694
O 62
5278



01 2069 5945 UB AMSTERDAM





















D E
MIDDELBURGSCHEKERMISVREUGD,
KLUCHTIG DIVERTISSEMENT;
Verfiert met Zang, Dans en Reciteering i
Dienende ter BENEFICIE Van den Nederduitfche Tooneeljpeeleren,
Te Flisfingen, op den 7den Auguftus I783.
Te VLISSINGEN, By PIETER ROELOF S, Boekver, kooper in 't Lange Groenewoud, 1783.



De Auteur erkent geen Exempelaaren voor Echt, dan die aldus geteekend zyn, en genommerd van i tot 12 op groot papier.



DEN HEER
MARINUS SIMON van CRUI SSELE NBERG,
NOTARIS, en PROCUREUR
te Vlisfingen, En Lid van de Unieverfiteit te Leiden»
Dj liefde tot de Kumttooneelen En alles wat daaraan behoort, Wier ipeeling dwaazen niet behoort,
Deed u dit kleen gefihenk toedeelen.
Ik hoop het zal u niet verveelen, Dat ik, door uwe zucht bekoord, Van 't vuur der Friendfchap aangefpoord.
Dus roekloos met uw' naam durf ipeelen.
ö Cruisselberg! uw fmaak voor 't Spel, En de achting die ik u mag draagen, Doet me, als uw Vriend, dees ftoutheid waagen.
Uw heusheid hou' myn doen voor wel: Ik tracht dus meer uw gunst re winnen, Die met dees Kermis moog' beginnen.
S. Rivier,
Vlisftnge, densden Augustus, 1783»



VERTOONERS-
KLAAS.
MAGDALEENTJE.
KWAKZALVER.
POETSMAAKER.
KAREL.
RYMELAAR.
M ARIONE TSPEEL ER.
MUZIKANT.
LIEDJESZANGER.
LIEDJESZANGERES.
ZANGER.
ZANGERES.
DANSSERS.
DANSSERESSEN.
SAVOOIJAAR S.
P OP PENS PEE LER.
MANNEN.
VROUWEN
KINDEREN.
BOEREN.
BOERINNEN.
Allerhande foorten van Menfchenï
Het Tooneel verbeeld de Kermismarkt te Middelburg.



Pag. 5
D E
MÏDDELBURGSCHE KERMISVREUGD, KLUCHTIG DIVERTISSEMENT;
Verftert met Zang, Dans en Reciteering.
EERSTE TOONEEL. Klaas, Magdaleentje. Magdaleentje en Klaas, zingende.
Ai
s ik zie dees Kermisvreugd, Jon^e Jeugd, Word meteen myn hart verheugd! Grootfte Stad der ronde Zeeuwen, Zeelands Hof, Ik wil uw lof En roem uitfchreeuwen !j
Middelburg, ó fchoone Stad,
Ryk in fchat, Schoon Juweel in goud gevat! Blydfchap kan u meêr doen bloeijen, Koopmanfchap Ten hoogden trap Van Rykdom groeijen.
Komt dan braave Bnrgery, 't Staat nu vry, Om al 't faam', vernoegt cn bly,
A s Vreu§d



6
DE MIDDELBURGSCHE
Vreugd met onze kunst te mengen En alhier Ons zoet pleifier Wat Itofs te brengen*
Walcheren zoo wyd vermaard,
Gy zyt waard Dat gy Crezus ichatten gaêrd; Want uw deugdryke Ingezeten', Groot in roem , Zyn als een bloem In 'tvry geweeten.
Onbetaalbre Zeeuwfchen Staat, Vroeg en laat, Zyt gy waare Vryheids baat; Styf haar tot in de eeuwigheden, Groei en bloei, Plant en befproei Het werk der Vreden.
Nooit volpreezen Vryheidslust,
't Is bewust Dat men op de Zeeuwfche kust *t Nut der Vryheid dorst waardeeren, En door moed, Door goed en bloed , Mogt triömfeeren.
Magdaleentje.
Wel, maatjikaing zo wat,maar taal van vleijery; Klaas*
Neen,Zeeland was altoos warsch van deflaaverny, En Zeelands vryën Staat, heeft, hondertjaar voordeezen ,
Met Aemfteldam, getoond te fiddren noch te vreezen,
Maar



KERMISVREUGD. f
Maar eerder goed en bloed te willen misfen, dan Een ftip daar af te gaan.
Magdaleentje.
Daar heeft men blyken van.
Kt aa s,
Ja, blyken hebben wy van Vlisfings Kaaperyën; Schoon iets, ik weet niet wat, nu 't werk niet deed bedyën,
Dan voor een' korten tyd, toch blykt der Zeeuwen moed,
Die op het zoute nat geduurig wordt gevoed.
Magdaleentje. Hun fbutheid op de Zee gaf hun den naam van Zeeuwen
En hunne dapperheid den roem van Waterleeuwen.
K l a a s.
Elk Landaart heeft zyn' naam op zvn beduidenis En 'k weet wel dat de Zeeuw op 't Zeenat Burger is.
Magdaleentje. Wy moeten evenwel de Kermis niet vergeeten. Kl aas.
Neen, zeker niet. Ons volk fchynt zulks o ok wel te weeten
En nadert, als gy ziet, volvrolyk, zingende aan. Waarom het noodig is wat uit den weg te gaan.
TWEEDE TOONEEL.
Kwakzalver en Poetsmaaker. beneoem de Aatifchouweren.
C)ok ziet met Koekhakking, een Kraamt je waarA 4 hï



2
MIDDELBURGSCHE
in een Vrouw Broedertjes bakt, en uitventing van dert Kwakzalver en de poetjen van zynen Poetsmaker, verkoop van zyn waar, Kiestrekking, Uitftrooying van Biljetten, en rneêr dingen welke men allen op den Middelburgfchen Kermis gewoonlyk ziet, wordende gevolgd van Zang en Dans met de Marmot.
DERDE TOONEEL.
R y m e l a a u , en de voorgaande, behalven die met de Marmot*
R ymel a ar.
Ö M iddelburg, ó fchoone Stad! gy plagt voor deezen Aan Vorst Philippus trouw, ja overtrouw te wezen. Zulks had gy in dien tyd met Aemfteldam gemeen, Al baarde deeze uw trouw de Vryheid eerst geween; De dappre Vlisfingers, de Veer. en Brielenaaren, Met die van Ziericzee hebt ge in den fchild gevaaren, Gelyk als de Aemftelftad aan Leyden heeft gedaan, Na dat het Haarlem eerst aan Alvaas zy deed gaan; Welk werk het ovrig deel der vryë Steden drukten, Juist toen me u, Middelburg, des Konings vuist ontrukten ;
Want door de Dapperheid van Vlisfings Burgery En die der Veerenaars kwaamt ge aan Oranjes zy. Antwerpens Stadverlies deed Aemfteldam herwinnen, Toen Zeelands Hoofdftad reeds de Vryheid hield daar
binnen, , En fints heeft Aemfteldam en Middelburg, om itryd, Hun laaten en hun doen de Vryheid toegewyd, En zyn, tot heden toe, zoo kloek daar by gebleeven Dat zy der dwinglandy aan allen kant verdreeven. . Leef, moedig Zeelands volk, met Neêrlands vryen
Staat, Be>



KERMISVREUGD",
9
Bevryd van allen dwang, van muitzucht en verraad, Ja , leef, in 't lieflyk zoet van Vryheid en van Vreden, Jn allen groei en bloei, door alle de eeuwigheden!
VIERDE T O O N E E L.
Marionictspeelder, Muzikant en de Veorgaanden.
De Muzikant fpeelt op de Fiool, en de Marionet- , jpeelder met Poppen in den zak.
VYFDE TOONEEL.
Liedjeszanger, Liedjeszangeres en de Voor gaanden.
Liedjeszanger en Liedjeszangeres,
zingenden en Liedjes vt rkoopenden, waar by de Aanweezenden vergaderen.
iü^ingen wy tot Zeelands glorie, Uie altyd voor Vryheid is, Houd zyne achting in memorie, Zy blyft altoos kloek en fris.
Zeeland heeft ten allen tyden Trouw der Vryheid voorgeftaan, En heeft nimmer willen lyden Dat zy werd te kort gedaan.
Zeeland hield voor duizent Jaaren
Reeds met Holland Broederfcliap , Klom, door wel en kwaalykvaaren;
Eiudlyk op den glorietrap.
Zee- en Holland dreeven 't faamen
Hunne Graaven van 't bewind , Waar door zy in Vryheid kwamen ,
Die van braaven word bemind.
a 5 v?y-



ïo MlDDELBÜRGSCHE
Vryheid! Vryheid! wy waardeeren
U in Neêrlands - taats voogdy, Die we als Meestcresiè eeren,
Tot behoud dier Maatfchappy.
Ja, wy willen u behouden,
Waagen voor u goed en bloed; Nooit moog' dezen drift verkouden
Voor den Witten Vryheidshoed.
ZESDE TOONEEL.
Danssers, Dansseressen en alle de voorgaanden.
Hier word keurlyk gedanst en men hoort eenfterk Muziek.
ZEVENDE TOONEEL.
IvAREL, Kinderen, die met Kinder lyk krygsgeweer optrekken, en de voorgfianden*
Ka rel, zingt.
J^jzrigemame Kermistyd, Gy zyt fehoon en aardig; Gy maakt Middelburg verblyd, Gy zyt daalders waardig; Van de bon ton , 't Is geen larie;
Van de bon bon, 't Is geen larie, Non, non, non.
Chorus.
Hier word Panthomime Gefpeeld en Gedanst.
AU-



KERMISVREUGD.
it
AGTSTE TOONEEL. Zanger en Zangeres, nevens de voorgaande». Zanger en Zangeres.
D
aar was een jong FTcertje. Die een oud VVyf je had, Maar wel voorzien van ryke fchat; Hy was 'er meê verleegen En vroeg haar vryjigheid. Om by een jonge Meid....
Doch Grootje wouw 't niet dulden, Zy fprak, wat wouwje doen ? Jouw fchelm , dat ftryd met myn fatzoen; Ik zal 't geenszins gedoogen, Dat gy zulk kwaad begaat, Verftaaje, beste maat?
Ily zweeg op deeze reden , Maar ging nogtans zyn' gang, Al keek zyn Besje nog zoo bang, En dat by een fchoon Meisje, Dus kreeg zyn Wylje niet; Ja dit is dus gefchied.
Hier word weder gedanst.
Zang.
Laat ons dus den Kermis vieren,
Op dat wy der Lauwerieren tWisfelen voor 't Palmenfwieren,
Die aan Vryën heerlyk ftaan: Wil aldus zeer veele Jaaren
Kermis houden met elkaér, By 't geluid der Vryheid sfnaaren,
Vryvan allerlei gevaar.
Dans



12
MIDDELBURGSCIIE
Dans
GROOT RECITATIEF D ANKVAERS aan den Aanschouwer.
w y danken u voor alle gunden, Ons beweezen meer en méér; Vced dus altoos de vryë Kunden,
Want dit doen drekt te uwer eer'. Wakkre Zeeuwen! Vryheids looten,
Vastaan Hollands Broederfchap, Zie uw' roem, uw hei] vergrooten,
Klimmen op den hoogden trap. Vorder zullen wy vertoonen,
Hoe Zeeuws-Vljssingen voorheen Hier den Watergeus deed woonen,
Tot behoud van Walcheren? Steén En van al de Zeeuwesche Vesten,
Ja van 't Land daar Vryheid woont, In dees Vryë Staatsgewesten,
Als uw breuk van 'tjuk vertoont. Blyfr ons voorts uw gunst bewyzen;
Holland, dar uw broeder is , Zal hier in zyn Zuster pryzen, Wen de Kunst uw Moeder is : Leef aldus als Bloedverwanten
Met het Vryë Zevental: En zie al hun vloekverwanten Komen tot een1 rasfehen val.
ZANG"



KERMISVREUGD,
'3
ZANG.
Dnt we in 't Bly- en Treurfpel fpeelen Goede lesfen kunnen deelen , Weet ik voorzeker en gewis; Maar dat zelden dwaaze ooren Nuttige lesfen willen hooren Weet ik wel dat de waarheid is.
CHORUS.
Dat ons oogmerk kan mislukken In 't vertoonen onzer ftukken, Weet ik voorzeker en gewis; Maar dat het zwak der Stervelingen Is onmooglyk te bedwingen, Zulks weet elk dat waarheid is.
CHORUS.
Dat wy allen nederbuigen En u nedrig dankbetuigen, Ziet gy voorzeker en gewis; Maar dat wy met hart en zinnen Meêr uw Kunstmin willen winnen , Weet ik wel dat de waarheid is.
CHORUS.
Dat wy over negen dagen Uw Vlissince Geus ligt waagen Hier te brengen op 't Tooneel, Om meer in uw gunst te raaken, Kunt gy zeker (laat op maaken; Wagt, wagt alsdan uw Stads Tafreel.
CHORUS. Dat wy u met blyde klanken Voor genoote gunst bedanken,
Toon



14
MIDDELBURGSCUE
Toon ik voorzeker en gewis ; Maar dat wy nog meerder hoopen Om uw aller gunst te koopen Weet ik wel dat de waarheid is.
CHORUS.
Dat wy uw lof voor alle gunlten, Voor 't befchermen onzer knnften Zullen verbreiden overal, Kunt gy zeker Itaat op maaken En wy zullen onze zaaken Nog verbeteren in uw' wal.
CHORUS.
Dat die hoop ons hart kan ftreelen Om u nimmer te verveelen, Weet ik voorzeker en gewis; Maar dat wy nog meêr verlangen Aller gunst nog meêr te ontvangen Toon ik u dat de waarheid is.
Dit op den voorgrond , door onderfcheidene Perfoonen gezongen zynde, met de onderfteuning van hetganfche Orchest, voegen zich de aanweezenden ter zyden, laatende het Tooneel den Dans • fenden vry, wordende vervolgens door denzeiven, ten befluite, een Groot Ballet gedanst.