kwam in vijf-en-dertig Fregatten , vergezeld van twaalf groote Schouwen, tot het doen eener Landing, van Antwerpen afzakken, en plaatfte zich in de nabijheid van de St. Anna Schans, gefticht in de Polder van Namen. De Prins had een aantal Schepen doen bijeenbrengen voor Saaftingen, doch werd door het Vijandlijk Gefchut genoodzaakt, tot beneden ZuidBevèland terug te keeren. Nu was m'en voor de Landing beducht, doch de Vijand maakte van zijn voordeel geen gebruik, want met de grootfte verbazing ontdekte men  20$ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE men des anderen daags, dat hij het op Titelen gemunt had. Wind en Stroom beletten de Staatfchen om hem met de Vloot derwaards te volgen, waarom de Prins 23ooo man van Betgen op Zoom naar Tbolen afzond, die zich door het Water en Slijk eenen weg baanden, en gelukkig op het Eiland aankwamen. Slechts op een Musketfchoot lengte, was den Vijand Tbolen genaderd, toen bij met een aantal Schepen aan de grond raakte, door gebrek aan Water, dus was hij genoodzaakt, een gunftiger getij aftewachten, het welk de Staatfchen gelegen* beid gaf, om op te zijlen, en hem van nabij te bedoken. De vijandelijke Vloot vlot geraakt zijnde, wendde het naar 'f Slaak. een engen ftroom benoorden het Eiland, alwaar de Staatfche Vloot zich bevond, en nu kwam het daadlijk tot een vinnig gevecht, dat een geheele nacht duurde, met dat gelukkig gevolg, dat de geheele Spaanfche Vloot veroverd, en naar Dcrdrecbt afgezonden werd. Meer dan 4,000 Vijanden werden krijgsgevangen, een ander deel, dat het gevaar ter Zee ontvlucht, en te SteenIer-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 200 burgen geland was, liep de onzen aldaar van zelve in handen, ;en werd geflagen of gevangen genomen. Naa zulk eenen gelukkigen tocht, keerde het overwinnend Leger in de Winterquartieren, en de Prins kwam zegevierend in den WaUge\ alwaar de Staaten geduurende den Zomer, ge-raadpleegt hadden om des Vorften Waardigheden, op zijnen Zoon erffeüjk te maaken, waar toe dan ook nu eerlange befloten werd. Het volgend jaar was mede belangrijk^ voor het Vaderland, door het inneemen van Pènh , Straalen, ResrmoK'd en Sittard, waarnaa de Prins het beleg voor Maastri'ebt floeg, en niettegenftannde de Spanjaarden en Keiizerlijken hem wilden noodzaaken om zijn plan te laaten vaaren, werd echter de Vesting aan de Staaten ingeruimd, het welk door de overgave van Limburg de Landen man Overmaaze en örfoi gevolgd werd, De Graaf van den Berge , een tegenzin in den Spaanfchen dienst gekregen hebbende , verliet denzelve , en werd in eed en dienst der Staaten aangenomen, tot geen geringe aanftoot van den Vij-  filO BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Vijand, die hem te Brusfel voor eenen Muiter en Verrader verklarende, eene beloning toelag, aan den geenen, die hem in handen leveren zou. Zoo veele tegenfpoeden drong het Spaanfche Hof, op nieuws om voorilagen van Vrede te doen , zendende eenige gezanten naar den Haage, alwaar zij eenen geruimen tijd bleven, en bijzonder aandrongen op de teruggaave van Fernambuk, doch men had 'er geene ooren naa, en toen de Franfchen aan de Staaten kennis gaven van eenen beraamden inval in Lotharingen, ten einde de Spanjaarden nieuw werk aan .'den kant,, te verfchaiTen, werd de handel afgebroken, en Rhijnberk en de Schans Filippijne in het volgend jaar veroverd. De dood van da Infante Klara Izubella Eugenia, Vorstinne der Spaanfche Nederlanden , die ten dezen tijde voorviel, was oorzaak dat die Gewesten wederom aan de kroon van Spanje ten deele vielen, dewijle zij kinderloos overleed, en gaf aan Frankrijk gelegenheid, om op nieuws een nader verdrag met de Staaten aantegaan, waarbij men bijzonder aandrong , dat de Staaten zich  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 211 zich verplichten zouden, om nimmer, zonder toeftemming der Franfchen, met de Spanjaarden eenen Vrede te fluiten. De Staaten oordeelden dat zulk een verband, aan hunne zijde, ftrijdig was, met hunne hoogheid en Souverainiteit, waarom zij des wegens aarfeldc-n; de Prins, hoezeer tot het voortzetten des üorlogs geneigd, werd echter door de Franfchen bewogen om in hun plan genoegen te neemen, waar door het bij de Algemeene Staaten der meeste Gewesten in aanmerking kwam, doch die van Holland, maakten zwarigheid, en Dordrecht en Amflerdam waren 'er volftrekt tegen. Na veel handelens befloot men echter tot een Verdrag , waarbij de Staaten beloofden : in de eerfle acht maanden niet te zullen handelen, of in twaalf maanden, niet te zullen fluiten met de Spaanfchen, e» in het volgende jaar 1635, werd 'er in een nader Verdrag vastgesteld, dat men eene gemeenfchappelijke zaak tegen de Spanjaarden maaken zoude. De Franfchen verklaarden hier op den Oorlog aan Spanje , en ftelden een Leger van 30,000 man in beweging, waarbij de Staaten  212 BEKNOPT IIISTORFSCH HANDBOEKJE ten nóg 14,000 man voegden, die onder bevel van Fredrik Hendrik in de Lente bij een kwamen, en Tienen veroverden. Men had over het algemeen eene groote verwachting bier te Lande, van deeze onderneeming, maar den uitflag deed zien, dat die hoope ijdel was. Verfchillende inzichten der Legerhoofden, ziekte en gebrek aan noodwendigheden onder de Franfche troupen, waren de voornaatófte oorzaaken, dat 'er aan de zijde der verêênigde Legers niets van aanbelang werd verricht, en den Vijand, eenige gewichtige piaatfen overmeesterde. Eene befmettelijke ziekte, onder het Franfche Volk, kwam hier bij, waar door hun aantal tot op ruim 8000 man gefmolten was, die te Rotterdam ingefcheept, en van daar naar Frankrijk verzonden werden. Wij hebben den uitflag dezer handeling met Frankrijk, tot aan het einde des jaars 1635, zonder inmenging van andere gebeurtenis fen, te boekgefteld, laatcn wTij nu kortelijk zien wat 'er in de jongstverloopene vier jaaren hier te Lande merkwaardigst voor-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 213 voorviel. Hoe zeer de Prins, en eenige voornaame Leden van Holland, de Remonftranten eenige meerdere vrijheden vergunnen wilden, zoo vond het merkelijken tegenftand bij veele anderen , waartoe de pogingen van fommigen onder de ContraRernonftranten niet weinig bijdroegen. Nog zeven Remonftrantfche Predikanten zaten gevangen op Loevejleijn, en de Groot onthield zich nog in Vrankrijk, als een Balling. De eerstgenocmden hadden, meer dan eens, om hun omflag gevraagd, doch zonder vrucht, evenwel genoten zij van tijd tot tijd meerdere vrijheden, en onder anderen ook deeze , dat zij bij aangenaam weör, eene wandeling op de wallen van het Fort doen konden. Deeze vergunning gaf aanleiding, dat zij op hunne ontkoming begonden bedacht te worden, waar toe hun, eenen der Soldaaten bevoorderlijk fcheen. 'Fr was geen anderen weg open, dan zich van de wallen in een Schuit te laaten zakken, en over de Waale, naar elders te vluchten; dan, 'er waren twee hinderpaalen in $eq weg, die het werk bezwaarlijk maakten.  SI4 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ton. De eene was, dat de Schuit, door het Rietgewas, niet dicht genoeg onder de Wal kon gevperd worden , en de andere was een groote waakzaame Hond, van den Gouverneur, die op hetminfte gerucht geweldig blafte. Gelukkig echter, werden deeze beide hindernisfen uit den weggeruimt; want daar het Rietgewas ten fchuilplaats voor de * ftroopende Spanjaarden ftrekken kon, deed zulks den Bevelhebber van het Fort befluiten, om het te doen wegneemen; en de Hond, door zijnen meester op het fnoepeu van eenige fpijzen betrapt wordende, was door hem in de grootfte driftvervoering doodgefchoten. Nu namen de Gevangenen de donkerheid van den nacht te baat, en de Soldaat was hen in de vlucht behulpzaam , daar hij de Wacht waarnam. De Schuit, door zijn beleid, aan den Wal gclegt zijnde, klommen zij over den Mnur, en lieten zich in dezelve neder, waarmede zij overftaken naar Rotterdam, en door Epïscofius, die zich aldaar bevond, geherbergd werden, terwijl 'er geen naauw onderzoek deswegens plaats had. Al fpoedig kwam  PE VLU&T DEK ZEVEN BJKl*ONSTllANTSClIB PJiXJïIJrcJMTTXN Vjt Ï.OE"VE STEM.   DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. 21$ kwam dit de Groot, in Frankrijk ter ooren, die daarop de reize naar het Vaderland ondernam, alwaar zijne Vrienden reeds ten zijnen voordeele werkzaam waren, doch zonder vrucht: men eischte ter Staatsvergadering vzw Holland, dat hij Schuldbekentenis doen, en zijne Vrijheid door een eigenhandig Smeekfchrift verzoeken moest, doch de Groot van dit alles niet willende hooren , vertrok mar Hamburg , daar hij met achting omfangen werd.' De Zweden Verhieven hem kort daar naa, tot hunnen Gezant te Parijs, welk ampt hij eenige jaaren bekleedde , en 'er zich in 1645. van ontdeed. De Noordfche lucht voor zijne gezondheid nadeelig zijnde, verwierf hij zijn omflag uit den dienst van dat Rijk, en had het voornemen een gematigder luchtstreek optezoeken, toen hij te Rostok ziek geworden zijnde , aldaar zijn einde vond. Zijn Lijk werk naar Delft gevoerd, en aldaar begraven, alwaar nu ruim twintig jaaren geleden , nog een eenvoudig , maar kundig monume.it ter zijner eere is opgericht geworden. Veelen zijner Vrienden oordeelden  2l6 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE den dat hjj te zeer gezet was op zijne gevoelens, ten aanziene zelfs van eene ingewikkeld; Schuldbekentenis , en begrepen dat hij zich eenigermaa e naar den loop der tijden had behooren te fchikken, ais wanneer hem zeker de terugkomst niet zou zijn geweigerd geworden. Doch hij kon 'er niet toe verftaan, en getroostte zich als Balling van zijn Vaderland te zwerven, alwaar men echter de Remonftranten allengs meerdere vrijheden, en zelfs afgezonderde Vergaderingen tocftond. Te Amflerdam vond men goed, eene Doorluchtige Schoole opterichccn, het welk zeer tegen den zin van de Leijdfche Curatoren was, doch men kon het niet beletten, en Vosflus en Barheus, die om de verfchillende denkbeelden in den Godsdiest, ten jaare 1Ó19. van hunne posten te Leijden ontzet waren, werden aldaar als de eerfte Hoogleeraaren in dc Historiën en IFelJprekendheid beroepen en aangefteid. Een duidelijk betvijs, dat men reeds toen over veele zaken anders dacht, en dat de Groot met iets toe te geven, zijn Vaderland niet altoos had behoeven te ruimen. Het  DER VADERL GESCHIEDENISSEN. 2J^ Het draagen van elk Gewest in het behoorlijk aandeel in de algemeene Lasten, gaf dikwijls gelegenheid tot netelige gefchillen in den Staat: fints eenige jaaren had het vuur van binnenlandfchen tweedracht, hier over ontdoken , in verfcheidene Ge. westen gefmeult , en ontbrandde nergens met meerder woede dan in Vriesland, waar toe de wijze van opbrengst derzelve , aldaar gelegenheid gaf. De Algemeene Staaten hadden gaarne gezien, dat men de Lasten in Vriesland, op denzelfden voet hief, als in Holland, doch men kon daar niet toe verdaan , waar uit de zorgeiijkde beroerten geboren werden. Het liep zoo hoog, dat de Algemeene Staaten een aantal Krijgsvolk naar dat Gewest afzonden , ten einde de rust te herftellen, het welk echter niet gefchiedde dan naa het veranderen der Regeering aldaar, die echter niet lange die Waardigheden bekleedden, vermits in het volgend jaar, de ontflagene Regenten, door den Raad van Staaten, in het bewind herdeld werden. Het ongelukkig uitvallen v.m de KrijgsIII. Deel. K bc-  2l8 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE bedrijven der Verêênigde Staatfche en Franfche Legers, het welk wij hier boven verhaald hebben, gaf in het volgend jaar 1636 gelegenheid, dat 'er in dat jaar weinig werd uitgevoerd; het achterblijven van de nodige toelagen tot den Oorlog, veroorzaakte zulk een akelig uitzicht voor het volgend jaar, dar de Prins verdrietig werd, en opentlijk verklaarde, dat zoo men hem niet van de nodige middtltn voorzag, hij het Zzvaard zoel mocht nederleggen. De Franfchen het ergifte vieezende, flooten een Verdrag met de Staaten, waarbij zrj beloofden, anderhalve millioenen , te zullen verfchaiTen , mits die penningen alleen tot het voeren van den Oorlog afgezonderd bleven. Bij dit betoon van Vriendfchap bleef het niet; de Franfchen, wel weetende hoe zeer zij ter bereiking hunner oogmerken, de Vriendfchap van Frkdrik Hendrik behoefden, vereerden hem met den Tijtel van Zijne Hoogheid, en fpanden alles in, om dien Vorst aan hen te verplichten, door het bevoorderen tot meerder gezach: het fchijnt ook dat zij daar in Haagden, want, door de aankoop van  DER VADER.L. GESCHIEDENISSEN. 2 lp van eenige Heerlijkheden in Heiland, werd dien Vorst tot He! Lid der Edelen aldaar bevoegd verklaard, en aan het hoofd van dezelve geplaatst. Het-liep niet langer aan dan tot Bloeimaand des jaars 1637, toen het Leger in beweging raakte, en het beleg van Breda ondernomen werd, en fchoon de Spanjaarden Penh en Roermonde bemachtigde, moest eindelijk Breda voor 's Prinfea Leger zwichten, terwijl de Franfchen ook eenige voordeden in Vlaanderen op den Vijand behaalden. Van meerder gewichts waren de voordeden ter Zee : want in het voorgaande jaar viel 'er niet alleen een hevig gevecht ' in de nabijheid van Dieppe, ten nadeele van den Vijand voor; maar ook zijnen verraderlijken aanflag op Flisfngen mislukte: ook kreeg men nu de aangenaamffe berichten uic de* West-Indiën, alwaar de Vlooten der Maatschappij , aanzienelijke voordeden behaalden. Curacao overmeesterd zijnde, was men nu bijna meester van geheel Brazil, waarover Graave Jodn Mauritz van Nasfau als Landvoogd werd aangefleld. Hij toog met K a eene  220 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE eene aanzienelijke macht clervvaards , en veroverde St. Gcorge d'Elmina, en andere plaatfen, waar door het vermogen derMaatfchappij niet weinig vermeerderd werd. De voordeden in die afgelegen ftreeken, verfchilden dus veel van de verrichtingen der Staatfche Vloote, die op de Vlaamfche Kusten kruiste. Deeze, ftond onder bevel van den Admiraal van Dorp, die door gebrek aan het nodige, in de maand Oclober, zonder order daar toe gevraagd te hebben, in de Havens binnen viel. Dit bedrijf veroorzaakte veel gemor, en het werd van Dorp zoo euvel genomen, dat hij van zijn Ampt verlaaten, en hetzelve aan den beroemden Maarten Harptrtszoon Tramp, door de Staaten, opgedragen werd. Deeze keuze, die een algemeen genoegen verwekte, onder 's Lands Ingezeetenen, (die over de kaaperijen der Duinkerkers zeer fonvreden waren ,) kwam eerlange deezen Staat te (lade, tegen de onlusten die zich te deezen tijde begonden te openbaren tusfchen de onzen, en Engeland. De Koning van Engeland namelijk, was over het naauw Verbond tusfchen  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 221 fchon de Hollanders en de Franfchen zeer t'onvrede, en lag eene belasting op de Schepen, om daar uit de onkosten te vinden, voor het bemannen eener Vloote, gefchikt, om de Kusten zijner Landen te beveiligen tegen het gevaar, dat hij voor zich, uit het verdrag mer frankrijk vreesde. 'Ook kwam men in Engeland wederom met het gefchil, aangaande de 'heerfehappij ever de Zee ter baane. Dé beroemde de Groot, had voorheen een . werk in 't licht gegeewen, onder den tijtel van de Vrije Zee, waartegen nu in Engeland een werk in 't Jicht kwam, genoemd: de Gejlotene Zet, en nu -wilde men zich in dat gewaarde recht harsdhavtn, door het verbieden van de Visfcherij op de Engelfche, Schotfche, en Ierfche Kusten. De Hollanders en Zeeuwen , echter met de Visfcherij voortgaande, werden daar in gehinderd, en gedwongen, om 30,000 Guldens voor de Vrije Visfcherij ,e betaalen. Te vergeefsch hadden de Staaten eere bezending naar Engeland gedaan, om die belemmeringen uit den weg te ruimen, waarom nun genoodzaakt werd, de Visfcherij door K 3 eeni-  222 BEKNOPT HISTORISCH■ HANDBOEKJE eenige Oorlogfchepen krachtdadig te befchermen. Wij gaan het verhaal van eenige gefchillen over de Admiraliteiten , als mede den vcrderfFclijken Windhandel m Bloemen, die in dit jaar te Haarlem en elders plaats had, voorbij, om te zien wat 'er ten jaare 1638. te Lande voorviel, Op nieuws had Frankrijk een Verdrag aangegaan , waarbij een onderftand van twaalf tonnen Schats aan de Staaten beloofd werd: men had het oog op de verovering v:oi Duinkerken gevestigd, en verzocht de ïngelfchen, om de Spanjaarden geene hulpe toe te brengen ; doch deeze. .weigerden zulks , en dus was men genoodzaakt die onderneming uit den zin te ftellen , cn nu belegerden de Franfchen St. Cmer, terwijl de Staatfchen het oog op Antwerpen gevestigd hielden. Dit gaf aanleiding tot een hevig verfchil tusfchen de Ptins, en de Stad Amflerdam ontftaan , door de or-geneigdbeid i der Regeering om eenen 1 der Kooplieden aldaar in rennen te. vervolgen, over het toezenden van 300.000 ponden Euskruids., aan en ten behoeve van de Vijanden  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 5 23 den te Antwerpen. De Prins oordeelde dat •het onbehoorlijk ware, dat hec eigenbelang der Kooplieden zoo verre gedreven werd, dat zij den Vijand van een middel voorzagen, dat alleen dienen moest, tot bederf van het geheele Vaderland, en het mislukken zijnes beraamden aanflags op Antzverpen : de Kooplieden daarentegen, waren van begrip, dat den handel vrij moest gedreven en niet verraogt belemmerd te worden, en de Regeering dier Stad ontfloeg den Capitein Bijland, die het kruid in vier Schepen , naar Antwerpen vervoeren, zou. Dit gedrag deed het misnoegen van den Prins derwijze vermeerderen , dat hij aan Trmp bevel zond, om de vier Schepen niet uit Texel te laaten vertrekken, die ook aan dien last voldeed. De aanflag op Antzverpen werd federd ondernomen, maar liep vruchtloos af; dit zelfde lot trof ook de Spaanfchen, die Maastricht meenden te overrompelen.: St. Omer werd 'Wederom door de Franfchen verlaaten, zoo ook Gelder door de Staatfchen, en dus liep deezen Veldtocht, met geene de minfle voordeden, ten einde. De K 4 voi„  2 24 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE volgende in 1639, was niet beter, maar in dat jaar behaalde de iNederlandfche Vloot, onder bevel van Tromp, een aanmerkelijk voordeel, dat wij eenigünts uitvoerig vermelden moeten. De Spanjaarden bezig met het uitrusten eener geduchte Vloot, hadden eenige behoeften daartoe uit Duinkerken nodig, en zonden dertien Oorlogfchcpen, cn eenige Vaartuigen derwaards, om het een en ander naar Spanje over te voeren. Tromp, fchoon maar elf Oorlogfchcpen bij zich hebbende , tastte den Vijand aan , nam twee Schepen van zijne Vloot, en belette de overigen om den tocht naar Spanje te doen. Midlerwijl kwam 'er een aantal Spaanfche Schepen, in dc Corunba uitgerust, opd.igen, die in last hadden, het gevecht met de Hollanders te vermijden, maar cours naar Duim te zetten , en zich met de Engelfchen te vereenigen. Dit geheim oogmeik werd door den. Prins ontdekt, waarop de Staaten in aller ijl de Vloot onder Tromp, (die fleeds in de Hoofden bleef kruisfen ,) deeden verfterken. Hoe fpoedig men ook alles bezorgen wilde,  D%R VADEKL. GESCIIICDEMSSEN. 225 de, de Spaanfche Vloot bijna zeventig Zeilen fterk, kwam op de hoogte van Bevefier in Trcmp's gezicht, die, fchoon maar twaalf Schepen bij zich hebbend; , èefctet den Vijand door Schutgevechten ophield, en afmatte, tot zoo lang, dat bij nog zeventien Schepen bij zich kreeg, met last, om den Vijand aantetasten, en het inlopen 'mDuins te beletten. De Engelfchen dit bemerkende, lieten Tromp aanzeggen, dat hij op hunne kusten geene vijandelijkheden tegen de •Spaanfchen beginnen moest, doch de Staaten bekreunden zich des weinig ;. want zij fpanden alle zeilen bij, om de Vloot te verfterken , en in Oftober telde men reeds zeventig Schepen onder Tromps vlagge, die nu ook niet aarzJde, om den Vijand onder de oogen te zien. Terwijl Witte Kemcliszoon de Witte op het uitloopen der Engelfchen uit Duim pastte, viel Tromp op^de Spaanfchen aan, die, het gevecht'ontwijkende de Ankers kapten, en daar door veeIe Schepen op de Kusten aan fplintcrs ftootten. Het vijandlijk Admiraalfchip werd verbrand, eenige Schepen werden genomen, K s en  22(5 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKjï en het overig deel ontweek het gevaar in Douvres. Door deeze onderneming werd het oogmerk van Spanje en Engeland beiden verijdeld, en Karei rekende zich zeer gehoond over het gedrag der Staaten, waar door het misnoegen aan wederzijden veel vermeerderd werd. Dit voordeel op de Spaanfche Vloot, vuurde den moed der Staaten aan, om zich in het volgende jaar 1640. wederom met behulp der Franfchen, tegen den Vijand te verzetten. Het oogmerk van den Prins was , om Brugge te bemachtigen, doch het liep vruchtloos af; toen werd Hulst bedreigd, doch met even denzelfden uitflag: doch de Franfchen wonnen Atrecht, en Tromp beveiligde de Haringvisfcherij. Henrik Kaftmir Stadhouder van Vriesland , Graningen , en Drenthe, dit jaar gefneuveld zijnde, veroorzaakte dit een verfchil over de bekleding dier Posten. Willem Fredrik flond naar die Waardigheden van zijnen overleden Broeder, doch vond eenen mededinger in Fredrik Hendrik , die gaarne zag dat hij bij die gelegenheid, tot Stadhouder over alle d$ Gewesten  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. a>* ten bevorderd werd. De Vriezen verkoren Willem Fredrik, doch Groningen en Drenthe., waren dm Prins te wille..,' die op die waardigheden zeer gezet was, een einde zijne oogmerken te bereiken, met het voorgeno. men Huwelijk van zijnen Zoon, Prins Willem, met eene Dochter van Karei, Koning van Engeland. Maria de Medicis, Kor.inginne Moeder V£m Vianhijk, 'de te gelijk Moeder van de Koninginue van Engeland was, deed de eerfte voorslagen tot dezen Echt, bij haare komst uit Holland in Engeland, en het leed niet lang, of het Huwelijk tusfchen Prins mflem:, en Maria, de oudde Dochter van Karei, werd te Londen voltrokken, tot geen gerir.g genoegen van den Prins, en de Algemeene Staaten, die daar mede een doelwit hadden, om de verwijderingen met Engeland plaats hebbende, daar door ten einde te brengen. Koning Karei was, mede wel te vrede over die verbindtenis, hoope fcheppende, om daar door de S'aaten meerder van Frankrijk aftetrekken, en aan zich te verbinden, te meer, daar. hij. met het Parlement fints eenen 1; ö ge-  2 2Ü BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE geruimen tijd over hoop lag, en dis onlusten van laags hoe ernfliger aart werden. Niettegenftaande er nu fints vier jaaren weinige voordeden gezien werden van de verêênigde pogingen der Franfche en Scaatfche Legers ; niettegenflaande de eerstgenoemden niet dan ongaarne het huwelijk van Prinfe Willem voltrokken zagen, zoo ging echter het verleenen van het gewoonlijk jaarlijksch onderftand , zijnen gang. Riebelieu , bevreesd, dat de Engelfchen , de handeling met Spanje bevoorderen zouden, bewoog den Koning tot het zenden van eenen Gezant naar den Haage, om den Prins hier over te polsfen, ook had hij in last, om de Princesfe, door een aanzienlijk gefchenk, in zijne belangen te houden, en het gevolg deed zien, dat,hij daar in Haagde, want in het volgende jaar 1641. trokken de beide Legers wederom te Velde, doch met geen gelukkiger uitflag dan de voorgaande jaaren, het welk veden in het denkbeeld bracht, dat men hier te Lande niet zeer ijverde, uit vreeze, dat de Franfchen te veele voordeelen in de Spaanfche Ne-    DER VADER L< GESCHIEDENISSEN. 22C? Nederlanden verkrijgen zouden tot nadeel van de Vrijheid dezer Landen. Deeze argwaan bleek al ras meer opentlijk, toen in het volgend jaar zijne Hoogheid, aan den Kardinaal de Ricbelieu , in bedenking gaf: ef het niet heter ware, dat de Franfchen hunne macht in Italien gebruikten , terwijl de Nederlanders, den Vijand hier genoeg zouden te doen geeven? En in de daad dien voorlieg beviel, want in 1642. trok het Staatfchs Leger alleen te Velde, doch voerde weinig uit; eene voorgellagene Vredehandel, en den uifgeputten Staat der Geldmiddelen , deeden den Oorlog allengs verflaauwen, waar bij nog kwam de fteeds toenemende binnenlandfche onlusten in Engeland, tusfchen Koning Karei en het Parlement jvaar in de Staaten eerlange eenig aandeel neemen moesten. De beide partijen verzochten hulp en bijfland bij de Staaten , doch elk met een bijzonder oogmerk. De Koning , zond zijn Gemaalin naar Holland, met een partij Juweelen uit de Kroon, ten einde die alhier te verpanden, én voor dat geld zich toeterusten tegen het Parlement; K 7 hier  S30 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE hier in geflaagd zijnde, ontftak den binnenkndfehen Oorlog in volle woede; de Koning bracht een Leger op de been, en hec Parlement deed het zelfde. Al fpoedig vielen 'er klachten in den Haage, van wegen de Parlementairen j over het bedrijf der Koningiune hier te Lande, waarop de Algemeene Staaten, des Konings zijde houdende,, bunne bemiddeling tusfchen het Parlement, en den Koning aanboden, doch dit was tegen den zin van Holland en Zeeland, die niet gaarne zagen dat hunnen Koophandel in gevaar kwam, wanneer men zich het Parlement tot vijand maakte. Intusfchen behaalden de Franfchen aanzienlijke voordeden op den Vijand in Katuloniè'n en Rciis/ïllon : en fchoon de beruchte Richelieu om dezen tijd ftierf, veroorzaakte dit geene verandering aan het Franfche Hof, want zijnen Amptgenoot de Kardinaal BZazarin, in het beftuur gefield, volgde, in allen deele, de Staatkunde van zijnen voorganger. Waarom in : 1(5.43. tot het gewoone verdrag met de .Sttmcn befloun werd. Eer de Legers, te,Vyl.de trok; ken,.  EER VADERL: GESCIHEDEKÏSSEN. 23 I ken, werd Koning Lodezvijk de XIII. door den dood weggerukt, en zijnen Zoon, een .kind van vijf jaaren oud, volgde hem onder den naam van Lodewijk de XIV. op, onder het opzicht zijner Moeder, geduurende zijne minderjarigheid. Mazarin bleef aan het bewind als eerde Staatsdienaar, wa*ar door 'er geene verandering in de genomene maatreguien voorviel, waar van den Veldtocht dezes jasrs een fprekend bewijs opleverde: want den Vijand zich van het overlijden des Konings eenige voordeden belovende, trok op het grondgebied van Vrankrijk, doch werd door het Leger onder .bevel van den Hertog van Enghien, in de nabijheid van Rocroi, zulk eene nederlaag toegebracht, die hem in de grootfte verlegendheid nederftorttc. De Prins, ondertusfehen Hulst met een beleg bedreigd hebbende, kreeg zoo de tijding van de overwinning bij Rocroi niet, of hij begaf zich met het gros des Legers naar Bergen op Zoom, terwijl de Spaanfchen naar- Antwerpen getogen waren. Hier zijnde, werd de Prins door eenen Ritmeester, Krok genaamd, den voorflap  232 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE flag gedaan, om den Vijand in eene hinderlaage te lokken, en een gevoelig nadeel toe te brengen. Zijne Hoogheid, nam 'er genoegen in, en gaf het bevel over die onderneeming aan zijnen Zoon Prinfe Willem, die zich van dien last zoo ongemeen dapper kweet, dat hij in de aclr.ing van allen die 's Lands heil ter harte ging, rijkelijk deelde. De Franfchen bemachtigden ook nog de Stad Diedenhoven, waar mede den Veldtocht ten einde liep. Maar het krijgsgeluk des volgenden jaars, was aanmerkelijk grooter; de beide Legers vereenigden zich nu nader , terwijl eene Vloot V2n dertig Oorlogfchepen, onder den Admiraal Tromp, de ondernemingen te Lande onderfteunen zouden. De Franfchen bemachtigden Grevelingen, en de Prins trok naar Sas van Gent, dat naa eert moeilijk beleg veroverd werd. Terwijl dit alles gebeurde, zochten de beide partijen in Engeland elkander de kans aftewinnen, en fpandén alle pogingen in 't werk, om de Krijgsbehoeftens uit deez? Landen te krijgen, doch de Oorlogfchepen van den Staat trachtten dit  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, 233 dit te beletten, terwijl de Staaten zelve, een Gezantfchap naar dat Rijk afzonden, om de gefchillen. in der minne te vereffenen, doch zij Haagden niet in hun oogmerk, Qlivier Krtmwel, die zich aan het hoofd van des Konings tegenpartij bevond , klaagde met die van zijnen aanhang, over het gedrag der Gezanten, en ddde zich aan het hoofd van een aanzienlijk Leger, waar mede hij tegen dat des Konings optrok. Zij raakten al fpoedig in gevegt, waar bij het Koninglijk Leger eene volkomene nederlaag werd toegebracht. De gewichtige voordeden in den jongden Veldtocht behaald, deed de Prins al vroeg bedacht zijn, om in het jaar 1645. den Oorlog met kracht doortezetten, en deed hem aandringen op vermeerdering van de Landmacht. De Staaten van Heiland ijverden hier niet weinig tegen, oordeelende, dat de onlusten, die al fints eenen geruimen tijd in het Noorden ontdaan waren, over het verhogen der Zondfche Tollen, ook hunne oplettendheid vorderden Naa veel handelens beüoten de Staaten tot eene uitrusting ter  234 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ter Zee, ter beteugeling van de Deenen, en ten behoeve van de Zweeden, het welk van dat gevolg was, dat de eerstgenoemden afzagen van hunne overdreevene eisfehen, en 'er een verdrag tusfchen de belanghebbende partijen gefloten werd. Nu werd de Veldtocht te Lande geopend, en eenen aanflag op Antzverpen beraamd , doch deeze mislukte tot twee maaien toe, waarop Hélst belegerd en ook gewonnen werd, terwijl de Franfchen ook eenige veroveringen maakten ; doch in hec volgende jaar'werd 'er veel minder verricht, waar over zich veelen zeer verwonderden, ook de Franfchen, die zich gevleid hadden, met het bemachtigen van Antzverpen, waar van echter niets voorviel, fchoon de Frins tot in de nabijheid dier Stad genaderd was. Anderen , die de zaaken grondiger meenden te wceten, vermoeden, dat eenige Gewesten, de voortgafigBn van het Leger, tegen Antzverpen hadden weeten te ftremmen, voornamelijk Holland, welk beducht was, dat het winnen van Antwerpen tot groot nadeel van den Koophandel van, Am/lterdam verflrekken zou. Hoe  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 235 Hoe dit zij, [del Veldtocht liep ten einde, en de Prins in den Haage komende, betuigde . zelfs zijn leedwezen, dat 'cr dien Zomer zoo weinig verricht was , maar (voord; hij 'er bij.) IlET is vreede, doelende hier mede op de handelingen die reeds eenen gsruimen tijd te Munfler begonnen . waren, met oogmerk em eenen Attgemeenen Vrede onder' de Oorlogende Mogendheden tot frand te brengen, en waarvan wij de voornaamfte omftandigheden kortelijk fchetfen zullen. Alhoewel de aanzoeken tot de vrede, tusfchen dezen Staat en Spanje in het jaar 163Ö. vruchtloos afliepen, en dat de Staaten zich fints eenige jaaren op het ernflifst be;vlij-.igd hadden, om met Vrankrijk, aan te •fpannen tot het doorzetten des Oorlogs te'gen Spanje, zoo lieten deeze niet naa, om -door bemiddeling van het Pauslijk Hof, de 'Franfchen tot vrede te bewegen. Reeds in •1638, begonden 'er werkelijke onderhandelingen te Keulen, waar bij men den afftand van Brazil aan Spanje vorderde: doch Riebelieu wees dit van de hand, dus bleef het werk  236 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE werk eenen geruimen tijd fleepende, doch eindelijk, werd Munfler tot de plaats der handeling verkoren. De Gezanten van verfcheidene Mogendheden kwamen allengs te faamen, doch het liep aan tot in het jaar 1643. eer 'er iemand van wegen Vrankrijk verfeheen. Eer zij de reize derwaards aannamen, kwamen zij in den Haags, en hadden in last, om de Staaten aan te raaden, tot het beneemen van Gezanten en het beraam en van eenige Punten tot het beginnen der onderhandelingen. De Spanjaarden lieten intusfehen niets onbeproefd om eenen biizonderen vrede met de Staaten aan te gaan, doch dit gelukte niet, want men had zich verbonden, niets te doen dm met onderlinge kennisgeeving aan Vrankrijk. De Prins had inmiddels weinig zin in den Vrede, doch kon echter niet beletten, dat 'er in het jaar 1645, Gemachtigden van wegens de Algemeene Staaten, op het Congres te Munfler benoemd werden. Door 's Prinfen invloed, wist hij hun vertrek nog op te fchorten, tot in het begin des jaars 1646, toen ze eindelijk vertrokken, en aan de begon-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 237 gonnen handelingen, een nieuw leven en werkzaamheid veroorzaakten, waar door de uiizichten op Vrede, (niettegenflaande de bijzondere belangen van zoo veele Volken, de handelingen zeer moeilijk en langwijiig maakten ,) langs hoe helderder werden. Zulks bleek uit het gezegde van den. Prins, naa zijne terugkomst uit het Leger duidelijk, en deed hem ook in zoo verre van gedachten veranderen, dat daar hij bevorens zeer gekant was tegen de Vrede, hij nu geduurig raadde tot het befpoedigen en fluiten van dezelve. Dit heuchlijk einde, mocht hij echter niet aanfchouwen , de dood rukte hem, eer het werk van de Vrede voltooit was, ia het graf, en maakte een einde aan zijn werkzaam leeveu, waar van wij de voornaamfte bijzonderheden nu vermelden moeten. Geduurende den jongden Veldtocht, had men reeds eene aanmerkelijke vermindering in de geestvermogens van dien Vorst bekeurt , en fommigen fchreven daar aan voornamelijk de red.» toe, van de weinige progresfen die het Leger maakte. In den Haa-  £3$ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Haags''teruff 'gekeerd-, kwam 'er verzwakking des lierrsams bij, het welk hem ongefchikt maakte, tot het arbeiden aan de a'gemeene zaaken van Regeering. Deeze zwakheid nam geduurïg toe, de koorts verhefte, en zijnen toedand werd door de Geneesheeren als doodelijk befchouwd. De Algemeene Staaten kwamen op den n 'Maart hunnen laatden plicht aan den reeds der-' venden Vorst volbrengen , en namen een aandoenlijk affcheid, waar cp de Prins de Staaten dankbetuigde, voor de eer door hem en dc zijnen genoten, betuigende het Vaderland getrouw gediend te hebben, en het welk hij nu , benevens de Kerk , zijn Huis, en Nazaat ten, den Staaten aanbeval. Het liep nog aan tot den 14 Maart toen hij zachtelijk ontfliep, in den ouderdom van bijnaa 64 jaaren, en" werd in de maand Meij daar aan volgende, binnen Delft bij zijnen Vader en Broeder begraven, nalaatende zijne Gemaalinne, vier Dochters en eenen Zoon, benevens eenen natuurlijkenZoon, Fredrik van Nasfau, meer bekend onder den naam van Heer van Zuilefleijn, die den Staat in -volgen-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 239 genden tijd getrouwelijk gediend heeft. Ket overlijden van den Prins veroorzaakte eenen algemeenen rouw in het Vaderland, hij daalde ten grave met den roem, dat hij het trotsch en machiig Spanje , eindelijk zoo laag had helpen vernederen , dat het gedwongen werd, den Vrede ernftelijk te begeeren, en zulke voorwaarden aan te bieden, die men bevorens niet had kunnen verwachten. Wat zijn Character betreft, hieromtrent kan men alles goeds zeggen, en zulks is nimmer in t wijffel getrokken, zelfs bij hun die anders zeer ongunftïg dachten over de Stadhouders uit het huis van Ofauje. iVIet recht hield men hem voor den grootften Krijgsheld zijner Eeuwe, en evenaarde hij, in beleid , ftandvastigheid en voorzichtigheid zijnen Broeder en Leermeester. In Staatkunde was hij zeer ervaren, en in het ftuk van Regeering zoo gematigd, dat hij in da achting en liefde van het Algemeen deelde. Ten aanziene van den Godsdienst, daarin w»s hij zeer gematigd en verdraagzaam, hebbende een tegenzin in allen Reli-  2^0 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ligiehaat, waarom hij zich altoos afkeerig betoonde, over de driftige handelingen, geduurende de Kerkelijke twisten , ten tijde van zijns Broeders bewind. Gaarne had hij den Remonftranten, al fpoedig naar zijne verheffing, die vrijheden bezorgd, die zij naderhand verwierven , en meende daar toe den weg te baanen, door het herftellen van veele Regenten die hen gunftig waren, en bevorens buiten dienst geftcld werden , doch hier in ftond hem de drift van fommigen in den weg, waaraan hij, ondanks zijne begeerte, om Staatkundige redenen moest toegeven. Voorts had hij een uitmuntend verftand, en een doordringend oordeel: bijzonder gezet op de gehoorzaamheid aan zijne bevelen, oeffende hij eene ftrenge Krijgstucht , tegen de overtreders, maar was edelmoedig en milddadig tegen den man van verdienden. Voor vleijerij was hij onvatbaar, en bleef zijnen Vrienden in den hoogften nood getrouw. Hij had een ongemeene hoogachting en eerbied voor de nagedachtenis van zijnen grooten Vader, wiens voetfpoor hij in alle zijne bedrijven drukken  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 241 ken wilde. Loffelijk voorbeeld zeker voor zijnen eenigen Zoon en Opvolger! In hoe verre deeze daar aan beantwoord hebbe, zal ons het vervolg der Gefchiedenis ten duidelijkften leeren. HL DEEL. L ZES-  S.p BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ZESTIENDE AFDEELING, 1647 l662. INHOUD. WILLEM de Tweede volgt zijn Vader op in de Stadhouderlijke Waardigheid. Hij -vil met het Leger te Velde. De Staaten oordeelen dit voor den Vredehandel nadeelig. —— Willem zend eenig Krijgsvolk naar Hulst. Het ivord nodeloos bevonden. De Vrede word te Munfler gefloten. Voernaame punten bij dezelve bedongen, Vrankrijk tracht het teekenen te beletten. < Zeeland en Utrecht insgelijks. Holland ijvert voor de teeke- njng. Zij gefchied door zes Gewesten. Zeeland befluit 'er mede toe. Gevolgen die dit fluiten der Vrede had, ten aanzien van den Keijzer, het Duitfche Rijk, en Zweden. Vereffening van eenige gefchillen. Staat van zaaken in Engeland. Jacob de L werd onthalst, het Koningfchap afgefchaft , en Kromwel aan het  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 243 het roer van zaaken gefield. Gedrag der Staaten, omtrent dit alles. De AU gemeene Staaten •weigeren de Engel fiche Regeering te erkennen. Holland keurt dit af. Oorfprong der Onlusten tusfchen den Stadhouder, en de Staaten van Holland over het verminderen der Landmacht. De Prins bewilligd in dezelve. De Staaten van Holland, willen eenige bezuinigingen invoeren. De Al¬ gemeene Staaten, Raad van Staaten, en den Prins zijn 'er tegen. Nadere voorjlag van afdanking. Holland drijft dit door, tegen den zin der andere Gewesten. — Holland weigert de betaaling aan negen-entwintig Vaandelen Voetvolk, en dankt dezelve af —— Bezending van vijf Gewesten aan de Ilollandfcbe Steden. Hun wedervaren, en verflag van het verrichtte ter Algemeene Staatsvergadering. - . De Prins beklaagd zich over Amfterdam, daar men hem gehoor geweigerd had. Staat des geficbils te dien tijde. Gedachten over dit onderwerp. De Prins doet zes Le¬ den van Holland gevangen neemen, op last ■* a , der  244 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE der Algemeene Staaten. —— Hij zend een aantal Krijgsvolk naar Amiterdam. —— JDe aanjlag mislukt. Verdrag tusfchen den Prins en de Stad gefooten. Aanmerkingen hier over. De zes Heeren •worden ontflagen. Des Prinfen gedrag door vijf Gewesten goedgekeurt. Willem l rijgt'de Kinderziekte , en flerft. VLifcbillende gedachten over dit flerfgeval. Ook over zijn Characler. In¬ zichten der Algemeene Staaten op het ftuk der R.geering. Tver van Holland, en dcszclfs bezending aan de Algemeene Staaten. Willem de lilde geboren. -> Zijne Grootmoeder beveelt hem vergeef cb in de gunst der Staaten. De waardigheid van Eerfte Edele vernietigd. Order beraamd op de Magiftratuure in de Steden. Verfchillen daar over tusfchen de Voogden van den Prins, en de Staaten van Zeeland. Oproer te Middelburg daar door veroorzaakt. De verfchillen ten tiadeele van den Prins bef.ist. De Groote Vergadering komt bij een. Gedachten over dezelve, de bijzondere bedoe- ~- lin-  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 245 lltigsn van Holland. Wat op dezelve verhandeld en hejlcten werd Zij word ■ geëindigd en bejloten. En gel fche Gezanten komen in den Haage. Hun oogmerk loopt vruchtloos af De befaamde Acte van Kromwel komt in het licht. - - Nadeelen daar door aan den Koophandel toegebracht. De Staaten zenden een Floot tn Zee. Zecfiag voor Douvres, tusfihen Tromp en Blake. - Tromp word het bevel ontnomen. Zeegevecht voor Pley- mouth , tusfchen de Ruiter en de Witte, met Blake en Askue. — Tromp krijgt voeder het Opperbevel, en raakt faags voor Douvres, met Blake. Binnenlandfche onlusten. De Staaten van 'Zeeland trachtten den jongen Prins te bevoorderen. Holland zend eenige Gezinten om bet te beletten. Zij worden door de Ze uwen zeer onheusch behandeld. De Staaten van Zeeland raaden hun, om hunnen last fchriftelijk uit te voeren. Gedrag van Mr. Johan de Witt, hoofd der bezending. — Hij word Raadpenfonaris van Holland. Tromp • hopt met de Floot in Zee. L 3 Drie-  246 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Driedaagfche Zeeflrijd tusfchen hem , en Blake. — Zwakke leefland der Vloote. — Sag voor Nieuwpoort. Gevecht voor Katwijk en Scheveningen. Tromp fneuvelt. —— De floot door florm befchadi'gd. ——— Schadelijkheid van dezen Oor- log. Verval in den Handel. ■ Bin- nenlandfche onlusten. Pogingen om den Vrede te her/lellen. Inzichten van Holland, en Engeland op dit'fluk. Hei" melijken handel van Holland. —— De Engelfchen maaken het hekend. Misnoegen der Algemeene Staaten over het gedrag van Holland. —— Verfchillen over het verkiezen' van Gezanten tot de Vredehandel. — Gedrag van Holland hier in gehovden. - Voorftel der Engelfchen. Bedrieglijken handel van Beverningk en Nieuwpoort ten aanziene van hunne Medegezanten. ——— Heimelijk fchrijven van de Witt aan Bevemirgk. Oproeren in veele plaat- jen. —'■— Sommigen Gewesten willen den Prins van Oranje hevoorderen. Die van Holland beletten zulks. Handelingen der Gezanten in Engeland, Ei*  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 247 Eisfchen der Engelfchen. Kromwel eischt de uitfluiiing van den Prins. Her word geheim gehoudm voor de Algemec~ ne Staaten, en de meeste Leden van Holland. De Algemeene Staaten befluiten tot den Vrede. Zij word geflooten. Het ft uk der uitfluiting word bekend ter Staatsvergadering van Huiiuud. Eed van geheimhouding hier op afgevorderd, -—— De meerderheid befluit tot de uitfluiting. —« De Whffteld de Aiïe op , die naar Engeland gezonden word. Inhoud van dezelve. ——— .Proteft door vijf Steden daar tegen. ■ -—— Befluit om de znak voor de overige Gewesten geheim te houden. Ver- geeffebe pogingen der Voogden van den Prins. Het fiuk lekt uit, bij de Algemeene Staaten. —— Drie Gewesten neemen bet euvel op, en proteftseren «P tegen. Groote verdeeldheid onder de Gewesten. De Witt verdedigd de Staaten van Holland in eene uitvoerige Deductie. — De drie Gewesten keuren het af. Gedachten die men ''er in laater tijden overhad, Binnenland fche oneenigbeden over L 4 bet  240 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE iet algemeen Beftuur. Schandelijke voorwaarden van den gefloten Vrede. . Aanmerkingen over het verhandelde. Toe/land van zaaken in Brazil. Die rijke bezitting verloren. Oorlog tusfchen Engeland en Spanje. Nader Verbond tusfchen Vrankrijk en Engeland. • Voor- en nadcelen uit die gebeurtenisfen voor dezen Staat. Nieuzve onlusten met Vrankrijk. Begin des oorlvgs in het Noorden. De Staaten neemen 'er deel ***• Binnenlandfche onlusten over de verheffing van den jongen Prins. —— De Waardigheid van Veldmaarfehalk afge- fchaft. Bezendingen naar Zweden en Deenmarken. • De Staatfche Vloot onder Opdam, naar de Zond gezonden. . Dantzig door dezelve belegert. Tocht' van de Ruiter naar de Middel'andfche Zee tegen de Turk fche Rovers. Hij neemt tivee Franfche Kapers. . Ongenoegen daar door ontflaan. — Handelingen dtsvoegens. — Gezantj'cbap en Vloot naar Lisbon gezonden. Gee'ischte fchaavergoeding der Staaten voor Brazil. Vijftien Schepen met  DER VADER L. GESCHIEDENISSEN, 2 met Suiker veroverd Zeefag tusfchen ■ Opdam en Wrangel in de Zond. • De Ruiter vereenigd zich met Opdam, en de Deeneri. — Overwint de flerkte JNijbprg. — Rezet de Ziveedfche Vloot binnen de haven van Landskroon. Vrede in het Noorden gefloten. Kromwel fterft. De Ko< ninglijke Waardigheid in Engeland her* fie/£, Gedrag der Staaten omtrent den nieuwen Koning. Nieuwe Gezantfcbap- pen na Vrandrijk en Spanje. Verdrag met Vrankrijk gefloten. Bron van on¬ genoegen tusfchen Engeland en dezen Staat. l^aauwlijks had Fredrik Hendrik, hes toneel d^er wereld verlaten, of de Algemeene Staaten , benoemden zijnen Zoon , (die onder den naam van Wili.rm de Tweede, in 's Lands Hisrorie bekend geworden is) tot Kapitein en Admiraal Generaal, over de Krijgsmacht van den Veréenigden Staat, het liep nog twee-maanden aan, alvorens hi. tor de Stadhouderlijke Waardigheid oter Gelderland, Utrecht, Overijsfel, en Groningen L 5 weril  2$0 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE werd bevoorderd; maar ten aanziene van Holland en Zeelmd, vi-eien 'er verfchillen , over het bezit van Brielle . en het land van Vborne, waar. door "er bijnaa een jaar. verliep eer de Opdracht dier Waardigheid aldaar tot ftandkvvam, waarbij vervolgens het Stadhouder fchap over de Landen van Overmaaze, Wedde, en Westzvoldingerland, en het Groot HoutvóMrfcbap van Holland, gevoegd werd. Naauwlijks een ■ en twintig jaaren oud; dapperen Oorlogzuchtig van aart, haakende naar roem, had hij weinig zin in den reeds vergevorderden Vredehandel , naar welks volkomen daarftelling 's Lands Staaten ernftighaakten, en dit was de eerfte bron van ongenoegen die zich ontdekte. Oe Staaten Waren van begrip, dat, daar men het met de Spaanfchen, wegens de voornaamfre punten eens geworden was, de toebereidfelen tot eenen nieuwen Veldtocht behoorden vermi.,d te worden: de Prins daarentegen, wilde te velde, en deed door den Raadpensionaris Cats, aan de Staaten van Holland „ zijne vrees bekend maaken , over den „ verwarden toeftand van zaaken in Euro- „ pa:  DER VADERL GESCHIEDENISSEN, Z$l „ pa : men wierf aloinme Volk aan; dit „ maakte hem beducht voor vijandelijke „ onderneemingen op de Grenzen. Zijns ,f oordeels vorderde de Staatkunde dat men „ zich wapende, terwijl het de Nabuuren deeden, de Staaten raadende tot het vol„ tallig houden der troupen." De Staaten bedankten den Prins voor zijne zorge, dog oordeelden, dat het aanwerven van Volk een wantrouwen ten aanziene van/ den Vrede , kende te we.ege brengen, en dus bleef het werk' fteeken, niet zonder tegenzin van zijne Hopgheid, die echter een aantal Volks en eenig Gefchut van Dordrecht afzond, naar den kant van Hulst, uit hoofde, dat den nieuw aangeftelden Landvoogd, Leopold Willem, een Leger in Vlaanderen verzamelde. Dit bedrijf ftond die van Holland zeer • tegen, waarom zij Willem verzochten, dat hij- die troupen terug wilde ontbieden^, dewijl zij wisten , dat 'er van de Spaanfche zijde , niets zou ondernomen worden , en 'er dit jaar geen Veldtocht plaats hebben zoude, zoo als oók bij de uitkomst bleek , ook werden de Vijandin 6 lijk-  552 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ïijkheden ter Zee, aan de Spaanfche zijde geftaakt. Geduurende de onderhandeling n te Munfler, liep feet jaar 1647. ten einde, en niettegenftaande de Franfchen het fluiten van den Vrede trachtten te verhinderen,. zoo werd echter dat groote. werk tot ftand gebracht op den 30 Januarij des volgenden jaars 1(148, als wanneer hec Verdrag, beflaande uit niet minder dan 79 Artiikelen, door de Spaanfche en Staa-fche Gezanten getekend werd. „ Waarbij (in de twee eerftVn) de „ Koning van Spanje erkent, de Algemeene Staaten der l'eréénigde Nederlanden, nevens ue Landen en Steden, met dezelven „ verbond', n. voor vrije en Souveuaine „ Staaten en Lanuen, op welken hij, „ noch zijne Nakomelingen, niets eisfehen, noch immer zullen eisfehen; verklarende „ zich dicnsvolgende gezin i, om met dezeiven eenen Ebuwksen Vrede te fluiten, goed, trouw, en onverbnx kliik, te Water en te Lande, en voor alle de wederzijdfche O derzaaten." In een bijzonder punt werden de . belangen van den Koon- hai>  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 253 handel en de Zeevaart behartigd, cn in bijzondere overv-enkomften, die van den huize van Oranje Nas/au, tot genoegen van den Prins geregeld. Al fpoedig werd alles wat vasrgefteld en getekend was, aan de Algemeene Staaten ter goedkeuring in handen gefield, cn nu mangelde het niet aan verfcheidene zwarigheden, die nog eerst uit den weg geruimd moesten worden. Het Franfche Hof toonde zich ten hoogden gebelgd over het gedrag der Staaten, en noemde het ondankbaar: het was van oordeel, dat de Staaten het verdrag niet konden bekrachtigen , zonder krenking van hunne trouwe die zij aan Vrankrijk verfchuldigd waren : doch het kon niets baau n, en de Staaten vonden ongeraden, om 'er op te antwoorden. Intusfchen was het Vrankrijk alleen niet, die zich tegen de bekrachtiging verzette : de Staaten van Zeeland en Utrecht delden 'er zich ook tegenf. en het dond te ducuten dat alles tot niet zou gelopen hebben zoo Holland het werk nier had doorgedreven, coo' de verklaring doet men bi' gebrek vun eenparigheid , bij de meerderheid L 7 be-  254 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE befluiten. moest. Die van Uirecbt voegden zich vervolgeus bij de meerderheid, doch Zeeland bleef onverzettelijk, en dus werd door zes Gewesten tot de bekrachtiging van bet Munftersch Verdrag befloten. De vijftiende dag van Meij, werd de laatfte hand aan dat groote werk gelegt; als toen zag eene ontelbaare menigte, de Afgevaardigden der beide Natiën, op de groote Zaale van. Het Munftersch Raadhuis bijeenkomen, en het gvflooten Verdrag op de plechtiglte wijze beëdigen, de Staatfchen door het plechtig opfteeken der vingeren, de Spaanfchen door het leggen van de reebtehand op het Euangelie en een zilver Kruis, hetwdk daar naadoor hun ten Hemel opgeheven werd. .De Franfchen namen hec fluiten van den Vrede zoo euvel, dat zij hunnen Gezant uit den Haage terug riepen, en dezen S aat niet langer als Vriend èn Bondgenoote befchouwen wilden. Ruim veertien dagen verliepen 'er, toen eindelijk de Staaten van Zeeland zich door eene bezending der Algemeene Staaten lieten overreden, om in het Verdrag te bewilligen, waar naa hetzelve op d^n 5 Jti- nij  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. nij in alle de Gewesten plechtig afgekondigd werd. Op den tienden daar aan volgende, werd de Hemel plechtftatig gedankt, over den herftelden Vrede, en het genoegen daar over op de luisterrijkfte wijze ten toon gefpreid, door het uitoeffenen van allerhande .vreugdeblijken Dus werd het einde bewerkt van eenen tachtigjaarigen krijgt Dus werd de Vrijheid en Onafhangelijkheid van den Staat, op de voïledigfte wijze erkent en bevestigd! De Vrede van M»^fr, herfte'de de Vrede zoo geheel, en de wederzijafche belangen der handelende Mogendheden werden daar door zoq naauw aan elkander verbonden, dat den Veréénigden Staat, nimmer genoodzaakt is geworden, om de wapenen tegen het Huis van Oostenrijk weder optevatten. Ook werd kort naa dien tijd te Osnabrugge, de Vrede getekend tusfchen den Keijzer, de Koning van Zweden, en het Duitfche Rijk, waar toe de Staaten niet weinig invloeds hefteed hadden. Paus Innecentius de Xde, trachtte de fluiting van den Vrede, tusfchen de drie laatstgenoemd? partijen te verhinderen, oor- dee-  256 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE dealende dat het recht der Kerke daar bij benadeeld was; doch het baatte hem luttel. De Westfaalfche Vrede kwam tot ftand, en de befluiten daar bij vastgefteld, zijn fints aangemerkt als Grondwetten van het Keizerrijk , ter bewaring van deszej/s onafbangelijkheid tegen allen In- en ÜitheemsÊli geweld. Het duurde echter niet lang, of 'er ontftonden gefchillen waar bij de Staaten redenen van klachten hadden, over het gedrag der Spaanfchen , die den Koophandel dezer Gewesten belemmerden, door het heffen van Tollen op de Maaze, en andere gewelddadige bedrijven: de Spaanfchen daar en tegen, klaagden over het gemis dat de Geestelijken ondergingen , door her inhouden van de inkomfttn der Tienden in de Meiierij van '$ Hertogcnhosch en eld'TS. Hier kwamen nog an'ere twisten bij, over dc Kommanderiigoederen van Gemert, die door den Grootmeester der Duitfche Orde gevorderd werden, als mede de aanfpraak die de Ridders van Maltha maakten op e nige goederen hier te Lande gelegen, en aan die Orde toe-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 257 toebehoord hebbende, doch zij werden eerlange allen bijgelegt. Geheel anders liep het in Engeland af, met den binnenlandfchcn Oorlog, die aldaar bleef woeden, tusfchen Kromwel en zijnen aanhang, tegen Koning Karei de I. Naa dat het Koninglijk Leger eene geduchte nederlaag geleden had, cn den Koning zelfs gevangen genomen was, voerde men den ongelukkigen Vorst, in het begin des jaars 1649. naar Londen, alwaar hij door eene Rechtbank, bij het Huis der .Gemeenten aangefteld, tegen den zin van het Hogerhuis, veroordeeld werd tot de ftrafïe des doods. Zijnen oudften Zoon, den Prinfe van Walles trachtte wel het leven vaft zijnen Vader te redden, door het inroepen van de tusfehenkomst der Staaten, die op zijn verzoek een buitengewoon GezandTchap naar Engeland afvaardigden, doch het baatte luttel; zij hadden op den agtiten Fe* bruarij gehoor , en verzochten , dat men 's Konings leven fpaaren wilde, doch men was 'er zoo verre van af, om aan dat verzoek te voldoen, dat men met de uitvoering van het Doodvonnis den volgenden dag  258 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE dag voortging, als wanneer het VorfteHjk hoofd, door Beuls handen op'een Schavot neder viel, en op ftraflè des doods verboden werd, om Karei Staart , 's Konings oudften Zoon en wettigen Throonsopvolger, voor Koning te erkennen: voorts werd het Ho-' gerhuis vernietigd, en de Koninglijke Waardigheid afgefchaft; door alle welke veranderingen men het Koningrijk in eene Republiek herfcheppen wilde. De ' Algemeene Staaten van dit alles de inaare ontfangende , Waren 'er echter verre van, om die handelingen goed te keuren, daar zij den Prinfe van Walles, onder den naam van Karei de Twe.de, met zijne komst tot den Throon deeden geluk wenfehen: doch die van Holland en Zeeland oordeelden zich zoo verre in die zaak niet te moeten inlaaren, cm geene gevaren voor den Koophandel te ver©orzaaken, waarom Karei de Hde al fpoedia deeze Landen verliet, en zich naar j'ernfey beeaf, daar hü nog eenige maanden vertoefde. Intusfchen wies de macht van Kromwel dag aan dag: hij zond eenen nieuwen Gezant naar den Haage, zijnde Izaak Dore-  JkaKEL JEE 1%BIKKEN XONJDJKN ONTHALST 164O.  m  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 35$) re/laar, wiens Vader Predikant te Enkhuijzen geweest was, hij had zich als eenen der Fiscaalen, in het Rechtsgeding tegen den Koning laaten gebruiken. Naauwlijks in tkn Haage aangekomen zijnde , werd hij door gemaskerde Perfoonen, in zijne herberg overvallen, en vermoord; welk bedrijf zeer euvel genomen werd door het Parlement , hetwelk wilde, dat men een fcherper onderzoek naar de daaders deed, en het niet Hechts bij het beloven van eene prtemie berusten liet: doch daar de daader niet optefpeuren was, moest men 'er eindelijk in berusten. De 'Algemeene Staaten niet gezind, om de-nieuwe gezaghebberen in Engeland , te erkennen, weigerden uit dien hoofde gehoor te verleenen aan zekeren James Strikland, die reeds eenen geruimen tijd in den Haage vertoefd had, waarom hij naar Londen terug keerde, niet dan tegen den ziu van die van Holland, welken clit gaarne zouden gezien hebben, en nu opentlijk verklaarden, de overige Gewesten fchuldig te houden, aan de onheilen, die daar uit in het vervolg ontflaan konden. Wij  2fjO BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Wij hebben nodig geoordeeld, dit geval eenigfints omftandig te boek te ftellen, dewijl het de oorzaak was van den haat die het Engelfche Parlement, in volgenden tijd, tegen dit Gemeenebest blijken deed, en waar van wij de uitwerkfels in het vervolg nader ontdekken zullen Thans noopt ons de orde der gebeurtenisfen tot het vethial van de onlusten, die zich in deeze dagen begonden te openbaaren, tusfchen den jongen Stadhouder, en de meeste Leden van de Staaten van Holland, waar in de grootfte Koopfbd der geheele Republiek , de Stad Amflerdam naamlijk, een aanmerkelijk deel ondervinden moest : onlusten die tot zulk eene verbazende hoogte gedreven werden, dat zij den ouden wrok van Mauritz dagen , op nieuws herleven,deed, en het Vaderland in nieuwe beroering bracht. Wij hebben bij het verhaal van Willems komst aan het bewind, reeds in het voorbijgaan gemeld, dat de gedacht en van dien Vorst, verfchilden met die der Staatsleden, voor al van Holland, over het al of nies verminderen van het Leger van den Staat: - dit  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 20*1 dit in het oog houdende, valt hét niet moeilijk te vatten, dat fints het fluiten van den Vrede te Munfler dit onderwerp ter baane kwam. Het meerder deel der Leden van Holland, waren nu meer dan ooit bedacht, om eene vermindering van het Krijgsvolk daar te ftellen, dit was niet naar den zin van zijne Hoogheid, die boven dit reeds op Holland t'onvrede was, zoo #ver het verbreken van éénen der Punten van het bijzonder verdrag, ten zijnen voordeele, te Munfler gefloten, en waar mede die van Heiland hun opperst gezach beledigd achtten; als door het gedrag van dat Gewest, ten aanziene van de Engelfche onlusten , waar in het overhelde tot nadeel van 'sPrinfen behuwd broeder, Karei de II. Daar reeds deeze twee bronnen van t'onvredenheid beftonden, was het niet te verwonderen , dat de vernieuwing van het gefchil over de afdanking, met meer dan gewoone drift en hitte van de Staaten van Holland begeerd, en door den Prins als onnut en fchaJelijk verworpen werd? Wij zeggen met meer dan gewoone drift, want uit de Re- fo-  2f52 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE folutïen zoo bij de Algemeene Staaten, als bij die van Holland, op het ftuk der afdanking in dien tijd genomen, blijkt, dat de Prins hoe zeer hij niet gunftig over dat werk dacht, dewijl hem den toeftand van zaaken tusfchen Vrankrijk en Spanje , bedenkelijk voor kwam, bij echter in het gevoelen van Holland berustte , en eene aanmerkelijke vermindering zoo van Voet- als Paardenvolk zich liet welgevallen. Maar naauwlijks was dit bewerkftelligd, of men begeerde ook de Wedden van veele hooge en mindere Officieren te befnoeijen, en de waardigheid van Generaal der Ruiterij, welke post den Prins fints hij vier jaaren oud was, bekleed had, geheel en al te vernietigen: befnoeijingen, waartegen zich niet alleen de Prins, maar ook den Raad van Staaten cn de Algemeene Staaten verzetteden, als van oordeel zijnde, dat men de dienden van zoo veele Officieren, die zich bij het Vaderland verdienftelijk gemaakt hadden, dus ondankbaar niet beantwoorden moest. Door deeze verklaring bleef het werk fleepende, doch eenige maanden daarnaa, wendden het die van  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 263 van Holland over eenen anderen boeg, en wilden dat de 50 Compagnien vreemd Krijgsvolk afgedankt werden. De Prins vertoonde hun, dat zulks zonder het Land in gevaar te ftellen , niet gefchieden kon, dus liet men zich gezeggen; naauwlijks was dit afgehandeld, of men begon op nieuw te kibbelen over de betaling der Logijsgelden , men wilde die afgefchafr, en het Volk de volle Soldij betaald hebben. Voorts eischte men , dat men de Regementen allen op 10 Venadelen reduceeren moest, waar door nog 55 Vendelen wegvielen, en eindelijk nog 585 man, Voetvolk, en de helfte der Ruiterij. He Algemeene Staaten , zoo wel als den Prins , oordeelden zulk eene vernieuwde vermindering ongeraden, en ftelden 'er zich tegen, doch de Gecommitteerde Raaden gaven daadeiijk bevel tot de afdanking van de 585 man: waar door nu nieuwe onlusten ontftonden tusfchen de Leden van de Algemeene Skaten, den Raad van Staaten, en Gecommitteerde Raaden van 'Holland. De Rand van Staaten, den uitgeflagen brand nog willende blusfehen, trachtten Gecommitteerde  264 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE de Raaden te bewegen, om het befluit van Holland niet uittevoeren, ten zij met bewilliging der Algemeene Staaten, maar dit was olij in de vlam: die van Holland gedoogden niet, dat men 'er over raadpleegde, terwijl zij het Prjefidium bekleedden. Die van de overige Gewesten oordeelden dat men me>est voortgaan: waarop die van Holland de Vergadering verlieten, als wanneer met zes Gewesten befloten werd, Gecommitteerde Raaden aantefchrijven , dat zij hunnen gegeven last tot afdanking herroepen Zouden, en ingeval van weigering, werden do Bevelbebheren gelast, de orders van Holland niet te volbrengen, en hunne Vendelen voltallig te houden. In deezen verwarden toeftand bleef het ftuk fleeken, tot in November, toen de Staaten van Holland hunnen zin kregen, mits dat de afdanking door den Raad van Staaten gefchiedde, waar in de Prins bewilligde, en dus werd het verfchil beflist. Nu zou men immers denken, was allés vereffend, en had Holland het doel bereikt? doch dit verfchiide veel; al fpoedig kwam een  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, 265 een nieuw verfchil ter baane. Van de 50 Vaandelen vreemde knechten, werden 'er 29 door Holland betaald : men wist dat de Prins die gaarne in dienst wilde behouden, en nu wilde men ook deeze geheel afgedankt , hebben, teffens verklarende, dat, ingevalle de Algemeene Staaten niet befluiten wilden tot de afdanking, die van Holland de 29 Vendelen , niet langer betaalen zouden, maar voor daadelijk afgedankt bielden. De Prins, het uiterfte willende voorkomen, trachtte die van Holland te bewegen, om met de Algemeene Staaten in onderhandeling te treden, en op eenen eenparigen voet te werk te gaan, en floeg hun ten dien einde eene andere vermindering voor, waarbij den Staat omtrent veertien tonnen Schats jaarlijks uitwinnen zou, en gaf daarbij in bedenking, dat 'er meer dan zestig fterke plaatfen te ' bezetten waren, die men veiligheidshalve, niet van guarnizoen ontbloot laaten kon, doch dit alles baatte niet, des Prinfen voorflag werd van de hand gewezen , en dit maakte de verbittering langs hoe grooter. De Algemeene Staaten ziende tot welk lil. Deel, M eene  q66 beknopt historisch handboekje eene hoogte de zaaken gedreven werden, vermaanden den Prins te willen zorgen, dat die van Holland niet voortgingen, om tegen den letter der Unie, Krijgsvolk afterianken, het welk aan hun, bij eede verbonden was: kort daar naa deed de Prins eenen nieuwen voorflag van afdanking, die nog nader met het gevoelen van Holland ftrookte, mits dat men beloofde, niet meef van vermindering te Jpreeken, zoo lang de Wrede tusfchen Spanje en Vrankrijk neg niet getroffen zvas, en dan nog voel met eenpaarigheid van ftemmen van alle de Gewesten: doch het was 'er zoo verre van af, dat men in dien voorflag bewilligde , dat zij integendeel bij Holland van de hand gewezen werd, en tefixms befloten werd, tot het afzenden van brieven aan de Bevelhebberen der troupen die men afdanken wilde, waarmede zij finaal voor hunnen dienst bedankt, en alle verdere voldoeningen van iractementen afgefchaft werden. De Raad van Staaten dit alles vernemende, begaf zich den volgenden dag, met den Prins, en Graave Willem Fredrik aan 't hoofd, ter-  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. ter Algemeene Staatsvergadering , en beklaagden zich over de handelwijze van Holland, te gelijk verzoekende, dat de Staaten, den gegeeven last wilden verijdelen , en op middelen bedacht zijn > om de rust des Vaderlands te bewaaren. Bij vier Provinciën, te weeten: Zeeland, Vriesland, Overijsjèl, en Groningen, werd daar op befloten, „ eene „ plechtige bezending aan de Vroedfchap,, pen der Steden in Holland te doen, ten 'einde haar te doen afzien van het geno„ men befluit tot de afdanking; voorts, werd „ de Prins verzocht en gemachtigd, om alle 9$ nodige ordre te ftellen en die voorzie„ ning te doen, dat alles in goede rust en „ vrede bewaard werde: dit ook inzonder„ heid de Unie gehandhaafd en vastgehou„ den werde, met den gevolge en aankle, „ ven van dien, en integendeel geweerd, „ alles wat daar tegen zoude mogen wor,, den ondernoomen." Den volgenden dag, benoemde de Prins vier Leden uit de Algemeene Staaten , twee uit den Raad van Staaten, benevens den Thefaurier Generaal, tot het doen der bezending, en ftelde zich M 2 aaa  2(58 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE aan derzelver hoofd; van welk alles hij aan de Algemeene Staaten kennis gaf. Men bedankte bem voor zijne zorge, verzoekende de Leden vcm Holland door middelen van overreding , te doen afzien van de bijzondere af danking. Ook trad op dien dag, Gelderland toe, tot het genomen befluit der vier Gewesten. Op den 8 Junij vertrok de Bezending, uit den Haage, naar Dordrecht: reeds op den volgenden dag kreegen zij gehoor in den Oudraad, alwaar de Heer Alexander van der Capellen, Heere van Aartsbergen, te kennen gaf: „ hoe zeer de zaaken in verwarring „ gebracht waren, door de eigendunkelijke ,, afdanking van het Krijgsvolk, teg den zelfden voet willen behouden, als die was, ten tijde van den Oorlog, wij zouden geen oogenblik aarzelen, om, in dat geval, zijn gedrag afteken ren: maar dit was het geval te dien tij'de niet meer. Toen de bezending gefchiedde ; toen Holland het Krijgsvolk afdankte, en niet langer betaalen wilde, had de Prins, reeds bij herhaaling, bewilligd in het grootfte deel der vermindering ? Het getal dat de Prins behouden, en Holland nog verminderd hebben wilde , was inderdaad niet noemenswaardig, om de twisten zoo M 5 hoog  17i\ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE hoog te drijven: want het beliep niet meer dan 615 man. Men zou eene verregaande ligtgelovigheid verraden., wanneer men geloof floeg, aan het voorwendfel van veelen, die of bcdektelijk, of meer opentlijk, de handelingen van fommige Hollandfche Steden, over het toenmalig verfchil, als recht en billijk aanmerken. Neen! wij geloven voor ons, dat de grond van dien twist te vinden is, in de oude wrok over het gebeurde ten tijde van Mauritz, die men nu aan zijnen Neeve boeten wilde: want het lijd geen bedenking, dat ten tijde van Prinfe Fredrik Hendrik , veele Leden van R.egeering in dienst gefleld waren, die in 1619. van hunne posten verlaten werden. Wij mogen dus veilig befluiten, dat het nu niet zoo zeer haperde aan de boegrootheid van het aftedankene getal, maar veel meer aan de wijze waarop men dat getal wilde afgedankt hebben. Volgens de Unie, ftond dit aan den Raad van Staaten, op den naam van de Algemeene Staaten, en dus geenfints aan elk der Gewesten op zich zelve. Het eerde be-  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 275 begeerde de Prins, liet tweede werd bij de roeerdeiheid van Holland doorgedrongen, en het lijd geen twijffel, dat ingevalle het aan elk Gewest vrijflond , om de Trotïpen, ter hunner betaaling traande , naar goedvinden aftedanken , als dan d/j voornaamfle band van vercéniging ontbonden, en de geheele Unie van desfelfs voornaamfle fterkte zou zijn beroofd geworden. Die nu te verhinderen en voortekomen, was het waare oogmerk der bezending aan de Steden, die, zoo als wij zagen, riet gefchiedde, dan op last der Algemeene Staaten, die ook des te aanzienlijker was, dewijl de Prins zich aan het hoofd derzelver bevond, en, aangemerkt als Stadhouder van Holland, was het de onbillijkheid zelve, dat men hem den toegang tot de Vroêrlfchaps Vergaderingen ontzei , waar toe hij echter volkomen bevoegd was. Wenfchelijk ware het intusfehen , dat de pogingen, tot bevrediging in het werk gefield, van goed gevolg waren geweest , het zou de verdere fcheuring verhoed, cn den Prins voor eenen veruitzienden flap bevriid hebben; een flap die M ö ee*  27<5 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE een zwarte vlek van onbedachtzaamheid op zijn beftuur wierp, die een rijke bron van befchuldigingen ten zijnen opzichte opleverde, aan allen die hem reeds vijandig waren, en die zijne vrienden nooit in ftaat geweest zijn, behoudens de waarheid en onpartijdigheid, van willekeur en te verregaand misbruik van gezach, vrij te pleiten: waar van wij nu de voornaamfle bijzonderheden vermelden zullen. De hoon hem aangedaan, door Dordrecht, Haarlem, Delft, Hoorn, Medemhlik en bovenal door Amflerdam , ftak hem geweldig, en oordeelde hij zich zeiven daar voor voldoening te moeten verfchaffen , zoo door het in arrest neemen van de Gedeputeerden der vijf eerstgenoemde fteden, ter Vergadering van Holland, als door het heimelijk afzenden van een aantal Voet- en Paarden-Volk naar Amflerdam, met oogmerk, om zich van die Stad bij verrasfing meester te jnmken, en de Regeering aldaar tot andere befluiten te noodzaaken. Handelingen , die de paaien van zijn gezach verre te boven gngen, en door niemand, als wettig kunnen  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 277 nen verdedigd worden. - 'Er zijn 'er , die meenen dat deeze flappen veroorzaakt werden , door aanblazing van fommigen die 'er hun voordeel in zochten, maar daar dit nimmer is bewezen geworden, geloven wij, dat de Prins het een en ander uit eigen aandrift in het werk ftelde , in den waan zijnde, dat de last door de Algemeene Staaten op den 5de Junij, gegeven, hem daartoe wettigde. Immers, tiien last behelsde niets minder, dan eene Authcrifatitom alle nodige orders te ftellen, en die voorziening te doen , ten einde alles in goede rust en vrede bewaard werde , en inzonderheid de Unie /* handhaven, met de gevolgen en aanhieven van dien , en integendeel te weeren, het geene daartegen zou mogen worden voorgenomen. Wie, die maar eenigfints het vermogen van opgeruidde driften (ze mogen ingebeeld of wezentlijk gegrond zijn) in aanmerking neemd, zal het niet als zeer natuurlijk aanmerken, dat dit bij Willem thans plaats had, voor al, wanneer men nagaat, dat hij bij het gevoel van zijnen hoogen rang en geboorte , in den vuurigften leeftijd zich aan vernedeM 7 rin-  2/8 BEKNOPT HISTORISCU HAMDBOEKJï ringen blootgerteld zag, die nog nimmer aan eenen zijner voorgangeren te beurte gevallen waren , en dat daar door eene verkeerde uitlegging van den gegeven last bij hem kan veroorzaakt zijn 1 Hoe dit zij, dit is zeker, dat de Prins op den softe Julij bij hem ten Hove ontbood, Jacob de Witt , oud Burgemeester van Dordrecht; Joan de Waal Burgemeester , en s/lbert Ruil, Penfionaris van Haarlem; Jan Duist van Foorhout, Burgemeester van Delft: Nanning Keijzer. Penfionaris van Hoorn; en Nicolaas Stellingwerf Penfionaris van Medemblik; niets ergs vermoedende , voldeden zij aan dat verzoek, en werden de een na den ander, naar boven geleid, alwaar zij door eenen Luitenant Colonel van 's Prinfen Lijfwacht, in bewaring genomen , en onder eene Wacht van drie Soldaten, elk in een bijzonder vertrek, geplaatst werden. De tijding hier van, werd door den Raadpenfionaris Cats \ aan de Staaten van Holland uit 's Prinfen(naam geboodfchapt, met bijvoeging, dat hij het fieebt gedrag van eenigen Gedeputeerden , die tweedracht zaaiden , niet langer kunnende verdragen  I ZES Hi:JEl4KIT VAN STAAT 2JAAJR X.OSV35S T7.Iir  ■  eer Vaderl. geschiedenissen. 279 gen, hij zes van de voornaamften in hechtenis had doen nemen, en teffens ordre gegeven had, om de Wachten van deti Haage te verfterken. Aan de Algemeene Staaten, liet hij hetzelve bekend maaken , door.den tijdelijken Prreiïdent, den Heere van Bronkhorst, hun teffens berichtende, dat hij eenig Krijgsvolk onder hevel van Graave Willem , naar Amlterdam gezonden had , om die Stad intenesmen. Met bijvoeging dit alles gedaan te hebben uit kracht van het besluit van den 5 Junij. Met verbazing vernamen die van Holland het gebeurde, die nu voor een groot gedeelte naar huis keerden, terwijl de zes gearrefïeerde Heeren , reeds den volgenden dag, naar het Fort Loevefteijn vervoert werden. Hoe groot die verbaasdheid ook wezen moest, zij werd nog grooter, toen men den aanflag op Amflerdam vernam. . Üie zaak was zoo geheim beftookt, dat het volk reeds in de nabijheid der Stad was, eer het waare oogmerk bekend werd. 'Er waren reeds op den 29 Julij, op bevel van den Prins, 50 uitgeleezen Soldaten > van onderfcheidenen Laruiaart , (taande onder bevel van eenen Fran-  280 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Franfchen Majoor, in de grootfte ftilte, in Amflerdam gekomen, die order hadden, om zich van de Reguliers-Poort meester te maaken , wanneer het gros der Troepen aankwam , en daar door den intocht te bevoorderen. De Guarnizoenen van Nijmegen, Arnhem en Utrecht, waren tot de onderneming beftemd , en hadden order, om pp den 30 Julij, des morgens vroeg voor Amflerdam te zijn, terwijl het waare oogmerk voor hun verborgen bleef. Graave Willem Fredrik, had het Opperbevel, en te Abkou.de moesten alle de Troupen bij een komen. De Prins was zoo zeer in den waan, dat den aanflag niet misfen kon, dat hij dien zelfden morgen als zeker vastftelde , dat het Volk reeds binnen die Stad was, maar een gering toeval deed het plan mislukken : want, daar de veele wegen op de Veiuwe en in Gooiland, de Troupen lichtelijk van het rechte en naaste fpoor verwijderen konden, had men op eenen der moeilij kfte plaatfen , alwaar eenen Heelmeester woonde , verzocht, dien nacht eene lamp Of kaars, voor eenen der glaaze raameu van zij-  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 2&I zijne bovenwoning te plaatfen, onder voorwendfel, dat dien nacht, eenen Vluchteling, om begaanen mandag , den weg pasfeeren zou. Dan , wat gebeurt er ? Het ftormde en regende dien nacht zoo buitengewoon, dat de Heelmeester oordeelde dat den gewaanden Moordenaar , bij zulk weêr de vlucht ftaaken zou, dus neemt hij het licht weg, en daar door raakt het Krijgsvolk aan het dwaalen, en komt eenige uuren laater, en toen het reeds helder dag was, op de beflemde plaats aan; doch toen was het werk reeds verbrod, en de aannadering van het Volk in de Stad bekend geworden, door middel van den Hamburger Postbode, die midden door de Ruiters gereden zijnde, van hun vernomen had, dat zij naar Amflerdam moesten £00 draa dien Posteljon aan het Post-Comptoir aankwam, verhaalde hij hef geene hij gehoord en gezien had; men geleidde hem naar het huis van den Burgemeester Bikker, de eenige der Regeerende Burgemeefteren die in de Stad was, en nu begon men te vermoeden , dat een hoop Luiker Waaien een ftrooppartij op de Stad wa-  2S2 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE, wagen wilden; niemand dacht om eenen geweldigen aanval van Staatlche knechten. Beducht voor zulk een bezoek, werd men op tegenweer bedacht; de Bruggen werden opgehaald; de Poorten gefloten; Gefchut op de Wallen gefleept; oogenbiiklijk een aantal Volks in dienst genomen ; eenige Oorlogfchepen op het Y, en gewapen'de Uitleggers in den Amflel geplaatst; kortom , in weinig uuren tijds, was men voor alle overrompeling zeker, en reeds was het befluit genomen, om ingeval dit alles niet toerijkende mocht zijn, de Dijken doortefteeken, en den naderenden Vijand in het water te doen verfmooren. Terwijl dit alies van binnen gebeurde , was het verdwaalde Volk allengs bij eengekomen , en het was reeds tegen den middag, dat Graaf Willem langs den Amftel de Stad naderde, alwaar mCn nu ook intusfchen met zekerheid vernomen had, dat het geene vreemde Bende , maar het Krijgsvolk van den Staat was. Met groote moeite had den Raad nog belet, dat men den hoogen Zeedijk niet doorftak, maar om de gemoederen gerust te ftellen, lier men twee  BE ÏÏIiOKHTtriZEK CIPrXN AMKTia GEBOmnS, en vïn.H atgebjioï'.en,   DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 283 twee Sluizen openzetten, en Aak eenige Polders door, waar door het omgelegen Land ras onder liep. In dezen toeftand kwam Graaf Willem, tot voor de Hofflede Wd Na genaamd, en halte houdende, zond hij een brief naar de Stad , waarop een gewapend Jacht, den Amftel opvoer, aan welks boord zich bevonden de Heeren Huidekoper van Maarsfeveen, en Simon van der Does, beide Schepenen der Stad, die met Graave Wil' Jem in onderhandeling traden, en deeze ernftig vermaanden, niet nader te komen, want dat men anders gezint was, gebruik te maken , van alle die middelen , die God, en de Na' tuur, aan de Stad verleend bad, Graave Wil' lem, dit alles ziende, koos de zaehtfte weg, en trok tot Amftelveen te rug , ten einde nadere bevelen uit den Haage aftewachten. De Prins aldaar nog aan de maaltijd zittende , ontfing reeds het bericht , van het mislukken eener onderneeming die hij zich zoo zeker had verbeeld. Vervuld van fpijt en woede , werpt hij zijnen hoed op den grond, verlaat de tafel^ en fluit zich in zijn Cabinet op , om aan zijne aandoeningen ee-  284 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE eenen vrijen loop te geeven, den volgenden dag inelt hij naar Amflerdam, met voornoemen om de Stad formeel te Belegeren; hij komt in het Leger, en ziet, hoe zeer men aldaar het omgelegen Lard, in eene Zee herfchapen hebbende , zijn oogmerk onmooglijk gemaakt had, en 'er r.iets anders dan den weg van onderhandelingen kon ingeflagen worden. Den derden Augustus werd eindelijk naa veel handelens , het verdrag getroffen , waar bij de Stad bewilligde in den ftdet van Oorlog, zeo als die door den Prins en den Raad van Staaten voorgedragen was; ook nam zij aan te zorgen , dat de agterftallen aan het afgedankte Krijgsvolk zouden vil daan worden. De Prins kon ten allen tijde als Stadhouder in de Stad komen , en men zou hem nimmer meer gehoor weigeren; den Raad zou al haar vermogen in het werk feilen, om de eendracht en het vertrouwen ter Staatsvergadering van Holland te herftellen, ook zouden de beide Heere» Bikker vrijwillig affland van de Regeering doen; waar tegen de Prins beloofde, het Volk te zullen doen wegtrekken. Op deeze wijze werd het verfchil; naar den zin  DER VAD5RL. GESCHIEDENISSEN. 285 zin van den Prins bijgelegt, vermits den Raad, nu niet alleen in de voornaamfle Artikelen, waar over alles begonnen was, toeftemde , maar zelfs nog in eenige anderen bewilligde. Hoe veele twisten en partijfchappen. zouden niet verhinderd zijn geworden , wanneer men die rekkelijkheid een jaar vroeger betoond had ? Het was buiten alle bedenking , dat den Raad gebruik maakende, van alle die middelen van verdediging die zij bezat, des Prinfen opzet zou verijdtld hebben; maar het is ook, aan de andere zijde, niet minder waar, dat de fchade daar door aan het Gemeene Land toegebracht kunnende worden , oneindig booger zouden gelopen hebben, dan de kosten bedroegen van ruim 600 Man, waar over den twist, in het einde, zoo hoog gedreven werd. En ziet men op het belang der Stad zelve, als dan had zij alle redenen, om, het koste dan ook wat het wilde , een einde te maaken aan de ftremming die het een en ander aan den Koophandel natuurlijk moest veroorzaaken , en van de geduchtfle gevolgen zouden geweest zijn. Slechs  . S86 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Slecths weinige dagen verliepen 'er , toen de zes gevangene Heeren , door den Prins uit hunne gevangenis ontflagen werden, het welk echter niet gefchkdde, dan, naa dat zij op begeerte van zijne Hoogheid , zich van hunne Posten ontdeden , en de Vroedfchappen dier Steden, in welkers dienst zij Honden, eene verklaring gaven, hun in die quatiteit niet meerder te zullen gebruiken. De Prins gaf hierop een febriftelijk vertoog aan de Staaten van Holland over, waarin hij de redenen opgaf van zijne genoomene maatregulen. zoo wel tegen de Gedeputeerden , als tegen de Stad Amflerdam , maar het (tuk werd niet gelezen, en gezegeld wcggelegt, om de wonden niet weder op nieuws aan 't bloeden te helpen. Het gevolg van alles was, dat nu alle de Gewesten, met eenparigheid van (temmen, confenteerden in den gedanen voorflag van den Raad van Staaten, e« teffens werd op nieuws bepaald en vastgefteld , dat geene der Gewesten , in het vervolg , eenige afdanking van Krijgsvolk doen zou, maar zulks verblijven laaten aan de Algemeene Staaten, op  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 287 op den voorflag van den Raad van Staaten. Ook keurden vijf Gewesten het verrichtte van den Prins niet alleen goed, maar zelfs bedankten fommigen hem voor alles wat hij ten nutte van den Lande bewerkt had. Groningen en Holland volgden hun echter hier in niet naa. De maand Augustus ten einde fnellende, vertrok de Prins naar Gelderland, om het vermaak van de Jacht te neemen, en keer de in September terug, waarnaa hij in October wederom derwaards trok, en bleef aldaar tot in het laatfire dier maand, als wanneer hij, vermoeid van de Jacht komende, door.de Koorts overvallen werd. Twee dagen daarnaa, kwam hij in den Haage aan, en al fpoedig openbaarde zich de Kinderziekte : zij was, niettegenftaande alle aangewende hulpmiddelen, voor hem van eenen doodelijken aart, want eer den zesden dag van November ten einde liep , rukte zij hem, in den vaag zijns levens, in de eeuwigheid. Hij ftierf in den Ouderdom van vier-en twintig en een half jaaren, nalaatende eene hooge zwangere Weduwe , die flechts  S03 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE flechts acht dagen naa 's Prinfcn affterven eenen Zoon ter Wereld bracht, die wij in het vervolg, onder den naam van Willem de lilde, niet alleen als Stadhouder van alle de Gewesten, maar ook als Koning van Groot-Brittanniën nader zullen leeren kennen. Met zeer verfchillende aandoeningen werd Willems dood, in den Lande vernomen: zijne Vrienden, en het Krijgsvolk, voor welks belangen hij zich zoo dik wils in de bres gefteld had, waren bitter bedroefd, doch zij , die hem een Vijandelijk hart toedroegen , gingen zelfs de paaien van welvoeglijkheid te buiten , in het geeven van uitbundige vreugdeblijken over zijnen dood, het welk niet weinig vergroot werd, door dien hij kinderloos overleed , waar uit de zodanigen zich reeds met de hoope vleidden, nu voor altoos van het Stadhouderlijk bewind ontheven te zijn. Nergens ging dit verder dan te Amflerdam , daar men fints het geheurde aldaar , de fnoodfte wandaaden aan hem te laste lag. In éénen der Hervormde Kerken, Collecteerden de Diaco- nen  DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN, s8o nen eene rijke gift in een papier, waar in gefehreeven ftond: De Prins is deed! Mijn gift vergroot! Geen blij der maar. In tachtig jaar. •Dat dit fierfgeval in Engeland met vreugde vernamen werd, bij hun, die zich ten koste van 's Prinfen Schoonvader, in het bewind gedrongen hadden, laat zich lichtelijk verklaren , maar dat zulks ook in Spanje het geval was, zoo als ons Wagenaar verhaald, verdiend eenige opmerking. Dien kundigen Schrijver bericht ons; dat de Spaanfche Gezant Er.un, in aller ijl naar Brusfel vertrok, om de maare van Willems dood overtebrengen, en opentlijk zou gezegd hebben, dat de Koning Zijnen Meester, in Katalenicn9 de Nederlanden en Itali'ên, dat jaar, geene voordeelen bevochten bad , • die gelijk Jionden aan bet voordeel, dat hem uit dit affterven te wachten ftond. Wij voor ons geloven, dat men uit 's Prinfen gedrag genoegfaam kan III. Deel. N .o;>-  BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE opmaaken, dat hij, even als alle de Vorften van Oranje, eenen onverzoeiieüjken haat tegen de Spanjaarden koesterde, en dat daar aan voor een groot deel was toetefcbrijven, zijnen afkeer van het iluiteu der Munfler* fche bevrediging; maar is nu dit getuigenis van Brun eene waarheid, wie ziet dan niet dat zijnen wreveligften Vijand4, ondanks zich zei vet!, aan hem den roem van dapperheid en "moed niet ontzeggen kon: iets dat echter door 's Prinfen hateren hier te Lande zeer in twijfel getrokken is. Het is waar, dat hem de gelegenheden ontbraken, om na zijne verheffing, blijken van zijnen moed te geeven, dewijl den Oorlog door de Vredenhandel reeds ten einde gelopen was; maar men kan met alle recht zeker ftelicn, dat hij in een tegenovergefleld geval, met de daad zou getoond hebben , dat hij de voetftappen van zijnen grooten Vader zou gedrukt hebben , en dat daar aan ook is toetefcbrijven, dat veelen zijner tijdgenootcn hem gehouden hebben voor een Vorst van uitmuntende hoedanigheden. Wij hebben hier vooren onze bijzondere gedachten  DER VADERL- GESCHIEDENISSEN. 2!Ö BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE bijzonderen dienst g-enomen, en gaven dezelve den naam van Lijfwacht der Staaten van Hollend. Alle deeze veranderingen ftrekken tot merkelijk ongenoegen van veelcn, t zij in een gehoor hunnen last openden, vergezeld met een aantal Krijgsvolk , die den moetwil beteugelen moesten. De Staaten van Zeeland gaven een uitftellend antwoord, en daar men in Gelderland, hetzelfde gevoe'en als in Zeeland had, zoo trok de Commisfie ook dcrwaards, met hetzelfde oogmerk, waar door het neemen van hec befiuk verhinderd werd. De ijver van die van Holland op dit ftuk* ging toen zoo verre , dat zij de Zeeuwfche Gemaebóigden het befluit deeden neemen, om de zaak aileen met hun te behandelen, cn niet te brengen •ter Vergadering van de Algemeene Saaren; dit namen die van Fliifingen en Veere zeef euvel, en het liep aan toe in September des volgenden jaars „ toen het echter plaats had, nietteaenflaard» zulks aan die van Holland een groot misnoegen verwekte. In deezen fiand der dingen had het jaar 1653. naauwüiks eenen aa'nvai>g aerom n, toen den Raidperfi >nan« Pautv overleed. Men kon z. ker verwachten, dar dien gewichtigen post, zou opgedragen worden aan  DER VADERL,-. GESCHIEDENISSEN, 32I aan eenen ijverigen tegendander van her Stadhouderlijk bewind, en daar de reedsgenoemde Johan de ïFitt Penfionaris van Dordrecht, zich deswegens deed uitmunten, werd hij, fchoon nog geen a8 jaaren oud, met algemeene {temmen tot die waardigheid verheven. Het is onder het befiuur van deezen Man, dat wij de Historie onzes Vaderlands, door een aantal gewichtige gebeurtenisfen bijzonder gekenmerkt, in het vervolg befchouwen moeten. Hij was de Man, die eerlange den fel ontdoken Oorlog ten einde bracht, maar het gefchiedde niet, dan met eene inwilliging van den eisch des Engelfchen Protectors, in niet minder bedaande , dan in eene fchriftelijke Acte van verbindtenis, waarbij beloofd werd, de Stadhouderlijke Waardigheid, in Holland, nooit aan den Prins van Oranje te zullen opdragen. Eene handeling die de gewichtigfle gevolgen had, en duidelijk deed zien, dat bij, fchoon een Dienaar der Staaten van Holland zijnde, de kiem der Regeering van het geheele Vaderland, eerlange aan zich zelven bezorgde. O S Hoe  322 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Hoe dit zij, nog naauwlijks aan het be-' ftuur geplaatst, ging hij zwanger met het voorneemen, om ?s Lands Vloot, tot een aantal van 300 Schepen te vermeerderen, en door dien weg den Vrede te bewerken: dan , de kosten hier toe nodig, ging het vermogen van 's Lands Schatkist te boven, en in Holland was men ook ongenegen, en buiten ftaat om zwaarder lasten te dragen: men liet dus dat grootsch ontwerp vaaren, en befloot 's Lands Zeemacht op den ouden voet, doch in goeden .ftaat te houden. Tromp kreeg bevel, om met 70 Schepen, de Rivier van Londen te bezetten, en zeilde mef dat oogmerk derwaards, doch eer hij daar kwam, ontmoette hem -de'vijandelijke Vloot, onder Blake, die in getal met de zijne gelijk ftond: .woedend werd het gevecht begonnen, en drie dagen lang, achter een volgehouden, toen de Engelfchen afdeinsden, en Tromp gelegenheid lieten, om de Koopvaardijvloot onder zijn geleide , in-veiligheid te brengen'. De Staatfche vloot verloor in deezn ftrijd 9 Schepen en 600 man, de Engeifche daarentegen 6 Schepen en 2.000 man,    DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. 323 man, doch het befliste niets, de beide Natiën roemden op de overwinning, het welk zich zelve tegenfprsk, maar zoo veel was zeker , dat 'er Hechts een gedeelte der Koop* vaardijvloote aan den Vijand in handen viel, die, in het geval van eene nederlaag aan onze zijde, hun geheel ten prooie zou geworden zijn. Met eene ongdooffelijke werkzaamheid, werd de ontredderde Vloot herfteld, in zoo verre, dat zij weder Zee kon kiezen, en Tromp kreeg op nieuws bevel om uit te loopen, doch hij vond zoo veel zwarigheid in hec werk , uit hoofde van den zwakken toedand der meeste Schepen> dat hij rond uit verklaarde, niet aanfpraaklijk te ivillen zijn, voor de rampen , die hij vreesde. Met dit alles, ftak de Vloot in Zee, en trof, op de hoogte van Nieuvjpoort, op den 12 Junij, de Engelfche aan, deeze was wel gelijk in getal, maar in zwaarte Van Schepen, cn getal van Volk, overtrof zij verre de Staatfche. Van 's morgens ten elf uuren, tot aan den avond, werd 'er woedend gevochten, en den volgenden dag werd den ftrijd weder hervat, waar door de bei0 6 de  324 BEKNOPT HISTOPvISCH HANDBOEKJE dc Vlooien deerlijk gehavend waren, en elk genoodzaakt den fteven naar het Vaderland te wenden. Tromp week binnen de Wielingen, en fpoorde de Staaten aan, om de Vloot fpoedig te verfterken: met het begin van Augustus was zij weder in ftaat ora Zee te kiezen: op de hoogte van Katwijk raakte men weder met den Vijand Haags, doch met geen voordcel aan beide zijden, maar op den volgenden dag, werd den ftrijd hervat, voor Scheveningen, toen 'er wonderen van dapperheid vertoond werden: tot viermaalen toe, floegen de Nederlanders door de Engelfchen heen, toen aen Vijand afdeinsde, en de Hollandfche Vloot naar Texel zeilde.' Het verlies aan Schepen en Manfchappp», Mond aan beide partijen gelijk, het welk wederom gelegenheid gaf, dat elk zich de overwinning toekende. Doch het verlies der Staatfche Vloot was buiten alle bedenkirg het grootft, door het ongelukkig fneuvelen van den dapperen Tromp , die reeds op den eerlbn dag des gevechts, door een kogel in de borst getroffen zijnde, het dierbaar leven voor het Vaderland opolfer- ' • de.  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 325 de. Zijn dood verwekte Vreugde bij den Vijand; fchrik en droefheid bij allen die 's Lands heil behartigden. Zijn Liik werd eerlange met Vorfteiijke praal te Delft begraven , en zijne nagedachtenis door een kostbaare Marmere Graftombe, voor de nakomelingen vereeuwigd. Hoe groot de rampen van deezen bloedigen Oorlog ook waren, nog werden zij vermeerderd, door de fchade die 's Lands Vloot, onderging, op den 9 November, -want als toen verhief zich zulk eenen geweldigen ftorm, dat veele Schepen zwaar befchadigd, en anderen een prooi der golven werden. Een ramp, die her onttakelen der Vloot ten gevolge had, en dit jaar een eindpaal Melde aan verdere onderneemingen. De kosten dit jaar verfpild, waren zoo groot, dat zij die van alle de Zee-oorlogen van vroeger dagen tegen Spanje, verre overtrof, en nimmer hadden 's Lands Schatkist, en den Koophandel zulke neepen ondervonden , waar door het verval in alle Handeltakken alomme zichtbaar was. 's Lands onh< ilen veroorzaakten bij dit alles geweldige bewe0 V ' gin-  326 BFKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE gingen in veele Steden, daar men dezelve toefen-reef, aan het gemis van een uitftekend hoofd. Veele Leden der. Regcering ftonden in een kwaad vertrouwen bij veelen, die de Staaten van Holland befchuldigden, dat zij het Land aan de Engelfchen overleveren wilden. Hoe ongerijmd dit voorwendfel ook was, het vond echter 1 ij veelen geloof, terwijl den benarden toeRand des Vaderlands, de Staaten met ernst deed bedacht worden , om door Vredesvoorflagen zich uit die verlegendheden te redden, waartoe men ook in Engeland niet ongenegen fcheen. Men zou zich zeer vergisfen, wanneer men de wederziidfche begeerte naar Vrede, alleen toefchreef, aan eene zucht om een einde te maaken aan de ellenden die den oorlog aan de beide Natiën veroorzaakten; neen: 'er was aan beide zijden, ééne drangrede, die elk daar tóe aanzette, Kromwel die eenen dodeiijken haat tegen het Oranjehuis voedde, ziende, dat de onheilen van den Oorlog de aanhangelingen van dat huis, hier te Lande dag aan dag  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 327 dag deed toeneemen, werd om die oorzaak, op Vrede bedacht, en dit zelfde, was ook het geval bij de Staaten van Holland, die duidelijk bemerkten, dat verdere verliezen, den weg baanen zouden, om de verheffing van den jongen Prins te verhaasten, waar toe reeds verfcheidene Gewesten begonden over te hellen. Het had dus weing moeite in, bij de Algemeene Staaten, om tot de handeling te befluiten, zij waren den Oorlog moede, doch dit gebeurde echter niet, dan naa dat die van Holland reeds heimelijk, naar Engeland gefchreeven hadden, buiten medeweten van de -overige Bondgenooten. Hoe onwettig dit bedrijf1 ook was; hoe zeer die van Leijden, dien flap afkeurden, het fchrijven had echter voortgang, en de brief werd door een vertrouwd Perfoon naar Engeland overgebracht. De Inhoud behelsde een aanzoek, om een einde te maaken aan den Oorlog , zoo verderfelijk voor de beide Volken , en den Godsdienst die zij beleden. 'Er verliepen maar weinig dagen, toen dien geheimen brief, in het Latijn en Engelsch, in openbaren druk in Engeland werd publiccq ge-  328 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE gemaakt, onder den tijtel: Ootmoedig verzoek der Staaten van Holland, die het Parlement fmeeken om den Vrede: en het Parlement beantwoordde dezelve niet alleen aan de afzenders , maar fchreven, te gelijker tijd, ook aan de Algemeene Staaten , waar bij zij hunne geneigdheid tot Vrede te kennen gaven, mits op den voorflag die zij reeds bevorens aan den Heer Paauw gedaan hadden, welke niet minder behelsde, dan vergoeding van de hosten, die den Oorlog aan hetzelve veroorzaakt hadden. Biister vreemd zagen de Algemeene Staaten op, over het gedrag dat Holland zich aangematigd had, buiten hunne kennis: het werd afgekeurd, en die van Holland, bleven niet in gebreke, om de andere Gewesten , de noodzaakliikheid van den gedaanen Hap voor te houden . waar in zij ook te eerder zich vinden iieun, gemerkt 'er geen ander middel, dan den weg van handeling overig was, om het Vaderland uit deszelfs benarden roeftand te redden. Dit leerde het gevolg., want kort daar naa, fchrev n de Algemeene Staaten, tot dat einde naar Engeland,  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN, 359 land, en nu werd de bijeenkomst te Londtn bepaald. ., Wanneer men de handelwijze der Staaten van Holland, ten deezen tijde gehouden nagaat, valt het niet moeilik te .begrijpen, dat zij, ter bereiking van hunne biizonde,re geheime bedoelingen, niet onverfchillig waren , welke Ferfoonen ,tot de onderhandelingen zouden benoemd worden. De Algemeene S=a ten floegen daartoe voor, Be~ verningk ujt Holland, Mauregnault uit Zeeland, en Houtbots uit Vriesland; doch deeze keuze was niet naar den zin van holland, -de twee laatften W3ren bekend, als de belangen van het Oranjehuis toegedaan , en dus dreven die van Holland door, dat de benoeming, niet door de Akemeen-c Staaten , maar door die der drie genoemde Gewesten gefchieden moest, en toen werden bij Holland benoemd , Beverningh en Nieuwpoort, bij Zeeland, de Heer. Van de Perre, en bij Vriesland, de Raadsheer Jongefial. Beverningk werd vooraf alleen naar Engeland gezonden, onder voorwendfel , om eene poging .te doen, dat men in Er/geland afzag, van  330 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE van denebeh, omtrent de Sehavergoeding, doch hec vervolg zal ons leeren, dat hij met geheel andere oogmerken die reize ondernam. In het laatst van de maand Junij, kwam hij te Londen aan, alwaar Kromwel het Parlement afschaf,, en Ieenen Raad van dertien Leden aaogefkMd hebbende, de zaaken eene g heel andere gedaante getttegël hadden : en nu volvoerde Bévemingk zijnen bijzondereu last, waar op het Gezantfchap hem volgende, zij eerlange met den nieuwen Raad in onderhandeling traden Den Raad eisc hte voldoening van'fchade , en verzekering tegen verongelijkingen in het vervolg. Weinig dagen daar naa, OMd.: -c de Raad haar plan, in niets minder betraande, ' dan in eene verêéniging der twee Volken, op zulk eene wijze , dat zij maar één Gemeenteen uitmaakten, i Nieuwpoört en Jov.gejlal deeden daarop een keer naar Holland, om van alles verflag te doem, terwijl fleverningk en Van de Perre, in Engeland bJeeveri handelen. Het gelust ons niet, om die verborgenheid :  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 331 heid der ongerechtigheid, die iri deeze handelingen plaats had, uitvoerig te fchetfenj ' alleen melden wij, dat Bévemingk en Nieuw* foort, tegen alle beginfekn van goede trouw, hunne Medeafgevaardigden misleidden, en op de trouwlooste wisze met de Engelfch* dwingelanden ééne lijn trokken. Jongeflal werd voor dien flkkfchen handel gewaarfchouwd, in eenen naamlozen brief, waar 'in men hem raadde, zicb niet te moeten vertrouvcen op ■ zijne Holland fche Medeafgevaardigden , dat zij' doortrapte Guiten waren , enz. Fn dat deezen Raad niet onnodig was , bleek duidelijk uit den handel van den Raadpenüonaris de Witt, die aan Bévemingk en Nieuwpoort, dikwijls in geheim Cijffer fchreef, en op een zekeren tijd zich dus uitdrukte: Zoo gij in Engeland blijft, .en zoo 'er hoop is , dat gij' in Uwe handeling flaagen zult, zal ik^ U een Cijfer zenden'. Laat toch niemand Uwer Mede afgevaardigden deezen brief zien , én draagt zorg, dat gij die niet op- uwe tafel liggen laat, op dat geen van hun, dien ooi: in handen krijge. Was zulk eenen handel overeentebrengen met de goede trouw ? meiden duu-  332 BUKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ddiuren Eed. waar mede hij zich in dienst der Staaten van Holland bevond | Hoe geheim dit alles ook toeging , 'er lekte toch zoo veel uit, dat 's Lands Ingezeetenen genoeg bemerkten waar alles op gemunt was; en de algemeene tegenlïand die dit overal vond, veroorzaakte de zorgelbkfte oproeren in de meelle Steden van Holland en Zeiland , waar in men duidelijk zag, dat het tegenwoordig befluur, een groot deel d r JLandjaten niet behaagde, maar do hertelling der oude Regeerwijze, als een middel .aanzag , om 's taftjds onheilen ten einde te brengen. Dit deed de S-aaten va;; Zeeland, .befluiten, om ter Algemeene Staatsvergadering den jongen Prins van Oranje voor te Haan tot Capitein Generaal, en Graaf Willem tot ziinen Lieu enanr. Friesland, en Stad en Lande , hoorden dit met blijkbaar genoegen , en dus Hond het gefchapen, dat 'er over dit voorftel zou gedelibereerd worden , doch de Witt en die van zijnen aanhang, wisten zulks te belenen, en 'er verfcheen een uitvoerig vertoog van d; S aaten van Holland in 't licht, waar bij den en*  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 333 endienst en noodeloosheid, van zulk eene aanftelling werd beweerd , en weJk ftuk men aan de pen , van den Raadpenfionaris te danken had. Onckrrusfchen dit alles hier te Lande gegebeurde , was Beverningk in Engeland onledig met het werk der bemiddeling, waar mede hij zoo verre gevorderd was, dat de Engelfchen op den a8 November, een ontwerp van zeven-en twintig punten aan alle de Gemachtigden ter hand ftelden. Onder verfcheide onbillijke eifchen, die zij daar bij deeden, als namelijk het terug geeven van de genomen Schepen: het ftrijken der Plagge van geheele Ploot en voor één Engelsch Schip : het toelaaten van onderzoek op Zee: en het betaa* len van eene groote fomme Gelds voor de I/aringvisfcherij; eischten zij in het 12de Artijkel: dat de Algemeene of bijzondere Staat e» der Gewesten, nimmer den jongen Prins van Oranje, of iemand zijner nakomelingen zouden aan ftellen tot Kapitein Generaal, Admiraal, of Stadhouder . maaralle pogingen 'aanwenden , om zulks te beletten. Over de meeste punten was men aan de Eagelfqhe zijde toegefelijk,  334 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE lijk, maar ten aanzien van het iade pnnt, waren zij onverzettelijk: hoezeer de Gezanten verklaarden deswegens ongelast te zijn, men ftond op het punt om de onderhandelingen aftebrceken, toen Kromwel tot Proteclor verheven werd, en dit belette zulks, d^ch kort daar rraa, trad hij in gefprek met Beverningk , en eischte toen dat Holland, tot het 12de punt befluiten zou. Hoe zeer Beverningk aannam , om 'er de Staaten van Holland verflag van te doen, zoo deed hij dit ech'.er alleen, aan* eenige weinige Leden , terwijl hij, en zijne mede Afgevaardigden, uit Engeland overftaken, en van alles verflag deeden aan de Algemeene Staaten, bebalven den bijzonderen eiscb aan die van Holland , betref nde de uitjluinng. Daar in en de Vrede ïner te Lande ernftig begeerde , befloeren de Algemeene Staaten, de Engelfchen in alles aan de hand te gaan , maar ten aanziene van het 12de Arijkcl, begeerden zij verzachting: infubflantie behelzende, dat allen die f eenigen tijde ah Stadhouder mogt bevorderd worden, gehouden zoude zijn, het tegenwoordig verdrag te beëdigen. Met dee-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 335 deezen last voorzien , vertrokken" de Ge-, zanten naar Engeland, en op den 15 April 1654, werd de Vrede gefloten. De Algemeene Staaten, nu in den waan zijnde, dat zij hun doel bereikt, de uitfluiting van den Prins van Oranje ontdoken, en den Vrede bewerkt hadden, waren bijzon Ier te vrede over den uitflag der handeling; maar het gehouden gedrag, van fommige Hoilandfche Leden , werd nu fpoedig openbaar, en veroorzaakte niet weinig beweging. Den 28 April werd de zaak aan d - Vergadering van Holland bekend, door het leezen van eenen Brief, gefchreven door Jleverningk en Nietiwpoort , waar in nu de uitfluifirg bij Holland, door de Engelfchen begeerd werd. De leezing gefchiedde niet, dan naa het afleggen, van eenen Eed van geheimhouding,, en terftonei werd over den inhoud geraadpleegt. Verfchillend waren de gevoelens, en wat moeite de Witt ook aanwendde, om het ftuk met eenparigheid door te dringen, hij was genoodzaakt, om bij d* meerderheid daar toe te befluiten. Hoe zeer de Gedeputeerden van Haarlem en- Leijden aan-  336 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE | aantoonden, dat in dit ftuk geene overftemming moge plaats hebben , ging het werk zijn gang, met toeftemmiug van de Edelen en dertien. Steden : toen vroeg de Witt, j of de Staaten ook goedvonden, dat hij zig verwijderde , en de Acte van Uitfluiting , in de Vertrekkamer gereed maakte ? !>it werd goedgekeurd, en de Witt, zich een korte poos geabfenteerd hebbende, kwam met dit gewichtig (luk te rug, even of hij dit nu eerst had opgeftdd, fchoon de doorzichtten wel begreepen , dat hij het reeds in voorraad ontworpen had. ■ Hoe dit zij, het (tuk werd door veertien Leden goedgekeurd , en behelsde eene verklaring, van de Staaten van Holland , dat zij; ter germtjielling van den Heer Protector , den Prins van Ürange , of iemand zijner nakomelingen , nimmer zouden •verkiezen tot Stadhouder hunner Provincie, nog gedogen, dat -hij ooit werde aangefteld tot Kapitein Generaal over de Ktijgmagt , van den Feréénigden Staat. De Steden Haarlem, . Leijden, Alkmaar, Enkluizen en Edam, deden hier op aantekenen, dat zij in dit alles niet konden bewilligen, dewijl zij bet aanzt- gin, ,  DER VA DE RL, GESCHIEDENISSEN. gen , als eene kzvetfng van de Vrijheid van den Staat, die dcor de Poer ouders van den Prins, onder Gods Zegen, gegrondvest zvas; ook verHonden zij, dat men volgens de gronden der Unie, van alles behoorde kennis te geven aan de Staaten der andere Gezvesten. Doch die alles kon niet baaten: het werk vereischte _ fpoed, en dus werd op den volgenden dag de begeerde Acte naar Engeland overgezonden. Hier bleef het niet bij: hoezeer deeze willekeurige en bedrieglijke handelwijze ftreed tegen de Unib, en de gedaane betuigingen van Holland, ten tijde van de Groote Vergadering, zoo befloot men zelfs, om de andere Gezvesten, geene kennis van het gerefolvcerde te geeven; men begreep dat die zaak Holland alleen betrof, en men 'er niemand eenige rekenfehap van verfchuldigd zvas. Hoe zeer de -Princesfen van Oranje, en de Keurvorst van Brandenburg, als Voogden van-den jongen Prins, verzochten, dat men het befluit niét wilde uitvoeren ; hec baatte niets , en het weik ging zijnen gang; doch eerlang werd den handel bekend bij de Algemeene Staa111. Deel. p te  33$ BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ten, alwaar het geene geringe verbazing te weeg bracht. De Skaten van Zeeland en Vriesland, voeren hevig uit, over den bedrieglijken handel der meerderheid van Holland , en protefteerdcn 'er tegen, ook eischten zij , dat men de Vergadering een affchrifc van de A<5te overleverde ; 'er verliep eenen geruimen tijd, eer men aan dat verzoek voldeed, en het mangelde niet aan zulken, die zeker meenden te weeten, dat de Acte, niet door Kromwel was begeerd geworden , maar alleen aan de woelingen van de Witt , cn andere geflagen vijanden van het Oranjehuis, zijnen oorfprong verfchuldigd was. De verwijdering die dit alles onder de Gewesten veroorzaakte, gaat alle begrip te boven: dag aan dag werd 'er hevig getwist, geprotefteerd, en Contra Protesten in de Registers van Staat aangeteekend. Veele i moeite Werd 'er bij die van Holland aangewend , om die fpreekende bewijzen, van I haaren onbillijken handel, uit de befluiten der Algemeene Staaten te ligten, maar h".t ' was vergeefsch , en toen nam de Witt de pen op, en fchreef de bekende Deductie der Staa- \  DER VA DER L. GESCHIEDENISSEN. 33^ Staaten van Holland , waarin hij het teeltenen, der Acfle van Seclufie , trachtte te verdedigen , welk ftuk in verfcheiden taaien gedrukt, en alomme verfpreid werd. De Staaten van Gelderland, Zeeland en Vriesland, waren hoogst onvergenoegd over de DeduBie; zij befchouwden de handelwijze van Holland, ais flrijdig met de Unie, en oordeelden dat men zeer onvoorzichtig de geheimen van den Staat, door dezelve had openbaar gemaakt. De Staaten van Vriesland hielden het voor een Gefchrift, vol van gevaarlijke grondregelen , flrijdig met de grondwetten va» den Staat, vervuld met tegenflrijdigheden, e» honende beledigingen, waar door zij zich beledigd achten. Hoe zeer het in later tijden niet ontbroken heeft, aan zulken die het gedrag van Holland, en hunne Dedudtie, in een gunftiger licht befchouwden, zoo hebben zij echter niet kunnen ontkennen, dat die handeling, zonder mede weet en van de overige Gewesten , onheusfih was, alzoobet aanflcllen van een Capitein Generaal , niet allee», aan Holland, maar aan alle de Gezvesten flond, *n het tegen bet recht van Broederfebap fireed, P * dat  340 F>tKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE diAt de eene Bondgenoot , zonder zijne MeJebondgenoot te hoeren, een zaak vernietigde dit ellen aanging. Het kon niet anders , of zulke verdeeldheden in de SrmtsvergKderingen , moesten eenen fchadelijken invloed onder 's Lands Ingezeetenen' vei fpreiden , en dit bleek ook duidelijk in de. binnenlandfche twisten en oproeren , die zich alomme openbaarden, men oordeelde dat de Vrede voor al te duurtn prijs gekocht, en op de vernederen dfte voorwaarden van den Engelfchen Dwingeland, afgebedeld was. En inderdaad, dit was zoo ; w.:nt men moest vergoeding doen voor al de fchade, die de Engelfchen reeds in 1652 gevorderd hadden. De Schepen en Goederen in de Zond veroverd, moesten terug gegeven of betaald worden: men ftond toe, voldoening van verbaazende fommen, wegens fchade die de Engelfchen voorgaven, over ruim veertig jaaren in de Oost-Indien , door ons geleden te hebben. De vnje handel op de Engelfche Colomen, werd ons ontzegd , en de befaamde Acte van Kromwel, daar den Oorlog om begon- neu  DER VADER L, GESCHIEDENISSEN. 34.* nen was , bleef in volle kracht: over de vrijheid van de Visfcherij liet men ons in de grootfte onzekerheid ; en men was taf genoeg om toe te fternmen, dat de NederIandfche Vlooten, zelfs voor één Engelsen febip de Vlag ftrijken, en daar door de heerfchappij over de Zee , die de Engelfchen zich-aanmatigden, erkennen zoude. Wie, die een eerlijk Hollandsch hart in den boezem draagd, voeld het bloed met ons niet opftijgen in de aderen, wanneer hij dit alles leest? Wie gevoeld geene aandoeningen van droefheid, over het vruchtloos verspillen van zoo veel dierbaar Heldenbloed, dit in zoo veele moorddadige Zeegevechten vruchtloos ftroomde ? En wie kan dwaas genoeg zijn, om dit alles te begroeten voor waare zucht tot behoud van 's Lands Vrijheid en Onaf bangelijkheid, zoo als * Witt, en zijne IVJedeftanders , hunne daadan wilden aangezien hebben ? Wij vvoor ons febroomen niet, naa een veeljaarig onderzoek van dit gewichtig tijdvak onzer Gefchiedenis te verklaren , altoos ten hoogften ver. woaderd geweest re zijn , dat men ten P 3 al-  342 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE allen tijde, lieden gevonden heeft, die het gedrag van de Witt, (de eerfte en voomaamfto drijver van de opgegeevene gebeurtenisfen,) ten hemel toe verhieven, en hem ais een Patroon van waare Vrijheids- en Vaderlandsliefde , vergoodden. Al wat wij gevonden hebben , in dit vak van zijn bewind, heeft ons, dien Staatsman doen kennen , als een Man van ongewoone talenten, een fcherp vernuft, eenen ftoutmoedigen en onderneemcnden aart, en eenen gezworen vijand , van het huis van Orangt; maar of dit alles iemand bevoegd maakt, zulk eenen , als een navolgenswaardig Model voor eiken belangelozen Regent aan te prijzen , vond bij ons altoos zwarigheid. De vrees die de Witt bezielde, dat de jonggeboren Prins, te eenigen tijde aan het roer van ftaat gefteld, in eenen dwingeland ontaarten, en nadeelig voor 's Lands Vrijheid worden kon, kan onmooglijk, uit eene zuivere bron bij hem zijn voortgefprooten, daar hij dc vernederendfte wetten zich liet voorfchrijven van den trotfehen Kromwel, wiens bocijen en ketenen , hij echter met dankbaar-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. baarheid ontfing! Boeijen en ketenen waar aan het lieve Vaderland, en den Koophandel der Ingezeetenen gekluisterd werden, en onder welkers gewicht den Nederlandfchen Staat , fints 196 jaaren op de droevigfte wijze heeft gezucht. Laat ons den draad onzes gefchiedverbaals v/eder opvatten. Sints eenigen tijd hadden de Staaten, de begonnen vijandelijkheden der Portugeezen, door onderhandelingen trachten te (luiten, en zelfs ruime aanbiedingen van 'afftand voorgefiagen, maar men had 'er in Lisbon geene ooren naa: den feilen Oorlog met Engeland, was oorzaak, dat men de Portugeezen door geen krachtdadiger middelen tot rede brachr, en de gewichtige bezittingen in de Brazll, aan hun ten prooije liet. Daar de onnoemelijke kosten die 'er tot het voeren van dien verderffelijken Oorlóg verfpild werden, 's Lands Schatkist^ tot den bodem ledigde en alle Inkomften op-lokte, was men niet alleen buiten (laat, om eene behoorlijke macht derwaards aftezenden, maar men verzuimde zelfs, de ongelukkige Ingezetenen in die Gewesten, van de noodzaaklijkfte p 4 Oor-  344 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE üorlogs- en Mondbehoeften te voorzi n , waar door zij in de grootfte ellende gedompeld werden. 'Er was reeds in den Zomer des jaars 1653, eenen der Raaden van de Braztl hier te Lande aangekomen, om den ellenéigen toeftmd v^in zaaken aldaar, aan de Staaten openteleggen , en op krachtdadige hulp en onderftand aan tc dringen , doch men had 'er geene ooren naa , alles wat men bijeenbrengen kon, oordeelde men tegen de Engelfchen te moeten gebruiken, dus bleef die rijke bezitting in den weerloosten ftaat, en zij, die 'er het bevel voerden , werden reeds in den aanvang des jaars 1604. gedrongen, de geheele BraziJ aan de Portugeezen afteftaan. Drie der voornaamfle gezaghebberen werden als zoo veele Jobsboden naar het Vaderland gezonden , om 'er die droeve maare over te brengen, cn nu moesten zij het droevig onheil, dat door een fchandelijk verzuim hier te Lande veroorzaakt was , met het verlies van hunne Vrijheid boeten. Na veel twistens, voor wien zij te recht (laan moesten, werd de voornaamftc Bevelhebber , door een Krijgs-  DER VADER'L. GESCHIEDENISSEN, 345 Krijgsraad, met verbeurdverklaring van zijne verdiende wedde gcftraft, en hij en de drie anderen, eerlange ontilagen. Intusfthen gaf de Vrede, tusfchen dezen Staat, en Kromwel gefloten, aan den laatstgenoemden de handen ruim, om den Spanjaarden den Oorlog aan te doen. De onlusten tusfchen Spanje cn Engeland, fints eenen geruimen tijd on titaan , had men door onderhandelingen trachten te ftillen, doch nu namen zij een einde, en de Engelfchen bemachtigden in Meij des jaars 1655, het Eiland Jamaika. Dezen Oorlog gaf aan de eene zijde aan de Hollanders het voordeel, dat zij, den handel op Spanje, die de Engelfchen dreven, voor een groot deel meester werden , maar, daar Krommel zich nader met Vrankrijk verbond, en een verdrag met hetzelve floot, werden de uitzichten aan den anderen kant , hier door niet weinig verdonkerd. De oude wrok over het flutten van den Munflerfchen Vrede, zoo zeer tegen den zin der Franfchen, was men aldaar ten Hove nog niet vergeeten: en het Tractaat van Vrede, in het voorleden jaar met P 5 En-  346 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Engeland gefloten , zonder dat men 'er de Franfchen in gekent had, had het misnoegen tegen dezen Staat aanmerkelijk vermeerderd. Dit bleek duidelijk, niet alleen door het terugroepen van den Franfchen Gezant uit den Haage, maar vooral door de maatregelen die men in Frankrijk nam , zoo door het toelaaten van veele kaperijen, als door het invoeren van drukkende belastingen, ten nadeele van den Nederlandfchen Koophandel. Hoe zeer de Staaten hier over klaagde , het was vergeefsch , zij werden niet gehoord: en dit zelfde had ook plaats in Engeland, alwaar men ongezind bleef, om het beloofde verdrag van Zeevaart in werking t«»brengen. In deezen ftand der dingen begonden 'er ook zwarte wolken in het Noorden van Europa, op een te pakken; Karei Gustaaf, de Zweedfche Kroon verkregen hebbende, fitoeg het beleg voor Breemen : zij verzocht, om het belang van den Koophandel , or>derftand van de Staaten, doch men kon dezelven niet geeven , waarom men het gefchi! met Zweeden wilde bemiddelen, doch 1 de  DER VA DER L, GESCHIEDENISSEN. 347 de Koning weigerde dit. Men kon uit dit gedrag des Konings reeds bemerken, dar bij ten opzichte van deezen Staat niet gunftig dacht, en dit ongenoegen vermeerderde niet weinig , toen de Stapten zich mengden in den twist, die 'er tusfchen Karei Gustaafen de Pooien ontftaan was, waarbij de Staaten partij koozen, ten voordeele van de Jaatften. De hachelijke toeftand waarin Poolen cn de Landen van den Keurvorst van Brandenburg geraakten , door de overwinning der Zweeden, deed de Staaten befluiten tot bet uitrusten eener Vloot , ter beveiliging va* den Noordfchen handel, zij werd niet eerder tot dac einde gebruikt, dan in het volgende jaar, waarom wij, alvorens dit te verhalen, den toeftand tafi zaaken h:er te Lande, en elders befchouwen zullen. Irr Holland heerfchte thans eene fchijnbaare rust* de mtt , die hier eenen grooten invloed had, volgde het voorbeeld van Oldenbamo. veld in vroeger dagen, en zorgde met allen ijver, dat 'er bij fterfgevallen , of jaarlijkfolie veranderingen van de Sred-'Uïe Regeeringen , de zoogenaamde Liefbsbbers der Vrij* p * bad  34t' BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE heid , op het kusfen raakten; door welk middel hij altoos zeker was , dat zijne vocrfteilen ter Staatsvergadering van Holland gecnen tegenftand ondervonden. Maar in de overige Gewesten was de geest van onrust, allerwegen zichtbaar, nergens liep dit echter hooger, dan in Overijsfel, alwaar een volftrekce fcheuring onder de Staatsleden plaats vond, waar van het eene deel te Zwolle, en het andere deel te Deventer bijéénkwam. De twist, ontftaan over de verkiezing van eenen Drosfaard van Twentbe, verwandelde in die over het al of niet aanftellen van den Prins van Oranje tot Stadhouder, en liep zoo hoog , dat de partijen zich tegen elkander wapenden. Die Leden, die zich te Deventer faamenvoegden , wilden die aanftelling niet gedogen , terwijl die van Zwolle , de verkiezing dadelijk ten uitvoer brachten. De Staaten van Holland hadden te veel belang bij dien twist, dan dat zij daarin zich niet zouden mengen, en wat was natuurlijker, dan dat zij dc Staatsleden die te Deventer bijéénkwamen, op alle moogeÜjke wijzen de band leenden? De beide par-  DER VADERT, GESCHIEDENISSEN. 349 partijen klaagden heftiglijk, en brachten het verfchil ter Vergadering van Holland, daar ' de Leden niet eenparig over het Huk dachten , doch raadden de beide partijen , het ' verfchil in der minne te vereffenen, mits dat de zaaken eerst herfteld werden in hunnen vorigen Haat. Het kwam vervolgens ter Vergadering van de Algemeene Staaten , doch deeze verfchilden weder met het gevoelen van Holland, en oordeelden dat de twisten wel konden bijgelegt worden , al bleef alles op den tegenwoordigen voet. Na veel twistens, werd eindelijk het verfchil verbleven aan de uitfpraak der Staaten van Holland, waarbij de aanflelling'van den Prins, als niet gedaan, werd aangemerkt, en voorts eenige fekikkingen beraamd, op de waarneeming en begeving van verfchcidene' Ampten in het Overijsfeifche Gewest, waar in de beide partijen genoegen namen, en dus werd de oude vriendfchap, onder de Leden wederom herfteld. Nauwiijks waren deeze onlusten in Overijsfel geftilt , of 'er ontftond weder eenen anderen twist, die mede uit dezelfde bron P 7 oor-  350 BEKNOPT IHST01USCH HANDBOEKJE oorfprongelijk was , doch waar in alle de Gewesten betrokken waren. Zij werd geboren door het affterven van den Heer van Brederode , die de waardigheid van Veldmaarfchalk, bij het Leger van den Staat bekleed had. De Witt, en eenige anderen, waren van begrip, dat men dit Ampt behoorde te vernietigen, doch de meeste Gewesten ftonden in een ander gevoelen: maar de maatregulen, die door de Staaten van Holland, op dien tijd ter hand genomen werden, en veel gefchillen onder de Bondgenooten veroorzaakten , hadden eindelijk dat gevolg, dat 'er voor als nog, niemand tot die waardigheid verheven werd. Zij meenden dit te fterker te moeten doordrijven, ten einde aan het Engelfche Bewind toch geene de minfte reden van achterdocht of ongenoegen te geeven , en zij wisten dat de benoeming van eenen Veldmaarfchalk door Kromwel afgekeurd werd. Onbegrijpelijke kruiperij voor zulk eenen trotfchen Nabuur, die men thans naar de oogen zag, en door den invloed van weinigen, hier te Lande, alles naar zijne inzichten dwingen kon, en on-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN» tfl onder dit alles nalatig bleef, om aan zijne verplichtingen, bij het Vredestraktaat bedongen, ten aanziene van het verdrag van Zeevaart te voldoen. Dus liep het jaar 1655. ten einde: naauwlijks had het volgende een begin genomen, toen de onlusten in het Noorden, nieuwe zwarigheden veroorzaakten. Wij zagen hier boven, dat de Staaten zich ter Zee wapenden, om de voortgangen der Zweeden, in Poelen te fluiten, en den handel in de Oostzee re befchermen. Alvorens men tot het uiterfte kwam, werden 'er twee bezendingen benoemd , waar van de eene naar Zweeden, de andere naar Deenmarken vertrok , dié het 200 verre brachten, dat de vijandelijkheden in dat deer der wereld nog gedempt werden ; ten zelfden tijde, liep % Lands Vloot, onder bevel van den Lieutenant Admiraal Opdam (die in plaats van Tromp aangefteld was) in Zee, en zette cours naar de Zond. Zijne Vloot, twee en-veertig Schepen ftetk, gaf niet weinig moed aan den Koning van Deenmarken, die voor een beleg van zijne Refidentieftad , door de Zweden, zeer beang- ftigd-  352 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE ftigd was. Opdam, de Koopvaarders in veiligheid door de Zond geleid hebbende, verliet voor een korte poos zijn Schip , cn reisde over Land naar Koppenhagen, daar hij met veele achting ontfaogen, en met de Ridderorde van den Olifant vereerd werd. In de Vloot terug gekeerd zijnde, wendde hij den cours naar Dantzig, en belette daar door den toeleg der Zweeden, om het beleg voor die Stad te flaan. De Admiraal de Ruiter, die in het voorgaande jaar de Vlag van den Staat in de IVUddelandfche Zee had doen eerbiedigen, en aanmerkelijke voordeden op de Turkfche Rovers behaald had , werd nu wederom derwaards afgezonden, ten einde, de geweldenarijen der Franfche Kapers te beteugelen, en de Engelfche en Deenfche Schepen te befchermen. iNiettegenltaande dit bewijs van vriendfchap, gingen de Engelfchen hunnen gang, met het onderzoeken der Hollandfche Koopvaarders, in volle Zee j en fchoon de Admiraliteit van Amflerdam, aan ie Ruiter heimelijken lastgegeven had, om zulks te beletten, werd zij naderhand door de  DER VA DE RL. GESCHIEDENISSEN. 353 de, Staaten ingetrokken. Het duurde niet lang, of de Ruiter ontmoette twee Franfche Kapers , die verfcheiden Koopvaarders genomen hadden , hij maakte 'er zich meester van, het welk het ongenoegen in Frankrijk niet weinig vermeerderde, alwaar men in het begin des jaars 165?. alle de Schepen en Goederen der Nederlanderen in beflag nam , en vergoeding eischte voor de twee genomen Kaperfchepen, benevens eene voorbeeldige ftraf aan de Ruiter. De Staaten, niet gezind, om aan die onbillijke eisfchen te voldoen, lagen daarop hier te lande beflag op alle Franfche goederen , zij ■verboden ook den invoer van Franfche waaren, cn vielen op het denkbeeld, om zelfs de Havenen van dat Rijk te bezetten. De Franfche Ambasfadcur , dit fier en moedig gedrag der Staaten ziende, gaf toen te verliaan , dac het verfchil zou vereffend zijn, wanneer men de twee genomen Kaperfchepen terug gaf: doch hier toe wilde men volürekt niet beOuiten: men vertoonde dea Koning, hoe vte: fchade hier te Lande door de Kaperijen geleden was, daar men in ne- gei  354 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE gen jaaren tijds, den Ingezeetcnen 328 Schepen ontnomen had. Men weigerde dus aan 's Konings eisch te voldoen, en alle Franfche Schepen en goederen werden dadelijk in beflag genomen. Dit deed den hoogmoed der Franfchen bukken : zij beloofden aan de begeerte der Staaten te voldoen; een verdrag van Zeevaart te fluiten, en 'de Hollanders niet langer te kwellen met drukkende belastingen , waarop de Staaten de twee Kaperfchepen deeden te rug geeven , en het wederzijds beflag opgeheven werd. Dit onweêr afgedreven zijnde , befloot men de trouwlooze Portugeezen , bunnen gewelddadigen handel in de Brazil betoond, betaald te zetten. Ten dien einde vertrokken twee Gezanten naar Liskon, vergezeld met eene Vloot, onder bevel van den Heer van Wasfcnaar Opdam , die zich voor de Rivier de Taag ankerde. Ter gehoor bij de Koninginne toegelaten zijnde , vertoonden zij de fchade den Nederlanderen toegebracht, en eischten terug, niet alleen het ontnomen Land, Gefchut en Krijgsbehoeften, maar ook binnen zes jaaren 2000 üsfen, 1000 Koei- 1 jen,  »ER VADERL. GESCHIEDENISSEN, 355 jen , en 300 Paarden. Voorts binnen zes maanden 600,000 Guldens in geld, en 15,000 kisten met Suiker, alles in voldoening van Schulden en Intresfen. De Koninginne moest binnen veertien dagen bericht geeven , of men zou vertrekken: doch deeze was derwijze gebelgd over de eisfchen der Staatfchen , dat men oogenbliklijk de Vloot in ftaat ftelde , en de Staatfche Vloot in beflag nam, verklarende niet in ftaat te zijn ©m de Brazil terug te geeven, doch te gelijk aanbiedende de waarde in geld te willen geeven. De Franfchen boden zich wel als bemiddelaars aan , om den Oorlog te voorkomen, doch de Staaten wezen het van de hand, en deeden eene Oorlogsverklaring uitgaan, niet dan tegen den zin van Vries* land, welk Gewest van begrip was, dat men die Vredebreuk niet ten koste van het algemeene Bondgenootschap had behoren aantegaan, daar de Gewesten geen aandeel hadden in de West-Indifche Maatfchappij. De Portugeezen geen kans ziende, om de macht der Staaten te keeren, befloten hunne Oorlogfchepen en Koopvaarders binnen dc Havens.  35<5 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE vens te houden, waardoor allen handel flille ftond , en 's Lands Vloot, onder Wasfènaar Opdam in Zee geftoken, de gelegenheid benam , eenige gewichtige voordeden te behaalen. Alles wat zij op dien tocht konden doen , was het neemen van 15 Schepen , geladen met Suiker, en bchoorende tot de Bra^ilfcne Vloot, die door Opdam genomen werden, en eerlange in het Vaderland aankwamen. Terwijl dit alles gebeurde, was het Oorlogsvuur met nieuwe woede uitgebarsten, tusfchen de Zweeden en de Decnen, waarbij den Hollandfchen Koophandel niet weinig belang had: de Zweeden hadden zulke gewichtige voordeden behaald , dat de Staaten eene afwending nodig keurde , en ten dien einde, de Heer van Wasfènaar Opdam , met eene Vloot" Van 35 Schepen naar Koppenhagen zonden, met last om de Deenen bijteftaan , en den Koophandel in de Oost-Zee te befchermen. In de Zond gekomen zijnde, werd zij uit de Sloteft Kronenburg en Elzenburg, vinnig befchoten, en raakte eerlang met de Zweedfche Vloot oa-  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 357 onder bevel van Wrange!, flaags, waar bij de Staatfche Vloot de overwinning behaalde. De Zweeden verloren hier u Schepen, die genomen of vernield werden, en meer dan duizend dooden : de Staatfchen verloren Hechts een Schip, en vierhonderd Man. Ongelukkig dat de dappere Vice Admiraaleu Witte Kernelisztên de Witte , en Pieter Flo* riszoon, hier het leven laaten moesten. De Zweeden ontweken naa zes uuren vechtens, den ftrijd , en zeker zouden de Staatfchen hun den volgenden dag wederom op het lijf gevallen zijn, had wind en ftroom zulks niet verhinderd: het jaargetijde reeds verre verlopen zijnde, kreeg Wasfènaar bevel om in Deenmarken te overwinteren, terwijl de Staaten befloten in het volgend voorjaar van 1659. nog een Vloot derwaards te zenden, onder bevel van den Admiraal de Ruiter. Het liep aan tot in Meij, eer deze in gereedheid was, om Zee te kiezen: zij kwam behouden in de Belt, en verêênigde zich bij het Eiland Funen, met die onder Wasfènaar, waar door de Nederlandfche Vloot, au uit bijria So Oorlogfchepen beftond,. be- hal-  358 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE halven de Branders en Galjooten, ook was zij bemand met 17,000 Man, zoo Soldaaten als Matroozen. Na hier eenigen tijd gekruist te hebben, zette men cours naar Koppenhagen, alwaar de Zweedfche Vloot zich onthield, doch deeze nam de wijk, en toen verêênigde zich de Deenfche Vloot met de Staatfche , en keerde te rug naar de Belt. De Admiraal Wasfènaar Opdam fcheidde daar op zich met 20 Schepen van de Vloot, en keerde naar het Vaderland te rug, doch de Ruiter ontnam de Zweden de fterkte Nijborg, overwinterde in Deenmarken , bezette de Zweedfche Vloot binnen de Haven van Landskroon, hetwelk alles ten gevolge had, dat de Vrede tusfchen deeze twee Noordfche Rijken gefloten , en den Koophandel der Nederlanderen voor alle onheilen beveiligd werd. De Ruiter werd in Deenmarken tot den Adelftand verheven, en keerde in Herfstmaand des jaars iöó'o. in het Vaderland te rug, alwaar hij als de Herfteller der rust in het Noorden , van elk begroet en verwelkomt werd. Een geheel ander lot trof de trotfche Krom-    DER VAD E RL. GESCHIEDENISSEN. 359 Kromwel in Engeland. Te vergeefsch had bij getracht naar de Engelfche Kroon, welk hem wel aangeboden was, doch echter op raad zijner vrienden, door hem afgewezen werd. Dit leed ging hem derwijze ter harte , dat hij in eenen kwijnenden toeftand geraakte , en naa eenige Maanden zukkelens overleed. Zijn Zoon Ricbard volgde hem wel op in het bewind, doch het was Hechts voor eenen korten tijd, want deeze werd eerlange, door het Parlement en de hoofden van het Leger afgezet, waar door den weg gebaand werd , tot de herftelling van de Koninglijkc waardigheid , en de bevoordering van Karei de Ilde. De Gezant Nieuw, poort , van deeze . gelegenheid gebruik makende, drong nu fterk aan, op het vernietigen der drukkende Aftte ten veordeele der Scheepvaart , door Kromwel ingefteld, doch men had 'er geene ooren naa, zoo min als naar zijne klachten over de geweldenarijen der Engelfchen, ten aanziene van de Nederlandfche Koopvaarders, of na het fluiten van den Vrede zoo dikwils beloofd, doch die onder allerhande voorwendf'elen uitgefteld werd. Ik-  360 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE Integendeel beklaagden de Engelfchen zich over de handelwijze der Nederlsnderen in de Oost-Indien, ter oorzaake, dat dc laastgenoemden drie Schepen overmeesterd hadden van de eerften ; om hun te ftrafTen over den onderftand die zij verleenden aan de Koning van Bantam, ten na deel e van de Nederlandfche Maatfchappij, Nauwiiiks was dit geval in Engeland ruchtbaar geworden, of de Engelfche Gezant Bozvning kreeg in last, om de Schepen terug te eisfchen, en de Maatfchappij werd genoodzaakt de waarde der genomen Schepen ter fomma van 50,375 ponden Sterlings, aan de Engelfchen te vergoeden; een fpreekend bewijs, hoe zeer men hier te Lande, het Engelsen Parlement, naar de oogen zag, dat de voetftappen drukken bleef van den fnooden Kromwel, in het bensdeelen ven den Koophandel en Zeevaart dezer Landen. Dat alle Regeeringsformen , gegrond op list, verraad en geweld, onbeftendig en kort van duuring zijn, is eene ivnarheid, die, door alle tijden heen, bevestigd is, en door dc Engeifche overheerfchers, ook te dien tijde  DER VADER L. GESCHIEDENISSEN. 30'f éte ondervonden werd. Hoezeer men aldaar, naa den gepleegden moord aan Koning Karei, zich in het hoog Bewind gevestigd, en da KoningÜjke Waardigheid voor temvig vernietigd had ; zoo werd de toeftsnd van dat Rijk, fints de dood van Krom* wel, zoo wankelbaar , dat doorzichtigen al ras bemerkten, dat de Regeerwijze wel fpoedig tot den voorigen ftaat, wederom herfteld zoude worden. Niets was natuurlijker , dan dat men op deeze gebeurenis hier te Lande, het oog gevestigd had, en de verheffing van Karei de II. met vreeze te gemoet gezien werd , bij allen die de bevoordering des jongen Prinfen van Oranje, verhinderen wilden. Men begreep: dat als Karei de II. (die een eigen Broeder van 's Prinfen Moeder was,) den Engelfchen Troen bekwam, zulks lichtelijk zijne verheffing ten gevolge hebben kon, te meer daar de Prinfesfe Weduwe, fints eenen geruimen tijd, met haaren Broeder eenen vertrouwlijken omgang had, eerst in Parijs cn naderhand in Breda, alwaar de Koning zich dikwils vinden liet. Men zag dus die III. Deel. O x ge-  %6l BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE fcbeurtenis wel te gemoet, doch , d?ar men dc yn.ichc niet had, om het te verhinderen, rro.est raen zich ci;: getroosten. De invloed die dit jntv.sfchen hier. te Lande had, vercischt dat y/ü iiier bij een oogenblik ftiiftaan. De Generaal No;:k, die in Schotland over het Le$>er gebood, en heimelijk in Kareis belang was overgehaald, was het voornaame werktuig, waar door die gewichtige verandering :r:jcvocrd, en in den loop des jaars 1660. v\.*voerd werd. Onder voorwendfel, om ccn wankelenden toeftand des Engelfchen i'.i lemer.ts op beter voet te willen brer.g>rn, «rok Blonk met zijn Leger op, en kwam in jffa eland aan , alwaar hij eerlang een Parlement bijeenriep, dat meest uit KoningsgeEinden beftond,; hetwelk zoo'veel argwaan «n den Raadpenüonaris de Witt verwekte, dat hij opentliik verklaarde, dat de tegenwoordige Regeering van Engeland , niet in fiaivd blijven kon, zoo zij zich niet naamver verbond met deezen Staat. Daar het laarlle achter bleef, werd het cerfte ook fpoedig bewaarheid: want het nieuwe Parlement trad kort na deszelfs bijeenkomst, met Karei in OM-  DER VADERL, GESCHIEDENISSEN. 3Ö3 'onderhandeling, en op den 18 Meij werd hij reeds, met eenparigheid van Hemmen , zoo van het Hooger als Lagerhuis , tot Koning uitgeroepen. De Koning bevond zich te dien tijde te Breda , en ontiing aldaar de tijding van zijne verheffing , terwijl 'er in aller ijl een Vloot uit Engeland naar Stbeve-ningen overftak, om hem van daar met grocte prr.cht a^ehaalen. De Witt en zijne vrienden , hoe ongaarne zij dit zagen, ontveinsden echrer hot leed, dat hun zulks verwekte, en toonde zelfs voor het oog der wereld , in dat werk genoegen te neemen. Dc Algemeene' Staaten , en die van Holland + 'zonden nu plechtige Gezanten naar Breda, om den nieuwen Koning geluk te wenfeheri met zijne komst tot den Throon, en toen dï Vlöot voor Scbeveningen gekomen was, werd Karei in den Haage plechtftatig ingehaald. Verbazend onderfcheid zeker, wanneer men aanmerkt, dat diezelfde Staatsleden, den Koning, nog kort geleden, 'verhinderd hadden in zijne reize naar Vriesland, bij gelegenheid dat hij in hec geheim hier te Lande zich ophield. De Win, deed eene Q * def-  364 BEKNOPT HL'TORlSCil HANDBOEKJE deftige aanfpraak aan den Koning : die in zijn antwoord verklaarde , bereid te zijn, om met den Staat, een uaauwe verbintenis «antegaan. De Staaten van Holland, deeden den Koning, in vollen getale uitgeleide tot aan Scbeveningen, alwaar hij aan boord van één der Schepen gegaan zijnde, op den 2de van Zomermaand naar Engeland overftak , en op den <3fte daar aan volgende, de teugels van het bewind aanvaardde. De Staaten van Holland bevroedende, dat door dit alles eene aanmerkelijke verandering van zaaken kon te wcege gebracht worden, deeden den voorflag, aan de Algemeene Staaten, om een Cezantfchap naar Engeland te zenden; fpoedig werd hetzelve benoemd, zij kregen in last, om een naauw verbond van Vriendfchap , onderlinge Befcherming, en Zeevaart te fluiten, met den nieuwen Koning; ook befloot men ten zelfden tijde, tot het zenden van Gezanten naar Frankrijk en Spanje, met oogmerk om zich van de vriendfchap en hulpe dier beidé Hoven te verzeekeren, ingevalle het tot eene Vredebreuk met de Engelfchen komen mocht. Hoe  DER VADERL. GESCHIEDENISSEN. 365 Hoe zeer men den Koning hier te Lande naar de oogen had gezien, en met uitwendig eerbetoon overladen had; hoezeer de Koning zich bereid toonde , om zich op nieuw aan den Staat te verbinden; zoo was men in den Haage niet onkundig , dat hij t' onvrede was, over het beftuur van zaaken , dat fints eenige jaaren plaats genomen had : hij was bijzonder misnoegd op de Staaten van Holland, die Kromwel zoo zeer naar de oogen gezien hadden, en de voornaamfle doordrijvers waren, dat zijnen Neeve, den Prins van Oranje , buiten alle Ampten en Bedieningen gefloten was , en omtrent diens bevoordering was de Koning niet onveiTcbülig. Dit was duidelijk gebleken, toen hij affcheid van de Staaten van Holland nam , en de Princesfe zijne Zuster, benevens den Prins zijnen Neeve , op de ernftigfte wijze aanbeval, en verzocht dat men hen wilde gunftig zijn. De Witt, had hier op wel in beleefde, doch algemeene termen geantwoord: ,, dat men aan de verwachting „ van zijne Majefteit zou trachten te vol„ doen, zoo uit eerbied voor hem, en achQ 3 j, ting  $66 BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE „ ting en genegenheid voor de Princesfc, ais uit erkentenis voor de bewezene dien„ ften van 's Prinfen voorouderen;" maar het vervolg deed echter zien, dat de Staaten van Holland, volftrekt ongezind waren , om ten'aanziene van dit punt, den nieuwen Koning te wille te zijn. De Witt 'geen verrekijker nodig hebbende, om te 'voorzien, dat de heimelijke wrok van Karel, wel fpoedig tot openbare vijandfchap zou overslaan, trachtte dat onheil' zoo veel -hem moog'ijk was te verminderen, door de Staaten aan te raaden, tot het aSrigiutn van ■nieuwe verbindtenisfen met V>anltrljk en Spanje, te meer daar rnen in Engeland , fints de verandering van zaaken, op Vrede mét Spanje bedacht was: en nu vertrokken naar elk der genoemde Rijken , eenige Gevolmachtigden , waar door een geheel nieuw veld van (taalkundige belangen'cn handelingen geopend werd. Ten zelfde tijde poogde men ook den Oorlog met Portugal zich wan den balze te fchuiven, door het in onderhandeling treden met den Graave van MlramAa; de Staaten van Holland ontwierpen een ver-  DER VAÜERL< GESCHIEDENISSEN. $6?- verdrag des wegens, doch de meeste Gewesten hadden 'er geen genoegen in , zoo men het rijke Brazil misfen moest. De onderhandelingen werden echter voortgezet,, en men kwam eerlang over een, dat Brazil ?an de Portugeezen blijven zou, doch dat de Staaten daarentegen acht IVIiilioenen , in geld of waaren, voor dien afftand geniétenzouden, waarop de Vrede eerlang gefloten. Vftnff")?9. sb Iow. neb iVwiawv^ jant nba Intusfehen dat dit alles gebeurde, ondervond men in Frankrijk veel tegenftands in het werk der handeling : men klaagde daar nog over het fluiten van den Munflerfchen Vrede, en deed 'er de overdrevendfle cisfchen, die alle hoop op eenen goeden uitflag twijfelachtig maakten. Men was ongezind om de Staaten te handhaven , in het bezit , van eenige plaatfen ; men begeerde het Vatgeld niet aftefchaffen; ook wilde men de Staaten niet behulpfaam zijn, in bet ftuk van de Visfcherij. Drie voornaame punten waar op men aan deeze zijde aandrong, doch waar naa men in Frankrijk geene ooren wendde. Naa veel en lang twisten, trof Q 4 men  g6S BEKNOPT HISTORISCH HANDBOEKJE men in de maand April des jaars 1662, het verdrag, het welk zoo zeer tegen den zin van Karei de II. was, dat hij verklaarde: dat hem niets meer aan het hart ging , dan dat men in Vrankrijk , meer achting vtor de Witt, en zijnen aanhang, bad, dan voor hem. Het duurde ook niet lang, of hij toonde'er zijn misnoegen om, fchoon de ondervinding al ras deed zien, dat niet zoo zeer dit fluiten met Frankrijk, dan wel, de tegenftand tegen 's Prinfen verheffing in Holland , de waare rede van 's Konings woede opleverde, en dezen Staat in eenen allerverderffeïijkften Zee-oorlog inwikkelde, zoo als wij in de volgende Afdeeling nader ontvouwen zullen. Einde des Derden Deels»