TEGENWOORDIGE STAAT DER FEREENIGDE- NEDERLANDEN; VYFTIENDE DEELS EERSTE STUK. Bevattende het Vervolg der Befchryvinge van FRIESLAND. Te ui!U3TEKDJif, LEIDEN, DORDf^TlX^l^^f^^ By P. Schouten, J. de GbooH'1»^!^*!^^ S. en J. Luchtmans, A. en P.;^^^^^' en V. van der Plaat^^^^^^ MDCCLXXX VlS**_—'<*r Met Privilegie.   VERVOLG VAN DEN TEGENWOORDIGEN STAAT VAN FRIESLAND. Vervolg van We ster go, Jn het laatst voorgaande Stuk eene algemeene befchryving der Stad Harlingen hebbende gegeeven, zyn wy nu gekomen aan het Kollegie ter Admiraliteit in Friesland, hetwelk binnen deeze Stad zitting heeft, en aan dezelve geen' geringen luister byzet. Wy vleyen ons, door eene meer dan oppervlakkige befchouwing van dit Kollegie, onze Leezers dies te meer te zullen verpligten , naar maate een ieder overtuigd zal zyn, dat het bellier der gezamentlyke Admiraliteits Kollegien der Vereenigde Nederlanden , voor den bloei en welvaart, ja, wy mogen wel zeggen , voor 't beftaan van dit Gemeenebest, van 't hoogfte belang zy : dan , vermits alle deeze Kollegien naar een en het zelfde richtfnoer werkzaam zyn, en niet dan met vereende poogingen het bedoelde nut daar ftellen, kunnen wy ons, in eene befchouwing van het Admiraliteits Weezen , niet wel blootelyk tot het Kollegie in III. deel. A Fries- Admi- h h l i- ran [ n Fr ieS« land.  s Tegenwoordige Staat Admi- kalitei t in fries' land. Friesland bepaalen, zonder tevens ons oog op de overige Admiraliteits Kollegien deezer Landen te vestigen. Men zal ons dierhalven wel willen veroorloven , dat wy in deeze Verhandeling eenigzins buiten, het bellek van ons werk treeden , en den algemeenen oorfprong, bellier en Rechtsmagt der gezaamentlyke Admiraliteits Kollegien voordraagen , met een beknopt verhaal der gelleldheid van ieder Kollegie in het byzonder. De oorfprong der Admiraliteits - Kollegien ( i ), en de Haat der zeiven voor den jaare 1597,is niet wel aan te wyzen. Zie hier, het geene wy 'er van hebben konnen ontdekken. De Nederlandfche Vorllen uit den Huize van Oosrenryk waren niet gewoon, eene geregelde Scheepsmagt te onderhouden. Evenwel hadden ze eenen Admiraal aangefleld, dien het Opper-gezag over het zeevaarend Krygsvolk, in tyden van Oorlog, werd toevertrouwd; en dit Ampt was een van de aanzienlykllen hier te Lande, ( 1 ) Wy hebben het woord Admiraliteit van de Spanjaards onteend, die eenen Oppergezaghebber ter Zee den naam van Altiiiruia geeven En zy fchynen 't aan de Arabiers verfchuldigd te zyn. Deezen noemen een Heer Amir. Ook gaven de Tmten en Saral'eenen .eertyds den naam van slmira of Amiral aan eenen Stadof Land-voogd, die onder 't Opperbevel van den Kalif ftond En, dat hier vooral te pas komt , zy ienoemden de Bevelhebbers over hunne Vlooten ook met den naam van Amiral. Men wil, dat dit woord, omtrent het midden der twaalfde eeuw . in deeze betekenis, allereerst by de Kristenen in gebruik geraakt zy. Vide Du Canoe GloJJarium media infimce Latinii tatis, voce Amir & fèqq. Tom. I- p m. 387.  van FRIESLAND. 3 Lande (a ). Omtrent het einde der vyfriende eeuw , werd 'er eenig verval in het bellier der Zeezaaken befpeurd, 't welk Keizer Maximiliaan bewoog, op den 8 Januari des jaars 1487, zynen Admiraal magtig te maaken, om eenen Luitenant Admiraal en eenige Raaden aan te ïlellen, die recht doen zouden over allerlei Zeezaaken ( b ). Of nu de Admiraal zich van deeze magt bediend, en een Admiraliteits-Kollegieingelleld hebbe, is my niet gebleeken. Zeker is 't, dat Keizer Karei de V, meer dan vyftig jaaren laater ( 2 ) , eene nadere Ordonnantie op de Zeevaart maakende, den Admiraal eene diergelyke magt gegeeven heeft ( c ); waar uit men zou mogen vermoeden, dat 'er, tot dien tyd toe, nog geen byzonder Admiraliteis Kollegie geweest was. De Gouverneurs en Raaden der Provinciën fchynen toen, nevens den Admiraal,de Zeezaaken bellierd te hebben (d). In den aanvang der beroerten met Spanje, werden 'er bellellin. gen ter Zee uitgegeeven , op den naam van Willem, Prins van Oranje, als Admiraal van Holland en Zeeland. , De eerfien , van welke men gemeld vindt, zyn van 't jaar 1569 (e ). Ook ïlelde de Prins toén den Heere van Dolnain,en in 't volgende jaar den Heere van Lombres, tot zynen Luitenant Admiraal aan. Ter zelfdertyd gaf (2). Den 27 December 1540. (a) Bor, IV Roek, bl. i?6. [179.] (b) Recueil Van Admiraliteit:-Pldkaaun enz. III Deel. bl. 13. ( c) ylim. flakaaten, III Deel,bladz. 27. (dj Mm. Plak. III Deel , bl. %\. en 31. Gr. Geldersch Plakaatb. I Deel, Kol. 675 ea 69O. (e) Bor, V Boek, bl. 208, 1**9} A-2 Admi* TEIT IN F K I E Si LAND.  4 Tegenwoordige Staat Admi- e alite it in Fri es- uhb. gaf hy eenige beyelen uit, tot beter beftiering van het Krygsvolk op Zee. Doch alzo hy zich toen inDuitschland, op zyn Huis Dillenburg, bevond , vindt men, in alle deeze beltellingen en bevelen, van geen Admiraliteits-Raaden gewag gemaakt ( f). Naderhand in Holland wedergekeerd zynde, heeft hy met den byzonderen Raad, die hem, in't jaar 1573, toegevoegd was, en uit negen Raadsheeren en twee Sekretarisfen beftondt, over de Zeezaaken geraadpleegd (g). Ook washyfedertaan't hoofd van eene Vergadering van Gekommitteerde Raaden ter Admiraliteit, die geene vaste verblyfplaats had; doch doorgaans te Delft, alwaar de Prins zyn Hof hield , byeen kwam (h). Welhaast kreeg dit Kollegie den naam van de Admiraliteit van Zuidholland (i); wordende mid* lerwyl de Zeezaaken in Noordholland, door de Gekommitteerde Raaden van Westfriesland en het Noorderkwartier, beftierd(k). In Zeeland, daar de zaaken van de Admiraliteit door den Gouverneur en Raaden enden Luitenant.Admiraal des Prinfen beltierd werden (1), begon men in Oktober des jaars 157a, het eerst Licenten of Verlofgelden van de uitgaande en inkomende Goederen te helfen; 't welk in April des volgenden jaars in Holland werd nagevolgd , en kwam 'er van dit middel, in dat jaar, (f) Bor. VBoek, bl. 233, 234, [324, 325. ](g) Bor, VI Boek, bl 330, [4*0.] (h ) fan der Scbel. lirtg Byv. op van Zwk, Tit. Admiralit § XIII XIV. bl.'25 (\) Bor, VIII Boek, bl 102- [618.] (k) Velius Kronyï van Hoorn , IV Boek , bl. 259. Ed. i6|8. Bor, VI Boek. bi. 331. [450.] CO Smallegange Kronyk, IV Boek, bl. 425.  van FRIESLAND. 5 jaar, nog acht honderd en vyftig duizend Guldens (3). De Staaten van Holland Helden, in 't jaar 1585, eene nieuwe Inftructie op voor hunne Gekommitteerde Raaden ter Admiraliteit, die toen te Rotterdam of in den Haage byeen kwamen, en uit Afgevaardigden van de zes groote Hollandfche Steden beltonden De Admiraal zat 'er in voor, en de openvallende Raadsplaatfen werdén, met zyne kennis, door de Staaten van Holland vervuld (mj). In 't volgende jaar, Helde l.eicester , op verfcheiden plaatfen der Vereenigde Nederlanden ( n ), eenige nieuwe Kollegien ter AdCs} Zie E. van Reid, Nederl. Gefcbied. I Boek. bl 9. De Gelei.en Verlofgelden, door alle de Vereenigde Nederlanden, beliepen, na de Gendfcbe Vrede, maar ruim een millioen in 't jaar. Merkelyk meer kwam 'er van een Komptoir, dat de Prins van Oranje, met heimelyk verlof des Ko'iings van Frankryk, in den jaare 1576, te Kalais opgerecht had. De Bedienden des Prinfen gedroegen zich hier nis byzondere Koopluiden, en gaven Brieven van verzekeringe voor de Hollandfche en Zeeuwfche Vrybuiters, aan alle Schepen, die door 't Kanaal voeren. Voor den prys dier verzekering trokken zy van de Spannfche Nederlanders, Spanjaards en Italiaanen tien, van de Portugeezen acht, en van de Franfcben vyf ten honderd. Doch de Kaapers kreegen, federt het oprechten van dit Komptoir , zo weinig Schepen in handen , dat zy , te zeer op buit verlekkerd, eerlang geen acht meer gaven op de Kalaifche Vrygeleibrieven , waardoor de gelegenheid verliep, oin zich van dit middel , tot 'net bekomen van geld, te bedienen. Van Rl'id: l Boek, bl. 13. In 't jaar 1608, toen de Admiraliteit al op den tegenwoordigen voet in Hand gebragt was, werden haare inkomften jaarlyks op zeventien of achttien Tonnen Gouds begroot. Voyez Negotiations de Jeannin , Tom II p. 299. Ed. in OEiava 1695. (m) Groot flakaatboek , V Deel. bladz. 41. (n) Balen, Bejcbr. van Dordrecht, I Deel, bl. 407. A 3 A dmI- 1< ali. t eit in F r i e S' 1. j e b,  6 < Tegenwoordige Staat A DM!» KALIT i IT IN F.< I ESLAND. Admiraliteit aan, dat, byzonderlykin 't Noorderkwartier-, niet zonder tegeiifporteling toeging. Men had gaarne gezien, dat de Gekommuteerde Raaden aldaar, in 't bellier der Zeezaaken , ten minden voor een gedeelte. gebleeven waren (o ); doch de Landvoogd liet zich niet ligt verzetten. Tot nog toe waren de Admiraliteits Kollegien provinciaal geweest, en de middelen, of belastingen, op de inkomende en uitgaande Schepen en goederen gelegd , werden , door de Staaten van elke Provincie , naar eigen goedvinden, en naartyds omllandigheden, verhoogd, of verlaagd ( p ); elk Landfchiap behandelde zyn eigen geldmiddelen, en bediende zich daarvan op het fchoonst, naar zyn eigen en niet naar het gemeene best; ook werden de gemeene middelen , door fommigen, te ongelyk, in hunne Landfchappen geligt, het zy, om meer neeiing naar zich te trekken, oi'door onachtzaamheid en kwaade genegenheid (q). Dit veroorzaakte veele ongemakken, en gaf aanleiding , dat de Algemeene Staaten, in den jaare 1589, een Opper Admiraliteits Kollegie aanftelden, belïaande uit zes perfoonen , twee uit Holland en Westfriesland, twee uit Zeeland, en twee uit Friesland, benevens Graaf iV.aurits, als Ad« miraal Generaal ( r): dan men ondervond, dat de aanftelüng van dit Kollegie niet ten vollen aan de verwachting beantwoordde, en dat de be- (o) Velius, Kronyh van Hoorn, IV Boek, bl 261. (p) Deductie der Staaten van Holland van 1654. I Deel, Cap. V. J 1 7. p m. 40 ( q ) Em. van ivleterenNederl. Historie ed. 1750 p. 359. ( r j Jkr,' XXVI Boek , bl. 33. [ 446 ]  van FRIESLAND. 7 belangen van het gemeene Land andere voorzieningen vorderden. Dus werd he: evengemelde Opper Admiraliteits Kollegie wederom afgefchaft, en, inden jaare :s97■> een algemeen befluit genomen, om alle Admiraliteits Kollegien van de Aigemeene Staaten afhangklyk te maaken; gelykhunn' Hoogmogenden ook, op den dertienden Augustus des zelfden jaars, op hunnen naam, de lnftructie voor de Admiraliteits Raaden cn Bedienden beraamden en vast fielden (s). Op deeze lnftructie werden toen, by voorzieninge en alleen voor den tyd van één jaar, vyf Kollogien ter Admiraliteit aangefteld. naamelyk drie in de Provincie Holland, één in Zeeland en één in Friesland ( t), met bepaaling, dat over alle deeze Kollegien, en een ieder van dezelven, Graaf Mauritz van Nasfau, als Admiraal Generaal, of in zyne abfentie, de Luitenant Admiraal in dat kwartier , het Hoofd weezen en overzulks voorzitten zoude (u). Als men in aanmerking neemt, dat in de Provincie Holland akyd verre de meeste handel ter Zee geweest en nog heden is, en dat daar en tegen de Provinciën Gelderland, Utrecht, Overysfel en Groningen , zeer ongelegen ter Scheepvaarc zyn, kan men de reden ligt nagaan, waarom deeze Provinciën van geene, en Holland alleen van drie Kollegien ter Admiraliteit is voorzien geworden. Deeze (s) Cau Gr. Plac Boek II Deel. Col 1529. (O Art. I. van de lnftructie voor de Collegien ter Admira. liteit, Recueil van Zeezaaken. I Deel. bladz. 1. (uj Art. II. In fine van voorf. lnftructie. A 4 Admi> ha liteitin Friesland.  8 Tegenwoordige Staat Admi- b amte it in F li i e s • land. _ Deeze vyf Kollegien ter Admiraliteit zyn, op dien voet, tot heden toe, in weezen gebleeven, en volgen elkander in deezen rang: 1. 't Kollegie op de Maaze , ofte Rotterdam (4). 2. 't Kollegie te Amtrerdam. 3. 't Kollegie in Zeeland , te Middelburg. 4- 't Kollegie in Westfriesland en het Noorderkwartier; 't welk om de drie maanden, te beginnen met den eerflen December, nu te Hoorn en dan te Enkhuizen, gehouden wordt. 5. 'tKolle gie in Friesland, te Harlingen. Alvoorens tot de befchouwing van het bellieren Rechtsgebied deezer Admiraliteits Kollegien, in 't algemeen, over te gaan, zullen wy kortelyk de uitwendige gefleldheid van ieder derzelven in 't byzonder fchetfen. _ Het Kollegie op de Maaze bellaat veelal uit twaalf Raaden; waar onder één is, die uit de Ridderfchap van Holland afgevaardigd wordt. De Steden Dordrecht, Delft, Rotterdam, Schiedam, Gornichem en Briel zen- (4) Men fchynt de ving en voorrang aan het Kollegie op de Maaze, boven het Kollegie te Amfterdam, gegeeven te hebben, om dat hetzelve veel ouder dan dit is. Zie G. B..and Leven van De Ruiter, bladz 458. Het Opp;r-Admiraliteits Kollegie, waarvan wy hier boven gefproken hebben, en dat in 't jaar 1589 opgerecht Werd, is ook, by voorraad, in de Stad Rotterdam , geplaatst ge weeft Zie deCinmiJJie van den 11 April J5%9, voor Balthazar Franszom, als Raad ter Admiraliteit, in M. Balens Be/chryving van Dordrecht. £ Deel, bladz: 409. En dit kan mede gelegenheid ge. geeven hebben, dat men naderhand de eer van den voorrang aan het Kollegie op de Maaze beweezen heeft.  van FRIESLAND. 9 zenden daar ook ieder eenen afgevaardigden. Zo doen ook de Provinciën Gelderland, Zeeland, Utrecht, Friesland en OverysfeL Met malkanderen maakenze het gemelde getal van twaalf uit. De Admiraliteits-Raaden, in dit en de andere Kollegien, zitten geen bepaald getal van jaaren, maar tot wederroepens toe. Verfcheiden Provinciën en Steden zyn echter gewoon, haare Afgevaardigden, van drie toe drie jaaren, te veranderen. Doch de Leden der Ridderfchap en de Zeeuwfche Afgevaardigden zitten doorgaans eene lange reeks van jaaren. Het Kollegie op de Maaze heeft meestentyds onder zich eenen Vice-Admiraal, negen Kapiteinen en eenige mindere Zeeofficieren. In dit en de andere Admiraliteits Kollegien is geen bepaald getal van Zeeofficieren, en daar zyn dikwyls verfcheiden plaatfen vakant, waar onder die van Luitenant-Admiraal in allen, op dat van Zeeland na, en die van verfcheiden mindere Zeeofficieren in de meefle Kollegien. Elk Kollegie heeft anders één' Luitenant Admiraal, die ook wel Admiraal genoemd wordt, één' Vice Admiraal, en één' Schout by Nacht, behalven de Kapiteinen en mindere Officieren. Het Kollegie te Amsterdam beflaat insgelyks uit twaalf Raaden, één uit de Riddcfchap van Holland, en zes uit de Provinciën Gelderland, Zeeland, Utrecht, Friesland, Overysfel en Groningen, De Holiandfche Steden, Haarlem, Leiden, Amfterdan, Gouda en Edam zenden 'er ook ieder eenen Afgevaardigden. Onder het Kollegie te Amfterdam flaan meestentyds een Vice Admiraal, een Schout by A 5 Nacht, Admi« kali. rui [ n Friesland.  IO Tegenwoordige Staat Abmi. II A 1. iTJïl T IN F a i e s l an d. Nacht, drie en dertig Kapiteinen, en een Kommandeur op 's Lands Uitlegger in Texel en 't Vlie. Het Kollegie te Amfterdam is veel magtiger dan de anderen. De inkomende en uitgaande Rechten beloopen hier jaarlyks merkelyk meer dan in de vier overige Kollegien. IVlen legt dit Kollegie daarenboven omtrent een derde van de buitengewoone Onderftandgelden toe (x ), vvanneeer de Provinciën in eene buitengewoone uitrusting ter Zee bewilligd hebben. Hier tegen draagt het . wederom naar gelang meer in de kosten der buitengewoone toerustingen ter Zee. Het rust daarenboven , zelfs in Vredenstyden, doorgaans merkelyk meer Schepen uit dan een van de andere Kollegien, tot beveiliging van den Koophandel ter Zee. In üorlogstyden wordt het getal der Oorlogfchepen , welke de Koopvaardyvlooten geleiden, merkelyk vermeerderd; en dan heeft dit Kollegie zyne inkomften hoog nodig. Zelfs moet het dikwyls, zo wel als de andere Kollegien, onderftand van de byzondere Provinciën zoeken te bekomen ( 5 ). Voor 't jaar 1663, was 'er, tus- ( x) Wicquef. Hiit. des Prov. Unies, Livr. I. p. 5 ) In tyden van Oorlog , is dit meer dan etns gebeurd. In 't jaar 1701, moesten de byzondere Provinciën aan het Kollegie te Amfterdam alleen, tot de «jtrustinge eener Vioote onder de Admiraals Allemonde en Kallemberg, 956000 Guldens opbrengen. Holland betaalde hierop terftond 325000 Guldens, en Utrecht I05f2 Guldens; doch van Gelderland, Ov'erysfel en Groningen was , eenen geruiinen tyd na dat de Conlen. ten gedraagen waren , nog niets ingekomen ; zo dat het Kollegie zich genoodzaakt zag, hunne Hoogmogenden, by  van FRIESLAND. iï tusfchen bet Kollegie van Amfterdam en dat van Westfriesland en \ l\oorderkwartier, merkelyk verfchil ontitaan over Scnepen, dienaar Am (terdam gefchikt, en, by nood , in de VVestfriefche en Noordhollandfche Havens ingeloopen zynde, daar genoodzaakt werden, 's Lands Gerechtigheid te betaalen. De twee Kollegien kwamen, op den 16 Augustus van 't jaar 1667, overeen, dat van Schepen, onder een van beide de Kollegien, alwaar zy niet t'huis behoorden , buiten hoogen nood, een gedeelte hunner Laadinge ligtende, geene Rechten zouden gevorderd worden. En dat, in geval van hoogen nood, alleen van de geligte Goederen 'sLands Gerechtigheid betaald zou moeten worden aan dat Kollegie, onder welks distrikt de lignng gefchied was. Maar indien de geligte Goederen in eene Haven van een Kollegie, onder welk het Schip niet t'huis behoorde, gelost wierden, zou daar van "t geheele Recht, ter plaatfe derlosfinge, en daarenboven nog het halve Recht, van al wat 'er in 't Schip bleef, aan eenen bedienden van dat Kollegie , ter plaatfe daar het Schip geheel gelost werd , moeren betaald worden, wordende de wederhelft, door het Kol- by eenen Brief van den %i Augustus des gemelden jaars, te verzoeken., dat zy die Provinciën, tot het opbrengen der ingewilligde onderftandgelden, geliefden aan te maanen. Voyez Lamüe m Memoires, Tom. XI p, 310. Het Koilegie in 't Noorderkwartier verklaar ;e in eenen Brief van den 10 Fcbruary des jaars 1702, dat de byzondere Provinciën nog niets ingebragt hadden tot eene buitengewoone Uicrus:ing ter Zee, die met den aanvang van Maart gereed moest zyn. Lambürti Tom. X1L p. 3. Ad m k k ali* t e1t i n F « i es» land.  ia Tegenwoordige Staat Aniwin al i- t e 1 t in Friesland. Kollegie, waar onder het Schip t' huis behoort ontvangen ( y ). Het Kollegie in Zeeland heeft negen Leden, waar onder zes Afgevaardigden van de Zeeuwfche Steden, Middelburg, Vlisfingen, Zierikzee, Goes, Veere en Thoolen. De Stad Amfterdam heeft 'er alryd eenen Afgevaardigden; en de Steden Dordrecht, Delft en Rotterdam zenden 'er , om de zeven jaaren , een' by beurten. De negende Afgevaardigde is uit de Provincie Utrecht. De Afgevaardigden van de zes Zeeuwfche Steden zyn tevens Afgevaardigden van de Provincie, en maaken den Gekommitteerden Raad van Zeeland uit; doch in de hoedanigheid van Raaden ter Admiraliteit, leg. gen zy den Eed af aan de Algemeene Staaten. Zy houden, in hunne Provincie, den voorrang boven de Afgevaardigden der andere Steden. De Zeeofficieren, onder dit Kollegie bchoorende, zyn veelal een Luitenant-Admiraal, een ViceAdmiraal, een Schout by Nacht, en zeven Kapiteinen. Volgens befluit van hunne Hoogmogenden van den 8 Oktober des jaars 16H6 (z), wordt, door het Kollegie ter Admiraliteit in Zeeland , het halve recht gevorderd van de Goederen, die, uit of naar Holland, over de Zeeuwfche Strcomen, gezonden worden. De wederhelft wordt door de Kollegien ter Admiraliteit in Holland en Westfriesland ontvangen. Het Kollegie in 't Noorderkwartier heeft elf Leden. De Steden Amfterdam, Alkmaar, (y)Mm. Plak. I Deel, fol. 145. (z)Mm.Plak. II Deel, fel. 67. verfo.  van FRIESLAND. 13 maar, Hoorn, Enkhuizen, Monnikendam en MedenbJik hebben 'er ieder eenen Afgevaardigden. De Provinciën Gelderland, Zeeland,Utrecht, Friesland en Overysfel, zenden 'er ook elk eenen. De Afgevaardigden van Amfterdam en Zeeland zitten 'er voor hun leven. De Afgevaardigden der andere Steden worden, om de twee, en die der andere Provinciën, om de drie jaaren, veranderd. Onder het Kollegie in 't Noorderkwartier ftaan veelal alleenlyk veertien Kapiteinen. Het Kollegie in Friesland beftaat uit tien Raaden, waarvan vier uit die Provincie , één uit Gelderland, één uit Holland, één uit Utrecht, één uit Overysfèl, één uit de Stad Groningen , en één uit de Ommelanden , afgevaardigd worden, en wel de afgevaardigde van Holland, om de drie jaaren, uit de Steden Schoon» hoven en Purmerende, beurtelings gekooren. By de oprechting der Admiraliteits Kollegien, in den jaare 1597, had dit Kollegie zyne zitting te Dokkum: dan deeze Stad tot den aan* bouw, toerusting, en het uitbrengen van Oorlogfchepen, niet wel gelegen zynde, en het Kollegie dus, naar evenredigheid , met de overige Kollegien ter Admiraliteit deezer Landen, ten gemeenen beste , niet konnende medewerken , verviel het zelve meer en meer tot werkeloosheid, en deszelfs middelen geraakten eindelyk zo zeer in verval , dat het , in den jaare 1642, ten naasten by onvermogende was, en groot gevaar liep van niet langer te konnen beflaan. Dit deed de Staaten van Friesland , zo wel Admi- RALITElïI N Friesland.  14 Tegenwoordige Staat Admiraliteiti n F« i h sla WD, wel als die van Groningen en Ommelanden, ernftig op middelen bedacht zyn, om den ftaat van dit kwynend Kollegie, en deszelfs inkomflen, te verbeteren ; en men oordeelde, in de eerfte plaats, hoogstnoodig te zyn, om hetzelve naar Harlingen te verplaatièn , als welke Stad veel beter tot den Scheepsbouw en groote Zeevaart gelegen is , en ook aan dit Kollegie gelegenheid zoude verfchahvn , om met meer werkzaamheid den algemeenen Vyand ter Zee af breuk te doen, en, door de te doene Konvooyen, zyne inkomflen te vermeerderen (a). Eenige Afgevaardigden uit de Staaten van beide die Provinciën ontwierpen toen, op den 18 Augustus 1643, binnen de Stad Groningen, op goedkeuring van wederzydfche Staaten, een Plan, waarnaar de verplaatfing van dit Kollegie naar Harlingen, zoude kun-en gedaan worden, en de toerusting van Schepen gefchieden: dan die Plan ontmoette by de Staaten van Friesland eenige bedenkeiykheden , welke wederom eenige vertraaging veroorzaakten , tot dat evengemelde Staaten, op den 15 Maart 1644, goedvonden, dat wederaydfche Afgevaardigden nader met eikanderen handelen zouden , om eindelyk tot de daadelyke verplaatfmg van dit Kollegie, ten dienfte van beide Provinciën, te befluiten , en dezelve in 'c werk te Hellen. Op deeze wyze werd dit Kollegie , nog in hetzelfde jaar, naar Harlingen overgebragt ( b ), alwaar hetzelve zich tot heden toe on- f aN Refo'utie der Staaten van Friesland van den 22 April 1642. (b) Refolutie van de Staaten van Friesland van den 30 July 1644.  van FRIESLAND. 15 onderhouden , en zelfs een' hoogen top van roem en luister bereikt heeft, in weerwil van gevoelige rampen, welke het nu en dan heeft moeten ondergaan. In den jaare 1771, 's nachts, tusfchen den j 2 en 13 January, ontltond daar in het Vergaderhuis van dit Kollegie een felle brand, waardoor hetzelve, benevens twee daar naast Haande , en met Scheeps toebehooren opgevulde Magazynen , binnen weinige uuren in de asch gelegd werd. De Nacht, een ongemeen laag Gety waters en zwaar Ys, maakten alie redding ondoenlyk, en, ondanks alle aangewende poogingen , kon niets van eenig belang gebor* gen worden; zelfs moest de Secretary, met den geheelen voorraad van oude en jongere Refolutie-Boeken , Charters en Papieren , aan de vlammen ter prooie worden overgelaaten. Het Huys Leeuwenburg, mede aan dit Kollegie in eigendom toebehoorende , werd vervol, gens tot eene Vergaderplaats en Secretary aangelegd en vertimmerd, en op de plaats van de afgebrande Huizen , v/erden ruime Magazynen gebouwd, welke, benevens de vlak daar tegen over ftaande Scheepstimmerwerf van dit Kollegie , eene deftige vertooning maaken. Voor den jaare 1781 kon op deeze Werf niet meer dan een Schip, telkens, en wel niet grooter dan van 54 Stukken Kanon, getimmerd worden; doch in het laatst van den jaare 1780, toen de Oorlog met Engeland opgekomen, en daardoor een meerdere aanbouw van Oorlogfchepen noodzaakelyk geworden was, werd deeze Werf, door aankoop en afbreuk van naastgelegen Admi« Ral !• tuit i n Fr 1 es« LAND.  i6 Tegenwoordige Staat A d m i f alite i t in Friesland. legen Huizen , dermaaten vergroot,dat 'er drie Hellingen op geplaatst, en ook grootere Schepen gebouwd konden worden; gelyk daar ook nog in hetzelfde jaar, een Schip van 66 Stukken Kanon, en twee Fregatten, het eene van 44 en 't ander van 36 Stukken Kanon, te gelyk op ftapel gezet werden. In den jaare 1782 werd deeze Werf, op gelyke wyze, andermaal vergroot, en eene vierde nog grootere Helling geplaatst, op welke de bouwing van een Schip van 74 Stukken Kanon, nog in hetzelfde jaar begonnen, en in 1783 voltooid werd (6). Ook (6). Hoe zeer dit Kollegie, geduurende den laatften Oorlog met Engeland, ten gemeenen nutte, werkzaam geweest zy , blykt ten klaarden uit het getal der Schepen, welke hetzelve, federt de eerfte vergrooting der Werf, en alzo nu geduurende den tyd van drie jaaren , aangebouwd heeft; zynde. 1 Schip van 74 St. Kanon, Friesland genaamd. 66 , De Admiraal Tjerk H. de Vries. 3 Schepen van 66 St. Kanon, naar de drie Goën van Friesland genaamd. 1 Fregat van 44 St. Kanon, Harlingen genaamd. 36 • , Juno genaamd. I Hulk. a groote Kameelen, en 1 Fregat van 24 St. Kanon, als nog op ftapel ftaande. Waar te boven nog in den jaare 1783 , op eene partikuliere Werf, by aanbefteeding, afgetimmerd is, een Schip v«n 74 St. Kanon, Stad en Lande genaamd. De mogelykheid van zulk eenen zwaaren en verhaasten aanbouw, by dit Kollegie, waaraan nog voor weinige jaaren een ieder fterk getwyffeld zoude hebben, is dus met de daad beweezen; en het vertier der orgemeene groote geld fommen, als een noodwendig gevolg van dit werk, fchynt zowel den bloei van dit Kollegie als de  van FRIESLAND. 17 Ook bouwde men, in 1782, op en aan deeze Werf, eene groote Timmerloots en Malzolder, als mede eene Loots om Chaloupen en kleine Vaartuigen te timmeren. Voorts zyn door dit Kollegie, in den jaare 1783, nog verfcheiden naast elkander liaandë Vastigheden, aan de Westzyde van de nieuwe Haven, binnen Harlingen aangekocht, op welken grond, des noods,een tweede Werf zoude konnen worden aangelegd. De Ampten van Luitenant Admiraal, ViceAdmiraal en Schout By Nacht, zyn by dit Kol. legie onbezet, en het heeft thans maar vier gewoone , en even veel buitengewoone Zee Kapiteinen onder zich, benevens één' Kapitein ter recherche, Wy hebben dus kortelyk de gefteldheid van < elk deezer Kollegien in 't byzonder aangewee- 1 zen, en haasten ons nu, om hunne gemeene ] Huishouding voor te draagen. c De Raaden ter Admiraliteit voeren den Titel i van Edele Mogende Heeren, en het Wapen 1 van de Admiraliteit is een gekroonde Leeuw, met een Zwaard in den rechter , en zeven faam ■ gebonden Pylenin den linker Voorpoot; ftaande op een Schild, met eene Scheepskroon voorzien, tegen twee kruiswysftaande Ankers, van welke de beide Ankerftokken, met hunne Ringen, aan de helvaart der Stad Harlingen, aan te duiden; welke beide wy wenichen , dat , in 't vervolg van tyden, bewaarheid , en meer en meer bevestigd mogen worden. III. DEEL, B Admi8al1- tei t i n Friesland. Overgang tot de gemeene Huishouding der AdmiraliteitsKollegien,  jg Tegenwoordige Staat AD Milt A liteit1 n Friesland. Raaden ter Admiraliteit. Kin de beide bovenfte hoeken van 't Schild, en de benedenfte deelen , mee de vier Bladen , aan de onderfte hoeken van 't Schild, uitfteeken; zynde aan elke zyde en boven de Kroon van 't Schild de letter P. geplaatst, welke drie letters, pro patria pugno, dat is, ik vecht voor 'f Vaderland, zullen betekenen ; in welker plaats echter fommige deezer Kollegien tegenwoordig de eerfte letters van. hun Kollegie gefield hebben, by Voorbeeld, het Kollegie in Friesland de letters A. L F. De Raaden ter Admiraliteit worden door de Provinciën en Steden, die recht hebben, om ter Admiraliteit af te vaardigen, verkooren ; mogende echter geene perfoonen daartoe genomen worden , die elkander in den vierden graad van bloedverwantfchap, of in den derden van maagfchap, door een huwelyk, beflaan: zelfs mogen, in Holland, de verzoekfehriften, om van die verpligting ontflagen te worden, volgens een befluit der Staaten van die Provincie , niet eens gelcezen worden (e). Een Raad ter Admiraliteit verkooren zynde, moet eerst den eed van zuivering doen, inhoudende, dat hy geene gefchenken, ter bekominge vandatAmpt, gegeeven hebbe. Daarna legt hy den eed aan de Algemeene Staaten af, waarby hy belooft, zich naauwkeurig naar zyne In/lructie te zullen cedraagen (7). Ingevolge van dien mogen deeze (e)Refol. van Confid. ten tyde van de Witt, bl. 773- 17 ) Men vindt dien eed, onder anderen, in 't Gr. Plac. Boek van Cau d Deel Bladz. 1254. Het is bekend, dat de Kolieken ter Admiraliteit geene  van FRIESLAND. 19 deeze Raaden geen deel hebben in Schepen , die ter kaap vaaren, noch goederen koopen,die door 's Lands Oorlogfcheepen, tot buit ge maakt , of anderszins verbeurd verklaard zyn. Ook Haat het hun niet vry, deel te hebben in het leveren van eenige behoeften tot den aanbouw en uitrusting van Schepen ten Oorloge, noch van eenige eetbaare of andere waaren, welke door de Kapiteinen, ten dienfle van hunne onderhebbende Schepen, worden aangekocht f f). De Wed- nadere lnftructie hebben , dan die van den 13 Aug. 15 97, te vinden in 't Recueil van Zeezaaken I Deel Bladz. 1 , waarop destyds deeze Kollegien , by provifie , voor één jaar, opgerecht wierden; en het is dus niet te verwonderen, dat de inftructie, door verloop van tyd en yerandering van zaaken , niet alleen in veele Art. op de tegenwoordige tyden niet meer past, maar zelfs in eenige poincten met de hedendaagfche orde en ingevoerde behandelingen ftrydig is; gelyk de Staaten van Holland en Westfriesland zich reeds by hunne Refolutie van den 22. Febr. 1667 £ Recueil van Zeez : I. Deel bladz. 64 ), in deeze bewoordingen daarover hebben uitgelaaten: „ Men zou dierhalven „ groorelyks mistasten, wanneer men oordeelde, dat thans „ nog de letterlyke inhoud van die Inftructie, door de „ Raaden en verdere Admiraliteits Amptenaaren, bezwoo- ren wierd, of de eed afgelegd, zo als dezelve, by 't 60 Art. van die Inftructie, bepaald was; moetende in „ het tegendeel begreepen worden , dat die generaale eed „ hedendaags, doorgaans, mee eer.ïg voorbehoud, of „ betrekking ton de tegenwoordige praktyk, afgelegd worde, 200 als zulks reeds in de voorige Eeuw „ gefchiedde; gelyk uit de Refolutie van de Staaten van „ Holland en Westfriesland, van den 12 Maart 1665 „ (Recueil van Zeez: I Deel Bladz: 58 ). kan worden „ opgemaakt". (f) Zie behalven de Inftructie de Refol. van Confid. ten tyde van de Witt. bl. 783. B 3 Admi. n ali- te1t in Fr ies- l and.  Adm i- r a lite it in Fries LAND. ao Tegenwoordige Staat Wedde deezer Raaden beloopt een duizend guldens 's jaars, behalven de huishuur, die ten hoogften op vierhonderd guldens gerekend wordt (g ). Wanneer zy buiten de Stad,daar het Kollegie gehouden wordt, reizen moeten, genietenze vyf guldens en vyftien Stuivers 's daags boven hunne Reiskosten. De Afgevaardigden in de Admiraliteits Kollegien zitten, beurtelings, ieder eene volle week voor, volgens den Rang van hunne Provinciën. By elk van deeze Admiraliteits Kollegien is, door de Algemeene Staaten, een Fiskaal benevens een Sekretaris aangelïeld , welke deeze Ampten geduurende hun leeven bekleeden , en toegang en zitting in den Raad hebben ; moetende elk Kollegie, wanneer eene van deeze bedieningen komt open te vallen, eene benoeming van twee bekwaame perfoonen aan de Algemeene Staaten overzenden , om een daarvan te verkiezen en aan te Hellen (h). De eed, welken de Fiskaal, zo wel als de Sekre-» taris, by 't aanvaarden zyner bediening moet doen , is , zo veel de aart der zaake toelaat, gelyk met dien van de Raaden, en hunne verpügting dus ook dezelfde (i). De Fiskaal voert den Titel van Raad en Advocaat Fiskaal, en moet in zynen Eed byzonderlyk belooven, dat hy de Rechten, Rechtsgebieden , Voorrechten en Hoogheden der Admiraliteit zal voorftaan, en befchermen, zonder te ge- (g) Recueil van Zeezaken, I Deel. bl. 48. en II Deel. b! 368, verfo (h ; Art 55.der Inflructie. (i) Art. 67 en 80 van de Inftructie. Fiskaal.  van FRIESLAND. 21 gedoogen, dat die by iemand worden benadeeld (k). In de Vergadering der Raaden moet hy alle zaaken, overweegender wyze, helpen bevorderen, behalven zodaanige, waarin hy zich, wegens de gemeene zaak, party moer. Hellen. Hy moet, in Oorlogs tyden, fcherpelyk toezien, dat geene Vrybuit-fchepen, zonder Befttlbrieven van den Admiraal Generaal , uitvaaren, en dat in de toerusting van die Schepen niet reeden, of op eenigerhande wyze deelhebben, eenige Luitenant Admiraals, noch die van deri Raade, Sekretaris, of andere Bedienden van de Admiraliteit, noch Kapiteins, Luitenants, ofandere Krygsh'edén , te Water of te Lande dienende. Tegen een ieder, die 's Lands rechten tracht te verkorcen, of der gemeene zaake , zo verre zy aan het beflier van de Admiraliteit toevertrouwd is, in andere opzigten, te na komt, moet hy zich party Hellen. Ook moet hy op de Rekeningen der Ontvangers van 's Lands rechten, en of dezelven de verfchuldigde penningen ter behoorlyker tyd opbrengen, naauwkeurige acht geeven, endiegeenen,' welke in gebreke bevonden worden, voor den Raad dagvaarden. Die 's Lands inkomende en uitgaande rechten verkort, of op eenigerlei wyze tegen de Plakaaten van de Algemeene Staaten gehandeld hebben, worden door hem, naar inhoud van die Plakaaten , gebreukt; mogende hy nogthans, buiten kennis van den Raad, met zodaanige lieden geen Verding maaken. Korte lyk, de Fiskaal * moet Ck) Art. 80 van de Inftr, B 3 A D M I- IIALI. TE I T I N F li I B SL AND.  Ad Mi" R A LI" TEI T IN Fries LAND. (1) Journaal. (8). Men ziet hier uit, dat het Ampt van Fiskaal^, voor 't waar belang deezer Kollegien, eene zaak van 't uiterfie gevvigt is. Eene oplettende waameeming van hetzelve, gepaard met oordeel en kundigheid, kanaltyd, dochbyzonder in tyden van eenen Oorlog ter Zee, groote Sommen in de uitgave befpaaren, terwyl daar en teg^n de veronachtzaaming van dit Ampt ruime gelegen. heiH tot alle;lei bedekte handelingen, en met de Inftructie ftrydende praktyken, geeft, welke eindelyk voor wettig aangezien, en van den eenen, op den anderen, onder de benaaming van baaten en emolumenten hunner bedieningen, overgedraagen worden. aa Tegenwoordige Staat moet op de geheele Huishouding van 't Kollegie , zo te Water als te Lande, naauwkeurig letten, en toezien, dat eeniegelyk, by het Kollegie , wie hy ook zy, zich in zyn ampt en bedieninge naar behooren,en tenmeeftennutte van den Lande, kwyte. Van alle voorvallen moet hem dus de vereischte kennis gegeeven worden, en de Kapiteinen, het bevel op eenige Schepen van Oorlog hebbende, zyn, na volbragten togt, verpligt, om het dagverhaal ( 1), aan boord van hunne Schepen gehouden, in handen van den Fiskaal over te leveren , ten einde door hem gezien en beoordeeld moge worden , het geen dagelyks , geduurende de reize, op de Schepen gedaan en verricht zy ; moetende de Fiskaal vervolgens van zyn onderzoek en bevinding van dit dagverhaal, ter vergaderinge van de Raaden, berichten, voor dat aan die Kapiteinen de betaaling hunner rekeningen van kostgelden , en van andere gewoone en buitengewoone verfchotten, behoort gedaan te worden (8). V De  van FRIESLAND. 23 De Sekretaris moet in de Vergaderinge der Raaden naauwkeurige aantekening van de ge valiene befluiten maaken, en, wanneer hy, ter oorzaake van andere Ampts bezigheden, in de vergadering niet tegenwoordig zyn kan, moeten die aantekeningen , door een' der Raaden, gedaan worden. De uitvaardigingen ( m ), welke uit de befluiten van den Raad voortvloeyen, moeten door hem , zo fpoedig doenlyk, verzon den worden; mogendenogthans geene befluiten worden uitgevoerd, dan na dat dezelve te boek gebragt zyn ( n ). De ftukken en papieren het Land betreffende, als mede de rechtelyke fchriftuuren, welke, door pleitende partyen, in den Raad overgelegd zyn, moet hy wel en getrouwelykbewaaren, eneindelyk, moet hy elkeen, die iets van den Raad verkreegen heeft, fpoedig afvaardigen, zonder voor die afvaardiginge iets meer te genieten, dan hem by den Raad is toegelegd (9). De Cm) Depêches. Cn) Art. 52 van de Infthictie voor de Kollegien eer Admiraliteit, Recueil van Zeezaken. I Deel. Mi 1. (9 ) Er is geene andere bepaaling der rechten van den Sekretaris bekend dan de Lyst. welke het Kollegie in het Noorderkwartier, op dsn 18 Jauuary, 1629, bepaald heeft, te vinden in het Recueil van Zeezaaken I. Deel bladz. 67. Het fpreekt echter van zelfs, dat die Lyst, voor de Sekretarisfen der andere Admiraliteits Kollegien deezer Landen , geene verbindende kracht heeft; gelyk ook het verfchil der rechten, die by de andere Sekretaryen gevorderd worden, genoegzaam be> wyst, dat men deeze Lyst geenszins voor een richt&o-ei houdt. B 4 Admiraliteit I K Fries. l a >■ d Sekretaris.  24 Tegenwoordige Staat A DM I. R.UI- tuit IN Fries» lan d. Ontvanger Generaal. De Fiskaal en Sekretaris worden doorgaans Ministers van het Kollegie, waarby zy geplaatst zyn, genoemd, en wanneer één of meer van de Raaden, ter behandelinge van eenige zaak van belang, uit den Raad worden afgevaardigd , worden gewoonlyk beide deeze Ministers, of ten minden één van hen , mede daartoe afgevaardigd. De verdere voornaamfle Amptenaaren by deeze Kollegien ter Admiraliteit zyn de Ontvanger Generaal, Kommis Generaal , Equipagiemeester en Vendumeester. De Ontvanger Generaal wordt door de Algemeene Staaten, uit eene benoeminge van twee bekwaame perfoonen , door het Kollegie, waarby deeze Bediening open Haat, te doen , verkooren enaangefteld, en moet, by'taanvaarden zyner Bedieninge, genoegzaame Borge Hellen. Hy ontvangt jaarlyks, uit handen van de Konvooymeesrers en Kollekteurs, na dat hunne rekeningen in den Raad opgenomen en geflooten zyn, het geen by hen , wegens gemeene Landsmiddelcn van Konvooyen en Licenten , ontvangen is; voorts alles wat door verkooping van verbeurd verklaarde en andere goederen, by 't Kollegie gemaakt wordt, benevens de rantibenen by zodanige veilingen bedongen; ook de rantfoenen van Gevangenen , fampt boeten en breuken, waarin eenige van 's Lands Bedienden, ter oorzaake van eenig wanbedryf tegens hunnen eed, verweezen mogen zyn; wyders alle penningen, welke het Kollegie, tenonderftande, uit de Generaliteits Kas'fe, of uit die van de byzondere Provinciën , geniet, en zodaanige welke by hem, ten behoeve van 't Kol-  van FRIESLAN D. 25 Kollegie op intrest gelige worden ; en eindelyk alles wat in gereeden gelde by dit Kollegie moet worden ontvangen. Waartegen hy alle betaalingen, by het Kollegie vallende, moet doen, doch niet anders, dan op. Schriftelyke bevelen ( o ) van den Raad, welke door drie Raaden, met den Sekretaris, vertekend moeten zyn,met aanwyzing, op welke Bladzyde dezelvenaan de Sekretary te Boek gebragt zyn ( p ). Van deezen ontvang en uitgave moet de Ontvanger Generaal, naar 't voorfchrifc van zyne Inftructie (q) , eene behooriyke Rekening opmaaken, en dezelve binnen zes maanden , na verloop van ieder jaar, aan de Generaliteits Rekenkamer afleggen, of uitftel verzoeken. üe Kommis Generaal wordt door de Algemeene Staaten onmiddelyk , zonder benoeming van het Admiraliteits Kollegie, waarby deeze Badiening open valt, verkooren en aangefteld f 1 o ). Hy mag zich op geenerlei wyze met eenigen KoopCo) Ordonnantiën, (p) Art. 57. van de Inftructie voor de Admiraliteiten. Recueil van Zeez I Deel. bl. 1. (q) Deeze Inftructie is van den i Jan. 1622 , en te vinden in 't Recueil van Zeez. I Deel. bl. 82. (10) Deeze aanftelling van den Kommis Generaal, zónder voorafgaande benoeminge van een tweetal, door de Kollegien te doen, is nu en dan, door de Staaten van eenige Provinciën , tegen gefproken ; onder anderen in den jaare 1611, door de Staaten van Friesland en Stad en Lande, by het aanftellen van eenenJongftal tot Kommis Generaal by het Kollegie ter Admiraliteit in Friesland; dan hunne Hoog Mogenden hebben dit hun recht altyd geiiandhaafd,en hetzelve, byzonder in hun be • fluit en antwoord aan de Staaten van Zeeland , den 26 Febr 1710 (Recueil van Zeez: III Deel bl: 597; ten bondigften betoogd. B 5 Adm f. K AL ITE I T IN friesland. Kommis Generaal.  z6 Tegenwoordige Slaat Adm i- KALI* TÏIT I N Friesland. Koophandel bemoeien, en moet byzonderlyk toezien dat de partikuliere Kommifen, tot onderzoek van de uit- of invoert, of binnen 's Lands vervoerd wordende goederen, gefield (r), hunne posten, naar behooren, waarneemen. Wanneer deeze partikuliere Kommifen eenige goeren , die in 't geheel niet, of in hunne hoedanigheid, of hoeveelheid, kwaalyk aangegeeven zyn, hebben aangehouden, moeten zy daarvan aan den Kommis Generaal kennis geeven, dewelke zulks dan by den Fiskaal aandient, en de bevvysflukken aan denzelven overhandigt, ten einde daarin rechtelyker wyze te kunnen handelen, zo 't behoort (s). De Kommis Generaal geeft ook verlof, om op Zon- en Feestdagen , als mede voor of na Zonnen ondergang, te mogen laaden of losfen , hetweik anders niet mag gefchieden ( t ). Wanneer een Kommis Generaal, op aanfchryving van de Algemeene Staaten, in den Haag moet komen , geniet hy vyf guldens en vyftien ftvs. voor daggeld, volgens befluit hunner Hoog Mog. van den 21 July 1727 (u). De eed, welken de Kommis Generaal, by 't aanvaarden zyner bedieninge, moet afleggen, is in 't 19. Art. van de Inltructie voor de Generaale Kommifen vervat ( 11 ). De (r) Kommifen ter Recherche, (s) Art. 77. van de Inftructie voor de Kollegien ter Admiraliteit , Recueil van Zeez. I Deel. bladz. 1. (t) Zie Art. 58 en (53 van hun Hoog Mog Plac. van den 31 July 1725 , Recueil van Zeez. IV Deel. bl. 134 en volgende, (li) Recueil van Zeezaaken. IV Deel. bl. (11). De Inftructie voor de Kommifen Generaal is van  van FRIESLAND. 27 De Equipagiemeester worde door het Kolle-i gie ter Admiraliteit, alwaar die Post vervuld 1 moet 1 l van den n July 1507, en te vinden in 't Recueil van 1 Zeez . 1 Deel bladz; 101 en in 't Groot Plac. Boek van ] Cau i Deel Kol. 2310. . Wy hebben hiervooren, op den eed van de Raaden ter t Admiraliteit, aangemerkt, dat dezelve gerekend moest worden niet meer op den ietterlyken inhoud hunner Inftructie , maar ondtr voorbehoud, en met betrekking tot de hedendaagfche gewoonten en praktyken gedaan te worden. Deeze aanmerking vindt mede eene gegronde toepasfiog op de eeden, welke de Amptenaaren van deeze Kollegien , by 't aanvaarden van hunne Bedieningen , moeten afleggen,- en wy hebben, in dit opzigt, een zeer aanmerkelyk voorbeeld in de Inftructie en eeden van de Kommifen Generaal. By den eed, welken deeze, naar inhoud van het 19. Art. hunner Inftructie, moeten doen, belooven en zweeren dezelven, met ronde woorden, dat zy zich wel engetrouwelyk, volgens die Inftructie, zullen kwyten en draagen; en in het 2. Art. van die Inftructie vindt men, even uitdrukkelyk, bepaald, dat zy geene andere Officien mogen bedienen direktelyk , of indirektelyk, maar, datzy , geduurende hunnen dienst, ontflagen zullen weezen van alle eeden waarmede zy aan eenige Landen, of Steden. verpligt zyn. Nogthans is het overbekend, dat de Kommifen Generaal, federt onheuglyke tyden herwaards, telkens andere Officien hebben bediend, en veeltyds mede in Stedelyke regeeringen , en Magiftraaten zyn toegelaa ten, zonder dat men in het algemeen , met eene gelyke overtuiging, wist, of dezelven ten dien opzigte, van de letter hunner Inftructie ontheven waren , dan niet. Dit gaf, in den jaare 1783, aanleiding, dat de Kommis Generaal Rengers, by 't Kollegie ter Admiraliteit in Friesland, dewelke teffens Burgemeester der Stad Franekerwas, op aanklagte van twee Burgemeesters van die Stad, door den Prokureur Generaal der Land • fchappe op de Crimineele Rol, voor het Hof van Juftitie, binnen die Provincie , gedagvaard , en tegen hem, uit hoofde van gepleegden Meineed, eisch genomen wierd. De zaak is vervolgens keurlyk tus- fchea Adm 1- KALI* r e it i n Friesland. Equipagiemeester.  Admi- Tiiir I N Fr ie s. LAND. 28 Tegenwoordige Staat moet worden, aangefteld; zelfs vermogen deeze Kollegien, elk in zyn bedryf, zo veele Equipagiemeesters aan te ftellen, en op alle zodaam'ge plaatfen te houden, als zy ten meesten nutte van den Lande dienftig oordeelen; wordende de Inftructie voor den Equipagiemeester ook door de Raaden ter Admiraliteit opgemaakt (x). Hy fchen partyen voldongen, en eindelyk den Prokureur Generaal, op den 20. Dec: 1783, by fententie van den Hove , zyn eifch ontzegd. Men zal dit gereedelyk , als een bewys van de egtheid onzer aanmerking , aanneeraen, en met ons inftemmen , dat eene fchynbaare fïrydigheid tusfchen Inflructien , eeden en handelingen van de voornaamfte Amptenaaren, niet alleenlyk by deeze Kollegien ter Admiraliteit, maar by verre de meeste , zo niet by alle hooge Kollegien deezer Landen, plaats hebbe. Het nadeel van zulk eene gefteldheid der zaaken behoeft weinig betoogs. Voor zeker wordt de verpligting , welke de eed op het gemoed van den Amptenaar noodwendig moest leggen, om aan zyne lnftructie te voldoen, door een onbepaald voorbehoud van praktyken , met die Inftructie ftrydig, dermaaten verydeld, dat elk Amptenaar, volgens den aart van 't menschlyk hart, zich die referve altyd ruimertoe. eigenen zal, dan de Wetgeever dezelve ftilzwygende toelaat, en dat doende, zal hy nimmer zwaarigheid maaken, om de gewoonten en praktyken van zynen Voorganger, hoe ftrydig ook, op te voigen, en naar 'goedvinden nieuwe in te voeren. De eeden zullen meer en meer in befpottelyke en Godtergende handelingen ontaarten, endebezwoorenelnftructien louter Speelpoppen worden, welke men zal inroepen, of verwerpen, naar maate kwelzugt , of eigen belang , zulks aanraaden. Wy hebben ons deeze vrymoedige bedenkingen veroorlofd; doch zullen ons over de waarfchynlyke redenen, waaraan deeze ftrydigheden haaren oorfprong en voortgang verfchuldigd mogen zyn , niet uitlaaten. (x) Art. 38 van de lnftructie voor de Coll. ter Adm. Ree. van Zeez. I Deel. bl. 1.  van FRIESLAND. 29 Hy draagt zorg voor de uitrusting der Schepen , en voor den inkoop der goederen , welke tot gebruik der Admiraliteits Kollegien vereischt worden. Nogthans mag hy niets inkoo-: pen , buiten goedvinden van den Raad. Ook mag hy geen deel hebben in 't geen aan 't Land geleverd wordt, noch eenig gefchenk van de leveraars aanneemen. Van ieder Schip van Oorlog, met deszelfs toebehooren, moet hy nette Lysten houden, en indien dezelve Schepen afgedankt en opgelegd worden , moet hy bezorgen, dat dezelven, met hun Gefchut en verdere toebehooren, wel onderhouden, en de behoeften van elk Schip afzonderlyk bewaard worden,ten einde dezelve Schepen, des noods, ten fpoedigften wederom uitgerust en gebruikt konnen worden ; doch zodaanige Schepen , welke onbekwaam zyn, om verder ten Oorloge gebruikt te worden, moeten, met voorkennisfe en goedvinden van de Raaden ter Admiraliteit, ten meesten profyte voor 't Land, met al het onnutte Gereedfchap, door den Vendumeester, ten overftaan van twee Raaden, worden verkocht. Op het gedrag van de meesters der Werven moet hy acht geeven, en toezien, dat het Land in de daggelden , zo van Timmer- als Sjouwerlieden, niet worde verkort of benadeeld. De Vendumeester wordt mede by de Kollegien ter Admiraliteit aangefteld; doch zyne Inftructie is door de Algemeene Staaten mede in die voor de Kollegien ter Admiraliteit van het 8i, tot 89: Artikel, begreepen (y). Hy heeft hcc (y) Ree. van Zeez. 1 Deel. bl. 1. Adm{< li A l itejiin Friesland. Vendumeester,  A D M I - KA LITE I T I N lf«IE SL AND, 30 Tegenwoordige Staat het opzigt over alle Verkoopingen van goederen, welke by het Kollegie , zo van de Buitof verbeurd verklaarde, als andere, goederen , gedaan moeten worden; doch hy mag zelf van die goederen niets koopen, noch doen koopen. Ook is hem de bewaaring der Pakhuizen, waarin de goederen opgeflagcn zyn, toevertrouwd. De Verkoopingen moeten door hem, in't openbaar, en na voorgaande bekendmaaking in de naastgelegene Steden , worden gedaan , en wel aan den meestbiedenden, voor gereed geld ; zonder iemand, wie hy ook zy, in die Verkoopingen te begunftigen , noch van iemand eenige giften aan te neemen. Van de Koopers moet hy, boven den prys van hunne gekochte goederen, van ieder Pond Vlaams, twaalf grooten opgeld bedingen , hetwelk rantfoengeld genoemd wordt, en waarvan zeven Grooten voor de gekwetfle matroozen, en anderhalf voor de zieke foldaaten , opgelegd , en benevens den Opbreng van de goederen zelve, aan den Ontvanger Generaal overgeleverd moeten worden. De Vendumeester geniet daar van twee Grooten, mids dat hy voor de penningen van de verkochte goederen infta ; de Kcntrolleur van den Vendumeester één, en de Sekretaris één halve Groot. In de Kollegien waar geen Kontrolleur is, geniet de Sekretaris, die het Kon» traboek moet houden, ook derdehalve Grooten ( z ). Ten langflen binnen veertien dagen na de Verkooping, behoort de Vendumeester zyne re- (z) Art. 87. van de Inftructie voor de Adm, Ree. van Zeez. I Dsel, bl. 1.  van FRIESLAND. 31 rekening in den Raad over te leveren , welke als dan ten eerlten opgenomen en geflooten moet worden. De Vendumeester moet twee goede Borgen , tot genoegen van het Kollegie, waarby hy geplaatst is , ftellen ; by fommige Kollegien voor eene fom van dertig duizend guldens, en by anderen minder, naar maate zyn bewind van aanbelang is. Wanneer wy het werk van de overige Bedienden , welke de Kollegien ter Admiraliteit aan Land hebben , naamelyk dat van de Ontvangers en Kontroileurs van de Konvooyen en Licenten , Kommifen ter recherche, Geweldige Provoost , Hoog - Bootsman , Ijk - en Tauxatiemeester , en van meer andere, met gelyke naauwkeurigheid wilden befchryven , zouden wy noodwendig in eene al te groote vvydloopigheid moeten vervallen. Wy zullen in 't vervolg hier en daar nog wel gelegenheid vinden , om van de voornaamfien onder hen een woord te zeggen, en zullen 'er ons daarom hier dies te liever van onthouden. Eeniglyk moeten wy hier nog aanmerken, dat de Ontvangers en Kontroileurs van de Konvooyen en Licenten, door de Algemeene Staaten, uit eene benoeminge door de Kollegien ter Admiraliteit, doch alle overige door de Kollegien ter Admiraliteit zelve, aangefteld en onder eed genomen worden. Wy zullen dan niet langer draalen, om het bewind van deeze Admiraliteits Kollegien te befchryven. Dit kan uit twee verfchillende gezigtpunten befchouwd , en op eene zeer gevoeglyke wyze onderfcheiden worden. I. In Admi- k a l iteiti n Fr 1 e$- LAMl), Overige Bedienden van de Kollegien ter Adnu. raliteit. Overgang tot het bewind der Adm. 1 Kollegien.  32 Tegenwoordige Staat Admihui TL it i n Friesla nd. Bewind der-AdmiraliteitsKollegien. met be» trekking tot de Zee. 1. In hun bewind met betrekking tot de Zee , en 2. In derzelver befh'er aan Land. Het eerfte is de waare oorzaak van 't beftaan, en het eigentlyke bewind der Admiraliteits Kollegien. Wy geeven dus daaraan alleszins den voorrang , en zeggen, met betrekking tot de Zee: het groote doelwit deezer Kollegien is , om de geheele vaart ter Zee , als mede op alle Havens , Rivieren en Stroomen, te beveiligen; ten einde de onbeperkte handel , welken de Vereenigde Nederlanden , door middel van de Scheepvaart, in alle Gewesten deezer wereld hebben, en waarvan hec weezenlyk beftaan en welvaart deezer Landen afhangt, veilig gedreeven, en tegen alle aanrandingen van nyd en roofzucht, krachtdaadiglyk befchermd moge worden. Ten dien einde moeten dezelve Kollegien de uitrusting, zo wel als den aanbouw, van Oorlogfchepen bezorgen , om de Koopvaardyfchepen daar mede te geleiden, den gemeenen vyand , in tyden van eenen Oorlog ter Zee, afbreuk te doen, en onze kusten te beveiligen. Ook kruisfen 'er altyd eenige deezer fchepen op de r/huis komende Oostindifche Vlooten; fomtyds ook mede op de Walvischvangers en Haringbuizen Men zendt ook Oorlogfchepen af, om den vrede met die van Algiers , Tunis, en andere Barbaarfche Mogendheden , te maaken, of te bevestigen ; moetende de vrede met deeze Volkeren altyd gekocht, en met kostbaare jaarlykfche gefchen* ken onderhouden worden. Het  van FRIESLAND. 33 Mee (laat echter niet aaD de verkiezing van deeze Admiraliteits Kollegien , wanneer, of hoe veel Schepen, zy willen uitrusten, of aanbouwen; maarzy moeten daarin het goedvinden van de Algemeene Staaten opvolgen (ia)- Zo C12) De reden hiervan is, wyl deeze Admiraliteit» Kollegien de Admiraliteit der Vereenigde Nederlanden, als een Oppermagts recht, niet in handen hebben; maar alleenlyk, als afgevaardigden tot de behandeling der aangelegenheden van de Admiraliteit, uitoeffenen, hetgeen hun uitdrukkelyk, door de Admiraliteit, eens voor altyd , is toegedaan en aanbevolen, of hun, naar tyds omdandigheden, afzonderlyk wordt opgedraagen. Uit dien hoofde komt het ons ook zeer oneigen voor, wanneer wy nu en dan deeze vyf Kollegien ter Admiraliteit de vyf Admiraliteiten genoemd vinden. Naar onze begrippen, is in de Vereenigde Nederlanden maar ééne Admiraliteit; deeze is een recht, om de opperde magt en onafhangklyke Souverainiteit, waarmede men , binnen bepaalde grenzen, op het vaste land bekleed is, ook op de vrye en openbaare Zee te doen gelden, naar maate men de vermogens heeft, om zich het gebruik van die Zee toe te eigenen en ftaande te houden. Die recht, of deeze Admiraliteit, huisvest, ten minden federt het einde der zestiende eeuw, in den boezem vaa de Algemeene Staaten. Voor den jaare 1597, wanneer de Staaten van elke Provincie , die 't meeste belang in den _ handel ter Zee ftelde , hunne eigene Admiraliteit bedierden, zou het nog eenigen fchyn gehad hebben, om meer dan eene Admiraliteit binnen deeze Landen te erkennen; offchoon ook destyds reeds het denkbeeld van den band der Unie en van't gemeene belang, om de Zee te beveiligen en den algemeenen Vyand af te weeren, met zodaanige begrippen niet al te v el zoude hebben geftrookt: dan , dewylfedertdien tyd de ganfche beftiering van het Zeewetzen.. met uitdrukkelyk goedvinden en toedemming van de gezamentlyke Bondgenooten, aan de Algemeene Staaten opgedraagen en af- gedaan III. DEEL. c A DM I» RAL I. TB I T IN Friesland.  34 Tegenwoordige Staat Adm i- rariteiti n Fries- L AMD. Zo dra de Algemeene Staaten hebben beflooten, hoe veele, en hoe groote Schepen van Oorlog, zy willen uitrusten, wordt de ganfche uitrusting aan de gezamentlyke Kollegien ter Admiraliteit toevertrouwd, en elk Kollegie deelt daarin, naar evenredigheid met de overige Kollegien, of naar maate het van Schepen voorzien en vermogende is. JNogthans wordt gedaan is, blyft 'er geene bedenkelykheid meer over, waar de Troon der Admiraliteit van de Vereeenigde Nederlanden geplaatst moge zyn; en wy gelooven, dat dit Oppermagts recht even weinig aan hun Hoog Mogenden kan worden betwist, als men de Souverainiteit van elke byzondere Provincie, opzigtelyk hun Grondgebied, in twyffel zoude kunnen trekken. Wy moeten wel toedemmen, dat de Algemeene Staaten deeze Admiraliteit, tot wtlzyn en luider van dit Gemeenebest, onmogelyk zouden kunnen handhaaven, zonder door de byzondere Staaten, vooral in eenen ZeeOorlog , met groote geldibmmen onderdeund, en in ftaat gedeldte worden , om aan hunne Admiraliteits Kollegien de noodige penningen , tot aanbouw en uitrusting van Oorlogs Schepen , te bezorgen; wy zien uit dien hoofde ook de noodwendigheid ten vollen in, dat die lommen door de byzondere Staaten eerst moeten ingewilligd zyn, voor dat de bouwing , uitrusting, of aankoop van behoeften, met genoegzaame gerustheid kan gedaan worden ; wy weeten ook wel, dat de Raaden ter Admiraliteit, niet uit de Algemeene Staaten, maar uit de byzondere Provinciën afgevaardigd worden: dan deeze en geiykfooftige bedenkingen, wel overwoogen , fpreeken onz^ voorgemelde ftelling geenszins tegen , en wy zouden onze gedachten ook daaromtrent gaarne willen uiten , zo wy niet voorzagen eene Verhandeling , in ftede van eene aanmerking te zullen moeten fchryven, waaiïn ons ook het befluit der Staaten van Holland en Westl'riesland van den 22 Febr. 1667 (Recueil van Zeez. I Deel bl: &\) eenige ongemakkelykueid zoude veroorzaaken.  van FRIESLAND. SS worde, in die verdeeling, het Kollegie te Amfterdam , als het magtigfte , gewoonlyk voor een dubbeld Kollegie aangezien , en aan hetzelve ook een dubbeld aandeel in die uitrusting toegeweeezen. Met de bepaaling, verdeeling, en uitvoering van den aanbouw der nieuwe Oorlogfchepen, is het "op dezelfde wyze gelegen, als wy van de uitrusting der voorhanden zynde fchepen hebben gezegd. In Vredenstyden worden gewoonlyk deeze Admiraliteits Kollegien tweeemaal 's jaars, door de Algemeene Staaten , aangefchreeven, om eenigen, uit hun midden, naar 's Haage af te vaardigen ; doch, in tyden van eenen Oorlog ter Zee, zyn zodaanige Afgevaardigden meest by aanhoudendheid in 's Haage tegenwoordig. Hiertoe worden dan uit elk Kollegie twee Raaden, benevens den Fiskaal, otSekretaris.afgevaardigd, welke vervolgens aldaar met eikanderen vergaderen , en over die Hukken raadpieegen, welke de Algemeene Staaten, by opdraagende befluiten ( k), in handen van hunne, tot de zaaken van de Zee , afgezonderde Leden (1) , hebben gefield, om dezelven te onderzoeken, de bedenkingen en raad (m) van d>eze Afgevaardigden, uit de gezamentlyke Admiraliteits Kollegien, daarop in te neemen; en, na zulks, ter Vergaderinge van de Algemeene Staaten te berichten (n;( i 3). De (k) Refolutie» commisjoriaal. (* I) Gedeputeerden tut de zaaken van de Zee. (m) Confideratien en Advif. ( n ; Rapport te doen. (13) Deeze Vergadering van Afgevaardigden uit de gezamentlyke Admiraliteits Kollegien, is in't algemeen bekend, C 2 Admï- RA LI. TEiT IN Fries. LAND.  36 Tegenwoordige Staat Admi- KALI* TE IT I N t AND. De Voorwerpen van overweeginge, in de Ver* gaderingen van deeze Afgevaardigden, zyn gewoonlyk de berichten, welke by de Algemeene Staaten, met betrekking tot het Admiraliteits weezen, van hunne Afgezanten aan vreemde Hoven en van hunne Confulsinbuitenlandfche Zeeen Handel-Steden, zyn ingekomen, en op welke eenige befchikking moet worden gemaakt ; voorts alle Verzoekfchriften van handeldryvende Ingezetenen deezer Landen , tot verhooging of vermindering van 's Lands rechten , op fommige uitgaande , of inkomende goederen, liggende ; en eindelyk alles wat de Admiraliteit betreft, en by de Algemeene Staaten in overweeging hangt; doch voor allen de Staat van des gemeenen Lands Zeemagt, en het onderzoek, of en in hoe verre een aanbouw van nieuwe, of uitrusting van voor handen zynde, Oorlogfchepen, voor 's Lands welzyn noodig moge zyn. De Afgevaardigden uit de gezamentlyke Admiraliteits Kollegien dan- hunne bedenkingen en raad, op elk voorwerp, aan de voornoemde Leden der Algemeene Staaten, uitgebragt hebbende , berichten deeze, nopens elk point afzonderlyk , ter Vergaderinge van hun Hoog Mogecden, welke dan in alle die zaaken eindelyke befluiten neemen ( 14). Toe bekend , onder de benaaming van het Haagsch bafoigne. ( 14 ) Men ontdekt hierin wel eene groote omflagtig. heid en vertraaging der eindelyke befluiten van de Algemeene Staaten, met opzigt tot de Admiraliteit en 's Lands Zeemagt: dan men wordt teffens daardoor overtuigd , dat die befluiten niet gebooren worden, dan wel be.  van FRIESLAND. 3; Tot het goedmaaken der kosten, welke tot het uitrusten van Oorlogf:hepen vereischt wierden , waren eertyds de belastingen op de Buyten, op den Vyand veroverd, als mede de Rechten op de Koopvaardy Schepen, en de meeste vervoerd wordende goederen, gelegd, aangeweezen. Wy zullen van deeze inkomften gevoeglykst by de befchouwing van 't bewind deezer Admiraliteits Kollegien aan Land kunnen handelen , en vergenoegen ons dierhalven bier met de bloote opgave, dat dezelven tegenwoordig op verre na de kosten der jaarlykfche uitrustingen van Schepen niet kunnen opleveren ; maar dat daartoe, zowel als tot den aanbouw van Schepen , van tyd tot tyd, aanmerkelyke fommen, door de byzondere Provinciën , moeten beraaden, en na alvoorens door Leden van regeeringe, welke van den ftaat van 's Gemeenen Lands zaaken volkomene kennis draagen, ten nanuwkeurigfren overwoogen te zyn. Ongerymd is het dierhalven, een of auder Lid der hooge Regeeringe, in 't byzonder , van onachtzaamheid te befchuldigen , wanneer men, by eenen onverhoeds opkomenden Oorlog ter Zee, de Zeemagt van den Staat niet in die gefteldheid bevindt, waarin menze dan wel wenschte te hebben. Men zou eene oneindige menigte der aanzienlykfte Leden van regeeringe, welke uit alle Provinciën afgevaardigd geweest zyn, en elkander, federt jaaren herwaarts, afgewisfeld hebben, van een' onzinnigen toeleg op 's Lands en hunnen eigenen ondergang , moeten verdenken. Dit loopt echter tegen de gezonde reden aan, al wilde eene opzetlyke kwaadaartigheid zulks jnblaa#en. C 3 Adm 1- K A L ITEITI N F 8 I Es* LAND. '  3* Tegenwoordige Staat A n m i- bal i" t li i t in F :t i es- land, Kosten op 1024; man, voor 7 maanden, toe 36 Gids. ter maand — Guld, 2581740 Voor de zes Branders ——— 90000 Voor zes Fluiten, tot 200O Gl ter maand, en voor de Mondbehoeften 84000 Drie Hoekers en drie Galjoots tot logo Gl. ter maand _ 42000 Twee Zieken - Schepen 60000 Voor Onkosten aan een Fiskaal, Sekretaris, Predikant en andere Bedienden 50000 Gereed geld voor 6000 Man , voor 75 dagen, tot 10 Stuivers 's daags de ïWan 225000 In 't geheel Guld. 3132740 Zie Lamberti Memoires, Tom XI. p. 18 en 20. Men moet aanmerken , dat in deeze Rekenins niét begreepen is het beloop der Schepen met derzelver Zeilen, ftaand en loopend Wand, Gefchut euz. ten worden opgebragt 05 )* Om deeze te bekomen, wordt de Raad van Staate der Verf^S) De noodzaaklykheid hiervan zal beter begreepen wörden , als men bedenkt , welke zwaare kosten op het uitrusten eener Vloote loopen Zie hier, ten voorbedde, eene gewoone Koncept Rekening van de Uitrusting eener Vloote van dertig Schepen van rang met hun toebehooren die men, in 't par 1718, voor den tyd van zeven maanden , voorhad , naar de Oostzee te zenden. Schepen Stukken Kanon Koppen. 1 90 550 6 —•* 72 ieder 400 Koppen 2400 waar onder begreepen twee Vlaggen 100 7 64 325 2275 16 54. 27JD 4320 2 24 12c ■ 2 :o 6 Branders. 60 360 10245  van FRIESLA ND. 39 Vereenigde Nederlanden , door de Algemeene Staaten , verzocht, om eene Petitie aan de gezamentlyke Provinciën van dit Bondgenoot fchap, ook aan zulke, die geene Schepen in Zee hebben, te doen, ten einde door dezelven zodaanig eene fomme, als de vastgefteldë aanbouw of toerusting van Oorlogfchepen, gerekend wordt te moeten kosten, moge worden ingewilligd. Deeze Pende ingewilligd zynde, behoort ook elke Provincie haar aandeel, hetwelk zy in de Generaliteits lasten moet draagen , in de kasfe van de Generaliteit te bezorgen , en elk Admiraliteits Kollegie ontvangt dan uit dezelve, op fchriftelyke bevelen ( o ) van de Algemeene Staaten, zyn aandeel, naar evenredigheid van de Schepen , welker bouwing, of uitrusting, aan hetzelve is toevertrouwd. Nogthans gefchiedt deeze overgave van penningen aan de Kollegien ter Admiraliteit niet anders, dan op vastgefteldë termynen, naar maate dezelven aan de Algemeene Staaten, by hun verzoek tot aanbetaaling, doen blyken , dat met hun aanbevolen werk gevorderd zy ; doch voor het overige hebben deeze Kollegien over die penningen , en over het werk zelf, de vrye beftiering , des dat door hunnen Ontvanger Generaal, jaarlyks, rekening van Ontvang en Uitgave, aan de Generaliteits Rekenkamer werde gedaan. Hoe de aanbouw van Oorlogfchepen , op . de Werf van elk Kollegie ter Admiraliteit, *3r:". .•fSOg'JJ V-A J2i:: <3 \:l 1:3 - ^'"9,''. jt)»( o ) Ordonnantiën* C 4 AOMT.' RA L IT E I T I N F RlïsL A KD. Aanbouw iran Schepen.  40 Tegenwoordige Staat Admi- ral its i t i n Fries- LAND, Uitrusting der Schepen. i (p) Victualie. onder 't opzigt van den Equipagiemeester; Scheeps - Timmerbaas en Hoog Bootsman , in 't werk gefield werde, zal zich een iegelyk, uit den aart der zaake, ligcelyk kunnen verbeelden; eeniglyk zullen wy daarby aanmerken, dat deeze Kollegien gewoon zyn eenige Raaden , benevens den Fiskaal en Sekretaris , af te vaardigen, om. onder den naam van Rommisfarisfen tot de Werf, een geduurig waakzaam oog op den aanbouw, met den aankleeve van dien, te houden, endezaaken, ten meesten nutte van den Lande, te befchikken ; des dat dezelven van hunne verrichtingen ter Vergaderinge van den vollen Raad verflag doen. Dan de uitrusting der Schepen, tot den dienst in Zee, verdient eenige nadere opmerking. De Schepen van Oorlog ter uitrustinge gereed zynde, wordt het bevel over elk fchip afzonderlyk , door het Kollegie ter Admiraliteit , met voorkennis van den Admiraal Generaal , aan een' Zee - Kapitein opgedraagen, en die geenen , welke onder hem als Luitenants daarop dienen zullen , onmiddelyk door het Kollegie benoemd. Teffens wordt aan den Kapitein eene Lyst ter hand gefield van de lvlanfchappen, welke hy zal hebben aan te werven , en hem ook aangezegd , voor hoe langen tyd hy zyn onderhebbend Schip van Leeftogt, (p), voor alle Manfchappen , zal moeten voorzien. Deeze Leeftogt wordt dan, door den Kapitein, voor zyne eigene rekening, ingekocht, en by geniet daar en tegen dage- lykfche  van FRIESLAND. 41 lykfche kostgelden, voordegeheele Manfchap , van het Land. De werving der Onder • Officieren , als Schippers, Stuurlieden en meer anderen, als mede van Matroozen en Soldaaten, wordt, onder het opzigt van den Kapitein , door de Luitenants waargenomen, en de Onder - Officieren met een fchriftelyk geblyk hunner aanftellinge van het Kollegie ter Admiraliteit voorzien. Ook worden, door den Raad, op elk fchip een Opper- en gewoonlyk twee Onder- Heelmeesters geplaatst, gelyk mede een Opper - en een Onder - Schryver, welke Opper - of eerfte Schryver de Naam Rol der manfchap , en naauwkeurige aantekening van een ieders te goed hebbende Gagie en Schcepsfchuld moet houden; in de ScheepsKrygsraaden het oordeel van elk Lid, als ook de gevallene befluiten en vonnisfen aantekenen; het Dagverhaal te boek zetten, en verders alles doen , wat aan boord, tot 's Lands dienst, met de pen, moet worden verricht. Geduurende de werving wordt het fchip en volk, gewoonlyk een of tweemaal , door Afgevaardigden uit den Raad, benevens den Fiskaal, gemonflerd, en het fchip uit de havens naar een der Zeegaten in Texel of in 'c Vlie gebragt, alwaar dan , het fchip ten vollen bemand en alle Leeftogt aan boord gebragt zynde , de laatfle monftering, door eenige Raaden uit het Kollegie, benevens den Fiskaal, behoort gedaan te worden. De tyd van den dienst , waartoe het fchip bepaald is, begint van den dag deezer laatfle monftering te loopen, en C 5 wan- Admiraliteit1 n Fries» | lan d.  Aomi- r alitp.itIN Fr i esla k ». 42 Tegenwoordige Staat wanneer by dezelve (16 ) bevonden wordt', dat de Kapitein leeftogt , voor minder tyd dan hem aanbevolen is , aan boord heeft , verbeurt hy een dag kostpenningen voor 't ganfche Scheepsvolk, en indien 'er omtrent een geheele maand aan ontbreekt, behoort hy afgedankt te worden (q). Ook mogen de Kapiteins geenen koophandel dryven, noch Koopmans goederen in hunne fchepen laaden , ouder verbeurte van hun Ampt (17). Wanneer de Kollegien ter Admiraliteit 's Lands fchepen van Oorlog, wel bemand en van den noodigen Leeftogt voorzien , in de Zeegaten deezer Landen hebben geleverd, gee« ven zy daarvan kennis aan de Algemeene Staaten , als mede aan den Admiraal Generaal, van welken het dan verder afhangt, om den togt deezer fchepen naar Zee, en derzelver gebruik tot 's. Gerheenen Lands dienst te bepaalen. De fchepen liggen dan onder de bevelen van de Algemeene Staaten en 't Opper- be- (16) Het maakt dus voor 't waar belang van *t Kol^gie ter Admiraliteit een zeer groot verfchil, of deeze fchepen fpoedig bemand worden, dan wel vier, vyf en meer maanden met eene onvoltallige Rol in werving liggen , wyl, geduurende dien tyd , de foldyen en kostgelden van de aangeworven Manfchap toch voldaan moeten worden (q) Reglement van den 20 Oct. 1703. Art. r. Groot Plac Boek van Cau. V Deel bl. 289 (17) De reden hiervan is ongetwyfteld , op dat de ruimte en luchtigheid in de fchepen niet benaauwd, en ook den Koopvaarders n de vragt niet benomen , noch '$ Lands Rechten verkort mogen worden.  van FRIESLAND. 43 bëftier van den Admiraal Generaal ; en het bewind der AdmiralKits Kollegien , met be trekking tot de Zee , neemc, met de daaruelIing der uitgeruste fchepen, een einde, behalven dat elk Kollegie aan zyne fchepen nog voor derzelver vertrek, of geduurende hunnen togt, zodaanige behoeften bezorgt, als dezelven door het een of ander toeval benoodigd mogen worden. Wy vinden dus ook hier ,. in de befchou winge van dit bewind der Admiraliteits Kollegien , onzen Gezichteinder ; dan wy oordeelen, dat het onzen Leezeren niet ongevallig zal zyn, ook eenig verflag van 't beftier over 's Lauds Viooten in Zee , en van de huishouding , en recht^pleeging, aan boord van 's Lands Schepen van Oorlog, te hebben, hetwelk wy nergens gevoeglyker , dan hier kunnen geeven. In de eerlte plaats moeten wy hier eenig gewag maaken van het hoog en zeer aanzienlyk Ampt van Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden, waarvan wy reeds hier en daar een woord hebben moeten zeggen: Dit Ampt wordt tegenwoordig bekleed door Willem den Vyfden , Prins van Oranje , en is ook altyd door eenen der Prinfen van Oranje waargenomen , uitgenomen in die tyden, waarin de meeste Provinciën van dit Gcrneenebest zonder Stadhouder en mede zonder Admiraal Generaal geweest zyn. In alle Kollegien ter Admiraliteit heeft de Admiraal Generaal her recht van Voorzktinge , zelfs moeten by die Kollegien, de vonnisfën op des- A » M I- li A L 1- t a 1 r I N F li i r-s-, LAND. Admiraal Generaal,  Apmi- Jl al i. te i t in Fr i es- land. Schikking van 's Lands Vloot in Zee. Cr) Art. 19. van de Inftr. voorde Kollegien ter Adm. Ree. van Zeez. J Deel. bl. 1. (s; Infiructiew* (tj Esquaders. 14 Tegenwoordige Staat deszelfs naam worden uitgefproken (r). Naast de Algemeene Staaten, heeft de Admiraal Generaal het hoogfte gezag over 's Lands Vlooten en over alles, wat tot de Admiraliteit deezer Landen eenige betrekking heeft. De befluiten der Algemeene Staaten, over den dienst en togten van 's Lands Viooten, meesten tyds, zo niet altyd , met voorkennisfe van den Admiraal Generaal genomen , worden door zyne bevelen ten uitvoer gebragt. Nogthans woont de - Admiraal Generaal in perfoon nooit eenigén Zeetogt by , maar het beftier over 's Lands Viooten in Zee wordt door Vlag • Officieren , ingevolge Berichtfchriften (s) van den Admiraal Generaal, waargenomen. Deeze Vlag - Officieren zyn de LuitenantAdmiraals , Vice - Admiraals en Schout-byMachts, waarvan dezulken , welken het bevel over 's Lands Vloot opgedraagen wordt, mede naar Zee gaan. Ook wordt 'er een Fiskaal, als mede een Sekretaris van de Vloot aangefteld, die zich mede aan boord van den Admiraal of Opper-Bevelhebber bevinden. De Vloot, in Zee zynde , wordt, door den Luitenant Admiraal, of wien anders het Oppergezag over dezelve aanbevolen is , in eenige Hoofddeelen (O, doorgaans in drie, verdeeld ; welken de Avantgarde of Voorhoede , de Batailje of Middeltogt en de Ar- rie-  van FRIESLAND. 45 rieregarde of Achterhoede geheeten worden C18). Elk Hoofddeel is door de plaats, van waar het zyne Wimpels waaien laat, onderfcheiden De Schepen van den Voortogt laaten de Wimpels van de Voorfteng waaien ; die van den Middeltocht van de groote Steng, en die van de Achterhoede van de Kruisfteng. De Esquaders zyn wederom in Smaldeelingen, linker en rechter Vleugels, verdeeld. Elk Esquader heeft zynen Luitenant • Admiraal , die over het zwaarfle Smaldeel van 't zelve het gebied voert, en eenen Vice- Admiraal en Schoutby-Nacht onder zich heeft. Men flaat ter Zee, doorgaans, van ter zyde, en de Voortogt doet den aanval; hoewel het onderfcheid van wind en weder, ftranden en zanden, hier in verandering maaken kan. De Admiraal, of die anders 't Oppergezag over de Vloot heeft, doet aan zyn boord Krygsraad houden , en bepaalt de Seinen en Vuuren. Zyn Schip is van de anderen te onderfcheiden, door den Standaart boven den Wimpel, en des nachts door drie Vuuren boven de Kampanje en één Vuur onder de Mars. De Admiraalsvlag wordt zelden ingehaald , al fneuvelt hy ook in den flag , op dat het Volk den moed niet verlieze. Admi- RALI. Tfc IT I N Friesland. Algemeene wetten op Om het Boots - en Krygsvolk op 's Lands VIoo- (18) In G. Brands Leven van de Ruiter, bl. 788 enz. kan gezien worden , hoe een Admiraal eene Vloot, in zeer goede orde, om te zeilen, fcaikken moet.  46 Tegenwoordige Staat KALITRI T I N FMCË 5LAN D. 's Lands Oorlogfchepen. Viooten in de vereischte orde te hóuden , heb« ben hun Hoogmogenden verfcheidene Ordonnantiën gemaakt. De voornaamften zyn de Artikelbrief van den 8 April 1702 (u) en de Nieuwe Orde van den 2.0 Oktober 1703 ("x ). Wy achten het niet onvoeglyk, dat wy 'er den korten inhoud onzen Leezeren van mededeelen. 's Morgens en 's Avonds moet 'er een opentlyk gebed op 's Lands Schepen gedaan worden Elk moet het zelve by woon en, op verbeurte van vier Stuivers, voor de eerlte, en acht Stuivers, voor de tweede reize. Zoiemant voor de derde reize achterblyft, wordt hy acht dagen in de Boeien te water en te brood gezet; die zich onder het Gebed, of onder het leezen van Gods Woord, dartel of oneerbiedig gedraagt, verbeurt een Schelling aan den Provoost , en wordt terftond van zyn Kwartier voor de mast gelaarsd. • Het vloeken en zweeren by Gods Naam, is opdiergelyke ftraffe verbooden. Die zich in Dronkenfchap verloopen, 't zy Officieren of Gemeenen, moeten acht dagen te water en te brood zitten, of worden naar bevinding van zaaken flrenger geftraft. Om Dronkenfchap te voorkomen, is het den Officieren verbooden , malkanderen op Zee te onthaalen. Men mag geene Dobbelfteenen, Kaartfpelen enz. binnen Scheepsboord brengen. Die eikanderen tot vechten porren, moeten driemaal van de (u) Groot Placaatboek. V Deel. bl. 275. enz* (x) Groot Placaatboek. V deel. bl. 282. enz,  van FRIESLAND. 47 de Rae vallen, en worden daarenboven van eer Kwartier Volks gelaarsd. Die 't Mes, in euvelen moede, trekt, al kwetst hy fchoon niemand, wordt met een mes door de hand aan de Mast gefleeken. En zo hy iemand kwetst, wordt hy driemaal gekield, of zwaarder geftraft, boven de betaaling der kosten en't meefterloon. Die na gemaakten vrede binnen Scheepsboord vecht, verbeurt de hand waarmede hy den vrede verbroken heeft. Een doodflager wordt op Zee met den dooden rug aan rug gebonden, en over boord geworpen. Aan Land wordt hy onthalsd. Die ftcelen , moeten het gelioolene vier dubbel weder geeven , en worden daarenboven naar goeddunken geftraft. Voor de tweedemaal betrapt wordende, doet men hen kielhaalen,en voor de derde reize, zonder genade, aan den hals ftraffen. Het Zee-krygsvolk moet den Algemeenen Staaten, en Bevelhebberen der Viooten, en. allen anderen Regeerders van de zaaken der Admiraliteit, volkomen trouw en gehoorzaamheid bewyzen, en den dienst niet zonder Pasport verlaaten. Niemant mag den geweldigen Provoost, in het uitvoeren van zyn Ampt, tegenftaan, op Lyffiraffe. Gelyke ftraffê ftaat op het dreigen , of geweldig wederftaan van den Kapitein, of zyne Gemagtigden. De Raaden ter Admiraliteit en de Opperbevelhebber der Vloote, mogen eenig Volk afdanken, of verplaatfen, waar tegen zich niemand verzetten mag. Die verloopt, na dat hy den Eed gedaan, of Geld ontvangen heeft, of zichby twee of meer Ka- Admi- e A l.it ^ it i n Fa ï es- la md.  48 Tegenwoordige Staat AT)m i- . 50 Tegenwoordige Staat komende in ly , beneden winds van den Vyand, moet elk, al is hy binnen fchoots , hooger op zoeken te zeilen , onder bedreiging van, by nalaatigheid, naar bevinding van zaaken, geftraft te worden. En die , in zulk een geval, zo ver in ly zyn geraakt, dat zy den Vyand met konnen befchieten , moeten alle Zeilen, die goed doen konnen, byzetten, om aan den Vyand te komen. Doch zo de Vloot van deezen Staat het voordeel van den wind heefc, moet elk zyn best doen, om eenig vyandlyk Schip aan boord te klampen , te enteren, en hetzelve teberooven; alles volgens bevel van den Admiraal. Die hierin nalaatigzyn, worden insgelyks met den dood geftraft. De Esquaders moeten op eenen behoorlyken af. ftand van elkander zeilen. Ook moeten de Schepen van elk Esquader niet te digt in een getropt zyn, om elkander den wind niet te beneemen, noch het befchieten van den Vyand te beletten; en vooral om, wanneer men hem het voordeel van den wind zou- .moeten betwisten, te beter boven wind te konnen komen, of blyven. Zo een Opperbevelhebber naar een ander Schip fchiet, om het zelve te doen opof afkomen, en dit Schip, buiten gewigtige redenen, niet terftond gehoorzaamt, wordt de Kapitein van het zelve met den dood geftraft. Gelyke ftraffe heeft een Kapitein te duchten, die zyn Schip aan den Vyand overgeeft. Zo eenig Schip, geduurende den ftryd , masteloos raakt, of in eenige andere ongelegenheid vervalt , moet het naaste Schip het zelve een Touw toewerpen, en het daar mede van den Vyand  van FRIESLAND. 51 Vyand affleepen : en zo zulks niet zyn kan, liever den brand in 't befchadigde Schip doen fteeken, of het in den grond helpen, dan 'er den Vyand meester van laaten worden. De Bevelhebbers van de Branders moeten zich, met hunne Schepen, in den aanvang van 't gevecht , vervoegen by de Oorlogfchepen, die digt by den Vyand zyn; welker Hoofden, by de eerfte goede gelegenheid, de Branders digt aan 't boord van den Vyand geleiden moeten, om dezelven, onder begunftiging van den Rook en 't geweld van 't Gefchut, daar aan te hechten ; en om vervolgens het Volk van den Brander in de Sloepen te bergen: alles op goeddunkelyke ftraffe , naar vereisch van zaaken. De Zee-Officieren zyn gehouden het Volk, van tyd tot tyd, door hoop op loon en vrees voor ftraf, tot den ftryd aan te moedigen. De Admiraal, of Opperbevelhebber der Vloote, moet, op alle Schepen, Jagten , Branders, Galjooten enz. , eenige bekwaame perfoonen aanftellen, welken toezien moeten, dat alles wel worde naargekomen. Den Schou' ten by Nicht is, in 't by zon der, gelast, op 't gedrag der Kapiteinen, in 't fluk van Soldaaten Zeemanfchap, acht te geeven. De Overtreeders , door den Krygsraad veroordeeld zynde, worden, of in Zee, of terliond na de te rugkomst der Vloote , geflxair. De Scheepswacht opgellagen en bezet zynde, ftaac het niemand vry, vreemde Spraaken te fpreeken, Vuurtekenen te doen , noch, buiten nood, gerucht te maaken. Ook mag niemand, op ftraffe van de boeien voor vier dagen, opD 3 bij?' A DMt« r A l iT E i t i n Fries, land. Wachten.'  52 Tegenwoordige Staat AoM i- HAL ITbl T I N Fries. LAN O Aan Land gaan. blyven, na dat de Wacht opgeflagen is. Die , voor dat zyne plaats door een' ander vervuld is, van zyne Wacht gaat , wordt driemaal gekielhaald , en van al het Scheepsvolk gelaarsd. Gelyke ftraffe ftaat op zulken, die op de Wscht flaapen. Die het Syfflet op hun Kwartier verflaupen, worden voor de eerfte reize goeddunkelyk geftraft, voor de tweede van al het. Scheepsvolk gelaarsd, en voor de derde gekielhaald. De Schepen zeilreed liggende, 'mogen geene Kapiteinen , of andere Officieren , aan Land vernachten , en zelfs by dage niet aan Land gaan, wanneer zy maar iets verzuimen. Die , zonder verlof, en zonder dat het zyn Kwartier is, aan Land gaat, verbeurt een'' Gulden, en mag, wederom aan boord gekomen , geene fpyze effenen: Zo hy na bezette Wacht fcheep komt, moet hy veertien dagen te water en te. brood zitten, en den geheelen nacht aan Land blyvende , wordt hy gekielhaald. Doch die, met de Boot aan Land geweest zynde, niet mét de zelve te rug keeren, zitten acht dagen te water en te brood; en zo ze aan Land vernachten, moeten ze driemaalen van de Rae vallen , en van al het Scheepsvolk gelaarsd worden. Die, buiten belet van weer en wind, langer uitblyven , dan hun bevolen is , vallen insgelyks driemaal van de Rae, en worden van een Kwartier - Volks gelaarsd. Niemand mag, buiten verlof der Opperhoofden , aan Land gaan, om Buit of Gevangenen te haaien. Ook mag niemand, op verbeurte van zyne Wedde, buiten  van FRIESLAND. 53 buiren verlof, op het inkomen, van de Schepen gaan. 's Lands Oorlogfchepen hebben last, om de Oorlogfchepen van Vrienden van den Staat beleefdelyk te bejegenen, zonder nogthans iets van dezelven te gedoogen, dat tot kleir achting of nadeel van den Staat zou konnen ftrekken. Het Zeekrygsyolk mag, op Lyfiïraffe, den Huisluiden, Burgeren, of anderen Ingezetenen van den Staat geenen overlast aandoen. Ook mag niemand eenige vreemde Schepen , komende of gaande van of naar plaatfen, die met den Staat in verbond ftaan , buiten verlof van hooger hand , vyandelyk bejegenen. Zelfs mag niemand , buiten uitdrukkelyken last , in eenig Koopvaardy - of ander Schip overgaan. Men mag te fcheep , buiten last van den Kapitein, met geene ontfteeken' Kaarfen , of diergelyk Licht, loopen. Niemand mag 'er Bultzakken hebben, met Hooi of Kaf gevuld. Zelfs, mag het Volk 'er geen tabak rooken, dan op plaatfen, daar het vry ftaat, 't zy tusfchen de Groote - en Fokkemast, of elders : alles om ongeval van brand te voorkomen. Het Bier en andere Leeftogt mag, op Lyfftraife, niet onnuttelyk geplengd of verkwist worden. Ook mag men 's Lands Kruid niet roekelooslyk fpillen, ten welken einde geene Eerfchooten , dan uit het Schip van het Opperhoofd , mogen worden gedaan ; zelfs niet onder den naam van het Kanon af te blaazen; op verbeurte van vyf en twintig Guldens van ieder Schoot, voor de eerfte , vyfiig Guldens D 3 voor Admiraliteit i N Fries- r, A N d. Niemand overlast te doen. Zorg voor Vuur en Licht. Scheepscn Krygsbehoeften.  54 Tegenwoordige Staat AnMt- KALI' TE IT I N F" I ESLA MD. Busfchieters, Kon» ftapels, Kwaniermeesters,enz. voor de tweede, en het Ampt voor de derrie reize. Ook moïen de Bevelhebbers, onder bedreiging van afdanking, ballingfchap , of en dood , niet op den Vyand doen fehieten, voor dat zy hem na genoeg gekomen zyn , om hem. afbreuk te doen. Niemand mag, op lyfftraffe, zyn Geweer verzetten , verkoopen, of vervreemden. Elk, dien het opzigt over eenige Scheepsbehoeften toevertrouwd is , moet daar voor verantwoorden, en op het inkomen rekening doen van het geene hy ontvangen en verbruikt heeft. Niemand mag eenig Buskruid, Kogels enz. verfteeken of verkoopen , onder bedreiging van met de Koorde geftraft te Worden. Die Timmermans of Busfchieters Gereedfchappen wegbrengen, worden ook, naar bevinding van zaaken, ge* ftraft. De Busichieters en Marsklimmers moeten hun kwartier waaken en te roer gaan , het Kordeel, de Schooten en Halzen waarneemen, onder bedreiging van , by nalaatigheid , driemaal van de Kae te vallen. Niemand , uitgenomen de Konftapels en derzelver Medelid* pers, mag 't Gefchut hanteeren , noch in de Kruidkamer komen, of hy verbeurt een maand Soldy , en wordt driemaal gekielhaald. De Officieren zyn gehouden 't Scheepsvolk , in 't Scheepswerk, en in het behandelen van 't Gefchut en Handgeweer , dagelyks te oeffenen. De Timmerlieden moeten de Schepen zo digt houden, als mogelyk zy, onder bedreiging dat de fchade , die den Schepen , door hun verzuim , overkomt, van hunne Soldye gekort sai  van FRIÉSLAND. 55 zal worden. De Kwartiermeesters moeten, nevens hun Kwartier , by dag en by nacht, boven zyn, en de Wacht houden, onder bedreiging van gekielhaald te worden. Ook moeienze by der hand zyn , als men 't Volk. fchaft, en niet van boven gaan, voordat het gegeeten heeft, zorgdraagende , dat het overfchot des Leeftogts wederom in de Bottelerye befteld werde, onder bedreiging van, by verzuim , driemaal van de Rae te moeten vallen. De Kapiteinen en eerfte Officieren moeten zorg draagen , dat 'er voor 't Scheepsvolk , volgens 's Lands orde (19), werde gefchaft, en (19) De Admiraliteit heeft, in 't jaar 1636 , deeze orde op het fchaffen der Zee beraamd. Ieder kop heeft een pond Kaas , en een half pond Boter ter week; de Kajuitsgasten hebben tweemaal zo veel. Des morgens fchaft men doorgaans Gort. Des Zondags middags krygt de Man een half pond gerookt Spek, of een pond Osfen en Schaapenvleesch en Graauwe erweten , zo veel als elk begeert. Maandag, Dingsdag en Woensdag, 's middags en 's avonds , wordt 'er Stokvisch en groene of witte Erwcen , naar genoegen van elk , gefchaft. Donderdag 's middags krygt elk een pond Osfenvleesch of een half pond gerookt of drie vierdendeel pond versch Spek. Des avonds fchaft men Erweten. Vrydng en Zaturdag wordt 'er , 's middags en 's avonds, Stokvisch en Erweten gefchaft. Tot aan Kaap Finisterre, drinkt het Volk, by dag en by nacht, Bier naar genoegen; doch verder , Water. In de Middellandlche Zee , konnen de Kapiteinen beftaan met Olie, in plaats van Kaas en Boter, te geeven, en met vier pond Befchuit; doch zo zy wat mild zyn, geeven zy elk zo veel Brood en Befchuit, als hy begeert, ea om de West Wyn over de Gort. D 4 Admiraliteit1 n Fn 1 eslak d. Orde op 't fchdFen.  56 Tegenwoordige Staat A d m i- r a l i te 1 t i n Friesland. GekvvetV ften, Verminkten , Zieken, en dat de Schepen behoorlyk van water voorzien blyven. Het Volk mag den Officieren, ter zaake van den Mondkost, geenen overlast aandoen; maar moet zyne klagten voor den Opperbevelhebber der Vloote brengen. Niemand mag, .op verbeurte van eene maand Soldy, den Gevangenen , die te water en te brood zitten , eenigen kost of drank geeven. Ook ftaat het niemand vry zynen Bak te verlaaten, om aan eenen anderen te gaan eeten , noch eenigen kost mede te neemen , of weg te lleeken. Die met geweld eenigen Kost of Drank uit de .Bottelery haaien , worden drie maalen gekield , en van al het Scheepsvolk gelaars d. i Die in"c Scheepswerk, of by Oorloge, binnen Scheepsboord gekwetst wordt, moet op ^s Lands kosten geneezen worden. Die in 's Lands dienst te Water verminkt, en daar door onbekwaam worden , om zich te geneeren, genieten, ter hunner keuze, eenen zilveren Dukaton 's weeks , zo lang zy leeven, of anders eens vooral, voor 't verlies van beide de Oogen, vyftien honderd Guldens; voor 't verlies van een Oog, drie honderd en vyftig Guldens; voor beide de Armen, vyftien hond.rd Guldens; voor den rechter Arm, vier honderd en vyftig Guldens,- voor den linker Arm, drie honderd en vyftig Guldens; voor beide de Handen , twaalf honderd Guldens; voor de Rechterhand , drie honderd en vyftig Guldens; voor de Linkerhand , drie honderd Guldens ; voor beide de Beenen, zeven hon. derd Guldens; voor één Been, drie honderden vyftig  van FRIESLAND. 57 vyftig Guldens; voor beide de Voeten , vier honderd en vyftig Guldens; voor éénen Voet, twee honderd Guldens, en voor mindere verminktheden in evenredigheid; alles volgens een vernieuwd Reglement der Algemeene Staaten van den 20 Oktober des jaars 1703 (z . De Opperbevelhebber eener Vloote moet zorg draagen, dat de Heelmeesters hunnen pligt niet verzuimen, en hunne Kisten, van tyd tot tyd, door den algemeenen Genees - en Heelmeester der Vloote, laatcn onderzoeken. Ieder Kapitein moet zo veele ichoone oude Slaaplakens aan boord houden, als zyn Schip (lukken Gefchu s voert, ten behoeve der Zieken en Gekwetlïen. De Matroozen en Soldaaten, welke aan eenen Bak eeten , moeten elkander, in geval van ziekte , de behulpzaame hand bieden. De Scheepshoofden moeten de Schepen, ten miuften driemaalen ter weeke, doen fchrobben en fpoelen, en nu en dan met Azyn doen befproejen,' of Geneverbefiën in dezeiven doen branden; alles om kwaade Lugt, en daar uit ontdaande Ziekten, te voorkomen (a). Niemand mag eenigen Tabak of Brandewyn fcheep brengen, om die aldaar te verkoopen, op verbeurte van dezelven en verdere goeddunkelyke ftraffe. De Kapiteinen mogen geene Kaidraajers aan boord dulden , en moeten de Plunje O) Zie Groot Plakaatboek, V Deel. bl 288. (a) Reglement tot beter Oekonomie op 's Lands Vloote van den 20 Oct. 1203. Art. XVI , in 't Gr. Plakaatb. V Deel. bl. 291. D 5 Admiraliteit I N Fll i bs» lan d. Kaidraajen.  Aom i. r a l i * te 1 t in FRIES' LAND. Buit en Gevangenen. G'oote Krygsraac 58 Tegenwoordige Staat Plunje van 't Scheepsvolk, die zy by dezelven mogten vinden , wederom aan 'c Volk ter hand doen ftellen. Geen Vaartuig mag, zonder onderzocht re zyn, van boord vertrekken. Niemand mag verlof tot het opvaaren van eenig Volk geeven, dan met kennis en goedvinden van het Opperhoofd der Vloote. Ook mag niemand, edel of onedel, groot of klein, eenige Vrouwsperfoonen fcheep brengen. In geval 'er Buit op den Vyand behaald wordt, mag niemand eenige Kisten , Pakken of geheime Brieven openen ; maar moet dezelven den Scheepshoofden overleveren , die alles, met de eerfte gelegenheid , aan de Admiraliteits Kollegien moeten overzenden. De Gevangenen moeten niet verfleeken of vry gelaaten ; maar door de Scheepshoofden bewaard, en riet, dan met kernis der Admiraliteits Kollegien, gelost worden. By de laatfte monftering der Oorlogfchepen , door eenige Afgevaardigden uit de Admiraliteits Kollegkn, benevens den Fiskaal, te doen, worde deeze Artikelbrief, en Ordonnantie, aan 't geheele Scheepsvolk voorgeleezen, en door hen, hoofd voor hoofd, bezwooren. Alle misdaaden van het Zeevarend Krygsvolk worden naar denzelven beoordeeld, hetzy door eenen grooten Krygsraad der Vloot, of door eenen Scheeps Krygsraad, aan boord van 't Schip , waarop de misdaad gepleegd is, naar maate het misdryf van aanbelang, of de befchuldigde perfoon van aanzien is. Wanneer in de Vloot Groote Krygsraad over • misdaadigen gehouden moet worden, wordt dezelve , door het waaien der Bloedvlagge, aan boord  van FRIESLAND. 59 boord van den Opper-Bevelhebber by een geroepen. Deeze Krygsraad beftaat uk den OpperBevelhebber en alle verdere hooge en laage Officiers der Vloot. De Fiskaal der Vloot doet, in dien Krygsraad, den eisch tegen den gevangenen , welke, benevens de noodige Getuigen, verhoord , en vervolgens 't Vonnis , by meerderheid van hemmen, geveld wordt. De Sekretaris der Vloot fielt den dsch van den Fiskaal, als mede de verhoorcn van den Gevangenen en Getuigen in gefchrifte, en houdt nette aantekening van het geen door elk Lid van den Krygsraad, by het opneemen der ftemmen, geoordeeld wordt rechtens te zyn. Nogthans wordt in de Vloot niet alleen over gepleegde misdryven, maar ook dikwyls over bedenkelyke omftandigheden , waarin zich de Vloot bevindt, Groote Krygsraad gehouden. Over misdaaden van gering belang wordt Scheeps Krygsraad gehouden , welke uit den Kapitein en verdere Scheeps Officieren beftaat; mogende echter in de Vloot geen Scheeps Krygsraad, dan met voorkennis en goedvinden van den Opperbevelhebber, gehouden worden. Van de Vonnisfen deezer Krygsraaden valt geen beroep aan eenigen hoogeren Rechter (b ) maar dezelve worden, indien de Krygsraaden buiten 's Lands gehouden worden, daadelyk uitgevoerd ; nogthans moeten alle Verhooren van de tnisdaadigers en der Getuigen, gelyk mede de aan tekeningen van 't gehemde in de Krygsraaden met de gevelde Vonnisfen, by de t' huiskoms der Vloot, aan den Admiraal Generaal wordei over (10 Appch A.TVM IKALI. re it i n Fries- L Aft O. Scheeps Krygsraad. Uitvoering der Vonnisten van de Krygs» raaden. 1 C l  6o Tegenwoordige Staat Admiraliteiti n Fb r e s- land. Overgang tot het bellier deezer Kollegien aan Land, Rechten van goederen en Schepen. Konvooigeld. overgeleverd. Indien echter op de Vloot, of op eenig byzonder Schip van Oorlog, nog binnen de Zeegaten, of op de Rheeden deezer Landen liggende, Krygsraad gehouden wordt, moetende Hukken enblyken, benevens de gevelde Vonnisfen, voor de uitvoering , aan den Admiraal Generaal worden gezonden , dewyl deeze het recht heeft, om die Vonnisfen te verzachten , of den misdaadiger de ftraffe geheel • lyk kwyt te fchelden. Naar het doelwit van ons werk, vleyen wy ons het bewind der Admiraliteits Kollegien, met betrekking tot de Zee , opzettelyk genoeg befchreeven te hebben., en zullen dus , op gelyken voet, derzelver bellier aan Land naagaan. Dit beftier beftaat in het heffen van verfcheidene Lands rechten, en voorts in hunnen Rechtsdwang over perfoonen en goederen. De Rechten, of belastingen, welke by de Kollegien ter Admiraliteit van inkomende en uitgaande goederen en Schepen geheven worden , zyn genaamd Konvooigeld , Licentgeld, Lastgeld, en Veylgeld of Premie. Het Konvooigeld is eene belasting, op goederen liegende , welke zo menigmaal daarvan betaald moet worden , als die goederen uit deeze vereenigde Provinciën, en daartoe behoorende Landfchappen, of uit de Landen van de Generaliteit, uitgaan, of van buiten het gebied van deezen Staat daar in gevoerd worden. De benaaming van dit middel is afkomftig van het Konvooyen of Konvoyeren der Koopvaardy Schepen , door 's Lands Oorlogsfchepen, welke  I van FRIESLAND. 61 ke uit den Opbreng van dit middel moesten worden uirgerust De Licentgelden zyn oorfprongklyk de penningen , welke byzonderlyk van die goederen en Koopmanfchappen moeten worden betaald, die, onder titel van Licent of Sauveconduii, toegelaaten wierden, om naar eenige Havens en Plaatfen , den Vyand onderworpen zynde, of van daar herwaards, te worden vervoerd ( qo) ; waar uit ook de benaaming van dit middel is af te leiden. Nogthans heeft tegenwoordig geen blykbaar verfchil tusfchen Konvoy- en Licentgelden meer plaats; maar beide deeze Rechten worden, reeds federt de oprechting der Admiraliteits Kollegien , van de inkomende en uitgaande goederen in eene fom betaald en in éénen adem Konvoyen en Licenten genaamd. Hét Lastgeld is eene belasting op Schepen liggende , volgens welke van elke Last, die het Schip groot is, uitgaande vyf Huivers, en op 't inkomen tien Huivers, moeten worden betaald De reden der benaaminge volgt hieruit vanzelfs. Deeze belasting wordt echter van ieder Schip, maar eens in de twaalf maanden, betaald, al is het dat hetzelve in dien tyd verfcheiden maaien uitgaat, of inkomt. Tot de meeting (20} Dat dit de oorfprong der Licenten geweest zy, waardoor deeze belasting eertyds, in haaren aart, van 't Recht der Konvoyen verfchilde, blykt uit de vooraffpraaken in 't Plakaat van den Graave van Leicestervan den 30 April 15S6 Groot PI. Boek van Cau 1 Deel Col, 2271. ) en van de Algemeene Staaten van den 17. Wov. 159S (mede by Cau I Deel Col. 2281 en R«cueil van Zeez; IDeel pag: 138). Adm rr A l 1. TE I T I N Fit I ESLAND. Licentgeld. Lastgeld.  6i Tegenwoordige Staat Admiraliteit i n F n l e slako. Veylgeld pf Premie. Lvst van *s Lands 1'ikonun de en uitgaandeRech.en. ting der Schepen en om te bepaalen, hoe vee* Ie Lasten ieder Schip groot is, of voeren kan , is by ieder Kollegie een Yk - Meester aangefteld , welke aan den Schipper een geblyk van gedaane meeting uitgeeft, Yk- of Tauxatie-brief genaamd , die echter alle twee jaaren moet worden vernieuwd. Het Veylgeld, eindelyk, is eene belasting, welke van de waarde der goederen en Koopmanfchappen moet worden betaald. De waarde der goederen moet opgegeeven worden, zo hoog als dezelve by Veylinge zouden kunnen gelden ; dit fchyntde benaamingvan veylgeld veroorzaakt te hebben. Aan't einde der zestiende Eeuw werd deeze belasting , by voorzieninge, voor den tyd van één jaar, ingevoerd, met een ten honderd, op 't inkomen, en een half ten honderd, op 't uitgaan, ten einde uit den opbreng van dit middel, de Premien tebetaalen, welke aan Kaapers, die toen voor'teerst Kommisfien ontvingen, en Kommisfievaders genoemd werden , waren uitgeloofd ( c ). Dit heeft zekerlyk aanleiding gegeeven , dat dit middel ook veeltyds Premie genoemd wordt. In 't vervolg van tyd is dit middel dikwyls, zo door verhooging, als vermindering, veranderd; byzonder is hetzelve zo wel als het Lastgeld, in tyden van Oorlog, aaimerkelyk verhoogd , waarvan wy nog tegenwoordig,-federt den jongften Oorlog met Engeland, het voorbeeld zien. De Lyst der inkomende' en uitgaande Rechten van Konvoyen en Licenten, fampt Veilgel- dettff (c ) Zie Groot Plac. van Cau. I. Deel. p. 099,  van FRIESLAND. 63 den, die tegenwoordig gevolgd wordt, is op den 31 July 1715 door de Algemeene Staaten be paald (d), waarby men echter moet bedacht zyn, dat in die Lyst, op veele posten, door laatere Plakaten , verandering is gemaakt. Over 't geheel moet men zeggen, dat de Goederen, die hier te Lande vallen, of gemaakt worden, by'tuitgaan, weinig, en fommigein't geheel niet bezwaard zyn. Diezelfde foort van goederen , uit vreemde Landen inkomende , betaalen zwaare Rechten , en zwaarder, naar niaate menze gemaklyker misfen kan. Sommige Koopwaaren, die hier te Lande bearbeid worden , mogen niet onbearbeid worden uitgevoerd, zonder veel aan 't Land te betaalen;van anderen is de Uitvoer volftrektelyk verbooden. Het Walvischfpek, de Baarden, en de Haring, van de Visfchery deezer Landen, betaalen geene inkomende Rechten. De OostindifcheWaaren, die onze Maatfchappy , federt langen tyd, alleen in Europa gebragt heeft, gelyk de Speceryen, mogen uitgevoerd worden, zonder iets aan 't Land te betaalen. De Oostindifche Maatfchappy betaalt, volgens eene Overeenkomst van den 15 Maart 1700 ( e), voor inkomende en uitgaande Rechten van de goederen , welke zy naar de Indien zendt , en van daar ontvangt, een fomme van driehonderd vier en zestig duizend guldens in 't jaar. De helft van deeze fom wordt door het Kollegie teAm- fter* (d) Men vindt deeze Lyst in 't Ree. van Zeezaaken, IV Deel. bl. 193. ( e) Ree. van Zeez. U Deel. p. *86. Adm i- ralite'ïf1 n Fries. land.  A DMIE A LITl I T I k Fit I ES' LAND. Plakaac op den Ophef van de Konvoyen en Licenten. een binnenlandsch Pasport daarvan geligt, en 's Lands uitgaande Rechten van die goederen, in bewaaring gelegd worden; welke Rechten echter aan den Koopman, of Schipper, te rug gegeeven worden, wanneer dezelve binnen dvn tyd, in het Pasport uitgedrukt, hetzelfde Pasport wederom aan hetzelfde Komptoir te rug brengt . en door eene aantekening van een Lands Bediende , Magiftraatsperfoon , of Sekretaris, op den Rug van het Pasport, geblykt, dat de vervoerde goederen , in 't Pasport gemeld , ter beftemder plaatfe , binnen deeze Landen, zyn gelost en aan Land opgeHagen (21). By elk Komptoir is een Konvooymeester , benevens een Kontrolleur (22) geplaatst; doch op plaatfen , daar de ontvang van gering belang is , wordt het Komptoir alleenlyk door een Kommis Kollekteur waargenomen. De Konvooymeester , of Kommis Kollekteur, ontvangt 's Lands Rechten, en moet niet % (21) Deeze binnenlandfche Pasporten zyn door de Algemeene Staaten ingevoerd , by 't Plakaat van den 6 May 16^3 , welk Plakaat , vervolgens op den 17 April 1605 , is vernieuwd geworden. Recueil van Zeez. I Deel. bladz. 1183. (22) By het Kollegie ter Admiraliteit in Frie land is, in den jaare 1781 , onder andere zeer aanmerkelyke poincten tot bezuiniging , bepaald, en nu en dan ook reeds naargekomen , dat de Posten van Kontro'leurs , aan de Komptoiren van de Konvooyen en Licenten open vallende , niet begeeven , maar het jaargeld befpaard, en de Post door een Kommis ter recherche, als Kommis Kontrolleur, tegen 't genot der emolumenten , waargenomen worden. E 2 A niwi. n A l 1- TE I T I N F K I F. u LAND.  68 Tegenwoordige Staat A P MIBA L I TËIT IN Fries LJlNO. / niet alleen, van tyd tot tyd , affchriften van zyn Ontvang-Register aan den Fiskaal overleveren , maar ook, na verloop van ieder jaar , rekening van zynen geheelen ontvang in den voorleedenen jaare , aan 't Kollegie doen , welke dan door eenige Raaden , benevens den Fiskaal , onderzocht en geflooten moet worden. De Kontrolleur moet tegenrekening, of Kontrarolle, van den Ontvang houden, en 't affchrifc daarvan, by het doen der Rekeninge van den Kon vooymeester, verzegeld aan 'c Kollegie overleveren. Ook zyn by deeze Komptoiren cén of meer Kommifen ter Recherche geplaatst, naar maate de vervoering van goederen, op zodaanigeplaats, van belang is. Deeze moeten by de laading en losfing van de aangegeeven Goederen en Koopmanfchappen , tegenwoordig zyn, de goederen onderzoeken , en dezelven met de Pasporten veruelyken, om te zien, of dezelve Goederen en Koopmanfchappen naar behooren aangegeeven en 's Lands Rechten betaald zyn. Hec Kollegie op de Maaze zet verfcheidene Komptoiren uit, als te Dordrecht, Haarlem, Gouda enz. te 's Hertogenbosch , Maaftricht , Valkenburg, en andere plaatfen in 't diftrikt van de Generaliteit. Het Kollegie te Amfterdam heeft zyne Komptoiren te Naarden , Muiden, Weezop, in 't Sticht, in Gelderland enz. als mede op de Eilanden Texel en Vlieland. Het Kollegie in Zeeland heeft Komptoiren te Bergen op den Zoom, en door geheel StaatsVlaanderen. Dat van het Noorderkwartier zet Komptoiren uu langs de Zuiderzee , in de Noord*  van FRIESLAND. 69 NoordhoUandfche Steden en in Overysfel. Het Kollegie in Friesland heeft Komptoiren te Harlingen , Dokkum , Makkum , Workum , Hindeloopen , Stavoren , Sloten , en verders door geheel Friesland en Groningerland , als mede in de Boertange , Koeverden , en op Schiermonnikoog. Ook houdt dit Kollegie twee Schepen , of Uitleggers , waarvan de eene aan 't Strand in de Zuiderzee, en wel op de Plaat , de Abt genaamd , en de andere by Groningen , op de Zoltkamp ligt. De overige Kollegien houden mede zodanige Uitleggers omtrent de Zeegaten. Deeze Uitleggers zyn taamelyk bemande en gewapende Vaartuigen , en op ieder, behalven op dien aan de Zoltkamp, bevindt zich een Kapitein die 'tKommando voert, als mede een Kommisfaris, of Kommis ter Recherche, om Sluikeryen te weeren en de Koopvaarders te klaaren. Boven de voorengemelde Rechten, op Sche ] pen en goederen liggende, wordt nog, by de; Kollegien ter Admiraliteit, geheven een recht van 't Klein Zegel, waarmede alle Verzoek-' fchriftenen andereftukken, die by de Kollegien worden ingediend, gelyk mede alle Pasporten , Schippers Verklaaringen, en andere Akten, welke by deeze Kollegien worden uitgegeeven, voorzien moeten zyn. Het bewind van dit middel is, by alle Kollegien, aan eenen Kommisfaris toevertrouwd, uitgenomen in dat van Zeeland, alwaar hetzelve door eenen Klerk wordt waargenomen , die jaarlyks vyftig Guldens geniet. Ook is by elk Kollegie een Zeegelklopper, die te gelyk als Kontrolleur geE 3 houden A DMI * 8 U I< T E I T t M Briesland. Recht van 't Klein Zegel.  7 • Tegenwoordige Staat A DM I" B AL IT E I T J w F II I E £• J.ADÜ, houden is , behoorlyk boek te houden van de Zegels , welke door hem geflagen, en aa> den Kommisfaris, tegen Recipis, ter hand gefield zyn. De Kommisfaris van het klein Zegel geniet geene vaste Wedde, maar alleenlyk vier Duiten van ieder Zegel, klem of groot, mits het papier , zo wel gedrukt, als"ongedrukt, ten zynen laste neemende. De Zegelkloppers genieten by het Kollegie ter Admiraliteit op de Maaze en te Amfterdam, ieder tweehonderd en vyftig Guldens in 't jaar, in Westfriesland en het Noorderkwartier , honderd en vyftig Guldens , en in Friesland vyfenzeventig Guldens. In Zeeland is geen Zegelklopper. Het eerfte oogmerk van dit middel is, om uit den opbreng daarvan de noodigepenningen, tot inkocp van Kanon voor 's Lands Oorlogfchepen, te vinden; doch by fommige Kollegien brengt het weinig op (23). Nog ( 23 ) Het Kollegie in 't Noorderkwartier fchreef, op den 13 Jauuary 1701, aan hun Hoogmogenden, dat de inkomlten van dit middel te gering waren, om "er eenige penningen op te ligten , of eenige ftukken kanon daaruit te koopen , alzo 'er, na aftrek van de Wedde der Bedienden, weinig voor 't Land overfchoot. Lamberti Memoires Tom: XI p 267. Ingevolge van het belluit der Algemeene Staaten van den ijj April 1691, moet dit middel, by de Kollegien ter Admiraliteit, geheven worden op den voet der Ordonnantie van 't Recht van 'r Klein Zegel, voor den Raad ,van Staate op den 10 April 1069 beraamd, te vinden in 't Recue'1 van Zeezaaken II Deel fol: 277, Daar 't Recht om be astingen uit te fchryven, en te doen heffen, alleenlyk aan de Oppermagt toekomt, zo fpteekt het van zelfs , dat de bepaalingen , hoe en tot .welke grootheid het recht van het klein Zegel moet worden voldaan, en welke voordeden de Bedienden van dit middel zullen genieten, eeniglyk by de Algemeene Staaten be. hoorea  van FRIESLAND. 71 Nog genieten deeze Admiraliteits Kollegien, voor de gemeene zaak, een tiende deel van den zuiveren opbreng van den Buit, weike door ?s Lands Oorlogfchepen , op den Vyand, ter Zee veroverd, en naar deeze Landen opgezonden wordt ; als mede een vierde deel van alle boeten, wegens overtreedingen, en van den zuiveren opbreng van alle verbeurd verklaarde Koopmanfchappen , Schepen, en verdere goederen , waarmede fluykery gepleegd is, en des wegens, door 's Lands Bedienden, zyn aangehouden. Dit zyn de gewoone inkomflen der Admiraliteits Kollegien. In oude tyden, toen fommige belastingen zelfs nog onbekend waren , konden uit deeze Inkomlten , de noodige uitrustingen van Oorlogfchepen gedaan wor den, boven de hui.>houdelyke uitgaven: dan, federt meer dan eene eeuw , zyn deeze opkomften , zo men zegt, naauwlyks toereikende , om de kosten der dagelykfche huishouding met de Jaarwedden der Raaden, Amptenaaren en Bedienden van de Kollegien, daaruit te kunnen goedmaaken ( 24 j: behalven dat het Kollegie te hooren vastgefteld te worden, zonder dateenig Kollegie bevoegd is, oin, op eigen gezag , eenige beflelling over het een of ander te maaken ; gelyk ook hun Hoog Mogenden , boven voorengemelde Ordonnantie, de bediening van dit middel, en 't geen daaraf by de Be' dienden genooten mag worden, hebben bepaald by der zeiver befluit van den 2f Jan. 1725. llecueilvan Zeez, IV Deel bladz: 124. (24) Of du groot verfchil meest aan de vermeerde- ring E 4 Admiraliteit I N Fries. land. 's Lands aandeel in Buit, Boeten en verbeurd verklaarde goederen. Gebruik en Befleeding der gewoone inkomften van de Adm. Kollegien.  A d m i- ka l i ItlT i n Fr ie!> land, 7& Tegenwoordige Staat te Amfterdam, als het magtigfte van allen , ten minften voor den jongften Oorlog met Enring der daagelykfche Uitgaven, dan wel aan de vermindering der Itikomften , of aan beiden in eenegelyke maate, moet worden toegefchreeven, laaten wyaan die geenen, ter beflisfiüge , over, welke gelegenheid hebben, om het huishoudelyk bellier der Admiraliteits Kollegien van naby, en met die naanwkeurigheid, te zien, welke noodwendig vereischtwordt, om over eenez ak van zo veel belang een juist oordeel te kunnen vellen, Dit is zeker, dar men, federt jaaren herwaards , by eenen gelukkigen Vrede, den Koophandel ongemeen begunftigd, en veele goederen en Koownanfcbappen, zo op het uitgaan , als inkomen , vry gefield, en andederen in de betaaling van Rechten aamnerkelyk verminderd heeft. Men denke echter niet, dat deeze ontoereikendheid der middelen van deeze Kollegien, zich in deeze, of in de vóorige eeuw , eerst ontdekt hebbe: want, reeds by en kort na de Oprechting der Admiraliteits Kollegien, klaagde men daar over van alle zyden, naar maate de omftandigheden van tyden eene meerdere uitrusting van Schepên noodzaakelyk maakten. Men zocht dit gebrek, in de eerfte plaats, doorverliooginge van de Konvooyen en Licenten, te verhelpen, welke, met opzigt tot goederen over Zee inkomende'en uitgaande, volgens een Plakaat van hun Hoog Mogenden, van den f July 1651 (Ree: van Zeez. I Deel bladz. 340) meteen derde verhoogd werden. Op den ü Maart 1652 werd het Veilgeld van alle goederen , zo te Lande als te Water inkomende en uitgaande, ingevoerd , en eene Lyst daartoe beraamd ( Ree: van Zeez. I Deel bladz. 342) gelyk hun Hoog Mogendtn ook," by derzelver Plakaat en Ordonuantie van den 21 Maart deszelfden jaars ( Recueil van Zeez. I Deel bladz. 3-3) eenLastgeld invoerden ; welk Last en Veilaeld echter ,'by waarfchuwinge van den 12 Aug. 1055, ( Ree van Zeez. 1 Deel bladz: 38 O op de heft wede; om verminderd werd. Dan de verhooging van de oude en de bepaaling van nieuwe Rechten.haddcn weinig beter gevolg.dan datze d? zugt, om door verkorting van die Rechten winst te doen,  van FRIES L A N D. 73 Engeland , jaarlyks nog wel een Schip van Oorlog , uit zyne eigene middelen, konde in Zee brengen. De doen, by de Kooplieden deeden aangroeyen- IVfen zag dierhalven naar allerley middelen uit, om de overmagt van fluikeryen te vveeren en d-.-n vervallenen ftaat van 's Lands middelen te herftellen. Ten dien einde beflooteu de Algemeene Staaten , volgens waarfchuwing van den 9 April 1687 , en daarop ge» voltjde Ordonnantie van den 19 Jur.y deszelfden jaars ( Gr: Plac: Boek v. Cau IV Deel fol: 123?, en Ree: van Zeez; II Deel fol 7 ), om voor den tyd van één jaar, de helft van 's Lands inkomende en uitgaande Rechten van Konvooyen en Licenten , aan byzondere Perfoonen te verpagten, of zo als men 't noemde, in admodiatie te geeven ; gelyk voormaals bereids, by 't Pla.-aat van den 28 July 1631 (Ree: v Zeez. I Deel bladz- joo) van een vierdedeel dier Rechten, gedaan was. Die verpagtinggefchiedde vervolgens voor den tyd van drie jaaren ,en, om aan het werk en de uitvoering van den 1'agter, of admodiateur , mterder gezag by te zetten, werd dezelve , en zyne lYTedeftanders , door de Algemeene Staaten, by waarfchuwing van den 1 July 3687. i Ree. van Zeez II Deel. bl. 71. ) in zonderlinge befcherming genomen, en aan hem vergund, om te gebruiken alle zodaanige middelen , als aan de Kollegien ter Admiraliteit, ter handhaavinge van s Lands Rechten, en van de waardigheid hunner be Meninge , wegens de gezamentlyke Bondgenooten, waren ter hand gefield. Ook werd hem, door hun Hoog Mog. by derzelver beflait van den 30 Jan i6 i8. ( Ree. van Zeez II Deel bl 92 ) de vrye toegang in de Raad> kamers der Admiraliteits Kollegien, en zitting aan het laagfte einde van de Tafel vergund , wanneer , en zo lang, hy eenige zaaken hem, of de admodiatie, betreffende , mogt hebben voor te draagen. Dan deeze verpagting beantwoordde even weinig aan het gewenschte oogmerk: ten minften is dezelce na dien tyd , het zy uit hoofde van knevelaaryen , welke het eigen. E 5 AdmI" int [- rr.iT I N Fll I ESLA N IJ.  74 Tegenwoordige Staat Admi- k a L it e i t i n Friesland. Recht van de Turkiche Pasporten De Sekretarisfen by de Admiraliteits Kollegien ontvangen ook nog, volgens befluit der Algemeene Staaten van den 4 Jan. 1727 (f), een Lands Recht van de Türkfche Pasporten, welke, by de Kollegien ter Admiraliteit, aan de Koopvaarders, tegen betaaling van dit Recht, worden uitgegeeven , om dezelven tegen die .van Algiers te dekken, ingevolge de overeenkomst met de Regeering van die Plaats gemaakt ; dan dit Recht wordt niet by de Kollegien ter Admiraliteit genooten, maar de Sekretaris moet zynen ontvang brengen onder den Ontvanger Generaal van deeze Rechten in *s Haage , die denzelven dan ter Generaliteit verantwoordt. De voorzorgen, welke by het uitgeeven deezer Pasporten , om alle misbruik voer te komen , moeten worden gebruikt , zyn omzigtiglyk , by een Plakaat van dien zelfden 4 Jan, 1727 (g) , be- eigenbelang van den Admodiateur zeer eigenaartig moest mede brengen , of om andere redenen , niet w-.-derom gedaan , maar 's Lands Rechten op die wyze geheven, welke nog heden gebruikelyk is; behalven, dat, door het Plakaat en Lyst van den 31 July 1725, (Ree. van Zeez. IV Deel. bl 134 en 193.) een meer bepaald richtfnoer daaraan fchynt gegeeven te zyn. Ueen wonder dierhalven, dat de kwaaien , waaraan de inkomften derAdmiraliteits Kollegien, reeds in 't begin der voorige eeuw , zukkelden, als nog plaats hebben , en waarfchynlyk niet verbeterd zullen zyn; nieuegenftaande de Koophandel deezer Vereenigde Nederlanden , of de bron , waaruit deeze inkomiten moeten voortvloeyen , byzonder in deeze eeuw, de bewondering even zeer, als de wangunst van geheel Eun pa , fchynt naar zich getrokken te hebben. C_fj Recueil van Zeez. IV Deel. bl. 273. (g) Recueil van Zeez. IV Deel. bl, 281.  ! van FRIESLAND. 75 bepaald, en zwaare boeten op de overreedingen gefield. Op de Komptoiren van de Konvooyen en Licenten wordt ook, door of ten behoeve van partikuliere Ontvangers, door de Magiltraaten der Steden gefield , geheven de wederhelft van het Last en Veilgeld. zo als hetzelve by de Kollegien ter Admiraliteit genooten wordt. Dit middel heeft den naam van Ver hoogd Last en Veilgeld, en wordt door gemelde partikuliere Ontvangers , aan het Generaal Komptoir van dat middel, in 's Haage, verantwoord. Ook wordt, door of ten behoeve van voo« rengemelde Ontvangers van het Verf oogde Lasten Veilgeld , nog aan de Koinptoiren van de Konvooyen en Licenten geheven een Borkums Vuurgeld , tot één' Huiver van ieder 1 ast, welke de Schepen groot zyn. Dit middel is, door eene Bekendmaaking de* Al remt ene Staaten van den 3 Sept. 1781 , ingevoerd , voor den tyd van tien jaaren , en moet alleen ■ lyk van die Schepen betaald worden, welke, uit deeze Landen naar de Oostzee, en Archangel, midsgaders naar de kleine Oost( 25 ) , en Noorvveegen , vaaren, eenige Groninger Turffchepen uitgenomen. Dit middehvordt mede aan den Ontvanger Generaal van het Verhoogde Lasten Veilgeld in 's Haage overgebragt , en dient C 25) Onder de benaaming van de kleine Oost vallen de plaatfen aan de Kems, de Elve, de Weezer, de jade, en de Eyder, gelegen, en voorts geheel Ftfoorweegen tot aan den Zond toe. Admi» r al 1- t E 1 t 1n Fl< i es' land. Verhoogd Last- en Veilgeld. BorkumsVuurgeld.  70 Tegenwoordige Staat Ahmi- ÏALJTE I T I N Fries, la IS' d. Paal-Ton. Vuur en Baakengelden. Rechts, magt, Rcchtsdwang, en Rechtsgedingen. dient, om het middel van 't Verhoogde Last> en Veilgeld in ftaat te houden, om jaailyks , aan de Regeering der Stad Embden , zekere fom te betaalen , voor het oprechter, en onderhouden van een Vuurbaak , op het Eiland Borkum, en voor het betonnen en bebaakenen van de Rivier de Eems , buiten bezwaar van de Schepen en Vaartuigen deezer Landen ; ingevolge eene overeenkomst, met goedvinden van de Algemeene Staaren , door Afgevaardigden uit het Kollegie ter Admiraliteit in Friesland , met Afgevaardigden van Burgemeesteren en Raad der Stad Embden , op den Van Lyfftraffelyke Vonnisfen der Admiraliteits Kollegien valt geen beroep tot eenen hoogeren Rechter (0) ; doch van de Vonnisfen in Civile Rechtsgedingen , boven zes honderd Guldens bedraagende, kan by de Algemeene Staaten Herziening , Revifie , verzocht worden ( 30 ). Dit Cl) Art. 15 der Inftructie. Ree. v, Zeez. I Deel. bl. 1. (m) Are. 51 van voorG Inftr. (n) Recueil van Zeez V Deel. bl 760 (, o) Appel. ■ (30) Wanneer echter eenig Vonnis der Admiraliteits Kollegien , zonder onderfcheid, aan zodanige gebreken rnogt mank gaan, welke een Vonnis, naar 't voorfebrift van 't gemeene recht en reden , doen vervallen , zo lpreekt het vanzelfs , dat het beklag van nietigheid, (yuerela millimis ,) daar tegen moet kunnen plaats vinden , zonder dat Revifie als dan te pasfe kome. De Kollegien ter Admiraliteit zyn wel van de moeyelyke form van gewoone Rechtsgedingen qntheven , doeft het III. DEEL. F Admi- KALI" riiiT IN Fk I E4 LAN Li,  Admiraliteiti n Fries, land. %a> Tegenwoordige Staat Dit verzoek tot Revifie moet, binnen vier weeken , na den dag, waarop het Vonnis uïtge* fproken is, by de Algemeene Staaten worden gedaan (31), na alvoorens twee honderd Guldens, in handen van den Sekretaris van 't Kollegie, waarby't Vonnis gevallen is, gefield te hebben. Deeze fomme vervalt, als boete, aan het Land, wanneer de Revifie niet vervolgd wordt ; doch indienze wordt voortgezet , dienen deeze penningen , nevens andere , tot goedmaaking van de onkosten op de Revifie vallende. De Revifie verkreegen zynde , worden, door de Algemeene Staaten, acht toegevoegde , of Adjunct Revifeurs, benoemd ( 32 ), welke het zou tegen alle denkbeelden van Recht en billykheid aanloopen, wanneer men daarom hunne Rechtbank voor willekeurig wilde aanzien. (31 ) By het vyftigfle Artikel der Inftructie voor de Admiraliteits Kollegien, was wel bepaald , dat de Revifie binnen 't jaar moest worden verzocht; doch niet, binnen welken tyd de Revident dezelve moest doen dienen. Dus is by 'c derde poinct van 't befluit der Algemeene Staaten van den 16 Aug, 1624. (Ree. van Zeez l Deel. bl. 72.) vastgefteld, dathet verzoek tot Revifie moet worden gedaan binnen vier maanden, na de uitfpraak der Sententie , en dat binnen twee maanden na verkreegen Revifie, de zaak in ftaat van wyzen gebragt , en binnen eene maand daarna, toegevoegde , of Adjunct Revifeurs , moeten worden verzocht; waarna de zaak dan met zo veel fpoed moet worden voortgeriomen , dat dezelve . binnen twee verdere maanden , moge worden ten einde gebragt. (32) Deeze Adjunct Revifeurs worden, ter Vergaderinge van de Algemeene Staaten , door de Leden van elke Provincie afzonderlyk geftemd , en uit elke Provincie een Adjunct Revifeur benoemd , dewelke dan den Rang houdt van die Provincie , waaruit hy benoemd  van FRIESLAND. 83 welke dan, door de Algemeene Staaten, worden aangefchreeven, om zich tegen zodanigen dag, als by het Kollegie bepaald is, derwaarts te begeeven. Deeze acht Adjunct Revifeurs moeten dan, ter plaatfe , daar het Kollegie gehouden wordt, met zeven Raaden uit hetzelve Kollegie, het Vonnis met de Hukken nazien, en ten tweedenmaale vonnisfen v33> Uit benoemd is , zonder aanzien van eenige Vergadering, of Kollegie, waarin dezelve zitting mag houden. De achtfte Adjunct Revifeur wordt, in voorengemelde Vergadering, door de Afgevaardigden uit de Provinciën, by beurten , benoemd , en dezelve moet de laatlie plaats , of Rang, houden, zonder aanzien van fdé Provinciën , waaruit hy benoemd is , of in welke Vergadering of Kollegie hy Sesfie moge hebben. Alles ingevolge hun Hoog Mogenden befluit van den 5 April 1675. (Groot Plac» Roek van Cau. III Deel. bladz- 1241.) ( 33 ) By net befluit der Algemeene Staaten van den 36 Aug. 1624. ( Groot Plac. Boek van Cau. Ut Deel 1239,) was bepaald, dat de Revifie zoude gefchieden , by de zeven Raaden van het Kollegie , by welk het Vonnis was uitgefproken, en by zeven Adjunct Revifeurs; en wanneer het Kollegie uit meer dan zeven Raaden belfond , dat dan zeven uit hun midden tot de Revifie zouden worden afgevaardigd , óm met de Adjunct Revifeurs een gelyk getal uit te maaken ; dan, by een laater befluit van den 28 Maart 1675. (Cau Gr. Plac. Boek. III Deel. bl. 1240.) is het getal der Adjunct Revifeurs op acht gefield. De Daggelden, zo wel voor de zeven Raaden ter Admiraliteit, als voor de acht Adjunct Revifeurs, benevens den Sekretaris van 't Kollegie, daar de Revifie valt, zyn by hun Hoog mog. befluit van den 4 Oct. 1667. (Cau Gr Plac. Boek. III Deel. 1240.; bepaald op zes Guldens 's daags ; mits dat zy twee uur voor - en twee F A Admi- r A lite i t in Friesland.  84 Tegenwoordige Staat Admiraliteit i n F ta i e s ■ l a n d. Het Landshuis Leeuwenburg. Uit deeze befchryving van 't beuier der gezaamenlyke Admiraliteits Kollegien, hoe oppervlakkig dezelve ook zy , zal een ieder ligtelyk kunnen opmaaken , dat het Kollegie in Friesland , wiens bewind en huishouding wy in deeze Verhandeling eigenlyk bedoelden, alleszins onder die Kollegien behoort geteld te worden, welke eene zeer groote betrekking tot het welzyn der Vereenigde Nederlanden, en van. deeze Provincie in 't byzonder, hebben. Wy houden deeze taak hier mede voor afgedaan, en zullen alleenlyk nog eene korte befchryving geeven van de Gebouwen en verdere Vastigheden , ten diende van dit Kollegie gefchikt. Onder deeze koomt eerst in aanmerking. Het Landshuis LEEUWENBURG, 't welk, eertyds toebehoord hebbende aan de Diakeny der Gereformeerde Gemeente binnen Harlingen , voor veele" jaaren , door 't Kollegie ter Admiraliteit , van dezelve is aangekocht , en van tyd tot tyd herbouwd. Hetzelve is eene Dwarshuizing, ftaande aan den Noordkant van de Havenpoort en Militaire Wacht, met het front of Voorgevel naar het Zuiden, alwaar boven in de Lyst het Admiraliteits Wapen ge- twee uur na den middag, met eikander over de zaak zitten , en, langer zittende , voor elk uur dertig Stuivers, zonder dat de Raaden ter Admiraliteit, of Sekretaris , eenige Reis - of Teer- kosten mogen in rekening brengen; doch de Adjunct Revifeurs genieten boven gemelde Daggelden niet alleen nog acht Guldens , voor Teer- kosten, en voor hui:ne Dienstbooden , of Knechts, één Gulden 's daags, geduurende de dagen hunner zitting , en voor de dagen van hun komen en gaan , maar kunnen ook hunne Schuit • en Wagen - Vragien in rekening brengen.  van FRIESLAND. 85 geplaatst is. Volgens zyn eerden aanleg was dit "huis gefchikt tot een Logement voor de Friefche Heeren Raaden ter Admiraliteit, gelyk het daartoe ook veele jaaren heeft gediend ; hebbende destydsieder Heer, uit het kwartier, waaruit hy zitting in die Vergadering had , zyn afzonderlyk vertrek gehad, gelyk nog tegenwoor. dig boven ieder deur dier kamers gezien kan worden. Doch federt den ongelukkigen brand van het Kollegiehuis en Magazynen, voorgevallen in den jaare 1771 , is dit gebouw gefchikt en gebruikt tot eene Vergaderplaats van hun Ed. Mog. Dit Huis, op keiders gebouwd en ten Noorden uit het water opgehaald zynde , is van een zeer goed uiterlyk aanzien, en bevat verfcheidene ruime zo boven als beneden Vertrekken , waar onder voornaamelyk uitmunten de Raadkamer , de Kamers van de beide Heeren Ministers, de Sekretary en Boekkamer, de Kaartekamer, Vertrekkamer en anderen ; behalven die, welke ter bewooninge voor den Kamerbewaarder dienen ; hebbende eenige dier vertrekken hun uitzigt ten Zuiden op 't plein voor de Militaire Wacht en in de Stad, en de andere ten Noorden en Westen in Zee. Het LANDS - MAGAZYN, gebouwd in den jaare 1776 , op de plaats van het* afgebrande Vergaderhuis en Magazynen , aan den Noordkant van de Zuiderhaven, ftrektzich langs dezelve Oosj: en West , en maakt eene zeer fchoone vertooniqg. Door de Poort, of voornaamen ingang ten .Zuiden, waar boven het jaar der bouwinge met het Admiraliteits WaF 3 pen Ar> m u r alit e i t in Friesland, Ha VTagazyn.  &6 Tegenwoordige Slaat Ad Mijl AL it e i t in Friesland. pen gezien wordt, en welke door een fraai Yzeren hek , zo ten Zuiden als ten Noorden, geflooten wordt, gaat men Oost - en Westwaards tot hetzelve, en tot de beide Vleugels van dit gebouw, in welker Oostelykfte 's Lands Vendukamer mede betrokken is ; zynde alles ruim en ter berginge van Scheepsbehoeften zeer gefchikt. Achter en ten Noorden van dit gebouw, over eene ruime plaats, ftaat het huis, dat nu door den Hoog - Bootsman van 's Lands Magazyn, doch voor den Brand door den Kamerbewaarder, bewoond werd , het* welk ook maar alleen, benevens 's Landa Gewaldige en Vendukamer, fchoon geenszins onbefchadigd, van alle die gebouwen is overgebleeven : het gemelde huis van den Hoog Bootsman is een fraai Dwarshuis , met den Voorgevel naar het Zuiden, heefc ten Noorden een' uitgang in eene Steeg , ten Oosten van 's Lands Gewaldige of Gevangenhuis , en van binnen zeer goede en welgetimmerde Vertrekken. Ten Westen van dit gebouw ftaat nog een Lands Pakhuis, doorgaans het Roode Stek genaamd : hetzelve wordt gebruikt tot berging van mindere behoeften, als van kogels , yzeren ballast enz.: doch heeft geen byzonder aanzien. In eene daartoe gefchikte plaats van dit Pakhuis wordt 's Lands Brandfpuit bewaard , zo als op de deur daarvan met het Admiraliteits Wapen te zien is ; deeze BrandIpuit wordt met en benevens die van de Stad gebruikt, met dit onderfcheid, dat dezelve alken onder het bellier van den Hoog-Bootsman ftaat»  van FRIESLAND. 87 ftaat , welke ook in de Vergaderingen van de Stads Brandmeesters wordt toegelaaten, waarin hy wel een advizcerende maar geen concludeerende Stem heeft. De LANDS-WERF, gelegen aan den Zuidkant van de Zuiderhaven , tegen over 's Lands Magazyn, ftrekt zich in de leng re Oost en West. Voor den jaare 1781 konde op deeze Werf llegts één, 01 ten uiterften, twee Schepen , gebouwd worden; dan federt dien tyd , door aankoopinge van byzondere huizen, merkelyk vergroot zynde, konnen daarop thans vier of vyf fchepen van linie te gelyk op ftapel worden gezet, gelyk ook , wegens de uitdieping of flatting der Haven , in den jaare 1782 gedaan, zeer geraaklyk in het water gelaaten , en vervolgens afgetimmerd en geplaatst worden. De voornaame ingang tot deeze Werf is ten Westen, alwaar, zo ten dienfte van 's Lands - Scheepstimmerbaas als anderszins , een zogenaamde Maizolder is gebouwd , ter gereedmaakinge van de Mallen der te „bouwen Oorlogfchepen enz. Dit gebouw is meest van hout, en tot het oogmerk zeer gefchikt. Aan den Oost - of liever Zuid - Oostkant , vindt men, voor den Equipagiemeester _ en 's Lands Baas, ieder een vertrek, ter verrichtinge hunner zaaken aan de Werf. Achc(* dit gebouw, ten Zuiden aan de Stads Wal worden , in twee daartoe gefchikte plaatfen , de Brandfpuiten , op 's Lands Schepen van Oorlog wordende gebruikt, bewaard. F 4 0°'£ Admi- 11 a l iTfc.ITin Friesland.De Lands Werf.  Admiba litb it in Fries- land. 's Lnnds Gewaldige of Ge van. genliuis. 88. Tegenwoordige Staat Ook wordt hier gevonden al het vereischte, zo van Stoof als anderszins, ter aanbouwinge van Schepen; mogende deeze Werf thans, met veel recht, voor eene der besten gehouden worden. Aan den Oostkant van deeze Werf Haat nog eene welgetimmerde Lands Huizing, uitzigt hebbende ten Westen op dezelve Werf, en zeer gevoegelyk ter bewooninge voor den Equipagiemeester. Nog behooren tot 's Lands publieke Gebouwen, de twee, insgelyksaangekochte, Pakhuizen , ftaande op de Zuiderhaven , ten Zuidoosten van de Westerkerk, mede gebruikt wordende tot berging van Scheepsbehoeften, en daartoe ook zeer gelegen, als konnende de goederen zeer gemakkelyk uit de ligters worden opgeflagen, en ook wederom van daar in dezelve worden afgegeeven en ingefcheepr. Achter deeze gemelde Pakhuizen heeft men de Gefchut-Werf, alwaar het Kanon enz. op eene daartoe gefchikte ruimte , ieder naar zyn kaliber, is geplaatst, hetwelk eene zeer goede vertooning maakr. 's LANDS GEWALDIGE, of Gevangenhuis , ftaande aan den Zuidkant van de Schritfen , ten Noordoosten van 's Lands Magazyn en Hoog - Bootsmans huizing ; is van een oude Friefche bouworde, heeft een zeer goed aanzien , en van vooren een bordes, van waar men uit een ruim Voorhuis naaide Verhoorkamer, en vervolgens tot de Bovenen Beneden gevangen V ertrekken gaat ; zynde gebouwd op kelders, en gefchikt ter bewaaringe van zwaare gevangenen. Aan den Westkant is r het  van FRIESLAND. 89 het Woonhuis van den Gewaldigen Provoost, hetwelk eene aanbóuwing fchynt te zyn , en laag en van geen byzonder aanzien is; doch genoegzaam ter bewooninge voor dénzelven, en voorzien met een' zeer fraaien tuin, loopende ten Zuiden en Oosten tegen 's Lands voorengem. Gebouwen. Wyl het Jaargetal, zo aan het eerstgem. Gebouw als aan dat van den Gewaldigen Provoost ontbreekt, is de, bouwinge daarvan niet wel te bepnalen; waarfchynelyk zal het laatfte van tyd tot tyd gefchied zyn. Het KOMPTOIR van oe KONVOOYEN en LICENTEN, ftaande aan den Zuidkant van de Havenpoort , is federt eenigen tyd, door hun Ed. Mog. aangekocht, en tot het houden van het bovengenoemde Komptoir gefchikt ; zynde hetzelve voorheen gehouden aan het huis van den Ontvanger van dat middel. Dit huis heeft geen byzonder aanzien; men vindt alleen, ter onderfcheidinge van andere huizen , het Admiraliteits Wapen in den Voorgevel ten Noorden. F 5 De Admi- kali" t ËIT ia F II i e s" land. Het Komptoir van de Kon vooyen en Licenten.  po Tegenwoordige Staat Slattino jsnz. DER. ZuiDEli Haven t te Har- l1r6&n. De slatting enz. der zuider haven te harlingen. T X" den jaare 1782 werd, geduurende den En. gelfchen Oorlog , in deeze Stad, met groote kosten en tot eene buitengewoone diepte, geflatten de Zuiuerhaven, om dezelve bekwaam te maaken tot berging van zwaare Oorlogfchepen. Daarenboven werd 'er ook gemaakt een zeer zwaare Draaibrug, benevens het hier toe noodige Metzei- en Heiwerk ; alles onder bellier van Kommisfarisfen der Ed. Mogende Heeren Gedeputeerde Staaten, de Hoog W. Geb. Heeren Jr. E. S. G. J. van Burmania Rengers , Grietman van Wymbritzeradeel, en Jr. W. H. Baron van Hambroik , Burgemeester te Leeuwarden, welke Heeren 'tGeneraale opzigt over deeze werken bevolen aan den Heer J. de Boer , Landfchaps Ingenieur, en, by zyne afweezigheid, aan den Heer N. Ypey, Mathefeos Profesfor te Franeker ; zynde tot Opziener over de Brug en 't metfelen der muuren benoemd , Eybert Dirks, Koopman te Makkum , over 't maaken der Dammen en Drooghouden der Haven , Jelle Jacobi, Bouwmeester der Had Harlingen, en over de Slatting de Strandmeesters der buiten en binnen Vyfdeels Dyken, Michiel Nauta en Simon Miedema. Eer 'er eenig begin met de Slatting der Haven wierd gemaakt, deeden de Ed.Mogende Heeren Gedeputeerde Staaten, om dezelve, op 't iNoord- einde  van FRIESLAND. 9i einde, van de vereischte breedte te maaken, de navolgende Huizen, om ze ten fpoedigften af te breeken, koopen. Ten eerften, het Huis van den Burgemeester van Slooten , ftaande ten Westen der Havenbrug, en met den Achtergevel naar de buiten Haven, voor 3550 Kar. Guldens. Ten tweeden , de Herberg, de drie Hoef. yzers, ftaande aan den Oostkant dier Brug, voor 6000 Kar. Guldens. Ten derden , het Zeilmaakers Huis, ten Oosten van 't laatstgemelde , voor 2200 Kar. Guldens. Hier aan floot het Huis van den Bakker Bauke Thomas, 't welk men in 't begin dacht niet noodig te hebben , doch naderhand koopen moest. Deeze drie laatstgemelde Huizen kwamen van achteren uit in een Straatje, Oost en West loopende , en aan welks Noordkant , tegen over het achterfte deel van Bauke Thomas huis, ftond een Huisje de Bontekoe , 't welk in 't vervolg ook werd gekocht, Dagverbaal van V geene ''er tot het maaken der Dammen , om de Zuiderhaven te Har» lingen droog te maaien, en vervolgens te flatten, voorgevallen is, beginmnde met den 1 Maart, De Aanneemers der Dammen zyn , den I Maart, zo met het heyen der fteigerpaalen, voor den rechten kistdam , buiten de Havenbrug, Slattinq enz. der. ZuiDKIt Havente Har- LINGEN.  P» Tegenwoordige Staat Slattinc enz. der ZülDER Haven te Har. ungen. brug, als voor den punt- en kistdam in de Roo» zegragt, begonnen. 1 De Dagloonen waren toen 14 Huivers. Het paalhout kostte 20 , of 25 Huivers de voer, naar evenredigheid der lengte, en de vierkante duim der rimmen van eiken hout twee duiten. Den 8ften dito was de kistdam in de Roozegragt, in zo verre , geheel gemaakt , dat 'er weinig buiten de vulling aan ontbrak; gelyk toen mede de punt- kistdam aldaar, voor het grootHe gedeelte , was afgeheid. InsgeIyks de buiten Beugel van den rechten kistdam, buiten de Havenbrug ; in welks midden eene opening van 14 of 15 voeten was gelaaten , om den vryen loop aan den vloed en ebbe te geeven. Den I5den Maart waren de rechte en puntkistdam in de Roozegragt berimd , gerongd , bekespt, en gevuld, en alzo in \ geheel gemaakt. Ook was toen de binnen Beugel van den rechten kistdam , buiten de Havenbrug , Dp _ voorfchreeven wyze geheid , tn met de heijing van den punt - kistdam werd op dien 3ag begonnen. Tot het maaken der laatstgemelde Dammen werden fomtyds drie Heyen te gelyk gebruikt , meteen Heyblok van ongeveer duizend ponden zwaarte , en vyftig man voor elke Hey. Na de heijing van eenige paaien aldaar , bevond men, dat dezelve vceJ gemakkciyker geschiedde dan men te vooren gedacht had : want in den tyd van 12 uuren zyn 'er veeltyds veertien paaien, naar behooren, in dien grond inge-  van FRIESLAND. 93 ingeheid. Om welke reden het onnoodig werd de paaien, tot de inheijing met yzeren fchoentjes te voorzien. De oorzaak deezer gemakkelyke heijing ontdekte men eerst den 12 Mey: want toen werd, by de Havenbrug, bevonden , dat de grond aldaar, tot ongeveer 22 voeten , beneden de oude wallen , uit drieërley foorte beftond; de bovenfte was eene harde korst, de middellïe eenige voeten zwaare kley , en de benedenfte blaauwachtig zand, met eenige kley vermengd. Den 24iTen Maart was de laatstgemelde punt - kistdam mede afgeheid, behalven in hec punt, waarin ook eene opening van zestien voeten , voor den loop van ebbe en vloed, was overgelaaten. Ook was toen de buiten Beugel van den West - kistdam, op dezelfde wyze, voor het grootfte gedeelte, geflagen. In deeze gefteldheid werd eerst met de vulling van den rechten kistdam , en daarna met die van den punt - kistdam begonnen, en voortgevaaren, doch op eene gebrekkelyke wyze, om dat de gemaalen kley aarde, welke de Aanneemérs, te Leeuwarden, voor eenen kleinen prys koopen konden , met geenen genoegzaamen fpoed wierd aangevoerd ; niettegeniiaande de Opzieners daar over dikwyls hadden geklaagd, en verzocht dien aanvoer te verhaasten. Dan, fchoon de vulling deezer Dammen zeer onvolmaakt was gedaan , hebben nogthans de Aanneemérs het gewaagd , na dat de wederzydfche beugels paaien van dezelve Slattinq enz. der Zuider Havente Harlingen. ■  04 Tegenwoordige Staat Slatting enz. der Zuider Haven te Har- UN6EW. i 1 < I i i ( zelve met rimmen en rongen waren verfterkt t en kespen over den rechten kistdam geflagen, de opening in den binnen beugel van deezen laatstgemelden, op den 29 Maart, des namiddags, eenige uuren voor laag water, digt te heyen, en voorts, zo digt als 't mogelyk was, te befchoeyen; waarna,'s avonds, tusfchenacht en negen uuren , toeflei werd gemaakt, om de opening, in den buiten beugel deezesDams, ook digt te liaan. Maar terwyl men daar meê bezig was, werd, met het opkomen van den vloed, eene flerke lekking in den zeiven ontdekt, welke tusfchen negen en tien uuren zodanig vermeerderde, dat de paaien, inde opening van den binnen beugel , die vier en dertig voeten lengte hadden, en 'ongeveer veertien of zestien voeten in den grond Honden, met geweld uitgedreeven wierden, en aan de rimmen hangen bleeven; waar door de ondergrond, nevens de voornoemde opening , en senige voeten verder naar wederkanten , tot 2ene diepte van acht en twintig voeten, beleden een gemeen Ty, wierd weggefcheurd ; ïogthans niet meer naar buiten , dan op de lalve breedte van dien Dam, en voorts naar jinnen in de Haven ongeveer ter lengte van iwintig voeten; blyvende de ondergrond, in le overige buitenwaardfche openingen, zonler eenige verdieping, gelyk die te vooren was ;eweest. Het Dagloon van 5 uuren 's morgens tot ' uuren 's avonds was, op deezen tyd, één jïulden. De gemelde tegenfpoed was, ten deele, toe te  van FRIESLAND. 95 te fchryven aan den losfèn ondergrond der Haven, doch meest aan 't gebrek van gemaalen ; kley aarde, om de vulling der Dammen voor' 't invallen van den vloed, naar behooren te ■ volbrengen. Hierom befloot men den geheelen Driehoek, tusfchen den rechten en punt kistdam (die anderszins vol water zou zyn gebleeven , om den laatstgemelden van achteren te onderiïeunen, gelyïc het binnen water tot veriTerking der buiten deuren van eene Sluis verftrekt) met zuivere kley aarde te vullen , welke gehaald werd uit een ftuk Land, even buiten de Stad, aan den Zuid Oostkant gelegen ; ten einde den kapitaalen oi punt - kistdam des te meerder te verzekeren., vervolgens eene beheijing van den eenen Dam, door den gemelden Driehoek heen , tot den anderen toe , aan wederzyden van den doorloop, te doen, dezelve te berimmen , en deeze met yzeren ankers aan de rimmen der beide Dammen vast te maaken; daar en boven, de voorfchrceven doorheijing ook fe bekespen, en vier moer paaien, twee en twee, tegen elkander over, diep in den grond teflaan, om met de buitenlïe, door een vyf duims val, in den doorloop, eene fluiting, en door de binnenlïe, langs dezelfde opening, eene postheijing van vier moer Balken, te kunnen maaken ; eit eindelyk, dwars door de voornoemde Dammen, fterke fchutten te Haan, die tegen paaien, of kespen, aldaar wierden gelleund. Dan, al het voornoemde vaardig, de be * heijing , tusfchen den doorloop in de Dammen volbragt, het val en de veerbalken gereed zynde, Slattinc enz DER ZüIDgR Haven re Har» LINOEN. i  Slattin enz. DEI ZrjIDEK Haven te Hak. LINDEN. 96 ' ■Tegenwoordige Slaat J zynde, zou men, den 16 April , des namiddags te 1 uur, beginnen , met 'er de veerbalken in te heyen, gelyk mede met den binnen beugel van den punt kistdam vol paaien te liaan ,Öm verwachting, dat, deeze bewerking, anderhalf uur voor laag water, volbragt zynde, dan de vulling, met twee honderd lasten gemaalen kley aarde, die by der hand lagen , konde worden ondernomen. De Opzieners hadden in tyds, om de vulling met allen fpoed te volbrengen , het maaien der aarde, aan de Panbakkers van Harlingen , het last voor zeven Guldens beneed, een prys meer dan de helft te veel , maar dien zy, uic nood, zich moesten laaten welgevallen. Ondertusfchen zoude fluiting, op deeze wyze , worden ondernomen. Eerst zou men 't val jaaten zakken , daarop aanftonds met de vulling, aan wederkanten van hetzelve , beginnen , en tevens , zo veel mogelyk , binnen in den punt-kistdam, tegen den binnen beugel van denzei ven , trachten te doen, zodanig dat de opening van den doorloop , tusfchen den voornoemden binnen beugel en de veerbalken beflooten, voor 't begin van den vloed konde worden digt gemaakt; de buiten beugel van den rechten kistdam geheel voltooid , en de vulling, tusfchen denzei ven en de veerbalken verricht, waar door de geheele doorloop zou zyn geflooten. Maar toen men , op den bepaalden tyd , met de heijing der veerbalken was begonnen , werd ontdekt, dat de Aanneemérs zich in de maat dier balken hadden vergist, en  van FRIESLAND. 97 Cn dat daarom het een en ander, in dit Ty, niet gefchieden konde ; waarom men befloot het geene hier bo/en is vermeld, in 't volgende morgen Ty, met behulp van Lantaarns en Pekkranfen te volbrengen, en zo tot de beheijing , als vu'ling, in dien nacht, honderd en zest/g man, die ieder eenen Gulden zouden verdienen , te gebruiken Al het welk dan ook, den 1^ April des morgens te 1 uur, werd ondernomen , en te zes uuren gelukkig was volbragt, in dier voegen, dat men nergens eenige lekking befpeurde. Voorts werden de paaien , die toen nog aan de Dammen ontbraken , in de volgende uimn van dien dag en 's anderen daags geheid en de geheele vulling naar behooren volbragt, zonder dat men 'er, tot aan het einde der ilatting toe , eenige lekking in waargenomen heeft. Veele van hen, die deezen arbeid dagelyks aanfchouwden , hadden zich , federt de mislukte fluiting der Dammen van den 29 Maart, reeds uitgelaaten, dat men ze (gelyk doorgaans in zulke gevallen gefchiedt) niet digt kon maaken. Dan, verfcheiden perfoonen, die 's avonds te vooren, toen zy nog ongeflooten waren, niet wisten wat in den volgenden nacht zou worden ondernomen, befchouwden dezelve , des morgens , met verwonderinge , eikanderen toeroepende : wat- nu ! de Dammen zyn waarlyk -digt ! Eer de voornoemde fluiting nog was volbragt, heeft men in de opening, welke in de Dammen tot eenen doorloop voor ebbe en vloed gelaaten was, op fommige plaatfen maar zes, en JIL DEEL. G OP Slatting f.nz. der zuider Haven re Ha». lingen. V  Slattinc ENZ. der ZulDER Haven te HarLINMN. 98 Tegenwoordige Staat op andere niet meer dan negen voeten water, met laag Ty, bevonden; en, 't geen aan» merkelyk tevens was, dat de diepte, die op den 30 Maart, in den rechten kistdam , en buiten den zeiven wierd bevonden, van dien tyd af tot den 16 April toe , ruim veertien voeten weder was opgeflykr.' Waarfchynlyk is de grond, welke'er, by de infcheuring van dien Dam, uitgedreeven was, wederom ingefpoeld, of gezakt Na de gemelde fluiting bevond men ook , dat het binnen water twee voeten hooger was, dan 't geene in de Haven wierd bevonden; zynde het tot die laagte in dezelve gebragt, door de Oostewinden , welke eenige dagen te vooren hadden gewaaid. Zo vroeg de beide Dammen in de Roozegragt volkomen gemaakt waren, en de buiten Dammen geflooten , wierden de deuren , uit de kleine Sluis, die geduurende de flatting geheel verbeterd is , genomen , waar door het water uit de Haven tot aan den binnen kant der eerstgemelde loopen moest. Hier van maakte men den 18 April terftond gebruik: want toen werden twee Schroefpompen van tien en vyftien voeten lengte, by den rechten kistdam aldaar gebragt, met welke dagelyks een duim water, uit de Haven werd gemaalen, in welker midden nog drie of vier voeten.waterflond, terwyl ,de kanten zich reeds droog vertoonden. Ondercusfchen werden vyf Schroefpompen van veertig, en eene van dertig voeten lengte, itt gereedheid gebragt ; hebbende eenen diameter van drie en dertig, en dertig duimen. Ieder van  van FRIESLAN D. 99 van welke, door een horizontaal liggend rad van veertien voeten, en een Kamrad van vyf voeten in den diameter, met twee Paarden (doch met drie Paarden toen de Haven eene diepte van twintig tot vier en twintig voeten kreeg),rond getrokken wordende, in beweeging werd gebragt. Alle deeze raderwerken lagen, onder het dak va"n een houten loots, langs de wallen van den Noordkant der Haven gebouwd, en beginnende van derzelver Oostelykfte deel. Aan den Westkant flond een Hooiberg , en hier op volgde eene diergelyke loots voor de Paarden, zich met eikanderen uitflrekkende tot ongeveer het midden der Raamftraat. De pompen hadden eene gemeene ontvang, bak, ongeveer zeven voeten beneden de wallen der Haven liggende , en eene uitlosfing in 't binnen water , even ten Zuiden van de Kimswerderpyp ,• ten welke einde, met toeftemming der Heeren Kommisfarisfen , eene met hout befchoeide waterleiding , dwars of Oostwaards aan , door de Straat of Zeedyk , in welke de kleine Sluis beflooten is, was gemaakt, wier bodem eene genoegzaame helling had , en op de hoogte van 't voornoemde binnen water eindigde. Maar om voor te komen , dat , by eene onverhoopte, inbreuk der Dammen, het Zeewater, door deeze waterleiding, in de Provincie dringen zoude, werden de Aanneemérs verpligt, op den Westkant van dezelve , een' val van genoegzaame flerkte te maaken, en daar overvloed van grond te brengen, als ook de noodige werktuigen te houden , om, ingevalle van G 2. nood, Slattino enz. DER, ZuiDER Haven te Har. limoen.  Slatting enz. der Zuider Haven te Har. Lift GEN. ioo Tegenwoordige Staat nood, dien doorloop fpoedig te kunnen fluiten en vullen. Den 21 April begon men , op de voorfchreeven wyze , met de eerfte Schroefpomp te maaien % den 22 en 23 tevens nog met drie andere, en den 24ften met alle pompen te gelyk, met dat gevolg, dat de Haven, op den 25ften, genoegzaam droog bevonden' wierd ; waarom den volgenden dag eenige manfchap in't midden van dezelve werd gezonden, om 'er eene doorgaande geul in te graaven, langs welke men het hier en daar nog ftaande water , naar de pompen leiden konde, die wegens gebrek aan water reeds hadden ftil geftaan. Men heeft toen bevonden, dat elke Schroefpomp , in een etmaal, 's daags en nachts maaiende, twee' duimen water uit de Haven maaien konde •, en naderhand, tegen het einde der flattinge, dat zodanig eene pomp van veertig voeten lengte het water uit de Haven, op de hoogte van achttien voeten, maalde. Zulken, die omtrent het vermogen dier werktuigen ondervinding hadden , verzekerden, dat de lengte van eene diergelyke pomp was tot de hoogte, op welke zy het water brengen konde, als 12 tot 5 , en bygevolg, dat zo eene van vier en twintig voeten het vermogen had, om 't water tot op eene diepte van tien voeten weg te maaien. Men ziet 'er uit, dat dezelve in 't graaven van vaarten behoorden te gebruikt worden , om ze altoos droog te houden: want zonder dat is 'tonmogelyk dezelve, op de beste wyze, te flatten. Óndertusfchen is 'er, om het Huis van den Bakker, Bauke Thomas (zynde de Herberg, de drie  van FRIESLAND; 101 drie Hoefyzers, en 't Zeilmaakers Huis, reeds te vooren afgebroken ) voor fcheuring en inftorting te bewaaren, eene Postheijing nevens hetzelve, op den 7 April, gedaan, welke daar na nog van twee laagere, verder naar 't midden der Haven, is vervolgd ; 't welk telkens gefehiedde als het afgraaven van den grond, op die plaats, alwaar de nieuwe muuren langs de Haven moesten worden gemetfeld , er gelegenheid toegaf; hebbende de Aanneemérs der Bruggen de geheele uitgraaving der aarde in de Haven, voor zo veel die aldaar anderszins door hen moest worden gedaan, aan de Aanneemérs der flatting , voor achttien honderd Kar. Guldens, aan hefteed,.en waarmede de laatstgemelde reeds eenigen tyd bezig waren geweest, en dagelyks voortvoeren. Ook is in tyds eene Bybrug over de Haven, nevens het Straatje , achter de voornoemde afgebroken Huizen, gemaakt, wier Noordelykfte zyde liep op 't Zuidelykfte deel van 't afgebroken Huis, 't welk den Burgemeester van Slooten had toebehoord; gelyk ook de Oude Havenbrug afgebroken was , om tydig met de recht ftaande muuren te kunnen beginnen, die aan den Oost- en Westkant der Haven aldaar gemetfeld zouden worden. Het vervoeren der Slataarde was eene der groorfte zwarigheden van de geheele flatting: dan, om het zelve te bevorderen, gaven de Heeren Kommisfarisfen den Aanneemeren vryheid om dezelve eerst op de wallen der Haven te mogen kruyen, en ftorten'; mits zy daar na fpoedig met Wagens en Eerdkarren G 3 in Slattins enz der Zuider Haven te Harlingen.  Tegenwoordige Staat SlATTINO enz. der Zuider Haven te Har- ilKGEN. in "tSobis Haventje (")en elders wierd gebragt. Ten deezen einde lieten de laatstgemelde eene doorgraaving in de courtine van den Stads Wal, ten Zuiden der Zuiderkat , doen , en nevens dezelve eene Brug over de Gragt vervaardigen , om dat daar van daan een weg naar de Haven liep, en alzo de Slataarde, langs eenen korten weg, door het Geitje Stek , tot in 't Sobis Haventje kon worden gebragt. De Hoog - Welgeboren Heer Jr. W. Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg , Grietman over Wonzeradeel, en Dykgraaf* der Vyfdeels Dyken , die mede zeer genegen was om den voornoemden arbeid te begunlïigen, gaf den Aanneemeren ook verlof, om insgelyks de Slataarde op de buiten dcceering van dat gedeelte des Zeedyks, het welk even buiten de Stad begint, en by den Steenen Man eindigt, en zelfs verder, te mogen ftorten. Daarom werd 'er eene tweede doorgraaving van den wal, in den Schouderhoek van 't Bastion, 't welk in het verlengde van de Heere Straat ligt, met allen ipoed ondernomen., en nevens deeze opening tevens eene Brug over de Gragt gemaakt. Beide deeze doorreeden en Bruggen konden, in 't begin der maand Mey, reeds worden gebruikt. Behalven de voornoemde gemakkelykheden , die den Aanneemeren der flattinge werden toegedaan, gaf de Heer Allard Scheltinga , Koop. man in deeze Stad, hun ook de vryheid, om Slat- (*) Dus noemt men die ledige plaats , welke ten Zuiden _ van de buiten haven , achter de paaien, te binden is, en by hoog water, ten grooten deele , plag ander te loopen.  van FRIESLAND. 103 Slataarde in zyne laage landen, even buiten de Stad, aan de Bolswerder vaart gelegen, te mogen brengen. Den s/ften April was 'er zo weinig water in de Haven, dat men met de {latting van 't eerfte perk had kunnen beginnen ; aocn aien dag, en de beide volgende , voer men nogthans voort , niet alleen om de geul in 't midden te verdiepen , maar ook diergelyke afwateringen van de kanten af naar deeze laatstgemelde te maaken. Waar na de Haven , tusfchen de kleine Sluis, en afgebroken Zuiderbrug, zich gelyk een onbezaaid land , in akkers gefcheiden, vertoonde. Den 2often ontdekte men in de Straat , nevens 't Huis van den Kapitein van der Beets, eenige fcheuren, waarop terftond aan den Metfelaar Jurjen Okkes, die een gedeelte van den wal, nevens hetzelve, geduurende vyf jaaren, wegens het Edel - Mogende Kollegie ter Admiraliteit, onderhouden moest, verzocht werd, om van de binnenwaardfche fcheuren af, tot asn 't beneden einde van 't Paalwerk toe, den grond van dien wal weg te graaven. Een diergelyk verzoek werd toen mede gedaan aan den voornoemden Kapitein , omtrent dat gedeelte van dien wal , 't welk door hem zei ven onderhouden moest worden. Alle welke voorzorgen genomen wierden , om de infcheuring dier wallen, en vervolgens de verzakking der huizen , die langs dezelve ftondcn, te verhinderen. De voornoemde afgraaving , voor zo veel zy den Kapitein betrof, was op den 8ften Mey volbragt. Dan, fchoon de bovengemelde Aanneemer met zyn deel niet eerder dan op G 4 den SlattinC ENZ. DER ZüiDER Havem te Har. L1NGEN.  StATTING enz, dek Zuider Havev te Harlingen, de btraat daar nevens en hetzelve van binnen in den gang merkelyk begonden te fcheuren ; waarom men 't heyen dien da^ ftaakte, en op den volgenden een Memelfche Balk van 30 voeten lengte, tot een anker, langs de Straat, nevens het Huis, tot eene diepte van vyf voeten in den grond, liet leggen, welke op de eerfte Postheijing vyf duimen ingekeept, en achter met een kruis op ingeheide paaien vastgemaakc werd. Vervolgens werd, op den iften Mey , van 't paalwelk der Oude Brug, dat nog in de Haven ftond, af, tot tegen den beugel paaien , waarin 't voornoemde anker floot, een fteunbalk van veertig voeten lengte gezet, en toen de derde Postheijing afgedaan. Sedert het maaken van den rechten kistdam , in de Roozegragt, had men op eene plaats, in denzei ven , eenige doorzyping befpeurd, welke op den gemelden elften April werd belet, door, boven de plaats , alwaar de lekking was, eenige voeten uit te graaven, en met drooge aarde weder te vullen, en aan te ftampen. Op dien zelfden dag werden de Aanneemérs der flattinge vermaand, om 't paalwerk voor het Sobis Havenrje, tot de hoogte van de benedenfte rimmen, naar behooren te befchoeyen, opdat de Slataarde, welke 'er binnen 104 Tegenwoordige Staal den löden daar aan volgende liet beginnen, werd 'er evenwel, in dien tusfchen tyd , geene verdere infcheuring waargenomen , gelyk 'er in 't vervolg ook niet gefchiedde. Op den 29ften, voornoemd, vernam men ook , toen de derde Postheijing , tot bewaaring van Bauke Thomas Huis , ondernomen werd, dat  van FRIESLAND, 105 Sien wierd geftort, 'er niet, met een hoog Ty, weder uit mogt fpoelen. En overmits over deeze befchoeijing eenig verfchil ontltond, werd door de Heeren Kommisfarisfen bepaald, dat het houtwerk , daar toe noodig , door den Lande zoude worden betaald, maar dat het maaken van dezelve , op kosten der Aanneemérs gefchieden moest: 'er werd toen ook mede begonnen , en de befchoeijing was den 10 Mey geheel voltooid. Den laatften April werd nog met greppelen, in 't midden, en van de kanten der Ha. ven, met vyf en twintig man, voortgevaaren, na dat, des daags te vooren, het eerfte perk voor flatbaar was verklaard. Dien dag werd ook den Aanneemeren der Dammen gelast , om een zeil te leggen over hun hooi, dat tusfchen de lootfen, op den Noordkant der Haven, was opgeloegd; en tevens de Kommandeerende Officier van 't Garnifoen verzocht, als ook de voornoemde Aanneemérs zeer ernftig vermaand, zorge te draagen, dat hun« ne wachten 's nachts nimmer mogten ontbreeken, omdat hier over klagten waren gedaan. Het een en ander was noodig, zo om een' onverhoopten brand op plaatfen , daar toen geen water was, als verdere ongemakken, voor te komen. Vervolgens waren dien dag twee Veenbaazen van Wyckel in deeze Stad gekomen , welke de manfchap, die reeds in de Haven werkte, voor achttien of twintig ftiiivers daags, in hun • nen dienst, voor een dagloon van twee en twintig ftuivers, zochten over te neemen. G 5 Doch Slattiwo ENZ. DER. Zuider. Haven ra Harlingen.  ioó* Tegenwoordige Staat Slatting enz. der Zü!d£r Haven te Harlingen. Doch , na dat men hun ernflig had aangezegd, dat zy op plaatfen, daar de Staaten werken lieten, geen arbeids volk zoeken mogten, en, zo zy 't deeden, naar 't Stadshuis zouden worden gebragt, zyn ze, met achterlaating der geenen , die ze reeds hadden aangenomen , aanftonds weder vertrokken. Den iflen Mey werd de buitenfte Dam met mest, en aan den Oostkant, met kley, naar behooren gevuld bevonden. Dien dag is men ook met de flatting der Haven begonnen , in den hoek, nevens het Huis van den Wel • Edelen Geftrengen Heere Raad Fiskaal, Mr. E. W. van Wydenbrug; zynde men daar mede zo veel mogelyk, op de fpoedigfte wyze dagelyks tot het einde toe , voortgevaaren , met zo veel Manfchap , Paarden, Karren en Schepen , op eiken dag , als men achter dit verhaal, befchreeven vindt. Om het tweede perk des te eerder geheel droog te maaien en te houden , was by den Noordkant der Haven , op den grond van \ afgebroken Huis des Burgemeesters van Slooten, een houten loots gebouwd, en daar onder een molen geplaatst, gelyk de grutters gebruiken , die door ée'n Paard kon worden getrokken , en tot welks gebruik, in het midden der Haven , tegen den rechten kistdam , op den uitgefcheurden grond aldaar, drie kruk pompen, (zynde de kruk van zulk een gedaante, als men in de Zaagmolens gebruikt), waren gefield, die met een lange as , aan welker einde het Kamrad zat, door de beweeging van 't molenrad, het water bragten in eene houten goot, die  van FRIESLAND. 107 die over de drie buiten Dammen lag, en 't zei ve in de buiten Haven ontlastte. De uitwerking deezer werktuigen , fchoon zy, te veel famengedeld, dikwyls dil Honden, was echter zodanig dat het tweede perk, op den 7 Mey , ook voor flatbaar wierd verklaard. Volgens het beftek mogten, op eiken dag, in ieder perk, niet minder dan 340 man werken, waar onder de Schip - en Praamvoerders mede begreepen wierden ; doch toegedaan zynde , dat de flataarde eerst op de wallen mogt worden gekruid, en van daar met Wagens en Karren weggevoerd , hebben de Heeren Kommisfarisfen vryheid gegeeven, dat voor eiken Voerman, Paard en Kar, drie, vooreenen wagen met twee Paarden, vier, en voor ieder Schip twee man dagelyks zouden worden geteld, en daar na van de tien duivers daags, op 't einde van elke week, de betaaling worden gedaan, gelyk altoos in 't vervolg gefchiedde. Den sden Mey , voor meerder verzakking van 't Huis van Bauke Thomas bedugt wordende , heeft men begonnen het zelve op balken te zetten; ten welken einde een Memelfche Balk, aan den Oostermuur, twee voeten in den grond werd gelegd , en daar op zes Owarsleggers vastgemaakt, na dat zy 'er door even veel gaten in den Westmuur waren opgefchooven , welke van buiten door zwaare kolders, op de eerde en tweede Postheijine; daande . wierden onderdeund, met dat gevolg, datmer 'er, tot twee dagen daar na, geene verdere ver gakking in befpeurde. De; Slatting enz. der Zuider Haven te Harlingen.  ioS Tegenwoordige Staat Slattiko EKZ- DBR Zuider Haven te Harlingen. Des daags te vooren hadden de Aanneemérs der flattinge het flatten van het tweede perk, en 't kruyen der Slataarde tot op de wallen, aan Lieden van Texel weder hefteed , de roede voor een honderd vyf en zeventig Kar. Guldens ; blyvende de eerstgemelde met het vervoeren van dien grond, buiten de Stad, volgens de bellekken, bezwaard. Des morgens van den 6den Mey, wanneer de Heeren Kommisfarisfen , wegens de Vergadering , te Leeuwarden waren , weigerde een groot gedeelte van het werkvolk te werken , om dat zy grooter dagloonen dan eenen gulden daags begeerden , en dreigden den geenen, die met dien prys te vreden waren, het arbeiden met geweld te zullen beletten ; waarom deeze ook beflooten uit de Haven te gaan. Men nam daarop , met toeftemminge van eenen der Aanneemérs, den Koopman Ale Andries, die zich, geduurende de geheele flattinge, met den grootften lof, van zynen pligt gekweeten heeft, het befluit om een dagloon van twee en twintig Huivers aan te bieden tot den tyd toe , dat de Heeren Kommisfarisfen het billyk achten zouden , dat zy meer moesten verdienen, met byvoeginge dat zy, meest Buitenlanders en geen Inwooners van Harlingen zynde , en nogthans zich deeze billyke voorwaarden niet willende onderwerpen , dan in deeze Stad niets hadden te verrichten, en dezelve konden verlaaten. Na deeze aan? fpraak begon den de voornoemde gewilligen terftond weder te werken, gelyk ook de meeste on» willigen deeden. Ondertusfchen werd dit geval,  van FRIESLAND. jog val, om dat men 'er de gevolgen nog niet van weeten konde , terftond aan de Edele Achtbaare Magiftraat der Stad bekend gemaakt , die 'er den Wel - Edelen Geftrengen Heere Kommandant Meyering kennisfe van gaf. Dan, deeerstgemeldezond des namiddags, tot voorkoming van wanorde , den Stads Majoor en Dienaars op den hoek van 't Huis, nevens 't welk de houten loots begon , onder welke de molens waren. By welke, op dien zelfden tyd, de Kommandant eenige Soldaaten, onder het bevel van eenen Sergeant, liet brengen. Eene voorzorge, die niet onnut bevonden werd: want een dronken burger, gelyk men zulkenof diergelyken, om verwarringen te maaken , veeltyds gebruikt, begon , ongeveer een uur daar na, het werkvolk te verhinderen; doch werd, door de Stads Dienaars gevat zynde, onmiddelyk naar 't Stadshuis gebragt; waar door, zonder eenige verdere beweeging , in alle ftilte en rust, voort gewerkt, en daarom die befchonken man 's avonds weder losgelaaten werd. Men zou 'er uit hebben geleerd, indien men het te vooren door de ondervinding niet reeds geweeten had, hoe noodig het zy, wanneer eene groote menigte menfchen van eenen verfchillenden landaard te „famen werken , dat 'er eene gewapende magt werde by gevoegd. Dan, van al het geene 'er voorgevallen was, had men met den grootften fpoed kennisfe gegeeven aan de Heeren Kommisfarisfen , die in de gemaakte fchikkingen volkomen genoegen namen , met byvoeginge, dat Slatting ENZ. DER Zuider Haven te Har« hngen.  iio Tegenwoordigs Staat Slatting ïnz, der Zuider Haven te Harlingen. zy, by hunne te rugkomst, indien 't noodig was, nadere uitfpraak over het dagloon zouden doen; doch tot den 21 Mey toe, behoefde zulks niet te gefchieden, om dat 'ér zo lang, zeer gewillig, voor twee en twintig Huivers 's daags, in de Haven wierd geflatten , en de Slataarde op-de wallen gekruid. Op meergemelden 6den Mey en den volgenden regende het zeer geweldig, 't welk waarfchynelyk de oorzaak is geweest, dat men op denlaatstgemelden, of zevenden Mey, eene vermeerderende fcheuring in 't Huis van den Bakker Bauke Thomas ontdekte: waarom men nog eene laatfle poging deed, om 't zelve te-bewaaren, door de zes balken, welke door dit Huis waren gelegd, door even zo veel zwaare overeind ftaande ftylen , tot op de grootfte diepte , welke men toen in de Haven aldaar graaven konde, te onderfteunen, en dezelve op vyf duims eiken posten, beneden op den bodem, te doen rusten; voorts ieder met twee duims karbeelen te verfterken, en met één en een tweede duims hout aan elkander vast te maaken. Dan, (wegens het regenachtig weder, en 't niet voldoend vermogen der kruk-pompen) de bodem der Haven niet droog genoeg kunnende gehouden worden, was 't onmogelyk den 11 Mey, den Zuidelykften ftyl dieper, dan een en twintig voeten beneden de klippen der kleine Sluis te zetten : voor 't overige was deeze geheele voorzorge den 12 Mey uitgevoerd. Op den 10 Mey werd 'er ook eenige fcheuring in den grond van 't Huis, dat ten Oosten van 't voorgaande ftond, en door eenen Schoen- maakei  van FRIESLAND. m maaker bewoond wierd , waargenomen , en daar tegen terftond eenige voorziening gedaan. Den li Mey werden alle de Dammen volkomen goedgekeurd , en de Haven voor droog gemaalen verklaard, en vervolgens den Aanneemeren ordonnantie verleend tot betaaling van de halve fom, voor welke het geheel van beiden was aangenomen. Men vond vervolgens, den 13 Mey, goed, tot gerustftelling der werklieden , die nevens het Huis van den voornoemden Bakker werken moesten , den grooten Schoorfteen van het zelve af te breeken , als mede het ach" terfte gedeelte van 't Zeilmaakers Huis, 't welk , tot gemak van deezen en geenen, tot dien tyd toe , was ftaande gebleeven; maar dat men nu, wegens de groote fcheuren, die 'er in kwamen, niet langer in weezen durfde houden. Dien dag werd ook nog, boven het geene te vooren is vermeld , het Huis van Bauke Thomas met Schoorpaalen van buiten, die in de overeind ftaande ftylen waren vastgemaakt , onderfleund, ook van binnen in hetzelve eenige gezet, en een van buiten tegen den gevel; waarvan 't gevolg was , dat men , van dien tyd af, geen meerder verzakking in het huis vernam ; alwaarom hetzelve had kunnen blyven ftaan, indien 'er geene toevalligheden waren 'bygekomen , waarpin men 't zelve naderhand af breeken moest. Wegens het zetten der fteunpaalen, tegen de wallen , voor den rechten kistdam eerst, en naderhand van 't beheyen des gronds, en ran de fchoorpaalen en ftylen 1 om 't Huis van den StATTIN» ENZ. DES, Zuider Haven rE Harlingen.  Slattinc enz. der Zuider Haven te Harlingen. Ii2 Tegenwoordige Staat den Bakker Bauke Thomas te bewaaren, kon veeltyds niet voortgevaaren worden , met de wallen af te graaven , daar men de nieuwe bruggen maaken zoude , veel min met de haven , op die plaatfen, tot zulk eene diepte te ilatten, als de fundamenten der muuren hebben moesten ; waar over de Aanneemérs dier werken dikwyls klaagden , en ook verfcheiden maaien vraagden, naar de nette maat, op welke zy de hoogte van de gebinten der bruggen moesten maaken ; doch welke de Koopman Eybert Dirks hun niet geeven konde, zo lang men niet wist, tot welke diepte men de haven aldaar kon flatten, 't welk eerst, gelyk airede is verhaald , eenigzins op den 11 Mey was gebleeken. Om welke redenen alle de Opzieners van gedachten waren , dat zy ten minften, tot dien dag toe, den tyd van drie weeken, met hun werk waren opgehouden, en dat hier van aantekening behoorde te gefchieden , om vervolgens tot verfchooning te verftrekken, indien zy hun aangenomen werk, op den bepaalden tyd, niet hadden afgemaakt. Naar maate de haven, op't Noordelyk einde, dieper wierd, werd men ook meerder overtuigd , dat de kroeg, de Bontekoe genaamd, die aan den noordkant der ftraat , achter de afgebroken drie Hoefyzers , op 'c westeinde der oude wallen van de Haven ftond , niet ftaan kon bly ven; gelyk ook, dat men den grond van dit Huisje noodig had , om de groote fchepen des te beter uit en in de haven te brengen. Waarom goedgevonden werd , dat het zelve, om  van FRIESLAND. 113 ör» het af te breeken, voorden Lande, zou wor den gekocht. Ondertusfchen hadden die van Texel, aan wien he; tweede Perk weder was beileed , gelyk té vooren is gemeld, zulk een' voortgang met de flatting in het zelve gemaakt, dat men des te meer reden had óm over den traagen voortgang van het eerfte te klaagen. Hierom werden de eigen lyke Aanneemérs geraaden om dat gedeelte, welk zy nog voor de Aanneemérs der bruggen graavfcn moesten, ook aan de eerstgemelden te belteeden ; gelyk op den 15 Mey , voor negenhonderd Kar. Guldens, werd gedaan. Hier door kwam meer volk in't eerfte, en 'erbleef minder in het tweede perk, en op die wyze konde de flatting van beide werken gelyktydiger worden geëindigd. Dewyl men 't noordelyk einde der haven gaarne dieper graaven wilde, dan men den ii Mey daar konde doen, werd 'er op den i6den Mey, in tegenwoordigheid van den H. W. G. Heere van Hambroiek, en den Wel Ed. G. Heere Sekretaris van Beyma, op eene plaats in de haven, ongeveer veertig voeten ten noorden van den ftyl , die onder den voorften dwarslegger van Bauke Thomas huis was gezet, eene nieuwe proef genomen , en toen bevond men, dat daar tot drie en twintig voeten , en twee duimen toe, beneden de klippen der kleine Sluis gegraaven kon worden. Op den volgenden dag kwamen alle , die eenig opzigt over deezen geheelen arbeid hadden, met eikanderen overeen, den Heeren Kommisfarisfen voor te ftellen , gelyk 's daags III. deel, H daar- Slattino mv'z. der. Zu der Ha ven te Har. lik gen.  Slatting enz. der Zuider Haven te Harlingen. 114 Tegenwoordige Staat daarna gefchiedde, dat aan den westkant der brug , het muurwerk, beide op 't zuid en noord einde, veele voeten korter, dan in de bedekken bepaald was, behoorde gemaakt te worden , of dat men zo na aan de Huizen, die 'er nevens Honden, op de vereischte diepte graaven moest, dat zy, in gevaar zouden worden gebragt, van in te Horten; dat men even eens aan den oostkant, op 't noordelyk einde, het muurwerk zo lang niet maaken konde, als te vooren bepaald was, of dat men minder zekerheid aan de buiten Dammen geeven zoude ; en dat bygevolg op die plaatfen , in plaats van muuren te metfelen , eene beheijing van Paalwerk behoorde te worden gedaan. Eindelyk, dat de kosten van dit befpaarde muurwerk waren te berekenen, en die van de beheijing, zo vroeg zy was volbragt, berekend konden worden, en op die wyze de Aanneemérs, aangaande deeze verandering, volkomen fchadeloos gefteld. Al het welke door hun Ed. Mog. werd goedgekeurd , en in 'c vervolg uitgevoerd. Om op die plaats der Haven , waar de bruggen over dezelve waezen zouden , zo diep te graaven, als immers mogelyk was, werd zulks nog voor de derdemaal, op den iSdenMey, in tegenwoordigheid der beide Heeren Kommisfarisfen , onderzocht, en toen is , ongeveer twintig voeten ten zuiden van den flyl, van welken hier boven gewag is gemaakt, weder bevonden, dat men aldaar eene diepte van drie en twintig voeten, en twee duimen, beneden de klippen der kleine Sluis, krygen konde;  van FRIESLAND. 115 konde; waarop beflooten werd, de fundamenten der muuren, volgens die maat, te leggen. Maar wyl de ftylen , door welke het Bakkers Huis ■ onderlteund was, hooger ftonden, en waar-' fchynlyk zakken zouden, indien men 'er, digt by , dieper begon te graaven, werd geoordeeld, dat hetzelve niet tebewaaren was, en daarom gekocht, om afgebroken te worden, gelyk ook werkelyk op den 20 Mey gefchiedde; zynde hetzelve, op den daaraan volgenden 21 , by openbaare veilinge, wederom verkocht, op voorwaarde dat hetzelve acht dagen daarna geheel en al afgebroken moest zyn. Door het af breeken van het Huisje, de Bontekoe , werd de buiten Dam, welke 'er aanfloot, van achteren in eenen minderen tegenftand gebragt, zodanig dat, met eenen hoogen vloed, het zeewater, tusfchen denzelven en het daar digtst by ftaande Huis, in de binnenhaven dringen konde ; waarom de Aanneemérs der dammen, den 2 iften, vermaand werden, om eenen dwarsdam van goede kley, op zulk eene wyze, in die tusfchen ruimte te leggen, dat alle ongemakken van dien kant voorgekomen wierden; gelyk daarop aanftonds gefchiedde. Den 21 kreeg men op nieuw eenige moeite met het werkvolk , hebbende ongeveer honderd veertig Arbeidslieden, alle vreemdelingen, welke hun verblyr in 't Sradswerkhuis hadden, des voormiddags geweigerd, voor een dagloon van twee en twintig ftuivers, langer te werken. Waarom hun , uit naam van den H. W. G.. Heere Rengers, door de beide Opzieners, Nauta en Miedema , met eenen Stads Bode H 2 ver-? Slatting ïKZ. dek ?uider Iav n rz Harlingen.  Slatting enz. der Zu'deu Haven te Harlingen. il<5 Tegenwoordige Staat verzeld, ernftig aangezegd werd , om des namiddags , voor hetzelfde dagloon weder te werken, of anderszins, na den middag, terftond de Stad te verlaaten: zy vonden wel niet goed hierop eenig antwoord te geeven; doch toen dezelfde Opzieners , met den Stads Major en Dienaars, 'er te 12 uuren verfcheenen, om, in geval van een weigerend antwoord, hen metderdaad te doen verhuizen , namen zy aan , voor 't voorgaande dagloon weder te werken , gelyk zy deeden. Den 2oilen Mey moest men eenige beheijing laaten doen , om de verdere verzakking van 't reeds gemelde Huis des Schoenmaakers te beletten : ten welken einde ook de grond, waarop het Huis van Bauke Thomas had geftaan, moest afgegraaven worden : dan, vermits by de beileeding was onderfteld , dat het laatstgemelde ftaan kon blyven, volgde 'er uit, dat deeze afgraaving ten laste van den Lande kwam. Naderhand nog meerder verzakking in 't Huis van den voornoemden Schoenmaaker zynde ontdaan, hebben de Heeren Kommisfarisfen, ten einde niemand , door 's Lands verrichtingen , eenige febade leed, hetzelve van de Eigenaarfe, uit last van de Edele Mogende Heeren Gedeputeerde Staaten , gekocht. Den iften Juny werd de laatstgenoemde afgraaving, onder beding dat de grond aldaar zo verre weggenomen moest worden dat de Aanneemérs der muuren, het werken en metfelen 'er onverhinderd konden volbrengen, hefteed, en door den Koopman Ale Andries, voor vier hon-  van FRIESLAND. 117 honderd en vyf en zestig Kar. Guldens aangenomen. Dan, met dit alles te volbrengen, en 't geene 'er verder toe noodig was , verliep zo veel tyd , dat de fundamenten der muuren, aan den oostkant der haven, die men, wegens de welling van den grond, aldaar twee voeten hooger , dan volgens de bellekken leggen moest, voor den s6ften Juny niet waren afgedaan , op welken dag de eerfte fteen dier muuren, door den Landfchaps IngenieurJ.deBoer, op de gewoone wyze , werd gelegd. Veertien dagen te vooren had de Ed. Ach tb. Magiftraat met de herftelling der kleine Sluis een begin laaten maaken. De flagbalken en puntftukken zyn toen zo wel voor als achter vernieuwd, en de beide buitenfte met koper bekleed ; de insgelyks vernieuwde lijst is ook met koper voorzien, en daar voor eene nieuwe postheijing geflagen. Binnen in de Sluis zyn nieuwe kespen gelegd, zynde de tusfehenruimten met fteen digt gemetfeld, en 'er een rollaag over heen geflagen, Daarenboven is't gebrekkige der rechtftaande muuren aan wederzyden verbeterd. De kolk buiten de Sluis is met aarde gedamd, met ryswerk belegd, welbemind, en met zwaare balfteenen gedekt. Eindelyk is voor den wal, van den Noordkant deezer Sluis tot aan de Noorderwallen toe , een fteenen muur gebouwd, 't welk alles op den bepaalden tyd is volbragt. Naderhand is. ook voor den Zuidelyken wal, zo verre de Stads Ge rechtigheid loopt, een nieuwe wal gemetfeld. Op den 5 Augustus vonden de Edele Mogende Heeren Raaden ter Admiraliteit mede goed, huqnen wal, nevens 't huis van den H 3 Kapi- Slatting enz, oer Zuider i-Iavp.n TE H.-1RUNGEN.  1*8 Tegenwoordige Staat Slatttnc ikz. dek zuicer Haven Te Har- LIWGEN. Kapitein van der Beets, met een' muur te bekleeden, gelyk aan dien, welke langs de beide wallen der nieuwe Havenbrug werd gemaakt. Overmits men had bevonden , dat ten minden de Noordkant van 't voornoemde huis op een dikken muur, welke eertyds tot het vernietigde Kasteel der Stad had behoord, was gebouwd, kon daar zulks nu zonder gevaar gefchieden. Ondertusfchen was de Wesrelyke muur der brug toen reeds tot eene hoogte van ruim vier voeten opgemetfeld , en 't zuidelykde gedeelte van dien muur, dat men nu met den zo even gemelden verbinden zoude , moest op het onbeweegbaar fundament van 't oude Kasteel worden gebouwd , terwyl de grondflagen van verre het grootst gedeelte deezes bygevoegden muurs nog in den bodem der haven gelegd moesten worden, 't welk noodwendig door een ongelyke treeding of bezakking van 't metfelwerk moest worden gevolgd. Hier door zyn 'er ook twee fcheuren in 't muurwerk gekomen , welke het gerucht op eene verregaande wyze heeft vergroot, terwyl zy , by de uitkomst, van genoegzaam geennadeeliggevolg zyn bevonden. Het bleek dies te meer, dat men deeze kleine verzakking alleen aan de gemelde oorzaak moest toefchryven, om dat aan den geheelen tegcnovcrfhanden Oostermuur, die op een gelyktydig gemaakt funda» ment 'was gebouwd , geen de minde oneffenheid of gebrek werd befpeurd, 'Er was insgelyks geen de minde reden om eenig gevaar voor dit muurwerk te vreezen , naardien de grondflagen wel waren bezorgd, en 't metfelwerk was opgetrokken volgens de Pro-  van FRIESLAND. 110 Profilen , die door den Hoogleeraar N. Ypey, in 't tweede ftuk van 't Zesde Deel der Hollandfche Maatfchappy, zyn medegedeeld, en welke, op onwrikbaare gronden fteunende, niet te ligt kunnen bevonden worden. Om het zuidlykst einde van den Oostermuur, by de nieuwe Havenbrug , nog meerder lïerkte te geeven , werd door de Heeren Kommisfarisfen bepaald, dat, op den zuidkant voor den wal , nevens 't afgebroken Huis van Bauke Thomas, een fteenen muur, gelyk den voorgaanden , en met denzclven verbonden, van veertien voeten lengte, zou worden gebouwd, welke, op den 21 August, aan de Brugmaakers, voor twaalf honderd Guldens werd belleed. Toen werd ook beflooten, toi meerder zekerheid van de noordereinden det beide muuren, die aan wederkanten der Haven zyn gemaakt , dezelve met yzeren ankers en intangen in de wallen te verflerken. Men had lang te vooren in aanmerking genomen , dat de wallen der haven van de groote Kraan af, tot op 't einde der itraat van de nieuwe Herberg der drie Hoefyzers, doorvoor uiten infpringende hoeken, van eene zeer wanftaltige gedaante waren, en ook het uit- en inkomen der grootfte Schepen hinderlyk weezen zouden ; waarom men befloot, dezelve op eene ègaale wyze af te graaven , en op nieuw te beh jijen. Deeze wallen hadden eene lengte var één honderd en negen en zeventig voeten: waarvan de opgraaving , vervoering van der grond, en weder aanvulling, aan den Koopman Ale Andries werd hefteed , voor veertien hon derdKar. Guldens, en't beheijen, en maaken. H 4 vol Slatting enz. dek. Zuider Haven Tl!. HarLINGüN. '  I2P Tegenwoordige Staat Slattini enz. der Zuider Haven te Har lik gen. INa dat de zwaare klty aarde uit de Haven was gegraaven, volgde eene foort van blaauwagtig zand. met eene vettigheid van kley vermengd, 't welk zich gemakkelyk deed verwerken; maar toen dit 'er tot eene diepte van drie voeten toe was uitgeflatten, ontdekten zich eene menigte van wellen, op de volgende plaatfen, als eene nevens de Roomfche fteeg 5 twee nevens de Raamftraat; vier nevens 't westeinde der Landswerf; eene in de glooijing aldaar, vyftig voeten van den wal; eene in 'c midden der Haven nevens de Werf; eene nevens de nieuwe Joqts ; twee daar tegen over , digt aan de glooijing van den noprderwal; twee by elkander in het midden der Haven , nevens de Molen- en Jan Ruurdftraat; eene digt aan de glooijing, ongeveer vyftig voeten ten westen der nieuwe Loots ; drie in 't midden der Haven, vyfentwintig voeten ten Oosten der ftraat^ dje loopt naar de Zuiderpoort j eene menigte van wellen , tusfchen de glooywallen, i volgens..een beftek , aan den Koopman Eybert Dirks, en de beide Strandmeesters Nauta en Miedema, voor veerden honderd en vyftig Kar. Guldens. Om vervolgens te maaken , dat het houtr werk der vaste brug, voor zo veel als 't in water ftaat, door *t gewormte niet doorknaagd mogt worden , befloot men hetzelve tot op de hoogte van tien voeten, boven de vloering, met koper, waar van een vierkante voet een en een tweede ponden weegt, te bekleeden, waar voor. by befteeding, vyftien honderd guldens moesten worden betaald.  van FRIESLAND. 121 digt by de Kraan , bevattende eene lengte van zes koeden ; eene zwaare wel, digt by de Brug , nevens 't einde van den Westermuur. En het was deeze , benevens de voorgaande menigvuldige , welke waarfchynlyk zouden h bben belet, de Haven dieper te graaven, dan in de bellekken was bepaald, Toen men tot de voornoemde diepte in de Haven was gekomen, heeft men 'er eene Boutelje, met eene kurk wel geflopt, in gevonden, die vol van de beste foort van Brandewyn was ; en , pp de diepte van vyf voeten in 't zand, twee tinnen lepels, en eenen vinger ring met fteentjes bezet, gelyk ook op dien bodem bieren daar doorloopende fchulpbanken of flreeken. Ongeveer op denzelfden tyd, heeft men waargenomen , dat uit de meeste Putten in de Huizen, die langs den noord en oostkant deezer Haven ftaan, het water was weggeloopen. Ondertusfchen was de geul in 't midden der Haven, langs haare geheele lengte heen, altoos dieper gehouden, dan 't overige van den bodem ; zo dat dezelve ook allereerst de volle diepte kreeg, waar door 't wel- en regenwater fpoedig naar de fchroefpompen wierd geleid, en men daar van geen anderen overlast had, dan dat, geduurende ongeveer tien dagen, voor het einde der flattinge , drie der zwaarde Pomp Molens, ieder met drie Paarden getrokken, dag en nacht aan den gang moesten bly ven , om de Haven droog te houden. Want de flatting in dezelve gefchiedde tot het einde toe even gemakkelyk , mits de bodem droog gehouden wierd. H 5 Ver- Slattibtg enz. der Zuider Havkn te Har. lingen.  Slatting enz. dej Zuioer Haven te Har- hagen. / 12a Tegenwoordige Staat Vervolgens werd , door de Edele Mogende Heeren Raaden ter Admiraliteit, op den 5 September, eene Refolutie genomen, dat de bodem der Haven, nevens de Landswerf, meerendeels zou worden geflatten op eene breedte van een honderd en zeventig voeten, Amfterdammer maat , welke aan den Profesfor Ypey ter hand werd gefield, tén einde het zelve te bezorgen, gelyk gefchied is. Men was voor de flatting altoos bevreesd, dat het hard en wellig zand beletten zouden, om de Haven op de bepaalde diepte te flatten. Dan, tot tegen het einde toe, was 't eerstgemelde nergpns ontdekt. Waarom op den nden September, achter in 't midden der Haven, nevens het midden der Molens , digt by de kleine Sluis, alwaar zy de volle diepte had , eene proef werd genomen , of men zulken grond daar beneden ook ergens vinden zou. Tot dit onderzoek werd, in den bodem aldaar, eene fpar ingeheid, die 'er tot eene diepte van een en twintig voeten, zondereenige ituiting , ingeflagen werd. Dus zou 'er, ten minden op die plaats, tot eene diepte van vyf en veertig voeten, beneden het vaste merk aan die Sluis, geen harde grond worden gevonden. De vryheid , welke 'er gegeeven was, om de Slataarde eerst op de wallen te mogen kruyen, gelyk in 't voorgaande is befchreeven, bevorderde de gelegenheid zeer om van dezelve een nuttig gebruik te maaken. Het geheele Sobishaventje is 'er door gevuld , en de Stad by gevolg van 't onderhoud des  van FRIESLAND. 123 dés muurs, die op den oostkant ftond, voor altoos bevryd : eene menigte Landen , ten Zuiden van dezelve , zyn 'er mede verhoogd: vervolgens de Zeedyk, van de Stadsgerechtig heid af, tot zeventig roeden ten Zuiden van den Steenen Man , en alzo op eene- lengte van honderd en veertig roeden, op eene ongemeene wyze door dezelve verzwaard; het rydpad op dm zeiven, tot eene breedte van vierentwintig voeten, met zand, verbeterd: ook is 'er eene groote veelheid van zand, achter de Stads Noorder muuren geftort: tevens de Landsdyk, ten Zuiden van 't Geitenftekje, daar mede zes voeten verhoogd, ten welken einde de Stadsaschbulten en mesthoopen, die 'er nevens lagen , zyn weggenomen , en op het tweede ftuk land , buiten de Kerkpoort, verplaatst. Daarenboven de hoogte van den Stads grond, van 't voornoemde Stekje af, naar de Haven loopende, tot drie voeten , met diergelyk zand vermeerderd : verfcheiden uitgegraaven gedeelten van landen, ten Noorden der Stad en aan de Dyksvaart liggende, met Slataarde gevuld : eene menigte van 't voornoemde zand, langs den voet des Dyks , buiten de Bildpoort, om tot ballast voor de Schepen te dienen, by een gevoerd: en eindelyk het overige van zulken grond in de vergraaven petten, ten Zuiden der Stad, gebragt. Ondertusfchen heeft de ongemeene natte Zomer den voortgang van alle deeze verrichtingen zeer vertraagd : want volgens de waarneemingen van den Hoog - Geleerden Heere van Swinden, zyn 'er in Mey twintig re- Slatting ENZ'. DER. Zuider. Haven tb. HAR' LlNGEft.  Slatting enz. des Zuider Haven te Har. ' lik gen, 134 Tegenwoordige Staat regenende dagen , in July weinig minder, en in Augustus zeven en twintig diergelyke dagen geweest; doch in Juny zeerweinige. Dan, de hoogte van den gevallen regen, in deeze vier maanden, heeft beloopen 180 lynen en 7 tiende gedeelten, of 15 duimen en 7 tiende eener lyn , daar 'er in die Maanden doorgaans maar vallen \%y lynen , of 10 duimen en 7 lynen : welke veelheid van regen te nadeeliger werd, om dat de grond, die uit de Haven kwam, tot het einde der flatting toe, van dien aart was, dat men met den minften regen, naauwelyks, wegens de gladheid, langs de Haven kon gaan , en bygevolg zeer bezwaarlyk in dezelve werken; doch dit ongemak verdween wederom , na dat het maar eenige uuren droog weder was geweest. Dagelyks werd 'er by deezen arbeid eene menigte van Menfchen van allerlei rang, zo uit deeze Stad en Provincie, als uit andere Provinciën gezien, van welke fommigen 'er op eene wonderlyke wyze over fpmken. Veele geloofden dat men dien nooit kon volbrengen De meesten twyffelden, gelyk in 't begin niet zonder reden gefchiedde, of 't wel mogelyk ware de Haven tot op de bepaalde diepte te flatten. Echter was dit tegen de verwachting van veelen op den isden September gedaan. Toen werd al het houtwerk, en fteenen, die nog op de glooijingen lagen, 'er uitgewerkt, en de geheele bodem, (buiten de geul in 't midden , nevens welke , langs de geheele Haven, planken werden gelegd,) met harken , effen geklaauwd, die daarom, op zulke eene diepte, eene  van FRIESLAND. i»i eeüe der zeldzaamfte en fchoonfte vertooningen maakte, en zodanig tot den iödentoe bleef liggen; op welken dag de fchouwing en opnee ming was bepaald. Tot dat einde verfcheenen de Edel-Mogende Heeren Gedeputeerde Staaten , benevens de Edele Mogende Heeren der Provinciaale Kekenkamer , en der Admiraliteit, des morgens, te tien uuren, plegtig, by de kleine Sluis ; en , na dat H. Edele Mogenden aldaar, door eene eenvoudige waterpasling, was getoond, dat de Haven tot op de volle en bepaalde diepte was geflatten, ging dit aanzienlyk gezelfchap langs de geheele Haven, op de voornoemde planken, heen, tot aan't begin der buiten Dammen toe, om dezelve nader van binnen te bezigtigen ; 't welk met veel genoegen gefchiedde , en van eene volkomen goedkeuring werd gevolgd , en daar na met een' prachtigen maaltyd, op welken de Edele Mogende Heeren Raaden ter Admiraliteit, eenigen tyd te vooren, Hunne Edele Mogende, de Leden der beide andere Hooge Kollegien, dien dag hadden verzocht, en waar by de Profesfor Ypey, en Ingenieur de Boer mede genoodigd werden , in Leeuwenburg beflooten. Nooit is diergelyk een werk met beter orde, grooter ffilte , minder ongelukken , meerder fpoed, ondanks het zeer ongunllig weder, en beter uitkomst, ten einde gebragt. Dan, fchoon allen, die 'er eenig bewind over hadden, zich als om ilryd van hunnen pligt hebben ge< kweeten , moet echter dit alles inzonderheid daar aan worden toegefchreeven ,* dat of beide de Heeren Kommisfarisfen,- of ten min- Her Slatting enz, der Zuider Haven te Har. linoen.  I2f5 Tegenwoordige Staat StATTINO ENZ. DER ZülDllK Havi m te Har- (ren genoegzaam- altoos één van H. Edele Mogenden, met de grootfte oplettendheid, daarby tegenwoordig waren, en alzo, volgens 't geen 'er cebeurde , en wat 'er buiten de bellekken gefchieden moest, de beste fchikkingen, zonder tydverzuim , konden maaken , en tot uitvoering bepaalen , gelyk uit dit befchreeven dagverhaal daar van de noodzaaklykheid blyken kan. Dat ondertusfchen de vervoering der Slataarde niet zodanig in de bellekken was voorgefchreeven, als zy weezenlyk is gedaan , en eenige andere dingen in dezelve onbepaald waren geblee* ven, is daar uit voortgekomen, dat zy in eenen veel te konen tyd, en daarenboven in 't onbekwaamfte gedeelte van'tjaargety, moesten worden gemaakt; waarom het zelfs te verwonderen is, dat 'er niet meer aan heeft ontbroken. Doorgaans wordt, door eene dringende noodzaaklykheid , geen tyd genoeg gegeeven, om te overdenken , op wat wyze het beilootene best kan worden uitgevoerd. Dat in de voornoemde Haven, na de flatting, weder eene opflyking zou gefchieden ,. was gemakkelyk te voorzien. De ondervinding heeft ook geleerd, dat reeds op den 8 September 1783 , ongeveer eene hoogte van twee voeten flyk, op de bot, onder de nieuwe bruggen , is gevonden. Indien derhalven geen moddermolen fpoedig wordt aangelegd, om 'er den opgeflykten grond , van tyd tot tyd , weder uit te werken, heeft men te verwachten, dat deeze voortrëffelyke Haven eerlang weder onbekwaam zal worden , om ze tot dat einde, waar-  van FRIESLAND. 127 waartoe zy geflatten is, te kunnen gebrui-: ken. i Geduurende de geheele flatting heeft men] zeer naauwkeurig boek gehouden , van 't ge- ■ tal der menfchen , paarden , wagens , karren i en fchepen, die, van dag tot dag , hier aan gewerkt hebben of gebruikt zyn , welke lyst wy evenwel kortheidshalve zullen achterwege laaten, en maar alleen derzei ver uitkomst melden ; welke hier in beftaat, Dat de flatting is volbragt in negentien weeken en vyf dagen, door de volgende perfoonen en werktuigen, gióo Putters, 22700 Walkruyers, 183a Slegters en Greppelaars , 14607 Wallaaders en Kruyers , 24411 Voerlieden, Paarden, Wagens en Karren, 8 362 Man voor Praamen en Schepen, 5960 Landlosfers en Slegters, en dus te famen door 87132 Man , van welke hebben gearbeid 45064 in 't eerfte, en 42068 in 't tweede Perk. Te weeten , niet dat 'er zo veel menfchen teffens, of zo veele verfchillende perfoonen in de Haven hebben gewerkt, maar dat de fom der perfoonen, die 'er op 138 aan een volgende dagen in hebben gearbeid , dat getal beloopt. Voorts verftaat men door Putters dezulken, die den grond by putten uit de Haven groeven, en in kruiwagens lagen ; door Walkruyers die geenen , welke de voornoemde gelaaden kruiwagens op de wallen bragten en ledig maakten ; door Slegters en Greppelaars zodanigen, die den bodem der Haven, geduurende de flatting, hier en daar effen maakten en doorgroeven, om 't water naar de geul te leiden, en Slatting ENZ. DER Zuider Haven te Harlingen.  128 Tegenwoordige St dat Slatting enz. dek Zuider Haven te Har 1IKGEN. en deeze van tyd tot tyd verdiepten ; door Wallaaders en Kruyers lieden , wier eerfte de aarde, die reeds op den wal gebragt was, weder in kruiwagens wierpen , terwyl de laatfte dezelve langs de Straaten naar de Praarnen en Schepen brasten , en dezelve daarin ftortten ; en eindelyk door Losfers ^ zulken die de aarde uit de Praamen en Schepen op den Zeedyk en de Landen bragten , over welke plaatfen die dan verder door de Land ■ Slegters werd verarbeid. Uit het breedvoerig Dagregister blykt nog daarenboven, dat in de vyf eerfte dagen niet veel is uitgevoerd; voorts dat de arbeid op de Zondagen zeer gering is geweest, gelyk ook op den 18 Mey, i Juny, 9 July, 4, 9, 15 en 30 Augustus, wegens den geweldigen regen, op die dagen gevallen; zo dat men die dagen te famen maar voor drie en eeh vierde dag heeft kunnen rekenen ; terwyl 'er; om dezelfde reden, ook op den 13, 14, 23 en 28 Augustus, weinig of geen werk is gedaan. Men kan uit dit alles na genoeg befluiten , dat de flatting en vervoering der Slataarde, behalven die, welke na den 13 September nog hier en daar in de Stad is blyven liggen, volbragt zy in den tyd van negentien weeken, ieder week maar opzesdagen gerekend, en alzo in 114 dagen, in welken tyd in't eerfte perk, volgens de rekening naar welke den Aanneemeren, voor ieder perfoon dagelyks, op 't einde van ieder week, by voorraad, tien Stuivers werden betaald, 'er in hebben gearbeid 45064menfchen, en alzo op eiken dag ruim 395 perfoonen. Onder deeze heden zyn geweest 4959 graa» vers9  van FRIESLAND. 129 vers, en dus zyn, voor ieder van dezelve, ongeveer 8 man noodig geweest, zo om de Slataarde op de wallen te kruyen , als om dezelve buiten de Stad te vervoeren. Maar het getal der Walkruyers, of 12645 van dat perk, maakt met de 4959 graavers, te famen genomen , eene fomme van 17604 perfoonen, welke van de 45064, of 't geheele getal aller perfoonen , die in 't eerde perk gewerkt hebben, afgetrokken zynde , blyven 'er over 27460. Wanneer men nu onderdek, dat ieder perfoon , paard enz. even veel heeft verdiend, of gekost, gelyk men door eikanderen wel mag rekenen, zo volgt 'er uit, dat de kosten tot graaven en opkruyen op den wal, daan tot die van het wegvoeren der Slataarde als 17604 tot 27460 ; ten naasten als 100 tot 156. Ondertusfchen is door de uitrekening der Profilen gebleeken, dat in het eerde perk ongeveer zyn geweest 8932 fchaften aarde, ieder van 196 Teerlingfche voeten ; doch op ieder dag hadden 'er in gegraaven 4950 menfchen. Om derhalven te vinden hoe veel ieder derzelven dagelyks gegraaven heeft, moet men zeggen. 4959 * n4 zvn tot 8932. Alzo 1 graa- ver vermenigvuldigd met r dag tot de fchaften, op dien dag door hem gegraaven ; of eenvoudiger met te dellen , dat alle deeze lieden te famen hadden kunnen werken , in welk geval de geheele Haven in den tyd van één' dag zou geflatten zyn geweest. III. DEEL, I 4959 Slattins ENZ. DER ZuiDUft Haven ra Har. LIHGEN.  130 Tegenwoordige Staat Slatting enz, der Zuider Haven te Har- LIKGEN. Schaft. Man. Dag. Schaften- Mannen dagea. 3 is tot i x i alzo 8932 tot 340 x D. 9 ofte 3 ; 9 E 893a ; 34° * D. ofte 1,3 ~ 8932 ; 34o x D. Bygevolg D es 393a * 3 £ 26796 ~ 79 dage» 340 340 (nagenoeg. Men had toen mede onderfteld . dat 'er op Zondagen even yverig als op andere dagen ge- 4959 man hebben in één' dag gegraaven 8932 fchaften aarde: hoe veel heeft ieder van hun gegraaven? Antwoord 8932 of 1 heele 4955» fchaft en 8 tiende deelen derzelve. Mert leert hier uit, dat een graaver 'sdaags, uit zulk een grond, vooral niet meer dan twee diergelyke fchaften graaven kan; terwyl men'er dereden uit ontdekt, waarom het, volgens de bellekken, niet mogelyk is geweest, dat dit perk in den tyd van elf weeken, met 340 man 's daags , volgens de bellekken, geflatten kon worden: want in de rekening had men onderfteld, dat een graaver drie diergelyke fchaften in één' dag verwerken zou, en dat 'er inderdaad van de 340 man een negende gedeelte tot graaven noodig was, gelyk 'er van de 395 is bevonden, waarom men, om den tyd te vinden, dus redeneerde: 3 man graaven ieder één' fchaft in één' dag, bygevolg worden 893Z gegraaven door 340 man in D dagen, 't geen deezen regel van vyven geeft.  van FRIESLAND. 131 gearbeid zou worden , en dat 'er dus, in elf weeken 77 werkdagen zouden zyn, doch dat 'er 's weeks één dag, wegens kwaad weder , zou moeten worden gekort, en dus maar 66 zouden kunnen overblyven. Had men zich dierhalven hier niét in vergist, dat men 's daags voor ieder graaver drie fchaften rekende , zo zouden 'er denkelyk , in plaats van elf weeken, dertien noodig zyn geweest. Aan het eerfte perk zyn verdiend 49 i 86 Kar. Guldens. Zo men deeze fom deelt door 45664 vindt men, dat elke man, volgens de voorafgaande Hellingen , 's daags nauwelyks 22 Stuivers heeft kunnen verdienen. Doch voor het tweede perk zyn betaald 57340 Guldens : bygevolg deeze fom door 42066 deelende, zou't fchynen, dat het dagloon voor eiken man kon zyn geweest 27 Stuivers. Maar na den 13 September is 'er geene aantekening gehouden , wat het vervoeren der Slataarde uit dit perk, die toen nog op de Osfemarkt en elders lag, heeft gekost, waarom dien aangaande geene zekere berekening kan gefchieden. Evenwel denkt men, dat het tweede perk voor de Aanneemérs voordeeliger dan het eerfte is geweest; te meer, om dat daar in altoos met beter orde dan in 't voorige wierd gearbeid. Ten befluite voegen wy hier nog by , dat de Aanneemérs der Bruggen eerst den 26 November van hun werk, wanneer 't goedge • keurd werd, zyn ontflagen. Dat de Slataarde en 't zand, op den 13 September nog op de wallen der Haven en Stads Straaten liggende , den I 2 vol- 'SLATTlNa enz. der Zuider Haven te Har. linqen.  132 Tegenwoordige Staat Slatting enz oer Zuider Haven te Hak- l1ngen. IV. tor- volgenden 07 December buiten de Stad is weggevoerd bevonden; terwyl het wegneemen der Dammen, met den aankleevé van dien, niet voor den 3 February 1783 volbragt heeft kunnen worden. Hoewel 'er eindelyk wegens de boeten, die in de bellekken bepaald waren, wanneer iemand zyn aangenomen werk niet in elf weeken had volbragt, door de voorfpraak der Heeren Kommisfarisfen, op de gunftigfte wyze verfchooning is toegeftaan; heeft men echter reden om te geloovcn, dat de Aannee* mers der flattinge met dien geheelen arbeid genoegzaam geen voordeel hebben behaald ; doch dat de Aanneemérs der Brug , gelyk ook die van het maaken der Dammen en 't droog houden der Haven, een maatige winst hebben genooten. Aldus aangetekend en geheel befchreeven door ons onderget. op den 1 November 1783. was getekend N. YPEY. J. de BOER.  van friesland. 133 iv. Baarderadeel. 13aARDERADEEL, Westergo'svierde Grieteny, grenst ten Oosten aan Leeuwarderadeel en Ydaarderadeel, en ten Zuiden aan Rauwerderhem en Wymbritferadeel , door middel der jaagvaart van Leeuwarden op Sneek, de Swette genoemd; ten Westen aanHennaarderadeel, en ten Noorden aan IVlenaldumadeel, volgens op de Kaart aangeweeztn fcheidlinien. In 't Oostelyke deel deezer Grieteny loopt, binnen de Swette, de oude Westelyke Dyk der Middelzee , onder den naam van Slagtedyk, van Hylaard tot om Bozum; zynde alles, wat tusfchen dien dyk en vaart in ligt, bekend onder den naam van Hooy- of Nieuwlanden. Van 't Noordwesten naar 't Zuidoosten loopt ook de gewoone Rydweg van Franeker naar de Schouw , door Winfum en Baard, voorby Jorwerd en Mantgum , naar Oosterwierum. Nog lopen 'er verfcheiden opwegen van den voornoemden ouden Zeedyk naar eenige Dorpen , als naar Hylaard, Beers, Mantgum, Wieuwerd, Britswerd en Bozum ; gelyk ook de opreed naar Hylaard, over de Hoptille, tot aan Huyns. Behalven de reedsgemelde Sneeker vaart, vindt men nog drie voornaame Vaarten in deeze Grieteny: te weeten de Bolswerder jaagvaart, van 't Noorden naar 't Zuidwesten loopende, uit Menaldumadeel door Baard, voorby Oosterlittens in Hennaarderadeel. De tweede aanzienlyke , doch reeds federt veele jaaren naar eene Slatting verlangende vaart, is die van FraI 3 neker iVESTZR- BaarderaiecU  134- Tegenwoordige Staat WESTER' «9. neker op Sneek, welke, nier verre vanMonnike. Bajum, uit Hennaarderadeel in deeze Grieteny komende, van 't Noordwesten met eene bogt naar 't Zuidwesten fchiet, voorby Winfum , Oosterlittens, Britswerd en Wieuwerd, en dan wederom in Hennaarderadeel. De derde voornaame, doch engere vaart, de Jaanvaart genoemd, loopt uit het Britswerder meer Noordoostwaards door Jorwerd, voorby Beers, en voorts Oostwaards naar de Swette , met een' anderen tak ook voorby Weidum dcrwaards loopende. De jaanvaart geeft ook takken naar Mantgum, Schillaard en Oosterwierum , voorby welke plaats ook eene vaart uit het Swaanwerdermeer naar de Dille of Krinferarm loopt. Eindelyk, om van geene mindere vaarten te fpreeken, loopt 'er eene zeer bochtige vaart, uit die van Franeker op Sneek, naar de buurt Revert en 't dorp Huyns , en voorts in de Bolswerder jaagvaarr. De Landeryen deezer Grieteny zyn zeer onderfcheiden van aard en hoogte. Ten Oosten, Noorden en Noordwesten heeft men ten grooten deele Hooyland ; doch veelal van eenen taaien kleijigen aard, en dus niet zeer gefchikt tot Bouwland ,• doch zo veel te beter tot Weidlanden en Koemelkeryen. Naar 't Zuidwesten ligt in tegendeel veel laag land, 't welk echter, in Polders gebragt, ook zeer goed is. Wegens haare menigvuldige vaarten en meertjes is deeze Grieteny zeer vischryk. In de Grieteny van Baarderadeel liggen vyftien dorpen in de volgende order. i. J O R W E R D, een fchoon groot dorp met eene zwaare Kerk en toren, is niet verre van den  van friesland. 135 den Ouden Zeedyk in 't Noordoosten der Grie-1 teny gelegen. De buurt loopt, ten grooten 1 deele, rondom de Kerk, en bevat veele fchoone huizen. Weleer werd dit dorp Everwird genoemd, en in 't zelve is, geduurende veele jaaren , 't Recht geocffend , tot dat hetzelve, door wylen den Grietman E. M. van Harinxma, naar Weidum wierd overgebragr. In de Roomfche tyden was hier de zetel van een' Deken, zynde 'er behalven den Pastoor een Vikarisfchap en twee Praebenden. De Pastoor trok j 40, de Vikaris 100, een der Praebendarisfen ook 100, en de andere 80 guldens, 't welk , zo men op de fchaarsheid van het geld in dien tyd acht geeft , toen een zeer goed inkomen was. In den jaare 1610 vond men hier op 't Kerkhof, by eenen boom, veele groote menfchen beenderen met 10 Hukken vreemde munt, voerende op de eene zyde een' Leeuw en op de andere een kruis, met eenige vreemde letters, waar uit men befloot, dat hier, zeer waarfchynlyk, in oude tyden, een gevecht voorgevallen was. Onder dit dorp lag weleer de State Hefens of Hettinga, nu meerendeels afgebroken, op welke, in 1433, woonde Sippe of Syppa te Hefens, Grietman van Baarderadeel. Ook was hier Fondens, in 1530 toebehoorende aan Lywa a Fondens. Een 'zoon van dit huis, met naame Hottio a Fondens , Perfinne toe Erlbaredt ontving, in't jaar 1533 , in eigendom Fockema State te Jorwerd. Onder dit Dorp behooren 39 Ifemdraagende plaatfen. « 2. WEIDUM, weleer ook Wedum genoemd , is een fchoon groot dorp, en voorzien met een goede Kerkbuurt en fpitfen toren , zeer I 4 we! Vestek- 10.  Wester. go. 136* Tegenwoordige Staat wel ter vaart en reed, aan den ouden Zeedyk , en dus naby de Swette gelegen. Dit dorp heeft 25 Hemmen, en weleer vond men hier veele Adelyke Staten als Hania, Dekema, Walta , Padinga, Wobbema enz. doch thans zyn alleen de twee eerstgenoemde met aanzicnlyke huizingen voorzien ; wordende de eerstgemelde State bewoond door den Oud - Raadsheer Jr. Eduard Marius van Burmania, een Heer , onder anderen, zeer beroemd, wegens zyne ervarenheid in de oude gefchicdemsfen en Geflagtkunde der Friezen, en de laatstgenoemde door Jr. E. F. van Aylva, Grietman van deezen deele. in 't laatst der veertiende Eeuw woonde op Hania State Viglius Hania, en op Dekema State Sixtus van Dekema. De eerfte was -een zeer goed, doch de laatite een zeer ftout en roofzuchtig man, die, by gelegenheid van een ontftaan verfchil , zich niet alleen de goederen der Hania's toeeigende, maar ook de bezittingen van 't Konvent van Ludingakerk met geweld veroverde. Even ten Zuidoosten der Kerk, aan den rydweg , ligt de fraaie Hofftede Bornea , thans toebehoorende aan den Heere J. H. Veifchuir, Hoogleeraar in de Oosterfche Taaien te Franeker. 3. OOSTERWIERUM , en in de Landtaal Aesterwierum , aldus genaamd om dat het in 't Oosten ligt van Lutkewierum tn Groote Wierum , is een dorp van maatigen omtrek, voorzien met een korten fpitfen toren. Een weinig ten Zuiden van dit dorp heeft men de vermaakelyke Herberg de Dille, en daar by ook de Krinferarm of rechte overdyking der oude Middelzee, welke de eerfte fluiting derzei-  van FRIESLAND. 137 zelve is geweest, waar door men den loop van dit water in Wymbritferadeel verhinderd , en de gemeenfchap van 't zelve met het VVoudwater afgefneeden heeft. Onder dit dorp liggen 15 Hemmende plaatfen, en daar onder waren weleer eenige Adelyke Staten, als Gerbranda, Groot Walkama , Vogelzang enz. doch thans zyn 't maar gemeene plaatfen. 4. MANTGUM, eertyds Mandnge, ligt ten Zuid- Westen van Weidum ; tot dit dorp behoort de Kapelle van Schillaard, die wel doorgaans voor een dorp gehouden wordt, doch in zaaken , die of de Grieteny of het Gemeene Land betreffen, geen byzonder recht van flernminge heeft, maar met Mantgum vereenigd is ; waarom dan ook de fchotfch(etenden , in gevallen van ftemminae, in de kerk van dit Dorp famen komen. Met eikanderen hebben Mantgum en Schiilaard 24 Hemmen; ook behoort onder Mantgum de buurt Tjeintgum, alwaar in 1443 woonde Wyger Maringa , Grietman van deezen deele. By Mantgum zyn twee Wieren, getuigenisfen van twee Adelyke Staten : voor 40 jaaren werd een dier Wieren geopend, en in dezelve vond men een grooten voorraad van toegemaakte kalk en eenige Friefche Steen , 't geen niet wel te verklaarcn valt, dan door te Hellen, dat de bouwers, in de oproerige tyden , in hun werk gewelddaadiglyk zynde verfloord , dus alles overhoop geraakt zy. Onder dit dorp behoor de ook de State Hoxwier, nu dertig of veer tig jaaren gelceden, insgelyks vernietigd; dezelve werd Hoxwier genaamd , om dat haare wiet in den uithoek van den Zeedyk lag. Omtrent I 5 het Wester» 30.  138 Tegenwoordige Staat Westerco. het jaar 1204 hebben de Mantgumers, ziende dat hunne landeryen door de menigvuldige overftroomingen bedorven wierden, dezelve aan de Geestelyken van Bloemkamp overgedaan , op voorwaarde , dat deeze voor de Dyken zouden zorgen. 5. WIEUWLRD, of Wy werd, is thans een klein en gering, doch weleer een fchooh en bloeiend dorp, van wel 180 huizen, meest door Visfchers bewoond, welke in de Middelzee plagten te visfchen, en wel inzonderheid ter plaatfe , daar men nu de nieuwe landen van Bozum, Oosterwierum en Lutkewierum vindt. Tot dit dorp behooren n (temmende plaatfen, en daar onder had men voorheen verfcheiden Adelyke Staten, gelyk uit de overgebleeven Wieren nog zigtbaar is ; doch van deeze heeft men weinig geheugen. De fchoone State Thetinga is het langst in weezen gebleeven, en veele jaaren bewoond door de Familie van WTalta, wier hoofdtelg Douwe , in den Oorlog, tusfchen de Gelderfchen en Bourgondiërs , de zyde der laatstgemelden hield; waarom hy, in 1522, op zyn Stins werd aangetast door den Gelderschgezinden Edelman Heerke Feikes, die dit huis met 20 knechten veroverde, en 'er in bleef liggen , om de gemeenfehap tusfchen Sneek en Leeuwarden te belemmeren. Doch kort hier op werd hy , op zyne beurt , door den, Stadhouder Georg Schenk, belegerd, en, met het Leeuwarder zwaar gefchut tot de overgave gedrongen zynde, daar na met zyn volk dood geflagen. In laater tyd werd deeze State gekocht door de dweepende Gezindheid der Labbadisten, en hier hun Klooster opgerecht, in 't welk zich, onder anderen, ook begaf de  van FRIESLAND. 139 de beroemde en geleerde Anna Maria Schurman, welke na haaren dood, in 1678, op 't kerkhof begraaven werd. Gemelde State islaater bezeten door den Hoog Wel-Geb. Heer H. W Baron van Aylva, Grietman van deezen deele , die dezelve gekocht had van den Veld-Marfchalk, Graave Maurits van Nasfau : deeze begon alles te herbouwen en te verbeteren; doch in 1733, eer nog alles afgedaan was, overlydende , werd het geheele werk, door zyne erfgenaamen, afgebroken, en dus ook deeze aanzienlyke State in eene gemeene Boereplaats veranderd. In den jaare 1765 werd in een der graven, inde kerkte Wieuwerd , een gaaf Vrouwen lyk gevonden, 't welk , op eene eenvoudige wyze gebalzemd , 100 en meer jaaren was begraaven geweest. Straks ging de valfche maare uit, dat dit het lyk was van Anna Maria Schurman , en dezelve vond geloof by zulken , die niet wisten, dat het lyk deezer vermaarde Vrouwe op 't kerkhof begraaven lag. Ondertusfchen kwam hier door zo groot een toevloed van allerlei nieuwsgierigen te Wieuwerd , dat men, tot voorkoming van alle wanorders, het lyk wederom ter aarden deed beftellen. Onder Wieuwerd ligt nog, ten Westen, de buurtSwaanwerd aan een vischryk meertje, het Swaanwerder meer genoemd, zynde eene verwyding der vaart van Franeker op Sneek. 6. B O Z U M, by ouds Bozigum of ook wel Boezum geheeten, is een fchoon en veimaaklyk dorp , met eene goede buurt , en voorzien van 41 Hemmende plaatfen. Weleer was daar, zo men zegt, een Ried of Kanaal , waai door men uit Zee naar Wieuwerd en Swaam ' wer«c ive5terjO.  140 Tegenwoordige Staat Wester» 110. werd vaaren kon. Voor niet veele jaaren had men hier nog de State Walta , op welke, in 1540, overleed Pier Walta, anders Pier Ypes tho Bozum. In 1543 woonde daar, op Hoekenfche State , Fedz Hermana , weduwe van Age Walta. 7. BRITS WERD, welke naam, volgens fommigen, zo veel zegt als Britzen , dat is afgebroken waard, is in de tyden der oneenigheden afgefcheurd van Wieuwerd. Dit dorp is klein, doch zeer wel en vermaakelyk gelegen aan het Britswerder meer , dat insgelyks eene vischryke verwyding der meergemelde Sneeker vaart is , en des Winters , by goed ys, door de jeugd van dit en de nabuurige dorpen, veel bezocht wordt. De Parochie kerk werd weieer door den Abt vanLidlum begeeven, In de Pastory had men teen eene yzeren koe , waarvan Schotanus getuigt de Hukken, in zyne kindsheid, gezien te hebben. Dezelve was gewyd, en werd, by de begraavenis van vermogende lieden, voor of achter 't lyk, gefleept naar 't kerkhof, ingevalle de nagelaaten erven eene leevende koe aan den Priester vereerd hadden, om voor de ziele des afgeftorvenen te bidden. Britswerd heeft 15 Hemmende plaatfen , en oudtyds waren hier twee aanzienlyke Staten. Onder Britswerd behoort de büurt Kromwal aan de Sneeker vaart gelegen, 8. OOSTERLITTENS , een dorp van maatigen omtrek , hebbende 28 Hemmen, is zeer vermaaklyk aan de Sneeker vaart gelegen. De naam des dorps geeft de gelegenheid 'genoegzaam te kennen , liggende hetzelve ten Oosten van de buurt Westerlittens, die  van FRIESLAND. 141 die in Hennaarderadeel, aan denSlagtedyk, gevonden wordt. Even ten Westen van de Kerkbuurt deezes dorps loopt de üolswerder Trekvaart, door de Sneeker vaart, en aan 't Zuideinde der buurt is eene Valbrug, ten diende der rydtuigen. Onder Oosterlittens behoort ook het Buurtje Wammerd, en het Tolhuis Hulkenflein , aan de Bolswerder vaart, daar een brug over deeze vaart ligt, en nog een andere over de Sneeker vaart. 9. WIN S U M, weleer Windesheim, is een aanzienlyk dorp, tellende 36 Hemmende plaatfen. De kerk en buurt is hoog gelegen; doch inzonderheid munt in hoogte uit het groote Winfumer terp, weleer eene beroemde vluchtplaats by hooge Watervloeden. Aan 't einde van dit terp ligt Westwaards de Bruggebuurt, ter wederzyden van de Sneeker vaart. Ook behoort hier onder 't Klooster Monnike Bajum, thans eene enkele boereplaats. Weleer werd de kerk begeeven door den Abt van Lidlum, doch dond onder 't Dekenfchap van Jorwerd. Ook lag hier weleer Ekinga State, thans ook al eene boereplaats. Door Tjalling Donia van Bonneterp van Winfum , en Sibe van Lidlum , werd in de twaalfde eeuw het Mooster Lidlum gedicht , en in laater tyd zyn daar in verfcheiden Abten uit dit dorp geweest, met naame Hoite de zevende , en Aesge de negende Abt van dat Konvent. Ook zyn hier gebooren Menelaus Winfemius en Pierius Winfemius , die hunnen toenaam van dit dorp hebben ontleend, en wier eerde Hoogleeraar in de Medicynen, en de tweede Hoogleeraar in de Welfjpreekendheid en Historie- fchry- , Wëster go.  Ï42 Tegenwoordige Staat WeSTER» co. fchryver der Provincie is geweest. Geduurende de Spaanfche Oorlogen heeft dit dorp veel geleeden, en vooral in 1586, wanneer de Spanjaarden in Friesland een zwaaren inval deeden, en onder anderen Spannum en Winfum in kooien leiden, waarby veelen, die zich in den toren verborgen hadden, door de vlammen zyn omgekomen. 10. BAARD , weleer Bawerd genoemd : van dit dorp heeft de geheele Grieteny haaren naam ontleend: 't zelve bevat 10 (temmen , en heeft eene tamelyke buurt. Weleer werd hier 't recht gehouden , gelyk nog blykt uit een oud verdrag van 't jaar 1433 , wanneer Syppe tot Hefens hier Grietman was. De brief, daarvan afgegeeven , luidt in de oude landtaal aldus : 5cn §>ippa to tf cfeng / Dn topïcn enDe Befiant cScctman in 25atoerDrraDccIe / Dtoaet ïuinö enDe cpenberre nipt öeefe cppene bretoe / Datter ener* ÖanDe fcellingfte enDe ttopfpreïte ïioem in mpn riucïit to 23atoetDt ; a\0 ttopgfcïja 1tgf3cge to jEïanttnge en ^ntoert to fïcttc / alg fan portoer* öcn enDe fan <0pfattna) Der ^>ptuert fjem fellem ftceDe fcttoilfiftret cn£ enDc orfia enDe tceDDa (tonöa fpn ipf cnDc fpn gurö Ijuug enDe fïatta enDe dotter toppa nanoen toa£ / lanD enDc fant / in Ijagfja enDe leg&a / al£t J>ptocrDt in gjette Ipö3en IjccDe / enDc ,§ptocrt hocm om oi&c forfchrioun fcilluiga enDe clagïtc in Dat rfucljt to Natoert/ en floeD SH&ege Dat apen to fan ö$3e fot& gocDc / in mpn anDect enDe in Di£ rucijtcg anDert to hanteert enöc tor Den hclla inenna JBarfïalïc to25autocrt / CnDe 2tg3ege foc» fchrioun bpj'arrct an mp Jjippa forgs en on Dat ruc&t toe SSautocrt Di&en fot£3 aepnDoem te », fotfc^tegptn enDc to bpflejeJieune / al£t ^ptoert Ijctn  v*n FRIESLAND. 143 ton toe Dat tucht enDc JBarfïaT to fïonfen öeebe/ enDe H^ege fpn «erre to Ijabben / öocc ïjp &p> InetDt act Daec fan toeDec to ftoDe / Daen naet. g[n een tpoeclj Dcc toicDe enöe ftanneg Degfeg &tetoe£ enDe encta onDe£ fo bab icït &ipua foc* fenrioun Dit brcef bpfigdat mit mpne figele / enDe om en marta fe^ttljepDt öi^fc^ btctoe£ fa ïjabbc ton tneDcciucl)tcr£ oufe figelen on fpattert bi$fc0 btctoeg tracljt/ Dcc oufe nammen bp oufe figclm fcretoen fïact / fcretoen enöe uitjoutocn. fin Dat jact oufeg Jgcten / Dcc ma fcriutoet / tfiufent fpotoer Ijonoert en trepa en teptief): Dig mannen Depe^/ nep gacobcg Dep / Dig hep» liga ?üpo£to!a. • Neffens de zegels Honden deeze naamen: &t« beent toSSatoctt/ Cfcpha to 25atoett / ^itoect 'SircttoetD / Eiutoe .©ecbaöa. By dit dorp heeft ook geftaan Dekema Stins, alwaar gebooren is en gewoond heeft Juw Dekema, de laatfle Poteftaat deezer Provincie, door de Schieringers verkooren, doch hierom door de Vetkoopers verworpen. 11. HUYNS , een dorp midden in 't land gelegen, heeft eene zeer kleine buurt, en maar 10 ftemmen. In 't Geestelyke is hetzelve dikwyls by Winfum of Baard gevoegd geweest ; doch thans laaten het de Eigenërfden , federt jaaren, door een' Kandidaat bedienen. 12. HYLAARD, is een dorp van maatigen omtrek en kerkbuurt , hebbende een* rydweg naar den ouden Zeedyk en 21 ftemmen: weleer lag hier Aylva State, door vier Grietslieden , uit het geflagt van Aylva , na eikanderen bewoond ; doch dit Slot, 't welk by menfchen geheugen geen' bewooner gehad heeft, WeSTEH." 30.  144 Tegenwoordige Staat We ster co. heef:, is in 1724, op de poort na , afgebro^ ken. 13. L Y O N S , is insgelyks een klein dorpje van maar 7 ftemmen, niet verre van Huins , tusfchen welke beide dorpen de Bolswerder Trekvaart door loopt. 14. J ELLUM, ofHiellum, en by ouds Jbelum en ook wel Helium genoemd, is een klun dorp met 14 ftemmen, ten Noorden van Beers en Weidum, aan den ouden Zeedyk ge* legen. De kerk van dit dorp , ter zyden van gemelden Dyk ftaande , heeft een vry hoogen fpit fen toren , en daar tegen over , op het Nieuwland , vindt men de State Mammema , waarop in 1660 overleed Dominikus Justus van Bomia, de laatlte van dit Adelyk ^eflagt en Grietman van Baarderadeel, Zyne eenige Dochter ftierf in 1708 , zynde Weduwe van den Kollonel Watfe van Burmania, in welke familie toen deeze State gekomen is , welke thans bezeten en bewoond wordt door den Heer Jr. Wilko Holdinga Tjalling Kamftra, Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg , die zo de huizing als plantagie grootelyks heeft doen verbeteren. 15. BEERS, het laatfte dorp deezer Grieteny , gelegen aan de vaart , die van de Swette, door de Wiel, naar Jorwerd loopt. Hier lag weleer de State Unia , met eene fchoone huizinge praaiende en in 1443 bewoond door Kempo Unia, welk huis in laater tyd den naam van Nyenhuis. of ook van groot Nieuwhuister State heeft ^ekreegen. Thans is bier Grietman de H. W. Geb. Heer Jr. Ernst Frans van Aylva, en Sekretaris de Heer  van FRIESLAND. 145 Heer A. Wiarda , wordende de Rechtdag 's Maandags te Weidum gehouden. De Hervormde Gemeenten deezer Grieteny zyn de volgende, t. Jorwerd. 2. Weidum. 3. Mantgum en Schillaard. 4. Britswerd en Wieuwerd. 5. Oosterlittens. 6. Winfum en Baard. 7. Bozum. 8. Oosterbierum. 9. Beers en Jellum. 10. Hilaard en Lions ; wordende Huins, zondereenen vasten Predikant te hebben of met eenig naastgelegen dorp vereenigd te zyn , door eenen Candidaat bediend. Twee Doopsgezinde Gemeenten zyn 'er in deeze Grieteny : de eene houdt haare Godsdienftige byeenkomften te Krom wal , eene buurt aan de Sneeker vaart op Franeker, onder Britswerd, en de andere te Baard. III. DEEL. K V. Ben- co.  146* Tegenwoordige Staat WFSTER- co. v. Hennaarderadeel. Henuaarderadeel. van Westergo, en paalt, ten Oosten aan Baarderadeel en Menaldumadeel ; ten Westen aan Wonzeraderaal; ten Zuiden aan Wymbcitferadeel, en eindelyk, ten Noorden aan 't Rechtsgebied van Franeker, Franekeradeel en aan een gedeelte van Menaldumadeel: van welke Grietenyen Hennaarderadeel, ten grooten deele, door Scheidlinien, die op de kaart zyn aangeweezen , wordt gefcheiden. Over het algemeen beftaat deeze Grieteny uit zeer fchoon Weidland, wordende daarin maar weinig Zaadlanden, op eenige terpen of heuvels, gevonden, en in dezelve woonen veele vermogende Boeren , die aanzienlyke koemelkerijen hebben. Door Hennaarderadeel loopen verfcheiden aanzienlyke rydwegen , als vooreerst een gedeelte van den Westelyken ouden Zeedyk der Middelzee, in 't Zuidoosten der Grieteny ,van Lutkewierum tot Hydaard, en voorts de Slagtedyk, zich van daar, Noord westwaards, tusfchen Waaxens en Koebaard, naar Wonzeradeel ftrekkende. Ook gaat van Tjum , Zuidoostwaards , door de geheele Grieteny, de gewoonerydweg van Franeker naar Sneek, over Warntille; komende uit denzei ven een tak voort, die door Oosterend , Itens, Reen en Lutkewierum loopt; nog is 'er een rydweg, die van Welsryp, eerst Zuidoost en naderhand West aan , naar den Slagtedyk loopt. In "Hennaarderadeel heeft dé Vyfde Stem op den Landdag in de Kamer  van FRIESLAND. 147 In deeze Grieteny vindt men maar twee voornaame vaarten, uit welke de verdere Opvaanen voorclpruiten , als vooreerst de Trekvaart van Bolswerd naar Leeuwarden, van Littenferzyl door Wommels, Noordoostwaards gaande tot aan Spyktille; ten anderen de Sneekervaart, van Franekerraksend, ten Zuidwesten van Welsryp , door deeze Grieteny in Baarderadeel loopende, tot aan 't einde van 't Swaanwerder meer, en van daar wederom in deeze Grieteny met eene bogt naar 't Zuidwesten door Reen, en Tirns in Wymbritferadeel. Hennaarderadeel heeft 12 dorpen, die in de volgende order ftemmen. 1. HENNAARD, een klein dorp van maar 10 ftemmende plaatfen, van 't welk echter de Grieteny den naam heeft ontleend: de kerk ligt ongeveer 170 K. Roeden ten Zuiden van de Bolswerder vaart; hebbende derwaarts eene Opvaart, gemeen met eenige nabuurige plaatfen en buurtjes. Weleer lag hier de State Sasfinga, op welke in 1476 ftierf Hans Ottes Sasfinga , na welken tyd deeze plaats in de Familie van Roorda, en eindelyk in die van Humalda is gekomen. Van hier loopt een water , door de Bolswerder Trekvaart, naar Spannum, Sasfinga Ryd genaamd. 2. ITENS, een klein dorp van 15 ftemmen , waar onder behooren de Eigenërfde Zathe Stapert, het Zand en de buurtjes Ee en Monlèbuuren. Van hier loopt ook, Zuidwest aan, eene Schipvaart naar de Hydaardervaart en voorts naar Oosterend. 3. LUTKE WIERUM , of Luttikke, K a dat iVester. 30.  WlSTEB.GO. 148 Tegenwoordige Staat. dat is kleine Wierum, ter onderfcheidinge vatï Groote Wierum , oudtyds dus genoemd , is gelegen tusfchen de vaart van Sneek op Franeker en den ouden Zeedyk der nieuwe Landen, die ten Zuiden van dit deel gevonden worden. Die dorp heeft 19 Hemmende plaatfen , en eene kerk , gewyd aan St. Geertruid. De Kerkbuurt is klein ; doch onder dit dorp behoort de aanzienlyke buurt Reen , ter wederzyden der gemelde Sneeker vaart ge. legen, alwaar jaarlyks, op den 21 van Oogstmaand , eene aanzienlyke jaar- en Paardemarkt wordt gehouden, die echter thans veel van haaren ouden toeloop verboren heeft. Hier liggen de Eigenërfde Staaten Reenftra , Hattinga en Bisdoma, en de rydweg des Dorps loopt door deeze buurt; behalven welke ook nog andere buurtjes onder dit dorp behooren , als Molma, nader aan de Kerkbuurt, en wel ten Oosten van dezelve , alwaar de Eigenërfde State Palsma gelegen is. In 't Zuidoosten, heeft men *£ buurtje Kneppelen, en daar by de Wier eener oude State , en eindelyk in "t Zuiden het buurtje Groote Wierum, alwaar weleer Bokma State lag, aan den gemelden Zeedyk. 4. OOSTEREND, .het grootfte en aanzienlykfte dorp der Grieteny. Hier plag een fpitfe toren te zyn geheel van fteen, waar van het fpits de hoogte van 60 voeten had j doch dit, in den jaare 1672, op een' biddag, door een harden donderflag, zynde afgellagen , bouwde men 'er, in den jaare 1685, een houten fpits op van 30 voeten hoog. De kerk, die onder de Landkerken voor eene derfraaiften mag  van FRIESLAND. 149 mag gehouden worden , is niet flegts met een fraai geftoeltc en nette zitbanken, maar ook , voor het Koor, verfierd met eene Gallery , van eiken hout, rustende op drie boogen, die in 1554 is gemaakt, en met veele Bybelfche Gefchiedenisfen, zeer kondig gefneeden , pronkt. Een Orgel van foortgelyk hout - en konstwcrk, had men ook voorheen in deeze kerk; doch 't zelve werd, reeds voor bykans 100 jaaren, weggenomen , en daar voor een ander in de plaats gefield. Behalven de Kerkbuurt, die maatig groot is, wordt de verdere gerechtigheid deezes dorps verdeeld in vier vierendeelen , met naame Meylehuis-er vierendeel , waar in gelegen zyn de Staten groot en klein Meilahuis, Jellema en Sjaarda: Slypfler vierendeel, waar in liggen de Slyp , Saunlfenfler huizen, mer de Staten Bonga en Koyfenne: Wynfer vierendeel, en daar in het buurtje Wynsmetde Staten Donia, klein en groot Hoekens en Rispens: Eeskwerder vierendeel, waar onder behooren de buurtjes en huizen Stittens , Eeskwerd, Syons en de oude Staten Roordema en Sibada; doch alle deeze Staten zyn thans genoegzaam vernietigd. Van het dorp, voorby dé laatstgenoemde buurtjes en Staten, loopt Noordwaards eene Opvaart, die zich in de Bolswerder jaagvaart flort, en ook Sibada of Sibede genoemd wordt. In 't Zuidoost loopt van hier nog eene vaart naar de Hydaarder vaart, en van daar weder naar de Sneeker vaart op Franeker. Ook loopt van hier een Rydweg, Noordwaards aan, naar Franeker, en, Zuidwaards, naar Sneek en Bolswerd ; zo dat Oosterend onder de welgelegen K 3 dor- iO.  '5° Tegenwoordige Staat 00. dorpen geteld mag worden. Donia huis wau weleer de voornaamfte State te Oosterend, en daarop woonde Sierk Harinxma, Broeder van Age Harinxma te Sneek , Epe Harinxma te Ylst, en Douwe Harinxma te Heeg. Deeze Sierk Harinxma liet zes Zoonen na , te weeten Age, woonachtig te Slooten op een huis , 't welk hem van vrouws wegen toebehoorde ; Haring op een fterk Stins te Nieuwland, niet verre van Hottinga huis; Benedix te Heeg; Hotfe te Edens; Keimpe op een flerk Stins te Hemelum, en Sierk op de Vaderlyke plaats te Oosterend. Deeze Broeders hebben alle zeer veel deel gehad in de Schieringer onlusten , gelyk men in de Historie kan leezen. Dit dorp is , van 't Zuiden naar 't Noorden , wel een uurgaans lang, en bevat in zyn' grooten omtrek 52 ftemmen. 5. WAAXENS, een der kleinfte dorpen deezer Grieteny, 't welk maar 8 ftemmen bevat , ligt in 't Westen der Grieteny , over den Slagtedyk , aan de vaart van Bolswerd naar 'Ijum. Onder dit dorp behoort het buurtje Tomwerd. Van den Polderdyk van den Heer Tjaard van Aylva, by Ozinga Sloot, moet men over 't veld met den wagen naar dit dorp ryden; wordende hetzelve, door gemelde Ozinga Sloot in den Polder, vanWonzeradeel gefchciden. 6. KOEBAARD , ook Kobaard en by ouds Korbaard genaamd , is een dorp ten Zuidwesten van Varntille, wel klein van buurt, doch maatig groot van omtrek, en 33 ftemmende plaatfen bevattende. Onder dit dorp zyn de  van FRIESLAND. 151 de buurtjes Berkwert, ter Burch enz. en _ de State Jorum , in 1635, bewoond door Vigle Buigers, en in 1656 door Lysbeth van Okkinga. 7. W O M M E L S , een groot en wel gelegen dorp , door 't welk de Trekvaart tusfchen Leeuwarden en Bolswerd loopt: hetzelve heeft eene groote Kerkbuurt, en een' omtrek van 41 Hemmende plaatfen , verdeeld onder1 verfcheiden verflrooide buurtjes, als Westerlittens , in 't West , wel 400 roeden van de Kerkbuurt aan den Slagtedyk ; verder Zuidwaards, aan den zelfden Dyk, het buurtje Fyns, met tusfchen beiden de Littenzerzyl , over meergemelde Trekvaart. Een weinigje ten Oosten van Fyns heeft men Sippcns, en aldaar de Eigenërfde plaatfen Baarda en Reen; liggende Zuidwaards van daar Tellens, en in 't Noordoosten Geins, alwaar Jongema State gevonden wordt, doch in de gedaante eener boereplaats. Op dezelfde flreek , doch nader aan de Kerkbuurt, heeft men Swyns , en verder in 't Noordoosten Britfaard , alle buurtjes onder gemelde Dorp behoorende , behalven nog de State Hottinga, in 't Noordwest, Stapert in 't Zuidwest, en Walp in 't Noord, niet verre van Warntille, alwaar een Tolhek is, en waarover de rydweg tusfchen Franeker en Sneek loopt, bekend by den naam van Langedyk. Heeft de verandering der tyden de voorheen gemelde Staten reeds fldert lang van haar voorig aanzien beroofd , die in enkele bóereplaatfen herfcheppende; in de buurt, ten Oostender Kerk, ligt nog eene heerlyke huiK 4 • zing Wester* 00.  Wester. «o. 8. M Y DAARD, in den Zuidwestelyken hoek der Grieteny, aan de vaart, die voorby dit dorp naar Bolswerd loopt, door eene zyl in den Slagtedyk, genaamd de Hydaarderzyl, en niet verre van hier ten Zuidwesten. Een weinigje Zuidelyker , aan meergemelden Dyk, ligt een buurtje, met naame Kliuw, en da.rby komen vier rydwegen te famen , als uit het Noorden van Franeker ; uit het Oosten van Leeuwarden ; uit het Zuiden van Sneek, en uit het Westen van Bolswerd. De Stemgerechtigde plaatfen , onder dit dorp behoorende , zyn elf in getal, en daar onder eene groote Eigenërfde plaats aan de Kerk gelegen , met naame klein Bernarda , gelyk ook eene vernietigde State van het geflagte van Tjebbinga , op welke, onder anderen, in 1456, een Edelman uit dat gellagt leefde, die rykelyk zyn deel had in de faktien der Schieringers en Vetkoopers. De eerile Kerk deezes dorps, zou , volgens 't verhaal der Kronyken, door eene Adelyke Jonkvrouwe uit het geflagt van Ubnia, die de Wereld verliet en in een Klooster 15* Tegenwoordige Staat zing en hoving , weleer bewoond , by wylen den W. Ed. Geb. Heere Idfard van Sminia , Grietman van deezen deele , en nog heden by Z. Ed. Dogter. Hier is, in 1515 , gebooren Cyprianus' Stapert, in de wandeling Vomelius genoemd naar zyne geboorte plaats: hy was een man van groote geleerdheid, en is teMents Leeraar in de Rechten geworden , en voorts tot Palatynfchen Graaf en Byzitter der Keizerlyke Kamer bevorderd ; zynde te Spiers ge« ftorven in den jaare 157?.  van FRIESLAND. 153 ïer ging , gebouwd zyn, in den jaare 1503, aan de Noordzyde van Oude Klooster , neffens het Stins van Broeder Dodo Tjebbinga, die in deeze nieuwe kerk een fchoon Kruisbeeld gaf, terwyl dezelve, door zyne beide, broeders, Gerlakus en Benediktus , met twee fraaie Schildcryen befchonken wierd. Doch deeze Kerk , van ouderdom vervallen zynde , werd daarvoor, inden jaare 1508, eene geheel nieuwe gebouwd, en met eenen nieuwen toren voorzien, wyl de oude reeds in het voorgaande jaar was ingeflort. 9. W E L S R Y P , of Wielsryp, het Noordelyklle dorp der Grieteny, niet verre van Menaldumadeelsen Franckeradeels grenzen: hieronder behooren de buurtjes 't Westerend , Tjcpperbuur, Oosterend enz. liggende by't laatstgemelde buurtje een fchoon hoog terp. Het getal der Hemmende plaatfen beloopt 27 ; De rydweg deezesdorps, vereenigt zich met dien naar Winfum, terwyl de Opvaart uitkomt in de vaart van Franeker op Sneek. In 't Westen deezes dorps ligt de afgebroken State Rumeda, en Sr, Urfula was eertyds de Patronesfe der Kerk. 10. BAJUM, een klein dorp, hebbende maar alleen 8 Hemmende plaatfen , onder welke eenige losfe landeryen behooren, die in den omtrek van 't volgende dorp gelegen zyn ; voorby de kerk loopt de rydweg van Dronryp naar Winfum: ook heeft, niet verre van daar, een oud Stins geftaan, dat met een fchoon huis in eene graft gebouwd was. Weleer had men hier eene groote Doopvont , die nog lang na den tyd der Kerkhervorming is bewaard geK 5 weest, Wester' 30.  154 Tegenwoordige Staat Wester. oo. weest, en waar van men, vergelykender wyze, het fpreekwoord plag te gebruiken, zo groot als de Bajumer vonte. De landen, rondsom dit Dorp gelegen, zyn zo wel zeer vruchtbaar bouwland, als ook fchoon weidland , op 't welk , zo men zegt, de Schaapen niet ligt door de galziekte worden aangetast. 11. SPANNUM, ofSpanheym, is een dorpje van maatigen omtrek , tusfchen Tjum en Winfum , hebbende 19 ftemmen. Hier ligt de nu meerendeels vernietigde State Donia, benevens nog twee Wieren , daar , bygevolg , ook Staten hebben geftaan. Niet ver van de Kerk, in 't Oost, heeft men een huis met eene goede hovinge , Monnikhuis genaamd. By de Kerk, die rondsom met boomen beplant is, heeft men eene taamelyke buurt: van daar loopt, Noordwaards aan, eene Schipvaart,met naame de Langedam, en Zuidwaards aan de Sasfingaryd, van welke, reeds onderHennaard, melding is gemaakt. In 't Zuidwesten van dit dorp ligt eenig laag land , de Spannumer mieden , of Spankamp genaamd , waarop weleer een bloedige flag is voorgevallen, tusfchen de Vetkoopers en Sikke Sjaardema. In den Spaanfchen inval van 1586" werd dit dorp ook geheel verbrand. 12. E D E N S, by het landvolk doorgaans Eens genoemd, is een klein dorpje, onder't welk acht Hemmende plaatfen behooren. De jaagvaart van Leeuwarden naar Bolswerd loopt hier ten Zuiden voorby , en vat dezelve gaat eene Opvaart naar de kleine Kerkbuuren. Onder dit dorp behoort de buurte Spyk, als ook de  van FRIESLAND. 155 de State Unga, in 1590 by den Grietman Poppe Burmania bewoond , doch reeds voor veele jaaren afgebroken. In deeze Grieteny is thans Grietman de H. W. Geb. Heer Jr. Binnert Philip Aebinga van Humalda, en Sekretaris de Heer en Mr. Jakobus van der Kolk , wordéhde het Gerecht 's Woensdags te Wommels gehouden. De Hervomde Gemeenten deezer Grieteny zyn de volgende, r. Ytens. 2. Lutkewierum. 3. Oosterend en Hennaard. 4. Wommels en Hydaard. 5 Koebaard en Waaxens. 6. Welsryp en Bajum. 7. Edens en Spannum. Doopsgezinde Gemeenten vindt men geene in deeze Griereny ; doch de Roomsch - Katholyken hebben 'er eene te Oosterend , vergaderende in het zogenoemde Roodhuis, vry een- zaam in het veld ftaande , naby de vaart tusfchen Sneek en Franeker. VI. Won- WESTEai GO.  wester. co. Wonzeradeel. r 156 Tegenwoordige Staat VI. WonzeradeeL X^e zesde Grieteny van Westergo is WONZERADEEL , welke, niet zonder reden, wordt gehouden voor de vermogendfte en voordeeligde der geheele Provincie: dezelve grenst ten Westen aan Zee; ten Zuiden aan de Stads landen van Workum en aan de Grieteny van Wymbritferadeel; ten Oosten aan Wymbritferadeel en Hennaarderadeel , en ten Noorden aan Fra. nekeradeel en Barradeel , meerendeels door in de kaarten aangeweezen Scheidlinien. De landeryen deezer Grieteny zyn zeer verfchil. lende van aard ; doch , over 't algemeen , zyn de Noordelyke en Noordoostelyke de bes» te , en beflaan uit uitmuntende bouw - en weidlanden. De Westelyke zyn lager, en dus best tot weid - of hooilanden gefchikt , waar toe het -Zuidwestelyke en Zuidoostelyke gedeelte, wegens zyne laage ligging, genoegzaam alleen bekwaam is. Wonzeradeel wordt verdeeld in Binnendyks en Buitendyks , door een' Dyk of Slagte, die van de Pinjumer Halsband of ringdyk ZuidOost aanloopt ; voorts Zuidwaards over de Schraarderzyl , dan Oostwaards over de Exmorlterzyl door Exmorra ; daarna met eene bogt over de Tjerkwerderzyl, en voorts, langs den Noordkant van Sensmcer, in Wymbritferadeel. Door deezen Dyk wordt de Grieteny zodanig gedeeld , dat "er juist dertien dorpen een Westen van denzei ven, of Buitendyks, en 13 an-  van FRIESLAND. 157 andere ten Oosten liggen ;wordende van het zevenentwintigftedorp, Exmorra, de Kerk enPastory op den Dyk gevonden, en bet dorp zen, in Binnen en Buitendykfter gedeelten gefcheiden; echter zo, dat het eerfte ver het grootfte zy. Over de reden der eerfte aanlegginge van deezen Dyk wordt verfchillende gedacht. Schotanus , wiens handfchrift wy, dit fchryvende, voor ons hebben, houdt het voor waarfchyn. lyk, dat dezelve gemaakt is , niet zo zeer ter affcheidinge van hooger en laager landen, overmits men buiten denzelven wel hooge, en daar binnen wel laage landen vindt, als wel tot eene grensfcheiding der gerechtigheid van beide de Grietmannen, die eertyds teffens deeze Grieteny regeerden, naamelyk de een binnen en de ander buiten Dyks; maar dat veeleer de Marndyk, tot een' fcheiddyk van hooger en laager landen zy gemaakt. Anderen fchatten het niet onwaarfchynlyk, dat men dien Dyk allereerst hebbe aangelegd , om 't indringen van 't Zeewater, by hooge vloeden, in voortyden, te beletten, hoewel dezelve teffens tot eene grensfcheiding diende van de twee Grietenyen., waarin Wonzeradeel eertyds verdeeld was. Hoe 't zy, van de Pingjumer Halsband komt nog een andere hooger Binnendyk, die teffens tot eene verlenging ftrekt van Franekeradeels Slagtedyken; deeze loopt , onder den reeds gemelden naam van Marndyk , door Witmarfum , voorts Zuidwestwaards, met eene bogt over Harkezyl, en van daar Zuidoostwaards, ten Westen van Bolswerd ; waar- Wester00.  158 Tegenwoordige Staat WfiSTEBOO. waarna dezelve zich eindelyk met den eerst» genoemden vereenigt by de Tjerkwerderzyl. De Zeedyk, die deeze Grieteny ten Westen beperkt, behoort ten deele onder de Kontributie der Vyfdeelen , te wee ten ' tot aan Makkum toe: en tot zo verre dient deszelfs bepuinde kruin tot een' algemeenen rydweg van Harlingen naar de Zuidelyker plaatfen. Doch te Makkum begint de Dyk , die door Wonzeradeel alleen moet worden onderhouden, tot naby aan Workum. Deeze Dyk is boven tonnerond , en men rydt, aan den binnenvoet, op een' weg , die , federt eenige jaaren, merkelyk verbeterd is, door den afval der Makkumer Glasblaazery. Franekcradeels Slagtedyken vereenigen zich in deeze Grieteny met de Pingjumer Hals. band, en fluiten by Bonnema Zathe ook aan den Zeedyk; zo dat, indien deeze Dyk, van Oosterbierum tot aan voornoemde Zathe , in een'goeden ftaat is, het Zeewater, byeeneonverhoopte doorbraak, in deeze geheele ruimte, niet verre landwaards in kan dringen. De gemelde Slagtedyk gaat, by zyne vereeniging met de Halsband, over in een' rydweg door Pingjum naar Wons , Kornwerd, Schraard , Longerhou, Makkum enz. met veele zydtakken en bywegen, te menigvuldig omze alle te befchryven. Van Kimswerd rydt men ook, over Arum en Witmarfum, naar Bolswerd , en van daar, langs den hoogen en breeden Broere Dyk, naar Nyland en Sneek. Doch de rydweg _ van Bolswerd naar Franeker loopt door Higtum , langs den Paaldyk, naar den Oosr  van FRIESLAND. 159 Oostelyken tak des Slagtedyks , die van Achlum in Hennaarderadeel loopt. In deeze Grieteny worden veelerhande groo¬ te en kleine wateren gevonden, en voorat in 't Zuidelyke gedeelte in de laage landen. Onder deeze wateren komen inzonderheid in aanmerking de Workumer, Parregaster en Makkumer meeren, die van Workum tot aan Makkum, aan eikanderen gefchakeld, voort loopen, en zeervischryk zyn. Voorts zyn'er veele kleine meertjes en poelen, als het Sillaarder , Kerk-, Ypenbuurfter en Uilke meer enz. By de Littenzerzyl komt de Leeuwarder jaagvaart in deeze Grieteny, en loopt, voorby Burgwerd , naar Bolswerd. Van Bolswerd naar Workum loopt insgelyks eene jaagvaart, ongeveer in dezelfde (trekking naar 't Zuidwesten , door Tjerkwerd en Parrega , tusfchen het Workumer meer en de INyehuister Ee. Het jaagpad deezer vaart, van Tjerkwerd tot aan Workum, verbreed en bepuind , is thans de gewoone rydweg tusfchen deeze twee plaatfen; terwyl men van Tjerkwerd tot Bolswerd den Marn« dyk moet gebruiken. Van Makkum loopt ook eene groote vaart, door het Makkumer meer, naar Bolswerd , en van daar, onder den naam van Wymerts, in Wymbritferadeel. Ook kan men van Workum, over de Workumer, Parregaster en Makkumer meeren, door de Schraarderzyl, naar Witmarfum , Arum en Franeker vaaren. Tusfchen Arum en Witmarfum kruist de vaart van Franeker naar Pingjum, die van Harlingen naar Bolswerd., Eindelyk, om van geene mindere vaarten te fpreeken, loopt 'er nog Westeb- go.  i6o Tegenwoordige Staat Westergo. r. ARUM, een fchoon groot dorp met een fpitfen kerktoren. Dit dorp heeft, op 't Zuidoosten en Noorden van de Kerk, eene aanzienlyke buurt met verfcheiden bybuurtjes , en is zeer gelegen, dewyl de vaart van Franeker naar Bolswerd hier door loopt; terwyl die naar Harlingen in de nabuurfchap is, een weinig ten Zuidwesten van den molen. Onder dit dorp behooren 63 Hemmende plaatfen, waar onder weleer verfcheiden Adelyke Staten waren , als Kamminga of Hooghuistra , Sytfema, Beijem of Beyma. Deeze laatfte State werd, in 1496, beloond door Sjerp Lieuwes Beyma ; doch het Stins werd , in dat zelfde jaar, door Juwjuwinga, ingenomen en verbrand. Hindelyk behooren onder dit dorp verfcheiden verflrooide buurtjes, als Beyma, Bolta , Baarderbuuren enz. 2. ALLING- of ALLINGAWIER, een maatig dorp, in 't laage gedeelte der Grieteny , en zeer wel ter vischvangst, aan het Koud- of Makkumer meer, gelegen , en met het buurtje Vierhuizen aan het Parregafter meer voorzien. In 't jaar 1454 werd hier, door de Bolswerders, onder Goslyk Jongama \ met behulp van andere Schieringers , het huis van Jakle Feddes veroverd en verwoest; Jakle fneuvelde hierby met nog 15 man, en Jongama maakte zich meester van zyne goederen. Naar nog eene vaart van Bolswerd, door Tolzuma- zyl in den Slagtedyk, naar Tjum. - In Wonzeradeel liggen 27 Dorpen en twee Kloosters , welke ftemmen in de volgende order.  tan FRIESLAND. 16*1 Itfaar deezen Jakle , of naar iemand uit dat geflaste van eelyken naam , is Jakle Set, tus¬ fchen het Makkumer en ParregSster meer, ongetwyffeld genoemd, fchoon het Set of Tille, waar over men, te voet van Bolswerd naar Makkum reizende , plag te gaan , reeds van overlang verdweenen, en het water, tusfchen heide meeren, hier zo wyd geworden is, dat men zich daar nu met een klein vaartuigje moet laaten overzetten, om deezen zelfden weg te houden. In 1449 wilden Douwé Sjaardema en Epo Aylva hier een zwaar huis ftichten ; doch werden in hun werk geftoord door Janke Douwma en andere Vetkoopers, die alles vernielden. Dit dorp heeft 22 ftemmen i, waarvan wy, om deszelfs bevallige vertooning , eene afbeelding hebben doen vervaardigen , welke hier achter op bl. 174 te vinden is. 3. BURG WERD, een taamelyk groot dorp aan de Leeuwarder jaagvaart naar Bolswerd, en omtrent 700 roeden ten Noordoosten cJeezer Stad gelegen: de Kerk, die van binnen fraai betimmerd, en met een Orgel voorzien is , heeft een' hoogen fcherpen toren van een byzonder maakfel. Voor deezen had men hier twee voornaame Staten , waarvan Donia , digt aan de buurt en jaagvaart gelegen, nog tegenwoordig met eene goede huizinge en plantagie voorzien is. Okkinga State, onder de buurt Sjunga - Dyk, mede tot dit dorp behoorende , gelegen , werd' in 1481 , bewoond door Hero Okkinga , Grietman van Wonzeradeel. Verfcheiden andere buurtjes, met haame Terhorne, Kromwal, Andlahuizen en de Bieren, behooren insgelyks IIL deel. L wt OO.  i6a O Tegenwoordige Staat Westerss. tot- dit dorp, dat in 't geheel 34 Hemmende plaatfen telt. 4. CO RN WERD , een klein dorp aan den Zeedyk , teflT Noorden van Makkum, gelegen , en waar toe de buurtjes Sotterum en 't Houw behooren , bevat 15 Hemmende plaatfen. Omtrent het jaar 1318, kwamen de Westfriezen hier dikwyls met klein vaartuig over 'c Vlie, toen nog eene enge pasfagie , daar , alles wat hun voorkwam , plonderende en verwoestende ; doch werden, door 't goed beleid) der geflagten van Aylva en Hettinga , eindelyk zo wel afgeweezen, dat zy niet wedet kwamen. 5. DEDGUM, een klein dorpje , .tusfchen de Workumer jaagvaart en het Sensr meer , in een polder, benevens de buurtjes Arkum en Ysgum, waarvan het water door de Dedgumer- en Spakezyl ontlast wordt. Hieronder behooren 9 ftemdraagënde plaatfen, voorzien met goede weidlanden. 6. EXMORRA, niet verre van het Makkumer meer , en dus zeer wel tot de Vischvangst gelegen ; te meer om dat 'er ook andefe meertjes tot dit dorp behooren, van welke" het Kerkmeer aan de buurt ligt, en zich met Tootmeer, Legmeer, en ook met het gemelde Makkumermeer , door vaarbaare tusfchen waters van minder wydte , vereenigt. De ExmorHerzyl, waardoor men van Makkum naar Bolswerd vaart, ligt ten Noorden des Dorps. De kerk is op den Scheiddyk tusfchen Wonzeradeel Binnen- en Buitendyks gebouwd, en de Hemmende plaatfen, waar onder menSibrandabuuren, Paddehuis en Vaders Hoffleê heeft, ■ ; ■ ' • •• n m  van F R I E S L A N D. 163 liggen met eikanderen, ren getale van 24 , gedeeltelyk Binnen» en gedeeltelyk Buiten dyks. 7. ENGWTER of ABBINGAWIER , is het kleinfte dorp der Grieteny : 't zelve heeft maar 6 ftemmen , en ligt in 't Noorden van Makkum aan het Sillaarder meer, waar over men van Sotterum en Kornwerd naar Makkum vaart. " 8. GA AST, een maatig dorp , is gelegen in een' uithoek van den Zeedyk, tusfchen Makkum en Workum. Binnen een bedykten polder liggen hier goede bouwlanden ; doch 't overige is meest laag weid-en hooiland. Dit dorp heeft 14 ftemmen , en is niet groot van buurt; doch 'er behooren veele huizen onder, die aan de Gaaster nieuwe vaart naar het Parregaster meer gebouwd zyn. 9. FER WOUDE , een groot dorp , is het uiterfte in 't Zuiden deezer Grieteny. By de Kerk heeft men eene goede buurt, en onder de gerechtigheid des Dorps behooren verfcheiden andere buurtjes , als Wonnebuuren , Doniabuuren, Vallingabuuren, Scharnebuuren, ook wel Offerderbuuren genoemd, en Bambuuren, doch welke laatfte door brand vernietigd is. Aan den Zeedyk liggen goede bouwlanden; doch Oostwaards heeft men de drooggemaakte Vallingbuurfteren Aaltjes meeren; zynde alles wat 'er rondom ligt laag miedland. Onder dit Dorp behooren 47 ftemdraagende plaatfen of ftellen. 10. GRIOENTERP , een klein dorp van 11 ftemmen , met eene kerk zonder toren , even ten Zuiden van den Sensmeerder L 2 Dyk , VVbSTEB*; go.  IÖ4 Tegenwoordige Staat Wester. co. Dyk, aangelegd in 1633. Voorts behooren hier onder Senshuizen en rt buurtje Kie, wel in 't Sensmeer en binnen den Dyk, doch op hoog land gelegen ; zynde het overige land , hier onder behoorende, ten grooten deele laag. tl. HICHTUM , ligt aan de vaart en rydweg, van Bolswerd naar Franeker en Harlingen loopende , en niet boven de 450 roeden van Bolswerd. Dit dorpje heeft weinig huizen by de Kerk, waarin men niet alleen een Orgel, maar ook verfcheiden Wapens en Grai> fchriften vindt, betrekkelyk tot de Familie van Aylva, die hier lange jaaren aan een het Ampt van Grietman heeft bekleed , woonende op Wibranda State, welke onder dit dorp gelegen , en een der grootfte en fchoonfte Buitenplaatfen in deeze Provincie is, vooral ten aanzien der plantagie. De laatfte der Grietmannen uit dat Adelyk geflagt was Jr. Tjaard van Aylva , Curator der Akademie , en Minister aan eenige Duitfche Hoven , doch reeds voor ruim 15 jaaren , in den bloei zyns leevens overleeden ; zynde deeze State vervolgens, na 't overlyden van zyne Vrouwe Moeder, gekomen aan den H. W. Geb. Heer Jr. Wilko Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg , thans Grietman van deezen deele. Voorts behooren onder Hichtum de buurtjes Sydswerd en Groot - en Klein - Ooms , die met eikanderen 13 Hemmende plaatfen bevatten. 12. HERTWERD, een klein dorp van 13 ftemmen, in 't Oosten van Bolswerd » ten Noordoosten van den Dyk naar Nieuwland. De buurtjes Syns en Bootfum behooren hier onder, en niet verre van het dorp heeft men  FRIESLAND. 165 Kien Ruurdzyl, als ook 't bekende Oude Klooster, waar van ftraks nader zal gefproken 30. worden. In die dorp plag men weleer de Landsdagen van Westergo te houden , en onder den naam van Hertwerd werd toen de ganfche Landftreek begreepen ( oudtyds buurte of districtus geheeten ) die bevoegd was , om haare Volmagten herwaards ter Vergaderinge te zenden. De kerk van dit dorp is voor eenige jaaren weggebroken, en de toren alleen blyven ftaan. 13. Hl E SLUM, een klein dorpje in t Noordoosten van Workum, byna zo verre als Gaast, en wat ten Oosten der Trekvaart. Dit dorp heeft 17 ftemmen, en ligt alomme aan 't water; behoorende tot het zelve de Hieslumer Ee , de Monnike Ee, de Horsfe , benevens een groot gedeelte der Nieuwhuister Ee , gelyk ook Idzerdabuuren , Monnikebuuren en Atebuuren. 14. IDZEGAHUIZEN, in 't Zuiden van Makkum gelegen , is een klein dorp van 13 (temmende plaatfen , en eene maatige Kerkbuurt. Oostwaards loopen de landen tot aan het Koudmeer, alwaar ook het buurtje Bonjahuizen wordt gevonden, 15. KIMSWERD, aan den rydweg van Harlingen naar Arum gelegen, is een fchoon dorp, waaronder wel 30 ftemdraagende plaatfen behooren , meerendeels voorzien met beste landeryen, en daar onder ook fchoone bouwlanden. In den omtrek van dit dorp vindt men het buurtje Kluurd, de Staten Bonnema, Ozinga en Bonga, thans maar enkele Boe- L 3 re'  i66 Tegenwoordige Staat WeSTSRGO. replaatfen. Hier is ook de geboorte plaats van den beroemden en fterken Boer , Lange of Groote Pier genoemd , die zich in 't begin der zestiende eeuw in Friesland zeer berucht maakte, en de Gelderfchen met zynen aanhang fterk begunftigde ; terwyl hy, vooral op Zee , by de Bourgondiërs , Saxen en Hollanders zeer gevreesd was. 16. LOLLUM, gemeenlyk Ruige Lollum genoemd , tot onderfcheid van Lutje Lollum, een buurtje onder Franeker behoorende. Dit dorp is klein, en ligt, ten Oosten van Arum, aan de vaart, die van Bolswerd, hier door, naar Franeker gaat, en by de Payzyl in de Arumer vaart komt. Een tak van deeze vaart fcheide zich af eerze nog aan het dorp komt , en loopt door Tjum insgelyks naar Franeker. De ftemmende plaatfen van dit dorp zyn maar 16 in getal, doch daar onder telt men eenige buurtjes en plaatfen van naame. 17. L ON GE R HO U , een klein dorpje , ten Noorden der Makkumer vaart op Bolswerd, niet verre van de Exmorfterzyl, ten Zuiden van den rydweg en oude vaart naar Schraard: onder 't zelve behooren 9 ftemmende plaatfen. 18. MAKKUM , een aanzienlyk Vlek, aan Zee gelegen, twee uuren gaans van Bolswerd en Workum, en drie uuren gaans ten Zuiden van Harlingen. In 't begin der voorige eeuw was deeze plaats nog maar een gering dorp van ongeveer 50 huizen, die echter op eene regelmaatige wyze om een vlak veld gebouwd 8 en meest met hovingen voorzien waren*   MAïïül, TAI 1I¥¥EI T DE ZiEI.  van FRIE S L AND. 167 waren. Doch allengskens heeft die Dorp, door 't vermeerderen van den Koophandel en Scheepvaart , grootelyks toegenomen , vooral aan den Zuidkant der Molenvaart , alwaar weleer eenige gehuchten ftonden, Statum of Statuma gebuurte genoemd. Thans maakt Mak* kum, onder den naam van Vlek , van buiten eene zeer fraaie vertooning, en bevat ongeveer 600 huizen, aan geregelde Graften of wel gevloerde Straaten gebouwd , die , te famen genomen -«ongeveer 2400 inwooners bevatten. Om van het luchtig en vrolyk aanzien deezer bloeiende plaats een nader denkbeeld te geeven , gaat hier eene afbeelding van eene der binnengraften by. In 't midden des Vleks heeft men eene ruime Botermarkt, en ook daar ter plaatfe eene fraaie Waag , zynde ,een fchoon vierkant gebouw, gefticht inden jaare 1698 : in den Voorgevel leest men de naamen van den toen regeerenden Grietman en Gekommitteerden ; terwyl boven de Waag een net torentje uitfteekt, voorzien meteen'haan, tot een'windwyzer, en een flaand uurwerk met de vereischte uurwyzers. De Kerk, byna buiten 't Vlek aan deszelfs Noordeinde ftaande, is een fchoon gebouw, verfierd met een' aanzienlyken toren, die een' getralyden omgang van hardfteen, twee klokken en een Zeepaard tot een' windvvyzer heeft. Van binnen is deeze kerk wel betimmerd, en rust aan den Noordkant op eene ry van gemetfelde pylaaren : in den jaare 1660 , werd dit gebouw begonnen, en de eerfte fteen daar aan gelegd door Jr. Bonno van Donia, gelyk nog L 4 heden Wester* go,  ï6S Tegenwoordigs Staat WSSTEK«0. heden op een der balken geleezen wordt. De predikftoel ftaat tegen den Zuidkant, binnen een vierkant hek , in 't welk, behalven de Predikanten , de verdere Leden des Kerkenraad» hunne zitplaats hebben, benevens den Voorzanger , die teffens Koster is, gelyk in alle Dorpen deezer Provincie plaats heeft. Tegen over den Predikftoel is een geftoelte, nog heden de Jonkersbank genoemd , van 't welk de Kerkvoogden doorgaans gebruik maaken. In *t midden der kerk hangen drie koperen kaarskroonen, en in 't Noordwesten heeft men eene Kerkenkamer. De Gemeente wordt bediend door twee Predikanten ; zynde Makkum het eenigfte Dorp of Vlek in Friesland, daar men meer dan eenen Predikant heeft; doch dezelve moeten ook te Kornwerd prediken. De Kerk der Doopsgezinden ftaat aan eene Steeg, omtrent de Kerkftraat. Dit gebouw heeft van buiten weinig aanzien , doch is van binnen wel betimmerd , en heeft eene Gallery , tegen over den Predikftoel, welke op drie pylaaren rust, en tusfchen welke twee hangende kaarskrocnen gezien worden. De Gemeente wordt door twee Leeraars bediend. Weleer was hier ook eene Gemeente van Vlamingen, doch deeze is byna uitgeftorven: echter wordt 'er in de Kerk dier gezindheid, ftaande aan den Noordkant der wyde Steeg, nu en dan nog wel eens , door Buitenlieden , gepredikt. De Roomfche Kerk ftaat aan den Zuidkant der wyde Steeg, en wordt door één' Priester bediend , doch die dikwyls een' Kapellaan heeft. By deeze kerk plagten veele kosj-  oan FRIESLAND. ïó> feostbaare fieraaden te behooren, doch niet lang geleeden zyn dezelve , door een' geweldigen diefftal, grootelyks verminderd. Het Diakenye Armenhuis ftaat aan t einde van eene Steeg, die op de Botermarkt uitkomt. Hetzelve is voorzien van goede Ver* trekken , en zy, die 'er in woonen, ftaan onder 't opzigt van een' Binnenvader en Binnen* moeder. Ook hebben de bezorgers der gemeene armen , voor eenige jaaren , een huis doen bouwen aan de Bleekftraat, waarin hunne armen , die weleer befteed werden by byzondere lieden, thans onder 't opzigt van een' Binnenvader en Moeder leeven. Deeze Voogden zyn acht in getal , en jaarlyks worden 'er twee nieuwe in plaats van zo veele afgaande , gekoozen. Het voornaame inkomen deezer ftich« tin'ge wordt gevonden uit eene vaste tauxatie op de huizen , die alle Dingsdagen met de Schaal by de burgeren wordt ingezameld. Jaarlyks wordt hier eene openbaare Kermis gehouden , op den eerften Zondag na Pink', fleren, en voorts alle Maandagen eene Week* markt. Van ouds heeft Makkum twee Sluizen naar Zee gehad. De Zuidelyke en kleinfte werd de Achlumer of Landshuis genoemd, en deeze had haare waterlosfing door de kleine Zylroede uit het Makkumer meer , en was , behalven eb en vloeddeuren, voorzien met een fteenen boog, die boven vlak gemetfeld was , en ter wederzyden yzeren leuningen had: dan, dewyl men dezelve van weinig nut rekende , is zy in den jaare 1778 gedamd en overdykt. _ De groote zyl ligt aan de vaart, die, midden L 5 door Wester* go.  Westerco. ten gemelden jaare, geheel vernieuwd en mer. kelyk wyder gemaakt; zynde dezelve toen zeer fraai van fteen opgemetfeld , en met zwaare vloed en ebdeuren voorzien : over dezelve lag weleer eene zwaare dubbele Valbrug met ketens; doch, by de vernieuwing der Sluis, is daarvoor in plaats gekomen eene enkele Gierof Draaibrug van een zeer eenvoudig maakfel, welke tot hiertoe alleszins voldoet; hoedanige werktuigen, indien zy op 'den duur goed kun. nen blyven, verre hoven de dubbele Valbruggen te fchatten zyn. Dit gewigtig werk is met veel voorfpoed volbragt, onder 't opzigt van den Heere Grietman Jr. Wilko Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg, en de Gekommitteerden Hylke Jans Kingma Mederechter van Wonzeradeel, Gerrit Krytenburg Dorprechter, en Gatfe Sjoerds Koopman te Makkum , die teffens het opzigt over de Waag, Brandfpuiten en Lantaarns hebben. 4 By dezelfde gelegenheid is, een weinig ten Oosten der Sluis, over eene engte , alwaar voor deezen het Schutwater ftuitte , en een paar eb- en vloeddeuren lagen , ook eene. Draaibrug in plaats der oude Wipbrug gemaakt. Aan den Zeedyk , tusfchen de beide Sluizen , had men, zeer waarfchynlyk, oudtyds eene Schans of Vesting, omdat de huizen, daaromtrent ftaande , nog hedendaags den naam van Schans draagen. In Makkum heeft men zich reeds van ouds op veelerleie Fabrieken toe- ïfö1 Tegenwoordige'Staat door 't Vlek , naar Zee loopt: deeze werd weleer de Oudekloosterzvl genoemd, en is ook.  van FRIESLA N D. 171 toegelegd. Ook wordt hier allés gevonden , wat tot de Huis- en Scheepstimmery eenige betrekking heeft ; zynde hier , wegens den bloeienden Houthandel, doorgaans allerhande foorten van recht en krom Timmerhout te bekomen. Thans vindt men hier één Tichel, werk of Steenbakkery, één Plateel- of Steentjes Bakkery , ééne Pottebakkery , en verfcheiden Pan - en Estrikbakkeryen , ééne Zoutkeet, . en ééne Glasblaazery , de eenigfte in geheel Friesland. Deeze Fabrieken ftaan meeren. deels aan de groote Zylroede, en dus laaten de waarcn zich gemaklyk vervoeren. Men vindt hier ook twee Scheeps -Timmerwerven , twee Lynbaanen , twee Mast - en Blokmaakeryen •, verfcheiden Groffmeden en eenige Zeilmaakeryen. Weleer plagten hier, boven andere plaatfen, in getal uit te munten de Kalkbranderyen , toen de voornaamfte fteun van Makkum , dewyl tot dezelve veel Werkvolk wordt vereischt. Ten tyde van Winfemius telde men 'er 100 Kalkovens , en Scho • tanus,'wiens handfchrift wy voor ons hebben , getuigt dat 'er ten zynen tyde verre over de honderd waren, van welke ruim driehonderd huisgezinnen hun beftaan kreegen; doch deeze Fabrieken zyn , wegens haare vermenigvuldiging op andere plaatfen, hier allengskens zodanig afgenomen , dat 'er, omtrent het midden deezer eeuw, maar 55 , en thans maar 45 meer te vinden zyn, van welke daarenboven tien geheel ftil ftaan. Vierendertig Turfmeetfters , doorgaans Weduwen van verfchillende Gezindheden , alle onder een' Kapitein ftaan. Mester* 30.  i7s Tegenwoordige Staat Wester» ca. ftaande , worden hiertoe gebruikt. Ook was weleer de Kompagnie der Schillosfers en Kalkdraagers zeer talryk , en nog heden houden dezelve hun Komptoir in een klein huisje aan 't einde van de Torenftraat: doch hun getal, gelyk ook dat der geenen, die de Schelpen uit Zee aanbragten, met vaartuigen door twee man bevaaren, is van tyd tot tyd grootelyks verminderd. Tot befchutting der Sluizen tegen de Zeewinden en tot berging der Schepen werd, voor deezen, een dubbele regel paaien , in de gedaante van een uithoofd, in Zee geflagen , welks Zuidelyk einde aan een ftukje groen land floot, waarop nog in den jaare 1740, koebeesten geweid en gemolken wierden , doch 't welk heden byna geheel in dor Strand is veranderd. Voor eenige jaaren is, in plaats van het houten hoofd , een lange balfteenglooijing gelegd, die , in den ftorm van 1776, byna geheel overhoop geworpen zynde, na dien tyd wederom in order is gebragt, Niet verre van de Kerk ftaat een Korenmolen , en daarenboven vindt men hier twee Houtmolens , één' Olie - één' Sement • en Schuurfelmolen , één' Papier - en één' Pelmolen. Doch deeze twee laatften ftaan op de gerechtigheid van het nabuurig dorpje Idzegahui. zen. De Makkumers worden alomme erkend voor ftoute Zeelieden. Ook hebben zy dikwerf, met groot gevaar van hun eigen leven, den Schipbreukelingen hulpe gebooden. De zoetheid der binnenwateren maakt  tan FRIESLAND. t?% Ivlakküm beroemd , wegens de uitneemende^ baars en andere meervisch, die in de nabuur-1 fchap gevangen wordt. Ook komt 'er door de Sluis , wegens het gedüurig fchutten, veel Zeebot binnen, die in 't zoet water ras in uitmuntende Binnenbot verandert. Even ten Noorden van Makkum lag weleer de State Haitsfma , een deftig huis in fchoone graften bed ooten, die nog heden te zien zyn. Deeze State ftrekte tot een baken in Zee, en werd, denkelyk, bewoond, onder anderen, door den voornoemden Jonker Bonno, te meer wyl de naby gelegen landen nog heden den naam van \ Jonkersvcld draagen. Een weinig van daar, by Sotterum , is, waarfchynelyk, voor deezen, eene Schans geweest, tot dekking van het Diept naar Makkum, waar toe de hooge ligging deezer plaats zeer gefchikt was. De omtrek der Makkumer landen , is, in vergelyking van 't Vlek , zeer gering : want dezelve beltaat enkel in ia ftemmende plaatfen. 19. PINGJUM , weleer Pingutn , een groot dorp , met een fpitfen toren en goede binnenbuurt. Dit dorp , tusfchen' Arum en Zurig gelegen, heeft eene groote uitgeftrektheid van landen, en bevat 44 ftemdraagendeplaatfen, die, benevens een gedeelte der Witmarfumer landen , in een' byzonderen hoogen Binnendyk, bekend by den naam van Pingjumer Gouden Halsband , beflooten liggen. In den jaare 1493, den 12 April, ftierf te Pingjum Serp Lieuwes Beyma of Beym, een fors en ftout man, West»' 00.  Wester. co. 174 ; Tegenwoordige Staat man, die groote daaden gedaan had ter ver* dediginge van de Schieringers in Westergo en tot Regent te Workum was aangefteld, om de Schieringers aldaar tegen die van Galema en andere Vetkoopers te befchermen. Weleer had men in dit Dorp een fterk Stins, met naame Tania , 't weikin den jaare ,1496, verbrand werd met allen die 'er op gevlugt waren, Ook lagen hier de Staten Hiddema, Adelen en Wattinga of Watinga, die reeds van overlang in Boere plaatfen veranderd zyn. se PARREGA, of Panderga , een dorp van maatigen omtrek . en 30 ftemmen. De kerk heeft een ftompen dikken toren en kleine buurt, zeer fraai gelegen aan de Workumer Trekvaart. Het Parregaster meer en andere wateren geeven dit Dorp in het zomerfaizoenzulk een aangenaam voorkomen, dat de Uitgeevers te raade zyn geworden eene afbeelding van het zelve hierby te voegen ; ook is de Parregafter meervisch zeer beroemd, en wordt wyd en zyd verzonden. Onder dit dorp behooren de buurtjes Zuirend, Monebuuren Angterp en Aembuuren, naar de oude afgebroken State Aeminga dus genoemd. 2?. P E A A M , of Peangum , een klein dorp met 9 ftemmen, niet verre van den Zeedyk in 't Zuiden van Makkum gelegen. De meeste landeryen beftaan hier uit Bouwland;, doch in 't laag land zyn verfcheiden Vogelkooien, in welke men veel Watervogels vangt, die naar Holland yerzonden worden. 2ö. SCHETTENS , een klein dorp van 15 ftemmen, niet verre van Bolswerd aan de Wit-  ]p is. x e e   van F R I E S L A N D. 175 Witmarfumer vaart.. Onder dit dorp ligt het buurtje Bruindyk , en de State Ozinga , alwaar eertyds woonde de , Grietman Sibrand van Ózinga, die deeze Grieteny met verfcheiden noodzaakelyke watertochten en fcheidflooten heeft verbeterd. 23. SURICH, by verkortinge voor Zuider-ig, dat is Zuiderhoek. Dit dorpje ontvangt zyn' naam van de gelegenheid der plaats: want hetzelve ligt in een' hoek van den Zeedyk , die van Harlingen naar Makkum loopt; betzelve is klein en thans zonder Kerk , hoe» wel de toren nog in weezen is, en voor de Zeevaarenden tot eene' baak verftrekt: onder 't zelve behooren 11 ftemmende plaatfen. 24. SCHRAARD, een klein dorp, aan de vaart van Franeker op Workum. Tot deeze plaats behooren 13 ftemmen, en weleer lag hier eene State van Aylva , waarop woonde Sjoerd Aylva-, die benevens Tjerk Walta van Tjerkwerd , Douwe Hiddema van Pingjum , en Dopitfe Bonga, van Kimswerd , het Friefche leger voor Franeker gebood , toen, in den jaare 1500, aldaar de jonge Hertog van Saxen belegerd . werd. In 'c jaar 1508 , verdronk dezelve hier ter plaatfe in een hoogen watervloed, op den 20 Herfstmaand, den vierdag der beroemde overwinning, weleer door de Friezen, in den jaare 1345, op de Hollanders, by Stavoren, behaald. Doch deeze vierdag", door de Saxen afgefchaft zynde , vielen onze wel Godsdienftige doch bygeloovige Friezen in het denkbeeld , dat hun _4ie watervloed , om 't affchaffen van dat jaarfeest, Westbr», go.  Wester. go. iy6 Tegenwoordige Staat feest, als eene ftraffe ware overgekomen ^ alwaarom zy van de Satfen de vernieuwing van 't zelve verzochten * en ook verkreegen. Voor aan de kap van een oud vervallen geftoelte in de Kerk te Schraard , eertyds aan het gefkcht van de Aylva's toebehoord hebbende , leest men deeze zeldzaame Latynfcho Infcriptie : In patria Bacchus puerili aetate triumphum Ducit, et ex hedera ferta virente gerit; Necportaturequis, fedonus matresque virique? Dum fubeunt, late tympana rauca fonant. 25. TJERKWERD , in plaats van Kerkwerd, een groot dorp met een maatige binnenbuurt en fraaie kerk, doch byna zonder toren, gelegen aan den Oostkant der Workumer vaart , niet verre van Bolswerd. In de Kerk vindt men nog heden de begraafplaats der Heeren van Ameland uit het Huis van Kamminga. De groote omtrek van dit dorp bevat 61 ftemmen, verdeeld over de buurten Babuu* ren, Eemswoude, Buwalde, Rytzeterp, Jousterp en Jonkershuizen; zynde de laatfte aldus genoemd, omdat dezelve oudtyds door eenen Edelman of Jonker plagten bezeten te worden, fchoon tegenwoordig, even als andere Adelyke huizingen, maar boerewooningen. Onder deeze vertoont Hoitema Staate nog blykbaare tekenen van haar voorig aanzien: want dezelve is nog voorzien met cingel en graft, uit welke een fteenen pyp of brug is opgemetfeld, boven welke eene hooge en wyde fteenen poort ftaat.  van FRIESLAND. 177 ftaat, groot gerioeg om voor eene Stad te ftaan; in deeze poort gaat men by eene ruime eiken wenteltrap op naar eene ruime Bovenkamer , haar uitzigt hebbende naar Bolswerd , en nog tegenwoordig in goeden ftaat. Volgens overlevering zou deeze pyp en poort , in den jaare 1660 gemaakt zynde , 6000 guld. gekost hebben. De Heeren huizing , die binnen de graft ftond , is , om datze door ouderdom vervallen was, in den jaare 1779 verbouwd. In een der Kamers plag men eene , naar dien tyd , zeer wel betimmerde bedl'chutting te hebben, die in 't midden twee deuren had. Deeze geopend zynde , kwam men in een ander vertrek, daar een wel betimmerd Roomsch Altaar ftond , en dus is 't waarfchynlyk, dat de Heer Hoitema , ten dienfte van zich zeiven en zyne Huisgenooten, een' Priester of Kapellaan gehouden zal hebhebben. Dit vertrek, inderdaad eene groote en ruime zaal zynde, was gevioerd met witte marrnerfteenen. De overige vertrekken en verdere gerieflykheden gaven insgelyks de woonplaats van een' zeer aanzienlyk' en vermogend' Heer te kennen. Ook ligt, naby de Kerk, de State Walta , waarop weleer woonde Tjerk Walta , Grietman van Wonzeradeel : in 1494 werd dit zyn huis door de Franekers en Sneekers ingenomen en vernield. 26. WITMARSUM, een fchoon en groot dorp van 56 ftemmende plaatfen, gele* gen aan 't Zuidelyk einde der Pingjumer Halsband. Men vindt hier eene groote binnenbuuren met eenige Straaten ten Zuidwesten , III. deel. M Zuid- w£STER. GO.  i78 Tegenwoordige Staat Westergo, Zuidoosten en Noordoosten der Kerk. In den jaare 1663 , werd het fpits van den toren, door een Onweder, vernield, en een nieuw van veel grooter hoogte daar voor in plaats gefield. In 't Zuidwesten vond men eertyds de fchoone State Aylva , het Stamhuis van dat aanzienlyk geflagt, welk gebouw, geduurende veele jaaren, het fieraad van dit dorp is geweest, totdat hetzelve, in den jaare 1747, wierd afgebroken. In 't buurtje de Kampen lag Aggema State , op welke, in 1675, woonde Katharina van Eminga, Wed. van Alef Aggema. Voorts was hier , in 't Oosten , weleer nog eene State van Aylva , als ook Bonga Stins, Nyftinftra en Filens , benevens de Buurtjes Rypend, 't Vlied, Gerns, Koudehuizen enz. In den jaare 1421 woonde hier Tjaard Aylva , een onverfchrokken Voorftander der Friefche Vryheid, gelyk hy, onder anderen, in dit jaar deed blyken , door het Hollandsen Guarnizoen te Makkum , door de Schieringers ingehaald, en onder 'e bevel van Sikke Sjaardema ftaande, van daar op eene behendige wyze te doen verhuizen. Ten jaare 153G verliet hier zyn Priesterampt en den Roomfchen Godsdienst Menno Simons, welke zich daar na by de Herdoopers voegde, en wel by de party van Ulbe Philips , door welken hy Bisichop werd gemaakt; doch in 't vervolg (lichtte hy de beroemde fekte der Mennoniten, die zeer veel in begrippen van de woeste Herdoopers verfchillen. hlet huis , waar in Menno Simons eerst gepredikt heeft , is  van FRIESLAND. 179 is hier heden nog in weezen , in 't Ooostelyke gedeelte des dorps, en ook nog tegenwoordig de Woon- en Vergaderplaats van Leeraar en Gezindheid. 27. W O N S , of Woldens , een maatig dorp, niet verre van Makkum, met een nieuw kerkje en koepeltorentje. Naar dit dorp heet de geheele Grieteny, om dat hier, in oude tyden , het recht onder den blaauwen hemel werd gehouden, op zeker plein, in den Slagtedyk , nog heden bekend by den naam van Wonzerweerftal. Onder dit dorp, 't welk 31 ftemmen heeft, behooren de buurtjes Gojem , Hajem , Hiddem , Doniawier enz. alwaar weleer 't huis van HaringDonia ftond, 't welk, in 1458, door Douwe Sjaardema en Goslyk Jongema, met hulpe van de Bolswerders, werd vernield , na dat zy vooraf Donia huis op Nieuwland hadden ingenomen. Behalven deeze 27 dorpen, ftemmen nog mede in Wonzeradeel twee Kloosters, met naame Oudeklooster en Oegeklooster. Het eerfte, wat Oostelyker dan Hertwerd , droeg ook den naam van Bloemkamp, naar een ftuk lands vol bloemen, niet verre van daar gelegen. Dit Klooster was van de orde der Bernardiners of Cisterfienfers, en een der voor« naamften van geheel Friesland, en zo vol bewooners, dat in 1537, toen de Makkumerzyl verbouwd werd, de boter van 54 koejen niet voldoende was voor hen allen; moetende daarom de Keldermeester des Kloosters, Joannes van Leeuwarden, geduurende dit werk, nog 12 tonnen boters koopen. In de kerk M 2 var Wester» go.  Westerco. 180 Tegenwoordige Staat van dit Klooster werd het tyk van Willem den IV, Graave van Holland , na dat hy, in *345» by Stavoren gefneuveld was, begraaven. Op den 19 Oktober 1572, toen Thomas Groningenfis hier Abt was, werd dit Klooster ingenomen en geheel vernield , na 581 jaaren geftaan te hebben. Dus vindt men daar thans niets anders dan boereplaatfen, doch die, van denryd. weg gezien, een zeer goed aanzien hebben. Het tweede Klooster heet Oegeklooster, niet verre van Bolswerd , aan de Hertwerder vaart gelegen. Dit Klooster behoorde tot de Reguliers orde , en werd de Proosdy van Schillaard genoemd. In 1572 werd dit Klooster insgelyks verwoest, zo dat 'er thans niet dan gemeene huizen van overig zyn, en daar onder 't buurtje Teriet. Deeze beide genoemde Kloosters hebben ieder 5 ftemmen. Het wapen van Wonzeradeel is een fpringend hert met gebroken hoorens, zynde 't zelve, zo men zegt, zyn' oorfprong verfchuldigd aan zeker hert, k welk uit de nabuurige bosfchen opgejaagd , door de Ingezetenen deezer Grieteny , na 't breeken der hoornen , gevangen werd, welke, fchoon beuzelachtige, zaak, weleer gewigtig genoeg werd geoordeeld, om 'er een wapen van te neemen. In de Grieteny van Wonzeradeel wordt het Gerecht des Saturdags te Bolswerd op 't Stadshuis gehouden ; zynde thans Grietman , de H. W. Gebooren Heer Jr. Wilko Baron thoe Schwartzenberg en Hohenlandsberg, en Sekretaris de Heer H. W. Wiarda. Men  van FRIESLAND. 181 Men telt in deeze Grieteny 15 Hervormde Kerkgemeenten, naamelyk. 1 Arum. 2. Exmorra en Allingawier. 3. Burgwerd , Hichtum en Hertwerd. 4. Makkum en Kornwerd. 5. Tjerkwerd en Dedgum. 6. Wons en Engwier of Abbingawier. 7. Gaast en Ferwoude. 8. Parrega, Hieslum en Grioenterp. 9. Peaam en Idzegahuizen. 10. Kimswerd. 11. Ruige Lollum. ia. Longerhouw en Schettens. 13. Pingjum en Surich. 14. Schraard. 15, Witmarfum, De Doopsgezinden kunnen gerekend worden hier vier Gemeenten te hebben, naamelyk te Makkum, Witmarfum, Pingjum en Arum ; doch de twee laatstgenoemde worden bediend door den Leeraar van Witmarfum. De Roomschgezinden hebben in deeze Grieteny geen andere Kerk dan te Makkum. M 3 BOLS? GO.  Tegenwoordige Staat BolsWerd, BOLSWERD. Bolswerd. 13 OLSWERD, is eene der oudfte Steden van Friesland , gefticht in de 8fte eeuw , en wel in 't jaar 715, zo als uit het opfchrift van 't Stadshuis kenbaar is (a); zy is de tweede Stad in rang en zitplaats in der Steden kamer, gelegen in 't kwartier van Westergo, en wel in de Grieteny van Wonzeradeel, paaiende alleenlyk met haare gerechtigheid ten Zuidoosten aan Wymbritferadeel, en rondsom met goede graslanden omringd ; zy was eertyds omkleed met een' fteenen muur, doch thans met een kapitaale aarden wal en borstweering , beplant met boomen , welke dus een lommerryk en vermaakelyk wandelpad aan de Burgers en Ingezetenen verfchaft. 'Er zyn drie Landpoorten, twee van welke te gelyk (a) Dit is 't Opfchrift aan de Westzyde van 't Stadshuis : Deo & juftitia?. Hanc curiaui cum Macelloet Iano mercatorum k fundatnentis üirutam , et in hanc amplitudinem ornatam dedicavit. S. P. Q. Bolsward. Ao. Christi MDCXVI. Anno Civitatis cond: DCCCCI. Zy bevat omtrent 800 huizen, en werd, kort na-'t jaar 1748, berekend door 1166 Inwooners, buiten de gealiraenteerden, bewoond te worden.  van FRIESLAND. 183 gelyk Waterpoorten zyn, en nog eene vierde , 1 welke alleen eene Waterpoort is. De Blaauwe- 1 .poort , welke ook te gelyk eene Waterpoort is, wordt gedekt door eene halve maan, 20 als ook de St. Janspoort, die te gelyk eene Waterpoort is: dan de halve maan, welke deSneekerpoort, geen Waterpoort zynde , plag te dekken, is voor eenige jaaren geflegt, en de plaats, met jonge boomen beplant zynde, levert thans een lommerryk boschje op. Men heeft in vroeger tyd veel verfchil gehad onder de Gefchied•fchry vers over den oorfprong van den naam der .Stad. Wy hellen 't meest over tot het gevoelen der geenen, welke denzelven ontkenen van zekeren Bodelo, of by verkorting Boele, waarom de naam ook oudtyds Boelswert gefchreeven werd. Deeze Bodelo heeft, waarfchynlyk, op 't hoogde gedeelte der Stad , een Huis, Stins of Slot gebouwd, en zyne familie en onderhoorigen, zo wel als arbeiders en andere vrye en onafhangklyke luiden zyn hier, eerst by wyze van een Vlekje, of Dorp, by een vergaderd , waaraan men de benaaming van Bodelswert (b), Boeleweert gegeeven heeft: zeker is het ten minften, dat de naam der Stad voorheen Bodelswert of weert gefpeld of gefchreeven wierd. Oudtyds plag men zekere hoogten ter afweeringe van 't water , Wier , vWeerd of Werd (c) , te noemen , waarom deeze (b) Zo als blykbaaris uit eene Infcriptieinde kleine Kerk, als mede uit een Akkoordbrief, onder de dokutnenten van Schotanus van't jaar 1423 bl. 77. als ook uit een Latynsch Testament by denzelven. bl. 69. fc) Waaruit dan de Spelling van den naam dei v M 4 Stad Bolswerd» l i I i ir d  184 Tegenwoordige Staat Bols. werd. deeze Stad dan ook Bodeleswerd genoemd is. Dat het dus met de eerfte beginfels der Stad zy toegegaan, is nog te zien aan de oudfte Gebouwen, welke veelal op de hoogfte plaatfen der Stad gevonden worden. De Stad ligt digt aan een' tak van den Ysfel, of Rhyn, heden , waarfchynlyk, de Sneekervaart , langs welke vaart de Ingezetenen in 't Boerdiep of de Middelzee konden vaaren, en welke vaart ter plaatfe , alwaar thans de Nieuwlanderzyl is, zich in 't Boerdiep of Binnenzee ftortte. Uit hoofde van deeze ligginge heeft de Stad al vroeg gebloeid in Handel en Zeevaart. Bolswerd ontving, waarfchynlyk in de iifte eeuw, van Karei den Grooten *t voorrecht van hec Keizerlyke wapen , beftaande in een zwarten dubbelen Adelaar op een Gouden veld. Zeer gelegen zynde tot den Veehandel, Veeweideryen, en Wolle Fabrieken, zal zy ook al vroeg deezen handel begonnen hebben, dewyl toch in dien tyd de Veevokkery in Friesland begon te bloeien; gelyk zy ook, om deezen Koophandel, als ook in boter en kaas te bevorderen , al vroeg vaarten naar de Dorpen met Zylen en Verlaaten liet maaken , opdat de Dorpelingen hunne waaren herwaards brengen , en de noodige Winkel waaren weder met zich naar huis voeren mogten. Zy was in de Xjllde eeuw reeds eene aanzienlyke Stad, zo als uit haare GeStad bepaald wordt, die zyn moet niet Bolswaard, maar Bolsweerd, of liever Bolswerd , 't welk ui: dg benaaming der Dorper, Burgwerd, Hertwerd enz. , bevestigd wordt.  van FRIESLAND. 185 Gebouwen van die eeuw beneden gezien kan wor den. hoewel haar in die eeuw zulk een zwaare brand trof dat daar door 136 huizen m de asfche gelegd wierden. Zy was zelfs in die eeuw eene der voornaamfte Friefche Koopfte. den , en onder haar Dekenfchap behoorden de' Dorpen Hichtum, Bur-werd Woifum, Tjerkwerd , Dedgum , Schettens , Abbega , Makkum, Kornwerd en Wommels , gelyk ook Oege-, ülde , Gaaster-en Ymswolder Kloosters5, wordende door den Deken alle Geestelyke zaaken, naar 't Sind - Recht van 't jaar : 277, berecht; zy is onder Keizer Sigismund,in 1422, onder de Hanzee-Steden van 't Keulfche derdendeel aangenomen. Haare Gilden, onder 't beltuur van Godfohalck Jongema in i45°°PSe* recht, hadden, gelyk de andere Friefche Steden, haare eigene wetten, verzameld in 145 i en 1479» en beide nog voorhanden. De Marktdagen (d), werden op Saturdagen , uitgezonderd Heilige dagen , wanneer menze vervroegde, gehouden , ingaande 's daags te vooren na twee uuren 's Vrydags of Donderdags. Op Jaarmarkten , die 'er oudtyds twee waven , mogt elk vry koopen, uitgezonderd Stadsvyanden, Vredebreekers, Meineedigen, en die lyf en leeven verbeurd hadden ; zo dat Vrykermis alleen de vryheid van den Koophandel raakte, loen was ook hier de Duitfche en Leidfche Lakenhandel in bloei, gelyk ook de Graanhandel; zyn- (d) Oudtyds had men hier twee jaarmarkten, op St. Odulfus , den 12 Juny , en Sc Lambert , den 17 September; doch thans is 'er maar eene jaarmarkt op den 27 Augustus. M 5 Boj.s-, w eb.o.  i86 Tegenwoordige Staat Bolswerd. zynde hier de Koornbeurs van 't geheele Land. Alben van Saxen gebood daarom, in 1504, den Friezen, by 'c verkoopen van Graanen, zich naar de Graanmaat deezer'Stad te richten, gelyk nog in gebruik is, dewyl, in twist over den graan ■ handel, Bolswerds maat der Kooplieden richtfnoer is. Edoch na den dood van Tjaard Jongema , in 't laatst van 1479, verwelkte haar Koophandel, waartoe de twist tusfchen Juw en den jongen Godfchalck, en de volgende beroerten , die wat laater voorvielen, en waarby de Friezen, eindelykin 1498, hunne gulden vryheid verlooren, als de Stad zich aan Karei den V, niet wilde onderwerpen , wel het meeste toebragten; zynde zy eindelyk, in 151IL door den zogenoemden Zwarten Hoop, byna geheel in de asfche gelegd, en verlaatenvan haaren Adel en Burgers, tot dat zy zich in 1523, aan Keizer Karei den V onderwierp. Het af beeldzel van dien Vorst, met dat van zyne Egtgenoote, is voor de Sneekerpoort, met het jaargetal van I539- en voor de St. Janspoort met zyn gewoon devies, plous oultre 1551, nog heden te zien. De Keizer herftelde Godfchalck Jongema in zyn Oldermanfchap , en verleende, by vergiffenis, verfcheiden Privilegiën aan de Stad , als de helft van den Accys der bieren, in de Stad gedronken , volgens handvest van den 3 Febr. 1524 enz. Ook werden haare Gilden herfteld, vooral Y BombazynwerkersAmbacht, 't geen , nevens Koorde • en Lintwerkeryen , hier 't fterkst in deeze Republiek geoeffend wordt. Toen ter tyd herbouwde de Stad haare afge. brande huizen, maakte haare Vestingwerken, en bouw-  van FRIESLAND. 187 bouwde de Nieuwezyl, onder Oosthem in de J Grieteny van Wymbritferadeel, voltooid in 1529; insgelyks maakte zy meer andere Zylen en Verlasten; ook had zy, by haaren opgaanden luister, veele Kalkovens buiten de Blaauwepoort, terwyl haarHanzee privilegie, in 1549 , op den 15 Oktober ( e ) wierd vernieuwd, wanneer haare Scheepvaart zich uitftrekte tot in Frankryk, Engeland, Noorwegen, Antwerpen, en andere plaatfen, als blykt uit het Akkoord met Harlitfgen over de Doorvaart door de Jetting, Tonnen en Bakens, in 'tjaar 1559. Zy had in 1563 veele Bierbrouweryen , als ook veel vertier in Lunenburger Zout, en eene aanzienlyke vleeschhal by 't Stadshuis. Doch gelyk verdeeldheden de bronnen van den Koophandel floppen, alzo verviel ook daar door die van Bolswerd, en daar onder die van haaren voorheen bloeienden Lakenhandel: hebbende de inwendige Stads • en Landsverdeeldheden, waartoe de ftrenge Plakaaten van Filips aanleiding gaven, den Koophandel doen verwaarloozen. Schoorvoetende kwam Bolswerd tot de Unie van Utrecht van 1579 , en niet voor 'tjaar j581 , dewyl de Roomschgezinden hier den meesten tegenftand deeden, als hebbende in getal verre de overhand, waar door geduurige twisten met de Hervormden ontffonden, tot ftremming van den Koophandel. In (e) Welk ftuk, overgezet zynde, te vinden is in 't Charterboek van Friesland. III Deel. bl. 172 ; doch daar ftaat den 1 Oktober, des is waarfchynlyk de 15 een misflag, of Drukfout, wyl het komt uit de kundife band van wylen dea Sekretaris Kok. 3 o tsi V E S D.  Bois- WJERD. Raadhuis 188 Tegenwoordige Staat In den jaare 1590 werden nogthans de Gilden nagezien, en naar tydsomflandigheden veranderd en verbeterd; de Koophandel' werd door de burgers en Ingezetenen hervat, toen de onlusten verminderden, en de goede politie weder by de Wethouderfchap wierd by de hand genomen, en 'c Stads Raadhuis, in 1614 , fierlyk herbouwd: 't welk, gelyk ook de (lichting van veele kostbaare gebouwen, geduurende het Twaalfjaarig Befland , ondanks de zwaare Oorlogslasten, een bewys is van de voordeden die de Koophandelden Nederlander gaf. In 't jaar 1620 maakte zy met Workum eene Trekvaart tusfchen de beide Steden, en in 1648 een' Trekweg of jaagpad naar Leeuwarden , langs eene vaart , die reeds in 1507 gegraaven, en door de Stad alleen bekostigd was tot aan de Langebrug. Toen begon de Boter- en Graanhandel weder te bloeien, en de Buitenveeren kwamen weder in aanzien, terwyl in 1673 ee" voornaa» me Vleeschmarkt by St. Bonifaciuspyp gehouden wierd. De voornaame Buitenhandel der Stad was op Amfterdam , Rotterdam, en Zeeland; doch deeze laatfle heeft maar gebloeid tot aan het begin . deezer eeuw , behoudende de Stad nogthans haare Veeren op Amfterdam , Groningen , Deventer en andere plaatfen. Het Oude RAADHUIS., dat, gelyk het tegenwoordige, op de Marktftraat plag te ftaan, werd, volgens Hoogftraaten , in 't jaar 1474 aangelegd. Het Nieüwe is toch van laatereeuw: want het oude Stadshuis werd in 1614 afgebroken, en op den 11 April deszclfden jaars  van FRIESLAND. iSp jaars de eerfte Steen daaraan gelegd door den Prezident Burgemeester Rejmier Harings , en binnen 4 jaaren volbouwd ; hetzelve werd in 1765 merkelyk verbeterd , gelyk het nog heden zich fraai vertoont, hoewel uiterlyk fchooner dan van binnen; het pronkt met een mooi torentje, dat van buiten op het dak rusr, doch van binnen onderfteund wordt door een* pylaar, flaande midden op de Vierfchaar. De opgang naar de Raadkamer is ter flinkerhand, en naar de Vroedfchapskamer ter rechterhand , alwaar ook 't Ed. Gerecht van Wonzeradeel zyne Rechtdagen van ouds af heeft gehouden. Onder 't Raadhuis is de STADS - WAAG, waarby de Boter en Kaasmarkt gehouden wordt onder eene luif, die aan de Zuidwestzyde tegen 't Diept aan tot dat einde is gebouwd; maar in 't jaar 1784, wegens den aangroeienden toevloed van boter en kaas, vergroot: deeze aangroei is zo aanmerkelyk , dat uit de t' famengetrokken lysten van het jaar 1784 tot 1785 blykbaar is , dat in dat jaar 1948 Schippond grove kaas en 5665 vierendeelen boter waren aangegeeven , terwyl men voor 20 oi 30 jaaren wel te vreden was, byaldien op een1 Marktdag 30 Schippond kaas gewoogen wierd, daar nu veeltyds op zulk een' dag 80 tot 132 Schippond ter Waage gebragt wordt. Een weinig voorwaards naar de Straat, tei rechterhand van 't Stadshuis, ftaat de KAAK voor ontuchtige Vrouwlieden, die geen 50 gul dens, tot afkoop dier openbaare fchande, be taaien kunnen; welke, na dat dezelve zeer verval lei Bolswerd. Stadswaag. I  Bots- WEU b. De 01dehoof. ipo Tegenwoordige Staat len was, niet lang geleeden, wedermasfief vernieuwd is, omdat de meerderheid der Wethouderfchap nog in 't oude gevoelen ftond, dat dit een gepast middel ter weeringe van ontucht zyn kon. De oudfte en grootfte Kerk, OLDEHOOF genaamd, gelyk alle Parochie Kerken der Steden, was voormaals toegewyd aan St. Marten, Bisfchop van Tours , gelyk zeer veele Hoofd-Kerken der Nederlandfche Ste. den. Zy itaat in 't Noorderdeel der Stad , onder 't opzigt van vier Kerkvoogden , die door de Magiftraat en Vroedfchap uit haar midden verkooren worden. De tyd van haare eerfte ftichting is zeer oud, doch onzeker. In 't jaar 1446, toen dezelve door ouderdom vervallen, en byna onbruikbaar was, beflooten Burgemeesters en Raaden, dezelve te herbouwen , en wel om en over de oude Kerk heenen , om , geduurende de bouwinge, den dienst daarin te kunnen verrichten ; wanneer deeze herbouwing begonnen en voltooid zy, kan men merken uit een oud opfchrift, aan de Noordzyde van 't Koorgewelf geplaatst, en van den volgenden inhoud: Fundata, et noviter fabricata est ha;c Ecclefia Anno Domini MCCCCXLVI. Confecta autem Anno LIX ipfo die Margaretse virginis. Confummata vero Anno LXIII, regnante Domino nostro Jefu Chrisco. dat is: In 't jaar van onzen Heere 1446 is deeze Kerk gegrondvest, en op nieuw gebouwd. Doch  van FRIESLAND. 191 Doch de Opbouw ten einde gebragt in 't jaar 59, juist op den dag van de Maagd Margriet. Maar voltooid in 't jaar 63 (f) > onder 'c gebied van onzen Heere Jefus Christus. De Kerk is verfierd met fraaie, en ook zeer oude geftoelten , pronkende met beeldwerk , als de geftoelten voor de reguliere Kanunniken van deeze Hoofdkerk in de Roomfche tyden op 'tKoor , die nog heden in weezen zyn, gelyk ook het oude regeerings geftoelte. Het beeldwerk op deeze geftoelten draagt nog de kenteke. nen van de dolle Beeldftormery, by welke men zyn' onverftandigen yver deed woeden regende aangezigten van alle beeldjes, en wel met zulk eene naauwkeurigheid, dat men niet een eenig onder die menigte ongefchonden liet. Voorts is 't nieuwe geftoelte der thans regeerende Burgemeesters en Raadsmannen zeer fraai gemaakt, en boven verfierd met de wapenen der by de oprichting daarvan in regeering zynde Heeren; ook zyn, behalven de Vroedfchaps en Burgerofficieren-Bank, aanmerkenswaardig de twee geftoelten , weleer eigen aan de Adelyke Familien van Herema en Jongema. Boven al wordt het keurig oog vastgehecht aan den fierlyk gewroch. ten Predikftoel , een Meesterftuk van Beeld en Snywerk, welke misfchien zyn weergaf in de (f) Des is 'er eene fout by Hoogftraaten , die deeze voltooijing plaatst op't jaar u66, verbyfterd door de dwaalende voorlichting van Winfemius zeiven. Bols- IVtKD.  ioa Tegenwoordige Staat Bolswerd. de VII Provinciën niet heeft : Kenners bewonderen daaraan niet alleen de lierlykheid van 't werk , maar ook den overvloed van ver* fchillende Hukken. Deeze Kerk , wier vierkante fteenen toren met een ter wederzyden neergaand Dak meer gelykt naar een' Dorps Kerktoren, dan naar dien van eene Stad, is, gelyk de meeste oude Nederlandfche Kerken, van binnen naar de Gothifche bou >'orde gemaakt, en heeft , wat regelmaatige bouworde belangt , geen weergaa in deeze Provincie. Haare fchoonheid is ondertusfchen merkelyk vermeerderd door een gansch nieuw Orgel , in plaats van 't Oude , dat in het jaar 1539 gemaakt, en in 1634, door Antony Verbeek, vernieuwd zynde, echter, voor den Kerkdienst ongefchikt was geworden. Pit nieuwe Orgelwerk heeft twee Handklavieren, die aan eikanderen kunnen gekoppeld worden , beginnende met groot C vol octaaf, eindigende met drie geftreeken F : ook heeft het een vry Pedaal, 't welk begint met groot C, en met een geftreepte D eindigt; het ftaat in kamertoon met 34 fpreekende registers, waarvan 14 in 't Manuaal, en onder dezelve drie tongwerken , als Trompet 16, Trompet 8 , Vox humana 8 voeten ; het Rugpoficief bevat 10 ftemmen, waar onder Dulciaan acht voeten , een tongwerk ; Tien ftemmen heeft het Pedaal , onder welke 3 tongwerken , naamelyk Bazuin 16 , Trompet 8 , Schalmey 4 voeten ; het Orgel zelf is een der laatfie proefftukken van den beroemden Orgelmaaker A. A.  van FRIESLAND. 193 A. Hinz, woonachtig te Groningen ; terwyl de opneeming en uitbundige goedkeuring der vermaarde Groninger en Harlinger Orgenisten, Johannes Tammen en Jan Feddema, aan dit en 't volgende geflagt verkondigt, met welk eene konst, door loffelyke eerzugt gedree« ven, dit aangenaame werk ter uitvoer zy gebragt. Is 't inwendige en weezentlyke van dit werk voor 't oog des kenners fchoon, niet minder fraai vertoont het zich naar buiten, als zynde verfierd met keurig Beeld- enSnywerk, voornaamelyk onderaan, daar ons de fehenkersvan dit kostbaar werk , in 't volgende opfchrift, door hen zei ven verkooren , worden aangewee» zen : Bols- werk» Franciscus Elgersma , Notarius Publicus , et hujus urbis quondam conful , ejusque conjux , Pietje Algra, hoe organum templo Martini ex Testamento donaverunt A. G. MDCCLXXV. Deeze Hooggeachte Burgervader gaf in zyn leeven een voorbeeld, en na zyn dood een gedenkteken van zyne achtinge voor den Openbaaren Godsdienst , door een legaat van iaooo guldens te bepaalen, om daaruit een Orgel, onder 't beduur van zynen Neef, Nicolaus Elgersma, Oud - Burgemeester dier Stad, te ftichten , welken last de laatstgemelde Heer , zonder tyd, moeite en aanzienlyke kosten uit zyne byzondere beurs te fpaaren, zo loffelyk heeft volvoerd, dat hy daar door den lof van de ganfche burgery , en de erkentenis der Re- III. deel. N gee-  194 Tegenwoordige Staat Bolswerd. geeringe verworven heeft j gelyk die daarom ook zyn Ed. leevens lang, en fleutel en vryen toegang tot hetzelve heeft verleend. Dit Werk, dus binnen den tyd van vyf jaaren voltooid , werd op den 28 Juny 1781, met eene Leerrede uit Kolof. III. 16. door den oudften Leeraar der Gemeente, den Wel - Eerw. Heer Henricus Gerhardus Cannegieter, met Voorzang uit Pf. 33. vs. ien 2, en Nazang uit Pf. 150. vs. a en 3, ingewyd; terwyl een lieffelyk gezang, waarvan de Heer Jan Aukes Backer de Digter, en C. E. Graaf, Kapelmeester van zyne Hoogheid , de Komponist en beftierder was, voor en na de Predikatie gehoord wierd. Voor 't overige vindt men in deeze Kerk eene menigte graven der oudfte Friefche Familien, als van de Okkinga's op 't Koor enz. als mede van de oude Bolswerder Familie der Siccama's , beroemd in geleerdheid en Stads - Sekretariaat, ook eene menigte van voormaalige Priesters : vooral wordt op 't Koor nog een ruime Grafkelder (g ) gevonden , die weleer een eigendom was der Heerema's en Kamminga's , Heeren van Ameland , doch thans toebehoort aan Jr. van Asch- (g) Rondom de twee zeer groote met de uitgehouwen beelden der beide Egtgenooten verfierde Graffteeoen leest men: Nobilisfimus et Clarisfimus vir Godfchalcus ab Heerma 1. V. C. ïerritorii Wonfani Grietmannus , et Pretor urbis Bolswardienfis, fasces fuosfponte depoluit; vixit annos LXXIX. M. X. D.X. obiit MDCXI Kal. Jun. Ao. MDLXITI1. IXMart.obiit Nobilisfima, et honestisfima matrona Sithia a Camrain. gha, conjux.  van F R I E SLA "N D. 195 Aschbeck , waarin , zo als uit de ter zy-j de liggende kleine Graffteenen blykt, kinderen van Godfchalck Heerema , en drie kinderen van zynen Zoone, Joannes Heerema, behalven deszelfs Vader en Moeder, begraaVen liseen. , _ Tr . In de Roomfche tyden werd deeze Kerk bediend door twee wereldlyke Priesters, welker een Parochie Priester, en de andere Vicanus was, en beide altoos uit het Klooster van St. Jan te Sneek verkooren moesten worden; gelykzeook beide inde Pastoryehuizen hunverblyf hielden, die nog tegenwoordig door de twee hervormde Leeraars bewoond worden. In oude Schriften vind men drie Pastooren vermeld, waarvan echter maar twee by de Groote Kerk waren : waarfchynlyk was de derde Pastoor by de Kapelle van den Heiligen Geest. De groote Pastory pronkt thans nog met een fraaie Steenen poort, waar boven ftaat: Sponfaornat Dominum: porta decora Domüm; terwyl de kleine Pastory, daar weleer de Vicanus inwoonde, in 1770 voor een groot deel vernieuwd , dit volgende opfchrift had: Bat Babel voormaals heeft geftigt, Ryst hooger by '/ Hervormde ligti Op wieken van den Jdelaar, Ontvlied Gods Volk d' Egyptenaar. Toen hier de Roomfche Godsdienst heerschte, waren, zo veel men nu nog zeker weet, N s hv iOLSVE ItO.  Bols- WSKD. 106 Tegenwoordige Staat by de Groote Kerk vier Prebenden , die men vrye Leenen plag te noemen, om uit derzei ver opkomften jonge lieden uit eene zekere Familie in hunne Studiën tot het Altaar te bevorderen; gelyk ten miniten uit de oorlprongklyke inrichtinge van drie der vier Leenen, die nog overig zyn, blykbaar is. 1. Hettema, ook wel Heerema Leen, anders de prove van St. Pieter en Paulus binnen Martini Kerk: want de inftellers daarvan waren Tabe Intes Hettema en zyne Huisvrouw Rienk Lieuwes Heerema. Thans is het zo met dit Leen gelegen, dat de Familie van de Overleedenen, dan eens van de Mannelyke, dan eens van de Vrouwelyke linie , hetzelve begeeft aan iemand van de Familie. Het is blykbaar aan den ouden naam van dit Leen , Sint Pieter en Paulus prove , als mede uit de drie overige Leenen, dat hetzelve aan de Altaaren van Martini Kerk verbonden was. Zy die den oorfprongklyken Testamentairen inftellingsbrief en verdere dokumenten, als een verborgen fchat, onder zich hebben, zouden de liefhebbers van Friefche oudheden kunnen onderrichten, of volgens het ftandvastige oude gebruik binnen Bolswerd den Priesteren van Oldehoof van ouds her de verkiezing van een' Scholier flegts ten deele of geheel toekwam. Maar dewyl de gebereficteerde, volgens de tegenwoordige gewoonte , by dat Leen niet verpligt is in de Heilige Godgeleerdheid te ftudeeren , zo fchynt , indien men van het oorfprongklyke niet is afgeweeken, deeze Godvruchtige in- ftei-  van FRIESLAND. 107 ftelling tot andere einden dan 't Altaar ge-fchikt te zyn ( h ). 2. Het tweede Leen heeft den naam van Ald« ger Houckema Leen, gemaakt by Testament van den jaare 1478. 3. Het derde is Hendrik Nannes en Catharina Epes Leen , gehucht in den jaar I59i- \, Het vierde is Wiebinga Leen, waarvan t Testament getekend is den\ 6 Oktober 162Ï. De drie laatstgemelde zyn van dien aart, dat de kiezers wel bepaald zyn aan de Familie, doch dat de Familie zelve geene keuze mag doen , volgens den wille der Testatoren, en oud gebruik. Wiebinga Leen wordt alleen by de beide Stads Predikanten , als opvolgers in officio van de twee Priesters van Oldehove, begeeven : Hendrik Nannes Leen wordt gekonfereerd door een' der Leden van 't Kollegie der Heeren Gedeputeerde Staaten , als verbeeldende den Prior van Thabor, gelyk altoos, wanneer in 't oorfprongklyke Testament de Prior van dat Klooster, 't welk , gelyk alle andere Kloosters aan den Lande vervallen is, als begeever genoemd wordt, (h) Oudtyds waren hier by de Groote Kerk en deszelfs Altaaren verfcheiden Proven , als Olde Her Gerryts, Her Schelten , Meyster Haring en Donye proven. Zie Charterb. van Friesland, 't II Deel. bl. 334. Doch daaruit werden de Priesters onderhouden, en uit deeze foorj: van proven zyn de zogenoemde benefi • ciaale of Geestelyke Goederen van Bolswerd vooitge«komen. N 3 30LSVEKD,  Bolswerd. Broere* Kerk. (i) In eene Infcriptie in de muur van 't Koor der Kleine' Kerk 198 Tegenwoordige Staat wordt, zo als in het Testament van dit Leen ge-» fchiedt; ook zyn van dat Leen Collatores de Pra;zident Burgemeester en de twee Predikanten ; doch Houckema Leen wordt begeeven ""door de twee Raadsmannen der Stad, de twee Predikanten, en den bezitter van Jongema huis. Deeze drie laatstgemelde Leenen worden nog met een loffelyk oogmerk, na de Hervorming, gebruikt, om min vermogenden van de Familie der Testatoren in hunne letteroeffeningen tot het Predikantsampt behulpzaam te zyn, gelyk daarvan thans drie Euangelie Dienaars in Frieslands Kerk getuigenis kunnen geeven. De KLEINE of BROERE-KERK, ftaat in 't Zuidoosten der Stad , en was voormaals de Kerk van 't Groote Klooster, door eenige Edelen en vroome luiden uit het kwartier van Westergo , gedicht in den jaare■ 1270. Het hout, tot opbouwing van dit Klooster gebezigd, zou , naar 't verhaal van Winfemius, gewasfen zyn in 't Kreiler Bosch, thans eene zandplaat in de Zuiderzee , een weinig bewesten Stavoren. De Kerk zelve wordt al doorgaans geacht gebouwd te zyn in den jaare 1281 ; doch naar het verhaal van Winfemius , is zulks reeds voor dat jaar gefchied. Het was ook in den jaare 1623, by hen, die 't nette jaar der rtichtinge beter dan wy thans konden weeten, niet bekend, wanneer de grondlegging deezer oude Kerk gefchied ware, zo als blykt uit deonderftaandenoot(i). On.  van FRIESLAND. 195) Ondertusfchen heeft het opfchrift, dat toen in deze Kerk gevonden werd , by haastige Leezers wel aanleiding konnen geeven, om het jaar 1281 voor het jaar der bouwinge te houden, hoewel 't inderdaad niet anders bepaalt dan 't jaar, wanneer de Minderbroeders eerst hun verblyf binnen Bolswerd gevestigd hebben, en 't Klooster bewoond is geworden door die Orde. Het Klooster, dat weleer by deeze Kerk was , werd in de dertiende eeuw bewoond door Monniken , te dier tyd Gau- Kerk aan de Zuid Oostzyde op een zwarten Steen met Gouden letters, leest men Quod deformavit Papismus vera reformat relligio, et pietas voce Sonante Dei. In ruinofo opere antiquo monuraentum fequens inventum est: Orate pro anima Godeke de Hockauwert. anno Domini MCCLXXXI Fratres miuores primo 'inceperunt morari in Bodelswert. Tempora, queis templi fundamina jacta vetustas, Invida vah rebus.' dicere me vetuit; Tempora, qua: renovant veteris fundamina templi Dicere non vetuit; refpice, lector, habes; Inclyrus urbis Magiftratus templi reftaurati curatori. bus primis Domino Joanne ab Heernia, ex nobilislima Pratoritia familia orto , Heerkone Heerkonls, et Francisco Rollema, civibus afcriptis, sedem hanc Sacram ad pios ufus revocari curavit; Ao. NatlVItatls IesV ChrlstI ReDeMptorls et SerVatorls. NB. Derhalven vergist zich Winfemius, die de reparatie plaatst in 't jaar 1620 of 21, daarzy volgens dit lettertsl invalt in 'tjaar 1623; N 4 3ot9 Raadsmannen, die ten deele Bouwmeesters zyn, als hebbende 't opzigt over de pu. blieke Gebouwen, Straaten , Wegen, en wat meer tot de dagelykfche politie der Stad behoort; zynde voorts van ouds af ook aanklaagers cum Fifco tegen de overtreeders der civile wetten. De 24 Vroedfchappen kiezen jaarlyks by lotinge 5 Electeurs , en wel door trekkinge van zilvere penningen, waarop een E ftaat, dewelke dan uit de overige 19 een dubbel getal kiezen. Het was een ingefloopen, en door de Vroedfchap, tegen de conftitutie, toegelaaten misbruik, dat de verkiezing der Voogden over Kerken, Gast- Wees- en Armehuizen alleen door de acht Regeerende Vroedfchappen , of Burgemeesters en Raadsmannen, wierd gedaan; doch 't Kollegie van Heeren Gedeputeerden heeft dit misbruik verbeterd, by gelegenheid van eene onlangs gedaane nieuwe verkiezing van eenen Voogd over't Gasthuis, zo dat thans de Gezwooren Gemeente met de Regeerende Wethouders de keuze der Voogden verricht. Ook plagten , door eene dergelyke afwykinge , de Volmagten ten Landsdage, door elk lid van de Magiftraat afzonderlyk uit haar midden gekooren te worden. De Regeerende Magiftraat liet haare keuze vallen op een' Burgemeester of Raadsman uit haar achten, terwyl de Gezwooren Gemeente zich bepaalde op een lid uit het lichaam der Vroedfchappen , by welke ook de Koliekten, ter begeevinge van Hunne Achtbaarheden, bediend "worden, , Doch  van FRIESLAND. aai Doch ook onlangs is dit verkiezen der Landsdags Volmagten weder tot zyne Conftitutioneele gefteldheid gebragt, dewyl nu 't geheele lichaam van de Magiftraat, beftaande uit 32 leden , uit kracht van haare ftemhebbende Vroedfchaps qualiteit; een uit den Achtbaaren Raad, en een uit de overige 24 Vroedfchappen , by meerderheid, tot den Landsdag ftemt. vil Wym* Bolswerd. j  êsü ■ Tegenwoordige Staat w«TE&. VIL Wyrnbritzeradeel Wymbritzeradeel. Dim I?v.:S , r?iRdsr> $btl fa . i atSi e zevende Grieteny van Westergo ïs WYMBRfTZERADEEL, weleer Wagenbruggerdeel genoemd. Deeze Grietpny is wel de grootfte van Westergo in uitgebreidheid ; doch heeft minder ftemmende plaatfen en floreenen dan Wonzeradeel , 't • welk eensdeels ontflaat uit de kleinheid der mees. te Dorpen, en anderdeels uit de menigvuldige groote wateren en uitgebreide Buitendykfter weidianden , die weinig inwooners bevatten. Deeze Grieteny grenst ten Oosten aan Rauwerderhem en Doniawerftal, wordende van de laatfte door grooter en kleiner wateren gefcheiden; ten Zuiden met een hoek in het Sloo« termeer aan Gaasterland; ten Zuidwesten aan Hemelumer Oudevaart, en aan het rechtsgebied der Stad Workum; in 't Westen en Noordwesten aan Wonzeradeel ; en eindelyk in 't Noorden en Noordoosten aan Hennaarderadeel en Baarderadeel, op de meeste plaatfen met Scheidlinien, die op de kaart zyn aangeweezen. Wymbritzeradeel bevat zeer veele wateren meeren, poelen en ftroomen. De voornaam! fte daarvan zyn, de Witte en Zwarte Brekken, tusfchen de Oosterwymerts , Oppenhuizen en Uitwellingerga; de Oudegaster Brekken in t Westen van Oudega en Sandvoord ; de Kingwiel, groote Gaastmeer, Idzegaster poeen en vooral het Heeger Meer, 't grootfte water  van FRIESLAND. 223 water van allen , gelegen tusfchen de Dor-' pen Heeg en Indyk , en Westwaards loopende naar de Fluysfen. In deeze Grieteny zyn nog twee kronkelige uitwateringen, de Ooster en Wester Wymerts genoemd, die, benevens andere watertjes van minder belang, voorkomen onder den naam van Rivieren. De eerfte deezer ftroomen vloeit, in 't Oosten van Ylst, Jortryp en Hommerts , Zuidoostwaards aan tot aan 't Oude Hof; de laatfte van de Nieuwe zyl, tusfchen Oosthem en Ylst, ten Westen van genoemde Stad , naar Woudsend: en zeer waarfchynlyk heeft de Grieteny van deeze beide ftroomen haaren naam van Wymbritzeradeel, dat zo veel &h Wymertsferadeel wil zeggen, ontvangen. Dan hoe dit zy, alle deeze wateren, gelegen in 't Buitendykfter of laage gedeelte van Wymbritzeradeel , zyn zeer vischryk, en hebben hunne uitwatering door de Sluizen van Makkum, Workum, Molkwerum, Stavoren, Taskezyl en de Lemmer, die echter, alle te famen genomen, naauwelyks in ftaat zyn , om aan deeze en de nabuurige laage Grietenyen eene genoegzaame ontlasting van water te bezorgen; eensdeels dewyl deeze landen veel laager zyn gelegen dan die der meeste hoogere Grietenyen van Friesland \ anderdeels , dewyl de Zuidelyke Friesfche Sluizen naar evenredigheid veel minder water kunnen losfen dan de Noordelyke. Om deeze laage deelen der Provincie te hulp te komen, heeft men, eenige jaaren geleeden , geduurende den geheelen winter geftroomd, zo wel by vorst ais by dooy Wester. :o*  224 Tegenwoordige Staat WüSTERCO. dooy weder; het welk echter deeze zwaarigheid had , dat daardoor, geduurende de vorst, de vervoering veeier dingen te water verhinderd wierd, en lommige lieden ongelukkiglyk verdronken. Behalven de opgetelde wateren in Wymbritzeradeel Buitendyks, verdienen nog gemeld te worden de Geeuw, of vaart van i-meek naar Ylst; de vaart van Sneek, ten Oosten van Hommerts en Jortryp, naar de Witte Erekken, en die van Sneek naar het Sneekermeery de Houcke Sloot genaamd. In Wymbritzeradeel Einnendyks zyn „weinig wateren; komende, behalven deboere opvaar? ten, inzonderheid in aanmerking de vaart, van de Oosthemmep Nieuwe zylen Noordwestwaards loopende naar Bolswerd in Wonzeradeel, en ook by den.naam van Wymerts bekend; de vaart van Sneek naar Franeker, doorgaans de Franeker vaart genoemd, en loopende voorby Ysbrechtum en Tirns ; de Leeuwarder jaagvaart, voor ruim honderd jaaren , tot meerder gerief van den koophandel en reizenden man, gegraaven, en ten Noorden van Scharnegoutum in deeze Grieteny komende, van waar dezelve tot naar Sneek voortloopt ; en eindelyk de oude Leeuwarder vaart, door de Zuider landen van Loinga en Goinga, en in 't Noord van Gauw doorloopende naar Rauwerd, alwaar dezelve federt lang gedamd is , en zo voorts naar Roordahuizum , Wirdum, Goutum , Huizum en Leeuwarden. Het Binnendyklter deel van deeze Grieteny wordt van derzelver Buitendykller deel ge- fchei«  van FRIESLAND. 225 fcheiden door den Hemdyk, die, ten Zuiden' van Westhem uit Wonzeradeel komende,1 Oostwaards loopt tot aan de Nieuwezyl , voorts Noordoostwaards naar Sneek , en van daar met verfcheiden bogten naar Rauwerderhem. Ook wordt deeze Grieteny Binnendyks nog door verfcheiden hooge Binnendyken gefmaldeeld, met naame den Tjaarddyk, loopende van Bolswerd , voorby Nieuwland , Folsgara en Ysbrechtum, naar Sneek, en den Ringdyk, loopende rondom Tims, Tjallehuizum en Ysbrechtum , om nu niet van de menigvuldige rydwegen te fpreeken , die al. omme van 't eene dorp naar 't andere loopen. Buitendyks zyn daarentegen de rydwegen zeer fchaars, en komen maar alleen in aanmerking die van de Oosthemmer Nieuwezyl naar Heeg , en nog een rydweg , uit deezen niet verre van Heeg komende, en van daar loopende naar Oudega. Doch 't gebrek der rydwegen wordt door de reeds gemelde veelvuldige wateren en vaarten vergoed : ook heeft genoegzaam ieder Landman hier zyn eigen jagt of vaartuig van meerder of minder grootte , gefchikt om zyne waaren van boter en kaas daarmede ter markt te voeren; en dewyl Sneek de gewoone Marktplaats van deezen oord is, zo wordt daar, op den weekelykfchen Marktdag, al doorgaans eene groote menigte van dergelyké jagten of kleine vaartuigen vernomen, dat inderdaad eene aangenaame vertooning maakt. De landeryen van Wymbritzeradeel, Binnendyks, beftaan meest uk een' zeer ftyven kleigrond, die geheel ongefchikt is tot den Ak- III. deel. P ker- ,V*E3TE&" ;o.  226 Tegenwoordige Staat Wester co. kerbouw, doch zo veel te bekwaamer tot de veevoeding, waarom ook de velden hierom» trent als bezaaid zyn mee fchoone koejen , die uitmuntende boter geeven. De Buitendykfter landen, die het grootfte gedeelte der Grieteny uitmaaken, zyn daarentegen meerendeels zo laag, dat zy, zonder bepolderinge, alleen tot maaylanden kunnen dienen; doch veele daarvan zyn anderszins van een' goeden aard , en geeven, ingepolderd zynde, goed weidland. Men telt in de Grieteny van Wymbritzeradeel achtentwintig Dorpen , waarvan veertien Binnen- , en de overige veertien Buitendyks gelegen zyn: dezelve Hemmen in de volgende order. i. OPPENHUIZEN, het eerfte Dorp in rang onder de Buirendykfter Dorpen , die alle veertien voor de Binnendykfter gaan , werd weleer Opna-, of Gpmanahuizen genaamd , en ligt aan eene Oude vaart, die uit de Houkevaart naar Utwellingerga loopt: ter wederzyden van deeze vaart heeft men de meeste huizen en plaatfen, die onder dit Dorp behooren ; terwyl zich de landeryen Noordwaards uirftrekken tot aan de Gerechtigheid van Sneek ; Westwaards, alwaar de vaart naar Langweer doorvloeit, en ook de Witte en Zwarte Brekken gelegen zyn, tot aan de landen van Jortryp; Oostwaards tot aan het Kruiswater of de Jouwcrfter vaart, en Zuidwaards tot aan de landen van Utwellingerga. Onder dit Dorp behooren 26 ftemdraagende plaatfen , en weieer had men hier twee Sta. ten of Stinzen , met naame Sjaarda Stins, en dat van zekeren Pier Foppes, welke laatfte, in 140J,  van FRIESLAND. 227 1491, door Epo en Douwe Hottinga , Vader en Zoon, werd ingenomen en verbrand. 2. UTWELLINGERGA , of Utwallingerga, verder Zuidwaards gelegen, en zich met zyne landen West waards uitftrekkende tot aan die van Jortryp en 't Oude Hof, een water waarby weleer een Dorp is geweest, waar van 't Kerkhof nog overig is. Zuidwaards loopt dit Dorp tot aan 't Stobberak ; Oostwaards tot aan 't Kruiswater, en voorts Zuidoostwaards aan de wateren, die Wymbritzeradeel van Doniawer. ftal fchciden, gelyk op de Kaart te zien is , daar men verfcheiden wateren en ftroomen, deeze landen doorfnydende, by naame gemeld vindt, als ook een ftuk lands het Oosterbild geheeten , en onder dit Dorp behoorende. Het getal der Stemhebbende plaatfen beloopt wier landeryen rykelyk met poelen en Wateren voorzien zyn. 3. JORTRYP, doorgaans genaamd Jutryp , en het volgende dorp zyn gelegen tusfchen de beide Wymertfen aan eene oude moerige vaart, van 't eene dorp naar *t andere loopende: aan den Oostkant deezer vaart ziet men de Kerk , hebbende een' ftompen toren, en ook de meeste huizen en plaatfen, welke te famen 151 ftemmen bezitten Ten Noorden en Westen ftrekken de landen des Dorps zich uit tot aan de Stads Gerechtigheid van Ylst, ten Oosten aan Oppenhuizen, en ten Zuiden aan Hommerts. 4. HOMMERTS, een groot Dorp, ten Oosten grenzende aan Utwellingerga en de Oude Weg, die 't zelve van Doniawerftal fcheidt ; ten Zuiden aan de Jelte Sloot, P 2 waar iV£SÏER« 30.  228 Tegenwoordige Staat Westeeco. waar door het van dezelfde Grieteny gefcheiden wordt,, en ten Westen aan de Wester - Wymerts, fcheidende de landen deezes Dorps van die van Heeg. Dit dorp bevat 41 ftemmende plaatfen , alle gelegen ten JNoorden en Zuiden der Kerk , waar onder ook behoort het buurtje Lippenwoude , ten Zuiden van de Zandige Wiel , naby de Smaldykfter Sloot. Weleer lag hier, niet verre van de Kerk, Hettinga Stins, en op den wal van de Jelte Sloot, Okma State. Die van Hettinga waren hier weieerde voornaamften, fpreekende de Historiën onder anderen van eenen Epe , Doeke Tietesz. en Benediktus Hettinga , die in 't laatst der veertiende eeuw hier hebben gewoond. In den jaare 1578, flierf hier Titus Hettinga, een dapper man , die in de Spaanfche Beroerten ten lande uitvlugtte , en onder den Prins van Oranje met veel lof diende : zyn Latynsch graffchrift, zulks te kennen geevende, luidde , voor zo verre het leesbaar is, aldus: Hic Hettinga ..Titus fitus est, quo fortior alter Non fuitj Hollandi fortia facta fciunt. Qui patria profugus partes fequebatur Orangi Principis, Hispanis hostis acerbus erat, Victor . . . tandem liberis uxore pererapta, Qu . . . incautum mors inopina necat. 5. SMALLEBRUGGE , een klein Dorpje, digt aan de grenzen van Doniawer11 al, en niet verre van Woudsend, ongeveer honderd roeden ten Oosten van de Wymerts. Onder dit Dorp behooren tien ftemmende plaatfen, onder welke men in 1459 telde Hep-  van FRIESLAND. 429 Hepkehuis, een fterk Stins, welk, in dat jaar, door Haring Donia werd veroverd, om daar uitEpeKie, en zyn' Zoonjarich, te befchadigen. 6. W O U D S E N D, wel het kleinfte der Buitendykfter Dorpen , ten opzigte der lan. deryen , doch ten aanzien der volkrykheid en 't vermogen der Ingezetenen, verre het aanzienlykfte der geheele Grieteny, en het eenigfte daar eene Boterwaag gevonden wordr. Dit dorp ligt zeer gelegen aan de vaart van Sneek op de Lemmer, ongeveer 300 roeden ten Noorden van het Slooter meer. Reeds voor veele jaaren was dit Dorp vry aanzienlyk, door de menigte van Turf- en Houtfchippers, die van hier op Holland voeren; doch hier is in laater tyd bygekomen 'eene aanzienlyke Reedery in Friesfche Koopvaardyfchepen, die hier worden gebouwd, en, na van al 't noodige voorzien te zyn , doorgaans door de Lemmer, naar Zee gezonden worden. Door deeze onderneeming heefc dit Dorp grootelyks in vermogen toege. nomen , en wel voornaamelyk in den Franfchen en Engelfchen Oorlog van 1756 tot 1764. Ook ontbreekt 'er niets van 'c geene tot uitrusting der Schepen noodig is : want behalven eenige Hellingen of Timmerwerven worden 'er ook de vereischte Houtzaagmolen, Lynbaan, Blok-enZeilmaakery, beneffens meer dan eene Smedery ,gevonden. Voorts is dit Dorp zeer vermaakelyk, wegens de groote doorvaart van allerleye fchepen, die van Leeuwar. den, Sneek, en van elders naar de Lemmer vaaren. In den jaare 1660 werd hier eene nieuwe Kerk gebouwd , boven welker ingang p 3 men Wëster- go.  2.3° Tegenwoordige Staat WiiSTEE. CO. men de wapenen van Burmania en Juckema'; vindt, en daar onder dit versje: Cum Duco major Burmania rexerat annos Praeturam tredecim, tune facra ftructa domus. Filius en Duco Junior, cui quattuor anni, Is primum laterem fundat et aptat opus. Huic Eduardd fuit de ftemmate Juckema mater, Progeniem claram Cambur ab arce gerens. Onder Woudsend behooren maar acht ftemdraagende plaatfen. Eertyds had men hier een Klooster van de orde der Carmeliten van Maria, gefticht in 1337, als ook twee fterke Stinzen gebouwd in de tyden der inwendige Beroerten, van welke het eene behoorde aan Wybe Jarichs van Akrum. en het andere aan Bokke Harinxma. Uit deeze huizen werd weleer fterk op de Leeuwarder fchepen geroofd, en de vaart naar de Zuiderzee onveilig gemaakt. In den jaare 1523 werd ook by 't Klooster een Blok« huis gebouwd, en daarin bezetting gelegd, onder Douwe Burmania, om de itrooperyen der bezettelingen van de Lemmer en Slooten te beteugelen. 7. IPEKOLSGAofEPEKOLSGA, dus, naar de gedachten van fommigen, by ver. draajinge geheeten in plaats van Sr. Hyppulitusga, een Dorp van maatigen omtrek, waar onder 22 ftemmen behooren; 't zelve grenst ten Zui. den aan het Slootcr meer, en had eertyds een fterk huis, toebehoorende aan Take Abbema, 'c welk, in J550, verwoest werddoorde Schieringers, die te Slooten in bezettinge lagen. De Kerk van dit Dorp, in 1497, door de  van FRIESLAND. W deSoldaatenin brand geftoken zynde , verteerde met vyftien, daarin zynde, gewyde Hostiën tot asfche , -die naderhand , zo men beuzelde, groote mirakelen deeden, en daarom zo veel toeloops hadden, dat men uit het offergeld eene nieuwe Kerk kon bouwen, die, vervolgens wederom vervallen zynde , in 1664, werd vernieuwd , en met een fpits torentje voorzien. _ . , 8 INDYK, een klein Dorpje , zonder kerk en toren, hebbende alleen op 't Kerkhof een klok in een houten bintwerk. Ook heek men hier geene Kerkbuurt, maar flegts eenige verftrooide huizen aan de Hooiwyk , met verre van het Heeger meer. De ftemmen, onder dit Dorp behoorende, zyn te famen genomen ioio HEEG, anders Hegens , een groot en beftraat Dorp , op een' vry hoogen heuvel gelegen ten Noorden van het Heeger meer In 't Westen der buurt plag Harinxma State te zyn , hebbende het geflagt van dien naam hier , federt verfcheiden eeuwen, gebloeid. In 1402 werd uit dat geflagt tot Poteftaat van Westergo verkooren Haring Haringxma, een man van groote deugden en bekwaamheden , terwyl die van Oostergo tot hunnen Poteftaat verkooren Siwerd Wiarda van Goutum. In 1459 woonde op deeze State Benedix Donia, wanneer dezelve door de Sjaardema's werd om verre geworpen. Naar 't verhaal van SufTridus Petn CS) was Heeg, oudtyds, toen de Hollandfche Graaven over Friesland heerschten, de plaats daar deeze , om derzelver vermaaklykheid en P 4 Se' (§) De Script. Ftif. Dec. 8. num. 9. Westergo.  ü3a Tegenwoordige Staat Wester. co. gelegenheid, hun hof hielden, en een Raadhuis getimmerd hadden: en dus zou dit Dorp een ander 's Graaven Haage geweest zyn , en alleen wegens den Friesfchen tongval den naam van Heeg verkreegen hebben. De buurt en Kerk, die in den jaare 1745 , in plaats der voorige, die wel groot en aanzienlyk, doch door ouderdom vervallen was , gebouwd werd, ftaat aan het Westeinde der buurt; dezelve pronkt met een fpits torentje, en is van binnen met een Orgel voorzien. Buiten de buurt heeft men meerendeels laage landen en veel poelen , als Henxte. - Feike - Palfe - Poelen enz. Van hier, Noordwaards, loopt een paarde weg tot aan de buurt Ofingahuizen , hier onder behoorende, en van daar weder Westwaards, door Oudega, tot in Wonzeradeel; doch Noordwaards tot aan den Hemdyk, by de Nieuwezyl , draagende den naam van Schattinge. Tusfchen de Wymerts en het Heeger meer, ligt een ftuk lands, met naame Oostwoude, daar eene plaats gevonden wordt, bekend by den naam van Gouden bodem , welke mede behoort tot dit Dorp, dat zich in 't Westen zeer verre uitftrekt, en wel 54 ftemmende plaatfen bevat. 10. GAASTMEER, een klein Dorp in 't Westen van Heeg , aan het Piel, een inham der Fluysfen. Onder dit Dorp behooren de buurtjes Oosterend , de Woudbuuren en Westerend aan de FJuysfen, alwaar veele Visfchers woonen, en de aaken liggen, met welke de opgekochte meervisch naar Holland wordt verzonden. Onder dit Dorp behooren J7 ftemmen. 11. NIEUW-,  van FRIESLAND. 233 11. NIEUW- of NYHUIZUM , ook een klein Dorp , met 15 ftemmende plaatfen: 'tzelve ligt niet verre van Workum, ten Noorden van 't lange Vliet. Onder dit Dorp behooren verfcheiden wateren , als de Grons, de Nyhuister poelen, een groot gedeelte van het Zandmeer enz. Ook loopt uit de Grons, door dit dorp, eene vaart naar de Workumer en Bolswerder trekvaart, van welke hetzelve naauwelyks 300 roeden is afgelegen. 12. ZANDFIRDE, of ZANDVOORD, ook een klein waterachtig dorp van 15 ftern* mende plaatfen in 't Noorden aan de Ringwiel, In 't Oosten heeft men een Watertje, dat den naam draagt van Gouden poel, en in 't Westen een groot doch ondiep water, de VlakkeBrekken genaamd. In 't Noorden van hier, over de Oudegafter Brekken , aan de poelen , op de fcheidinge van Wonzeradeel, ligt het buurtje, Zant voorder Ryp. 13. OUDEGA, of OLDEGA, is een dorp van een' middelbaaren omtrek , en bevat 23 ftemmende plaatfen, wa"ar onder de State Hoitema. In 't jaar 1575 fterf hier Gerke Hoitema, gehuwd met Rink Bottinga van Boornfwaag, en ligt hier begraaven onder eene blauwe zark met het volgende opfchrift: £1 yttis «vfl^MSraJv TOhvixif^VtQ» flsfGsirfS SIKTpCfy In het Handfchrift van Schotanus vind ik 't zelve aldus vertaald. P 5 h IVester* 30. i  234 Tegenwoordige Staat Westerco. Onder dit dorp heeft men verfcheiden wateren, met naame de Oudegafter Brekken, die wel de grootfte zyn, als loopende Westwaards tot in de vlakke Brekken en Bornbrek, en Oostwaards tot aan de Buurt van het Dorp , Sipkemeer, Kerkmeer, Riedmeer, Joo, enz. Ten Noorden van meergemelde Oudegafter Brekken , heeft men eenige huizen met naame de Oudegafter Ryp, en aldaar een Zyltje in den Ryper weg , loopende van hiernaar Wonzeradeel. 14. IDZEGA, ofookIDZINGA, is, insgelyks als de naastgelegen dorpen, rondom in waterenen poelen gelegen, waarvan de voornaamfle, naar het dorp, den naam draagt van Idzcgailer poelen. In 't Zuicten van dit dorp, 't welk 27 ftemmende plaatfen, in den omtrek, bevat, ligt eene plaats de Bratten genoemd, waarop zich zeker Heer uit het geflagt van Heemftra veel plag te onthouden , wegens haare goede, gelegenheid tot de visfehery: dezelve liet hier ook twee polders aanleggen , die tegen verwachting niet alleen goed weidland, maar zelfs goed bouwland gaven. Voor het overige zyn de landen hier ten grooten deele zeer laag, en wel In traanen kwam ik hier, met traanenga ik heen: Geheel het leeven is maar traanen en geween. Beklaagelyk geflagt, o menfche vol ellenden, Die op der aarden kruipt,en wederom moet enden! Onder bovenftaande Grieksch Graffchrift, leest men nog in 't Latyn. Omnia mors flernit, quodnatum estoccidituna: Fine caret virtus, et benefacta manent.  van FRIESLA ND. 235 wel inzonderheid naar het zuiden, daar men ook h\\mamr\r\pn v'nrlf - Uit welke federt kort vry goede turf gegraaven wordt. In 't Westen van dit dorpje ligt het buurtje de Band, en daar by een poeltje van dien naam. Ook had men hier oudtyds een Klooster van de Orde van St. Augustinus, met naame Nazareth, \ welk door grauwe Beginen met een' Pater werd bewoond; doch thans is hetzelve , even als meer andere Kloosters, meer niet dan eene gewoone boereplaats , hoewel de hcoge grond der huizinge, en de daarom loopende graft, nog al eenige tekenen van het voorige aanzien vertoonen: ook zegt men dat de klepel der Kloosterklok daar nog tegenwoordig bewaard wordt. 15. OOSTHEM, het eerfte der Binnendykfter dorpen. Dit dorp , dat ten Noordwesten van Ylst, en niet verre van de Bolswerder vaart gelegen is, heeft een' goede kerk, die van binnen wel afgetimmerd en met een Orgel voorzien is , zynde de Pastory of Predikants wooning bier by uitftek fraai. In 't Zuiden ligt een klein meertje, naar dit dorp genoemd, en een weinig Zuidelyker de Nieuwezyl, die wel onder dit dorp, doch in eigendom behoort aan de Stad Bolswerd, die ook de tollen der hier door vaarende fchepen ontvangt. Op den derden van Louwmaand 1616, werd by deeze zyl, jn ééneftreek of werp, eene ontelbaare menigte van boven de twintig of dertig duizend Brazemcn gevangen, door een' burger van Sneek, met naame DouweJelr.es; zynde deeze visch aldaar in 't versch water faamgekomen wegens eene geweldige doorbraak der Zeedyken. Niet verre vsn dit dorp heeft men verfcheiden vischryke plasfen en meertjes, die op de kaart zyn aangeweezen, terwyl *Vr.ST£R« 30.  Wester. co. 236 Tegenwoordige Staat wyl de ftemmende plaatfen, die onder die dorp behooren, 23 in getal zyn. 16. ABBEGA, een dorp van middelbaaren omtrek en 28^ ftemmende plaatfen. Hetzelve ligt ten Westen van Oosthem en nader aan den Hcmdyk. De kerk deezes Dorps pronkt insgelyks met een fraai Orgel. Weleer had men hier verfcheiden Adelyke Staten, met naame Attama, Sytinga , en Bonninga in het buurtje de Morra, naar 't welk ook een watertje ten Noorden des dorps, waardoor de Bolswerdervaart naar de Nieuwezyl loopt, den naam van Morra- of Morwieltje draagt. In de buurt, dieniet groot is, en de Abbegafter-Ryge genaamd wordt, lagen oudtyds"Wigmana en Hceringa, en in de Oosterbuuren, Bangama. Ook was hier het huis van Haring Douwes, wiens Moeder, in 't jaar 1500, gedwongen werd hetzelve overtegeven aan Martena , dewyl deeze dreigde , anderszins haar' Zoon , dun hy had gevangen gekreegen , in haat gezigt te zullen onthoofden. Foppe Sjaarda's huis, ftaande in de Morra, werd op den 16 Sept. 1490, door Douwe Tietes Hettinga en zyn' broeder Epe, ingenomen en verbrand, waardoor de eigenaar, een vreedzaam man, na verloop van drie dagen, uit droefheid ftierf. Pier Foppes Bonninga huis , in de Morra ftaande, werd in 1495 ingenomen en geplonderd. p. WESTHEM, een klein dorp van 13 ftemmende plaatfen, en in 't Westen tegen .den Hemdyk gelegen , gelyk Oosthem in 't Oosten: hier onder behoort het droog gemaaJen Atfebuurfter meer , liggende famen met Sens-  van FRIESLAND. 237 Sensmeer, tot Wonzeradeel behoorende, inden zelfden Dyk, als ook bet buurtje de Graauwe Kat, alwaar men een Sluisje in den Hemdyk heeft, waar doormen te fcheep uit deBuitendykfler landen, door dit Dorp, in de Bolswerder vaart kan komen. Ook ziet men hier twee Wieren, overblyfzels van oude Staten. 18. WOLSUM, niet verre van Bolswerd , en naby de vaart, die van de Nieuwe zyl derwaards loopt, zo dat men hier te fcheep vry gemakkelyk af en aan kan komen. Onder dit Dorp, 't welk 20 ftemmende plaatfen bevat, behooren de buurtjes Laard , Jouwfard, Remfard, Vyf huis en Ytzum. 19. NIEUWLAND, een fraai en vermogend Dorp, waar onder wel 39^ (temmen behooren. Men vindt hier een' fpitfen toren met eene groote en fraaie Kerk, waarfchynlyk gedicht even voor 't jaar 1277* en deeze is de eenigde, die op 't Nieuwland , door opflyking der Middelzee gebooren, te vinden is. Wreleer lag hier, in't Zuiden des Dorps, aan den Tjaarddyk, de State Bo*.nia, vermaard door den bedrieglyken handel van Swob Sjaardema, in de Friesfche Historie van Schotanus (f) te vinden. Ook had men hier voor deezen een bekend Stins, toebehoorende aan 't geflagt van Hiddema, waarvan de Eigenaar, Joost Hiddema, werd verdreeven door Haring Donia, die een Stins had, niet verre van daar gelegen. Nieuwland ligc byna rondom ingefluoten in den ouden Dyk der Middelzee, en is, wat den bodem betreft , voorzien van vette kleigrond. 20. FOLS- (t) BI. 364. Wester- 30. $  Westej* go. 238 Tegenwoordige Staat 20. FOLSGARA^ een Dorp van middelbaaren omtrek en landeryen , doch gering van buurt : hetzelve bevat 20 ftemdraagende plaatfen, en ligt in den hoek van gemelderï Tjaarddyk , tusfchen Nieuwland en Sneek. Weleer lag hier de State Walma. In 1498 werd hier de kerk met den toren afgebrand door de Soldaaten , die de Vetkooper Tjerk Walta had in 't land gebragt; ook kwamen daarby twee huislieden om, die op den toren gevlugt waren. 21 TJALLEI1UIZUM, en by ouds Tylahuzum , het kleinfte der Binnendykfter' Dorpen, en niet verre buiten den Nieuwlander Ringdyk , bevat , even als Woudsend ^ maar 8 Hemmen. In 't jaar 1516 werd dié Dorp, benevens Ysbrechtum , Tirns , Nieuw* land, Folsgara en Tjerkwerd, door de Bourgondifche Soldaaten afgebrand. In de Kerk deezes Dorps, vindt men eenen graflteen, waar onder, op den 6 Maart des jaars 1627 , begraaven werd , Wybe Klaasfen , Dorprechter en Ontvanger deezes Dorps , die by nacht verraaderlyk op weg van zynen reisgenoot was afgemaakt, ,zo als uit het graffchrift blykt, dat daarop geleezen wordt. Siste pedem quisquis facras intraveris redes, Et lege quammiferamorte peremptus homo, Quem tenet hic tumulus :noctu comitando necatur Nefcius a Socio vulnere: grande nefas! Spiritus inde brevi petit alta palatia cceli; Corpus ubi, Christo mite vocante, manet. Het overfchot eener Wier, ten Noordwes-* ten  van FRIESLAND. *39 een der Kerk, geeft te kennen, dat hier eer-' tyds eene State geweest moet zyn. 22. YSBRECHTUM, een vermaakelyk Dorpje, naby Sneek, niet verre van de vaart op Franeker. Hier onder behooren i? ftemdraagende plaatfen, en daar onder Epema State , een aanzienlyk buitengoed, zo ten aanzien van huizinge als van hovingen. Op deeze plaats hebben drie Grietslieden van Wymbritzeradeel, alle gefprooten uit het geflagt van Burmania, na eikanderen gewoond, die wegens hunne geleerdheid en Staatkunde zeer beroemd zyn geweest: thans wordt deeze fchoone plaats bewoond door de Vrouwe we. duwe van wylen den Hoogwelgeb. Heere Jr. Sjuk Gerrold Jukkema van Burmania Rengers, wien dezelve , benevens meer andere aanzienlyke goederen, was aanbeftorven van wylen zynen Oom van Moeders zyde , den Hoogwelgeb. Heere Duco Gerrold Ernst van Burmania in leeven Grietman van deeze Grieteny. De kerk deezes Dorps pronkt van boven met een klein torentje, en van binnen, met een prachtige begraafplaats van meer gedachte Familie, fraai Orgel, wel afgemaakten predikftoel enz. Onder Ysbrechtum behoorde weleer 't Klooster Thabor , van welks ftich • tinge reeds boven in de Beknopte Historie van Friesland ( § ) door ons gefprooken is. Insge. lyks behooren onder dit Dorp de buurtjes Pophorne en Bons. De huizen van Pophorne liggen op eene hoogte, zich in de lengte Oostwaards aan (trekkende en bekend by den naam van Oude Zeedyk : in den grond zyn hier (§) I D. bl. 572. Wester- rO.  ö4o Tegenwoordige Staat Westergo. hier veele groote fundamenten van oüdö Gebouwen gevonden. 23. TTRNS, een dorpje van 23 ftemmende plaatfen, doch gering van Kerkbuurt , ligt aan de vaart van Sneek op Franeker, en heeft onder zich verfcheiden buurten, met naame Annebuuren , Hemelumer Laan en de Hunia Dyk. Ook ligt in 't Noorden der Kerk, niet verre van Annebuuren, eene Wier, tot een teken dat daar weleer eene State is geweest. 34. SCHARNEGOUTUM, gewoonJyk Goutum, en weleer Scharnum genaamd, toen de Middelzee nog in weezen was, ten Zuiden van dezelve gelegen. Dit dorp heeft £7 ftemmen, en ligt aan den rydweg en de jaagvaart van Leeuwarden op Sneek. De landeryen zyn hier zeer vruchtbaar, en vooral de nieuw aangefpoelde uit de Middel* zee, die tot goed Bouwland dienen. In 't Oosten van dit Dorp ligt de Hofftede Foppema, en in 't Noordoosten, aan de fcheiding Van Rauwerderhem , een Klooster, 't Nye of Nieuwklooster genaamd, en in 't Latyn Aula Dei geheeten : 't zelve is een Adelyk Vrouwenklooster geweest , gefticht door den Abt van Oudeklooster , in 't jaar -233 (§> 25. GOJINGA, een fchoon vruchtbaar Dorp in 't Zuidwesten van Goutum, waar onder 25 ftemdraagende plaatfen behooren. Ook had men hier weleer de nu verwoeste Staten van (5) Zie D. I bl. 40a.  van FRIESLAND. 241 van Jongema, Sikkinga en Vryburg of Albada. By deeze State tref ik in het Hand. fchrift van Schotanus de volgende byzonderheden aan, raakende het Hoogadelyk geflagt van Albada, welke ik vertrouw den liefheb* beren onzer Friefche Oudheden niet onaangenaam te zullen zyn: „ De State Vryburg alhier was in eigendom van het oude en treftëlyke geflagt van Albada, van welk geflagt de Copia van een Document in 't Oud Friesch, by den Heer P- v. Albada 1699 is gecopieert, luidende als volgt: III. deel. Q 3Bu £ &oeu?.iouDna toettonet/ enDe IjpatmenbJetlphen langtjct Westerco.  242 Tegenwoordige Staat Westergo. langrjf t ben öïa «5rrcf ben ^oïïanbt / Eclanöt enöe ©ric£.anöt/ namcipï» l|crra©peDerpcfc Den ttoacbcn 43recff Dan i|ollanbt ercet ^cnoun tn betegelt in 't jeer to£ Ifacrren CCCCCCCC en XXXU op §inte ©inccmiu£ a 23cpcccn / Dpeu enöe bjonuciia in? Cupinuuguö pallnpcg pefra I£of: tn luier fcrioun en biggelt in 't jeer tos^ ipacrecu MCCCCXiIl jBagm \tl\t *2fl3gc3 en $gge a!egggcn5. uetfieufen Spannen bc^tcuefcöie enDc ttooljnipfcn bu tos br« tragijt enöe bertoent 3icJ«ce bretoeu iuljaÏDna ban ena topta roo^ in eb bloebtoiolöa/ toen ijpannen alöets cljo en cïargJpcïie memoria toen hparma birtogtitfena arfflpche ©recfffchip toen J^otlaubt tn aifoe i;aei Defolaet ti)o flatum iu aecljte biouu in öia aetfia J}acrrcn McCCCXXiiij 23ïafu Confcgjoci^. Collationeert tunpt fpn pciucipael in bran>  van FRIESLAND; 243 fpn en mep tn'a 5tegelen bc3tegc.t en i$ ben bJirüt tljo bJirot mep 't principael bcfonö tfto accortretien in \u$ thtoa Presteren prsefentia en enDerfcrioun in 't jeer bj£ ©aeren MCCCCC en X op toi HLiaaffrouVoen ioun. aimeii. «©nDer* tceueut f■ f»£bcanö <£ïac#g $ce£tcc in öigfen tpö ut «ffiohigtja / enDe tneöc iïaarttnuNEEK.  256 Tegenwoordige Staat Sneek. Muurwerk, en ook met een Voorportaal voorzien. De Zuiderdeur is de kleinfte, doch boven dezelve, aan den binnenkant, ftaat met vergulden letters te leezen: Die door dees poort kwam om myn woord hier aan te (hooreii, Zyditgezeid, eer hy weer fcheidt; Ik heb verkooren, Dat in myn tent, zy zonder end, opmyns Zoons bede, Die mynen Raad en wel verftaat, en vlytig deede. De Noorderdeur eindelyk heeft ook een portaal, en boven't zelve ftond voor deezen't oude Orgel, 't welk in 1610 werd verkocht aan de Kerk van Wieuwerd, alwaar men "t nog heden gebruikt. Ten zelfden tyde en in 't volgende jaar werd deeze Kerk verfierd met een geheel nieuw Orgel, 't welk geplaatst werd in 't Oosten der Kerk, voor het Koor, op vier zwaare houten gedraaide pylaaren; daar hetzelve eene uitneemend fraaie vertooning maakt 3 vooral na dat hetzelve , federt eenige jaaren, merkelyk verbeterd, en ook verfierd is door hetzelve groen en wit te verwen, en tusfchen beiden met goud af te zetten. De Predikftoel met het Doophek is van den jaare 1626, en zeer fraai, naar den fmaak van dien tyd; zynde geplaatst tegen den middelden pylaar aan den Zuidkant der Kerk. Ook pronkt de Kerk met fraai gefchildcrde glazen, waar van eenige door de Hooge Kollegien , andere door Vorften uit het Huis van I>asfau , en de overige door de Magiftraat en Gilden zyn ver-  van FRIESLAND. 257 vereerd, pronkende dezelve met fraaie wapens en infcriptien. Eindelyk is deeze Kerk voorzien met zeer fraaie geftoelten, onder welke dat van de Magiftraat uitmunt, als opgaande met tien trappen en met veel fnywerk aan de kap verfierd. Het geftoelte van de Leden der Vroedfchap, gemaakt in den jaare 1690, en ftaande in 't Westen der Kerk, vlak tegen over het Orgel, in 't zogenoemde Nieuwe of Westerkoor, heeft insgelyks een fraai aanzien. Het is een dubbeld geftoelte, met eenen doorgang in het midden naar gemelde koor , rustende deszeifs kap of luiffel op achtkonftig flangswyze gedraaide pylaaren, en pronkende met eenige verfierfelen van boven. Het geftoelte der ' Bevelhebberen is insgelyks fraai, en ook met een doorgang in "t midden voorzien ; hetzelve ftaat ten Oosten onder 't Orgel. Andere gaan wy met ftilzwygen voorby. In 't midden der Kerk hing, voor deezen, een Schip, en daar by een vreemde opgevulde Visch. De reden waarom 'er die gehangen waren , is onbebend, en dit heeft aanleiding gegeeven om 'er zo wel het fchip als den visch weg te neemen. Zeven koperen kaarskroonen , meest alle gefchenken van Gilden der Stad, en ter verlichtinge van den Avonddienst ftrekkende, beneffens verfcheiden wapenen van verftorven Grooten, geeven mede geen klein fieraad aan deeze fraaie Kerk. Groote Pier, zo vermaard in de Friefche Historie, en binnen Sneek overleeden, ligt in deeze Kerk, aan den noordkant , voor het geftoelte van de Magiftraat, begraaven. III. deel. R Aan Sneek.  258 Tegenwoordige Staat Smeek. De Broe. re Kerk. Aan den Zuidkant der Kerk heeft men de Kostery: voorheen was dit vertrek zonder eenig fieraad, doch in den jaare 1759, is hetzelve met fchuifraamen , fnywerk, een' Engelfchen Schoorfteenmantel enz. verfierd , en dient ter Vergaderinge, zo van de Klasfis van Sneek, als van den Kerkenraad der Stad , gelyk ook der Diakenen om 'er hunne gaven aan de Armen in uit te deelen. Aan den zelfden kant der Kerk, naby de Kostery, ftaat het Stads Klokhuis, waarin thans twee luidklokken hangen; hebbende dezelve eertyds , waarfchynlyk , in den zwaaren Kerktoren gehangen. Rondom de Kerk en Kostery heeft men een ruim Kerkhof, dat weieer met verfcheiden poorten voorzien was: van deezen is die in 't Noorden wel het langst in weezen gebleeven ; doch dezelve is nu ook reeds weggebroken, en daar voor een yzeren hek, met twee zwaare kolommen , en op ieder van dezelve een kostelyke lantaarn, gemaakt. De Kleine of B R O E RE KERK, reeds bekend voor het jaar T390, en toen aan St. Antonius gewyd, doch in 'tjaar 1462 aan de Kruisbroeders gegeeven , waar van zy nog heden den naam draagt, ftaat in de Hofftraat. Dezelve is lang 80, wyd 36, en hoog tot in de naald 68 voeten , ftaande daar nog boven op een torentje van 34 voeten. In den jaare j 756 werd deeze Kerk, die toen geheel vervallen was, zeer fraai verbouwd , en 't uurwerk met fraaie wyzers voorzien: hebbende alle kosten met eikanderen bedraagen de fomme van 9604. Kar. Guldens. De Predikftoel ftaat met het Doophek in 't Oosten , zynde gebouwd in 'tjaar 1698, en mee de wapenen der toenmaalige Re  tan FRIESLAND. 259 Regenten verfierd. Thans wordt des Zondags, zo.voor als nadenmiddag, gelyk ook des Donderdags Avonds, in de Groote Kerk alleen gepredikt ; terwyl de Zondags en Maandags Avonds Kathechizatien in de Kleine Kerk worden waargenomen. De Doopsgezinden hebben hier twee Kerken; behoorende de eerfte aan de Vereenigde Vlaamfchen en Waterlanders, en de andere aan de zogenaamde oude Vlamingen. De eerften hebben tot hunne Kerk, op de Cingel, in *t jaar 1654, een groot gebouw laaten maaken, dewyl hunne gemeente toen wel 600 lidmaaten fterk was. Ook isditgebouwnogvantydtot tyd verbeterd, en wel inzonderheid in 1764, wanneer hetzelve, op kosten van een der leden , den Heere Epke Roos , met eenen nieuwen predikftoel en verfcheiden nieuwe zitbanken, gelyk ook nog onlangs met een fraai Orgel, werd verfierd. De oude Vlamingen gingen weleer te Ylst ter Kerk; doch rechtten hier eene afzonderlyke Gemeente op in den jaare 1746, die haare Vergaderingen houdt in een huis tusfchen den Dyk en 't klein Zand De Roomschgezinden moesten zich , na 't doordringen der Kerkhcrvorminge , gelyk alomme, eerst Op zolders en in achterhuizen behelpen; doch, door den tyd eenige meerdere vryheid verkreegen hebbende, lieten zy eerst een huis, ftaande op de Cingel, in gereedheid brengen, om daarin hunnen eerdienst te verrichten , en in den jaare 1695 deeden zy eene inzameling van liefdegaven , om daarvoor het» zelve tot eene Kerk te verbouwen. Doch R 3 ook Snees.  a6o Tegenwoordige Staat Sneek, Latynfche Schooien. ook deeze, by het aanwasfen der Gemeente, te klein en daarenboven bouwvallig geworden zynde , werd dezelve in den jaare 1766 geheellyk afgebroken, en daar voor eene nieuwe en fraaier, op dezelfde plaats , weder opgebouwd , die niet alleen met ruime kraaken of hangzolders voorzien is, en dus zeer veel menfchen kan bevatten; maar ook daarenboven verfierd met een fchoon Orgel , fraai gewerkt Altaar, kommunie bank met een kondig gefneeden hek , gegipften zolder en daaraan hangende glazen kaarskroon , benevens veelerlei fchoone beelden en fchilderyen enz. Onder de Roomfche Kerken van Friesland heeft die van Sneek , boven alle anderen, het voorrecht, dat het Dekenfchap der Provincie daaraan behoort ; 't welk den dienenden Priester, in veele zaaken, hetkerkelyk beftier betreffende, geen klein gezag byzet. De dagelykfche bezorging deezer Kerk , benevens die der Armen , is toebetrouwd aan vier Opzieners, die hunne Vergaderingen houden in het Armebuis der Gemeente, ftaande aan den Oostkant in 't groot Zuidend, alwaar ook de Ouderlooze Weezen worden opgevoed. De LATYNSCIIE SCHOOLEN, ftaande op 't Westeinde van 't Kerkhof aan den Stadswal, waren voor deezen zeer beroemd, zo door de Geleerdheid der Rektoren, als door den toevloed van Leerlingen. Doch thans fchynen die van Sneek van oordeel te zyn, dat de oeffening der jeugd in de fraaie letteren een noodelooze zaak is ; men heeft althans het Rektors Ampt nu reeds jaaren lang on-  van FRIESLAND. 261 onbegeeven gelaaten. By deeze Schooien behoorde voorheen een merkelyk aantal fraaie Latynfche, Griekfche en Hebreeuwfche boeken, die, omtrent het jaar 1600, aan dezelve gefchonken waren , en fedcrt, boven de Schooien , op een afgezonderd vertrek , aan kettingen lagen, van waar dezelve, by gelegenheid van 't verbouwen der Schooien , op 'c Stadshuis gebragt werden, om aldaar bewaard te worden; doch, door ouderdom, zeer gebrek lyk zynde geworden , heeft de Regeering dezelve al voor lang voor fcheurpapier laaten verkoopen. Het BURGER - WEESHUIS was weleer 't Kruisfebroedcrs Klooster ; hetzelve werd gefticht in den jaare 146a; doch in den jaare 1580, by het doordringen der Kcrkhervorminge, in een Weeshuis veranderd , en in 't volgende jaar met kinderen voorzien. Voor veele jaaren vond men hier, by verbou-, winge van 't huis, in den grond, eene kas van een byzonder maak fel met zeven pylaaren, en daarin eenige konftige fchilderyen, die men nog heden in de Groote Zaal van 'c huis ten toon ziet hangen. Dit huis ,. zeer ryk zynde , is fraai verbouwd , en met een fraaien tuin en plein voorzien , zo dat het veel beter naar eene Heeren huizinge, dan eene verblyfplaats van behoeftige Weezen gelykt. Voor deezen nam men in dit huis maar alleen de jongfte kinderen aan van lieden die hier .als burgers overleeden waren , terwyl de overige in het Diakenye Weeshuis geplaatst wierden. Doch hier in heeft men, om gewigtige redenen , eene merkelyke verandering gemaakt, en R 3 de Sneek. BurgerWeeshuis.  Sneek. Diakenie Weeshuis of Armen buis. 2,6a Tegenwoordige Staat de twee Weeshuizen tot één gebragt: alwaarom tegenwoordig in het reeds gemelde huis, allerlei kinders , zo van de Diakeny als van da j Stads Armen, ontvangen worden. De rykdom van dit huis, dat veele landen , plaatfen en huizen bezit, maakt het onderhoud der kinderen gemaklyk: dat onderhoud is ook zo verre 1 van fchaars te zyn , dat zy hier veel eer als treffelyke burgers kinderen verzorgd en onderweezen, en, by hunnen uitgang uit dit huis, met eene fchoone uitzettinge befchonken worden. Het opzigt over de kinderen is toebetrouwd aan een' Binnenvader en Binnenmoeder , onder het beftier van een' Kommisfaris uit de Magiftraat, bencffens een' Boekhouder en twee Regenten uit de Vroedfchap, wier Vrouwen Regentesfen zyn. Aan den Zuidkant van 't Kerkhof by de I Latynfche School , vindt men het Oude DIAKENIE - WEESHUIS of hedendaagfche Stads ARMENHUIS: 't zelve werd in 1675 gebouwd, na dat men hier reeds in 1616 eenige kamers tot onderhoud der Diakenie Armen had gefticht. In 1688 troffen de Voogden der Stads huiszitten Armen een vergelyk met de Diakenen , om hunne Ouderlooze kinderen ook in dit huis te plaatfen, mids daar voor eene behoorlyke fomme betaalende, gelyk tot op den tyd der zo evengemelde veranderinge heeft plaats gehad ; hebbende men hetzelve federt meest tot Arme wooningen verbouwd. Ondertusfchen houden de Stads Arme voogden hier nog hunne Vergaderingen , en deelen 'er des Maandags brood , aan  van FRIESLAND. 46*3 aan hunne Armen uit. Insgelyks hebben ook * de Diakenen hier hunne gewoone Vergaderplaats ; wordende zo wel deeze als de Armevoogden hier door eene Vrouw bediend. Het GASTHUIS, ftaande in 't groot < Zuidend of de Koemarkt, is van een' onzekeren oorfprong , doch weleer aan St. Antonius toegewyd , en verdeeld in Mannen en Vrouwen kamertjes: voor niet veele jaaren vond men hier nog ongeveer 50 perfoonen, die 'er, voor hun leeven , de kost in hadden gekocht, en hier zeer vermaaklyk woonden, dewyl bykans voor ieder kamertje een bloemperk is, en zy alle hun uitzigt hebben op de plaats en 't bleekveld. Dan, alzo dit huis voor de Stads beurs nooit zeer voordeelig is geweest, laat men 't zelve, volgens befluit van hunne Achtbaarheden , thans uitfterven, zonder daarin iemand aan te neemen; terwyl de openvallende kamertjes, ten voordeele der Stad. verhuurd worden. Midlerwyl houden de Regenten daar nog hunne geregelde zittingen, en worden bediend door de Oude Binnenmoeder. In 1746 werd in 't klein Zuidend , by 't Diakenye Weeshuis, een Stads SPINHUIS gebouwd , en daarin vooreerst Zeildoeks Garen gefponnen ; doch in 1769 werden de hier ter Stede woopende Bond - en BoezelReeders verzocht, hunne Wollen Garens in dit huis te laaten fpinnen, om daar door werk te verfchaflèn aan zodanige lieden, die anderszins door de Stads Armebezorgers gevoed zouden moeten worden. Na dien tyd bragt men in dit huis, waarvan een Spinbaas het beftier had, alle bedelaars en leedigloopers van de R 4 Straal KEEK. Jasthui*. Spinhui*.  2Ö4 Tegenwoordige Staat Sneek. i Straat op , om hier hun' kost te verdienen ; terwyl het Opfperllier van dit huis waargenomen werd door drie voornaame Reeders in voornoemde Fabrieken , mids daarvan jaarlyks, ten voordeele van 't Armeboek, rekenfchap doende aan de Magiftraat. Dan , dewyl het werkvolk niet verkoos zo nauw onder den band te liaan als noodig was , om dit huis ter bereikinge van 't bedoelde oogmerk te doen dienen, heefc het eenen geruimen tyd leedig geftaan ; en in 1784 vonden hunne Achtbaarheden goed , hetzelve tot eene bekwaame Exercicieplaats voor de Schuttery en • het Exercitie - Genootfchap deezer Stad te doen vervaardigen; gelyk gelchied is, door, boven den ingang , aan ieder einde eene fraai gemaakte in • en uitlichtende Lantaarn te plaatfen, de wanden van binnen met hangende kaarsblakers te voorzien , en den grond met fchelpen te beftrooien. Dus heefc dan de Schuttery en het Genootfchap eene zeer gefchikte plaats, om zich, zelfs des Winters, zo wel by avond als by dag, in den nuttigen Wapenhandel te oefferen. en bekwaam te maaken. Nog heeft de Stad een Turf huis aan de Parkshaven , waarin freeds eene groote voorraad van turf voor handen is, die er voor een' maatigen prys , in geval van nood, uit kan bekomen worden, zo voor de Armen , als Fabrieken en allen, die turf gebrek hebben; baande dit gebouw onder 't opzigt van de Be/clhebbers der Burgery, die ook van deezen urf op hunne wachten gebruiken. De KAAK, die op het einde van de Wip- vaart  van FRIESLAND. 265 vaart op Kroonenburg plag te ftaan , en iri ■ 1752, ganfchelyk vernieuwd was, heeft men, ïn 1785, geheellyk weggebroken en den grond geflegt, waarfchynlyk niet zo zeer omdat de zeden dermaate verbeterd zyn, dat 'er geene ftrafplaats voor ontugtige vrouwsperfoonen noodig is, als wel omdat een kaak het rechte middel niet is, om dezelve te weeren. Sneek had voor deezen twee jaarmarkten ,' welker eene inviel op den 14 van bloeimaand, en de andere in 'c laatst van Wynmaand, 14 dagen voor Sr. Marren; doch deeze zyn afgefchaft , blyvende alleen de Veemarkten op de gewoone tyden. Om evenwel de Stad niet ganfchclyk van eene vrolyke Jaarmarkt te ontblooten , wordt 'er jaarlyks eene algemeene, op den tweeden Uingsdag van Oogstmaand, gehouden, ftaande dan de kraamen, niet op de Botermarkt, gelyk voorheen , noch op de Marktftraat, gelyk federt 1771 , maar ter wederzyden van 't Groot Zand. Alle weeken houdt men hier des Dingsdags eene •Weekmarkt, die, wegens den grooten toevoer van boter, voor eene der besten van de geheele Provincie te houden is. Door deezen aanzienlyken Boterhandel beftaan en bloeien hier veele huisgezinnen ; ondertusfehen ontbreekt het Sneek ook geenszins aan eene menigte nuttige neeringen en handteeringen, waar door deeze Stad, naar maate haarer grootte, zeer bloeiende en vermogende is. Men vindt hier een aanzienlyk aantal van Graankoopers, gelyk ook van Scheepsreeders, die in 'tjaar 1748 een kompakc of tekening R 5 heb- 3 KEEK.  2 66 Tegenwoordige Staat Sn KEK. hebben gemaakt, tot onderlinge verzekering hunner aandeelen en verdere belangen in Schepen, 's Woensdags na Koppermaandag doen de beftierders van dit lichaam, het welk thans uit meer dan dertig leden beftaat , rekenfchap aan de verdere leden, en als dan gaat ook de oudfte der vier in bediening zynde beftierderen af, wordende 'er een ander in zyne plaats verkooren. Voorts vindt men hier ter Stede veele Boezel- en Bondreeders, Uurwerkmaakers, Pot* tebakkers, Blikflagers, Leerbereiders en Wolkammers, beneffens vier Oliemolens, twee Houtmolens , één Tichel werk, ééne Zeepziedery en meer andere Fabrieken. Door den handel bloeit ook inzonderheid de Voorftad van Sneek buiten de Hoogeindfterpoort, alwaar alle Schepen naar Ylst enz. af en aanvaaren ,• zynde hier zelfs binnen korte jaaren veele nieuwe huizen aangebouwd. Na dus Sneek kortelyk befchreeven te hebben, gaan wy over tot het vernaaien van eenige der voornaam fte gebeurtenisfen deezer Stad , om vervolgens met eene befchryvinge van de Regeeringswyze der Stad en de geboorte van eenige geleerde Mannen te eindigen. In 't jaar 1294 werd Sneek, nu van een Dorp tot eene Stad verheven zynde, met wallen bevestigd; doch brandde genoegzaam geheellyk afin 't volgende jaar, zo dat er maar twee huizen ftaan bleeven. Allengskens werd deeze fchade geboet, ten minften in 1328 werd het Schout - Ampt buiten de poort van Sneek, door Albert van Beyeren, opgedraagen aan Heyc  van FRIESLAND. 267 Heye Reinalda. In den voornoemden brand verging ook het Hospitaaler Klooster der Johanniter order , denkelyk gedicht in den jaare 1206 , door de Maltheefche Ridders; zynde dit Klooster , in laater tyd , wederom opgebouwd , en met alle zodanige voorrechten , door Hertog Jan van Beyeren, befchonken , als die van 't St. Katharina huis te Utrecht genooten. Onder dit Klooster behoorde ook een Gasthuis , 't welk fchynt gedaan te hebben op 't Westeinde der Marktdraat, van welk huis nog eenige overblyfzels voor handen zyn. In 1417 werd wederom een aanzienlyk gedeelte deezer Stad door 't vuur vernield, en daarby zoude , naar 't verhaal van fommigen , ook de oorfprongklyke brief van Karei den Grooten verteerd zyn, waarin de voorrechten , aan Friesland gefchonken , vervat waren. Niet te min behield de Stad haar aanzien; in 1427 waren immers hier de Schie^ ringer Heerfchappen Staatswyze vergaderd; hebbende de Stad toen reeds eene Waag en 'i hoogde recht gehad, zo wel in alle burgerlyke, als lyfdraffelyke zaaken. In 1457 brandde wederom 't grootde dee! der Stad af, zo dat 'er niets daan bleef dar 't klein Zand, de Dyk, en de nieuwe Stac over 't water ; doch kort daarna werd d: Stad fraaier dan ooit voorheen herbouwd, et nam teffens zodanig in aanzien toe, dat haa in 't jaar 1464 hec recht der munte wierd ver gund; hebbende Winfemius nog een' pen ninj 3 NEEIC. i t F I  2 68 Tegenwoordige Staat S NB E IC. ning gezien, die te Sneek, in 't jaar 1478, gemunt was. In f 480 groeide de Koophandel oogenfcbynlyk aan re Sneek, en wel door de onvoorzichtig, heid der Leeuwarders , die de buitenlieden te veel bezwaarden: die van Leeuwarden, zulks befpeurende, zochten wel cie omleggende Boeren 't zenden hunner waaren naar Sneek op allerhande wyze te beletten; doch met dien uitflag, dat 'er eene droevige verbittering uit gebo~oren wierd , die dra tot daadelykheden overfloeg , welke buiten ons tegenwoordig beiiek loopen. In 1567 drong hier 't licht der Kerkhervorminge door, én daarop werden de beelden verbroken; doch dit was van korten duur, wegens de komfte van den Stadhouder Seger van Grosbeek. Ook deelde de Stad niet weinig in de kor: daarop gevolgde beroerten , en had nu eens Prinfen dan weder Bourgondifche bezetting in, tot dat alle onlusten met de Bevreediging van Gend een einde namen. In 1635 ontving Sneek, op haar verzoek, eene nieuwe Raadsbeftelling van de Heeren Staaten, teffens met nog acht andere Friefche Steden: dit voorrecht was echter niet van langen duur, hebbende Sneek, zo als in 't vervolg nader ftaat getoond re worden, ten jaare 1637 een ander Regiemem: ontvangen, 't welk nog hedendaags in kracht is. In 1651, of daaromtrent, zou Karei Stuart, Zoon van den Onthoofden Koning, Karei den I, voorvlugtig ui: Engeland, en de wyk naar de Nederlanden genomen hebbende, hier eenigen tyd  van FRIESLAND. 269 tyd gehuisvest zyn geweest, by den Heere Cornelis ■ Haubois , Burgemeester te Sneek , en wegens Friesland gekommitteerd ter Verga, deringe van de Staaten Generaal, welke woonde aan de Noordzyde der Marktftraat; en voor deezen dienst zou hem Karei, toen by naderhand Koning was geworden, Ridder geflagen hebben. Schoon hier van geene voldingende bewyzen voor handen zyn , deunt het echter op de overlevering der oudfleen geloofwaardigde menfchen van Sneek, betuigende zulks meermaalen van hunne Ouderen gehoord te hebben. In 1672, werd hier, uit hoofde der verdeeldheid, die onder 's Lands Staaten ontdaan was, eene Staatsvergadering van veele, doch niet van alle Volmagten ten Landsdage gehouden. Ook werd hier toen een Reglement Reformatoir ontworpen , fchoon 't zelve nooit is bekrachtigd of ter uitvoer gebragt. In 't begin deezer eeuw woonde te Sneek een Man van ongewoone grootte, lange Jakob van Sneek genoemd, die zo groot was, dat'er in de naauwe Noorderhorn geene luiffel was, of hy kon 'er met zyne armen op liggen. Geduurende veele jaaren reisde hy buitens lands, om zich te laaten bezien ; doch zo groot als hy was, zo klein was zyne Vrouw. Beider Portrait is nog hier ter Stede in weezen, daande onder 't eerde Portrait, Lange Jakob van Sneek, oud 40 Jaar, lang 8 voet. 'k Ben Jacob, buiten groot en onbezuisd van leden, Dog binnen is 't gedarmt en maag ook groot en wyd; Dus als my fpys en vvyn, vereenigd, tegen treeden, 131yf ik verwinnaar, en zy fneuv'len in den ftryd. On- Sneek.  Sneek. i. De 270 Tegenwoordige Staat Onder dat van de Vrouw ftaat, Kleine Jannetje van Waddingsveen by Tergou oud 46jaar, lan» iets meer dan 3 voet. 't Is korte Jannetje, aan een langen Vent getrouvvt; Een wyze Karei, die dees gulde fpreuk onthoudt; Een Vrouw is kwaad, een pest in'thuis, en wilje mallen, (Of liever moetje) kies het kleinfte kwaad van allen. De regeering der Stad Sneek werd weleer waargenomen door een' Ouderman en Burgemeesters, met of zonder Schepenen. Doch het Oudermanfchap, waarvan in de befchryvinge van Bolswerd een woord geiproken is, werd afgefchaft in den jaare 1579, en daar en tegen de Regeering aan vier Burgemeesteren, vier Schepenen en twee Raadslieden, benevens den Sekretaris opgedraagen; zynde dezelve toen, door de nog dienende Raaden des Konings van Spanjen aangefteld ; doch na 't jaar 1584 door den Stadhouder en den Hove van Friesland, tot aan 't jaar 1636, wanneer de Regeering is aangefteld door een Zevental van Elekteurs, ten overllaan van de Heeren Kamminga en Oosterzee, als daar toe door 't Kollegie der Ed. Mog. Heeren Gedeputeerde Staaten gekommitteerd. Dan de hier op volgende verwarring der Gddzaaken , die alle genomen maatregels in wanorder bragt , was ook de oorzaak van een geheel nieuw Reglement van Regeering, in 't jaar 1637, door de H. H. Raaden vanStaate, op de volgende wyze vast gefteld.  van FRIESLAND. 271 1. Magiftraat fal beftaan uyt vier Bur¬ germeesters, vier Schepenen, twee Bouwmeesters ende fes en twintig Gemeentsluyden ofte Vroedfchappen , die by gemelde Raaden van Staate als nu fullen aangeftelt worden. 2. De voorf. Burgemeesters , Schepenen en Bouwmeesters fullen dienen van den eenen nieuwen jaars dag tot den anderen, infulker voegen dat tegen toekomende nieuwe jaar fullen afgaan twee van defelve tien perfonen een Burgemeester een Schepen, ende 't jaar daar na een Burgemeester, een Schepen, ende een Bouwmeester, ende zo jaarlyks vervolgende naar gewoonte, fulx dat defelve alle vier jaaren gehelyk komen te veranderen , dat voor eerst by lotinge fal gefchieden foo lange tot dat defe nu aangeftelde fullen verandert fyn ende dan voorts van de gene langst gedient hebbende. 3. De Gemeenstluyden of Vroedfchappen fulien blyven haar leven lang, alwaartdat yemant van defelve in de Collegien van de Generaliteit of Gedeputeerde Staten of Rekenkamer defer Provincie werde gecommitteert, allene fai de plaatfe van die gene die elders metter wone comen te vertrekken, vaceren. 4. Alle jaar fal veertien dagen voor nieuwe jaars dag, in plaatfe van de gene die afgaan fullen, een dobbeld getal genomineert worden uyt de Vroedfchap , in fulker voegen dat eerst vyf perfonen uyt de fes en twintig by lotinge fullen genomen worden, welke vyf fullen doen de nominatie van 'c voorf. dubbeld getal uyt de andere een er twintig, alfbo fy haar felfs niet mede fullen mo een nomineren. 5- Toi Sneek.  Shee k. 272 Tegenwoordige Staat 5. Tot welke nominatie fy datelyk fullen moe* ten procederen, belovende (foo ras het loc op hun fal fyn gevallen tot de kiefinge ) in de Vergaderinge op haren gedanen Eedc, dat fy in 't nomineeren fullen letten op de gequalificeerde en bekwaamde perfonen onder de voorf. een en twintig, fonder eenig ander oogmerk, fugt of gunde daar inne te fullen betonen. 6. Gaande dan terdont met heur vyven in een ander kamer ende niet daar uytkomende nog met nyemant ter Wérelt buyten heur vyven communicerende voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste demmen. 7. Welke nominatie van dubbel getal alsdan datelyk by befloten Misfive fal overgefonden worden aan fyn Genade Stadholder dezer Provincie om by defelve daar uyt het enkel getal te werden geköfen, die de namen der gekoorene mede by befloten Misfive fal overfchryven, welke Misfive niet voor nieuwe jaars dag ful mogen worden geopent. 8. De twee of drie afgaande Burgemeesters, Schepenen of Bouwmeester fullen weder fuccederen in de Vroedfchap in plaatfe van de gekoorene. 9. By foo verre enige plaatfe by verflerf of anderfints tusfchen tyden kwame te vaceren fal daar inne een ander gekoren worden, te weten foo het van de Burgemeesteren, Schepenen of Bouwmeester is meer als drie maanden voor nieuwe jaar, fal de plaatfe moeten werden datelyk vervuldt by nominatie ende electie als voren. 10. Ende in de Vroedfchap een maand na dat de plaatfe vacant fal fyn geworden, by de Ma-  tan FRIESLAND. 373 Magiftraat ende Gefworen Gemeente gefamenf lyk met pluralixeyt van ftemmen de verkiefinge te doen. 11. Alle de voorf perfonen fullen moeten fyn behoorlyk gequalificeert ende van de ware Gereformeerde Religie, foo als die indePublique Kerken wordt geoeffent, profesiie daar van doende of ten minften wel geaffectioneerde tot de Religie ende ten gehoor komende ende behorelyk gedoopt fynde. 12. Of het voor defe reyfe mogte gebeuren dat enige malkanderen na in bloede beSfaande in de Vroedfchap fouden mogen fyn, 't welke om redenen gefchiet, fal 't felve voor 't toekomende niet meer mogen gefchieden, ende geen Vader en Soon ofte twe Broeders te gelyk daar inne mogen genomen worden. 13. Latende voorts aan de Magiftraat en Gemeentsluyden refpectivelyk heure Privile» gien, prasrogativen ende Costumen in 't vergeeven van Stads Ampten ende anderfins, foo als van ouds gebruykelyk is geweest, ende voorden 25 July 1635 gepleegt. 14. Alle welke pointen by Haar Hoog Mog. des noods ende verfogt fynde fullen geapprobeert, geracificeert ende by forme van Occroy aan de Stad Sneek verleend worden. 20 Aldus gedaan ende gearresteert den Marty 30 1637. was geparapheert A. Bruyning vt. Onderftond ter Ordonnantie van de Raadt van Staate, ende ondertekent J. Eykberg. III. deel. S Poin- Sneek.  Sneek. «74 Tegenwoordige Staat Pointen by de Raaden van Staaten voorgeftelt aan de Magiftraat ende Gefwooren Gemeente der Stad Sneek , met begeeren van dezelve aan te neemen ende te onderhouden tot minder quterele van 't 13 art. van de ordre op gisteren gearresteerd. 1. X^)at niemant van de Magiftraat of Gefwooren Gemeente iets fal mogen genieten directelyk of indirectelyk voor 'c confereren van enige Ampten, by poene dat foo wel de gever als ontvanger fal worden voor infaam verklaart. s. Dat alle jaaren nevens de Magiftraat uyt de Gefwooren Gemeente vier perfoonen gelot fullen worden, die geoorloft wefen fal alle Stads rekeningen als van de Rentemeester, Gasthuys, Weeshuys , Kerk - Voogden, Stads Floreen,'Geestelyke Staat ende Arme Voogdyfchappen te aanhooren ende helpen fluyten; ende fullen op yeder rekeninae niet meer mogen verteren als ( § ) vyftien Car. Gids.; exempt de Arme Voogden vyf en twintig Car. Gids.; des dat daar geen vacatiën by den Magiftraat ofte bedienaars van de refpective huyfen fullen worden genooten. - .. 3. Dat vermits de Ingefetenen gequerelleert hebben over de groote Confenten ende Stuivergelden der Stads verpagtinge by de Magiftraat voor defen genoten, de kleine Confenten van nu voortaan, volgens de Landfchap Refolutien tot vier hondert G. Gulds. by de Magiftraat ful- (§) Dit is voor weinige jaaren by Refolutie gebragt op 20 Guldens.  van FRIESLAND. 275 fullen worden genoten ende de groote Confenten tot profyt van de Stad geconverteert. 4. Dat de Stuivergelden van 'de Stads verpagtinge tot profyt van defelve geëraployeert fullen worden, fonder dat de Magiftraat, Secretaris , Boden ende Wagtmeester, ofte yemant anders daar van ycts genieten als haar vacatiën haar toegekenc; als mede den Armen 't fyne naar gewoonte. De voorf. vacatiën fyn begroot in de volle Vergaderinge op dertig guld., des fal de Secretaris ende Boden naar difcretie werden beloont. Aldus gedaan en geaccordeert in de volle Vergaderinge tot Sneek den ^1 Marty 1637. was geparapheert ende getekent als boven. De gewoone Vergadering der Magiftraat wordt gehouden , buiten de Vakantien , des Vrydags voor den middag ten negen uuren , wanneer eerst de Rechtzaaken , en daar na die der Stad behandeld worden; doch geduurende de Vakantien van den Hove en der Nedergerechten , zyn 'er geene vast bepaalde Vergaderingen. Voor deezen plag men ook des Donderdags morgens te vergaderen; doch dit werd in 't jaar 1709, omredenen, afgefchaft. De Suppoosten der Magiftraat zyn een Gezwooren Klerk , twee Gerechtsbooden, die ieder eene bos draagen; mitsgaders een Exekuteur , en drie Adfistenten, die blaauw met goud geborduurd leverei draagen, en teffens gezwooren Bierdraagers zyn. .Ten opzigte der Burger- Wapenoeffening, S 2 o' Sneek.  Snee k. 276 Tegenwoordige Staat . of Schuttery, is Sneek verdeeld in zes Es» pels, met naame 't Dykfter Espel, 't Kleinzandfter Espel , 'c Grootzandfter Espel , *t Scharn of Leeuwenburgfter Espel, 't Marktftraatfter E^pcl, en eindelyk de Nieuwe Geuzen of 't Koornmarkfter Espel. Jaarlyks wordt, door de Magiftraat, her. lichaam der Bevelhebberen over de Schuttery gekontinueerd of vernieuwd ; zynde een uit de Magiftraat Kommisfaris van dit Korps, 't welk thans beftaat uit een Collonel, zes Kapiteinen of Hoplieden , zes Luitenants en zes Vaandriks , benevens een' Sekretaris; terwyl het Voorzitterfchap onder de Hoplieden van half jaar tot half jaar rouleert, gelyk ook 't Fiskaalfchap doet onder de Vaandriks. Tweemaal in 't jaar houdt dit Kollegie Faicts of Rechtdag. Doch aangaande Wachts en andere zaaken vergadert hetzelve naar dat zulks noodig wordt geoordeeld. De Suppoosten van dit Kollegie zyn de Majoor, die 'c Wachtwoord van den voorzittenden Burgemeester haaien, aan den Collonel overbrengen , en , 's avonds onder 't klokluiden, op de Wacht bezorgen moet; voorts een Burger Tamboer , die 's namiddags , tusfchen drie en vier uuren, de Wacht met trommelflag moet aankondigen in 't Espel, waar uit de Wacht moet optrekken. Onder de mannen van Geleerdheid, die binnen Sneek gebooren wierden, en ter onzer kennisfe kwamen, is de oudfte van allen Alvinus Frifius, welke leefde in den jaare 1400: eerst was hy Schoolvoogd in deeze zyne geboorte Stad, naderhand werd hy 's Lands  van FRIESLAND. 277 's Lands Sekretaris, en fchreef in 't Friesch een kort begrip der Friesfche Historie van Frieslands eerfte begin tot op den tyd van Karpl Hpn Grooten. In 1496 leefde en regeerde in deeze zyne geboorte Stad, als Burgemeester, na 'er insgelyks eerst Schoolvoogd geweest te zyn, Volkerus Simonis , die een Kronyk van Friesland in de Latynfche taal gefchreeven heeft, welk nog hier en daarin Friesland gevonden wordt. . Met meerder recht ondertusfchen beroemt zich Sneek , de geboorteplaats geweest te_ zyn van den Edelen en wydvermaarden Joachimus Hopperus, die hier het eerfte leevens licht aanfchouwde op den 11 INovember van het jaar 1523, en, na zyne letteroclTeningen zo hier als elders volbragt, en veele aanzienlyke waardigheden, zo in dienst van Karei den V, als van Filips den II , Koning van Spanjen, bekleed te hebben, als Konings Raad van Staaten en Groot Zegelbewaarder zyner Koningkryken , binnen Madrid overleed, den 15 Decemb. 1576. (§) Albartus Hero , Gellius Snecanus, Pieter Frittema en Regnerus Bruitsma , die alle m onderfcheiden takken van Geleerdheid hebben uitgemunt, konden deeze lyst vergrooten, zo (O Om deezen waardigen Man van nader by te leereu kénnen, zal de weetgierige Leezer gelegenheid vmden, in de keurige verzameling der Levensbefchryvmeen van eenige voornaame meest Nederlandfche ftiannen en Vrouwen, het IV. D. bl. 104 enz., uitgegeeven by P. Conradi en V. van der Plaats. S 3 Sneek.  S NE E E. YLST. «78 Tegenwoordige Staat uitvoerigheid in deezen niet te zeer buiten ons bellek liep. Petrus Mol , Hoogleeraar in de Griekfche taal te Franeker, na alvoorens Rektor der vermaarde Latynfche Schooien zyner geboorte Stad geweest te zyn; als ook David Flud van Giffen , die, hier gebooren zynde, te Dordrecht als Leeraar der Hervormde Kerke overleeden is, na zich, zo door zynen dienst in verfcheiden Gemeenten, en daar onder die van zyne geboorte Stad, als ook door zyne uitgegcevene , doch van allen niet even gunltig beoordeelde, Schriften,eenen grooten naam verworven hseft, dienden hier vooral gemeld ; gelyk ook nog eindelyk johannes van der Mark, Zoon van Willem van der Mark, Rektor der Latynfche Schooien te Sneek; zynde dezelve, na eerst als Predikant te Midhim, en daarna als Hoógleetaar in de Godgeleerdheid , eerst te Franeker en vervolgens te Groningen, gediend te hebben , in diezelfde waardigheid, te Leyden overleeden in den jaare 1731.  van FRIESLAND. 279 YLST. Yl"- J)e Srad YLST werd in 'c oud Friesch eertyds Yks genaamd, terwyl dezelve in de gewoone Hollandfche taal den naam van Ylck droeg, om dat de Friezen de K in tz of ts, veranderden, en daarom voer Sneek Smts, voor Kerk i'zerk, en voor drinken drintzen , zeiden. Hedendaags geeft men 'er al dikwyls den naam van Drylst aan, welke zekerlyk voor eene famentrekking van Ter of Der Ylst te houden is. De Stad is gelegen in de Grieteny van Wymbritferadeel, een; klein uur gaans ten Zuidwesten van Sneek-aan 't beekje de Geeuw, welk hier, voor een. klein gedeelte, in 't Noordwesteinde, door loopt, en voorts, Zuidoostwaards , drie aanzienlyke takken geeft, wier middelde in de lengte genoegzaam door de gehele Stad fchiet, terwyl de Noordelyke en Zuidelyke , onder den naam. van Dygiraft, rondom dezelveloopen, en zich, in 't Zuidoostelyk einde der Stad , wederom daar mede in een Vaarwater vereenigen , t welk van daar naar Jortryp en ejders loopt. De Stad ftrekt zich dus , in ,'t lang, van 't Noordwesten naar het Zuidoosten uit, ftaande alle de huizen , behalven die aan de Geeuw gevonden, en Popma buuren genaamd worden , ter, • wederzyden van 't voornoemde middelde vaarwater. TT T S 4 Wat  ö8o Tegenwoordige Staat Ylst. Wat den oorfprong van den reeds gemelden naam der Stad betreft: 'er zyn die denzelven afleiden van de gemelde binnengraft Ee of Y, aan welke weleer een oud Adelyk Stins of Slot ftond, onder den naam van Yflot of Ylostein, waar uit, by verkortinge, de naam van Yks of Yls?zou zyn voortgekomen. Het voornoemde Stins of Slot ftond voorheen in 't Zuidoostelyk gedeelte der Stad; zynde de laatfte overblyfzels van dit gebouw, eerst in't jaar 1778, weggebroken : in 't Zuidwesten, had men dat van: den Edelen Heere Rispens. Niet onwaarfchynelyk heeft men hier voor deezen meer oude'Ade-' lyke geftichten gehad: althans fchynt men zulks Uit de menigte der wapenen, die nog in de Kérkoverig zyn, te moeten befluiten. Wanneer Ylst, by fommigen in 't Latyn Elostum genaamd, allereerst gefticht zy , is onzeker; doch de Stad is oud, en was, zo men meent, voor deezen, magtiger en grooter dan Sneek. De Stads privilegiën werden aan Ylst gegeeven omtrent het jaar 1262, door den Pöteffaat Sikke Sjaardema en de Staaten vanden lande ; en in 'tjaar 1379 werd aan deeze Stad, uit naam van Karei den IV , ecnè* Weekmarkt op Maandag, en eene Jaarmarkt' op twee na eikanderen volgende dagen, na den dag van St. Mauritius, den Patroon van de Kerk deezer plaatfe, toegedaan. In 1477 , werden de privilegiën van - Ylstop nieuw bevestigd, door Recht en Raaden der Steden, Landen en Deelen van Westergo, vergaderd binnen Sneek, waarby wel uitdrukkelyk werd vastgefteld, dat de zogenoemde pa-  van FRIESLAND. 281 papene pointen van Wymbritferadeel het pri-1 vilegie van Ylsc niet in 't minfte zouden hinderen (§); zynde de brief, hiervan afgegeeven , te vinden by Schotanus in zyne Befchryvinge van Friesland ( f ). Toen naderhand de Provincie onder de Saxifche Heerfchappy gekomen was , klaagden evenwel die van Ylst aan den Hertog, dat, hunne oude voorrechten, door de Sneekers en door Schel te van Liaukema , Grietman over Wymbritferadeel, waren gefchonden, 't welk zo veel ingang vond by Hertog Georg, des Roomfchen Ryks Erfgubernator en Poteftaat, dat hy, door zynen Stadhouder Hugo, Burggraave van Leyfenig, die van Sneek en Wym ■ britferadeel gebood, de Ylftenaaren in hunne oude voorrechten te laaten berusten, tot dat Zyne Vorftelyke Genade 'er zich nader over verklaard zou hebben ; zynde deeze brief gegeeven te Harlingen, op den 26 van Oogst • maand 1502. (*) "Wat laater, in 1504, ontving de Stad nog een' Privilegie - brief, van inhoud, dat Hertog Georg, gezien hebbende, hoe Ylst van ouds met Stads privilegiën ware begiftigd geweest, dezelve volkomen bevestigde , en aan de Stad toeftond, om , gelyk in andere Steden plaats had , door haare eigene Raaden , Burgemeesteren en Schepenen te worden geregeerd ; doch dat de Burgers zelve den ftroom, die door hunne Stad loopt, ten alge- mee- (§) Schot Befchryv. van Friesl- bl. 2^". (tj bl. 270. C *) W. 273. S 5  nZ% Tegenwoordige Staat Ylst. r meenen nutte, diep en zuiver zouden moeten houden. Nog vindt men , onder de {tukken der Bourgondifche Regeering, dat de Stadhouder Georg Schenk, in 't jaar 1527, aan die van Ylst mede afzonderlyk aanfchry. ving deed , aangaande het opmaaken der dyken , wegen, bruggen, dammen, zylroeden, flooten en wateringen, onder hun bedryf behooren de ( §). Weleer had Ylst geene gewoone Stads Regeering van Olderman , Burgemeesteren en Raad , gelyk de andeie Steden , maar eenen zogenaamden Eeheere met zyne Mederechteren, die echter genoegzaam 't zelfde recht en magt hadden als de Olderman , Burgemeesters en Raad der avidere Steden. Thans beftaat de Regeering der Stad uit vyf Burgemeesteren en daarenboven twaalf Raaden in de Vroedfchap. Alles volgens 't Reglement, door den Raad van staaten , van wegen hunne Hoogmogenden , op de Regeering deezer Stad gemaakt, in 't jaar 1Ó37, en dus luidende. 1. JDe Magiftraat fal beftaan uyt vyf Burgemeesteren ende twaalf Gemeentsluyden of Vroedfchappen, die by gemelde Raden van Staren, van wegen als boven, als nu lullen aan» geiteld worden. 2. De voornoemde Burgemeesteren fullen dienen van den enen nieuwen jaars dag tot den anderen, in fulker voegen, dat op den j , naast- (§) Schot. Befchr. van Fri'esl. bl. 273-  van FRIESLAND. a%. naastkomenden ende t'eiken nieuwe jaars dag fal afgaan een Burgemeester: 't welk de eerlle vier jaaren by lotinge fal gefchieden van de gene nu aangeflelt wordende« ende daar na voorts afgaande de gene die langst gediend heeft. 3. De Gemeentsluyden of Vroedfchappen fullen blyven haar leven lang, alwaar 't dat yemant van de felve in deCollegien van de Generaliteit of Gedeputeerde Staten of Rekenkamer defer Provincie werde Gecommitteert: alleen £1x1 de plaatfe van die . gene die elders met der wone komt te vertrekken , vaceren. 4. Alle jaar fal, veertien dagen voor nieuwe jaars dag, in plaats van de Burgemeester die afgaan'fal, een dubbel getalgenomineertworden uyt de Gemeentsluyden, in fulkermanieren, dat eerst vyf perfoonen uyt de twaalf fullen by lotinge genomen worden, welke vyf fullen doen de nominatie van 't voornoemde dubbel getal uyt de andere feven, alföodat fyhaarfelfs niet mede fullen mogen nomineren. 5. Tot welke nominatie fy dadelyk fullen moeten procederen, belovende eerst (foo ras het lot op haar fal fyn gevallen om te kiefen ) aan de Vergaderinge, op haren gedanen Eedt, dat fy in 't nomineren fullen letten op de gequalificeerfte en bequaamite perfoonen onder de voorfz. feven , fonder enig ander oogmerk fugt ofte gunlle daar inne te fuilen betonen, 6. Gaande dan terftont met haar vyven in een ander kamer, ende niet daar uyc komende noch Vut.  Ylst. 284 Tegenwoordige Staat noch met niemant communiceerende, voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste ftemmen. 7. Welke nominatie van dubbel getal als dan dadelyk by beflooten misfive fal overgefonden worden aan Zyn Genade Stadhouder defer Provincie, om by defelve daar uyt het enkel getal te worden gekofen; die den naam des gekorenen mede by befloten misfive fal overfchryven, welke misfive niet voor nieuwjaars dag fal mogen worden geopent. 8. De afgaande Burgemeester fal weder fuccederen in de Gemeentsluyden of Vroedfchap in plaats van den gekorenen. : 9. By foo verre enige plaatfe by verfterf ofte anderfins tusfchen tyden quame te vaceren , fal daar inne een ander gekoren worden , te weten, foa een Burgemeesters plaatfe vacant wordt, meer als drie maanden voor nieuwjaar , fal de plaatfe moeten worden dadelyk vervult by nominatie ende electie als boven. 10. Ende in de Gemeente of Vroedfchap een maand naa dat de plaatfe vacant fal fyn geworden; by de Magiftraat ende gefworen gemeente gefamentlyk met pluraliteyt van ftemmen de verkiefinge te doen. 11. Alle de voorf. perfonen fullen moeten fyn behorelyk gequaljficeert ende van de ware Gereformeerde Religie, foo als die in de publique Kerken wordt geoeffent, profesfie daar van doende, of ten minften welgeaffectioneerde tot de Religie, ende ten gehoor komende, ook behoorlyk gedoopt fynde. 12. Of  van FRIESLAND. 285 12. Of hec voor deie reyfe mogte gebeuren dat enige malkanderen na in Bloede beftaande in de Gemeentsluyden fouden mogen geftelt worden, fal't felve namaals foo gereguleert blyven, dat geen Vader en Soon, noch ook geen twee Broeders te gelyk , daar inne mogen genomen worden. 13. Blyvende voorts aan de Magiftraat ende Gemeentsluyden de beraminge met meeste ftemmen van alle verdere goede order in de Regeeringe van Stads faken , ende 't gene daar van dependeert, ende ook haare Privilegiën, Vryheden ende Costumen naar ouder gewoonte, foo in 't vergeven van Stads Ampten als anderfins als van ouds gebruykelyk is geweest, fonder ergens inne tot particulier profyt te mogen excederen, lettende voor al op de beste mesnage ende meeste voordeel van de Stad en goede Ingefetenen van dien, ook in verteringen, baten, profyten of vacatiën niet gaande buiten de ordonnantie of ordinaris gebruyk , ende ook voor 't confereren van eenige Ampten niet genietende, op poene van arbitrale correctie tegen den nemer ende gever. Alle welke pointen by de Hoog Mog. Heren Staten Generaal, des noods ende ver fogt fynde, fullen geapprobeert, geratificeert en by forme van Octroy aan de Stad Ylst ver leent worden. Aldus gedaan ende gearrefteert deni,4 1637 was geparapheert A. Bruy- ning Vt. onderftond ter Ordonnantie van d< Raadt van Staaten, ende getekent J. Eykberg Ylt Ylst. t  2.S6 Tegenwoordige Staat Ylst. Ylst is zonder eenige wallen of muuren; doch de ftraaten zyn met lommerryk geboomte beplant , 't welk der Stad geen onvermaakelyk aanzien geefc. Men vindt hier eenige goede gebouwen , vooral de Kerk, die in 't Oostelykfte deel der Stad , in een' uithoek ftaande, met twee ryen pilaaren , een fteenen gewelf, een fraay en wel klinkend Orgel, en ruim Koor voorzien is. In 1736 werd het oude Raad-of Stadshuis geheel afgebroken, en daar voor in plaats een nieuw gebouw gedicht, waar aan de eerfte fteen is gelegd door de Freules Dorothea en Juliana van Galama, die, met haare jongere Zuster Rixt van Galama, de eenige overgebleevenen zyn van het aloud adelyk Friesch geflagt van Galama; zynde het laaifte mannelyk oir van dit huis, de H. W. Gebooren Heer Antonius Sixtus van Galama , op den 28 van Zomermaand des jaars 1737, overleeden. In 1770 werd het Stadshuis, door 't aankoopen van 't oude Familiehuis van Popma, byna de helft vergroot. In de bovenfte verdiepinge heeft men, behalven de Sekretarye, eene Burgemeesters cn eene Raads of Vroedfchaps kamer, die beide zeer net behangen zyn; onder vindt men ook twee ruime vertrekken, van welke het eene dient tot eene kamer voor de Gerechtsdienaars ,en 't andere tot eene openbaareGevangkenisfe. 't Gemelde geflagt van Popma was, voor dee> zen, zeer vermaard, wegens verfcheiden geleerde mannen, die daar uit zyn voortgefprooten. Auke Popma teelde by zyne Huisvrouw, Jouk van Hettinga, vyf Zoonen, Sikke, Tiete, Sipke, Auke en Rienk. Sikke of Sixtus werd te Dole  van FRIESLAND. 287 Dole in Bourgondien der Rechten Doctor, en gaf in 't licht C. Celfus de arte Dicendi. Tiete of Titus fchreef over de Eptstol* Familiares van Cicero &c. Sipke of Cyprianus handelde over Sallustius , en Auke of Aufonius fchreef verfcheiden geleerde Verhandelingen. Nog heeft Hesfel, de Zoon van Titus, over Curtius iets in 't licht gegeeven. Ook bloeide weleer hier Gellius ïlstanus. Kommandeur van 't Hospitaal van St. Jan, die de befchryving en" afteekening van eenige Friefche Steden in zyn' tyd heefc gemaakt. Nog heden ten dage ziet men in de Kerk de begraafplaatfen der Popma's, gedekt met zwaare zerken, op welke Latynfche Opfchriften en Verfen ftaan; doch die zo zyn uitgefleeten , dat menze niet kan leezen. Weleer had men in Ylst een Klooster van de orde der Karmeliten, ftaande naby de Kerk, aan welk Paus Johannes, de XXII. van dien naam, dezelfde voorrechten fchonk en bevestigde, welke door Bonifacius den VIII. aan de orden der Predikheeren en Minderbroederen gegeeven waren , zo als blykt uit de Bulle welke daarvan voor handen is (§). Het Klooster van Woudsend was dus met dat te Ylst van dezelfde orde, en werd daarom, naderhand, toen het door hooge watervloeden, en daarop gevolgde rampen, befchadigd en verarmd was, aan dat te Ylst toegevoegd. Doch ook dit Klooster is reeds van overlang verdweeneh. Zelfs hebben dc Roómsebge. zinden, die hier maar weinigen in getal zyn, thans geene <§) Schot. Befchr. van Friesl. bl. 271. Ylst.  a83 Tegenwoordige Staat YtST. geene Kerk te Ylst, maar verrichten hunnen Godsdienst te Sneek. De Doopsgezinden daarentegen hebben hier twee Vermaaningshuizen of Kerken, ten dienfte der twee onderfcheiden Gemeenten, bekend by den naam van fyne en grove Mennoniten: in de eerstgenoemde prediken thans vyf Leeken, zonder iets daar voor te genieten ; doch in de laatfte predikt, behalven een'Leek, een gefludeerd Predikant;. Ter bevorderinge van den bloei der Stad, waar op men, federt eenigen tyd, meer dan wel voorheen is bedacht geweest, oordeelde de Regeering dat eene algemeene Koemarkt van weezenlyk nut zou konnen zyn; daarom kocht dezelve, in 1783, zekeren ruimen langwerpig vierkanten tuin, in 't midden der Stad , tegen over het Stadshuis gelegen, en liet denzelven tot eene openbaare marktplaats in gereedheid brengen. Eertyds ftond hier het Stins van den Kollonel Hettinga , waarin de glazen vereerd waren door de volgende Adelyke Perfoonen van dien tyd Taco van Galama. Auck Auckama. Anna van Galama. Werp van Tjesfens. Doitfe van Bonga. Ida van Galama. Frans van Eizinga. Rixtia van Galama. Anna van Galama. Titus van Galama. Deeze plaats is geplaveid en van weerskanten, gelyk ook van achteren, met huizen bebouwd; hebbende in 't midden eene poort aan 't water, om 't Vee daar uit de Schepen telosfen; doch van vooren aan de Straat is de Markt open,  mn FRIESLAND. 289 open, en alleen voorzien met een' dubbele ry paaien. Deeze Markt kan over de 300 Runderen bevatten, gelyk in 1783 is geblce- kf>n. In het zelfde jaar werd nog, door de Magiftraat en Vroedfchap, eene nieuwe en ruimere Waag gebouwd , welke aan drie zyden met overdekte Gaanderyen omringd is, en op den grond ftaat, welken de oude Waag voorheen gedeeltelyk befloeg , aan den Noordkant van 't Stadshuis. Aan deeze Stad ftaan vier Molens , te wee. ten, één Eek- twee Hout- en één Roggemolen; voorts heeft men hier ééne Brouwery, ééne Stookery en vyf Bakkers. Geduurende eenige jaaren had Ylst zeer afgenomen, doch begint nu , door de zorge der Regeeringe, weder te bloeien: ook is deeze Stad inderdaad zeer gelegen tot Handel en Fabrie* ken, wegens de ruime wateren, die alomme en ook naar vier Zeehavens, met naame Stavoren, Workum, de Lemmer en Txkezyl, loopen. De voornaame middelen van beftaan zyn hier de Boter - en Kaas - Markt, en de fabriek van Scheepstimmeren ; vindende men hier thans , behalven verfcheiden Bootjemaakeryen, twee groote Scheeps-Hellingen, eene aan 't Zuidoostelyk, en eene aan 't Noordoostelyk einde der Stad, op welke Koffen van 90 en 100 voeten worden gebouwd , hoedanige 'er nog drie in 1784 zyn afgeloopen. Des Zaturdags avonds vaart van hier een III. deeu T Beurt- Ylst.  299 Tegenwoordige Staat Yljt. VIII. Hemt- Beurtman op Amfterdam , en daarenboven '3 Dingsdags avonds een Boterfchip , 't welk ook pakgoederen en menfchen mede neemt. 's Vrydags morgens ten 9 uuren vaart van hier een Schip op Leeuwarden, 's Maandags morgens ten 6 of 7 uuren een op de Jouwef, en 's Donderdags een op Workum. Op Bolswerd vaart alle Vrydags morgens ten 7 uurert; doch op Sneek dagelyks , den Zondag uitgezonderd, eene Snik, terwyl de Bolswerder Snik op Sneek , hier tweemaalen *s daags doorkomt. In 1783 werd de vervallen Weekmarkt we. derom op nieuw aangelegd, en gefield op Maandag, tot hier toe met goed gevolg. In plaats der oude verwaarloosde Jaarmarkten , zyn 'er ook twee nieuwe aangelegd , als eene in 't Voorjaar in May, op welke zeer veel Vee komt, en eene in 't laatst van Oktober. Onder de Ylfter Burgers wordt nog heden de gewoone landtaal , te weeten 't boere Friesch, gefproken. De kleeding is hier ook toog, over 't algemeen, de boere kleeding; doch veele vrouwen en jonge dogters beginnen zich op 't zogenoemde klein Steedflers op te fchikken.  van FRIESLAND. V111. Hemehtmer Oldevaart en Noord•molde. "[)eeze Grieteny, die onder de Grietenyen Van Westergo de achtfte in rang is, beftaat, eelyk de naam van HEME LU MER OLDEVAART en NOORDWOLDË genoegzaam te kennen geeft, uit twee deelen. Het eerfte, naamelyk Hemelumer Oldevaart, eertyds Hemerlumer Oenfert, en ook Wel Oldephart genaamd, is het westelykfte en ook het waterrykfte van beiden, Het andere gedeelte is het Oostelykfte en Woudgrond; zynde daaraan de naam van Noordwolde gegeeven, niet om dat het noordelyker dan Oldevaart gelegen is, maar wel om dat het in 't noorden Van andere deelender Wouden gevonden wordt; doch behalven deezen naam droeg het oudtyds ook nog dien van Yga-Wolden, en niet onwaarfchynlyk naar Yge Galama, die eertyds groote goederen hieromtrent, en een treffelyk Stins te Óldega bezat, gelyk in 't vervolg nader ftaat getoond te worden. Ten Noorden grenst deeze Grieteny aan 't rechtsgebied van Workum ; ten Westen aan dat van Stavoren en Hindeloopen; ten Zuidwesten aan de Zee; ten Zuiden en Zuidoosten aan Gaasterlanden ten Oosten, aan Wymbritferadeel. In deeze Grieteny vindt men veele wateren Van naame. Het grootfte van allen is de Fljeusfen, welk water gepastelyk als eene verlenging van het Heeger meer kan worden aangemerkt. Ta Uit 291 Wêste»» co. Westergo.  a.0 2 Tegenwoordige Staat Wester«o. Uit het zelve kan men, Noordwestwaards vaarende, door het watertje de Zwarte Woude, de Blokfloot, enz. naar Workum komen; gelyk ook door Inthiema floot en den Aroom, genaamd het lange Vliet, welke uitkomt in de trekvaart van Workum op Bolswerd. Uit het reeds gemelde water, de Zwarte Woude, fchiet Zuidwestwaards eene vaart naar en voorby Koudum, en van daar weder Noordwestwaards naar Hindeloopen , gelyk ook Zuidwestwaards naar Stavoren door deGronfen; werwaards men anders, zonder Koudum aan te doen, uit de Fljeusfen ook Zuidwestwaards kan vaaren , langs hetKuilansgat, deKuilart,door Galamadam,en voorts langs de Geeuw, Morha enz. tot dat eindelyk de beide vaarwaters in eikanderen verfmelten in de ringilooten der Siavoriche meeren { uit welke men wederom langs twee verfchillende vaarten naar Stavoren vaart; terwyl uit de Morha ook nog eene vaart naar Hemelum gaat. Behalven de Fljeusfen , heeft men hier dus niet alleen de Kulart , Morha en Geeuw, maar ook de groote en kleine Gerfloot, Haanmeer , Gronfen , Flait , enz. Het Stavorfche Meer is van overlang bedykt en drooggemaakt. Naardien de poelen en meeren, omtrent Stavoren, door derzelver ondiepten, grootelyks tef belemmeringe der Scheepvaart ftrèkten, vondt men goed dezelve tot land te maaken, en 'er eene bekwaame doorvaart in te graaven en te onderhouden. Het Oktrooi, hier toe op den 19 May J613, aan de Stad Stavoren verleend, behelsde, dat de landen, door uitmaalinge en be- dy-  va» FRIESLAND. 293 dykihge bekomen , door haar als eigen en lastvry land gebruikt mogten worden. Doch al dra ontftonden 'er eene menigte van verfchillen , waar door die van Stavoren bewoogen werden , hun recht voor de eene helft over te draagen aan de Heeren Ernst van Harinxma , Johan van der Sande, Ork van Doijem en Gellius Jongeftal, alle Raaden in den Hove van Friesland ; terwyl de andere helft aan andere lieden werd overgedaan. Voor deeze overdragt ontvingen die van Stavoren eene fchoone fomme gelds, ter goedmaakinge van hunne reeds gedaane kosten; ook namen de nieuwe Eigenaars aan, eene vaart te zullen graaven van Stavoren naar Warnferfloot, op de wydte van 54 en de diepte van vier voeten, met een' Dyk aan den kant, om by tegenwind tot een Trekpad te kunnen dienen ; gelyk ook eene vaart van Stavoren naar Scharl , en voorts mar Warns, beneffens nog eene andere vaart van Stavoren naar Molkweerum, wyd en diep als vooren. Deeze overdragt gefchiedde op den 30 van Oogstmaand 1620 , en hetStavorfche meer werd, door 't graaven van de vaart naar Warns, in tweëen gedeeld, waar door 't eene deel den naam van Noorder- , en 't andere dien van Zuider-meer heefc verkreegen. In 'c Noordermeer plaatfte men een' grooten achtkanten Watermolen , van ruim bo voeten vlugt, waar door hetzelve goed kon droog gehouden worden. Doch in het Zuidermeer, dat, wegens zyne meerdere diepte, veel moeielyker viel droog te houden, plaatfte men twee zulke Molens ; doch een deezer Molens naderhand T 3 af* WEST2*» 30.  Wester. 294 Tegenwoordige Staat afgebrand zynde , was de andere niet in ftaat het meer droog te houden. Dus was 't bouwen van een' nieuwen Molen van de grootfte noodzaakelykheid , zo 't Meer niet wederom geheel en al in den grond zou raaken ; te meer wyl de nog overgebleeven Molen ook reeds merkelyk in verval was. De Eigenaars, ondertusfchen, tegen de kosten opziende, droegen hunne gerechtigheid over aan den Heer Börnhardus Schotanus a Sterringa , Med. Dr., en deeze vond een nieuwe foort van Watermolen uit, welke, fchoon kleiner dan de voorigen, als hebbende maar 60 voeten vlugt, echter veel meer water dan die twee van tusfchen de 80 en 90 voeten vlugt kon uitmaalen; gelyk veelen van dien tyd, zo uit Stavoren als van elders , gebleeken is. Inmiddels bemoeiden zich de Heeren Staaten ook met dit werk 3 want, overweegende hoe gevaarlyk , by eene doorbraak van den Zeedyk ten Zuidoosten van Stavoren, dit Zuidermeer zou kunnen zyn , indien 't Zeewater gang in 'c zelve kreeg, moedigden zy den voornoemden Heer aan, om het meer zwaar te bedyken en droog te maaien , met belofte van vryheid van lasten ten eeuwigen dage , en eene jaarlykfche gifte van honderd guldens , zo lang het meer wierd droog gehouden. Ook beloofde men hem , dat, indien het meer, door inbreuk van den Zeedyk, onderliep, en hy hetzelve dan wederom droog maakte, zulks met een jaarlyks-ch gefchenk van 200 guldens zou worden erkend, zo lang hy het meer droog zou houden. Deeze gerechtigheid, door de Heeren Staaten van  van FRIESLAND. 295 van Friesland, aan Dr. Schotanus a Sterringatoe-< geftaan, werd wederom, door hem , voor de 1 helft, overgedraagen aan den Heer Jr. Ernst Mokkema van Harinxma thoe Slooten , Grietman over Baarderadeel, en Kleinzoon van bo« vengemelden Heere Ernst van Harinxma, om dit werk gezamentlyk uit te voeren, baate en fchade met eikanderen in gelyke deelen genietende en draagende. De landen , die binnen den Meerdyk liggen , bedraagen, alzo eenige oude laage landen daar mede in beüooten zyn, om te gelyk droog gemaalen te worden, omtrent twee honderd morgen of 500 pondemaaten lands , waarvan 42°^ zuiver meerland zyn; zynde het Noordermeer byna van dezelfde uitgebreidheid ("f ). Wegens de veelheid der meeren en ftroomen , is deeze Grieteny by uitneemendheid vischryk, en de landeryen beftaan in Olde* vaart, ten grooten deele, uit laage weid- en hooilanden , terwyl in Noordwolde veele klyngronden gevonden worden , waaruit turi gegraaven wordt. De rydwegen , door deeze Grieteny loopen. de, zyn weinige in getal: de voornaamfte is de Zeedyk, langs welken men van Hindeloopeti naar Stavoren rydt, en van daar, doorScharl. Warns en Hemelum, naar Giasterland ; doch deeze iaatfte weg loopt ook nog voor een kleit ge rt) Deeze befchryving van liet Staverfche Mee: cn het droogmaaken van dien hebben wy hoofdzaake lyk overgenomen uit de aantekening van Schotanu zeiven. T 4 Vesteï* 10. r  Westergo, ïoö - Tegenwoordige Staat gedeelte langs den Zeedyk, naamelyk van" Stavoren tot het Roodeklif, en voorts binnen! door. Van den ouden Zeedyk ,van 't Workumer Nieuwland , die by de Workumerzyl begint, en ten Oosten van Hindeloopen eindigt, rydt men ook langs een Binnendyk , genaamd de Koudumer of Kolder Dam , naar Koudum, en van daar naar Galama - Dammen, alwaar men met eene Schouw wordt overgezet, om te ryden naar Hemelum , Kouderwoude enz. doch deeze weg over Galama-Dammen is van een' nieuwen aanleg, en wordt dus op de oude Friesfche Kaarten niet gevonden. In het jaar 1732 , toen men met reden grootelyks bekommerd was over de woede der paalwormen, werd , door deeze Grieteny , een zwaare Slaaperdyk aangelegd , welke vooreerst Noordwest en Zuidoost loopt van den ouden Zeedyk van 't Workumer Nieuwland naar Koudum , alwaar dezelve in 't hoogland verfmelt; doch, ten Zuiden van Koudum , loopt dezelve naar Galama-Dammen, alwaar eene zwaare Schutfluis in 't vaarwater is gelegd, cn voorts van den Oostkant der Sluis, tot in 't hooge land van Hemelum, daar alleen een duiker Sluisje gevonden wordt, dienende tot eene uitwatering , waar door zich, de Oorden en Oud Karre in de Morrha ontlasten. Hieruit blykt, dat alle Dykbreuken, die tusfchen Workum en Gaasterland voorvallen, maar een klein gedeelte der Provincie, by aanhoudendheid, kunnen onder water zetten , en dat dit werk bygevolg van zeer veel nuttigheid zy. Doch  van FRIESLAND. 29? Doch zo ras 't zelve in Order was , openbaarde zich een onvoorzien gebrek in de losfing 1 des waters van Wymbritferadeel enz. waarvan men zelfs niet, dan na veel zoekens, den waaren oorfprong vond. V oor het leggen naame • lyk van den Slaaperdyk in 1732, was 'er eene opening by de Galamadammen, door welke de Noordelyke Grietenyen baare uitwatering naar de Zuider Sluizen hadden , van ongeveer negentig voeten, die, door 't leggen van deezen dyk, merkelyk verminderd werd: want de Sluis, die men hier maakte, kreeg maar 25 voeten en drie duimen wydte, en de duiker was maar 8 voeten wyd; zo dat de geheele uitftroomende wydte nu in plaats van 90 , alleen 33 voeten beliep , waar uit noodzaakelyk , by hoog binnenwater , eene groote belemmering in de uitftroominge moest ontdaan. Om deeze reden heeft men, in 1775, nog eene nieuwe Sluis, ter wydte van 18 voeten, in den Slaaperdyk gemaakt, ter plaatfe, daar dezelve zich met den ouden Zeedyk van 't Workumer Nieuwland vereenigt , en dus de uitwatering naar de Zuidelyke Sluizen aanmerkelyk bevorderd. De Grieteny van Hemelumer Oldevaart heeft negen Dorpen, die in de volgende order ftemmen. 1. HEMELUM, een vermaakelyk dorp, in een heuvelachtigen oord , even als Gaasterland, waar aan het naast gelegen is, en dus zeer gefchikt tot de jagt niet alleen, maar ook tot de visfchery, uit hoofde van de Monha, een weinig ten Noorden des Dorps. T 5 Men .VfSTERJO.  Wester» 60. 298 Tegenwoordige Staat Men vindt hier eene maatige Kerkbuurt, en Oostwaards een buurtje de Nieuwe Buuren geheeten; voorts heeft dit Dorp 36 ftemmen , waar onder weleer verfcheiden Adelyke Staten waren, als Hoppers, Epema en Galama. Ook was hier het Klooster, waarin zich de Abten van Stavoren begaven, na dat het Klooster van fct. Odulfus, door de golven, was verflonden. Dit Klooster heeft veel geleeden in de onlusten der Schieringers en Vet. koopers, doch 'er ook het zyne toegedaan; hebbende de Monniken, ten dien einde , met behulp der Schieringers, een Blokhuis, de Spyker genaamd, in dit Klooster getimmerd, tegen Galama en de overige Vetkoopers; doch 't welk, in 1486, door Galama, werd ingenomen en geflegr. Daarenboven was hier nog een ander Blokhuis, door Bokke Harinxma thoe Sneek gebouwd , om zyne vrienden de Gaasterlanders tegen de magt van Galama te befchermen. Dit Dorp draagt geen kleinen roem op het geflagt van Joachimus Hopperus , wiens Vader Sjoerd hier ter plaatfe gebooren was. Hy zelf zag het eerfte leevens licht te Sneek, op den 11 der Slagtmaand van 1523, en had tot zyne Moeder Rixtje Piersma , Dogter van Feike Piersma, Burgemeester te Sneek; beide zyne Ouders zeer vroeg verlooren , en zyne eerfte letteroeffeningen te Sneek en te Haarlem volbragt hebbende, werdhy, ter verdere voortzettinge van dezelve, gezonden naar Leuven, alwaar hy eindelyk tot Hoogleeraar in de Rechten werd aangefteld. Hier bragt hem zyne  van FRIESLAND. 299 wne Geleerdheid zodanig in de gunst der Grooten, dat hy tot Lid in den grooten Raad van Mechelen wierd verkooren , alwaar hy 't hoog bewind met Granvelle en Vighus deelde. Onder anderen was hy hier de uitvoerder van 's Konings last, om de Hooge School van Douay op te rechten , waarom hy ook nog heden aldaar, als de Stichter dier Univerfiteit, bekend ftaat. In 't jaar is86 werd hy verzocht in Spanjen te komen, om aldaar tot het beftieren der Nederlandfche zaa« ken gebruikt te worden , 't welk hy zo zeei tot 's Konings genoegen volbragt, dat dezelve hem met Eerampten overlaadde, tot Heer var Dalem verhief, en op den zelfden "dag Riddei floeg met Don Jan van Oostenryk. Hy over leed te Madrid in 1576, na zyne lichaam: krachten, door te veel blokken, verzwakt t< hebben. , 2. KOUDUM, een der vermaakelyklt en'fchoonfte Dorpen van Friesland, is gele gen op hooge terpen in laag land, een uu gaans ten Zuidoosten van Hindeloopen , ei pronkt met eene groote Kerk en zeer hoogei fcherpen toren , van 95 voeten muurwerk e een leyen fpits van 109 voeten. Dezelv werd gebouwd door den Grietman Douw Epema, die, dit werk in 1654 begonnen heb bende, 't zelve in r 617, en dus in drie jaaren tyd: ten einde bragt. Tot het fundament had men hoi derd en tachtig duizend fteenen noodig, d< wyl het muurwerk 7 voeten dik is. Met b< hulp van eenen middelmaatigen verrekyker k£ men van deezen toren de Khede van Texel e t Wester* go. n n [e  Soo Tegenwoordige Staat Wbstes- go. 1 de Schepen, die daar liggen, onderfcheidenlyk zien. Ook dient dezelve tot een baken, niet alleen in de Zuiderzee, maar zelfs, zo men verzekert, by 'c inkomen van Texel of het Vlie. De Kerk, die zo wel als de toren een fchoon aanzien van buiten heeft , is waardig om ook van binnen gezien te worden, pronkende dezelve met een fraaien predikiioel, die rust op zeven marmeren pylaartjes , een fchoon Orgel , zindelyke Geftoelten van eenige aanzienlyke Familien, en nette zitbanken. Hoe veel Koudum , dat in 1515, door den zwarten hoop, benevens Hindeloopen , Molkweerum en andere plaatfen was afgebrand , by den laatften vyandlyken inval der Spanjaarden in 1585, hebbe moeten lyden , ziet men uit een gedenkfehrift, dat nog tegenwoordig in deeze Kerk voor handen is, en , niet zo zeer om zyne fraaiheid van taal en digtkunde, als wel om zynen inhoud, hier eene plaats verdient; hetzelve luidt woordelyk aldus : Anno 1586, in Januario op Pontiaan den 14 dag In Koudum groot jammer men zag Aan man, wyf en kind, groot in 't getal, Met hangen en vrouwen fchenden overal; Aan peerde fteerten gebonden voorwaar, Als honden zy naliepen, dat is zeker en klaar. Al van de malcontenten zeer boos en wreed Leeden ook jonge dogters menig verdriet. De Kerkbuurt van dit Dorp is groot, loojende ongeveer Zuid en Noord, en beftaande uic  van FRIESLAND. 301 uit een' drie dubbelen langen rydweg, alom met huizen bezet, die in 't jaar 1620 al over de honderd beliepen. Ook liggen deeze huizen zeer vermaakelyk in eene zaverige, vruchtbaare en lommerryke landouwe. Onder dit Dorp behoort de uitbuurte Terwisga , doorgaans Kolderwiske genaamd , die weleer aan Zee lag, toen men het Workumer Nieuwland nog niet bedykt had. Eertyds lagen hier ook de Staten Galama , Epema en Keimpe Doniahuis , die reeds alle genoegzaam vérdweenen zyn. Doch in "t Noorden der buurt, heeft men nog de State GrovelTins, die in laater tyd merr kely ■< verüerd is door den Grietman Van der Waajen, die niet alleen het huis fraai verbouwd , maar ook verfcheiden fchoone hovingen en plantagien by 't zelve heeft gevoegd; behoorende dit huis thans aan den Wel Ed. Geftr. Heer de Beere , Grietman van deeze Grieteny. In 't Zuidoosten van Koudum ligt Galama - Dam , of Galama Dammen, alwaar, tot gerief der Scheepvaart van Stavoren op Sneek, eene doorvaart gegraaven is, door den Heer Laelius van Lyklama, weleer Raad in den Hove van Friesland, aan wien daar voor, ten eeuwigen dage , is toegedaan , het heffen van een1 tol op de doorvaarende Schepen. Op deeze plaats is , in 't jaar 1732 , de bovengemelde Sluis aangelegd , en daar by vindt men eene vermaakelyke Buitenplaats, toebehoorende aan den Heere Mr. H. H. Huber, Raad in den Hove van Friesland. Ook Is hier eene aangenaame Herberg , alwaar in den IVestee- 30.  3öü Tegenwoordige Staat Wester. 60. den Zomer veel lieden komen om meefvisch te eeten , die hier in overvloed té vinden is. In 't Zuidwesten des Dorps ftaat de Korenmolen, en in 't Zuiden heefc men een droog gemaalen meertje met naame Ottopoel. Gelyk in eenige andere groote Dorpen meer , alzo zyn ook hier veele ftemmen op byzondere wooningeh' gelegd , die met elkandcren 114 in getal bedraagem 3. WAR IN S , een groot Dorp van huizen en ftemdraagende plaatfen , tot wel 140 in getal. Hetzelve ligt een klein uur gaans ten Oosten van Stavoren, en men rekent, dat 'er wel gpo huizen ftaan, weleer meerendeels op heuveltjes gebouwd, om voor den aanval van *t ove.rftroomend Zeewater veilig te zyn : dezelve liggen ten grooten deele in *c lang ten Noorden van de Warnfer vaart, wel 7 of 800 roeden verre, en in 't Zuiden voor by de Kerk, die een fpitfen toren heeft. In 't midden van den Zomer , op St. Jans dag, houdt men hier eene Jaarmarkt; ook woonen in dit Dorp veele vermogende Oosterfche en Westerfche Schippers. Weleer had men hier Sycléma State, en ook Galama Stins, te gelyk met dat van Koudum gefticht ; doch alzo Jelmer Ottes Sytfama een geflagen vyand was van Douwe Galama, moest hy lyden dat zyne State , door deezen, in den jaare 4494» wierd ingenomen en verwoest .4. SCHARL, een klein Dorp, zo van buurt als landeryen, en echter nog 35 Hemmen tellende. Onder dit Dorpje behoort de buurc Laaxum, aan Zee gelegen en vermaard we»  van FRIESLAND. 303 wegens de fchoone zogenaamde Laaxumer Bot. Ook vindt men hier aan Zee het Roode Klif, zynde een Zandduin van eene middelmaatige hoogte , die teffens tot eene Zeeweering dient, 't welk in Friesland iets raars is, naardien men in 't zelve anders geene Zandduinen vindt, dan alleen in deezen oord , het Klif en de hooge kust van Gaasterland. Het in de Gefchiedenisfen zo beroemde Vrouwen Zand ligt niet verre van daar in Zee. Weleer ftond hier Haukema State, een fterk huis met wyde graften en zwaare yzeren deuren. In 1306 was Scharl met Warns in oorlog, en , naar men zegt, bleeven 'er in een hoofdtrefFen van weerskanten ruim 150 menfchen. 5, MOL KWEERUM, of eigenlyk Molkwerren, dat zo veel gezegd is als Melkweeren , of ftreeken lands , gefchikt om Melkvee op te weiden , is het grootfte Dorp der Grieteny, en, wat de menigte .van ftemmende huizen aangaat, van geheel Friesland: want men telt hier 211 ftemmen, en dus meer dan in geheel Rauwerderhem of /Engwirden te vinden zyn. Alle de hutzen liggen rondom de Kerk , in een geboscht, verward en zonder orde , onder en achter elkanderen; dezelve worden in zeven eilandekena Verdeeld, door een watertje dat hier doorloopt, en deeze zyn bekend by de zonderlinge naamen van Kerkpolle , Aestrik , Westrik , Hondepolle , Kattepolle, Achthuizerpolle en Grinzcrpólle; voor 't overige zyn de huizen maatïg wel gebouwd, en weleer woonden hierveele^Oosterfche en Westerfche Schippers , doch die IVi-srfiR- 30.  304 Tegenwoordige Staat W£STEtt' 00. die thans meerendeels verhuisd zyn naar Hin» deloopen. Toen Stavoren in de magt der Hollanders was, hadden de Friezen hier eene Schans, die zy zo wel verdedigden , dat Brederode , die dezelve beftormde, niet alleen geflagen , maar zelfs gevangen wierd. Heeft dit Dorp veel byzonders in de fchikkinge zyner huizen, deszelfs bewooners verfchillen ruim zo zeer van de overige Friezen in kleedinge en taal, die beide nog zodanig naar de oude Friefche kleeding en taal zweemen, dat zy door hunne kleeding aanflonds kenbaar , en door hunne taal onverfïaanbaar zyn, voor allen die ^ich op derzelver kennisfe niet byzonder hebben toegelegd. Met die van Hindeloopen komen zy in beide opzigten wel het meest over» een, fchoon 'er ook nog al eenig kenbaar onderfcheid tusfchen beiden plauts heeft. 6. O L D Ê G A, of Oudega, het eerfte onder die vier Dorpen, welke, famen genomen, dat deel der Grietenye uitmaaken, welk bekend is by den naam van Noord - of Ygawolden, en welke wy nu, volgens de orde van ftemminge, kortelyk gaan befchryven, moet niet verward worden met Oudega in Wymbritferadeel , noch ook met een Dorp van gelyken naam in Smallingerland. Dit Dorp , dat het grootfte van allen is , telt 33 ftemdraagende plaatfen. By ouds lag hier het Stins van Yge Galama , Old Galama genaamd , hetwelk gezegd wordt muil* ren van 14 Friefche fteenen , of 14 voeten dikte gehad te hebben. Yge Galama, naar wiens voornaam, zo als reeds boven van ons is  van FRIESLAND. 305 is opgemerkt, deeze Dorpen den naam van Yga - Wolden verkreegen hebben, was de Vyfde Poteftaat van Friesland, en bewooner van dit aanzienlyk Stins, welk ten jaare 1487 , door Bokke Harinxma, werd ingenomen en ter neer geworpen. Uit de Friefche Gefchiedenis van Schotanus ( § ) valt met waarfchynlykheid op te maaken, dat hier eertyds nog eene State, Jarigsma genaamd, geweest moe: zyn. In 't laatst der voorige eeuw werd hier een nieuwe Kerk met een fpits torentje gebouwd. 7. NYEGA, in 't Noordoosten gelegen, en denkelyk dus genaamd in tegenftelling van Oudega, moet insgelyks niet verward worden met Nyega in Smallingerland. Hier onder behooren 27 ftemmende plaatfen, meerendeel9 laag moerig land; doch waarvan een groot deel, door den Grietman Van der Waajen, in een Polder is gelegd, en daar door merkelyk verbeterd. De landeryen deezer twee Dorpen grenzen aan de Flieusfen. 8. E LAM Ui Z EN, een klein Dorp, nog verder in 't Noordoosten gelegen, en van maar 15 ftemmende plaadèn. De Kerk ftaat niet verre van de Flieusfen, en is 'er voor deezen nog veel nader by geweest, doch verplaatst, om niet door 't water verflonden te worden, 't Oude Kerkhof is nog in weezen, en niet verre van daar ligt Epema Polle, op de fcheiding tusfchen het Heeger meer en de Flieusfen , welke wateren eer- (§) Bl. 373. III. DEEL-, V WEsTaa» 30.  Wester. «o. 306 Tegenwoordige Staat eertyds door deeze polle, thans een gering, doch toen een uitgebreid ftuk Jands, van eikanderen werden gefcheiden. Hier onder behoort ook het buurtje Trophorne, alwaar nog twee overgebleeven Wieren de gedenktekenen van twee oude Staten zyn. Weleer vond men hier een fterk huis van Hans Perkeszen ; doch 'c huis werd, door de Schieringers en Sneekers, ingenomen en verwoest, en hy zelf gevangen genomen De landen des Dorps loopen Oost waards tot aan de Fokkefloot, dus genaamd naar Fokke Uckes te Lier, die, door de Schieringers, verflagen zynde op den 9 van Zomermaand des jaars 1420, alhier de Groninger busfe moest achter laaten. 9. KOLDERWOLDE, insgelyks een klein Dorp , hebbende een Kerk zonder toren, daar weinig huizen by ftaan, en 16 ftemdraagende plaatfen. Hetzelve ligt, even als de twee naaste Dorpen, aan de binnenvaart, en de landen loopen, Noordwaarts, mede aan de FMeu-fen, terwyl dezelve zich Zuidwaards uitftrekken tot aan de Ryn, waardoor Noordwolde niet zyne Dorpen wordt afgefcheiden vaa Gaast rland. Deeze Grieteny heeft thans tot haaren Grietman den Heer Arend Julianus Karei de Beere, en tot Sekretaris den Heer Paulus van Thie» len. In deeze Grieteny vindt men de volgende zes Hervormde Gemeenten. I. Hemelum, v aarmede Mirns en Bakhuizen in Gaasterland vereenigd zyn. a. Koudum. 3. Oldega ea  tó- FRIESLAND. 307 (ett Kold rwolde. 4. Nyega en Elahuizen. 5. Warns en ^fcharl. ft. Molkweerum. De Doopsgezinden hebben hier drie gemeenten , welker eerite haare Vergaderingen houit te Mol kweerum, de weede te Warns, en de derdi' te Koudum; waaruit men kan opmaaken, dat de Doopsgezinden in deezen oord zeer fterk moeien zyn; dewyl 'er in de nabygelegen Steden, Workum, Hindeloop n en Stavoren ook Gemeenten van die gezindheid geVonden worden. Roomsgezinde Gemeenten heeft men in de Dorpen deezer Gncenye geene. OTAVORENis buiten twvftel de oudfte, en was weleer de grooilte en vermo '.e idfteScad van Friesland. Wai haaren oorfprong aangaac; V 2 vol- STAVOREN. WESTBÈ» GO. Staroreai  Stato xen. 308 Tegenwoordige Staat ' volgens de oudfte Kronykfchryvers zou dezelve wel driehonderd jaaren voor Christus geboorte gebouwd zyn; doch hun verhaal is met zo veele verzierfelen omzwachteld, dat men 'er ter wereld geen ftaat op kan maaken. Dit is zeker, dat de Friesfche Koningen hier hunne zitplaats hebben gehad; dat Stavoren eene zeer magtige Koopftad is geweest, en haare haven eene der dieplte en veiligfte in oude tyden , waar door de Ingezetenen gelegenheid hadden om groote fchatten te verzamelen, die, gelyk alomme , ook hier de bronaders waren van pracht en weelde, welke de oude Schryvers, by vergrootinge , zodanig uitmeeten , dat zy niet fchroomen te vertellen, dat men te Stavoren de floepen en drempels met goud en zilver befloeg (f), waarvan 't fpreekwoord kwam: de verweende kinderen van Stavoren. Doch gelyk veele voornaame Kooplieden , door 't opflyken haarer vaarwaters, zyn vernederd geworden , zo trof ook Stavoren hetzelfde lot, dewyl eene Zandbank, het Vrouwenzand genaamd , allengs voor de haven opfchoot, en de nadering van zwaar gelaaden Schepen be. lemmerde; welk toeval, by de Kronykfchryvers, wordt toegefchreeven aan de dertelheid dier ryke weduwe, waarvan reeds voorheen (§) gefproken is; al waarom hetzelve hier niet behoeft herhaald te worden. Ten aanzien van 't zogenoemde Vrouwenzand, en de daar. op wasfendekorenairen, merken wy alleen aan, dar. (t) Ziel D. bl. 372. <§) I D. bl. 373.  van FRIESLAND. 300 dat men *t eerfte doorgaans verwart met het Roode Klif, 't welk ten Zuidoosten van Stavoren gelegen is, en dat de zogenoemde korenairen , niet op 't Vrouwenzand , maar op 't gemelde Klif groeien, en niets anders zyn, dan de gewoone Helmplant, die, alomme inde zandige Zeeduinen opfchietende, tot het geflagt der Rietgewasfen behoort , en overal , waar men voor't verfluiven der Zeeduinen vreest, met alle mogelyke zorge en overleg wordt aangekweekt, dewyl deeze Strandwinnende plant , door haare uitgebreide vezelachtige wortelen, een der beste middelen is , om het Zand by elkander te houden. In de Oude Friesfche taal werd Stavoren, gelyk ook nog hedendaags by 't meeste Landvolk , Staerum genaamd , 't geen, volgens Schotanus, zou betekenen eene plaats die voor uit ftaat in Zee, 't welk wy daar laaten. Misfchien zou men den naam kunnen afleiden van Sturii, onder welken naam eene oude Volkplanting by Plinius bekend is. Doch hoe dit zy, 't grootfte gedeelte der Stad is voorzeker door de Zee afgefpoeld, en onder anderen 't Klooster van St. Odulfus, 't welk in oude tyden zeer vermaard was, en in 't jaar 1664, toen Schotanus zyne Befchryving van Friesland in 't licht*gaf, by laag water, nog in zyne overblyffelen vernomen werd. Doch heden is de geheugenis hiervan ganfchelyk verlooren, dewyl men by laag water thans niets meer kan ontdekken, dan de weleer bekende Kerkftraat, benevens de oude Blokhuis • ftraat; liggende de Kerk ongeveer een kwarV 3 der tt£tr.  3to Tegenwoordige Staat • ▼AVO tier uur gaans ren Noordwesten der Stad in Zee, alwaar men by een laag ty , mee ihl weder, nog de overblyfftlen der muuren en etmge zarken der oude grafUveden ontdekt, waarom , ter heveih.inge eer Scheepvaart, op dezelve , door de Regeeringe, 's Zomers , een ton wordt gtlegd. De magt van Stavoren was weleer onge. twyffeld /eer aanzknlyk ; doch of men op deeze Stad kan toepasfen, 't geen rog re S euwmegen geleezen wordt : Huc u que regnum Stauriae; tot bfer toe ftrekt het recht .an &tauria, valt thans bizwaarlyk te bepaakn. Op den 2 van Wmrerma.md des jaars 1502 , zou men, op t West van Stavoren, twee zilveren penningen gevonden hebben, gemunt onder de Regeeringe var Koning Radhodus,en in 1425 een'gouden penning, w arop men aan den eenen kant las: ddgillus Secundus Friftonm Rext en aan den anderen, fooneta aurta Ovitath Staurienfis. Doch deeze pennim en worden , door de meesten , voor verdicht gehouden. Schotanus drukt *er zich ten fteikften over uit , en zegt: „ ik kan 't nooit geloo„ ven, dat 'erzulke penningen zyn geweest, „ of zy moeten • verzierd zyn". ( § ) Het vermaarde Kloosrer van Odulfus, op 't West van Stavoren, aan het Vlie, ten jaare 838 gefticht , en raar zynen Stichter aldus genoemd , gelyk reeds voorheen door ons is gemeld (f), was ten jaare 1345, toen WU- (5) Befchr. van Friesk bl. 262. Cf; I D. bl. 2,2.  tan FRIESLAND. 311 Willem de IV , Graaf van Holland , hieromtrent eene landing deed, en door de Friezen , verflagen werd , nog in weezen. Doch niet veele jaaren daarna werd hetzelve , wegens de fteeds toeneemende watervloeden, in de Voorftad van Stavoren, op 'c Zuiden ovtrgebragt , en ftond daar zelfs nog eenigen tyd na het jaar 1420, waarin Stavoren, by eenen geweldigen brand, zo veel huizen verloor, dat men te raade wierd , den omtrek der Stad te verkleinen, en't Klooster daar buiten te fluiten, \ welk aanleiding gaf, om 't zelve naderhand van daar naar Hemelum te verplaatfen. In 1430 zachotanus voorkomen onder den naam van de Blaauwe en de Vrouwen • brug; wordende dit binnenfte gedeelte meerendeels, aan de over» zyde der voornoemde ii fluitende graft, omfingt ld door de huizen aan dien kant des waters; zo dat deeze S.ad , hoewel niet groot, echter ongemeen wel is aangelegd. In 't midden van 'c binnenfte deel der Stad ftaan de Kerk en toren, doch ieder geb el afzondtriyk gebouwd. Men toont 'er, fchreef Schotanus in , balken, fp arren en ander houtwerk, 't welk in 't Bosch Kreil zou gewasfen zyn: eene zaak, die niets ongelooflyks behelst, dewyl aan 't beftaan van dat Bosch voor nog weinige eeuwen, niet valt te twyffelen. In 't jaar 1766 en 1769 zyn aan de Kerk en toren merkelyke verbeteringen gedaan, en by die gelegenheid eenige zulke balken uitger omen, die nog geheel fris en gaaf werden bevonden ; waarom zy naderhand tot onder» le. gers der Bruggen zyn gebruikt. Men vindt ook nog heden veele gelyklbortige balken in eenige byzondere huizen. De Kerk is netjes gebouwd, evenredig aan de g'ootte der Stad, en onlangs met een fraay nieuw Oigel voorzien. Tegen over de Kerk, aan de Westelyke graft oer Stad , ftaat het Stadshuis, van 't welk niet veel byzondtrs valt te melden, dan dat hetzelve in 'c jaar 17" 5 gek el is vernieuwd, en met eene fcfioone Raadkamer vermeer* derd.  van FRIES LAND. 319 derd. By de afbreuk van 't oude Stadshuis, Vondt men in 't midden van een' ouden muur twee gouden penningen bemetfeld, welke ieder een halve pistool waardig waren. In 1767 is de IN oorder ha ven geheel geflat, en de Sluis meerendeels, na voorafgaande droogmaaking, vernieuwd. 'Er ontftonden, kort na dien tyd, geruchten, waarfchynelyk door kwaadwillige menfchen verfpreid, dat de Sluis kwaalyk gemaakt, en met groot gevaar van 't Land, by den eerften ftorm , ftond te bezwyken. Om deeze reden werd de Sluis, door kundige lieden, op nieuw onderzocht, en zodanig bevonden, niettegenftaande fommigen 't gaarne anders hadden gezien, dat 'er niets op viel te zeggen. Ook hebben de zwaare ftormen en watervloeden van 1775 en de deujd deezer Sluis, die 'er niets door gelee, den heeft, nog nader bevestigd. Naast Harlingen is deeze Sluis de wydfte der Zuidelyke uic< wateringen, als zynde n.'gen en twintig voe ten wyd: die van Wymbritferadeel, Hemelu« mer Oudevaart en de Stad Stavoren, moeten dezelve geheel onder hun drieën onderhouden. Stavoren is thans in een' redelyk bloeienden ftaar: want hoewel 'er aan den Zuidkant fomwylen huizen worden afgebroken , vindt men echter aan den Noordkant alles in bloei, wordenie de gebouwen daar, van tyd tot tyd, merkelyk verbeterd, De inwooners zyn over 't algemeen, van een' befcheiden en ingetoogeti aard , en men vindt hier veel minder lieden, dan Stavoren.  3ao Tegenwoordige Staat St ivo* SSN. I dan wel op eenige nabuurige plaatfen, dfe zich in 't herberg loopen, dronken drinken en fpeelen te buiten gaan. De meeste inwooners hebben hun beftaan van de Zee, zynde veelen van hun Schippers of Stuurlieden , welke hier thans, door een'zeer kundig'Meester, in 't rekenen en de Zeevaart onderweezen worden. Men vindt hier ook verfcheiden Fabrieken, als ééne Pottebakkery, drie Zoutkeeten , twee Jenever-Stokeryen, twee Brouweryen , twee Mast - en Blokmaakeryen, drie Zeilmaakeryen en vier Scheeps - Timmerwerven , alles nog al redelyk in bloei. De Weekmarkt wordt te Stavoren gehouden op Saturdag : ook had men hier weleer twee Jaarmarkten, de eene op den vyfden van Bloeimaand , en de andere op den vyfden van Wynmaand, waarvan thans alleen de laatfte jaarlyks, geduurende acht dagen , gehouden wordt. De dienst der Hervormde Gemeente wordt waargenomen door twee Predikanten, welker een teffens Rektor der Latynfche Schoole is, en welke beide op eene jaarwedde van 700 guld. worden aangefteld. Voorts zyn hier twee Nederduitfche Schoolmeesters, van welken de een teffens Orgenist en de ander Koster is. De Gemeente der Doopsgezinden wordt door eenen Leeraar bediend. In 1637 ontving Stavoren een Reglement van Regeering van den Raad van Staaten, gelyk de meeste der overige Friesfche Steden*  van FRIESLAND. 3»t den. Zynde dit Reglement van den volgenden inhoud: e Magiftraat fal beftaan uit agt Burgemeesters en twalef Gemeentsluyden of Vroedfchappen, die by gemelde Raden van State, van .wegen als boven, als nu aangefteld fullen worden. 52. De voornoemde Burgemeesteren fullen dienen van den enen nieuwen jaars dag tot den anderen, in fulker voegen , dat toekomende nieuwe jaar twe van defelve fullen afgaan i ende dan voorts alle nieuwe jaren vervolgende , yder reyfe twe , het welke voor de eerlle drie jaren by lotinge fal gefchieden, onder die gene die jegenswoordig als Burgemeesteren fyn aangeftelt, ende dan voorts voor het vierde jaar fullen de twe resterende , de oudfte als dan ,in dienfte ende laatst geregeerd hebbende, mede afgaan. 3. - De Gemeentsluyden fullen blyven haar leven lang, alwaart dat yemant van defelve in de Collegien van de Generaliteyt of Gedeputeerde Staten of Rekenkamer defer Provincie wierde Gecommitteert ; alleen fal de plaatfe van die gene, die mat ter woon komt te vertrekken, vaceren. 4. Alle jaar fal veertien dagen voor nieuwe jaars dag, in plaatfe van die gene die afgaan, een dubbelt getal genomineert worden uyt de Gemeentsluyden, in fulker manieren dat eerst vyf perfonen uyt de twalef fullen by lotinge lil. deel. X ge- Stavoren.  S 1* A V 0K EN. 322 Tegenwoordige Staat genomen worden, welke vyf fullen doen de nominatie van voorf. dubbelt getal uyt de andere feven alfo fy heur felfs niet mede fullen mogen nomineren. 5. Tot welke nominatie fy dadelyk fullen procederen, belovende eerst, foo ras het lot op hun fal fyn gevallen om te kiefen, aan de vergaderinge op haren gedanen Eedt, dat fy in 't nomineren fullen letten, op de gequaÜficeerfte ende bequaamfte perfonen onder de voorf. feven, fonder enig ander oogmerk fugt of gunde daar inne te fullen mogen betonen. 6. Gaande'dan met heur vyven in een andere kamer ende niet daar uyt komende nog met yemant Communicerende voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste ftemmen. 7. Welke nominatie van dubbelt getal als dan dadelyk by befloten Misfive fal overgefonden worden aan fyri Genade Stadhouder defer Provincie , om by defelve het 'enkel getal daar uyt te werden gekofen, die de namen der gekorene mede by befloten Misfive fal overfchryven, welke Misfive niet voor nieuwe jaars dag fal mogen worden geopent. 8. De twe afgaande Burgemeesters fullen weder fuccedefen in de Gemeentsluyden of Vroedfchap in plaatfe van de gekoorene. 9. By foo verre enige plaatfe by verfterven of apderfins tusfchen tyden quame te vaceren , fal daar inne een ander gekoren worden , te weten foo het van Burgemeesteren is, meer als  van FRIESLAND. 323 a!s drie maanden voor nieuwe jaar, fal de plaatfe moeten worden dadelyk vervult by nominatie ende electie als boven. 10. Ende in de Gemeente of Vroedfchap een maandt naar de plaatfe vacant fal fyn geworden , by de Magiftraat en Gefworen Gemeente gefamentlyk met pluraliteyt van ftem. men de verkiefinge te doen. 11. Alle de voornoemde perfonen fullen moeten fyn behorelyk gequalificeert, ende van de ware Gereformeerde Religie, foo als die in de publique Kerke wordt geoeffent, profesfie daar van doende, of ten minften wel geaffectioneerd tot de Religie en ten gehoor komende, ook behoorlyk gedoopt fynde. 12. Of het voor defe reyfe mogte gebeuren, dat enige malkanderen na in bloede be. ftaande in de Gemeentsluyden fouden mogen geftelt worden , fal 't felve namaals geregu. leert blyven , dat geen Vader en Soon nog ook geen twe Broederen te gelyk daar inne mogen genomen worden. 13. Blyvende voorts aan de Magiftraat ende Gemeentsluyden de beraminge met meeste ftemmen van alle verdere goeds order ende regeeringe van Stads faken ende 't gene daar van dependeert, ende ook heure privilegiën vryheden en costumen naar ouder gewoonte, die in 't vergeven van Scads Ampten, als ander, fins als van ouds gebruykelyk is geweest, ftnv der ergens inne tot particuliere profyt te mo gen excederen^, lettende voor al op de best€ mesnage ende meeste voordeel van de Stad ende goede Ingefetenen van dien, ook it X a ver KEN. :  Stavo. EEK. 324 Tegenwoordige Staat verteringen , baten en profyten óf vacatiën, niet gaande buyten de Ordonnantie of Ordi» naris gebruyk , ende ook voor 't confereren van enige Ampten niet genietende, op pcene van arbitrale Correctie tegen den gever en nemer. Alle welke pointen by de Hoog Mogende Heren Staten Generaal des noods ende verfogt fynde fullen geapprobeert ende geratificeert en by 'forme van Octroy aam de Stad Stavoren verleent worden. Aldus gedaan ende gearresteert binnen Stavoren den Marty io April 1637. ende was geparapheert A. Bruyning vt. Onderftond ter Ordonnantie van de Raden van State, ende getekend J. Eykberg. In laater tyd meende men eenige inkonvenienten in 't voornoemde Octroy te hebben ontdekt, 't welk, op eenpaarig verzoek der Regeeringe , in 't jaar 176H , een nieuw Reglement van Regeering deedt te voorfchyn komen, uit handen- van Z. D. Hoogheid Prins Willem V , Neerlands Erf -Stadhouder : luidende als volgt. W, : \ .1*01 I3Cf3b" y Willem enz. Allen den geenen , die deezen zullen zien ofte hooren leezen, Salut; doen te weeten : Naardien de Magiftraat en Vroedfchap der Stadt Stavoren, by Misfive van den loden Augusty i76"8, aan ons heeft voorgedraagen, hoe dat zoo wel de ril te»  van FRIESLAND. 325 tegenswoordige Leden der Regeering dier Stad als hunne'Voorzaten in Officio, zedert lange jaaren by ondervindinge hadden vernomen , dat het getal van twintig Leeden, volgens het Reglement voor hunne Stads Regeering geordonneerd, na evenredigheidtderStadt te groot, en daarom niet met bekwame Subjecten voltallig te houden was; met verder verzoek, dat het ons gelieven wilde, by vervolg van vacature het getal der Leeden van Regeeringe dier Stadt te verminderen , dezelve brengende van twintig op twaalf perfonen, en dus hun in ftaat te ftellen voorfchreeve Regeering altoos voltallig te houden , waar in nu noodzakelyk zedert lange jaaren geduurig eenige plaatzen hadden moeten vaceeren , en ten dien einde hun te verleenen een nieuw Reglement, gefchikt naar den aard der voorgeflagen ver minderinge. Zoo is 't, dat wy, confidereerende de een ftemmige begeerte van alle de Leden, thans de voorfz. Regeeringe compofeerende, er pondereerende het gewigt der reedenen doo: hun bygebracht, na rype deliberatie en nauw keurige overweeging van het oud Regie ment', hebben goedgevonden te ftatueeren, ge lyk wy doen by deezen: 1. De Regeering tot hier toe beftaan heb bende , ingevolge het oud Reglement, ui twintig perfoonen, als agt Burgemeestere en twaalf Vroedfchappen , zal voortaan ge compofeert worden uit niet meer'als twaa' perfoonen, te weeten vier Burgemeesteren e agt Vroedfchappen, X 3 *. E S T A V ©• BEN. I t 1 f n e  3**5 Tegenwoordige Staat Stavoren. a. De Burgemeesteren zullen , gelyk va» ouds, vier jaaren Regeeren , en na verloop van het laatfte jaar op nieuw jaars dag afgaan, en om het tegenwoordige getal van agt op vier te doen koomen, zoo zullen de eerfte vier jaaren Succesfivelyk twee afgaan , en maar een weederom worden verkooren en aange. field , en byaldien door overlyden of vertrek eene vacature onder de Burgemeesteren voorvalt , zal die niet worden vervuld , zoo lang 'er nog vier Burgemeesteren overblyven. 3- De Vroedfchappen zullen hun leeven lang blyven, of tot hun vertrek ter beftendige woning naar elders. 4. Alle jaaren zal op den ioden December een dubbeld getal van twee Perfoonen uit de Vroedfchap worden genomineerd , die deeze Nominatie zal doen by meeste ftemmen uit hun eigen geheele Corps. 5. Welke Nominatie van het dubbeld getal als dan daadelyk by beflooten Misfive aan ons, of den Prins Erf - Stadhouder of Vrouwe Gouvernante in der tyd, zal worden overgezonden , om daar uit een Magiftraats Perfoon te verkiezen. 6. By zoo ver^e eenige Plaatze by verfterf of vertrek kwint te vaceeren, zal daar inne een ander verkooren worden, te weeten zoo het onder Burgemeesteren is , aanftonds en ten fpoedjgften by ftemminge , Nominatie en electie als vooren , mits de Overledene of vertrockene nog meer als zes Maanden overig hadde te regeeren, dog minder tyd overig zyn-  va» FRIESLAND. 3*7 zynde , zal daar voor geen nieuwe Burgemees ter worden verkooren. 7. En in de Vroedfchap een Maand, na dac de plaatze vacant zal zyn geworden , by de Magiftraat en Vroedfchap gezamentlyk met pluraliteit van ftemmen de verkiezinge te doen: wel verftaande dat het tegenwoordig getal eerst by vertrek of verfterf op twaalf zoo Burgemeesteren als Vroedfchappen zal moeten zyn gekomen , en geen nieuwe Vroedfchap zal worden aangefteld , ten waare wy iemand met onze recommandatie geliefden te voorzien , in welk geval en anders niet, ook voor dat het getal op twaalf gekoomen is, een nieuwe Vroedfchap zal worden verkooren. 8. Alle de vernoemde Perfoonen zullen moeten zyn behoorlyk gequalificeert en van de waare Gereformeerde Religie , zoo als die in de publyke Kerken deezer Landen word geoeffent, profesfie daar van doende, of ten minften wel geaffectionneerd tot de voorfz. Religie. 9. Geen Vader en Zoon, nog twee Broeders zullen te gelyk in de Magiftraat of Vroedfchap mogen zyn. 10. Zwagers of Schoonvader en Schoonzoon , zoo lang de band des Huwclyks fubfisteerd, zullen wel te gelyk in de Vroedfchap, maar niet te gelyk in de Magiftraat mogen zyn. 11.. De Regeeringe der Stad en begeevinge van Stads Ampten en Beneficiën zal gefchieden op den ouden voet, en overzulks zal de MaX 4 g-- Sta v««  St avo- ren. 328 Tegenwoordige Staat gift-raat en Vroedfchap zaaraen disponeeren over de vacant wordende Ampten van Secretaris en Ontvanger der Boelgoederen. Predikant en Rector. Ontfanger der Floreen. Stads Rentmeester. Stads Bode. Wagtmeester en Executeur. Aduftenten. Haavenmeester. De Poortiers - Plaatzen , en verders alle Ampten en beneficiën daar van Stadsweegen tractament word betaald, en die aan de Magiftraat niet expres zyn gedemandeert. 12. Gelyk meede de Magiftraat en Vroedfchap, als vooren, zullen disponeeren lover alle zaaken daar het Stads Compcoir by is geinteresfeert, exempt het geene hier onder aan de Magiftraat alleen, volgens het oud gebruik, word gelaaten. 13. De Magiftraat zal alleen disponeeren van alle bedieningen, daar van. Stads weegen geen tractament word betaald, ook van de Collecten der Stads Impofitien en over de aanftellinge der Ratelwagten. 14. Ook zal dezelve alleen maaken jaarlykfche begrootingen van Wagt en Lantaarnengelden, en doen de afreekeningen derzelve, gelyk meede de zuiveringe en afreekeninge der Stads Rest Zedulen. 15. Ten einde de Stads zaaken met de vereischte attentie en rype deliberatie worden behandeld zal de Magiftraat verpligt zyn eenmaal ter week Ordinaris te Vergaderen, de Vacanti- en  van FRIESLAND. 310 en alleen uitgezonderd, waar toe by deezen de dag van Woensdag word bepaald. 16. En de Magiftraat en Vroedfchap alle "Maanden eens, en wel op den eerften van iedere Maand, ten .waare die opeen Zon- of Feestdag kwaarae te vallen, wanneer de Vergadering op den eerst volgenden dag, geen Feestdag zynde, zal worden gehouden. ■ 17. De teegenswoordige Leeden der Regeeringe zullen op dit Reglement hebben te doen den Eed, en verders op zodanige 's Lands Reglementen en Refolutien als in het Formulier hier agter geregistreerd ftaan uitgedrukt. 18. Gelyk meede de nieuwverkoore Burgermeesteren en Vroedfchappen den zeiven Eed zullen hebben te prsesteeren. iq. Wy referveeren aan ons en onze Succesfeuren in der tyd de Ampliatie, Explicatie en Alteratie van dit Reglement, indien by voorkomende gevallen of omftandigheden zulks noodig mogte weezen. Eed voor de Magiftraat. en Vroedfchap der Stad Stavoren. Alzoo ik neevens andere tot de Regeeringe van deeze Stad ben verkooren en aangefteld, zoo beloove en zweere ik voor de waare Gereformeerde Religie en den teegenswoordigen ftaat van Regeeringe in het Generaal, en de Pro vin - tie ; t a v o- uk.  33° Tegenwoordige Staat Stavo. K IS IV. tie van Vriesland in het byzonder, de Heeren Staaten, Zyne Hoogheid den Heere Prince Erfstadhouder, de Collegien van de Heeren Gedepureefde Staaten en van den Hoove Provintiaal, ieder naar zyn wettige Commisfie refpectivelyk, holt trouw en. gehoorzaam te zyn: Al het geene dezelve Overbeeden tot gemeen nut, voordeel en beste van de gemeene Zaaken Landen en Stecden van Vriesland, het zy in Lands Regeeringe, Krygszaaken of anderzints noodig en raadzaam zullen vinden, voor my zelfs trouwelyk te helpen effectueeren en de andere Ingezeetenen van deeze Stadt tot gehoorfaamheid, vrede en eenigheid te wyzen en te vermaanen: voorts geaeralyk alle myne raadflaagen tot meeste rust en cendragt van deeze Provintie en Stad te rigten , als meede zoo veel van my zal dependeercn, en- in myn vermoogen zyn, deeze Stad met behoorlyke Fortificatie , Amunitie , Proviand , Wagt en andere nooddruft wel te helpen voorzien en bewaaren ; een ieder Mensch regt in deeze Stad zoekende tot zyn geregtigheid te helpen ; niemand in zyn regt onwettiglyk te verkorten of in eenige onbetamelyke manier te bezwaaren ; met het gemeene Stads goed getrouwelyk te handelen tot profyt van de Stad, en my door geenerley baate , fchaade, vriendfchap, gunst , haat of nyd teegens het geen voorfz. is te laaten beweegen : Ook voor my zeiven geen profyten te zoeken, dan voor zo verre my na regten toegelaaten is: De tegenswoordige forme en r manier  van FRIESLAND. -351 manier van Raadsbeftellinge te houden en te helpen onderhouden, in het byzonder het Reglement voor deeze Stad, door Zyne Hoogheid den Heere Prince Erf-Stadhouder op nieuws gerevideerd en gearresteerd in dato den aden December 1768, getrouwelyk te obferveeren en na te koomen: Ook de Secreeten van de Kamer niet te openbaaren: Boven al te obferveeren het Reglement Reformatoir, zoo verre my aangaan mag, door wylen Zyn Hoogheid Glorieufer Gedagtenis, in dato den 2ifte December 1748. geëmaneerd : En eindelyk volgens de Staats Refolutie van den 27fte April 1726, om aan de Officieren en Bedienden van de Collegien ter Admiraliteit in hunne functie en zaake raakende de invorderinge van 's Lands Reg ten, allezints de hand te zullen bieden, en dezelve geene verhinderinge of oppoücie toe te brengen. Zoo waarlyk helpe my God Almagtig! En op dat niemand hier van eenige igno< rantie zal kunnen pnetendeeren , zal dit Reglement van den Raadhuyze der Stad Sta voren worden gepubliceerd , gedrukt er geaffigeerd daar men gewoon is affixie t< doen. Ge« Stavo* i  Stavoren. W. Pr. v. Orange. Ter Ordonnantie van Zyne Hoogheid. J. P. de Larrey. D E PRENTEN MOETEN GEPLAATST WORDEN: 1. Makkum, van binnen te zien, tegen over bladz. i67 2. Allingawier. f 3. Parrega. 33 a / Tegenwoordige Staat Gegeeven in 's Gravenhage den ade Decenv ber ,1768.  TEGENWOORDIGE STAAT VEREENIG DE NEDERLANDEN; VYFTIENDE DEELS TWEEDE STUK. Bevattende het Vervolg der FRIESLAND. Te tac is zeer waarfchynlyk daar in te zoeken , dai de Koningen en Prinfen van Friesland, oud tyds hun hof houdende te Stavoren, ziel met de jagt plagten te verlustigen in he Bosch de Kreil, gelegen ten Westen ei Y 4 Noord HlNDE' LOOPEN. .  '34® Tegenwoordige Staat Hinde» LOOPEN. Kerk. Noordwesten van Hindeloopen, doch van overlang in Zee veranderd, en dat zy op die plaats, daar nu de Stad gevonden wordt, een Jagthuis hadden, waarby van tyd tot tyd ook meer andere huizen zyn aangebouwd : want fchoon de nette tyd der ftichtinge ons onhekend is , was deeze verzameling van huizen ten jaare 779, reeds tot een Dorp aangewasfen, dewyl hetzelve toen, door de Deenen en Noormannen, is uitgeplunderd en in brand geftoken, doch, door die van Stavoren, ontzet. Dewyl nu in 't gemelde Bosch zich veele Herten en Hinden ophielden, zal men aan die plaats, en dus aan deeze Stad, by vervolg, den naam van Hindeloopen gegeeven hebben; gelyk ook is af te neemen uit het zegel der Stad , zynde eene Hinde , loopende over het veld, zo als blykt uit de Oudfte zegels , die alle gelyk zyn : dus zal men het aan de onkunde der Schilders te wyten hebben, dat het wapen der Stad thans verbeeld wordt , door een Hert en Hinde, ftaande tegen eenen boom. ( f ) Onder de openhaare Gebouwen komt de KERK hier het eerst in aanmërkinge, zynde een fraai gebouw, en van geele fteen, gefticht in den jaare 163%; doch alzo dezelve maar eene enkele langwerpige Kerk was , die ten tyde der bouwinge groot genoeg , doch by vervolg, door aanwas der Hervormde Gemeente, (t) Schotanus is van andere gedachten, oordeeiende , dat Hindeloopen zo veel zv a!s Hindeloopen, omdat de Stad op een' uithoek, tusfchen Stavoren en, Workum, voor 't meerendeel in Zee ligü Befchr, va» Friesl. bi 276.  van FRIESLAND. 341 te, te klein bevonden wierd , werd, in 1658, aan den Zuidkant, eene nieuwe Kerk tegen de oude aangebouwd, na dat men den muur aan dien kantweggebroken, en het dak op Pilaareh had doen rusten. Deeze beide Gebouwen maaken dus, door hunne vereeniginge, maar ééne Kerk, doch worden al doorgaans de Oude en Mieuwe Kerk genoemd. Boven den ingang der Nieuwe Kerk leest men 't volgende versje, zinfpeelende op den naan, der Stad: Des Heeren woord Met aandacht hoort: Komt daax toe mec hoopen Als Hinden loopen. Deeze Kerk is van binnen nee en zindelyk, doch niet prachtig bebouwd ; maar pronkt met een1 fraaien toren, die, inden jaare 1615, uit den grond nieuw opgetimmerd , en met een fraai fpits van drie omgangen voorzien is. Doch deeze , in de maand Oktober van 1701 , op twee omgangen na afgebrand zynde , welke ook reeds van ouderdom vervallen waren, werd alles tot op het muur* werk weggebroken , en in den jaare 1734 wederom in dien ftand opgebouwd , waarin zich de toren nog tegenwoordig vertoont ; zynde, tot goedmaaking der kosten, een impost bepaald van één guld. op ieder ankei wyn, en van 1 a ft. op ieder ton uitlandsch bier. Deeze Kerk wordt bediend door twee Predikanten : de een daarvan wordt gefterad doo? Y 5 de STlNDB .OOPES. V  342 Tegenwoordige Staat IIlNDElOQFËN. DoopsgezindeKerk. de Manslidmaaten, uit een drietal', vooraf door den Kerkenraad gemaakt, en door de Magiftraat goedgekeurd , welke, boven eene vrye wooning, een traktement geniet van zeven honderd guld. De ander wordt geftemd door de Magiftraat en Vroedfchap , en is teffens Rektor der Latynfche School, op een traktement van zes honderd guldens jaarlyks , zonder vrye huizinge; zynde voor het overige , in waardigheid en dienst, gelyk aan eikanderen , behalven dat de eerstgenoemde twee derde, en de iaatstgemelde een derde van de weekbeurten heeft waar te neemen, De Mennoniten , of Vereenigde Vlaam* fche en Waterlandfche Dpopsgezinden , hebben hier eene fraaie Kerk; dezelve is gebouwd in den jaare 1653 , en misfchien de grootfte in de geheele Provincie; zynde de Gemeente hier ook voorheen zo groot geweest, datze 1000 lidmaaten telde. Doch door verval der Stad en door eene ongelukkige fcheuringe in de Gemeente , voorgevallen ten jaare 1749 , is dezelve in getal van leden zodanig verminderd , datze nu pas 300 hebbe. De» zelve wordt bediend door één' Predikant, die, boven vrye wooning , een jaarlyksch inkomen van <;oo guld. geniet. Door de reedsgcmelde fcheuringe is hier eene tweede Gemeente van Doopsgezinden ontftaan : want eenige Lidmaaten , die zich van de overigen hadden afgefcheiden , bouwden eene afzonderlyke Ver* gaderpiaats, en beriepen eenen 1.eeraar, welke, behalven vrye wooning, een traktement van 400 guld. geniet. De  van FRIESLAND. 343 De Roomsch - Katholyken hebben hier insgelyks wel eene Kerk , doch geenen vasten Priester. Voor deezen plag deeze Gemeente door den Priester van Bakhuizen bediend te worden; doch daarvan federt eenige jaaren afgefcheiden zynde , wordt 'er thans by deeze Gemeente geen geregelde dienst gedaan. Het STADSHUIS, dat in den jaare 1683 gebouwd werd, is wel klein doch net, en beftaat in eene Vierfchaar, Raadkamer en Sekretary , met daar onder de Waag, 't Stads Pakhuis, en de plaats der gevangenen en der Ratelwacht. Hier wordt nog tegenwoordig eene Morgenfter bewaard , zo als cfte by de Oude Noordfchp Volkeren in gebruik plagtea te zyn. Het WEESHUIS vindt men op het Oosten der Stad : in hetzelve worden alle kinderen, zonder onderfcheid van Godsdienst, gebragt , die, door het verlies hunner Ouderen , zich in eenen behoeftigen ftaat bevinden. Dit huis wordt geregeerd door acht Voogden en vier Voogdesièn , waarvan de eene helft uit de Gereformeerden, en de andere uit de Doopsgezinden verkooren wordt, en waarvan alle jaaren twee Voogden en eene Voogdesfe afgaan. Hetzelve werd opgericht in den jaare 1694; de Diakenye der Gereformeerde Gemeente gaf daar toe het huis, hetwelk haar door zekeren Lambartus Camp , by Uiterften Wille, beneffens eenige Landen, gemaakt was. Het Oude MANNEN en VROUWENHUIS, ftaande op het Westen der Stad, rllNDE« .OOP2JST, Stadshuis. Weeshuis. Mannen en Vrou.' wcnhuis.  344 Tegenwoordige Staat HINDELOOPEN, Stad, werd aangelegd in den jaare 1729. Oude Lidmaaten der Gemeente worden in hetzelve onderhouden en van kost en klederen voorzien ; het bellier van dit huis ftaat aan den Kerkenraad, of liever aan de Diakenen , behalven welken 'er nog vier Regentesfen zyn, die voornaamelyk het opzigt over de kleeding der Oude lieden hebben : deeze worden door de Magiftraat aangefteld, en om de twee jaaren gaan 'er twee van dezelve af. De Stad is ook voorzien van een' Rogmo» len, die te gelyk een Oliemolen is: voor de bouwing der Nieuwe Stad ftond de Molen by de Indyksbrug; doch toen de Stad, in 1638 en eenige volgende jaaren , vergroot werd, en de Molen daar door tusfchen de huizen in raakte, floot de Magiftraat, op den 2 April 1641, een verdrag met de Ingezetenen van den Dorpe Hommerts in Wymbritferadeel, om den Molen te mogen zetten op hunnen Dyk, liggende aan den Oostkant der Stad. Dus werd dan ook de Molen derwaards overgebragt, en eene vaart daar naar toe gegraaven uit de Meenfchar ; terwyl de polle , waarop de Molen voorheen geftaan had , door de Magiftraat gekocht, en tot een Kerkhof, of begraafplaats voor in Zee gevonden Lyken gefchikt werd, gelyk het daar toe nog hedendaags gebruikt , en het Nieuwe Kerkhof genaamd wordt. Wanneer evenwel , in 1775 en 1776, de vloeden der Zee zo hoog liepen, dat de Molen en 't Molenaars huis, daarby, niet weinig leeden, en in merkelyk gevaar raakten, werd  van FRIESLAND. 345 werd dezelve wederom verzet in Sasker • Palfes hoek, ter plaatfe daar dezelve nog ftaat , en waar toe de grond aan de eigenaaren van den molen door de Stad is gefchonken. Dat Hindeloopen, door de ötaaten des Lands, ten jaare 1225, tot eene Stad verheven wierd, is reeds in een voorig Deel (§ ) door ons gemeld. In de Stads Arehiven is daarvan echter niets te vinden; doch dit valt ligtelyk te begrypen, dewyl de Stad, door verfcheiden toevallen, meer dan eens is in brand geraakt, waarby alle Oude Stukken verlooren geraakt zullen zyn. Door de Zeevaart, eene van de voornaamfte bezigheden van derzelver Inwooneren, heeft deeze Stad, van tyd tot tyd, in rykdom en vermogen grootelyks toegenomen. Ten bewyze daarvan ftrekken, onder anderen, de voorrechten, welke door Albert, Koning van Zweeden, aan die van Stavoren en Hindeloopen gegeeven zyn op den 225 July 1368, en daarna, door de Prelaaten, Grietmannen en Mederechters der Landen en Steden in Oostergo en Westergo, den 7 July 1435, zyn goedgekeurd. De zaakelyke inhoud dier voorrechten kwam hierop uit: „ dat die van Stavoren ,, en Hindeloopen vry mogten vaaren in 't „ Ryk van Denemarken en Schoonen, en „ daar Koopmanfchap doen zonder hinder. Dat zy aldaar het Zeeftrand vry zouden „ hebben, om alle Zeevonden zelve te mo- » gen (5)ID. bl. 411, doch daar meu voor J2f$» '1225 leezen moet. Hindeloopen.  V 34& "tegenwoordige Staat Hindeloopen. „ gén bergen, en Arbeiders te winnen waaf „ zy die noodig hadden. Dat, zo 'er goe- I i, deren aandreeven , waarvan de eigenaar I onbekend ware, de naaste Voogd die zou „ moeten bergen, met de Priesterfchap be„ fchryven en in de Kerk brengen, en ver„ Volgens deeze goederen aan den naasten „ erfgenaam overgeeven^ mits dat de Arbei- ders een redelyk loon ontvingen. Dat dé „ Steden ook zelve Voogden mogten ftellen „ op haare eigene wetten, te Schoonen eti „ Balflerbod, gelyk ook in 't geheele Land „ rechten over haare eigene Burgers , enz". Daar nu deeze voorrechten met meer andere in 't losfèn en laaden, mits de tollen betaalende, gepaard gingen, is hec meer dan waarfchynlyk, dat veeie Stedelingen zich daar met der woon hebben nedergezet; en wel voornaamelyk op het eiland Amak, liggende tegen over Koppenhagen * alzo daar ten hüidigen dage de kleeding zeer naby die der echte Hindeloopers komt, welke men veilig mag gisfèn daarvan afkomftig te zyn. Wanneer Koning Christiaan II, ten jaare 1514, trouwde met Izabella , Zuster van Keizer Karei den V, werd aan de Nederlanders, die zy mede bragt, dit eiland ter bewooninge aangeweezen, denkelyk omdat die zich met de bewoohers van 't zelve , als ook Nederlanders zynde, best zouden konnen vereenigen. De Stad, in grootheid toeneemende, was des tyds ook reeds in het Verbond der Hanzee Steden begreepen, en maakte in 1370 een Vredeverbond met Waldamar, Koning van De»  van FRIESLAND. §4? Denemarken. En wanneer Hertog jan van Beyeren, in 1421, door Harlingen gehuldigd wierd, verzegelden die van Hindeloopen niet alleen de brieven van Huldiginge, maar huldigden hem ook daarna zelve. In den Zoen, die, ten jaare 1422, tüsfchen de Stad Gtoningen en Ommelanden ter eener, en Oostergo en Westergo ter andere zyde gemaakt werd , was Hindeloopen mede begreepen, en dezelve door het Stads Zegel bevestigd : de bepaaling, by deezen Zoen gemaakt, was van den volgenden inhoud : „ Wanneer, na het pasfeeren van den „ Zoenbrief, eenige nieuwe zaaken mogten „ opryzen tusfchen de Oldermannen der Ste„ den en loegen , als Stavoren , Hindeloo„pen, Workum, Bolswerd, Harlingen, „ Sneek , Franeker , Leeuwarden en Dok. „ kum, die zal men altyd ftellen tot Vrent„ fchappen aan goede luiden aan de Oost„ zyde Gerksbrugge, opdat daar gCene veide „ afkome". De Ordonnantie , dat men niemand, hy zy wereldlykofGeestelyk, in het Gerechte mag aanfpreeken, dan ter plaatfe daar hy woonachtig is, werd mede door de Stad verzegeld , op den 27 April 1433 : en in May 1443, floot de Stad met die van Bolswerd, Workum , Sneek en eenige Hoofdlingen van Westergo , een verdrag, waarby dezelve zich onderling verbonden tot vrede en weeringe van alle kwaade aanflagen ; als ook om geen vreemde knechten in het Land te brengen, op ftraffe van lyf en goed; moetende Hindeloopen*  HlNDELOOI-EN. 348 Tegenwoordige Staat tende Hindeloopen en Workum ieder een' gyzelaar geeven aan die van Sneek en Bolswerd, gelyk deeze Steden ook wederom aan de cwee eerstgenoemde moesten doen. De Gevolrhagtigde van Hindeloopen, neffens de andere Landen en Steden van Friesland te Sneek vergaderd , verleende op den 3 Maart 1470, en bevestigde met Stads Zegel , een vry geleide voor den tyd van 30 jaaren, aan allen en een' ieder, dié hunne aflaaten en gratiën zochten te verkrygen in de St. M.trtens Kerk te Franeker , door Paus Sixtus den IV , aan dezelve gegeeven op het Feest van St. Jakob. Drie jaaren laatcr, op den 10 Aug., floot de Stad Hindeloopen , beneffens andere Steden , en bevestigde met plegtigen eede , een Verbond van onderlinge befcherminge , voor den tyd van twee jaaren, met de Landen van Oostergo, Westergo en Zevenwouden. Ten jaare 1482 , op den 30 Septemb. maakte Hindeloopen , beneffens Sneek , Bolswerd , Leeuwarden , Slooten en Workum , met gemeenen raade, een befluir om den uitvoer van Boter, Kaas, Osfen en vette Koejeri, naar Zwol toe te flaau, doch van geene andere Eetwaaren. In 1487 werd , op den 28 van Zomermaand , tusfchen Hindeloopen en verfcheiden andere Steden en Grietenyen van Westergo, een verbond, voor vier jaaren, getroffen, waar by men zich, tot nut van 't gemeene Land, verbond, zich by eikanderen te houden , en niet aan den een' of ander' buiten het verbond over  van FRIESLAND. 349 óver te geeven, goed recht in het Land te houden, geen' oorlog aan te neemen, of vreemde knechten in het Land te brengen, en vlytig de Zeedyken en zylen te maaken. By den brand, welke hier in den jaare 1491 ontftond, verloor Hindeloopen 18 huizen. In het Verdrag van den 30 April 1498, ge« troffen tusfchen Hertog Albrecht van Saxen en de Edelen en Steden van Westergo, als Sneek ^ Franeker , Bolswerd , Workum en Sloten, wordt de Stad Hindeloopen niet gemeld; ook blykt het niet, of zy zich al of niet aan de Bullen van Keizer Maximiliaan van den 20 Jul. 1498 hebbe willen onderwerpen, 't geen echter vast gefield moet worden, omdat Hindeloopen, in November 1500, na den dood van meergemelden Hertog Albrecht van Saxen, geteld wordt onder die geenen, welke goed Furstes waren, en uit dien hoofde mede gefield werd op een jaarlykfche tins van 70 Floreenen, waarvan de Renten bedroegen 395 Flor. en 8 Huivers. Verloor Hindeloopen veel by den brand van 1491, by dien van 1503 , leed de Stad nog veel zwaarder verlies , dewyl daar door de Kerk met het grootfle gedeelte der huizen in de asfche wierd gelegd. By de nieuwe verdeeling der Dyken, in den jaare 151-0, door gelastigden van den Hertog van Saxen gemaakt, werd de Stad gefield op 614 jarden; moetende alle de aardwerken in de Provincie gemaakt worden, door elk en een iegelyk in zyne plaats, naar gelegenheid en rykdom der perfoonen, met zyne hand, of door iemand op zyne kosten te winnen, zonder III. deel. Z tbtf HlNDËLOOPESÏi  Hinde- LOOPEN. 3go Tegenwoordige Staat dat de Landzaaten hier van iets aan de Landheeren in de huur mogten afkorten maar orrt de hoofden uit te fteeken, en andere nooddruf. tigheden en onkosten te betaalen, moest ieder goudgulden Rente betaalen 4 ft. naamelyk 2 te Pinkfter en 2 te St. Jakob, door de Landheeren te voldoen ; doch de plaatfen van de huizen en fteden half zo veel. Naar 't verhaal van Emmius zou de zwarte hoop , zynde overgebleeven Saxifche Krygsknechten, op den-«3 Müy van den jaare 1515, de Stad Hindeloopen geheel hebben afgebrand ; doch dit is niet waarfchynlyk, fchoon 't wel kan zyn dat daar by een aanzienlyk gedeelte der Stad is in de asfche gelegd; althans maar twee jaaren daarna werd de Stad door Groote Pier ingenomen , die van* de Bourgondifche bezettinge, uit 300 man beftaan de , 107 man dood floeg, en 72 gevangen nam, behalven dat 'er van de vlugtenden nog veele verdronken; waarna hy Stad verfterkte, èn zich, om deeze reden , waarfchynlyk , Heer van Hindeloopen noemde. Op den Landsdag , in Maymaand 1525, binnen Leeuwarden gehouden, onderwierp Hindeloopen zich, beneffens de Buitendykfters in Westergo, aan de uitfpraak van den Heere Stadhouder en Raaden, wie de Buitendyken in Westergo voortaan zouden maaken en ■ onderhouden , als ook hoe lang en waarmede men haare pondemaaten lands zou bezwaaren. Deeze uitfpraak, op den 28 dier maand gedaan, behelsde , dat, geduurende den tyd van tien jaaren, alle pondematen lands Buitendyks liggende,  bah FRIESLAND. 351 Öe, naar evenredigheid, bezwaard zouden worden , om te famen de Buitendyken in Westergo te maaken en te onderhouden. Doch over deeze uitfpraak ontftond al dra eenig verfchil, 't welk aanleiding gaf, dat Stadhouder en Raaden, injanuary 1528 , verklaarden, dat elk zich naar de reeds gedaane uitfpraak had te fchikken ; en nog nader in July 1529, dat de kosten van het aardwerk, voor de jaaren 1529, 30 en 31, door de Meyers voor —, en door de Grond3 heeren voor gedraagen moesten worden, ten ware de Meyer geen' last der Dyken had aangenomen. Ten jaare 1528 werd de Stad, in het onderhoud der Dyken, aangeflagenop 292FIoreen Rente; zynde de hoogte der Dyken van Hindeloopen , Hemelumer Oldevaart en Stavoren met die van Wymbritferadeel, in 15 30, bepaald op vyf voeten, en de breedte op derdehalve roede, na dat alvoorens, door de Gedeputeerden tot opneeming van den ftaat' der Dyken , op den Landsdag van Maart 1525, bericht was ingebragt , dat dezelve zich in een' flegten ftaat bevonden ; zynde die van Hindeloopen ingebroken, en weinig daarvan ftaande gebleeven. Hindeloopen gaf in Jüny 1532, beneffens de andere Steden , uitgezonderd Stavoren , vol magt aan eenige perfoonen, om met de Steden Deventer en Kampen te handelen over 't ftuk der tollen, en de uitfpraak daarover gefchiedde, in Aug. deszelfden jaars, door den Stadhouder en Raaden. Z a Heï HlNDE- LÓOPEK  352 Tegenwoordige Staat Hinde- LOOPEN* Het groote werk van 't maaken en onderhouden der Zeedyken kreeg eindelyk , in den jaare 15 3 3, zyn volle beflag, volgens het groot Arbitrament, of de algemeene uitfpraak, by den Stadhouder , Prezident en Raaden gedaan, en op dien voet gebragt, waarop hetzelve nog tegenwoordig is en onderhouden wordt. Op den 3 May 1549 , leverden die van Hindeloopen, nevens de andere Steden , een fmeekfchrift over aan zyne Keizerlyke Majefleits Prezident en Raaden, om mede Item in Staat te hebben, en niet blootelyk gerekend te worden, als behoorende tot het kwartier waarin gelegen zyn. Doch de Landen, aan wien dit fmeekfchrift werd ter hand gefield , draaiende met daarop hun goed bedunken te zeggen , zo vervoegden de Steden zich nader , op den 24 January 1550, wanneer hun ten antwoord werd gegeeven, dat de Landen daartoe niet byzonder gelast waren. Derhalven nader aandrang van den kant der Steden gefchied zynde, werd den Gedeputeerden der Landen gebooden , op den eerften Rechtdag na Midvasten, in de Kanfelary te fchikken hunne byzondere Gekommitteerden, met volkomen last om op 't verzoek fchrift der Steden te antwoorden. Dit niettegenftaande bleef de zaak toen evenwel hangen, en ook is daarover nog al vry wat te doen geweest , eer dezelve tot fland wierd gebragt. Op ($) Zie hier van breeder by Schot, Fr. Hist. bl. S04 enz.  van FRIESLAND. 353 Op den 17 January 1550, heeft LolkeFokkes, als daar toe wegens Hindeloopen gevolmagtigd, op den Landsdag, den eed van huldiginge aan Filips , Prinfe van Spanjen , in gevalle van aflyvigheid van den Keizer, als Ertheer van Friesland, afgelegd; gelyk ook. wegens de approbatie en ratifikatie van het Traktaat, by den Keizer met het Duitfche Ryk geflooten, zich vereenigd. Volgens akte van den 26 Maart deszelfden jaars, welke in de Sekretary deezer Stad is bewaard gebleeven, werd Doeke van Walta, door den Keizer, aangefteld tot Dykgraaf over de Dyken van Stavoren , Sneek, Ylst, Hindeloopen enz. van de Workumer Dyken af tot aan het Roode Klif. Ten jaare 1555, den 14 Oktober, gaven die van Hindeloopen, beneffens Workum, Ylst en Sloten, volmagt aan Tjomme Wybes Rollema, Olderman te Sneek , Jakob Sybrands binnen Leeuwarden , en Reinier Annes binnen Bolswerd , om Koning Filips hulde te doen, hem in plaats van Keizer Karei zynen Vader, die afftand van de Nederlanden had gedaan , als hunnen Heer te erkennen, en aan hem den eed van getrouwheid afteleggen. Drie jaaren laater, op den 24 April, gaf Hindeloopen , beneffens de andere Steden, haare toeftemming tot het geeven van een Don gratuit of gefchenk aan Koning Filips, naar de grootheid der Landen onder de Stad liggende. In 1561 , den u April, is de Stad, door haaren Volmagt Sypke Sypkes, ten dien einde neffens anderen verfcheenen aan het huis van Galama te Koudum, toegetreeden in den omZ 3 fla§ fllNDB. LOC-PEK.  354 Tegenwoordige Staat Hinde< loopen. flag van vier ftuivers Buiten dyk, twee ftuivers Binnen dyk, en drie ftuivers Utingeradeel op ieder Floreen, te betaalen op Sint Jakob en St. Marten, telkens de helft, tot inkoop van Paaien voor de Dyken van de Workumer hek af tot aan het Roode Klif, voor den tyd van zeven jaaren ; waarop de Dyksgenooten, vervolgens op den 23 dier maand , zich, by een verzoekfchrift, vervoegden tot den Stadhouder en Raaden, oni gemelden omflag goed te keuren, en elk te gelasten die penningen, op zynen tyd, aan de Ontvangers te betaalen; gelyk, ingevolge het verzoek , by den Hove is gedaan. De Stad, in 't Geestelyke , voor deezen hebbende geftaan onder \ Klooster van St. Odulfus te Stavoren, werd, op den 7 Augustus 1561, door Paus Pius den IV, onder het nieuwe Bisdom van Leeuwarden gefteld. By den Allerheiligen Vloed van het jaar 1570, zo ten hoogften fchadelyk voor Friesland, leed ook Hindeloopen niet weinig; zynde hierdoor, onder anderen , wel dertig vrouwsperfoonenverdronken, welke, uitgegaan zynde, om de Beesten uit het veld op te haaien, met het verdronken Vee tegen den hoogen Dyk kwamen aandryven. Wanneer drie jaaren daar na het platte land, door rooven en plunderen, verwoest, en niet zelden zo fchielyk overvallen wierd, dat noch wereldlyken noch Geestelyken by dag of nacht in hunne huizen veilig waren, en 'er groote fommen gelds opgebragt moesten worden , om daar tegen te voorzien, rustte men eene Vloot uit  van F R I E SL AND. 555 tut van zeven groote 'fchepen; doch de Stad« houder Robles, ziende dat deeze fchepen, om de droogte, op de kusten van geen' dienst konden zyn , floeg voor om in derzelver plaats Galeien te laaten maaken. De Steden Hindeloopen en Workum beloofden ieder eene met drie riemen , op haar eigen kosten, te zullen leveren ; zynde de bedekken daar toe uit Amfterdam gekomen , en ieder Galey op driehonderd dukaaten gefchat, zonder dat met zekerheid te melden zy , of dit, ten aanzien van Hindeloopen., voortgang hebbe gehad. Het jaar 1574 was ook niet een der gunftigften voor Hindeloopen, omdat Walter Hageman, Kapitein onder de Prinsgezinden , met 300 man van Texel komende, de Stad by nacht overviel, plunderde en in brand ftak. Des anderen daags evenwel, kwam Montjoy, Drost van Stavoren, der Stad te hulpe, en dreef Hageman met de zynen op de vlugt, nadat zy alvoorens de Spaanfche Wachten hadden opgeknoopt. Om voor dergelyke bezoeken in het toekomende gedekt te zyn, werd de Stad met eene Schans en andere werken van verdediginge vastgemaakt, Alzo de imposten , waar in de Stad, ten zelfden jaare, had toegeftemd, niet toereikende waren om het Krygsvolk te onderhouden, werd , op den Landsdag des volgenden jaars, door haar op nieuws bewilligd in den voorflag van Prezident en Raaden om een familiegeld te heffen. Of Hindeloopen mede begreepen zy geweest ia de tauxatie van Juny 1575, van één ftuiver Z 4 op ETlKDE* LOOFBN(  S5<5 Tegenwoordige Staat Hinde* LOOPfN, op ieder Floreen , vinde ik niet aangerekend; maar wel, dat de Stad in de nieuwe tauxatie van July deszelfden jaars, is gefield geworden op 15 guld. 's maands tot betaaling der Soldaaten. Ook heeft de Stad, door haaren Volmagt Wythje Aunesz, op den iSJanuar. 1577, mede toegeftemd in den voorflag van den Stadhouder Lalaing, om te betaalen icooco guld. en daarby teffens de Bevrediging van Gend goedgekeurd; als ook des anderen daags aangebooden haar aandeel tegen 10000 guld. in gemelde 100000 te: leveren , gelyk de Steden hadden opgebragt in de 128000, volgens uitfpraak van den Stadhouder, Graave van Meegen , gedsan op den 19 May 1571, fchoon deeze inwilliging maar voor eenmaal was gefchied. Op den 4 April 1577, gaf Hindeloopen, door haaren Volmagt, Heintje Nannes, nevens andere Steden, last aan Doktor Christoffel Aernsma, om, mede uit haaren naam, aan de Alge. meene Staaten te Brusfel te verklaaren, dat de Steden zich vereenigden met de gemaakte Unie en 't Eeuwig Edikt. In Aug. deszelfden jaars, werd Hindeloopen, ter betaalinge van bovenge*melde 10000 guld. getauxeerd op 50 guld. Ten jaare 1579, leverde Hindeloopen, op den 14 Maart, door haaren Volmagt, Wopke Douweszoon, neffens de andere Steden, een verzoekfchrift aan den Graave Lalaing over, om als vierde Lid van Staat toegelaaten te mogen worden. De Stadhouder, daarover hetgoedbedunken van de Volmagten der Landen ge» hoord hebbende, appointeerde daar op in. deezer voegen. „ Al dit gezien; wy ordonneercn wel  van FRIESLAND. 357 wel exprefèlyk, dat noch voor deeze maal, zonder prejudicie van een ieders recht, die Steden, ofte haare Volmagten, heur fiemme, als vierde Lidmaat van deeze Landen, in deeze ' Landsdag zullen hebben". Op den 10 Aug. daaraan volgende , gaf de Stad, door haaren Volmagt, Focke Robyns, nevens de andere Steden, haare toeftemming tot de quote van 24000 guld. in den eisch, door de Gedeputeerden van de nadere Unie gedaan, en 1200 guld., tot aanrits gelden van zeshonderd peerden, onder die mits, dat de Steden voor een vierde Lid van Staat erkend zouden worden. In deezen omflag moest Hindeloopen 50 guld opbrengen. Vervolgens werden 'er, van wegen de Staaten des Lands, eenige Afgevaardigden naar Amfterdam , tot Prins Willem van Oranje, gezon« den, ten einde denzelven te verzoeken om in Friesland te komen , en op alle zaaken van 1 vrede en oorlog orde te ftellen ; gelyk dan ook dezelve, met zyne Gemaalin C harlotte van Bourbon, over Harlingen, te Leeuwarden kwam, en op den 5 April 1581, een provifioneel Reglement op het fluk der Regeeringe in Friesland maakte, waarby de Steden als vierde Lid van Staat wierden gehandhaafd. Daar nu alle de Steden hierby hetzelfde belang hadden , flooten dezelve, in Maart 1583 , eene overeenkomfte , om niet van eikanderen te fcheiden, maar eikanderen alle vereischte hulpe te bewyzen; waartoe de voet van Regeeringe, als ook van onderlinge Z 5 hulpe Mindeloopen.  Hinde- LOOÏEN. / 55 8 Tegenwoordige Staat hulpe en befcherminge, beraamd werd ia April daaraan volgende. Dit gewigtig ftuk dus evenwel zyn volle beflag nog niet hebbende , vonden de Steden, uitgezonderd Leeuwarden, eendragtelyk goed, zich te vrede te houden, dat , na gedaane nominatie en overfchry vinge , de Magiftraaten, naar older gebruik en kostumen, in de refpekrive Steden geordineerd ende gefteld zouden worden by zyne Genade , ( Stadhouder) en 't Hof van Friesland, onverkort ieder Stad haare privilegiën en oktrooien, by de Generaale Staaten, of anderszins byzonderlyk verkreegen , of nog in toekomende tyden te verkrygen, alles by provifie en tot nader revokatie. In deezen ftand bleeven de zaaken tot den 26 Febr, 1595; hebbende de Landen als toen de Steden voor een vierde Lid van Staat erkend, door aan dezelve het recht te geeven om drie Raadsheeren, en dus een vierde van den Provinciaalen Raad aan te ftellen. Hierop volgde , den 21 Noverab. 1598, de openlyke afzweering van den Koning van Spanjen, door de Volmagten van Oostergo, Westergo, Zevenwouden en de Steden , en dus door de vier kwartieren. En van dien tyd af zyn daar over geene verdere verfchillen tusfchen de Landen en Steden voorgevallen; hebbende de Heeren Gedeputeerden van de Landen en Steden, den 11 April 1600, de afzweeringe van den Koning van Spanjen mede gedaan. In den jaare 1610, had men den zogenaam- den  van FRIESLAND. 359 den Pontiaans vloed, by welken de Dyken, tusfchen Hindeloopen en Stavoren, zo veel te lyden hadden, dat 'er meer dan ééne doorbraak vernomen wierd. De Doopsgezinden , voorheen maar eene Broederfchap hebbende uitgemaakt , vonden omtrent het jaar 1615 goed, zich in twee gepootfehappen te verdeelen, en daar aan den naam van Waterlanders en Vlaamingen te geeven. Deeze verdeeldheid duurde tot het jaar 1728, waarin een beter Geest de Broederfchap fcheen te bezielen; althans de uitwendige verdeeldheid werd weggenomen, dooide twee Gemeenten wederom tot ééne te. vereenigen. Ten deezen tyde belfond de Stads Regeering alleen in Burgemeesteren , welke alles afdeeden, behalven dat dezelve alle jaaren , in de Maand February , zes Burgers tot eene Gezwooren Gemeente verkooren , welke, na hunne verkiezing , de Rekening van den Stads Rentemeester hielpen opneemen , en voorts mede order fielden op de Stads gebouwen; en dewyl 'er onder de Burgemeesters en Raadert welde zulke waren, die ter Zee voeren, zo gaven deeze, op den 30 Maart . 1632, volkomen last aan de te huis blyvende Burgemeesters en Meentsperfoonen, om goede toezigt te houden op aile Stads voorvallende zaaken, zo in het bouwen van-de Kerk als anderszins. Deeze Gezwooren Gemeente bleef echter maat één jaar in dienst, en alle jaaren werd 'er eene andere geftemd , welke of uit geheel nieuwe leden beftond, of waar onder één of twee van HlNBB- LOOPEN» >  36o Tegenwoordige Staat Hindeloopen, van het voorige jaar gevonden wierden; zynde 'er geen voorbeeld voor handen, dat zy ooit alle zes op nieuws verkooren zyn. Op deezen voet bleef de Stads Regeering tot aan het jaar 1635 ; zynde 'er toen groote onlusten over het ftuk der Stads Regeeringe ontftaan ,• doch dezelve werden eenigzins geftild , naardien, door Gekoramitteerden uit de Ingezetenen , ten overftaan van de Heeren Abraham van Roorda , Suffridus Rispens en Julius Harinxma, Gekommitteerd door de Heeren Gedeputeerde Staaten deezer Provincie , een Reglement van Raadsbeftellinge wierd gemaakt, en den 16 Jan. 1636 voltrokken , ingevolge de Refolutie en brieven van Oktrooi der Edelmogende Heeren Staaten deezer Provincie van den 25 Jul. en 22 Aug, 1635. By dit Reglement werd aan de Regeeringe overgelaaten haare eigene Burgemeesters te verkiezen, zo als uit den inhoud daar van blykt. Hetzelve is van te veel belang om het der Nakomelingfchap te onthouden, of verminkt mede te rieelen; wy laaten het derhalven hier in zyn geheel volgen, zo als het, ten gemelden jaare, door den Druk, is gemeen gemaakt. "R^ eglement ende voet van Magiftraets beftellinge binnen de Stadt Hindeloopen, beraemt ende op 't Papier gebracht, by ons ondergefchreven, als daar toe, by de ïnghefetenen derfelver Stede , Gecommitteert, ten overftaen van de Ed. Moghende Heeren Com- mis-  van FRIESLAND. 361 ttiisfarien Abraham van Roorda, Suffridus Rispens , ende Julius van Harinxma , omme van nu voort, ende voort 't allen tyden, onderhouden, naeghecomen ende ghepractifeert te worden, binnen de voorfz. Stadt. Ende dit alles in ghevolghe ende door cracht der Letteren van Octroye, in conformiteyt van de Refolutie , in dato den XXV July 1635. I. Eerftelyck, dat de Gemeente ofte Inghefëtenen fullen nomineren ende uytfetten een getal van vier-ende - twintich gequalificeerde Perfoonen, waer uyt de Gecommitteerde der Ed. Mog. Heeren Gedeputeerden , voor defen male alleen, na genomene Informatie, fullen maken een Vroedfchap , beftaende in achtthien Perfoonen, fynde Ledematen, ofte Lief- hebbers van de ware Gereformeerde Apostolique Religie, foo ende als defelve alhier openbaer in de Kercke geleert wort, Patriotten ende Voorftanders van 't Gemeene Beste, vyanden van de Spanjaerts ende haare Adherenten , gereedt den hier nae - befchreven Eed te pratteren. II. Dat de Achtien Perfoonen , waer inne de Vroedfchap beftaet, fullen ghe-eedicht worden, ende als dan, ghelyck de Stadts Se« cretaris, haer leven lang continueren, wettelycke oorfake altoos uitgefondert. III. Doch , foo yemandt gheraken mochte van de Vroedfchap te verllerven, ofte buyten de Stadt ende Jurisdictie van dien, een jaér langh met fyn Huys-gefin fich ontholt, fal, ofte fullen, de Plaetfe, ofte Plaetfen, met een ander bequaam Perfoon, ofte Perfoonen, in luïc- FliNDBLOOPEN.  Hinde- ICOPEW. 302 Tegenwoordige Staat fulcken ghevalle, by pluraliteyt van ftemmen; van die in de Vroedfchap fynde, weder vervult worden. IV. Dat niemandt in de Vroedfchap gheadmitteert, nóchte tot Burghemeester, ofte tot Vroedfchap ghecoren fal moghen worden, als In - gheboorenen van Frieslandt, ofte wiens Ouders alhier Burghers' fyn geweest, ende vier jaeren alhier in de Stadt' ghewoont hebbende, begoedicht ten minften met Acht honden: Caroli Guldens, óff anderfins een Huys , ofte Landen van ghelycke waerde , ende' verders in Conformité van 't'i. Arryckel. V. Doch die aen een Burgers Dochter ge* trout is, fal ghelycke recht ghenieteu als een Ingheboorene Burgher. VI. Dat de gantfche Vroedfchap , waer onder de af-gaende Burghemeesters mede begrepen fyn, alle jaren op Nieuw-Jaers-Dach, 's morghens te acht uyren, benevens den Setretaris, fullen vergaderen op het Raedt Huys, nae voorgaende aenfegginghe van de Magiftraet, door den Wacht - Meester der voorfchreven Stede. VIL Dat als dan, uyt foo veel Boonen als 'er Perfoonen in de Vroedfchap zyn, by elx, (doch onbefien) uyt een fack ghetrocken fal worden. VIII. Onder welcke Boonen , vyff fwarte , ende de reste witte , fullen fyn , ende fo wie de fwarte geraeckt te trecken, fullen voor die tyd, ende voor dat jaer, Electeurs fyn. IX. Welcke Electeurs, terftont nae-gedane lottinghe, haer op een fecrete plaets fullen  van FRIESLAND. 363 begheven, ende Godc om fyn zegen aen-ghe. roepen hebbende , fonder eten ende drincken, de eene van de andere niet te fcheyden, voor ende al eer fy met ghemeene ofte meeste Memmen, fes Burghemeesters uytte achtien Perfonen tot den Vroedfchap behoorende, ofte tot hun believen, uyt het gantfche Corpus van de Stadt, geeligeert ende gekoren fullen hebben. X. Wel verftaende dat de felve Electeurs, niemandt uyt het midden van hun fullen tot Burghemeesters moghen kiefen. XI. Dat de nieuw ghekorene Burghemees« ters, vooreerst, byhetaenvaerdenharesAmpts, onder elcander fullen lotten, wie van hun eerst, van jaer totjaer, bytween fullen af- gaen, door dien onder de eerfte gekorene, het af gaer van de langstghefeten hebbende, anderfins niei bequamelyck fyn voort-gangh can nemen. XII. Sullen alfo vervolghende, alle jaren, ir plaetfe van de twee af gaende uytte Magiftraet op voorgaende ordre, twee andere uyt d< Vroedfchappe ofte Corpus van de Stadt , ah vooren, by de Electeurs genomineert ende ghe koren worden. XIII. Dat de af-gaende twee Burgemeesters wederom in de Vroedfchap fullen gaen, foo f; te vooren daar inne gheweest zyn. XIV. Dat de Electeurs, nae ghedane lottin ghe, ende al eer fy tot de Electie fullen pro cederen, gehouden fullen fyn , den Eed t jbrsefteren, in handen van den Vroedfchap, d£ fy de bequaemfte ende ghequalificeerfte Perfoc nen fullen eligeren, 't zy uyt het Vroedfchap ofte gantfche Corpus; van de Stadt, nae hae bcsi Hinde- loopen, I ï r > j ■ t » r t  364 Tegenwoordige Staat fllKDE. LOOPEN. beste kennisfe, ende conform defe Articulen/ XV. Doch fullen de ghene, welcke als Magiftraten continueren , niet mede mogen lotten, omme onder hun Electeurs uyt temaken , waer onder d'aff-gaende mede begrepen fyn, maer fal de lottinghe onder den resterende, tot twaelf Perfoonen in 't getal, gefchieden, ende onder hun, Electeurs ,op voorgaende voet, ghekofen worden. XVI. Ende lbo een, ofte meer, van deBurghemeesters gheraeckte te verfterven , fal hun plaets vakant fyn ende blyven, ter tydt ende fo langhe, op die ordinaris tydt weder Electeurs, op voorgaende ordre , de vacante plaetfe ofte plaetfen, foo van de verflorvene, als afgaende, lullen vervullen , alles conform het eerfte Artyckel. XVII. Dat de ghene, die in des Overledenen plaets gekofen wordt, hem in het af-gaen fal reguleren, nae dien tydt, de welcke de verftorvene, by fyn leven , onderworpen gheweest foude fyn. XVIII. De Magiftraet, of der felver Commisfarien, over partyen faecken gaende, ofte Beeckeninghen van Wees-Kinderen, ende dierghelycke, op-nemende, fullen de comparitien op het Raedt^huys houden, fonder daer toe eenighe Herberghen te ghebruycken, maer wel op de Secretarye, oft fullen voor Overtreders gehouden worden, exempt nochtans de Verkoopinghen van Huyfen en Landen, de welcke lullen worden toe-ghelaten. XIX. Sal niemandt in de Vroedtfchap, ende tot Burgemeester geadmitteert worden , als die ghene,  van FRIESLAND. 365 ghene, welcke vyf-en - twintich jaren, ende daer over , oldt zyn, onvercort nochtans het vierde ende vyfde Artyckel. XX. Dat niemandt naerder met malckan. deren moghen regeeren in 't Collegie der Busgemeesteren als Sasterlinghen. XXI. So yemandt op Nieuw - Jaers - Avont, van huys mochte zyn, fo fal, by een ander üytten Vroedtfchappe, voorden Abfenten ghelot werden , ende Electcur wordende , ofte niet, en fal voor dat Jaer tot Burgemeester niet ghecofen mogen worden, dan fal 't ghetal by de andere Vroedtfchap, door Lottinghe in des Abfenten plaetfe, vervult worden, vopr beholdeu nochtans, dat by de olde Magiftraet gedaen is, van waerden te houden. XXII. De Electeurs, ende Secretaris, ful« len van de niéuwe ghecofene Burgemeesters aen niemandt openinghe moghen doen , anders dan door Publicatie van 't Stadt - Huys, nae voorgaende Kloek klippinghe. XXIII. Sal de Rekeninghe van Stadts< opkomften ghedaen worden , in prsfentie van de gantfche Vroedtfchap. XXIV. Sullen gheen Stadts - Ampten, nochte publicque Bedieningen, hoedanich die moghen zyn, worden vergheven; gheen nieu. we Ampten ghemaeckt; nochte andere Lasten, fo Ordinaris als Extra - Ordinaris , ( de Stadt rakende) aenghenomen ofte in - ghewillicht worden , fonder kennisfe van de gantfche Vroedtfchap. XXV. Dat niemandt van de Vroedtfchap •enighe Giften ofte Gaven fal moghen genieHl. deel, Aa te^,* HiHBa. LOOriNJ  HindeiOor&n. g65 Tegenwoordige Staat ten, voor het confereren van de Burgemees-" ters-Ampt, by poene, dat beyde de Ghever ende Ontfangher, voor Infame Perfoonen ghe-; acht fullen worden. XXVI. Dat het Bapport van de Landts dagen, aen de Magiftraet ende Vroedtfchap ghelyck fal worden ghedaen. XXVII. Dat alle 'halff jaren de Magiftraet, ende Vroedtfchap, in Completen getalle ghehouden fullen zyn te Vergaderen, om een goede Reformatie te houden, op alle Gravamina by de Inghefetenen in te brengen, 't welck yeder fal vry ftaen. XXVIII. De Burghemeesters fullen uytte Confent penninghen niet meer ghenieten, als tot drie hondert Caroli Guldens, ende fullen de resterende Penninghen tot profyt van de Stadt comen. XXIX. Dat de Ordonnantiën, ghepasfeert op het Comptoir van de Stadts Rentemeester, ofte Ontfanger , excederende de fomma van thien Caroli Guldens, fullen geteeckent worden by een uytte Magiftraet ende Vroedtfchap. XXX. Sal ook niemandt meer als een Ampt, waer voor Tractament uyt des Stadts kiste ghetrocken wordt, mogen bedienen. XXXI. Ende foo yemandt, op den Landts dach zynde, eenighe Ampt gheraeckt te becomen, fal ghehouden zyn, jaerlycks van de opcomften van 't voorfchreven Ampt, gheduyrende fyn Bedieninghe, tot profyt van de Stadt, uyt te keeren ende betalen den thienden Penninck. XXXII. Den  van FRIESLAND. 367 XXXII. Den Secretaris fal hem , nae approbatie van defe Articulen , ontholden van de Boelgoederen, ende fal 't felve voortaen Verpacht worden, tot profyt van de Stadt. XXXIII. Den Secretaris fal de Burgerye moeten dienen, omme Acten ende Brieven te fchry ven op het Stadts - Huys , ofte in de Secretarye; ten ware dat hy by de vreemde Perfoonen, gheen Inghefetenen ofte Burghers zynde, in de Herberghe ontboden worde, by verbeurte yder reys , twaelf Caroli Guldens , te appliceren tot profyt van den Ar. men. XXXIV. Dat oock de Schoolmeesters, ofte andere , gheen Notarien , ofte publique Per foonen zynde , eenighe Brieven fullen moghen fchryven , de Secretarye aengaende, by ver* beurte van gelycke twaelf Caroli Guldens, de helfte tot profyt van de Armen, ende de andere helfte tot profyt van den Secretaris. XXXV. Sullen de Magiftraets - Perfoonen, fo wel als den Secretaris, in 't vorderen ende Ontfanghen van hunne Salarifen , haer hebben te reguleren nae de Ordonnantie , by pcene daer toe flaende. XXXVI. Dat alle Actiën, onder de vyff ende twintich Guldens bedraghende, de Facto by Commisfaris, ofte Commisfarien, binnen de tydt van drie weccken , fullen worden afghehandelt, by poene, den onwillighen fyn verfteck. XXXVII. Dat de Magiftraet ghehouden fal zyn , om , het geheele jaer geduyrende , 'c gerichte van proceduren, tot gherylf van Par. Aa a tyen, HiNnnLoopcrr.  Hinde- LOOPEN. 368 Tegenwoordige Staat tyen , volghens de Ordonnantiën, te onderhouden , ende doen onderhouden , doch de Vacantien uytghefondert. XXXVIII. Dat alle misverftanden, uyt defen te ontryfen, fullen ftaen voor de eerfte inftantie , tot discretie van twee uytten Raedt, ende twee uytte Vroedtfchappe, by Lottinge, uytten Collegie daer toe te nemen , omme veraccordeert te worden , fo doenlyck, fo niet , over verfchillende Poincten , hun beste verclaringhe te doen, voor ende al eerdat Partyen andere Perfoonen , ofte de hooghe Overheyt, als Arbiters ende Soenluyden, fullen roepen ende kiefen, by meeste {temmen van de gantfche Vroedtfchap. Aldus ghedaen ende ghearresteert, by ons ondergefz. Gecommitteerden der Inghefetenen van Hindeloopen, ten overftaen van ons voorenghemelte Heeren Commisfarien. Oirconde onfe Handen , op 't Raedt - Huys binnen Hindeloopen, defen iöden January 1636. Onder de principale van defen ftonde gefchreven. A. Roorda. S. Rispens. Julius van Harinxma. Waer by gefchreven ftonde , Reyntjen Takes. Hylcke Renwers. Asfuerus Voghelzangh. Ac?  van FRIESLAND. 3^9 Accordeert ,by my Secretaris tot Hindelopen, den 12 February 1636. T. Pierii. Commislie voor den Heeren Abraham van Roorda, Suffridus Rispens, ende Julius van Harinxma, over 't beltellen van de Raedts-verkiefinge tot Hindelopen. J 3e Ghedeputeerde Staten van Frieslandt, doen te weten, Gecommitteert ende geauthorifeert te hebben, Committeren ende Authoriferen mits defen , de Edele Erentpheste, Achtbare , Wyfe , Voorfienige, feer Discrete Heeren, Abraham van Roorda , fcuttridus Rispens, ende Julius van Harinxma, onfe Mede - Broederen, om hen op 't fpoedichfte te vervoegen binnen de Stede Hindelopen, omme de Ingefetenen der felver Stede, volehens haer Remonftrantie aen defe Vergaderinge overgegeven , ter eenre; ende de Magiftraet aldaer , ter andere fyden , over het beramen van den voet ende Reglement der Raedts beftellinge, ende de Dependentiën van dien, teverftaen, ende vereenighen, indien doenlyk; indien niet, der Partyen ftucken over te nemen, ende in de verfchillen finalyck te termineren, ende disponeren, fulcx als fy voor den dienst van de Landen bevinden fullen te behooren, ende diensvolgens haer te doen hebben het effect van 't Octroy, in Conformite der Refolutie, in dato den 25 July 1635, Aa 3 dien Hinde» loofen.  3f o Tegenwoordige Staat Hinde- loopun. dien aengaende by de Staten van 't Landt ghenomen ; Belovende, voor vast, goed, ende van waerden te houden, 't gene in defen by onfe Gecommitteerden gedaen, ende gehandelt fal worden , als of het felfde in 't pleyne Coïlegie ware gedaen, ende hen daer af kosteloos ende fchadeloos te ontheffen: Belasten een yder, die defen aengaet, ofte fal worden vertoont, degemelte HeerenGecommiteerden, in 't exerceren van defe hunne Commisfic , geenfins te turberen nochte verhinderen , maer alle gehoorfaemheyt te bewyzen, fo ende als dat behoort : Waer aen der Landen dienst, ende onfe eernfïighe meyninghe gefchieden fal. Gegeven binnen Leeuwarden , onder 't zegel der Staten van Frieslandt , ende der felver Secretaris handt , defen XI Septembris M. D. C- XXXV. Was geparapheert D. ab Hottinga. Legher ftondt 't Landtfchaps Zeghel, ende ter Ordonnantie der Heeren Ghedeputeerde Staten van Frieslandt. Gheteykent L. Beyma, Accordeert metten Principale , in kennisfe van my, ende was onderteyckent. D. Claix. Accordeert metten Principale, in kennisfe van my Secretaris, den 12 February 1636. T. Pierii. Let.  van FRIESLAND. 371 Letteren van Octroye, door krachte van de Refolutie der Ed. Mo. Heeren Staten van Frieslandt, van dato den XXV July 1635, verleent aen de Inghefetenen van Hindelopen. X)e Staten van Frieslandt; Allen den genen die defen fullen fien off hooren lezen, Saluyt : Alfo wy altoos van ghevoelen zyn geweest, ende als noch zyn, dat het beftellen der Magiflraten ende Overheyden, onder anderen, in de Steden van den voorfchreven onfe Provincie , is mede een Poinct van de Hoochheyt ende Heerlyckheyt defer Landtfchappe; ende midts dien , ftaende alleen tot directie van ons, of van den genen, dien wy fulcks by onfe Brieven fpecialyck verlenen ende Octroyeren: So ist, dat wy, ontfanghen hebbende de Remonftrantien der Inghefetenen van verfcheydene onfe Steden, waer by de felvc ons in 't langhe vertoonden, de befwaerlyckheden van dien, tot noch toe, gepleegde verkiefinge van hunne Magiflraten, ende daer by verfochten, van dien maniere' van beftellinge bevrydt te mogen zyn, ende wederom van ons ghepermitteert ende toegeftaen, vryheyt, om binnen hunne refpective Steden, van nu voortaen jaerlycks, ten eynde des jaers , hunne Magiftraets • Perfoonen felfs te ftellen, ende als het noodich is te veranderen, op alfulcken voet ende Reglement, als fy Ingeferenen der Steden, ten overflaen van ons, ofte onfe Gecommitteerden , ten meesAa'4 «&n Hindelooprn.  37a Tegenwoordige Staat Hindexoopen. ten dienfte van 't Landt, endé fpecialycken van hunne Steden , bereyt waren te beramen, ende daer over verfochten onfe Brieven van Octroye hen mede gedeylt te worden: So ist dat wy 't voorfchreven verfoeck, wel geëxamineerd, ende nae rype deliberatie, onderfpcht hebbende, 'f felve om vele goede inlichten , bevonden hebben te wefen redelyck, ende te ftrecken tot Rust, Reputatie , ende een fonderlinghen Dienst van den voorfchreven Landtfchappe : Al waer om is het, dat wy (ingevolge ende Conformiteyt van de Refolutie, ten Landtsdage gbenomen, op den 25 July 1^35 , daer by den Inghefetenen deiSteden , vryheyt van hunne Magiftraets verkiefinghe ende dienftighe Brieven van Octroye toegeftaen ende beloofd zyn ) als na , by defen, den felven Inghefetenen der Steden , confenteren , vergunnen , ende Octroyeren , om, den voor defen ghepleegden maniere van Magiftraets beftellinghe, voor by te gaen, ende jaerlycx, op Nieuw- Jaers - Avont, felfs in hunne Steden te verkiefen ende beftellen, den Magiftraets - Perfoonen , op alfulcken Reglement ende voet , als fy Inghefetenen , ten overftaen van ons, ofte onfe Gecommitteerden , fullen gheraecken te beramen,' op dat, fulcks gefchiedende by goede ordre, alle ongherusticheyden, ende tweedrachten, voortaen, buyten de Regeeringhe der felver Steden, geweer: ende voorgekomen mogen worden : Van welcken onfen Octroye , op dat een yeder daer van kennisfe kryghende, fich van onfe gcede gheneygentheyt ende oprechte mey-  van FRIESLAND. 373 eieyninghe moghe hebben te verzekeren, want wy verftaen fulcks alles ten meesten dienfte van 't Gemene Beste te behooren. Ghegeven binnen Leeuwarden , onder 't Zeghel der Staten van Frieslandt, ende der felver Secretaris handt , den XXII Angusti 1635. De principale defes wat geparagrapheert C. Oos* terzee: leger ftonde ghedruckt het Landtfchaps Zeghel, ende ter fyden, by de Staten van Frieslandt, ter relatie der Heeren Gedepu ■ teerden der Staten voorfz. gheteyckent. L. Beyma. Accordeert metten principale in kennisfe van my, ende was onderteyckent D, Claix. Accordeert, bymy Secretaris tot Hindelopen. den ia February 1636. T. Pierii. Formulier van den Eedt, die de Vroedt' fchappen der Stede Hindelopen, fullen moeter presteren. '^'^/^'y ondergefchreven verklaren mits de fen, dat wy het Oorloge, by de Geünieerde Provinciën , in 't generael , ende by defei Landfchappe, als mede Lidmact van de felve in 't particulier, voormaels ende nu wederom me, tegens den Coninck van Hispanien aen ghenomen ,' voor oprecht ende Christelycl Aa 5 holden Hindeloopen. 1 »  374 Tegenwoordige Staat II INDELOOI'EIJ, holden, ende fweren daeromme, fonder eenïch achterdencken , dat wy den voorfchreven Coninck, noch yemandt van fynent wegen , voortaen niec meer holden voor Over - Heer van defe Landen , ende dat wy daeromme den fel ven met alle fynen aenhang, in allen yver ende getrouwicheyt, nae ons vermogen, beloven te helpen wederftaen ; ende voorts de Eere Godes , en de ware Christelycke Religie, daer van hier openbare profesfie gedaen wort, mitsgaders de privilegiën , vryheden der Landfchappe van Frieslandt ende defer Stede, als mede de welftandt van den tcghenwoordigen ftaet van Regeeringe , tegens allen ende een yegelyckcn , nae ons uytterfte vermogen, te fullen helpen handt houden ende befchermen, ende dat wy ons, in ons Ampt ende Beroepinge, volgens ende nae het inhouden van defe voorgellelde voet ende Reglement , eerlyck ende vromelyck fullen quyten , ende daerinne al tydt voor ooghen hebben ende helpen bevorderen, den meesten dienst ende welvaert van 't Vaderlandt. Soo waerlyck moet my Godt Almachtich helpen! Onderftonde Sytfe Gaetzes, Reyntje Taeckes, Hylcke Rinwers, Dirck Jansz. , Boyen Dircks, Broer Broers, Nancke Jarichs, Ocke Fonghers, Feye Oenes, Anne Pieters , Wybrandt Eelckes, Grtete Fonghers , Hesfel Rinwers,  van FRIESLAND. 375 Rinwers, Nanne Pieters, Asfuerus Voghel. .fangh, Ocke Dircks, Anske Alberts. Accordeert, by my Secretaris tot Hindelopen , den ia February 1636". T. Pierü. Op nuydcn den 16 January 1636, hebben -de Vroedtfchappen der Stede Hindeloopen, op den Raedt-Huyfe, ter prafentie ende audiëntie van de E. Heeren Commisfarien der E. M. Heeren Gedeputeerde Staten van Frieslandt , in Conformité van 't Reglement, geprocedeert tot Lottinghe van de Electeurs, ende zyn tot Electeurs gebleven de naervol ghende Perfoonen Boyen Dircks. Anne Pieters. Ocke Fonghers. Grcete Fonghers. Anske Alberts. Publicatie. D e Vroedtfchap defer Stede Hindeloopen, repra^fenterende de Gemeente ende Inghelètenen van dien, overgelecht hebbende althans te vaceren de Magiftraet ende Ghefwooren Ghemeenfchap refpectivelyck , door het Geobtineerde Octroy van hun eyghen Raedtbeftellinghe, op huyden tot uytlottinghe van de Elec- HlNDELOOPEÖ,  HlNDELOOl'JStT. 376 Tegenwoordige Staat Electeurs geprocedeert zynde, hebben de felve tot Recht ende Regeeringhe defer Stede genoemt, geconfirmeert, geordonneert, ende gecommitteert, fulcx doende by defen, den Perfoonen, inden cedulle, in defen genoemt: Om daer van uyt de Raedt, alle jaren twee aff te gaen, waer uyt onder hun fal worden ghelot, welcke twee, met een , twee off drie jaren fullen afgaen: Ue welcke om hun daerinne wel ende ghetrouwelyck te draghen, den behoorlycken Eed, daer toe ftaende (nae vermelden van de forma ter Refolutie - Boeck geregistreert) fullen doen, voor defe mael, in handen van den Ed. Mog. Heeren Gedeputeerde Staten van Frieslandt; welcke tot dien eynde wy Gecommitteert hebben, ende Committeeren by defen : Ontbieden ende bevelen daeromme, allen ende een yegelyck van onfe In woon deren , de voorfeyde Perfoonen gehoórfaem te zyn : willende, dat fy fulcke Macht, Authoriteyt, ende Bevel fullen hebben, als fulcks tot Recht ende Regeeringe der voorfchreven Stede, naer uytwyfen der Ordonnantie behoort: Actum op 't Raedt - Huys tot Hindeloopen, defen iójanuary 1636. Ter Ordonnantie van de Heeren van 't Vroedtfchap der Stede Hindeloopen. Onder- ftonde gefchreven. D. Claix. Volghens ende in Conformité van 't Reglement , by de Gecommitteerde van de lage.-  va» FRIESLAND. Z7? gefetenen der Stede Hindeloopen beraemt, ■ ende op 't Papier ghebracht, hebben wy ondergefchreven Electeurs , tot Burghemeesters der Stede Hindeloopen voorfchreven genomineert , ende geëligeert , nomineren , ende eligeren mits defen naevolghende Perfoonen. Sytfe Gaetfes. Asfuerus Voghelfangh. Broer Broers. Reyntje Taeckes. IMancke Jarichs. Tjerne Idfes. Aldus gedaen, geëligeert ende genomineert, op 't Raedt Huys der Stede Hindeloopen, den 16 January 1636. Onder de principale defes ftonde Grcete Fongers , Boyen Dircks , Anske Alberts, Anne Pieters, Ocke Fonghers. Accordeert metten principale, in kennisfe van my onderghefz. Accordeert, by my Secretaris tot Hindeloopen, den 12 February 1636. Forme des Eedts, die de Magiftraet tot Hindeloopen doet , in 'r aennemen van hun Officie.. /\lfoo ick, nefFens anderen, in defe Stadt, te D. Claix. T. Pierii. rllNDF.. -OOPEN.  378 Tegenwoordige Staat Hinde- LOOPEN» te regeeren gheordonneert ben , foo beloove ende fweere ik, by, ende voor de Nederlandfche Geünieerde Provinciën , in 't geaerael, ende defe Provincie van Frieslandt, in 't particulier, tot wederftandt van den Coninek van Hispanien, Male - Contenten , ende alle haren aenhang, op te fetten Lyff ende Goedt; die Overheyt van de voorfeyde Provinciën, als de Generale Staten , Raedt van Staten, mitsgaders de particuliere Staten van Frieslandt, ende den Welghebooren onfèn Genadigen Heeren , Stadhouder, Graef Hendriek van Nasfau, etc. elcks na fyn wettelycke Commisfie refpectivelyck , hou en trou, fampt gehoorzaem te zyn: alle het ghene dat de felfde Overicheden, tot meeste nut, voordeel, ende beste van de Gemene fake, in de Landen ende Steden van Frieslandt, 't fy in Landts Regeeringhe, off in Kryghs faecken, noodich ende raedtfaem fullen vinden, voor my felfs , trouwelyck te helpen effectueren, ende de andere Ingefetenen defer Stadt, tot Gehoorfaemheyt, Vrede, ende Eenicheyt te wyfen, ende te vermanen; ende voorts generalycken, alle myne Raedtflaghen , tot meeste rust ende eendracht van defe Provincie , te richten; de Stadt met behoorlycke Proviant, Wacht , ende andere nooddruft ende toeficht, wel te doen verfien ende bewaren; een yder menfche, Recht in dele Stadt foeckende, tot fyn Gherechticheyt te helpen ; niemandt in fyn Recht , wetentlyck , te bekorten , ofte in eenighe onbetamelycke maniere te befwaren j met des Ghemene Stadts Goedt,-  m» FRIESLAND, 379 Goedt, ende nuttinghe , trouwelyck , tot profyt van de Stadt , te handelen; ende my door geenderleye Bate, Schade, Eere, Schande , Vriendfchap , Gunst , Haat ofte Nyt , teghens 't ghene voorfchreven is , bewegen laten; oock voor my felven geenerley profyten te foecken , dan foo veele my Rechtelyck toeghelaten is ; benevens dien , de Letteren van Octroy, fampt voet en Reglement van Regeeringhe, op huyden aen ons Magiftraten defer Stede overghelevert, in alle manieren te onderhouden , ende doen onderhouden , nae ïnhout van de felve, ende de Secreten van den Camer niet te openbaren. Soo waerlyck moet my Godt Almachtich helpen! Onderftonde gefchreven , Sytfe Gaetfes , Asfuerus Voghelfangh , Broer Broers, Nancke Jarichs, Reyntje Taekes. Accordeert, by my Secretaris tot Hindelopen, den 12 February 1636. T. Pierii. Over dit Reglement ontftonden al dra merkelyke beweegingen. De Stadhouder en het Hof Provinciaal , te vooren de verkiezing van Burgemeesteren gehad hebbende, tot her. roepinge toe, volgens Refolutie van het kwartier der Steden van den 15 July 1588, wa. reu riiNBï- i-OOVES.  380 Tegenwoordige Staat Hindeloopen. ren niet te vreden, dat hun de verkiezing van Burgemeesteren wierd afgenomen; waarom zelfs de Heeren Staaten, by eene byzondere Refolutie van den 7 Novemb. 1635 , daar tegen hebben voorzien , en den Stadhouder en Raaden in de Vergadering der Heeren Staaten doen komen , en de meening van Hun Ed. Mog. te kennen gegeeven ; waarmede deeze zaak was afgedaan. De Reglementen van den jaare 1635, werden echter eerlang afgekeurd, en daarop volgde het Reglement van den 30 Maart en 9 April 1637, waarby aan den Stadhouder alleen de Raadsbeftelling der Magiftraaten, uit een dubbeld getal , werd opgedraagen; dus verkreeg de Stadhouder alleen dat recht, het welk hy te vooren met het geheele Hof had moeten deelen, en daar mede was toen alles in rust Dit Reglement, nog hedendaags in weezen zynde , is van den volgenden inhoud. 1. J)e Magiftraat fal beftaan uyt vyf Burgemeesters ende feven Gemeensluyden ofte Vroedfchappen, die by gemelde Rade van State, Van wegen als boven, als nu fullen aangeftelt worden. 2. De voornoemde Burgemeesters fullen dienen van den enen nieuwen jaars dag tot den anderen, in fulker voegen, dat toekomende nieuwe jaar een van defelve fal afgaan, ende dat voorts alle nieuwe jaars , vervolgens yeder rcyfe een, het welke voor de eerfte vier jaren by lotinge fal gefchieden onder die gene, die tegenwoordig als Burgemeesters fyn aangeftelt, ende  tan FRIESLAND. 381 ende dan voorts het vyfde jaar fal de resterende Burgemeester, de oudfte als dan in dienst fynde ende langst geregeert hebbende , mede afgaan. 3. Van de Gemeehsluyden of Vroedfchappen als nu aangeftelt, fal alle jaren mede een komen af te gaan ende verandert werden, het welke oök de eerfte fes jarén by lotinge fal gefchieden, en het fevende jaar fal de oudfte in dienst fynde als dan mede komen af te gaan, gelyk als voren vart Burgemeesterenis gefeyt, het welke voorts van tyd tot tyd van de oudfte in dienst fynde fal continueren. 4. De herftellinge van de Magiftraats perfonen fal gefchieden in manieren als volgt: alle jaeren fal, veertien dagert voor nieuw jaers dag, iri plaatfe van die gene die afgaen, een dubbelt getal genomineert worden uit de Gemeensluyden in fulker manieren, dat eerst drie perfonen uyt de feven fullen by lotinge genomen worden , welke drie fullen doen de nominatie van voorf. dubbelt getal uyt de andere vier, alfoo fy heur felfs niet fullen mogen nomineren. 5. Tot welke nominatie fy dadelyk fullen moeten procederen, belovende eerst ( foo ras het lot op hun fal fyn gevallen óm te kiefen ) aan de Vergaderinge op haren gedanen Eedt, dat fy in 't nomineren fullen letten op de gequalificeerfte en bequaamfte perfonen onder voorf. vier, fonder enig ander oogmerk, fugt of gunfte daar inne te fullen mogen betonen. 6. Gaande dan met heur driëen in een ariIII. deëu Bb der Hinds- looïmüï  HINDELOOPEN. 382 Tegenwoordige Staat der kamer, ende niet daar uytkomende, nog met yemant communicerende, voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste ftemmen. 7. Welke nominatie van dubbelt getal als dan dadelyk, by befloten Misfive, fal overgefonden worden aan fyne Genade Stadholder defer Provincie, om by defelve daar uyt een Burgemeester in plaatfe van de afgaande te worden gekofen , die de namen der gekoorne, mede by beflotene Misfive, fal overfchryven , welke Misfive niet voor nieuw jaars dag fal mogen worden geopent. 8. De afgaande Burgemeester fal weder fuccederen in de Gemeensluyden of Vroedfchap , in plaatfe van de gekoorne. 9. Soo wanneer de Magiftraat yder jaar, invoegen als vooren, fal wefen gekoren, fal de felve dadelyk als dan procederen tot verkiefinge van een nieuwe Gemeensman of Vroedfchap, in plaatfe van die gene die voor dit jaar fal wefen afgegaan, ende dat uyt het Corpus ofte brede Gemeente defer Stad. 10. By foo verre enige plaatfe, by verfterf of anderfins, tusfchen tyden quame te vaceren, fal daar inne een ander gekoren worden, te weten, foo het van Burgemeester is , meer als drie maanden voor nieuw jaar, fal de plaatfe moeten werden dadelyk vervult by nominatie ende electie als boven. 11. Ende in de Gemeente of Vroedfchap een maand naar dat de plaatfe vacant fal fyn geworden , by Magiftraat met pluraliteit van ftemmen de verkiefinge te doen. 1.2. Ende  tan FRIESLAND. 383 tii Ende of het quame te gebeuren , dat yemant uyt de Gemeensluyden of Vroedfchap gecommitteert wierde in enige Generaliteits of Provinciale Collegie, dat defelve egter in de Gemeensluyden fal continueren ter tyd toe hy by lotinge of naar orde fal komen te veranderen. 13. Alle de voornoemde perfonen fullen moeten fyn behoorlyk gequalificeert, van de ware Gereformeerde Religie , foo als die in de publique kerken wordt geoeffent, profesfie daar van doende of ten minften wel geaffectioneerd tot de Religie ende ter gehoor komende, ook behoorlyk gedoopt fynde; 14. Blyvende voorts aan de Magiftraat ende Gemeensluyden de beraminge met meeste ftemmen van alle verdere goede order in de Regeeringe van Stads faken ende 't gene daar van dependeert, ende ook heure privilegiën , vryheden ende costumen naar ouder gewoonte, foo in 't vergeven van Stads Amptefi als anderfins als van ouds gebruykelyk is geweest, fonder ergens inne tot particulier profyt te mogen excederen ; lettende voor al op de beste Mesnage ende meeste voordeel van de Stad ende goede Ingefetenen van dien , ook in verteringe, baten , profyten of vacatiën , niet gaande buyten de Ordonnantie of Ordinaris gebruyk, ende ook voor 't Confereren van enige Ampten niet genietende, op poene van arbitrale Correctie. Alle welke pointen by de Hoog Mogende Heeren Staten Generaal, des nood ende verfogt fynde, fullen geapprobeert, geratifïceert, ende by forme Bb a van HlNBS»  384 Tegenwoordige Staat Hindeloopen. van Octroy aan de Stad Hindeloopen verleent worden. Aldus gedaan ende gearresteert bin«> nen Hindelopen den ^^"i 1637. ende was o-eparapheert A. Bruyning. Onder ftont ter Ordonnantie van de Raden van State , ende was ondertekent J. Eykberg. Ingevolge voorenftaande Reglement gaat dan alle jaaren een Burgemeester en een Vroedfchap af; wordende de vakante plaats van den Burgemeester vervuld door zyne Doorl. Hoogheid, uit een dubbeld getal, hem ten dien einde overgezonden, en die der Vroedfchap door de Burgemeesteren, vallende de afgaande Burgemeester vanzelfs weder in de Vroedfchap. Dit Reglement is tot deezen tyd toe als eene fundamenteele wet van Regeeringe onderhouden, zonder dat daarin eenige de minfte verandering is gemaakt, of ook gemaakt mag worden, alzo allen, die zich daar tegen wilden ftellen, zouden worden gehouden voor Perrurbateurs van de gemeene ruste èn weifïand van de Regeeringe der Steden; zynde de Heeren Gedeputeerden en 't Hof Provinciaal gelast om alleszins goede zorge te draagen, dat de Magiftraaten zich daar naar reguleeren; en den Procureur Generaal tegen de overtreeders zonder eenige gunfte of ontveinzinge te doen handelen , volgens refolutie der Èdelmogende Heeren Staaten van den 29 Maart 1642, door alle de Grieteny-1 en en Steden getekend. In  van F RIESLAN D. 385 In 1643 leed Hindeloopen niet weinig by eenen geweldigen ftorm, die de dyken verbrak, en de Sluis met 12 huizen wegfcheurde. Ook was het jaar 1666 verre van gunftig voor Hindeloopen te zyn; alzo de Engelfche Vloot, die op den 8 Aug., des morgens te 8 uuren, het Vlie kwam inzeilen, een konvooi van 170 Koopvaardyfchepen, waaronder 29 Hindelooper Fluiten waren, van welken het maar één ontkwam, in brand ftak , en daarna het Eiland Terfchelling insgelyks in kooien leide. Drie jaaren laater had men in den Herfst wederom een zwaaren ftorm , waardoor de Sluis van Hindeloopen andermaal wegfpoelde, welke daarom, in 1670, vernieuwd en van fteen opgemetfeld werd. Tn het Schrikjaar van 1672 , verzochten de Magiftraat en Vroedfchap uit het lichaam der Ingezetenen eenige der voornaamfte en vermogendfte perfoonen om hun, in dien gevaarlyken toeftand des Lands, met raad en daad te onderfteunen. Na dat hier toe twaalf perfoonen benoemd waren , werd , op den 28 July , met gemeen overleg van Regeeringe en Gekommitteerden, een befluit genomen, om de Fortifikatien door den Luitenant Ingenieur Lauwerman te voltooien; waarna zy, op den 20 Novemb., van de Raaden ter Admiraliteit in Friesland, zestien ftukken Yzeren Kanon met hun toebehooren te leen ontvingen. Ookbefloot men op den 5 Decemb. aanftonds eene hoogte van Aardwerk, tot verdediginge der Stad op te werpen; en alles werd met den vereischteti fpoed te werke gefteld. Mans niet alleen maai Bb 3 ooi Hindeloopen.  386 Tegenwoordige Staat HlKDE•jOPfEW. ook Vrouwen floegen, in deezen nood, de handen met yver aan 't werk; de begoedigde Ingezetenen fchooten daartoe geld op, waarvan de renten zouden beginnen te loopen, drie jaaren nadat de vrede zou getroffen zyn. Dus was alles in het volgende jaar gemaakt. Het Bolwerk ftrekte zich van den Oostkant der Stad, daainu de opreed is, over de Oostergeuze Sloot en Yndyk, en voorts over de Westergeuze Sloot tot aan Zee: in de Indyk werd een Sluis gelegd, en in de Geuze Slooten Vosfe Gaten, om de Stad voor 't water te bewaaren, zo de Provincie eens onder water gezet mogt worden. De Oosterpoort ftond toen daar nu het Set in de Graft ligt, en dus liep de Reed door de Meenfcharfteeg; de Westerpoorr ftond in de Weide, met een brug over de Westergraft, zynde de Reed door de Weide Steeg, De Burgermilitie beftond in drie Kompagnien, ieder van 50 Man, welke om de 14 dagen verwisfelden, en te velde trokken, genietende ieder gemeene van de Provincie drie guld. 's weeks, en de Officieren Zes guld., doch waarby de Stad ook zo veel gaf. Hier toe betaalden de Waterlandfche Doopsr gezinden 2500 guld. en de Vlaamfche 1250 guld., mids vry zynde van dienst te doen en wapens te draagen. Eene der Kompagnien, op marsch zynde naar Slykenburg, werd door een vyardlyk kommando aangetast, doch door een kommando geregelde troepen ontzet, zo dat maar één Burger in zyn been gekwetst wierd. Na 't eindigen van den veldtogt werden de vaandels, by lotinge, gefchonken aan de drie Vaandriks, Wiebe Yntjes, Dirk Jans  van FRIESLAND. 387 Jans en Pieter Simons; doch van de verwerkingen is niets anders overgebleeven dan Prins Hendrik Kazimiers Bolwerk. Op den 9 Maart van 1675 , verklaarde Hindeloopen de waardigheid van Stadhouder en Kapitein Generaal erfiyk op de mannelyke kinderen, kinds kinderen'en andere mannelyke nakomelingen van Prins Hendrik Kazimier, uit een wettig huwelyk voortgefprooten, en droeg diensvolgens de Raadsbeftelling aan dezelve op. De zwaare ftorm, welken men hier in 't begin van 1676 had, fcheurde groote gaten in den Floreen- Dyk, aan den Westkant der Stad. Na dezelve vooreerst geftopt te hebben, werd vervolgens de Dyk verhoogd, van de Schans af tot voorby de Oude Weide , en de aarde daartoe gehaald van de Oude Schans, die nu, als noodeloos, niet meer onderhouden werd. Om dezelfde reden befloot men op den 19 Jan. van 1683, de Pyp en Sluis in de Indyk af te breeken, en de fteen, elders, ten voordeele der Stad, te gebruiken. Op den 30 Maart van 1(391, benoemde en zond de Magiftraat eene Kommisfie aan haare Hoogheid, de Prinfesfe Gemaalinne van den Prinfe Erfftadhouder, Hendrik Kazimier, toen in het Veld zynde en dagelyks aan groote gevaaren bloot gefield, om, zo zyne Hoogheid het tydelyke met het eeuwige kwame te verwisfelen, als dan, by de minderjaarigheid van den Prinfe Johan Willem van Nasfau, haaren Zoon, de Magiftraats beftelling waar te neemen. Op den 8 Decemb. van Ï703, had men lib 4 weder Hinde-" loopen.  Hindeloopen. 3B8 Tegenwoordige Staat' weder een' zwaaren ftorm, die voor de Stad en derzelver Ingezetenen zeer nadeelig was, dewyl door den zeiven drieëntwintig groote Hindelooper Schépen van hunne ankers fpoelden, en op Strand dreeven, aan de kust van Wonzeradeel, van Zuriger Oord af tot Ferwoude toe; waarby nog kwam, dat de Heer Tjaard van Aylva, Subftituit Grietman van Wonzeradeel, voorwendde, dat hem een tien* de der Schepen, wegens Strandrecht, toekwam*, doch deeze drieëntwintig Schippers zich , over dien eisch, aan den Hove van Friesland hebbende vervoegd , kreeg dit gefchil aldra een einde, dewyl gemelde Heer geen' zin had , om 23 byzondere pleitgedingen tegen de Schippers en hunne Reeders voor den Hove uit te voeren. Veertien van deeze Schepen kwamen, na hunne laadingen gelost te hebben , 'er ook weder af; doch de Stad leed 'er een zeer groot nadeel by : de Schippers , naamelyk , waren gewoon alle voorjaaren met hunne Schepen van Amfterdam op de Reede van Hindeloopen te komen, om zich van alles te voorzien; daar toe voeren zy dan met hunne booten naar land, om den voorraad af te haaien, en voor ieder boot betaalden zyin't jaar aan den Sluiswachter een zilveren dukaton , voor Sluisgeld: dewyl 'er nu meer dan honderd fchepen waren , zo bedroeg dit jaarlyks voor de Stad ruim honderd dukatons ; doch na dien ftorm durfden de Schippers niet zo, menigvuldig op de Reede komen, en eerlang hield zulks geheel op, tot zeer groot nadeel van den bloei deezer Stad.  van FRIESLAND. 389 In gelykformigheid met hec gebeurde van 1691, werd op den 11 Septemb. van 1711, eene dergelyke opdragt gedaan aan haare Hoogheid Maria Louiza van Hesfenkasfel , tot op den tyd der meerderjaarigheid van Prins Willem Karei Hendrik Frifo. In den jaare 1716, werd beflooten de lange brug in de haven te maaken, om de daarin liggende fchepen, en ook de Sluis, te bewaaren, 't welk van dat gelukkig gevolg was, dai in 1717 alles behouden bleef. Doch de wyl in Stads kas geen genoegzaame ,voor raad van geld gevonden wierd , om dit werk ter uitvoer te brengen , fchooten de Regenten en Sekretaris der Stad hetzelve daar toe op, zonder eenige intresfen te genieten. By den hoogen vloed van 't volgende jaai bleef dus de Sluis wel onbefchadigd, maai niet de Dyk achter de Stad ; doch deeze werd dra wederom hcrfteld met aarde die men van de Schans haalde: ook werd de Dyl rondom de Stad, ten jaare 1725, vier voetet verhoogd, met aarde insgelyks van de Schan gehaald, waar door dan 't Bolwerk, aan dei Westkant geheel, en aan den Oostkant voor ' grootfte gedeelte was weggegraaven, en indiei ftaat gebragt, waarin het tegenwoordig is. Wanneer in den jaare 1718, de Zeedyken in verfcheiden Kontributien, gemeen gemaak wierden, verzette Hindeloopen zich daar tei flerkften tegen , met dat gelukkig gevolg dat zulks achter bleef, tot behoudenis van d flpreen fchietende Ingezetenen, zo van deez Bb 5 Sta Hinde* loopen. d  3oo Tegenwoordige Staat HlNDELOOPEN. Stad als van meer andere Steden en Dorpen, onder deeze Kontributie behoorende. Na dat in den jaare 1748, mede door deeze Stad, het Stadhouderschap zowel erflyk in de vrouwelyke als mannelyke linie verklaard was , heeft de Regeering, door haare Volmagten, in den beginne van den Ordinaris Landsdag , de Ambulatoire of wisfelende Ampten en Kommislien, op het kwartier der Steden vallende , eene lange reeks van jaaren ter dispofitie aan den Stadhouder opgedraagen , tot het jaar 1783 toe , wanneer deeze Stad , beneffens de andere Steden , uitgezonderd Harlingen , Stavoren en Workum , de dispofitie daar over aan zich behield, en haare Volmagten ten Landsdage gelastte , geene dispofitie over de Ampten aan zyne Doorl. Hoogheid of iemand anders op te draagen, maar daarvan zelve de begeeving te doen, gelyk dan ook is gefchied; zynde 'er een Rooster, of Almanak, van de Ampten en Kommisfien gemaakt, waarby dezelve evenredig verdeeld werden, gelyk reeds lang voorheen in de drie Landkwartieren had plaats gehad , en welke Rooster, in moetende gaan met den jaare 1785 , door de Staaten des Lands werd goedgekeurd. Dit had ten gevolge , dat de Steden Bolswerd, Sneek , Dokkum, Sloten, Ylst en Hindeloopen, op den 27 Juny 1783 , binnen Dokkum , eene konventie flooten , waarby dezelve zich verbonden, om te wege te brengen, dat in haare Steden niemand in de Vroedfchap verkooren, noch ten Landsdage gekommitteerd wierd, voor-en aleer die de Kon-  van FRIESLAND. 391 Konventie getekend, en aangenomen zoude hebben zich daar naar te reguleeren. Leeuwarden en Franeker voegden zich hier eerlang ook by, en Harlingen volgde dit voorbeeld, op den Ordinaris Landsdag van den jaare 1784, wanneer deeze Stad niet alleen tot den Rooster, maar ook tot de Konventie is toegetreeden ; zynde daarop zo de Rooster der Ampten en Kommisfien als de Konventie, door de Heeren Staaten, geapprobeerd en geratificeerd, by Refolutie van den 14 Maart 1784, WOR. Hinde* loopen.  WbltKUM. Workum. 39a Tegenwoordige Staat m e o m o WORKUM. "\^7oRKUM , eertyds Wolderkum en ook wel Waldrichum genaamd, is in rang de negende onder de Friefche Steden, en ligt in het kwartier Westergo , genoegzaam aan de ZuiderZee; hebbende eene Uitvaart , het Zool genaamd , van de Sluis tot aan Zee, ruim 400 Dyks Roeden lang. Langs den Zeedyk gerekend ligt Workum, 4 en een half uur van Harlingen, 1 en drie vierde uur van Makkum , 1 uur van Hindeloopen , 2 en een half uur van Stavoren. De Stad, beflaande uit een dubbelde regel huizen , gebouwd ter wederzyden van een daar door loopend water , de Wymers genaamd , loopt in een rechte ftreek Zuidwest en Noordoost, uitgezonderdeen kleine Dwarsftreek aan het Noordeinde, geheel ter lengte van een groot kwartier uur gaans. De Stad heeft in het midden een fraai Markt plein , waar aan het Stadshuis, de groote Kerk, en des Stads Waag gebouwd ftaan, die onder de publieke Gebouwen der Friefche Steden geenszins voor de minfte te houden zyn , en waarvan wy eene afbeelding hier by voegen. De Kerk in het byzonder, eertyds aan St. Geertruid toegewyd , is een groote en fraai gebouw-  HET MARKTPLEIN TE 101IÏÏM.   wn FRIESLAND. 393 bouwde Kruiskerk, die voor deezen met een torentje pronkte, doch 't welke, door den zwaaren ftorm van January 1735, daar af gewaid zynde, federt niet weder is opgebouwd. Een zwaare, en naar de oude wyze, byzonder die van Oldehove te Leeuwarden , gebouwde toren, van 87 voeten hoogte buiten het fpits, ftaat 60 voeten ten Westeri van de Kerk af. Doordien 'er, zelfs nu nog, een groote menigte van uitftekende fteenen aan de Zuidoost ■ en Noordoostelyke hoeken van dien toren zigtbaar zyn, ftelt men voor zeker, dat kerk en toren voorheen aan eikanderen verbonden zyn geweest, en zo gefcheiden zyn na een' fterken brand, welke de Kerk in vroeger tyd heeft ondergaan; dan , behalven dat van andere Gebouwen in Friesland , die nog heden van zodanige verbandfteenen voorzien zyn , onlochenbaar kan worden beweezen , dat dezelve nooit aan een nabuurig gebouw verbonden zyn geweest , is 'er geen grond van waarfchynlykheid , dat , na het afbranden der kerk, reeds aan den toren verbonden, de fteenen van verband zo menigvuldig en zo gaaf zouden kunnen overblyven als dezelve nog heden zyn. Het blykt uit een Charter van den 11 January 1555 , dat de Kerk in het begin van die eeuw tweemaal geheel is afgebrand : waarfchynlyk' is het, dat men, by delaatfte opbouwinge, een oogmerk hebbe gehad , om de kerk tot aan den. toren te verlengen , en daar mede te verbinden, doch dat eene wettige reden dat voorneemen hebbe verydeld, denkelyk gebrek aan geld: immers blykt uit hetzelfde Charter, dat men, by die laatfte opbouwinge, in den jaare 1555, «eds daar iVORKUM.  394 Tegenwoordige Staat WORKÜM, daar aan zo groot een gebrek had, dat, om die zo groot te maaken als dezelve thans is , Koning Philips aan de Ingezetenen van Workum heeft toegeftaan , om, voor den tyd van tien jaaren , de opkomften van vier Beneficiën ook daar toe te gebruiken. Het tegenwoordig Orgel der Kerk , het welk geacht worde zeer goed te zyn, is gemaakt in het jaar 1697, door Meester Jan Harmens van Berlikum. In voorige tyden had de Stad nog meer Gebouwen van aanzien, als een zogenoemde Gasthuis - Kerk , voorzien met een hoogen fpitfen toren daar aan doch deeze toren is in het jaar 1757 weggebroken, en het Kerkgebouw tot een Stads Pakhuis en Spinhuis verbouwd; verders een gebouw, de Stads Kapelle genaamd, pronkende met een fpits torentje op dezelve ; dit gebouw is nog zodanig in weezen, doch in den jaare 1698, tot een Stads School en Woonhuis gefchikt; ook gaf voor. tyds een groot Kasteel, een weinig bezuiden de Kerk ftaande, geen gering fieraad aan de Stad: lange jaaren heeft hetzelve toebehoord aan de Adelyke Familie van Inthiema , welke veelal de eerfte in de Stads Regeeringe was, en dit Kasteel werd wel eens Dwang van Workum genaamd ; doch die Familie uitgeftorven zynde, is dat gebouw,in den jaare 1726, afgebroken. Uit de af beeldinge van de Stad by Schotanus, en uit een en andere Pro:lamatie van vervreemde Vastigheden in de zestiende eeuw, fchynt te blyken, dat deeze Stad  van FRIESLAND. 395 Stad ook twee Poorten heeft gehad, ééne aan het Zuid* , en ééne aan het Noordeinde; dan het is waarfchynlyk dat men dezelve , om dat de Stad daar door niet afgeflooten kon worden , al voor lang heeft doen af breeken. De Stad met derzelver Rechtsgebied bevat groot 600 huizen, waaronder in de Stad zeer weinige zyn die zich door grootte en fraayheid onderfcheiden; de meeste andere zyn niet groot, doch veele van binnen net en zinde. lyk bebouwd: men rekent het getal der In« wooneren in de Stad en het Rechtsgebied op omtrent drie duizend. Veel belang heeft deeze Stad by de Zeevaart, zo door het beftendig bouwen van Koffe- en andere Schepen , als het reeden en bevaaren van dezelve. In het jaar 1781 telde men 66 Koffefchippers, die hier alle woonachtig waren. Buiten den Scheepsbouw, met den aankleeve van dien, verfchaffen 17 Pottebakkeryen , en eenige andere Fabrieken den Ingezetenen een genoegzaam beftaan. Hoe gelegen en gefchikt deeze plaats ook zy tot het overvoeren van Menfchen en goederen naar en van Amfterdam, en tot het doorvoeren naar binnen van de Provincie; echter is dezelve, federt de Vaart over de Lemmer is opgekomen, zodanig verminderd, dat, in plaats van dagelyks één, thans maar driemaal ter week een Schip van Workum op Amfterdam vaart en van daar te rug. In uitgeftrektheid is het Stads Grondgebied zekerlyk het grootfte van alle Friesfche Steden , als bevattende wel 5000 Pondematen, dat is by de aooo Morgen lands; doch Workum.  39 6 Tegenwoordige Staat WoBKUM. doch voor het grootfte deel zo laag gelegen ,1 datzy meest al zonder inpolderinge onden water zouden ftaan; zynde daar onder gerekend de groote Polder, het Workumer-INieuwland genaamd ,die 1200 Pondemaaten groot, en, een zeer klein gedeelte uitgezonderd, geheel onder Workum gelegen is, De inpolderinge daar van werd in den jaare 1623, of daaromtrent, voltrokken; federtdien tyd is dezelve, doorftormen, hooge watervloeden en doorbraak van den Dyk, driemaal overffroomd; doch de langduurigfte en fchadelykfte was de laatfte van het jaar 177Ó; tot herftel van welke doorbraak , en het verder verwoestte aan den Dyk, Palagie enz., by de 200000 Guldens zyn hefteed, waarvan het meeste door de Provincie als eene gifte, en het overige door de Ingelanden tot wel 80000 Guldens, en dus meer dan de waarde van hunne be. zittingen in dien Polder, gedraagen werd. Men kan met genoegzaame zekerheid Hellen , dat ter plaatfe daar Workum thans is , al voor dat de Zuider - Zee bekend was , eene groote uitwateringe is geweest naar 't Meer Flevo; waarvan het nut en voordeel denkelyk heeft veroorzaakt , dat verfcheiden hoogten of Terpen ter wederzyden van dezelve zyn opgeworpen , en dat veele huisgezinnen daar op hunne wooningen hebben gevestigd; 'er zyn althans tot op heden blyken van zes zodanig gebouwde Gebuurten zigtbaar ; de gelegenheid van die uitwateringe , en het daar uit voort' fpruitende voordeel heeft zekerlyk alleszins den aanbouw van huizen aan dezelve veroorzaakt , en dat alles door den tyd meer en  van FRIESLAND. 397 en meer naar eene Stad doen gelyken: bekend is het echter niet , wanneer Workum voor eene Stad is erkend, en Stads privilegiën heeft ge. kreegen: het vroegst dat wy Workum als eene Stad gemeld vinden, is in een Charter van den jaare 1374. Van ouds af heeft de Regeering van Workum beftaan uit 8 Burgemeesters en 24 Gemeensluiden of Vroedfchappen, waarvan de Raadsbeftelling ftond by den Stadhouder en den Raad Provinciaal , dewelke uit een overgezonden dubbeltal, na voorgaande informatien , by een' Kommisfaris van het Hof genomen, de Magiftraat veranderden; hebben, de negen Steden den Stadhouder en den Raad Provinciaal, dit Recht, by Refolutie van den J5 Juty 1588, opgedraagen ; voorbehoudens en onverkort ieder Stads Octroy en privilegiën, en alles by provifie en tot nadere herroepinge. De Magiftraat en Vroedfchap van Workum.: op grond van dit voorbeding , in den jaare 1635, zicïl gerechtigd achtende, die wyze vani Raadsbeftellinge te veranderen, beflooten des tyds den Heere Stadhouder ën den Raaden van den Hove Provinciaal te doen aankondigen , dat zy zyne Genade en hunne EdelMogenden van de verdere Raadsbeftellinge ontfloegen . en daar voor bedankten: W'aar op zy van hunne Ed. Mogenden, de Heeren Staaten, den 25 July 16,5 , by Octroy verkreegen, om voortaan hunne eigene Raadsbeftellinge te doen , op alzulken Reglement als de Inge-; zetenen van Workum, ten overftaan van Gckoiri- III. deel. Cc ruft- WoRKUM.'  398 Tegenwoordige Staat WORKUM. muteerden uit 's Lands Staaten, zouden beraamen; welk Reglement, op den 17 September daar aan volgende, voltrokken zynde, beftond toen de Regeering uit 8 Burgemeesters en 24 Vroed* fchappen, waar uit jaarlyks 8 tot Gemeensluiden moesten worden verkooren, terwyl de verkiezinge van Burgemeesteren jaarlyks zou worden gedaan door 7 uit de Vroedfchap gelotte Elekteurs. Deeze wyze van Regeeringe en Raadsbefteliinge was echter zeer kortftondig; hebbende de Raad van Staaten , op Autorifatie van hunne Hoogmogenden, jn den jaare 1637, die Regeringe wederom veranderd , en , het voorige Regeerings Reglement vernietigende, een ander voor de Stad Workum gemaakt, van den volgenden inhoud: e Magiftraat fal beftaan in agt Burgemeesters ende vier en twintig Gemeensluyden of \ roedfchappen, die by gemelde Raden van State, van wegen als boven, als nu fullen aangeftelt worden. 2. De voorn: Burgemeesteren fullen dienen van den enen nieuw jaarsdag tot den anderen, in fulker voegen dat toekomende nieuw jaar twee van dezelve fullen afgaan, en dan voorts alie nieuwe jaaren vervolgende yder reifè twee, het welke voor de eerfte drie jaren by lotinge fal gefchieden onder die gene die jegenwoordig als Burgemeesters fyn aangeftelt: ende dan voorts voor  van FRIESLAND. 399 Voor het vierde jaar fullen de twee resterende, d'oudfte als dan in dienfte, ende langstgeregeerc hebbende, mede afgaan. 3. De Gemeensluiden of Vroedfchap fullen blyven heur leven lang, al waar 't dat yemant van defelve in de Collegien van de Generaliteit , of Gedeputeerde Staten of Rekenkamer defer Provincie werde gecommitteert; allene fal de plaatfe van die gene die metter wone komt te vertrekken vaceren. 4. Alle jaar fal, veertien dagen voor nieuw jaars dag, in plaatfe van de gene die afgaan, een dubbel getal genomineert worden uit de Gemeensluyden ; in fulker manieren dat eerst vyf perfonen uit de vierentwintig fullen by lotinge genomen worde'n, welke vyf fullen doen de nominatie van 't voorf. dubbel getal uyt de audere negentien , alfoo dat fy heur felfs niet mede fullen mogen nomineeren. 5. Tot welke nominatie fy datelyk fullen moeten procederen; belovende eerst ( foo ras het lot op hun fal fyn gevallen om te kiefen > ,aan de Vergaderinge op haren gedanen Eedt, dat fy in 't nomineren fullen letten op de gequalificeerfte en bequaamfte perfonen onder de voorf: negentien, fonder enig ander oogmerk, fugt ofte gunfte daar inne te fullen mogen betonen. 6. Gaande dan met haar vyven in een ander kamer, ende niet daar uit komende, nog met ye> mant communiceerende voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste ftemmen. Cc 2 •* 7. Welke W"ofi.HX*M»  400 Tegenwoordige Slaat Woiikom. 7. Welke nominatie van dubbel getal als datl datelyk, by befloten Misfive, fal overgezondenWórden aan fyne genade Stadholder defer Provitl* cie, om by defelve daar uit het enkel getal te wef» den gekoren , die de naamen der gekoorne, mede by befloten Misfive , fal overfchryven; welke Misfive niet voor nieuw jaars dag fal mogen worden geopent. 8. De twee afgaande Burgemeesreren fullen weder fuccederen in de Gemeensluyden of Vroedfchap in plaatfe van de gekoorne. 9. By foo verre enige plaatfe , by verfterf of anderfins, tusfchen tyden quame te vaceren fal daar inne een ander gekoren worden, te weten foo het van Burgemeesters is, meer als drie maanden voor nieuw jaar, fal de plaatfe moeten worden datelyk vervult, by nominatie en Electie als boven, 10. Ende in de Gemeente of Vroedfchap een maand naar dat de plaatfe vacant fal fyn geworden , by de Magiftraat en gefworen Gemeente gefamentlyk met pluraliteit van ftemmen de verkiefinge te doen. 11. Alle de voorn: perfonen fullen moeten fyn behorelyk gequalificeert ende van de ware Gereformeerde heligie, foo als die in de publi- 1 que Kerken wort geoeffent, profesfie daar van doende, of ten minften wel geafiectioneerde tot de Religie, en ten gehoor komende, ook behoorlyk gedoopt fynde. ia. Of het voor defe reyfe mogte gebeuren dat eenige malkanderen na in bloede beftaande in de Gemeensluyden fouden mogen geftelt wor-  van FRIESLAND. 401 worden ; fal 't felve namaals foo gereguleerc ' blyven dat geen Vader en Soon, nog ook geen twee Broeders te gelyk daar inne mogen genomen worden. 13. Blyvende voorts aan de Magiftraat ende Gemeensluyden de beraminge met meeste ftemmen van alle vordere goede order in de Regeringe van Stads faken, ende 't gene daar van dependeert, ende ook haere privilegiën, vryheden en costumen, naar ouder gewoonte, foo in 't vergeven van Stads ampteïi als anderfins, als van ouds gebruykelyk is geweest, fonder ergens' inne tot particulier profyt te mogen excederen; lettende voor al op de beste mefnage ende meeste voordeel van de Stad ende goede Ingeietenen van dien, ook in verteringen, baten, profy ten of vacatiën niet gaande buiten de ordonnantie ofte ordinaris gebruyk, ende ook voor 't confereren van enige Ampten niet genietende, op poene van arbitrale correctie tegen den Nemer ende Gever. Dit Reglement werd door hunne Hoogmogenden,by formevan Octroy, welterftond geratificeerd en bevestigd; dan hunne Edele Mogenden, de Heeren Staaten van Friesland, hebben zulks eerst gedaan by Refolutie van den 29 Maart 1642. en federt dien tyd heeft het gemelde Reglement van den jaare 1637, volkomen ftand gehouden tot den jaare 1772, wanneer zyne Doorl. Hoogheid , op verzoek en qualificatie van alle de Leden van de MaCc a &' 1V0HKÜM.  402 Tegenwoordige Staat workum. giftraat en Vroedfchap, het zelve hoofdzaakelyk in deezer voegen heeft veranderd. at de Regeeringe, tot hier toe beftaan hebbende , ingevolge het voorfchreeven Regie» ment, uit twee en dertig Perfoonen, namelyk agt Burgemeesteren, en vier en twintig Vroedfchappen , voortaan zal gecompofeert worden uit twintig Leden , te weeten , vier Burgemeesteren en zestien Vroedfchappen. If. De Burgemeesteren zullen, gelyk van ouds, ieder vier jaaren agter een regeeren, en na verloop van het laatfle jaar afgaan; en om het tegenswoordige getal van agt op vier te brengen, zullen de eerfte vier jaaren fuccesfivelyk twee afgaan, en maar één wederom worden verkooren. III. By aldien door overlyden, vertrek of op eenige andere wyze, eene vacature onder de Burgemeesteren voorvalt , zal die plaats niet worden vervult, tot dat het getal der Burgemeesteren op vier is verminderd. IV. De Vroedfchappen zullen hun teven lang in de Regeeringe continueeren, ten zy door hun vertrek met 'er woon na eld.-rs , of op eenige andere wyze, haare plaatfen kwamen te vaceeren. V. Alle de voorfchr: Magiftauts en Vrocdfchaps perfoonen zullen moeten weezen behoor* lyk gequaüficeert, en van de waare Gereformeerde Religie, zoo als die in deeze Republycq is aangenomen , en opentlyk in de Kerken deezer Landen wordt geleerd, daar van doende pro-  van FRIESLAND. 403 profesfie, of ren minften aan de voorfchr: Religie' wel geaffecdoneert en toegedaan zynde. VI. Alle jaaren zal, op den 1 oden December, en zoo die op een Zondag valt dan 's daags daar aan, een dubbeld getal van twee Perfoonen uit de Vroedfchappen moeten worden genonuVeert, niet by lootinge door vyf Electeurs, zoo als tot hier toe in gebruik is geweest, maar by meerderheid van ftemmen van het geheele Corps van de Vroedfchap. Vil. Welke nominatie van em dubbeld getal als dan, bybeflootcn Misfive, aan ons zal worden overgezonden, om daar uit een tot Burgemeester te verkiefen , ten einde op nieuw jaars dag fesfie te neemen, zullende deeze Misfive niet voor dien dag mogen worden geopend. VUL IngevaSle een Lid van de Magiftraat zal komen te overlyden, of deszelfs plaats op eenige andere wyze vaceerende, zes maanden voor dat hy zoude hebben moeten afgaan, zal by de Magiftraat en Vroedfchap ten fpoedigften worden geprocedeerd tot het maaken van eene nominatie van twee perfoonen, by ftemminge uit de Vroedfchap, zoals Art. 6. vermeld is; doch wanneer dezelve geen volle zes maanden noch zoude hebben moeten regeeren, zal om de kortheid des ryds geen nieuwe Burgemeester in des zelfs plaatfe worden genomineert nogh geëligeert. IX. Een Lid van de Vroedfchap komende te fterven, of des zelfs plaats op eenige andere wyze vaceerende , zal na verloop van een maand een nieuwe Vroedfchap in des zelfs plaats worden verkooren, by meerderheid van Cc 4 ftem- ïVobiWM.  404 Tegenwoordige Staat WORKD-d. ftemmen van hec ganfche Corps van de Magiftraat en Vroedfchap. X. Wel vcrftaande, dat geen Vroedfchaps plaatfe zal worden vervuld vqor dat het geta} der Regeeringe op twintig, de Burgemeesteren daar onder begreepen, zal zyn gekomen, ten waare wy iemand daar toe met onfe brieven van recommandatie geliefden te voorzien. XI- In de Magiftraat en Vroedfchap zullen niet te gelyk moogen zyn Vader en Zoon of twee Broeders. XII. Geen Zwagers, Schoonvader en Schoon» zoon zullen, zoo lang als de band des HuweIyks fubfifteerr , te gelyk in de Magiftraat, maar wel in de Vroedfchap moogen weezen. XIII. De Collecteurs der Gemeene Middelen Zullen ook wel in de Vroedfchap , maar niet in de Magiftraat moogen zyn. XIV De begeevinge van alle de Stads ampten , Bedieningen en Collecten zal worden gelaaten aan de Magiftraat, op dien voet zoo als van ouds gebruikelyk is geweest. XV. Zonder daar voor iets directelyk , of indirectelyk te mogen geeven of neemen, op poene daar tegcns by het 21 Art. van het tweede Boek van 's Lands Ordonnantie nadrukkeIyk geftatueerd. XVI. Ook zullen tot de voorfchn Ampten geen andere Perfoonen mogen worden aangefteld dan de zulke , die tot het bedienen van dezelve bequaam en gefchikt zyn. X' II. Ten einde de Stads zaaken met de pereischte attentie worden behandelt, zal de Magiftraat verpligt zyn eenmaal ter week ordi,- na-  van FRIESLAND. 405 naris te vergaderen, de vacantien alleen uitge-1 zondert; waar toe den Dingsdag wordt bepaald. XVIII. Gelyk ook de Magiftraat en Vroedfchap alle maanden eens, en wel op den eerften dag van yder maand, ten zy dezelve op een Zondag quame te vallen , als wanneer de Vergaderinge op de eerst volgende dag, geen Feestdag zynde, zal worden gehouden. XIX. Blyvende voorts aan de Magiftraat en Vroedfchap gedemandeert de beraaminge by meeste ftemmen van alle verdere zaaken, de goede ordre in de beheeringe van de Stad en het geen daar van dependeert concerneerende; doch zal dezelve gehouden zyn daar in vooral de meeste Menage te betrachten. XX. De tegenswoordige Leden van de Regeering zullen op nieuw den eed moeten doen op dit Reglement, naar inhoude van het Formulier hier agter volgende, en na praïftatie van dien zullen dezelve gehouden zyn voor ontflagen van den Eed op het voorige Reglement gedaan. XXI. Ook zullen de nieuw verkoorene Burgemeesteren en Vroedfchappen den zeiven eed moeten praïfteeren. & neevens anderen tot de Regeering van deeze Stad ben verkooren en aangefteld, beloove en zweere ik voor de handhaaving van Cc 5 de Eed voor den Magiftraat en Vroedfchap der Stad Workum. VpHEUM.  Workum, 406" Tegenwoordige Staat de waare Gereformeerde Religie, en den tegenswoordigen Staat van Regeering in het generaal, en in de Provintie van Friesland in het byzonder , de Heeren Staaten, zyne Hoogheid den Heere Prince Erf- Stadhouder , de Collegien van de Heeren Gedeputeerde Staaten, en van den Hove Provintiaal, yder naar zyne wettige commisfie, hou, trouw en gehoorzaam te zyn; alle het geene dezelve Overheden tot gemeen nut, voordeel en beste van de gemeene zaake, Landen en Steden van Friesland , het zy in Lands R egeeringe , Krygszaaken, of anderzints noodig cn raadzaam zullen vinden, voor my zelfs trouvvelyk te helpen effectuceren, en de andere Ingezeetenen van deeze Stad tot gehoorzaamheid , vreede en eenigheid te wyzen en vermaanen : voorts gcneraalyk alle myne raadHaagen tot meeste nut en eendragt van deeze Provintie en Stad te rigten ; als meede een yder mensch, recht in deeze Stad zoekende, tot zyne ^eregtigheid te helpen ; niemand in zyn regt anwettiglyk te verkorten , of in eenige onbe:aamelyke manier te bezwaaren; met het gemeene Stads goed getrouvvelyk te handelen, tot srofyt van de Stadt, cn my door geenerley 3aate, fchaade, fchande, vrindfchap, gunst, iaat of nyd teegens het geene voorfchr: is te aaten beweegcn ; ook voor my zeiven geen )rofyt te zoeken , dan voor zo verre my naa egten toegelaaten is; de teegenswoordige Raadsbeftellinge te houden en te helpen onderïouden , in het byzonder het Reglement voor leeze Stad door zyne Hoogheid, den Heere 'rince Erf-Stadhouder , op nieuw gercvideert en  van FRIESLAND. 407 en gearresteert op den 3den December 1772, getrouwelyk te obferveeren en naa te koomen ; ook de zaaken van de Kaamer, die fecretesfe vereisfchen, niet te openbaaren; boven al te obferveeren het Reglement Reformatoir, door zyne Hoogheid G. G. op den aiften December 1748 geëmaneert, voor zoo va-re my aangaat; en eindelyk, volgens de Staats Refolutie van den 2-ften April 172^, aan de Officieren en Bedienden van de Collegien ter Admiraliteit, in hunne functie en zaaken, raakende de invorderinge van 's Lands Rechten, allezints de hand te zullen bieden, en dezelve geene verhinderinge of oppoficie toe te brengen. Zoo waarlyk helpe my God Almachtig! Alle Dingsdags morgens te tien uuren vergadert de Magiftraat, tot het beftuuren van Stads zaaken, en het afdoen van geringe Burger verfchillen; en des Vrydags morgens in yder week, ( vacantien naar ftyl van den Hove uitgezonderd ) zit de Prezident Burgemeester te negen uuren als Kommisfaris ter Rolle tot het afdoen van Rechtszaaken. Het Stads Wapen heeft, op de eene zyde van hetfchild, een hal ven Arend, zwart opeen gouden veld, en op de andere zyde drie Leliën , twee boven en een onder, in goud opeen zwart veld , boven het Schild een gekroonde Helm, en een Lelye daar boven. De Hervormde Gemeente wordt hier bediend door twee Predikanten, predikende dezelve des Zondags tweemaal, en in de week des Zomers een- WORKÜJJ.  408 Tegenwoordige Staat WOKKÜM, • ••«!! I eenmaal, doch in den Winter tweemaal: Doopsgezinde en Roomschgezinde Ingezetenen zyn ook hier zeer talryk; hebbende de eerften een' Leeraar, en de anderen een' Priester. De Stad heeft twee Jaarmarkten, de eerfte op den achtften May, en de laatfte op den achtften September; wordende des Donderdags in elke week de Weekmarkt gehouden. In zaaken van Dykagie en Zeewerken is Workum zeer bezwaard ; hebbende tot deszelis byzonder onderhoud den geheelen Dyk, loopende van het Workumer Hek aan de Westzyde voorby de Stad tot digt aan den Moolen in bet Workumer Nieuwland , lang 544 Dyks Roeden en 10 voeten , en nog 7 Roeden Dyks bezuiden Stavoren. Voor zo veel het onderhoud van de Palagie, voor dien Dyk ftaande, betreft, is de Stad behoorendc onder de Kontributie van Hemelumer Oldevaart cn Noordwolde enz., aan welke zy daar voor jaarlyks een zogenaamde Dyksfchatting betaalt van 1250 Floreenen, welke, alzo federt verfcheiden •apen geweest is tot 4 Guldens 4 ftuivers van yder Floreen, jaarlyks t'elkens heeft bedraagen :enefomme van 5250 Guldens, waardoor, zo I van 's Lands als Stadswege, yder Floreen lang s bezwaard geweest met 11 Guldens 14 ftui.'ers. Het is waar, dat het Stads Territoir, na I tftrek van de 1200 Pondemaaten van 't Workuner Nieuwland, nog groot is 3800 Pondemaaen, welke belast zyn met 1478 Floreenen, of ] W55 (* ) Pondemaaten, 11 Einzen, 14Penningen, en ( *) Men kan niet nalaaten als iets byzonders hier te ; mek  van FRIESLAND. 409 en negentien dertigfte voeten : dan dewyl de Landen, daar mede bezwaard, over het geheel, meer dan twee derde minder in waarde zyn dan de Landen op hoogere oorden van de Provincie gelegen , zo is die belastinge hier merkelyk meer dan evehredig. De Stad moet daar en boven nog onderhouden een dubbeld in Zee uitloopend zwaar geheid Hoofd, lang ruim 36 Roeden, 'melden , dat alleen onder Workum en Hindeloopen [doch aldaar nog iets anders dan onder Workum] de Floreenen op eene andere wyze gerekend , of gedeeld worden dan in de Grietenyen en overige Steden van Frieslahd. In deeze is en blyft een Floreen fchattinge een Floreeu, dat is 28 ftuivers, en wordt gedeeld alleen in ftuivers en penningen , wordende yder ftuiver van dezelve hooger of lager gerekend , naar maate van hooger óf laager bezwaar op de Floreen. B. V. zo een Floreen hoog is 7 Guldens, zo is yder ftuiver van dezelve gelyk aan 5 ftuivers, en wat een Floreen hooger of laager is , zo wordt yder ftuiver van dezelve voor een achtentwintigfte gedeelte daar mede verhoogd of Verlaagd. Onder Workum is een Floreen van geene bepaalde grootheid, en wat grootheid dezelve ook door bezwaaren kryge, een Floreen blyft een Floreen, en wordt gedeeld in 2 Pondemaaten, yder Pondemate in 11 Einzen, yder Einze in 20 Perl. ningen, en yder Penning in 12 voeten. B. V. zo een Flo. •reen hoog is 11 Guldens , zo is yder Pondemate gelyli aan 5 Guld. 10 ftuivers •, yder Einze aan 9 ftuivers 2 twee derde Penning; yder Penning aan 7 een derde Penning, en yder Voet aan elf achttiende Penning. Het is waar, dat een tweede Floreen, of 14 ftuivers, elders ge< lyk is aan 1 Pondemate alhier, een vierde Floreen ol 7.ftuivers elders aan 6 Einzen alhier, eft een achtfteFlo reen of 3 ftuivers 8 penningen elders aan 3 Einzen al hier, doch in kleindere gedeelten kan geene vergely kinge worden gemaakt:, anderszins zoude ook dehie: ongemakkelyke of lastige verdeelinge kunnen geilek worden gelyk aan die welke overal in de Provincü plaats heeft. Workum.  WOBKUM, IX. Het 410 Tegenwoordige Staat den, en een beugel palagie om en by de Kolk groot 46 Roeden; ook heeft de Stad, in den jaare 1778, de Ncorderpalagie, langs het geheele Zool heen, op hooge order, vernieuwd, en daar toe meer dan 57000 Guldens beueed. De Schntfluis, lang 150, en wyd 25 voeten, in den jaare 1659 voor het eerst van fteen gemaakt, moet ook door de Stad alleen onderhouden worden. Workum werd, om ook iets van de weder-» waardigheden der Stad te meiden, in 'c jaar 1495 > door Jongama en de zynen, op de Vetkoopers veroverd, waaróm zich deeze met de vlugt moesten redden. Doch erger lot trof de Stad in 1515 * want in Bloeimaand diens jaars werd een gedeelte van Workum, door den zogenoemden zwarten hoop, afgebrand, en voorts door de vlugtende Burgerye en Gelderfche Zoldaaten eenige dagen laater geheel in brand geftoken; waar op de zwarte hoop 't werk voltooide,'en de Kerk van binnen gansch en al uitbrandde. In 1516 verviel Workum Weder in de magt der Bourgondifche partye, die 'er toen wederom door Groote Pier werd uitgedreeven. Doch in 'tjaar 1523 gelukte het den Bourgondifchen de Stad wederom in te krygen; waar na door hen de hooge Toren, die zelfs tot een baken in de Noordzee diende, gebeellyk werd afgebroken; en hier mede namen ie wederwaardigheden van Workum een einde.  van FRIESLAND. 411 IX. Het Bildt. Jjet BILDT, zynde de negende en laatfle, doch geenszins de minst aanzienlyke Grieteny van Westergo, is een Polder of volgeflykte Inham, tusfchen de uitfteekende punten van Barradeel en Ferwerderadeel, die ten Noorden aan de Zee grenst, en ten Oosten , Zuiden en Westen, van Ferwerderadeel, Leeuwarderadeel, Menaldumadeel en Barradeel gefcheiden wordt door den ouden Zeedyk van den mond der Middelzee, die weleer, toen het Bildt nog een openbaare Zeeboezem was, het land voor overftroomingen moest beveiligen. Hoewel fommigen het voor waarfchynlyk houden, dat deeze vette hoek Lands zynen naam van Bildt verfchuldigd zoude zyn aan de Deenen, dié daar voorheen meermaals hunne landingen deeden, en by wien Bildt hetzelfde is als by ons eene ondiepe Zee of Wad, gelyk blykt uit de groote en kleine Beidt; nogthans komt het ons, met Schotanus en anderen, ruim zo aanneemelyk voor, dat men aan deezen oord dien naam gegeeven hebbe, omdat dezelve uit de Zee is opgereezen en opgebild. Dan hoe 't met den oorfprong der benaaminge zy, het Bildt, voorheen door de Noormannen, en Friezen , met zwaare Schepen bevaaren, wies, nadat de Middelzee opgeflykt en afgedamd was, zo ilerk aan , dat Friesfche gefchiedfchryvers, reeds in de dertiende eeuw, melding van hetzelve maaken. Doch het fchynt.» 't Bildt. \ Biidt.  4*a Tegenwoordige Staat 't Bildt, fchynt, dat de onbeftendigheid der Regeeringe en de inwendige verdeeldheid des Lands, niet hebhe toegelaaten om deeze aangefpoelde landen te bedyken, en tot ordentelyk gebruik bekwaam te maaken, welke tot dus verre, by de naaste Dorpen en Kloosters , maar alleen gebruikt werden als Buitenlanden, die alle getyen voor de Zee bloot lagen. Met de komfte van Hertog Albrecht van Saxen , door Keizer Maximiliaah , uit naam des Roomfchen Ryks , aangefteld tot Erf Gouverneur en Poteftaat van den Lande van Friesland, werd de indyking van het Bildt een ftuk van ernftige overvvecginge. Allereersc liet de Hertog zich onderrechten, wegens den aanwas aan de Noordzyde der Provincie , het Bildt genaamd; en, daar mede niet voldaan , ging hy ook zelf dien opgeflykten oord bezigtigen, zo als blykt uit het Landboek van Keimpe Martena, by wien uien deeze woorden vindt: Ao. 1498, de tweede dag van „ Augusto, is Hertog Albrecht van Saxen, met „ zyne Heeren en met zommige Heerfchappen, „ gereeden uit Leeuwaarden naar het Bildt óm „ dat te bezigtigen ende te incorporeeren, en tot „ zyn profyt te ordönneeren". (f) De Hertog had wel voorgenomen deeze landen te bedyken; doch door den geweldigen kryg met de Gelderfchen uitgeput, was hy niet in ftaat om zyn oogmerk te volvoeren : dus bleef de zaak fleepende tot in 1504, wanneer Hertog Georg, Broeder van Hertog Albrecht, die (t) Gr. Charterb. van Friesl. II D. bl. 8.  van F R I E S L A N D. 413 die in 1501 overleeden was, het werk wederom aanzette, en in Hooimaand een Verdrag van eene elfjaarige verpachtinge aanging met vier Höllandfche Edelen , met naame Thomas Beukelaar, Heer jakob Ridder, Floris en Dirk Wyngaarden Broeders; waarby zich deeze vier Heeren verbonden , om , geduurende dien tyd, de landen te bedyken en te verbeteren , met de noodige Sluizen en Waterleidingen te voorzien, mids daar voor van ieder vier morgen lands, een jaarlykfche pacht of huur van vyf gouden guldens aan den Hertog of zyne Erven betaalende ; zynde daarvan echter het eerfte jaar bevryd, en alles onder deeze uitdrukkelyke voorwaarde , dat t byaldien zy , na verloop dier elf jaaren , niet weder wilden pachten , dah aah hun , of hunne Erven , door den Hertog, of zyne Erven, zouden worden vergoed alle kosten , welke zy, zo tot verbetering en gebruik der landen , als aan hunne timmeringen , hadden moeten befteeden, ter tauxatie van Vier onpartydige mannen, wederzyds uit Friesland te verkiezen ( f). Inmiddels waren de voorfchreeven Pachters niet in ftaat, om flegts dert tyd van elf jaaren uit te houden, dewyl de grond, nog te koud en ftraf van aard, weinig vruchten gaf, en hunne Dyken niet voldoende waren, om *t Zeewater fteeds buiten te keeren. Zy namen defhalven, verarmd zynde, nog twee Edelen (t) Men zie hiervan in 't bfeede by U. Èmm.- L. 40. p. 6of. en Groot Charterb. van Friesl, II Oj bi. 243 HL DEEL. Dd t Bildt;  't Bildt. 414 Tegenwoordige Staat Edelen in huq Genootfchap aan, met naame d' Aviia en Bontemantel, wier naamen nog heden op 't Bildt bewaard zyn: want de eerfte heeft in de Kerkbuurt van Anna-Parochie een zwaar huis gebouwd, dat nog hedendaags, by de Bildtlieden , het Davilaars huis heet, terwyl 'er eenige kavels land zyn, die den naam van Bontemantel draagen. Ondertusfchen vervielen de zaaken van Her' tog Georg hier te lande zodanig, dat hy, niet in ftaat zynde om den Gelderfchen en mee hun verbonden Schieringers het hoofd te bieden, genoodzaakt wierd de Landen van Friesland , met gpedkeuringe van zyne Keizer» lyke Majefteit en het H. R. Ryk , aan een' rhagtiger Prins , naamelyk Karei , Prinfe van Spanjen en Graave van Holland en Zeeland, over te draagen, op voorwaarden, die elders in het breede te vinden zyn. Gemelde Prins, daarop de Regeering deezer Landen, door zynen Stadhouder Floris van Ysfelftein , aanvaardende , beloofde daarby, alle vryheden en voorrechten, door den Hertog aan Steden, Qenootfchappen en byzondere perfoonen verleend , te zullen onderhouden, en niet te verminderen , maar veel eer te vermeerde, ren. J De eerfte elf jaaren verloopen zynde, troffen de Pachters met hunnen nieuwen Heer eene nieuwe overeenkomst, gemaakt voor den tyd van tien Jaaren; doch geduurende dien tyd zag het 'er op 't Bildt zeer flegt uit, dewyl de . bewooners , tot tweemaal toe , door de Gelderfchen, verjaagd, en hunne goederen gepion*  FRIESLAND. 41$ plonderd en verbrand wierden, Dan, dewyl m«' middels de tnagt van den Spaanfchen Vorsc hier te lande dagelyks aahwies, moesten dé Gelderfchen eindelyk wyken; en met de her ftellinge der algemeene ruste, keerden ook de) Bildtpachters naar hunne verlaaten landen , Wederom te rug, wanneer zy alles fpoedig herflelden, en ook allengskens begonden té bloeien. Eenige Friesfche Edelen zagen dit met geen onverlchillig oog aan, met naame Julius van Botnia Ridder, Arend Boot en Marten Kobel, die, om daar aan deel te krygen, niet fchroomden de Bildtlanden , na 't eindigen der tien jaaren, van Z. Majefteits Raad te Brusfel te onderpachten, en daarna de landeryen wederom in huur aan te bieden aan de oude Pachters, op voorwaarden door hen zeiven ontworpen , en den Pachteren voorgeflagen. Heel vreemd kwam dit den oude Pachteren voor, die niet alleen de hun voorgeftelde voorwaarden plat affloegen , maar daarenboven, nopens het ftuk van preferentie derpachtinge aan den eenen, en nopens de onbetaalde verbeteringen aan den anderen kant , gemelde Edelen, voor den Hove van Friesland, in rechten betrokken, met dien gevolge, dat dezelve in 't ongelyk gefield, en verpligÉ wierden .de voorlge Pachters ongemoeid in pacht te laaten naar ouder gewoonte. De oude Pachters, hierop gerust en onge» ftoord, op den ouden voet van verpachtinge , in 't gebruiken en verbeteren der Bildtlanden voortgaande , hadden het geluk , door hunne Dd 2 nyver- t Bildt;  416 Tegenwoordige Staat 't Bildt, nyverheid en fpaarzaamheid zo verre te komen, dat zy niet alleen jaarlyks hunne beloofde pacht of Canon voldoen, maar ook nog daarenboven, in tyd van noodzaaklykheid, groote fommen gelds aan den Lande konden opfchieten , en eindelyk zo menigvuldig en ontzaglyk wierden, datzy, die tot nog toe maar alleen als Kolonisten op de Landen gewoond hadden, ten ja-ire 1579, in het lichaam deezer Pro ■ vincie wierden ingelyfd; terwyl hun , door den Regeerenden Stadhouder , Graave van Rennenberg, en den Provinciaalen Raad, ftem in Staat, nevens de andere Grietenyen, wierd aangebooden , met daarenboven den eigendom van 1800 morgen Nieuw Bildtland en nog 116 morgen lands, het Munnikke Bildt genaamd, en behoorende onder 't Klooster Mariengaarde , mids dat zy lieden zouden hoeden en draagen het 25fte gedeelte van alle Provinciaale zo oorlogs als andere lasten (§). De Pachters lieten niet na de aangebooden ftem in Staat aan te neemen, op den voet der andere Grietenyen ; doch zy weezen den aangebooden eigendom der overige Bildtlanden van de hand , waarfchynlyk uit vreeze voor den Koning van Spanjen en de nog fteeds magtige Geesteiykheid, die, niet gewoon de haar (§) Deeze Quotifatie , fchoon naderhand veran. derd, is heden ten dage nog genoegzaam dezelfde: want als men de lasten van het Bildt, zo van Floreen, Reëel en Speciën, als op de waaren van konfumtie, kalkuleert, zal men bevinden, dat het Bildt weinig minder dau het 25lte gedeelte daarvan uitmaakt.  van FRIESLAND. 4-7 haar aangedaane beleedigingen te vergeeven , of te vergeeten, het aanneemen van den eigendom haarer Landen , by omkeering van zaaken, zekerlyk op de Bildtlieden zou gewrooken hebben. Zy namen dus de beraamde quotifatie aan; doch bedankten beleefdelyk voor het overige, zich vergenoegende met een ftem in Staat, als de overige Grietenyen , verkreegen te hebben. Doch zodanig eene quotifatie, onder de kort daarop gevolgde Staats-Regeeringe, veele ongemakken veroorzaakende, befloot men dezelve af te fchaften, en de Landen wederom , voor een behoorlyke jaarlykfche Canon, aan de oude Pachters te verpachten, mids in de algemeene lasten deezer Provincie zo veel als andere Ingezetenen betaalende. De zaaken der Bildtpachters gingen inmiddels voort met een' onafgebroken voorfpoed, tot aan 't jaar 1622, wanneer de Staaten der Provincie beflooten om , na 't eindigen der loopende pachtjaaren, de jaarlykfche Canon zodanig te verhoogen , dat de Pachters dezelve verre te hoog gefteld rekenden, en weigerden aan te neemen. Waar op hun werd aangezegd, dat zy dan hunne landen moesten relaxeeren en verlaaten; houdende de Heeren toen ter tyd ftaande , dat zy maar enkele Meyers (nudi Coloni) waren , en dus geen meer recht op de Landen hadden, dan de overige Huurders der Provinciaale Landen. De Bildtpachters bragten daar tegen in , dat hun het Dominium Utile, of Jus Emphyteufeos, competeerde. Zy grondden zich , ten dien einde , op de woorden van 't Verdrag, door den Hertog met Dd 3 de 't Bildt.  4*8; TegQH'moriige Staat 't BlLül - de eerfte Pachters gemaakt, volgens't welk het land niet enkel verhuurd , maar tot verbetering en Melioratie was overgegeeven ; 't welk noodzaakelyk het denkbeeld van eene Erfpacht, of Emphyteufis, behelsde; gelykjde Geleerde Mannefchot duide-lyk had beweezen; waar by nog kwam de aanhoudende bezitting van - 20 jaaren, welke zy meenden genoegzaam te zyn, om hunne Helling te bewyzen. Inmiddels ontkenden de Staaten de aanhoudende bezitting, dewyl de pacht dikwyls was vernieuwd, en dat dus alleen eene aanhoudende bezitting van 11, 10, 9 of 7 jaaren plaats kon hebben; zynde de Canon ook meermaalen merkelyk verhoogd. Waar op de. Pachters ten antwoord gaven, dat een Verdrag van Emphyteuhs, by herbas-, linge, kan vernieuwd worden, wegens menig • vuldige omftaiadigheden, zonder \ reeto». eenig» zhtsj te verminderen; welk zeggen zy wederoipa, met de getuigenïsfen van veele Rechtsgeleerden bevesugdeu. Op dit alles volgde eeneHofs. Sententie van den 15 van Hooimaand 1624, waarby de opzegging, aan de Landlieden door de Heeren Staaten, gedaan, wettig en vigoureus werd verklaard, mm dat aan hun wierd betaald het getauxeerde van deia Hove, en zy Salis Recht wierden gejas- * ten, ten opzigte hunner gepraetendeerde melis- j rade» en illiquide praetenfien. Dan deeze Sententie is nimmer ter uifcvo.es.; gebragt: want «te-Heeren Staaten, eeniger Londen verkcoponde , vonden daar' hurciae tekenin-g-. j geenszins by; 't we)k ten gevolge, lied!» dat de Biicteheden zich:-wederom; wer/liu» Edi, M >g. so r b i [ ver-  van FRIESLAND. 419 verdroegen , om de landen mee eene geringe' verhooging der belastinge, of Canon, op nieuw te aanvaarden. Deeze verpachting werd, van tyd tot tyd, ver • nieuwdvoor 14, 21, en ten laatften voor 28 jaaren , welke overeenkomst met het jaar 1756 moest ten einde loopen. Inmiddels waren de zaaken der Landlieden zo zeer ten achteren gegaan, zo door misgewasfen en laage graanmarkten, als veepest en andere redenen, dat daar door veelen niet in ftaat waren de -jaarlykfche fchatting te voldoen, en veele Bildtplaatfen verkocht wierden, zonder dat zy byna iets opbragten. Want dewyl Z. D. Hoogheid, Willem I/, in zyn Reglement Reformatoir van den 21 December 1748, had bepaald, dat de Bildtlanden verkocht zouden worden , ontftond 'er een algemeen gerucht, dat de Bildtpachters, voor het toeko. mende , als gemeene Meyers, zouden behandeld worden; en , na verloop der huurjaaren, hunne Landen zouden moeten verlaaten, zonder eenige vergoeding, dan alleen voor de huistauxatien, die hun zouden worden betaald, doch in Landlchaps Obligatien, wélke toen ter tyd zeer laag in prys waren. De Bildtlieden, om deeze geruchten te fluiten, en hun krediet, zo veel mogelyk, ftaande te houden , vervoegden zich by ten fmeekfchrift aan Z. D. Hoogheid,- ootmoedig verwonende, hoe hunne Maatfchappy, fedeit jaaren herwaards, dus was achter uit gegaan, dat wel een derde, zo niet de helft der Boeren, buiten ftaat ware , de nog overfchietende jaaren der verpachtingeuitte konnen houden, zo zy niet door Dd 4 art- : Bildt.  't Bildt. 420 Tegenwoordige Staat anderen met gercede penningen wierden on.' derfteund ; doch welke onmogelyk te bekomen waren, dewyl niemand krediet had voor iemand, wiens eigendom alleen in eene Bildtplaats beftond; dat zy derhalven in de uiterfte noodzaakelykheid waren , om hunne billyke rechten en eifchen te doen gelden doch dat hunne partyen in deezen waren de Ed. Mog. Heeren Staaten der Provincie, wier orders zy verklaarden met alle genegenheid te eerbicdi gen; maar dat huns oordeels H Ed. Mog in' deezen niet plenarie konden disponeeren, de-' wyl alle Rechtsgeleerden, dieover'tjus PubhV cum, of 't Openbaare Recht, gefchreeven' hadden , hier in overeen kwamen, dat een Vörst: of Oppermagt, wanneer dezelve eenig verdragmet byzondere Perfoonen aangaat, ook als een' byzonder Perfoon befchouwd moet worden. Alwaaromme zy Z. D. Hoogheid verzochten, hunne rechten eii eifchen te willen onder-' zoeken , en zich als Rechter of Scheidsman tusfchen hen en de Heeren Staaten te Hellen; om zodanig te disponeeren, als Z. D.' Hoogheid, ten dienfte van den Lande ert behoud van der Supplianten bezittingen, verftaan zoude te behooren , alzo zy niet anders begeerden, dan het geen, na onderzoek van zdaken „ be-f vonden zoude worden, hun volgens cisch van rechten toe te komen. Zyne Hoogheid, dit verzoek billyk. oordeelende, benoemde drie Heeren , om cle gegrondheid der eifchen van de Bilddicuenteonderzee-' ken., met naame den H. W. Geb. Heer Michaël Ömrohrius Baron thoe Schwartzenberg en Ho« ' 1 : hen.  van FRIESLAND. 421 henlansberg , Grietman van Dantnmadeel, den' W. Ed. Geftr. Heer Dominicus Hamerfter, Raad in den Hove van Friesland, en den W, Ed. Geftr. Heer Petrus Wilhelmus Ramaker, Procureur Generaal der Provincie. Terwyl de Bildtlieden, tot het behoorlyk voordraagen hunner zaaken, uit ieder Parochie, twee mannen uitkoozen, gefterkt met den W. Ed, zeer Gel. Heere Dr. Mathys Smit, een' man van bekende kundigheden , zo in 't ftuk der Rechten als in de zaa • ken van het Bildt, en dus den gefchiktften om zodanig eene onderneeming wel te doen gelukken,' gelyk de uitkomst voldoende heeft beweezen, waarom ook zyne gedachtenis , by de eigenerfden van het Bilde, altoos in waarde zal blyven. De Heeren Kommisfarisfen vorderden in de eerfte famenkomfte een' netten ftaat der eifchen , en waarin die bepaaldelyk beftonden: hieraan werd fpoedig voldaan, en getoond, dat dezelve beftonden in de kosten, die befteed waren tot het maaken van Dyken en Sluizen; 't bouwen van Kerken, Torens, Pastoryen, Schoolhuizen, en 't Recht • huis; 'tgraaven van Vaarten en het maaken van houten en fteenen Bruggen , Straaten , Wegen enz.;' waar van de kosten, ieder post in 't byzonder uitgerekend zynde, beliepen eenefomme van Elfmaalhonderd vierenzeventig duizend achthonderd en dertig Kar. Guldens, behalven de huistauxatien, die by Relaxatie aan de Eigenaars met geld, en niet met Landfchaps Ob'.igatien, voldaan moesten worden. Waarby nog eindelyk kwam de verbetering der Landen, die, naar de gedachten der Gekommitteerden, voK Dd 5 gens t BlLOT,  42a . Tegenwoordige Staat *t Bildt. '. gensde uitdrukkelyke woorden van'toorfprongklyk Verdrag , insgelyks aan de Eigenaars in der tyd moest, worden voldaan, zo men hen wilde verdryven.. De Heeren Kommisfarisfen gingen in deezen met groote omzigtigheidvoort, en waren van oordeel, dat men de eifchen post voor pose moest oyerweegen, nadat dezelve , door lieden van kundigheid, zouden zyn nagegaan : ten welken einde men , huns oordeels, tot het tauxeeren der gebouwen en metzelwerken moest gebruiken kundige Metfelaars en Timmerlieden; tot het Aardwerk en de Waterwerken, Graavers en Dykbaazen ; en toe het begfooten der verbeteringe van 't Korpus der Landen kundige Huislieden. De Bildtlieden namen weinig genoegen in dit voordel , dewyl zy vreesden, dat zodanig een onderzoek aan allerlei zwaarigheden onderhevig zou zyn , en de hoofdzaak op de lange baan helpen. Óm derhalven een einde van de zaak te maaken, deeden zy 't volgende fchrander uitgedachte voorftel. . Zy booden naamelyk aan, de Landen, tegen den penning twintig van de tegenwoordige pacht , het propyn daar by gerekend, in te Iosien; mits. dat dezelve dan wederom met het Reëel en andere lasten., in evenredigheid met de andere Lau'en der Provincie, wierden bezwaard ;. zullende het montart hier van beloopen eene fomme van zevenmaal honderd en vyftig duizend Guldens, meer of min, welke fomme, over de 4700 morgens omgeflagen zynde , voor ieder morgen zou bedraagen 100 guldens. Dit  van FRIESLAND. 4*3 Dit yoorftel was in der daad zeer billyk,' dewyl het Land, na afcrek der kosten, in dien,, tyd 32000 G.van de Bildtlanden beurde, welke fomme hetzelve dus ook ten masten by kon. ontvangen, indien de Landeryen op gemelde wyze wierden ingelost , en de renten van dit kapitaal tegen'vierdehalve percent, de toenmaals prys van 't geld, gerekend, en daar by gevoegd de waarde der Reëeie belasting tegen zestehalf percent. ' Maar tegen dit aanbod werd door verfcheiden Leden van Staat ingebragt, dat die prys op verre na niet evenredig was aan de waarde der Landen; zynde de Bildtlieden, volgens de Holsfententie van den 15 van Hooimaand 1624, niets dan Nudi Coloni, of enkele Meyers, welke fententie door den tyd eene res judicata geworden was ; 7-o dat de Bildtlieden nu mets meer te eifchen bidden, dan alleen de hmstauxatien, omtrent welke men acht behoorde te liaan op de onderfcheidmg, tusfchen Noodzaakelyke, Nuttige en Vermaakelyke dingen. De eerite erkende men, dat den bewooneren moesten vol daan worden, doch alleen met Landfchaps Obligatien; doch de laatfte meende men. konden geheel niet in aanmerking komen; ter wyl de middelde twyffelachtig fcheenen. Op deeze tegenwerpingen werd, door d< Bildtlieden, in't breede geantwoord: Dat mei nu geheel andere zaaken verhandelde , dan ii den jaare 1624," toen werd ftaande gehouden dat aan de bewoonershet Jw Empbytuuwvn of zogenoemde Dom'miwn uiiia, toe:-:wam het welke hun volgens rechien niet kon woi de t Bildt. 1 r. IJ k ■ iti ■*/ n  't bild3 i 424 Tegenwoordige Staat • den afgenomenen dat zy diensvolgens niet verpügt konden worden, aan degedaaneopzegging te gehoorzaamen ; maar dat dit toen ter tyd door 't Hof dus niet was begreepen, en de gedaane opzegging wettig en vigoureus was verklaard; doch dat men de Bildtlieden Salfs recht had gelaaten, ren opzigie hunner verbeteringen en andere eifchen, waar voor hun, volgens eene laatere Sententie van den 15 van Sprokkelmaand 1631 , waren verpand alle Landfchaps goederen, gronden en inkomflen. Zo dat nu dan maar de vraag ware, indien het gedaane aanbod niet wierd aangenomen , in hoe verre hunne eifchen gegrond waren , welker deugdelykheid zy meenden, door de klaare woorden van 't Verdrag, volkomen beweezen te zyn; ten dien einde deduceerende, dat het Bildt eigenlyk twee eigenaars had, aan den eenen kant het Landfchap, waar aan de grond, zo als die was, toen dezelve aan de eerfte Pachters wierd ovcrgelaaten, toebehoorde; aan den anderen de tegenwoordige bezitters, welke eigenaars waren van alle opflallen, openbaare en byzondere Gebouwen, Sluizen, Wegen, Vaarten, Bruggen enz. zonder onderfeheid ; -als hebbende alle deeze' dingen , uit kracht van 't eerfle Verdrag, uit hunne eigen beurzen gemaakt , en tot heden toe 'onderhouden. Daarenboven voerden dezelve, ter verdediginge hunner belangen, aan, dat het oorfprongklyke Verdrag aan beide kanten verpligtende was : dat dè Bildtlieden jit hoofde van dien verpügt waren, alles in 'e verk te Hellen, wat tot verbetering der Lan- : den  van FRIESLAND. 425 den konverftrekken, gelyk van hunnen kant was gefchied. Datderhalven, zo het nu toe relaxatie moest komen, dan ook, van den anderen kant , aan 't bedongene moest worden voldaan , 't welk was de betaaling dier zaaken, welke daar gemaakt en noodig waren, zo tot het verbeteren der Landen, als het ltichten eener geregelde Volkplanting. En dewyl men vraagen kon, wat "er tot de voorgetelde einden noodig ware, zo werd ge* antwoord, dat hier toe vereischt wierd. 1. Het Land tegen 't geweld der Zee te beveiligen door goede Dykwerken. 2. De Landen . met Vaarten en Graften te doorfnyden, en derzelver monden met Sluizen te voorzien, om het binnen water te ontlasten , en het buiten water te keeren ; als ook de noodige Bruggen en Wegen aanteleggen, om de goederen af en aan te voeren. 3. De jeugd op te leiden tot bekwaame Landbouwers, waar toe het Leezen en Schryven, en dus het bouwen van Schooien en beroepen en bezoldigen van Schoolmeesters, noodzaakelyk was. 4. Het bouwen van Kerken en Predikants wooningen, als ook het beroepen van Predikanten, en het verzorgen van behoorlyke in. komften voor dezelve, dewyl het eene allerzeldzaamflemaatfchappy, eene geheele Grieteny der Provincie uitmaakende, zoude zyn, die geene Kerken, Predikanten of Godsdienstoeffening had. Alle zaaken, die voor noodzaakelyk ert nuttig te houden waren, en die , fchoonze niet woor« 't Bildt.  426 Tegenwoordige Staat woordelyk in 't Verdrag bedongen waren, echter aan een' enkelen huursman , of Simpel Conductor, moesten worden voldaan , volgens de 55 wet van den titel der Pandecten de Locat. Conduct. Nog merkten de Bildtlieden aan , dat de bekende onderfcheiding in 't Burgerlyk Recht, tusfchen Noodzaakelyke, Nuttige en Vermaakelyke dingen, geenszins te pas komt in 't beoordeelen van een Verdrag, tusfchen een* Staat en een aantal van byzondere Perfoonen, mede een Lid van dien Staat uitmaakende , dewyl zodanige Verdragen niet naar de woorden, maar naar 't wederkeerig nut van de beide Verdragmaakers der geheele Maatfchappy beoordeeld moeten worden. Dat uit dien hoofde, in dit geval, de zogenaamde voluptaria, of vermaakelyke dingen, voldaan moesten worden , dewyl de Hertog van Saxen, de Bildtlanden eerst aan eene Maatfchappy menfchen overge. geeven hebbende , tot bewaaring en verbetering , zulks buiten twyffel gedaan had, met oogmerk om zyne magt en heerfchappy daar mede te vergrooten , alzo de magt van een' Staat in de menigte van magtige en ryke Inwooners beftaat, en deeze Maatfchappy naderhand in het hart van den Staat als een medelid ingelyfd zynde, de op den Hertog gevolgde Regenten geen ander doelwit gehad konden hebben, dan begoedigde burgers in dien oord te ontvangen en te koesteren , alzo alle zorgen van Politie en Juftitie hier op in een welgeregeld Gemeenebest uitloopen. Dat dit alles echter zonder de voorafgaande kosten onmogelyk zou  van FRIESLAND. 427 zou zyn geweest, dewyl met geene reden ter wereld onderfteld kon worden, dat gegoede lieden in eene Maatfchappy deel zouden willen neemen , alwaar zy zich in geringe ftulpen moesten behelpen , of* waar geene huizingen en hovingen, naar hunnen ftaat en vermogen gefchikt, door hen konden worden aangelegd , dan in het zekere vooruitzigt van dezelve, na verloop van 7 of 14 jaaren, wederom te moeten afbreeken: dingen, waarvan het eerfte met de gewoone famenleevinge , en het laatfte met de gezonde reden ftrydig was. Waarby nog kwam, dat de Heeren Staaten zelve de volup' taria voor weezenlyke bezittingen hadden erkend, door, by de invoeringe van het Reëel, alle zulke posten in het Reëel te doen aangeeven, en de lasten daarvan tot dien tyd toe te doen betaalen; zynde het een bekende re. gel: onera realia fequuntur rem et ver urn do' m'mium: weezenlyke lasten volgen op het weezenlyke goed en den waaren eigendom. Uit dit alles beflooten de Bildtlieden , dat hunne opgegeeven eisfchen en huistauxatien. met gereeden gelde, en niet met Landfchaps Obligatien , moesten worden betaald. Wam hoewel de huistauxatien daar mede thans kon den worden voldaan , zo had zulks geei plaats in dit geval, waarin hun Ed. Mogendei (behoudens den eerbied in alle andere gevatlen^ als Kontrahenten met de Bildtlieden gelyï ftonden, welke door eene zodanige betaalitij door hunnen Kon trahen t benadeeld zouden ge weest zyn , dewyl de Landfchaps Obligatie: toea laag in prys en maar tusfchen de 50 e: do gul 't Bildt. t 1 ) L P 1 1 1  KOPIE 428 Tegenwoordige Staat '• 60 guldens waardig waren. Ook was 't genoemde befluit, om met Obligatien te betaalen, veel jonger dan 't oorfprongklyk Verdrag tusfchen den Hertog van Saxen en de eerfte Pachters, en bygevolg zonder groote onrechtvaardigheid hier niet toepasfelyk. Deeze en andere redenen, in een wydloopig gefchrift ten fterkften aangedrongen, werden aan de Ministers ter hand gefield, óm daar op te antwoorden , 'c welk zy evenwel niet verkoozen te doen, De Heeren Kommisfarisfen en H. Ed. Mog. oordeelden derhalven dé eifchen der Bildtlieden wettig, en beflooten, ter vermydinge van allen verderen omflag, na ingenomen advys van 2. D. Hoogheid, deri Heere Prinfe Erfftadhouder, en met volkomen toeftemmingevan Haare Koningklyke Hoogheid, Mevrouwe de Gouvernante en Voogdesfe, de Landen, voor den aangebooden prys, aan de Bildtlieden over te doen; doch zodanig, dat H. Ed. Mog. aan zich de vryheid behielden, om deezen koop en de fomme van dien, in dé ópenbaare nieuwspapieren, bekend te maaken, en ieder , die genegen mogt zyn daar meer voor te geeven , uit te noodigen , om zich binnen een bepaalden tyd te openbaaren. 'c Welk gefchied , en de tyd verloopen zynde, zonder dat iemand te voorfchyn kwam, werd deeze Koop op volgende voorwaarden voltrokken.  van FRIESLAN D. 429 D e Staaten van Friesland, uit kragte van de Refolutie in dato den 19 November 1751 Staats wyze ten Landsdage genomen, doen kond en certificeren elk en een ygelyk , dat op het hoog Advys van wylen zyn Doorl. Hooghd. den Heere Prince Erffiadhouder Glor. Mem. en met volle goedkeuringe van haare Koninglyke Hoogheid , de Vrouwe Princesfè Gouvernante en Voogdesfe, in een koop verkogt hebben, zulks doende mits deezen , aan Dr. Matthys Smit, Reinder Claafen, Cornelis Beerts Kuiken, Dirk Johannes Kuik, Hooite Wasfenaar, Arjen Leenderts en Jarig Sjoerds , alle Ingezetenen van het Bildt , voor haar zelfs, en fchriftelyke last en procuratie hebbende van genoegzaam de gezamentlyke Pagtenaars der Domeinen ofte Staate Bildtlanden, onder Jacobi-, Anna-, en Vrouwen - Parochiën refpectivc gelegen , in datis den 4, 5, en 6 May 1750, alle de Provinciale Domeinen van Friesland op het Bildt geleegen, en uitmaakende een aantal van 4700 Morgens en 407 Roeden Lands, benevens de HuisfteedeenMolenpagten aldaar tot / 24 • 6-: 'sjaarlyks, voor de Somma van ƒ 749613 -10 -: alzo falvo calculo gereekend tegens den Penning twintig; genomen na de Huur of Pagt, die daarvan jaarlyks door de Bildt Meyers wordt be« taald tot ƒ 37480-13-7, de Propynen tot geld gereduceerd, en over 28 jaaren geflagen, III. deel. E e daar 'tBlLDT. KOPIE.  't Bildt. 430 Tegenwoordige Staat daar onder mede gerekend ; en zulks op navolgende Conditiën: 1. Vooreerst; dat alle deeze Landen en Pagten worden verkogt, zo goed en kwaad, groot en klein dezelve zyn, volgens het publique Regiller daarvan zynde, zonder dat 'er eenige verdere nameetinge plaats zal hebben. 1. Dat deeze verkoopinge gefchiedt met alle lusten en lasten van Floreen Schattinge, Gemeents Omflasjen , Dyken, Paaien, Dammen en Zylen, Waterlosiingen , Reed, Drift, en verdere Servituten en Lasten , die daar tegenwoordig op mogen leggen, Ordinaris en Extraordinaris, genoemd en ongenoemd, niets van aller, uitgezonderd , mitsgaders met de gerechtigheden daar aan geannexeerd, houdende de koopers zig van dit alles voor volkomen gecertioreerd , zonder over het een of ander eenige Actie of Pracenfie tegens de Provincie naderhand te maaken. 3. Dat door deezen koop de Provincie eens en voor al zal zyn gelibereerd van alle Afkoopen, Huis-Tauxatien, of andere zwaarigheeden, van wat natuur zy ook mogen zyn , cn hoe genaamd, gelyk ook van alle prcetenfien omtrent Kerken, Torens, Huizen in de drie gebuurten, Sluifen, Bruggen, en wat het verders weezen mag, genoemd en ongenoemd, al was het ook van dien aard, dat men daar op niet had gedagt, of had kunnen denken; alzo Haar Ed. Mog. hier mede van alle zwaarigheden, Actiën en Prastenfien van wat natuur ook mogen zyn, voor altoos worden gelibereerd. 4. Dat de koopers verpügt en gehouden zul¬ len  van FRIESLAND. 431 len zyn, voor altoos, om de Predikanten en' Schoolmeesters van de drie Parochiën hunne jaarlykfche Tractementen, waar op beroepen zyn, of in 't toekomende op beroepen mogten worden, te voldoen, en verders voor het onderhoud der Kerken , Torens, Pastorie-,, en Schoolmeesters huizen behoorlyke zorge te draagen, zonder dat de Provincie ooit daartoe iets zal hebben te contribueeren. 5. Dat de Koopers alle haare Dyken , regens het Zeewater gelegd, ter aller tyd ten haaren kosten zullen maaken en onderhouden, op gelyke hoogte, dikte, en breedte , zo als die tegenwoordig zyn, of in 't vervolg bevonden mogten worden te behooren , even en gelyk als in andere Contributien in deeze Pro-, vincie gefchiedt en gebruikelyk i,s. 6. En in fpecie dat het End Paalwerk by Dykshoek, tusfchen de 200 en 300 Roeden lang of langer, tot hier toe by de Provincie gemaakt en onderhouden , voortaan mede toe Laste van de Koopers zal komen , zo wel by vernieuwinge , als in het- onderhouden en rcpareeren, gelyk mede het End Dyk, fluitende ten Zuidwesten aan de nieuwe Bildt • Dyk, en het welke de Koopers voortaan mede tot haaren laste zullen hebben, voor dat aandeel, het welk de Provincie en haare Landen daarin tor hier toe gedraagen hebben. 7. Dat dooi- deeze Verkoopinge alle de Bildtplaatfen en Landen van dezelve natuur geworden zynde rnet alle andere in Friesland, gevolgclyk door Haar Ed. Mog. daar op in 'c toekomende ook zullen mogen worden ge- Ee 3 legd t Bildt  43ü Tegenwoordige Staat 't Bildt.. legd de Reële en andere beladingen, zo als' dezelve op andere Plaatfen, Landen, en Huizen in de Provincie gelegd zyn, of nog gelegd mogten worden. 8. Dat om dezelve reden deeze Landen, in gevolge van het 4ifte Art. van 't Reglement van Wylen zyne Doorl: Hooght. Glor: Ged: in dato den2iXber 1748, tegenswoordig worden overgedraagen, voorzien niet alleen met het Stemregt in alle Grietenie- en Dorpszaaken, zo als de Bildt- Meyers dit tot hier toe hebben gehad, maar ook met het regt van Stemmen van Volmagten ten Lands Dage; in zo verre namelyk voormaals op die Plaatfèn dit Stemregt mag hebben gelegd, en des weezende geconftitueerd overeenkomftig met het zelve Reglement. 9. Dat egter het regt van Verkiezinge van een Grietman van der Bildt, volgens Staats Refolutie, aan de Heeren Princen ErfftadhoudcrsTn der tyd competeerende, aan Hoogst dezelve privative zal zyn en blyven gereferVeerd, zonder eenige voorafgaande Stemminge der Ingezetenen. 10. En dat van. dit Stemregt een yder der Koopers niet eerder zal gauderen, als na dat hy zyne volle Koopfchat zal hebben betaald. 11. Dat een yder der Koopers zyne beloofde Koopfchat voor zyn bezonder percheel in Vryen Klinkenden Gelde zonder eenige 's Lands Obligatien, in 't geheel zal moeten voldoen voor Petry 1756, of dat anders de plaatfèn enlanden der gebrekige daar voor en voor de accesforien van dien publycq aan de meestbiedende door Haar Ed. Mog. zullen worden ver- kogt,  van FRIESLAND. 433 kogt, en het gunt 'er dan nog aan manqueert' uit de overige goederen van dezelve nalatige gevonden zal worden; fubmitterende zig ten dien linde by wanprsftatie aan 's Lands parate Executie zonder forra van eenige Regtspleeging. 12 Dat egter de meerdere gelding van vder Percheel, na aftrek van de kosten en fchaden door wan- of laatere betaalinge veroorzaakt, weder zal komen tot voordeel van den Eigenaar van het verkogte Percheel. iq. Dat deeze landen enz. worden verkogt, bezwaard met Huur-of Pagt-jaaren tot aan Petry i7<6 toe, en dat de betaalinge der jaarlykfche Pagt tot aan dien tyd toe ook zal blyven continueeren aan Haar. Ed. Mog: ingevolge de conditiën van verpagtinge daarvan zynde, waama inmiddels men zig wederzyds zal hebben te gedraagen. 14. Dat in plaatfe van Termynen van betaalinge te ftellen , het aan de Koopers en aan een vder van hun vry zal ftaan, om aanftonds, of zo ras het haar maar eenigzins convenieert haare Koop - penningen temogen betaalen, het zv dan voor 't geheel of ten deele, des nooit minder betaalende als een derde van haare Koop-fchat. li. Dat het loopende half jaar pagt, waar in die betaalinge gedaan wordt, altoos daar bv zal moeten worden gedaan ten voordeele van de Provincie; maar dat dan evenwel in t vervolg de Pagt - penningen by de Koopers genooten cf ingehouden zullen worden, na maate en proportie der gedaane betaalinge, en het overige van de Pagt-penningen, na maate en prob Ee 3 P°r- t Bildt.  434 Tegenwoordige Staat '< Bildt. portie van den onbetaalden Koopfchat, by con«' tinuatie door de Provincie getrokken zal worden 16. Dat de betaalinge der Koop - pehningen alzo in klinkenden gelde zal gefchieden aan 't Comptoir der Domeinen in handen van den Rentemr, zuiver en zonder eenige dekort, ook zonder dat voor de moeite van het ontvangen der penningen of affchryvingc van Pagt, iets gegeeven of betaald zal worden. 17. En dat het aan niemand der Koopers vry zal ftaan , tegens deeze betaalinge eenige Compenfade, Oppofitie, of Exceptie te gebruiken, hetzyjudicieel of extra Judicieel, nog iets van den Koopfchat te mogen inhouden, onder wat pretext of naam het ook zoude mogen weezen, of fchoon by iemand, wie het ook mogt zyn, eenige belemmeringe, van Arrest, Proteftatie, of Oppofitie tegens' de verkoopinge of tellinge der Penningen gemaakt wierd; fubmitterende zig de Koopers overzulks aan 's Lands heerlyke en parate Executie. 18. Dat voor de beloofde Koopfchat met de Accesforien van dien by wan- of laatere betaalinge zullen zyn verhypotheceerd en executabel alle de goederen van een yder der Koopers, actiën en gerechtigheeden , hebbendeen toekomende, niets exemt, en zulks alles by parate Executie en zonder de minfte forme van Proces of eenig Regtsgeding. 19. Met deezen verftande nogtans, dat de Koopers, die de Koopfomme van haare bezondere percheelen betaald hebben, haare gekogte landen vry en onbelemmerd zullen bezitten , zonder voor andere aanfpraakejyk te zyn. 20. Dat  van FRIESLAND. 435 20. Dat haar Ed. Mog. in fpecie op ieders 't eekogte 'percheel aan haar referveeren den volTen Eigendom der Landen enz, tot dat de laatfte met den eerften penning desKoopfchats en Acce^forien van dien daarvan zal zyn betaald; en dat ook alle en een ieder der Koopers, door het overleveren van den Koopbrief, met eerder in de posfesfie van bet gekogte zal worden gefield, maar die tot de volle betaalinge toe alle»n maar genieten in naame van Haar Ed. Mog. 01. Dat "deeze Koop niet zal behoeven te worden geproklameerd, of te Boode gefield, nog 4ofie penning of eenig Content geld daarvan worden betaald, nog eenige adjudicane of inwyzinge daar op gedaan, veel min dat m t geheel of ten deele het regt van Naasnnge daar omtrent eenige plaats zal mogen hebben. En vermits de Koopers en Aanhandelaars hier tegen hebben overgegeeven een genoegzaam Reverzaal, waar by zig tot prafiatie en betaalinge verbinden, conform bovenftaande conditiën van Verkoopinge, zo pasfeeren Haar Ed. Mog. de Heeren Staaten van Friesland, deezen aan haar voor eenen vryen Koopbrief, om uit kragte dies alle deeze Dominiale goederen voortaan als eigen te bezitten, en daar mede te doen en laaten gelyk het een iegelyk met het zyne geoorlofd is, zo ras maar een ieder de Koopfom van zyn bezonder percheel zal hebben betaald; laatende aan een ieder der Aanhandelaars de vryheid, om behalven deezen Generaalen , nog ook een bezonderen Koopbrief van een iegelyks gekogt percheel te mogen vorderen, des dat daar tegens dan 5 Ee 4 ook Bildt.  43<» Tegenwoordigs Staat 'i Bildt. i i ook werde gepasfeerd een bezonder Reverzaal, en dat die beide zy ren kosten van den geenen die het vorderen. En neetnen Haar Ed. Mog. wyders aan om voorde Evictie van deeze verkopte Landen enz. te caveren , zo des na regte behoort, en in cas van iemands aanfpraake op deeze goederen , uit kragte van eenige pratenfie of hypotheecq, voor dato deezes koops daar op gelegd, voor de Koopers te zullen intervenieeren en haar van zulke aanfpraaken kost en fchadeloos te ontheffen; fubmitteerende zig ten dien einde aan de Judicature van den Hove van Friesland. In kennisfe der waarheid is deezen door de hand van den Heer Prafident, of Eerfle Heer van 't Mindergetal, ingevolge de Refolutie van den 19 November 1751, geparapheert en verzegeld, en by 's Lands Secretaris , ter Ordonnantie van Haar Ed. Mog. vertekent , huiden den 7 July 1752 : was geparapheert G. W. v. Doys vt. ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogende vertekent J. van Sminia : ter zyden de paraphure 't Zegel van de Provincie, en laager ftond Kegta in 's Lands Rekenkamer Folio 1. den 7 July 17^2, getekent J. Bourboom 1752 cn C. van'Haersma. Van deezen Koop werd door de Gekommitteer3en der Bildtlieden een algemeen Reverzaal overgeleverd ; doch dewyl ieder tot bewys ran zyn byzonder eigendom geen gebruik van lit algemeen Reverzaal kon maaken, zo verachten de Koopers, dat H. Ed. Mog. aan eder van hun, by de betaalinge, oen byzonder  van FRIESLAND. 437 der Reverzaal op hunne kosten geliefden te' geeven, gelyk gunftig werd toegedaan; zo dat het algemeene Reverzaal door de byzondere betaalde Reverzaalen wierd gemortificeerd. Dus werd deeze zaak afgedaan tot wederzyds nut der Kontrahenten : want zo men t geld rekent tegen 3 ten honderd, zo zal het Land door het Reëel, den 4often penning en andere belastingen , jaarlyks meer dan 4000 guldens winnen, en mogelyk thans veel meer , indien men in aanmerking neemt de vermeerderde waarde van 't Reëel en van den veertigften penning binnen korte jaaren , zo door de hoogte der tegenwoordige huuren, als de vermeerdering van de waarde der Land goederen. De Bildtlieden daarentegen, hunne landen nu als hunne eigene befchouwende, hebben den Landbouw na dien tyd merkelyk verbeterd, en veele zyn , zo door meerder yver, als door voorfpoedige tyden, van gemeene ryke lieden geworden , die Landhoeven van groote waarde in eigendom bezitten. De bewooners van deezen vetten hoek lands, ten grooten deele, Hollanders van oorfprong zynde, vallen nog hedendaags, zo door hunnen tongval als kleedinge, van de overige Friezen, by hen Oudlanders genoemd, ligtelyk te onderfcheiden, gelyk ze daarmede ook zelden , door huwelyken, zich vermaagfehappen. Hedendaags wordt het Bildt verdeeld in 't Oude Bildr, het Nieuwe Bildt , de Oude en de Nieuwe Polder, 't Oude Bildt is dat gedeelte r 't welk het eerst van allen bedykt, endoor den Hertog van Saxen verpacht is : hetzelve is in Ee 5 't ge- t Bildt.  438 Tegenwoordige Staat 'tB-ÏLDT, 't geheel groot 5400 morgen: te weeten 200 morgen zo genaamd Franeker Bildtland, door den Hertog aan die Stad gefchonken , ter belooninge -haarer menigvuldige getrouwe dienden, en ter vergeldinge der dappere verdediging , toen de Hertog daar door de Friezen en Gelderfchen belegerd wierd. Voorts 50 morgens, door gemelden Hertog, als een Leen gefchonken aan Doeke Hettes Hemmemaen zyne Lyfserven, en genaamd de Nieuwe Fenne, welke thans met de daar op ftaande Heeren huizing in eigendom toekomen aan den Heere W. Baron Du Tour. Eindelyk zyn, by de inlosfinge, 47 00 morgens vry gekocht; zynde het overige, reeds in ió3o en 1631 , aan byzondere lieden verkocht geworden. Deeze morgens zyn alle bezwaard met een Floreen, ter fomme van 6 Guldens 6 Stuivers, en nog daarenboven met de algemeene en byzondere omflagen, die jaarlyks, tot betaa ling der Predikanten, Schoolmeesters, onderhoud van Kerken, Torens, Rechthuis, Armen, Zeedyken, Bruggen, Pypen, Vaarten enz moeten worden betaald, en ongeveer drie guldens, door eikanderen gerekend, op ieder morgen beloopen. Het Oude Bildt ligt geheel beflooten tusfchen den Ouden Zeedyk en den Ouden Bildtdyk, die van Dykshoek naar de Oude Bildtzyl loopt. Dit kostlyk land is ten grooten deele hoog, en zonder water, uitgezonderd de noodwendige Vaarten en Slooten. De voornaamfte Vaart loopt, door Wiertyl uit de Ried, Noordwestwaards naar St. Jakobi Parochie, voorts eerst Oost- en daarna Noord» waards naar de Lcije ; om van de byzondere Vaarten naar Sr. Anna en Vrouwen Parochie niet te fpreeken. De voornoemde Vaart loopt ook naar de oude Bildtzyl, en na dat deeze verlamd was is  van FRIESLAND. 439 Is zy verlengd naar de ook thans verftopte Nieu»' wezyl. Eindelyk loopt 'er ook eene Vaart langs ■den binnen kant van den ouden Bildtdyk. De beide Oude Zeedyken zyn de oorfpronklyke wegen der Bildtlieden, op welke de binnenwegen alle uitkomen. De voornaamfte is een rydweg ten Westen van klein Hermana, in Barradeel, loopende eerst Noord- en dan Oostwaards , byna evenwydig aan den ouden Dyk , door 't geheele oude Bildt. Voorts wordt deeze weg rechthoekig geiheeden door vier rydwegen, van den Ouden Zeedyk tot den Ouden Bildtdyk loopende , als een door Vrouwen- en een door Anna - Parochie; terwyl de de beide overige ongeveer op de helft loopen, tusfchen St. Anna en S. Jakob, en St. Anna en Vrouwen Parochie. Van St. Jakob loopen weder drie wegen, op verfchillende afftanden , naar den Ouden Dyk. , Eindelyk loopt 'er nog een weg van Berlikum, ten Zuiden van Anna - en Vrouwen - Parochie , naar 't Steenfer Nieuwland , van welken men ook naar de Dorpen kan komen , door de gemelde Kruis, wegen, 't Is aanmerkenswaardig dat de meeste Rydwegen op 't Bildt en in gelykfoortige Polders rechtlynig zyn, terwyl zy in 't Oudland honderden van bogten hebben. De grond van 't Oude Bildt beftaat over *t algemeen uit zeer wreede Klei, die op foinmige plaatfen 't best gefchikt is tot Weidland, gelyk in 't Zuidwestelyke gedeelte ; doch verder Noord- en Oostwaards heeft men 't meest al aangelegd tot fchoone Bouwlanden. Het Nieuwe Bildt is een aanwas van het Oude, groot 1756 morgens en 445 roeden, be. t Bildt.  440 Tegenwoordige Staat 't Bildt. bedykt in 't jaar 1600, en verkocht in 1640. 't Zelve beftaat uit 51 Kavels, waar van ieder begerechtigd is met een volle ftem in alle Landszaaken , behoorende onder de Parochiën , nevens welke zy gelegen zyn ; doch mee welker byzondere huishouding zy echter niets te doen hebben. Deeze Kavels zyn bezwaard met een Floreen, op ieder drie Pondemaaten, zynde een Pondemaate twee vyfde deelen van een morgen. Daarenboven zyn de Eigenaars van 't Nieuwe Bildt verpligt hun' eigen Zeedyk te onderhouden , waar toe ieder morgen jaarlyks doorgaans vyf Guldens moet geeven. De oude en nieuwe Bildtpolders zyn wederom, ten grooten deele, aanwasfingen van 't Nieuwe Bildt; zynde de oude Polder bedykt in 't jaar 1715, op voorwaarde, dat derzelver Eigenaars, geduurende 50jaaren, van alle Landsbelastingen enimpofitien bevryd zouden weezen; doch deeie vryheid is in 1765 met eenige bepaalingen nog *o jaaren lang verlengd. Deeze Polder is groot 444 morgens en 457 vierkante roeden, en voorts bezwaard met het onderhoud van haaren Zeedyk , waar toe doorgaans 6 Guld. per morgen jaarlyks worden omgeflagen, over welke fommen en de verdere huishoudelyke zaaken, het beftier is toebetrouwd aan twee Gekommitteerden, die mede het opzigt hebben over de Nieuwe Polder, groot 126 morgens en 428 roeden, in den jaare 1754 ingedy kt, en ten Oosten van de voorige Polder gelegen , en van alle Lands lasten, tot aan 't emde deezer Eeuw , bevryd; zynde het onderhoud van den Zeedyk mede onder de zes Guldens, door de Eigenaars van de oude Polder, als ook Eigenaars van  van FRIESLAND. 441 van deeze Polder zynde, op ieder morgen om- 't geflagen, begreepen. Het nieuwe Bildt en de Polders beftaan uit een' zeer vetten , eenigzins zaverigen grond, die tot den Akkerbouw de beste van allen is. In deeze geheele Grieteny zyn maar drie Dorpen, alle op 't Oude Bildt gelegen; met naame St. Jakobi • St. Anna- en L. Vrouwen Parochie , aldus genoemd naar de Heiligen, aan welke hen de Roomfche bygeloovigheid heeft toegewyd. Doch behalven deeze drie Dorpen behooren 'er ook toe de buurt de Oude Bildtzyl en een gedeelte van de Leye, met daarenboven eenige gehuchten, langs den Ouden Bildtdyk, en de Hoeven ten Westen van Jakobi Parochie. De Dorpen ftemmen in de volgende order. 1. St. JAKOBI PAROCHIE, 't Westelykfte Dorp der Grieteny, voorzien met een Kruiskerk en fpitfen Toren. De Kerk echter, fchoon met een Orgel voorzien, is op verre na zo fraai niet als die der beide andere Parochiën. Meer dan eens heeft men in overleg genomen, om dezelve aftebreeken, en daar voor eene nieuwe te bouwen ; doch tot hier toe fchync men het daaromtrent niet céns te hebben konnen worden. Men vindt hier een bloeijende dubbele buurt Huizen, die Oost en West loopt, en over de Kerk nog eene andere dubbele regel, aan den weg, die, Zuidwaards loopende, uit komt op den ouden Zeedyk, naby Minnertsga. Inden omtrek van't Dorp, vooral aan den OudenBildtDyk, heeft men veele heerlyke Boereplaatfen , die meer naar Heeren dan Boeren Wooningen gelyken; ook verfcheiden Buitenplaatfen van vermogemde Eigenerfden, gelyk mede omtrent de beide overige Dorpen plaats heeft. Thans Bildt;  *t Bildt 442 Tegenwoordige Staat Thans zyn hier over 'c geheel 85 ftemmende plaatfen. 2. St. ANNA PAROCHIE, het middelde en fraaifte der drie Bildtdorpen. De Kerk van dit Dorp is een fraay achtkantig Gebouw met een' Koepeltoren, hebbende, even als Jakobi Parochie , een net gevloerd Kerkhof, 't welk men zelden by de Friefche Dorpen vindt. In de Kerk is een fchoon Orgel, een fraai gefneeden Predikftoel , een aantal van Adelyke Wapenen , meerendeeis der Familie van Haren, en een prachtige Kapelle , waar in de Grafkelder van dit geflagt is. De buurt beftaat uit twee dubbele regels Huizen, die eikanderen by de Kerk rechthoekig fnyden. Ten Zuiden en Oosten der Kerk vindt men de aanzienlykfte Gebouwen, onder welke uitmunt de fraaie huizing van den Grietman , Jr. H. W. Baron van Aylva , oorfprongklyk het huis der Familie van Haren. Het tegenwoordige Gebouw, met fraaie Hovingen verfierd, is voor ruim veertig jaaren, door den toenmaaligen Grietman Jr. Willem van Haren, geheel nieuw opgebouwd , in plaats van het oude, dat met een kostelyke Bibliotheek enz. door een ongelukkigen brand in de asfche wierd gelegd , en aldaar in de voorige Eeuw gebouwd Was, door wylen Jr. Willem van Haren, toenmaaligen Grietman, en Ambasfadeur by 't Hof van Zwéeden; een man van byzondere ervaren • heid in de Staatkunde, en die "jaaren lang de aanzicnlykfte Ampten in het Gemeenebest met grooten roem heeft bekleed. Ten Westen van dit Gebouw ftaat het Rechthuis, 't welk doorgaans door den Sekretaris wordt bewoond , en waar"in, behalven andere goede vertrekken, ee.n  van FRIESLAND. 443 een vry ruime voorzaal is, in welke alle veertien dagen des maandags het recht wordt gehouden. Onder Sr. Anna Parochie behooren thans 65 ftemmen. 3. VROUWEN PAROCHIE, het Oostelykfte der drie Dorpen, die allen in eene rechte lyn aan den gemelden middelweg liggen. Men vindt hier eene goede Kerk met een ipitien Toren , en een goede dubbele buurt Huizen. Onder dit Dorp, 't welk tegenwoordig 59 ftem* men telt, behooren in 't Zuiden de Hameren, eene fchoone Landouwe, alwaar veele kostelyke boereplaatfen liggen. Voorts in 't Noorden aan den öuden Zeedyk van Ferwerderadeel, 'toud Monnike Bild, dus zekerlyk genoemd omdat het weleer aan 't Klooster Mariengaard behoorde: doch de verdere aanwas hiervan, 't nieuw Monnike Bildt genoemd, behoort, benevens 'c Noorderleeg, aan Ferwerderadeel. Onder Vrouwen Parochie behooren ook de Oude en Nieuwe Bildtzylen: eertyds was de Oude Bildtzyl eene fchoone waterlosfing naar Zee en een bloeijende plaats van Koophandel, alwaar alle voortbrengfelen van 't Bildt in Oogstmaand ter markt kwamen, en naar buiten gevoerd werden. Ook vindt men daar nog heden een oud Gebouw, 't Konings huis geheeten , alwaar de Tollen en Licenten moesten worden betaald; zo als blykt uit een' fteen in den gevel, waarop deeze woorden zyn uitgehouwen : Hier betaalt mm zyn Koning/yke Majefïeits Tollen en Licenten. Doch deeze zyl, door den verderen aanwas van 't voorland eindelyk verlamd zynde, is ook de Zeevaart en Koophandel ter deezer plaatfe allengskens geheel en al verdweenen; air t Bildt.  'e Bildt. 444 Tegenwoordige Staat al waarom hier, tegenwoordig, behalven eenige Handwerkslieden, byna geene bewooners dan Boerenarbeiders en Visfchers gevonden worden. De Nieuwe Bildtzyl, na de bedyking van 't Nieuwe Bildt aangelegd, is ook eindelyk, door de aangroeijende Polders onnut gemaakt zynde, digt geheid. In de Grieteny van 't Bildt is thans Grietman de H. Wel Gebooren Heer Jr. Hans Willem Baron van Aylva , en Sekretaris Mr. Henricus Andrea?. Het getal der Hervormde Gemeenten komt overeen met dat der drie Parochiën; zynde de Predikant van Vrouwen Parochie verpügt, ook nu en dan op de Oude Bildtzyl te prediken: voor deezen plagten de drie Bildtpredikanten, ieder op zyne beurt, daar den dienst te moeten verrichten; doch de nabyheid deezer buurt aan Vrouwen Parochie heeft aanleiding gegeeven, dat de tegenwoordig dienende Predikant dier Parochie daarmede, by zyne beroepinge, alleen is belast geworden. De Doopsgezinden hebben hier eene Gemeente , welker Leeraar in Anna Parochie woont, doch ook op zekere tyden op de Oude Bildtzyl moet prediken. Roomschgezinden vindt men in deeze Grieteny geene, fchoon zelfs de naamen der Parochiën ten bevvyze verfixekken, hoe het, by den eerden aanleg der Dorpen, hier met den Godsdienst gelteld ware. De vrye jagt op het Bildt, volgens Staatsrefolutie, aan den Stadhouder Willem Fredrik, en zyne Opvolgers, vereerd zynde, zo ftaat het niemand, dan na bekomen verlof van den Erfftadhouder, vry, het vermaak van de Jagt, in deeze Grieteny te neemen. STAAT  S T A A T van alle db l andsflo reenen op de VASTIGHEDEN e n LANDERYEN i n WESTERGO, III. deel. Ff   M.E NALDÜMADEEL. 447 Floreenen op het Register. Oveifchietende voor de dorps Ontvangers. Aan den Generaalen Ontvanger betaald. Menaldu-m. \ 1233-23- x - 33-23- 1 1200- :- S Berlikum. 471- -12 2- .--12 469- :- : Wier. S03-25- : %■ 25- : soo- :- : Beetgum. 753-ia- 8 17 12- 8 736 :- : Engelum. 393- 5- 6 13- 5- 6 380- :- : Mars/urn. 1063-25- 3 1^-25 3 1050- :- : Deinum, 691-12- : 25-12- : 666- :- : Boxum, 677-14- : 10-14- : 667- :- : Blesfum. 237- : - : 4- :- : 233- ï Dronryp. 133a 25- : 20-25- ; I3ia" l Schingen. 163- 7- : }- 7- : 162- : Slappeterp. 171- :- : 4- :- : 167- :- ; KmsterAnjum. 150- :- : :- : 150- :- : 754:- 9-14 i£o- 9-14 7392- i~ : Dus wordt by den Generaalen Grietenye Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers ingebeurd ƒ7392- :- : Dezelve geniet voor zig als overfchietende Floreen. 36- :- { En moet aan den Lande verantwoorden. 7356- :- ; Hetwelk, ieder Floreen tegens twee Dubatons gerekend , in 't jaar aan geld bedraagt. . . . 46342-lis- : Ff 2 F RA-,  448 FRANEKERADEEL' Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen Ontdorps Out- vanger bevangers. taald. Tzum. u6g- i- a :-26-i4 :- : - : 170-:-: Jiitzum. 226- 2- : : - 2- : 256-:-: Jchlum. 88J- 5-8 1-5-8 884-:-: Ludingakerk. 2co- :- :J 10-14- 4...538-.-. Barbayum. 301-27- :' :-a;- : 304-:-: Donjum. 353-17- 8 1-17- 8 352-:-: Boer. ïoj- :- : :- :- : 164-:-: Ried. 506-21- ; + : 306-:-: Peins. 295- :- : 2- :- : 293-:-: Siveins. 171-14- : :-i4- : 171.:-: Scbalfum. 218- 9- « :- 9- 3 218-ï-: 17.36.12 , -■ af : 26-14 4642-27-14 16-27-14 4626-:-: Dus wordt by den Generaalen Grietenye Ontvanger van <3e partikuliere Dorps Ontvangers ingebeurd, en moet door hem aan 's Lands Comptoir verantwoord worden. 4626-:-: Welke, ieder Floreen tegens twee Dukatons in het jaar gerekend, in gelde bedraagen. . . - 29143-16-: F RA-  FRANEKER. 449 Deze Stad heeft niet dan volle Floreenen tot • Hier van worden jaarlyks veertien Floreenen uitgekeerd aan het Klaarkampfter Weeshuis. • 14-:- : En geniet de Ontvanger voor hem als overfchietende Floreen 4-6-6J 1468-6-6| Zodat hy aan 's Lands Comptoir moet verantwoorden. . • Welke, ieder Floreen tegens twee Dukatons in 't jaar gerekend, in geld bedraagen. • • • f 9*33 Ffg BAR-  4^0 BARRADEEL. Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraüen OntDorps Ont- vanger bevangers. taald. Mtnnertsga. löttf- 4-12 3- 4-J2 I0.q . . . Ftrdgum. aa,7- :- 4 3- :- 4 a,|- :'" : Jzummarum. 9.38-12- : 2-12- : n'<6- •- • Klooster Lidlum. 150- 7- : . :- 7. *: s* • Oosterbier urn. 465-12- : 1-22- : 4S4* •„ j Sixbierum. 711- 6-15 4- 6-15 7J7- -'. ! JPietersbierum. 537-24- : 3-2; - : 5^- *. Wynaldum. 455-24- : 11-6-8 444-17- « dlmenum. 437. 1-14 n_ g.I4 425_2,_ . 4999-18-i3 41- 8- 5~4958~7o71 Dus wordt by den Genera'alen Grietenye Ontvanger van 6e partikuliere Dorps Onvangers ingebeurd , vier duizend negen honderd, acht en vyftig Floreenen, tien ftuivers, acht penningen, . . . 4958-!Q g' Welke dezelve, als geen overfchietende Floreen voor zig genietende, aan den Lande zoude moeten verantwoorden in Gelde met. . . . 3*237-"5-4 HAR-  HARLINGEN. De Floreenen van deze Stad zyn. ï 3?"25_ï Hier gaat af als overfchietende Floreen. ; 11-: Zo dat aan 's Lands Comptoir verantwoordt tot. • • 37" f4"r Hetwelk , ieder Floreen op twee Dukatons in 'tjaar gerekend, aan geld bedraagt, ƒ 236- g.; Ff^ BAAR-'  4*a BAARDERADEEL. Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalenOntDorps Ont- vanger bevangers. taald, Jerwert. 829-2?- : 3-25- : 82Ö. :. . Weidum. 672- 7- : 5- 7- : 667- :- • Mantgum. 5H-17- 8 2 17- 8 509- : • Ocsterwieiurn. 373- :- : 8- :. . :. . Bofum. 8°8-i6-" : 5-16- : Scq- '. Wieuwert. 204- : : :- :- : 204- :. * Britsivert. 237- :- : :. : " 2^^. : Oosterlittens. 467-13 , I".I3'. 4Ö6_ .\ • IVmjum. 680-n-ia 9-ii-:2 671- :- ' Baardt. 207- :- : 1- :- : 2c6- •- : Hui™. 233- 4- 6 I-4-6 232- *:- : Hylaard. 409. 7-v: 4. 7. . * ._ : 35^-15- 1 :- 1- 1 350-14- ' Beert. 334- >4- : :-i4- : 3jl, . ? Zimw. 125- 8 : :, 8 125- :- : 6441-19- 3 43- 5- 3 6400- 14- . Dus wordt hy den Generaalen Grietenye Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers ingebeurd. ^400 -14 - : Doch is deeze Grieteny ten Comptoire van de Provincie met 14 ftuivers hooger aangeflagcn, en daar gefield op. 6401 - :. - In voldoeninge van welke 640! Floreenen deeze Geueraalê Ontvangermoet continueren, alzo die 14 ftvs. die dus meer zoude betaalen , dan ontvangen , konnen en moeten ge. vonden worden uit de Floreenen, welke de Dorps Ont. vangers meer van de Ingezetenen beuren, dan opgegeeven wordt, dat zy aan den Generaalen Ontvanger betaalen. Deze 6401 Floreenen , ieder gerekend tegens 2 Duk'atons in 'tjaar, beloopen aan gdd, ƒ40326.6- : HEN-  HENNAARDERADEEL. 453 Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalenOntdorps Ont- vanger be» vangers. taald. Hennaarf. 182-16-14 :-i6-I4 182-:- : Ttens. 250.1-- 8 :-io. 8:- : 251- :- : Lutkewierum. 523- 1- : :- 1- : 523- :- ï Oosterend. iioo- 5-4 :■ 5- 4 1100- :- : Bydaard- 294-15- '• :_I3 295- :- : Wommels. 827- 4- «" 4- : 827- :- : Waaxem. 145- :- : :- : - : 145- :- : Kubaard. 675-2-14 '.-2-14 675- :- = Wehryp- 438* 6-10 :- 6-10 438- :- : Bajum. 114-27 :- : 1x5- : Spannum. 437-24" ï :* 3 J5:" :" : 438* - : Edens. 175- :- s :- :- : 175 1 1- 8-io af 1- :- 7 5164- 8-3 . - 8- 3 5164- :- : Dus wordt by den Generaalen Grietenye Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers ingebeurd. 5164- :- : Waar van dezelve twee Floreenen, als voor hem overfchietende , geniet . 2 - : • : En verantwoordt aan't Pravinciaale Comptoir ƒ 5162- :- : Welke, ieder Floreen tegens twee Dukatons in 't jaar gerekend , aan geld bedraaSen. , . f 32520-1»- t Ff 5 WON-  454 WONZERADEEL Floreenen op Overfchieten- Aan den Ge* het Register, de voor de neraalenOnt- Dorps Ont- vanger be- vangers taald. 'Artim. 1386-16- 5 11-16- 5 i3->5- :- : Mingawier. 323-2-5 8 - s> - 5 315 : Lurgivert. 653-3 1 <3- 3'i 640- : Concert. 35,. ö- 8;* 5 00- 345-U- : Dedgum 112 6- 6 7-6-6 105- :- : Exmorra. 334- e- 2 9-6-2 325- :- : Ertgimer. 8ó- 3-12 1-3.12 85- :- : Jtermlde. 437-'4--7i 12-27-12! 424-18-4 Greonterp. 81 4.!2 1-4-12 80- »•* Htghtum. 83.5-1-,: :- 1- : 035- :» : Ilartwert. 299.54- : :- :- : 300- : : Jiieslum. .6-15 1-23-7 157-2-8 Idzegabuizen. 254-,8-15 3-18-15 25'- :- : Kimswert. 504-19- 2 ib- 5- 2 488-14- : /,o//«». 303-14- : 15-14- : a5>8- : : Longerbouw. 164- 1-12 2- i--2 62- : : Makkum. 34.2-24-- 9 10-91 9 332 ;- 5 Oldeklooïter, 203- : : ; : 202- :- : Pingjum. 1200-13-2 30-13-2 11V : : Parrega. 348-14-,3 7- 4- 3 3,,. :Mo jW. !8o-27- 3i : 27, 3i ,80 .- : 33l-«4- : :-24- 335" ; Scbraerd. 306- i-ia 2o- 1-12 286- :- : Sungb. K9. 5.I4 3. B.,4 I26. .. . Tferkwert. 954-26-4 20-26-4 934- :- : Witmaarfum. 1306-21- 2 3 - 7- a 1285-14 : gfov. 606- 8-4 7-8- ,4 <99. .- : Vgekloo^ter. .-.5-21-2! 3. 7- 2' 132^4- : IM13- l-3lf*58-i7-94l 11854-15 'o llartvvert fchiet te kort : 4 - : Dus  WONZERADEEL. 455 Dus zoude by den Generaalen Ontvanger van Wonzeradeel van de Dorps Ontvangers worden gebeurd. . . ] u854.15.10 Doch de voorenftaande opgave van het Gerechte zal niet volkomen korrekt zyn, alzo deeze Grieteny ten Comptoire van de Provincie met vyf Floreenen hooger aangeflagern, en daar gefield is. 11859 15-ro In de verantwoording van welke 11859 Fl. 15 Stvs. 10 Penn, moet worden gecontinueerd , alzo de voor den Generaalen Ontvanger te kort fchietende 5 Floreenen moeten gevonden worden uit de Floreenen, die de Dorps Ontvangers meer ontvangen dan zy aan den Generaalen Ontvanger hier vooren gezegd worden te fourneeren. En hoede 4 Stvs. te Hartwert, te kort fchietende, aan des Dorps Ontvanger te vergoeden zyn, wordt aan de fchikkinge der Ingezetenen geiaaten, doch zonder nadeel van den Lande. De 11859 Flor. 15 Stvs. 10 Penn. gerekend tegen twee Dukatons in het jaar, bedraagen aan Gelde. . ƒ 7471=;- 4* 5 BOLS-  45&" BOLSWERD. In de Jurisdiktie van deeze Stad zyn geen andere dan volle Floreenen, te famen tot . . 1213-23- 4 Van dewelke als overfchietende komen ten voordeele van de Beneficiale goederen der Stad. . . 50-23- 9 Vervolgens moeten door des Stads Ontvanger worden verantwoord. . 1162 - 27 - 1 r Bedraagende, ieder Floreen tegens twee Dukatons in het jaar gerekend, in Gelde. / 7326- iö-^i W Y  WYMBRITSERADËEL. 4$/ Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen Ontij orps Ont- vanger be. vangers. taald, Oppenluifen. 398 "- :-ïo 3" 395- :" : ÏJttwellingerga. Aafi-2i'i4 8-22-14 439* 27- : Vutryp. 225-25-14 3"22- 4 222- 3-J0 Hommerts. 425- 6-13 5* 4ao" l-*5? Smallebrug. 114 -18 -12 ^ Woudsendt. 222-23- : j _„ 6 loo7.12- : Tpecolsga. 460- 3-ï°! Indyck. ai9- :- :J Heegb. 95o 18-14 8_I3- : 9i2- 5" H Gaastmeer. 2-9-13- 2 266-u-iyè Nieuwbuizum. 2^7 6 5 • 227- 6-II Sandvirden. 122- 3-6 l-io- ö 120-ai- : Oudega. 296- 3- : 1- 3" : 29S- *" - Idzega. 3*6-25- 1 1-2-9 3I5-*2* 5 Oosthem. 227-21-12 1-4-12 227-17- ï Abbega. 343' »-ïoi- 5' --1°} 338- '• Wertbem* i33" 5" : '.- 9- • 131-24- : Wolfum. 440- 7- I 3*25- 1 430- ïo- : Nieuwland. 1209- 6 4 :--6- 4 120$- 8- - Folsgare. 420- 1- : :- 1- : 42°- •* " Tf'albuizum. 184-19- 8 :-i6- g 184- 3- : Tsbregtum. 497-21- : : - 7- : 497-14- * 77nw 686-25- : 687- :- r Scharnegoutum. 8,2-12- 8 :-2Ö- 8 841-14- : Gojettga. 643- :- 8 :-ia- 8 642-16- : Lojenga. 243-17- : :- :- : 243-17- ' Gauw. 198 19- i , 2-8-4 it6-ii- : Offirigaw'ier. 169-21 8 170-14- 8 10927 16 4^ 56-27- 6: 10878- 9-14 De Ontvangers van de Uorpen Gaastmeer, Nieuwlmizum, Tirns en Oflingavvier fchieten famen te kort. 7-20- 35 Blyft 49- 7- 2h Dus  453 WYMBRITSERADEEL Dus zoude de Generaale Grictenye Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers beuren 10878-9. jf Waarvan de Ontvanger Generaal voor zich als overfchietende Floreen geniet . 3-10-9 * Hy laat korten aan de Dorps Ontvangers wegens het ligte Floreen. . ,,526. 4.n* ; Zodat hy, zo aan overfchietende als wegens ligte Floreenen aan den Lande kort, 1529 -15 _ 4» En aan 's Lands Comptoir verantwoordt. 9348 - 21 - 13J Hdt welk, ieder Floreen op twee Dukatons in "tjaar gerekend, aan geld bedraagt. 58897- 6- 3 Doch verrekent daar in de volle omftag van 51 Fl. o ftvs. gls penn., die geheel ten laste van 't Land zyn. Waar van 't beloop in gelde verfchillende is , naar maate de omflag over de Flo • reen hoog of laag is —-— ook komt hier in veranderinge, als de aan den Lande vervallene Landen verkocht worden. NB. Sedert dat de laatflemaal de Floreenen van deeze Grieteny ten Comptoire van de Provincie zyn afgefchreeven, ftaat dezelve aldaar aangeflagen met . . 933*T- 8-2 En verantwoordt aan Geld. . ƒ 5S8 12 -16 - 4 SNEEK.  S N E E K. . De Floreenen onder deeze Stad zyn tweederley, i De Eigenerfde Staats Floreenen zouden bedraagen. . . . 321-7-10 Doch de Ontvanger geniet als overfchietende. • . . . 9- : -10 Zo dat verantwoordt. . , 312- 7 3 : 2. De Geestelyke Staats Ontvanger trerantwoordt. , • . 275-23-1 sbl ni .- n li j ïl TTR Sn A Dus bedraagen de Stads Floreenen te * famen. • . . 588 - 2.. t Hetwelk, ieder Floreen tot twee Dukatons in het jaar gerekend, aan geld beloopt. .... ƒ 3704-17- ï YLST.  I 4óö YLST. Verantwoordt aan den Landé. ; 426- 9. 8 Doch onder korting van de ligte Floreen. 20 • 10 -12 Rest vervolgens. 405-26-12 / f Welke, ieder Floreen op twee Dukatohs in het jaar gerekend , in gelde bedraagen. . . . ƒ2557.10- 6 l 1 HE;  HEMELUMER OUDEVAART EN 46"* N OORDWOLDE. Deeze Grieteny beeft Van ouds, volgens het Register, gehad. . 4151* J -io£ Waar af moeten worden getrokken de bekende negen en tachtig Floreenen, vyf ftvs. vier penn. overfchietende Floreen. 89* 5' 4 Zo dat resteeren. 4061- 23 Deeze Floreenen zyn van tyd tot tyd, door verkoop der Infolvente Landen, verminderd, en ten Comtoire afgefchreeven , met . , 1473-21-Iii} Zo dat na die afïchryvingên aan, den Lande resteerde de volle Floreen van 2588 • x* Iö|| Welke2588 Floreenen 1 Stuiver en iojjpcuning , tegen zes Gulden en zes Stuivers, aan geld zoude bedraagen. ƒ 1630|-15- 0,$ Welke forame de Ontvanger Generaal deezer Grietenye ten Comptoire moet voldoen, zo in Geld als in Resten* III, DEEL. Cg [ S T A-  4-5* 'STAVOREN. De volle Floreen alhier, na aftrek der ligte, bedraagt volgens Cohier. . 229 - 22 -12 Welke volk Floreenen, ieder op twee Dukatons in liet jaar gerekend, bedraagen in gelde. . . . ƒ 1447-18- 6 Doch dit komt niet overeen met des Ontvanger Generaals Rekeninge , alw?*" Stavoren ftaat als betaalende tegens. . . . 253-21 Maakende in 't jaar in gelde; , 1598-15.il. HIN-  HINDELOOPEN, 46"$ Volgens Cohier heeft deeze Stad, en verantwoordt aan dezelve wegens Floreen lasten vier honderd vier en twintig Pondemaaten twee Einzen, en 'penning. 4«4> 2-0% Hetwelk, anderhalvePondemaate tegen een Floreen gerekend , falvo calculo bedraagt. . . 282-20-10! Die, ieder Floreen op twee Dukatons hl het jaar gefield, in gelde bedraagen. ƒ1781- 4;i2 \ Gg 3, W O Rj  ^4 WORKUM.- Deeze Stad hoedt aan Floreen, twee •duizend, negen honderd, acht en vyftig Pondemaaten, vier Einzen 7 Penningen, twee en drie tiende voeten. 2958 • 4.7 - 2^ Doch geniet als overfohietende Floreen 458-4-7 • 2V| Zo dat verantwoordt twee duizend vyf honderd Pondemaaten. . . J5°°- : ■: • Maar daar van zyn ligte Floreenen, die aan 't Comptoir gekort worden. 256»I r - 3 - 6\ Moetende dus verantwoord worden. a243": 16 •5!' Hetwelk, ieder Pondemaate of halve Floreen gerekend op een Dnkaton in het jaar, iu Gelde zal bedraagen falvo calculo. . s 7065-13 • £l Welke fomme egter, volgens Staats Ref. van den , 3 Maart 1776, 's jaarlyks verminderd moet worden met . 63 ■ 11.: Resteert dus ƒ7002- 2- 6 't B I L D TJ  't BILDT. ' 465 Volgens Floxeen Register zyn 'er op het Oude Bildt. . • 5639- 8- En op het Nieuwe Bildt. . 1464-10-:o Bedraagende de Floreen te famen» 7103 -18 • 1 o J Waar van als overichietende voor de Dorpen of Dorps Ontvangers gerekend worden. • 153- 8- 8.1 Zo dat de Generaale Grietenye Ontvanger zuiver aan 's Lands Cocnptoir verantwoorden moet. . 6950-10- a Hetwelk , ieder Floreen gerekend op bwee Dukatons in het jaar , in gelde bedraagt. . . ƒ43788- Gg3     VERVOLG VAN DEN TEGENWOORD1GEN STAAT van FRIESLAND. DERDE HOOFDSTUK. X)e ZEVENWOUDEN, wier Ge. feommitteerden ten Landsdage de derde ftem in Staat uitmaaken, beftaan niet uit Zeven, gelyk denaam fchynt aan te wyzen, maar uit tien Grietenyen ; met naame Utingeradeel, /Engwerden , Doniawerftal, Haskerland , Schooterland, Lemfterland, Gaasterland, Opfterland. Stellingwerf- Oosteinde en Stellingwerf - Weso einde. Oudtyds werden de Stellingwerver wet by Friesland, doch afzonderlyk, en niei als een gedeelte van 't Woud - kwartier gere' kend, en mogelyk heeft /Engwirden voordee zen een deel eener nabuurige Grieteny uitge maakt, zo dat, het getal der deelen van Zever tot tien vermeerderd zynde, dit niet tegenftaan de, de oude naam in wêezen zy gebleeven. Men noemt dit kwartier de Wouden, dewy 't zelve meerendeels, vooral naar't Oosten, ui hooge Veenen, Bosfchen en Zandgronden be ftaat, hoewel men ook Westwaards veele las Gg 4 g Befcbryving der Zevenwouden. Zevenwouden. i l t e-  46S Tegenwoordige Staat YVOUJEN. ge Veenige gronden, meeren en poelen, vindc. De Zevenwouden grenzen ten Noorden aan Rauwerderhem en Smallingerhnd, loopende de fcheidlinie van Irnfumer Zyl met eenige hoeken Zuidoostwaards tot in 't Naauw Deel, en van daar genoegzaam Oostwaards tot aan den Leppedyk, tot dat dezelve in de hooge Bouwlanden tusfchen Beets en Bornbergum , te niet loopt; van waar de fcheidlinie eerst Oost - en dan Noordoostwaards loopt tusfchen Smallingerlands en Opiterlands Veenen. Ten Oosten grenst dit kwartier aan de Groninger Ommelanden en Drenthe; wordende daarvan afgefcheiden door middel eener fcheidgreppel, die tusfchen Friesland en de Ommelanden in 1724, doch tusfchen Friesland eri Drenthe in 3733, is gegraaven. De 2uidelyke grenzen zyn Drenthe en Overysfel, eerst door de fcheidgreppel tot even over den weg naar Diveren, en voorts door eene Scheidlinie tusfchen de hooge Veenen van West-Stellingwerf en Drenthe, benevens Steenwyker heide, tot aan de Molenberg naby Blesdyk , van waar de fcheiding Noordwestwaards loopt, tot in de rivier de Linde, die dan verder'de natuurlyke fcheiding der genoemde Provinciën is, tot dat dezelve, by Slykenburg , zich met de Kuinder of Tjonger vereenigt, van welke plaats eene Scheidlinie deeze grenzen tot aan den Zeedyk voltooit ; loopende voorts de Zeedyk Westwaards tot aan de hooge Gaasterlandfchc Stranden ; ten Westen van welke de Dyk van den Polder de Wiel zich met 'fyVesterga's Zeedyken vereenigt. De Weste- lykis  vun FRIESLAND. 46*9 lykc en Noordwestelyke. grenzen der Zevenwouden zyn eindelyk de Grietenyen Hemelumer Oudevaart en Wymbritferadeel, door middel van wateren en fcheidlinien, reeds boven in de befchryvinge van Westergo gemeld , en nader op de hierby gevoegde Kaart van Zevenwouden te zien, De aard der Landèryen van dit kwaatier is zeer verfchillende. 't Noordwestelyke gedeelte is, over 't algemeen, eenige plaatfen uitgezonderd, vol wateren en zeer laag; zynde de grond van een' klynigen aard, die beste zwaare Baggelaar Turf oplevert; ook is het hier zeei Vischryk. Gaasterland, dat het Westelyksi van allen ligt, is vry hoog, en beftaat meeren deels uit heuvels, en hooge zandige, doch nie; onvruchtbaare bouwlanden en bosfehen. He overige van't Woudkwartier is meest hoogVeei vol bosfehen en heiden , doch ook voorzien me veele vruchtbaare velden , die vooral tot he teelen van rogge, haver en boekweit dienen de Greidlanden zyn hier ook niet kwaad, in dien zy maar rykelyk met mest worden voor zien. Van dag tot dag vermeerdert de vrucht baarheid van deeze hooge veenige landouwe : want daar 't hooge Veen op zich zeiven een onvruchtbaaren grond heeft, op welken niet wil wasfen, wordt integendeel de benede grond zeer vruchtbaar bevonden , na dat he hooge Veen is afgegraaven. De aanzienlyke wateren der Zeverftvoude liggen meest in het Westelyke gedeelte, en wi in de Grietenyen van Uüngeradeel, Doni; werftal en Lemfterland. Onder dezelve mut Gg 5 te Zeven» ! WOUDEN. 1 s ï % ti :1 t- t3  47° Tegenwoordige Staat •Zeven- WOÜDtK. ten uit de Tjeuke- Sneeker- en Sloter meeren, van welke het laatfte ook meerendeels tot de Wouden behoort. Het Tjeuke meer is het grootlle van alle Friefche Binnenwateren, en meerendeels uit de uitgebaggerde klyn - en afgefpoelde laage Weidlanden gebooren: hetzelve is Vischryk, en wordt veel bevaaren door die geenen, welke uit Schooterland en de Stellingerwerven naar de Lemmer moeten, In het Noordelykfte gedeelte des kwartiers vindt men de oude rivier deBurdo, Born óf Boom, die, uit de Opfterlandfche Veenen ontfprukende , door Utingeradeel naar Irnfumerzyl loopt, en zich weleer in de Middelzee als een weezentlyk riviertje ontlastte; doch door 't opflyken der Middelzee, en 't aanleggen van de Irnfumer en andere Binnénzy. len , is dit riviertje thans niet meer dan eene Binnenlandfche vaart. Ondertusfchen vindt men verder Zuidwaards twee weezentlyke riviertjes, met naame de Kuinder, of Tjonger, en de Linde, die zich by Slykenburg veree* nigen , en voorts onder den naam van de Kuinder alleen, by het vlek de Kuinder, in Overysfel, in Zee Horten, gelyk voorheen is gemeld (§). De voornaame Dyken en wegen zyn de' Leppedyk, die onder den naam van den Ouden Leppedyk , zich van Irnfumerzyl met verfcheiden bogten uitllrekt tot in de hooge Op. llerlandfche V eenen. Deeze Dyk is van veel belang voor Qostergo, dewyl dezelve, door zyne (5)1 Ded. bl. 2 > l >  474 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. loopt, tot groot gemak der geënen , die van de Lemmer naar Leeuwarden enz. willen ry« den. Eindelyk komt uit den voornoemden Boorndyk, tusfchen Akkrum en Oldeboorn, de gewoone rydweg van daar naar 't Heerenveen, bekend onder den naam van de Haskerdyken. Utingeradeel grenst ten Noorden aan Idaarderadeel en Smallingerland, gelyk boven reeds is aange weezen; ten Oosten aan Opfterland, door middel van eenige flooten en fcheidlinien; ten Zuiden aan ZEngwerden, met het Oud Deel; en wordt voorts van HaskerJand gefcheiden door eene met menigvuldige hoeken uit en in loopende Scheidlinie. Ten Westen wordt eindelyk Utingeradeel gefcheiden van Doniawerftal door den gemelden Slagtedyk. Deeze Grieteny beftaat uit zes Dorpen, die cl kanderen in deezen rang volgen. i. OUDEBOORN, wekerBoornga ge* naamd, is een groot en aanzienlyk Dorp, en ongetwyffeld een der oudften in Friesland, voor* naamelyk beftaande uit eene dubbelery huizen, tusfchen welke de Boorn doorloopt. De toren en kerk ftaan in 't Zuid - Oostelykfte deel des Dorps, en zyn fraai opgebouwd. De voorige kerk, een oud en groot gebouw, rustende op twee rygen pylaaren, was gebouwd op of over eene fontein of bom, welke, naar fommiger gedachten, den naam aan het Dorp zou gegeeven hebben; doch het is veel waarfchynlyker, dat het Dorp dien aan de Rivier de Boorn verfchuldigd zy. Voor eenige jaaren werd  van FRIESLAND. 475 werd de toren door den blikfem in brand geflagen , en gedeeltelyk vernield, doch weder van nieuws opgebouwd. Ten Zuiden van 't Dorp vindt men een watertje, de Wetering genaamd, doch geheel onderfcbeiden van de bovengemelde Weteringen. Ook loopt 'er eene lange vaart, de Bokfloot genaamd, Zuidwaards in 't Oud Deel. Ten Zuidwesten der kerk vindt men Andringa State, jaaren aan een bewoond door Grietslieden uit dat geflacht, en uit hetzelve overgegaan aan den tegenwoordigen Grietman Lyklama van Nieholt, die hier, voor 15 of20 jaaren, een nieuw en pragtig huis heeft gebouwd, Oudeboorn is begiftigd met eene openbaare Waag, mogende men geene goederen, die 't Waagrecht onderhevig zyn , uit deeze Grieteny op eene andere plaats ter Waage brengen, dan na hier het Waagrecht reeds betaald te hebben. In 1581 werd, zo tot dekkinge van dit Dorp als van andere plaatfen , hier eene Schans aangelegd, waarvan de plaats tegenwoordig naauwelyks met zekerheid valt aan te wyzen: waarfchynlyk is het alleen datze aan den Noordoostkant des Dorps gelegen hebbe , dewyl men daar nog hedendaags een huisje vindt, dat de Schans genaamd wordt. Van hoe veel nut deeze Schans ware, bleek reeds in het volgende jaar, wanneer de Spaanfche Veldheer Verdugo, dezelve aantastende , manmoediglyk wierd afgeflagen. De omtrek van dit Dorp is zeer groot, en wordt verdeeld in vier kwartieren , twee ten Noorden cn twee ten Zuiden des Boorn» ZEVZJ*VO'JDEJS.'  476* Tegenwoordige Staat Zevenwouden. Boornvloeds. De Noordelyke deelen heeten 't Henswoudfter en 'c Noorder Vierendeel; behoorende onder 't eerfte de buurten Henswoude en Sormorra; onder het tweede Poppenhuizen en Warniahuizen, of zo als men eertyds zeide Wantingahuizen , en verkort Wangiahuizen. De Zuidelyke deelen zyn 't Zuider en 't Wester Vierendeel; bevattende het eerfte de buurt Oosterboorn , daar men eertyds eene plaats had met naame Stoutenburg; en het laatfte de buurt Nyehuis, alwaar ook eene Wetering loopt, met eene Valbrug over dezelve. Voorts liggen hier de Oude Staten Gauma en Douma , waarvan de Wieren nog overig zyn. De laatstgenoemde waseigentlyk Fokke Eeskes Stins; hebbende Douma dezelve, door zyne Dochter te trouwen, by erffenis verkreegen. Deeze Douma was de Vader van Janke Douma, een' man van groot aanzien in zynen tyd, en had den naam van zyne Moeder, Rink Douma genaamd , aangenomen ; zynde zyn Vader geweest Tjepke Oenema, de Zoon van Oene ter Kaple. Janke Douma diende den Hertog van Saxen zeer getrouw, doch werd, tot belooning zyner dienften, benevens veele anderen, met zwaare Schattingen overlaaden. Dit kwaalyk neemende, trok hy, met verfcheiden andere Friefche Edelen , uit Friesland, onder fchyn van in bedevaart naar Romen te willen; doch inderaaad om tot de Gelderfche pany over te gaan, gelyk hy ook met dezelve, kort daarop, in 't jaar 1514 , in Friesland viel, en, behalven den Oostkant der Provincie, de  van FRIESLAND, 47? de Steden Sloten, Ylst, Sneek, Stavoren,: Hindeloopen en Workum wegnam, 't welk' zo veel invloeds op den Hertog van Saxen had, dat hy, kort daarna , uit het land trok. Naderhand, onder de Bourgondifche Regeering, ten Hove verdacht geworden zynde, werd Douma te Mechelen gevangen genomen, en naar Vilvoorden gevoerd, alwaar hy ftierf in het jaar 1530, niet zonder verdenkinge van vergeeven te zyn. In 't jaar 1413 werd hier een put gegraaven, waaruit zo vergiftig een damp oprees, dat 'er aanftonds twaalf mans, vier vrouwen en twee kinderen door omkwamen , waarom men dien put, zo ras mogelyk , wederom toe damde. Oudeboorn heeft 84 ftemmende ^plaatfèn en ftellen, en is dus verre het grootfte Dorp der Grieteny. 2. ]N E S: dit Dorp, gelegen aan den Noordjcant van de Boorn, is klein van omtrek en thans zonder Kerk; zynde de voorige, die ver-1 vallen was, niet weder opgebouwd. Weleer zag men by deeze Kerk een Klooster, Nesfeynghera Konvent genaamd, en behoorende aan de Duitfche Orde van Sr. Jan. Van hier loopt eene vaart naar de Buurtjes Bokkum en Birftum , die beide onder dit Dorp behooren, en naar de meertjes van dien naam genoemd worden. In de Boorne ligt hier een Sluis, de Nesferzyl genaamd, en niet verre van daar een Valbrug over dezelve. Onder dit Dorp behooren 22 ftemmende plaatfen. 3. AKKRUM, een fchoon en bloeiend III. deel. H h Uorp, "EviÉfif- VOÜDEN.  478 Tegenwoordige Staat ZéVen- wouden. Dorp, insgelyks aan de Boorne gelegen. Hiep vindt men eene groote Kerk, doch voorzien met een Hompen Dorps toren, en voorts eene lange buurt, fchoon meest op eene enkele ftreek. Verfcheiden Grietslieden van dit deelhebben hier gewoond op eene plaats , in de Kaart bekend onder den naam van Vegilin. Akkrum is? een vermaakelyk Dorp , dewyl alles, wat te paarde of met rydtuig van Leeuwarden naar 't Heerenveen en verder wil , hier door zynen weg moet neemen. Aan den Noordkant der Boorne behoorde hier onder weleer een Klooster, Aalsfum genaamd, en bezeten door graauwe Begynen; doch 't zelve brandde geheel af in het jaar 1521. In de Gelderfcne en Bourgondifche beroerten heeft dit Klooster gediend tot eene verfterkte inlegering; ten welken einde hier, in den Spaanfchen Oorlog, inlaater tyd , ook wederom een fortje werd gemaakt. Ten :Zuiden der Boorne ligt de buurt Henshuizen , benevens Leenhuis , Weerhuis , Meskewier, en de Schouw, alwaar eene gemakkelyke en asngenaame Herberg ftaat, niet alleen ten' dienfte van den reizenden man, maar ook voor lieden van verfcbillenden rang, die hier vani Leeuwarden en andere plaatfen , geduurende het fraai faizoen , dikwerf een vischje komen eeten. Behalven Meske - Metfela- of Met-' zingawier, vond men hier weleer de Staten; Sikkema, Abbema en Galema, die thans alle verdweenen zyn. Douwe Galema, Heerfchap te Akkrum , was een Zoon van Gale Galema te Koudum , en gemengd in de eerfte onlusten/  van FRIESLAND. 479 lusten tegen de Saxifche regeering; gebannen zynde, werd hem, op vry geleide, voor een' bepaalden tyd, opgelegd in 't land te komen, om over eene verzoening te handelen; doch hiervan kwam niets, en dewyl hy de onvoorzigtigheid had van over den bepaalden tyd in Friesland te blyven , deed de Saxifche Stad1 houder Schomberg, die zich nu van zyne belofte ontflagen hield, hem te Sneek van '< bedde ligten, en naar Franeker overbrengen or. Sjaardema huis. Ras vergaderde daarop de nabuu rige Adel te Franeker om voor hem vergiffenii te vraagen; doch de Stadhouder, weetende dai dit des daags na de aankomfte van den Adé ftond te gefchieden , liet hem des nacht! voor den 8 Oktob. 1500 , heimelyk onthoof ■den, op dat hy , met de weigering van ' geen hy niet toeftaan wilde, geen' haat ver wekken mogt. Deeze Galema zal onge twyffeld gewoond hebben op de State, die nog hedendaags den naam van Jr. Huigis huk draagt, en ten Zuiden der Boorne, doch ter Oosten der Kerkbuurt, gelegen is: want Lener Huigis was getrouwd met Wyts Galema, d< Dogter van Take, wiens Vader was Sikke, ei Grootvader Douwe Galema voornoemd. Wal ke Sierkfen van Akkrum wordt mede geteli onder de Heerfchappen der Zevenwouden die in den (lag tegen Fox gebleeven zyn. D ftemdraagende plaatfen en ftellen onder di Dorp beloopen een getal van acht en vyf tig. 4. TERHORNE, dus waarfchynly genoemd, omdat hetzelve in den Westelyke; Hh 2 hoe! Zevenwouden. t l f E E 1 Z  480 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. hoek der Grieteny gelegen is. De Kerk; die een ftompen toren heeft, is aan St. Laurens toegewyd; in een der glazen ftond, ten blyke daarvan, 't volgende versje: St. Laurens is de Patroon van onze Kerke, Daarom ftaat hy fchoon in 't middelfte parke. Ook vond men 'er zyne Beeldtenis met eenen Rooster. De Buurt is geheel zonder order aangelegd, hoewel taamelyk groot ; beftaande veele lieden aldaar van de Visfchery in de nabuurige vischryke wateren. Niet verre van 't dorp ligt de Hornfter Zyl, die naar de Wetering en dus verder naar Irnfum leidt; en door deeze Sluis plag men weleer van Leeuwarden naar 't Heerenveen te vaaren , voor dat men de vaart van Akkrum derwaards had bekwaam gemaakt. De landen, onder dit Dorp en de nabuurige behoorende, zyn over 't algemeen laag, en voorzien met veele poelen, waarvan de Hornfter poelen de voornaamfte zyn, om welke reden deeze landen ook wel de laage Wouden worden genoemd. Ter Horne heeft twintig ftemmende plaatfen. 5. TER KAPLE: dit Dorp heeft eene Kerk, maar geen' toren; by de Kerk ftaan eenige verftrooide huizen, en ten Noordwesten van dezelve ftond weleer Oenema Stins, 't welk in den aanvang deezer eeuw nog in zyne Hovingen en Cingels lag, toebehoorende aan het Adelyk geflagt van Albada, en hedendaags genaamd het Roodhuis, fchoon van zyn voorig aanzien ganfchelyk beroofd. Tjepke Oenema ,  van FRIESLAND. 481 «erna, de Zoon van Oene Ter Kaple, was de Grootvader van Janke Douwma van Oldeboorn. Keimpe Tjepkes van Ter Kaple was mede onder de geenen, die, in den (lag tegen Fox by Sloten , fneuvelden. Dit Dorp, het welk negentien ftemmen heeft, is voorts niet onaangenaam, wegens de zeer naby gelegen vischryke Kappelfter Poelen. Weleer lag hier in den Slagtedyk de Veenheeren Zyl, waar door de turf van 't Heerenveen en uit de nabuurfchap naar Holland werd verzonden: doch deeze Zyl is, in 't laatst der voorige eeuw, weggefpoeld. 6. /EKMARYP, of volgens anderen Akmaryp, gelegen in den Zuidwestelykften hoek der Grieteny, was voor deezen vry aanzienlyk, doch nu van een' kiemen omtrek. Weleer zag men hier het fterke Stins van Jouke Galema, 't welk , in 1459 , door Agge Donia, met hulp van Janke Douwma , werd ingenomen: na zulks vestigde Donia hier zyne wooning, en beroofde wyd en zyd zyne nabuuren, van Boxum af rot Bolswerd toe, zo dat hy niet alleen 't vee uit de velden weg voerde, maar zelfs geheele Dorpen onder Brandfcbatting ftelde. Om deezen moedwil te keer te gaan, werd eindelyk, opeen'algemeenen Landsdag'van I46t, beflooten, dat men 't flot te Akmaryp met de algemeene magt des Lands zou aanranden ; te meer wyl Donia hier, tegen 's Lands Wetten, eene bezetting hield van vreemde Knechten. Ras verfcheen een aanzienlyk Leger van wel 4000 Man fterk , volgens de Hh 3 aan* Zevenwouden.'  482 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. aantekening van Donia, voor het huis; doch moest onverrichter zaake vertrekken , nadat Rienk Kamftra, Sjoerd Aylva en nog zeven andere voornaame lieden daar voor 't lee ven hadden gelaaten: waarvan de reden was, dat de bezetting op dit huis zich had voorzien van Musketten een tot hier toe in Friesland geheel onbekend Wapentuig; zo dat het dus geen wonder ware, dat de belegeraars, zo onverwacht van verren aangerand, rasfer keerden dan zy gekomen waren. Hier door groeide inmidels de moed van die van Donia zodanig, dat zy nu niemand langer ontzagen, en wegens hun geduurig pionderen, doch aller* meest wegens 't vreemde geweld van 't bus» kruid en fchieten, den naam van Droezen kreegen; dan fchoon zy daardoor nu meester van het geheele Land fcheenen, was echter hun voorfpoed, ten gelukke des Lands, van geen langen duur: want in het volgende jaar werd het huis wederom belegerd door Gale Galema van Koudum, gefterkt met Janke Douwma, die, na eenen aanval van J4 dagen, het huis veroverden en ter neder wierpen; zynde Donia 't echter door de vlugt ontfiiapt, en der bezettinge toegedaan, met behoud van lyf en goed, vryelyk te mogen uittrekken werwaards het haar geliefde. Men ziet hier nog overig een oud Kerkhof van de Pastory van St. Jansga. Onder Akmaryp behooren 28 ftemmen. Tegenwoordig is hier Grietman de Wel • Edele Gebooren Heer Augustinus Lyklama a Nye* holt, en Sekretaris Tinco Teyens In deeze Grieteny telt men 3 Hervormde Ge- meen-  van FRIESLAND. tfS meenten, als I. OudeboornenNes, 2. Akkrum en Terhorne, 3. Terkaple en Akmaryp. De Doopsgezinden, hier vry talryk zynde, hebben niet alleen eene Gemeente te Oldeboorn, welke cnderfcheiden is in die van t Nieuwe en 't Oude huis,' maar ook te Akkrum en Terhorne. 1 Roomschgezinde Gemeenten vindt men hier geene. Hh 4 H. JEngi J ^EVEN» WOUDEN.  4S4 ' Tegenwoordige Staat Zn VEN' WOUD3N. II. Mngwirden. .ffingwirdeu. ü>e tweede Grieteny der Zevenwouden voert den naam yan ^ENGWIRDEN of iEngwerden ; terwylze, om haaren kleinen omtrek , in den daagelykfehen omgang , al dikwyls de Kleine Grieteny geheeten wordt. Volgens de verdeeling der zeven Zeelanden van Friesland, werd deeze Landilreek in oude tyden Handmare genaamd. Dezelve grenst ten Noorden aan Utingeradeel, met de vaart het Oud Deel ; ten Noordoosten en Zuidoosten aan Opfterland , en wordt daarvan afgefcheiden door Scheidlinien en de vaarten der turfgraaveryen. Ten Zuiden ligt Schooterland, alleen van deeze Grieteny afgefcheiden door eene fcheidlinie , die teffens een gedeelte van 't Heerenveen by iEngwirden voegt. Ten Westen eindelyk wordt /Eng, wirden van Haskerland gefcheiden, gedeeltelyk door den rydweg van Akkrum naar 't Heerenveen, de Hasker Dyken genaamd, doch meerendeels door eene fcheidlinie. 't Is aanmerkelyk, dat de fcheidlinien der drie Grietenyen Jlngwirden, Haskerland en Schooterland juist famen loopen in 't Vlek 't Heerenveen \ 't welk, dus in drieën gefplitsr, tot drie verfchillende Grietenyen behoort. iEngwirden wordt verdeeld in het Binnenen in het Buiten dykfter gedeelte, zynde het laatffe verre het grootfte. Deeze fcheiding wordt gemaakt door een' Dyk, of rydweg, die Uit Haskerland komende ? van de Bandfter Schans \ door  van FRIESLAND. 485 door de geheele Grieteny, naar Opfterland5 loopt, ten Noordoosten van Gerflooc: deeze1 rydweg, ten Zuiden van welken de Dorpen gelegen zyn, is de eenigfte in de Grieteny , en alles wat men ten Noorden, of Buitendyks, vindt, is laag veen en maad- of hooiland, waardoor vier lange lynrechte en byna evenwydige vaarten loopen van 't Zuidoosten naar 't Noordwesten tot in het Oud Deel, en voorts naar de groote wateren van Utingeradeel, welke den Dorpen deezer Grieteny tot noodige waterlosfing dienen. Binnen den Dyk heeft men thans vry hooge en zandige bouwlanden ; doch eertyds vond men hier hooge veenen, die,afge< veend zynde, tot nieuwe bouwlanden zyn toegemaakt. Geheel de Grieteny beftond dus voorheen bykans uit veengrond , en leverde zeer veel turf uit, waar onder die van de Oudeweg inzonderheid zeer gewild was, en nog hedendaags goeden aftrek heeft. Bezuiden den reeds gemelden Dyk, langs welken, men van 't Heerenveen en de Joure naar Drenthe en Groningen rydt, liggen de Dorpen vermaakelyk in 't geboomte en bosfehagie, op een lange ftreek ; en hoewel Friesland zich juist niet beroemen kan op zulke zwaare, en door hoogen ouderdom ontzaglyke boomen, als men in Duitschland en elders vindt; werd hier , echter , ten tyde van den Hr. Winfemius, een boom gevonden van drie vademen in den omtrek. Deeze Grieteny, omtrent 8000 morgen groot zynde, bevat vier Dorpen van taamelyke uitgeftrektheid, en iot ftemdraagende plaatfen, welke te famen 191 floreenen Hh 5 fchie- Ieven- VOUDEM.  486* Tegenwoordige Staat Zeven* wouden. fchieten , en eikanderen in deezen rang vol* gen. 1. GERSLOOT, het kleinfte Dorp der Grieteny , ten Noordoosten van gemelden Dyk, zonder toren, doch voorzien met eene kerk, in gemeenfchap met die van Luxwoude, een nabuurig Dorpje in Opfterland. Dit Dorp, fchoon klein, is niet onvermaakelyk, en heeft verfcheiden Uitbuurtjes , met naame klein Wyngaarden aan de Zesden roeden in 't Zuiden ; Uitterbuuren ten Noorden , en de Oudeweg in 't Noordoosten. Dit Dorp heeft twintig ftemmen. 2. TJALLEBIRD, of volgens anderen Jellebird, is 't grootfle Dorp der Grieteny, ten Westen van Gerfloot, ongemeen vermaakelyk in 't geboomte en in de hooge bouwlanden gelegen. Hier vindt men eene kerk, doch' ook zonder toren, en daar by het Pastorye huis voor den Predikant deezer Grieteny, Ook is hier eene Herberg voor den reizenden man, en daar in eene Rechtkamer; hoewel het recht 's Dingsdags wordt gehouden op *t Heerenveen. Dit Dorp heeft dertig ftemmen. 3. LUNJEBIRD: dit Dorpje ligt ten Zuidwesten van het voorige , en heeft eene kerk met een fpits torentje. Weleer werd hier het Recht onder den blooten hemel gehouden , gelyk zulks op meer andere plaatfen in Friesland gefchiedde. In de Roomfche tyden had men hier een Vrouwen Klooster , Steenkerk genaamd , 't welk een Uithof of lusthqf was der Abten van Oudeklooster. Zuid»  8 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. Gerrit, ten tyde van Oorlog, doorfchootea, door de Soldaaten van den Hopman Snater , in bezetting liggende in de Sloter Schans, Benedilaus van Hettinga, Kapitein van Ter Oele, was de Zoon van Epo, en de Broeder van de vermaarde mannen Homme en Tiete Van Hettinga, Heden ten dage zyn 'er nog drie mannelyke afftammelingen van dit geflagt in weezen, te. weeten Sytlè van Hettinga, Ontvanger der Floreen-Schattinge van 't Dorp Doniaga, met zyne twee Zoons, Tiete en Hans, alle drie te Langweer woonachtig, doch gering van middelen en aanzien : dezelve daalen in eene rechte lyn af van voornoemden Benediktus. Dit Dorp heeft 23 ftemmen. 11. DYKEN of INDYKEN, een klein Dorpje, ten Noorden van Ter Oele. Het land is hier laag, en grenst aan de Koe> vorde: tegenwoordig ftaan 'er maar elf Boereplaatfen; doch 'er worden verfcheiden Huisfteeden gezien, ook ter plaatfe daar voorheen het buurtje de Kattebuuren plag te zyn. Weleer zag men hier ook eene Solkama State, gelyk mede het huis van Obbe inde Dyken, die getrouwd was met eene Dogter van Epo van Hettinga. Dit huis werd door Hartman Haersma , of volgens de aantekeningen van Donia , door Harinxma van Heeg, ingenomen, 't geen echter den ver. overaar kwaalyk bekwam , zynde hetzelve, kort daarna in 1491, wederom door Hettinga belegerd, en, na dat Harinxma dood gefchooten was, ingenomen. Men telt hier 32 ftemmen. 12. LANG-  van FRIESLAND. 499 12. LANGWEER, door oudheid vermaard, is het voornaamfte Dorp der Gnete* nv. twee uuren gaans van Sloten gelegen, ten Noorden van de Dyken, aan de ^ngweemer Wielen. Ten Oosten en Westen heeft men hier fchoone weidlanden, benevens heerlyke plantaaien, die geheel tot aan den algemeenen rvdweg loopen, en fchoon brandhout geeven. De eiken boomen, langs de rydwegen geplant, ZYn fchraal en dun wegens de vochtigheid der gronden; doch de Berk, en vooral de Els , Iroek hier zeer weelig. Hier wooncn derhal|en veele Schippers , die met dit hout naar Holland en elders vaaren, en in dit Dorp een bekwaame haven hebben, om, geduurende den winter, hunne fchepen op te ^langweer beftaat uit eene fchoone buurt huizen, verfierd met twee ryen Lindeboomen; doch thans zyn hier minder huizen dan wel voorheen. Des Donderdags houdt men hier t Recht in een byzonder Rechthuis Le Kerk is voor weinige jaaren nieuw opgebouwd, en met een' fraajen toren verfierd, die eene fpits heeft van 60 voeten hoogte. Van binnen pronkt dezelve met een fraay Orgel van zestien registers, met uitmuntend fnywerk verfierd. De Pastory ftaat aan de Kerk , en over dezelve het aanzienlyk huis van den tegenwoordigen Heere Grietman, ter plaatfe daar eertyds Ozinga State gevonden werd. Hetzelve is een fchoon evenredig gebouw, met ruime en aangenaame vertrekken verfierd. De voorkamers hebben het gezigt v li 4 °p Zeven- WOUBEN.  Zevenwouden, I ] 1 ] 1 t 500 Tegenwoordige Staat op den rydweg naar 't huis ter Heide, en de achterfte zien door de Plantagie over den vy ver, naar de Stad Sneek. De hoving is zeer faa aangelegd , en voorzien met heerlyke moestuinen, trekkasfen en een doolhof van Dennen. Ook vindt men hier de zomerwooning van Mevrouwe de Wed. Geufau, gebooren Hacrsma; zynde een zeer vermaakiykLandhuis, DouwmaState genaamd, welk een fraay gezigt heeft, over de Wielen, op de naaste landen en Dorpen. In de hovingen, tot dit huis behoorende, vindt men nog een vierkant ftukgronds, waarop weleer ftond het Stins van Janke Douwma, welke in de tyden der Schieringers en Vetkoopers zeer vermaard en in groot aanzien was. De buurten Ier Horne aan deeze, en de Zandbuu- nnl?n/fene ZyduV8n deK^vorde, behooren onder dit Dorp het welk in 't geheel 38 ftemdraagende plaatfen bevat. Lan|weer ligt maar twee uuren gaans van Sneek; doch men kan 'er met dan te Schepe komen, of men zou eenzeer grooten omweg, over de Nieuwe en Oude Schouw, moeten maaken; waardoor het reizen derwaards veelmaalen moeyelyk valt. Dit bewoog den Heere Eyfinga, tegenwoordigen rietman al voor eenige jaaren, om een ontverp te beraamen tot het aanleggen van een' ■ydweg van dit Dorp naar Sneek, waar langs nen met veel minder moeite van daar m% c Heerenveen en de Lemmer, en ook van .eeuwarden over Sneek naar de Lemmer zou .unnen komen,- 't geen voorzeker niet weiiig tot vermeerdering van den bloei deezes Dorps  van FRIESLAND. 501 Dorps zou verftrekken. De noodige maatregelen tot dit werk waren reeds alle genomen , ook was de toeftemming van de Eigenaars der gronden verkreegen; doch met dit alles is 'er, tot dus verre, niets van deeze heilzaatne zaak gekomen. Op de Kaarten van Friesland vindt men verfcheiden Korenmolens, als toe deeze Grieteny behoorende, aangetekend; dan dezelve zyn alle afgebroken, die van Langweer alleen uitgezonderd, 's Maandags vaart van dit Dorp een Veerfchip naar de Joure, 's Dingsdags een naar Sneek, gelyk ook om den anderen Zaturdag: ook vaart 'er, alle veertien dagen eens, des Vrydags, een Schip naar Leeuwarden. 13. BOORNZWAAG,hetkleinfteDorp der Grieteny , ligt ten Oosten van Langweer , op den kant van de Wielen; beginnende de huizen van dit Dorp daar die van Langweer eindigen , zo dat het eene verlenging van Langweer fchynt, vooral nu 'er geen kerk meer is, en de kerk van Langweer voor beiden dient. De weidlanden van de vier laatstgemelde Dorpen zyn, 't hooge gedeelte van Tjerkgaast misfehien uitgezonderd , de beste der Grieteny. Ook is een groote ftreek lands, onder dit Dorp, Langweer en de Dyken be. hoorende, ter groote van ongeveer 720 Pondemaaten , binnen een' Polderdyk beflooten, en worden alle door den Korenmolen van Langweer, die teffens een watermolen is, drooggehouden. Dit Dorpje heefc elf ftem. men. Ii 5 14. LEEGE. Zevenwoud-.».  Zevenwouden. 503 Tegenwoordige Staat 14. LEEGEMEER, ten Zuiden van Langweer gelegen, is, ten grooten deele, beflooten binnen een zeshoekigen Dyk , en hoog land , dat veelal dor is , en echter bebouwd en beplant wordt. Waarom men aan deezen oord den naam van Leegemeer gegeeven hebbe, valt moeielyk te bepaalen. De kerk is zonder toren. Buiten den Dyk, ten Oosten, behoort hier onder een zandig heidveld, dat tot bosch is aangelegd, en zich uitftrekt tot aan den Lcmfter rydweg , alwaar, in 'tbuurtje de Ryi, het zogenoemde Huis ter heide ftaat, eene bekende Herberg, alwaar 's Zomers eene menigte rydtuigen ftil houden. Dit huis is meest nieuw opgebouwd, en met goede Vertrekken en Stallingen voorzien , ftaande met den Voorgevel recht tegen over de groote Allee die naar Langweer leidt. Ook ftrekken derwaards verfcheiden Dwarslaanen , 'c welk een vermaakelyk gezigt geeft: waarom 'er zich de Burgers van Sneek, de Lemmer en 't Heeren veen dikmaals komen verlustigen; ten welken einde 'er ook eene overdekte kolfbaan is aangelegd. Men telt hier 19 ftemmende plaatfen. 1 hans is hier Grietman Jr. Frans Julius Johan van Eylinga , en Sekretaris Mr. Meinardus Siderius, De veertien Dorpen deezer Grieteny zyn, afgedeeld in de 4 volgende Hervormde Ge* meenten. 1. Goingaryp en de Broek. 0. Ouwfterhaule, Nyega en Oldouwer. 3, Langweer, Bornzwaag, Indyken en Ter Oele. 4, Tjerkgaast,  van FRIESLAND. 503 gaast, Doniaga, St. Niklaasga , Idskenhuizen en Leegemeer. De eenige Doopsgezinde Gemeente is die yan de Leegemeer. De Roomsch • Katholyken, in deezen oord vry talryk zynde, hebben hier insgelyks eene Gemeente en Kerk, ftaande zeer naby het Huis ter Heide , welke daarom al doorgaans genaamd wordt de Gemeente van de Heide , naar het gehugt of de ftreek huizen hier aan liggende. IV. ffat- Zeven* wouden.  5°4 -'xTegénvooordige Staat, i Zeveiï' wouden. Haskerland. | I J i < ] i ^ IV. Haskerland, D JL/e vierde Grieteny der Zevenwouden is HASKERLAND, en dewyl in dezelve eenige Dorpen liggen die den naam van Haske draagen, is daar uic waarfchynlyk de naam der Grieteny ontflaan. By ouds plag deeze landftreek Haskerwald genaamd re worden, ongetwyffeld omdat 'er toen veel Bosch en geboomte gevonden werd: ook werdze wel Haskervyfga geheeten, *c welk daaraan is toe te fchryven, dat Haskerdyken en de Joure toen nog niet onder de Dorpen geteld wierden. Haskerland paalt ten Noordwesten, Noorden en Noordoosten aan Utingeradeel; ten Oosten aan ./Engwirden; ten Zuiden aan Schooterland, en ten Zuidwesten en Westen aan Doniawerftal; zynde de grensfcheidingen door Linien op de Kaart aangewcezen. In deeze Grieteny heeft men veele goede weidlanden, vooral aan de grenzen van Utingeradeel, Doniawerftal, en omtrent de Joure. Ook vindt men hier veele laage bouwlanden en veenen onder Hasker Horne , Oude Haske , Nieuwe Haske en Hasker Dyken. Onder de vaarwaters deezer Grieteny konen inzonderheid in aanmerking de zogenoemde Dverfpitting, loopende van Langweer over Broek laar de Joure, en van daar verder naar de BandIer Schans , docr 't Zuidelyk gedeelte der 3rieteny; de Heere Sloot, die, uit het Oud Deel van Akkrum komende , Zuidoostwaards loor deeze Grieteny naar 't Heerenveen vloeit; in de vaart, die uic het Oud - Deel, door het Horn-  êö» FRIESLAND. 505 Hornfter meer, Zuidwestwaards, naar de Joure lóópt. Voorts vindt men, buiten de beide Hornfter meeren, geene waters van belang in deeze Grieteny, maar wel een groot aantal turfwyken en vaarten, die tot dienst der Turffchepen gefchikt zyn. Behalven eenige hooywegen zyn 'er in deeze Grieteny maar drie voornaame rydwegen , te weeten, de nieuwe rydweg van Akkrum over de nieuwe Schouw, naar de Joure, aangelegd in 1723; voorts een gedeelte der Hasker Dyken, behoorende tot den gewoonen rydweg van Akkrum naar 't Heerenveen, en eindelyk de rydweg van de Joure naar het Heerenveen, voorby Westermeer, Hasker Horne, Oude Haske en Nieuwe Haske. Men telt in deeze Grieteny zeven Dorpen, die eikanderen dus in rang volgen. 1. WESTERMEER: dit Dorpje beftaat thans uit weinig huizen, hoewel het voor, deezen vry aanzienlyk was; zynde zelfs de Joure daarvan eene uitbuurt geweest. Weleer woon. de hier Dodo van Hafcha, zynde een heilige Kluizenaar, die, onder andere wonderftukken. eens een' man, die verftandeloos en geheel verlamd was, door een Mariënbeeld zou ge^ neezen hebben. Dit Dorp heeft 40 ftem men, waar onder veele Hornlegers en ftem mende ftellen. Hetzelve ligt met zyne beste landen , benevens die van de Joure en Hasker Horne , die alle naar 't Noorden zeer laa£ zyn, in een groote polder, in 't jaar 1716 door de Heeren Vegilin begonnen. Deez< landen heeten , wat Westermeer aangaat, d< Wres Zeven- WOUDtN. >  ZEVENWOUDEN, 506 Tegenwoordige Staat Westermeerder Uitgangen, en daar buitentigt* nog verder Noordwaards, de Westermeeruer Nyekamp : door de polder loopt, met twee bogtige takken , het watertje de Dolte. Nader aan Westermeer ligt een oud vervallen Kerkhof; ook vond men weleer, onder dit Dorp, Lyklama Stins. 2. SNIKZWAAG : het kleinfte Dorp der Grieteny, ten Noordwesten van de Joure, aan den Slagtedyk , die weleer eene waterkeering was , doch thans vervallen is : hier onder liggen Zwaagmanne vaart, zich ftrekkende naar de Joure, en Westwaards naar Utingeradeel en Doniawerftal ; voorts door de laage landen Ripkema Sloot, een gedeelte der Dolte, en der uitgedroogde wateren de Oude en nieuwe Geeuw. Dit Dorpje heeft 19 ftemmende plaatfen of ftellen, en daar on. dër van naame Solkama. 3. HASKER-DYKEN: dit Dorp heeft een Kerkje met eene kleine fpits, en weinig huizen daarby : ook heefc hetzelve, hoewel zeer uitgebreid in landeryen, en 't geheele Noordelyke deel der, Grieteny uitmaakende, maar 26 ftemmen en' weinig Inwooners. Naar dit Dorp is dat gedeelte van den rydweg genaamd , 't welk van Akkrum naar 't Heerenveen, door deeze Grieteny, loopt: deeze weg, eertyds zeer bogtig en een groot gedeelte van 't jaar onbruikbaar zynde, werd in 1716, door den Heere Grietman Jr. P. F. Vegilin van Claerbergen verbeterd', en verder Westwaards gelegd, onderden naam van de Nieuwe Masker Dyken. De vaart vart Akkrum naar 't Heerenveen loopt met verfcheiden bogten, door de landeryen van dit Dorp, en  van FRIESLAND. 507 en heet eerst het Deel, daarna, nevens 't Kerkje , het Monnike Rak, en voorts de Heere Sloot. Onder dit Dorp liggen ook verfcheiden uitgedroogde vaarten, met naame de Keene Sloot. Aanmerkclyk is het , dat men hier omtrent kleiland vindt, 't geen in deeze itreekea anderszins onbekend is 5 doch waarfchynlyk zal het zyn' oorfprong aan oude overftroomingen verlchuldigd zyn. Dit Dorp was eertyds een Konvent: ook was by hetzelve een Stins, of Steenhuis, dat in 'tjaar 1422 werd vernietigd. 4. NIEUWE HASKE, een Dorp in't Oostelykfte deel der Grieteny, waar ondereen gedeelte van 't Heerenveen behoort, met de meefte huizen der Bandfter Schans. De Kerk deezes Dorps ftaat aan de Heere Sloot; alwaar thans ook de wooning van den Predikant gevonden wordt, daar die , voor deezen en nog by onzen tyd, in 't eenzaame Hasker-Dyken, by het Kerkje, gevonden wierd. De meefte landen, ter wederzyden van dit Dorp, zyn mied- enklynlanden, die zich verre in 't Noordwesten uitftrekken. Men telt niet 26 ftemmen. 5. OUDE HASKE, weleer een aanzienlyk Dorp, onder't welk nog 60 ftemmen bphooren; doch die thans, ten grooten deele, in ftemmende (tellen of ledige Hornlegers zyn veranderd. De kerk heeft een fpitfen toren , en ligt ten Zuiden der Overfpitcing in de bouwlanden. De Noordelyke landen , bekend onder den naam van Oude Hasker Uitgangen , zyn, als Se nabuurige, laag en tot maadlanden dienende , voorts veenig en op veele plaatfen reeds vergraaven. 6. IIAS Zeven. WOUDEN.  Zevenwouden. 508 Tegenwoordige Staat 6\ HASKER HORNE: dit Dorp ligt ten Westen van het voorige , meerendeels binnen de voornoemde bepoldering. De kerk met een ftompen toren ftaat ten Zuiden van den rydweg, tusfchen 't Heerenveen en de Joure , en de aan weerskanten ftaande huizen. Het land, ten Zuiden van dien rydweg, is hoog bouwland en van een hoogveenigen aard; doch het Noordelyke gedeelte is, gelyk dat der overige Dorpen, laag , veenig , zeer uitgebreid en weinig bewoond. Dit Dorp heefc 39 ftemmen. 7. JOURE, of de JOUWER, is het grootfte Dorp van deeze en de nabuurige Grietenyen, of liever een Vlek, grooterdan fommige kleine Steden. Dit Vlek ligt in 't Zuidwestelyke deel der Grieteny, tusfchen Hasker - Horne en Snikzwaag, byna op een gelykfoortigen grond als 't voornoemde, dat is op een hoo. gen grond ten Zuiden, en op een laagen ten Noorden der Overfpitting. Dit Vlek ligt, met een goeden wind, ongeveer anderhalf uur zeilens van Sneek , twee uuren gaans van 't Heerenveen, drie uuren gaans van de Lemmer, en een weinig verder van Sloten. Naar veeier gedachten, is de naam zynen oorfprong verfchuidigd aan 'c Friefche woord Jouwer ,, 't welk Haver betekent , overmits , volgens 't getuigenis van Oude lieden , dit Vlek gebouwd is op eene plaats, daar weleer een Haverkamp was. Men moet het dus niet vermengen met een Dorpje in West - Dongeradeel Jaure of Hiaure genaamd, "t welk door fommigen ook wel de kleine  tan FRIESLAND. 509 !fcleine Jouwer wordt geheeten, om hetzelve van dit aanzienlyk Dorp te onderfcheiden. Joure is allengs van een klein beginzel opgekomen : *t zelve was reeds in de zestiende eeuw vry aanzienlyk, doch is na dien tyd nog vergroot. Thans telt men daar ruim 330 huizen, alle voorzien met meer of min groote tuinen, doorgaans van 130 tot 140 voeten lengte ; rekenende men thans het getal der In«wooneren op 1332 perfoonen. Het aanzienlykfte deel deezes Vleks is eene dubbele en byna rechte ftreek huizen, Zuidoost-en Noordwestwaards loopende, evenredig gebouwd, ter lengte van ongeveer 900 treeden; zynde de breedte tusfchen de huizen aan 't Noordwesteinde 24 of 25 treeden, doch aan 'c Zuidoosten wat kleiner. Ook zyn de Itraaten zeer net gevloerd met Keifteenen, in den jaare 1615, gelyk in 'c midden des Dorps in eene ftraat met witte Keifteenen is afgebeeld. Langs de huizen zyn de ftraaten gevloerd met klinkerd fteenen, zo nee als in eenige Stad plaats heeft; oök wordenze niet minder zindelyk onderhouden. Behalven deeze dubbele ftreek vindt men in *t Noordoosten nog 51 huizen, ftrekkende zich in de lengte genoegzaam tot de helft der dubbele ftreek ; en deeze huizen worden verdeeld in drie deelen, met naame het Oud Slagfte Zand*, het Nieuwe Zand en het Oud Zand, beoosten de Schipfloot, en zyn waarfchynlyk zo genoemd geworden omdatze op eene met zand aangevulde plaats gebouwd zyn. Tot merkeiyke verfiering deezer ftreek dient de groote Kolk, die gemaakt is ten jaare 1614 , daar men, by 't inkomen, III. deel. Kk door Zevf.K' wouueï  5io Tegenwoordige Staat Zeven- woudsn. I door eene Valbrug, tegen over de Herberg of het Tolhuis, in vaart, en in welke Kolk deHamburgervaarders, als in eene veilige Haven, overwinteren , benevens meer andere groote Schepen, hier te huis behoorende. Daarenboven vindt men hier nog verfcheiderl kleine Straaten of Steegen, Opflagen genaamd, eh tot gemak der Inwooners dienende om het hout en andere aangebragte waaren uit de Schepen te ligten , en in hunne huizen te bergen. Van verren vertoont zich dus het Dorp zeer aanzienlyk, en 'c zou zulks nog meer doen , zo niet her gezigt door 't omringende geboomte gebroken wierd. Ongeveer in 't midden van dit Vlek ftaat eene fchoone Kerk met een' fraayen toren, welke laatfte, door een' Timmerman hier ter plaatfe, en een' Kalkbrander onder Nieuwe Haske, is gebouwd in 't jaar 1628, voor de Söfnme van ƒ 10,510 Kar. Guld. Op 70 voeten hoogte van den toren is een fraaye gallery , rustende de bovenlyst op 44 balustrcs, met een fraay gewerkte pot op ieder hoek. Mert kan zeer gemakkelyk en veilig op dezelve wandelen, terwyl op den grond van de Gallery een achtkant wordt gezien, aan vier zyden van 't welke de uurwyzers zyn geplaatst: hier boven hangt onder een Kapwerk eene Klok om de halve uuren aan te kondigen; hangende 'er in 't geheel in deezen toren twee groote en twee kleine Klokken. De Kerk, gebouwd in 1644, is een zeer fchoon gebouw, gefticht onder het opzigt van den Heere Grietman Hobbe van Baard, door wiên daar-  van FRIESLAND. 511 daaraan, gelyk voorheen aan den toren, de eerfte fteen is gelegd den 18 Maar 1644, cn heeft sekost ƒ23,000 Kar. Guld., rustende het dubbele Zevenwouden. Kapwerk rondom op eenentwintig zwaare pilaa ten, terwyl nog vyf zwaare ronde pilaaren van binnen ftaan, op welken het middenfte gedeelte der balken rust. In deeze Kerk ftaat een fraaybe* werkte Predikftoel tegen 't Noordwesten , en een Doophek daar rondom , met zitbanken voor den Predikant, drie Ouderlingen, drie Diakenen enz., zynde de Gereformeerde Gemeente hier opgerecht in 't jaar 1593, wanneer dezelve uit flegts zeven Ledemaaten be* ftond. De Kerk pronkt met drie fraaie geftoelten : dat van den tegenwoordigen Heere Grietman ftaat recht tegen over den Predikftoel; aan 't Westeinde der Kerk vindt men'er een, draagende den naam van Hobbe van Baard; ter* wyl'er, voor eenige jaaren, een derde geftoelte, boven terzyden van't Orgel, is gemaakt, onder 't beftier van den tegenwoordigen Grietman, door eenige der voornaamfte Burgers en Ingezetenen. De Doopsgezinden hebben hier twee Kerken , welker eene onlangs door de vermogende Ledemaaten met een gewelf en fraayen Predikftoel is verflerd. Ook is *er eene Roomfche Kerk, rykelyk voorzien met fraaie fieradien. Het Rechthuis der Grieteny was voor deezen in den toren, en daar beneden het gevangenhuis , met eenige kluisters en banden , nog heden aldaar te zien; doch naderhand is 't Rechthuis verplaatst midden in 't Vlek , naby Herema State , thans bewoond en zeer net onderhouden door den tegenwoordigen Kk 2 Heere  Zeven wouden 512 Tegenwoordige Staat Heere Grietman van Eyfinga. Deeze plaats te zeer fraai aangelegd , met fchoone wandelwegen en vruchtboomen verfierd, en vooral uitmuntende door een' fraaien van aarde opgeworpen berg, ter hoogte van ruim veertig voeten, op welken een fchoon Zomerhuis (laat met lood gedekt, van waar men, voor deezen, het gezigt had op verfcheiden verre afgelegen Dorpen en Steden , 't welk nu echter allengs, door het hoog opfchietende geboomte, niet weinig wordt belemmerd. Ook vindt men op deeze plaats zeer vischryke graften en vyvers, wel voorzien van Karpers, Snoek en Baars. Voor de veelterfte had men hier eene voornaame Koemarkt, gelyk nog is af te neemen uit de dubbele ry paaien, die, ten getale van 40 met derzelver dwarsflukken, op het Noordwest - einde, ter wederzyden der dubbele ftreek, ftaan: weekelyks kwamen hier weleer zo veele beesten ter markt, dat men telkens eene halve ton boter van de melk kernde; doch thans is deeze markt minder aanzienlyk. Men vindt hier drie openbaare Schooien, eene Latynfche en twee Nederduitfche; van welker eerfte nog onlangs Rector was de zeer Geleerde Heer J. Vos. Deeze School werd in 't jaar 1695 opgerecht; doch heeft nooit veel opgang gemaakt; dewyl de Inwooners, over 't al emeen, meerder geneigdheid hebben voor den Koophandel en Scheepvaart, dan wel voor de fraaie letteren. Van de Nederduitfche Schooien wordt de eene, die de MeisjesSchoole is , waargenomen door den Koster, en de andere, voor de Jongens gefchikt, door den Orgenist. Het  van FRIESLAND. 513 Het ontbreekt de Joure aan geene Konftenaars en Ambachtslieden: men vindt 'er vier Smeden , verfcheiden Timmerlieden , Kast - Kisten Uurwerk - maakers , welke laatfte hunne huisklokken alom verzenden. Ook vindt men hier eene Lynbaan en twee vermaarde Scheepstimmerwerven, wier baazen al voor lang den lof hebben gehad, dat zy zeer fraaie en fnel zeilende Koffen konden timmeren; ftaande 'er thans nog op de werf eene Kof van jo8 of 9 voeten, en een beurtfchip op Amfterdam. Onlangs is hier ook een fchoone Hout. zaagmolen gefticht, door den Mcderechtcr Pier Jelles Borger en den Schuitmaaker Geert Gerrits, waar" van men zich veel goeds belooft. Hier zyn insgelyks twee Pottebakkeryen, weikei eene inzonderheid een' grooten naam heeft, wegens de deugd en netheid van 't vaatwerk: waarom hetzelve ook zelfs tot in Zuid-er Noord-Holland wordt verzonden. Insgelyks zyn 'er twee Brouweryen, die den Inwoone ren en omleggende Dorpen en Steden goed ei fmaakelyk bier verfchafffn; en daarenbovet verfcheiden bloeiende Winkels in allerhandi waaren, die hunne goederen onmiddelyk vai Amfterdam krygen, met den Beurtman, die al Ie weeken, des maandags of dingsdags, vanhie derwaards vaart. Tweemaal 's daags kan men, me een Roeifchip, van hier naar Sneek en van daa te rug komen, gelyk ook tweemaal ter weeke des dingsdags en vrydags morgens te acht uuren naar Leeuwarden; als mede naar de Lemme Sloten, Heerenveen en andere plaatfen. Kk 3 He Zevenwouden. 1 » t  Zevenwouden. 514 Tegenwoordigs Staat Het geheele Vlek is verdeeld in vier kwartieren, met naame het Ooster, - GaubuurfterHoogdraatder - en Wester - kwartier ; zynde in ieder kwartier twee Volmagten, die met den Grietman alles, wat de gemeene buurt aangaat, in acht neemen: vier deezer Volmagten gaan jaarlyks af, na twee jaaren hunnen post bekleed te hebben , wanneer deeze afgaanden ieder drie in uitzettinge brengen, waaruit de Grietman vier verkiest op den 1 January, welke dan met de andere acht, te gelyk met hunne Vrouwen, op een deftige avondmaaltyd onthaald worden. Deeze Volmagten hebben voornaamelyk het opzigt op alle Straaten, Bruggen, Vaarten enz, die uit eene openbaare kasfe worden onderhouden , welker inkomen gevonden wordt uic de jaarlykfche verpachting der Waag, het marktgeld, eene belasting op de Wynen en Bieren, en een omflag op ieder perfoon. Ook zyn deeze Volmagten de Opzieners der openbaare Armen , die onderhouden worden uit eene bepaalde fomme, die maandelyks met de bekken by de Burgers wordt opgehaald; hebbende ook de Heeren Staaten, wegens het te kort fchieten deezer fomme, in 'cjaar 1699, by oktroy toegedaan het heffen eener taux op ieder huis, van welke ieder half jaar de helft wordt ingezameld. Men vindt hier drie voornaame Herbergen, het Tolhuis, het Wapenvan Haskerland, ende vergulden Leeuw. De eerde is de voornaamde, en behoort in eigendom aap. het Vlek Joure, en \  van FRIESLAND. 51$ en in dezelve plagten, voor deezen, de Schip-' pers van de Hamburger Vloot, volgens eene1 onderlinge verbintenis, qf zogenaamd kompakt, om eikanderen in geval van ongelukken op Zee by te ftaan, in January famen te komen. Doch dit kompakt is thans veranderd in eene zogenaamde Tekening , waarby zich ieder lid van dezelve verbindt, om, by verlies van een of meer Schepen, aan de ongeiukkigen zo veel te betaalen als de daarvan zynde Artikelen medebrengen. En deeze byeenkomst wordt nog jaarlyks, op den eerften vry dag na Kopermaandag, gehouden; ook waren in deeze Tekening nog onlangs 19 Schepen van tusfchen de honderd en vyftig last begreepen. Rondom het Vlek zyn zeer aangenaame en grasryke Weiden en Plantagien, vol van gevogelte, en doorgaans in 't Voorjaar veraangenaamd door 't gezang van ettelyke Nachtegaaien. Ook is coor de geheele Provincie beroemd de bloeiende Entery van Kryn Wibrens, die in 1749 is aangelegd, en thans ongeveer 39 Pondemaaten lands bellaat. De wateren in de nabuurfchap zyn zeer vischryk, en leveren een grooten overvloed van zwaare Snoek en Baars , waarvan de laatften dikmaals twee of drie ponden weegen. Het Recht wordt hier des maandags gehouden ; zynde thans Grietman de H. W. Geb. Heer. Jr. Schelte Hesfel Roorda van Ey fmga, en Sekretaris Jan Willem Wiaerda. Men tek in deeze Grieteny 3 Hervorm, de Gemeenten, als 1. Joure, Westermeer eti Kk 4, ' Smk.- lEVBN- ÏOUDES..  Zeven' wouden. V. Scbo». 5*6 Tegenwoordige Staat Snikzwaag 2. Haskerhorne en Oudehaske. 3; Haskerdyken en Nyehaske. Op de Joure, zo als in de befchryvinge dier plaats getoond is, vindt men eene aanzienlyké Gemeente van Doopsgezinden , doch onder* fcheiden in die van 't Oude en Nieuwe huis: ook hebben de Roomsch-Katholyken daar eene Kerk en Priester.  van FRIESLAND. 517 \ )e vyfde Grieteny der Zevenwouden is SCHOOTERLAND, welke haaren naam ontleent van de twee Dorpen Oude en Nyefchoot, en paalt ten Noorden aan Haskerland met eene Scheidlinie, loopende van Doniawerflals grenzen tot aan 't Heerenveen; en voorts aan ZEngwirden en Opfterland op dezelfde wyze. Ook maakt eene Scheidlinie tusfchen deeze Grieteny en Oostftellingwerf de Oostelyke grenzen. Ten Zuiden ligt Westffellingwerf, hiervan meerendeels afgefcheiden door de Kuinder of Tjonger, en voorts door eene Scheidlinie. Ten Zuidwesten loopt deeze Grieteny met een' hoek tot aan de Worst, een Dyk, fcheidende Schooter- en Lemfterland van Overysfel, of het oude Graaffchap Kuinder; terwyl dezelve eindelyk verder Westwaards paalt aan Lemfterland en Doniawerftal, die van Schooterland worden gefcheiden door Pier Christiaans Oosterzee floot , het Tjeukemeer, en eene Scheidlinie, van het Tjeukemeer loopende tot aan de grenzen van Haskerland. De voornaame wateren deezer Grieteny zyn een groot deel van het Tjeukemeer, de rivier de Kuinder, de vaart der Kompagnie veenen, loopende van 't Heeren veen, door de Knype en Nieuw Katlyk tot in de hooge veenen; en de Oranje grift, eene vaart loopende van 't Oranjewoud naar de Kuinder. Men vindt in deeze Grieteny eene groote menigtevan rydwegen, die van 'teene Dorp naar ft andere loopen: waar onder vooral in aanKk 5 merking V. Schooter land. Zevenwouden,  5ï8 Tegenwoordige Staat Zeven- woüoün. merking komt de rydweg van 't Heerenveen tot aan de Schooterbrug en verder, de gewoone rydweg uit deeze Provincie naar Overysfel; konnende men van denzelven door een' byweg ten Westen, die zich by Nieuwe Schoot in twee takken verdeelt, naar Doniawerftal, Haskerland, Lemfterland enz. ryden, terwyl 'er twee andere bywegen zyn, waarvan de eerfte, by den Schootermolen, voorby het Oranje Woud , en de andere, door de buurt van Oudefchoot, over Mildam, Nieuwehorn enz, naar Oostftellingwerf loopt. De landen, onder deeze Grieteny behoorende, zyn naar 't Westen ten grooten deele laag, en beftaan uit Veen en Hooilanden; doch verder Oostwaards vond men voor deezen veel hoog en moerasfig veen , 't welk , afgetapt zynde , voor een groot gedeelte , door vergraavin^ ge, in fchoone Woudlanden, zo tot Bouw als Greid-land dienende, is veranderd. In de lengte ftrekt zich deeze ftreek lands wel zeven uuren gaans verre uit, waar tegen dezelve doorgaans niet meer dan een uur gaans breed is. In deeze Grieteny liggen, behalven 't grootfte gedeelte van 't Vlek Heerenveen, achttien ftemmende Dorpen, aan welker hoofd wy de befchryving van 't groote Vlek 't HEEREN VEEN zullen plaatfen, Deeze aanzienlyke plaats , liggende ongeveer zeven uuren gaans ten Zuidoosten van Leeuwarden , is haare opkomst alleen verfehuldigd aan de turfgraavery, hier ter plaatfe hegonnen omtrent het jaar 1551, wanneer de Heer Pieter van Dekema, Ridder en Raad in den Hove van Friesland, en zyne Kompagnons ? de Heeren Kuik en Foits , de hier omtrent liggende  van FRIESLAND. $19 gende Veenen kochten, die van wegens dit Koopgenootfchap der Heeren Kompagnons of der Heeren Veenen werden genoemd, en uit welke benaaminge die van 't allengs aanwasfende Vlek 't Heerenveen is gefprooten. In 't hegin was deeze onderneeming aan groote zwaarigheden onderhevig , dewyl men geene vaart had om de turf behoorlyk te verzenden. Men begon hierom eene doorvaart te zoeken omtrent het Dorp Oudehorne tot in de Ruinder, om van daar te komen in de Zuiderzee : dan, dewyl deeze uitwatering te ondiep wierd bevonden, werd 'er eene vaart van de Haskerdyken, boven befchreeven, gegraaven tot die Veenen, op welke allengskens het Vlek is gebouwd. Deeze vaart werd in den tyd van vyf jaaren voltrokken, en de turf langs dezelve verzonden, niet alleen in deeze Provincie, maar meest buiten dezelve naar Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland en zelfs Braband; waar door veelen werden uitgelokt om zich hier ter plaatfe neer te zetten tot oeffening van allerhande Koopmanfchap en Handwerken. Hier door is tewege gebragt, dat, binnen eene Eeuw, deeze vaart, van de Hasker-en Terbandfter Schans af tot aan de Bonteboktoe, eene lengte van byna twee uuren gaans, aan beide zyden met fraaie Burger huizen en deftige Boerewooningen is bebouwd geworden ; ziende men dus, uk het weleer woest en moerasfig veen, 't fchoone Heerenveen met de Knype te voorfchyn komen. Deeze vaart, van 't Hasker Konvent al gerekend, is ongeveer vyf uuren gaans lang, en loopt tot in het Heeren veen Zuidwaards, en Zeven» wouden,  Zevenwouden. 520 Tegenwoordige Staat en vervolgens Oostwaards tot in de Kompagi nons veenen: wegens den allengskens opryzenden grond, zyn in dezelve, omze vaarbaar te houden , vier Schutfluizen gelegd , welker eerfte in 't Heerenveen zelve wordt gevonden. In den jaare 1622 , heeft het Heerenveen een' aanval uitgeftaan van achthonderd Spaanfche Voetknechten, gefterkt met zeventig Ruiters , welke hier door in het hart van Friesland meenden te dringen , en daarom met veel geweld aanvielen op de Redoute, die op den weg naar Oude Schoot gelegen, en met allen mogelyken fpoed eenigzins verfterkt was; doch zy werden tot driemaalen toe afgeflagen, en op de vlugt gedreeven. In het noodlottig jaar van 1672 werd het Heerenveen, naar tyds omHandigheden, verfterkt met een aarden wal, Fauslèbré en dubbele Graften, benevens eene bezetting , beftaande zo uit Burger - Kompagnien, getrokken uit Leeuwarden en Franeker, als geregelde benden , alle onder 't bevel van den Ouden Graave Maurits van Nasfau, den Erf- Stadhouder Hendrik Kazimier , en de dappere Generaals Rabenhaupt en Frans Willem van Aylva. De Munfterfchen vielen , *s nachts tusfchen den 18 en jo van Oogstmaand des zelfden jaars, met' de grootfte hevigheid tot drie reizen op deeze plaats aan ; doch werden telkens afgeflagen, en daardoor belet verder in Friesland in te dringen. In het jaar 1613 , verkreeg dit Vlek eerst een' eigen Predikant , die vooreerst den Godsdienst verrichtte in eene Schuur; doch in Ï633 werd 'er eene Kerk gefticht, die echter-  t>an FRIESLAND. 521 ter nu niet meer tot dat gebruik dient, maar ten deele tot eene Waag, ten deele tot eene openbaare Nederduitfche School. Maar dewyl 'er in 't kort verfchillen ontftonden over den eigendom van den grond dier Kerk , tusfchen de Grietenyen van Schooterland en /Engwirden; zo werd in't jaar 1637, de toenmaal ige Grietman van Schooterland, Amelius Oenema , te raade, om binnen zyne Griete. ny eene nieuwe Kerk te bouwen op den grond , welke hem, ten dien einde, door de Ridderlyke Orde, ter Balye van Utrecht, gefchonken was; zynde alles aan een' Harlinger Burger aanbefteed, voor de fomme van negenduizend en vyf honderd guldens. Deeze Kerk is een deftig Kruisgebouw , uit welker midden, boven het dak, een fraaie en doorluchtige toren opryst, voorzien met twee klokken, vieruurwyzers en een'haanofwindwy» zer: het uurwerk is geplaatst in een kamertje , ten Zuidwesten tegen de Kerk. De Kerk heefc twee ingangen, en de Predikftoel is in den Zuidoosthoek geplaatst. Men vindt hier ook veele wapens, zo van Adelyke als van aanzienlyke Familien, die hier voormaals hebben gewoond, benevens verfcheiden aanzienlyke geftoelten, onder welke uitmunt dat van Mevrouwede Weduwe van wylen den Heere Grietman M. C. van Scheltinga. Nog ziet men hier de prachtige tombe van wylen den Heer Marcinus van Scheltinga, in leeven Grietman van deezen Deele. In het midden hangt eene fierlyke ko peren kaarskroon, en tegen den Zuidwestelyken hoek is een uurwyzer geplaatst. De Ker. kenraad Zeven- WOUDENt  WOUDEN, 5&& Tegenwoordige Staat kenraad beftaat, behalven den Predikant, uit vier Ouderlingen en vier Diakenen. De Hervormde Ledemaaten, die in dat gedeelte van het Vlek woonen 't welk onder de Grieteny van Haskerland gelegen is, be* hooren niet tot deeze Kerkgemeenfchap, maar onder de Gemeente van Hasker Dyken en Nieuwe-Haske. In de buurt van laatstgemelde Dorp, Masker Schans geheeten, werd reeds in 1715 een huis tot oeffening van den Godsdienst bekwaam gemaakt, omdat de Kerk buiten de buurt, daar nog het Kerkhof te zien is, geheel bouwvallig was, In 't jaar 1734 werd dit huis, door een' nieuwen aanbouw merkelyk vergroot, en daar in de Godsdienst verricht tot aan 't jaar 1775 , wanneer 't geheele gebouw nedergeworpen, en daar voor in de plaats gefticht werd eene nieuwe luchtige Kerk met een fpits torentje. De Doopsgezinden, of Mennoniten die tot de Gezindheid van de Zon behooren, hebben in 't jaar 1762, in de nieuwe Vermaaning-of Kakelfteeg, eene fraaie nieuwe Kerk doen bouwen 5 hebbende hunne oude Kerk geftaan in de oude Vermaaning-Steeg* op den hoek van 't Achterom. Deeze Kerk is voorzien met twee Galleryen , zynde de Predikftoel recht over de Deur geplaatst. De Zitplaatfen zyn zeer wel geregeld, en in 't midden des gebouws hangt eene koperen kaarskroon. Weleer Was deeze Gemeente vereenigd met die van de Knype; doch thans is dezelve met een' eigen Leeraar voorzien, die, in de Studiën op.  van FRIESLAND. 52^ opgeleid, met dén' Kerkvoogd, e'én'Ouderling j en twee Diakenen den Kerkenraad uitmaakt. De Roomfche Kerk ftaat even buiten't Vlek, ten Oosten in het Meer, en wordt door éénen Priester bediend. Het getal der huizen op 't Heerenveen beloopt thans ruim 400: hier van ftaan ongeveer 260 in de Grieteny van Schooterland; zynde dit gedeelte dus niet alleen het grootfte, maar ook teffens het aanzienlykfte: ruim 80 behooren onder Haskerland, welke gewoonlyk de Heerenwal genaamd worden, en ruim 70 ftaan in /Engwirden. Onder de huizen vindt men niet alleen een groot aantal fraaie Burger huizen, maar ook eenige aanzienlyke Heeren huizen; waar onder voornaamelyk uitmunten dat van den Heere E. A. van Idema, Grietman van /Engwirden, 'twelk met eert fraaien toren ver* lierd is; dat van de Vrouwe Weduwe van wylen den Heere M. C. van Scheltinga, en dat van de Heeren van Groveftins, het wélk voor deezen ook een' toren had, en thans door den Heere Grietman M. van Scheltinga bewoond wordt. De grootte en goede gelegenheid deezer plaats is oorzaak, dat, federt veele jaaren, hier niet alleen beftendig het Klasfis der Zevenwouden, maar ook, om het Zevende jaar, het Synode' van Friesland gehouden wordt: en 't geen wy, ter eere van de Ingezetenen van dit aangenaame Vlek, verfchuldigd zyn te melden, worden de leden dier Kerkvergaderinge daar ruim zo gewilliglyk gehuisvest, en gul. VOÜDER,  Zeven • WOUDEN. 524 Tegenwoordige Staat gulhartiglyk onthaald, als in eene der Friefche Sieden. 't Heerenveen is zo Volk- Koop- en Nee» ringryk, dat 'er genoegzaam alles te bekomen is , wat eene Stad kan opleveren. Men vindt hier verfcheiden Scheeps • Timmerwer. ven, drie Kalkovens, een Rog- en Weitmolen, een Rog- Weit- en Pelmolen, een Houtzaagmolen, eene Pottebakkery , eene Lynbaan , en eene Boekdrukkery: ook zyn veele Schippers en Schippersgezellen hier woonachtig , terwyl veele Kooplieden handel dryven in allerlei waren, en de Ambachtslieden allerhande Handteeringen oeffenen. De Weekmarkt, die des Saturdags gehouden wordt, is zeer aanzienlyk, zo van wegenden bukengewoonen toevloed van menfchen, als toevoer van allerhande waaren. Op zulke dagen ziet men 'er niet alleen verfcheiden Veerfchepen van veele Steden en Dorpen, maar ook dikwerf tweehonderd en meer wagens roet Boekweit , Rogge, enz. bekaden, uit Drenthe, Oost - en WestStellingwerf en Schooterland. Ook heeft men hier ^ eene fchoone Vleeschmarkt, als mede, in 't Voorjaar vier en in den Herfst zes weeken lang, eene aanzienlyke Beestemarkt, die beide nog geduurig toeneemen ; wordende hier insgelyks niet weinig Boter verkocht. De Jaarmarkt , die op Pinkfter Maandag en Dingsdag invalt, is wegens den grooten toevloed van Menfchen zeer bekend. Behalven de menigvuldige doorvaart van Schepen , met turf en hout belaaden , ftrekt niet weinig tot vermeerdering van den bloei des Vleks de me-  van FRIESLAND. 5*5 menigte van reizigers , die door hetzelve van en naar Overysfel, Drenthe, Gelderland enz. trekken. Sedert het jaar 1750 heefc dit Vlek niet_ weinig in welvaart toegenomen, door 't aanwinnen der turfgraaveryen onder de nabuurige Dorpen van Oude- en Nieuwe Haske en St. Jansga. In deeze flxeeken moet de Klyngrond uit de diepte worden opgehaald, ten welken einde jaarlyks honderden van vreemdelingen uit Westphalen en van elders herwaards komen. Het Vlek Heerenveen vertoont zich, ten Zuidwesten, met de Knype ter rechter en de Schans ter {linkerhand, als eene wyduitgeftrekte Stad, pronkende met twee torens in 't midden, en een ter (linkerhand. De omtrek van dit Vlek is zeer vermaaklyk , en voorzien met fraaie wandelwegen 5 terwyl hetzelve van binnen door zyne volkrykheid en fraaie gebouwen uitmunt, en men zich overvloedig met visfchen en jaagen in de nabuurfchap kan vermaaken. Hierom is waarfchynlyk aan die Vlek de naam gegeeven van 't Friesfche 's Gravenhage, en de welzingende Juckema, die, in't begin deezer Eeuw, te Sixbierum bloeide> getuigde daar van: Een vreemdeling verftomt óp'thoorén, dat haar gronden, Voor andèrhalleve eeuw, uit ruwe veen beftoaderi. Haar uitgegraaven turf is finds veraard in fteen , Waar meê Vrouw Welvaart haar zo heerelyk bebouwde, Dat zy met recht verdieat den naam van Heerenveen; En is het lust prieel der Friesfche Zevenwouden. 1IL deel. LI De Zevenwouden,  Zeven- wouden. 526 Tegenwoordige Staat De Dorpen van Schooterland ftemmen in den volgenden rang. 1. HORNSTERZWAAG, het Oostelykfte Dorp der Grieteny tegen de grenzen van Opfterland: het Kerkje benevens de Boere plaatfen liggen aan den rydweg naar Donkerbroek in Oostftellingwerf, zeer vermaaklyk in 't geboomte. In 't Noorden van dit Dorp heeft men hooge veenen, en in 't Zuiden naar de Kuinder, of Tjonger , meest laage Hooilanden ,• in zynen omtrek bevat dit Dorp 25 ftemdraagende plaatfen. 2. JOBBEGA, of JÜBBEGA, ei* SC HU RE GA, die te famen één Dorp van twee en twintig ftemdraagende plaatfen uitmaaken, en in gelegenheid genoegzaam overeenkomen met die van 't voorige Dorp; zynde de huizen van jobbega, in 't Noorden, langs den binnenweg, in 't geboomte gelegen, gelyk ook die van 't Westelyke gedeelte van Schurega; terwyl de overige huizen van Schurega, even als de voorgaande wel in 't geboomte en aan de Bouwlanden, doch Zuidelyker en nader aan den buiten - dan binnenweg gelegen zyn. De Kerk , die weleer in 't veld en byna op de fcheidinge van Jobbega ftond, is federt lang niet meer in weezen, en daarvan maar alleen het Kerkhof overgebleeven. 3. OUDEHORNE ligt in 't geboomte aan den gemelden binnen weg, ten Westen van Schurega, daar men ook de Kerk heeft ; doch 't zelve ftrekt zich teffens uit met eene buurt, Zevener genaamd, tot aan den buiten weg, daar men de voornaamfte en lustigfte Plantagien vindt, gelyk ook voorheen de huizing van den Heere Ze-  van FRIESLAND. 527 Zevenaar, aan de Wyk, die uic de Knype Daar de Kuinder gegraaven, en naar zynen naam genoemd is,- zynde 'er in dezelve, tot óphouding van 't water, vier verhaten gelegd. In den omtrek deezes Dorps telt men 16 ftemmen. 4. NIEUWE HOR NE, een vermaaklyk Dorp in 't geboomte, met eene Kerk en toren, ten Westen van het voorige, aan den binnen en buitenweg, die hier, in 't Westen deezes Dorps, zeer na aan eikanderen komen; doch zich daar, even voor de fcheidinge, tusfchen dit Dorp en Katlyk, van eikanderen verwyderen, na dat even te vooren uit den denzelven een rydweg was voortgekomen , die Noordwaards naar de Boncebok , en verder naar de Goeredyk in Opfterland loopt. 5. KATLYK: dit Dorp, welks naam niet herkomftig is van de Hesfen of oude Katten, maar wel van Catholica, beftaat uit drie buurten. De eerfte en Oostelykfte ligt ten Noordwesten van Nieuwe - Horne, onder den naam van Groot Katlyk; nog Noordwestelyker heeft men Klein Katlyk ; en van daar, genoegzaam in 't Noorden , Nieuw Katlyk. De beide eerfte buurten liggen zeer aangenaam in 't geboomte en bouwlanden; doch 't laat. fte ligt aan de Knype vaart, en is als een vervolg van de Knype. Men telt hier 30 ftemmende plaatfen. 6. BRONGERGA, Nieuw Brongerga, of de Knype, en Mildam. Brongerga is een oud Dorpje by 't Oranje Woud , vermaaklyk gelegen: weleer was het klein; doch met de opkomfte van 't nabuurig Heerenveen, is onder Li 2 des- Zevenwouden,  #28 Tegenwoordige Staat Zevenwouden deszelfs gerechtigheid aangelegd de fchoorie 1 buurt Nieuw Brongerga, of de Knype, aan de Kompagnie vaart, ten Oosten van 't Heerenveen. Dit Dorp is meer dan een uur gaans lang, en wordt onderfcheiden in de Deneden en Boven Knype. In 'tjaar 1642 verkreeg 't zelve reeds een' afzonderlyken Predikant, en 'er werd in 1661 eene nieuwe Kerk gefticht , ftaande in de Beneden Knype , een half uur gaans van 'c Heerenveen. Dit Dorp heeft ook eene Monnonite Kerk en Leeraar , behalven eene kleine Gemeente van Vlamingen, die 'ef nog voor weinig jaaren is geweest. Men ziet hier twee Korenmolens, tot een bewys van de Volkrykheid deezer ftreek. Mildam is eene niet onvermaaklyke buurt, welke, voorzien met eene Kerk en Windkorenmolen, in grootte veele Dorpen overtreft, en gelegen ïs aan den rydweg tusfchen Oude Schoot en -Nieuwe Horne, op den wal van den dikwyls gemeldcn Kuinder ftroom. Met eikanderen telt men hier Sb ftemmen. f. OUDESCHOOT, een zeer vermaaklyk Dorp aan den rydweg van 't Heerenveen naar Wolvega , voorzien met eene Kerk en fpits torentje, by onzen tyd gebouwd. Hier is overvloed van geboomte en een vruchtbaare Zandgrond. Ten Noordoosten van Oudefchoot, in de buurt Schooterwoud, ligt de vermaaklyke lustplaats van Z. D. Hoogheid, den Heere Prinfe Erfftadhouder, het Oranjewoud genaamd. Dit 1 huis, waarop Prinfesfe Albertina van Nasfau, I gehooren Prinfesfe van Oranje, den meesten tyd | Van haaren weduwlyken ftaat heeft doorgebragt, 1 na dat zy het Stadhouderlyk beftier aan haar' Zoon, Hendrik Kazimier, had overgedraagen, be- 1 ftaat  van FRIESLAND. 5*9 ftaat uit twee vleugels, die thans door den Kastelein worden bewoond; zynde het Lichaam des gebouws nooit voltrokken geworden. Ten Zuiden van 't zelve vindt men een' grooten uitgeftrekten Tuin, voorzien metallerley Vruchtboo men, Planten en Bloemen. Ten Noorden, achtei de huizing, is eene Oranjery , waar in veele fchoone Oranjeboomen gevonden worden; terwyl men ten Oosten een vermaaklyk Sterrebosch er Doolhof ziet. Daarenboven is deeze Heerlykheie omringd met verfcheiden Bosfehen, waar in veel Wild en zingend Gevogelte wordt gevonden: gelyk ook met lierlyk Beplante cingels, aangenaame wandel - en rydwegen, Benevens Bekoorlyke Weid- en Korenlanden. Ten Zuidoosten deezes Dorps, aan de rechter zyde van meergemelden rydweg , naBy de SchooterBrug over de Kuüv der , ligt nog de Schooter Schans , doch in een' zeer vervallen ftaat. Dit Dorp is de Wieg geweest van de Familie van Schotanus a Sterringa, uit welke zeer veele Geleerde Mannen zyn gefprooten, onder anderen Henrikus, die, in 't laatst der zestiende Eeuw, Hoogteeraar in de Rechten was te Douay, Van waar hy, door den Koning van Frankryk, naarBourges werd Beroepen in plaats van wylen den wydvermaarden Cujacius; doch hy verkoos de profesfie in de Rechten aan te neemen op de toen geftichte Univerliteit te Franeker, daar hy in 1605 is geftorven. Meinardus is Profesfor Theolog. en BiBliothecarius te Franeker geweest, en werd van daar, in die hoedanigheid, naar Utrecht beroepen, Bernardus was eerst Profesfor Juris te Franeker, en daarna Profesfor Juris et Mathefeos te Utrecht; zynde LI 3 Zeven, wouden.  53° Tegenwoordige Staat Zevenwouden. hy ook teffens Rector Magnificus Perpetuug geweest. Van daar werd hy verroepen naar Leiden , met den titel van Profesfor Primarius Juris et Confiliarius Academiae. Christianus was te Franeker eerst Profesfor in de Griekfche Taal, daarna in de Kerkelyke Historie , en laatst in de Godgeleerdheid. En eindelyk, om van geene anderen te fpreeken, is Petrus Pierius Schotanus aSmenga, aan die van Sterringa in den bloede beliaande, te Leuven Hoogleeraar geweest in de Griekfche en Hebreeuwfche Taaien ; alwaar hy ook , op een vast jaargeld van den Koning, lesfen in de Medicynen heeft gegeeven ; zynde daarenboven mee verfcheiden waardigheden aan de Univerfiteit te Leuven, en met die van Raad van den Aarts - Hertog Albertus van Oostenryk bekleed geweest. Onder dit Dorp behooren 25 ftemmen. 8. NIEUWE, of NYESCIIOOT, een klein Dorp , ten Westen van het voorige , zonder toren , doch ook zeer vermaaklyk in de houwlanden en in het geboomte gelegen. De verfpreide huizen en plaatfen bevatten met eikanderen 21 ftemmen. 9. ROTTUM, weleer Rotna genaamd, is thans een klein Dorp, alwaar veele huizen zyn afgebroken, in't Noordwesten van 't voorige, loopende tot aan Haskerland:, grenzen: weleer hield men hier den Landsdag der Zevenwouden. Uit dit Dorp kan men, langs drie verfchillende wegen, ryden naar Oudefchoot, Lemfterland, Donjewerftal en Haskerland: ook loopt van hiér eene vaart  van FRIESLAND. S3ï Taart in de Overfpitting, die van de Jouwer < naar 't Heerenveen gaat, benevens eene andere, die in het Tjeuke meer valt, om nu niet te fpreeken van de Rotfterfloot, die voor deezen van hier naar de Kuinder liep, doch thans is opgedroogd. Weleer, in de Spaanlche Oorlogen , lag hier eene Schans om 't platte land tegen de rooveryen der vyanden te dekken ; doch dezelve werd, door Vcrdugo , in den feilen Winter van 'tjaar 1583 , veroverd. In X498 woonde hier Barre Rommertsma van Rotna , die , benevens veele anderen, in den ongelukkigen (lag by Laaxum fneuvelde. Onder Rottum behooren 32 ftemmen. 10. St. JOHANNISGA, ofby verkortinge Sr. Jansga, heeft zynen naam aan den Heiligen Johannes, als zynen Patroon, te danken: dit Dorp is ten opzigte der ftemmen, die 37 in getal zyn, het grootfte der geheele Grieteny; 't zelve ligt zeer vermaaklyk in 't geboomte, even ten Noordwesten van 't^voorige, aan den rydweg van Rottum, die in 't Zuiden hier langs loopt naar Rotfter - Haule, Rohel en Doniawerftal. Ten Noorden van 't zelve liggen laage veenlanden en ten Zuiden Miedlan den. „ T_, . it. ROTSTERGAAST, of Kleine Gaast: dit Dorpje is , in tegenftellinge var 't voorige , het kleinfte der Grieteny, zyn< de hier maar 9 ftemmen. Weleer ftonc hier eene Kerk , die reeds voor veele jaa yen is te niete geraakt: dit Dorpje ligt ever ten Noorden van de Kuinder, en ftrekt ziel LI 4 2ee £eveh« VOUDES.-1 I [ I 1 c  53^ Tegenwoordige Staat Zeven- WOUDEN, zeer verre uit naar dien kant met zyne hooi, landen; zynde de Westelykfte huizen bekend by den naam van Westergaasr. Ook gaat van dit Dorpje, door dedroogeRufterfloot, een rydweg naar Nieuwe Schoot. 12. ROTSTERHAULE , dus genaamd, om 't zelve te ondcrfcheiden van Oufterhaule in Doniawerftal, ligt in 't Noorden van St. Johannisga , tusfchen 't zelve en Rohel , en in eene volkomen gelyke ligging , ten opzigte der Bouw - en Veenlanden ; behoorende onder 't zelve 20 ftemmen. 13. ROHEL, of Nyega , een Dorpje gelegen ten Westen van 't voorige , en onmiddelyk grenzende aan het Tjeuke Meer, dat van tyd tot tyd een groot gedeelte der Veenige landen , hier onder behoorende , heeft ïngezwolgen. Door M Dorpje, alwaar voör deezen ten minften eens zo veel huizen plagten te ftaan , gaat de gewoone rvdweg uit deeze kwartieren naar de Lemmer. Rohel heeft 16 ftemmen. 14. DELSTRAIIÜIZEN : dit Dorp, liggende geheel in 't Zuidwesten der Grieteny, en in 't Zuidoosten van het Tjeuke Meer, is van groote uitgeftrektheid ; doch al wat 'er onder behoort is laag land, en dus, zo 't niet in Polders ligt, enkel Miedland. 't Grootfte gedeelte der landeryen ligt beflooten tusfchen het Tjeuke Meer , de Kuinder, de Broere Sloot, en de Pier Christiaans Oosterzee Sloot ,• doch daarenboven behoort hier nog toe eene lange ftreek lands, onder den naam van de Schooter Uicerdyken, langs de Kuta, der,  van FRIESLAND. 533 der, Zuidwestwaards loopende tot aan de Oude Schooterzyl, tusfchen Lemfterland en Westftellingwerf. Weleer lag in dit gedeelte het oude Dorp Oudega, waar van niets dan de geheugenis overig is ; zynde hetzelve, in 1515, door den Bourgondifchen Stadhouder, Floris van Egmond , afgebrand en nooit wederom opgebouwd. Schooterzyl was voor deezen ook beroemd, door den zwaaren flag, die hier in 1 §98 , tusfchen de Friezen en Hollanders, voorviel, in welken de Friezen geflagen werden, en waarby, onder anderen, omkwam Juw Juwinga , elfde Poteltaat der Provincie (*> Onder dit Dorp behooren 3a ftemmen. Weleer werd Schooterland Schooterwerf genaamd, zo als blykt uit een Verbond , door die van deeze Grieteny gemaakt met de Groningers in 1355, behelzende dat men eikanderen tegen allerlei Buitenlandsch ■ geweld byftand zoude bieden. In den jaare 1408 hadden de Friezen van Schooterland , Stellingwerf en Oostzingerland, Oorlog met Fredrik van Blankenheim , Bisfchop van Utrecht \ doch dezelve werd door zegsluiden bygelegd (§). Ten tyde der Saxifche en Gelderfche beroerten waren hier Stadhouders , van (•) Men zie van deezen Slag in 't breede. I D._b.l. 535 enz(§ J I D. bl. 580. Li 5 ZevbiS ÏVOUDEN»  Zeven • wouden. VI. Lm- 534 Tegenwoordige Staat van wegen den Hertog van Gelder , Leonhard Heere toe Schwartzenberg, en Hendrik de Graef, Erf heer tot Arkelens; zynde toen deeze Grieteny vereenigd geweest met die van Westftellingwerf. Des Woensdags wordt in Schooterland het gerecht gehouden op 't Heerenveen ; zynde hier thans Grietman de Heer Martinus van Scheltinga , en Sekretaris Tjaard van Heioma. De Hervormde Gemeenten deezer Grieteny zyn i. die van 't Heeren veen. 2. Oudefchoot, Myefchoot, Mildam, Rottum en Katlyk 3. Kieuw Brongerga of de Knype. 4. St. Jansga en Delftrahuizen enz. 5. Oude Horne, Nye Horne, Jubbega, Schurega en Hornfterzwaag, Behalven de Doopsgezinde Gemeente van 't Heerenveen , heefc men 'er, als gezegd is, ook eene in de Knype. Van de Roomsch - Katholyke Gemeente is ook reeds boven in de Befchryvinge van 'c Heereqveen gefproken.  van FRIESLAND. 535 yi. Lemfterland. D e zesde Grieteny van de Zevenwouden is LEMS TERLAND, welke ten Noordoosten grenst aan Schooterland, met de Pier Christiaans Sloot en eene fcheidlinie , die , met een' hoek door het Tjeuke Meer loopende, haar voorts van Haskerland fcheidt. Ten Noordwesten heefc men Doniawerftal en ten Westen Gaasterland ; beftaande de fcheiding gedeeltelyk uit wateren, en voorts uit fcheidlinien. Ten Zuiden ligt de Zuiderzee , en ten Zuidoosten het Oude Graaffchap de Kuin> der , nu behoorende tot Overysfel. De landeryen deezer Grieteny zyn alle weid - en hooilanden, en meest laag van aard. Ook is deeze Grieteny zeer waterryk , bevattende dezelve , behalven wateren var minder belang, als de Brande of het kleine Slooter meer, de kleine Brekken, de Wielen enz.. een groot lang water, bekend onder den naarr van de groote Brekken, in 't Westelyke deel der Grieteny, gelyk ook een gedeelte van hei Tjeuke Meer, dus, naar men voorgeeft, ge noemd naar zekere Vrouw met naame Tjeuke die hier, by ongeluk, het Veen zou hebben h brand geftoken, met dat gevolg, dat 'etdoor 't uitbranden van den grond, zulk eet groot Meer uit ontftond , hetwelk nog da gelyks toeneemt. Hoe 't met dit uitbrandei zy , zeker is het, dat men in deezen oori pudtyds vry veel bosch en boomen geha mot Zeven- WOUDEN. Lemfter-; land. t i \ 1 \ 1 t  536 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. i i i moet hebben , alzo 'er nog hedendaags veele overblyffelen van houtgewas in dit Meer gevonden worden. Behalven de gemelde groote wateren vindt men ook verfcheiden aanmerkelyke vaarten in deeze Grieteny, waarvan eene, uit de groote Brekken naar het Tjeuke Meer loopt, en de Rhyn of Woudfloot genaamd wordt, over welke eene Valbrug ligt by 't Dorp Vollega; terwyl een andere, ook al Rhyn genaamd , uit het Tjeuke Meer loopt naar de Lemmer, werwaards men van Sloten vaart, langs de Lange Sloot, door de groote Brekken , en eindelyk langs de Zylroede. Van rydwegen is deeze Grieteny fchaars voorzien: de voornaamfte van allen is de Zeedyk, loopende .van Ter Oeler kolk tot aan de Overysfelfche grenzen bySlykenburg. Voorts de rydweg, die van de Lemmer naar Oosterzee , Echten enz, loopt, en langs welken men , voor deezen , geheel door Schooterland moest ryden , om naar de Joure te komen, terwyl 'er alleen een beflooten gang- en paarde - pad derwaards liep van de Lemmer over de Vollegafter brug; doch dit pad is, in hater tyd, in een' zeer bekwaamen rydweg veranderd. Thans beftaat Lemfterland uit vyf Dorpen, [braks nader te befchryven ; doch voor deezen behoorden 'er nog twee Dorpen onder .met naame Bandt, of Bantega, en Lemfterhoek, welker eerfte ^ene prooi der toeneemende Zuiderzee is gevorden; terwyl het laatfte, in't jaar 141.3, loor Adolf van Swieten , van den Utrechtchen Bisfchop , Frederik van Blankenheim , he?-  van FRIESLAND. 537 herwaards gezonden, te vuur en te zwaarde verwoest werd : 'Er waren dus weleer zeven Dorpen in deeze Grieteny; doch Oosterzee en Echten maakten toen een byzondere ftreek uit, onder den naam van Oostzimgerland of Oostzingerland; zo dat de beide vernietigde Dorpen tot de zogenaamde Lemfter Vyfga fchynen behoord te hebben. Thans zyn in deeze Grieteny de vyf volgende Dorpen. 1. LEMMER , of de Lemmer, een fchoon en groot Dorp, of liever Vlek, gelegen aan de Zuiderzee. Deeze plaats is, na Harlingen, eene der beste en voornaamfte Havenen van Friesland, zo wegens haare ruimte, als wegens de gemaklykheid van 't Vaarwater naar Amfterdam, dewyl men, derwaards reizende, eene korte en ruime Zee heeft, zonder eenige belemmering van banken of plaaten. Al voor lange tyden is de Lemmer eene plaats van veel Scheepvaart geweest ; doch heeft in bloei grootelyks toegenomen, federt het beftier van wylen den Heere Grietman Regnerus van Andringa, die , door 't aanleggen van welgeregelde Veerfchuiten, Postwagens enz., heeft te wege gebragt, dat niet alleen die van Groningen , maar ook veelen uit Friesland , doorgaans hunne reize naar Amfterdam over de Lemmer neemen ; waartoe niet weinig helpen de ruime en gemakkelyke Veerfchepen , die alle Avonden van hier op Amfterdam en van daar te rug vaaren , en in welke, tot een bewys van het aanzien des Vecrs, de Kajuiten dikwyls drie of meer wee- ÏËVRN" ■ iVQUDE??»  I Zevenwouüen. 538 Tegenwoordige Staat weeken voor den tyd, op welken zy vaaren moeten, befteld zyn. Tot den bloei deezer plaats heeft ook niet weinig toegebragt de Oorlog van 1756 en eenige vol. gende jaaren, wegens den voorfpoed der ScheepsRederyen, aan welke die van de Lemmer geen gering deel hebben gehad ; zynde deeze plaats rykelyk voorzien van alle Fabrieken, die tot het uitrusten van Koopvaardyfchepen worden vereischt: nog heden is de Scheeps-Redery hier zeer aanzienlyk ; zynde de meeste Re» ders der Vaartuigen teffens Fabrikeurs van de een of andere foort der daar toe noodige Bouwftoffen, 't geen hun töt een dubbeld voordeel verftrekt. Dit bloeiende en Volkryke Vlek is, met eene dubbele ftreek huizen, gebouwd aan de zogenaamde Zylroede, die, van 't Noordwesten naar 't Zuidoosten fchietende, midden in 't Dorp door een ruim verlaat of Schutfluis loopt, en daarop eindigt in eene ruime buitenhaven , aan weerskanten voorzien met een houten hoofd. Van den Oostkant ontvangt dit Dorp het vaarwater de Rhyn, welke, uit het Tjeuke meer komende, zich met het voorige vereenigt even boven de Sluis. Tusfchen dit water en den Zeedyk heeft men verfcheiden kleine Straaten, benevens een plein: ten Noorden van 't verlaat ftaat de Kerk, verfierd met een fraaien fpitfen toren; zynde deeze Kerk voor ongeveer twintig jaaren geheel nieuw opgetrokken. Ten Westen der Sluis ziet men 't huis van den Heere Grietman, dat niet alleen een fchoon gebouw is,  mn FRIESLAND. 539 is, maar ook uit de voorfte vertrekken een aangenaam uitzigt heeft op de Haven en de mee-' nigte Schepen, die 'er uit en in vaareu. Aan gepaste Herbergen, tot verblyf van den reizenden man, ontbreekt het hier ook niet; doch de voornaamfte zyn de Wildeman en 't Heeren Logement. Voorts vindt men in dit Vlek veele fchoone huizen, toebehoorende aan Familiën en lieden > die hun vermogen en welvaart aan de Zeevaart te danken hebben. De Lemmer heeft in voorige tyden verfchillende lotgevallen uitgedaan. In 1421 bouwde Jan, Hertog van Beyeren, die, na den dood van Graave Willem van Holland, door een gedeelte van Friesland tot Befchermheer was aangenomen , hier een Kasteel; doch 't zelve werd, in 't volgende jaar, door de andersgezinde Friezen, over zwak ys, by verrasfing, ingenomen , en daar na de Slotvoogd, Fioris van Alkemadc, met veele zyner Soldaaten, doodgeflagen. In 3516 werd de geheele Lemmer, door Graaf Felix, verbrand, uitgezonderd de Kerk. In 1521 werd hier, door den Gelderfchen Stadhouder, tegen de invallen van het Sticht, een fterk Blokhuis gebouwd met diepe graften; doch de Bourgondiërs veroverden 't zelve in 1523 , en deeden 't gebouw door de huislieden flegten. In 1581 werd deeze plaats , met de Kuinder en Sloten, door de Scaatfchen, op de Spanjaards veroverd. Inden noodlottigen Oorlog van 1672 liet de Bisfchop van Munfter, na dat hy meester van geheel Overysfel was geworden, deeze plaats opeifchen; doch de Munfterfchen werden afge- fchrikt VOUDEIt.  540 tegenwoordige Staat Zevenwouden. fchrikt door eenige wagenen met vlugtèndé Perfoonen belaaden, die op den Zeedyk heen en weder rieden; doch die zy voor rydtuigen met Krygsvolk aanzagen, en daarom onverrichter zaake vertrokken. Onder de Geleerde mannen hier gebooren, muntte weleer uic Andreas1 Myrica, die, na geheel Europa door gereisd te hebben, de Geneeskonst te Leeuwarden heefc geoeffend, alwaar hy ook , in 'c jaar 1585, aan den fteen is overleeden. De Lemmer is Verre het aanzienlykfte Dorp deezer Grieteny,- doch onder *t zelve behooren maaf 37 ftemmen. De Weekmarkt wordt hier gehouden op Donderdag. 2. EESTERGA, een Dorp ten Westen van den Rydweg naar Vollega. De landeryen van hetzelve zyn vry uitgebreid, en loopen tot aan de Brekken ; doch de huizen zyn weinig in getal. Ten Westen van den Rydweg naar 't Heerenveen ziet men nog het Oude Kerkhof van het Oude Dorp Bant, of Bantega , welks landen zich Zuidwaards Zeer verre uitftrekten, doch van overlang door de Zee zyn weggefpoeld. Wat Noordelyker Ziet men een huis, of plaats, met naame de Brandende put. In dit huis werd, in 't laatst der voorige Eeuw, een put gegraaven, die geen water wilde geeven , waarom men een' Man, met een touw om den middel, daar in nederliet, om, zo 't water, by 't verder Uitdelven , te fpoedig mogt opkomen, ras wederom opgetrokken te kunnen worden; doch wat gebeurt 'er? toen hy door 't welzand heenen was, kwam 'er geen water, maar wel een zwavelylam, die, niettegenftaande men den Arbeider ras  van FRIESLAND. 541 ras öm hoog haalde , hem 't hair en de klederen zengde, ja tot boven den put uitfloeg; doch waarna 't opkomend water ras de vlam uitdoofde. Dit huis is nog , op de kaarten van Schotanus, bekend onder den naam van Brandende put. Buiten twyffel loopt hier in den grond een Ader van Aluinachtige zwavelaarde, die, gelyk thans genoegzaam, door proeven met den Hombergiaanfchen Pyrophorus, bekend is , vuur vat, zo raszy aan de open lucht wordt bloot gefield. Dit Dorp heefc 39 ftemmen. 3. VOLLEGA, 't Noordelykfte Dorp der Grieteny, en dus 't naaste aan Doniawerftal , ligt aan den meergemelden rydweg, die weleer maar een voetpad was. Het Dorpje is zeer klein van huizen , doch ryk in laage hooilanden. Ook is 'er veel vaart door , uit en naar het Tjeuke Meer en Sloten , langs de Rhyn of Woudfloot, waar over eene Valbrug ligt, doorgaans de Vollegafter brug genaamd , by welke eene Herberg ftaat, waar aan de Tol, door de Schippers, betaald moet worden. De groote en kleine Brekken behooren ten deele , en het Brande - of kleine Sloter Meer geheel onder dit Dorp , 't welk in 't geheel 43 ftemmende plaatfen telt. 4. OOSTERZEE: dit Dorp is't grootfte der Grieteny, in uitgebreidheid van landen en ftemmende plaatfen , die wel 98 in getal zyn; doch in Volkrykheid is 't zeer gering in vergelykinge van de Lemmer; 'c zelve ligt ten Zuiden van het Tjeuke Meer ; III. deel. Mm doch ZevêN» wouden.  Zevenwouden. 542 Tegenwoordige Staat doch de Kerk , die een' fraaien fpitfen toren., plag te hebben, welke reeds van overlang vervallen is, ftaat verder landwaards in, aan den Westkant van den rydweg van 't Hee* renveen naar de Lemmer , waar langs ook byna alle de huizen , aan den Noordkant, zyn gebouwd. De landen deezes Dorps, ten Noorden aan 't gemelde Meer paaiende, ftrekken zich Zuidwaards zeer verre uit , en zyn bekend onder den naam van Oostzimgerland , 't welk met het Echterveld eene uitgeftrektheid maakt van eenige duizenden Pondemaaten, altemaal laag hooiland, waarop in oude tyden verfcheiden bloedige veldflagen zyn voorgevallen. Weleer liep 't zelve tot aan den Dyk de Worst, fcheidende Friesland van Overysfel; doch na den Watervloed van 1701 , is 't Zuidelyltfte gedeelte van dit land verlaaten, en een nieuwe affnydende Dyk aangelegd , die over de Oude Schooterzyl naar Slykenburg loopt. Oosterzee is wel voorzien van fchoone Rivier-Visch , en 'er plag ook een Rechthuis te weezen , gelyk mede twee aanzienlyke Staten, beide voerende den. naam van Oosterzee, naar twee Grietslieden uit dat geflagt, welke hier hebben gewoond, en insgelyks eene Roorda State, doch die alle reeds voor veele jaaren verdweenen zyn. In den jaare 1196 kwam Jr. Willem, Zoon van Graave Floris den III, hier in 't land, 't welk toen in Oorlog was met Hendrik Kraan, Graave van de Kuinder; hebbende de eerfte , om deezen twist, die van zeer langen duur was , uit te houden , hier een fterk Slot gebouwd. In 1198 had  van FRIESLAND. 543* had Willem het geluk zyne Vyanden te verflaan; ook kreeg hy, eenigen tyd laater, den Bisfchop van Utrecht, die de Friezen met onrechtvaardige afperfingen kwelde , hier gevangen , hoewel dezelve echter, naderhand, door beleid van eenige Monniken, wierd losgelaaten. Ten jaare 1521 werd Oosterzee, door denJMsfchop van Utrecht, geheel verbrand. Men ziet hier op de Kaart eenen heerlyken aanleg van groote uitgeftrektheid, met naame Het Huis te Velde; doch dezelve beftaat maar alleen uit eenige beplante Laanen, en dient voorts tot eene Vogelkooy. 5. ECHTEN, het Oostelykfte Dorp deezer Grieteny, grenzende aan Schooterland: de gelegenheid van dit Dorp is bykans dezelfde met die van 't voorige , ftaande de huizen, benevens een klein Kerkje zonder toren, aan den rydweg van 't Heerenveen. Dit Dorp heeft 42 ftemmen. Het Gerecht deezer Grieteny, dat voormaals te Oosterzee des Dingsdags plag gehouden te worden , wordt nu, ten zelfden dage, gehouden in de Lemmer; zynde thans Grietman de Heer Regnerus Livius van Andringa de Kempenaar, en Sekretaris Mr. Matth. Hermannus Winterswyk. De vyf Dorpen deezer Grieteny zyn afgedeeld in twee Hervormde Kerkgemeenten; zynde de eerfte die van Oosterzee en Echten , en de tweede die van de Lemmer, Vollega en Eesterga. Doopsgezinde Gemeenten zyn hier geene; doch de Roomsch - Katholyken hebben 'ereene, ïiaamelyk die van de Lemmer en Vollega. Mm % VII. Gaas* ÏEVEITVOUDEH.  Zevenwouden. Gaaster ■ land. 544 Tegenwoordige Staat R|i VII. Gaaster land* zevende Grieteny der Zevenwouden is CVASTERLAND, aldus genoemd naar de Gaasten of hooge Zandheuvels, welke hier meer dan in eenige andere Grieteny gevonden worden, en doorgaans met bosfchagie bezet zyn, waarin zich overvloed van haazen, patryzen, en ander wild gevogelte ophoudt. Men vindt hier weinig laag land, behalven aan de grenzen van Hemelumer Oldevaart , in 't Westen, en voorts aan het Slooter Meer en naby Lemflerland, in 't Oosten. Deeze laage landen zyn tot hooiwinning gefchikt; terwyl de hooge Zandgronden , die niet met geboomte voorzien zyn , tot de Graanteelt dienen, en vooral tot het kweeken van Rogge , die hier in groote menigte wordt gewonnen ,■ en doorgaans veertien dagen eerder tot rypheid komt dan in Westergo en Oostergo. in 't Zuiden van Wyckel en in 't Zuidoosten van Sondel, vindt men goede weidlanden omtrent Takezyl, die in 't jaar 1495, benevens Workum , nog de eenige goede haven van Westergo was, doch thans minder gefchikt is voor zwaare Schepen. By deeze Zyl werd in 't gemelde jaar een Blokhuis opgeworpen, door de Vetkoopers, tegen de bezetting van Fox te Sloten, die zich van deeze haven zocht meester te maaken; doch in 't volgende jaar werd de Groninger bezetting, die zich daar op bevond, na reeds vergeefs door de Sneekers, die 't huis van Harinxma te Sloten in-  van FRIESLAND. 545 ingenomen hadden , belegerd te zyn geweest, door een' zwaaren ftorm, genoodzaakt het ondermynde gebouw te verlaaten. Ten tyde van de verderflyke verdeeldheid der Schieringers en Vetkoopers , was Gaasterland de woonplaats van eene menigte Edelen , die hier hunne fterke Huizen en Stin zen hadden; gelyk nog hedendaags blykt uit de groote, menigte Wieren , die men als overblyifels van dezelve heeft aan te merken : kunnende ook uit de grootheid der Ker ken , welke hier voormaals, alomme op de Dorpen , gevonden werden , worden opgemaakt, dat deeze Grieteny toen veel Volkryker geweest moet zyn dan heden ; waarvan de reden ook zeer natuurlyk is, dewyl in oude tyden , wanneer Friesland nog niet dooi bekwaame Zeedyken beveiligd was, deeze Grieteny echter, door haare hoogte, veilig was voor 't Zeewater. Gaasterland wordt , volgens het Saxifche Landrecht, onder Westergo gerekend, en mei Hemelumer Oldevaart vereenigd; doch reeds voor dat de Hertog van Saxen in het Lanc kwam, werd 'er al eenig onderfcheid gemaaki tusfchen de Gaasterlanders, toen Geestmanner genaamd, en de Woldluiden , zo als uit de Historie der Schieringers en Vetkoopers be< kend is. Hedendaags grenst deeze Grieten} ten Noordoosten en Oosten aan Wymbritfe radeel , Doniawerftal, Sloten en Lemfter land , met eene fcheidlinie, die langs d( Fokke Sloot, door het Slooter Meer, er voorts op eene ongeregelde wyze tot aan dei Mm 3 Zee Zevenwouden. i > l l  Zevenwouden, 546 Tegenwoordige Staat Zeedyk loopt by de Oude Duiker. Ten Zuiden heefc men de Zuiderzee; en ten Wes. ten en Noordwesten paalc deeze Grieteny aan Hemelumer Oldevaart en Noordwolde, gedeeltelyk mee fcheidlinien en voorts met het water de Rhyn , 't Swin enz. De Dorpen deezer Grieteny zyn : ï. WYCKEL, het Oostelykfte Dorp deezer Grieteny, niet verre van Sloten. Weleer was hier eene groote Kerk, die, in brand geftoken , tot aan 'c Koor afbrandde, 'c welk echter, nog groot genoeg zynde om de Toehoorders te bevatten, jaaren lang voor eene Kerk heefc gediend ; doch in 't laatst der voorige Eeuw werd alles afgebroken, en eene nieuwe Kerk gebouwd. De rydweg van Sloten door Gaasterland loopt door dit Dorp, en voorts over Sondel, Nieuwe Mirdum , Oude Mirdum , Rys en Bakhuizen naar Stavoren; terwyl van deezen algemeenen rydweg eenige byzondere wegen naar de overige Dorpen deezer Grieteny loopen. Een gedeelte van het Sloter Meer behoorc tot dit Dorp, onder den haam van 't Wyckeler Hop. Voorts vindt men, ten Zuiden des Dorps , de watertjes deZandpoel, de Rykoltspoel enz. benevens de vaart de Ee, loopende van Sloten naar Takezyl. Tusfchen de Buurt en het Sloter Meer ligt eene fchoone Buitenplaats, weleer bewoond door den beroemden Generaal Menno Baron van Coehoorn, een man die zyn Vaderland Friesland rot altoosduurenden roem zal verftrekken. Zyn lyk ligt hier in de Kerk begraaven, onder eene fraaie tombe. Ten  van FRIESLAND. 54? Ten Zuiden van dit Dorp heeft men een buurtje Wyckeler Ybert, gelegen op eenen heuvel, alwaar voor deezen eene State gevonden werd van het geflagte van Wyckel, dat nog hedendaags den naam deezes Dorps draagt. Of de naam Ybert, by verbasteringe, zo veel wil zeggen als Uitbuurt, laat ik onbepaald. Noordwaards behoort onder dit Dorp onge. veer 't vierde deel van 't Vlek Balk, met de Goster Korenmolen. In 't geheel telt men hier w ftemmen. _i _ 2. SONDEL, or SINDEL, ten Zuidwesten van 't voorige Dorp, aan den. zelfden rydweg gelegen. Weleer had dit. Dorp ook eene zeer groote Kerk met een zwaaren toren, doch thans maar een klein Kerkje met een fpits torentje. In t Noorden van dit Dorp ligt de Sondeier Ybert aan een' rydweg, die, zich meteen anderen, welke van Wyckel komt, vereenigen de, naar Balk loopt ; terwyl men ten Zuiden vindt het watertje de Sondeier Leyen , waar uit eene vaart loopt naar Takezyl. In 't Noordwesten lag weleer een buurtje , met naame Wallentro waar  tan FRIESLAND. 553 waar dezelve tegen den rydweg ftuit, die zich daar in tweeën deelt, en aan weerskanten van dit water heen loopt. In dit Vlek zyn, van tyd tot tyd, veele fchoone huizen gebouwd , als dat van wylen Obbe Obbes, weleer Grietman deezer Grieteny , en vooral dat van wylen den Heere Grietman Valerius van Glinftra , thans aan den Heere Rengers toebehoorende,en met fchoone vertrekken voorzien. De Zuidelyke huizen van 't Vlek behooren onder Wyckel of Rugehuizen. Voorts is 't Vlek wel beflraat, en, behalven de reedsgemelde Steenen bryg, voorzien met verfcheiden houten bruggen^ De toegangen te lande zyn zeer menigvuldig: want, behalven de wegen ter wederzyden van de Lits, die fraai beplant zyn, loopt 'er een weg Zuidwaards van Balk naar Wyckel, en Noordwaards naar Harich De kerk en toren ftonden weleer aan der Zuidkant der Lits; doch in 't jaar 1729 werc dezelve wegens bouwvalligheid afgebroken. en aan den Noordkant, niet verre van 't huii des Heeren Aylva Rengers , zeer fraai me een fchoonen fpitfen toren , weder opgetrok kern Op den hoek by de .reeds gemeldf Steenen brug, ftaat het Weer- of Rechthuis zynde met een torentje en klokflag voorzien Op den 27 Septemb. wordt hier eene Jaarmarkt en des Woensdags eene Weekmarkt gehouden. 7. RUGEHUIZEN, 't kleinfte Dor] van Gaasterland, tusfchen Harich en Nieuwi Mirdum gelegen; dit Dorpje heeft maar 1; ftemmen, en beftaat meerendeels uit eenig verfpreide huizen ter wederzyden van een' aan genaamen met boomen beplanten rydweg. I 't Zuk Zevenwouden. 1  554 Tegenwoordige Staat Zeven* WPUDEN ( i 't Zuidwesten ligt een klein poeltje, Rugehuistef • Zee genaamd; terwyl in 't Noordoosten de kerk en toren plagten te ftaan; doch die beide reeds voor veele jaaren zyn vervallen. In deeze Grieteny hebben zich, in 't laatst der voorige Eeuw , verfcheiden Familien van Franfche vlugtelingen neder gezet; onder anderen ook zeker Edelman, Le Morman genaamd, welke Eigenaar is geweest van twee plaatfen, alhier op 't Oost gelegen, en met ruime hovingen voorzien, die door hemmetuitgezochte Franfche vruchtboomen waren beplant. De huizen deezer gevlugten ftaan op de Kaart van Schotanus en Halma in deeze Grieteny met lelytjes aangeweezen. De meeste deezer huisgezinnen zyn naderhand naar elders vertrokken; doch men vindt 'er nog heden ten dage verfcheidene onder den Boerenftand. In deeze Grieteny wordt het Gerecht des Donderdags te Balk gehouden ; zynde thans Grietman de H. W. Geb. Heer Jr. L' Arnoraai Albertus /Emilius Rengers, en Sekretaris Mn Bernardus Johannes Sciïnerius. Wat den Kerkelyken ftaat betreft; men vindt vier Hervormde en twee Doopsgezinde Ge. meenten, doch maar eene Roomsen - Katholy. ke in deeze Grieteny. De Hervormde Gemeenten zyn j. die van Oude Mirdum, Nye Mirdum en Sondel. 3. Harich. 3. Balk, en 4. Wyckel. De Doopsgezinde Gemeenten zyn die van Balk en Bakhuizen. En op laatstgemelde plaats vindt men ook le Kerk der Roomsch - Katholyken en 'c «Voonhuis van den Priester. s l o.  van FRIESLAND. 555 SLOTEN. INLOTEN , de eenige Stad in 't kwartier der Zevenwouden , is de achtfte in rang, doch de kleinfte der Friesfche Steden , en gelegen op den gewoonen doortocht uit Overysfel en de Zevenwouden naar Westergo; zo dat, door Sloten te bezetten, alle toegang van deezen kant, die langs den Zeedyk uitgezonderd, zou worden verhinderd; en van deeze gelegenheid heeft de Stad, als het Slot van Gaasterland en Westergo , haaren naam waarfchynlyk ontvangen. Sloten ligt ongeveer twee Duitfche mylen ten Zuiden van Sneek, naby het Sloter Meer, en niet verre van Zee. De landen rondom de Stad zyn over't algemeen laag, en waren voordeezen van weinig waarde ; doch zyn, door de allengs* kens toeneemende Inpolderingen, in zo verre, vooral aan den Westkant, verbeterd , dat dezelve thans zeer fchoone en vruchtbaare weidlanden bevatten. Voorts is de Klokflag, oi Gerechtigheid der Stad , naar maate haarer grootte , vry aanzienlyk , en ligt beflooten tusfchen de Grietenyen Doniawerftal, Lemfterland en Gaasterland, Ten Noorden der Stad Sloten.  55<5 Tegenwoordige Staat Sloten. Stad komt uit het Sloter Meer een water , de Ee genaamd, 't welk, door Sloten loopende , en 't zelve met eene ruime graft omringende , voorts naar Takezyl vloeit, en zich aldaar in Zee ontlast; ook breidt zich 't genoemde water met een' boezem uit ten Oosten , 't Var genaamd. De Stad is genoegzaam eirond van gedaan, te, loopende haar grootfte lengte van'c Noorden naar 't Zuiden: dezelve is omringd met een' aarden wal, die wel op zich zeiven weinig fterkte heeft, doch, uit aanmerkinge van de laagheid der omliggende landen, die men door 't Zeewater onder kan doen loopen, zonder groote kosten byna onwinbaar is te maaken. Deeze wal beftaat uic drie redelyk wel aangelegde en twee ongeregelde Bastions, met zes tusfchen loopende Courtines. In de Oostelykfte Courtine vindt men de Koepoort , waar door men uit Doniawerftal binnen de Stad rydt, en daar tegen over in 't Westen de Wyckeler poort, door welke men in Gaasterland komt: teffens vindt men in 't Noordeinde der Stad , by 't Bastion, Harinxma Schans genaamd, de Sneeker-, en aan 'tZuideinde de Lemfter Waterpoort. De wal der Stad is voorzien met vier Stukken Gefchut, beplant met fchoone Lindeboomen en wel befchild; zo dac dezelve , indien men teffens in aanmerking neemt het fraai gezigt op de nabuurige velden , vooral 't lommerryke Gaasterland, en de fteeds aan en af vaarende Schepen, voor een' zeer  van FRIESLAND. 557 zeer aangenaamen wandelweg mag gehouden worden. Sloten, hoewel klein , is echter net getouwd , en naar maate haarer grootte VolkryL 't Voornaamfte gedeelte der Stad beftaat uit eene met Lindeboomen beplante graft, aan weerskanten met eene ry huizen bebouwd, van de Sneeker- tot aan de Lemfter Waterpoort , en uit eene dubbele Straat, dezelve genoegzaam rechthoekig fnydende , en loopende van de Koepoort naar de Wyckelerpoort. Ook zyn 'er nog eenige Achteromftraatjes, doch die hier geene aanmerking verdienen. Over de Binnengrafc ligt een breede Steenen rydbrug , de breede Brug genaamd ; ten Zuiden van welke 'er nog twee kleinere zyn. De voornaamfte huizen ftaan aan den Oostkant der Binnengraft , benevens de twee merkwaardigfte openbaare Gebou", wen der Stad, het Stadshuis en de Kerk. 't STADSHUIS is ten Zuiden der Kerk, klein van omtrek naar evenredigheid der Stad, in 't jaar 1757 geheel vernieuwd , en in eene zeer nette order opgebouwd. De KERK is ook niet oud , zynde dezelve in 1647 ge" heel nieuw gebouwd. De Kloktoren , die met een fpits is opgetrokken, ftaat boven op de Kerk, niet verre van den Gevel, die naar 't Westen ziet. Binnen vindt men daar in een gefchikt Orgel en veele Wapenen en Zerken van oude Adelyke Friefche Familien, die hier begraaven liggen. Weleer had Sloten geene Parochie Kerk, maar alleen eene Kapel, onderhoorig aan de twee naaste Dorpen ; III. deel. Nn doch Slotem.  558 Tegenwoordige Staat Sloten. doch Cunerus Petri, de eerfte en laatfte Bisfchop van Leeuwarden, heeft deeze Kapel tot eene Parochie Kerk gemaakt, én 'er een' Pastoor aangefteld. Geene der Friefche Steden is met Sloten te vergelyken ten opzigte der Doorvaart van een groot aantal Schepen. De Friefche turf wordt door deeze Stad naar buiten gevoerd, omniet van veele andere Binnen - Schepen te reppen, die hier door naar de nabuurige Provinciën vaaren, en , door haare vertolling alhier, veel toebrengen tot het in ftand houden der Stads Financien. Daarenboven komen die Schepen meest wederom ledig of gelaaden door Sloten te rug ; doch de vaart door Sloten heeft inzonderheid toegenomen na 't verdiepen der Dokkumer Ee, of trekvaart, dewyl na dien tyd de Groninger Schepen veel menigvuldiger dan voor deezen door de Provincie vaaren : ja men heeft meermaalen op éénen dag 40 of 50 , en eens 70 Groninger Schepen door deeze Stad zien vaaren , meerendeels gelaaden met turf of graanen. De Friefche Schepen hier by gerekend , kan men gemaklyk opmaaken, dat hier op één' dag wél eens ioo en meer Sche* pen door moeten vaaren, 'c welk in 't jaar een getal van veele duizenden uitmaakt. Ondertusfehen vaaren maar alleen de kleine Schepen door de Binnengraft der Stad , terwyl de grootere de Stads Buitengraft verkiezen moeten. Het water is hier altoos zoet, en ftroomt door de Stad, naar maate de winden van ftreek  van FRIESLAND. 559 ftreek veranderen, en de naby gelegen groote ■ wateren ginds en weder dryven. Dit voorrecht geeft hier eene groote zuiverheid aan de lucht en 't water, die op de gezondheid der inwooneren een' aanmerkelyken invloed heeft; wordende hierom in deeze Stad, doorgaans , weinige en nooit befmettelyke ziekten waargenomen. De nabuurige ruime en zuivere wateren geeven ook veel Meervisch, door welke té vangen en te verkoopen bier veele lieden hun beftaan vinden. De groote toevloed van allerlei Schepen en Vaartuigen heeft dit Stadje ten allen tyde zeer Neeringryk gemaakt, en zo Volkryk, dat veele huizen door twee en meer huisge. zinnen worden bewoond. De menigvuldige Veerfchepen, die door Sloten dagelyks van en naar de Lemmer vaaren, maaken hier een' grooten doortogt en merldyke verteering. Ook woonen hier eenige Koopluiden, die grooten handel dry ven in Boter, Vleesch , Spek en andere gelykfoortige waaren ; wordende hier jaarlyks eene groote menigte Beesten geflagt, wier vleesch in tonnen gekuipt , en naar buiten verzonden wordt. Voorts bloeit hier de Binnen - en Buitenlandfche Scheepvaart, waar door de Ingezetenen, in 't algemeen, vry vermogend zyn, gelyk, onder anderen, blykt uit de netheid , met welke zy hunne Huizen en Straaten onderhouden. Geduurende de ongelukkige verdeeldheid der Schieringers en Vetkoopers, werden de eerften hier door de laatften in 't jaar 1420 belegerd, doch wederom door Hertog Jan Nn u van iLOTESr»  SlOTEN, 560 Tegenwoordige Staat van Beyeren ontzet; zynde 'er by die gelegenheid eene groote menigte Vetkoopers gefneuveld. In 1486 werden de Schieringers hier nogmaals door de Vetkoopers aangetast , doch de aanvallers kloekmoedig te rugge gedree-ven. Ten tyde der Gelderfche, Saxifche en Bourgondifche onlusten, was Sloten der eerstgenoemde party toegedaan, welke daarom hier den zetel haarer verrichtingen vestigde. Toen eindelyk de Bourgondiërs de overhand kreegen, hebben de Gelderfchen het hier nog 't langst uitgehouden, en, geduurende.het beleg, den Heer Georg Schenk Stadhouder, benevens Jan van Wasfenaar, doorfehooten. Na dat de Belegeraars de Stad hadden ingenomen, werden door hen de Wallen en Bolwerken ter neder geworpen, om den Gelderfchen te beletten, van zich daar op nieuw te vestigen. Ook bleef de Stad federt ontmanteld tot aan 't jaar 1582, wanneer de Staaten dezelve op nieuw deeden verfterken. In 't jaar 1588 raakte Sloten in groot gevaar, van aan den vyand verraaden te zullen worden ; zynde 'er toen een aanflag gemaakt, door zekeren Dotte Sibles van Grouw, om een Schip vol Soldaaten , met ledige tonnen overdekt, in de Stad te brengen , en dezelve 's nachts te overvallen ; terwyl Pier Lupckes van Tjerkgaast, zyn medepligtige, dezelve op verfcheiden hoeken in brand zou fteeken : dan deeze aanflag , op den 13 van Bloeimaand , tegen den avond , ondernomen , mislukte., door 't opkomen van een' zwaaren ftorm, en lekte  van FRIESLAND. 561 lekte kort daarna uit , waarop Pier Lupckes gevat, en op den 26 dier Maand onthoofd werd; zynde deszelfs kop op een ftaak op 't Noorder Bolwerk gezet. De Regeering der Stad Sloten wordt be» fteld volgens het Oktrooi, ten dien einde door H. H. M. de Heeren Staaten Generaal, in 't jaar 1637, verleend, en daarna door de Ed. Mog. Heeren Staaten der Provincie geratificeerd ; zynde 't zelve van volgenden in< houd : i. X3e Magiftraat fal beftaan uit vier Burgemeesteren ende daar en boven twalef perfonen als Gemeensluiden ofte Vroedfchappen , te wetende vier Burgemeesteren nu in dienst zynde, ende de vier Raadsperfonen ende de agt perfonen uit de Burgerye voor deefen gekoren, fullen 't famen maken de twalef Gemeenfluiden of Vroedfchappen , welke Burgemeesteren én Vroedfchappen by de gemelde Raad van Staten voor defe reyfe by overleveringe van defen Octroy ook nog in hare Ampten fullen worden bevestigt , ten ware gemelde Raad daar inne om redenen nodig foude mogen vinden enige verander inge te doen. 2. Alle jaar fal een Burgemeester afgaan, fyn aanvang nemende met toekomftige nieuwe jaar 1638 , ende op dat fulks ordentelyk mag gefchieden fal 't felve de eerfte drie jaren by lotinge gefchieden, ende daar na vervolgende van de oude langst gedient hebbende, fulx dat elk ten vier jaren yerandere. N n 3 3- De Sloten.  5Ö2 Tegenwoordige Staat Sloten. 3. De Gemeensluiden of Vroedfchappen fullen blyven heur leven lang, alwaart dat yeraant van defelve in de Collegien van de Generaliteit of Gedeputeerde Staten of Rekenkamer defer Provincie werde gecommitteerd; allene fal de plaatfe van die gene, die elders met der wone komt te vertrekken , vaceren. 4. De veranderinge van Burgemeesteren fal jaarlyks in defer voegen gefchieden; veertien dagen voor nieuwe jaar fal de Vroedfchap vergaderen, ende fullen eerst drie perfonen daar uit gelot worden, welke drie fullen doen de nominatie van een dubbel getal uit de andere negen, alfoo fy haar felfs niet mede fullen mogen nomineren. 5. Tot welke nominatie fy datelyk fullen moeten procederen, belovende eerst (foo ras het Lot op hun fal fyn gevallen) aan de vergaderinge op haren gedanen Eedt, dat fy in 't nomineren fullen letten op de gequalifi» ceerfte en bequaamfte perfonen onder de voorf. negen , fonder enig ander oogmerk , fugt ofte gunde daar inne te fullen betonen. 6. Gaande dan terflont met heur drieën in een andere kamer ende niet daar uyt komende nog met yemant anders Communicerende, voor dat fy de nominatie fullen hebben gedaan met de meeste ftemmen. 7. Welke nominatie van dubbel getal , als dan datelyk by befloten Misfive fal overgefonden worden aan fyn Genade Stadholder defer Provincie, om by defelve daar uyt een tot Burgemeester gekoren te worden, die de naam van  van FRIESLAND. 5Ö3 van de gekorene mede by befloten Misfive fal overfchrvven, welke Misfive niet voor nieuwe jaars dag fal mogen werden geopent. 8. De afgaande Burgemeester fal weder fuccederen in de Gemeensluyden, of Vroedfchap, in plaats van de gekorene. 9. By foo verre enige plaatfe by vertterr of anderfins tusfchen tyden quame te vaceren, fal daar inne een ander gekoren worden , te weten, foo het van Burgemeester is meer als drie Maanden voor nieuwe jaar (daar onder ook verflaan wert foo yemant van defelve in enig Generaliteits Collegie foude werden Gecommitteert) fal de plaatfe moeten datelyk werden vervult, by nominatie ende electie als boven , blyvende als dan in de Vroedfchap. , 10. Ende in de Gemeensluyden of Vroedfchap , een Maand naar dat de plaats vacanc fal fyn geworden by de Burgemeesters en Vroedfchap , gefamentlyk met pluraliteyt van ltemmen de verkiefinge te doen uyt het Corpus van de Stad. 11. Dog en fal hier niemant in de Vroedfchap mogen genomen worden , ten fy defelve het Burgerregt by de Vroedfchap ten overftaan van de prafiderende Burgemeester hebbende gewonnen, daar na ten minften drie continuele jaaren binnen de voorf. Stad Sloten zyn fixum Domicilium heeft gehouden; dan die met een Burgemeesters Dogter houwelykt, fal met anderhalf jaar volftaan: Vader en Soonnogook twee Broeders, en fullen voor- Nn 4 taa5! Sloteh.  Sloten. 564 Tegenwoordige Staat taan in de Vroedfchap ook niet mogen worden gekoren. 12. Alle de voorf. perfonen fullen moeten fyn behoorlyk gequalificeert ende van de ware Gereformeerde Religie, foo als die in de pubJyqne Kerken wort geoeffent, profesfie daar van doende ofte ten minften wel geaffec tioneerde tot de Religie ende ten gehoor komende, ook behoorlyk gedoopt fynde. 13. Alle jaren fullen twee Volmagten tot de Landsdag gekoren worden , een uyt de Burgemeesters en een uyt de Vroedfchap , by heur beiden gefamentlyk met pluraliteyt van ftemmen te kiefen. 14. Blyvende voorts aan Burgemeesters en Gemeensluyden of Vroedfchappen de berammge met meeste ftemmen van alle vordere goede< order in de Regeringe van Stads faken ende 't gene daar van dependeert; fpecialyk het opligt over Stads Wallen , Poorten , Palen , als anderfins aan de pnefiderende Burgemeester in der ryd met een uyt de Vroedfchap , die daar toe alle jaar vier fullen lotten om 't felve by beurten alle vierendeels jaars mede waar te nemen, fonder dat de ene of ander daar voor lal genieten. Dat ook de Stads Segels d' een by Burge • meesters ende d' ander by de Vroedfchap fal blyven , ende wyders latende in 't geheel heure privilegiën, vry heden ende costumen naar ouder gewoonte, foo in 't vergeven van Stads Ampten als anderfins, gelyk van ouds gebruy. kdyk is geweest, fonder ergens inne tot par:ikuher profyt te mogen excederen, lettende vooral  van FRIESLAND. 56*5 vooral op de beste mesnage ende meeste voordeel van de Stad ende goede Ingefetenen van dien , ook in verteringe , baten, profyten of vacatie , niet gaande buyten de Ordonnantie of Ordinaris gebruyk, ende ook voor 't con. fereren van enige Ampten niet genietende, op pcene van arbitrale correctie tegens den nemer ende gever. enz. Gegeven in 's Gravenhage den 18 Aprilis 1637. Was geparapheert Mariënburg. Des Saturdags wordt hier het Gerecht, en des Vrydags de Weekmarkt gehouden; ter< wyl de 30 Aug. van ouds her de dag eener treflyke Jaarmarkt is geweest. De Hervormde Gemeente deezer Stad wordi bediend door eenen Leeraar, die teffens Rector der Latynfche Schoole is, fchoon hierdoor, gaans weinig of geen Leerlingen gevonden worden. De Doopsgezinden hebben hier insgelyks eene Gemeente; gelyk ook de Roomsch - Katholyken in vereeniginge met die van Balk. Nn 5 VIII. Op- Sloten.  Zevenwouden, Opfterland. i 566 Tegenwoordige Staat VIII. Opfterland. De achtfte Grieteny is die van OPSTERLAND, of UPSIERLAND; dezelve behoorde oudtyds tot Oostergo , doch thans tot de Zevenwouden, en grenst ten Noorden , eerst met den Leppedyk en voorts met fcheidlinien, aan Smallingerland en aan de Groninger Om • melanden, met de algemeene Scheidgreppel tusfchen dezelve en Friesland ; ten Oosten aan Drenthe op dezelfde wyze ; ten Zuiden aan Oostffellingwerf , met eene fcheidlinie , en verder aan Schooterland , ten deele met een Veenfcheidende greppel , gegraaven in 1716, ten deele met eene fcheidlinie; en eindelyk ten Westen aan iEngwirden en Utingeradeel, ten grooten deele, door middel van eene op de Kaart aangeweezen fcheidlinie. Deeze Grieteny beftaat voornaamelyk uit hooge Veenen en Bouwlanden, die hunnen oorfprong aan de afgraavinge der Veenen verfchuldigd zyn. Ook vindt men hier alomme veele bosfehagien , die vervuld zyn met veelerlei gevogelce en wild gedierte, als Haazen , Vosfen enz.; men vindt 'er zelfs veelmaals Valken , waarom 'er fomwylen vreemde Valkeniers komen , om dezelve ten hunnen gebruike te vangen: ook worden hier wel eens wilde Zwynen gezien. Waar de jrond is afgeveend, vindt men goed vruchtbaar Woud - Bouwland en fchcone Weiden, he voortreflyk vee uitleveren. Geduurende de Spaanfche Oorlogen was leeze Grieteny ten uiterften blootgelteld aan de invallen des vyands; waarom men haar met  van FRIESLAND. 567 met eenige verfchansfingen zocht te dekken. De eene lag op den Drentfchen bodem , tusfchen Bakkeveen en Eeuw, en werd genaamd Zwartedyk; de andere tusfchen Duurswoude en Donkerbroek, genaamd Breeberg ; de derde eindelyk tusfchen Sigerswoude en Trimunt, met den naam van Friesfche paaien. Natuurlyker wyze wordt deeze uneteny gefcheiden in twee ftreeken , waarvan de eene ten Zuiden cn de andere ten Noorden ligt; Wordende deeze fcheiding gemaakt door den Boornvloed, die, onder den naam van 't Konings Diept in 't Oostelykfte deel deezer Grie-' • teny ontfpruk, en door dezelve heen loopt naar Utingeradeel. De beginfels van deezen vloed zyn zeer gering tot aan de Poosterbrugge , waar aan toe deeze Aroom by drooge Zomers, op veele plaatfen, dikwyls geheel droog is; doch tusfchen Beetfterzwaag en Lippenhuizen wordt dezelve vaarbaar , en vcrkrygt eer. lang den naam van den reeds boven befchreeven Boornvloed. Men vindt in deeze Grieteny geene groote wateren, doch hier en daar een klein poeltje: by voorbeeld, de Wyde Wispel, Moediep , Waas Meer , Nieuwe Meer , Reigerpoel , Finepoel , Pale Meer enz. Van Oldeboorn loopt uic de Boorn eene ruime vaart naar de Wyde Wispel, en van daar door de Gorredyk, met eenige evenwyde zydtakken uit de turfgraaveryenuit een van welken de Nieuwe vaart gebooren wordt, loopende van de Gor« redyk ÏEVEW.VOUDEM.  Zevenwouden, 568 Tegenwoordige Staat redyk naar de Smilde, die nog wel niet geheel voltooid, echter reeds verre gevorderd is; dezelve komt, ten Zuiden van Lippenhuizen en Hemrik, by de Witte Bult uit Opfterland in Oostftelhngwerf, en gaat van daar naar Drenthe. In t Noorden der Grieteny vindt men nog een aanzienlyk Vaarwater, dat van de Drachten in Smallingerland , onder den naam van Bakkeveenfter vaart, ten Noorden van Uceterp en Sigerswoude, loopt naar Bakkeveen, en verder Zuidwaards in de Veenen ; dienende deeze vaart, met haare Zydtakken en Vallaaten, om het water in de hooge Veenen op te houden, en even als de voorige , om de turf, die hier jaarlyks in eene groote menigte gegraaven wordt, naar elders te vervoeren. Drie voornaame rydwegen worden in deeze Grieteny gevonden : van deezen loopt de Noordelykfte uit de Drachten, door Ureterp , naar Sigerswoude, en met een' Zydtak naar de Friefche paaien. De middelfte loopt uit Smallingerland naar Beetfterzwaag, en van daar, ten Westen , naar Beets , doch ten Oosten naar Bakkeveen , alwaar deeze weg zich vereenigt met den Zuidelykften , die uit yEngwirden door Luxwoude , Korcezwaag, Lippenhuizen , Hemrik , Winieterp en Duurswoude loopt, naar voornoemde plaats , van waar de nu vereenigde rydweg, ten Zuiden der Schans Zwartedyk, in Drenthe komt. Nog vindt men hier een' rydweg uit den gemelden Middelweg naar Beetfterzwaag en Lippenhuizen, en een' anderen van Beetfterzwaag naar Duurs-  van FRIESLAND. 569 Duurswoude , van waar ook een rydweg gaat naar Donkerbroek en Haule in Oostftellingwerf. Onder deeze Grieteny behooren dertien Dorpen, die eikanderen in deeze order volgen. l. BE ETS, ten Noorden van den Boornvloed, in 'c Noordwesten der Grieteny , gelegen : de Kerk deezes Dorps, die St. Geertruid tot haare Pairoonesfe had , pronkte weleer met een' zeer hoogen fpitfen toren , doch die naderhand merkelyk is verlaagd , na dat de voorige, door ouderdom, was om verre gevallen. Dit Dorp , in oude tyden veel grooter en een Dekenftoel geweest zynde, is thans van een' middelmaatigen omtrek , en beftaat uit eene verzameling van verftrooide huizen en plaatfèn, gelegen in 't geboomte , aan den rydweg, die van Beetfterzwaag door dit Dorp en voorts naar 't Westen loopt, onder den naam van rechte Zeveins weg en dien van Gaa weg; gaande de laatfte geheel totaanUtingeradeels grenzen , door de laage landen , die de Beetfter Hooi - of Maadlanden worden genaamd. Verder Zuidoostwaards, tusfchen Beets en 't Konings Diept, liggen hooi - en weidlanden, bekend by den naam van Wester Buure Vennen , na welke de Marsfchen volgen , fluitende tegen de Zwaagfter Gaasten. Ten Noorden deezes Dorps vindt men hooge Zandlanden, fluitende tegen Smallingerlands grenzen. Dit Dorp is 't vruchtbaarfte der geheele Grieteny, en zonder Veenlanden , waar. om de Inwooners zich byna alleen met den Land- ZEVENWOUDEN.  Zeven ■ WOUDEN» 570 Tegenwoordige Staat Landbouw en de Veefokkery ophouden. Men vindt in dit Dorp, 'c welk 35 ftemmen telt, eene fraaie Buitenplaats , die weleer behoorde aan de Vierfens, en op welke , in laater tyd, verfcheiden Grietslieden uit het gedacht van Lyklama hebben gewoond. 2. BEETSTERZWAAG, een aangenaam en vermaaklyk Dorp , is van rondom met allerlei geboomte beplant, en heeft een zeer fchoone en beftraate buurt , waar in verfcheiden treflyke huizen gevonden worden, onder welke nogthans uitmunt het fchoone gebouw , dat gefticht is door wylen den Heere Martinus Fokkens, weleer Grietman van Opfterland, ftaande op het Westeinde ten Noorden van de buurt. Niet verre van daar zag men ook, in voorige dagen, een fchoon huis, voorzien met een ruim Hornleger, beplant met voortref! yke Eiken boomen , doch die voor weinige jaaren zyn uitgeroeid; terwyl ook 't huis zelf thans van zyn voorig aanzien verfteeken is : het draagt den naam van oud Fokkens, en tegen over 't zelve ftaat ook nog een aanzienlyk en aangenaam gebouw, dat weleer bewoond werd door den Heere Saco van Teiens, in leeven Gedeputeerde Staat ten Landsdage. Wylen de Raadsheer Ayfo van Boelens, heeft hier ook veele jaaren gewoond op een fchoone plaats, welke thans bewoond wordt door deszelfs Vrouwe Weduwe. In de buurt niet alleen vindt men een' Koornmolen maar ook een' buiten dezelve , en - ten Oosten ligt eene plaats , die - den naam van Bethtlehem draagt, waarfchynlyk naar eene Ka-  van FRIESLAND. 571 Kapelle of Konvent, aldaar eertyds tot Godsdienftige einden gefchikt. De Kerk des Dorps ftaat een weinig afgefcheiden van de buurt, ten Noorden, zynde wel niet groot maarevenwel ruim genoeg om de toehoorders te kunnen bevatten: dezelve heeft van buiten niet veel aanzien, doch is van binnen, naar den ouden fmaak, wel betimmerd. Men vindt daar in verfcheiden geftoelten, ten dienfte van de Edelen en Aanzienlyken deezet plaats , en aan het Oosteinde van dezelve een' Grafkelder, waarin de Lyken van fommige Aanzienlyken zyn bygezet. Men heeft hier omftreeks zeer vermaaklyke wandelwegen, onder den lommer van '1 bladryk geboomte, alwaar men, op zynen tyd, door 't aangenaam geluid van allerlei gevogelte , en vooral door den helklinkenden Nachtegaal vervrolykt wordt. Ook heeft men hier twee aanzienlyke Jaarmarkten; wordende de eerfte altyd gehouder op den eerften Maandag in May, die voor naamelyk eene Beestemarkt is, waarop in al lerlei foort, vooral van Hoornvee, hande gedreeven wordt. De tweede wordt altyd ge houden op den eerften Maandag in Oktober; zynde , behalven eene Beestemarkt ,■ ook eet zeer voornaame Vlasmarkc , op welke mei ganfche menigten van menfchen uit verfchil lende oorden deezer Provincie ziet famen vloeien , om aldaar deeze waaren te veilen of te koopen. Ten Noorden des Dorps heeft men fchoo 11e bouwlanden, waarop de nyvere Landma g€ Zevenwouden, [ ! I t 1  572 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. gelegenheid vindt om verfcheiden foorten vari Graan te kweeken; doch voornaamelyk maakt men hier zyn werk van het teelen van Boekweit , welker inkomfte een voornaam gedeelte van des Huismans beftaan oplevert. Ten Zui. den vindt, men goede weidlanden , op de Zvvaagfter Gaasten en 't Hemriker veld , nog ten deele uit onvergraaven hoog veen beftaande. Onder de aangenaamheden van dit Dorp kan en mag men ook met recht tellen, dat al. daar voor een ieder der Ingezetenen weeklyks tweemaal gelegenheid is, om vandaar, op eene zeer gemaklyke wyze , in Frieslands Hoofdftad te komen, dewyl, ongeveer een uur van daar, op Smallen Ee naamelyk, een Veerfchip, totdat einde, 's Maandags en Vrydags gereed ligt, en 's Dingsdags en Saturdags wederkeert; kunnende de Inwooners van Beetfterzwaag , die niet verkiezen derwaards te wandelen, zich bedienen van een Vragtwagen , die op de gemelde dagen van daar naar Smallén Ee rydt. Onder die Dorp , dat van geen grooten omtrek is , vindt men alleen achtentwintig ftemdraagende plaatfen , en om de tweede Week wordt de Rechtdag hier, gelyk ook in 't nabuurig Lippenhuizen, gehouden. 3. OLTE R TERP , het kleinfte Dorp der Grieteny, ligt met een klein kerkje en fpits torentje, eertyds gefticht ter eere van St. Hippolytus, aan denzelfden rydweg verder Oostwaards. Ook vindt men de meeste bouwlan' den ten Noorden, en de Veenlanden ten Zuiden.  van FRIESLAND. 573 den. Midden op de Veenige Heide ziet men nog het oudeKerhof, waarop de Kerk weleer geftaan heeft, en niet verre van daar het buurtje Heidhuizen. Men vindt hier Qi {temmen. 4. URE TERP, aan den Binnenweg verder Noordoostwaards gelegen : dit Dorp heefc eene fchoone uitgebreidheid van landen met sa ftemmen. Ten Zuiden van den rydweg heeft men de Kerk, voormaals ter eere van St. Peter gefticht, en toen met een' ftompen toren voorzien, als ook de meestehuizen, zeer aangenaam in 't geboomte, met de twee buurtjes Selmien ■en de Wey - of Wegbuurte , beide ten Noorden van dien weg. Ten Zuiden van dit Dorp heefc men den Buitenweg van Beetfterzwaag naar Bakkaveen. 5. SIGERS WOLDE : dit Dorp, gelegen in den Noordoostelyken hoek der Grieteny , paalt aan Groningerland en Drenthe. De Kerk, eertyds gefticht ter eere van St. Jakob, ftaat naby den Buitenweg; doch de huizen liggen meest aan den voornoemden Binnenweg. In 't Noorden deezes Dorps, half in de Groninger Ommelanden en half in deeze Grieteny, ligt de Friesfche paaien Schans, en in het Oosteneen buureje , het Voorwerk genaamd. Behalven de bouwlanden, behooren onder die Dorp zeer uitgeftrekte Veenen, vooral Noordwaards, daar ook eenige oude Huisfteeden gevonden ■worden. Onder anderen behoort hier toe de buurt Bakkaveen, geheel op de Heide, in 'c Zuidoosten des Dorps, en door dezelve loopt eene vaart met verfcheiden Verlaaten en Zyd ■ III. deel. Oo wyken Zëvf.h* WOUDBIf.  574 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. wyken naar de Zuidelyke Veenen , in welke de turfgraavery van tyd tot tyd toeneemt. Dit Bakkaveen was weleer een Uithof van 't Klooster Mariëngaard , met eene Kapel, le , gefticht door Sjaardus den Vden Abt, en Mariënhof genaamd ; zynde het Kerkhof nog in weezen , fchoon de Kapelle van overlang verdweenen is. De Woudlieden , door den roem zyner Heiligheid bewoogen, be. fchonken hem daartoe met zeer veele lande, ryen en veenen in deezen hoek. In den jaare 1231 , woonde hier een vroom Kluizenaar, Dodo genaamd. In laater tyd hebben deeze Veenen, eerst aan de Familie van Aylva, en daarna aan die van Burmania toebehoord; doch voor eenige jaaren zyn zy, door koop, in eigendom gekomen aan eenige Friesfche en Groninger Heeren, die dezelve in Maatfchappy bezitten , en hier omftreeks jaarlyks eene groote menigte turf doen graaven. Sigerswolde bevat 18 ftemmende plaatfen 6. DUURSWOLDE, een klein Dorp, ten Zuiden van 't voorige, tusfchen Winieterp en Oostftellingwerf, had voor deezen eene kerk zonder kloktoren, gefticht ter eere van St. Jan ; doch thans een Kerkje met een fpits torentje en eene zeer groote uitgeftrektheid van woeste veenige heidvelden, dienende inzonderheid tot Schaapweideryen. Men telt.hier 14 ftemmen: ook behooren onder dit Dorpje, 't welk eene vaart heeft, komende uit de groote Bakkaveenfter vaart, eenige poeltjes van naame, als het Mans meer, de Vyf meeren, Paalemeer, Moddermeer enz. gelyk ook de Molenbuurt. Ten Noorden van denHeerenweg had men hier, geduurende den Spaanfchen Oor-  van FRIESLAND. 575 Oorlog , fteeds eene bezetcing tot weering van de itrooperyen der vyanden. 7. WYNIETERP, een vermaaklyk Dorp, ten Westen van't voorgaande, en dus ten Zuiden van Ureterp. Men vond hier voor deezen eene Parochie Kerk met een' aanzienlyken kloktoren, welke in een fpits to* rentje is veranderd, ten Zuiden van den rydweg ; doch geene aaneengefchakelde buurt, maar wel veele huizen, op eene aangenaame wyze in 't geboomte verfpreid: door de landeryen loopt de Leidyk naar het Paalemeer, om te dienen tot eene waterkeering tegen de nabuurige hooge veenen in 't Zuiden. De landeryen van dit Dorp zyn gedeeltelyk fchoone bouwlanden , .en voorts dorre hooge veenen. Onder dit Dorp, het welk 44 ftemmen heeft, behooren de buurtjes Sparjebird en Opperbuurte; zynde hier ook weleer eene Kapelle geweest, gcwyd aan St. Bonifacius , die ftond, in het Zuiden, op de hooge veenen. 8. HEMRIK, een Dorp met eene Kerk zonder toren, eertyds toegewyd aan St. Andries , is gelegen op dezelfde ftreek , ten Westen van 't voorige. - Hetzelve heeft 18 ftemmen, en Noordwaards weidlanden, doch Zuidwaards bouwlanden en hoog veen. 9. LIPPENHUIZEN, of Kobunder ■ huizen: hier is ook eene Kerk zonder toren, doch eene dubbele buurt huizen aan den ryd> weg* De Noordelyke. landen , waar eertyds de Kerk geftaan heeft, loopen tot aan 't Konings Diept, en zyn gedeeltelyk bouwlanden, gelyk ook de Zuidelyke, dewyl het Veen onder dit Dorp vergraaven is; doch ten Wes# O 0 2 tsn Zeven* wovdeN,  Zevenwouden. 57Ö Tegenwoordige Staat ten vindt men daar ook goed Weidland op de zogenaamde Lippenhuister Gemeene Heide, waar door weleer de oude Schipfloot naar den Rogmolen plag te loopen. In 't Zuiden, over de nieuwe Smilder vaart, is 't alles hoog veen geweest, tot aan de Rooigreppel tusfchen de Opfterlandfche en Schooterlandfche Veenen. Tusfchen Beetfterzwaag en dit Dorp ligt over 't Konings Diept de Lippenhuister brug. 10. TER WISPEL, een zeer vruchtbaar Dorp, ten Noordwesten van 't voorige, heefc eene Kerk , ftaande ten Noorden van den rydweg, en Noordwaards fchoone weidlanden , de Wispeler Vennen genaamd , benevens zeer uitgebreide hooilanden naar 't Westen. Ten Zuiden der Kerk , die in een Polder van vergraaven land, tusfchen de wegen gebouwd is, heeft men hoog vruchtbaar bouwland , benevens de buurtjes Westerend en Trimbeets, en daarenboven in 't Westen , niet verre van een groot veld vergraaven Onland, het buurtje de Klieze; terwyl men in 't geheele Dorp 40 ftemmen telt. tü KORTE ZWAAG, een Dorp, ten Zuidwesten van 't voorige, heefc eene Kerk zonder toren, ftaande omtrent 200 roeden Bezuiden den rydweg naar 't Heerenveen; doch een aanmerkelyk getal huizen , die aan den rydweg en aan 't voetpad naar Lange Zwaag , niet onvermaaklyk in 't geboomte liggen, en zich Westwaards uitftrekken over de Jonkers Sloot, alwaar wylen de Heer Sytfe van Dekema zyne woonplaats plag te hebben, ongetwyffeld om 'c belang, dat hy had by de turf-  van FRIESLAND. 577 turfgraavery , des te beter in acht te konnen neemen; terwyl dezelve zich Oostwaards uittrekken tot over de Gorredykfter Sloot. De turfgraavery is hier veele jaaren zeer in bloei geweest, en aan dezelve zyn de twee gemelde Vaarten of Slooten haaren oorfprong verfchuldigd , gelyk ook het aanzienlyke en aangenaame Vlek De GORREDYK, Goeredyk of Gordyk , hetwelk eigenlyk niets anders is dan eene Uitbuurt van Korte Zwaag. Naar dit Vlek loopt uit den Boornvloed eene ruime vaart , die , verder doorloopende , Noordwaards en Zuidwaards veele Wyken uitgeeft naar de nabuurige Veenen. Ten Westen van 't zelve vindt men de Korte Zwaagfter Leyen, en ten Noordwesten de Korte Zwaagfter Vennen. Het Vlek is omringd met eene graft, die eenigzins naar de wyze van eene verfchansfing is gegraaven , en voormaals, buiten twyffel, behoord heeft tot de verfterking, rondom dit Vlek aangelegd , in den jaare 1672 , tegen den inval der Munfterfchen. De meeste huizen van dit Vlek zyn gebouwd in de gedaante eener dubbele Kruisbuurt, welker eene ftreek , ter wederzyden der vaart geplaatst, in 't midden recht hoekig gefneeden wordt door de tweede, die aan den rydweg gebouwd is, en met eene brug over de gemelde vaart loopt. In dit Vlek, thans ruim tweehonderd jaaren oud, werden reeds voor eenige jaaren, ruim duizend Inwooners gevonden, wier getal, na dien tyd, niet verminderd maar veeleer vermeerderd is. Tweemaal in 't jaar wordt hier eene jaarOo 3 markt Zeven, wouden.  578 Tegenwoordige Staat Zevenwouden. markt gehouden, en eens ter weeke eene weekmarkt, te weeten des Woensdags, wanneer hier veel handel in Rogge, Boekweit enz. gedreeven wordt; hebbende deeze handel hier niet weinig toe genomen, na dat, in't jaar 1758, een nieuwe brug over de Kompagnons vaart, endaar overeen rydweg van 't Heerenveen her waards was aangelegd. Waar op niet alleen de handel met die van Schooterland en Stellingwerf Oosteinde, maar ook met de Inwooners van Drenthe zeer in bloei heeft toegenomen ; zullende dezelve waarfchynlyk nog merkelyk aangroeien, wanneer eens de vaart, van hier naar de Smüde en verder door Drenthe , zal zyn in order gebragt. De naam des Vleks is ongetwyffeld famengefield uit Goor, of gor, en dyk, hebbende het eerfle oudtyds eene moerasiige plaats betekend (f) , gelyk zelfs de meeste hooge veenen waren, eer men het daar op flilllaande water , door bekwaame vaarten en greppels, had afgeleid: hier om worden de landen, ten Zuidoosten van 't Dorp gelegen, die nu al voor lang, door afveeninge, in fchoone Weid- en Korenlanden veranderd zyn, nog heden 't Gorveen genaamd; gelyk ook de vaart naar buiten den naam van Gorfloot draagt op de oude Kaarten. GeCI) Dit komt wel overeen met de betekenis, die Kiiiaan aan dit woord geeft, wanneer hy het door limus, lutum en canum vertaalt ; het dagelykfch gebruik, waar in dit woord, althans in Friesland, gebezigd wordt, ftrydtdaarzo weinig tegen, dat het veel eer ter bevestiginge daarvan diene; zynde, by voorbeeld, goore Melk, de zulke die haare eerfle zoetigheid verlooren heeft, en reeds eene drabbige gedaante aanneemt ; waarom men ook gewoon is, van iets dat geen gunftig aanzien heeft, te zeggen: dat ziet 'er goor .uit.  van FRIESLAND. 579 Gelyk het Heerenveen zyne opkomst verfchuldigd is aan de Heeren Kompagnons van Schooterland, alzo zyn de Heeren Kompagnons van Opfterland de eerfte aanleggers van de Gorredyk te noemen; wordende hier nog tegenwoordig zeer veel turf in den omtrek gegraaven , die, door Oudeboorn, meerendeels naar de Lemmer en voorts naar Holland, Utrecht enz. wordt vervoerd. Weleer was de Gemeente deezes Vleks vereenigd met die van Korte Zwaag; doch in 1683, na dat 'er byna ao jaaren lang in eene Schuur , daar toe eenigzins bekwaam gemaakt, was gepredikt , werd hier eene nieuwe Kerk gefticht, op den grond, daartoe door de Heeren Kompagnons gefchonken, onder opzigt van den toenmaaligen Grietman Martinus van Fokkens en verdere Gekommitteerden. In 1698, werd den Ingezetenen , door 's Lands Staaten, vryheid gegeeven om een eigen Predikant te mogen beroepen , met toezegginge van een jaarlyks inkomen van 100 Dukatons uit 's Lands kas ; 't welk naderhand tot het gewoone Predikants Traktement, eerst van 450 en vervolgens van 500 Guld. is verhoogd. Dan de Kerk, door aanwas van 't getal der Inwooneren, by verloop van tyd, te klein bevonden wordende, verhoogde men de oude kap in 1735 vyf voeten , en vermeerderde dezelve met een nieuw Zydgebouw ; terwyl midlerwyl de Kerkdienst deezer Gemeente zo lang te Kortezwaag waargenomen werd. Onder Kortez waag behooren 2.1 ftemmen; doch dc O o 4 Gorredyl Zevenwouden.  580 Tegenwoordige Staat Zfvlnwouden. Gorredyk heeft geene ftemmen , als zynde gebouwd na dien tyd , op welken 't recht van ftemmen voor ieder Dorp is bepaald. 12. LANGE ZWAAG: dit Dorp bevat eene goede uitgebreidheid van landeryen , doch weinig huizen by de kerk, maar eene fraaie buurt van verfpreide huizen, in 't geboomte een weinig Zuidelyker. De Noordelyke landen zyn fchoone Weid - en Mied» landen, en de Zuidelyke bouwlanden. Op de grenzen van iEngwirden, ter plaatfe daar 't hooge veen vergraaven is, ligt onder dit Dorp de fchoone buurt Groot Wyngaarden aan 'c voetpad , welk uit de Veenen van ./Engwirden , door de Zwaagen, naar de Gorredyk loopt. Dit Dorp heeft 45 ftemmen. 13. LUXWOLDE, een klein Dorp» je, waar onder maar tien ftemmende plaatfen behooren , ligt ook op de grenzen van iEngwirden , niet verre van Gerfloot , waar onder dit Dorpje in 't Geestelyke behoort. De landen, die tot dit Dorp behooren , loopen voorby Gerfloot in een punt ten einde, op de kaart bekend onder den naam van LuxterHorn, en over dezelve loopt, van den Veenfter rydweg, een hooiweg naar Luk. ter Tinie. In deeze Grieteny wordt het ^Gerecht gehouden des Donderdags te Beetfterzwaag; zynde thans Grietman de H. W. Geb. Heer Jr. Reinhard Baron van Lynden, en Sekretaris Benediktus van Teyens. Voor het jaar 1633 vondt men in deeze Grieteny maar drie Predikanten ; doch door het  van FRIESLAND. 581 het fplisfen der Gemeenten, en de nieuw opgerechte Gemeente van de Gorredyk, is dat getal tot zes toe aangegroeid , welke deeze volgende Gemeenten bedienen. 1. Beetfterzwaag, Beets en Olterterp. a. Ureterp en Sigerswolde. 3. Lippenhuizen, Hemrik en Ter Wispel. 4. Korte - en Lange- Zwaag. 5. Wynieterp en Duurswolde. 6. Gorredyk. De eenige Gemeente der Doopsgezinden in deeze Grieteny is die van de Gorredyk en Lippenhuizen ; wordende hier geene Roomsen Katholyke Gemeente gevonden. Oo 5 IX. Stel- Zevenwouden.  582 Tegenwoordige Staat Zeven- ' WOUDEN. IX. Stellingwerf Oosteinde. Onder de zeven Zeelanden, waarin Friesland oudtyds verdeeld werd, belfond het vierde uit Stellingwerf, Schooterwerf, Kuinerzyl, Giethoorn , Vollenhove , Steenwyk en Drenthe (f) ; doch het geld en de wapenen hebben alle deeze plaatfen, op de twee eerfle na, aan den Bisfchop van Utrecht en Overysfel onderworpen; hebbende die van Stellingwerf, eertyds Stallingweer genaamd, en die van Schooterwerf, doch inzonderheid de eerften , de Friefche Vryheid, door hunne dapperheid en 'c geluk der wapenen, bewaard. Die van Stellingwerf werden eertyds berecht door drie Stellingen of Rechtbanken , welke alle jaaren veranderden, en vervielen op plaatfen daartoe gerechtigd. De Hertogen van Saxen hebben deeze Stellingen in eene vaste Regeering of Rechterftoel van Grietman cn Mederechters , veranderd : en evenwel is de naam van Stelling daar nog hedendaags in gebruik; wordende die geenen , welke elders den naam van Dorprechters draagen , hier Stellingen genaamd. De eerfte dier Grietmannen was Lambert Piersz., welke opgevolgd werd doorLykle Ebelesz. Lyklama. Het wapen van Stellingwerf was een gevleugeld viervoetig dier van een zeldzaam maakfel, met een' langen flaart op den rug overgeboogen en gekruld met twee ringen van Letteren, in welker binnenlte men las : Juste judicate filii hominum ! terwyl in den uiterflen geleezen wierd: Sigillum univer- fitatis (t) I D. bl. 47.  van FRIESLAND. 583 fitatis terra Stellingewar. Ten tyde der ' Bourgondifche overheerfchinge is Stellingwerf in twee Grietenyen verdeeld, en toen eerst de Zevenwouden toegevoegd; doch 111 het wapen der beide Grietenyen is geene andere verandering gemaakt, dan dat het gemelde dier in 't Wapen van Oostftellingwerf naar den rechter kant, en in dat van VVestftellingwerf naar den linkerkant ziet. STELLINGWERF OOSTEINDE, heeft de negende ftem onder de Grietenyen van de Zevenwouden , en grenst, ten Oosten en Zuiden, met eene fcheidgreppel^ meerendeels in 1733 gegraaven, en voltooid in 1737, aan Drenthe; ten Noorden aan Opfterland, en ten Westen aan Stellingwerf Westeinde , meerendeels door eene op de Kaart aangeweezen fcheidlinie. . . In deeze Grieteny vindt men zeer^ weinig water, uitgezonderd de Rivier de Kuinder, die hier in de hooge veenen haaren oorfprong neemt, met drie onderfcheiden Hoofdtakken. De Noordelykfte naamelyk komt voort niet verre van de Drentfche grenzen, en loopt ten Zuiden van Haule en Donkerbroek, alwaar hy reeds den naam van Kuinder draagt. Hier by voegt zich de middelfte, die, riet verre van Vochtele ontfpruitende , Noordwaards aanloopt, en zich, voorby Oosterwolde Westwaards loopende , onder den naam van _ 't Groot Diept , met den voorigen vereenigt. De derde Bronader eindelyk , het Klein Diept genaamd, ook uit de Appelfcher Veenen voort komende, heeft men Westclyker, zo ten ÏEVEN- voudüh; Stelling, werf Oostein* de.  Zevenwouden. 584 Tegenwoordige Staat ten opzigte van den oorfprong als der vereeniginge met de Hoofdbron. Nog ontfpruic uit deeze Grieteny de Rivier de Linde, by Tronde , eene buurt van Elfelo , met een klein beginfel, 't welk al doorgaans droog is. De rydwegen zyn in deeze Grieteny zeer menigvuldig , 't welk eenigzins dient om "t gebrek der vaarten te vergoeden. De Noordelykfte Hoofdweg komt van Hornfterzwaag uit Schooterland, en loopt, over Donkerbroek en Haule, naar Drenthe. De beide middelde komen uit Westftellingwerf van ter Idzerd en Nye Holcpade , loopende byna evenwydig, de eene op Oude Berkoop, Nye Berkoop en Mak kinga , en de andere op Oosterwolde. De Zuidelykfte komt eindelyk uit die zelfde Grieteny en loopt naar Elslo en Appelfche. Voorts loopt'er nog een rydweg, Zuidwaards van Donkerbroek, naar Makkinga, en een andere, wat Oostelyker, uit den voornoemden Hoofdrydweg, naar Oosterwolde ; welke wegen , na eene menigte van kronkelende Zydtakken uitgegeeven te hebben , met drie derzelven, recht Zuidwaards aan, in Drenthe loopen. De Grieteny van Oostftellingwerf beftaat, ten grooten deele, uit een' hoogen en zandigen grond, die rondom de Dorpen aangelegd is zo tot bouw - enweidlanden, als ook tot aangenaame plantagien; doch een groot deel der Grieteny beftaat nog in onvergraaven hoog veen , en bevat dus eenen fchat, die in vervolg van tyd van zeer groote waarde zal worden. In 't Zuidoostelykfte gedeelte der Grieteny vindt men  van FRIESLAND. 585 men eene harde zandige Heide niet Zandduinen, die, fchoon niet zeer hoog, nogthans, by het landvolk , al dikwyls de Appetfcher Zandbergen genaamd worden, naar het Dorp waartoe dezelve behooren. Wegens gebrek aan water vindt men hier weinig Riviervisch; doch daar voor heeft men hier een fchoonen overvloed van allerlei gevogelte en wild ; 't welk den liefhebberen fchoone gelegenheid geeft om zich hier met de Jagt te vermaaken. Oostftellingwerf beftaat uit tien Dorpen, die eikanderen in deeze order volgen. 1. OLDE-ofOUDE BERKOOP, een groot Dorp in het Westen der Grieteny, gelegen aan den Noordelykften rydweg, welke uit Westftellingwerf komt, en de Bovenweg genaamd wordt, terwyl de Zuidelyke de Buitenweg wordt geheeten. De Kerk deezes Dorps heeft een' toren , die Domswyze gebouwd is , en , naar veeier voorgeeven, nu ver over de 400 jaaren oud zou zyn. By de Kerk heeft men eene fraaie buurt, met een groen plein in het midden, waarop de fchoone en ruime huizing van de Familie van Hubbe ling een aangenaam uitzigt heeft. Voor deezen had men hier, tèn Zuidoosten van d« Kerkbuurt, een fraai gebouw, Lyklama Stïn; genaamd , 't welk uit het water was op getrokken , doch 't welk de Munfterfchen in 1673, door middel van buskruid, in de lucb deeden fpringen; niet verre ten Oosten var daar, en ook Bezuiden den Bovenweg , lig het buurtje Deddinga buuren; en nog verde Zuidwaards, aan de Linde, het Schansje Bekhol Twe Zevenwouden. * 1 f  5%6 Tegenwoordige Staat Zevenwouden, Twee fchoone Jaarmarkten worden hier ge» houden, welker eerile invalt op den Vrydag voor Pinkfter, en de laatfte op den 26 August, Ook is het Dorp voorzien van een' Korenmo. len, llaande aan het einde van de Bruggelaan; die van de buurt Noordwestwaards gaat naar de Kuinder, waar over eene brug ligc , mee een Tolhek daarby, om dus de gemeenfchap tusfchen dit Dorp en Oude en Nieuwe Horne in Schooterland te bevorderen. Voorts zyn de Noordelykfte landen aan de Kuinder laage hooien Weidlandenterwyl de Zuidelyke, die zich tot aan de Linde uitftrekken, eerst uit Bouwlanden en voorts uit Heidveld en Veen beftaan. Men telt hier 50 ftemmen. 2. NIEUWE- of NYE BERKOOP, ten Oosten van 't voorige Dorp, is tusfchen de beide voornoemde rydwegen gelegen. Het Kerkje is hier zonder toren. De gelegenheid van dit Dorp tusfchen de Kuinder en Linde is gelyk aan die van 't voorige, en de grond van denzelf • den aard; doch men 'vindt 'er minder Weid en Hooiland, en niet meer dan 21 ftemmen. 3. MAKKINGA: dit Dorp is, wat de buurt aangaat, een van de voornaamften der Grieteny; doch de Kerk is zonder toren. Tot lieraad deezer buurt dient wel inzonderheid, het huis, hier voor deezen door die van Lyklama zeer fraai opgebouwd, en nu behoorende aan den tegenwoordigen Heere Grietman. De Kerkbuurt, omtrent even als Oude Berkoop, een groen plein in het midden hebbende, ligt aan den voornoemden Boven weg, en tusfchen de beide wegen de Middelbuurén , daar voorheen ook eene aanzienlyke plaats van Lyk.'ama plag te zyn. Ten Zuidwesten van de Kerkbuurt heeft  van FRIESLAND. 587 beeft men een' Korenmolen, en digt daar by i het buurtje Twytel, niet verre van de Kuinder,' die dit Dorp fcheidt van Donkerbroek en Hornfterzvvaag; zynde de landeryen naar dien kant laag , doch 't meerendeel, Zuidwaards, zeer hoog en veenig. Makkinga heeft 34 ftemmen. 4. DONKERBROEK, een maaug Dorp, in 'c Noorden der Grieteny aan den rydweg uit Schooterland. De Kerk is hier ook zonder toren , doch zeer vermaaklyk aan den rydweg gebouwd in 't geboomte, waar by zich eene uitgeftrekte buurt van verfpreide huizen vertoont. De Noordelykfte hoog veenige landen loopen tot aan Opfterland; liggende, onder anderen, op dit Heidveld, de Schans Breeberg aan den weg, die van Duurswolde herwaards loopt. Onder Donkerbroek behooren 43 ftemmen. 5. HAULE, het Noordoostelykfte Dorp der Grieteny, ligt ten Oosten van '5 voorige, en ftuk tegen de Drentfche grenzen. De Kerk van dit Dorp ftaat ten Zuiden van den rydweg, die van Donkerbroek hier door naar Drenthe gaat. De huizen liggen meest ten Westen der Kerk, en aan beide zyden van dien weg, in 't geboomte op de bouwlanden. Voorts heeft dit Dorp, in 't Noorden , eene zeer groote uitgeftrektheid van heidvelden en hoog veen, in 'c welk ook eenige poelen zyn, als de Sreenpoel, 't Zwarte Water enz. Men telt hier 20 ftemmen. 6. OOSTERWOLDE, 't grootfte en rykfie Dorp der Grieteny, waar "onder 57 ftem. Zevenwouden.  Zevenwouden. 588 Tegenwoordige Staat ftemmen behooren, ligt, byna als een eiland, tusfchen de Kuinder en het Groot en Klein Diept beflooten. De voorige Kerk des Dorps, door ouderdom bouwvallig geworden zynde, werd in den jaare 1735 afgebroken, en herbouwd, en toen voorzien met een torentje, dat op de voorige niet was geweest. By de Kerk vindt men eene dubbele buurt, en daarenboven in den omtrek veele huizen van naam , ten blyke, dat hier weleer veele vermogende en aanzienlyke familien hebben gewoond : als Praudinga, Nanninga, Steeginga , Rikkinga , Jardinga , Lohuis , Schrapinga , Weperen , Knolle , de Poel, de Pol, Klaiinga, Sikkinga, Mathuizen, Veenekoten, Boekhorst, Ter Hoore, de Kampen, Buttinga, Hoog en Laag Duurswolde. Ook heeft men hier van ouds her twee Windkorenmolens gehad , bekend by den naam van Ooster- en Veene Molen: en behalven de bosfchagicn en bouwlanden , omtrent de huizingen en wegen, zyn hier veele fchoone weidlanden , inzonderheid langs en omtrent de gemelde diepten en ftroo. men, als de Noorder - en boven al de Oosterwolder Kampen, en andere meer. 7. VOCHTELE, 't Oostelykfte Dorp der Grieteny, ligt aan de hooge Veenen, waar tegen een Dyk, de Leydyk genaamd, is gemaakt, om het afloopende water te keeren, dewyl hetzelve anders, vooral in den Winter , niet alleen de Bouwakkers, maar ook 'c geheele Dorp zou overftroomen. In 't Noorden, niet verre van de Kerk, is eene waterlosfing , de Vogelryd genaamd, welke uit  van FRIESLAND. 580 uit de Veenen fpruitende, tegen den Leidyk fluit; doch van daar onder den grond doorloopende, een half kwartier uur gaans verder weder te voorfchyn komt, en zich eerst in 'c Groot Diept en daar mede in de Kuinder ontlast. Onder Vochtele behooren 14 ftemmende plaatfen. 8. APPELSCHE: die Dorp is 't Zuidelykfte der Grieteny , en heeft eene kerk met een' ftornpen toren; doch daar by ziet men weinig huizen. Ter Wisga ligt niet verre van daar , en maakt met nog drie huizen een buurtje. Eertyds was hier eene Burgt, die halsrecht voerde; eene tweede buurtfehap van 15 of 16 huizen , ten Zuidoosten der voorige, draagt den naam van /Ekinga, en eene derde ten Oosten van deeze , 10 of 12 hui. zen bevattende, wordt Hoog Appelfche genaamd; doch behalven deeze buurtjes vindt men, ten Noordoosten van het laastgemelde, in het geboomte, nog een huis , draagende den naam van Hoogeveen. In 't geheel telt men hier 30 ftemdraagende plaatfen. In 't Westen van dit Dorp ftond weleer een Klooster van de Premonftreit Orde, 's Werelds Licht genaamd, 't welk, voor veele jaaren, naar de Kleylanden, of, zo als anderen willen, naar de Ommelanden is verplaatst, en den Kruisbroederen ingeruimd; eenige overblyffelenvan'tzelve, waren 'er, niet lang geleeden , nog voor handen. Onder dit Dor p behooren, als reeds bov en gezegd is, eene menigte Zandduinen, anderszins in Friesland onbekend, in welke veele Konynen plag- III. peel. Pp ten z VNWOUDEN.  59© Tegenwoordige Staat Zevenwoudeh. ten te woonen; voorts beftaat een groot gedeelte van den omtrek deezes Dorps uit eene harde Zandige Heide, in welke nogthans, naby Wateren in Drenthe, een fchoon ftuk weidland ligt, de Broek genaamd. 9 LAN GED YK, een klein Dorpje aan den rydweg van Makkinga naar Appelfche, waar onder maar 12 ftemmen behooren; 't Kerkje zonder toren ftaat ten Westen van dien rydweg, en verder Zuidwaards vindt men eesoige boeren huizen, in 't geboomte aan de Bouwlanden , loopende tot digt aan Appel»; fcbe. 10. E L S L O, in 't West van Appelfche en ten Zuiden van Makkinga» grenst aan Drenthe en Westftellingwerf. De Kerk ftaat hier tusfchen twee rydwegen, die ter wederzyden van dezelve doorloopen en met huizen bebouwd zyn. Onder dit Dorp liggen eenige buurtjes en plaatfen, van naam; als vry verre in 't Noorden Tronde, op eene hoogte in 't geboomte en in de Bouwlanden gelegen, alwaar de Linde haaren oorfprong neemt, en daar by Tronderhaar , een heuvel, die tot Bouwland dient. In 't Zuidwest ligt het buurtje Zuidhorn ; ook vond men hier eertyds, de Stamhuizen van Frankena en Porcinga. Onder Elslo behooren 30" ftemmen. In deeze Grieteny wordt het Recht des 's Dingsdags gehoudpn te Makkinga; zynde thans Grietman de Heer en Mr. Nikolaus' Arnoldi Knock, en Sekretaris Andries van Riefen. De tien Dorpen deezer Grieteny bevatten vier  van FRIESLAND. 59» vier Hervormde Gemeenten, welke zyn I. Olde Berkoop en Nye Berkoop. 2. Makkin. ga , Elslo en Langedyk. 3. Oosterwolde, Vochtele en Appelfche. 4. Donkerbroek en Haule. Doopsgezinde of Roomsch-Katholyke Ge» meenten vindt men in deeze Grieteny geene. Pp » X. Stek ZEVENWOUD^  5*9 a Tegenwoordige Staat Zevfk- woude». StellingwerfWesteiade. X. Stellingwerf Westeinde JL-/e tiende en ter Staats vergaderinge laatst ftemmende Grieteny der Zevenwouden is STELLINGWERF WESTEINÜE, of Westftellingwerf, niet tegenftaande dezelve de grootfte is in 't getal der ftemmende Dorpen, en de vermogendfte van het geheele kwartier gerekend wordt. Deeze Grieteny grenst ten Noorden en Oosten aan Schooterland en Oostftellingwerf,* ten Zuiden aan Drenthe en Overysfel , ten deele met eene fcheidlinie en voorts met de Rivier de Linde; en eindelyk ten Westen wederom aan Schooterlands Uiterdyken ; zynde de Kuinder de natuurlyke grensfcheiding tusfchen deeze Grieteny en die van Schooterland. Behalven de Kuinder, die langs de grenzen vloeit tot aan Slykenburg, heeft men in deeze Grieteny de Linde , die, in Oostftellingwerf gebooren , en midden door deeze Grieteny heenvloeiende, dezelve in tweeën fcheidt tot aan het Oude Veer onder Oudetryne ; doch voorts de grensfcheiding tusfchen deeze Grieteny en Overysfel uitmaakt. Tusfchen de Kuinder en de Linde loopt ook nog een wa. tertje de Scheen genaamd , 't welk zich by Spangen met de Padfloot vereenigt , en daar mede vervolgens, door de Spanger Wateringe, in de Linde valt. Ook hebben de meeste Westelyke Dorpen hunne vaarten uit de Kuinder, die, door middel van het Tjeuke Meer, gemeenfchap hebben met de wateren van Doniawerftal enz.  van FRIESLAND. 593 enz. en teffens tot Wyken voor de Turfgraaveryen dienen. Dergelyke vaarten loopen 'er ook van Finkega en Noordwolde naar de Drentfche grenzen in de hooge veenen, vooral naar de Wyk van de Vierde Parten, en deeze hebben gemeenfchap met de Linde, door middel van de Noordwolder en Steggerder Slooten. Door deeze Grieteny loopt de gewoone rydweg der Provincie naar Overysfel en Gelderland, van de Schooterbrug door Olde- en Nye Holtwolde, Wolvega , en Peperga op de Steenwyker heide. Desgelyks kan men uit iEngwirden en Opfterland ook door Schooterland , over Olde Berkoop en Boyl, ryden naar Drenthe. Voorts loopen de zogenaamde Boven en Buiten weg van Olde Berkoop Westwaards door deeze Grieteny tot aan Scnerpenzeel en Spangen ; terwyl 'er door 't Zuidwestelyke deel der Grieteny een rydweg loopt, genoegzaam evenwydig met den voorigen, van Boyl naar Blesdyk, en dus verder naar de Oldemarkt in Overysfel ; om nu van geene by wegen en laanen van minder belang te fpreeken. Deeze Grieteny is wel zes of zeven uuren gaans lang, en twee of drie uuren breed, 't Westelyke gedeelte beftaat ten grooten deele in laage weid - en hooilanden, meestal van een' veenigen aard, vooral in 't Noorden der voornaame Dorpen tot aan Oost - Stellingwerf; doch verder Zuidwaards vindt men veele hooge zandige landen, en aan de Linde wederom veele laage weid - en hooilanden , waarvan fommige , naast aan de Linde gelegen, zeer goede turf uitleveren. Ook ziet pp 3 men Zeven. iVOUDEN.  594 Tegenwoordige Staat ZeVEïf- WOVD1S. men in den omtrek der Dorpen, de Westelyke en Noordwestelyke uitgezonderd, veele boschagien , die, gelyk in Opfterland en Oost-Stellingwerf, rykelyk met allerlei wild en gevogelte voorzien zyn. De Linde deelt deeze Grieteny in twee ongelyke deelen, door de Zuidelyke Dorpen van de Noordelyke te fcheiden; zynde veertien ten Noorden, en dus maar zes, de Stroomkant genaamd , ten Zuiden der Linde gelegen. By Slykenburg, in den Kuinder ftroom gevallen zynde, verliest de Linde haaren naam ,en vloeit, in vereenigïnge met gemelden ftroom, naar het Vlek Kuinder in Overysfel. Die Vlek behoorde eertyds met zyne omliggende landen, onder den naam van Graaffchap, aan Friesland, gelyk ook de Friesfche Broek; zynde eene ftreek lands ten Zuiden van de Linde, en loopende van Blesdyk naar de Kuinder; doch het eene en andere werd, door den Bisfchop van Utrecht, tegen het gemaakte Verdrag met die van Stellingwerf, op eene onrechtmaatige wyze, onder Overysfel getrokken, en daar mede is het nog hedendaags verbonden. De twintig Dorpen, die de Grieteny van Stellingwerf West Einde uitmaaken , volgen elkander dus in order. i. B O Y L, of Beuil, in 't Zuidoosten der Grieteny naast aan Oostftellingwerfgelegen, ftrekt zich Noordwaards uit tot aan de landen van Olde enNye Berkoop, en Oostwaards tot aan die van Elslo ; dit Dorp heeft een Kerkje zonder toren aan den rydweg naar Dieveren ; zynde de huizen ter wederzyden in 't geboomte verfpreid. In  vtm FRIESLAND. 595 In \ Noorden en Noordoosten behooren hier \ onder de buurtjes Boekholt en Rysberkamp, in welk laatfte een Korenmolen plag te ftaan. Men telt hier qo ftemmende plaatfen. o NOORD WOLDE, een groot uorp van 61 ftemmen. Weleer was dit Dorp, wegens defterke turfgraavery, zeer in bioei, waarom 'er van jaar tot jaar nieuwe huizen werden aan gebouwd,- doch thans begint het veen fterk te verminderen, en dus de bloei van tDorp af te neemen. Om de turf van h:er te vervoeren, heeft men, voor deezen , met groote kosten, door hoog land , hier eene Vaart of Schipfloot gegraaven, die de Noordwolder Sloot genaamd wordt, en, met meer dan een Verlaarf voorzien, in 't Zuiden van Nyeholtpade uitkomt in de Linde die daar vaarbaar is, en ook gehouden wordt, door middel van een Verlaat, op de hoogte van Oldeholtpade. De Kerk deezes Dorps heeft geenen toren, en ftaat aan den algemeen en rydweg , m t geboomte. Wat Westelyker heeft men eene fraaie buurt op den wal van gemelde Sloot , over welke eene Valbrug ligt, en waarby ook een Veenheerenhuis gebouwd is. Een weinig Noor- , delyker heeft men eenige huizen in een vermaaklyk boschfchagie, insgelyks door de Eigenaars der Veenen gebouwd. Wat Westelyker ligt deMolenbuuren, en vry verre ten Noordoosten op de Heide de buurt Zandhuizen. Dit Dorp beeft een' Korenmolen ftaande bewesten de voornaamebuurt, ten Zuiden van den rydweg. o FINKEGA : dit Dorp ligt ten Westen van 't voorige aan denzelfden rydweg, die wegens het geboomte en de bouwlanden ter Pp 4 we' VOUDaK.  Zevenwouden i I 1 I 59 Tegenwoordige Staat wederzyden niet min vermaaklyk dan de voor• gaande is. De turf, die hier gegraaven wordt, kan door de Finkegaster Sloot, die uit dé JNoordwolder Moot naar de Veenen gegraaven is , en door de Opfplyting en andere Wyken, gemetenfcbap met de Vierde Parten heeft, naar de Linde worden afgevoerd. Weleer zag men hier by de Kerk een fpitfen toren van een byzonder endoorlugtig maakfel; doch die, bouwvallig.geworden zynde, in ,754 is weggebroken. •L>e Kerk ftaat aan den zogenaamden Kerkweg, die zich m 't Oosten des Dorps van den alge! meenen weg affcheidt, en Westwaards aan. loopt naar de Blesfe, daar dezelve in den Steenwyker weg eindigt. Ook zyn hier de turfgraa. veryen zeer aan 't afneemen. Onder dit Dorp, t welk 23 ftemmen heeft, behooren de buurtjes Wester-Hoeve en Ooster - Hoeve , nu t verre van de Linde. Van dit Dorp loopt een rydweg door de landen naar Oldeholtpade, door een Wad in de Linde; doch deeze weg wordt federt lang niet meer gebruikt. 4.(SÏ£GGERDEN, ook ten Westen van t voorige aan denzelfden vermaaklyken rydweg, heeft ten Zuiden goede bouwlanden , en ren [Noorden naar de Linde toe, eersr! eenige bouw - en weidlanden, en vervolgens, naby gemelden ftroom, hooilanden. De Kerk zonder toren, ftaat een weing ten Noorden vry eenzaam . en ten Wesren van dezelve loopt uit de Linde de Steggerder Sloot naar de Veenen ; doch dewyl hier geen turf van eenig belang meer gegraaven wordt, is deeze Sloot ook niet meer vaarbaar. Steggerder buuren , waar-  van FRIESLAND. 597 waardoor de gemelde Kerkweg loopt, ligt aan deeze Sloot, vermaaklyk in 't geboomte ; vindende men nog eene andere buurt, de Overbuuren genaamd, ten Zuiden van den Buitenweg, insgelyks in 't geboomte. Voor deezen had dit Dorp een' Korenmolen , die reeds voor veele jaaren is weggebroken. Onder dit Dorp telt men 50 ftemdraagende plaatftn en Hornlegers. 5. PËPERGA, insgelyks aan den gemelden Kerkweg, ten Westen van't voorige. De Kerk heeft "hkr een welgebouwden kloktoren, en ftaat aan den Zuidkant van den rydweg,- terwyl men de huizen aan den Noordkant in 't geboomte vindt. Aan den Steenwyker weg ligt ee'ne dij te buurt de B!esfe, die haaren naam ontleent van een watertje, 'c welk onder dj n naam herwaards uit de Linde loopt, en dit Dorp fcheidt van t nabuurige Blesdyk. Ter plaatfe, daar dit watertje uit de Linde komt, ligt over die rivier eene brug ten dienfte van den algemeenen rydweg uit en naar Overysfel. In 'tjaar 1672 lag hier omtrent, aan den IN'oordkant , na *t Onverwacht overgaan van Overysfel, met eenige Kompagnien gekampeerd de Luitenant Generaal van Aylva, in wiens gezicht zeker Fransch Marquis zich verftoutte, over deeze brug te ryden, 't welk de Friesfche Generaal zo euvel nam, dat hy denzelven tegen reed, en met een pistoolfchoot uit den zadel ligtte. De landen van dit Dorp, het welk 20 ftemmen heeft, zyn tegen 't overvloeien der Linde bedykt; terwyl deeze ftroom, hooger Noordoostwaards op, ten Zuiden van Pp 5 02v Zn VEN- ' WOUDEN. I  Zevenwouden, 508 Tegenwoordige Staat Oldeholtpade , door het zogenaamde Hille. of Linde Verlaat, wordt afgeflooten , om het water, vooral des Zomers, zo ten dienfte der hooge ftreeken, als der Turffchepen, die van Noordvvolde en Finkega komen, op te houden. De Korenmolen deezes Dorps ftaat aan den Steenwyker rydweg, en den reeds gemelden Buitenweg; en de landen, hier toe. behoorende , komen met die der nabuurige Dorpen in aard overeen. 6. B L E S D Y K , een groot Dorp met 60 ftemmen, is het Zuidwestehkfte en laatfte Dorp der Grieteny , ten Zuiden der Linde. De landen van dit Dorp beginnen van 't watertje de Blesfe; zynde op den Westkant vim 't zelve een gedeelte der Blesfebuurc ge« bouwd. Verder Westwaards , vindt men de boereplaatfen deezes Dorps, als ook de Kerk met een dikken en ftompen kloktoren , aan den reeds gemelden Buitenweg; alleen met dit onderfcheid dat de huizen , behalven de gemelde buurt, ten Oosten der Kerk aan den Zuidkant, en ten Westen aan den Noordkant van dien weg , alle zeer aangenaam in 't geboomte gelegen zyn. Ten Zuiden loopen de landeryen van dit Dorp tot aan de Overysfelfche grenzen, gelyk ook ten Westen , alwaar een Dyk van fcheidinge ligt ; terwyl dezelve zich ten Noorden tot aan de Linde uitftrekken , en voor overftroomingen van dien vloed beveiligd worden door den Lindedyk. Voor deezen was dit Dorp ook met een' Korenmolen voorzien , en dus had men in ieder Dorp een', Finkega alleen uitge- zon-  van FRIESLAND. 599 zonderd , en in 'c geheel vyf ten Zuiden van de Linde, doch thans maar twee. ien jaare 1413» werden de meeste huizen yan Peperga en Blesdyk , door den Utrechtfchen Bisfchop, in de asfche gelegd. 7. NYE HOLTrAUtv , net uoswlykfte der Dorpen aan den Noordkant van de Linde, ftrekt zich met zyne landeryen Noordwaards uit tot aan de Kuinder, en Zuidwaards tot aan de Linde. De Kerk deezes Dorps heeft een fpits torentje, waarin twee klokken hangen : dezelve ftaat aan het einde van den Middelweg, dieby Wolvega begint, en, door de buuren van Oldehoitpade loopende , by deeze Kerk in den Buitenweg eindigt. In deeze Kerk vindt men in den Noordermuur een gedenkfteen, uit welks opfchrift blykt, dat hier verfcheiden Lyken uit het gellagt van Lyklarna a Nyeholt, zich naar dit Dorp , als deszelfs ftamnlaats fchryvende, begraaven zyn. Daaromtrent liggen de huizen zeer aangenaam m het geboomte en de bouwlanden. Nergens vindt men in deeze Grieteny meer Houtgewas, dan m dit en in 't naastvolgende Dorp, waarom ook jaarlyks hier veel brandhout wordt gemaakt, en alomme verzonden; 't geen voor deezen door de Ybefloot en de Lubbert Piersfloot ge* fchiedde, doch die thans geheel vervallen zyn. Weleer was hier een fterk gemuurd gebouw, uit eene graft opgetrokken en Friesburg genaamd, doch 't welk reeds voor veele jaaren is weggebroken; hebbende dat gebouw toebehoord aan den Saxifchen Grietman Lykle Eblens , gefprooten uit het voortreffelyk geflagt Steenwvk , 't welk namaals den naam van LyklaJ ' ma Zeven wouden.  Zevenwouden 6bo Tegenwoordige Staat ma a Nyeholt heeft aangenomen. Dit huis werd in 't jaar 1514, door de Gelderfche party, in St. Andries nacht geplonderd, en in 't volgende jaar op Sr. Anthonius dag geheel afgebrand, en ook veel bosfchagie afgehouwen; ter vergoedinge van deeze fchade, en ter belooninge van zyne getrouwheid, werd de Eigenaar befchonken met het recht van Opvolginge voor zyne Familie in de halve Grieteny van Stellingwerf, en in de geheele van Schooterland ; zynde deeze gifte ook in 1524 door Keizer Karei bevestigd. Men telt hier 20 ftemmende plaatfen. 8. OLDEHOLTPADE , ten Westen van het voorgaande Dorp gelegen , komt daar mede ten aanzien van grond, landeryen, geboomte en bosfchagie overeen, en heeft eene Kerk met een' fpitfèn toren, doch hooger en zwaarder dan die van Nyeholtpade, en voorzien met twee klokken, een flagwerk en de noodige wyzerplaaten. Ook heeft deeze toren, op de hoogte van 't muurwerk , daar het fpits, dat even als de Kerk met Leyen gedekt is, een aanvang neemt , een' fraaien omgang, van welken men zo aangenaam een gezigt over de velden , bosfehen , bouwlanden, enz. heeft, als waarfchynlyk ergens een in Friesland is. In 't JNoorden loopen de landeryen tot aan de Scheen, of fcheiding van Ter Idzerd, zynde aldaar alle bouwlanden: daarentegen ftrekken zich dezelve Zuidwaards uit tot aan de Linde, en zyn tot aan den Buitenweg bouw - en vervolgens meest weid - en hooi!anden. In 't Zuiden deezes Dorps, niet verre ran den Buitenweg, op een' heuvelachtigen grond  van FRIESLAND. 601 grond ftaat een Korenmolen; doch de Kerkbuurt en boere wooningen ftaan alle aan den Binnenweg , uit welken verfcheiden laanen naar den Buitenweg loopen, en van daar eene naar den Molen. Tot dit Dorp, behooren 43 ftemmen. 9. W O L V E G A , een fchoon en vermaaklyk Dorp, liggende , aan den reeds gemelden Buitenweg , ten Westen van Olde Holtpade. Hetzelve is voorzien van fchoone bouwlanden en bosfehen , benevens weid - en hooilanden, die Zuidwaards tot aan de Linde loopen, en van Olde Holtpade af binnen eenen Dyk beflooten liggen, naar dien 't binnenloopend Zeewater , by zwaare ftormen, hier anderszins zeer fchadelyke overftroomingen zou maaken , gelyk nog in \ jaar 1776 , by het doorbreeken der Linde • Dyken, heeft plaats gehad; een gevaar waarvoor de Kuinder minder bloot ligt, dewyl dezelve door de Schooterzyl is afgeflooten. De Kerk van Wolvega, die een' fchoonen fpitfen toren heeft, en van binnen meteen Orgel, fraaie geftoelten, zitbanken en wapenen verfierd is, ftaat ten Noorden van eene dubbele buurt welgebouwde huizen. Niet ver van de Kerk, ten Zuiden van den rydweg, heeft men de fchoone Woonplaats der Familie van van Haren , in welke de waardigheid van Grietman deezes Deels jaaren lang is geweest; zynde thans de huizing, die voor eenige jaaren door een' ongelukkigen brand verteerd werd, wederom zeer fraai opgebouwd, en ook de hovingen en landeryen , door 'c aankoopen van nabuurige ftukken, van tyd tot tyd merkelyk ver- Zevenwouden.  6o2 Tegenwoordige Staat Zevx-'n- wouden verbeterd. Rinke van Lyklama, hier voordeezen ' Grietman zynde, heeft een fchoon huis uit eene grafc doen opmetfelen, in 'c Oosten van 't Dorp, Lyklama Stins genaamd; doch hetzelve is, in 't jaar 1736, op afbreuk verkocht. Nog heeft dezelve eene Schiptvaart van dit .Dorp, Noordwaards, door NyeLemmer, naar de Kuinder doen graaven, en daar door te wege gebragt , dat Wolvega niet alleen wel ter reed, maar ook ter vaart gelegen is. Ten Westen des Dorps heeft men een' Korenmolen , en men telt hier 52 ftemmende plaatfen. 1 o. S O N N E G A, een aangenaam Dorp, ten Westen van Wolvega aan den Middelweg naar Oude Tryne, langs welken de huizen zeer vermaaklyk in't geboomte liggen. Weleer was hier ook eene Kerk met een klein fpits torentje, doch dezelve is al voor veele jaaren afgebroken; zynde echter de School, 't Klokhuis met de Klok en 't Kerkhof nog in weezen. Nader by Wolvega, aan den Buitenweg, was voor deezen ook nog een oud Kerkhof bekend, 't welk tot Sonnega behoorde ; doch reeds voor langen tyd in een bouwkamp is veranderd. Sonnega heeft 38 ftemmen. II. OUDE TRYNE: dit Dorp ligt ten Westen van 't voorige, doch minder vermaaklyk, zonder bouw of geboomte in de weid - en veenlanden. In 1629 werd hier, door den Grietman Rinke van Lyklama, eene vaart gegraaven van de Linde tot in de Kuinder; doch deeze is reeds lang vervallen. Ondertusfchen heeft de Heer INikolaas van Heioma, in den jaare 1748, volgens verkreegen Oktrooi, eene vaart in 't Westen van dit Dorp doen graaven tot het zelfde einde, en dezelve voorzien met een Val-  van FRIESLAND. 603 Vallaat even binnen den Lindedyk, en twee Val- 5 bruggen over den rydweg van Oudetryne en Oude v Lemmer. De onder dit Dorp behoorende veenen weid-landen zyn zeer uitgebreid, en bevatten 56 ftemdraagende plaatfen. De harde Baggelaar en Sponturf, die hier en in de nabuurige Dorpen gegraaven wordt, is onder de beste en zwaarftc der geheele Provincie te tellen. In 'c Dorp van Oude Tryne, fluit aan den Zuidelykften rydweg , de Oude Waterkeering , de Weerdyk genaamd, die met verfcheiden hoeken door Oude Lemmer, Nye Lemmer en Nye Holtwolde loopt, en in de hooge bouwlanden , in 't Noordoosten van Wolvega, eindigt. 12. NYE TRYNE, het kleinfle Dorp der Grieteny, bevat maar 16 ftemmen. De Kerk had eertyds een fpits torentje; doch in 't jaar 1750 is de geheele Kerk, bouwvallig zynde ,' weggebroken, en niets daarvan overgelaaten , dan een ringmuur, binnen welken de Lyken begraaven worden. De landeryen van dit Dorp loopen, gelyk die van het voorgaande, van de Scheen Zuidwaards tot aan de Linde. 13. SPANGEN : dit Dorp , een Kerk met een fpits torentje hebbende, bevat in zyne groote uitgeftrektheid van landeryen 42 ftemmen. 't Zelve ligt geen 400 roeden van de Linde, daar de Spanger Wateringe ftuit; doch ftrekt zich Westwaards zeer verre uit tot aan de Kuinder. Ook behoort hier onder, op de fa> menkomst der Kuinder en Linde, de Schans en buurt Slykenburg, alwaar weleer de Sluis lag,, om, ten tyde van ftorm , het Zeewater uil de Kuinder te keeren; doch na den ftorm var *tjaari7oi, is hier eene nieuwe Dyk binner dooi 'EVEJf' fOUDEH, ! t  Zeves WOUDE» 604 Tegenwoordige Staat door gelegd , die van Schoor rland Zuidoost, waards ioopende, by Slykenburg aan den Lindedyk fluit, ende Schutfluis, thans de Oieuwe Schooterzyl genaamd , hooger op gelegd. Spangen had voor deezen dok een' Korenmolen; doch dezelve is , even als de meeste huizen op den Kuinder wal, niet meer in weezen. Ook is het getal der huizen van de buurt Slykenburg, federt het begin deezer eeuw, merkelyk verminderd; doch het buurtje 't Blaauwhof, ten Oosten van Slykenburg, aan den Lindedyk gelegen, is nog in weezen. 14. S CH ERP ENZEEL,heeft even als Spangen, eene Kerk met een /pits, torentje, en ligt in 't Noordwesten van gemelde Dorp. De landeryen loopen van de Scheen tot aan de Kuinder, gelyk mede in de zes volgende Dorpen plaats heeft. Aan de Kuinder behoort onder dit Dorp gedeeltelyk eene lange (heek huizen, die by Schooterzyl begint, en tot aan de fcheiding van Monnikebuuren en Oude Lemmer voort loopt, onder den naam van Lange Lille. Men telt hier 31 ftemdraagende plaatfen. 15. MONNIKEBUUREN: ditDorpje, ten Noorden van 't voorige, op dezelfde wyze gelegen, heeft ook eene Kerk , met een klein fpitsje; zynde de huizen gebouwd aan denzelfden rydweg, waar aan ook de twee voorgaande Dorpen liggen, als mede aan de vaart*, de Padiloot genaamd, die van Spangen, voorby Scherpenzeel, hier door loopt, tot aan den Weerdyk. Onder dit Dorp , waarin 32 ftemmen geteld worden , behoort het grootftedeel der Lange Lille, benevens ver- feneiden  van FRIESLAND. 605 icheiden huizen en plaatfen niet verre van de Kerk. 16. OUDE LEMMER: dit Dorp heeft zo wel als het voorige eene Kerk, en plag weleer beroemd te zyn wegens de menigte van turf, die 'er jaarlyks gegraaven werd; doch thans is deeze vooraad genoegzaam ten einde : ook zyn de drie Schipflooten, die uit deeze veenen naar de Kuinder loopen , reeds vervallen. Weleer plagten hier ook bouwlanden te zyn binnen den Weerdyk; doch thans ziet men hier niet anders dan weid - en hooilanden. Onder de groote uitgeftrektheid van dit Dorp, behooren 69 ftemdraagende plaatfen en Homlegers. 17. NYE LEMMER, een Dorp van maacigen omtrek met 42 ftemmen, ten Noordoosten van 't voorige, aan denzelfden rydweg of Weerdyk gelegen. Door den zwaaren ftorm wind van den 12 December 1747, ftorc< te hier een gedeelte der Kerk in , die daarna voorts geheel is afgebroken. Weleer werd hier zeer veel turf gegraaven , en thans nog eenige , loopende de turf Wyken alle uit in de Kuinder. Ook loopt door dit Dorp de Schipfloot van en naar Wolvega. 1b". NYE HOLTWOLDE: ondei dit Dorp, wiens Kerk al voor veele jaaren ü afgebroken, en waarvan nu maar alleen hei Kerkhof met een Klok en Klokhuis overig is, behooren, binnen den Weerdyk , verfcheiden bouwlanden , hoewel van een' veenigen aard Weleer werd hier in de buitenlanden naar de Kuinder toe, een foortvan turf gegraaven, de III. deel. Qq Hok Zevekwoude»;  óo6" Tegenwoordige Staat Zevenwouden. Holtwolder Akkerturf genaamd , die voor de beste der geheele Provincie gehouden werd ; dan hoewel men hier nog al zeer goede turf graaft, is nochthans de Akkerturf niet meer in weezen. Ook is de by Schotanus vermelde Bargekopsflooc vervallen, hebbende ieder Veengraaver nu zyne byzondere Wyk naar de Kuinder. Door dit Dorp , 't welk 43 ftemmen heeft, loopt de weg van Schooterbrug naar Wolvega. 19. OLDE HOLTWOLDE: die Dorpje ligt wederom ten Noordoosten der twee voorige. 'c Zelve had ook eertyds eene Kerk aan den Noordkant van gemelden Weerdyk , doch die al in de voorige eeuw is afgebroken •, zynde nog het Kerkhof overig. Een klein gedeelte van de landen deezes Dorps ligt binnen dien Weerdyk ; doch 't meeste, naar de Kuinder liggende, is laag weid - en hooiland met kostelyke klyngronden ; en echter wordt 'er tot nog toe geen turf van eenig belang gegraaven , om dat de uitvaart zeer bezwaarlyk is, wegens de ondiepten die aldaar in de rivier de Kuinder zyn. Onder dit Dorp, waardoor de rydweg naar Wolvega van de Schooterbrug loopt, eer dezelve in Nye Holtwolde komt, behooren 24 ftemmen. 20. TER IDZERD, een zeer vermaaklyk Dorp van 30 ftemmende plaatfen aan den rydweg van Olde Holtwolde naar Olde Berkoop , heeft eene Kerk zonder toren , hangende de Klok , als die van Nye Holtwolde, in een houten Klokhuis. De huizen ftaan alle langs eenen Binnenweg, die ten Westen en Oosten met den  van FRIESLAND. Cof den voorgaanden vereenigd is, in 't geboomte, aan den Zuidkant. De Kerk evenwel ftaat daarvan ten Noorden, gelyk ook eenige huizen van het buurtje de Bult, dat ten Westen van de Kerk gevonden wordt., en waarfchynlyk naar zyne hooge ligging dus genoemd is. Dit Dorp heeft ongetwyffeld zynen naam gegeeven aan het geflagt van Idzerda , het welk hier, ten tyde der troebelen, een fterk Stins heeft gehad , in het Noordoosten des Dorps , naby de fcheiding van Nye Holtpade, welk , na tweemaalen afgebrand geweest te zyn, wederom werd opgebouwd door den Heer en Mr. Baerth van Idzerda , eerst Gedeputeerde Staat, en naderhand Raadsheer in den Hove van Friesland, na welken hier nog twee Grietslieden uit dat geflagt hebben gewoond. Het ou» de Stins vervallen zynde, is daar voor, by on« zen tyd, een ander huis, wel van minder omtrek, doch in eenen meer hedendaagfchen fmaak, opgebouwd door de Familie van Ter Wisga , thans deeze plaats in eigendom bezittende. De Zuidelyke landen deezes Dorps zyn bouwlanden , en fluiten tegen Olde Holtpade , terwyl de Noordelyke , laag en veenlanden zyn, die tol aan de Kuinder, en dus byna geheel tot Mildam in Schooterland loopen. De Rechtdag der Grieteny wordt gehouden te Wolvega, op Donderdag, voor de veertien Dorpen, die tusfchen de Kuinder en Linde ftroom liggen -, doch het Recht der zes overige wordi 's Vrydags gehouden te Peperga; mogende die ten Zuiden van den ftroom woonen niet te Wolvega, en die ten Noorden van denzelven Qq i ge Zevsw-, WOUDE»..  5o8 Tegenwoordige Staat van FRIESL. Zevenwouden. STAAT gezeten zyn niet te Peperga worden aangesproken. Thans is hier Grietman Jr. Willem Anne van Haren, en Sekretaris Jr. Jan Poppo Andra? van Canter. Thans worden in deeze Grieteny zeven Hervormde Kerkgemeenten geteld, welke zyn i. Wolvega, Sonnega, Nye Lemmer en Nye Holtwolde. s. Olde Lemmer en Olde Tryne. 3. Scherpenzeel , Spangen, Monnikebuuren en Nye Tryne. 4. Olde Holtpade , Nye Holtpade, ter Idzerd en Olde Holtwolde. 5' Noordwolde en Boyl. 6. Steggerden en Finkega. 7. Peperga en Blesdyk. Voor het jaar 1727 vond men 'er maar 6 , alzo Steg* gerden en Finkega toen nog met Noordwolde en Boyl vereenigd waren; hebbende men toen, uit aanmerkinge van de groote uitgeftrektheid deezer Gemeente, dezelve in tweeën gefchei» den. Doopsgezinde Gemeenten vindt men in deeze Grieteny geene ; doch daarentegen twee Roomsch - Katholyke; wordende genaamd de Gemeenten van Wolvega en Steggerden, hoewel de Kerk en 't Woonhuis van den Priester der eerfle tot Olde Holtpade behooren.  STAAT VAN ALLE DE LANDSFLOREENEN OP SE VASTIGHEDEN E N LANDERYEN IN DE ZEVENWOUDEN. Qq 3   UTINGERADEEL. 6n Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen üntDorps Ont- vanger bevangers. taald. OHéboorn. 560-27-12 I 10-27-1 550- • Nes. «3- :- = • 13- =- ; ïc;0- « I Akkrum. 637-2- : ; Bl°~ * ó Kr^fe. 225-7-8 :-'5- • «4-10 8 Akmaryp. J. -7j-Ji_J^3^J_ '99- 3- 9} Vermits nu de ligte Floreenen van het geheele Montant der floreenen reeds zyn afgetrokken, en 'er voor den Generaalen Ontvanger geene overfchieten de floreenen zyn, ,0 moet hy aan 's Lands Comptoir verantwoorden. i94°-23-9l Het welk, ieder floreen op twee Dukatons gerekend, in het jaar bedraagt aan 0 . 12227- o- 4 geld. • . _ Qq 4 & N G*  6i& ^ENGWIRDEN. Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OmDorps Ont- vanger bevangers. taald. Luinjebert. 44- f. \ \' 5°*a5- * **** t \. £ |; ; ■ \ Dus ontvangt de Generaale Grieteny. Ontvanger, die te gelyk partikuüere Ontvanger is, van ieder der vier Dorpen, een hondeit vier en negentig floreen, tien ftvs. twee penn. ' • 194-10. a Waarvan dezelve als overfchietende floreen voor zich geniet 3- IO- 2 En kort wegens ligte floreen onder Terband. 1 - 2 - : 4 ~ 12 - 2 Zo dat zuiver aan het Comptoir verantwoordt. . . l8o.2(5_ . Het welk, tegen twee Dukatons jaarlyks ieder floreen gerekend, bedraagt in gelde. . ƒ1196-3-: D O-  DONIAWERSTAL. «5i3 Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger bevangers. taald. Ooingaryp. 391-1-1? 4 *-12 ^7' '■- • Broek. 450-25- : 5-25 : 4-5- :' : Ousterhaule. 173-21- 4 :- :- : *74- •- : Nyega. 84-25- : 4-25- : 8o" :" : Oliouwer. 129-34- : 2-24- : 127- .- . Doniaga. 373-16-1» 1-16-12 3?2- :- : Tjerkgaast. 528-27-8 14 27- 8 5H- :" : St. Niklaasga. 290- 6- : 5" : 2b5- :- : Idskenbuizen. 96-4- 8 4-4-8 91- :- : Legemeer. 137- 4-8 4-4-8 333- :- - Ter Oele. 306- 5- • IÓ" 5* '• 35o- :- : j!>yc*«i. 278- 5-12 1- 5-la 277- |- : O.Smallelrug. 96-5-11 :- 5"J2 «!*-*-*.- : Langweer. 5co- 4-13 :- 4"i3 5°°- '•- " Boornzwaag. 158-25- 2 8-25- 2 150- :-j 4026- 6-11 74-13' 7 3952- :* • Ousterhaule te kort : - 6-12 De Kerk van Langweer geniet uit de overfchietende floreen van Ter Oele. . 10• 5- : Boornzwaag. 7- 9-12 Dus gaat van de overfchietende floreen af 17 - 21 - 8 Rest. 56-19-15 Schoon nu de Generaale Ontvanger van de partikuliere Ontvangers der Dorpen maar beurt 3952 Floreenen , zo verantwoordt hy nogthans aan den Lande. 39^5 - :- : Waarin wegens ligte Floreenen kort. 14 24 - 23 • 12-, * En blyft dus te verantwoorden. 2540- 4- si's- Het welk, tegen twee Dukatons , bedraagt aan geld. . ƒ 16002-19» : Qq 5 " ' HTS-  *4 HASKERLAND. Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger bevangers. taald. Oude Haske. 143-a7- 6 . 2-27- 6 146- : *y*H***°. 85-15- 8 4-15- 8 gi- :- : Hasker Dyken. 247-10-8 1-10-8 u6 : : Hasker Horne. 177- :- : :- : < : 177- :. : JVestermeer. 176- :- ; :- •- : 16- '•- • Joure.. 71-15- 4 - ' :.- '1- 4 fo~*At. : Smkzwaag. 186- 6- : ;-2o- : 185-14 : 1093 18-10 9. 18-10 ' ;o8,4- :- '; Dus wordt by den Generaalen Ontvanger deezer Grieteny gebeurt van de Dorps Ontvangers. 1084 . : - : Waarvan dezelve als overfchietende voor zich geniet 16 - : - : Hy laat korten aan dé Dorps Ontvangers , en kort zelf weder aan de Provincie, wegens ligte Floreenen. 76- I-I2 92- I-'2 En verantwoordt aan 's Lands Comptoir. 991-26- 4 Het welk, ieder Floreen gerekend op twee Dukatons in 't jaar , bedraagt aan geld. , ƒ 6249- 4-2 S C H Ö O-  SCHOOTERLAND. Sis Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger be« vangers. taald. Hoern/lerzwaag. 24- 2- : i- 2» : 23- :- : Vubbega Scbur. 25-13- : :- :- : 25-13- ï 'OudeHorne. 21- 4-12 1-11-12 19-21- : Nieuwe Horne, 37-20- 2 2-20- 2 35' : Katlyk. 81*26- 7 • ■ 81-26- 3 Brong. Mild. 2?-23-14 ■ 27-13-14 Oude Schoot. 83-25- » 3"a5- * 80- :- : Nieuwe Schoot. 24-19- : :- 5"\! 24-Ï4- * G«*rt. 64-14- 8 :-27-'3 63-14-" jRo««;«. 56- 5- ! :-22- 4 55^*0-1» ft 7*»<#». 95-26- 8 :-l6- : 95-10- 8 Rotjierbaule. 50-23-8 4- :- : 46-23-8 Robe/. 9°' 8~ : :- 8- : 90- :- : Delft'abuizen. 252-8-6 3-21-12 2^8-14-10 Scbooter-Uiterd. 274-21-12 2-59- 1 272- s-U 1211- 7- 9 22-10-ï2 1188-24-13 Dus zoude de Generaalc Grieteny . Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers beuren. 1188-24-13" Waarvan dezelve voor zich ais overfchietende geniet 77- 17- Ï4 En kort wegens ligte floreen 166-26- 7 te famen 244 -16 - 5 Verantwoordende dus aan 's Lands Comptoir 944- 8- 8 ■ Het welk, ieder Floreen gerekend op twee Dukatons in 't jaar, aan geld beloopt. . . ƒ 5949- 2" 4 L E M-  616 LEMSTERLAND. Floreenen op Overfchieten- Aan den Ge- het Register, de voor de neraalen Ont- Dorps Ont- vanger be- vangers. taald. Echten. 353".5- 4 5-13- 4 (347 ao- : Oosterzee. 844-I?- 8 12- 9-10 "829.11-14 Fól/ega. 499-23- 8 7-21- S 492^ 2- ; Eesterga. 509-21- 8 5- 7- 8 504-14- : Lemmer. 9.06 17- 4 14-17- 4 192- :. : De Ontvanger van Oosterzee betaalt aan dien van Eesterga. 2 - 24 - : 2414- :- : 48. 9- 2 2365 19.t4 Dus zal de Generaale' Grieteny . Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers beuren. 2365 • 19-14 Vermits nu niet geblykt, dat de Generaale Ontvanger eenige overfchieten. de Floreen geniet, zo zal hy deeze 2365-19 14 aan 's Lands Comptoir moeten verantwoorden Onder korting van ligte Floreen tot 1456- ü-15 Reètaan's Lands Comptoir te verantwoorden. 909- 7-15 Het welk , ieder Floreen op twee Dufcatons in het jaar gerekend, in gelde bedraagt. . ; ƒ 572g. g il± GAAS-  GAASTERLAND. 6if Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger bevangerï. taald. De Generaale Grieteny - Ontvanger beurt aan Ordinaris volle Floreenen van de Dorps Ontvangers als volgt. WycM. 562-16-10 Zonde!. 3°5-2l" 8 Nye Mirdum. 224- 4-4 Oude Mirdum. 235 -10 - : MirnsenBakb. 3^2-17- 4 Harigh. 573*23- 8 Ruigehuizen. 76- 27 - 14 Te famen 2361- 9- *■ Welke 2361 Floreenen 9 Stuivers , de Generaale Grieteny - Ontvanger aan 's Lands Comptoir verantwoordende, en ieder Floreen op twee Dukatons in het jaar gerekend zynde, zoude dezelve aan geld moeten betaalen. ƒ 14876- 6-8 S L O-  SiB SLOTEN. Volgens het tegenwoordig gebruik verantwoordt deeze Stad aan den L-nde» . , 124 fy 8 St. Welke , ieder Floreen gerekend tegen twee Dukatons in 't jaar, bedraagen aan gelde. : f 783- :. • O P.  OPSTERLAND. 6"io Floreenen op Overfchieten- Aan den Ge. het Register, de voor de neraalen Ont- Dorps Ont- vanger be- vangers. taald. Beets. i!3- :• : 1- :- : na- :- : Beetfterzwaag, 44- 1-12 :- ï-ia 44- :» : O/terterp. 15- :- : i- i- s 15- I- • Ureterp. 45- :- : * $ 45"- •* ï Siegerswold. 27-3-8 2-3-8 25- : - : Duurswoïd. 31-24- 8 : 1? - 8 31- 7- : Wynieurp. 54-23- * 2-23- : 52- :- : Hemrik. 37-26- : 3-26. : 34» :- : Lippenbuizen. 72-2'- : 2-21- : 70- :- : Ter Wispel. 92-12-3 2-12- 3 90- :- : Korte Zwaag. 29-5-8 1-5-8 28-:-: LangeZwaag. 68-18- 6\ 2-18-6?- 66- :- : Luxwolde. 4- 3- S :- :- : 4- 3- 8 635-2?- 5} 19-1Ö-13,- 6;6mo-8 Dus wordt by den Generaalen Grieteny. Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers ingebeurd. 616-10 • 8 Welke dezelve, als geene overfchieten de Floreen voor zich genietende, aan 's Lands Comptoir moet verantwoorden , ieder tot twee Dukatons jaarlyks, en dus in gelde betaalen. . ƒ 3883-3- 4 STEL-  €io STELLINGWERF OOST - EINDE. Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger bevangers. taald. Olde Berkoop. 167-04. : 2- 8- : 165-16- Nye Berkoop. ^2-24- 8 :-24- 8 52- :- : Makkinga. 75.18- 8 :-26- 8 74-20- : Donkerbroek. 84-22-4 1-22 4 83- :- : Haule. 31-"8- : :- :- : 34-24-10' Oosterwolde. 199-15-12 3-15-12 196- :- : Vochtele. 31. 7- ; j- 7- : 30- : Appelfche. 73-34- ia : 97-61 72-25-5!- Langedyk. 24- 1- : 1- f : 23- :- : Elsh. 81- ;.,4 ._ 4.,4 80-24- • 825-16-10 12-25.4! 812-26- : Haule fchiet te kort :- 6-10* Rest 12-18-10 Dus beurt de Generaale Grieteny - Ontvanger van de partikuliere Dorps Ontvangers. 812-26- : Waarvan dezelve geniet als voor hem overfchietende Floreen. 16-27- : Dus blyft over, en moet zuiver aan den Lande verantwoorden. 795. tq . • Het welk, ieder Floreen jaarlyks op twee Dukatons gerekend, aan geld bedraagt. . ƒ 5014-11- g STEL-  STELLINGWERF WEST-EINDE. 6u Floreenen op Overfchieten- Aan den Gehet Register, de voor de neraalen OntDorps Ont- vanger bevangers. taald. mhega. U9- 8- 4 4-27-12 lJ4- 8-8 Sonnega, 80-21- } 10-15- 4 7°- 5 12 OudeTrytie. 030- 7-12 27-21-12 202-14- : NyeTryne. 112-19- 8 11-25- : i°° aa" 8 Spangen. 280-19-11 35-10- 4 a45' 9* 7 Scberpenzeeh 179-18- 9 4" 9" 4 I75* 9' 5 Monnikeb. 148-15-4 :- 1- 4 148-14- : Olde Lemmer. 307-Ai" 4 37-"- 4 a*°" :' Nye Lemmer. 155- 5" «4 :-Xg«6 U4 a2 - 8 Nye Holtwolde. 87-2-6 5- 5- a 81-25- 4 0/<& floto. 77- a" 8; 5" a-8| 72- :- : Idzerd. 65-10-12 2.10-ia 63- :- : Nye Holtpade. 73- l~ : 1- 1- 7a- '•- i Olde Holtpade. 100- 7- : 10- 7- : 90- :- : S0yl. 102-12. 8 :-22- 8 101-18- : Noordwolde. 73-20- 6 1-20- 6 72* :- : Finkega. 71-20- 8 2-12- : 09-8-8 Steggerden. 128-21-10 :-27- 2 12£*aa," 8 Peperga. 78-27-14 :-!9- 6 78-8-8 Blesdyk. 250-22- 9.16- 4 241- 5"i» 2723-23-10} 172-25-2I 2550 a6- 8 Dus zoude de Generaale Grieteny - Ontvanger van cie partikuliere Dorps Ontvangers beuren. 2559 - 26 - 8 Hy geniet uit deeze Floreen 431 gids. ia ftvs. 2 penn. dat is aan overfchietende Floreen. - 68-14- 4. En verantwoordt aan 's Lands Comptoir. 2482-12- 4 Het welk, 'ieder Floreen op twee Dukatons in 't jaar gerekend, aan geld bedraagt. - ƒ '5^39- 7- * III. DEEL. DE  D E PRENTEN MOETEN GEPLAATST WORDEN: r. Hét Marktplein enz. te Workum' • tegen over bladz. 39a ii. De Kaart der Zevenwouden, waarop de fcheidiinien van elke Grieteny. - lx ^ By  By de Drukkers deezes zyn nóg eenige exemplaarent te bekomen van den TEGENWOORDIGEN STAAT DER VEREENIGDE . NEDERLANDEN, IN HUNNE LANDSGELEGENHEDEN, PERSOONEN , KLEDEREN , GEBOUWEN , ZEDEN, WETTEN, GEWOONTEN, GODSDIENST, REGEERING, KONSTEN EN WETENSCHAP- \ PEN, KOOPHANDEL, HANDWERKEN, LANDBOUW, ZIEKTEN, PLANTEN, DIEREN, MINERAALEN, ENZ. Met Land' en Zee- kaarten, Plans van Steden, en, andere fraaie Prentverbeeldingen, in XII Deelen in groot Octavo. De prys is f 37-:-: Het Eerfte Deel behelst eene Algemeene Befchryvïng des Lands, de Zeden en Godsdienst der Inwooneren, een kort begrip van 's Lands Historie , eene Befchryving der Hooge en mindere Generaliteits Kollegien, der Maatl'chappyen van Oost en West, de Handwerken, Visfcheryen, Zeevaart en Koophandel. Het Tweede Deel eene Befchryving van alle de Generaliteits Landen, als de Meiery van 's Hertogenboscb, 'r. Markgraaffcha? van Bergen op den Zoom, de Barony van Breda, het Land vai Kuik , de Stad Graave, Steenbergen , Prinfenland , Willemftai, de Schanfen aan de Schelde , Maaftricbt, het Land van Grermaaze, Staats- Vlaanderen, Staats- Opper - Gelderland enz. Het Derde Deel eene naauwkeurige Befchryving van gansch Gelderland. Het Vierde Deel de Gelegenheid, Regeering enz, van Hol' land in 't gemeen, en byzonderlyk van de Steden Dordrecht, Haarlem, Delft en Leiden. Het Vyf ie Deel eene Befchryving van de Steden Amfterdam, Gouda, Rotterdam, Schiedam, Gornicbem, Schoonhoven, Brielle. Alkmaar, Hoorn, Enkbuizen, Edam, Monnikendam , Meden. Hik en Purmerend, Het  *24 BLADVULLING. Het Zesde Deel eene Befchryving van V Gravenlage en van alle de Dorpen enz. in Rbynland en Delfland. Het Zevende Deel eene Befchryving van Scbieland, het Land van Voome en van gansch Zuidbolland. Het Agtfie Deel eene Befchryving van Woerden, Gooyland, Amjlelland , Kennemerlani , Westfriesland, Waterland , de Ei' landen enz. Het Negende Deel eene Befchryving van Zeeland in 't alge^ meen, en van de Steden Middelburg en Zierikzee. Het Tiende Deel eene Befchryving van de Steden Goes, Tbo. len, Vlisfingen en Veere; benevens alle de byzondere Eilanden , Dorpen , Heerlykheden enz. van Zeeland. Het Elfde en Twaalfde Deel de Befchryving van de Provincie en de Stad Utrecht, Amersfoort , Rbenen , Wyk te Duurftede, Montfoort enz. De nog oiubreekende Provinciën van de Vereenigde Nederlanden, naamelyk Friesland, Overysfel, Groningen en het Land. fchap Drenthe, zyn ter perfe , en zullen zo ras doenlyk Compleet uitgegeeven worden. De VADERLANDSCHE HISTORIE , door J. Wagenaar, XXI Deelen, in groot Octavo, met Drie en Veertig uirflaande Historieele Konstprinten, Vyf Kaarten en Twee en Tagtig door wylen J. Houbraken gegraveerde Pourtraiten. —— Zynde deeze Uitgave vermeerderd met tweemaal Twaalf Nieuwe Pourtraiten in den Eerften Druk niet te vinden. Te zamen voor den prys van . . ƒ 63 . : - : Ieder deezer Twaalf Pourtraiten apart, a 5 Stv. ƒ 3 - : - : De NIEUWE en BEKNOPTE HAND - ATLAS, beftaande in eene Verzameling van 112 der algemeenfte en nodigfte Landkaarten , allen in de Nederduitfche Taal, en naar de laatfte ontdekking van de /' Isle en anderen opgefteld, in eene voegzaame grootte uitgegeeven, om op eene gemakkelyke wyze by het leezen der Nieuwsiydingen en Historiën te kunnen worden gebruikt; allen ifgezet, in een half Eng. band. . ƒ 36 - : - : 't VERHEERLYKT NEDERLAND of KABINET van Ne. gmbonderd HEDENDAAGSCHE GEZIGTEN van Steden , Dorpen, Sloten, Adelyke Huizen, Kerken, Toorens, Poorten, en andere voornaame Stads- en Landsgebouwen, in en omtrent, de byzondere Vereenigde Nederlandfche Provinciën , door vermaarde Meesters naar het leven getekend , en op eene kunilige manier in het Koper gebragt, dienende tot opheldering der Befchryving van den Tegenwoordigen Staat der Vereenigde Nederlanden. IX. Deelen in 4to, op ordinair papier, ieder deel a 3 - 10 - :, dus compleet ƒ3' - 10 - : Op Mediaan Papier a 4 -: - :, dus compleet ƒ 36 - : - : Op Rojaal Papier a 5 .: -:, dus compleet ƒ 45 - : • '-  J