ALPHABETISCH
REGISTER
o r DE ALGEMEENE MANIER
VAN
PROCEDEEREN
l N
CIVIELE en CRIMINEELE ZaAKEN,
met de daar toe behoorende instruo tien voor alle openbaars aankla* gers, rechtbanken en gerechtshoven in de bataafsche republiek.
dook
Mr. JOANNES van der LINDEN,
ADVOCAAT TE AMSTELD AM.
TE LEYDEN,
£ ij a. en j. honkoop.
3$ P C C C,






VOORREDEN.
Niemand is 'er, welke gevoelens hij , omtrent het Staats* geitel van onzen tijd, ook koefteren moge, mits hij flechts een. onpartijdig gevoel hebbe van den gewichtigen invloed welken eene ongekreukte uitoeffening der Juftitie op de vrij! heid en veiligheid der Ingezetenen heeft, of hij zal gaarne met den .welverdienden lof toejuichen de pogingen van een Regeerings-beftuur, het welk zig beijvert, om niet alleen het Volk van vaste en zekere Wetten in hunne eigene taal te V' »-zien, maar om ook in 't bijzonder te regelen de orde, die in de civiele twistgedingen, en in het vervolgen der fliisdaaden, behoort te worden in acht genomen. Deeze regeling was in het Bataafsch Gemeenebest alomme van de grootfte noodzaakelijkheid, daar zoo veele eerlijke Rechters, zoo veeleeerlijke PraéHzijns, zig dagelijks moeiten bedroeven, dat Whe verdrietelijke langwijligheid, en eene al te groole kostbaarheid, de twee klippen waren, waar aan zij, die zig genoodzaakt vonden hun recht langs den weg der Juftitie te vervorderen, zoo meenigwerf fchipbreuk leeden; terwijl de befcbuldigden van eenig misdrijf, onder het beleid van zig dikwils te veel veroorlovende Bailliuwen door zomtijds min ervaaren Rechters, naar het voorfchrift van eene Crimïneele Ordonnantie , die , in den tijd der Spaanfche dwingelandij geboren, op onzè befciiaafdere eeuw niet paste, gevonnist wierden. Met een innerlijk ge noegen ontfingen dus alle rechtfehaapen Nederlanders de Mamer van Procedeeren, door eene Commisfie van uitgelezene Rechtsgeleerden zaamgefteld, en door de Wetgevende Macht met haare fanftie bekrachtigd, waar in de gemelde fchadehjke klippen met de meefte omzigtigheid ontweken zijn.
Daar nu eerlang het tijdltip ftaat geboren te worden, dat deeze nieuwe Manier in werking geraakt, betoonden niet weinigen hunne bekommering over de moeijelifkheid, om een boek omtrent zes honderd bladzijden bcflaande, zoodamgin hun g8heugen in te premenj zijdemeen'
dige onderwerpen rig telkens zouden kunnen herinneren, #n 9 wanneer zij die benoodigd hadden, op hunne plaats weder



iv VOORREDEN.
der vinden. Deeze bekommering kwam den Schrijver van dit Register niet ten eenemaal ongegrond voor, en, om daar aan te gemoet te' komen, vondt hij zig genoopt, om.alle de onderfcheidene zaaken, in de Civiele en Crimineele Manier van Procedeeren vastgefteld, in eene Alphabeüfche orde te rangfchikken, en dat Register zoodanig in te richten, dat men aan de eene zijde, iets noodig hebbende, het Artikel gemakkelijk zoude kunnen vinden, en ook tevens aan den anderen kant van dien wegwijzer geen misbruik zoude kunnen manken, maar verplicht zijn de Wet zelve beftendigte raadpleegen.
De Schrijver heeft telkens het Stuk, door hem bedoeld, met een Romeinsch CijfFer aangewezen, en zulks in de navolgende orde.
I. Inftruétie en Manier van Procedeeroi voor de Vrederechters en derzelver Bijzitters. ^
II. Manier van Procedeeren in Civiele zaaken, zoo voor de Burgerlijke Rechtbanken, als voor de Departementaal Gerechtshoven.
III. Manier van Procedeeren in Crimineele zaaken, zoo voor de Burgerlijke Rechtbanken, als voor de De» partementaale Gerechtshoven.
IV. Inttructie voor de Burgerlijke Rechtbanken.
V. Infiructie voor de Departementaale Gerechtshoven. VI. Inftru&ie voor den Procureur Generaal of Openbaaren Aanklager , bij elk Departementaal Gerechtshof. VII. InftruéHe voor de Bailliuwen bij de Burgerlijke Rechtbanken.
VIII. Inltrudlie en Manier van Procedeeren voor de Vierfchaar over de Misdrijven der Rechters. IX. InltrucHe en Manier van Procedeeren voor het Hoog Nationaal Gerechtshof. Meerder is niet noodig vooraf te berichten. Wanneer het nut, uit deezen arbeid te trekken, aan des Schrijvers welmeenend oogmerk beantwoordt, zal hij zijne aangewende moeite dubbeld beloond rekenen. — Vaar wel.
k is*



REGISTER
op de
MANIER van PROCEDEEREN,
EN DAAR BIJ BEflOORENDE
INSTRUCTIEF*
Nota. Het Romeimch Cijfer geeft te kennen het fluk, waar in de aangewezene zaak te vinden is: en het gewoon Cijfer ziet op het Artikel van zoodanig ftuk.
A.
AaISBIIïDING. Een Gedaagde, bij een crimineel Vonnis vermits hij op de gedaaae dagvaar/dingen niet verfch*nen is, gebannen zijnde, mag zig naderhand ter verdediging aanbieden, en word daar toe ouder zekere mitfen toegelaten, nr, 150, 151. 6
aanhangig. Exceptie, dat de zaak reeds aanhangig is a AV2n^eü,V^;teren^cchter' of voor Scheidsmannen. II, 61. c. ilv irr Niemand aan te klagen, dan uit kragte der
Wer. III,- u a
Wanneer op'eobaare Aanklagers in Burgerhuizen treden mo?en. la, s.
Elk openbaar Aanklager mag apprehenfie doen op heeter daa s. III, 4. r
Hij moet, om Gerechtelijke informatiën té mogen bele°-gen, adroisiie verzoeken. 111, 19.
Hoe met denzelvtn te handelen , wanneer hij in het beleggen der Gerechtelijke informatiën niet behoorlijk werkzaam is. III, 32, 33. J
a In



t
REGISTER
In zijne handen worden gefield de Requesten en Bijlagen, tot voorkoming van een crimineeicn Rechts-ingang, aan den Rechter aangeboden. IK. f59.
Hoe een crimineele Rechts-ingang door denzelven te verzoeken* III, 43.
Hoe hij moet handelen, wanneer zig in den loop van een crimineel Proces, of in een Verhoor, nieuwe pointen van hefebuidiging opdoen. 111. 66.
Wanneer, hoe dik wils, binnen hoe veel tijd, en in welke orde hij verpügt is de befchuldigden te houren Ui, 88.
Welke middelen hij mag aanwenden, 02: üe befchuldig» den tot bekentenis tc brengen. III, Ro.
Hij heeft geen recht vün hooger beroep. !II, 166.
lnltnictie voor den Procureur Generaal ot onenbaaren Aarikïa?er bij elk Departementaal Gerechtshof» VI, 1—45.
Inftruclie voor cic Bailliuwen bij de burgerlijke Rechtbanken. VU, 1—10.
Hij is niet begrepen onder de Rechters, over wier misdrijven eene afzonderlijke Vitrfchaar gefpannen word,
yiu, u
In de Viërfchaar over de misdrijven der Rechters is de Agent Van Juftitre Aanklager. Vfil, 3».
In het Hoog Nationaal Gerechtshof word de openbaare Aanklager uit het midden <^r benoemde perfoonen uitgeloot; en aidus bsnoemd zijnde, gaat hij terftond uit de Vergadering. IX, iS,
De benoemde Aanklager in het Nationaal Gerechtshof moet zig dadelijk verklaren over het aanvaarden van dien post. IX, 35.
Hoe te handelen, wanneer hij van die aanvaardingmogt worden onttlagen. IX, 36—40.
Eed van den openbaaren Aanklager bij het Nationaal Gerechtshof. IX, 41.
Deszelfs betrekking tot het Nationaal Gerechtshof; en irerpligtingen in de uitoeffening van zijnen poft. IX, 4a s 44, 45, 4ö, 50, 54-5 78, 9°« AANLEGGER. Zie Ehfcher.
AANSCHRIJVING. Aanfchrijving aan de benoemde Adjuncten Revifeurs gefchiedt door den Griffier van het Departementaal Gerechtshof. V, 227.
Door den Agent van Juftitie aanfchrijving te doen aan de Departementaale Gerechtshoven, tot het daar Rellen van de Vierfdbaat Ofer de misdrijven der Rechters. VIII, 9,
20, II , 12.



op du MANIER van PROCEDEEREN. 3
AANTEEKENING. Aantcekemng van hoogtr beroep van een Vonnis van Vrederechter en Bijzitters, moet gefchieden binnen drie dagen na de uitfpraak van het Vonnis. I, 64.
Van een Vonnis of andere Dispofitié van de Burgerlijke Rechtbank, binnen den tienden dag. II, 170.
Die in Revifie wil komen , moet dezelve binnen een maand na de uitfpraak van het Vonnis of het uitbrengen der Dispolhie doen aanteckenen. II, 317.
Wat, ten aanzien der aameekemng van Appel of Revifie , te doen Ihat aan een befchuidigden, tegen wien bij Vonnisfe zoodanige ftraffe of correctie Bépaafla word, wjïar^oe fcijöe perfoneele tegenwoordigheid noodig is.
Buiten het zoo even.gemelde geval gefckïedt de aanteelremng van hooger beroep van Crimineele Vonnisfen uiterlijk op den tienden dsg. III, 17*.
_ Aanteekening van Revifie in Crimineele Zaaken gefchiedt binnen één maand na de pronuntiatie van htt Vonnis ; of indien het zelve behelst condemnstie tot eene publieke lijfltraf, dan ilico na die proauntiatie. UI, 179. AANWIJZING. In perfoneele cooderouaciën , tot betaalitig ecner geldlomme (trekkende, na do lommatie aanwijzing van poederen te verzoeken. II, S79. Wanneer geen verzoek van aanwijzing noodi-is. II 280. De aangewezene goederen in arrest te nemen; II, C3j. Bij gebrek: van aanwijzing, hoedanig tot executie te procedeeren. II, 282. ABSOLUTIE VAN DE INSTANTIE. Zie Ontflae va»
de Daging. * ACCSS. Een Gevangen, in ordinair Proces ontfangen zijnde, heeft de onbelemmerde toegang vaa Echtgenoot, Nabeliaanden of andere Vrienden, en van Practiziins. III 128. J . Denzelfden vrijen toegang heeft ook een Gegalde, tegen wien een Vonnis word gearresteerd, tot welks exfecutie zijn perfoon noodig is, üï, 162.
Het Maat alleen aan den Raad, om het verbod van acces bij Gevangenen af Gegijzelden te modereren , of daar in veranderiug te maken. VI, 36. ACCORD. Hoedanig een Accord of Verdrag voor den Vrederechter aan te gaan, en met deszelfs coiidemua'ie te be krachtijen. I, 41.
Exceptie dat over de zaak een fchrifLclijlr. vergelijk getroffen is. II, 61. d. -
A 2 Hoe



4
R E G 1 S T E R
Tloe een Schuldenaar, wiens boedel in Seqnefrratie is' geilek!, en met zijne Schuldeislclierseen accord wil aangaan, handelen moet. 11, 1:5.
Zoodanig Schuldenaar is gehOOdtn een (la«t en baiance van zijnen boedel temaken, enter bezigtigiug te leggen. II, xi6.
Hoe door Commisfarisfen te handelen tot het in ftaad brengen van het voorgeflasen Accord. II, 117.
Wanneer de minderheid der Schuldeisfchers de meerderheid in het maken vm 't Accord moet volgen. II, 118. ACTIE INSTITUEEREN. Alle zaaken, om actie te inüitneeren, behooren tot de extraordinaire Rol. II, 49. g.
Hoe te procedeeren tegen een , die ten lasten van een ander vermeent eene aétie te hïbben. II, 191.
Staande Rolle te voldingen. II, ioa.
Gevolg, als de Gedaagde niet;verfchijnt. II, 193.
Geene Appóinfeménten om actie te ir.ftitueeren te verkenen bij Edele, tegen onbtkeade perfoonen. II, 194, 19$.
ADJUNCTEN-RE VLSEURS. Binnen een maand na het voldingen van de zaak in Revifie, bij Requesteaan het Vertegenwoordigend Lichaam Adjuncten Revifeurs te verzoeken. I!, 325.
Hoe het ftequest, om Adjuncten Revifeurs te verzoeken, in te richten. If, 326.
Dezelve worden door het Vertegenwoordigend Lichaam tiit de naastbifgelegene Gerichtshoven bencemd. V, 221.
Getal van dVAdjuncten Revifeurs. V. 222.
Zij mogen elkander niet beüaan binnen zekeren graad. V, sa 3*
Wie verder niet als Adjuncten mos;en fungeeren; en hoe deswegens te voorzien. V, 225, «26.
Befchrijving der Adjuncten. V, 217.
Hoe de plaats van ontbrekende Adjuncten te vervullen* V, 228.
Eed van de Adjuncten Revifeurs. V, 229.
Welken rang de Adjuncten hebben ia de zittingen en omvragen. V, 23a. ADSIS'IENTIE. De Burgerlijke Rechtbanken zijs bevor-pd, om des nood», adfiftentie van de Militaire Macht, in hunne Refidentie guarnifoen houdende, te vorderen tot handhaving van dejuftitie. IV, 119.
Hoe te handelen, in geval van gevreesde rcfiltentie, en Wanneer ter dier plaatfe geene , of geene geaoegzaatne
Mi»



op de MANIER van PROCEDEEREN. j
Militaire Macht ter adfiftentie aanwezig mogte zijrj. IV, iao.
Het zoo even gemelde heeft ook plaats ten ar.nzien der Departementale Hoven. V, coi, aoa.
Alle Bailliuwen zijn verplicht aan de Exploiétiers en Gerechtsbeden des noods aclüttentie te verkenen. VII, 9.
Indien van wegen de Vkrfchanr over de misdrijven der Rechters, of het Hoog Nationaal Gerechtshof eeuige apjrehenlie of gijzeling moet worden gedaa», zijn alle Hoven en Rechtbanken, en,alle optnbaare Aanklagers, verplicht adfiftentie te verieer.cn. Vllf, 49. IX, <5i. ADVIES. Advkfen van afwezigen rooien , bij de Gerechtshoven, in het optellen der Hemmen niet mede gerekend worden. V, 101. . De Gerechtshoven zijn verptigt san de Wetgevende en Uitvoerende Macht te dienen van advies. V, ^,7.
In het geven van zoodanig advies moeten dè Hoven als Rechters zig in hun geheel houden; en ook zorge dragen* dat zij niets ten naoeele derjuüitie openbaaren. V, 241,
ADVOCAAT» Zie PraBhiin.
Nota. Deeze algemeens benaming van Prnftiziin is doorgaaus bij de nieuwe Manier van Procedeeren gebruikt , om daar mede te deen deorfieken, da:, men in een Rechtsgeding niet meer dan één Pra&izijn, immers niet ten kosten van zijne partije , gebruiken mag*
AFDOENING. Wanneer eer Geinterdiceerde voortgaat, om tegen eene gednane Interdictie feitelijk te handelen . word verzogt auftorifatie 9 om hem tot afdoening te gijzelen. II, 167. , \
Het zelfde middel word ook gebruikt, wanneer, in weerwil van een aangeteckend of vervolgd Appel, door den Ge-
.JfffU'SS?' ?enige feitelijkheid gepleegd word. II, 189.
AfriiAKlNG. In crimineele zaken, in welke bij Decreet van gewoone Dagvaarding geprocedeerd word, zal afmaking
^ mogen^plaats hebben, co op wat wijze. III, iöi.
AFSLAG, 't Hof is bevoegd, om aan perfoonen, uitkraste van 's Hofs Vonnisfen ecconfineerd, naar mate van hun goed gedrag, afflag te verkenen. V, 285.
AFWEZIGEN. Een afwezig* Gedaagde mag bij den Vrederechter door een ander, zonder- volmacht, 'dog onder borgtocht, verdedigd worden. I, 35.
A S Des-



6 REGISTER
Desgelijks ook bij de Burgerlijke Rechtbanken en Departementale Gerechtshoven. JI, 10.
Een befchuldigden, tegen wien apprehenfie of dagvaarding in perioon is verleend, afwe/.ig zijnde, op ür^lFe van ban te dagvaarden in perfoon. UI, 144.
Tegen afwezige befchukiigden Vonnis van ban uit te fpreken, III, 149.
De Burgerlijke Rechtbanken voeren ook het opper-toezicht over de rechten en belangen van afwezige perlbonen. IV, 75.
Advieien van afwezigen mogen, bij de Gerechtshoven, in het optelkn der ftemmen niet mede gerekend worden.
V. IOT.
Het fiaat aan den Prefir'eiit van 't Hof vrij, om de afwezige Leden te befchrijv^n; waar aan dezelve fchuldig zijn te voldoen. V, 157.
De Leden cn Minifters bij de Hoven moeten , in geval van afwezigheid j aan den Pr*-fnlent kennis geven. V, 158.
Wanneer een afwezige , bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters gebannen zijnde , naderhand word geapprchendeerd, of zig ter verdcaidng aanbied, worden de Leden der Vierfchaar door den Agent van Juftitie op nieuw befchreven. VIII, 76.
Hoe te handelen, w.nneer zulks voorvalt bij het Nationaal Gerechtshof. IX > 95.
Een afwezige, door het Nationaal Gerechtshof bij contumacie gebannen wordende, gefchiedt zulks altijd uit de eehcele Republiek. IX, 85. 'AFWIJZING. Om welke redenen een verzoek om admisfie Pro Deo kan worden afgewezen. II, 13.
Afwijzing van een verzoek bij finaale dispofitie op een IRequest. II, 23.
Eene voorgelteldé Exceptie afgewezen zijnde, hoe verder voort te procederen. 11, 67.
Verzoeken om Auctorifatie de faclo, en om Interdictie, kunnen uit hoofde van ongegrondheid worden afgewezen.
II, 159, J°3- , . ...
Hoe te appelleeren van een Appointement, waar bij een verzoek door de Burgerlijke Rechtbank is afgewezen. II, 176.
In welke gevallen een verzoek om Appointement van Appel moet worden afgewezen. II, 182. Verzoeken om Appointement om actie te iniiitueeren
me?



09 de MANIER van PROCEDEEREN. 7
met Edióte tegen onbekende perfoonen inostcn worden afgeweten. II, 194.
Verzoek om Boedel - af ftand, het welk de verzoeker geheel onwaardig is, word afgewezen. II, 025.
Desgelijks een verzoek om uitftel van beüaaiing , uit hoofde Tan onvoldoende Borgtocht. II, 131.
Afwijzing van een verzoek van den openr>aaren A.anklager , tot het belegden van Gerechtelijke iniormatién,
ui, 19.
De Rechter , aan den openbaaren Aanklager den verzochten Rechts-ingang afwijzende , verieeut niettemin teffens dien Rechts • ingang , welken hij vermeent , dat door denzelven had behoqten gevraacd re zijn. Hl, 52.
In extraordinair Proces, door de Burgerlijke Rechtbank een Vonnis op volledig bewijs tittgebragt zijnde, kan het Hof ex meritis eau fa het hoogrr beroep afwijzen. III, 163.
De Vierfchaar over de misdrijven der Rechters kan op groad van ouberuegiheid het verzoek van den Ajent om een Rechts-ingseg afwijzen. Vilf, 36.
Desgelijks ooit het Natienaal Gerechtshof. IX, 5ï. AGENT.
li Agent m JuftMe*
Aan denzelven kennis te ne.en van de apprehenfic van iemand, die bij co.nu.naciac; Vonnis van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters geh,urnen was. 111, iü.
Tot deszelfs keu nis word gebragt de klagte over nalatigheid vau den Baillhiw. III, gj;
Aan denzelven te zenden de 'ii'jformaticn van den openbaaien Aanklager, wanneer het bij voorloopig onderzoek nanneemlijk voorkoomt , dat des wegens een Vierfchaar over de misdrijven der Rechters word vereiseht. III, 54.
De Burgerlijke Rechtbanken, en Depammentaale Gerechtshoven, zijn verpiigt den Agent van Jüflütiè te dienen van onderrigur.g. IV, 123. V, 238.
Door denzelven geene inbreuk te maken op der Rechters onafhangelijïhèrd in het behandelen, beoordeelea en beflisfen der zaken. IV, i«->, V, 24$,
Hij wijst aan de Rechtbanken en Gerechtshoven de abuifen aan , die in de form van Rechtspleging begaan worden. IV, ia*. V, 244.
Hoe de Rechtbanken en Gerechtshoven zig hebben te gedragen jegens den Agent, wanneer zij meenen , dat dezelve dwaalt. IV, 129. V, 245.
A 4 Aai



8 REGISTER. *
Aan de fchorsfingen van Vonnisfen , door den Agent van uftitie gedaan, door de Rechtbanken en Gcitcbishoven te gehoorzamen. IV, 130. V, 246. VIII, 4.
In welke gevallen de Agert tot het dosn van Ichorsfingen van Vonnisfen of andere dispofilien bevoegd is. VIII, 81.
Aan denzelven word door de Gerechtshoven de noodige vooiflag gedaan , indien hun etrig gebrek, enz. in de luItruclie of Manier van Procedeeren voorkoomt, of eene ongelijke Practijk bij de verfchillehde Rechters, V, 247.
Hij gelast den Procureur Generaal, om over misdrijven informatien te nemen. VI, 6, 8.
Verpügtingen van den Agent van Jufritie, in de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters als Aanklager fungeerende. VIII, 5. en veele volgende.
II. Agent van inwendige Politie.
Hoe perfoonen, op ordre of van wegen den Agent van inwendige Politie gearresteerd, door de Juftitie worden overgenomen. III, 15.
Hoe te handelen, wanneer zoodanige perfoonen niet aan de Tuftitie worden overgegeven. III, 16. ALIBI, Hoe te handelen, als eeh befchuldigde zig op zijn
alibi beroept. 111, 84. AMBTENAAR. Over de misdrijven gepleegd door Ambtenaaren, tot de Gerechtshoven onroiddelijke betrekking hebbende, nemen de Hoven, bij uitlluiting, kennis. V, 177.
Insgelijks over de misdrijven van een aantal Ambtenaareninde waarneeming hunner posten. V, 178.
Uitzondering met opzigt tot de Rechters, over wier misdrijven in eeue afzonderlijke Vierfchaar word kennis genomen. VIJI, 1.
ANTWOORD. Op welke wijze de Gedaagde voor den Vrederechter gehouden is te antwoorden. I, 47.
Ten beteekenden Rechtdage, dadelijk na dat Eisch is gedaan, i? de Gedaagde, in civiele zaaken, bij de Burgerlijke Rechtbank gehouden te excipieeren of te antwoorden. II, 60, 67.
Dit zelfde heeft ook plaats in geval van hooger beroep. II, 184.
Antwoord van den Eisfcher op eene door den Gedaagden voortitelde Exceptie. II, 64. Verëischten eener Concluüe van Antwoord. II, 69.
Hoe



op de MANIER van PROCEDEEREN; o
Hoe getuigen in crimineele zaaken te hooren , en derzelver antwoorden in gefchrift te Hellen. III, 24—a7«.<
Wat een befchüldigdeh b'.j dcszelfs antwoorden op aan hem voorgeflekie vraag-pointen ftaat in ach£ te nemen. III, 61 — 69, e« 82 — 89.
Hoe te antwoorden door een befchuldigden , die in ordinair Proces ontfaugen is. III, 130. APPEL. Zie Hoogtr Beroep.
APPOINTEMENT. De finaale dispofitie op alle Requesten gefchiedt bij Appointement. II. 23 , 33.
Rij zoodanig Appointement den Verzoeker, uithoofde van blijkbaare ongegrondheid van 't verzoek, te condcmneren in de kosten. II, 25.
Van een Appointement van Commisfarisfen bij de Hoven kan binnen drie dagen herziening aan den Raad verzogt worden. II, 34. V, 133.
Hoe te appelleeren van een AppointemeEt, waai* bij een verzoek is afgewezen. II, ij6.
De Prefident der Rechtbank is bevoegl, om een Appointement van Comparitie, met of zonder Surcheance, in de Vacantie te verleenen, IV, 25.
Een Appointement, van het gewoone Formulier afwijkende , word door t'ommi.Tarisfen opgeiteLi, in den Raad voorgedragen, en fchriftelijk aan den Grifder opgegeven. V, 62.
De Appointementen, door Commisfarisfen van de Requcst-Knmer verleend, worden ingericht op naa.u van
't Hof. V, T32.
De Secretaris van 't Hof mag geene Appointeme-fen teekeneti of uitgeven, waar van het opftel niet bevorens bij Conmrisfarisfen goedgekeurd, of met bet Formulier overeetikomliig is. V, 147. APPREHENSIE. Bij gebrek van goederen den Geëxecuteerden te apprchendeeren en in gevangenis te Rellen, ff, 303.
Apprehenfie op heeter daad , en van overtreders van ban. III, 4.
Iemand op heeter daad geopproheudeird zijnde , hoe verder met denzelven te handelen. III, 5.
De voorloopige informatien van eene apprch:nfie op heeter daad aan den Rechter over te geven, en deszelfs goedkeuring te verzoeken. III, 6.
De evengemelde goedkeuring word door den Rechter ff geweigerd , of in advies gehouden , of verleend. III, 7, 8,9.
A < R.ech-



12 ' REGISTER
Rechterlijk Decreet van apprehenfie altijd noodig, benalventegen vreemd* vagabóntren. Ui, 17.
Geene apprchcidl? te. verhenen op iaformatiën, welke niet Gerechtelijk belegd zijn. ilï s 3.5,
Approbatie oï Dicre.it van apprehenfie, waar in beftaat. III, 45.
Over welke misdaden apprehenfie te verkenen. 111,48.
Apprehenfie gefcbied zijnae, aan den Geapprehehdeerden binnen «4 uoren kennis re geven van de reden zijner gevangenneming. lil, 5;. IV, 85.
Wanneer eu hoe een jeappreheudeerden te ontdaan, met of zonder borgtocht. lil, "3.
Een geapprehendeerdc , wiens fustemie omtrent des Rechters onbevoegdheid gewettigd is, word niet ontflagen , maar aan den bevoegden Rechter overgeleverd. III, 56.
In allen fraaie van het Proces van Purge kan door den Procureur Genera»,!, da,ar toe redenen dienende, apprehenfie vfrzogt wordtn. III, 77.
Een Gevangen, in ordinair Proces ontfaiijen zijnde, moet nog in hechtenis blijven , doch met toegang van vrienden. III, 228.
Wanneer het Vonnis tegen een Gedaagden in perfoon eene condemnatiê tot lijfttraffe bevat, denzelven te doen «pprehende;rci". UI. 134.
Den geen, die bij eei« contnmacieei Vonnis gebannen is, ten alien tijJe en plaatfe als nog te apprehtndeeren.
III, 149-
Apprehenfie teveleenen tegen iemand, die tor eene firsffe Verwezen zijnde, w-jr toe zija perfoon noodig is, voor den Rechter ontboden word, en fikt verfchijnt. UI, 162.
Dis op heerer daad is gtspprehein'e^rd , moet re recht ftsan voor die Rechtbank, binnen welks Diftrict het misdrijf is begaan , offchoon ook elders woonachtig zijnde.
IV. 90.
De Procureur Generaal mag tpprebenjïên laten doen onder het gehcek Resfort van zijn Departement. VI , 30.
Maar niet in een ander Departement, dan onder bepaling. VI, 31, 32. VII, 8.
Goedkeuring van eene appreheafie, die notoirlijk niet is gefchied op heeter daad, is misdadig. VIU, 2, g.
Apprehenfie, verleend zonder eenig bewijs, is misdadig.; VIII, a. h.
Döor de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters,
of



cp de MANIER van PROCEDEEREN. n
of het Hoog Nationaal Gerechtshof, apprehenfie verleend zijnde, zijn alle Rechters en Aanklagers verpligt cie hand te kenen.'VUI, 49. IX, 61. ARBiTRAGIE. Zie Uitfpraak. Verblijf ARMEN. Aan Armer, admisfie Pro Deo te verkenen, ten zij redenen daar cegen dienen. II, ia, 13.
Aan Armen, des verzoekende, een Practizijn toe te voegen. IV, 138. V, 214.
De Armen zijn vrij van het betalen van Leges ter Grifik of S;cretarie. V, 2.^5. ARREST. De Burgeilijke Rechtbanken bejlisfen over alle zaaken , raakende arresten op perfoonen of goederen. II, 3,<?.
Alle zaaken, waar in onbekende perfoonen gedagvaard moeten worden , of 00- zoodanige perfoonen . welker woiuiplaatfen onbekend of buiten de Bataaffche Republiek gelegen zijn, kunnen, door middel van Arrest, voorliet Hof of voor de ReAhtbVpk gebragt worden. II, 6 , a.
Verzoeken om Auctorifatie tót perfoneel Arrest zonder voorafgaand verhoor van de teger.partije te verkenen. II, 18, a.
Alle zaaken van Arrest op perfoonen of goederen bekooren tot de extraordinaire Rol. 11, 47, a.
Het geen bij de Manier van Procedeeren is vastgefteld omrvent de Arresten , is niet totpasfelijk op paraat Wisfelrecht. li. ia.
Geen Burger of Ingezeten van de Bataaffche Pvepublkk is arrestabel, dan op grond van reëel recht, infolventie, of verdenking van voortvluchti^heid. II, 133.
Vreemdelingen zijn arresiabel, om rechtsgebied te wettigen. II, 134.
Een vreemdeling, arrest doende, moet domicilie kiszen en borg ftellen. II, 135, 136.
Wanneer vreemdelingen, arrest doende,met dezsak zelve te verwijzen naar hunnen gewoonen Rechter, <i, 1.^,7.
Arresten op goederen van defolaate boedels, waar te behandelen. II, 138.
Arresten op fchepen , of op goederen aan boord. II, 139» Ho, 1*1.
Welke arresten op eigen gezag mogen gedaan worden. II, 141.
Hoe op een verzoek om auctorifatie tot arrest de oisponeeren. II, 143.
Hoe den Arrestant tot het verzoeken van Appointement van Citatie te noodzaken. II, 144, 146.
Een



REGISTER
Een Arrest, op eigen gezag gedaan, door den Rechter te doen goedkeuren, il, 145.
Hoedanig een verzotk om Appointement van Arrest en Citatie in te richten. Ii, 147.
Hoe Arresten worden te werk gelegd. II, 148.
Aan den Gearresteerden Copie Acte van Arrest te leveren. II, 149.
Relaas wegens een sedaan Arrest. II, 150.
Bij het exploifteeren van een AppóimeTsent van Arrest en Citatie , Copien dor (lukken over te leveren. 11, 151.
Gevolg, als de Arrestant niet verfchijnr. II, 152.
Gevolg, als de Gearresteerde niet vetlchijnt. il, 153.
Gevolg, als de geen, onder wien 't arrest gedaan is, niet verfchijnt. II, 154.
Verzoek tot afdoening van 't Arrest onder borgtocht; waar op dadelijk moet worden voldongen. II, 155', 556.
Gevolgen van het fchenden van een~Airest. I1V157.
Goederen, in exfecutie aangewezen, in arrest te nemen. II, 281.
Bij gebrek van aanwijzing eerst de roerende goederen te anesteeren. H, 08a.
Hoe het arrest op roerend goed te deen. II, 283.
Bewaaring der gearresteerde goederen. II, 284.
Bij gebrek van roerende goederen, de onroerende te arjesreuen. II, 288,
Bij gebrek van onroerend goed, te arresteeren de uit* ftaaiidê fchuldcn, actiën en rechten. II, 29^
Hoe het arrest od onroerend goed te werk te leggen. II, 293.
Voorzorgen, door middel van arrest, tot verzekering voor den Lande van de boeten en kosten, in welke een befchuldigde kan worden gecondemneerd. III, 152, 153, 154.
ASSURANTIËN. Zaaken van Asfurantiën behooren tot de extraordinaire Rol. 11,47..
Hoe te procedeeren in zaaken, raakende Asfurantiën, II, 103.
Vooitdunring der plaatfelijke wetten omtrent asfurii:tiën. II, 104.
In hoe verre omtrent zoodanige zaaken de nieuwe Manier van Procedeeren te volgen. Il, 105.
De Burgerlijke Rechtbanken vervangen in deeze zaaken de voorige. 11, 106.



op os MAMIER. van PROCEDEEREN* fg ATTENTATEN. Zie Afdoening.
AOC 1'OR.iSATiE ÜE FACTO. In het verzoeken derzelve kan de Aanlegger zig ter zijner keuze of aaa de Burgerlijke Rechtbank of aan het Gerechtshof vervoegen. II, 6.
Alle Appoinfementeu, waar bij auctor; futie de faélo verleend is, zij si aan geen hooger beroep onderworpen. II, 7, f-
Wanneer en op welke wijze van dit middel gebruik te maken. II, 158.
Hoe op het Request, daar toe geprefenteerd, te disponeren. II, 159.
AVARIJE'M. Zaaken van Avarijen behooren tot de extra« ordinaire Rol; tl; 47.
Hoe te procedeeren in zaaken, raakende. Avarijen. II, 103.
Voortduuring der plaatfelijke wetten omtrent Avarijen.
II, IÖ4.
in h:>e verre omtrent zoodanige zaaken de nieuwe Manier van Procedeeren te volgen. II, 105.
De Burgerlijke Rechtbanken vervangen in deeze zaaken de voorige. II, 106.
B.
BaILLIÖW. Deszelfs plichten in de behandeling varj crimineele zaaken worden doorgaanin de Manier van Procedeeren voorgefchreven. III, pasfim.
De Rechtbanken, eeniga misdaad verneemenle, geeven daar van aan den B-ailliuw kennis, ten einde daar op onderzoek te doen. IV, 8f.
Hoe re handelen bij nalatigheid van denBailJiuw. IV, 82.
Hoe te handelen bij des Biüliuws ziekte of belet. IV, 83.
Ia handen van den Bailliuw te Hellen de (tukken vin Procesféè', hij welker onderzoek eeu mts Irijf ontdekt word, I/, 84.
Bij e'ue Burgerlijke' Pvechtb-rnk fungeert een Baiiliuw. IV. ut*
De li dl'stiw beeft jïo.iag over de Schouten Cri-niaeel en de Dienaars. IV, 155.
Dj Baiiliuw, in de waarneming vsn zijnen post éenig mis Irijf begaande, rtaat te recht voor het Departementaal H)l. V, 17©,-
JVIagt



LA REGISTER
Magt van de Hoven, indien bij dé Bailliuwen geen on« dersoek op gepleegde misdrijven word gedaan. V, 189,
IQO.
Magt van de Hoven, indien bij de Bailliuwen iemand onbehoorlijk word gevangen g-'houden. V, 191, 192.
Het hot is bevoegd de Bailliuwen ten allen tijde voor zig te ontbieden. V, 193. •
Op der Bailliuwen verrichtingen of verzuijmenisfen houdt de Procureur Generaal een wakend oog. VI, 1.
Hoe de Bailliuwen zis in de waarneeming van hunnen pos! moeten gedragen- VII, i>
Zii houden toezicht op de Schouten Crimineel. VII, 2.
Hij mag geen Gevangen omfiaau , nog een crimineel Proces ftaaken , dan op fchrificlijke Rcfolutie van de Rechtbank. VII, 3.
Hij verhoort de aangehouden zwervende vreemdelingen.
vu,*
Hij doet vier maaien 's jaars a;n den Procureur Generaal opgaave der aanhangige extraordinaire Procesfcn. VII, 5.
Hij zorxt voor de fchomviug van nedergefiagene, of ge« kwetïle pprfo .nen. Vil, 6.
Wanneer wegens ^pprc-her.fiën op heeter daad, of begaane delicten, berichtte zenden aaudcii Procureur Generaal. VII, 7.
Hoe door hem te handelen met het doen van apprehenfiën in een ander Departement. VII, o.
De Bailliuwen zijn verplicht aan de Explo'icliers en Gerechtsboden de Iterke hand te verleenen. VII, 9.
Zij zijn ook verpiitu het noodijte toezicht te houden op de exfecutiën der Crimineele Vonnisfen. Vil, 10.
Ee^ van den Bailiiuw. Vil, in fine. BANNEN. BANN1SSEMENT. Apprehenfie vsn Overtreders van Ban. Hl, 4.
Een geapprehendeerden wegens overtreding van bannisfement ten eerften te hooren. IU , 10.
Zoo hij bij contumacie gebannen is, aan te bieden aan den Rechter, Bij wien dat Vonnis is uitgehr&gt. Hl, ti.
Zoo hij tot ftrafFe eencr misdaad gebannen is, tie apprehenfie bij provifie goed te keuren. III, 12.
Vervolgens den geapprehendeerden banneling nader te hooren, en tegen hem voort te procedeeren. III, 13, 14.
Wanneer op de misdaad de ftraf van bannisfenient gefield is, zal verleendwprden Deceeef van perfoneele Dagvaarding» lü, 49.
Wan-



op de MANIER van PROCEDEEREN, 15
, Wanneer de Wet op de misdaad alleenlijk fielt bannisfeftient uit het Departement, word verleend Decreet van gewoone Citatie. iU, 50.
Wanneer Je bt-fchuldigde behoord tot een Buitenlandsch -Rechter, en deeze weijrert hem tegen betaaling van kosten over.te nemen,, word zoodanig een voor zijn geheels leven gebannen uit de Bataaffche Republiek. lil', 59.
Een befcluildigde, op geene der drie Dagvaardingen verfchenen zijnde, word uir. hooide dier ongehoorzaamheid gebannen uit het Departement, lfl, 149.
Wanneer een befchuluigde bij contumi.cieel Vonnis is gebannen uit het Departement, word het Arrest op zijne goederen opgeheven, zuo dra de kosten, tot den lijdvait t Vonnis gevallen» zijn voldaan. i'i, 154.
Een geëxecuteerde, vóórts gebannen zijnde, word geleid tot aan, of over de grenzen van dat bannisfemeiit, en aan hem een authentieke Copie vai '"t Vonnis mede gegeven. III, 156.
De Rechtbanken mogeu bannen uit één of meer bijzondere Steden of plastfen van hun Di.'triCt, uit dat geueele Diftricl. en ook uit één of meer, of alle de verdere , gedeelten v;>.n bet Departement ; doch nimmer uit één of meer andere Depansmeoten of uitdégeheelè Republiek, 't « elk aUeed. door ue lijven mag gcfclnedeu. IV, 114. V, 197.
Bannisfementen mogen niet jefchioden n?ar eene bepaalde plaats, V, 196.
Hoedanig dj Vi-rfchaar over de misdrijven der Richters, en het Hoog Nationaal Gerechtshof, baasea mogen. VI!I, 67. IX, S4. BEGR.OOTING. Hoe de begrooting van kosten bij den Vrederechter gefchiadt. I, 69— 73.
Hoe de begrooting van opgegevene kosten, fchaden en interesfen gefebiedt. Ö, 247, 24S.
Hoedanig bij de Burgerlijke Rechtbanken, met opzigt tot kosten, in welke dc tegenpaftije bij Vonnis verwezen is. II, 252— 254.
Iemand vermeenend», dat eene bij hem ontfangene rekening van kosten te hoog gefield is, kan mondeling verzoek tot begrooting doen. II, 255.
Hoe een Praclizijn procedeert, om begrootifig zijner Rekening te bekomen. II, 256, 257.
Van gedaaue begrooting valt geen hooger beroep. II,
Op



# REGISTER.'
Op Wélke wijze het Ueiaag van een Exfecutantte beïrooten , die regen zijne parrije bij gijzeling geprocedeerd heeft* doch welke partije zoseier voldoening in gijzeling bliift zitten. U, ^13. 0 J
BEKENTENIS. Wanneer de Gedaagde, voor den Vrederechter gedagvaard zijnde , de fchuld bekent, dog zijn onvermogen te kennen geeft, mag aan hem onder borgtocht uititel verleend worden. I, *,6.
Hce te handelen, wanneer een befchüldigde bij zijn Verhoor eene nieuwe of andere misdaad bekent. III , Ö7, ÓS. '
Wanneer een Gedaagde in perfoon eenige misdaad bekent, welke een lijfftraf ten gevolge zoude bunnen hebben, denzelven te doen (lellen in gijzeling. III, 69.
Een befchüldigde mag nooit tot bekentenis gebïagtworden door pijn, fmert, ongemak, bedreiging of vrees1, noch ook door belofte of hoep van gratie, Vrijltelling of verzagting van ftraf, maar alleen door overreding. 111^ 89.
Op welke wijze een befchuldigden tot bekentenis te brengendoor confrontatie tegen getuigen. Hl, 98.
Wanneer de befchüldigde de'misdaad heeft bekend, dient de Procureur Generaal van een crimineelen Eisch en Conclufie. Hl, 109.
Hoe te handelen, wanneer de befchüldigde de misdaad niet heeft bekend. III, 110, ui.
Hoe het Hof zal recht doen op bekéntenis. III, 114.
Op bekentenis van een misdaad, welke met liifltraf, irifamie, of verbanning uit mser dan één Daparteme-it moet worden geftraft, door den Bailliuw voor 't Hof Eisch te doen, om daar op te vonnisfen. III, 139.
Van Vonnisfen. op bekentenis gewezen , valt geen hooger beroep, nog Revifie. Hl, 167, 177. BELASTING, Een Exploiéhcr of Bode, eenig onroerend goed exfecuteerende, moet onderzoek doen naar de belastingen , waar mede het goed bezwaard is. II, 294.
Voorzorgen, ten einde een befchüldigde geene belastingen op zijne goederen leggc. III, 152. BELOONING. Aan de getuigen wet iéts toe te leasen voor tijd-verzuim en reiskosten, dog nimmer eenige belorjning. III, 29.
BENEFICIE VAN INVENTARIS. Zie Boedel- befchrijving.
BERAAD. De tijd van beraad loopt bij de Rechtbanken en Gerechtshoven op vier weken, ten waar de Rechter
kon»



op de MANIER van PROCEDEEREN. i?
korter tijds-bepaaling hadde voorgefchreven. II, 68. DERICHT. De Rechtbanken en Cerechishoven zjjn verplicht aan het Vertegenwoordigend Lichaam, geliik me e aan het Uitvoerend Bewind , en aan het Departementaal Gerechtshof, de gevorderde Berichten te gevént IV, 1*2. V, 237.
Ook aan dén Agent van Jüftttie. IV, 123. V, 238.
Tot het geven van die Berichten de raadplegingen te houden door alle de Leden. IV, 124. V, 239.
Zij moeten bij die Berichten zorgen, als Rechters in hun geheel te blijven. IV, 125. V, 24 .
Zij mogen bij hunne Berichten geene geheimen openbaareii. (v, a6. V, 242. BESCHRIJVEN. Geene zaaken te bcfchrijven , dan om gewichtige redenen. II, 265.
Doe te handelen in befchrevën zaaken. II. 266.
Indien de zaak bij het Gerechtshof befchrevën is geworden* zal in Revifie geen Pleidoij plaats hebben. II,
Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters mogen nimmer ee» ige zaaken worden befchrevën. VIII, 59. BESCHULDIGEN. Niemand mag befchuldigd worden, dan uit kragte der Wet. III, u
Om iemand te mogen befchuldïgen , moet de ópenbaare Aanklager admisfie verzoeken. TH, J9.
Wanneer aan den openbaaren Aanklager nieuwe pointen van befchuldiging voorkomen , moet hij op nieuw verzoek doen om deswegens informatiën intewinuen III, 19, 66.
Middelen, om eene crimineele befchuldiging voor te komen. III, 36-
Om eene befchuldiging voor den Rechter te brengen, zijn driederleie Rechts • ingangen voorgefchreven. III, 44 -47-
Iemand bij gerucht verneemende , dat hij van eenWe misdaad befchuldigd word, kan zig ter purge Hellen. III, 70- 77.
Een befchüldigde, fchoon bij contumacieel Vonnis gebannen zijnde, kan zig ter defenfie aanbieden Hl, 150.
Decreet van befchuldiging door den Agent van Jüftttie te verzoeken tot het bijeenroepen van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII,
De evcngemelrie Vierfchaar mag geen kennis nemen over andere misdrijven , dan waar over het Decreet van Befchuldiging is verleend. Vp, 55.
B BE-



x8 REGISTER
BESLOTSNE BRIEVEN. Wanneer getuigen onder een ander Rechtsgebied woonachtig zijn, worden zoo wel in civiele, als crimineele zaaken, de verklaringen en tegen* vragen bij beflotene brieven aan dep Rechter van der getuigen woonplaats overgezonden. 11,90. III, 31, 41.
Alle beiïotene Brieven, aan de Rechtbank of aan het Gerechtshof toegezonden , worden door den Prefident geopend , en bij <le eerde zitting aan het Collegie medegedeeld. IV, 23- V, 44.
BEVREDIGEN. De Vrederechter wendt alle zijne vermogens aan, om partijen te bevredigen. I, 41.
Wanneer partijen door den Vrederechter in de eerfle bijeenkomst niet verëenigd kunnen worden, Haat het hem vrij de zaak tot eene volgende bijeenkomst aan te houden. I, 42.
Partijen hebben het vermogen Bijzitters te kiezen alleen ter bevrediging. I, 44.
De Hoven en Rechtbanken zijn verpligt in alle zaaken, die onmiddelijk tot hunne kennisneming behooren, alvoorens het Regtsgeding toe te Haan, middelen vau verëeniging aan partijen voor te fielten. II, 2.
In gefchillen tusfehen Ouders en Kinderen , over het toeftaan van een huwelijk , trachten Commisfarisfen de Ouders en Kinderen mer eiken.Ier te bevredigen. II, 242.
Desgelijks ook in gefchillen over het vereffenen van eene Rekening, of over eene vergoeding van kosten, fchaden en intresfen, of over ue wijze van voldoening aan een Vonnis, uit kragte van *i welk Gijzeling beteekend is. Iï, j ■ 246, 248, 310.
BEWAARING. Voorzorgen tot bewaanng en veiligheid, van een boedel, waar in Sequeflratie of Curateele verleend is.^ II, iep, uo.
Bewaaring van roerende goederen, in Exfecutiegearresteerd en geinventarifeerd. II, 284, 285.
De Gerechtsboden worden bij de Burgerlijke Rechtbanken gebruikt tot bewaaring van civiel gearresteerde perfoonen en goederen. IV, 150.
Bij de Gerechtshoven zijn Boden, die gebruikt worden tot bcwaariug van perfoonen of goederen , welke uit kragte van 's Hofs Vonnisfen en Appointementen in civiele zaaken zijn gearresteerd. V, 270.
Ingevalle bij de Vierfchaar over He misdrijven der Rechters één of meer van de befchuldigden in hechtenis mogten zijn, befchikt de Vierfchaar voor af over de wijze van Ikwaaring. VIII, 63. BE-



op de MANIER van PROCEDEEREN.
19
BEWIJS De bewijzen moeten als bijlagen bij de Requesten gevoegd worden. II, 15, 28.
. De Gedaagde moet ook bij zijne Conclufie van Exceptie of Antwoord de bewijzen overleggen. II, 63, 69,
Van Interlocutiën tot overleggen van nader bewijs. II, 267.
Hoe te procedeeren, als de Rechter gelast heeft iets nader (e bewijzen. II, 268.
Hoedanig het bewijs van een alibi, door een befchuldigden gföebragt, op te fpeuren. III, 84. BEZIT-RECHT. De Gerechtshoven zijn eenig en alleen bevoegd, in verfchillen over Bezit-recht, Appointementen van Mamtenue of van Spolie te verleenen, en daarop verder recht te doen. II, 5. c.
Hoedanig in dit zoort . van zaaken word geprocedeerd. II, 209 — 2 f 2.
Tegen vonnisfen , over Bezit-recht gewezen, Haat het niet vnjf.e komen in Revifie. II, 315. b.
BEZITTINGEN. Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter over alle misdrijven , door de Raden der Buitenlandfche Bezittingen in de waarneeming hunner posten begaan. IX, 1.
BILLIE'JTEN. De verkoop, zoo van roerende als onroerende goederen bij exfecutie, word bij gedrukte billietten, welke op de plaats zelve, en des noods in de naaste Steden en .'Dorpen rondsomme worden aangeplakt, bekend gemaakt.TI, 28=?. 295.
BLOEDVERWANTSCHAP. Als Vrederechter en Bijzitters mógen niet zitten zoodanige perfoonen., die aan elkander, of aan partijen, in den vierden of naderen graad van bloêdverwantfchap beftaan. I, 14. 15,
Bij de Burgerlijke Rechtbanken en Departementaale Gerechtshoven, mogen tot de. deliberatiën niet worden toegelaten zoodanige Leden, die aan een of meer partijen beftaan in den zesden of naderen graad van bioedverwahtfchap of affiniteit. IV, 27, b. V, 48, b.
Geen Secretaris bij de Rechtbanken, nog Griffier of Secretaris bij de Hoven, ma.^ zijn post uitoeffeiien inzaaken, waar in partijen hem beftaan in den vierden of naderen graad. IV, 65. V, 114 , Hr}.
De Rechters in Revifie mogen elkander niet beftaan in de opklimmende of uedenkialende linie, nog ook als Broeders , of als Oom en Neef. V, 223.
B 2 BO-



2d
REGISTER
B'ÓD'E. Plichten van den Ebde bij den Vrederechter. I, aJV Loon van denzelven. I, 28, 76. in fine. Hoedanig deeze Bode zig in bet doen der dagvaardingen heeft te gedragen. I, 34.
_ De Bode bij den Vrederechter mag zig met de exfecutie van des Vrederechters Vonnisfen niet bemoeijen. I, 65»
Eed van den Bode bij den Vrederechter. I, 76.
Bode bij de Burgerlijke Rechtbanken. Zie Gerechtsbode.
Boden bij het Hof, hnn getal en dienst. V, 268.
Deeze Boden dienen ook tot bewaaring van politieke gearresteerden * aan het Mof overgegeven. V, 269.
Ook tot bewaaring van gearresteerde perfoonen of goeren in civiele zaaken. V, 270.
In welke zaaken zij falaris genieten. V, 271.
Provifioneefe bepaaling daar van bij elk Hof te maken.V, 472, & Bijl. B.
Nadere bepaling te Ontwerpen onder goedkeuring van bet Vertegenwoordigend Lichaam. V, 273.
Elk Hof is bevoegd tot het maken van Reglementen voot de Boden. V, 27$. BOEDELS. Zie Curators. Infslvent. Onbekeerd* Seques-
ters. Verlaten. BOEDEL - AFSTAND. De Burgerlijke Rechtbanken nemen kennis van-, en beflisfen over alle verzoeken om Appointement van Bordel-afftand. II, 3,/.
Alle Beneficiën van Boedei - aflland behooren tot de extraordinaire Rol. 11,47.
Appointement van Boedel-afftand verzogt zijnde,' zal door de Rechtbank dadelijk in den boedel één of meer Curateuren ïtangefteld , en Commisfarisfen benoemd worden, ïl, to8.
Van 't verzoeken van Appointement van Boedel - afftandII, 223.
Inrichting v-an het Request daar toe. II , 224.
Voorloopig verhoorder Schnldeisfchers. II, 225»
Dagvaarding der Schuldeisfchcrs. II, aaós
Hoe terRolie Eisen te doen. II, 227.
Verzoeken der Gedaagden, die op de dagvaarding verfchit'nen. II, 228.
Verzoeken , dat de Impetrant zal gaan in btfloten hechtenis. II, 229-.
De Impetrant 53 gehouden in perfoon te verfchijnen. IIs Gevolg, al3 de Impetrant niet verfchijnt. II, 23;.
Gf5-



op de MANIER van PROCEDEEREN. 21
Gevolg, als de Gedaagden niet verfchijnen , of nietantwoorden. II, 2^2. BOEDEL-BESCHRIJVING. De Burgerlijke Rechtbanken nemen keunis van en beflisfen over alle verzoeken , pin Appointement van Boedel - befchrijving. II, 3 , ƒ.
Alle Beneficiën van boedel - befchrijving behooren ,tot de extraordinaire Rol. II, 47.
Van het verzoeken van Appointement van Boedel-befchrijving. H, 213.
Waar dit verzoek te doen omtrent boedels van perfoonen, op de reize naar en van Indien overleden. II, 214,
Dagvaarding van de Sehuldejsi'ehers en Ligatarisfem II, «iS-
Hoe en wanneer den Inventaris te (luiten; de goederen te waardeeren , en daar voor borg te (lellen, li, 216.
Bij gebrek van borgtocht een Seepiester aan te (leliën, II, ii7-
Hoe ter Rolle Eisch te doen. II, 218.. Hoe de Gedaagden Copie van de Stukken bekomen. II, 219.
Hoe het gefchil over de genoegzaamheid der borgtocht te behandelen. lp, 220.
Hoe verder ter Rolle te procedeeren. II, 221.
Gevolg, als de Gedaagden niet verfchijnen of antwoorden. II, 222.
BORG. BORGTOCHT. Die een afwezigen Gedaagden, h-r zij bij den Vrederechter , het zij bij de B^rgerljike Rechtbank, zonder volmacht verdedigtmoet borg Rel. len. I, 35. II, 10,
Wanneer de Gedaagde de fchul.1 bekent, mag de Vrederechter uitfiel onder borgtocht verkenen. I, 56, 57.
Van vreemdelingen kan borgtocht voor de kosten worden gevraagd. II, 57.
Hoe aan dit verzoek van borgtocht te voldoen. II, 58.
Van vreemdelingen borgtocht voor het gewijsde iu Re« conventie te verzoeken. II", 75.
De geen, wien eenige penningen bij Vonnis van preferentie en concurrentie zijn toegewezen , behoeft bij het hgten derzclve geene borgtocht te (lellen. II, 130.
Feu vreemdeling* arrest doende, moet borg Hellen. IL 136. '
Ken (chip , of 't meerendeel gearresteerd zijnde, onder hocdar.ige borgtocht het zelve mag yaaren, II. 140,
Ba £m



S2
REGISTER.
Een gearresteerde mag provifioneele afdoening van Arrest onder borgtocht verzoeken. II, 155.
Van de Vonnisfen van Vrederechters en Bijzitters word geen hooger beroep toegelaten , dan mits borg gelteldzijnde voor de geldlomme , waar in de Appellant "bij het Vonnis is gecondemneerd. II, 175.
Ten einde partijen op de genoegzaamheid der evengemelde borgtocht te hooren, word op het Request om Appel Comparitie geordonneerd. II, 181.
Bii gebrek van zoodanige genoegzaame borgtocht het Appel te weigeren. Iï, 182, c.
Bij het ex nlo iele eren van het Appointement van Appel de goedgekeurde Arfte van borgtocht over te leveren, il, 183.
De Impetrant van Appointement van boedel-befchrijving moet voor het beloop der gewaardeerde goederen genoegzaame borgtocht Rellen. II, 2!6.
Bij gebreke van borgtocht een Sequester aan te Rellen. II, 217.
Dee/.e Aéte van borgtocht blijft ter Secretarie berusten. II, 219.
Hoe het verfchil over de genoegzaamheid deezer borgtocht te behandelen. II, 220.
Van verzoeken om Appointement van uitftel van betaaling, onder behoorlijke borgtocht, waar van de Acte bij liet Request gevoegd, en vervolgens Copie bij het exploit overgeleverd moet worden. II, 233, 234.
De Vonnisfen van het Gerechtshof zijn , niet tegengaande Revifie is aangeteekend, onder borgtocht exfecutabe!, ten waare de Gecondemneerde voor de voldoening borge Relde. II, 320.
W anneer cn hoe een geapprehendeerden , onder borgtocht te ontflaan. III, 53. VI, 42, 43.
De voorzieningen tegen het transporteeren of bezwaaren der goederen van befchuldigden, worden tegen genoegzaame borgtocht opgeheven. III, 154.
Een crimineel gecondemneerde, Appel of Revifie hebbende doen aanteekenen, wordt niet omflagen, dan onder belofte en borgtocht van weder in perfoon te zullen verfchijnen, wanneer hij wordt ontboden. III, 165.
Van condemnatie in geldboeten, niet te boven gaande ƒ300-:-: , valt geen hooger beroep, dan onder" borgtocht. III, 169.
De



op be MANIER van PROCEDEEREN. 23
De Gerechtsboden zijn verpligt borg te (tellen ten genoegen van de Rechtbank, en die borgtocht van tijd tot tijd te vernieuwen. IV, 152.
De Griffier van het Hof (lelt voor de Effecten en gelden, onder zijne zorg en bewaaring zijnde, zoodanige zekerheid, als door het Vertegenwoordigend Lichaam zal worden bepaald. V, 117.
De Exploiétiers bij de Hoven moeten , alvoorens hunne bediening te aanvaarden, behoorlijke borgtocht (tellen. V, 263.
Deeze borgtocht alle drie jaaren, of eerder te vernieuwen. V, 264.
Indien bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters eene borgtocht gefield is, en de borgen moeten worden aangefproken , geicniedt zulks voor het Departementaal HoL VIII, 73.
Zulks voorvallende bij het Hoog Nationaal Gerechtshof, wordt de condemnatie op de Acte van borgtocht bij dat Hof verleend, doch de cxfecutie opgedragen aan het Departementaal Hof. IX, 92. BOETEN. Caianges en civiele actiën, door de Schouten Crimineel te inftitueeren , wegens boeten of breuken, en andere kleine poenaliteiten, behooren tot de kennis-neeming van den Vrederechter. I, 2, 5. a.
Den Vrederechter de zaak, op hoop van vereeniging, tot een volgenden Rechtdag aangehouden hebbende, zijn partijen gehouden daar aan te voldoen, op eene.boete van drie gulden, ten behoeve van de Armen. 1 , 42.
Partijen zig voor den Vrederechter en Bijzitters onbetamelijk gedragende, worden onverwijld in eene boete, ten behoeve van de Armen, gecondemaeerd. I, 59.
De boetens, bii de Inftructie van den Vrederechter bepaald, door den Klerk in te vorderen. I, co.
Voorzorgen tot verzekering voor den Lande van de boeten en kosten , in welke een befchüldigde kan worden gecondemneerd. KI, 152—154.
Hoe condemnatiën in boeten en kosten te exfecuteeren»
m, 159.
Van condemnatie in geldboeten, niet te bovengaande «ƒ300 :-:, valt geen hooger beroep, dan onder borgtocht, III, 160, 77c.
BORGERLÏjKE RECHTBANK. Welke zaaken door den Vrederechter naar de Burgerlijke Rechtbank moeten worden verwezen. I, io, 43,.
B 4 Bf>



*4 REGISTER.
De Exfecutie van alle Vonnisfen, bi] den Vrederechter R:cht™YTs^11' W°rd be'eid V0°r d£ BurSer!iike
De Rechtbanken zijn verpligt in alle zaaken, die tot hunn* onniuideiijKt- kennisneeming bchooren, middelen van Yereenigwg aan partijen voor te (lellen. II, 2.
•Welke zaaken tot de Burgerlijke Rechtbanken bchooren n, 3.
Van de Vonnisfen van de Vrederechters valt hooger be.
Ï££«1^ en die van de
Burgerlnke R.rhtbanken aan de Gerechtshoven, uit-enomer.in de gevallen door deWer bepaald. II, 4,%, gj°
^ voor de R^kbanken of Hoven, ter keu-
ze van den Aanlegger, gebragt kunnen worden. II, 6.
L»e bijzondere wijze van rechtsvordering bij para::t Wisglrecht blijft voortduuren bij de Burgerlijke Rechtbanken.
D. Burgerlijke Rechtbanken vervangen de Collesien aan wie» te yooren de Rechterlijke behandeling der zaken* g3wet\ 'i?;1^ rijeö opgedragen
De Burgerlijke Rechtbanken (tellen de boedels wegens onvermogen of om dat dezelve verlaten en onbeheerd zijn, onderSequestratie of Curateele. II, ,07, ™tMtia
Wrzoeken om auftorifatie de fafto kunnen aan de Rechtbank of aan het Gerechtshof gedaan worden. II, 150. '
OT,,D'f B?7el]ïfc ..Rech^anken verkenen Appointement Ito :oefe befchrijving, van boedel-afRand, en van ukRel van betaalmg. II, 2i3 , 233.
In zaaken, die voor de Rechtbank gediend hebben,word H 2^r00ting der kosten door dezelve Rechtbank gedaan,
Her Verhoor van een befchuldigden gehouden zijnde V"or voltrokken, zendt de Burgerlijke Rechtbank alk <'e i> u. ken over aan het Departementaal Gerechtshof. III Icö, 130 — 143.
Het Hof in zoodanige overgezondene zaak een Vonnis nebbende-qitgebitagt, wordt het zelve bij de Rechtbank g pronuntjeerd en geëxecuteerd. {Jj, 140. IV, 118.
A s er geen Hffflraf, infamie of verbanning uit metr flan ..én .) partementkan «allen, de zaak aan de bevoegde Mirgertijke Rjcutbank over te laten of te verwijzen. UI
1^.1» ■ 9
Eed



op de MANTER van PROCEDEEREN. 25
Eed voor de Leden der BHrgerliike Rechtbanken. IV, 1.
De Leden of Ministers der Rechtbank mogen geen Pracjtizijn voor de Rechtbank zijn. IV, 2.
Prefident der Burgerlijke Rechtbank : deszelfs verkiezing, gezag, en verpligtingen. IV, 3—11, 15, j6,so, üi , 23 , 24, 25, t6, 3Sj43>44>475 48, 49 > 55» 60,63. VII, 6.
Tijd der gewoone Vergadering van de Rechtbank; verpligtiug der Leden om dezelve biftewooncn IV, 12,13,14.
Buitengewoone Vergaderingen. IV, 15, 16, 17.
Werkzaamheden en verëischten van Commisfarisfen der Rechtbank. IV, 18, 34, 35, 36, 38.
De Vergaderingen der Rechtbank te openen met een Gebed. IV, 19.
Om welke redenen bij de Rechtbank een Lid niet tot de deliberatiën toe te laten. IV, 27 —33.
Wijze van delibereren bij de Rechtbanken. IV, 39—51.
D>mr hoe veele Leden, en in welke form, de Vonnisfen uit te brengen , en vervolgens uit te fpreken. IV, 52 , 53- 69.
De Pleidooijen te houden met ongeiloren deuren , uitgezonderd enz. IV, ^4.
Handhaving van de goede orde bij de Rechtbank. iv. 55,
Secretaris der Burgerlijke Rechtbank. IV, 56—66, 68.
Rolle bij de Rechtbanken , IV. 6', 68 , 69.
Regeling der Vacaipiën bij de Rechtbanken. IV, 70.
Rechtsgebied der Rechtbanken in Civiele zaaken, zoo in de eerlie , als tweede inftantie. IV 71, 72, 73.
Zij doen aanftelling, ontflag, en afzetting van Voogden en Curateuren. IV, 74.
Zij zorgen voor de belangen van afwezige, onbekende of onzekere perfoonen. IV, 75.
Zij hebben aanftelling van Sequesters en Curateuren. iv, 76.
Zij verkenen connnementen , behoudens hooger beroep. iv, 77.
Zij benoemen twee of meer uit de Schuldeisfchers, om toezicht te hebben op den boedel van den geen , die furcheance van betaaling verznekr. IV, 78.
Rechtsdwang der Burgeilijke Rechtbanken in crimineele zaken. IV, 79—103.
De Rechtbanken hebben het toezicht over de Gevangen , 'Tucht ën Gijzel-huizen. IV, 104-tt us.
Hoe verre de Rechtbanken mogen bannen. IV, 114.
B 5 Naaj;



£Ö REGISTER
Naar welke Wetten zij verplicht zijn te oordeelen. IV, 115, 110, 117, »
Zij mogen, des noods, Militaireadfiltetttie verzoeken. iV, 119, 120.
Bij elke Rechtbank is een BaiRfuw, en in elke Gemeente een Schout Crimineel. IV, 121, 156, 157.
Betrekkingen der Rechtbanken tot tie'Wetgeevende en Uitvoerende Macht, en tot den Agent van fuftitië. IV, 122—131, J '
Practizijns voor de Burgerlijke Rechtbanken. IV» I32—143- *
Klerken ter Secretarie. IV, 144, 145.
Kamerbewaarders der Rechtbank. IV, 146, 147.
Gerechtsboden bij de Rechtbank. IV, 148 — 155
Dienaars der Jufliiië bij de Burgerlijke Rechtbanken. IV, 158—162. 3
De Butgerlijke Rechtbanken, of de bijzondere Leden derzelve , zig in hunm;n pust te buiten gaande, (taan te recht voor de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. Viü, 1 2.
BIJZITTERS. In welke zaaken bij den Vrederechter Bijzit, ters noodig zijn. 1,6.
Doe dezelve aan den Vrederechter toegevoegd worden. *'»' 7'
Hoe dezelve door partijen gekozen kunnen worden. 1,8, Kennisgeving aan de Bijzitters van de op hun gevallene keuze- I-, 9.
De Bijzitters zijn op hunnen Eed gehouden tengeRelden dage te verfchijnen. 1, 10.
Hoe te handelen, wanneer zij niet verfchijnen. I, ir.
Hoe te handelen, wanneer één verfchijnt, en de ander niet. I, 12.
Hoe te handelen , in geval van ziekte of verhindering van den Vrederechter of één der Bijzitters. I, 13.
Wie niet als Vrederechter en Bijzitters te zamen zullen mogen zitten. I, 15.
Zittingen der Vrederechters en Bijzitters. I, 23.
Hoe te handelen , wanneer paftijen Bijzitters gekozen hebben, alleen ter bevrediging. I, 44.
Hoe de Bijzitters met den Vrederechter Rechtelijke macht UitoeiFetjen I, 45.
Uitfpraak van den Vrederechter en Bijzitters. I, 54,61. Eed der Bijzitters. I, 75.
C.



op de MANIER van PROCEDEEREN. 27
CaLANGES. Calapges in civiele aftien door de Schouten Crimineel te inftitueeren, wegens alle boeten of breuken, en andere kleine poenaliteiten, behooren tot de kennisneming van den Vrederechter. I, 2, 5, a.
CASSATIE. De Gerechtshoven zijn alleen bevoegd, om in zaaken, die geen hooger beroep onderworpen zijn, de Vonnisfen, Dispofitien of Uitfpraaken door een Appointement van Casfatie te vernietigen. II, 5, e. V, 205.
Verzoeken om Appointement van Casfatie, en hoe daar op te disponeeren. II, 168, 169.
Vernietiging van een Vonnis of Dispofitie door de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 77, 78,79.
CESSIE. TXz Boedel-af ft and.
CHARGES. Het Hoog Nationaal Gerechtshof is Rechter over alle misdrijven, door Chargés d'Affaires bij buitenlandfche Mogendheden in de waarneeming hunner posten begaan. IX, 1.
CIPIERS. De Burgerlijke Rechtbank heeft de aan - en afftellïng van de Cipiers en verdere Bedienden in de Gevangen-, Tucht- en Gijzel-huizen. IV, 105.
Zoo ook de Departementaale Gerechtshoven , met betrekking tot derzei ver bijzondere Gevangenhuizen. V, 277-
CITATIE. Zie Dagvaarding.
CIVIELE BEWAAKING. Een geapprehendeerde op heeter daad word eerst in civiele bewaring, doch zonder toegang, gefteld. III. 5.
Perfoonen, bij de Politie gearresteerd, worden door de Juftitie overgenomen, en als Politieke Gearresteerden in Civiele bewaring gehouden.' III, 15.
COLLEGIE. De Gerechtshoven doen "ter eerfrer inflantia recht, wanneereenig C-dlegie, hooger aanftelling dan van een Gemeente • Beduur hebbende, in rechten moet worden aangefproken. II, 5, a.
ColUgiën , die een Proces , of eenige andere zaak bij de Rechtbank hebben , zijn onder de benaming van Partijen. begrepen. IV, 28- V, 49.
COMMIES. De Griffier en Secretaris bij de Hoven hebben onder zig het noodig aantal Commiefen en Klerken. V, 248.
Werk-
C.



*S REGISTER
Werkzaamheden van den Commies. V, 549. Hunne af en aanllclling behoordt aan de Ministers, onder wier gezag zij (laan. V, 250. Zij moeten aan het Hof aangenaam zijn. V, a<u ted der Commiefen. V, 25a.
Zij' mogen, des noods, geëmploieerd worden 111 nlaats van de Ministers. V, 253. Reglement voor den Commies door het Hof te maken.
COMMISSARISSEN. Op de Requesten, aan de Burgerlijke Rechtbank, of het Gerechtshof geprelèntecrd , eene Comparitie voor Commisfarisfan te ordonneeren . om partijen te hcoren e.n cm voorts door dezelve Cömmis'fartsien aan de Rechtbank , of den Raad rapport gedaan te worden. II ,17.
De Requesten om een Appointement van Dagvaarding bij de Gerechtshoven aan Commisfarisfen van de Requestkamer m te leveren. II, 31.
_ Van de Dispofitiën deezer Commisfatisfen valt herziening aan het Collegie van den Raad. II, 31, 34.
Wanneer een boedel onder Sequeflratie of Curateele word gefield, worden daar bij tevens benoemd twee Leden der Rechtbank als Commisfarisfen, II. 107, 108.
Werkzaamheden van deeze Commisfarisfen met opzigt tot het doen verzegelen van kasfen, kisten, enz. II, 109.
Geene Procedures mogen zonder voorkennis van Commislarisfen worden ondernomen , of vervolgd. 11, 112. 114. 0 ' '
£ij bepaalen . hoe veel van de contante penningen de Sequesters of Curateuren, tot het doen der noodige betalingen, onder zig zullen houden. II, 113.
Weikzaambeden van Commisfarisfen bij het voordellen van een Accord door den Schuldenaar. II, 115—119.
Door Curatenien aan Commisfarisfen alle zes maanden op te geven, hoe verre zij met de beredding der boedels gevorderd zijn, II, 123.
Commisfarisfen onderzoeken de Rekening van Curateuren, _en begrooten de Declaratien. II, 127.
Zij examiiieeren het Concept Vonnis Wn Preferentie, het welk onder de Scbuldeisfchers opgemaakt en geregeld is. II, 128.
In geval van verfchil trachten zij partijen te doen overeenkomen. II, 129.
Ten overitaan van Commisfarisfen uit de Rechtbank worden getuigen gehooid. II, 202, 206. Ver-



èp de MANIER, van PROCEDEEREN. 2f
Verzoek tot benoeming van twee Commisfarisfen, om ten bunnen overftaan eene rekening op te nemen, te verbeteren, en te (luiten, II, £45.
Hoe daar'in door dezelve Commisfarisfen te bandelen. II, 246.
Ten overftaan van twee Commisfarisfen worden in exfecutione roerende goederen in arrest genomen. II, 283.
Plicht van Commisfarisfen, voor wien tot het regelen* van de wijze van voldoening in Gijzeling gecoinpaieerd word. ïl, 309, 310.
Commisfarisfen hooren dadelijk een geapprehendeerdenwegens overtreding van bannisfemenr. III, 10, 11, 12.
Commisfarisfen te benoemen tot het hooren van getuigen, en onderzoek der vraagpointen. Hl, 20. VI,18 —2^
Hoe in de uitvoering van die commisfie door Commisfarisfen re handelen. III, 2r — 30.
Plicht van Commisfarisfen bij het verhoor van den befebuldigden. lil, 61 — 69, 74,82 — 89.
Hoe door Commisfarisfen te handelen bij hst confronteren van getuigen, hooren van medeplichtigen, en bezichtiging op de plaats zelve. 111, 90— 105.
Een befchuldigden, op bewijs ter dood geondemneerd zijnde, door Commisfarisfen nader te hooren. lil, 126.
In handen van Commisfarisfen tot voorloopig onderzoek te (lellen de S'ukkenvan een Crimineel Proces, door de Burgerlijke Rechtbank aan 't Hof overgezonden. III, 136.
Compariyen, Verhoorert , enz. béftoOren tot de werfczaamheden van Commisfarisfen bij de Rechtbanken, en Gerechtshoven, en worden gehouden buiten den tijd der Vergadering, IV, 18, 34. V, 40, 57.
De Preiident der Rechtbank niet tot Commisfaris te benoemen. IV, 35. V, 58.
Commisfarisfen, eens gelleld, blijven in de zaak. IV, 36.
Wie geen Commisfaris zijn mag. IV, 38. V, 72.
In zaaken, waarin Commisfarisfen zijn, worde derzélver Advies eerst gevraagd. IV, 44. V, 79.
Ten hunnen overftaan gefchieden de Schouwingen van lijken of gekwetfte perfoonen. IV, 87.
De Gevangen-, Tucht- en Gijzel huizen door Commisfarisfen van tijd tot tijd te vifiteeren. IV, 110, in, 112. V, 282, 283.
Alle voordellen, of inkomende Rukken bij de Hoven, zoo veel mogelijk, vooraf in handen van Commisfarisfen te Reilen. V, 55.
ta



3° REGISTER
In de yerdeeling deezer Commisfzën in acht te nemen de onderfcheiden beftemming der Leden tot het Crimineele en Civiele. V, 56. «niinee
Commisfarisfen? eenmaal in een zaak gefield, blijven daar m, en in aljes. wat daar in naderhand voorvalt of daar toe betrekking heeft, ten einde toe werkzaam' V 59. 60. ' ¥'
Uitgebreide Hukken en dispofitien , van het eewoone Formulier afwijkende, door Commisfarisfen te ontwerpen. V, 61, 62. r
Ouder de Leden tot de afdoening eener zaak, moeten altijd zoo veel mogelijk zijn de Commisfarisfen in die zaak. v? 05.
Benoeming van Commisfarisfen tot de Rolle en tot de Request-kamer bij de Hoven. V, 119, 120.
Tijd hunner functie zoo in, als buiten de Vacantie V 121, 122, 154. *
Werkzaamheden van Commisfarisfen , zoo op de Rolle als in de Request-kamer. V, 123 — 536. '
De Commisfarisfen, voor welke crimineele informatien belegd of verhooren gehouden moeten worden , mo*en zig beiden niet te gelijk door anderen doen vervangen.°V 360. ' _ Bij de Gerechtshoven zijn ook (volgens de Staats-regeling) Commisferisfen, om toe te zien, dat geene verzuimen, ofabuifen gepleegd worden. V, 243, 244 245
Verhooren van getuigen of befchuldigden bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, of bij het Hoog Nanonaal Gerechtshof, worden beftuurd door Commisfarisfen- VIII, 50 ~ 52. IX, 62—65.
Commisfarisfen van het Uitvoerend Bewind bij de Cerechtshoven, in de waarneemïpg van hunnen post eeni» misdrijf begaande, ftaan te recht voor het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 1. COMPARITIEN. Op de Requesten eene Comparitie tot het hooren van partijen te ordonneeren. II, 17.
Ten waare de aart der zaake , of het belang van den \ erzoeker,sreen voorafgaande Verhoor van de tegenpartiie gedogen. II, 18. -
Op een verzoek om condemnatie Comparitie te ordonneeren, wanneer de deugdelijkheid der Acte aau den Rechter bedenkelijk voerkoomt. II, 21.
Wanneer op de Requesten, om een Appointement van Dagvaarding, Comparitie te ordonneeien. II, 32, 33.
Com-



o? de MANIER van PROCEDEEREN. 31
Comparitie om de Schuldeisfchers te hooren op een Accord, door den Schuldenaar voorgcfteld. II, 115, ny.
Op een Request om Auclorifatia de faóto, gelijk n ede op Requesten om Interdictie, Comparitie te ordonneeren, om partijen te vereenigen, of op het verzoek te pleiten. II, 159, 160, 166.
Comparitie op een verzoek om Appointement van Casfatie. Ii, 169.
Comparitie op een Request om AppeJ. II, iSr.
Comparitie tot het hooren van den geen, tegen wien een verzoek tot het geven van getuigenis der waarheid gedaan is. II, 203.
Comparitie, om Ouders te hooren op een verzoek hunner kinderen , tot het toe (taan van een door dezelven voorgenomen huwelijk. II, 240—242.
Comparitie voor Commisfarisfen tot het opnemen en fluiten eener Rekening. II, 245, 246 , 248.
Verzoek, om op de voldoening van een Vonnis, waar uit bij gijzeling geprocedeerd word, te compareren. II, 3°9» 310.
Comparitien behooren tot de werkzaamheden van Commisfarisfen bij de Rechtbanken en Gerechtshoven .en worden gehouden buiten den tijd der Vergadering. IV, 18, 34. V, 40.
COMPARUIT. Zie Verfchijning.
COMPENSATIE. De kosten van een Proces niet te compenfeeren, dan om goede en aanmerkelijke redenen, den Rechter daar toe bewegende. II, 272. Gevolg der compenfatie van kosten in Revifie, II, 329.
COMPLICEN. Zie Medeplichtigen.
COMPOSITIE. Zie Afmaking.
COMPROMIS. Zie Verblijf.
CONCLUSIE. Zie Antmnrd. Exceptie',
CONDEMNATIE. Zie Willige Condemnatie.
CONFESSIE. Zie Bekentenis.
CONFINEMENT. Verzoeken om civiel confinement, hebben geen voorafgaand verhoor van de tegenpartijenoodig, voor zoo verre betreft de provilioneele dispofitie, om zig van de perfoon te verzekeren. II, 18 , c.
Een geapprehendeerden, die onder een buitenlandsch Rechter behoort, doch door dien Rechter niet word overgenomen, te bannen, of in een Werkhuis re confineeren, zoo als het Hot voor de veiligheid der Maatfchappij zal oordeelen te behooren. III, 59,
Wan-



3* REGISTER
Wanneer een befchuldigden zonder Vonnis te corfineeren. III, 112.
Cot.finement, hoe te exfecuteeren. III, 156.
De Burgerlijke Rechtbanken verkenen cojifinementen, behoudens hooger beroep. IV, 77.
Hoe de wijze van betaaling voor geconfineerde perfoonen te regelen. IV, 108.
Alk coiifinementen, na voorbaande extraordinair of ordinair Proces , voorlanger tijd dan een half jaar I ij Vonnis opgelegd, zijn onder LijfftrafTe begreep en. V, 183
De Hoven mogen geene andere cöhénèmènten ordönneeren, dan binnen hun eigen Departement. V, 195.
Afflag te vekeneu, om goed gedrag, aan gecontiueerden bij Vonnis. V, 285.
Hoedanig cónfinetoeht de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters bevoegd is op te leggen. VIII, 68.
Waar de gecon fineerden door het HoogNationaal Gerechtshoi re plaatlen. IX, 86. CONFRONTATIE. Hoe en wanneer befchuldigden iëktfi de getuigen of anderen te eönfrouteeren. III, 90. ■ lei de Articukn tot confrontatie mogen geene nieuwe fatten gefield worden. III, 91.
Dezelve moeten niet als vragen, maar ftellig worden ingericht. III, 92. ö
Hoe elk Aiticul aan den befchuldigden voor te houden. III, 93,
Wat hem fe vragen, na dat dc Getuige voor hem is gebragt. III, 94.
3e vernemen, of en welke repfoches hij tegen den Getuigen heeft intebrengen, en dezelve te noteeren , met des Getuigens tegenzeggen. III, 95.
Den Geiuigen dèszelfs vo'.rig verklaarde voor te kezen, en daar op den 1 è'd af te nemen, in 't bijwezen van den befchuldigden. ïfl, 96.
Hoe voorts hen beiden cp elk Articul te confionteeren. III, 97.
Door redeneeringen op des befchuldigdens bekentenis' aan te dringen. 111, 93.
Ieders wederzijds gezegde aan fe teekenen. III, 99.
Nadere omstandigheden van weteufchan, door den Getuigen aangevoerd wordende, mede aan te teekenen. III, 100.
Zoo ook nieuwe feiten of redenen, door den befchuldigden aangevoerd, aan te teekenen, en zoo hij zig op rfef
Ga-



op df. MANIER van PROCEDEEREN. 33
Getuigen beroept, dezelven daar op mede nog te hooren. III, ioi.
Hoe de confrontatie te voltrekken. III, ic2, 103.
Den befchuldigden ook te confronteeren met elk mjedepligtigen, doch zonder beëeiiging. III, 104. CONSIGNATIE. De penningen, door Seqiiesters of Curateuren ontvangen , ter Secretarie te configneeren II 113. >
De Exploiclier of Gerechtsbode moet, na het ailoopen der exfecutie op roerend goed her overfchot van zijne ontfangene penningen ter Griffie of Secretarie opbrengen , om door de Geëxfecuteerden geligt te kunnen worden. II, 587.
De kooppenningen van onroer -nd goed , in exfecutie verkogt, binnen tien dagen ter Griffie of Secretarie op te brengen. II, 297. *
Voor geconfigneerde boetens geeft de Griffier quitantie, met belofte van reRimtie, indien en voor zoo veel h^t Vonnis wordt te niet gedaan. III, 170.
De Gritïïer bewaart de ter Griffie opgebragte Effeélen en Gelden . en Relt daar voor zekerheid. V, 117. CONTRAVENTIE, Welke Wetten de Rechtbanken en Gerechtshoven moeten volgen in zaaken van contraventiën der Gemeene. Middelen. IV, 117. V, aoo. CONTUMACIE. Zie Afwezigen. Verfchljnhm. CONVICTIE. Zie Overtuiging. & COPIEN. Copie van de Dagvaarding voor den Vrederechter aan den Gedaagden over te geven. I, 34.
Van het Verdrag, voor den Vrederechter gefloten, aan elk der partijen Copie authentiek ter hand te Rellen. I. 41.
Wanneer en hoedanig Copiën van bewijs (lukken, in zaaken bij. den Vrederechter, aan partije te leveren. I, 47, 4-3.
Wanneer aan partije Copie te geven van de Hukken, die bij een ingediend Request gelegd zijn. il. 17.
Intrekking van eenige djspoiitie verzocht wordende ,-mneteu Copiën der befcheiden aan de partije worde» overgegeven. II, 19.
Wanneer korte termijnen verleend zijn7, moeten de Cipien der Rukken van den Aanlegger aan den GedaLg li n net worden aangeboden, maar bij 't doen van 'c exploit dadelijk aan denzelven worden overgeleverd. If, 30.
Bij het exploit aan den Gedaarden te laten Cop'te (door «en Aanlegger of zijn Pra#izijn geteekend), vanher RjC s quest



34 REGISTER
quest, en daar onder (taande Lijst van (tukken, en V9sa het Appointement, met eene daar onder gefielde korte Acte van exploit. II, 35.
Infinuatie tot het vragen van Copiën der (lukken, door den Eisfcher overgelegd. II, 56.
De Gedaagde, eene Exceptieve Conclufie indienende, is verplicht van die Conclufie en Lijst, als mede van de Rukken, Raande Rolle aan zijne partije Copie over te leveren. II, 63.
Desgelijks ook de Geëxcipieerde, op de Exceptie geantwoord hebbende. H, 64.
Wanneer Raande Rolle door den Gedaagden Copie zijner (lukken over te leveren. II, 71.
Infinuatie tot het leveren van Copiën van des Gedaagden s (lukken. II, 72.
Zoo ook, om te hebben Copiën der (lukken, bijdesEisfchers Replicq, of-bij des Gedaagdens Replicq in Reconvemie, gevoegd. II, 77, 78.
Copie Authentiek van de tegen-vragen met de antwoorden aan de wederpartije, die de Getuigen heeft doen beleggen, tegen voldoening van behoorlijk Salaris door denSecretaris ter hand te Rellen. II, 92.
Aan den Gearresteerden Copie Acte van Arrest te leveren. II, 149.
Bij het exploicteeren van een Appointement van Arrest en Citatie Copiën der Rukken over te leveren. II, 152.
Bij het exploicT-eeren van een Appointement van Appel tevens over te leveren Copiën van het Vonnis en van de nieuwe Rukken, door den Appellant overgelegd. II, 183.
Bij het Dagvaarden van iemand , om getuigenis der waarheid te geven, is men niet verpligt. Copie van de VraagArticulen aan denzelven te doen overleveren. II, 2©3.
Op welke wijze oplevering, vifie of Copie van Rukken te vorderen. II, 208.
Hoe de Gedaagdens bij Appointement van boedel-befchrijving Copiën van de, (lukken bekomen. II, 219.
Welke verzoeken om Copiën door Gedaagdens bij Appointement van boedel- affiand gedaan mogen worden. II,
Van het leveren van Copiën, zoo door een Impetrant van, als door Gedaagdens bij Appointement van uitftel van betaaling. XI, 234, 235.
Copiën van de (lukken te leveren door dea geen, die een Jttêitef verzoekt. IX, a'354



op dè MANIER van PROCEDEEREN.
Wanneer dè Rechter gelast heeft iets nader te bewijzen, én dit nader bewijs aan den Rechter word ingeleverd, moet daar van tevens Copie gegeven worden aan de partije. II, 2Ö8.
Wanneer in exfecutie arrest op roerènd goed gedaan is ^ Copie van de Acte van Arrest, en van den Inventaris, aan den Geëxecuteerden te infinueeren. II, 483. .
Wanneer een befchüldigde Copie zal bekomen.der Vraagpoimen, en van zijne antwoorden op dezelve. III. 64.
Indien recht gevraagd word op bewijs zonder bekentenis, door den Procureur Generaal Copie van zijnen Eisctt en alle de (lukken aan den befchuldigden te geven. III,
Ü7-
Hoe de kosten dier Copiën te betaalen. III, 118.
De Getuigen van den Procureur Generaal van wegen den' befenuldigden op tegen, vragen gehoord zijnde, word CoCopie. Authentiek van dezelve, en van d,e antwoorden, aan den Procureur Generaal uitgegeven. III, 121.
Hoe te handelen met het geven van Copiën in ordinair crimineel Proces. III, 129.
Van alle Vonnisfen van de Gerechtshoven tot lijfftraf, aan de Burgerlijke Rechtbank van de plaats, waar de misdaad is gepleegd, of de Gecondemneerde woont, CoP<® Authentiek te zenden, om dezelve te exfecuteeren. III,
155- „ . ....
Aan Gebannenen eene authentieke Copie van hun Vonnis mede te geven, om zig daar na ftiptelijk te gedragen» III, 156.
De Procureur Generaal mag van de Copiën, welke hij uit den Raad bekoomt, aan niemand vifie geven, nog een' nadere Copie of Extract doen maken. VI, 13.
Van welke (tukken de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters of het Hoog Nationaal Gerechtshof, vifie en Copiën kan vorderen. VIII, 56. IX, 66.
CORPUS DELICT!. Door den openba'aren Aanklager tot het beleggen van informatien admisile verzogt zijnde, zal de Rechter bijzonderlijk letten , of 'er blijkt van het Corpus DeliÜi of onderwerp, waar in de misdaad gelegen , of waar aan dezelve gepleegd is. III, 19.
CORRECTIE. Een befchuldigden te corrigeeren , wanneer hij zig bij zijne Verhooren onbetamelijk gedraagt. III, 8a. , De Pvechtbanken en Gerechtshoven zijn bevoegd, om de Praétizijns, hunnen plicht te buiten gaande, te corrigearen.- IV, ui. V, 217. , -
e i cou*



\6 REGISTER
COURANTEN; De Dagvaardingen bij EdicTre fegert onbekende perfoonen, of tegen perfoonen welker wnm plaatfen onbekend zijn, in zoodanige Couranten, en zoo riikwils, als de Rechter bij her Appointement bepaald zal hebben , bekend te maken. Ii, 39.
De Curntcurs in een infolventen boedel moeten zorgen, dat de infolventie in de Couranten werde bekend gemaakt. II, 122.
Als mede de oproepingen der Schuldeisfchers, om de Rekening hij te wo men, hnnne vorderingen te wettigen, en de prref-r-ntie te zien regelen. II, 124— 126. CRIMINEELE. Crimineele ia aken op de extraordinaire Rol in een afzonderlijk Re • istcr té brengen. II, 47.
Crimineele Pleit - Lijst. II, 260, 261.
Van 't veleenen van een crimineele Rechts - ingang. III, 36—53-
De Rechtbanken en Gerechtshoven moeten de Crimineele zaaken eerst verhandelen voor de Civiele. IV, 22. V, 43-
Ber-aahn^ van den crimineelen Rechtsdwang der Rechtbanken. IV, 79.
Zij moeten een waakzaa-i oog houden op de vervolging der misdaden. IV, 80—82, 99.
De Getechtshoven tieenun bij uhfluiting kennis over allerleie Crimjneele befchuldigingen, ingericht tegen Leden, 'Ministers, 'enz. V, 177.
Ooit over ■ misdrijven van zommige perfoonen, in de waarneming hunner posten. V, 178.
In' alfe-"''deeze gevallen het geireel Proces bij het Hof te behandelen. V, 179.
Bevoegdheid van elk Hof in 'e bijzonder deswegens V, i8o.\:'y'm&**™•'•kjfefh'vi-*' ■ ijt
Hoe ten aanzien van andere misdrijven in 't algemeen. V, 181..
In welke crimineele zaaken de Hoven bij praiventie kennis nemenv V, 185 188.
Magt van de Hoven-, indien b,ij de Rechtbanken of Bailliuwen g'en onderhoek op gepleegde misdrijven wordt gedaan. V, 189.
CURATEELE. CLRATH UREN. Aan hun , die geen perfoon hebben, een Curator toe te voegen il, 9.
Verzoeken om Curareele over iemands perfoon en goed , behoeven geen voorafgaande verhoor van de tcgenpartije.
ii, is. •:.
Als



op ds MANIER van PROCEDEEREN. 57
Als boedel afHand vcrzogt word, Curators aan te Hellen. 11, 108 , 225.
Voorzorgen van Curateuren tot bewaaiing en veiligheid van den boedel. H, 109, 110.
De Curator is verpligt den boedel dadelijk te inventarifeeren, II, 111.
Voorts de goederen te rerkoopen, en de fchulden in te vorderen. II, 112.
Als mede de penningen ter Secretarije te Cfonfigneren. II. "3*
Eene verleende Curateele doet de Frocesfêh enExecutiën ophouden. II, 114.
Verandering der Scquestratie in eene Curatele. II, rsr.
De Curators moeten zorgen, dar de uifolyentie in de Couranten w rde bekend gemaakt. II, 122.
Zij zijn verpligt de boedels met den meesten fpoed, te vereffenen. II, 123.
De Rekening van Curateuren vooraf door Commisfaris» fen naar te gaan. II, 127.
De Boedels der geenen, over welker perfoon en goederen Curateele verleend is, behooren onder het opper-toezicht van de Rechtbank. II, 132.
Wanneer de boedel van een crimineel b:fchuldigdcn, onder Curateele te Rellen. III, 153.
De Burgerlijke Rechtbanken doen aanRellïng} outilag ea afzetting van Curateuren. IV, 74, 76.
Dagvaarding.
L In civiele zaaken.
De dagvaardingen voor den Vrederechter door den Klerk ter R0H2 te brengen. I, 25.
Hoe lang dezelve voor den Regtdag te doen. I, 32.
Wat deeze dagvaardingen behooren in te houden. I, 33.
Waar en aan wien deeze dagvaardingen te exploicteeren, I, 34-
Die iemand voor de Rechtbank, of voor 't Hof wil dagvaarden, most een Request inleveren. 11, aó,
C 3 Ver-



3* REGISTER
Vérpligtingen der Explóiftiers en Boden, in het doa« der dagvaarriipgen. II, 35 — 43.
Bij hoe veele dagvaardingen in civiele zaaken te procedeeren. II, 54.
Tegen welken Rechtdag eene tweede of derde dagvaarding te doen. II, «5.
Dagvaa dingen uit kragte van een Appointement van Appel. II, 183. ^
Dagvaa-dingen uit kragte van een Appointement van willig Decreet. II, 197.
Dagvaarding van de Schuldeisfchers en Legatarisfen uit kragte van een Appointement van boedel-befchrijvin°-. II 215. 0 '
Dagvaarding der Schuldeisfchers uit kragte van een Appointement van boedel-afltand. II, 226. '
II. In crimineele zaaken.
Decreet van Dagvaarding in perfoon. III, 46, 49. Decreet van gewoone Dagvaarding ter Crimineele Rolle. III, 47, 50.
Hoe een Gedaagde in perfoon moet handelen, wanneer hij des R- chteis onbevoegdheid wil beweeren. III, 57.
Hoe te handelen , wanneer een Gedaagde in perfoon "niet verfchijnt. III, 61.
Hoe te handelen , wanneer een Gedaagde in perfoon bekent. UI, 69.
1 Een befchuldigden, tegen wien dagvaarding in perfoon is verleend , afwezig of ontvlucht zijnde , op ftraffe van ban te dagvaarden in perfoon. III, 144, 145.
Uit kragte van Decreet van gewoone Dagvaarding wordt geprocedeerd als in Civieele zaaken , behoudens Appel zonder dat de l urgerlijke Rechtbanken met de Gerechtshoven behooren te correspondeeren. III, 160.
Wie bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters de dagvaardingen exploicteert. VIII, 48.
Wie bii het Hooa Nationaal Gerechtshof. IX, eb. DECREET. Zie Appreher.fte. Dagvaarding. DEFAUT Zie Ferfchijning
DEPARTEMENT. De <ïerechtshoven doen ter eerder inftantie recht in zaaken tegen twee of meer perfoonen , onder verfchillende Burgerlijke Rechtbank n in het zelfde Departement , of ook in onderfc heiden Departementen, woonende. II, 5, d. Hoe



op vf, MANIER van PROCEDEEREN. 39
Hoe het exploit te doen aan iemand buiten het Departement van 't Hof. II, 37. .
Hoe in crimineele zaken te handeten met getuigen , die , buiten des Rechters Refidentie, in het zelfde, of in een ander Departement woonen. III, 31, 41-
De Rechtbanken mogen bannen uit één of meer gedeelten van hun Departement; doch nimmer uit één of meer andere Departementen , of uit de geheele Republiek, 't welk alleen door de Hoven mag gefchieden. IV, 114- v, 197.
Wat te doen, indien misdrijven voorkomen, tot de kennisneeming van een Hof of Rechtbank in een ander Departement behoorende. V, 194.
De Hoven mogen geene andere Connnementen ordonneeren, dan binnen hun eigen Departement. V, 195..
Elk Departement volgt zijne eigene Wetten, tot dat het Lijfltraffelijk Wetboek is ingevoerd. V, 199.
De Procureur Generaal mag apprehenfiën laten doen on• der het geheele resfort van zijn Departement. VI, 30.
Maar niet in een ander Departement, dan onder bepaling. VI, 31, 32. Vil, 8. DEPARTEMENTAAL BESTUUR. De Gerechtshoven doen ter eerlter inftantie recht, wanneer een Departementaal Beduur in rechten moet worden aangefproken. II,
5 In geval van gevreesde refidentie doen deBurgerlijkeRechtbanken en Gerechtshoven verzoek tun het Departementaal Beduur, om adfidentie van Militaire Macht. IV, 120. V, soa.
Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter over alle misdrijven , door Leden der Departementaal Befhuiren in de waarneeming van hunnen post begaan. IX, 1. DEPARTEMENTAAL GERECHTSHOF. Zie Gerechtshof-
DEPORTEEREN. De Gerechtshoven mogen niemand de-
porteeren naar een bepaalde plaats. V, 196. DIENAARS. De Rechtbank, gelijk ook het Gerechtshof , heeft de aanftelling en afftelling van de Dienaars der Juftitie. IV, 158. V, 291. _ ,
De Dienaars hebben Tradtement, maar geen Emolumenten, dan voor adfistentie bij een civiel exploit. IV, 159. Begrooting van die Emolumenten. IV, 160. Bij gemis van een knecht in de gevangenis, nemen zij de^zelfs dienst waar. IV, 161. Eed der Dienaars. IV,. 162.
C 4 u«



<P REGISTER
De Executeur bij het Hof houdt toezicht over de D;egaars. v, 289.
deMu!titi7CVS!r^ma3kt Re5kment voor de Dienaars DIENSTBODEN. l)ê verfchillen Msfeben Meesters of Vrouwen en Dienstboden behooren bij den Vrederechter I 5 « b, ' DIMINUTIE. Moe te procedeeren tot diminutie van eene Rekemitg, waar van begrooting verzogt is. il, 253 , 254,
DfNG l'AALEN. De Dingtaalen fliptelijk op hun tijd te houien, zonde* desvvegens uitftel te verleenen. II 8?
De Dmgtaalen worden op de Rolle gehouden, endeverIchdlen over dezelve aldaar beflist. IV. 6', V i»A DOMICILIE. Zie Woonplaats. ' ' 4'
DOODSTRAF. Aan een Gecondemneerden , die de ffrafFe des doods moer ondergaan , daar van drie dagen bcvoorens m de Gevangenis kennis te geven. III, n4.
Aan denzelven word als' dan vergund d'e vrije toegang van zoodanige vrienden of nabeliaanden, en Leeraars of Priesters, als hij verkiezen zal. 'ibid.
Bij de exfecutie van een Dood-vonnis word geen Gebed of Godsd.enliige plechtigheid in het openbaar, of op het Schavot gedaan of toegelaten. Ihid.
Indien een befchüldigde, alleen op bewijs * zonder bekentenis, ter dood is gecondemneerd, word hij na de aanzegging nog eens gehoord en aangemaand, om alsnog tot coniesfie te komen, en zijne Complicen op te geven en wordt daar van Verbaal gehouden, fll, 12Ó.
Vonnisfen des doods worden tui overikan van den vollen Kaad uitgofproken. V, 126. DUPLIEK. Een Geëxcipieerde moet op des ExcipientsRephek dadelijk dupliceren, ten ware bij dat Renliek wederom middelen of (tukken gevoegd waren, li, 65.
Van het voldingen der zaak , door te dupliceeren. IL 77-
Inrigtingvan her Dupliek II, 78.
Bij Re- en Dupliek alleen nieuwe (tukken te voeden. L, 80. 0
Gev. lgvan het niet dupliceeren. II, 65, 81.
Na Dupliek geene verdere Dingtaalen toe te (laan. Ü, 8a.
Bu pleidooi} van Dupliek mogen geene nieuwe bewijsredenen worden voorgedragen. II, 263.
Van het voldingen van ordinaire crimineele Prccesfcn, door te dupliceeren. III; 131. £,



op de manier van procedeeren. 41
E.
Edicte. Hoe vreemdelingen die buiten de Bataaffche Republiek wo men, bij Hdicte te dagvaarden. ii, 38.
Hoe onbekende perfootien , of perfoonen , welker woonplaatfen onbekend zijn. II, 39
Perfoonen, bij Edicte gedagvaard, kunnen, eer de dag in rechten diént, Copie vragen Tan desEisfcbers Request en Appointement, rn vervolgens ook van de Hukken, die zij vermeenen noodig te hebben, ü, 56.
Oproepingen der Scbuldeisfe'ners in eenen infolveuten boedel, om de Rekening bij te woonen; — hunne vorderingen te wettigen ; ~ eu de prtcferentic te zien regelen. II, 124— 126.
Geene Appointementen om actie te inftitueeren moffen verzogt of verleend worden bij Edicte tegen onbekende perfoonen. II, 194.
Die tot eene nalatenfchap, waar van de crfgenaamen onzeker zijn, vermeenen recht te hebben, moeten alleen een iegelijk bij Edicte oproepen. II, 195. ^
Appointementen van willig Decreet worden, ten aanzien van de onbekenden, bij openbaare Edicte geëxploicteerd. II, 197.
Na het afloopen der Exfecutie op onroerend goed alle en een iegelijk tot het regelen der preferentie bij Edicte te dagvaarden. II, 300.
Exploit van een Appointement van Revifie bij Edicte. H,j$i8.
Exploit van een Dagvaarding in perfoon bij Edicte. III, 145, 146. VI, 43. EEÜ. Hoe te handelen, wanneer bij het Vonnis van den ^ Vrederechter aan één der partijen ecu Eed is opgelegd.
Dezelve Eed moet gewoonlijk door den geen, aan wien dezelve is opgelegd, in perfoon gedaan worden. I, 63.
Eed van de Vrederechters en Bijzitters. I, 75.
Eed voor den Klerk en Bode bij den Vrederechter. 1,76*.
Alle vonnisfen, op een door de eene partij aangeboden of afgevergden, en door de andere geaccepteerden Eed, gewezen, zijn aan geen hooger beroep onderworpen. ii, 7, f-
Den Eed door de Getuigen te doen arleggen. II, S9.
Cs De



** REGISTER
De Inventaris van een gefequestreerden boedel, voltrokken zijnde, moet door den Schuldenaar met aanbieding van hede gefterkt worden. II, m.
Wanneer van de Schuldeisfchers een Eed van zuivering te vorderen. II, 119. ö
Eenige parten fcheeps', niet uitmakende het meerendeel van dien, gearresteerd zijnde, moet de Schipper onder Eede verklaaren, hoe veel hij het gearresteerde waardis acat. II, 139. ö
Bij Request om Appointement van Arrest verzoekt men ook, dat de geen, onder wien het arrest gedaan is, onder Eede zal opgeven, of en wat hij van den Gearrefteerden onder zig heeft. II, 147.
Tot deeze opgaave onder eede wordt de geen, onder wien het arrest gedaan is, gecondemneerd, wanneer hii jnet verfchijnt. II, 154. '
Van het afnemen van den Eed aan getuigen iii crimineele zaaken. III, eg. 0
Wanneer de Getuigen in crimineele zaaken te beëedigen. III, 28, 38.
Een befchuldigden, wiens taal de Rechter niet verftaat, te hooren door middel van een beëedigden Tolk. III, 63-
Aan de Getuigen, tegen wien de befchüldigde geconfronteerd word , den Eed af te nemen in 't bijwezen van den befchuldigden. III, 96.
Van medeplichtigen wordt geen Eed afgenomen. III, 104.
Eed voor de Leden der Burgerlijke Rechtbanken. IV, 1.
Led van den Secretaris bij de Burgerlijke Rechtbanken» 1 v, 06.
Eed van de Klerken ter Secretarie. IV, 144. Eed van de Kamerbewaarders. IV, 146. Eed der Gerechtsboden. IV, 148. Eed van de Dienaars der Jultitie. IV, 162. Eed der Leden van de Departementaale Gerechtshoven. V, 14.
Den Eed nopens giften, gaven, of gefchenken , door de Leden, Ministers en Procureur Generaal, jaarlijks te vernieuwen. V, 15.
Eed van den Griffier van het Gerechtshof. V, 118.
Eed van den Secretaris van het Gerechtshof. V, 151.
De Procureur Generaal is verpligt tot het afleggen van den Eed, agter zijne Inftruélie uitgedrukt. V, 175 VI,/» fine.
Eed van de PracTizijns, bij het Gerechtshof aangefleld of geadmiteerd wordende. V, au. Eed



©p de MANIER van FROCEDEEREN. 43
Eed van de Adjuncten Revifeurs uit de andere Hoven.
y, 229.
De Commies en de Klerken ter Griffie leggen een Eed yan getrouwheid en geheimhouding af V, &$a.
De Procureur Generaal, eenige voorloopigeinformatiën bekomende, mag niet vergen, dat dezelve met prxfentatie van Eede bevestigd worden. VI, 4-
Eed van den Bailliuw. VII, in fine.
Eed der Leden van de Vierfcnaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 24.
Eed van den Secretaris bij de evengemelde Vierfchaar.
VIII, 29.
Eed der Leden van het Hoog Nationaal Gerechtshof.
IX, 22.
Eed van den Griffier van dit Gerechtshof. IX, 32. Eed van den openbatren Aanklager bij dit Gerechtshof.
IX. LI.
EIGENDOM. Aan den kooper van eenig onroerend goed, in exfecutie verkogt, te verkenen Acte , om te dienen tot bewijs van eigendom. II, 298, 299. EISCH. Beide partijen ten beteekenden Rechtdage vetfchijnende, wordt door den Eisfcher Eisch gedaan. II, 59.
Ook op den dienenden Rechtdag in Appel. II, 184.
Hoe ter Rolle Eisch te doen uit kragte van een Appointement van oedel-befchrijving. II, 218.
Als mede uit kragte van een Appointement van Boedelafftand. 11, 227.
Nog uit kagte van 'eeu Appointement van uitftel van betaling. II, 235.
Wanneer de Procureur Generaal zal worden gelast Eisch te doen op bekentenis. III, 109.
Wanneer op volledig bewijs. III, 110.
Door den Procureur Generaal in het evengemelde geval Copie van zijnen Eisch en alle de ftukken aan den Befchuldigden te geven. III, 117.
Hoe en wanneer in ordinair Proces Eisch te doen. III, 129-
Op bekentenis van een misdaad, welke met lijfftraf, infamie, of verbanning uit meer dan één Departement moet worden geftraft, door den Bailliuw voor 't Hof Eisch te doen, om daar op te vonnisfen. IÜ, 139.
Den befchuldigden op geene der drie^dagvaardingen vïfchijnende, wordt tegen hem Eisch gedaan, uit hoofde Sijner ongehoorzaamheid. III, 148.
Hoe



♦4
REGISTER
Hoe de Procureur Generaal gehouden is zijne Crimineele Eisfchen en Conclufien in te rigteu. VI, 41. E1SSCHKR. De Aanlegger of Lisfcher is verpligt zijn zaak te brengen voor den Vrederechter van des Gedaagdens woonplaats. I, 30.
Gevolg van het niet vcffcWjVfen van een Eisfcher voor den Vrederechter, op den beteekendcn Rechtdag. 1, 38, 39.
Insgelijks bij de Rechtbank, of het Gerechtshof. II, 49, 155 , 187, 2 i , 236, 323, ERFGENAAMEN. Aile actiën van erfgenaamen tegen medeerfgenaamen, Executeuren, enz. tot rekening of' fcheiding. te. brengen bij den Vrederechter van de plaats, waar het Rerfhuis, of de adminiftratie gevallen is. 1, 31, b.
Hoe te procedeeren tegen erfgenaamen , wanneer de Eisfci er of Gedaagde hangende het Proces Rerft. II, 95.
Wanneer auJtorilatie te verzoeken , om een Vonnis repen erfgenaamen ter exfecutie ie leggen. II, 276. EXCEPTIËN. Hoe te procedeeren voor den Vrederechter, in; evalle de Gedaagde eenige exceptie voordek I, 46.
De Gedaagde is verpligt, om op den beteekendeilRegtdag te exdpieeren of te antwoorden. II, 60.
Van rle Exceptive Conclufien. II, 61.
Alle Exceptiën te gelijk voor te Rellen. II, 62.
Een lijst van Rukken daaronder te Rellen. II, 6%.
Van het antwoorden en voldingen op de Exceptiën. II, 64. 65
Welke verdediging niet bij wege van Exceptie te doen. II. 66
Vereischten der Conclufie van Exceptie. II, 69.
Exceptiën worden dadelijk na het voldingen van dezelve, of op een kort daar op volgende dag, voor de Rechtbank , of in den Raad van het Gerechtshof, bepleit. II, 460.
Hoe te procedeeren, wanneer een befchüldigde eene Exceptie van Incompetentie wil voordellen. IH, 54 — 60. EXPLOIT. Dagvaarding bij den Vrederechter, waar en aan - wien te exploicleren. 1, 34.
Vereischten tot het exploieteeren der Requesten en Appointement. II, 35.
Hoe het exploit te doen aan iemand buiten het Rechtsgebied van de Rechtbank. II, 36.
Hoe buiten het Departement van 't Hof. II, 37.
Hoe aan Buitenlanders. II, 38.
Hoe aan onbekende perfoonen, II, 39,
Op



op de MANIER. Van FROCEDÈER.EN. 45
Op hoe lang den Rechtdag aan een Inwooner der Republiek te leggen. II, 40,
Op hoe lang aan een Vreemdeling. II, 41.
Tegen welken Rechtdag een tweede of derde Dagvaarding te doen. Il, 55
Hoe Arresten worden te werk gelegd , en geëxploiteerd. II, 148 — 151.
Van het exploicteeren van een Appointement van Appel. II, 183.
Hoe Appointement van willig Decreet te exploicteeren. II» I07-
Dagvaarding van de Schuldeisfchers en Legatansfen, uit kragte van een Appointement van boedel - befchrijving. II,
aiSDagvaarding der Schuldeisfchers, uit kragte van een Appointement van boedel-afltand. II, 226.
Tegen welken Rechtdag een Appointement van Revifie te exploicteeren. II, .318,
Hoe eene dagvaarding in. perfoon tegen een befchuldigden, die afwezig of ontvlucht is, te exploieteerem Hf, X45, 246. j
De Rechts-ingangen en Citatiën bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters , door wie te exploicteeren. VIII, 48.
Hoe bij het Hoog Nationaal Gerechtshof den verleenden Rechts - ingang te exploicteeren, indien de befchüldigde reeds in verzekerde bewaaring is, en bijzonder indien de Rechts-ingang is een Decreet van apprehenfie. IX, 57.
De Rechts-ingangen en Citatiën bij dit Gerechtshof ta exploifteeren door de gewoone Exploictiers of Gerechtsboden. IX, 60.
XPLOITtER. Verpligtingen van denzelven in het exploicleren der Requesten en Appointementen. II, 35—'41.
De Exploitier maakt van zijn gedaan exploit een Relaas. II, 42, 150.
Hii is gehouden tot fchadevergoeding wegens verkeerde exploiten. II, 43. IV, 151. V, 562.
Door weiken Exploitier de exfecutie der Vonnisfen moet worden verrigt. 11, 174.
Hij is verpligt, na her. ailoopen der exfecutie op roerend $oed. veraiuwoordiüg van ontfang en uitgaaf te doen. R, *87'
Hoe te handelen, wanneer een Exploictier excesfen of informaliteiten in eene Exfecutie begaan heeft. IJ, 314-
V»n



46 Register
Van 's Hofs Exploictiers in 't algemeen. V, 558. Getal en woonplaatfen, door het Hof te bepaalen V' 259. ' Hun Ampt. V, 260.
Zij gedragen zig naar de Manier van Procedeeren. V 261
Zij moeten borgtocht Hellen , en alle drie jaaren of" eerder vernieuwen. V, 263, 264.
Salaris der Exploictiers. V, 265—267. en Bijt. A.
De aan en afttelling der Exploictiers ftaat aan 't Hof V S74. ' 9
Elk Hof is bevoegd tot het maken van Reglementen voor " de Exploictiers.. V, 275.
De gewoone Exploictiers doen de dagvaardingen en verdere txploiten bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, en het Hoog Nationaal Gerechtshof. Vlil, 48. IX , 60.
EXSECUTEUR. Bij elk Hof is een Exfecuteur , om te adliiteeren bij de crimineele exploicten, en de exfecutie der crimineele Vonnisfen. V, 287, 2S8. Hij houdt toezicht over de Dienaars. V, 289, Hij ftaat onder de orders van den Procureur Generaal. V 290.
De aan - en afftelling van den Exfecuteur gefchiedt door het Hof. V, 291.
Elk Hof maakt een Reglement voor den Exfecuteur» V, 292. EXSECIJTIE.
In civiele zaaken.
Indien een Gecondemneerde bij den Vrederechter in gebreken blijft voor de hem vergunde termijnen borg te (tellen, mag hij terftond voor het geheel of nog onbetaald gedeelte worden geëxfecuteerd. 1, 57.
De boetens, bij de Inftructie der Vrederechters bepaald, dadelijk bij exfecutie in te vorderen. I, 60.
Hoe en door wien de Vonnisfen van Vrederechter en Bijzitters ter exfecutie te leggen. I, 65. IV, 149.
Exfecutie voorde kosten, bij den Vrederechter gevallen. 74-
Sequestratie en Curateele doen de Exfecutien ophouden. U, 114.
Door wién de Ejifecutie der Vonnisfen moet worden verrigt. II, 274.
Alle Vonnisfen zijn exTecutabel door de geheele Republiek,''



•p m MANIER van PROCEDEEREN. Af
bliek , mits voor af vertoond wordende. II, 2^5.
Wanneer vooraf auctorifatie tot de Exfecutie te verzoeken. IE, 276.
Sommatie. II, 277.
Hoe vonnisfen in reëde actiën ter executie te leggen. II, 278.
Aanwijzing van goederen te verzoeken. II, 279 — 281. Exfecutie op roerend goed. II, 282 — 287. Exfecutie op onroerend goed. II, 28S -290, 292—301. Exfecutie op uitltaande fchulden, actiën en rechten. II, 291.
Hoe zig tegen den voortgang van eene Exfecutie te verzetten. II, 302.
Bij gebrek van goederen den Geëxfecuteerden gevangen te zetten II , 303.
Hoe vonnisfen van namptisfement te exfecuteeren. 11, 3©4-
Exfecutie bij Gijzeling. II, 305 — 314.
Hoe te handelen, wanneer een ExploicTier of Bode etcesfen of informaliteiten in eene Exfecutie begaan heeft* II, 314, in fine.
Of en in hoe verre een Vonnis, niettegenftaande Revifie , exfecutabel is. II, 320.
De Gerechisboden exfecuteeren alle Vonnisfen, zoo van da Burgerlijke Rechtbanken zelve, als van de Vrederechters en Bijzitters. IV, 149.
II. In crimineele zaaken.
Bij de Exfecutie van een Doodvonnis zal nimmer eenig Gebed of Godsdienftige plechtigheid in het openbaar of op het Schavot worden gedaan of toegelaten, lil, 114.
Exfecutie van Vonnisfen , in extraordinair Proces op volledig bewijs gewezen. III, 125.
Als mede in ordinair Proces. UI, 133.
Alle Vonnisfen van de Gerechtshoven tot lijfftraf, te exfecuteeren ter plaatfe, en ten overftaan van de Rechtbank, waar de misdaad is gepleegd, of de gecondemneerde woont. III, 155. IV, 118.
Confinement of Bannisfement, hoe te exfecuteeren. ïït*
Hoe condemnatiën in boeten en kosten te exfecuteeren.
III, *59« ' Üxfecutie van srimineele Vonnisfen , uit kragte van een
De-



45 REGISTER
Decreet van gewoone Citatie gewezen. III , 164.
Vap een crimineel Vonnis-geene Revifie aangeteekend -Wordende, zal het zelve kragt van gewijsde hebben , cn geëxecuteerd worden. III, 179, a.
De Bailliuwen zijn verpligt het nodig,toezicht te houden öp de Exfecutiën der Crimineele Vonnisfen. VII, 10.
Openbaare ftrafoeffening wordt bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters zelve geëxfecuteerd. VIII, 69.
Hoe de condemnatien van gemelde Vierfchaar tot geld. boeten, fchavergoeding of kosten, geëxfecuteerd worden. VIII, 70, 74.
iixfecutie van Vonnisfen, bij het Hoog Nationaal Gerechtshof gewezen. IX, 87, 8t, 93. EXTRACT. Zie Copie*
F.
F/MTEN- De Vrederechter is met een Rechterlijk vermogen bekleed in zaaken in wtlke, bij wanpnnftatie van het
• fait, eene prjcciefe geldfomme beneden de ƒ330-:-: gevorderd is. I, 5, a.
De zaaken, in welke eene hoogere geldfomme, bij wanprestatie van het fait, geëischt is, te verwijzen naar de Burgerlijke Rechtbank. I, 19.
Wanneer iemand gecondemncerd is, om eenige daad te verrichten , de Exfecutie bij Gijzeling te doen. 1IS 305 — 314.
yÓRMULlEP.EN.>
I. Bij de Vrederechters*
A. Billiet van kennisgeving aan de Bijzitters van de ophnn gevallene keuze.
B. Acte van Verblijf van partijen aan de Uitfpraak van den Vrederechter, met of zonder Bijzitters.
C. Dagvaarding voor de zaaken , waar in de Vrederechter rechtsdwang heeft.
. D. Dagvaarding voor de zaaken, waar in de Vrederechter
geen rechtsdwang heefr. • . E. Relaas van den Bode van den Vrederechter, wegens
eene gedaane Dagvaarding.



op de manier van procedeeren. #
F. Volmacht, om in naam van een ander voor den Vrederechter te verfchijnen.
G. Acte van Borgtocht voor het gewijsde, om een afwezigen Gedaagden te mogen verdedigen.
H. Acte tot ontflag van de Daginge , aan den Gedaagden te verkenen, wanneer de Eisfcher niet verfchijnt.
i. Acte , aan den Eisfcher te verkenen, wanneer de Gedaagde niet verfchijnt.
K. Acte van verwijzing naar de Burgerlijke Rechtbank, wanneer de Gedaagde op de tweede Dagvaarding niet verfchijnt.
L. O'ntumacieel Vannis van den Vrederechter.
m. Condemnatie, door den Vrederechter verleend op een "Act" van Verdrag, tusfehen partijen gefloten.
n. Acte van verwijzing naar de Burgerlijke Rechtbank, wanneer partijen niet hebben kunnen bevredigd worden.
O. Infinuatie bij het overleveren van Copiën van Hukken,
door partije gevraagd. p. Infinuatie, om getuigen te doen verfchijnen. Q. Acte van Bewijs, wanneer de partije in gebreken blijft
zijne getuigen te doen verfchijnen. R. Arte van Bewijs , wanneer de getuigen wel verfcheenen
zijn , maar de partije met de tegenvragen niet gereed is
geweest.
S. Vonnis van den Vrederechter en Bijzitters.
T. Acte van Borgtocht voor de voldoening aan een Vonnis, van den Vrederechter.
U. Billiet van waarfchouwing , om bij de uitfpraak van het Vonnis tegenwoordig te zijn.
V. Acte van begrooting der kosten door den Vrederechter.
ii. In Civiele zaaken, bij de Burgerlijke Recht- banken en Gerechtshoven.
Ko. ï. Appointement van Comparitie.
a. Request tot intrekking eener dispofitie , zonder vef«
hoor verleend, g. Request, om op eene Notariak of Gerechtelijke Ac* te de willige condemnatie verkend te hebben. ■
4. Finaal Appointement op een Request.
5. Request, om Appointement van Dagvaarding.
d n* $s



je REGISTER.
N°. 6. Appointement van Dagvaarding, zonder of met E»
dicte.
7. Korte acte van Exploit.
8. Dagvaarding bij Edicte.
9. Relaas van een Exploictier of Gerechtsbode wegens een gedaan exploit.
10. Piïefentatie van den Eisfcher, om de zaak ter Rolle te brengen.
11. Notul, wanneer de Eisfcher niet verfchijnt.
aa. Notul, wanneer de Geuaagde op de eerfle dagvaarding niet verfchijnt.
13. Dito, op de tweede.
14. Dito, op de derde.
15. Infinuatie tot het vragen van Copië'n der Rukken, door den Eisfcher overgelegd.
16. Notul, wanneer de Eisfcher de door den Gedaagden gevraagde Copiën niet levert.
17. Infinuatie tot het vragen van borgtocht voor de kosten , wanneer de Eisfcher buiten de Bataaffche Republiek woonachtig'is.
18. Acbe van borgtocht voor de kosten.
19. Notul, wanneer de gevraagde borgtocht niet, of niet behoorlijk geReld word.
ao. Notul tot het doen van Eisch. ai. Notul, wanneer de Gedaagde op de eerfte dagvaarding-niet verfchijnt.
22. Conclufie van Exceptie.
23. Infinuatie wegens het vervroegen van den Rechtdag tot het dienen van eene Conclufie.
34. Request om verlenging van een termijn te verzoeken, v. 05. Infinuatie , om getuigen te doen verfchijnen.
26. Infinuatie , houdende bepaaling van den dag ea uur, op welken getuigen verfchijnen zullen.
27. Beflotene Brief aan eene Burgerlijke Rechtbank, om getuigen te hooren._
28. Notul tot overneeming der zaak.
25. Infinuatie aan Erfgenaamen, om voort te procedeeren.
30. Aéte van aanftelling van Sequesters of Curateuren.
31. Oproeping der Sehuldeisfctiers , om gehoord te worden op het Accord, door den Schuldenaar voor-
gefteld. | XT
N°. 3a.



op de MANIER van PROCEDEEREN. 5I
N'. 32. Act;- van opheffing der Sequestratie.
33. Oproeping der hetende Schuldeisfchers, om de re» kening bij te woonen.
34. Edictaale Dagvaarding der onbekende Schuldeisfcners ten zelfden einde.
35. Oproeping der bekende Schuldeisfchers, om hunne vorderingen te wettigen.
35. Edictaale Dagvaarding der onbekende Schuldeisfchers ten zelfden einde.
37. Oproeping dar bekende Schuldeisfchers, tot het regelen der Prteferentie.
38. Edictaale Dagvaarding der onbekende Schuldeis-; fchers ten zelfden einde.
39. Infinuatie tot het (tellen van borgtocht voor de kosten, en fchaden van een Arrest.
40. Request tot vernietigiug van het Arrest,' vermits geen borgtocht gefield is.
41. Art* van Arrest, op eigen gezag gedaan.
42. Request om Appointement tot het doen vaneenperfoneel Arrest.
43. Request om Appointement van Arrest en Citatie.
44. Request om Auétorifatie de fact j.
45. Request om Appointement vaa Interdictie en Dagvaarding.
46. Appointement van Comparitie met furcheancé.
47. Interdictie tot (luiting van een aangevangen werk.
48. Request, om de evengemelde Interdictie te hebben verklaard van waarde.
49. Request om Auétorifatie, tot her (lel van fëitelijkhe. den , tegen eene Interdictie gepleegd.
53. Request om Appointement van Casfatie.
51; Request tot verkorting der termijnen in Appel;.
52. Acte van borgtochc voor de voldoening aan een Vonnis van Vrederechter en Bijzitters, waar van geappelleerd word.
53. Request om Appointement van Appel.
54. Appointement van Appel.
55. Request om Appointement van Appel, en we! eerst tot onverwijlde vernietiging van 'c Vonnis.
56. Request om Appointement van Appel , van eene Uitforaal; van Scheidsmannen.
57. Request om Appointement om actie te inftitueeren.
58. Request om Appointement van willig Decreet.
P 2 N°. 59.



Jtp. REGISTER.
N0. 59. Request om Appointement van Dagvaarding tot Vrijwaring.
60. Request tot opfchorting van het oorfprongelijk
Rechtsgeding. 6t. Request om Appointement van Maintenue. 6a. Request om Appointement van Spolie
63. Request om Appointement van Boedebbefchrijving.
64. Appointement van Boedel-befchrijving.
65. Eisch van den Impetrant van Appointement van Boedel- befchrijving.
66. Request om Appointement van Boedel -afttand.
67. Appointement van Boedel-afftand.
68. Eisch van den Impetrant van Appointement van Boedel - afftand.
69. Request om Appointement van uitftel van betaaling.
70. Appointement van uitftel van betaaling.
71. Eisch van den Impetrant van Appointement van uitftel van betaling.
72. Request, om Appointement van Dagvaarding, met bijvoeging van een Reliëf.
73. Request, om Reliëf, het Proces reeds aanhangig zijnde.
74. Request, om Ouders tot het geven van redenen van weigering van een huwlijk te noodzaken.
75. Request, om Comparitie voor Commisfarisfen tot het opnemen van Rekening.
76. Appointement, om voor Commisfarisfen tot het opnemen van Rekening te compareeren.
77. Request om begrooting van Proces-kosten, waar in partije is gecondemneerd.
78. Acte van begrooting van kosten.
79. Request van een Practizijn, om begrooting van verdiend Salaris.
80. Acte van begrooting van het zelve Salaris.
81. Interlocutoir Vonnis tot het overleggen van nader bewijs.
82. Vonnis ten principaalen.
83. Contumacieel Vonnis.
84. Request om Auótorifatie, tot het ter exfecutie leggen van een Vonnis tegen erfgenamen.
85. Sommatie.
86. Verzoek van aanwijzing van goederen.
87. Acte van Arrest op roerend goed.
N„. 88,



op de MANIER van PROCEDEEREN. 5j
N°. 88. Acte van Arrest op onroerend goed.
89. Büliet van verkooping van onroerend goed.
90. Voorwaarden der verkooping van onroerend goed.
91. Reiaas van den Gerechtsbode wegens de gedaane Exfecutie en Verkoop.
92. Request, om een verkoop in Exfecutie bekrachtigd te hebben.
93. Acte van bewijs van eigendom, aan den kooper uit te leveren.
94. Dagvaarding bij Edicte tot het regelen der Preferentie.
95. Request om Auctorifatie, om den Geëxfecuteerden in gevangenis te ftellen.
96. Infinuatie tot beteekening van gijzeling.
97. Request om te compareeren voor Commisfarisfen op de voldoening van het Vonnis , waar uit gegijzeld wordt.
98. Acte van voldoening in Gijzeling.
99. Request, om Appointement van Revifie. 100. Appointement van Revifie.
III. In Crimineele zaken.
A. Rapport van den openbaaren Aanklager aan den PraMident van het Gerechtshof of Rechtbank, wegens eene gedaane apprehenfie op heeter daad.
B. Request om goedkeuring van eene op heeter daad gedaane apprehenfie, en auctorifatie, om den geapprehendeerden in crimineele gevangenis te ftellen.
C. D, E en F. Onderfcheidene Appointementen op het evengemelde Request.
G. Rapport van den openbaaren Aanklager aan den Prrefident van bet Gerechtshof of Rechtbank, wegens de apprehenfie van iemand,-die zijn bannisfemènt had overtreden.
H en I. Onderfcheidene dispofitiën op het evengemelde Rapport.
K. Ordre aan den openbaaren Aanklager, om zoodanigen geapprehendeerden aan te bieden aan den Rechter, die hem bij contumacie gebannen had.
L. Approbatie der- gedaane apprehenfi»..
M. Request om adrrisfia tot het nadc'r hooren van den perfoon, die wegens overtreding van bannisfemènt was geapprehendeerd.
D 3 N.



$A REGISTER
N. Appointement op het evengemelde Request. O. Verzoek tot het hooren van aangehoudene Vagabcn» den.
P. Dispofitie op het evengemelde verzoek.
Q. Request van den openbaaren Aanklager, om Gerechtelijke informaties te mogen beleggen.
R, S en T. Onderfcheidene Appointementen op het evengemelde Request.
U. Permisfie van Commisfarisfen, om eenen onwilligen getuigen in civiele Gijzeling te Rellen.
V. Request van den openbaaren Aanklager, om een getuigen, buiten de jurisdictie woonachtig zijnde, te doen hooren.
W. Appointement op het evengemelde Request.
X. Letteren Requifitoir.
Y. Request van den openbaaren Aanklager, om een getuigen , door den befchuldigden aangeboden zijnde, op Tegen-vragen te hooren. Z. Appointement op het evengemelde Request.
AA. Request om Approbatie of Decreet van apprehenfie.
BB en CC. Appointementen op het evengemelde Request.
DD. Acte van approbatie, of Decreet van apprehenfie.
EE. Decreet van Dagvaarding in perfoon.
FF. Decreet van gewoone Dagvaarding ter Crimineele Rolle.
GG. Acte van Dagvaarding uit kragte van één der twee
laatstgemelde Decreeteu. HH. Acte van ontfiag van een Gevangen onder borgtocht. I.I. Auctorifatie tot het arresteeren van een Gedaagden in
perfoon , die op de gedaane dagvaarding niet ver-
fcheenen was.
KK. Aucto'ifatie tot het arresteeren van een Gedaagden in perfoon, die wel verfcheenen, maar onwillig was om te antwoorden.
LL. Auctorifatie van Commisfarisfen, om een Gedaagden in perfoon, na gedaane verhoor, te doen brengen in, befloten Gijzeling. MM. Request van den openbaaren Aanklager, om de evengemelde Gijzeling te hebben gecontinueerd, of wel verleend Decreet van incarceratie.'
NN. Request om Appointement van Purge.
00. Eisch en Conclufie van den openbaaren Aanklager in. ordinair Proces.
PP,



op de MANIER van PROCEDEEREN. 55
PP. Request, om een befchuldigden bij Edicte-te doen dagvaarden , op ftraffe van ban uit het Departement. QQ. Afte van Dagvaarding bij Edicte.
IV. Mij de Vierfchaar over de misdrijven
der Rechters.
A. Acte van een Gerechtshof, ter Rolle te pronuntieeren, wanneer de fchorsfing van deszclfs Vonnis of Dispoütie was opgeheven.
B. Appointement van de Vierfchaar, verklaarende , dat de zaak tot haare Judicatuure niet behoort.
C. Acte van de Vierfchaar, waar bij de fchorsfing van een Vonnis, bevoorens door den Agent van Jufütie verleend, word opgeheven, om dat de zaak niet tot de Judicatuure der Vierfchaar behoort.
D. Gelijke Acte, in geval de Vierfchaar heeft bevonden geene genoegzaame redenen voor handen te zijn, om de fchorsfing te doen voortduuren.
E. Acte van de Vierfchaar tot vernietiging van een Vonnis of Dispoütie, welke bevoorens "was gsfchorst geweest.
V. Bij het Hoog Nationaal Gerechtshof
A. Acte van dit Gerechtshof, verklaarende, dat dezaak tot deszelfs Judicatuure niet behoort, en dezelve mitsdien verwijzende aan den gewoonen Rechter. FRAUDES. Welke Wetten door de Rechtbanken en Gerechtshoven ten opiigte van fraudes en contraventiea van 'sLands gemeene middelen te volgen. IV, 117. V, 300.
G.
G EBED. Bij de exfecutie van een Dood-vonnis nimmer eenig Gebed of Godsdienftige plechtigheid in het openbaar of op het Schavot te doen of toe te laten. III, 114.
. e vergaderingen der Rechtbank te opeuen met een Gebed, IV, 19.
Zoo ook de vergaderingen van dun Raad bij de Gerechtshoven. V, 41,
D 4 GE»



|S REGISTER
GEDAAGDE. Gevolg, wanneer de Gedaagde bi] den Vrederechter niet verfchijnt. I, 40.
Gevolg, wanneer de Gedaagde bij de Rechtbank of het Gerechtshof niet verfchijnt. II, 51, 52, 53.
De Gedaagden is gehouden ten dage dienende te excipieeren of te antwoorden. II, 60. Gedaagde in perfoon. Zie Dagvaarding. GEHOORZAMEN. Elk Burger , opgeroepen of in verzekering genomen wordende, is verplicht te gehoorzamen.
in, 3.
GEMACHTIGDE. De partijen verfchijnen voor den Vrederechter in perfoon of bij Gemachtigden. I, 35.
Pra&izijns mogen aldaar niet tot Gemachtigden toegela* ten worden. I, [-6.
De Eed moet bij den Vrederechter gewoonlijk door den geen, aan w'en dezelve is.opgelegd, in perfoon, en niet door Gemachtigden gedaan worden. I, 63.
Een gevolmachtigde uit kragt van eene Procuratie mag zijn zaak zonder Praftizijn niet waarnemen. II, 8. GEMEENE MIDDELEN. Welke Wetten door de Recht, banken en Gerechtshoven ten opzigte van fraudes en con« travertien van 'sLands gemeene middelen te volgen. IV, 117. V, 200.
GEtVlEiiNT E-BESTUUR. De Gerechtshoven doen ter eerder indantie recht, wanneer een Departementaal of Gemeente- Beduur, of eenig ander Collegie , hooger aandelling dan van een Gemeente - Beduur hebbende, in rechten moet worden aangefproken. II, 5, a.
Van de magt der Gemeente - Beduuren met opzigt tot de Inventarifdiën en verkoopingen van goederen , aan toezicht behoevende perfoonen toebehoorende. IV, 74. GERECHTSBODE. Wat een Gerechtsbode bij hetexploictef-ren der Requesten en Appointementen heeft in acht te nemen. II, 35.
Een Gerechtsbode, een verkeerd exploit doende, is tot fchaavergoeding gehouden. II, 43. IV, 151.
Hoe Arresten door een Gerechtsbode worden te werk gelegd. II, 148.
Relaas van den Gerechtsbode wegens een gedaan exploit of arrest. II, 42 , 150.
Door den Gerechtsbode van welke Rechtbank de exfecutie der Vonnisfen moet worden verrigt. II, 274.
Hoe te handelen, wanneer een Gerechtsbode excesfen of informaliteiten in eene Exfecutie begaan heeft. II, J14. in fine. Aan.



op de MANIER van PROCEDEEREN. 5?
Aanftelling , onderzoek, en Eed der Gerechtsboden. IV, 148. •
Zij verritten de Exfecutiën. IV, 149. Zij bewaaren gearresteerde perfounen en goederen. IV, 150.
Zij zijn verplicht borg te Rellen. IV, 152. De Gerechtsboden genieten een behoorlijk falaris. IV, 153.
Provifioneele bepaaling van dat falaris door de Rechtbanken. IV, 154.
Nadere en verbeterde bepaaling door het Gerechtshof. IV, 155-
GERECHTSHOF. Het Gerechtshof bepaalt het loon van den Klerk en Bode bij den Vrederechter. I, 26, 23, 29.
De Gerechtshoven zijn verpligt, om in zaken, tot hunne onmiddelijke kennisneming behoorende, middelen van vereeniging aan partijen voor te (tellen. 1,2.
Voor de Gerechtshoven dienen de civiele zaaken alleenlijk in geval van hooger beroep. II, 4.
In welke zaïken echter de Gerechtshoven ter eerfter in« Itantie recht doen. 11', 5.
Welke zaaken voor de Rechtbanken of Hoven, ter keuze van den Aanlegger, gebragt kunnen wordeu. II, 6, 158.
Van welke Vonnisfen men in hooger beroep kan komen aan de Gerechtshoven. II, 7.
Van het verzoeken van herziening van een Appointement van Commisfarisfen bij de Gerechtshoven. 11, 34.
Het Gerechtshof verleent App >intementen van Casfatie. II, ióS, 169.
tiet Gerechtshof begroot de kosten wegens zaaken, die voor het zelve Hof gediend hebban. II, 256.
Van Revifie van de Vonnisfen of Dispolirien der Departemeutaale Hoven. II, 315 — 330.
Hoe in crimineele zaaken, welke voor een Departementaal Gerechtshof zijn behandeld, moet worden voortgeprocedeerd. III, 107 — 135.
Wat bij de IJepartementaale Gerechtshoven te doen in zaaken, welke door de Burgerlijke Rechtbanken aan dezelVen worden gezonden. III, 136 —143,
Waar en hoe alle crimineele Vonnisfen van de Gerechtshoven, in zaaken, welke bij de Rechtbanken aangelegd en aan geene Revifie onderhevig zijn, te exfecuteeren. III, Ï55-I59-
D 5 Vaa



SS REGISTER.
Van Revifie van de Vonnisfen der Gerechtshoven in crï» mineele zaaken. III, 177—182.
De Gerechtshoven mogen bannen uit één of meer Departementen. IV, 114.
De Hoven zijn bevoegd, om van Rechtbanken berichten te vorderen. IV, 122.
Aan het Gerechtshof moet door de Rechtbanken kennis gegeven worden , wanneer zij in de Manier van Procedeeren eenig gebrek of duisterheid bevinden. IV, 131.
De Gerechtshoven regelen het falaris derPraclizijns. IV, I39«
(JeReldheid der Departementaale Gerechtshoven in t algemeen. V, i—23.
Van den Prrcfident van het Gerechtshof, en zijne verkiezing. V, 24— 32.
Van den Raad, de wijze van delibereren , en van de Commisfiën. V, 33 — J04.
Var. den Griffier van 't Hof. V, 105 — ti8.
Van de Rolle en de Request-kamer bij de Hoven. V, 110 —136.
Van den Secretaris van 't Hof. V, 137 — 151. Van de Vacantiën bij de Hoven. V, 152— ióo. Van den Procureur Generaal bij de Gerechtshoven. V, 161—176.
Van de macht en plicht der Gerechtshoven in crimineele zaaken. V, 177 — 202.
Van de macht en plicht der Gerechtshoven in civiele zaaken. V, 203—206,
Van de Practizijns bij de Gerechtshoven. V, 207—819.
Van Revifie van de Vonnisfen en Dispolkien der Gerechtshoven. V, 220 — 236.
\'an de betrekking der Gerechtshoven tot beide Kamers van het Vertegenwoordigend Lichaam , het Uitvoerend . 'Bewind, en den Agent van Juftitie. V, 237— 247.
Van den Commies en de'Klerken ter Griffie van 't Hof. V, 248 — 256. '
Van de Kamerbewaarders, Exploictiers en Boden bij de Gerechtshoven. V, 257— «75.
Van de Gevangen-, Tucht-of Werk-, Gijzel-en Verbeterhuizen der Hoven. V, 276 — 286.
Van den Exfecuteur en de Dienaaren der Juftitie bij t Hof. V, 287 — 292.
Van den Scherprechter bij 't Hof. V, 293 — 296.
Over welke misdrijven, door Leden van een Departe-,
ineEe



o» de MANIER van PROCEDEEREN. 3<f
mentaal Gerechtshof begaan, de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters kennis neemt. VIII, 2.
Deeze Vierfchaar, gelijk ook het Hoog Nationaal Gerechtshof, draagt de-exfecutie'tot geldboeten, fchaavergoedins, of eenige kosten, aan het Departementaal Gerechtshof op. Vlll, 70. IX, 88.
De redenen van weigering van den befchuldigden tegen benoemde Leden van het Nationaal Gerechtshof te beoordeelen door een Departementaal Hof. iX, 11, 12GETAL. Door hoe veele Leden de Vonnisfen en Dispofitiën bij de Burgerlijke Rechtbanken uit te brengen. IV-52»
Door hoe veele Leden bij de Gerechtshoven de Pleidooijen gehoord, en de zaaken afgedaan zullen worden. V, 63 — 66.
Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters niet te delibereeren, dan met alle de Leden. VIII, 25.
Hoe , indien daar in verhindering voorkoomt. Vlll, 26.
Bij het Hoog Nationaal Gerechtshof dooit te raadplegen met minder, dan negen Leden. IX, 29.
Hoe, indien 'er geen negen aanwezig zijn. IX, go. GETUIGEN. Hoe bij den Vrederechter te handelen met de verklaringen van Getuigen. I, 49.
Nader verhoor der Getuigen. I, 50.
Hoe te handelen, wanneer de Getuigen niet verfchijnen, of verfcheenen zijnde , niet gehoord worden. I, 51.
Uitflel in zonderlinge gevallen te verkenen. I, 52.
Wijze, waar op de Getuigen gehooi d moeten worden. L53.
Bepaaling omtrent het producceren van Getuigen in zaaken van minder aanbelang. I, 55.
Bij de Rechtbanken en Gerechtshoven, na het voldingen, de Getuigen te beleggen. II, 85.
Daar toe de partije te infinueeren. il, 86.
Gevolg, als partije met de tegen -vragen niet gereed is. II, 87.
Gevolg, als de Getuigen niet verfchijnen. II, 88.
Den Eed door de Getuigen te doen afleggen. II, 89.
Van het overzenden der verklaringen en Tegen-vragen voor Getuigen, die elders woonen. II, 90.
Hoe te handelen, als de Getuigen niet te vinden, of op reize zijn. II, 91
Van het uitgeven der Tegen-vragen en Copiën van dien, door den Secretaris. II, 92.
Hoedanig de G-tuigen in appel te beleggen. II, 186.
Hoe iemand tot het geven van getuigenis, der waarheid te noodzaken. II, 202.
Den



«o REGISTER
Den Getuigen op het daar toe gedaan verzoek te hooren. II, 203.
Gevolgen, als de Getuige niet verfchijnt. II, 204,
Wat te doen, als de Getuige bereid is. II, 205.
Hoe de redenen van ongehoudenheid te befltsfen. II, ac6.
Hoe te handelen met een onwilligen Getuigen , die belegd moet worden. II, 207.
Hoe te handelen met Getuigen, wier verklaringen overgelegd worden tot nader bewijs van het geen de Rechter bij interlocutoir Vonnis gelast heeft te bewijzen. II, 268.
Commisfarisfen te benoemen tot het hooren van Getuigen in crimineele zaken. III, 20.
Wanneer een Getuige zal mogen worden gehoord bij monde'zonr'er fchriftelijke vraag-pointen. III, 21.
Niet verfchijnende of onwillige Getuigen in Gijzeling te ftellen. III, 22
Wat aan de Getuigen voor derzelver Verhoor zal worden voorgehouden. III, 23.
Hoe, Getuigen te hooren, en derzelver antwoorden in gefchrift te (tellen. III, 24.
Hoe de Vraag, pointen, des noods, te veranderen of te Verbeteren. III, 25.
De antwoorden voor te leezen, en te doen onderteekenen. 111, 26.
Hoe te doen, als een Getuige zijn antwoord verandert of nader uitlegt. III, 27.
Wanneer de Getuigen te beëedigen. III, 28.
Aan de Getuigen iets toe te leggen voor tijdverzuim en reiskosten, doch nimmer eenige belooning. III, 29.
Een Getuige ziek zijnde, des noods in zijne wooning te hoort n. III, 30. VI, 22.
Hoe te handelen, als een Getuige buiten des Rechters Jurisdictie woont. III, 31. VI, 24, 25.
De Getuigen ieder afzonderlijk te hooren. III, 34.
Van het hooren van Getuigen, door een befchuldigden Opgegeven. III, 37.
Hoe omtrent derzelver beëediging te handelen. 1TI, 38.
Verzoek van den publieken Aanklager, om die Getuigen op tegenvragen te hooren. III, 40.
Hoe te handelen, als de voorfz. Getuigen buiten des Rechters Rechtsgebied woonen. III, 41.
Hoe en wanneer befchuldigden tegen de Getuigen te confronteeren. III, 90.
In



op de MANIER van PROCEDEEREN, 6"*
In de Artieulen tot confrontatie mogen geene nieuwe faiten gefield worden. III, 91.
Dezelve moeten niet als vraagen, maar ftellig worden ingericht. III, 92.
Hoe elk Articul aan den befchuldigden voor te houden.
I",93. , -
Wat-hem te vraagen , na dat de Getuige voor hem is gebragt. III, 94.
Te verneemen , of en welke reproches hij tegen den Ge-tuigen heeft in te brengen, en dezelve te noteerea, met des Getuigens tegenzeggeu. III, 95.
Den Getuigen deszelfs voorige verklaarde voor te leezen , en daar op den Eed aftenemen, in 't bijwezen van den befchuldigden. III, 96.
Hoe voorts hen beiden op elk Articul te confronteeren. III, 97-
En daar bij redenen tot overtuiging van den befchuldigden aantedringen. 111,98.
Ieders wederzijdsch gezegde aanteteekenen. III, 99.
Nadere omftandigheden van wetenfehap, door den Getuigen aangevoerd wordende, mede aanteteekenen. lil, 100.
En zoo ook nieuwe faiten of redenen , door den befchuldigden aangevoerd, aanteteekenen, en zoo hij zig op de Getuigen beroept", dezelve daar op mede nog te hooren. 111, iai.
Hoe die confrontatie te voltrekken. III, 102.
Op gelijke wijze te handelen met elk Getuigen afzonderlijk. III, 103.
De Getuigen van den Procureur Generaal, die in extraordinair Proces op bewijs heeft Eisch gedaan, ten verzoeke van den befchuldigden te hooren op Tegen- vragen. 111, 120. .
Hoe dat Verhoor te houden. III, 121.
Nader Verhoor van Getuigen , des noods, ex officio te doen. III, 124.
Van het beleggen van de Getuigen in ordinair Proces. III, X».
Hoedanig de dagvaarding aan een Getuigen van wegen den Procureur Generaal gedaan wordt. VI, 19.
Hoe een onwiüigen Getuigen, wiens redenen van weigering niet voldoende geoordeeld zijn, door gijzeling te noodzaaken. VI, 20.
Hoe



tf* REGISTER
Hoe de Procureur Generaal zig bij het verhoor vati Ge«i tuigen moet gedragen. VI, ai.
Hoe het getuigenis in te winnen van perfoonen , wier leven door ziekte of kwetfuuren in gevaar is, of" die zig fpoedig ftaain te begeven buiten de Republiek. VI, 23. GEVA.NGEM1U1S. De Rechtbanken en Gerechtshoven • hebben het toezicht over hunne bijzondere Gevangenhuizen. IV, 104. V, 276.
Zij ftellen Cipiers af en aan, IV, 105. V, 277.
Bepaaling van ciit toezicht, wanneer deeze huizen reeds onder een ander beftuur ftaan. IV, 107. V, 279.
Hoe de wijze van betaaling voor geconfineerde perfjonen te regelen. IV, 108. V, 280.
Aan het Uitvoerend Bewind voordragt te doen omtrent , het beftuur deezer huizen, en de wijze van betaaling. IV,
109. V, s8i.
Deeze huizen van tijd tot tijd te gaan vifiteeren. IV,
110, in, 112. V, 282, 2S3, 2S4.
Tot verbetering deezer huizen den noodigen voordragt aan het Uitvoerend Bewind te doen IV, 113. V, 286.
Bij gemis van een knecht in een Gevangenis deszèlfs dienst door de Dienaars der Juftitie waar te neemen. IV j 162.
De Rechtbanken en Hoven zijn Verpligt aan de Vier- fchaar over de misdrijven der Rechters, als mede aan het Hoog Nationaal Gerechtshof, het gebruik van hunne Gevangen- en Gijzelhuizen te leenen. VIII, 49. GEVANGENIS. Zie Apprehenfie.
GIETEN. Verklaring, alle jaaren daar de 'Leden, ert Ministers der Hoven, en den Procüreur Generaal te doen j nopens giften, gaven of gefchenken. V, 15.
Een Lid van het Gerechtshof of Rechtbank zig in het aannemen van giften , gaaven of gefchenken tegen zijn
Slicht gedragende, is misdadig. Vlll, 2, c, d* EDKEURÏNG. Een arrest, op eigen gezag gedaan, door den Rechter te doen goedkeuren. II, 145.
Verzoek, om eene Interdictie tot ftuiting van een aangevangen werk door den Rechter te doen van waarde verklaaren. II, 166.
Verzoek tot bekragtigiag van eene gedaane verkooping van onroerend goed bij Exfecutie.- II, 298.
Verzoek van goedkeuring eener apprehenfie op heeter daad. III, é—9.
Dfi



op de MANIER, van PROCEDEEREN. 03
De Vraag-pointen in crimineele zaaken voor af door Commisfarisfen te onderzoeken en goed te keuren. III,
ftO - 6.5. y
GRIEVEN a MINIMA. Zie Hooger beroep, GRIFFIER. De Griffier van 't Hof is verpligt de buitengewoone Vergaderingen , door den Praelident belegd j bij te wnonen. V, 39. . .. '. ._
Alle dispofitiën , welke van het gewoone Formulier afwijken , worden door Commisfarisfen opgelteld, in den Raad voorgedragen, en fchriftelijk aan den Griffier opgegeven. V, 02.
Het lezen der Stukken in den Raad gefchied door den Griffier. V, 76. n ; V: " "■> '.
De Praefident is verpligt het befluit van den Raad duidelijk uit te fpreken, en aan den Griflier op te geven. V, 07.
Aanftelling van den Griffier bij de Gerechtshoven. V, 105.
Waar toe dezelve beftemd is. V, 106.
Hij moet altijd den Raad bijwoonen, ten zij wettig verhinderd. V, 107.
Door wien dit laatfte te beoordeelen. V, 108.
Hij moet tijdig in de Raadkamer ziin. V, 109.
Van het houden der Notulen. V, 110.
Onderteekening derzelvc. V, 111.
Hij moet de ftemmen helpen opteekenen. V, 112.
Stellen en teekenen van Stukken. V, 113.
In welke zaaken de Griffier niet mag fungeeren. V, 114.
Wat in het teekenen en uitgeven van ftukken in acht te nemen. V, 115. g
Houden van Registers, enz. V, 116.
Bewaaren van ter Griffie opgebragtê Effecten, Gelden, eu zekerheid daar voor te ftellen. V, 117.
Eed van den Griffier. V, 118.
De Secretaris is verpligt, des noods, de post van den Griffier waar te neemen. V, 149.
De Grifher, in de Vacantien van huis willende gaan , moet op de waarneming der zaaken vooraf fchikking maken. V, 156
De Griffier befchrijft de Adjuncten Revifeurs. V, 227. Hij is bevoegd tot de aan- en afftelüng van den Commies . en de Klerken, die ouder zijn gezag (taan. V, 250. Lege* van de Griffie. V, 255, 256.
De



64 REGISTER
' De Griffier houdt een naauwkeurig Verbaal van de bevinding van Commisfarisfen bij de vifitatie der GeyangenTucht- en Gijzelhuizen. V, 284. Aanftelling van een Griffier bij het Hoog Nationaal Ge' rechtshof. IX , 31.
Eed van deezen Griffier. IX, 32. Afftelling van denzelven. IX, 33. Des noods fungeert één van de Leden als Griffier. IX, 34.
GIJZELHUIS. Zie Gevangenhuis.
GIJZELING. Wanneer de Exfecutie bij Gijzeling te doen.
IL 305- 1;
Deeze Exfecutie te beginnen bij Sommatie. II, 306. Beteekening van Gijzeling. II, 307. Hoe zig tegen eenen Exfecutie bij Gijzeling te verzet.- ten. II, 308.
Verzoek van den Gegijzelden, om op de voldoening van het Vonnis te compareren. II, 309.
Hoe de wijze van voldoening te regelen. II, 310. De voldoening geregeld zijnde, op nieuw gijzeling te beteekenen. II, 311.
, Gevolg, als de Gegijzelde aan die nadere beteekening niet voldoet. II, 312.
Den Gegijzelden zonder voldoening blijvende zitten het belang te waardeeren. II, 313.
Gevolg,- als de Gegijzelde op de nadere beteekening wel verfchijnt, maar niet voldoet, II, 314.
Niet verfchijnende of onwillige getuigen, die in crimireële zaaken geroepen zijn, in gijzeling te ftellen. IIIs
22. VI , 20.
Hoe te handelen, wanneer tegen een befchuldigden, die --niet in gevangenis, of gijzeling is, een Vonnis word gearresteerd . tot welks Exfecutie deszelfs perfoon noodig is. III, 162.
H.
UeCHTENIS. Verzoek, dat de Impetrant van boedel» afftand zal gaan in befioten hechtenis. II, 229.
Verzoek van den openbaaren Aanklager, om een Gedaagden in perfoon te doen ftellen in befioten Gijzeling. III, 69.
HEE-



op de MANIER van PROCEDEEREN. f|
HEETER DAAD. Zie Apprehenfie.
HERSTELLING. Tegenzet verloop des tijds, tot het aanteekenen en vervolgen van een Appel bepiald, nietligtelijk Reliëf te verleenen. II, 17a, 182, b. III. 174.
Hoe Reliëf te vragen bij den aanleg van het Proces. II, 238
Hoedanig hangende het Proces. II 239.
De termijnen van Revifie zeer (friet te houden, zonder tegen derzelver verloop eenig Reliëf toe te laten. II, 319. HERZIENING. De dispofitiën van Commisfarisfen derGerechtshoven ztjn'ondmvorpen aan herziening'bij het Collegie van den Raad. II, 31. V, 133.
Van ^et verdoeken van zoodanige herziening. II, 34. HOOGEPv BEROEP. De Vrederechter met zijne Bijzitters oordeelt in zaaken van ƒ 30-:-: en daar beneden, zonder hooger beroep. I, 16, 17.
Uitzondering omtrent actiën van injurie. I, 18.
De uitfpraak van den Vrederechter, ingevolge eene Acte van Verblijf uitgebragt, is geen hooger beroep onderhevig. I, 21.
Van des Vrederechters uitfpraak op eene Exceptie valt hooger beroep, indien de zaak ten principaaleu daar aan is onoerworpen. I, 46.
Wanneer, en hoe, van een Vonnis van Vrederechteren Bijzitters te appelleeren. I, 64.
Van begrooting van kosten, door den Vrederechter gedaan , valt geen hooger beroep. 1, 73.
De Burgerlijke Rechtbanken beflisfen alle zaaken in Appel van Vonnisfen, door den Vrederechter en deszelfs Bijzitters uitgefproken, en geen kragt van uiterlijk gewijsde hebbende. II, 3, b. IV, 73.
Voor de Gerechtshoven dienen de Civiele zaaken alleen in geval van hooger beroep. 11,4,5. V, 204.
Van welke Vonnisfen men zig op een hooger Rechter kan beroepen. II, 7.
Welke Hukken bij een Request om Appointement van Appel moeten gevoegd worden. II, 29, 180.
Van de dispofitiën der Burgerlijke Rechtbanken op de Requesten valt hooger beroep aan net Gerechtshof. II, 31.
Exceptie, dat de Aanlegger tot geen hooger beroep mag worden toegelaten. II, 61, f.
Geene Reconventie mag gedaan worden in zaaien, die bij Appel van de Burgerlijke Rechtbank aan het Gerechtshof gebragt worden. II, 74, b.
E Hoe-



66 REGISTER
Hoedanig door hooger beroep re verhinderen, dat 'er geer< nitdeeling gelchiede van penningen, bij Vonnis van' preferentie en concurrentie iu een infolventen boedel toegewe'ze.n,. <jU
Aariteefcening van Appe! bij de Rechtbanken. II, 170.
Binnen welken tijd te vervolgen. II, 171.,
Tegen het verloop des tijds niet ligtelijk Reliëf te verkenen.. II J72.
Diep tijd ook niet te verkorten, dan om gewichtige re-deiten. 11,173. .
Hoedanig verzoek als dan te doen. II, 174.
Van Appelkn van Vonnisfen van Vrederechters. II,
Hoe te appelleeren van een Appointement, waar bij een verzoek is afgewezen. II, 176.
Hoe een Appel van een verkend Appointement of Vonnis te vervolgen. II, 177.
Hoe 111 Appel eene onverwijlde vernietiging te vorderen. II, 178.
Hoe op eene daar toe genomene Conclufie voort te prbcedeeteo. tt» i79'
Op het Request om Appointement van Appel Comparitie te ordonneeren. II, 181.
Wanneer het verzegt Appel te weigeren. II, 182.
Van het exploidteeren van een Appointement van Appel» II, 183.
Hoedanjg in Appel te procedeeren. II, 184.
De Geappelleerde mag ook tot te niet doening conclndeeren. II, 185.
Hoedanig de Getuigen in Appel te beleggen. II, 186.
Gevolg, als de Appellant niet veiTchijnt. II, 187.
Gevolg, als de Geappelleerde niet vetfehijnt. II, 18S.
Afdoening van feitelijkheden, in weerwil van 't Appel gepleegd, II, 189.
Van beroep van uitfpraaken van Scheidsmannen. II, 190.
De disppnue omtrent de gehoudenheid van een Getuigen tot het geven van getuigenis der waarheid is aan hooger beroep onderhevig. II, 206.
Desgelijks ook de dispofirk op een verzoek, om oplevering, vifie of copie van (lukken. II, 20S.
Een .Vonnis op een verzoek, dat de Impetrant van Appointement van boedel-afiland zal gaan in befioten hechtenis, is aan geen hooger beroep onderhevig, li, 229.
Op welke wijze de Ouders (in gefchillen met hunne kinde-



op de MANIER van PROCEDEEREN. 6>
deren over het toeftaan van een huwelijk) , aan het Hof in hooger beroep komen kunnen. II, 243.
Van eene door de Burgerlijke Rechtbank gedaane begrooting van kosten valt voor geene van beide de partijen hooger beroep. 11, 258.
Wanneer een Rechtbank des befchuldigdens fuftenue van onbevoegdheid verwerpt, Raat het hem niet vrij van die uitfpraak te appeiléerert, behoudens dat die Sententie naderhand bij 't Hof zal worden onderzogt. Ilf, 60.
_Van_ Vonnisfen en dispofitiën, in eene crimineele zaak, die bij Deer et van gewoone Citatie is aangelegd, valt hooger beroep aan 't Hof. UI, 160.
Publieke Aanklagers mogen-nimmer Appel of Revifie verzoeken. 111, 166.
Van dispofitiën bij den aanvang of in den loop van crimineele Procedures dooreen Burgerlijke Rechtbank uitgebragt, noch van de Vonnisfen daar in op confesfie gewezen, valt geen hooger beroep. III, 167.
Van Vonnisfen , in extraordinair Proces op bewijs gewezen , valt wel Appel, doch 't welk bij 't Hof uit den aart der zaake kan worden afgewezen. III, 168.
Van condemnatie in geldboeten, niet te boven gaande ƒ300-:-:, valt geen hooger beroep, dan onder'borgtocht. III, 169, 170.
Van alle andere crimineele Vonnisfen valt appel. III. 171. V, 198. ' ' •
Wanneer provocatie te doen aanteekenen. III, 17a.
Wanneer te vervolgen. Hï, 173.
Wanneer daaromtrent Reiief veileend zal mogen worden. III, 174.
Wat bij het Request om Appel of Reformatie moet worden overgelegd. III, 175.
Hoe daar op te disponeeren en te nroccdeeren. III ,176,
Van confinementen , door de Rechtbanken verleend. Valt honger beroep. IV. 77.
De Vonnisfen van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters zijn aan geen hooger beroep onderworpen. VIII,
De fchorsfing van een Vonnis door gemelde Vierfchaar opgeheven zijnde, loopt van dien af de tijd van hooier beroep. VIII, 80. 14
De Vonnisfen van het Hoog Nationaal Gerechtshof zijn aan geen hooger beroep onderworpen. IX , 83.
E 2 HUI-



61 register
HUIZEN. Het in verzekering neemen van befchuln'ig.fei mag niet gefchieden in burger- huizen, dan door of op ordre van eene bevoegde Macht. III, 2, 4.
Een Getuige ziek zijnde, desnoods, in zijne wooning te hooren. III, 30. VI, 22.
HUUR. Onder zaaken, waar in korte termijnen behooren te worden verleend, worden ook gerekend alle zaaken tot betaaling van huurpenningen, of tot het reekenen van een huur - Contract betrekking hebbende. II, 30,
Alle zaaken, raakenrie huur en verhuur van vaste goederen, behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47, d.
HUWELIJK. De Burgerlijke Rechtbanken btflislen over alle gefchillen tusfchen Ouders en Kinderen , over de gegrondheid der redenen van weigering, om toe te Remmen in een huwelijk, door dezelve kinderen voorgenomen. II,
De evengemelde zaaken zim aan geen hooger beroep onderworpen, wanneer de btflisfing der Rechtbank met het begrip der Ouders overeenftemt. II, 7, d.
Hoe Ouders tot het geven vnn redenen van weigering van een huwelijk te noodzaken. II, 24c.
Gevolg, als de Ouders, geroepen zijnde, niet verfchijnen. II, 241.
Hoe te procedeeren tot onderzoek der redenen , door de Ouders gegeven. II, 242.
Op welke wijze de Ouders aan het Hof in hooger beroep komen kunnen. II, 243.
I
ImPUNITEIT. Een befchüldigde mag nooit tot confesfre gebragt worden door belofte of hoop van gratie, vrijftel-
, ling of verzagting van llraf. III, 89.
Een Rechter, daar tegen handelende, is misdadig. VIII, 2, m.
INCIDENTEN. Dezelve worden, dadelijk na het voldingen , of op een kort daar op volgenden dag , door den Rechter mondeling te bepaalen, voor de Rechtbank, of in den Raad van het Gerechtshof, bepleit. II, 260.
INCOMPETENTIE. Zie Onbevoegdheid.
INDIEN. Waar verzoek om Appointement van boedel-befchrijving te doen, omtrent boedels van perfoonen, op de reize naar en van de Indien overleden. II, 214. IN-



op de MANIER, van PROCEDEEREN. 69
INFAMIE. Hoe Vonnisfen, infamie behelzende, te exfecuteeren. III, 157.
Wat door draffe van infamie te verdaan zij. V, 182. INFORMATIËN. Voorloopige informatiën van eene apprehenfie op heeter daad aan den Rechter over te geven. III, 6. 6
Hoedanige informatiën verëischt worden , om een crimineelen Rechtsingang.op te verleenen. III", 18.
De openbaare Aanklager moet tot het beleggen der informatiën admisfie verzoekeu. — Wat daar toe verëischt wordt, en hoe daarop te disponeeren. III, 19. VI, 16,17.
Wat bij het beleggen van die informatiën , in getuige'nisfen bedaande, in acht te nemen. III, 20 — 31.
Des noods tijd te bepaalen tot de voltrekking der Gerechtelijke informatiën. III, 32.
Hoe te handelen , wanneer de openbaare Aanklager daar aan nier voldoet. III, 33.
Op informatiën , wélke niet Gerechtelijk belegd zijn, geen apprehenfie, nog dagvaarding in perfoon te verleenen. III, 35.
Niettegenftaande een befchüldigde bij contumacieel Vonnis , uit hoofde zijner ongehoorzaamheid, gebannen is, gaat de openbaare Aanklager voort met tegen hem informatiën in te winnen. III, 150.
Wanneer de Procureur Generaal eenige opgave tot informatie bekomen heeft, mag hij niet vergen , dat dezelve onderteekend, of met prefentatie van Eede bevestb'd worden. VI, 4.
Hij moet opletten, in hoe verre die opgaven blijken van waarhtid voor zig hebben. VI, 5.
Hij is verpligt, om informatiën te nemen over zoodanige misdrijven, als hem door den Agent van Juditie zal worden gelast. VI, 6.
De openbaare Aanklager bij het Hoog Nationaal Gerechtshof moet allereerst beginnen met informatiën te nemen. IX, 45.
INJURIEN. De Vrederechter is met een Rechterlijk vermogen bekleed in zaaken van injuriën. I, 5, b.
In zaaken van injurie valt hooger beroep, al ware het, dat de geldboete flechts ƒ 30-:-: of minder kwame te bedragen. 1. 18.
INSINUATIE. Infinuatie, door den Bode van den Vrederechter te doen, tot overlevering aan den Gedaagden van E 3 d«



jo REGISTER
de Copiën van des Eisfchers befcheiden, door denzelren verzogt. 15 47.
Infinuatie bij de Rechtbanken en Hoven , tot het vragen van Copiën der Hukken, door den Eisfcher overgelegd. II, 56,219.
Infinuatie tot het vragen van borgtocht voor de kosten van het Proces van een Eisfcher, die buiten de Bataaffche Republiek woonachtig is. II, 57.
Infinuatie tot het leveren van Copiën van des Gedaagdens Hukken. II, 72.
P.finuatie tot het vervroegen van den Rechtdag tot het dienen van eene Conclufie. II, 79.
I finuatie tot het doen verfchijnen van getuigen. II, 86.
Infinuatie aan Erfgenaamen, om voort te procedeeren. H.9.V
Infinuatie om voort te procedeeren, gedaan aan den geen, wiens Praclizijn overleden is, of zig van de zaak ontllaat. II, 96.
Infinuatie aan een vreemden Arrestant, om borge te Rellen voor de kosten, fchaden en intresfen, door het Arrest te veroorzaken. II, 136.
Infinuatie tot het doen van opgave van kosten, fchaden en intresfen aan partije, II, 247.
Infinuatie tot opgave van kosten aan partije. II, 251.
Infinuatie van een arrast op onroerend goed , in exfecutie gedaan. II, 293.
Infinuatie, om in Gijzeling te verfchijnen. 11,307,311;
Infinuatie aan den Pr cureur Generaal tot het leveren van Rukken in ordinair Proces. III, 129. INSOLVENT. Zaaken, betiekking hebbende tot boedels, die infolvent verklaard zijn , behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47.
Verandering der Sequestratie in eene Curateele, teneinde den boedel als infolvent te behandelen. II, 12.!.
De infolventie in de Couranten bekend te maken. II,
J22.
Dezelve boedels met den meesten fpoed te vereffenen. II,i23.
Oproeping der fchuldeisfchcrs in een infolventen boedel. II, 124— 126.
Van het houden van preferentie over infolvente boedels. JÏÏ. 128 — 130.
In perfoon zijn arrestabel die?eeneri, welker boedels dadelijk zijn infolvent verklaard. II, 133, k. IN;



op de MANIER van PROCEDEEREN. 71
INSPECTIE. Op Verzoeken, alleen ingericht tot liet nemen van infpeftie, is geen voorafgaande verhoor van partije noodig. 11, 18 , e. y
Bezichtiging en onderzoek op de plaats zelve, waar een feis'da.»d begaan is, door Commisfarisfen te doen.III, 105. IV. 86.
Een Lid van een Gerechtshof of Rechtbank, eenige opzettelijke valsheid of bedrog, in of omtrent het doen van infpecliën, gepleegdhebhen.de, is misdadig. VIII, i,f. INTERDICTIEN. ; De Burgerlijke Rechtbanken nemen kennis van, en beflisfen over alle Interdictien. II, 3, e.
Alle zaaken van Interdicliën behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47 , A.
Van verzoeken , 0111 Appointement van Interdictie en Dagvaarding. II, 160.
Wanneer daar op Surcheance te verleenen of te weigeren. Ii, 161, 162.
Wanneer de verzogte Interdictie te weigeren. II, 163.
Hoe te procedeeren , als de Interdictie verleend is". II, 164.
Van Iiiterdictiën tot Ruiting van een aangevangen wed-, If, 165.
Verzoek , om dezelve door den Rechter te dót n van waarde verklaaren. II, 166,
Afdoening van feitelijkheden, tegen eene Interdictie gepleegd. II, 167.
Om zig tegen den voortgang van eene Exfecutie te verzetten, moet verzogt worden Appointement van Interdictie. II, 302.
Desgelijks ook tegen eene Exfecutie bij Gijzeling. II, 308.
INTERESSEN. In de berekening vnn de fomme , waar
van al of niet hooger Beroep oi Revifie valt, komen geene
interesfe'rt I. 17. ft, 3:5, c. _INTERLOCUTIE. Interlocutoire Vonnisfen zijn doorgaans
aan geen hoöger beroep onderworpen, ft', 7, a. Van Iruerlocutiën tot het overleggen van nader bewijs,
II, 267.
Hoe te procedeeren , als de Rechter gelast heeft iets na* der te bewijzen. II, 268ÏNTERVENTIE, Zie Overnaming.
INTREKKING. Van eene dispoütie, zonder' verhoor ukgebragt, kan intrekking verzogt worden, II ? 19.



7* REGISTER
INVENTARIS. Een der eerfte plichten van Sequesters of Curateuren is , om den bo"l|el dadelijk te inventarifeeren. II, ui. *
Hoe en wanneer, na het verkrijgen van Appointement van boedel-befchrijving , den Inventaris te fluiten. II, 216.
Deeze Inventaris blijft ter Secretarie berusten , om daar van door de Schuldeisfchers of Legatarisfen vifie genomen, en copie geligt te kunnen worden. II, 219.
Voor den Rechtdag, uit kragte van een Appointement van boedel - af (land beteekend, maakt de Impetrant een Staat en Inventaris van zijnen geheelen boedel. met aanbod , om denzelven met Eede te fterken. II, 226.
Copie van den Inventaris van roerende goederen, in exfecutione in arrest genomen, aan den Geëxfecuteerden te infinueeren. II, 283.
Wanneer des befchuldigdens roerende goederen, tot verzekering voor den Lande, te inventarifeeren, en te doen bewaaren of fequestreeren. III, 153.
K.
KAMERBEWAARDER. Eed der Kamerbewaarders bij de Rechtbanken. IV, 146. Derzelver werkzaamheden. IV, 147. Van de Kamerbewaarders bij de Gerechtshoven. V, 257. Het Hof is bevoegd tot het maken van Reglementen voor de Kamerbewaarders. V, 27^. KENNEN. De handteekening of handeling bij Conclufie van Antwoord duidelijk te kennen of ie ontkennen. II, 70. KLERKEN. Klerk bij den Vrederechter. I, 24. Plichten en Loon van denzelven. I. 25, afj. Boetens door den Klerk bij den Vrederechter in te vorderen. I, 60. Eed voor gemelden Klerk. I, 76.
Eed van de Klerken ter Secretarie van de Rechtbanken. IV, 144.
Werkzaamheden van de Klerken. IV, 145, Van den Commies en Klerken ter Griffie en Secretarie van de Gerechtshoven. V, 2;8. Hunne aan en aflteilins. V, 250. Zij moeten aan tiet Hof aangenaam zijn. V, 251.
Eed



op de MANIER van PROCEDEEREN.
7S
Eed voor dezelven. V, 252.
Zij mogen des noods gcëinploiaerd worden in plaats van de Ministers. V, 253.
Reglement door het Hof voor dezelven te maken. V, 254-
KORTE TERMIJNEN. Van het verkenen van korte termijnen bij de Hoven en Rechtbanken. II, 30, 68.
De Rechter kan , om gewichtige redenen , partijen zelfs gelasten , om geduurende de Vacanriën in de zaak op korte termijnen voort te procedeeren. II. 97.
In zaaken van VVisfels bij korte termijnen te procedeeren. II, 101.
De Gearresteerde kan den Arrestant tot het verzoeken van Appointement van Citatie, op korte termijnen, noodzaken. II, 141.
Den tijd tot het vervolgen van een Appel niet te verkorten , dan om gewichtige redenen. II, 173.
Hoedanig verzoek als dan te doen. II, 174.
Van verzoeken om een korten en buitengewoonen dag van pleidooi]. II, 262.
Verzoek om verkorting van de termijnen der Revifie. II, ■ *V,- .
KOSTEN. Op welke wijze de kosten van de rechtspleging bij den Vrederechter zuilen gevorderd worden. I, 66.
Waar in dezelve zullen beftaan. I, 67.
Aanmerkingen door de verwonnene partije daar op te maken. I, 68.
Hoe te fnindelen in geval van verfchil. I, 69.
Geene Schriftuuren daar bij over te geven. I, 70.
Hoe verder daar in te handelen. I, 71.
Regrooting der kosten door den Vrederechter. I, 73.
Partijen ziin verpligt. zig daaraan te onderwerpen. L 73.
Hoe re exfecuteeren. I, 74. . Wanneer den geen, die eenig verzoek bij Requesr gedaan heeft, in de kosten re condemneeren. II, 25.
De Eisfcher, niet verfcheenen , eu in de kosten verweezen zijnde, moer die kosten betaalen voor het doen eener nieuwe Citatie. II, 50.
Welke kosten iemand , die zijn eigen zaak verdedigd heefr, zal mogen berekenen. II, 249.
Welke, wanneer daar toe Praftizijns gebruikt zijn. II, S50.
Hoe opgaave van kosten aan parn'ie re doop, II, 251. Hoe derzelver begioonng te verzoeke;. II, 25-.
E 5 Par-



74 REGISTER.
Partije op dat verzoek te hooren. II, 253.
Hoe de negroo.ting re doen. II, 254.
Van mondeling verzoek tot begrooting eener Rekening - van kosten, II, 255.
Hoe te procedeeren, om begrooting en condemnatie tot betaaling eener Rekening te bekomen. II, 2*6..
Wanneer partijen toTeen gewoon Rechtsgeding te verwijzen. II, 257.
Van begrootïng van kosten valt geen hooger beroep. II,
Een Gedaagden , die aanhoudend wegblijft, te condémneeren in de kosten. II, 270, 271.
Vonnisfen behelzen eene dispoütie omtrent de kosten , zonder dezelve anders, dan om aanmerkelijke redenen te inogen compenfeeren. II, 272.
Gevolg der compeufatie van kosten in Revifie. II, 349.
Hoe de kosten te betaalen der Copiën van de (tukken , door den openbaaren Aanklager aan den befchuldigden te "geven , wanneer in extraordinair Proces op bewijs is_Eisch gedaan. III, 118.
Een Gedaagde, op eene tweede crimineele dagvaarding verfchijnende, moet de kosten betaalen. III, 147.
Een gecondemneerde bij contumacieel Vonnis mag zig nog komen verdedigen, mits verpligt blijvende te betaaleh de kosten, waar in hij bij dat Vonnis verwezen is. .IlI,i5o.
Voorzorgen tot verzekering voor den Lande van de kosten, in welke een befchüldigde kan worden gecondemneerd. III, 152 —154.
Moe condemnatiën in boeten en kosten te exfecuteeren.
III, 159. ' .
De gekwetfte perfoon, deszelfs erfgenaamen en nabeiraanden, zijn in geene kosten van de fchouwinge gehou.ö den. JV, 88'.
De kosten, waar in een befchüldigde word gecondemrteerd, beftaan alleen in uitfehorten, zoo van fchrüflooren, als andere noodwendigheden, door den Ptocureur Generaal gedaan , zonder eenig falaris voor hem zeiven. : VI, 41.
Van het verleenen van remisfie van kosten aan volftrekt onvermogende perfoonen. VI, 45. ,
In welke kosten een befchüldigde bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters kan worden gecondemneerd. VIII, 71.
In



op de MANIER van procedeeren. $$
Tn welke bij het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 80. KRIJGSMACHT. Het Hoog Nationaal Gerechtshof is Rechter over alle misdrijven, door de Commisfarisfen van het Uitvoerend Bewind bij de Krijgsmacht ter Zee of te Lande, in de waarneeming hunner posten begaan. IX, 1.
L.
LeTTEREN REQUISITOIR. Dezelve worden gebruikt om getuigen te doen hooren, die buiten des Rechters Ju« risdiftie woonen. UI, 31,41. VI, 24, 25.
Als mede om de waarheid van des befchuldigdens bijgcbragt alibi te ontdekken. UI, 84.
Een Decreet van apprehenfie, door een Gerechtshof verleend, kan alomme worden ter exfecutie gelegd, zonder daar toe eenige Letteren 'Requifitoriaal noodig te hebben. VI, 2.
LOTING. De aanfchrijving aan de Depsrtementaale Hoven gedaan zijnde, om een Lid uit te loten voor de Vierfchaar tot de misdrijven der Rechters, terfto.nd tor dieuntooting over te gaan. VIII, 14.
Wie van de Loting worden uitgezonderd. VIII, 15- 18. De Loting gefchiedt verder over alle de Leden. Vlll," 19- ;
Van de uitgeloote perfoon kennis te geven aan den Agent. VIII, 23.
Ook aan de perfoon zelve , indien hij afwezig is. Vlil, 21.
Tot het Hoog Nationaal Gerechtshof bij elk Departementaal Hof drie Leden uit te loten. IX , 3.
Welke Leden daar van uit te zonderen, ix, 4 — 8.
De Loting te doen over alle de overige Le jèn. ix, 9.
Hoe deeze vier en twintig uitgelotene perfoonen tot op zestien worden verminderd. IX, 10.
De redenen van weigering van één of meer der uitgelotene perfoonen gegrond geoordeeld zijnde, hoe de pkatfen der ge weigerden bij nieuwe Loting te vervullen!. jx, 13 — 15.
Hoe de benoemde zestien perfoonen door eene nadere Loting op twaalf te verminderen. IX, 16,
Van den uitflag der Loting kennis te geven aan het UitL Voerend Bewind. IX, 17.
Den



REGISTER
Den benoemden Aanklager van ziinenpost ontflagen wordende, bij elk Departementaal Hof weder één perfoon uit te loten. IX, 37, 38.
Uit deeze acht uitgelootene perfoonen, door het Hoog Nationaal Gerechtshof ééu te kiezen. IX , 39. LIJFSTRAF. Hoe te handelen, wanneer het Vonnis tegen een Gedaagden in perfoon eene condemnatie tot lijfftraf bevat. III, 134.
De zaak tot lijfftraf gefchikt fchijnende, bij 't Hof af te doen. III, 142.
Hoe aan een gecondemneerden tot Lijfftraf gelegenheid te geven, om Revifie te kunnen doen aanteekenen. III, 180.
Wat door Lijfftraf te verftaan. V, 183.
M.
Maintenue. De Gerechtshoven zijn eenig en alleen bevoegd in verfchilleri over Bezit-recht Appointementen van Maintenue te verkenen, en daar op verder rechtte doen. II, 5, c.
Alk zaaken van Maintenue behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47, h.
Wanneer en waar Appointement van Maintenue te verzoeken. II, 209.
In Maintenue valt geene Provifie, maar wel Reconventie. II, 210.
Gevolgen van het niet verfchijnen van den Gedaagden.
11,211.
MAMER VAN PROCEDEEREN. Hoe te handelen,wanneer de Rechtbanken of Gerechtshoven in de Manier van Procedeeren eenig gebrek ot duisterheid bevinden. IV, 131. V, 247.
De Procureur Generaal mag niet afwijken van de gewoone Manier van Procedeeren. VI, 7.
De bailliuwen zijn gehouden het voorfchrift der algemeene Manier van Procedeeren ftipteüjk naar te komen.
vn,i.
De wijze van Procedeeren bii de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters is dezelfde , als bij de Departementaak Gerechtshoven in crimineele zaaken. VIII, 31.
Zoo ook bij het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 43.
Bij



op de MANIER van PROCEDEEREN.
El-
Bij dit Gerechtshof de termijnen nooit korter te Rellen , dan bij de Manier van Procedeeren in crimineele zaaken is voorgefchreven. IX, yi. MEDEPLICHTIGEN. Den befchuldigden met elk medeplichtigen te confronteeren , dog zonder beëediging. III, 104.
_Geen befchuldigden tot bekentenis te brengen door hem bij misleiding te doen gelooven, dat zijne complices de daad reeds bekend, en hem als medeplichtigen genoemd hebben. III, 89.
Een Rechter, dit doende, is misdadig. VIII, a, /.
MEMORIEN. Memoriën van rechten in befchrevën zaken worden door partijen aan elkander niet medegedeeld, maar onder den Rechter geleverd. II, 266.
MILITAIREN. De Rechtbanken en Gerechtshoven mogen, des noods, Militaire adfistentie vorderen. IV, 119,
I20. V, 201 , 202.
MINDERHEID. Wanneer de minderheid der fchuldeisfchers de meerderheid moet volgen in het maken van het Accord. door den fchuldenaar voorgelfeld. II, 118.
MINISTERS. De Ministers bij de Hoven jaarlijks verklaring te doen nopens giften, gaven of gefchenken. V, 15.
De Ministers der Rechtbanken en Hoven Raan niet te . recht voor de Vierfchaar over de misdrijven der RechtersVIII, r.
Het Hoog Nationaal Gerechtshof is Rechter over alle misdrijven, door Ministers deezer Republiek , en derzelver Secretarisfen, in de waarneeming hunner posten begaan. IX, 1.
MISDAAD. MISDRIJF. Over welke misdanden Decreet van Apprehenfie verleend zal worden. III, 48. Over welke een Decreet van perfoneele Dagvaarding.
III, 49.
Over welke een Decreet van gewoone Citatie. III, 50.
Bepaaling van den rechtsdwang der Rechtbanken in zaaken van misdaad. IV, 79.
Zij moeten een waakzaam oog houden op de vervolging der misdaaden. IV, 8a.
Plicht der Rechtbanken bij het vernemen van eenige begaane misdaad, IV, 81, 99.
Bij het onderzoek van Procesfen een misdrijf ontdekkende, de Rukken in handen van den Bailliuw te ftellen.
IV, 84.
De



?5
REGISTER
De Departementale Hoven neemen bij uitfluiting ken» nis over alle misdrijven van Leden, Ministers enz., tot her Hof behoorende. V, 177.
G"k over misdrijven van zommige perfoonen in de waar' neetning hunner posten. V, 178..
Zij neemen ook, bij preventie, kennis over misdrijven, blijkende bij het onderzoek van civiele Procedures; V, 185.
Ook over misdrijven van Praftizijns of Notarisfen in hunne functie. V, 186.
Wat de Hoven te doen ftaat , indien misdrijven voorkomen, tot de kennisneeming van andere Rechters buiten het Departement behoorende. V, 194.
Over welke misdaaden de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters kennis neemt. VIII, 2. MISSLAGüN. Hoe door het Hof te handelen, wanneer het zelve bij het doorzien der Proces - Hukken bevindt, ' dat bij de Rechtbank eenig abuis of misflag heeft plaats gehad. III, 141, 143.
Ï> ABESTAANDEN. Het ftaat in allen ftaate van den Procesfe vrij aan de Echtgenoote of Nabeltaanden van een befchuldigden, die afwezig of in hechtenis is, eene verdédiging voor denzelven aan den Rechter aan te bieden. III, 42.
Een Gevangen, in ordinair Proces ontfangen zijnde, heeft de onbelemmerde toegang van Echtgenoot, Nabeltaanden of andere Vrienden. III, 128.
Denzelfden vrijen toegang heeft ook een Gegijzelde, teeen wien een Vonnis wordt gearrelteerd, tot welks exfecutie zijn perfoon noodig is. III, 162. NAMPTISSEMENT. Provifioaeele Vonnisfen van Namptisfement zijn doorgaans geen hooger beroep onderworpen. II, 7, a,
Hoe Vonnisfen van Namptisfement te exfecuteeren. II, •204.
NATIONAAL GERECHTSHOF. Over welke perfoonen en zaaken het zelve competent is. IX, 1. Wijze van zamenroeping door uitlooting der noodige
Le-
N



öp de MANIER van PROCEDEEREN. f$
Leden bij de Departementaale Gerechtshoven. IX, a—17. .Een der Leden tot Aanklaager uit te looten. IX, 18, " 35 — 39-
' Verkiezing en Eed van den Prasfideri't. IX, 20 — 22. ■ 27, 28, ' Het Gerechtshof, zitting genomen hebhende, geeft daar van kennis aati het Vertegenwoordigend Lichaam. IX, 23.
Eed, rang en wijze van raadplegen der Leden. IX, 21, £4 — S°. 75-
Griffier van dit Gerechtshof. IX, 31 — 34, 98.
Eed en verplichtingen van den openbaaren Aanklaager. IX, '41 en volgende.
Oordeel van 't Gerechtshof, of de zaak tot deszelFs judicatuure behoort. IX, 47 — 40.
Als mede, of 'ergrond is tot een crimineel Prores IX, 5* —53-
Van het vraagen en verbenen van een crimincelen Rechts-ingang. IX. 54 — 56.
Van het exploicteeren van dezelve. IX, 57 61.
Verhooren iu de Vergadering te doen, doch door Com> misfarisRn te bettuuren. IX, 62 65.
Hoe te handelen, indien het Hof noodig oordeelt de inzage in eenige Stukken, Registers en;. IX, 66.
Van het houden der Rolle, en de termijuen op dezelve. IX, 67 — 73.
Pleidooijen. IX, 74.
Vonnisfen. IX, 76.
Scheiding van het Gerechtshof op reces. IX, 77 — 81.' Naar welke wetten te oordeelen. IX, 82. De Vonnisfen van dit Hof aan geen hooger beroep onderworpen. IX, 83. 1 Straf van bannisfement en confinement. IX, 81 — 86". Exfecutie. IX, 87, 88, 92, 93.
Nieuwe befchrijving van het Gerechtshof, indien tegen een befchuldigden, die provilioneel was ontflagen , of naderhand wordt geapprehendeerd, moet worden voort geprocedeerd. IX, 90, 91, 94, 95.
Niemand in rechten te betrekken, dan overeenkomftig het Decreet van befchuldiging. IX, 96, 97.
Scheiding van dit Gerechtshof. IX, 99 —102. NATIONAALE REKEN:NG. Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter over alle misdrijven , door
Com-



?* register
Commisfarisfen der Nationaaie Rekening in de waarneeming hunner posten begaan. IX. i,
NIEUW. Hoe te handelen omtrent nieuwe pointen van befchuldiging, die in den loop van een crimineel Proces voorkomen. III, 19, c, 66, 6 , 68.
Nieuwe faiten of redenen, door den befchuldigden hij de confrontatie aangeroerd, aan re teekenen, en de Getuigen daar op mede te hooren. III, 101.
KlHIÜ Zie Afwijzing.
NOTARIS. De Leden van een Gerechtshof mogen niet uitoefenen bet beroep van Notaris, al ware het onder een ander Departement. V, 17.
Het Hof neemt, bij praiventie, kennis over de misdrijven van Notarisfen in hunne functie. V, 186.
In welk geval de Procureur Generaal bevoegdheid heeft, om verklaaringen voor Notaris en Getuigen te doen pasfeeren. VI, 23.
Onbeheerd. Behandeling van verlatene en onbeheerde Boedels. II, 131. ONBEKEND. Voor de Rechtbanken of Hoven, ter keuze van den Aanlegger, kunnen gebragt worden alle zaaken , waar in onbekende perfoonen, of welker woonplaatzen onbekend zijn, gedagvaard moeten worden. II, 6, a.
Hoe het exploit bij Edicte te doen aan onbekende perfoonen. 11, 39.
De Rechtdag ten aanzien van dezelven nooit korter te leggen, dan op zes weken. II, 41.
Oproepingen van onbekende Schuldeisfchers in een infolventen boedel bij E iiftaale Dagvaardingen. II, 124—126.
Van actiën tegen onbekende perfoonen , om tot eenig goed, en in 't bijzonder tot eene nalatenfchap, gerechtigd verklaard te worden. II, 194, 195.
De Burgerlijke Rechtbanken zorgen voor de belangen van afwezige, onbekende of onzekere perfoonen. IV, 75. ONBETAMELIJK. Partit'en moet zig voor den Vrederechter en Bijzitters betamelijk gedragen. I, 59.
Een befchuldigden te covrigeeren, wanneer hij zig bij zijne verhooren onbetamelijk gedraagt. III, 82.
O.



op de MANTER van PROCEDEEREN. Si
De Pndizijns moeten zig van onbetamelijke uitdrukkingen Onthouden , of worden gecorrigeert. IV, 141. V,
ONBEVOEGDHEID. D.s Gedaagdens verfchijning voor den Vrederechter, noch de yervyijzingnaar ie Rechtbank beletten den Gedaagden niet, om de incompeientie van die' Rechtbank, voor dezelve, te beweeren. 1,43. Exceptie, dat de Ree iter onbevoegd is. tl, 61, b. Hoe te handelen, wanneer de Rechter twijfelt aan zijne bevoegdiieid voor het verleenen van een crimineelen Rechts ingang. III, 54
Een verleende Rechts ■ ingang belet den befchuldigden niet des Rechters onbevoegdheid te beweeren. III. 55.
Hoe een Gevangen daaromtrent mag handelen. lil, «5.
Hoe een Oedaagde in perfoon. III, 57.
Hoe de Rechter zelf, wanneer hij'bevindt, dat de befchüldigde behoort tot een anderen Rechter binnen de Re. publiek. III. 58.
En hoe, wanneer de befchüldigde behoort tot een buitenlandsch R'Chrer. lil. 159.
Als een Burgerlijke R-chtbauk de fuüenue van onbevoegdheid verwerpt, moeteen Gevangen >f Gedaagde ia perfoon daar in bij provüie berusten. III, Co.
Indien de befchuidie Ie de o;ibevoe»dhei i der Rechtbank heeft beweert, en 't Hof zulks gegrond oordeelt, de zaak te verzenden. III, 137.
Wanneer die fufteone nog in advies te houten. III, 13$,
Wanneer de befchüldigde geene verlere fuftehue van des Rechters onbevoegdheid mag voordellen. III, [43.
De Plei iooijen over ftifrenuen van incompetentie in het extraordinair crimineel Proces worden in het Collegie met gelloten deuren gedaan. IV, 54. V, io'',.
Hoe de Rechtbank moet handelen. als blijkt, dat het onderzoek over de misdaad aan een ander Rechter behoort. IV, 100, 101.
Hoe te handelen , als 't twijfelachtig is, aan welken Rechter de zaak behoort. IV, 10a.
De Rechtbanken, bevindende onbevoegd te zün , moeten in allen gevalle de zaak aan den bevoegden Rechter overgeven. IV, 103.
Hoe te procedeeren hij het voordragen van eene fuRenue van incompetentie in een crimineele zsak. VI, 33.
Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters alïereerst te overwegen e ofwel bevoegd is. VIU, 35.
F Wat



I» REGISTER
Wat te doen, indien zij begrijpt onbevoegd te zijn. Vlli, 36.
Hoe in dat geval de door den Agent verleende fchorsfing op te herren. VIII, 37.
Wat de openbaare Aanklager bij het Hoog Nationaal Gerechtshof doen moet, indien hij vermeent, dat de zaak niet voor zoodanig Hof behoort gebragt te worden. IX, 46.
Hoe bii liet Gerechtshof te handelen, indien het zulks mede begrijpt. rX, 47.
Bij dit Hof een crimineelen Rechts-ingang gevraagd zijnde, moet het zelve allereerst deszclfs bevoegdheid overwegen. IX, 55. ONDERTEEKENEN. De Requesten moeten geteekend worden door den Verzoeker zeiven, of door een Practizijn, welke voorden Rechter is toegelaaten. II, 16, 27, d.
De antwoorden aan de getuigen voor te leezen en te doen onderteekenen. III, 26.
Wanneer de getuige zijn voorig antwoord heeft veranderd of uitgelegd, 't zelve op nieuw te onderteekenen. III, *7-
Een befchüldigde moet ook zijn verhoor onderteekenen. III, 63, 102.
De Secretaris bij de Rechtbank moet de beflulten, te boek gefteld zijnde, gelijk ook Brieven, Acles en andere Stukken , onderteekenen. IV, 62 , 64.
De Griffier bij het Gerechtshof onderteekent de befluiten, na dat die door den Commies in het nette te boek gebragt zijn. V, 111.
De Secretaris bij het Gerechtshof onderteekent alle zoodanige Stukken, als hem door Commisfarisfen wordt gelast! V, 140.
Van alle verrichtingen bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters aanteekening te houden, welke door den Prafident en Secretaris moet worden onderteekend. VIII, 84.
Zoo ook de aanteekening der verrichtingen van het Hoog Nationaal Gerechtshof door den Praïfident en Griffier te onderteekenen. IX, 98.
ONDERWERPING. De Gerechtshoven zijn competent m zaaken, waar in partijen zig uitdrukkelijk aan derzelver Rechtsgebied hebben onderworpen. II, 5, b.
ONROF.REND. Wanneer de Exfecutie op de onroerende goederen te vervolgen. II, a88.
• Gee-



op ds MANIER van PROCEDEEREN. «3
Geene groote goederen om kleine fchulden te exfecuteeren. II, 289.
Geene Perceelen te fplitfen. II, 290.
De exfecutie op onroerende goederen zonder ophouding te vervolgen. II, 292.
Van het arrefteeren van onroerend goed. II, 293.
Onderzoek te doen naar de belastingen. II, 294.
Wanneer te verkoopen, en inmiddels die verkooping» bekend te maaken. II, 295.
Dadelijke verkooping van onroerend goed. II, 296.
De kooppenningen ter Griffie of secretarie op te brengen. II, 297.
Verzoek tot bekrachtiging van de gedaane verkoopinge. H, 298.
ONSCHULD. Als de onfchuld blijkt, of de befchuldiging merkelijk verzwakt is, den Gevangen dadelijk in vrijheid te ftellen . met of zonder borgtocht. III, 87.
De Procureur Generaal is, zoo wel ais 'c Hof, verpligt, om de befchuldigden te ontlasten, en derzelver onfehuhï te ontdekken en te doen blijken. VI, 40.
Zwervende vreemdelingen gearrefteerd zijnde, en on« fchuldig bevinden wordende, dadelijk door den Bailliuvr te ontdaan. VII, 4. ONTKENTENIS. Den befchuldigden bij de ontkentenis der misdaad gebleven zijnde, doch 't bewijs volledig bevonden wordende, daar op in 't extraordinair Proces recht te vraagen. III, 110, 116—127.
Wanneer, in geval van ontkentenis, het extraordinair Proces te veranderen in een ordinair. III, m , 128—134. ONTSLAG. Wanneer en hoe een geapprehendeerden te ontdaan, met of zonder borgtocht. III, 53.
In welk geval een befchuldigden, na voltrokken verhoor, te ontdaan. III, 107.
Wanneer bij dat ontflag te voegen eene aanzegging, om op ontbod nader voor den Rechter te moeten komen. III, 108. 113.
Een gecondemneerde, Appèl of R.evi£e hebbende doeri Santeekenen, wordt niet ontflagen, dan onder belofte en borgtocht van weder in perfoon te zullen verfchijnen, wanneer hij wordt ontboden. IIÏ, 165.
De Rechtbanken onderzoeken en befiisferi de redenen * Waarom benoemde Voogden of Curateuren zig van da waarneeming vdn dien post zouden willen omüaani



REGISTER
Aanfchrijving van het Hof aan de Rechtbank, om iemand, die onbehoorlijk wordt gevangen gehouden, te ontdaan. V, 191.
Een Bailliuw ma? nimmer een Gevangenen ontdaan, dan op fchritteliike Refohitie van de Rechtbank. VII, 3,
Zwervende vreemdelingen gearredverd zijnde, doch onfchuldig bevonden wordende, te ontdaan. VII, 4.
Indien bi} de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters de Befchüldigde proviüoneel omflagen is geweest, kan des noods binnen zes maanden de Vierfchaar weder worden befchrevën. VIII, 72, 75. - Desgelijks ook bij het Hoog Nationaal Gerechtshof, IX, 00, 91, 94. ONTSLAG VAN DE DAGING. Dit ontdag wordt bijden Vrederechter verleend, ingeval de Eisfcher niet verfchijnt. I, 39.
Insgelijks bij de Rechtbanken en Gerechtshoven. II, 49> '5*i ,64* 236«
De kosten der Daging' te betaalen , voor het doen eener nieuwe Citatie. II. 50.
Omflag van de Daging wordt ook verleend, wanneer 6e Eisfcher in gebreken blijft de Copiën te leveren, welke hem ter behoorlijker lijd gevraagd waren. II, 56.
Zoo ook, wanneer door den Eisfcher de gevraagde borgtocht voor den Rechtdag niet gedeld, of wel dezelve door den Rechter onvoldoende verklaard wordt. II, 58.
De fuftcnue van den Gedaagden, dat hij van de gedaane Daging moet worden ontdagen, mag niet onder de gedaantevan eene Exceptie worden voorgedeld, maar moet, dien onverminderd, op de zaak zelve geantwoord worden. II , 66.
Crimineele Vonnisfen mogen nimmer bedaan in eene enkele zoogenaamde abfolutie van de indantie. III, 135. OPROEPING. Ten dage dienende worden bij den Vrederechter partijen één voor één opgeroepen. I, 37.
Oproeping der Schuldeisfchers in een infoiventen boedel, om de Rekening bij té wonnen. II 124.
Insgeliiks, om hunne vorderingen te wettigen. II, 125.
En nog tot het regelen der preferentie. II, 126.
Oproeping van allen en een iegelijk, die eenig recht op het een nf ander goed, of op eene nalaatenfchap, zouden vermeenen re hebben. II, 194, 195.
Oproeping van allen en een iegelijk. die eenig recht op d«n ter Secretarie opgebragtea kooofchat van eenig onroerend



op de MANIER van PROCEDEEREN. 8j
rend goed, bij Exfecutie verkocht, zouden vermeenen te hebben. II, 300, GPSCtf OPvTING. Indien de Gedaagde bij den Vrederechter, ot' ook bij de Rechtbank of 't Gerechtshof, vermeent te hebben recht tot vrijwaaring, de hoofdzaak op te fchorten. I, 58. II, aoo.
Wanneer partijen wederzijds verraeenen van hun belang te zijn, om de zaak eenigen tijd te laaten liilttaan, welk verzoek daar toe te doen. II, 83.
OPSLAG. Appointementen van auctorifatie tot opflag van goederen uit Schepen, Schuiten of Vragtwigens, zijn aan geen hooger beroep onderhevig. II, 7, h.
ORDE. De Praifident bij de Rechtbank en het Gerechts, hof handhaaft de goede orde' en ftilte, en bet refpect aati de juftitie verfchuldigd. IV, 50" V, 104.
ORDINAIR PROCES. Op de extraordinaire Rol worden ook gebragt de crimineele zaaken , waar in door den openbaaren Aanklager een ordinair Proces wordt gevoerd,
ii, 47.
Deeze zaaken worden gebragt op eene afzonderlijke Pleit-Lijst. II, c6o.
Wanneer het extraordinair Proces te veranderen in een ordinair. III, ifl', 127.
Een Gevangen, in ordinair Proces ontfangen zijnde, moet nog in hechtenis blijven, doch met toegang van vrienden. III, 128.
Hoe en wanneer in ordinair Proces Eisch te doen. III, "129. '.'- 5■ ALKHü'^ .
Hoe te antwoorden. III, 130.
Hoe te voldingen. III, 131.
f loe verder het Proces in Raat van wijzen te brengen. III, 132. '
Wanneer het Vonnis, daar in gewezen, te exfecuteeren. III, 133, 134.
Rij de ViferffciVaar over de Misdrijven, der Rechters, ia ordinair Proces de Rolle te honden in de volle Vierfchaar. VIII | 57-
BjJ het Hoog Nationaal Gerechtshof .in zoodanig geval de RóIÏe te houden voor drie Commisfarisfen. IX, 67, OVERGEVEN. Geene Ingezetenen der Republiek aan Vreemde Rechters over te geven; en vreemdelingen niet anders dan op fchriftcliike last van den Agent inwendige Politie. IV, 08.
F 3 O VEE-



register
OVERNEEIvlïNG. Van het overneemen der zaak voor een Gedaagden. II, 93.
OVERTUIGING, Wanneer de Rechter in extraordinair Proces, zonder bekentenis, uk overtuiging, dat de zaak ten vollen bewezen is, kan recht doen. III, uo. Hoe in dat geyal te procedeeren, III, 116—127.
p.
Paraat wisselrecht, zie msfeu
PARTIJEN. Daar door te verflaan alle perfoonen of ColJegièn, die een Proces, of eenige andere zaak bij de Rechtbank, of het Gerechtshof, hebben, doch niet de Procureur Generaal of Bailliuw, ambtshalven werkzaam zijnde. IV, 28. V, 49.
PLEIDOOI. Van het brengen der zaaken op de Lijst der Pleidooijen. II, 260.
Welke orde in het bepleiten der zaaken te houden. II, 26r,
Van verzoeken om een korten en buitengewoonen dag van Pleidooi. II, 262.
Regeling der Pleidooijen. II, 263.
Gevolg, als één der partijen niet verfchijnt om te pleiten. II, 264.
Bepaaling van den dag der Pleidooi in Revifie. II, 327, V, '230.
De Pleidooijen voor de Rechtbanken en Gerechtshoven te houden mtt ongefloten deuren, uitgezonderd over fu» ftenuen van incompetentie in een extraordinair crimineel Proces « en in zaaken , waar in dit onvoeglijk zijn zoude. \V, 54. V, 103.
Door hoe veel Leden bij de Gerechtshoven de Pleidooijen gehoord, en de zaaken afgedaan zullen worden. V, 63.
Plaats van den Procureur Generaal, wanneer hij voor den Raad moet pleiten. V, i63.
Voor de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, en voor het Hoog Nationaal Gerechtshof, de Pleidooijen te houden met ongefloten deuren. VIII, 59. IX, 74. POLITIE. Hoe perfoonen, bij de Politie gearreflreerd, door de Juftitie worden overgenomen. UI, 15.
Hoe te handelen, wanneer dezelve niet aan de Juftitie worden overgegeven. III, rdi,
prac-



op ds MANIER tan PROCEDEEREN.
«7
PRACTIZIJN. Practizijns mogen niet tot Gemachtigden bij den Vrederechter worden toegelaaten. I, 36.
Ieder mag zijn eigen zaak wa,arueemen, of een Practizijn gebruiken. II, 8.
De Requesten te teekenen door den verzoeker zeiven t of door een Practizijn, welke voor den Rechter is toegelaaten. II, 16, 27, d.
Hoe voort te procedeeren, wanneer de Practizijn overleden is, of zig van de zaak out (laat. II, 96.
Iemand, die zijn eigen zaak verdedigd heeft, mag geene kosten van Practizijns aan zijne partije berekenen. II,
Welke kosten iemand aan zijne partije zal mogen berekenen , wanneer tot de zaak Practizijns gebruikt zijn. II,
Van het begrooten van Practizijns Rekeningen. 11, 251 — 258.
Practizijns dragen voor een Gevangen of Gedaagden in perfoon de gronden van des Rechters vermeende onbevoegdheid bij Pleidooije voor. III, 56, 57.
Hen Impetrant van Appointement van Purge mag geadfifteerd zijn door Praéti^ijns, om voor hem Eisch te doen. III, 72.
Wanneer in extraordinair Proces , zonder bekentenis op bewijs, wordt recht gevraagd, wordt de befchüldigde van Practizijns voorzien. III, 116.
Aan dezelve Practizijns wordt door den Procureur Generaal in dat geval Copie van zijnen Eisch en alle de Stukken gegeven. III, 117. . . . '
Dezelve mogen ook vifie vraagen van de ongineele Stukken van den Procureur Generaal. 111, 119.
Zij verzoeken, dat de Getuigen van den Procureur Generaal op Tegen • vraagen worden gehoord. 111, 120.
Dag te bepaalen tot het inleveren eener fchriftelijke verdediging door des befchuldigdens Practizijns. III, 122..
Een Gevangen, in ordinair Proces ontfangen zijnde, heeft onbelemmerde toegang van Practizijns. III, 128.
Aan de Practizijns van een Gecondemneerden van het Vonnis kennis te geven, om in tijds Revifie aan te teekenen. III, 180.
De Leden of Ministers van eene Burgerlijke Rechtbank mogen geen Practizijns voor die Rechtbank zijn. IV, 2.
De Rechtbanken en Gerechtshoven ftellen een bepaald getal van Practizijns aan. IV, 13a. V, 207.
F 4 Be-



*S REGISTER
Repaaling van derzelver ouderdom en woonplaats. IV X33. V, 208. '
De niet gegradueerde omtrent hunne kunde te onderzoeken. IV. 134. \ , 209.
De gegradueerde mrigtm als Practizijn? fnngeeren mits hebbende admislie van 'r Hof. IV, 135. V, 2J0.
De Practizijns moeten van een Volmacht voorzien zijn. IV 136 V, ars.
Bipualing deswegens in zaaken van Buitenlanders IV 137- v, ff'3«
Wanneer Practizijns toe te voegen. IV, tj$v V. 214. Hoedanig het Salaris der Practizijns te regelen. IV 120.
V, 215. ' * De Rechtbanken en Gerechtshoven houden de Practizijns tot hun plicht. IV. 140. V, 2tó.
En hunnen plicht te buiten gaande, corri^eer^n zij dezelven. IV, 141 V, 217.
De Leden van een Gerechtshof mogen niet uitDcffenen het beroep van Practizijn, al ware het 01.der een ander Departement. V, 17.
De Hoven neemen-, bij preventie, hennis over misdrijven van Practizijns in hunne functie; V, 18 6.
Eed der Practizijns. V, 211.
De Procureur Generaal moet zijne wraken zelf voldingen en bepleiten, zonder daar toe een Practizijn te gebruiken.
VI. 11.
PKMr ERENTTE. Oproeping der Schuldeisfchers, tot het regelen der Preferentie, in een iufolveuten boedel. II, 126.
Hoedanig de Preferentje te regelen. II, ir.". Hoe de gefchillen over de Preferentie te" b handelen. II, 129.
Van het uitdeden der Penningen, na l et houden der Pref rentie, zoo niet geappelleerd is. II, 1,30.
Preiertmie (c houden .over hetprovenue van onroerend gord . bet welk bij exfecutie verkogr js, II, 298 — ooi. PRESIDENT. De Rsécbtbarik of het Gerecbtsiiof niet vergaderd zijnde, de Requesten «1 te leveren aan-den Prefidenr. Ii, 16.
Welk« orde de Prasfident in het bepleiten der zaaken houden zal. II, 261
IV Prefident der Rechtbank te verkiezen door de Leden. IV, 3.
Wanneer verkozen wordt, en zijne zitting ingaat. IV, 4,
Hoe



op dï MANIER, van PROCEDEEREN. I?
Hoe bij de eerde oprichting der Rechtbanken. IV , 5. Hoe de verkiezing gefcbiedt. IV. 6. De verkiezing bij vohlrekte meerderhuil te doen. IV, 7.
De aftredende Prefi ent niet op nieuw te verkiezen. IV, 8.
Wie bij verhindering of overlijden zijn post waarneemt. IV, 9.
Hoe ten aanzien v?n den eerften Prefiient. IV, 10.
Welke Leden tot Prasfi lent niet verkiesbaar zijn..IV , ir.
Aan den Prefiient Haat de beoordeeüng der redenen, waar door een Li 1 verhinderd word de Vergadering bij te woonen. IV, 14.
Wanneer door den Prefident buitengewoone Vergaderingen te beleggen. IV, 15.
Voorzorg tegen ver/.uim hieromtrent. IV, 16.
Beleid van den Prefi lent over de orde in het behandelen der zaaken. IV, 2.» 22. ' ;
B| (! >ten llrieven door den Prefiient te openen. IV, 23.
De Hequesten worden aan den Prefiient bezorgd.
IV, 24, ~5
De Prelident brengt de voordellen der Leden in overweging. IV, 26. .. ,
De P.<a»fide.nt is buiten alle nieuwe C^.mmi fïën. IV,
Werkzaamheden van den Prefi lent pij liet (temmen over de zaken, jjv, 45, 44, 47, 48- 49.
De Prefiient handhaaft de goede oHe en ftilte, en het refpect aan de Juditie verfc'uildigd. IV, 55.
In elk Gerecdtshof een Prelident te verkiezen door de Leden. V, 24.
D-' verkiezing te doen bij vnldrekte meerderheid. V,,2^.
Wanneer verkozen wordt , en zi,ne functie ingaat.
V, 26. _
Hv>e bij de eerRe oprichting der Hown. V, «7.
De afrredende PrefiJent niet dadelijk op nieuw te verkiezen. V, 28.
Wie bij verhindering zijn post waarneemt. V, 29.
Hoe bij overlijden , enz. V, 30.
Hoe tem aanzien van den eerften Pre'i féntj. V, 31.
Welke Leden tot■ Pricfi lent niet verkiesbaar zün. V, 32.
Buitengewoone ' Vergaderingen door den Prefiient te beleggen. V, 37, 38.
Beleid van den Prefi 'ent over de orde in het behandelen der zaaken. V, 42, 43.
F 5 Bri»-



5>o REGISTER.
Brieven door den Prefident te openen, en in den Raad mede te deelen. V, 44.
ttequesten, aan den Raad behoorende, te bezorgen aan den Prefident. V, 46.
De Prefident is verpligt de voordellen der Leden in overweging te brengen. V, 47.
De Prefident is buiten alle nieuwe Commisfiën. V, 58.
De Prefident zal, zoo veel mogelijk, zijn onder de Leden, die tot de afdoening der zaaken worden beftemd. V. 65.
De Prefident fielt den dag tot de afdoening der zaaken. V, 78.
In aüe zaaken door den Prefident hoofdelijke omvraage te doen. V, 79—83.
Indien de gevoelens eenftemmig fchijnen, fielt de Prefi lent terftond de Conclufie voor. V, 84.
Hoe, wanneer de gevoelens niet eenfiemmig zijn. V. 85—97. „
De Prefident handhaaft de goede orde, de ftilte en den eerbied aan de Juftitie verfchuldigd. V, 104.
De Prefi ient beoordeelt de redenen van des Griffiers afwezigheid. V, 108.
Zoo ook van den Secretaris. V, 144.
De Prefident, noodig hebbende buiten de Refidentie te gaan , mag zig door één der Leden doen vervangen. V, 155-
Het ftaat den Prefident vrij de afwezige Leden en Ministers , des noods, ten allen tijde te befchrijven. V, Ï57, 158.
De Prefident vermag den Procureur Generaal aan te zeggen, om in den Raad te komen. V, 166.
De P;efident bepaalt den dag tot het hooren der Pleidooi in Revifie. V, 227.
De Prefident neemt aan de Adjuncten Revifeurs den
Eed af. V, 229,
Wie als Prefident in Revifie fungeert. V, 231.
De Prefident bepaalt den dag tot de afdoening der zaak in Revifie. V, 234.
De Prefident ontfangt maandelijks van den Procureur Generaal een Lijst van de zaaken, waar in Gerechtelijke inrormatiën moeten worden belegt. VI, 27.
De Prefident ontfangt kennis door den Bailliuw van begaane moord, kwetfing,'enz. waar op een fchouwing volgen moet. VII, 6.
Or-



op de MANIER van PROCEDEEREN. 91
Orde op het Voorzicterfchap bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. Vlll, 23.
De Prefident van deeze Vierfciiaar is niet tot Secretaris verkiesbaar. VIII, 31.
Nog ook tot Commisfaris, om het Verhoor te beftuuren. Vijl, 52.
Verkiezing van den Prefident bij het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 20, 21.
Eed van den Prefident. IX, 22.
De Prefident beoordeelt de redenen van de afwezigheid der Leden. IX , 26.
Bij verhindering van den Prefident, door wien zijn post waar te neemen. IX, 27.
Bij overlijden van den Prefident eene nieuwe verkiezing te doen, en hoe inmiddels. IX, a8.
De Prefident kan niet benoemd worden tot Commisfaris, om het Verhoor te befiuuren. IX, 64. PRyEVEN 1 IE. De Hoven neemen bij Preventie kennis over de misdrijven, blijkende bij het onderzoek van Civiele Procesfen. V, 185.
Ook over misdrijven van Practizijns of Notarisfen in hunne functie. V, 186.
Wat door Preventie alhier te verdaan. V, 187. PROCURATIE. Zie FoNnc'it. PROCUREUR. Zie PraStUijn.
PROCUREUR GENERAAL. Verklaaring, alle jaarendoor den Procureur Generaal te doen nopens gitten, gaven, ot gefchenken. V, 15.
De Procureur Oeneraal mag geen ander Ampt of Post bekleeden. V, 16.
Aanftelling van den Procureur Generaal. V, i6t.
Hij heeft geen toegang in den Raad, dan na bekomen verlof. V, 162.
Wat hij moet in acht neemen bij het indienen van Requesten , en het doen van voordellen. V, 163.
Hij heeft tot dat einde toegang in den Raad , en mag ook butengewoone Vergadering vraagen. V, 164..
Wanneer hij verpligt is ten Hove te verfchijnen. V, 165, 166.
ilij mag niet in den Raad tegenwoordig blijven. V, 167. Xijn plaats in den Raad en op de Rolle. V, 168. Hij moet altijd bij de hand zijn. V, 169. Hoe te handelen, indien hij door ziekte of anderzints zijn post niet kan waarneemen. V, 170.
In



f% REGISTER
In welke zaaken hij niet mag fungeercn. V, 171. Hoe in die gevallen moet worden gehandeld. V, 172, Hoe, indien hij ambshalven moet afwezig ziin. V, 173, Zijn plicht in alle die gevallen. V, 174. Hij gedraagt zig ook naar zijne bijzondere InftrucTie.
V, 175.
Wat moet gefchieden bij zijn overlijden, of wanneer hij ophoudt zijnen post re bekleeden. V, 176.
Hij adfifteert hij de. vifitatié der Gevangen r Tucht -en Gijzel - huizen , doch niet van de Verbeterhuizen. V, 282.
De Exfecuteur bij de Gerechtshoven ftaat onder de ordres van den Procureur Generaal. V, 290.
Hij wordt op de aan-en afftelHng van den Exfecuteur en van de Dienaars door het Hof gehoord. V, 291.
Waar in het ambt van den Procureur Generaal bedaar,
VI, 1.
Hij is verpligt correspondentie te houden tot) het opfpooren der misdadigers. VI, 2.
Eenige misdaad verneemende, waar op bij den P.aiüiuw niet geinquireerd Wordt , moet hij dadelijk daar tiaar . recherches doen. VI, 3.
Hij' mag geene aan hem gedaane opgaven doen onderteekenen, of beëedigen. VI, 4.
Waar op hij bij het inwinnen van die opgaaven te let* ten heeft. VI, 5.
Hij moet de informatiën nemen, hem door den Agent van Juftitie opgegeeven. VI,. 6, 7, g-
Hij dient het Hof van bericht, en advies. VI, 9.
HU is verpligt de ordres van het Hof te exfecuteeren. VI, '10.
Hij mag tot de dingtaalen en pleidooijen geen Prsctizfjn . gebruiken. VI, n.
Hoe zijne Requesten, Conclufiën , enz. in te richten.
..VI. £9,
Hij mag geen Copiën maken van papieren, welke hij Weeën? het verhandelde bij den Raad bekonmr. VI, 13.
De papieren ren HoVe te rug te brengen . wanneer hij •onhouclt zijn post te bekleeden, of de zaak geëindigd is. ' VI', 14, 1$.
.Wanneer door hem aan 't Hof verzoek te doen tot het 'beleggen van informatiën. VI, 16.
Wanneer nadere informatiën door hem in te winnen. VI, 17, 28.
De



op de MANIER van PROCEDEEREN.
De vraag - pointen aan Commisfarisfen over te «even. VI, 18.
Hoe hij de Getuigen moet doen dagvaarden. VI, 19.
Hoe hij moet handelen met onwillige Getuigen. VI, 20.
Hoe de Procureur Generaal bij het verhoor der Getuigen zig moet gedragen. VI, 21.
Van het verhooren van een Getuigen aan deszelfs woonhuis. VI, 22. .
Wanneer hij bevoegd is zonder auct irifitie informatica in te winnen. Vi, 23.
Hoe te handelen met Getuigen, buiten 's Hofs Departement woonende, VI, 24.
Hoe met Getuigen , buiten de Republiek woonachtig zijnde. VI, t$.
Hoe door den Procureur Generaal een Criinïneelen Rechts-ingang te verzoeken. VI, 26,
Maandelijks door hem aan 'sllofs Prefiient een Lijst over te geven van de zaaken , waar in informatiën belegt moeten worden.. VI, 27.
Hoe hij den verleenden Rechts-ingang moet doen exploicteeren. VI, 29.
Hoe apprehenfiëu te laaten doen, zoo in, als buiten het Departement. VI, 30, 31, 32.
Plicht van den Procureur Generaal, wanneer door den befchuldigden eene fultenue van incompetentie wordt voorgedragen. VI, 33.
De vraag- pointen tot verhoor van den befchuldigden aan Commisfarisfen ovvr te geven, VI, 34, 35.
Hoe hij zig, ten aanzien van de Gevangeneu of Gegijzelden, heeft te gedragen. VI, 36.
Van het inrichten der Iuterrogatoriën. VI, 3^.
Nider verhoor van den befchuldigden. VI, 38.
Voordragt van den Procureur Generaal omtrent de wijze , waar op de zaak zoude behooren te worden afgedaan. Vf, 39-
Plicht van denzelven, om voor de onfchnld, en tot ontflag van Gevangenen te Waaken» VI, 40.
Hoedanig zijn crimineelen Eisch in te richten. VI, 4t.
Hoe te handelen ten aanzien van een befchuldigden, die eersi ontflagen geweest zijnde, naderhand weder wordt ontboden, en daar aan niet voldoet. VI, 42 , 43.
Ontfangeae boeten aan den Laude te 'verantwoorden. VI, 44.
Hoe



P4 REGISTER
Hoe hü nv>et bundelen met gecondemneerden, die onvermogend zijn de kof ten te betaalen. Vj, 45.
Eed van den Procureur Generaal. VI, in fine.
Iiif ontfangt vier maulen 'sjaars van de Bailliuwen een Lijst van de aanhangige extraordinaire Procesfen. VII <.
Wanneer de BailliuW aan den Procureur (ieneraal' bericht van gidaane appreheniiën geven moet. VII, 7. PRO DEO. Aan Armen admisfie Pro Deo te vcr'lcenen.
II, 12.
Deeze admisfie is aan tegenfpraak onderworpen. II, 13.
Wanneer in civiele zaaken Revifie Pro Deo te verkenen. II, 316.
Wanneer in crimineele zaaken. III, 182.
Wanneer Practizijns Pro Deo aan onvermogenden toe te voegen. IV, 138. V, 214.
Perfoonen, die bij het Hof zijn toegelaaten, om Pr» Deo te worden bediend , betaalen geene Leges van de Griffie en Secretarie. V, 255. PRONUNTIATIE. Zie UiVfpraak. PROROGATIE. Zie Onderwerping.
PROTESTEN. Welke Protesten ir. de Notulen der Rechtbanken en Gerechtshoven al of niet aan te teekenen. IV, $1. V, 99.
PROVISIE. Provifioneele Vonnisfen zijn doorgaans aan geen hooger beroep onderworpen. II, 7, a.
Den Gedaagden niet verfchijnende, of in gebreken blijvende te excipiëeren of te antwoorden, wordt de Eisfcher toegelaaten, om op de Pro vifie recht te vraagen. II, 51» 60.
Op den eerften Rechtdag wordt de zaak op de Provifie Raande Rolle voldongen , en dadelijk , of op een kort daar opvolgenden dag, voorgedragen. II, 67, 260.
Verzoek tot provifioneele afdoening van 't arrest onder borgtocht. II, 155.
Daar op dadelijk te voldingen. II, 156.
In Maintenue of Spolie valt geene Provifie. II, 210, 2is.
Provifioneel verzoek, dat de Impetrant van boedel - afftand zal gaan in befioten hechtenis. II, 229.
Provifioneel ontfiag van een befchuldigden, met aanzegging, om op ontbod nader voor den Rechter te moeten komen. III, 108, 127. PURGE. Zaaken, waar in Appointement van Purge verzogt en verleend is, worden gebragt op de extraordinaire Rol, in een afzonderlijk Register. II, 47.



op de MANIER van PROCEDEEREN. 9%
Dezelve zaaken worden ook gebragt op eene afzonderlijke Pleit-Lijst. II, 260.
Wanneer en hoe Appointementen van Purge te vraagen. III, 70.
Niet te verkenen, na dat de Publieke Aanklager reeds een Decreet van Rechts- ingang bekomen heeft. lil, 71.
Hoe daar op verder te procedeeren. III, 72.
Wat te doen, als de Impetrant niet verfchijnt. III, 73.
Hoe den Impetrant te hooren. III, 74.
Hoe voorts te handelen op bewilliging of overgifte van den Procureur Generaal. III, 75.
En hoe, ingevalle van deszelfs tegenfpraak. III, 76.
Wanneer en hoe de Impetrant kan worden in hechtenis gefield. III, 77. PIJNBANK. Een befchüldigde mag nooit door pijn, fmert, ongemak , bedreiging of vrees , tot bekentenis gebragt worden. III, 89.
Een Hof of Rechtbank, of derzelver Commisfarisfen, het tegendeel doende, zijn misdadig. VIII, a, k.
Q- /
OüALITEIT. Exceptie, dat de Eisfcher de qualiteit niet bezit, die hjj zig toefchrijft. II, 61, g. Exceptie , dat de Gedaagde de qualiteit niet heeft, waar in hij is opgeroepen. II, 61, h.
R.
1Ü.AAD. Van het verzoeken van herziening van een Appointement van Commisfarisfen bij de Hoven aan den Raad. II, 34.
De Pleidooijen worden gehouden in den Raad van het Gerechtshof. II, 260
Op welke dagen de Raad van 't Hof gewoonlijk vergadert. V, 33.
Op welke uuren, en hoe lang. V, 34.
Verplichting der Leden om de Vergaderingen bij te woonen. V, 35, 36.
Buitengewoon» Vergaderingen. V, 37 — 39.
De



96
REGISTER
De Vergadering te openen met een Gebed". V, 41. Orde in liet behandelen der zaaken in den Raad. V, • 4a i 4%.
Welke zaaken in den Raad te behandelen. V, 45.
R questen , arm den Raad behoorende, door wien aan te 11 ei men. V, 46.
Requesten, voordragten enz. tot een voorloopig onder. Z' ek, door dei Raad te Rellen in handen van Commisfarisfen V, 55— 62.
Door hoe veeie Leden de zaaken bij den Raai afgedaan worden. V, 63—66.
Wijze van delibereeren en Remmen bij den Raad. V, ' 67 —IOi.
Wanneer en boe de Procureur Generaal toegang tct den Raad heeft. V, , 164, 167.
Plaats van den Procureur Get craal in den Raad. V, 16S.
Door alle de Leden van den Raad re raadplegen over . Berichren en Advitfen, aan de Wetgevende en Uitvoerende Macht, en aan den Agent van Jufiitie. V, 239. RANG. Rang der Leden bij de Gerechtshoven. V, 12.
Hoe ten aanzien van een aftredend Lid, het welk weder wordt ingekozen. V, 13.
Rans der Leden van 't Hof, en van de Adjuncten bij eene Revifie. V, 232.
Rang der Leden bij het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX , 24.
RAPPORTEUR. In welke zaaken bij de Hoven een Rapporteur te ftellen. V, 67.
Wat daaromtrent in acht te nemen. V, 68.
Niemand mag daarom aanzoek doen. V. 69.
Geheim te houden wie Rapporteur is. V, 70.
Plicht van den Rapporteur. V, 71.
Wie geen Rapporteur mag zijn. V, 72.
Het lezen der Stukken in den Raad mag niet gefchieden door den Rapporteur. V, 76.
Het advies van den Rapporteur wordt eerst ge/raagd. V, 79.
Met Rapport of advies van een afwezigen Rapporteur
wordt wel gelezen , maar in het optellen der ftemmen niet
mede gerekend, V, 10:.
Rapporteur in Revifie. V, 233. , Een Lid van 't Hof, als Rapporteur fungeereime m
zaaken waar in hij niet mag fungeeren , is misiadig.
Vlll, 4,4 RECHT-
\



op de MANIER van PROCEDEEREN. 9?
RECHTBANK. Zie Burgerlijke Rechtbank. ' RECHTDAG. Op hoe lang de Rechtdag aan een Inwooner der Republiek te. leggen. II, 40. Op hoe lans aan een Vreemdeling. H, 41. Voor ieder Rechtbank en Gerechtshof zullen zijn twee Rechtdagen in iedere week. II, 44,
Tegen welken Rechtdag eene tweede of derde dagvaarding te doen. 11, 55.
Partijen mogen den Rechtdag tot het dienen van hunne Conclufien vervroegen. II, 79.
Tegen welken Rechtdag een Appoinétement van Revifie te exploicteeren. 11, 318. Welken Rechtdag te beteekenen bij het exploiéteeren , van eene Dagvaarding in perfoon. III, 46. RbCHTKRS. Welke Rechters voor de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters moeten te recht (laan. VIII, 1.
Zij Haan voor deeze Vierfchaar te recht, al hebben zij opgehouden hunne posten als Rechters te bekleeden. VIII, 3.
Hoe misdrijven, door Rechters buiten hunnen post begaan , te vervolgen. VIII, 83. RECH fS - INGANG. Middel, om een crimiueeleu Rechtsingang zoo mogelijk voor te komen. III, 36.
Hoe een crimineele Rechts-ingang te verzoeken , en daar op te delibereeren. III, 43. VI, 26.
Driederleije Rechts-ingangen in crimineele zaaken. UI, 44-
Approbatie of Decreet van Apprehenfie. III, 45, 47.
Decreet van Dagvaarding in perfoon. III, 46, 49.
Decreet van gewoone Dagvaarding ter crimineele Rolle. Ill, 47, 50, 160—165.
De Rechter is in 't verkenen van één dier Rechtersingangen niet gebonden aan 'c verzoek van den publkken Aanklager. III, 52.
Hoe te handelen , wanneer de Rechter twijffelt over deszelfs bevoegdheid , voor het verkenen van een Rechtsingang. III, 54.
Een verkende Rechts-ingang belet den befchuldigden biet des Rechters onbevoegdheid te beweeren. lil, 55.
Geen Appoinétement van Purge te verkenen, na dat de publieke Aanklager reeds een Decreet van Rechts - ingang bekomen heeft, lil, 71.
Wanneer door den openbaaren Aanklager bij het Hoog © Ni-



os
REGISTER
Nationaal Gerechtshof een crimineelen Rechts-ingang te vragen. IX, 54.
Wanneer denzelven te verkenen. IX, 56. RECONVENTIE. Van Eisch in Reconventie. II, 73.
Wanneer geene Reconventie mag gedaan worden. II, 74.
Van vreemdelingen borgtocht voor het gewijsde in Reconventie te verz ieken. II, 75.
Van het antwoorden en voldingen in Reconventie. II, •76—78.
Hoe danige Reconventie in Maintenue gedaan mag worden. II,'210.
Een gedaagde wegens Spolie ken geene Reconventie 'doen. 11, 212.
RECUEIL De Rapporteur maakt van het Proces een behoorlijk Recueil of Uittrekzel. V, 71. RECCSATtE. Om welke redenen een Lid van de Rechtbank of het Gerechtshof als Rechter mag gerecufeerd worden. IV, A7j 29, 30. V, 48, 50, 5ï. REKEL. Voor welken Vrederechter reëele actiën op onro.-end goed 'moeten worden aangelegd. I, 31, a.
Reëel recht, het zij van eigendom, hijpotheek, of dergelijk , geeft grond ., om goederen van een Ingezeten der Republiek te arrefteeren. II, 133, a.
Arresten, uit kvachte van een reëel recht gedaan , zijn niet afdoenlijk onder borgtocht. II, 155.
Hoe Vonnisfen in reëele actiën ter executie te leggen. II, 278.
REFORMATIE. Zie Hooger Beroep.
REHABILITATIE. Wanneer het accord is tot Rand gebragt, de S'équestratie op te heffen, en den Schuldenaar te rehabiliteeren. II, 120.
REKENING. Voor welken Vrederechter de actiën tot het doen van rekening en verantwoording gebragt moeten worden. I, 31, b.
Oproeping der Schuldeifchefs in een infolventen boedel , om de Rekening van den Curator bij te woonen.
II- 1=4- .'
Deeze Rekening vooraf door Commisfarisfen naar te
gaan. II, 127.
De onwilligen tot het doen van Rekening bij exfecutie en gijzeling te noodzaken. II, 244, 305.
Van Comparitie tot het opnemen van Rekening. II,
24S' Hoe



©p de MANIER van PROCEDEEREN. 99
Hoe door Commisfarisfen op die Comparitie te handelen. II, 046.
De Exploictier of Bode levert, na het afloopen der exfecutie op roerend goed, eene rekening van ontfang en uitgaaf ter Griffie of Secretarie. II, 287. RÈLAAS. Relaas van den Bode bij den Vrederechter* Ij 34-
Als mede van den ExploirjUer, of Gerechtsbode. II, 42. Relaas wegens een gedaan arrest. II, 105. Relaas wegens eene gedaane exfecutie. II, 298. RELIËF. Zie Herftelling.
REPLIEK. Van het voldingen der Exceptiën bij Re- en Dupliek. II, 65.
Wanneer en hoe door den Eisfcher te repliceeren. II, 76.
Bij repliek alleen nieuwe Stukken te voegen. II, 80.
Gevolg van het niet repliceeren. II, 81.
Conclufie van Repliek in ordinaire crimineele Procesfen. Hl, 131.
RBQÜESTEN. Alle verzoeken om eenige Rechterlijke voorziening bij Request te doen, en derzelver vereischten. II, 14.
De Stukken daar bij te voegen. II, i*ï
Door wie de Requesten te teekenen. II, 16.
Op de Requesten eene Comparatie tot het hooren van partijen te ordonneeren. II, 17.
Uitzonderingen van deezen Regel. II, 18.
Hoedanig op de Requesten finaal te disponeeren. II, 23.
Van het uitgeven van Requesten zonder dispoütie. II, 24.
Wanneer den Verzoeker in de kosten te condemneeren* II, 25.
Die iemand wil dagvaarden, moet een Request inleveren. II, 26.
Inrigting der Requesten. II, 27.
De Stukken 'er bij te voegen. II, 28, 29.
Aan wien de Requesten in te leveren. 11, 31. IV, 24, V, 46.
Wanneer op deeze Requesten Comparitie te ordonneeren. II, 32.
Wanneer dat verzoek dadelijk te Verleeneu, of te Weigeren. II, 33.
Vereischten tot het exploicteeren der Requesten en Appoinctementen. II, 35.
9 * Hoe



190
REGISTER
Hoe met de Requesten te handelen in de Vacantiën.
IV, 25.
Alle Requesten, aan den Raad van 't Hof ingeleverd, zoo veel mogelijk, vooraf te ftellen in handen van Commisfarisfen, tot voorloopig onderzoek. V, 55.
Plicht van 's Hnfs Secretaris , indien buitentijds Requesten inkomen. V, 145.
Hoe de Procureur Generaal zijne Requesten moet inrichten. VI. n. REQUEST-KAMER. Commisfarisfen van de Rolle bij 'C HT zijn tevens Commisfarisfen van de Request-Kamer.
V. 120.
Tijd hunner functie. V, i2t. Hoe, wanneer inloopt in de Vacantie. V, 12a. . Wanneer Request-Kamer te houten. V, 127.-
Welke Requesten aan Commisfarisfen in te leveren. V, 128.
Hoe, wanneer buiten tijds Requesten inkomen. V, 129, 145.
De drie Commisfarisfen fungeeren altijd te zamen. V, 130.
Hunne dispofitiën in te richten op naam van 't Hof. V, 132.
Herziening bij den Raad. II, 34. V, 132. Zij moeten altijd bij de hand zijn. V, 134. In welke zaaken zij niet mogen fungeeren. V, 135. Bij verhindering hun post door anderen waar te nemen. V, 136.
De Secretaris bij het Hof is bijzonderlijk beflemd tot het werk van de Request-Kamer. V. 138.
Schikkingen omtrent de Request • Kamer in de Vacantiën. V. 154. RESUMTIE. Zie Herziening.
REVISIE. De Vonnisfen en Dispofitiën der Hoven zijn aan Revifie onderworpen. III, f'8. V, 220.
Van welke Vonnisfen in civiele zaaken geene Revifie valt II, 315.
Niet Pro Deo. II, 316.
Van Request om A'ppointement van Revifie. II, 317. Tegen welken Rechtd2g te exploicteeren. II, 318. De termijnen van Revifie zeer ftrict te houden, ii, 319. Of en hoe verre een Vonnis, niettegenftaande Revifie, ïxfecutabel is. II, 320.
Ver-



op de MANIER van PROCEDEEREN.
iei
Verzoek om verkorting van de termijnen der Revifie. ÏI, 32i.
Hoe ter Rolle te procedeeren. II, 322. Gevolg, als de Impetrant niet verfchijnt.. II, 323. Gevolg, als de Gedaagde niet verfchijnt. li, 324. Binnen welken tijd Adjuncten Revifeurs te verzoeken» II» 325.
Hoe de Requesten daar toe in te richten. II , 326. Bepaaling van den dag der Pleiclooij. II, 3517. Van het ligten der Stukken ook hangende" den tijd tot Revifie. 11, 328. Gevolg der compenf?tie van kosten in Revifie. II, 329, Na R.evifie geene verdere hulpmiddelen toe te laaten,
II, 330. V, 236.
Publieke Aanklagers mogen nimmer Revifie verzoeken.
III. 166.
Van welke Dispofitiën en Vonnisfen in crimineele zaaken ceen Revifie valt. ili, 177.
Wat tot een verzoek van Revifie in crimineele zaaken verëischt wordt, lil, 179.
Hoe aan een gecondemneerden tot Lijffiraf gelegenheid te geven, om Revifie te kunnen doen aantetkenen. JU, 180.
Hoe daar op te dispoueeren en te procedeeren. III. 181.
Wanneer Revifie Pro Deo van een crimineel Vonnis verleend zal worden, III, 182.
De zaaken in Revifie af te doen bij de voorige Rechters en Adjuncten Revifeurs, V, 221.
Getal van Adjuncten Revifeurs, V, 222.
De Rechters in Revifie mogen elkander niet beftaan binnen zekeren graad. V, 223.
Opgaave door het Hof te doen. V, 524.
Wie niet als Adjuncten mogen fungeeren, V, .225,
Vün de verhindering van één of meer der Adjuncten aan het Vertegenwoordigend Lichaam kennis te geven, V,
s2ö.
Befchrijving der Adjuncten. V, 227.
Hoe dè plaats van ontbrekende Leden of Adjuncten te vervullen. V, 228.
Eed van de Adjuncten uit de andere Hoven. V, 229.
Welken tijd te vaceeren tot het leezen der Stukken, en het hooren der Pleidooijen. V, 230.
Wie als Prefident jn Revifie fungeert, V, %%\°,
G 3 WW»



102
REGISTER.
Welken rang in de zittingen en omvragen te houden. V, 232.
Rapporteur in zaaken van Revifie. V, 233.
Dag tot afdoening te ftellen. V, 234.
Wat bij de afdoening in acht te nemen. V, 235.
De Vonnisfen van de Vierfchaar over de misdrijven der
Rechters, en van het Hoog Nationaal Gerechtshof, zijn aan geene Revifie onderworpen. VIII, 66. IX, 83. ROERENDE. Bij gebrek van aanwijzing eerst de roerende goe leren te exfecuteeren. II, 282.
Hoe het arrest op roerend goed te doen. II, 283.
Bewaaring der gearrefteerde goederen. I , 284.
De verkoop bij billietteu bekend te maaken» 11, 285.
De verkoop zonder ophouding te doen voortgaan.' II, 286.
Verantwoording van den Exploictier of Bode, na het afloopen der Exfecutie op roerend goed. il, 287,
Wanneer des befc'iuldigdens roerende goederen tot zekerheid van den Lande te inventarifeeren en fequestreeren. Hl, 153.
ROLLE. De zaaken worden bij den Vrederechter behandeld, volgens de or le der Rolle. J, 37.
Bij de Rechtbanken en Gerechtshoven worden gehouden twee Rollen, eene ordinaire, en eene extraordinaire. TL 44-
Verdeeling van de Rolle in Registers. II, 45. Welke zaaken tot de ordinaire Rolle behooren, II, 46, Welke tot de extraordinaire, li, 47. De zaaken voor den dienenden dag ter Rolle te brengen. II, 4S.
Partijen , niet tegenftaande des Rechters aanmaning , geene termijnen op hun tijd houdende, heeft de Rechter het vermogen de zaake van de Rolle te doen roijeeren. ii, 83.
Een Gedaagde in perfoon behoeft in geen geval te verfchijnen ter openbaare Rolle, dan alleen om het definitief Vonnis te hooren lezen. LI, 61.
Voor wien en wanneer bij de Rechtbanken Rol te houden. IV, 67.
Werkzaamheden van den Secretaris met opzigt tot de Rolle, IV. 68. De Vonnisfen ter Rolle uit te fpreken. IV, 69, Benoeming van Commisfarisfen tot de Rolle bij het Gerechtshof. V, 119,



op de MANIER van PROCE DEER.EN. 103
Tijd hunner Functie. V, 121.
Hoe, wanneer inloopt in de Vacantie. V, 122.
Tijd van het houden der Rolle. V, 123.
Houden van Dingtalen ter Rolle. V, 124.
Uitfpraak van Vonnisfen ter Rolle. V, 125.
Vonnisfen des Doods worden tiitgefproken ten overftaan van den vollen Raad, zittende ter Rolle. V, 126.
Wat de Secretaris bij het houden der dingtaalen :heeft in acht te nemen. V, 139.
Schikkingen omtrent c;e Rolle in de Vacantiën. V. 154.
Zitplaats van den Procureur Generaal op de Rolle. V, 168.
In ordinair Proces bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, de Rolle te houden in de volle Vierfchaar. VIII, 57-
Bij het Hoog Nationaal Gerechtshof de Rolle te houden voor drie Commisfarisfen. IX, 67.
Wat op de Rolle behandeld, en door Commisfarisfen beflisc wordt, en wat door het Hof. IX, 72.
S.
SaLARIS. Van mondeling verzoek tot begrooting eener Rekening van Salaris. II, 255.
Hoe te procedeeren, om begrooting en condemnatie tot betaaling eener rekening van Salaris te hek men. IJ, 256.
Wanneer partijen tot een gewoon Rechtsgeding te verwijzen. ii, 257.'
Van begrooting van Salaris valt voor geene van beide de partijen hooger beroep. II, 258,
Hoedanig het Salaris der Practizijns te regelen. IV, 139. V, 215.
De Gerechtsboden genieten een behoorlijk Salaris. IV,
Provifioneele bepaling van dat Salaris door de Rechtbanken. IV, 154. Nadere en verbeterde bepaalins' door het Gerechtshof.
IV, 155;
De Dienaars hebben Traftament, maar geene Emolumenten , dan voor adfiftentie bij een Civiel exploit. IV, 159, 160.
G 4 Le-



ï*4 REGISTER.
Leges van de Griffie en Secretarie bij de Gerechtshoven. V, 255, 255.
Van wie de Exploictiers hun Salaris genieten. V, 265. Provifioneele bepaaling daar van bij elk Hof te maakeii. V, 266.
Nadere bepaling te ontwerpen, onder goedkeuring van het Vertegenwoordigend Lichaam. V, 267.
Salaris der Bo 'en bij de Hoven. V, 271—273.
Dr Procureur Generaal ouder de hand naar eenige misdaad recherche doende, declareert deswege ten lasten van den Lande geen Salaris. VI, 3.
Een befchuldigden in de kosten gecoudemneerd zijnde, berekent de Procureur Generaal alleenlijk uitfchotten, maar peen Salaris voor hem zeiven. VI, 41. SCHADE. Een Exploictier of Gerechtsbode, een verkeerd exploit doende, is tot fchavergoeding aan de belanghebbende partije gehouden, i', 43. iV, 151. V, 262.
Een vreemdeling, arrest doende, moet borg Hellen voor alle kosten, fchaden en interesten, door het arrest te veroorzaaken. II, i>,6.
Wanneer de Arreftant op den dienenden Rechtdag niet verfchijnt, wordt het arrest met vergoeding van kosten, fchaden en interesfen afgedaan. II, 152.
Van het doen van opgave van kosten, fchaden en interesfen aan pai tijen. II, 247.
Hoe tot bescrootinff van dezelve te procedeeren. II, 248. SCHAVOT. Bij de exfecutie van een Dood vonnis wordt nimmer eenig Gebed of Godsdienftige plechtigheid in het openbaar of op het Schavot gedaan of toegelaaten. III, X14.
Aan een Gecondemneerden, die bevoorens, uit krachte van een Rechterlijk gewijsde, op een Schavot aan den lijve geftraft is, wordt geene Revifie Pro Deo verleend. Hl, 18- . b.
SCHENDEN. Gevolgen van het fchenden van een arrest. II, 157-
SCHEPEN Van Arresten, op parten fcheeps, het meerendetl niet uitmaakende. II, 139.
Van Arresten op een geheel ichip, of het meerendeel van dien. 11, 140.
Van Arresten op een zijlreê» liggend Schip, of op goederen aan boord. II, 141.
SCHERP,



op de MANIER van PR.OCEDEÏREN. 105
SCHERPRECHTER. Ellc Hof heeft een bi!zond?ren Scherprechter, die in de Relidentie-plaats moet wuoncii. V, 293.
Deszelfs aan- en afftelling ftaat aan het Hof. V, 294. Hij legt alle Sciiavot- ltraffen ter exfecutie. V, 295. Reglement bij het Hof voor denzelven te maaken. V, 296.
SCHIPPERS. Voor welken Vrederechter gebragt moeten wprdéri zaaken tegen Schippers, Scheepsgezellen, mitsgaders Lootfen en andere Zeelieden, die zig ophouden in fcht pen, liggende op Rroomen, ter Rheede, of in de Havens van Plaufeu, binnen deeze Republiek. 1, 31, c.
SCHORSSING. Zie Agent. Surcheance. Sufpenfie.
SCHOUT CRIMINEEL. Voor den Vrederechter komen de Calanges en Civiele Actiën, door de Schouten Crimineel te inltituëeren, wegens alle boeten of breuken, en andere kleine poenaliteiten. I, 2, 5, a. In elke Gemeente is een Schout Crimineel. IV, lat. De Bailüuw heeft gezag over de Schouten Crimineel. IV, 156.
De Rechtbank mag den Schout Crimineel in zijne bediening fchorsfen. IV, 157.
De Bailliuwen moeten correfpondeeren met, en houden toezicht op de Schouten Crimineel ia de onderfcheidene Gemeenten binnen hun Diftrict. VII, 2.
De Schouten Crimineel moeten, op verzoek van een Exploictier of Gerechtsbode, de fterke hand der Juftitie veriaenen. VU. 9. SCHOUWINGEN. Bepaaling van het geen omtrent het fchouwen van Lijken of gekwetlte Perfoonen moet wqrden in acht genomen. IV, 87. VU, 6.
Verbaal te houden van de onderrichtingen, bij de fchouwing bekomen. IV, 88.
Hoe te handelen omtrent ligte wonden of kneuzingen. IV, 89.
Een Lid van een Gerechtshof of Rechtbank, eenige opzettelijke valschheid of bedrog in of omtrent het doen van fchouwingen gepleegd hebbende, is misdadig. VIII, a, f.
SCHRIFITJUREN. Geene inftruckoite Schriftuuren van Practizijns worden bij den Vrederechter toegebuten. I, 36.
De Schriftuuren of Memoriën van Rechten in befchrevën zaaken worden door partijen aan eikander niet medegedeeld. II, 266.
6 G 5 Schrif-



loö REGISTER
Schriftuur, aan den Raad in te leveren, door de Practizijns van den befchuldigden, tegen wien zonder bekentenis op bewijs is Eisch gedaan. III, 122. SECRETARIS. Het lezen der Stukken bij de Rechtbank gelchiedt door den Secretaris. IV, 40.
Van den Secretaris en deszelfs werkzaamheden. IV, 56, 57-
Getal der Secretarisfen. IV, 58.
Door wien de post van Secretaris, bij verhindering, waar te neemen. IV, 50.
Hij moet tijdig in de Vergadering zijn. IV, 60.
Hij moet uit zijne aanteekeningen de bcfluiten opltellen en ter goedkeuring voordragen. IV, 6r.
De befluiten, te boek gelteld zijnde, door den Secretaris te teekenen. IV, 62.
Hij moet de (temmen opteekenen. IV, 63.
Hij moet Brieven, Actens, enz. Hellen en teekenen. IV, 64.
In welke zaaken hij zijn post niet mag uitoeffenen. IV, 65.
Eed van den Secretaris bij de Rechtbanken. IV, 66.
Werkzaamheden van den Secretaris, met opzigt tot de Rolle. IV, 68.
De Secretaris houdt Verbaal van de bevinding bij de vifitatie der Gevangen-, Tucht- en Gijzel - huizen. IV, 112.
De Secretaris heeft de aan- en atitelling en het beltuur over de werkzaamheden van de Klerken ter Secretarie.
IV, 144.
Aanltelling van den Secretaris bij het Gerechtshof. V, 137.
Waar toe dezelve beflemd is. V, 138.
Wat bij het houden der Dingtaalen in acht te neemen.
V, 139*
Stellen en teekenen van Stukken. V, 140.
Voorlezen der Vonnisfen. V, 141.
Wanneer hij ten Hove moet zijn, bij gewoone Vergaderingen. V, 142.
Wanneer bij buitengewoone. V, 143.
Redenen van verhindering, door wien te beoordeelen. V, 144.
Zijn plicht, indien buiten tijds Requesten inkomen. V, 145-
In welke zaaken hij niet mag fungeeren. V, 146.
s Wat



op de MANIER van PROCEDEEREN. 107
Wat in het teekenen en uitgeven van Stukken in acht te neemen. V, 147.
H uden van Registers door denzelven. V, 148.
Hij is verplicht, des noods, de post van den Griffier waar te neemen. V, 149-
Hij moet altijd bij de hand zijn. V, .150.
Eed van den Secretaris ■bi] de Gerechtshoven. V, 151.
.])e Secretaris, in de Vacantiëu van huis gaande, moet fchikkingen maaken op het waarneemen der zaaken. V, 156.
De Secretaris heeft de af- en aanftelling van den Commies en de Klerken , die onder zijn gezag ftaan. V, 2,50.
Leges van de Secretarie. V, 255, 256
Aanftelling, vereischten, eed en afltelling van den Secretaris bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 27 — 30.
Des noods fungeert een der Leden als Secretaris. VIII, 31.
Het Hoog Nationaal Gerechtshof is Rechter over alle misdrijven, door Secretarisfen van de Ministers deezer R publiek, of door Secretarisfen van^ Ambasface, in de waarreeming hunner posten begaan. IX, 1. SEQUÊS-TRA.TIE. Van het onder Sequeftratie ftellen van boedels wegens onvermogen. II, 107.
Voorzorgen tot bewaaring en veiligheid van zoodanige boedels. 11, 109, no.
Den gefequeltreerden boedel dadelijk te inventarifeeren. II, in.
Verkoopen der goederen en invorderen der fchulden. II, 112.
De penningen ter Secretarie te configneeren. II, 113. Sequeftratie doet de i'rocesfen en Exfecutiën ophouden. II, 114.
Opheffing der Sequeftratie. II, 120.
Verandering der Sequeftratie in eene Curateele. II, 121.
Sequeftratie in verlaaten en onbeheerde boedels. 11,131.
Arresten op goederen van gefequeftreerde boedels, waar te behandelen. II, 138.
In een boedel, waarin Appointement van boedel-befchrijving verleend is, bij gebreke van borgtocht een Sequester aan te ftellen. II, 217.
Wanneer de boedels van befchuldigden tot zekerheid van den Lande te fequeftreeren. lil, 153.
De



ï°8 register.
De Burgerlijke Rechtbanken hebben de aanftelling van Sequesters over infolvente of onbeheerde boedels. IV, 76. SOMMATIE. Alle Exfecutiën moeten begonnen worden bij Sommatie. II, 277.
Zells de Exfecutiën , dfe bij Gijzeling moeten worden vervolgt. II, 306. SPOLIE. De Gerechtshoven zijn eenig en alleen bevoegd Appointementen van Spolie te verkenen, en daar op verder rechtte doen. II, 5, c.
Alle zaaken van Spolie behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47, h. Van Appointement van Spoiie. II, 212. STAATS - REGELING. Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter in het crimineele, over de Leden van de Commislie tot herziening der Staats-regeling. IX, 1. STATEERING. Zie Opfckorting.
JSTHÏMMEN. In zaaken, die geene onmiddelijke afdoening vereisfeben, dag te Hellen, om over dezelve te raadpleegen en te hemmen. IV, 43,
In alle zaaken hoofdelijke omvraage te doen. IV, 44.
Daar bij de gevoelens met redenen te bekleeden. IV, 45.
Elkander niet in te fpreeken ofte hinderen. IV, 46.
Na de (temming het befluit voor te dragen. IV, 47.
De Secretaris moet de (temmen opteekenen. IV, 63.
Door hoe veele Leden de zaaken bij het Hof afgedaan zullen worden. V, 63 — 66.
In zaaken, die geene onmiddelijke afdoening vereisfchen, dag te ftellen. V. 78.
In alle zaaken hoofdelijke omvraage te doen. V, 79,
Oogmerk van de ee;fte omvraage. V, 80.
Daar bij de gevoelens met redenen te bekleeden. V, 81.
Elkander niet in te fpreeken of te hinderen. V, 82.
Hoe dit op te vatten. V, 83.
Indien de gevoelens eenfiemmig fchijnen , terftond de conclufie voor te dragen. V, 84.
Hoe, wannetrde gevoelens niet eenfiemmig zijn. V,85.
Hoe de Leden zig dan nader verklaaren. V, 86.
"Wat, indien daar op intfiel begeerd wordt. V, 87, 91.
Hoe ter beitemder tijd voort te'gaan. V, 88.
Hoe te handelen, indien 'er dan Leden afwezig zijn. V, 89, 90.
Alles afgeloopen zijnde, het befluit voor te dragen, en vast te ftellen. V, 92, 93, 97.
Ho©



Op de MANIER, van PROCEDEEREN. 109
Hoe het befluit moet vallen, indien tusfeheri' twee gevoelens de (temmen gelijk Haan. V, 94..
Hoe, wanneer 'er meer dan twee gevoelens zijn. V,95.
Indien 'er twijlïel is, de zaak tot klaarheid te brengen. V, 06. \\
Het befluit eenmaal genomen zijnde, kan niet veranderd worden, dan met eenpnartge bewilliging der Leden. ¥,98.
Welke Protesten al of niet aan te teekenen. V, 99,
Geene Conclutie te neemen, dan met Leden, die bij de geheele behandeling der zaak zijn tegenwoordig geweest. V, ioo.
Adviefen van afwezigen mogen niet gelden. V, 101.
De Griffier moet de (temmen helpen opteekenen. V, 112.
Wat bij de afdoening van zaaken in Revifie in acht te neemen. V, 235. STERFHUIS. Actiën van Erfgenaamen tegen Mede-erfgenaamen, Executeuren of RepraTentanten ineen boedel en nalaatenfchap, komen voor den Vrederechter van de plaats, waar het fterfnuis gevallen is. I, 31, b.
Uit kragte van een Appointement van boedel-befchrijving wordt aan de Schuldeisfchers en Legatarisfen dag beteekend, om te 'verfchijnen in 't fterfhuis, ten einde de goederen aldaar te zien inventarifeeren. II, 215. STRAFFE. Wat bij het exfecuteeren van doodllraf in acht te neemen. KI, 114.
vVat door ftralfe van infamie te verftaan. V, 182.
Wat door Lijfltraf. V, 183, 184.
De Procureur Generaal moet bij zijne Conclufie tot een bepaald zoort van (traffe concludeeren. VI, 41.
Waar, bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, de exfecutie der openbaare ftrafoelfsning verrigt word:. VIII, 69.
Waar bij het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 87. STUKKEN. In zaaken, waar in de Vrederechter rechtsdwang oeffent, moet de dagvaarding inhouden, melding der Stukken, waar op de Eisfcher zijne vordering grondt. I > 33 » e'
De Gedaagde voör den Vrederechter krijgt vifie, en des noods, Copie van des Eisfchers Stukken. I, 47.
Zoo ook de Eisfcher van des Gedaagdens Stukken. I. 48-
Hoe te handelen, wanneer de Gedaagde niet verkiest eenige Stukken over te-leggen, of ook wel de Eisfcher
van



Jio REGISTER
van zijn recht, tot het overleggen van nadere Stukken, geen gehruik maakt. 1, 54.
1 epaaling omtrent zaaken van minder aanbelang. I, 55.
Bij de Requesten , om Rechterlijke voorziening' de Stukken te voegen. II, 15.
Daar van op de Comparitie aan partije vifie, en des noods, Copie te geven, ii, 17.
Bij de Requesten, om Appointement van Dagvaarding mede de Stukken te voegen. II ,28.
Welke Stukken in Appèl. II, 29, 180.
Geene Stukken aan partijen te rug te geven, zoo lang de tijd tot herziening van een Appointement vam Commisiarisfen bij de Hoven nog loopende is. II, 34.
Infinuatie tot het vraagen van Copiën der Stukken, door den Eisfcher overgelegd. II, 56.
Van de Stukken op eene Exceptie dadelijk Copiën te leveren. II, 63, 64, 65.
Onder de Conclufie van Exceptie of Antwoord een Lijst van Stukken te (lellen. II, 69.
Wan neer Raande Rolle door den Gedaagden Copie zijner Stukken over te leveren. II, 71.
Infinuatie tot het leveren van Copiën van des Gedaagdens Stukken. II, 72.
Onder de Conclufie van Eisch in Reconventie een Lijst van Stukken te Rellen. II, 7%.
Onder de Conclufiën van Re- en Dupliek een Lijst te voegen van de nieuwe Stukken, ter wederlegging van het beweerde van partije dienende. II, 76, 77, 7S, 80.
De Tegenvrnagen , met de Antwoorden der Getuigen, kunnen door ieder der partijen, bij hunne over te gevene Stukken, gevoegd worden. II, 92.
In gefchillen tusfchen Ouders en Kinderen over het toeftaan van een huwelijk, wordt aan de Kinderen geene opening gegeven van de Stukken en Bewijzen, door de Ouders overgelegd. II, 242.
Na het voldingen geene verdere Stukken over te leggen. II, 259.
Van het ligten der Stukken ook hangende den tijd tot Revifie, II, 328.
Hoe aan de Practizijns van een befchuldigden, tegen wien in extraordinair Proces op bewijs is Eisch gedaan, vifie te geven van de origineele Stukken van den Procureur Generaal. III, 119,
Hoe



op de MANIER van PROCEDEEREN.
ui
Hoe de befchüldigde, in ordinair Proces ontfangen zijnde, Copie der Stukken van den Procureur Generaal bekoomr. III, 129.
Onder de Conclufie van Antwoord in het ordinair Proces een Lijst van Stukken te Hellen. III, 130.
De Stukken van een Crimineel Proces, door de Rechtbank aan het Hof gezonden , te Hellen in handen van den Procureur Generaal, en voorts van Commisfarisfen. III, 136.
Bij de Rechtbanken alle de Stukken in het Collegie te lezen. "IV, 39. ' . , T„ Door wien dit gefcniedt. IV, 40. Wanneer de Stukken onder de Leden rond te zenden.
De4 Léden mogen geene andere Stukken aanneemen.
IV, 42.
De Rechtbank, bij het onderzoek van een Proces, een misdrijf ontdekkende, Helt de Stukken in handen van den Bailliuw. IV, 84.
Bij 't Hof alle de Stukken in den Raad te lezen. V, 75.
Door wien dit gefchiedt. V, 76.
De Leden mogen geene andere Stukken aanneemen.
V, 77.
Wanneer eenige crimineele zaaken zijn geëindigd of onvervolgd blijven, moeten de Stukken door den Procureur Generaal ten Hove worden gebragt, en aldaar bewaard blijven. VI, 15.
Hoe, bü het fcheiden van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, met alle de Stukken en Papieren te handelen. VIII, 85.
Voorzorg daar omtrent. VIII, 86.
Hoe, wanneer de Vierfchaar weder bij één koomt. Vlll, 87.
Hoe, bij het fcheiden van het Hoog Nationaal Gerechtshof, met de Aanteekeningen en verdere Papieren te handeleu. IX, 100.
Reciefte neemen van de gedaane overbrenging. IX, 101.
Het overgebragte door het Gerechtshof, des noods, te mg te eisfehen. IX, 102. SUBMISSIE. Wanneer, en hoe verzoek te doen; om in Submisfie ontfangen te worden. III , 78.
Wanneer zulks te weigeren, en wat dan te doen. III, 79..
Wanneer teverleenen, en boe te vonnisfen. III, 80.
Hoe die Sententie te pronuntiëeren. III, 81. V, 125.
SUG-



II»
HEGISTElv
SUGGESTIE. In allen flaate van den Procesfe Haat liet doen van verdediging voor een befchuldigden, die afwezig of in hechtenis is, aan deszelfs Echtgenoote en Nabeftannden vrij. JU, 42. SURCHEANCE. Wanneer o.p een verzoek om Appointement van Interdictie Surcheance te verieenen. II, 161.
Wanneer de Surcheance te weigeren. II, 162.
Surcheance van den beteekenden dag, om m Gijzeling te verfchijnen, wanneer door den Rechter geordonneerd is, op de voldoening aan het Vonnis te compareeren. II, 309.
Van het verkenen van Surcheance van eene Exfecutie, waar in excestën of informaliteiten begaan zijn. II, 314. in finet
De PiaTident der Rechtbank mag, wanneer de Recht, bank niet vergaderd is, Surcheance verkenen. IV, 25.
De Rechtbanken benoemen twee of meer uit de Schuldeisfchers i 0111 toezicht te hebben op den boedel van den geen, die Surcheance van betaaling verzoekt. IV, 78.
De Rechtbanken en Gerechtshoven moeten altijd aan de fchorsfingen van hunne Vonnsfèn en Dispofitiën, door het Uitvoerend Bewind of den Agent van juftitie gedaan, geboorzaamen. IV, 130. V, 246.
Een Hof of Rechtbank, tegen die Surcheance handelende, is misdadig. VIII, 2, n.
Van de fchorsfing van een Vonriis of Dispofirie door den Agent van Juftitie, en het oordeel deswegens door de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 4, 8, *7, 43, 44 ,.45, 78, 8c SUSPENSIE. Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters zomtijds den befchuldigden provifioneel te fufpendeeren 111 zijn post. Vlll, 46.
Hoe die fufpenfie gefchiedt. VIII, 47. SUSPiCIEN. hen Rechter, die een befchuldigden over gantsch nieuwe zoorten van misdrijven hoort, alken op . algemeene fulpiciën, zonder dat 'er eenige bewijzen overgelegd waren, is misdadig. VIII, a, h. ,
T.
Tauxatie. Zie Begronting.
TEGEN-VRAAGEN. Van het hooren van getuigen op Tegen-viaagen voor den Vreaerichter. 1, 49 — 53.
Ge»



op de MANIER van PROCEDEEREN. 113
Gevolg, bij de Rechtbanken en Gerechtshoven, als partije met de Tegen - vraagen niet gereed is. II, 87.
Van het overzenden der Tegen-vraagen voor getuigen, die elders woonen. II, 90.
Van bet uitgeven der Tegen - vraagen, en Copie van dien, door den Secretaris. II, 92.
Verzoek van den openbaaren Aanklager, om getuigen , door den befchuldigden opgegeven, op Tegen-vraagen te hooren. III, 40, 41.
De getuigen van den Procureur Generaal te hooren op Tegen - vraagen , ten verzoeke van den befchuldigden, te» gen wien, zonder bekentenis, op bewijs is Eisch gedaan. III, 120.
TERMIJNEN. De Termijnen ter Rolle ftiptelijk te houden. II, 83.
Wanneer en hoedanig verlenging van een Termijn te verzoeken. II, 84.
, De Termijnen tot het aanteekenen en vervolgen van hooger beroep zéér ftrict te houden, eh tegen derzelver Verloop niet ligtelijk Reliëf te verleunen. 11, 172.
De Termijnen van Revifie zeer ftricT: te houden. 11,319. De befchüldigde bij het Hoog Nationaal Gerechtshof mag verkorting van Termijnen verzoeken. IX, 70, 71. TOEGANG. Zie Acces.
TOLK. Een befchuldigden, wiens taal dé Rechter niet verltaat, te hooren door middel van eën beëedigden Tolk. II', 63.
TRIPL1EK. Bij Dupliek nieuwe bewijsredenen voorgedragen zijnde, mag de Rechter aan dé partij het pleiten van 'Friph'ek vergunnen. II, 263*
TUCHTHUIS Zie Gevangenhuis.
TWISTGEDING. Het Haat niemand vrij eenig Twistgeding aan te vangen, zonder zig alvoorens tot den Vrederechter te hebben vervoegd; I, 1. II, j. Welke zaaken daar in zijn begrepen. I, 2. Uitzonderingen op dezelve. I, 3. II, 2. Voor welken Vrederechter de Twistgedingen moeten Worden aangelegd. I, 30, 3Ï'.
Door Sequesters of Curateurs in een infolventen boedel gèene Twistgedingen over te neemen en te vervolgen, .dan met voorkennis van Commisfarisfen. II, 114. TWTJFFELING. Hoe de Rechtbanken handelen moeten, wanneer het twijffelachtig is, aan welken Rechter de zaak Van den befchuldigden'behoort. III, ioa.
H Hoe



iHr .REGISTER,,
Hoe de Rechtbanken en Gerechtshoven moeten handelen, wanneer hun in de Manier van Procedeeren eenige duifteiheid of dubbelzinnigheid voorkoomt. IV, 1-3,1. V, 247.
U.
UlTDEELING. Van het uitdeelen der Penningen, na het houden der Preferentie, zoo niet geappelleerd is. M, 130.
UITGIFTE. Geene Requesten uit te geven zonder dispo, luie., dan alleen uit hoofde van gebrek in de form. II, 24. UITSPRAAK. De uitfpraak van den Vrederechter, vol. gens een Acte van verblijf gevallen, is geen hooger beroep onderhevig, ten zij dit uitdrukkelijk is voorbedongen. I, ai.
Bij de Burgerlijke Rechtbanken behooren alle verzoeken, om condemnatie op uitfpraaken van Scheidsmannen , uitgebragt op een verblijf, het welk onder de hand , of .zonder overgift van willige condemnatie, verleden is.
II, 3, k, 22.
Exceptie, dat de zaak reeds bellist is door uitfpraak : van Scheidsmannen. II, 61, e.
Van beroep van uitfpraaken van Scheidsmannen. 11,190. De Vonnisfen in 't openbaar uit te fpreeken. II, 273. Een Gedaagde in perfoon verfchijnt ter Rolle, om het definitief Vonnis te hooren uitfpreeken. III, 61.
Hoe eene Sententie in Submisfie wordt uitgefproken.
III, 8r. ö * Uitfpraak van Crimineele Vonnisfen, voor derzelver exfecutie. III, 155, 164. IV, 118.
De Vonnisfen worden door den Secretaris ter Rolle uitgefproken. V, 125, 141.
Vonnisfen des doods worden uitgefproken ten overftaan van den vollen Raad. V, 126.
De Vonnisfen in Revifie worden in de Vergader-kamer, met open deuren, uitgefproken. V, 235. , Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters worden alle Vonnisfen, ten overftaan van de volle Vierfchaar, gepronuntiëerd. VIII, 58.
De Acte van gemelde Vierfchaar, waar bij nopens de fchorsfing van een Vonnis of Dispofuie gedisponeerd
wordt a



op de MANIER van PROCEDEEREN. lij
wordt, wordt ter Rolle van het Hof of de R:chtbaak gepronuntiëerd. VIII, 78.
De pronuntiatie van Vonnisfen, bij het Hoog- Nationaal Gerechtshof uitgebragt, gefchiedt ten óveritaan van de volie Vergadering van het Hof. IX, 76. UITSTEL. Door den Vrederechter en Bijzitters in zonderlinge gevallen uitftel te verleenen tot het doen verfchijnen der getuigen. I, 52.
Wanneer de Gedaagde de fchuld bekent, als dan uitftel, onder borgtocht, te verleenen. I, 56.
Hoe te handelen, wanneer de Gecondemneerde in gebreken blijft, borgen te ftellen, of niet op de gefielde termijnen voldoet. I. 57. '
De Burgerlijke Rechtbanken neemen kennis van, en beflisfen over alle verzoeken, om uitftel van betaaling. II, 3,f.
Alle beneficiën van uitftel van betaaling behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47, ƒ.
Partijen mogen elkander, omtrent de termijnen ter Rolle , geen uitftel verleenen. II, 83.
Wanneer en hoedanig verlenging van een termijn te verzoeken. II, 84.
Van verzoeken om Appointement van uitftel van betaaling. II, 233.
Hoe op het daar toe ingediend Request te disponeeren. II, 234.
Hoe ter Rolle te procedeeren. II, 235.
Gevolg, als de Impetrant niet verfchijnt. II, 236.
Gevolg, als de Gedaagden niet verfchijnen , of niet antwoorden. II, 237.
De verkoop van roerende goederen, in esfecutione gear*. refteerd, zonder ophouding te doen voortgaan. II, 286.
De exfecutie op onroerende goederen zonder ophouding te vervolgen. II, 292. UITVOEREND BEWIND. Indien de geapprehendeerde op heeter daad bevonden wordt te zijn een Lid van het Uitvoerend Bewind, zal de Rechter daar van onverwijld kennis geven aan het Vertegenwoordigend Lichaam. III, 5.
Hoe te handelen, wanneer de befchüldigde een Lid is van het Uitvoerend Bewind, en niet op de daad zelve agterhaald is. III, 101.
Aan het Uitvoerend Bewind, door elke Rechtbank en Gerechtshof, voordragt te doen omtrent het beftuur der H a Ge-



ut REGISTER
Gevangén-, Tucht- en Gijzelhuizen, en dè wijze Van be<« taaling. IV, 109. V, 281.
Tot verbetering deezer Huizen den noodigen voordragt »an het Uitvoerend Bewind te doen. IV, 113. V, 286.
De Rechtbanken en Gerechtshoven zijn verplicht aan het Uitvoerend Bewind de gevorderde Berichten te gevent IV, I2i< V, 237.
De Rechtbanken en Gerechtshoven moeten altijd aan de fchorsfingen vin hunne Vonnisfen en Dispofitiën, door het Uitvoerend Bewind gedaan , gehoorzaamen. IV, 130. V, 846.
De Procureur Generaal bij de Gerechtshoven wordt aangebreid door het Uitvoerend" Bewind- V, 161.
Aan het Uitvoerend Bewind kennis te geven , Wie bij overlijden van den Procureur Generaal door bet Hof gefield is, om middelerwijl te fungeeren. V, 176.
De Agent van Juftitie vraagt van het Uitvoerend Bewind de nadere bcpaaling en bezorging van de noodige bedienden en behoeften tot de Vierfchaar over de misdrijf ven der Rechters. VIII, 13.
Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter in het crimineele over de Leden van het- Uitvoerend Bewind. IX, r.
Dit Gerechtshof wordt te zamen geroepen door het Uitvctrend'Bewind, op last van het Vertegenwoordigend Lichaam. IX, 2.
Aan bet Uitvoerend Bewind mag door het Departementaal Hof nader opening verzogt worden omtrent de perfoon of zaak , waar over het Nationaal Gerechtshof wordt zaamgeroepen. IX, 6.
Door het Departementaal Hof van den uitflag der Loting kennis te geven aan het Uitvoerend Bewind. IX, 17.
Indien het Nationaal Gerechtshof noodig oordeelt de ïnzage in eenige Stukken, Registers enz. tehehben, doet heü Zelve"daar toe het noodig Verzoek aan het Uitvoerend Bewind. IX, 66.
Kennis te geven aan-het Uitvoerend Bewind, wanneer de Leden van het Hoog Nationaal Gerechtshof op nieuw moeren worden befchrevën. IX, 91. UITZINNIGEN. Uitzinnige perfoonen, befchuldigd zijnde , zonder Vonnis te confineeren. III, 112.
De Burgerlijke Rechtbanken doen de aanftelling van Curateuren over de perfoonen en goederen van krankziïini-' gen, IV, 74,



09 de MANIER, van PROCEDÈXREN. U?
,V ACANTIE. In de Vacantiën, desnoods, ook rechtte doen. II, 97.
Hoe met de Requesten te handelen in de Vacantiën*
ÏV, asRegeling der Vacantiën bij de Rechtbanken. IV, 70, Hoe veel en wanneer bij de Hoven Vacantiën zijn. Vs
152-
Eenige Leden moeten altijd in de Refidentie blijven, V, I5S«
Schikkingen omtrent de Rolle en Request-kamer. V, 154-
. L)e Leden mogen, bij overeenkomst, elkander veryangen. V, 155.
Hoe, ten aanzien van de Ministers. V, 156.
De afwezige Leden en Ministers, des noods , ten allen tij ie te befchrijven. V, 157.
Voorzorg, ten einde zulks nier worde verijdeld. V, 158,
Welke zaaken nimmer om de Vacantie mogen worden nagelaaten. V, 159,
in dezelve mogen de beide Commisfarisfen zig niet te gelijk door anderen doen vervangen. V, ïöo.
Hoe te handelen, wanneer een Hof in de Vacantie-aanfchrijving ontfangt tot het bijéénkomen van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 14.
Bij deeze Vierfchaar, gelijk ook bij het Hoog Nationaal Gerechtshof, mogen geene Vacantiën worden gehouden. Vlll. ét. IX, 77. VAGABONDEN. Rechterlijk Decreet van apprehenfie is altijd noodig, behalven tegen yreemde Vagabonden. III, 17.
Aan zoodanige Vagabonden wordt geene Revifie Pro Deo verleend. UI, 181, a,
Waar vreemdelingen en zwervende ingezetenen te recht ftaan. III, 91, 92, 95,
Hoe de Bailliuw verplicht is te handelen met zwervende vreemdelingen, die door een Schout Crimineel, of Dienaar der juftitie, zijn aangehouden, VII, 4, VEGTERTJEN. De Vrederechter is met een Rechterlijk vermogen bekleed in alle Actiën, voortvloeiende uit dreigingen, vegtingca of kwetfingen. Iv 3, k*



jiS REGISTER
VERBAAL. Verbaal te houden van de onderrichtingen j bii i1e fchouwing van een Lijk, ef gekwetst Perfoon, bekomen. IV, 88.
Van de bevinding bij de vifitatieder Gevangen-, Tuchten Gijzethuizen Verbaal'te houden. IV, na. V, 284. VERBETERHUIS. De Rechtbanken hebben teezicht over de Verbeterhuizen. IV, 106.
De Gerechtshoven hebben over dezelve het opper-toezicht. V,'278.
Bij de vilïtatie der Verbeterhuizen adfilteert de Procureur Generaal niet. V, 282. VERBLIJF. De Vrederechter heeft het recht, om aan de partijen een verblijf voor te liaan. I, 20.
De Vrederechter kan tot het aanneemen van zoodanig verblijf niet altijd genoodzaakt worden. I, 22.
Hoe condemnatie te bekomen op uitfpraken, door Scheidsmannen uitgebragt op een verblijf j het welk onder de hand. of zonder overgift van willige condemnatie, verleden is. .II, 3, h, 2*. VEREENIGEN. Zie Bevredigen.'
VERGADERING. Op welke dagen en uuren de Rechtbanken gewoonlijk vergaderen. IV, 12.
Verplichting der Leden, om de Vergadering bij te woonen. IV, 13, 14.
Buitengewoone Vergaderingen der Rechtbanken. IV, 15-17.
Compantiën, verhooren enz. te houden buiten den tijd der Vergadering. IV, 18.
De Vergadering te openen met een Gebed. IV, 19. Beleid van den Prasüdent over de orde in het behandelen der zaaken in de Vergadering. IV,. 20 — 22. Vergadering van het Gerechtshof. Zie Raad. VERGELIJK. Zie Accord. VERGOEDING. Zie Schade.
VERHOOR. Voorloopig verhoor van een geapprehendeerden op heeter daad. III, 5.
Een geapprehendeerden, wegens overtreeding van bannisfement, ten eerden te hooren. III, 10. IV, 85.
Vervolgens denzelven nader te hooren. III, 13.
Wat bij het verhoor van getuigen moet worden in acht genomen. III, 20—34.
Hoe te handelen, wanneer een Gevangen of Gedaagde in perfoon weigert te antwoorden. III, 02.
Een



or dk MANIER, van PROCEDEEREN. 119
Een befchüldigde, wiens taal de Rechter niet verftaat, te hooren door middel van een beëedigden Tolk. III, 63.
De Vraag-pointen vooraf door Commisfarisfen te examineeren. UI, 65. VI, 34, 35.
Hoe te handelen op nieuwe pointen van befchuldiging. III, 66, 67, 68.
Hoe een Impetrant van Appointement van Purge te hooren. III, 74.
Wat in het verhoor van befchuldigden in acht te neemen. III, 8a.
Hoe na elk verhoor te handelen. III, 83.
In alle verhooren, zoo wel op de onfchuld, als op de fchuld, onderzoek te doen. III, 85.
Den befchuldigden af te vraagen, wat hij tot zijne verdediging weet in te brengen, en op welke getuigen of bewijzen hij zig beroept. UI, 86.
Wanneer, hoe dikwils, binnen hoe veel tijd, en in welke orde de befchuldigden moeten worden gehoord. III, 88.
Hoe verhooren van Confrontatie moeten worden ingericht. III, 90—104.
Hoe het verhoor van een befchuldigden te houden voor voltrokken. UI, 106.
' Een befchuldigden, die alleen op bewijs, zonder bekentenis, ter dood is gecondemneerd, na de aanzegging nog eens te hooren. III, ia6.
Nader verhoor, des noods, van den befchuldigden, wiens zaak, door de Rechtbank, aan 't Hof gezonden is.
III, 138.
Verhooren te houden buiten den tijd der Vergadering.
IV, r8. V, 40.
l)e Procureur Generaal mag, buiten de verhooren, de Gevangenen niet onderhouden. VI, 36.
Van het inrichten der Interrogatoriën tot de verhooren. VI, 37.
Nader verhoor van den befchuldigden door den. procureur Generaal met Commisfarisfen te bepaalen. VI, 38.
Een Lid van het Gerechtshof of Rechtbank, in of omtrent het doen van verhooren van getuigen of befchuldigden, eenige opzettelijke valschheid of bedrog pleegende, of den befchuldigden over andere misdrijven buiten het Decreet ondervraagende, is misdadig. VIII, 2, ƒ, / en /.
Bij de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, en - bij het Hoog Nationaal Gerechtshof, gefchieden de verH 4 hoo-



H? REGISTER
hooren in de volle Vergadering, doch worden niet te min beftuurd door Commisfarisfen. VTIf, 50, 51. IX, 62, 63. VERKOOP. Appointementen van auétorifatie, tot verkoop van bederffelijke goederen, zijn geen hooger beroep onderworpen. II, 7, h.
Zoodanige verzoeken om auftorifatie worden verleend zonder voorafgaande verhoor, wanneer eigenaars of belanghebbende buiten 'sLands woonachtig zijn. II, 18, f„
Verplichting vati Sequesters en Curateuren tot het'verkoopen der goederen, welke bederf onderworpen zijn. II, 112.
Curateuren jn infolvente boedels moeten de goederen , tot die boedels behoorende, doen verkoopen, en tegelde maaken. II, 123. Verkoop van roerende goederen bij Exfecutie. II, a8<, 1 a86. '
Insgeliiks van onroerende. II, 295 — 299. VERLATEN. Behandeling van verlatene en onbeheerde
boedels. II, 131. VERNIETIGING. De Gerechtshoven zijn alleen bevoegd, om in zaaken, die geen hooger beroep onderworpen zijn, de Vonnisfen , Dispofitiën of Uitfpraaken door een Appointement van Casfatie te vernietigen. II, 5, e, ;68, 169. V, 205.
Hoe in Appèl eene onverwijlde vernietiging te vorderen. II, 178 , 179.
Vernietiging van een Vonnis of Dispoütie door de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 77, 78 , 79. VERSCHOÓNTNG. Hoe een Lid der Rechtbank, of van het Gerechtshof, zig in 'i geval bevindende van tot de deliberatiën niet te mogen worden toegelaaten, zig daar van moet verfchoonen. IV, 31, 32. V, 52, 53. .VERSCHIJNING. Hoe te handelen, wanneer geen van beide de partijen voor den Vrederechter verfchijnt. 1, 38»
Hoe, wanneer de Gedaagde alléén verfchijnt. I, co.
Hoe, wanneer alleen de fcisfcher verfchijnt. I, 40.
Hoe , wanneer beide verfchijnen. I, 41.
Hoe te handelen , wanneer de Getuigen voor den Vrederechter niet verfchijnen, of yerfchenen zijnde, niet gehoord worden. 1, 51, 52.
Gevolg, wanneer de geen, «Re tot het afleggen van den hem opgelegden Eed gedagvaard is, of die tot het zien afleggen daar van geroepen was, niet verfchijnt. I, 62.
Von-



pjp de MANIER van PROCEDEEREN. tn
Vonnisfen, gewezen tegen perfoonen, die op de gedaane dagingen niet verfchenen zijn, zijn geen hooger beroep onderworpen. II, 7, e.
Gevolg, als bij de Rechtbank of het Gerechtshof de Eisfcher niet verfchijnt. II, 49, 50.
Gevolg, als de Gedaagde niet verfchijnt op de eerfte Dagvaarding. II, 51.
Op de tweede. II, 52,
Op de derde. II, 53.
Gevolg, als de Getuigen niet verfchijnen. II, 83.
Gevolg, als de ArreRant niet verlchijnt. 11, 152.
Gevolg, als de Gearrefleerde niet verfchijnt. II, 153.
Gevolg, als de geep, onder wien 't Arrest gedaan is, niet verfchijnt. II, 154.
Gevolg, wanneer de Impetrant van Appointement van Interdictie en Dagvaarding niet verfchijnt. II, 164.
Gevolg, als de Appellant niet verfchijnt. II, 187.
Gevolg, als de Geappelleerde niet verfchijnt. II, 188.
Gevolg, als de Gedaagde bij Appointement, om Actie te inltituëeren, niet verfchijnt. II, 193.
Gevolg van het niet verfchijnen der Gedaagden bij Appointement van willig Decreet. II, 198.
Gevolg van het niet verfchijnen van den Gedaagden bij Appointement van Dagvaarding tot Vrijwaaring. II, 201.
Gevolgen, als een Gedaagde, om getuigenis der waarheid te geven, niet verfchijnt. II, 204.
Gevolgen van het niet verfchijnen van den Gedaagden bij Appointement van Maintenue. II, 211.
Gevolg, als de Gedaagden bij Appointement van boedel befchrijving niet verfchijnen of antwoorden. II, 222.
Gevolg, als de Impetrant van Appointement van boedel-afftand niet verfchijnt. II, 231.
Gevolg, als de Gedaagden niet verfchijnen of niet antwoorden. II, 23a.
Gevolg, als de Impetrant van Appointement van uitftel yan betaaljng niet verfchijnt. II, 236.
Gevolg, als de Gedaagden niet verfchijnen of niet antwoorden. II, 237.
Gevolg, als één der partijen niet verfchijnt om te pleiten. II, 264.,
Hoe in de zaak van een Gedaagden, die aanhoudend weg bliifc, te vonnisfen. II, 270, 271.
Gevolg, als de Gegijzelde aan de heteekening van gijzeling niet voldoet. II, 31a.
H 5 Ge-



12* REGISTER
Gevolg, als de Gegijzelde wel verfchijnt, maar niet voldoet. II, 314.
Gevolg, als de Impetrant in Revifie niet verfchijnt. II, 323- ■ *
Gevolg, als de Gedaagde niet verfchijnt. II, 324, .
Nier. verfchijnende of onwillige Getuigen in gijzeling te ftellen. III, 22.
Hoe te handelen, wanneer een Gedaagde in perfoon niet verfchijnt. III, 61, 144 — 148.
Wat te doen, als de Impetrant van Appointement van Purge niet verfchijnt. III, 73.
Hoe te handelen, wanneer een befchüldigde, uit kragt van een Decreet van gewoone Citatie gedagvaard zijnde, niet verfchijnt. III, 163. VERTEGENWOORDIGEND LICHAAM. Binnen welken tijd Adjuncten Revifeurs van het Vertegenwoordigend Lichaam te verzoeken. II, 325.
Aan het Vertegenwoordigend Lichaam onverwijld kennis te geven, wanneer een Lid van die Vergadering, of van het Uitvoerend Bewind, op heeter daad wordt geapprehendeerd. III, 5.
Aan het Vertegenwoordigend Lichaam kennis te geven , wanneer iemand, die bij een contumaciëel Vonnis van het Hoog Nationaal Gerechtshof, of de Vierfchaar over de 1 misdrijven der Rechters, gebannen was, naderhand wordt geapprehendeerd. III, 11.
Wanneer iemand door eene Politieke Macht is in verzekering genomen, en niet aan de Juftitie wordt overgegeven, vervoegt het Hof of Rechtbank zig daar over, des noods, aan het Vertegenwoordigend Lichaam. III, 16.
Wanneer de Rechter bevindt, dat de zaak aaneen Hoog Nationaal Gerechtshof behoort, de informatiën te zenden aan de Eerfte Kamer van 't Vertegenwoordigend Lichaam. III, 54. IV, ieo, 101.
De Rechtbanken en Gerechtshoven zijn verplicht de door het Vertegenwoordigend Lichaam gevorderde Berichten te geven. IV, 122. V, 237.
_ Door elk Gerechtshof een Lijst van het Salaris der Practizijns , aan het Vertegenwoordigend Lichaam ter goedkeuring, in te zenden. IV, 139. V, 215.
De aanftelling der Leden van de Gerechtshoven gefchiedt voor de eerfte maal door het Vertegenwoordigend Lichaam. V, 2.
Hoe



op oe MANIER van PROCEDEEREN. it'i
Hoe door het Vertegenwoordigend Lichaam bij vervolg de Vacatures in de Hoven te vervullen. V 4— 7.
Door het Vertegenwoordigend Lichaam te bepaalen de zekerheid, welke de Griffier, voor de bewaaring van ter Griffie opgebragte .Effecten en Gelden, ftellen moet. V, 117.
Hoedanig de Adjuncten Revifeurs, door het Vertegenwoordigend Lichaam uit de naastbijgelegene Gerechtshoven , te benoemen. V, 221 — 228.
Leges van de Griffie en Secretarie bij de Hoven, door het Vertegenwoordigend Lichaam, te bepaalen. V, 255, 256.
Door elk Hof een Lijst van Salaris voor de Exploictiers aan het Vertegenwoordigend Lichaam in te zenden. V, 267.
Desgelijks ook een Lijst van Salaris voor de Boden van 't Hof. V, 273.
Door den Agent van Juftitie, wanneer aan hem eenig misdrijf van Rechters voorgekomen is, kennis te geven aan het Vertegenwoordigend Lichaam, en Decreet van befchuldiging te verzoeken. VIII, 5, 6, 7.
Het Hoog Nationaal Gerechtshof is de eenige Rechter in het Crimineele over de Leden van het Vertegenwoordigend Lichaam. IX, 1.
Dit Gerechtshof wordt te zamen geroepen op last van het Vertegenwoordigend Lichaam. IX, 2.
Aan het Vertegenwoordigend Lichaam kennis te geven van de gedaane uitlooting der Leden van dit Gerechtshof. IX, 10, 12, 15, 16, 23.
Mitsgaders van de keuze van een openbaaren Aanklager. IX , 40.
Dit Gerechtshof geeft, alvooreus te fcheiden, kennis van deszelfs verrichte aan het Vertegenwoordigend Lichaam. IX , 99. VERWIJZING. Welke zaaken door den Vrederechter te verwijzen naar de Burgerlijke Rechtbank. I, 19, 43.
De zaaken, waar in de Vrederechter alleen Bemiddelaar is, aan de Rechtbank te verwijden, wanneer de Gedaagde op de tweede Dagvaarding niet verfchijnt. 1, 40.
De Burgerlijke Rechtbank neemt kennis over de zaaken , aan haar door den competenten Vrederechter verwezen. II, 3, a. IV, 71.
Wanneer vreemdelingen, arrest doende, met de zaak zelve te verwijzen naar hunnen gewoonen Rechter. II, 1 37.
Wan-



*H REGISTER
Wanneer in een gefchil over begrooting van kosten, partijen tot een gewoon Rechtsgeding te verwijzen. II, 257-
Wanneer een crimineele zaak uit hoofde van onbevoegdheid te verwijzen. UI, 54, 58, 59, 137. IV, 100, 101, 103.
Als 'er geen lijfftraf, infamie of verbanning uit meer dan één Departement kan vallen, de zaak door 't Hof aan de bevoegde Rechtbank over te laaten of te verwijzen. III, 141.
Wanneer aan het Hof misdrijven voorkomen, tot de kennisneeming van andere Rechters buiten hun Departement behoorende, dezelve aan dié Rechters te verwijzen. V, 194.
VERZEGELING. Zoo dra in een boedel Sequeftratie of Curateele verleend is, dadelijk :en huize van den Schuldenaar verzegeling te doen. II, 1C9. VERZOEK. Verzoek om Copiën van de Stukken, door den kislcher overgelegd. II, 56.
Verzoek om borgtocht voor de kosten, of voor het geeischte in Reconventie, tegen vreemdelingen. II, 57, 75.
Verzoeken der Gedaagden, die op de 'dagvaarding, uit kragte van een Appointement van boedel - afRand, verfchijnen. II, 228.
Verzoek, dat de Impetrant zal gaan in befioten hechtenis. II, 229.
Mondeling verzoek tot begrooting eener Rekening van kosten. II, 255.
Verzoek, om op de voldoening van een Vonnis, waar uit bij gijzeling geëxfecuteerd wordt, te compareeren. II, 309.
Een befchüldigde heeft geen voorafgaand verzoek noodig tot het bekomen van'Copie der Vraag-pointen, en van zijne antwoorden , na voltrokken verhoor. III, 04. VIERSCHAAR. Welke Rechters te verftaan zijn, die voor de Vierfchaar, over de misdrijven der Rechters, te recht ftaan. VIII, i.
Over welke misdrijven van dezelven deeze Vierfchaar kennis neemt. VIII, 2.
Ook al hebben zij opgehouden hunne posten te bekleeden. VIII, 3.
Door den Agent van Juftitie, zulke misdrijven ontdekkende, fomtijds fchorsfing van een Vonnis of Dispoütie te doen. VIII, 4.



op de MANIER van PROCEDEEREN. 125
In allen gevalle kennis te geven aan het Vertegenwoordigend Lichaam, en Decreet van befchuldiging te verzoeken. VIII, 5.
Hoe, indien het misdrijf is gepleegd Collegialiter, en hij niet kan ontdekken, wie in het befluit hebben toegeftemd. VIII, 6.
Of ook, wie over de zaak hebben kennis genomen, VIII, 7.
Hoe te handelen, indien door den Agent fchorsfing was verleend, doch het Decreet van befchuldiging geweigerd wordt. VIII, 8.
Hoe te handelen, indien het verleend wordt, en welke aanfchrijving aan de Departementaalè Hoven te doen. VIII, 9.
Wat daar in moet worden uitgedrukt. VIII, 10.
Wat omtrent den tijd van befchrijving in acht te neemen. VIII, 11.
Algemeene bcpaaling omtrent de plaats, waar de Vierfchaar moet vergaderen. VIII, 12.
Hij moet de nadere bepaaling vooraf vraagen aan het Uitvoerend Bewind. VIII, 13.
De Hoven, zoodanige aanfchrijving bekomende, moeten terftond tot uitlooting overgaan. VIII, 14.
Wie van de looting worden uitgezonderd. VIII, 15.
Zulks wordt door het Hof beflist, en wat daar omtrent in acht te neemen. VIII, 16.
Andere redenen van uitzondering. VIII, 17
Dezelve worden mede door het Hof beflist. VIII, 18.
De lootiüg gefchiedt verder over alle de Leden. VIII, 19.
Van de uitgelootene Perfoon kennis te geven aan den Agent. VIII, 20.
Ook aan de Perfoon zelve, indien hij afwezig is. VIII, ai.
"Bijéénkomst dier Vierfchaar. VIII, 22. O de op het Voorzitterfchap en den rang der Leden. VIII. 23. Eed. Vin, 24.
Niet te delibereeren dan met alle de Laden. VIII, 25. Hoe, indien daarin verhindering voorkomt. VIII, 26Ï Aanftelling van een Secretaris. VIII, 27. Zijne vereisehten. VIII, 28. Eed. VIII, 29. Afltelling. VIII, 30-.



X2<? REGISTER
Des noods fungeert één der Leden als Secretaris. VEH, 3t-
Betrekking van den Agent tot de Vierfchaar. VIII, 32.
Wijze van procedeeren. VIII, 33. ■ * Request door den Agent in te leveren, en wat daar bij in achtte neemen. VIII, 34.
Bii de Vierfchaar allereerst te overwegen of wel bevoegd is. VIII, 35.
Wat te doen, indien zij begrijpt onbevoegd te zijn. VIII, 36.
Hoe in dat geval de door den Agent verleende fchorsfing; op te heffen. VIII, 37.
Over het gefuftineerde misdrijf kan geen verder vervolg gefchieden, dan op de gewoone wijze. VIII, 38.
Wat te doen, indien de Vierfchaar geen ftoffe of genoegzaam bewijs vindt, om een Crimineelen Rechts-ingang te verleenen. VIII, 39.
Hoe in dit geval de door den Agent verleende fchorsfing op te heffen. VIII, 40.
Van de Requeste en 't Appointement Copie authentiek uit te geven aan den Agent. VIII, 41.
Over het vermeende misdrijf kan verder niet worden kennis genomen. VIII, 42.
Indien een Rechts-ingang verleend wordt, hoe te handelen omtrent de gedaane fchorsfing. VIII, 43.
Hoe dan de opheffing gefchiedt- VIII, 44.
Indien geen fchorsfing gefchiedt was, den Agent, des noods, daar toe te gelasten. VIII, 45.
Ook zomtijds den befchuldigden provifioneel te fufpendeeren in zijn post. VIII, 46.
Hoe die fufpenfie gefchiedt. VIII, 47.
De Rechts-ingangen en Citatiën, door wie te exploicteeren. VIII, 48.
Tot Apprehenfiën en Gijzelingen. door alle Rechters en Aanklagers, de hand te leenen. VIII, 49.
Verhooren te houden voor de volle Vierfchaar, door Commisfarisfen. VIII, 50.
Blijven altijd dezelfde. VIII, 51.
Wie daar toe niet mogen worden benoemd. VIII, 52.
Hoe te handelen, indien blijkt, dat andere of meerder Rechters fchuldig zijn, dan waar tegen Decreet is verleend. VIII, 53.
Buiten dat geval niemand in Rechten te betrekken zonder Decreet. VIII, 54.
Ook



ö? de MANIER van PROCEDEEREN. t&
Ook over seene andere misdrijven, dan welke daar in Vervat zijn. VIII, 55.
Van welke Stukken de Vierfchaar Vifie en Copiën kan vorderen. VIII, 56.
In ordinair Proces de Rolle te houden in de volle Vierfchaar. Vlll, 57.
Ook alzoo alle Vonnisfen te pronuntiëeren. VIII, 58.
Pleidooijen met ongefloten deuren. VIII, 59.
Wijze van raadpleegen en beiluiten. VIII, 60.
Geene Vacantiën, doch Wanneer op reces mag worden gefcheiden. VIII, 61.
Voorzorg in dat geval. VIII, 62.
De Vierfchaar befchikt over de bewaaring van befchuldigden. VIII, 63.
Ook alvoorens op reces te fcheiden, daar van aan dèn befchuldigden kennis te geven. VIII. 64.
Naar welke Wetten te oordeelen. VIII, 65.
De Vonnisfen inprovocabel. VIII, 66.
Van de ftraf van bannisfement. VIII, 67.
Van confinement. VIII, 68.
Openbaare Exfecutiën bij de Vierfchaar zelve. VIII, 69. Hoe, nopens geldboete, fchaavergoeding en kosten. VIII, 70.
In welke kosten een befchüldigde bij deeze Vierfchaar kan worden gecondemneerd. VIII, 71.
Indien de befchüldigde provifioneel is ontflagen geweest, kan, des noods, binnen zes maanden de Vierfchaar op nieuw worden befchrevën. VIII, 72.
Indien Borgen moeten worden aangefproken, gefchiedt zulks voor het Departementaal Hof. VIII, 73.
Hoe de Exfecutie, nopens geldfommen, te dirigeeren. VIII, 74.
De zes maanden, bij Artikel 72. vermeld, verftreeken zijnde, eindigt het reatus en de fufpenfie. Vill, 75.
Een gebannene bij contumacie daar na geapprehendeerd wordende, de Vierfchaar mede op nieuw te befchrijven. VIII, 76.
Bij welke Vonnisfen of Dispofitiën, nopens de fchorsfing, te disponeeren. VIII, 77.
Zulks gefchiedt bij eene afzonderlijke Acte. VIII, 78.
Gevolg van de vernietiging. VIII, 79.
Gevolg van de opheffing der fchorsfing, met opzicht tot de fataha. VIII, 80.
Gee»



£1 REGISTER
Gèehe andere fchorsfingeh door den Agent te doen, dan ingevolge deeze Inftructie. VIII, 81.
Geene andere misdrijven door hem bij de Vierfchaar te brengen. VIII, 82.
Hoe alle andere misdrijven, dóór Rechters begaan', te vervolgen. VIII, 83.
Van alle verrichtingen bij de Vierfchaar aanteekening te houden. VIII, 84.
Hoe daar mede en met alle verdere Stukken en Papiererf te handelen. VIII, 85.
' Voorzorg daar omtrent. VIII, 86. . .
Hoe, wanneer de Vierfchaar weder bil één koomt." VIII, 87.
VISIE. Hoedanig bij den Vrederechter aan partijen Vifie van Stukken té geven. I, 47, 48.
Op de Comparitie aan de tegenpartij Viffe te geven van de Stukken, bij des verzoekers Request overgelegd. II, 17.
Op welke wijze Oplevering, Vifie of Copie van Stukken te vorderen. II, 208.
Hoe aan de Practizijns van een befchuldigden, tegen wien zonder bekentenis op bewijs is Eisch gedaan , Vifie te geven van de origineele Stukken van den Procureur Generaal. II, 119.
Van welke Stukken de Vierfchaar oVer de misdrijven der Rechters, of het Hoog Nationaal Gerechtshof, Vifie en Copiën kan vorderen. Vlll, 56. IX, 66. VISITATIE. De Gevangen , Tucht- en GijzëlhUizen door de Rechtbanken en Gerechtshoven van tijd tot tijd te vifiteeren. IV, 110. V, 28a.
Bij de vifitatie naar het gedrag der geconfineerden onderzoek te doen. IV, 111. V, 283.
Van de bevinding bij de vifitatie Verbaal te houden. IV. 112. V, 284. VOEGING. Van zig met één van beide partijen in het
Proces te voegen. II, 94. VOLDINGEN. Van het voldingen der Exceptiën. II, 65.
Van het voldingen der zaaken bij Re- en Dupliek, zoo in Conventie, als in Reconvemie. II, 77.
Hoe ordinaire Crimineele Procesfen te voldingen. III, 131.
VOLMACHT. Men mag voor den Vrederechter een Gemachtigden zenden, mits voorzien zijndevan een behoorlijke Volmacht. I, 35.
Metf



op de MANIER van PROCEDEEREN. 129
Men mag tot het waarneetnen zijner zaak een Practizijn gebruiken, mits denzelven van behoorlijke Procuratie voorziende. Ii, 8. IV, 136.
Hoe, met .opzicht tot die Volmacht te handelen, in zaaken van Buitenlanders. IV, 137. V, 213.
De Practizijns moeten, bij het houden der Dingtaalen, . hunne Volmacht overgeven. V, 212. VONNIS. Partijen geene verdere Hukken overleggende, mogen Vrederechter'en Bijzitters dadelijk uitfpraak doen.
I, 54.
Hoe de uitfpraak van een Vonnis 'bij den Vrederechter gefchieden moet. I, 6i.
Van welke Vonnisfen men zig op een hooger Rechter kan beroepen. II, 7.
Exceptie, dat de zaak reeds beflist is door een Rechterlijk Vonnis. II, 61, e.
Form der Vonnisfen bij de Rechtbanken en Gerechtshoven. II, 269.
Hoe een Gedaagden, die aanhoudend weg blijft, te condemneeren. II, 270-
Hoe denzelven te Vonnisfen, als de Eisch niet gegrond is. II, «71.
Vonnisfen behelzen eene dispofitie omtrent de kosten.
II, 272.
Vonnisfen in 't openbaar uit te fpreeken. II, 273.
Door wien de Exfecutie der Vonnisfen moet worden Verricht. II, 274.
Hoe te VonnUfen, in de zaak van een Impetrant van Appointement van Purge, wanneer hij zijne onfchuld genoegzaam heeft bewezen. III, 75.
Hoe in geval van Submisüe te Vonnisfen. III , 80.
Hoe die Sententie te pronuntiëeren. III, 8i.
Hoe het Hof in crimineele zaaken zal recht doen op be»: kentenis. III, 114.
In deeze en alle andere Crimineele Vonnisfen moet de misdaad worden uitgedrukt. III, 115.
Hoe een definitief Vonnis uit te brengen óp bewijs zonder bekentenis. III, 123.
Hoe het Vonnis te exfecuteeren. Hl, 125, 133*
Hoe te handelen, wanneer het Vonnis , tegen een Gedaagden in perfoon, eene condemnatie tot lijfftraf hevat.
III, 134.
Algemeen vereischte van alle Crimineele Vonnisfen, dat dezelve moeten behelzen condemnatie of vrijfpraak. IJI,i35« I Van



13° REGISTER
Van het Vonnisfen in ziaken, die door de Rechtbank
aan het Gerechtshof ter afdoening gezonden zijn. Ï1I 14c Hoe te Vonnisfen, wanneer de befchüldigde , drie maaien gedaagd zijnde, niet verfchéenen is. III,
Alle Vonnisfen van de Gerechtshoven tot lijfi'traf te exfecuteeren ter plnatfe, en ten overftaan van de Rechtbank, waar de misdaad is gepleegd of de gecondemneerde woont. III, 155.
Vonnisfen tot confinement of bannisfement, hoe te exfecuteeren. III, 156.
Wat te doen, als dezelve Vonnisfen behelzen infamie»III, 157.
En wat, als dezelve behelzen onbekwaam- of vervallenverklaarhg tot of van een Ambt, of verlies van Stemrecht. III, 158.
In zaaken, uit kragte van Decreet van gewoone Citatie aangelegd, wordt door de Rechtbank, zonder correfpondentie met het Hof te houden, gevonnisd. III, 160.
Hoe te^ handelen . wanneer tegen een befchuldigden die niet in gevangenis of gijzeling is, een Vonnis wordt gearrelteerd, tot welks exfecutie deszelfs Perfoon noodie is. III, 162, 163. &
IToe hij van zoodanig Vonnis zal kunnen doen aanteekenen Appèl of Revifie , en 't zelve, anders zal worden glëxfecuteerd. III, 164,
Door hoe veel Leden van de Rechtbank de Vonnisfen en Drspofiriën uit te brengen. IV. 52.
In alle Vonnisfen te fte'len: Rechtdoende in naam en tan wegen het Bataaffche Volk. IV, 53. V, -02.
De Vonnisfen ter Rolle uit te fpreeken. IV, 69. V, i"<„
De Rechtbanken exfecuteeren de Crimineele Vonnisfen van het Gerechtshof. IV, 118.
Vonnisfen des doods. ten overftaan van den vollen Raad, uit te fpreeken. V, 126.
De Secretaris bii het Gerechtshof leest de Vonnisfen ter Rolle voeir. V, 14;.
Schorsfing van Vonnisfen door den Agent van Juftitie. VIII, 4,
De Vonnisfen van de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters, en van het Hoog Nationaal Gerechtshof, zijn aan geen Revifie of hooger beroep onderworpen. VIÜ, 66. IX, 83.
Exfecutie van de Vonnisfen van dëeze Vierfchaar en dit Gerechtshof, VIII, 69, 70. IX, 87, 88.
VOOG-



op de MANIER van PROCEDEEREN. 131
VOOGDEN. De Burgerlijke Rechtbanken doen, aanzetting
ei afzetting van Voogden en Curateu'-ep. IV, 74» VOORWAA.tf.DEN. Voorwaarden der verkooping van on/ roerend goed bij Exfecutie. II, 296". VOORZIENING. 'Alle verzoeken, om eenige Rechterlijke voorziening, bij Reqneste te doen. JI, 14-
Provifioneele voorzieningen, in eefi onbeheerden boedel, worden gedaan zonder voorafgaande verhoor van de te?er,parti;e. II, j8. b.
Voorziening, tot verzekering voor den Lande, van de boeten en kosten, in welke een befchüldigde kan worden, gecondemneerd. III, 152 — 154 VRAAG - POINTEN. v.\c Getuigen. Verknor. VREDERECHTER. Het ïtiiï nienand vrij eenig twistgeding aan te vangen, zonder zig alvoorens tof den Vrederechter te hebben vervoegd. I, 1. II, 1.
Welke zaaken daar in zijn begreepen. 1, 2, 3. II, ft.
Ambt van den Vrederechter. 1, 4.
In welke zaaken de Vrederechter met een Rechterlijk vermogen bekleed is. 1,5-
Van het toevoegen van Bijzitters aan den Vrederechter, I, 6 — 13. ,.
Wie niet als Vrederechter en Bijzitters te zamen zuhen mogen zitten. 1, 14.
Óver welke zaaken zij niet mogen kennis neemen. 1,15.
Wanneer de Vrederechter oordeelt zonder hooger beroep. I, 16—18. II, 7, b.
Welke zaaken door den Vrederechter te verwijzen naaide Burgerlijke Rechtbank. I, 19.
Van het verblijven der zaaken aan den Vrederechter, I, 20—22. .
Zittingen der Vrederechters en Bijzitters. 1, 23-
Klerk en Bode bij de Vrederechters. I, 24 — 29. ; _
Voor welken Vrederechter de Aanlegger verplicht is zif ne zaak te brengen. I, 30, 31-
Proces-orde voor den Vrederechter. I» 3^—41, 55, 58.
Plicht van den Vrederechter tot het bemiddelen dei zaak*.
'\vanneer en op welken voet de Vrederechter en Bijzitn ters het vermogen hebben, cm aan een,Gedaagden uutle^ te verleenen. I, 50, 57.
Partijen moeten zig voor den Vredeïechter en Bijzitters, betamelijk gedragen. I, 59' "



REGISTER
Vonnis van den Vrederechter. I, 61 — 63.
Hooger beroep van het zelve. 1, 64. II, 7, 175. IV 71.
Exfecutie. I, 65. II, 274. IV, ,49. 3
Begrootjng van kosten, voor den Vrederechter gevallen. I, 66 — 74.
Eed van den Vrederechter en Bijzitters. I, 75.
Alle zaaken, waar in twee of meer Perfoonen moeten gedagvaard worden, welke onder het Rechtsgebied van ondi rfcheiden Vrederechters woonen, te brengen voor de Burgerlijke Rechtbanken. II, 3, c. VREEMDELINGEN. Hoe bet explohft te doen aan Buitenlanders. 11, 38.
Op hoe lang de Rechtdag aan denzelven te leggen. II, 41.
Van Vreemdelingen kan borgtocht voor de kosten worden gevraagd. 11, 57, 58. Als mede borgtocht voor het gewijsde in Reconventie.
h. 75. :-
Vreemdelingen zijn arrefiabel. II, 134.
Een Vreemdeling, arrest doende, moet domicilie kiezen en borg (lellen. II, 135, 136.
Wanneer Vreemdelingen, arrest doende, met de zaak zelve te verwijzen naar hunnen gewoonen Rechter. II, 137-
Waar Vreemdelingen en zwervende Ingezatenen te recht Haan. IV, 92.
Hoe, met opzicht tot de Volmacht ó»r Practizijns te bandelen, in zaaken van Buitenlanders. IV, 137. V, 213. VROUWEN. Gerrouwde Vrouwen moeten met hunne Mannen gsadfiüeerd zijn. II, 9.
Verzoeken van een getrouwde Vrouw, om zig van de zamenleeving met haaren Man te mogen verwijderen. II, 18. cl.
VRIJWAARING. Ingeval van vermeend recht tot Vnjwaaring, door den Vrederechter de hoofdzaak op te ie horten. I, 58.
Alle zaaken tot vrijwaaring moeten gebragt worden op de extraordinaire Rol. II, 47, g.
Van verzoeken om Appointement van dagvaarding tot vrijwaaring. II, 190.
Inmiddels opfchorting van het oorfprongelijk Rechtsgeding te verzoeken. II, 200.
Gevolgen van het niet verfchijnen van den Gedaagden. II, 201.
W.



a? de MANIER van PROCEDEEREN. 133
AARDEERING. Hoe en wanneer, na het verleenen van Appointement van boedel-befchrijving, de goederen te waardeeren , en daar voor borg te ftellen. II, 216, 217.
WEIGERING. Hoe te handelen, wanneer een Gevangen of Gedaagden in perfoon weigert te antwoorden. III, 62.
WETBOEK. De Rechtbanken en Gerechtshoven moeten zig gedragen naar het algemeen Wetboek. IV, 115. V, 199.
Zoo ook de Vierfchaar over de misdrijven der Rechters. VIII, 65.
Als mede het Hoog Nationaal Gerechtshof. IX, 82. WETTEN. Zoo lang het Wetboek nier ingevoerd is ,' te volgen de aangenomene Wetten. IV, nó. V, 190, aofj. VIII, 65. IX, 8a.
De Procureur Generaal moet bij zijnen Crimineelen Eisch opgave doen van de praciefe Wet of Wetten, of dispofitiën van gemeene Rechten, (zoo lang het Wetboek niet is ingevoerd) op de misdaad toepasfelijk. VI, 41. ' WfXIGE CONDEMNATIE. Coudemnatie , door den Vrederechter te verleenen op de Acte van Verdrag, door partijen gefloten. I, 41.
Aan de Burgerlijke Rechtbank behooren alle verzoeken om Condeuiciatie on Uufprjaken, door Scheidsmannen uitgcbragt op een Verblijf, het welk onder de nan 1 , of zonder overguie van willige Condemnatie verleden is. II, 3, h-
Wanneer willige Condemnatiën bij de Rechtbank, of bij het Gerechtshof, te verleenen,' ter keuze van den Aanlegger. II, 6, c.
Van verzoeken, om Condemnatie te verleenen. II, ao.
Wanneer partijen daar op te hooren. II, 21.
Op Uitfpraaken van Scheidsmannen Condemnatie te verzoeken. II, 22. WILLIG DECREET. Van Appointement van Willig Decreet. II, 196.
Hoe het zelve te exploicteeren. II, 197.
Gevolg van het njet verfchiftien der Gedaagden. II, 198. WISSliL. Alle zaaken, betreffende den Wisfeliiandel, voor zoo verre d.aar ij? bij paraat Wisfelrecht geprocedeerd wordt, behooren aan de Burgerlijke-Rechtbank» II, $,d.
I 3 Ap-
W.



134
REGISTER
Appointementen op Requesten, om paraat Wisfelreclit, zijn geen hooger beroep onderworpen. 11, 7, g.
Alle zaaken , raakende de Wisfel, waar in op de gewoone wijze wordt geprocedeerd, moeten gebragt worden op de extraordinaire Rol. H, 47, b,
Hoe te procedeeren in zaaken, raakende Wisfelbrieven. H, 98-
Voortduurir.g van het paraat Wisfelreclit. II, 99.
En zulks bij de Burgerlijke Rechtbanken. II, 100.
In zaaken van Wisfels, bij korte termijnen, te procer deeren. II, iqi.
Het vastgedelde omtrent de Arresten is niet toepasfelijk op paraat Wisfelrechr. II, 102. WONOIiN. Alle Injuriën en civiele Aftiën, voortvloeijénde uit vcchtingen of kwetfingen, behooren bij den Vrederechter. 1, 5, b.
Bepaaling van het geen omtrent het fcbouwen van gekwelde Perfoonen moet worden in acht genomen. IV, 87.
Hoe te handelen omtrent ligte wonden of kneuzingen. IV. 89.
WOONPLAATS. De zaak te brengen voor dien Vrederechter, onder wiens Rechtsgebied de geen, dien men wil aanfpreeken , woonachtig is. I, 30.
Waar te dagvaarden Perf ionen, welke onder het Rechtsgebied van onderfcheiden Vrederechters . doch binnen het Rechtsgebied van dezelve Burgerlijke Rechtbank woonachtig zijn. II, 3, c
Waar re dagvaarden Perfoonen, onder verfchillende Burgerlijke Rechtbanken in het zelfde Departement, of ook in onderfcheiden Departementen woonende. II, 5, rf.
Zoo wel Aanlegger, als Verweerder, die buiten de plaats, waar het Gerechtshof of de Rechtbank deszelfs zitting houdt, woonachtig is, moet vooraf domicilie kiezen. II, 11.
Hoe het exploictte doen aan iemand, buiten het Rechtsgebied van de Rechtbank woonende. II, 36.
Hoe aan iemand, buiten het Departement van 't Hof woonende. II, 37.
Hoe aan iemand, buiten de Bataaffche Republiek woonachtig. II, 38.
Hoe aan Perfoonen, welker woonplaatfen onbekend zijn. D, 39.
Een vreemdeling, arrest doende, moet domicilie kiezen. II, 135, 146.
oc-



op de MANIER van PROCEDEEREN. 135
Geapprehendeerden op heeter daad ftaan tc recht voor die Rechtbank, binnen welks Diihicl bet misdrijf is begaan , offchoon .ook elders woonachtig zijnde. IV, 90.
Onderfcheiding ten aanzien van befchuldigden, niet op heeter daad gelpprehendeerd. IV, 91—97.
Bepaaling van de woonplaats der Practizijns. IV, 133. V. 008.
Van de Exploictiers woonen één of meer in de Refidentie, en de overigen in andere plaatzen van het Departement , door het Hof te bepaalen. V, 258, 259.
Z'EÈLIEDEN. Voor welken Vrederechter gebragt moaten worden zaaken, tegen Zeelieden, die zig ophouden in Schepen, liggende op Stroomen, ter Rheede, of in de Havens van Piaatzen, binnen deeze Republiek. I, 31 , c. ZEE-ZAAKEN. Alle Zee-zaaken behooren tot de extraordinaire Rol. II, 47» c-
Hoe te procedeeren in Zee- zaaken. II, 103. Voorrduuring der plaatzelijke Wetten omtrent Zee-zaaken. II, 104.
In hoe verre, omtrent zoodanige zaaken, de niéuwe Manier van Procedeeren te volgen. II, 105.
De Burgerlijke Rechtbanken vervangen in deeze zaaken de voorige. II , 106.
Z.



Bij a. en j. honkoop re Leyden is gedrukt en te bekomen \
Verhandeling over de judIcieele practycq of
form van procedeeren, door Mt. j. van der.
iinden, Practifeerend Advocaat te Amfleldam; a deelen compleet in groot Octavo, met een uitvoerig Register.
Het genoegen en de gretigheid, waar mede dit Werk' ontvangen is , en bij voorfduuring gevraagd wordt, ftreki ten bewijze, dat het als een bekwaam Praclicaal Handboek gebruikt wordt door hun, die de Practycq beoefenen, het zij Leden van Juftitie, Bailliuwen enz., het zij Advocaten, Procureurs en Notaris/en, zoo voor het Gerechtshof, als in de Steden en ten platten Lande. — Zelfs bij de invoering der nieuwe Manier van Procedeeren voor de Departementaale Gerechtshoven en Burgerlijke Rechtbanken blijft het gebruik van dit Werk onontbeerlijk, om den waaren aart der onderfcheidene Rechts-middelen, die in de nieuwe Manier gTootendeels uit de Hollandfche zijn overgenomen, als mede de gronden en regels van eene welgeordende PraéHjk, die fteeds en alomme dezelf. de blijven, te leeren kennen, en dezelve alzoo niet door enkele oeffening, maar als eene geregelde wetenfehap te verfttan.