GESCHI E D E N I S DER. VEREENIGDE NEDERLANDEN, NEVENS DE VOORNAAMSTE GEBEURTENISSEN " 1 N EUROPA, ZEDERT DE OORLOGS - VERKLARING DER FRANSCIIEN AAN ENGELAND EN WILLEM DEN VIJFDEN , TOT DE VESTIGING DER EENE EN ONVERDEELDE BATAAFSCHE REPUBLIEK, IN 1798.   GESCHIEDENIS dei" V E REEK I G 13 E N E BEiLA^I IJ E N, Nevens de vo omaamfte gebeurtem sfen m E XJ H O P A. . DOOK C . ZIILJiSEE. DEBDE BEEl . . Iii den H AACK, "bij J . C . LEEU "WE S T IJ N . MBCCXCIX . e   INHOUD der HOOFDSTUKKEN van HET DERDE DEEL. ZEVENDE HOOFDSTUK. Het voorgevallene na de overgave van Brusfel tot de bmagtigmg van 's Bosch. . , bladZt , AGTSTE HOOFDSTUK. Inwendige JJaat der Republiek en krijgsverrigtingen. tot de innèeming van Nymvvegen. 40 NE-  INHOUD dek. HOOFDSTUKKEN. NEGENDE HOOFDSTUK. Cebeurtenisfen tot de inneeming van Utrecht en Holland blz. 99 TIENDE HOOFDSUK. Omwenteling in Gelderland, en in de verdere overige gedeelten onzer Republiek, . . • 3*3 BERICHT voor den BINDER. 'tPourtrait van den Luitenant Colonel Krayenhoff, te plaatfen tegen over bladz. 141 Imkomst der Franfche husfaaren te Jmfierdam, te plaatfen tegen over bladz. 147 ZE-  ZEVENDE HOOFDSTUK. Het voorgevallene na de overgave van Brusfel tot de lemagtiging van 's Bosch. ï X-t beraamd Plan der Franfchen, om niet het middenpunt der vijandlijken legers, maar wel derzelver vleugels aantetasten, en, indien mogelijk, hen den terugtogt aftefnijden, door de vereeniging der Sambre- met de Noord-Armée, heb ik bereids in het voorige Hoofdftuk aangewezen. Daar men voorheen nooit eenige legers liet doordringen, voor en alè'er zij de gevestigde fteden agter zich hadden ingenomen, weeken, vooral de Franfchen van dezen regel af, zetten hunne overwinningen voort, en berenden alleen de agter zich gelaten vestingen, als verzekerd, dat de fterkst gevestigde fteden, zonder onderfteuning van overwinnende legers, eindelijk zich aan den overwinnaar te velde moeten onderwerpen; en van daar dat de Franfchen in de oorlogen tegen hunne vijanden, zulke reuzen ftappen deeden. Het is waar, men kan aan den anderen kant niet ontkennen, dat, daar hunne vijanden Landrecy, Quesnoy, Valenciennes en Condé met talrijk guarnifoen bezet hadden, het verlies van weinige veldflagen, door de III. peel. A vijan» Plan der Franfcbtn, Aanmerking.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. vijanden in het bezit hunner voornaamfte vestingen te laaterf, hen in korten tijd in de ongelukkige omstandigheden gebragt zou hebben, 'van hunne wapenen tot in het hart van Frankrijk te brengen; maar wilden de Franfchen hunne vrijheid gevestigd zien, dan moesten zij ook daaden verrigten, daar eene ftoute dapperheid zegevierde over de krijgskundigfte, en wel beraamde plannen hunner vijanden. Eene natie als de Franfche, bezield met de fterkfte geestdrift voor de vrijheid, was alleen in ftaat, om in die gevallen wonderen te doen, welke hunne vijanden verfchrikten, en hunnen roem onfterflijk maakten; want hoe zeer de Keizerlijke troepen, gelijk ook die van veele andere der tegen de Franfchen vereenigde magten, de geücflendfte krijgsbenden van Europa mogten geacht worden te zijn, zo waren en bleven zij toch huurlingen, die niet vrijwillig, maar veel al gedwongen tot den krijg, ten ftiijde trokken , en dit onderfcheid gaf ecu groot overwigt aanvde zijde der Franfchen. Ja! hunne voortgangen zouden nog fterker zijn geweest, indien de commisfarisfen over de behoeften der legers werk/aamer geweest waren, om op zijn tijd en plaats de behoeften voor de legers aantevoeren. Dan , deze waren meestal fortuinzoekers, die niet anders bedoelden dan zich te verrijken ten kosten der overwonnen volken, en bij wien men voor geld alles  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN* 5 les afkoopen kon de, tot zelfs de in requifitle gefielde goederen, - zo dat de legers dikwijls gebrek aan noodwendigheden hadden, hei welk geene geringe vertraaging aan de krifgsh verrigtingen gaf* te meer daar een vlugtende vijand zelden veel agter laat* Na de overwinning van Fleurie moesten de vereenigde legers Landrecy, Quesnoy, Valenchnnes en Condé aan haar noodlot overlaaten* die fteden door de Franfchen laaten berennen * en ftad voor ftad in Belgiën verhaten, daar intusfchen de Hollandjche, Engelfche en Hanover* fche troepen de wijk naar het grondgebied der generaliteit namen, terwijl de keizerlijken agter de maas retireerden, om des noods van den overtogt des rhijns niet afgefneeden te worden. En de Pruisfcn, benevens de rijksarmee, en OostennjUn werden ten zeiven tijde aan den boven rhijn, usfchen den Moezel en Rhijn, op alle punten dooi de Franfchen aangevallen, en uit hunne ftandplaatfen gedrongen, met dit gevolg, dat de rijks troepen en Oostenrijkers gedeeltelijk over der rhijn, en de Pruisfen naar Bientz weeken. Triei moest voor brandfehatting een miilioen livjre: opbrengen, benevens 4000 paaren kou fen, ei even veel paaren fchoenen, doch de gecstelijkei en meer andere gegoede burgers hadden me hun geld en kostbaarc goederen de wijk genomen De Engelfchsn hielden te Waellem, kort bi Mechelen, agter een fprong van de fchelde, no| A 3 ftand Bevfrining van Landttcy y Oucmoy , P"alincienntt en Cundé. t l i  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Vlugt tTe Engelfchtn TaatAntwir f». ftand, betwistten aldaar den overtogt der Franfchen bij de brug, doch zodra zij te Lier geen ftand konden houden, moesten zij ook Waellem c verlaaten, en namen ijlings de vlugt naar • Antwerpen, eene ftad die zedert eenigen tijd haar' voorigen luister fcheen te herneemen, want door het aanleggen der magazijnen, toevoer van al het noodige voor de legers, geleek de fchelde naar het Y te Amflerdam. Deze rivier de vaarbaarfte van Europa, maar welke op andere tijden, om dat zij gefloten werd gehouden, weinig of niet bevaaren werd, lag nu zodanig vol met fchepen, die telkens af- en aanvoeren, dat men naauwlijks tusfchen de masten kon heen zien. Zedert eenige dagen was ook de bagagie en fleep van het Engelfche leger aldaar op het plein voor het kasteel geplaatst, maar zodra kwam het leger zelf niet van Waellem vlugten, of de fchepen ligtten hunne ankers, de Engelfchen braken op, ftaken hun hooi- en haver-magazijn, van eenige millioenen waarde, in brand, vervoerden hun groot hospitaal van wel 16 a 1800 gekwetften, en eene fombre ftilte vervong het voorheen fterk gewoel in de ftad en op de rivier, tot dat de Franfchen binnen trokken; doch alvoorens deze kwamen, hadden ook veelen der rijkfte burgers van die ftad de vlugt naar tlolland en Buitschland genomen, en welker huizen daar op daadelijk door de Franfchen bezet werden, gelijk zij in alle fteden van Bel' giën,  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. giën deedcn. Onbefchrijfelijk was 't, de vlugt te zien der geëmigreerde Franfche priesters, die zich veelal in Antwerpen hadden neergezet, aldaar hun onderhoud van de vermogende burgers en geestelijken, (doch van de laatsten wel het minde) verkreegen; deze alle moesten de wijk naar de vereenigde gewesten neemen. Als natuurgenooten was hun lot gewis te beklaagen, te meer, daar zij voorheen het vette der aarde genooten hadden, en nu in de grootfte armoede moesten omzwerven. Landreep gaf zich op den 15 Julij met haare bezetting van 2000 man op discretie over; en hoe fterk de verliezen der vereenigde magten waren, bleek aan de dringende oproeping, welke de Prins van Coburg deed aan Duitschlands ingezetenen. Duitfche Broeders en Vrienden! „ Onze dappere krijgsheiren hebben de vrugt„ baarde velden verhaten, alwaar zij in drie „ bloedige veldtogten den hardden kamp heb„ ben geftreeden, om u, uwe eigendommen, „ de rust uwes levens, de zekerheid uwer vel„ den, de behouding van uwen godsdienst, het „ geluk uwer kinderen, den rijkdom uwer „ bloeiende provinciën, van den ondergang en „ vernieling te redden ; alwaar zij den roem hun„ ner wapenen, met eene edele opoffering van hun „ bloed en vermogen, met agterlating van alle n die dierbaare panden, welke ver af gelegen As » vol 5 Vlugt der Franfeb» énigranten. Laniricj jeeft zich ottt. OproepinS fel' burei 8 van Duiticb i land.  6 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ volken, even gelijk u, aan hunne vader* „ landfche woonfteden vasthechten, en met vrij„ willige opoffering van huisfelijk geluk , den tijd s, van drie jaaren bloedig gevochten hebben. Hier ftaan zij nu verzwakt, maar niet ovcrwon,, nen; door den óngelijken ftrijd vermoeid, „ maar niet door kleinmoedigheid of wanhoop. „ vernederd, als een voormuur der Duhfche „ vrijheid , tot befcherming van uwen gods„ dienst, van uwe wetten en familiën. De maas is de grensfcheiding tusfchen verderf en red* „ ding, omkeering en behouding, ellendeen ge„ lukzaligheid, Op u, Duitfche broeders en „ vrienden! zal het aankomen, dat gij uwe red* „ ders in de mogelijkheid ftelf, om voor uwe 5, verdediging te leven en te fterven. „ lk zelf, een Duiisch Prins, op gelijke „ wijze voor het heil mijns vaderlands en voor „ de behoudenis mijner krijgslieden bezorgd, „ roepe u op : bezorgt ons levensmiddelen; „ brengt ons voorraad uit uwe fchuuren; denkt, „ bij den moeilijken toevoer, dat gij uwe toe* „ komende oogften thuis brengt; deelt uwe be„ zuinigingen met ons ; befteedt de fchatten uwer „ kerken tot ons onderhoud; geeft uwe zilveren „ vaten den Keizer, op dat hij uwe verdedigers „ bezoldigc. Gij ontvangt zijne deugdzaame fchuldbrieven daar voor, en geniet de renten „ uwer beweezene hulp. „ Herftelt de afgeleide bronnen van Belgen, s> die  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ? „ die nu voor onze vijanden ftroomen; verbindt „ en verzorgt nog fteeds met liefdaadigheid on„ ze gekwetften en zieken. ,, Staat op! gij trouwe bewooners der fchoo„ ne landen aan den rhijn en moezel! wapent „ u, gij ftrijdbaare mannen! bezet uwe rivieren „ en posten; dekt onze tranfporten; bewaakt „ onze magazijnen ! ftaat op bij duizenden, en „ ftrijdt met ons voor uwe altaaren, uwe haard„ fteden, uwen Keizer, uwe vrijheid! Wij „ zullen u nooit over de rivieren van uw va„ derland voeren; wij willen uwe provinciën „ niet ontvolken; maar gij zult onzen rug ver„ zekeren, en aan uwe grenzen waaken. „ Gewis, Du'ufchers! hebben wij ons in u ,, niet bedrogen, wij hebben ons vertrouwen /op „ Duitsch verfhnd en Duitsch bloed gezet. „ Drie jaaren heeft onze Keizer den zwaaren „ last gedraagen, cn afgelegen volken hebben „ voor uwe verdediging gevochten. Gij zult het „ inzien, dat de beurt thans ook aan u geko„ men is, om de wapenen optevatten. „ Dan belooven wij u, ik als aanvoerer van „ een getrouw, beproefd en dapper krijgsheir, in „ den naam van mijn volk, wij zullen ftrenge „ krijgstucht houden tot uwe redding; wij zul„ len den laatften druppel bloed voor uwe wel„ vaard opofferen; wij zullen voor u fterven, „ gelijk wij voor u willen vechten, en nooit „ zal het vrij gelukkig Duitschland den hals A 4 s, on-  i Aanmerking, GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ onder de guillotine buigen, noch zijne vreedzaame bewooners hunne edele zeden, bedaar„ de eenvouwigheid , eigendom verzekerende „ wetten, en vertroostenden godsdienst met de „ toomloosheid, het misdaadjg vernuft, de ge„ wettigde roofzucht en het gebooden ongeloof der Franken vernielen. ,, Maar zoudt gij zo ongelukkig zijn, om u, „ gelijk de bewooners van Belgiën , die thans „ in ellende zuchten, van hun eigendom, hunne „ vrijheid, hunne altaaren beroofd zijn, door „ heimelijke verleiders te laaten verblinden, dan ,, zien wij ons genoodzaakt, om over den rhijn „ te trekken, u aan de woede uwer vijanden „ bloot te ftellen, en, zonder fpaaring, u al dat „ geen te ontrukken, het welk de vijand tot „ zijn onderhoud zou kunnen vinden. „ In 't hoofdkwartier te Fouron Ie Comte 30 „ Julij 1794." (Was geteekend) CA . P f Crrtns lootwrc^ f Veldmarfchalk. Indien men geloof wilde flaan aan de fluweeIe pen der despooten, dan vocht men ter verdediging van haarditeden, vrijheid en godsdienst; maar de waereld is te verlicht, om zich zo lomp te laaten bedriegen, daar het immers bekend is, dat de Franfchen, tot dien tijd, flechts verdedigender wijze vochten, en hadden de verbondene mogendheden toen vrede met hun willen  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 9 ïen maaken, zouden zij geen de minfte opoffering hebben behoeven te doen; maar de halftarrigheid der verbondene vorfren, om de Franfche vrijheid te onder te brengen, heeft, bij verandering van de oorlogskans, het goed en bloed hunner onderdaanen doen verfpillen, en de Franfchen de gelegenheid gegeven, om door hunne roemrijke krijgsbedrijven hun gebied rondsomme uittebreiden, en veele volken van derzelver overheerfchend gezag te verlosfen, en daardoor tot hunne vrienden en bondgenobten te maaken. De gefchiedenisfen der volkeren leveren geene voorbeelden op van zulke uitgeftrekte overheerfchende plannen van ftaatkunde, als ten dezen tijde ender de voornaamfte hoven van Europa plaats hadden, en waardoor zij hunne volken ongelukkig, en hunne ftaatsfchulden onbetaalbaar maakten. De Keizerin van Rusland, de heerschzuchtigfte der gekroonde hoven, ondcrfteunde mede heimelijk de tegen Frankrijk verbondene mogendheden, niet om dat zij iets van de veroveringen op de Franfchen konde verkrijgen, maar om door de daarom gevoerde oorlogen haare geallieerden te verzwakken, ten einde zij vervolgens met te minder tegenftand haare uitgeftrekte plannen, ter uitbreiding van haar magt in 't zuider deel van Europa, konde volvoeren. Aan deze heerfcheresfe van het noorden, en aan het Engelsch ministerie heeft Europa alle haare rampen te wijten, en millioenen menfchen zijn, zedert A 5 noS  io GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, nog geene halve eeuw, aan de heerschzucht dier hoven opgeofferd, werkende dan eens heimelijk tegen, en dan weder met eikanderen, al naar dat hunne bijzondere belangen van elkander verfchilden. Ja, een ftaatkundige moet zich verwonderen over alle de tegenftrijdige veranderingen, welke 'er tusfchen de onderlinge verbindtenisfen der voornaamfte mogendheden van Europa, vooral bij het leven van de beerfcheresfe van 't Noorden, hebben plaats gehad. Hunne manifesten, daar zij haare gedragingen mede willen rechtvaardigen, zijn opgevuld met de fnoodfte drogredenen, alle zoeken zij, zo zij zeggen, het geluk van 't menschdom, ftrijden voor haardrteden, vrijheid en godsdienst, daar zij intusfchen van de waereld een moordtoneel maaien, de vrugtbaarfte landen en fteden verwoesten , alle welvaard verbannen, en het ganfche menschdom in een poel van rampen en ellende ftorten, en in die, voor God en menfchen veragtelijke daaden, ftelt men zijnen roem, een roem die vergroot wordt, in evenredigheid van de duizenden verflagenen, en den roof en buit, welken men daar bij behaalt. Rampzalig menschdom! zijt gij daarom bcfchaafd geworden, om uwe ongelukken te vermeerderen? ziet terug op de bewerkers uwer rampen en onheilen, op de overheerfchers der aarde, die u van een redelijk wezen tot een moorder en roover maaken! goddelijke en menfchelijke wetten roe-  GESCHIEDENIS bek. NEDERLANDEN. roepen u tot wraak over die monflers der heerschzucht; (leekt onderling uwe zwaarden in de fchede; volken! reikt eikanderen de hand van waare broederfchap toe, dan, en niet eer, zal uwe geluk - zon daagen, en der volken algemeen geluk volkomen worden. Terwijl de Franfche wapenen zegevierden op hunne vijanden, kreeg het Fransen Gouvernement een fchok, die van de allergevaarlijkfte gevolgen had kunnen zijn. De revolutionaire partij, die, onder haar hoofd, Robespierre, de fnoodfle gruwelen bedreef, en duizenden ongelukkige flagtoffers gemaakt had, verloor haar overheerfchend gezag. Het fchrikbewind, dat eeuwig een bloedvlek zal blijven in de gefchiedenis der Franfche omwenteling., nam een einde. Robespierre had zedert lang, met die van zijn aanhang, het fnoodst willekeurigst bewind gevoerd, en al wat zijne magt weêrflond voor verraaders befchuldigd en met de guillotine verpletterd. De revolutionaire rechtbank in Frankrijk, meest beflaande uit leden van zijn aanhang, handelde zo tijrannisch over alle die met hun in politieke denkbeelden verfchilden, als voorheen de Inquifitie omtrent de geweetensdwang. De gevangenisfen zaten vol, en daaglijks offerde zij duizenden ongelukkigen aan haar moordzwaard op. Hier door werd de vrijheid zelve gehaat, wier vijanden gelegenheid kreegen haar als het fnoodfle monfler aftemaalen. Gt- Val van liet chrikbcvvind, in ƒ>■«»/.rijk.  tê GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Gelukkig voor het menschdom, dat deze dwingelanden hun eigen val bewerkten, voornamelijk door hun bcfluit van 12 Juni}, waarbij alle leden der Conventie aan deze revolutionaire rechtbank onderworpen werden; veele leden verzetten zich'* daar tegen, hoewel vrugteloos, maar het opende de oogen des volks. Robespierre verloor zijne achting, veele zijner vrienden verlieten zijne partij. Hij verdedigde zich wel in 't openbaar tegen zijne befchuldigers, en verdomde hen in de club der Jacobijnen, maar in de Conventie kreeg- hij de minderheid. De Conventie betoonde zich in dat hagchelijkst tijdsgewrigt allerftandvastigst, en zonder dat zou de revolutionaire partij gezegepraald hebben; want, offchoon op de befchuldigingen tegen Robespierre en veelen van zijn aanhang door de Conventie tot perfooneele arresten befloten werd, en vervolgens de zaal uitgeleid werden, zo befchimpten zij de Conventie, noemende de leden daar van een rot van moordenaaren èn booswigten. Ja, de cipier van Luxemburg weigerde hen als gevangenen aanteneemen, en toen van daar naar de Municipaliteit van Parys gebragt wordende, werden zij daar broederlijk ontvangen, zelfs gaf men bevel om met gewapende magt de Conventie te omringen ; doch gelukkig wist de Conventie het volk op haare hand te krijgen, en zij gaf de volgende Proclamatie uit: De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 13 De Nationale Conventie aan het Franfche volk. „ Burgers ! midden onder de uitfteekendlte ,, zegepraalen wordt de Republiek met een nieuw „ gevaar bedreigd. Het is des te grooter, daar „ het publiek gevoelen gefchokt wordt, en een „ gedeelte der Burgeren, zich door het over„ wigt eeniger beroemde naanien ten afgrond „ laat vervoeren. De verrigtingen der Conven„ tie zijn onzichtbaar, en de moed der legers wordt niets, wanneer Franfche burgers eenige „ mannen in het vaderland tegen malkanderen „ willen opwinden. Perfooneeïe hartstochten beb„ ben de plaats van het publieke welzijn over„ weldigd; eenige hoofden der gewapende magt „ fchijnen het Nationaal Gezag te bedreigen. De „ revolutie Regeering, welke Frankrijks vijan. ,', den haaten , wordt midden onder ons aange„ rand. De form van het republikeins ver„ mogen is derzelver ondergang nabij; de „ ariftocratie fchijnt te zegevieren en de Ko„ ningsgezinden ftaan gereed om weder op te ,, komen. Burgers! wilt gij in eenen dag 6 „ jaaren van revolutie, van opofferingen, en ,, van moed verliezen? wilt gij onder het juk, „ dat gij verbroken hebt, weder keeren? gewis „ neen. De Conventie zal niet ophouden voor „ de rechten der publieke vrijheid te waaken. ,, Zij noodigt des de burgers van Parys om „ haar met derzelver vereeniging, met hun „ door-  i4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ doorzicht, en hunne vaderlandsliefde b'j te „ fpringen, ter behoudenis van het kostbaar „ pand door het Franfche volk aan de Stad „ toevertrouwd, en inzonderheid het lteeds eer,, zuchtige en dikwijls verweldigend militair ver„ mogen te bewaaken. De vrijheid is niets in „ dat land, waar het militair den burgerftand „ gebiedt; zo gij u- niet met de Conventie ver„ eenigt, zijn de magt-takken zonder ouderge,, fcKiktheid, en de legers zondeï leiding. De „ overwinningen worden een geesfel, en het „ Franfche volk is blootgeftcld aan de ganfche „ woede van inwendige twisten, en aan alle „ wraak van tijrannen. Hoordt na de ftemme des ,, vaderlands, in plaats van na't gefchreeuw van „ ariliocraten en van de vijanden des volks te luis„ teren, en het vaderland zal nogmaals gered zijn.'' Deze Proclamatie, met toejuiching des volks ontvangen zijnde, keerden de verleide troepen , welke de Conventie omringden, van hunne dooling te rug; het ftadhuis werd omfingeld, de muitelingen gevat, naar het committé van algemecne zekerheid gevoerd; de club der Jaco~ bï,nen gefloten en de fleutels daar van aan de Conventie ter hand gefteld. Robespierre ontving den 29 julij, met nog twee en twintig van zijn aanhang, 'savonds tusfchen 6 en 7 uuren de doodftraf door de guillotine, waar mede hij zo veele duizenden had doen fneuvelen, en 's daags daar na ondergingen nog een en zeventig leden der  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 15 der Municipaliteit dezelfde doodftraf. Gelukkig voor de Franfchen, dat deze gevoelige fchok in hun Gouvernement geene nadeelige gevolgen had, noch binnen 'slands, noch in de legers, maar dat de Franfchen hem, dien zij kort te vooren als hunnen afgod beschouwden, en telkens toejuichten, nu onder het geroep van: Vivat de Republiek, a bas le tijranl abas le Cr om we!'! met genoegen en onder een fterk handgeklap ter dood zag brengen, benevens Co ut non, den jongen Robespierre, Henriot en meer anderen. . . Na deze te. rechtftelling en val van het revolutionair bewind, werden 'er over de duizend gevangenen, door 't fchrikbevvind in de akeligfte kerkers gefloten, uit dezclven verlost, en met de grootfte blijdfchap aan hunne naastbeftaanden wedergegeven. Het ganfche beftuur kreeg eene andere houding ; de dwingelanden geraakten alomme van hel kusfen, het fchrikbewind kwam in de grootftc verachting, en werd vervangen door de .zogC' naamde moderate partij; ook werd het b^fluit van 't fchrikbewind niet opgevolgd, om. indien de bezettingen van Quesnoy , Valencknnes en Condé zich op de fommatie niet overgaven, als dan het guarnifoen over de kling te doer fpringen, want alle die wreedheden namen eer einde; te recht zeide de Conventie in het floi van haare Proclamatie: — „ mogt dit fchrikke „ lij!-; Veele ult^e gevangenisfj verlost. Gevolgen. I 1  IÓ GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Onwentc ling in < ntve. „ lijk tijdvak de laatfte ftorm zijn der omwente,, ling! mogt het inzonderheid de burgeren de „ rechten der gelijkheid begrijpelijker maaken ! „ geen mensch is iets in aanmerking jegens het „ vaderland; en de vrijheid gedoogt geen voor„ gang noch voorrang. Een mensch is voor de „ wet maar een mensch; en een iegelijk die „ 'svolks rechten naar zich trekt, is een ftraf„ fchuldige." Ongelukkig, dat meest bij alle volken, zo van den ouden als van den nieuwen tijd, de gefchiedenisfen bevlekt zijn met wandaaden, die tot oneer der vrijheid ftrekken, en aan de vijanden daar van ftoffe geven tot verachting en verfmaading van dezelve. ; In Gerieve verkreeg men ook ten dezen tijde eene omwenteling, die veel overeenkomst met die van het fchrikbewind der Franfchen had, en het leven aan verfcheiden gegoede burgers kostte, die befchuldigd werden van ariflocraüe , vijanden van den Franfchen regeeringsform en opkoopei's te zijn. De goederen der ter dood veroordeelde burgers werden verbeurd-verklaard, eene handelwijze in navolging van het Franfche fchrikbewind, maar die alleronrechtvaardigst was, want door de verbeurdverklaring der goederen, ftrafte men immers ook de onfchuldige bloedverwanten. Perfooneele doodmisdaaden kunnen of mogen niet anders dan in den perfoon, die dezelve begaat,  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. ij gaat, geftraft worden, maar niet ia zijne goederen , om dat het recht des eigendoms bij'den -dood op zijne bloedverwanten overgaat; de kosten van Juftitie, als bij het leven gefchiedende, zijn eenig en alleen wettig. Ja, de meeste levende volken hebben daarom al zedert geruimen tijd de verbeurdverklaaringen der goederen afgefchaft, als fchreeuwende overblijfzels van het despotismus; een blijk, dat eene losbandige vrijheid, door misbruik van magt, even als alle overheerfchend gezag, menschheid onteerende daaden kan doen; daaden die eene blaam leggen op het patriottismus. Maar het is opmerkelijk, dat onder het fchrikbewind in Frankrijk, gelijk ook in de revolutionaire omwenteling te Geneys, meestal de rijke en vermogende burgers de voorwerpen van verYölginge werden ; men fchold hen uit voor arijiocraten en vijanden des vaderlands, terwijl hunne befchuldigers, door den aanhang des volks gefterkt, .veel al heimelijk niets anders bedoelden, dan, onder dat voorgeven, zich met die verbeurdverklaring der goederen te verrijken, waarvan men ook bij de Franjchen, onder het fchrikbewind, de fpreekendfte bewijzen gezien heeft. Doch denkt men op dien tijd 'er wel om, dat rijke en vermogende familien, door haare groote verteeringen aan duizeude mindere ftanden des volks een ruim beftaan geven? Hij, die de fchakel der menfehelijke werkzaamheden kent III. deel. B of AaiiJi-.ei'fcnj. ■  i8 dr»r: de Franfchen bcaiagugd. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. of wil onderzoeken, zal bevinden, dat wanneer men de vermogende burgers van hunne bezittingen berooft, men als dan duizende ambagtslieden derzelver middelen van belTaan ontneemt. Is dat vrijheid? komt dat over een met het recht des eigendoms? Neen, het ftrekt ten fchande van het Patriottismus, om als roofvogels op een ftand des volks aan te vallen, die aan duizende monden brood geeft. Eene goede ftaatkunde vordert befcherming, en inflandhouding der rijkdommen des volks. Ja, zij, die aan het ftaatsbeftier zijn, behooren vooral te waaken, dat door geene onkundige finantieele plannen , de bezittingen der vermogende burgers haare waarde verliezen, want daar door verminderen zijde nationaale rijkdommen, en floppen de bronnen van der volken werkzaamheid. Naamen, door de Oostenrijkers verlaaten zijnde, namen de Franfchen bezit van die ftad» doende alle winkeliers, inventarisfen van hunne goederen geven, welke goederen vervolgens opgeëischt met asfignaten betaald, en de Maas op verzonden werden. Op verzwijging van goederen ftond de dood. Een gedrag, dat geen roem verdiende, dewijl men daar door de burgers hunne wettigen eigendom deed afftaan voor eene papieren munt, die kort daarna alle waarde verloor. In alle Belgifche fteden en plaatfen werden de inwoonderen genoodzaakt, om het geene de Fran-fchen eischten voor asfignaten afteftaan; had zich dit  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. dit nu flechts bepaald tot de voor hun onontbeerlijke noodwendigheden; maar neen, alles was hunne gading, en hier door werd menig eertijds welgegoed burger, in eens van zijne bezittingen beloofd, als kunnende vervolgens voor hunnen papieren rijkdom niets meer kopen, en dit gepaard met de minachting voor den godsdienst verwekte hun een drom van vijanden, die, indien hun het geluk der wapenen niet aanhoudend verzeld had, van allernadeeligfte gevolgen had kunnen worden, gelijk hier en daar bij laatere tijden gebleeken is. Tongeren en Luik werden insgelijks bemagtigd door behulp der burgers. Nieuwpoort gaf zich aan den generaal Moreau over, en hierdoor waren de Engelfchen afgefneden, om door Vlaamfche zeehavens verfterking aan hun leger te zenden. Daar op bemagtigde gemelde generaal het eiland Cadzant, waar door de Franfchen meester van den mond der Schelde werden, en toen ondernamen zij het beleg van Sluis en Staatsvlaanderen, dat door zijne innnuridatien genoegzaam onverwinbaar was; maar twee uuren van de bakkers polder, bij de hoeven Turkeye genaamd, de innundatien niet gelukt zijnde, trok de brigade van den generaal van Damme aldaar over. De llegte fchikkingen van den Prins van Nasfau Weilburg noodzaakte hem om de bakkers polder te ontruimen, die door den generaal Laurent, B % zon- tf Tongtren en Luik be; inagcigd. Sluis belelegerd.  Quesnoy gem zich over. Voorftcl va zijne Hoog heid. GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. zonder tegenftand te ontmoeten, bezet werd, en waarop kort daar na deeze gewigtige ftad zich overgaf. Den 15 Augustus namen de Franfchen bezit van Ouesnsy. Na deze bemagtiging ftonden de krijgsverrigtingen der beide legers voor eenen korten tijd als ftü. 1 Op den 4 Augustus deed de Prins van Oranje aan hun Hoog Mogenden eene propofitie tot een generaale recruteering buiten 'slands, en ligting van landzaaten. Een voorftel, waarbij de Franfchen werden afgefchilderd, als eene natie, die Hechts kwam-, om alles te verwoesten, zeggende de Prins : „ te doen te hebben met een' vijand „ die zich van middelen bedient, te vooren onbe. „ kend, en die het verlies van colonien, com„ mercie, landbouw en alle nationaale welvaart, „ voor niets rekent, wanneer hij Hechts door „ het forceeren van alle de kragten van zijn „ land , andere volken tot denzelfden ftaat van „ berooving kan brengen." Maar zou dit ongunftig fchilderij niet nog meerder pasfen op zijne vrienden deEngelfchen, wijl die in 't rooven geen vrienden of vijanden ontzien, blijkens aan het eertijds luisterrijk Loo, een lusthof van den Prins. Dat 'er bij oorlogen altoos ongeregeldheden gebeuren , is waar omtrent alle volken; geen wonder , de vorften doen met hunne legers in het groot, het geen hunne loontrekkende dienaaren van geweld in het klein doen; doch of de Franfchen  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. M fchen hier in zo uitmunten boven andere volken, zullen onpartijdigen, die wederzijdsch het gedrag der legers nagegaan . hebben, anders getuigen. Dit voorftel van den Prins werd door de Staaten generaal aan de provintien gezonden met fterken aandrang van in tijds de fondzen daar toe te bezorgen. Het plan, bijzonder in zijn foort zijnde, zal ik hier laaten volgen: Plan van eene fpoedïge wapening der ingezetenen van Holland en Westvriesland ter defenfie van het vaderland. „ Ingevolge de propofitie door zijne Doorlug„ tige Hoogheid, gedaan op den 4 Augustus, „ en de daar op gevolgde refolutie van hun „ Hoog Mogenden, de Heeren Staaten Generaal „ den 5, en die der Heeren Staaten van Hol„ land op den 7 dezer, worden hier mede allp „ vaderlandlievende ingezetenen dezer provintie „ genodigd en gelegenheid gegeven, ieder, naar „ maate van zijn vermogen, het zijne tot deze „ heilzaame en glorierijke maatregelen te contri„ bueeren, zo wel met daadelijk dienst te nee„ men, als door zijne contributie de nodige „ fomme bij te brengen, tot het aanwerven, „ kleeden en betaalen van een goed aantal „ manfchappen, ten einde met en benevens de ,, armee van Staat, en die der geallieerde mo„ gendheden, tot afweering van den vijand, en B 3 „in Plan voor ie landzia:cn.  99 GESCHIEDENIS oer NEDERLANDEN. „ in het bijzonder tot de veiligheid en verde„ diging der frontieren van de provintie te wor„ den gebruikt, zonder gehouden te wezen, „ zich buiten dezelve provintie te begeven, zul„ lende wat de voorwaarde van den dienst be*, treft: ,, i. Aan elk man voor handgeld toegelegd „ worden, twintig guldens, en voor gagie, drie „ guldens, tien Huivers 's weeks, in te gaan als „ hij gekleed is. „ a. De monteering zal beftaan in een blaau„ we lakenfche buis met gecouleurde kraag en „ opflagen, blaauwe broek en camizobl, en een „ zwarte das, ronden hoed en eene pluim, al„ les inlandsch goed. ,, 3. Een leederen rantfel, waarin twee hemb„ den, een paar wolle kousfen, een paar fchoe„ nen , mede alles inlandsch goed. „ 4. Geweer en patroontas, zullen hun uit „ 's lands magazijn bezorgd worden. „ 5. ïngeval van kwetzuur of ziekte, zal hij „ in de hospitaalen of anderzins, even als de ,, militairen behandeld en opgepast worden, ten „ koste van den lande. „ 6. De weezen en weduwen der gefneuvel„ den zullen met alle andere weduwen en ,, weezen van de gefneuvelde militairen in „ 'slands dienst, gelijke aanfpraak hebben op „ het fonds voor dezelve opgericht 'm'sHage. „ 7. Al wie genegen is op de bovengemelde „ voor-  GESCHIEDENIS dkr NEDERLANDEN. 23 „ voorwaarden het land te dienen, kan zich aanmelden bij denperfoon, welken zijne Hoog„ beid ten dien einde benoemen zal. „ 8. Die dienst zal genomen hebben, zal „ teekenen, dat hij ontvangen heeft twintig ,, guldens handgeld, en dat hij aanneemt het land te dienen ter defenfie van de frontieren, „ tot het einde van het loopende jaar, en op „ den militaire articul - brief, tegen drie guldens „ tien duivers 's weeks. „ 9. Eene compagnie 'zal bedaan uit T50 of 160 „ man, waar onder de nodige onder- officieren, „ corporaals en tambours, en gecommandeerd „ door een kapitein, een luitenant en een twce?, de luitenant of vaandrig. „ 10. Naar maate de compagnien gereed ko„ men, zullen 'er eenige verzameld worden, „ om bataillons daar uit te formeeren, en on„ der een bekwaam commandant gefield wor„ den. „ u. De gagie dier officieren, die niet uit „ het leger genomen worden, zullen bcreekend „ worden, naar de traclementen, die de officieren „ van gelijken rang in 's lands dienst genieten. En die uit het leger zullen een billijk de„ dommagement genieten, en de onder-officie • ,, ren, uit het leger getrokken ,zullen de bepaalde ri 3 guldens 10 duivers 's weeks ook trekken. „ De onder - officieren, welke niet uit het le„ ger genomen zijn, zullen de fergeanten/ 5 10 B 4 „ dui-  =4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ ftuivers, en de corporaals ƒ 4-10 ftuivers „ 's weeks hebben. „ 12. Volgens de bovengemelde voorwaarden „ van den dienst, rekent men een man buiten „ de wapenen, en andere onkosten, die het „ land draagt, op ƒ 130 als: ƒ ao premie of handgeld. ƒ 40 monteering en kleeding. ƒ 7° g'agie in 20 weeken. „ 13. Er zullen lijsten gedrukt worden, vol» „ geus deze rekening, op dewelke men zal ,, kunnen teekenen, voor een of meer man» s, fchappen. „ 14. Er zullen ook lijsten gedrukt worden, „ waarop men, voor welke fom men gelieft, zal ,, kunnen teekenen, „ ig. Elkinteekenaar zal, des begeerende,eene „ quitantie ontvangen, dat zijne Doorlugtige „ Hoogheid, geauthorifeerd zijnde, tot de wapening van de ingezetenen, ter defenfie van het „ vaderland, bij deze de goede diensten van „ N. erkend worden, door het contribueeren van „ de fomme van „ 16. Wie manfehappen in natura wil leve» „ ren, volgens dit plan gekleed, en de gagie „ daar bij voor uit betaalende, zullen ook aan* „ genomen worden. „ Gelijke gelegenheid zal ook gegeven wor» den, om onbekend tc kunnen contribueeren. „ i3. Alie verdere hulp van wat aart ook „ ter  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ ter bevordering van dit plan zal met dank „ aangenomen worden." Het weekgeld van 3 guldens 10 ftuivers en de kleeding, lokten veelen uit om 'er dienst onder te noemen, doch toen zij dienst moesten doen en vuur begonnen te zien, droopen deze landzaoten naar huis, en om bij de komst der Franfchen niet bekend te zijn, veranderden zij hunne kleeding, of verkogten die bij uitdragers. Door eene publicatie van wegens de Staaten van Holland van 5 Augustus 1794, werden 's lands ingezetenen aangemoedigd tot het geven van eene libcraale gift in geld, goud of zilver, en voor het welke zouden uitgegeven worden obügatien tegen 5 pCt. interest, onder uitnodiging en aanfpooring aan een ieder ingezeten, „ die niet ge„ heel verbasterd is van de voorouderlijke „ deugd, om in een' tijd, waar in het vaderland „ in gevaar is, alle partijfchappen afteleggen, „ en met malkanderen hart en handen te ver„ eenigen." Maar dagt men toen wel om de vervolgingen van 't jaar 1787? het gebeurde ten dien tijde was nog te versch in geheugen , om harden en harten te vereenigen met een? paitij, die bij haare zegepraal zich fchuldig gemaakt had aan moord , roof, plunderen, bannen en verbeurdverklaaren der goederen van hunne medeburgeren. Daar nu de Franfchen bereids op generaliteits grond gekomen waren, werd zekerlijk de B 5 toe- S5 Publicatie der Staaten van Holland, Inntindatien konden niet werken.  z6 GESCHIEDENIS eer NEDERLANDEN. Do Franfchen in di Wn tindien niet gelukkig. Gelukkig te^ gen de Spaniaat ien. Nader fub. fjdie- traftasfl Biet den Keizei. toefland der republiek gevaarlijk; want in dit faifocn de rivieren meestal op haar laagst zijnde, zo konden veele ontworpen innundatien niet werken, die anders de fterkfte barrière voor de republiek zijn. In de Wesündien waren de Franfchen ongelukkig, de Engelfchcn ontnaamen hun een gedeelte van Si. Domingo, Mauinique, en het meerendeel van Guddaloupe; doch niet geheel verdreven kunnende worden, herflelden zij zich, ten deele, na de bekomene verfterkingen; maar allergelukkigst oorloogden de Franfchen tegen de Spanjaarden; met 6000 man vielen zij 15000 Spanjaarden in 't gebergte aan, vermeesterden van dezelven aoo Hukken gefchut, 13000 geweeren met verfcheiden magazijnen, en maakten twee hunner regimenten gevangen. Fontarabie, eene flerke grensvesting, gaf zich, na eene korte verdeediging over bij capitulatie, en de bezetting werd krijgsgevangen gemaakt. Kort daarna viel ook Port Pasfage en St. Christiaan in hunne handen, alwaar zij aooo man gevangen namen, 180 Hukken gefchut, groote magazijnen en eene memigte vaartuigen veroverden, die plaats is de fleutel van Gascogne. Ook verfpreidde zich aldaar meer en meer de Franfche groncbeginzelen, het geen zeer medewerkte tot de zegepraal der Franfchen. Het Engelsch minifterie ziende, dat het door hun met Pruisjen geflooten fubfidie-tra&aat, nog  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 97 nog ongenoegzaam was, vooral daar men befpeurde, dat 's Keizers fondfen den oorlog niet konden uithouden, zond een gezandfchap naar Weenen, tot fluiting van een fubfïdie - tractaat tusfchen de beide Hoven, en waar bij onderling bepaald werd: Art. r. „ Dat, geduurende den tegenwoordigen, en „ den volgenden veldtogt fubfidien, voor een „ leger van honderd duizend mannen, worden „ toegedaan. 2. „ Dat men over de hoofdfom dier onderftand„ gelden zoude handelen; waartoe de ministers „ zijner Groot Brittannifche Majefteit gevojmag„ tigd zijn. 3- „ Dat men zich te gelijk met bijkomende kos„ ten zal belasten. 4- „ Dat de veroveringen, die men maaken „ mogt, gemeen zullen zijn. 5- „ Dat de Aarts-hertog Karei met het op„ perbevelhebberfchap bekleed zal kunnen wor„ den, zo hij het begeert. t 6. „ Dat Engeland verpligt zal zijn de onder,, ftand-gelden in de eerfte plaats te betaalen, „ fchoon  38 Aanmerking. 1 l i i 1 1 s ( ( ( GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. fchoon daar van een derde gedeelte komt „ ten lasten van Holland." Met dit traclaat vereenigde zich onze republiek, en Engeland bleef betaalen de fubfidie aan Sardinië, om daar door den inval der Franfchen in Italië te verhinderen. Men behoeft dus niet te vragen, welke mogendheid de grootfte aanftookfter van dezen oorlog ware? Engeland, nog niets verloeren hebbende, zou gemakkelijk vrede met de Franfchen hebben kunnen maaken, en mogelijk ook met onze republiek. Maar neen, om hunn' bloeddorst en hecTschzucht te voldoen, moest 'er alles aan gewaagd, en ook verfpild worden. Zullen de volgende eeuwen het wel kunnen geloven, dat verlichte natiën , zo ftilzwijgende haar goed en bloed hebben kunnen laaten verkwisten, ten diente van een klein getal overheerfchers der aarIe! Het is waar, de natiën ontwaakten wel, in 'Veenen werd een club ontdekt, welke der Franchen ftaatsleer toegedaan was; maar door den rm' des gewelds werd de Item der vrijheid tellens gefmoord, en hier door alleen is het, dat iij veele volken de ketenen nog onverbreekbaar ijn. Het despotismus is te waakzaam, en door trenge vervolgingen en voorbeeldige ftraffen wordt le zuchtende menscheid in flavernij gehouden. Kjn gewapende arm is te groot, en zoo lang le despoten zelye hunne ontmenschte daaden niet  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. niet beginnen te zien, en mede werken tot herftel der menfchelijke rechten , zullen veele volken nog de flagtoffers der overheerfching blijven. Op den 15 Augustus ging Quesnoy aan der Franfchen over. Veelen waren van gedagten , dat de generaal Pichegru een aanval op Breda zou doen, doch het bleek van achteren, dat hij een veel beter plan volgde, want Breda was zonder Bergen op den Zoom nog niets,,en met het beleg van die lieden zou zoo veel tijd verloopen zijn, dat de innundatien intusfehen van rondsom geformeerd, de nadering tot de republiek zeer moeilijk zouden gemaakt hebben ; maar al had hij die fteden bemagtigd, hoe dan nog de ftroomen overgekomen zonder gewapende vaartuigen, daar hunne vijanden dezelven met gewapende vaartuigen bezet hadden ? Neen, 's Bosch was eene ftad van veel .grooter aanbelang, en opende den ingang tot de republiek. Intusfehen verfterkte Pichegru zijn leger met de terug komende troepen uit Staats Braband; en Vakncknnes en Condé zich insgelijks overgegeven hebbende, voegde zich de brigade van den generaal Osten bij het leger van het Noorden, en de divifie van Scherer bij dat der Sambre en Maas. Om 's Bosch te kunnen naderen, moest de vijand eerst van Boxtel verdreven worden, en zulks *9 lagiigd. Plan van i c h e g r 11. Aftie van 'extel.  30 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Gevolg var de actie van Boxtel. Krijgsverligtingen van den Generaal «ourdan. zulks deed de brigade van den generaal Daande 1 s. Langs den ftraatweg van Eindhoven, werd het dorp aangetast, overmeesterd, en de vijand in wanorde gebragt. Door esquadrons Franfche husfaren , werden verfcheiden esquadrons Emigranten en dragonders van Flesfendarmftad verflagen en vervolgd; en de drie bataillons Hespen, welke het kasteel verdedigden, zich van de hunne afgefcheiden ziende, gaven zich zeiven daar op krijgsgevangen. Het gevolg van deze actie was, dat de Engelfchen de wijk aan geene zijde van de Maas namen, en om hunnen aftogt te dekken, geheten zij zich, als waren zij voorneemens de Franfchen weder van Bostel te verdnjven, doch de negen daartoe afgezondene regimenten, met een groot aantal paardenvolk, werden door de Franfchen op de vlugt geflagen, bij welke twee actiën zij 2000 krijgsgevangenen en zeven ftukgefchut verlooren. Hier door hadden de Franfchen de handen nu ruim om 's Bosch te berennen. Midderwjjl dit bij het leger van het Noorden voorviel, en Jourdan door de divifien, welke Condé en Valenciennes belegerd hadden, verfterkt was, deed hij een gedeelte zijner troepen bij Dinant over de Maas gaan, tastte den vijand bij Esfcheuf aan, trekkende over de Ourte, onder het oog des vijands, alwaar zij de bezette hoogtens beklommen en vermeesterden; — eene  GESCHIEDENIS bek NEDERLANDEN. Si eene (telling door natuur en kunst voor onwinbaar geacht, maar door een onwederftaanbaare dapperheid veroverd. De vijand alhier geflagen vlugtte van de Maas agter de Roer, en waarop Kleber bevel kreeg van Maastrigt te berenne, intusfehen dat de generaal Jour dan naar Aken voordrukte, na de vijandlijke agterhoede tusfehen die ftad en Huie andermaal de nederlaag gegeven te hebben. De keizerlijke generaal Coburg zijn ontflag verzogt hebbende, volgde Clairfait hem in het commando op. Ten dezen tijde vond men in Frankrijk de telegraaf uit, een werktuig geplaatst op torens tot een bepaalden afftand van eikanderen, en welkers feinen of teekens zichtbaar van toren tot toren herhaald, alzo overgebragt worden tot in Parijs, alwaar de waarneemer het nieuws wordt medegedeeld, en zo 'er antwoord op dient gegeven te worden, gefchiedt zulks op dezelfde wijze tot de plaats daar het wezen moet. De eerde en laatfte waarneemers hebben alleen den fleutel van dit geheim, en de tusfehen beide gelegene torens herhaalen het geene hun voorgedaan wordt, en langs dien weg verkrijgt de Conventie in één uur tijds berigt van Rijs fel, en kan in dien zelfden tijd ook het antwoord laaten toekomen. Eene uitvinding van het allergrootfte gewigt om nieuwstijdingen te ontvangen, en tevens nieuwe beveelen te geven. Daar CUirfaïc Generaal van het Oottenrifkjebe leger. Uitvinding der telegraaf.  3* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN Waarom de; Bosch Iche lijk belegeri wierd. Beleg van sfcn Bosch. \ Daar het jaarfaifoca thans zeer verliep, en 'het te zien was, dat, indien YBosch niet fchielijk belegerd wierd, de inr.undatien zulks vervolgens onmogelijk zouden maaken, zo werd die ftad den 33 September door het paardevolk, en den dag daar na door het voetvolk berend , en vervolgens de loopgraven geopend. Het guarnifoen van die ftad was niet fterk, en de ftad, zo omtrent haare innundatien als voorraad, niet gefchikt om een lang beleg te verduuren. De generaal Daan de ls, die met zijn brigade meestal de voorhoede had, naderde tot bij Rosmalen, bezigtigde den dijk naar Qrthen, en vernam in het gezicht der Qrthen ■ Schans, naaide fterkte dier bezetting. De bezetting van de Qrthen-Schans maar uit weinige manfehappen Jbcftaande^zo reed die generaal met vier Ordonnances de Schans in, en bemagtigde dezelve , terwijl de arbeiders zich met de vlugt redden. Had de generaal meerder cavallerre bij zich gehad, zou hij met het vervolgen der vlugtelingcn tot in de Qrthen Poort hebben kunnen komen, en aldus die ftad bcmagtigd hebben. Door de overgave van de Qrthen-S:hans, liggende tusfehen den Bosch en 't fort Crevecoeur, werd de communicatie tusfehen de ftad en dat fort afgcfneden. Van den 22 September tot den 9 October, werd de ftad hevig befchooten, fchoon maarniet  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. SS fnet veld-artillerij, het welk men na de overgave te Crevecour had gevonden, want de Franfchen kreegen na de overgave der ftad eerst hun. zwaar gefchut. Het fort Crevecoeur werd door den generaal Daandels den 29 opgeëischt, en in den nacht tusfehen den 26 en 27 gefchiedde de overgave bij capitulatie, met beding van vrijen aftogt en geene wapenen tegen de Franfchen te mogen voeren. Door de bemagtigmg van dit fort, kreegen de Franjchen veel voorraad van levensmiddelen, gefchut om het beleg van den Bosch voort te zetten, en werden in Haat gefteld, om het water der innundatien van den Bosch aftetappen , vooral de innundatien voor de Orthenpoort, waar door men de batterijen aan dien kant nader tot de ftad kon brengen. Daar het wel waardig is, de bijzonderheden van het beleg dezer ftad op te geven, zal ik dit overneemen, uit de verbeterende aanteekeningen op de veldtogten van den Generaal Pichegru, bladz. 19. „ De inwendige gefteltenïs der ftad geduuren„ de het beleg, levert in de daad een zonderling „ tooneel op. Het eene gedeelte der burgerij met „ den belegeraar gemeenfehap houdende, het „, andere, en wel het grootfte onophoudelijk „ hunne gebeden opzendende, in de bijna da„ gelijkfche bedeftonden, die bij het klimmen „ der gevaaren, zelfs wel tot viermaalen daags III. deel. C „ her-  34 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ herhaald werden. Niemand, althans zeer wei„ nige medewerkende, om het zwak guarnifoen „ in zijn' arbeid te onderfteunen. — Op deze „ wijze kon men berekenen, dat deze vesting „ geen lang beleg zou verduuren. — Wonder „ is het, dat bij een zo hevig bombardement, en zo veele godsdienrtige vergaderingen in „ openbaare gebouwen, welke toch het meest „ ten doel van bomben en houwitzers verrtrek„ ken, echter geene aanmerkelijke ongelukken „ gebeurd zijn. Integendeel vielen dezelve over „ het geheel zo gelukkig, dat de bcwaarefide „ hand der Voorzienigheid daar in moet aange„ beden worden. Qnder anderen gebeurde het, „ om flegts twee voorbeelden bij te brengen, ,, dat een groot gedeelte van het dak van het ,, hospitaal der Zwiifers, waarin negenentagtig „ kranken zich bevonden, benevens een zolder „ en kamer, en kort daarop een ander gedeelte „ van het dak verbrijzeld werden, zonder dat één „ eenigen zieken gekwetst werd: als ook dat in „ een klein huisjen, flegts uit twee kamers beflaan,, de, welke door glasraamen van een gefchei„ den waren, en waarin zestien volwasfèn per„ fonen en vier kinderen zich bevonden, een „ houwitzer door den fchoorlleen op een ketel met koffij viel, en vervolgens onder de tafel, „ daar dezelve fprong, die tafel met het geen 'er op was, geheel verbrijzelde, en ftukken „ uit den muur floeg; terwijl een ander fluk •- „ door  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 35 ,, door de middenglazen vloog op eene bedfte„ de, in wel!;e zich eene vrouw met twee kin,, deren bevona ; en echter werd geen één „ mensch, zelfs niet ligt, daar door gekwetst. — „ Naar mate het beleg langer duurde, werd de „ voorr iau, die grootendeels reeds verteerd was, „ alvoorens de vestig benaauwd werd, door het „ nabij liggend Engehch leger, hoe langer hoe „ fchraalder, zo dat bijna op het einde van ,, het beleg, de boter tot twee en veertig ftui„ vers het pond, de kaas tot agt, de kaarfen „ tot twaalf ftuivers, een vierde van een fche„ pel aardappelen tot vier en twintig ftuivers „ geklommen waren, terwijl het tarwen-brood „ naauwlijks te bekomen was. — Ondanks de- ze bekrompenheid van levensmiddelen, ' ti ondanks het zwak en uitgeput guarnifoen, dat }i ree 's door het onophoudelijk waaken dermaa,, ten afgemat was , zo dat de roanfchap eenige „ maaien bij de ftukken in flaap viel, en als „ leen door een vijandlijk fchot weder gewekt „ Werd, — ondanks de beroving van alle uit„ zichten op ontzet, doordien alle briefwisfe„ ling was afgefneden, en de berigten met de" ,. li'Mawïche couranten, door den Franfchen be„ velhebber zeiven toegezonden, die uitzigten verder verdonkerden, bleef die commandant „ de vesting manmoedig verdedigen, tot zo „ lang de zekere verwagting van een ftorm loo„ pen des vijands binnen drie dagen, en de beC a „ wust-  3C GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. „ wustheid van denzelven niet te kunnen af„ Haan, uit hoofde, dat de buiten-muur bij de „ fterkte de Papenbril, reeds zeer verzwakt en „ op zommige plaatzen tot aan het vallen ge„ bragt was, en die post van binnen niet ge„ noegzaam kon bezet worden, hen tot de overgave noodzaakten. Misfchien zou men het „ tot dit uiterfte niet hebben laaten komen, „ en wel eerder tot eene onderhandeling zijn „ toegetreden; indien men had kunnen bewerken, dat het corps van Beon uit Emigran„ ten beftaande, in de capitulatie was begree„ pen [geworden. Dan, op dat ftuk waren de „ republikeinen onverbiddelijk. Na de capitula. „ tie heeft men alle mogelijke poogingen aange,, wend, om die ongelukkigen te redden, zo „ door hen te verkleeden, als door hen over „ de weggezakte innundatie te doen ontvlugten. „ Dan, weinige zijn het ontkomen , vierhonderd „ en agt geraakten in de magt der republikei„ nen, fchoon de gearretieerden niet terilond „ om het leven zijn gebragt. „ De capitulatie, na herhaalde onderhandelin„ gen eindelijk tot ftand gebragt, en op den „ 9 Ocïober door de wederzijJfche hoofden, „ den generaal Pichegru, bevelhebber van „ het beleg, en den commandant der vesting, den Prins van Hesfenphilipftal getee„ kend, ftond aan de bezetting den uittogt „ toe met krijgs-eer, flaande trom, brandend lont,  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ tamt, vliegende vaandels, geweer, bagagie „ en agt veldftukken, tot aan de ftad Gr ave, „ van waar zij zich kon begeven, waar zij „ wilde, onder den eed, van voor de uitwis„ feling, geen wapenen tegen de Franfche rc„ publiek te zullen voeren. De Emigranten „ werden van deze capitulatie uitgezonderd. „ De overige articulen zijn te weinig van be„ lang, om melding van dezelven te maken." In die ftad vonden de Franfchen 19S Hukken kanon, waar onder 107 mctaalen, 130000 ponden kruit, veel ijzer en 90Q gewceren. Eene ftad van zeer groot aanbelang, en van waar men als een middenpunt met de republikeinen en de vereenigde Gewesten kon correspondeeren, om de omwenteling in de republiek te bewerken. Eene ftad niet gemakkelijk te herwinnen, en waar de Franfchen veel micite toe gehad zouden hebben, indien men even als in Maastricht, een genoegzaam guarniioep daarin geplaatst, en, vroeger de innundau'tn geformeerd had. Bij bijzondere publicatien van do Vblksreprefentanten Bell eg ar de la Combe (du Tarn) en van den Generaal en Chef Pichegru, werden alle negotianten , kooplieden makelaars en winkeliers der ftad 'j\ Bosch, verboden, om zonder authorifatie, te verkoopen, haare foorten vaa waaren, van wat aart ook, waar van de prijs de fom van tien Fraplchc C 5 & Verouctd pubiitauie».  S8 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. livres te boven ging, doch ten deele werd dit bevel weder ingetrokken, en vrijheid gegeven, om in het klein te mogen verkoopen, maar met last om in hun boek aanteteekenen, de quantiteit van iedere foort van waarcn, die zij verkogten, als oók de namen der kopers. Omtrent de asfignaten werd bevelen : „ De asfignaten zullen ontvangen worden in „ alle publieke kasfen en koopmans handelingen; „ die ze zullen weigeren, verachten, verval„ fchen, vervalschfte verf reiden , zullen in rech„ ten betrokken of geftraft worden, volgens de „ wetten van de republiek. De asfignaten zul- „ ook ontvangen worden, het zij ten opzichte „ van de ordinaire contributien, anders dan in „ gelden, opgelegd door de Reprefentanten van „ het volk of door de generaals, het zij ten „ opzichte der goederen der Emigranten, zelfs „ dan , wanneer 'er gehandeld wordt over fchul,, den, gecontracteerd en verfcheenen voor het „ ontruimen van het land, door de vijanden der ,, republiek; dit befluit is ook toepasfelijk op „ den koophandel, en op het belang der inwoo„ ners voor alle hunne fchulden refpectivelijk. „ De effecten, in de bank van leening gebragt, ,, zullen ook kunnen gelost worden, tegen betaa„ ling van de briefjes, zonder eenig onderfcheid „ van effecten of floffen , van goud of zilver, die ,, aldaar gebragt zijn." De-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 39 Deze wet gaf gelegenheid, dat veele zwaar Aanmerking; met fchulden belaaden. burgers, of die hun goed in de bank van beleening hadden ftaan, op eene gemakkelijke wijze hunne fchuldeisfchers betaalden en hun goed losten. Veele maakten daar ook, in navolging der Brabanders , een voor hun voordeelig gebruik van, zo dat veele hun ftaat daar mede verbeterden, en de fchuldeisfchers grootelijks daar door verarmden. C 4 AGT-  AGTSTE HOOFDSTUK. Inwendige fïaat der republiek en krijgsverrigtingen tot de inneeming yan Nimwegen. T.eesgezel- fchappcn in Twee comniisids verkoicu ( ( 1 \ Door de zegevierende wapenen der Franfchen in Belgiën, rees de moed der republikeinen in de vereenigde Gewesten zodanig, dat zij zich in geheime committées vereenigden , en men correspondeerde onderling, tot bewerking van eenen algemeenen nationalen opftand; dan, dewijl daar toe eene meeidere verlichting voor den gemeenen man nodig was, rigtte men heimelijke drukkerijen op, (want de vrijheid der drukpers was verboden) waar van de lettervrugten in volks gezelfchappen geleezen, en tan derzelver leden medegedeeld werden. Dit gefchiedde met zo veel behoedzaamheid, dat hunje vijanden nooit den oorfprong daar van konlen ontdekken. Uit alle deze committés of volks - gezelschappen, werden 'er twee centxaale committés /erkoozen, een voor de buitenlandfche, en de anlere voor de binnenlandfche correspondentie, loor de heimelijke werkingen van deze comnittées, werden veele finantieele operatien der oenmaalige regeerirjg verlamd, en daar door het ver-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 41 vermogen hunner vijanden verzwakt. Ook leerde men de hoofden der overheerfchende partij kennen, welker werkzaamheden op allerlei wijze veriedeld werden. Na ècnïgen tijd op die wijze werkzaam te zijn geweest, befloten deze twee committés, om eene heimelijke centrale vergadering van alle de committés te beleggen, om daarop te befluiten: i°. Of men de revolutie zou kunnen beginnen en ftaande houden? s°. Waar dezelve zoude behooren te-beginnen? / Omtrent het eerfte werden de zwaarigheden zo groot bevonden, tot de daadelijke uitvoering, dat men geenzins befluiten kon die te onderneemen, maar men befloot te volharden in de onderling bepaalde werkzaamheden, terwijl men intusfehen eene commisfie zou zenden aan de Franfche Volksreprefentanten, ten einde den tijdelijken toeftand der gemeenebestgezinden optegeven. En omtrent het 37 poinct werd Amfterdc:m tot het middenpunt verkooren. In Aug. 1794 zond het nationaale committé zijne gedeputeerde» naar de Reprefentanten van het noordelijk leger, aan wien zij verflag deeden van den inwendigen ftaat der Republiek, en hunne werkzaamheden. Zij werden aldaar door dezelve aller vriendelijkst ontvangen, het plan der militaire operatien ontworpen, naar het C 5 Fran- Onderwer5tn terovtsïivcging.  «3 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Brief var P.chegru. Franfche Gouvernement gezonden en goedgekeurd; met de mondelinge verzekering, de flaatkunde zal het overige uitvoeren. Het patriotti' fche volk belooft trouw en befcherming aan de pan iottifche pa/ tij. Op den 6 Septbr. fchreef hierop de Generaal en Chef Pichegru aan den Generaal Daendels: „ Generaal! gij kunt aan de hollands „ afgevaardigden zeggen, dat ik, in gevolge de „ inftructien van het committé van algemeen „ welzijn , de nodige toebereidzelen maake, „ ten einde de noordelijke armée binrten zes of „ agt dagen, van dezen, dag af gerekend, in „ (laat te (lellen, om het vijandelijk leger, het „ welk de grenzen der 'vereenigde provintiën „ dekt, aantevallen met eene magt, die groot „ genoeg is, om gegronde hoop te geven van „ hetzelve ten eenemaale te zullen vernielen; „ dat, na het welgelukken van dezen (lag, waar „ van ik terftond tijding naar Amflerdam zal „ zenden, ik een corps van 25 a 30,000 man» nen zal afzenden naar de Maas, het welk „ zich van beide derzelver oevers, gelijk mede „ die van den Rhijn (de Waal) zal tragten 1, meester te maken, en te beletten dat de vijand i, op Amflerdam aantrekke, dat hetzelfde corps „ order zal ontvangen, zich naar Amflerdam te , begeven, zodra men authentique tijding ge, kreegen zal hebben, dat in die ftad de om, wenteling haar beflag verkreegen heeft. — n Maak  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 43 „ Maak met dit corps fchikkingen, dat, na het „ in ftand brengen der omwenteling, het leger, „ het welk tot deszelfs onderftcuning aanrukken „ zal, in Utrecht en Amfteukim het benoodigd „ brood, levensmiddelen en voeragie vind, ten „ einde aan dit leger den talrijken trein van ,, wagens te befpaaren, welke deszdfs aanrogt ,, geduu ende eenige dagen vertraagen zoude." Groot was de vreugde onder de patriottifche partij, over deze voor haar zo heugelijke tijding, zij .erdubbelde haare w,rkzaamheden, ontwierpen de daartoe nodige plannen, lagen heimelijke wapen magazijnen aan, ru tte eene kleine zcemagt uit om vooral Amflerdam te fceveili gen, en voor eene aanzienlijke fomme gelds kog men 40,000 jooden om, die voorheen de belau gens van ' derpatriouen. > 1 1 Leesgezel- fchuppen en focieteiten verboden.  44 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Wetkzaai heid van voorig b duur. volgens Dordrecht, Haarlem en meer andere fteden, alle leesgezelfchappen en focieteiten verboden, ook kwam 'er den 17 Octbr., een allerfterkst placaat uit, van wegens de Staaten van Holland, waar bij ten ftrengfte werd verboden, het teekenen van eenige requesten, nakende het bewind of betrekking op het beftuur hebbende; verbiedende verder aan alle particuliere burgers, tappers of herbergiers, het toelaten van alle zogenaamde leesgezellchappen of focieteiten; zonder alvoorens daar permïsfie toe verkreegen te hebben, moesten zelfs alle voorheen beftaan hebbende focieteiten of gezelfchappen deze nadere permisfie verzoeken; gelastende verder alle balliuws en mindere beftuuren, naauwkeurig hierop acht te geven, als zullende bij verzuim van vigilantie door den procureur generaal daarover geactioneerd worden. 1- De werkzaamheid van het toenmaalig beftuur, e.en de vertraaging in de komst der Franfchen* deed alle de fchoone vooruitzichten der Patriotten in rook verdwijnen, en meer dan de helft der geallieerde armée, nam de wijk van de grenzen, naar de binnen fteden, om, zo als men . het noemde, den euvelmoed der Patriotten te beteugelen. Daar het nationaal committé nog geen den minften üitflag vernam, zelfs niet van deszelfs ten derde maaien afgezondene députatie aan de Franfche Volks - Vertegenwoordigers, fcbreven  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 45 ' zij op den 20 October uit Amflerdam aan dezelve den volgenden merkvvaardigen brief: Het Committé Revolutionair van het Bataaffche Volk, gevestigd in Amflerdam, aan de Reprefentanten van ■ het Franfche Volk, bij de legers van het noorden, Belieg arde en la Combe, St. Michel. burgers, representanten! „ Het Bataaffche Committé Revolutionair, „ tot den dood toe verbonden aan het Fran„ fche volk, tot in de ziel doordrongen van „ de edele grondbeginzelen, welke hetzelve aan„ vuuren, vol van verwondering wegens deszelfs „ dapperheid, en vol vertrouwen op de on„ fchendbaarheid van zijne beloften, welker ., fpoedige vervulling men in het midden der „ verwarring en beroerten met verlangen te ge„ moet ziet. Zodanig, — Burgers Reprefcn„ tanten! is de toeftand der waare vrijheids-vrien„ den* in deze ongelukkige provintien, dat de „ geringde ftremming in den loop der overwin„ ningen, de minfte vertraaging in den aantogt „ van onze verlosfers, genoegzaam zijn om ons „ leven aan het zwaard der dwingelanden, onze „ bezittingen aan hunne roofzucht ten prooi te „ geven. — Boven al zal de fchoone, de rijke „ provintie van Holland binnen kort, niet meer dan de rampzaligfte, dan de armfle zijn, in„ dien het eenig volk van Europa, hetwelk „ waar- Brief aan le Franfsb* Volksieprefemanten.  4, onlangs het wanhoop ba rend belluit geno,, men, om alle deszdfs nog overige hulpmid„ delen in het werk te Hellen, en dezen grond, die niet dan door de weldoende voetftappen „ van vrije menfchen gedrukt moest worden, „ door zijne barbaarfche huurlingen te doen „ overftroomen, en voor uwe helden niets an„ ders over te laaten, dan asch en puinhoopen, „ lijken om te begraven en traanen om opteza„ melen. — De dwinglundij en ftoutheid van on„ ze overheerfchers kent geen paaien meer, da „ dood omringd ons van alle zijde ; men wijst ons < „ elk oogenblik aan als fiagtoffers die hen niet „ kunnen ontfnappen : dagelijks ondervinden wij „ nieuwe gewelda. digheden; dagelijks beihoeit„ men onze vermogens, veriedeld men onze „ maat-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 47 j, maatregelen, vernietigd men een of ander der >5 hulpmiddelen ; en de onmogelijkheid, 'om ons ftaande te houden, belet ons gebruik te maa„ ken van die geenen, welke men ons nog heeft j, overgelaten, om dat men die nog niet heeft *, kunnen ontdekken; dan het ftaat te duchten, 9, dat ons binnen kort niets meer dan wenfchen j, zullen overblijven, indien men die niet in ons „ eigen bloed fmoort. „ Zedert meer dan veertig dagen hebben wij j, ons gereed gehouden om uwe poogingen te ,, onderïleunen, en voor u den weg te baanen. s, Zedert meer dan veertig dagen ontvlammen „ wij den moed van onze brave fansculottes, s, en wij voeden hen met de Itreelendfte verwag„ tingen; eiken dag verwagten wij het teeken „ tot den opftand, en eiken dag itelt deze zoete „ verwagting te leur. „ ö, Burger Reprefenta.nten! (laat een oog van „ mededoogen op eene partij, die u met open „ armen verwagt, en geen ander vooruitzicht „ heeft, dan eencn volkomen ondergang, indien gij haar verlaat. Vervult- die beloften, welke „ ons getroost hebben, en ons geduurcnde eene „ onderdrukking, welke op het punt is van ons „ ten eene maaie ter neder te liaan, nog troost. „ Verhaast de fchreden van uwe- onverwinnelij„ ke hcirlegers! dat zij tevens, met den broe,, derliiken- kusch, die zege palmen, en over„ winnings - kroonen komen ontvangen, welke „ wij  43 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Aanmerking. De Wapenmagazijnen „ wij voor hen bereiden. Stelt ons boven al gerust „ wegens de voor ons zo ontrustende gerugten, „ welke men wel ligt om geene andere redenen „ verfpreidt, dan om ons bevreesd te maaken, „ en deze zullen weldra dit oogmerk berei„ ken, indien gij u niet haast die met woorden „ en daaden te logenftraffen. Wij zijn als nog „ ftaande gebleven, maar 'er is flegts een oogen- blik nodig om ons om verre te werpen, en „ weldra zal dit oogenblik daar zijn, indien gij ,,. ons niet bijftaat, om zelfs die geenen te onder „ te brengen ^die ons vervolgen, en onzen on„ dergang dreigen. „ Ons lot moet ook u aangaan, daar onze zaak de uwe is, en wanneer men ons onze „ bezittingen, ons leven ontneemt, men u be„ roofd van broeders en vrienden, en van die fchatten, welke men u had toegedagt." Heil en Broederfchap! Op bevel van het Committé. Het flot van dien brief heeft bij de komst der Franfchen, maar al te wel zijne vervulling gekregen. Deze brief behelst gewis onwederfprekelijke waarheden, want door het lang vertoeven der Franfchen, had men binnen 'slands de gelegenheid om zich te wapenen tegen alle onderneemingen der patriotten, welker plan over te veel raderen liep om niet ontdekt te worden, en dit gaf gelegenheid, dat de regeering eenige  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ge wap^n-magazijen van de patriotten ontdekte d en opligtte. Hierop deden de heeren van den Gerechte eene allerftrengfte publicatie aan alle in-wooneren, om binnen drie dagen hunne gewceren, kruit en lood, dat zij meer als gewapende burgers nodig hadden, aan te geven, en zelfs omtrent die geenen, welke zulks verkogten , Werden zodanige voorzieningen genomen, dat 'er geen het minftë misbruik van gemaakt konde worden. De ongehoorzaamen aan deze publicatie bedreigde men te zullen ftrafferi. Het ganfche plan der omwenteling viel derhalven in duigen, ftelde de hoofden daar van bloot aan de grootfte vervolgingen, en de gangen der patriotten werden zodanig bewaakt en nagegaan, dat dezelve vooral in Amflerdam niets meer verrigten konden. Inmiddels kwam de Erfprins van Oranje in Amflerdam, om met de regeering middelen te beraamen tot befcherming yan Holland, beftaande, om de groote oveiftrooming rondom die ftad in het werk te ftellen, en Amflerdam van een goed Engelsen guarnifoen te voorzien, ter beteugeling der patriotten. Om die rampen voor hunne ftad voor te komen, beflooten duizende burgers een manmoedig request aan hunne re geering te prefentecren, doch wijl dit request ter teekening lag, deeden die van den Gerechte eene allerfterkfte publicatie, van geene requesten III. peel, D \% 49 ;r Patriot:n ontdekt; Kemst van den Er'prih!» en YorcKt in AmfiHr* iam. Verbod van reqtiesten in* televeren. -  5° Request der Burgert van Amfierdam. 3 'S D 5 5 5 9 J J 5 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. te teekenen of verzoeken over regeerings zaaken te doen, als verpligt en gelast wordende, zulks over te laaten aan de vrije deliberatie hunner Regeering; des niettegenftaande werd het volgende merkwaardig request ingeleverd. Request aan Hun Edele Groot Achtbaar en de Heer en Burgermeesterm en Raaden in de Vroedjchap der jiad Amfterd m. Geven met verfchuldigde eerbied te ken., nen, de ondergeteekenden, burgers en ingeze„ tenen dezer ftad. ,, Dat zij tot hier toe volkomcnlijk berust hebben in de wijsheid en welmeenenheid van , U Edele Groot Achtbaaren in het neemen van , alle zodanige maatregelen, als in deze tijden , meest gefchikt zijn, om voor het welzijn der , goede burgerij dezer ftad, voor de zekerheid , en veiligheid van de refpective ingezetenen , derzelve, en voor het behoud van het leven , en de bezittingen van alle deszelfs inwooneren , de oplettendfte en tederhartigfte zorg te dragen. Dat de ondergeetekenden uit dien hoofde, , tot hier toe ook niets meterdaad hebben on, dernomen, het welk eenig wantrouwen op , het wijs en burgerlievend beftuur van U Ede■ le Groot Achtbaaren, als de hoofden van hun, ne ftad, te kennen zoude hebben kunnen ge, ven; en dat zij ondergeteekenden als nog ver, trouwen, dat de getrouwe vervulling van het geene  GESCHIEDENIS oer NEDERLANDEN. 51 geene eene ftads regeering aan de brave bur„ gerij derzelve verfchuldigd is, hen niet zal „ noodzaken, om tot andere maatregelen te moe,, ten overgaan. „ Dan, dat de ondergeteekenden zeker ver,, meenen geïnformeerd te zijn, dat de vrijheid ,, der deliberatien van U Edele Groot Acht,, baaren aanmerkelijk belemmerd is geworden, ti door de onverwagte verfchijning in deze ftad, van zijne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Erfprins van Oranje, en van zijne Koning„ lijke Hoogheid den Heere Hertog van York, 3, en dat het oogmerk der komst van deze bei„ de illustre perfonen tot niets anders tendeert „ dan om U Edele Groot Achtbaaren te permo„ veeren, tot het toeftemmen in refolutien, wel,,'ker uitvoering ten eenemaal verderfelijk, en „ hoog pernicieus voor de belangens der inge„ zetenen van deze ftad, en van deze ganfche provintie bevonden moet worden. ,, Dat de ondergeetckenden, daar laatende, tot welk oogmerk de beide genoemde illustre ,, perfooncn in deze ftad mogten zijn aangekomen, zedert hoogst derzelver komst met fchrik en angst vernomen hebben, dat het bij U Edele Groot Achtbaaren in overweeging ,, is gebragt, of men deze ftad bij de aannadering der Franfche legers in postuur van defentie zoude ftellen dan niet? 'en dat U „ Edele Groot Achtbaaren zouden beflooten heb. Da ben,  5* GESCHIEDENIS eer NEDERLANDEN. „, ben, om deze ftad aan een militaire belege? „ ring te onderwerpen. ,, Dat U Edele Groot Achtbaaren ten dien einde al verder geconfenteerd zouden hebben, „ om de innundatien rondom deze ftad te doen ,, formeeren, en des noods de zeefluizen in den omtrek derzelver open te zetten, en voorts 4, de zeeoijken te doen doorfteken, om deze 9, innundatien van het kragtdaadigst effect te doen „ zijn. „ Dat U Edele Groot Achtbaaren daarenbo.a, ven toegeftemd zouden hebben, om ter verdediging van deze ftad een aanmerkelijk getal Engelfche troepen inteneemcn. ?, Dat de ondergeteekende burgers en ingeze„ nen derzelve, geenzints met zodanige maata, regelen genoegen konnen neemen; en uit dien „ hoofden bereid zijn, in zo verre U Edele Groot Achtbaaren door de prefentie van den „ Heere Erfprins van Oranje en den Heere Hertog van York, tot het neemen van dergelijke maatregelen gedwongen mogten zijn ,, geworden, openlijk te doen blijken, dat deze „ maatregelen geenzins zijn naar genoegen en overeenkomftig het verlangen der ingezetenen 9, dezer ftad. „ Dat de ondergeteekende burgers en ingezetenen dezer ftad, mits deze ftellig aan JJ Edele Groot Achtbaaren afvraagen, tot welk flJ einde dc twee bovengenoemde illustre persi  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN» 55 I, foonen in deze ftad verfcheenen zijn, en of », U Edele Groot Achtbaaren geconfenteerd heb- ben, om deze ftad in postuur van defenfie „ te ftellen, haar aan een beleg te onderwer- pen, haar van vreemd krijgsvolk te voorzien, „ en baar bewind des geheel en al in een mi- litair gouvernement te veranderen? „ Dat de ondergeteekende burgers en inwoo* j, ners derzelver, mits deze openlijk verklaaren, „ geen genoegen te kunnen neemen met eene „ zodanige refolutie , welke mogte tendeeren „, tot eene militaire defenfie van hunne ftad, maar dat dezelve vastelijk beflooten hebben , hunne eigene ftad en bezittingen, tegen alle militaire verdediging hoegenaamd ook, operi„ lijk te zullen verzetten. „, Dat vooral de inlegering van Engekch ,, guarnifoen binnen Amflerdam, door hen nim,, mer toegeftaan zal worden, maar dat de „ ondergeteekenden zich tegen die roof- en plun„ dèrzieke benden, welke zelfs door eene her„ haalde afkondiging van hunnen eigenen Chef tot geene ordre gebragt hebben kunnen wor„ den, openlijk zullen verzetten, en derzelver „ aannadering aanmerken, als het teeken doof „ U Edele Groot Achtbaaren gegeven, om •„ eene burger revolutie te beginnen, voor wcl•,, ker gevolgen U Edele Groot Achtbaaren alleen refponfabel zullen zijn. 5, Tot vermijding van welke facheufe en ontD 3 *> ze£-  54 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Gcvofgen V*n dit »ê „ zettende gevolgen, de ondergeetekende burgers ,, en ingezetenen dezer ftad, zich in dezen hoo. „ gen nood, als nog eerbiedigljk keeren tof U Edele Groot Achtbaaren, met het allêrern,, ftigst verzoek, nimmer te concurreeren tot „ het neemen van eenige maatregelen, welke ,, zouden kunnen dienen om deze ftad aan eene „ militaire defenfie bloot te ftellen; veel min „ omme te confenteeren tot het innemen van „ zodanige losbandige roof en plunderzieke ben„ den, als welke zich alomme reeds befaamd „ gemaakt hebben door een gedrag, het welk „ zelfs door hun illuster hoofd niet meer beteu„ geld fchijnt te kunnen worden. „ Nemaar, dat U Edele Groot Achtbaaren, „ zich verlaatende op de goede gezindheid van „ de burgerij en ingezetenen dezer ftad, zich allezins zullen voegen naar den loop en „ eisch der tijdsomftandigheden, zonder zich „ door eene roekelooze defenfie refponfabel te „ ftellen voor de ruïne en het ongeluk van de gezamenüijke bewooners derzelve. V Welk doende enz. Dit request werd door duizende van burgers geteekend, en door elf aanzienlijke burgers ingeleverd, en fchoon de regeering het teekenen van requesten verboden had, werd hetzelve nogthans aangenomen, maar met dat ongunftig gevolg, dat 3 op raad en aandrang van den Engel- fchen  GESCHIEDENIS cer NEDERLANDEN. 55 fchen Ambasfadeur, die heimelijk thans het grootfte bewind in de republiek voerde, zes inleveraars van het zelve, crimineel gevangen gezet werden, intusfehen dat de andere het land uitvlugtten en gebannen werden. Ten tijden dezer gevangeneeming waren 'er meer dan 6000 militaire onder de wapenen, met zestig compagnien burger militie, waarvan 'er twaalf de toegangen van het ftadhuis bezetten. Alle de huizen der bekende gemeenébestgezinden werden bijzonder in het oog gehouden, en zommigen derzelven door militairen uit hunne wooningen gefleept en zeer mishandeld. De verdachte burger bijeenkomften werden verboden, en door genomen maatregelen geheel belet. Gelukkig, dat 'er onder de patriotten geene verraaders waren, die opening van de voorheen bepaalde plannen gaven, want als dan zou de vervolging nog erger, on meenig braaf burger het ongelukkig flagtoffer van bloeddorst en wraaklust zijn geworden^ Deze gebeurtenis maakte alle ontworpen plannen tot de te beginnen revolutie onmogelijk. Want wat konde eene ongewapende partij doen, die zelfs binnen 's lands verre de minderheid had, en. door gewapende militairen en burgers in bedwang gehouden werd. De Franfche revolutie daarbij in vergelijking te willen brengen, was niet gelijkvormig, daar had zich alles van trap tot trap ontwonden, en verre de meerderD. 4 fcü Hierdoor alle plannen verijdeld. Aanmerking.  5 Daan. 5? lader Plani Arretè van den Franfchen ' epiti 1'entant.  5» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Arrest var den gcneraai ■ Daalidels. „ Daan d els, betrekkelijk de (zogenaamde „ vrijwillige) requifitfea van manfchappen en „ geld in de meijerij van 's Bosch, haast zich „ om de inwooners alle vrees te beneemen, » door hen te verbieden, van niet te gehoor„ zaamen, dan aan de door de Reprefentanten „ des Franfchen volks, geconftitueerde magten. „ Hij wil zeer gaarn, als niet ■fchuldig aan „ kwade oogmerken, befchouwen de onderfcheiden agenten van dien generaal, die zonder „ twijfel zelf in dwaaling is, en hij ordon„ neert aan elk en een iegelijk, die eenige „ fondzen gegeven hebben, dezelven binnen * tweemaal vier en twintig uuren terug te eis„ fchen van hun, die dezelve ontvangen heb■>, ben. Hij gelast den generaal Souvial dit „ befluit, bij trompet - gefchal te doen procla„ meeren, en den hoogfchout hetzelve te doen „ affigeeren in de quartieren en ten platten „ lande , in genoegzaame getallen." (Was geteekend) PP/ CT" "i->a vomóc f du J arn^ De generaal Da and els werd met zijn état major daar op gepresteerd, maar korten tijd daar na weder ontflagen. Een verfchijnzel vreemd in zijn foort, het welk de gemeenebest-gezinden zeer ter neder floeg, en deed b flirten, om daadelijk twee hunner leden naar Rarys te zenden. De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 59 Deze inlichting achtte1 ik nodig voor af te ;.even omtrent de inwendige gefleltenis der republiek, maar om nu niet te verre voor uit te loopen, zal ik den draad der gefchiedenisfen weder opvatten, na alvoorens eenen korten uitflap te doen over de noodlottige gebeurtenis fen in Poolen In mijn tweede Deel heb ik bereids gewag gemaakt van den opftand in Poolen, een opftand zeer belangrijk, zelfs voor de Franfchen, om dat de Koning van Pruisfen daar door buiten flaat werd gefield, de nodige verflerking aan het leger van de,n Rhijn te bezorgen; want in Poolen Honden de zaaken in het eerst gansch niet voordeelig voor Pruisfen, door den opftand in Zuid-Pruisfen, welke hem in gevaar ftelde, alles wat hij van de eerfte en tweede verdeeling van Poolen bezat, te verliezen. Maar on gelukkig voor de Poolen, dat zij de drie gedugtfte mogendheden van Europa te beftrijder hadden, welker landen aan de hunnen paalden; Rusland was wel de ergfte van dezelven , dooi dien deze de handen ruim had, want het was te ver afgelegen, om te land deel in den Fran fchen oorlog te neemen. Doch de Pruisfen en d< Keizer, hoe volhandig zij het met den Franfchet oorlog hadden, wilden nogthans den door hun ge roofden buit van Poolen zich niet laaten ontneemen Intusf hen dat de Kon.ng van Pruisfen War fchau belegerde, brak de opftand in Zuid Pruis Omtrent Poolen. ! - Opftand in Zuid - Pruis* feit.  Co Keleg vai Warfchau opgebroken Omkeer Van z&kett. GESCHIEDENIS dér. NEDERLANDEN Pruisfen, of in dat gedeelte van Groot-Poolen uit, hetwelk aan den Koning van Pruisfen tert deele gevallen was. Een welvaarend land, en daar de inwooneren door verlichting rijp voor de revolutie geworden wa^en. Te Kaken verzamelden zich de misnoegden, teekenden de acté van confoederatie, en maakten te Srzyne, Brzele in Cujave zich meester van de Pruïspfche magazijnen, en te Wïöclaweck vermeesterden zij de Pruisfifche kasftn, benevens verfcheiden vaartuigen met- buskruit en krijgsbehoeften gelaaden: de opftand brak zelfs tot op de Silefifche grenzen door, en de infurgenten befchreven een i algemeenen landdag te Grezen. Dit noodzaakte den Koning van Pruisfen het beleg van Warfchau op te breeken, en zijne wapenen dien weg heen te wenden. Te Warfchau zong men het Te Deum over den opftand in Pruisfen-, men 'berftelde de befchadigde werken der ftad^ Voorzag dezelve van alle nodige mondbehoeften, 'er werden fterke corpfen geregelde troepen tot onderftand van die van Zuid-Pruisfen opzonden, welke te Bromberg zich meester maakten van een Pruisfisch wapen - magazijn, gelijk ook van alle goederen des Konings, doch de goederen der burgers lieten zij onaangeroerd. Hoe gunstig tot hier toe de zaaken der Pooien hadden geftaan, veranderde alles eenklaps door de aankomst der Rusfifche legermagten. Suwarou-, generaal der Rus/en, en bekeiVd door  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. door zijne gepleegde wreedheden, trok met verhaaste fchreden met een leger van tusfehen de twintig en dertig duizend mannen naar Warfchau, en was voorneemens zich met het Rusfisch leger onder den generaal Ferzen te vereenigen. De Poolfche generaal Kosciusko, tragtte zulks door zijne ligging tusfehen beide te verhinderen. Onverwagt werd het Poqlsch verfchanst leger, door den Rusfifchen generaal Ferzen aangevallen en manmoedig afgeflagen, maar toen hadden de Poolen de onvoorzichtigheid, uit hunne verfchanfingen te komen, om hunne vijanden te vervolgen, die zich daar op herftelden, het Poolfche leger totaal floegen, en Kosciusko zwaar gewond zijnde, krijgsgevangen in handen kreegen. Deze flag maakte een einde aan den Poolfchen opftand, want fchoon Warfchau zich moedig wilde blijven verdedigen, dreigde de generaal Suwarou, indien zij de Rusfifche gevangenen niet daadelijk Haakten, Prag, de voorftad van Warfchau, in brand te zullen fteeken. De Poolfcht generaal Poniatowski, tragtte dit wel, te kee> ren door met 16000 mannen die voorftad te bezetten, maar Suwarou liet met den degen in de vuist de gebrekkige vestingwerken beklimmen, meer dan aooco Poolen kwamen daar bij om, in de voorftad alleen werden, volgens berigten, meer dan iaooo weerlooze mannen, vrouwen en kinderen, door 't Rusfifche moordzwaard om- / ■ . 6l De Poelen geflagen. ingenomen. en moord in de vuoiilad.  I Val van de club dtr Jaaobijneu. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. omgebragt, en die het naar Warfchau poogden te om!, omen, verdronken, door het breeken der 'brug, in den Weixel, en hier op werd de ftad op befcheidenheid aan de Rus/en overgegeven. Op zommige pl atfen verzamelden zich nog wel eenige Poolfche corpfen, maar door het verlies van Warfchau, en de gevangeneeming van Kosciusko, geraakte ook de opftand in ZuidPruufen ten einde, waar door dan ook het ongelukkig lot van Poolen beflist werd. Intusfehen zal het gedrag der drie roovers van Poolen, tot eene eeuwige fchandvlek in de gefchiedenisfen voor die Hoven verftrekken. In Frankrijk veroorzaakte de val van het fchrikbewind , ook dat van de club der Jacobijnen, eene focieteit, die door haare uitgebreide correspondentie, en aanhang in de Conventie en committés, meer heimelijk gezag uitoeffende, dan de Conventie zelve; doch daar de Jacobijnen voornamelijk het fchrikbewind onderfteund hadden, waren zij met den val van het zelve, in den wel en te recht vérdienden haat des volks geraakt. Hunne vergadering gezuiverd van het grootfte gedeelte der heethoofden, tragfté zich wel door een adres aan de Conventie teg^n den verkreegen blaam te verantwoorden, maar de mislukte aanflag, om de welipreekende Tal li en, het hoofd der moderate partij, van het leven te berooven, maakte hen meer en meer gehaat, en gaf aanleiding, om hunne gedra-  GESCHIEDENIS deh NEDERLANDEN. 63 dragingen, meer van nabij te onderzoeken, welk onderzoek niet gunftig voor hen uitviel. Merkwaardig was het voorftel van Merlirt van Thionville, omtrent een te ontwerpen adres? der Conventie aan het Franfche volk. Zaakelijk hield het zelve in: „ Wantrouwd die trouwloo„ ze mannen, die onder valfche voorgevens, u „ door regeeringsloosheid in tegenomwenteling „ willen brengen. Zij zijn erfgenaamen der wan„ daaden van Robespierre, en aller zamen„ zweerers, welke de revolutie voordgebragt „ en geftraft heeft. Zij noemen zich volksvrien„ den en verlangen enkel het zelve te Aagten. „ Zij fchijnen verdeedigers te willen zijn der „ volks-rechten, welke zij aan het zelve wen„ fchen te ontneemen. Bereids heeft de natie „ zich zelve op den rand des afgronds gezien; „ het kwaad in de remedie gevonden, en uit„ geroepen : lang leve de Conventie! de fnood„ aards tot hun ooripronglijk niets gebragt, en. „ ons vaderland was gered. Zodanig zal het ,, geval weder zijn, het volk en de Conventie „ zal voor eeuwig vereenigd blijven, en alle „ de fchavotten onzer vijanden zullen voor on« „ ze voeten vallen. Tot uwen klem herfteld, „ zult gij niet dulden, dat iemand uwe reden „ bedriege, gij zult niet vergeeten, dat de waarborg der vrijheid in de kragt des volks, „ en deszelfs ecndragt met de Nationaale Con- ventie gelegen is. De Conventie, beftendig » in  04 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ in haaren loop, zal liet revolutionair Gou„ vernement handhaven, maar handhaven door „ het geregeld te maaken, en door het te z'uive„ ren van die.wreede en onrechtvaardige maat„ regelen, van welke het ten voorwendzel gemaakt was. De Conventie zal het revolutio„ nair Gouvernement handhaven tot de volko„ men verdelging der vijanden van de omvven„ tclirg, in fp.jt der huichlarije der geenen, „ welke met trouwlooze inzichten het Coniïitu„ tioneel Gouvernement inroepen. Wij zullen „ op onzen post blijven tot de omwenteling „ geheel zal volbragt zijn. Wij zullen de doo„ ling (paaren; de fchuldige zuUen wij ftrafFen. „ De regeering van geftrenge gerechtigheid zul,, len wij vestigen,-maar niet zulke Juftitie als „ zij vóórpredikten; niet zulke gerechtigheid „ als zij het volk vertoonden, die onophoudelijk „ praatten van bloed en fchavot; die, na zich „ zelf met den roof der omwenteling verrijkt „ te hebben, ftraffeloos de regeeringloosheid.en „ wanorde zoeken. Wij zullen integendeel op„ fpeuren die befcheide mannen, welke geene „ publieke ampten bejaagen, maar de republie„ keinfche deugden zonder grootfpraak uitoefe„ fenen." Geen wonder, dat dit adres algemeen werd toegejuicht, de ftem der reden pleitte voor het zelve. Bij dit voorftel voegde Bourdon van Wijs bet volgende ontwerp van decreet. „ i. De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ i. De Nationaale Conventie declareert: dat, „ zijnde de bewaarders van de fouvereiniteit „ des volks, zij niet de minfte inbreuk' dulden „ zal, op die fouvereiniteit, onder wat voor„ wendzel ook, zelfs niet onder dat van het „ recht van requestreeren. „ a. Zij decreteert, dat 'er geen grond is tot „ deliberatie over de requestcn geprefenteerd, „ om permisfie voor de wijken, om eiken vijf„ den dag te zitten, doch op die, welke ten. „ deeren te verzoeken, dat de Municipaliteit „ van Parijs zal worden geörganifeerd. ,, 3. Dat alle de zodanigen, die in den nacht „ van 9 en 10 thermidor (27 julij) hebben „ getragt het volk te misleiden, en tegen de „ Conventie op te zetten, als verdagte perfonen „ zullen behandeld worden. „ 4. Dat dezulke, welke door daaden of „ gelchriften, den voordgang van het regeerings„ bewind, of van de volksreprefentatien in zen„ ding zijnde, belemmeren, als verdagte perfo* „ nen zullen behandel 1 worden. Deze voor„ ïtellen , zeide Ta Uien, zijn te naauw aan „ het nationaal belang verbonden, oni zonder „ deszelfs onderzoek te worden aangenomen. „ Wij alleen ftaan toe dat 'er ledet. zijn , wel,, ker doel is de vernietiging van den publieken geest, en de verftrooing der Nationaale Con„ ventie. Dit zijn de voorwerpen van Pit en „ Coburg. Wij allen keuren af de listige JU, deel. E „ voor-  66 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. voordellen dier uitlandfche zendelingen, dier „ mannen , welke eenen burger - oorlog in Frank„ rijk willen ontfteeken. Edoch de nu ver- klaagde zijn de eenige leden niet, op wel, ken de ftrengheid der wetten en de wijsheid der Conventie moet vallen. Die behooren op al„ le dergelijken te vallen. Een iegelijk, die „ eene magt tot mededingfter van het beftuur „ wil veiheffen, behoort geftraft te worden. „ Er is een Guit aan u verklaagd, doch men „ heeft u niet- duidelijk verhaald in welke „ plaats hij het recht der Conventie, om de „ volksgezelfchappen te zuiveren, durfde ont„ kennen. Hoe! zal de Conventie geen recht „ hebben, om aan een gezelfchap te zeggen: „ „ zijn 'er onder u geene medeftanders van „ „ Robespierre? Wie zijn de mannen, „ „ die nu een halftarrig ftilzwijgen uitoeffenen, „ „ en werklijk aan het hoofd der committés ,, zijn van uw gezelfchap, welkers intriganten „ ,, aandringen op het. kezen van aanfpraaken, „ „ bij voorkeur boven de rapporten der Con„ „ ventie? (dit juichte het volk op de trihu„ „ ne toe?) „ Laat de Conventie het roer der regeering „ met eene beftendige hand houden, intriganten „ beroovers vervolgen, en geene leden dulden, „ die beftendig de knie voor den afgod, des „ dags, tot verfmaading der patriotten geboogen „ hebben. Ik heb nimmer voor het vernietigen. vaa  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 67 „ van 's volks gezelfehappen geweest; maar „ om nuttig te zijn moeten zij gezuiverd worr „ den. Zij moeten tot geene trappen dienen „ van zulken, die het vestigen van hunne magt „ bedoelen, door het volk te bedriegen. „ Het is tijd, vervolgde Tallien, voor al„ le braave lieden, eikanderen als broeders te „ befchouwen; voor zulken, die oprechtelijk naar vrijheid en gelijkheid haaken, om zich tegen mannen te vereenigen, die hunne eigen heer,, lening wenichen te vereeuwigen door twee?, dragt en regeeringloosheid. — Men heeft ge- praat van gellachten van onderfcheiding ; val„ fche, flegte en beerschzuchtige behooren tot „ geen particulier geflacht. Schuld moet ver„ volgd worden, waar die zich vertoont, en „ deugd geëerd onder alle clasfen van menfehen. „ De goede en wettige burger is de nijvere „ werkman: de foldaat, welke de republiek verdedigt, en de zeeman, die in den dienst „ van zijn vaderland den oceaan braveert; fleg„ te burgers zijn zulken, die bij ledigheid en „ roof willen leeven; zulken, die zich rondom „ particuliere aanvoerders febaaren, rondom „ heerschzuchtige en intrigante mannen, om die in hunne euveldaaden bij te fprjngen, en in „ hunnen roof deelen." Dit zijn geene bloemen van welfpreekenbeid, maar behelst het pit en merg van onwederfpreekelijke waarheden. Ja, zonder de E a ze-  6S GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. zegepraal der moderate partij in Frankrijk zou het ontwijfelbaar de zendelingen der overheerfchers gelukt zijn, om, volgens der Romeinen grondregel: Verdeel en Heersch, op de puinhoopen van hét patriottismus hunne nieuwe, ten val dreigende grootheid te bouwen. Het Franfche patriottismus met een wijsgeerigoog befchouwd, dan moet men zich verwonderen, hoe het alle de fchokken heeft kunnen doorflaan, en dat wel in een tijd, toen het hof van St. James geen geld ontzag, om door verraad en verdeeldheid dat geene te bewerken, waartoe alle de wapenen der dwingelanden onmagtig bevonden werden. Hij, die geen heimelijken vinger Gods in dit alles befpeurt, dient wel eerst te ontkennen alle Godsbeftuur tot algemeen geluk der volken en menfehen, en alle gebeurtenisfen te rangfehikken onder de toevallige lotgevallen, even of daar ieder ftaatsbeftuur, zijne wetten en orde van beduur nodig heeft, het groote Godsbeftuur lijdelijk zich zou moeten onderwerpen aan de overheerfchers der aarde, om, ftrijdig tegen zijn algemeen plan van geluk voor het menschdom, door moord en roof te laaten verwoesten, het geene Zijne wijze almagt had daar gefteld, om het geluk Zijner redelijke wezens volkomener te maaken. Wat vlekken het Franfche patriottismus mag hebben, de waschdom van het zaad der vrijheid, gegrond op de rechten der menscheid, kan  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. e>9 kan door geen eenig overheerfchend gezag verflikt worden, en het zal ter sijpel tijd zijne gewenschte vrugten dragen. De vernederde Jacobijnen waren zeker niet gefligt over de bepaalingen door de Conventie vourgefchreven, en deeden deswegens zeer beleedigende redenvoeringen tegen de Conventie, doch die door de ongunst des volke, welke zij zich op den hals gehaald hadden , hunnen val verhaastte. Bij onderzoek over hun beftaan be. lijdt de Conventie zelf, dat de focieteit, ten tij de der omwenteling, veel nut gedaan had, maa: dat dezelve, na het aanranden der Nationaal* Oppermagt, het allergevaarlijkst werd voor de rus en vrijheid. De Conventie gat" daarom haare goed keuring aan het gedrag van het departement de politie, welke de fleutels dezer focieteit in hande: had gefield van het committé van algemeen wel zijn. Den dag daar na begaven zich een groc aantal Jacobijnen gewapend naar hunne gewoc ne bijeenkomst, maar aldaar werden zij doe het volk ontwapend, met fcheldwoorden ovei laaden, en tot meerder zekerheid de zaal dc Jacobijnen niet alleen geflooten, maar ook vei zegeld. Deze gebeurtenis der Jacobijnen, leert hc fchadelijk door misbruik eene volks - focieteit ki worden, en wel eene focieteit, die in het eer zo veel toegebragt heeft tot de zegepraal d .vrijheid! Het grootfte kwaad beflond hierii E 3 <3 Overdtn vtl der JacoHjntn. t r 1 t r r ie Aanmerking. n st zr 1., at  GESCHIEDENIS dêr NEDERLANDEN. dat zij zich met regeerings-zaaken bemoeide, dë Conventie, zo wel als de voornaamfte committés van haaren wil afhanglijk maakte; dit doende zijrt alle focieteiten ten uiterfte nadeelig; doch aan den anderen kant, haare vrijheid niet misbruikt wordende, zijn het ook de plaatzen, daar het volk in hunne waare belangens voorgelicht, en de vaderlandsliefde aangevuurd kan worden; daar aan had men voornamelijk de algemeene omwenteling in 1795 toetefchrijven. — Maar om haar vervolgens zodanig in haare werkzaamheid te bepaalen, dat overal wat maar zijlings eenirre betrekking op ftaatkunde heeft, niet gefproken mag worden, is niet anders, dan het volk onkundig te laaten in zijne waare belangens, en van de voorlichting aftezonderen; onderwerpen, waar 's volks geluk of ongeluk van ainangt, daar immers de ftaatsregeling de wet is voor hun die regeeren, en zij die geregeerd worden, en alle daadelijke afwijking daar in ftrafbaar is. Beledigd een fprecker eene regeering of eenige zijner medeburgers, dan verdient hij billijk de ftruffe daar op ftaande, maar anders is alle voorlichting nuttig, te meer daar de ondervinding bereids doet zien , dat de best ingerigte ftaatsregeling zijne verbetering zal nodig hebben. Ja, leert de ondervinding van nu af aan niet al, dat ons patr.ottisruus magtig verkoeld is en afneemt, naar maate de focieteiten yermkderen? en die geheel vervallende, ('t welk v ze  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. fi Beker te voorzien is) wat moet 'er dan van onze vaderlandsliefde worden? dat de natie onverlicht, gevoelloos voor de vrijheid en onvatbaar voor alle voorkomende omwentelingen worden zal, gelijk de gefchiedenisfen der eertijds vrije volken geleerd hebben.' Neen, bij een vrij volk vordert het tlaatsbelang, om van de volks-focieteiten wel de misbruiken in het aanmaatigen van eenig gezag, het zoeken van aanhang, en ondermijnen der ftaatsregeling te weeren, maar nimmer moet men tragten den volksgeest uittedooven , want zonder de nodige voorlichting en redevoeringen tot aanwakkering van vaderlandsliefde , en haat tegen de dwingelanden , zouden de oude volken, zo min als de hedendaagfche Franfchen die wonderen van dapperheid gedaan, en zelfs andere met een Enthufiasmus voor de vrijheid bezield hebben. Ik zal nu wederom den draad der gefchiede nis opneemen. Van rondsom liep thans het geluk der wapenen den Franfchen mede; Bellegarde, de eenige Franfche plaats, die de Spanjaarden op hun veroverd hadden, werd op dezeben heroverd, met 60 ftukken kanon en 100c krijgsgevangenen. Door de inneeming van 's Bosch, begon hel gevaar aanmerkelijk te vergrooten, voor de Ver eenigde Gewesten, en verfeheide fterke aanhangers van het Oranje bewind verlieten het land. fchoon de Staaten van Holland zulks verbodei E 4 bad Veroveringen op Sfanjtn. Het gevaar vergrootvoor de VcreemgdeGewesteu. t  ï% GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Publicatie v?" Goiiler- i t / I 9 1 5 ? »' »! 5'. 5! ».' 55 hadden, en de amptenaaren, welke zich daar aan fchuldig maakten, daadelijk van hunne ampten vervallen verklaard werden. Maar bijzonder muntten die van Gelderland uit, om doch de nodige verziening te doen, ten einde alle genot van goederen aan hunne vijanden te onttrekken, en waarvan de volgende publicatie ten voorbeeld ftrekt: PLACAAAT. „ De Staaten des Furftendoms Geldre, en des „ Graaffchaps Zutphen doen te weeten; alzo „ de toeftand, waarin de republiek door den „ bloedigèn oorlog, waarmede zij door die „ geenerï; welke z:ch het bewind in Frankrijk , hebben aangematigd, zo onrechtvaardig is aan, gevallen, van dag tot dag, voor deze pro, vintie in het bijzonder zorgelijker wordt, en , het bij eene te duchtene vijandlijke invafie in , dezelve zoude kunnen gebeuren, dat eenige , goederen, het zij landen, huizen, plantagien , of andere ongereede of gereede effeéten, van , wat aart, die ook zouden kunnen zijn, en , toebehorende aan eenige publieke collegien, , fteden, gemeenten, of mark en, of corporatien, of uitmal.ende de domainen en rechten van deze provintie of ook van bijzondere Heeren, of ook een eigendom of posfesfie van particuliere perfoonen , door den vijand, of ook door anderen, welke onder'protectie van den vijand mogten hebben ondernomen, om eeni- « ge  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, 73 „ ge veranderingen in de wettige regeeringe van „ deze provintie te maken, of de plaatzen der „ wettige regenten en collegien in dezelve te „ vei treeden, en uit dien of anderen hoofde zich „ eenig gezag over dezelve goederen, eigen„ dommen of posfesfien zouden mogen aanmatigen „ werden aangeflagen, verkogt en te gelden ge„ maakt, of op eenige wijze gealiëneerd; zo „ is 't, dat wij hier in tot welzijn van deze „ provintie, en van alle deszelfs op- en ingeze„ tenen, aan wien wij onze zorge en protectie „ verfchuldigd zijn, en die wij hun, wanneer „ zij zich zulks door hun gedrag niet onwaardig „ maaken, nimmer zullen onttrekken, uit kragt „ van onze fouveraine magt, goedgevonden heb„ ben aan allen en een iegelijk, wie en van „ wat qualiteit en conditie hij zij, te verbie„ den, gelijk wij verbieden mits deze, om „ eenige. zodanige goederen, eigendommen of „ posfesfien gereede of ongereede effecten , waar „ in dezelven ook mogten beftaan, of van wat aart „ of natuur dezelven ook mogen zijn, te koopen, „ of bij wegen van cesfie, donatie, permutatie, „ hijpothecatie of anderzins, aan of na zich te „ neemen, of deswegens eenige handeling, het „ zij bij contract, of onder wat naam of pre„ text het ook zoude mogen wezen, aantegaan, „ waardoor den eigendom, of recht, of posfes„ fien van die geenen, welken dezelve voor de „ vijandlijke invafie bezeten heeft of hebben, E 5 » bui-  74 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. buiten deszelfs vrijwillige en ongedwongen „ toeftemnring op eenige wijze worden gealie5, neert of verkogt. ,, Declareerende wij wel expresfelijk bij de„ ze alle zodanige verkoopingen, cesfien, do„ natiën, permutatien, hijpothecatien, of andere ,-, handelingen, hoe ook genaamd, of van wat ,, natuur, te zijn onwettig, eni ipfo jure nul, „ en van oawaarde, met ernlbge waarfchouwinii ge aan alle en een iegelijk, die zodanige ,, goederen, eigendommen, posfesfien, gereede „ of ongereede effecten mogt hebben gekogt, „ of op eenigerhande wijze gerequireerd, dat, „ wanneer deeze provintien, gelijk wij onder ,, Gods zegen mogen hopen, dat gebeuren zal, i, wederom uit des vijands magt geraakt, ert „ onder ons bellier gebragt zal zijn, zij uit de„ zelve contracten van koop of andere handelin- gen, hoe ook genaamd, of van wat natuur, „ geenerhande recht of aanfpraak zullen kunnen of mogen pretendeeren , al ware het ook, „ dat de goederen door verfcheiden handen wa„ ren gepasfeerd, en diverfe maaien van eige„ naar of bezitter veranderd, en zonder dat „ eenige allegatie, van die goederen ter goeder „ trouwe te hebben gekogt, of anderzints geac- quireerd te hebben, zal kunnen te ftade ko,, men, of daaraan gehoor zal of mogen gege„ ven worden, maar dat integendeel al hetzelve „ aan den wettigen eigenaar of bezitter, aan „ wien  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. n ,; wien het voor de vijandlijke invafie heeft „ gecompeteerd\ of in cas van overlijden, aan „ deszelfs erven , daadelijk en buiten form van „ proces, wederom zal worden toegekend en „ gerestitueerd; terwijl daarenboven die geene, ,, welke bevonden zal of zullen worden, zoda- „ nige goederen, eigendommen of posfesfien, „ gereede of ongereede effecten geacquireerd, of „ daarover gehandeld te hebben, niettegenftaan- „ de zij wisten, dat derzelver fituatie een ge- „ volg was van de vijandlijke invafie en over- „ heeriching, niet alleen zullen gehouden en „ verpligt zijn alle de fchade, welke zij, ge- „ duurende die acquifitie aan die goederen, 't „ zij door afbreeken, ruïneeren of veranderen \ „ van gebouwen, plantagien, boom- of andere „ gewasfen of vrugten, of op eenigerhande wij- „ ze, hoe ook genaamd, mogten gedaan of ,, veroorzaakt hebben, te vergoeden, en de „ opkomften, die zij daarvan, van wat aart of „ natuur, ook mogten getrokken of genooten „ hebben, te restitueeren, en daar voor in „ hunne perfoonen of goederen aanfpreekelijk „ zullen zijn, zonder dat de wettige eigenaar „ of bezitter met eenige onkosten tot reupera- „ tie van hetzelve zal kunnen of mogen wor- „ den bezwaard, maar ook nog wegens zoda- „ nige verbodene acquifitien en handelingen „ op 't rigoureufte, zelfs met den dood zul- „ len worden geftraft, zo als naar exigentie ; „ van  76 GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. Brief van den Prins aan de Staaten V2.Ë Hêlitnd, „ van zaken bevonden zal worden te behoo„ ren." Deze publicatie leezende, ontdekt men daadelijk, dat de ridderlchap en andere regenten beducht voor den verkoop van hunne goederen, bij vijandelijke invafie, 't zij voor contributien als anderzins, alle koopers willen ailchrikken, om niets van dezelven te koopen, en waardoor dus hunne goederen onaanfpreekelijk wierden; maar als niemand eenige goederen kan of mag verkoopen, hoe dan de geëischte vijandlijke contributien betaald, als de eigenaars van vaste goederen geene contanten genoeg hebben? ja! een land overwonnen zijnde met de wapenen, dan houdt ook het gezag van 't voorig beltuur op, de ingezetenen veranderen van meesters, en zijn verpligr tol gehoorzaamheid aan dezelven doch konnen door het overwonnen beduur niet ontnomen worden, de veraiiëneering hunner goederen. Neer»! de ingezetenen zijn en blijven altoos lijdelijk onderworpen ter gehoorzaaming, zodra zij overwonnen zijn. In het begin van October fchreef de Prins lan Hun Ed. Gr. Mog. den volgenden brief: Edele Groot Mogende Heeren! bij' zoridere goede vrienden. Oordeelende dat in de critieque omflan„ digheden geene middelen moeten nagelaaten „ worden, welke onder Gods zegen dienftig „ zouden kunnen zijn tot behoud van het lieve „ va-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ff „ vaderland, hebben wij den Heere Generaal „ Erfprins van Oranje en Nasfau geauthori„ feerd, om gebruik te maaken van de hulp „ en adfiftentie van de goede in- en opgeze„ tenen, en met dezelven, tot behoud van gods„ dienst en vrijheid, de fteunpilaaren van het „ lieve vaderland, tegen een al verwoestenden „ vijand, zo heeft gemelde Heere Erfprins eene ,, aanmoediging aan de braave in en opgezete„ nen, zo van Hun Edele Gr. Mog. provintie, „ als aan die van Gelderland doen drukken, „ om aan deze onze authorifatie te voldoen, „ en waarvan wij nodig geacht hebben een „ exemplaar aan U Ed. Gr. Mog. te doen toe„ komen, aen welkers inhoud wij ons kortsheids ,, halve refereeren. „ Wij houden ons verzekerd, dat Uwe Ede„ le Gr. Mog. onze poogingen, tot behoud „ van het lieve vaderland aangewend, zullen „ goedkeuren , en wij bidden den Allerhoogften „ om de middelen door Uwe Ed. Gr. Mog., ,, en de verdere hooge Bondgenöoten in deze „ omftandigheden aangewend om den vijand af„ tekeeren , met de< keure zijner zegeningen „ mogen bekroond worden. „ Waarmede enz." (W« geteekencO ^ ^ ^ De  78 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Aanmoediging van den Erfprins aar 's lands ingezetenen. 1 I De aanmoediging was van den volgenden inr houd : Aan de braave in- en opgezetenen van Gelderland en Holland, langs de be' dreigde frontieren. „ Zijne Hoogheid, | mijn Heer Vader, mij „ geauthorifeerd hebbende, om de hulp van alle de goede in- en opgezetenen, ter defenfie „ van de frontieren, aanteneemen, en met de„ zeiven tot behoud van godsdienst en vaderland „ te mogen ftrijden, roep ik bij dezen ulieden „ alle op, trouwe en brave Gelder/eken en Hol „ landers! om elk, ter befcherming van huis en „ hof, van lijf en goed, optetreeden. „ Ziet daar, wapenen, kruit en lood, neemt „ ze aanMnet uwen alouden moed, en gebruikt „ ze met fterke handen. Niemand uwer zal, „ buiten zijn wil, verder gaan dan zijne pro- vintie; maar elk zal, in den omtrek van „ zijne wooning, den vijand den overtogt be„ letten. Elke vijftig van ulieden zullen mo„ gen eenen luitenant en twee onder-officiers uit „ hun midden aanftellen, en ik zal u daar bo„ yen nog officiers en onder-officiers tot uw „ onderwijs bijzetten. Strijden wij dan alle te , zaamen, dappere, trouwe landgenooten! voor , ons gemeenfchappelijk vaderland, krijgslieden, , burgers, landlieden, allen eensgezind, allen , onder ééne banier, allen tegen éénen vijand. , lk zal met ulieden, tot behoud van het va- » der-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 79 „ derland, ftrijden, en God geve ons de vip» „ torie." ' (Was geteekend) ntf QT p p f) /y. tf. lor^p.. v-an Gelderland ftelde eene ftaats eommisfie aan, om met den Erfprins hierover onderling zaamen raad te pleegen, doch hoe zeer dit een vrijwillige wapening werd genoemd, en die op het fterkfte door de Staaten van gemelde provintien werd aangemoedigd , bleek vervolgens uit het daarover geprefenteerd request van den Rechter Arnoldus Vermeulen in den Thic* lerwaard (die in dezen alle geloof verdient) Doch de proclamatie van de Franfche Reprefentanten aan alle burgers van Nederland is te gewigtig om alhier geen plaats te geven, te meer daar dezelve diende ter aanfpooring der omwenteling, en dus het tegengeftelde inhield van die van den Erfprins. De Reprefentanten van het Franfche. volk, bij het noordelijk leger, aan de ingezetenen van Nederland, en in het bijzonder aan de burgen van Amfterdam. bataaven! v „ Uit naam der roemruchtige Franfche na* „ tie, bieden wij u heil en broedcrfchap. — „ Onze zegevierende legers zijn thans den Bar ,, taaffchen grond genaderd; dien grond, op „ wel- Gcldtrlani (lelde hiertoe eene ftaats eommisfie aan.  8o GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ welken, ruim twee eeuwen gcleeden, zo veel „ bloeds geftort is, om denzelven aan den ge,, weldenaar, PhHippus den tweenen, teontroo„ ven, maar die door het listig beleid van den „ ondankbaaren Willem den eerjlen, Prinfe „ van Oranje, aan zijn eigen huis en gellacht „ onderworpen is geworden. Het knellend juk, ,, door dit heerschzuchtig huis op uwen vrijen „ hals gedrukt, heeft u meer dan eens poogin„ gen tot uwe redding, en ter bekoming van „ uwe vrijheid, doen beproeven. Maar deze „ alle zijn tot hier toe vrugteloos gefchied, / „ om dat gij fteeds al uw vertrouwen alleen „ gefteld hebt in vermogende grooten en rijke , „ medeburgers, die u bedrogen hebben, dewijl „ derzelver zoeken geenzins uwe grootheid, uwe ware vrijheid was ; maar alleen de vermeer„ dering van hunne magt, en het vermogen „ van hunne bijzondere familien. — Wij ko„ men thans, om u van dit ftadhouderliik „ Oranje juk, zo wel als van de helfche ketens „ dezer fnoode aritlocratie, op eens te onthef„ fen. — U tegens ons te verzetten, zou eene „ even zo roekelooze daad zijn, als zij uwer „ onwaardig zou wezen. — Onze roemruchtige „ republiek heeft geenzins den oorlog aan de „ Nederlandfche natie, maar aan Willem den „ vijfden, haaren Stadhouder, en zijne aanhan„ gelingen, verklaard en afgekondigd. — Het 9, is, om aan die verklaaring en afkondiging 5» ge-  GËS'CHIÊDËNIS der NEDËRLANDEN. Si », gelTand te doen, en dezelve te agtervolgen, ,, dat wij thans gereed ftaan, uwen bodem te »>, betreeden, en de muuren uwer Meden te na,, deren. Daar wij dus geenzins uwe vijanden „ zijn, maar alleen die van uwe onderdrukkers, hebt gij, braave natie! ook niets van ons te i,, vreezen; maar wagt u ook, om, door eenige „ ontijdige gehoorzaamheid aan uwe beevende „ onderdrukkers te betoonen, oorzaak te geven, ,, dat wij u mede als onze vijanden zouden moeten befchouwen, of als een volk, het welk „ de vrijheid en het geluk,, dat wij hsn willen ,, aanbrengen, ten eenemaal onwaardig is. Toont, „ integendeel, dat gij moeds genoeg hebt, om i, nog bij tijds zelve tegen uwe kleine dwinge„ landen op ie (taan, en hunnen troon om ver ,,, te werpen. Verdelgt de onderdrukkers, die u de wapens tegen uwe vrienden in de hanj,, den zoeken te geven , om in het eind u ,, zelf, uwe vrouwen en kinderen, en uwe vvient,, den te vermoorden. Maakt, dat gij nog bij „ tijds een volk wordt, het welk wij met oh„ ze legerbenden niet behoeven te overwinnen, „ maar dat bij onze aankomst ons de hand van 4, broederfchap, en in dezelve de lauwrieren zij,, ner overwinningen, over de dwinglandij be* 4, haald, blijmoedig aan kan bieden. „ Als dan, Burgers van Nederland! zullen 4, Frankrijk! helden geenzins als overwinnaars, 4, maar als vrienden, voor de poorten uwer fteIII. deel. F „ den  83 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, „ den verfchijnen, en zich gelukkig achten „ hunne wapens voor dezelven neder te leggen, „ om u te vragen, of gij van dezelven gc•,, bruik wilt maaken, om uwe ontluikende vrij,, heid te befchermen; dan of gij daadelijk toe „ wilt treeden, om met het magtigfte gemcene„ best van gansch Europa eenen onverbreekew lijken band van vereeniging te fluiten, tegen „ welke geene zamenzweering der nog overig ,, zijnde despoten in dit werelddeel immer eenig,, zins zal kunnen opweegen. „ Gij in het bijzonder, Burgers van AmJleréam! aan uwe braafheid ligt uw vader„ land veel gelegen. Kiest in deeze oogen,, blikken, of gij wilt, dat wij als overwinnaars, 4, dan als vrienden, voor uwe poorten zullen „ verfchijnen, — Laat u niet misleiden, zom„ mige die thans het beftier binnen uwe ftad „ nog in handen hebben, zijn Welligt dwaas „ genoeg, om zich te verbeelden, dat zij, wan„ neer alles voor onze zegevierende wapenen „ zal hebben moeten bukken, in ftaat zouden ,, zijn, om uwe ftad nog eene geruimen tijd „ te behouden; — zij en hunne aanhangers „ wanen, genoegzaame maatregelen genomen te „ hebben, om met hunne familien en voornaam„ fte bezittingen tijdig aan uwe of onze wraak „ te kunnen ontvlugten. — Dan, ook hiertoe M is hen de weg reeds zo veel mogelijk afge. „ fneden. Wij kennen alle hunne heimelijke n raad-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 83 ^, rasdflagen, zo wel als wij hunne perfoonen ,, kennen, gijlieden hebt vooral zorg te draa„ gen, dat dezulken, die het meeste geweld ,j tegen ulieden hebben uitgeöeffend, en die u j, thans nog voornaamlijk onderdrukken, aan 3, uwe waakzaamheid niet ontflippen. —- Zij „ zijn aan u, zo wel ■ als aan ons, bekend. „ Laat niemand ü in het dwaas denkbeeld brengen, dat de ftad Amflerdam en haare inge„ zetenen gunftiger door de Reprefentanten bij de overwinnende legers der Franfche Repu,, bliek behandeld zouden worden, dan eenige „ andere ftad, die niet voor af getoond heeft, j, waardig te zijn, een bondgenoot van hun „ doorluchtig gemeenebest te worden; Maar. j, tevens verzekeren wij u den Ipoedigften bijj, ftand van onzen hcl.lhaftigen arm, zodra wij „ verneemen dat gij bezig zijt uwe vrijheid té „ bewerken. „ Eerlang zullen onze benden zich aan de „ oevers van het Y, en aan den Amftelftrooiri vertoonen, en als dan verneemen, wie dié „ geenen zijn, die aan deze algemeene waar„ fchouwing en vriendelijken raad gehoor gegeven hebben. Ons verlangen is, menfchen^, bloed te fpaaren, perfoonen en bezittingen in „ veiligheid te ftellen, en de deugdzaame grond,, beginzels, op welke onze groote Republiek alleen rust, allerwegen te doen kennen, eer„ biedigen, toejuichen en omhelzen. Maar F % a te-  H GESCHIEDENIS djïr NEDERLANDEN. tevens zijn onze orders en de voorfchri"ten. die wij volgen,' te bepaald, om eenige in„ fchikkelijkheid te kunnen gedoogen, omtrent „ die geenen, die zich in het geringfte tegen », ons verzetten, of die de wapenen gebrui„ ken, om onze heilzaame inzichten te keer „ te gaan. Dood en verdelging zijn de „ opfchriften, die onze banieren draagen, tegen „ de ge.enen, die zich tegen onze wapenen ,, durven verzetten. — Dit alles, 6 Nederlan», ders! en bijzonder gij, Amjierdamfche Bur„ gerij! laaten wij vooraf aan uw weeten, om „ u te beraaden, welke partij gij te kiezen „ hebt. — Gelooft niet, dut wij ons te vreden „ zullen Hellen, wanneer onze ontzagl'jke wa„ penen voor uwe ftad verfchijnen, met de ,, bezitting van een of twee poorten uwer ftad, ,, zo als zulks in den jaaren 1787, door den „ Pruisfifchen geweldenaar, ten gevallen van „ zijne zuster, en met bewilliging uwer verraa„ derlijke Regenten van dien tijd, is gefchied; „ maar dat wij door zullen dringen in uwe „ ftad, dezelve geheel en al behandelen naar „ de wetten des oorlogs, en dat alles bewerk„ ftelligen, het geen wij als dan meer nuttig „ en gefchikt zullen oordeelen. „ Gij hebt dus thans nog in uwe hand, om „ uw lot te beflisfen. — Vereenigt u dan, om „ uwe en onze vijanden te verdelgen, alvcorens „ wij zulks komen doen, en wij tevens genood- „• zaakt  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ zaakt worden, die geenen hunne gerechte ftraf „ te doen wedervaaren, die door hunnen invloed „ zulks hadden kunnen doen, maar die, int©* „ gendeel , het braave gedeelte der Nederland„ fchen natie, door hunne ontijdige vrcesach„ tigheid belet hebben, zich openlijk te vertoo„ nen, en, vereenigd,'zich tegen haare dwinge„ landen te verzetten." Empel uit het hoofdkwartier 11 Octob. 1754. arde-, Gomée. Oft. tMictici. ■ Deze proclamatie was zeer nodig, dewijl het vuur der Nederlandfche patriotten begon te verflappen, daar zij zo dikwijls te vergeefsch op de hulp der Franfchen gevvagt hadden, maar telkens daarin te leur gefteld waren, — doch van dit tijdftip af, verdubbelde ook het voorig beftuur zijne kragten, gelijk ik te vooren reeds heb aangeweezen. Het Franfche leger, fchoon wel aan VBosch een vast fteunpunt hebbende, was niet zeker, genoeg zo lang het zijne vijanden van dien kant' niet over de Maas gedreeven, en zich van de Graaf en Patio meester gemaakt had; ook daarom verzuimde het geen tijd, om dit werkftellig te maaken, intusfehen dat een ander gedeelte van het leger Maaflrigi belegerde. Op den 19 October gingen de Franfchen bij F 3 Vf' lanmerfcing. Verdere o'erwinnin;en der.fi-*» rcbiu.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Tifelen over de Maas, ore de Engelfchen uit R'Jttaswaal te verdrijven, Nijmegen te belegeren en G/^j> perjieid onzer republikeinfche legers , betrouwt  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 91 ■ op de rechtvaardigheid en onwrikbaarheid van „ de Reprefentanten des Franfchen volks. Uwe „ eigendommen, uwe gebruiken en gewoonten „ uwe godsdienstige gevoelens, zullen alom ge„ eerbiedigd worden; alle ongeregeldheid, allen „ moedwil, alle willekeurige handelwijze zullen ten fterkften geftraft worden; dan, de Fran„ fchen zijn niet in ftaat, die te pleegen, daar zelfs hunne vijanden zich genooddrongen zien, „ hun goed gedrag en krijgstucht te vereeren. Het geen geleverd zal worden, tot onder,,'houd van het leger, zal naauwkeurig voldaan J? worden. „ De Reprefentanten des volks hebben een „ voordeeligen prijs bepaald voor de behoeften „ van de eerfte noodzaakelijkheid, en hebben " de regelen afgeteekend die moeten gevolgd worden. Zij fpreeken u niet van de zekerheid (Solidité~) en de onmeetelijke hijpotheek " 'van republikeinfche munt; Holland is desaan" gaande genoegzaam onderiegt (3 der paspoi uiiJandig gaan. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. «correspondentie der patriotten met de Franfche 10 bemerkte, en dat 'er telkens tot dat einde p>:rfoonen been en terug reisden, zo gaven de al•gemeene Staaten op den i November een allerfterkst placaat uit, om zulks te verhinderen. Verbiedende, dat langs het geheele frontier niemand mogt inkomen of uitgaan, zonder Ftanfche pas bij inkomst, of die van den Raad van Staaten of zijne Hoogheid naar buiten 's lands, moest zulks verzogt worden, met opgave van naam, woonplaats, qualiteit, bediening of kostwinning, oogmerk der komst of vertrek, plaats waar heen, en hoe lang de paspoort moest dienen. Bij de eerfte plaats moest de paspoort geregiflreerd worden op eene boete van 300 guldens Langer dan den bepaalden tijd daarvan gebruik maakende had dezelfde boete plaats. Verder werd alle correspondentie verboden, op ftraffe aan den lijve of de dood, en welke ftraffe ook plaats had, indien men den vijand eenige levensmiddelen of noodwendigheden toevoerde. Een blijk, dat het "bewind van dien tijd, zeer wel de geheime correspondentie wist, en op wat wijze dezelve werd onderhouden. Doch het geheim committé revolutionair hield daarom niet op werkzaam te wezen, maar moest in alles de grootfte omzichtigheid gebruiken, te meer daar eenige hunner werkzaamheden bekend waren geworden. NE-  NEGENDE HOOFDSTUK. Gebeurtenïsfen tot de inneeming van Utrecht en Holland. oor een korten tijd (laakten de Franfchen hunne krijgsverrigtingen, ter genieting van eenige rust, want hun leger was in een flegten toeHand , deszelfs krijgslieden geleeken eer bedelaars dan militairen, lappen bedekten hunne naaktheid, wijl zij zeven maanden lar.g in het open veld gelegen, en aldaar hunne kleederen aigelleeten hadden. Geleeden gebrek en armoede, gepaard met huid ziekte, maakten, ter geneezing, hunne rust noodzaakelijk. Maar aan den anderen kant was het ook eene zekere waarheid, dat de Franfchen aan de zijde van Staats -Braband tóijvendt?, (een land, dat ten dien tijde alles ontbrak) gebrek aan kleeding en behoeften zouden hebben blijven behouden, en waarom de lloute ontwerpen van den generaal Da en de ls dan allen roem verdienden, doch daar de fpraak ging, dat het hoofdkwartier der Franfchen verleid zou worden naar Antwerpen, om de rust en nooddruft des legers, zo gaf een belangloos republikein der Bataaffche republiek, aan de Franfche Volksreprefentanten te Brusfel, bij G a me- 99 Voor een korten lijd (ïaaken de Franfchen hunne kmgs» vetrigtingei. Overgegeve» plan ann df Franfche VoJusrepr»i'entantea.  ioo GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. memorie te kennen, het gevaar waar in de republiek der Vereenigde Gewesten, en vooral Holland zich. bevond, indien de Engelfchen hunpe retraite naar de zeekusten namen; eene retraite , die hen in ftaat ftelde, om eerst 's lands magazijnen, en der burgeren bezittingen, te rooven en te plunderen, die op hun eigen, of fchepen onzer marine te laaden, en met dien buit de wijk naar Engeland te neemen: te meer mogelijk, daar men in het aanftaande winterfaifoen, oosten winden te wagten had, welke 'het uitloopcn der fchepen gemakkelijk maakten. Dit gebeurende, vonden de Franfchen niet anders, dan een arm uitgeplunderd volk, vernielde marine, een verwoest land, dat om zijn kostbaar onderhoud, geen aanhoudens waardig was. Deze burger gaf daar op een plan over, hoe door de bemagtiging van Geertruidenberg, en meester van de Killen te worden, langs de voor een groot gedeelte ingedijkte landen in den zogenaamden Biesbosch, Dordrecht te bemagtigen zou zijn, eene ftad, welke, vooral van dien kant, geene defenfie had, en welker afftand van Werkendam, maar eene groote twee uuren was; eene ftad, welke bemagtigd zijnde, (minder moeilijk om het heerfchend patriottismus der burgers O men van daar zonder veel tegenftand te ontmoeten gansch Holland kon bemagtigen, en de retraite der Engelfchen naar onze zeekusten affnijden, en waar door dan ons vader- lau9  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 101 land voor moord en roof der Engelfchen bewaard bleef. Een plan uitvoerelijk, vooral zo dra 'er maar de minfte vorst opkwam, om dat dan alle gewapende fchepen zich moesten verwijderen van de rivieren en killen, voor het drijf-ijs Dit plan werd zeer gunstig bij de Franfche Volksreprefentanten aangenomen , en den ontwerper, overgever daar van, in iequifitie genomen, om het zelve met een brief van recomandatie aan den generaal en chef Pichegru te overhandigen, met gevolg, dat de verplaatzing van het hoofdkwartier (zo men zeide) naar Antwerpen werd opgefchort. De daar op ingevallen harde vorst maakte het plan van dien burger gemakkelijker, en hij gaf daar op nog eene nadere memorie over, gefclnkt naar de veranderde tijdsomftandigheden, en waarvan men ook ten deele >gebruik gemaakt heeft; ja, het bleek van agteren, dat de Engelfchen langs dien weg hunne retraite ten deele zogten ; doch daar enkel en alleen in verhinderd zijn geworden, door dien (hengen vorst, en waarom , hunne fchepen moesten blijven liggen ; maar is; het nu wel te gelooven, dat een zodanig werkzaam burger voor zijn vaderland, wegen3 zijn gedaane uitfchotten, noch van de Franfchen,. noch van zijn vaderland ooit iets terug gekreegen beeft? Belooning vorderde hij niet, wijl hijals burger, om zijn vaderland te verlosfen, zulks?idi zelfs als een pUgt had. voorgefchrevea,, Cr* j> 3£-l£2!fc"  102] Aanmerking over as lig, gi'!R der lejjert. i 1 3 4 i i c I GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. maar teruggave van verfchotten was niet meer dan billijk; trouwens, bij de omwenteling zijn veelal de fchreeuwers van vrijheid, gelijkheid en broederfchap, en die met volle teugen daarop drinken en klinken, die geenen, welke 'er de voordeden van trekken; maar hij, die belangeloos , ten nutte van zijn vaderland tragt te werken aan de middelen van herftel voor het zelve, moet geen ander loon verwagten, dan ondankbaarheid, en zelfs fchade van het geene hij daar aan beiïeedt. S oer at es bleef daarom bij de Atheeners arm en behoeftig, en moest eindelijk als een martelaar der vrijheid fterven. Doch thans aan het gewigtig punt van de verovering der Vereenigde Gewesten naderende, dient men, om een klaar denkbeeld daar van te krijgen, de wederz:jdfche ftandplaatfen der legers niet- uit het oog te verliezen. Op Maintz na waren de Franfchen meester van den bovenRhijn oever aan deze zijde tot aan Nijmegen, m aan de Maas ontbrak hun alleen Grave, lat dapper gedefendeerd werd, doch dat door le Franfchen meer ingefloten en fterk befchooen, dan wel regulier belegerd was, en zich ook a het laatst vari December 1794 overgaf. De Vfanfchén waren dus aan hunne regterzijde o-e. lekt door twee rivieren, en aan hunne linker* ant door VBosch. Over de Waal en Rhijn lagen de Engelfchen ü UüUandfehe troepen, die met zwaare batterijen  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. rijen de kusten dekten. Prins F re der ik hield de linie van de Grep bezet, die fterk gefundeerd was, ^Engelfchen, om met afgefneeéèn te kunnen worden, lagen van Lent over Niesen tot Arnhem, langs den Gelderfchen rfll om des noods van daar naar de Eems te kunnen retreeren. De hertog van Yorck had zelfs al bij tijds het commando aan een zi3ner generaals overgegeven, en de wijk naar Engeland genomen. Hoe zeer wel, binnen in de republiek, het bellier de grootlle waakzaamheid gebruikte om«ent de patriotten, zo correspondeerde men nogthans van alle plaatfen met eikanderen en het generaal committé revolutionair, had met de ftedeKike committés hunne onderling vastgeftcldt plannen, om, zo dra de Franfchen tot een zeke: punt naderden in die Had, daar zij het digtfte b. la-en, de omwenteling te beginnen, en daar var kennis te geven aan de naastbiigelegen Heden, on daar hunne mcfures naar te neemen. Alles wa voorbereid tot de omwenteling, en het committ revolutionair te Amfterdam had zijne afgezond< nen bij het Franfche leger, die dagelijks met c oeneraals van het zelve fpraaken, en binnenlam briefwisfeling hielden, op zodanige geheime w: ze, welke niet ligt te ontdekken was. led committé had ftftk in den haaren, bij voorzorg de nieuwe regeering benoemd, welke de plas der oude moest vervangen, G 4 *>01 ï.03 Wcvfctfum bedenderte 1 volutionaiie eormniués. f i I s i e [3 i- ;r *, ta :h  ?*4 Mislukte o vertngrjn d GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, Doch hoewel beraaden de plannen waren, aan den anderen kant werd geen minder beleid betoond ter verdediging; overal waar mén dacht, dat 'er mogelijkheid was om over dé rivier te komen, had men zwaare batterijen aangelegd, en de boorden der ftroomen met troepen be-zet. Waarfchijnlijk zouden de Franfchen dezen winter bij eene open rivier niet ligt tot den overtogt over de rivier b.flooten hebben, indien niet de generaal Daendels, en alle die in de eommisfie van het committé revolutionair waren, daarop ten flerkften hadden aangedrongen; en om dat de mislukte onderneeming, jn de Bommeierwaar d, gansch niet gunstig in de veldtog;ten van den generaal Pichegru worden befchreven, zo zal ik, ter inlichting van die zaak, hier overneemen, het geene men vindt in de verbeterde aanteekeningen op gemelde, veldtogten bladz. 40 enz. indien deze onderneeming mogelijk geweest „ ware, behoorde geene bedenking hoegenaamd, „ ten aanzien van derzelver uitvoering, te doen „ aarzelen: dit is ten vollen waar; dan dezel„ ve was volflrekt ondoenlijk, voegt 'er Mr. Da„ vid bij; doch dit is volkomen onwaar. Om „ aan zijn gevoelen eenig gewigt bij te zetten, „ geeft hij gewaande alles afdoende redenen op, w doch wüIHe mij alle van wezenlijken grond „ ontbloot toefchijnen. „ De eerfte i> — de flegte ftaat, waarin „ het  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 105 „ het leger zich bevond; dan dit is juist een „ der redenen, welke het fterkst voor den over„ togt pleitten. — Voorzeker was het geenzins „ aan geene zijde der rivieren, dat het leger „ het nodige vinden kon, niet alleen om zich „ te herftellen,. maar zelfs om te beftaan. En „ dit is zo volkomen, letterlijk waar, dat de „ onmogelijkheid, om op den grond, dien het „ leger toen befloeg, het vereischte levens-on„ derhoud te vinden, zo groot eene ongerust„ heid veroorzaakte, dat men zelfs reeds voor„ gefield had, om tot bij Antwerpen terug te „ trekken, om nader bij de bronnen van mond„ behoeften te komen, welke men uit België „ ontleende, doch die het gebrek aan wagens „ en de flegtheid der wegen zouden verhinderd „ hebben, het leger te bereiken, zo niet ge„ lukkig het ijs deze hinderpaalen, die men bij „ den inval in het Bataafsch .Gemeenebest voor „ uitzag, had uit den weg geruimd, daar men „ zich anders zeker had gedwongen gezien , „ tot dezen terugtogt te befluiten. En dus „ werd deze inval, zonder nog eens de ftaat„ kundige veordeelen te rekenen , die daaruit „ konden voortvloeijen, het eenig middel tot „ behoud van derzelver gemaakte veroveringen „ voor de beide legers, te weten, dat van het „ Noorden, cn dat van de Sambre en Maas. „ Gewisfelijk zou gebrek aan mondbehoeften „ dezelve uit de landen, die zij tot aan den G 5 „ Rhija  101$ • GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ Rh jn vermeesterd hadden, verdreeven hebben, „ zo niet het Bataafsch Gemeenebest, en de „ vaart langs de Maas, dezelve in ftaat gefteld „ hadden, om in de ftrekkihg , welke zij be„ floegen, te beftaan. „ Het overtrekken der rivieren, wel is waar, was eene ftoute onderneeming. Wanneer men „ die in zijn cabinet, zo voor als tegen, be„ fchouwdc, leverde zij welligt even veel waar„ fchijnelijkheid voor eene ncdtrlaage als voor „ eenen gelukkigen uitilag op; van daar, dat „ de gevoelens hierover zeer verfchiiden; dan, „ wat Mr. David hier ook van zegge, men kan, zonder dat het juist daarom eene misdaad „ was, zo wel het een, als het ander gevoe„ len bepleiten, en het is blijkbaar genoeg, „ dat de hinderpaalen, die de natuur hier in „ den weg legde, de eenige waren , die men moest te boven komen. De overtogt van „ van D a m m e bij Keker dom, door onze legers , zelfs in de tegenwoordigheid van een veel geduchter vijand, — dit een en ander heeft genoegzaam aangetoond, dat deze zwaarighe„ den geenzins onoverkomelijk zijn. En welk een „ tegenftand hadden wij van den vijand, met „ wien wij moesten ftrijden, op dat tijdftip te „ wagten. Wat kon het overfchot van twee legers, 'die zo geduurig geflagen waren, en „ wien men zulk een fchrik had ingeboezemd, toch verrigten? zij hadden alleen agter de „ vloe-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 107 „vloeden hunne . veiligheid gevonden, en dit „ bolwerk maakte alle hunne middelen van ver„ dediging uit. Indien men deze eenmaal over'„ getrokken was, zouden zij niet anders gedaan ( „ hebben, dan te vlugten De Engelfchen heb„ ben dit genoegzaam beweezen. Heeft men „ dezelven, zodra het ijs ons dien overtogt gemakkelijk gemaakt had, niet, even als «en „ kudde fchapen, van de Waal tot over de Eems „ gejaagd? „ Om deze onderneeming te doen gelukken, „ behoefde men indedaad Hechts een genoeg,, zaam getal vaartuigen tot den overtogt, en „ tot het leggen van bruggen te vinden. De „ onvermoeide werkzaamheid van den Collonel „ der genie, Verie, en van den Generaal Daen„ dels, had die, als het ware, uit het niet „ doen ten voorfchijn komen. Het was hen „ gelukt, om in de Biest een aantal groote „ fchuiten bijeen te brengen, in ftaat, om drie „ duizend man over te zetten, als ook zo vee„ le kleine booten, dat men met dezelven, twee „ aan twee aan elkander vastgemaakt, 'er veer„ tien honderd kon overvoeren. Deze krijgs„ magt, welke in eene enkele reis naar het „ eiland van Rammel kon overgevoerd wor„ den, was meer dan genoegzaam, om zich „ op den tegen over gelegen oever ftaande te „ houden, en het overbrengen van meerdere „ manfehappen te begunftigen, zo dat wij hier- „ door  lot GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ door een genoegzaam aantal volk hadden kun„ nen bekomen, om in ftaat te zijn, ons van „ geheel het eiland meester te maaken, en het „ leggen van eene brug, waartoe men insgelijks „ alles in gereedheid had, te befchermen. „ Maar waarom is deze onderneeming dan „ niet gelukt? Wijl 'er flechts weinigen waren, >» die dezelve erafteiijk verlangden; veelen het „ doorzetten daarvan geenzins wenschten, en „ verfcheiden aan het nodige daartoe met geen „ ander oogmerk arbeidde, dan, om die te doen mislukken. Hoe groot dus ook de ijver en „ vaardigheid van den geenen zij, die zodanig „ eene verrigting beftiert, is het hem egter niet „ mogelijk, alle kleine bijzonderheden te ver„ zorgen, en alle de misflagen te verhelpen, „ die de onachtzaamheid van eene menigte on„ dergefchikte perfoonen naar zich fleept: vooral, „ wanneer die door de kwaadwilligheid, welke „ het tegenftrijdige der gevoelens veroorzaakt, „ nog te gelijk wordt aangemoedigd. Om de „ vaartuigen, die in de Diest lagen, in de „ Maas te brengen, moest men in zekeren dam, „ waar door het water opgehouden werd, het „ welk alles rondom 'sBosch onderzette, eene „ infnijding maaken. Dan, dit werd te laat on- dernomen, kwalijk ten uitvoer gebragt, geen „ enkel vaartuig kon door dezelve heen komen, „ en geduurende den tijd, dien men door deze » onvoorziene zwaarigheid verloor, gaf men aars, » ge-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 109 „ genoegzaam alle de (chippers, die men ge„ deeltelijk vrijwillig, gedeeltelijk met dwang, „ bijeen gebragt had, gelegenheid, om wég te „ komen. Intusfehen maakten egter de bewee„ gingen, welke 'er op den linker oever van „ de Maas plaats bidden, den vijand opmerk„ zaam, die dan ook eenige kanonfehooten met „ de volle laading deed, welke egter geen de „ minfte fchade veroorzaakten. Om te geluk„ ken, moest deze onderneeming bij verrasfehing „ ten uitvoer gebragt worden. Wanneer „ de vijand eenmaal op zijne hoede was, werd „ dezelve onmogelijk, en men gaf dus bevel, „ om terug te trekken, zo dat men den over„ togt zelfs niet eenmaal beproefde, 'er geen „ enkel man ingefcheept werd, en 'er nie„ mand fneuvelde\ zo dat de jammerklagten van „ Mr. David over het lot van die geenen, die „ als flagtoffers van de flijf hoofdigheid van den „ Generaal D a e n d e 1 s omkwamen, of eene groo„ te boosaartigheid, of eene groote onkunde aan „ den dag leggen. " Ten zelfden tijde werd. ook een aanval op de fchans St. Jndries gedaan, welke egter niet gelukte. Te Lent over Nijmegen was het den Franfchen gelukt met 1000 man over te komen, zij bemagtigden de vijandlijke batterij aldaar, keerden dezelve om, en befchooten daar het Flamversch piquet mede; maar deze vervolgens met eene groote overmagt komende, verjon Mislukte aanval o» St. Andrits.  110 Coinmisfit vin Hun Hoog Mog, naaidefra»fcbin. I I I < I j < i GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. joegen de Franfchen met geveld geweer van de door hun veroverde batterij, en fchooten, bij den aftogt der Franfchen, nog eenige fchuiten in den grond, ook even zo ongelukkig werd de landing in de Bijlandfche waard bij Schenkenichans door de Keizerlijke belet. Doch kort daarop kwam 'er zo een ftrenge vorst, dat de innundatien zelve de toegangen tot alle plaatzen des te gemakkelijker maakten. Intusfehen hadden Hun Hoog Mog., het toeneemend gevaar zienden, op tjerken aandrang van Friesland en Overijsfel beflooten, om eene eommisfie tot ftilftand van wapenen, en vredensvoorflagen aan de Franfche Volks-Reprefentanten te zenden, en daartoe benoemd, B r a n d z e n en Repel aar. Doch de Republiek, aan den leiband van Engeland loopende, had men Fagel eerst naar Londen gezonden, waarfchijnlijk om verlof tot onderhandelingen te vraagen, m bij misfives aan de hoven van Weenen en Herlijn kennis van deze te onderneemen vredesmderhandeling gegeven. Brandzen en Re>elaar vervoegden zich eerst bij de Franfche /olks - Reprefentanten in 'sBosch, zij hadden :ene uitgeftrekte magt, om veel geld te bieden, :n waren daarin ook niet kaarig, mits maar in le Republiek de oude conftitutie bleef, want a dat punt mogten zij niets toegeven. Doch le eommisfie van de Patriotten aldaar, veriuimde in deze haare belangens niet, om die nego-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. uï negotiatie, zo veel mogelijk, te verhinderen; en daar het beftuur in de Republiek veel verwagting van die negotiatie had, werd 'er bevel aan hunne troupen' gegeven, om niet dan verweerender wijze, zich bij, een aanval, tegen de Fra fchen te verdedigen. Gemelde Gezanten in 's Bosch hunne oogmerken niet kunnende bereiken, vertrokken van daar naar Parys; maar voor hun vertrek, was'er al eene comm sfie van de Hollandfche Patriotten naar de Conventie, en naauwlijks waren de Afgevaardigden van Hun Hoog Mog. in Parys, of de inval der Franfche in Utrecht en Holland had de omwenteling dezer Provintie bewerkt. Op dit oogenblik liepen 'er zeker eene menigte gelukkige omftandigheden in verband te zaamen, die de verovering der Republiek verhaatstten. Zelden ontmoet men zulke ftrenge winters, en het ijs, had door den aanhoudenden harden vorst, zulk eene fterkte verkreegen, dat men zonder gevaar het zwaarde kahon over hetzelve kon vervoeren; de anders wel aangelegde batterijen ongenaakbaar door het water, konden nu over het ijs langs alle kanten aangevallen worden. Ja. de rivieren, de fterkfte bolwerken van Néérlands Gemeenebest, ging men zonder gevaai over, waar men wilde. Een blijk, dat wat fterkte ons land bij open rivieren, en door deszelfs kun t innundatien mag hebben, dit alles bij ftrengen vorst, zelfs tot zijn nadeel dient, Gelukkige om fl indictieden ter verovering der Republiek.  na GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Aanval op de Republiek. i < 5 1 ( 1 < dient, en de toegangen des te gemakkelijker maakt. De Generaal Pichegru, fchoon nog niet volkomen herfteld, had zich weder bij- het leger gevoegd, om de krijgsverrigtingen te beftuuren. De aanval werd op alle punten in de Generaliteits Landen ondernomen, en daar de troepen der vereenigde Gewesten order hadden, flechts verweerender wijze aangevallen wordende, te vegten, en men, om bij ijsgang niet in de Bommelerwaard afgeiheeden te worden, aldaar geringe bezettingen had gelaten, zo kon de tegenftand niet groot wezen. Aan den Gene-, raai Daendels werd de aanval op de Bommelerwaard aanbevoolen, die zulks met 1500 man, zonder gefchut, ondernam. Te Driel trokken de Franfchen met geveld geweer over 3e Maas, en namen de troepen, die niet vlugten , krijgsgevangen :bemagtigende in weinig uuren bet eiland, en waren reeds 's morgens tusfehen 10 en 11 uuren in Bommel; het geen met zulk sene verhaasting gefchiedde, dat 'er geen tijd jyerfchoot om te capituleeren, te meer, daar ie verwarring zo groot was, dat men te Bomnel in 't eerst meende, dat het hun eigen troe>en waren. Volgens krijgsgebruiken kon men le ftad aanmerken, ftormenderhand te zijn ingelomen, en de' huzaarer pleegden hier geweld, locb, dit werd daadelijk gefluit, de winkels even-  'GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 113 evenwel werden fchielijk leeg verkogt voor asfignaten tegen 9 ft. de livre. De ftaai che troepen verlieten ook het fort St. Andries; na eerst het kanon vernageld te hebben, namen zij de wijk over de Waal, en een ander gedeelte vlugtte naar Loeveftein. Ten gelijken tijde bemagtigde de Generaals Bonneau en Lemaire de linie van Breda, Oudenbosch en Zevenbergen, en kort daarop werd ook Heusden overgegeven. De Franfchen, ftout op hunne overwinningen, gingen over de Waal, drongen door tot Ttiif en Waardenburg, maar moesten aldaar voor de groote overmagt van Engelfchen en Hesfen, di< met ooco man in de Thielerwaard laagen, teru; trekken ; doch de onverfchrokken Gcneraa Daendels hield ftand op de Waal van > uuren 'smorgens tot 3 uuren 'snamiddags, ver fchietende al zijn kruit en lood al vechtende oj het ijs, en zou toen hebben moeten wijken zo hij geen toevoer en verfterking van Creye cceur gekreegen had, waai op de Engelfchen me al hunne groote overmagt aftrokken. De Fran fchen, na de bemagtiging van Heusden, hunni magt meerder bijeen kunnende voegen, drongei a' dermaal, na weinig tegenftand, de Thielerwaar, in tot Geldermalfem; en Thiel, door de Engel fchen verlaaten zijnde, trokken de Franfche, tusfehen den 7 en 8 Januarij in gemelde llac De Engelfchen deeden wel eene kleine pogin III. deel. H or De linie van Breda veroverd. Actie te 1 Tuijl. r l ) ) L l Bemapfeins der Thieier" waard. 1 T » 1  H4 Standvastigheid van Holland en Hun Hoog. Mog. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. om die plaats te herwinnen, maar denkelijk onderrigt, dat de Franfchen zich ook gereed maakten bij Nijmegen en daar boven de Waal te pasfeeren, zo verlieten zij de Bet uw, na eerst de fchepen, die in de haven door het ijs bezet waren, te verbranden; trouwens, waar zij vlugten moesten, verzuimden zij niet eerst alles uitteroven, te plunderen, ofte verbranden. Hierop bezetten de Franfchen Buuren en Kuilenburg, maar aan den boven kant der Waal vonden de Franfchen den grootften tegenftand, bij de keizerlijken, die hun aldaar van voet tot voet den grond betwistten, doch niets was beftand om de zegevierende wapenen der Franfchen te keeren noch den overtogt te hinderen, dien zij gelukkig volbragten. De Engelfchen werden 'daardoor genoodzaakt hunne vlugtende fchreden te verhaasten, doch waardoor hun den tijd en gelegenheid benomen werd om aan hunne roof en plunderzucht te kunnen voldodn. Hoe zeer het gevaar dagelijks toenam, was en bleef Holland, gelijk ook Hun Hoog Mog. ftandvastig, om tot het uiterften hun grond te verdedigen, blijkens aan de door den Raad van Staaten en zijne Doorl. Hoogh. op den 30 Decb. 1794. ingeleverden ftaat van oorlog. Een (luk dat de ftcllers eer aandoet, bijzonder in het geene zij omtrent het geld en nationaal crediet op bladz. 4, 5 en 6. opgeven. Waarheden en grondbeginzelen, van zo veel gewigt voor ons  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN ons Vaderland, dat het wel te wenfchen geweest ware, men, bij vervolg, Zich altoos naaf dezelve gedragen hadde. De propofitie ter defenfie was, om de inge-M zetenen ter verdediging opteroepen, hen van wapenen te voorzien, en hen bekwaam te maaken tot het gebruiken van dezelven, om des noods de frontieren daarmede te bezetten; daartoe werd aan ieder burger 10 ft. 's daags toegelegd. De heeren W. G. P. Graave van Bentin c k, J o f ia s E c k h a r d t, Burgermeester van Haarlem, Jacobus Roest, Oudburgermeester van den Brisl, en Mr. W. van Ho gendorp, Secretaris van Haarlem, maakten de eommisfie van beftuur over hetzelve uit, Zij, die direct of indirect, tegens deze wapening waren, werden als verraaders befchouwd en geftraft. En ter meerdere aanmoediging voegde vervolgens de Graaf van Ben tink 'er deze bijzondere trekken bij: „ zich gedron„ gen oordeelende, om de waarheid, hoe „ hard zij klinkte, te zeggen, herinnert hij, „ dat de groote bron der tegenwoordige ramp„ fpoeden in de werkloosheid, in het midden „ der gevaaren gezogt moet worden; — intus„ fchen is het nog tijd om de gevaaren te bo„ ven te komen. Het is bekend, zegt hij* „ dat 'slands vaderen, terftoud na den val van t, Robespiere en der Jacobijnfche factie, „ vrede - negotiatien hebben geopend. Des H a m zijn 115 propnfrtie : detentie. Aaniporin ;an Bei ■ j 11 e k.  nó" GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ zijn nu de Franfchen in de noodzaaklijkheid „ gebragt, daaraan gehoor te geven, met te „ toonen, dat zij geene conquesten zoeken, of „ anders zijn zij zichzelven ongelijk. Het voor„ maalig beduur der Franfchen, heeft ons den „ oorlog aangedaan; dit is vernietigd en wordt algemeen verfoeid; het tegenwoordig beduur „ kan dus niet nalaaten onze vredes voorflagen „ aanteneemen, of toont, dat het jacobijnfche „ fijsthema nog bij hetzelve regeert, en recht,, vaardigt het vermoeden van Engeland. Dan „ toonen zij naar het opperbeduur van Europa « te dingen, en zelfs de neutraale Mogendhe,, den moeten dan, tegen hen in de wapenen „ komen. Maar neen: dit te vermoeden, drijd „ met hunne gemanifesteerde beginzelen van „ menschlievendheid en rechtvaardigheid. —• „ Daarop tragt hij de bedenking, dat op dezen „ grond de verdediging tegen de Franfchen „ noodeloos is, wegteneemen, door te bewee„ ren, dat die verdediging ' het tegenwoordig ,, beduur in de hand werkt, om de jacobijn„ fche factie geheel te vernietigen, dewijl de„ ze met het flegtde foort van Bataaven het „ eens is , welke de Franfchen natie ophitzen „ en tragten te doen gelooven, dat niets gemak„ keiijker is, dan Holland nog dezen winter te „ overmeesteren. — Om de vrees voor de „ verbittering der Franfchen door dien tegeni, ftand wegteruimen, toont hij, door de voor- beel-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ beelden van de Bevelhebbers van Sluis en „ Grave, dat de Franfchen de dapperheid ook l, in hunne vijanden waardeeren. En met foort„ gelijke aanmoedigingen wordt deze oproeping „ befloten." Het is opmerkelijk, dat de vijanden der Franfchen, na van dezelven overwonnen te zijn, begeeren, dat zij zich aan hunne belofte zouden houden van geene conquesten te zoeken, Maar wil men onpartijdig hierover oordeelen, dient men eerst kennis te hebben van hei tractaat'van vereeniging tusfehen de Mogendhe den van Europa, tegen de Franfchen, getee kend te Pavia. Een tractaat, waarin men wille keurig onder eikanderen de landen der Fran fchen Republiek, gelijk ook die van ander, volken deelt. Dat tractaat was van den volgen den inhoud : Art. i. „ Zijne Majefteit, de Keizer, zal herneme: „ alles wat Lo de wijk de 16de bemagdg „ had, van de Oostenrijkfche Nederlanden, en " deze landen, gevoegd bij gemelde Nederlat. „ den, zal hij in ruiling van Beijeren geve „ aan Zijn D. H. den Keurvorst van de Pain „ zo dat zijne nieuwe bezittingen, vereenig „ met het palatinaat, in 't vervolg den naa: „ zullen dragen van 't koningrijk van Auflrufi 3. „ Z. M. de Keizer zal, ten eeuwigen dag H 3 117 Aanmerking. \ Tractaat van Pa.int i » n > d n z. ■» in  u% GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ in 't bezit en eigendom blijven van Bsijeren, „ zo dat hetzelve voortaan een onaffcheidelijk „ gedeelte zal maaken der erflijké domeinen en „ bezittingen van 't huis van Oostenrijk. Art. 3. „ Haare K. H. de Aartshertogin Maria „ Christina, zal te zaamen met haaren neef „ Z. K. H. den Aartshertog Ca rel, in 't erfelijk s, bezit blijven van 't Hertogdom Lotharingen. 4' „ De Elzas zal aan 't R. Rijk terug worden „ gegeven. De Bisfchop van . Straatsburg en „ 't capittel zullen hunne oude voorrechten te„ rug ontvangen; zo als ook de fouveraine 5» geestelijken van Duitschkmd. 5- „ Zo de Zwitzerfche cantons inftemmen en „ toctreeden tot deze vereeniging, zal men hun „ voorflaan aan de Helvetifche linie aantetrek„ ken, 't Bisdom van Porentrui, de engtens „ van Franche Comté, als mede die van Tirol, „ met de Bailliuwagien in den omtrek; ook het „ grondgebied van Verfoij, dat door 't Paijs de Vaud loopt, ' 6. Zo Z. M. de Koning van Sardinië de ver„ eeniging onderteekent, zal men aan Savoije » tcruS Seven $™fi* Brigeij en 't laad van » Cax, onder deze tegenwoordige monarchie „ door Frankrijk geëigend, Art. 7.  GESCHIEDENIS DER NEDERLANDEN. Ï19 Art. 7. „ In geval Z. M. de Koning van Sardinië „ eene afwending van belang kan te weeg bren- , „ gen, zal men hem laaten neemen geheel Dau„ phiné, om hem in 't vervolg toe te behoo„ ren, als de naaste afftammeling der oude dau„ phijns. 8 „ Z. M. de Koning van Spanje zal RousfiU „ Ion hebben, Bern en 't eiland van Cor/ica, ook het Franfche gedeelte van 't eiland St. „ Domingo. 9- „ H. M. de Keizerin aller Rusfen zal op zich „ neemen eenen inval te doen in Poolen, waar„ door zij Kaminiecq zal behouden, met het „ gedeelte van Podolie, dat aan Moldavien grenst. 10. „ Z. M. de Keizer zal de Forte noodzaa„ ken .om hem Choczim afteftaan, als mede de „ kleine forten in Servien, en die aan de ri„ vier Unna. 11. „ Z. M. de Koning van Pruisfen zal, door „ bovengemelden inval van H. M. de Rusfifche „ Keizerin, in Polen voor zich verkrijgen, de '„ fteden Thorn en Dantzich, en daar bijvoegen „ een Palatinaat ten oosten der grenzen vair Si„ léfien. H 4 Art. ia,  i2o GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Art. 12. » Z- M' de Koning van Pmisfin, zal daar „ en boven Lu/ace inneemen, en Z. D. H. de „ Keurvorst van Saxen in ruiling ontvangen „ het overige van Polen, om, als erfelijk Ko„ ning, den troon daarvan te beklimmen. *3« „ Z. M. de tegenwoordige Koning van Polen, h zal afftand van den troon doen, mits behou' s, dende een ordentelijk penfioen. 14. „ Z. D. H. de Keurvorst van Saxen, zal „ zijne dochter ten huwelijk geven san Z. K. „ H. den tweeden zoon van Z. K. H. den „ groot Hertog aller Rusfin, 't geen die ftam „ zal maken der erflijke Koningen van Polen „ en Lhthuanie. (Was geteekend) /g / 2c rint van ^/Yai^au. tfyiajfc/ojwwerd&r. „ In de maand Maart 1762 heeft Engeland „ zich, toelatener wijze, hier bijgevoegd, „ daar na Holland, mits de fchikking d&er gren„ zen met Z. M. den Keizer ten genoege der „ Republiek geregeld worde, voor deze ver„ deeling. Toen ook heeft Spanje 'er van af» gezien bij 't herftel van den Graaf d'Aranda 55 in  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ in 't Minifterie, met verzekering van eene „ volkomene neutraliteit." (*) De Vereenigde Gewesten, die met Engelandi een groot gedeelte van den oorlog betaalden, was niets toegelegd van den te verdeelen buit np het vaste land; doch Engeland wist zich met roovcn en plunderen ter zee, 't bemagtigen van colonien, en door zich genoegzaam van allen zeehandel meester te maaken, fchadeloos te ftellen. Maar moest nu eene natie, gelijk de Franfche, van 24 millioenen menfehen, die, na de vijanden van haaren grond verdreven, en op dezelve groote veroveringen gemaakt te hebben, (om haar woord te houden) die conquesten terug geven, terwijl haare vijanden de onrechtvaardigfte plannen maakten V zou dit niet ten uiterfte onftaatkundig gehandeld zijn? De oogmerken der Vereenigde Mogendheden waren te bekend, en de ten hemel om wraak fchreeuwende verdeeling van Polen, bewees onvvederfpreekelijk hunne roof- en heersch - zucht. De Franfchen uit den rang der eerfte Mogendheden uitgefchrapt wordende, was 'er verdei geen volk in Europa, dat zich tegen de overheerfchers van dit waerelddeel konde verzetten Dit tractaat behoort, 't is waar, wel tot eet vroeger tijdvak, maar komt alhier bijzonder « pas, om de geheimen oogmerken van Europa", dwin (*) Verzameling van authentique Hukken bij Keizer te Amjiir i»m 5 deel bladz". IS2. H 5 juitnerking. I  *s* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Franjebet, ïn Kuilenburg. dwingelanden te ontmaskeren, en te rechtvaardigen het gedrag der Franfchen ter overmeestering van 'svijands landen, welke teffens weder dienden tot een voormuur, voor hunne groote Republiek; de zelfverdediging eischte die voorzorg, om een evenwigt van magt te krijgen, tegens de tegen hen verbonden Mogendheden; want de grondbeginzelen van het Franfche patriottismus, ftreeden zodaanig met de ftaatsbelangen der Vorften, dat deze niet dan door onmagt tot vrede zullen zijn te brengen. Hun haat tegen de vrijheid is onverzoenlijk, en van daar dat de vrijheidsboomen, bij den minfte triumph, daadelijk door hun werden neêrgeveld, even of met den val van die ftomme gedenkteekenen, de bij liet befchaafde menschdom ingefchapen vrijheid ook uit hunne harten geroeid konde worden. Keeren wij nu weder terug tot de gebeurtenisfe van dezen tijd. Daar de Franfchen op den 12 Januarij bereids in Kuilenburg waren, en de Engelfchen over Amersfoort de wijk naar Zutphen en Deventer hadden genomen, vonden de Staaten van Utrecht raadzaam, om voor hunne provintie met de Franfchen te capituleeren; doch voor en aleer zij dit werkftellig maakten,' gaven zij op den 13 Januarij daar kennis van aan Hun Hoog Mog., voorftellende, dat die eene eommisfie uit den hunnen naar het Franfche legerhoofd zouden zenden, met verzoek, om een wa-  GESCHIEDENIS tveb NEDERLANDEN. 133 wapenftilftand, of om In eene onderhandeling te mogen komen, omtrent de overgave van het land. Daarop werd beilooten de Heeren G. C. Spaan van Foorftouden... en Royer Secretaris van dei Staaten van Holland, naar den Franfchen Gene-j raai aftevaardigen, met een dusdanig verzoek, of dat ten minften de vijandlijkheden zo lange mogten ophouden, tot dat men berigt wegens de onderhandelingen van Branfen en Repelaar uit Parijs had gekregen; maar deze eommisfie vrugteloos afgeloopen zijnde, en de Staaten van Utrecht, vreezende dat de Franfchen met geweld in hunne provintie zouden dringen, gaven daarop bevel, dat de ftaatfche troupen hunne provintie zouden verhaten, die ook daarop terug trokken naar Woerden en Schoonhoven, alwaar in de laatstgemelde plaats het hoofdkwartier nog was. Hierop zonden de Staaten van Utrecht de Heeren W. E. de Perponcher, B. C. van Lynden en J. J. van Westreenen in eommisfie naar den Franfchen Generaal Sa lm te Kuilenburg, en troffen aldaar de capitulatie var den volgenden zaakelijken inhoud: Bij het 1 Art. werd toegeftaan, veiligheid vai perfoon en goederen voor alle burgers en in wooners; als ook, dat niemand verontrust zoi worden, noch over zijne gevoelens, noch ove Zijn gehouden gedrag, geduurende den tegen woordigen oorlog, noch over de onlusten, di denzelven voorafgegaan waren. Bi Comm'sfie au i-iun [oog Mog. an de Frtmihen. CcVunisfie van die van Utrecht aan de Franfchen. t [ r , ' j  XU GESnmEDENTS t>er. NEDERLANDEN. Bij het a Art. volkomen vrijheid van godsdienst-oefening. Bij het 3 Art. verzogt zijnde, om, in alle gevallen begreepen te mogen worden in alle onderhandelingen van fchikkingen of van vrede, met de andere provintien, reeds ondernomen of nog aantevangen, zodra dezelve bepaald en beflooten waren; werd geantwoord, zulks niet van de competentie des Generaals re wezen. Het 4 Art. vooriiellende, geene verandering indenregeeringsvorm der provintie te maaken, geduurende den tijd dier onderhandelingen, waarop in het voorgaande articul gedoeld werd, — wordt toegezegd, geene veranderingen te zullen maaken tot de aankomst der Franfchen Reprefentanten. Bij het 5 Art. werd toegedaan aan het tegenwoordig bewind, om in alles gemeenfchappelijk met gemelde Reprefentanten of Generaals te handelen, en tevens beloofd eikanderen onderling eendragtig te onderfteunen, in alles, wat 'er vereischt wierd ter bewaaring van de goede orde, de rust en de openbaare veiligheid, als ook in alles, wat het algemeen belang der Franfche troepen en der invvooneren zou vorderen. Het 6 Art. inhoudende, dat de gewoone Gerechtshoven zullen gehandhaafd worden, in alle gevallen, hun rechtsgebied en de bediening van het recht betreffende, en dat de inwooners Yoort-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 115 voortduwend alleen verantwoordlijk zullen zijn aan hunnen competenten rechter, — werd aan de reprefentanten verweezen. Zo ook het 7de art. waar bij voorgefteld werd, dat het tegenwoordig bewind, gedurende den tegenwoordigen ftaat van zaaken de impofitien en de publieke inkomften zou blijven heffen ten voordeele der provintie, terwijl het zelve fehikkingen zou maaken met de vertegenwoordigers en den generaal, ten aanzien der benodigdheden voor de Franfche troepen. Op het 8fte art. verzoekende niet meer troepen op het grondgebied] der provintie te doen komen, dan 'er nodig zijn voor de bewaaring van het grondgebied, van de rust en goede orde, als ook tot handhaaving van het wettig gezag, werd geantwoord, dat de beflisfing hier van alleen aan den generaal en chef ftond. Het 9de art. bepaalde, dat alle inlandfche troepen, die krijgsgevangen gemaakt waren bij voorige gelegenheden, en thans nog in de provintie gevonden werden, moesten uittrekken, na hunne wapenen afgelegd te hebben, met vrijheid voor hun en hunne officieren, om te gaan, waar hun goeddacht, en hunne goederen mede te neemen. Het verzoek, dat voortaan alle betaalingen in klinkende munt zouden gedaan worden, in art. 10. vervat, werd geheel afgeflagen. Het nde art. betreklijk de vrijheid van inwooning  iao* GESCHIEDENIS tjer NEDERLANDEN. ning cn veiligheid voor alle militairen, niet meer in dienst zijnde, werd in deze bewoordingen toegeftaan: alle die de wapenen niet gedraagen hebben tegen de republiek of hunne demisfie genomen hebben, zijn geene krijgsgevangen, —« alle andere zijn van deze capitulatie niet uitgezonderd. Het iade art.hield in, dat alle bagagien en goederen van militaire corpfen en militaire charges, aan de Franfche republiek zouden behooren, dat de zieke officieren en foldaaten krijgsgevangen zouden zijn in Holland, en de wapenen niet kunnen draagen, geduurende den oorlog, tot de uitwisfeling. Het zelfde gold ook de bezettingen, in de overige fteden der provintien gevonden wordende, die, volgends het 13 artieul, als krijgsgevangenen, na aflegging hunner wapenen, naar Holland moesten terug trekken tot de uitwisfeling. De geheele artillerie werd in handen der Franfche commisfarisfen gefteld. De fteden zouden , alvoorens zij door de In* landfche troepen ontruimd wierden, welke de wapenen moesten neder leggen, en naar Holland trekken, door de Franfchen bezet worden; dit moest reeds den volgenden dag gefchieden. Op den 16 Januarij werd dit verdrag geteekend, en den dag daar na namen de Franfchen van Utrecht en de ganfche provintie bezit. De Franfche officier, die in Utrecht voor af kwam  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 127 kwam en aldaar de Mekkeknburgfche troepen onder de wapenen vond, troepen die volgens capitulatie niet tegen de Franfchen mogten dienen, ordonneerde dat dezelve daadelijk hunne wapenen zouden afleggen, en ongewapend de ftad uit moesten, 'twelk ook gefchiedde; want het oude beftuur had alle de bij capitulatie in diervoegen binnen de republiek gekomen troepen gebruikt om de patriotten in bedwang te houden. Onpartijdig oordeelende, moet men het gedrag der oude regeering, zo tot beveiliging van hunne eigen perfoonen, als van de ftad prijzen, en daarom gebruikten zij ook de voorzichtigheid, van zelfs de Franfchen officieren in hunne huizen ter inkwartiering te neemen, en aan hunne fhuizen en focieteit de Franfche ftaf- en mindere officieren alle vriendelijkheden te bewijzen, en van daar ook, dat zij alle protectie van de Franfchen genooten, maar dit was meer ter eigen beveiliging, dan wel uit achting voor de Franfchen. Het Wiïren des in Utrecht niet de patriotten, die de omwenteling bewerkten. Neen, de provintie werd bij verdrag overgegeven, en dit was de reden, dat zelfs de biliijkfte eisfchen der burgerij, tot fchavergoeding van boete en breuken in 1787 betaald, geen ingang vonden, wijl de oude regeering zich altoos beriep op de capitulatie, en door de Franfchen ,(daar in onderfteund werd. Grool Aanmerking.  i*8 Gebeurte- nisfén bii de inkomst der Franfchen. ■ I 1 1 1 < ï r ï { 1: b e d 11 I V r< GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Groot was de vreugde bij de burgerij, toen zij den tijd vernam van de aankomst der Franfchen. Eenige Engelfchen, welke met hunnen geroofden buit door de ftad naar het Flollandfche leger wilden trekken, werden op eene gevoelige ivijze naar verdiende daar van ontzet. . Op dien zelfden avond braken zommige burgers het tuchthuis open, ter flaking van paxiottifche gevangenen ; doch waar onder 'er )ok waren, die om andere misdaaden gevangen zaten. Eene daad gansch en al aanloo)ende tegen de denkbeelden der zogenaamde eesgezelfchappen , die ten fterkfte' zich verbonien hadden, de rust en goede orde te handhaaren. Op den dag van de inkomst der Franfchen verd derzelver voorhoede buiten de Tolfreegoort, door drie leden van de vroecfchap iet hunnen fecretaris, binnen de ftad geleid. Op den avond van de inkomst der Franfchen, adden de leesgezelfchappen onder zich reeds in :ilre eene lijst van nieuwe leden der Municipateit gemaakt, doch durfden op dien tijd de urgerij daar niet toe oproepen; want het 4de ï 5de articul der capitulatie bond hun de hanen, en dit was de reden, dat het oude beuur nog .eenige dagen in het bewind bleef, 'och zo dra men vernam, dat de Franfche olksreprefentanten , in Amflerdam gekomen wan, zonden de gemelde leesgezelfchappen drie gede  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 129 deputeerden daar heen, om te verneemen, of zij de regeering mogten veranderen en verkreegen daar op tot antwoord het (lot van hun manifest van 20 Januarij 1795 aan de Bataaven gedaan, — behelzende : — het Bataaffche volk, gebruik maakende van zijn oppergezag, zal alleen kunnen veranderen, of verbeteren de inrigting van zijne regeering. Met dit gunftig berigt op den 26 Januarij teruggekeerd zijnde, vonden zij bereids mlltrecht, twee leden van het revolutionair committé van Amper dam, die de hoofden der leesgezelfchappen ten fterkfte aanmoedigden tot de omwenteling, doch daar op ten antwoord gekreegen hadden : dat zij, uit hoofde der capitulatie , hier zwaarigheid in maakten, en eerst antwoord verwagtten van hunne eommisfie, die naar Amperdam gezonden was. Deze eommisfie, gelijk ik gezegd heb, terug gekeerd zijnde, kreeg daarop het ontworpen plan tot de omwenteling zijn volkomen beflag, en werden de nieuw benoemde leden voor de pvovifioneele regeering daarvan kennis gegeven enverzogt, om op zondag den 27 in het kasteel van Antwerpen (een Logement zo genoemd) te komen, alwaar zij bij hunne komst eerst verwittigd werden van hunne verkiezing. Middelerwijl waren 's morgens vroeg de leesgezelfchappen op de Neude geconvoceerd, en aldaar werd hun- kennis gegeven van het geene ftond te gebeuren, en eene lijst voorgeleezen van de nieuw benoemde leden der Municipaliteit, met III. deel. I . ver- *  Ï30 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Afzetting van den Raad van Untcbt. verzoek, dat zij, die daar iets tegen hadden, zouden opkomen, want dat men anders dezelve voor goedgekeurd zoude houden , gelijk gefchiedde. Ten tien uuren was, uit naam der burgerij , de oude Regeering aangezegd, om op het ftadhuis te komen, ter aanhooring van eene boodfchap. Op dien tijd vervoegde zich het committé revolutionair mede aldaar, en deed, binnen gelaaten zijnde, de volgende aanfpraak : burgers! „ Het committé revolutionair, geauthorifeerd „ door de burgerij dezer ftad, en dus dezelve „ vertegenwoordigende, wendt zich tot u in de„ ze betrekking, ter raadzaale. „ Liet volk van Nederland ziet aan zijnen Bataaffchen grond opkomen, den gewenschten „ dag, de zon der vrijheid; de Nederland„ fche ingezetenen, willen de ocffening hunner ,, mensch eigene en onvervreemdbaare rechten „ hernecmen, waar van zij, na de afzwee„ ring van het Spaanfche juk, nimmer de waa„ re vrijheid hebben genooten, dewijl men niet„ anders zeggen kan, dan dat het despotiek be- ftuur van éénen op eene menigte van hoofden „ is overgegaan. Dit oogenblik, het welk voor ons het gunstig„ fte des waerelds is, doet ons befluiten tot het „ veranderen van het regeerings-beftuur, het welk „ door  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. r$r „ door waare Reprefentanten des volks, die niet „ dan het geluk en de welvaart van deze „ ten oogmerk hebben, moet vervangen wor„ den. „ Het committé revolutionair, verklaart dan „ in zijne gemelde betrekking van provifioneele „ Vertegenwoordigers der Burgerij dezer ftad, „ dat de posten, waar in gij , Burgers! het pu,, bliek gezag hebt uitgeöeffend, van dit oogen„ blik af zijn geëindigd, en dat gij allen en „ een ieder in het bijzonder, van nu af aan „ zijt wedergekeerd tot den kring van ambteloo- ze burgers. „ Het co:i:mitté verklaart u lieden mitsdien ,, onbevoegd, om van nu af aan eenige daad ©f „ daaden van regeering uit te oeffenen, en ftelt „ u lieden ten dien opzichte voor alle tegenge„ Helde handelingen aanfprakelijk. „ Het committé eischt eindelijk van u lie„ den, deze raadzaal, onverwijld, te verlaaten, ,, en naar uwe wooningen, als burgers terug te „ keeren, in welke betrekking gij lieden die „ volkomen veiligheid, voor uwe perfoonen en „ bezittingen genieten zult, waar op ieder burger „ aanfpraak heeft, en waar door aan Europa, „ op eene, de vijanden der vrijheid befchamen„ de, wijze, zal worden getoond, hoe veel eene „ omwenteling, welke ten gevalle van dwinge„ landen moest dienen, om de Bataaffche vrijheid te vertrappen, verfchilt van die, door Ia „ wel«  J3* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ welke die zelfde vrijheid aan een edelmoedig „ volk wedergegeven, en alle onderdrukking „ voor altoos van den Bataaffchen grond ver„ bannen wordt (*)." Na het eindigen van deze aanfpraak, verlieten de vroedfchappen de raadzaal ; maar derzelver fecretarisfen werd aangezegd te blijven. Dan, ter voorkoming van alle ongeregeldheden , waren 'er eene menigte leden uit de leesgezelfchappen bij het ftadhuis, die de oude Regeering in veiligheid thuis bragten, als bijzonder gelast zijnde, op hunne verantwoordelijkheid, van te zorgen, dat de rust en veiligheid in allen opzichte bewaard bleven, en daarom was ook de eerde verkiezing der Municipaliteit provifioneel op de Neude gedaan, om geen den minden tijd van regeeringloosheid te hebben; want zo dra de oude Regeeringsleden hunne plaatfen verlieten, vervulden daadelijk de nieuwe dezelven. De fecretarisfen waren, gelijk ik gezegd heb, verzogt te blijven, om de nieuwe Regeering opening van het een en ander te geeven; doch zij weigerden zulks, en rekenden zich even als de vroedfchappen ontflagen van hunne posten. Des anderendaags deed de Municipaliteit de volgende publicatie, na eerst door het committé revolutionair van den eed op de oude conditutie gedaan, ontilagen te zijn. VRiJ- C) Eataefcbt jaarboelceri IDeel b!. 411 (maar de datum is abuis.)  GESCHIEDENIS der NEDEPvLANDEN. VRIJHEID, GELIJHHEID, BROEDERSCHAP. „ De provifioneele Municipaliteit dezer ftad, „ heeft zo even van den Franfchen generaal van „ Dam me verftaan, dat de hier plaats heb- bende omwenteling met genoegen bij de Re„ prefentanten der Franfche natie is vernomen. „ dat zij wenfchen, dat de burgerijen der re> „ fpective fteden op dezelfde bedaarde wijz< „ zullen voortvaaren de onderfcheiden regee „ rings - collegien te voorzien van gefchikti }, perfoonen, en in het doen van verden „ noodzaakelijke veranderingen j verklaarende „ dat de Franfche militaire magt geenzins ii „ iets dergelijks hinderlijk, maar integendeel „ in zo verre behulpzaam zal zijn, als nodij „ rnogt wezen, om allen, die de burgerijen ii ,, dit loffelijk werk zouden tegenftaan, tot hunnei pligt en onderwerping aan de volkftem teruj ,, te brengen. " Utrecht a8 Januarij 1795. In kennisfe van mij (Wasgeteekend) CQ v r i 1 r li > §  J34 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP of de DOOD. burgers! ,, Het committé revolutionair van het Utrecht„ fche volk., en zo veel het nood zij, geautho3, rifeerd, en geadfilteerd door de Municipaliteit 3, van de thans vrije ftad Utrecht, vervoegt zich „ in deze vergader-zaal tot u lieden, zoo in der„ zeiver perfoneele als thans reprefenteerende „ qualiteit. Het grootmoedig Franfche volk, bij uwe decreeten en door uwe z< ndelingen afgcfchil- derd, als het fchuim van den aardbodem, „ met zijne zegepraalende legers, door Gods „ aanbiddelijk zo zichtbaar beftuur, tot voor„ koming van onze aigemeené verwoesting, in „ het midden van ons geleidt, zo dat gij ons, als het ware, aan hunne discretie hebt over„ gegeven, zonder eens van uw belluit kennis gegeven, veel min, gelijk het behoorlijk ge- weest was, het volk deswegens geraadpleegd „ te hebben. „ Dit zelfde grootmoedig Franfche volk, „ deze edelmoedige overwinnaaren, door hunne „ daaden eerbiedigende den heiligen wil van „ onzen Schepper, roept ons toe, —• gij zijt ,» vrij ! „ De lang gewenschte dag der vrijheid is dan verfcheenen, waarop de Nederlandfche inge9, zetenen de oeffening hunner menfchelijke rech- „ ten /  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 135 ten herneemen, welke hun zo onrechtvaardig „ zijn ontnomen, daar wij als onder een Oostersch „ despotiek beduur, in deze laatde tijden ge- bragt fcheenen. „ Het eerde lid, in dien daat, waar in het „ allengs gebragt is, het onbevoegzaamde, heeft „ met onze gewezen Stads - regenten, en het des,, potiek gezag van eenen onwaardigcn Stadhouder, „ de confiscatie der goederen, door den Spaan„ fchen dwingeland ingevoerd, en naderhand bij „ eene daar op fpeciale befchreven ftaatsverga„ dering wederom wettig afgefchaft, doorgedreven. De waardigde ingezetenen, door hunne Re« genten opgeroepen, onder hun opzicht en goed„ keuring, een reglement van de dads regee„ ring hebbende opgedeld, zijn wegens de in,, troductie van het zelve in rechten vervolgd, „ en met gevangenis, bannisfement en confisca„ tie van goederen gedraft geworden. „ De oproermaakers en deugnieten met eer» en andere ampten begiftigd. Een buitenlandsch dwingeland is, met verbreeking van de bezwooren Unie, ingeroepen, „ en de ingezetenen zijn door zijne roofzieke „ benden uitplunderd, mishandeld, en gevan- „ lijk weggevoerd: ja, de inlandfche.mili- ,, tie, bezoldigd door het zweet der burgers, is gebruikt, om deze dads ingezetenen te plunderen, zonder dat de minde ftrafoeffeningdes„ wegens heeft plaats gehad* I 4 » De  I3Ó GESCHIEDENIS der NEDER.LANDEN. „ De volkftem is alom gefmoord geworden, zo dat het niet meer geoorloofd was, de bezwaaren aan zijne Vertegenwoordigers overte„ geven, of daarover zelfs met eikanderen te fpreeken. „ De militie is gebruikt om de burgers on,, der een knellend juk te houden; en zelfs 3, heeft men, ten dien einde, de krijgsgevangen „ gemaakt zijnde troepen overgehaald, om tegen ,, hun gegeven woord en gepresteerden eed, „ de wapenen in handen te neemen. ,, Dit oogenblik dan, waarin het grootmoedig ,, Franfche volk ons de vrijheid, het grootfte gefchenk der waereld, wedergeeft, doet ons „ befluiten, met vernietiging van het eerfle en ,, tweede lid, tot het veranderen van het Regee„ ringsbeftuur, het welk door ware Vertegen„ woordigers des volks, die niet dan het ge- luk en de welvaart van het geheel ten oog„ merk hebben, zal vervangen worden. ,, Het committé revolutionair verklaart dan „ in zijne kwaliteit, dat de posten, waarin gij, ,, burgers! het publiek en ieders lids beftuur, hebt uitgeöeffend, en die van uwe Ministers van dit oogenblik af aan zijn geëindigd, en ,, dat gijlieden allen en een ieder in het bij„ zonder van nu af zijt wedergekeerd tot den kring van amptelooze burgers. „ Het committé verklaart ulieden mitsdien „ onbevoegd, om van nu af aan eenige daad of daa-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 137 „ daaden van regeering uitteöefFenen, en ftelt ulieden ten dezen opzichte voor alle tegen- gefielde handelingen aanfpraakelijk. Het committé vordert eindelijk van ulieden „ om deze vergaderzaal onverwijld te verlaaten, „ en naar uwe wooningen als burgers terug te „ keeren, in welke betrekkinge gijlieden die volkomen veiligheid voor uwe perfoonen en ,, bezittingen genieten zult, waar op ieder bur,, ger aanfpraak heeft, en waar door aan geheel „ Europa, op eene, der vijanden der vrijheid „ befchamende, wijze, zal worden getoond, hoe „ veel eene omwenteling, die ten gevalle van „ dwingelanden moest dienen om de Bataaf ,, fche vrijheid te vertrappen, verfchilt van die, „ door welke die zelfde vrijheid aan een edel,, moedig volk wedergegeven, en alle onder- drukking voor altoos van den Bataaf fchen grond verbannen wordt. „ Gedaan te Utrecht den 30 Januarij 1795 het t eerfle jaar der Bataaffche Vrijheid." (Was geteetod) ^aca&us Secretaris. Dat in eene ftad gelijk Utrecht, alwaar in, den jaare 1786, de burgerij wettig door haare Regeering was opgeroepen, tot het vernietigen van O iatacffibi jtarb. bladz. 114- C"a« <&mm abuiïO I 5 Lanasrkint*  133 GESCHIEDENIS mw NEDERLANDEN. van haar regeerings reglement van den jaare 1674, maar daar die zelfde ftaatsleden, zodra de burgerij ook hunne magt wilde beperken, tot de ftadhouderlijke partij overvielen, en bij de omwenteling van 1787 de fnoodfle vervolgers 'van hunne medeburgers werden, geene ongeregeldheden zijn voorgevallen, flrekt tot de grootfte eer der patriotten van 1795. Een gedrag geheel anders als dat der zegepraalende partij van 1787.; want toen moest ieder burger, die een ijverig voorftander zijner oude rechten en privilegiën geweest, en daartoe zelfs door zijne Regeering aangezogt en opgeroepen was, in zwaare geldboetens verweezen, en bij uitwijking zijne goederen verbeurd verklaard worden. De herdenking van dit fnood gedrag, was zeker in ftaat de hartstochten van den bedaardften mensch in beweeging te brengen, en tot wraak aantefpooren; maar neen! de zaak der vrijheid was te edel, om dezelve, in navolging van die hunner partij, te bezoedelen met fchsndvlekkende wandaaden. De hoofden, die de omwenteling van 1795 beftuurden, betoonden door fpreekende daaden, een menschlievender gedrag, dan hunne partij, in Neêrlands fchandjaaren, getoond had. En geen wonder daarom, dat het laatfte vcorig Beftuur van Utrecht, zijn toevlugt tot de Franfchen nam, om onder de vleugelen eener capitulatie, zich te dekken voor anders wel verdiende vervolgingen; want zij rekenden op weder vergei-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 139 gelding, doch werden nu befchaamd gemaakt door het de menschheid eer aan doende gedrag der patriotten. Zodra de Franfchen op den 17 Jannuarij in Utrecht kwamen, vertoefden zij aldaar niet, maar de Generaal Da end els nam nog dien dag zijn hoofdkwartier te Maarsfen, in verwagting dat zonder verzuim de revolutie in Amflerdam begonnen zou worden, en met leedweezen zag hij, dat deze voornaamfte ftad van Holland, alwaar zelfs het generaal committé revolutionair was, werkeloos bleef, waardoor die ftad bij overmeestering als een conquest kon worden befchouwd; dan, om dezelve daarvoor te behoeden, en de revolutie gemakkelijker te maken, zond gemelde Generaal, op den 18 Januarij, zeer vroeg, zijn Aide de Camp naar den Generaal Golouwkin, Commandant der ftad Amfierdam, met last om die regimenten dei militaire bezetting, welke te Maastricht en elders waren krijgsgevangen gemaakt, en hun woord gegeven hadden tegen de Franfchen niet meer te zullen dienen, daadelijk uit de ftad van Amflerdam te verwijderen. Nog dien zelfden morgen om agt uuren, kwam de burger C. R. T. Krayenhoff met eenige leden van de eommisfie uit het revolutio nair Bataafsch committé bij den Generaal Daendels te Maarsfen, en aldaar het misnoegen van gemelden Generaal over de werkeloosheid dei Hoofdkwartier derFranCchen te Maarfea. Plan tot de revolutie in Amflerdam , en hoe dezelve uitgevoerd is.  140 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. der Am fier dammers verneemende, zo bood gemelden burger Krayenhoff zich aan, in perfoon naar Amflerdam te vertrekken, om aldaar de revolutie te bewerken; een vaderlands aanbod, dat daadelijk door den Generaal Daendels werd goedgekeurd, maar nog eenige zwaarigheid vond bij de daar zijnde leden van 't committé revolutionair, doch welke zwaarigheden door over en weder fpreken weggenomen zijnde , verkreeg gemelden burger Krayenhoff, de daartoe noodige authorifatie, en vertrok om half tien uuren naar Amflerdam, met een brief aan den Magiftraat, behelzende: dat, aangezien de kommerlijke omftandigheden, waarin zich de ftad Amflerdam bevond, de commisfien uit het Bataafsch revolutionair committé bij het Franfche leger hadden goedgevonden, om den burger Krayenhoff te committeeren naar gemelde ftad, ten einde met den Magiftraat, den commandant, en het volk zodanige fchikkingen te beraamen, als zouden kunnen dienftig zijn, om in deze critique oogenblikken de goede orde in dezelve te bewaaren, en den revolutionairen geest ter bereiking der beste oogmerken te geleiden. De burger Krayenhoff was op deze reize verzeld van den burger Nicolfon, Capitein bij den Etat Major van den Generaal Da endels. Daar "er geene cavallerie, en ook geen trompetter voorhanden was, moest de burger Krayenhoff zich behelpen met een Franssh tam-   1 ÜC0UM1L LCLWENLiOPIR I  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 141 tamboer op zijn chais met één paard medeteneemen, en den capitein Nicolfon had order het fort Nieuwer/luis op te eifchen, en zich binnen twee uuren overtegeven. Kort bij het fort floeg de Franfche tamboer appel; de officier van het fort daarop buiten komende, werden de burgers Krayenhoff en capitein Nicolfon geblind binnen gebragt. Op de fommatie van den laatften, beloofde de commandant van het fort, den Generaal Da endels binnen een uur antwoord te zullen laaten toekomen. De burger Krayenhoff verzogt hierop een officier of dragonder, om hem te geleiden naar Amflerdam bij den Generaal Go louwkin, tot volvoering zijner eommisfie; dan geen officier gemist kunnende worden, verkreeg gemelde burger een dragonder. Oogenbliklijk daarna keerde capitein Nicolfon terug naar het hoofdkwartier, en de burger Krayenhoff met zijn dragonder naar Amflerdam. Voor den bepaalden tijd verliet de commandant van Nieuwer(luis het fort, en nam de wijk op Naar den, zonder antwoord aan den Generaal Daendels te laaten toekomen. 'sNamiddags, om half twee, kwam de burber Krayenhoff aan de wezeperpoort te Amflerdam, liet van daar uit de militaire wagt kennis geven aan den Generaal Golouwkin van zijn komst, die daarop den plaatsmajoor zond  14» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. zond om den burger Krayenhoff tot zich te geleiden. Op het zelfde oogenblik keerde de Aide de camp, door den Generaal Da en de Is naar Amflerdam afgezonden, terug, verzeld van den collonel Carnabé, om met gemelden Generaal, wegens zijnen last, bovengemeld, mondelinge fchikkingen te beraamen; doch deze bij den Generaal komende, onderrigtte hij hem, zulks nu onnodig te zijn, doordien de burger Krayenhoff zich thans in Amflerdam bevond, om aldaar ten fpoedigfte eene geregelde omwenteling te bewerken. Ongeloofelijk was de menigte volks, die den burger Krayenhoff herkende, en hem poogde te fpreeken, doch het geen hij beduidde niet te kunnen gefchieden. De burger Krayenhoff, bij den Generaal Golouwkin gekomen zijnde, gaf aldaar zijnen brief over, maar die bij opening Hechts een omllag was, voor den brief aan den Magiftraat, dien de burger Krayenhoff gelastte, dat men daadelijk naar den prelident zoude verzenden, met bijvoeging, dat men daarop des avonds voor 8 uuren antwoord verwagtte. Gevende daarop de burger Krayenhoff aan den Generaal Golouwkin (bij wien hij 'smiddags at) opening van den aart zijner eommisfie, terwijl hij van den Magiftraat verzogt werd, des avonds om 8 uuren te komen, ten huize van den prefident burgermeester Straalman, alwaar hij  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 143 hij door eene eommisfie opgewagt zou worden. Intusfehen was het huis van den Generaal Golouwkin zodanig omringd van volk, dat om alle onaangenaamheden voor te komen, de burger Krayenhoff 't gemelde huis verliet, met allen fpoed de zaamgevloeide menigte ontweek, en zich daarvan ontflagen ziende, uit het rijtuig flapte, om met het committé revolutionair dier Had te fpreeken, en te verneemen, wie door hetzelve benoemd waren tot nieuwe Magiftraats - perfoonen. Na dit allesgeregeld te hebben, vond men goed den burger Krayenhoff naar het wapen van Embden op den nieuwendijk te geleiden, ten einde de daar verzamelde menigte aan te fpooren tot het behoud der goede orde en rust, 'twelk gefchiedde door eene hartelijke aanfpraak van den burger Krayenhoff aan het volk, hetzelve vermaanende zich van alle wraak-oeftening te onthouden, op zich neemende, de revolutie, ten hunnen genoegen, zonder geweld, en in goede orde te zullen tot ftand brengen. De burger Krayenhoff, ten 8 uuren bij den prefident Straalman gekomen zijnde, vond ook aldaar den burgermeester Elias, beide wegens den Magiftraat gecommitteerd om met hem in onderhandeling te treeden. Door burgemeesteren naar den voorfiag gevraagd zijnde , gaf gemelde burger ten antwoord, dat zulks was om in deze hag-  144 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. bagchelijke tijdsomftandigheden de rust en orde te bewaaren, daar het volk eene revolutie begeerde , en aan deszelfs begeerte moest worden voldaan, wilde men niet van de reeds aanvanglijke onrustige beweegingen, en hieruit te voorziene woede, de flagtoffers worden, en van de ftad een bloedbad maken. Dat zijns oordeels de revolutie nog op eene zeer geregelde wijze zou kunnen daargefteld worden, met afwcndig van die onheilen, met welken men zich van rondsom bedreigd zag, — dan, dat het tijd was deswegens met den meesten froed, en nog voor den aannaderenden nacht te beflisfen. Dat ten dien einde de Magiftraat Hechts te kiezen had, of, om den volgenden dag des morgens ten elf uuren de teugels van hun bewind plegtig op het raadhuis overtegeven aan die geenen, welke daartoe bereids uit en door het volk, of ten minften van 'svolks wegen verkooren waren: of dat zij zich geheel aan het lot, en de verfchrikkelijkfte gevolgen van de woede der menigte moesten overgeven. Dat in het eerfte geval, de voorfteller aan den Magiftraat van Amflerdam niet alleen, maar aan de geheele ftad beloofde , veiligheid en onfchendbaarheid van perfoonen en goederen; doch dat hij in het laatfte geval, hun zeiven moest verantwoordelijk ftellen voor alles wat uit hunne weigering zou kunnen voordvloeijen, de-  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. H5 dewijl als dan gewis een bloedbad te voorzien zou zijn. Na deze voorftelling oordeelde het de gemelde Magiftraats eommisfie nodig, alvoorens te befluiten, die zaak eerst in den haaren te overweegem, en verliet voor een korten tijd den burger Krayenhoff. Terug gekomen zijnde, verklaarden zij bereid te zijn, volgens 't vcorftel, 'sanderen daags op den raadhuize affland van hunne waardig* heden te zullen doen, maar tevens te kennen gevende, dat zij voor ongeregeldheden beducht* deze plegtigheid zeer gaarne zouden onderfteund zien, of door de militaire magt, binnen da ftad guarnifoen houdende, of door de gewapende burgerij. Het welk door den burger Krayenhoff beantwoord werd, met te zeggen, dat, noch de militaire magt, noch de gewapende burgers, daar bij zouden asfifteeren, en hij de fchikkingen tot behoud der goede orde geheel aan zich behield, en waarmede men dan ook genoegen nam. Vervolgens werd bepaald: dat de Magiftraat 's anderen daags 's morgens om negen uuren op 't ftadhuis zou vergaderen, eh als dan de burger Krayenhoff, om elf uuren, de fleutels, portefeuilles enz. zou komen af haaien, om die aart de leden van het nieuw beftuur te overhandigen. Van dit alles deed de burger Krayenhoff HL DUEL. K ver-  iifi GESCHIEDENIS dbr NEDERLANDEN. verflag aan het Committé revolutionair, en begaf zich voords weder naar den generaal Golouwkin, om wegens de militaire wacht ook de vereischte fchikkingen te maaken. Weinig tijds aldaar geweest zijnde, verfcheen eene eommisfie uit het gemelde committé, die den generaal Golouwkin zijn commandement ontnam , ( en daadelijk overgaf aan den burger Krayenhoff, die dezen gewigtigen post op zich nam, en deswegens zo met den voornoemden generaal, als met den collonel Cornabé en den plaatsmajoor de nodige fchikkingen maakte. Daarna gaf de commandant Krayenhoff van het beflag der revolutie kennis aan den generaal Daendels, met verzoek aan hem, tegen den volgenden morgen, tot behoud der goede orde te willen toezenden, flegts 25 Franfche husfaaren; terwijl het Committé revolutionair aan den volke bij publicatie dien zelfden avond kennis gaf van het geene gebeurd was, en den volgenden dag gebeuren moest; bij dit alles een ieder aanmaanende, de goede orde en Tust te behouden, met bedreiging van ftraf tegen alle onverhoopt te plegene wanorde. In den nacht tusfehen den 18 en 19 januarij was in de ftad alles onbegrijpelijk rustig en ftil, laatende de nieuwe commandant, onophoudelijk patrouilleeren, en hebbende ter zijner onderfteuning tot adjudanten verkooren, de burgers A. van Leuveningh, J. Nagels junior, A. Moll,    GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. U9 MoII, 'en D. C. Nolthenius, benevens de adjuncten Hoevenaar en Tirion. Den zelfden nacht kwam ook de generaal Daendels in de ftad, zijn intrek neemende bij den commandant Krayenhoff, en buiten de poort laatende de gevraagde mede gebragte 25 Franfche husfaaren, die, na dat dien nacht op alles orde gefteld was , den 19 Januarij 's morgens, om half negen, binnen kwamen, hebbende den capitain N i c o 1 fo n aan hun hoofd, zich plaatzende op den dam, om behoorlijke ruimte te houden , en voor de veiligheid van den Magiftraat te zorgen. Ten negen uuren Verfcheenen alle de leden van den Magiftraat volgens affpraak, onder een grooten toeloop van allerlei aanfchouwers, als mede de commandant Krayenhoff met zijne adjudanten. Ten elf uuren trad de commandant Krayenhoff het raadhuis op, nam de fleutels, portefeuilles enz. van den ouden Magiftraat over, en daarop werd de volgende aanfpraak van 't Committé revolutionair aan den raad der ftad Am» fier dam gedaan. burgers! s, Het Committé revolutionair, op dit tijdftip ., de gezamentlijke burgerij dezer ftad vertegen„ woordigende, vervoegt zich,' in die betrek„ king, in deze raadzaal: het verklaart, dat ein5, delijk de lang gewenschte dag aan den Ka „ Ba- Ainfbrsafe van 't Committé revolutionair te AmjUriam.  r48 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN* „ Bataaffchen horizont is opgedaagd, waarop „ Neêrlands ingezetenen de uitoeffening hunner „ aangeboorene, en hun niet dan al te lang „ ontvreemde rechten ftaan te herneemen. Dit „ is dan ook het zelfde oogenblik, burgers! „ waarop het tegenwoordig bewind een einde „ moet neemen, en door het Committé revolu„ tionair, in naam der burgerij moet vervan„ gen worden, tot dat vervolgens zodaanigen „ nieuwen form van regeering, en eene andere „ orde van zaakcn zal ingevoerd worden, als „ de gezamcntlijke ingezetenen, op eene gere„ gelde wijze, zullen vastflellen. ■— Geduuren„ de dezen tusfehen tijd, zal het voorgemelde „ Committé zich met de waarneeming daarvan „ belasten. Al het geene tot nu toe door het„ zelve is venigt, de rust der ftad, de veilig„ heid van perfoonen en bezittingen, den on,, begrijpelijken zagten en bedaarden overgang „ dezer ftad, uit den ftaat van onderdrukking „ tot den ftaat der vrijheid. Dit alles moet ulie,, den overtuigen, dat het Committé werkzaam „ is, uit die beginzelen, welke den eerlijken „ vaderlander, die niets dan het welzijn van „ zijne medeburgers bedoelt, kenfehetfen. „ Het Committé verklaart dan in zijne ge„ melde betrekking van provifioneele vertegen„ woordigers der burgerij dezer ftad, dat de „ posten, waarin gij, burgers! het publiek gezag >, hebt uitgeoeiFend, van dit oogenblik af, zij»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 149 „ geëindigd, en dat gij allen en ieder in 't „ bijzonder, van nu af, zijt weêrgekeerd tot „ den kring van aniptelooze burgers. Het „ Committé verklaart ulieden mitsdien onbe„ voegd, om van nu af aan cen;ge daad of „ daaden van regeering uit te oefenen, en „ fielt ulieden ten dien opzichte voor alle te„ gengeftelde handeling aanfpraakelijk. Het „ Committé eischt eindelijk van uiieden, om „ deze raadzaal onverwijld te verlaaten, en „ naar uwe wooningen, als burgers, terug te „ keeren, in welke betrekking, gijlieden, de „ volkome veiligheid voor uwe perfoonen en ,, bezittingen genieten zult, waarop ieder bur„ ger aanfpraak, heeft, en waardoor aan geheel „ Europa, op eene, de vijanden der vrijheid „ befchaaniende, wijze, zal worden getoond, hoe „ veel eene omwenteling, welke ten gevalle „ van dwingelanden moest dienen, om de Ba„ taaffche vrijheid te vertrappen, verfchilt van „ die, door welke die zelfde vrijheid, aan een „ edelmoedig volk weêrgegeven, en alle onder„ drukking voor altoos van den Bataaffchen „ grond verbannen wordt." (*) Hierop verliet de Magiftraat het ftadhuis en deszelfs koetzen werden ter beveiliging, geëscorteerd door Franfche husfaaren, en daarop gaf de commandant Krayenhoff, de fleurels en (*) B»t. jaaib. 1 deel bladz. 2. K 3  igo GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. cn portefeuilles enz. over aan de reeds nieuw vergaderde Regeering. Na dat deze plegtigheid was afgeloopen, begaf men zich naar het werkhuis, om de ftaatsgevangenen los te laaten, het geene met veel jplegtigheid en onder een groot gejuich gefchiedde; dezelve zaten in zes koetzen, reden daar-, mede naar het ftadhuis, onder een aandrang van volk. Bij hunne aankomst aldaar, deed de burger Schimmelpennink eene treffelijke aanfpraak ter hunner verwelkoming en verlosfing int de gevangenis, alwaar zij als flagtoffers der vrijheid gezeten hadden. Verzoekende dat de hierdoor verdiende en betoonde achting des volks, tot eene bevredigende voldoening mogt ftrekken, om geene perfoonele wraak te neemen over de aangedaane beledigingen. Hierop antwoordden die brave vaderlanders, dat zij met deze genooten eer volkomen voldaan waren, en van alle perfooneele wraak afzagen. Een gedrag, allen roem verdienende, en waaruit men kan zien de zuiverheid der bedoeling van de hoofden der omwenteling van 1795, in tegenoverftelling van die van 1787, geen woorden, maar daaden tegen eikanderen vergelijkende, dan ftrekt de omwenteling van 1795 tot eer, en die van 1787 tot fchande der menscbheid. Na dit gebeurde, liet de commandant Krayenhoff de parade aftrekken, met order dat 'sna- mid»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 151 middags, om vier uuren, alle militairen, zich zouden ontdoen van hunne oranje cocardes en écharpes; en met den generaal Golouwkin werd eene zoort van capitulatie voor de troepen getroffen; gevende de commandant Krayenhoff, zodra 'er eene halve brigade Franfche troupen binnen Amflerdam kwam, het militair commando over aan den Franfchen generaal, . behoudende alleen het commando van de nationale garde der ftad en der gewapende burgerraagt. Na dat de oude Regeering derzelver posten vcrlaaten had, maakte het Committé revolutionair aan zijne medeburgeren het volgende bekend : „ Thans zijt gij, door de edelmoedige hulp „ des Franfchen volks, en het gepast gebruik, „ dat gij van uwe eigene kragten gemaakt hebt, „ vrij. „ Gij verkrijgt daardoor alle uwe rechten, „ welke u gevvelddaadig ontvreemd waren, en „ waarop gij alle, wie gij ook zijn mpogt, „ eene gelijke aanfpraak hebt. GIJ ZIJT VRIJ.' GIJ ZIJT g E L IJ K ! „ Uwe overheerfchers zijn reeds door ons „ van hunne posten ontflagen, zij zijn gevlugt-> of fchuwen thans het licht. Op dat nu de noodzaaklijke beftiering uwer belangens in K 4 „de  ifa GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. deze Had, met de minfte verwarring, bij „ voorraad, zoude kunnen voortgaan, tot dat ?) het volk in ftaat gefield zij, een eigen „ regeeringsvorm te kunnen verkiezen , bie- den wij u, op den voet der vrije Fran}} fchen, tot uwe provifioneele Reprefentanten, „ de volgende medeburgers aan, in vertrouwen, „ dat gij onze ernftige poogingen zult goedkeu- ren, en in verwagting, dat gij, zo'er iemand onder mogt zijn, welke algemeen mishaagt, uwe s, afkeuring zult te kennen geven." Daar op gaf gemelde Committé, (zonder een uit hun committé daar toe te benoemen) de leden op: een belangloos gedrag, dat zeker roem verdient; vragende daarop: „ Vindt gij, medeburgers ! goed, dat wij uit a, uwer aller naam, de volmagt van deze uwe „ en onze Vertegenwoordigers teekenen? om in den naam van 't volk van Amflerdam al „ dat geene te verrigten, wat de tijdsomftandig„ heden zullen vereifchen ? „ Wij, wien alleen het algemeen heil ter. „ harte gaat, wenfchen u geluk met uwe provifio„ neele Vertegenwoordigers! — op uwe burger„ trouw en vaderlandsliefde ftaat maakende, ver„ wagtxn wij, dat gij allen zult medewerken, „ om eensgezindheid, rust ea orde te helpen „ handhaven. — Weet ook, dat de vrije Fran„ fchen, onze vrienden , alle ongeregeldheden „ en mishandelingen afkeuren. — Dat deugd  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. *53 ?, en braafheid dan bij ons ftceds de orde van ?, den dag zij!" broederschap! Uit naam van het Cowmit'è revolutionair. (Was geteekend) £ £ ^ Q ^ ^ Amuerdrm 19 Jan. 1795 ïfie dag der Hollandfche vrijheid. De nieuwe Reprefentanten vernietigden daar op den krijgsraad en herftelden den afgezetten van 1787, met recht van zelfs de officieren en fchutters, die het vertrouwen niet verdienden, hunne wapenen te doen afleggen. Op den volgenden dag werd door gemelde Vplksreprefentanten den eed op de oude conftituti-e vernietigd, en het oranje draagen verboden. Bij de ■"komst der Franfche Volksreprefentanten te Amflerdam, deeden zij de volgende bekendmaaking aan de Bataaven: De Vertegenwoordigers van V Franfche volk aan de Bataaven! „ De dwingelandij, tegen de vrijheid der vol„ ken zaamgefpannen, kondigde ons den oorlog „ aan, en ondernam ons te onderdrukken. Een „ wederfpannig ftadhouder had zich meester ge- maakt van uw gouvernement. Hij trad in de „ goddelooze vereeniging der dwingelanden, en vormde met hun het zinnelooze befluit van een groot volk onder te brengen. „ Uw (*) Bataafpit jaarboeken I. Deel bladz. 3; Proclamatie van de Frmn fche Repi e leatanten.  J54 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Uw bloed, uwe fchatten werden verkwist, „ tot deze misdaadige onderneeming. », Het lot der wapenen heeft aan de rccht„ vaardigheid van onze zaak beantwoord, en „ onze overwinnende legers zijn op uw gronds, gebied getrokken. „ Bataaven! wij konden niet denken, dat gij 'y, lieden tot dat gruwelijk beftaan medephgtig „ waart. Onze vijanden zijn ook de uwen. Het „ bloed der ftigters van de republiek der ver,, eenigde provintien vloeit nog door uwe ade- ren, en in het midden der gruwelen des oor„ logs hielden wij niet op , u lieden aan te mer- ken als onze vrienden en bondgenooten. ,, Het is op dien voet, dat wij thans in het midden van u zijn Wij brengen geen fchrik „ maar het vertrouwen. „ Het is flechts weinige jaaren geleeden, dat „ een trotsch overwinnaar u wetten voorfchreef. „ Wij geven u de vrijheid weder. Wij komen niet bij u, om u onder het juk „ te brengen; de Franfche natie zal uwe onaf„ hangelijkheid eerbiedigen. „ De legers van de Franfche republiek zullen „ de ftrengfte krijgstugt oeffenen. „ Alle baldadigheden, alle buitenfporigheden, „ tegen de inwooners zullen ftrengelijk geftraft „ worden. „ De veiligheid van perfoonen en goederen „ zal worden gehandhaafd. „ De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ig§ ,, De vrije godsdienst oefFening zal ongeftoord „ blijven. „ De wetten, gewoontens en gebruiken zullen ,4 voor als nog gehandhaafd worden. „ Het Bataaffche volk gebruik maakende van „ zijn oppergezag, zal alleen kunnen veranderen „ of verbeteren de inrigting van zijne regeering." (Was ge teekend op het ei iginecle FranscV). ^ouêeri} &n ^Portier de, i^Oi^c. Den 22 Januarij 1795 deeden de Franfche Volksprefentanten de volgende publicatie te Amfier dam : De Vertegenwoordigers des volks, hij de legers van het Noorden en van de Sam bre en de Maas. „ Willende onder de troepen der republiek, „ die naauwkeurige krijgstucht, welke hunne „ fterkte en roem uitmaakt, handhaven, en aan „ de generaals de middelen in de hand geven, ,, 0111 de buitenfporigheden tegen te gaan, aan „ welke zommige, die niet waardig zijn den naam „ van Franfchen te draagen, noch de geheilig„ de zaak der vrijheid te verdedigen, terwijl „ zij door onze vijanden bezoldigd worden, zich „ fchuldig hebben gemaakt; en willende aan de inwooners der vereenigde Nederlanden de rust en zekerheid waarborgen, van welke „ zij genot moeten hebben, met het zegepraa- w lend  1$4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. », lend leger van eene natie, welke gezwooren „ hèeft, vrij en rechtvaardig te zijh, arresteeren „ het volgende: Art. i. „ Elk militair, en wie ook tot het leger bc„ hoort, welke zich aan plundering fchuldig „ maakt, zal met den dood geftraft warden. 2, ,, Elk officier , of onder-officier, die overtuigd '„ zal zijn, kennis gehad te hebben van deze „ misdaaden, en geenerlei middelen in 't werk „ gefield heeft, welke i\c wetten in zijne magt „ ftellen, om dezelven tegen te gaan, den fchul„ digen te doen vatten en ftraffen, zal afgezet „ worden. 3- „ De generaals der divifien, of zij, die in hun„ ne plaats het bevel hebben, zijn, ingevolge „ hier van, gemagtigd, om commisfien te benoe- men, die binnen vier en twintig uuren zullen .„ vonnisfen over de misdaaden van deezen aart, „ welke zouden mogen gepleegd worden op het „ grondgebied, door de troepen onder hunne „ orders beflagen. 4. „ Deze commisfien zullen beftaan uit elf mili„ tairen, te weeten : drie officiers; vier onder„ officiers, en vier foldaaten. 5- „ Deze commisfien zullen geen doodflraf mo*  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN J£? „ gen uitwijzen, dan bij meerderheid van twee „ derde haarer ledenArt. 6. „ De commisfien kunnen Hechts over ééne zaak „ vonnisfen, en zullen, na haare vonnis velling} „ gedisfolveerd worden. 7- „ Dit gearrefteerde zal door den generaal en „ chef ter hand gefield worden aan alle de ge„ neraals der divifien, in het werk gefield, „ voorts in het Fransch en Hollandsch gedrukt, onder alle chefs der corpfen verdeeld en over,-, ai, waar het nodig zal zijn, aangeplakt worden." (_\Vas gcteeKend) te ; s^ouitrt j en. ^Portiir^-ei' é Qi^c Dat 'er niet alleen bij een overwinnend leger,, maar in oorlog onder de militairen van alle mogendheden, vooral zodra dezelve buiten hun grondgebied komen, ongeregeldheden plaats hebben, leert de ondervinding. De bij oorlog vergunden moord en roof op zijne vijanden, verbasterd den mensch zodaanig in zeden, dat de fnoodfle wanbedrijven hem als dan geoorlofd toefchijnen, en de legers, veel al beflaande uit een groot aantal menfehen, die zedeloos opgebragt, hun fortuin bij den krijg zoeken, zo kunnen meestal dezulken niet in bedwang gehouden worden, dan door de allerge- ftreng- VïmaetKü'ö  t$8 GËSCHIËDËNÏS der NEDERLANDEN. ilrengfte krijgswetten; doch tot eer der Fraftfchen moet men zeggen, dat, hoe zeer bij hun geene ftrenge krijgstucht plaats heeft, zij nogthans onder de befchaafde troepen van Europa moeten gereekend worden, daar zij door dezulken , die hunne taal fpreeken, in de meeste ge* vallen tot reden te brengen zijn. Hun gedrag kan beter de toets doorftaan, dan dat der Engelfchen , deze kwamen als vrienden en hulpben-* den, ontzagen niet te rooven en te plunderen, waar zij konden of mogten. Het berigt van het Committé revolutionair te Amflerdam, is te zeer dienende ter inlichting van de gebeurtenisfen dezes tijds om alhier geen plaats te vinden. Berigt van het Committé revolutionair te Amflerdam, aan de leden der refpeclive leesgezelfchappen (*). j, Zie hier, braave burgers! die geenen, die van den aanbeginne hunner werkzaamheden j, af, niet hebben opgehouden, voor uw wel,, zijn te zorgen, en nimmer zouden hebben gerust, voor zij u de dierbaare, zo haatelijk ,, aan ons ontwrongen vrijheid, weder hadden bezorgd. „ In de maand Januarij "van 't voorledene jaar vereenigden zich de burgers Jan Willem „ van Irhoven van Dam, Joh. Golberg, «, C» (*) Jaarboeken der Bataeffilt republiek L d. bladz. 65.  GESCHIEDENIS Der NEDERLANDEN. f$ „ C. R. T. Krayenhoff, H. Henae, J. A. Crayenfchot, en Joh. J. M. Gogel, om gezamenlijk te werken, tot het beraamen van „ middelen om het juk van de halzen hunner medeburgers af te fchuiven, zij openden ten „ dien einde terltond de nodige corresponden,, tie met de Franfche Vertegenwoordigers, en «, Haagden in hunne eerfte poogingen; zij con„ tribueerden vervolgens tot het in orde brengen van, en correspondeeren met verfcheiden clubs» in andere fteden en provintien opgericht» en ,, werden, in eene generale vergadering, van alle „ deze in de maand Julij met de hoofd-dire&ie ,-, van het omwentelings - werk belast — zon,, dereenig gevaar te ontzien, gingen zij voord, ,, de zaaden der omwenteling door efficafieufe ,, middelen voord te planten, voegende zich) „ vervolgens bij hun de burgers N. V. Stap„ horst, Jan Capro, Jurriaan Ondorp en ,, Eduard van der Sluis; dan, bijgekome„ ne omftandigheden de komst der Franfchen ,, vertraagd hebbende, noodzaakten hen meest al- len in November laatstleden, met andere hun„ ner medewerkers hunne wooningen en werk„ zaamheden te verlaaten, dewelke vervolgens „ werden opgevat door den burger C. Cruis, Ondorp, Wifelius, van der Sluis, „ t' Hoen, van Hasfelt en van der Aa, om met eikanderen te bera'adflagen, op welke „ wijze men best eene gewenschte en nodige om- }> wen-  0A Geschiedenis oer Nederlanden- wenteling zoude te weeg brengen, de teenmaa,, lige regeeringsleeden afzetten, en eene volks„ vertegenwoordiging invoeren, zcdaanig, - dat .de flad niet regeeringloos, en aan geene ver- warring bloot gefield zoude zijn: mitsgaders „ om over deze poincten met de gezelfchappen 5 daar toe opgericht, in andere plaatfen geza- menlijk medetewerken. Waar na zich hier ,, bij voegden, de burgeren Duerveld, van „Laar, en den terug gekeerden burger Goot gel= De gezamenlijke fteden begrijpende, dat 5, 'er ten hoogften aan gelegen was om te wee„ ten, of eene omwenteling voor ons land vaii dienst zoude zijn, of wij daar door zouden bevrijd blijven van door de Franfchen i 5, als een overwonnen volk te worden behari„ deld; dan wel of dezelve flechts bloed ca M traanen kosten, en geen wezenlijk nut aan „ brengen zoude, zonden uit haar midden eene „ eommisfie naar de Franfche Reprefentanten „ in V Bosch, en van daar naar de Nationale Conventie, om op dit alles berigt té bekomen en het zelve over te zenden; van het nut der omwenteling zo veel mogelijk overtuigd, herhaalde reizen bij elkander vergaderd geweest zijnde, en met de andere fteden befoigne gehouden, en over en weder gefproken heb„ bende, bepaalde men gezamenlijk: D*it elke >} ftad zich zo veel mogelijk zoude in ftaat  'GESCHIEDENfS der NEDERLANDEN. lót ftellen s, ern eerie omwenteling te bewerken, ,, en wel dat die ftad zoude beginnen, bij de„ welke de Franfchen het eerfte genaderd zou,, den zijn, welke wederom aan de andere fte„ den terflond expresfen zoude afvaardigen, om „ van haare daaden kennis te geven ; doch dat ,, ieder zijne wijze van voorziening in het beV, ftier, op de voor zijne 'plaats meest gefclükfte „ wijze, zoude bevorderen en inrigten. Om hier aan te voldoen, werkte het Ami,, fterdamfche committé met alle magt om een 5, gezegeld plan te beraamen, tot het bewer- ken der omwenteling alhier, en eene provi3, fioneele voorziening in het ftedelijk bewind. ,, Eene daadelijke omwenteling te veroorzaa- * ,, ken werd door de waakzaamheid van de vijanden der vrijheid, en de ftrenge maatre- gelen door hun genomen, onmogelijk ; men 5, moest dus alleen zich bepaalen, tot het zor- gen voor het beftier, in geval van omwente„ ling, en het daarftellen der omwenteling zel„ ve aan God en de natuur overlaaten, zijn, de de eenige voorzorg, die men neemen kon3, de, het brengen van wapenen, kruid en lood, 9, in de nabijheid der ftad, en door overreedende „ middelen het in ons belang brengen der mi9, litaire bezetting; beide moest zeer omzichtig „ geichieden, tot beide werd veel geld vereischt, ,, het geen echter door braave burgers werd j, opgefchooten. III. deel. L „ Men  « * leen ten beste van het volk gedaan heeft. „ Intusfehen waren door uwe Vertegenwoordig „ gers aangetleld,, een Maire, een Procureur 9, der Gemeente en de nodige committés, wel„ ke door afkondiging zijn bekend gemaakt, of „ zullen bekend gemaakt worden — en nu „ meenden wij weder geheel te hebben afge„ daan; dan, de Volksvertegenwoordigers vroegen „ ons andermaal om als Committé revolutionair „ voord te gaan, het omwentelings - werk voord „ te zetten, hun te* helpen in het bezorgen der „ oproeping des volks, en het opflellen van een iS concept-reglement van het lledelijke bellier, „ tot zo lang het volk opgeroepen zijnde, zijn 9, magt onniiddelijk aan door hun verkoorene „ Vertegenwoordigers zal geven, hoe zeer onze „ bijzondere bezigheden hier door ook lijden, „ waren wij ten dienste des volks gereed en „ hebben dit aangenomen, waarom wij alle „ woensdagen en vrijdagen des voormiddags van „ elf tot een uur zullen zitten, om aan te nee„ men de bezwaaren, welke door de burgerij „ fchriftelijk zullen worden ingeleverd, en niet bij  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. i5? „ bij andere committés te huis behooren, zullen ( „ wij in dezelve altoos zo veel mogelijk op „ het fpoedigst en kragtdaadigst voorzien; de „ oproeping des volks zullen wij zo ras moge- „ lijk helpen werkftellig maaken, en dan, even „ gereed als wij onze werkzaamheden beginnen, „ dezelve weder nederleggen, en tot den ftaat „ van ftille burgers weder keeren; ons dus ver- heugende met het denkbeeld, dat wij allen „ vrij en gelijk zijn; doch is het dan ook we„ der 'svolks wil, dat wij onze posten hervat„ ten, wij zuilen die ook dan weder aanvaar„ den, en 's volks geluk ons cenigfte doel, ,, 's volks wil onze eehigfte wet zijn- „ Eer ik echter hier befluit, moet ik, uit naam „ van het geheele Committé revolutionair u, on„ ze medeburgers, onze vrienden, onze broeders „ den hartelijkften dank betuigen, voor uwe gun„ ftige medewerking tot deze omwenteling, en „ voor uwe edelmoedige gevoelens van braaf„ heid; dat nimmer wraakzucht ons beziele, „ nimmer laage trek tot wedervergelding onze „ vrije daaden en deze heerlijke gebeurtenisfen „ bezoedelen. Heil en Broederfchap! Ter ordonnantie van het Cwmittè revolutionair (W„ Scteckend} ^ ^ ^ ^ Secretaris. t x Dit  168 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, Mnmerking, Dit berigt geeft eene groote inlichting omtrent het werk der omwenteling van 1795, en de natie heeft gewis groote verpligting aan de* beituurders van het generaal committé revolutionair wegens deszelfs menschlievende, voor hun zelve belangloos, en niet minder gevaarlijke, onderneeming. Eene ondernecming, indien zijmislukt ware, die hen in eens goed en bloed had kunnen doen verliezen, en tot welke de grootfra werkzaamheid en beleid nodig ware, om alles, zodanig te beftuuren, dat geene fpooren van het fchrikbewind der Franfche omwenteling bij deze omwenteling plaats hadden. Het tijdvak van 1787 was nog te versch in geheugen, en het. in en na dien tijd voorgevallene had de hartstochten der natie al reeds gaande gemaakt, de gemoederen waren verhit; doch om die nu in. toom te houden, daartoe was voorzichtigheid nodig, en het gedrag van het voorlchreven Committé verdient ten dien opzichte allen lof; maai; wenfchelijk ware het tevens geweest, dat men» van het begin af, ook had gewerkt aan een plan» tot een ééne en onverdeelde Republiek, daar het bekend was, dat de meeste patriotten van 178'^ wel herltel van hunne ontnomen voorrechten zogten, maar geenzins een patriottismus als dat der Franfchen, gegrond op de rechten der menschheid. Bij de laatflen zijn alle rechten gelijk, — geene p'ovintie, flad, fland des volks, of perfoonen geniete» bij dezelve eenige voorrechten; neen, daa£;  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 169 daar heeft eene gelijkheid van rechten plaats, — terwijl integendeel ons patriottismus van 1787 , ge» grond op oude voorrechten — eene ongelijkheid van rechten inhield. Verfchilden dus in deze de grondbeginzelen van het patriottismus, zoo was het wel te voorzien, dat dit den grond tot verdeeldheden moest leggen, waarvan de eene partij zou zoeken een verbeterd bondfchappelijk beftuur, ter behoud van gewestelijke fouverainiteit en bijzondere voorrechten, —- daar de andere partij, voorftanders eener ééne en onverdeelde Republiek waren, in navolging der Franfchen. Had men nu deze verdeeldheden in ons vaderland kunnen voorkomen, dit zoude eene wenfchelijke zaak geweest zijn. Ja! indien dit onderwerp al eens te gewigtig bevonden was, ter daadelijke uitvoering, dan had men immers, in navolging van de maatfchappijen der weetenfchappen, eene prijsvraag, met een prémie van eer en belooning, aan het publiek kunnen opgeven, en waartoe zelfs omwerpen van vraagen zijn voorgefteld. — Was de keuze des volks omtrent \ kiezen zijner Reprefentanten zo onfeilbaar, dat hunne Vertegenwoordigers die gaaven des geestes bezaten, dat hun niets in eenig vak van kunde ontbrak, dan zou het zeker tot hunne vernedering dienen, van daarin het voorbeeld van de maatfchappijen der wetenfchappen te volgen. Maar neen! men heeft vervolgens wel L $ de-  J70 GESCHIEDENIS «er NEDERLANDEN. degelijk gezien, dat het dwalen menfchelijk was, en dat 'er onder de door het volk verkoozene zulke waren, die, hoe vaderlandslievend zij mogten denken, nogthans weinig kunde van regeeringszaaken hadden, fchoon eene groote verbeelding van zichzelven hebbende; een blijk dat in de reprefentative democratie de eigenliefde geene geringe rol fpeelt, en vau daar dat de werkzaamheden der mindere burgers, al is *t ten nutte van hun vaderland, meestal weinig aandagt verdienen. Had men in dien eerflen tijd het maar zo ver kunnen brengen, dat, in plaats van Hun Hoog Mogende, 'er eene Nationaale Conventie, en de één en onverdeeldheid deiRepubliek gedecreteerd was geworden, veele onaangenaame yerfchillen daarover zouden daardoor afgefneeden, millioenen voordeel aan 's lands finantien toegebragt geworden, en de ftaatsregeling al lange in werking hebben kunnen geweest zijn; daar 'er nu meer dan vijf jaaren zullen verloopen eer het plan van algemeene belastingen, 't gewigtigfte van ons ganfche ftaatsbeftuur, 't crimineel en civiel wetboek, en meer andere inrigtingen volkomen in werking zullen zijn gebragt. Alle de andere na ons gevestigde nieuwe Republieken, zijn daadelijk tot eene beflaanlijkheid gekomen, intusfehen dat 'er bij ons zelfs onaangenaamheden hebben moeten voorvallen, welke den grond tot nieuwe verdeeldheden hebben ge-  GESCHIEDENIS oer NEDERLANDEN. gelegd, en daar men nog dagelijks de heimelijke woelingen van bcfpcurt. — De provifioneele Reprefentanten te Amflerdam, maakten verder, bij eene proclamatie van 26 Jan. 1795, aan de burgers bekend, dat zij, beha!ven den door hun benoemden Maire, Ca rel Wouter Visfcher, nog hadden aangefteld de volgende committés: een van revolutie, een van al- gemeene waakzaamheid, — een, van algemeen welzijn, — een procureur van de gemeente, — 't committé van rechts-oeffening, —r van koophandel ea zeevaart, — en een vanfinantie, Veel nam men daarin over van de Franfchen, intusfehen dat de ftedelijke en provinciaale befluuren in k wezen der zaak dezelfde bleven, en door de ingevoerde nieuwigheden, en reprefentatie van 't platte land, die in 't eerst zeei ongeregeld was, de voorheen beftaan hebbende gebreken in ons beftuur eer toe dan afnamen, Een blijk, hoe nadeelig de revolutionaire tijdvakken voor een volk zijn, zo lange dezelve geene vaste ftaatsregeling bekomen hebben. Leijden was mede een der eerfte fteden, die uit zichzelve, en toen de Franfchen nog op eer afftand van haar waren," de revolutie bewerkte Het telkens heen en weder trekken der ftaatfche troepen, maakten de patriotten in die ftad bevreesd, of niet de fchriktoneelen van 1787 herhaald zouden worden, voor en aleer dat zi Franfche hulp verkreegen, en onbewust of d< Re m Aanmerking, Omwentelingvan Lei/' den.  > X7* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Regeering ook eenige orde had gefteld op de I ■ bewaaring der rust, zo kwam de burgerij, na hier en daar onderling geraadpleegd te hebben, tot zeer ftoute befluiten, alfchooh het Bewind door deszelfs genomen maatregelen, den weg geflooten had, voor het inleveren van voorftellen of requesten. Op zondag den i3 Januarij, eene menigte burgers op het ftadhuis bijeen zijnde, daar zij wisten dat de vroedfchap 's avonds om zes uuren moest vergaderen, gingen dezelve, aan hun hoofd hebbende den burger J. Romswinkel, ftoutelijk burgemeesters en fchepens kamers in, eischichende vergadering der vroedfchap om de voorftellen der burgerij aantehooren; dit verkregen hebbende, gaven zij hunne bevreesdheid te kennen over de zorgelijke omftandigheden waarin de ftad, door den aanhoudenden doortogt van troepen, zonder hoofd en orde was, waardoor het te vreezen ftond, dat de rust der ftad in gevaar, en de veiligheid van 't leven en goed der burgeren geen zekerheid meer had ; en hierom vorderden zij: i°. de in 1787 ontnomen geweeren der burgerij terug; a°. de ontwapening der tegenswoordige fchutterij; 30. kennis geving van deze maatregelen aan den commandant Hertel, ten einde die met zijne militaire magt mede mogt werken tot bewaaring der rust, en 4*. dat 'er orders gefteld wierden op het wanordelijk doortrekken der militairen. Na  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. Na eenige woordwisfeling over en weder met burgemeesteren, en der woord voerende burgers , werd nog dien avond de oude burgerij herfteld, aan dezelve haare geweeren, op het ftadhuis liggende, (meest zonder flooten en 't verdere benoodigde) ter hand gefteld; de publicatie, ter ontwapening der tegenswoordige burgerij, met last van hunne geweeren op het ftadhuis te brengen, afgekondigd, en aan den militairen commandant van dit alles kennis gegeven. Daadelijk bezette de nieuwe burgerij de posten, en voor elf uuren 's avonds waren 'er reeds iooo mannen in de wapenen, zestig a zeventig dezer flegt gewapende burgers, hadden reeds de ftoutheid, om 's nachts twee compagnien ruiters , welke de poort en ftad wilden intrekken, met geveld geweer daar buiten te houden, en te noodzaaken buiten om te trekken. De ftudenten waren in dit alles mede geene blpote aanfchouwers, maar onderfteunden, met hun bijeen verzameld corps, de brave burgerij. Na de afkondiging der bovéngenoemde publicatie, werden de Franfche cocarden, en de drie kleurige linten algemeen opgezet en gedraagen. Den volgenden dag bleef het hier niet bij; de gewapende burgerij werd met briefjes h de Mariekerk opgeroepen, alwaar de burge: L Romswinkel eene zeer gepaste pligtver manende aanfpraak deed, en om zonder verwij voo *7S De ftudenten onderMeunen do burgerij. Cocarde» opgelet. ' * Oproeping L der burgelij, 1 f  174 Oude Regeering vm htare posten ontzet. Publicatie van den raad. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. voor een korten tijd twintig burgers te verkiézen tot bet gemeentebeftuur, in plaats der tegenswoordige regeering. Dit daadelijk gedaan zijnde % werd ook nog dien eigen avond door den burger Kops, die tot voorzitter van den nieuwen raad veikoozeri was, de oude Regeering van haare posten ontzet , als het vertrouwen der burgerij verlooreri hebbende, met last van ten eerften haare zitplaatzen te verlaaten; als amptelooze burgers tot de hunnen weder te keeren, met belofte, van op de befcherming hunner perfoonen en goederen te kunnen ftaat maken. Op den ao Jan. ontfloeg de provifioneele raad de burgerij van den eed op de oude conftitutie gedaan, gelastte,bij eene nadere publicatie, dat de amptenaars provifioneel in hunne bedieningen zouden continueeren, en deed op den 23 Jan. de volgende publicatie tot het bewaaren der rust en eenige verdere fchikkingen dien aangaande. BESLUIT. VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP. „ De provifioneele Raad (op maandag den 19 „ Januarij 1795, door de gemeente van Leijdett „ voor een maand aangefteld) decreteert, 't geen „ volgt: Art. 1. „ Met groot genoegen reeds gezien „ hebbende, de zo manmoedige als republi„ keinfche bedaardheid en rustliefde, welke „ de  GESCHIEDENIS de* NEDERLANDEN. tfr „ de vrije en braave gemeente dezer ftad, itt „ dit hagchelijk tijdsgeivricht, bij de zo zeef „ gevvenschte, als gunftige verandering van zaa„ ken reeds heeft bezield: en, volgens haaren „ plechtigen eed aan de burgerij gedaan op „ haare verantwoordelijkheid verpligt zijnde, „ deze goede orde, rust, vrede en bedaardheid, „ op de eeuwige en onveranderlijke grondbe„ ginzelen van vrijheid en gelijkheid, verder „ uit al haar vermogen te handhaven: decreteert „ dat dezelve gemeente wel verdiend heeft aan „ het vaderland. Art. a. Geene perfoonen, het zij met, het „ zij zonder hunne goederen, zullen zich bui„ ten deze gemeente begeven, zonder vergun„ ning van het committé van algemeene veilig„ beid: en zij, die reeds uitgeweeken zijn, zul- len zich binnen 14 dagen terug begeven, ten ,, zij 'er voldoende redenen waren om zich te „ kunnen verontfchuldigen, op pcene van pro„ vifioneele fequeftratie van goederen. Art. 3. „ Zij neemt, uit naam van de ge,, meente van Leijden, alle burgers, die aan dit „ decreet voldoen, onder de befcherming der „ wet. Art. 4. „ Alle de ingezetenen zullen zich ,, van alle beledigende, en partijfchap te ken„ nen gevende, fcheldwoorden, moeten onthou„ den. Art.  %1t$ GESCHIEDENIS 'der NEDERLANDEN 'Art. 5. "„ Niemand zal zich mogen verontfie- ren met het teeken of de leuze der flavernij,„ te weeten, het oranje lint of cocarde, op ft pcene van provifioneele gevangeneeming. Art. 6. „ Schoon de vrijheid van denken en „ fpreeken in het ftuk van godsdienst, een der „ eerde en geheiligde rechten is van den ,, mensch: zo zullen nogtans de geestelijken van „ alle gezindheden, ingevolge het oogmerk hun„ ner belangrijke posten, zich op het zorgvul- digst moeten wagten in hunne openbaare re„ devoeringen van alle uitdrukkingen, die aan,, leiding konden geven om de rust en orde, „ zo als die bij dezen wordt aanbevolen, te „ ftooren of tegen te gaan. Art. 7. ,, Alle ingezetenen, wien zulks nodig „ is te weten, wordt bekend gemaakt, dat de „ provifioneele raad heeft aangefteld eene com„ misfie tot het uitoeffenen van de zogenaamde „ middelbaare en laage jurisdictie, welke op ,, zekeren tijd zal vaceeren als fchepenen gewoon „ waren te vaceeren. Art. 8. „ Alle de vergaderingen van den pro„ vifioneelen raad zullen, ten aanhooren der ge„ meente, worden gehouden. Geene befluiten* „ kragt . van wet hebbende, mogen genomen worden, dan met opene deuren. Art. 9. „ Niemand zal gewapend ->, in de ver« „ gadering mogen verfchijnen. 5> AI«  GESCHIEDENIS DER NEDERLANDEN. „ Aldus gedaan bij den provifioneelen Raad „ van Leyden den sa Januarij 1795, 't eerfte •„ jaar der Bataaffche vrijheid." Gezien door B. van Roes, voorzitter. CWw getcekcndi c£ ^ ^ccitr , &>. Z (*) Secretaris, Des zondags avonds werden, door burgers uit •Leyden, die van Haarlem aangefpoord om hun Voorbeeld te volgen; en 'smaandags drie leden uit den Raad naar Utrecht afgevaardigd, om de Franfche Volksreprefentanten aldaar keunis van de omwenteling te geven. Op dingsdag den ao werd de vrijheidsboom geplant voor het raadhuis, onder het fpeelen der klokken, muziek en dans om denzelven, door allerlei ftanden des volks; en op den 21 kwamen de eerfte Franfchen in de ftad, zijnde husfaaren, waar van de commandant door den voorzitter met het geven van den broederkusch verwelkomt werd, onder het geroep van: lang leeve de Franfche en Flollandfche Republiek! De volgende dagen kwamen 'er meerdere andere Franfche troepen, die alle bij de burgers ingekwartierd werden. De Haarlemmers door de Leydenaars, gelijk hiervoor gemeld is, tot de revolutie aangefpoord zijnde, antwoordden: dat zij in gereedheid waren. C) Bat. jaaib. 1 deel bl. %u ULpgsi» M «7 Te Le!jien de vrij» lieidjboom geplant. Franfiben in Leij'aen. Omwenteling te ti*arlim.  ij-I GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ren. Geen wonder, want Haarlem was eene zodanige patriottifche ftad, dat 'er in 1787 naauwlijks zo veele oranje gezinde burgers, meest van 't gemeen, te vinden waren, om een request te teekenen tot bet veranderen der regeering, en waar tegen een veel grooter aantal notabele burgers verzocht, dat geene verandering in hunne regeering gemaakt niogt worden; doch te vergeefsch en ook met dat gevolg, dat, daar 'er in Haarlem geen genoegzaam getal leden voor de oranje regeering te vinden was, men die van buiten de ftad daarin moest brengen. Haarlems burgers reikhalsden daarom naar de omwenteling, en eenige aanzienlijke burgers kwamen daartoe, tusfehen zondag en maandag nacht, ten jhuize van den burger Lestevenon bijeen, en beilooten eenparig de omwenteling daadelijk door te zetten, en de leesgezelfchappen gewapend opteroepen. Eene oproeping waarbij ieder te wapen vloog; en zij die de behandeling van het kanon verftonden, bragten terftond twee ftukken gefchut, die zich in den Doelen bevonden in gereedheid, om (des noods) de te doene voorftellen met kragt te kunnen onderfteuïien. 'sMorgens, om half zeven uuren, begaven zich twee burgers, vergezeld door twaalf gewapende fchutters, naar den prefident burgermeester, eifchende eene fchriftelijke order aan den militairen, commandant, van zich niet tegen de bur-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 179 burgerij te verzetten, en na 't verkrijgen van die order, werd den burgemeester zijn ontllag aangezegd, en bij den tweeden burgermeester, (want de andere waren niet in de ftad) kwam eene dergelijke eommisfie , en de overige Vroedfchappen ontvongen hun ontflag bij biljetten ; terwijl de derde eommisfie, na eenige tegenkantingen van den, militairen commandant, het woord van eer van denzelven verkreeg., dat hij zich niet verzetten zou tegen de burgerij. Daarop begaf zich de gewapende burgermagt naar het ftadhuis, en nam bezit van hetzelve. Om negen uuren werd het volk van het gebeurde kennis gegeven, en tegen twee uuren opgeroepen in de groote kerk. Intusfehen werd de vrijheidsboom geplant, en de nationaale cocarde opgezet. Op den bepaalden tijd de burgerij in de kerk vergaderd zijnde, werd haar, ter goedkeuring, het regeerings reglement voorgeleczen, om daar naar haare nieuwe Regecring te verkiezen, het geen daadelijk door het volk goedgekeurd, en hierop eenige Reprefentanten verkoozen werden, tot dat het regeerings reglement ordenlijk in werking zou gebragt zijn. In het voorbeeld van Haarlem ziet men, wal nut het doet, wanneer men vooruit gewerkt heefi met concept reglementen voor de regeering; er van daar dat 'er geene ftad is geweest, daai M * dc Goedkeu ■ ring van het regeerings reglement. : Atnraerking.  i8o GESCHIEDENIS der NEDERLANDER de omwenteling fpoediger en geregelder gefchied is, en dewijl de publicatie der Haarlemfche burgerij alles dien aangaande inhoudt, zal ik dezelve alhier laaten volgen. Publicatie der Haarlemfche burgerij, waarbij zij de jladsregeering aldaar, van haare posten ontzetten. 19 Januarij 1795. ,, Gelijk de commisfarisfen der Franfche „ Republiek het volk van Nederland hebben „ aangemaand, om zich te ontdaan van het juk, waar onder het tot hiertoe zugtte, en deze aanmaning thans ten derkde wordt aangedrongen, door een brief van den generaal „ Daendels, gefchreven uit Leerdam, den „17 dezer, bij welken de burgerij van deze j, dad, bij naame, wordt gefommeerd en opge„ roepen, om zich vrij te vcrklaaren; zo heb„ ben eenige burgers van deze dad, die zich, zints eenigen tijd belast hebben met de zor„ ge, om in een tijddip, zo als wij heden be„ leven, voor aller welzijn te zorgen, deze „ omwenteling begonnen; zij nodigen alle hun„ ne medeburgers, om zich bij hen te voegen. „ Hun aller belang dringt hen daartoe; het „ tijdsgewricht eischt fpoed en eensgezindheid; „ de leden van het tegenwoordig beduur kun„ nen niet dan haatelijk zijn aan de Franfche „ Republiek; ook deze burgerij kan op hen niet „ v«r-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. iBr vertrouwen. Wij moeten hen dus vervallen ,, verklaaren van alle posten en invloed van re,, geering. De eerfte ftap door het volk van deze ftad te doen, is het vormen eener gc- regelde gewapende magt. Dat dus allen, die „ de vrijheid en 't vaderland liefhebben, zich vervoegen bij die gewapende medeburgers, 3, welken zich het eerfte tot aller behoud ge- waagd hebben; dat zij , die niet willen, hun „ geweer nederleggen, en hetzelve dezen voor- middag op den Doele brengen, met bijvoe„ ging hunner naameu, op dat men geen fter- ker middelen behoeve, om het hun te ont- neemen. „ Vervolgens moeten wij zorgen voor het provifioueel burgerlijk bellier. Om dit te regelen, worden alle ingezetenen uitgenodigd, om zich dezen namiddag, ten twee uuren, te „ verzaamelen in de groote kerk, alwaar men u ,, een ontwerp daartoe zal voorhouden; inmiddels worden alle beampten, die geene waarfchouwing tot het tegendeel bekomen, aan„ gemaand, hunne posten te blijven waarnee,, men, op dat rust en orde, zo veel mogelijk, bewaard worden; gelijk van wegen de gewapende manfchap alle mogelijke verzekering „ wordt gegeven van veiligheid van perfoonen en goederen. „ Aldus gedaajn bij de verzamelde burgerij M 3 „ der  3 8a GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Gebeurde re Rotterdam, j \ 1 Publiciti» fles ouden M«giftrar.tste Rn cu dut». 9 I ! J „ der ftad Haarlem, den 19 Januarij 1795, en , ten zeiven dage gepubliceerd. In kennhfe van mij CW» gekend) ^ ^ Q De Regeering van Rotterdam, wel vooruit lende wat haar te wagten ftond, tragtte dit 'oor te komen door bijzondere infchikkelijkheid, )lijkens de navolgende publicatie: Publicatie van den Magiftraat te Rotterdam, ter intrekking der vrijwillige wapening, en aanmaning tot rust, 19 Januarij 1795. Alzo fchout, burgermeesteren en fchepenen „ der ftad Rotterdam, kennis hebben bekomen, , dat, vermits het God Almagtig heeft be, haagd, door eenen aanhoudende fterken vorst, , den toegang tot deze provintie niet alleen , gemakkelijk te maaken, maar aan ons de , kragt van defenfie, op eene onmiddelijke wij, ze, grootendeels te ontneemen en aftefnijden. , Hun Edele Groot Mogende, de Heeren Staa, ten van Holland en Westvrhsland, tot wel, zijn van den lande, dienftig hebben geoor, deeld, middelen van verdrag in het werk te , ftellen; en naardien het in alle gevallen, , voor deze ftad, als zijnde eene open plaats, « gc- (*) Sttttttfjitt jMrboek*B I. Deel bl. A,  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 1O3 geheel ondoenlijk zoude zijn, om, met fuc„ ces, eenigen wederftand te bieden, ingeval 3, de Franfche troepen mogten voordgaan dezel„ ve te naderen. Zo is 't, dat fchout, burgermeesteren en fchepenen voornoemd, met ,, ad vis van de Vroedfchap dezer ftad, bij de„ zen, allen en een iegelijk bekend maaken, „ dat de vrijwillige wapening, en daardoor de ,, eommisfie bij publicatie van Hun Edele Groot „ Achtbaaren, van den ia dezer tot de infehrij„ ving van dezelve, voor het tegenwoordige ,, is komen te vervallen: terwijl Hun Edele ,, Groot Achtbaaren niet te min in erkentenis houden, de verdienllelijke gewilligheid van een groot aantal burgeren en ingezetenen in dezen betoond; —- dat, gelijk de goede burgerij dezer ftad, in het algemeen, door ,, haar voorbeeldig rustlievend gedrag, in deze calamiteufe omftandigheden van het lieve vaderland en ftad, allen lof verdient, zo ook ,, Hun Edele Groot Achtbaaren verwagten, dat ,, dezelve in dat voetfpoor zal blijven voordgaan, in hoope, dat het de goede Voorzienigheid behaage, de middelen, tot verdrag ,, aangewend, te zegenen, waartoe eene ftaatseommisfie werkzaam is, welke door twee ge„ deputeerden dezer ftad, heden nacht vertrok„ ken, onderfteundwordt; terwijl door een contrarij gedrag niets dan fchroomelijke gevolgen „ te duchten zijn, waardoor de poogingen van M 4. „de  iH GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. de Regeering, om een ieder bij rast en vei3, ligheid te bewaaren, geheel vrugteloos zou- den kunnen worden gemaakt. En wordt een iegelijk, mitsdien, vermaand, zich ftil, on„ derworpen en gelaaten aan het wijs beitel „ der Godlijke Voorzienigheid te gedragen. Verbiedende Hun Edele Groot Achtbaaren 5, voornoemd, over zulks, op het allerernftig,, fte, allen en een iegelijk, van zich contrarie dezer, door daaden en gefprekken, fchuldig „ te maaken, of aanleiding te geven tot eeni- gerhande twist, tweedragt, verbittering of partijfchappen, op pcene, van deswegens op. het rigoureuste te zullen worden geftraft, 0, naar exigentie van zaaken. „ Aldus gearresteerd, in 't collegie van mij„ ne Heeren van de Wet, op heden, den x j, 19 Jannuarij 1795 en ten zeiven dage, naar voorgaande klokken gelui, van het raadhuis „ dezer ftad gepubliceerd, ten overftaan van de Heeren Mr. Marinus Höoy, fchout, Mr. Yfaacq van Teylingen, burgermeester; Ewoud van Son, en Anthony „ Buys, fchepenen." In kennisfe van mij 1*~)\Batt>»fil>» jaarboeken i Deel kl. ï. Uit  GESCHIEDENIS, der NEDERLANDEN. Uit deze publicatie blijkt, dat de Regeering ( nog niet geheel buiten hoop wasdom door onderhandelingen met de Franfchen haaren val voor te komen. De burger - wapening ter verdediging, had in die ftad zeer goed opgenomen,, naar dien Rotterdam eene ftad is, daar de oranje partij verre de meerderheid had, en bijzonder onder den gemeenen ftand des volks. Zelfs had de Regeering, door de rivier aan de kanten los te laaten zaagen, van die zijde den overtogt willen betwisten; doch deze arbeid was geheel vrugteloos, en het doorgezaagde ijs vroor zo fpoedig weder aan elkander als het doorgezaagd werd, ook bleek het van agteren, dat de Franfchen niet van het Overmaafche, maar van Dordrecht langs de Merwe kwamen. Op zeer ernftig verzoek der gemeenebestgezinde gewapende burgerij van 1787, werd den volgenden dag bij publicatie door de Wethouderfchap hun eisch ter wapening toegeftaan, en de oude burgerij verkreeg haare geweeren, en werden de andere burgers gelast, hunne wapenen, op daar toe bepaalde plaatfen, over te geven, en het oranje draagen verboden. Eenige aanzienlijke burgers in den Doele bij een gekomen, verzogten vergadering der Vroedfchap , van wegens eene eommisfie uit den hunnen, ten aanhoore eener boodfehap uit de burgerij. De gemelde eommisfie binnen gelaaten zijnde, eischte, dat de Regeering afftand var M 5 haa- 3S5 anmeikiug* Verzoek der burgerij.. Ontflag del oude en aan(telling der nieuwe Regeering.  185 Jntogt der Frait/iiiH. Üeëischie opgave der Magazijnen. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. haare regeerings - posten zoude doen, het geene ook daadelijk gefchiedde, 'er werden door kiezers uit de burgerij vier en twintig nieuwe Raaden, vier Wethouders, een Bailliuw, zeven Schepenen, en twee Secretarisfen verkoozen, die allen plegtig door de burgerij naar het raadhuis geleid werden. Daarop werd de driekleurige vlag van den toren geftooken, en de nationale cocarde opgezet. Woensdag avond kwamen eenige Franfche troepen binnen, die een detachement der gewapende fchutterij van Dordrecht bij zich hadden, om, in gevalle van tegenftand, de Franfchen te onderfteunen, naardien zij onbewust waren van de voorgevallene omwenteling in Rotterdam. Doch op een afftand buiten de ftad werden de Franfchen ingehaald door een detachement uit de burgerij, zelfs moesten eenige leden van het oud beftuur daar bij adfifteeren. Op dien zelfden dag werd nog bij eene publicatie aan alle burgers gelast op te geven, de in Rotterdam zijnde magazijnen, fchepen en andere eigendommen, wijl bekend was, dat 'er in gemelde ftad zeer veele goederen van de Engelfchen lagen, en die ook in handen der Franfchen zijn gevallen, en vervolgens verkogt werden; gelukkig, dat de oude Regeering zeer waakzaam was geweest om te verhinderen,dat de Engelfchen hunne magazijnen en fchepen niet in brand hadden geftokeji, waartoe zij reeds aanftalte hadden gemaakt. In  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. In Dordrecht veel ftaatsguarnifoen liggende, zo was het die patriottifche ftad niet wel mogelijk eene omwenteling daar te Hellen, maar zo dra verfcheenen 'er geene 500 Franfchen, ter recognosfeering uit Gorichem gezonden, eene ftad door den generaal Os ten belegerd, of de gemeenebest - gezinden verjoegen, met behulp dei Franfchen , hunne troepen. De generaal Oste r gaf daadelijk daar kennis van aan den Reprefeu tant Alquier te Utrecht, teffens aandringend! om onverwijld eene andere Municipaliteit aldaa aan te ftellea, ter handhaving der rust, vei zekering van de fpoedige uitvoering der vorde ringen voor den dienst van het Franfche legei Hierop verkreeg de generaal order van zulks te eerften werkftellig, te maaken, en deze nieuw Municipaliteit allen bijftand in het uitvoeren ha: rer befluiten te verkenen. Twaalf nieuwe leden werden 'er door de generaal O s t e n benoemd , en de braave burgi rij van 1787 gewapend, doch, om dat de on wenteling van Dordrecht zeer veel verfchi van die fteden, welke zulks zelf beftuurden, z; ik hier het origineele dienaangaande laaten vo gen: Extract uit het register der Munic paüteit van Dordrecht. Op heden a$ Januarij, derde jaar der Fra, „fche eene en onverdeelde Republiek; de gen „ raai de brigade d'Oiten hebbende do< „ vc 187 Omwente» linruc Ontrecht. : L X 5 tl 1- it J 1- \r t' Refolutievan de MunicipaSf hteitteDari/- r-  s8S GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Proclamatie Van de Fr*»-. fiie Repre» . fcnunten. . 1 „ vergaderen de burgers Hendrik de Jongh, 5, Floris van der Linden, Pieter Blus„ fé, Willem Hordyck, Godefridus „ Minis, Johanises Filders Jac. zoon, „ Justus de Bruin Oudboter, Willem s, acob de Bruin de neve, Jan Hen„ drik Weening, Abraham Hendricus „ Brouwer, en Christoffel Frederik „ Ba-eker, heeft men voorgelezen den hier na„ volgenden brief, behelzende derzelver benoe„ ming tot den post van provifioneele Munipa>, le officiers, om daar van de functien waar te >, neemen , en te vervullen in de ftad Dordrecht. „ Franfche Republiek, een en onver deel,, baar, hoofdkwartier te Dordrecht, „ den 4 Piuviole, derde republikeins n jaar." De generaal de brigade d'0 sten, ingevolge iet befluit van den Volksreprefentant A1 q u i e r, iet welke dus luidt: „ Te Utrecht den 2 Pluviofe, derde „ jaar dsr Republiek een en onver* „ deelbaar. „ De Reprefentant des volks bij het noord, lijk leger Alquier. Na genomen lecture , van eenen brief des generaals de brigade , d'Osten, bij welken hij mij berigt, dat op de > aannadering der troepen van zijne brigade, ge, deeltelijk om een recognosceerrng op Dord» i recht te doen, de Bataaffche patriotten dier „ ftad  i GESCHIEDENIS der NEDERLANDER i8< „ ftad hen zijn voorgekomen, en medegewerkt „ hebben tot het wegjaagen des vijands, welke „ daar van meester was, en dat het van belang „ was om zonder verwijl eene provifioneele au„ thoriteit aan te ftellen, ter vervanging van „ den werkelijken Magiftraat, die enkel is zaa- mengefteld uit leden, aan de fta.ihouderlijke „ partij toegedaan, en dat die aanftelling drin, t gend wordt verlangt door de patriotten, welke de Franfche troepen met eene zo toegenegene „ broederlijkheid hebben ingehaald. „ Arrefteert, dat, zonder verwijl, eene provi„ fioneele Municipaliteit zal worden geformeerd, „ welke tot nadere order den werklijken Magi„ ftraat zal vervangen, en ftiptelijk zal waaken „ op de handhaaving der publieke orde en rust, „ en ter verzekering der uitvoering van alle „ vorderingen , welke voor den dienst van het „ Franfche leger zouden kunnen worden gedaan. „ De Reprefentant des volks gelast dienvolgens „ den generaal d'Osten, om onder de beste „ burgers twaalf perfoonen te kiezen, ter zaa„ menftelling der provifioneele Municipaliteit. „ De generaal zal deze Municipaliteit doen in„ ftalleeren, in den kortst mogelijken tijd; hij zal dezelve allen benodigden bijftand verlee„ nen, ter verzekering der uitvoering haarer be- fluiten, en hij zal aan alle leden van den werk„ lijken Magiftraat bekend maaken, dat hunne volmagten zijn opgeheven, en dat zij tot na- n te*  ïj>0 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ der order derzelver uitoefening moeten ftak , „ ken. „ De Generaal d'Osten zal aan de Repre„ fentanten des volks te Amflerdam, de naamen overzenden, van de burgers, welken door hun zullen verkoozcn zijn. CWas geceekend) /ff . i/LCqui&r. „ Ingevolge het bovenftaande befluit, benoemde de generaal d'Osten, ter vervulling der pro„ vifioneele municipale functien, de hier navol„ gende'È burgers, alle negotieeren.de te Dcrd' „ recht: „ Hendrik de Jongh, Floris van der Linden, Pieter Blusfé, Willem Hor„ dyck, Godefridus Minus, Johannes „ Filders, Jac. zoon, Justus de Bruin, „ Oudboter, Willem Jacob de Bruin de „ neve, Jan Hordyck, Hendrik Wee„ ning, Abraham Hendricus Brouwer, „ Christoffel Frederik Backer. Zij zullen, zich rekening laaten doen van de geweezen leden der Municipaliteit, en „ terftond hunne fiwctien beginnen," (geteekend) de generaal de brigade O sten. „ Vervolgens heeft hij acte en aanteekening van het tegenwoordige vcrzogt, ten einde „ hier. van copie wierde gezonden aan der» ,, Reprefentant des volks, om hem te berigren, „ dat deszelfs intcutien, waren voldaan. Wijders 9» hecfc  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. jpf „ heeft hij de voorgemelde vermaand, om der„ zeiver functien wel waar te neemen. „ Hier op is door een lid gezegd: ingevolge „ de magt aan ons verleend, is mijn verzoek, „ dat wij ons oogenblikkelijk formeeren, om „ eenen prefident te benoemen; en is met een„ paarige ftemme tot prefident verkooren: Flo„ ris van der Linden, mitsgaders de bur„ gers Paulus Gevaarts, Matthys Gil„ les Rier, en Hendrik Lodewyk vaa den Santheuyel, tot fecretarisfen. De vergadering geformeerd zijnde, heefÈ „ een lid voorgeflagen, dat van het tegenwoór„ dig proces verbaal, acte zoude worden geëx- pédiëerd aan den generaal Osten, ten einde „ door denzelven verzonden te kunnen worden „ aan den Reprefentant des volks, en heeft ook „ voorgeflagen, dat de prefident, in naam der „ vergadering, fchrijven zoude aan den Repre„ fentant des volks , om hem te verzekeren, „ dat zij hunnen functien met ijver zouden verj, vullen. De vergadering heeft met eenpaarige „ ftemmen , het voorftel daar van vastgefteld, en „ de Prefident heeft de zitting opgeheven. „ Gedaan ten dage, maand, en jaar als bo- ven (geteekend) enz (*)'«" De generaal de brigade Osten, Voor gelijkluidend! copie. C*) SsmfTtt* Jaarboeken h Deel blate, 3g. Hét  $9$ Aanmerk %. Planting van den viijheidshuom. GESCHIEDENIS dek. NEDERLANDEN.' liet. bijzondere dat men in deze omwenteling vindt, is de last aan de nieuwe Municipaliteit gegeven , om rekening van de oude Regeering af te vorderen; wenfchelijk ware het, dat zulks bij alle plaatfelijke provinciaale regeerings - verandering ware in acht genomen geworden, dan zou men overal een goed fundament gelegd hebben , waarop de volgende rekeningen te kunnen bouwen, daar men nu van gewestelijke en ftedelijke beftuuren vervolgens zulke gebrekkige rekeningen verkreegen heeft, waar in gaapingen van tijdvakken ontdekt worden, die niet wel mogelijk, thans te verbeuren zijn, om dat het eene beftuur het andere verving, zonder eerst de rekeningen te fluiten, door welke onachtzaamheid ook eene menigte ftaats en ftedelijke refolutien zijn verdonkerd, 3ie het vervolgens de eommisfie tot onderzoek van het gedrag der voorige regenten onmogelijk maakten, om volkomen naar rechten beweezen faiten te vinden. Op den a5 Januarij werd zeer plegtig de vrijheidsboom geplant door de Franfchen en burgers, en door de nieuwe Municipaliteit voorziening omtrent de inkwartiering genomen. Ook werd bij publicatie gelast, op te geven alle Engelfche, Oostenrijkfche en Pruisfifche goederen, welke aier of daar verborgen mogten wezen, en bij pualicatie van 39 Januarij de burgerij plegtig opgeroepen tot het verkiezen van haare Reprefentanten.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ïo$ De Regeering van Gouda was, even als die van Rotterdam, in onderhandeling getreeden met den generaal P i c h e gr u, om, ware het mogelijk, in het bewind te blijven , of ten minden zich daar door voor onaangenaamheden te behoeden. Intusfehen deed eene eommisfie uit een voor naam gedeelte der burgerij, het volgende verzoek aan haare Regeering: edele groot aciitbaare heeren ! ,, Wij vinden ons ten hoogden vereerd, dat „ wij door een aanzienlijk aantal van hun, die met recht kunnen gezegd worden de burgerij ,j van deze ftad uit te maaken, verkoozen en ,, afgezonden zijn, om met al den eerbied aan deze plaats, aan uwe posten, en aan de wet verfchuldigd, tot UEd. Gr. Achtbaaren te fpreeken en van dezelven te verzoeken, dat s, geene, het welk de omftandigheden der tij„ den zo wel als onze burgertrouw noodzaakelijk maaken. Het fchijnt bij niemand, zelfs bij „ UEd. Gr. Achtbaaren aan geene twijfeling meer onderhevig te zijn, of de Franfche republikeinen naderen deze dad, gelijk zij reeds „ veele andere deden bezet hebben. Het verblijl der thans hier guarnifoen houdende krijgsbende daar en tegen is onzeker, en ook zijn dezef ve als gecapituleerd hebbende, niet meer in „ hun geheel', gelijk zij te vooren waren; en 9, niemand kan voor af berekenen, wat drift:. „ onkunde en heethoofdigheid zomtijds in een III. deel. N „ oogen- Omwente» IitigvauGnBd». Verzoek uit de bu'gerij aan de Regeeriiig.  49* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. pogenblik aan deze of geene zijde zoude kun„ nen uitwerken. Om alle ongevallen, zo veel mogeliik, voor,, tckomen en af te wenden, verzoeken wij van UEd. Gr. Achtbaaren met w penen voorzien te „ worden, die ons in ftaat ftellen de veiligheid „ van alle i erfoonen en eigendommen te verde- digen, en die nimmer door onze handen on„ waardig gedraagen zijn, ten minften ons ge- weeten geeft ons dit getuigenis, dat niemand „ in de tij Jen, toen wij dezelve droegen, zich „ over ons met reden heeft kunnen beklaagen. Wij doen dit verzoek op eene wijze, die 5, wel verre van tegen de rust en goede orde 3, te ftrijden, integendeel geen ander oogmerk 5, heeft, dan die beide te bevorderen en ftaan„ de te houden. „ Wij doen het echter niet met die onder„ werping, waar mede een ftaaf eene gunst van zijnen meester fmeekt, maar met dien ernst en waardigheid, die aan eene braave en welden„ kende burgerij voegt, en die de zuiverheid onzer oogmerken vordert: met dat vertrou- wen, dat onze wel bewustheid, en de kennis „ en 't gevoel van onze rechten, . zo wel als „ van onze pligten ons inboezemt; en wij „ vleien ons, dat wij van UEd. Gr. Achtbaaren deze billijke zaak niet vergeefsch zullen ge. vorderd hebben; maar dat UEd. Gr. Achtbaa9, ren, zo wel als wij overtuigd van het gewigt „der  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 105 „ der zaak, op dit oogenblik en alvoorens dat „ uwe vergadering fcheidt, de gefchiktfte mid- delen zullen willen beraarnen tot de regelmaa„ tige voldoening van ons verzoek. ,, Wij hebben zekerlijk geen voorbeeld no,, dig, om ons aan te zetten tot dat geene, „ dat eerlijk en pligtmaatig is, en dat ons eigen „ hart en gevoel ons voorfchrijft; maar wij mee,, nen het echter niet onvoegzaam te zijn UEd. Gr. Achtbaaren onder het oog te brengen, dat „ het zelfde verzoek door de Gr. Achtbaare ,, Regeering der aanzienlijke ftad Leyden giste„ ren avond, zonder uitftel en op de minnelijkfte 9, wijze aan de burgerij toegedaan, en daade- lijk in de be>te orde, zonder belediging van eenig mensch, ter uitvoer gebragt is. Wij „ vvagten van UEd. Gr. Achtbaaren niets minder. Op dit gedaane voordel werd door de Vroedfchap geantwoord : dat zij gehouden „ zijnde aan eene capitulatie, tusfehen den Fran5, fchen generaal Pichegru en haare afgezonde- nen gedooten, (welke ook aan de burger com,, misfie werd voorgeleezen, en volgens welke het „ hier liggend guarnifoen en de fchutterij gewapend „ moesten blijven tot aan het daadelijk arrivement „ der Franfche troepen) de Vroedfchap niet meer „ in haar geheel was, en dus zich verpligt vond het gedaane voordel der burgerij af te daan. „ Op deze weigering deed de eommisfie, ingevol„ ge haaren ipeciaalen last, het volgende protest: Na „De  Onderhande lingen de vroedfchap Iliei dcFran feil». GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ De burgerij der ftad Gouda kan niet ont„ veinzen , haare verwondering en bevreemding over een antwoord, waar van zij zich zelve geen denkbeeld had gevormd, als niet beant,, woordende aan den ijver en burgeitrouw, die haar tot het gedaane voordel heeft aange„ fpoord, en protesteert aldus op het plegtig- fte tegen het ontvangen antwoord, laatende a, ter verantwoording van UEd. Gr. Achtbaaren de gevolgen, die daar ut ten eenigen tijde, „ voor eene ongelukkig gemaakte ftad , zouden „ kunnen voonvloeijen; maar teffens overtuigd zijnde, dat deze denkwijze in de vergadering van UEd. Gr. Achtb. niet zo algemeen is, dat 5, dezelve geene uitzondering zoude kunnen lij,, den, wendt zij zich tot die cordaate regen„ ten, die met een beter oog de wettige en 3f bedaarde flappen van eene braave burgerij 5, befchóuwenden, zich haa'rèraantrekken, en ver- zotkt dat deze door op te fta»n, en hunne plaatzen in deze vergadering te verhaten, een „ ontwijffeibaar bewijs geven, dat vaderlands en burgerliefde hunne harten en daaden be„ ftuurt. Hierop publiceerde de vroedfchap der ftad Gouda op den i\ Januarij 1715 haare onderhandelingen met den Franfchen generaal. „ De Magiftraat der ftad Gouda met advies en overleg van miine heeren van de Vroed „ fchap, adverteert bij deze alle in en opge»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Ip7 zetenen dezer ftad, dat miïne heeren van de „ Vroed'.cbap, op eene allerfins legaa'e wijze ,, onderrig't geworden zijnde, dat bij Hnn Ed. Gr. Mog. Heeren Staaten van Holl md en Westvriesland, de defenfie dezer provintie, ,,, geheel is opgegeven, en van wegens hoogst,, dezelve ftelüge orders zijn afgezonden aan de ,, commandanten der frontier-fteden, van geene 9, defenfie meerder te doen; dat van wegens ,, hoogstdezelye Heeren Staaten reeds eene com,, misfie is benoemd, ten einde, bij den heer „ commandant en chef van het Franfche leger, te effecfueeren al het geen ten besten van deze provintie en deszelfs ingezetenen zal kun„ nen (trekken, dat ook zijne doorluchtige Hoogheid, ten einde geen hinderpaal aan den vrede te zijn, zich met beiden hoogstdeszelfs zijne zoonen, na alvoorens dezelve van Jf hun militair commindo te hebben ontflagen , zich buiten deze provintie verwijderd, „ en voords in achting genomen hebbende, dat de Franfche troepen meer en meer ^'eze ftad naderen, en reeds tusfehen Woerden en.Oadewater waren gearriveerd, hebben goedgevonden te .committeren de Heeren C 1 a u d i u s Piet-r Gevers, Raad in de Vroedfchap, ,, en Mr Frederik van der Hoeve, regee„ rend Schepen dezer ftad, om, zo fpoeJig mogelijk zich te begeven bij den eeiften coinmandeerenden officier der Franfche troepen, N j waai1-  ipS GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 9, waarmede zij in conferentie zullen kunnen tree,, den, ten einde voor deze ftad, op de meest voordeeligfte wijze te capituleeren, bijzonder s, om voor de ingezetenen te behouden vrijheid «, van godsdienst, en te hebben verzekering voor „ hunne perfoonen en bezittingen, en voords te „ verklaaren, dat van wegens deze ftad geen tegenftand zal worden gedaan, maar dat zij bij de eerfte komst der Franfche troepen zich aan derzelver commandant zal overgeven, „ Dat welgemelde Heeren gecommitteerdens, „ deze hunne voorfchreven eommisfie ter uitvoer 95 gebragt hebbende, vervolgens aan welgemelde heeren van de Vroedfchap hebben gerapporteerd: „ dat zij zich zo fpoedig doenlijk, hebben vervoegd „ bij den Heer generaal en chef over het Fran„ fche leger, en verzogt, dat het hoogst denzelven zoude mogen behaagen, om voor de burgerij en 'ingezetenen dezer ftad te vergunnen, s,, vrijheid van hunne godsdienst - oeffening en verzekering van veiligheid voor hunne per„ foonen en goederen: dat zij Heeren gecom„ mitteerden van hoogstgemelden Heer generaal „ en chef verzogten, te mogen weeten, hoej, danjg het alhier inleggend guarnifoen, (het welk krijgsgevangen is) en de gewapende „ fchutterij binnen deze ftad, vermits die bei„ de, tot bewaaring der rust, de wapenen in „ handen hebben, zich zullen gedragen. j, Dat vervolgens hoogstgemelde Heer generaal  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. iJ9 „ raai en chef heeft gedeclareerd, dat de bur„ gerij en ingezetenen dezer ftad zich konden „ verlaaten op de vrijheid van hunne godsdienst„ oeffening, en zeker zijn van de veiligheid „ hunner perfoonen en bezittingen, en wijders „ op de fchriftelijke eommisfie van Heeren ge„ committeerden op de voorengemelde vraage „ daartoe gedaan, eigenhandigd gefteld heeft, „ dat het gemelde guarnifoen en fchuttenj „ geauthorifeerd zijn, om in de wapenen te „ blijven tot de komst der Franfche troe„ pen. „ Dat daar na welgemelde Heer generaal en „ chef hunne gecommitteerden met derzelver voor„ fchreeven eommisfie hebbende gerenvoyeerd aan „ de Reprefentanten van de Franfche natie, zij „ gecommitteerdens aldaar mede audiëntie beko„ men en gerepeteerd hebbende, hunne voorfchrel, ven verzoeken aan den generaal en chef gedaan, „ hoogst welgemelde Reprefentanten, als toen „ mede aan hunne gecommitteerden verzekering „ hebben gedaan van vrijheid van godsdienst„ oeffening, en veiligheid van perfoonen en goe„ deren van de burgerij en ingezetenen dezer '„ ftad, en met hunne onderteekening bckragtigt )' de voorfchreve beftelling van hoogstgemelden ' Heer generaal en chef omtrent het guarnifoen, en de gewapende fchutterij binnen de5) ze ftad. „ Dat hun Ed. Gr. Achtbaaren, welke met N 4 » over-  &9 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN „ overleg van mijne heeren van de Vroedfchap, „ niet hebben willen nalaaten, (gelijk hun Ed. ,, Gr. Achtbaaren gedaan hebben bij dezen) den „ waaren toedragt van de onderhandelingen, wel„ ke tusfehen hoogstgcmelden generaal en chef, „ mitsgaders Reprefentanten der Franfchen, en „ voornoemde Heeren gecommitteerden hebben „ plaats gehad, aan alle in en opgezetencn de„ zer ftad bekend te maken, en dezelve daar van nu volkomen vervvitftigd zijnde, vertrou„ wen en op het ernftigfte aanmaanen, dat zij, », zich gerust Hellende onder de gedaane ver„ zekeringen van hoogstgemelden Heer generaal „ en chef, en Reprefentanten van de Franfche. „ natie en hoogstderzelver gedaane provifioneele „ beftelüng, in acht zullen neemen, om zich „ daar na te gedragen, ten einde zich niet „ aan de gevolgen, welke daar uit noodwendig „ zouden voordfpruiten, bloot te ftellen, er\ „ voords met bedaardheid, en in ftilte aftewag„ ten de verdere fchikkingen, welke hoogstde„ zelve omtrent deze ftad, derzelver Regeering, „ burgerij en ingezetenen zuilen goedvinden te „ maaken. „ Adverteeren voords hun Ed'. Gr« Achtbaaren, „ dat door de voorfchreeven capitulatie omtrent „ deze ftad getroffen, de nodige orders zijn ge„ fteld tot het maaken van eene nationaale vlag, „ ten einde dezelve op den toren van de St. v Jam kerk binnen deze ftad zoude kunnen  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ nen worden geplaatst. Actum 21 Januarij » 1795- Ter ordonnantie (Was getand) J ^ ^ ^ Doch de burgerij van Gouda, liet het hier niet bij berusten, maar zond uit den haaren eene eommisfie naar den Franfchen generaal, met kennis geving van het gebeurde, en deze eommisfie bragt bij derzelver terugkomst de blijde tijding van de komst der Franfchen op den 1% Januarij. Intusfehen maakte de burger eommisfie , met nog zeven leden vermeerderd zijnde, gereedheid tot de omwenteling; men had eenige hunner burgers, verzeld van een detachement ruiterij, waarmede zij patrouilleerden, gewapend, met voorkennis van den militairen commandant, en de aannadering der Franfchen verneemende , zo verzogt gemelde burger-eommisfie, de bijeen roeping der Vroedfchap, en ging met eene wagt gewapende burgers naar het ftadhuis, alwaar zij van de Vroedfchap eischten, opgave van de huisvesting voor de Franfche troepen, en ontwapening der fchuttcrij. Dit verkreegen hebbende, ontiloegen zij de Vroedfchappen van hunne posten, met order, om terftond de raadzaal te verlaa* ten , hun aanbiedende, eene gewapende burger wagt ten geleide naar huis, doch waar voor (*) B*t, jaarb. I. Deel bladz. 3?. N5 tol Verrigting Ier burgerij.  501 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Di vrijheidsboomgeplant. voor bedankt werd, met antwoord, dat zij zich volkomen op de beffchikking der eommisfie en braafheid der burgerij verhaten zouden. Een gedrag, dat zeker ter befchaaming ftrekte der omwenteling van 1737, en waaruit men zien kan, hoe alles afhangt van de braafheid der hoofden die de omwenteling befturen. Voor dat de Franfchen kwamen, werd de vrijheidsboom voor het ftadhuis geplant, en bij de inkomst derzelven het paard van den generaal door vier aanzienlijke burgeresfen geleid, en denzelven door de volgende aanfpraak verwellekomd: „ Braave burgers! de ongehoorde onderdruk„ king, welke ons zedert het fchrikjaar van „ f737 tot flaaven maakte, die ons onze wape„ nen op eene vernederende wijze ontrukte, die „ ons zedert dien tijd alles deed ondervinden, wat „ een ariftocratisch gouvernement het hardst kon „ uitvinden; alles wat de overheerfching van „ het huis van Oranje, ter verzwaaring had „ uitgedagt, deed ook nog onlangs onze poo„ gingen mislukken, om ons zelve onze vrij„ heid te bezorgen, verpligtende ons de komst „ der Franfche burgers aftewagten, om het „ juk, dat ons drukte, aftewerpen, en ons den „ adem der vrijheid te doen haaien, welke een „ nieuw leven aan zielen geeft, die voor haa- ren gezegenden invloed vatbaar zijn. „ Braave burgers! dewijl wij, zonder ons bloot » te  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ te Hellen aan zekere gevaaren, walar uit het „ vaderland, aan 't welke wij ons leven toehei„ ligeH, geen het minfte nut kon trekken, ons „ zelve die kostbaare voorrechen niet konden „ verzorgen, verheugen wij ons, dezelve aan de „ braave Franfchen verfchuldigd te zijn; wij „ zijn waardig door hun verlost te worden; „ zij zijn waardig onze verlosfers te zijn; w j „ zijn de een den anderen waardig. Braave bur? „ gers! zijt dan van gantfcher harte welkom „ als onze medeburgers, als onze geliefde brue„ ders, ontvangt de verzekering van onze bur„ gertrouw, zo naauw aan onze broederlijke „ vriendfchap voor u verbonden! „ Geniet in deze ftad alles wat een erken„ telijk volk u kan aanbieden ; dat uwe officieren „ hunne intreede kiezen bij de braave burgers, „ die hun reeds met open armen verwagten, „ wier harten reeds van verlangen branden om uwe „ helden in hunne wooningen te geleiden; dat „ geene aanhangelingen der factie, door uwe „ komst zo gelukkig vernietigd, het geluk heb„ ben u te bezitten. Zo zij zich uit vrees daar„ mede vleijen, zo doet gij hunne hoop verval„ len, gelijk gij hunne maatregelen vcriedeld „ hebt. „ Komt, braave burgers! komt bij uwe gelij„ ken, die niet dan één hart, ééne ziel, ééne „ bedoeling, en ééne hoop met u hebben. „ Dat de dageraad van den fchoonen dag der h vrij-  504 Omwcnte. ing te Schii'mm. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ vrijheid, welke voor ons begint doortebree„ ken, ten allen tijde de grond blijve, en ., voedzel geve aan dien geestdrift, waarmede „ wij thans de lucht doen weêrgalmen van ons „ gejuich: — lang leve de Franfche Repu„ bliek! — lang leve de Bataaffche Repu„ blek! lang leven onze verlosfers!— lang leve „ de natie! " (*) De burgers van Gouda hielden omtrent de inkwartiering der officieren, een geheel ander gedrag dan die van Utrecht, alwaar dezelve bij de afgezette regeering-leden logeerden, om zich des te zekerder te kunnen dekken, tegen in de 1787 gedaane vervolgingen. Den dag daarna, den 23 Januarij, verkoos de burgerij bij hoofdelijke ftemming, een Maire , of hoofdfchout, twintig Raaden, drie Secretarisfen, met een burger Commandant, en de Raaden verdeelden zich in drie committés, één voor het gerechtelijk, één voor het burgerlijk, en één voor het krijgswezen. . Sch'edam, eene bekende patrio)tifche ftad, de kumst der Franfchen niet willende afwagten, bewerkte voor dien tijd haar eigen omwenteling. Agt aanzienlijke burgers vereenigden zich tot een committé revolutionair, en ontwierpen een plan . van omwenteling. Onderfteund door eenige gewapende burgers, en verzeld van de bloem O jsarb. der i. d. bltdï, 40.  GESCHIEDENIS df.r NEDERLANDEN. aë§ bloem der burgerij, gingen zij, op den 10 Januarij , terwijl de Vroedfchap vergaderd was , naar het ftadhuis: eischten de wapens, welke hun in 1787 ontnomen waren terug; de ontwapening der tegenwoordige fchutterij; het ophaalen der geweeren; order aan den militairen commandant van zich niet tegen de burgerij te verzetten, en zijn volk in de caferne te houden. Na een kort beraad nam de Magiftraat de volgende refolutie: ,, Schout, burgemeesteren en fchepenen der „ ft'id Schiedam in aanmerking neemende de te„ genwoordige tijdso nftandigheden, hebben, met „ voorkennisfe en approbatie van de edele Vroedfehap dttzér ftad, goedgevonden en verdaan. „ om de 'Officiëren, onder - officieren ,en fchut„ ters van de thans fubfifteerende fchutterije „ alhier, ieder in zijne qualiteit, refpective ui „ liunnen dienst te ontdaan en te bedanken „ gelijk dezelve bij dezen worden ontdagen et „ b dankt, wordende aan een ieder geïnjun „ geerd, om hunne geweeren, en 't geen ver „ der tot wapening behoort, voor zo verre di< „ jegenvvoordig in gebruik is, zodra moge „ lijk, immers ten laatden binnen den ti}< „ van vier en twintig uuren, te bezorgen aat „ dads boterhuis binnen deze dad. Aldu „ gedaan enz." In kennisje van mij CWas geteekcnd) ^ £f£ tytmcdc. (*• Bat. jaarb. I. Dsel bladz. ?8. AH Rcrolutie van den Mi» gittrait. I l L I ) e  ao6 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. V< rrigtina dei burgerij Aflcondi- pins van 't commifé revolutionair. ; Alle de verdere eisfchen werden insgelijk toe' gedaan. Daarop werd het raadhuis door gewapende burgers, met twee dukken gefchut voor 't zelve, bezet, en na gehouden rugfpraak van 't committé revolutionair met de burgers, trad gemelde committé andermaal ter raadzaal in, declareerende, dat de Vroedfchap het vertrouwen der burgerij verboren had, en de leden derzelve van hunne posten vervallen waren. Na dat de vroedfchappen de raadzaal verlaaten hadden, deed gemelde committé, de volgende afkondiging: Oproeping der burgerij te Schiedam om een provifioneel burgerlijk Beftuur te kiezen. ,, Dat de commisfarisfen der Franfche repu„ bliek het volk van Nederland hebben aan? „ gemaand, om zich te ontdaan van het juk, „ waaronder -het tot hiertoe zuchtte, en deze aan„ maaning thans ten fterkde wordt aangedrongen „ door den generaal Da en de ls, die de bur„ gerij ook van deze dad bij naame fommeert „ en oproept, om zich vr:j te verklaarcn, zo „ hebben eenige burgers van deze dad, die „ zich zints eenigen tijd belast hebben met' de „ zorge, om in een tijddip zo als wij heden „ beleven, voor aller welzijn te waaken, deze „ omwenteling begonnen, en, uit naam en ,, op last van de burgerij , de regeerings peri, fooner van hunne posten voor altoos ver, vallen verklaard: de leden van het voorig „ be-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ao7 „ beduur konden immers niet dan gehaat zijn ,, aan de Franfche Republiek, ook deze burge„ rij kon op hun niet vertrouwen. Wij moesten „ hen dus vervallen verklaaren van alle posten „ en invloed van regeering. „ Zij nodigen alle hunne medeburgers, om „ zich verder bij hun te voegen, hun aller be„ lang dringt hen daartoe , het tijdsgewrigt „ eischt fpoed en eensgezindheid; dat zij dus, „ die de vrijheid en het vaderland lief hebben, „ zich vervoegen bij de gewapende medebur„ gers, welke zich het eerde tot aller behoud „ gewaagd hebben, en met ons overgaan om „ een provifioneel burgerlijk beduur te regelen, „ tot dat einde • worden alle ingezetenen uit„ genodigd, om morgen voor middag ten tien „ uuren in de groote kerk bijeen te komen, „ alwaar men hun een ontwerp daartoe zal „ voorhouden; inmiddels worden alle beampteir, „ die geene waarfchouwing tot het tegendeel „ bekomen, aangemaand, hunne posten te blij„ ven waarneemen, en door de burgerij gelast, „ geene gelden, onder hun berustende , aan iemand „ aftegeven, op poene van daar voor aanfpraake„ lijk, in hunne perfoonen en goederen te zul„ len zijn. „ Eindelijk wordt van wegen de gewapende „ manfchappen alle verzekering gegeven, voor / „ veiligheid van perfoon en bezittingen, en de „ burgerij vermaand tot de rust en goede orde. „ AL  so8 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ Aldus gedaan bij de verzamelde burgerij der ftad Schiedam, den 20 Januarij 1795, en „ gepubliceerd en zelfden dage." In tennisfe van mij (Was geteekend) *r ft> (f. J. -Lo»e?. (*) De voorzitter van het committé revolutionair deed daarop eene korte maar treffende aanbraak: „ Burgers! dat wij ons nu bereiden om ten „ aanhooren van den God van hemel en aar,, de, van Hem, die niet de onderdrukking en „ den ranrp!poed, maar de vrijheid en gelukza„ ligheid van redelijke wezens wil, — van ,, Hem, die ons in onzen grooten arbeid gchol„ pen en bijgeftaan heeft, en aan wien wij „ dus alleen alles te danken hebben, pligtftaatig „ dezen eed te doen:" „ Wij belooven en „ zweeren, dat wij het door ons genomen een „ paarig decreet, nopens de provifioneele ftads re„ geering, conform den geheelen inhoud van „ dien, zullen inwerking brengen en handhaven"; „ de door ons te benoemen perfoonen tot de regeè„ ring te zullen refpecteéren, en met goed cn „ bloed te befchermen, tegen elk die jegens de,, zêlven iets mogt onderneemen, en eindelijk „ ons niet te zullen verzetten tegens, maar tè berusten in alle zodaanige befluiten, als dezelve volgens den gemanifesteerden wil des „ volks, O) Btteaffcèe jaaiboeken I. Deel bladz. 79.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ volks, vólgens de geheiligde beginzelen van „ vrijheid en gelijkheid, gegrond op de eeu„ wige en onvervreemdbare rechten van den „ mensch, zullen neemen of u;tvoeren." „ Zo „ 'waarlijk helpe mij God almagtig!" Een eed die met grooten eerbied en aandoening plegtig werd afgelegd. Des anderen daags verkoos de burgerij de nieuwe Municipaliteit, en gaf 'er kennis van aan het volk; het Committé Revolutionair eindigde zijne verrigtingen, en wenschte het volk geluk met deszelfs gedaane keu^e. Ik zal mij nu niet inlaaten, om verder in Holland, van ftad tot ftad, de omwentelingen, voor en na de komst der Franfchen voorgevallen , te befchrijven, zulke eentoonige berigten, zouden de meeste leezers verveelen; ook zal ik geen gebruik maaken van alle de ten dien tijde gedaane aanfpraaken, welke, hoe zeer fchoon op zichzelven, onze aandagt te veel zouden aftrekken van belangrijker ftukken. Neeni alleen de fpreekende daadzaaken, en notabele decreten zijn het, die onze oplettendheid ter leezing verdienen. Zekerlijk ware het te wenfehen dat de ftedelijke zo wel als provintiaale omwentelingen der provintien , meer naar een vast plan ingerigt waren geweest; dan, daar de fteden en provintien ieder zulks op eene verfchillende wijze daar ftelden, fchoot het zaad van ftederalismus ongemerkt op, en ver- ÜI. deel. O kreeg 209 Verdere •rrigriugen» \anraerking.  flio GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. kreeg een zodaanigen wasdom, dat het goede der omwenteling gevaar liep te verflikken. Toen ik mijn aanhangzel cp mijn Fhüalethes Batavus in 1793 (ten tijde van Dumoriez) ichreef, voorzag ik wel, het geene bij eene omwenteling ftond te gebeuren, en daarom ontwieip ik dat aanhangzel, het welke men vindt, agter den 2den druk van 't gemelde werk, ten einde te dienen tot eene ruwe fchets of wegwijzer, om langs de cenvoudigfle manier, het regeeringsbeftuur zodaanig te veranderen, dat het voorig foederatief beftuur, niet kon zegepraalen over de grondbeginzelen van één en onverdeelbaarheid» met aanwijzing hoe men langs den kortften weg eene goede ftaatsregeling konde verkrijgen. Doch ongelukkig veranderde op dien tijd de krijgskans ten nadeele der Franfchen, en de ftaats-hemel werd met zulke donkere wolken bezet, dat de avondftond der vrijheid fcheen geboren te wezen, cn ieder patriot zich ter eigen beveiliging in de duisternis fchuil moest houden, om niet van het desputismus vervolgd te worden. De daarop gevolgde dageraad der vrijheid, gelukkige ommekeer van zaaken, en vereenigde werkzaamheden der Patriotten, deeden mij als toen hoopen op een geregeld plan, ter daarftelling der revolutie, ontwerp van algemeen provifioneel beftuur, en concept conflitutie op één en ondeelbaarheid gegrond; te meer daar 't be*  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ai! bekend was, dat de kundigfte vaderlanders onvermoeid, en met gevaar van hun leven en goed, werkten aan eene omwenteling. Maar die vleiende verwagting bleef onvervuld, hoe zeer noodzaakelijk, intusfehen daar alle des kundigen in de gefchiedenisfe van de omwentelingen der volken, zo van den ouden als nieuwen tijd daaruit geleerd hebben, dat de revolutionaire tijdvakken (waarin nog geen vast bepaald beftuur plaats heeft) , altoos ftaatsfehokken veroorzaaken, die nadeelig voor der volken welvaart zijn, ont dat de regeerings beftuuren kundigheden vereisfchen, die aan zommigen der welmeenendfte' vaderlanders ontbreekende, hun blootftellen voor dwaalingen, welke aller fchadelijkfte gevolgen kunnen hebben; en waar van ons tegenwoordige tijdvak de fpreekendfte voorbeelden heeft opgeleverd, vooral ten tijde van het zogenaamde revolutionaire beftuur, — voor de in werking zijnde ftaatsregeling. Om nu eenigzints ordenlijk Neerlands ftaats- Aanmerking; omwenteling te behandelen, zal ik naar de voornaamfte ftedelijke omwentelingen in Holland te hebben aangeftipt; voorders het pro* vintiaale laaten volgen, en mij aan die orde binden bij iedere provintie. Maar om dat' na de omwenteling van Holland, het bondfchappelijk beftuur ook in veele opzichten op een anderen voet geregeld werd, dien ik zulks eerst op de omwenteling van Holland te laaten vol0 a gen.  «x» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. V«rrigtingei der Staarei van Holland, Adres van Zijne Hoog- gen, en na het nodige daarvan aangeftipt te hebben, wederom den draad der gefchiedenisfe opvatten. Toen men in Holland het geftadig voordrukken der Franfchen zag, en dat de eommisfie van Hun Hoog Mog. niet Haagde bij de Franfche Reprefentanten in 'sBosch, werden de Staaten van Holland bedagt, om, in navolging der provintie van Utrecht, zich bij verdrag aan de Franfchen overtegeven. In de avond-vergadering van den 17 januarij', ging 'er eene eommisfie uit de Staatsvergadering naar Zijne Doorl. Hoogh., om zich te informeeren of 'er nog eenige middelen van defenfie, tot behoud dezer provintie, te vinden waren? na eene lange conferentie, kwam dezelve met dit volgende treurig berigt terug: „ dat Z. H. in fubftantie had gedeclareerd, — „ dat, in geval van dooi-weder, en als de „ ftedelijke burgerijen en de ingezetenen op-. „ trokken als van ouds, 'er dan mogelijkheid „ was om de provintie te defendeeren; maar „ dat de vorst aanhoudende, en dit middel „ van defenfie manqueerende, de troepes als „ dan niet fterk genoeg waren, zijnde maar „ omtrent 5 a 6000 man, die verdeeld waren „ in Gorinchem en in de kleine fortificatiën „ van Holland, behalven de troepes die, uit „ hoofden der capitulatie, niet dienen konden; „ hebbende de Oostenrijkfche troepes Naarden a e>  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ai$ „ en Nieuwer/luis bezet; doch, dat 'er, naar „ menfchelijk inzien niet veel waarfchijnlijkhaid, „ was, dat de provintie in deze omttandighe„ den behoorlijk zou kunnen worden gedefen„ deerd." Na dit ingekomen berigt, beflooten de Staaten van Holland de Hèeren van Boetzelaar van Kijfhoek, en Calcoen, leden van den Raad van Staaten in eommisfie te zenden aan den generaal en chef Pichegru, en daar het verder nodig zou zijn, met betuiging van verwondering, dalt, daar zij eene eommisfie naai Parijs gezonden hadden, ter onderhandeling van vrede, zij van de edelmoedigheid der Franfcht natie verwagt hadden, van niet verder voord te rukken, verzoekende alle verdere progresfer te ftaaken, en indien de fubfittentie der Franfche armée zulks niet toeliet ^ dat zij dan be reid waren, daaromtrent naar genoegen de no dige fchikkingen te maken. Doch indien dc eommisfie ondervond, dat ook aan deze voor Hagen geen gehoor gegeven wierden, was dezelvi gelast aantebieden, de ontruiming van drie o vier verfterkte plaatfen van Plolland, tot de; tijd dat 'er antwoord van Parijs omtrent de veot flagen van vrede zoude zijn ingekomen, en dj voorftel mede afgeweezen wordende, hadden zi last het volgende te proponeeren. i. „ De Franfche troepen zullen overal i ^Holland, als vrienden worden geadmitteerd O 3. » « Beduit v»« HtUani hierop. i r i t i >  ax4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, en de Staaten van Holland zullen orders ge„ ven, dat geene defentie tegen dezelven zal ,, mogen worden gedaan; doch zal de commis„ fie tragten te bedingen, dat de Haag, als de „ refidentie van het gouvernement, van inlege„ ring van troepes bevrijd blijve. 2. „ De troepen, in dienst van de Staaten „ Generaal zijnde, zullen vrijheid hebben te ver„ trekken, uitgezonderd de genen, die door „ capitulatie reeds verbonden zijn, om niet te„ gen de Franfchen te dienen, en de gewa„ pende manfchappen, die in bijzonderen dienst „ van deze provintie zijn, zullen met de Fran„ fche troepen vereenigd, de inwendige rust en „ publieke veiligheid helpen bewaaren. 3. „ Het Gouvernement zal blijven in handen van de Staaten van Holland, onder de „ conftitutie, die het land aangenomen heeft, zonder daarin eenige verandering te bren« gen. 4. „ Daar zal eene volkomen veiligheid zijn „ voor alle licbaamen van Regeering, Politie „ en Juftitie, en andere van publieke admini„ ftratie, perfoonen van Regenten en Ministers, „ gelijk ook voor alle ingezetenen, van welken „ rang of ftaat zij zijn, 't zij gewapend of on„ gewapend, en niemand zal mogen geïnquië„ teerd of gemolefteerd worden, uit hoofden „ van deszelfs opinien over zaaken van het Gou„ vernement, noch uit hoofde van zijne gedra- » gin-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. *ïj „ gingen des aangaande, zo voor als geduuren- „ de den tegenwoordigen oorlog. 5. „ De godsdienst - oeffening, zo van dé „ gereformeerde kerk als van andere gemiereer» „ de gezindheden, zal blijven op den tegen- „ woordigen voet. 6 „ Alle publieke en particuliere eigendom- „ men zullen ten fterkften worden gerespec„ tcerd, de imposten uit naam van de Staaten „ van Holland bepaald en naar gewoonte in„ gevorderd worden, en de Franfche armée zal „ geene goederen, gelden of koopmanfehappen „ in requifitie ftellen; maar eenige zaaken in „ redelijkheid nodig hebbende, zich daarover „ arrangeeren met de Staaten van Holland, die „ dit benodigde tegen redelijke betaaling zullen bezorgen. 7. „ Alle Ministers van andere hoven, bij „ dezen Staat refideerende, en gedeputeerden „ van andere provintien van de Unie, zullen „ de vrijheid hebben van hier te blijven, met „ hunne effecten en archiven, 'zonder in het „ minfte gemolesteerd te worden; maar indien „ dezelve verkiezen te vertrekken , zal hen „ zulks mede vrij ftaan, zonder eenige verhin„ dering. „ En laatftelïjk, dat, wanneer deze conditiën „ of eenige derzelven niet mogten worden geac- cepteerd, de voorfz. eommisfie nu voor als „ dan behQort geauthorifeerd te zijn, om zoO 4 » da--  Aanmerking Z.H. ver- zoekt dein i^fie voor 7.ijiie zoons, en neemt af. fcbeid. i i I GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ danige voorwaarden te bedingen , als ten „ meesten beste van den godsdienst en in dé„ pendentie van de Regeering, en veiligheid „ voor de perfoonen en goederen der ingeze* „ tenen van de Provintien, zullen kunnen wor» den gearrangeerd, en in allen gevallen zal „ moeten tragten te bedingen, en d.;artoe alie >, efforts in het werk te ftellen, dat geene „ andere dan geregelde troepen binnen deze pro„ vintie trekken." ■ De inflahdhouding van het Gouvernement, vrijheid van gevoelens, en gedragingen des aangaande, (dus alle voorheen bedrevene fchandelijke bedrijven) waren wel de voornaamfte beweegredenen dat men minnelijke onderhandelingen zogt; doch het was ook wel te voorzien, dat dit door de Franfchen nimmer in alle opzichten toegedaan zou worden; zeer prijzelijk nogthans was het voorftel, (Art. 5.) om voorteko. men de requifuie van goederen, wijl de Belgifche landen daarvan het fchadelijke ondervonden hadden. ■ Zijne Hoogheid, op den 16 Januarij 's avonds de deliberatien van Haai- Hoog Mog. en Staaten van Holland bijgewoond hebbende, verzogt ildaar de demisfie voor zijne twee zoons, en ien i2 Januarij zond de Prins een brief aan le algemeene Staaten, en een van denzelfden inïoud aan de Staaten van Holland met kennis ;eving, dat hij ,| wegens de omftandigheden'des tijds,  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. tijds, en om geen obftakel aan den vrede te willen toebrengen, gerefolveerd was, met zijn gezin, zich, voor een tijd, van hier te begeven, in hoops van goedkeuring, en afbidding van 's hemels zegen over het vaderland; en zo de omftandigbeden het toelieten, om bij vervolg het vaderland van nut te zijn, Hun Hoog Mog. hem altijd gereed daartoe zouden vinden. — Voor zijne zoons vraagt zijne Hoogheid demisfie, maar als erfljjk ftadhoucler is hij van zins zich Hechts voor een lijd te verwijderen. Foor een tijd! dat is op hoop dat het Krijgsgeluk voor hem een beteren keer neeme, als dan de gunst des volks niet nodig hebbende. Neen, het herftel zijner erflijke rechten , waar van hij geen afftand deed, wettigde dan (naar zijn begrip) zijne nieuwe posfesfie. Zondags 's morgens om agt uuren vertrok de prinfes, met de gemalin van den erfftadhouder en haar zoontje, in drie koetzen naar Scheveningen, alwaar veertien pinken gereed, en gelaaden lagen met de goederen, welke zij mede namen. Niet zonder ontroering verliet deze vorstin den Haag, en te Scheveningen komende, moest zij daadelijk fcheep, alzo de vloed reeds in kwam; des 's middags om een uur waren de pinken bereids uit het gezicht. Bij het volgende getij vertrok zijne Hoogheid, na alvoorens met zijne twee zoonen van alle ftaatscollegien affcheid genomen te hebben, 'smiddags om twee uuren van den Haag naar SchevemnO 5 ge», Vertrek vati zijne Hoogheid.  «8 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. gen, begeleid door eene menigte volks, dat benevens den Prins zeer aangedaan was. De zee vrij hoog zijnde, werd zijne Hoogheid met zijne zoons door een visfeher op de fchouders naar boord gedraagen. In 'sPrinfen pink waren, behalven zijne twee zoons, de Prins van Hes/en Darm ftad, met den kamerheer Heerdt, de adjudants H. Bentinck, en van Byland, de kamerdienaar Oostheim, en de chirurgijn Schenk. De verdere ftoet van den Prins en zijne goederen vertrokken te gelijk met twee andere gereedliggende pinken. Op dat tijdftip fchoot 'er geen anderen weg ter retraite over, want de zeehavens waren alle bezet met ijs, zo dat 'er geen fchip in of uit kon, niet dan pinken kouden van ftrand naar zee; van daar ook, dat voor den Prins geene andere kans overfchoot, dan met pinken de wijk naar Engeland te neemen. In eene andere plaats van onze zeehavens in te loopen, was onmogelijk, en na het innneemen van Amflerdam, was de pas om te land de vlugt te neemen, geheel afgefneeden, te meer nog daar de Franfchen daadelijk na de verovering van Amfletdam den admiraal de Winter naar de ree van Texel zonden, om aldaar, 'slands fchepen voor den ftaat te verzekeren, en het uitloopen van alle andere fchepen te beletten. Te Helvoet (luis had kapitein S tor ie en zijn fcheepsvolk, met behulp der door hem aldaar losgelaa- ten  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ten Franfche krijgsgevangenen, de 600 in die plaats liggende Engelfchen overmeesterd , waar door dan geen een fchip gelegenheid had de wijk naar Engeland te neemen;- doch dit duk van Helvoetfluïs is van te veel aangelegenheid, om hier niet het origineel rapport van kapitein Story plaats te geeven: Rapport door den zeekapitein S. Story aan Hun Hoog Mog. gedaan, betreffende het bewaren der haven van Helvoetfluïs , met de verdere papierem daar toe behoorende. hoog mogende heeren! Ik zou vermeenen, aan mijnen pligt te „ kort te doen, indien ik niet bij deze gele„ heid de vrijheid naame, uw Hoog Mogende, een, hoewel kort, echter zo ik vertrouwe, „ voldoende rapport aan te bieden, wegens mijne verrigtingen als commandant van deze fortresfen en om 's lands fchepen, zo hier lig„ gende, als de verdere die tot het centrum divifie der linie van defenfie behooren, welke ,, critique post mij, door den fchout bij nacht Melvill, op den eerften Januarij dezes jaars, opgedragen en door mij aanvaard was. Mijn eerde zorg beftond, in die middelen uit te „ denken, en daadlijk te effectueeren, welke dienen konden tot de meeste beveiliging en zekerheid, niet alleen van 's lands navale „ magt, maar ook der importante magazijnen „ en Sip Rapport van kapitein Story.  ss* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ en werven, zich alhier bevindende. Eene „ zorg, Hoog Mog. Heeren! die, door de aan„ nadering der Franfche troepen, en de prefentie van circa 2000 Engelfchen in deze for„ tresfe natuurlijk zeer moest verminderen, doch „ welke, door het fucasfivelijk vertrekken der laatstgemelden met hunne fchepen, eeniger„ maate gediminueert werd, echter zo niet, of „ de oplettendtte voorzorg werd meer en meer „ noodz.iaklijk, daar ik geïnformeerd werd, dat zommjge hunner , met de hatelijke gevoe„ lens bezcld waren, om waare het mogelijk „ voor het vertrek, eerst alles tot een prooi der vlamme te doen worden, en, offchoon „ mijne magt om de onderfcheiden posten te „ bezetten, op dit tijdftip, alleen in de equi„ pagie van 's lands fchepen beftond, daar 'er « geen guarnifoen hoe genaamd hier was, kon }, ik mij echter op hunne braafheid, en op s, die der refpective officieren gerust vcrlaaten; „ terwijl het gemelde waarlijk fchrikbarend „ nieuws, mij deed refolveeren dien zelfden « dag, een bataillon de referve te formceren; „ beftaande uit 200 der beste manfehappen uit „ de fchepen; ik plaatfte tevens 4 ftukken ge„ febut^ voor 'slands magazijnen, door welkers „ apparitie, benevens de verdere genomen maairegelen, ik dit verfoeilijk oogmerk niet alleen „ veriedeld, maar alles hier in de volkomenfte j-j rust heb doen coiitinueeren. „ De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. tal „ De inrukking der Franfche troepen, in deze provintie deed intusfehen de nog hier „ zijnde Eugelfchen, met zo veel overhaasting ,, en confufie de vlugt neemen, dat ik met reden de grootlle ongelukken hier uit te gemoet zag, het geen mij mijne attentie verdubbelen deed. — De burgerij bood zich ,, vrijwillig, daar zij het gevaar, dat haar dreigde zag, tot adfiftentie aan: men had wel op de meest gevaarlijke posten de brandfpuiten in gereedheid gebragt, en verdere precautien geno.ren, dan ik begreep, in dit tijd„ Hip, mijnen post en pligt niet te zullen te „ buiten gaan, wanneer ik ter beveiliging van „ zulk eenen aanmerkelijken fchat als hier in gevaar werd gebragt, die in eene effective ,, waarde van zo veele millioenen beftond, en „ ter voorkoming van verdere onberekenbaare gevolgen, mij van extra ordinaire middelen te moeten bedienen, om het belang der natie op „ de fecuurfte wijze te verzekeren, en om deze „ reden maakte ik geene zwaarigheid , daar ik j, eene order van uw Hoog Mogende had ontvangen, houdende geene defenfie te doen, of attacque aftewagten, om op eene fommatie 5, mij van den Franfchen generaal uit het hoofd„ kwartier van Rotterdam gezonden, die mij „ uitvoerig daar voor responfabel ftelde, alle de Franfche krijgsgevangenen, welke alhier op de fchepen Tromp en Medufa? ten getale 99 Se'  2,2,2 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ getale van circa 600 gelogeerd waren, vrij „ te maaken, aan land te doen komen, en al„ daar te wapenen; de Engelfche fchepen en „ magazijnen in beflag, en alle militairen of zeevaarende perfoonen van die natie krijgsgevangen te neemen, en zulks daadlijk te efi'ectueeren. De Franfchen, in maniere voorfehreven aan den wal gekomen, en aldaar gewapend „ zijnde, trokken, onder het geleide van den „ kapitein C. J. Blois van Treslong, en dere zee - officieren, op de best gefchikfte „ wijs, en in goede orde in het fort, om „ daadlijk de posten over al te bezetten, waar „ bij tevens de equipagien der fchepen bleven continueeren te waaken. Ik verzekerde mij „ direct, gefterkt door dit aanzienlijk fecours, „ zo van 's lands magazijnen en werf, als me„ de van de magazijnen der Engelfchen alhier, „ en van hunne fchepen in den Briel liggen„ de; doende wijders door gemelde Franfchen, „ onder opzicht van den kapitein Reynben„ de, arresteeren en ontwapenen, ruim 600 En„ fchen, welke, zo in dit fort als in 't hos„ pitaal, waren agter gebleven; al het welke in den morgen van den 23 laatstleden, ruim zo fpoedig als onverwagt werd uitgevoerd , „ het geen mij de volkomenfte fatisfactie ver„ fchaft heeft; daar hier door, zo wel de rust « en  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 22j „ en tranquiliteit, als de algemeens en bijzon„ dere eigendommen der invvoonderen zijn ge„ conferveerd geworden; hebbende niemand, wie hij zij, de minfte reden gehad, om zich 5, over iets, dat naar overlast zweemde, te be„ klaagen, en ik van de hulp en asfiftentie der ,, vrijgemaakte krijgsgevangenen en de onder- fcheidene equipa'.;ien, onder het opzicht der „ refpective zee- officieren, alle die voldoening „ genooten, die ik in mijn commandement zou „ kunnen begeeren. „ Ik twijfel niet, of Uw Hoog Mogende zul,, len zich met den eed, dien alle de onder mijn „ commando behoorende officieren en equipagien „ der fchepen, beneffens mij, op requifitie van „ voorgemelden generaal hebben afgelegd, om „ namelijk niet tegen de Franfchen republiek „ te zullen dienen, zich wel gelieven te con„ formeeren. De voorgemelde Engelfche krijgs„ gevangenen zijn op den 3 dezer naar Dord* ,, recht geëscorteerd, om van daar verder naar ,, de Franfche grenzen getransporteerd te worden, ,, en hier door, en door de aanhoudende waak,, zaamheid van den Franfchen commandant, waar„ mede in alles de concert ageeren, is 's lands „ en der burgeren eigendom in veiligheid ge,, field, en de rust en zekerheid bevestigd. „ Hebbende ik het genoegen, onder de geM woone vlag, onverhinderd 'slands fchepen te blij-  32+ Order van den Fr»nfehen commandant te Rotterdam. 5 J J 5 5 5 » 5 5 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ blijven commandeeren. En hier mede heb ik 55 de eer mij te noemen" (Was geteel;end) p n \ QJ. QJtortj.. In het hoofdkwartier te Rotterdam den 3 Pluviofe as Januarij, het derde jaar der Franfche Republiek. In naam der Franfche Republiek. „ Word gelast aan den commandant van de „ bave van Helvoet/luis, om, op het oogenblik „ te wapenen, alle de Franfche krijgegevange„ nen, die zich in de haven mogen bevinden, „ en met behulp van dezelven en de inwooners „ dier plaats zich te verzekeren van alle de * Engelfche fchepen, die zo op de reede ais „ in de haven gevonden zullen worden; ver, der alle de zeevaarende en militairen dier natie , die aldaar gevonden worden krijgsgevangen , te maaken. — Volgens de nevensgaande or* , der, zal hij het bevel over alle de gewa, wapende Franfchen geven, aan den oudltenoffij cier in rang, die zich onder dezelve zal be, vinden, met denzelven in alles de concert te , werk gaan, omtrent alles, het geen het wel, zijn der natie kan betreffen. Hij zal per, foonlijk verantwoordelijk zijn aan de Fran, fche Republiek voor alle de fchepen en goederen, die bij deze omwenteling zullen prijs ! gemaakt worden, ca aan mij verantwoording „ van  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN., 05 van de uitvoering dezer order doen toeko» „ men." De adjudant generaal en hoofd der brigade. CWugcteekemö 3\£JLr6. Bij refolutie van Hun Hoog Mogenden van dato 9 Februari] 1795 werd dat gehouden gedrag van kapitein Story geioueerd en geapprobeerd. Voor dat de Prins afvoer, kwam de verwag- Brief »*a te brief van Parijs, en waar bij er ook een heisi. was voor zijne Hoogheid, die hem nog aan boord behandigd werd. Volgens berigten behelsde de brief aan Hun Hoog Mogenden, — dat zijne Hoogheid en famielie eerst den grond der republiek moesten verlaaten, —— en dit gedarn zijnde, dat dan de algemeene Staaten, ten eerden een tractaat van koophandel en verbindtenis met de Franfchen zouden fluiten, en tot nadere fch'kkingen bij provifie de zaaken in denzefden ftaat te laaten blijven. Na het ontvangen van dezen brief, werden 'er alle poogingen op zijne Hoogheid gedaan, om hem te beweegen in het vaderland te blijven, ten minften tót den tijd dat men zeker berigt had van de commbfien ter capitulatie naar de Franfche Volksreprefentanten gezonden. Maar kundige zeelieden raadden het vertoeven af, als gevaarlijk, daar een langer verwijl het vertrekken onmogelijk kon maaken. De Prins fchrecf daarop, aan boord, den vol- WI deed. P gea-  »2Ó GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. genden brief aan den raadpenfionaris van der Spiegel. wel edel gestr. heer.' Briefv*nden „ Ik heb van den Heer van Enghuizen VerPruts aan den Raadpenfio- „ nomen het antwoord, dat van Parijs ontvangen is. naris vander T, , , . _., „_ . _ - _ „ . spiegel. lfcheb, na dat Zijn Wel Ed. Geftr. hier is ge„ weest met de zee - officieren, en den ftuur„ man van de pink gefproken. Ik zend U. W. „ Ed. Geftr. hier nevens derzelver antwoorden. 9» U. W. Ed. Geftr. zal daaruit zien, dat men „ in geene haven komen kan, dan in Engeland, „ en, geen armistice zijnde, kan men niet van „ mij vergen, om in zee te dobberen, in af„ wagting van den uitflag van Hun Ed. Gr. ,, Mog. eommisfie aan den Franfchen Generaal, „ die mijns bedunkens niet beletten zal de aan„ komst der Franfchen in 'sHage. Ik ga dus „ naar een der Engelfche havenen, en zal, zo „ doenlijk, mij begeven op een van '$ lands „ fchepen, die ik vermeen, dat te Phmonth „ moeten zijn. — Ik hoop U Wel Ed. Geftr. „ van daar te fchrijven en te melden, waar of „ ik aangekomen zal zijn,- en naar welke Pro„ vintie ik, mij zal begeven. — Ik vraag excus „ over het flegte fchrift, maar ik fchrijf liggen„ de in de kooi en wijders blijve met ach„ ting. „ P. S. Ik hoop, als de gelegenheid het toe„ laat in een der Provintien, of in 'sHage tere„ verteeren, 'er iets nieuws van den uitflag der 5» op  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ op heden afgezondene Commislie te vernee„ men." Hun Hoog Mog. gaven van dezen brief kennis aan de Staaten van de andere Provintien, en dat zij met groot genoegen het retour vai zijne Hoogheid hier te landen zouden verneemen. Tusfehen zondag en maandag 'snagts omtrent twaalf uuren vertrok de Prins met de pinken en landde met dezelven en zijn bijhebbend ge zelfchap, behouden te Harwich. De twee volgende dagen vertrokken 'er nog twee pinker met perfoonen en goederen van den Stadhouder Het contante geld vernam men, dat de Prim mede genomen had, maar rijtuigen, paarden, kostbaare meubilen, kunst - kabinetten, en he geen verder tot de hofhouding behoorde, wa onmogelijk mede te neemen. Zekerlijk kan het niet ontkend worden, da de Haag een groot verlies leed door het ver trek van den Prins, wiens verteering men al daar op ruim een millioen 's jaars mag .be grooten, boven en behalven den toeloop var vreemdelingen, die uit nieuwsgierigheid of affai res, ten Hove, hun geld in den Haag verteer den, en geen wonder daarom, dat het Oranj, huis slda. r groote aanhangers vond. Zo dra de Prins vertrokken was, rigtten mei terftond in den Haag eene nieuwe vaderlandfche fo cieteit cp, welker leden daadelijk de eer genoo P a ten sa? Vertrek va» zijne Hoogheid val Scbevinimgtn. t c l 1 Oprigti* der vader1" ' landfche Sur _ cieteit. i  ta3 Verrigtin^eii der focieieit, Aanmerking. GESCHIEDENIS deïi NEDERLANDEN. ten, dat Heeren Gecommitteerde Raaden, Magiftraat van 'sHage, en de Hoofd - officier Bentinck aan dezelve lieten voorftellen, om van wederzijds commisfarisfen te benoemen, ter gemakkelijke ontwapening der Haag fche fchutterij. — Eene fchutterij zeer geoeffend in den wapenhandel, en die dus, bij weêrftand, te duchten zou zijn geweest, maar op dit oogenblik waren allen verflindende leeuwen en tijgers van 1787 lammeren geworden. Gemelde focieteit benoemde daar op commisfarisfen, die van den prefident van Gecommitteerde Raaden eischten, om het collegie tegen den ar 's morgens om agt uuren te doen vergaderen , om hun voorftel te hooren, behelzende: den Haagfchen MagiHnzt te ordonneeren, om bij publicatie de fchutterij te gelasten, haare geweeren nog dien zelfden voormiddag op het ftadhuis te brengen. Eene taal, die men in de hofplaats niet gewoon was van burgers te hooren; maar het voorheen overheerfchend gezag was reeds tot de kim van zijn ondergang genaderd, en daarom verkreegen ook gemelde commisfarisfen dit vriendelijk antwoord van Gecommitteerde Raaden: dat, daar hun alleen de publieke rust en veiligheid was aanbevoolen, zij aan commisfarisfen in bedenking gaven, of het niet beter ware, met deze ontwapening te toeven, tot de aankomst der Franfche troepen, als hebbende zij deswegens en over de inkwartiering der Franfche  GESCHIEDENIS EER NEDERLANDEN. fche troepen, eene eommisfie aan de Franfcht Volksreprefentanten en aan den Generaal en Chef gezonden, vertrouwende, dat de burger-focieteit, met die' fchikkingen genoegen zal neemen, bereid zijnde met commisfarisfen onderling hier over nader te raadplegen, en niets te verrigten dan de concert met hun. De focieteits - eommisfie hier van rapport aan de focieteit doende, werd zulks met algemeene goedkeuring aangehoord , en aan die eommisfie het verdere beftuur dienaangaande aanbevoolen. Ook lieten de Staaten Generaal aan deze focieteit communiceeren, dat zij order gegeven hadden, aan alle commandanten van fteden en forten, om den inmarsch der Franfche troepen niet lünderlijk t« zijn. Het Hof van Holland en de Magiftraat van 'f Hage verzogten daar op bij publicatie het oranje af te leggen, en de nationaale Franfche cocarde op te zetten. De burger Vilattes, die zo lang op de gevangen poort gezeten had, werd ontflagen en verfcheen in de burger - focieteit. Zo dra de Prins vertrokken was, namen Gecommitteerde Raaden, het commando van hei guarnifoen op zich, en Hun Hoog Mog. gaver aan alle commandanten van de troepen van der Staat kennis, dat, daar de Prins en zijne beid( zoons zich thans verwijderd hadden, zij m moesten gehoorzaamen aan de beveclen de P 3 Raad Het oranïe dtanen vei boden en vtrzogt nationaale cota.det op te zetten. Om (lag v»m Vilatte i. Na het ver- trek van zij nc Hoogheid, Deinen geconimiiteerde Raaden he; commando over da : i roepen op zich. I  *3° Veranderen van gebeden tnz. Be gezondene eommisfie Itoim onverrigter zaake t» rug. Aanmerking. i 1 3 GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. Raads van Staaten, en Larry, Secretaris van zijne Hoogheid, werd gelast alle brieven aan zijne Hoogheid, welke vermoedelijk krijgs/aaken betroffen, mede daadelijk aan gemelden Kaad van Staaten ter hand te ftellen. En daar de Staatfche troepen nu geen hoofd meer hadden , gaven Hun Hoog Mog., ter voorkoming van verftrooijing, ■last aan den majoor en kwartiermeester - generaal Bentinck, om toezicht te houden op de militairen, dat zij hunne corpfen niet verlieten. De Staaten van Holland ftelden ook de nodige orders op het veranderen der openbaare gebeden; trokken tevens hunne publicatie in van 18 Februari) en 21 Maart 17.4, aangaande het transport van goederen enz., toebehoorende aan de onderzaaten der Franfche Republiek. De comniisfie, gezonden naar de Franfche Volksprefentanten en Generaal en Chef van het noorderlijk leger, kwam onverrigter zaake terug. De voorgevallen omwentelingen in de fteden, en veranderingen van Regeering, moesten zekerlijk de voorflagen, tot inftandhouding van een bij de Franfchen gehaat gouvernement, vrugteloos naaken. De patriottifche partij flaapte of fluinerde niet! zij fpeelde nu de hoofdrol bij de Franfchen , even als de Oranje aanhang zulks leed bij de Pruisfen in 1787. In de ftaatcunde worden vosfen met vosfen gevangen, een eder past op zijne rol, welke hij fpelen moet, es  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. -31 en laat zich niet ligt verfchalken. Nooit is 'er een tijdvak op de waereld beleefd, waarin over en weder in de Maatkunde, meer met de wapenen van geweld, beleid en kunst, om den geest der natiën te winnen, geftreeden is, dan in het tegenwoordige tijdvak dat wij bekeven. Een tijdvak, dat ten leerfchoole voor den gefchiedfchrijver en wijsgeer verftrekt, om 'er uit op te fpeuren, het goede en kwaade der menfchelijke handelingen, en daarom verzoeke ik, dat de leezer het mij niet kwaalijk neeme, als ik op deze en geene kruiswegen eens een oogenblik ftil ftaa, om de voornaamfte kronkelpaden aantewijzen, die ons van het enge pad der waarheid afleiden. De meeste ftaatkundige bedrijven gefchieden gemaskerd. Hij, die alleen op het uiterlijke acht geeft, zonder te tragten het masker eens op te ligten, zal zich altoos bedrogen vinden. Is eigenbelang tn grootheid de hoofd-drijfveêr der menfchelijke werkzaamheid, zo moet zulks ook plaats hebben in de ftaatkunde, en hij, die dit voor (zogenaamde) ariftocratie uitfcheldt, betoont weinig menfehenkennis te bezitten. Neen, wat verbeelding wij menfehen ons maaken, van die (zogenaamde) Ariftocratie uit te roeijen, zulks is onmogelijk ; het behoort tot ons redelijk beftaan, dat altoos werkzaam is, om onzen ftaat volkomener te maaken. Befnoeijing of beteugeling mag en moet hier wel plaats hebben, maar indien men P 4 tragt-  *3» GESCHIEDENIS x>ir NEDERLANDEN. Order van Hun Hoog S!«g. om alle vestingen ovcncgeven, i ; * tragtte dit met wortel en tak uitteroeijen, d*n zou men ook in eens die voornaame bron der menfchelijke werkzaamheid Hoppen, en wij zullen vervolgens zien, dat 'er daarom zo wel bij de Franfchen als bij ons vlekken in het patriottismus hebben plaatsgehad, welke, daar wij verzuimden dezelven te zien, of die niet wilden zien, weinig minderfchadelijk voor het algemeen geluk des volks zijn geweest, dan de wanbedrijven der despoten. Gelukkig, dat de vlekken in 't patriottismus vatbaar voor verbeteringen zijn, daar de gebreken in het despotismus, eene erfzonde der overheerfching zijn geworden.' -Hun Hoog Mog. fchreven ten dezen tijde ran de commandanten der Vestingen Breda, Bergen op den Zoom, Steenbergen en milemflad, om zich, zonder defenfie te doen, zo veel mogelijk met de Fraujchen in der minne te verdaan. Gecrtruidcnberg, waarfchijnlijk onbewust van de overgave van Holland,] deed nog eene nuttelooze pooging ter verdediging, welke veel fchade aan tiet dorp Raamsdcnk toebragt, doch gaf zich na :en kort beleg over. En even zo fchadelijk /erdedigde. zich Dalem, dat uit Gorinchem met rloeiende kogels in brand gefchoten werd ; maar le Franfche Generaal Osten, liet de commanlant van Gorinchem aanzeggen , dat, indien hij io voordging met de bezittingen der burgeren te rernielen, hij hem met het guarnifoen over de klin  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. >SJ Kling zou doen fpringen, welke bedreiging van dat gevolg was, dat men fpoedig de capitulatie trof. Zekerlijk kan niet ontkend worden, dat het op dat tijdftip de Franfchen alles mede liep ter bemagtiging van Holland, want de bcvrooze overftroming diende tot "eene brug voor de Franfchen, om de anders door het water onwinbaare fteden langs alle kanten te kunnen naderen. De fterkfte forten, wel aangelegde batterijen en linien, konden toen op alle punten aangevallen worden, en de rivieren, die bolwerken van 's lands fterkte, hadden geen fchipbruggen nodig, om de zwaarfte vuurmonden, oi krijgsvolk over te voeren; te meer daar het drijf ijs, de wel geplaatfte fchepen ter beveiliging der rivieren, genoodzaakt had de wijk naar de havens te neemen, zo dat ons ganfchi land eene effene en begangbaare vlakte was, De legers der verbondene Mogendheden, dooi de overwinnende Franfchen telkens geflagen wordende, was 'er geen lust of moed meer ondei die troepen, en de or.geöeffende landzaten, diender enkel tot last aan den Staat, om het getal dei vlugtende krijgsbenden te vergrooten. Hier nt bij gevoegd de medewerking der binnenlandfche pa triotten met de Franfchen, dan moest 'er altooj een groot gedeelte der gewapende magt gebruik worden, ter des nodige beteugeling der vrij hcids-zoonen. Om nu, in alle die ongunftigc P 5 o» AMimerkitf»  GESCHIEDENIS dzx NEDERLANDEN. Komst vit de Gereraa Uoreiu ir. «ten Umtg. Rrai Ice;nj hoe de nieu■we vergadering van Hull*nd ie befinnen. ^ » omftandighedcn, niets onbeproeft te laaten ter defenfie , en vervolgens ter onderhandelinge met de Franfchen, ftrekt het tot eer van het voorig Beftuur, dat het niet, dan na alles verlooren te hebben,' voor de overmagt zwichtte. j Op den aa Januarij was de Generaal Moreau 'smorgens in den Haag gekomen, en den dag daar na verwagtte men den Generaal Pichegru. De Generaal Mo re au deed eene aanfpraak aan de burger focieteit, bijzonder ingerigt ter vermaaning om alle onaangenaamheden tusfehen vaderlanders en prinsgezinden voortekomen, en de fchuldigen deswegens zonder form van proces met den dood te ftraffen. Den dag daar na liet gemelde Generaal het ganfche guarnifoen in de wapenen komen, ontiloeg het van den voorheen gedaanen eed, en nam het op nieuw in den eed der Republiek aan. Den 24, 'savonds Iaat, kwamen de vier Franfche Volksreprefentanten aan, die met ai fchooten verwelkomt wérden, en hunnen intrek in het ftadhouderlfjk hotel namen;, van tijd rot tijd kwamen 'er al meer Franfche troepen n den Haag. Op den 20 Januarij, des namiddags om a uuren, /erfcheenen in 't Heeren Logement in den Haag, :enige gedeputeerden uit verfcheide Hollandche fteden, ten einde te raadplegen, hoedanig Ie vergadering van Holland te beginnen ; waar-  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. »js wsarop flooten werd om ten 4 uuren bijeen te komen in het logement van Haarlem, en aldaar te ontbieden den Secretaris Royer, met aanzegging, dat nog dien avond vergadering gehouden zou worden, en hij zich moest begeven naar den Raadpenfionaris, om dien te berigten, orde op de vergadering te ftellen, tegen 7 uuren 'savonds, maar dat men hem, Raadpenfionaris, zo min als de leden der zich noemende Ridderfchap aldaar konde zien, waar aan dan ook flipt gehoorzaamd werd. Bij de aankomst der gedeputeerden verzogt eene eommisfie van Haagfche burgers binnen te ftaan, die, na de leden der eerfte wettige vergadering van Holland verwelkomd te hebben, hunne befcherming verzogten, in het daarftellen der Haag fche revolutie, waaromtrent zij] een toertemmend antwoord verkreegen. Ook werd door twee der gedeputeerde leden aan de Franfche Volksreprefentanten kennis gegeven, van hunne te houdene vergadering, met verzoek van, des noods, hierin door de Fran fchen onderfteund te worden, en welke kennis geving zeer tot genoegen der Franfche Volksreprefentanten was, die dan ook beloofden, in gevalle van tegenftand, hen te zullen laaten onderfteunen. De gezamentlijke gedeputeerden, als vier van Dordrecht, vier van Haarlem, twee van Delft, vier van Leyden, drie van Amflerdam, twee van CoBimisfU van Haagfcht bu gers verwelkomd de Repre™ fentanie.i van uitland. Kennisgeving aan de Fmnfcbt volksreprefentantenvan de aanftaande ver. gaderirg va» tltllmi. Steden dia hunne gedfe] p;.teerde zondei.  Prefident ei Sccre ansfei verküorfii. Aanfprasil v»n den Pre l ..:a. 5» GESCHIEDENIS dbr NEDERLANDEN. van Gouda, twee van Rotterdam, vier van Schiedam, twee van Alkmaar, twee van £»/?. Atria», twee van Monnikkendam en twee van Purmerem, gingen 's avonds , om half agt uuren, met hunne ftads bodens, te voet uit het logement van Haarlem, naar de vergaderzaal van Holland, alwaar zij zonder tegenftand binnen traaden, en, op hunne gewoone plaatzen gezeten, hunne eerfte vergadering openden. ' Zij verkoozen tot Prefident, den burger P. Paulus, tot Secretariefen, Spoors en de Lange van Wyngaarden, alle voor den tijd van veertien dagen, en daarop deed de Prefident Paulus de volgende aanfpraak: >, Ziet daar, medeburgers! den grondflag ge„ legd der vrijheid, en het ariftrocratisch ge„ bouw der voorige Regeering om verre gewor„ pen. Dezelve moet wel duurzaam wezen, „ daar die onder zo veele kenmerken van den „ uitdrukkelijken wil en het opperbeftier der „ Goddelijke Voorzienigheid gelegd is, wier almagtige hand in alles, wat ons daartoe „ heeft moeten brengen, zo duidlijk heeft kunnen worden opgemerkt. „ De Franfche legers waren in een der glo„ rierijkfte veldtogten, waarvan in de gefchied„ boeken der geheele waereld melding gemaakt wordt, tot de grenzen onzes lands genaderd, „ en hadden zelfs hunnen voet reeds op een „ gedeelte van deszelfs grond gezet, toen de » na-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. a» „ natuurlijke fterkte onzcs lands, rivieren, wa„ teren en wegen hunnen verderen voordgang „ eenigzins fchenen te ftuiten, althans moeilij„ ker, en daardoor langfarner te maaken; want „ zeker, de ondervinding heeft geleerd, dat niets „ aan den moed, werkzaamheid en onvermoeid„ heid des Franfchen volks op den duur kan „ weêrftaan, en dat frontierfteden, fterkten. en „ hindernisfen voor hunnen ijver en aanhou„ denheid toch eindelijk zouden hebben moe„ ten bukken; — doch op een tijdftip, dat „ men zulks niet verwagtten, dat men de veld„ togt van dat jaar geëindigd, en zich voor een wijle tijds van hun verwijderd rekende, her„ fchiep eene geweldige vorst onze rivieren, ,, wateren en innundatien, in gemakiijke wegen, „ en bruggen, om over te komen, en het geen „ te vooren de fterkte dezer landen en het ver„ trouwen van het toen plaats hebbend regee„ rings beftier uitmaakte, ftrekte nu om alle w genomene voorzorge en maatregelen te ver» „ ijdelen, ja, tegen zichzelven omtekeeren, en „ den overtogt der legers cener natie te ver„ haasten, welke plegtig en- openlijk verklaard „ heeft; ons niet als haare vijanden, maar als „ haare broeders en bondgenooten te befchou„ wen. Eene omftandigheid, waaruit ik mee „ recht meene te mogen befluiten, dat ze ons ,, met eene eerbiedige verwondering, moet ,» doen opmerken Gods aanbiddelijke wegen, „ dio  «3* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. die, terwijl ook anders zelfs de mogelijkheid, „ om vrij te zijn, nog zo veel langer van de„ ze ftreeken verwijderd zou zijn gebleven, nu „ alzo het ftorten van nog veel bloed is voorge„ komen, en veele fteden en landen voor ver- derf behoed zijn gebleven. „ Laat ons dit, medeburgers ! fteeds met „ dankbaare harten erkennen, en daar het fun„ dament onzer vrijheid, zo blijkbaar door Gods wil en Voorzienigheid daargefteld is, laat ons nu van onzen kant, ons in alle on„ ze aanftaande gedragingen en verrigtingen, „ zijn volmaakt voorbeeld voor oogen ftel„ len, en hetzelve zoeken optevolgen ; laat rechtvaardigheid, billijkheid en menschlieven„ heid, het begin en het einde van onze han- delingen en befluiten wezen, met aflegging „ van allen haat, partijfchap en wraakzucht, over „ te vooren ontvangen beledigingen, weetende dat ons daarenboven geleerd is, te zegenen die ons mogten vervloeken. Hierdoor en hierdoor alleen, kunnen wij, ,, met grond, zegen op onzen arbeid verwagten. „ Hierdoor en hierdoor alleen kan eenmaal de „ gewenschte eendragt, onder deze gefolterde „ en zo zeer uitgemergelde natie, geboren wor„ den; zonder welke de ondervinding nu zelfs „ aan onze vijanden en aan onze bedrogene en „ dwalende medeburgers geleerd heeft, dat dit i, land niet beftaan kan, terwijl anders die zelf- „ de  GESCHIEDENIS dbr, NEDERLANDEN. „ de ondervinding heeft doen zien, dat deszelfs „ natuurlijke ligging en gefteldheid het voor „ een der onverwinnelijkften zou maaken op den „ ganfchen aardbodem. „ Zo doende — door het verwekken, naa,„ melijk van eendragt, en den zagten invloed „ eener waare verlichting omtrent 'stands wen zendlijke belangens, — zullen wij het geluk „ des volks, wiens provifioneele Reprefentanten „ wij zijn, op duurzaame gronden vestigen; —„ daardoor zal kalmte en gerustheid in de ge„ moederen geboren, en den weg bereid wor„ den, waarop; de volkomene vrijheid en voor„ fpoed dezes volks naderhand kan worden „ voordgebouwd. Dan zal de tijd, wanneer het „ onverhoopt mogt te pas komen, doen zien, „ dat ons land, met eendragt verdedigd, on„ genaakbaar is. —— En, wanneer men daar bij „ voegen zal, de openlijke erkenning van de „ fouvcrainiteit des volks, en van de onvcr- vreemdbaare rechten van den mensch, zonder „ onderfcheid van zijne ftaatkundige of godse, dienftige begrippen, is het te verwagten, dat „ rust, vrede, vrijheid en veiligheid, die zo lang uit deze ftreeken verbannen geweest zijn, „ haaren geluklrigmaakenden zetel in dezelve zul„ len vestigen. „ Hiertoe wensch en bid ik, dat de goede „ God alle onze harten vereenigen en zijnen 5, zegen fchenken moge! —- Hiertoe verleene hij » ons  *4» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Befluiten der vergade ring. Aanmerking, „ ons allen en bijzonder aan mij, dien deze „ vergadering tot den gewigtigen post van pro. „ vifioneelen Voorzitter verkozen heeft, zijnen „ bijftand, en hij doe onze aantevangen poogin„ gen uitloopen tot geluk van een lang vertrapt „ en onderdrukt volk!" De vergadering geopend zijnde, decreteerde ' men, dat de vergadering zich had geconftitueerd, en dat bij rnisfive aan de overige fteden aangcfchreven zou worden, vier gedeputeerden uit iedere ftad te zenden, en uit de kleine fteden zo veel minder als derzelver locale omftandigheden noodzakelijk maakten. Deze brieven werden provifioneel gezonden aan de fteden Gorinchem, Schoonhoyen, Brielle, Hoorn, Edam en Medenblik, die te vooren plegen befchreven te worden. Verder decreteerde men niet ftedelijk, maar met de prefente hoofden te zullen ftemmen. Had 'er voorheen ter ftaatsvergadering van Hel» land eene groote onevenredigheid in het ftemrecht plaats, zo dat de kleine fteden, die nog geen jooo zielen uitmaakten, gelijk ftemden met fteden van 940000 of 60000 zielen, dit gebrek verminderde niet, vooral toen de afgevaardigden van 't platte land mede hunne gedeputeerden zonden; gelukkig dat 'er naderhand eene betere evenredige reprefentatie werd ingevoerd. De zonderlinge faamenftelling der Hollandfche vergadering* waarvan eene meenigte leden nooit: der-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. fej dergelijke vergaderingen hadden bijgewoond, en het verfcheiden leden aan de nodige kunde ontbrak, dan is het niet te verwonderen geweest, dat 'er decrecten weiden genomen, welke eer ten nadeelen, darr wel ten voordeelen des volks waren. Zommige plaatzen van het platte land, in den haaren geene voorwerpen hebbende, die zich genegen betoonden de vergadering bij te woonen, zonden hunne qualificatie oningevuld naar andere plaatzen, om aldaar, op den naam van dezen of geencn, welken men daartoe bekwaam oordeelde, intevullen. Een blijk , hoe noodzaakelijk het geweest zoude zijn, indien men in tijds het nodig plan in gereedheid gebragt had, om ten minden een eenigzints betere reprefentatie daar te ftellen, /intusfehen dat men mede de gewigtigfte voordragten moest onderwerpen aan het befluit van eene meerderheid, die, hoe zeer met de grootfte vaderlandsliefde bez:eld, het nodige doorzicht ontbreekende, voor fchadelijke dwaa.lingen vatbaar waren. Op deze eerfte vergadering, werd bij decreet toegedaan, dat ieder op zijn eigen grond mogt jagen en visfehen. Bij een ander decreet werd vernietigd de reprefentatie der vorige vergadering van Ridderfchap en Steden, Stadhouderfchap en alle tijdelijke en erfelijke waardigheden van dien, en het volk, zo wel als alle amptenaaren, ontflagen van den eed op de oude IILdeel. Q con- Be fluiten der vergadering.  24a GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Gewigtïge publicatie. conffitutie gedaan. Het collegie van gecommitteerde Raaden, zo van het zuider- als noorderkwartier en Hollandfche rekenkamer, werd afgefchaft, de leden daarvan buiten functie geileld, maar de Ministers van dezelve aangefchreven, zorge te dragen voor alle documenten, charters enz. en de hangende zaaken te houden in jlatu quo, tot omtrent het een en ander nadere voorziening door de vergadering zou worden genomen. In plaats van gecommitteerde Raaden, zo werd 'er bij decreet een committé van algemeen welzijn aangefteld, en nog dien avond bcflooten, tot het eenige dagen daar na uitgekomen decreet; doch dat ik hier als ordenshalve tot dien avond behoorende, zal laaten volgen. Publicatie van de provifioneele Reprefentanten van 't volk van Holland, waarbij de oppermagt des volks, en de rechten van den mensch tot een grondfag worden gelegd. 31 'fanuarij VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP, üe provicioneele Reprefentanten van het „ volk van Holland, a^n hunne medeburgeren „ meenende verfchuldigd te zijn, eene plegtige verklaaring van de gronden, op welken hunne daaden en handelingen berusten, allen die „ geenen, die dezen zullen zien of hooren leezen, falut, doen te weeten: „ Dat  GÈSCHIÈDENIS der NEDERLANDEN. 34I „ Dat wij volkomen overtuigd zijn, dat de magt, welke ons toevertrouwd is, alleenlijk berust, en dat wij die ook alleen hebben ontvangen, van de Vrije keuze onzer medej, burgeren: dat geen oppergezag bij ons, maar dat de eigenlijke fouverainiteit bij het volk 4, is berustende, en wel zodanig, dat het volk „ de uitoefrening Van hetzelve aan zijne Vertegen woord igets kan toevertrouwen, doch zonder hetzelve ooit te kunnen vervreemden; Dat Wij ons verzekerd houden, dat de rampen, welke dit land en de overige gewesten „ thans zo zwaar drukken:, voornamentlijk hun,, nen oorfp'röög veifehuldigd zijn aart de ver„ keerde denkbeelden, welke men door list ert j, geweld den volke heeft voorgehouden, eii „ dat het dus eene vereischte is van Volksvertegenswoordigers, die hunnen pligt getrouw' willen zijn, zekere en duidelijke grondbeginzelen, tot regelen van hun gedrag te beraamen en vastteftellen. „ Dat, hoe zeer wij meenen, dat de nadere bepaaling van die rechten het eerfte werk„ zal moeten zijn van eene nationaale bijeenj9 roeping van Reprefentanten van het geheele i} volk, benoemd tot het vastftellen van eenen „ Regeeringsvorm, wij nogthans aan het vef„ trouwen, door onze medeburgeren in ons ge. fteld, verfchuldigd zijn , om openlijk eene 4, piegtige erkentenis van de rechten van dert Q a mensch  344 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ mensch en van den burger te doen, door „ te verklaaren, gelijk wij erkennen en verv klaaren bij deze: ,, „ Dat alle menfehen met gelijke rechten »> « geboren worden, en dat deze natuurlijke 5? 5» rechten, hen niet kunnen ontnomen wor55 55 den. 5, », Dat deze rechten beftaan in gelijkheid, s» »> viijheid, veiligheid, eigendom, en tegen,, ftand aan onderdrukking. ,, „ Dat de vrijheid de magt is, welke ieder „ „ mensch toekomt om te mógen doen, al „ het geen anderen in hunne rechten niet „ ftoort: dat dus haare natuurlijke bepaaling „ „ beftaat in deze ftelling : doe niet aan eenen „ anderen, het geen gij niet wilt dat u ge,, „ fchiede. ,, „ Dat het ieder dus geoorloofd is, zijne „ „ gedachten en gevoelens aan anderen te „ openbaaren, het zij door de drukpers of „ op eenige andere wijzè. ,, „ Dat ieder mensch het recht heeft om „ „ God zodanig te dienen, als hij wil, of „ niet wil, zonder daarin op eenigerlei wijze n 5» gedwongen te kunnen worden. „ Dat de veiligheid beftaat in de zeker» „ heid van door anderen niet geftoord te zul„ „ len worden, om het uitoeifenen van zijne „ „ rechten, noch in het vreedzaam bezit van „ wettig verkreegene eigendommen. „ „ Dae  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. a+5 „ „ Dat ieder item hebben moet in de wet„ gevende vergadering . der geheeie m ;at„ fchappij, het zij perfoonijjk , het zij door „ eene bij hem mede gekozene vertegen woor9? » diging. „ Dat het oogmerk van alle burgerlijke „ maatfchappijen zijn moet, om de menfehen „ „ te verzekeren het vreedzaam genot van 3, „ hunne natuurlijke rechten. 9, „ Dat dus de natuurlijke vrijheid, van al,, „ les te mogen doen wat anderen in hunne s, „ rechten niet ftoort, nimmer verhinderd kan ,, „ worden, dan wanneer het oogmerk der „ „ burgerlijke maatfchappijen zulks volrtrekte„ „ lijk vordert. ,, „ Dat dergelijke bepaalingen der natuurlij„ ,, ke vrijheid niet mogen gemaakt worden, é „ dan door het volk of deszdfs VertegenM „ woordigers. ,, „ Dat derhalven niemand kan verpligt }, „ worden, iets van zijne bijzondere eigen,, „ dommen aan het algemeen te moeten -af„ Haan of opofferen, zonder dat zulks door „ den wil des volks of van zijne Reprefen„ „ tanten, uitdrukkelijk bepaald zij, en na , ., een voorafgegaane fchavergoeding. „ „ Dat de wet de vrije en plegtige uit„ „ drukking is van den algemeenen wd, dat 9, „ zij voor allen gelijk is, het zij om te M „ ftraffen, het zij om te beloonen. Q 3 9» » DaÈ  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, „ Dat niemand gcrcgtelijk befchuldigd , 55 55 gearrefteerd en gevangen gezet mag wor> „ „ den, dan in zodanige gevallen, en vol?5 55 Cenc's zodanige formaliteiten, als welke „ door de wet zelve te vooren bepaald 3, 55 ziji'. „ Dat, ingevalle het noodzakelijk geöor„ 9, deeld wordt, iemand gevangen te neemen, ?, „ een ieder niet ftrenger mag behandeld 3, „ worden, dan volftrekt nod;g is, om zich „ van zijn rerfoon te verzekeren. f, „ Dat, daar alle menfehen gelijk zijn, al„ „ len verkiesbaar zijn tot alle ampten en s, „ bedieningen, zonder eenige andere rede3, „ nen van voorkeur, dan die van deugden en bekwaamheden. „ „ Dat een iegelijk het recht heeft om van „ ieder amptenaar van het publiek beftuur „ „ rekening en verantwoording van zijn be„ „ wind te helpen afvorderen. „ „ Dat nooit de geringfte bepaaling kan j, "„ gemaakt worden, aan het recht van ieder i5 5> burger, om zijne belangen intebrengen bij „ „ hun, welke de publicque magt toever3, „ trouwd is. „ „ Dat de fouverainiteit bij het geheele volk }, „ berust, en dus geen gedeelte van het volk 3, „ zich dezelve kan aanmatigen. „ „ Z>at het volk ten allen tijde het recht 9, „ heeft, zijnen Regeeringsyorm te verande- »» 55 reil 5,  GESCHIEDENIS dek NEDERLANDEN. •47 „ ren, te verbeteren of eenen geheel anderen „ „ te verkiezen." „ Dat dit de gronden zijn, op welken wij gemeend hebben, onze daaden en handelingen te moeten grondvesten, en dat wij de„ zeiven hebbende willen toepasfen op de voorheen plaats gehad hebbende orde van zaa,, ken, weldra hebben bevonden, dat de Re„ geeringsvorm, welke door de inrukking van „ de Vruififche armée, en derhal ven door lou„ ter geweld in den jaare 1787 is bevestigd, ,, in alle opzjgten met dezelve ftrijdig was. „Dat de perfoonen, welke te vooren de vergadering van de zogenaamde Staaten van „ Holland en Wemrieüand hebben uitgemaakt, „ nooit door hunne medeburgeren tot derzelver „ Vertegenwoordigers waren verkoozen, en dat dus dat Staatsbeftuur, als geheel itrijdende „ met de rechten van den mensch en van den „ burger, niet kon beflaan. „ Dat wij ook terftond ontwaar geworden „ zijn, dat alle erfelijke waardigheden als van „ Erfftadhouder, Kapitein Generaal en Admi„ raai dezer 'Provintie, en van Ridderfchap, „ mitsgaders alle erfelijke Adeldom, met de „ rechten van den mensch waren ftrijdende, „ en dat dus alle dezelve voor vervallen moes„ ten worden gehouden, en verklaard, zoo als 9, dezelve vervallen verklaard worden bij de- Q 4 „ Dat  a43 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ Dat wij ons verzekerd honden, dat door 9, deze verkiaaring alle de afgeperfte en onwet,, tige eeden op de zogenaamde oude eonftitu„ tie in 1787 en 1788 bepaald, daadelijk kragteloos worden, voor zo verre dusdanig een eed van eenige kragt mogt zijn geweest; dan dat wij ten overvloede, en in gerustftel„ ling van allen en een iegelijk daarenboven „ verklaren , uit naam van het volk van Hol* land, gelijk wel expresfelijk verklaard wordt „ mids dezen, dat alle ingezetenen, welken 5, den voorfchreven eed mogten hebben gedaan, bij deze van denzei ven geheellijk worden ?, ontflagen. „ Dat met deze gronden ook ten eenmaal „ onbeftaanbaar was, het te vooren zogenaamd collegie van gecommitteerde Raaden, zo van 7) het zuider- als noorderkwartier, zo wel als de fplitfing van de provinciaale huishouding, zo in finantie als anderzints; gelijk ook de toenmaalige exiftentie van de zogezegde rekenkamer van Holland en IVestvrieslana, als „ alien geproflueerd zijnde uit de voorige ge„ brekkige Regeeringsvorm, als waar in geener„ lei wezentlijke reprefentatie geobferveerd werd, „ en dat wij derhalven gemeend hebben, alle de voorfz. collegien van gecommitteerde Raa„ den, zo in het zuider- als noorderkwartier, „ mitsgaders van de rekenkamer van Holland „ en Wcstyrk-slar.d te moeten vernietigen en » af-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 049 „ aftefchafien, gelijk dêzelve vernietigd en af„ gefehaft worden bij deze, en dat wij, om „ het werk van dezelve coliegien al aanftonds „ behoorlijk te doen vervangen, hebben gemeend „ te moeten aanftellen en committeeren, gelijk „ wij aanftellen en committeeren bij deze, een „ Committé van algemeen welzijn, welks werk„ zaamheid die van de, voorfchreven voormaalige „ gecommitteerde Raaden geheel en al zal ver„ vansen, voor zo veel de bijzondere huishou„ delijke belangens dezer geheele provintie aan,, gaat, welke te vooren aan de voorfchreven „ beide coliegien gedemandeerd geweest waren; „ voords een Committé militair, voor zo veel „ den militairen ftaat in alle bijzondere militai-„ ren zaaken dezer geheele provintie betreft, —• „ een Committé van finantie, om waar te neemen „ alle zaaken van finantien over de geheele „ provintie; en eindelijk een Commité van re„ keningen, om alle de werkzaamheid van die „ van de Hollandjche rekenkamer over te nee„ men en te vervangen, alles provifioneel en „, tot zo lang als daar omtrent door eenen daar „ toe zo dra mogelijk te beroepen vergadering „ van Reprefentanten uit het geheele volk ge„ koozen, nadere fchikkingen zullen wezen ge„ maakt: dat wij voords gemeend hebben geen „ anderen titel, aan deze onze vergadering te „ moeten hegten, dan dien van provifioneele Re„ prefentanten van het volk van Holland, zonQ 5 » der  550 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ der het woord van Westvriesland daar bij te „ voegen, als hebbende wij best geoordeeld „ de geheele provintie van Holland daar onder „ te moeten begrijpen. Willende en beveelende „ wij wel uitdrukkelijk aan de Hoven van Jufti,> tie binnen deze provintie refideerende, raits„ gaders aan alle Regeeringen van fteden en „ plaatzen binnen dezelve, dat deze onze publi„ catie met alle mogelijke plegtigheid, het zij „ door het gefchal van trompetten, door het luiden en fpeelen der klokken, of op zo„ danige andere plegtige wijze, als in iedere „ ftad of plaats best geoordeeld zal worden, „ gemaakt; gelijk dezelve voords zal worden „ geaffigeerd daar zulks te doen gebruiklijfc is; „ en dat een iegelijk zich daar naar ftiptelijk a, hebbe te reguleeren. „ Gedaan in den Hage enz." (Wai geteekeHd) q\ CTy / vt. C?. ^f. de, ~L. v-a>n> Aanmerking. De inleiding van deze publicatie is naar waa-heid en zeer ichoon; en de rechten van den mensch en van den burger worden daar in verklaard en opgegeven in navolging der Franfchen;, r—« raaar Ieczende van rechten van den mensch —■  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. a5r mensch, — en van den burger, maakt zulks natuurlijk de weetgierigheid gaande, om onderrigt te worden, waarin dit onderfcheid van bij- zondere rechten van den mensch,, en van den burger moge beftaan , — doch hoe dikwijls men die rechten leest en herleest, men zal nergens eenige onderfcheiding gewaar worden ; neen , de rechten worden 'er in zulke algemeene bewoordingen befchreven, dat men daarin van geene de minfte uitzonderingen rept. Het is zeer opmerkelijk, dat bij de Franfchen, zo wel als bij ons, meest altoos van rechten, en zeer zeldzaam van pligten gef roken wordt. Daar nogthans hij, die met een wijsgeerig oog alle de gebreken der regeerings.^ Vormen onderzoekt, bevinden zal, dat de bron van het kwaad in alle Regeeringen meestal in pligtverzuim beftaat. De menfchelijke rechten vinden meer verdedigers, dan de pligten. De eigenliefde en alle onze hartstochten vliegen daadelijk te wapen voor onze rechten, en de fpelen onzer kindsheid draagen daar reeds getuigenis van; maar over de menfchelijke pligten wordt gemeenlijk een dik floers getrokken, en dus om 't maar bloot te zeggen: Rechten veronderftellen pl gten, zulks kan nimmer beantwoorden aan het oogmerk van de verbeteringen der volks - maatfchappij, wijl juist pligtverzuim de bron van alle kwaad is. Had men dus bij ieder recht ook de daar tegen overga  *5* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. gefielde pligt naar het leven geteekend; het tafereel van de rechten der menschheid zou met des te meer fchoonheid voor den dag gekomen zijn; ja, zonder het menschdom tot pligtsbetragting te brengen, zal men vrugteloos arbeiden , om het geluk des volks volkomener te maaken. Daar het Provintiaal Befluur van Holland op dien tijd, maar alleen provifioneel veranderd werd, valt het zeer bedenkelijk, of de daar in gemaakte collegiaale verandering, wel tot verbetering verflrekte. Want het voorheen collegiaale ftaatsbewind van Holland, was al zeer onkostbaar, en eenvoudig, — de vernietiging' van het zuider en noorder kwartier en Westvriesland was noodzaakelijk; maar om een collegie, gelijk dit van gecommitteerde Raaden, welker werkzaamheid in het finantieele en provintiaal huishoudelijke allen roem verdiende, te vernietigen, om plaats te maaken voor een committé van algemeen welzijn en finantie , baarde zo veel nieuwigheid, dat die fp'litfing eer voor fchadelijk, dan voordeelig kon worden befchouwd; te meer, daar ieder collegiaalbefluur , eene door gewoonte eigen geworden, gemakkelijke huishoudelijke adminiftratie had; daar alle nieuwe inrigtingen van committés, eerst goede regeerings reglementen nodig hebben, en die misfende, ontdekt men al dikwijls eene vertraaging of verlamming in de werkzaam- he«  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 053 heden; — maar het moest in dien tijd alles op eene Franfche leest gefchoeid wezen, zonder te onderzoeken of men daar door het bewind verbeterde , dan verflimmerde . Bij een decreet van 27 Januarij werd befloten, Hollat.ds ordinaire belastingen op den ouden voet te laaten. De gecommitteerden van het voorig beftuur ter generaliteit en Raad van Staaten en rekenkamers werden gerappelleerd, en van wegens Holland andere leden in gemelde ftaats - coliegien gezon len. Het formulier van den ge woon en Eed voor de leden der vergadering werd ook veranderd in dezer voege: ,, Ik zweere, dat ik gehouw en getrouw „ zal zijn aan de onvervreemdbaare rech„ ten van den mensch en burger; aan het „ volk en de wet; en dat ik mij, in de „ betragting van de pligten, daar uit voord„ vloeijende, zal gedragen als een getrouw „ en eerlijk man." Ik zweere het. En welke laatfte woorden kwamen in plaats van de voor hun onverftaanbaare woorden: Zc waarlijk heipe mij God Almagtig ! Op 28 Januarij werd beflooten , het committé van finantie te gelasten, om zich te doen opgeven en helpen formeeren, eenen pracifen ftaat van de kas dezer provintie, zo wel opzigtelijk het geene dezelve in ordinaire en extraor- di- Bevel aan. liet Committé van finantie.  «54 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. fteflooten de Eiscaa) Vosnncr en Raadpenfiov a n dei Spiegel te deraitteeren. Niemand der leden zich uit de vergadering te ab;onteeren. dinaire lasten betaalde, als met betrekicing tot het geene dezelve aan ordinaire en extraordinaire inkomften te ontvangen had, en in r.atüra voorhanden was; ten einde alles gezien en geëxamineerd zijnde, de deliberatie daar naar te reguleeren, en de natie daar van, tot decharge der vergadering, een openlijk verflag te doen, en wel alvoorens de vergadering over eenige gelden zoude hebben gedisponeerd. Op dien zelfden dag werd ook beflooten tot het demitteeren van den Procureur Generaal Vosmaar, en R.aadpenfionaris van der Spiegel, en de laatlte met overgave van het groot zegel,mitsgaders alle charters en papieren tot zijn ampt betrekkelijk of den lande toebehoorende; en Werd in plaats Van den gedemitteerden Procureur Generaal aangefteld, den advocaat Guilliam van der Meersch. Het committé van algemeen welzijn verkreeg ook even als gecommitteerde Raaden het recht, om twee hunner leden aanhoudend cesfie te kunnen doen neemen in de vergadering van Hun Hoog Mog., en werd gerefolveerd, dat niemand, der leden, de vergadering van Holland uitmaa-» kende, uit dezelve, veel min uit den Haak zoude mogen vertrekken , om de vergadering te verlaaten, zonder behoorlijk te zijn geremplaceerd, en dan nog nimmer zonder voorafgaande kennisgeving aan den tijdelijken prefident, aan wien niet te min de vrijheid werd gelaaten, om daar  GESCHIEDENIS eer. NEDERLANDEN. daaromtrent, bij onvoorziene toevallen, eenige infchikkelijkheid te gebruiken, en werden de leden gelast, om daar van aan hunne committenten kennis te geven, ten einde deswegens in tijds de nodige fchikkingen zouden kunnen worden gemaakt. Ten zelfden tijde werd door Hun Hoog Mog. bij misfive gezonden de pétitie van den Raad van Staaten ter fomme van tien millioenen guldens , en kennis gegeven van de requifitie door de Franfche Reprefentanten gedaan , beftaande in: aoooco quintaalcn koorn, 5,0000000 rations hooi a 15 pond , acocoo rations ftrooi a 10 pond, 5,000000 fchepels haver a 10 pond, alle marks gewigt, 150000 paar fchoenen, aoooo paar laarfen, cco3o lakenfche rokken en vesten, 40000 gebreide broeken, 150000 pantelons van grof linnen, of tïjkj 20000 hembden, 50000 hoeden. Alles te lederen te Nijmegen, Thisl, en 's Bosch , binnen een maand. En binnnen twee maanden 12000 osfen. Daar de Franfchen bij andere volken die requiiitien zelve uitfehreven en ophaalden, behandelden zij de Republiek niet als overwonnen vijan- 255 Requ'fite van beiiodigheden. Aanmerkin!».  P* GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN vijanden, maar als vrienden, beloovende, aangaande de betaalingen, met het Gouvernement de nodige fchikkingen te zullen maaken. Hier op werd gerefolveerd zulks bij aanneeming en inkooping werkftellig te maaken, en dat zulks provifioneel betaald zou worden dooide provintie, wordende een ieder bij de publicatie deswegens aangemaand, met alle bereidwilligheid het zijne toe te brengen, tot aanvoer en verkoop op een redelijken prijs of volgens taxatiën. Tot fpoediger uitvoering werd een Committé de yivres aangefteld, dat met de leveranciers de nodige fchikkingen maakte, en welke 500000 guldens ter daadelijke dispofitie kreegen, doch zo de aanneemers in gebreken bleven van daar aan te voldoen , zouden zij ver-' beuren de driedubbelde waarde der goederen ten profijte van den lande. 's Lands ingezeter en genooten hier geen gering voordeel van, w jl zij in geld betaald wierden, dit was gansch anders dan in de Belgifche landen, alwaar een ieder winkelier zo veel van zijne goederen moest afgeven als van dezelve in requifitie gefteld werden,' en waar voor zij geen geld, maar zogenaamde Bons verkreegen, die men langen tijd daar na in asfignaten, volgens een zeker maximum , betaalden. Omtrent gemelde ftuk deed Holland door zijne gedeputeerden het volgende merkwaardig voorltel : Foor*  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. '-Ut' Voordragt van gecommiteerdcn der proviA ftoneele Reprefentanten van het volk van Holland, ter vergadering van de Staaten generaal over de requlfltie van de Franfche Volksreprefentanten van 30 Januarij 1795. hoog mogende heiren! „ Ter vergadering der provifioneele Reprefen» ,, tanten van het volk van Holland, is op gis„ teren, ' behalven andere Hukken van U Hoog ,, Mog. ingekomen, eene misfive dezer vergade„ ring van den 37 Januarij 1795, tcn geleide van de copie - memorie van de Reprefentanten „ des Franfchen volks, houdende verzoek, om „ een aantal benodigdheden voor het Franfche i, leger, als mede ten geleide van de copie van „ de petitie van den Raad van Staaten daar toe „ ltrekkende, en daar 'er in 'gemelde misfive van U Hoog Mog. zekére cominatoire aanmaa„ ning voorkomt onder deze bewoordingen: „ „ En wij kunnen niet genoeg aandringen „ „ op de volftrekte noodzaakclijkheid, dat de „ „ penningen zonder eenig verwijl ten comp- „ toire generaal van de Unie worden gebragt, „ met verklaaring, dat wij onverantwoorde„ ,, lijk willen zijn voor de gevolgen, welke „ „ daar uit zouden refulteeren, wanneer „ „ alle devoiren werden aangewend, om, zo „ „ veel doenlijk, aan het verzoek der Fran„ ,, fche Reprefentanten te voldoen, en waar III. deel. K „ „ door  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ door waarfchijnlijk middelen van geweld „ „ zouden vervangen, die geenen, welke „ „ wij coniidereeren als de gefchiktfte, om „ de zaak met de meeste orde enz. werkje' „ ftellig te maaken." „ En, zeggen wij, daar 'er in gemelde misfi5, ve zodaanige bewoordingen voorkomen, heb„ ben onze medeburgers en committenten „ ons gelast aan Hun Hoog Mog. met al dien ernst en met alle onbewimpelde vrijmoe„ digheid , die de aart der zaak eischt, en de „ eerfl-e dagen der Bataaffche vrijheid gedoogen, „ voor te draagen, dat zij over dergelijke ge„, voelens en uitdrukkingen niet alleen ten ui„ terften zijn verwonderd, maar ook dat zij de„ zelve houden voor geheel en al ongepast en 3, ongegrond. „ Immers, Hoog Mog. Heeren! de rampzalige „ ftaat van verwarring", waarin de zaaken van „ het lieve vaderland zich bevinden, de geheele „ uitputting van het volk, het bederven van „ een gedeelte des tegenwoordigen geflachts, „ de onherftelbaare nadeden aan de volgende „ gedachten toegebragt, het uitledigen van onze „ fchatkisten tot op derzelver bodem, met een „ woord, alle de gevolgen van een fijste„ ma van list en geweld, dat de vrienden der „ vrijheid en gelijkheid natuurlijk des te ge„ vloekter moet zijn, naar maate men onbe„ fchaamder durfde fchermen, met de fchoone woor»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. +5; ,9 woorden van godsdienst, vrijheid en vader,, land; alle die gevolgen kunnen bij geene mo- gelijkheid toegefchreven worden aan de nieu» we orde van zaaken, en bij aldien het nu mogt gebeuren , dat na gedaan onderzoek „ Holland onvermogend werd bevonden, om ,, aan uwe tegenwoordige aanfchrijving te vol- doen , bij aldien dat onvermogen treurige ,, gevolgen mogt hebben, hoe zouden dan de- zeiven, met eenigen fchijn van recht door, U Hoog Mogende aan de provifioneele Repre3, fentanten van het volk van Holland kunnen geweeten worden! hoe is het mogelijk, dat ,, U Hoog Mog. zich waanen vrij te pleiten „ van verantwoordelijkheid, en de gevolgen „ eener goddelooze adminiftratie voor rekening durven ftellen van hun, aan wie niets te „ dierbaar zal zijn , om derzelver nadeelen zo „ veel mogelijk te herftellen? neen, Hoog Mog. Heeren! neen, wij kennen de gewezene en 5, de de nog beftaande raddraaijers; wij roepen hen op tot redding van het door hun aange- bragt bederf, en wij zullen hier zeer wel „ middelen weeten te beraamen en daar te ftel„ len, om hen fcan de natie bekend te maa> „ ken, en de fcheidsmuur tusfehen die van het voorig beftuur, en die het volk geroepen „ heeft, duidelijk aantewijzen. Wij eisfehen derhalven, dat U Hoog Mog. zich dergelijke „ uitdrukkingen nooit of nooit zullen vefoorloR. 2» ven;  2 Ea  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. En laat ons hier, ter adftructie van de „ goddelooze directie omtrent de zeezaaken 'er „ bij voegen, dat toen men voor drie weeken ,, den fpreekenden wil van den Almagtigen niet j, meer kon lochenen, en het indringen van ons, ze verlosfers niet meer beletten, dat men 3, toen evenwel nog geene order heeft gefteld, 5, op het afdanken van matroozen, kannonniers en andere ligte troepen, ter verdediging 3, quafi van een gehaat Gouvernement geligt, en dat, Hoog Mog. Heeren! en dat, terwijl men zeer wel wist, immers behoorde te weeö, ten, dat de kasfen ledig waren, en het duip, delijk in het oog viel, welke verligting aan de noodelooze uitgaven, zodanige afdanking 3} zoude te weeg brengen, welk een zwart ta3, fereel zou ik hier kunnen fchilderen: maar, 5, Hoog Mog. Heeren! onze tijd is te kostbaar, 5, en de \venken van vrijheid en vaderland zijn te veel beduidende: wij zijn alleen gelast U Hoog Mog. te vraagen, of niet zodanige gedragingen, ten aanzien van het volk van Nederland, zullen en moeten gehouden worden 9, voor crimineel! En nu om een bijzonder veors, beeld bij te brengen, zo laat ons een woord 3, zeggen van het collegie ter admiraliteit op ,,fde Maaze ; deszelfs kas beftaat op dit „ oogenblik in zes of zeven duizend guldens; 3, de verfchenen tractementen der bediendens, en. de betaaling der werven bedragen circa vijf  GESCHIEDENIS eer NEDERLANDEN. %6% 3i vijf cn twintig duizend guldens, de foldijen „ over 1793, zijn nog niet geheel, en van 3, die over 1794 is nog geen penning betaald: de kostpenningen beloopen pok' eene geheele „ fom; de premien, voor de aanwerving in het „ laatfte half jaar, moeten pok nog voldaan wor„ den, de renten loopen, 'er is voor omtrent -• 150000 guldens aan ordonnantiën geflagen, „ en de kannonneerbooten en gafFelfchepen, , voor de gewaande binnenlandfche defenfie, ■■, die hunne posten hebben verlaaten , dringen om betaaling en worden tot nog toe niet af, gedankt; ö bejammerenswaardig volk van Net „ derland, welk een bajert van verwarring, en hoe zijt gij te redden! oordeelt zelve, Hoog Mog. Heeren! En eindelijk heb ik U Hoog , Mog. kennis te geven, dat de door ons over„ genomen memorie der admiraliteiten nopens 9, derzelver infolventie en voordel quafi ovcr het al of niet voordzetten der binnenlandfche , defenfie, mede vervat in eene refolutie van u „ Hoog Mog. van den 29 dezer, is gefteld in , handen van het Committé van finantie, ver„ eenigd met dat van het algemeen welzijn, en dat onze committenten intusfehen de gevolgen der, helaas! te lang uitgeftelde voor„ ziening daaromtrent, provifioneel ftellen, 5, en laaten voor perfoneele rekening van U „ Hoog Mog." Het zelfde gebrek dat 'er voorheen plaats. Aamnetktaj. R 4 had  afo GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. had bij Hun Hoog Mog. omtrent de marine, bleef nog heerfchen, waar van men den grond moet zoeken in "de verfchillende belangens der provintien, en in het gebrekkig voldoen aan hunne petitiën vooral, als het de zaaken van de zee betrof, en daarom waren die fondzen altoos gebrekkig, en de adminiftratien der admiraliteiten allerkostbaarst. De beste bondfchappelijke beftuuren hebben altoos hunne natuurlijke gebreken, en zoo lang 'er nog maar iets van den vorm van het voorig beftuur in weezen bleef, kon de omwenteling zelve die kwaal niet in den grond geneezen. Neen, zonder éénheid in beftuur kon 'er niets goeds van ons nieuw bewind komen; en van daar, dat onze Republiek in een kwijnenden toeftand zal blijven, tot den tijd, dat onze Staatsregeling volkomen in werking is, dan en niet eer is 'er hoop tot verbetering. Daar voorheen de buitenlandfche ministers confereerden met den raadpenfionaris, zo werd beflooten zulks vervolgens met den tijdelijken prefident te doen. Het volgende decreet van den * Februarij 1795; is te belangrijk, om alhier geen plaats te ge? ven:  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN*' 265 Publicatie, ter bepaaling van den omloop der Franfche asfignaaten, met verbod van uitvoer buiten deze landen van eenige muntfpecien, jlandpenningen, goud en zilver in baa' ren of anderzins. „ De provifioneele Reprefentanten van het volk „ van Holland, in overvveeging genomen hebben „ de, dat de geheele armée der Franfche Re„ publiek haare betaalinge alleenlijk ontvangt „ in asfignaaten, en het dus onvermijdelijk is, ,, dat de individueele perfoonen derzelve deze »» en geene noodwendigheden, welke zij behoe„ ven, niet anders dan met asfignaten konnen betaalen. „ En willende voorkomen de nadeelige gevol„ gen, welke uit den omloop dier asfignaaten „ voor de goede ingezetenen dezer Provintie ze,, kerlijk zoude proflueeren, mitsgaders begeeren„ de, dat alomme door de geheele Provintie „ eene gelijke handelwijze daaromtrent plaats „ hebbe, decreteren wij bij provifie, gelijk gein fchied bij deze: 1. „ Dat alle winkeliers gehouden zullen zijn, ,, om in het klein en in zaaken van noodwen„ dighcden, waar onder verftaan wordt, begree„ pen te zijn, maakloonen, reparatien en dier„ gelijke, alleen aan Franfche militairen of lie,, den tot gemelde armée behoorende, te verïj koopcn en leveren voor Franfche asfignaaten, R 5 „ wel- Publicatie o -'er de asliguatteiu  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ welke in dat geval en anders niet zullen moe„ ten worden aangenomen tegen den cours van 55 negen ftuivers de livre. ,, En ten einde voortekomen, dat de winke,, liers hierin niet ter kwaader trouwe handelen, „ en grooter fomme van asfignaaten, dan volgens „ de gefteldheid hunner winkels, en de voorfz. ,, en nog te meldene bepaalingen waarfchijnlijk is, dat zij kunnen verzamelen en voorwenden, ,, uit dezen hoofde, in handen te hebben, zullen ,, zij gehouden zijn, dagelijks opgave te doen 55 van de quantiteit door hen ontfangen, aan de Municipaliteiten, Gerechten, ofte de zodani„ gen die daartoe van wegen dezelve zullen wor„ den benoemd, dewelke daarvan lijsten zullen „ formeeren, en zullen de gezegde winkeliers 5, de asfignaaten, welke zij aldus hebben ontfangen, weekelijks moeten overgeven aan de S} voornoemde Municipaliteiten of commisfien daar 55 toe benoemd, die dezelve tot den gemelden 55 cours van negen ftuivers, zullen inwisfelen „ tegen geld of recepisfen van de Municipali55 teit, welke zullen moeten worden aangenomen ,, in allerlei handel/tegen de volle waarde; en „ zullen de winkeliers, welke in hunne opgave eenige fraude begaan, of ook alle de geenen, „ die de voornoemde recepisfen weigeren of beneden de volle waarde uitgeven of aannee,, men, niet alleen met boete van de drie dub„ belde waarde der te hoog opgegevene fomme j, van  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN, «ó> „ van asfignaaten, of verkeerdelijk uitgegevene of „ ontfangene recepisfen, maar ook naar exigentie „ van zaaken aan den lijve, en zelfs met den „ dood v/orden geftraft. 3. „ Geen winkelier zal vermogen aan een „ foldaat of andere aanhoorige der Franfche ar„ mée, te gelijk voor meerdere fom dan tien „ livrcs te verkoopen, en nier anders dan op „ fchrifcelijke ordre van zijnen Officier, welke „ ordres met en benevens de asfignaaten, aan „ de Municipaliteiten of Commisfien daartoe be„ noemd, zullen worden overgegeven ; aan „ cenen Officier zal de winkelier voor eene „ meerdere fom te gelijk, en wel naar propor„ tie van deszelfs rang, doch insgelijks op een „ fchriftelijke orde van deszelfs opperhoofd, „ mogen verkoopen, volgens eene fchikkingc „ door de Reprefentanten der Franfchen Repu„ bliek te beraamen, die te gelijk door eene al„ lerfterkfte publicatie aan de foldaaten der Fran. „ fchen Republiek zullen gelasten, zich aan de„ ze fchikkinge te gedragen, en geene andere „ asfignaaten in betaalinge te geven, dan die zij ,, voor hunne foldij ontfangen. Ondertusfchcn „ zal het den Franfchen foldaat vrij Haan in „ eene herberg eene kleine verteering, mits „ niet boven twee livre beloopende, te maaken, „ en die met een asfignaat van geen grooter be„ loop dan zijn vertering te voldoen, zonder „ daartoe met fchriftelijke permisfie voorzien te „ zijn,  fi*8 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. >, zijn, en worden dus ook de tappers en her„ bergiers ontflagen van de overgave der voo„ ïengemelde fchriftelijke orders, maar daarte5, gen omtrent de opgave hunner aldus ontfan« gene asfignaaten, met des te fterkere ftraffe » gedreigd ingevalle van fraude. „ En alzo wij met deze fchikkingen niet an. „ ders bedoelen, dan om de lieden, behoorende ï, tot de Franfche armée, te kunnen doen heb„ ben, die kleine noodwendigheden, welke hun „ onvermijdelijk zijn, zo verbieden wij ten al„ lerfterkften in eenigerlei andere manieren Fran?) fche asfignaaten in omloop te brengen, of in s, betaalinge van verkoopen voor dat© dezes ge„ daan, te geven of aanteneemen; ofte anders „ dan tegen betaalinge in klinkende munte met „ inwooners dezer Provintie, ofte met eenige M lieden buiten dezelve woonachtig, of met „ eenige buitenlanders eenige verkoopen of con„ tracten te fluiten. „ Zullende alle de geene, welke contrarie de" zes zullen handelen, worden aangezien als „ vcrraaders van hun vaderland, en naar exigentie van zaaken, zelfs met den dood worden „ geftraft. „ Zo als wij ook wel expresfelijk en op ftraf„ fe des doods verbieden allen uitvoer buiten ,, deze landen van eenige muntfpetien, ftand„ penningen, goud en zilver in baren of in eeni« gerhande nianiere. Alleen worden van dit » ver»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. verbod ontheven, de kooplieden, handelende „ op de Oostzee of elders, welke hunne inkoo,, pen gewoonlijk in fpetien doen, doch niet „ anders dan onder deze conditie, dat zij van „ deze uit te voerene fpetien opgave doen aan hunne Municipaliteiten, en cautie ftellen voor „ het drie dubbeld beloop der dus uittevoere„ ne fomnaen, en op hunne verantwoordelijk,, heid voor den invoer van de aldus gekogte „ koopmanfehappen binnen deze landen, zo als „ ook verder van dit verbod worden uitgezon„ derd reizende perfoonen, mits omtrent inwoo„ ners dezer lande, door de Municipaliteit hun„ ner woonplaatze eene redelijke fomme bepaald „ worde, welke zij zouden mogen met zich „ neemen, en daarvan aan de Municipaliteit op „ de grenzen doen blijken; en omtrent vreem„ delingen, dat deze bij hunne afreizen, aan „ de Municipaliteit der laatfte plaats op de „ grenzen al mede zullen moeten doen blijken, „ dat zij geene grootere of meerdere fomme met „ zich uitvoeren, dan welke tot het doen der „ reize noodzaakelijk zal worden geoordeeld. „ Lastende en beveelen wij wel uitdrukke„ lijk, dat een iegelijk zich hier haar, op pce„ ne van de daar bij gefielde ftraffen, ftipte„ lijk zal hebben te reguleeren. „ Gedaan in den Hage enz." Door deze publicatie werden alle de nadee. AuwnerWi*. len geweerd, welke de omloop der asiignaateu nood-  $4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. noodwendig moest te weeg brengen; maar veele hebben hier geene geringe voordeden van getrokken; want, offchoon de asfignaaten tegen negen ftuivers de livre ontvangen moesten worden , wist ieder zijne koopwaaren zo veel in prijs te verhoogen, dat zulks geene geringen winst aanbragt, doch 's lands kas was in deze alleen de lijdende partij, en Verloor daar oenige millioenen mede. Aanmerking. Hoe voorzichtig het ook ware, den uitvoer van geld, Handpenningen, goud en zilver in baren of eenige andere maniere te verbieden, om het emigreeren of heimelijk over maaken van gelden aan de vijanden des lands voortekomen, zo moest dit verbod nogthans eene groote ftremming in den koophandel geven, dewijl, dooiden na de omwenteling voorgevallen oorlog met Engeland, genoegzaam alle buitenlandfche koophandel ftilftond; ons land van onze colonien geene producten uit de Oost- en West-Indien ontvangende, was onze koophandel met meest alle natiën pasfief; om die reden moesten de kooplieden meer betaalen aan vreemde volken, dan zij van dezelven intevorderen hadden; — dit waarheid zijnde, op wat wijze kon dan het nadeelig ilot van rekening betaald worden, indien men geen geld of goud en zilver in baren vermogt uittevoeren? alle landen, welke een pasfiven handel voeren, kunnen den uitvoer van geld niet ombeeren, als verpligt zijnde, dat gce-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDER 9?1 geene, voor 't welk zij buiten ftaat zijn, wisfels of koopwaarcn in betaaling te geven, te voldoen, in fpecien of baren van goud of zilver; maar dien uitvoer verbiedende, dan kunnen de fchulden niet vereffend worden, en men fnijdt tellens allen handel met vreemdelingen af. Eene goede ftaatkunde vordert derhalven, dat men de grootfte omzichtigheid gebruike, vooral in een land, welks voornaamfte beftaan de koophandel is, en daarom was men ook wel verpligt den uitvoer van geld toeteftaan aan de koopliedent op de Oostzee, en zulke landen daar de handel meestal met contant geld gedreven wordt. Dit bevestigt mijn gezegde, dat de pasfive handel niet zonder uitvoer van geld kan gefchieden, wijl de wisfel altoos ten voordeele van den activen, — en ten nadeele van den pasfiven handel is. Neen! de kooplieden verftaan hun rekening te wel, en zenden nooit geld naar buiten, indien zij met wisfels betaalen kunnen. Te nadeelige wisfelcours is de eenige reden waarom zij in geld of metaalen voldoen, 't Was derhalven eene ongehoorde hardigheid, vreemdelingen, die met hunne goederen hier in 't land kwamen, en die dezelven tot geld maakten, aan die pcenaliteit te verbinden, en te beletten dat geld uittevoeren, naardien zij nooit dan bij gebrek aan wisfels zich bedienen van onze klinkende munt. De volken neemen over en weder elkanders munten niet, om dat dezelve bij  2f9 GESCHIEDENIS dsr. NEDERLANDEN. OmwcntC' ling in dei: Ha»s.él » 3 i 1 I c 1 i ï bij hun alleen maar gangbaar zijn, naar de waarde van 't métaal, en de kooplieden berekenen de geringfte kleinigheid daarvan. "rTn wat belangt den uitvoer van goud en zilver, als metaal befchouwd, — dit is eene onbewerkte koopwaar, welke in prijs rijst of daalt naar den meer of minderen overvloed, en vertier van dezelve. Daar ik mij ook zo veel mogelijk aan de orde des tijds moet verbinden, dien ik mede melding te maaken, dat de regeerings-verandering van den Haag eerst haar beflag kreeg na de vestiging der nieuwe Staats • coliegien, en den intogt der Franfchen; want deze hofplaats had eene welgewapende oranjegezinde burgerij, het belang der meeste burgeren maakte hun tot aanhangers van die partij. Wilde men derhalven onaangenaamheden voorkomen, en zich niet gelijk 'lellen aan de omwenteling van 1737, was het aest, de ontwapening dezer burgerij, en de /erandering der Regeering daar te Hellen, toen le omwenteling des noods bij tegenftand onderleuning te verwagten had. De ontwapening der raorige burgerij en verandering van Regeering, ;efchiedde in deze hofplaats daarom zo geregeld ls in de andere fteden, en het ftrekt groeteijks tot eer der hoofden van het patriottismus, :at zij met behulp en gehoorgeving aan den aad der Franfchen de algemeene omwenteling, n alle fteden en plaatfen zo ordenlijk beftuurden. De oude Magiftraat van zijne posten ontzet zijn-  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. zijnde , werd het beftuur van de een en twintig verkoören Raaden en Secretarisfen, in zes vak-« ken verdeeld, een van veiligheid en Politie — een van finant'm — een van inkwartiering en verzorging van levensmiddelen, — een van opzigt over de behoeftigen, een van het openbaar onderwijs, — en een over de Jlads werken en wat daar toe behoort. Zeer luisterijk werd de vrijheidsboom op den 6 Februari] geplant op 't buitenhof, in tegenivoordigheid eener eommisfie van twaalf perfoonen uit de vergadering van Holland, en van de Reprefentanten der Franfche Republiek. Muzikanten, Zangers, en deputatien uit de Reprefentanten des Volks en Municipaliteit, Burgers, en leden der Sociëteit gingen alle in ftatie van het Tournooijveld, en door verfcheide wegen van den Haag in een ftaatigen crein tot de plaats van de planting des booms, alwaar de Reprefentant Halm eene plegtigc aanfpraak deed, ter aanfpooring van dankbaarheid aan het Op, ervveezen, verbroedering met onze verlosfers, en zweering van trouw aan Gelijkheid en Vrijheid. Hierop zeide het volk: ik zweere het. Daar na wendde zich de fpreeker tot de Franfche Volksreprefent anten, zeggende: ,, en ,, gij waardige Vertegenwoordigers van den eer,, ften fouverain der waereld , het Franfche „ volk! ziet en deelt in deze onze vreugde, ,7 zegt aan het Franfche volk, dat het niet te III. DEEL. S „ ver¬ planting van den vrijheidsboom.  374 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ vergeefsch zal zijn, dat hetzelve zijn bloed „ en zijne fchatten zal opgeofferd hebben, om ,, onze ketenen te verbrijzelen, en het Bataaf„ fche volk te winnen, niet voor de flavernij „ en onderwerping, maar voor de onafhanglijk„ beid en vrijheid. „ Het is op het plegtige oogenblik onzer „ openbare hulde aan die vrijheid, het is aan „ den voet van derzelver geliefden boom, dat „ het vrije volk van Holland, met verrukking „ aanneemt, de verklaaring zijner onafhanglijk„ heid , welke uw jongfle manifest inhoudt, „ welke edelmoedige gedragingen dagelijks be„ vestigen, en welke ongetwijfeld de zekerfte „ weg is om te komen tot de ftraf onzer tij„ rannen, om onze gemeene vijanden met „ fchaamte te overlaaden, en om uw en ons „ geluk op te bouwen; 6! dat de gedenkboe„ ken der vrijheid dezen heerlijken dag eeuwig „ mogten roemen; ö! dat het volk van Holland „ aan zijne eeuwige rechten, door de Franfchen „ terug gegeven, dezelve eeuw in eeuw uit „ mogt behouden; en door een vast verbond „ met hun, fteunende op de eeuwige gerech„ tigheid en waare broederfchap, uwe weldaa„ den krachtdadig mogt erkennen, en ter be„ vestiging uwer roemrijke revolutie op de ze„ kerfte wijze medewerken !" Het welk door de Franfche Volksreprefentanten in dezer voegen werd beantwoord: — „ Wat  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 475 „ Wat fchoonc dag is die van heden, welk het ontzettend fchouwfpel oplevert van een „ volk, dat, na eene flavernij van zo veele „ jaaren, het zinnebeeld der vrijheid opricht. „ Bataaffche Burgers! niet zelden hebt gij „ getragt het juk van despotismus aftefchudden, „ maar uwe poogingen zijn fteeds veriedeld, en „ hebben uwe onafhanglijkheid nimmer op eenen „ zekeren grondflag gevestigd. „ Thans fterker van eene eigen kracht en eene „ langer ondervinding, wagt u het genot eener „ vrijheid, welke fteunt op onwrikbaare gronden. „ Gij hebt het woestfte der elementen weeten „ te bedwingen, en beheerscht de zee. Der„ zei ver grondgebied hebt gij beperkt, en haa,, re grenzen als meesters bepaald, maar thans ,, doet gij noch meer, gij verklaart vrij te wil„ len zijn, — wel nu, gij zult vrij „ zijn. „ ö! dat dees dag van vreugde dienen mo„ ge, om het vuur der vrijheid in uwe harten „ te onderhouden. „ Aanfchouwt dikwerf het zinnebeeld uwer „ vrijheid, dat hetzelve u uwe waarde te bin,, nen brenge, en in u het woedenfte afgrij„ zen onttleke tegen de tijrannij. „ Welk eene zoete belooning voor de Ver„ tegenwoordigers des Franfchen volks, dat het „ hun gebeuren moge, getuigen te zijn der pa,» niottifche gevoelens, die u bezielen.' Sa „61  s;6 Iiei getii «'er Siaat.sle i(e" van tjo! land iiceui Verande- i ! bij Hoi i- :.' Mor, i 1 ICaad van GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ ö! Dat dc beide volken, eeuwige bondge- nooten en vrienden worden en blijven! „\Der tijrannijhaat,en den vrije volken zegen !" Na welke plegtigheid 'er foupé en bal was tot laat in den nacht. Ten dezen tijde verbood de Generaal Pichegru, bij eene fterkere publicatie, om de HoHandfche troepen die ontwapend waren, of bij capitulatie zich overgegeven hadden, geene de minde verwijtingen 'of onaangenaamheden toete brengen. Doch hoe zacht de onderliggende partij ook behandeld werd, zullen wij eclrer in het vervolg zien, dat zij bij de minde fchemerende hoop, altoos, verre van zich te willen vereenigen, door fpreekende daaden betoonde zich te verheugen in de minfte zegepraal der dwingelanden, op hoop van hunnen geliefden oranjen afgod weder als vooren te kunnen aanbidden. 1 Van tijd tot tijd vermeerderde het getal deigedeputeerde leden, zo uit de fteden als van het platte land ter Staatsvergadering van Holland. Na dat het gewestelijk beftuur van Holland, door nieuwe ftaatsleden vervangen was, verkreeg ook het collegie van Hun Hoog Mogende, gelijk ook den Raad van Staaten andere gedeputeerden, waarvan bij de omwenteling der provinciën de voorige gedeputeerden terug geroepen, en anderen in derzelver plaatzen gezonden werden. De  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. De naam van Hoog Mogende Heeren bleeJ zelfs in weezen, en de nieuwe gedeputeerden betoonden zich zo min vijanden van dien eertijtel, als de leden van het voorige beftuur, alfchoon de tijtel van Hoog Mog. Heeren, niet wel ftrookte aan het hoofd der publicatien met de geplaatfte uitdrukking van: vrijheid, gelijkheid en broederschap, —• want gelijkheid duldt geene eertijtels van bijzondere ftanden, en was de adelftand wel en te recht hierom vernietigd, zo. zou het wel gevoegd hebben om den tijtel van Hoog Mog Heeren, met dien van Ridderfchap in 't zelfde graf der vergetenheid bij te zetten, wijl de ondervinding heeft doen zien, dat veele patriottij fche Hoog Mog. Heeren, reeds zo vast on hunne kusfens zaten, dat zij niet zonder groote moeite, dezelve in laatere tijden hebben kunnen verlaaten. De mensch betoont bij alle omwentelingen mensch te blijven, om dat zijn hoofdkwaal heerschzucht is! Bij decreet van 27 Januarij trokken - Hun Hoog Mog- hun genomen placaaten van 1 Novb. en 16 December 1794, omtrent de paipoorten. in, en den dag daar na werden de gedepte teerden van Holland gequalificeerd om bij. meerderheid van prefente leden in presfante voorkomende zaaken te ftemmen. Voorheen had iedere provintie maar eene ftenj, en 'er waren pometen waartoe ééne algemeene S 3, toe- 277 Axnmerkirg. Decreten.  078 Propofme \tuJJtiiaitd, \ Refolutie om lem zieMaken. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. toeftemraing nodig was, gelijk nieuwe belastingen, voeren van oorlog en maaken van ofen defenfive alliantien (zie art. 5, 6, 9, 10, 11 en au der Unie van Utrecht) en ook zaaken daar eene meerderheid van ftemmen plaats had, zaaken die als gevolgen uit het 9 art. der Unie van Utrecht voortvloeiden, gelijk als de Oppermagt over de admiraliteits coliegien en de landmagt, maar niet derzelver vermeerdering of vermindering. Op de propofitie van die van Holland, werd bij Hun Hoog Mog. beflooten alle Commandanten van fchepen te verbieden, eenige orders van den Admiraal Generaal, of die uit last van hem mogten voortkomen, te refpecteeren. Bij een ander decreet werd den uitvoer van levensmiddelen, en andere noodwendigheden naar den vijand, verboden. Ook werd dien dag de volgende belangrijke refolutie genomen. Extract uit het register der refolw tien van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden den 30 Januarij 1795. „ De Heeren J. N. E. van Lynden, en „ en andere H. Hoog Mog. gedeputeerden tot ,, de zaaken van de zee, hebbende, ingevolge „ en ter voldoening van derzelver refolutie van den 21 dezer maand, geëxamineerd het ten „ zei ven dage geproponeerde door de gecom„ mitteerden van Holland, ten einde naamelijk j, aan  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. *:9 ,, aan de colonien van de Oost- en Westin,, dien, als mede op de kust van Africa, zonder eenig uitftel en zo veel mogelijk te lan„ de, van den tegenwoordigen ftaat van zaaken „ alhier kennis mogt worden gegeven; en ten ,, einde den Commandanten, zo van 's lands- als „ compagnies fchepen, welke zich in de na,, bijheid mogten bevinden, last mogen gezon„ den worden, omme aldaar ter befcherming ,, en beveiliging der colonien van het vader„ land, tot nadere order te blijven liggen, of ,, zich onverwijld derwaards te vervoegen; en „ daarop ingenomen hebbende, de confideratien „ en het advis van de aanwezende gecommitteerden uit de refpective coliegien ter admi,, raliteit dezer landen, hebben ter vergadering ,, gerapporteerd: ,, Dat zij Heeren gedeputeerden van advife zouden wezen, dat het buiten allen twijfel ,, is, dat niet te fpoedig in de colonien van ,, de Oost en Westindien, en de etablisfementen van den ftaat op de kust van Africa, van den tegenwoordigen ftaat van zaaken hier te lande, kan worden kennis gegeven: ten einde men aldaar niet worde gefurpreneerd, dat daaromtrent reeds gedeeltelijk voorzien „ zijnde, door de orders aan den Raad der „ colonien van den ftaat in ' de Westindien ge„ geven, en mede, volgens informatie, van „ wegens het Gouvernement der Franfche naS 4 „ tie  stfo GESCHIEDENIS dik NEDERLANDEN. tie mefures genomen zijnde, des niettegenftaande Bewindhebberen van de Gostindifche compagnie zouden kunnen worden gekst, ten fpoedigfte alle middelen te beramen, om, „ naar het voorbeeld van den jaare 1781, ook ,, door het afzenden van eene expresfe over land, de tijding daarvan in de etablisfementen van de Oostindifche compagnie, aan de „ kaap de Goede Hoop en in de Gostindien te „ doen geworden, en alle de fchepen, zo van „ de compagnie zelve als van particulieren te „ doen waarfchouwen, om, zo verre dezelve ,, tot defenfie der etablisfementen kunnen ftrek,, ken, tot nadere order te blijven liggen, of 5, zich onverwijld derwaards te vervoegen, en, in alle gevallen, niet dan onder een toereikend convooi, hetzij van 's lands fchepen, of van „ Franfche oorlogfchepen, de reize naar Eu* „ ropa aanteneemen; dat al verder aan den „ Kapitein Weerds, 's lands fchepen in de „ JVestindien coramandeerende en te Luracao „ liggende, mitsgaders aan de Commandanten „ van 's lands fchepen en vaartuigen, in Suri„ namen, Demerary en de Berbiccs, zouden „ kunnen worden gelast op hunne hoede te „ zijn, om door de Engelfchen niet te worden „ verrast, mitsgaders om, zo verre hun ver,, blijf in de colonie tot beveiliging derzelve „ eenigzins noodig zoude mogen zijn, tot naderc order aldaar te blijven liggen, en niet 55 re  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. *.8t „ tc permitteeren, dat eenige Hollandfche fche„ pen de reize naar het vaderland aanneemen dan onder een behoorlijk convoi, het zij van „ Hollandfche, het zij Franfche nationaale oor,, logfchepen, en alle Engelfche havenen zorgvuldig te vermijden; de kapitein de Jong» „ en de kapitein luitenant Claris in het voor„ jaar, van de kaap de Goede hoop, benoorde Engeland om, thuis verwagt wordende, het zij met of zonder convoi, de hier zijnde Re» ,, prefentanten van de Franfche natie zouden ,, kunnen worden verzogt te willen effectuee„ ren, dat aan alle de Franfche kruisfers order worde gegeven, om dezelve te waar,, fchuwen, hunne reize niet te vervorderen, ,, maar ten fpoedigften eene Franfche haven ,, op te zoeken, en aldaar nadere order af te wagten , en dat extract der refolutie , hier op te neemen, zoude kunnen worden ter hand gefteld aan voornoemde Reprefentanten met „ verzoek, hunne goede officien daar toe te wil,, len aanwenden. ,, En wijders , gelijk _ extract derzelve gezon„ den aan bewindhebberen van de Oostindi„ difche compagnie, ter prefidiaale kamer van „ Amflerdam, tot narigt, als mede aan den ,, Raad der colonien, directeuren van de colo„ nien de Berblces en Surinamen tot informatie, „ mitsgaders met de aftezenden expresfe aan „ den kapitein Weerds te Curacao en verS 5 „ de-  aSï GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ dere commandeerende officieren van 's lands „ fchepen in Suriname», Demeiary en de Ber„ bices, om zich daar naar te reguleeren. „ Waarop gedelibereerd zijnde, hebben ge„ committeerden van Holland het voorfchreven „ gerapporteerde copieiijk overgenomen, om in „ den hunnen breeder gecommuniceerd te wor„ den. „ Waarop gedelibereerd zijnde, is goedge„ vonden, de gedeputeerden ter generaliteit te „ gelasten, zich met het voorfchreven rapport te „ conformeeren (*). ^Nadere de- Tcn zdfde dage namen Hun j-j0Og Mog> nog eene refolutie , waarbij aan alle commandanten van 's lands oorlogfchepen kennis van het gebeurde werd gegeven, met last, om geene de minfte vijandlijkheden tegen de Franfchen te plegen, en zo zij niet veilig in de Republiek konden komen, dan zich naar eene Franfche of andere neutraale haven te begeven. Van gelijke werd op denzelfden dag aan alle confuls , agenten en commisfarisfen van Hun Hoog Mogenden aangefchreven, het gebeurde in de Republiek, en dat zij daar van kennis moesten geven aan alle koopvaardij - fcbippers, met verbod aan dezelven, van met hunne fchepen in eenige Engelfche havens in te loopen, op poene van refponfabel en aanfprakelijk te zijn voor de fcha- O Supplüneni.veraifnsling der jeneraliteics publicatie bladz. 48.  GESCHIEDENIS drr. NEDERLANDEN. *8j fchade van de laadingen; refolutien welke alle op voordragt van die van Holland genomen werden, en den grootften roem van werkzaamheid verdienen ; — van welke natuur ook is de refolutie op dien zelfden dag genomen: Extract uit het register der refolutien van de Hoog Mog Heeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden den 30 Januarij 1795. ,, De Heere J. N. E. van Lynden en an„ dere Hun Hoog Mog. gedeputeerden tot de ,, zaaken van de zee, hebbende, ingevolge en ,, tot voldoeninge van derzelver refolutie, com« misforiaal van den 28 der maand, geëxami,, neerd het ten zelfden dage geproponeerde dooi „ de gecommitteerden van Holland, ten einde na- melijk, uit hoofde der thans in Engeland lig- gende zes Oost- Indiesch-vaarders en andere ,, rijk belaadene vaartuigen, hoe eerder zo be„ ter, een cartelfchip naar Engeland moge wor- den geëxpédieerd, met last aan den geenen, welke daar mede zoude overgebragt wor„ den, ten einde gemelde fchepen zo fpoedig ,, mogelijk, en onverhinderd naar deze Landen „ kunnen keeren, en ten einde tevens aan zo,, danig iemand in mandatis moge gegeven „ worden, om ca/u quo de nodige fchikkingen „ te beraamen, omtrent het veilig over en we- der overvaaren der pacquetbooten. 9} En nog geëxamineerd hebbende eene mis- „ fivc Decreet omtrent zeezaken.  254 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ five van den lieutenant admiraal van Kins„ bergen, gearriveerd alhier in V Hage, al „ mede ten zelfden dage; daarbij, in confideraj, tie der omftandigheden, en om redenen daarbij „ geallegeerd aan Hun Hoog Mog. proponee- rende, ten einde hoogstdezelven, door derzel- ver minister in Engeland, de nodige orders „ zouden gelieven te doen geven aan den kapi„ tein ter zee, D. A. Haringman, comman„ deerende 's lands fchip van oorlog Zeeland, „ dewelke met het zelve, benevens de barquen de Pijl en de Meermin , ingevolge eene order, „ welke hij luitenant admiraal op last van zij,, ne Hoogheid, als Admiraal Generaal, op den ,, 37 October, door den kapitein ter zee, en tt commandant in Texel aan hem kapitein II a- ringman doen geven, ter afhaaling van zes „ Oostitfdifche compagnie - fchepen naar Ply- tnouth was gezeild, en aldaar yerfterkt was geworden door 'slands fchip Tholen; en wij„ ders daar bij aan Hun Hoog Mog. kennis ge- vende, dat de fchepen, zo in Helvoet en „ Texel, zich, ingevolge hoogstderzelver orders, bij capitulatie aan de Franfche Republiek on„ derworpen hadden; als mede, dat hij luite„ nant admiraal van de divifie in Zeeland, ze„ dert 4 Januarij laatstleden, door het ijs geene „ narigten bekomen, en Hun Hoog Mog. or„ ders aan dezelven, door eenen bode verzonden „ hadden. „ En  GESCHIEDENIS dsr NEDERLANDEN. ' a8$ En eindelijk nog, ingevolge en tot vol, doening van Hun Hoog Mog. refolutie van , heden, geëxamineerd hebbende eene misfive , van de bewindhebberen van de Ooslindifche , compagnie, ter prefidiaale kamer Amflerdam, , gefchreven te Amflerdam, op gisteren, hou, dende, dat zij, ter voldoening van Hun Hoog , Mog. refolutie van den 20 en 23 dezer, , zich reeds geïnformeerd hadden naar den tijd , waar op het fregat of vaartuig, het welk, in, gevolge Hun Hoog Mog. refolutie naar de Oost, en JVestindien, met depêches zoude worden , afgezonden, de reize kunnen aanneemen, ten , einde de gelegenheid waar te neemen, om, , onverminderd andere fpoediger wegen, welke , hun intusfehen mogten voorkomen, de Oost, indifche colonien, mitsgaders de kaap de Goe, de hoop, van den tegenwoordigen ftaat van , zaake hier te lande, te inftrueeren. ,, Dat zij bewindhebberen al mede, ten ein, de de Oostindifche fchepen, welke ih de En1 geUcne havens liggen, zich herwaards mogten , begeven, reeds een expres vaartuig bekomen , hadden, dan, dat zij tevens begrepen heb, bende, zo voor dat vaartuig, als voor de , Oostindien fchepen zelve een paspoort van , de hier te lande zijnde Reprefentanten van , de Franfche natie nodig te zijn, aan eenen , van dezelven te Amflerdam zich bevindende , met naarae Portier de 1'Oife ten die» „ einde  »8< GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. einde geaddresfeerd hadden; dan welke hun „ aan deszelfs amptgenooten alhier in 'sHage prefent zijnde, had gerenvoijeerd; verzoeken,, de gemelde bewindhebberen derhalven, dat ,, Hun Hoog Mog. hier in de nodige fchikkin- gen zouden gelieven te maaken, en hen daar „ van, zo fpoedig mogelijk het effect doen „ ondervinden, ten einde de meergemelde Oost„ indifche fchepen, hoe eerder, hoe liever, „ binnen de havenen dezer landen mogen arri„ veeren. „ En daar op ingenomen hebbende de confi,, deratien en het advis van de aanwezende ge„ committeerden uit de refpective coliegien ter admiraliteit dezer landen, hebben ter verga- dering gerapporteerd: ,, Dat zij Heeren gecommitteerden van advis „ zouden wezen, dat, aangezien de tegenwoordi„ ge omftandigheden, niet te fpoedig order kan „ worden gefteld op het retoer van 's lands en compagnies - fchepen uit de havenen van het „ rijk van Groot-Brittannien ; dan, daar het ijs op dit tijdftip het uitloopen, zo wel als ,, het binnenkomen uit en in de havenen dezer „ landen, zo al niet geheel ondoenlijk, ten ,, minften ten hoogften difïïciel maakt, conform ,, de voordragt door de gecommitteerden van Holland gedaan, hoe eerder zo beter een „ vertrouwd, en daar toe gefchikt perfoon „ zoude behooren te worden benoemt en ge-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 387 ,, hst, zich met allen mogelijken fpoed, het zij met een pinkje van de zeekust, of zo als ,, best zal kunnen gefchieden, naar Engeland. te begeven, en alles aan te wenden, ten ein,, de zo wel 'slands fchepen, als die van de Oost'mdijchc compagnie, mitsgaders de parti„ culiere koopvaardij - fchepen zo fpoedig moge,, lijk en onverhinderd naar deze landen kunnen keeren, en tevens de nodige fchikkingen ,, te beraamen, omtrent het cafu quo veilig over „ en weder overvoeren der pacquetbooten; met ,, last aan denzelven, om zich wegens het een en ander, met Hun Hoog Mog. extraordinai,, re Envoijé en Minister Plenipotentiaris aan ,, het hof van Londen , den Heer van Na ge 11 ,, mitsgaders den Heer Fagel Hun Mog. Griffier, zo dezelve zich nog te Londen bevind, te conferteeren, en inmiddels niets te verzui,, men, om alle commandanten en bevelhebbers. ,, van Nederlandfche fchepen te informeeren ,, van den toeftand der zaaken binnen deze Republiek, en dezelve uit naam van Hun Hoog ,, Mog. te gelasten, ten fpoedigften de havenen „ van het rijk van Groot - Brittannien te verlaaten, en daar de havenen de Republiek met ijs bezet zijn, en de eerfte haven de besten, welke zij kunnen bereiken, al was „ het zelfs een der Franfche havenen, zo veel „ mogelijk gecombineerd met den anderen inteloopen. „ Dat  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ Dat al verder, daar 'er ten hoogden aan '■>-> gelegen legt, om eenig narigt te bekomen „van 's lands fchepen in Zeeland liggende, „ ten fpoedigften, al was het over zee, een bode derwaards zoude behoren te worden ge„ zonden aan den Schout bij nagt Haringman, „ dezelve commandeerende, aan wien reeds ken„ nis is gegeven van het cesfeeren van alle „ hostiliteiten tegen de Franfchen, gelast, bij,, zonder werkzaam te zijn tegen alle furprife, „ welke van de zijde der Engelfchen zouden „ kunnen worden getendeerd. „ En dat extract der refolutie hier op te „ neemen, zoude behooren te worden ter hand „ gefield aan de Reprefentanten van de Fran„ fche natie, zich alhier bevindende, met ver„ zoek, om te willen effectuceren, dat alle fche„ pen, welke, ingevolge deze order zouden „ mogen in eene der Franfche havenen inloo„ pen, aldaar alle veiligheid en befcherming mogen genieten; en om tevens aan dezelven „ te verzoeken, een aantal van brieven van vrij „ geleide, ten einde de compagnies-fchepen en „ die van commercie, tegen Franfche fchepen of kapers te beveiligen. Dat mede extract dezer refolutie zoude „ kunnen worden gezonden aan Hun Hoog Mo„ genden extraordinaire Envoijé aan het hof van „ Londen; den Schout bij nagt Haringman, as en bewindhebberen van de Oostindifche com-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. aga „ pagnie ter prefidiaale kamer Amflerdam , tot „ Jnfornutie en. narigtinge; en een gelijk extract ,, derzei ven, benevens de geobtineerde brieven „ van vrij geleide, ter hand gefteld aan den ,, perfoon, van bier naar Engeland te depe„ cbeeren, om zich daar naar te reguleereiiWaarop gedelibereerd zijnde, hebben de gecommitteerden van Holland, het voornoem„ de gerapporteerde copielijk overgenomen , om in den baaren breeder gecommuniceerd te ,, worden enz. (*) „ Waarop gedelibereerd zijnde bij die van Holland, is goedgevonden zich hier mede te conformeeren." Ongelukkig voor ons vaderland, dat alle deze genomen refolutien vrugteloos waren, want op den 21 januarij 1795 was 'er in het hof van £t. James het volgende befluit genomen: „ Nademaal het zijne Majefteit, bij deszelfs Mu!t van „ order in den Raad, in dato den 16 dezer, £s^w' „ behaagt heeft te bepaalen, dat alle goederen, „ waaren, koopmanfchappen en effecten hoege„ naamd, komende directelijk uit eenige van de „ havens der vereenigde provintien naar eenige „ der havens van zijn koningrijk, in vaartui„ gen van eenige plaatzen en op eenigerlei wij„ ze bevaaren wordende, zullen aanlanden tot „ nadere order en bewaard blijven in bewaar- ,, plaat- C*) Bijvöegzel tot de verzameling der gener. decreeten bladz. III. DEEL. T  soo . GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. » plaatzen, onder opzigt beide van zijne Maje. „ fteit en van de eigenaaren, voor rekening en „ rifico van gemelde eigenaaren, om aldaar „ veilig bewaard te blijven, ten behoeve van „ de eigenaaren derzelven, ter tijd toe , dat be„ hoorlijke en rechterlijke fchikkingen zullen „ zijn gemaakt, om zulke eigenaaren tot het „ weder uitvoeren in ftaat te ftellen , of dat op „ eenige andere wijze daaromtrent zal zijn ge. „ disponeerd ; en dewijl het nodig geoordeeld is, het beneficie van gemelde order verder „ uit te ftrekken; heeft het zijne Majefteit daar„ omtrent behaagt, volgends het advis van des„ zelfs bij zonderen Raad, te ordonneeren, zoals „ daar bij geordonneerd Wordt, dat alle goede„ ren, waaren, koopmanfchappen, of effecten, hoegenaamd, behoorende aan eenige onderdaa„ nen of ingezetenen der vereenigde provintien, „ of behoorende tot eenige der onderdaanen van zijne Majefteit, of aan onderdaanen van eeni„ ge- plaatzen in vriendfchap met zijne Maje„ fteit zijnde, komende uit eenig gedeelte van „ Europa, Afia, Africa of America in vriend„ fchap met zijne Majefteit, in vaartuigen, be„ hooiende aan eenig onderdaan van zijne Ma„ jefteit, of van eenige plaats in vriendfchap „ met gemelde zijne Majefteit, en vaarende op eenige haven van de vereenigde provintien, zullen tot nadere order gepermitteerd worden „ aan te landen in eenige haven van zijne Maje-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN agi „ jefteit en opgelegd worden in bewaarplaatzen „ ten behoeve der eigenaaren derzelven, op dezelfde wijze als bepaald is in de bovengemelde order van zijne Majefteit en den Raad, in ,, dato ió januarij dezes jaars. En waar in Hee„ ren Commisfarisfen van zijne Majefteits The„ faurie de nodige directie zullen houden. (Was getce!-end) C\,V QT~ P /y. d1 awicencr. Dus moesten -dan Neêrlands burgers, van hun- Aanmerking, nen voorigen bondgenoot niet alleen verlaaten, maar ook vervolgens op eene onrechtvaardige manier van hunne fchepen • en daar in gelaadene goederen beroofd worden, door een allerlistigt raadsbelluit , dat zelfs het voorkomen had, van voor de eigendommen van zijnen bondgenoot te willen zorgen. Daar, volgens tractaaten, wanneer 'er een oorlog ontftond , op alle diftantien de tijd tot het beginnen des oorlogs bepaald was, fchond onzen bondgenoot het heilig recht, en handelde als de fnoodfle zeerover. Neêrlands gemeenebest had immers, gelijk meer andere volken, voor de overwinnende wapenen der Franfchen moeten bukken; doch die overwinning gaf Engeland daarom geen recht, om de fchepen en goederen zijnes bondgenoots in beflag te neemen. Ja, om het fchreeuwende onrechtvaardige dezer daad, zo ftrijdig tegen het recht des oorlogs te vernisfen, loet gemelde Hof die aanhouding voorkomen, Ta, als  cya GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. als of liet Hechts zogt de eigendommen zijns bondgenoots te befcliermen tot den tijd, dat 'er fchikkingen zullen zijn gemaakt', om zulke eigenaaren tot het weder uitvoeren in ftaat te /lellen. Uit de refolutie van Hun Hoog Mog. van go januarij, hier boven opgegeven, bleek het immers , dat Hun Hoog Mog order gaven tot het doen t'huis komen der fchepen, Schepen en góederen, welke, hoe zeer ons land door de Franfchen overwonnen, of bij capitulatie overgegaan was, nogthans het eigendom bleven der Republiek en van derzelver ingezetenen; te meer daar de Franfthen geen oorlog gevoerd hadden tegen de Republiek, maar wel tegen den Stad- - houder, en 'er op dat tijdftip geene blijken gegeven waren, om met de Franfchen deel in den f oorlog tegen Engeland te neemen. Dus', op dat oogenblik kon of mogt 'er geen heimelijk beflag op onze fchepen gelegd worden; eene daad zo trouwloos, dat'er geen voorbeeld van in de gefcbiedenisfen der waereld te vinden is. Eene daad , te trouwlcozer, als gepleegd aan een bondgenoot , wien men op eene indirecte wijze had doen deel neemen in de coalitie tegen Frankrijk, en welke na goed en bloed daar voor opgeofferd, en 's lands fchatkisten uitgeput te hebben, ten Hotte, na overwonnen te zijn van zijn vijand, ook het ongelukkig flagtoffer der roofzucht van vriend en bondgenoot werd. Ou-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 293 Onnoemelijke fchatten vielen hier door weder in Engelfche handen, te ongelukkiger voor de Republiek, die hier door, en door het geene vervolgens haare 1 gekogte vrijheid gekost heeft, zodanig is verarmt, dat 'slands finantien tot den bodem uitgeput, alle takken van voorige welvaard vervallen zijn, het geld uit den omloop geraakt is, en meer en meer vermogende burgers zodanig uitteeren, dat, zedert twintig jaaren, Neêrlands rijkdommen thans wel ruim de helft minder in waarde mogen gereekend worden. Een toeftand zo rampzalig, dat alle deskundigen met innig medelijden de rampen hunnes vaderlands betreuren. Rampen van kommerlijke uitzichten, en die niet herfteld zullen kunnen worden, dan door eene dubbele werkzaamheid, vooral in een tijd, waarin het zwaard des oorlogs nog woedt, onze buitenlandfche bezittingen voor het grootfte gedeelte in 's vijands handen zijn 5 en alle eertijds voordeel gevende buitenlandfche koophandel geheel ftil ftaat.. Een tijd, waarin de noodwendigheden des levens dagelijks duurder ,, de winden minder, en het getal der arme en noodlijdende zodanig toeneemt, dat even na de omwenteling in alle fteden van ons land openbaare collectens moesten gefchieden, ter ouderfteuninge van armen en nooddruftigen. Nooit is 'er een volk op den aardbodem geweest, dat na het tijdvak onzer vrijverklaaring voor eene Republiek, zoo veele verliezen bij T 3 de  S94 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Refolutie omrent di Engelfeben de oorlogen geleeden heeft als ons gemeenebest. En daar het de belangen van een handeldrijvend gemeenebest vorderen, vrede en vriendfchap met alle volken te onderhouden, werden wij altoos in de familie - belangen van onze Stadhouders en de daar uit voortgekomen of en defenfive alliantien met de oorlogzuchtigfte Hoven, in alle oorlogen betrokken, om een groot gedeelte der kosten daar van te betaalen. Omtrent de Engelfchen werd mede, fep den 30 Januarij, de volgende refolutie genomen : Extiact uit het register der refolutien van de Hoog Mog. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden. ( „ Is ter vergaderinge geleezen eene memorie „ van de aanwezende gecommitteerden, uit de „ coliegien ter admiraliteit dezer lande, daar bij „ op aanmaaning van de alhier zich bevindende „ Reprefentanten van het Franfche volk, Hun „ Hoog Mog. in bedenking gevende, het leg„ gen van embargo op alle Engelfche fchepen „ en goederen hier te lande; luidende als volgt: hoog mogende heeren! „ De ondergeteekende alhier aanwezende ge„ committeerden uit de refpective coliegien ter „ admiraliteit dezer lande, hebben de eer op „ aanmaaning van de alhier zich bevindende Re„ prcfentanten van de Franfche natie, U Hoog „ Mog.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. a% „ Mog. in bedenking te geven, of Hun Hoog „ Mog. niet zouden kunnen goedvinden, de colle„ gienter admiraliteit te gelasten, provifionecl een „ embargo op alle Engeljche fchepen en goede„ ren te leggen, tot dat men zal zijn gcïnfor„ meerd van het effect, het welk de verander„ de omflandigheden in deze Republiek in En„ geland zullen hebben uitgewerkt, met order, „ om alle de goederen aan Engelfchen toebe„ hoorende, waar, of bij wien die berusten, voor „ zo verre zulks niet bereids door de plaatzefij„ ké Regeeringen is gedaan, en mogelijk zal „ zijn, in beflag te neemen. „ Gedaan in den Hage enz." (Wss geteekend) y. ff IV. yan Wasfenaar Obdam, F. van Litdh de Jeude, P. van der Heem, W. G. F. Beniinck, IV. A. van Spaan, C. Bakker Cz., Jan Fan. „ Waar op gedelibereerd zijnde, hebben de „ gecommitteerden van Holland enz. de voor„ fchreven memorie copielijk overgenomen, om „ in den haaren breeder gecommuniceerd te ,, worden. „ En is hier op goedgevonden en verflaan, „ de gedeputeerden ter generaliteit te gelasten, „ om explicatie te vraagen omtrent de waare „ meening der woorden bij gemelde misfive „ voorkomende, tot dat men zal zijn geinfor„ meerd van het efect, het welk de veranderde „ omfandigheden in deze Republiek in EngeT 4 „ land l  GESCHIEDENIS der NEDERLANDFN „ land zulten hebben uitgewerkt; naardien het „ embargo wordt gevorderd, niet van wegen de„ ze Republiek, maar ter requifitie van de Re„ prefentanten des Franfchen volks." Aanmerking. Deze aanmerking was' nodig ; want offchoon Holland, bij de omwenteling, de voorige gedeputeerden terug geroepen, en anderen ter vergadering van Hun Hoog Mogenden gezonden had, zo bleven voor als nog de oude afgevaardigden der andere Gewesten zitting behouden, tot den tijd, dat ook aldaar de revolutie was tot ftand gebragt. Uit naam onzer Republiek het embargo op de Engeljche fchepen leggende, zou ook daadelijk zo veel zijn geweest als de vijandelijkheden tegen Engeland te beginnen, doch de Franfchen, die-met hun in oorlog waren, hadden als overwinnaars dezer Republiek daar volkomen recht toe. Zeer gewigtig was de volgende aanfpraak: Aanfpraak van de Gecommitteerden van Holland ter Generaliteit, voortellende, erkenning van de oppermagt des volks, — vemietisiinn van het Stadhouderfchap , en om daarvan aan de Franfche Vodisreprejem anten kennis te geven. hoog mogende HEEK£n! Aanfpraak ,, Zedert dat de vergadering van de Staaten van gecom „ , ° ° muteerden „ Generaal der Vereenigde Nederlanden, welke „ te  GESCHIEDENIS eer NEDERLANDEN. 49? te vooren flegts nu en dan, op geene bepaalde ,, plaats bijeen kwam, in den iaare 1593, ter beteugeling van de toen re.-ds ondragelijke 5, dwangzucht des Bri fchen Cabinets, zich in den Hage gevestigd heeft, en derzelver ge,, woone bijeenkomften nu onafgebrooken, en ruim twee honderd jaaren heeft gehouden; ze,, dert zijn 'er zekerlijk, en bij dezelve, en ,, bij de buitengewoone en zogenaamde groote ,, vergaderingen niet altijd beuzchicntige brom,, mende en niets beduidende voordellen gedaan, 5, of fchadelijke befluiten genormm : neen, maar die keten in eens overziende, en alle de tijd- vakken der gefchiedcnisfen van die twee „ eeuwen door elkander rekenende, zo wel ,, die, waarin haateiijke ariftocraaten, zonder ,, Oranje, hunnen ijzeren fcepcer zwaaiden, als die, waarin kleiner dwingelanden onder Oran„ je kroopen, en zichzelven van hunne flavernij ,, trachtten fchadeloos te ftellen, döor drukkende „ knevelarij van het voik, zo wel gedurende den „ ftaat van zaaken voor September 1787, ais na de „ voitooijing der euveldaaden van den vijfden, en nu gevluchten Willem, en van zijne „ medeplichtigen, alle deze tijdperken, zeggen wij, door elkander gereekend, zijn 'er onge„ twijfeld nu en dan gewigtige voordellen ter „ dezer vergadering gedaan, belangrijke delibe„ ratien aangelegd, en zodaanige refolutien ge„ vallen, welke, wel is waar, niet fteunden T 5 „ op  tyS. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, op de groote en onwrikbaare beginzelen van het maatfchappelijk beftaan en beftuur; maar welke niet te min de volken van Nederland „ van nut en voordeel zijn geweest. Wie zal ook, Hoog Mogende Heeren .'zulks „ ontkennen? Wie zal bewijzen dat de millioenen Ichats en ftroomen bloeds, waarop de in„ ftandhouding van het wandrochtelijke en Gotijche gebouw der zogenaamde oude Confti„ tutie, en dus ook de in ftandhouding van deze vergadering, den Nederlander komt te ftaan, door geen enkel voordeel in den lan„ gen tijd van twee geheele eeuwen, zoude kunnen opgewogen worden? en zou het niet ten uiterften vreemd zijn, wanneer 'er op den „ donkeren grond niet hier of daar eenige „ flipjes licht aangetroffen of gevonden werden! „ Ja! Hoog Mog. Heeren! wij erkennen het ,, gaarne, het heil des volks is ter dezer vcr„ gadering niet altijd verwaarloosd, en hier of „ daar leveren de omflagtige en kostbaare re3, gisters van Hun Hoog Mog. wel eens iets a, van waarde op, bijzonder ten aanzien van de bondgeuootfchappelijke, dat is, van die „ kracht, welke gelegen is in de buitenland„ fche betrekkingen en verbonden, en welke „ met en benevens het finantieel en militair ver„ mogen, de drie hoofdzenuwen van een Staats9, gebouw uitmaaken: 5, Niet zelden is 'er ten dien aanzien, iets „ van  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 399 ,, van bdang ter dezer vergadering voorgeval,, len, maar op heden Hoog Mog. Heeren! op ,, dezen blijden dag van waarheid en van vrij,, beid, zijn wij, door de provifioneele Repre,, fentanten des vrijen volks van Holland, met „ den roemrijken last voorzien o;n deze vergade,, ring terug te roepen tot zodaanige beginze„ len, om aan LJ Hoog Mog. zodaanige voor„ ftellen te doen, en tot het neemen van zo- daanige befluiten met geheel ons hart, en uit ,, al ons vermogen mede te werken, als, waar van de dagboeken dezer vergadering geen an- der voorbeeld opleveren, beginzelen, voorftel- len en befluiten, Hoog Mogende Heeren! voor welke die van het voorige bewind, als nood„ zaakelijk medebrengende de davering van hun- nen goddeloozen troon, beefden en zidderden, „ en dezelven daarom in hunne uitichrijvingen „ van Biddagen, petiuen van den Raad van „ Staaten, publicatien en diergelijke fchrilten van den dag, geftadig affchilderden als huifen„ fchimmig, als onbeftaanbaar, en als alleen voortfpruitende uit de verrukte verbeelding „ van dolle demagoogen; maar beginzelen en befluiten ondertusfehen , welke indedaad zo „ klaar, zo duidelijk, zo eenvoudig, zo verbin„ dende, en den mensch en volken gewis zo „ heilrijk zijn, als de eigen en eeuwigen wil der Almacht zelve, waarop zij onmiddelijk fteu- nen, moet zijn. „ Laa-  3©o' GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Laaten wij dan eenpaarig der waarheid hulde doen, niet alleen wij, wier bepaalde last „ van de vrije volken van Gelderland, Holland, Li Utrecht en Oyerijsfel daartoe ftrekt, maar ' „' ook gij, mijne Heeren! die van wegen Zee,, land, Friesland, en Stad en Lande, u hier nog opdoet als afgevaardigden van hun, die zich waanen de Souverainen te zijn, der ge,, noemde gewesten! ö van Citters, 6 beide „ de van Borfelens, en van Brakcl uit „ Zeeland; 6 Schuilenburgh, Aylva en Ringers uit Friesland; ö van Iddekinga uit Groningen! wischt op heden uwe voori5, ge fcbanden uit, verbrijzelt uwe ketenen, verheft u zei ven tot menfehen, en laat toch deze gelegenheid niet voorbij gaan om nog eeuwig te leven in het dankbaar hart der „ nakomelingfchap; ftemt geredelijk in de voorHellen, die wij gelast zijn u te doen, en welke hierin beftaan: i. „ Dat deze vergadering, als tot hiertoe, ,r voornamelijk ten aanzien der buitenlandfche betrekkingen, üitmaakende het reprefentatief „ van het geheele volk der zeven Vereenigde Nederlanden, en van het zogenaamde refort" van de Generaliteit, en wat verder tot deze „ Republiek eenigzints behoort, fpeciaal mede alle de colonien van dezen ftaat, voor dat geheele volk erkenne de oppermacht van hetzelfde volk van Nederland\ en aannceme de „ ver-  GESCHIEDENIS eer NEDERLANDEN. 3ot verklaaring van de rechten van den mensch ,, en burger, zo en in dier voege als in Gel' „ derland, Holland, Utrecht en Oyerijsfel reeds is gefchied, met vernietiging van het ampt van Stadhouder, Kapitein Generaal en Admiraal zo veel de Generaliteit betreft, en „ alle zijne' ondeiTcbeidene functien en hoe ., ook genaamde betrekkingen, en dat voorts „ Hun Hoog Mog., voor zo veel des noods, een „ ieder |ntflaan van den eed, die op de zo„ genaamde oude Cqnltitutie, of aan den Stadhouder, Kapitein en Admiraal Generaal, uit „ welken hoofden ook zou mogen wezen gedaan, ,, en dat van dit alles hoe eerder, zo beter eene „ plechtige afkondiging gefchiede. 2. ,, Dat Uw Hoog Mog. nog heden eene groote eommisfie gelieven te decerneeren, om-me daar van kennis te geven, en een fchrif- „ telijk declaratoir te overhandigen , aan de „ Reprefentanten des Franfchen volks, welke / zich in den Flage bevinden, dat U Hoog ,, Mog. daarvan ook fciiriftelijke communicatie „ naar iMjle gelieve te doen toekomen aan den „ Generaal en Chef Pichegru, en aan alle „ Ministers van vreemde Hoven hier refidee- rende. 3. „ Dat ook alle de Ministers van den „ Staat, bij welke vreemde Hoven zij mogen „ refideeren, deswegens hoe eerder zo beter „ be-  303 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, behoorlijke aanfchrijving worde gedaan, met last omme daarvan communicatie te geven, „ zo als dezelve van alle publieke evénemen,, ten gebruikelijk is, en niet te min met bij„ voeging van het oprechte verlangen van Hun Hoog Mog. en van het gantfche volk van .„ Nederland, om met alle Naden en Mogend„ heden beftendig in vrede en vriendfchap te „ leven, en fpeciaal ten opzichte van de Ho3, ven van Weenen, Berlijn en Londen, over„ eefikomftig den geest van het drieleedig voorftel, dat de gecommitteerden van Holland, ,, op den ji Januarij laatstleden, de eer hebben gehad ter dezer vergadering te doen. 4. „ Dat wel voornamelijk, en ten aller „ eerften aan de Reprefentanten des Franfchen „ volks hier tegenwoordig, door dezelfde pleg,, tige eommisfie uit het midden dezer verga„ dering, en daarenboven zo ras mogelijk door „ een of twee, niet uit het befogne te verkiezen, maar door deze volle vergadering, >« ptegfig te benoemen, bekwaame èn vader„ landfche mannen aan de Nationale Conven„ tie te Parijs refideerende, zal worden te „ kennen gegeven, het vuurig verlangen van „ Hun Hoog Mog., en van het gantfche recht „ en vrijheidminnend volk van Nederland, om tusfehen de beide Natiën als twee gelijke 9, en onafhanglijke Republieken, een vast ver- bond  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ bond te fluiten, en eene Alliantie aantegaan „ op redelijke en aan beide even voordeelige voorwaarden, ten einde alzo de lang ge„ wenschte grondflag gelegd worde, van de „ naauwfte broederfehap tusfehen twee Natiën, waarvan de historiën des menfchelijken ge,, flachts tot hiertoe gewag maaken, en van wel. ,, ke broederfehap de wisfe gevolgen zeer wel berekend en voorzien kunnen worden, als ten „ uiterften 'heilrijk zo voor de beide volken, „ als voor het bevorderen en daarfïellen van „ den algemeenen vrede in Europa. Alle deze poincten werden goedgekeurd, de Zeeuwfche en Friefchs gecommitteerden echter formeerden zich daar wel perlbneel bij, doch ongeprejudiceerd den eed aan hunne principaalen gedaan, dezelve hun niet permitteerende daarop ongelast te advifeeren , en dus door dit hun perfoonlijk advis hunne principaalen niet verbindende, maar daar op derzelver ratificatie zullende afwagten. Hier uit ziet men, dat fchoon op dien tijd^ Teeds de meerderheid der Gewesten zich voor de omwenteling verklaarde, en de oppermacht des. volks, met de rechten der menschheid erkend had; dat de andere gecommitteerden nogthans zich wel perfoneel onderwierpen aan voorftellen, tot welke, volgens de Unie van Utrecht, eene algemeene toeftemming nodig was, doch onder 3C3 Lanmerking,  |04 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Erkennin| Van ((e op peim^f?! de volks , ei Verniet lèintr van hei Siadhouuertctap, der referve van niet verbindende te zijn voor hunne committenten. Maar tijden en omftandigheden waren zodmig veranderd, dat met perfonecl zich te verzetten tegen het voorgeftelde, zulke gedeputeerden onaangenaame gevolgen te duchten hadden , en daarop werd. 'er bij Hun Hoog Mog. beflooten tot de volgende refolutie: Refolutie van H. H. Mog., om van de vernietiging van bet Stadhouderfchap door hun gedaan , en van de erkenning van de oppermagt des volks enz. aan de Franfche Volksreprefentantqn kennis te geven. F,xttact uit het Register der Refolutie van de Hoog Mog. Het ren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden den 16 Februari] 1795. ; „Is, na voorgaande deliberatie, goedgevonden :,, en verft ian, mits dezen vast te ftellen, dat „ eene eommisfie uit de vergadering van Hun ,, H<->og Mog. zal worden gedecerneerd, om van „ de refolutie, op heden genomen, ten opzigte van de erkenning van de oppermagt van het ,, volk van Nederland, de verklaaring van de ,, rechten van den mensch en burger, de ver„ t ietiging van het Stadhouderfchap, Kapitein „ en Admiraallchap Generaal in alle zijne be„ trekkingen, en het ontdaan van den eed op de zogenaamde oude Conftitutié, kennis te ?> geven aan de Reprefentanten van het Fran- „ fche  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 305 ,, fche volk, welke zich alhier in 's Hage^ be„ vinden , reet overhandiging van een fchrifte„ lijk declaratoir, waarin de voorf. poincten zijn „ gedetailleerd, wordende da.;rtoe verzogt en „gecommitteerd de burgers van Haarfolte, ,, Lestevenon, Fdrften, van Citters, „Strik van L i n d f c h 0 t e n , Schuilen„ burgh, van Pallandt en den Griffier Quar,., les, met verder verzoek, om bij die ge,» legenheid aan gem. Reprefentanten te kennen „ te geven, het vuurig verlangen van H. H. ,j Mog: en van het recht- en vrijheidminnend „ volk van Nederland, om tusfehen de beide natiën , als twee gelijke en onafhanglijke „ Republieken, een vast verbond te fluiten, en „ eene alliantie aantegaan op redelijke en aan beide even voordeelige voorwaarde, ten einde „ alzo de lang gewenschten grondfiag gelegd worde van de naauwfte broederfehap tus* ,, fchen twee natiën, waarvan de historiën des „ menfchelijken geüachts tot hiertoe gewag maa- ken, en van welke broederfehap de wisfe „ gevolgen zeer wel bereekend en voorzien kun» ,, nen worden, als ten uiterffce heilrijk, zo voor de beide volken, als voor het bevorderen en „ daarftellen- van den algemcenen vrede in Eu„ ropa. „ En wordt de Griffier Quarles verzogt, „ om aan de Reprefentanten van het Franfche „ volk te communiccercn, dat de voorfz. com- III. deel. V „ mis-  5oS •Ainfprïafc tan AcFranm Jche Volksreprefentanten. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ misfie op aanftaande Woensdag om een uur zal pl;»ats hebben. (Wa, |MQ ^ £ ^ Accordeert met voorfz. Register. CWasgeteckend) ^ Aanfpraak van de eommisfie van H. II. Mog. ingevolge voorgemelde reJbluiie en antwoord der Franfche Volksrepresentanten daarop. burgers representanten van het fransciie volk ! De provifioneele Reprefentanten van het volk van Holland, befiaande thans niet alleen uit afgevaardigden van alle de fteden, die voorheen het recht hadden om in de voor,,, maalige Staatsvergadering van Holland derzeiver ftem uittebrengen, maar daarenboven „ uit afgevaardigden van verfcheide aanzienlijke „ vlekken en dorpen, die zich bij de eerfte gevoegd hebben, om de Nationaale Vertegen„ woordiging van deze Provintie te verfter„ ken; — dezen hebben het van hun plicht ,, geoordeeld, om van de eerfte oogenblikken „ van hun volkomen beftaan gebruik te moeten maaken, om ulieden door eene plegtige> deputatie de getrouwe uitdrukking hunner „ hulde en verlangens te komen betuigen. Inderdaad, burger Reprefentanten! het is a, aan  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, aan uwe zo zeef verlangde tegenwoordigheid ,, onder ons, en aan de welwillendheid van de Franfche natie omtrent dit volk, aan wien wij het geluk verfchuldigd zijn, dat wij onze ketens hebben kunnen verbreken, en in 9, het midden van ons den weldaadigen invloed ,, der vrijheid terug brengen. Tot het vestigen ,, van deze vrijheid op vaste grondllagen wij,, den wij alle onze kragten, en wij komen ,r, ulieden daarvan de eerfte vrugten aanbieden, „ met u, de befluiten daartoe betrekiijk, van on3, ze vergadering te overhandigen, welke, ze,, dert dat wij ons geconftitueerd hebben, ge,, nomen zijn. Wij maaken met des re meerder iever van dit oogenblik gebruik om ons van dezen pligt te kwijten, vermits onze hoop, om de au5, dere provintien, onze bondgenooten, welhaast even vrij als ons zei ven te zien, meer en meer vervuld wordt, en dewijl het ge- ■ ,, lukkig tijdftip aanlicht, waarin de meerderheid in de Staaten Generaal, de vervulling van de hartelijke begeerte, om ons op het ,, naauwst mogelijk met de Franfche natie te s, vereenigen, zal kunnen verhaasten. ,, Mogt deze zo lang begeerden wensch van het Bataaffche volk welhaast, tot het onderl.ng geluk der twee natiën, tot hun we* ,, derzijds belang, en tot de voikomene ver„ nietiging van de rampvolle ontwerpen onzer V 3 „ ge-  3o8 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. gemeene vijanden, voltooid worden? wilt dan ,, ook, burgers Reprefentanten! tot dat einde „ ons de broederlijke hand toereiken, en het zegel zetten op de edelmoedige en opbeuren- de verklaaringen; die gijl. onder het oog ,, van de geheele wereld gedaan hebt in het manifest, dat gijl. op het oogenblik, waarin ,, gij deze provintie intradt, hebt doen afkon„ digen. ,, Dit is het eenig middel, burgers Reprefentanten! waardoor onze verbindtenis nuttig aan „ Frankrijk kan wezen, en rampfpoedig voor onze faam vereenigde vijanden , bijzonder voor die geenen, welke zedert het begin van ons ftaatkundig beftaan, de onverzoenbaare vijanden van dit gemeenebest, van des,, zelfs vrijheid, koophandel en wezendlijke ,, onaf bangelijkheid geweest zijn, doch waarvan het niet moeilijk zal vallen alle de gehei„ me werkingen te verbrijzelen, en alle de „ listen en lagen te verijdelen, zodra wij eene „ verbindtenis zullen gefloten hebben, door welke wij met u de kragtigfte en fpoedigfte maatregulen kunnen beraamen, om ten grondflage voor den toekomenden veldtogt zo te land als te water te kunnen dienen, en waar van het oogmerk en de gevolgen zouden ,, kunnen zijn, om voor altoos den vrede aan 5, Europa weder te geven. 5, Wij verzoeken ü, burgers Reprefentanten! „ de.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 509 „ deze gevoelens van het volk van Holland aan „ de Nationaale Conventie van Frandrijk wel „ te willen overbrengen, en aan dezelve te „ zeggen, dat wij nimmer zullen ophouden, „ om, zo veel mogelijk in ons is, ons der „ vrijheid waardig te toonen, die de dapper„ heid en de onvermoeide poogingen haarer „ overwinnende legers, gevoegd bij onze eigen, aandrift tot de vrijheid, in het midden der a, Bataaven komen te hcrftellcn, als ook, van „ de verbindtenis, die het magtig volk, het welk gij vertegenwoordigt, wel met ons zal ,, willen aangaan." ('t Antwoord der Reprefentanten van 't Franfche volk was van dezen inhoud:) BURGERS PRÖVISIONEELE REPRESENTANTEN VAN HET VOLK VAN HOLLAND! ,, De Reprefentanten van het Franfche volk ontfangen met het levendigst gevoel, in naam „ hunner natie, de verzekering van uwe ge„ negenheid, en verlangen tot het fluiten eener verbindtenis, die gij wenscht, dat tusfehen „ haar en de Vereenigde Nederlanden worde aangegaan, Wij zullen met genoegen den dag ,, zien aanbreeken, waarop wij, na eene openhartige en duurzaame vereeniging, tusfehen de twee Regeeringen gefloten, onze wape„ nen gezamenlijk tegen onzen gemeenen vijand „ kunnen wenden. Als dan vermogen wij „ alles goeds , voor de welvaart en het geV 3 ,, luk  Ff -GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. luk der beiden volkeren, als mede voor eene 5, bevrediging van de geheele waereld, verwag- ten van onze welberaamde poogingen tegen „.die trotfche en trouwlooze ftaatkunde, die wij van alle misdaaden kunnen overtuigen, 9, en die zich durft vermeeten om alle de vol- keren te willen beheeren. Gijlieden zult Frankrijk altoos getrouw aan deszelfs bond,, gcnooten bevinden, even als hetzelve ver3, fchriklijk voor zijne vijanden is. Wij zullen ?, de betuiging uwer gevoelens aan de Natio- naale Conventie overbrengen, en wij wen,, fchen ons zeiven geluk, getuigen te zijn van ?, eene omwenteling, die gijl. met zo veel wijsheid beftiert, en waarvan de gelukkige 3, uitwerkzelen ul. die erkentenis uwer mede,, burgers, de achting van alle vrije menfehen, en de bewondering van geheel Europa, zal „ waardig maaken." Accordeert met hei origineel. (Was geieekend) _ 1/Llcj.ave-r. ( ) A*nmetkwg. Het is zeer opmerkelijk, dat het antwoord der Franfche Volksreprefentanten alleen was ingerigt aan de provifioneele Reprefentanten van Holland, daar het eene eommisfie uit Hun Hoog Mog. was van vier provintien, en dus van de meerderheid. Doch mogelijk heeft de aanfpraak zel- (*} Bat. jwtb. I. D.ael bladz. 284.  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. 5" «elve der eommisfie van H. H. Mog. wel de aanleidende oorzaak daar toe gegeven, om dat zij in het Hot zeggen, — Wij verzoeken «, burgers Reprefentanten1. deze gevoelens van het volk van Holland enz., even of de drie andere provintien (hoe zeer mede omgewenteld) van andere gevoelens waren. Onpartijdig beoordeeld, moet deze onderfcheiding haatelijk in de oogen der andere gewesten voorgekomen zijn; want hoe zeer, wel is waar, Holland, alléén, bijna zo veel inwooners heeft, als de overige provintien te zaamen, zo was en bleef nogthans het oude Regeerings Beftuur in wezen ; een bewind, alwaar provintialiter geftemd werd, en daar Holland dus niets meer te zeggen had dan de andere gewesten, — ieder bleef voor als nog fouverain op zichzelven, en H. H. Mog. reprefenteerden de zeven bondfchappelijke vereenigde gewesten. Indien wij mede onpartijdig vergelijken en beöordeelen, de aanfpraak der gecommitteerden van Holland, wegens de erkenning der oppermagt des volks, zo vindt men, in het derde voorgeftelde poinct, een oprecht verlangen om met alle volken in vrede en vriendfchap te leven, en fpeciaal ten opzichte der hoven van Weenen, Berlijn en Londen, — en in de aanfpraak aan de Franfche Volksreprefentantcn biedt men zich aan, om, met de Franfchen, derzelver algemeene vijanden te bevegten; om zo kort op elkanderc zulke tegenV 4 ftnj-  Si» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ftrijdige refolutien te neemen, geeft ftoffe aan onze anders denkende partij tot gegronde berispingen: trouwens, in revolutionaire tijdvakken, zijn de gemoederen te verhit, om in alles die vastheid van geest te vertoonen, als wel in tijden van kalmte en rust. Van dezen tijd en vervolgens, worden wij Nederlanders, het Bataaffche volk, en vereenigd, de Bataaffche Républiek genoemd, even of wij* Nederlanders, afthmmelingen van. de Bataaven waren, het geen ik voor verre het grootfte gedeelte ontken, en het tegendeel zou kunnen bewijzen. Doch daar het om 't even is, wat naam wij hebben , zal ik mij daar niet mede inlaaten. Hier voor hebben wij gezien, dat Utrecht de eerfte provintie geweest is, daar de omwenteling plaats had, (fchoon niet uit zichzelve) en daar na Holland, in welke de meeste groote fteden de omwenteling voor de komst der Fran* fchen daarftelden, en hierom zal ik in het volgende Hoofdftuk de omwentelingen der overige deelen onzes lands befchrijven. TIEN-  M TIENDE HOOFDSTUK. Omwenteling in Gelderland, en de verdere overige gedeeltens onzer Republiek T en einde de omwenteling in alle provintien, fteden en plaatzen ordenlijk zoude geleideden, was daar toe het algemeen Commité, reviderende te Amper dan, fteeds werkzaam,, blijkens de volgende ftukken: AAN HUNNE MEDEBURGERS! „ Daar het ten hoogften nodig is, dat alle overblijffelen van overheerfching in ons land, „ zo fpoedig mogelijk, met wortel en tak wor. „ de uitgeroeid: wordt door onze provifioneele „ Vertegenwoordigers onophoudelijk aan verbe„ tering gewerkt; onder deze behoort ook eene „ regelmatige oproeping van 't geheele volk, om „ zich door hunne afgevaardigden eene vrije Re„ geeringsvorm te doen verkiezen, dewelke als „ dan tot eene grondwet voor het geheele Ge„ meenebest, op den voet der gelijkheid ftrek> „ ken zal. „ Daar het inmiddels nodig is, dat zodanige „ perfoonen, dewelke als dan deze oproeping „ zullen moeten beftuuren, het vertrouwen des ,, volks bezitten, en 'er ook veelligt onder uwe V 5 „ Re- Stukken van het Committé revolutionair te Amfttrdam.  $U GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ Regenten, zo niet alle, ten minfte eenige ge„ vonden worden, die of door overheerfching, „ of willekeurig gezag onwettig over u zijn ge„ field, of uw vertrouwen onwaardig zijn. „ Vermeenen wij u te moeten vermaanen, „ de zodanige onverwijld van hunne posten te „ ontdaan en hunne plaatzen met andere braa„ ve, kundige burgers te vervullen, waartoe. „ ons de volgende wijze als de gefchiktfte voor„ komt: „ Alvoorens de burgerij bij den anderen te „ roepen, zal het vooral dienftig zijn, dat een „ bekwaam getal burgers zich in Committés bij „ elkander vervoegen, ten einde provifioneel ,, een genoegzaam getal burgers, welke het ver„ trouwen des volks bezitten, door hun be,» noemd worden. „ Dit gefchied zijnde, zal dit Commité eene „ bekwaame plaats, dag en uur bepaalen, om „ alle ingezetenen van uwe plaats , zonder on,, derfcheid, bij een te doen komen. Aldus „ vergaderd zijnde, zal het Committé uwe „ tegenwoordige Regenten, uit uwen naam, aan„ zeggen, hunne posten neder te leggen, en in den kring van amptelooze burgers terug te „ keeren ; doch dat zij zo lang zullen blijven „ fungeeren, tot dat de nieuwe Municipaliteit „ zal zijn aangefteld en hun vervangen. „ Dit gefchied zijnde, zal het Committé oogen,i blikkelijk die perfoonen, welke zij vermeenen „ uwe  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ' 31$ „ uwe goedkeurig waardig te zijn, aan 't yerga„ derde volk voordellen. „ Deze voorftellïng gefchiedt hoofd voor hoofd, ,, en de meerderheid des volks tegen de voorge„ ftelde burgers niets hebbende aan te merken, ,, zullen dezelve gerekend worden te zijn goed„ gekeurd, en door het Committé als eene pro„ vifioneele Municipaliteit worden aangefteld , om „ te fungeeren tot tijd en wijle , dat 'er eenen „ algenieenen Regeerinsvorm voor het geheele „ land zal zijn daargefteld. „ Een der voorgefteide burgers afgekeurd wor„ dende, zal het Committé daadlijk eenen an„ deren in deszelfs plaats aan de vergaderde menigte voorftellen. om derzelver goedkeuring daar over te verneemen, zullende de geenen, „ die afweezig-mogten ziin, worden gehouden „ genoegen te neemen in het geen gefchied is. „ Bijaldien braafheid,kunde en vaderlandsiief„ de, het eenig rigtfnoer onzer daaden moet zijn, „ zo moet bij deze oproeping, goedkeuring en „ aanftelling, geen onderfcheid in perfoonen of „ godsdienstige begrippen plaats hebben. „ En zo 'er onder uwe refpective Regeerings„ leden burgers gevonden worden, die het ver„ trouwen des volks waardig zijn, zullen dezelve daadelijk weder onder de op nieuw voor„ geftelde geplaatst en aangefteld kunnen worden. „ De revolutie tot zo verre in uwe plaats ge„ gefchied zijnde, zal het Committé oogenblik- „ ke«  S*« GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ kelijk de nieuw aangeleiden, in den raam „ van 't volk in den Eed neemen: van getrouw? ,> te zullen zijn in hunne posten, en de belan„ gen van het volk onaffcheidelijk met ae plaats „ hebbende wetten, te zullen handhavenen doen eerbiedigen. „ Ten einde dit heilzaam werk tot algemeen „ nut te doen uitloopen, zal vooral dienstig „ zijn, ter aankweeking van heil en broederfehap, „ dat gij zorg draagt voor de goede orde, en „ vooral voor de vrijheid en zekerheid van „ perfoonen en goederen, van welke politieke „ begrippen dezelve ook mogten zijn, en dit „ zal het kenmerk wezen van de zodanigen, „ welke het waare heil des volks ter harten „ gaat. \ „ Deze allezins plegtige verrigting, waarbij „ het volk zijne aangeboren rechten weder vers» krijgt, geëindigd zijnde, verzoeken wij door „ u lieden van den uitflag verwittigd te worn den. „ Vrienden van elk beminnaar der lang ge„ wenschte vrijheid, en vijanden van alle overx „ heerfching en geweld, bieden wij onzen raad „ en des noods onze hulp aan, wanneer gij p, dezelve mogt vereisfehen." Heil en Broederfehap! Ter ordonnantie enz, Qualificatie voor de afgevaardigden: w Het vereenigd Committé van omwenteling, „ re.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 517 „ fideerende alhier, requireeert den burger . . . . „ ten einde de vrije burgers van .... in on5, zen naam behulpzaam te zijn in het daarftel„ len der omwenteling, ovefeenkomftig het voo„ renftaande plan; vooral zorgende, dat de volkHem de keuze doe." Ter ordonnantie van voorfz- Committé. Secretaris. Amfterdam, den Het eerfte jaar der Bataaffche vrijheid. Formulier om de onwettige Regenten van hunne posten te ontzetten: Het burger Committé van aan hunne onwettige' Regenten. burgers! 9, Thans is het gezegende oogenblik daar, dat „ wij uit den ftaat van ftavernij tot dien van vrij„ heid zijn terug gekeerd, en alzo herkreegen hebben een recht, het welk aan vrije menfehen, „ niet dan door dwingelanden kan ontnomen „ worden; namelijk, het recht ter verkiezing „ onzer Vertegenwoordigers; het is hierom, burgers! dat wij u lieden, die tot hier toe het ,, beftier in handen gehad hebt, en ons door ,, dwang zijt opgedrongen, aanzeggen, dat gij „ u lieden van dit oogenblik af aan zult heb„ ben te onthouden van alle Regeering en be„ ftuur, tot hier toe door u lieden gehouden; „ wij eisfehen van u lieden, dat gij onverwijld „ dit Raadhuis zult verlaaten, en naar uwe woo- nin*  3i8 GESCHIEDENIS der NÊDERLANDEN. „ ningeri als burgers te rug keefen, in welke „ gij lieden die volkomen veiligheid voor uwe perfoonen en bezittingen genieten zult, waar „ op ieder burger aanfpraak heeft." Formulier van aanftelling der door de burgerij wettig verkooren beftuurders hunner belangens: VRIJHEIDj GELIJKHEID, BROEDERSCHAP. Het burger Committé te aan de vergaderde burgerij. „ Uit uwen naam, burgers! en overeenkómftig' „ uwe verlangens, hebben wij heden de tot fy hier toe gefungeerd hebbende Regenten , van „ hunne posten ontffagen. —— En om alle ver„ warring voor te komen, welke uit eene re,, geeringloosheid noodwendig moet voordvloeien, „ ftellen wij u de navolgende burgers voor, wel* „ ke provifioneel u zullen vertegenwoordigen en „ uwe belangen voorftaan, tot dat de gezamen,, lijke in- en opgezetenen behoorlijk zullen zijn „ opgeroepen; het welk , zo fpoedig mogelijk, zal „ gefchiedtn, om alzo op eene geregelde wijze „ uwe Regeering vast te ftellen, ,, Wij zullen u de naamen der door ons be„ noemde burgers voorleezen, en indien 'er eeni- ge onder mogten zijn, welke uwe goedkeuring „ niet wegdraagen, verzoeken wij u, dat gij u „ dan laat hooren; terwijl wij uw ftilzwijgen, „ zullen houden voor uwe toeftemming. „ Thans wenfchen wij u geluk, met uwe ïj pro-  GESCHIEDENIS ber NEDERLANDEN. 3tq „ provifioneele Vertegenwoordigers! — laat de,, zen dag altoos een dag van vreugde onder „ ons zijn; — maar burgers! laaten wij ook „ nu, door ons bedaard gedrag, aan geheel Eu„ ropa toonen, hoe veel eene omwenteling, door vrije menfehen, belanglooze burgers bewerkt, s, Verfchilt van die, welke door vuige flaaven; „ tenbelieve van 's volks onderdrukkers is daar „ gefteld geweest." Heil en Broederfehap! Uit naam van voorfz. Committé. „ En ten einde bij de oproeping des volks, het ftemrecht en de verkiesbaarheid bepaald ,, zoude zijn, dewijl op veele plaatzen, en in- zonderheid ten' platten lande , door onver„ fchoonlijke onkunde en kwaadwilligheid, het „ getal der weldenkende vaderlanders gering „ zij, wordt het volgende ten regel, waar naar „ zich in de oproeping des volks, en in het „ verkiezen van een nieuw bewind, te gedra„ gen, bij de voorgemelde ftukken gevoegd: VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP. HET COMMITTé REVOLUTIONAIR. Notificeert aan alle burgers en ingezetenen, „ dat niemand, welke zich fchuldig heeft ge„ maakt aan plundering, roof of vervolging zijner medeburgers, als ook die, zedert de om„ wenteling van den jaaren 1787, in eenigen „ post van Regeering of ampt gefteld, de ge„ weldadigheden niet heeft tegen gegaan, of die s, Yrij-  S20 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Omwetite ling in Gel lier/and. ,-, vrijwillig tegen onze broeders de Franfchen, „ de wapenen heeft gedraagen, of tot' de wape„ ning tegen dezelven heeft medegewerkt, verkiesbaar zal zijn, tot eenigen post van Regeei, ring of Beftuur: dat geene zodanigen recht s, hebben, om in de verkiezing eenige ftem te „ hebben , of in de verkiezing eenige ftem 5, te geven; maar dat zij zich als ftille bur„ gers zuil en moeten gedragen, zullende die „ geenen, welke op eenigerleie wijze zich met die i, oproeping of verkiezing zullen inlaaten, als „ verftoorers der publieke rust en tegenwerkers „ der revolutie worden aangemerkt, en als zo„ danig voor de. gevolgen , verandwoorlijk „ zijn. " Uit naam van het Committé. . Het zogenaamde Rijk van Nijmegen lang voor 'Utrecht en Holland door de Franfche wapenen overwonnen zijnde, was des reeds van zijn voorig Bewind ontdaan, maar moest nog aangemerkt worden als een overwonnen land, 't welk onder den Eed |der Franfche Republiek genomen was. De geallieerde troepen hielden nog lange ftand in de Betuwe, van waar zij retireerden op de Veluwe en vervolgens op het Zut•phenfche. Gelderland was, voor lang, bij zijne bondgenooten, om dat het zelve een Hertogdom was, verdeeld in de drie kwartieren, Nijmegen, Arnhem Col Veluwe') enZutphen. De Staatsvergadering  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. ai ring beduid uit Edelen (of Ridderfchappen) en Aerrihebbertde fteden, en ieder kwartier had zijné Staatsvergadering in de hoofddad van zijn kwartier, en zond tweemaal 'sjaars zijne afgevaardigdigden ter provintüale vergadering, die twee maanden 's jaars beurtelings in de hoofdfteden der kwartieren werd gehouden. Deze provintie was het niet wel mogelijk, voor de komst der Franfchen, de revolutie daar te ftellen , Om dat Zij overkropt was met de troepen der geallieerden, die van punt tot punt, door de Franfchen te rug gedrongen 'moesten worden. Op den 17 Januarij ging Arnhem , na dat de Ftanfch'H eenige houwitzers in de ftad geworpen hadden, bij capitulatie aan hun over, en op voordel van' den Franfchen Generaal de Verres werd de Regeering veranderd: twee burgers tot Richters, twaalf Burgermeesters, drie Secrerrisfen, en vijf leden tot het Committé revolutionair verkooren. Den dag daar dan, zijnde keurdag, werden 'er ook nieuwe Gemeenslieden verkooren. De Engelfchen, niet voor den 25 Januarij Harderwijk verlaaten hebbende, werd de burgerij op den 30' inde kerk bij een geroepen, en eene eommisfie benoemd, om haare Regeering te veranderen, en nieuwe Vertegenwoordigers te benoemen ; welke eommisfie daar op eenige leden voorftelde, die goedgekeurd werden. (Zaakelijk III. DUEL,, X VOl- Omwenteling te Ariibtm. ömwentej li; g te Uut\ derwijk.  3^5 Omwente ling te El furg. Eerfte pro. viuttatle Staatsvergtdei ïng. Gewoon e lefl'iiten op <^ze vergadering. GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. volgende het plan door het Committé revolutionair van Amflerdam voorgefchreven.) blierop ging de eommisfie naar het Stadhuis, verklaarde aan de oude Regeering, dat zij haare posten zoude nederleggen, en de raadzaal verlaaten, het geen dezelve goedwillig deed, betuigende alvoorens dit reeds te hebben willen doen, bij aldien zij niet voor eene korte regeeringloösheid beducht ware geweest. De nieuwe Regeering werd daar op door de eommisfie in den eed genomen, cn van dit een en ander aan de burgerij kennis gegeven. Elburg veranderde op dezelfde manier haare Regeering, na dat die ftad van de vreemde troepen verlost was, en haar voorbeeld werd van alle de andere plaatzen gevolgd. Op den 6 Februarij werd de eerfte provintiaale Staatsvergadering van Gelderland te Nijmegen gehouden, van waar den volgenden dag, de voorige gedeputeerden terug geroepen , en andere afgevaardigden naar de vergadering van Hun Hoog Mogenden gezonden werden. Op de Landfchaps - vergadering te Nijmegen, werd befloten tot het proclameeren van de oppermagt des volks, en rechten der menschheid. Stadhouder en Erfftadhouderfchap werden vernietigd, met en benevens de Ridderfchap, en alle bevoorrechte ltanden. De tijtels van Vorftendom Gelderland, en Graaffchap van Zutphen werden af-  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. ^ afgefchaft, en deszelfs gedeputeerden genoemd": Reprefentanten des volks van Gelderland, blijvende voor het overige de voorige Regeerings vorm van de Landfchaps * vergaderingen in de fteden Nijmegen, Arnhem en Zutphen, gelijk ook de Kwartiers-vergaderingen en wat dies meer zij in zijn geheel. Hier door bleef het zaad van foederalismus in denGJderfchen grond zitten, een zaad, dat vervolgens nieuwe wortelen fchoot, en veel arbeid gekost heeft van uitroeijen. Alle crirriineele vonriisfen tegen patriotten, (daar Gelderland bijzonder in uitgemunt had,) werden vernietigd* gelijk ook de politieke refolutien over burgcrgefchillen , en werden het jagtgericht en perfoneele Heerendienstcn, als overblijfifelen van voorige dwinghndij, afgefchaft. Zeer aanmerkelijk was het volgende befluit der Staatsvergadering van Gelderland: Publicatie van de proviftoneü: Reprefentanten van V volk van Gelderland, waar bij de goederen van de voorigê beftuurers der Regeering zijn en blij' ven verbonden, ten behoeve der natie. VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP! „ De provifioneele Vertegenwoordigers van het „ volk van Gelderland, op een extra ordinaire» M landdag binnen Nijmegen vergaderd, aan „ hunne medeburgers, Heil en Broefchap! doen jj te weeten: X a » Daar  334 GESCHIEDENIS oer NEDERLANDEN. „ Daar de voorige admi-riïftrateüfs van Re„ geeringc, en andere 's lands beampten, door ,., hunne trouwlooze adminiftratidf, de finantien in „ eenen betreurenswaardigen 'ftaat gebragt, en „ de publiecque kasfen, die de eigendommen van het volk een en alleen zijn, op eene ,, willekeurige wijze geleegd, en benevens de „ chartres en papieren, de refpective fecret.;ri;en „ in deze provintie concerncerende, verv< efd „ hebben ; daar de fouverainiteit van het v >lk „ volkomen erkend zijnde, alle dezelve admini„ ftratcurs en beampten verpligt en gehouden zijn, „ van alle deze hunne verrigtingen, aan het „ zelve, of deszelfs Vertegenwoordigers, behoor„ lijk verantwoordinge te doen, en die despoti„ que dispofitie, over de eigendommen der inge„ ingezenen, voldoende te juftificeeren. „ En daar 'svolks belang vordert en des„ zelfs Vertegenwoordigers pügt is, om alle „ mogelijke middelen tot fecuriteit en fchade„ loosftelling voor de natie te arripiëeren. „ Hebben, na gehouden deliberatie, goedge„ vonden te ftatueeren, gelijk geftatueerd wordt „ bij dezen, dat alle goederen van de voorige „ admiftrateurs van Regeering, of 's lands beamp„ ten, binnen deze provintie gelegen, of ervin„ telijk, na publicatie dezes, zijn en blijven „ verbonden ten behoeve der natie daargefteld, „ dat geene vervreemdingen of alliè'natien „ noch eenige verbanden voor de negotieerende „ pen-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. S~a penningen, ook verkogte , maar nog niet ge„ transporteerde goederen, van eenige kragt of „ waarde zullen gehouden worden; blijvende „ anterieure verbanden onverkort, houdende de „ natie op dezelve goederen pand en hypotheecq, „ tijd en wijle -gemelde adminiftrateurs van „ Regeeringe en andere beampten hun beider „ gehoudens adminiftratie genoegzaam zullen „ be 'b n gclust'.ficeerd. En zullen dezelve al„ leenlijk kunnen (trekken tot het herftellen van „ zodanige ïc iaJens, of reftitutie van penningen, „ waar in refpcctivelijk een of meer leden of „ agenten der voorige adminiftratie of bewind „ bij richtelijke vonnisfen mogten worden ge„ condemneerd, benevens de kosten derzelve ,, na behoorlijke taxatie, en zonder dat hier „ door eeniger wijze worde gederogeerd, of „ gerekend zal worden te zijn afgegaan van „ 'slandsfchaps phcaat in den jaare 1778, be„ trekkelijk de affchaffinge van alle co? fi catien „ en annotatien van goederen binnen deze pro„ vintie geëmaneerd, ,, Aldus gedaan in eene extra ordinaire Land,, fchaps - vergadering, gehouden binnen de ftad „ Nijmegen den 10 Februarij 17^5; het eerfte „ jaar der Bataaffche vrijheid.'' Ter ordonnantie yan dezelve, Bij abfentie van een Secretaris des kwartiers J^. ^ c tJ$cye-r f Raad Secretaris. X 3 Maar  g*| GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, ,, Daar de voorige adminiftrateurs van Re„ geeringc, en andere 'slands beampten, door „ hunne trouwlooze adminiftratié', de finantien in „ eenen betreurenswaardigen ftaat gebragt, en „ de publiecque kasfen, die de eigendommen van het volk een en alleen zijn, op eene „ willekeurige wijze geleegd, en benevens de „ chartres en papieren, de refpective fecretarijeh „ in deze provintie concerneerende, vervoerd „ hebben ; daar de fouverainiteit van het volk volkomen erkend zijnde, alle dezelve admini,, ftratcurs en beampten verpligt en gehouden zijn, „ van alle deze hunne verrigtingen, aan het „ zelve, of deszelfs Vertegenwoordigers, bchoor„ lijk verantwoordinge te doen, en die despoti„ que dispofitie, over de eigendommen der inge„ ingezenen, voldoende te juftificeeren. „ En daar 'svolks belang vordert en des„ zelfs Vertegenwoordigers pligt is, om alle „ mogelijke middelen tot fecuriteit en fchade„ loosftelling voor de natie te arripiëeren. ,, Hebben, na gehouden deliberatie, goedge„ vonden te ftatueeren, gelijk geftatucerd wordt „ bij dezen, dat alle goederen van de voorige „ admiftrateurs van Regeering, of 'slands beamp,, ten, binnen deze provintie gelegen, of ervin,, telijk, na publicatie dezes, zijn en blijven „ verbonden ten behoeve der natie daargefteld, „ dat geene vervreemdingen of alliënatien „ noch eenige verbanden voor de negotieerende „ pen-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. s-a ,, penningen, ook verkogte , maar nog niet ge„ transporteerde goederen, van eenige kragt of „ waarde zullen gehouden worden, blijvende „ anterieure verbanden onverkort, houdende de „ natie op dezelve goederen pand en hypotheecq, „ tut tijd en wijle -gemelde adminiftrateurs van „ Regeeringe en andere beampten hun beider „ gehoudens admiaiftratie genoegzaam zullen ,, hebbeja gejus,tifiee,erd. En zullen dezelve al„ leenlijk kunnen ftrekken tot het herftellen van „ zodanige lc iadens, of reftitutie van penningen, „ waar in refpcctivelijk een of meer leden of „ agenten der voorige adminiftratie of bewind „ bij richtelijke vonnisfen mogten worden ge,, condemneerd, benevens de kosten derzelve „ na behoorlijke taxatie, en zonder dat hier „ door eeniger wijze worde gederogeerd, of gerekend zal worden te zijn afgegaan van „ 'slandsfchaps placaat in den jaare 1778, be„ trekkelijk de affchaffinge van alle co> ft catien „ en annotatien van goederen binnen deze pro„ vintie geëmaneerd. ,, Aldus gedaan in eene extra ordinaire Land„ fchaps-vergadering, gehouden binnen de ftad „ Nijmegen den 10 Februarij 17^,5; het eerfte „ jaar der Bataaffche vrijheid.'' Ter ordonnantie yan dezelve. Bij abfentie van een Secretaris des kwartiers y-c %Se^6r f Raad Secretaris. X 3 Maar  ja6 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. AMmertiimj. Maar daar, gelijk wij hier voor gezien hebben, de Regeering van Gelderland beftond uit ridderfchap en lieden, zou men het platte huid, even als voorheen, niet opgeroepen hebben, zo niet door eene particuliere bekendmaaking, dóór die van het platte land zulks was gtdaan, luidende als volgt: VRIJHEID, GELIJKHEID en BROEDERSCHAP. Aanwijzing voor ae ingezetenen des i.mpte Overbetuwe, gedaan door eenige vrienden der Vrijheid tn Gelijkheid. burgers! en bewooners van dit bataafsche eiland. ,, Wij treden in alle onze natuurlijke rechten, door de lüccesfie der legers, van de zege„, praaiende Franfche Republiek, volgt nu dé «, wettige eigenfehap, van een vr'j en fouveïain ,, volk. „ Het heffen der tienden, het haatelijk leen- recht, hef uitfluitend recht der jagt en visfehe9, rijen, en alle deze teekens van fiavernij, zijn „ voor eeuwig van dezen vrijen bodem verban- nen, en de producten van ieders grond, zul- len voortaan vrij en onverminderd kunnen ge9, nooten worden. „ Laat ons aanflel maaken, tot het daarflel,, len eener provifioneele ampts • Regeering , die voor onze belangen zal waakzaam zijn. ,, Ten dien einde, zal het, na ónze gedach. 9> ten, nodig zijn, om eene eommisfie te benoc- „ men.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 327 „ men, van vier of meer leden, om nopens het aanfteUen van een prov'ifioneel ampts - beftuur, met den bevelhebber der Franfche legers „ te fpreeken. „ Om gedachte eommisfie te benoemen, wordt ,, vereiScht, dat 'er deputatien worden gezon- den, van ieder kerfpel dezes ampts, töt Eist, in den amptshuize. Wij zijn derhalven in eene rechtmatige en „ broederlijke verwagting, dat gijlieden uwe „ gedeputeerden van ieder dorp zult zenden tot Eist in den amptshuize, op maandag den „ 9 Februari], des voormiddags ten jo uuren, om aldaar het bovengemelde te verrigten." Doch dit, uit hoofde eencr publicatie der Kwartiers-vergadering te Nijmegen gehouden, geen voordgang gehad hebbende, zo werden vervolgens eenige leden tot Committés revolutionair benoemd, die de volgende bekendmaaking deeden: ,j Wij (hier agter bij ondertekening genoemd) . leden van het Committé revolutionair des „ ampts Overbetuwe, bij meerderheid der inge» zetenen uit derzelver dorpen daar toe fpe„ ciaal verzogt en geauthorifeerd, aan hunne medeburgeren. heil en broederschap! „ Doen te weeten: „ Dat daar de onvervreemdbaare rechten van den mensch, door de provifioneele Volksré„ prefentanten van het volk van Gelderland, X 4 ^ bJj  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN- „ bij Iandfch; ps - refolutie binnen Nijmegen den „ 6 Februari) en volgende dagen des j. ars r> *795 erkend, den eemgften regel zijn, waar >, naar een vrij volk deszelfs oppergezag uitvoert, „ en door de evenredige gelijkheid van deszelfs daaruit voordvloeijende fouverainiteit alleen „ in den boezem van 't volk is wedergekeerd, „ wij dien volgens in naam van 't volk des ampts Overbetuwe bij deze declareeren. ,, Dat, terwijl het gemelde volk door gealle„ gueerde landfebaps-refolutie, al verder geas,, fureerd is, dat nevens het Stadhouderfchap ,, perfooneel en erffelijk, mede de Ridderfchap „ binnen deze provintie is afgefchaft, bij na„ der gevolg amptman en jonkeren dezes ampts ,, van hunne ampten en charges voor vervallen „ en afgefchaft moeten Verklaard worden, met „ alle derzelver tractementen, emolumenten „ en aankleeven tot ieder relatus, zedert dar „ ieder amptenaar dezes ampts hunne refpective ,, posten en charges verlaaten hebben, doen wij ,, zuliis bij dezen. „ Voorts dat het gezeide volk van Overbeiu#«•, uit overweeging, dat bij geene mogelijkheid eenig land zonder juftitie en politie be„ ftaan kan, allernoodzaakelijkst geagt heeft ter „ b,eheering en beftiering, van gemelde amp« ten , nominatien tot ieder arept of charge ,, hier na volgende, na wettige oproepinge bij V, meerderheid provifioneel wettig te verkiezen » en  GESCHIEDENIS dir NEDERLANDEN. 329 „ en aanteftellen, gelijk gefchied, uit kragt dezes , „ op den voet der geallegueerde reeds afgekon„ digde rechten van den mensch. „ Inlieerende wij gecommitteerden wel ex„ presfelijk, van ieder amptenaar in zijn ampt „ en post van nu af, en voor 't vervolg daar „ voor te erkennen. „ Tot Amptman, Rechter en Dijk-prefident, ,, en Schepenen, (welke daar opgenoemd wor„ den) zullende aan de directie van voorfchre,, vene leden zijn, en verblijven al het geene, „ zo wel aan de amptsleden, als den dijkftoel „ dezes ampts eertijds gedemandeerd geweest is. „ Aldus gedaan en gepubliceerd na 't trek„ ken der klokke tot Eist, voor 't ampthuis „ in de opene lucht, alwaar tevens door ons „ committé revolutionair, op fpeciale authori„ fatie van en in naame van 't volk dezes „ ampts Oyerbetuwe, den eed afgenomen is, „ naar inhoud van, en op 't formulier, welke „ onlangs op de gehoudene landfchaps - verga„ dering binnen Mjmegen, voor alle amptenaa„ ren van 't platte land is gearrefteerd, en wel ,, van de hier voor aangeftelde perfoonen, in, „ derzelver refpective genoemde qualiteiten, „ except den burger J. Bodd, A V. de Camp „ en T. Backer welke abfent zijn. „ Zijnde alvoorens door ons gecommitteerd „ de leden in naame en op fpeciale orde van „ onze committenten bij deze de magt gegeven X 5 " aan  33® GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Hoe Övtrfisfil voorbeen w»V „ aan den in eed genomen burger en ambtman „ O. T. E. E. Hacfort om de hier voorgem. „ abfente leden zodra mogelijk in eed te neemen. „ Ten fine van al 't gunt vcormeld, deze „ bij ons prefente leden van 't committé Vevo„ lutionair eigenhandig getekend, tot Eist in „ 't ampthuis den 23 Februarij 1795, 't eerfte „ jaar der Bataaffche vrijheid." CW»ren geteektnd) J. Glover, voor Driel, A. Boll, voor Heteren, W. TyntariS; voor Resfen, Peter Peters, voor Angeren, N. K.van DrieL voor Door ner, burg, W. Alfers, voor Bommel, Corn. Landers, voor Oosterhout, C. Bosman, voor Slewijk, D. D. Selerus, voor Eist, Jacob Janfen, voor Putten, R. Aulberts, voor Randwijk, Fr. Janfen, voor Elden. Vervolgens heeft teen het platte land, in elk kwartier zijne Reprefentanten ter Staatsvergadering gezonden. Tot de omwenteling van Qverijsfel overgaande, die op Gelderland volgde, zo diend men optemerken, dat voorheen de Staats-Regeering aldaar beftond, uit Rjdderfchap en Steden. De Ridderfchap heeft aan haar hoofd de drie Land - drosten der drie kwartieren, waarin deze provintie ten platten lande afgedeeld is, naamlijk van Salland, Twente en Follenhoven, eu bjerbij voegen zich nog de Drosten van Vt/cl- mui-  GESCHIEDENIS »er NEDERLANDEN. 33' muiden en Haaksbergen, en de Hoofdfchout van Masfelt en Hasjelter ■ Ampt. De fteden van Overijfel waren naauwlijks van HnOmiv0evn^: de geallieerde troepen ontruimd, of de burgers wa. bewerkten de omwenteling naar 't ontwerp van 't committé revolutionair hier voor opgegeven. De Franfchen hunne vijanden aanhoudend vervolgende, werd de p-ovintie van Overijsfel daarop het eerfte ontruimd. De Engelfchen hunne retraite over het Munflerfche moetende neemea, zo fchreef de Bisfchop van W-.unfler aan den Generaal Walmoden dat hij de Engelfchen, uit hoofde van hun liegt gedrag, op zijn grondgebied niet wilde hebben, en zo zij hier of daar zijn grondgebied diende te pasfeeren, zijne onderdaanen niet gehouden zouden zijn, iets zonder betaaling te leveren. Uit Zwol trokken de geallieerden, en ontruimden die ftad en environs. De Engelfchen deeden bij den terugtogt niet dan rooven en plunderen, zo dat de Staatfche troepen nog verpligt waren tegen hun uittetrekken, en hen de geftoolen paarden, rundvee, fchaapen en andere goederen met geweld te ontneemen. De burgerij geraakte daardoor aan het gisten, eischte van de Magiftraat gewapend te worden, het geen haar ook toegedaan werd; zij betrokken daarop, daadelijk gewapend, de wagt, cn veelen zetteden de Franfche cocarde op. Op den  33a GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. den 30 Januarij, na dat de burgerij zich in compagnien verdeeld had, waren zij bij tijds in de wapenen. Intusfehen dat het committé revolutionair het bewerken der omwenteling op zich genomen had, eischte het van den Burgermeester vergadering van Schepenen, Raaden en gezwoorene Gemeente; ten tien uuren vergaderd zijnde, verzogt het committé binnen te liaan, ontfloeg de Regeering van haare posten, en na het vertrek der afgezette Regeering, (lelde gemelde committé andere leden tot 't bewind aan 't volk voor, welken werden goedgekeurd, van hunne huizen gehaald en onder den eed genomen. Ook werd 'er een hoofd der gewapende magt aangefteld, en de in 1787 afgenomen vaendels van het burger exercitie-genootfchap terug gegeven, na welke verrigtingen het committé revolutionair onder een groot gejuich des volks zijne posten nederleide. Te Campen werd op den 29 Januarij mede de revolutie begonnen, en langs dezelfde orde volvoerd, weinig dagen na dat de Engelfchen dien oord ontruimd, en daar niet dan de grootfte verwoesting nagelaaten hadden, zodanig, dat zij een uur van Campen, 40 ftuks beesten en paarden in een huis verbrandden, waarbij de knegt ook door de vlam omkwam, alzoo deze vagebonden eerft het huis omzet hadden, zo dat 'er niemand uit kon. [n  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. 333 In Deventer gefchiedde de omwenteling, even als te Campen en Zwol. De Staaten dezer provintie, op den 5 Februarij te Zwol vergaderende, werden van hunne poften ontzet en door anderen vervangen, en terftond op den 6 of 7 dier maand de gewoone gedeputeerden uit den Hlag terug geroepen en door drie andere afgevaardigden vervangen. Hierop kondigden de nieuwe Staaten, openlijk de rechten der mensciiheid af, erkenden de oppermagt des volks ; vernietigden het Stadhouderfchap, en alle erfelijke waardigheden. In de provintie van Friesland, kwam de FriesU„ omwenteling eerst na Overijsfel tot ftand. Het?ude r^e ° J 1 ïingsvorm. regeerings beftuur van dit gewest, had zeer veele democrr.ifche inrigtingen. Friesland was eene heerlijkheid, doch in dezelve vond men geene bijzondere, zo min ambachts- als vrijebeerlijkheden. 'sLands Staatt-n beftonden uit volmagten of gevolma^tigden, of anders gezegd gecommitteerden van elf fteden, en dertig grietenijen ten platten lande, uitmaakende te zaamen een en veertig Hemmen. In iedere grietenij heeft men ftembevoegde ingezetenen, die Hémgevende plaatzen of landgoederen bezitten, met een huis daarop Jaarlijks worden uit iedere grietenij, door de ftemhebbende opgezetenen in dezelve rwee leden ter Staatsvergadering benoemd, een uit de RidJerfcn p en de andere uit de Landlieden of den Boerenlland, Van alle de pro-  334 GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. De Staaten V»n Frieifand zogte te capituleeren. i j I i I provintien was 'er dus geene, welke eene b^ver reprefentatie had, en die met eene geringe vermdering, tot een zuiver reprefentatief demo:ratisch beftuur had kunnen hervormd worden. De Staaten van Friesland, die even a's die van Utrecht in 1787, de grootfte vervolgers Ier patriotten geweest waren, zogten, in navolging van die van Utrecht, de hun dreigende mweersbui, door eene aan te gaane capitulatie net de Franfchen voortekoraen, en daarom wee:en zij het verzoek der burgers van Leeswaar' len, tot opening hunner voorige ffaterniteit, .'riendelijk af, zeggende in hunne publicatien les wegens: -i— dat men van de onderha-nd-'in\en met de Franfchen, alles goeds voor de provin' ie te gemoet zag, en de ingezetenen aange x td verdenzich ftil en vreedzaam te gedtagen. G< ra :1leStaaten zonden tot dat einde vier gedeput;.vr ;en laar den Franfchen Generaal Chardon te Zwol. Maar het Friefche Committé revolutionair, was bun voorgekomen; door den Franfchen Generaal, die den Generaal Daendels bij zich had, van het oogmerk der komst dezer vier Staatsleden te onderrigtcn. De Franfche Generaal hun gehoord hebbende, wees hun verzoek van de land, en renvoijeerde hun onder escorte ;an len Generaal Daendels, naar het Friefche Committé revolutionair te Campen - en boe zij iaar ontvangen werden, blijkt uit het hier volgende rapport;  I GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 335 Rapport door de gecommitteerden de? j Staaten van Friesland, bij de Fran* fche commisfarisjen. F, D E L MOGENDE HEEREN! Na dat w-j ondergetekenden op faturdag ,, den 31 Januarij dezes jaars, van UEd. Mog. ,, hadden ontvangen eene eommisfie , om te ,, confereeren met die geenen, welke geautho„ rifeerd zijn wegens de Franfche natie, en met ,, dezelven te handelen over de bekwaamde middelen, om den vrede en goede harmonie tusfehen de beide natiën te herftellen, heb„ ben wij ons direct 's anderen daags op reis ,, begeven naar Zwolle, alwaar wij 's maandags tegen den avond zijn aangekomen, en geinformeerd zijn geworden, dat in die ftad reeds Franfche militie was getrokken, en dat de Franfche Generaal Jardin aldaar comman,, deerde. Nog dien zelfden avond zouden wij gelegenheid gezogt hebben, om met den „ Franfchen Generaal te fpreeken, doch geinformeerd zijnde, dat dezelve dien avond niet te huis was, hebben wij zulks tot 's anderen daags morgens uitgefteld, en wij zouden ook des dinsdags morgens tijdig bij den gemelden „ Generaal audiëntie verzogt hebben, zo dezelve ons niet geprevenieerd had, door bij „ ons te zenden een Officier, met order, om ,, ons direct bij den Generaal te geleiden. Bij den Generaal gebragt zijnde, hebben wij met  336 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. ,, met korte woorden onze eommisfie geopend, en uit het antwoord van den Generaal is „ ons ten klaarden gebleeken, dat 'er geene „ mogelijkheid was, om aldaar of elders aan „ het oogmerk onzer zending te voldoen; hebbende vervolgens eene converfatle met den „Franfchen Generaal Daendels, die zich aldaar toevallig bevondt, aanleiding gegeven, tot eene particuliere converfatie, eerst ,, te Zwolle, en, op zijn voordel, vervolgens s, te Campen met hun gehouden, waarin wij van de onvermijdelijkheid van eene revolutie, en de noodzaakelijkheid om daaraan de hand ,, te bieden, ten volden overtuigd zijn geworden. ,, En op dezen grond is het, dat wij bij deze aan UEd. Mog. voordellen, en, zo veel ,, ons aangaat, ten derkden aanraaden, om ten „ gemelden einde te anesteeren, een of meer „ publicatien, waarbij: 1. „ Worden vernietigd de fententien betrekkelijk de onlusten van den jaare 1787, en alle fletrisfures worden weggenomen, 2. „ Worden ingetrokken de placaaten van den 25 Septb. 1786, zo tegen het prei enteren van requesten door meenigten getetkend als ander zints. 3. „ Wordt gearresteerd, dat de ingezetenen „ in de fiedcn en ten platten lande , daar zulks „ verzogt wordt, op den voet zo als zulks op 1 }3 de»  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 337 „ den jaare 1787 gefchied is, zullen worden „ gewapend. Zijnde ons op- het kragtigtte verzekerd, „ dat, zulks gefchied zijnde, »lle 'slands inge,, zetenen, zonder onderfcheid, zullen genieten Jf veiligheid van perfoonen en goederen, vrije godsdienst-oeffeningen en andere voorrechten, vervat in het manifest door de Vertegenwoordigers der Franfche natie aan het Ba.„ taaffche volk gegeven, en zo in Holland als elders bekend gemaakt." Aidüs geapprobeerd den 5 Februari] 1795, (Was getekend) OA Q. v. 53. 3ï.inytrs, */£ v. SfCaaren. Daarop volgde: Publicatie der Staaten van Friesland, waarbij alle fententien betrekkelijk 4e onlusten van 1787 wordtn vernietigd — ijlgetrokken V placaat van 25 September 1786, en de gewapende burgerijen herfteld, den 7 Februari] 1795- p8; De Staaten van Friesland: Alle de gee^, nen, die deze zullen zien of hooren kezen, 9* falutj (*) Bm. ja*rb. der I. D. bl*dz. 269. JII. DEED. Y  33» GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ falut, doen te weeten: dat wij, gedelibereerd hebbende op het ter vergadering voor„ gedragene, en bij ons in overweging geno,, men zijnde, den inhoud van het rapport, , door onze gecommitteerden gedaan, hebben goedgevonden en verdaan, zo als wij goedvinden en verdaan bij deze: 1. „ Dat vernietigd zullen worden alle de fententien, betrekkelijk de onlusten van den ' jaaren 1787 gevallen, mitsgaders alle de procedures, daarover nog hangende of onderno- „ men kunnende worden, en dat alle fletrisfures, dienaangaande, zullen worden wegge,, nomen, zo als gefchied bij deze. 2. „ Dat zullen worden ingetrokken, gelijk „ ingetrokken worden onze placaaten van den „ 25 September 1786, zo tegen het prefentee„ ren van requesten door eene menigte gete,, kend, als anderzins. En 3. ,, Dat de ingezetenen in de deden „ en ten platten lande, daar het verzogt wordt, op den voet, zo als zulks voor den jaare 1787 gefchied is, zullen worden gevva„ pend. „ En op dat niemand hiervan onkundig zij, „ zal deze alom worden gepubliceerd en geaf„ figeerd, daar men gewoon is publicatie en af„ ficrien te doen." Aldus gerefolveerd en gearrefteerd op het land-  GESCHIEDENIS der, NEDERLANDEN. iandfchapshuis binnen Leeuwaarden, den 7 Februari] 1795. 2). de, «55. van UCacnnva f Ter ordonnantie van Hun Ed. Mog. v-an Ofminea. (^*) Den dag te vooren de opening der fraterni- vanc°^™^ teit te Leeuwaarden toegedaan zijnde, zo trokken wel 500 burgers daar naar toe, alwaar dezelven door eene treffelijke aanfpraak van den burger Joha verwelkomd werden. Hierop befloot men tot het vormen van een committé van opftand, en het volgende adres. Adres van het committé central revolutionair der landprovintien in Friesland, aan derzelver ingezetenen. medeburgers! „ Het oogenblik, waarna elk rechtfchapen be„ minnaar zijns vaderlands zo lang reikhalsde, ,, en het welk wij en alle weidenkenden zins „ eenen geruimen tijd, door alle gepaste mid„ delen, zonder eigenbelang en met verachting „ van alle gevaar, hebben trachten te verhaas„ ten. Het oogenblik, om ook in deze gewes„ ten onze vrijheid te herneemen, is thans gekomen; daargefteld door den voorbeeldeloo„ zen voorfpoed der dappere Franfche wape- „ nen, Uttêeftl* jaarboek» I. Deel bt. 27»; Y a  34« GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ nen, en door de zo zichtbaar door de Voor„ zienigheid beftierde omwenteling in Hollands ,, grootfte ftad, en andere fteden: Wij mogen „ niet meer aarzelen, om derzelver voorbeeld ,, onverwijld te volgen: onze eer en het waare „ belang van ons vaderland eisfchen dit van „ ons. Ons land, zo lang door het plunderzie„ ke Engeland en eenen baatzugtigen Stadhou„ der gedrukt, kan niet bloeijen, zonder het „ bondgenootfchap met Frankrijk; en het Fran■ „ fche, volk is de vriend, het is de bondgenoot 3, van alle vrije natiën. ,, Wel aan dan, burgers ! die onzen geboorte „ grond beminnen, en door wier aderen nog Ne„ derlandsch bloed ftroomt; ftaat op! ftaat on„ verwijld en rustig op: komt in uwe fteden „ en plaatzen, gewapend en ongewapend bij5, een, zegt aan uwe tegenwoordige regeeringen, „ dat gij vrij zijt, — en dat gij hen van „ hunne posten ontflaat; geleidt derzelver leden, „ welke zich eerbiedig aan de ftem des volks „ onderwerpen, vreedzaam naar hunne huizen; „ doet insgelijks zo met de krijgslieden, welke zich in uwe fteden bevinden; maar vraagt „ hen, of zij den eed van getrouwheid aan de „ natie willen afleggen, en geeft de hand van „ broederfehap aan allen die zulks belooven. ,, Wij vertrouwen, dat niemand zich tegen 4* uwe vorderingen door eenig geweld zal ver« zetten; maar laat u ook door geen geweld e, af-  GESCHIEDENIS dér NEDERLANDEN. uv „ affchrikken. En, zo hier of daar een ver„ raetelen geweldenaar nog mogt denken, dat „ hij in deze of geene plaats, op dit oogen„ blik, door de magt van eigen of vreemd „ krijgsvolk, de fterkfte was, en zich dus te„ gen dien algemeenen wensch mogt willen aan„ kanten, wij waaijchouwen hem aftelaaten. ., Ons hart dorst niet naar wraak of bloed, — „ maar, wij zweeren voor den Almagtigen Go d, „ en voor het Nèderlandjche volk, dat wij „ het bloed, dat door eene geweldige tegen„ kanting mogt geflort worden, ijsfelijk zullen „ wreeken,. en niet zullen rusten, voor dat deze „ onzalige vijanden en tegenflreevers van 's lands „ heil van den aardbodem zullen verdelgd zijn. Uit naam van het committc' revolutionair, CWas geteekcnd) fflaé6r. (*) Mt-dJid van 't zelve. Op den 9 Februarij 400 geweeren uit het omwente». ammunitiehuis aan. de. burgers rondgedeeld zijn-'"!g' de, zo verkoozen dezen terftond hunne officieren; en den dag daar na deze gewapende magt het ftadhuis bezet hebbende, zoo gefchiedde de revolutie op de gewoone wijze, en werden de door het committé voorgetitelde., en door het volk goedgekeurde leden voor het ftadsbeftuur opontboden, en door. dezelven geinllalleerd. Op (*) Bataaffche Jaarboeken i. Deel Wadz» 288; Y 3  §43 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Op denzelfden dag werden des namiddags de Uitgeweekenen, van wier komst men verwittigd was, onder het losfen van 't gefchut, door de burgerij, en eenige jonge dochters plegtig ingehaald; de laatften deeden de volgende aanfpraak : Aanfpraak der burger dochtercn van Friesland , aan eenige ui'geweekene vaderlanders bij hunne terug komst, aitgeJp"oken te Leeuwaarden door A J. Back er, 10 Fehuarij 1795. „ Zijt welkom, L indgenooten! zijt har- „ telijk welkom! vervolgde Medeburgers! „ onze broeders! — dit is de blijde gedachte dezer fchaare van Friefche doehteren, welke v gij in dit oogenblik van algemeene vreugde » 0V{ f uwlieder komfte, u verwaardigt uit mij„ neri mond aantehooren; — u optehouden van uwe verlangende bloedverwanten en vreem„ den, van uwe geliefde bezittingen en erve, „. waare u het hart te doorgrieven ; dat „. vermaak genooten de dwingelanden, die u, y, ê braaven £ een tijdvak van zeven jaaren ver,„ volgd hebben: dat vermaak was een Mede» cis, of Wilhelmina van Pruisfen waardig; daaientegen ontrolt een traan van vreugde, en » teder gevoel het oog der burgeresfen, die w uwe vrijheidsmin hoogachten, en met een 9 deelneemend harte u tegen treeden. — Door „ lijden wordt uwe vaderlandfche deugd be- „ proefd.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 343 „proefd, en deze, de proeve doorftatinde in „ 't aanzien der edelaartige Franfchen , kwam, ge„ I jk het goud door vuur gezuiverd, luisterrij* „ ker te voorfchijn. — Geluk! het einde van „ uw roemrijk lijden voor de zaak des vader„ lands is daar, en gij vergeet de voorige „ fmarten, om het genoegen der zegepraal , „ die eindelijk rechtvaardig opdaagt. De dvvin„ gelanden te zien beeven voor den opflag uwer . „ oogen, en bloozen op uwe bondige redenen; „ eene fchaare landgenooten te hooren juichen „ bij uwe intreede in deze ftad, waar het ge„ weid u vonniste, — welke overwinning is „ meer eene burgerkroon waardig? — maar ijlt „ van ons weg, broeders! in de armen uwer „ bloedverwanten en dierbaaifte panden. Streeft „ met volkomen vrijheid , en in veile zege„ praal de ftad in; en deelt in de algemeene , vreugde des volks, over het herftel der men- ♦ „ fchelijke, en dus ook van uwe rechten, door „ den invloed onzer magtige vrienden — de „ Franfche natie." (*) Te Sneek en Dokkum gcfchiedde de omwen- Verfefe teling insgelijks zonder tegenftand, maar te /&r* lingen, Bolswaard en Workum, wilde de regeering zo vrijwillig derzelver posten niet te verlaaten, voor en al eer een commando cavalkrij aan die fteden ter hulpe werd gezonden. De (*) B»t. j*arb. ï. Deel bladz. * 4  344 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. De in 1787 ontnomen vaandels met de verdere kfijgS'ammunitie, .werden op den ro Februari] aan de twaalf compagnien gewapende burgers voor de Fraterniteit, door den prefident der nieuwe Municipaliteit plegtig overhandigd. In gemelde Fraterniteit bevonden zich de provifioneele leden voor het aanfiaande Staatsbewind. Het Committé revolutionair trok ftaatig onder 't losbranden van 't kanon en begeleid door de gewapende burgermagt, naar 't Landfchapshuis, ontfioeg de oude Staatsleden van hunne posten, en deed aan dezelven de volgende aanfpraak: b u r g e r s .' Edel Mogende Heeren! — ivettige Souj, verain van den landen; — waren de titels „ welke gijlieden u tot hier toe hebt aangemaa„ tigd, en welke een in naam vrij; doch in „ de daad verdrukt volk, u heeft moeten geven. „ Thans beleven wij verlichter en, gelukkiger „ dagen ; — dagen, waarin het volk zijne waarde kent, —- zijneonvervreemdbaare rechten herneemt,en gevoelt vrij te zijn; - dagen, waarin niemand ede!, dan door daaden, vermogend, dan „ door den wille des volks zijn kan, en waarin het „ volk zelve alleen fouverain is, en wil zijn; — „ dagen, waarin ook hier, het zweet en bloed der nijvere burgerij , en dappere krijgslieden $, niet langer nutteloos verkwistten ten gevalle van eenen fnooden en ondankbaaren des.» poot, Wiileia den Vijfden, tot de onzalig- „ fte  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. " S45 „ fte eindens vergooten worden zal; dagen ,, eindelijk, waarin (dank zij de Goddelijke „ Voorzienigheid !) de heilige rechten van den mensch geëerbiedigd worden, en (althans wij bidden en verwagten het) geëerbiedigd blij,, ven zullen. „ Wel nu dan, burgers! naauwlijks zijn de „ kluisters, waarmede men den achtbaaren en deugdzaamen Friefchen burger geboeid had, ,, en door buitenlandfché magt geboeid hield, „ verbroken, of gij befpeurt reeds op de ge„ voeligfte wijze, hoe gij het vertrouwen der natie mist, zoo is het daarom dat wij overeenkomftig den wil der natie en onzen pügt, u verklaaren, van uwe posten als gevolmagtigden ten „ landsdage, en daaruit voordgevloeide commisHen in het mindergetal en gedeputeerde Staaten, „ vervallen, ontzet, en, mitsdien, ontflagen van s, den eed bij het aanvaarden van dezelve ge,, daan; doch niet van uwe verantwoordelijk„ heid; ten welken einde, wel expres met allen ernst van u gevergd wordt, in dit land, onder uwe medeburgers, aanweezig te blijven. „ Keert dan op die voorwaarde in den thans ,, eerbiedwaardigen burgerkring terug, en ge„ niet daar niet alleen de veiligheid van uwe ,, perfoonen en goederen, welke aan alle menfchen toekomt, maar leert ook bij ondervinding, dat de bewerkers en bevorderaars der ,,, tegenwoordige omwending van zaaken, niet Y 5 „ ge-  346 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. , gelijk zijn aan die van 1787, welke door 3, wraak, eigenbelang, heerschzucbt en te ge„ lijk flaaffche onderwerping aan den tijran, „ Willem den Vijfden, die zelfs heerschte „ over hen, wier dienaar hij behoorde en voor„ gaf te zijn, het volk aan hunne keuze op» „ offerde; neen, maar door dtugd, braafheid „ zachtmoedigheid in het handhaven van de „ heilige rechten van den mensch, gedreven „ en beftuurd worden (,*)." Ook deed het zelfde Commit é de volgende aanfpraak aan de nieuw verkoorene provifioneele Reprefentanten des volks: burgers.' „ Wij, tot dus verre bekleed met revolutio„ naire magt in deze provintie, hebben zo even ( „ deze zetels doen ruimen aan zogenaamde volmagten ten landsdagen, veel al zich zeiven en hunne medeftanders committeerende, en ,, in welker zending en lastgeving de burger „ in het minst niet werd geraadpleegd. Zij, „ misbruik van hunne magt maakende, en af„ hanglijk van den despotieken Willem den „ Vijfden, hadden zich het vertrouwen des ,, volks, dat vrijheid kent, al lang onwaardig „ gemaakt: het volk daar toe opgeroepen, op „ eene wijze zo volkomen als de toefland des „ tijds, en de nood des vaderlands toelaat, „ heeft £*) EataafftU jaarboeken I. Dtel bl. 329;  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 34? ,, heeft u éénftemmig verkooren, om deszelfë „ provifioneele Vertegenwoordigers te zijn. Gij „ gevoelt Hgt, dat 'er geen oogenblik van regeeringsloosheid kan nog mag plaats grijpen; ,, dat het dus het volk van Friesland, het be* lang des, vaderlands en der ontluikende „ vrijheid is, 't welk u oproept; 't welk u in „ requifitie fteit, om, in dezen albeflisfenden „ tijd, deszelfs rechten, vrijheden en duurbaarfte belangens te behartigen — te bevorderen. Deze oproeping is zo verbindend, zo eerbiedwaardig, dat geen patriot kan of mag wei,, geren, dezelve te gehoorzaamen, ten zij in* gevalle van volflagene onmogelijkheid;] zo hij zich niet verantwoordelijk wil ftellen voor alle die onheilen en nadeelen, welke uit zulk eene onttrekking voor het lie3J ve vaderland zou gebooren worden. — Uwe verfchijning, burgers! aan deze plaats, verzekert ons, dat gij, van deze gevoelens „ doordrongen, bereid zijt, om den plechtigen „ eed of ftaatelijke belofte, voor de u voor te j, leezen inftructie afteleggen; ten welken einde „ elk uwer, die in eenigen vroegeren Eed mogt ftaan, en zo verre dezelve met dezen ftrijdig mogt zijn,door het Committé provintiaal revo„ lutionair, mits dezen daar van ontflagen wordt. Doet zulks van harten, vervult met alle „ die gevoelens, welke de onvervreemdbaare s^ rechten van den mensch en burger van u „ eis-  348 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. Verd«eling van het bewind, j j i 1 „ eisfchen en met dien edelen toeleg, om uwe beste en onvermoeide poogingen aan te wenden, ten einde alles wat de belangen van „ vaderland en vrijheid vorderen, ten kosten zelfs van uw leven daar te ftellen. „ (Na voorleezing van de inftructie en den eed, en na gedaanen eed, volgde het vol- „ gende:) „ Burgers! het eenig doel van de magt u s» opgedragen, van den post, door u thans ftaa,, telijke aanvaard, is het heil van den burget- ftaat met alle uwe vermogens te bevorderen. „ Die gunstrijke Voorzienigheid, welke, in de- zen winter, het hachlijk lot van ons Gemee„ nebest, door, van menfehen onafharglijk, ,, weer en wind zo zichbaar beflischt heeft, „ zegene, tot dat groot einde, uwe ijverigfte „ poogingen, en doe de goede vrijheidszon, wel„ ke zo lieflijk begint te daagen, fteeds hooger „ en hooger rijzen, tot den vollen middag van „ alle op aarde mogelijke volmaaktheid toe (*)." Bij de inftructie was de nieuwe Staats-Re;eering verpligt, om de zaaken van haar beftuur n bijzondere Committés te verdeelen, en wel n die van Finantie, Juftitie, Koophandel, Zeevaart , Landbouw en Fabrieken, en op be:omen rapport van het Committé, waartoe de ;aak behoorde, bragt het ligchaam van Repre- feu(*) BtiatffiU jurboeken h Deel bi. 328» : /  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 349 fentanten het finaal befluit daar op uit. Een der Committés moest een ontwerp van een geregelde oproeping des volks maaken, daar uiterlijk binnen vier maanden gebruik van gemaakt konde worden. Het Hof van Juftitie bleef, onder erkenning van de oppermagt des volks, en moesten eindelijk de Reprefentanten beloven naar de overgave van hun beftuur aan hunne opvolgers, de natie door den druk rekening en verflag van hunne verrigtingen te geven. Zonder verwijl arrefteerden de Staaten van Friesland, de 'volgende publicatie :' Publicatie van de provifioneele Reprefentanten van 't volk van Friesland, waar bij het Erflladhouderfchap vernietigd word. den 20 Februari] 1795. VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP! ,, De provifioneele Reprefentanten van het ,, volk van Friesland. Allen den geenen, die deze zullen zien of hooren lezen, Heil en ,, Broederfehap! doen te weten: Daar zedert de invoering van het Erfftadhouderfchap in ,, de Vereenigde Gewesten, de ondervinding fpoedig leerde, hoe de belangen van 't Stadhouderlijke huis, verre boven die van 't lieve 9, vaderland, werden bevorderd. Daar de fcheepvaart dezer landen, de „ voornaame bron van der burgeren bloei en welvaard, ter bereiking dezer heerschzuchtige „ bedoelingen, door het Erfftadhouderlijk gezag ,, ver-  3So GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN verwaarloosd, en, geduurende den laatften .,, Engelfchen oorlog bijna geheeL vernietigd ,, werd: daar, om te fmooren de vrije ftein „ der burgeren, die zich tegen de ijsfelijke ge- volgen, van dit meer en meer toeneemen.1 bederf, begon te verheffen, van den Stad- houder en zijn aanhang, tegen wil en dank ,, der ingezetenen, vreemde troepen ingeroe„ pen, en van dezelve , de beste vaderlanders „ openlijk geplunderd, en in buitenlandfche ker„ kers gefleept werden, ten einde als ter dood gewijde flagtoffers, aan eene beledigde heersch- zucht, te worden opgeofferd. — Daar, na dat „ hier door fchrik en ellende, over de burgers „ dezer landen was verfpreid, men zich veroor,, loofde, de gepleegde gruwelen, agter het mas- ker van den godsdienst te verbergen , door „ aan eene bijzondere Voorzienigheid toe te „ fchrijven, dat geen, het welk eigenlijk on,, der deszelfs aanbiddelijke toelaating, alleen „ heerschzucht en geweld hadden uitgevoerd. Daar, om die banden dezer overheerfching, „ nog fterker te doen knellen, op aandrang „ van den Stadhouder, verbonden met Pruisfen en Engeland werden gefloten, onder voor,, wendzel van den Regeeringsvorm dezer landen te guarandeeren, doch wezenlijk ten doel „ hebbende, dezen zetel van geweld hier on- wrikbaar te vestigen. Daar de rampzali- „ ge gevolgen dier geflotene alliaijtien, de bur- ,> gers  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. 351: ,, gers en ingezetenen dezer landen tegen wil en dank in den zo verderfelijken oorlog lleepten ,, tegen eene edelmoedige en vrijdenkende na,, tie, het volk der Franfchen, een oorlog, ,, die enkel gevoerd werd, om de gevoelens van Vrijheid en Gelijkheid, die door dit grootmoedig volk over Europa werden ver,, fpreid, uit te roeijen, en, ware het mogelijk, met wortel en tak te verdelgen. Daar de Ert'ftadhouder, na, in dezen gru* ,, welijken oorlog, niet alleen ftroomen van men„ fchenbloed, maar ook de fchatten van dit Gemeenebest, uit het zweet der ingezetenen verzameld, gewetenloos verfpild te hebben, eindelijk, na de zegepralende intrede der „ Franfchen, (onze broeders en vrienden op „ den grond onzer provintien) uit deze landen is gevlugt, ten einde zich te onttrekken aan de zo noodz :akelijke verantwoording, wegens „ eene opeenstapeling van alle deze zijae zwaare ,, en menigvuldige misdrijven. ,, Daarom is het, dat wij, provifioneele Re„ prefentanten des Fr'efchen volks, overeenkomllig den last en de magt, ons bij onze inftruc,, tie verleend," decreteeren, gelijk gedecreteerd ,, wordt bij deze, het Erfftadhouderfchap in den perfoon van Willem den Vijlden, en „ alle zijne nakomelingen, te casfeeren, te anaulleeren en te vernietigen, gelijk het zelve  3$z GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ gecasfeerd, geannulleerd en vernietigd wordt bij, deze; en hij dus vervallen, verklaard van alle die waardigheden en eminentien, zo „ politicque als militaire, welke hij in en van wegen deze provintie heeft bekleed; worden„ de elk en ieder ontflagen van den eed, die „ hij voormaals, in welke betrekking het ook „ zijn mogt, aan den gewezen Erfftadhouder, „ of met opzicht op het Erfftadhouderfchap, „ heeft afgelegd. „ Dat wijders alle refolutien, voormaals tot „ het Erfftadhouderfchap genomen, worden in„ getrokken en herroepen, gelijk wij dezelven „ intrekken en herroepen bij deze, dat dg lijf- en losrenten, tractementen en emolu,, menten, onder welke benoeming het ook zou„ de mogen zijn, en in vroegere tijden, ten „ voordeele van den geweezen Erfftadhouder „ Willem den Vijfden, zijne familie, -voorza„ ten en nakomelingen, onder de voorige Re„ geering toegeftaan en betaald zijnde, inge„ houden, en niet meer betaald zullen wor„ den; dat verder alle zorg zal worden ge„ dragen, dat geenerlei goederen en bezittin* gen, aan voorf. Willem den Vijfden, of zijne „ familie behoorende, in andere provintie gele„ gen, of aanweezig zijnde, worden verdon„ kerd of veralieneerd. 9» En op dat niemand hier van onkundig „ blij-  GESCHIEDENIS der. NEDERLANDEN. 353 „ blijvc, zal deze alom worden gepubliceerd „ en geafiigeerd, waar zulks gebruikelijk is (*)•" Leeuwaarden den 20 Febr. 17P5. De provifioneele Reprefentanten van het volk van Friesland. Ter ordonnantie van dezelve. Daar de ftad Franeker, in 1787, om dat de patriottifche Regenten zich derwaards begeven hadden, — bij de omwenteling van dien tijd getuchtigd waren geworden, met het afhangen der deuren hunner ftads poorten, die in de kerk gebragt, en aldaar aan ketenen geboeid ftonden, wilde men dien hoon plegtig uitwisfchen bij de revolutie van .1795, en dit gefchiedde op den 5 Maart. Met het gelui der klokken werd zulks 's morgens reeds aangekondigd. 's Middags trok. de fchutterij met de Franfchen naar de beftemde plaats, alwaar de Academifche Senaat met deszelfs ftudenten, gelijk ook honderd zestig bejaarde burgers, tagtig gehuwde vrouwen, en honderd vijftig jonge burgeresfen verfcheenen, en welke aldaar tot den optogt in order gefchaard werden. Bij dezen ftaatelijken trein, ging een detachement der fchutterij voorat, gevolgd van de Muni- ci- (•) Bat. jsaiboeken II Deel bl. • den, ieder voor de helft. In deze twecderlei foort van ftaatsleden berustte de hoogde wetgevende magt dezer provintie, en de ftad had hier in den eerden rang. In Groningen en Ommelanden viel de omwenteling laater voor, om den gedadigen doormarsch der Engelfche troepen. Op den 33 Januarij ontftond 'er eenige beweeging onder de burgers, waarop de Regeering met eenige burger -kapiteinen befloot, mede te werken tot bewaaring der Z a rust,  S5Ö GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. rust, en naar veele deliberatien werd 'er proviiloneel beflooten, tot het organifeeren van het genootfchap, en de directeurs verzogt, wapenen uit 's lands magazijnen te laaten haaien; dit gaf een groot genoegen aan de burgers, waar van veele zich daadelijk wapenden, en met een detachement van 40 man de barrière buiten de Heerepoort bezetten, om den doortogt der Engelfchen te beletten, De burgers waren nu meester van de magazijnen, en de fchippers patrouilleerden langs de ftraaten en wallen der ftad. Hier op werd door de burger-focieteit, officieren van het genootfchap en meer andere burgers, eene nominatie van zestien burgers gemaakt, en daar uit bij ftemming agt burgers verkooren, om over de belangen der burgerij raad te pleegen. Deze aan de burgerij voorgefteld zijnde, werden ook door dezelve goedgekeurd , en zelfs deze keuze door den Magiftraat geapprobeerd. Op den S5 Januarij kwam 'er eenige bagagïe van Prins Fr ede rik door de ftad, welke den dag daar na verder optrok. Door Drenthe en het Oldampt marcheerden veele Engelfchen naar de nieuwe fchans, en bij en rondom de ftad lag het vol Engelfchen, die op het platte land flegt huis hielden, en voor ftad en land verderfelijke oogmerken hadden, doch met dezelve werd een accoord getroffen, om de ftad op een afftand van twee en een half uur niet te naderen. Hun plan  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 557 plan was om zich in Oostvriesland te nestelen, om het voordeel te genieten van langs de oost Eeems toevoer te bekomen, maar» zulks werd hun door de kloekmoedigheid der Groningfche burgerij belet. Doch op den ia Februarij een Committé revolutionair verkooren zijnde, zo werden den dag daar na de burgers, wijksgewijze, in de zes kerken opgeroepen tot het benoemen v.n kiezers voor de nieuwe Municipaliteit, dan, terwijl de kiezers met het Hemmen voor de nieuwe Municipaliteit bezig waren, ontüoeg het Committé revolutionair de oude Regeering van hunne posten, de nieuw verkoorenen werden geinftalleerd en beëedigd, en de ftads omwenteling met het planten van eenen vrijheidsboom befloten. Na deze verrigting kwam een aanzienlijk aantal ingezetenen uit de Ommelanden en Groningen, en ftelde een Committé revolutionair van twaalf perfoonen aan, die op den 16 Februari], in de Broerkerk te Groningen, eene nominatie van zes en dertig perfoonen maakten, waar uit 'er agttien tot provifioneele Reprefentanten verkooren werden, die, na dat de oude flaatsleden van hunne posten ontflagen waren, derzelver plaatfen vervongen. Op den 25 Februarij trokken zij alle de bij hunne publicatie genoemde fententien van T787 in, nodigden alle uitgeweekenen om terug te Z 3 kt> l  358 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, Omwent Ina 'm&rii tk,. Zttland. Op komen, met belofte van alle betaalde breuken te zullen reftitueercn. !. In Drenthe, (geene provintie, maar een Iand"fchap, ftaande onder de befcherming van Hun Hoog Mogenden) werd op den 10 Februarij te Asfen, hoofplaats van dit landfchap, de omwenteling begonnen door bet Committé revolutionair, hetwelk de oude Regeering van derzelver posten ontfloeg, en eene nieuwe aanftelde voor den tijd van twee maanden. Deze provifioneele Reprefentanten, proclameerden daadelijk de rechten der menschheid, Vrijheid, Gelijkheid en Broederfehap , en vernietigden de vrijheid van de Jagt en het Erfftadhouderfchap. In Zeeland, de derde provintie in rang, beftond voorheen het oppergebied uit zeven leden, namelijk den Premier Noble, of eerften Edelen, reprefenteerende zijne Hoogheid van Oranje als Heer van VlUjingen en Marquis van Veere, — en de fteden Middelburg, Zierikzee, Goes, Tholen, Vlisfingeti en Veere. In deze provintie had de Stadhouder wel zijnen grootften aanhang, en van daar, dat deze provintie, in het fchandjaar van 1787 zo bijzonder uitgemunt heeft in het plunderen van de huizen der patriotten. Eene provintie derhalven, alwaar de patriottifche pirtij te zwak was, om voor de komst der Franfchen de omwenteling daar te v Hellen.  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 359 Op den 37 Januarij kwam in Zeeland de volgende fommatie: " Sommatie van den Franfchen Generaal Michaud, ter opeisfching van de pro* vintie Zeeland. Uit het hoofdkwartier te Breskens, in 't land van Cadjand den 27 Januarij, het derde jaar van de eene en onverdeelbaare Franfche Republiek. De Generaal der divifie Michaud, Commandant der Franfche troepen in Hollandsch Vlaanderen. Aan Mijnheer den Generaal, commandeerende de fïerktens van Zeeland te land en ter zee, in het eiland van Walcheren. mijn heer den generaal! Buiten twijfel zijt gij reeds geïnformeerd, „ dat de armée der Franfche Republiek op dit „ oogenblik het ganfche territoir van Holland „ occupeert, dat alle plaatzen de poorten voor „ haar geopend hebben, en wij dezelven zijn „ binnen getrokken. „ Ik twijffel geen oogenblik, of gij zult reeds „ denzelfden uitdrukkelijken last ontvangen heb„ ben, om, naamlijk, op gelijke wijzeu tegen over „ de troepen welken ik commandeer te gedra„ gen. Wat mij belangt, ik heb order, om mij j, met dezelven in Walcheren te begeven. Z 4 91 D«  3öo GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. „ De zaak, die ik verdedig, is die der vrijheid; dezelve js u niet vreemd; — wel„ haast hebben wij dezelfde belangen. ,, Het is niet als vijanden, niet als over„ winnaars; neen, maar als befchermers, maar ,, als vrienden, dat wij bij u verfchijnen. Indien „ de lasteringen van de te zaamen gezwoorene „ tijrannen, waarmede zij de Franfche natie 8, hebben overlaaden, om daardoor andere natiën ,, van haar te vervreemden, en voor haar te verfchrikken, eenigen invloed op u gehad, ,, en eenig geloof verdiend hebben, (offchoon „ ik wars ben om zulks te denken) zo zal de „ haatelijke boosheid dezer uitftrooizels door u erkend worden, wanneer gij flegts een blik „ op de proclamatie van de Vblksreprefentan* ten der Franfche natie, aan het Bataaffche ,, volk, waarvan ik u een exemplaar hier ne?, vens voeg, zult geworpen hebben. „ Gij zult zien, Generaal! uit deze zelfde ,, proclamatie, hoe zuiver de voorneemens zijn „ van het Franfche volk, en met redelijkheid „ zult gij niet kunnen twijfelen aan derzelver „ zo erkende deugd, zonder hun op 't grootst „ te beledigen; iets, het geen buiten twijfel, zeer ver van uw hart verwijderd is. Ik fommeer u dan, Generaal! mij te ont„ vangen in het eiland van Walcheren, aan het „ hoofd der troepen, die ik commandeere. Ik herhaal u, het is als vrienden dat wij „ ver-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. tfl „ verfchijnen. Gij zult 'er over kunnen oor.. deelen, uit de orders, die ik van mijnen Ge„ neraal en Chef ontvangen heb, en welke „ orders volkomen gelijkvormig zijn aan de be„ ginzels der Volksreprefentanten. Ik fchroom „ niet u te zeggen, dat alle verdediging vrug„ teloos zal zijn, en alleen kunnen dienen „ om bloed te doen ftroomen, het geen zo wel tegen de belangen van 't Bataaffche vol! tegen de menschlievende oogmerken der $ra „ fche natie ftrijden zoude." Groete en Broederfehap! De gedeputeerden der Staaten dezer provintie, door den zwaaren ijsgang verhinderd zijnde geweest, daadelijk naar Breskens over te fteken, troffen bij hunne komst aldaar de volgende capitulatie: Articulen van capitulatie, door de gedeputeerden der provintie Zeeland voorgeflagen aan den Generaal der divifie Michaud, commandeerende de troepen in Hollands Vlaanderen, benevens het antwoord van den Generaal der divifie Michaud, commandeerende de troepen der Franfche Republiek in Hollands Vlaanderen, op de articu* Z 5 lm }  36> GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. len van capitulatie, door de gedeputeerden der provintie Zeeland voorgeflagen. Art. i. ,, Dat niets, hoegenaamd, zal on„ dernomen worden, tegens de vrije uitoeffe- ning van den heerfchenden godsdienst. Antw. ,, Toegeftaan, vooralle godsdienilen, „ ingevolge de proclamatie van de Volksrepre- fentanten der Franfche natie aan het Bataaf„ fche volk. Art. 3. ,, Dat de tegenswoordige regeerings,- vorm zal gehandhaafd worden. Antw. Beantwoord door dezelfde procla- matie. Art. 3. „ Dat de veiligheid van alle per,, foonen, zo amptenaaren als particulieren bur,, gers en ingezetenen, hoedaanig hunne denk- wijze, zo in het politieke als anderzints mo- ge geweest of nog zijn , over dewelke „ niemand zal kunnen ontrust worden, volko„ melijk zal verzekerd zijn. Dat mede vol„ komelijk verzekerd zal zijn, de geheele vei„ ligheid en vrije magt over alle eigendommen, goederen en bezittingen, toebehoorende aan „ den Staat of aan gemeen fchappen, maatfehaps> pijen» gildens en particuliere perfoonen, zon-* der eenige uitzondering, hoegenaamd. Dat „ onder dit artieul ook begreepen zullen zijn, „ de perfoonen en goederen van de Schotfche „ court,  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. %6% ,, court, binnen de ftad Campveere geves„ tigd. Antw; „ Toegedaan, volgens dezelfde pro„ clamatie, houdende: dat de veiligheid der „ perfoonen en eigendommen zullen befchermd worden, en dat alles wat na misdaad gelijkt, en alle buitenfpoorigheden en beledigingen „ van burgers aan burgers, op het ftrengst geftraft zullen worden. Art. 4. „ Dat het aan alle perfoonen, die Staats Braband, Vlaanderen of andere plaatzen hebben verlaaten, toegeftaan zal worden „ vrijelijk en zekerlijk naar hunne wooningen ,, terug te keeren, en dat aan hun zullen worden ,, wedergegeven de eigendommen, welke men „ uit dien hoofde zoude hebben kunnen ver„ koopen, of in fequeftratie gefteld zijn,dat hier „ onder zullen begreepen zijn, de uitgeweeke„ nen uit de Oostenrijkfche Nederlanden, gelijk „ ook die uit Frankrijk, zo 'er gevonden „ worden, aan dewelken ten miniton een vrijen aftogt zal gegeven worden. Antw. „ Zo 'er de gevallen zijn, voorzien bij de befluiten der Reprefentanten des volks, waarbij eene vrije wederkomst verzekerd wordt „ aan ieder een, die door een verkeerd denk„ beeld van vrees, hunne haardfteden hebben verlaaten, bij de aankomst der legers van „ de Republiek; en zouden kunnen bewijzen, „ voor  36*4 GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN, voor dezen dag daarin niet te hebben kun- nen vvederkeeren, 't zij dezelven opgehouden „ zijn geweest in bezette of belegerde plaat3, zen, of in eenige volftrekte onmogelijkheid van zulks te kunnen doen, „ Onder dit Articul zijn niet begrepen de 9, Franfche uitgewekenen, met of voor dewelken ,, de Franfche Republiek nooit tot eenig ver„ drag gehoor zal geven. Art. 5. Dat men niet verpligt zal zijn ,, Franfche troepen in deze provintie in guar„ nifoen te neemen, maar dat mea aanbiedt, om aan de troepen van den Staat, den eed „ te laaten afleggen, van de wapens niet meer „ te voeren tegen de Franfche Republiek. Doch ingevalle men hierop bleef aandringen, ,, C't geen te vooren gemeenfchappelijk bepaald „ zal worden) uit hoofde der moeilijkheid tot ,, berging derzelven, en der buiten gemeene „ duurte der levensmiddelen, welke een al te „ groot getal veroorzaaken zouden; en dat zo „ de troepen bij de burgers en ingezetenen gebiljetteerd moeten worden, de inkwartie„ ring door de Magiftraaten der fteden en plaat„ zen, daar zulks nodig geoordeeld zal zijn» gereguleerd zal worden. Antw. „ De troepes van de Vereenigde Ne~ „ derlanden zullen, na den eed te hebben afgelegd, van niet meer tegen de Franfche „ Re-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 365 ,, Republiek te dienen, hunne wapenen behou- den, en den dienst der politie in het bin- nenfte der fteden waarnemen. „ Daar zullen niet meer dan de nodige troe,, pes in het eiland van Walcheren gebragt „ worden, en voor het tegenswoordige alleen- lijk maar anderhalf battaillon, beloopende op „ 6 i 700 man, die niet zullen vermeerderd „ worden, ten zij de nood zulks vereischte. ,, De fchikkingen tot het logement, en de zo veel mogelijke vereeniging der troepes in iedere ftad of cantonnement, zullen door de Magiftraaten genomen worden. ,, De Officieren alleen zullen afzonderlijk mo- gen gehuisvest worden. ,, De equipagien en bezittingen der fchepen „ van oorlog der Vereenigde Nederlanden, zul- len bovengemelden eed mede afleggen, en die op ftroorn liggen, zullen eene wagt van Fran„ fche troepen aan boord krijgen, indien zulks op de andere fchepen van de Republiek heeft plaats gehad. Art. 6. Dat men niet verpligt zal zijn de asfignaten van de Franfche Republiek inte« ,, voeren, en dat, noch perfoonen, noch goe,, deren in requifitie zullen kunnen gefteld wor„ den. Antw. De asfignaten zullen door dwang niet „ gangbaar gemaakt worden, ten zij zulks ge- „ fchie-  $66 GESCHIEDENIS oer. NEDERLANDEN. ,, fchiede in de andere provintien van de Republiek, door Franfche troepen bezet. „ Voor het overige gedeelte, is dit articuï beantwoord door het derde articuï-, waarbij „ de veiligheid aan perfoonen en eigendommen verzekerd wordt. Art. 7. „ Dat, bij aldien eenig eiland, ftad of fterke plaats van deze provintie reeds met de troepen van de Franfche Republiek had- ,, den gecapituleerd op minder voordeelige voor/waarden, dan ih deze capitulatie bepaald is, „ dezelve mede onder deze begreepen zal zijn; en dat integendeel zo hunne capitulatie voor- }, deeliger was, deze met de begeerde articu- ,, len vermeerderd zal worden. ,, Men zal onder deze capitulatie ook begrij- 3, pen de eilanden, fteden of fterke plaatzen ,, van deze provintie, die zich nog niet ver- „ ftaan hebben met de Franfche Republiek. Antw. Toegedaan. Art. 8. ,, Alle de articulen van deze capi„ tulatie, die op eenige duistere en dubb -lzin„ nige wijze zouden kunnen worden verklasrd, of voor eenen anderen uitleg vatbaar, zul_,, len altoos ten voordeele en in faveur van de,, ze provintie en deszelfs inwoonderen uitge9) legd en uitgeöeffend worden. Antw. Zo 'er in een der articulen van „ deze capitulatie eenige duisterheid zich konde op-  GESCHIEDENIS der NEDERLANDEN. 367 ,, opdoen , zal den uitleg derzelve altoos ten voordeele van de provintie Zeeland zijn, voor ,, welkers belangen, gelijk ook voor deszelfs ,, ingezetenen, voorzeide gedeputeerden verklaaren te capituleeren." Gedaan te Breskens den Gedaan in 't hoofdkwar4 Februarij 1795. tier te Breskatis den 16 Plu- (Was getekend) «W* '+ Februarij) bet der¬ de jaar der een en onver- Huysfen de Kattendyke. deelde Franfche Republiek. ?. H. Sckorer. De Generaal der di7ifie* *' (Was getekend) A. V. Doorn. Michaud. (Lagerflonf) Aangenomen ingevolge de refolutie der Staaten van Zeeland van heden. Middelburg den 4 Februarij I?P5. (Was geteekend) crrn p , ctf . / tJbuys^ett de dVattend^K,e