VERZAMELING W. H. SURINGAR    OVER DE GEVANGENHUIZEN van PHILADELPHIA. DOOREEN' EUROPEËR.MPHILADELPHIA. Uit hst Fransch vertaald. te AMSTERDAM, by JOANNES ROELOF POSTER» ï 7 9 6*  Het PriviHie is vorens Je »ei*erkrc^.  OVER D Ë GEVANGENHUIZEN VAN PHILADELPHIA, Howard, de weldadige Howard, zo dikwyls voor eenen Philantropifchen droomer uitgemaakt, zelfs door die geenen, die zyne grootmoedige poogingen hunne bewondering en eerbied niet konden weigeren; zal (dank zy de wysheid van den Penfylvanifchen ftaat 1) voortaan niet meer be» fchouwd worden dan als een' Wysgeer, wiens geest, zich in zyne betrachtingen zo wys, in zyne inzichten zo doordringend en verlicht getoond heeft, als zyne ziel deugdzaam en eenemeofchenvriendin geweest is, zyne leer en grond Hellingen zya te Philadelphia volledig aangenomen: zy zyn 't federt verfcheiden jaaren, en de goede uitflag kroont de onderneeming, zo als deeze weldoender van 't menschdom het voorzegt had. Maar, de» wyl het crimineel gericht van den Penfylvanifchen Haat de grondbafis is, waar dit nieuw fysthema van gevangenhuizen - beftuur op rust, zo is het nodig het op eenvolgende historifche daar van onder het oog te brengen. By het oprichten zyoer Volkplanting, kwam er William Penn met ecne charte (volroagtsbriefj vanCarelden Tweeden, die de inftelling der Üngelfche wetten vootfchreef. Deze' wetgevende Wysgeer, wiens eerfïe daad was, befcherming te verlenen aan alle Godtdienften, zonder onderfcheid , zonder de min (te voorkeur aan deeze of geene, nam niet dan met weerzin een codex peenalis (ftraf wetboekj aan', dat in 't algemeen byna voor alle misdaaden de doodftraf op lag. Eeo vrind der reden eD der meoschheid, was zyo A 2 weosch  C 4 ) -o^t, rWrelver aebied uit te breiden, en zyne Sfende vSanang, derzei ver weldaad» te dEen Sen. Ten anderen, kon het (torren van bloed, t? koeten bloede bevolen en uitgevoerd wetftroo. Ven met de grondbeginzeler. van het hoofd eener feSe^e dl wettuheid eens oorlogs, zelfs ve - „"rènderwyze gevoerd, niet toeltemt. . Hy ftel- 1dan nieuw en veel zachter crimineel wetde dan een ik n aueen nnedenPvoorbe Sgten nfoord gefleld was, aan de ÏSvollende magt bet vermogen overlatende, om het ÏÏÏS dweene volftrekte vergiffenis, of door ™ verandering van ftraf te vernietigen. Dit «Prholk wierdt door Engeland afgekeurd, en na !„1, l van Penfvlvanien, wierden de Engellche 355eelï wet en !n alle haare nitgeftrektbeidl en crimineeic . n orde vanzaaken duur- Srzf lang df Koning van Engeland fouverem van herroepen! wierden het teffeos tot de zachtheid hfn haare eerfte pcenaale wetten. Echter met teV ni£de de nieuwe conüitutie van deezen ftaat, Smartin't jaar i77«. het wetgevend ligchaam 6Xnd om het crimineele wetboek te hervormenTde ftraffen minder wreed, en meer evenreïSaan de deliften die zy moeiten ftraffen.J» JLB zo belette de oorlog, tot het jaar 1786, S.t deèze weldaadige roeeningen gevolgd wierden. f'foo dit tvdftip wierd de doodftraf, te vooSi opgelegd voor meest alle dief (tallen brandShringet en zonde tegen de natuur, bewaard Ïoot alterley foort van moordenaars voorbrandftichter voor de fchuldiaen aan verraad;en voor Se £ delidten, namen de gce.fel.ng, de gevancenis, de ttrafwerken , haare plaats in. Ee reeds groore verzachting in het codex ^nalis was echter flechts een onvolmaakt begin van dé voorgenomene hervorming, ook^waren ee-  ( 5 ; nige baarblykelyke gronden van recht daarin misken,). Het ontfnappen uit de gevangenis wierd met flagen geftraft, naar goeddunken - van den Recnter, zelfs met verminking der ooren. De man, het gevangenhuis ontfnapt, zich fchuldig maakende aan'een der delicten, waar voor het nieuwe gericht eene ligte draf vorderde, wierd volgens- het oude, met de dood geftraft: als of de v/et, die by een* gevangenen aftoos de begeerte moet vooronderftelleo van te ontfnappen, alle haare waakzaamheid en zorg niet moest aanwenden, om zyne gevangenis te verzekeren, de Cipieren, zo zy wil, voor het ontfnappen verantwoordelyk (lellen, maar nooit daar van een nieuwe misdaad maaken aan dien geene, die ia het ontvlugten uit de gevangenis, niet dan eene natuurlyke drift opvokt, welker geweld niemand zal miskennen, daar hy in de daad geen verbond, hoe genaamd, breekt, nog eeciig vertrouwen verraad De ondervinding van twee a drie jaaren ontdekte ook weldra de talryke zwaarigheden der ftrafwerken. Deeze misdaadigers, met ketenen belaaden, verftrooid in dé ltraaten en op de wegen, ftelden eer het fchouwfpel der ondeugd, dan van fchaamte en ongeluk voor. De onmogelykheid om ze alle genoeg van naby na te gaan, gaf hen dik wils middel om zich aan buiteni'poorigheden over te geeven, zich dronken te drinken, in de huizen te komen, er zomtyds in te fteelen, dikwils haare ketenen te breeken. Alle de gevangenen liepen door elkander, hoedanig haare misdaaden en inborften ook waren. De flechte wierd door deeze vermenging niet beter, en de min ondeugende vertimmerde daar door. De fchrik was in de fteden en op het land ; en verre dat de menfehen, aldus geftraft, daar uit middelen tot zelfsverbetering trokken, zo vermenigvuldigden zich de misdaaden, en de gevangenisfen wierden te klein, voor het getal gevangenen dat zy moesten bevatten. A 3 Op  Dn dit tvdftïp vereenigden zich eetiige achtingsJaYdire Burgers van Philadelphia, met voorneelen om de gevangenhuizen eenige verlichting toe tTbrengen, derzelver nooddruften pp te fpooren, en de daar in plaats hebbende misbruiken aan het gou^rnement te ontdekken. Deeze maatfchappy bragt eene nieuwe verzachting in het codex psenahs te weeg. In het jaar .790 ^^T?^ liahaarn nog uit eene kamer betraande, de itiar werken; degverminking, de geesfeling de boete Tot vergoeding der begaane misdaaden, af. Deeze wet eischt ook eenen hoogen trap van baarblyke, WkhSd omtrent de overtuiging van eenige misdaaden blonder omtrent het ombrengen van een TGnd door zyne Moeder, in de eerde oogenbl.kken Sner gebooïfe; en eenige hoofdzaakelyke «na. S , nopens de algemeene beftiering der gevangenhuizen voorfchryvende, laat zy aan een Committe Opzichters over, de zorg, van, onder goedvTurirSvan den Maire en twee Aldermans van Philadelphia, van twee Rechters van het Hoogerhof, Ln van twee van die der Comman p eas (Gemeensrnannen van Penfylvanien, de noodige reglementen Sr derzelver inwendig beftuur te maakem Het venrouwen op de inzichten deezer weldaad ge maatfehappyen de belangloosheid en wysheid der SÏÏcKers, welke zich tot de beftiering der gevangeSen aanboden, ontrukte het wetgeevend Saam deeze wet van zachtheid; het was toen ïfrre°an te durven hoopen, dat het verbannen van alle kwaade behandeling, dat de zachtmoedigheid jegens de gevangenen, ze meer zoude rntoomen en verbeteren, dan de ftreogheid, de hardheid en de boei jen. De Rechters, dieswegens geraadpleegt, waren teeen deze verandering, niet dat zy door voorIS-elen verhard waren: zy zyn verlicht en rnschhevend; maar de dagelykfche gemeende kennis die hun ampt ben van de misdaaden en misdaadigers, gaf, benam hen aHe  C 7 ) hoop, dat het fyfthema, 't welk men vóór had In te voeren, eenen goeden ujtflag konde hebben. De verandering in het beltuur der gevangenhuizen, was echter de eeuige grondflag van dié van het codex paenalis. Ook wierd de wet flechts vooreenen tyd, en haare kracht op vyf jaaren bepaald; aan de ondervinding overlaatende te bewyzen, of men in deze proeven rnoeft volharden, dan (het ;.>een toen waarfchynlyker voorkwam,.) of men ze moeit flaaken, 'De Quakers vooral waren voortplanters van dit fyfthema van zachtheid ;zy wierden geholpen door den invloed van eenige Burgers, de aanzienlykfte door haar vermogen en crediet; wys genoeg om de moogelykheid en de voordeden van den goeden uitfl :g te voorzien, vaderlandlievend genoeg om te trachten daar aan toe te brengen. Deeze wierden tot Opzichters verkoren; toen waren de reglementen fpoedig gemaakt; de in de gebouwen noodige veranderingen fc'melyk voltooid, het nieuw beftuur weldra in weiking gebragt, èn de proeven der eerfte jaaren hebben aan hunne verwagting, aan hunne zorg , zodanig beantwoord . dat het wetgeeveod lichaam van Penfylvaniea , in 1703, het codex psenalis nou verder verzachtende, de doodltraf bewaard heeft alleen voor moorden, bewezen boosaardig en voorbedachtelyk te zvtj bedreven; de. andere met eene" meer of minder lange, met'eene meer of minder ftrenge gevangenis ftraffende, en altoos aan den Gouverneur het vermogen overlaatende, om derzelver duur te verkorten. Want heeft de zekerheid van ftraf deze wyze Wetgevers eene mach. tige band gefcheenen, om veele misdaaden voor te koman, zo heeft hen daarin tegen de hoop van door een goed gedrag vergiffenis te erlangen, een niet minder gefchikt dryfmiddel gefcheenen,' om de veroordeelden tot eene waare bekeering te brengen Schoon de gevangenisfen van Philadélphia in zich A 4 be-  ( 8 > befluiten de perfooncn die door de rechtbanken der Unie moeten te recht gefield worden, de gevangenen wegens fchulden van den geheelen Penfylvanifchen ftaat, de gevangenen wegens politie zaaken, of gederineerd, in afwagting van bun proces, mitsgaders de gevangenen, gedetineerd ïngevolgen een vonnis, en bekend onder den naam van convitïs (overtuigde), zo is het echter niet dan op deeze laatQen.dat het gunt ik van deeze gevangenhuizen zal zeggen, betrekking heeft; aangezien verfcheide omftandigheden de fchikkingen voor andere clasfen van gevangeneD, tot op dit oogenblik hebben doen verwylen. De ftraf moet het verbeteren van den fchuldigen ten doel hebben, en moet hem de middelen daar toe verfchafFen. Dit axiomia van zedekunde is de. bafis van het befluur der gevangenhuizen. De Beftierders hebben 'er dit flaatkundig axioma by gevoegd , dat de detentie egnes gevangenen eene vergoeding aan de rmatfehappy z«nde, de laatstgenoemde, zo weinig mor;elyk Dog daar in boven t niet de onkosten zyner detentie in haare geldmiddelen moet bezwaard worden- Waar uit blykt, 1. Dat het befluur van dit gevangenhuis in 't oog heeft de gevangene te brengen tot het vergeeten van haare oude gewoontens, tot nadenken over zich zelveo, en daar door, tot verbetering. 5 2. Dat de onrechtvaardigheid , het willekeurige* de kwaade behandelingen van dit huis verbannen syo; want zy fluiten, vervullen de ziel reet wrok en bitterheid, verre van ze tot berouw te bereiden. 3 Dat de gevangenen aanhoudend gebruikt worden tot voordeeligen arbeid, om hen de onkoften. der gevangenis te helpen draaien, om ze niet werkeloos te laaten, en om hen, op het oogenblik » dat hunne gevangetifchap moet eindigen, eenigen fteun te bereiden. Kr zyn twee clasfen van convicls ter detectie veroordeeld^ zy die veroordeeld zyn, we-  C 9 ) wegens misdaaden te vooren met de dood geftraft, welkers vonnis altyd de reden met zich brengt van het Solitary confinement (eenzaame opfluitirg) voor een zekere tyd van haare gevangeofchap, naar goedvinden vau den Rechter, die echter volgens de wet,niet over de helft vermag te gaan,nog minder dan het twaalfde gedeelte bepaalen; de andere clasfe is die der convicls veroordeeld voor minder zwaare misdryven eD welkers vonnis dereede van het Solitary confinement niet uitfpreekt. De man tot het Solitary confinement veroordeeld, is in een foort van cel, van 8 voet in 't vierkant en 6 a 9 voet hoog. Deze cel, altyd op de eerde of tweede verdieping van een verwulfd gebouw, is afgezondert van de resc van 't gevangeuhuis» en verwarmd door een kagchel op derzelver poortaal geplaatst. De gevangene achter twee yzere traliën deuren opgeflooten, geniet de weldaadige warmte, zonder misbruik te kunnen maaken van het vuur, daar hy niet hy kan; zyne kamer reeds door 't licht van 't poortaal verlicht, word het nog oumiddelyker door een venfter dat daar in open ftaat. In iedere cel is een gemak, dat met firoomend water word afgefpoeld. Oe voorzorgen voor de gezonde lucht in de cellen, zyn onverbeterlyk; deze cellen worden, gelyk de rest van *t huis, twee maal in 't jaar gewit; de gevangene flaapt op een matras, 'voorzien met dekens. Aldaar, verwyderd van alle de anderen, de eenzaamheid, zyne gedachten en wroegingen ten prooy gelaaten, heeft hy met geen mensch ommegang; zelfs den fleuteldraager ziet hy flechts eens op een dag, wanneer deeze hem een foort van grove, met meel van maïs en meJasfie ( fuikerdraf > gemaakte podding brengt. Slechts na verloop van zekeren tyd verkrygt hy vryheid om te leezen, zo hy 'er om vraagt, of aan dingen te werken, die met zya eng bellek over eeö komen. Nooit, zo lang deze gevangenis duurt, komt hy 'er uit, zelfs niet op het poortaal, ten zy in geval van ziekte. De OpA 5 zich-  zicbters hebben de vryheid om het einde daar van naar hun goedvinden te bepaalen , mies de proportie, door zyn vonnis voorgefchreeven, plaats vinde in het tydvak, dat zyne detentie duuren moet. Zy bepaalen 'er een groot gedeelte van by de aankomst van den conviéï in de gevangenis, omdat het ftrenglte gedeelte des vonnis, naar alle rechten, onroiddciyk op deszelfs uitfpraak moet volgen , en daardoor zo veel mogeh k den misdaad naby gebragt word n, die het verdiend heeft; omdat hem het ftrenge van deeze volftrekte opfluiting nog veel ysfelsker zou voorkomen, indien hy de vryheid der overige gevangeaen reeds genooten had; omdat hy in deeze volflrekte verlaating van elk levendig fchepfel meer aangezet word om in ziehzelven terug te keeren, om de misflagen na te denken weikers (haf hy zo bitterlvk gevoeld; en eindelyk, omdat de volftrekte verandering van voedzel, zo in de hoedanigheid als in de fpecie, zyn bloed geheel cd al vernieuwende,' verfrisfende, zvne ziel gedwee en vatbaar maakt voor de zachtmoedigheid , de oorfprong van het berouw. De Opzichters van dit gevangenhuis Hellen een groot' vertrouwen in de zekerheid deezer opmerking, en tellen het diëet der gevangenen onder het getal der middelen, die tot hunne verbetering herkrachtdaadigfte medewerken , omdat zy hunne gedachten en hunne vermogens als 't ware herfchept. Dit fystbema is ook 'dat van alle Stichters van GodsdienIten, die het vasten en de onthouding voorfchryven; en de mensen, die flechts na zal denken welk een indruk de Haat van zynen maa;r op zyne deckvermogens heeft, zal het vertrouwen, 't welk de Opzichters deezer jievangenhuizen, in de keuze der voedzelen, die zy de convicls toedienen, hebben , goedkeuren. De convifts welkers vonnis de reede van het Solitary confinement niet in zich bevat, worden by hunne aankomft by de anderen geplaatlï. Hunne kleeding word hen afgenomen, zo het nodig is,  is, door het vuur gezuiverd, en de algemeene kleeding der gevangenen word hen gegeven. De eerfte dag worden zy onderricht van de regeien van het huis en ondervraagd wegens den arbeid die zy bekwaam en van meening zyn te oeffenen. De conftabel (gerechtsdienaar) welke de gevangenen opbrengt, overhandigt de Opzichters een zaakelyk verhaal van zynen misdaad, van de omftandigheden, die ze kunnen verzwaaren of ver» ligten, van die van zyn proces, van de delicten of mtedaaden daar hy te vooren van kan befchuldigt geworden zyn ; kortom, van het bekende charadter des mans, in zyn voorig leven. Dit verhaal, gezonden door het hof, dat het oordeel heeft uitgefprooken, fteld de Opzichters in ftaat, om een ecrft denkbeeld van deezen man te vormen en van de min of meerdere waakzaame zorg die hy vereifcht. De arbeid die hem word opgelegt, is naar zyn krachten en bekwaamheden geëvenredigt. Er zyn jn het huis weevers touwen, fchrynwerkers fchaafbanken en gereedfchappen, fchoen- en kleeremaakers winkels. De convjdis welke deeze ambachten verftaan, kunnen dezelve beoeffenen. De andere worden gebruikt om marmer tezaagen, om het zelve te polyften, om cederhout te klooven, om Parysfifch pleifter te vry ven, om wol te kammen, om vlas te braaken. De Opzichters hebben zo even een fpyker - manufaóluur by deeze werkplaatfen gevoegdt, in ftaat om een meenigte usenfchen werk te verfchaffeu, en van grootvoordeel voor het huis. De zwakfte de onkundigfte pluizen wol, paardehaayr en werk; ieder word volgens zynen arbeid betaald. De koop word geflooten tusfchen den Cipier en de verfchillende werkbaafen van de ftad, voor ieder foort van werk, en in tegenwoordigheid des convidts. Deeze moet zyne koft betaalen, zyn gedeelte voor 't onderhoud van 't huis, voor 'c plaatfen van 'tgereedfchap. Deeze prys, die nood. zaa»  ( ia ; zsakehk dien der eetwaaren volgt, word door de Opzichters bepaald vier maal in 't jaar; heden is hy op 2j pence; (i8i duivers Frausch en 9 Engelsch) de oudfte man; die anders niet doet dan werk pluizen, kan 21 a 22 pens verdienen. Er zyn mannen die tot een Dollar per dag winnen Ongemindert de kost, die de conviös door hunnen arbeid moeten betaalen , zo veroordeeld hen de wet, om de onkosten van hun proces goed te maaken, en de boete, die altoos uitgefproken word. Het gedeelte der boete, dat in de fchatkist van den daat gedort word, word hen gemeenelyk kwyt gefcholden, maar zy zyn drikt verbonden , om die geene welke tot vergoeding der geitolene goederen, dienen moet, te betaalen, mitsgaaders de onkoden van het proces. Het Graaf fchap fchiet hen de tot het laatfte vereischte ("ommen voor; het word door de vrugten van hunnen arbeid zo niet door hunne bloedverwanten en vrienden , fchaadeloos gedeld. De vrouwen fpinnen, naai jen, bereiden vlas, en wasfchen voor 't huis. Haar arbeid brengt zo veel niet op als die der mannen; maar genoeg om haare zeven pence per dag te betaalen , eene bepaalde ibm voor haare kost, en kan haar nog meer opbrengen, zo zy den gantfchen dag werken. Daar zy geen zwaar werk doen is haar voedzel ook minder. De Cipier is hier niet meer fgelyk hy het maar al te dikwils is) een knevelaar, die de zwakheid, de gevangenfchap, en zelfs de armoede der geTangenen opbrandfchatting delt. Geene welkomst; geen deekpenning voor de byzonderegunden; geen geld te betaalen by het uitgaan. Het geringe loon van zommige bedieningen in Europa, fchynt den geenen die ze bekleed, het recht te geven, om der. felver inkomden uit te breiden, en het is wel rnoejje. iyk, dat de over hem gedelde Bedierder, die wel weet dat deeze man van zyne bediening niet le«  C 13 ) leven kan, zyne oogen niet fluite voor de middelen die hy bezigt, om zich zyn vol onderhoud te verfchaffen. Deeze middelen zynabuifen, die welhaaft gebruiken, en kort daar na rechten worden, en welke de zuiverfte en ftrengfte Beftierder niet meer kan uitroeijen. Eer zou hy zelve zynen poft verliezen, zo hy het eruftig trachtte dbor te zetten: want de abuifen verkrygen eene fchroomelyke kracht, door het algemeen belang van alle de geenen, die 'er van leven. De kleine knevelaryen, die miflchien in Frankryk zelve, het loon der kelder-rotten (kraaijers) vier dubbeld enmiflchien tien dubbeld vergrootten, kwamen de zetten der generaale pachters, of de buitenkansjes de finantie minifters zo naby, dat deze, terwyl zy dikwils in gezelfchap deeze onderhoorige vuile ftukken laakten, ze echter nooit zogten af te fchaffen Deeze gebreken behooren even zo weinig tot eene monarchaale, als tot eene geheel andere regering, even zo min aan FranKryk, als aan elk ander land. Onder verfchillende naamen, zyn de abuifen omtrent overal dezelve. Dit foort van vrekkige afpersfing fchynt ook meelt te behooren tot de beroepen, die in de maatfchappy verlaagd zyn. Dit is eene foort van wraak, welke de geene die buiten de achting van anderen kunnen, oefFenen, in vergelding van de verachting welke zy van dezelve moeten lyden. Het aan den menfch gefchonken aanzien, is overal eene eerfte waarborg van zyn goed gedrag, en men moet al byzonder eerlyk zyn,om, wanneer men verzekert is, van anderen in 't algemeen veracht te worden , om dan (zeg ik) de noodzaakelykheid te gevoelen van zich zeiven te moeten achten. Deze grondbeginzelen die ten richtfnoer ftrekken omtrent het bellieren der gevangenen, hebben de Opzicrver* moeten leiden in de keuze van den Cipier, want hy is er het eerfte middel van. Aangezien geene der gevangenen ooit in boeijen word gezet, dat het liaan, de flechce behandelingen, de dreigementen,  C 14 ) ten, de verwyten, de geenen, die hen naderen, ontzegt zyn; dat het gantfche beduur van dit huis vaa beteugeling, drek:, om 'er een huis van verbetering van te maaken, duit geenszints de post van Cipier de kieschheid van eenen eeriyk man Het jaargeld is zeer goed, en de loon^n der ondergefchikten zyn toereikende om ze ordentelyk te doen leven: de immer duurende waakzaamheid der Opzichters, brengt de eerlykheid deezer onderhoorigen op een trap van gewisheid, en daaruit fpruit niet alleen het verdwynen van alle knevelary omtrent de gevangenen, maar ook de baarblykelykheid dat zy 'er geene plaats kan hebben. Ieder gevangene heeft een boekje, waarin men de, in zyne tegenwoordigheid, met den vreemden werkbaas geflootenen koop, en de winden , welke hy dienvolgens maakt, opfchryft. De fchulden van den convicï wegens het voorzetten van zyn proces, voor deboetens, waar toe hy veroordeeld is, voor het gereedfchap dar. hy kan brecken, voor zyne kleedinï, kortom, voor zyne kost, worden ook dagelyks in dit boek opgefclireeven, 't welk alle drie maanden in de tegenwoordigheid derOpzichters word opgemaakt. Hec duplicaat deezer rekeningen word op een generaal register gebragt, alwaar men alle drie maanden ook de balans op ieders rekening maakt: en hec geld word gedorc in de kas van den Schatbewaarder van 't Graaffchap, welke op zo een wys de casfier der gevangenen word, om zo den fchya van achterdogt weg te neemen die tegen de Cipier plaats zoude kunnen hebben, indien hy deeze fommen onder zyne bewaaring had. Hy is dus niet meer als de makelaar tusfchen den werkenden gevangenen, en den handwerksman, den koopman of den werkbaas, voor wien hy werkt. Het werkloon dat men de gevangenen geeft daat gelyk met dat van elk (oortgely handwerksman. Dit loon is bekend; duskan de Opzichter gemakkelyk derzelver naauwkeurigheid navorfchen. Wat het voedzel betreft, dit koopt de Cipier onder 'toogtierOpzich\ ters.  ( «5J ters. De hoeveelheeden zyn voor elk bepaald en gewogen, in tegenwoordigheid van der kok welke zelve een convjft is, en die van de fom die elk daagelyks voor zyne kost opbrengt, betaaldt word. By deeze middelen van geduurige voorzorg en op. zicht, van genoegzaam loon voor een Cipier, 't geen alle bedrog van zyne zyde voorkomt, voegt zich nog het magtig middel van 't denkbeeld. De menschlievenheid, de ftrenge naauwkeurigheid der Opzichters is zo groot, hunne wil zo openbaar, hunne zorgen dat de rechtvaardigheid het onveranderlyk richtfhoer van gedrag jegens de gevangenen zy, zo aanhoudend, dat ze te hefteden, de menfchen die ze naderen, een berispelyker misbruik van vertrouwen, een veel grooter misdaad zoude toefchynen, dan eenige diefftal hoe genaamd. De kamers waarin de gevangene flaapen, zyn op de eerfte verdieping. Zy bevatten 10 a 12 bedden, met mstrasfen, lakens en dekens voorzien, leder heeft het zyne. Ten anderen is de kamer zeer luchtig en licht, echter zo, dat het van't inwendige geheel en al is afgefneedeu. By het aanbreeken van den dag gaan zy 'er uit, en komen 'er niet weer in dan wanneer het reeds recht donker is. Dan worden zy 'er zonder licht in opgefloten. In de groote koude geeft men hen eenige blokken. Daar het gebouw verwulfd is, kunnen zy het niet in brand fteeken. Indien zy ondernamen hunne bedden te verbranden, zo zouden zy gevaar loopen, om zei. ve door de rook te verflikken, en die geene die 'er van afkwamen, zouden de fchaade Dog moeten be. taaien. S'morgens voor dat zy aan het werk gaan, zyn de convitts verplicht het aangezicht en de handen te wasfchen. Des zomers baden zy twee maal in de maand in een vyver, ten dien einde midden in de plaats gegraven. Zy worden regelmaatig twéé maal in de week gefchooren, en de onkosten van den barbier, die ook een convjft is, maaken een gedeelte der jj pence uit,diezydagelyks door hunnen  C i6 3 aen arbeid moeten opbrengen. Zy verfchooneu zich twee maal in de week. De werkplaatfen voor het zwaare werk zyn op de plaats; die geene welke voor minder zwaaren arbeid dienen moeten zyn in de kamers, op dezelve verdieping waarop zy ilaapen, maar in een ander gedeelte van 't huis. De werklieden zyn 'er niet opgeflooten; zy werken 'er onder hun wederzydsch opzicht, zelden zyn zy meer dan vyf of zes in dit foort yan winkels. De fleuteldraagers die ten getalle van vier voor het gantfche huis zvn, moeten geduurig in de poortaalen, op de plaatlen onder de gevangenen zyn. Alle aaneengefchakelde gefprekken zyn de gevangenen ontzegt ; alleen hebben zy vryheid om met elkander tefpreeken, wegens de wederzydfche hulp, die zy elkander in hun werk kuDnen toebrengen, zonder elkander ooit met gefchreeuw te mogen roepen. Het fpreeken over de oorzaaken hunner gevangenis, of elkander dezelve te verwyten is hen verboden. Aan tafel moet het zelve foort van ftilzwygen heerfchen. Hun ontbyt en avondmaal is eene podding van meel van maïs en melasüe gemaakt. Hun middagmaal is een half pond vleesch, groentens, en een half pond brood. Hunnen drank is water; nooit by geene omftandigheid drinken zy geescryke dranken, zelfs geen dun bier , het mag in 't huis niet komen, en dit verbod word ftiptelyk naargekomen. Het foort van aandrang, dat 'er de werkman van gevoeld, is flechts eene gemaakte en ogenblikkelyk voorby gaande kracht. Zy zoude voor deeze gevangenen eene aanhitzing zyn , die zyn bloed zou ontfteeken , cd die by gevolg de uitwerking der maatigendeleefregel, waardoor men het zelve tracht te verdunnen, en het van aart te doen veranderen, tegenwerken. Hy vind zyue kracht in het gedeyend voedzel 't welk hy nutcigt, en dat, volgens het zelve grondbeginzel, by de juifte nooddruft moetbepaald zyn Het lagchen , het zingen, het fchreeuwen is hem ontzegd , niet flechts als wanvoegelyk, maar ook als fchok- ken,  kea, die zyne zintuigen zouden ootfrelIeOji en zê uit de volflaagene ruft zonden trekken, waarin men ze. wil houden, om 'er als 'twaare een nieuw fchep* zeï van te maakeo. Zondigt dé gevangene tegens de regelen van het huis, zo word hy de eerfte maal door den Opzichter, de Cipier of Sleuteldrager gewaarfchouwd. Doet hy het weer, zo word hy in het Solitary confinement gezet. Dit Solitary «onfinemeot is eene ftraf voor de wanbedryven der gevangenen, welke de Cipier kan opleggen, maar waar van hy den Opzichter op ftaanden voet moet rekenfehap geven. De Iuijaard dieniet werkt, word in het Solitary confinement geplaatst, en deze ten uiterfte ftrenge ftraf is eeö tyd, dién men door den arbeid nog daar en boven moet inhaalen, want de kostgelden gaan altoos voort. De vier fleuteldraagers doen. de gantfche nacht dienst: twee zyn in dè zaal der Opzichters, twee in het inwendige'van de gevangt nis. Deze wandelen geduurig in de poortaalen; op h'èt eerfte ongewoon gerucht maaken zy den Cipier wakker, en zy vereenigen- zich; de Cipier gaac in de kamer, daar het gerucht van daan komt, en brengt de daar aan fchuldigen in de ysfelyke cellen. Deze gevallen zyn ten uiterften zeldzaam. Het gebeurt misfehien geen vier maal in 't jaar dat gevangenen geftraft worden, en dit is het eenigeftrafmiddel, 'datplaats vind in de gevangenhuizen. Dé Cipier en de fleuteldraagers, zyn ongewapend, gaan zonder honden, zelfs mogen zy geen ftokje (hoe klein ook} by zich hebben, want zy zouden'er in een oogenblik van ongeduld, eenen gevangenen daar meede kun* nen flaan, en daar door zou de zetregel van kalmte en ftrikte rechtvaardigheid, daar men zo veelgoedg van hoopt, in verval raaken De flautcidraager welke zich in den drank te buiten ging , die twee maal een gevangenen hard durfde behandelen, zou zynen post verliezen. De Opzichters in tegendeel fpreeken met haar, trachten ze té leeren kennen, vermaanen, trooften en bevreedigen ze met zich B stel-  ( 18 ) 7°lven Deze gefprekken vioden zetdeo plaats; te meenigvuldig zouden zy van minder uitwerking zvn Hun gelaat is altoos bedaard, nooit lachend. De'houding der gevangenen heeft niets van dieonbefchaamdhei.J,van dat akelige doodfche, of van die laage verflaagenheid welke men 20 dikwils onder de onzen vind; zy is eerbiedig, koel, droe- ViDe° vrouwen convifts worden even eens behandelt Zy zyn in eene vleugel van 't gebouw, af. gefcheiden van de manDen; zy worden er by, om andere redenen, gevangene vrouwen geplaatst Het wasfchen is het eenige werk dat zy op haare plaats doen, waar van zy echter Daar goedvinden gebruiK kunnen maaken. Het getal der gevangene vrouwen convifts beloopt gemeenelyk op vyf of zes. He' ftrenge ftilzwygen word van haar minder gevordert, zy worden minder nagegaan dan de mannen. om dat zy minder in getal zyn, en dat baar verblyfplaats altyd geflooten word. Een van haar kookt den pot. In haare ziektens helpen zy elkander maar zeer zelden hebben 'er ziektens plaats. T-fet'nieuwe huisbeüuur heeft in dit ftuk eene vernnderina te weeg gebragt, welke de rekening van dfnTeneesmeefter alleen aanwyst. Voor deezen beliep ze in drie maanden twee hondert vyftigadne hondert gourdes, en thans in het zelve tydvak, Vnmt hv op geene veertig. Dit verbaazende onderfcheid moet aan de volftrekte verandering van Wbelluur toegefchreeven worden. Onder het oude braden de wanorder der gevangenen, de onreinheid, het vegten, veele ziektens en kwetfuuren voort;onder het nieuwe, daar deze oorzaaken wegLnomen zyn, bepaalen zich de ziektens tot verkoudheden, en toevallen , die overal plaats heb. ben Twee enkele gevangenen zyn zedert vier jaaTen'seftorven, en dat wel aan de kinderpokken. Wiet dan in geval van befmettelyke ziektens blyven de gevangene mannen en vrouwen in haare kamers; ,jo dit laatfte geval worden zy in eene byzondere kamer geplaatst. DeJ  C 19 3 Des zondags woonen de gevangene eene predicatie en een voorlezing by, die gedaan worden door eenen Predicant welke aldaar door zynen yver geleid word: onverfchillig toe welke fe&e hy behoort. De vryheid van Godsdienst is volkomen in de gevangenissen , zo wel als in het overige van Penfylvanien, echter,dewyl byna alleinwoondersvan den ftaat Christenen zyn, zo word 'er uit de Bybel voorgeleezen. De preeken zyn eer zedekundig dan wel Godsdienftig, zo veelmogelyk toepasfelyk op de geenen voor welke zy gepredikt worden. Alle de gevangenen, van wat clasfe en van wat kunne zy ook zyn, worden 'er gebragt, uitgenomen die van het Solitary confinement. De eene clasfe mengt zich niet mee de andere. Des avonds eene foortgelyke predicatie. Men geeft boeken aan die geenen welke ze verlangen, en zy zyn gefchikt om hen aan hunne plichten te herinneren Twaalf Opzichters zyn belast mee het opperbeftier van het gevaogenhuis. Zes van dezelven worden alle zes maanden door anderen vervangen, en deeze verkiezing gefchied door de Opzichters zelve. Deeze zo dikwjls herhaalde verkiezing heeft hoofdzaakelyk ten doel een eo dezelve burgers niet te lang tebezwaaren, met de vermoei jende zorgen, welke deeze bedieningen vereifchen. Maar zo zy 'er in ftemmen kunnen zy aan blyven. Allen vergaaderen eens in de week, en twee van haarlieden , onder den naam van onderzoekende Opzichters, moeten, ten minften twee maal in de agt dagen de gevangenisfen bezichtigen. 'Er gaat geen dag om, of zy komen 'er; zelfs verfcheiden van die geenen , die op dit ogenblik geenen dienstdoen, laaten'er zich vinden. Het grootfte gedeelte van haar beftaatuit Qaakers. Men kan niet ontkennen dat het aan deeze feéte is, dat men grootendeels de vestiging en den goeden uitflag van dit nieuw beftuur te danken heeft. Ken van haar (Caleb LownesJ heeft 'er byna gantsch alleen de eer van. De leer van Beccana en van Howard omfproot fehielyk in zyn B a gj.  C *o ) al'cziots menschlievend hart. Hy was het die zyne broeders aanzette met de hoop, van ze in "t werk te zien {lellen. Hy was het die de verandering in t beduur der gevangen hui zen op de been bragt, die voordelde om 'er de zachtheid de ftandvastigheid en de rede, de plaats der boei jen en der fla^en te doen inneemen; die zich geduldig voor eenen ylhoofdigen heeft laaten uitmaaken, zonder in zyne pogingen te verflaauwen, in het vast vertrouwen van het goede 't welk zyne ftandvastigheid zoude bewerken. Hy was het welkers onvermoeide yver belang doende dellen in zyne zaak, door alle die geenen, welke hy begreep, dat hem in het wel doen gelukken derzelve konden behulpzaam zyn , van t vertrouwen van 't wetgevend lighaam verkreegen heeft deeze wetten, van weldaadigheid, zal ik niet alleen zeggen, maar tefFens van drikte rechtvaardigheid, van wel begreepene daatkunde. Eindelyk hy is het welke telkens voor lief nemende , om weer op nieuw by elke benoemiog, als onderzoekend Opzichter verkooren te worden, het vernaamlte werktuig van dit eerbiedenswaardige gewrogt van reden en menschlievenheid , was. ïk heb gezegt, dat de Rechters tegen deeze inrichting waren. Een van haar, jonger dan de andejen, en by gevolg van de mei.schheid minder wanhoopende, heeft deeze nieuwe gedachten met yver omhelsd ; hy heeft zich tot alle de verfchillende pogingen met Caleb Lownes verbonden, hy heeft hem geholpen met raadgevingen,welke ten in de rechtsgeleerdheid doorkneed man alleen kan geven, en heeft dus in het verlangen, de moeite en in de verdienden van den goeden uitflag, gedeeld Deze Rechter is William Bradford, destyds Generaal Attorney van Fenfylvanien, zedert Generaal Attorm y der vereenigde daaten, en onlangs geitorveD, vereerd met hec leedweezen en de akemeene achting zyner medeburgers. Hy verdiend gewis ten byzondere hulde, die ik hem met des iegrooter vermaak doe. datzy geeue berisping is voor de overige  C 21 ) ge Rechters; want deze, het nieuwe fysthetna door haare goedkeuring weigerende te bekrachtigen,wier. den üci'ts geleid door den welmeeDenden twyftel, welke die ondervinding hen van zynen goeden uitflag gaf, en zy hebben zich gehaast, met al hun vermogen daar toe mede te werken, zo dra zy eenige waarfchynlykheid daar van gewaar zyn geworden , zonder door het tegenovergefteld denkbeeld 't welk zy kenbaar gemaakt hadden, tegengehouden te worden, 't geen voorwaar eene zeldzaame verdiende zal zyn , in de oogen der geenen, welke de gewoone dwaalingen der eigenliefde kennen. De gevangenhuizen en derzelver nieuw beftuur, ftaan onder de waakzaamheid van het Committé van den Ivlaircen der, tot deszelfs goedkeuring benoemde Rechters. Dit Committé moet alle drie maanden eens het gevargenhuis bezichtigen Het moet insgelyks door den Gouverneur van den ftaat, door deRichters van alle de hoven der Stad en des Graaffchaps, eindelyk door de groore JunsCgezwoorene) bezichtigd worden. Deze bezichtigingen, door de Wethouderfchap bevolen, voornaamelyk met doelwit om den voorgang dezer proeven te volgen, zouden de goedé befchikking van het huis verzekeren, indien men kon vooronderftellen, dat de yver der Opzichters verflaauwde. Tot dus verre waaren zy eene belooning voor haare zorg, en zy waaren hem van groote baat, doordien zy baare eerfte vorderingen kenbaar maakten, en hem dus het middel gaven, om alle hinderpaalen te boven te komen , waarmede alle die geene, welke zich tot het uitroeijen der abuifen wyden, moeten worftelen. De Opzichters hebben de vryheid, by den Gouw verneur verzoeken in te leveren, om de vergiffenis van eeren gevangenen te verkrygen, enzymaakeo 'er gebruik van, wanneer zy vermeenen op de verbetering van den conviö: ftaat te kunnen maaken; wanneer hy door zynen arbeid eenig geld overge» gaard heeft, of dat hy by zyne verwandfchap middelen van beftaan heeft. 'Er zyn 'er, welke na eene B 3 ge-  C V ) gevangenschap van zes maanden, met zes gourdes wezenlyke winst uitgegaan zyn. .Nooit weigert de Gouverneur de vergiffenis op verzoek der Opzichters; de moordenaar zelve kan 'er op hoopeo, maar nooit of zyn verzoek moet door de bloedverwanten en vrienden van het flachtoffer zyner misdaad, getekend zyn- De Opzichters maaken weinig gebruik van deze vryheid, voor de convi&s van deze clasfe. Voor de anderen maaken zy 'er ook weinig gebruik van, maar met een woord, elk der gevangenen weet dat zy'er gebruik van kunnen maaken,en zyn hart,door de hoop gevoed, vind belang in zich te verbeteren. Wien zal men ooit zonder hoop of vrees bellieren ? De convifts, by het uitgaan uit de gevangenis, ontfangen de overfchietende vruchten van haaren arbeid aan geld, zo de Opzichters veronderftellen, dat zy 'er geen Hecht gebruik van zullen maaken , of zo men dit van hen niet vertrouwd, aan kleederen. Eenige befchikken 'er over, geduurende den tyd hunner gevangenis, voor't onderhoud hunnes huisgezins; en zo groot is de verwonderenswaardige uitwerking van dit nieuw beftuur, dat van honderd convidts die uit de gevangenis komen, het zy dat zy genaade verkreegen, het zy dat haar tyd om was, 'er geene twee om nieuwe misdaaden weer ingebragt zyn: daar onder het oude fysthema, de gevangenisfen met by aanhoudenheid raisdry vende misdaadigers bezet waren, die 'er, zo als in Europa, niet dan met eenige ondeugden meer uitkomende, hunne vryheid niet gebruikten , dan om nieuwe euveldaaden te pleegen, en telkens weder in de ketenen wierden geklonken, tot dat zy haar leven op het fchavot geëindigd hadden. Het tafreelaan 't einde van dit werkje geplaast, en de notas, welke het zelve volgen, zullen 'er het bewys van zyn. Het waar te wenfchen, dat Ken 'er den ftaat der misdaaden en der ftraffen der vier , voor de eerfte hervorming van 't codex pamaJis, verloopene jaareri, by had kunnen voegen; maar de  c 23 y de registers der gevangenhuizen, zyn, door den Cipier, welke dezelve in bewaaring had, verduisterd. Ten anderen, was het eerft in 1790, dat de wet, welke een Dieuwe order in de gevangenhuizen voorschreef, is uitgefprooken, en eerft in 1791 begon zy werkelyk plaats te hebben , om reedenen welke wy in 't vervolg zullen octleeden. Zie daar dan in 4 jaaren , twee honderd perfoonen ten minden, voor de maatfchappy nuttig gemaakt, welke volgens 't oude beftuur, en volgens 't codex penslis van byna alle ftaaten van Europa, gedoemd zouden geweest zyn, om 'er geduurende hun gantfche leven, derzelver geesfelvan, dezelve afgefneeden te zyn, of die de doodftrafFen voor altoos aan dezelve ontrukt zoudeo hebben. En dat men niet geloove, dat de verandering van fysthema in het crimineel recht, het lot der misdaadigers te veel verzacht heeft Voor eerft, al was dit eens waar, wat zou het voor kwaad kunnen, dewyl het nuc voor de maatfchappy 'er het gevolg van is ? kunnen de wetten van eenig befchaafd land een ander doelwit hebben? Maar dit denkbeeld van heC fysthema zou zelfs valfch zyn. Voor eerft is de zekerheid van de ftraf volkomen. De befchuldigde, indien hy overtuigd word, mag hoopen, dat de tyd en zyn goed gedrag zyne gevangenfchap zullen verkorten, maar hy weet zeker dat hy tot dit tydftip toe, de ftrengheid van zyn vonnis moet ondergaan. De Jurist, welke huiverende om een' man ter dood veroordeeld te zien, dikwils minder de baarblykelykheid, dan wel het middel zochten om daar aan te twyfFelen, thans de ftraf meer naar de misdaad geëvenredigd vindende, de gevolgen haarer nuttigheid onder de oogen hebbende, vreezen minder eenen fchuldigen te vinden. Het uitvoerend beituur heeft geene de minfte beweegreeden, eenen fchuldigen genaade te bewyzen, voor dat hy zyn vonnis ondergaat, dewyl het zeker is, hem dezelve te kunnen verleenen, zo hy toont, dezelve waardig te zyo. Deze zeB \ Jcer-  C 24 3 kerheid van ftraf is reeds een groote band. De regelrnaatige order in de gevangenis, de koele onafgehrokene ftrengheid, waar mede de gevangenen behandeld worden, is ook voor hen eene groote ftraf. Die willekeurige behandelingen, die door onmenfchelyke Cipieren gegevene flagen, die boeiJen jngevolgen haare grillen aangeklonken, de vloeken, de fcheldwoorden aan alle gevangenen uitgedeeld, de knevelaryen, daar alle deze onge» lukkigen flachtoffers van waren, al die gruwelen, die, in een woord, de menschlivenheid en de rechtvaardigheid ftuitte der menfchen, welke het oude beftuur der gevangenhuizen kennen, zo als het nog, byna door geheel Europa, plaats vindt, wrerderi (wat de gevangenen betreft) ruim vergoed door de volflaagene werkeloosheid, waar in men se liet leven, door de vryheid welke zy hadden, van zich aan allerley foort van buitenfpoorigheden over te geven, door de fterke dranken, welke hen, zo. lang zy geld hadden, gegeven wierden. 'Er is een aanmerkelyk getal dezer gevangenhuis - py. laaren, welke door de tyraonifche en wreede behandelingen der Cipiers van dezelve nietafgefchrikt wierden. Want, hoe belagchelyk deze verzekering ook fcbyne, zo is het egter wezenlyk waar, dat veele van. hen derzelver verblyf beminnen, wegens de; wanorde, waar in zy aldaar konden leeven. Hedeu is de gevangenis voor haar niet dan 't gemis van de vryheid, verplichting tot arbeid, tot orde, tot ftilzwygen. Toén in 't jaar 1786, de wet, welk de doodftraf vernietigde en het nieuwe fysthema der gevangenhuizen bevool, gemaakt was, verkozen twee gevangene wegens misdaaden, (welke het oude codex 'pasnalis met den dood flrafte, en die 't volgens het nieuwe flechts met de gevangenfchap wierden) volgens de oude wet go>vonnift te worden, liever dan zich aan die lange en ftrenge opfluiting te onderwerpen, aan dit Soïitary confinement, daar zy yoor ysden, zonder echter ooit deszelvs bitterheid te hebben ónderven»  vonden. Zy wierden in deze keuze nog geleid door de hoop op vergiffenis, die hen toenmaals weer geheel op vrye voeten ftelde. Ken vau hen wierd in zyne hoop niet te leur gefield, de andere onderging de dood. Die, der op dat ogenblik gedetineerde, en tot het in de gevangenis blyven gedoemde gevangenen, welke de leden van 't Committé, niet dan als weldoeners en vrienden befchouwd hadden, zo lang hunne zorg zich niet verder had uitgeftrekt dan in hen kleederen en een beter onderhoud te verfchaffen, befchouwden ze terftond als vyanden, toen zy gewaar wierden, dat zy zich bezig hielden, met alle foorten van wanorde uit het gevangenhuis te verbannen. Al het gunt zy, aan partydigen en vereenigden tegenftond, het invoeren van 't nieuw beltuur, door list, door openbaaren tegenfland, door weigering vanarbeid, kortom, door alle de in haare macht ftaande middelen , in den weg konden ftellen, wierd door haar aangewend; en den eerfte dag zelfs, waar in het nieuw beftuur eenen aanvang nam, trachten alle, den te vooren gemaakten aanflag, uit te voeren, en uit de gevangenis te breeken. Vyftien ontfnapteB, de overige wierd zulks belet. De Cipier zelve meer dan een van hen, in het voorcduuren der misbruiken belang hebbende, werkte de poogingen om dezelve uit tè roeijen, met alle zyne macht tegen , zyn invloed was dien der Opzichters rykelyk beftand ; ftelde zich tegen alle verandering hoegenaamd, deed de misbruiken en zyne knevelaryeo voortduuren, en de Opzichters konden niet eenmaal verkrygen dat hy wierd geftraft. Want nademaal de vooroordeelen tegen de voorgenoomene verandering veel veld hadden gewonnen, kon die man voorfpraak vinden, onder die geenen welke waarlyk het goede begeerden. Maar kort daarop opende eeue zwaarwichtige omftandigheid zyne bedrogene voorftanders de oogen: zy lieten hera vaaren: hy wierd van zynen post ontzet, en de hipderpaalen hielden op, , £ 5 Ah  C 2« ) Alle de op dien tyd gemaakte tegenkantingen bevryten even zo goed, hoe fterk het beltuur van arbeid en van naauwgezette ftrengheid door de ge? vangenen, en derzelver bewaarders, gefchroomdt wierd, als de gelukkige uitflag, waar van ik verflag gedaan heb, bewyft, hoe wyszelyk hy verlangt wierd, door die geenen , die 'er de invoering van ontworpen, op de baan gebragt, en bewerkt hadden. Het vast befluit om alle de hinderpaa'en te boven te komen, heeft ze alle overwonnen. Dit middel word zelden vruchteloos gebruikt. Zedert dien tyd hebben de gevangene geenen aanflag meer gemaakt, om te ontfnappen: alleenlyk zyn 'er negen welke een overmaat van vertrouwec vryheid had gegeven om buiten den omtrek van 't gevanaenhuis te werken, ontfnapt; vier van haar heeft men weder bekomen- Zy, welke uit dit geval, even als Brisfot, zouden befluiten, dat de gevangenen zich in hunne gevangenis zo wel bevinden, dat zy dezelven niet trachten te verbreeken, zoüden zeer valfchelyk befluiten , (een geluk voor het nieuw fysthema) want het daar in ondervonden welzyn 't welk het verblyf in eene gevangenis zou doen beminnen, zou, wat deszelvs oogmerk betreft, zo zeer te laaken zyn, als de hardheid en de onrechtvaardigheid, die men 'er uit verbannen heeft. De muuren zyn hoog, de deuren flerk, de waakzaamheid is aanhoudend en groot, en de gevangene weet, dat in» dien hy ontvlugte, hy het waarfchynlyk gevaar zou lopen van weder gevat te worden, en zyne gevangenfchap, na een langen tyd van dit vreeszelyk Solitary confinement, zoude zien verlangen, zonder als dan eenige waarfchynlykheid van vergiffenis op eenig tydltip hoegenaamd te durven hoopen: hy weet dat zyn goed gedrag den duur zyner gevangenfchap zal verkorten; dit is voorwaar genoeg om de poogingen om te ontfnappen voor te komen, want de gevangenen, wien men bynanimaaerhaar werk ontneemt, gebruiken tot bunnen ver- fchil-  C 27 ) fchillenden arbeid gereedichap , welke hen het middel daar toe gemakkelykzoude kunnen maaken, indien hec gebruik daar van niet nagegaan wierd; ep byna geen een ontfnapt uit de gevangenis. Uit deze proef, welke reeds vier jaaren geduurdheeft, blyktdan, 1. dat veele menfchenvoor de maatfchappy verloren, 'er aan weder zyn gegeven , 'er nut aan toebrengen , 'er de gewoonte en de middelen tot den arbeid wederbrengen, welke in alle landen van de wereld een groot behoedmiddel tegen de misdaaden zyn. 2. Dat de uitgaaf voor haare gevangenfchap, 'er geene voor de maatfchappy is, dewyl de ltaat, die voor het oprichten der fpykerfabriek reeds niet meer dan de onkoften van de reparatien, en van de loonen der beampten moeft draagen (O, zich heden door deze manufafluur van alle uitgaaf fchaadeloos gefteldt vind, en dat 'er zelfs een overfchot van ontfangft in de fchatkift, om tot anderen publique uitgaaven gebruikt te worden,isgeüort geworden(2). Hec (1) De gantfche bedrage dezer onkosten, door het Graaffchap, wegens Cipier en Sleuteldraagers, loonen ert reparatien, enz. gedraagen, beliepen flechts duizend dollars. Het zal niet onverfcliillig zyn, 'er by te. voe» gen, dat in den tyd, dat de boeijen in de gevangenis gebruikt wierden, de rekening van den Smit op 800 dollars te ftaan kwam; (maatig gerekend) heden, en zedert vier jaaren, dat de boeijen zyn afgefchaft, komt hy jaarlyks ten hoogden op 40. (2) Daar deze mamtfaétuur dagelyksch aangroeidt, en dat haare winst van 't getal der daartoe gebruikte armen afhangt, heeft men flechts in 't algemeen gefprooken van *t voordeel, *t welk zy het huis aanbrengt, 't welk reed* groot en aanmerkelyk is. Het is te hoopen, dat de byzondere ftaat van alle de uitgaaven, en dat de produ&en van iedere tak van arbeid, voor de Opzichters kenbaar zullen gemaakt worden: deze ontvouwingen zyn van groote waarde en zy kunnen door eene met deze beftiering vreemden man, die flechts de waarheid wil zeggen, met geen vertrouwen overgeleverd worden.  ( 28 ) Het nieuwe fysthema heeft dan een punt van genoegzaamheid bereikt, waar van Howard zeiven zich geen denkbeeld had durven maaken: want hy befchouwde de hoop dat de arbeid der gevangene tot de onkoften van haar onderhoud genoegzaam zoude kunnen zyn (i), en die van Philadelphia neemen altoos by het uitgaan uit de gevangenis, eene overwinft met zich, na alle de onkoflen, welke zy veroorzaakt hebben, te hebben betaald: want hy geloofde dat de boeijen, en zelfs de flagen, tot het ftraften der gevangenen onontbeerlyk waren (2); en de flagen der boeijen zyn van de gevangeniffen van Philadelphia verbannen; en eindelyk de doodftraf zelve , waar meede Howard zelve meende dat de wet de huisbraak, het brandftichten, en de moorden moeft ftrafFen, is flechts voor de moorden van den eerften trap bepaald. Deze ftraf, zo dikwils door de Wetcevers euke! in de verlegenheid, wegens het geen men met de jn leeven laatende misdadigers zoude beginnen, moet in goede zedekunde en in wyze ftaatkunde niet anders bevolen worden, dan wanneer zy het eenige middel is, om de maatfchappy voor een groot gevaar te bewaaren. In alle andere gevallen is zy niets dan eene voor haare belangen fchaadelyke wreedheid, eene wreedheid die ten anderen den misdaadiger minder ftreng ftraft, als de lange en ftrenge gevangeniffen, als deze naauwe befluiting, en van die afgelegene cellen, alwaar de misdaadiger met het geheugen van zynen misdaad alleen, in eene grievende ongeruftheid zyne langwylige en wanhoopige dagen rondflepénde, van de natuur afgeflooten is, en zich als van de gantfche waereld vervreemd moeft befchouwen. De ftaat van Penfylvanien alleen heeft tot heden deze verandering in het crimineel recht en in het beftuur der gevangenhuizen aangenomen. Veele an- (0 I- deel, pag. 4r. (») II. deel, Regelen voor de gevangenhuizen, pag, 297.  C 29 ) andere ftaaten wagtten de uitwerking deezer proe» ven af, om ze als dan na te volgen.— WilliamBradford had in 1793 een werkje uitgegeven, waarin hy van de beweegreedenen en de uitwerkzelen deezer veranderingen verflag doende, de onrechtvaardigheid en de geringe eigenfchap van den dood ftraf, anders dan in geval van \oorbedagten moord, bewyst. Dit werkje is in alle de deelen van America . door de tot verlichting der gevaugenis elenden gevormde maatfchappy, verzonden geworden. Dit werk houd thans den aandacht aller wetgevende machten bezig; weldaadige menfchen van alle landen vereenigen zich met tiaar om daar van wegens de ontleding van dit nieuw fysthema en de behandeling van het zelve inlichting te verkrvgen. De wethouderfchap van Philadelphia heeft in haare laatfte zitting eene wet uitgefprooken , om het zelve aan te neemen; die van Jerfey is 'er aan bezig; die van Masfachusfet word daar toe verzogt door den Generaal Attorny van den ftaat. Het congres zeiven heeft zo even een Committé benoemd, om te onderzoeken, voor welke verzachting het nieuw crimineel recht van de unie vatbaar zoude zyn In korten tyd van hier, kon dit fysthema niet misfen, door geheel America algemeen te worden. Mogt deze nieuwe waereld, gewoon om van het oude Kuropa het licht dat haare jongheid en geringe oudervinding noodig hebben, te ontfangen, hec zelve op haar beurt, ten voorbeeld ftrekken , in de hervorming van het crimiueel recht, in de vestiging van een ftreng zelfs vreesfelyk, maarnchtvaardig en menfchelyk gevangenhuis fysthema; want eigenlyk is het /jmerica, welke 'er het eerfte voorbeeld van geeft Zonder twyfftl ,yn de bedenkingen, we ke deszelvs uitvoer rg op de baan gebragt en gemakkelyk temaaki hebben uit Europa gekomen; zordcr tw.ffel neeft al Jaar de . aak der menschheid bekwaame en yverke verdedigers gevorjdert: maar ae proef van de byt a th ele vernietiging oer doodftraf, met de voorzorgen, wel-  C 30 ) welke 'er den goeden uitflag van konden verzekeren , het in plaats ftellen van 't beftier der reede, der rechtvaardigheid in plaats van dat der boeijen, der wreede en willikeurige behandelingen heeft men 'er nooit werkftellig gemaakt. De hinderpaalen tegen het wel gelukken daar van, zullen in Europa zeker verbaazend zyn. Maar hief waaren zy groot, men befchouwde ze als groot, zy waaren menigvuldig. Alle vooroordeelen ftreeden tegen deze nieuwe inrichting, en de aanhoudende moed van eenige yverige burgers, hebben daar over gezegenpraald; 280 gevangene zyn heden in de gevangenis, eh zy wórden door vyf mannen O) ongewapend, zonder ftok, zander hónden, bewaard; van deze 280 zyn 'er flechts negentig conyidts en onderworpen aan het beftier, waar van ik zo even verflag heb gedaan. Maar de 190 overige ftaan des niet te min onder de wacht dezer vyf mannen, en deze negentig convicïs zyn overtuigde misdaadigers, door Juris veroordeeld, van het foort dier geenen, welke eenige jaaren te vooren.de boeijen, deflagen, de verminking, de vrees voor den dood niet kon in den band houden, die uit de gevangenis niet kwamen, danom'erweldraa wegeös nieuwe misdaaden, weder ingebragt te worden, en welke thans door het onverftoorbaar beftuur van orde, van ftrengheid, reede, en diüetifche levensregel gedwee gemaakt, zich zonder moeite aan de regelen, welke zy kennen, onderworpen, en maaken zich zelden aan den minften inbreuk daar op, fchuldig; en heden zyn de misdaaden in den ftaat veel zeldzaamer, de rust in de ftad is volkomen, een fterkzo niet ontwyffelbaar, bewys, van het voordeel van 't nieuwe fys- (1) OF liever eene vrouw en vyf man; de weduwe van den laatfte Cipier haaren man aan de geele koorts geftorven, opgevolgd hebbende, en haare plichten en alle derzeiver ungcitrekiheid, zo goed als een man zou kunnen doen vervallende.  C 3* ) fvsthern.3, en nog beveftigt door de ten vollen ver-fchillende gevolgen , in alle de andere ftaaten van America', alwaar 't oude nog plaats heeft. Ik weef. wel dat het groot gemak, waar meede een werkzaam menfch in America eigendommen kan verkrygen, 'er de misdaaden zeldzaamer, en van eenen' anderen aart moeft doen worden: ik weet wel, dat 'er in onze groote maatfchappyen in Europa misdaaden en misdaadigers zyn, waarvan men hier gelukkig genoeg is, om zelfs geen begrip te hebben, van die doorkneede booswichten, welke niet dan misdaad en ondeugd fchynen te ademen, die van alle wroeging ongenaakbaar fchynen: ik weet dat het getal der misdaadigers aldaar fchrikbaarecd is, dat de zwaarigheeden voor derzelver plaatfing, voor derzelver arbeid 'er menigvuldig zyn; maar het grondbeginzel van wyze ftaatkunde, 't welk niet veroorloofd om de dood te gebieden als van die geenen, welkers leven een geduurig gevaar voor de maatfchappy is, des niet te min gehoor verleend worden; niet door het in het breede uit te leggen, zo als onze rechtsgeleerdheid en alle tot nu toe gedaan hebben, maar door het geftrencelyk na te volgen, door alle middelen te beproeven, om de doodftraf voor de maatfchappy onnut te maaken lk ben 'er niet verre af om te denken, dat deze hoofdftraf bewaard kan worden, om de misdaadigers aan hoog verraad, naar den eerften trap, de hoofden eener party, te ftraffen, wanneer alleen de gedachte van hunne verdelging de ruft weder kan daar ftellen, terwyl het weeteo van haar beftaan, zelfs in de boeijen, der opftand aanmoedigt en voedzel geeft. Met den dood ftraffen, al was het wegens eenen voorbedachreo moord, is altyd eenen wraak, indien de misdaadiger zeker kan bewaatd worden, en dar men op zy. ne verbetering kan hoopen. Deze gedachte, ik voel het) zal eenige lezers reyen r*e borlt fluiten: maar zo men ze wel overdenkt, zal men 'er zich mlsfchien aan gewennen, wanneer men betracht dat  dat de moord in 't algemeen geene neiging, geens' gewoonte is, gelyk de diefftal by voorbeeld, dat men by gevolg meer op de verbetering van den fchuldigen kan hoopen: wat de gevangene misdaadigers betreft, zo vertrouw ik dat men, door wil door gedachte door wel opgevolgde middelen , door eene alle proef tartende ftandvaftigheïd, met eene wel overdachte, trapsgewyzen gemaakten overgang van het tegenwoordig fysthema in een nieuw, zo vertrouw ik, dat men zich in Europa zelve met den goeden uitflag zoude kunnen vleijen. Wanneer men hier de vooftplanters van dit nieuw fysthema vraagt, hoe het mogelyk is, dat de con* vifts de houding en 't gedrag hebben, dat zy hebben; zo antwoorden zy : hebt gy in Londen , of Parys, geene leeuwen gezien, in welkers muil de mannen, welke ze lieten zien, haar hoofd {laken. Hebt gy te Philadelphia geene Panthers gezieo, welke kinderen zonder muilband leiden, en die zy in haar armen hielden ? waarom zou men 'er daa aan wanhoopen, menfchén te temmen? Zy zouden ook kunnen zeggen, dat de geneesheer Hunter, van Vork in Engeland, diegene van alle Doftoren is, welke de meefte dwaazen geneezen beeft; zyn voornaamft middel was, fpoedig de boeijen afte doen, zelfs aan de raazenden, door de zachtheid de wederkomst hunner reede te hulp ts komen: en niets moest (tuiten in dé vergelyking van een dwaaze met een misdaadiger. Het Komt 'er maar op aan, menlchen te vinden, welk zich onophoudelvk tot deze belangryke taak wyden: en meu zal 'er een ontelbaare menigte in Engeland vinden: men zal ze in Frankryk vindeD. Heeft laatstgenoemde ftaat voor de omwenteling, misfchien meer verdorvenheid, dan veele andere; heeft hy federt de omwenteling meer yffelykheden, meer ruweien vertoono, oan men zien naauwer nooa onde verbeelden, zo hebben 'er altoos midden in die verdorvenheid en misdaaden mannen beftaaa., zy  ( 33 ) beftaan oog werkelyk, en zy zullen beftaan, man» nen van eene zuivere, önderneemende en moedige deugd, gereed om alles tot welzyn der menfeh* heid te doen. De menfchlievende gevoelens zyn 'er niet alleen in de boeken der genen, welke men wysgeeren noemd, zy Haan diep in hec hart veeIer menichen geprent, en wachten, om zich met nut voor te doen, niet dan op eene wyze regeering, welke hen de middelen daar toe zoude geyeu, of ten minften laten behouden. Eenige huide aan de deugd bewezen, niec van die, welke de kuipery zich wilt ce verkrygeu, of de huichelaary aan zich te rooven, deze kunnen de Ondeugd flechts voortplanten, maar van dié, welke in de daad bewezen word, aan menfehen die zich dezelyen door een goed gedrag waardig bewyzen te zyn, zullen 'er veele te voorfchyn doen kómen veele andere doen ontfpruiten. Hy die zich voor de anderen opofferd, die zyn leven voor da meofchheid ten bette geeft, begeert ook dat men weete, dac hy geen onnut nog gemeen man is: hy heeft geenè andere belooning noodig, maar deze wil hy hebben, is deze eifch eene zwakheid der menfehelyke natuur, zó is deze zwakheid de maatfchappy zelfs nuttig, en hét is de plicht eener goede regeering, dezelve, te vlyeh, want deze belooning aan de deugd opgedraagen, zal 'c ge* tal haarer naarftreevers nos, doen aangroeijeü. Zonder twyfFel zal geene regeeriog opgehoddeü worden door eenige hoegenaamde onkoften, welke deze hervorming van doodftraf, (zo wel wegens het verbeteren der gevangenifTen, welke derzelver grondflag is, als wegens 't onderhoud der gevangenen, op zulk eenen aart de nutteloosheid, en byVevolg de onrechtvaardigheid van de folterende flraffe ontrukt,) zoude kunnen veroorzaaken. Voor eerlt, zou deze laatfte uitgaaf Hechts voor éeneü tyd zyn. Maar al was zy \oortduurend eh aanmerkelyk, welke eenigzints verlichte regering kan heden ten dage oajkenneD,, dac het behoud van menC fcheo,  C 34) fchen, dat de bekeering van fchuldigen, haar we^ zenlykfte plicht is, dat zy zelve fchuldig word aan alle de misdaaden, welke haar verzuim of gebrek aan vooruitzicht kunnen laten bedryven; dat het recht der maatfchappy op haar gebiedende is, en geene voorfchriften duit; en dat 'er dus geen ogenblik verloren , geene uitgaaf gefchroomd moet worden, om de maatfchappy hec nadeel t welK zy zo lang geleden heeft, te vergoeden? Myn voornemen is hier niet eene crimineel» rechts, nog algemeener zeden, nog zelfs Philan» tropifche verhandeling neer te fchryven. Ik zal my maar bepaalen, by het zeggen, dat geene hoofdrevolutie omtrent de vermiudering der misdaaden in Europa plaats kan hebben, dan door middel van de opvoeding, welke over alle clasfen Uitgebreid , het aankomend geflacht, de kennis zyner plichten zal inprenten, en het zelve de middelen zal verfchaffen, om 'er zich in te handhaven. Het grootfte getal misdaadigers in alle de ftaaten van Europa, zynmenfchen, behoorende tot de clasfe, welke van de opvoeding, van 't onderwys, en van die van 't voorbeeld, ten minften zo vermooeend als de eerfte, het meeft ontftooken zyn; ook is Schotland, alwaar de opvoeding meer dan in eenig ander land van Europa uitgebreid is, hec geene, alwaar de misdaaden het minft plaats hebben. De tafelen, welke men in het werk van Howard vind, bewyzen, dat in dit land, door omtrent 1,600,000 zielen bevolkt, niet meer dan 58 befchuldigde in een tydvak van 20 jaaren, ter dood zyn veroordeeld, het geen nog mee volkomen drie in 't jaar uitmaakt: daar in denzelven omloop des tyds, en in den omtrek van Norfolk in Engeland, te zamen gefield uit zes provinciën, welkers bevolking men niet meer dan op «oeo zielen kan fchatten, 434 ter dood zyn veroordeeld , ongemindert agt hondert vier en zeventig, ter fchande verwezen; 't geen in't jaar een midden.tal van zes en zeftig groote misdaadigers uitmaakt. ^  ( 3J ) In de ftaaten van Nieuw Engeland, alwaar fop dien van Rhode eiland na,) de wetten en de zeden zo krachtdaadig te zamen loopen om de opvoeding voor alle clasfen van burgers verkrygbaar te maaken, hebben 'er (naar rato der bevolking) minder, veel minder misdaaden plaats, dan in eenigen anderen ftaat van America, alwaar het rechts en gevangenhuizen Systhema nog niet verandert is; fchoon 'er nog meer zyn als in Penfylvanien, daar de opvoeding veel minder onder het bereik van alle clasfen gefteld is, maar alwaar het codex pasnalis zachter, en het beftuur der gevangenhuizen naauwkeuriger, ftrenger en rechtvaardiger is. En in de laatftgecoemde ftaat, zyn van de tien convidls, meer dan zeven vreemdelingen, inzonderheid de Ierlanders, welke van huis niet dan armoede, onkunde, gewoonte aan ledigheid, mede neemende, aldus het zaad van alle misdaaden medebrengen ; een zaad dat zich echter hier minder dan elders ontwikkelt, omdat de arbeid op eenen zeer hoogen prys ftaande, en de mogelykheid om eigenaar te worden veel plaats hebbende, een eenlgzints werkzaam man geen gebrek lydt. En in Penfylvanien zyn de misdaadigers - inboorlingen, gelyk op alle andere plaatfen, van de 't meeft van opvoeding ontblootene clasfe. Deze gevallen zyn waar en echt; kunnen zy eenigen twyfFel overlaaten, over den weg, welken men overal moeft volgen, ter vermindering der misdaaden, en over den goeden uitflag welken men daarvan mag hoopen? Ik heb gezegt, dat het nieuw gevangenhuizenbeftuur zich tot nu toe flechts overdeconvifts uitftrekte; hinderpaalen, welkers uitlegging hier geene plaats kan vinden, hebben, tot dus verre belet, om het over de andere clasfen van gevangenen uit te ftrekken. Zonder twyffel, zullen deze hinderpaalen fpoedig opgeheven zyn, zy vertoonen minder zwaarigheden, dan een van die, over dewelken men zo gelukkig heeft gezegenpraalt, en de gebreken van 't oude beftuur, waar aan deze gevanC 2 ge.  '( i« ) pene thaös zyn overgeleverd, verwekken nog meer afgryzen , wanneer zy met het wezenlyk verwonderenswaardig beftuur, onder 't welk thans de convi&s ftaan, vergeleken worden. Ondertusfchen worden deze gevangene, volgens de beweegreede hunnei gevangenfchap, in c!asfen verdeeld, met Eudding en groentens gefpysd; de unie, de ftaat, et graaffchap of de perfoon welke ze laat gevangen zetten, betaalt een fchelling per dag voor hunne koft. Het waar zeer te wenfchen, dat zy in een geheel onderfcheiden gevangenhuis konden geplaatft worden; omdat de convicls, dat is te zeggen gevangene by vonnis, over volflagen bewezene misdaaden , met die van eenig ander foort hoegenaamd, nog om de verfchillende natuur van haaren toeftand, nog om tot haare bekeering toe te brengen, nog om de voorregten, welke men de gevangenen, die niet als misdaadigers veroordeeld zyn, fc'-.uldig is moeten vermengd worden. Het is misfehien nog gewichtiger, uit het nieuw gevangenhuizen • beftuur het vernederend ' onderfcheid, waar meede de mannen van de couleur, wegens dezelve misdaaden, en door dezelve reehrbanken als de blanken veroordeeld, behandeld worden, te zien verdwynen. Is het eene hulde die de opzichters, in een land al aar de flaverny neg niet geheel vernietigt is, aan 't oude vooroordeel willen doen ? Men kan hier van byna geen begrip krygen, wanneer men ziet, dat deze Opzichters byna alle tot de maatfchappy, welke ten voordeele van de affchaffmg der flaverny pleit, behooren? Men begrypt het nog minder, wanneer men in 't beftuur der gevangenhuizeu,zo veel blyken ziet van hunne menfchlievendheid en rechtvaardigheid ; en echter is dit gedrag eene belediging voor beiden. De plaatöng en de verdeeling van 't gevangenhuis van Philadelphia, zouden ook verbetering, voorval vergrooting, misfehjen oo!< meer zekerheid kunnen vereisfehen; maar derzelver onvolmaakt-  ( 3? ) maaktheden, dewelke men buiten dien ook- tracht te verhelpen, maaken de goede orde en de gezonde lucht, die 'er heerfchen, desteverdienftelyker. Moogen de Opzichters der gevangenhuizeh volharden in de ftrikte waakzaamheid, en oplettenheid, in alle de ogenblikken hunner amptsoeffening, en die hunner ondergefchikten. Dé gewoone "uitwerking van den góeden uitfiag is het vertrouwen al te zeer te vermeerderen, en aldus de naauwkeurigheid' van de zorg te verminderen. Deze nalaatigheid zou weldra groote wanorder in de gevangenis na zich fleepen, en deze wanordens zouden misfchien, de handhaaving van dit rechtvaardig, zacht, weldaadig fysthema van crimineel recht en gevaogenhuizen beftuur in America en deszelvers invoeriDg in Europa, onherroepelyk benadeelen. üe tot beft wil uitgedachte nieuwigheden, hebben in de boosaardigheid, en de onbedachtzaamheid , en vooral in de onweïenheid, altyd zulke verbitterde vyanden, dat zy, die ten beften der menschheid werken, byna geene genoegzaame voorzorgen kunnen gebruiken, om haar geene wapenen in de hand te geven. C 3 Jan.  ( 33 ) Aanmerkingen op nevensgaande Tafreel. x. In de vier eerfte dezer agt jaaren leverden de ftad en t graaffchap van,Philadelphia alleen op, toe de gevangenisfen. In de vier laatfte, zond de geheele ftaat van Penfylvanien zyne gevangene daar heen. 2. Onder de drie honderd een en twintig blanke vreemdelingen convicïs, in de vier eerfte jaaren, waren honderd een en dertig lerlanders, vier en tagtig Engelfchen of Schotten. In de vier laatfte zyn onder de honderd vyf en dertig blanke vreemdelingen, twee en negentig lerlanders, negentien Engelfchen of Schotten; de lerlanders maaken dus in de twee tydftippen meer dan twee derden der vreemdelingen uit, en byna de helft van de gantfche hoeveelheid der gevangenen, zelfs wanneer men 'er die, welkers Vaderland onbekend is, onder begrypt, en waarvan een zeker getal zonder twyfFel lerlanders is. 3. In de vier eerfte jaaren zyn drie en zeventig misdaadigers weer op nieuw veroordeeld, en eenige van hen tot vyf a zes maal, terwyl 'er flechts zestien onder het beftuur dezer vier jaaren behoorende, het onder het nieuwe geworden zyn. — Men is te weeten gekomen, dat zeven of agt in de andere ftaaten van de Unie waren opgehangen geworden. — Van de anderen heeft men niet hooren fpreeken. Slechts vyf der convicïs, tot het nieuw beftuur behoorende, zyn op nieuw veroordeeld geworden; drie van dezelve waren Negers, twee blanken, alle voor misdryven van 't kleine crimineele. 4. Onder het oude, gelyk onder het tegenwoordig beftuur, hebben zich de misdaaden in Philadelphia, en in haaren omtrek, zonder eenige evenredigheid vermenigvuldigd. De hier bovenftaande ftaat is geligt uit het boek der gevargenhuizen van Philadelphia, waar de Sherif bevel heeft van de Wet, alle de veroordeelden  Pag. 38 A R E £ van het getal en foorten van Overtuigden, geduurende de vier laatfte jaaren van het oude Systhema van beftuur, en de vier eerfte van 't nieuwe. I Getal der i Misdaaden waar vcor zy veroordeeld zyn. Wat van hen geworden is. j Geboorte-plaatfen. I | Overtuigden. I ————————_——— L ' ■a-S" I Si I SS • d g «* oJ • | a "S § 2 . . S . d 0 ü D 1^14 1' = g§ ifa| . . g a g S § £ g g^^Sg g J 3 S ■§ i SYSTHEMA g.-g j | | j J | || JH « 1 g £ | § O g | ttj | | §. | -g S^l i^l l d I | J BESTUUR. J|* | |<-9.-o § gK|j>^JlJ°§ j. tot;viÊvf6.|l63 23 20 30 132 5 2 6! 7 I Ij 1 31 3j 3l i| 3o| 26 571 37 2 I 94 20 10 5 21 36 1Ü6 Z'Vev 788' to MeyV 95 10 8 5 *4 57 4 9 2 4 5 2 1 *\ 4 M 5 »5 29 2 53 2, 2, 3 9 6 113 «hM« ?8o totM?90. i°8 20 5 6 10 13 82. 3 2 3 3 313! 3 2 31 14 6 33 56 1 84 15 8 13 14 '34 v 3 ^^voi.llU » 3 3 4 2olu3 3. 1 I 7 1 5 ll M 4> I 4 I 5» 7 67\ S4 1 { po ij 19 4.M «3 |tf£ NIEUW SYSTHEMA. vanfin? 7^ 4^94- 4° " » 1 2 34 1 2 1 '5 H 6 5 3* 31 7 10 2 i0Ui -~^bi^jirr"ll44l53 1461 ) 51 4I 3' ^ it 5 1«7' 3l t 1 1 2l 1 21 1 1 9I 881 45' ' ' -61 5*90^35^7^9^7^^^ HERHAALING der TAFEL. MISDAADEN en DELICTEN. Moorden 0 Mmflagen • • 5 Stealen op 's Heeren wegen .... 39 3 Hüisbfaaken . : . . • 77 ™ Diefftalien 374 »&3 Valfaarisfen . 5 10 Valfche munt daan .... o 4 Misilryven van 't kleine Crimineel, . ie. trap. 4 3 se. trap. 13 1 Berging van diefftallen, . ie. «aP- 2^ 1 2e. trap. 6 5 Paardendievery . . • • • ïo 2? Valsch fpeelen . • 3 3 Twee vrouwen nemen . . • 1 * Toeleg op een anders leven .... o Berging van overtuigden . • » 5 ^ Onder 't oude Systhema. ! Onder het tegen¬ woordige Systbem.i.  C 39 ) den van den ftaat daar heen te zenden, ter zyner verantwoording, zo hy hier tegen handelt. Naardien de misdaaden van fchaaking, moord van allerhande natuur, van brandftichting, van verraad, tot aan het iaar 1792 met den dood geftraft wierden, zo is het mogelvk, dat eenige deezer misdaadigers, ftaande de zeven vorige jaaren , in de andere graaffchappen opgehangen zyn geworden, maar het ge. tal derzelvenkan Hechts klein zyn ; wat de misdaaden van verraad betreft, die van den opftand van Pittsburg, in oftobet 1794. zy° de eemgfte, daat van men in langen tyd heeft hooren fpreeken. Ik zal eindigen, met te herhaalen, dat zonder twvffel de ftaat der maatfchappy in Europa, niet geheel en al roet den ftaat der maatfchappy m America kan vergeleken worden, inzonderheid met betrekking op de misdaaden, dewyl., m byna alle de ftaaten van Europa, de meer dan overvloedige bevolking het onderhoud van veele mentenen onzeker maakt, en de lange gewoonheid aan misdaaden, 'er de misdaaden vermenigvuldigt, dezelve boosaardiger eu listiger overlegt, de misdaadigers toe -rrooter booswichten maakt; daar in America het Gebrek aan bevolking, alle de menfchen die er zyn, en welke 'er nog in langen tyd zullen komen , van haar onderhoud, van een ruim leven, en zelfs van den rykdom in evenredigheid van hunnen yver, verzekert. Maar deze lange gewoonheid aan misdaaden, deze immer aanhoudende booswichtery m dezelve menfchen in Europa, behooren grootendeels tot de crimineele gerichten, tot de ftrafwetboeken, tot de regeeringen zelve, die altyd op eene meer of minder onmiddelbaare wys, op de daaden , en het meest van allen, op de gewoontens der beheerschten invloed hebben. Het baarblyke. lyk verfchil van het gevolg der twee fysthema s van ftrafoeffeuing en gevangenhouding in Penfylvaaien, een verfchil, door alle de inwooners van den ftaat toegeftemd, vooral, het verfchil van getal der weder op nieuw, na hunne eerfte gevangen-  C 40 ) geohoudiogveroordeelde misdaadigers, is een onbetwistbaar bewys van deze waarheid: ik herhaal het, alles moet dus Europa aanmoedigen, om dit groot voorbeeld te volgen. - Misfchien, en zelfs waarfchynelyk, zal het verkrygen van foortgelyke gevolgen aldaar, meer tyd vereisfchen, mogelyk zullen zy nooit zo voldoende zyn als hier;, maar men durft verzekeren, dat zy tle grootmoedige mannen, welke de proef daar van 1 zullen i willen neemen, zelfs zullen verwonderenzo zy 't met moed, volharding, en een vast befluit van daar in te flagen, onderneemen. Het komt op de regering aan om deze mannen te kiezen, en nen middelen aan de hand te geven. NB. De echtheid der aanwyzingen, welke deze aanmerkingen in zich behelzen, kan niet in twyffel getrokken worden. Zy zyn ge geven door een der Beampten, die zelve dit werkje voorleden jaar 1795 gefchreven, agt maanden lang in handen heeft gehad.