UI T L E G G I N G DER TITELPLAAT. Hier ziet men DUITSCHLAND ah eene Amazoone pryken} De Keizerlyke Kroon en Mantel met het Zwaard En Scepter, voor wier magt het [nood geweld moet wyken, Befehouwt men nevens haar, ah trouw door heur bewaard. De gryze Donau, Rhyn en Main en Elve fchenken Haar hunne eerbiedigheid, als heure Voedstervrouw: Het Krygstuig aan haar zf toont, dat men heur niet'krenken Of' flrafloos tergen moet, uit vrees voor Naberouw. De Konpmans goedren zyn een blyk van haar vermogen Zo als de Wapens van f Keurvorsilyk Negental, Die men ter zvde van heur Zetel ziet verhoogen, Getuigen firekken van het waaken voor heur1 val. Meer agterwaards laat zich een trotfche Zuil befchouwen Waar op men Othu's fchande en Heniik's boete ziet, En't kwaad, dat felle wraak aan Duitfchland wist te brouwen, Wanneer het bygeloof onnoozlen Hus verried. Men ziet twee Wichtjes, op den Foor grond, zich vermaakeu Met Bisfchops Myter en Keurvorste.yken Hoed, Terwyl een Derde, door leergierigheid aan V blaaken, In ,t zien der Penningen zyn graagen lust vsldoet. Het zamelt Otho en Forst Barbarosse faamen, Met tweeden Frederik, Rudolf en Lodewyk, En Vierde Kareis beeld', wier wydheroemde naamen Nog fteeds bekend zyn in het bloeiend Keizerryk. Fotrds toont ons het Verfchiet de Vrugtbaare Akkergronden, De Ryksftad Frankfort en het hoog Gebergte aan de een, De Zee aan de andre kant. Dit alles, faam verbonden Door de eedle Tekenkunst, fielt al wie 't ziet te vt eên. J. FOKKE.  Te AMSTERDAM Bij M . gCHAMKAMP .   HEDENDAAGSCHE HISTORIE or het VERVOLG VAN DE ALGEMEENE HISTORIE; Befchreeven door een Gezelfckap van GELEERDE MANNEN IN ENGELAND. UIT HET ENGELS CH VERTAALD, enz. Uk DEEL, Iflt en llit STUK; Behelzende de verdere EUKOFISCHE HISTORIE, En Byzonderlyk, ©ie van het DUITSCHE RYK. Te AMSTERDAM, ByM. KHALEKAMF, MDCCLXXXVII.   INHOUD van het ELFDE DEEL der EUROPISCHE HISTORIE. 11 BOEK, II. HOOFDSTUK. Behelzerde de Historie vau het Duitfche ryk, Inleiding . Blaüz. I. I. AF üEELING. Behelzende de Historie van Duit [Mand. van Coenraad tot de opvolging va» Otno in het Keizerryk. 28 Coenraad I . . . . —-_ald« Hendrik I, bygenaamd de Vogelaar 34 II. AFDEELING. De Regeering van Othol, behelzende d;' verrichtingen van het Westerfch Keizerryk onder dien Vorst en zyne dfltammelingen. ... 45 Otho I. ■ • • • • • ald- Otko II 72 Otho III 78 Hendrik II. - 8$ III. AFDEELING. Behelzende een berigt vaa d< Duitfche zaken tot de komst var Frederik Barbarosja aan de Regee ring. I0' Coenraad II, bygenaamd de Sali fche ald Hendrik III, de Zwar te " Hendrik IV, de Groo te 12 Hendrik V, —— de J01 ge IS Lotharius II, I73 Coenraad III • ^° IV. AFDEELING. Schets der Duitfche zaken van de verkiezing van Frederik Barbarosfa rot de opvolging van Hen- drik VI I18.7 Frederik I, bygenaamd Barbarosla, aio. y. AFDEELING. Behelzende de Historie van DuitJchlai.d tot de verkiezing van Rudolph, de grondlegger der grootheid van het huis van Oostenryk 23a Hendrik VI, bygenaamd de Ge- ftrenge, • alf* Philips en Otho, ... *62 Otho iv, 2js Frederik II 283 Tmfchen Regeering . • • 3S° VI. AFDEELING. Vervolg der Historie van Duitfehland tot de tusjchen regeermg, 1 veroorzaakt door het overlyden van 1 Hendrik VII 35° Rudolph aldTusjchen - regeering van negen Maanden . ■ . . > • 3 £9 Adolph van Nasjau . . . 3°° Alben I, bygenaamd de Zegepiaa- [ lende, . '. 394 Heidrik VII 41* * VII. AFDEELING. i Behelzende de Historie van Km' * j rel  rei IV, onder wiens regeering de Keizeriyke wet, de Gouden Balk genoemd, werd vastgefteld, . 430 7KarfüeiVRegmXng • ' ' a,d' ' 500 VUL AFDEELING. ?Se!nen»*de °0r'°êen der y*wn in Bohevten, . . , s Winceslaus, . . , . Stgisniund, ' ^ IX. AFDEELING. Behelzende de Historie van ^ bert II en Frederik III, en ™e t fchryvmg der gefch/Jien wegers de' * 635 X. AFDEELING. Behélzende het begin der H*r vorming „ Duhjchland ." ^ Maximihaan I. 7,\ ald. HE»  HEDENDAAGSCHE HISTORIE; ZYNDE EEN VERVOLG VAN DE ALGEMEENE HISTORIE. TWEEDE HOOFDSTUK. Behelzende de Hijforie van het Duitfche Ryk. INLEIDING. ^•saafea de Oude Historie hebben wy het trapswyze «T t S verval gefchetst van het Westersch Ryk 9 * 1 * welk, door inwendige onlusten en verdeeldheden ten eenenmaal verzwakt , door eene overftrooming eindelyk van woeste en Oorlogzuchtige volSToo van de Alkmannen Geplden, en Franken, lis va"dlfSneven,Hsrulen 9 Burgundïérs enz.,geheel en al is ingezwolgen. Wv Eü&op. Hist. XI. D. I. St. A 2 TL Boek. II. ÏOOFDST.  4 HISTORIE van IL Wy hebben gezien, hoe voorfpoedig Odoacer, Ko. Boek. mng der Herulen, m zyne onderneemingen was in hallen II. zoo dat de Keizer Aügustulus, buitengaat oiïhem het Hogfdst. hoofd te bieden, verpjigc werd, zich aan hem te ondêr werpen, en daardoor van het Westersch Ryk een eind* maakte Naauwlyks waren de Herulen door de Ostrog then verdreeyen, en deeze wederom door JuaMaanSi dit wingewest met het (WwA ^ vereenigde, te ot der gebragt, of de Pauzen wisten eerlang middel te vL den, om over een aanmerklyk gedeelte van het zelve het waeredsch 200 wel als het geeftelyk gebied te voeren terwyl het overige door de Lombardiers tot een Konino-' ryk werd gevormd. Dit volk veroorzaakte den Pauzen vry wat onrust, zoo zelfs, dat het Paus Adrtaan I ?n zyne Hoofüftad belegerde. In deezen toeftand valzaken nam hy zyn toevlucht tot Karei de Groote, die hem met een roagtig leger te hulp fchoot, Defiderius verfloS, en zich zelf tot Koning van Lombardyen deed kroonen De Paus zyne dankerkentenis aan deezenzegepraalenden monarch willende toonen, en zich tevens van de befcher mmg van een zoo magtig bondgenoot willende verzeke" ren , verklaarde hem openlyk, met toeftemming des* Roomfchen volks, tot Keizer, en vereerde zyn febied met den naam van het Nieuw Westersch Ryk, na dat dees Vorst zelf had toegeftemd, dat de Paufen te Rome en hy aan geene zyde van de Alpen zyn verblyf zóude nouden, om zoo veel te nader by het midden zyner heerfchappye te wezen. . ' "eer Op deeze wyze werd Buitschland, welks eefchielenk 7erscttlZtn °ntVOaWe°lde Zetd ™ **** tersch Ryk: dan, eer wy tot het verhaal der aanmerk- yke .gebeurtenisfen overgaan , welke de*e Wchiedenl mtmaalcen, zal een algemeen berigt van dit £Ee land,, met eene korte fcbets van deszelf rXSsfQrm.ongetwyfeld den Leezer niet onaangenaam wezel, i ter-, -  HET DUITS C HE RYK. 5 terwyl hy daardoor zich zelve* een beter begrip kan £ terwyi uy craqtkQn':iae redenen, en dryfveeren, op Z&*£S3ÏÏZ&. ^ de byzonde^Staaten,^ welken je na y vQ,ks berus(. . aIsvan hfc^fL %m tegenwoordig ten noorden^ DVöoTzé,\ De\7markel en de Noord Zee- ten ? aan, SSkSS en Zwitferldnd:; een oosten aan ftyi. zuiden aan "fj^rtij^ ten westen aan de iVWer rr^HmfXf^S^ancU Comé, zoo dat het de SÉ edn£ Sg$*£& de behoo- ^Ït^hÏÏ^) hgt tusfehen 45 ff- 4 min. en 54 DU nnnrder breedte; en in de lengte lustenen gr. 40 min'on0°„eren?6 g . 5, min., hebbende van dG 23 gHPn naThet zuiden zeven honderd en twintig, het noorden het z^ horderd en vyf en van het oosten naar nee fc ^ ^ Cn VySk§rvky en nSketyklrooter is, dan het Koning- ryK van * j twintig mill oenen begroot. gaans op meer dartwm ig m en met hKl geTcn Wa™r gezonde lucht, en verfchaft alveele aangenaamheden des leevens. d de ÏÏ&?22&iïp dan honderd en twnc^  n. Boek. II. Hoofdst, i € 1( A ö HISTORIE van rivieren in zyn en loop, en ontlast zich door verfcheide uitwateringen in de Zwarte Zee. vencneide De Rhyn heeft zynen oirfprone in het Graauwbun der and m twee onderfcheidene kanaalen • de Sad Chur wordt hy bevaarbaar; beneder; Rheineck valt hy in het rneir van Confiams; by Schafhauzen naakt Py een groote waterval, en ontvangt daar de 7%^ ecVd^Jar teManhetm yereenigt hy zich met de bevaarbare riSer* Necker, en te Mentz met de te Obe7lan/fl7n ontvangt hy de W 0f Lone; te CoMai* de Mo S- tl Slt u ? hy m de ^emgde Nederlanden en verdeelt zich in twee armen, waarvan de eene, de Waai genaamd, zich met de Maas vereenigt, en de anlfe die zich eertyds in de Noord Zee ontlaftte, nu ee waterborden is, en digt by de Stad e™ hetDMaff ? herrft, eeDtJ? du^belen namelyk in Sl™ graafchfP ?areth > en in Flchtelfe oï Flch. welberg m Frankenland. Deeze ftroomen loopen beneJen Culmback . en maaken aldaar de Mak, die in zynen oop de Rcgmz, de .ftwfe. de Zfcirfcr en de /S ontvangt en eindelyk te Mentz in den /Wy» uitloop? VTulL ?ntfPr]n^ 10 ^W», en ontvangt den Wuldau en de /^r; in den Q#*r SaxifchenKreits ereemgt hy zich met den Mul/au en de .SW*,- ver°r d£n f^" heenlopende rfnli ty ve;mfer,derd m« de Havel en den 2tM\Verd£Slt?hy Zich in verfcheide takke" m den Ta o Ha™hurë- en vormt daar eene menigre van landen. Beneden Gluckflad ontvangt hy de sfor, en )v,pt by Brunnsbuttel in de i\W Zee rn\??er °auPV in ^r^"' vliet voorby Siken, befproeit het Mark * Graaffchap Brandenburg , loopt x ver-  HET DUITSCHE RYK. 7 vervolgensin 1^^^^^^^ BoL. 5*5fc tVdeTzTteWumZe in 2>r„»«» te hebben de Aller m ^erden,^de ^ r- t^tf?™^ de GrÖÖf iS dk LandW n£Jt ph Neder-Duinchland verdeeld, waarvan het Q#>«r en ^eder v » Frankenland, ^AJTb^S: *H%£: Moravien , Ooflenryk Zwaaben, Stiermark, Krol, Zwitzerland £r^*£KS:iH^i te'rwyl ^ Neder Pahz ?J:Aen lö&fiS til^t^ *oïï worSXÖ onderfcheiden door die Land- «jj* I ï 1 den £/Vy«, den .Do»*«, den O^r, v^»'»* S 'en de ^liggen; en is eindelyk verdeeld ft*oïnott^Provinciën, onder den naam vwKrettfen, waarfn a?e deXISidoinmen, Bisdommen, Hertogdommen cl£n vervat zvn, die, uit hoofde van hare onderhn£ ™fednJff^vocglikte famen over hare gemeefe MaSïï'hÏÏ&S. Onder deze benaaming werd het RoomS Ryk door Keizer Maximiliaan I m-den Ja, "'1 7ic deelen verdeeld, te weten Frankenland,, Beie^Tzï^^RW^ *** Westphaalev 7Neder Saxen, voegende daarby naderhand Oostenryk Burgundien, den iVfeAr Rhyn en Qfifwr zoo dat (f) Eufching Ceograp. vol. IV.  8 HISTORIE van BoL. hTf g?t t°t tien ve™eerderd, en by de reseerin* *** R&' Karei V. alzo werd bevestigd. regeering van Hoofdst. , \t^AKreiti hffc zynen Directeur en Generaal hebbende de eerfte de magt, om de algemeene veSe' ring der Standen, tot zyne Kreits behoiende te beÏÏ* gen, en de algemeene zaken te regelen, terwyl de lS het bevel heeft over het Krvgs volk en win der artillery en oorlogs - behoeften. * * beftüUr Terwyl alle de Leeden voor de behoeften A** d 7 moeten zorgen, wordt ieder Krdts^Sïï^^?^ van manfchap en paarden of zekere fomme gdds,%efv 2IfïT d6r tr°Upen of van ^derenoodwendighed'en* maandelyks moet opbrengen, en welke Sx\\™ a ' naam van Romer-maanden draagt zfnde deeïIg,den ming afkomftig van hare eer/te fnvoeSg/^neer ïe" Keizer tot zyne reistogt naar Rome twindg dSd^e? knechten en vier duizend Ruiters nodig hlbbénde door' hun, d,e geene manfchap konden leveren, eene Jvke fom in geld maandelyks moest betaald worden & 7Ï° De Oostenrykfche Kreits, waarvan de Keizer ai« Aartshertog, alleen het beftuu'r heeft, beheL aKe'nrn vincen, tot het ryk behoorende, die by het Huis van" Oofïenryk zyn bezeten; want de KoningTyken vanS garyen en Bohemen nevens veele andere Staaten ^ ie on-' geflotet ^ de Kr°0n' Zyn Van deezenKrefts u°t- to?ALBZrfcke KrehL- 200 ^en0emd» «o dat dit Her. togdom het voornaamfte gedeelte uitmaakt, behelst ver trfTe^Z *yTen> 60 d£ Aartsbisfch°P ^ Saltz\ ■De Zwabifche Kreits, die meer vrye Ryks-Steden heeft, dan eenige andere, wordt door den Bisfchon van ■Conjlans ^ den Herrog van Wurtemberg l^uT De Franktfihe Kreits, benoemd nalr de Provincie van  het D 01 T SC HE RYK. 9 j- A„r,r Am F.isrchop van Bamberg en den ]I. ZltGrTA"2 of cJLack, die net Burg Bof. GrDf »iS^S|^een on,er beuuur HoL, van den Keurvorst; doch de Neder Saxifche eene der aanrnerklykfte Krei fen in Duitschland, onder dat van den Konng van als Hertog van #wm», en den S vorst van Brandenburg als Hertog van MagdeW dTe zulks oir beurten waarnemen met den oudlten rffr Hertrecn van Brumwyk en Lunenburg. D^fphaalfche KrJts levert zulk eenemeenigte van A J ma,HPn nn dat de Staaten van deze Pio Tct n V vrooflog liever hun aandeel daarin, Z toeeW opbreneen. Hare beftuurders zyn de Keur vïïst vfn ^S»*"l«rg en de Hertog van M«fcr* met don RicfchoD van Munfter (A). , DlNeder RLynfche Kreits, ook de Kreits der vier KeuryornengeZJ, om dat zy de drie Geeftelyke Keuryorften en de Paltz aan den Rhyn behelst heeft tot D reelaren de Keurvorllen van M*»/z en de P*fe, terwyl die ïï d;Crf(^ % de Bisfchopvan ^m* ITÈur Paltz is, af zynde in het Graaffchapvan Smmern.opgevolgd, fchoon de eerfte voorgeeft alleen d.rec- ^"ïe"^^, betreft, die haren naam van^ie Provincie*, thands van het ryk afgeicheurd, en d*n Koning van Frankryk toebehoorende, ontleent, de. 1 was 2ei onder bet directeurfchap en de oppermagt van ïn Koning van Spanje, en behelsde niet enkel Op. Z slgundielol FrancheComté maar ook de: zeven tien Provinciën der Nederlanden, die, onder de regee- (A) D e Keurvorst en Hertog zyn d^fW^S SSffS wordende bezteten door de Hertogdommen J™*» "JJ.|^vJefH de Graaffchappen Mark en tovwufcrg.met deHeeilyknud icfygp B  io HISTORIE va s 31. nng van Karei F, als leden van het Rvk werden aanseBoek. noomen, blyvende zy wel, ten aanzienderjustide,onaf hw 11. lyk van het Kamer.Gericht, doch'moetende tevens ingf. Hoofdst, va van oorlog tegen de Turken, zo veel fchattin* hetaaien, als door twee Keurvorrten wordr gehelen • ^bh-v™ deeze fehattmg nimmer heeft plaats gehad, en nu en a op den yst der Ryks-behoeften geplaatst is. Kreits. derhalve uitgezonderd, belooptnde toel^nvoor eene Romer, maand, welke alle de andere betaalen omtrend twee duizend vier honderd en negentien Uuï ters, en twaalf duizend vier honderd SoSn,oin" geld, vyf en zeventig duizend agt honderd en veer i ° Gu' n,S\r!C bepaaling dikwv,s tot drie of viermaal wordt verdubbeld, naar gelang 'er meerdere troepen nodi^ zvn volgende men hierin echter altoos dat geen, welk b/dè Ryks.Matncul is vastgefteld. J dt A.r H T rPuitfche Ryk is dus een politiek liVchaam wiar dDez?"ïïndet hü°fd'/n ? Ryks ^dendelX zyn. Deze Standen zyn in drie foorten verdeeld, mmelvk het Colleg.eder Keurvorften, dat der Geeftelyke en Wae reldlyke Vorften, en dat der vrye Ryks- Steden d?e al en dePnteXnne VQr^'m^of^ wor Kabel de Qroote en zyne opvolgers hadden het Rvk by erf - regt ,n bezit;doch deeze ftam zynde uitgeftorven kwamen de Standen by een, verkozen Coenraad %\ nadernand Hendrik de Vogelaar, die naderhand door Ot. to bygenaamd de Qroote, werd opgevolgd, na wien dKeizers vervolgens hunne waardigheden by opvolg verkreegen zo echter, dat het Volk zelf omtrend\4 bekwaamheden van den Opvolger zyne toeftemming moesgeven. Deeze gewoonte hield ftand tot de Regeeung van Hendrik IV, die aanleiding gaf tot die conftitutie, ivelke de wyze van verkiezing der Keizers regelde, en uit kracht  het DUITSCHE R Y K. n kracht van welke hy zelf naderhand werd afgezet. De II verwarring, die, uit hoofde van het groot aantal van Boek. verwarring , eene Ke.zerlyKe ver IL S fng reg hadde" om te ftenien, natuuriyk plaats Hoogst. sreep, overreedde hen, om die mag r. aan zeven Hoof dèn ten dien einde Kiezers genoemd, over te Ijceo.^.^ l\'pn rok naderhand, onder de regeering van Kareilyke verkie7r bv eéne o donnantie, de Gwfc genoemd, wer.* £ „ kL S volgens welke Bul zoo wel de wyze van v Sde hlg gals de'rragt der Kiezers, die thands erflyk lan zekere Ryk< - Standen toebehoort, bepaald werd 3 Vóór Karei de Groote en nog langen tyd naderhand was de «Eeering door het geheele Ryk eenhoofdig; doch ZT/rederik IL hebben de Keurvorften en Vorften zich on^ei?zekere regten aangematigd, die zy te voren rS Ster; zo dat de rc^eerirg ten deee monarchaal ten'deele aristocratisch is geworden: want'er zyn rente voor egten, die de Keizer uit hoofce zyner oppercenige vooiiegicii, weder- omSLenaSe%ev^ -ner plègtije capitu- "ade d e hy S zyne'Krooning onderteekent de: ftem vaïde Vorften en Keur-Vorften, ja van alle de Ryksvan ce v^ wraa(Ten en hunne toeftemming behoort Standen, moet viaagen , tu uun^ * » . D(, w.Mr. af te wachten. Voor het overige neemt hy ^f^ngheü en der oude Westerfche Keizers, zoo als dien varx óempe' gUn eerften rang toe. Hy belegt andeie Ryks-vergaderingen, hebbsnde hy het iegt, om oez"er refo!utie8n te ^f^^l^^^ zynen naam worden afgekondigd en:Ditg^ ^ , vestigt de alliantiën en verdragen, die by.f "f*0?'6^.. gers ten voordeele van het Ryk gemaakt zyn, hy al-  II. Boek, II. HOOFDST. Zyne bepa. iingen. 1 ; 11 HISTORIE van leen heeft het regt van de eerfte beden, zoo als het genoemd wordt, dat wi! zeggen, het regt, om het eer' fte domheerfchap, of eenige andere waardigheid in de Kapittel of Dom-Kerk, zoo wel als in de abtdyen of in het Ryk, welk ra zyne Krooning onenvalt, g^ivk mede de magt, om alle de andere waereldlyke waardieheden, zoo als van Koning, Vorst, Aarts Hertog, Hertog Marquis, Land - Graaf, Graaf en Baron te begeven, Aan hem alleen behoort de magt, om de groote leen^n van het Ryk te heffen, welker huldiging hy aan de geeftelyke Vorften met den fcepter , en aan de waereldlyke met den ftandaart of het zwaard verricht; hy ontvangt den eed van getrouwheid van de Keurvorften, Vorften en van alle de Leden des Ryks, en alle bezittingen, 'd-'e by verbeurte als anderszins, aan het Ryk verva'len zyn alleen ter zyner befchikking. Hy geeft pardon en bevryding van ftraf, vormt of bevestigt univerfiteiten en academiën, en bezit alle andere voorregten, die blyken zyn van oppermagt. Doch hy is tevens vernligc om eer hy de goederen van het Ryk kan vervreemden óf verpanden, eer hy het privilegie om geld te munten kan verleenen, of de ftaaten van rebellen verbeurd kan verklaaren, de Keurvorften te raadpleegen. Zelfs tot het regelen der zaken van Godsdienst, het maaken of vernietigen van wetten, het bepaalen der waarde van het geld, het afkondigen van den oorlog, zoo binnen als buiten het Ryk, het opleggen van fchattingen of algemeene belastingen, het ligten van troepen, het bouwen van nieuwe forten,het leggen van guarnizoen in de ouden, en tot het maaken van alliantien en verdragen heeft hy de algemeene toeftemming van alle ftanden nodig. Wanneer de saak echter alle fpoed vereischt, kan hy volftaan met de .oeftemmmg der Keurvorften, en in geval van beftand of tilftand van waapenen is zyn Keizerlyk gezag alleen genoeg flan deeze bepaalingen onderwerpt hy zich zelf met eene ea^  het DUITSCHE RYK. 13 capitulatie by zyne verkiezing, die zoo veel als een con- II. Sc is tüsfcheS hem, en de Keurvorften en vorften, Boe,. «rade deeze ingevoerd zedert de regeermg van Kare V , il. vóór welken tyd de gewoone ryks- bepaahnget, m plaats Hocrsx. van dreze capitulatie dienden. By afweezigheid w den Ker onder de oude Keizers eT ™* dien van WA iEaifog in deszelfs Sge^wirteTe teekenis. Deeze laatfte benaaming raakte5 in geb^Fo^ trend de tiende eeuw, wanneer men van gfdagté w5 dat de Paus alleen het regt had, om eenen Kefzera?n Moo«^ dan na zyne fi^Jil^^JJ worden aangemerkt. r J Her dat hy op nieuw verkoorèn of bevestigd behoeft te ït< worden- Dit is een middel, door den Keizer zelf ge- Hoofdst, bezid, wannter hy geene zekere erfgenamen heeft, die hem zullen opvolgen, of hy zelf buiten ftaat is , om het befhiur laneer waar te nemen. De Roomsch Koning wordt niet met eene Keizerlyke , maar met eene open Kroon gekroond; ook ontvangt hy den eed van getrouw heid niet eerder, dan na het overlyd,n van den Keizer; hv insgelyks den titel van Semper Augustus met draag™, noch den dubbelen Arend voeren, noch eenige magt in het Ryk oefenen , zoo lang de Kazrr zelf te genwoordig is; doch deezen afwezig zynde, gebiedt hy uit legien plaats hebben, wier onderfcheidene innen mg op gjjg* den Rvksdag te Frankfort in 't Jaar 1580. bepaald is Het voorriamfte is het Keurvorftelyke, welk: oirfprorg«yk uit zeven Keurvorften beftond, doch thands uiteen beftaat, die ieder voor zich zeiven de twee hoedanigheden van Ryks. vorst en Keurvorst bezitten. Als vorst is hy, met uitzondering van eenige bepaalingen, die hem en van den Keizer en van het Ryk afhanglyk maaken, volftrekt Souverain in zyn geheele grondgebied. Als Keurvorst heeft hy het regt, om den Keizer en den Roomsch Koning te verkiezen , en heeft hierin den voorrang boven tfle andere Ryks Vorften, zelfs boven de Kardinaals en Koningen. Dit Collegie heeft drie Aartsbisfchoppen en zeven waereldlyke Vorften. De eerften zyn die van Mentz. Trier en Keulen, die, volgens te Gouden Bul, Aarts -Kanceliers van het Ryk zyn. De waereldlyke Vorften zyn de Koning van Bohemen, Aarts - fchenker; de Hertog van Beyeren, Groot- Meefter van het: paleis.; de Hertog van Saxen, Aarts -Maarfchalk; de Mark-Graaf  li. Boek. II. HCOFLST. 16 HISTORIE van van Brandenburg, Aarts- Ka mor Heer, en de Paltz Graaf aan den Rkyn, Aarts - Scharmeefter, Het getal der Keurvorften werd door Keizer Leopold vermeerderd maakende hy het Huis van Brunswyk tot het negende' Keurvorftendom, met den titel van Keurvorst van nover, onder voorwendfel van den Protestanten , die zich beklaegden,dathun gezag door het overgaan van deKeUrPaltz m eene Roomfche tak van die familie, geweldig was verminderd, genoegen te geven, De waereldlyke Keurvorften hebben eene werkende en lydelyke Item , als kunnende eenen Keizer helpen verkiezen, en zeiven tot Kei zer verkozen worden; daar de Geeftelyke Keurvorften enkel het regt van verkiezing hebben, zonder immer de Keizerlyke Kroon te mogen aanvaarden. De drie Aarts Bisfchoppen moeten den ouderdom van dertig Jaaren bereikt hebben, eer zy die waardigheid kunnen aanneemende waereldlyke Keurvorst in tegendeel behoeft Hechts' agttien Jaaren oud te zyn. Geduurende zyne mind^riaa righeid wordt zyn mafte bloedverwant tot voogd aanee" fteid, voerende de Keurvorftelyke waardigheid, houdende den volkomenen rang, en draagende zelfs het kleed van eenen Keurvorst. Wy hebben reeds aangemerkt dat twee dezer Keurvorften algemeene Ryks - Vicarisfen zvn riemende dit waar by het overlyden of de afzetting van den Keizer, als 'er geen Roomsch Koning is. Ieder heeft zyne byzondere magt in de provinciën vin zvn regtsgebied, uitgezonderd in de Ryks-kamer van Spev-r welker handelingen met beider naamen worden eetee' kend, om dat aldaar het gericht door alle de Ryks Standen gehouden wordt. Iedsr deezer waereldlyke Ku vorften heeft zynen Stedehouder, die zyn ambt by zyne afweezigheid waarneemt; en deze vicariaaten zvn erfelyk De Geeftelyken verk'ygen het Keurvorftendom op dezelfde wyze, als de Preiaaten worden gekoozen; doch de waereldyke verkrygen zulks by collatie of opvolging. De collatie  het DUITSCHE RYK. 17 tic heeft plaats by gebrek van wettig mnnnelyk kroost, Iï. waaronder leeken zvn, en wordt als dan door den Kei- Boek. 7er gewettigd, a's zynde verpiigt, om het getal der Keur- II. vorften fterds vol te houden en de vacante plaats aan ee. Hoofdst. ren Duitfchen Prins te begeeven De opvolging gefchiedt overeenkomftig de Salifche wet, naar het regt van den oudften, zynde onafhanglyk van alle verdragen, testamenten en andere burgerlyke inftrumenten, die anderszins wel gebruikt worden,omde orde der opvolging te ver- anDcenkeurvorften hebben het regt, om in hunne eigen-De no^ keurvorftendommen zout-putten en andere foorten van A^jw_ mvnen te doen bewerken; goud en zilver geld te liaan,fien% de oude fchattingen te heffen, by voorkeur boven a.le ankerende grootfte leenen te verkrygen, en zonder het betaaien van eenige onkosten gehuldigd te worden, aüe privilegiën, met hunne eigene ftrydig, temogen weigeren, en een Souverain regtsgebied te oefenen, fchoon hunne vafalien, uitgezonderd die van Saxen en Brandenburg, rert hebben om zich te beroepen op de Ryks - kamer; doch he°t onderfcheidendst teeken der Keurvorftelyke waardigheid is het regt, om eenen Keizer te verkiezen en af te ZC tl e*t volgend Collegie is dat der Vorften, die of^mm, reldlyk, zoo als de Hertogen, Mark Graven, Land-^^ Graven, Burg-Graven, Graven, en Heeren; of geeltelyk zyn, zoo a's Aarts■• Bisfchoppen, Bisfchoppen, Abten enz,, die onmiddelyk tot het Ryk behooren. Zy, die dit Collegie uitmaaken, hebben regt van zitting op den alremeenén Ryks-dag met eene advifeerende en bellis ■ lende ftem, terwyl zy tevens tot de behoeften van het Hvk betaaien , in gevo'.ge de bepaaling, welke by de Ryks Matrkul of het Register der gefamemyke Ryks ftanden gemaakt is. De Aarts Bisfchop van iSaltzburg en de Aarts-Hertog van Ooflenryk zyn om beurten De Hertog van - Bourgondien V om beurten. De Koning van? Maffdeburg. De Aarts Bisfchop van - Saltzburg. J Pruisfen voor « r> k * fLauteren. Groot-Meefter der Duitfche Orde Cc> % PaU^oor -jSjK^ fBamberg, ") De Keurvorst van-, Breiien fnv 1 Wurtzburg. Hanover voor - -> ure-Ben in<* Worms. {a(W -;tt.;,Ijr De Hertog van - - Twee Bruggen. Eichftedt. ^ beurten2 De Keurvorst van, Vddentz (o). Speiicr fom Deuran' de Paltz voor - Lautereck. I Straatsburg (d). | D Hertog van Sa-i Altenburg. ^ om (Costnitz.) Conftantz. J Q GraafvanPape)Acin„ xen Gotha voorCobu g. \htmtea .Augsburg. f | Uraafv"nF p —, De Hertog van Sa--» Weimar. lopde Hildesheim. §• 8. x"" v°or * - "* ^di"en tt'r-, 'Paderborn. <£ " J De Hertog van Sa •» G th 1 der verschoppen van«Freifin^ . a^e fkmmen xenvoor - . J^otna' ^ever I Regensburg. ! I denRyksdagopneemt. De Hertog van Sa Fifen,clu rWp^ I Paffau. Dwars-baufc xen voor -j J a"tj Trent (e). De Mark Graat'van - Culmbach. Brixen. r rm u-„,K,n O De Mark Graaf van Anfpach. Bafel. j mbeiut.n. De Keurvorst van-. Zeil. Luik. 7 hptwUrpn 183 Hanover voor - * Calcnberg. Osnabrag hSoor^e 1 De Hertog van-, Munfterf j aui voorra, g. a BrunsWyk ° Wol l Grubenhagen (q\ 9h^r', ^ "-3 fenbuttel voor - f LLubeek Cg> g> De Keurvorst van, .. „ a fFulda. 1 Brandenburgvoor.} Halbcrftadt. i Kempten. | De Keurvorst van-» ., , J Elwangen. èbetwisten Hanover voor - •■» v erden Abten van - "S Murbach. j den voorrang. De Hertog van - - Wurtemberg. ") luËSdHte. J D^KoninpanZwe.}HcsleI,Cas^. > De La :d-G-aaf vin Hesfen- DarmftadGroot - Meefter der Orde van Malta. De Mark Graaf van Baden Brien. De Mark Graaf van Baden Durlacb. De Abt van- Bergtol?gaden. De Mark Graaf van Baden Hochberg. > om DeProobftvan Weiflenburg (h> De Hertog van| Graaffch.schweriri bcuUen" ^ ai.» /cfUw0> Mecklenburg voor). Hertogd.Gustrow- De Abten van - -cStablo. het - - • -J h ICorbey. DeKoningvanZwe \ Voor Pommeren. »^i..f.M ««« . rZwaben (k> den voor - - - _ Prelaaten van {denRhynCfj. De Keurvorst vani Achter Pomme ■ j De Koning vani Brandenburg voor-*" rea« Denemarken Vülucküadt. De Keurvorst van] voor - - -) Hanover voor het V Saxen Lrtuenberg (r). De Hertog van - Holftein Gottorp. He Wgdom van - J De Keurvorst! D Hertog van - Savoijen. van Branden-VMinden, een Vorftendom. De Keurvorst van") burg voor - J Beieren voor het VLeuchtenberg. Land - Graafichap | b van . - - -J De Vorst van - - Anhalt. De Erven van - - Henneberg (s). De Hertog van") _ , Mecklenburg voor> Schwerm. het Vorftendom - VRYE RYKS-STEDEN. %£5£i£Xcm*. het Vorftendom -J Bank voor de Steden van den Rhyn. Bank voor de Steden van Zwaben. dm„iï*Tg t 1 £ r -—: , Mecklenburg Sti e , Ratzew Keulen. Northaufen. ^» Regensburg. SchweinfUrt. ^ luz voor het Vor- f Aken (y). Weülenburg. Augsburg. Kempten. , ura ftendora - - - --> Lubeck •) Landau. I Neurenberg. Winsheim.x bemien. De Land Graaf van] Worms," ibybeurten. Obernheim. >-^bb). Olm. Kaufbeuern Hesfen-Cas^I voor > 'diifchfeld. Speijer. 3 Keizers-berg. Eslingen. W eil- het Vorftendom J frankfort aan de Munfter. Reutlingen. Wangen. De Hertog van Lot-] Main Ro^heim. Mordingen. jsny. haringen vo r het V Nomeny. Hagenau. n Turckheim. J Rotenburg, aan de Pfullendorf. Marquifaat - - -J Colmar. i(z>. Dortmund. T"uoer.- Offenburg. ' f Montbeillard(Mumpclgaid) Fcbletftadt. J ' Friedeberg. Halle, in Zwaben, Lemkirch. j Arenberg. Bremen (aa. Wetzlar. Rotweil. 7 om Wimpfen. ] Lobkowi z. Mulhaufcn. Gellenhaufen. Uberlingen./ '<;;'>"- WeiOenburg, in ^alm-. , ^ . Heilbrunn Nortgau. Dietrichftein. Gemund Gingen Vorften van - - J Nasftu Hadamar. ffi?^ gjSfcbacl, I SS èSurgen Diet, Dnnckdfpiel Bucbore. «Sland., om Sber3h CCC> Budiau; Ftirltenberg } beurten. ] Zwaben (t). Graaven van - *"S Wetterau Cu)- ' Frankenland Cw). v. Westplialen (x . Ter Druïuery van j. J. Besseling, tc Utrecht 1787. AANHAALINGEN. (a) Des Keizers thrcon is altyd ledig, ten zy hy zelt in perfoon tegenwoordig is. (b) In vorige tyden was de voorrang naar den ouderdom gefchikt, en de Geeftelyke Ryks-Vorften, wanneer zy van Keizerlyken bloede waren, hadden een verheven geftoc-lte. (c) De Bisfchop van Bamberg betwist hem dezen voorrang. *d) In 1674. werd op den Ryksdag zyn regt van (temmen opgeheven , doch in 1714 weder toegelaten. (e) De Bisfchoppen van Trent en Brixen zyn aan Oostenryk onderworpen. (f lNamelyk, wanneer hy vandenRoomfchen Godsdienst is; want de opvolging gefchiedt beurtelings uit de Roomfch Catholyken en de Vorften van het huis van Hanover. Wanneer hyeenLuthe. raan is, zit hy op de dwarsbank. Cg) Thans zit hy op de dwarsbank. (h) Deeze Proobstdy is in het Bisdom Speijer ingelyfd. (i) Deeze Abcdy is met het Aarts-Bisdom ï'rier vereeiigd. (k)Oudtyds hadden alle Prelaaten plaats en ftem op den Ryksdag; doch. toen het Vorften-Collegie afzonderlyk verga» derde, werden deZwabifche Prelaaten Hechts tot ééne ftem gebragt; naderhand echter , wanneer de Graaven in 1641 eene derde ftem verkreegen, verzogten de Prelaaten van Zwaben en den Rhyn op nieuws te worden toegelaten , welk hun ook daadelyk vergund werd. 'Er zyn vyftien Prelaaten en vyf Abtdisfen, die op de Zwabifche bank zitting hebben. (1) Op de bank van den Rhyn zitten agt 'Prelaaten en elf Abtdisfen. (m) Dees voorrang wordt hem door de Hertogen van Saxen betwist. (n) Uit hoofde van den afftand , die door de kroon van Zweien, by denNoordjchen vrede in 1720 , aan hem gedaan is. Co) Deeze (temming is opgeheven. omdat * het gefchil wegens de opvolging nog niet bclltfchc is. (p) De volgende orde wordt by beurte gehouden. Eerfte dag. Tweede dag. Derde dag. Weimar. Coburg. Weimar. Eisenach. Gotha. Eisenach. Coburg. Altenburg. Coburg. Gotha. Weimar. Go'ha. Altenburg Eifnach. Altenburg, (q) D-* Keurvorst van Hanover heeft deeze ftem aan Lodewyk Rudolphus, Vorst van B!anckenburg,\-oor zyn leeven afgedaan. (t) De Keurvorst van Hanover heeft de leenhuldiging van dit Hertogdom ontvangen, zonder benadeeling echter van iemands regten; enhethu svan Anhalt heeft nog ccnige regten op hetzelve behouden. (s") Tegenwoordig heeft de Keurvorst Tan Saxen deeze ftemming te famen met de Hertogen van Wtimyr, Eisenach en Gotha. (t) Oudtyds waren de Graaven altyd erkende Stenden; doch by de afzonderlyke Vergaderingen van het Vorften • Collegie zyn hun flechts tveeftemmen toegekend, namelyk aan dc Graaven van Wetterau et Zwaben, onder welken alle de overigen begreepen waren. Op den Frankfortfcben Ryksdag in 1641 verkreegen de Graaven van Frankenland eene derde ftem, en op eene andere te Regenshtirg de Graaven van Wefiphalen eene vierde. Op de Zwabifche bank zitten een entivintig Graaven. (u") Op de Wetttraufche bank zitten elf Graaven. (w) Op de Frankifche bank zitten tien Graaven. (x) Op AeWestplutalfeh»bank zitten veertien Graaven. (y) De ftad Aken betwist Keulen den voorrang. (z"5 Deeze drie fteden zyn thans afhang- lyk van Frankryk. (ai) De vryheid deezer ftad wordt betwift. (bb) Deeze behooren onder de tien Ryksfteden van den Elzas, welker vryheid by den Munfterfchen vrede werd bevestigd. De Koning van Frankryk dezelven in 1672 in handen hebbende gekreegen, zyn zyby de Ryswykjche Vrcdes onder, handelingen wel te rug geëifcht, doch te vergeeffch. (cc) Deeze ft id werd in 1705 in hare vryheid herfteld; doch is , byhet trafhat van Baden, dan Keurvorst van Beieren wederom in handen geraakt.   HET DUITSCHE RYK. *3 „ j -uur tfiJwsbure opgericht, had in den beginne H. Fredertk IV ^ Naderhand werd het by beurten re Bo-aK. E^wïï W,XIs Neurenberg, Regensburg en Etslengen IL Frankfort, '^m^\ door %rel V te Speyer bepaald hootmt. gehouden, tot dat ntt vatl den Westphaalfchen werd. Volp^ ^ Shtet van de Roomfche Vrede moet de oppepte wmt pttefidenten, twee Kerk zyn , . terwyl ^ ^^Xntfche, en vyïtig AsRoomschgezmde en twee nowu twintig Room- fesforen of rechter, zyn , "^ ^ De Kamer - richter fchen en de ovengen P~teftanttn. praf)denten raoet een ™>J^£jfr9VrélM*a wezen, De Geestelyke en twee vvaeie j Roomschgeasfesforen worden.gekozen , al>™Z> door ieder der zinden door den Keizer » t^ der^iy | door vier Roomfche ^^^t£9 en de overige elk der drie Proteltanticne xvc e u by ieder der denVstphaalfchen de zaak geregeld by het■ twetaat v Gtrich£ zecr Vrede; doch teBfnw^d^ » ^ &^ -merkelyk in getal van . die als Bisfchop ftaande uit den Keur^rst van £oomahgezind en van Speyer Kamer-richter is, uit een Asfesforen , één Froteftantsch Prudent^ cn vj ^ # waar onder agt Ro°m^^ DE Ryks-Hofraad beftaat Jrteen ^ MentzEtfmd. eén Viee-P-Üdent g^L^tete* gezindheiddke voorgefteld, en negeni xv den aar)gefteld. met den Prudent. door den ^e z; ,er eenev0or Zy zyn in twee banken verdeeia,w ^ de Raaden van den Graaven en is, Zy dere voor den Ridderftand en f ™* \ verblyf Van houden hunne vergaderingen Jf jg^m ontleend den Keizer, waarvan het ook z>nen n heeft. Schoon  II. Boek. II. Hoofdst. Derzelver uitfpraak niet beflisfchend in alle ge. vallen. Van den Adel. 3 24 HISTORIE VAN Schoon de vonnisten van deeze Regtbanken ten eenemaai beflisfende zyn , komen 'er echter we! gevallen voor, waarin de verliezer zich op den Keizer kan beroepen en eene revifie van Hukken verzoeken. Dit heefvooral plaats in zaken, nakende de Hertogdommen; Vorftendommen Graaffchappen en andere onmiddSyke Rjks-Ieenen. In be.de deeze Regtbanken zit de Keizer als oppemchter voor, en lpreekt ook, als hy tegenwoordig is, het vonnis; doch afweezig zynde, heeft de perioon, die hem als regter vertegenwoordigt, het re»t om een Keizerlyke Scepter te voeren, als een teekèn zyner waardigheid. n In Duitschlund zyn 'er twee foorten van adel • de eene vry en onmiddelbaar, die van niemand afhangt'dan van den Keizer en het ryk; de andere middelbaar, we'ke, by hare onderwerping aan den Keizer en het Rvk ook nog aan haren byzonderen Landsheer enderwpên is Deeze laatfte, fchoon niet zoo vryen bevoorregt, als dé eerlte, wordt echter in Duitschland zeer hoog gefchat • want 'er is een groot aantal edelluiden van den tweeden rang, wier famiiien voorgeven zoo oud en aanzien]vk te zyn, als die van den onmiddelbaren adel, en die in het ftuk des huweiyks de armfte adelyke vrouw zeer verre [tellen_ boven de rykfte burgeres, die riet van adel is. Wat den adel van den eerften rang betreft, veelen hunner zyn afkomftig van die helden, die Karei de Groote en zyne opvolgers in alle die overwinningen verzeld hebben, welke zy over de Saxen en andere Volken behaald nebben, Veelc anderen, zich uit de-nabuurige Staaten n Duitschland hebbende nedergezet, werden naderhand net dezen adel verbonden, om dat zy zeiven van adeyke geboorte waren, terwyl anderen wederom, wier roorvaders door perfoonlyke dapperheid zich dezen ran<^ ladden verworven , in vervolg van tyd door patenten" velken hun de Keizer Verleende , in den ouden adel zyn  HET DUITSCHE RYK. *5 7vn inselyfd; doch deezen kunnen geenszins tot de Ka- n. oSe S worden toegdatcn. waaruit de Aarte-Bisfchop- Boek. S de Keurvorften van Mentz, Trien en Keulen, met U 5 andere BisfchoPPen en Prelaten die Duitfche Vo - Hoogst. Sn zyn genomen worden , omdat ieder , die in dit Kapittel wil aangenomen worden, vooraf zoo van Va- de?s "Ss van Moeders zyde zynen adel in twee en der» tig quartieren moet kunnen aantoonen. §De onmiddelbare adel bezit leengoederen, die zy al- leen van den Keizer en het ^ hun mannelvk oord overerven, om dat zy, volgens een ïkdruklvk beding van den leenbrief, verpligt zyn, den fé l y alle gelegenheden in perfoon te dienen, ak Se zeker «tal van manfchap, naar de grootte en de inkomften van het leengoed, te leveren De meefte leenLoXen liepen in Zwaben,-Frankenland en langs den C d fn Neder-Elfas, eene fchikking, die juist om deze reden alzoo gemaakt is, opdat de adel , minder i 7vnde bv alle voorkomende gelegenheden des l^^eT^ M, om de frontieren tegen allen ^SXe vlo^e^ls de andere onmiddelbare nStiïdeS genieten , heeft de Keizer ook aan den ^f^rhTen adel verleend. Dezelve heeft dus magt, Crgerlvken en crimineel» regtbask te houden, welke ÏÏPe zelfs zonder appel is, terwyl men in burgerlyke zaten zich of oP den Hofraad of op de Ryks-kamer te ^;;TTD?TSn'dees adel insgelyks tot den Ryksdn- toegelaten , als wanneer zy den rang namen onder degRvfe< eden doch uit hoofde der gropte onkosten, daartoe fnS heeft men van tyd tot tyd opgehouden, dlnzdveï ttWveni fchoon zy vryheid hebben, om Europ. Hist. XI D. I. St. D ■«»  20 HISTORIE van II. in het opbrengen der Ryks-lasten zich zei ven te fchatBoek. ten. II. D e adel vormt dus eene foort van Aristocratifche ReHoofdst. publiek; want, fchcon in drie foorten verdeeld, laten zy nimmer by gewigtige voorvallen na, zich onderling door raad en vermogen ter behoudenis van het geheel te vereenigen. De Zwabifche Kreits hebben zy in vyf departementen, quartieren genaamd, de Frankifche in zes, en die van den Rhyn in vier verdeeld. Alle deze quartieren hebben hunne hoofden, die in Zwaben en den Neder Elzas Directeurs; doch in Frankenland en den Boven en Beneden Rhyn Hoofdmannen genoemd worden, ter. wyl zy fomtyds uit ééne, fomtyds uit verfchillende fa. milien worden gekozen. Een Hoofdman kan niets rege-" len zonder het voorafgaand advies van twee of drie andere edelluiden, die zyne Coadjutors genoemd worden, en in zaken, waarin het op de uitlegging der wetten aankomt, moet vooraf een regtsgeleerde worden geraadpleegd. Met deze Raaden onderzoekt de Directeur of Hoofdman de verfchillen, die voor hem gebragt worden, en doet al wat in zyn vermogen is, om de voorregten van het geheele ligchaam te bewaaren. Wanneer de onregtvaardigheid of geweldenary van eenig edelman moet beteugeld worden, dan roept de Directeur de geheele Kreits, of wel alle de drie Kreitien byeen, om zyne fchikkingen te onderfteunen en te bekrachtigen; terwyl de quartie. ren raakende de publieke zaken doorgaans éénmaal s'Jaars byeenkomen. Tot dus verre onzen Lezereneen beknopt denkbeeld wegens de tegenwoordige ccnftitutie en regeering van Duitschland hebbende gegeven, zal het niet ondienftig zyn, het tegenwoordig Karakter van het Volk te fchetfen, zoo als wy het by hedendaagfche geloofwaardige Schryvers befchreeven vinden. De  a e t DUITSCHE RYK. 27 De tegenwoordige Duitfchers worden gezegd arbeid; II. vJm eenvoudig, getrouw, dapper en goede krygslui- Boek. \ L ! ■ doch te selvk wreed, baatzuchtig en roof- II. uchg W onverz'etlyk gehecht aan den gods- Hco™r. dStfdien zy omhelzen, traag van verftand, en get ouw in hunne vriendfchap; doch veinzende in vyand-{6f d feto, wantrouwende, achterdochtig, en in eten enD#te. drinken veel buitenfpooriger dan eenige andere natie m de waereld Eertyds waren zy woest, en zeer onkundig; doch dóoi^Aanhoudende beoefening van konften en wetenfchappen waarin zy eenen zeer aanmerklyken voortgang ïemaS hebben, zyn zy zeer befchaafd geworden. HunirbStoVtoTKhter is meer toetefchryven aan hunnen onvermoeiden vlyt, dan aan hunne natuurlyke leevendigïdd Ternuf" en oordeel, waarin zy voor alie hunne nabuur'en moeten zwichten. Dit^oordeelt^ynen zeJhun ne eigen fchriften te regtvaardigen, terwyl flechts zeer weinige om dêrzelver geest of vernuft eenige aanmerking vïSenTen veeleer opgevuld zyn met lastige aanhaahndie niet dan met eene ongelooflyke moeite hebben funnen gemaakt worden; zoo dat men vanihun>al fpotrende gezegd heeft, hun vernuft niet m het hoofd, maar n de handen te hebben. Met dat alles hebben zy zich echter eenigen naam gemaakt in de Wysbegeerte en fraaie Stèren, en ook zeer gewigtige verbeteringen uitgevonden nd'e werktuigkunde; doch hunne Historie SchryVers zvn om hunne ligtgeloovigheid niet te vertrouwen. Moge^k heeft dit ook iets toegebragt tot die begeerte naar ?2d zoeken, waaraan veelen hunner natie, in hoope,gvan eenmaal'den philofophifchen fteen te zuHen vinden, zich zoo fterk hebben overgegeeven. Voor het overige z n zy by uitftck groote lief hebbers van de Jagt, en zoo belagchelyk en trotsch, dat ieder Koningje van het Kekerryk zynen hofftoet grooter waant, dan dien van den Koning van Frankryk De taal is een dialect van het  28 HISTORIE va» jj oud Duitsch. Men vindt 'er veeie Roomsebgezindén , Boek §e]vk ook vee,e P'oteftanten. Alle andere gezindheden echter worden ten behoeve van den koophandel en het Hoofdst. algemeene voordeel onverhinderd toegelaten m Boek. II. HöOFDST I. Afd. EERSTE AFDEELING. Behelzende de Historie van Duitschland, van Coenraad tot de Opvolging van Otho in het Keizerryk. C O E N R A A' D. i; ar de zaken van Duitschland in die van Frankryk zyn ingevlogten, gedurende de regeéi ing van Karei de Groote en zyne opvolgers, en om die reden natuurlyk in de hedendaagfche gefchiedenis van dat Koningryk begrepen worden, zullen wy beginnen met Coenraad, den eerlïen Duitfcher, die het ryk beheerschte, wanneer het een Souveraine Staat op zich zelve werd. Wv hebben in de gefchiedenis van Frankryk gezien, dat Lodewyk, de zoon van Karei do. Groote, het ryk onder zyne zoonen verdeelde, uit welke verdeeling zommige verfchillen ontftonden, die te Verdun geëindigd werden met een verdrag, waarby Duitschland aan Lodewyk als. een onafhanglyk Ko- ningo * (}) Zie Eodia, P. Bouhors. Scaliger...  tf-BT' DUIT sc he RYK. *ï nmgryk werd ^^^^m& bJ:, „aam, die met z*f, Lafci^* deelde, waarby Carloman koning j werc; maa, ^^JS óUrfcheiden overleevende, verkreeg by' «h , jr)«i«ffA* Koningryken, ««BS^.^tSwÏÏ!. egter zo g87, /W, en ZW3k en,2rr fóte i4«/"A, den natuurlyken Zoon van ftandi„ï dortfvn zoon den/»/*/*, door wiens V°T,r vêre§enigdgwei5 met de Staaten van het KeizerWi r,r maaromde aaneenfchakeling te bewaaren tus7 i deze en de oude gefchiedenis, was hetnoodzaaklyk- [Cl1ar te Zeivan Coenraad en zynen opvolger, welbengt te gev envan ^ Konlngrvk fe worden onder de Duitfche Keizers. (A) ^ (i) Go&. P<«. ex Meih p. 24<5- het Duitfche Keizer- \^ Byden dood van Lorfevy* IJ. begreep het ui Mtmimd. de Provincie van B«fcr«, £™rin Metz, u 3  3° HISTORIE van II. Daarenboven het uitfterven van de Caroline}. Eoik. fche ftam, wanneer het Ryk van Frankryk geheel afgeII. fcheurd, en de KeizerJyke waardigheid verkieslyk werd ï°Tfd is zekerlvk een even 20 geschikt tydperk voor een bis' toriefchryver, om 'er zyne gefchiedenis mede aantevangen, als de regeering van Otho, wanneer het Ryk de ltaliaanfche Staten wederkreeg. Ofschoon de Opvolgers van Karei de Groote het ryk werkelyk bezeten hebben met het regt van erflyke opvolging van den Vader op den Zoon , verzekerden zich echter deeze Vorften gewoonlyk van de toeftemming hunner Ryksgrooten, als eene bevestiging van hunnen laatften wil, op dat 'er geene verfchillen ontftaan mogten over de fchikkingen, die zy gemaakt hadden. Het geen nu in den beginne niet meer was dan eene Staatkundige toegeefiykheid in de Keizers, werd met den tyd uitgelegd als een voorregt van deze edelen , en van hier wordt het regt deezer Keurvorften afgeleid, door welken de Keizer bekleed wordt met de Keizerlyke waardigheid en magt. (e). Dus door gewoonte gemagtigd , boden de Duicfche Edelen, na den dood van Lodewyk IP. te JVorms vergaderd , de Keizerlyke kroon aan Otho, Hertog van Saxen aan, welke die eer affloeg uit hoofde van zynen hoo gen ouderdom, en met eene hem byzonder eigen edelmoedigheid hun Coenraad, hertog van Frankenland en Hesfen aanbeval, die, fchoon zyn vyand, by hem bekend was als een vorst van verdienfte en bekwaamheid, inge- vol- en, Hesfen, Westphalen, Thuringen, Wetterau, Meisfen, Branden, burg, Pomeren, Rugen, Stettin , Ealftein, Ojjlenryk , Carinthie, Stiermark, Tyrol, Beyeren , de Grif ons, en in het algemeen alle ds landen, gelegen tusfchen deeze Provinciën, en der^elver onderfao. righeden. (i). (i) Barre Hist. d'A.lemagne lom. III, p, 285. (e) Heisf, Lib. II. j. j 53.  HET DUITSCHE RYK. »ï Am* aanbeeveling verkoos de vergadering II. v01ge van deeze aanMeve | voorgeven, een Boek. Coenraad, "^^*^Llew3k Aeene zeer fr. SS^a^d> dewyl Lodewyk zeerIï'T- jong overleed, (ƒ) • d Keizerlyke waardigheid Coenraad Hoe 't ook zy , hy n^ f r£n gebruikt had, ^ niet aan , voor dat hy a^ °; * hou&n in het midden die nodig waren <^^^"yte verheffing bevan zeer Y«ler^f vïi Lotharingen, welken ny^n- Verfche^JX^ als hunnen opperheer erken Karei den *fj"öftellen in het bezit der Staakenden, beüoten ^ *^W/cfcr hadden toebeten, welken aan # den ; ^ de Graaf hoord aan deze zydevan ^ J ; injde handen van Re«,wenfchende, oat m. 0 Namen en IZ Coenraad vallen mot,^baalde die^ ^ Z/«*«rg ove,ra;nzvne tegenwoordigheid noodzaaklyk verftaande, dat zyne 1 & aanhan- was, in ^^^nJSk,dr^e^ihda der inboorgelingen wel ontvangen^ de gen g heden te lingen zogt te winnend^°JaJ* addadigheid ter begun«nrmen.en andere aden anm ^ ^ging van den adel en «c ^7^'verblyf in l^rfeg" ^erd verkort door den flj** Z^n verbiji in die op hem ^ opftand van Hendrik, ner | dhadhem te geeven J hem misnoegd was, omn%^%n e* Westphalen; fchoon,;. de inhuldiging van Ihuri^« en u/de vrees van deeze weigering ^^^Sg zou wo^ door Coenraad, dat de heitog aite magt g zulk eene vermeeraer ng van zyn yan zag zig, door den byftand van buiw > (f) Gc&. Pe«- £• 94-6' \s) Chron. Worm.  3a HISTORIE van IJ. Zwaben, Arnold, heitog van Beyeren, en verfcheiden Bo£K. andere edelen, aan 't hoofj van eenJeger, tegen welk II. Coenraad geen veldflag durfde waagen. Hy nam derhalHeoFDST. ve zynen t0eViUgC tot andere kunstgreepen, door wel• ken hy middel vond , om Burchard van de Saxifche party aftetrekken ; en Hendrik"s kragten ten zelfden tyde verzwakt zynde door den aftogt van Arnold, wiens landen bedreigd werden meteenen inval der Hongaar en. bewilligde hy in eene wapenfchorfihg , welke Coen. raad naar Frankenland deed te rug keeren. tmtvan D* ,Hongaar/n m^ een groot ligchaam ruitery voort- Beieren getrokken zynde tot aan de rivier de Inn, en fcliatting vorverjlaat de derende van de inwooners van Beyeren, verzamelde Hongaaren Arnold zyne troupen, die weder verfterkt werden met die van Erchanger , den beftuurder der Schatkamer en Berthold, graaf van Walric. Hy verdeelde deze! ven in twee hoopen ; het aanmerkelykfte gedeelte plaatfte hy in eene hinderlaag, en met het ander trok hy voor de vyanden in eene moerasfige plaats, waar zy, ter wyl hunne paarden onbekwaam waren om te werken" met-groote hevigheid aangevallen, en geheel verflagen werden, (h:. b Dees gelukkige uitdag ontftak de eerzucht van Er. Erchanger changer en Berthold , welken, onder voorwendfel dat mrdt ter zy van Karei de Groote afdamden, naar de hoocfté tmtl waard'Sheden ftonden, en daadelyk hunne wapenen°te« éldeingen gen Coenraad keerden; fchoon zy, zig niet fterk genoeg vindende voor de onderneming, welke zy hadden aan. gevangen, hem welhaast om genade fmeekten; maar hy had voorgenomen, hen voorbeeldig te flraffen; zy werden, na een flatig regtsgediog in de verga.' de- (h) Arm. Bokce Cent. part, I. L. XIII,  H E T DUITSCHE RYK. 33 dering van Altheim, overtuigd van verraad, en te AU ter dood gebragt. j. Deeze opftand werd gevoigoauu ]d HoOPDST. hertog v?n ^^ ^^^Ï^EiSrto I. Af». tr°ïeV,1ChJ^ o^af het hoofd van zulke troupen,^. 9-4. terftond tegen trok ud• ü" nooi brengen, en Amoid als hy by die gelegenheid op de been Kon °reng ? wdt yer. ver doeg hem in een hevig gevegt, m het welK flagend.or doodelyk gewond werd (*). f en Bur. ^ GVEu BENVan fwlben merklyken cnderftand ont- A. 9,6. chard, hertog van fjfn> ™e Eenvoudige, befioten vangen hebbende. van ^ oe b beproeVen; 21 op e ne ofJoo'rdX plaats handgemeen 'met hem maar op eei r ^ gehouwen, genekt zynde, werden op bevel van den %TSg«" ^ voordee. doende met d= op- fchuddingel in het SSSffB, ger, Koning van iW, geawL» B Saxen tComml te verzoeken, by hunnen hertogt een ïnvai ui te |^«»Tet^P- de fchandelykfte voorwaarden (k). .;njpVnPiende De Na éene regeering van zeven jaren zyn einde voeienaej in i pn hPval Coenraad den Vorften en Stenden desb len des SadiC UvfTeiwïzvn broeder £^ri, graef van^s Fyks, zelfs terwyl z>n diuc Hendrik, hertog hertog van Europ. Bist. XI. D. 1. St. E  34 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. I. A F D. i 1 : i » HENDRIK. I Bygenaamd de Vogelaar. 019. "\J Hendrik li a den dood van den Keizer vergaderden de herIZrU V7ot t0^en van Beyeren, Frankenland, en Zwaben, tegelyk Keizer. ° met aIle ^e andere fteöden van Duitschland, in het ver* i° uVZfnd!n geweest ms (B>- De Vorften zyne keuze hebbende goedgekeurd, zond hy hem voor zynen dood, dcor de hand van zynen broeder Ever ard de Kroon, den Scepser, de lans, het zwaard, en andere tekenen van Koninglyke waardigheid, offerende dus edelmoediglyk zyne gevoeligheid aan het belang van 't rvk op, en behandelende den Zoon met dezelfde edelmoedigheid, a.s hy zelf van den Vader ondervonden had. (B) Hy had zelfs getragt Coenraad te vergeven door middel vart :en gouden Armband, welkend». Bisfchop van Wurfsfer! her! n naam van Hendnk zou hebben aangeboden Ven teeken van dan£ mrheid: doch deeze aanflag werd!ontdekt;door fommte vr enden velken Coenraad had aan ha hof van Mendrik,zo dat hunne haat doo iit geval toenam en van wederzyds daden van vyandelykheid ge^teegd werden. De Keizer ondernam bet beleg vJMersbZ mttr Hendrik overweldigde zyne linien, en verfloeg zyn geheele leger vaarvan de flagting zo groot was dat, de Saxen al fpoftende zeiden ' ?^ ttefk^nen^e,°1.0ven' dat de hei ruim genoeg was. om he' £SSS Sen.^fHken " beV3ttCn' ^ * °* eenendS (1) Remsrq. Sur Heisf. L. II. p. 155.  het DU1TSCHE RYK. 35 volgende jaar te Fritzkr, waar Hendrik , hertog van Saxen irI zyne eigen tegenwoordigheid, met algemeene ^ek. toeiuühing verkoren en. bevestigd werd in de Keizerlyke ^ waardigheid. Hy werd onderfcheiden door den by naam van den Vogelaar, om dat hy op die uitfpanmng zeer gezet en 'er daadelyk mede bezig was, toen hy berigt ontving, dat hy door Coenraad als zyn Opvolger in het Keizerryk was aanbevolen. (m). De Paus, ontrust door de partyfchappen van ver- 920. , fcheiden kleine vorften die zich eenig, regt opRme^ff^ aanmatigden, bood Hendrik aan, om hem voor Keizer vm*d*. der Romeinen te verklaaren; maar deze eer wees hy Paus af. van de hand, 't zy, om dat hy zich de moeite niet wilde geven om naar Italië te trekken, om zyne mededingers ondeitebrengen , of omdat hy befloten had de rust in Z5 0 eigen ryk te herftellen, eer hy zich in die onderneming wilde wikkelen. Met dit oogmerk had hy gtaj* in het begin van zyne regering getragt eene onderlinge onder dt verzoening te bevorderen tusfchen alle de vorlten, gra- Vorfien ven en edelen van Duitschland, als den eenigen ze- van het keren grondflag van algemeenen voorfpoed; ook werd hy niet re leur gefteld in zyn oogmerk. Eendragt en een- VerJlaatd: fterrmigheid heerschten door 't geheele Ryk, en de ge- Hmgaarm voeTiohtld van zyne onderdaanen werd zo gelukkiglyk digt by bevredigd, dat, wanneer de Hongaaren, overeenkomftig Mersburg. hunne gewoonte, met een magdg leger zyn grondgebied aanvielen, zy eendragtiglyk de wapenen ter zyner verdediging opnamen, en den vyand uit het Ryk verdreven, met verlies van tagtig duizend man, welken zy, in een veldflag by dc Stad Mersburg , op 't flagveld aderlieten. Vervolgens veriloeg hy de Wandaalen, die eenen inval gedaan hadden in Saxen % en vervolgde hen & tot 0») Heisf. L. II. p. 156. Goh Pers. p ntf. Hin- Bod' ft **P' torn. II. £ƒ ///. E 2  36 HISTORIE van Boek tot aan de sta(^ Brandenburg, welke hy belegerde en jr ' innam in 't midden van den Winter, Het zelfde Vo'k Hoofdst. vervolgens nogmaals onderdaan hebbende het ryk aani, Afd. tevallen, tastede Hendrik hen aan op de kust der Oostzee, waar zy geheel werden uitgeroeid, zynde omtrend Roeit de honderd twintig duizend mannen op de plaats gedood Wandalen ^ v t r-\ i i . b-lluJU- uitt Gonnen, Koning van Denemarken, onderging hec zelfde lot. De Sclayoniers en Dalmatiers werden ondergeOverwint bragt, zo wel als de Bohemers, wier Konin^ IVincestiDbl?n°ïlaushy ki'ygs?evangpn maakte, na eene lange gevande Daïma- genis wederom losnet, en edelmoediglyk her'ftelde in tiers. -zyne Staaten. Eindelyk bragt hy de Abotriten, die tehemen en gen hem waren opgeftaan, wederom onder, en was geJ*" Iukkig tegen alle de wanden van het Keizerryk, Onder anderen dreef hy Karël den Eenvoudigen te rug van de boorden des Rbyns, werwaards hy gekomen was om Lotharingen, en de Steden Mentz, Spiers en ÏVorms te plunderen. Ten laatsten traden de twee Vorften, na dat 021. zy tweemaal met elkander ra Bonn in onderhandeling fil *6I« geweest waren, in een verdrag, genaamd de Vrede van \lnthfgen Bonn, we'k een beroemd tydperk in de gefchiedenis i=; te boven, en deeze is de eenige aanflag, welke ooit door Karei of z}rne opvolgers gemaakt werd tot handhaving van hunne eisfchen op het Keizerryk. (»). Niet lang na dit verdrag hield hy te Coblentz eene vergadering, famengefteld uit verfcheiden Franfche en Duitfche Bisfchoppen. in welke het verbond bevestigd, en, onder andere fchikkingen, befloten werd, dat 'er geen huwelyk zou mogen plaats hebben tusfeben perfoonen, die elkander nader beftonden, dan in den zesden graad van bloed ver wan tfchap, en dat geen leek tienden zou (n) Pact. Coral. et Hen Reg. ap, Ditchr tem. II.  HET D U I T S C H.E RVK. 37 tm mogei ontvangen, die gehee. geeMyk wa- ^ re"-^' „r, ^PP7en tvd randde Coenraad, op ver- II. Omtrent* ^eewr ™d , Karei Frank Hootmcr. Z°f ^GffictofH^'i van zig te verwyde- L Ar* 3SS> abtdy van Jchraagen , verzegt een mon f^f -et dien vorst. Taar zy n an vallend en verdeedigend verbond floot» , Tn elkander aanmerkiyke gefchenken gaven.. .. ai! ft door deeze verbindtenis verfchnkt, vaitw 9?3 Ka hel, door verzame d Karei moed uit noodzaak^ kneici, en Ayucy fa & ver> hebbende, trok hy regelregt n a, ^g»;, en taJte leger van zynen ^^^ig£ ^houden, en^Sf T^ê^R^g^^ kweet zyn Zoon £5™,£. zelfs na dat -ch' met z0 veel wakkerheid, ■ hprtoe van Bourgondien, tot hunnen Kogen he tog van | £n ziende> rifver zyne bX.en hadden aangekleefd, nam ^^imSt ^Til de r^r, ten wiens behoeve hy beloofde te zullen afflaan van alle zyne be- (0 Concll. .... IX. p. 579. (P) ^ XW< ^ 374- E 3  II. r Boek/ n. Hoofdst. I. A'D. Hendrik trekt zich de zaak van i Karei aan. < i i ] ] i t 1 < Onder- j Lotharingen t c E h z V 38 H I S, T O R I E van t^nZtl^"^ H^ge van dit verdragbegon Hendrik krygsvolk te ligten; doch, terwyl de misnoegden m Frankryk verfchrffct waren wegens zyne Se. rusnngen, leidde Herben, graaf van Vermanlis, één hunner hoofden , W om den tuin met betuigingen van getrouwheid, en onder voorwendfel van maaSen met hem te beraamen, om den opfhnd teftuiteTS Iqr hem ter zyde af naar Peronne\ waar hy geïeepen lpgèi]oe4nn.naaUWe §GVangeniS ^Chateauïïielry^ll Hendrik, dit geval vernomen hebbende, trok met :yn leger over de rivier den Rhyn, en plunderde bef la met eene grootere magt naderde,trok hy den Uyn wederom over, en nam bezit van eenen voordee- ran meest alle de Edelen van Lotharingen de vaandels /an Raoul te zien verlaten, om dathyhenmettrotscl leid en veragtmg begon te behandelen. Deeze afva zou :eer voordeel,, voor Hendrik geweest zyn, va ehv net verhinderd geworden daaruit voordeel te tTekkerï iocr eene zwaare ongefteldheid, welke hem op het uierfte bragt; geduurende welke de Lotharingen, aan zyne lerftelkng wanhoopende, zich met Raoul verzoenden rader bemiddeling van Herben van Vermandois en JL' fo den y^tf. w VederNofRhJ SÏ^J? Z£\haast zvne gezondheid p ftirT™ yf b,eflootVhe7n te hulP' wiens ]a°den aangevallen werden door " Ladislaus, een Poolsch Vorst, die verpligt was op zyne aan- (r) Ann. Saxon. ad Ann. 927. (s) Ann. Gem. Hoppenrod. ex Meib. Tom, II p. 4.17. (O Abotriten, een volk grenzende aan Bulgarie, in dat gedeelte van Dacie, dat aan den Donau gelegen is. (1} (1) Mascou,  n et DÜ1TSCIIE R Y K. 4* aarnadering te rug te trekken. Hy hield zich eenigen tyd H. te Praag op, om den jongen hertog in zyne ftaateri te Boek. bevestigen/en den Chriftelyken Godsdienst te befcher- H. men, welke grootelyks geleden had door de poogingen van Hoofdst. Draihomre, moeder van fTtnceslaas, die op eene Afd, dweenagtige wyze aan 't heidendom verknocht was. (O H e n d riks volgende krygstogt was naar Lothann. Komt in zen, waar hy het kasteel Durefort belegerde, welk toe- Lotharin. behoorde aan Graaf Bofon, broeder van Koning Raoul,gen. d£ tóh met geweidivan verfcheiden abtdyen in Lothann- gen me^fter gemaakt had; maar dees Edelman werd over- reed, om de landen te rug te geven, zich aan den Keizer te onderwerpen, en hem trouw te zweeren-OO- ■ Terwyl Hendrik dus onledig was in het ftillen der öeSciavo olT^lL Bohème en Lotharingen, deeden de yoniers, die in Pommeren woonden, een inval in saxen, ge^ ■ Plunderden het landfchap Lunenburg, en joegen, by het innemen van de hoofdüad, de mwooners over den kling. Vervolgens voegden zig de Abotriten, Wüfen,m baldalen by hen, waer door zy hun leger tot een zeer groot getal vermeerderd zagen; weshalve Hendrik, daar lv fteeds gedugter werden, Bernard, hertog van Lullnburk éi den graaf Theutmare belastte, hen met eene Skelrygsmagt fegen te trekkem Deeze twee veldheeren ondernamen het beleg van Lund in Schonen, en daar de barbaaren tot ontzet aantrokken , volgde er eer, gevegt, waarin dezelven geheel geflagen werden: dus;velde i Stad Lund, gelyk het in zulk een geval gemeenlyk gaat,den overwinnaars in handen. (V) . , . ,.pr Het beftand met de Hongaar en geëindigd z>nde, vergaderde Hendrik de ftenden van het ryk, en na kortelyk de overwinningen te hebben opgehaald, welken hy op^de (f) Hifi. Bohem. Tom. IK p. 58. 00 Bme Tm- 111 *' 32> (v) Wüichind. Lib. 1. p. 639. EuROP HlST XI. D. 1. ST. i'  II. Boek. 1L Hoof dstj I. Afd. DeHongaa ren voMen in het Kei zerryk 4& HISTORIE van barbaaren verkregen had, die zyn toekomend geluk fcheenen te voorfpellen weidde hy uit over de fchande, die erflyk op Duitschland liggen zou, ingeval zy nu cynsbaar aan de Hongaaren werden. Deeze aanfpraak ma ktezulken indruk op de Vergadering, dat alle de Leden zich eenpariglyk voor den oorlog verklaerden; maer eer hy iets tegen den vyand onderneemen wilde, befloot. hy fommige misbruiken re onderzoeken, weiken onder de geestlykheid waren ingeOoopen, en die ingevolge daarvan verbeterd werden in een Concilie, dat te Erfurt in Thuringen gehouden werd. Deeze maatregelen voor de rust van Kerk en Staat genomen hebbende, begon hy trerustingen te maaken 'tot den oorlog tegen de Hongaaren, die gezanten ge' zonden hadden om de Jaariyklche lchatting te vorderen; doch Hendrik weigerde met verantwoording dezelven te betalen, en in plaats daarvan zond' hy hen een fchurfden hond, met een boodschap, dat indien zy eenige andere fchatting verwachteden, zy die zeiven moesten komen haaien Dit trotfche antwoord verbitterde hen in diervoege, dat zy zich met de Sclavoniers vereenigden, en met een leger van driehonderd duizend mannen Duitschland intrekkende, het ryk te vuur en te zwaard verwoesteden. Zy verdeelden zich in twee onderfcheiden hoopen, van welken één gedeelte den Rhyn in fchuken overvoer, en, na dit zy den Elzas geplunderd hadden, op Lotharingen aanviel, waar zy gedagen werden door den graaf van Sunderhaufen, en verpiigt te rug te trekken naar hun tweede ieger in Saxen,, het welk op dien tyd bezig was met het beleg van Mersburg. Hendrik was tegen eene andere bende opgetrokken, die Thurmgen afliep, en dezelve overrompeld en geheel verflagen nebbende, befloot hy Mersburg te gaan ontzetten, waar hy dep vyand vond opgebroken, en gereed tot den flag. Schoon hy ten dien tyde zeer on- ge»  het DUITSCHE RYK. 43 r, u v , oneindig zwakker in getal van manfchap IT. Cfe BngZrT^^ ^ echter zonder bedenking Boek. ftoutmoeol aan, en zy terftond in wanorde gebragt zyn- IU S !1 'er een verfchriklyk bloedbad, zo dat zy Hoofdst. ±r tetvJk^zeld man dood op het flagveld he- L D' fen tegeiyk met een zeer aanmerk yken buit, met welde foldaaten van den Keizer zich jerrykten (v). htzat herftclde hy den vrede en eendragt by zynê on- «, inftflMe L onderwierp het ryk aan gepaste fchik-te M Sen Hy begon nu de vruchten te fmaaken van zyne w fhëid en geluk, wanneer de Paus en de burgers van Rotd"burgeroorlogen moede, die zo langen tyd in hallgewoed hadden, den byftand van zyne waapenen i^zoaten om hen van onderdrukking te bevryden; en, cm ?e§m te ligrer overtehaalen tot het inwilligen van hun vSzoek, rodlden zy hem om de zalving en Keizerlyke krron tè Rome te komen ontvangen Ver van eene ïeSenheid te verzuimen, die zo gunftig was voor zyfc opmerken op Italië, fioeg hy terftond op weg aan l\ Kvan zvn leger, maar onder wege van eene toStv£vBaS wis hy genoodzaakt naar Mansleben?te rug te feeeren, waar hy ,geloovende, dat zyn einde rtadefde, de Vorften des ryks lamenriep, die in zyne te, ge^woordigheid in zyne begeerte bewdlqd», en ^ ^ trïnrr waaiden op zyn zoon Otho. Kascn na deezt noem zynen 1 roeming overleed hy te Mamleben in het zestigfte tr zws ouderdoms, en het zeventiende receerfng; by welke gelegenheid men zeide, dat de be- 2 2 Staatsman , (*i en de grootfte Koning van S^fgeftorven was': en waarlyk geen vorst overtrof r» Engelhufm^'. 174- C») ex M"'*' ^ 642>  4+ HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. L Afd. (y) Bod. Syntag. e% Meib. p. 490 (D) Henbrik Bodo verhaalt, dat, naardien Rudolf, Koning Tan Bourgondien, bezitter was van een lans, die voorheen had toebehoord aan Conjlantyn den Grooten, waarop een kruis gedrukt was met de nagelen van dat kruis, waaraan Christcs geleden had, Hendrik hetzelve van hem verkreeg, deels door bedreigingen, deels door aanhoudende verzoeken, en dat hy, docr- de kragt van dit heilig waapen, over alle zyne vyanden zegenpraalde. Dat eene 2ekere maate van bygeloovi^heid aan zyn Character eigen was, kan ook worden opgemaakt uit de vervoeringen van vreugde en aanbidding, met welke hy eene hand van St. Denis ontving, die hem vau Karei de Eenvtudige tot een gefchenk gezonden werd. TWEE» hem in goede hoedanigheden, zoo van hart als verftand of in eenige perfoonlyke volmaaktheid. Hy was uitne* mend milddadig aan de Kerk, en nam het belang van den Godsdienst zeer ter harte (D). Hy was gehuuwd met Mathilda, dochter van Theodoric, graaf van Aldenbmg, by welke hy drie zoonen had, Otho,Hendrik, en Bruno, en hy genoot het genoegen van aan den oudHen hunner, die reeds meerderjaarig was, het ryk veel fterker, en het gezag beter bevestigd na te laten, dan hy het van zynen voorzaat ontvangen had. (y)  HET DUITSCHE RYK. 45 Boek. TWEEDE AFDEELINGHon.si X II. Afd. De Regeer ing van Otho T, behelzende de ver■rkZZ van het Westersch Keizerryk Zhr dien Vorst en zyne afftammelingen. Q j \r^ff*n van Duitschland niet zeer wel perfoonlyke hoedanigheden . (Ten #ynen behoe- 5e belofte geftand te doen, welke£™J™ri h tc ve alreeds gedaan ^dden (E). .toeftemming Aken tot Keizei^k^»|r ^en^ffig6waren, onde? van alle de vorften, die er.T;^fd °envan Mentz, welk getal zig ^^K^f^^boppen W Maagdenburg, Jner ^ffs'öX2) g^,,. r^vifeS was; de abten van Fulda, vrïstir hpt hertogdom Saxen, Westpha(E) m erfde van zynen Vader het ^rto ^ Undftreeken Jen, Engern, Thuringen en Hesfe«1 and , ^ dg aan de" JP««r >n de n>buurfchap van Mn Witter.berg, „aer de «en«n van Lunenburg, bev-tten e ^ ^ jCtt « WCa"«Sle Kreek, waarin deStad Maagdenburg gelegen is.tj) (!) Hm/. &. JS F  * 46 HISTORIE van i II. eoek. II. Hoofdst II. Afd. De plegtig heid van zyne Kroo ning. Hirchfeh , en Erbach, te gelyk met den Koning van Bohème, en de hertogen van Saxen. Beyeren, Ooflen. ryk, Moravie en Lotharingen \z). Deeze allen leidden den eed van getrouwheid af, en deeden hulde aan den nieuwen Keizer, welken zy beloofden te zullen dienen en helpen tegen alle zyne vyanden- Toen vergezelden zy hem naar de groote Kerk, waar hy geplaatst werd by den Aartsbisfchop van Mentz en den bisichop des Stigts, in hunne plegtige priefterlyke gewaaien, welke laatfte, hem met de gebruiklyke plegtigheden begroet hebbende, hem geleidde tot in het midden van de Kerk, waar hy ftond in het gezicht van het volk, tot het welk de Prelaat eene aanfpraak deed, hierop uitkomende; „ Ik bied „ u hier aan Otho, van God verkoren, voorheen door „ zynen Vader Hendrik tot het ryk beftemd. en nu tot „ dien verheven post benoemd door alle de Vorften, „ hier vergaderd Indien deeze keus u aangenaam is,zo „ fteekt uwe handen op, ten teeken van uwe goedkeu„ ring!" Deeze aanfpraak werd met algemeene to-juiching en vreugdegeroep bejegend. Otho werd vervolgens geleid naar het groot altaar, op het welk de teekenen der Koninglyke waardigheid geplaatst waren, wanneer de aartfbisfchop, hem het zwaard aangordende , zeide , „ Ontvang dit zwaard , en gebruik het tegen de „ vyanden van Jefus Christus, en allen, die onwaardig„ lyk zynen naam belyden, en bedien u van de magt en „ het gezag des ryks, welk God in uwe handen heeft geiïeld, ter bevestiging en bewaaring van den vrede ,, der Kerke!" Hem vervolgens den Statie-mantel omhangende, vervolgde hy, ,, Gedenk, met welke kloek5, moedigheid en trouw gy verpligt zyt rust en vrede te „ handhaven tot het einde van uw keven!" Eindelyk, hsm (s) Wtit. Ann, lib. II.  het DUITSCHE RYK 47 hem den Seepter«^5^5*5^^^ 5 ' „ zyt docr deew «g**^ rl ke kaftydW op- li. » te!eSS^dt: us van God, over de weduwen en we U " °V £ hu uwe ontferming, als eenaltyd bloejende , weende flg^^^SU^ werd de „ toekomend leeven. ^ m met de heilige „jeuwe- ^"vervolgens de kroon olie, en öyal™nC\°lom hy op zynen tnroon, waarop op het hoofd. / Jpn t Weef zitten Hierop werd hy naar hygeduurendeden^tbltLtzrttei ^ het paleis te rug geleid, waar hy m n en VVvtelSnzyn" Hybegonzjnei s & wreedheid en ^STÏÏÏ* hy voor een korre» tyd in rusten foodberd, re^erae > VM langen duur. vrede Dan, aeez- "komjtie hunne eewoonte, ■ in en uepenae r. men!chen en de nederlaag met eene groote tlag"nI t0^ • ^ op naar NeMr.-Sa^n A^,^^Jrs * (a) Heisf. Lib. II. Wittich. Ann. Lib. IL  48 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. Hy zend een leger tegen Boleslaus. ;937- l Dt Zoemen vfflnArnold ; v/eigeren '■ hulde aan Otho te iewyzen. 1 Drul-arvius Hiji, Bohem. nen nieuwen inval in den zin hadden. Na deezen kryestogt ontving hy berigt, dat Winceslaus welken de Keizer zyn Vader met het hertogdom Bohème bekleed had door Boleslaus, zynen eigen broeder, vermoord was, die vervolgens met geweld bezit van het hertogdom genomen had. Hy was over deeze onmenschlykheid van den overweldiger zo vergramd, dat hy een leger tegen hem zond onder het bevel van Aefic, graaf van Asca. me, welke met Boleslaus hand gemeen raakte, en hem in het eerst verfloeg; doch, terwyl hy geloofde, door deeze overwinning een einde van den oorlog gemaakt te hebhen, had de overweldiger binnen weinige dagen zyn leger weder verzameld en verfterkt, en een fchielyken aanval doende op den overwinnaar, hakte hy het geheele keizerlyk leger in de pan (F). Otho was zeer verdrietig over dit ongeval, hetwelk hy echter tragtte te herftellen, door met allen mogelyken rpoed een nieuw leger te werven. Hy zetttde derhalve, geduurende veertien iaaren, den oorlog voort met groote wakkerheid en ftandvastigheid, tot dat hy ten laatften eene volkomen' overwinning op Boleslaus behaalde, die genoodzaakt was zich te onderwerpen, en hem te erjennen voor Z3'nen Opperheer. Dan deeze was de eenige oorlog niet, welke ten dien tyde de aandagt van den kei:er tot zich trok. De dood van Arnold, hertog van Beieren, veroorzaakte eene algemeene omwenteling in dat gewest. Hy iet drie zoonen na. Everhard, Arnold, en Herman, onevens eene dochter, Judith genaamd, welkegehuuwd vas aan Hendrik van Saxe, broeder van Otho. Everhard, als de oudfte, nam bezit van het gantfche hertoglom, doch weigerde hulde te doen aan den keizer, onder  H E T DUITSCHE RYK. 49 ar>AM Aar hv niet zyn leenman, maar zyn II, der vcorwendfel dat hy met zr^ ^ ^ ^ w Kf aan betwisteden, Hemden zy echter II. hertogdom aan lm Beieren bcfchouwden Hooprsx. jSd^at^^" eene o^andlg- U- *»; t f welke 0/*e in diervoege vergramde dat hy hen h 'het hertoadom ontzettede , en de inhuldiging V/" fl,n S/i broeder, fchonk, weke daarvan aan BerUHJ,£ gereedelyk hulde deed. Ieder hern vcor »^ jg^J geigen aanhang onderftennd. neAeórnfviï^erkende Everhard voor hertog in^PaUS 1 It hSf\ gefcbreeven aan de bisfchoppen en ^%TSJ3toSi en0^' ^ordezebeflisfching edelen van ^ » orifjerhande:ing aan, om de drie broe- 033. ontrust, vn^g e^ne ondernan g Dan ^ daar z> W„|"k le'er in J«fer«», en Everhard gevan W(aft noodzaakte hoaew^ v*u . den eed van getrouwheid wyk te nemen, en ontving den een v n g ,d van #»go en zynebondgenooten. Hunne 5vei veiko^ (f) Hifi. Palatimt. (g) Chron. Sclavic. \j . G 3  54 HISTORIE van II. echter fpoedig door den dood van Herbert, en Otho Boek. werd naar Saxen te rug geroepen, om zich te verzetten II. tegen de oogmerken van zynen broeder Hendrik, die iTafd met 'sKeizers afwezigheid zyn voordeel doende, Lotha• ■ ringen verliet, en door middel van gefchenken en beuwee. ]?he-n eene Zeer Sedu§te famenzweering vormde onder de roepen om Saxifche bevelhebbers en krygsknegten. De graaven emenieu- Bacco, Herman, Reenward, Wiren de Werle en Lothai' we Savre waren in zyn belang, en 'er werden maatregelen beCïnraamd om den Keizer te Guidlemberg, te vermoorden, broeder waar hy voornemens was het Paaschfeest te houden: Hendrik maar Otho, van hun oogmerk onderrigt, trok hen, gefmeed, ZOnder tydverlies, tegen, en vervdelde hun voornemen L uge'in een ogenblik. De graaf van Werle, maakte zich weg om de verdiende ftraf te ontgaan; de overige famengezworenen werden gevat, en Hendrik opgefloten op het Kasteel van Ingelheim: Hy vond echter middel om te ontkomen, en zich naar Frankfort begevende, waar de Keizer het kersfeest overbragt, wierp hy zich in rouwgewaad voor zyne voeten, en fmeekte om zyne vergiffenis, welke hem onmiddelyk werd toegeftaan. (h) Nadat Otho de dienften der geenen , die hunne getrouwheid nooit verzaakt hadden, beloond had, regtte hy te Bonn een gerichtshof op, om kennis te nemen van de ongeregtigheid en onderdrukking, welke geduurende de onlusten gepleegd waren, en zeif trok hy van Stad tot Stad, om de verfchillen te beflisfchen,en het inwendig beftuur van zyne Staaten te regelen. Vervolgens begaf hy zich naar Doesburg, waar hy de edelen van Lotharingen Frankenland, en Saxen hebbende doen byeenkomen, belastte, om Rutbert, aartsbisfehop van Trier, en Richard, bisfchop van Tongeren, wegens hals- (h) Hift. Lorr.  H E T DUIT S C H E RYK. 55 ; • j nA f*» rpcrt te Hellen, waarvan zy door Coenraad, n. halsmisdaad te leg: te^^tharbgen/belcMgd wer- Boek. den n^uwen herwg van ^ ^ ^ ^ & den: doch zv zuivemen au gunst Hoofdst. °nt?g"Keizer die zyn"n Sd S een voriWve, IL A«, KeX meT de^e^Kf ^ng^e waardig- J £. hdd door de geheele uitgeftrektheid van hun bis-1 ^ d° n' $K n r f hertog van , omtrend deezen tyd ' ° Br^nrle droefoX" op aanzoek van zyne moeder, overlydende, droeg vtno,_ f die zlch dat hertogdom aan zyn broefler ^ w voortaan altyd gedroeg als; een v werd niet ^t«*t. WrUorr en de rust van SJveizerb legi-wnus «m, Frank- °" iftoord voor dat hy met een leger naar ryk m]m. meer geltoom, ™ul , J magtigen vyand, d'irfteuFrankryk trok, om Lodepk egen zyn_mag n 3 , j M„ /f«gö W \e laten op eTnen goeden uitflag, wendden zy hoop p ^ce" 7 het welk zich binnen drie da- 945. t£r Zyd,edat het beVeTwVs , overgaf. Van daar trokgen, na dat he. berena w ^ £ ^ het hertQg. S^^n^AvKn^cni^ Hugo de Groote; S^rP£T*v2i de hoofdftad1 te SI, op bege rte van io*^* f eene bende van zyn ^^^^^^^^ Noormannen ontmoetende, tastte hen met zulk eene (i) Am. Trever. FMoard. Lib. IV.  $6 HISTORIE van ]j( woede aan, dat zy de vlugt namen tot voor de poort Boek. van Rouaan: maar deeze vlugt was flechts eene krygslist, II. om de Saxen in eene hinderlaag te verftrikken : want Hoc-f-nsT. de wallen en omliggende velden waren vervuld met boog' II. Afd. fchutters, die terftond voor den d^g kwamen, terwyl . de Noormannen ten zelfden tyde een fterken uitval deeden •' zo dat het kr5'gsvolk van Otho, aan alle kanten aangevallen, geheel geflagen werd , na de overwinning hardnekkiglyk betwist te'hebben: hun bevelhebber fneu De hondse ve^e °P de valbrug, en meest alle de Saxen werden of noten onder gevangen genoomen of gedood, Niettegenftaande dit nemen het ongeval befloot Otho echter de Stad te belegeren, en hy beleg van ze^ede zyne werken , fchoon zonder vrucht, voort, tot Rouaan, ^ zvn jeger ^0Qr honger en zjekten grootelyks verminderd was: toen fmeedde hy eenen toeleg, om den graaf van Vlaanderen aan den vyand te verraaden, om dat hy door deszelfs verkeerde voorftellingcn in deezen gevaarlyken toeftand was ingewikkeld: maar de graaf, van zyn oogmerk verwittigd, vertrok in den nagt met zyne geheele krygsmagt; de Keizerlyken,enFranfchcnzelfs, de beweeging bemerkende, namen hen verkeerdelyk voor een ie. ger, het welk tot ontzet van Rouaan kwam aantrekken. genood- De vrees bragt daarop de gehee'e legerplaats in wanzaakt mr- orde: de Soldaaten begaven zich terftond op de vlugt, en den te ver. de inwoners van Rouaan deeze verwarrina feefpeuiende, latten. deeden eenen algemeenen uitval, in welken eene groote menigte Saxen omkwam. Niet te vrede met deezen gelukkigen uitflag, mattede een gedeelte der bezetting, in ruitery beflaande, hen in hunnen hertogt af tot digt by Amiens, waar Otho en Lodewyk met hun leger de Somme overtrokken.Otho keerde naar Saxen, latende zyne bondgenooten neg belemmerd met den oorlog; doch ten laatften bewilligden zy, onder zyne bemiddeling, in eene \va- (fe) Hift. cte Normandlè.  HET DUITSCHE RYK. 57 r - geduurende welke de Keizer op de jagt TT. wapenfchorfing, geauurt aan ]eeven eenen zo gevaailyken val deed ^ wanhoopte, en h> :j\ne" £ dj heid der vocrnaamftc Hoe ost. ed wL?ing herriep hy deeze benoeming. _ 947. « bezoek ^S^.fc^ volgenden he fst on^oeted en y ^ ^ 0D. Hu^ om maatregelen te beraam-n fchud werd , zo ^ VM lusten toorwtonfoK*nrngo g ^ Rheims. wel als om de lchandei^Ke L™ h aartsbisdom <*h " en werd dewyi nu&° wu^i"»- mprlpdinc"'t>tn , , . ter KicrionT maar op dat zyn meaeuiu zoude gehouden worden. TOizer en de Koning rrarwjii ~ bevestigd, wordende^ welk de Koning van Denemarken bewil- II. reelat de Kc™ bezetting 'Isieeswyk houden zou om Boek. hgde, dat de *cizer Keizerr°k te verdedigen, en dat de II. tSX&m tade Skaten van S&f gepredikt ^TdeSnirygstogt begaf zieh de Keizer naar zyne goede ciemt Dienvolgens zond hy dewyk m hertof met fommige bis-Hugo. Soppen ^g agaven? naar Hugo de Groote, welke, msPelvksPder^ oorlog moede, gewilliglyk naar zynevoorfla|en 'luifterde, cn daarop werd de vrede onder zyne be- zelfde jaar huuwde 'sKeizers Zcor . Ludolphus met Idda, dochter van «J^, van Zwaben* etn vorst van groot vermogen ^ rykebe- g J.^ vitineen- d e by zynen dood aan zyn fchoonzoon 5Ï Maar in het midden van deeze vreugde befCMo, Boleslaus te kaftyden, die, n weerwil van Ivnè vorige nederlagen, zich fteeds in nieuwe ondernemSeÏÏefenHMlaUmet. Otho trok derhalve ten vddlTenTstad Alt Euntzl, in welke Boleslaus de wyk genomen had, berend hebbende, veroverde hy Azelve fiormenderhand. Nogthana vergunde hy hem _ den vrede, onder voorwaarde, dat hy de Kerken herfteilen , de gebannen Christenen weder inroepen, de , m, daad van broederrrcord, welke hy tegen de perfoon van zynen bSder ^^ bedreven had, door regelmatige boetdoenirg verzoenen, en zyne Staaten als leenen van het Keizerryk behouden zoü.(n) In (m) Akn. Saxon, (n) DiTMAR. Lib. I. en II. H 2  6o HISTORIE van II. In het midden van deeze gelukkige gebeurtenissen werd' Boek. hy om byftand verzogt d. or Alix, weduwe van II, Lot har hts, Koning yan Italië, weike door Beren<*er Hoofdst. den jongen vervolgd cn van haareStaaten beroofd werd' li. Aid. haare fmeekingen werden wederom verflenst door dé 9So aanzoeken van paus Agapetus II, die bedugt was door dezelfde magt onderdrukt te zuilen worden. Ingevolge van deeze dringende verzoeken, trok de Keizer aan het Hy'°'eemt hoofd van een fterk leger naar Ital^i en na Alix s-e. Alix ten trouwd te hebben (want Editha, zyne eerile gemalin huwelyk. eene Engelfche princes, was overleden) maakte hy zich' verder meester van Pavia, waar Alix krygsgevangen geweest was, en ten laatften dwong hy Beren*er om zich te onderwerpen: maar hy was zo edelmoedig, dat hy hem een goed gedeelte van zyne Staaten wedergaf, en de markgraafschappen van Friuli, Ferona en fommjo-e landen in Beieren aan [zyne broeders opdroeg, voor zich zeiven niets behoudende, dan de roem der overwinning. INiettegenllaande deeze gunstbewyzen,misbruikte Beren, ger nogthans zyn vercrouwen , verbrak zyn woord en verzaakte zyne vriendfchap. Zyn Zoon Ludolphus , Zoon van Otho, by Editha gewonnen fchoon Ludolphus reeds van hem tot zyn opvolger in het Keizerryk benoemd ftaat tegen zynde, liet zich egter, uit verdriet over zyn Vaders twee. bp- de huwelyk, in een bondgenootfehap tegen hem in met Coenraad, hertog van Frankenland, zynen fchoonbroe. der, en verfcheiden andere Duitfche edelen, met wier byftand hy zich van verfcheiden4 Steden meefter maakte, en zyn hoofd - quartier te Mentz vestigde. De Keizer' van deezen opftand onderrigt, trok regelregtop hem aan' en omringde die Stad; doch, verilaande, dat zyn Zoon gevlugt was , vervolgde hy hem tot Ratisborn , welks beleg hy ondernam, (o) Na dat d* Stad zes weken O) Annal, Cerm, ex Meib. Win. Ansal, Ui, Hl.  H E x DUITSCHE RYK. 61 ^cüoten geweest was, waren de ingezetenen tot het n. ïebraet en begonnen te handelen over een ver Boek. S?doch ee? devoorwaarden vastgefteld werden, ver- „. drag- cffXZl door tusfchenkomst der edelen , verlof, HoansT- T i ii? Sffd werd tot den grond toe p!at gebrand. 955. J ^tiMiXa** zfeh dus had weggerukt 3 nam hY de gelegenheid waar, dat zyn Vader op de pgt |y om zich met ontblcoten hoofde voor zyne voeten nc nrg^t ^ ' , n welken hv met zyne traanen befproeide, e;J jfer/t; -^ aandoenTyk lilzwygen zeide , Heb medelydèn met uw kind, dat wederkeert, gelyk de " vCTlSzSn tot zynen Vader. Indiër, gy- hemhet " keven vergunt, die zo dikwils verdiend heeft te ftei" len zal hl in het toekomende getrouw en gehoorzaam 5' Ivn ' en tyd hebben om berouw te bewonen over zyne gunst aan , maar ook zyn geheel gev?f d b . Oth0 «rda ë Na dat O/Ao een einde gemaakt had aan debuiger g nnrloeen in Duitschland, werd hy, op zyn teiugtogt 1 aarH* aren tof ontmoet door Hongaarfche afgezanten , welken ^ M voorwendfel van ««MKaÜ! winningen geluk te wenfchen; maar inderdaad jarenzy ui gezonden om den Staat van het Keizerryk te verfpieèn. Want het leed niet lang, of hy omving van zyn t derV^/ekondfchap, dat deeze barbaaren mB««e» rP vallen waren met zulk een talryk leger, dat het ft heen, & of zy hun eigen land geheeiontvolkt en verlaten hadden dat zv een groot aantal kerken en andere gebouwen verSdS en alle de inwooners der fteden en dorpen . welke zy doortrokken, vermoord hadden. De Keizer had dit  62 HISTORIE van II. Boek. II. HOOFBST. II. Af». 956. Hy behaalt eenè overwinningep de Selavoniers. Hy ontvangt ge zanten var de Arabie ren en Rus fchen. berigt zo baast niet ontvangen, of hy floeg op weg, om dat iandfcbap te veriosfen. De Hongaaren waren toen met het beleg van Augsburg bezig, doch Otho, fchoon hy in getal van manfenap op verre na by hen niet halen kon, tastede nogthans hun leger met zoo veel wakkerheid aan, dat de Barbaaren, na een zeer hardnekkig gevegt, het welk eenen geheelen dag duurde,geilagen werden, en eene ongeiooflyke flagting ondergingen. (J) In het volgend Jaer wendde hy zyne wapenen tegen de Sclavoniers, welken onder bevel van Stornefger een in. val in het Keizerryk gedaan hadden. Hy trof hen aan op de overzyde van de rivier Ratz , waar zy zich met hunnen buit verfchanst hadden, en die rivier, op een Schipbrug overgetrokken zynde, gaf hy hun, in een hevig gevegt, waarin hun Koning het leeven verloor, de nederlaag, Den volgenden dag deed hy zeventig krygsgevangenen ter dood brengen, om door dit voorbeeld van geftrengheid den barbaaren fchrik aantejagen; doch, des onaangezien, Honden zy in 't volgend jaar andermaal op, en , wederom gcflaagen zynde , fmeekten zy Otho om genade, welke hen vergund werd, onder voorwaarde, dat zy alleen de goederen, aati hunne vrouwen behoo rende, behouden zouden. Geduurende deezen oorlog metde Barbaaren ontving hy een gezantfehap van Mderame, Koning der Arabieren van Cowdoud, om hem met zyne overwinningen geluk te wenfehen, en een ander van Helena, Koningin van Ruschland) met pligtplegingen van dezelfde foort, tegelyk met een verzoek om zendelingen, ten einde haare onderdaanen in den Christelyken Godsdienst teonderwyzen. (q) In het midden van deeze gelukwenfchingen kwamen 'er ook Italiaanfche afgevaardigden, om onderftand te verzoeken tegen de dvvingelandy van Beren- ger (p) Ann. Bokte Gentis. (q) Adlzh. p. 1. Lib. IV.  h e t DUITSCHE RYK. 63 ochüiw de Keizer hun een leger te hulp zond, II. ger^r\i? b?vc^ van zyn Zoon Zi^A, die na den Boek. onder het nevei w y van verfcheiden n. ffi^X^Skï, ™ da; land voor een groo'Hoo^ tdee\ e van onderdrukking verloste: maar, in paats « van toeiuigehing, ondervond hy by de ZwfoM»«* niet danfl, ^dankbaarheid! welke tot zulken hoogen trap, var, ba - ^ daadigheid overfloeg^^„^^^S^-SrSÏ ï drag, b^te\ j overftelp-Luuol. S .cSS^^iet' welken hen1 wel I j™ grave Heepten. Zyn dood werd bitterlyk.doorJ larU. &g betrfurd, ™ &^?*ZcZ£ zS.""" aftelöópe'n en belegerden telfs den Paus Johannes XII tTl^ Spoleto, weshalve de Italiaanen den Keizer in ae buu ^ h'ft„nj verzoeten, waarvoor zy tot 950. van Maan, hem tot Koning van Lombardyen wyden ^ en de paus de Keizerlyke Kroon aan hem begeven zou b !i dam Door dPeeze voorflaagen geftreeld, beloofde Otno m /«-Otho. te zullen komen, zo haast hy order zou gefield hebi p^on de zaaken van Duitfchland, tot welker onderzoek hv te Ie" ryksdag hield, waar zyn jonge 7oon 0//?9 dien hy bv zyne tweede gemalin gekreegen S tot Koning van Duitfchland verkooren, en vervol, lens' e ^L gekroond werd, lchoon hy den ouderdom van a« f«ren8nog niet bereikt had.(r) Ook benoemde S Hfrnfan Biling tot opperbevelhebber over hel: krygsvolk, het welk beftemd was, om in zyne afwezigheid (r) Ligon, rfe -Rej. Aai.  64 HISTORIE vaw II. Boek. II. Hoofdst. ii. Afd, Hy trekt wederom naar Ita Hen, en Wordt aldaar gewyd en verhoeren tot Keizer der Romeinen. tegen de Deenen en Sclavoniers te dienen, en hy liet den jongen Otho ond^r de voogdyfehap der aartsbisschoppen van Mentz en Keulen (s) Deeze voorzorgen gebruikt, en de nodige toerustingen tot den togt gemaakt hebbende, v'ne hy aan het hoofd van een talryk leger de reis naar Italien aan , vergezeld van zyne gemalin Alix . en een gmot aantal Kerkvoogden Hy nam zynen weg door Beieren, en trok, zonder weederftand te ontmoeten, de Alpen over. By zvne aankomst te Rome werd hy door den Paus tot Roomfch Keizer gewyd en gekroond : hy werH dienvolgens ook vereerd met den titel van Augustus, en ontving den eed van getrouwheid van den iadd en het volk, welken zwooren hem als hunnen opperheer te gehoorzaamen. * (t) By deeze geleegenheid deelde hy onge • meen groote gefchenken uit, zo van edele gefteenren, als van goud en zilver; ook herftelde hy de Kek in alle de bezittingen, haar voorheen door Pepyn en Karei den Grooten toegedaan, doch die haar door de kleine Italiaanfche dwingelanden waren afgeperst. Ten ze'tJen tyde werden 'er open brieven uitgevaardigd; en door den Keizer zeiven, nevens de bisichoppen en edelen sreteekend, behelzende onder anderen, dat de Romeinfche geestlykheid en adel, overeenkomftig het verdrag voorheen (s) Ditmar. Lib. II. (t) Fe. Hen. Bod. Synt. ex Meib. p. 493 (*) Dezelfde Schryver verhaalt de byzonderheden van den krygs togt, welken de Keizer naar Frankryk ondernam, ten gevalle vai Lodewyk zynen fchoonbroeder, vv^lke door Hugt. bygeraatnd dGroote, Vader van Hugo Capet, wa? afgezet. Lodewyk werd gewa penderhand door O:ho herfteld, dieParys belegerde. Rheims innain en zich van Lyons meefter maakte M-zeray tn andere Franfche his toriefchryvers maaken gewag van deezen inval; doch HeisJ fpreek 'er geheel niet va'n, zeer waarfchyniyk uit vreeze van den Franjchen onder welken hy leetde, te mishaagen.  H E T D U I T S C H E RYK. 65 heen met Eugenius en zynen opvolger geOooten, z& ^ B"'K> eede verbinden moesten, om geene verkiezing vo byr^eS dw Romeineii mogen noemen, dewyl hy regt Keizer oei^ «. verkreee, als waaronder het ryk 'Tl^t G' »was omdragen. Na dat hy °rm WfSSto lT» vorflendommen JfHjJ. C"X bodjednurende zyne afwezigheid begunft,g- %gMi, verhief. Doen geouu^ » n, K ; ^ den verfcheiden Ke Kvoo0oei JtawM»; die ' S*j£JS*,%cSS, in zyn piegtig pries- ^e^Vb^ van 0*. zyn misdryf ver-  6g H ISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. Joannes XIII. wordt do or den Keizer tot de pausfil^kenvaardigbeid•ntheten. («) Herm. Wolt. Gron. Erem. (v) Barre Tm III. p' 427 (*) Terwyl de Keizer in ham was, iogt sraaf Sigefroi het kasteel van Luxemburg van Figger, abt van Sc. Maxmin te Trier, wien hy het leen van Vicelne, in het land van Ardennes geleegen, by verwisfeling afftond. Het verdrag werd te Tner p.emaakt, in tegenwoordigheid van Rruno, aartsbisfchop van Keulen, en yeele andere edelen, zo van de geestlykheid, als leeken. Deeze is de oorfprong van de fterke Stad, en het hertogdom, nevens het doorlugtig hui» Tan Luxemburg. (i> (0 Ann. Trever. Lib. IK. p, 467. gaf, hem den rang van Diaken liet behouden, en naar Hamburg in ballingfchap verzond, (u) Otho deed ook d<3 Romeinen by eede be'ooven . dat zy nooit anderen, dan Duitfchers, tot Keizer verkiezen zenden; en vervolgens, order op de zaken van Italië gefteld hebbende, keerde hy naar zyn eigen ryk te rug. Hy Iveld aldaar eenen Ryksdag te Keulen, op welken de verdeeling van Lotharingen in twee landfehappen beveftigd werd: het eene, aan Luxemburg en Franfche Comte grenzende, werd begeeven aan Frederik, graaf van Bar, broeder van Adalberon, bisfchop van Mentz ; en Bruno, aartsbisfchop van Keulen, behield het andere, het welk in zich bevat tedede hertogdommen van Eraband, Juliers, en Gelderland, nevens de landlchappen , die aan de monden van den Rhyn , de Blaas , en de Schelde gelegen zyn. (j>). {*) B y den dood van Paus Leo VIII, welke in den loop van dit jaar voorviel, zonden de Romeinen afgevaardigden, om het welbehaagen van Otho te vernemen, die zyne plaats vervulde met Joannes XIII. Deeze werd door de Romeinen gevangen gezet, maar door den Keizer, die zich tot dat'einde wederom naar Rome begaf,, fpoediglyk geflaakt en herfteld. Niet te vreede met de herftelling van Joannes, be- floot  HET DÜ1TSCBE RYK. 69 u Romeinen wegens hunne wispelturigheid te 11. 5C°ihy ^taÏÏÏÏ^weo werden gebannen, de ge- Boek, ftraffen. J-e Da » „f_1p van twaalf, ter gage verwee- II. meent— ^^^S^jSA aanvoer- HoorZcn;het l>k van jv> d wederora op. der van ^ Jftand^weest ^ ^ ^^ gegraaven, langs de uiauci „ls Qppervoogd, werd op de Romeifiogel geworpen: x^J^^tS' ten toon gefteld, W ■en in eeK£ donkere °Dder' aardfehe g^anee^»0%ï^beelden van geftrengheid ¥.Z« NA ^Ld6 vorde hv t TKme een welgeregeld be---* gegeven had, vo-rde ny den yan Itahe Kd2er Buur vHfSteï vaSn Vepin en W ^ en bevestigde de grften van £ ^ 0^ ds tersch Keizerryk had paats g»* M^W.dle^;;« lin^ l^^iFBEw&o Apulie be'zat eischnog eenige fteden m van welken hy bezit tefdat Otho^^^^W^m zyn, zou genoomen .^v£ta^«,e» uit andere fteden, die zy in hGt hadden 0?£», wiens oogmerk was zich van veroverd tadte* aken d ren naar ApulteenCalatotemww . bediende zich diezen . eisch ^^^^^Crieifchen niettemin van deeze gelc^genn en^ gn zy toe. zer een vnendelyk antwoora v;in den Jongen ftemming te geven aar de egmJ niettegenOtóo met deszeïfs dochter ineopnum &^  7o HISTORIE van ftaands Otho deeze flappen deed ter bevordering van vriendfchap cn onderlinge verbindcenis, was Nicephorus zo misnoegd, dat hy zynen andeten eisch afgeflaagen, en H°Afd.' zic'1 verftout had den titel van Keizer aantenemen, dat hy een affchuuwlyk ontwerp van wraak ■ fmeedde, het s>66. Welk hy door zyne loosheid en veinzery in ftaat was uit» folr™dedt tevoeren. 'Er werden gezanten naar Confiantinopolen Grieken afgevaardigd, om de voorwaarden en de plegtigheia van trouwloos, het huwelyk te regelen, en 'er werd eene plaats belyk behan- paald, op welke de princes door de Duitfchers zou deld worden afgehaald; maar wanneer deezen met een ftaatelyk gevolg op de aangeweezene plaats gekomen waren, werden zy allen vermoord, of gevangen naar Conftant'f nopolen gevoerd, behalven één of twee, welken ontfnapten, en de tyding van deeze affchuuwlyke verradery overbragten. (x) 963, Over deeze gruuwlyke trouwloosheid vergramd, beEy zend val Otho den graaven Gonther en Sigifrid, twee broeeen leger de,.Sj met den hloem van zyn leger in Calabrie te rukbrie. ken, waar zy de Grieken verfloegen, den krygsgevangenen de neuzen deeden af'lhyden, en het gantfche land afliepen. Niet lang daarna werd Nicephorus door zyne eigen onderdaanen ter dood gebragc, en Johannes Zemisces, zyn opvolger, ftelde niet alleen de Duitfchers, die te Confiantinopolen gevangen waren , op vrye voeten, maar zond ook Theophania, meteen luifterryk gevolg, naar Italië, waar haar huuwlyk met den jongen Otho gelukkiglyk volbragt werd {*) Dus zag nu de Keizer zynen Zoon naar zynen wensch gehuuwd, meeiderjaarig, en (x) Luitprand. Wittichini de Corb. Ann. Lib. III. (*) Omtrend deezen tyd werd Maagdenburg verheeven tot den aartsbisfchoppelyken zetel van het geheele land der Wandaden. Dc Aartsbisfchoppen van deezen zetel zyn federt primaten of Opper. kerk-  „ dUITSCHE RYK. 71 nm _vne Staaten te beltieren; hy genoot nu H. overleed , na eene re&e""% ongemeene 927. welken hy buitengewoone b'yke"/atp/4 reet den by-^ goedigheid, godvrugt en moed, «v heH^vea van«f Miaie. naam van den &«J^^^^^ zynen Vader was hy gehuuwd ™t £ de gtad 4, £toi, W vm i^Yaren dood trouwde HÖ!ï?i2! -e zieh by zyn overlyden in een klooster begaf. (§; O T- (y) Anhal. Som. p. 3h- het ,„ de r*> De Schrvver van het vervolg op at i\ j . a ve ffiaU da? Hendrik de Vogelaar^ fMf'JgZ* en fgft»-, S, deed verzoeken om zyne twee ZuJ r , £ * en de waarvan hy de laatfte aan zynen ZoorOitoter. nu , , ^ ft de Hoofd-kerk ter aarde befteld. Haar grar Zie" WtllTcau^Vunthoc fub mannore cla^. HZ S ecclefUe, fraunu. hono^ door (§) De Jaarboeken der regeering van Ort« I. zy n op de£zen deKeroemden »*frt tó,een.mo * v» U ^ tyd leefde. Zyn werk heeft ^n "£*in het !icht gegeven, /n is in de verzameling van Meibom.us ^ ^ (1) Baure Hifi. de Memagne urn. 1U. 4»Wk. (2) 3Afh4L. Ssjcon. ubi Supra.  7^ HISTORIE van II. • Boek, „ «• OTHO II. Hoofdst. II. Afd. 975, O tho II, de Bloeddorfiige bygenaamd, uit hoofde °/th° "in van de groote meenigte bloeds, dat door hem geplengd rarfer op,werd» was reeds verkooren en gekroond by het leeven doch ont van zyn Vader. Thans volgde hy hem op in het Keimoet team- zerryli:, fchoon hy in den beginne by Hendrik, hertog Hendlfk*3'van Seieren > ^ eiëen' voIlen reef> tegenkanting onthenog' van moetede. Deeze , door eenige bisfchoppen onderfteund, Beieren, deed zich te Katisborn voor Keizer uitroepen. Hy werd echter fpoedig ondergebragt, en niet alleen genoodzaakt, van zyn eisch aftezien, maar zelfs afftand te doen van zyn hertogdom, het welk door den overwinnaar aan Ot ■ ho, hertog van Zwaben gegeven werd. Na dat Otho deezen mededinger beteugeld had , wendde hy zyne wapenen naar de rivier de Elbe , om zxh tegen Harold, Koning van Denemarken, re verzetten. Deeze had zich de belangen van Hendrik aangetrokken, en was met eene talryké kryg?magt genaderd , om zyne zaak te onderfteunen. Dan hy werd door Otho zo zeer in 't nauw gebragt, dat hy om vrede verzogt, zyn verzoek met aanmerkelyke gefchenken onderfteunde en zich tevens 977, plegtiglyk verbond om eene jaarlykfche fchatting opteHy geeft brengen, waar voor hy zyn Zoon tot gyzelaar gaf (z) ïnaenL- üus door Harold te vrede gefield, voerde Ctho zyn tog vm leger aan tegen den hertog van Bohemen, die één der Carinthie bondgenoten van zynen mededinger geweest was,- dat de neaer. janc] hebbende afgelopen, keerde hy terug, om aan maf kt wede Hendrik zei ven, en den hertog van Carinthie nevens den met den Ko bisfchop van Frevingen het hoofd te bieden. Deezen nir.g van Wet» (?) Barre T) Chron. Magdeburg. Lurop, Hist. XL D. I. St. L  82 HISTORIE van II, Rome te bevestigen; zelfs zettede hy Paus Joannes XIV Boek. in hegtenis, om dat hy Otho's party begunftigde* Hy lJ[. overleed in de gevangenis, en werd opgevolgd door Hoofdst Joannes XV, welke door dien zelfden dwingeland inII. Afd. diervoege vervolgd werd, dat hy naar Toscanen de vlugt nam, van waar hy gezanten naar den Keizer -zond om zyne befcherming te fmeeken. Doch daar de Romeinen zich nog herinnerden, wat zy onder de twee vorige Othö's geleeden hadden om hunne wreedheid tegen de paufen, werden zy doo1' deeze inroeping van den Keizer zo verfchrikt, dat zy terftond eenige burgers van den eerften rang afvaardigden, om hunne opwachting by Joannes te maaken, en hem te fmeeken om te rug te keeren, te gelyk de plegtigfïe verzekering doende, dat zy zich voortaan met allen fchuldigen eerbied en ontzag jegens hem gedragen zouden. Joannes verliet zich. op deeze betuigingen, en keerde naar Rome te rug, waer hy op eene deftige wyze ontvangen wierd ,* maar des onDe Keize- aangezien zond de Keizer, die den wederfpannigen aart "hania °" der Romeinen kende, de Keizerin Theophania , zyne gaat naar moeder, naar Italien, meteen leger, onder het bjvel van Italien. Hugo, markgraaf van Brandenburg. Zy was eene vrouw van verftand en oordeel, en bragt binnen den tyd van twee jaaren de Romeinen, cn.de overige Italiaanen weder tot hunnen pügt. Zy begaf zich verbolgens naar Duitschland te rug, den markgraaf, dien zy tot Stadvoogd yan Florence had aangefteld, agterlatende, om op de beweegingen van dat wispeltuurig volk een waakend oog te houden. Op hare reize naar Frankfort werd zy van eene ziekte aangetast, waaraan zy te Nimwegenoverleed : haar lyk werd naar Keulen gebragt, en aldaar met groote Statie ter aarde befteld, waarby Otho zelf tegenwoordig was. 993- N a deeze plegtigheid ondernam de Keizer een krygs£öScfaven t0§t teSen de Sclaven;, die eenen opftand verwekt, en de  et DUITSCHE RYK. 83 Stad Brandenburg ingenomen hadden, waaruit zy van hem vcrdreeven, en genoodzaakt werden, 0m vrede te verzoeken , welken hy hun op redelyke voorwaarden toeftond. Dan, het duurde niet lang, of zy werden wederom tot eenen anderen opftand opgehitst door zekeren Chiezo, een perfoon , die vogelvry verklaard was. Onder zyn aanvoeren verrastten zy de Stad Brandenburg, en maakten zich nog van verfcheiden andere plaatfen mecfler, die nogthans door Chiezo, heimelyk aan den Keizer verraaden werden, onder voorwaarde, dat hy vergiffenis bekomen, en in het bezit van zyne goederen herfteld zou worden. De Sclasen, over deeze trouwloosheid vergramd, bleeven den oorlog met verwisfelenden uitflag voortzetten, tot dat zy, verfcheiden'malen afgeflagen zynde. zich eindelyk wederom aan den Keizer onderwierpen, die hun den vrede toeftond, mits dat zy aile hunne krygsgevangenen zonder losgeld op vrye voeten ftdden, en de plaatfen, die zy nog op de grenzen van het Mark Brandenburg bezaten, te rug gaven, (q) Na deezen zegepraal over de Sclaven begaf öthc zich naar Halberjlad, om tegenwoordig te zyn by dc inwyding eener nieuwe Kerk, door bisfchop Hildebram geftigt, van daar doortrok hy de onderfcheiden' land. fchappen van het ryk, waar hy nieuwe wetten vastftel de, en fchikkingen maakte, ter bevordering van de goe de pi'de en openbaare veiligheid. Na het nemen vat deeze wyze maatregelen riep hy te Maagdenburg eenei Ryksdag by een, met oogmerk om onderftand van vol! en geld te* verzoeken voor zynen krygstogt naar Italië waar zyne tegenwoordigheid noodzaaklyk was , on Crescentius wegens eenen nieuwen opftand te ftraffen cn de oproeren te ftillen, die in de fteden Milaan, Capu, en Beneventum ontftaan waren. Deeze verzoeken wer de; fq~) Ditmak. Lib. IV. L 2 II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd, 995- Ryksdag te Maagden> burg. t l ► I 1  II. Boek. 11. Hoofdst. II. Afd. Otho komt te M:laan, en voor.it te Rome ge kroond. oo5. Hy verrigt eene uitfl'.kendedaad van geregtig' heid te Modena. 1 84 HISTORIE van den onderfteund door de vertoogen van den Nuntius, welken Paus Joannes derwaards gezonden had om hem te nodigen, met een magtig leger overtekomen, ten einde de oproerigen te ftraffen, de onlusten in Italië te ftillen, en de Keizerlyke kroon te ontvangen: ook werd zyne komst ernftig verzogt door Landulphus, aartsbisfchop van Milaan, die uit zyn bisdom verdreven, en te Maagdenburg gekomen was, om s'Keizers befcherming te fmeeken. De onderftand , hem door den ryksdag toegedaan, ftelde Otho in ftaat om eene aanzienlyke kr37gsmagt op de been te brengen, met "welke hy den togt naar Italië ondernam en Milaan belegerde, dat zich binnen weinige dagen overgaf. Otho trok'er zegepraalende binnen, en herftelde den aartsbisfchop, door wien hy tot Koning van Lombardyen gekroond werd. Van daar kwam hy te Pavia , waar hy het paaschfeest vierde, en begaf zich vervolgens naar Ravenna, waar hy van s'paufen overlydcn berigt ontving, en Bruno, zynen nabeffcaanden , op den paufelyken zetel deed verheffen. Dees Saxifche Kerkvoogd nam den naam aan van Gregorius V, en kroonde, niet lang na zyne verheffing, zynen befchermheer tot Keizer der Romeinen, met dezelfde plegtigheid en ftatie, welke by de krooning van zynen vader en grootvader had plaats gehad (r) Na het verrichten van deeze plegtigheid, verleende de Keizer, door tusfchenfpraak van den nieuwen paus, vergiffenis aan den burgemeefter Crescentius; en vervolgens de onlusten te Capua en Beneventum geftild hebbende, nam hy de terugreize naar Duitschland a3n. By deeze gelegenheid bezogt hy de voornaamfle plaatfen van Lombardyen, en vertoefde eenigen tyd te Modena, waar hy eene uitftekende daad van geregtigheid verrigtte aan de Keizerin Maria, zyne gemalin, en dogter des Ko' nings (r) Chïon. Hildesh. Tom. III.  88 HISTORIE va» II. P.oek. II. - Hoofdst. II. Afd. Oth o trekt Bflgrïtalie. 3COI. Hy word, vergeven' door midat van een paar ham jchoenen. Niet lang na deeze reize ontving hy berigt, dat de Sar aceenen, met zyne afwezigheid hun voordeel doende, een inval in 't Roomfche Campanie gedaan, Capua overrompeld, en de nabuurige Jandftreek geplunderd had. den: weshalven hy zich naar Italië fpoedde, en zyn leger te Ravenna verzameld hebbende, hernam hy de ftad Capua, verdreef de barbaaren, en herftelde den vrede, waarna hy zich met een kleen getal krygsvolk naar Rome begaf. Terwyl hy zich in de hoofdftad ophield, maakten de Tiburtynen, die voorheen wegens hunne oproerigheid van hem geftraft waren, nogmaals een opftand ; weshalven hy zich genoodzaakt vond, de plaats te gaan belegeren, die zich op befcheidenheid overgaf. By zynen hertogt echter vond hy de poorten van Rome voor zich gefiooten, en toen hy den volgenden dag, met weinge edellieden en bevelhebbers werd binnen gelaten, verfchiïde het zeer weinig, of hy werd door eene famenzweering, door Gregorio, uit den huize van Toscanella, gefmeed, omgebragt. Het Romeinfche volk wederftond openlyk zyn opperst gezag, en de Keizer ontkwam het gevaar niet dan ter nauwer nood , door den byftand van den markgraaf van Tofcanen, die te vergeeffch gefacht had „een verdrag te bewerken, (y) Terftond deed hy zyre krygsmagt byeentrekkgn , om deeze onwaardige beihandeling te wreeken; doch middelerwyl werd hy vergeven door middel van een paar handfehoenen, die ' hem tot een gefchenk gezonden waren door de we- duw (y) Ditmar. Lib. IV. p. 44. fteenten bezet, op zyn hoofd. (1) Dan, indien Kwel de Groote op deeze wyze begraven was, zouden de Noormannen, die Aken lang vóór deezen tyd verwoesteden, hem zekerlyk op geenen gouden Throon hebben laten zitten. (1) Ditmar. Lib. IV, p. 44.  H E T D U I T S C H E RYK. 95 Ie van Givinkenjïein gevangen zetten, onder het opzigt H. des aart ^aanhangers, welken if*r kroond. Keert te rug naar Duitschland. ior7. De Koning Van Polen frhe idt het Utrdrag. (ƒ>) Murat. Anecd. Tom. II. p. 204. 102 H I S T**Ö R I E van verfloeg Hardouin op de grenzen van het Veroneefche, en werd, naar Rome voorttrekkende, met zyne Gemalin Cunegunda gekroond door Paus Beneaictus VIII, die op het voorbeeld van den H. Petrus, hem vraagde, of hy aan hem en zyne opvolgers altyd getrouw wilde blyven, het welk van hem met ja beantwoord werd. (p) Terstond na deeze plegtigheid ftigtte de Keizer het bisdom Bobio, waar de H. Columbanus overleeden was; en vervolgens, na te Pavia eenige lchikkingen gemaakt, en de onlusten in Lombardyen geftild te hebben, nam hy de terugreis naar Duitschland aan. Op zynen weg door Bourgondien bezogt hy de abtdy van Clugni, waar hy als een lid werd aangenomen: ook wilde hy zich naderhand als een monnik in de abtdy van St. Val te Verdun begeven, by welke gelegenheid de abt hem als broeder aannam, onder voorwaarde, dat hy hem in alles zou gehoorzaam zyn , waarop hy hem zeer wyfelyk be. lastte, aan het roer der regeering te blyven. Ingevolge van dit bevel nam hy een vast befluit, om zich niet te onttrekken aan het lastig ryksbewind. Na eenige onlusten in Zwaben geftild te hebben, beriep hy eenen ryksdag te Mersburg, waar Boleslaus, die befchuldigd werd het verdrag gefchonden, en den opftand van Hardouin begunftigd te hebben, voor de ft.nden des ryks gedagvaard werd. Dan, in plaats van te gehoorzamen, begon de Koning van Polen krygsvolk te werven, en hy poogde den hertog van Bohemen in zyne belangen overtehaalen. De Keizer trok daarop met een leger de Elbe over, tastte den zoon van Boleslaus aan, en gaf hem de nederlaag. Dees oorlog werd eenigen ryd met verfchillenden uitdag voortgezet, en ten laatften geëindigd door een vredes verdrag, het welk te Bautzen, op ernftig verzoek van Boleslaus, geflooten werd  het DÜITSCHE RYK. 105 krachtdadig onderftcunden, dat hy den Grieken in een hevigen veklfhg de neder.'asg gaf; maar deezen, weder om verfterkt zynde, waren op hunne beurt overwinnaars, weshalven Mello, en zelfs Paus Benedictus, naar Duitfchland den vlucht namen, om den Keizer, die toen te Bamberg zyn verblyf hield, om befcherming te fmeeken. (s) Schoon Hendrik II gantfch niet ongenegen was, om italien te hulp te komen, werd hy echter eenigen tyd opgehouden door zekere verfchillen, die tusfchen de ryksvorsten waren uitgebarsten; doch inmiddels bevestigde hy, op begeerte van zyne heiligheid, by een nieuw bevclfehrift, de wetten, welken hy voorheen te Pavia had vastgefteld, en riep te Aken een ryksdag byeen, om fchikkingen voor den togt te maaken. Dus alle de onlusten in Duitschland geftild, en de toerustingen, die by deeze gelegenheid noodzaakelyk waren, in orde gebragt hebbende, begaf hy zich op weg naar Italien, trekkende langs de kust van de Adriatifche zee, en zond eene bende van elf duizend man, onder het bevel van Poppo, aartsbisfchop van Trier , die in het land der Marfen, thans Abruzzo genaamd, doordrong, terwyl Pelegrin van Keulen regt op Rome aantrok, cm zich van de perfooncn van Pan> dolphus, prins van Capua, cn Athenulphus, abt van ïïl'onte Casfino, die zich in 's paufen afwezigheid by de Grieken gevoegd hadden, te verzekeren. De abt, hunne aannadering vernemende, ging te Otranto fcheep naar Confiantinopolen, en verloor door fchipbruk het leeven: Pandolphus gaf zich over, en werd in 's Keizers leger gebragt, te regtgefteid cn veroordeeld,- doch ontving vergiffenis op tusfchenfpraak van Pelegrin. Hendrik hield zich toen bezig met het beleg der ftad Troje (s) Ann al de l'Emp, Tom. II. p. 169. Evrop Hist XI. D. I.St. O n. Boek. II. Hoofdst. II.Afd. De Paus komt te Bamberg. De Keizer begeeft zich naarltalien 1021. 1023.  II, Boek. II. Hoofbst. II. Afd. Hy brengt Apulië er, Galabrië onder. 106 HISTORIE van Troje in Jpulie, welke, tot het uiterfte gebragt zy n de, zich op befcheidenheid overgaf: vervolgens herwon hv alle de plaatsen, die de Grieken in zyn afzyn hadden ingenomen, bragt de landfchappen Apulie en Cat* brie onder, verpligtte dëzelven, om gyzelaars voor hunne getrouwheid te geven, en begaf het vorstendom van Capua aan den graaf van Feana: ook voorzag hy de neeven van Melk van krygsvolk, om de Grieken van Bart te verdry ven, en vervolgens, na zynen aanhangeren aanmerkelyke beloningen gefchonken, en eeren nieuwen abt van Monte Casfino benoemd te hebben, keerde hy, daar zyn leger door ziekte merklyk verminderd was, naar Duitfchland, am Italien het genot van den vrede latende, welken hy aldaar haa vastgefteld (t ) Schoon Hendriks regeering over het algemeen voorfnoedig was, hadden niettemin de ©nophoudlyke onlusten in Duitfchland hem in zulke geduurige beweging gehouden, dat hy tot op deezen tyd nooit die Fust genieten kon, welke het beftendig voorwerp van zyne wenfehen fchynt geweest te zyn: maar thans, nu hy alle de opfchuddingen in zyne Staaten geftild had, befloot hy in vrede de vruchten van zyne arbeid te plukken. Bcgeerig zynde, met zyne nabuuren m vriendfehap te leeven, hield hy-een mondgefprek met Robert, Koning van Ffankryk, in het welk deeze twee vorsten eene byzondere vriendfehap voor eikanderen opvatteden, en maatregels beraamden, om ae misbruiken, die in hunne Staaten waren ingefloopen, te verbeteren. Dit mondgefprek, ten dien tyde de ontmoeting der twee heiligen genaamd, was de laatlte merkwaardige verrichting van Hendriks leeven: want, niet lang na zyne terugkomst, overleed hy te Grone, 0) Glacer, Lib. III cap. i. Chon. Cassin. cap. 4*;;  ic-S HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III.Afb. 1027. Hydoetzyr, zoon Hendrik tot zynen opvol ger verkha ren, en tt Aken kroo tien. (1) Heiss. Lib. II. thap. VII. waardigheid Coenraad, hertog van Frankenland, bygenaamd de Salifche, om dat hy aan de oevers van de rivier de Saai geboren was. (*.) De voornaamste zorg van den nieuwen Keizer ftrekte tot herftelling van geregtigheid, beftraffing der ondeugd, en beloor.ing van de deugd. By den opftand der Lombardiers, die in het derde jaar zyner regeering voorviel, begaf hy zich naar ItaHen, en de wederfpannelingen gewapenderhand hebbende ondergebragt, trok hy naar Rome, waar hy door paus Joannes XX. op paafchdag tot Keizer gewyd en gekroond werd, met eene groote plegtigheid, by welke hy van Canut. Koning van Benemarken en Engeland, en Rudolphus III. Koning van het Transjuraanfch Bourgondien, vergezeld werd. (a) Slechts weinige dagen was hy te Rome geweest, als hy, uit hoofde van eenige oproeren in Duitfchland, zich genoodzaakt vond, derwaards te rug te keeren: doch eer hy ondernam, dezeiven te ftillen, droeg hy zorg, dat zyn zoon Hew drik, die toen twaalf jaaren oud was, tot zyn opvolger verklaard, en te Aken plegtiglyk gekroond werd. Toen trok hy ten velde tegen de berokkenaars van den opftand, namelyk Ernest, hertog van Zwaben, AU bert , hertog van Carinthie , en 's Keizers eigen neef Conradyn, hertog van Worms Hy gaf hun in ver- fchei- («) Barbe tem III. p. 643. Sigon. Lib. VIII. p, 194'. (*) By deeze verkiezing waren, behagen een groot aantal geestjyke vorften, ook Benno, hertog van Saten, Albert, hertog van Oosftemyk, Hetzel, hertog van Beieren, Ernest, hertog van Lvaben, Frederik, hertog van Lotharingen, Cofilio, hertog van Holland en Zeeland, Enno, hertog van Frankenland, en Uiric, hertog van tekenen. (1)  H E T D U 1 T S C I-I E RYK. 10) fchëidcn' gevegten de nederlaag, in één van welken Ernest, die reeds in den ryksban gedaan was, (*; om 1-w-m- de overigen maakte hy krygsgevangenen, en ftelde-hen te regt voor eene algemeene vergadering van -He de vorsten en leden des keizerryks, welke hen by een plegtig beOuit van hunne Staaten ontzettede. Deezen oorlog dus gelukkiglyk hebbende geëindigd, wendde hy zyne wapenen tegen Mifico, Koning van Polen, die zich, zonder zyne toeftemming, den naam en het gezag van Koning aangematigd, en door verfcheiden' harde bejegeningen zynen eigen broeder Otho had Genoodzaakt, naar Duitfchland te vluchten, en 's Keizers befcherming te fmeeken. Coenraad voldeed aan zvn verzoek, en ftelde hem aan het hoofd van een leger, het welk hy vervolgens zelf met verfch krvgsvolk kwam verfterken: daarop trokken zy Mifico te-en cn bragten hem zo zeer ïn 't naauw, dat hy geroodzaakt was, fchuilplaats te zoeken by Othalrtc, hertoe van Bohemen. Dees vorst bood, ondanks alle de regten der gastvryheid, den Keizer aan, om hem zyren gast ter hand te ftellen; doch de Keizer verwierp niet alleen deezen voorflag met verontwaardiging, maar zend cok den brief aan Mifico, wien hy raadde, eene andere fchuilplaats te verkiezen. De ongelukkige vorst, oevoelig getroffen door dit bevvys van edelmoedigheid, begaf zich naar 's keizers legerplaats, legde zyn vorstKk gewaad en alle teekenen van koninglyke waardig, beid af, wierp zich voor zyne voeren, en gaf zich op tefcheidenheid over. Coenraad nam zyne onderwerping aan 3 (*) Het woord Ban beteekènde olrspronglyk een Banier, vervol gens\aadibefluit, en eindelyk eene wrklaaring, dat iemand vandt Mchermine der wetten vervallen wat. Dezelve luidde a-Mus, „ w-y , verklaaren uwe vrouw weduw , uwe kinderen weezen , en zen oei ., u, in den naam des duivels, naar de vier hoeken der aarde. Ü 3 n. Boek. II. Hoofdst. UI. Ar D. Hy trekt ten velde tegen Mifico Koning van Polen, die zich op htid overgeeft.  II. Boek. II. Hoofdst» III. Afb. 1030. Eenige landfihap. pen wordei van Poler afgefcheurt 1032. Oorlog in Bohemen (b) Hüiss Lib. II. 1IO HISTORIE van aan, en herftelde hem in zyre Staaten; op dezelfde voorwaarden, waarop zyn vader Boleslaus dezeiven bezeten had; terwyl Óthalric•', door deeze grootmoedig, heid getroffen, de wapenen nedcrleg'e, en om vrede fmeekte. (b) Wat Otho betreft, hy werd met zynen broeder verzoend, en met den titel van hertog vereerd; doch, daar hy vervolgens werd omgebragt, verdeelde de Kei'zer , die Mifico'van dien moord verdagt hield, Polen ,in drie landfcbappen, één van welken hy in het bezit van den Koning liet, terwyl de twee anderen gefteid werden onder hef opzigt van Poolfche landvoogden, die aan de belangen van het keizerryk verknocht waren. Deeze verdeeling gaf aanleiding tot nieuwe om wentelingen in Polen; want de landvoogden, hun voordeel doende met de zwakheid van Mifico, en de weinige liefde, die het volk hem toedroeg, begonnen als op. perheeren te handelen, en verklaarden eindelyk zich zeiven onafhanglyk, waardoor SUépen van de Poolfche Staaten afgefcheurd, en Moravie door Óthalric, hertog van Bohemen, herwonnen werd. Ma.ar, fchoon dees vorst zulk eene merklyke vermeerdering by zyne Staaten kreeg, had hy echter ligtelyk bedorven kunnen geweest zyn door de onbefcheidenheid van Zynen zoon Brztislaus, die Judith, dochter van graaf 'Albert Otho, bygenaamd den Opreglen, gefchaakt en getrouwd had, De vader, over deeze gewelddadigheid verbitterd, beklaagde zich deswege op eene zeer hartroerende wyze by den Keizer, die terftond met een leger in Bohemen kwam, om zich aan den fchaaker te wreeken. Ongetwyfeld zou zulks een hard. . nekkig gevegt ten gevolge gehad hebben, zo niet Ju. dith, gelyk eene der Sabynfche vrouwen, zich tusfchen  H E T DUITSCHE RYK. 1:1 de twee vyanden gefield, en door hare bckoorlykheden en fmeekingen een vredes verdrag had te weeg gebragt, h*t welk in de tent van Coenraad geflooten werd, aan wjens voeten Brztislaus zich nederwierp, en terftond vergiffenis kreeg, (cj ... ■ '\; Na het fluiten van dit verdrag trok de Keizer m Saxen tegen de Lutiziers, een volk, ra het hertogdom van Mecklenburg woonachtig, het welk nog m heidenfcl-e onkunde leefde, en ftrooperyen op het grondgebied van het keizerryk aanregtte. Daar zy zeer verre^aande gewelddadigheden in Saxen gepleegd hadden, vervolgde Coenraad hen tot in hun eigen land, het welk hy te vuur en te zwaard verwoestte; een grooi gedeelte van hun bragt hy ter dood, om wraak te ne men over de hciligfchenr.is en wreedheden, waar aan zy zich hadden fchuldig gemaakt, en legde hunner natie eene aanzienlyke fchatting op. (d) Deeze oorlog werd gevolgd van eenen anderen tegen Stephen, Koning van Hongaryen, die, het hertogdom van Beieren geeifcht hebbende, als waartoe zyne gemalin, de zuster en erfgename van Hendrik II, geregtWd was-, van Coenraad een weigerend antwoord ontvnV en daarop onde-ftond, zich zeiven door de wa penen regt te verfchaffen. Doch de Keizer viel, zon der eenen'inval aftewachten, met een magtig leger it Hopgaryen, het land te vuur en te zwaard verwoes tende; weshalven Stephen, buiten ftaat zynde, om her wederftand te bieden, zich onderwierp, en zulke vre des voorwaarden aannam, als Coenraad goedvond her opteleggen. Niet minder voorfpoedig was de Keizer i het afdoen van zvn verfchil met Eudes, graaf va Champagne: ' Rudolphus , Koning van het Transju raansc) (e) Epitom Rer. Bobem. torn. IIL cap. i. (d) Helmond. : Chron, Slav. Lib. i. ccp i3. If. Boek. It. hossfdst. III. Afd. Sirooperyen der Lutiziers. i'Keizers krygstogt tegen Stephen , Koning van Hongaryen en Eudes , , piaaf van Champagne. 1 1 1 1 n  II. Boek. II. Hoofdst. III. Af u. _p34. Opftand h Polen, •waarin dt hertog var Bohemen eer. inval doet. [12 HISTORIE van raansch Bourgondien , had Coenraad tot zynen erfgenaam gefield, omdat hy met Gifela , zyne jongfte zuster , gehuu'wd was: maar Eudes, graaf van Champagne, en Zoon van Bertha, de oudfte zi.ster van Rudolphus, befloot deel te nemen in de opvolging Tot dat einde voerde hy met den Keizer eenen bloedigeh oorlog , die ten laatften by Bar-le-duc eenen veld dag won, in welken de graaf het leeven liet.(e) B y zynen dood verkreeg Coenraad de vreedzame bezitting van het geheele Transjuraansch Bourgondien, en hield te Soleurre eene vergadering der bisfchoppen en edelen, die den eed van getrouwheid aan hem aflegden, en zynen Zoon Hendrik III. als zynen opvolger in dat Koningryk erkenden. Terwyl de Keizer bezig was met bezit te nemen van deeze fchoone erfenis, overleed Mifico, Koning van Polen, en daar zyn zoon Cafimir nog te jong was, om het roer der regeering te houden, matigde deszelfs moeder zich het regentfchap aan ; doch zy befluurde het ryk met zulke onbezonnenheid, dat de onderdaanen opftonden, en zy nevens haar zoon zich genoodzaakt zag, om i aar Maagdenburg in Neder ■ Saxen de vlucht te nemen, met aile de juweelen en fchatten, die door de twee voorbaande Koningen waren opgelegd, BRZTISLAUS, hertog van Bohemen, met deeze inwendige bewegingen zyn voordeel doende, viel in Polen, en plunderde'dat land; ook maakte hy zich meefter van Breslaw, Posna, Uladislaw, zc'fs van de hoofdflad Gesna, van waar hy eenen zeer grooten buit met zich voerde COENRAAD, die de Koningin Ricliza met zeer veel gastvryheid ontvangen had, eischte de befchikking over den fchat, welken de hertog van Bohemen, zyn leen- (<) Sigebert, ad Ann, 1033.  het DUITSCHE RYK- 113 leenman, behaald had; doch zyn eisch werd verworpen, waarop hy met eene krygsmagt in Bohemen trok, op welker gezicht Brztislaus zich onderwierp. Wat den joneen Cdfimir betreft, hy ging te Cluny in een klooster," doch de Poolen, de regcerirgloosheid moede, zonden gezanten aan den paus, die hem ontflag vergunde, waarom hy dae van zyne geloften ontheven werd, en den throon zyner voorouderen beklom. (jO De Keizer had dus zyne zaken aan deeze zyde van de Alpen geregeld; ook zag hy zynen zoon Hendrik gehuuwd met Gonilda, dochter van Canut, Koning van Engeland, Thans werd hy wederom naar Italien geroepen door eenen nieuwen opftand van verfcheiden* fteden en edelen, aan wier hoofd zich Herbert , bisfchop van Milaan, bevond, welken hy met gunden overlaaden, had. Zyne optogt was zo fchielyk en onverwacht, dat Milaan, om zo te fpreken , by verrasfing hernomen werd. De bisfchop zelf viel in zyne handen, en werd veroordeeld tot eene altoosduurende gevangenis. Maar behalve deezen opftand had hy nbg een ander oogmerk by zyne kemst in Italien, om naamlyk te voldoen aan een befluit der teurvorften , behelzende , dat ieder Keizer zich te Milaan en te Modena moest laten kroonen, om bnderfcheid te maaken tusfchen de Koningryken van Lombardyen en Italien, Na alle deeze togten begaf hy zich naar Rome, waar hy van paus Benedictus IK, die Joannes XXL was op gevolgd ," den zegen ontving. Vervolgens keerde hy naar Duitschland, waar hy van jicht in de beenen overvallen werd, cn te Utrecht fchielyk overleed, in het vyftiendc jaar van zyne regeering, na dat hy zich zeiven een edelmoedig, bekwaam, regtvaardig en grootmoedig vorst be toonc (ƒ) Du GlasJ. Hiji. Polon. tl. 191. Europ. Hist. XI. D. ï. St. P II. Boek. Ui Hooftst. III. Afd. 1035. 1038. Hy wordt «aar Italien geroepen door eenen. op/land des bisfehops wiMUaan. ro3o. Hy wordt van de jicht »wrvallen en fier ft te Utrecht.  II. Boek II. HoOFDSTS Hl. Afd, HENDRIK III. 104.0. Coenraad vjordt tan zynen zooi Hendrik III. opgevolgd. IS43- die Brztis laus enOv »nderbren£ II4 HISTORIE van toond had f*) Zyn ligchaTn werd by^ezït in de hoofdkerk te Spier*, die hy zelf gefligt had, nevens een pragtig paleis, voor zyae-gevoo.ie verWyfplaats. (g) (g) Goa. Pers. Cosmoi- eet. VI. Giab. Rodulbh. Lib. VI. Hen. Bol. Syntag. ex Meib. pag. 503. (*") Allen , die in zynen dienst uitmunteden, ontvingen blyken van zyne edelmoedigheid : onder anderen werd een edelman , die het onreluk had, zyn been te verliezen, van hem begiftigd met zo veele ftukken gouds, als een van zyne laarzen bevatten kon, het welk de keizer hem toefchikte, om de onkosten zyner genezing goed te maaken. (1) (0 Hetss. Lib. II, Cap, VUL \\ENDRlK III, bygenaamd de Zwarte, zoon van Coetraad en Gifetta van Zwaben, werd, volgens de aanbeveling van zynen Vader, tot Keizer verkoren, en door Philigrw, aartsbisfchop van Keulen, te Aken ge- ^Daar Brztislaus, hertog van Bohemen, aan hem de verfchuldigde fchatting weigerde te betaaien , viel hy in 'Zt zelfs ftaaten, en noodzaakte hem tot ond^rpin^ * Daarop keerde hy zyne wapenen tegen Ovo, die zich de Hongaarfehe kroon met geweld had aangematigd, en hem nit hecKoningryk verdreeven hebbende, hcrftelde hy Petrus, wien het onregtvaardiglyk benomen w«, weder in deszelfs bezit: doch bevindende, dat hy ten  het DUITSCHE RYK. 115 uiterftcn gehaat was by zyne onderdaanen, die verklaarden , liever te wille:) fterven, dan zulken wreeden dvvingeland te gehoorzamen, droet' hy de kroon van Hongaryen op aan een neef van Koning Stephen, die naar het hof van Bohemen de wyk genomen had. Dees jonge Vorst werd inspelyks door het volk verdreeven , het we'k ten lteikften aan Cvo verbonden was, en, niette vrede met het verdry ven van hunnen Koning, zelfs ee< r.en inval in Ooflenryk en Beieren deed, en het geheele land afliep en verwoestte. De Keizer, over hunne vermetelheid gefloord, viel met een aanzienlyk leger in Hongaryen, en Ovo, buiten ftaat, om zyne magt te wederftaari, fmeekte om vrede, welken hy verkreeg op de volgende voorwaarden, dat hy veertig ponden goud aan bet Keizerryk betdalen, Oofienryk en Beieren de fchaade vergceden, die zy door den inval der Hongaaren geleeden hadden, en alle de krygsgevangenen zou llaaken. {h) In het volgend jaar echter ontving Hendrik zulke klagten over de wreedheid cn roófeucht van Ovo, dat hy nogmaals in Hongarysn viel, en hem in een hevigen veldflag aan de rivier de Raab verfloeg,- waarna hy Alba Regalis in bezit nam, alwaar hy door de flenden, tot dar einde vergaderd, ah Oppervorst van dat Koningryk erkend werd , en hen vervolgens wederom verzoende met hunnen ouden vorst Petrus, die, in zyn Koningryk herfleld zynde, daar' voor den Keizer hulde deed. Ovo tragttewel, na Hen - driks vertrek , nieuwe opfchuddingen te verwekken dcch, daar hy door zyne eigen aanhangers veriater werd, nam hy de wyk naar Zevenbergen, waar hy ge greepen, en aan Petrus werd overgeleverd , welke o\ raad van zyne edelen, hem veroordeelde, om onthalsd t< worden. Ze (h) AoLZEEiTTir. Ann. Boic. Gent. p. 4-HP 2 II. Boek. n. FJOOFDST. iii. AFD. 1 l i  iiö HISTORIE van II. Boek. II. HoorDST. III. Afd, De Keim ftiit de on lusten te Rome, bei welk verfcheurd'werd d'.or departy jch.ppen Zedert cenigen tyd werd Bosne door verfchillesde partyen verfcbeurd , inzonderheid door die de.- graaven van Tusculum en der Ptolemei, De eerfte van deezen had Benedictus IX, in de paufelyké waardigheid ingedrongen ; doch hy werd, eenigen tyd dien ftoel bekleed hebbende, door de Ptelemei en het volk afgezet, die in zyne plaats Sylvester III aanftelden: maar, binnen drie maanden, werd dees tegenpaus, door de aanhangers des graave van Tusculum, op zyne beurt afgezet, en zyn mededinger herfteld. Benedictus echter, zich algemeen gehaat vindende, ftond van die waardigheid vrywillig af ten behoeve van Joannes, opperpriefter van da Roomfche Kerk: dan niet lang daarna had hy berouw over zynen afftand , en wilde zyne vorige waardigheid hernemen. Deeze drie paufsn, door hunne onderfcheiden' aanhangers onderfteund, hielden zich zeiven ftaande, ieder van een verfchillende tak der inkomften , die aan de H Stoel toebehoorden; de een hield zyn verblyf op St. Pieten, een ander op Santa Maria Maggiore, de derde in het Lateraansch paleis, en allen leeiden zy op de ongebondenfte en aanftootlykfte wyze. Geduurende dit driemanfchap wist zeker prieiler, Gratianus genaamd, gedeeltelyk door list, gedeeltelyk door gefchenken, hen allen drie te bewegen , om van hunne eifchen op de paufelke waardigheid af te ftaan; waarop de Romeinen, uit dankbaarheid jegens den man, die de Kerk van zulk eene 'verfchriklyke fcheuring verlost had, hem tot paus verkoren onder den naam van Gregorius VI. (i) De Keizer, jaloers over deeze verkiezing, in welke hy niet gekend was, kwam met een leger in Italien, en werd te Milaan door den aartsbisfchop gekroond. Vervolgens begaf hy zich naar Placentia, waar hy een bezoek ontving van paus Gregorius VI, en daarop eene kerk. ver- {%) Othojs. Tnftngen, l. II, Cap. 32.  HET DUITSCHE RYK. 117 vergadering te Sutri famenriep, in welke de afffand der drie paufen bevestigd , Gregorius VI. afrezet, en de paufelyké ftoel, met toeftemming der Romeinen, zowel ïjs der Duitfchers, veivuld werd met Heidegger, bis fchop van Bamberg, die den naam van Clemens 11 aannam, en vervolgens Hendrik en Agnes, zyne gema lin,(*) de Keizerlyke kroon op 't hoofd zettedëi N a het verrichten van deeze plegtigheid deedcn de Romeinen eenen eed , dat zy in het toekomen ie nooit eenen paus verkiezen zouden, zonder den regeerenden Keizer daarvan vooraf kennis te hebben gegeven. Hen. drik legde vervolgens een bezoek af in het kloofter van Monte Casfwo, het welk gewigtige blyken van zyne gunst ontving: van daar zettede hy zyne reis voort naar Capua, waar hy begroet werd van da Normandifche Vorften, welken hy bevestigde in het bezit van Apulie en Calabrie, dat zy op de Grieken veroverd had Jen Doch wanneer hy zyne begeerte te kennen gaf em Beneventum ce bezien, weigerde men hem binnen te laten; ook kon hy ten dien tyde wegens deezen hoon de inwooners niet ftraffen, om dat hy het beste gedeelte zyner krygsmag't reeds met de Keizerin naar Duitschland gezonden had. Hy bewoog echter den paus, die hem overal verzelde, om de inwooners van Beneventum in den ban te doen, cn begaf de Stad met hare onderhorigheden , als leepen van het Keizerryk, aan de Normandifche vorsten, in geval zy dezelve door kracht van wapenen onderbragten {k\ Naauwlyks was hy in Duitfchland te rug komen, of {k) Hist. de Conqueies des Namens, p. 32. (*) Agn^s was de dochter van Willem, hertog van Poitou. (1) (1) Glab. P 3 ÏÜ ■ Boek. II. Hoofdst. III. Afd. van ver- fc beiden mededinners naar de paufh' lyke waardigheid.  IT. Bolk. li. Hoofdst III. Afï 1048. Hy benoen Bruno & de paus/el; ke waardigheid» (r) Gou. Pers. Cosmod. eet* 11S HISTORIE van of hy ontving de tyding van het övenyden van Clemens , en niet lang daarna werd hem berigt, dat zeker bisfchop van Beieren, Stephen genaamd, zich op den . H ftoel had ingedrongen, onder den naan van Da- • masus II, doch binnen den tyd van drie en t.vitjtig dagen na zyne verheffing insgelyks overleeden was, Hy vernam ten zelfden cyde, dat de Romeinen, zich verbeeldende, dat hy de verkiezing, van eenen anderen paus aan hem zou laten, tot dar einde gezanten aan hem 'gezonden hadden. Dan Hendrik, beflooten heb- * bende zyn regt te handhaven, benoemde, zonder de ).komst der afgevaardigden aftewachten, zekeren Bruno, een Dnitfch bisfchop, tot de paufelyké waardigheid, die terftond het gewaad van Opperpriester aannam. Dees nieuwe paus, welke een zedig man was, en niet veel fmaak had in de waardigheid, die nan hem was opgedragen- werd, op zyne reize naar Rome, door zekeren Hildebrand, (*) een monnik , behoorende tot de abtdy van Chmy, overreed, dat hy de paufelyké waardigheid niet beideeden mogt, voor dat hy te Rome verkoren was, dewyl de Keizer alleen het regt niet had, om (*, (M'n zegt, dat decs Hildebrand, die de zoon was van een timmerman, terwyl hy zich met kleine flukjes hout vermaakte, door eene bovennatuurlyke ingeving, daaruit deeze woorden maak te , Dominabor a mari usqué ad mare (ik zal heerfeben van zee tot zee.) Dit werd van zeker priester opgemerkt, clie, dit kind als ien uitverkoren vat befchouwende, deszeifs vader bewoog, om hem te laten ftudeeren Hy werd vervolgens fchryver of Secretaris in dienst van den Keizer, wien hy verfcheen in eenen droom , heb bende twee hoorns, die tot aan den hemel reiluen, met welken hy zynen Zoon Hendrik in 't voetzand wierp. De Vader, door dit gezicht zeer gefloten, zond Hildebrand naar de gevangenis, waar uithy, door tusfehenfpraak der keizerin, wederom geüaakt cn vervolgens een monnik werd. (r)  het DUITS C HE RYK. 119 ora eenen' paus aan te ftellen- Dienvolgens begaf Bruno zich derwaarts ais een ambteloos man, in het gezelfchap van dien zelfden Hildebrand, die list en invloed genoeg bezat , om eerst onder dé hand tegenkanting tegen hsm te verwekken, en vervolgens de Ro. meinet?iq overreeden, om zyne. verkiezing- te begunftigefi , opdat hy zelf alleen de verdiende hebben rr.ogt, van hem op den paufelyken ftoel te hebben verheven. Dit ontwerp gelukte naar zynen wenfefi: Lruno s die den naam van Leo IX aannam, geloofde, dat hy zyne verheffing aan Hildebrand verfchuldigd was, en begunftigde hem deswege met zyn vertrouwen en genegenheid. Dus namen de kuiperyen van dien vermaarden monnik.eenen aanvang, die de Romeinen met zo 'veel behendigheid wist te leiden, dat zy naderhand, by het overlyden van Leo, op zyn aanbitfen,- eenen anderen paus naar hunnen eigen zin verkozen, met öogmeik om het regt van verkiezing den Keizer te benemen. De perfoon, door hem voorgefteld, was Gebehard, bis fchop van Eichfter, die den naam van Victor II aannam. Hildebrand, zeer wel voorziende, dat de Keizer over deeze ftoutheid der Romeinen geftoord zyn zou, vervoegde zich, als hun afgevaardigde, by hem in perfoon, en haalde hem door zyn indringend karakter en door zyne behendigheid over, om te bevestigen het geen zy verricht hadden. (I) Misfchien zou hy deezen taak zo gemaklyk niet gevonden hebben, was Hendrik niet ingewikkeld geweest in een verichil met de Hongaaren, die wederom tegen Petrus waren opgeftaan, en zynen bloedverwant Andreas ten throon verheven hadden, nadat hy den vorigen koning de nederlaag gegeven , hem de ogen uitgeftoken, en in de gevangenis gezet had, waar hy zyne dagen eindigde. Uit dien hoorCO Leo. Ostiens. Lib. II. Cap. IX. II. Boek. Ii. fïoofdst. lil. Afb. 1054. Hildebrand haalt hem over , om de verkiexing van Victor II. je hevesti. gen, welken de Romeinenzond?rzyne voorkennis of toeftemming verkiren hadden.  120 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. De Keizes brengt Hongaryê'r onder. D: Hertot van Beieren ivordt entzet vai zyneftaayin. hoofde zond de Keizer een leger tegen hem, en, na hem in verfcheiden ontmoetingen overwonnen te hebben, bragt hy hem in de noodzaaklykheid, om den vrede te verzoeken. Dit verdrag werd nogthans door den Geweldenaar gefchonden, die Hendriks afgezanten hoonde, en met eenen. fchielyken inval het geheele hertogdom Beieren plunderde: waarop de Keizer nogmaals ten velde trok, hem in eenen Moedigen veldflag den nederlaag gaf, van een groot gedeelte zyner Staaten ontzettede, en noodzaakte, den vrede aantenemen, op voorwaarde, dat hy hem jaarlyks eene groote fchatting in geld opbrengen, en zeker getal gewapende manfchap zoude leveren. (*j Tjsn deezen tyde werd Beieren door nieuwe onlusten b-roerd. Coenraad, de jonge hertog, beheerfchte zyne onderdaanen met zo vee! dwingelandy en geweld, dat Gebehard, bisfchop van Regensburg, hem zyn verkeerd gedram voor oogen hield; waarop de hertog, verftoord over de vrymoediiheid zyner vertoogen, de ftad Pack. Rein. die onder het regtsgebied van dien kerkvoogd behoorde, plunderde, en in brand ftak. Gebehard beklaagde zich over deeze geweldenary by den Keizer, die Coenraad dagvaardde om te Mersburg te verfchynen, en op de befchuldiging te antwoorden. Hy werd fchuldig gevonden, en van zyne ftaaten ontzet, welken opgedragen werden aan 's Keizers zoon Hendrik, tdie, omtrend deezen tyd, op eenen ryksdag, te Tribus, in het bisdom van Mentz, gehouden, tot Koning tor (*) Hsiss verhaat, op wat gezag, is my onbekend, dat Hendrik in deezen oorlog niet voorfpoedig was, en zich genoodzaakt vond, den geweldenaar Andreas in het bezit van de Ho-gavent kroon te laten; doch wy hebben in dit ftuk de Saxifcbe jaarboeken gevolgd, welke door geenen anderen geloofwaardige» gelcnieafchryver, die ons ter hand gekomen is, regengefproken worden.  het DUITSCHE RYK. 121 Romeinen, en, fchoon niet meer dan drie jaaren oud, tot aan ftaande Keizer verklaard werd. COENRAAD, dus uit zyne Staaten verdreèven, nam zynen toevlucht tot den Koning van Hongaryen. \ Van deezen met eenig krygsvolk onderfteund zynde, viel hy in Carinthie, waar hy zich met fommige misnoegde edelen, die met 's Keizers beflisfching niet te vrede waren, vereenigde, en zich van 't grootfte gedeelte van dat landfchap meester maakte, doch hy werd fpoedig door 's Keizers krygsmagt ondergebragt, die hem noodzaakte naar Hongaryen te rug te trekken. De opftand van Coenraad werd gevolgd door den Vlaantfchen oorlog, welke door graaf Boudewyn begonnen werd, die het graaffchap Hainault in bezit nam, in Lotharingen viel, en Trier nevens andere fteden aan den A oezel plunderde. De Keizer, door den ryksdag tc Aken in ftaat gefield, om deeze gewelddadigheden te fluiten, viel in Vlaanderen, en flelde het geheele landfchap onder brandfchatting: op deeze afwending verliet Boudewyn Lotharingen, om zyne eigen Staaten te verdedigen; en door den Koning van Frankryk onderfteund, rekte hy den oorlog tot den derden veldtogt, wanneer de vrede in Vlaanderen herfleld werd- (m) De Keizer, gepaste fcbikkingen tot voortzetting van deezen oorlog gemaakt hebbende, volgde paus Victor in Italien, en was te Florence tegenwoordig op eene kerkvergadering, cp welke hy zich beklaagde, dat Ferdinand, oppervorst van Castthe, Leon, Galhcie, Portugal en Gascogne, den titel van Keizer aangenomen, en geweigerd had, hem hulde te doen voor dat gedeelte zyner Staaten, welk hy van het ryk te leen had. Ingevolge van deeze klagten zond de paus gezanten naar Ferdinand, die, in plaats van naar zyn ver- (m^ Sigh bekt ad Ann. 1054. Lukop. Hist. XL D. I. S r. Q H. Boek. H. loOFDST. lü. a.-d. 1055. Vlaamfche Oorlog. De Keizer begeeft zie b naar Italien.  II. II. H00rDST/ III. Afd, 122 HISTORIE van verzoek om den titel van Keizer af te leggen, en Hendrik hulde te doen, te luifteren, een aanzicnlyk leger op de been bragt, welk het Pyreneesch gebergte , onder het bevel van den beroemden Rodrigo, bygenaamd den Gd, overtrok, en tot aan Thouloufe doordrong, waar het verfchil door gemagtigden,die gelast waren de wederzydfche eifehen te onderzoeken , werd bygelegd. De Koning van Castilie zag van den titel van Keizer af, en Hendrik liet zyn regt van opperheerfchappy over de be. twistte landen vaaren. («) . 's Keizers zuster Beatrix, weduw van Bonifacms, markgraaf van Etrurie, huuwde met Goyert,een Duitsch edelman, en bewilligde, dat hare dochter Mathilda, wanneer zy huuwbaar zyn zou, met den zoon van haar gemaal , by eene vorige egtgenote gewonnen, zoude trouwen. Deeze egt, zonder toeftemming of kennis van den Keizer geflooten, gaf zo veel misnoegen aan dien Vorst, dat hy tefloot Govert gewapenderhand uit de Staaten van Toscanen te verdryven. Doch de°ze, zich buiten ftaat bevindende om het tegen zulken beftryder uit te houden, nam zyn toevlucht tot Boudewyn, graaf van Vlaanderen, terwyl zyne gemalin, zich naar den Keizer begevende, om zich by hem te verdedigen, op weg in hegtenis genomen , en gevangen naar Duitschland gezonden werd. HENDRIK had ondertusfehen de voornaamfte gewesten van ItalVèn doorgereisd, en floot toen een verbond met Contarini, hertog van Venetië, Vervolgens zien wederom over te Alpen begevende, trok hy in Beteren, waar hy eenen opftand dempte, welken de edelen van dat landfehap verwekt hadden ten behoeve van Coenraad, die onlangs overleeden was. De Keizer dagvaardde zynen eigen oom Gebehard, bisfchop van Regensburg, op den ryksdag, op welken hy van verraad overtuigd, en tot ("n) Orderïc. Vitalis. Lti. IV,  het DUITSCHE RYK. 123 eene altoosduurende gevangenis veroordeeld werd, waar uit hy echter wel haast zyn ontflag verkreeg. Ter gelegenheid van eenen bitteren hongersnood, door welken een g oot gedeelte van Furopa toen gedrukt werd, onthefte Hendrik de noodlydendé gewesten van hunne fchattingen , en deed tot veriigting van andere landfehappen koorn invoeren : doch gebrek was het eenige ongeluk niet, welk zyn volk èoor deeze rampipoed overkwam. De Sclaven van Lausnits, in hun eigen land uitgehongerd, deeden eenen inval in Saxen, waar zy over den Keizerlyken veldheer eene volkomen overwinning behaalden, en keerden, na dat gantfche gewest zonder verderen wederftand te hebben uitgeplunderd, met een aanzienlyken buit te rug; een ongeluk, het welk nog verzwaard werd dcor verfcheiden' algemeene rampfpoeden, als aardbeevingen, hongersnood en pest, welk alles op Hendriks gemoed eenen diepen indruk maakte, hem met verdriet overftelpte, en, naar alle waarfchynlykheid, het einde van zyn leeven verhaastte. Om trend deezen tyd beriep hy eenen ryksdag te Goslar, op welken paus Victor IJ. tegenwoordig was. De Keizer beval zynen zoon, toen omtrend vyf jaaren oud, in de goede genegenheid der flenden , zo dat zy hem tot Koning der Romeinen, en zyns Vaders opvol ger in het Keizerryk aannsmen. (d) Wetnige dagen, na dat deeze gewigtige zaak tot zyn genoegen was afgedaan, werd hy van eene krankte overvallen, en overleed te Rurfelt in Saxen , in hst negen en dertigfle jaar van zynen oud rdom, en het zes tiende van zyne regeering. Zyn jyk werd naar Spiers gevoerd, en aldaar met veel Itatie in de hoofdke.k by-» ge- (0) Gt.ab. Rad. Lib, V. Gob. Pers. at. VI Bernard. Cor. Baron. Chron. Magdelmrgens. Bremens. Annal. Paderborn. p. 547. Q 2 IT. Boek. HL Hoofdst. III. Afd. 1Ó56. De Sclaven doen een inval in Saxen. Zyn Zoon tot Koning dfrRoneinen verklaard. 1056. Hy overlydt te Burfelt.  IT. Boek. II. Hoofdst UI. Afd Hendrik iv. volgt zynen Fader op in dat hy de Saxen in hunne oude wet. ten en vryheden zou bevestigen; dat hy niet altyd op ééne plaats zyn verblyf zou houden, maar de verfchil' lende deelen zyner Staaten doortrekken, om overal regt te doen, en in de behoeften der kerk, zo wel als van weduwen en weezen te voorzien: dat hy zyne kwaade raadslieden afdanken, en naar den raad der ftenden en ryksvorften regeeren zou , wier belang met de voorfpoed van 't rykonaffcheidbaar verknocht was, eneindelyk, dat hy zyne byzit afdanken, en met zyne gemalin zoude huishouden. K\) Zy bsilooten, met hem te verzekeren,  het DUITSCHE RYK. 129 dat hy van hun geëerbiedigd, gehoorzaamd, ja ten koste van hun leeven en goederen onderfteund zou worden, mits hy aan deeze hunne verzoeken gehoor gave; maar dat, indien hy in zyn ontwerp om hen te om derdrukken mogt volharden, zy bereid waren, om zich tegen geweld en willekeurige magt te verdedigen (u) Op deeze vertoogen antwoordde de Keizer met veel koelheid, dat hy by gelegenheid een ryksdag zou by eenroepen, welke over hunne klagten raadplecgen en beflbfchen zou. Dit antwoord was den Saxen, die gantfch niet gezind waren, zich aan zulk eenen regtbank te onderwerpen, zo onaangenaam, dat zy terftond eene flerke krygsmagt wierven, met welke zy Goslar berenden ; van waar Hendrik in den nacht de wyk nam, met oogmerk, om de overige ftenden en ryksvorsten byeenteroepen, die hem ook in dit tydsgewrigt gereedelyk met hunne krygsmagt byftonden. (*) Schoon nu deeze onderftanden vryaanzienlyk waren, zond hy echter afgevaardigden aan de Saxen, met voorflagen van vrede, waar. omtrend men, terwyl de Staaten te Wurtzburg vergaderd waren, te Gerstingen op zekere voorwaarden, welken hy beloofde natekomen, overeenkwam. Schoon (V) Chron. Magdeb. ex Meib. p. 296. Heisf. Hifi. de l'Emp. Lib. XI Cap. 9 (*j Het bondgenootfchap tegen Hendrik beftond uit Wener, aartsbisfchop van Maagdenburg - B-.rcber, bisfchop van Halbed ad; Henank, bisfchop van Hvdesheim; Wemer, bisfchop van MersburgHelberg, bisfchop van Minden; Jacob, bisichop van Padsrborn; *>e[enk, bicfchop van Mtmmegardefun; Bsnno, bisfchop van Meisfen; Utho , hertog van Saxen; Uko, en De-io, markgraven van f buringen; trederik, paltsgraaf van Saxen, nevens verfcheiden graaven en andere edelen. (f) 0 (1) Heiss. Lib. XI Cap. 9. Europ. Hist. XI, D. I. St. R II. Boek, II. Hoofdst. III. Afd. 1073Zy belegeren Goslar.  II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. Hendrik tverdt , ein zyn wangedrag , van zyne vriendenverlaten Ko HISTORIE van Schoon hy, by deeze gelegenheid, zeer veel verpligt was aan den raad en de goede dienften der ryksvorften, verwaarloosde hy het echter in punten van met minder gewigt, terwyl hy zich liet beftuuren door de kwaade raadgevingen van fommige byzondere peribonen, die zich in zyne gunst hadden ingedrongen. Hy was een jong vorst, en zeer hevig van driften, die hem dikwyls vervoerden tot onvoorzigtigheden, ten nadeeie van zyn zedclyk karakter: inzonderheid was zyne ongematigdheid zo groot, dat hy zelden of nooit eene fchoone jonge vrouw aanfehouwde; die hy niet aan zy. ne wellust tragtte opteofferen. Daar de waakzaamheid van zyne gemalin een hinderpaal voor zynen liefdehandel was, vattede hy tegen die ongelukkige vorstin een onbillyken afkeer op; zelfs zette hy een zyner hovelingen aan, om hare kuisheid te belaagen , opdat hy een voorwendfel mogt hebben, om eene egtfcheiding te verkrygen; doch haar gedrag was zo vlekkeloos en voorzigtig, dat zyn oogmerk mislukte, en hy den paus te vergëeffch aanzogt, om een huwelyk te fcheiden, het welk hy voorgaf nooit volbragt te zyn. (w) Dit wangedrag gaf zo veel misnoegen, dat hy van zyne beste vrienden en vermogendfte aanhangers verlaten werd, zelfs vóór het fluiten van den ryksdag, welken hy had byeengeroepen, en niet lang na het: tretfen van het verdrag met de Saxen deed fcheiden; waarop hy zich naar Neuremhurg begaf, m welke ftad hy voorhad zyn verblyf te nemen. Hier verftond hy, dat een van zyne huisbedienden, Reginger genaamd, zynen dienst verlaten, en den hertogen vm Zwaben en Carinthie berigt gegeven had, dat de Keizer hem had zoeken over te haaien, om die twee edellieden te vermoorden. Dit berigt was van een zeer nadeehg gevolg Qvo) Adzlr. p* 444.  het D U I T S C H E RYK, igr voor den Keizer, die zich op deeze kwaadaartige laste ring van meest alle zyne vrienden verlaten ziende, aan bood. om zvne oufchuld te bewyzen in een tweegevegt met Rudolph, hertog van Zwaben, welke goedvond de1 uitdaging aftewyzen, of ten minften aan de beflisfching der ryksvorsten te onderwerpen. (*) Zelfs deeze infchiklykheid van den Keizer diendegeenzintstot zyne verdediging; hy vond zich.van zyne vyanden zo zeer ver-; volgd, dat hy eene veilige wykplaats teWorms moest zoeken; waar hy van de inwooners vriendelyk ontvangen werd, in weerwil van de ondienften des bisfchops, die zynen geheelen invloed aanwendde, om hen tot het fluiten der poorten voor dien ongelukkigen vorst te bewegen, (x) Terwyl hy zich in deeze ftad ophield, vergaderden de ryksvorsten-te Mentz, tot het beraamen van midde-: Jen,"om hem van de kroon te ontzetten, en eenen anderen Keizer in zyne plaats te verkiezen. Dan, Hendrik vond middel, om door geheime onderhandelingen fommiaen hunner over te haaien, om hem met een mondgefprek te Oppenheim te begunstigen. Daar fmeekte hy hen, de ongeregeldheden zyner jeugd te verfchoo • nen; hy betuigde, dat hy zich voortaan gedragen zou overeenkomftig de waardigheid, die zy aan hem hadden opgedragen, en om te 'toonen, welk een afgryzen hy had van het misdryf, dat hem te last werd gelegd, drong hy aan op een tweegevegt met Reginger zeiven. Dit voorftel werd aangenomen, en men bepaalde eenen dag tot het gevegt; doch middelerwyl maakte zyn tegenfa) Heiss. uii Supra. (*) Tün zelfden tyde verzogt een galante ridder , Cosheim genaamd, verlof om met Reginger tevegtenj doch Rttdo'phus voor. kwam zulks door zyne tusfehenkomst. R 2 II. poek. II. joofdst. 111. Afd. Uy zend wie uitdaging aan itn hertog 'Jan Zwa)en. Hy wykt laar iVorms. Hy vind niddel, om ip zyne rchuldbelentenis de •yksvor/len ■e bevredigen.  132 HISTORIE van II. Boek. 1!. Hoofdst III. Afd. T>e Saxen Jlaan ite derom op, doch worden door Hendrik ver Jlxgen. Hendrik verklaart den Staater Van Saxei dtnoorlng om het ver rJel'.n vat Ilarlesber; genparty zich weg. (*) waarop de vorsten bevredigd werden, en Hendrik rust genoot. De Saxen. verwekten echter wederom een opftand; maar Hendrik bragt met den byftand der ryksvorsten een leger van zestig duizend man op de been, met het welk hy in Saxen viel, het land afliep, en de fteden aan de roofzucht van zyn krygsvolk overliet. Dan, niettegenftaande deeze voordeden, ftond hy den wederfpannelingen, op tusfchenfpraak van lommige vorsten des ryks, eenen voordeeügen vrede toe, dankte zyn krygsvolk af, en vertrouwde zelfs zyn perfoon aan de Saxen, die hem in zegepraal naar Goslar bragten, na genoegzaam alles by rit verdrag te hebben verkreegen, het geen zy by hun vorig vertoog geëifcht hadden. Een der artikelen van deezen vrede was het flegten van zyne kasteelen in Saxen, by de uitvoering van welk punt de boeren niet alleen het pragtig flot Harlesberg tot den grond toe vernielden, maar ook de kerk, i daaraan behoorende, plunderden, en de graven verwoesteden; ja zelfs de asfche der afgeftorvenen ont'kwam hunne woede niet. De Keizer, die zich toen rte Worms ophield, van deeze ongeregeldheden kondfchap hebbende bekomen, beklaagde zich deswege by fommige ryksvorsten, die zich toen ter gelegenheid van 't paafchfeest te Bamberg ophielden,- waarop de aartsbisfchop van Mentz, in den naam der geesilykheid, zo wel als Rudolph, hertog van Zwaben, Berthold, hertog van Carinthie, en andere waereldlyke Vorften, verklaarden, dat G o d door de fmeeders van dat oproer beleedigd, en het Keizerryk onwaardiglyk was behandeld , dat (*) Men zeide , dat de duivel hem had weggevoerd; zeer gelukkig in de daad voor Hendrik, die, geiyk Heisf te regt aanmerkt, in dit voordel meer met zynen moed, dan met zyne waardigheid te raad ging.  het DUITSCHE RYK. i3j dat zy dienvolgens bereid waren, den Keizer te onder, feunen tot het op de been brengen eerier krygsmagt, om de wederlpannelingen ondertebrengen en te ftraffen. Hy begon derhalve krygsvolk te ligten, en zond ene plegtige oorlogsverklaaring aan de Staaten van Saxen, die toen te Goslar vergaderd waren. Aan beide zyden rustte men zich ten oorlog toe. Het Saxisch leger ftord onder het bevel van Otho, den gebannen hertog van fêteren; doch de Keizerlyke krygsmagt- werd door Hendrik zeiven aangevoerd, die den wederfpannelingen flag leverde, en in een bloedig gevegt een volkomen nederlaag toebragt. Hy maakte zich vervolgens meettor van geheel Saxen, en deed daarop zyn leger fcheiden , onder voorwaarde, van op eenen bepaalden dag te Gerfiingen weder byeentekömen, om de laatfte hand aan den oorlog te leggen. Mddelerwyl keerde hy zelf naar Worms te rug. Terwyl dit voorviel, tragteden de Saxen een verdrag te*bewerken, het welk in den volgenden veldtogt,. terwyl de beide legers in het veld waren-, tot ftand 1 kwam. De hoofden van den opftand fmeekten den Keizer openlyk om vergiffenis, en verzogten,in zyne gunst herfteld te worden: hunne onderwerping werd aangenomen , de beide legers werden afgedankt , en Hendrik keerde naar Worms te rug. {%) Dan men liet hem niet lang de rust genieten, diehy; dus gelukkiglyk herfteld had; 'er kwam uit Italign een' ftorm opzetten, die van veel gevaarlyker gevolgen ver-1 gezeld ging. By den dood van Alexander II was de, kardinaal Hildebrand, onder den naam van Gregorius i VII, zonder toeftemming of kennis van den Keizer,/ tot paus verkoren. Op het vernemen van deeze ge-' beur- « {%) Heiss, Hifi, do l'Emp. R 3 II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. 1075. En maakt 'Ach van bun land neefier. Hy fiaat nm den rede toe. lildeirand.nrdt huien HenIrik's ween tot aus verkoen.  II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd 1075. I34 HISTORIE VAN beurtenis had Hendrik een ryksdag te Mentz by een geroepen , en, op raad van die vergadering, een gezant naar Rome afgevaardigd, om zich over deeze inbreuk op zyne regten te beklaagen, en aan te dringen op de afzetting , van Hildebrand, ten minften* zo hy de bevestiging van den Keizer niet verzoeken wilde. De paus . het van zvn belang vindende, zich naar tyds gelegenheid te voeeen, had den gezant met groote beleefdheid ontvangen, betuigende, dat de paufelyké waardigheid hem door het volk was opgedrongen, maar dat hy geen oogmerk had, die eer te aanvaarden zonder de goedkeuring des Keizers en der ryksvorften, waarom hy ook de plegtigheid zyner inwyding had uitgefteld, tot dat hy die bevestiging zou hebben b:komen. . , , HENDRIK, met deeze verfchoonmgen voldaan, had zyne verkiezing bevestigd; waarop hy, zich op den heiligen ftoel wel gevestigd, en alom voor paus erkend ziende, zyn priesterlyk beftuur begon met het uitfchieten van veelvuldige bandblikfems tegen de geeftelyke,zo wel als waereldlyke vorften van Duitschland, inzonderheid tegen de aartsbisfchoppen van Saltzburg en Bre. men, en tegen de bisfchoppen van Bamberg, Spiers,tn Straatsburg, om dat zy of gehuuwd waren, of openiya byzitten hielden. («) Hy deed ook ieder kerk yken in den ban, die de inhuldiging in zyn ambt van een1 lee* zou aannemen, zo wel als den leek . door wien het aan hem zou worden opgedragen. Dit diende eenter alleen, om eene proef te nemen van de kracht der banbhkfems van den heiligen ftoel, welken hy voorhad, op den Keizer zeiven uittefchieten. Met dit oogmerk zond hy vier gezanten naar 'Duitschland, tot het houden eener Kerkvergadering, weker byeenroeping echter by de bisfchoppen tegenkanting ontmoette, en voorgekomen werd- (a) Barre Tom. IV. f. 225.  het DUlTSCHE RYK. 135 Hunne geloofsbrieven hielden beveelen in, om den Keizer te behandelen als een perfoon in den Kerklyken ban, indien hy zich niet zuiverde van de beschuldiging van Simonie , of geestlyke arabrverkooping , 'waarover j men hem by den vorigen paus had aangeklaagd. Ja in zulk een hoogen trap was de paus tegen Hendrik vei-bit ■ terd, dat hy zich onder de Saxen van zendelingen bediende, die, door hunne inboezemingen, hen overhaal-: den, om gezanten' naar Rome aftevaardigen, om zich te beklaagen over het onregt, dat hun by 't laatfte verdrag met den Keizer was aangedaan, en tevens, uit hoofde van zyne zedenloosheid en wangedrag, zyne afzetting van den paus te verzoeken. Schoon Hendrik het bondgenootfchap , welk men tegen hem gevormd had, verftrooid en den vrede in 't Keizerryk had herfteld, dugtte hy echter uit de kuiperyën en de wraakzucht van 't Roomfche hof nieuwe omwentelingen, om welken voortekomen hy eenen zeer onderdaanigen brief aan den paus fchreef, zich zeiven van Simonie en ongebondenheid befchuldigende, en zyne heiligheid deswege om vergiffenis fmeekende : de paus, na hem wegens zyne misdryven fcherpelyk te hebben doorgehaald, prees hem wegens zyne openhar» tigheid, en fprak hem vry, in gevolge van zyn berouw en boetdoening.i^) De paus ftelde vervolgens eenen kruistogt voor, om het heilige graf uit de handen der ongeloovigen te verlosfen ; hy bood aan, zich zeiven aan het hoofd deiChristenen te ftellen, en begeerde, fat Hendrik als een vrywillige onder zyn bevel zou dienen: een zo wild en buitenfpoorig ontwerp, dat niets , dan atteen de geestdryvery dier tyden , de gedagtenis van hem, die het voor- ftel- (6) AquiLA. Franca. I. I. p. 196. Ann. de l'Emp. Tom. I. p. 192. II. Boek. II. ïoofdst. II. Af o. % Paus idalt de >axën in sy« belang. Hendrik; wordt met den pas verziend,  136 HISTORIE van II. f Boek. 1 ÏÏ. Hoofdst. ; lil. Afd. Hongaarfche onlusten. (*) Hendrik IV £ad in 't algemeen, nevens alle andere vorsten, het regt, om bisfchoppen en abten te benoemen. en ben met het kruis en -den ring intehuldigen ; en fchoon Hendrik deeze magt misbruikt had door het verkoopen van geestlyke ambten, had eenter de paus daarom zekerlyk geen tegt, om deszclfs onderdaanen van den eed van getrouwheid te ontflasn. telde, van het verwyt van revelary en zinneloosheid ;an bevryden. Dan deeze goede verftandhouding tusfchen Gregorius en den Keizer werd welhaast afgebroken dooi se onusten , die in Hongaryen ontftonden , waar Salomon door zynen broeder Geyfa ontthroond was, die daarop eene Ichuilplaats by Hendrik was komen zoeken, welke hem in zyne befcherming nam , nadat hy hem voor zyne staaten hulde gedaan had. Gregorius, die de paity van Geyfa was toegedaan, voer heviglyk tegen deeze daad van onderwerping uit, en fchreef een brief aan Salomon, waarin hy hem te verftaan gaf, dat het Koningryk van Hongaryen aan de Roomfche Kerk behoorde, eneischte, dat hy deszelfs at hanglykheid van den H. Stoel , en niet van den Koning van Duitschland, erkennen zou. Nadat Gregorius dus toe uitvoering zyner oogmerken den weg gebaand had, zond hy nieuwe gezanten op den ryksdag te Goslar, welke toen aldaar byeen was vergaderd, om te laadpleegen over de Duitfche vorsten , die in den laatsten veldflag krygsgevangen gemaakt waren- Aldaar bragten 's paufen gezanten, door den Nuntius onderfteund; klagren in, dat de Keizer nog bleef voortvaaren, de inhuldiging tot kerklyke ambten te begeven, (*) zonder dat hy de befluiten, in de laatfte kerkvergadering, zo daartegen, als tegen het verkoopen van geestlyke ambten, cn de ongebondenheid der geestelyken genomen, had afgekondigd. Boven dien eilchten zy, dat de krygsgevangen vorsten geflaakt, de aarts-  het D ü I T S C II E RYK. 137 aai tsbisfchoppen en bisfchoppen, die in den kerklyken 'ban gedaan waren, van hunne waardigheden en Staaten beroofd zouden worden; wyders, dat de Keizer op den eersten zondag in de vasten zich te Rome zou komen verantwoorden op de bcfchuldigingen, die ten zynen Jaste waren ingebragt, met by voeging, dat, zo hy aan de kerk de fchuldige gehoorzaamheid mogt weigeren, hem niefs anders te wachten ftond, dan in den ban gedaan , en ontthroond te worden. HENDRIK, over deeze vermetele verklaaring van den paus, dien hy als zynen leenman aanmerkte, ten hoogften vergramd, zond met zeer weinig omflag 's paulen gezanten weg, en beriep eene vergadering van alle de beambte kerklyken te Worms, waar zy, na beboorlyk overleg, bcflooten, dat Gregorius zich door on« betaamlyke middelen op den ftoel van Si. Pieter ver.heven, de kerk met zeer veele nieuwigheden en misbruiken befmet, en in verfcheiden ergerlyke aanflagen zich tegen zynen p!igt5 aan zynen oppervorst verfchub digd, vergreepen had; dat de Keizer uit dien hoofde, uit kracht van zyn opperst gezag, van zyne voorzaaten op hem afgedaald , den paus van zyne waardigheid behoorde te ontzetten, en eenen ander in zyne plaats te benoemen. Ingevolge van dit befluit zond Hendrik een gezant naar Rome met eene plegtige afzetting van Gregorius, die, cp zyne beurt, eene Kerkvergadering famenriep, waarby honderd en tien bisfchoppen tegenwoordig wa-< ren, die ecnftemmiglyk oordeelden, dat de paus billyke reden had, om Hendrik aftezetten, de vorften en leden des ryks van den eed van getrouwheid aan hem te ontflaan, en hen zelfs te gebieden , alle gemeenfchap met hem aftebreken, onder bedreiging van den ban , die Europ. Hist. XI. D. I. St. S ter- II. Boek. II. Hoofdst. lil. Am. Be Keizer wot dl door den paus bedreigd. i©76. Hy zet Hildebrand af; En wordt fan hem in ienKctkly. ken bange laan.  II Boek. IL Hoofdst 111. Afd, 138 HISTORIE van terftond tegen den Keizer en zyne aanhangers .werd uitgeblikfemd. (c) De paus wist zeer wel, dat deeze flap van birgeroorlogen gevolgd zou worden : hy naalda de Duitfche bisfchoppen tot zyne belangen over; de kerkvoogden wonnen de edelen, en Hendriks oude vyanden, de Saxen, bedienden zich van dit voorwendfel, om zich tegen hem te verklaaren; zelfs Guelfe, aan wien hy het hertogdom Beieren had opgedragen, onderfteunde de misnoegden met die magt, welke hy aan *é Keizers goedheid alleen verfchuldigd was: eindelyk die zelfde vorften en bisfchoppen, die zich vereenigd hadden, om Gregorius aftezetten, gedoogden, dat hun Keizer voor den paus zou te regtgefteld worden, en men nodigde zelfs zyne heiligheid tot dat einde te Augsburg. Dook deeze ftrenge uitfpraak, welke een groot gedeelte der Christenheid met onlusten en verdeeldheden vervulde, en Duitfchland in langduurige en bloedige oorlogen wikkelde, werd de Keizer zo zeer in het naauw gebragt, dat hy zich in het midden van den winter, met zyne gemalin, en zyn zoon Coenraad, toen nog een klein kind, naar It alten begaf, om zich voor den paus te vernederen, die ten dien tyde te Canofa zyn verblvf hield, het welk eene plaats was. aan Govert en Mathilda H behoorende, van welken wy reeds melding gemaakt hebben. (f) Gob. Pers. Cosm. at, VI. Chron. Magdeb. Heiss. Hist. de F Emp* Lib IL f**) Deeze gravin Mathilda was de waare oorzaak van alle die oorlogen , die zedert dit tydperk tusfchen de Keizers en de Paufen gewoel hebben. Zy bézat, van haar .zel ve een groot gedeelte: van Toscanen Mantua, Parma, Reggio Pluent" h*™°> Venna, en genoegzaam alles, wat thans het erfdeel van St. Pieter  het DUITSCHE RYK. 139 Na een zeer moeilyken en ongemaklyken togt, werd Hendrik alleen de buitenfte poort ingelaten, en hem te kennen gegeven , dat hy geene gunst te wachten had, ten zy hy voor af drie dagen had gevast, ftaande van 's morgens tot 's avonds barrevoets in de fneeuw; ook moest hy den paus vergiffenis vraagen voor de misdryven, die hy begaan had. Deeze boetdoening werd let-./ terlyk vclbragt, en, op den vierden dag, zynde den' vyfentwintigsten van Louwmaand, ontving hy vergiffenis, en verkreeg de kwytfchelding. \ Met grooten weerzin vernamen de vorsten van Italien deeze zonderlinge bevrediging, en nimmer konden zy de baldadige trotsheid van den paus, noch de veragtlyke laagheid van den Keizer vergeven. Hendrik zeif was over zyne eigen' laaghartigheid befchaamd, welke hy echter by de Italiaanfche lieden en Staaten verfchoonde, door hun te vertoonen, in welke wreede noodzaaklykheid hy gebragt was: en, om te bewyzen, hoe gevoelig hy ware over den geleeden hoon, verklaarde hy zich eerlang voor 's paufen doodelyken vyand. (d) De wraakzucht van den paus werd door dit gedrag we- (.d) Barre torn. IV. p. 135. genoemd wordt, van Viterbo tot aan O.vieto, nevens een gedeelte van Umbrie, Spoleto, en het markgraaffchap van Ancona. Haar moeder ■ was de zuster van Hendrik ïlL Zy had deeze vermogende vorilin in den onverzoenlykfteTj haat tegen het gedacht van Hendrik, van welk zy kwaalyk behandeld was, opgebragf. Mathilda betoonde eene zeer onderdaatdge gehoorzaamheid aan paus Gregorius, die hare zaken waarnam, ja zelts, volgens fommige fchryvers, haar minnaar was; ja, zo naauw was 'zy aan hem verbonden, en zo ver ging haar haat tegen de Duitfchers, dat zy den paus erfgenaam van alle hare Staaten maakte. (O (1) Awkal. ds l'Emp. torn, 1. p. 195. S 2 IL EoEK. IL HoOFtST. III. Afd. Ba'baarcbe behanleling, bent loor den )aus aan\edaan.  140 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. 1077. Hendrik wordt afgezet. 1089. Riid. lph wordt tut Keizer ver. koren. Hendrik trekt tegei hem ten velde, en ver/laat hun. wederom opgewekt, fpannende daarom alle zyne vermogens in, om de zaken van Duitfchland geheel in de war te brengen. Ook flaagde hy in zyne poogingen zo wel, dat de ryksvorften, onder voorwendfei, dat zy door 's paufen banblikfems van hunnen eed van getrouwheid aan Hendrik ontflagen waren, deezen vorst van de onperfte waardigheid ontzetteden, en in zyne plaats Rudolph, hertog van Zwaben, tot Keizer verkoren, weiken zy te Mentz plegtiglyk kroonden, (e) De Keizer, kundfchap van zyne afzetting bekomen hebbende, vertrok met allen mogeyken fpoed uit Italië, en zich met al het krygsvolk, dat hy byeen kon kry^en, ten velde begevende , tastte hy Rudolph aan, en gaf hem de nederlaag in een veldflag by Wurtzberg, waarin de hertog' niet dan ter naauwer nood het lee1 ven afbragt. In het volgend jaar echter vond hy zich in ftaat, om nogmaals in het veld te komen; het welk een anderen flag ten gevolge had , waarin de Kei» zer, na een hevig gevegt, ten tweeden male overwinnaar was, en zyn vyand geheel verflagen werd. Hierdoor moest het geheele hertogdom Zwaben voor Hendrik bukken, die Berthold, fchoonzoon van Rudolph, als tot verdediging van dat land agtergelaten, van daar verdreef. Na deeze vermeestering viel de Keizer in Saxen, waar by verftond, dat de aanhangers van zynen mededinger bezig waren hunne krachten te herzamelen; doch de Keizer, hen in Louwmaand flag leverende, behaalde voor de derde maal op hun eene overwinning, die beflisfehend was. (/) Zyne vyanden, zich buiten ftaat bevindende, om het te*en hem in het veld uittehouden, verzogten den paus, hem no-maals in den ban te doen; en Gregorius, maar altezeer geneigd, om hun verzoek te voldoen, (e) Hist. Bell Saxon. p. 135. (f) üws. ubi Supra.  hei DUITSCHE RYK. 141 fprak tegen hem een tweede vonnis uit, en bevestig, de ten zelfden tyde de verkiezing van Rudolph, aan wien hy eene kroon toezond, op weike deeze woorden gegraveerd waren: (g) (*) Petra dedit Petro, Petrus dtadema Rudolpho. Om zich voor de kwaade gevolgen van deezen tweeden ban te beveiligen, beriep Hendrik eene vergadering van de Duitfche bisfchoppen te Mentz, waar hy hunne gevoelens vroeg aangaande het voorgewendde regt van den paus tot het ontthroonen der keizeren, en of hy Hildebrand te regt mogt afzetten, en een anderen paus aanftelien, dan niet. Negentien bisfchoppen waren 'er toen tegenwoordig, die, de zaak rypelyk overwogen hebbende, Hendrik voorfloegen, om ook de andere bisfchoppen tot de raadpleegingen over dit onderwerp, welken men te Brixen houden zou, byeeri te roepen. Dienvolgens vergaderden zy aldaar op eene nationaale kerkvergadering, waar het eenpaarig gevoelen van alle, zo Italiaanen, als Duitfchers was, dat de paus niet alleen geene magt over den Keizer had, maar hem zelfs gehoorzaamheid en trouw verfchuldigd was; en dat, dewvl Gregorius zich, door zyn wangedrag en wederfpannigheid, den paufelyken ftoel onwaardig gemaakt had, hy van zyne waardigheid, die hy zo luttel ver diende, behoorde te worden afgezet. Op deezen grondflag verkozen de kerkvoogden, in de plaats van Hildebrand, den kardinaal Wiberti, anders genaamd Gat- bert, (g) Barre Tom, IV. p. 294» (*) SCHIP HOMERUS verhaalt in zyn Chronicon Older.bur genfram Jrcbiccmitum , dat het opfchrift dus luidde; Petra dedit Romam Petro, tibi papa Ccronam.. S 3 11. Boek. II. hocfdst. [II. Afdv Hendrik beroept eene nationaals Kerkvergadering te Brixen, op ivelke de afzetting van Gregorius bevestigd, en Clemens III. inzyne platts tot paus verkoren wordt.  II. Boek. 11. IToilFIf-T. III. Afd. Rudolph fterft aan een wond ■ die hy in ee nen veldjlni tegen den Keizer ge kreegen ha. 142 HISTORIE van bert of Gilbert, aartsbisfchop van Ravenna, een perfoo-n van ontwyfelbare verdienften. die den naam van Clemens III aannam. De Keizer belcofde, deezen nieuwen paus in ftaat te zullen ftellen, om zich nair Rome te begeven, en Gregorius te verdry ven; dan, inmiddels vond hy zich geüoodzaakt alle zyne krachten inte. fpannen, om de nieuwe aanflagen van Rudolph te veriedelen, die reeds wederom eenig krygsvolk in Saxen had byeengebragt. Hendrik trok hem dan met grooten ■ fpoed tegen, en de beide legers, handgemeen geraakt zynde, vogten met zeer veel hevigheid. Het geluk van dien dag begunftigde Rudolph in den beginne; maar 'toen hem door Govert van Bouillon, hertog van Lotharingen , die in dienst van den Keizer was, de hand was afgehouwen , ontviel den wederfpannelingen door dit ongeval, aan bun opperhoofd wedervaren, de moed, en zy gaven het behaalde voordeel wederom op. Die edelman, zyn einde voelende naderen, beval, dat men de hand, die hy verlooren had, by hem zou brengen, en zich vervolgens tot de bevelhebbers, die 'er tegen-woordig waren , keeretide, zeide hy , „ ziet daar de ,, hand, waarmede ik den eed van getrouwheid aan „ Hendrik deed, welken ik, op aanhitzen van het „ Roomfche hof, gefchonden heb, trouwlooslyk dingende „ naar eene eer, die my niet toekwam." (h) Deeze woorden met teekenen van een opregt berouw hebbende uitgefproken, gaf hy den geest. Hy werd te Mersburg in Saxen met veel ftaatfie begraven, en zyn graf veriierd met afbeeldingen van kroonen , en andere teekenen van Koninglyke waardigheid. De Saxen wilden naderhand deeze fieraaden wegnemen, uit vreeze, dat Hendrik over deeze eerbewyzen, aan zyn mededinger betoond, misnoegen zou opvatten: dan de Keizer voor- (6) Chron. Oldenb. Archic. ex Meib. f. 13 5- C&ws». Magdeb.  het DUITSCHE RYK. i43 voorkwam hen, met de verzekering, dat hy verheugd zou wezen, alle zyne vyanden even zo luiflerryk begraven te zien \i.; Dus van zulk een gedugten tegenftreever verlost , verftrooide de Keizer fpoedig het overige van zynen aanhang: en, nadat hy de onlusten in Duitschland ee nigermate geftild had, floeg hy op weg naar Italien, om Clemens in het bezit te fteilen van den pauieiyken ftoek Dan, de poorten van Rome voor zich geflcoten vindende, was hy genoodzaakt de Stad geregeld aantetasten, welk beleg meer dan twee en een half jaar duurde: eindelyk werd de plaats ftormenderhand ingenomen, en men voorkwam, niet zonder moeite, de plundering, voor eene femme gelds, door de inwooners tot dat einde aangeboden , met welke Hendrik zyn krygsvolk noodzaakte zich te vergenoegen. { GREGORIUS. die niets zo zeer vreesde, als in de magt van Hendrik te vervallen, week op het kasteel St. Angelo , welk by uitftek wel verfterkt was. Terwyl by zich in deeze wykplaats verdedigde, maakce de Keizer, by eene openlyke afkondiging,de redenen bekend, die hem bewogen hadden, om Gregorius af:ezetten , en Clemens in zyne plaats te ftelien (O E*e Romeinen berusteden in zyne beweegredenen, en de nieuwe paus, met alle de gebruiklyke plegtigheden in de Kerk van St Pieter ingewyd, betoonde zyne dankbaarheid, door den Keizer op paaschdag te kroonen, in de 0') Krantz. Lib. V. (*) De Romeinen hadden Hendrik beloofd, Gregorius te zullen noodzaken, om hem te kroonen, weshalven de paus, om hunne belofte te vervullen , aanbood , de kroon uit het kasteel van St. Angelo op Hendriks hoofd nedcrtelaten; doch de Keizer had geen Lsaak in zulk een belagchlyk hulpmiddel. (O (i) Leo Ostiens. Lib. III. cap. 39. Iï. Boek. IL Hoofdst. ' III, Afd. 1081. , Hen :t rik begeeft zich naar Jtaliën , m%akt zich, na een langduurend beleg, meeflervanRome, en verdryft Gregorius.  II. Boek. II. i HOOFBST. I iii. Afd. f)e Paus wykt naar Salerno. io35Graaf Herman wordt verkeren tot Koning der Romeinen. 144. HISTORIE vak 3e tegenwoordigheid, en onder de toejuigching van den" raad en het volk van Rome, het wélk, volgens gewoone by dergelyke gelegenheden, den eed van getrouwheid leed.(*) Middelerwyl werden de aanvallen op het kasteel van St. Angelo fteeds voortgezet; doch terwyl eenige byzondere zaken 's Keizers tegenwoordigheid in Lomhar. dyen vorderden, trok Guichard, hertog van Apulie, geduurende zyne afwezigheid, naar Rome, en middel gevonden hebbende, om Gregorius uit zyne gevangenis te verlosfen, voerde hy hem naar Salerno, waar hy in den loop van het volgende jaar overleed.\l) Niet lang had de Keizer het genot van den gelukkigen uitflag van deezen Italiaanfchen krygctogt, dewyl Duitschland in dien tusfchen tyd weder in nieuwe onlusten was ingewikkeld. De Saxen, zyne oude vyanden, begonnen wederom verwarringen in het Keizerryk te veroorzaken, en verkozen, met verfcheiden' andere vorften in eene famenzweering. vereenigd, op aan zoek van Gregorius, graaf Herman van^ Luxemburg tot Koning der Romeinen, en daarop in Frankenland vallende, deeden zy hun den oorlog aan, die de party van Hendrik hadden aangehangen. De Keizer, door deeze gebeurtenisfen ontrust, keerde met allen mogeiy ken fpoed naar Duitschland, waar hy, verftaan hebbende, dat, uit hoofde van den ban, onder welken hy lag, in fommige byzondere vergaderingen der geeftelyken verfcheiden befluiten, ftrydig met zyne belangen, genomen waren, eene algemeene Kerkvergadering te Mentz beriep, op welke, met algemeene toeftemming van alle, zo Italiaanfche, als Franfche en Duitfche bisfchoppen , die daar tegenwoordig waren, de befluiten van Gregorius tegen Hendrik vernietigd, en die van den Keizer teel) Chron, Veri, p. 287. (0 Asnal. de l'Emp. Tom. I p. 200.  het D U 1 T S C II E RYK. 145 tegen den paus goedgekeurd en bevestigd werden. Ds Kerkvoogden, die de zaak der wedcrfpannelingen aankleefden, werden van hunne ambten ontzet, pelyk ook graaf tiet man van den titel van Koning der Romeinen, dien hy onrcgtvaardiglyk verkreegen had, werd uitgeflooten. (m) Eenige dagen na het fluiten van deeze vergadering, ontving de Keizer berigt, dat paus Gregorius te Salerno overlceden was. (n) gelyk wy reeds hebben aangemerkt, en dat de Romeinen, zonder eenigzints acht te flaan op Clemens III, voornemens waren, den Kardinaal Didier, abt van Monte Casfino, op den paufelyken ftoel te verheffen. Deeze bevond zich toevallig te Rome, en ontweek zyne verheffing in zyne abtdy, waarop zyne verkiezing tot het Pinkfterfeest van het volgend Jaar werd uitgefteld. Middel tRWYL verftond de Keizer, dat graaf Herman, fchoon afgezet, echter fterke poogingen deed om zyne eilchen te onderfteunen. Op dit berigt hem van plaats tot plaats vervolgende, dwong hy hem, van zyne ondernemingen aftezicn, en eene veilige wykplaats in Saxen te zoeken. De wedcrfpannelingen, dus van hunnen Koning beroofd, verkozen in zyne plaats Ecbert, markgraaf van Thuringen, die, even als zyn voorganger, onder de overwinnende wapenen van den Keizer bezweek. Ook ondergingen zy beiden een verhaastten dood; Herman kwam om door middel van een fteen, die van eene verheven' plaats hem op het hoofd viel, en Ecbert verloor het leeven in een molen, waarin hy, na het verliezen van eenen veldflag tegen den Keizer , gevlucht was. < 0) Terwyl Hendrik met het onderbrengen van deeze twee (ml Barrr Tm. IK p. 303. (n) Go.n. Pers. Cosmod. et. VI. Cap. 55. (0) Har. e Tom. IV. p. 324, Europ Hist XI. D. i. St. T ir. Boek. II. hooftst. IiJ. Afd. 1086. Gregorius fterft. ice8. Herman krygt de nederlaag, en Ecbert wordt in zyne plaats verkozen. ic91,  146 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. Hl. Afd. Nieuwe tnlusten in Italien. (*) Naar deszen hertog, anders ook Guelph genaamd, benoemde men den aanhang der paufen, die vervolgens onderfcheiden werd door den naam van Guepken, terwyl het woord Gibelin in het vervolg werd toegepast ,op 's Keizers aanhang, omdat 'Hendrik, zoon van Coenraad III, te Gibeling geboren was. (i) (i) Ansai.es de l' Emp. tom. I. p. 202. twee" mededingers de handen vol had, waren zyne vyanden bezig , om zyne zaken in Italien in de war te brengen. Victor III, die Gregorius was opgevolgd, had flechts tien maanden genot van zyne verheffing. Deszelfs opvolger, Urbanus II, begreep zeer wel, dat zyne verkiezing misnoegen aan den Keizer geven moest, omdat hy in deeze zaak niet gekend was: hv werd bovendien, zo door de gravin Mathilda van Toscanen, die, na het overlyden van haren eerften egtgenoot, met hertog Welphon van Beieren gehuuwd was, als ook door de Noormannen, tegen Hendrik opgehitst; weshalven hy , met deeze bondgenooten vereenigd , zich van zyne vermogens tegen den Keizer met zulken gelukkigen uitflag bediende, dat een groot gedeelte van Italien van de getrouwheid aan hem werd afgetroond. Zo haast Hendrik kundichap van deeze gebeurtenisfen gekreegen had, trok hy met een fterk leger de Alpin over, hernam alle de fteden aan deeze zyde van de Po, en maakte zich, onder de overigen, na een beleg van twaalf maanden, van Mantua meefter. Vervolgens bragt hy genoegzaam het geheele overig gedeelte van Lombardyen onder, niettegenftaande de hevige tegenkanting van Mathilda, die zich zelve aan het hoofd van hare krygsmagt ftelde, en hem in het veld in eigen perfoon het hoofd bood. De Romeinen, 'sKeizers vorderingen ziende, en voor zyne wraak bedugt, namen, om zyn misnoegen te ftillen, de gelegenheid van Urba. mis afwezigheid waar, om Clemens naar Rome te rug te  het DÜITSCHE RYK. ^ te roepen, waarop de ander zyne banblikfems turen den Keizer cn den tegenpaus vernieuwde, (p) Intusschin verleende Coenraad, 'sKeizers oudfte zoon, die misnoegd was over eenige oploopende uitdruk kangen van zynen Vader, het cor aan de inboezemin gen jan Mathilda en de Noormannen, en verwekte tegen hem eenen opftand. Jn deeze wederfpannigheid werd hy gefterkt door zyne ftiefmoeder, de Keizerin Melaide, dochter van Udo, markgraaf van Brandenburg, met weike de Keizer onlangs gehuuwd was (*") Mtlaan, en verfcheiden andere fteden van Lombardyen voegden zich by deezen jongen vorst, die den titel van Koning van Italien aannam, en door Anfelmus, aartsbisfchop van Milaan, met bewilliging van paus Urbanus, Welphon, Mathilda, en verfcheiden' andere hertogen en edelen, daadelyk gekroond werd. Eenieen tyd ra deeze verkiezing trad hy in den egt met de dochter van Hoger, Koning vsn Sicilien, en flaagde zo wel in zyne overweldiging, dat de meefte fteden en edelen van hunne gehoorzaamheid aan den Keizer werden afgetrokken, zoo dat deeze zich genoodzaakt zag, zyne krves ' magt in fommige fterke plaatfen te legeren, tot dat hebben3(q) gUnftiger keer zouden genomen Ten deezen tyde was Urbanus in Frankryk, waar oiy te Uermont in Auvergne de vermaarde kerkverga. lu dering u Xl%a^n'nn lT"t- Tm'/- p' lZ3' W Huss. Ü0. Lib. ai. Lap.^ IX. Oth. de Fris. m Cmon. Sigebert. de(2iïfrh,DRmf^ d)eMVan ee"e grillige geestgcfteldheid was, had tarehtl enif S5 WC& 'ïlfs gevangen S«et: zy ontkwam uit de (!) ' Vl°°d waar zy zich by Coenraad vosS- (0 Bakhe, Tom. IK p. 331. Ta II. BcEK II. hoofds t. III. Afd. Coenraad ftaat tegen bem op. IC93, Alle de land/ekap. sen van [taliën verüaaren zich egen den ïeizer. ico 5. 'en huis* gt befloo. n.  II. Boek. II. HoCïDST. IJl. Afd. icoo. Hendiik, 'sKeizers tweede zoon, tol Roomsch Koningve. koren. Cr) Chron. Magd. Oldenburg. Arch. Gob. pers. ex Meib. (»1 GOBELIN PERSONA verhaalt, dat Co:nraad in deeze verkiezing bewilligde. Hy was, naar men verzekert een vorst van een zagten aart en deugdzaam leeven, en eindigde zyne dagen te Florence, in her jaar onzes Heere 1101. (1) (j) Ioh. Avent. U V. Ann. Boic. Krantz. I. V. Sax. cap. XV. p. •472. 148 HISTORIE van dering hield, op welke twee zeer gewigtige onderwerpen beflischt werden, naamlyk het in den ban doen van Philip J, Koning van Frankryk,- en het befluit tot het bevord-ien van eenen kruistogt, om de Christenen in het Oosten te verlosfen, en hec H. land te herwinnen. Hendrik bethouwde 's paufen afwezen als eene gunftige gelegenheid, om door de kuiperyen van Clemens &te Rome zyne zaken in Italien te herftellen. Maar hy vond zynen zoon Coenraad op den throon zo wel gevestigd, en door de verbindtenis met den Koning van Sicitien zo zeer verfterkt, dat hy wanhoopte0, om hem wederom tot gehoorzaamheid te brengen. Hy keerde dan naar zyne Duitfche Staacen te rug, en deed, zo haast hy te Keulen aankwam, de ryksvorsten vergaderen, die Coenraad in den ryksban deeden, en 's Keizers zoon, Hendrik, tot Roomfch Koning verklaarden, waarop dees vorst te Aken gekroond werd, na .by eede beloofd te hebben, dat hy zich nooit, zonder de bewilliging van zynen vader, met rykszaken bemoeien zou. (rj C) Ondertusfchen werd de ftad Regensburg hpm tot zyne verblyfplaats aangewezen. De Keizer hoopte nu die rust te genieten, welke hy tot hiertoe nog nimmer gekend had. De hoofden der wederfpan» nelingen waren toen overleeden, en met de Saxen en Beierfchen was een verdrag geflooten. Dan, dezelfde maatregelen, die hy nam, om de geregtigheid en goede 0 or-  et DUITSCHE RYK. 149 orde te jjerftellen, welke door de buitenfpoorhheden van den oorlog verbannen waren, bragten nieuwe onlusten en opfchuddingen voorr, die hem tot op het einde van zyn leeven onophoudlyk ontrusteden De Aartsbisfcnop van Mentz, by zich zei ven bewust, dat hy in eenige aanmerklyke ongeregeldheden, van welken de Keizer voornad kermis te nemen, betrokken was, nam de vlucht naar Thuringen, en verklaarde zich ten voordeele van de andere party, welke nu wederom begon te herleeven, en, op aanhitzen van Gebehard, bisfchop van Conflans, hare uiterfte poogingen intefpannen. Aan dien kerkvoogd had Pascal II, opvolger van Urbanus in de paufelyké waardigheid, een gezantfchap gezonden, om hem te bejegen, tot het o, derfteunen der eifchen van den jongen Hendrik, welken hy had voorgenomen tegen zynen vader op te hitzen. Niets viel den Keizer verdrietiger, dan dat de Roomfche kerk zich de verkiezing der paufen , met ver'maading van zyn oppergezag, ftoutelyk aanmatigde; en zyne wraakzucht over dit gedrag, hec wdk hy a's eene regtftreekfche wederfpannigheid befchouwde, was de klip, op welke hy fchipbreuk leed: want, zedert het overlyden van Clemens, had hy drie tegenpaufen agter eikanderen aangefteld Albert, Theodoric, en Maniulphits, van welken twee in kioofters geflooten , en de derde door eenen fchielyken dood werd overvallen. Met deeze maatregelen beoogde hy de regten van het keizerryk te bewaaren; doch zy ftrekren eeniglyk tot voedfel aan de vyandfchap der Romeinen, en hadden ten gevolge, dat Pascal II- zich in het gerust bezit van den Roomfchen ftoel bevindende, te Rome eene kerkvergadering belegde, op welke de Keizer gedagvaard, en, daar hy aan die indaging niet voldeed, van nieuws af in den ban gedaan werd, omdat hy deeze fchcuringen in de kerk had veroorzaakt. Ten zeifT 3 den II. Boek. If. loOFDST. li. Afd.  150 HISTORIE van II. Boek. II. H00Ft ST. III. Afd.- 1105. Men overreedt den jongen Hendrik, om de wapenen tegen zynenVader optevatten. i I ( 1 i i < 1 C 1 r i 1 \ \ J "\ den tyde bevestigde men alles, wat Urbanus en Gre> gorius ten zynen nadeele sverricht hadden, fs) Boven dien werd zyn eigen zoon Hendrik, door de'kunftenaryen en kloekzinnigheid zyner vyanden in Duitfchland, in eenen opftand tegen hem gewikkeld. Dees jonge vorst echter, wiens eerzucht men geftreeld had, bragt noodzaaklykheid en yver voor den godsdienst by tot een voorwendfel voor zyn gedrag. Hy verklaarde, dat, dewyl de onderdaanen van hunne getrouwheid aan zynen vader ontflagen waren, hy zelf genoodzaakt was den toom der regeering in handen te nemen; en dat hy Hendrik, zolang hy niet van den paufelyken ban antheven was, voor zynen vader niet erkennen kon, lewyl de wetten der kerk meer golden, dan die der nauur. (t) Vergeeffch bediende de Keizer zich van valerlyke vertoogen, om zynen zoon te ontraaden, dat ïy tot dit uiterfte overfloeg. De breuk werd hoe lanrer hoe wyder, en ten laatften trokken zy openlyk teren eikanderen ten velde. De beide legers ontmoetelen elkander by Regensburg; doch de vader, zich te ;wak bevindende, om eenen veldflag te waagen, week laar Bohemen, terwyl de zoon, naar Spiers trekkende, ;ich van die ftad meester maakte, en de hand legde op e fchatten van den Keizer, die aldaar bewaard werden. Trotscb op deezen voörfpoedigen uitflag, bepaalde ïy den vorsten eenen dag, om te Mentz te vergadeen; en verftaande, dat de Keizer beflooten had, aldaar nede tegenwoordig te zyn, vergezeld van een magtig sger, nam hy,'om een ontwerp te leur te ftellen, /elk voor zyne zaak doodelyk zou hebben kunnen rezen, zynen toevlucht tot een hulpmiddel, het welk o trouwloos als krachtdadig was. De tederhartigheid an zyn vaders karakter kennende, begaf hy zich flaac Co. (s) Baron, ad ann. 1102. (t) Splcileg torn, XII. p. 446.  het DUITS C HE RYK- 151 Cobkntz, en zich voor 's Keizers voeten werpende , verzpgt hy vergiffenis voor zyn onbetaamlyk gedrag, het welk hy aan de verleiding van verkeerde raadslieden toefchreef. Ingevolge van deeze zyne onderwerping, werd hy terftond in gunst aangenomen, van welke gelegenheid hy zich bediende, om den Keizer, uit vreeze van den ryksvorsten te misnoegen, tot het afdanken zyner krygsmagt te bewegen. Vervolgens begaven zy zich beiden naar Bingenkeim, waar de zoon den vader te kennen gaf, dat hy veellïgt gevaar kon lopen, van door den aartsbisfchop van Mentz te worden aangehouden, indien hy in de ftad kwam, tevens voorftcllende, dat hy alleen derwaarts gaan zou, om over eene bevrediging tusfchen hem en de vorsten van den ryksdag te handelen. Op deezen voorflag bewilligde de Keizer, om te blyven, waar hy was, in afwachting van deeze gelukkige gebeurtenis: doch den volgenden dag werd hy op zyne kamer door den ondankbaren zoon gevangen gezet, die zich terftond naar den ryksdag begaf. Daar vernieuwden de paufelyké gezanten het banvonnis, welk ten gevolge had, dat Hendrik IV van de keizerlyke waardigheid afgezet, en zyn zoon met algemeene ftemmen der geheele vergadering tot Keizer werd uit* geroepen. («) (*Ji Na (u) Ibio. Krantz. Lib. V. Saxon. Cap. 18 en 20. Barre Tom. IV. P- 375- (*) In de Confl'tutions van Golda:tus is een brief van den Keizer aan zynen zoon voor handen . welke in deeze woorden vervat ts: „ Vergun roy te Luik te blyven, zo niet als Keizer, „ ten minden ais een vluchteling ' Laat men niet tot myne, of lie„ ver tot uwe fchapde zeggen, dat ik op het paafchfeest genoodzaakt ,, ben, eene nieuwe fchuilplaans te zoeken. Indien gy my dit ver„ zoek loeftaat, zal ik my voor die gunst grootelyks aan u ver1, P'igt achten; maar, zo gy my afwyst, wil ik liever in een „ vresmd n. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. 1106. De Keizer wordt pleg' 'ig aflezet.  152 HISTORIE van II. Boek. II. hoofdst III. AfO Na het verrichten van deeze plegtigheid werden de aartshisfchoppen van Mentz en Keulen, nevens den bisfchop van Worms, naar den vader afgevaardigd, om hem zyne afzetting bekend te maaken, en hem de • kronn, nevens andere teekenen van koninglyke waardigheid af te eifchen. Hendrik ontving dit gezantfchap met niet minder verbaasdneid dan ontroerenis ; en toen hy begeerde te weten, om welke reden hy van zyne eigen* onderdaanen zo wreed behandeld werd, voerde de aartsbisfchop van Mentz hem te gemoet, dat hy, uit hoofde van de fchcuringen, welken hy in de kerk had ingevoerd, en om de ergerlyke wyze, waarop hy bisdommen verkogt had, de heilige kerkgeregfen, en by gevolg ook de keizerlyke kroon onwaardig gekeurd was. De Keizer, door deeze trotfche verklaaring ten uiterften vernederd, gaf hierop ten antwoord, „ Indien wy de kerklyke amnten verkogt hebben, gy lieden zeiven zyt de meest eefchikte per„ foonen, om ons van dien handel te over:uigen. Zegt „ dan, ik bezweer het u in den naam van den leeven„ digen God, wat wy geëifcht, of wat wy ontvangen „ hebben, toen wy ulieden de waardigheden opdroe„ gen, welken gy thans bezit?" Wanneer zy erkenden, dat hy, uTar. hunne bevordering betrof, onfchuldig was, vervo'gde by, „ En nogthans, daar de aarts„ bisdommen van Mentz en Keulen twee der besten „ zyn, over welken wy befchikken konden, zouden „ wy, door dezelven te verkoopen, onze fchatkist heb„ ben kunnen vullen: niettemin droegen wy ze aan u 5» op, „ vreemd land inleen hut woonen , dan dus van de eene ellende „ tot de andere vervallen in een ryk, het welk eenmaal het my„ ne was. (.) (i) Annal. de t'Emp. torn. I pag. 206  het DU1TSCHE RYK. 153 „ op, uit onze vrye gunst en genade, voor welke „ weldadigheid gy ons nu eene waardige vergelding ;, doet. Trekt, bidden wy u, geene party met hun, „ die hunne handen tegen hunnen heer en meester „ hebben .opgeheven, in weerwii van alle opregtheid, „ dankbaarheid, en bezworen' trouw. Helaas! wy be„ ginnen reeds te bezwyken onder den last der jaaren „ en der vei drietelykheden, en ons vreemdelingfchap in „ dit fterf/yk leeven is, op weinig na, volbragt. Laat „ dat weinige in vrede beflooten worden, en wilt geen„ zints onzen roem met ellende en fchande eindigen! " De afgevaardigden, door. deeze aandoenlyke aanfpraak niet te bewegen, drongen aan, dat hy aan het oogmerk van hunne komst voldoen zou. Hierop begaf hy zich naar zyne kamer, waar hy zyne koninglyke Geraden aantrok, en vervolgens by zyne terugkomst in het vertrek, waar hy hen gelaten had, zich op eenen ftatieftoel gezet hebbende, vernieuwde hy zyn vertoog in deezer voege: „ Ziet bier de teekenen van die koning„ lyke waardigheid, tot welke wy van God en de „ vorsten des ryks verheven werden; indien gy de „ gramfchap van den hemel, en het eeuwig verwyt „ van 't menfchdom zo zeer veracht, dat gy u verftout, „ geweldige handen te liaan aan uwen oppervorst, dan „ kunt gy ons daarvrn met geweld berooven: wy zyn „ niet in ftaat, ons tegen die beleediging te verdedi„ gen." Dit verwyt maakte geen meerder indruk, dan. het vorige^ op de bisfchoppen, die hem terftond de kroon van 't hoofd rukten, en hem van zynen zetel fleepende, niet geweld zyn koninglyk gewaad uittrokken. Terwyl zy hiermede bezig waren, riep hy uit, terwyl de traanen over zyne wangen biggelden, „ Groote Gcd! gy zyt de God der wraake , en zult „ deeze gewelddadigheid ^ewislèlyk ftraffen. Ik beken, „ ik heb gezondigd, en deeze fchande verdiend door Europ. HrsT. XI. D, I. St. V „ de II. Boek. II. Hoofdst, III. Afd. Hy wordt ïan zyne Koninglyke Sieraden leroifd,  ki HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III. A fn. Hy doet een vry. willigen afftand van de Kroon. Hy bevindt Zicb in den uiterften nood. „ de dwaasheden myner jeugd: maar gy zult geenzints „ nalaten, deeze verraaders te ftraffen, om hunne mei„ needigheid, baldadigheid, en ondankbaarheid, (w) " Zyn zoon Hendrik\ dus ten throon gefteegen zynde, zogt zich zeiven eeniger mate te ontflaan van de befchuldiging wegens het geweld, zynen vader aangedaan, die zich met reden beklaagde, dat hy onverhoord was veroordeeld. Met dat oogmerk deed hy, te Ingelheim, die geenen onder de ryksvorsten famen komen, die geheel aan zyne belangen verknocht waren, ten einde den ouden Keizer te verpligten, cm ten zynen behoeve eenen gewilligen afftand te doen van het keizerryk. Daar verhaalt men, dat dees ongelukkige vorst, zich zeiven als eenen ftervenden befchouwende, allen, welken hy beleedigd had, om vergiffenis verzogt, en den paufelyken gezant, "die 'er tegenwoordig was, te voet viel, dien kerkvoogd fmeekende, hem van het banvonnis te ontflaan: dan zyn verzoek werd afgeflagen, onder voorwendfel, dat hy daarvan niet dan door den paus zeiven kon ontflagen worden. Tot zulken hoogen trap van ellende werd dees ongelukkige vorst door de barbaarfchheid van zynen zoon gebragt, dat hy, van de gemeene noodwendigheden des leevens verftoken, Gertrad, welken hy zelf tot aartsbisfchop van Spiers had aangefteld, fmeekte, om eene domheersplaats tot zyn onderhoud aan hem te begeven , in diezelfde hoofdkerk, welke door zyne voorouders en hem zeiven geftigt, opgebouwd en begiftigd was; toch hy ontving ook hier een weigerend antwoord van den bisfchop, die hem verklaarde, dat hy, zonder de toeftemming van den paus, zyn verzoek niet durfde toeftaan; waarop de Keizer een vloed van traanen (w) Iwd. Heisf. Hist. lib. XI. cap. IK.  het D U I T S C H E RYK. i? naai aartsbisfchop van Vienne, gezant van den H. ftoel in Frankryk, die, gelyk wy reeds gezegd hebben, den Keizer in de nationaale kerkvergaderingen in den ban £eJaan had De edelen van Saxen en TVestphalen vormden ten deezen tyde een bondgenootfchap om zich tegen de gevoeligheid van den Keizer te verdedigen, en nadat zy, onder het bevel van hertog Lotha. rms, den paltsgraaf Frederik, en den markgraaf Rodolphus, eene krygsmagt op de been gebragt hadden, zonden zy afgevaardigden aan Hendrik, eifchende, dat hy Calixtus voor paus erkennen, en de regte eigenaars herftel'.en zou in het bezit der leenen en ftaaten, waarvan hy zich met geweld en te onregt meester gemaakt had. Op s keizers weigering, om hun gehoor te verleenen, trokken zy met een aanzienlyk leger ten velde en, daar de Keizer zyne krygsmagt insgelyks famentrok! om hen over hunne vermetelheid te ftraSffen, werden de vyandlykheden terftond begonnen De verrichtingen van deezen veldtqgc «verden met afwisfelendcn uitflag voortgezet, tot dat de drift ter wederzyde begon te verkoelen, en men flappen deed tot eene 'bevrediging, {h . Ondertds?ch n befchreef de paus eene kcrkVergad». •mg te Rheims, en de ftenden van het keizerryk in dat ielfde jaar te Tribus, tusfchen Mentz en JVorms vergalerd zynde, gaven 'den Keizer te verftaan, dat zy deeiq langduunge twist, die .zo veel onrust aan het ryk /erocrzaakt had, ten eenenmaal moede waren. Jn gevolge van dit vertoog werd 'er eene onderhand-lin» langevangen: de Keizer liet, ten aanzien van de wyze der (£) Barre Tom, IV. p. 5C0.  het DUITSCHE RYK. 169 der inhuldiging, iets van zyne eifchen vallen, en de paus beloofde, de banvonnisfen intetrekken: dit verdrag werd uitgewisfeld, en men bepaalde eenen dag tot een mondgefprek te Monzon. De Keizer naderde deze plaats met een leger van dertig duizend man, waarop de paus argwaan opvattede, onder weg in een fterk kafteel vertoefde, en van daar zyne gezanten tot Hendrik zond, begeerende van hem te weten, of hy nog volhardde in dezelfde gevoelens, die hy onlangs betuigd had: maar, vernemende, dat de Keizer van oogmerk veranderd was, loogchende hy zyn eigen handfchrift, en werd onverbiddelyk op het punt der inhuldiging. Hy nam, zonder eenig vertoeven, de terugreis naar RJieims aan; zelfs konden de herhaalde verzoeken van den Keizer hem niet bewegen, om zich een enkelen dag optehouden, tot dat de ryksvorften konden geraadpleegd worden. Men had hem zulk een verfchriklyk denkbeeld gegeven van het onthaal, het welk zyn voorzaat te Rome beproefd had, dat hy zyne reize met allen mogeiyken fpeed voortzettede: hy hield de kerkvergadering nog eenige dagen langer byeen, tot dat 'er een befiuit was doorgegaan, waarby den geestelyken verboden werd, de inhuldiging van bisdommen en abtdyen uit de hand van leeken te ontvangen: ook we^d de Keizer, nevens den tegenpaus en bunnen geheelen aan< hang , nogmaals in den ban gedaan, (ij In het volgend jaar kwam Calixtus te Rome, waar hy met eer werd ingehaald. Gregorius PUI nam hier- ( op de wyk naar Sutri, eene fterke ftad, welke keizer * lyke bezetting inhad, die hem echter tegen de vyand-" fchap van zynen mededinger niet konde beveiligen;^ want de vorften van Apulie zonden eene krygsmagt, om zyne wykplaats te belegeren, waardoor hy einde u lyk (t) Act. Cnncil. p ai?,. Euröp. Hist. II. D I. St. Y II. Boek. II. Hoofdst. [II. Afd. Die vruchtlogs afloopt. II"©. laüxcus mt te Roe, en uit den gtnfaus ;een kloot* r op.  j7o HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. Hy ftooh in het Keizerryk eenen opftand, welke by verdrag eindigt. 1122. Be zaak der inhuldiging wordt t»t weder* lyk Calixtus in handen viel, die hem op eenen kameel liet zetten, met het aangezicht naar de ftaart gekeerd, en hem dus, onder de befchimpingen en beleedigingen van het graauw, door de openbaare ftraaten van Rome deed omvoeren, na welken omgang hy voor zyn geheele leeven in een klooster werd opgeflooien. (*) Ondertusschen vormde de aartsbisfchop van Mentz, door de kuiperyen van het Roomfche hof opgehitst', en door deszelfs befluiten gemagtigd, een vermogend bondgenootfchap tegen den Keizer en zynen aanhang, die met den naam van fcheurmaakers gefchandvlekt werden. Aan wederzyde bragt men legers op de been, en 'er zou ongetwyfeld veel bloed vergooten zyn, zo niet de wysten en aanzienlykften van beide kanten tusfchen beiden gekomen waren, en een verdrag hadden te weeg gebragt. Men fmeekte eenpaarig den Keizer, om het ryk in vrede te herftellen. Die vorst gedroeg zich geheel en al aan de beflisfching der ftcnden, waarop de ryksdag, te Wurtzburg vergaderd, het befluit nam, dat 'er ter Hond een gezantichap aan den paus zou gezonden worden, om te verzoeken, dat hy eene algemeene kerkvergadering te Rome zou byeenroepen, om daarop alle de verfchillen te vereffenen, (k) Overeenkomstig met dit verzoek fchreef Calixtus die vermaarde kerkvergadering uit, welke geduurendede vasten een aanvang nam, en waarby driehonderd bisfchoppen, en omtrend zevenhonderd abten tegenwoordig (k) Barre Tom. IV. p. 518. (*) By deezen omgang werd de tegenpaus bekleed met eene ruuwe bloedige bokken vagt, en naderhand werd 'er in het paleis eene fchildery opgehangen, welke heiri vertoonde, als door den waaren paus wordende vertreden. (1) Sug. Alb. de Vit. Lud, Gros, ex, du Chesne torn. IVp. 3:2,  het DUITSCHE RYK. 171 dig waren. Nadat de gezanten voor deeze groote vergadering gehoord waren, werd de zaak der inhuldiging, met hunne toeftemming, eindelyk bepaald tot de volgende punten; dat de Keizer aan de kapittelen en gemeenten de vryheid zou laten, om de plaatfen, die by hen open vielen, te vervullen, zonder dat hy het regt van z inhuldiging met het kruis en den ring hebben zou; dat» hy alles, wat der kerk te onregt ontnomen was, zou1 wedergeven, dat alle verkiezingen regelmatig gefchieden* zouden, in tegenwoordigheid van den Keizer of zyne*' gemagtigden; dat de Keizer, bygeftaan door den aartsbisfchop en dcszelfs onderhoorige bisfchoppen, het regt zou hebben, om te beflisfchen over alle verfchillen, die op dit fr.uk vallen mogten; dat de verkoren perfoon van den Keizer de inhuldiging zou ontvangen van de leenen en waereldfche regten, niet met het kruis, maar met den ftaf, en dat deeze hem, voor die regten alleen, den eed van getrouwheid doen zou; cn eindelyk, dat men ten gevalle van hun, die op eenigen afftand van het keizerryk leefden, tot het verrichten van deeze plegtigheid den tyd van zes maanden zoude vergunnen (/; ö Nadat dit verdrag op den ryksdag te Worms gelezen en bekrachtigd was* gaf de kardinaal van Oslia, 's paufen eerste gezant, die de keizerlyke afgevaardigden op hunne terugreize vergezeld had, aan den Keizer en zynen geheelen fcheurzieken aanhang de abfolutie. (m) Daarop deed hy, in zyn plegtig ftatiegevvaad uitgedost, de mis, en deelde de bondteekenen aan Hendrik uit, als het uiterfte bewys van eene volkomene verzoening. Dus eindigde dat verdrietig verfchil, het welk zo veele opfchuddingen veroorzaakt, zo veel bloeds en fchats (/) A?flr Buch. in not. ad Wilhelm, Hidam p. 154. (m) Gob. Pers. ubi Supra. J Y 2 II. Boek. IL ïoofdst. III. Afd. ydfch gelegen van lendrik 1 den paus treffend.  i72 HISTORIE van II- I Boek. ] II. : Hoofdst. , III. A?d. 1124. Honorius IL wordt tot paus vet koren. (1) Sug. de vit. Lui, Gros. ex Du Cbeme torn, IV. p. 312 et se^- 'chats gekost had. Doch, daar in dit verdrag geene nelding gemaakt was van 's Keizers regt, om de pau"en aanteftelien, of zich met hunne verkiezing te benoeien, was Calixtus naauwiyks overleeden, of de keriinaalen, nevens de geestelykheid en het volk van Rome, gingen tot eene nieuwe verkiezing over, zonder daarin aan Hendrik eenig deel te geven. Dit ging met 10 veel verwarring toe, dat op denzelfden tyd twee perfoonen tot de paufelyké waardigheid verkoren werjen, naamelyk Theobald, die Celestinus genaamd werd, 3n Lambert, kardinaal bisfchop van Ostia. Dees laat[le nam den naam van Honorins II aan, en werd, op den vrywilligen afftand van zynen mededinger, op den paufelyken ftoel bevestigd. Nadat de Keizer zich dus met Rome verdragen had, werd hy in eenen burger oorlog gewikkeld door den opftand van Holland, (*) het welk hy gewapenderhand onderbragt, gelyk mede de ftad Worms, die insgelyks was opgeftaan. Niettemïn bleef de geest van oproerig' heid zich nog van ftad tot ftad verbreiden, zo dat hy zelf zich genoodzaakt zag, uit hoofde van eenen fchielyken opftand des volks, met gevaar van zyn leeven, van Ruffac te vluchten. Niet (*) Niet lang vóór den dood van Calixtus, deed Hendrik een fchielyken inval in Fiankryk, op aanhitzing van zynen fchoonvader Hendrik, koning van Er.geland. Doch hy vond zich genoodzaakt te vvyken, zonder eenig voordeel behaald te hebben. Schoon alle de Duitjcbe fchryvers, Krantz alleenlyk uitgezonderd, aangaande deezen krygscogt een diep ftiizwygen houden, wordt 'er echter by de Franfche fchryvers byzonderlyk melding van gemaakt, gelyk men van de toerustingen, welken Lodtwyk de dikke maakte, om zich tegen deezen inval te verzetten, een nauwkeurig berigt vindt by Sugerius, abt van 5;. Denis, die een ooggetuige was van deeze geheele gebeuitenis. (D  het DUITSCHE RYK. 173 Niet lang na deeze rampfpoed, welke eenen diepen indruk maakte op zynen geest, overleed hy te Utrecht, in het vierenveertigfte jaar zynes ouderdoms, na eene regeering van agttien jaaren, Zyn lyk werd te Spiers by zyne voorvaderen ter aarde befteld. Hy was gehuuwd met Maud, dochter van Hendrik I, koning van Engeland, by welke hy geer.e kinderen had. Zyne erf•-en waren derhalve Coenraad, hertog van Frankenland., en Frederik, hertog van Zwaben, die zyner zusters Zoonen waren, en het was ongetwjfeld zyn oogmerk, dat één van beiden hem in het keizerryk zoude opvolgen. Men zegt van hem, dat hy hoogmoe» dig, wreed, en gierig geweest is 1 0): met dat alles echter was hy zekerJyk een wys, ftaatkundig, en kloekmoedig vorst; en, zo men zyn onnatuuilyk gedrag jegens zynen vader uitzondert, waarvan hy in het vervolg een opregt berouw had, mag hy te regt onder die keizeren worden gerangfchikt, welken de kroon, die zy droegen, geenzints onteerden. LOTHARIUS II. N a het overlyden van Hendrik V geloofde men, dat de ftenden de keizerlyke waardigheid aan één zyner neeven zouden opdragen, daar zy vorften waren van grooten moed, edelmoedigheid en vermogen, en zeer geacht by de voornaame leeden des ryks. Maar Albert, aartsbisfchop van Mentz, die der gedagtenis van wylen den (h) Chron. Magd, ex Msib. p. 325. (») Idem, p. 326. Y 3 n. Boïk. II. 30OFDST. IL Afd. ii2j. Hy fterh ■e Utrecht-  II. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. Lotharius wordt tot Keizer verkoren. 1 i i : 1 I l i t i 174 HISTORIE van den Keizer en allen zynen aanhangeren een onverzoenlyken haat toedroeg, vond middel, om, nadat hy de teekenen der koninglyke waardigheid van Hendrik 's weduwe verkreegen, en haar met de belofte, van dezelven voor den een of anderen harer neeven te zul. len bewaaren, had weten te paaien, de ryksvorften te bewegen, om voor Lotharius, graaf van het Saxisch Sup. f>linburg,(p) te ftemmen, die hem in alle zyne verlcbillen met den ovei leeden Keizer begunftigd en onderfteund bad. Hy werd dienvolgens te Aken gekroond , in tegenwoordigheid van den paufelyken Nuntius, terwyl de :wee mededingers niets van het geen in hun vermogen vas, verzuimden , om hunne eifchen op de kroon ftaanIe te houden. Frederik, hertog van Zwaben, werd in le daad door fommige vorften, edelen en fteden des ■yks tot Roomsch Koning verkoren, en de ander werd :e Milaan door den aartsbisfchop dier Stad piegtig gekroond, (q) De nieuwe Keizer rigtte zynen eerften srystogt tegen de Bohemers, welken hy haatede, om lat zy den overleeden Keizer in zyne wederfpannigheid :egen hem hadden bygeftaan. Doch in deeze tydsomlandigheden was het voorwendfel van zynen togt tegen Bohemen een verfchil tusfchen Otho en Sobieslaus, broe iers van den laatften hertog, die de voogdyfehap over ;yne kinderen aan Sobieslaus had opgedragen , fchoon Otho zyn oudfte broeder was. Deeze voorrang, tegen le gewoone gebruiken der volken den jongften gegeven, vekte de gevoeligheid van Otho op , wieu Sobieslaus :chter gewapenderhand verdreef. Dus verongelykt , >egaf hy zich naar den ryksdag te Regensburg, om herftel e verzoeken. De Keizer trok zich zyne zaak aan, en 'iel in Bohemen, waar hy, fchoon eenig verlies en fchan- (p) Gest. Ludov. VII. ex du Cheme. (3) Avfntin. Am. Boic. ib. VI, p. 492.  het D'ÜITSCHE RYK. 175 fchande geleeden hebbende, nögthans Sobieslaus dwong, den vrede te verzoeken, welke hem werd toegedaan, onder voorwaarde, dat hy Winceslaus, Zoon van Otho, in het bezit van Moravie herftellen, de krysgevangenen flaaken , en den Keizer voor Bohemen hulde zoude doen. Cr) Met één woord, na eene korte tegenkanting , die echter hardnekkig en bloedig was, lieten ook de twee vo-ften, neeven van den vorigen Keizer, hunne eifchen vaaren, en werden met Lotharius verzoend, die hen met zyne vriendfehap vereerde, inzonderheid Coenraad, aan wien hy ongemeene blyken gaf van achting en toegenegenheid. (/) By het overlyden van Honorius II, welk op den vier-en-twintigften van fprokkelmaand voorviel, volgde Innocentius II hem dien zelfden dag op in de paufelyké waardigheid, uit kracht van eene regelmatige verkiezing. Des onaangezien werd de Kardinaal Petrus Leonis, die eenen fterken aanhang te Rome had, onder den naam van Anacletus,tot paus uitgeroepen. De ander, zich te zwak vindende, om deezen mededinger te wederftreeven. week naar Frankryk, waar zyne belangen door St. Bernard openlyk werden voorgeftaan , die Lotharius bewoog , om zich ten zynen voordeele te verklaaren. Ook floeg hy voor, en bewerkte een mondgefprek tusfchen den Keizer en zyne heiligheid te Luik, Q) waar Lotharius, na eenige twisten over het ftuk der inhuldiging, vz«.) zich vergenoegde met de verklaaring van den paus, dat hy aan dat regt geen deel hebben wilde, waarop de Keizer zelf ondernam, om Innocentius te Rome te herftellen. Na (r) Hist. Bohem Lib. IL (s) Annal. de l'Emp. Tom. ï. p. 215- 0; Sug. Abb vit. Lui. Gros. ex Dit Cbesne p. 318. (u) Cokh. Ursperg. ex Meib. de jure invest. Episc. (*) D e Keizer, de aannadering van den paus vernemende, fteeg IL Boek. II. Hoofdst. III. Afd. Hy komt eiUe tegenkanting te boven. Hy trekt zich de zaak van Innocentius II aan.  H. Boek. II Hoofdst III. Afd. H33Lotharius,hem op den paufelyken ftoel herfield hebbende , •wordt te Rome door bem gekroond. i76 HISTORIE vam Na het beraamen van deezen krygstogt, begaf de paus zich naar Italien, zynen wegnemende door Frankryk, waar hy eene aanzienlyke fomme gelds ontving, om de kosten zyner reize goed te maaken. Vervolgens den :ogt tot Placentia voortzettende, wachtte hy aldaar den Keizer in, die zich binnen weinige dagen met zyn leger ay hem voegde, hem naar Rome geleidde, en, ondanks ule de poogingen en tegenkantingen van den tegenaaus, op den H. Stoel herftelde. Het was misfchien aiet oogmerk, om des te meerder kracht aan deeze her" [telling bytezetten, en andere volken, door zyn voorbeeld , tot eerbied voor den waaren paus te bewegen, lat de Keizer by zyne krooning, (x) welke niet lang daarna gefchiedde, voor Innocentius die op een throon geseten was, nederknielde, en in die houding de kroon ontving, na dat hy gehoorzaamheid aan den ff Stoel beloofd had. Na deeze plegtigheid keerde de Keizer naar Duitschland te rug, waar hy,op raad van zekeren Werver Ursperg, anders Ernerius genaamd, order gaf, dat het regt voortaan in het Keizerryk bediend zou worden, overeenkom ft ig het Codex, of burgerlyk wetboek van jfustinianus,. het welk voor vyf of zes honderd jaaren buiten gebruik geraakt was. Deeze wet:en werden in Italien, Duitschland, en naderhand ook in Frankryk en Spanje, in plaats van de byzondere vastftellingen en ge ■ bruiklvkheden, aangenomen. (|) De (jc) Ann. Biior. Joan. A/ent. L'b. VI. p. 495. fteeg te paard, en reed voort, om hem te ontvangen: toen zy daarop elkander ontmoeteden , fteeg Lotharius af, en naar Innocentius ylende, ligtte hy hem in zyne armen van het paard, enverzeide hem tot de plaats, waar hy zou huisvesten. (r) (t) De zom;r van het jaar 1135 was in Duitfchland zo uitermate heet, dat het koorii en de aardvruchten op het veld verdorden, (1) Heiss. Hist. Lib. II. Chap. XI,  het DUITSCHE RYK. 177 De Keizer had Italien zo haast niet verlaten, of Roger9 hertog van Apulie, die onlangs zyne Staaten, onder den naam van het Koningryk van Sicilië, tot een koningryk verheven had, bragt, ten behoeve van paus Anacietus, een leger op de been, en maakte zich meester van genoegzaam alle de plaatfen, aan den H. ftoel behoorende; waarop paus Innocentius naar Pi/a week, en Lotharius nogmaals om byftand fmeekte, die hem, ook in zyne tegenfpoed geenzints verzaakte. In te- ] gendeel, ligtte deeze een fterk leger, en het zelve in* twee deelen fplitfende, droeg hy het bevel over het ééne op aan zyn fchoonzcon, den hertog van Beieren,' terwyl hy zelf zich aan 't hoofd van het ander deel ftelde Alle de plaatfen van St. Pieters erfdeel werden welhaast hernomen, en de waare paus in zegepraal naar .Rome te rug gebragt; eene omftandigheid, die, naar men verhaalt, verhaast werd door den dood van Anacïetus, welke van hartzeer over het goed geluk van zynen mededinger overleed. De Keizer dreef vervolgens Roger van ftad tot ftad, * en noodzaakte hem eindelyk, naar Sicilië te wyken.] Daarop de landfchappen Apulie en Calabrie, nevens al-1 le de Italiaanfche Staaten van Roger, aan zich onder >. werpende, vereenigde hy dezelven in één vorstendom,' het welk hy, met den titel van hertog, aan Renaud, een Duitfch vorst, en één zyner nabeftaanden, opdroeg. Terwyl hy, na eenen zo roemryken krygstogt, naar Duitfchland wederkeerde, werd hy te Verona van eene1 ge \ den, en de aanzienlykften rivieren , j'a de Rhyn zelf, droog werden , waar door genoegzaam al het vee, by gebrek aan water, omkwam, (i) (0 Aantekening op Heisf. lih. XI. p. 200, Kurop. Hist. XI. D. 1. St. Z II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. II37- Vy herftelt [nnocenius, die hor den tertog van \pu!ie lerdreeven vas. 'an wiens :aliaanche Staain hy een vingewest taakt. 1138. otharius erft te 'rente.  178 HISTORIE van IL Boek II. Hoofdst. UI. Afd. ii 30. Coenraad iii ut | Keizer vir-, koren. 1 1 ( 2 Hendrik, herto? van r. Beieren , jr weigert de ' teekenen \ van de Ko- o ninglyke ^ waardig- jbsid-overte- f Cl gevaarlyke ongefteldheid aangetast; echter zette hy den togt voort, op hoop van in de vaderlandfche lucht te beter te herftellen. Dan, de dood overviel hem tusfchen de Alpen, digt by Trente, in het tvvaafde jaar van zyne regeering. Dees vorst is vermaard om zyne heerfchende behartiging der openbaare rust, en handhaving van het regt, fchoon hem in veele verklaaringen over de Pandecten te last gelegd wordt, dat hy, in plaats van de ontdekking der waarheid gemaklyk te maaken, in de regtsgeleerdheid vittery heeft ingevoerd. COENRAAD III. D e ryksvorilen, te Coblentz tot het verkiezen van ;enen nieuwen Keizer byeengekomen, verkoren met al;emeene Hemmen Coenraad, hertog van Frankenland, len neef van Hendrik V, en verzelden hem naar Aken, vaar hy gekroond werd door den paufelyken gezant, len kardinaal Thiery, die den dienst waarnam voor den artsbisfehop van Keulen, welke zich ten dien tyde geenints in het priefterlyk gewaad bevond, (y) HENDRIK, hertog van Beseren, bygenaamd de yotfche, die met de éénige dochter van Lotharius geuuwd was, en met haar het hertogdom Saxen ten hu> /elyk verkreegen had, was by deeze verkiezing niet teen woordig; zelfs bèfchouvvde hy ze als eene inbreuk p zyne regten, om dat Lotharius, die zonder mannefk kroost overleed, de teekenen der opperfte waardigheid (y) Gob. Pers, Cosmod. eet. VI. cap. 59, Krantz. Sax. lib. VI' p. 8.  het DUITSCHE RYK. i?9 beid aan hem ter hand gefield, en hem zelfs benoemd had tot zynen opvolger in het keizerryk. Ingevolge van deeze benoeming weigerde hy de koninglyke fieraden aan Coenraad overteleveren, nadat hy wettMyk verkoren was: weshalven de vorsten, op den ryksdag te Goslar vergaderd, hem openlyk van de hertogdom men Saxen en Beieren ontzetteden, waar van zy het eerfte aan Albert, markgraaf van Brandenburg, (z) en het laatfte aan Leopold, markgraaf yan Oostenryk, begaven; eene vervreemding, die op het gemoed van Hendrik zulken indruk maakte, dat hy in dat zelfde jaar van hartzeer en verdriet overleed. (*) Omtrend deezen tyd had. Roger, Koning van Sicilië, zich meester gemaakt van de Staaten des ryks in Apulie. Ten einde hy in ftaat mogt wezen, om zich in het bezit van dit wingewest te handhaven, ftookte hy Welph, of Guelphe, broeder van Hendrik den Tml'chen, op, om, tot herwinning der twee verbeurd verklaarde hertogdommen, den Keizer den oorlog aantedoen, cn cnderfteunde hem met eene aanzienlyke fomme gelds tot het goedmaaken van z}me oorlogs kosten. Na verfcheidene niets befiisfchende veldflsgen, werd' Guelphe docr den Keizer in het kafteel van Weinsberg beicgerd. Daar zyn voornemen was, eenen uitval te doen, (s) Ank. Jlojor. Joan. Avent. Lib. VI. p. 409. (*) De keizer gaf deszelfs weduwe ten huwelyk aan zynen eigen' broeder, nevens het hertogdom Oostcnryk, wélks vorften (fchoon het zelve 't jongfte hertogdom in het keizerryk was) den titel van aartshertog aannamen. (1) — In het tweedejaar der regeering van deezen keizer, overleed Joannes de Temporibus, welke, naar men voorgaf, fchildknaap by Karei den Grooten zou geweest zyn en drie honderd één en zestig jaaren zou geleefd hebben. (2) ' (1) Krantz. lib. VI. Sax. cap. 8, (2) Gob. Pers. Cosmod. eet. VI. cap. eg. z i 11. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. leveren, en wordt daarom van zyne Jlaaten ontzet. Guelphe trekt, met hulp van Roger, Koning van Sicilië, ten velde tegen Coenraad.  igo HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. III. Am. Oor/prang der Guelphen en Gibelinen. doen, gaf hy voor een wachtwoord Hicwelf. Frederik, hertog van Zwaben, 's Keizers broeder, en bevelhebber zyner krygsmagt, dit wachtwoord ontdekt hebbende, gaf daarop aan zyn leger dat van Hiegibelin, zynde de naam van een dorp in Zwaben , waar hy was opgevoed. Dit was de oorfprong der benaamingen Guelphen, en Gibelinen , die in Italien naderhand zo zeer in zwang geraakten, dat de aanhang van den paus by de eerfre, die van den Keizer by de laatfte onderfcheiden werd. (*) In deezen uitval leed echter Guelphe groot verlies; ook moest hy, na zich tot het uiterfte verdedigd te hebben, zich op befcheidenheid oveigeven. Desonaangezien gaf de Keizer, in plaats van zyn goed geluk door harde ftrengheid te misbruiken, den hertog vryheid, om ongemoeid te vertrekken. Maar de hertogin vaardigde, uit argwaan wegens deeze overmaat van edelmoedigheid in Coenraad, die bekend ftond haren echtgenoot eenen byzonderen haat toetedragen, eenen edelman aan den Keizer af, om hem voor haar en de andere vrouwen op het kafteel om vrygeleide te verzoeken, waar mede zy, met het geen elk kon mededragen, zouden uitkomen, en naar eene veiiige plaats gebragt worden. De Keizer bewilligde in haar verzoek, en deeze ontruiming van het kafteel gefchiedde in het aanzien van het geheele leger, het welk verwachtte, haar te zien uitkomen met juweelen, goud en zilver; doch men was niet weinig verbaasd, toen men de hertogin en andere vrouwen van rang zag verfchynen, waggelende onder den last harer echtgenooten, die den Keizer beleedigd hadden. Dit lchouwfpel, het welk (*) Dit is het allerwaarfcbynlykfte onder alle de berigten , die men aangaande den oirfprong van deeze naarr.en aantreft. (;) (O Zie Blond. II. Dec. VII, Sigm, XI, Knntz.Sax, lib. VIL cap. VU.  het DUITSCHE RYK. i8r welk een ontwyfelbaar teeken was van hare tederheid en moed, trof Coenraad zo zeer, dat de traanen langs zyne wangen biggelden; by juigchte hare huwlyks liefde toe, hield ze by zich ter maaltyd, en kwam zelfs niet Guelphe en zyne andere vyanden tot een verdrag, ondanks de poogingen van zyne eigen' veldheeren, die zich by deeze gelegenheid tegen zyne edelmoedigheid verzet te den. a) Deeze burgerlyke corlog gaf cndertusfchen aan verfcheiden' fteden van Italien gelegenheid, om zich van de Staaten des ryks te onttrekken, en tot onafhanglyke republieken op te werpen. Zelfs de Romeinen hadden ten oogmerk, om het oude gemeenebest te herftellen, en de oppermogendheid van hunne ftad, tegelyk met het erfdeel der kerk te herwinnen. Zy hadden reeds de orde der raadsheeren vernieuwd, gelyk mede den rang van Patricius, tot welke waardigheid zy eenen Jordanus verheven hadden, bekleedende hem met het zelfde gezag, het welk Karei de Groote in dien post bezeten had. Dees nieuwe patricius, vergezeld van deraad-hceren en het volk, vervoegde zich by paus Lu-) dus II, hem vertoonende, dat de paufen zich oir- < fpronglyk alleen met kerklyke zaken bezig hielden, en; zich met de tienden, vergenoegden, welken zy tot hun' onderhoud ontvingen; weshalven zy begeerden, dat hy i zou nalaten, zich met burgerlyke zaken te bemoeien, maar de zorg van het openbaar beftuur te laten aan hun, welken zulks toekwam. Ja, zy gingen zo ver, dat zy de ftads inkomften in bezit namen, en de paufelyké bedienden, tot de inzameling aangefteld, verdreeven. Lucius kantte zich, met zyne kardinaalen en de geestelykheid, tegen deeze nieuwigheid hevig aan, en, na fommige hardnekkige twisten, kwam men over een, om toe„ (a) Heiss. lib. II. cap. 12. Z 3 II. Boeic. If. rïOOFnST. [II. Afd. 1141. 1144. ordanus lelt zich \an het oofd van enen opland te Lome.  i82 HISTORIE van II. Boek. IL hoofcst. III. Afd. Paus Lu cius II wordt doo: middel vat een Jleen gedood. toevlucht tot Coenraad te nemen, die zich, by de aankomst der gezanten, te Spiers op den ryksdag bevond. Doch, eer men zyne beflisfching kon bekomen, Helde de paus zich aan het hoofd van eenig krygsvolk, dat hy geworven had, en belegerde de raadsheeren in het Kapitool, by welke gelegenheid hy, door middel van een fteen, eene wond ontving, die binnen weinige dagen een einde aan zyn leeven maakte, weshalven de gezanten zonder antwoord wederkeerden. Lucius werd door Eugenius III opgevolgd, die, fchoon by den aanvang van zyn paufelyk bewind door dit oproerig volk ontrust, echter wel rafch middel vond, om de wederfpannelingen tot reden te brengen, en het gezag van den H. ftoel te herfteiien. Nadat de ftad dus wederom in rust gebragt was, legde de paus zich met ernst toe op het bevorderen van dien vermaarden kruistogt, welke omtrend deezen tyd tegen de Sar aceenen, tot verdediging van het heilig land, ondernomen werd; eene onderneming, in welke Keizer Coenraad, op aan« raaden van St. Bernard, uit wiens handen hy daadelyk het kruis ontving, mede werd gewikkeld. Op eenen algemeenen ryksdag, te Frankfort vergaderd, werden de toerustingen tot den kruistogt gere. geld, 's Keizers zoon Hendrik tot Roomfch Koning verkoren, en een keizerlyke raad te Rotweil aangefteld, om het ryk onder zyn opzigt te beftuuren. (*) Op dee- (*) Deeze raad, die te Rotweil nog in wezen is, fchoon van zyn vorig gezag verdoken, moest beftaan uit twaalf edellieden, of, by gebrek van edelen, uit de burgeren van Rotweil, Tot voorzitter van deezen raad werd de graaf van Schutz aangefteld, aan wiens familie dat eerambt als een leen toebehoort. Deszelfs regtsgebied (trekt zich uit over de landfchappen Z-Jtaben, Franken lant, Oostenryk en den Rhyn. Niettemin hebben de aartsbisfchoppen van Tritr en Keulen, de aartshertogen van Oostenryk, de ridders  het DÜITSCHE RYK. ig3 deeze vergadering maakte Hendrik de Leeuw, hertog van Saxen, eifch op het hertogdom Beieren, welk zynen vader ontnomen, en aan Hendrik van Oostenryk begeven was; zelfs dreigde hy het zelve met geweld te zuilen hernemen, indien zyne vertoogen geen ingan0, vonden. Coenraad antwoordde met groote gematigd°. heid, rat de zaak, na zyne wederkomst uit het heilig land, onderzogt, en naar billykheid befhscht zou wor den; inmiddels verzogt hy Wiebold, abt van Corbie, die zeer in zyn vertrouwen deelde, om, geduurende zyne afwezigheid, op de Saxen een waakend oog te houden, en den hertog tot het ondernemen van eenen kruistogt tegen de heidenen van het Noorden te bewegen. De winter onder het maaken van toebereidfeten tot den Oosterfchen krygstogt verftreeken zynde, vertrok Coenraad, in het gezelfchap zyner neeven Frederik Barbarosfa, hertog Guelphe, en veele andere edelen, naar Palcestina, aan het hoofd van zestig duizend rui. ters, in eene uitmuntende orde. Dan deeze onderneming werd met geenen gelukkigen uitflag bekroond; de eene helft van zyne krygsmagt kwam om door de verraadery van den Griekfchen Keizer Comnenus, die onder het meel, welk hy hun tot hun onderhoud verfchafte, kalk liet mengen, Q>) terwyl de andere helft door de Turken geheel verflagen werd. De Keizer deed echter met (&) Krantz. Sax. Lib. VI. Cap. 14. Gob. Pers- Cosmad. eet. VI. Gap. 59. ders van de Duitfche en Maltheser orden, de onderdaanen des hertogs van Tweebruggen, en IVurtenberg, de abten van St. Blaise, de graaven van Hanau, en eenige anderen, het regt, om het'pleiten voor deezen regibank te weigeren. (1) (1) Munster Lib. III. IL Boek, II. [I lOFDST. III. Af 0.' "47» Coenraad trekt ter kruisvaart.  i84 HISTORIE v a N IT. Boek. II. Hoofdst. III. Afd. 'Er wordt een andere kruistogt t^gen ie M oo ren beraamd. met het overfchot van zyn leger zyn best, om den Saraceenen eenigen tyd het hoofd te bieden, en keerde vervolgens naar zyne ftaaten terug. (*) De ongelukkige uitflag deezer onderneming vervulde het keizerryk met droefheid, ontfteJtenis en luide klagten, en haalde St. Bernard de verwyten en vervloekingen des volks op den hals, naardien hy den kruistogt niet alleen gepredikt, maar zelfs, op een voor. gewend bevel van den hemel, overwinning, eer, en rykdom, aan allen, die aan dezen togt deel namen,, beloofd had Zy fchandvlekten hem met den naam van valfch propheet, bedrieger en ftookebrand, en legden hem te last, dat hy het land van allen rykdom en volk ontbloot had, welk het zelve tegen de aanvallen en het indringen hunner vyanden zou hebben kunnen verdedigen, Schoon deeze klagten zeer juist waren, was echter de algemeene zinneloosheid dier tyden 'zodanig, dat men eenen anderen kruistogt ondernam tegen de Moor en, die in het bezit van Portugal waren. Een groot aantal Duitfchers, uit de nabuurfchap van den Rhyn en de Weser, aanvaardden het kruis, en gingen, op een vloot van tweehonderd Engelfche en Vlaamfche vaartuigen ingefcheept, onder zeil naar Spanje, tot onlerfteuning van Koning Alphonfus Henriquez. Na door eenen hevigen ftorm verftrooid te zyn, liepen zy den Taag in, en berenden, met de Spaanfche krygsmagt ver- (*) COENRAAD, zyne benden met die van Lodewyk den Jongen hebbende vereenigd, ondernam het beleg van Damascus, en wederftond eenen hevigen uitval-, in welken de keizer met zyne eigen' handen eenen Turk door midden kliefde, tof verbaazing en fchrik der Muhammedar.en, die, op het gezicht van zulk een treflyk bedryf, met groote verhaasting de vlucht namen, (r) (0 Gesta Luim. VII ex Du Cheme. p. 4c6.  het DUITSCHE RYK. 185 vereenigd, de ftad Lisbon, die, na een beleg van vyfmaanden, ftonnenderhand werd ingenomen, (c) Omtrend deezen tyd aanvaardden de Saxen eenen derden kruistogt tegen de heidenen in het Noorden; zy bragren twee legers , omtrend honderd duizend man fterk, op de been, onder het bevel van Coenraad den% Saxer, en Hendrik, hertog van Saxen, d;e, tot in' Sclavonie doorgedrongen, het iand verwoesteden, en de [ inboorlingen, te vuur en zwaard, tot den Christelyken < Godsdienst bekeerden. By de terug komst van Coenraad uit Palestina, vernieuwde Hendrik de Leeuw zyne eifchen op Beieren, en, daar hy geen beflisfchend antwoord ontving, nam hy zynen toevlucht tot de wapenen: maar de Keizer verkoos wel haast zulke maatregelen, die zynen aanflag op Beieren veriedelden, waardoor hy zich genoodzaakt vond, voor het tegenwoordige van zyne eifchen aftezien. Geduürende het overige van Coenraads regeering viel 'er niets byzonders voor, dan de wederfpannigheid van Guelphe, die, op zyne terugreize uit het heilig land, door Roger, Koning van Sicilië, tot eenen opftand tegen den Keizer opgehitst en omgekogr; doch naderhand weder, door bemiddeling van Frederik, hertog van Zwaben, die beider neef was, met hem verzoend werd. (d) _ Niet lang na dit verdrag werd de Keizer zeer. gevoe-, lig getroffen door het overlyden van Hendrik, zynen I oudften zoon, die, eer hy den togt tegen de Safacee 1 tien ondernam, tot Roomjch koning verkoren was. (*>3 Dee.* (c) Mariak. Hist. Heisf. lib. X. (d) Avent. lib. VI. (*) Wy hebben hier Heisf gevolgd, van wien Kraniz verfchilt, verhaalende, dat hendrik zynen vader overleefde, en onder de regeering van trnlerik vergeven werd. Eukop. üist. XI. D. I. St. Aa IL Boek. IL Hoofdst. III Afd- 1148. ervolgens ogeen derIe tegen de eidenen in et Noorien. ïy waak-, 'chikkwg mtrend yne epvA' ing.  i85 HISTORIE van II. BSEK, n. hootdst.. III. Afd. (e) Othon. Frijing. de gest. Fred. lib. II. Barre tom.AV, p. 708, (*) COENRAAD huuwde met Girtruda, dochter van Bsrengsr, vorst van Saltzburg, by welke hy twee zoenen, en ééne dochter had. Hendrik, de oudfte, die te Frankfort tot Roomfcb koning verkoren was, ftierf in het jaar 1150. De tweede, Frederik genaamd, was hertog van Frankenland en Roiemburg: hy leefde tot het jaar iï66, wanneer hy aan de 'pest overleed. De dochter, welker naam was Judith, huuwde aan Lodewyk, markgraaf van Tburingen. (0 (O Baeke torn. IV. p. 708. VIER- Daeze gebeurtenis deed hem des te meer aan, om dat Frederik* zyn éénige overgebleven zoon, nog minderjaarig was, Hy beriep derhalven eenen ryksdag te Bamberg, waarop hy, uit hoofde van den ongunftigen ftaat zyner gezondheid, den ftenden zynen neef Frederik, hertog van Zwaben, aanprees, om hem in de keizerlyke waardigheid optevolgen, als zynde een vorst van grooten moed en bekwaamheid, en in alle opzigten den throon waardig. Deeze aanbeveling werd van alle de ryksvorsten goedgekeurd, en de teekenen der koninglyke waardigheid werden hem ter hand gefteld, Niet lang na deeze bepaaling omtrend de opvolging overleed Coenraad te Bamberg, na omtrend dertien jaaren met braafheid en in groote achting geregeerd te hebben, (e) C )  h £ t DUITSCHE RYK. 187 VIERDE AFDEELING. Schets der Duitfche zaken van de verkiezing van Frederik Barbarosfa tot de opvolging van Hendrik VI. FREDERIK I. bygenaamd Barbarosfa, a den dood van Coenraad vergaderden de RyksVorften te Frankfort , en verkozen , overeenkomftig deszelfs aanbeveling,zynen neef Frederik in de plaats,die in zyn negen en twintigfte Jaar te Aken gekroond werd. Hy was de eerfte Keizer van deezen naam , en verkreeg eerlang, uit hoofde zyner onfcbendbare verknochtheid aan den welvaart des ryks, den naam van Vader des Vaderlands, fchoon hy ook, uit hoofde van zyn rooden baard, Barbarosfa genoemd wierd. Naauwlybs was deeze verkiezing gefchied, of bykans alle de Europifche Vorften zonden afgevaardigden naar Mersburg, om hem met zyne verheffing geïuk te wenfehen. De Koning van Denemarken begaf zich zelf in perfoon tot hem, om , als vafal van het ryk, door zyne hand gekroond en gehuldigd te worden , en alzoo den eed van getrouwheid aan hem afteleggen. Het eerfte, welk hy als Keizer deed, was het zenden van den Aarts Bisfchop van Trien en den Bisfchop van Bamberg als ambasfaeeurs naar Rome, om in zynen naam de Kroon te vraa* gen, vermits hy vóór het byleggen van eenige verfchillen onder de Ryksvorften zich zelf niet kon de verwyderen Aa 2 On- ir. Boek. II. Hoofdst, iv. Afd. Frederik Barbarosfa wordt tot Ktizerver, iozen.  i8S HISTORIE van n. Boek. IL hookdst. IV. Afd. Lfgt het verfchil by tusfchen Hendrik van Saxen en Hertog van Oostenryk. "53DagvaardtSueno,om buide te doen voor het Koningryk vanöünemarktn. Onder deeze hevige gefchüJen was dat tusfchen de Hertogen Hendrik van Saxen en Ooftenryk , weike Jaatfte ook den naam van Herfag van Beieren voerde. Dees laatfte maakte aanfpraak op het hertogdom, als zyne wettige erfportie, welk door den eerften werd wederfproken, en bykans alle de Duitfche Vorften ten voordeele van deezen of geenen in het harna*cu joeg fjz), Om alle deeze onlusten te beteugelen , belegde de Keizer eenen Ryksdag te Speyer, op welken hy, na het ingenomen advies der vergaderde Vorften, befloot, dat Hendrik, hertog van Saxen, in het hertogdom van Beieren zoude herfteld worden, terwyl hy, om den ander te vrede te ftellen, Ooftenryk tot een hertogdom maakte, hetzelve ontheffende van den leen-eed van het Hertogdom van Beieren, zoo als tot dus verre had plaats gehad(b), en de hertog van Ooftenryk, uithoofde van deeze zyne onafhanglykheid, aan den hertog van Saxen de hertogdommen van Toscanen en Spoleto, a!s mede het eiland Sardinien afftond. De zaak op deeze wyze zynde bygelegd, handelde de Keizer als fcheidsman in het verfchil tusfchen Sueno en Canut, die eikander, eenigen tyd geleeden, zelfs met geweld van waapenen, de kroon van Denemarken betwist hadden. Canut, na herhaalde poogingen door zynen mededinger overwonnen, nam zyn toevlucht tot de ryksvergadering te Mersburg, verzogt de befcherming van den Keizer , en beloofde, aan hem hulde te zullen doen voor het Koningryk, in geval dezelve zich ten zynen voordeele wilde verklaaren. Frederik, door deeze belofte bekoord, liet zich met de zaak van Canut in , en zond afgevaardigden naar Sueno, met verzoek, dat dees Vorst te Mersburg zoude komen, om met hem over zaken'van het grootfte belang te fpreken. Sueno , die te voren met Fre- (a) Meib, Tom. \. p. 43i- (b) Hen. Bod. Synt. ex Meib. p. 505,  het DUITSCHE RYK. 189 Frederik als vrywillige in het leger van Coenraad gediend had, zag eerlang zyne bede voldaan, en werd, by zyne luifterryke komst te Mersburg, door den Keizer zeer vriendelyk ontvangen, onderteekenende de artikelen, zoo als hy ze had voorg.fteld. Zeer fchielyk werd de' vrede tuffchen beide Vorften getroffen, met bepaaling, dat Sueno het Koningryk van Denemarken als' een leen van het lyk zoude behouden, terwyl hy aan Canut eenige landen in Jutland, Seland en Schonen moest afftaan. Kort daarna hield Frederik wederom een Ryksdag te Wurtzburg, op welken hy de klagten hoorde van fom« mige edelluiden van Apulïe , die door Roger , Koning van Sicilien, van hunne goederen beroofd^, en uit het land waren gejaagd, en het was met toeftemming der vergadering, dat hy befloot, met den grootften ipoed naar Italien te trekken, om dien tiran, die de vafallen van het ryk zoo zeer had verongelykt, te ftraffen, als mede om de Keizerlyke kroon te ontvangen. Niet lang vóór zyn vertrek geraakte de Keizer in twist met den Paus. Hy had den bisfchop van Zeitz tot Aartsbisfchop van Maagdenburg aangefteld, omdatdeftemmen voor beide de mededingers gelyk waren. EugeniusIII, zynde ten deezen tyde Paus, keurde het ontruimen van eenen bisfehoppelyken zetel, en het verwisfelen met eenen ander ten hoogften af, dan alleen in geval van hooge noodzaaklykheid ; maar Frederik, die de verfchillen zyner voorgangers met vorige paufen zeer wel kende, hield zyne gedaane verkiezing ftaande, en, toen Eugenius gemagtigden naar Duitschland zond, om den Aartsbisfchop aftezetten (c), noodzaakte hy deezen, om zeer fpoedig te vertrekken. ' By het overlyden van den paus, meende deszelfs op. vol* (0 Othon Fiifng de G:st. Fred. Lib. II. Cap. 9, Aa 3 IL Boek, II. HIcOFDST. V. Afd.  ioo HISTORIE van ÏÏ. Boek, II. Hoofdst. IV. Afd. Verfchil mei den Paus. 1154- Niderhand bygelegd. i i 1 ( \ l l I k "55- 1 Z z Ë n l al o o: volger Anastapus de voetftappen van zynen voorganger te drukken . en zond den Kardinaal Gerardus, om deeze zaak af te doen. Doch, van den Keizer, die zoo ervaren als hy was in het bewind van zyn ryk even zoo zeer op zyn punt van eer Hond, oneerbiedig hebbende gefproken, werd dees gezant zeer fpoedig naar Rome te rug gejaagd, alwaar hy kort na zyne aankomst van [pyt overleed. Lntusschen zond Frederik, begrypende de heilloze gevolgen, welken eene openlyke vyandfchap met den :>aus zou kunnen veroorzaken, den nieuwen Aartsbischop van Maagdenburg naar Rome, die zyne zaak zoowel vist te verdedigen, dat de paus voldaan werd, en hem len mantel omhing (d). Om verder zyne onafhanglykheid van den paus te bevyzen , verftootte de Keizer op eigen gezag zyne gemalin 4delaide, uit hoofde van de al te naauwe bloedverwantehap- welke hem niet alleen geweldig griefde, maar ook aderhand naar zyne gedagte veele twyffelingen en gefchil:n over de wettigheid zyner kinderen zoude veroorza. en. Omtrend deezen tyd werden fommige fteden van taliën, in naar volging van verfcheide anderen, die denelfden ftap gedaan hadden, wederfpannig tegen den Kei, en de Romeinen zeiven vernieuwden hunne aanflaen op de paufelyké heerfchappy te Rome. Hunne teenkantingen gingen zelfs zoo verre, dat zeker Kardiaal daarby het leeven infchoot, waarop paus Adriaan 7, de opvolger van Anaftapus, voor een geruimen tyd Ie de Kerken der Stad deed fluiten. Het volk eindelyk iderwierp zich; het verbod werd opgeheven; doch de jlusten kort daarna weder zoo veel te heviger uitbarende, werd de paus genoodzaakt, naar Viterbo te vluchten, [d) Barre, Tom, V. [>. ij.  het DUITSCHE RYK. 191 ten» wachtende aldaar den Keizer, wiens byftand hy intusfehen verzoet had (e). FREDERIK, zich deeze omftandigheden ten nutte willende maaken, ftelde zich rasch aan het hoofd van een talryk leger, zynde vergezeld van Henrik van Oos* tenryk, zynen Oom Welfon en een groot getal EdfelJuïden, en trok naar Italien door Tirol. Na op de vlakte van Roncaglia, zoo met zyn eigen adel, als met de raadsheeren der meefte fteden van Italien, die hem al* daar zeer onderdaanig om herftel hunner bezwaaren fmeekten, te hebben geraadpleegd, bemagtigde hy verfcheide oproerige fteden van Lombardyen,' ftrafte verfcheide dwingelanden, en begaf zich naar Payla, daar hy tot Koning van Italien gekroond werd(/). Doch mid den in deeze veroveringen werd hy niet weinig ontrust door de tyding, dat ook in Duitschland zeer hooggaande onlusten waren gereezen door zeker gefchil tusfchen den aartsbisfchop van Mentz, en den hertog Lierman, paltsgraaf van den Rhyn, zoo zelfs, dat zy tegen elkan« der de waapenen hadden opgevat, en de zaken tot het uiterfte zouden doorzetten. (*) FREDERIK, over deeze onlusten geweldig aangedaan , haasfte zich, om zyne voornemens te volvoeren, en, terwyl zyne voornaame bedoeling was, den paus te Rtme te herftellen, drong hy denzelven tot eene onderhandeling te Sutri, alwaar de paus, te paard gezeten, hem (e) Barre, Tom. V. f. 15. (ƒ) Othon. Friftng, Lib. II. Cap. 21. (*) De paltsgraaf, geholpen door de graaven van Lemingen, Catzenellenbogen Sparnheim, Kirchberg, Didesheim, en andeien, pionderden en verbrandden de Stad Mentz, na vooraf het gantfche omliggend land te hebben verwoest (i). CO Heiss. Lib. IL Cap. 13. IL Boek. I!. Hoofdst. IV. Afd. Gevaarlyke twi t in Duitsch. land. Eene onderhandelingtusfchen den pausen den Keizer.  19» HISTORIE van It Boer. It Hoofdst. IV. Afd hem met veel achting ontving, verwachtende evenwel, dat de Keizer den ftygbeugel zoude vasthouden, en hem alzoo van het paard helpen ; doch deeze vernedering weigerde Frederik te ondergaan, tot dat hy overtuigd werd, dat zuiks niet meer dan eene pligtpleeging wis, welke zyne voorgangers aan den paus. als Stedehouder van Chrtstus, hadden bewezen (g) (*). De Keizer bragt den paus naar Rome te rug; hy ontving uit zyne handen de Keizerlyke kroon, zonder dat de Romeinen de plegtigheid eenigzints verhinderden: doch naauwlyks was Frederik in zyne legerplaats te rug gekeerd , of het oproer werd hervat en de paus gewaapenderhand in het paleis van 't Vatikaan belegerd; doch de Keizer ylde, by het eerfte berigt hiervan, met allen mogetyken fpoed tot byftand van den paus te rug, hakte al in den pan , wat hem tegenftond, verftrooide de menigte, en ftilde dus het oproer;£). FREDERIK', der Romeinen wederfpannigheid aldus hebbende beteugeld, ging den Tiber over, en legerde zich te Ponte Lucana, waarheen hy door den paus, zich te Rome geenzints veilig achtende , vergezeld werd. Aldaar werden hem door de Tiburtynen deileutels hunner Stad aangeboden ; hy nam dezelven aan, doch op voorgeven, dat deeze Stad aan de heilige ftoel be- (g) Krantz. Sax. Lib. VI. Cap. 16. Heisf. Lib. II. Cap.- 13. (b) Barse , Tem. V. p. 15. (*) De Keizer hield den ftygbeugel aan de linker zyde, waarop de paus zyne verwondering betuigende, antwoordde Frederik al lagchende, dat. hy zyn werk niet wel verftond . en dus zyne Heiligheid om verfchooning vroeg. De Paus echter, hierover zeer verfioord, weigerde hem de kus van vrede; doch den volgenden dag werd dit gefchil bygelegd (-.;. (2) Ksantz, Sax. Lib, IV, Cap, 16.  het DUITSCH E RYK. 193 behoorde, gaf hy die aan den paus zelf over. Van daar trok hy naar Spoleto, welk hy, na geplonderd en verbrand te zyn, veroverde, omdat de ingezetenen geweigerd hadden den graaf Guido los te laten, dien zy by zyne te rug reize van Apulïe , alwaar hy voor den Keizer eenige zaken verricht had, hadden gevangen genomen. Frederik hield zich vervolgens eenige dagen te Ancona op, om zyne troupen te ververfchen, en het was hier, dat zich by hem in het leger eenige afgevaardigden van den patriarch van Jeruzalem vervoegden, met klagten over de Ridders Hospitaliers; doch hy liet de geheele zaak aan den paus ter beflisfching. Ten zelfden tyde ontving hy gefchenken van den Griekfchen Keizer, die hem een ontwerp van alliantie voorfloeg, en Frederik zeer ernftig verzogt, dat hy met zyn leger in Apulie tegen Willem, Koning van Sicilien, den opvolger van Roger en hunnen gemeenen vyand, zoude trekken. Barbarosfa belegde onmiddelyk eene raadsvergadering, in welke men befloot, om Guibald, abt van Corbieals gevolmagtigden naar Confiantinopolen te zenden, terwyl de verbannen edelluiden intusfchen, onder befcherming van den Keizer, dien men geenzints durfde verbitteren, naar hun eigen land te rug keerden. De zaken in Italien op deeze wyze zynde bygelegd, trok de Keizer naar zyne Duitfche Staaten te rug, en beval de Vorften, die tegen elkander de waapenen hadden opgevat, zich op den Ryksdag te Worms te laten vinden; alwaar zy, nadat hunne zaak rypelyk was overwogen, tot dezelfde ftraffe werden verwezen, die op het fchenden der openbaare rust gefteld was(*). Kort ech- (*) Ieder Graaf werd veroordeeld, om van het eene Graaffchap naar het andere een hond op zyn rug, ieder edelman een zitbankje, en de gemeene man een wagenwiel op zyn fchouder te dragen. De EuRop. Hist. XI. D. I. St. Bb Aaits' II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. 1156. Keert naat Duitschland te rug.  194 HISTORIE V 4 N IL Boek, II. Hoofdst. IV. Afd Eene nv.uwe bieuk tufchen Frederik en den Paus, i l 1 I i ] 2 b ë echter na dit voorval werd de vriendfehap tusfchen paus Adriaan en den Keizer op nieuws gebroken. De bisfchop van Lunden, in zyne reize door Duitschland geplunderd en gevangen zynde genomen, had reeds over de gedaane beieediging geklaagd, zonder eenige vergoeding te ontvangen; waarop de paus, zyne zaak zich aantrekkende, twee gezanten zond. om van den Keizer regt te vorderen. Deezen te Befancon, alwaar hy eene vergadering belegd had, vindende,'namen zy de gelegenheid waar, om den brief van zyne heiligheid overluid te lezen , waarin , onder anderen, gefchreeven [fond, dat Frederik zoo wel het oppergezag van Rome, als het Koningryk van Italien, alleen aan de vrye ge. iade van den H, Stoel 'had te danken. Ieder woord *af dus te kennen, dat de paus het geheele ryk niet inders, dan als een leen van den Roomfchen Stoel beèhouwde, en zulks werd nog te meer bevestigd door iet gedrag van één der gezanten, die, hoorende, dat syne gezegden werden in twyffel getrokken , uitriep, , Indien hy het niet van den paus heeft , van wien „ heeft hy dan de kroon ? " Deeze ftoute vraag bleek wel Ira voor hem en zyn gezelfchap zeer ongelukkig te vezen, wordende (*) zy uit de vergadering gejaagd, en Larts-Bisfchop van Mentz werd uit hoofde zyner hooge jaaren dervan verfchoond(i). (*; Naaüwlyks had de gezant deeze woorden gefproken, of ~)tho, paltsgraaf van Beieren, trok zyn zwaard, welk hy als Rykslaarfchaik droeg, en zou hem waarfchynlyk, zoo hy niet door den keizer belet ware, hebben van kant gemaakt(2). Om den Lezer eenig denkbeeld van des Paufen grondregels te geven, uilen wy hier letterlyk zynen brief plaatfen, dien wy uit de Jaar. oeken van J, éventinus hebben overgenomen. „ Het Roomsch ebied was van de Grieken tot de Duitfchers overgebragt; doch hun- (?) Heiss. Lib. II. Cap. 13, (2) Ibid.  het DÜITSCHE RYK. 195 en gelast, langs den kortften weg naar Rome te vertrekken CO. De Keizer liet ter zyner verdeediging, by wyze van manifest, circulaire brieven aan zyne onderdaanen uitgaan, waarin hy alle die geenen logenftrafte, die durfden beweeren, dat hy zyne kroon van iemand ^rs, dan van God zelf had terwyl de paus de Duitjche bisfchoppen aanzettede , om den Keizer het ongelyk onder 't oog te brengen, welk hem in de mishandeling zyner gezanten was aangedaan. Deeze voorftellen werden door Frederik niet min hevig beantwoord, als beweerende, dat hy zyne kroon alleen van God CO Gob. Pers. Cesm. at. VI. Cap. 60. (k) AüS. Boitr. Joatt. Avent. Lib. VI. p. 507. J hunne Koning was nimmer tot Keizer uitgeroepen, dan na dat hv vooraf door den H Stoel was gekroond geworden. Vóór deeze wyding was hy Koning; eerst na dezelve werd hy Keizer Van wien heeft hy dus het ryk, dan van ons ? Door de verkiezing zyner eigen Pvyksftenden heet hy Koning, door onze wyding krygt hy den naam van Keizjr, Augustus en Ca/ar. Hy regeert daarom door ons. Herinner u eens, wat 'er van ouds gebeurd is. Zacharias bevorderde Aard tot de Keizerlyke waardigheid, gaf hem den bv. naam van den Grooten , en befloot, dat de Duitfche Koning voortaan altoos Ke.^er, en voorftander der H. Stoei zyn zoude; dat by Apuhe onder de heerfchappy zoude brengen van den Bisfchop van Rome, aan wien zulks f zoo wel ais de Stad zelve) weleer toebehoorde. Rome is de zetel van ons ryk, daar die van den Keizer te Ais in het Atdennerwoud is. Ai wat hy als Keizer bezit, heeft hy van ons; want, zoo wel als Zacharias het ryk van de Grielen tot de Getmaanen heeft overgebragt, zoo kunnen wy het ook aan de Grieken overleveren. Het ftaat aan ons zulks te geven aan wien het ons goeddunkt. Daarenboven, zyn wy door God gefield, om over Koningryken en volken te heerfchen, zoo dat wy mogen verwoesten, uitroeien, bouwen, planten enz." Daar. op hekelt hy de Duitfchers wegens hun gebrek aan moed , merkende daarom aan, dat zy noch Roger uit Italien hadden kunnen jaagen, noch de Ftiefen noch de Detnen te onderbrengen. O) CO Jchan. Avent. Ann, Boior. p. 505 Bb 2 II. Boek. II. Hoofdst. JV. Afd.  ip6 HISTORIE vak II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd, Welk wota bygelegd. De fcizer bedwingt Boleslaus Heitog va Polen. God en de Duitfche Ryks-Stenden had ontvangen, en dat hy liever de geheele kroon zou laten vaaren, dan eene vernedering in zyne bezitcing gedoogen. De bisfchoppen, ziende, dat de Keizer zyne waardigheid hardnekkig zoude handhaven, raadden zyne Heiligheid, om f' vreêzame maatregels te nemen, welke, deezen raad wy> zelyk volgende, op nieuws gemagtigden zond met een zeer onderdaanigen brief, waarin hy de meening van zyn vorig fchryven verklaarde. Frederik, een Vorst van groot doorzicht, begreep klaar, dat, ondanks dit beloop van zaken, het hof van Rome echter alleen naar eene gunftige gelegenheid wachtte, om zich op een anderen toon te verklaaren, en, om derhalven van zynen kant gereed te zyn, befloot hy, met allen mogelyken ipoed de zaken te vereffenen, die hem in zyne eigen ftaaten mogten belemmeren. Met dit oogmerk tastte hy Boleslaus, hertog van Polen, aan , bragt hem, die mede oproerig geweest was, tot gehoorzaamheid, en noodzaakte , hem, de fchattingen te betaaien., die hy fchuldig was. 'Vervolgens verbond hy den hertog van Bohemen, Uladislaus, nog fterker aan zich, door het hertogdom zelf tot een Koningryk te verklaaren (/), welk tot nog toe niet gefchied was, fchoon reeds een vorige hertog Ula* dislaus door Hendrik IV, den naam van Koning had verkreegen. Daarop trok hy door de Steden van den Neder-Rhyn, om behoorlyke reglementen te maaken ten aanzien der regtsoefening, en bouwde het Kasteel van Anweiler aan de rivier Queis, omtrend twee mylen van Landau. Hy deed insgelyks zyn best, om zich van de trouw van den Koning van Hongaryen te verzekeren , en, na aldus den vrede door geheel Duitschland en aangrenzende landen herfteld te hebben, be. floot hy, met een magtig leger de Alpen over te trekken, (i) B akee, Tom. V. p. (3i.  het DUITSCHE RYK. 197 ken, om eindelyk de oproerige fteden tot gehoorzaamheid te dwingen. Intusfchen zond hy Reinold, zynen Kanfèlier, en Otho, den Paltz Graaf van Beieren, als zyne gemagtigden, naar Ballen, met last, om de fteden van Lombardyen den eed van getrouwheid af te nemen, 't welk zy ook gelukkig volvoerden. Onder den afloop van deeze onderhandelingen in Balien , lag Frederik met zyn leger te Augsburg, waar hy verzeld was van de gezanten van Waldemar I, Koning van Denemarken, die gaarne in zyn Koningryk wilde gehuldigd worden, onder belofte, dat hetzelve een leen van het Keizerryk zyn zoude, aan welk verzoek de Keizer onmiddelyk voldeed, onder voorwaarde, dat hy op zekeren beftemden tyd in perfoon moest komen, en alzoo de hulde doen. I w deezen ftaat van zaken , overtrof Frederik alle zyne voorgangers, zedert de regeering van Otho de Groote, zoo in naam als in vermogen. Door geweld van waapenen had hy Boleslaus, hertog van Polen, genoodzaakt , hem, als Keizer, hulde te doen en fchatting te betaaien. Van Geifa, Koning van Hongaryen, had hy verzekering ontvangen van onderwerping en trouw, en Hendrik II., Koning van Engeland, had hem kostbare gelchenken toegezonden; Uladislaus van Bohème had hy den titel van Koning gefchonken. Waldemar in zyne opperheerfchappy bevestigd, en door alle de Duitfche Staaten de rust en den vrede herfteld. Zyn leger, uit dappere, welgewaapende cn geoefende manfchap beftaande, had hy, by deszelfs verzameling te Augsburg, in verfcheide linieën verdeeld, om langs verfchillende wegen zoo veel te gemaklyker te kunnen trekken , en de Alpen gelukkig zynde overgetrokken , overmeefterde hy de Stad Brescia, die de ftoutheid had, hem in zynen togt te belemmeren. Terwyl hy in den omtrek van deeze Stad zyn verblyf hield, vereenigde Bb 3 % II. Boe ic. II. hoofbst. IV. Afd. 1158. Zyn togt taar Halen.  ■ ir. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. I i 1 f t 1 i z Geeft ongenoegen aan d den Paus. p I n d C z; di 193 HISTORIE vam hy zich met de krygsmagt van de Ridders der verfcheide Heden en kasteden in Italien, en maakte menige gepaste fchikkingen tot bewaaring der goede orde en krygstugt. Deeze voorafgaande maatregels hebbende genomen ging hy over tot daadelykheden. Hy belegerde Milaan, en noodzaakte deeze Stad-, om zich ter befcheidenheid over te geven. Daarop werd hy te Monza als Koning van Lombardyen gekroond, en bouwde aan de rivier Adda de Stad Lodi. Na zich dus meefter te hebben ge. maakt van alle de oproerige fteden van Lombardyen, beval hy, in zekere vergadering, op de vlakte van Ron:agha gehouden, een naauwkeurig onderzoek omtrend le regten des ryks, welk in gefchrift zynde gefteld, ontzing hy van alle die geenen de hulde, die tot hetzelve jehoorden, zonder zelfs de bisfchoppen uit te zonderen. Verfcheide bezwaaren werden dus herfteld, verfcheide rederingen veranderd, des Keizers voorregten (regalia) mderzogt en bepaald, en nieuwe wetten gemaakt ter ïasdhaving der openbaare rust, en het bevorderen der ;eleerdheid, welke toen op de fchool te Boulogne begon e herleeven; bovenal werd den onder-vafallen volftrekt 'erboden, hunne landen te vervreemden, maar gelast, iunnen(eed aan hunne opperheeren, waarby zy zwooen, hen tegen alle vyanden en overlast te zullen helpen, etrouw te zyn, met uitzondering alleen van den Keier. De Paus, onvergenoegd zynde over het gedrag van en Keizer omtrend de geeftelyken, zond een aanzienlyk ezantfchap , om over deeze minachting te klaagen; doch rederik verdedigde zich met te zeggen, dat het niet teer dan billyk was, dat zy hem de hulde deeden voor 2 leenen, die zy bezaten, merkende tevens aan , dat hristüs zelf, fchoon de Heer van alle aardfche Magten, ch vernederd had, om voor zich zelf en voor Petrus ; Keizerlyke fchatting te betaaien. FRÈ'  het D U I T S C H E RYK. 199 FREDERIK, gemagtigden hebbende gezonden, om het opzigt te hebben ever de verkiezing van nieuwe Magiftraaten te Milaan, werden de ingezetenen dermate verftoord over deeze inbreuk op hunne oude privilegiën, dat zy de keizerlyken befchimpten, oproer ver wekten, en ronduit weigerden, voor 's Keizers regtbank te verfchynen, zoodat hy befloot, hen geftreng te ftraffen, en naar Duitfchland zond om eene verfterking van troopen, oie wel haast met allen mogelyken fpoed aankwamen. Intusfchen verwoestte hy Ligurien, verklaarde de Milaneefen voor oproerigen, belegerde Cr erna, dat zich aan Milaan verbonden had, en deeze ftad na een hardnekkig beleg hebbende overwonnen, beval hy ze te pionderen en te verbranden. In het midden deezer gebeurienisfen overleed Paus Adriaan, en de verkiezing van eenen opvolger basrdej vry wat onlusten. Het grootst gedeelte der vyf twintig kardinaalen, die by het overlyden van den» Paus tegenwoordig waren, verkozen den kardinaal en h kanfelier Roeland, die den naam van Alexander III« aannam, en de overigen zekeren kardinaal Octaviaan,1 die, zynen mededinger met den paufelyken rok gekleed ziende, op hem aanviel en denzelven met geweld van zyne fchouders rukte, latende zich daarop onder den naam van Victor IV tot Paus uitroepen, welk by het volk openlyk werd goedgekeurd. Alexander intusfchen, en de kardinaalen, die hem hadden verkozen, namen a bezit van het kasteel van St. Angelo, welks gouver w neur hun vriend was; zy werden belegerd, en geduu-k( rende negen dagen als gevangen gehouden, tot dat het volk eindelyk, zyne dwaalmg bemerkende, hen in vryheid ftelde, onder een luid geroep van „ Lang leeve Paus Alexander \ ", wordende hy vervolgens in een dorp digt by Rome in zyne waardigheid ingewyd. De Keizer echter, hoe zeer Alexander by eene groo^ II. Boek. II. Hoofdst IV. Afd "59- Je paus ■erft 'Er ntflaat erdeeldeidover de ieuwe veriezing. 'exander irdt verren.  ace HISTORIE van II. , Boek. ! II. , Hoofdst. IV. Afd. ( De Keizer belegt eene vergadering te Pavia. ri 60. Wordt door Alexander in den ban gedaan. 1 1 Vertrekt «aarFrank- ryk. ;roote meerderheid van ftemmen mogt verkozen zyn, verklaarde zich ten voordeele van Victor, die hem te voren eenige dienften had bewezen, terwyl de ander :en vriend was van s' keizers doodelyken vyand , den Koning van Sicilien; maar, om onpartydig te fchynen, seriep hy eene vergadering te Pavia, om deeze zaak Ce beflisfchen: beide de mededingers werden aldaar gedagvaard, doch de Keizer, de vergadering geopend hebbende, ging oogenbliklyk heen, om niet aoor zyne te. genwoordigheid de vryheid van overwegen te verhinderen, (tri) ALEXANDER, zich als den egten Paus aanmerkende, wilde geene vergadering erkennen, die buiten jyn weten en toeftemming belegd was, welk ten gevolde had , dat Victor tot Paus gekozen, door den Keizer n de kerk ontvangen, gekust, en met de gewoone plegigheden werd ingezegend Ondertusfchen deed Alex■znder, die zich te Anagni ophield, na te vergeeffch menige vermaaningen te hebben laten voorafgaan, den Keizer met alle zyne aanhangers in den kerkban, en 5ond gemagtigden naar de Koningen van Frankryk en Engeland, om zyn gedrag te regtvaardigen, en hen tot syne belangen te overreeden (n\ Deeze twee Ka» [ringen namen hem, na een ryp onderzoek zyner zaak, in hunne befcherming; de Milaneefen en de overige Lombardiers verklaarden zich ten zynen voordeele Hy echter, de geduchte magt des keizerlyken aanhangs kennende, achtte zich niet langer te Rome, noch in eenig ander deel van den kerkelyken ftaat veilig, en vertrok derhalven naar Frankryk f o), alwaar hy door Lodewyk de Jonge ftaatelyk werd ontvangen, en kort na zyne aankomst eene vergadering te Clermont in Au- ver. (m) Gob. Pers. eet. VI. Cap. 60. Mach. Hist, di Fir. (n) Krantz. Sax. lib. VI. Cap. 18. (o) Mezfr. Abreg. Chron , Tm. 1. p. 378.  het DUITSCHE RYK. 201 yergne belegde, by welke hy zyne bullen tegen Victor en rieszelfs befchermer uitbraakte. Iniu^cüen was de Keizer reeds tegen de Milaneefen en andere oproeiigcn te veld getrokken, en behaalde over hen ver'cheide voordeelige overwinningen; doch moest deeze eindelyk met een doodelvken flag bekoopen; want, daar hy hun alle gemeenfchap met de ftad had afgefneeden, en zy daardoor werden genoodzaakt, om of te vegten, of zich op genade over te geven, bragt hen deeze wanhoopige toeftand zoo verre, dat zy zyne troepen met een woed-nd geweld aan-' vielen, en hy eerlang met een groot verlies moest te' rug wyken. Door deeze wanfpoed vertoornd, verwoestte hy het land, en zich, het kostte wat het wilde, van de ftad meester willende maaken , liet hy dezelve dcor zyne generaals belegeren, terwyl hy zich naar el. ders begaf, daar zyne tegenwoordigheid meer vereifcht werd. Nadat hy eindelyk de lange hardnekkigheid van hunnen tegenftand moede wierd, keerde hy naar het beleg te rug, verdubbelde zyne poogingen, en bragt het zoo verre, dat de ftad, welker inwooners reeds voor het grootfte gedeelte van honger geflorven waren, zich op genade overgaf. Hy fchonk eenen ieder het leeven en de vrjmeid; maar gaf de ftad zelve ter plundering over, gelastende zelfs, dat alles, behalve alleen de kerken, tot den grond toe zoude verbrand worden, gelyk dezelve, ter gedagtenls harer oproerigheid, overal met zout bezaaid werd. Placentia werd ter deezer gelegenheid van hare vestingen ontzet, en de andere oproerige fteden genoodzaakt, den overwinnaar te gehoorzamen. Vervolgens bedreigde Barbarosfa ook de Genueefen, die zich onafhanglyk van het ryk oordeelden, met zyne waapenen hunne ftad te zullen bevegten; doch deezen vonden het raadzamer, zynen toorn door gepaste fmeek- Europ. Hist. XI D, J. St. Cc fchrif- II. Boek, II. Hoofdst. IV. Afd. iiöj. Milaan vordt geno. nen en gsloopt.  II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. i : « j i Moordt eene ver gader ing belegd te St. Jean de Laune. 1 J t 1 ( J ioi HISTORIE van rchriften te verbidden, waarom zy ook beloofden, den i-oorflag, door hem gedaan, om namelyk eene vloot ter verovering van Sicilien, Apuüen en Capua uit te rusten, gaarne te zuilen volgen. In vergelding van deejen dienst gaf hy hun de Landftreek van Monaco tot Porto di Venere als een leen, met de magt van bewindsuiden aan te ftellen, en menigè andere voorregten, lie zy te voren nog niet hadden bezeten. Daarop ftelde hy over meest alle de fteden van Lombardyen wel gezinde beftuurders aan, ontblootte de ilad Boulogne, welk hy in andere opzigten als een cweekfchool van konften en wetenfchappen had begunbgd, van hare vesting, en ontving de onderwerping /an Imola, Faenza, en alle de plaatfen in Ancona, Voscanen en Romanie. Terwyl Frederik op deeze wyze allen- opftand in Ttalien dempte, verklaarden Waldemar, Koning van Denemarken, en Henrik de Leeuw, Hertog van Saxen, len oorlog tegen de Wandaalen, de, na tot t veemaal oe de nederlaag gehad te hebben, om vrede fmeekten, :n Mecklenburg aan Henrik afftonden, welk hy met inwooners van Duitfchland, Vlaanderen en Rraband bevolkte De Keizer, hoorende, dat Paus Alexander de vlucht in Frankryk genomen had, gaf aan Lodewyk zyn verlan. ^en te kennen, om de twist door middel eener kerkvergadering by te leggen, welke dan ook daadelyk te St. Jean de Laune befchreven werd, Intusfchen fchreef ïy te gelyk aan de Koningen van Bohemen en Honga•yen, als mede aan de Aarts-Bisfchoppen en Ryksvorsen, met verzoek, om op deze vergadering in perfoon e verfchynen, terwyl hy en de Koning van Frankryk leze've met hunne tegenwoordigheid zouden vereeren. det dit oogmerk keerde hy, na eenen roemruchtigen 'eldtogt in Ballen, naar Duitfchland te rug, verheugd, dat  het D U I T S C H E RYK. 203 dat hy met zyne gewoone minzaamheid zoo veel byzondere gefchülen had bevredigd. Daarop reisde hy over Befangon naar de vergadering, tot welke zich ook de Franfche Koning begaf; doch Alexander weigerde aldaar te verfchynen, en nam zyn toevlucht tot de1 abtdy van Bourgdren in Berry, vergenoegende zich daarmede, dat hy alleen gemagtigden ter vergadering zond, om zyne zaak te verdedigen. Wat de twee mogendheden betrof, deezen fcheenen beiden eene mon» delinee onderhandeling te vermyden; want de Koning van Frankryk in de vergadering komende, toen de Keizer nog niet tegenwoordig was, hoorde naauwlyks van de Duitfche Bisfchoppen, dat Frederik wel dra zoude verfchynen, of hy fteeg te paard, en nam, uit vrees, dat de Keizer, die een' aanzienlyk leger by zich had, hem onverhoeds op het Jyf mogt vallen, met groote overhaafting de vlucht. Deeze vergadering even vruchteloos zynde afgelopen, trok Frederik naar Mentz, alwaar hy een bezoek' kreeg van den Deenfchen Koning Waldemar, van wien hy wel geen eed van getrouwheid, doch niet te min zulke fterke verzekeringen wegens de onafhanglykheid zyner kroon ontving, dat de Keizer zich te vrede hield alleen met het doen van hulde voer de Wandaalen, onder deze voorwaarde echter, dat hy noch zyne opvolgers zouden verpligt zyn, de ryks dagen by te woonen, eenige fchatting in tyd van oorlog te betaaien, of het leen dier provincie van den Keizer te ontvangen. Na den afloop van deeze zaak beftrafte Barbarosfa de burgers van Mentz, die hunnen Aarts - Bisfchop hadden vermoord, joeg den abt van St. James en zyne monnikken, die medepligtigen waren in het verraad, de ftad uit, flegtte de wallen, en benoemde eenen op. volger in plaats van den overledenen: daarop vergroot, te en vei beterde hy de ftad Hagenau, in welke hy me_ Cc 2 ni." II. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. De Koning mn Denenarken;omt te Mentz.  204 HISTORIE van II, Boeic. . I I. Hoofdst. IV. Afd. 1164. De fteden van Italien worden op nieuws oproerig; de tegenPaus Victor fterft te Lucca, en wordt op gevolgd door Pa" fchal de derde. nige verfchamingen oprichtte, de ryks fcbatkamer en te gelyk een regterlyk collegie (lichtte, welk deszelfs bloei zeer merkelyk vermeerderde. Het beztf van de geftrengheid, waarmede Frederik de ftad Milaan geftraft had, gaf aar leiding tot eene famenzweering der overige fteden van Italien tegen hem, en hierin onder de hand door Paus Alexander aangehitst, wierpen zy het keizerlyk juk af, en nood. zaakten Victor met Frederik de vlucht te nemen> die, op de tyding van deezen algemeenen opftand, eenen nieuwen aanflag tegen Italien fmeedde. Doch, oordeelende, dat Victor voor hem derwaarts moest heentrek, ken, onderwierp de tegenpaus zich aan zyne gemaakte fchikking, en overleed in het zelfde jaar te Lucca (jf) , alwaar de kardinaals van zynen aanhang onmiddelyk Pafchal III tot zynen opvolger benoemden, die ook "in een.j vergadering, ten dien einde door den Keizer te Wurtzburg kort daarna befchreeven, als Paus erkend werd q) De Keizer, met zyne gemalin Beatrix de Alpen zynde overgetrokken, voegde zich aan het oude Lodi by de Italiaanjche edelluiden en hunne troupen,en ging voorts naar Pavia alwaar hy bevel gaf tot het vernielen der ftad Tortona, omdat de wallen, die hy te voren tot den grond had jaten flegten, door de Ingesetenen waren herbou'vd geworden: hier vernam hy, jat de Venetiaanen en Romeinen, vereenigd met de inwooners van Vicenza, Verona. Padua en andere fteden, die zich bedaagden, door de keizerlyk0 arnbtena* *en geweldig onderdrukt te zyn, eene famenzweering :egen hem gemaakt hadden. FREDERIK, zich in Italien te zwak bevindende, om (f) Gob. Psi-s. Cosm als boven. Mach, Hist. di Fir. (j) Hisr. Lud. Vil. du Chesne, torn, IV. p. 417.  het DUITSCHE RYK.' zo5 om tegen zulk een magtig bondgenocTchap te fbyden, trachtte hetzelve door ftaarkundige fchranderheid te verzwakken , hield ten dien einde met byzondere Staaten door middel van afgezanten geheime onderhandelingen, doch alle zyne poogingen, om dezelven van het gemeene bondgenootfchap te verwyderen, waren vruchteloos. Jn deezen toeftand van zaken befloot hy, de verbindte. nisfen met zyne eigen aanhangers meer cn maer te ftaaven , vergunnende ten dien einde aan de edelluiden en fteden, die zyne belangen fteeds bleeven behartigen, verfcheide voordeden privi'egien en vrydommen. In 't bvzonder maakte hy Barafon tot Koning van Qristagni, één der vier bailluwfchappen van Sardinien, waarvoor deeze hem hulde deed , onthief Mantua van. eenige beladingen en krygsdienften, en fchonk Pavia het regt, van haren eigen magüiraat te verkiezen. Ten zelfden tyde zond hy ontvangers naar alle de fteden van Lom. bardyen, die de verfchuldigde laden invorderden, en ook nieuwe knevelaryen pleegden, met zulk eene wreede onderdrukkingï dat het volk zyne reeeering vervloekte, en dus een algemeene opftand in Balten werd veroorzaakt. By zyne te rug komst in Duitfchland belegde hy eenen Ryksdag te Wurtzburg, ten einde maatregelen te beraamen, om de oneenigheden, die de kerk verdeelden, te dempen, wordende in dezelve zoo door hem en alle de vorsten en bisfchoppen, als mede door de afgezanten van Henrik, Koning van Engeland, plegtig gezworen, dat zy Alexander nimmer als den wetigen opvolger van St. Pieter zouden erkennen. Ook befbot men, dcnzelfden eed van alle monnikken, geestelyken en keken, die onderdaanen van het ryk waren, af te vorderen, op verbeurte, van hunne waardigheden en beneficiën in geval van weigering te verliezen, en als vy anden van hun vaderland te zuilen worden aangemerkt. Cc 3 Om- II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd.  2oö HISTORIE van II. Boek. 11 Hoofdst IV. Afd. Omtrend deezen fyd ging Paus Alexander, op den ernftigften aandrang zyner vrienden, ter zee naar Italien, en werd by zyne aankomst te Mesfina mer vyf galyen van Willem, Koning van Sicilien, naar Ostia gebragt, van waar hy naar Rome reisde, en een geheel jaar ter dier plaatfe in rust en vrede leefde. Frederik, nadat hy gelast had, dat Karei de Groote onder de Heiligen zoude gefield worden, en de privilegiën van Aken had bevestigd, trok met een aanzienlyk leger naar Italien, na de aartsbisfchoppen van Keulen en Mentz met eene talryke manfchap te hebben vooraf gezonden , om de misnoegde fteden van Lombarbyen tot ftilftand te brengen. By zyne komst te Lodi hield hy eene groote vergadering, om over den aanftaanden veldtogt te handelen, terwyl hy tevens een gefchil tusfchen de Republieken Genua en Pifa, wc!k reeds lang geduurd had, vereffende. De vergadering afgelopen zynde, ging hy naar Boulogne, welk'hy op fchatting ftelde, gelyk ook Imo. la, Faënza en Forli; Ancona alleen wilde zich daaraan niet onderwerpen, dan nadat het belegerd en genoodzaakt was, zich over te geven. Terwyl hy met het beleg van deeze plaats bezig was, gingen de fteden van Lombardyen, tot wanhoop vervoerd over de geweldige knevelarycn van hem en zyne gemagtigden, eene verbindtenis aan ter harer onderlinge verdediging, en dwongen Lodi zelfs met geweld, in dezelve deel te nemen. De ingezetenen van Milaan harbouwden hunne wallen, en te veld trekkende belegerden het kafteel Frea, waarin de Keizer zyne opgegaarde fchatten had bewaard. De plaats, hoe fterk en wel aangelegd, viei in handen der belegeraars, die het geld in bezit en het guarnizoen gevangen namen, naar Milaan vervoerden , en de verfchanfingen tot den grond toe deeden fleg. ten. De:: s  het DUITSCHE RYK. «207 Dees gelukkige uitflag overreedde de Romeinen , om de waapenen op te vatten tegen de twee Aartsbisfchoppen, die digt by Tusculum gelegerd waren; doch de uitkomst beantwoordde geenzints aan hunne verwach tinei want, fchoon met een grooter aantal van manfchap in goede orde op de Keizerlyken aanrukkende, werden zy echter in eenen veldflag door Rainald, den aartsbisfchop van Keulen, die zelf den ftandaard voerde, en te gelyk met het geheele leger eén Duitsch krygslied zong, ten eenenmaal geflagen. Deeze overwinning deed Frederik daarenboven nog een aanmerklyk voordeel op JVilliam II , Koning van Sicilien, behaalen, die een kasteel, aan den Keizer toebehoorende, had belegerd. Barbarosfa namtlyk, zich om ftreeks van Ancona ophoudende, ftelde zich aan het hoofd zyner ruitery, en rukte daar mede William's legerplaats in; zoo dat hy genoodzaakt werd, het beleg op te breken, en hals over kop naar Sicilien te vluchten. Naauwlyks was Ancona ondergebragt , of de Keizer toog naar Rome, in welke Stad hy niet dan met geweld konde komen. Alexander, na verfcheide vruchteloze poogingen tot wederftand te hebben aangewend, week heimelyk, in het gewaad van een pelgrim, naar Benevento , en Frederik met zyno. Gemalin werd alzoo door Pascal den tegenpaus gekroond, die s'Keizers aankomst te Viterbo had afgewacht 'rj. Tot dus verre gelukte alles, wat Frederik ondernam, zeer gunftig; doch de pest, onder zyne troepen beginnende te heerfchen, richtte eerlang zulk eene verwoesting aan , dat hy ten fpoedigften naar Toskanen wyken , en zich van daar in zyne Duitfche Staaten moest begeven (s), terwyl ook zyne tegenwoordigheid al- CO Ann. Bohr. J.b. 'Jveiit. Lil. VI. p 573. CO Hist. Lui, VIL als boven. II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd.  2o8 HISTORIE tas IT. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. aldaar uit hoofde eener beweging in Saxen ontflaan, ten hoogften noodzaaklyk was. Deeze aftogt echter gefchiedde niet zonder de grootfte moute en een wezenlyk gevaar. Te Pavia deed hy alle de oproerige fteden van Lombardyen in den ryksban, en, fchoon zyn leger door de pest zeer merkelvk was verminderd, deed hy echter, met behulp zyner Italiaanfche bondgenoten, eenen inval in het land zyner vyanden, en verwoestte den Gmtiek van Milaan. Deeze kleene aanvallen, die het overig gedeelte z'-ner troepen verflonden, hadden nacuurlyk ten gevolge dat de faamgezworenen, en bovenal hun opperhoofd, paus Alexander, die thans , door den bekomen byftand van den Griekfchen Keizer Manuel, vry ontzagchelyk was geworden , ten uiterften werden verbitterd. Kortom , de fteden van Lombardyen, aldus onderfteund, ligtten'hct masker af, en werden niet alleen openlyke rebellen , maar zogten zelfs Barbarosfa, wiens leger door ziekten en vermoeidheid geheel was afgemat, van kantte maaken. Jn deezen uiterften nood ving hy eene onderhandeling aan met de vrienden van Paus Alexander, en zou zich, terwyl zyne vyanden allen aftogt hadden verhinderd , aan denzelven gereedelyk hebben moeten overgeven, zoo niet de Graaf van Morienne, op het ernfligfte verzoek van zynen broeder ÏViUiam, Marquis van Montferrat, hem. eenen vryen doortogt vergund had. De AJlaneezen intusfchen vervolgden hem tot in het gebergte, en waren hem zoo digt op het lyf, dat hy, om hen het naderen te beletten, eenigen hunner fpions, die hy magtig konde worden, in hun gezicht liet ophan. gen, *t geen ook van een gewenscht gevolg was. Vervolgens werd te Suza een aanflag op zyn leeven gemaakt, welken hy ter naauwer nood ontweek, zoo dat hy ïindelyk met het geringe overfchot van zyn leger in den blzas aanlandde. 'Kaauw- ■  het DC1TSCHE RYK. 200 Naauwlyks was hy te rug geweeken, of de Italiaanfcher fteden verbraken haren weieer gedaanen eed van getrouwheid, en maakten eene onderlinge verbind- , tenis ter verdediging harer vryheid;. terwyl de inge 1 zetenen van Milaan, deeze kans van des Keizers afwezigheid waarnemende, hunne Stad herbouwden, en binnen weinig tyd- in eene volkomene orde herftelden. , .0 p gelyke wyze bouwden de faamgezworenen eene' nieuwe Stad tusfchen Asti en Tortona. om daardoor den Keizer, wanneer hy wederom over de Alpen mogt trekken , in zynen reistogt te belemmeren , en een waakend oog te houden op d:n Marquis van Montferrat, en de ingezetenen van Pavia, die nog by aanhoudendheid zyne zyde kozen, Deezs Stad noemden zy ter eere van den paus Alexandrien, en droegen dezelve te Benevente aan hem in eigendom op, na welken tyd zy een erfgoed der heilige ftoel is gebleeven. FREDERIK, de onlusten in Saxen, alwaar de ede. len de waapenen tegen hunnen hertog hadden opgevat, hebbende 03gelegd, befchreef eenen Ryksdag te Wurtzburg met oogmerk, om eenige misbruiken, in de Kerk ingefloopen, te herftellen, en de Vorften en edelen voor in te nemen ten voordeele van zynen oudften zoon Hen* f^jdie tot Roomsch Koning verkozen was, en naderhand door zyn huwelyk met Conftamia, dochter van Ro. ger en Beatrix de Rethel, die een bloedverwant was van Phtltp Augustus Koning van Frankryk, de Kroon van ISapels cn Sicilien ontving, Midden in deeze voorvallen overleed Pascal, tot rle/nw0P^1pr do?r dekardi"^len van deezen aanhang ( Lalixtus 111 werd verkozen; terwyl de Keizer, verne i menue, dat gantsch Italien over de' langduurigheid van" het bewuste verfchil zeer te onvrede was, en zfne vrien- P Oen en vyanden een fpoedig einde wenschten , voor een algemeenen opüand begon te vreezen, en zich derhaïven Lürop. Hist. XL O. 1. St. Dd ring IL Boek. II. loOFDST. IV. Afd. 11 óp. fclixcus. I. de op ■ 'Iger van  TI. Boek II Hoofdst. IV. Afd. i i 1 l f t e C c P g d k P v Vi di dc all H HISTORIE van ring; der fteden vati Lombardyen werd van dag tot dagwerker; de Gnekiche Keizer had een tweede glznn fchS met aanz.erilyke gefchenken aan den Paus gezonden mer belofte, om de Griekfche en Roomiche ïerken onder zyn opzigt te vereenigen, wanneer hy Manuel de keizerlyke kroon wilde fchenken, en Frederik Z dugt voor zyne toegevendheid in dit opzigt, befloot derbal ven aan zyne heiligheid afgevaardigden tè zelSen met: voorftellen van wede. Ten* deezeng einde vér S ie bisfchop var\ Bamberg, hiertoe gematigd, naar Ba ten, en werd by Alexander in een voLconfiston? ont zangen; dan, daar de Keizer weigerde, den D „ t ïrkennen of zich aan de heilige ftoel te onderwerpen verden de voorfteilen verworpen. "^iwupen, Intusschen werd s' Keizers jongfte zoon Frederik net eenpaange toeftemming van den Ryksdag te Bam. erg, tot Koning van Duitfchland verkozen0, en mar 1ken gebragt, alwaar hy door den Keulfchen Aartsbil-hop Philip gekroond werd. Omtrend deezen zalfden yd vertrok Henrik, Hertog van Saxen, aan he' hoofd ener kruisvaart, naar PaUstina, om de Oosterfchfristenen by te fpringen, die door twee zeer ontzas'belyke vyanden, namelyk de fultans Noradin van Ak% i en Saladm van Egypte werden ingeflooten. Hy ng aan den Donau te Weenen fcheep, trok vervolgens 3or de provincie van Seryia, werd te Conflantinopo. n zeerminzaam ontvangen, en zeilde van daar naar tolemais, alwaar hy vernam, dat door het overlyden in Noradin de vrede onder de Oosterfche Christenen )lkomen herfteld was. Het oogmerk zyner kruisvaart is bereikt hebbende, trok hy naar Jeruzalem, werd >or den fultan van Egypte zeer deftig onthaald, en met erle;e gefchenken begiftigd, keerde door Conflantino■en, alwaar hy verfcheide blyken van Manuel 's vriend-  het DUITSCHE RYK. 211 vriendfehap en edelmoedigheid ontving, te rug, en tt kwam eindelyk aizoo veilig wederom in zyne Staaten. r> De Keizer daartegen belegde een ryksdag te Worms, op weiken hy zich over s' paufen gedrag en de oproe a rige fteden van Lombardyen geweldig beklaagde, 't welk ivTa^d' ook van dat gevolg was, dat men befloot, hem den nodigen onderftand tot eenen nieuwen togt in Italien te verfchaffen; terwyl de aartsbisfchop van Mentz, Christiaan, ais ryks-kanfelier, met eene aanzienlyke legermagt vooraf gezonden werd, zoo om de fteden 'Como, Pavia, Crema en andere plaatsen, die by aanhoudendheid dtn Keizer bleeven toegedaan, te befchermen, ais om een waakend oog te houden op alle de zooda nigen, die in hunne getrouwheid wankelden. Dees prelaat hield eene vergadering te Weenen, om de verfchiilen tusfchen de Republieken van Genua en Pi/a over het regt van eigendom op het eiland SarJdv riten te vereffenen. Die van Pifa, zich aan zyne uitfpraak niet willende onderwerpen, werden in den ryksban gedaan. De Florentynen, hunne bondgenooten, ondergingen het zelfde lot, en zoo doende werd van den eenen kant tusfchen Pifa en Florence, en van de andere zyde tusfchen Genua en Lucca, een hevig oorlogsvuur omftoken. CHRISTIAAN, hooiende, dat Manuel, Keizer van Confiantinopolen, heimelyk verftand hield met de ingezetenen van Ancona, trok daarheen, en hield de plaats in bezetting, terwyl de Venetiaanen , hunne vriendfehap met den Griekfchen Keizer brekende, de ftad aan den zeekant met eene magtige vloot blokkeerden; dan, ondanks alle hunne waakzaamheid, vonden de Griekfche afgevaardigden middel, om eene verfterking van troepen in de ftad te brengen, zoodat de belegeraars eerlang genoodzaakt wierden, van hunne onderneming af te zen. Dd 2 In  212 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. JV, Afd. i i 1 r i ï. li F e o a In deezen aanflag te leur gefteld, trok naar het hertogdom Spoleto , en nam le ftad FOFDsT. iv. Afd.  2i4 HISTORIE van II. Boek. II. HlOl dst. IV. Afo. 1 < t i l "75Nieuwe op- % fiand in e Italien. v fj z v vo ov tyd tot tyd ligte troepen uit, om de landftreek van Alexandnen te verwoesten, terwyl de i^townhe zelve te hulp fchooten. Intusschen Haagde Christiaan, aartsbisfchop van Mentz, ongemeen voorfpoedig in zyne ondernemingen n oen omtrek van Ancona vernielde hy eene menigte' van kasteden, hernam de Stad en het gantfche hertogdom Spoleto vervoegde zich, op 'sKeizers order, aan het hof van Wtlham, Koning van Steilten, tot heifte van den vrede, en bood dien Vorst Frederik's dochter ten huwelyk, t geen echter, om aan zyne heiligheid geenen aanftoot te geven, door denzdven werd afgeflagen. In deezen tocdragt van zaken,ontving de Keizer eenverJterkmg van troepen uit Duitschland, onder bevel kIi JU V G r'V/an Heim^^ aartsbisfchop van Keulen, Hiermede de laamgezwoorenen, die zich te tano gelegerd hadden, hebbende aangetast, volgde 'ér ;en hardnekkig gevegt, waarin Frederik geheel verfla;en werd, en naauwlyks het leeven behield. Zyne tenen en bagagie werden genomen, eene groote menigte oldaaten in den pan gehakt, en de gevangenen in de Po 'erdronken, terwyl het overige gedeelte van zyn leger mnen de muuren van Pavia vluchtte. Dees nederlaag, zoo grievend voor hem, die fteeds ewoon was te overwinnen, werd nog verzwaard door ene vervreemding zyner eigen onderdaanen, waaronder eelen van hem afvallig werden, terwyl hy op nieuws een ag veiloor tegen de Venetiaanen, waarin zyn oudfte Doni, Prins Hendrik, die het bevel over de vloot ge! 3erd had, was gevangen genomen(*); en fchoon deeze reeks fö?51SSrt nwMnfa8 zeiide de paus>door dc» r Hit ltm, ^~a ' de yolle zee> en na herhaalde-reizen Sr dit element den zegen te .hebben uitgebroken, bood by den Do-  het DUITSCHE RYK. 21c reeks van ongevallen hem tot eene verzoening met den II. paus moest overreeden, was hy echter te hoogmoedig, Boek. ' om daartoe het eerfte vocrftel te doen. Hy verzamelde II. * derhalven op nieuws zyne troepen, en herftelde zyn H cofdst. verlies met zoo veel wakkerheid, dat hy in het volgend 1V- Afd< Jaar zich in ftaat bevond, een nieuwen flag tewaagen, waarin zyne vyanden werden verflagen. Zoo wel een 1176 groot ftaarkundige als generaal zynde, nam hy deeze fs.KfZ!r gelegenheid te baat, ora aan paus Alexander zynezuchtig",, met tot den vrede te kennen te geven, die zyne afgezanten Paus Alexmet veel blydfchap ontving: 'er werd eene bevredigingantle:* getroffen, die eene onderhandeling der partyen te Vene. tien ten gevolge had t). Zoodra s'Keizers aankomst in deeze Stad was bekend gemaakt, werd hy by den Doge, den patriarch, den bisfchop, de geestlykheid en den raad opgewacht, die hem in hunne bersjes naar St MarFs bragten, alwaar de paus en kardinaals zyne komst verbeidden. By het naderen tot zyne heiligheid, die bleef zitten, boog Frederik zich met diepen eerbied en kuste zyn voet; , een eerbewys, welk den paus de traanen uit de oogen perste, zoo dat hy den Keizer in zyne armen drukte, 1 en hem de kus des vredes gaf Daarop nam hem de '. Keizer by de hand, en geleidde hem in de Kerk, waar1 na hy wederom den' paus, die zelf de mis gevierd had, t tot aan de deur geleidde, gaande aan deszelfs linkerhand, en hield den ftygbeugel vas?-, toen hy op zyn : muilezel fteeg (u). Eenigentyd na deeze pligtpleegingen 1177. ver- 0) Gob. Pers. Ibid. Muh. Hifi. di Fir. (u) Chron. Gauf. Vtfiens. Tom. II. Biblioth. Labb, Doge eenen ring, die denzclven als een bewys van dankbaarheid in zee wierp. Dees is de ohfprong dier plegtigheid, welke nog jaarlyks by de Vtnétiaanen, onder den naam van de Adrialifche Zet te trouw n, wordt in acht genomen.  2iö HISTORIE van- BoL. ,ve/gadfrden de Paus> de keizer en alle de vorften in P3le,s van den P^riarch, alwaar Alexander in he" HooEDsT.i^ ^«/edevoering hield over den geflootenen vreIV. Afd, de' 7elkefoor Predertk in de Duitlche taal beantwoo-d en door den aartsbisfchop van Mentz werd vertolkt * gefchiedende zulks, daar brederik de Latynfche taal zeer wel verftond, alleen om dat hy de waard)gheid vïn het Duitfche ryk uitdruklyk wilde handhaven De af gevaardigden van beide partyen bezwooren de opvolein? van het gemaakte verbond waarin ook de Konine van Steilten«was betrokken, terwyl de bekrachtiging daar va! geich.edde onder het bedryven van allerleie vYpugdeltee kenen, die zoo lang duurden, als zy te Penetien bl-e" ven, namelyk van het begin van Augustus tot den ,n}en van September, wanneer de Keizer naar Ravenna B-vredi- Deeze bevrediging ging verzeid van de onderwer ging met de werping van alle de oproerige, fteden in Italien die met oproenge elkander in verbond waren getreden. , y een' verdn" ft'aen- te Conftantz verleende de Keizer een algemeen pardon en het haar de vryheid, om hare eigen wetten en re geenngs-form te behouden, terwyl zy voor het overige' aan hem, als haren heer en opperhoofd, den eed van getrouwheid aflegden. Ca'ix-us De tegenpaus, Calixtus, zich door dit vredes-ver J:g^draS tUsfchen den Paus en d™ tazer verlaten ziende, A.xander. ^ g ^ ^ ^ & ^ ^ vceg. (*) Sommige gefchiedfehryvers vernaaien, dat de paus bv d™. ze ontmoeting, zyn voet op s'keizers nek zettedeP e 1 'hem mrr rotsheid en verachting behandelde r, - doch het is n géeren dee le waarfchynlyk, dar een-vorst , als Frederik, zulk eene bekediX^ ongeifcaft zoude hebben laten doorgaan /daarhfL?ch S w de noodzaaklykheid bevond, om zulk 'eene v£n&£™£ CO Mczer. ^i;-^. aro;!oi. io/. r. p. 379.  het DUIÏSCHE RYK. 217 voegde zich alleronderdanigst tot Alexander, die hem zeer beleefd ontving; doch deeze, om in het vervolg die verdeeldheden te weeren, welke de verkiezing der paufen zoo dikwyls verzelden , belegde eene algemeene Kerkvergadering, waarin beflooten werd, dat niemand als wettig verkoren paus zoude aangemerkt worden, dan met ten minften twee derden der ftemmen ten zynen voordeele. Terwyl men over deeze dingen in Italien handelde, veroorzaakte Hendrik, hertog van Saxen, nieuwe onlusten in het ryk. Hy was een trotsch, opgeblazen en onrustig Vorst, die niet Hechts zyne eigen onderdaanen mishandelde, maar ook allen zynen nabuuren telkens lastig viel. Hy was in openbaaren oorlog metUlric, bisfchop van Ealberfladt, dien hy van zynen zetel verjaagd had, en met Philip, aartsbisfchop van Keulen, die, nadat zyne Staaten door den hertog by zyne wederkomst uit Italien hier en daar aangevallen en verwoest waren, eenen aanhang tegen hem in Westphalen onderfteunde. Frederik, in Duitschland te rug keerende, hoorde geenzints nieuw op van deeze byzonderhed.n, om dat hy, den gemelden Hendrik by gelegenheid van den krygstogt in Italien verlaten hebbende , reeds lang eenige vergelding van hem gewacht had. Hy beriep daarop onmiddelyk een ryksdag te Worms,op welken de hertog, die niet goedvond in perfoon te verfchynen, befchuldigd werd, de regten van bisfchoppen en edelen gelchonden, zyne vafallen onderdrukt en ontroofd, wettig verkoren bisfchoppen verjaagd, en anderen van zynen aanhang in de plaats gefteld, den Graaf van Winceburg en deszelfs bloedverwant Otho d'Asloï hunne erfelyke leenen ontvreemd , cn den Graaf van Lipftadt troepen te hebben afgeftaan , om Westphalen te verwoesten. Schoon de hertog niet tegenwoordig was , om op deeze bezwaaren te antwoorden, en met Europ- Hist XI. D, 1. St. E e zeer II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. Hendrik de Leeuw veroorzaakt nieuwe onlusten in 'Kt lyk.  II. Boek, II. Hoofdst. IV. Afd. Woidt in dm ban gedaan. I t 218 HISTORIE van zeer veel regt had kunnen veroordeeld worden, Helde de Keizer echter zulks uit tot de.i volgenden ryksdag, die te Maagdenburg zoude gehouden worden, op welken hv door Thierri markgraaf van den Elzas, befchuldigd werd, de Sclaven tot verwoesting van zyne bezittingen afgezonden, en hem tot een tweegevegt te hebben uitgetart; fchoon deeze zich niet verwaardigd had, om in perfoon te verfchynen, en dus de uitdaaging, als van eenen, die minder was dan hy, had van de hand gewezen. Met dit alles gaf de hertog en zyne verfchooning en zyn verlangen, om met den Keizer in onderhandeling te treden, zoo nadruklyk te kennen, dat Frederik beloofde, de zaak te zullen byleggen, onder voorwaarde, dat hy vyf duizend mark zilver aan de Keizerlyke fchatkist zoude betaaien. Dit voorflel weigerende, werd hy na ten derden manie op den ryksdag te Goslar v, uchte' loos te zyn gedagvaard, in den ryks-ban gedaan, welks uitvoering aan Philip, aartsbisfchop van Keulen, werd aanbevolen. Dees prelaat, verfterkt door de krygsmagt /an Govert, hertog van Eraband, Van Philip, graaf /an Vlaanderen, van Otho, graaf van Gelderland, en /an eemge andere edelen , trok in Westphalen, en verhoestte het land te vuur en te zwaard, terwyl de bisfehoa /an Halberpladt de kerken deed fluiten, en den hertog in len kerkban deed. HENDRIK intusfchen zat geenzints ftilj hy verzandde alle zyne magt, cn deed een aanval op Thurineen, vaarvan hy zich meefter maakte, na den landgraaf van ies/en, hertog Bemard, den paltsgraaf Herman, en Vildekmde , graaf van Waldek, te hebben verflagenladerhand behaalden zyne troepen de overwinning over !ie van den aartsbisfchop te Flaresfeld, door toedoen ^an zynen generaal Bernard, graaf van Lipftadt, die alle te lieden van Westphalen hernam, weleer door den her3g en zyne aanhangers verloren, en maakten zelfs den bis«  het DUITSCHE RYK. 219 biifchop van Halberftadt krygsgevangen, na dat zy de II. Stad hadden in brand geftoken. j3OEK. De Keizer, over des hertogs voorfpoed ontrust, be- II. ' legde eenen ryksdag te Wurtzburg, op welken hem door Hoofdstde afgezanten van den paus en van den Koning van En- IV- Arflgeland, die behuuwd Vader was van Hendrik de Leeuw verzogt werd , den hertog van Saxen zyne gunst te bewyzen. Op dit dringend verzoek ftelde hy zyne eifchen eenigen tyd uit, en riep eene algemeene vergadering van het ryk van Gellenhaufen, in Wetterau, bveen, op welke Hendrik wederom weigerde te verfchynen , en ingevolge daarvan ten eenenmaale werd veroordeeld , en van alle zyne bezittingen, die op verfcheiden Van zyne edelen beleend waren, ontzet. Frederik, zich met «fieiSf*" geenen vereenigende, onder welken de leenen van Hen. ank verdeeld waren, verzamelde een leger, om het vonnis van den ryksdag uit te voeren, en, zich naar Saxen begevende, bragt dit geheele gewest onder zyne magr, terwyl de hertog, door zyne vrienden verlaten verphgt werd, naar Holftein de vlucht te nemen Dewyf nu Bernard van Anhalt in het bezit van dit ^ertegdom gefield was, begaf zich de Keizer naar Beieren, alwaar hy geenen tegenftand vond , en bevestigde te Regensburg zeer plegtig de leenhuldiging van dat hertogdom, wek aan Otho van JVittehpach reeds te Geilenhaujen was toegewezen. Dus bezig zynde in Beieren, werd Lrederik door Philip, aartsbisfchop van Keulen, aangetast, die zich ook meefter maakte van Brunswyk. nfr; E^enburg was belegerd, en, nadat de Keizer traicicmar, Koning van Denemarken, door den voorflae van een aubbel huwelyk tusfchen zvne twee zoonen en twee dochters zyner Deenfche majefteit, had weten te overreeden, om van Hendriks belangen af te zien, rustte dees Vorst eene vloot uit, met welke hy den mond van de lrave blokkeerde, terwyl Frederik de Stad Lubeck Ee 2 aan  " 2ïo HISTORIE van H. aan de landzyde aantastte. Deeze Stad ingenomen, en Boek. een verbond van vriendfehap met Waldemar zynde geil, flooten, veroverde de Keizer geheel Neder Saxen, geHoofdst. lyk ook Holftein, zoo dat Hendrik van daarop de vlucht IV. Afd. Werd gejaagd, en kwam eindelyk in den omtrek van Lunenburg, alwaar hy een bezoek ontving van den ongelukkigen hertog , die zich voor zyne voeten wierp, en zeer onderdaanig fmeekte, dat hy in eenigen zyner bezittingen mogt herfteld worden. 'Frederik, met medelyden over zynen toeftand vervuld, wees hem naar den ryksdag te Quedlinburg, alwaar de Keizer, nadat tusfchen dien hertog en hertog Bernard een netelig verfchil was - ontftaan , genoodzaakt werd, de vergadering te fcheiden, en het onderzoek zyner zaak tor eenen volgenden ryksdag te Erfurt uit te Hellen. Op deezen poogde Hendrik zich zeiven van misdaden te zuiveren , die hem waren te last gelegd; doch , naardien het voor hem onmogelyk was, zyne leenen te rug te krygen, die ree !s onder verfcheiden edelen verdeeld waren, raadde Frede rik hem zeer ernflig, dat hy zoo lang in Engeland zyn verblyf zoude nemen, tot dat hy de vorflen zoude kon nen overreeden, de bezittingen af te Haan, die zy by deeling hadden gekreegen, beloovende hy verders, dat 'er in dien tusfehentyd geene aanvallen op Brunswyk of Lunenburg zouden gefchieden, maar dat hy die ten ge. Neemt zyn vaj}e zvner kinderen zoude verdeedigen. In gevolge HTzTnen van deezen raad > vertrok Hendrik naar Engeland, waar ielmuwd hy door zynen behuuwd vader Hendrik IL vriendelyk vaderüen- werd ontvangen , en zyne gemalin hem den vierden fnEiiK Z00n ter waere'd br£*gtj met name William, van wien land. " het tegenwoordige huis van Brunswyk afitamt (y). Ten deezen tyde flierf paus Alexander III, In deszelfs plaats verkozen de kardinaals, zonder het overige ge- (y) An.v. Boior. Avem. Lib. VI. p. 515. Barre. Tom. V. p. 3si.  het D U I T S C H E RYK. 221 gedeelte der geestlykheid daarin te kennen, XJbaldo, jr bisfchop van Ostia , geboortig van Lucca, die den naam Boek. aannam van Lucius III; doch korte dagen na zyne ver- jj heffing werd hy wederom door de Romeinen afgezet, Hoofdst. omdat hy de in acht neming van eenige gewoonten, IV. Atd,* aan welken zyne voorgangers zich ten allen tyde hadden Il8l verbonden, niet wilde bezweeren. Op deeze weigering PalsAl'ex. werden zy zoo verbitterd, dat zy zyne landeryen plun°ander derden, en hem van plaats tot plaats vervo'gden; zoo- ^er^' m dat hy genoodzaakt was, den aartsbisfchop van Mentz, Zvolf' Christiaan, aan wien de Keizer de handhaving der rust door Lain Italien had aanbevolen, om zynen byftand te ver-cius IlL zoeken. Tot dit oogmerk bragt dees prelaat een leger van Duitfche troepen op de been, welk de Romeinen ongetwyfeld binnen weinig tyds zou hebben beteugeld, zoo niet deszelfs goede voortgang door zyn dood, die hem te Tufculum overviel, ware verhinderd. Op deeze wyze van zynen befchermer beroofd, zond de paus eeni. ge afgezanten naar den Keizer en andc-e mogendheden, van welken hy aanmerklyke lommen gelds ontving, waarmede hy den vrede kogt en binnen Rome te rug keerde. Doch eerlang werd hy ten tweeden maale genoodzaakt, deeze ftad te verlaten, omdat de ingezetenen tegen hem de waapenen opnamen, alle zyne landeryen op nieuws verbrandden en plunderden, en hunne wederfpannigheid tot zulk eene verregaande woede overfloeg, dat zy een zeker getal van geestelyken de oogen uitftaken, en hen, ten teeken van befpotting, met myters op het hoofd, naar Lucius zonden, die de aanleggers deezer geweldenaryen in den ban deed, en naar Verona wederkeerde (z). Ryksdag te Intusschen had de Keizer eenen ryksdag te MentzMeatz' be- (z) Paoi in Brev, Rm, por.tif. in Lucio III, Tm. VIII. Ee 3  II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd j ] i 1183. Verdrag te ( I'lacentia i f ü c 222 HISTORIE r A x befchreeven, om daarin maatregels te beraamen tot het verlengen van het beftand in Italien. Tot deeze ver gadenng zond ook de Koning van Engeland afgevaardigden, om de herftelling van Hendrik de Leeuw te •vorderen ten aanzien van fommigen zyner erfelyke bezittingen; doch, na het overweegen van deeze zaak, vond men daarin zoo veele zwaarigheden, dat men Hendrik zeer■ ernftig verzogt, zyn geduld nog eenS tyd uit te rekken, tot dat de te rug gave zfner 1 fd. goederen langs den minzamen weg van overreiing van tyd tot tyd zou konnen gefchieden. OTHO van Wittelfpach, die Beieren en deszelfs on« derhoonge plaatfen had in bezit genomen, gebruikte in den aanvang van zyn beftuur zoo veel voorzichtigheid en nam voor zyn volk zulke voordeelige maatregelen,dat de koophandel binnen zeer korten tyd door het eantfche gewest bloeide. Zyne onderdaanen werden ryk en vermogend, en zyn hof onderfcheidde zich boven alle ande •en do.r deszelfs uitwendigen luister. Dit had ten ge vol\Q, dat de Keizer, naüyverig wegens zyn vermogen, Re, lensburg tot eene vrye ftad verklaarde, onafhanglyk van ^yne heerfchappy, en Stiermark tot een hertogdom, encel als een leen des ryks, en zyn grondgebied van het lertogdom van Meranca, en het vorftendom Tyrol af. cheurde (a). J , N„A deeze verrichtingen belegde hy eenen ryksdag te .onftamz, welks onderhandelingen voornaamelvk over e zaken van Lombardyen liepen; en naardien Hendrik, woning der Romeinen, zynen vader verzekerde, dat de :eden van Italien den vrede op zeer redelyke voorwaaren zouden aannemen, zond de Keizer drie gemagtigd™, m tellacentia met de afgevaardigden der Lombardykhe eden te handelen, welk van dat gevolg was, dat eer lang O) Adlzr. Ann. Boic. Gent. ad Ann.. 1182.  het DUITSCHE RYK. 223 lang een verdrag, ten genoegen van al'e de partyen, wen ontworpen en bekrachtigd. Onder andere artikeler kwam men overeen, dat de Keizer den eed van getrouw beid van zyne vafalien in Italien zeer wel mogt afvorde ren; dat dezelycn zouden verpligt zyn,ter zyner befcherming by te fpringen , wanneer hy op zyne reis naar Ro. me, de Roomfche togt genoemd, mogt worden aangevallen; dat deeze vafalien, benevens de fteden, vry zouden zyn van alle belastingen, uitgezonderd alleen in het be. zorgen van behoeften en toevoer op zyne gemelde reis; dat zy vryheid zouden hebben, om troepen te ligten en vestingen aan te leggen ter hunner eigen verdediging, en in hunne gerichtshoven alle zaken zonder appel zouden beflegten, zoo lang de fom in gefchil geene vyftig mark zilver bedroeg, en eindelyk, dat de bisfchop het regt zoude hebben, om in alle die fteden, waarin hy den titel van graaf voerde , burgemeefters aan te ftellen , terwyl zulks in alle de anderen, waarin hy deezen titel niet bezat, aan den Keizer zoude verblyvenf». In dit vredes-verdrag echter, welk de Italiaanen langen tyd als den gronddag hunner algemeene vryheid befchouwden, waren de ingezetenen van Alexandria della Paglia niet begreepen, en uit dien hoofde waren zy genoodzaakt , afgevaardigden te zenden, om zyner Keizerlyke majefteits gramfchap te Neurenberg af te bidden, gelyk zy dan ook pardon verwierven, en in zyne befcherming werden aangenomen, onder deeze voorwaarde, dat zy den naam hunner Stad in Cafarea veranderen, en hunne voorregten ter zyner beheering zouden overlaten. Kort na deeze gebeurtenis hield Frederik eenen ryksdag te Mentz, op welken hy, in tegenwoordigheid van eene groote menigte van vorften en edelen, zynen zoon 0) Sigcjn, Hist. de Regno hal. Lib. XIV. ad. Ann. 1183. I II. 1 Boek. II. < HoOïDST. iv. Aro. n 84-  II. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd. Frederik {•nat naar Verona, ; i ( f i 1 Hendrik . wordt te Milaan ge- i krotnd. ] j j 2 a r. 224 HISTORIE vAN zoon Hendrik op nieuws zeer plegtig, tot Koning *der Romeinen verklaarde, en hem nevens zjnen broedér&pnn Frederik volgens de riddermatige gebruiken en plegtfgheden tot ridder floeg. De zaken van Duitschland3 L deeze vergadering zynde geregeld, begaf zich de Keizer xasaltalten , om eenige verfchillen met den paus te vereffenen, raakende den zetel van Triers, die door twee onderfcheidene mededingers werd betwist, als me. de de opvolging van de gravin Mathilda, welke totnosr toe eene aanhoudende twist tusfchen het ryk en de kerk had opgeleverd, wordende nog daarenboven met het verlangen bezield , om de Keizerlyke kroon op zynen zoon Hendrik te zien overgaan. Door deeze beweegredenen gedreeven, legde hy te Verona by zyne heiligheid een bezoek af, alwaar ve'! volgens eene vergadering werd gehouden, om de dwaamgen en misbruiken te herftellen, die in de kerk wa■en ingefloopen. By deeze gelegenheid werd hy door Lucius en nog andere afgevaardigden uit Engeland verttgt,)0m aan Hendrik de Leeuw zyne genade te bewyzen, t wek hy aannam, ftemmende uit dien hoofde Je te rug komst van dien edelman in Duitschland toe. ;n beloovende, hem in het bezit van Brunswyk en Lunenburg, die ten zynen behoeve waren onvervuld ;ebleeven, te zullen herftellen; doch, naardien de paus loch het verfchil wegens Triers, volgens zyn verzoek, >eflisfchen > noch de zaak van Mathilda byleggen, noch ynen zoon Hendrik met de Keizerlyke kroon wilde be;unftigen, vertrok hy naar Milaan , alwaar de jonge >nns met de gewoone plegtigheden tot Koning van .ombardyen gekroond werd, en kort naderhand naar iuitschlund, om eenige onlusten by te leggen , veroor. aakt door de geweldenary en gierigheid van Philip artsbisfehop van Keulen, wien hy gevolglyk tot vrede oodzaakte. & lx-  het DUITSCHE RYK. 225 Tktusschen keerde Frederik naar de vergadering te Verona te rug. Op dezelve verfcheen ook Heraclius, patriarch van Jeruzalem, verzoekende eenen ukdrukly ken byftand voor zynen Koning Baldwin, die tbands oud cn zwak, en door binnenlandfche verdeeldheden en de zegepraalende waapenen van Saladin, fultan van Egypten, in gevaar was, om alle zvne bezittingen te verliezen. Zyne vertoogen echter hadden op de Westerjche Vorsten, die veel te veel met hunne eigen zaken te doen hadden 4 om eene onderneming in Palaftina te waagen, zeer weinig invloed; de Keizer in 't byzorder, in plaatfe van, op aanrading van den paus, die uit zyn Jangduurig verblyf in Italien argwaan be^on op te vatten, een kruistogt te ondernemen, befloot&in tegendeel, de regten van zyn ryk op de lang betwistte bezitting der paufelyké goederen, de erve van St. Pk ter genoemd, uitdruklyk te handhaven. Met dit oogmerk zond hy Hendrik, Koning van Sardinien, met een leger naar Toskanen , die Aquapendente, Chiesfi, Bolfena, Bagnarca en "eenige andere fteden hebbende ver oveid, eindelyk ook Orvieto belegerde*, fchoon dit beleg twee jaaren duurde. In deezen tusfehentyd deed Frede\ rik een reis door de fteden van Lombardyen, liet zich een naauwkeurig berigt geven van derzelver privilegiën, welken hy in het algemeen bevestigde, trok daarop naar Romame, belegerde en veroverde Faënza, alwaar hy vry wat tegenftand onrmoette, en onderwierp dus het grootfte gedeelte van Toskanen aan zyn Keizerryk; zoodat de opvolging van de gravin Mathiida meestal onder zyne heerfchappy was, toen paus Lucius te Fe. rona ftierf, en het aartsbisdom van Milaan door deszelfs aartsbisfchop Lambert Crivelli, die onder den naam van Urbanus III s' pauien opvolger was, aan de paufelyke ftoel gehecht werd (c). ' In- (c) Barre, torn. V. p. 345. Euaop. Hist. XI. D. I. St. Ff II. Boek. II. Hoofdst. iv. Afd. ti 85. d; Keizer 'landhaift vyne reg' 'en van iiperheer 'chappy in ie ju den urn Sc. 'ieters er-  226 HISTORIE van Boek tt *ntusschen ™erd het huwelyk vastgefteld tusfchen s* fT KeiZers zoon Hendrik cn Conftantia, zuster en erfee HoornST. ?Jm 2,*™*. Koning van en de huwV IV. afd.^^-P'fg^heden werden met ongemeene pragt in de ftad Milaan gevierd, welke Frederik flechts weinige jaaren te voren geheel en al verwoest had (d) ii85 . Deeze echtverbindtenis mishaagde zeer aan Paus UrS' Keizers banus UI, als voorziende, dut daaruit ten eenigen dajre drfk«f"6 aanfpraak va,n den Koning der Romeinen op Siei. SS^^^'^^im^mocgea ging zelfs zoo tia, zuster v&re, dat hy de bisfchoppen, die de bruiloft hadden van Willi- bygewoond, in hunne bedieningen opfchortre, 't we'k S van 5let ferd^r werd ^gelegd, dan nadat Frederik, hoorei Siciiien. de' dat de ingezetenen van Cremona een leger hadden verzameld, om de herbouwing van Crema te verhinderen, eene aanzienlyke krygsmagt in Cremona deed ruk. ken, en, na de ftads wallen geloopt te hebben, een groot aantal krygsgevangenen maakte, zoodat zy om genade moesten fmeeken, die zy eindelyk door tusfchenlpraak van den bisfchop verwierven. Ten aanzien nu van Mi. laan, was des Keizers verblyf in deeze ftad ten hoogften voordeehg voor de ingezetenen; hy breidde zyn gebied uit over alle de kasteden, tusCchen de Adda en de Oglio gelegen, en gaf bevel, dat alle procesfen, welke in deeze Jandftreek mogten voorvallen, door de burgemeesters van Milaan zonder appél zouden worden uitgewezen (e) (*). , b Na« ...('fyÏÏAROïf. torn. XII. ad ann. 1186. (0 Sicon. de Reg. Ital. hb. XV. ad ann. 1185. rSy.}? f* J"aar "Sö v°ei-de Beltrand, bisfchop van Mentz, in Vmtfchland de gewoonte in, om registers te houden, in welken de grondflagen en uitfpraken van byzondere gevallen werden aangeteekend. Voor deezen tyd werden alle geicbillen over het regt van eigendom door Jeevendige getuigen, en meestal door een af. zonderlyk gevegt beflifcht. Deeze gevegten gefchiedden in het voor-  het DUITSCHE RYK. 227 Nadat dus Frederik zyn gezag in Lombardyen had gevestigd, gaf hy het beftuur van dit Koningryk aan zvn Z£°?rtïendfik over> en k«rde naar zyne ftaaten in Duitfchland te rug By zyne aankomst lag hv aanflorHs beflagopalledeinkomften van het bisdom 4 E2 omdat Bertrand, deszelfs bisfchop, Folmer, die od het aartsbisdom van Triers aanfpraak maakte, tegen *». dolph, welke door den Keizer was aangefteld, begunftigde Dleze zaak had zeker verfchil ten gevolge met Si uit, Koning vm Deenemarken t die uitdruklyk weigerde, ü]AuAte voor Fanaate, welk zyn vader Waldemar had veroverd. *!r*fcr/*, over deeze weige-J rmggeftoord hitfte dien hy Pommeren als! een leengoed had gegeven, aan, om den DeenCchen Koning te beoorlogen; doch zich buiten ftaat 1 bevindende, om zulk een magtigen vyand flag te leveren, hield zich te vrede met eenige vyandelykheden tegen Ja i rwwr, opperhoofd van het eiland die een oom' was van Canut; doch deeze, door de Deenen met eene aanzienlyke vloot van fchepen voorzien, behaalde eene volkomene overwinning over die van Pommeren, De aartsbisfchop van Lunden, Abfalom, die tevens ftaats-be* diende van Canut en vloot, voogd was, zeilde voor den mond der rivier indeed een aanflag op Demmin, en verwoestte de landftrcek. In het vollende jaar ging de Koning zelftefcheep, zeilde de rivier Zwina op, plunderde een gedeelte van Pommeren en Vandalie, en noodzaakte emddyk Bu^laus, dien hy in zyne eigen Staaten had lSdfh?,n±r,biffch0f>' of vóór het ftadjhuis, in tegenwoorvan den bisfchop, die uitlpraak deeden die alle poogingen te werk ftelde, om Ac Duitfche kerken 'rffLn van s Keizers zyde af te fcheuren, en, om zich te-B.n, gen (i) Paoi ad ann. 1187.  232 HISTORIE van II. Boek. II. IToofpst JV> Afd verwkt nieuwe on lusten in het tyk. Frederik doet Hurri' bert, lier tog van S:ivoyen, den oorlog aan, gen de uitwerkfels van deszelfs misnoegen te beveiligen, de ftad Keulen deed verfterken: doch zyne trotsheid werd eerlang door Frederik zeer merkelyk vernederd; terwyl • deeze de heilloze gevolgen zyner handelwyze op eene ■vergadering te Worms in zulk een licht plaatste, dat men een plakaat afkondigde, waarby het zenden van allerleie noodwendigheden of behoeften naar Keulen ver. boden, Folmer en zyne aanhangers, die met den aartsbisfchop de vlucht hadden genomen, in den ryksban gedaan , en Philip ftellig werd aangezegd, dat, in geval hy de vluchtelingen by aanhoudendheid bleef befchermen, men als dan met een leger in zyn gebied zoude vallen. Deeze onlust werd gevolgd door een oorlog met Humbert, graaf van Savoyen, die fteeds de zaak van den paus tegen den Keizer had gehandhaafd, en zich daarom de wraak van Barbarosfa op den hals haalde. De zetels van Turin en Geneve waren door Frederik van het graaffchap afgefckurd, en tot leenen van het ryk gemaakt, zoodat de bisfchoppen zich niet langer aan Humbert wilden houden, ten zy ze daartoe door geweld werden genoodzaakt: dit noodzaken, regclregt tegen het Keizerlyk bevel aanlopende, maakte Frederik dermate misnoegd, dat hy, by zynen laaien togt door Baken, het kafteel Sufa met alle deszelfs archiven deed veroveren, plunderen en in den brand fteken. Hendrik, Roomfch Koning, zich by de Milaneezen, die het huis van Savoyen eenen onverzoeniyken haat tcedroegen, hebbende gevoegd, deed een inval ir. Piemont, veroverde het kafteel Veillani, en onderwierp zich een groot gedeelte van het land; doch de voortgang van den oorJog werd gelukkig gefluit door het overlyden van Humbert, wiens zoon, Thomas I,, als minderjarige onder de vocgdyfchap van Boni/acius, markgraaf van Montferrat, achterbleef. Dees laatfts verkreeg van den Roomsch  het DÜITSCHE RYK. 233 Roomfch Koning de herroeping van het Keizerlyk be vel, waarby hec bisdom Turin als een leen van het ryjj was vastgefteld k); waarop dan de bisfchop de heer. fchappy dier ftad aan den graaf van Savoyen afftond, onder voorwaarde, dat de laatfte hulde zoude doen aan den Keizer, welke hulde naderhand te Ba fel aan den Keizer Philip vernieuwd werd, die alle de landichap pen, landeryen en heerlykheden, welke hy van zyne voorgangers by erfenis gekreegen had, aan Thomas tot een leengoed fchonk. Dus hield zich Frederik bezig met het beraamen der beste middelen, om in Duitfchland vrede en goede orde te ftaaven, wanneer de tyding kwam, dat Jeruzalem door den fultan Saladin was veroverd; eene omftandigheid, welke gantfch Europa met fpyt en verlegenheid vervulde; zoo fterk waren de tyden nog verflaafd aan dien bygeloovigen geest der dooiende ridderfchap, wel ke het Heilige Land voor altoos uit de handen der 011geloovigen wilde bewaaren. CLEMENS III, de opvolger van paus GregoriI us VUL, ontving naauwlyks dit droevig berigt, of hy beval de uitfchryving van eenen kruistogt door alle de onderfcheidene landen des Christendoms. De Keizer, die eenen ryksdag te Mentz hield , om over dit ramp* fpoedig voorval te fpreken, nam het kruis, en zyn voorbeeld werd door zyn zoon Frederik, hertog van Zwaben, met agt en zestig der voornaamfte Duitfche Edelen, geestelyke zo wel als waereldlyke, gevolgd. Door deeze verbindtenis werd de paus met den Keizer bevredigd. De tyd werd bepaald tot het vertrek der kruishelden; de plaats van algemeene famenkomst te Regensburg beftemd, en, om echter het getal niet te groot (k) Sigon. de Reg. Ml lib XV. Europ. Hist. XL D. 1. St. Gg Boêk. II. Hoofdst. IV. AFDi 1188. De K izer teemt bet huis.  234 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. iV. A=n. groot te maaken, en daardoor eenige andere onheilen te verhoeden, beval Frederik, dat niemand zich zelf zonde mogen aangeven, ten zy hy drie mark zilver daar. aan konde befteeden. De yver der Duitfchers echter was, ondanks het verbod, zoo groot, dat het getal deezer helden by hunne famenkomst tot honderd en vyftig duizend krygsluiden beliep, die wel gewapend, en van het nodige tot uitvoering hunner voornemens zeer wel voorzien waren. Om nu tot deeze onderneming eene genoegzame hoeveelheid van geld te krygen, vervreemdde de Keizer verfcheide leenen, in zyne familie behoorende, en Helde eene algemeene belasting op de landeryen, roerende en onroerende goederen van hun, die geen deel namen aan deezen kruistogt; doch, terwyl deeze belasting, onder den naam van Saladynfche tiende bekend, aan zyn oogmerk niet genoegzaam beantwoordde, kreeg hy verlof van den paus, om alle de zoodanigen, die zich in de eerfte drift hadden doen opfchryven, doch naderhand berouw hadden over hunne gelofte, voor zekere fomme gelds te ontflaan Intusfchen zond hy Hendrik, graaf van Dier, naar Saladin, om van hem de te ruogave van het Heilige Land en het hout van het waare kruis te vorderen, welk hy den Christenen van het Oosten ontweldigd had, of anders, in geval van weigering, hem uitdruklyk den oorlog te verklaaren. Ten zelfden tyde zond hy afgevaardigden naar den fultan van ïconium en den Keizer van Confiantinopolen, om van mn eenen vryen togt door hunne Staaten te vorderen. De onlusten vreezende, die by zyne afwezigheid door Hendrik de Leeuw en zyne aanhangers mogten verwekt vorden, herriep hy den ban van deezen edelman, beverkte eene bevrediging tusfchen hem en deszelfs vyind, den hertog Bernard, en beloofde zeer p'egtig, dat hy  het D U lï S C H E R Y K. 235 hy in de bezitting van alle zyne eigendommen zoude tt herfteld worden, onder voorwaarde, dat hy naar Enge. n land zoude te rug keeren, en aldaar verblyven, tot nK' dat de Kruisvaart was afgelopen. Hendrik bewilligde in Hoofdst het voorficl, en keerde te rug naar het hof van zynen IV. Afd.' behuuwd-vader, nadat hy zich, zelfs by eede, verbonden had, om van alle aanflagen, om , geduurende des Keizers afwezigheid, den vrede in Duitfchland te verftcoren, volkomen af te zien (l). Daarop reisde Frederik door de voornaamfte fteden van Duitfchland, verzeld van zyn zoon Hendrik, menBep]ah de hy beftemd had, om by zyn afzyn de regeering zyner %T''efrStaaten waar te nemen; zelfs, om niets tot in ftand- Stoa. houding van den vrede binnen zyn ryk te verzuimen,ten' benoemde hy hem tot zynen opvolger, na alvorens zulke ichikkingen gemaakt te hebben, dat niemand zyner kinderen reden tot klagten, of eenig voorwendfii hebben konde, om de rust van zyn land te verftooren. Na dit alles trok hy dan in perfoon aan het hoofd Trekt RWr van dertig duizend man langs den weg van TVeenen naar Paie*tiPresburg, alwaar het overige gedeelte van zyn Wer na'en vet' zich by hem voegde. Daarop toog hy door Hongaryen ftk* in de Staaten van den Griekfchen Keizer, die, ondanks zyne fterke betuigingen van vriendfehap, door de be. loften en dringendè fmeekingen van Saladin, van des Keizers belangen was afgetroond, en aile gelegen» heden waarnam, om de kruishelden in hunnen togt te verhinderen. De Keizer, verfbord over deeze trouw» looze wyze van handelen, Helde het land onder brandfehatting, veroverde en plunderde Philippopolis , v««veg «-ene. x^tieKjcne Krygsbende, dre hem op zyinen togt aanrandde, en noodzaakte Isaacus Angelus °•' Kei. (0 Barke , torn. V. p. 392. Gg 2  s36 HISTORIE van II. Boek. II. HoOFDST JV. Afd ngo. Verdrinkt. 1 Keizer van Confiantinopolen, hem om den vrede te fmeeken. Hy overwinterde te Adrianopolis, voer in de lente met zyne troepen de Hellefpont over, ver. verfchte dezclven eenige weinige dagen te Laodicea, verfioeg de Turken in verfcheide veldflagen, veroverde en verwoestte de ftad Icoritum, en trok den berg Taurus over; zoodat gantfeh Klein Aften met fchrik voor zynen naam vervuld was, en de Christenen van dat iand de vleiendfte hoop opvatteden, om van hem den nodigen byftand te ontvangen: doch deeze hunne verwachting werd zeer ongelukkig vcriedeld. Dees groote vorst, een ervaren zwemmer zynde, wierp zich, ter verfrisfehing in den fmoor heeten zomer, in de rivier Cydnus, in welke hy, buiten ftaat geraakende, om den fnel vlietenden ftroom te wederftaan, jammer lyk verdronk; zyn Jyk echter werd nog opgevilcht, en in de ftad Tyrus begraaven (m), Zyn opvolger in de regeering was zyn zoon Frede* rik, hertog van Zwaben, die, zynen vader de laatite dienften te Tyrus hebbende beweezen, deszelfs togt vervolgde, en z'ch by het leger voegde der Oosterfche Christenen, die toen ten tyde met het beleg van Ptolemais bezig waren; doch, eer deeze ftad werd ingenomen, overleed hy aan eene befmettelyke ziekte, welke ook het grootfte gedeelte van zyn leger verteerde. Het nog overig zynde deel kwam met den landgraaf van Thuringen, den hertog van Gelderland, en den graaf van Holftein naar Duitfchland te rug, met uitzondering echter van eenige weinigen, die by Leopold, hertog van Oostenryk, overbleeven. Dus (m) Otho a Sancto Blajïo Godef, Monach Togen. Descript, Exz tdit. A/iat.  het DUITSCHE RYK. 237 Dus ftierf Frederik I. in het negen en zestigfte jaar zynes ouderdoms, zynde het agt en dertigfte zyner regeering. Hy was ongetwyfeld een vorst van eenen zeer ondernemenden geest en van zeer groote bekwaamheden, die den vrede van zyn ryk ten allen tyde ter harte nam, en te gelyk deszelfs aanzien en waardigheid met heldenmoed en roem verdeedigde (*) By zyne eerfte vrouw Alix, dochter van den markgraaf van Ursburg, door wien hy ook eene echtfcheiding verwierf, had hy geene kinderen; doch by de Keizerin Beatrix, dochter van Renaud, graaf van Burgundien, had hy vyf zoons en twee dochters. De oudfte zoon, Hendrik, was reeds tot Roomfcb Koning verkoren, en tot zyn ryks-opvolger beflemd. Frederik, zyn tweede zoon, kreeg het hertogdom van Zwaben, met dat gedeelte van Beieren, welk hy van zyn broeder Welf had geërfd, gelyk mede het graaf, fchap van Psullendorf. Aan zynen derden zoon, Coenraad, gaf hy het hertogdom Rotenberg; aan Otho dat gedeelte van Burgundien, welk het erfgoed der Keizerin was, en, eindelyk, aan den TongHen zoon, Philip, alle de Staaten en landen, die hy hernomen en den geestelyken ontrukt had. Eéne zyner dochters was met Coenraad, markgraaf van Misnia, getrouwd, en de andere met Mattbeus, den eerften hertog van Lotharingen (1). (0 Heiss Hist. Cap. 13. Gg 3 VYF- IF. Boek. II. Hoofdst. IV. Afd.  II. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. Hendiik VI. volgt den Keizer Op , en tift bet Koningryk vm Sicilië. Hendrik de Leeuw verftoort nogmaals de lust in bet Keizerryk; J i HENDRIK. VI. J^£2VZ)il//T VI, bygenaamd de Gejfrenge, ontving ten zelfden ftonde de tyding van den dood zynes Vaders, en van zynen behuuwd-Oom Willem, Koning van Si' cilie. Na zyn Vaders vertrek naar Palaflina, had dees jonge vorst met zeer veel moeite zyn gezag in het Keizerryk ftaande kunnen- houden Hendrik de Leeuw, hertog van Saxen, bekreunde zich den eed, dien hy had afgelegd, zo weinig, dat hy naar Duitschland, het welk thans van zyne beste krygsmagt ontbloot was, te rug keerde, en een bondgenootschap aanging met eenige misnoegde edelen, welken hy bewoog, om hem te onderfteunen tot het heroveren van zyne Staaten. Het soofd deezer bondgenooten was Hartwick, aartsbisfchop iran Bremen, die op zyne beurt den byftand van Hendrik verwachtte tot het onderbrengen der Dillimar-^ en, een volk, het welk zich aan de heerfchappy des tartsbisfchops van Bremen onttrokken, en Waldemar, >isfchop van Sleeswyk, om befcherming verzegt had. Hendrik trok dan, tes tecken van zyne dankbaarheid jan Hartwick, in Holftein met eenig krygsvoik , het welk 238 HISTORIE van V Y F D E AFDEELING. Behelzende de Hijlorie van Duitschland tot de verkiezing van Rudolph, den grondlegger der grootheid van het huis van Oostenryk.  het DU1TSCHE RYK. 239 welk de aartsbisfchop en andere edelen hem verfchaft tt. hadden. Na Bardouick ftormenderband ingenomen, Boek geplunderd, en verbrand te hebben, voerde hv de voor- n' naamfte inwooners krygsgevangen weg, Lubeck, Ham- Hoofdst. burg, en andere plaatfen, door dit voorbedd verfchrikt, V. Afd. openden hunne poorten voor den overwinnaar , en het geheele land werd vervuld met ontfteltenis. Om deeze voortgangen van Hendrik de Leeuw te [Tuiten , tïok de Roomsch Koring te veld, en , na eenen rampipoedigen aanllag op Brunswyk, in het gebied van Bremen geval- q , , len zynde, met oogmerk, om Hartwick, den ftigter van doorde*T den oorlog, te kastyden , plunderde hy het landfchap, Roomsch tas'te het leger van de Leeuw aan, en verfloeg hem by Koning vetVerden ^ti). ingevolge van deezen veldflag nam de aarts -^enh' bisfcbcp de vlucht naar Engeland, en Hendrik., dooi-echtereden zyne tegenfpoed vernederd, nam zynen toevlucht tot és vrede tos. tusfehenfpraak der aartsbisfehoppen van Mentz- en Keu*$a'lU len, cp welke de Roomsch Koning hem, in eene ryks- : vergadering te Fulda, den vrede toeftond , onder voorwaarde, dat Brunswyk ontmanteld, het kasteel van Lauenberg tot den grond geflegt, en Lubeck tusfchen Hendrik en Adolph, graaf van Holftein, gelykelyk verdeeld zou worden; dat de Leeuw zynen zoon Lotharius tot gyzelaar zou geven, en Hendrik, zyn erfgenaam, den Roomsch Koning op zynen togt naar Italien met vyftig ridders zoude verzeilen. Dus met Hendrik, hertog van Saxen, die, tot verzekering van zyne getrouwheid, zynen zoon als gyzelaar overgaf, wederom verzoend zynde, ligrre de Keizer eene krygsmagt, met weike hy zich naar Italien begaf, nevens zyne gemalin Conftantia, om door den paus gekroond te worden, en vervolgens bezit te gaan nemen van de nalatenfchap van Koning Willem, die zonder wettige nakomelingen overleeden was. Doe H 00 Gesasd. Sterd. ad ann. 1150.  H° HISTORIE van II. Boek. II. Hoofd st V. Afd. i iot. De Keiler en Keizeti mooi dc.n te Rome ge krooni. Intusschen was Tancred, graaf van Leccio , natuurlyke broeder der Keizerin, reeds door den groot-kanfelier, aan het hoofd van eenen aanhang, welke vreesde, onder de heerfchapny des Keizers te zullen geraaken, tot Ko. ning van Sicilië verklaard. Weshalve Hendrik , zeer wel voorziende , welke zwaarigheden zyne poogingen, om zich van de opvolging te verzekeren , verzeilen zouden , befloot, de genegenheid der Lombardifche fteden te winnen, als welke dienen konden tot een bolwerk tegen het vermogen en de belangen van zynen mededinger. Met dit oogmerk bevestigde hy, onder zekere bepaaling, de inwooners van Cremona, Bergamo, en Bo* logne, by het regt om geld te munten. Ook begaf hy aan de Kerken van Reggio en Padua voor altoos de leenen, welken zy bezaten: vervolgens het Apennynsch ge. bergtë overtrekkende, ging hy met die van Pifa een verbond aan tegen Tancred, bevestigde en vermeerderde te gelyk, by een eigenhandig gefchrift, alle de voorregten van de Stad Genua, beloovendede Genueezen uit aanmeiking hiervan , ten zynen dienfte eene vloot in zee te brengen, om tot het overmeesteren van Sicilië gebruikt te worden, (o^ Niet lang na zyne aankomst in Balien overleed paus Clemens, en werd door Celestinus III. in het zes en tag1 tigfte jaar zynes ouderdoms opgevolgd. Hy werd op het paaschfeest ingewyd, en den volgenden dag kroonde hy den Keizer nevens deszelfs gemalin. By deeze plegtigheid viel 'er eene zeer merkwaardige omftandigheid voor: de paus namelyk had Hendrik de kroon zo haast niet op het hoofd gezet, of hy rukte dezelve wederom af, ten bewyze, dat de paufen de magt hebben, om de Keizerlyke waardigheid naar tyds gelegenheid te geven of te ontnemen, i p) Na (o) Caff 'hn. Gen. Lib HL ap. Murat. Tom, VL (/>) Roo, Hovei. An Angl. p 689.  het DUITSCHE RYK. 241 Na deeze krooning flelde Hendrik den paus in het bezit der Stad Tusculum , volgens het geen door hem beloofd was, eer hy de Keizerlyke kroon ontvangen had. Deeze plaats werd daarop, volgens een verdrag, het welk tusfchen de Romeinen en Clemens III. ge' flooten was, aan hun overgeleverd, en, nadat de inwooners verdreeven waren, tot den grond geflegt; doch niet lang na deeze verwoesting kwam de Stad Frascati uit hare puinhoopen te voorfchy.i. De Keizer, dus aan zyne belofte voldaan hebbende, zette zyne 'onderneming tegen den bastaard Tancred voort, ondanks de vertoogen en de tegenkanting van den paus, die Tancred wel als eenen overweldiger aanmerkte, en hem gaarne beroofd zou gezien hebben van de kroon van Sicilië, op welke hy aanfpraak maakte, als zynde een leen van den H. Stoel; maar des onaangezien was het hem nog veel minder naar genoegen, dat de Keizer van dat Koningryk meester wierd, dewyl deeze vermeerdering van zyne Staaten hem in Italien voor de belangen der Kerk al te magtig zou gemaakt hebben. Hendrik echter , geheel geen acht flaande op s'paufen bedreigingen en vertoogen, maakte z'ch genoegzaam van alle de fteden van Campame, Apidie en Calabrie meester, waarna hy de Stad Napels berende, en de Genueefche vloot ontbood ,-ora de Stad aan den zeekant intefluiten. Dan, eer dezelve opdaagde, werd hy genoodzaakt het be!eg optebreken, uit hoofde van eene verfchrikiyke fterfte onder zyn krygsvolk, door welke, onder anderen, Philips, aartsbisfchop van Keulen, Otho, hertog van Bohemen, en het grootfte gedeelte der edelen, die deezen krygstogt bywoonden, werden weggerukt. Reeds te voren was nendrik, zoon van de Leeuw, in een Schip van Ostia Tlï °ntvluchc- De Keizer zelf werd door deeze ongesteldheid aangegreepen, en herftelde daarvan niet dan nezwaarlyk. inmiddels namen de veroverde fteden, zyn Europ. Hist. XI. D. I. Sr H h ie- Iï. Boek, il. Hoofdst. V. Afd. Hendrik laat liet beleg om Na1eIs i docb wordt geloodzaaktbetzelve op ■e breken.  II. Boek. II. HoofdstV. Afd 1192, 242 HISTORIE van leger grootelyks verminderd, en hem buiten ftaat ziende, om iets te verrichten, deeze gelegenheid waar, orn zich aan zyne heerfchappy te onttrekken, en fiooten den vrede met Tancred, wiens wraak zy duchtten. In het byzonder leverden de inwooners van Salerno. waar de Keizerin haar verblyf hield, die vorftin aan Tancred over, die haar echter vervolgens, op tusfchenfpraak van den paus, aan den Keizer wederzond. Niet in ftaat, om den oorlog tegen zynen mededinger langer uittehouden, begaf Hendrik zich naar Genua, met welks inwooners hy een nieuw verdrag aanging, betreklyk de uitrusting van eene andere vloat tot het veroveren van Napels Hy bezogt vervolgens Pla* centia, Cremona, en Brescia, aan welke fteden hy by* zondere blyken van zyne gunst betoonde, (q) Op deeze wyze zich van de getrouwheid der Lombardifche fteden verzekerd hebbende, trok hy de Alpen over, floeg Lodewyk IV. van Beieren te Worms tot ridder, en verklaarde zyn broeder Coenraad tot hertog van Zwa. ben: ook begaf hy Toskanen aan zynen tweeden broeder Philips, met het gebied van Spoleto, en den Ecrainer, 't welk hy den huize van Guelf ontnam, en ftigtte te Coblentz een huis voor de ridders der Duitfche Orde, (r) * Thans (q) Sisow. Lib. XV. (r) Adlzkkitt. Ann. Boic. Gent. p. 1. Lib. XIII. ad Ann. 1192. * Omtkend deezen tyd werd de Duitfche ridderorde ingefteld , waarvan wy, om den lezer te voldoen, de gelegenheid zullen ver. klaaren. Frederik Barbarosfa had, op zynen togt naar't H. land, in zyn gevolg een groot aantal vrywillige Duitfche edelen, die voor de zaak van den Godsdienst wenfchten uittemunten. By het operlyden van Fred-rik, verkoozen deezen zynen tweeden zoon Frekrik, hertog van Zwaben, en Hendrik, hertog van Braband, tot op. )erbevelhebbers van hunne Natie , en onder deeze hooiden ver. achtten zy, by het inneemcn van Acra, Jeruzalem, en andere fteden  het DUITSCHE RYK. 243 Thans, daar zyn vermogen en ïcerfchappy zo aanmcrklyk vermeerderd, en zyn gezag tegen alie tegenkanting en wederfpraak bevestigd was, btlloot hy, de Keizerlyke waardigheid in zyn huis ejflyk te maaken, en zy nen zoon Frederik van de kroon te verzekeren. Met dit den, zulke treffelyke bedryven , dat Hendrik, Koning van Jetuzaltm, uit aanmerking van hunne groote dienften, hen tot eene Ridderorde, onder den naam van St. George, verhief, omdat zy allen te paard ftreeden: naderhand echter namen zy den naam aan, en fielden zkh onder de befchermirg van de H. Maagd, die reeds befchermfter was van een Hospitaal, tot gemak der Duitfche pelgrims op den berg Zion gefticbt. Hunne inftellingen werden geregeld naar het zelde plan, als die der Tempelieren, en der Ridders van St. Jan, voor zoo ver zy gefchikt waren voor eene or. de, die, volgens hare bedoeling, gedeeltelyk tot den oorlog, gedeeltelyk tot werken van bermhartigheid dienen moest, zodat zy, een gedeelte van «hun leeven beftced hebbende tor verdediging van het H. Land, het overig gedeelte toewydden aan de beoefening van herbergzaamheid, ten behoeve der arme Pelg'ims hunner natie. Deeze inftellingen behelsden, onder andere artikelen, dat de Ridders uit edele gedachten moesten gefprooten zyn; dat zy genoemd zouden worden de Broederjchap der Ridders van de gezegende Maagd; dat zy zouden zweeren. de Christelyke Kerk in het algegemeen , cn bet H. Land in het byzonder te befchermen ; dat zy de Geestelykheid, weduwen, weezen en armen in verlegenheid behulpzaam zyn, en alle die geenen dienen en byftaan zouden, die bevoegd waren , om in hun Hospitaal te worden toegelaten, en dat zy zrch in het algemeen naar alle de repelen der orde fchik ken zouden Keizer Hendrik verleende aan deeze orde niet alleen zyne befcherming, maar hy ftelde ook zyne goede dienften by den Paus te werk, dat hy de inftelling bevestigen zou, het welk te weeg brau, dat Ctleftir.us hunne regelen doorlas en goedkeur4e. Hy beval, dat zy zouden dragen een wit kleed, waarop een zwart kruis genaaid was, dat zy ook een dergelyk kruis in eene witte banier voeren, en hetzelve op hunne wapenen en geheele toerusting dragen zouden; eindelyk dat zy moesten leeven naar de regel van den H. Augusür.us. Hy bevestigde insgelyks ten hunnen behoeve de gift van dat Duitjche Hospit;al, van het welk zy hunnen naam en ftichting ontleenden, en ftond hun dezelfde voorregten toe, die door de Ridders van St. Jan genoten werden. In gevolge van deeze hul, welke hy over dit onderwerp Hh 2 be- IT. Boek. II. Hoofdst. V. Aid.  TI. Boek. II. Hoofdst v. Afd. Hy Helt or. der op\de zaken van bet Keizerryk. t l I s i i z Tl V z o J d 244 HISTORIE van dit oogmerk liet hy de ryksvorften te Gellenhaufen in Wetterau byeenkomen : aldaar openbaarde hy zyne begeerte, waaraan men voldeed door eene onherroepelvke wet, behelzende; dat, om de onlusten voortekomén die ten allen tyde by de verkiezing der Keizeren voor! vielen, de kroon voortaan erflyk zyn zou, en op mannelyke en vrouwelyke erfgenaamen zoude overgaan. By zyne te rug komst in Duitschland, wendde hv alle de noodige voorzorgen aan, om de rust in het Kei zerryk te bevestigen, en voortekomén, dat dezelve in zyn afzyn verftoord wierd. ByzonderJyk legde hy zich toe op de bediening van het regt, en hy zat zelf, om de klagten zyner onderdaanen te hooren en te beflisfcben met zo veel geduld en aanhoudendheid, dat het eene algemeene verwondering tot zich trok. Eén zyner gun [lelingen nam eens de vryheid, om hem te zeggen dat ïy zich in het gehoor geven te veel afiloofde, hetwelk ïem dikwils in zyne noodzaaklyke maaltyden hinderlyk vas; doch hy antwoordde, dat het een ambteloos man rry ftond te eten, wanneer hy wilde; maar dat een vorst ekend maakte, fielden de Koning van Jeruzalem, en Frelerii lertog van Zwaben, daartoe door zyne Keizerlyke Majefteit se' ragtigl, de eerfie Ridders deezer orde, ten getale van veertig an, van welken Hendrik van Walpot tot Grootmeester verkoren rerd. De Keizer gaf hem het regt, om voor altoos de land"n en ewesten te bezitten, welken zy op cie ongeloovigen veroveren ouden. Philips, Koning van Frankryk, was hun groote weldoe er : hy vergunde hun eene lelie te voeren aan de vier einden an het kruis, (i) Deeze Ridders, uit het H. Land veidreeveri pnde, bragten Pruis/en, Pomelië, en een gedeelte van Pommeren rider; doch deeze vermeesteringen verlooren zy weder nadat Ubert van Brandenburg, hun Grootmeester, eene andere Godsenst-belydenis had aangenomen. (i) Heiss. Hist, Lib. XL Chap. 14.  het DUITSCHE RYK. 245 vorst nooit behoorde aantezitten, dan na dat hy de zaken van het algemeen had afgedaan. (0 * Niettegenstaande deeze onvermoeidde zorg en fchynbare opregtheid, vond hy het zeer moeilyk, zich te zuiveren van het vermoeden, van mede handdadig geweest te zyn aan den moord van Alben, bisfchop van Luik. Deeze kerkvoogd was door de deke nen regelmatig verkooren, en dcor den paus bevestigd, onaangezien de tegenkanting van Lotharius.. die de inhuldiging van dat bisdom van den Keizer ontvangen had; doch hy overleefde zyne inwyding niet lang, want hy werd te Rheims vermoord door twee Duitfche ridders, die zich in zyn vertrouwen hadden ingedrongen, en die, naar men voorgeeft, by deeze gelegenbeid door zynen mededinger zouden gebruikt zyn met toeftemming en voorweeten van den Keizer. De aartsbisfchop van Mentz en de edelen van den Rhyn en de Maas, door deezen wreeden moord verbitterd, vielen in het gebied des graave van Hor/lade, broeder van Lotharius, en verwoestten dat gewest te vuur en te zwaard, De Keizer deed, om hunne verontwaardiging te fusien, en te gelyk zich zeiven te verdedigen , eenen ryksdag te Coblentz by een vergaderen. Aldaar verklaarde hy zich zeiven onfchuldig aan dat misdryf, paaide Ai misnoeg, den met fchoone beloften, en nam maatregelen, om de moordenaars te ftraffen, die inmiddels naar Frankryk de vlucht namen: ook bevestigde hy 'spauien beüisfehing tegen Lotharius, welken hy van zyn bisdom r \ tt ont- {s) Heiss. Lib. IL Cap. 14.. * Hy had van natuure eene ruime maat van welfprekendheid; hy was fchoon van perfoon, zyn voorkomen deftig, zyn omgang vrolyk en leevendig, en zyn gedrag omtrend anderen verpligtend (1). r b (0 Heiss. ibid. Hh 3 II. Boek, II. Hoofdst. V. Afd. Men houdt Hendrik verdagt van medepligtig te zyn aan den moord frt»Albert, hisJchop van Luik.  246- HISTORIE VAN II. Boek. II. HOOFRST. V flFO. Oorlog tus fcben Hen drik de Leeuw, en Rudolph , graaf van Holftein. Richird , Koning van Engeland . •wordt door den Iv.rtcg \ van üos- ; tenryküart ( gehouden, j c ontzetrede: de bisfcboppelyke ftoel van Luik, dm open gevallen zyn^e, werd, tot genoegen van aïe de partyen. met Alben de Cuck vervuld (/) Naauwlyks was deeze zaak afgelopen , of 'er brak een oorlog uit tusfchen Adolph, hertog van Holftein , cn Hendrik de Leeuw, die zich van Holftein meester maakte, en weigerde, hetzelve, overeenkomftig het verdrag, te Futda geflooten, aan den regten eigenaar te rug te geven. Adolph kon in dit tydsgewrigt geenen onderftand van den Keizer verwachten, daar hy toen alle zyne vermogens infpande, om een leger op de been te brengen tot het veroveren van Sicilië. Wanhooptde derhalven, om eenige hulp van dien kant te erlangen, nam hy zynen toevlucht tot Bernard, hertog van Saxen, en Otho, markgraaf van Brandenburg, wjer belang het was, de magt van Hendrik de Leeuw' te beteugelen. Door deeze edelen en den graaf van Daslau, zyn neef, met eene aanzienlyke krygsmagt verfterkt, viel hy in Holftein, verdreef het krygsvolk van Hendrik, en bragt fpoedig dat geheele tand tot gehoorzaamheid : daarop maakte hy zich meester van Staden m Lubek, en ontving van den Keizer de inhuldiging van deeze en eenige andere plaatfen, welken hy op zynen vymd veroverde. Het was omtrend deezen tyd, dat Richard, Koning /an Engeland, by zyne terugkomst uit Palastina, vaar hy zich door zyne dapperheid tegen Saladin een rrooten naam. gemaakt had, op de kust der Adriatifche :ee fchipbreuk leed. Hy nam daarop het gewaad van en pelgrim aan, om zyne reis door de Staaten van lertog Leopold van Oostenryk, welken hy in het beleg an Ptolemdis beleedigd had, veilig voorttezetten. Maar ees vorst hem, ia weerwil van zyne vermomming, onc- (t) Barse Tom, V. p. 440.  het DU1TSCHE RYK. 247 ontdekt hebbende, deed den ongc'ukkigen Koning vatten, floeg hem in ketenen.'en behandelde hem met de uiterfte verachting De K izer had deeze gebeurtenis zo haast niet vernomen of hy eischte den gevangenen op, die hem van Leopold geleverd werd, op belofte, dat hy een groot gedeelte van zyn losgeld ontvangen zou. 'Er kwam over deeze zaak een plegtig gezant, fchap uit Engeland, om te eifchen, dat hun vorst op vrye voeten gefield wierd, daar hy tegen alle regelen van eer, menschlykheid, en het regt der volken, zonder eenig fchynbaar voorwendfel, in hegten is gehouden was; dan, de Keizer bragt des onaangezien op den ryksdag te Hagenau zes punten van befchuldiging tegen Richard in, behelzende, dat hy een verbond met Tancred had aangegaan, om dien overwe'diger in het1 bezit van het Koningryk Sicilië te handhaaven; dat hy \ door zyn verfchil met den Koning van Frankryk de ver- l overing van Jeruzalem belet had; dat hy in het Koning, ryk Cyprus gevallen was, en de wapenen der kruisvaarders tot berooving van een Christen vorst misbruikt had; dat hy, by 't beleg van Ptolemais, den hertog van Oostenryk fmaadelyk had bejegend ; dat hy medepligtig was aan den dood des markgraave van Montferrat, die in Palestina vermoord was; en dat by met Saladin een ftilftand van wapenen had gefloten, ftrydig met de belangen van het Christendom. D e Koning van Engeland merkte aan, dat, fchoon hy aan niemand rekenlchap van zyn gedrag verfchuldigd was, en hy de leden dier vergadering geenzints voor zyne regters erkende, hy echter wel zyn Koninglyk voorregt ter zyde Hellen, en zyn karakter van die laage en wreede aantygingen wilde zuiveren. Hy verzekerde, Tancred niet op den throon van Sicilië verheven, maar eeniglyk met hem gehandeld te hebben, als met een vorst, ir. Boek, II. V. Afd. In voor den yksdag te tagenau efchuldigd  248 HISTORIE van u. Boek. U. Hoofdst. V. Afd. ] 1 ( 1 ] j 2 ( i ] c t v 1: h h 4 i b o vorst, die in het daadelyk bezit der kroon was; dat de nayver van den Franfchen Koning alleen de yeorfpoed der Kruisvaarders in Palastina had verhinderd, en daarvan den blaam dragen moest, naardien hy zich'het eerst van het tooneel des oorlogs verwyderd had; dat hy het Kcningryk van Cyprus aan eenen overweldiger en dwingeland had ontnomen, die zyne wraak had uitgetart: men kon hem althans zekerlyk niet befchuldigen, 'dat hy zich daartoe door heerschzucht of gierigheid had laten vervoe. ren, naardien hy dat eiland gewillig had afgelban ten behoeve van Gut van Lufignan, om hem fchaadeloos te [tellen wegens het verlies van Jeruzalem; dat de hertog van Oostenryk, door hem met ketenen te belaaden, zich •eeds daadelyk gewrooken had wegens eene voorgewendde beëdiging, over welke hy op eene eerlyker wyze volloening had kunnen eifchen; dat zyn gedrag en karakter ïem behoorde te dekken tegen het verwyt, van mede)ligtig te zyn aan den moord des markgraave van Monter rat, die, op het oogenblik van zyn overlyden, hem elf van alle verdenking van dien aart gezuiverd had laar hy van zyne gemalin begeerde, dat zy de Stad Tyrus n zyne handen leveren zou, een erfdeel, dat hy zekerpk niet zou gemaakt hebben aan iemand, dien hy veragt hield, de oorzaak of medepligtige van zynen moord e zyn; en eindelyk, wat de verftandhouding aanging relke men onderftelde, dat hy met Saladin gehouden ad, hy herinnerde hun zediglyk, welk deel hy gehad ad in de overwinning, op dien ongeloovigen vorst beaald. Hy befchuldigde den hertog van Bourgondien, at hy hem, s'daags voor de belegering van Jeruzalem, ut nayver verlaten had, en voegde 'er by, dat het eftand, 't welk hy had geflooten, geenzints het uitwerk:1 zyn kon van eenig fchandclyk eigenbelang zoekend ogmerk, naardien hy van al de buit, welke hy op de ka-  het DUITSCHE RYK. 249 karavaan van Babyion had veroverd, voor zich zeiven niets behouden had, dan den ring aan zynen vinger. Deeze verdediging kwam den Duitfche Vorsten, die bovendien met het ongelukkig lot van een zo groot koning begaan waren, zo voldoende voor, dat zy eenItemmig den Keizer verzogten , hem op vrye voeten te ftellen. Ook beloofde Hendrik hun verzoek te voldoen ; doch de kuiperyen van Philips Koning van Frankryk , veriedelde deeze gunftige gefteldl heid. Dees vorst had in Engeland onlusten verwekt, door Jan, Richards broeder, tot het overweldigen der kroon aantefpooren, en thans vreesde hy het ontflV van Richard, als waardoor hy verhinderd zou kunnen&wor den in het veroveren van Normandien, in welk gewest hy, geduurende de gevangenis van deszelfs oppervorst eenen inval gedaan had. Hy vaardigde dan den bisfchop van heauvais als afgezant naar Duitschland af, om den Keizer te vertoonen, welke groote voordeelen uit het gevangenhouden van Richard konden voortvloeien; en de inboezemingen van deezen Kerkvoogd ftrookten zo wel met de inblaazingen van zyne eigen' gierigheid, da' hy weigerde, zynen gevangenen te ontflaan zondereen zeer buitcnfpoong losgeld, bedragende niet minder dan honderd en vyftig duizend mark zilver, waarvan een derde gedeelte aan Leopold, hertog van Oostenryk, uitgekeerd zou worden. Bovendien ftond hy 'er op, dat Richard zou inftaan voor de gevaaren, die de overvoering van dat geld verzeilen mogten; dat hy den Koning van Cy. prus en deszelfs dochter op vrye voeten ftellen, en zyne nigt, Eleonora van Bretagne, aan den oudften Zoon des hertogs van Oostenryk ten huwelyk geven zou. Hoe hard deeze voorwaarden ook fchynen mogten, werden zy echter; van Richard aangenomen, naardien hy dagt, zyne vryheid, welke hem zyne kroon alleen verzekeren kon niet te duur te kunnen betaaien: want omtrend deezen tyd had zyn broeder Jan zich voor Koning opgewor-, Kurop. Hist. XI, D. I. St. Ii ^ö pen II. Boek. II. HoornsT. V. Afd. "93De Keizer belooft Richard in vryheid te ftellen; docb hy dringt vervolgens aan op het betaaien van een buitenfpoorig losgeld. De Koning van Engeland onderwerpt zich tan de harie voor' wairden , He hem Worden opVlegd,  II. Boek. If. hoojdst. v. Asd. En wordt weder ge flaakt op '■ tusfchen- i Jpraak der Duitfche vor sten op dm ryksdag te Spiers. i I ( 2 F Leopold, hertog van *5° HISTORIE van pen en geheel Engeland met onlusl en vervuld. Hy Schreef derhalve aan zyne moeder, de Koningin Eleonora, verzoekenae, dat zy maatregelen zou nemen, om zonder tydverzuim het losgeld optebrengen, terwyl de Koning van Frankryk den Keizer eene zeer aanzienlyke fom aanbood, mits hy Richards gevangenis tot het volgend jaar rekte. Hendrik liet zich door een zo vuil inziet bewegen, en, daar hy zyne eer aan zyn belang opofferde, weigerde hy zynen gevangen te ontflaan, zelfs met, ichoon de Koningin Eleonora met honderd duizend marken zilver in perfoon te Worms kwam en voor het overige van het losgeld gyzelaars aanbood. De Keizer zeide het gemaakt verdrag wederom op, en bragt de zaak nogmaals op den ryksdag te Spiers, waar hv nog fteeds dubbelhartig handelde, en zyn best deed, om het ontflag van den Engelfchen Koning uitteftellen tot Jen ryksdag, die tegen het volgend jaar te Mentz was jyéengeroepen: doch de Duitfche vorften, befchaamd 3ver zyn gedrag, ftelden hunne gevoelens over dit ftuk net zeer veel vrymoedigheid voor. en, daar 'er hunne ;er in betrokken was, ftonden zy 'er op, dat hy de voorwaarden van het verdrag, waarvan zy borgen waren, zou nakomen, 't Zy dat Hendrik door hunne redenen overgehaald, of wel voor hunne wraak bedugt was, hy nam althans het losgeld aan, en ontfloeg den gevangenen, die zich terftond naar de Nederlanden be. £af, en aldaar aankwam, zonder ergens op weg ver:oefd te hebben : ook had hy zich niet zonder reden ldus voortgeipoed, naardien Hendrik, berouw hebbende 'Vér 't geen hy gedaan had, eenige ligte ruitery afond, om Richard te vervolgen , fchoon derzelver ° rg?™£T Sem °P te h§ten » geheel te vt fgetfsch was. (u) LtOrOLD, hertog van Oostenryk, wiens aandeel in het (a) Rïmeks, Act. publ. torn, i p. 72 tfs. Roger. de Roved.  het DÜITSCHE RYK. 251 het losgeld nog niet betaald was, dreigde, zyne wraak aan de gyzelaars te boeten, weshalve Richard, de onbefchoftheid vart zyn karakter kennende, het geld over zond, het welk niet dan zeer bezwaarlyk was byeenee bragt, naar dien Engeland door den kruistogt verarmd was. By deeze gelegenheid zond hy ook, overeenkomftig het'gemaakt verdrag, zyne nigt Eleonora over Dan, eer zy te Weenen kwam, overleed Leepold door eenen val van zyn paard, en gaf in zyne laatste oogenbhkken order, om de gyzelaars te ontflaan, bewust, dat hy zich aan onregtvaardigheid fchuldig gemaakt had met Richard tegen alle regten van billykheid en ee? aantehouden. Zyn zoon en opvolger, Frederik, maakte in den beginne zwaarigbeid, om deeze fchikkingen te volbrengen; maar de waereldlyke heeren en de bisfchonpen zyner Staaten kwamen tusfchen beiden, en gaven hem te verftaan , dat het lyk van zynen Vader niet kon ter aarde befteld worden, ten zy vooraf zyn wil zou volbragt zyn; ook dreigde de paus hem met den kerk. lyken ban, mdien hy m zyne hardnekkigheid volharddedit alles bragt te weeg, dat hy de gyzelaars ontfloegl en de pnnles Eleonora, aan welke het niet gelukt was zyne genegenheid te winnen, te rug zond. (x) De Keizer, die eenen anderen krygstogt naar Italien m den zin had, en voorzag, dat by met den paus in onmin geraaken zou, befloot, zo het mogelvk ware zich te vcrfterken door de vriendfehap des Kohings van Engeland; weshalve hy terftond een gezant naar hem afvaardigde, om hem voor de aangedaane beleedigingen om vergiftenis te verzoeken, en de teruggaaf der fomme te belooven, welke hy hem voor zyn losgeld had afgeperst. By gelegenheid dat de kroon van Bohemen was open- d ge- vt (x) Barre tem. V. p. 461. Ii 2 II. Boek. II. hooedst. V. Afd. Oostenryk, beeft in zyne laat' He oegenblikken i>erouw over het gebeurie. e bisfchop n Praag  252 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. tot hertog van Bohemen vei* koeren. Hendrik de Leeuw tragt nieuwe onlusten te ver wekken. I < l 1 l 1 ( 1 ( gevallen door het overlyden van Coenraad de Znaim die de opvolger van Frederik was, deeden zich twee mededingers op, IVinceslaus, en Primislaus, welke laatste echter den eersten noodzaakte, zynen toevlucht tot 's Keizers befcherming te nemen Hendrik trok zich zyne zaak aan, en deed Primislaus in den ryksban: dan, daar JVinceslaus overleed, eer hy in het bezit zyner Staaten gefield kon worden, verkooren "de ftenden van Bohemen Hendrik, bisfchop van Praag, die door den Keizer in het bezit van de hertoglyke kroon werd bevestigd, (y) Schoon de onlusten in Bohemen dus geftild waren bleeven echter de opfchuddingen in Saxen voorcduuren! Hendrik de Leeuw fpande alle zyne vermogens in, om het bezit zyner Staaten aan de overzyde der Elke te herwinnen. Hy vormde ontwerpen, ftelde bondgenootfchappen voor, en deed proeven, om Canut, Koning van Denemarken, in zyn belang te trekken; en toen ille deeze ontwerpen mislukten, zogt hy de gunst van den Keizer te herwinnen, tot welk einde hy eene egt verbindtenis bewerkte tusfchen zynen zoon, den hertog t^an Brunswyk, en Jgnes, dochter van den paltsgraaf Coenraad, 's Keizers oom; een huwelyk, welk, in plaats iran Hendrik te bevredigen, hem integendeel,zoveel nisnoegen gaf, dat hy Coenraad op den naasten rykslag zou gedagvaard hebben, om rekenfchap van zyn ;edrag te geven, zo niet eenige edelen ten zynen beïoeve tusfchen beiden gekomen waren, en in zynen laam beloofd hadden, dat de graaf aan het keizerlyk lof verfchynen zou. Deeze verdedigde zich a'daar in liervoege, dat de Keizer zynen gedaanen flap goed. ;eurde, en den hertog van Brunswyk, over wiens ge. lrag hy .tot dus ver niet veel reden had om voldaan te (y) Heiss. Ptlon. Lib. VI. ad ann. 1191.  het DUITSCHE RYK. 253 zyn, in zyne gunst aannam. De paltsgraaf, hem zo wel gezind vindende, overreedde Hendrik de Leeuw, om by den Keizer vergiffenis te verzoeken: deeze beloofde hem met een mondgefprek te Sslfeden te begunitigen, waarop de oude hertog zich derwaarts op reis begaf: doch door eenen gevaarlyken val van zyn paard genoodzaakt werd, op weg ftil te houden. De Keizer had van dit toeval niet zo haast berigt ontvangen, of hy ging hem zonder eenige plegtigheid bezoeken , omhelsde hem teder by derzelver ontmoeting, fprak met hem eenen geruimen tyd afzonderlyk, en niet langer reden hebbende, om aan zyne opregtheid te twyfelen, begunfligde hy zynen zoon met de eer van het paltsgraaffchap, onder voorwaarde, dat hy den Keizer op zynen tcgt naar Sicilië zoude verzeilen. (2) (*) Nadat Hendrik alle de nodige toerustingen gemaakt had, begaf hy zich wederom naar Italien; dan vooraf zend hy een aanzienlyk gedeelte van zyn leger naar Napels, onder het bevel van zynen ftedehouder Bert hold, om den eersten aanval te doen, waarin hy eenige voordeden behaalde. Venafro, in het gebied van La Uur gelegen, werd ingenomen en geplunderd; Rocca en Sexti ondergingen hetzelfde, lot; verfcheiden andere plaatfen gaven zich zonder tegenweer over. Omzichtegen dee^ (z) Barre torn. V> p. 465. (*) HENDRIK de Leeuw overleefde deeze verzoening niet lang: hy overleed in den ouderdom van zeventig jaaren in de maand Augustus van dit zelfde jaar, drie zoonen nalatende, namelyk Hendrik, die hem opvolgde in het hertogdom Brunswyk; Otho, die eemgen tyd als gyzelaar by den Keizer bleef; en Willem , die zich in dezelfde hoedanigheid by den hertog van Oostenryk ophield. (1) 0 (1) Ann. Paderborn. ad ann, 1193. ü 3 II. Boek n. Hoofdst-, V. Afd Hy wordt met den Keizer verzoend. 1194. De Keizer kmt weder in Italien en neemt bezit van de beide . Sicilien.  254 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. V. Af o i i ( < k deezen voortgang van den keizerlyken veldheer verzetten, ftak Tancred met een talryk leger van Sicilië over; maar geenen veJdflag durvende waagen, trok hv te rug naar Palermo, uit hoofde van het overlyden van zynen zoon Roger, het welk hem zozeer ter harte ging, dat hy, binnen weinig dagen, insgelvks van hartzeer, overleed, waarop zyn tweede zoon Willem, fchoon nog een kind zynde, tot Koning van Sicilië werd uit. geroepen Deeze voorfpoed, gepaard met de tyding van Tanc reds overlyden, bewoog den Keizer, om zelf met een fterk leger te volgen. Doch vooraf zond hy eenen afgevaardigden, om die van Pifa en Genua kennis te geven van zyn oogmerk, op dat zy hunne vlooten by zyne aankomst in gereedheid zouden hebben. Do zaken dus vooraf gefchikt zynde, trok hy de Alpen over, en begaf zich naar Genua, waar hy den burgemeester, Albert Olivaro, zyne bevelen gaf. Deeze had het bevel over de vereenigde vloot, met welke hy naar de kust van Napels zeilde, terwyl de Keizer te land derwaarts trok. Op zynen togt vereenigde hy zich met Muscanuwellus, op wien het opperbevel van zyn eerfte leger was overgegaan na het overlvden van graaf Berthold, die by het beleg van Monte Rodena gemeubeld was. Na het ontvangen van deeze ver 'erking maakte Hendrik zich fpoedig meester van Napels, Apu. 'ie, en Calabrie. De ftad Palermo veroverde hy ftornenderhand, en nam op eene zeer wreede wyze wraak )p de burgers dier ftad over den hoon, zyner gemalin langedaan, wanneer zy haar by zynen eerften krygs:ogt gevangen hadden gehouden. Zyne geftrengheid by leeze gelegenheid en de wreedheden, die hy pleegde in ndere fteden, welke vermetel genoeg geweest waren »m zich tegen hem te verzetten, noodzaakten de overien, zich uit vrees te onderwerpen; Napels zelf ging over,  het DÜITSCHE RYK. 255 over, en binnen zeer korten tyd, zag hy zich in het vreedzaam bezit van de beide Sicilien. (z) TANCKEDS weduw had met baar zoontje en twee dochters de wyk naar Sicilië genomen; maar de Keizer vervolgde haar van zo naby, dat zy zich tot de over. gaaf genoodzaakt vond, op zeker verdrag, door hem zeiven voorgefchreeven. Hy had haar echter niet zo haast in zyne magt, of hy beroofde haar, zonder eenige acht te flaan cp zyne belofte, van alle hare goederen, deed het kind ontmannen, en de oogen uitfteken, en floot de moeder met haare twee dochters in een klooster cp. (a) In het midden van deeze gebeurtenisfen werd de Keizerin, ichoon bykans den ouderdom van vyftig jaaren bereikt hebbende, zwanger, en, om alle vermoeden van bedrog voortekomén, verloste zy in het open veld digt by Palermo., in tegenwoordigheid van eene groote menigte, wanneer zy eenen Prins ter waereld bragt, die den naam van Frederik verkreeg, en vervolgens den keizerlyken throon beklom. Hendrik had inmiddels de beide Steilten geheel ondergebragt, en zich verzekerd van de onmeetlyke fchatten, weiken Tancred en zyne voorzaaten verzameld hadden; hy zette vervolgens zyne eigen landgenooten in de regeering, en ftelde orde op de zaken van zyn nieuw verkreegen Konin°ryk. Daarop keerde hy naar Duitfchland, de voornaamfte heeren en kerkvoogden der beide Sicilien met zich voerende, als zo veele panden voor de getrouwheid hunner mede onderdaanen: doch deeze voorzorg had echter geene genoegzame kragt; want de Siciliaanen, zyne dwinglandy en fchraapzucht niet kunnende verdragen, verwekten eenen opftand, die den Keizer in dier- voege «/2)40.r"ntz' uh' m cap' 6 (a) 0tho skcu m^°- -II. Boek. II. HoOi dst. V. Afd. IIQ5- De Keizerin verhst van een zoon,  n. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. j 1105. Die tot | Roomsch , Kor ing wordt ver- ' koren. f. 1 I 256" HISTORIE van voege vergramde, dat hy alle de gyzelaars van het gezicht liet berooven. (b) ° Eer hy naar zyne Duitfche Staaten vertrok, ontving hy de tyding van den dood zynes broeders Coenraad, hertog van Zwaben en den Elzas, het welk hem zeer aandeed, en begat het provinciaal bewind van Zwaben, n-VeZJ?u-ueTt0gdum l°skanen en de le^n van gral vin Mathilda, welken hertog Guelphe by uitersten wil aan den Keizer gemaakt had, aan zynen nog Jeevenden broeder Philips die gehuuwd was met Irene, dochter van den Gnekfchen Keizer. By zyne terugkomst in Duitfchland zond hy een gezantfchap aan Richard, Koning van Engeland, om hem een verbond tegen Frank, ryk yoorteflaan, volgens het welk hy hem het geheele ;osgeld waarvan een gedeelte nog onbetaald was, zou kwytfchelden; op deeze bekendmaking weigerde de Koning van Engeland een verdrag te fluiten met den Franfchen Koning, fchoon het ten dien tyde reeds ver gevorderd ware. Niet lang na deeze gebeurtenis begaf de Keizer aan Hendrik hertog van Brunswyk, de inhuldiging van het Mltsgraaffchap, het welk open gevallen was door het overlyden van Coenraad, wiens dochter aan Hendrik gemuwd was. fa Het eerste, waar hy vervolgens voor zorgde, was, >m zynen zoon Frederik, fchoon nog een kind in dè vieg, tot Roomfch Koning te doen aanftellen, waartoe le ryksvorsten, meer uit vrees, dan uit liefde, over;ingen. (c\ ' Paus Celestinus, ongerust over de magt en het kaakter van Hendrik, waardoor hy zich in eene ahoosluurende onrust bevond, viel hem op eene zeer drin. gen- \È XJtüel'cerlrt,. %. ™' P' fó Lubikg.  het DU1TSCHE RYK. 25? ger.de wyze lastig met zyne verzoeken, om den Christenen in het H. land met eene aanzienlyke krygsmagt te hulp te komen,en zich , naar het voorbeeld van Keizer Frederik zynen vader, aan derzelver hoofd te ftellen. Op deeze dringende aanzoeken zond hy derwaarts een leger onder het bevel van den aartsbisfchop van Mentz, en de vorsten van Oostenryk, Braband en Thu. ringen, (d) terwyl hy zelf, nevens de Keizerin, en zynen zoon, den Roomfch Koning, wederom naar Sicilië vertrok, om de overblyffelen van den opftand te dempen, en des te beter in de noodwendigheden van den heiligen oorlog te voorzien. Op eene vergadering te Straatsburg, had hy met groote aandacht geluisterd naar de redevoering van den paufelyken gezant, en openlyk betuigd, dat by zyn geheel vermogen befteeden, en zelfs zyn eigen leeven in gevaar wilde ftellen, om zulk eene heilige onderneming te volvoeren Met deeze gevoelens bezield, beriep hy eenen algemeenen ryksdag te Worms, waar hy zyn be. fluit plegtig te kennen gaf, en over dit onderwerp met zo veel welfprekendheid uitweidde, dat genoegzaam de geheele vergadering voldeed aan zyne vermaaningen, om het kruis te aanvaarden; ja tot zulk eenen hoogen trap van dweepery ging deeze geest der dooiende ridderfchap, dat Margaretha, Koningin weduw van Hongaryen, zelve zich tot den kruistogt liet opfchryven, en in der daad hare dagen in Palestina eindigde, (e) Zulk eene groote menigte krygsvolk uit alle de gewesten van het ryk verbond zich tot deezen togt, dat de Keizer het in drie groote legers verdeelde, één van welken, onder het bevei van Coenraad, aartsbisfchop van Mentz, zynen weg door Hongaryen nam, waar de Koningin Margaretha zich met hetzelve vereert) Ann. Bcior. ibid. (e) Rog er ad Ann. 1196. Europ. Hist. XI. D. 1. St. Kk II. Boek. II. HOO fdst. V. Afd. Hy zendt krysgsvolk iaat 't H. Land.  It, Boek. IL PIooKDST V. Afd Hy kastyds de oproeri gen in Si cilie en tt Napels ■ i < i 1 £58 HISTORIE van eenigde; het tweede leger, in Neder. Saxen verzameld, ging te fcheep op eene vloot, welke door die van Lubeck, Hamburg, Holftein., en Friesland was gereed ge. maakt; terwyl de Keizer zelf het derde naar Italien voerde, om de Normanfche edelen te ftraffen, die tegen zyne regeering waren opgeftaan. Deeze opftand nam een aanvang by het gemeen van Palermo, het welk graaf Richard Acerra te hulp nep. Doch, devvyl alle zyne ondernemingen mislukten, het hy hen aan s vorsten geftrengheid over, en nam de wyk naar Campanie, waar hy door graaf Diapold, een van 's Keizers afgevaardigden, gevat en gevangen werd gezet. De bisfchop van Worms was gezonden om Napels en Capua te ontmantelen, en deeze vernieling vergramde de inwooners zo zeer, dat zy hunne wraak met konden verbergen, maar maatregelen begonnen te beraamen, om het Duitfche juk, dat hun ondraaglyk geworden was, aftefchudden. Het oproer was dus gereed, om uhtcbarsten, toen de Keizer te Napels kwam, en alle Napolitaanen, Calabriers en SU cihaanen van de ambten ontzettede, welken zy bakleedden, gelyk ook van het geene zy van de kroon te leen hielden, welk hy alles onder zyne eigen aan. hangers uitdeelde. Zelfs ftrekte hy zyne geftrengheid :ot de geestelykheid uit, welker voorregt, om van den krygsdienst bevryd te zyn, door hem werd vernietigd. Met één woord, hy maakte zich zo haatlyk by zyne (tahaanfche onderdaanen, dat zy tegen hem eene fanenzweering fmeedden, en te Palermo de wapenen opfteden, onder het geleide van Roger, graaf van Mohsfa, die middel vond, om genoegzaam alle de fteien van Sicilië in deezen opftand intewikkelen. HENDRIK, over deezen algemeen en afval ongerust, ;mg met vreugde eene onderhandeling met de misïoegden aan, en floeg eene byeenkomst te Capua voor, waar-  het DUITSCHE RYK. 259 waarin hy beloofde, alle hunne bezwaaren weg te nemen , en ben in het bezit van hunne goederen en vodrregten te herftellen: doch zy hadden, volgens dit vedrag, hun krygsvolk zo haast niet afgedankt, of hv floog alle zyne beloften en betuigingen in den wind, en voerde een gedeelte van zyn leger naar Italien over, deed een groot aantal van hun, die de wapenen tegen hem hadden aangegord, vatten, fommigen met den dood ftraffen, anderen of naar Duitschland, overvoeren of in hegtenis houden. Deeze wreedheden vervulden wel een groot gedeelre der Siciliaanen met vrees, maar boezemden ook een aantal ondernemende lieden eene foort van wanhoopige wraakzucht in , die hen aanzettede, om zich op het eiland Lipari, onder het bevel van graaf Jordani, een Sicüiaansch edelman - te verfterken. Deeze graaf was daartoe, naar men verhaalt , heimlyk opgehitst door de Keizerin Conflanüa, die niet dan met fchrik en verontwaardiging zien kon, dat hare landgenoten zo onwaardig behandeld wierden , en daarenboven over de onverfchilligheid van den Keizer ten uiterften misnoegd was. JORDANI zelf dong naar de kroon , en had zyne maatregelen zo wel genomen, dat hy de geheele magt ' van Hendrik zou hebben kunnen uittarten, indien hy : niet was verraaden geworden door één van zyn eigen ' volk, die voor eene groote belooning het Duitfche I krygsvolk op het eiland bragt. Jordani werd, na eene l treffelyke verdediging, gevat, en met de wreedfte py: nigingen ter dood gebragt; ook werden alle zyne aanhangers met den dood geftraft. (f) Nadat Hendrik het vuur des oproers dus geheel had uitgebluscht, deed hy zyn vfPv*;™*?'7? Gem' ChrCn- ad TJ96. ap. AfW Tm , VII Rettus de R>:g. mp$l. et Sicil. Fa, Nu:t. Hist. Alex. Comm. 1 Llo. 11. Kk 2 II. Boek. li EÏOOFDST, V. Af»  II. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. Hy ivordt deor de Keizerin Coi. fhritia belegerd. ' i I < t ] l ( ( 2 g k "97- „ Hy fterft £ ts Mesfina. t( ni 160 HISTORIE van zyn leger, onder het bevel van Coenraad, bisfchop van Jvurtzburg, naar PaUstina infcheepen. Deeze gelegenheid oordeelde de Keizerin voor de Stalmanen gunftig, om hunne vryheden te herwinnenen, daar zy tegen Hendrik, die thans genoegzaam geheel van krygsvolk ontbloot was, nog fteeds dezelfde «oz. merken koesterdehitfte zy Renaldo en Landulphuf* graaven van Aqmm op , ofn eenen algemeenen opftand te verwekken. Landulphus hield derhalve eene redevoe ring tot het volk der nabuurige fteden, terwyl hette Sora vergaderd was; waarop hetzelve, door zyne aanfpraak verhit, onmiddelyk befloot, het Keizerlyk juk aftefcbudden :erwy men eenpaarig den graaf tot veldheer verkoos! Hy fchafte terftond alle de belastingen af, die door den Keizer waren opgelegd; en, daar zyn leger van dag tot ag toenam, befteedde hy de gewoone inkomften tot onierhoud van zyne krygsmagt Middelerwyl bragten de nisnoegden van Sicilië een klein leger op de been en ach met de inwooners van Palermo, die de Keizerin :elve aan het hoofd hadden, vereenigd hebbende, oniernamen zy, den Keizer te belegeren op een fterk kaseel, werwaartshy, op het vernemen van deezen fchieyken -opftand, de wyk had genomen. Geduurende dit ieleg zonden zy rondgaande brieven aan aile de fteden ezelven nodigende, om zich ten algemeenen beste te 'ereemgen; het welk ten gevolge had, dat Hendrik zich loor het gantfche Koningryk verlaten ziende, genood, aakt werd, den vrede te verzoeken, die hem werd toeeftaan; doch alleen op voorwaarden, die voor zyne bengen gantsch niet gunftig waren. 't Zy dat de Keizerin, aan zyne opregtheid in dit ïval twyfelende, aan dien wraakzuchtigen vorst vergif >ediende, of dat hy met de daad, door eene hevige oefeng op de jagt, zich zeiven de koorts op den hafe alde, zeker althans is het, dat hy, niet lang na dit ver-  het DÜITSCHE RYK. 261 verdrag, in hc zevende jaar zyner regeering, te Mes. fina overleed, fg) HENDRIK was een vorst, die veele goede hoedanigheden bezat : hy was voorzichtig, vlug van oordeel, welfprekend, werkzaam en dapper, maar tevens ook wreed en trouwloos. Zyne oorlogs bedryven verfpreidden den ichrik van zynen naam zelfs tot aan het hof van den Griekjehen Keizer, Alexis, aan wien hy ook met de daad gezanten had afgevaardigd, om fchatting te vorderen, of, m geval van weigering, hem den oorlog aantezeggen: want zyn oogmerk was, dat Keizerryk aan zich te onderwerpen, en zyne heerfchappy tot in Aften uittebreiden, van waar al.e de krygsbenden , die hy derwaarts gezonden had, nevens zeer veele edelen, welken tot dat zelfde einde de wapenen hadden opgevat, op het vernemen van zynen dood, in Europa te rug kwamen , terwyl zy de Saraceenen in de bezitting van het heilig land lieten. De Keizer had meer dan eens getracht, de opvolging m zyn geflagt te doen voortduuren, en daartoe ook een befluit der ryksvorften verworven, gedeeltelyk door zynen afftand van het regt van opvolging, ten opzigte van de bezittingen der geeftelykheid , ten voordeele der kapittelen en kerken, gedeeltelyk door de edelen van hunne af hanglykheid als leenmannen te ontflaan. Ook zegt men, dat hy deeze Iaatften had omgekogt door middel van het losgeld, het welk hy Richard /, Koning van Engeland, had afgeperst. (g) Barse Lib. V. p, 459, Kk 3 PHI- II. Boek. II. ïoofdst. Afd.  n. Boek-, II. Ho om?! V. Afd Phüps , berteg var, Zwanen, neemt het bejiuur dei zaken op zich. ] ] Paus Innocentius I verklaart < zich tot vvand van ^ Philips. a 1 I h v h o n dj *6* HISTORIE van PHILIPS en OTHO. ~PfflLIPS, hertog van Zwaben, was op wes naar Si cthetoen hy het overlyden van den Keizei', zynen broeder, vernam. Vv einige dagen daarna ontving hv een bode, die, volgens de befchikking van wylen den Keizer aan hem was afgevaardigd met de tekenen der Koninelvkè waardigneid «n zynen uiterften wil, waarin hy hem over zynen zoon Frederik, den Roomsch Koning, tot voogd aanftelde, en hem tevens, geduurende de minderiaarig. heid van dien jongen vorst, het opperbewind opdroeg. Ten zelfden tyde werd hem berigt, dat de inwoonera van Smits en Apuhe een opftand verwekt , en het grootfte gedeelte van het Duitfche krygsvolk vermoord hadden Hy begaf zich echter met zyne krygsmagt naar Duitschland, om het Keizerryk voor zynen neef te besraaren, oordeelendc, dat zyne tegenwoordigheid aldaar iet meest noodzaaklyk was , en hy geen tyd verliezen Inmiddels deed paus Innocentius, de opvolger van Mestinus een gezworen vyand van het huis van Zwaben, laar hy deeze gelegenheid gunftig oordeelde, om hetzelve ■an de Keizerlyke kroon te verftekenbrieven afgaan an de aartsbisfchoppen van Trier en Keulen, wrarin hy en aanfpoorde, om uit een ander geflagt een Roomsch .oning te verkiezen; ook verzuimde hy niets, hetgeen y dagt te kunnen ftrekken, om verdeeldheid onder de orlten van Duitschland te verwekken. Ze'fs ontdoe* y hen van den eed van getrouwheid, welken zy den verleeden Keizer, ten behoeve van zynen zoon , gezwo:n hadden: ja zo ver ging zyn haat tegen den Oom, it men hem hoorde zeggen, dat of Philips het Keizer- ryk  het DÜITSCHE RYK. 263 ryk verliezen, of hy de paufelyké waardigheid verbeuren U zou. Op de herhaalde aanzoeken van den paus werd 'er Boek te Keulen eene vergadering belegd , beftaande uit de j{ " aartsbisfchoppen van Trier en Keulen, nevens de bis- Hoofdst fchoppen van Paderborn en Minden, Hendrik, paltsgraaf V". Afd! van den Rhyn, Herman, landgraaf van Thuringen, de hertogen van Braband en Limburg, de graaf van Dachburg., en andere edelen. Op deeze byeenkomst werd Berthold, hertog van Zeringen, tot Roomsch Koning verkooren: dan, daar hy, om zekere redenen, die waardigheid weigerde af.ntenemen, fielden zy in zyne plaats Otho , hertog van Saxen aan , die zich toen rhet zynen Oom, den Koning van Engeland,in Poitou bevond, werw a ts zy de graaven van Dachburg en Leiningen afvaar- Otho tot dsgden, om hem zyne verkiezing bekend te maaken, en Roomsch te verzoeken, om zonder uitftel in Duitschland te rug te Koning komen. (h~) ö verkoren. Otho had zyne verkiezing zo haast niet vernomen, of begaf zich met allen fpoed op weg; en de hoofden van zynen aanhang met een aanzienlyk Jeger verzameld hebbende, het welk nog verfterkt werd door de krygsmagt van den paltsgraaf Hendrik , zynen broeder, ups. maakte hy zich meefter van Aken , alwaar hy door den Frederiks aartsbisfchop van Keulen gekroond werd. Oaartegen verkUzif>g kwam 'er te Arnsberg eene vergadering byéén, beftaandeIS/" ; uit de aartsbisschoppen van Mentz, Maagdenburg, Be-dooreenen I Jangon, de bisfchoppen van Man/Ier, Regensburg, FreU andere" I fingen, Augsburg. Conflantz, Eichflet, Worms, Spiers aan^n.?> . Brixen en Hildesheim, de abten van Fulda. Wi™rh:'K.l?* r„7J 77- . , ' 7 '■"•'""■•'IOC jctu en ivempim , den Koning van Bohemen, de Roomsch , hertogen van Saxen, Beieren, Oostenryk, en ïdv. vermoord werd. * • a ér 1 eenig krygsvolk verzameld hebbende, viel lir*! fflVe,rnïde den °°Sst> brandde Mok. h m tote het kafteel van Haldenberg, en plunderde alle de landen, aan den bisfchop van Straatsburg en den graaf van Dachburg toebehoorende, terwv) Otho „LS?11 ^ ftaaten la"Ss den en Moezel uitbreidde, ot dat zyn leger door het verloopen van zyn krygsvolk verzwakt, en hy dus genoodzaakt was de wyk te nemen. Philips begaf zich5vervolgens naar Mentz, waar hy gekroond werd door den aartsbisfchop van Tarentum, die voor den aartsbisfchop van Mentz welke zich toen in PaUstina bevond, den dienst waar' nam; by deeze plegtigheid bevond zich ook de aarts,., IT bis* (0 UïSPEBG, gest. Phi'.ip.  het DÜITSCHE RYK. 265 bisfchop van Trier, die toen de party van Otho verlaten had. (k) Na deeze krooning verbrandde hy de fteden Bonn. Andemach en CoMentz , en plunderde het geheele land • vervolgens in Neder Saxen gevallen zynde, ondernam hy het beleg van Brunswyk, het welk hy echter genoodzaakt werd op te breken; want Hendrik,de paltsgraaf, had niet zo haast vernomen, dat zyne hoofdftad m gevaar was, of hy trok met een aanzien!vk Ie* ger derwaarts en noodzaakte Philips, de wyk te nemen naar Goslar, waar hy een gedeelte van den winter doorbragt. Hy trok vervolgens ten tweeden maale m den Elzas, waar hy zich van verfcheiden plaatfen meester maakte en ten laatsten een verdrag met den bisfchop floot, die hem in Straatsburg binnen liet, waar hy den inwooneren den eed van getrouwheid afnam. Omtrend denzelfden tyd won hy ook Primislaus, Ko mng van Bohemen, die voorheen de belangen van Otho met merkwaardigen yver (*) voorgeflaan, en zich vereenigd had met Herman, landgraaf van Thuringen, die, fchoon Philips naaste bloedverwant, echter onder zyne vyanden in het veld verfcheenen was. Hermans landen werden geplunderd, en Primislaus van de belangen van Otho afgethroond door middel van eene echtyerbindtems tusfchen de dochter van Philips, die nog in de wieg lag, en den jongen zoon van den Boheem. Jchen Koning, waaromtrend men met eikanderen overeenkwam. Palts « (fc) Ann. Trev. torn. IK p. 05. vaM-raan0 dt? hTS*** ****** «ch de belangen ^^^^'^JSSr91 werd bygenaamd, exn 1 > vtuen zyntr opvolgers overging. CO Hist gjkm. W. XF. Etjrop. Hist. XI. D. I. St. LI ir. Boek. II. Hoofdst. v. A;n. 1199. Hy plmit iert den Elzas. . 'Vint den Koning 'jan Bohemen ,  &66 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. En den paltsgraaf Hendrik. 1200. Otho wordt van den Koning van Enge-! iand veria-< ten. 2 \ 1 ( ( De Keize- ^ rin Con- y ftantia c fterft in ? Sicilië. g V g d Paltsgraaf Hendrik, aan wiens jongften zoon deeze prmfes ten huwelyk beloofd was, verklaarde zich, uit misnoegen over de ontworpen verbindtenis, thans eerst openlyk voor zynen broeder, en verzamelde een aanzienlyk leger, met het welk Otho een inval in Frankenland deed, en de ftad Wurtzburg, die het met Phi* Ups hield, berende. Deeze laatfte fpoedde zich, om de plaats te ontzetten, het welk ongetwyfeld een beflisfchenden veldflag zou hebben verwekt, zo niet de ede. len in de wederzydfche legers hec verfchil gemiddeld, en een verdrag te weeggebragt hadden tusfchen Philips en Hendrik, welke laatfte zyn broeders party verliet, mits dat hy de inhuldiging van Brunswyk ontvangen zou, welke hy van Otho te vergeefsch verzogt had.'fT) Behalve den afval van Hendrik, verloor Otho ook ie vriendfehap van zynen Oom Jan, Koning van En. \eland, die, zynen broeder Richard op den throon opgevolgd zynde, niet alleen weigerde, het erfdeel te volloen, welk die vorst aan Otho befproken had , maar :elfs met den Koning van Prankryk een verdrag aan;ing, waarby hy zich uitdruklyk verbond, zynen neef niddelyk noch onmiddelyk byteftaan; ook kwam hy leeze voorwaarde heilig na, ondanks de vertoogen van len paus, die ten voordeele van Otho aan hem ;efchreeven had. (in) Terwyl Duitfchland onder de ellenden van eenen urger oorlog zugtte, hield de Keizerin Conftantia haar erblyf in Sicilië fa\s regentes en voogdes van haren jonen zoon, die, met toeftemming van paus Celestinus, relke men, echter niet dan voor eene groote fomme elds, verkreegen had, gekroond was. Na het overlyen van dien paus was het noodig, dat men gezanten zond, (i) Babke Tsm. V. p. 514. (ra) Roger. Hoved. p. 709, 802.  het DUITSCHE RYK. i6? zond, om de inhuldiging op nieuws te verzoeken van Tr zynen opvolger, Innocentius, die, met deeze gunftige p gelegenheid zyn voordeel doende, om het gezag van ff* den Roomfchen ftoel uittebreiden, zeer fterk&aandrong, Hoogst dat zy afftand zoude doen van fommige regten, welken V Afd hy voorwendde, voor de kerk nadeelig te zyn, zoo als het regt, om de open vallende kerkelyke bedieningen te vervullen, het gezantfchap, aan de Koningen van Sicilië toegeftaan, nevens het regt van appèl op de uitfpraak van den\ Roomfchen ftoel. Dan, eer Conftantta deeze afftanden doen konde, overleed zy, latende het beftuur van het Koningryk, geduurende de minderjaangheid van haren zoon, aan paus Innocentius, die dus de zaken naar zyn eigen welgevallen fchikken kon. f» Ue paus dus, ten opzigte van Sicilië, zyne ontwer- nor. pen ten voordeele van den heiligen ftoel ter uitvoer ^winno ■ gebragt hebbende, verklaarde zich voor Otho in drie cen,tius m onderfcheiden bullen, welken hy over de fcheuring in3'*2, het Keizerryk deed uitgaan, 6 Otho, « Hy fchreef aan de aartsbisfchoppen van Keulen en doetn'mPs Mentz, als ook aan de onderfcheiden gewesten van hetmH alle Sm *0tJekend™f"S ™beweegredenen, welke 25»T"fa hem hadden overgehaald, om Philips en Frederik van den ban. den Keizerlyken throon uittefluiten; en in eenen brief aan Otho drukte hy zich in deezer voege uit: „ Op het » gezag van den almagtigen God, het welk inde per„ loon van den H. Petrus op ons gekomen is, nemen v wy u tot Roomsch Koning aan, en bevelen, dat gy „ als zodanig voortaan geëerd en gehoorzaamd zult " 7u-me"! 00k zyn wy' na de gewoone voorafgaande „ lchikkingen, gereed, de Keizerlyke kroon plegtig aan j> u op te dragen. (V)" «-00 Dee- iSf/ffi 2I" Lib- L *> 4^ */«f- W Co,,. LI 2  ÏL Boek. II. hoofest, V. Afd. 1202. Een nieuwe Kruistogt onderno men. 268 HISTORIE van Deeze bekendmaaking werd aan alle de Duitfche vorsten medegedeeld; ook verfcheencn 'er paufelyké ge zanten, die, op eene vergadering te Keulen, Otho tV Roomsch Koning verklaarden, en Philips mee alle zyne aanhangers in den ban deeden; met dat alles echter nam de party van Otho zichtbaar af, 'terwyl die van "zynen mededinger dagelyks nieuwe fterkte kreeg. De edelen van Philips aanhang beklaagden zich over het gedrag van den paus in eenen brief aan zyne heiligheid, hem vetoonende, dat hy zich met de verkiezing van PPn Roomsch Koning had bemoeid, niettegenftaande zulK ftrydig was met de regten der Duitfche Vors'en en met den phgt, aan zyne priesterlyke waardigheid ver knocht , als welke oorfpronglyk van de Keizerlyke kroon afhanglyk was. Ook bragt de Koning van Frank?! over hetzelfde onderwerp klagten in, hem ernftig fmeekende, om de belangen van Otho te laten vaaren als die ten allen tyde eenen ingekankerden haat tegen de FraZ fche natie gevoed had Doch het huis van Zwaben w« by de paulen, welken hetzelve in Italien altyd belem merd had, zo gevreesd en gehaat, dat Innocentius wel verre van op deeze voorflagen en verzoeken eenige acht te flaan, m tegendeel zyne poogingen verdubbelde om de vorsten en kerkvoogden van Philips aanhang \ te trekken: ook verklaarde hy in het antivoord, het welk' hl ten Kovitag van Frankryk op deezen brief gaf dit of Philips her Keizerryk, ot hy de paufelyké waardij heid zoude verliezen., iO ^druig- Alle deeze verfchillen en onlusten in Eur0pa be letteden met, dat er een nieuwe kruisvaart ondernomen werd, weike de paus tot herovering van het H land Jlomme deed prediken. Zy, die her kruis aannamen! waren meest Duitfchers en Franfchen. Hunne eerfte ver- (p) De Negot. Imp. Epist. LXIII.  het DUITSCH E RYK. 269 verlichting was het onderbrengen van Zara in Hongary* en hei welk zy _ belegerden op aanhitfmg van Danaalo, Doge van Venetië, aan wiens heerichappy die Stad zich onttrokken had. Terwyl zy met dit beleg bezü; waren, ontvingen zy een gezantfchap van Koning Philips, om hen te verzoeken, zynen fchoonvader Isaacus Angelus, Keizer van Confiantinopolen, te herftellen, die door zynen broeder, Alexis, bygenaamd Comnenus, ontthroond en van het gezicht beroofd was. Zy ving-m de onderneming aan, uit aanmerking van eenige voordeelen, welken zy beraamd hadden met den jongen Alexis . zoon van den ontthroonden Keizer , die naar Duitschland gevlucht was, en zich toen in hun leger bevond. Zy namen Con piantinopolen ftormenderbanJ in , en den overweldiger verdreeven hebbende, verlosten zy den ouden blinden' Isaac uit zyne gevangenis, en verheften, op zyne be-' geerte, zynen zoon Alexis op den Keizerlyken, throon (q\ . PHILIPS en Otho, de beide mededingers naar het Kei zerryk, legden zich geheel en al toe, om de genegenheid van hunne vrienden te behouden, die niettemin hunne belangen by beurten dan lieten vaaren, dan wederom ; omhelsden , naar dat hunne grilligheid. eerzucht of wraak hun ingaf. Jan, aartsbisfcnop van Trier, verwisfelde tweemaal van party in den loop van één jaar: Primislaus, of Othocarus, Koning van Bohemen, viel den aan» hang van Philips af, die echter wederom verfterRt werd door het loeval'en van Hendrik, hertog van Neder Lotharingen en Braband, wei ken hy met gunften overlaadde. Het geheele Keizerryk was ten deezen tyde niet anders dan een tooneel van bloed, verwarringen regeering. loosheid. Jeder edeiraan lag met zynen nabuur overhoop. iq) CnaoN. Sanct. Mett. Ann. 120?. LI 3 IT. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. Don dar. ti* 'opolen !tor de K.ruisvrarIers higewmen. 1204. 'Vispeituu' 'igheid der Duitfche rorsten.  27° HISTORIE vak Boek Sj°P* De faft,e maaSen> & banden van bloedverwant. uosk. fchap verzaakende, verbrandden de één des andeTs hut PIunderde"de 'eenmannen, en vernielden elkanders V" AFD drnS TT ?et V0,k Werd door zyne hoeren onder drukt; de krygsknegten maakten zich fchuldig aan de fchreeuwendfte gewelddadigheden, en, daar de beid me' dedingers naar de Keizerlyke waardigheid hun krygsvolk niet regelmatig betaaien konden, vonden zy zie \ llZol zaakt, deeze wanorden door de vingers te zien ë r,hi,]ps ™ • R PmpS beflooten had, den landgraaf van SS ^ZZltVfl^1^ diG' fch?°n zyn -beSand ? gen, «, ^hter met merkwaardigen yver de zaak van Otho ter maakt Bo. Ja»e nam > deed hy eenen inval in deszelfs Staaren, en hemen tot He de dezelven onder brandfehatting. Hy veroverde sj" r,rrLmntebff' ïe stad « ^s: S' a ■ , ^ hulp kwame"> de nederlaag gegeven ÏJÏÏSL ' 7'1 hy ? udat koningryk, waarvan hy S grootfte gedeelte onderbragt. ^W» werd daaron tor een wingewest gemaakt, en aan Primislaus verboden den titel van Koning te voeren; fchoon paus Innocentius hem vervolgens, op verzoek van Otho, de Koninglyke waardigheid toeftond, en zyn Koningryk in de bt fcherming nam van den heiligen ftoel. • Otho Deeze aaneenfehakeiing van voorfpoedige gebeurd 5ÏS ^«7** zo gehlel „ a! £ goLfe. vM-mtfra Sen > dat de voornaamfte vorsten der tegenparty, zo door verlaten, geweld, als anderzints, zich genoodzaakt vonden, den vrede te verzoeken; en daar Philips een vorst van een zagtzmnig karakter was, vonden zy 'er zeer wel huan? rekening by , wanneer zy toevlucht namen tot zyne goedertierenheid. De landgraaf zelf was de eerfte die om een verdrag verzogt, en hy ontmoette zulk'eene gunftige behandeling, dat hy zich de zaak van Philips daadelyk aantrok. Dit was een zeer gevoelig verdriet voor Otho, die reeds van den paltsgraaf Hendrik, zyn ei.  het DUITSCHE RYK. 2?r eigen broeder, verlaten was. Zelfs de aartsbisfchop II van Keulen, die by de verkiezing van Otho voorzitter Boek geweest was, en hem te Aken gekroond had, verliet U thans zynen aanhang , zonder op den eed van ge -Hoofdst. trouwheid, dien hy had afgelegd,noch op de banblikfems V' Afdvan den paus eenigzints te letten. Philips, trotsch op eene zo magtige verfterking van zynen aanhang, befloot, op het voorbeeld van zy. Philips ten nen mededinger , zyne verkiezing door eene tweedetweeden' krooning te bevesugen. Deeze werd te Aken plegtio-Sf' verricht door den aartsbisfchop van Keulen, die ook o£ ho de kroon op het hoofd gezet had, en, om het verwisfelen van party, door den paus in den ban gedaan w3s» Behalve:* de voldoening van zyne vyandfchap tegen het huis van Zwaben, vond de paus nog andere voordeden in het aanftooken der onlusten in het Keizerryk, geduurende welken hy voor de Kerk van Rome het grootfte gedeelte van het erfdeel , het welk zy teoenwoordig bezit, verkreeg en bevestigde, en tevens middel vond , om zich tot opperheer dier landfchappen te doen erkennen , welken hy voorheen van het ryk te leen hield, (r) * (r) Arn. Lub. Lib. VIL Cap. i. God. Mm. MlD- t,* d.e,n, loop van dit Jaar werd ee°e nieuwe krygsorde van Duitfche r:dders ingefteld , tot verdediging der Lyflamlfche Christenen tegen de ongeloovigen. De open brief werd door Otbo. hertog van Saxen, uitgegeven, en paus Innocentius bevestigde de inftelling De kleeding van deeze orde beftond in een witten mantel: hunne wapenen waren twee zwaarden- een rood wapenfchild, en een» Itar van dezelfde koleur. Zy verbonden zich , om de mis geduurig by te woonen, een eenzaam, kuisch en matig leeven te lyden de ongeloovigen te beftryden, en de belangen van den H Stoel vóorteltaan. In vergelding voor hunne dienften Honden de paufen hun het volkomen genot toe van al het geen zy op de heidenen veroveren zouden. Zy waren vervolgens bekend met den bynaam van En-  HISTORIE VAN II. Boek, fl. Hooi pst. V. hi D. Otho vlucht naar Engeland. Philips fielt den < paus eene bevrediging voor. ( Middelerwyl legde Philips, zonder eenige acht te flaan op de poogingen en de banblikfems van den paus, met dubbele aandagt zich op zyn voornaamfte belang toe. Hy verfterkte zyn leger, noodzaakte zynen vyand, het veld te verlaten, en floot hem in de Stad Keulen op, welke plaats berend , en door de belegeraars zeer benaauwd werd, zo dat Otho, geene uitkomst ziende, dan door eene wanhoopige onderneming , befloot, met den bloem van zyne krygsmagt eenen uitval te doen, om dus of het beleg opteflaan, of zyne vlucht te bevorderen. Hy tastte dan de belegeraars met groote woede aan,- doch allen, die hem volgden, werden of gedood, of krygsgevangen gemaakt, onder welke laatteeni ook de nieuwe aartsbisfchop van Keulen was. Otho zelf week naar Saxen 's), van waar hy de vlucht nam naar Enge. land. ö Thans was Philips meester zonder mededinger, die hem de magt betwistte. Hy zette het beleg van Keu. len voort, het welk zich by verdrag aan hem overgaf Daar vestigde hy Adolphus op den aartsbisfchoppelyken zetel, terwyl hy deszelfs mededinger in de gevangenis wierp. Daar hy thans met geene magtige vyanden meer te doen had, legde hy zich voornaamlyk toe, om zich van zyne vrienden te verzekeren, en de gemtakte rerbindtenisfen te verflerken. Zyne ééne dochter gaf iy ten huuwlyk aan Winccslaus, Koning van Bohenen, en de andere trouwde hy uit aan den oudften soon des hertogs van Braband; hy deelde ryke gefchen. ieu in geld en goederen uit, en, daar hy natuurlyk van (s) Krantz Lib. VII. Cap. 26. eSn Infiferi, ( zwaarddragers ) uit hoofde van hunne lange zwaar. fi) Bakre Hist. d'Allemagne Tom. V. p 554.  het DUITSCUE RYK. 273 een fpraakzaam en innemend karakter was, gedroeg TT hy zich in cliervoege, dat hy de harten van alie zyne R onderdaanen won. Zeifs zond hy gezanten aan den „K' paus, om eene bevrediging voorteftellen, ) Krjusttz. Sax. Lib. VU. Ca). 28. * Het geen wy van de beweegreden des moordenaars boven opgaven , hebben wy ontleend uit Krantz en Arnoldus Lubicer.fis; maar in de Ohronicor. August enje, door Freherus uitgegeven , wordt ons verhaald, dat Philips, eer hy ten throon fteeg, beloofdhad.de dochter van Otho, graaf van Wittlesbach, te trouwen, welk huuwlyk hy vervolgens weigerde te voltrekken , waarom dan de vader door deezen hoon tot wraakzucht vervoerd was.  het DUITSCHE RYK, 275 O T H O I V. C^THO had zo haast van Philips overlyden geene knndftïhap gekreegen , of hy beriep eenen ryksdag te Halterflad, orn over de zaken van het Keizerryk te handelen. Op deeze vergadering werd zyne vorige verkiezing door de vorsten van Saxen, Thuringen, en Mets. [en vernieuwd , en op eene andere byeenkomst , te Frankfort gehouden, door die van Zwaben, Beieren , en Frankryk bevestigd. Hier vervoegde zich de dochter van Philips, Beatrix, zelve, om regt te verzoeken tegen den moordenaar van haren vader, cn hare traanen en Jmeckirgen ma.kten zulkcn indruk cp de geheele vergaderirg , dat de Staaten van den moordenaar verbeurd verklaaid , en een prys op zyn hoofd gefteld wierd. Ook werd hy, niet lang daarna, aan den oever van den Donau omgebragt door Hendrik de Calat, die hem het hoofd afhieuw , en in de rivier wierp, (w) Wat Beatrix belangt, men nam haar in befcherming, en zy huuwde vervolgens, onder de algemeene toeftemming van alle de ryksvorften, aan Keizer Otho, na dat de zwaarigheid van het bloedverwantfchap door het ontflag van den paus was uit den weg geruimd, (x) Om de goede gunst zyner heiligheid en der geestlyk heid te verkrygen, welke hy wist, tot zyne bevestiging op den throon zeer veel te kunnen toebrengen, beloofde, deeze Keizer niet alleen , den paus alle zyne eifchen intewilligen , maar zelfs de gewoonte tftelchaffen, vo'gens welke alle de goederen en landcryen van overleeden geestelyktn, tot s'heizers ge bank, in betteg genomen werden. («■) Mkb. Apol. &e. h 127. 00 Kbantz. Lib, VU. Cop. 31. Mm 2 II. Boek. V. Hoofdst. V. Afd. Otho's verki.tzing vertikuwd. Hy treedt in den echt met Beatrix, dochter van Philips. Hy Haat den paus alle iyne eifchen toe.  II. Boek, II. h'ofdst. V. Apl. 1209. (1) Ahwales de l'Emp. Tm. i. p. 276 HISTORIE van den. Dan, daar deeze beloften eeniglyk gedaan wierden met oogmerk, om den paus en de bisfchoppen te ver* fchalken, weigerde hy naderhand, dezelven te volbrengen , en moest vervolgens, om het verbreken van zyn woord, zeer veel lyden. De nieuwe verkiezing van Otho tot de Keizerlyke waardigheid werd door Innocentius III, die hern als zynen vriend, en tevens als een vorst befchou wde, die den F. Stoel geheel was toegedaan, niet zo haast vernomen , of hy zond gezanten met brieven van gelukwenfching, waarin hy tevens aanbood, hem te kroonen, zo hy in Italien komen wilde Door deezen voorflag bekoord, beriep de Keizer te Hagenau eenen ryksdag, op welken zyne reis beflooten werd, en hy Rudolph, graaf van Hapsburg y tot landv oogd en fiedehouder van het Keizerryk, en tot opper ambtman van geheel Hoog-Duitschland benoemde, * met magt, om de Keizerlyke regten voorteftaan, het opzigt te hebben over geldmiddelen, onderftanden, fchattingen , tollen en belastingen te heffen , met één woord, om de perfoon van den Keizer, in zyne afweezigheid, te verbeelden. Dus voor de rust van het Keizerryk gezorgd hebbende , begaf hy zich naar Augsburg, waar hy zyne krygsmagt had doen byeentrekken. Van tiaar zond hy den patriarch van Aquileia voor af, om de regten en voorregten der Italiaanfche Steden te onderzoeken, het volk ter zyner beguniliging voorintenemen, en alle zwaarigheden uit den weg te ruimen, die hem * Hergelyk een ambtman was oorfpronglyk de advokaat of voor' "praak van een klooster ; doch in beroerde tyden werden deeze imbtmannen de hoofdluiden en befchermers der kloosters, welke mn, voor deeze befcherming, landeryen aanweezen. Toen na ieeze kloosters zich tot vorftendommen verhieven , verkieegea )ok de ambtluiden den rang van edelen. (1)  het DÜIÏSCHE RYK. 277 hem op zyne reize zouden kunnen oohouden. In het volgend jaar begaf hy zich naar Lombardyen , waar hy als opperheer van dat Koningryk werd ing :haald (y) Daarop hield hy eene ryks vergadering te Boiogne, waar hy grooten onderftnnd zo in geld als maniehap eischte. Dus een magtig leger hebbende byeengebragt, begaf by zich naar Rome, waar de paus hem met alle bewyzen van de allervo!maakt.fte vriendfehap ontving. Daar werd hy door zyne heiligheid gekroond, nadat hy het erfdeel van St. Pieter, dat is. de landen van de gravin Mathilda, aan de Kerk afgedaan, en den eed van gehoorzaamheid aan den paus had afgelegd. (2) Deeze infchiklskheid or.tftond uit dezelfde beweegredenen, die hem hadden overgehaald, om den Duitfchen bisfchoppen de boven aangehaalde belofte te doen; want het bleek binnen korten tyd duidelyk, dat hy hen, ééniglyk tot bevordering van zyne oogmerken, om den tuin geleid had. Het geval verfchafte hem welhaast eene gunftige gelegenheid, om het masker afteügten. Wanneer eens op zeker dag een deel van zyn krygsvolk, het welk onder de wallen van Rome gelegerd was, tot hunne verlustiging in de Stad gekomen was, ontftond 'er tusfchen hen en de inwooners een verfchil, welk zo hoog liep, dat de burgers, te wapen geloopen zynde, meer dan duizend Keizerlyken op de plaats ombragten. De Keizer beklaagde zich by den paus over deeze gewelddadigheid ,• doch ontving geenzints de begeerde voldoening; en, fchoon hy ten dien tyde niet dienftig vond, zyne gevoeligheid aan den dag te leggen, gaf hy echter naderhand zyn misnoegen duidelyk te kennen, zo over deezen hoon, als over de onregtvaardigheid, met wel- (y) Mut. Chron. Lib. XIX. Ott. Sanc. ex Meib. Ao»l. Car. Sig. Lib. XVI. (2) Huld. Mut. Lib. XIX. Mm 3 II. Boek. II. Hoofdst. V. Afp. Hy wordt te Rome gekroond.  S78 HISTORIE van II. Boek.. n. Hoofdst, V. Aid 12!© Hy ovtr wintert ir, Lombardyen. 1212 Hy wordt in den ban gedaan ,en ontthnond ten behoeve vanFredt- ( rik, zoon 1 van Hen- f drik VI. \ I i l c welke de paus by de onlusten in Duitschland zyn voordeel gedaan had tot het vermeesteren van Apulie, nevens het markgraaffchap van Ancona, en het graaffchap Spo. leto., nadat hy vooraf de Keizerlyke ambtenaaren van daar verdreeven had. Inmiddels vertrok Otho van Ro. me, zo het fcheen, in goede vriendfehap met den paus. Hy begaf zich naar Lombardyen, en vestigde te Milaan zyn hoofd verblyf, terwyl hy zyn krygsvolk in de nabuurfchap legerde, waar hetzelve overwinterde, In de lente trok hy wederom te veld, met een vast voor. nemen, om zyn regt en gezag in deeze gewesten, welken men aan het ryk onttrokken had, met geweld te herftellen. Na verfcheiden overwinningen heroverde hy alles, wat men hem afhandig gemaakt had, en deed vyandelyke ftrooperyen in Apulie, zoo zelfs, dat hy de Staaten van Frederik, Koning der beide Sicilien, fchoon onder de befcherming van den H. Stoel ftaande, liet plunderen (a) Van deeze vermeesteringen echter moet de val van len Keizer gedagtekend worden; want Innocentius III, /erwoed over deezen handel, blikfemde tegen hem den Dan uit, en belastte Sigfried, aartsbisfchop van Mentz, >m denzelven, het geheele Keizerryk door, bekend te naaken. Dees Kerkvoogd zelf was insgelyks misnoegd egen Otho, om dat hy zyne belofte, raakende de goeleren der overleeden gcestelyken, niet was nagekomen: veshalven hy door geheel Duitschland tegen hem uittoer, als een perfoon, die in den ban gedaan , en buicn de befcherming der wetten gefield was, waarom hy ille de vorsten, ftenden en fteden van hunnen eed van ;etrouwheid ontfloeg: zelfs fchreef hy eenen ryksdag iit, om tot de verkiezing van eenen nieuwen Keizer >vertcgaan. Op deeze vergadering, die te Bamberg ge- (a) Meib. Apo'. £rV. p. 141.  het D U I T S C H E RYK. 279 gehouden werd, waren tegenwoordig de Koning van Bohemen, de hertogen van Beieren en Oostenryk, Herman, landgraaf van Thuringen, en andere, zo geestelyke, als waereldlyke, vorsten. Zy verkoozen tot de Kei: zerlyke waardigheid Frederik, hertog van Zwaben. en i Koning van Sicilië, die toen den ouderdom van omtrend : zeventien jaaren bereikt had, en in zyne kindsheid , op I begeerte van Hendrik VI, zyn vader, tot Roomsch Ko: ning verklaard was. (b) Ten zelfden tyde maakten zy den «aus deeze verkiezing bekend, en zonden gezanten naar Sicilië, om Frederik van zyne verheffing bergt te geven, Door deeze omwenteling ontrust, keerde Otho, tonder tyd te verliezen, naar Duitschland, en beriep te Neurenburg eenr-n ryksdag, op welken, onder anderen, hertog Hendrik, paltsgraaf aan den Rhyn, zyn eigen broeder, gelyk ook de hertogen vanBrabanden Lot. haringen tegenwoordig waren. Na dat de leden van deeze vergadering rypelyk de redenen overwoogen hadden, met welken Otho het wederinnemen der Staaten en gewesten van Italien verdedigde, waarvan de paus zich, ten nadeele van het Keizerryk, onregtvaardigmeester gemaakt had, keurden zy alles, wat hy verricht had, goed, om aan die Vorsten den oorlog aantezeggen, welken , om den paus te believen, volftrekt tegen alle reden, eenen nieuwen Keizer verkooren hadden. Door den byftand van deeze Vorsten zich in ftaat gefteld vindende, om den wederfpannelingen het hoofd te bieden, maakte Otho een amvang, met den Koning van Bohemen van zyn ryk te berooven, het welk hyaan deszelfs zoon begaf, die zich op den ryksdag beklaagd had, dat de Koning zyn Vader hem nevens zvne moeder , gebooren markgravin van Meisfen, verzaakt, en de „ — . doch- (£) Heiss. Lib. IL Cap. 16. ir. Boek. 11. Hoofdst. V. Afd, Hy keert naar Duitschland , en doet den ■joederfpan. nigen den oorlog aan.  H. EoEK, II. Hoofcst V. Afd. 1215' Hy veree r.igt zich met den Kaningvai Engeland tegen Frankryk cn worit verflagen. 2S0 HISTORIE van dochter des Konings van Hongaryen gehuuwd had. De Keizer verklaarde ten zelfden tyde den oorlog tegen Herman, markgraaf van Thuringen, welken hy vooraf reeds in den ryksban gedaan had, terwyl hy tevens Hendrik, den paltsgraaf, en Hendrik, hertog van Braband, nevens eenigen anderen vorsten last gaf, om het aartsbisdom van Mentz aantevallen en te verwoesten; weshalven de aartsbisfchop zich genoodzaakt vond, in een ander land eene fchuilplaats te zoeken, (c) Na deeze voorfpoed twyfelde de Keizer geenzlnts, of hy zou in ftaat zyn, om zich op den ttroon te herftellen ; maar om zyn oogmerk te fpoediger te bereiken, 'oordeelde hy het noodig, den fteun te verzwakken, op welken de paus en zyne aanhangers in het Keizerryk hunne hoop gevestigd hielden. Deeze was Philippus Augustus, Koning van Frankryk, tegen wien hy nog om eene andere reden eenen wrok voedde, uit hoofde van eene. vveddingfchap, welke hy voorheen met dien vorst gemaakt had, die echter weigerde, aan zyne ver. bindte;ds geftand te doen. * Thans dagt hy het eene gunfti ge (c) Godef, Monach ad Ann. 1211. * Toen Otho eerst tot Roomfch Koning verkooren werd, gaf zyn Oom, Richard van Engeland, hem eene zeer aanzienlyke fomme gelds tot een gefcher.k, en raadde hem, zich, op zynen heriogt naar Duitfchland, by den KoniLg van Frankryk te vervoegen. Ingevolge van deezen raad wachtte by Philippus Augustus te Poitiers op, om hem zynen byftand te verzoeken. Dan dees vorst, die heimelyk Philips begimftigde, verfchoonde zich, en ontraadde hem zehs de geheele onderneming, door hem ten breedften het gevaar voorteftellen, het welk hy door het g oot vermogen van zynen mededinger lopen zou. „ Indien gy (zeide hy) my nu de keur , wilt geven van één uwer vragtpaarden met deszelfs last, wil „ ik my vei binden, om u Parys, Orleans, of Kiampes af te flaan, , wanneer gy ooit op den Keizerlyken throon veibeeven wordt. " Otho vatte hem by zyn woord, en Philips koos daadelyk het beste ut vyftig paarden, die met honderd vyftig duizend marken louds, welken hy van zyn oom ontvangen had, belaaden waren. Ma  het DUITSCHE RYK. 28r. ge gelegenheid, om zich te wreeken, gevonden te hebben , dewyl Philips met zynen oom, den Koning van Engeland, in oorlog was. Deeze twee vorsten vereen.gden derhalve hunne krvgsmagt, die nog vermeerderd] werd door alle de bondgenooten, welken zy in dien1 krygstogt konden doen deel nemen; zo dat het vereenigd leger niet minder dan honderd en vyfig duizend mannen fterk was. Zy ontmoetten het Franfche leger by het dorp Bouvignes, waar een bloedige veldflag voorviel, in welken Otho en zyne bondgenooten den volkomen nederlaag ontvingen, en hy zelf niet dan ter naauwernood ontfnapte. (d) Hy ondernam den hertogt naar Duitschland, doch werd door den jongen Frederik voorgekomen, die met een fterk leger het Keizerryk ingetrokken, en overal met open armen ontvangen was • D e jonge vorst verzuimde geene gelegenheid, zo om de gunst der Duitfchers te winnen, als om die geenen te beloonen, die van het begin van deeze twist zyne belangen hadden aangekleefd. Aan eenigen gaf hy belooningen in geld, anderen werden met eerambten en voordeelige posten begiftigd. Hy ftelde eene ridderorde in, de Beer genaamd, in de abtdy van St Gall, ter eere van den (d) Krant3. Sax. Lib. VIL Cap. 3;. Na het overlyden van Philips, volgde Otho, met algemeene Hemmen der ryksvorsten, hem op in het Keizerryk: hy zond derhalve een gezantfchap aan den Koning van Fiankryk, om hem zyne verkiezing bekend te maaken, en hem de weddingfchap te herinneren, die hy verlooren had. Doch Philips wilde het i'erloorene niet voldoen, onder voorwenufel, dat hv de kroon niet op zynen mededinger gewonnen had, gelyk de voorwaarde van de weddingfchap was; zelfs hield hy zich Joor deezen eisch beleedigd, en gaf hem te verdaan, dat, zo hy genegen was het ftuk te betwisten, hy hem daartoe gereed zou vinden. (1) (O Heiss. L>v. II. Chap. 16. Europ. Hist. XI. D. I. St. Nb ir. Boek. II. IooFdst. r. Ara.  a«2 HISTORIE VAN II. Boek. II. Hoofest V. Afd. 1214. Frederik maakt zich by deüuit fchers bemind. Hy fluit een vedes verdrag met Waldemar. Kon'ng van Denemarken. i < j i j Otho £ neemt de den abt, en den adel van dat landfchap, omdat zy de eerfte geweest warei, die hem ingehaald, en teg?n Otho met krygsvolk ond-rfteund hadden. Den yver, en de dienften van Willem V, prins van Orange, beloonde hy met het Koningryk van Arles, het welk hy aan hem begaf, onder voorwaarde, dar hy en zyne opvolgers daarvoor den Keizer hulde zouden doen: Ook begaf hy aan den bisfchop van Straatsburg het geheele tydelyk regtsgebied dier Snd: Colmar, Schelestad en andere Steden van den Elzas werd > door zyne befchikking vergroot, en verbeterd, en Nieuwburg aan den Rhyn tot eene vrye Stad verklaard. Zyn gezag in pper ■ Duitschland gevestigd hebbende, trok hy d? Maas over om de fteden onder te brengen , van welken hy nog met erkend werd, en ontmoette op zynen weg geenen reuenftand. Trier en andere plaatfen, cie de party van Otho nadien aangehangen, onderwierpen zich, en dëeden den eed van getrouwheid aan Ere. derik, De hertogen fmeek en insgelyks niet alleen om vréde, die hun werd toegelbrn, maar bragten ook te iveeg, dat Juliers en geheel Westphaalen zyn re:t erkenden. Zelfs Waldemar, Koning van Denemarken, zond gezanten, om hem met zy< e verkiezing ge/uk te wenfehen , en om zyne vriendfehap te verzoeken; rVaarby hy echter bedong , dat de fteden Lubeck en Hamburg, neven: Holflein, en aües, wat hy verd.r op jet Keizerryk veroveid had, met de kroon zoude verenigd worden. Een e verbmdtenis met een magtig vorst was voor Wederik, in zyn?n tegenwoordigen wankelbaren toetand- van zo veel gewikt, dat hy de eifchen van den leenfehen Koning toeftond by een plegtig verdr g, het ve,k algemeen gelaakr werd, als ftrydig met de eer en e hoiangen van het Keizerryk. OTHO, zien dus van alle de Duitfche vorsten verla-  het DUITSCHE RYK- 283 laten en nergens eenige uitkomst ziende, nam de wyï naar Brunswyk, waar hy. als een ambtloos man, viei jaaren Heet, zynen tyd aan de pligten van den Gods' dienst toewydende. Hy overleed vervolgens , na eene regesring, vol van onlusten en rampfpoed. FREDERIK II. H v werd opgevolgd door Frederik IT, die Hechts den ouderdom van regen maanden bereikt had, toen hy zynen vader verloor, en door zyne moeder Conjfantia zorgvuldig was opgevoed en onderwtezen in ah les, wat dienen kon, om hem tot een groot en deugdzaam vorst te maaken. Hy kende de Griekfche, Latyn* fche, Franfche en Turkfche taal; boven alie andere dir> gen had hy zich toegelegd, om de voetftappen te drukken van zynen grootvader Frederik ƒ, wiens naam hy voerde, en wiens gedrag hy zich ter naarvolging voorftelde. Even a's deeze, hield hy het voor eene v ste grondregel, dat men niets tot morgen behoort uit te ftellen, het welk heden kan verricht worden, als verbeeldende zich, dat men in eene zaak niets gedaan had, zo lang eenig gedeelte daarvan nog onafgedaan bleef. Door zyne geboorte was hy een vorst van groot vermoger : want behalven de uitgeftrekte Staaten, die hy van Vader en Moeder erfde, volgde hy ook zynen oom Philips, by deszelfs overlyden, op in de hertogdommen Zwaben en Rotenberg, nevens andere Staaten, welken die Vorst had aangewonnen. Hy werd door den ryksdag, te Mentz vergaderd, in de Keizerlyke waardigheid bevesNn 2 tigd; ; II. Boek» If. Hoofdst. V. Afd. wrik naar Urunswyk, en fltrft aldaar»  II. Boek II. Hoofbst. V. Afd 1215. Hy wordt te Aken gekrooni. ! I } I2T6". Een m.deie f kruistogt \ enderno- i men. f % V U V d k: h( v< 01 HISTORIE van tigd: de rykvorsten, gelyk ook de Keizerlyke fteden aan den Rhyn, deeden aan hem den eed van getrouwheid. Hy werd vervolgens met groote natie te Aken gekroond by welke gelegenheid hy, by de andere plegtigh^deij zyner krooning, eene gelofte voegde, om in perfoon naar t H. Land re gaan, tot erkentenis der weldaden met welken God hem tot dus verre had begunftigd (e] Na deeze plegtigheid werd Hendrik, paltsgraaf' aan den Rhyn, met a'gemeene ftemmen der geheele vergadering in den ryksban gedaan-, en zyne waardigheid aan Lodewyk, hertog van Beieren, opgedragen: een befluit het weiK nog verftefkt werd door het ontwerpen en uivoeren een«r egrverbindtenis tusfchen de dochter van Hendrik, en den oud'.ren Zoon des hertogs van Beier, in By het fcheiden der vergadering begaf Freaerik Jich naar Keulen, waar hy onder de,toejuichingen des /oks ontvangen weid, en verfcheiden heilzame wetten naakte omtrend de burgerlyke regeering, en tot verbeerii.g der misbruiken, die in het beftuur der belastingen en openbaare geldmiddelen waren ingefloopen. Terwyl hy zich dus onledig hield, om de rust in iet ryk te bevestigen, overleed naus Innocentius Hy /erd opgevolgd van Honorius III, die groo'en yver etoonde in het bevorderen van d n krorogt; weken y in alle gewesten van Duitfchland, Zweden, Denelarken, Bohemen en Hongaryen deed piediken. Ook 'erden zyne poogingen nut eenen ongemeen goeden itflag bekroond; want, fchoon de Keizer zich van het olbrengen zyner gelofte verfchoonde, tot dat hy op ï zaken van Italien order gefteld, en de keizerlyke •oon uit banden van zyne heiligheid zou ontvangen ïhben. fchoon ook genoegzaam alle andere vorsten n Europa door inwendige onlusten te huis werden gehouden, werd echter het kruis door eene talloze me- [e) Barre torn V. p, 624.  het D U I T S C H E RYK. 285 menigte van byz ndere edelen nevens hunne leenmannen aanvaard, onder bevel der hertogen van Oostenryk cn Beieren, des lartsbislchops van Mentz en der bisfchoppen v-an Munfler en Utrecht Andreas II Koning van Hongaryen, werd door d n paus tot opperbevelhebber >ver deezen ' togt benoemd. Terwyl zy, die uit Opper Duitfchland den kruistogt aannamen, naar Italien t okken, me: oogn.erk om zich te Venetië, Ge. nua en Mesftua intefcheepen, werd 'er in de havens van Neder Saxen eene vloot van driehonderd zeilen tot'< rust tot het overvoeren dier geenen, die zich uit Westphalen, Saxen en het gebiei van Keulen in dezelfde onderriemi g waagden. Deezen, zich met de ■ Frie/che. Vlaamfche en Brabandtfche f'maldeelen, onder bevel van Willem, van Holland, Gsorge graaf van Weerden, en Adolph, graaf van Berg, v-éreenigd hebbende, zetteden cou s naar de ftraat van Gibraltar , met oogmerk, om zich verder naar Ptolemdis te hegeven. (f) Doch door ftorm genoodzaakt zynde, te Lisbon binnen te lopen, lieten zy zich overhaalen, om Alphonsus, Koning van Portugal, tegen de Mooren byteftaan, welken zy verfloegen Ook bragten zy den ongeloovigen eene nederlaag toe, en haroverden vervolgens de ftad Alcazar, die in derzelver handen was. Inmiddels was Kon ng Andreas, na zich met zyn leger by den Koning van Cyprus gevoegd te hebben , te Acra geland, alwaar hy met veel vreugde door Jan van Brienne,Kcmm"ner,t?g^nooten, naar DuitscUand, ï2 va'n 3permecgd?de Van de"K^dmaa!^/W wam.^T ' Cene nkUWe mfterklng aa«- Geduirende deeze gebeurtenis^ ftond fct gezag £ tnJ n°Z ftceds telbaar. Hy werf el ten den tyde door genoegzaam alle de vorsten en enden des ryks erkend; ook had hy zich de vSnd" (g) Uc.dc Vitri. lchaP  het DUITS C HE RYK. 287 fchap van den paus verworven, door eene belofte en !!• plegtige verbindtenis, dat hy zynen zoon Hendrik bui- Boek, ten voogdy ftellen, en het Koningryk Sicilië aan hem H. zoude opdragen, om bet van de Kerk van Rome te leen f^?°:7,ST" te houden, zo haast hy zelf tot Keizer zou gekroond ' *FD' ; zyn. Dan, ondanks de ze voorzorgen, werd de aariI hang van Otho in Italien nog ftaande gehouden, inzon1 (felheid door de inwooners van Milaan en Placentia, 1 die den aanhangers van Frederik defl oorlog verklaar-D* inwotden, en tegen hen vyandhkn den pleegden, niettegen-^f^* ftaande zy door den paus m. t den ban gedreigd wier- piacentia den. Dit hield aan, tot oar de oorzaak van hunne houden bet twist uit den weg wi 1 derde den Elzas; dan deeze vyandlykheüen bleeven niet on. (i) Aïoloo. Othon 1F. apud. Meib. Tom. lil.  IL Boek. Ui HoorDST. V. Afd. i 288 HISTORIE van ongeftraft; want Frederik, met grooten fpoed tegen hem aanrukkende, befloot hem in de Stad Amance, alwaar hy krygsgevangen gemaakt, doch naderhand op voorfpraak des bisfchops van Mentz wederom gelaakt werd. (ij Deezen op'land gedempt hebbende, befchreef Freek, rik eenen ryksdag te Frankfort, waar hy, de drineendfte zaken des ryks geregeld hebbende, zyn voornemen te kennen gaf, om zich te Rome te laten kroonén, en verzogt, dat de vorsten en ftenden, volgens het ouJ gebruik, m zyne uitrusting beh orlyk voorzien zouden De paus drong hem, om deezen togt terftond te aanvaarden, op dat hy niet langer een voorwendiel hebben zou, om het nakomen van zyne gelofte, raakende den togt naar t H. Land,uitteftellen. Doch, eer hy zelfde reis aannam, zond hy zynen kanfelier Coenraad. bisfchop van bpiers, met rondgaande brieven aan ahe de Italiaan. Iche fteden, haar belastende, dien kerkvoogd te ontvangen en te gehoorzamen, als den dienaar en plaatsbekleeder van zyne Keizerlyke majefteit, en den eed van gt-rouw. heid m zyne tegenwoordigheid afteleggen. Frederik droeg ^ervo'gens de zorg voor de opvoeding van zynen zoon Hendrik aan IVergerus, graaf van Roland, op, en beïoemde eenen raad, om in zyn afzyn het Keizerryk te >eftuuren. Eindelyk, tot een bewys van zyne achting /oor de Duitfche Kerkvoogden, gaf hy een Keizerlyk >evelfcbnft uit, behelzende, dat de goederen van o vereeden bisfchoppen op hunne opvolgers zouden over. pan; dat voortaan de Keizer geene verandering in de chattingen of de munt zoude mogen maaken ; dat men lergecs in het ryk eene vryplaats zou verleenen aan roortvluchtige flaaven, behoorende aan kerken of bischoppen; dat niemand het leen van een aartsbisfchop na leszelfs overlyden zou mogen bezitten, zonder de toe- (0 Hist. de Lm. Lib. XXIII. ÜQÏTi'  het DÜITSCHE RYK. 289 ftemming van zynen opvolger; dat niemand zou mogen beflaan, om zich tegen de uitwerkrelen van den ban gewapenderhand te verzetten; dat niemand, zelfs niet de opperambtman, fteden, kasteden , fterkten, of andere gebouwen zou mogen fligten op eenen grond, aan de Kerk toebehocrende, zonder de toeftemming van den bisfchop, die 'er den naam van voerde; dat geen keizerlyk ambtenaar regtsgedingen houden , lasten opleggen, of dienften vorderen zou, in eenige bisfchoppelyke Stad, uitgezonderd alleen geduurende agt dagen vóór en na het byeenkomen van den ryksdag, wanneer die op zulk eene plaats werd bycéngeroepen; en, eindelyk, dat in geval de Keizer in eenige bisfchoppelyke Stad mogt vertoeven, of onbekend zyn verblyf houden, hy aldaar geen legtsgebied zou mogen oefenen, (k) Op dezelfde vergadering vergunde en bevestigde hy fommige voorregten aan verfcheiden waereldlyke vorsten", inzonderheid aan den hertog van Braband, die by open brieven verklaard werd tot voogd van alle onmondige kinderen , die leenen van het keizerryk bezaten. Ook bewerkte hy een verdrag tusfchen den aartsbisfchop van Keulen, en den graaf van Luxemburg, die met elkander jn onmin waren geraakt, en de wapenen hadden opgevat over de opvolging van Adolph, graaf van Bergen, welke, by het beleg van Damtate m Egypte, overleeden was. Nadat de onlusten van Duitschland dus gelild, en de nodige toerustingen tot aen togc in gereedheid waren, begaf Frederik zich met een Iterk leger over de Alpen, en hield te Ferona ftil, Te Milaan weigerde men hem binnen te Jaren, over welken hoon by befloot, ten zynen tyde wraak te nemen. Hy begaf zich vervolgens naar Modena, bezogt de Stad Bologne, en nader- (A) Barre Tom. V. p. 615. Goh Pers. Co mod. eet. VI. Cal. 64. üükop. JHist. XI. D. i. St. ' Oo II. Boek, Jl FiOOFr.sTV. Afd.  IL Boek. IL Hoofdst. v. Afd. 1220 Frederik te Rome door Honorius III. ge. kroond. ( 1 i t i J I I r< h fi n. Ie 2Po HISTORIE van derde toen de grenzen van Sicilië, waar hy zich vereemgde met het leger, dat onder het bevel van zynen onderRomng Thomas dAquini ftond Eindelyk kwam hy, vergezeld door de afgevaardigden van genoegzaam a.Ie de Italiaanfche Staaten, te Rome aan, waar hy door paus Honorm III, gekroond werd. By deeze gelegenheid vereerde hy hem eene zeer groote fornme gelds, tot welk gefchenk, fchoon uit loutere mildd-idigheid gegeven, de paulen echter zedert dien tyd den Keizer hebben zoeken te verpligten , als ware het tot eene dankbetuiging voor het ontvangen van de kroon. (I) * Na zyne krooning ontving hy den eed van getrouwheid en hulde van de Staaten en fteden ^an Italien by welke gelegenheid hy zynen zoon, Hen. irik, tot Roomsch Koning verklaarde, waartoe hy te brankfort de toettemming der ryksvorften reeds verkreegen had. Vervolgens benoemde hy deszelfs vooglen, en verloofde hem aan Margaretha, dochter des lertogs van Oostenryk,(m) Daarop, door middel der yksvorften, die hem verzelden, overal de rust en vree op een vasten voet gebragt hebbende, begaf hy zich laar zyn Koningryk Napels. Aldaar bevond hy, dat homos en Richard, de beide broeders van wylen den aus Innocentius, met hunne aanhangers, eenen opftand verCO Barre Tom. V. p. 650. (m) Ann. Bojor. Lib. Vil. p. 530. (*) Te r gelegenheid dat hy dus gekroond werd, het welk in de erk van S:. Pteter gefchiedde, deed Frederik den eed, om alle de igten en bezittingen van den Roomfcben Stoel te befchermen , beilven de leenen van de gravin Mubilda, en het graafïchnp Fondi. y deed insgelyks eene belofte by eed-, om zich met een leger tar Afien te begeven , op zulk eenen tyd , als de paus zoude bepaa. n.(i) " r (1) Sigon. de Reg, pal. Lib. XVI.  het DUITSCHE RYK, 291 verwekt, en een gedeelte van dat ryk verrr.eesterd hadden: by nam echter fpoedig wraak op de ftigters van dit oproer. Richard werd gevat, veroordeeld, en in baüingfchap gezonden naar het Koningryk Sicilië ; graaf Thomas, en eenige anderen wederfpannelingen , begaven zich naar Rome, waar paus Honorius hen in zyne befcherming nam. Desonaangezien zond Frederik, op verzoek van den paus, eene llerke Krygsmagt, zo ter zee als te land, tot onderfteuning der kruisvaarders in het Oosten, die onderling oneens waren uit" hoofde van een verfchil tusfchen Jan van Brienne, Koning van Jeruzalem en den Kardinaal Albano, gezant van den H. Stoel, welke laatfte 'er op ftond, om het bevel te voeren over het leger Deeze verfterking kwam gelukkig te Damiate, onder bet geleide des hertogs van Beieren, en werd gevolgd van eene vloot, uit galeien beftaande , die met twaalf Saraceenfche Schepen flaags raakte, en ze allen veroverde of vernielde. Ten zelfden tyde floeg de Kei zer met eenig krygsvolk op weg naar Sicilië, tegen de Saraceenen van dat Koningryk, die wanorde gepleegd en dat land geplunderd hadden. Op zyne aannadering namen zy de wyk naar het ontoeganglyk gebergte waar zy belegerd, en zo naauw ingeflooten werden, dat zy geenen onderftand van mondbehoeften konden bekomen; weshalven zy zich op befcheidenheid overgaven, en of uit het Koningryk verdreeven, of naar andere volkplantingen in Apulie vervoerd werden, (n) De onlusten in Italien dus geftild hebbende, zond de Keizer den aartsbislcbop van Keulen fchriftelyke order, om zyi en zoon Hendrik te Aken te kroonen, welke plegtigheid verricht werd in de tegenwoordigheid van zeer 00 Hist. de rei. Gest. Fred, apud Munttor. Oo 2 Uiï Boek. Sn Hoofdst, V. Afd. 1223.  292 HISTORIE VAN Boek f 6 edeIen' 20 ^tdyke als waereldlyke, die H ve™]&™ eenen ryksdag hielden , waarop verfcheide HooLr. 1 « fchjkkiogen gemaakt werden raakende de lee! V. Aeo, "en, en de bediening van het regt voor de geristshoven der leenmannen. ö ö Van Aken begaf /fe»^' raad ontvin£ niet 20 haast berigt van 's Ko- * In dit Jaar bedienden zich de inwooners van Metz van het overlyden des hertogs van Lotharingen, en ose,eii dtr voorwaarde, dat hy, by wyze van losgeld, vyfen-^^veeriig dirzend marken zilver zoude betaaien.(0) Terwyl deeze onderhandeling op het tapvt was. I234' 0 rj ' Verjchülsn (0) fluiTFULL. Hist. Dm. Tom. II. O o 3  *94- HISTORIE van Boek °ntftond 'er,een hevig verfchil tusfehei fcmmige edelen ff n* rn(P,'aak maakten °P de erfenis der gr,vinne van Hoofdst f asbfrg* welke zonder kinderen overleed, ter .vVl hare Janv. Afd. den door de/i bisfchop van Afc/z, als vervallen leenen over de er van dat bisdom, in bcflag genomen werden. De mede- &-4TSdem,raffeeZe de bisfchop"^ Dasbourg. .» de 8laaf van Pinangen, wiens broeder mef de gravin was gehuuwd geweest, de hertog van Braband, en de markgraaf van Baden, welke laatfte zyn regt had afgeftaan aan Berthold, bisfchop van Straatsburg Fitvan deeze mededingers maakte verbindtenisfen en toerustingen, om zich zeiven gewapenderhand regt te doen ■ de vyandlykheden hadden reeds een aanvang genomen' en, met dan na veel onheil en bloedftorting, werd dé zaak, tot genoegen van alle de partyen, bygelegd , ten Engelhart, deele door het gezag van den Keizer, ten deele dóór de aartsbis- vermaaningen van Engelbert, aartsbisfchop van Keulen Schop vin die deeze verzoening niet lang overleefde; hy werd in *e™°°«" ^or de'medyePhgi,gén moord van Frederik, graaf van Isembert, weiken hy gedreigd had, om zyne buitenfpporigheden te zullen ftraften. I22Jt I^gelbert had djor zyne voorzichtigheid en wys beltuur zo veel achting in het Keizerryk verworven , dat de moordenaar door den ryksdag te Neuremberg in den ryksban gedaan, en eene belooning op zyn "hoofd gezet wierd. Ook onderging hy vervolgens den Kerklyken ban. behoort hy pooging deed, om in dit tydsgewrigt uit Duitschland te ontvluchten , werd hy echter by Luik vermomd gevat, en te Keulen leevendig ecradbraakt. Het openftaande aartsbisdom werd vervu'd met Hendrik de Mollemare, en de voogdy over den jongen Roomsch Koning, welke te vooren aan Engelbert was toevertrouwd werd nu aan Ledewyk, hertog van Braband, opgedragen tio_. Cosl. ad Ann. 1226. * D e verbonden fteden waren Milaan, Bologne, PlacentU, Verona, Brescia, Mantua, Vercelli, Lodi, Birgamo, Turin, stlexandric Vicenza, en verfcheiden andere, by welken zich ook Bomfaciui, denk(ïj Mantferrn te wreeken befloot. hen re ftraffen, door het benadeel*>n van hunne bondgenooten. Hy ontnam der Stad Bologne hare Hoogefchool, weike hy naar Napels overbragt, en me* bui tengewoone voorregte" begunftigde. D< zeive wed echter naderhand te Bologne herfteld. by een verdrag van vrede, het welk duor den paus bemiddeld werd, wien de Keizer te Reati een bezoek gaf, en by die gele genheid in zyne belangen overhaalde, w) De Vrede was niet zo naast getr ffen of zyne hei. ligheid herinnerde den Keizer zyne gel >fte hield hem voor, hoe de tyd, om het beloofde te volbrengen, naderde, en drong by hem aan, dat hv maarke en tot een fpoed;g vertrek zou beraamen. Doch, eer hy de volvoe ring'van dit groot ontwern. dat hem zo ze r ter harte, ging, aanfehouwen kon, ftierf hy en werd, zo in de | paufelyké waardigheid, als in zyne Staatkundige grond-' 1 regels, door Gregorius IX. opgevolgd, die een bloed1 verwan- was van de beide graaven , welken Frederik, i gelyk wy r eds hebben aan-emerkt, vogel vry verklaard, ( en uit her Koningryk Napels gebannen had GEnu-RENDE deeze gebeurrenisfen werd 'er te Aken een lyksdag gehouden, ter ge'ege heid dat Agnes. gerra;in van den Roomsch Konit g. Hendrik, gt -krouud .verd. "Op deeze vergadering deed die vorst uitfpraak over / D een (,, Ric. a Sanct. Germ. 1126. PP 3 TT. Boek. ll. Hoofdst, V. AïDj T227. De vredt met de l.ombardifche lieden lettoffen. De paus 'i> rlyit,en vordt opge'otgd door ïregorins X,  302 HISTORIE van Bok »wT/Chin USfcheun nde,Stad Verdun• en haren bisfchop jf' Rudollh' ^eeze beflisfching, door welke de inwooners Hoogst. aan ,het [egtsgebied van den Kerkvoogd onderworpen v. afb*7f'den» b"gt eenen opftand en openbaaren oorlog tusfchen de beide partyen voort, die echter fpoedig door een verdrag werd bygelegd. 6 ^SM™S«rafteZen 7d S? hGt °verIvden van Hen. t b ?aIt?graaf van den en broeder van Keizer Otho W, voor zonder mannelyk oord nattlaten. Hen. ^ markgraaf van Baden, die met de oudfte dochter van den overleedenen gehuuwd was, verkogt den Keizer zyne eifchen op Brunswyk, waarop de Roomsch Konins het waagde, om 'er bezit van te nemen. Doch hv werd voorgekomen door Otho van Saxen, zoon van Willem hei tog van Lunenburg, éénige mannelyke erfgenaam van Hendrik de Leeuw,, Deeze verzekerde zich van de plaats door eere fterke bezetting, fteunende op een aanvahend en verweerend verbond, het welk hy met den Koning van Denemarken' geflooten had. In*evolee van dit verdrag onderftcunde Otho zyne Deenfche maïeiteit met krygsvolk, om de inwooners van Lubeck tot onderwerping te brengen, die, zich heimlyk van '.Kei, zers onderfteuning en befcherming verzekerd hebbende, eenen opftand verwekt hadden. Lubeck Het verdroot Frederik, dat bisdom van het rvk af De"^hfê?,efCheUrdie Ziun; wesha!ven hJ' den aartsbisfchop van Schwerin, Mecklenburg, en Oldenburg order zond om den burgers van Lubeck alle mogelyke onderfteuning te verleenen, in geval zy door den Koning van Denemarken, wiens bezetting zy verdreeven hadden, moo-en aangetast worden Warneer dan Waldemar te veld trok, om zich over deezen hoon te wreeken, bragten deeze vorsten een leger byéén, om zich tegen hem te verzetten, nadat hy reeds een inval in Holftein gedaan had.  het DÜITSCHE RYK. 303 had. Dit gaf aanleiding tot een hardnekkig gevegt, jj. waarin de Koning een ocg verloor, en de nederlaag Boek. ontving, terwyl zyn neef, Otho van Lunenburg, krygs- jt# " gevangen gemaakt werd. Deeze rafilpfpoed diende al- Hoofdst. leen, om zynen moei optewekken; hy bragt met een v AfDongelooflyken fpoed een an Ier leger op de been, waar- De Koning mede hy het landfchap Ditmarfen te vuur en te zwaard van Beneverwoestte. Ka vervolgens het noordelyk gedeelte van ma^eR Holftein te hebben uitgeplunderd, begaf hy zich te tug^Z^' naar Denemarken, om zyn leger door nieuwe aanwer- . vingen te verfterken. Middelerwyl maakren de bondgenooten , onder het gelei Je des hertogs van Saxen, zich meeste r van Mollen, Ratzeburg en eenige andere plaatfen in Neder -Saxen, die z-dert eenigen tyd in het bezit der Deenen waren; waarna zy het beleg floegen voor Lauenburg Lauenburg, eene plaats van zo veel aangelegenheid, dat Zaalfen Waldemar zyn leger tot ontzet van dezelve aanvoerde, worJenween zich toelegde, om den belegeraars allen toevoer aftefny- derom ouden. Doch ontrust door eene vaifche tyding, dat de derw?rP™ Roomsch Koning in aantogt was, om zich met deaz^.rl et' bondgenooten te vereenigen,keerde hy met groote haast naar zyne Staaten, waarop de Stad tot de overgaaf gedwongen wevd.(x) Zohaast Gregorius op den heiligen ftoel verheven werd zond hy een gezant, om Frederik tot het vol . brengen der gelofte te dringen, welke hy zoplegtiggedaan had, of, in geval van weigering, hem te dreigen met een banvonnis, waaraan hy zich moedwillig had blootgefteld. Frederik zag wel, dat by zyn vertrek nu niet langer kon u rftellen, vooral, dewyl 'er reeds verfcheiden vorsten, zeer veele edelen, en anderen uit alle de Staaten des Christendoms waren aangekomen, om hem op den kruistogt te verzeilen. Hy deed dan met alien haast zyne (x) Pontan. Rerum, Dan. Hist.  3o4 HISTORIE van TT ne vloot uitrusten, en ging daadelyk van Brundifi on«hek der zeil met een allerluisterrykst gevolg en een zeer magIT tig leger. Doch omtrend drie dagen, na dat hy in zee Hoo osx.gfftoken was , onpasfelyk geworden ^ynde, keerde hy v. afd.let zvn ftoet te rug naar de haven, van waar hy uitFrederik gezeild was, terwyl hy zyn leger den togt naar de Levant gaatonder Jjeed vo0rtzetten De Paus, vergramd over eene zo zeil fnoediee wederkomst, verklaarde, met toeftemming van Et*/ alle de Kardinaalen, dat hy deswege de ftraf van den t rug" Kerklyken ban verdiend, en zich zelfs onbekwaam gemaakt had tot de Keizerlyke waardigheid (y) Hy zond brieven aan alle de Koningen, vorsten en Kerkvoogden van het Christendom, waarin hy de redenen ontvouwde, die hem tot zulk een gedrag in deeze zaak bewoo. een, hun te kennen gevende, dat de Keizer zich gewillis aan het vonnis had onderworpen, m geval hy zyne gelofte niet volbrengen zou, welk alles hy met eene bedreiging paarde, van hem op eene ftrenge wyze te 7ullen vervolgen. „ , .. , . Aan den anderen kant deed Frederik brieven en verklaaringen bekend maaken, waarin hy zyn gedrag verdedigde, en beloofde, zyne gelofte te volbrengen, zo rasch de ftaat zyner gezondheid zulks zou toelaten; ook telde hv alle de onvriendelykheden op, die hem dooiden tegenwoordigen paus en deszelfs voorzaten warea aangedaan. Dan, welke uitwerking ten zynen voordeele deeze verdediging by andere vorsten ook hebben mogt, deeze vriendfchaps - breuk tusfchen hem en den paus ftrek. te althans voor de famenverbonden fteden van Lombar, dyen tot een voorwendfel, om tegen hem opteftaan, en alle Doogirgen aantewenden, om, door beloften en bedreigingen, alle die fteden, welke den Keizer waren toegedaan, in haar bondgenootfchap te doen deelen. (y) ünh. B.jtr. Job. Avenfm. L. VU. p. 531-  het DUITSCHE RYK. 3°5 Over deeze baldadige en kivaadaartige handelwyze tt van den paus, die tegen zyn belang en achting alle die r,oe'k beweegingen verwekt bad, was Frederik niet weinig jj ' misnoegd , zo dat hy befloot, zich op den Roomfchen Hoof'dst. ftoel te wreeken. In de eerfte plaats deed hy de goede- V. atd. ren van alle die geeftelyken, welken hem als een vorst, die onder den Keizerlyken ban ftond, behandeld hadden, verbeurd te verklaaren, en hen zelf uit zyne Staaten te verbannen. Hy gaf last, om alle de paufelyké postboden in hegtenis te nemen ; hy liep de landen van St. Pk. ters erfdeel in Apuïïe af, en plunderde de huizen der Tempeliers, welken hy aanzag als zyne oude vyanden. Z o haast Gregorius van deeze gebeurtenisfen berigt 1228. ontving, beriep hy eene Kerkvergadering, in welke het Frederik vonnis van den ban tegen den Keizer herhaald, en allen Trf in priestereh, op verbeurte van hunne ambten, verboden werd, den heiligen dienst in zyne tegenwoordigheid te verrichten. Daar de Keizer in bet begrip ftond, dat de oorzaak van zyne terugkomst meer dan voldoende was, om hem van het lastig voortzetten der reize te ontflaan, Het hy niets onbeproefd, om den paus verdriet aantedoen, in vergelding van het vonnis, het welk hy nu tweemaalen tegen hem had uitgefproken. Ook flaagde hy, door de fchranderheid cn het vermogen van Frangipani, en andere Roomfche edelen, die zyne belangen waren toegedaan , in deeze zyne poogingen zo wel, dat zyne Heiligheid zich genoodzaakt vond, de Stad te verlaten, en naar Perugia de wyk te nemen, vz) By deeze gelegen- ?L VftT' heid werd te Rome en op andere plaatfen in Italien de Gudphen aloude haat tusfchen de Guelphen en Ghibellinen weder- f« Ghibelom verleevendigd, na dat dezelve zedert den tyd van linen her' Coenraad III, onder welken die zich het eerst vertoond had, (2) üsperg. Acr,. Greg. Aïb. Statl. Sigon Lib. XV1L Eurojp. Hist. XI. D. f. St. Qq  3o(5 HISTORIE vaN II* had, was gefusd geweest. Inmiddels werd Frederik, om Boek. de oorzaak van alle die banblikfems wegtenemen, door II« zyne vrienden gedrongen, om zyn gelofte te volbrenHoofdst. gen. bovendien porde het be ang van zynen jongen zoon v. a?d. Qoenraa(i^ dje nem by zvne onlangs overleeden gemalin Jolanda verwekt was, hem insgelyks aan, om die reis te doen, en bezit te nemen van het KoningryK van Je. rttzalem. Dit befluit dan genomen hebbende, dee i hy *e Bar. ïetta alle de grooten van Sicilië nevels de Duitfche edelen, die hem naar Ballen verzeld h.dden, byeenko* men: op welke vergaf ring hy zyn voornemen, om rer# ftond naar het H. Land te vertrekken , openbaarde : voorts zyn laatfte wil gelezen zynde, vorderde hy van allen, die 'er tegenwoordig waren, een eed. door welken zy zich verpligtten, om denzelven te doen uitvoe. ren , ingeval hy op den togt overleed. Zo haast de paus van zyn voornemen verwittigd was, zond hy hem eene plegtige boodschap , hem verbiedenne, met zvn oogmerk voortegaan, eer by van de Kerkelyke ftraffen ontheven was, in weerwil van dit verbod ging de Keizer echter onder zeil naar Cyprus van waar hy, »ia een kort verblyf, den togt voörtzettede naar de ha*'en van Ptolemais, JNiettemin zond hy, eer hy aan boord ging, eenen brief ann den paus, w arin hy hem kennis gaf, dat hy aan zynen ftedehoum r Renaldo, hertog van Spoleto, v.'lmagt gelaten had, om met hem over een verdr,g in nnd 'handeling te treaen, en hetzelve te fluiten: d dG -^pynlnge^ In zyn geliefd ontwerp te leur gefield zynde, nlun- in het hnlaaneefche , om het beeg te „aan voor de hoofdftad vaü oat landlchap; doch de inwooners al hun eigen kngsvolk en dat hunner bondgenooten hebbende by eengebragt, werden in het open veld met hem handgemeen, waar zyn leger, na een zeer hardnekkS en bloedig gevegt, geheel verflagen werd, fchoon hv onder begunftiging van den nacht, middel vond, om in het gebied van Plaeentia de wyk te neme" 11 daar het hy de brug agter z,ch afbreken om de ver- del had hy tyd, on, Toskanen te bereiken, waar zyn krygsvolk eenige rust genoot. y Onderwyl werd geheel Italien een prooi voor de beide aanhangen der Guelphen, en Ghibellinen, die in de Steden, tusfchen vrienden, en zelfs in byzondere fami! hen. onusten, verdeeldheden en burger. Lord ten ^ volge hadden, waarby van geene der beide pan/en t*\ v ,. „ kwar- («J Kramtz. %h Suprg. II. Boek. IL Hoofdst. irj. Afd. »" ftagop *ome, die "gelukkig Mtvalt.  3so HISTORIE van II. kwartier werd gegeven. Frederik werd door de GuelBoek. phen aangemerkt- ais een Mahomedaan, en een vyand II. van het 'Christelyk geloof, en hy behandelde aan zynen Hoo.dst kant je Guelphen met de grootfte wreedheid en verV* Afd' achting- Na zynen mislukten aanflag op Rome, floeg Hy weeit hy den weg in naar Napels cn wreekte zich aan alle zicb op dtde Guelphen, die hy op zynen weg aantrof: hy fpaarGuelphen. de niemand, dien men gewapend vond, maar deed zelfs de geestelyken en Kardinaalen, van welken fommigen by ongeluk in zyne handen vielen, verdryven en verbannen, of floot ze op in de gevangenis. De paus had eene algemeene Kerkvergadering te Rome uitg fchreeven, en veele kerkvoogden uit Frankryk en andere gewesten waren om die redenen te Genua byééngekomen, van waar zy naar Rome onder zeil gingen, onder het geleide van vyfentwintig galeien , die aldaar tot hunne befcherming gewapend waren, waarby zich ook de paufelyké galeien gevoegd hadden: doch zy werden op den togt ontmoet door de galeien van Sicu He en Pifa , die in den dienst des Keizers wa--en, waarop een zeeflag volgde, in welken drie Genueefche vaartuigen in den grond geboord, en de ovengen genomen werden, met drie kardinaalen, veele aartsbisfchoppen, bisfchoppen, en andere geestelyken. (pj Met één woord, deeze bitterheid woedde met ongelooflyke hardnekkigh- id en wrok aan beide zyden, to- op het overlyden van den paus, die door Celestinus IF. werd opgevolgd. Doch daar deeze niet langer dan agttien dagen de paufelyké waardigheid bekleedde, bleet de H. Stoel twintig maanden onvervuld, geduurende welken tyd Frederik by aanhoudendheid de kardinaalen verzc-gt, eene nieuwe verkiezing te doen, fchoon hy wei. gerde, die geenen hunner, welken hy krygsgevangen Cp) Mezerai , Ahegè Chor.elog. Tm. T. p. 442.  het DÜITSCHE RYK. $2t gemaakt had, te ontflaan: maar, toen zy 'er voMrekt op ftonden, dat hunne drie broeders 0p vrve vl?„ gffteld moesten worden, eer zv d*. n^Zn^j ien oighefd vervullen wilden ' iS h'Sn'ten"? geheele collegie der kardinaalen naar Ct Uh, ^ tot paus verkooz" Ife fnde™ 2 kardinaalen de meeste genegenheid voor de Keizér 1' zyn belang betuigd bad. Men wenschte da.mm ^ vorst met deszelfs verheffing geluk: mlar FrZï" meer doo.zigt had, antwoordde geTre leden '^L' ben, om zich over een geva] te frÏÏL V6 beb' hem de vriendfehap van S^ÏTEd Verlezen' en hem den haat van een mi,e / uceu verliezen, Ook bedroe, hy zic^SY^c^,^ » jr^^^tJ^ ? F» Keizer wilde daartoe niet verftswn Lt\DezorgCn! doch de ,^1 TfcüI' aan de be" laten; Joch l£ÏÏ35 w" We ^* !? W"* te niet onderwerpen tindelyk k w Ln befl slcWng met elkander een mondeefbrek tll zfomee"' om Castello. om ieze°wfcfd£rJ ^en in de S zaak afcedoen Dan 't zv T te ^P0' en de had dat de KeS" voornLens'waV'z^ **** Pyloon te verzekeren, gelyk ^ 2^£2 en ten voordeele der kerk motsten gebezigd worden. In gevolge van deeze uKchryving kwamen er zeer veele kerkvoogden te Lions, voor welke vergadering de Keizer gedagvaard werd, om zich. te zuiveren van bet geen men hem te last leide, en bedreigd met de Kerkelyke banblikfems, in geval van ongehoorzaamheid Deeze dagvaarding kwam den Keizer zeer vreemd voor,- hy merkte aan, dat de paus zich zeiven tot een oppe magtig regter had opgeworpen, daar de Kerkvergaderingen van ouds door de Keizers werden beichreeven, welken de paus en Kerkvoogden als dan, als hunne na'uurlyke oppervorsten, hulde deeien en geh. o-/.aam den Doch dit belettede echter met, dat hy gezanten naar Lions zond, die op eene fraaie wyze alle de befchu'digmgen van den paus wederlegden, en hem met zulken goeden uitflag verdedigden, dat verlcbeiden leden der vergadering zich voor hem verklaarden. Niet  HET DUITSCH£ RYK. 323 tènrfh werd hy in den ban gedaan; (r) * . dn vonnis zeer weinig ontzet w™? . , Was over «*■ fde hy, „ IkVa" vd0; deS n ba? S ^ Vef„ aan den paus en de wetten dei Kerk ■ ! gehoorzaam » m dat ftuk van mynen plig?óntfla t' zaÏIT by m>' „ ne gehoorzaamheid noch eerHed mèer ^ gCe' nogtans Keizer biyven " üf na,l bet00nen' en drietiger over deeze verachtinï P . Waf Vry vvat ver' *| hy de zaken tot datt £fc % h^i ver gegaan zy^ om te rug t/^^T^ r\ door c<^Go, Pers. Comi. m ^ ^ eTÏuïy dee"n « ^huldig en overtuigd van kerk ve; vallen en omthróond? hy belastede" H fffiee^P 3 de verkiezing van eenen anderen Kei^r nt ^ keurvonten, tot ichikk.ng over Sfcflfc behield hyaan'irh^F3"5 a°ch de b was uitgefproken, zong de paus her n n Wanneer dit vonnis voogden fpraken den vloek over%-w f"** en al,e d? kerkwaskaa.ren uitblusehten, ^ « *£* ^^^m« ^SSonf!ortVSen' onlr^de met vervoeringen van gramfciW l "g Va" deeze Plegtigheid »wst van zyne waardig^ d t, " , °»b^aamlyk voor een 'brengen, waarin de keizerlyke qJJa" vch ^l*™0 h« koffer kroon op zyn hoofd zettende, fd"eeutV TMrd ,Werden • en de » my h.ervan nog „iet beroofd ook ik iT " heeft „ zonder een ftroom van bloeH S V ,k haar fJlt;t overgeven ;; -e aanhangers S ,J>» v^S^U £^^^^^ * Sri* M, en hen cm ondertand fmYekSf,;^ hU°ne "«^rfchHiig. (.1; Matts. Paris, f. i0Zi Ss 2 tl Boek, II. Hoofd st. V. Afd. 124.5. 'en Keizer 1 den ban.  TI. EOBK. 11 V. A?b Hendrik . landgraaf van Thu ringen, wordt tot Roomsch Koning verkooren. jd« Keiz begeeft zi uaarLior §24 HISTORIE van door middel van zyne zendelingen , al zyn vermogen » vï kloekzinnigheid te werk, dat fommige ryks. vorsten zich lieten overhaalen tot het verkiezen van eeiTloomch Koning Uit dezen hoofde vergaderden de drie IZ^i*»™**'* nevens de bisfchoppen van BreTen. Straatsburg Mn «^ hertog van Jr* S en Hendrik landgraaf van 1 huringen he. «Svaarwdae te waar zy den laatften tot Reomch TJng verkoke n , die vervolgens den bynaara verk eeg van Sfe* J&»*»g 0m decZ^ verkiezing ftaande te houden, verzogt de paus overal om onderftand. en gaf den nieuwen Koning een gefchenk van vyf en twintig duizend marsen zdver, om hem n ftaat te ftellen, om den oorlog tegen Coenraad weTk n de Keizer als zynen Stedehouder in Dmtschland Saten had, vol te houden; zo dat■ Hendrik zich Stig «enoeg vindende om in het veld te verJchynen, Sflal leverde, en een aanmerklyk voordeel op hem hehaalde Hv deed vervolgens eenen inval in he' herw£mZ*aL, het welk onder de erflyke Staater, van Z , !i7.r oehoorde, en maakte eenen aanOag op Reutt° n h t welk door de burgers zo wakker verdedigd Wrd dat hy zich genoodzaakt vond aftetrekken Hy Se'intelyL de Stad Ulm aan voor we ke plaat hy met eenen pyl gekwetst werd, aan welke wonde hv binnen weinige dagen overleed. hjO, vernemen van den flegten ftaat zyner zaken nin DutocUand, befloot de Keizer, zich naar Lions te *£ee en, en om eene verzoening met den paus te s-ve?'opken. Tot dat einde had hy van den Koning van frankryk een vry.eleide verkreegen. Weshalven, zyie telgen in balen % onder het beftuur van. zynen natuurlvken zoon Entius , Koning van Sardinië geSHebbende, ging hy daadelyk naar Frankryk. Doch, g'tyïïïS^V^ ontving ny de tydmg.  het DUITSCH E RYK. 325 dat Parma door het krygsvolk van den paus by verrasfching was ingenomen, terwyl Entius met een geoVe're der bezetting hezig was met he; tanrasten van Brescia Dit berigt noodzaakte hem, van zvn eerde vo.»rnenen af ezien, en alle fpoed naar Ballen te rug te keeren wiar hy zich hardnekkig bezig "hield met het beleg van Parma - welk 'Stad zo wel verfterkt was , en zich zo wa ker ver.iedigd.', da: hv voornam, dezelve door gebrek tot onderwerping te dwingen. Hy omfingeide dan de plaats met hooge wallen, en ftigtte in de nabuurfchap eene nieuwe Stad, Victoria genaamd, welke in korten tyd zo wel bewoond was, als eenige andere Stad in Ballen 's) Terwyl Frederik zyn oogmerk op Parma voortzettede, verfleet hy voor die plaats vruchtloos verfcheiden maanden, geduurende welken hy geen ftap deed, om in den flegten ftaat van zyne meer gewigtige belan* gen te voorzien. Dit flordig verzuim gaf den paus en zynen aanhangeren zulk een groot voordeel.boven hem, dat zy geene zwaarigheid maakten, te Nuitz eene vergadering van verfcheiden, zo wel gcestelyke als waereldlyke, ryksvorsten te beleggen, op welke Willem f?raaf van Holland, in de plaats des Jandgraafs van Ehurin.i gr. ld j («0 HüISS. lib. TT tan i9 v i d . wc'' y cap. 18. ^,fl/. 5ci5r> /fjb m f ^  33* HISTORIE van II. welke, zyn voordeel doende met de minderjarigheid Boek. van den jongen Conradyn, die ,door zynen vader in II. Duitfchland agtergelaten was, zich van de KoningryHoofost. ken Napels en Sicilië meester maakte, (x) V. Afd. WILLEM II, graaf van Holland, en zoon van Flo>. Willem, r\s py, was, in het twintigfte jaar van zynen ouderpaar" uan ÓQm^ tot p>oomfch Koning verkooren door verfcheiden wordt te' ryksvorsten, die daartoe digt by Keulen byeen gekoAken ge- men , en in de belangen van den paus , en openbaahoond,en re vyanden van Frederik en zynen zoon Coenraad wadoorden j}ewyj men |iet voor een ftuk van groot gewigt S'5**" hield, dat hy te Aken gekroond wierd, en die ftad zich voor zynen mededinger verklaard had, werd dezelve na een lang beleg ingenomen, (y) waarop hy aldaar met de gewoone plegtigheid gekroond werd. Niet lang daarna raakte hy handgemeen met Coenraad, en verfloeg hem in eenen hevigen velddag. Na het overlyden van Keizer Frederik, nam hy alle de tekenen der keizerlyke waardigheid aan, waarin hy door den paus bevestigd werd. Om zich tegen den aanhang van Coenraad ftaande te houden, trad hy in een verbond met Otho, hertog van Brunswyk, wiens dochter hy ten huuwlyk nam. Een zeer merkwaardig geval bejegende hem in den bruilofts nacht. Eenig ambagtsvolk was aan 't werk in eene kamer naast de vertrekken van het nieuw getrouwde paar: by toeval viel »er een ftuk van een kaars in het ftroo, welk terftond. vuur vattede, en welhaast woedden de vlammen met zo veel hevigheid, dat de ongelukkige arbeidflieden daarby omkwamen, en Willem nevens zyne bruid genoodzaakt was, naakt het paleis uittelopen, met zo veel over- (x) Vide Moreri fur i' atticlt de Conr. IK 0) Avekt. Ann' Boior. Hh. VIL p. 549.  het DÜITSCHE RYK. 333 overhaafting, dat hurne juweelen, opfchift en kleederen II aa^ de genade van het al vernield vuur Züen oZ BoL. deDoLSki2 KnigG h^Ch'yk V°°rvaI waarin "oolL. de ongelukkige Keizer het gevaar ontfnapte WW v- Afdtoen hy zich dit zelfde jaar te Utrecht Sr A r ' waarts hy zich begeven had, oa/mft^eTen te i™' tot zyne reis naar Rome, waar hv door Z ^ het leeven tebrcngen, daar by toevalliV a-witi^M b met Mar- oorlog me MarJrethT, -g rrW^ m penen garetha, ftaan nnL , Kpnmgs van Frankryk, afte- mae'zoudeLT7a,rde' dat hv haar met ^De krygs. Karfr-H, J1"^ komen- D^ onderfteund zynde fctt^dW ïerTdo*11 WiSf£,Vfg §C'Uk tOC' cive geëindigd werd door een verdrag, te Brus- Tt 3 /*/  334- HISTORIE van II' fel getekend, het welk onder bemiddeling van Frank Boek. ryk tot ftand kwam. (z) Terwyl d.eze zaak op het tapyt was, verzuimde V* °C,Afd ^^em £eene gelegenheid, om de gunst der ryksvors* ten en ftenden te winnen. Hv begunfti^de Jan en Hy wm (,th0j markgraaven van Brandenburg, met de verval. hirifr'h"e der Keiz"rbke leenen in Saxen; hv begaf aan Duitfche Thomas van Savoien de inhuldiging va> Turin, Montedelen, e< calier, Jvres, en verfcheiden andere leenen, het welk wrLnder eenen vas en grondflag legde voor her vermogen en de van het grootheid van het huis van Maurienne, en bevestigde verbond der de regten en voorreeren, wplken aan Thomas van Sa. Hanzee- voien door Keizer Frederik II gelchonken waren. Hy lieden. wag jnSge]y|jS je voorftander en befchermer van een bnndgenootfchap, door de fteden frankfort, Mentz, Keulen, Worms, en Spiers onderling opgeregt, tot verdediging van haren koophandel, welke, in deeze tyden van verwarring, groot nadeel geleeden had van veele kleine edellieden, die op hunne kafteelen van plunderen en rooven leefden. De poogingen van dit bondgenootlchap waren zo blykbaar bevorderlyk voor het algemeene welzyn, dat byna alle de handeldryvende lieden in Duitfchland en Vlaanderen verzogten, in het zelve te worden toegelaten, zodar. het, binnen den tyd van één jaar na de inftelling, meer dan zestig fteden bevattede, nevens een groot aantal eielen, allen yverende, om den koophandel hunner onderdaanen aante» moedigen. Dit is, naar alle waarfchynlyRheid, het regte tydperk van de algemeene vereeniging tusfchen de Hanzee-Steden, (a) fchoon 'er reeds lang te voren een dergelyk verbond beftaan had tusfchen de fteden Lubeck, Hamburg, en Bremen. Ingevolge van dit bond • (s) Chron Fland. p. 50,. Dumont. corp. Diplom, torn. I. p. 205. (n) Stiuv. par. VIL  hkt DÜITSCHE RYK. 335 bondgenootfchap werden, op algemeen? knrt*n i rr welgevestigd crediet onderling%evoerd £d' ^„„^ Aoning van Bohemen, naar trok, tor nS""* ««• dsr Duttfike ridders, die verfcheiden fteden 1 fntzet*»"«•«««« hadden, en zich in anderen \,™Jn n verl°orentegefl de de ongeloovigen van'da andfcffT «ÏÏ?" *»""'*eene bende van 7Wl„ £ .mces er maakte. Van * wyk nam „aar ^"^n?^ de uit EngJand tenten.{c) D,eUWe ^^rkingen Miüx,«.erwyl onderram de Roomfch rw krygstogt tegen de friezen, L teZt ht g ^ n geftaan, omdat hy niet all^nT, £ he,m Waren °P D •hulde aan de graa^an tfifeïï eifchte' dat $ * ook hunne oude wet!?! f f doen 7°uden' maar" fen welken hun door £Jd aZ r*** affchaf ~ bevestigd waren. Bv hlfvo.vol **geflaan en« merk wedervoer hem een^n T, Va," d,t zvn °°8 voor hem het laatste zyl wtt 'r^ ff der eenig gevolg by zich te h,hï ',temyf nv' zon- "« (0 R*i». «/ flnn. i255 htiU huk0jj- ^8t.XI.D.I.St. Vv IT. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. "55. let paufek leger lordt door Iiirfroi trjlagen. 1256. ? Roomi Kots ftaat doel i ingek:g>- toe. tn, en rdt door Friezen noord.  338 HISTORIE van II. Boek. II. hoofdsi V. 8* Het Keizerryk jlc bloet aan onliiiten en verwarring. hem in dien ftaat ziende, doodden hem, (cf) zonder te weten, wie hy was, en voerden zyn ligchaam in den burgt; maar vervolgens, toen zy verftonden, dat het • de Keizer was, welken zy omgebragt hadden, begraafx' den zy hem heimlyk in een burgerhuis. uit vrees voor eene ftrenge ftraf van wege de Duitfche vorsten, omdat zy het bloed van hunnen oppervorst geplengd hadden. Dit was het einde van dien ongelukkigen jongen vorst, die om zynen moed en goede hoedanigheden een beter lot waardig geweest was. De verkiezing van den landgraaf van Thuringen, en die des graave van Holland, welke beide de uitwerksels waren van de kunftenaryen des Roomfchen hofs tegen Frederik II, hadden in Duitfchland zulke hevige partyfchappen te weeg gebragt, dat de openbaare rust en goede orde daar door geheel verftoord wierd. De geestelyken vatteden de wapenen op tegen de leeken; de zwakken werden door de fterken onderdrukt; zo wel menfchelyke, als goddelyke wetten waren in verachting i ja tot zulk eenen hoogen trap van verwarring reezen deeze onlusten, dat, gelyk wy reeds hebnen aangemerkt, de fteden Spiert, Frankfort, Bingen, en Oppenheim genoodzaakt waren, een bondgenootschap tot befcherming van den koophandel, en tot beveiliging der gemeene wegen aantegaan; en, toen de paltsgraaf Lodewyk de goede gevolgen van dit verbond befpeurde, verzogt hy, in het zelve mede begreepen te worden, waarna het op zyn voorbeeld door zeer veele andere fteden en edelen verfterkt werd. (*) Deeze bondgenoo- ten (d) Kkantz Gob. Pers ibid. Heiss. lib. II. cap. 23. * In dit bondgenootfchap waren insgelyks getreden Gerhird, keurvorst van Men:z; Coenraad, keurvorst van Keulen; arnold, keurvorst van Trier; Jacob , bis.chop van Me:z; de abt van Fulda; Co-waad Wilgraf; RicbaH, .raat van Catze- ellebogen; Frederik < graaf van Luningen; Berthld, graaf van Zeigenhsgen; Ermchi en  het DUITSCHE RYK tp\i vernietigden de tollen nn Ja ■ ■ duurende de onius^S^r^J^^ Wclke" gewaren. Hierdoor werd derust in ver™^rd fteld fchoon zy fpoedig wedeJ .S6*01" teboosheid van hun, diein dl^nh d Wlerd door de gen byzonder voordeel zogten P b3are Wanorde hun * Na den dood van Keizer Willet* ,«>,. j j vorsten verfcheiden'maaien Tl? ^* de ^ ' kiezen, doch deeze bvecrTnLa Cn °PVo'ger te ver-/ dat niemand hunner eene Z"™™ VruchceJ°<*, om- < nemen w££ ^kl^bS^ <*J aartsbisfchop van dezelve aan S?d Cf*r"*>* van W broeder van Hendrik ƒ// 5 W' henoSd geland, die den voorflag aanmm Jn 2- u °mng van E»' ' land begaf. f» Ten Si ƒ'ch naar dte het „of 4^ wT oVln^T kerkvo<*d, d>g> dat hy, zedert dat Frelell\n£ ^ "»°*"aat* ban gedaan was, door zynVbZndJiL kerklvken ter eender tQt de ^dg«d Je v0l;steI1 heven haa, te weten, Hendrik £ T^ r™"* ver" Heid bZ' BravenbergUn «^Kfi) ' ' M^TZmt\ CO HKtss. ffl* * r £W/lVf n ^ I9> Vv a rr. Boek. II. Hoofdst. V. Afd. tichard, "orn wal , wdt tet 'eizer verwen door 'n eenen mhang.  34o HISTORIE van II. Cornwal Ten opzigte van deezen laatsten voorzag hy Boek. zeer wel, dat hy groote zwaarigheden zou moeten te boII. ven komen, eer hy hem tot de Keizerlyke waardigheid Hoofdst zou kunnen verheffen, indien hy niet den aartsbisfchop V. Afd. van Mentz op zyne zyde had: doch deeze wierd door Albert van Brunswyk een geheel jaar lang gevangen gehou. den; weshalve Coenraad Richard bewoog, om, behal. ven de overgroote gefchenken, die hy hem reeds gedaan had, nog agt marken zilver, tot randzoen voor dien kerk* voogd, te betaaien, mits dat hy hem met zyne ftem en vermogen onderfteunde, om de Keizerlyke kroon te verwerven. Dienvolgens beriep de aartsbisfchop van Mentz, toen hy uit zyne gevangenis ontfhgen was, eenen ryksdag te Frankfort, op welken Richard verkooren werd door de twee aartsbisfchoppen, den paltsgraaf Lode. wyk, deszelfs broeder Hendrik, en eenige anderen, die zy door hunnen raad hadden overgehaald. (f) Aan den anderen kant bielden de aartsbisfchop van Trier, en eeni> £nI2Aip ge andere vorsten, welken by deeze verkiezing niet honfus, wilden tegenwoordig zyn, eene andere vergadering, in Koning welke zy zich verklaarden voor Alphonfus, Koning van «fl« CastU Castilie, bygenaamd de Sterrenkyker: de aartsbisfchop imatit- had voor dien vorst, by volmagt, de ftemmen des Ko. ren. nings van Bohemen, des hertogs van Saxen, en des mark. graave van Brandenburg verkreegen. Hy vaardigde nu de bisfchoppen van Spiers en Confïans naar Spanje af, om hem de tyding yan zyne verkiezing te brengen (g). Alphonfus nam deeze eer met veele dankbetuigingen aan; doch, daar de oorlog, welken hy thans tegen de Mooren voerde, hem belettede, omzichten dien tyde naar Duitsch' land te begeven, liet hy de gezanten gaan, na hen met veel luister onthaald, en overlaaden te hebben met ge- fchen- (ƒ) Ann. Bojor. Lib. VIL p. 555». Cg') Idem ibid. Gob. Pers. Cosm. at. VI. c. 65. Krantx. Sax. i. VIII. c. *2,  het DUITS CHE RYK. 34I fchenken voor dekeurvorsten, en andere Duitfche VOrS II ten. iNogthans lieten zy, die de zvdP Van Is u J d koo7Pn hadrlpn Ai* „ f y e Van diehard ge- Boek. Koozen nadden, die onderneming geenzints vaaren- h\, Ti werd naar Aken gebraet. en n! JL t vaa,en> by 11. lin, Sanctia, ''fophl^mSluf r0* f50' gen"ia" v°°TT' fchop van W» «kr^d M aartsbis- ^' Dlegtieheid beznar hf I a j het verr,chten deezer Rlchard SZl'rT 'Men^ 0PPenheirn, Frankfort PorZ't^/'' £yV«^ ujr .«U uwcien uoen, om ftemmen te winnen mi- ■7™aDoch™rwaardigheid te SteVen £ Keï- de fchoonfte vrouTvan harenl T^^J. ,we'd gehouden voor ven, die haar te Wo,mTtelhTmXl' deed Richfd °P haa' verJiegem'eenen !uisterSïr3tMln,alM de blUiioft m« on- ven zyhem eene p eg f^e vérk Snp ^,7" 'ykd°Tmen : van getrouwheid, welken zTh 1 i "t^'" Welke zy den eed den,zo dat hy eenoedaak fwV, /ed?an flhadden , wederon opzei. teflaan. (2) 7 genoodzaakt was> den kortften weg naar zy„ liDd in- niettegenitaanïehy onSllkeS*00, Iff'Ve" Wierd uitS*Pu kiezing. Zyn" fchar^^. " had bezeten vóór zyne ver rende denlydVan f p "-r a° ë,00t' dat hy in ftaai wa«> fieduu ren, zonder'3einkömftin dagf,yks h°nderd marke" te verté' f*rt ^g'^ftenaanteraaken, die hy uit Duitfchland e„ £ Vv 3  342 HISTORIE van II. Boer. II. Hoofdst. V. Afd Keizerryk te verlaten, en raar Engeland de wyk te nemen wair hy zyne dagen eindigde. Hy verliet echter Duitfchland niet, voordat hy het opzigt over het ryk aan drie fledehouders had toevertrouwd, te weten, Werner van Falkenstein, die landvoogd van den Elzas was, Philips van Falkenstein. die het bewind had over Wetterau, en Philips van Hohenfels die het ftedehouderfchap van Worms, Mentz, Oppenheim, en andere fteden bezat. RICHARD begaf, by zyne krooning, aan Othoca' rus het Koningryk Bohemen, en het hertogdom van Oostenryk; by zynen doortogt door Vlaanderen ontving hy de hulde wegens het graaffchap Henegouwen van Gui van Dampierre, welken hy tot den rang van ryksvorst verhefte; terwyl prins Hendrik te gelyk afftand deed van het hertogdom Braband ten behoeve van zynen broeder Jan: bovendien verrichtte hy nog eenige andere daden van oppergezag, eer hy naar Engeland te rug keerde, waar hy den titel van Roomfch Koning bleef voeren, fchoon hy zich met de zaken van het KeizerryK niet veel bemoeide zcn »cb in >t algemeen, den droevigen ftaat vin hun Jand te  344 HISTORIE van II. Boek. 11. Hoofdst V. A;n. te beklaagen, zonder een geregel 1 verflag re geven van de voorvallen, die deszelfs rampan vero >rjaakren. Bisfchoppen en Kerkvoogden riarnen toeviucn- tot de Wapenen, en plengden elüande-s Moed tot verdediging of vermeerdering van hunne Kewelyke bedieningen: onverzoen 'yke vvandichappen, en onophoudlyke oorlogen werden ontdoken, en woedden met groore hevigheid tusfchen byzondere edelen by de beuzelachtigfte verfchillen: roof en wegenfchendery heerschte algemeen; het reiz n was onveilig, en de koophandel bykans geheel vernietigd, terwyl regeeringloosheid aan volflagen willekeurige overheerfching den vryen teugel liet. Vruchteloos fchreeven de ryksvorften byeenkomften uit, om tegen deeze kwaaien eenig hulpmiddel te be-aamen: dewyl 'er geen opperst gezag was, dat door zynen invloed hunne raadplee ingen beftuurde, bragten zy niet dan nutteloze twisten en krakeelen voort, en de verfchillen van byzondere leden liepen fomtyds uit op openbaare uitdaaging en bloedftorting. Door deeze rampfpoeden geteifterd , beflooten de Duitfche vorsten, tot eene nieuwe verkiezing te treden ; en ot dat einde Ichreef iVerner, aartsbisfchop van Mentz, eenen rvks-*ag uit, op welken men onderfteide, dat de j mge Conradyn tot de Keizerlyke waardigheid verheven zou wo den; maar paus Urban s, van hun voornemen onderricht, verbood hen, p ftiaff; van den ban, den kleinzoon van Frederik II. te verkiezen, en ten zelfden tyde nam hy aan, het verfchil tusfchen^/. phonfus van Castilie en Richard van Engeland binnen eenen bepakten tyd te beflisfchen: doch ny overleed binnen dat tsdperk, en Clemens IV, die hem opvolgde, liet de zaak in denzelfden ftaat zonder beflisfching. Onoerttsschen zugtte het Keizerryk by aanhoudendheid onder de allerftrengfte verdrukking; en, in plaats dat het vote zyne uiterfte poogingen zou hebben aan- ge-  het DÜITSCHE RYK. S45 gewend tot her/telling van den vrede in het eigen Va derland was het tot dien trap van dwaasheid Xrnen dat hetzelve het kruis aanvaardde, en eenen rn^ n ' dernam tegen de heider en in PruisFen Hf! g T met de ridders der Duitfche orde ovfh^ 3 Eindelyk werden de rampen van Duitsch lil? draaglyk, dat Steden en Stenden van het ril tot S™' onderlinge beveiliging bondgenootiehappen ZinS' onder de edelen werden broederfchappen opgeïcht m> welker hoofde zy zich verbonden *\L ufZenctit> UIC en bloed bytef^; en, in ev^tmanfo'ntrTen g? der mannelyke nazaten kwam te overlyden 7n,?l ne landen en vorftendommen op ti^^^ overgaan. Dergelyke verdragen of verbonden zvn v!r volgens m het Keizerryk veel in gebruik geweest doch zy konden geen ftand grypen, zonder doofden ryksdai feTaan.% °f *"* de hande,eade ^ t^n toe. dat"™ vtstln^r;^ t^'t"^^ krachtloos en het ryk zolder egTer z^nd? om het regt te handhaven, zekere Sche^^l™ l i * Auftrequen genoemd, m^S^^^^l^ voftreitte magt bekleed, om uitfnVaatl* 6T ver-cbillen, en * te^lt%^>££ mZÏSnZyHWaren aange/Teld' "ogten^ortvSS* Dit ambt duurde maar zes maanden, ten einde van Th' kracht11 Tot" ff00"0 W£rden DeeW ^klteZt gracht, tot de regeering van Maximiliaau I die di zelfs regtsgebied wederom aan den ryksuag braVr Doch de byzondere tooneelen vagewek\%c2}> en overweldiging daar latende, zullen Euro». Hist. £ Tk tfSST" Xf Lm' 5 * rr. BoEK'. IL Hoofdst. V. Ai0,  II. Boek. IL Hoofdst. V. Afb. 1263. De paus biedt Ka rel, graa yan Anjou het Ko ningryk Napels aan. 12C6. Die var si geeftMzi froi de nederlaag (l) Amn. Bojor. Lib. VIL\p. 3<*3, 346 HISTORIE van verflag tc geven van eene gebeurtenis, die, fchoon zy niet onmiddelyk het Keizerryk aanging, echter eene natuurlyke betrekking tot hetzelve had, als betreffende den laatften vorst uit één van deszelfs vermogendfte ge- flachten. , „ , Mainfroi, natuurlyke zoon van Keizer £ reder in , ziende het geheele huis van Zwaben tot op Conradyn, die een kind was, uitgeftorven, had zich van het Koningryk Napels verzekerd, en werd daardoor zo magtig, dat hy den nayver van paus Urbanus IV. wekte, die, zo digt in zyne nabuurfchap geen meester willende hebben, aan 'Karei, broeder van den Heiligen Lodewyk, en graaf van Anjou en Provence, de Kouingryfken Napels en Sicilië aanbood. (/ï. De voorflag werd .aangenomen, en Clemens IV, opvolger van Urbanus, die op het einde van dat zelfde jaar overleed, bevestigde de keuze van zynen voorzaat, en drong Karei, om zonder uitftel bezit te komen nemen van zyne Koningryken Op deeze aanzoeken ftelde die prins zich aan het hoofd van een magrig leger, en trok regelregt naar Rome. Daar de paus, die zich toen niet in die Stad bevond, vyf Kardinaalen gemagtigd bad, om de plegtigheid zyner krooning te verrichten, werd hy, nevens zyne gemalin Beatrix, gekroond en gewyd, onder voorwaarde , dat hy zyne Koningryken van den H. Stoel te leen houden, en jaarlyks, ten blyke van zyne erkentenis, eene fomme van zestig duizend dukaaten betaaien zou. Daarop ftelde hy zich aan het hoofd van zyn leger, dat verfterkr, was door de Guelphen, die van alle kanten q tot hem toevloeiden. Hy verkreeg daarop verfcheiden voordeden, en behaalde eindelyk by Benevento eene ' volkomene overwinning. In deezen flag fneuvelde Matn» froi, en de overwinnaar maakte zich toen met zeer J ' wei*  het DCJJTSCHE RYK. u? weinig moeite meester van de beide Steilten, (m) Doch " H m plaats van zich m zyne voorfpoed men ch ievend te' Bok geciragcn, het hy de gemalin en kinderen va^iMainfro ï nevens verfcheiden edelen van dien aanhang,Tdele' Ho*. ^n zogenaarr.den Keizer ui "eteRozyn Vaderland verureeven zynde, zich in de annen van\ontVtmSen' de* paus geworpen had. Thans was hy in vyandfe^ap . met U& HZ M'fy P' 564' ^ Sfc CLr0n' *> h 457. XX 2  348 HISTORIE van II- met Karei, omdat hy hem in zyne oogmerken op het Boek Koningryk Sardinië dwarsboomde. II- B y de aankomst van Conradyn in ƒ/«/•«» had Karei Hoofdst. zicn naal. frankryk begeven, om verfterking aftebaaien. V> Afd> Daardoor bevond hy zich , by zyne terugkomst in halten, aan het hoofd van een zeer magtig leger : vervolgens Conradyn, die zich ten dien tyde van Steilte meester gemankt had , opzoekende, leverde hy hem flag digt by Aha, waar hy dagt, zich eenen voordeeligen post, welken hy had ingenomen, ten nutte te kunnen maaken. dol Karei Hy verborg een gedeelte van zyn beste krygsvolk agwflmn ,ter eenen heuvel, en, na dat de flag, drie uuren lang, en, fchoon met geiyke hevigheid aan wederzyde geduurd had, deed vermomd, , hen de hinderlaag verlaten , en op de benden van felZf: Conradyn aanvallen, die, reeds afgemat zynd^, nu geheel Mcfla^en werden. Conradyn, deszelfs neef Hendrik van Oo tenryk, die hem op deezen togt verzeld had, en Hendrik van Castilie koozen de vlucht, doch werden, vermomd als ftalknegts, op weg aangehouden, en door Karei gevangen gezet. Eenigen tyd daarna befloot hy, zynen broeder, den H. Lodewyk, te verzeilen op zynen togt naar Afrika; doch, fchroomende deeze gevangenen agter te laten in een Koningryk, vol van partyfchappen en wederfpannelingen , liet hy hen voor de regters van alle de fteden des Koningryks te regt ftellen, en deezen veroordeelden Conradyn en Frederik ter dood, als verftoorders van de rust der Kerk. * Zy werden dan 7 ll6h in het midden der Stad Napels op een fchavot ont»7 Kapél» halsd, tot een eeuwig verwyt voor Karei, en tot een * Men zegt, dat paus Clemens aan Karei deezen barbaarfchen ffiap heeft aangeraadea, zeggende op zyn doodbed, „ Conradt vita, „Caroli mor* Caroli vita, Covradi mors"; dat is te zeggen,,, Al Coenraad blyft leeven, zal Karei fterven, maar _ zal Karei zyn leeven behouden, dan moet Coenraad omkomsn.  het D U I T S C H E RYK. u9 fchandylek der menfchelykheid; want de tchuld van rr Conradyn bad alleen hierin beftaan, dat hy getracht hrt nU' zyne erfenis weder te verkrygen, wn-by'Frederik vïn u*' Oostenryk hem uit zuivere vriendfchao en ed»lmlJ lf' heid had hygeftaan. Zeer na omtreK kwam C„^, vorst van Antiochie, en zoon van - -* die een natuurlyke zoon van Keizer Frederik & II. was, uit hei Oosten, om Conradyn te helpen'-doch TaH" hy viel Karei insgelyks in handen, en we?d als een * kwaaddoener opgehangen. Dus kwam door beu! ban ÓZ £riaatau overh]y™ ^n dien roemryken ak «es Zwahfchen huzes om het welk zo veele Koningen en Keizers had voortgebragt. Door deeze ftrafoefeniS Pa lfctJe7s "V^TTA ^ f A us uemens IK. overleefde deezen wreeden moord flechts eene maand, en na zyn overlyden bleef de pan- fe yke ftoel twee jaaren en negen maanden openftal tot dat dezelve vervuld werd met Thibaut van Placen. hwf ?1 Tum Van Gre^°r'm a™<"- DuitsehZni bleef ondertusfehen nog in denzelfden ellendigen toe ftand, tot na het overlyden van Riehard Wan Sland wanneer de ryksvorften byeenkwamen, en, onSfde I pen **** I Mat AZ. JÜ S t ** ^ ^ <*"«■ »» /• * 459, X* 3 ZES-  35o HISTORIE van II. ^ Boek. „i, ZESDE AFDEELING. vi. Afd. Vervolg der Historie van DUITSCHLAND tot de tusfchenregeering, veroorzaakt door het overlyden van HENDRIK VIL RUDOLPH. I. Betigt we- UDOLPH, de eerfte van dien naam, graaf van io\p\Vv'éérHaPshurê-> is opgevoed onder Frederik II, die hem ten zyne ver- doop hield; doch werd in 't vervolg, naar men verhaalt, kiezi g tetnayverig tegen hem, wegens de voorzegging van een de Keizer- fterrekyker, die voorfpelde, dat de graaf, by het ontligbeTd.aT' breken v'an Frederiks nakomeÜngfchap, welke toen uit tien perfoonen beftond, den Keizerlyken throon beklim' men zou. Rudolph, zeer wel bemerkende, dat 'sKeizers gunst te hemwaart zichtbaar verkoeld was, ontweek behendig zyn hof op eenig fchynbaar voorwendfel, en hield zich vervolgens op aan dat van Othocarus, Koning van Bohemen, by wien hy den post van groot maarfchalk met veel lof bekleedde. Van daar. keerde hy naar zyne eigen Staaten, waar hy door zyn voorzigtig en braaf gedrag aanzien verkreeg onder zyne nabuuren GeduuVeorbcel rende de onlusten in Duitschland had hy verfcheiden denvan zy- krygsbedryven verricht, die zynen roem te gelyk met m wakker- zyn erfdeel vermeerderd hadden. Zyn eerfte krygstogt beid en goed wss tegen Hugo Trieffenftein gericht, die iets ten zynen e"u' nadeele gezegd had; by joeg hem op de vlucht, en nam daar*  het DUITSCHE RYK. 35r daarop bezit van zyne landen. Hy keerde vervolgens zyne wapenen tegen Rudolph van L&ffenberg , zynen nabeftaande; doch die oorlog nam met een onderling verdrag een einde, Ingevolge van een verfchil met Hartman , graaf van Kyburg, maakte hy zich, tot zyn eigen voordeel, meester van zyne erfopvolging; hy floeg de graaven van Toggenburg ,en beroofde hun landfchap. Daarna plunderde hy, aan hec hoofd van eene bende edellieden, die de belangen van Keizer Coenraad IV. waren toegedaan, de voorftad van Bazel, en verbrandde een klooster, om welke gewelddadigheid hy en alle zyne medgezellen in den ban gedaan werden. De burgers van Straatsburg hadden op dien tyd verfchil met hunnen bisfchop, en, uit aanmerking van de groo te voordeelen, die zy door de befcherming van Albert van Hapsburg genoten hadden, verzogten zy nu om die van zynen zoon Rudolph; zy verkoozen hem tot het hoofd van hunne krygsmagt, en, namen, onder zyn geleide, het kafteel van Haldenburg in. Zy venasten irsgelyks Colmar en Mulhaufen, en behaalden eindelyk eene volkomen overwinning over hunnen bislchop, die, binnen weinige dagen, van hartzeer over deeze nederlaag overleed. Zyn opvolger verzoet om den vrede, die hem door Rudolph en de burgers van Straatsburg vergund werd, welKe laatften een fteenen ftandbedd opregteden ten bewyze van hunne erkentenis voor hunnen verlosfer. Twee paren vóór deeze gebeurtenis hadden de burgers van Zurich, die door de eJelen van hunne nabuurfchap geplaagd werden, Ulrik van Re. gemburg voorgeflagen, om hem tot hunnen befchermer te verkiezen, en, toen hy dien post op geene andere voorwaarde wilde aannemen, dan dat zy hem het altoosduurend oppergezag over hunne ftad zouden opdra gen fteiden zy zich onder de belcberming van Rudolph , die zyn openlyke vyand was. 'Er verliepen to n dne II. Boek. U. 4 Hoofdst.* vi. Are Verfcbei den Heden verzoeken bem om zvne be~ febermivg.  351 HISTORIE van II- drie jaaren in vyandlykheden en het doen van wederBoek. zvdfche invallen; maar eindelyk verklaarde het genik II. zich voor Rudolph, die Ulrik noodzaakte tot onderzoo idst. werping aan diezelfde ftad, over welke hy het beVI' AfD* ftuur geweigerd had. Rudolph was bovendien ni;t minder godvruchtig dan dapper. (*) Toen graaf Werner van Falkenstein tot aartsbisfchop van Mentz verkoorun werd, en de reis naar Rome aannam, gaf Rudolph nem eene fterke bende krygsvolk, om hem tot aan de Al. pen te geleiden, en, hem by zyne wederkomst op diezelfde plaats opwachtende, voerde hy hem behouden te rug naar zyn bisdom, voor welken dienst de aartsbisfchop hem verzekerde, by alle gelegenheden zyne dank. baarheid te zullen betoonen; waarin hy ook vervolgens zyn woord is nagekomen, (o) Thans was het Keizerryk reeds vyftien laaren zon. piÏGre der opperhoofd geweest, dat is, zedert dat Rtcha,d het forius X ryk verlaten had* want, fchoon Alphonfus den titel van dringt by Keizer aannam, en van tyd tot tyd beloofde in Duitde ryksver- JCn» ftm' (.) V.»e Antir. Cbr.n. BafJ. Beccler. de Rod. Hafsb. Ann. Colinar. Heiss L. U Cap. 12. * Op zekeren dag op de jagt zynde. begon het zo fterk te re. senen dat 'er de wegen zeer flykeng door wierden. By gev-l ontmoette hy een arm priester te voet, die de gewyde kost.e nvTenen kranken bragt, waarop Rudolph zo bewogen werd toen hv zag me welke moeite de goede priester over den aoddengen wee voomrad, dat hy teiftond van zyn paard fprong, zeggende, dat het hem niet betaamde te paard te ryden, terwyl de priester, 2e onzen Zaligmaaker droeg, te voet ging: hy deed vervolgen niet alleen den priester te paard ftygen, maar verzelde hem zelfs boots hoofd naar het huisv-an den kranken en biagt hem daarna wederom te rug naar zyre kerk, alwaar de priester, verzet oveT zulk een buitengemeen' voorbeeld van godsdienst yver, hem zvnen "gen gaf, en , door den H. geest gedreeven voorfpetfe, dat hy er zynef'nakomelingen op den Keizerlyken throon zouden zitten, (i) (0 Heiss. ubi Supra.  het DUITSCHE RYK. 353 fchland te komen, vord hy echter nimmer zyne handen n rum, g^oeg, om dien togt te ondernemen. De SS r feke vorsten werden eindelyk zyne geduurige uitfteilen B°rf' moede; ook zagen zy het Keizerryk meer en meer aan Ho"' wanorde en verwarring onderhevig, en werden boven v^ "^ dien gedrongen door paus Gregorius X, welke hun S l arende, door zvn eieen in w« k„i r be-JIen a<,,t. rvk rp Inn^ „ ë •g.. g n de behoeften van het <"» «w« ryk te zullen voorzien indien zy langer uitflelden ee »'"«•««» nen meuwen Keizer te verkiezen. Uit hoofde van alfe *?* 'c deeze redenen verzogten de vorsten den keurvo^t v n " Mentz te eenen ryksdag te belegen Al daar had de aartsbisfchop van Mentt op de vering " zo veel invloed, dat hy de meerderheid ovISd? if ae belangen des graave van Hapsburg, w,en7 verdiei ften hy met naliet ten breedften uittemete , en zufe ondanks de betuigingen, welken de gezanten van J/tó A<«r deeden tegen alles, wat 'er ten na" eel v n hut ren meester verricht mogt worden en in « f Xa"hun" £ ehéhen, welken de Ko^vankli" ^1™ £r ir**" °P * ^elzer'y'fe kroon maakten? Het begm van deeze vergadering was vol verwar, ring. De afgevaardigden van 0,hm Tewèerln dat hun meester twee Hemmen had, ééne a?s Konl™ ïa, Bohemen en eene andere als hertog van oi,Z? S T" betfcïn kM- ™tCd V%r nder^ r i \?, n Iy,oii 'relde drie Derloonen vonr &o™ «tnf'a'l Sx" V°v ™ f3"*» • * y noem-  354 HISTORIEvan IL Boek. II. HOOFJSST- VI. Afd. Rudolph wordt tot Keizer verkoorert. noemde, fchoon hy niet in het bezit van dat landfchap was. Elk van deeze drie had aanhangers in de verga, dering, doch de fterkste party verklaarde zich voor Ru. dolPh. Sommige keurvorsten waren wel van gedagten, dat men liever eenen vorst van hoogeren rang en groo. ter vermogen moest verkiezen, (*) die door zyn gezag beter in ftaat was, de eer van het Keizerryk te herftellen- doch de aartsbisfchop hernam, dat dit oogmerk beter'bereikt zou worden door een wys en wakker vorst, die veel ondervinding had, dan door zulk een, die zich alleen door zyne rykdommen en vermogen aanprees, op welk antwoord zyne medebroeders van Keulen en Trier hem zonder verder draalen met hunne ftemmen byvielen De waereldlyke vorsten, en inzonderheid Lodewyk, hertog van Beieren, en Albert, hertog van Saxen die ongehuuwd waren, in aanmerking nemende, dat Rudolph, zes fchoone dochters had, van welken zy voor zich eene keuze r0t een goed huuwlyk zouden kunnen doen, terwyl hy, door middel van de overigen, andere voordeeIbe verbindtenisfen zou kunnen maaken, vielen uit dien hoofde den geestelyke keurvorsten toe, cn gaven eenpaariglyk hunne ftem aan graaf Rudolph, De tyd.ng van * Deeze tegenwerping fchynt onbitlyk geweest te zyn, als wy de geboorte en de« itaat van Rudolpb in aanmerking nemen Hy was de zoon van Albert, graaf van Hapsburg en hba dochte des gravevan Bregentz; van vaders zyde fta-nde.hy af van de graaven van Tbiertiein. bv Bazel in Zwitzerland, gelyk men uit de ouaneden K klooster van Muc, bewaard, bewyzen kan; en van moe. de?sz de washygefprooten uit de graaven van ^ J tvde zyner verkiezing was 'er niet één graaf in DuttJ blancl , üie m Et en u,t»eftrektheid van ftaaten tegen hem konde opwegen. BeKn hetïraaffchap Hapsburg, welk hy van zynen. Vader er de beyat hv 'er nog drie, te weten, Kyburg, Baden, en Lenizenuug welk Site hy van zynen oom Hartman verkreegen had; en met Tyrle geïlin herkreeg hy het landgraaffchap van den Elzas. (i) (i) Remarq. Jw Heiss. ubi Supra.  het DUITSCHE RYK. 355 zyne verheffing werd hem gebragt door Frederik, burg. II grltiT- NeUrerfmur^ terwyl hy met het belegTan Boek Bazel bez.g was, (') m gevolge der befcherming, die hv II hiïrZT, ™n]?™ëe"> "eiken die ftad verdeelden HooLr. had toegezegd Zo haast hy dit berigt ontving, begaf'Z VL ^ zienaar Frankfort, van waar hy, de KeizerlykH, uKaft digheid hebbende aangenomen, door alle de vorïten naar V* naar Aken gebragt, en aldaar met de gebruiklyke EP2 Frankf?rtgekroond werd. (p) (f) 6 Ul^^ P'egtigheid ra wordt n,üA^AJ hy dus van den Keizerlyken throon bezit eeno-*'*™»* men had, was zyne eerfte zorg, de roofzucht ftraat ^ fchendery en moorderyen te beteugelen, die zeder ^ het!U' tj d negen en negentig ftrnikroovers in de ftad Erfurton hangen. Zeker Hongaarfch graaf had voor eenige%tt (P) AvrKr. ann. Bcj. p. S67. (?) iD. fa °P6n" v da, hy vangnartZcer kranl/ï efd , e" gS" °nt' m deeze woorden aanfprak- , S'ie fC>« ni • ?? nen zegl» jast, anders zal ^ uwe' p,™ *f God. zu tent Sie^e^fSST 23? i»^ van he't autaa? zeggende8 DU7s' hTr *"W^een krU1'sbeeld „ van hem, door'SS wy'veWost zyï la e^wl dit'" ^ „plaats van eenen Scepter »Wj! ^- ' «eoruiken in werden das met het kfuSBd ta*^*^,^^ ZrE Ml», > r Art. 4e Roiolph. I. (a) jOIUlf. ^ Yy s  35ö HISTORIE van II. openlyk gemoord, geroofd, en het platte land geplunBoek. derd: de Keizer wilde echter, om het eerloos gedrag II. van één man, het gantfche land niet in oorlog wikkeHoo^dst. ]en. ny bediende z:ch dan van 's graaven vrienden, VI. Afd. om door vertoogen en vermaaningen van het kwaad aftebrengen; en deezen Haagden in hunne raadgevingen zo wel, dat zy hem overhaalden, den Keizer zelf te gaan opwachten, nadat hy alvorens verzekerd was, dat hy van deszelfs misnoegen niets te vreezen had. Hy werd zeer vriendelyk door Kuaolph ontvangen, en had de eer, met hem aan zyne tafel te fpyzen, en zelfs uit zyn eigen glas te drinken. (*) Na die gaetvry onthaal betoogde de Keizer hem, hoe zeer hy zich zeiven benadeelde door zyne fchriklyke ongeregeldheden, waarop de graaf zwoer by al wat heilig was, dat hy zyn leeven zou verbeteren , en op die belofte liet de Keizer hem wederom naar zyne woonplaats verrekken. Doch op den weg werd hy door zyne vyanden omcingeld en in de rivier geworpen, in welke hy omkwam, (r) Dus werd het land verlost van eenen befaamden roover, zonder dat de Keizer zyn woord van eer verbrak, (f) Uit (f) Heiss. Hv. II Cbap. 22. * By deeze gelegenheid zeide hy, „ Nu heb ik geene reden om „ te vreezen; want ik heb gedronken met den besten man op ,, aarde. (1) . ... , t Omtrend het einde der tusfehenregeenng deeden veele vorsten en fteden hunne byzondere wetten in één ligchaam verzamelen en uitgeven. De voomaamften waren die van Maagdenburg, S\xen en ivoaben: de eersten deezer werden by de (lenden van Pruisfen, en naderhand ook in verfcheiden gewesten buiten Duitfchland aan. genomen. Het Saxifcbe wetboek werd insgelyks geduurende de tusfehenregeering vervaardigd door eenen Epko, of Repko, welke zegt, dat hy de wetten van Conjlantinus en Karei den Grootenver- (1) Heiss, ubi Supra,  het DülTSCHE RYK. ss? FlYrJbl^fV™^ hmw]yk zvnes z°ons Albert met Tr Ehfabeth, dochter des graave van Tyrol, en halve zucrnr" !I- van,C7^: die teiV^ wasser doo,iS BoE*- maakte de keizer aanfpraak op de ryke na atenS van 1L feite van Ook ontwrong hy dezelve ie Ja- 6' penderhand aan verfcheiden edelen, die Jich/«duuiS. ff2*—* de de onlusten der tusfchenreeeerine van c\LT» , ""^f'*3* nee-ter gemaakt hadden, enS^eïï verbond getred,n waren tot verdediging van het seen Con4*. zy zo onregtvaardig verkreegen hadden. De naasS 7 " gende (tap, welken Rudolph}^ deed, was, Tm'den S^f* S te'verTt'fXwirdigheid voor zich te verzoeken, welke hy ook verkreeg, nadat zvne *B afgezanten m zynen naam gezwooren hadden d t hy S H Stoel tegen ade deszelfs vyanden zou handhaven en befchermen, en nimmer eenige aanflagen maaken ten nadeele van deszelfs leenmannen, en voornaamlyk van den doorluchngen Karei, Koning van Sicilië, en deszllf" erfgenamen. rs - ' "»^eiio Deeze goedwilligheid van den paus was hy verfchuldigd aan de hoop, welke deeze had opgevat om Z dolph te doen deel nemen in eene kruKl lol onfz" der (0 Struv. period. IX. p. 5,3. zameld had. Dit werk wprA pprct tn i,», r , -derhand in het H^b Sa^ScST £ff^h Ê nZ Tr"' êeZ1g W3S goedgekeurd, verkreeg he echte Tn het regtbfanken er"Je^tSovel(f' f"*""™ V°°r alIe hunEe (i) Conriisg. de Orig Iur. Getm. Yy 3  §58 HISTORIE van II. Boek. II hoofp/st VI. Afd Alpbon. fus ftaat af van zyi regt op he Keizerryk. Otbocarus Koning vai Bohemen verklaart zich teger, zyne verkiezing. der Christenen in Palestina, waarvan de kosten goed gemaakt zouden worden uit de tienden van alle geestelyke goederen, welken tot dat einde, geduurende den tyd van zes jaaren, zouden geheven worden, volgens het befluit der Kerkvergadering , die te Lions gehouden was. ALPHONSUS van Castilie was zo ver van zyne eifchen op de Keizerlyke kroon te laten vaaren, dat hy \ openlyke betuigingen deed tegen dit gedrag van den paus: zelfs kwam hy te Beaucaire in Provence een bezoek by hem afleggen, om hem in zyn belang te trekken: maar Gregorius was doof voor alle zyne vertoogen. Doch fchoon Alphonfus, toen hy naar Castilie te rug keerde, zeer onvoldaan was over den uitflag van dit mondgefprek, en zelfs gezind, om de Keizerlyke fieraaden, die hy zedert eenigen tyd had afgelegd, wederom aantenemen, liet hy zich echter, einde'yk. door de vermaaningen des aartsbisfchops van Seville overhaalen, om van zynen eisch cp het Keizerryk afteftaan.; uit aanmerking van deeze verloogchening van zyn eigen belang vergunde hem de paus, eene belasting op de geestlykheid te leggen, om de orkosten van den oorlog tegen de Mooren goed te maaken , welken hem aan alle kanten dreigden aantetasten. (f) » Nadat Rudolph de onlusten in het Keizerryk voor 'het grootfte gedeeite ge
  • /Sr ^an, eer hy zyne wapenen tegen Othocarus wendde b/m^ vs" 'febeiden ve- lyksvorstea  3^o HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. VI. Afd. tot onder ■ •uierping, en maakt vrede met Hendrik van Beieten. * By dit verdrag werid bepaald, dat Oostenryk tot den Keizer, deszelfs wettigen heer, wederom vervallen z©u; dat Carinthie en de befloot by, vooraf alle de andere edelen, die geweigerd hadden, hem als Keizer te erkennen, onder! e'->rengen en te ftraffen. Dienvolgens viel hy den markgraaf van Baden, en de graaven van Neuburg en Fryburg aan, die fpoedig tot onderwerping gebragt en genoodzaakt werden, hem niat alleen voor de landen , die zy wettig bezaten, hulde te doen, maar ook fommige leenen, waarvan zy zich in Brisgaw, Zwaben, en aan den Rhynkant, onregtvaardig meester gemaakt hadden, te rug te jjeven. Hy tastte vervolgens Eberhard, graaf van Wurtemberg, bygenaamd de Twistgierige, aan, en verfbeghem: ook dwong hy Hendrik van Beieren, om vrede te verzoe. ken, welke hem vergund werd op tusfchenfpraak van zynen broeder, den paltsgraaf Lodewyk van Beieren, op voorwaarde, dat Hendriks zoon Otho in den echt zou treden met's Keizers dochter Catharina, aan welke hy, by wyze van huuwlyksgift, alle de leenen zou opdragen , welken hy aan de rivier Ens bezat, en dat hy aan Rudolph veertig duizend oneen goud bekaaien, en hem den eed van getrouwheid doen zou voor alle de fteden en landen, die in zvn bezit waren. Toen Rudolph deeze kleine 'gelukzoekers vernederd had, viel hy in Oostenryk, verzeld van de aartsbisfchop. pen van Mentz en Keulen, de bisfchoppen van PFurtz.. burg, Regensburg en Pasfau, en van Lodewyk, palisgraaf aan den Rhyn Doch , daar de Kerkvoogden warsch van den oorlog waren, en den Koning van Bo hemen niet gaarne geheel ondergebragt zagen, bemiddelden zy ten zynen behoeve een verdrag, onder voorwaarde, dat by zich met Bohemen en Moravie vergenoegen, en die landen als leenen van het Keizerryk bezitten zou.* Othocarus was genoodzaakt, deeze voorwaarden aan-  het DUITSCIIE RVK. 3«r deezen ftaat van vernede Zdnelt m? befpfaa,en' van ,n v* ArD. worden: doch, in het m?dlnf n moesten> gezien te rf^ Rutent. bet zv by 0eVa of ' pk^ghdd werd de d°'pb j„ j ^ roevai, of met opzet, aan heide* ™ <*e voor Bo- den geopend en men ontdekte Othocarus, "oor den Kei t*" " zer op zyne kn eën liggende PPnP nmn V i . .aen ^ei- Moravie. den Koning grootelvkf ïerdmnr °m"and^heid . welke zyner gemai8, eenlL^t^ft n die tgS!*"** die was, nedpivpr. , zeerhoogmoe- penen te doen on?tos.ZyT^ to" ond^« werping te brengen. («, Zo haas? dJf£ t0t °nder wt^ï breken van zvne trouw vernam vlrf .Ju' * VCI" *°r a™ger, en trok CthocaZ Ih Jt^rJn ^^^ ,e" den vrede tenen lw ' ÏÏ ^emeedig verbreker van f vjcuc, teeen, het welk een gevegt ten 0^1™ i,-^ m«l'n;doch waarin de Koning fheuvelde * \aë, gevo,ge bad, werA' » s uveide' Aa deeze overwinnirgyz^„ gafg<^0., Kei2ers vyfden, ^»dlfnin de".echt w« «eden met kracht by tezetten, kwa^n men o^e're'n 73f WdrA8 te meer Keizers dochters, 20u uiteehuuwl-kr »' w ^*"3' ééne van 's van üikn,, fchoon hv ten Tin 7°^en aan Winceüaus, ,oon was. (r) hy te" dlen ^de "«hts zeven jaaren oud ^VS^^^^gedood was, verded!gitó C^tf. weder "e lS^ffi6'!-. 1,001 w-de aan op de, - Europ. Hïst, XI. D I. St Zz  II. Boek. II. Hoo?dst. VI. Afd Rudolph houdt ziet aan het verdrag ter, behoeve van Winces- laUS, 3007! van Othocarus. SÓ2 HISTORIE vam gaf Rudolph het bewind over Oostenryk Stiermark, Carinthie, en Camiole aan zynen oudfteo zoon, graaft/bert, welken hy naderhand, op eenen rvksda» te Au*s. burg, openlyk de inhuldiging van het hertogdom Oosten, ryk verleende, dat nu in het collegie der ryksvorsten ingelyfd werd,- ten zeifden tyde begaf hy 'aan Rudolph, eenen anderen zoon, het hertogdom Zwaben, dat hem toebehoorde uit hoofde van zyne gemalin Anna, gravin van dat landfchap. * Hy befloot insgeiyks, de voorwaarden van. het onlangs geflooten verdrag optevolgen, en ftelde tot dat einde den jongen PVinceslaus, welken hy tot zynen fchoonzoon beftemd had, onder de voogdy van Otho, markgraaf van Brandenburg Vervolgens verklaarde hy den oorlog aan Hen. arik van Beieren, die Othocarus begunftigd had, op hoop van met hem den buit te deelen, indien hy overwinnaar bleef. Zyn broeder Lodewyk, paltsgraaf en 's Keizers fchoonzoon, was tot dus ver zeer fterk aan Ru. ^olph verknocht geweest, in verwachting, dat hy de inhuldiging van Oostenryk verkrygen zou; doch thans in die hoop te leur gefteld zynde, ftond hy op het punt,. om ne perfoonlyke dapperheid niet weinig toe tot het geluk van dien dag. {i> * Omtbend deezen tyd verfcheen 'er zekere Tilo Collup, een man, niet onwelfpreekend, doch van eene onverzetteJyke fchaarateloosheid. Hy gar voor , dat hy de regte Keizer Frederik II was, die zich voor dertig jaaren in het H. land had moeten verbergen, om de woede der ongeloovigpn te ontkomen. Hy maakte eifch op 't Keizerryk, als iets» dat hem van regtswege toekwam , en, fchoon hy in het algemeen voor een dweeper wierd aangezien , vond hy nogthans middel, om eenig volk op zyne hand te krygen; doch werd te Wetzlar gevat, en met alle zyr.e aanhangers ten vuure veroordeeld (2) (1) Avent. ibid. p. 571. (2) Remarq. fur Htiss. übi Jvent. ibid. Boj. f. 572.  het D ü I T S C H E RYK. 3 ™akte nÏÏJSJn? Jne a'?ezaDttn' ee" einde aan alle zv' ne verlcbilJen met den paus In het zeifde jaar du hv ?L?m[ U'!rd' h3d C'^/w' ^ KerkveSerS te Luns fljhnwfcn-, wnarin ^„yfc, Krnirg van Si Jï. » J / 7 Kuzeri37ke troon voor zich geei-cht had S!^^rf°ncdn,n,Sde2ynen Kanfe,,'er °$L " Uiu,lu met den f \ ge- pfltw em (•) M«un. W /rrf. , „ ^ , Zz 2 ^ ji  S> en Ceperano, het enrchaar van/ÏÏ. VI. LD.~'/^f^ het markgraaffchap van Ancona, het r„^. hertogdom %/^, de_Staaten der gravinne Mathilda faïfanne ^ ƒ f"?,van/^ro. en alle de landen, waarvan f* ,™ ',n de onderfcheiden voorregten, door Keizer LodewTk mar 'i H, vergund, was gewag gemaakt. Op deeze voorwaarden Land te werd de kroon nogmaals aan Rudolph bevesti-d r\\l gaan. zich verbond , om niet alleen, tegen het aanfta'ande pmkfterfeest te Rome te komen, om de kroon uit handen van den paus te ontvangen, maar zich ook onmiddelyk na de plegtigheid der KroomW naar PaIzstina te begeven,-(v) en ten blyke vin dit zvn voornemen vaardde hy ten dien tyde het kruis aan De laatfte voorwaarde werd naar alle waarfchynlykheid door den paus bedongen, om den Keizer alle ondernemingen m Italien te beletten. Maar Rudolph maakte geene toerustingen, noch tot den togt naar Rome, noch tot dien naar t H Land: integendeel gaf hy aan zyne afgezanten volmagt, om den inwooneien der fteden van Roma me en nabumige gewesten den eed van getrouwheid aftenemen, welke blyk van minachting zyne heiligheid zo zeer be gde, dat hy den Keizer in den ban de/d! ?*) „. v Z^Ff* V3n Greêorius, fcbreef Innocentius V. aan Rudolph, en nodigde hem, om gezanten naar Rome te zenden, om over een verdrag met den H Stoel in onderhandeling te treden, hem tevens verbiedende, zelf derwaarts te komen, voordat de vrede geflooten en het verschil tusfchen hem en Karei van Anjou, betreffende het ftedehouderfchap van Toskanen en het graaf- (w) KraNtZ. Sax. I. VH1. Cap. rsn. fr> nt.r^,,. , „ Gft, 48, p. 968 Record. Malespit t Hist. Vorfnï elo 4» IBrt. Jfcr. ZVfti. «*. Hirfang ad ann. 1273* * 99, ™8"'  het DUITSCHE RYK. 365 graaffchap van Provence, was bygelegd. De Koning IK van Stalte had dit Stedehouderfchap verkreegen 2 Bosk rende de tusfchenregeering, en behield het nog,§na de i" vertong van den Keizer, toen by 'er niet langer ™nb ge biliywe aanfpraak op maaken kon. Rudolph betwist- VL Af»' te ten zelfden tyde den zoon van Karei het bezit van Provence, en Forcal^uler, het welk hy beweerde als een een van het Keizerryk, ook aan hetzelve,door het &n«*£tI^rdBereneer> die §ee^manneyke kinderen naliet, en de magt niet had, om zyne Staaten aan vrouwelyke erfgenamen te maaken, uit welken hoofde zy echter door Karei van Anjou geeischt en be zeten werden, te zyn vervallen. en De- Paus Joannes XXI had tot dat zelfde einde gefchree- I270 ven enden aartsbislchop van Mentz bevolen fom den S f-7nT n f0t het vo]^men van zyneTlof ^ ten. Eindelyk drong hem Nicolaas IIP, om de^rtikelen T'waa\' SoktS^hv^eTh ^ aan„G^ beloo"d!^d^X2 uok volbragt hy ze thans gewillig, niet alleen uit aan-*» P«". nerking van den affland, welken Karei, Koning van Siche, op begeerte van den paus, ten laat/terahem deed van het Stedehouderfchap van Toskanen, maar ook om dat hy gezind was, zich met den H Stoel te verzïeJïïi ' vernieuwde en bevestigde derhalve, in het volle confistorie te iW, alle de beloften, dié hy * Onder bemiddeling yan den nai« t»f^ >».. j Cl) Raim. ai ara, 1279. n< IO, Zz 3  IL Boek. II 1 Hoe dst VI. Afd. i J 1283. De Keizer < begeeft aan Zynen zoon ' Albert bet t hertogdom c Oos;enryk { en andere landen. ^ i C r t ï C h Ti fe 366 HISTORIE van hy eedaan had; en de gezant, welken de paus naar Duitschland atvaardi>de, verkreeg de volkomene b«fcrach iging dier punten zo van den Keizer als van de ryks™ ften. (y) Niettegenftaande dit verdrag wenschte de aus ver van eeivige wezenl ke vriendichap voor Karei Koning van Sicilië , te hebben, in tegendeel n;ets liever dan zyn verderf. Karei had zynen hoogmoed beleedigd . door met verimaadi ,g een huuwlyk rfteflaan, bet welk de paus voorflelde, tu^en zynen oigt, en eene der dochters der p:infen van Salerno üeeze minachting wekte zyne gevoeligheid zo zeer, da<- by deel nam aan de famenzweering van Jokannes di Proci* ia, welke eindelyk dien berusten tmord, bekend onder len naam van den Sicliaanfchen Vesper, voortbragt vaarby zyne Siciliaanfche majefteit zelve byna was om! gekomen, het be2it Bemen v™ dit hertogdom Plaats hadden , zyn zo zonderling, dat wy ze tot vennjva.den ezer befchryven zullen Naby de ftad m, in eene vlrmaaklyke ya lei vindt men de ruinen van eene oude ftad. welker naam niet bekend .s; en ,n de nabuurfchap van dezelve is een ftuk mT mer opgericht, waar op een boer van zekere familie? die «L«oeen erflyk regt heeft, plaats neemt. Aan zyne regte ha fd 5 zwarten magere os, en aan zyne linker zyde eenelLerf merrie rondom hem ftaat eene hoop boeren en ander volk. Daarop nadert de vorst omringd van. zyne dienaren, met de (landaarden en de teekenen der oppermogendheid. Graaf Goritz, hofmar cfi gaat voor af met twaalf kleine ftandaarden, en wordt gevo'g 1 door! le de mag.ftraatsperfoonen in hunne volle ftaatfie, terwyl de vorst zich vercoont m bet gewaad van eenen fchaapherder. Zo haasl de nóer °Pwt ftJ*? gT3ar wordt'^pc hy in de SclvoJche taal W Wie is het die daar met zulfren luisterryken ftoet nadert ? >• Men antwoordt hem H> is de vorst van' het land " De boer vraagt andermaa, (s hy een billyk vorst, yveiig voor het weizyn „ van zyn land? is hy van eenen goedertieren aart ? Verd'eu hv „ dat men hem eert? Is hy een waarnemer en voorftander van her. „ katbo'tek getoof ? » Nadat men hem Ja geantwoord heeft ro " hy. Ik verlang te weten, wat regt hy heeft, om myne p'a/tsTe „ komen nemen. Daarop roept graaf Goritz uit, „ Men koon* ' e gunst van u voor zestig li-hellingen : deeze beesten zvn "dl » uwe :gy zu t hebben de kleederen f welken de vorst " 1-aaet „ en uwe familie zal vry vin lasten zyn. " Daarop nadert de vor«r en ontvangt van den boer een flag om het oor, die hem tevens ver' maant, een goed regter te zyn. Dit zeggende, geeft hy hem Ine plaats over, en brengt den os en de meVrie wel. D " vors? E op den fteen zwaait met zyn zwaard, en beloof?, lumSjdS zullen oordeelen. Vervolgens de mis gehouden UfS i! ^ zyne herderlyke kleeding F, om een Sw^^S^JKg zy~ ir. Boek. II. Hoofdst. VI. Afd.  II. B oek. il Hoofdst VI. Afd. ] Ryhdag te' Wirtz- 1 burg. ( 1 1 368 HISTORIE v a s Terstond na het houden van deezen ryksdag be« gaf de Keizer zich naar den Elzas * tot onierftening des^bisfchops van Bazel, nn -ven Ai graaf vaq Montbelliard het Kasteel van Porentrui ontnomen had. Ru. dolph floeg zelf het beleg om dit kasteel, en gaf het den regten eigenaar weder. Vervolgens (tilde hy de twisten, die onder de ingezetenen van Mulhaufen eenen burgeroorlog voortgebragt, en hunnen naöuuren veel bloeds gekost hadden. Doch in weerwil van alle de zorg en vlyt, die hy aanwendde, om de rust en vrede onder de fteden van Duitschland te herftellen, bleef de gees van tweedragt in veele fteden heerfchen, en zelfs de kerken en geestlyke broederlchappen ontroeren 'Er was naauwlyks een kerfpel, dat niet de ellende van eenen burger oorlog gevoelde De onderfcheiden omgangen der geestlyken geraakten met elkander handgemeen op de ftraaten: de domheeren ftreeden met hunne bisfchoppen, en burgers , zo wel als edellieden, beflischten debeuzelachfigfte verfchillen door een tweegevegt. Ja deeze ongerymde gewoonte heerschte met zo veel razerny en wreedheid, Jat zy, niet minder dan alle de andere oorlogen, ftrekte tot ontvolking van het Keizerryk. Omtrend deezen tyd wenide de paus alle zyne vermogens aan, om eene ontworpen kruisvaart tot ftand te brengen , welke reeds door Gregorius X. beraamd ivas, en tot welk einde men airede een aanhang gemaakt lad, met de tienden, die daartoe door d.' Kerkvergade■ing te Lions waren toegedaan, in alle Christen landen ;e heffen. Rudolph beriep eenen ryksdag te Wirtzburg, >m over deeze zaak te raadpleegen, en het was hem niet onaan- yne waardigheid, aanfenemen: dan onthialt hy het sezelf:hap, en eert re rug naar den llejn, waar hy eenige regtszaken hoort, en regens de openftaande leenen hulde ontvangt, (i^ f.i) Aen fyl. C. de Jla:u Eunp*.  het DÜ1TSCHE RYK. 369 aangenaam , dat hy alle, zo wel geestlyke als jaereldlye, IJ. vorsten van deezen last afkeeng vond. In de daad de Ecek. paus kon geen ongefchikter tydftip hebben uitgekoozen, IL om dit ontwerp ter uitvoer te brengen. De Keizer™5™*; was geheel onledig, met het nemen van maatregelen, om zyn huis groot te maaken en zyn gezag te bevestigen • Petrus III van Arragon hield zich bezig met het fterk aandringen van zyne eifchen op Sicilië; Castthe werd op het overlyden van Alphonfus door eenen burgeroorlog geteifterd,- Italien was verdeeld door een verfchil tusfchen de Genueezen en die van Pifa; de paus zelfs kon de Romeinen en de onderdaanen van den kerklyken ftaat bezwaarlyk by hunnen pügt houden; Hongaryen was verwoest door de Cumaanen, een woest volk0, een gedeelte van Wallachye en Moldavië bewoo- ^J*8^ nende, het welk jaarlyks, tegen den tyd van den Cumaanen oogst, Hongaryen als een vloed overftrocmde, en er Hongamet hunne huisgezinnen en kudden bleeven, tot dat zyryea. alle de vmchttn der aarde en alle de leevensmiddelen, die het land voortbragt, verteerd hadden, waarna zy zich weder naar hunne eigen wooningen begaven. Deeze invallen werden verfcheiden maaien herhaald; en de Hongaaren waren, onder de regeering van Ladislaus III, een zwak cn verwyfd vorst, geheel moedeloos geworden, tot dat zy eindelyk uit wanhoop moed fchepten, en hunnen vorst overhaalden, om hen tegen den vyand aantevoeren. Hy bragt dan een leger op de been, en verzekerde zich van het Karpatifch gebergte, over 't welk de Cumaanen gemeenlyk het Koningryk introkken. Aldaar eenen goeden kans afwachtende, tastte hy hen, terwyl zy in de engten waren, met zo veel woedeen onvoorziene kloekmoedigheid aan, dat het grootstededeel te van hun leger in ftukken gehouwen, en hun Ko. ning Oletomer genoodzaakt wierd, met alle mogelyke ha?st de wyk te nemen: hy kwam echter fpoedig weder, Eürop. Hist, XI. D. 1. St. Aaa met  37o HISTORIE va» II- rat Tartaarfchs hulpbenden verfterkt, en tot aan Pest Boek. toe doorgedrongen zynde, verwoestte hy het gancfche II- land te vuur en te zwaard, rb) VI °1fü HlNORIUS IF, die omtrend deezen tyd, Marti' nus in de pamelyke waardigheid was opgevolgd, begon zyn bewind, met zekeren Pinzivello Flesea, een Genu ees. tot ftedehouder van het Keizerryk in Italien aanteflellen, die do >r den Ke>zer, als geen lust hebbende, om met den Roomfchen ftoel over hoop te leggen, in deezen post werd bevestigd. Deeze ftedehouder nogthans gedroeg zich zo vermetel en onbefchpi 'en, dat hy zich den haat en de verachting der Toskaaners op den hals haalde, weshalve men genoodzaakt was, hem van zyne waardigheid afezet'en, en Rudolph in deszelfs nlaats zynen kanfelier,i/f«^r/^Crodeur, bkacbop van Ba^el, aanftelde, welke benoeming door den paus werd goedgekeurd, uit aanmerking van 's Keizers afltand van alle de regten, welken het Keizerryk op het exarchaat van Ravenna bezat. (c Om wat Schoon Martinus en zyne voorzaten Rudolph dik iryJs reden hy genodigd hadden, om de keizerlyke kroon komen ontweigerde, vangen, wilde hy echter nimmer naar Rome gaan: hy Rome"^ was gewoon » den geenen, die hem daartoe aanzeitede, begeven', de fabel van den vos voortehouden , als die weigerde, den kranken leeuw te gaan bezoeken, omdat hy de voetftappen van zeer veele dieren gew?ar werd, die derwaarts gingen, doch waarvan 'er niet één terug kwam. Op dezelfde wyze merkte de Keizer aan, dat veelen zyner voorzaten naar Italien gegaan waren, doch zelden, of nooit te rug gekeerd, zonder verlies van hunne regten of van hun gezag, (d) Daarom vergenoegde hy zich met zynen kanfeiier naar Italien te zenden, met volmagt, om de keizerlyke (tecen in zynen naam de hulde en (i) Boffik. Der. 11, lib. VIII. (c) Barse tm. VI, p. 209, (d) SfOïfD. csntin. Barre torn. I. p. 3°+.  het DUITSCHE RYK. 37' , en den eed van getrouwheid aftenemen: doch zy weieerden, den eed in handen van eenen afgezant afteleg- DÜ?K' gen. Men zou derhalve gedagt hebben, dat Rudolph dezelven met geweld tot haren pligt zou hebben we-VLAïl, dergebragt, maar, daar hy tot het doen van deezen ftap buiten ftaat was, nam hy zynen toevlucht tot een foort van verdrag, en was dus de eerste Keizer, die aan de fteden de voorregten en vryheden verkogt, welken zy federt genooten hebben. De ftad Lucca betaalde hen twaalf duizend kroonen, Florence, Genua, en kggpt syn Bolome ieder zes duizend, doch op voorwaarde, èateegtsgcbiei zy nog'aan het keizerryk, waarvan zy leden waren,««■/«*■ getrouw zouden blyven. (<0 Dit gedrag bezoedelde niet ll' neinig de achting van Rudolph, welke in het vervolgden, befchouwd werd als een gierig vorst, die alles tot geld Met toeftemming der ftenden van het Keizerryk, be. jj^ beveelt, val Rudolph, dat men zich, in alle regtszaken, en op damenzich de ryksdagen, alleen van de Duitfche taal bedienen zou, " «««^ opdat ieder een de zaken, waarin hy belang had, in zyne Jn de moedertaal zou kunnen verftaan. Hy liet ook in diezeif- Duitfche de taal de eerfte grondwetten van het Keizerryk afkondi- taai b«tie> ° gen nen zal. (e) Mach. Hist, di Fit l I. Sigon. de Regn. hal lib. XX. in fin. ex Blmdo Plat. fabell. Tritb. Krantz Naac Cuspin. * LUCENSfS, die een ooggetuige van deeze verrichtingen was, verzekert in zyn gcfchreeven Chronyk, dut Rvaolpb, in 't jaar 1283 , zvnen onderkanfelier naar Italien ioni, van w.en vede Toskaarjche fteden hunne vryheden kogten; en dat, in het jaar 1288., een ander kanfelier genaamd Princevalle* , des Keizers regtsgebied aan de inwooners van Lucca voor de bovengemelde lom verkogt, en dat verlcheiden 'fteten zich zeiven vrykogten : maar daar wordt geen gewag gemaakt van Florence welker inwooners ontkennen, dat huune vry* heid immer, 't zy van Princevailes, of van den Keizer, genogt wierd. \ ij (1) Spond. cont. Bar. torn. I. p. 405. Aaa 2  372 HISTORIE van. ÏÏ- gen, die betrekking hadden tot alles, wat 'er onderling Boek. tusfchen de geestlyke en waereldlyke vorsten en Henden „ • moest in achtgenomen worden, zo wel als tot de bediening v°°aTd. des reSts' het hurgerlyk beftuur, en de ondergefchiktbeid ' onder de leenmannen en onderdaanen des ryks. Cf) De kanfelier van den Keizer, die door den paus tot 1287. aartsbisfchop van Mentz verheven was, keerae, belaaden /yi/^zMtmeC ëoud en zilver • naar Duitfchland te rug, vergezeld buit eene van eenen paufelyken afgezant, genaamd Joannes Buc» kerkverga- camali, bisfchop van Tusculum, die te Wirtzbarg eene \v'nz ^ kerkvergadering hield, op welke hy fchikkingen tot buig. voorkoming van wanorden onder de geestlykheid bekend maakte, en, in naam van den paus, het vierde deel der inkomften van alle kerklyke ambten, voor den tyd van vier jaaren, verzogt, Deeze eifch vond hevige tegenkanting by de aartsbisfchoppen van Keulen en Trier, en inzonderheid by Coenraad, bisfchop van Toul, die breed uitweidde over de onheilen, welken Duitfchland door dergelyke gezantfchapnen ondergaan had, en zich ronduit, in naam der Duitfche bisfchoppen, verk'aarde tegen alles, wat door de vergadering ter begunfh'ging van het paufelyk verzoek gedaan mogt worden. Dit vertoog bragt de kerkvergadering in zulke verwarring en opfchuclding, dat de neef van den paufelyken afgezant, nevens een ander Roomsch edelman, aldaar het leeven liet, en Buccamali zelf ter naauwer nood ontkwam : hy deed daarop den bisfchop van Toul m den kerkelyken ban, als wederfpannig tegen de bevelen van den H. ftoel, en een verftoorder van de openbaare rust. (g) De abt vm Nadat de kerkvergadering gefcheiden was, zond de St. Gall- Keizer zynen zoon Rudolph, om eene hoop vrybuiters ■wordt ver- On (ƒ) Avent. ann. Bujor. p, 567. fcf feq Ann. Sutv. Cius, part. III. Lib. III. c. I. (g) FtiGG. Lib, I. cap. 15.  het DUITSCHE RYK. 373 onder te brengen, die eenen inval in Zwitzerlatid ge II daan hadden, terwyl zyn oudfte zoon, Albert, de ftad Boek IVeill belegerde, welke in haren opftand gefterkt werd \\ door Willem, abt van St. Gall. Beide deeze krygstog-Hoofdst. ten vielen gelukkig uit: de bandieten werden uitge-VI. Aid. roeid, de ftad gaf zich over, en de abt was genood» zaakt, zich te onderwerpen aan de uirfpiaken van den Keiz r aangaande de voorregten zyner abtdy. De jonge Rudolph wendde vervolgens zyne wapenen tegen de Had De tl*i Lauterburg, die opgedaan was, omdat hy dezelve van'Lauterhare oude voorregten had willen berooven: zyn vader bur* y,ordt kwam hem te hulp; de plaats werd belegerd, en genood- mn bw' zaakt, zich op befcheidenheid overtegeven. Minder ge TeïiïokeT Jukkig was hy in zynen oorlog met Anfelmus , heer van'm d* on' Rapolftein, tegen wien hy eenig krygsvolk zond, omdatlusten hy weigert, volgens het keizerlyk befluit, zyne landen £1^!! met -zynen broeder en zynen neef te deelen. Het krygs ftM. ' volk van den Keizer werd verflagen, en Anfelmus maakte zich van verfcheiden fteden en fterkten meester, zettende zyne veroveringen met zulke fnelheid voort, dat de geheele Elzas met fchrik voor zynen naam vervuld wierd, tot dat de Keizer zelf met een fterk leger opdaagde, waarop He oorlog met een verdrag een einde nam. (h) Toen .0 ,, Rudolph de onlusten in het keizerryk dus gróotendeels docheV*' geftild had, genoot hy bovendien ook het genoegen, van w-K uit. zyne dochter Judlth gehuuwd te zien aan"JVinces ?^uuwlykt . laus, Koning van Bohemen, die, vóór het volbrengen? rfm ' van deeze plegtigheid, alle zyne eifchen op de hertogdom tom'Shel men van Oostenryk en Stiermark, zo wel als op de ove- men. I rige leenen , tot de n datenfcnap van Freaerik, bygenaamd den Strydbaren, behoorende, by plegtigen eede afrtond; waarop de Keizer, aan wien deeze voordeelige echt niet dan zeer aangenaam zyn kon , aan de kroon van Bohemen het (p) Barre torn. VI, p. 215. Aaa 3  374 HISTORIE v a N iw hft,ee"mbt van fchenker voor altcos verzekerde, het tfoEK. vve k daaraan gehecht was. Hoofdst. yj?E®ZE "a4 af«Maan Zy"de> beriep te Er- VI. An. /wrf, eeLne algemeene vergadering der ryks vorften, in I290. welke het berugte verfchü, betreffende de erfopvolging Ryksdag tem het landgraaffchap van Thuringen, ten genoe en van Erfurt. alle partyen beflegt wierd door eene verdeeling, volgens welke het eigenlyk zo genoemd^ Thuringen ,n de magt van Albert, z-on van Hendrik den Doorluchtiger!, markgraaf van Meisfen, bleef; doch het westelyk g.ueeite, door den naam van Hesfen onderfcheiden, op de na- VerfcWlen ^fi^feT Hend"\hertog van Braband, verCl)er ««ƒ V1f iO ,UoclLde voornaamfte raadpleegingen van deezen opvolging ryksdag betroffen een verfchil van grooter aangelegen. in h« Ko heid. Nadat Ladisla: s III, Koning van Hongaryen, Ho&. d°°r de ïumaanen gedood was, maakren drie mededinen. 7 ge/s aanfpraak op zyn Koningryk, Karei Martel van Sicilië, neef van Ladislaus, met zyne zuster Maria-, Andreas de Venetiaan, kleinzoon van K ning Andreas-, en Rudolph die beweerde, dat Hongaryen een leen van het Keizerryk was. Nicolaas IP, ü)e Honorius in de paufelyké waardigheid was opgevolgd, zond eenen gezant naar Duitschland, om den Keizer te verklaaren, dac Hongaryen aan de Kerk van Rome toebehoorde, en ieder een, wie het ook zyn mogt, re verbieden, zich eemgzins tegen de eifchen van den H. Stoel aantekanten. Dan, in weerwil van dit verbod nam Andreas de Fenetiam bezit van den throon; en, toen de paus vei volgens door eer en gezant de kroon aan Karei Martel wilde ichenken, deed de Keizer tegen deeze krooning nadrukKelyfce betuigingen, en 'roeg de inhuldiging van Honga. ryen aan zyn zoon Albert op; doch in het volgend jaar deed hy afftand van zyne eifchen ten behoeve van (O Aruo. Moeken Tom, II p. 491.  het D ü I T S C H E RYK. 375 Karei, die met zyne dochter Clememia in den echt tt trad, volgens een verdrag, het welk re.ds vorken n tusfchen hem en den Koning van Sicilië gdlooten u' was (k) b tl. Na den ryksdag teErfurt trok Rudolph te veld te^en v°°Tv Otho paltsgraaf van Bourgondie, den openbaaren wand Küdo,P''J van het Keizer yk, die den eed van ge trouwheid ™ntrehtevs alle de misnoegde vorften van Duitschland tot Boek. hunnen pligt gebragt hebbende, befloot Rudolph, eenige ÏÏ* gedugte benden van bandieten uitteroeien , die de landen VI°°Afd van Frankenland, Zwaben, en Thuringen ontrusteden, ' en tot dat einde vaardigde hy eenige afzonderlyfce benden van zyn krygsvolk af, om hen uit hunne fchuilhoeken en wykplaatfen te verjaagen. Deezen verlosten het land fpoedig van de verdrukking, onder welke het verfcheiden Jaaren gezugt had. Negen en twintig van hunne opperhoofden werden gevangen genomen; de Kei. zer deed hen te regt ftellen en onthalzen, fchoon zy tot de beste familien van het landfchap behoorden. Ja, zo groot was de iever van deezen vorst tot herftelling van de rust in het Keizerryk, dat hy, verftaan hebbende, dat het regt in de afgelegen gewesten zeer eenzydig bediend werd, buitengewoone regters aanftelde, om een naauwkeurig onderzoek te doen aangaande alle dergelyke wanorden, en hen beval, de fchuldigen, van welken rang of hoedanigheid zy ook zyn mogten, op de plaats zelve naar verdienften te ftraffen. Door dit middel beteugelde hy die geenen , die zich onder de fchaduw van hunnen rykdom en vermogen voor het regt meenden te kunnen beveiligen , en vulde ten zelfden tyde zyne fchatkist met de geldboeten, welke den fchuldigen werden opgelegd (J) r>e N a eene regeering van agttfcn jaaren zich verzwast en nhvorjlen ongeiteld bevindende, fchreef Rudolph eenen ryksdag te zynen Toon Frankfort uit, op welken hy verzogt, dat zyn zoon Altót bert, hertog van Oostenryk, van de Keizerlyke kroon Roomsch mogt verzekerd worden, door hem tot Roomsch Koning Enting te [Q vcrheffjn; maar de vorften verfchoonden zich van vtr tezen, ^ verzoe^ jn te wj]ijgen, onder voorwendfel, dat het ryk twee Koningen te gelyk niet onderhouden kon. Ver- (l) Vakilo(J. Erfardian. p. 499-  het DUITSCHE RYK.. %77 Verdrietig over deeze weigering, * begaf by zich naar % Straatsburg en van daar naar Spiert, zeggende, dat by Boek. een bezoek by de ovcleeden Keizers zou gaan afleggen II. Dit zeggen werd o, k door de uitkomst bewaarheid fpocdiger Hoofdst. misfcbien. dan by wel verwachtte; want, te Germersheim Vl Afd' krank gtworden zynde, overleed hy aldaar, in bet drie en zeve-tigfle iaar van zynen ouderdom. Zyn ligchaam $„761. werd naar Spiert gevoerd, er. aldaar ,n de groote Kerk mersheim. by de ovenge Keizers ter aarde herteld my By zyne eerfte gemalin Anna, dochter van Albert, Zmt tiu giaaf van Hochberg, met wel,, hy het grootfte gedeelte Si ** van het landgraatlchap van oen Elzas 'en huuwlyk Veeg had hy zevtR zoonen, en even zo veele dochters • dcch van de eerften h'eeven alleen over Albert hertog van Oostenryk, tn Rudolph hertog van Zwaben en landgraat • ar der Elzas. Zyne dochters waien Jutta of Judith, gemalin \m Winceslaus, Koning var Bohemen i Utmentia pehuuwd aan Karei Koning van Hongaryen Mathilaa, gemalin van den pahsgraaf Lodewyk Ag. neta, die in den ech' getreden was rret Albert, herrog van Saxen i Hedriga, gei uuwd aan Otho, mrkKraaf van , Brandenbm g; Catharina, gemalin van Otho, hertog van Beieren; en Euphemia, die eene non was fnj . Dus ftie.1-Rudolph op zynen gehoored.gV in her Zy« K* .drie en zevent.glte jaar van zynen ouderdom, en heti agt- (m) Rar-e. tm. VI. p. 240. Annal. de l'Emp. tem. I. p. 360. \ri) Barke uhi Supra. t 0 y * Dit verdriet werd grootlvks vermeerderd door zyne droefheid over den dood van zynen zoon Rudolph, die weinige maanden te voren was voorgevallen Deeze prins liet zyne gemalin zwanger •van eenen zoon, die Jan genaamd werd, en vervolgens zvnen Oom Alben, den Roomfcb koning, die hem had opgevoed, vermoordde, (i) fto*»Uk.U, vtl (0 Struv. perio'l. 9. Europ. HiST XI. D, I.St. Bbb  37S HISTORIE van II. ag'tiende van zyne regeering. Hy was een vorst, verBoek. maard wegens zyne dapperheid, fcbranderheid, en den II. roem van regtvaardigheid. Door zynen moed en braaf Hoofdst. gedrag alleen heeft hy het ryk uit ellende en verwarring VI. Afd. gered, en den vrede, een goed burgerlyk beltuur en rykdommen aan hetzelve wedergegeven. Hy was zeer gulhartig en verpligtende, eenvouwdig in zyne kleedin? en zeer aan vermaaken overgegeven. • Hy was mager en Jang van geftalte, kleen van hoofd, bleek van Kleur lan* van neus, en dun van hair. ' & * Wanneer eens zeker koopman zich by hem beklaagde over een herbergier wéa Neurenbwg, die hem eene femme gelds welke hy hem in bewaaring gegeven had, niet weder ter hand wilde ftellen, nam de Keizer, ziende, dat men den anderen niet over! tuigen kon, eenige dagen daarna de gelegenheid waar, f toen dee^e met eenige andere afgevaardigden dier ftad iets by hem kwam ver! richten) om zyn hoed te pryzen, en eene ruiling voorteflaan; maar naauwlyks had hy aen hoed van den herbergier in handen of hy zond hem als een teken aan zyne vrouw, met eene boo'ïfchaD m haar mans naam, dat zy aan den brenger het geld moest overgeven , het welk de koopman hem in handen gelaten had. De list gelukte: de vrouw zond de beurs, die aan den regten eigenaar te rus gegeven werd, en de herbergier werd in eene groote geldboete verweezen. b Hv was zo lieftaaüg en verpligtend in zynen omsang, dat hy nog graaf van Hapsburg zynde, in den oorlog tegen de ftad Ba—'l en haren bisfchop, die door den abt van Sc. Gall onderfteund werden, zich buiten ftaat bevindende, om zu:ke magtige vyanden te wederftaan, zich by dien abt op het middagmaal begaf, zender vooraf eenig berigt van zyn oogmerk te geven , by welke gelegenheid hy onder het drinken van een glas wyn middel vond, om dien afct niet alleen van zyne teenparty af te trekken, maar hein zelfs in zyne belangen over te haaien. Zyne gematigdheid in kleeding was zo merkwaardig, dat, foen Otko Koning van Bohemen, hem in den allerluisterrykften 'toeftel buide kwam doen, Rudolpb in een grof graauw gewaad gekleed was. (i) ° (i) Hexss. Hist. Lib. II. Cuspinian. de Jmp. TUS.  het DUITSCHE RYK. 379 T US SCH EN-RE GEERING van negen Maanden. Jn de tusfchenregeering, die negen maanden duurde, ftond het ryk bloot aan verfcheiden huislyke onlusten. Coenraad, bisfchop van Straatsburg, bragt de Stad Col mar, die zich onafhanglyk zogr. ie maaken, gewapendei hand onder, en noodzaakte de inwooners, den eed var getrouwheid aan zynen broeder,, Frederik van Lichten berg, afteleggen. De edelen van Oostenryk en Stiermark waren ten uiterften. misnoegd over de regeering van hertsj Albert-, welke, in plaats van hun toetegeven, gelyk zyr Vader gedaan had , hen met groote ftrengheid begon t< regeeren, en zulke bepaalingen en lasten opteleggen, dai men luidkeels tegen z}me bandelwyze uitvoer, en hen zelfs een oogmerk te last legde om zyne onderdaanei tot flaaverny te brengen. Ook bepaalde zich hun misnoe gen geenzints tot enkel klaagen,- zy gingen met elkande ren een bondgenootfehap aan, het welk door de Konin gen van Hongaryen en Bohemen, Otho, hertog van Bei eren, en Coenraad van Saltzburg onderfteund werd, oj voorwaarde, dat zy in vergelding een gedeelte van dei buit genieten zouden. Vervolgens- ftonden zy openlyl op, en trokken te veld met deeze hunne bondgenooter Dewyl Albert het zeer moeilyk vond, hen gewapendei hand tot onderwerping te brengen, gaf hy eene verklaa ring uit, waarby hy beloofde, de regeering op den oude voet te herftellen , en de edelen en het volk in het bez; hunner oude voorregten te laten, mits zy tot hunne Bbb 2 pik II. boek. ïi Hoofdst. VI. Aïd. I l 1 12 01 . De edelen . van Oostenryk en ' Stiermark ' liaan tegen ) hertog Al» j bert ep. C I t- a ;t  38o HISTORIE van II. phgt wederkeerden. Deeze verklaaring was van groot Boek. gewigt by de misnoegden : in ier de bemiddeling van II. Lodewyk, paltsgraaf aan den Rhyn. bewilligde men eerst Hoofdst in een beltand, en vervolgens werd, toe genoegen van VI. Afd. ai]e de partyen, de vrede getroffen, (oj jfidolph van Nas fau wordt tot Keizer verhezen. A D O L P H. Zieven of agt maanden na het overlyden van Rudolph , vergaderden de ryksvorsten te Frankfort. om een nieuw opperhoofd te verkiezen. Dewyl het eene gewoont» geworden was, aan het geflacht van den laatst overleeden Keizer den voorrang te geven, werden zy om-hunne fremmen voor Albert, hertog van Oostenryk, aangezogt. Dan, Gerhard, keurvorst van Mentz, verkreeg door het geen hy aan ieder hunner in 't byzonder looslyk inboezemde, dat zy, elk afzonderlyk, hem hun woord gaven, om de benoeming, die hydoen zou, voorteftaan; doch zy ftonden niet weinig verzet, toen zy hem zyn eigen bloedverwant Adolph van Nasfau boor* den vóórhellen, (p) Naardien men hem echter eershalve met verwerpen kon, * werd by tot Keizer uitgeroepen. Doch, (e) Barre ubi fup. (p) Cusp. ii Adol. Aven. Ann. Bojor. lib. VII. p. 578. (*) ADOLPH was de zoon van Walraaf, graaf van Nasfau, en de armfte vorst, die ooit den Keizerlyken throon beklom : want alle zyne bezittingen beftonden in de heerlykheden van Istein, Wisbaden, en Wcilburg in het graaffchap Nasfau; doch hy werd loor de grootfte krygsraan van zynen tyd gehouden. Hy had Jan I, her  het DÜITSCHE RYK. 381 Doch, fchoon hy eenigen van die hoedanigheden bezat. II die een groot vorst uitmaaken, was hy nogthans niet ryk BoeV IToe?den°ra Ke,zerlyke waa-"d»gheid te kunnen ftaan- II. rj ■ " . HooFrsT. if Twg'^ ™" ZTne, regeering was gelukkig, voor zo VL A™ver hy het Keizerryk beftuurde volgens den raad van Boemond aartsbisfchop van Trier, een prelaat van groote deugd en bekwaamheid, die den Keizer bewoogf om alle die geenen, welken zyn voorzaat getrouwlyk gediend hadden, m het bezit van hunne ambten te laten, fchoon fommigen hunner zich met zynen mededinger Albert, hertog van Oostenryk, verbonden hadden: ook had hv geene reden, om berouw te hebben over het vertrouwen welk hy op hunne eerlykheid gefield had oJlitRMIEN lyne, natuurJvke geneigdheid tot den Hy ver. oorlog helde, en hy den vorften, die tegen zyne verhef ktam ds» £ng oorlog aan „aar wi* L gyf % Èn ^ ^e'r am ^"hertog * ' Tegen" "u'Z&lden f'-erhardnekkigfien oorlog gevoerd en ^iëns fyf ,, beste generaals gy in even zo veele gevegten verflagen hebt " waarop Adolph mtnep, „ Ik verwonder my, hoe gy zt f iDvn zwiLid „ hebt kunnen ontkomen: het was voor u , en Svoor uAlleen JL fen^fh hDe-he"°! W1aS,d0°r ^ onver^agdhdd zó ge trof-' fen, dat hy hem in vryheid ftelde, hem met gefcherken overlaadde en zyne vneudtchap verzogt. Ook was ^6in hu Ve7vö " t0nenKhy °P de" Keizerlyken throon verheven een 'van R * j methflechts ds inhuldiging van het ge,n de henogen van Bnbandyan het ryk te leen hielden, maar ftelde hem >eW. knd «tïïhent' M °Pf^ reêter ta Z^e" -m^o versie" de (0 Cbsp. ft, ^/0/, c,,. 7><#^ du Bmbmti m Jfr Bbb 9  S«2 HISTORIE VAN lT- fing geweest waren, bezigheid verfchaffen wilde, ftelde J30EK. hy op eenen ryksdag, te Spiers bypengeroepen, voor HnoFnsT dat Tn den (?.or]°S moest verklaaren aan Otho, paltsgraaf V I Am van Bourgondie-> die Franche Comté van het Keizerryk Otho, affcheuren, en een leenman des Konings van Frankryk Paltsgraaf worden wilde eondfe°Ur' °l 5? aannemen,deezen voorflag voorzagen de ö • aartsbisfchoppen van Keulen en Mentz, en de biffchoppen van Spiers en Bazel h m van krygsvolk, waarmede hy eerst den weg naar Befangon infloeg: maar toen Albert van Oostenryk weigerde, zyn aandeel in de lasten van deezen oorlog te dragen, en men hem van verftandhouding met den Koning van Frankryk verdagt hield, trok Albert naar Zwaben, met oogmerk, om zich te verzekeren van de leenen, welke in dat gewest aan Alben toebehoorden. De hertog kwam echter zynen leenmannen f,«!2?''?et een hoop krygsvo,k te hulp, en legerde zich in t&f1^'? de Keizer niets tegen hem ondernemen af. kon, terwyl het onftuimig weder, dat toen opkwam, hem ook verhinderde, zyn ontwerp tegen Franche Comté uittevoeren; bovendien verkoos hy ten dien tyde niet, den Koning van Frankryk zo veel misnoegen te geven, dat het eene openbaare vredebreuk kon voortbrengen. Het mislukken van deeze onderneeming verminderde grootlyks de achting van Adolph, te meer, daar hy een beter krygsman dan ftaatkundige zynde, het ryk te vee! naar den raad van zyne krygsbevelhebbers beftuurde, en te weinig acht floeg op de raadgevingen der ryks\ orften, onder welken veelen, misnoegd, datzy dus veracht werden , zich in het vervolg met den aanhang des bertogs van Oostenryk verbonden. Zu-ienA Zu- riAST 02 geizer ,den Ehas verlaten bad, legde in te*M»«, uit haat tegen oTetfdhad HMargamka> doch"* vak Frederik I?, ^1v^lfZV'\ Z°nd hy Sezanten aan PAi/^, Ko Zyn Sen h, h n,;,eiVenS CCnige ^derc landfehap,en/sfhi,iPs reiken hy beweerde leenen te zyn van het Keizerrvk en TVT daarenboven de doorne Kroon, die C^^gS^J» had: ook moesten zy, in geval van weigering, hem den««• oorlog aanzeggen Maar zvnf onfermosende ^w^,dw^,ïi,s,de, zorivyne2SÏ waaTSvnlïfcSid ^eeze„verachti"g krikte, naar alle en de ac^"^ ^n0^0 P/W- I %;iï-dt i ,*u % fit * -  %U HISTORIE van BoI'k PMv!pS f°uter] onderricht van bet bondgenoo^chan * pïtstfto^11/CiZ^ 60 dl° ^gZd Hoofdst ATrt t' beo,endfLZlch van hetzelfde middel, door VI. AtD. f*™* hertog van' Oostenryk,in zyn belang te t ekken Deeze merkte by die gelegenheid aan, dat'er t^ min.' ften even zo weinig fchande gelegen was, in het aannemen van onderftand van den Koning ^FrmkryT als in een bezoldigde des Konings van Engeland™ïm' Het Engelsch geld, dat Adolph ontving, lfrekte zo weT mg om zyne belangen te bevorderen, dat het veeleer diende om zyne zaken geheel in den grond te want de koop, welke by daarmede geflooten had, ha j! de hem de vyandfehap van Dictmann, Hendrik, en zvn broeder Frederik op den hals, die dappere prinfen wa ren , en zyne troepen by meer dan ééne gelegenhS verfloegen. Ook had de graaf van Pfirt, door zvn a3 ïuT\LdllTs Coenratd; ÈisCchop « baalt zkb bur^ °le° Pfe,aat van zyne belangen geheel afkeerie se. bet misnoe- maakt. (O Bovendien waren zyne beste vrienden P„ gen van onder anderen de bisfchop van Mentz, die hem ten *P den bals. omdat hy hen noch deel aan het Engelsch geld gege0) Paralip. Ursp. p. 342. ven Zifr?R?AREJHt> gemaIin Van **** dea Ontaanen, was fn eenklooster e W/Örf geweeken, terwyl haar echtgenoot openJvk metzyne byztt leefde By deeze had hy eenen zoon, LoiTk Z mama , a„ w.en hy den bynaam van Apicius gaf. Hy was op dit ZtTtmeS?r ™ het tot zyne?erf genaam te verklaaren: doch naderhand zeer wel voorziende, welke tegenkanting hy ontmoeten zon, zo by de ryks edelen, als by zyne eigen vafalien zettede hy zyne leenen te koop . om he koop/eld llXZhfTd/e^amen geveB-- maar™ "iemand dieê'é? geld op bood,dan de Keizer, welke dezelven kogt voor twaalf doi' zend marken zilver, (ij 6 ^«ir aut. (1) Strüv. Period. 9.  het DUITSCHE RYK, 387 ven, noch over zyne allergewigtigfte belangen met hun II. geiaicipleegd had Deeze famenlopende redenen bewoo- Boek. g; n de ryksvorften , om met elkander een verbond aan II. te aa^. tot onderfteuning van Fredet ik, Dictmann, enH[50,'DST' Hendrik, zo wel als tot bewaanng van hunne eigen " vry hein* FREDERIK, die reeds bezit had genomen van hetHy voert marhgraaflchap Meisfen, welk hy van zynen oom geërfd oorlog met bad, bragt een hoop krygsvolk op de been, en viel hi^^j^» Thuringen, om den Keizer, die zich reeds van verfchei- enlC^^a den p.aatfen in dat land meester had gemaakt, van driknar. daar te verdry ven. Adolph deed daarop, by wyze vanften van wedervergelding, eenen inval in Meisfen, nam de ftadlhurin' Dresden en twaalf fterke kafteelen in, en plunderde abëen* le de plaatfen, waar hy eenigen wederftand ontmoetede. Deeze wreeie oorlog duurde drie jaaren, doch de regtvaardigheid verklaarde zich eindelyk ten voordeele van Frederik en zyne broeders; want, welke poogingen Adolph ook aanwendde, by kon echter nimmer het bezit van Thuringen verkrygen. Jn plaats dat hy zou getracht hebben, om door de 1297. hervorming van zyn gedrag de nadeehge indrukken uit- Hy maakt tewisfchen welken hv op de gemoederen zyner onderdaa &e~ds nen gemaakt had, door zich in zulk eene onregtvaardige onderneeming in te laten, werd zyne handelwyze veeleer hoogmoediger en gewelddadiger Hy begaf bedieningen aan de onwaardige en losbandige dienaren zyner vermaaklykheden, en regeerde met de allerwillekeurigfte heerfchappy, regelregt ftrydig met de vertogen der edelen, weiktn hy met trotfchheid en verfmaading bejegende. DEEZe onvoorzichtige handelwyze vervreemdde van ^ * &w.vXne" hem fIda^ opwachten, om hem het verrichtte met bebfte, dat zy hem tegen alle zyne vyanden zon' den byftaan, onderfteunen en handhaaven. (/; * °U"* €&*5L?xïTxiS:ann- » ™ »• 5t roepen" In7 ïene* SSDrSf&,^ byédngehun tegenwoordig o S Ve . lïn ^ gedaan> b«"ffende kerk, vergeld fa„ fene groote mtR ITlf ^ Zich."aar de „ ^ fchrandèrftekeurforlW *<* «ad „ haast begon hy hunnen raad te Tr chten ?n tetüitoen Wd* , twintig and'r/ drang^ van den pau; verzogt, om hem aftefertên? en een*Jdl2 I'"8 zer te vei biezen. WV vernemen fat n V» „ aD'(t-'ien Kei- „ ming zyner heiIigheTdVerw0?ven'hebbe^ fchS"^ ' 5*"* m' „ van^Wpi het tegendeel bèweereS. Zonde* Ser éen??2^" „ gezag in aanmerking te nemen, clan dat, het welk L S a der „ gevestigd ig, zetten wyAdoipb, omdat wv hem oór uZ ^ Cn „ ftuur onbekwaam vinden, van de KeizeZke ÏÏJXifi "3ft*' „ verkiezen Alben, hertog van 0^*3 i^ft^ g CO CHroK. Cs/ttjKi, part //. p, 5,  het DÜITSCHE RYK. 39t Zohaast Adolph van deeze verkiezing kundfchap IT. kreeg, brak hy het beleg van Ru f ach in den Elzas op, Boek. en trok naar Spiers, waar by zyn leger nederfloeg: hy 11. werd veriterkr door den paltsgraaf Rudolph , Otho , her- Hoofdst. tog van Beieren, en de fteden Spiers en Worms, die, Vi' AiD' i met eenige anderen, nimmer zyn belang verzaakten'. . Albert trok hem ten zelfden tyde tegen, om hem de' . Keizerlyke kroon gewapender hand te betwisten. Zy : raakten daarop, tusfchen Gelnheim en het klooster vanAlbcrt Rozendaal, met eikanderen handgemeen; de flag werd-^', h aan wederzyde met groote hevigheid voortgezet: in hetlïï' vinnigfte van het gevegt ftreed de Keizer met den her veidjlag toedien hy uit den hoop uitzogt, hand aan hand, zet-heuvtit. gende, „ Hier zult gy my het Keizerryk en uw leeven „ laten;" op welke aanfpraak de hertog, zonder zich te bedenken, hernam, „ Beiden zyn zy in de hand van God " Straks na het uitfpreken van deeze woorden floeg : hy hem zo hevig in het aangezicht, dat by van zyq paard viel, en terftond door fommigen van Albert 's ; aanhangers wierd afgemaakt, (u) Dit was het einde van .Adolph, een wakker, doch ongelukkig vorst. Zyn dood 'werd, naar men zegt, door Gerhard, aartsbisfchop van i Mentz, die de voornaame oorzaak van zyne afzetting ;geweest was, bitter beklaagd. Hy was niet zo haast : omgekomen, of Albert deed de flachting ophouden, en iftond alleen den vyanden Ivfsgenade toe; doch de paltsgraaf en de hertog van Beieren reddeden zich door de vlucht. Wat 's Keizers Jigchaam belangt, bet werd in het klooster van Erauenfelt begraaven, naardien Albert het niet te Spiers by de overige Keizers wi'de laten byzetten: het werd echter vervolgens door Keizer Hendrik van Luxenburg derwaarts gebragt. * On- (u , Chron. Cclm. p. II. p. 7ksdag te Toul deed byeenkomen, verklaarden de De geest- dne geestlyke keurvorsten zich tegen de artikulen van lyke keur- die verbindtenis: en, toen Albert gezinten aan den vorften ver paus zond, om hem dit huuwlyk bekend te maaken IZntï1^ te verzoeken> dat zyne heiligheid de keuze der verdrag Keurvorsten in zyne verheffing tot de Keize-lyke waarvan Vau- digbeid bevestigen zou, verklaarde Bonifacius openlyk couleur*, dat de verkiezing van Albert krachteloos en van geene' waarde was, ja dat hy behoorde behandeld te wnnien als een moordenaar. Zelfs, na dat hy den Duitfchen afgezanten gehoor geweigerd had, vertoonde hy zich in 't openbaar, met een zwaard op zyde, gekleed als een veldheer, en betuigde, dat 'er geen andere Keizer of Roomsch Koning was, dan de opper - priester van de Christenheid, (y) Inmiddels ichreef de Keizer, tegen den dag van den heiligen Martinus, te Neuremburg eenen ryksdag uit op welken, behalven de geestlyke keurvorften, tegenwoordig waren JVinceslaus, Koning van Bohemen, de keurvorst van de Paltz, en verfcheiden andere ryks. vorften. Aldaar werd zyne gemalin Elifabeth, dochter des graave van Tyrol, gekroond, en zyn zoon Rudolph, zo voor zich zeiven, als voor zyne opvolgers met het hertogdom Oostenryk begiftigd. Na den ryksdag begaf zich de Keizerin naar IFeenen, met hertog Rudolph en de prinfes, die aldaar binnen 't jaar overleed, zonder kinderen by den hertog van Oostenryk gehad te hebben, ijco. Omtrend deezen tyd werd albert gewikkeld in eenen oorlog met Jan van Avennes , welke, als naafte erfgenaam van Jan, graaf van Holland, die onlangs over- (y) Baillet Demélés de Boniface.  het DUITS C HE RYK. 397 overleeden was, bezit van deszelfs ftaaten genomen had terwyl de Keizer op dezelven, als vervallen ryksleenen' Boek. insgelyks aanfpraak maakre. Nadat hy eene verklaaring over dit onderwerp had uitgegeven, bragt hy een legerHo3FDSTV op da been. om zyne eifchen te onderfchraagen, en VAF°' trok, tot by Ntmwegen, Jan van Avennes tegen, welke Albert etn fterk leger had byééngebragt, waarmede hy de vl-ZlVL vier dj fraai overtrok, zonder ontdekt te worden. Jan van Dus verraschte hy eenen afzonderJyken hoop keizer Avenues, fchen, en hieuw ze in ftukken, het welk zulke opfchud- ov"r * ding onder de overigen van 's Keizers troepen verfpreid Tm'Uilde, dat hy genoodzaakt was, met groote overhaasting land en van legerplaats te veranderen, en met fnelle togten naarWest' Keulen te rug re trekken , onder welks muuren hy zich ver- Frieslandfchaiu-te. Aldaar door den vyand ingeilooten zynde, was hy m gevaar, van door hongerfnood om te ko. men; weshalve hy zich van den aartsbisfchop van Keu. len bediende, om over een verdrag te handelen, het welk onder deeze voorwaarde geflooten werd, dat Jan van Avennes de graaffchappen Holland West Friesland en Zeeland zou behouden, mits dat hy daarvoor aan den Keizer hulde deed, van wien hy dus de inhuldiging deezer ftaaten ontving, (z) Deeze oorlog dus gelukkig geëindigd zynde, deed de Keizer zyne vastftellingen raakende den post en de bediening der keurvorften van het Keizerryk afkondigen en ten uitvoer brengen. Naardien de geestlyke keurvorften en fommige andere vorften des ryks zich tot hun eigen gebruik de tollen en andere inkomften hadden toegeëigend, welken voorheen tot onderhoud van den Kei. zer gefchïkt waren, eifchte hy. dat deeze ichattingen wederom op den ouden voet zouden gebragt worden; doch zy gaven hem hierop ten antwoord, dat,naardien zy deeze in- (s) Antiq it la Gault Belg. lm V. Ddd 3  293 HISTORIE van II. mkomften van hunne voorzaten geërfd hadden, zonder Bolk. daarin door d k rf r koni 0^ riooL J^-yookuitd.en hoofde hoopten, dat hy hen by vl A"d «eten. welken zy noch konden, noch wilden af- fcKon i°n h£dh,aven- Pf Keizer zond daarop den bisjcbükn ««lch°P vLa" om zich over dit antwoord by don P«" te besiaagen, en, om een gunftig gehoor te verwer. keur™- ven, beloofde hy plegtig, eene kruisvaart te zulten onderfi*n. nemen ( gelyk hy ook met de daad den Christen vorften zulken togt reeds had voorgefteld ; m.ts dat de paus hem m ftaat ftelde, om de kosten dier onderneming* goed £ maaken, door de drie geestlyke keurvorften te verplig. ten de tollen en regten afteftaan, welken zy, geduurende de regeringloosheid van het keizerryk, te onregt aan Zich getrokken hadden: doch Bonifacius was doof voor zyn beklag; weshalve hy befloot, zich zei ven door de wapenen regt te doen. Ondertusfchen verklaarde hy op raad van zyne vrienden, zyn misnoegen aan de geesrj lyke keurvorften, en dagvaardde hen, om te Mentz voor de vorften en ftenden des ryks te verfchynen, om zich te verantwoorden op de befchuldiging, die aldaar tegen hen zou worden ingebragt. 6 IM1 rJN Plaats van aan deeze indaging te gehoorzamen f reeven de keurvorften aan den latfs, en* maalden J/! bert by hem af, als een trotfch en heerfcbzuchtig dwingeland, en een openbaaren vyand der geestlykneid? ook gaven zy aan zyne heiligheid te verftaan, dat ter in Duif /^/^ maatregelen ftonden genomen te worden, om eenen anderen Roomfch Koning te verkiezen. Ze-r aan'e naam waren deeze berigten voor Bonifacius, die Albert met: eenen diep ingekankerden wrok vervolgd*. Hy had reeds de bem.ddeling van Philips de fchoone afgeflagen, welke hem met den Keizer trachtte te verzoenen Ss tn%o?rdVanft!%' brCfeder Van PWpsXr Belten gelokt, door de belofte, van hem tot den Keizerlyken throon  het DUITSCHE RYK. 399 throon te verheffen. Thans zond hy op den brief der II. geestlyke keurvorften een antwoord, waarin hy eerst den Boek. Keizer als een wederfpannigen affchetste, en 'er vervol- II. gens by voegde, „ Wy bevelen u lieden-by openbaare af Hoofdst. kondiging, aan Albert, den zogenaamden Roomjca Ko- V1" ning, bekend te maaken, dat hy , door zyne gezanten, De paus " met behoorlyke volmagt en last voorzien, binnen zes^^flïB maanden voor ons verfchynen moet, om zich, zo hy nen va,rt kan, te verdedigen op de befchuldiging van hoog ver Knze 'I wege al'e zulke kerkelyke ftraffen te ondergaan, als wy ' hem zullen voorfchryven. Undertusfchen verbieden " wy volftrekt allen keurvorften, vafaüen en onderdaanen ', des ryks, hem voor Roomsch koning te erkennen; wy '! ontflaan hen van den eed van getrouwheid, en zullen, H zo geestlyk als waareldlyk < tegen hem handelen, zoo als „ wy dienftigst zullen oordeelen." Ingevolge van dit bevel namen de drie aartsbisfchop- De geestiypen de wyk naar de ftaaten des keurvorsts van de^*«™Sf« Palts, en bragten by hem, als ware hy in deeze zaak/wb een bevoegd regter geweest, tegen den Keizer eene aan by den plegtige befchuldiging in, dat hy zynen voorzaat w. ee- keurvorst delyk vermoord.had. De graaf, die Albert haatte, Het™»* een plegtig onderzoek aanrichten, en verklaarde hem, op de ydele befchuldigingen der geestlyke keurvorften en weinige andere lieden van aanzien, fchuldig aan de misdaden, welken hem werden te last gelegd, en gevolglyk den Keizerlyken throon onwaardig. * 3 DiE- * Dit regt van den keurvorst van de Paltz werd vervolgens doer de gouden bulle bevestigd, met deeze bewoordingen: lthoon de Keizer, of Roomsch Koning, volg.-ns zeer oudegebrui.  4co HISTORIE van Boek D/ET ftap konden zy echter niet ftrafloos doen, poek. want Alben, over hunne vermetelheid vergramd, draal! Hoo/ósr. t "SJ™6; m6£ h»un °orl°g te vert^ren. Schoon VI. afd. de markgraaf van Brandenburg, de hertog van en de Koning van Bobomen in deeze twist orzvdig btee ven, trok echter het meerderdeel der ryksvorften zich de zaak des Keizers aan, en by zag zich fpoedig aan het ÏOfi ?u-TG zeer geduSte'krygsmagt, waarmede hy het aartsbisdom van Mentz afliep, de fterke ftad Binjn aan den Rhyni by verrasfing innam, en de drie prelaaten dwong, om den vrede te fmeeken, welken zy verkreegen, op voorwaarde, dat zy afftand doen zouden van ,302- feM0len en re§ten' die deeze vrebebreuk veroorzaakt hadden; maar de keurvorst van de Paltz wa* genoodzaakt, zyne vergiftenis voor eene aanzienlyke fomme gelds te koopen. (V) ^uime De Keizer ALBERT'S volgende krygstogt was gericht tegen Win. O, Spond. Cm. Bar. torn. I. p. 477. Avent. cap. 53. not. 10. „ ken, verpügt is, zich op alle regtsgedingen, die tegen hem aan „ geregt worden, te verantwoorden voor den pahsgfaaf aan den " R^n'.°PPeJleS^r, en keurvorst van het heilige Lomfcbe Rvk " fJ CChT ieroorieide P*^*f dat regtsgebied niet oefenen* " zelf^l fetkelZel',y,k h°f' W3ar de Kmer ' °f dc Roomfch Koling „ zelf zal egeuwoordig zyn , en op geene andere plaats " (n S Dn- art.kul moet nogtbans niet vertb.an worden van pleitgediri gen welken men den Keker in zyne hoedanigheid als oppervor, fnnn uUrTf ^ 2uiken' waarin h? a,s een °yzonL pe . foon betrokken is; gelyk burgerlyke regtszaKeo, die natuu Ivk voor den paltsgraaf worden afgldaan , omdat hy van ouds de gewoone er opperfte regter van het keizerlyk hof was. Geene vorften die denminften eerbed voor het regt hebben, zouden weigeren ' zich vp befchuldigingen van dien aart te verantwoorden voor een regtbank, welken zy zei ven tot dat einde hadJen ingeftdd noch zwaarigheid maaken, om in pleitgedingen, die zy met byzondere perfoonen hebben, het regt zynen vryen loop te laten. ^°nücre (i) Bull. Aur. cap. g.  het DUITSCHE RYK. 401 Winceslaus, Koning van Bohemen, die niet Hechts, na het verdaan vr>n zy en mededinger, Uladislaus Locti cust den Poolfchen throon bekhmmm, maar ook afge vaardigden van de edelen van Hongaryen ontvangen had, welken hem de kroon, door het overlyden van Andreas den Venetiaan vacant geworden, aanbooden 1 Reeds be/itrer van twee kmoren zynoe, heval hy zynen zoor Winceslaus den Hongaaren aan. die den naam van den joi ijen vorst in Ladislaus veranderden, en hem te Alba Regalis kroonden, toi geen gei ing misnoegen van den paus, welke zich tegen zyne verkiezing verklaarde, als zynde eene onderneming regen den H ftoel. waaraan, volgens zyn voorgeven, her Koningryk Hongaryen toebehoorde. Ja. hy was zelfs gezind de zaak gercgtiyk te beflislchen . en wees de kroon aan Maria Koningin van Napels, toe, die de gemalin was var. Karei II, en zuster vai Ladislaus III, Koning var Hongaryen Deeze vorftin ftond haar regt af aan Charpbert haren klein zoon, wiens belangen zich de Keuer urn eene dubbele reden aantrok: want de jorge vorst was zyn neef, en Winceslaus zyn openbaare vyand j bownd'en had hy het oog op de zilver mynen van Bohemen, waarvan hy reeds vruchteloos een gedeelte gevoiderd had D^eze beweegredenen liepen te famen, om hem re bewegen tot het vernieuwen der oude twisten met Winceslaus. Hy bragt een geducht leger op de been , beft aaide uit Oostenrykers, Hongaaren, Bulgaar en, en Cumaanen, en hetzelve in twee benden verdeeld hebbende, zond hy het één, om Morayiexe p'undercn, en aan het hoofd van her. andere viel hy zelf in Bohemen, waar zyn krygsvolk, zonder ouderdom, kunne ot rang te ontzten, de wreed* fte gewelddadigheden pleegde, en een vruchteiozen aanval op de mynen deed, van waar zy met groot verlies warden afgeflagen. Niettegenftaande deeze nederlaag, vjnd Winceslaus, te leur gefteld in zyne hoop op verKurop. Hist. XI. D. I. Sr Eee fter- II. Boek. IL Hoofdst. VI. Afd. alt in Boïemea.  4ot HISTORIE van Boek Wel?e hy van 0//w' markgraaf van Boek. * verwachte- , zyne krygsmagt veel minder in getaT, Hoo;nst.dan.dle7an £*«fl weshaIve hy de mynwerkers het wa! Vi. afd. ter 10 de nabuurfchap van het Keizerlyk ie^er liet ver ZfcrfywAgiftigen, waardoor het grootfte gedeelte van de Oostengenood. rykfche troepen, die van dat water gebiuik'en, in de ïiïrif.f?*' ta ^ de Keizer * welk!bovendien tettekken. bykans zyne geheele ruitery verboren had, zich genood zaakt vond met het ellendig overfchotvan zyn lerer naar Oostenryk de wyk te nemen, ib) h Zolang cle herftelde vriendfehap tusfchen Philips de i>choone en Bomfacius bleef voortduuren, weigerde deeze laatfte,^*-/ als Roomsch Koning te erkennen; zelfs hitfte hy Karei van Valois. als mededinger, tegen h-m aan; maar thans, nu hy met den Koning van Frankryk over hoop lag, omdat deeze aan zyne vyanden, de Co'eS&s fff' ^ fchui,lf»t» verg™d had, wendde hy zich verkiezing tot den ?elzer' en bevestigde zyne verkiezing, hem tewordt deorvens nodigende, om de Keizerlyke kroon te Rome te tlïT, r°men °ntvanScn: 00k zettede hy hem aan, om Phihvemgd. £f weiken hy toen in den ban gedaan had! den oorlog te verklaaren. Dan, eer hy zyne bulle van bevestiging aan Albert verleende, vorderde hy van hem zeer vernederende voorwaarden. De Keizer zond hem open brieven, te Neuremburg gedagtekend, waarin hy erkende, dat het Keizerryk door den H. Stoel van de Grieken op de Duitfchers was overgebragt, in de peribon van Karei de Groote: dat het regt tot het verkiezen van een Roomsch Koning door den opperften priefter aan zekere geestlyke en waereldlyke vorften vergund was,- en dat Koningen en Keizers de magt van het tydel\k zwaard van den H. Stoel ontvingen. Insgelyks bewilligde Albert , om den eed van getrouwheid aan den (*) Baèke T. vi. p. 31?.  het DÜITSCHE RYK. 403 den paus afteleggen, en alle de beloften, door Rudolph II. en zyne voorzaten gedaan, natekorren. Hy bevestigde Boek. de vergunningen, door Lodewyk «e Goedaattige j en 11. Ctko de Groote gefchonken, en nam aan, de r gten van HoOFljSTden H. Moei tegen alle deszelfs wanden, wie zy ook VI' Afj>* zyn mogten, te verdedigen , ja zelfs, op het bevel van zyne heiligheid, hun den oorlog te verklaaren. Zo haast de Koning van Frankryk berigt ontving n van de flappen, welken de paus gedaan had', om den SfrA S Keizer in zyn belang re trekken, maakte hy een ont Anagriia werp, om zich te Anagni, waar hy zyn verblyf hield,venasebt. van hem te ver?ekeren; en cit werd ook daadelyk uitgevoerd door Willem van Nogaret en Sciara Colonna, welken, aan het houfd van drie of vierhor derd ruiters, die te voren in dienst des praave van Valois geweest waren, de Stad ove:vielen, Bonifacius gevangen namen, en zeer onwaardiglyk behandelden ; doch op den vierden dag van zyne gevangenis, in welke men hem bykans dood gehongerd had', vatteden de inwooners, onder het bevel des Kardinaals de Fie^que, de wapenen op, verdreeven Nogaret en (olonna, en Helden den paus op vrye voeten. Bonifacius begaf zich terftond naar Rome, waar by krank werd van hartzeer ^V*"^ over het ondergaan van zulke verregaande mishsndelin-» wt' gen By zyn overlyden werd hy opgevolgd door Nicolaus opgevolgd Boeasftni, Kardinaal bisfchop van Ostia, die den naam dmr Bene* van Lenedictus X aannam. U) dictus X, De nieuwe paus, die men zegt de zoon van eenen fchaapheider geweest te zyn, fcheen zeer welgezind, om tusfchen den H. Steel en het Keizerryk eene goede verftandh uding aantekweeken; zejfs deed hy eenige ftapren, om eere verzoening uittewerken tusfchen de Guelphen en de Ghibellinen, welke laaftc en nog fteeds (f) Hist- dis Demi de Bcnif. PUL avec Plii.ip le Bel. Lee 2  4©4 HISTORIE va» II. in Toskanen, en fommige andere gewesten van Italien, soek. s Keizers party voor ftonden; maar Benedictus leefde Hoofpst u16t kng ,gen.eg om dit ,oflyk ontwerp tot ftand te VI Afb bren§en»' h^ ftlerf elf maanden na zyne ve -heffing worDie zyne dende zeer betreurd door /ilbert en de Duitfche vorften , verkiezing die onder zyne paufelyké regeering de regten des rvks niet lang jn Ballen hoopten te herftellen. «er«ƒ». Middelerwyl verloor Ladislaus door zyn wangedrag bet voordeel, dat hy in Hongaryen behaald hadzyn ongeregeld leeven en zyne ondeugden vervreemd'den de harten zyner vrienden, en verwekten tegen hem zulke verbittering , dat hy genoodzaakt was , zich in het kasteel van Buda optefluiten, waaruit hy door zynen vader Winceslaus ontfligen werd. Deeze overleed kort na dien krygstogt en Ladislaus volgde hem op in het Koningryk Bohemen, by welke gelegenheid hy zyn vorigen naam Winceslaus wederom aannam; ondertusfchen won de party van Charobert in Hongaryen da?e. lyks veld. b J & Toen Winceslaus de jonge den throon van Bohemen beklom , gedroeg hy zich zo ongeregeld, dat hy van zyne eigen onderdaanen wierd afgemaakt, en, daar hy zon. der kinderen ftierf, werd Hendrik, graaf van Carinthie en Tyrol, 's Keizers neef, op de eigen vrye verkiezing Albert der landzaten , ten throon verheven. Doch Albert neemt bet bragt, onder voorwendfel van een familie verdrag een BohE* 5er5 }erel °? de been' raet °°gmerk> °m zvnen Zoon in bezit, ^«"v» de kroon op het hoofd te zetten: waarop Hen. drik, zich te zwak bevindende, om tegen hem in het open veld te kampen, van zyne eifchen afftand deed ten behoeve van zynen neef Rudolph, die, na het overly. den van zyne eerfte gemalin, Blanche, met Ifabella, weduwe van Winceslaus, in den echt trad, om zich te vaster op den throon te vestigen. Hy had echter geen lang genot van zyn goed geluk; een fchieiyke dood rukte hem  het DUITSCHE RYK. 405 hem niet lang daarna weg, waarop hetKoningryk tusfchen \j, twee aanhangen verdeeld werd. één van weken Hendrik, Boek. graaf van Carinthie, wederom inriep , en de ander3 Fre- jj derik, 's Keizers zoon, tot Koning verkoor. Albert, Hoofdst. die het Hendrik voorheen had afgewonnen , werd nu op VI. A;d. zyne beurt door dien vorst voorgekomen, welke zich op den throon zowel bevestigde, dat het niet in zyne magt was, hem aftezetten. Na een gedeelte zyner landen te hebben afgelopen, was hy genoodzaakt met zyn leger aftetrekken, en hem in het vreedzaam bezit van zyne Staaten te laten, (d) Van deezen vruchtelozen krygstogt te rug gekomen, bediende hy zich van zyne wapenen nog onregtvsardi- ^^rtziclt ger en ongelukkiger Wy hebben gezien, dat Adolph Je zaak Meisfen_en Thuringen kogt van dien onnatuurlyken Vader, «a«Philips welke zyn eigen kinderen verkorten wilde; maar dat by, z'wNasfau daar her meerderdeel der ryks vorften het met de broeders derik«m" Frederik en Dictmann hield, daarvan nimmer het bezit konde verkrygen, waardoor hy beide zyn geld en zyne achting verboren had. Nogthans maakte zyn broeder, Philips van Nasfau, by zyn overlyden, eisch op deeze landlehappen, en de Keizer onderfteunde zyne eifchen, daar hy hoopte, met de onlusten, welken daaruit noodwendig ontflaan moesten, zyn voordeel te doen, en een gedeelte der betwistte landen te verkrygen. Hy daagde derhalve de beide broeders voor den ryksdag te Fulda, om reden te geven van hun regt op deeze landfchappen; en, toen zy weigerden, de voorwaarden aantenemen, welken hy hun wilde opleggen , werden zy , by een plegrig vonnis, van hunne Staaten ontzet, en in den ryksban gedaan. Ten zelfden tyde bragt Albert een leger op de been, om dit vonnis ter uitvoer te brengen: maar dit fchreeuwend ftuk van dwinglandy en onregtvaardig- „. „ heid (d) Dubrav. Hifi, liobem. Lib XiX. Eee 3  406 HISTORIE van H. heid verwekte den jongen vorften zo veele vrienden, dit Boek. Fredertk zich, binnen korten tyd, aan het hoofd "ai el h. ne fterke kry?s-nagt zag, en daadelyk den Kever fla? le VI -"o be" ae,dey doof t\T * i-oö. r..aa,Pe' door ,we'k,e hy ^eedzaam bezitter bleef van dl Z>«**«e be,de betwistte landlchappen , terwyl Albert genood£aakt ta*.ï.r was met fchande de vlucht te nemen, en fet verdr et %;Lt ,had' ,Van a,le z-vne ,aurkren d™r ^ dapperheid van eenen tTby h J°nge,1"g ^ zien verwelken. (e) °en chau. ' Uit verdriet fnuikte echter zyne vermogens niet zo geheel ot hy wendie nog alle poogf g om zyn neef, Charobert op den throon van Hongaryen te verheffen. Pau> C&aww F, die Benedicm was opgevolgd, bevestigde de uitipraak van Aw/W ten voordeele van Marta. Koninginne van A*M, en verbood den £ST n V°Dder bedre,'ging va" de verfchriklykfte Jerkljke ftraffen, eemgen anderen vorst, dan Charobert, te ontvangen Ten zelfden tyde beval hv Otho , he -o? yan Beteren, den titel van Koning van Hongaryen at televen, hetwelk die vorst, na het verdry ven van/iJttT\V°0r/yn «^gékogt had. H, was zelfs te Alba gekroond, en het Koningryk rondgereis 1; doch zyn hoogmoed en onbefcbeidui karakter deeden den land. zaat zulken afkeer voor hem opvatten, dat de edelen hem afvielen, en de Waiwode van Zevenbergen hem daadelyk op een fterk kasteel gevangen zettede, waaruit py met ontflagen werd, voor dat hy zyn re*t on de I3of kroon had afgeftaan. 3 ö P dC Charobert , D E throon dus door zynen afftand opengevallen zvn wdt tot de vereemgden de beide partyen zich ten voordeele van H^VSr^f 7 ^verkoorëti, en, fa ZZ der en lrL Korfcie Kerk' door den paufelyken gezant werd goedren. geaeurd. ö 0) Strüv. ter. IX. Gee-  het DUITSCHE RYK. 407 Geene opfchuddingen gingen den Keizer 20 zeer ter II. harte, ais de opftand der Helvetiers, of Zwitfers, die Boek, veroorzaakt werd door de dwinglandy van hun, welken IX by benoemde, om dat volk te beftuuren, welk gewoon Hoofdst. was, het denkbeeld van vryheid te beminnen en te be-j^'^J ?r' waaren als eeh onfchatbaar kleinood, hun van hunne onderdrukt voorvaderen zedert onheuglyke tyden van hand tot hand de Canuns overgeleverd. Door de natuurlyke gelegenheid hunnes V" ■ Un~ lands veifterkt , en van bergen, beeken, en bosfchen den?'"*» omringd, hadden zy niets van vreemden te vreezen, euSchweitz. leefden gelukkig in een ruuw land, alleen gefchikt voor menichen, gewoon aan een fpaarzaam en arbeidzaam leeven. Gelykheid van ftaat was de vastfte grondflag van hun ftaatsbeftuur, en zo haast hunne edelen zich eenige onwettige overheerfching zogten aantematigen, werden zy door het volk of geheel verdreeven , of binnen be« hoorlyke paaien te rug gebragt. Rudolph van Hapsburg had door zyn moed en voorzichtigheid deeze onlusten geftild; de ballingen kreegen verlof om te rug te keeren, en de vrede werd op eenen vasten voet herfteld. Schoon de Zwitfers over hunne vryheid ten uiterften naieverig waren, toonden zy zich echter altyd onderworpen aan het Keizerryk, waarvan zy afhingen; ook waren 'eronder hen veele vrye Keizerlyke ryksfteden. Wat de drie Cantons, Uri. Schweitz . en Underwalden belangt , 't fch\nt niet, dat zy eenigzints van 't huis van Oostenryk afhanglyk waren. Indedaad, zy ftelden zich onder de befcherming van Rudolph, toen hy nog niets meer, dan landgraaf van den ELas was; en, na zyne verheffing op den Keizerlyken throon, hebben zy 'm hem geene andere oppermogendheid, dan die van hoofd d^s Keizerrvks erkend. Ook fchvnt hy de Staaten van Zwitferland nier beichouwd te hebben als leenen van het huis van Oostenryk, want hy bel andelde dezeiven ahyd met groote toegevendheid, en verdedigde hunne regten en voor-.  40B HISTORIE van TW Yoorregten tegen de edelen, welken daarop inbreuk wflTr maaken. Hoofdst . Het gedrag van Albert was ten deezen aanzien regt. VI. Afd. draads «rydig met dat van zynen vader: hy wilde als een volftrekt oppervorst ojv He Zwitfers hee-fchen, en had een plan gemaakt o h Zwitferland tot een vorftendom voor één van zyne zoonen te verheffen, Hy had de cantons LTrt, Schweitz, en Underwalden zoeken te belezen, om zich vry willig aan zyne heerlchappy te onderwerpen, in welk geval hy beloofde, ben met de grootfte zagtheid te zullen regeeren; maar bevindende , dat zv onverzottelyk op hunne onaf hanglykheid gefield en doof waren voor alle zyne aanzoeken, beftoot hy, hen door ftrenger middelen te temmen, en ftelde ftedehouders aan , die over hen op de willekeurigfte wyze heerschten Hunne klagten mogten niet baaten; hunne afgevaardigden werden ten Keizerlyken hove met verachting behandeld; t'huis ftonden zy aan talloze onderdrukkingen van allerleie foort bloot, zy werden geplunderd, g-ichat beboet, gevangen gezet, gepynigd , en fomtyds zelfs wel eens ter dood gebragt, zonder regtspieeging, of eenige wet in acht te nemen: met één woord, zy zugteden onder al'e de ellenden, welken willekeurige heerfchappy en barbaarschh id kan berokkenen. 1 n deezen toeftand van zaken hadden zy geen ander vooruitzicht van verligting, dan in hunnen eigen moedook begonnen zy bedagt te zyn op gefchikte maatregelen om zich zei ven van de dwinglandy des Oostenrykfchen beftuurs te verlosfen. De hoofden der bond e .ooten waren Arnauld Melchtal, eén inboorling vatf Underwalden; Werner Stufacher uit Schweitz, en IValther turst van Uru Deeze mannen, ftout van aart, ondernemende , en door eene langduurige boezemvriendfcbap ten naauwften vereenigd, kwamen in 't geheim telkens byeen, om over de middelen tot verlosfmg van hun Vader-  het DUITSCHE RYK. 409 derland te raadpleegen: zy lieten vervolgens nog negen jj, andere perfoonen tot hunne vergaderingen tce, en, na de Boek. vereeniging bezwooren te hebben, namen zy het befluit, jj.' om in de drie Cantons opftanden te verwekken de Hpofdst. verfierkte kasteden te vernielen, en de Oostenrykfche^\. Afd. ftedehouders met bunnen geheelen aanhang te verdryven. Men ftelde een zekeren tyd vast, om dit loflyk oogmerk uit te voeren, en nu begon ieder byzonder lid van het bondgenootfchap toebereidfelen te maaken tot zulk eene gewigtige onderneming, welke daadelyk haar beflag kreeg, zonder dat 'er iemand het leeven by verloor. Op den eerften van Louwmaand zonden de famengezwoorenen vyftig man aan den gouverneur van Sarn, met de gewoone gefchenken en pligtpleegingen, by die gelegenheid voegende: doch zo haast deezen binnen het Kasteel gelaten waren, verzekerden zy zich van de poorten , en ramen den gouverneur gevangen. Die van Uri verraschten ten zelfden tyde Mtorf, en de ingezetenen ^°8van Schweitz bemagtigden Lowertz. De fterk ten werden onmiddelyk geflegt, en de ftedehouder naar deo"n. grenzen gevoerd, waar men hem verpligste, by eede te rykfche belooven , dat hy het buis van Oostenryk nimmer tegeniuk af' de Zwitfers dienen, noch immer in de Cantons te rug zou komen, een voorbeeld van gematigdheid, dat men zelden aantreft by een verbitterd volk, welk zyne verdrukkers in zyne magt heeft. Op deeze wyze verlosten de drie Cantons zich zeiven van het Oostenrykfche juk. zich die vryheid verfchaffende, welke zy thans nog onverminderd genieten. De andere Cantons gingen fpoedig met hun een verbond aan, het welk aan het gemeenebest der Zwitfers den oirfprong gaf.(/) * v / e\ p „ Dee- {./) bTETLF.jt. Ann. Helvetic. Bern. Tom. I. (*) D e Dwinglandy der Oostenrykfche ftedehouders ftrekte zich jlvrop. Hist. XI. D. I. St. Fff zelfs  4io HISTORIE van Pni'ir DeeZE zucht, om zyn geflacht te verheffen, had Loek. gr0oten invloed op AlbertS gantsch gedrag. Hy had by Hoofdst zyne gTHÏm W^eth, zes zoonen, en drie dochters, vi. Afd.' aan wel"en hy alle mogelyke voordeden trachtte tebeSchraap- zorgen; en deeze zyne poogingen zettede hy met zo zucht van veel drift voort, dat het hem eindelyk op het leeven te ftaan zelfs tot in het belagchlyke uit. Grisler, ftedehouder van Uri iet op de markt van Mcff een langen ftaak oprichten, met een ioort van hoed of kap 'er op , waarvoor men den voorbreanaers belastte, hun compl.ment te maaken; Willem IWi alleen, één der lamengezwoorenen , weigerde deeze ongerymde hulde, en werd deswege voor den Stadhouder omboden, d.e hem veroordeelde, op itraf van de galg, cp zekeren afüand een pyi te fchieten door een appel, geplaatst op het hoofd van zyn eigen zoon , het welk door denzelven in het openbaar gelukkig volbragt werd- De LandvoogJ, bemerkende, dat hy twee pylen in zyn gordel' had wilde weten, welk gebruik hy voorhal van den overgeblevenen' te maaken Teil, verzekering van zyn leeven bekomen hebbende, bekende, dat, zo hy ongelukkig zyn zoon met den eerften pyi ee. dood had. hy den tweeden op den boezem van den Stadhouder zou tiebben aangelegd. Grisler, over deeze verklaaring verf r md, hernam Jiierop „ fchoon ik myn woord niet breken wil, om u liet leeven te „ benemen, zult gy echter hetzelve in de gevangenis flvten " Di' zeggende, deed hy hem kluisteren en in een boot brengen, omhein daarmede naar het kasieel Cusrach, ia het meirvanLucern gelegen, over te voeren. Ja de landvoogd ging'er zelf met den gevangenen in, om met zyrae eigen oogen het vonnis te zien uitvoeren. Doch naauwlyks hadden zy den togt haf volbragt, of zy werden van eenen zo hevigen ftorm overvallen, dat de fchecpsgezellen ha vaartuig niet beftuuren konden, en allen, die aan boord waren, 5'Cli 1aa het drinêencist levensgevaar bevonden. In dit uiterfte deed één van 's landvoogds dienaren, by wien Teil als de bekwaamfte zeeman van het gantfche land bekend was, den voor flag om hem uit de boeien te ontflaan, en aan het roe-- te ftelien De landvoogd in dit voordel bewilligd hebbende, nam Teil het bevel over 't vaartuig op zich , en fiuurde hetzelve digt aan eene rots waar hy met gezwindheid aan land fprong, en over het gebergte naar Stufacber ontkwam, waar hy zich verborgen hield tot op den dag, op welken ha plan werd uitgevoerd,(i) (ij Mükess, Lib. XXII. p. 207.  het DUITSCHE RYK. 411 ftaan kwam. Na het overlyden van Rudolph, hertog IL van Zwaben, en landgraaf van den Elzas, had hy de Boeit. opvcecing van deszelfs éénigen zoon, Jan, te gelyk II. met het hewind over deszelfs ftaaten op zich genomen. Hoogst. Dees jonge vorst, meerderjaarig geworden zynde, had£LAfDden Keizer, zo wel ,zelf, als door zyne vrienden, me-K* " nigmaalen verzogt, om hem in het bezit van zyne erf- J deel te ftellen, of daarvan ten minften een gedeelte te ge-St'""a" ven. Zyn oom had, onder verfcheiden voorwendfels,««ƒ,'Jan? uitgefteld, aan hem regt te doen, en men vermoeddebenoS van in 't algemeen, dat hy voorhad, zyne kinderen met hetZvabe?» goed van zyn pupil te bevoordeelen. Dit vermoeden re£tt-oin' werd bevestigd door de kunftenaryen, van welken hy zich bediende, om in het bezit van Bohemen en het markgraaf l'chap Meisfen te geraaken , waar by tot zyne overheerfching zeifs geweld gebruikte, door welke handelwyze hy zich den afkeer en 't misnoegen van {verfcheiden ryksvorften op den hals haalde. De Keizer, den eerften van Bloeimaand uitgegaan zynde, om te Bazel een luchtje te fcheppen, wist hertog Jan den bisfchop van Straatsburg te bewegen,. om ten zynen behoeve met zynen oom te fpreken, om hem in het bezit te.ftellen van fommige kasteelen , tot zyn erfdeel behoorende. Op deezen voorflag hernam de Keizer, dat hy aan zyn neef een krygs-ambt geven, en zich van hem in den Boheem fchen oorlog wilde bedienen, waarna hy voldoening ontvangen zou. De jonge hertog, die deeze verklaaring af ran n„flKt hnfterde, riep, in vervoering van drift, met eene luideL/ item „ Jk zie klaar, dat hy, die my myn goed ontrooven"* fawnv wil, my ook het leeven wil benemen" Dit zeggen- Zlvelr,nS de, ging hy drie lamengezwoorenen opzoeken, te wee-,effeB bm' ten Rudolph van Warth, IValter van Eschebach, en Lilrich van Palm, alle gunfteiingen van Albert. Met deezen nadhy reeds maatregelen beraamd, om den Keizer Fff 2 af.  41* HISTORIE VAN. hen met eene krans van bloemen gekroond haH w r fen. bezaaid veld wandelde , waarop hert™V™ u • §S keel ftakWarth hem het zwaarTTn £jt en iW« hem kruifelings over bet hoon P„ ! ■ hieuw (,} Na dat zy dus hu^ m het gezicht van zyn eigen zoon en dienaars rffP & geenen byftand bieden konden, koSzen zy de vucn? hleldk zicb eenigen tyd in verfcheidenTgeTesten vanItalien verborgen, en kwam zich e.ndelylf voor de voeten van Clemens ^,den opvolger van BonifacZTlII ^^w.nederwerPen, fmeekende, dat hy hem eene boete paus hem beval, het overige van zyn leeden in het kloo dolt" l'TT ?*l *H™ ™ S door te brengen, in het welk by ook dfadelyk zyne da gen eind.gde. Op last van Keizer Hendrik VII. werd zyn hertogdom Zwaben in béfhg genomen, en ten behoeve des heitors van Oostenryk verbeurd verklaard Palm verborg zich in een monniken - kloofter waar hy eenigen tyd daarna overleed. Eschebach leefde vyf en dertig jaaren als een beeften-hoeaer, ineen dorp des {g) Rebdorï-. ad. ann. 1308. Chrtn Aust. p. ng3.  het DÜITSCHE RYK. 413 des graaffcbaps JVirtemberg, en maakte zich op zyn tt doodbed bekend; Warth werd gevat en leevcndig gerad- Boe'k braakt. Op de plaats, waar de Keizer vermoord was, j7 * werd een klooster gefticht, Koningsfeit genaamd, van q„OFDsT waar zyn ligchaath, nadat het aldaar eenigen tyd bewaard vl. Afd. was, naar Spiers gevoerd, en by zyne voorzaten ter aar- Op de de werd befteld (h) * Volgens fommige fchryvers was ïlmts va? hy een vorst van eenen onbeichoften aart,zeer kwaalyk i™* «» opgevoed, zeer verfchriklyk van gelaat, en uitermate gie UcoUergerig CO Anderen echter verzagten zyn karakter, bewee- fiMt. rende, dat hy een vorst was van grooten moed, en on- Hn karakgemeene vlugheid , aanmerkiyk door zyn uitmuntend ter van den verftand , en eene onfchendbare verknochtheid aan de Keizer. waarheid; dat hy noch wreed noch wraakzuchtig was , fchoon men hem eenpaariglyk gierigheid te last legt. Beiden (b) Avent. Ann. Boior, lib. VII. p. 593. Alb. Argentin. in Chton. Vtllan. lib. tilt. cap. 95. Felix tab. Hi t. Suev. iib. I cap'. 14. Kramz. Sax. lib. VIII. cap. 41. (0 Trith. in Chron. Hirjan. * By zyne gemalin Elifabetb, dochter van Minari, hertog van Carintbie en Qorecie, had Albert zes zoonen en vyf dochters, naamlyk, Fiederik, bygenaamd de Bevallige, die met Lodewyk van Beieren dong naar de Keizerlyke waardigheid; Rudolph, de Goedaattige , welke eerst met Blanche, dochter van Pnilips III, en kleindochter van den Heiligen Lodetvyk, Koning van Frankryk, en vervolgens met Elijabetb van Poolen huuwde, by welke hy geene kinderen had; Leopold, bygenaamd de Groot/preker, gehuuwd met 'fabella, dochter van /madeus IV, graaf van Savoien; Otho, die in den echt trad met hlifabetb, dochter van Steïben, hertog van Beieren; Hendrik, d:e geene kin leren naliet, fchoon gehuuwd zvnde met Elifabeth, dochter desgraave van Wirtzburg, en Albtrt, bygenaamd het Namaak/el, van wien de mannelyke rakomelirgfchap van dat geflacht ooripionglyk is. Van zyne dochters was Agneta gehuuwd met Andreas, Koning van Hongaren, Elifabetb met Fredeiik , hertog van Lotharingen; Anna eerst met Herman, markgraaf van Meisfen, en andermaal met Hendrik, hertog van Wratislau; Catbarina met Karei, hertog van Calabrie, en Gutta met Lodsvoyk, graaf van Oettengcn (i) (0 Sjruv. per. IX. Sect. III. Fff 3  4*4 HISTORIE vu Boek Jn Van vIeierv en ,aster had hv een af ke*r „„ l . Boek. te zegge,, dat 'er drie foorten vTn rl r't en ^ P^g l1' voor welkpn htr QQ„ u 1UÜ'cen van menfchen waren v?°'ffi vronen vïn^^ï?0?6" ach?g naS^ Vi' AFD'geestiyken.C?) ' ° V3n raoed' en godvruchtige Philips, Koning van Frankryk , ftaat naar de Keizerlyke wnar digluid. < \ ( ( I s I t f HENDRIK. VII N , 1 ^ a het overlyden van Alben knnrl*n a i ften het eenen tyd lang niefeens wZl^J"*™van een perfoon, öm hem o^o^StoV6 keUZe tevolgen. Philips de fchoone, Kon „f ^ ^ T dong naar de Keizerlyke waardighdd nlf van zynen wensch gemaklyk te Sen h^n? ??rVülhW naar paus C/«w"^ te fa ™ ?„' J^0^ hy' zich tante handelen. Deeze ^^S^S? ^^«V^mee w was, naar men voorgeefton°SÏn D S ' verheven, op voorwaard^ dat I den^ >ogmerken op den Keizerlyken thmnn a Të 10 zyne toen de pausen ditv^raS^^i6^1^ Z0U' «* hy wei wetende, ^S^fei^ laarmede by zich zeiven zeer verleen ri J? ^ ,ga^' lingen te iW en anderftïf l ^ar de opfchud'ügteden, zich in Fra%k 0?Teno^ïZ^ ™: evoeglyk noch veilig ^ b4eerte afOaan Ö y wist, dat het niet in zyA vermo4n wa, HpU ? ^i" 3 willigen, naardien de 4izerfvlïItronn m ond ter befchikkinge vandf^^ g~ (fc) Heiss. /ƒ. cfop. 24, zich  het DUITSCHE RYK. 4ÏS zich het regt aangematigd, om dezelve by deeze gelegen- II. beid te begeven, naar ahe waarfchynlykheid zich m de na- Boek, d] uklykfte bewoordingen tegen de eifchen van den paus 11." zouden verklaard hebhen, om dat zy zeer wel voorzien 'oofd't. konden, dat, zo Philips den Keizerlyken throon beklom, VI- AtDFranhyk op het Keizen >k alle die Staaten en regten zou herk<\gen, weiken het vorderde Ook was hy zeerwel bewusr, dat Philips op het hof van. Rome mi-.noeo-d wa.« uit hoofde van de trotsheid, waarmede Bonifacius VIII hem benandeld had, toen deeze hem op eene zeer heerschzuchtige wyze, onder bedreiging van den ban. bev 'en had, tot het herwinnen des Koningryks van Jeruzalem deri Turken den oorlog aan te doen. CLEMENS F, die thans den paufelyken zere! bekleedde, wa.v om deeze redenen zeer verlegen , en befluitloos, a'[t?j"f hoe hy zich by het aanftaande mondgefprek jegens Philips ktunSten gedragen zou. Oq Kardinaal Nicolaas Prat raadde hem, Hendrik : heitciyke booden aan de Duitfche keurvorften aftevaardi- van Lux' \ gen, met dringende verzoeken, om een opperhoofd te^t^ verkieztn en te j.eijk, om hun te verklaaren, dat, zo de veikiezing niet onmidde!vk haar befiag kreeg, de Keizerlyke waardigheid uit Duitschland weder op Frankryk 'komen zou. Die zelfde kardinaal raadde den paus insgelyks, Hendrik van Luxemburg voorteftaan, als een ge- J fchikt peilöon, om den Keizerlyken throon te vervul. I len. (7 ) CLEMENS vond fmaak in deezen raad, en maakte : terftond het voornemen van Philips den geestlyken keur| vorften bekend, die ftraks in zyne oogmerken traden, en I beloofden , zich volgens zyne beftuuringen te zullen gedragen. Middelerwyl kwamen Berthold, graaf van Hen\neburg, en Coenraad, ridder van Reida, als gemagtig- den (l) Vir.l. /. VI1L cap. 101. Ant. Ut. XXI, cap. i. Ment. Ann. >Boj. I. VU. p. 593.  416 HISTORIE v A » II. den van Otho en Waldemar, markgraaven van Av*. Boek. denburg nevens Rudolph hertog van to«. te Bot. II. ^r/ by éen, waar zy en JWy*, paltsgraa- hoogst, ven aan den Rhyn aantroffen. Deeze vier kwamen over een, om op den ryksdag, op welken de verkie zing gefchieden zou, Otho en Waldemar. Albert, Sr^f van Hanau Rudolph en Z^*, neveas hertog van (Wry*, voorteftellen, en verbonden dch by eede , van deeze zes mededingers hem als Roomsch Koning te zullen erkennen, voor wien de meeste item. men zich verklaarden. Ten zelfden tyde ontworpen zr eenige artikulen, betreffende de bewaaring van hunne leenen en voorregten, welken de toekomende Keizer zou goedkeuren en bevestigen Nadat deeze voorafgaande punten geregeld waren vergaderden de keurvorften, ten getale van zes, tè Frankfort, • waar de aartsbisfchop van Trier den ryksdag opende met het lezen van eene verklaaring, behelzende, dat allen, die onder den geestlyken of waereldlyken ban Jagen, en anderen, welken geen regt hadden Dh daa*op om aldaar tegenwoordig te zyn, vertrekken moesten tot Keizer Er werd vervolgens geraadpleegd over de verkiezing en '<»kooren op den voorfiag der drie keurvorften, verkoos meng met eenpaangheid van ftemmen, Hendrik van Luxemburg, f als _ * JdN en Henduk, hertogen van Saxen, eischten mede ziuW m deeze vergidenng, en bet kisteden zeer hevig alles, wat Vr zonder hunne medewerking, verricht mogt worden. Hendrik hertog van Carinthie, die op den throon van Bohemen gelteegen'was verfcheen by deeze verkiezing niet, vermoedelyk, om dat de meer! derheid der Bobeemjcbe edelen hem nog riet voor hunnen Konin? erkend hadden. (\; «.uunjg t Ea« hy tot Keizer verkooren wierJ, hnd'hy zich beroemd ?e. maakt ia een oorlog tegen de Stad Trier, cm dat dezelve weiger. (i) Leienitz in Marites p. 25*. de  het D ÜITSCHE RYK. 417 als zynde een vorst, in alle opzigten de Keizerlyke kroon ' II. waardig. Daar hy zich juist toevallig in de Stad Frank- Boeit. fort bevond. maakte men hem zyne verkiezing terftond II. bekend. Philips van Frankryk was toen op weg naar Hoofdst. Avignon, doch deeze tydmg vernemende, ging hy niet VI* Afd* verder, maar keerde terftond te rug, zonderden paus gezien te hebben (m) HENDRIK was niet weinig verwonderd, zoo rasch hy vernam, dat de keurvorften die waardigheid aan hem hadden opgedragen, voor welker zwaaren last hy niet n%9, dagt beftand te zyn: hy aanvaarde echter met dankbaarheid de aangebooden eer, en werd te Aken op drie Koningen dag gekroond. (») Deeze plegtigheid verricht zvn de , deed hy eene reis door het ryk langs den Rhyn, om de hulde en den eed van getrouwheid van de vorften, edelen en fteden te ontvangen, waarna hy te Spiers eenen Keizerlyken ryksdag uitfchreef, op welken de keurvorften, vorften, en de afgevaardigden der fteden in grooten getale verfcheenen. Hier werd het . vonnis des doods uitgefproken tegen Jan van Oostenryk, JJJjjJ om den moord , aan Keizer Albert gepleegd, wiens du doods zoonen, Frederik, Leopold, Albert en Otho, zich ten uit teëm zelfden tyde vertoonende, verzogten om de inhuldiging den mnWm van Otstenryk, en de overige erflyke ftaaten, die door Jibert Keizer Rudolph aan hunnen Vader waren nagelaten, Dee- (m) Krantz. Sax. U IX. c. i. Barre, torn. VI. p. 361. (n) Ais. Ar gent. in Chron. lib. VIII. Cap. 102. Vecer. in Vit. Hen. Trithm. in Chron. de, zekere fchattingen en regten te betaaien, op welken het huis van Luxemburg aanfpraak had. Hy daagde niet flechts gelukkig in die onderneming, maar ook, toen het bisdom van Luik was open gevallen , nam hy zyne maatregelen zo wel, dat één zyner broeders tot aartsbisfchop verkooren wierd. (1) (1) Remarques Sur Heisf. liv. II. Europ. Hist. Xi. D. J. St. Gg g  4it HISTORIE van Boek ?e6Ze VOrfte? waren' °P *»t van den Keizer, «. JjOek» dagvaard, en ontvingen van hem bevel, om hunne ei Hoofdst. f™Z ^Tït het We]k reeds voor vyf VI. Afd. Koningen doodelyk geweest was. * Zy drongen aan den anderen kant aan, om gehandhaafd te worden Tn het bez.t van een hertogdom, het welk, met beXin* der ryksvorften, aan hunnen vader begeven w« K freaerik weg ging en by zyn verfek. naar men verhaalt iemand aan den Keizer zond, om hem aanleggen da? he hertogdom Oostenryk, welk reeds aan vyf Koningen het .eeven had gekost veelligt ook voor denVesdeó S delvk zyn zou zo hy niet van zyne onregtvaardig. ei fchen afftond Wat hiervan ook zy, zek£ is het da de Keizer de hertogen deed terusroenen «, !,,,„ bewilliging der Duitfche voni^ïSn^nt^ hel%r°T r?e^de °P deeze ^rgaderinrfelheen ookEkfabeth dochter en erfgenaame InWiLslaTj^ onlangs overleeden Koning van Bohemen,bv e ene doch tei-van Keizer Rudolph verwekt Menhadbe^llgdln ïnè echtverbmdtenis tuslchen haar en Jan, zoon vfn Keize? Hendrik wien de Bohemers ten throon verbeven had % viertfn, nadat alvorens Hendrik, hertog van Carlhie tnZnftA0°r^ verdreeven was. Daar nu dit huuwlToS zZZ)\n verfcheiden voorwendfelen van tyd tot tyd was uitgefteld met Elifa-eischte thans de prinfes* dat het verdrag vervuld of de beth,d^. reden werd aangeweezen, waarom de vereemW nw SlS- ZTJ PiegCig VT]'Cht Wi6rd Graaf Jan Z f m[ \™.vyienhu%™\ t0™ in het zeventiende jaar zynesouderdoms den Koning^ Elifaieth reeds over de twee en twintie vl Zll ^Bohe-ryzig vangeftalte, en vaneen behaaglyk loorkometTdoch 'er hep een gerucht ten nadeele van harreerbaar- heid;  het DUITSCHE RYK, 415 heid ; en dit was de reden, waarom de Keizer de voltrekking van het huuwlyk van dag tot dag verfchooven had, toe dat de prinles, de reden van dit uitftel ontdekt hebbende, middel vond, om hem van hare onfchuld te overtuigen; * waarop de plegtigheid met groote ftaatfie volbragt werd, in bet byzyn der keur-en andere vorften en edelen van den ryksdag. O p deeze wyze kwam Bohemen aan het huis van Lux~ emburg, welk hetzelve veele jaaren onafgebroken bezeten heeft. Thans echter moest het nog veroverd worden, eer het jong getrouwde paar in het bezit daarvan konde treden: want Hendrik, hertog van Carinthie, zich met Frederik, markgraaf van Meisfen, hebbende vereenigd, had een aanzienlyk leger op de been gebragt, en, na het innemen van Praag en Cuttemberg, in die fteden bezetting gelegd, waarna hy den ingezetenen op nieuw den eed van getrouwheid had afgenomen: Jan van Lux ent. burg kon 'er derhaiven geen bezit van nemen, dan gewapenderhand. De Keizer en de ryksvorften onderfteun- den * Zon aast de prinfes Elifabetb verftond, dat men aan hare deugd twyfelde, begaf zy zich naar 'sKeizers gehoorzaal, waar zy zich, in 't byzyn der adelyke vrouwen, aldaar tegenwoordig , ontkleed hebbende, Hendrik in haar hemd naderde, zeggende, „ Sire, „ my is berigt, dat gy eenig wantrouwen op myne eer hebt, en om „ die reden myn huuwlyk met den prins uwen zoon uitftelt. Van „ myne onfchuld bewust, heb ik derhaiven de vryheid genomen , om „ my aldus aan u te vertoonen, met verzoek, dat het uwe Kei,, zerlyke majelieit behaage, my terftond te doen onderzoeken door deftige vrouwen, welker getuigenis de kwaadaartigheid myner „ vyanden fpoedig logenftrafFen, en ftrekken zal, om de eer vaM „ myn karakter te doen zegepraalen." De Keizer ftond haar verzoek toe, en zy werd overgegeven aan de zorg van eenige adelyke vrouwen en vroedvrouwen, die haar eenpaarig voor eene onge. repte maagd verklaarden , waarop de jechtverbindtenis voort. Ci) Heiss. Hv. II. Cbap. 25. Ggg a II. Boek. IL Hoofdst. Tl. Afd.  42o HISTORIE VAN n. Boek. II FoOFLST VI. Afd Jan en Eli fabethworden tot Ko nini> en Koningin van Bohemen gekroond. 1 i ] ( De Keizer t zendt een \ gezant j. Jcbap aan den paus. 6 f den hem met eene aanzienlyke krygsmagt, onder het bevel van den aartsbisfchop van Mentz, den paltsgraaf van den Rhyn, en de graaven van Qettingen en Heimberg, ' met welken hy Bohemen introk. Zyne eerfte krygsverrichting was het beleg van Cuttemberg, dat zich in wei. nig tyds overgaf. Daarop berende hv Praag, welks bezetting onder het bevel ftond des hertogs van Carin. thie, en des markgraave van Meisfen zeiven , die de plaats wakker verdedigden, tot dat de burgers, over eenige gewelddadigheden, door het krygsvolk bedreeven, veretterd . den belegeraars de poorten openden, die dus zeer fpoedig meester van de Stad werden. De hertog en de markgraaf, alzoo verraaden zynde, namen de wyk op het kasteel St. Wit waar zy met Koning Jan een verdrag flooten, en vryheid verwierven , om zich naar hunne ftaaren te begeven. Men deed terftond de ftenden (amenkomen, in welke vergadering de krooning van Jan en Elizabeth door den aartsbisschop van Mentz, bygeftaan door de bisfchoppen van Praag en Olmutz, onder de toejuichingen der Bohemers, verricht werd.(o) Deeze zaak dus op eenen goeden voet gebragt zyn3e, befloot men, dat de Keizer eene reis naar Italien andernemen zou, en 'er werd bevel gegeven, om de :roepen te werven, welke vereischt werden., om hem >p deezen togt te vergezellen. Intusfchen liet hy het igchaam van Albert, nevens dat van zynen voorzaat ddolph, dien hy gedcod had, naar Spiers voeren, en op :enen zelfden dag ter aarde beftellen, by welke lykpleg. igheid hy zelf tegenwoordig was. (f) Hy vaardigde ver. 'olgens een lniftcrryk gezantfehap af aan Clemens F eftaande uit de bisfchoppen van Bazel en Coire. Ama'eus, graaf van Savoien, Jan Dauphin, graaf van Albon en 0) Hist. Luxemb. lib, XLFII. {p) Avint. Ann. Bojor. !&•> B' p. 593.  het DUITSCHE RYK. 421 en Vienne, Gui, graaf van Vlaanderen Jan, graaf van Saarbruk, en doctor Simon de Marville, wei ken, by hunne komst te Avignon, den paus tiunne geloofsbrie ven, te gelyk met het befluit der verkiezing. ter hand fielden, en zeer hoflyk ontvangen werden. Zyne heilig heid erkende Hendrik als Roomsch Koning, beloofde hem te Rome tot Keizer »e zuiie.. kroonen, en ontving den eed van deeze af^evaaidigden, die- in naam van hunnen mtester, zwooien, dat hy nimmer e ni0"dst. VI. Afd. I3TO. Hy brengt is ftacnen var Ever. hard , Graaf van Wurtemberg, tot mderwet • ting.  II. Boek» ii. Hoofdst. VI. Afd. De Jooden worden uit Duitsch land gebannen. I I l i l ( Ti n II i £ di ry fc v( te 42t HISTORIE vam graave vanBaden by wien hy zich ophield tot het overlyden van de. Keizer, waarna hy, zonder moeite het bezit van zyne ftaaten weder kreeg. ' Onder andere fchikkingen tot bevestiging der openbaare rustin het Keizerryk, verbande Hendrik , o mS deezen tyd, door een openlyk ftaatsbefluit, e fi uit alle de gewesten van Duitschland, om de oniSen d.e uit hunnen woeker en knevelaryen voortvloe denSn .ZLPa?teden de fchatti"gen vanbykans ale de vorl eene ZS L^f^5> e? vo^» dezelven in met eene lti engheid en fchraapzucht, die hen by het volk ?e. haat en verfoeilyk maakte. Ten zelfden tyde dledhy eenftemmig met Philips de Schoone van Frankryk , Zl zoek by den paus, om de orde der Tempelieren tè Ier. ÏÏES' ° ni6t feen de >** in hu"«e woeker nabigden, maar ook befchuldigd werden van de allerb™. eWhed°ef6 ™Sebondenheid « alle ioorten van ongerê. lo^n ' kmenl W3S echter d00f voor hunne verSnJ we,prde1keen.ge ftappen te doen ten nadeele ;an den rn^ ke/Ul5e uitLfteekende dienften aan de zaak /an den Godsdienst gedaan had. (s) * (s) Stiuv. per. IX. Sett. IV. N AA R" JLBfJL** °a mwerd' b? den aanvaH* der twaalfde eeuw, te eruzalem ingefteld om het heilige graf te verdedigen , en dl' S^P£JgrlmS te befchel*en. |n den beginne wfrden zy r£ am van T * W'«e Stflrf- VerVO Sens »™en ^ *» aam van Tempelieren aan, emdat hun huis digt by den Tempel h£t Pr:alemfch ««"trend het jaar 86 verfpreidden zy z.ch door Duitschlar.d en andere ftaaten van KerdT™^ * d°°r de milddadigheiJ der CW«»« genïï llmm n " huDCe Z6den werden fP°ediS bedorven door de ItT^v' W6Lken Zyu verkreegen; hunne leevenswyze werd handelyk , en hunne hoogmoed onverdraaglyk. Onder andere '«beelden van de allerfchaamtelooste ongebondenheid werd hun last gelegd, dat zy den Cbristelyken godsdienst verzaakt hadden, " eg  het DÜITSCflE RYK. 4«S Naardien niemand der Keizers, zedert den dood Tr van Frederik II, zich naar Italien begeven had, waren Bopkde regten van 't Keizerryk in dar fond geheel ten gronde \\ gegaan, leder edelman had zich zeiver tot een kleenen Hoofdst oppervore opgeworpen, terwyl de Guelphen en Ghibelli VI. Afd. tien zonder menscilievendheid of wroeginge elkander ver Men vefm ïtiOt>rdrten. Paus Clemens V, die de voornaarre oorza-k *oth van Hendrik'* verkiezing geweest was, hield onophou- Zr 'Sideljk op eene zeer dringende wyze, by hem aan, om^tebe£ezelf in Italien te komen, en de onlusten te ftillen (t) veHOok %-erd by tot dat zelfde einde door de Ghibellinen, die de Keizerlyke party waren toegedaan, aangezogt, w fc - , op dat zy dus eentn fteun tegen hunne vyanden erlan-Frankfon gen mogten. De Keizer beriep derhalve thans eenen ryksnag te Frankfort, ten einde de nodige maatregelen te beraamen, om, in zyn sfwezen, de rust in her Keizerryk te bewaarer Men benoemde zynen zoon Jan, Koning van Bohemen, tot Stedehouder, en de graaf van Henneberg werd tot zyn raad aangefteld, en te gelyk tot de waardigheid van ryksvorst verheven, in welke hy door de vergadering werd bevestigd Men vernieuwde ook het verdrag, 't welk Hendrik"s voorzaten met Frank ryk hadden aangegaan; daarby beloofden deftenden, dat zy den Keizer in zyne onderneming met alle hunne magt zouden onderfleunen. Dan, om de ItaUaanen niet ongerust te maaken, zond hy afgevaardigden vooruit naar de fteden van Lombardyen, met brieven, behelzende, dat by in Italien komen zou, niet als vyand, om de onderdaanen te bederven, en zich met den buit te s>cTirLhAN' Ui VlU'cap' 88' 89' 96' Amn'tlt' XXL Cap' L en in alle hunne byeenkomffen het kruis befpotteden en befpuuwden. (i) r (i) Guktler. Hifi, Templar. Num. 150.  424 HISTORIE van II* te verryken, maar als vriend, wiens komst ten oogmerk Boek had, om regt te doen, wanorden te weeren, bezwaaII' ren weg te nemen, en de gewesren in het vol en vry vi0°Afsd ' 8enot van hunne regten en voorregten te herftellen. Hy begeeft Deeze voorzorgen genomen hebbende, floeg hynaar zkb op weg Italien op weg met de troepen, hem door de ryksftennaar itali- fjen toegeftaan, in het gezelfchap der hertogen vau Oos* en* tenryk en Beieren, van Boudewyn, aartsbisfchop van Trier, van den bisfchop van Luik, de graaven van SaDe paus voien en Vlaanderen, en meer andere edelen, nevens tracht zyne het krygsvolk van alle Keizerlyke fteden. Paus Clemens, maatrege- Gp wiens ernftig aanzoek deeze togt ondernomen was, dwarsleo veranderde van gedagten, zo haast hv Hendrik zag vermen. trekken met eene magt, die genoegzaam was, om het gezag en de oppermogendheid van het ryk in Italien te herftellen; hy ving zelfs verfcheiden heimlyke onderhanStaat der delingen aan , om s'Keizers togt vóórtekomen. Hy zaken in ftelde het bewind over de Stad Rome in handen van t'lTm en&°berti Koning van Apulie en Napels, met wien hy « ome' een verbond tegen den Keizer aanging. D.e Koning zond derwaarts zynen broeder , prins Jan , met een aanzienlyk aantal krygsvolk, terwyl hy zich ten zelfden tyde, naauw verbond met de fteden Florence, Bologne, Sienna, Lucca, Cremona, Padua, Brescia, en lommige anderen, welken, van eene fterke bezetting en allerleie oorlogsbehoeften wel voorzien zynde, beflooten, het tegen den Keizer uit te houden. Rome was in twee partyen verdeeld; die der Colonnen, welke zich voor den Keizer verklaarde, had zich van St. Jan de Later an, het amphitheater, en eenige andere voornaame deelen der Stad meester gemaakt. Dezelve ondericheidde zich door het oude woord Ghibellinen, en gaf den naam van Guelphen aan de andere party, die het met prins Jan hield, en zich van het Kapitool, het kasteel St. Angelo, en het Vatikaan verzekerd had. Toen  het DUITSCHE RYK. 425 Toen de Keizer, volgens de gewoonte zyner voorza- II» ten, afgevaardigden aan de fteden van Italien gezonden Boek. had, orn zyne reis bekend te maaken, en de mondbehoef- II. ten nevens het geen 'er verder voor zyn hof en leger no- Hoofdst. dig was, in gereedheid te brengen, verliet hy, in V1" Afd* Herfstmaand, de Stad Laufanne, waar hy een gezantfchap van den aanhang der Ghibellinen ontvangen had. Hendrik Den berg Cenis overgetrokken zynde, vertoefde hy tien bezoektT«dagen te 7«n'« , ftelde aldaar, van wege het Keizerryk, ~n' ,Asti» een ftadvoogd aan, en begaf zich vervolgens naar deverceili*" Stad Asti, waar hy de regeering veranderde, en de Stads Wordt ie voogdy aan eenen Nikolaus Bonfignori opdroeg. Hier Milaan bleef-hy twee maanden, wachtende op zyn leger, met welmvan' het welk hy naar Cafal en Vercelli trok, welker inwoo-TaZlT ners den eed van getrouwheid aflegden, cn zich de be-jieden mnoeming van Duitfche ftadvoogden heten welgevallen, Verwerpen Hy werd insgelyks vol vreugde ontvangen te Milaan en feb am in andere fteden van Lombardyen, van welken hy groote W' fommen gelds afvorderde, op rekening van agterftallen. Onaangezien de groote eer, die hem door Gui dt la Torre, hoofd der Milaneezen en bevelhebber der Stad, beweezen werd, ontzettede hy hem echter van dien post, en droeg denzelven op aan Matthias Viscon. ti, deszelfs geflaagen vyand; Hendrik begunftigde in de daad de Ghibellinen met zulk eene partydige genegenheid, dat het alle gematigde lieden ontrustede, en voorffvwr(fe zyne belangen van groot nadeel was. Aan de gevolgen te Milaan van deezen afkeer was het toetefchryven, dat men de gekroond. yzeren kroon, die te Monza bewaard werd, tot zyne Krooning niet vinden kon; weshalve hy eene andere van ftaal liet maaken, en daarmede, nevens zyne ?emalin, door Gaston de la Torre, aartsbisfchop van Milaan, gekroond wierd, na welke plegtigheid hy twee honderd ridders aanftelde. («_) s ^ O ,„ „ GXJ1C («) Struv p'r. IX Sect IV. Europ. Hist. XI. D. I. St. Hhh  426 HISTORIE van JL Boek. II. Hoofdst. VI. Afd. Guy de la , Torre fmeedt eene 1 Jamen* \ zweering 1 tezen's Keiiers lee-1 ven. < a e e 1 d Zyn lanfe- Q li'.r wctdt evtrtuigd * GUT DE LA TORRE, door's Keizers gedrag jegens hem en zyne party verbitterd, befloot, een aanllag op het leeven van Hendrik te waagen, en beraamde daadelyk met iommige Guelphen een plan, om hem in zyn paeis te befpringen, terwyl men buiten de wallen zoude )ezig zyn met het vonnis aan een misdadigcn uittevoeen, het welk zy niet twyfelden, of zou de nieuwsgieigheid der Duitfchers zo zeer gaande maaken, dar zy by loopen derwaarts toevloeien, en ondertusichen den Keier genoegzaam geheel zonder befcherming laten zouden. Gelukkig kreeg Matthias Visconti kennis van dit verraad, :n berigtte Hendrik den geheelen toeleg, die daarop zo vel zyne maatregelen nam, dat, toen de famengezwooenen vergaderden, om hun plan uittevoeren, zy door ene bende krygsvolk, tot dat einde in gereedheid ge louden, fchielyk overvallen en afgemaakt wierden. Gui 'e la Torre ontkwam het echter, met fommigen zyner labeftaanden; doch zyn huis werd tot den grond toe fgebroken. en zyne goederen ten behoeve des Keizers erbeurd verklaard. In weerwil van deezen ongelukki^en uitflag, hield hy liet op, ontwerpen ten verderve van Hendrik te fmeeen; zelfs wikkelde hy 'sKeizers kanfelier in eenen andeen toeleg op zyn leeven. Dees trouwloze onverlaat ond brieven, met het Keizerlyk wapen verzegeld, aan de ïagiftraaten van Lombardyen, hun bevelende, op eenen eftemden tyd alle de Duitfchers aftemaaken, die by hen ï bezetting waren: en dit verfoeilyk ontwerp zou naar He waarfchynlykheid ten uitvoer gebragt zyn, had niet en Duitsch ridder gelukkig één dier brieven onderfchept, n den Keizer daarover ftoutelyk aangefproken. Zo haast ïendrik de b\ zonderheden van deeze zaak vernam, eed hy terftond zynen kanfelier vatten, en men vond nder zyne papieren één dier brieven, die nog niet as afgezonden. Verre van zich te willen verontfchuldi- gen  het DUITS C HE RYK, 4*7 gen, bekende dit wargedrogt het misdryf, belydende, dat, daar by een Guelph was uit het huis der Turriani, welken te MMaon waren omgebragt, hy met geen ander oogmerk in 's Keizers dienst getreden was, dan om I hem by de eerfte gunftige gelegenheid omtebrengen; dat hy voorheen reeds verfcheiden wagenvragten met' wyn, voor het leger beftemd, vergiftigd had, fchoon' dat ontwerp met geflaagd was. Hendrik, verbaasd en' ontfteld over de fnoodheid en ftoutheid van deezen ver l raader, verwees hem, om leevendig verbrand te wor. den, welk vonnis ook daadelyk aan hem werd ten uitvoer gebragt. {r) De eerfte plaats, die het waagde, zich tegen den Keizer te verzetten, was Cremona; doch de ftad werd door hem gewapenderhand ingenomen en geplunderd. Parma, Vicenza, en Placentia verdroegen zich met hem op redelyke voorwaarden. Padua bragt honderd duizend krocnen op, en ontving een Keizerlyk bevelhebber, om in de ftad het bewind te voeren. De Venetiaanen deeden hem een gefchenk van eene aanzienlyke fomme gelds, eene Keizerlyke kroon van goud, met edele gefteenten omzet, en eene vergulde ketting van een zeer keurig maakfel. Brescia bood eenen D wanhoopigen wederftand, en verduurde een zeer zwaar beleg, in welk Waleran van Luxemburg, 's KeizersZ broeder, door een pyl het leeven verloor, en Hendrik''s teger zo zeer verminderde, dat de belegerden, onder het bevel van bunnen ftadvoogd, Thibault de Drusfa* «, uittrokken, en hem flag leverden. Na een zeer hardnekkig gevegt, waarin de Keizer van zyn paard geworpen, en bvna gedood werrl. verbitterd door het gevaar, in 't welk zy hunnen op- pwv^oL *.aScu, mee zujk eene verdubbelde woede en he- (0 Cnspiff. in Vit. Henr. FIT. Hist. Luxsmb. lib XL VI. Hhh 2 II. BoEK« II. ÏOOFDST. Tl. AfD. an verand, en °.n vuure •eroor* eeli. escia ïrdt be-  II. Boek. IL Hoofdst. VI. Afd. De ftad geeft zkh ' 4*8 HISTORIEvan hevigheid op de Bresciaanen aan, dat zy alle tegenkanting te boven kwamen, en hem dwongen, met groot verlies in de ftad de wyk te nemen. Thibault, die met ongelooflyke wakkerheid geftreeden had, werd op het flagveld, nog niet dood, maar zwaar gewond gevonden, en gebragt naar de plaats, waar de Keizer zich bevond, welke hem zyne trouwloosheid verweet, en beval, hem met vier paarden van één te fcheurende deelen van zyn ligchaam werden vervolgens op het rad gezet, en zyn hoofd voor de ftads poort op eene piek ten toon gefteld. En waarlyk, hoe ftreng ook deeze ftraf ware, zy fchynt echter niet ongeëvenredigd geweest te zyn aan zyne verraadery en ondankbaarheidwant twee jaaren vóór deeze gebeurtenis had hy, uit zyn vaderland gebannen zynde, zich naar Spiers bege. ven, en Hendrik om zyne befcherming verzogt. Hy was toen door den Keizer op eene zeer gastvrye wyze ontvangen, en met zyne eigen' hand tot ridder geflagen: nogthans had hy zich naderhand, deeze gunst bewyzen vergetende, by de Guelphen gevoegd, en was die geen, welke de Bresciaanen had opgehitst, om tegen zynen weldoener opteftaan. Om zynen dood te wreeken, hingen zyne ftadgenooten vyftig krygsgevangenen op hunne wallen op, het welk den Keizer zo zeer vergramde, dat hy vast befloot, hen te vernederen, of by dien aanflag het leeven intefchieten. Met dit voornemen verdubbelde hy zyne poogingen, en hervattede zyne aanvallen met geene mindere wakkerheid, dan ftandvastigheid, tot dat de belegerden, door den 'vyand van buiten, en den hongersnood van binnen, tot de alleruiterfte engte gebragt waren Toen namen zy hunnen toevlucht tot zyne goedertierenheid, zich barrevoets voor hem vertoonende, met ftroppen om hunne nalzen • ;en fchouwfpel, 't welk hy zonder ontroering niet kon lanzien. Hy ftond hun dan het leeven toe, op voor» waar-  het DUITS C HE RYK- 429 waarde, dat zy zestigduizend kroonen opbrengen, en H» honderd gyzelaars, uit hunne vooinaamfte medeburgers Boek. gekoozen, in zyne hand.n zouden fteilen Bovendien H. liet hy tenzelfden tyde hunne wallen en vestingwerken Hoofdst. flegten, en trok, door de gemaakte bres, in zegepraal Vh Afd* binnen de ftad (w) Van daar beeaf zich de Keizer, na ap befc.hei' in die ftad, als ook te Veronal Parma, en Mantua,^ iden ftadvoogden te hebben aangefteld, regelregt naar Genua, wordt ontwaar hy op eene luisterryke wyze ontvangen, en door munten. de ftad onthaald werd. De vooripoed van Hendrik in Lombardyen had ten w deezen tyde den paus niet weinig kommer veroorzaakt, ^Ztdoor vreezende hy, dat de Keizer niet Hechts alle de Italiaan- Robert, fche fteden en Staaten aan zich onderwerpen, maar zich Koning zelfs van Clement 's afwezigheid bedienen zou, om den11"? Na" zetel van zyn ryk binnen Rome te vestigen. Het was St^J" uit hoofde van deeze zyne vrees, dat, fchoon hy reeds geleid. vyf kardinaalen gemagtigd had, om den Keizer te kroo. nen, hy thans echter alle zyne poogingen aanwendde, om hem in zynen voorfpoed te dwarsboomen, daarin eenftemmig te werk gaande met Robert, Koning van Napels, die een bondgenootfchap tot ftand bragt tusfchen de Heden Florence, Bologne, en Lucca, en aan zynen broeder Jan, prins van Morea, last gaf, met eenig krygsvolk zich naar Rome te begeven, om zich tegen 's Keizers intrede binnen die ftad te verzetten, en zich als een bondgenoot en befchermer der Qrfmi, de hoofden van den aanhang der Guelphen, te gedragen. Middelerwyl zond hy een gezantfchap aan den Keizer te Genua, om hem te verklaaren, dat hy zynen broeder rot geen ander einde naar Rome ge zonden had, dan om de intrede zyner keizerlyke majefteit aldaar te meer luifter bytezetten, en dat hy opregtelyti genegen was, om in vriendfehap met hem te leeven, (w) Cusr. in Fit. Henr. VIL Hist. Luxemb. I. XLVL Hhh 3  43° ' HISTORIE van IT- ven, en dezelve te verflerken door eene echtverbindtetfoEK. njs tusfchen zynen zoon, den hertog van Calabrie, en Hoof s Catharina vqn Luxemburg. vi°° Afd! Schoon Hendrik eenigen tyd om den tuin geleid werd door de veinzery van dien vorst, die de onderhandeling zogt te reuken, wilde hy echter zyne krooning niet uitftelien, maar vertrok van Genua, waar de kardinaalen, welken tot het verrichten van deeze plegtigheid benoemd waren, zich by hem gevoegd hadden. Dan eer hy den togt aanving, zond hv gezanten aan den prins van Morea, die, met de Orfini famenfpannende een gedeelte der ftad in bezit genomen had, om hem van zyne aannadering berigt te geeven, ten einde alle hinderpaaien tegen zyne intrede mogten uit den weg geruimd worden. Eindelyk vond de Napolitaan goed het masker afteligten, nadat hy de afgevaardigden, on' der voorwendfel, van aan zynen broeder om nader order te moeten zenden, nog een geruimen tyd om den tuin geleid had: hy verklaarde toen ronduit, dat hy zich tegen de intrede en krooning van Hendrik met alle zyne magt zoude verzetten. Hendrik Middelerwyl zettede de Keizer zynen togt voort ventmt en, by zyne aankomst te Pifa, werd hy, door een afgei Tail'L zonc£nen van de Colomen, gebeden, om met alle fpoed vm Ro 00 ,Rome aantetrekken Ingevolge van dit verzoek namei derde hv met groote haast, en vertoonde zich in flag orde by de brug, Ponte Mola genaamd, waar hy zich verbeeldde, dat men hem den overtogt betwisten zou • maar de prins van Morea had zyne troepen uit dien hoek verwyderd, zodat 'er de keizerlyken genoegzaam zonder wederftand introkken, en op onderfcheiden' plaatfen gehuisvest wierden, met ftrengen last, om tegen alle aanflagen van den vyand op hunne hoede te wezen. Hy wordt Het Bafilicon, of Koninglyk paleis van St, Pieter, waar*  het DUITSCHE RYK. 431 waarin de keizers p'agren gekroond te worden, was in tt de magt des Orfinifchen a^nnan^s; weshalve de Keizer Boek voorftelde, om de keker!yle kroon te ontvangen in de n " kerk van St. Jan van Lateran. De kardinaalen weiger- Hoofdst den in den beginne, aan zyne begeerte te voldoen, on. Vi- Af»! der voorwendfei, dat zulks met de gewoonte ftrydig.«ie kerk was, en de paaien van hunnen last te buiten ging; maar1""1 Stde toeftand van Rome, verdeeld en van ééngefcheurd }an van door twee onverzoenlyke partyen, die de ftad metSï. moord en ontfteltenis vervulden was zo beklaaglyk, dat zy zich eindelyk lieten ovei haaien 5 om dit voorgeflagen hulpmiddel aantenemen. Hy ontving dan de kroon, met de gebruiklyke plegtigheden, onder de toejuigchingen des volks, 't welk deeze geoeurtenis befebouwde als het eenige middel, dat hen van zulke onderdrukkende gasten verlosfen kon. (x By deeze gelegenheid eifchte de Keizer, in plaats H, verlaat van ryke gefchenken uitcedeelen, gelyk zyne voorzatenfihieiyk ie gedaan hadden, den Romeinen g ld af, die door deezen de ^ai' ongewoonen last zo getergd werden, dat veele burgers zich met zyne vyanden vereenigden, welken in het bezit der fterkfte plaatfen waren. Dit had eenen oploop ten gevolge, waarin de Keizer omtrend twee duizend mannen verloor, en daarenboven door gebrek aan mondbehoeften en geld in zuike engte gebragt wierd, dat hy binnen Rome niet langer beftaan kon. Na zyne krooring zich byzonderlvk toegelegd h?b* bende, om de wanorden binnen Rome te herftellen, befloot hy, thans wraak te nemen op den Koning van Napels, welke hem op zulk eene verraaderiyke wyze bedr ogen had. Tot dat einde floot hy een verbond met Frederik II, Koning van Sicilië, broeder van Ja- co- (as) Rebdorf. ad arm. 1309. Krantz Sax. lib. IX. cap. 4.  432 HISTO RIE van II* cobus II van Arragon, waarby benaald werd, dat, zo Boek. haast de Keizer zieh meester van Toskanen zou gemaakt li- hebben, Frederik te land een in a. in het Koningryk VlTfd. NaPels doen zou' terwyl de Siciliaanfche vloot de ' zee,jlaatien zou aantasten. Om de gevolgen van deeze vredebreuk voortekomén, fchreef de paus aan de kardinaalen, die Hendrik gekroond hadden, eenen brief, waarin hy betuigde te wenfchen, dat zy een verdrag bewerkten, of althans beide de partyen belasteden, in eenen ftilftapd van wapenen te bewilligen, voor zo ver zy door den eed van getrouwheid, welken zy gedaan, en uit hoofde van de weldaden, die zy van den H. ftoel ontvangen hadden, verpligt waren, zyne bevelen te gehoorzamen. De Keizer floeg geen acht op dit vertoog; doch zich buiten ftaat bevindende, om zyne vyanden te Rome onder te brengen, droeg hy het beftuur dier ftad aan de Colonnen op, en begaf zich naar Tivoli. Van daar nam hy zynen weg door het gebied van Perugia, welk hy te vuur en te zwaard vc woestede; vervolgens Hy belegert kwam hy te Arezzo, van zins zynde, om Florence aan Florence te tasten. Hy berende dan die ftad, nadat hy alvorens vruditeiooi. eenjge fterkten in hare nabuurfchap ingenomen en geflegt had. Dan, na een vruchteloos beleg van veertig dagen, was hy genoodzaakt, de winterlegeringen te betrekken. In de lente riep hy alle de vorften van Italien te Pifa byéén, en ftelde vast, dat zy ftiptelyk en jaarlyks de gewoone fchatting betaaien zouden, en, na rype overweegingen betreffende de vyandlykheden, welken Robert, Koning van Napels, tegen het keizerryk gepleegd had, dagvaardde hy hem, als zynen leenman , voor zich. Op de weigering van Robert, werd hy in den ban gedaanten zyn Koningryk Napels aan Frederik, koning van Sicilië, die in 's Keizers beiangen was, opgedragen.  het DUITS CHE RYK, 433 gen. 00 Zo haast de paus van deeze handelingen tegen jt zynen bondgenoot onderricht werd, fchreef hy den g0i.™ Keizer eenen brief, waarin hy hem ernftig aanmaande, n * om naar een verdrag het oor te leenen: doch dit bragt Hoofdst juist eene tegengeftelde uitwerking voort: want deeze VI. Afo, brief, in den ftyl van eenen oppervorst, die aan zynen i3f3. leenman fchryft, zynde opgefteld, vergramde den Keizer Hy fluit grootelyks over 's pnufen vermetelheid, en, om zyneenvsrbmi misnoegen te toonen, voegde hv zyne krygsmagt by die ""ik"*, van Frederik, Koning van Sicilië, met oogmerk, om dening 'van' ftaaten van Robert beide aan de zee-en land-zyde aante-Stoltetasten. Gebrek aan krygsvolk had hem in groote verlege, beid gebragt, naardien de troepen, welken hy uit Duitfchland verwachtte, opgehouden werden uit hoofde . van een oorlog, welken zyn zoon Jan tegen den hertog van Carinthie, die de vyandelykheden hervat, en Moravie geplunderd had. voeren moest, Eindelyk echter kwam 'er eene verfterking, onder het bevel van zy. nen broeder, den aartsbisfchop van Trier, en daar 'er tevens door Frederik van Sicilië en de Genueezen eene magtige vloot ten zynen dienfte werd uitgerust, vleide hy zich met de hoop op eene volkomene vermeestering van Napels. De koning van Frankryk, door deeze toebereidielen ontrust, begon te dugten, dat, zo Hen. drik in deeze onderneming flaagde, en de fteden van Italien onderbragt, hy ook Provence, en fommige andere ftaaten, die voorheen tot het Keizerryk behoord hadden, terug zou vorderen: weshalve hy zich by den paus beklaagde over de gewelddadige handelwyze van den Keizer, wiens oogmerk was, Robert van het erfdeel zyner voorvaderen te ontzetten, de rust der kerke (y) Idkm ibid Villan. lib. IX. cap. 43. usque 47. Phtin. in Clem. VIL Vee m Vit. Hen. Europ. Hist. XI. D. I. St. I ii  424 historie van jj# ke te verftooren, en daardoor de vorften van Europa Boek. te verhinderen, zich naar het H, land te begeven, volii gens het beflu.it der kerkvergadering van Vienne. Op Hoofdst■ dit vertoog gaf de paus eene bulle uit, waarby ieder VI. Afd. een, wie het ook zyn mogt, op ftraffe van den ban, verboden werd, Napels, onder wat voorwendfel ook, ter zee of te land aantetasten. («) Dan dit verbod werd luttel by Hendrik geteld; hy zond een luifterryk gezantfchap naar Frankryk, om den Koning zyne beweegredenen voorten-ellen, en deeze was voldaan over Ny onder- *vne verklaaringen. Hy ving toen den togt naar 't geneemteen b,ed van Sienna aan, met oogmerk, om van daar in hygstep Robert 's Staaten intedringen. Schoon zyne gezondheid zeer wankelde, had hy echter het befluic genoKoning "en, °m zelf dien krygstogt bytewoonen, en was tot vtm Na- Buono Convento voortgetrokken, waar alle zyne fchoone pols en ontwerpen, tot bevestiging van het Keizerlyk gezag in Buono" ItalUn> met zyn 'eeven eindigden * Zyn ligchaam CjnveLto. werd naar Pifa terufi gebraSc> en aldaar in de hoofd- kerk (z) Mus?at. lib. XV. rub. 2 £? 3. * Sommige fchryvers vernaaien, dat hy door een Dominikaan, Bernard Folitiam gcheeten, onder de bediening van het facrament, welk de Keizer dikwyls ontving, zou vergeven zyn. Men onder. Itelt, dat deeze monnik door die van Florence, zyne landgenooten, tot dat verfbeilyk ftuk was omgekogt. Verfcheiden fchryvers hebben dezelve orde van deeze aantyging gepoogd te zuiveren, en te bewyzen , üat de dood van Hendrik aan den iamenloop van verfcheiden kwaaien moet worden toegefchreeven : zelfs hebben zy eenen brief van zynen zoon in 't licht gebragt, waarin hy de monniken van alle verdenking vry fpreekt. Niettemin is het verfchil nog niet bedischt: en, fchoon men weet, dat 's Keizers gezondheid kwynde, toen hy deezen krygstogt aanving, is het echter niet minder zeker, dat ten tyce van zynen dood het gsrugt der vergeving algemeen geloofd wierd. (1) (i) Ge;t. E'iscop Trevir. lib. U.  het D UJTSCHE RYK. 435 kerk met groote ftaatfie ter aarde befteld, tot onuit, IL fpreeklyke droefheid van allen, die hem gevolgd wa. Boek. ren, hebbende by vier jaaren, zeven maanden, In J U tien dagen geregeerd (a) dfiC Hospcst»* Dus ftierf Hendrik VII. in het één en wftiofte iMr Vj- Afbzynes ouderdoms; by had den naam van een wakker 7.yn karakftaatkund.g, regtvaardig, minzaam, en Godsdienftiê "rvorst te zyn. Hy was welgemaakt, maar fchraal, had eene fnsfche koleur, en rood hair: hy had een kleen gebrek aan zyn regter oog, was lang van neus en kin; hy fprak langzaam; doch was beknopt in zyne uitdruk kingen: men befpcurde in hem een zweem van malt Heit, vermengd met groote minzaamheid. Niets moeide hem meerder, dan dat hy genoodzaakt wierd onderhandelingen met zyne onderdaanen aantepaan. Hv verfoeide de naamen van Ghibellinen en Guelphen, cn wilde gaarne als oppervorst gebieden. In zyne ,eugd ga>etha, dochter van Jan, hertog van Braband, zyne volle mgt. By deeze VorHin, die te Genua overleed verkreeg hy prins jan, Van wien reeds melding ee Zjw'K*maakt is, en vier dochters, te weten, Beatrix, gema-dtrm' hn van Charobert Koning van Hongaryen; Maria, L Z7lmf- KareI de f'W' Koning vai Frankrykz Jigneta, die m den echt trad met Rudolph, paltsgraaf lTJïn ?T' Cn ïatharina> gehuuwd aan Leopold, hertog van Oostenryk. r 1 (a) Spondan Contin. Bar. tent. I, pas. ne r» even behoo ende , moest komen optenrykAn. Lodewyk van Beieren, die thans- na zvn o^erlvden een naar hert zo°n van Albert II, en Erik, hertog van Nehrtog van der - Saxen, te Frankfort by een, om over de verkieOosten- zug van eenen Keizer te raadpleegen, by welke geleLodewyk.ëenheid 'er tussen de keurvorften eene fcheuring lenog Bankwam. * Die van Mentz, Trier, Bohemen en Bran. Beieren, denburg verklaarden zich voor Lodewyk, hertog van dingennaa; Beieren, die toen in de ftad was, terwyl de aartsbislyke hom fchoP van Keulen - de paltsgraaf en de hertog van Sa. leder van xea voor Frederik, hertog van Oostenryk, ftemden, hun wordt welke zich te Saxenhaufen, aan de overzyde der riaanhmSnenv^r' neder had plagen. Lodewyk begaf zich terftond verkenen naar Aken* waar hY door den aartsbisfchop van Mentz en ge- gekroond werd; de andere keurvorften geleidden Fr edekrtond. rik naar Bonn, waar hy de kroon ontving van den keurvorst van Keulen (g) Na deeze beide krooningen, legden.de twee Keizers zich toe, om de ryksfte» den (g) Struv. per. IX. Sect. V. * Zeer verfchillende zyn de bersten aangaande dit verfchil tusfchen de keurvorften. In het verhaal, welk wy daarvan geven, hebben wy Heiss gevolgd die. zo 't fchynt, aile de fchryvers welken over dit onderwerp gefchreeven hebb.-n, vergeieeken, en het beste gezag gevolgd heeft.  hei DülTSCHE RYK. H? den te winnen, en de één rïpn ,n,iDm„ • afezien Behalven de Zn™ van L?mg Voord^ R If' «•«JW* om teTbrenin t van lyfc bedryf* gunst d?L™°pEnde' ^oor « verfoei: werven/Met"dTÓogmerk bgafT. 2*"* B Ver" ne^epfeen, „a3gr 0^4 ^,7^ £ Sn it™'?, t0t,eS bekorae" "<*bende, werden selreeoen ™f ? • f hun K «bekeren. Zy vend,g gSKV OTert»'g<'. te regt gefteld en tel menden affihrilv "T de dcden hu™er ligcha. fleld «rden (ij °°r al,e ve™aders, ten toon ge- LH i  448 HISTORIE van ÏÏ. Middelerwyl bragt Leopold van Oostenryk, voor- de Boek. eer van Zynen broeder Frederik yverende, een leger Ho fd ^v waarmede hy zich naar Spiers begaf, wer- vi0i?fafd.waarts Lodewyk genaderd was; maar deeze laatfte verLeopold fchanfte zich zo fterk, dat men hem, roet eenige fchynvan Oos- bare hoop op eenen goeden uitflag, niet kon aantasten; tidert wesha!ve Le°pold, het platte land hebbende afgelopen, bèuar.d cmdcn we§ naar Augsburg infloeg, en, na het zwarte gede 'lai bergte en de rivier Leek te zyn ove>-arerrokken, in Op. Spiers, per ■ Beieren viel, waar hy Landfperg verraschte en ieren"P'^verf raiyide' ln de onderftelling, da: het fti'zirren van mrbrandt Lodewyk uit zwakheid voortkwam, begon Frederik hem Land met verachting te befchouwen, en, in plaats van de fperg. behaalde vpordeelen voorttezetten, verfpilde hy te Ba. zei den tyd met de plegtigheid eener dubbele eefrverbindtenis, tusfchen hem en Eüfabeth van Arragon en tusfchen zyn broeder Leopold en Catharina van Sayo. jen Ifefdtlnet Tebwyl hv met deeze huuwlyksfeesten, die met rfsZwit-' gioo-en luister gevierd werden, zynen tyd verkw-'stte, Iers ever hidd Lodewyk zich onledig, om met de Zwitferfche bm™ cantons' wei^en hy wist, dat natuurlyke vyanden van d7rband™'net huis van Oostenryk waren, over een verbond Hng. te handelen; doch, fchoon fommigen hunner hem reeds als Keizer erkend hadden, fchroomden zy echter zeer, de wapenen ten zynen behoeve optevatten) en, eer hy hunne zwaarigheden kon wegnemen, trachtte Leopold het verbond voor te komen. Onder voorwendfel van den abt der heremitagie van de maagd Maria byteftaan, die de Zwitfers, uit hoofde van zeker verfchil over de grenspaalen van hun gebied, in den ban gedaan had, voerde hy een leger van twintig duizend man in aantogt tegen de cantens Schweitz, Uri, en Underwald, welken zich, tot hunne onderlinge verdediging, met elkander hadden verbonden. Daar hunne geheele krygsmagt flechts  het DülTSCHE RYK U9 flechts in zestien horderd man beftond, ramen zv TT hunnen toevlucht tot be,eid Weter.oe, dat de w Rnu and noodwendig door eene naauwe engte trekken IT moest, fielden zy een gedeelte hunner troepen op het Wsr. geberg-e d^t by Motgarten, van waar zy 7U!k eenev11 menigte van groote fteentn op de Oostenrykers neder 0rw. ^«rtr. Kuuop. Hist. XI. D. II. St. Mm ra  454 HISTORIE van II. tende , die 'er naar goedvinden leefden, en hetzelve . Boek. geduurende eenen geruimen tyd afliepen. (/) II. Niet lang nadat Beieren van deeze lastige gasten Hoofdst. verlost was, zond Lodewyk den Ghibellinen in Balien vil. ArDeene hende ruitery te hulp. De pau<, d.' zaak der De paus Guelphen ziende agteruitgaan, nodigde Philips van Va. UpsSvahl ^ols'i neef des Konings van Frankryk, om hen te hulp VaioiTi» te komen, in welk geval hy aanbood, hem als generaal Italien, van den H. ftoel te zullen verklaaren. Philips aanvaardde de waardigheid, en ving, aan het hoofd van een aantal Franfche vrywilligers, den togt naar Balien aan, op de belofte, dat de kardinaal Paget zich te Ast met agthonderd ruiters by bem voeger , en hy van den Koning van Napels, en de fteden Bologne* Sienna, en Florence verfterkingen ontvangen zou. Maar deeze krygstogt liep vruchtloos af door zyne onervarenheid 1121 en overhaasting: want op zynen togt naar Vercelli, die met' tor aan Mort ar o alleen met vyftien honderd ruiters gefebande naderd zynde, werd hv door Galeazo Visconti van het mar overige zynes legers afgefneeden, en genoodzaakt, om te rug ^ eene onderhandeling te verzoeken, in welke hy bewilksert. hgde, om van zyne enderneming aftez;en; ook keerde hy werklyk met fchande naar Frankryk te rug. Van dien kant in zyne hoop te leur gefleld, nam de paus zynen toevlucht tot Frederik van Oostenryk, wiens verkiezing hy beloofde te bevestigen, mits dat hy Italien van de dwinglandy van Visconti verloste j waarop die vorst zynen broeder, piins Hendrik, met twee honderd man den Guelphen re ^ulp zond: want op dien tyd had paus Joannes XXII eene kruisvaart tegen de Ghibellinen afgekondigd. Matthias VisFrederik contti echter, die zo wel ftaatkundig als dapper was, van Oos vond middel, om door listige voorftellingen den hertog renryk w-van Oostenryk te overtuigen, dat hy tegen zyne eigen be- (0 Barre torn. VI. p. 447.  h b t DÜITSCHE RYK. 455 belangen aanging, als hy de Guelphen, de verklaarde II vyanden van het keizerryk, tegen de Ghibellinen on- Boek, derfteunde, welken altyd ae getrouwde aanhangers van II hetzelve geweest waren. By deeze vertoogen voegdeHoopdW. hy eenige kostbaare gefchenken, waarop Frederik zvnm Afbbroeder te rugriep, onder voorwenfel, dat de Guelphen^ de geweigerd hadden, hem in het bezit van Brescta fPGuelPten. ftellen. (m) "* HENDRIK voegde zich, by zyne terugkomst, by zynen broeder Frederik. die eenen tweeden inval in Beieren gedaan, en eenen aanzienlyken buit behaald had , met welken hy had kunnen terugtrekken vóór de aankomst van Lodewyk, die inmiddels bezig was met alle de magt, welke hy verzamelen kon, by één teraa pen: maar zich misfchien fchaamende om aftetrekken omdat men zulks voor een uitwerkfel van vrees zou hebben kunnen aanzien , befloot hy, fchoon minder in magt, in Beieren te blyven, en legerde zich tusfchen den her en den hm waar hy eene verfterking van den Oostenrykfchen adel ontving, fchoon hy zich met z^it Le°P°ld nog niet had vereenigd. a 1 Wlens leSer werklvk dertig duizend man fterk was, en onder het bevel van den Ko. nmg van Bohemen, den burggraaf van Neuremberg, en andere ervaren opperhoofden ftond, trok den /«« over, 1 en legerde zich by Frederik, in de vlakte van Vechl 1 ns, tusfchen Muldorf en Qettingen. • Zy raakten op 1322. Slag by (m) Raynald. ad ann. i|2». ra^TaT/^JV" elklnders 8ezicht lagen. zond Lodewyk een he. dïenzou ftdJ™ ^ ?,an. te.ze?§en> d« hy hem binnen drie was d ? h, eKe'fn' We!k berigt den Oostentyker zo aangenaam Daaós i 2" n°de ee" fraai zwaard tot een gefchenk gaf ™ vAnd h, r ü fl3g Zu"d ^ een Hmgurjcb kapitein, om den vyand te befpiedcn, en hun getal te beriften; decs^ officier bragt *K heHl Mmm 2  456* HISTORIE van iw l* ¥lttdl SS handgemeen, en ftreeden met groote Boek. hardnekkigheid, tot tot Frederik, zyne vyanden eindeHoofdst y heC Wyke" gebra^ heDbende, zich zeiven reeds VII. ArD.met de oerwinning begon geluk te wenfcben, toen Vecbivis ^/™envlf.be7e'hebbfr teB'tofchen middel vond, lol:hWe:°mKKdf:/'uchtc"den weder te vereenigen, en met verdenk w, dubbelde woede tot den ftryd wederom aantevoe. leoren. ren; * zodat hun deinzen flechts eene krygslist fcheen om den vyand in wanorde re brengen. Oo^r deeze' omftandigheid won Lodewyk den flag. De eerfte ftrygs ge angen, -welken men by hem bragt, was Frederik \ broeder, hertog Hendrik, pevaarlyk gekwetst- daarop bood de burggraaf van Neuremberg hen Frederik zeiven aan, die, na met verbaazende dapperheid geitree den, en vyftig man met eigen' handen te hebben af e" maakt, en zich van alle zyne troepen verlaten ziend zich had overgegeven, (n) De hertog van Lotharin. gen werd by deeze gelegenheid insgelyks krygsgevangen gemaakt. Lodewyk deed daarop de vervolging ftaaken en zond Frederik naar het kafteel van Transnitz, waar hy drie jaaren gevangen bleef, (o) ' , On- aJPk ïmd adjfn- '322- C") Avent. Ann. Bojor lib. VU. paB- ^^^JSS^S^' ^erooven, en * D". «aam van deezen kapitein viuSegfried Scbwepperman Wan. neer Lod^k en zyne bevelhebbers na den Hag aan tafd zTen zeide de hofmeester aan zyne Keizerlyk majefteit, dat 'er niet tè eren was dan eieren en dat nog maar weinigen; waarop £JeJv* aan elk der gaften één, maar aan Scbopperman twee liet geven, zeg4n de, , Indien ik tot den avond in myn eigen leger blvf bfn fk „ zulks aan Segfried alleen verfchuldigd. (a) 7 ' (i) Prexift. p. 5. SVau. ^r> /_y SicU - (a) Avbmt. Ann. Bojor. lib. FJI. p. 607.  het DUiTSCIIE RYK. 45? Ondertusschent naderde Leopold, met lange mar TF fchen, met eenige troepen uit Zwaben- doch hoorende rw oen nederlaag en het gevangen nemen van zvnen bróe- n der, nam hy met g«oote fpoed den térugtogt aan naarnooJ^t zyne eigen leenen op de grenzen van Zwitferland. VII. Afb. Hy had een genoegzamen tyd, om zich aldaar op het Leopold ge-er te te verichanfen, door een toeval, het we\izet *** Lodewyk overkwam, die or.paslyk werd, en van zvnoorl°s p«a;d viel, terwyl hy in het vervolgen van den vyand™"'' was. Schoon door dit ongeval voor het tesemvoordige bruten ftaat geftefd, vaardigde hv echter Albert Hume. hon van Lechtenburg, als landvoogd van den Elzas af, van weik gewest veele plaatfen zich aan den over' winnaar onderwierpen. Des onaangezien vond Leopold middü om den oorlog in dat land voorttezetten, waar veele hevige fchermutfelingen rret een wisfelend geluk voorvielen Ook deed hy aanzoek by den paus en den Koning van Frankryk, om zich van hun gezag te bedienen, om de vryheid van zynen broeder te ve-kry gen; doch al wat hy verwerven kon, was het ontflag van Htndrik, die zyne flaaking niet lang overleefde De hertog van Lotharingen werd, op verzoek van Karei de- Schoone, op vrye voeten gefield, nadat hy by eede heluotd had, dat hy zich in de zaak der Oostenrykjche vorften nooit meer zoude inlaten. Du* in zyne hoop, welke hy van zyne wapenenH*trach* zowel, als van zyne nabuuren , had opgevat, te leur'" gefield zynde, trachtte hy onder de Bohemers een ovXenZt ftand te verwekken tegen hunnen Koning Jan, dieSX zyn openbaare vyand was. Dat koningryk was volm'^van misnoegden, waaronder niet alleen de zulken behoor.B3hemen' den, die van de zwakheid, luiheid en ongebondenheid van hunnen vorst een afkeer hadden, maar ook de zodanigen , vvelsen de party van Hendrik Lippa aanhingen Deeze was een onrustig en hoogmoedig ftaatsdienaar, Mmm 3 die  458 HISTORIE van »T Twlr die otn zyn kwaad beftuur gebannen was, doch by zyD"JK< ne terugkomst veelerleie opfchuddingen verwekt had, Hoofdst. EP daaroP"] 'c kafteel van Praag gevangen was gezet. Vil. AFD.Zvne aanhangers, die niet minder talryk dan magtig waren, hadden den Koning een brief gefchreeven! waarin zy zyn ontflag verzogten, en in geval van weigering, bedreigden, het land te vuur en te zwaard te verwoesten. Leopold bediende zich van die gelegenheid cm met zyne troepen naar de grenzen te trekken, en hy zou naar alle waarfcbynlykheid de kroon aan den wettigen bezitter, die door zyne onderdaanen zeer weinig bemind, en flegt gehoorzaamd werd, hebben ontwrongen, zo niet zyn ontwerp was in duigen gevallen door eene verfterking, welke Jan van de aartsbisfchop. pen van Irier en Mentz ontving, die zich zeiven aan het hoofd van hunne troepen ftelden, en een verdrag tusfchen den Koning en den misnoegden adel bewerkten. In gevolge van hetzelve werd Lippa op vrye voeten gefteld. Hy nam echter de eerfte gelegenheid de beste, by t afwezen van Koning Jan, waar, om nogmaals verwarring in den ftaat te brouwen, door naïever tusfchen de Koninginne Weduw, en de regeerende vorften te verwekken; ja, toen de Koning naar zyne ftaaten te rug kwam, wist die onvermoeide ftookebrand zyne genegenheid van zyne gemalin aftetrek, ken, door hem inteboezemen, dat zy heimelyk bezig was met het maaken van een aanhang, om haren echtgenoot aftezetten, en haren zoon op den throon te verheffen. De Koning, door deeze valfche inboezemingen ontrust, zond den jongen vorst naar Frankryk, om aldaar, aan het hof van Karei de Schoone, te worden opgevoed: zelfs nam hy, verfchrikt door de gedagten van eenen opftand in Bohemen, het befiu^ om zyne kroon mee hec paltsgraaffchap aan den Rhyn te  het DÜITSCHE RYK. 459 te verwisfelen, het welk toen in handen van den Kei- tt zer was. (p~) it. An-LEj de.ryksvorften, die de party van Frederik be- BCjf' gunftigd hadden, hem door deezen nederlaa- geheel he-w ' dorven ziende verzoenden zich met Z^f, 'en eriiTXo kenden hem als wettig Keizer; es zy, die zwaarighe'diodelk maakten, om zich gewillig te onderwerpen, werden 'erSï met geweld toe gedwongen. Zyne voornaamfte -vraakzucht ech-er betoonde hy tegen den paltsgraaf Rudolph, f iz,er zyn eigen broeder, die de verkiezing van Frederik be. '^ gunftigd en vervolgens zyne party onderfteund bad. Hy werd uit zyne ftaaten verdreeven, en genoodzaakt, met zyn huisgezien naar Engeland te wyken, waar hy in de uiter^e armoede overleed LODEIVTK die zich van deszelfs ftaaten meester maakte, bew.Jl.gde in het voorftel des Konings van Bohemen, en l.et de acte van verwisfeling in gereed heid brengen, by welke hy zich verbond^ het paltsgraaffchap aan Jan van Luxemburg en zyne e feena men te verzekeren Dan, dit wfs zohaas^t n et bekend, of het vervulde gantfeh Bohemen met onrustde ftenden van het ryk kwamen by één, en verklaar den e verwisfeling van onwaarde, VSfee&ïd ™ de natie; ja, zozeer waren zy op Jan misncWd dat ScÏST91' JU5 Va° h" h^S ™ L^Strg af! tefebudden, en tot de verkiezing van eenen nieuwen oppervorst te treden. In deeze verlegenheid nam S PrZT^ tOL d!° Kdzer' welke ^ S naar Praag begaf, en, nadat hy vruchtloos alle poogingen had aangewend om den ftenden de ruiling fmaakff te S&^frngIykeJ?te ve™^> waar7a de jsonemets, door deeze opoffering te vrede gefteld, on nieuws den eed van getrouwheid aan hunnfn Koning (/O Dubeav, Hist. Bbem, lib. XX. ^  4 q). IJ. Deeze burger onlusten dus geftild zynde, beriep Hoofdst. Lodewyk een ryksdag te Neurenberg, om te raadpiee. vu. afd.gen over net nemen van maatregelen, om de rust in nSdlun ,Ke,zerJrvk te verzekeren. Op deeze vergadering werd der andere hej]zame fchikkingen> JnQ dtn ryks- vastgelteid tegen ben, die op eene bedekte wyze de das te toezegging van geestlyke ambten. na het overlyden der Neuron, tegenwoordige bezitters, van de Roomfche kerk verkry* gen zouden, van welke een fchande.yk misbruik gemaakt was door paus Joannes XXII, by wien de edelen, die het regt van voorftelling bezaten, zich deswege menigwerf beklaagd, maar nimmer eenig herftel hadden bekomen. Zyne heiligheid was ten uiterften verdrietig over deeze nieuwe wet, welke eeniglyk diende, om de bitterheid van zynen haat tegen Lodewyk te vermeerderen. Hy durfde echter niet waagen, zich daarover openlyk te beklaagen, omdat hy wist, dat de adel en de geestlykneid vast beflooten hadden, het ge. nomen befluit te handhaven. f» Na het overlyden van Rudolph werden zyne kinderen te ruggeroepen, en in hunne erfenis herfteld. Lodewyk bedong echter, dat de keurvorflelyke waardig, heid by beurten in zyne en hunne geflachten zoude berusten, onder voorwaarde, dat zyne familie dezelve het eerst zoude bezitten. Hy vereenigde ook met dezelve, onder bewilliging der ftenden en ryks vorften, het markgraaffchap van Brandenburg, welk opengevallen was door den dood van Waldemar II en Jan IV, den laatften markgraaf van Brandenburg uit de nako' melingfchap van Otho I, graaf van Anhalt (*). Be. (j) Hist. Luxemb. lih. XL. VIJL (f) Barre, torn VI. p 470 C*j Geduurende de twist tusfchen Lodewyk en Fnderik, ver- trok  het DCJJTSCHE RYK, 461 Behalvkn deeze vermeerdering zyner ftaaten, heette n Lodewyk, door zyne echtverbindtenis met Margaretha, ^tl' docnter van Willem, graaf van Henegouwen 'en Hol B??& ZeLtll hethu !ndfCharn' DeVe"S Frlesla«d «HoiL. ™ ƒ Van ^re«> welk dezelven ge. VIL Ar». dumende meer dan eene halve eeuw bezeten heeft Hy zou zich vermoedelyk van nog meer andere aan. zienlyke ftaaten meester gemaakt hebben, had hy, ?n navolging va« Rudolph, & vriendfehap met de paufen aangekweekt, en hunne genegenheid^ ter begunftS van zyne oogmerken gewonnen: maar hy hThltol IWn ^om31^ den Ro0^chen ftoe> overhoop Te ^^^f^ÜStë de wettisheid hen Galeazo Viseonti, die, na zyn Vaders overigen hem in het bevel over de Ghibellinen was oP3 ' UM Milaan verdreeven, en de hoofden der Slykê waad van een pelgrim m dfrh„ H' fand' in het ge- bezit van zyuï Een had «ftjld ^ W*-' dan een maand na zyn vertrek^waarOD^pV-Ver,ted J" minder dom aan zvn 7onn f ' waa,roP -ie Keizer het keurvorsten. openftaand fcen dat aan & T" T"' °PdroeS> als 2^de een gen van ên de vorflen ™T/k, Ver.Val,M W3S' hert°- van Brandenbu,/^rooTen zvndP ' takken Va" het hul'S vervreemding ƒ inzffirhL *' " venooSen tegen deeze midemars overlyTn en 1-,'r A ^ "°g geen narigt had va" de ftenden niets Kérk* , u T vmooS™ b7 de" Keizer of £en de inhuldiging weïfe aari™ ^ ^ plegUg Pro:est in te" gen, en weigerden by l uTJZiï'i*"1 U4eWJk Werd °Pgedraa i-u uy ae plegtigheid tegenwoordig te zyn. (i) O) Reedobf. ad. ann. 1323 £urop. Hist. XL D. il. St. Nan  4 «e abfolutie ontvangen. Aan deezen prelaat, Hoofdst. welke te Placentia zyn verblyf hield, zond de Keizer Vil. AiD-eenige krygsbevdhebbers, om te verzoeken, dat den Ghibellinen een fti ftand van wapenen werd toegeftaan; maar de kardinaa behandelde hen met trotsheid en ver' lmaadmg, weshalve zy zich afzonderlyk naar Lucca, Putna, Mantua, en Verona begaven, en aldaar met de inwooners met zulken gelukkigen uitflag handelden, dat alle de Ghibellinen van d^ze fteden zich onder het bevel van graaf Bertholdi, vereenigden. en naar Milaan trekkende, die ftad genoegzaam zonder wederftand vermeesterden. Inhoud der, P? Paus> ovf deeze gebeurtenis verfloof, nam het pavfeiyke neiluit, om Lodewyk voortaan geheel niet meer te built. ontzien, en deed terftond eene waarfchuwing afkondigen, by welke hy verklaarde, dat de KeizeiIvke waardigheid een leen van den H. ftoel geworden was, op den zelfden dag, op welken het Kdzeryk door de Romeinen, van de Grieken op de Franfchen, ia de per. foon van Karei de Groote, was ove;gebragt; naardien toen werd vastgefteld, dat de verkiezing van een K<4zer nimmer ftand zou houden, dan nadat dezelve al. vorens door den paus, als den vader en oppervorst der Christenheid, goedgekeurd en bevestigd was Hy voegde 'er by, dat, wanneer het Keizerryk door over. lyden, pf anderszins, open viel, het alleen aan den paus itond, hetzelve van een anderen Keizer te voorzien en geduurende de tusfchenregeering de zorg van i ftaatsbeftuur op zich te nemen: hy verklaarde, dat, zelfs in geval de verkiezing tusfcien twee mededingers betwist werd, zyne heikhjid alleen de magt b-. zat, om het verfchil te be'legten, en den eed v|n getrouwheid van dien vorst aftenemen, wien hy het Kei. zer  het D U I T S C H E RYK. 4g3 zerryk had toegewezen, als zynde de onderkoning rr of ftedehouder van Hem , die Keizer is van hemel en IJ' aarde: want, gelyk de ziel beveelt en beftuurt, en BoEKhet l.gchaara verpligt is , hare geboden te gchoórza-„ Ifmen, zo behoort ook al, wat in het Christendom broos5?r0F?STen verganglyk is, aan het heraelfche en eeuwiVe A'D* onderworpen, het ongewyde aan het heilige, hit hgchaamlyke aan het geestlyke ondergefchikt te zynwelke regel ftand zoude grypen, wanneer de paus, door zyn eigen gezag, over de beide waardigheden zoude be. fcbikken, als wanneer de kerk zoude zegepraalen, en het Keizerryk, nevens alle andere magten, zich voor haar vernederen, en aan hare wetten zoude onderwerpen. Hy befloot met te zeggen, dat, daar de ryksvorlten, zedert den dood van Hendrik VII, altyd verdeeld geweest waren, en twee vorften verkooren hadden, welken beiden naar de kroon ftonden, hy alleen SSrfT^ -°m ^ Verfchil te be^hen, en 5 ftt k' ^izerryk te beftuuren; en, naardien Lo. dewyk inbreuk op zyne regten gemaakt had, beval hv hem, uit kracht van deeze magt, welke hy van den hemel ontvangen had, de Keizerlyke waardigheid afteleggen, en optehouden met het oefenen van eenige bedienmgen, aan die waardigheid gehegt, zonder dit hy zich zou hebben te verftouten, om dezelve te her. nemen, eer hy de uitdruklyke toeftemming zyner heiligheid zou verkreegen hebben, die te gelyk allen natriarchen bisfchoppen, priesters, cdelel, £^meS beval, den overweldiger te verlaten, en hem hunne gehoorzaamheid te onttrekken. (*) ë * J°uHAAf def6 JbuIle werd afgekondigd, deed de Kei-» zer alle de geleerden van Duitfchland, zo onder Lï'J'T geestlyken als onder de leeken, by éénkomen, om deS"^ zei- Duitfche vryheid in fla.vemy verkeert wierd Ook befloot men aldaar, dat de Lnde ingïn van den paus als onbc-hoorh/k en van onwaarde veroordeeld, en aHen, die eenige acht oP zyne buHen Joegen, als verftoorders der openbaare rust en vy nden van het ryk geftraft zouden worden, (v) * °*JeCZe vffdering regtvaardigde Lodewyk, by eene nette verdediging, ieder gedeelte van zyn gedrag, beweSZedatn £** "ff" ^ -J^ns'welfen h^ neweerde, dat de paus behoorde te worden afgezet: 41NZ- fci jgvA— Nnn 3  466 HISTORIE. van ÏÏ. ook beriep hy zich nogmaals op eene algemeene kerkBoek. vergadering wenfchende, dat dezelve, met allen molt II. lyken fpoed, op eene veilige plaats wierd by één geroeHoofdst. pen. (w) * gciue- vii. afd. Deezen ftap gedaan hebbende, maakte hv zvn voor nooupckn}0 Neuremburg bekend, by welke gelegenheid eene groote menigte van edelen en ridders derwalrts famenvloeide waar van hy 'er veelen door zyne milddadigheid^In zyne belangen trok; ook werden 'er menige byzondere verdragen geflooten, by welken men zich Verbond, om hem met troepen by te ftaan, ten einde de poog ngen van het hu.s van Oostenryk te veriedelen. Doch , d^aa? kraïteIo?s bewaden werd, nam hy zynerï £3 toevlucht tot de ryksvorften, en 'er werd teï zS genoot, voordeele een bondgenootfehap gevormd door den kofclmp van ning van Bohemen, den aartsbisfchop van Trier Fer itarr, die zich verbonden, een zeker aandeel troepen te leveren, en op hunne eigen kosten te onderhoudenook verphgtte zich ieder hunner, om zelf zich aan het' hoofd zyner troepen te ftellen. In gevolge van dit verdrag, het welk te Reenich aan de Maas geflooten werd, belegerde men de ftad Metz, die zich wel baast (w) Balvz. Fit. Pap. Aventin. tom. II. p. 278. ^ * Om het gezag van den paus te beftryden , gebruikte Lod^b ri» pennen van Markus van Padua, en Jan van G%t, twee vermaarde geleerden, en fcheurziekeFranciskan/Monaikea" Welken TnT/,? zers naam, tegen Joannes XXII verfcheide ecrrovSdl «frtrifr™ opftelden, waarin zy hem afmaalden als een vervoljei der onfrïn" digen, het verderf van den H. ftoel, een fchender der kerfX" SS" 'en **T va" ^«edragt, een verftoorder van hef Ê zerryk, en verdraeier der wetten, die de armoede van Christus en zyne facramenten verachtede. (1) armoeac van J*" (O Villan. lib. IX cap. 265.  het DÜITSCHE RYK. 4$7 by verdrag overgaf, waar van de voorwaarden zeer on« ir gunftig voor de ingezetenen waren, moeten-ie zy voor R . eene zeer groote femme gelds hunne vergiffenis koo- jEK' pen (x) Tegen dit vermogend bondgenootfehap be-rr floot de paus, eenen medirjger op te maaken, die in"?!™» ftaat was, het keizer: yk aan Lodewyk Ce bet wis en. Tot dat einde trad hy met de daad met Leopold van Oostenryk, en eenige andere Duitfche vorften, in onderhandeling , om Karei de Schoone tot Roomfch koning e verkiezen. Frederik van Oostenryk beloofde, ten behoeve des konings van Frankryk, van zyne eifchen a'fieftaande koning van Bohemen en de keurvorften van Saxen\ Keulen en Mentz, by welken men zich tot dat einde veel moeite gaf, fcheenen genegen, om mede te werken tot eenig ontwerp, dat de rust in het ryk herftellen'^ mrdt Jton; en Leopold, deeze gurftige gezindheid verkeerde «» mond. lyk voor een vast bepaald voornemen aanziende, vcr^ei'P'ek zogt den paus, om Karei te beduiden, dnr hy nood t!lfc^en. zaaklyk zelf een mondgefprek met de Duitfche vorttentlfZl ftouden moest. Barr aan den Aube werd tot de plaats ^ ™de der byeenkomst beftemd, en Karei begaf zich met een Duirfche luisterryk gevolg derwaarts: doch de Duitfche vorften *?en te die hun woord niet fteliig hadden gegeven, wildenLTube nunne ftaaten niet verlaten; zo dar Leopold de éénige vwrge/fo. in verwachting^ dat hy zyn broeder op vrye voeten zou gefield zien « ZilTv?ng deze,ven met groote onveSiil.h d; ScISÏÏw6 10 rfyne weigering, om den hertog van Oostenryk te ontflaan, tot dat zyn gedrag zelfs van zvne eigen aanhangers mispreezen wifrd S J pe Keizer Misnoegd over zulk eene gewelddadige handelwvre raad des ™kende' fmeekte de aartsbisfchop van Mentz den *eizer> te overweegen, dat Duitfchland in zich zei ven Stz^S^20, We! vereen*d g^eest was, of de pa2 hadden, door hunne kuiperyen, middel weten te vinden" om deszelfs rust te verftooren, en hy merkte aan, da fty in den tegen woordigen toeftand van zaken geene heilzamer maatregelen konde nemen, dan zich mefzy! ne vyanden, en byzonderlyk met de vorften van Oos. Sluit den tenryk te verdragen. Volgens deezen raad deed men letmeLV°°ÏÜZg^ van vrede aan Frederik, welke toen zvne * ^gevangenis van harte moede was, en men kwam oler O) Gerhard. de Rev. lib. III, ^  het DUITSCHE RYK. 46p een, dat Frederik op vrye voeten zou gefield worden, TT onder voorwaarde, dat hy, geduurende het leeven van n"* Lodewyk vari allen eifch en aanfpraak op de keizerlvS B°TEKwaardigheid afftand zoude doen. Na de uitvoering 4nH L dit verdrag, kwamen de beide vorften te v^I' byeen, waar zy zich met elkander verzoenden(aS el n Frederik ten teken van zyne opregtheid, by 'eene SSnWk"" genhandige verklaaring, beloofde, dat de vorften ut den huize van Oostenryk nimmer naar de keizerlvke kroon dingen zouden, wanneer eenig Beierfc* vïï? mede naar dezelve ftond. * ; /, orst Het was echter niet zeer waarfchynlyk, dat de nunten van dit verdrag ongefchonden z^den opgevSd worden; want de paus ontfloeg Frederik van^zvnen eed, als zynde eene verbindtenisf die hem door d5S ZTn7StghdeidterWyI ^ gCrS'n ™ zyne neiligneid, zyne verkiezing te bevestizen frt. totetïffdfST "ÏV? «»« S verfeg in netzeirde licht te befchouwen, en wachtte flechr* op eene bekwaame gelegenheid, om zich openyk tegen den Keizer te verklaaren. Doch, eer mende J3£! toerustmgen maaken kon, werd Leop^d van eene koor? r over- P. .14. KrmzTi^x"%"^ 10'^m' am' B°i°r- lib- FIL watrLTwag^a£' fchryVerS deeze ^ te ftryderweZ Znd Y ï ,deZe}ve a°&^ms met het verdrag uit hoofde va/ e j^i'T dat hy het regt, welk hy kon worden ) aan TndZtlM ' ( 20 het een re8£ genaamd van Keizer LJ^L^**m£?\e-n' geduurende het leeven zo de paus henTooi ™ het kei3erry* dingen, noch ook, nieuwen, aa^zyne aaSpn ^CD' °mJ2yne eifcheu te ™* > «-«u *yne aanzoeken het oor zoude leenen. (i) fO Hen. Rebdorf. ad. ann. 132!. Eürop. HistXI.D.II.St. Ooo  470 HISTORIE van H. overvallen, aan welke hy jn den Elzas overleed. Met Boek hem verging ook al de hoop van Frederik, wiens eieen II. wakkerheid zeer belemmerd werd door eene ziekte hoofdst. welke hy m zyne gevangenis vergaderd had. BovenVII. Afd. dien werd hy in groote verlegenheid gebragt door de eifchen van zyn broeder Otho, die een gelyk gedeelte vorderde m de opvolging van Leopold. Deeze twist Lodewyk Door deezen vrede kreeg Lodewyk de banden ruim ï&ftïïS de?ahke^''^W l zyn, g^kYyTn' linen in befl°ot, ach daarop met ernst toeteleggen, niet alleen Italien ^-met oogmerk, om zich te Rome te laten kroonen, maar nodigd. ook, om den aanhang der Ghibellinen te onderfteunen tegen den paus en den Koning van Napels, die, om Florence te ontzetten, het welk in 's Keizers naam door Castruccio belegerd werd, een aanmerkivk leger op de been gebragt hadden, meestal uit Franfchen en Gasconjers leftaande. In plaats dat den Ghibellinen, door de banbhkfems van den paus tegen Lodewyk, de moed zou ontzonken zyn, werden zy door dezelven veeleer aangemoedigd, om hunne party te handhaven tegen de Guelphen, wier hoofd en befchermer Koning Robert was. Bovendien dreeven de Romeinen de aanhangers van den paus de ftad uit, en gaven zyne heiJigneid te verftaan, dat, zo hy niet te Rome wilde komen, en aldaar zyn verblyf houden, zy zeiven voor hunne eigen zaaken zorgen zouden; en, toen hy weigerde, hen in dit ftuk te voldoen, drongen zy den fnnnnJe^?m te Rome te komen ontvangen. 1327. LODEWYK, dit tydsgewrigt voor zich gunftig rekenende, benep een ryksdag te Spiers, op welken de vorften en ftenden des ryks hem de troepen en onder- ftand. (l>) Anon. Leopicns. ad. ann. 1327.  het DÜ1TSCHE RYK. 47r ftandgelden, welken hy tot deezen togt nodig had, toe- tt ftonden. In het begin van het volgend jaar begaf hy Boek zich dan op weg naar Italien, en by zyne aankormt tt te Trente vond hy aldaar de hoofden van zvnen aTn h„ h" van oen paus, welken hem ontvingen als den verlos |fn' gj" Zy ZO ,an§ en 20 vu«riglyk verwacht had- Hier befchreef hy eenen ryksdag, op welken teren woordig waren Cau de PEsïala*Pasflrl, %coft' Gm de Tarlata, bisfchop van Arezzo als afgevSfe den van Castruccto, en Frederik, Koning van SI nevens andere hoofden der Ghibellinen?™ene mei nigte Franetskaanen, die zich van de overigen hadïen afgefcheurd, en door welken Lodewyk aan alle kanten e°eT efd "dat b°P deed de Keizer een eed, dat hy naar /^/m» gaan zou, en nimmer TltZ wederkeeren' voordat hy de Keizerlyke kTon n t h : ?gen h,ad' °°,k liet hy hier de" P-ua wa, In n.nrT^ *£ ketter> die ™* waardig was, den paufelyken ftoel te bekleeden. (d) Van daar begaf hy zich met de keizerin, zyne ge- „ „ Z ^ZnT1^ 51W3ar,hy t0t Koning Var/^-^Sn m JlnT ft A°0r de" bi w Coj[ro> ?> ^ die Ooo a  4?2 HISTORIE vam Boek die U4eW*k ,begunftigden> en de aanhangers van den IT terV] eene derde Partv zich voor geen van HooliW. 5fden Vfk'aaren, wilde> tot dac de keizerlyke aanhang, vji.AiD°e overhand bekomen hebbende, hen dwong, van hunne onzydigheid af te zien, en de zyde van\ Lodewyk te hezen. Dus verfterkt zynde, verkooren zy Sctarra Colonna tot kapitein van 't volk, en zonden gezanten naar Avignon, om den paus aantezeggen, dat hy te Rome zyn verblyf moest komen honden, of dat zy anderszins Lodewyk van Beieren als hunnen oppervorst zouden inhaalen. Zyne heiligheid werd door den Koning van Napels, als raadsheer van Rome, tot dat zelfde einde aangezogt; doch hy vond niet goed, zich te vertrouwen in eene ftad, waar hy zulke magtil ge vyanden had; hy vergenoegde zich, met de Romeinen te vermaanen, om aan hunnen opperpriester getrouw te blyven, en voor Lodewyk, wien hy als een vyand van God en menfchen afmaalde, de poorten te vrT'r .Tenzelfden beval hy zynen gezant, Jan d Orfim, die te Florence zyn verblyf hield, om nieuwe bullen tegen den Keizer aftekondigen, en door zyne eigen tegenwoordigheid de rust binnen Rome te bewaaren. In gevolge van deezen last begaf de gezant zich naar die ftad, hoopende, eene verzoening te zullen uitwerken tusfchen de Romeinen en Robert, Koning van Napels, welke onlangs getracht had, zyn broedert den prins van Morea, aan het hoofd van duizend ruiters m de ftad te brengen, om den aanhang der edelen te onderfteunen. Toen het volk voor dit krygsvolk de poorten (loot, plunderde de prins het gebied van Vtterbo, terwyl eenige Genueefche galeien, in dienst van Robert, de haven van Ostia verraschten: weshalve de Romeinen, ten uiterften tegen zyne Napolitaanjene majefteit verbitterd, naar geene voorfiagen van ver-  het DUITSCHE RYK, 473 verdrag wilden luisteren. De paufelyké gezant, bemer- ir kende, dat hy door onderhandeling niet kon vorde- r0,^ ren, voegde zich by den prins van Morea, die, by ver- n rasfching, de ftad introk, van de kerk van St. "PieterHoogst en het byliggend gedeelte der ftad bezit nam, cn al-vu Afd. le^J}Q z£h tege,n zvne waPeneo yerzetteden, neder-De pmr fabelde. Den volgenden morgen echter liep het volk™" Mo* te wapen, blaasde alarm, en verzamelde by he1" Capi-ÏCd ver' tooi, van waar zy naar de poort trokken, weike éaorrascht Ro' de Napolitaanen bezet was. Zy tasteden hen zoo he-w/T vig aan , dat de prins en de paufelyké gezant, na een "«ff gtflshardnekkig en bloedig gevegt, zich genoodzaakt von-Sm' den, m de grootfte wanorde de ftad te verlaten, en te Ostta eene wykplaats te zoeken. ■ Deeze gebeurtenisfen waren den Keizer zeer gQn. r,?8 ftig, die, nadat hy Milaan verlaaten had, op net ka-^ Keizer fteel van Orzi, in het Breifcaanfehe, een ryksdag Mektó"w* p«Van daar trok hy naar Toskanen, van welke plaats hv °nder' afgevaardigden zond, om alles tot zyne ontvangst te Pi/a in gereedheid te brengen: maar de inwooners dier ftad weigerden hem intelaten, omdat hy onder het vonnis van den ban lag; weshalve hy de ftad belegerde, en noodzaakte, zich op befcheidenheid overtegeven Hy trok 'er vervolgens zegepraalende binnen, perste den burgeren eene zeer groote fomme gelds af, en vernieuwde, geduurende zvn verblyf in deeze plaats, het vonnis, welk Keizer Hendrik VII tegen Robert, Koning van Napels, als een wederfpannig onderdaan van het keizerryk, had uitgefproken. (e) Aan den anderen Kant kondigde de paus eene nieuwe bulle tegen Lodewyk at, by welke hy hem nogmaals in den ban deed en afzettede, verbiedende tevens eenieder, van welke hoedanigheid hy ookzynmogt, onder bedreiging derallerftrengfte ftraf- {e) Rainalp. ad ann. 1327. not. 20. Ooo 3  474 HISTORIE van II. ftraffen, hem van leevensmiddelen te voorzien In Boek. weerwil van dit verbod, ondernam de Keizer den toS Jl van Pifa naar Rome, zonder eenigen wederftand van vïïïah^'!?^ te ontmoeten, dfeToÏÏeiftS vu.afd lende, dat M oogmerk was, om in zvn Ko Hy trekt mn^ryk te val en, en zich met pJ™, rr • naarKo Sicilië, te vereenieen te rnf^t ' K°mng -Van Hie- ct-o / vciceingen, te rug trok, om zvne eken Staaten te befchermen. Te Viterbo ontving de Kefzer een gezantfchap van de met fet welk hv de voorwaarden van zyne intrede regelde, die vervol gens met grooten luister verricht werd. De ftadvooS en raadsheeren trokken uit, om hem en zyne 3 % 7iïT"> Cnugehiïd™ hen naar heT paleTv S tt. Pieter, waar hy zich vier dagen met de vorften van zyn gevolg ophield. * Daarop begaf^ hy zich naar flZ?,Mr\MfggiereS Waar sSa™^ciJ hem de Ileutels der ftad en der fterkten, die hy met zvne HJmr* troepen bezet hield, aanbood. Weinige dagen daarna hy met, Zvne S^ahn, in de kerkVan St pJeter , geLnd. fet &°?ten luiiter gekroond, wordende de plegtigheid fr? Jïng Jerr5Cht d00r rde bisfchoPpen van \fnette lazefMe* >é eVe" "? Ze,f' onder den ban S^-u-'/^ WOord' de Keizer w°n» door zyne hS a ghDd e-n minzaam gedraS> de goede genegenheid der Romewen, zodat zyne vyandeJ hunnen haat en misnoegen zelfs niet eens durfden te kennen geven, (f) De (ƒ) Idem /foW. Burgund. lib. II p. 105. Rotn E ^£i|wle/d .°Pfdeezen ^gt yergezeld door 2yne neeven berg rykskancehcr; Hendrik, hertog van Brunswyk; Alben van Lechemberg- Hendrik, landgraaf van den Elzas; Frederik bJgraaf van ife,^. M«W van Ortmie«, ivilleZZnM^t fort, en den grootmeefter der Stóf/rf, ridderorde. (?) (1) Burgünb. «i. 72.  het DUITSCHE RYK. 475 De paus, alle zyne maatregelen, om de krooning van tt Lodewyk te beletten, veriedeld ziende, fmeedde nieuwe R om.werpen , om deszelfs magt in Italien te Verminderen. tt Tot dit einde handeide hy door zvne zmdelingen metn de ftadvoogden van Viterbo en Ostia. die reeds hunne VuTafb. toeftemming gegeven bedden, om Napelfche bezetting binnen deeze plaatfen te ontvange», toen Lodewyk, in tyds van hunne oogmerken onderricht, troepen zond, om zich van die fteden te verzekeren, en de verraaders te vatten, welken gevangen naar Rome gebragt werden De Keizer hield zich negen maanden in de hoofftad „ . *op, geduurende welken hy alle dingen regelde, en de£.74 rust van Italien herftelde, terwyl de paus zyne bullen,aus 20 van ban en afzetting tegen hem vernieuwde, willendezeersehy aan geene voorflagen van verdrag het oor leenen,{ergfiftd-t ten zy de Keizer bewilligde, om zich van zyn opper-S2fL' gezag te ontdoen, en als een ambteloos perfoon te wreeken. onderwerpen aan het vonnis, het welk hy over zyne verkiezing vellen zou. Met één woord, hy behandelde hem zo onwaardig, dat Lodewyk zyn geduld verloor, en zich op hem befloot te wreeken, door eenen anderen paus te verkiezen. Om zich daartoe den weg te baanen, beriep hy eene talryke vergadering te Rome, op welke de paus werd afgezet, onder voorwendfel, dat hy een ketter, en veriater van zyne kudde was; ook verbood men allen den onderdaanen van bet Keizerryk, 1 hem voor het hoofd der kerke te erkennen. Vervol; gens deed hy een befiuit afkondigen, by het welk aan i alle bisfchoppen, en byzonderlyk aan den paus, ver' booden werd, langer dan drie maanden van hunnen zetel afwezig te zyn, of zich verder dan twee dagreizen daarvan te verwyderen, zonder bewilliging hunner kapittelen; belastende wyders, dat zy, drie maaien te ru* geroepen zynde, zonder weder te komen, niet langer als  476 HISTORIE van II- a]s„ bisfchoppen e:kend zouden worden , maar dat in Boek. zulk een geval eene nieuwe verkiezing zou plaats hebH. ben, even als of zy geftorven waren: en, volgens bet Hoofdst. eer Je beflujt, by het welk alle ketters aan dood-misvii. An,daad fchuldig verklaard werden, fprak hy beTvoSS des doods uit over Jacob van Cahors. r/elvk bv nau< Joannes XXII noemde j als zynde overtuigd van regtitreekfche kettery en verraadery, naar dien hy inbreuk gemaaKt had op de regten des Keizerryks, » door de Kei- * De abt van Fulda merkte in eene redevoerins tnt hPt vnikaan, dat Jacob van Cahors een veriater was dekerk, vawe£ hy voorgaf bisfchop te zyn, en een vervolger van he 112 volk, dat hy overgroote fommen gelds bad afgeperft/onder voor! T,l SL'n'f d? °^l0S teg5" de leenen, Lr het in tegen deel tegen de geloovigen en de vrienden van het Roomfche ryk ge. bruikt was het welk men geweld had aangedaan door het predi ken eener kruisvaart, en door gefchenken uit geestlyke goederendat hy tegen de Romeinen en de keizerlyken die onderftfnden ge keerd ha«l welken hy van den koning van Frankryk en de andfre T„,envhah°fntkVaii§enu' t0£ ontzet van den benauwden koning van ^n»^; dat hy de begeving der kerkelyke ambten onregtvfardig voor zich behouden had, en ze dikwris voor geld aan onwaardit cTr^tl'U d3t hy' d°°r d? van «nel nieuwen §7a\ en de raadgevingen van eenen anderen Abjathar, ( meenende hiermé. de koning Robert, en den kardinaal Orfmi) verderflykfcheuSn en booze ketteryen in de kerk van God verwekt had. dat hyëde 5e ftnanïPetn/nf/erkV<,0gJen ïndie"oege had onderdrukt/dat zy zelfs met durfden morren; dat hy de leer van Chkistus en de Apostelen, met betrekking tot het tydelyk gezag der keizeren matt^en^-h J2"™nde. de. 8««Ve Lt Sde waereld ykê magt, en zich zei ven voorbaarig bet regt aanmatigende nm rfP keizers te bevestigen of te verwerpen; en, eindelyk, dat hv al Ie regt op den ftoel van St. Pieter verbeurd had? „aardie ihi door zyne valfche bepaaling aangaande de armoede var?S«™ këtteLn.e(x)P0Stden' 2iCh zel^« ^S^hikte dTbrf"moÏÏ (i) Cjaccon. in Joan XXII.  het DUITSCHE RYK. A77 Keizerlyke ambtenaaren aftedanken, en hunne plaatfen U> op zyn eigen gezag te vervullen, (g) Boek Deeze flappen waren flechts het vooifpel van de II. wraak, welke de Keizer dagt te nemen: want vervol H°°*™t. gcri X ir a!le de aanzien,ykfte lieden van zyn hofVIL ArD' en de ftad Rome byeenkomen , in welke vergadering hv H? fidt in Pietro de Rainaucci, een Franciskaner Monnik od eer\deszelfs Srie^tif11, zyne,]illkerhand geplaatst hebbende tot drie maaien toe het omvraagen, of zy deezen zelf-ner Mor, den Vader Petrus als paus wilden aannemen, of nier"" het welk toegeftemd zynde, droeg hy hem de paufelvkèpa"xam' waardigheid op, ftak hem den ring aan den vinger? en hing hem den mantel om de fchouders. f£) Vervolgens hem aan zyne regterhand op den priesterlyken ftoel doende nederzitten, begroette hy hefn by den naam van Ntkolaas V, vattede hem by de hand, en geleidde hem naar den ftoel van St. Pieter, waar dees nieuwe paus de mis hield , en het volk den paufely ken zegen gaf. Eenige dagen na deeze plegtigheid werd Lodewyk om aan Ntkolaas te meer aanzien by tezetten, op het pmkfterfeest nogmaals gekroond. Zo haast Joannes van de verheffing van Petrus on. dernch werd, deed hy den tegenpaus in den ban, nevens allen, die by de plegtigheid tegenwoordig geweest waren, behalven den digter Petrarcha. wien hy om zyn vernuft eerbiedigde. Ook was Ntkolaas niet minder werkzaam, om hem op zyne beurt dezelfde vyandJykheden te betoonen: want hy kondigde twee bullen ai, waarby hy de afzetting van Joannes bevestigde, en verKiaarde dat alle zyne aanhangers, zowel geestlyken als waereldlyken, als ketters zouden geftraft wordengelyk ook volgens deeze bulle daadelyk twee perfoonen ten Spond Conlln. Barre, torn ,. p sp2. VA©iifo. ad L %%. ?' Eürop. Hisr. XI. D. & St. Ppp  47« HISTORIE van II. ten vuure werden gedoemd, en paus Joannes zelf in Boek. beeldtenis verbrand. II. De Keizer had voorgenomen, zich wederom meester Hoofbst. te maaken van de regten en ftaaten des ryks, welken VII. Afd.Robert, Koning van Napels en Jpulie, op last van den paus, overweldigd had; doch hy draalde met die onderneming zo lang, dat Robert tyd had, om zich in ftaat van tegenweer te ftellen, het welk hem verpligtte, om de uitvoering van zyn ontwerp tot een anderen tyd uitteftellen: want, toen hy uit Rome trok, om deezen krygstogt aantevangen, vond hy Robert zeer wel verfterkt in Campanle, en, by zynen aanfiag op de provincie Labour, had hy het verdriet van te zien, dat zyne troepen verfcheiden maaien werden te rug geflagen • ja, daar de Napolitaanen, meester zynde van Ostia en Anagni, langs den geheelen Tiber alles onder hun geweid hadden, werd Lodewyk door gebrek aan mond-en krygs-behoeften in zulke engte gebragt, dat hy genood, zaakt was, naar Rome te rug te keeren, waar zyne tegenwoordigheid eene groote fchaarsheid veroorzaakte, en het volk aan het morren bragt; dit misnoegen werd ZteRomei-door den kardinaal d"Orfint aangeftookt, en brak ten nen ver. laatften uit in openbaare wederfpannigheid. De Kei- neT? ee~zer' wiens troePen te 8elvk binnen en buiten de ftad ftand. waren aangevallen, ziende, dat hy het muitend graauw en de Napelfche troepen onmogelyk zou kunnen weder, ftaan, zond zynen paus, onder een fterk geleide, terftond naar Todi, werwaarts hy naderhand zelf insgelyks de wyk nam. Zo haast had hy Rome niet verlaten, of de kardinaal Orfini kwam 'er in, en deed eene aanfpraak tot het volk, het welk daarop Joannes als wettigen paus erkende, en den tegenpaus nevens den Keizer met alle tekenen van verachting en afgryzen ver. zaakte Lodewyk Inmiddels hield Lodewyk een mondgefprek met Pe* trus,  het DUITSCHE RYK. 479 trut, zoon van Frederik, Koning van Sicilië, te Cor- II neto, waar hy zich bitter beklaagde over zyne Sicili. Boek aanfche majefteit, als de oorzaak van alle zyne misluk II ' kingen, doordien hy de vloot en het geld niet gezon-Hoofdst. den had, welken hy zich by verdrag had verbondenV1L Afbte zullen leveren. Petrus, hem zo ongenegen vinden-wyfc*«r de, om den oorlog voorttezetten, ging onder zyl naarCorne:ozyn Vaders Staaten, maar werd door eenen hevigen ftorm overvallen, welke het grootfte gedeelte van zyne vloot vernielde. Van hier begaf de Keizer zich naar ^ werwaartstfy wny door MMaas gevolgd werd. Aldaar fleet hy eeni-V3M^f em ge maanden, geduurende welken hy zyn befluit tegen^2a?It" paus Joannes wederom deed afkondigen, en een gezant-%™ fchap van de Algerynen ontving, die hem om zyne be-nenT Ichermmg verzogten, waarvoor zy beloofden, hem met vyftig wel bemande fchepen, en eene zeer groote fomme gelds byteftaan Zy werden gunftig ontvangen , en, naar alle waarfchynlykheid, zou Lodewyk met deezen voorflag zyn voordeel gedaan hebben, had hy niet ten beter redmiddel gevonden in de vriendfehap des Konings van Bohemen, welke beloofde hem te hulp te komen aan het hoofd van een overwinnend leger, waarmede hy Luthauwen voor de Duitfche ridderorde vermees. terd had. Dan, eer hy zyne oogmerken ten voordeele van Lodewyk kon uitvoeren, zag die vorst zich van troepen ontbloot, en, daar hy zich verlaten vond door het grootfte gedeelte zyner vrienden in Balien, welken hy door zyne geweldige handelingen van zich vervreemd had, zich genoodzaakt, naar Beieren te wyken, om zvne zaken te herftellen. Niet zo haast was hy vertrokken, of die van Pifa verzoenden zich met den Roomfchen ftoel. De Romei'Ve& nen riepen den kardinaal legaat te rug, en ftelden zich onder het bewind van paus Joannes. De fteden Todi,in lta!ien Ppp 2 n+  4oo HISTORIE van t£L r%ur}a> e,n Pistoia volgden dit voorbeeld- de VheekA Boek. verheten's Keizers party, en ontvingen vergïffeS tan Hoofdst. uf^ "'S' ^ de tegenpaus iVto, heDt onmoge- vii. afd.jvjc, v"iaende, om zich te Pifa langer te verbergen *4anedrvfnrPd2ICh r3? i^*' *c' z-™en beëedTgS afKeizers Jand™ de paufelyké waardigheid ontvangen hebben. w en de, hem zyne misdryven vergaf, en voor zvn leeven Nikolaas gevangen zettede. (i) y leeven Ö'-^ Z6er ge,ukk,'g SeflaaSd zynde in zyne paus Joan.poogingen om genoegzaam geheel Italien van Lodewyk* belangen aftetrekken, en zich van zyneni medSer te verzekeren, bleef hy nog fteeds byS'S ften aandringen, om eenen nieuwen Keizer fverkie zen: doch zy waren, ten deezen tyde, de burgerlvke onlusten zo zeer moede, dat zyne vertoogen geheelenal in den wind werden geflagen, en zelfs die vorften, weï ken zich m den beginne tegen Lodewyk hadden aangekant verklaarden, thans te verlangen, om hem in het I330< vreedzaam bezit van den Keizerlyken throon te zien Lodewyk Om zyne eigen vreedzame gezindheid aan den dag te ïeltr LCPggen' Z°nd hy een gezantfchap aan den paus" om ee! jchap aan ™ ^TW" den H' ftoel te verzoeken, waar. Wpaus. voor hy beloofde, alles, wat hy tegen zyne héiiffi ken^DSf f6" °f befl°°nten had' ^derom inteE ken Doch alle zyne voorflagen werden door Joannes met verontwaardiging verworpen; zelfs, ver v4 zVn verzoek mtewilhgen, fchreef de paus twee brieven aan den Koning van Bohemen, in welken hy dien vorst als een zoon der kerk, aanmaande, ja beval, Lodlwlk aftezetten, en tot eene nieuwe verkiezing te treden SJST kinglebad^^rt^1157^" ? hï £6rSt geene ^ met den Kin.? &ebad re hebben by den Koning van Bohemen ft«^y«welke zich voor den Keizer verklaarde, en als zvn iS' Bohemen. * (0 Spond. ad. ann. 1339, Rainald. ad. ann. 1329.  het DUITS C HE RYK, 4S1 dehouder naar Italien trok, aan het hoofd van een le- • IIger, waarmede hy byna alle de fteden in Lombardyen Boek.' wederom tot gehoorzaamheid aan het Keizerryk bragt. H« OpgüBLaazen door deezen voorfpoed, begon hyHo0FDST* denkbeelden te koefteren, zeer verfchillende van die,711, A,u' met welken hy de Alpen was overgetrokken; en de n,r paus, van zyne geneigdheid zeer welonderricht, ftreelde zyne eerzucht zo fterk, dat door den invloed van zyn gezant, Bertrand de Poyet, de Koning van Bohemen met hem een heimelyk verdrag regen den Keizer floot. Zo haast de aart van dit verdaag uitlekte, ontrustte het beiden de Guelphen en Ghibellinen zo zeer, dat zy zich tegen den Bohemer vereenigden; en de Keizer, zyne getrouwheid verdagt houdende, befloot, hem t' huis werk te verfchaffen, het welk hem fpoedig uit Italien zoude herroepen, Met dat oogmerk rokkende hy tegen hem Frederik, markgraaf van Meisfen, op, nevens Otho, hertog van Oostenryk, welke toen met het huis van Beieren verzoend was, Uladislaus, Koning van Polen, en Charobert, Koning van Hongaryen, die, allen ten zelfden tyde, onder verfcheiden voorwendfels, op zyne Staaten aanvielen. (£) JAN van Bohemen, van deeze gebeurtenisfen kund-ö* Koning fchap krygende, liet zyn zoon Karei als ftedehouder VOT Bohem Italien, en, zelf zich naar Duitfchland begevende,™* verfloeg alle zyne vyanden, den één na den anderifchiand, waarna hy de Alpen wederom overtrok, om zynenen aflaat zoon tegen de Guelphen en Ghibellinen by te ftaan enaWe2y'ïe juist opdaagde, toen de jonge vorst eene volkomene^'"^ overwinning behaald had. Hy voerde hem vervolgens in zegepraal naar Praag, waar hy, uit naiever over den behaalden roem van zynen zoon, het markgraaffchap van Moravie aan hem opdroeg, om een voorwendfel te W em Hb. VII p. 618. /pond. Contin. ubi Supra. PPP 3  482 HISTORIE van Boek f hebuenWaarop hv hera van de hoofdftad van Bo. ootK. hemen konde verwyderen ^ v*" w« hoofdst. m^ID»ELEttw1vV1 wendde de Pa"s zyne kunftenaryen VU. Afd-met zulken gelukkigen uitflag aan by Otho van Oosien. I33a. ^, dat deeze vorst den Keizer verliet, zyne Wn DJL, aan den H ftoel onderwierp, en zieh zdveTals S van Oos. man der A«>»/^ kerk verklaarde. Nogthans zuX EkS^W °nd?f d« Eerfte ellende en verïïStin^ S r*/a/ *hoon de G«^» en Ghibellinen zich tegen de X' van denHMers vereenigden, zy bleeven echter nog met den onfteei. verzoenlykften haat den burgeroorlog onder elkander voeren; en veele byzondere edelen wierpen zich zeï ven, geduurende dit tydperk van verwarring, op tot kleine dwinglanden, (m) 8' p vin bTI Lombardyen aan zulk eene opeenftapeling aflaat Y*n wanorden ten doel ftond, trok Jan, Koning van ^ Duit- Bohemen, den Dultfchen ridders te hulp, die door de STSf £^ eronnd/nnSetlen^Hy dr0ng *» ^Craeau y door, en ondernam het beleg dier ftad, welke door de inwooners met groote hardnekkigheid werd verdedigd, tot dat zy door gebrek zich gedwongen zagen, om een verdrag te verzoeken, welk, onder bemiddeling Otho v*4VolgdTerd Vft^» fpoedig door den vrede OostenrykgeV0JSd werd- Otho van Oostenryk, die nu een aanhanbelegert §er van f en paus geworden was, vereenigde zich met Colmar den bislchop van Conftans, en belegerde Colmar, welk ZeTtt te met Lodewyk van Beieren hield. Hy floot de ftad AT daadflvk » met een leger van dertigy duizend man; doch dezelve werd treffelyk verdedigd door den markl graaf van Baden, tot dat de Keizer tot haar ontzet aanrukte met eene fterke bende krygsvolk, welke hem door den Koning van Bohemen, fdie middel gevonden had, om zyn gedrag by Lodewyk te regtvaardigen) en „ ~ " door (0 Du*rav. Sist. Boem. lib. XXI. (») Raihald. rf. «ft. ,338.  het DUITSCHE RYK. 4g3 door den graaf van Wurtemberg was bygezet: weshalven tt Otho rhans alle hoop op het we;gelukken zyner onder- Bnp* neming opgevende en bovendien bemerkende, dat hy i\ zelf niet anders was, dan een fpeelbal van het Reom-YLomkr fche hof, het befluit nam, om vrede met den Keizer vu. ttnt. te maaken, welke ook daadelyk getroffen werd. Thans begon Lodewyk het ryk in vrede te regeeren, hoewel de openbaai e rust dikwyls geftoord werd door den baat en de vyandlykheden tusichen ae edelen en fteden, welke alle de verfchriklyke gevolgen van burger oorlog na zich fleepten, tot dat zy beteugeld weiden door bondgenootfchappen, gelyk dat van Straatsburg, Fry. burg, en Bazel, weike fteden, omtrend deezen tyd, tot hare onderlinge befcherming eene verbindtenis aangingen. («) Ondanks den voorfpoed van Lodewyk in Duitfchland, WiJde te P*US van zyne kuipei'yen niet afzien; maar, nadat hy Jan, Koning van Bohemen, in het aankleeven zyner belangen verfterkt had, ter gelegenheid Van een mondgefprek, het welk hy met dien vorst hield te Avignon, bewoog hy hem, zich naar Balien te begeven, ten einde de belangen van den H. ftoel te hand. haven tegen Robert, Koning van Napels, die thans zyn bitterfte vyand geworden was, en tegen de Viscon. tien Escali, welken zich by zyne Napolitaanfche majeftat gevoegd hadden, omdat zy het hun belang rekenden, in troebel water te visfchen. De Koning van Bohemen trok dan, door eene bendeD' Branjche troepen verfterkt, de Alpen over, als een5""2 Bohe' vvleH nger dei* ke-k: bv Verom §eraakte hy met denïS.Sg vyand flaags, ontving tweemaaien den nederlaag, en keer-Kil,? ae, na zyne troepen, geld, en achting te hebben ver la*S h iooren, naar Duitfchland te rug. Verona. W Ahnal de l' Emp. torn, Lp. 415.  484 HIS TOR IE van ÏW D/ Keizer b,ecf middelerwyl in vrede te Munchen Bojk. zonder eenig deel te hebben in deeze gebeurt7nlfeH' ^'"'■SÏwp f1" rP3US de vorften 'onder ophou- vu. Afd.bleef aanfpooren, om tegen zyne regeering opte. ftaan,' t" S\ZEÏ' £evens vee,en ^an zyne vrienden aan de kerklyke ftraffen onderhevig was, befloot hv ee ne kerkvergadering by één te roepen, om e ïteb annes ™kte, voorkwam zulks. De woelige paus liet onmeetjierft. lyke fchatten na en werd in de pïufSyke waardS opgevolgd door Jacob Dufour, bygenaamd T£ Kardinaal, welke den naam van Bemdktus XII aannam. {0) drtU jSSff nen^0 orzar'rfr8 ?heCn in t voetftaPPe" van zy. Keizer en ™" voorzaat te treden, en bevestigde zelfs alle de d^A^gDUlIen, welken Joannes tegen den Keizer had uitgesevan Bohe ven, die deeze magteloze banblikfems niet zo zeer ter «en. harte nam, als fommige andere zaiten van grooter gewigt, die zynen aandagt tot zich trokken Jan van Luxemburg tweede zoon des Konings van Bohemen, was gehuuwd met' Margaretha, bygenaamd Grootmond, erfg' name van Carinthie. Deeze vorftin befchuldigde naar gemaal van onvermogen, waarop het huuwlyk door den bisfchop van Frisingen verbroken werd; weshalve zy, oordeelende, thans vryelyk over zich zelve te mo- (O ViLLANr. Lib. X. cap. 2i. * Onder andere dwaalingen in het ftuk der Jeere beweerde Joannes, dat de zielen der zaligen in den hemel alleen de mén! fcheiyke natuur van Jefus Christus zien tot aan de opTandL £ welke zy het zalig gezicht der godheid genieten zulkn (i) ^ fi^«BiLtJZ* Vk' M' AvmU t0m 1 *' ?88' Zië de tlhtorie der.  het DUITS C HE RYK. 485 gen befchikken, in den echt trad reet den markgraaf jr van Brandenburg., zoon des Keizers, die gereedelvk nOVK zyne toeftemming gaf aan een huuwlyk, het welk Ty jj rol en Carinthie aan zyne familie bragt. Dan, deezefïoofbst. verbindtenis bragt een oorlog voort tusfchen de huizen VII. Afb'. van Beieren en Bohemen, die geduurende een gantfeh jaar met wisfelenden kans werd voortgezet, tot dat hy met een zeer zonderling verdrag eindigde, volgens het welk de jonge Jan van Luxemburg van allen eifch op zyne gemalin afftond, en haar huuwlyk met den markgraaf bekrachtigde, (p) Na het einde van deezen oorlog fpande Lodewyk aller>« ped'n zyne vermogens in, om de huislyke onlusten van hetStraats-" ryk te ftillen. De regeering van Straatsburg, zich inbur§>Ba" haren koophandel belemmerd vindende door de invallen^6'/ Fry" van IValter, heer van Schwanau, die haar benaauwdea "Jeër. p. S73. W Ra in ald. ad. ann, r335. ^  het DUITSCHE RYK. 48? fterk bondgenootfehap onder de vorften van Duitfch- TT land, aan welks hoofd de Keizer zelf was, die Eduard » tor ftedehouder van het ryk aanftelde, en zo veel vertrouwen vestigde op de fterkte van deeze nieuwe ver- Ho bindtenis, dat hy zyne gezanten van Avigmn te rugVii°Tn riep, en de onderhandeling met Benedictus afbrak: hv onder de fchreef echter een brief aan den paus, waarin hy zichD"'tfchs beklaagde over den Koning van Frankryk, als zynde eenVorfl:eafchender der verdragen, naardien hy zich meester ge. maakt had van verfcheiden ryksleenen in het bisdom van Kameryk, weshalven hy zyne heiligheid verzogt, hem te helpen, om dien vorst den oorlog aantedoen. In plaats van aan deeze zonderlinge begeerte te vol- 1^* doen, ftelde Benedictus alle zyne bekwaamheden teBenedic. werk, om eene vredebreuk tusfchen Lodewyk en Edu-tas dwars~ ard te weeg te brengen, aan Philips van Valois ee-^ ne goede verftandhouding te verichaffen, en een geest mSL van nayver tegen den eerzuchtigen Engelfchman in de*"». Duitfche vorften optewekken: ja, hy trok zelfs Hendrik, hertog van Beieren, van Lodewyks belangen af, wien hy als een verbannen ketter verliet, (s) Het gedrag van den paus by deeze gelegenheid werd Hy zet den voornaamlyk veroorzaakt door zyne afhanglykheid van Koning Phihps, die, om het bondgenootfehap van Eduard onvan Bonete weegen, zich verzekerde van den byftand der Ko-ff" T mngen van'Bohemen en Navarre, als mede des hertogs/wvan Lotharingen en des graave van Savoien: bovendien^ tegen leerfchte nog de geest van paus Joannes in de party-^"Keizer. jcbappen, welken hy tegen den Keizer berokkend had. jant Koning van Bohemen, opgeblaazen door de hoop, dat de Keizerlyke kroon op zyn zoon Karei van Luxemburg vervallen zou, vo'gens de verzekeringen, welken hy van Frankryk en Rome had ontvangen, had zich (f) Barre. iom. VI. p, 584. Qqq 2  4*8 HISTORIE van. II. zich verfterkt door het bondgenooten m** a v . Boek. gen van Hongaryen en fW en «7 met- de Konfn' II. de been gebragt; met oogmerk om H^^'f °P HooFDST. hart van Beieren te voeren ' ? T]o^ in het Vil. AFD.tro hebbend bf;ee^n' *™ de Keizer, zyne voege, en volgde STvTo» Zlten 2^ noodzaakt werd. een flip- n' dat hv ge" zyne bondgenoten, na een J^TAS' "T/" hv en vegt, den volkomen nederig omvS echter zyn moed niet zakken, noch vermS/ 7 deed hoop, in vertrouwen op de 'vfiffj*.^ magt van den iwi Koning 2 3 e, krySs' zoon W afvaardigde, om S ' maatreden Te T raamen ten emde zyn geleeden verlie? fhSellen M Schoon Lodewyk zeer dikwvJs WJN ?re,,en- CO trachtte hy nog, uit al zvn Si , a%eweezen, genheid van den H' ftoel te berS?' de#°ede Zene' van Benedictus, die at^^ne^agen ^rwieS^0? vreeze, van den Koning van FrankrTt V^WlerP> mt geven. De ryks vorften V^l T^11 .? lyke, verklaarden, op eene verLd^ï* •lvaereldKeizerryk als ona'fhangKyvarX "fu ° 5^7^ hef als wettigen Keizer- rl in tL j- j P s' en L°dewyk nen v^tte^dSl of zt zond?™^ Van zv" dere wyze met hem handelen f ^ et rSa^e vastóing J^^^*^X* weTïe welke men de onafhanglvkheid van her iS- fd' by eeuwig vast ftelde. $, * beC Ke,zer'yk voor * At* de „eurvorlten, behalven den Koning van Bonnen, die  het DUITSCHE RYK. 489 In het volgend jaar vernietigde de Keizer op eigen jr gezag het verbod, welk paus Joannes XXII tegen hem r>' had uitgegeven, waarby den geestelyken verboden werd, tt den kerklyken dienst voor hem te verrichten; zelfs hoofdst weerde hy,uit hunne kerken allen, die zich aan zyn Vil. Afd. bevel niet wilden onderwerpen. Van de verklaaring,Berthold welke Lodewyk tot zyne eiaen verdediging had doen af'doet hulde kondigen, behelzende de ftappen, die 'er op den tyks-a™.den dag gedaan waren, werden exemplaaren aan Benedictus er' toegezonden door Berthola, bisfchop van Straatsburg, die tevens aan zyne heiligheid zyn onvermogen, om tegen den Keizer te kampen, vertoonde, en daarom verzegt, hem te vergunnen, om aan dien vorst hulde te doen, naardien by anders zou bedorven zyn. Dit verlof werd hem door Benedictus verleend, dewyl hy thans begon te begrypen, dat hy zynen haat al te ver getrokken had. Berthold begaf zich daarop naar Spiers, en deed hulde aan den Keizer, die hem met het waereld» lyk gebied van zyn bisdom bekleedde, (w) Tot deeze onderwerping was de bisfchop grootendeels bewoogen door de vertoogen van Albert, bygenaamd de Mismaak. te, hertog van Oostenryk, die de onlusten in den Elzas wenfebte geftild te zien, opdat hy te beter gelegenheid mogt hebben, om zich tegen de Zwitfers te wenden, welken hy beflooten had tot onderwerping te brengen. Hy (w) Albert. Ar gent. de gestis Bertholdi. p. 173. die Philips was toegedaan, verklaarden, in eene vergadering te Conjieim, in het gebied van Mentz, by een plegtig getuigfehrift, dat hy, die by de meerderheid der keurvorften tot Roomfch Koning verkooren werd, de goedkeuring, bevestiging of bewilliging van den H. ftoel niet nodig had, om den titel vau Koning aamenensen, de wetten te handhaaven, en de Staaten des Kei. zerryks te beftuuren (1) (1) Albert. Argent. p. 120. Spener. Q.qq 3  *» H I S T O R I E Vis ból. va"yrr„%ttre sa «* vil ^Schafkmfcn overtrok, en totTa„ *L£? V b* Albe, ^vne voorhoede door den Zjt «S "aderde> onrfer*, noodzaakte, van zyne ondernpmJnJ V et WeIk heni fteden in zyne ei^L^l^^^ <*, de De jooden Dkeze opfebuddingen werden ^±Ee,!ï worA» uitteroeien. Om deeze 7vZP 8 !?' de eerst in ^«te/^f^ het vermoordde men eene grooL menT^p hengen, natie; en de hVtin- KL *m™&e. dlcr ongelukkige «rekte, was zo v rfcWÏlyk dat d°e Zf" ^ wanhoop vervoerd dTvTn ? ?^ zdvoa> tot meerderden; wan?,' li^S^SflT ,d,t f h°UwfbeI ver' ontmenfebte vyanden te veri hande,n Van zu,ke zeiven van haZ \ vervallen, maakten zy zich vroXn "„^t ;dne'het ^Tf^i ™ tane^fgen rykdommen, weken *v' he' vefber«™ <™ bonne hnn ongelnk S^J?',^^"*?^". .fel « ftand dier rampzaligen SÏÏ 'mï^ **aglyke toe*«. bisièhop Pva„ gs!rZl%^'Zfyt" 2/^ ven ten fterksten wrrnft,, j ' ' daarenbo- nig  het D U I T S C II E RYK. 491 nig krygsvolk, dat by verzameld bad, uk dat gewest TT verdreef. Men liet de overig? Jooden in vrede leeven. p en Armleder, gevangen genomen zynde, werd als een ^°^K' oproermaaker en verftooruer der openbaare rust terrr dood gebragt. H=. Deeze opfchudding geftdd zynde, trokken de troepen van bet ryk en der Duitfche vorften naar Mechelen,De^Keizer waar zy zich vereenigden met de Engeljchen, onder he-wwAt navel van Koning Eduard, die de üi.c Kameryk beleger- yveriS te~ de; doch de ftad werd door de Franfchen zo wakkerf^ dfx. verdedigd, dat hy, met het naden n van den winter,fchcn,* van die onderneming afzag, Hy iiep vervolgens Picar. dyen af, en daagde den Koning van Frankryk tot eenen veidHag uit; doch, dit geweigerd zynde trok hy naar Braband, en het meerderdeel zyner Duitfche bondgeno. ten naar hunne eigen ftaaten te rug. Het begon Lodewyk omtrend deezen tyd te berouwen, dat hy het ftedehoUiierfchap des ryks aan zulk een magtig vorst opgedragen, en zich had ingelaten met een bondgenoot, die Duitfchland beroofde van zyne beste troepen, zo dat 'er geen genoegzaam aantal te misfen was, om in Balien, waar byna alle de fteden zich aan den paus onderworpen hadden, de belangen van het ryk te handhaven. Toen de vorften uit de Nederlanden te rug kwamen, beriep de Keizer een ryksdag, op welken hy, na den ftaat der zaken in Lombardyen te hebben afi gemaald, zodanige onderftanden in volk en geld eifchte, i als hem in ftaat konden ftellen, om over de Alpen te \ trekken, en de wederfpannige fteden te ftraffen. Dan, 1 daar deeze togt in het tegenwoordig tydgewrigt ondoen! lyk fcheen, naar dien alle de geldmiddelen van Duitfchland grootendeels waren uitgeput, was hy genoodzaakt, zulks tot eene gunftiger gelegenheid uitteftellen. On- O) Luwte, Arch. Imper. torn. VIL p. 12.  49* HISTORIE van IT. Ondertusfchen-werd hy, door Wp ^a v Boek. ryen des Franfchen KonhS IffT en kuiPeII, tegen den Koning ^TinfelanT ,Ulte'^n . verbitterd Hoofdst. het betaaien der orderftanden ' ^,at,g was in VILA^ wecea een ^T^f1^.^^ buiten het belang van dien vorst r2te ^1';esha,ve hy de van het ftedehouderfcbap, 7nTeer^ var? ï™^' betuigingen en de onderwerping vanVï 3 % te^en" wat hy bedenken kon, beproefde l£?Mrd> die a,les' te verbidden oeproetde, om zyn misnoegen 1340. LODEWTK trad te eereedpr ,« a wordt Philip, omdat men Lm vleide lp,- ?™I(:^n van door bemiddeling Van dien vorst ÏpiJ f," worden ,^^^.aan zyne heiligheid fchreef^ ten behoeve var'Tj^8 doch naar alle waarfchynlykheid was hv Sief elinygnegeS°rS f** °" 3* SS den LSmt tlt dt\-t Stef 1 ÏÏft * ningen, terwvl hv ovpi- r?« , V u ,en en verfchoo- heden 'van halZ Sikte asTp^"heerJ^ Keizerryk, her welk hy voor' ILuf^r^^ trend deezen tyd verloor deruItlSe r 00 0rn- zyn gezicht Tn ^.i , 6 KonmS van welken h'y £ ffi£? JJ? *£■* by die naderhand Keizer werd Mora2 £n IT emburg nevens de landen u 5° ^ en Jin in iv-^W hadaan' w; ",by d,00/ zyne B«na- voorzorg was vruchteloos- wZ El'/ °?h de?ze ]aatfte verzekerde zich van dat ' wes ^,Vud^ zoon» in zyne kindsheid was (f) ' temyl ^'«w&w nog  het DÜJTSCHE RYK. 493 ïn dit zelfde jaar werd Lodewyk tot fcheidsman ge- tt kooren, om de verfchillen van het huis van Denetnar- n ' ken te beflegten. Gerhard, graaf van Rendsburg, en ?fK* Waldemar, hertog van Sleeswyk, hadden de kroon over-Hocr r>s weidigd, welke van regtswege aan den jongen Walde. V11/Afb. toebehoorde, die aan het hof van 'Munchen werd opgevoed. Dan, de regeering van deeze geweldenaars was zo baatlyk aan de Deen fche natie, dat 'er een algemeene opftand uit voortkwam. Graaf Gerhard werd vermoord door Nikolaas Jacobi, een edelman van dat land, welke dit middel verkoos, om zyn vaderland in vryheid te herftellen. Vervolgens zich aan het hoofd der Deenfche wederfpannelingen ftellende, leverde hy den vorften van Holftein flag, die, fchoon hy in het gevegt fneuvelde, den volkomen nederlaag ontvingen, waarop de wettige erfgenaam den throon zyner voorvaderen beklom. Dees jonge vorst werd gehandhaafd en befchermd door den Keizer, die thans eene vergadering te Spandau beriep, op welke een verdrag tusfchen den nieuwen Koning en de vorften van Holftein werd uitgewerkt, onder voorwaarden, dat hy van alle zyne eifchen op den throon afftaan, zyne zuster aan Waldemar III ten huuwlyk geven, en in het gerust bezit van Jutland zoude blyven. (d) Alle deeze verfchillen bygelegd zynde, begon Duit föhland dien vrede te genieten, met welken het zo zelden gezegend was, en Lodewyk nam deeze gelegenheid waar, om eenige heilzame fchikkingen te maaken tot bevestiging van de openbaare rust. Hy deed de wetten tegen de landlopers en misdadigen van aUerJeie foort ftrengelyk uitvoeren, nam de onfchuldigen en vlytigen in zyne befcherming, en beloonde de verdien- ften • (a) Poktan Her. Dan. Hist. ad ann. 1340. Eup.op. Hist. XI. D. II. St. Rrr  494 HISTORIE van II. ften naar zyn uiterfte vermoeen 7v„ . Boek. Huur maakte hem niet alleen^eminf hv T & 11. nen in het algemeen maar n! b.V zyne ondcrda- Hoo»,t.de vooroordelen van byna alIe dT °°a den,haat en vn.APB.vyanden n£y,'a^1* vorften, die zyne zogten en aankweekten WnhofT^^P en befchaafd; en, omzkh noTm^u^*9 VloIvk volk te maak'en/fteldeïy t?°5fS,ben,,nd by heE - nooispelen in, die zedert vt- S Lpragtl§e tour" var.Buufchland buifefgebS ^reT & * ^ jJSfc vJff^teM^ zyde jfrVJ* bynaVheel verKe^K & o^ln^nKdZer Z°gC °^™aken. Z*** h? i it T" ? ZCggen een martelaar voor de onaf deed, om zyne SfcJufi S^^^^Sg^Si z*. ™- f \ 7 bUnne teruêko™t in ZW^/i denmei'. Dcpaus zer te kunnen voorhouden. * Lodewyk, d^eze voor- (b) Panicrol. lib. ii. waar* D££Z£ voorwaarden waren, * volgt, „ Lodewyk zal TOw  het DUITSCH E. RY 495 waarden betomen hebbende, zond daarvan affchriften n aan alle de ftenden des ryks, het welk eene algemeene JW verontwaardiging over de vermetelheid van den paus n verwekte. Op eene vergadering der vorften en ryks-Hoofdst. ftenden te frankfort werden de voorwaarden openlyk vu. Afd. gelezen, en verworpen, als zynde een aanval op de eer doet hem van het keizerryk. Ook werd 'er een tweede afgezanten alle benoemd, om Clemens op te wachten, en hem te ver-7,6 aa-nhT' zoeken, om die voorwaarden intetrekken, naardien def« ftenden anders by zich zeiven zodanige maatregelen betreffende die zaak zouden nemen, als hun gevoeglyk zou voorkomen. Door dit blyk van minachting werd de paus meer dan ooit vergramd, zodat hy nieuwe banvonmsfen * uitblikfemde tegen Lodewyk en alle zyne aanhangers. Zelfs op aanhitfen van Philips van Fa. lois, Koning van Frankryk, die, fchoon hy vrede met den „ van Ockham met alle zyne aanhangers aan den paus overleveren • „ hy zal alle de befluiten intrekken, de gefchriften vernietigen \ „ en de lasteringen herroepen, welken tegen paus Joannes XXII „ waren afgekondigd; en, by een eeuwig ftaatsbefluit, openlyk , „ erkennen, dat het Keizerryk eene gift van den opperften „ priester is, en dat niemand Keizer is, of genoemd kan wor„ den, zonder de voorafgaande paufelyké bevestiging van zvn „ oppergezag " (i) 00 1 WILLEM van Ockham was een Engelfchman, die een boek cnreef tegen Karei en Clemens, waarin hy hen op eene zeer eer- I loze wyze behandelt. * In eene bulle, die tegen Lodewyk werd afgekondigd, lezen wy den volgenden vloek. „ Dat de toorn van God , van den 1 " 1 u,us en Paulus hem verplettere in deeze en in de toe. ,„ komende waareld : dat de aards zich opene, en hem leeven„ dig inzwelg..-; dat zyne gedagtenis vergaa, en alle de elementen ■ „ zyne vyanden zyn ; en dat zyne kinderen zynen tegenparfyen „ m handen vallen, «elfs in het gezicht van hunnen vader. (2) (0 Avent. Ann. Boior. lib. VII, p. 627. (2) Ankal. de l'Emp. torn. I p. 428. Rrr 2  496 HISTORIE van II. den Keizer gemaakt had, echter wenfchte, hem t' huis Boek. onledig te zien, ondernam en vervolgde hy heimeiyk 11. kuiperyen en onderhandelingen, om een aanhang onder Hoofdst..de Duitfche vorften te winnen, en hen te bewegen, Vil. afd.om ter verkiezinge van eenen nieuwen Keizer te treden, (c) ,346. Daar alle deeze flappen gedaan werden ten behoeve Kuiperyen van Karei van Luxemburg, zoon van Jan, Koning tenvoordee yan bohemen, die één der aanzienlykfte leden van het fi^n^'^eurvorstelyk collegie was, en hy Boudewyn van LuxLuxem emburg, aartsbisfchop van Trier, 's Konmgs oom, reeds burg, rfiegewonnen had, was hunne voornaame toeleg, om zich door zyneny&u de overige ftemmen te verzekeren. De paus had Z Room-Hendrik van Verneburg, aartsbisfchop van Mentz, om(chKonirgdat hy in 's Keizers belangen was, reeds in den ban verkooren gedaan, en graaf Gorlach van Nasfau, welke hem was en gekroond*^ fa^^ op aien zete] verheven. De ftem van WaU wrüt' deran van Juïiers, aartsbisfchop van Keulen, kogr men voor agt dmzend mark zilver, en die van Rudolph, hertog van Saxen, voor twee duizend. Deeze vorften vergaderden te Rens by Coblentz, en verkooren Ka > rel van Luxemburg tot Roomfch Koning, welke- daar de ftad Keulen geen anderen Keizer dan Lodewyk van Beieren erkennen wilde, te Bonn door den ideuwen aartsbisfchop Gorlach gekroond werd, nadat zyne verkiezing alvorens door den paus was bevestigd, (d) * De (0 Arcent. in Chron. Naucler. Gen. 45. (d) Villani. lib. XII. cap. 59 M«t- Ub. XXIV. * KJ REL van Luxemburg, die zich met zynen vader naar AvigKon begaf, om de goede genegenheid van den paus te verzoeken, verbond z;ch, ten einde alle de befluiten van Lodewyk te vernietigen, te erkennen, dat het graaffchap Avignon aan den H. ftoei behoorde, zowel als Ferrara en de landen van Matauda, nevens de Konibgryken Sicilië, Sardinië, en Corjica: bovendien beloofde by,  het DUITSCIIE R Y K. 4&7 De overige vorften en ftenden des ryks bleeven ge- IJ, trouwlyk aan Lodewyk verknocht, in weerwil van dee- Boek, ze fcheuring, welke ééniglyk diende, om hen te fterker n. aan zyne be'angen te verbinden. Eenigen tyd daarna Hoofdsv. tastte zyn zoon Lodewyk, markgraaf vn Brandenburg, Vil Afp. in het Tyrolfche, den nieuwen Roomfch Koning aan ,Lodewyk en gaf hem den nederlaag: zodat de'Keizer zyne wa-^r houdt zyne digheid en goed geluk, gelyk mede zyne regeering, me^heTln de liefde, de achting en goedkeuring zyner onderda*ac/({Z;jg nen, tot het laatfte toe ftaande hield. ftaande. MrsscHiEN zou deeze tegenkanting gevaarlyker voor Lodewyk geweest zyn, was niet de aandagt van den paus voor een gedeelte afgetrokken door de zaken van Napels, het welk door Lodewyk, Koning van Uongary. eny overmeefterd was, om den dood van zynen broeder Andreas te wreeken, die met Jane, erfgename van Napels, gehuuwd, doch door hare huisgenoten vermoord was. Ten zelfden tyde bevond Clemens zich in groote verlegenheid door eene zeer zonderlinge onwenteling binnen Rome, veroorzaakt door eenen gemeenen beambtfehryver, genaamd Ntkolaas Rienzi, die, tot gemeenteman verkoozen zynde, zich aan het oppergezag van den paus onttrok, en de aloude gemeenebestgezinde regeeringsform herftelde, welke echter niet lang ftand hield. 's Keizers voorzaten waren gewoon, zich van de eene Keizerlyke ftad naar de andere te begeven, en hunne hoven ten koste der inwooners te doen beftaan; Lodewyk echter onderdrukte zyn volk nooit op die manier; maar bleef, behalve wanneer hy genoodzaakt was, op dat, zo hy ooit te Rome kwam, om als Keizer gekroond te worden , hy oenzelfden dag de ftad zou verlaten, en 'er nooit weder inkomen, zonder uitdruklyk verlof van zyne heiligheid, (i) (i) Ahkal. de VEmpire, torn. I. p. 428. Rrr 3  498 HISTORIE vak n. op dep ryksdag tegenwoordig te zyn, altoos t' huis in Boek zyn eigen hertogdom Beieren, en vermaakte zich ce- II. meenlyk met de jagt, eene uitfpamüng , welke hem HoornsT. eindeiyk het leeven kostte: want, terwyl hy zich op VU. Afd.zekeren dag in de beerenjagt oefende, werd hy, naar H?vail men verhaa,t' door een overval van beroerte aangetast, "llyn waar°P h? van ^ P^rd viel, en, na dat hy zyne paard, en ziel aan God bevolen had, terftond den geest Jlerft. gaf, wordende zyn lyk te Munchen ter aarde he field, (ƒ) * ae De* ÏTnln'ka. ?EE? i?rstl ta dfn ouderdom van twaalf jaaren zyn Vakter af vader hebbende verlooren, werd te IVeenen, in Oostengemaaid. rP •> by zyne neeven opgevoed, onder het opzigt van zyne moeder, welke zo veel zorg tot zyne opvoedine aanwendde, dat hy alle de vorften van zyn tyd beid« in hoedanigheden van ligchaam en geest te boven ging" Hy was zeer lang, doch vlug, rofch van hair, blool zende van kleur, lang van neus, en breed van kin De wapenoefening verftond hy volmaakt, hy vreesde' voor geen gevaar, was oplopend, en al te zeer overgegeven aan de liefdes- vermaaken: in tegenfpoed had hy raad nodig, in voorfpoed was hy zich zeiven meester • hy was vrolyk en befchaafd van zeden; doch 'er was wat al te veel leevendigheid in zyn gedrag: hy kon met lang op ééne plaats blyvea. De monniken en non- (ƒ) Ibid. pag. 630. Villam, lib. XII. cap. 105. Huart. contra Bzov. ad. ann 1347. * Men zegt, dat hem, die door de weduw van Albert van Oostenryk vergeven was, door zyne geneesheeren eenige geweldige oefeningen werden yoorgefchreeven, nadat zy vruchtloos andere Huddelen van herftel beproefd hadden. Volgens deezen raad was hy op de beerenjagt urtgereeden, wanneer de werking van het vfeh (0° SCWC S WCrd' d3t hy d°°d Van zyn Paa'd neder* (i) Spokd. Cont. Ann. Ecclesiastic, torn, I. p. 685.  het DU1TSCHE RYK, 499 nonnen gaven hem den naam van den AUerhristlyks- tt ten, en den Allergodvruchtigsten, en betuigden grooren Boeit eerbied voor zyne mesfen, iervecten, en ander derge- n lyk foort van dingen, die hen hadden toebenoord. Ce-Hoogst duurende een geruimen tyd had hy geene andere bezit- VILAfo! ting dan Opper - Beieren, tot na het overlyden van Jan, hertog van Neder - Beieren, wien hy in zyne ftaaten opvolgde, (g) * (g) Avent. Ann, ubi Supra. * LODEWTK huuwde eerst met de dochter van een graaf wiens naam niet bekend is. Zy overleed zonder kinderen. Zyne tweede gemalin was Beatrix , dochter van Hendrik, hertog van Glogau, by welke hy had Lodewyk, markgraaf van Brandenburg: Stephen, die mismaakt was; Beatrix, gehuuwd aan Karei, Koning van Hongaryen; Anna, gemalin van Mustine Lescale, heer van Verona; en Mathilda, die in den echt trad met Frederik de Geftrenge markgraaf var, Meisfen. 's Keizers derde gemalin was Margaretha', dochter van Willem II~, graaf van Holland, by wien hy had Willem, Albert, Otho, en Lodewyk; Elifabetb, eerst gehuuwd aan Jan, hertog van Neder-Beieren, en vervolgens aan Ulrich, graaf van Wirtemberg; Agnes, eene non; en Anna, gemalin van Gunt her van Schwartzburg, welke aan Karei de IV, Koning van Hongaryen, het Keizerryk betwistte. LODEWTK van Beieren was de eerfte Keizer, die een dubbelen arend op zyn wapen voerde. Onder zyne regeering nVchtte de paltsgraaf de Univerfiteit van Heidelberg. 'Er was toen zo groote overvloed van Rhynfchen en Moezel wyn, dat dezelve gebruikt werd, om kalk te blusfchen. Men vervaardigde toen die byster groote vaten, van welken 'er nog ééu te Heidelberg tezien is. (i) Ci) Struv. per, IX. Sect. 5. Heinec. de Vet. Germ, et al. Nat, SU gil. Barre, torn. VI. p. 665. Ka.  5oo HISTORIE. van II. Boek. II. Hoofdst. K A R E L IV. VII. Afd. ^ xy ' Kare! iv, dK AREL IV' 8raaf Van Luxemburg, zoon van Jan, graaf van Koning van Bohemen, en kleinzoon van Hendrik VII, Luxsm- was gebooren te Praag, en genaamd JVenceslaus. Zyn vÜu'ot) invader zon Daarna deed hy andermaal een togt naar Italien, waar ]j4 i hy de Venetiaanen noodzaakte, het beleg van Parma hoop'dst. 1 optebreken, de ftad Belluna op hen veroverde, en VU. Af o. 1 eindelyk met dat gemeenebest den vrede floot. Hy ver< hefte het bisdom van Praag tot een aartsbisdom, daar het tot dien tyd aan Mentz onderhoorig geweest was, en magtigde den aartsbisfchop, om de plegtigheid der krooning aan de Koningen van Bohemen te verrichten; met één woord, hy verkreeg door zyne wyze regeering eene zeer groote achting, zodat hy, by het overlyden Hy volgt van zynen vader, * met algemeene bewilliging des sjw» vavolks , op den Boheemfchen throon verheven wierd. (h)fer( ^0_m De eerfte ftap, welken hy na zyne verheffing deed,,^,^ was het maaken van nieuwe krygs toerustingen tegenval BoheKeizer Lodewyk; en, toen hy een aanzienlyk leger opmende been had gebragt, begaf hy zich op weg, om ter voldoeninge zyner wraakzucht in Beieren te vallen; doch, op het midden van zynen togt, de tyding van 's Keizers overlyden ontvangende, zeidehy, „ Geloofd ,, zy God, in de wonderen zyner Voorzienigheid, dat „ hy my het ftorten van Christen bloed befpaard, en „ my van de gelegenheid beroofd heeft, om my te „ wreeken op myne vyanden. (i)" Daarop veranderde hy van weg, en trok in het hart van het Keizerryk, waar hy door Regensburg, Neuremberg, en vier en . twintig andere Keizerlyke fteden aan den Rhyn, als Room-jjy fch door de (A) Hist Luxemb. lib. LI (i) Heiss. Hv. II. chap. 27. * Deïze was de blinde Koning van Bohemen, die in den flag van Cresfy door de Engelfchen verflagen werd, en wiens gewoo< ne fpreekwoord, „ Ich dien, " door den prins van Wallis werd aangenomen. (1) (O B1 ure. torn VI. p. 6+2. Europ. Hist XI. ü. II. St. Ss s  502 HISTORIE vAN H. fch Koning en Keizer erkend werd. * Dus in zvne Boek. waard.gheid bevestigd, keerde hy naar zyn KoninSvk II. Bohemen, en begon in het volgend jaar de ni^we gftad Hoofdst. Praag te A chten. Hv had 7Ïrh L u tad VII. Afd. ne fttaten begeven o'H^^^^u™ Zy" f^e Mentz Robeft, pit^f^rï^ van ^TBranient?r&! en ***. hertog va/feSl HKhyn zyne verkiezing niet tegenwoordig geweest w«n J Roomfch gaderden te en verkoozel SLSTfenS *«.ng ™van Engeland, tot Keizer; en, toen deeze ™rcr g W -darW.joriyke dankbetuigingen aTdeteVoS °d£ waardigheid van de hand wees, traden zy tot de benoe Eduird, ™* ™ Frederik, landgraaf van Thuringen, v™t Koni met de jicht gekweld zynde, zyne eifchen W behoeve van^Enge-van Kareiafftond voor tien duizend marken zilver. w«ean^e2°^ftans.dezdfae keurvorften, in zyne plaats, Guntparty tot ner, graaf van Schwartzenburg, een edelman van groo. p.«rver-ten moed en ontwyfelbare verdienften, welke die Sr eert waar"aar frankfort geleiden, en in die ftad openlyk als *i>Frede- keizer zouden uitroepen. Deeze voorwaarde bedong p. 634.spond* An'Cmin- Bar'tm- h i- 686- ^n. lib. rn* tJ^°ETL d! mLagiftraaten van Newemberg hem erkenden var fiten e'n trï^T de. ™p™* °P > »ood«2SL'm te voor wiên zv I ^ fCh V0°! van brandenburg, da^rT^''- ^ "aam va" ^SSiT^ki^- af daar werd hy uit het zadel geworpen door zekeren i iJ p' aan w.en men hem verp,igtteëde gSdb^'t^Seo*^^'» (l) ABZLRilTTEH.^/i. ƒ/>; 2.  het DUITSCHE RYK. 503 hy, omdat de magistraaten en burgers van Frankfort H« voorwendden, het regt te hebben, om de intrede in Boek. hunne ftad te weigeren aan een Roomfch Koning of II. Keizer, die niet met eenparige ftemmen verkoozenHoOFDST' was, tot dat hy zyn mededinger overwonnen, of al-VJI,AFD thans zes weeken en drie dagen voorde ftad vertoefd had,rik'JflW1*" zonder dat zyn tegenparty hem den intogt betwistte. ïhuriiT De keurvorften beloofden Gunther's verzoek te vol .gen , daardoen, en onderfteunden hem daadelyk in het ligten vmtoehenomi{ eene genoegzaame krygsmagt, om, in geval van weige>£«** ins ring, de ftad te noodzaken, hare poorten te onenen. gelyks zyn Toen men derhalve weigerde, hem binnen te laten,regt heb. ondernam hy het beleg dier ftad, het welk twee maan-^" a-f" den duurde, waarna de burgers zich verpligt vonden,fSt' hunne poorten te openen, naardien Karei tot hun ont-men Guntzet niet opdaagde. Geduurende zyn verblyf in deeze her, graaf ftad werd hy krank, hebbende een geneesmiddel- inge-™'1 5ch" nomen, het welk zyn geneesheer had vergiftigd. * Ge-^rT^ie duurende zyne krankheid werd hy door Keizer Karei'zich naar fterk aangezogt, om van zyne eifchen op het Keizerryk Regensaftezien: gelyk hy ten laatften deed voor twee en twintigbur£ be' duizend marken zilver; eene maand echter daarna overleed f^Lf" hy, en werd door zynen mededinger eerlyk begraaven. (/) Karei af- NAAR-fiaat, en //m en /wX' ^ver "hef df3rkgraVen van icepter; doch Karei Zf a??* ?dragen van den beflVe de ^Jf^^. Brandenburg, nadat hv den f,^ ^ markgraaf van ingenomen %) y. raad der Tksvorften had KAKEL, thans algemeen als Keizer erkend zynde, A ^ *** IX- •» rt. (») ALMRT. j£  het DÜ1TSCHE R y IC. 505 begon nu zyne bemiddeling aantewenden, om de aan- Hhangers van Lodewyk met den H. ftoel te verzoenen, Boek.' en de rust in het Keizerryk weder te herftellen, wan- dineer dit gelukkig vooruitzicht eensklaps veriedeld werdHooFDST' door eenen opftand tegen de Jooden, welken het volkVIL Afu* aanzag als de oorzaken eener verfchriklyke pest, die fevtrhhrik kusten der midde'andfche zee verwoestte, en doordrong/pepert, in Savoien, Zwitferland, den Elzas, Zwaben, Fran. kenland, en fommige andere gewesten van het Keizerryk. Schoon verfoeid uit hoofde van hunnen godsdienst, hadden echter de rampzalige Jooden onder de onmiddelyke befcherming der Keizeren geleefd, zelfs van hunne eerfte nederzetting in Duitfchland af; en daar veelen hunner door woekery groote rykdommen verkreegen hadden, werden zy voorwerpen van den algemeenen nyd zo wel als afgryzen, zodat ieder dweeper of looze aanhitfer het in zyne magt had, volgens hunne gierigheid of bygeloovigheid, die natie aan de woede van het graauw blootteftellen. Op deezen tyd gaf men voor, dat zy de bronnen en fonteinen vergiftigd had. .den. Dit buitenspoorig denkbeeld nam zo zeer de overhand, dat de Jooden te Bonn en in verfcheiden andere fteden op den pynbank gebragt werden; en , fchcon zy fteeds de aangetygde befchuldiging loogchenden, werd echter een groot getal dier ongelukkigen door het verbitterde gemeen doorftooten, verbrand en verdronken; zelfs de burgerlyke magiftraaten waren onvermogend, om zulke wreede offeranden voortekomén. Te Straatsburg zettede het gemeene volk, onder het aanvoeren van eenen flagter, de regeering af, en hun opperhoofd, het welk zy met volle magt bekleedden , liet tweeduizend Jooden leevendig verbranden , verklaarde hunne goederen verbeurd, en gebood, dat voor oen tyd van honderd jaaren geene byzondere leden Sss 3 dier  5o6 HISTORIE van Boek. £."(0 Straaubrui zouden ^rden toege- hoogst. J5?ïï^het \°lk de "loerder van dit on- VTI. a„).menfch.1yk■ treurfpel was, het werd echter aangehitst en ^geruid door den bisfchop en verfcheiden andere edelen, die den Jooden groote fommen moesten betaaien en zich door dit middel van hunne fchulden zog en tê ontflaan; ook wilden zy naar geene voorflagen van vrlde luifteren, tot dat de Keizer, ten behoeve van die verdrukten, beloofde, dat het geld, welk zy den ?oo. Jrd * ë WarCn' hUn n°0it Z0U WOrÓQJX ^or1340. Daar Karei zyne fchatkist vond uitgeput door die (*) Luniq. torn. VII. Arch. Imp. p. 18. §e" * Geduurende deeze pest herleefde de Secte der Flagellantenen deeze fmaak voor het tuchtigen van zich zei ven werdw Sm xe, en omftandigheden zich aan deeze wreede bvMloSeid overgaven Tweehonderd van deeze boetdoeners uit S ' den Myn zynde overgetrokken, kwamen te Spiers, en vergaderden voor de hoofdkerk, waar zy hunne kleederen uit rokken "«zich zeiven geefeiden met roeden, voorzien met yzeren punten De ftrengheid van het weder kon hen in hunnen loop niet Ruiten ;ld„en,S£eM y.r°™ toefpreken, legden zich op den harden r ond neder en lieten niemand onder hunne gemeenfehap toe dan zuiken> dle h zdven onderhouden k d S e^nap toe, tyd tot deeze hunne boetdoening bepaald. Zy deeden oSneen met twee of drie te gelyk, met nedergeflagen oogen, Ken 1' hunne kleederen hoeden, en een ryken ftandaard,' Se vóór hen gedragen werd. Hun getal werd te Spiers nog'me? honderd vermeerderd, en groeide te Straatsburg nog merklyk aan- f , S kort deeze gemeenfehap sam tot twj duizend toe, en werd h" gedugt dat de paus tegen hen zyne bullen niifchoot en de zer tot het zelfde einde zyne bevelen liet afkondigen Jyl Sk de ryksvorften hen in hunne ftaaten niet wilden toe atfn 1 w deeze voorzorgen werden alle de heilloze gevolgen geweerd en deeze gemeenfehap in korten tyd verftrooid? (1) &eweerd> en (r) Chrokic. Alsac.  het D U I T S C H E RYK. 507 gefchenken, door welken hy op den Keizerlyken throon H» gefteegen was, en fommige vorften hem daarenboven Boek. laftig vielen, om de beloften, welken by vóór zyne H« verkiezing aan hun gedaan had, geftand te doen,Hi,0jDSTtrachtte hy onderftanden te verkrygen, door het heftenV11' Afd* van nieuwe fcbattingen en tollen aan de rivieren, 'tK.areI fielt welk het ganfche Keizerryk byna in groote verwarring™'"™ £ zou geftort hebben; want de magiftraat van Straats Rhyn. burg weigerde niet alleen deeze ïchattingen te betaaien, maar ftopte zelfs den Rhyn met paaien en kettingen, waardoor de fcheepvaart geheel werd verhinderd. Toen dit plan mislukte, zogt de Keizer een ander redmiddel. Hy verpandde de goederen van het Keizerryk aan verfcheiden edelen en fteden, en vergunde aan anderen, om de zulken te losfen, die reeds verpand waren , waardoor hy eene aanzienlyke fomme gelds in handen kreeg. Hagenau kogt voor een zeer hoogen prys zich zeiven vry, van niet meer te behooren onder het getal dier fteden, welke aan de heerlyke goederen der edelen gehecht waren. Dezelve werd bevestigd in alle de voorregten, aan haar door den Roomfch Koning Richard gefchonken, en byzonderlyk in dat, waarby dezelve onvervreemdbaar was van de Keizerlyke goederen. Het zelfde voorregt werd naderhand ook gefchonken aan alle de fteden in de landvoogdy van den El>Hyheve^ zas; maar nooit konden zy verwerven, dat zy van hettigthef' regtsgebied, van het oppergerigts hof, of van de vox^pf Seften, welken de Keizer met die waardigheid bekleedde, J,? f™ onafhanglyk verklaard wierden. De Keizerlyke ftedengerigts Tof in den Elzas wendden in de daad alle poogingen aan,*"'* ten El. om zich te bevryden van het oppergezag der vorften,zashet welk zy vreesden, door den tyd in onderdrukking te zullen ontaarten: zy leverden over dit onderwerp fterke vertoogen by Karei in, die, zonder eenige acht te  5oB HISTORIE vak Pf" ï*«**ftn vernieuw. ï„ £^van BrZSrgTtefiïPLZ? martSraaf ï»tfa^««^, i„ d!„ perfóön Se*°*twn *" Scanden Wilde- fe», die zch voor den »= t.eren M""«--Mem. leek, eo hy hel^k 'f Zlk^ hv kWaa'yk «e" zyne Banier van'tand^hSe'f J eTh' TX' * meen m zvn be an«r v «.„n V *1CC& ny net gedoor de herten * °? Td Voo'Seftaan 2W*. TO/^>£> vyanden van van *^ag,^^^»^ -snoegd over vriend en fchoonbroeder d,t bedrog tegen zynen verfehee„Ta?hefhoort?„alén S i™**» had • zou ongetwj.feld handgemeen gwordTn zvfV" ™? Staats dienaren der beide ïJn. 5 ' 20 nlet de aangeraaden, hef weg* eTui^r?™* ^ de neflisfehing van het ve^'S^en' Eng Tn (?) Luwe. ^rc/;. /«per.  het DUITSCH £ RYK. 509 Zweden liet, welke deeze uitfpraak deed, dat Lodewyk IJ. de Romein voor die geenen van zyn volk, die krygs- Boek, gevangen gemaakt waren, losgeld betaaien, en die fte- ]\. den van Mecklenburg, welke oudtyds tot Vandalie be-Hoofdst. hoorden, van den eed van getrouwheid ontflaan zou:ViL Afb« voorts zou by zich in den echt verbinden met de dochter des hertoge van Mecklenburg* die aan zyn kant de party van den gewaanden Waldemar zoude verlaten. KAREL, die den mededinger insgelyks befchermde, en zelfs ten zynen behoeve een bevelfcbrift had uitgegeven, vond goed, zyne belangen openlyk te verzaaken op eenen ryksdag, die te Sprenberg gehouden werd, en, nadat Lodewyk de Romein als wettig bezitter der Brandenburgfche Staaten verklaard was, verdween de gewaande mededinger. Na de vergadering van Sprenberg, op welke Er ik,Ryksdag te hertog van Saxen, aan den Koning van Denemarken^1™afftand deed van zekere fchatting, Stuergeld genaamd,bers' welke door de regeering van Lubeck, dat aan de Saxen verpand was, betaald werd, keerde Karei naar Praag, het welk zyne gewoone verblyfplaats was. Hier had hy eene vermaarde üniverfiteit gefticht, terwyl hy nog « Koning van Bohemen was, cn bekwaame perfoonen te werk gefteld, om een wetboek voor de burgerlyke regecring van zyn Koningryk te vervaardigen. Van hier Karei zond hy eenig krygsvolk naar de Neder - Landen, iotzendt monderfteuning van de Keizerinne Weduwe, erfgenamede Kei van die Staaten, en thans in oorlog met haren &genzlrinnem. zoon Willem, welke baar van de ééne helft harer be-duwe. zittingen verfteken wilde. Deeze vorftin, met mannelyke kloekmoedigheid begaafd, trok met de onderftanden, die zy uit Engeland en Bohemen ontving, te veld tegen haren ongehoorzamen zoon, floeg hem in eenen hevigen velcflag, en dwong hem , naar Holland, waarvan hy graaf was, de wyk te nemen. Maar hy ver£uaoj». Hist. XI. D. 11. St. Ttt toon-  HISTORIE van. II. toonde zich welhaast weder aan w l « Boek. fterker leger, het welk hv U1> S/r; 5>°5 van ^n II. en de nabuurige gewestenhad?ffckUm^ Gelderland, Hoofdst. mede hy od zvnp hpl,,/ byeenverzameld, waar. vil ArD.Qp zyne^Seder behaalde T V°lko™™ overwinning A een/fchuilplaats t^S/'S lem, wKeizerin zich mef he FE\ÏÏVOOrwaarde, dat de van Hoi een% en «7,," neC bezjL van Henegouwen versenoe land, ver-1 e" ,7 ;//^ meester van Zfö/W 7^ig/ Friesl^d blyven zon. en naamfle deczer onderdrukkers ?™ 7?' • voor* Jchop van bisfchop van I/J E l!f aarts. Mn«.n. ftad iji, ondank; del?^ Z'Ch meester de maakt zichnrn , oncianus de vertoogen van den nan* lh« ww{ef. om deeze reden, het banvonnis tegen ïïmP ' ' v^Bo/og-drie neeven, G^2Ö, m mJIÏ? 6n Zyne ^rFfoê:Va? afkonïgde ' 2°°nS ren4 ^^^^ ^ ^ aart, de vrybeii des' vSks f?^rS2?nei,d V00Tendfel' v™ der ^rentyZjtl^ V^F** mmgen van grooter gewist Om lK * onde™egedugten prefaat te verze!en. werJ1 efnVT" nootlchap tot ftand pphraar /.«rï; j n bondgevan Florence Pifa fl f tusfchenJ de gemeenebesten zond ^otefaSn Sern^^ S?aten' Oo* aan den paus, waarin hy beloofde, ff) Chron, de Holl. $> Ze}. de  het DUITSCHE RYK. 5n de Alpen te zullen overtrekken, om dien wéderfpanni- jj gen zoon der kerke te kastyden. g * De aartsbisfchop, kennis van zyn voornemen gekree- tt * gen hebbende, was zeer ongerust over het geen hemHoOFDsT naakende was, en deed fterke aanzoeken tot een ver-vn. afd. drag met den paus, die zelf nayverig zynde over ét doch wordt Keizerlyke magt, en zeer ongenegen, om Karei in hetnaderhand midden van Italien te zien, aan zyne aanzoeken, wel-msJ den ke door eene groote fomme gelds onderfteund werden ,p/erBsmwv'er. het oor leende, en hem de inhuldiging van Milaan erizoend. Bologne toeftond, nadat hy hem van de kerklyke ftraffen ontheven had. (r) Deeze verzoening maakte nogthans geene verande. ring in 's Keizers voornemen, om over de Alpen te trekken, fchoon zyne togt, om de huislyke onlusten in Duitfchland, eenigen tyd wierd opgefchort. De inwoo-öe ftad ners van Zurich, zich door eene verkeerde bedieningZurich van het regt bezwaard vindende, verdreeven hunne magiftraaten, die den graaf van Hapsburg in hun belang trokken, en hem zelfs overhaalden, om de over; rompeling der ftsd te ondernemen. Hy kwam 'er dan, I352t ; met fommigen zyner medeftanders , vermomd binnen, imaar werd, ontdekt zynde, gevat, en in ketenen {geflagen. Het volk liep daarop te wapen, plunderde 't zyne landen, en overmeesterde zyn kafteel van Kapers, '.■wille. Deeze ondernemingen ontrusteden de hertogen De hem. ivan Oostenryk, wier bezittingen aan die van den graafss» van :grensden: zy trokken zich derhalve deeze twist aan, en Oosten'vormden een bondgenootfehap met Straatsburg BazelJJef} lColmar, Scelejlad, en Fryburg, om den euvelmoed vakgenoot" ' Zurich te bedwingen. Deeze ftad, ziende den fiormfcIlaPtegw igereed, om tegen haar mttebarften, verfterkte zkhdezehe' door een verbond met Sultz, Uri, Underwald, en Lu- eer. (r) Villani lib. II. cap. 48. f Ttt 2  ** HISTORIE van IJ. cerne; welke laatfte plaats nan tu* u ■ Boek. ryk toehoorende, deezl Sunüt ^ uBn, CW II. waartenemen, om zichzz\l7^J ÏTheid be0oot HooFDST. Toen Albert van OosILk?ianglyk je maak'en. vn A/D.de nodige krvgs ^ZZ^f^ % fm,Ufè vryheid des grave van HapfbTg 1tdk^* S7 fry^rf, inwooners van W geweigerd ZvndP f , i°r de veld, vast beflooten hebbendf de Z \f\ hy tc maar verfcheiden edelen, de ele'nde van ? Ageren; oorlog voorziende, ftelden zieh tusfchen bï? op men fcheidslieden koos, om ht verfdfii ten: hetzelve werd ook bvzeleJ Z7 1 te be0e*dat de graaf van H^sLr^^L VOCTaarde' alle plaatfen, welken het hui?vln \gefteId' en waren, weder zouden worïen T r^^»** dan oo.t met de vereenigde » o "i?^ minne byteleggen - maar iff l "> 6 zaak ,n der weigeren , om S& ï 6 bon*eno^en bleeven derlerpen^waflr £ ft3£Sft« ï f* eene wapenfchorfinp- ftf L y^ n« on:> Hechts*ag bewerken S' Ifdle f "rotTv d^6' ™waar hy verfcheiden hX,m! r f ,, -y den £&B door, „s, teveatèg der ^"„öaat ™set ^'"^ maate> * ï#?SAee^hfoafr1*X7 "aat de„ A1Pen °^ te 1355. Jnnoeentiusk ha^ aangegaan' Tn'i,?? hy met Paus /7? »*■ maand kwam hv re EL " het be§In van &>wivngt de . . "y te Milaan, en werH ,m,„ „ . ■ yzeren koningen dag tot Koning vJ rZ^l 5 r 0p drle fam * Van daar begaf hy zich raar »v Sekro°nd. Milaan, tyd vertoefde! omde verS^ft' r?f hy 6enigen effenen, en van de iKW. „ J ° te ver. ontvangen Vervolinf Z *? ë^est de hu,de te hy te p*ost naar S; eed^f me't f van "aa' ne edelen vermomd in de fl^ t fommigea van zyin welke hv aT lad kwam 10 de heilige week doelde echïer op Z°T^e kerken a^' belogt\ vyfden van grasmaand der, °Pftan*»g. zynde den en de Kei- ne legerplaats To T a '/ Pi STn om&aS ™ ^ ^ gezanf, Ka^heteï de™^tóeft ^l?^ Rome. Rome met vreu-de ontvL&n Vo!k van kroond werd nevens lyTS^^J?^ ge" trL van ZoHAAS* deeze plegtigheid verricht' was, verliet hy  het DUITSCHE RYK. 515 de ftad Rome, volgens de overeenkomst, welke hy Tr met den paus gemaakt had, fchoon de Romeinen hem p het beftuur van Rome, als zyn erflyk eigendom, aan- bo.*K' booden, en hem fmeekten, hunne aloude vryheid teHoo herftellen, Hy antwoordde den afgevaardigden, dat hy vIl^fd. den voorflag in bedenking zou nemen,* doch voor ee-Rom nig verraad bedugt, floop hy by avond ter ftad uit > op^mzeifonder voorwendfel, dat hy het vermaak der jagt gingen dag. nemen: vervolgens bekrachtigde en bevestigde hy, bywaaroP h eigenhandige verklaaringen, alle de beloften, die hy aan^.^""* Clemens en den regeerenden paus gedaan had, zeer ten nadeele van het Keizerryk in Italien. Zyn laag gedrag haalde hem de verontwaardiging der Duitfchers, en de verachting der Italiaanen op den hals.- De edelen van zyn gevolg befchouwden zyne kroonirg als het tydftip van het verval des Keizerryks, naardien alle deszelfs regten in Italien toen geheel en al vernietigd werden, By zyne terugkomst naar Duitfchland moest hy op den weg verfcheiden geweldige befchimpingen verduuren: men ondernam hem te verbranden in de vertrekken, waarin hy te Pifa zyn intrek had; van hier ontkwam hy echter met groote moeite, nadat hy verfcheiden perfoonen van zyn gevolg door het gemeen had zien ombrengen. De meeste fteden, die aan het Keizerryk verknocht waren, flooten voor hem hare poorten: te Cremona was hy genoodzaakt , twee uuren buiten de muuren te wachten naar antwoord van de regeering, welke hem ten laatften toeftond, als een eenvoudig vreemdeling in de ftad te komen, zonder wapenen of gevolg, en aldaar alleen den tyd van één maand te blyven. (V) * Het (w) Bakre, torn. II. p, 718. * De digter Pctrarcha, die den aanhang der Ghibellinen was toe.  Sde bezeten worden, en thans wenfchten de hertogen vangt""de" Beieren, deeze overeenkomst door Karei bevestigd te^'a,^^' zien; doch deeze deed, uit haat tegen de nakomelingfchap van Lodewyk, eene uitfpraak, by welke dit regt van ftemmen geheel aan den paltsgraaf opgedragen, en de overige takken van het Beierfche huis van dit voorregt werden uitgeflooten. LODElfTK Ae Romein keurde dit befluit goed, en ontving voor dit blyk van infchiklykheid de inhuldiging in het markgraaffchap van Brandenburg; maar Lodewyk, de ouder broeder, en Stephen leverden op den ryksdag een vertoog in, behelzende eene ftuks wyze optelling van hunne eifchen, en toen men op hetzelve geene acht floeg, bragten zy een plegtig protest tegen het befluit in. (x) Dit dus afgehandeld zynde, raadpleegde de vergade. ring over de andeie zaak, welke van meer belang was; en men befloot niet alleen, dat veele gebruiken, die nooit 'x~) Rsbdorf. ad ann. 1356. not. 18. Euro.». Hist. XI. D. IL St. Vvv  518 HISTORIE VAN II. nooit befchreeven geweest waren, by wyze van grondBoek wetten, zouden vermeerderd worden met verfr£i£n II. fehikkingen, dienftig voor het algemeene wellyn mtr Hoogst men nam ook het befluit tot het opftelien en afkS VIL Afd go, van het vermaard edict, raakende de wyze van de verk.ez.ng der Ke.zeren, de plegtigheden, daar by in acht te nemen, het getal der keurvorften, hunne byzondere bedieningen, regten en voorregten, nevens Z dere omftandigheden, tot het beftuur van hetKeizerrvk betreklyk. Dit is het vermaard edict, de Gouden Sul le genoemd, beftaande uit dertig artikulen, waarvan er drie en twintig op deeze vergadering bevestigd werden, terwyl de Keizer op zynen throon zat, houdende de kroon en andere Keizerlyke fieraden, en delven met algemeene bewilliging en goedkeuring der tegenwoordig zynde leden hoorde lezen en afkondigen. M Op het einde van hetzelfde jaar werd een andere ryksdag te Menu gehouden, waar men 'er de overige zeven artikelen by voegde, in tegenwoordigheid van dezelfde keurvorften, vorften en ftenden, als mede van den kardinaal bisfchop van Aha, Karei, oudfte zoon van frankryk, toen hertog van Normandien, dauphin van Vicn- (y) Barre, torn. VI. p. 724 £f feq. bcftaande u.t verfcheiden bladen parfcement, 'zonde ■ LSn hand of omflag. I, het midden is het doorboord van eengouden draad waarvan de ander zyn vastgehecht aan een goud zege! omtrend beeidtems van Km el IV op zynen throon. Op de tezenzvde is ern foort van poort, tot opfchrift hebbende, Aurea Romana On den rand leest men deeze vvoorde*: Carolus 'IV. Zn TnTsenpl Z gustus Rex Bohem,«. De letters zyn vry leesbaar; doch he:oh-  het DÜITSCHE, RYK 519 Vienne en 's Keizers eigen neef. (z) Dit edict zynde tt. afgekondigd met a'le die plegtigheden, welke vereifcht Boek, weden , om het zelve tot eene grondwet van het ryk [f * te maaken, richtte de Keizer, om de artikulen van het-Hooft?st. zelve ten uitvoer te brengen, een pragtig gastmaal aan, VIL a f r. op het welk ieder keurvorst zyne eigen byzondere he- *357: diening zou waarnemen- De Keizer en Keizerin, eenerf^t "ff plegtige mis gehoord hebbende, begaven zich in hun gastmaal Koninglyk gewaad ter plaatfe, die tot het feest be~<*an,waarftemd was, vergezeld van alle de prelaaten en ry^SVGr'%g^m ften, en zich gezet hebbende aan een tafel, welke opzy"/7i>«» de markt op eene verhevene plaats gefield Was, KW&'byzondere men Lodewyk, aartsbisfchop van Mentz, Connon, aarts-^'^""S bisfchop van Trier, en Frederik, aartsbisfchop van^e"^* Keulen* als opper kanfeliers van Duitfchland, Gaulenf en Italien, te paard, hebbende ieder een zegel aan hun hals hangen, en een brief in hunne regte hand. Zy werden gevolgd door de vier waereldlyke keurvorften insgelyks te paard: de eerfte derzelven was Winceslaus, hertog van Saxen, met eene zilveren maat vol haver in zyne regtehand, als zynde-ryks opper-marfchalk: en, naardien het zyn post was, den voorrang te regelen, hielp hy zyne ambtgenoten van hunne paarden, en bragt ieder hunner cp zyne piaats. Vervolgens bood Otho, markgraaf van Brandenburg, afgefteegen zynde, den Keizer en Keizerin water aan, om zich te was. fchen, in een goud lampet, ftaande in een bekken van hetzelfde metaal. Robert de Roode, paltsgraaf aan den Rhyn, difehte de fpyzen op in gouden fchotels, en Winceslaus, hertog van Luxemburg en Braband, 'sKeizers neef, den Koning van Bohemen verbeeldende, weike de Keizer zelf was, plaatfte op eenen hoek der ta- (z) Spontj. Cont. torn. I. p. 744, Krantz. lib. IX, cap. 25. Chrtn. Comit. de Mark, ex Melb. tem. I p. 406. Vvv 2  5*° HISTORIE van II. tafel eene gouden kruik vol wyn, van welken hy den Boeic. Keizer m een gouden beker een teug aanbood. AgS II. de keurvorften reedei, de markgraaf van Meisfen, en de Hooryj graaf van Sekwartzenburg, groot-jaagers, blakende op vil a.d hun h00rn d dqor hmnejh ^ gevolgd eeS hert en een beer m 's Keizers tegen woordigheif dood. den iNa den maaltyd deelde Karei, onder de keurvorften, vorften, graaven, en edelen, gefchenken uit ^he^ sar j^-arj-i gendeher-tenryk een bondgenootfehap hadden aangegaan, tot handJgJ^Javing van hunne regten, welken zy%Vepen door Be™ vorst behoorde met als vrye burgers in de Keizerlyke fteden zouden mogen ontvangen worden. Het oogmerk van deeze wet was, den onderdanen te beletten/dat zy zich zeiven aan de gehoorzaamheid en de heerfchappy hunner natuurlyke heeren onttrokken; doch onder dit voor! / n rr ,. wend(«) Heisf. hh IIL cap. 27.  het DÜIÏSCHE RYK. 521 wendfel trachtten de vorften het volk re berooven van jj. het onbetwistbaar regt, welk de natuur van zelve aan Boek. de hand geeft, om de plaats van hun verblyf te verl'i- jj. ten, om daardoor hunne omftandigheden in het leevenHoofp'st. te verbeteren. Onder anderen verbood men den in- VII. Aro. wooners van Straatsburg uitdruklyk, het burgerregt van hunne ftad aan vreemdelingen te geven , welk verbod door hun, als zynde eene inbreuk op hunne voorregten , werd verworpen. °Terwyl Straatsburg dus zyne regten tegen z\lesndooreene nieuwigheden verdedigde, werd de Elzas geplunderdlef^'rfry' door eenen hoop roovers, welken zichzelven den naamg"naamd gaven van Malandrinen, Laatgekomenen, en de Groote Laatgeko. Compagnie. Oirfpronglyk beftonden zy uit weglopersmenenuit de Franfche en Engelfche legers, en werden zo baldadig en magtig, dat de Keizer zich genoodzaakt vond, de krygsmagt van het ryk byééntebrengen, met welke hy hen uit Duitfchland verdreef. Zy trokken voorts naar Avignon, om de paus en kardinaalen onder fchatting te brengen; maar het onmogelyk vindende, deeze plaats te vermeesteren, welke door den markgraaf van Montferrat verdedigd werd, nam het grootfte deel dienst onder de vaandelen van dien kundigen generaal, die hen tegen de Milaneezen aanvoerde, wien hy in verfcheiden gevegten den nederlaag toebragt. (&) De Keizer, in Bohemen te rug keerende, vestigde&e Keizer zynen geheelen aandacht op het verzamelen van ^hat-j^g,,^ ten, en het uitbreiden der grenzen van zyn erflyk Ko« ningryk, het welk hy als zyn vaderlyk erfgoed befchouwde. Hy had hetzelve reeds vergroot, door 'er Silefien, dat hy van Polen hield, en Lausnits, het welk een leen van het Keizerryk was, by te voegen: zelfs verkogt hy nieuwe voorregten aan verfcheiden fteden, en (&) Bahfjj, tom. VI. p. 747, Vv v 3  *" HISTORIE Vis II. en vermeerderde voor geld de renten u ^ Boek. van andere ftaaten. Niets l£ hfnnn h waarvan het befluit was eene platte weigering V.I. AFD.het ^lk den nuntius, met hevige klagten oveTde ver' metelheid van den paus, ter hand gefteld werd. f<0 * B«n3fbö n N/*T te m*n was d£ P™s den Keizer aan om onderVisconti "and tegen Bernabo Visconti, heer van Milaan welke belegen toen met het beleg van Bologne, dac pausfelyk krves- l°i0S V°]} m h3d' b6zig dOC'? hy kon v™ Karei nifts IrZj-andfrscverwe™' da»een keizerlyk bevelfchrift, het tzfagefla- welk beval , van de onderneming aftezien • gen. fchoon het door Visconti met groote verachting werd in den wind geflagen. Ook zou Bologne zekerlyk in zvne handen gevallen zyn, zo niet Galeot Malatesta bv nacht, met eene aanzienlyke verfterking, in de ftad wa re gekomen, en den volgenden dag een fterken uitval doende, den vyand een bloedigen nederlaag had toesrebragt. ° (e) Fleury. Hist. Ecclefiaflic. torn. XX. lib. XCVI. * ^EI" (*) De keizer , voorgenomen hebbende, de Duitfche geestlykheid te hervormen maakte den bisfchoppen de maatregelen bekend welken hy tot dat einde genomen had, met bedreiging, dat hv dé goederen van die geenen in beflag zou nemen, weiken wei-erden aan zyne bevelen te gehoorzamen- De paus, meenende dat de eer en vryheid der geestlyken hier aan hing, eifchte, dat de kei7er zich met de hervorming der geestlykheid, welke hem aanging niet zoude bemoeien , en drong'er op, dat hy alles zou weder!»Vn wat de waereldlyke edelen op verfchillende tyden den kerkleer! ontweldigd hadden. Om Innocentius, wiens gevoeligheid hv difrhV te, te vrede te ftellen, deed Karei de vermaarde grondwet ^ lm 1 Kare,s Bulle, afkondigen, waar byhy alle de vastrtellingen of'ccXl kingen vernietigde, die ten nadesle van de vryheid der kerken gemaakt waren, dreigende tevens de ftrenglte ftraff-.n aan al/en welke de perfoon^n der geestlykheid kwaalyk bejegenden, (i; ' (i) Coldast, Conftit. Imper. torn. II. p. 92.  het DUITSCHE RYK. 525 's Keizers onveifchilligheid ten deezen aanzien was ^» nogthans niet zo merkwaardig, als zyne volflagene on- Boek. achtzaamheid ten opzigte der onlusten in Neder-Duitfchland. De Hanzee fteden, zich in haren koophandely^A^ó door de Deenen belemmerd vindende, hadden hem herhaalde reizen om befcherming verzogt; doch dit afgefla-^HaJ,', gen zynde, vernieuwden zy hare oude verbindtenis, tra-zee-y?frfe?i den in een bondgenootfehap met den koning van Noor-voeren oorwezen, den hertog van Mekclenburg, en den graaf van Hol-l°£ te&e.n „9 -i, 11,11 • den Koning ftem, en eene aanzienlyke vloot hebbende uitgerust,yan Deneftelden zy Koppenhagen onder brandfehatting. De oor-marken, log werd eenigen tyd met wisfelende voorfpoed voort, gezet, tot dat ten laatften, daar alle partyen de vyand. lykheden moede waren, een verdrag tot ftand kwam, echter niet, dan na dat zyne Deenfche majefteit alvorens vergoeding gedaan had voor de fchaade, welke zyne onderdaanen aan den koophandel hadden toegebragt. (f) In dit jaar beviel de keizerin van een zoon, die by den doop den naam van Wïnceflaus ontving, en wiens geboorte met grooten luister gevierd werd. Dan, de e-Karel vedelen, onvoldaan over Kareis traagheid en onverfchilljg-wakheid, gaven hem een vertoog over, behelzende, dat de^fyJj*" bezigheden van eenen keizer beftonden in het houden Keizerryk. van ryksdagen, het bezoeken van de rykslanden, het bedienen van het regt, en het onderhouden van goede orde. Maar, in plaats van deeze vertoogen behoorlyk in aanmerking te nemen, gaf hy den afgevaardigden ten antwoord, dat hy geenzints gezind was, eenen Keizer in de rykslanden te onderhouden uit de inkomften van Bohemen Met één woord, omtrend deezen tyd was Hy wordt hy ten uiterften inhalig geworden, en verkogt voorreg-^" u}terten aan alle de edelen en fteden, die goedvonden, den-ff" mIla' prys, welken hy eifchte, optebrengen. De ftad Dille, in (f) Pontan. Rer. Danic Hist. Europ. Hist. XI D. II. St. Xxx  5»* HISTORIE van II. in Opper.Elzas, kost de mso-f ™ Boek. dadigen doodregt ^moL 0rfener? mis' II. heid, om het LgeVrS^ mofen "n/n Zdfs de VJ> Hoofdst. wien zy het goedvonden , SP? °PdraSen aan allen, den opgeëifcht. De bkLZ hTm het aar w^r. eene aanzienlyke fomme ^ betaaJde landgraafrchap'van élTklT^ VveSdfn^,^ leenen, welken de graaven n , verlcneiden andere den, met zyn bisdom; en men rn^* beZeten had" «peggen, dat hy he rykTh^Lot ?? ^ i&" in het klein wederom uitkogt? (?) g ,niogt' maar Door deeze nieuwe vermeerde-ing van zvne c, ► haalue >«, bisfchop van ^^fa^^Scfa^n lT der inwooners van Hagenau op den 11 zet Tcr ven zy vyandiykheden tegen zyne val len ! bede,Czaakten hem, in het veld tetrekken aan Zl ^°°d' Deeze (g) SWNfiR. /ƒ. 7/> ^ 2< Tl zal gedragen!)' ^i^^^T, % S •een,- en, behalven de rer en In S £ d deze've een erflyk verknocht, waren ook 1 'Voorreêten - ^n die waardigheid -eiken eenigen o^dtlywfn deTtarT^f S» [chop , of fommige magtice edelen Jn f ' nderen van dt" bishalve de landgraven neaHeJnM da' gewest afhingen; wes. en deszelfs leenen ' van het itk nfha„,nh!J'd,g,D't van £ ontvingen,- maar zy moesL ook vnof^6' J3" den Kei*er zelf Opperheer hulde doen 6 IeeBen aau de" (0 Chakta 6W. ir. apud Obrecht t„ prod. p. 3oS.  het DÜITSCHE RYK, 527 Deeze onlusten waren naauwlyks geftild, of 'er ont- ÏÏftonden andere opfchuddingen door het overlyden van Boek-. Lodewyk, hertog van Beieren. Dees vorst had in zyn H. uiterften wil geene fchikkingen gemaakt op de voogdy Hoofdst. van zyn zoon Menchard, welken hy by zyne tweede VIL Afd* gemalin, Margaretha Maulftach, erfgename van Ca*0orloëtus' rinthïe, naliet; weshalve zyn broeder Stephen de zorg-(f^n het voor den jongen prins op zich nam, welKe binnen wei Beierend nige maanden overleeden zynde, werd deszelfs voogd Oostenals hertog van Beieren erkend, en ontving van denryk' Keizer de inhuldiging van dat landfchap; dan Margaretha Maai/lach, die het Beierfche huis haatede, aan Rudolph van Oostenryk, welke beloofde haar ten huwelyk te zullen nemen, een plegtigen afftand doende van alle hare regten en eifchen op Tyrol, het landfchap Goritz, en het gebied, tusfchen den Jnn en de Adige gelegen, onftond hieruit een oorlog tusfchen de huizen van Oostenryk en Beieren. Paus Urbanus echter, die Innocentius was opgevolgd, haalde de beide partyen over, om in een beftand voor drie jaaren te bewilligen, waarop ieder mededinger zich naar zyne eigen Staaten begaf, (h) PETRUS FAN LUSIGNAN, Koning van Cyprus,De Keizer zich omtrend deezen tyd buiten ftaat bevindende, Omworde aande magt van den Egyptifchen fultan te wederftaan, be-S/f'0'" i gaf zich naar Avignon, om onderftand tegen de onge-LufigS I loovigen te verzoeken, en den paus te beweegen, omonderjleu. 1 ccae nieuwe kruisvaart tot het herwinnen van Jeruza.nenlem op de baan te brengen. Zyne heiligheid en de Koning van Frankryk fcheenen zeer wel genegen, om decte onderneming te bevorderen; doch alle hunne vertacgen waren vruchtloos by den Keizer, die de man ntëtwas, om de rust, welke hy genoot, aan het vooruit» (*) Al lzreitt. Ann. Boic. gent. Part. II. lib. V. Xxx 2  528 HISTORIE van Boek "S^ T r0P^re verovering opteofferen- ook II Tlfa de vorften' fchoonë door tfSïïw t°n HooKnsT.^f» ffno°P^ om zich in zulken roemrykerf ryg? vii. A*D.t0& ln telaten, zyne Cy/«/^ majefteit niet ondiS nen, dan alleen met fchoone belofenwe ken t n2 voornemens waren geftand te doen 7 1304. Om echter zynen eerhipH rr^l j den H Petrus aan den dag te legg nXan?^/ ™ rf«pa«, «zyne bemiddeling tusfchen bei ien «J, ƒ ^droet Be4bo doen eindigen, °die nóg in//^ ^Jg1 te ten uiterften hardnekkig, en van een ^dï a££g vond, beval hy allen den fteJehouders van hit vk ;? haken, de wapenen optevatten, en hem als een wan van God en eenen wederfpannigen tegen het Keizerrvk te vervolgen. Op deezen fterken ftap begon pfscomi te Imiteren naar voorflagen van vrede , welke Se lyk door een verdrag bekragtigd werden, Sop hv Karei b™™™ werd vrygcfproken. (p) °P ^ S-r. ^Z^kkLf rd^nde gezindhéid V» den Kei. yïM •»* zer, wikkelde hy zich in een verfchil met Lodewvk de„KöningKonmg van Hongaryen, wiens moeder hv bets^erd g ^^^^^^ Z0U h>' zi<* door zyne osheid l /P.rllen Cenen Zeer ,ast,'gen oorlog op den SS gehaald hebben, was niet de twist by.e^gd geworden door bemiddeling van den paus, die zich de zaT van Petrus van Lusignan zeer fterk aantrok, en voorzlg dat men dien vorst geen weezenlyken onderihnd zin' derl.ng oneen.g waren. Terftond na dit verdrfg trad Karei toen weduwnaar zynde, in den echt met ^ fe/A, dochter van Bugijlaus, hertog van Pomeren Z kleindochter van Gtfrfr, Koningen Ée de (p ) Raikald, ad ann, 1304.  het DUITSCHE RYK. 529 de onkosten der bruiloft goedmaakte, welke te Cracau |j# met ongelooflyke pragt gevierd werd: niet min pragtig Boek. en luiftërryk dan baar huuwlyk was hare inhiling te (j, Praag; want de Keizer fcheen by deeze gelegenheid Hoofdst. zyn natuurlyk karakter verzaakt te hebben. Men moet VII. Afb. bekennen, dat hy de deugden, welken hy niet bezat, zeer wel wist natebootten: hy dong naar de achting van vreemden door eene vertooning van gastvryheid; hy wikkelde zich in groote ontwerpen, tot welker uitvoering hy echter ge?n genoe^zamen moed bezat; hy verfraaide de ftad Praag, moedigde de geheidheid aan, ontwoip een plan tot hervorming der monniken, en verhef te de abten van Fulda, Weisfemburg, Kempten, en Mourbach, de rykfte en vermogtvd:re mönnfkei van Duitfchlandtot den rang en waardigheid van ryksvorften. • q f De rust, welke hy genoot, werd nogmaals gHloord ,rno,d door een andéren hoop vrybuiters, die een nieuwen in inval'in val in den Elzas deeden, waar zy de lieden, dorpen,den Elzas, en reizigers ftrafioos plunderden; terwyl een ander le met eene ger van bandieten, ten getale van veertig duizend mar\memSte onder het bevel van Arnold van Carnolle. bygenaamd *" ie' de Hooge Priefer, Champagne aantasrede; zv liepen het platte land af, vieeu 111 Bar en Lotharingen, fielden Metz onder brandfchatting, en ftroopten vervolgens, naar den Elzas trekkende, tot voor de poorten van Straatsburg Op het vernemen van deeze geweldenaiyen werd Karei door de vorften van Duitfchland gediongen, om zich tegen deeze eerloze fielten te verzetten; weshalve hy eindelyk te veld trok, en, na de meest blootleggende p'aatfen aan den Rhyn in ftaat van verdediging gefield te hebben, zich naar Straatsburg begaf, waar hy eene aanzienlyke verfterking ontving. Ar~ (3} Hist. Bohem tom_ II. lib. III. Xxx 3  »° H 1 S T O R I E. VAN 4*- ^S^a?» «»gen Vil A,o. hyh£t ^ «Jechter verworpen werden, ZyU^wyken; aJvvaar hy door zvne «,2-8 f^gondien te «W *» moord, die zich na den dood V3n ?geZeI,en werd ver, drêeven^ólg. verftrooiden. d Van hlln ' zich een aantal kr^fTie^S* * WaS> de overweldigers en hi^nTI i ' m *»*Wde tegen ken, ftond zyne SiliS ? Ve,d te trek- ae kerklyke inkomfter in ÈlfAV^ toe v«««e ten van den oorlog te bei™^7 ' ^ hem de kos" detneming bad ech^fe~ti d^~ \ daar-  het DUIÏSCHE RYK. 53t daarna; zo weinig gingen de belangen van het ryk aan H» de andere zyde van de Alpen Karei ter harte: ja, tot Boek. een geloofwaardig bewys zyner onachtzaamheid verhaa- H. len fommige historiefchryvers, dat hy voor één maal vI°fOFAST' tyd, waarop hy door Lodewyk, hertog van Anjou, * broeder van Karei V, te Villenauf, by Avignon* onthaald werd, aan Frankryk de oppermogenuh.id van 't Dauphiné afftond, welke aan het ryk gebleeven was, fchoon Humbert, de laatfte Dauphin, dar gewest aan de kroon van Frankryk fchonk (r) Het voornaam oogmerk echter van de byeenkomst te Avignon, waarby veee vorften tegenwoordig waren, was, om middelen te beraamen, tot het onderbrengen dier landlopers, die de provinciën verwoesteden, en tot onderfteuning des Konings van Cyprus tegfen den fultan van Egypte; maar, in'plaats van zyne toeftemming te geven aan de maatregelen, welken men tot ontzet van dien vorst voorfloeg, toonde Karei de noodzaaklykheid om eene kruisvaart aan te richten tegen dc Turken, die Adrianopolen airede ingenomen hadden, en het gantfche Christendom met verwoesting dreigden. Na veel twistens Icheidde de vergadering. zonder op deeze gewigtige onderwerpen tot eenig befluit gekomen te zyn. De Bandieten bleeven hunne verwoestingen zelfs tot voor de poorten van Avignon voortzetten, . in zo ver, dat de paus zelf aldaar niet veilig was, wel pauS Urke uit dien hoofde zyn vertrek naar Rome verhaastede,banus bsnadat die ftad geduurende den tyd van twee en zestigS^ zich jaaren door de paufen verlate'n geweest was. Daar^ Ro' echter de Visconti al e de plaatfen in hunne magt hadden, waar men de Alpen kon overtrekken, en Urba. nut geheel niet gezind was, om dezelven te vermeesteren, begaf hy zich aan boord van eene galei, aan de Kc- (rj Thecb. Nkm. Union, tract. VL  53* HISTORIE v4x .Bol, Seïï? Sde°tW' ^ ^ * *~ voclig te .oly^n t^^^V"^ Staaten niet verlaten kon, onder f, ' t\ hy zvne oorlog, welke thans weerom usfeherTfV Va" den Dekerto. Oostenryk en Beieren was u^K? ^J^"™ v«« waren m de daad te vpM ,r»^ > > ' Deeze vorften OoEyk ^/ ffl add ttw^£^«a 1-nne eifchen en ftonden in elkanders gezicht, toen S/,, d(Vlegers t*ge„eA van Zfe/ww*,***, vanihet Kehïï2i,ucmar> KonmS kander u de twistende par yen bewooJ aan het oogmerk hield hy^ch eeffen Zfï?*"1- Met dic ftellen op de zaken var?SJ* "ledlg' om orde te de Duitfche vorften eL tT\e°J nadac hem d°°r bygezetfnam hy den Sgt nS/i?de krygSJ0,k was fte kry,jSbedry4 werden ra£nf? M%Zyne eer" welk hy ftorrnenderhanH n g Cht tegen het OosteJyk S£rhtd Et ^e?" ^ ™ dwong, hunne verbindten? £j WeV ,.1Rgezetene" ken. 2jch r. £™s J"ef ,de .*W* te verza- de Keizerlyke tienen Z ? bindende, om tegen »oDi me„ werd het met\lta°deffchoon. ƒ0 Vit. Pap. Aven. torn I it\ v »»»• 1364. * W HüITFELD. fm. ƒƒƒ_ arf<  het DUITSCH E RYK. 533 bevestigde het verdrag, het welk geen van beiden tot n veel eer verftrekte. (y) Boek. Ondanks dit verdrag flrafte de Keizer de fteden en jj. ' edelen , welken het geleide van Bemabo fteeds gevolgd Hoofdst.. hadden, in het herroepen der voorregten, die zy van zy-VH. Afd. ne voorzaten verkreegen hadden, en bleef geheel doof voor alle hunne vertoogen en fmeekingen, tot dat zy middel vonden, om hem met geld te vrede te ftellen, waarop hy zelfs hunne voorregten herftelde, ja vermeerderde. Uit deezen hoek niets meer te vreezen hebbende, vervolgde hy zynen togt naar Viterbo, waar hy zyne heiligheid ontmoetede, en naar Rome vergezelde, en toen de paus affteeg, den ftygbeugel hield, nadat hy zyn paard by den toom geleid had tot aan de St. Pie D K . ters kerk, in welke de Keizerin, op het feest van Jff-tnvrtT lerheiügen, voor het altaar gekroond werd, na voor af te Rome door den kardinaal bisfchop van Ostia gezalfd tegekroondzyn. (z) Na het aflopen van deeze plegtigheid verliet de Keizer de ftad Rome, en begaf zich naar Toskanen, waar hy zich eenige maanden ophield, en eene groote fommc gelds invorderde van de fteden, en van de ftad Florence zelve, welke genoodzaakt was zyne goedertie* renheid te koopen. Vervolgens, in Duitfchland te rug gekomen , beriep hy eenen ryksdag te Frankfort, waar men maatregelen nam, om den vrede in het Keizerryk te handhaven; inzonderheid deed men een Keizerlyk bevel afkondigen, ten einde de vyandfchappen voortekomén, welke gemeenlyk onder de edelen heerfchten. Deeze voorzorgen beletteden echter Magnus, hertog i369. van Brunswyk, en 'Gerhard, bisfchop van Hildesheim ,Ooriogtusniet, om tegen elkander te veld te trekken, waarop/c/iWden een veldflag volgde, in welken de laatfte de overwinningSf^f behaalde. De oorlog werd hervat door Otho, hertogen™*/ van (ï> VlT- Urh- V- Ric Bzov. hoe. ann. (z) Struv. Period. Sect VI. JEurop. Hist, XI. D. iL St. Y y y  *34 H I S T O R I E v A N Bot Z Sïï^t w^.^^ -n zy. II. heen en weder trekken vermot T?' i_elkanddr d°or Hoe™, een verdrag van vrede ^1 te h£bben' werd 'er yn. Afd ftoorde nogfhans de rusvf n "f*\ DceZe twist ™fchop van de oorlog, die van nL d/n Kelzer minder, dan ^.^,^1^^^» d- Paus S ne heiligheid de overwinn nl Ï2 fl tr0epen van W land met gewelddadigheTd en i,^3'1-6' en het ë^eel banus nam zyn £l'w^nng vervulde! Cfr. dij d^yfL^^f» honing van hulp te komen; doch hv ko7va7l 6?e? °ra hem te lof bekomen, om de i^v^ekkn ^ Ver' rel zyne oogmerken wanf j en» naardien Ka. zulke fchrik wmeSenïSrS-' n°gthans zond ^ hy zich daardoor het biï^Pm ™ *<™*Z uit den kerklyken ftaar IJ, fg 0m 2>'ne troepen i37o. voorilagen deed toteene bevÜf ' Cn de ee^« kerlyk zou verwoon hebben ^a"gh' ^ de paUS ze* ver omhelzing dbor den KeSj Ti 7 ™et tot derzeI* de op het denkbeeld van rf t jongen welke beef. Lombardyen, endaarom TT 1°™* ,der H°"g**re» in voorfteih^ te'S^^iel om /e hgheid overleefde deezen 2 zy°e hei. ftierf weinige maanden daarn! n'et Jang' wa"t hy Maumont, welke den ff g ó~or de en den Keto^*^ ^.^/aaiam, zyne verheffing zond W* VOrften berigt van Zonder zich vppI het noorden van DmLiZT^ ,D. ? tw'isten- "elke vdn ^/^/^ ontrusteden, leefdeKar/ï (a) Babkb, fom. p/. p_ 8l2> ge. zag  het D ü I T S C H E RYK. 535 genoeglyk en op zyn gemak te Praag, waar de kon- n, ften en wetenfchappen onder zyne befcherming bloei- fiosit. den: doch in het raidden van deeze lecterkundige uit- II. fpanningen werd hy ontrust door de tyding van een ver Hoobmt. fchil tusfchen zvn broeder Winceslaus, hertog van Lux V1L Ato' emburg en Braband, en den hertog van juliers, van *37'> welken laatften men zegt, dat hy eene bende roovers,°.0TH die op de openbaare wegen gewelddadigheden pleegden, winces- f befchermd had. Daar nu Winceslaus ftedehouder vanlaus enden het ryk in de Nederlanden, en opziener over de grootefeer?9S vm wegen was, zond hy afgevaardigden aan den hertogJu!iers' van Juliers, om zich over zyn gedrag te beklaagen; en daar deezen op eene fmaadlyke wyze behandeld werden, bragt hy een leger op de been, aan welks hoofd hy in de ftaaten des hertogs viel, die hem verfloeg en krygsgevangen maakte. De Keizer, van zyn broeders nederlaag onderricht, befloot op den overwinnaar eene ftrenge wraak te nemen, en beval tot dat einde, op eenen ryksdag te Aken, aan alle de hertogen, graaven, baronnen en edelen , aldaar vergaderd, hun aandeel van krygsvolk te leveren, om daarmede het hertogdom Juliers te vuur en te zwaard te verwoesten: doch van dit zyn voornemen werd hy afgebragt door tusfebenfpraak van de geestlyke keurvorften en de vorften van Beieren, welken hunnen neef, den hertog van Juliers, bewoogen, om Winceslaus en alle de krygsgevangen en zonder losgeld te flaaken, en op zyne knieën den Keizer zng hy een hert en een hond in een fontein vallen, en vervolgens hun hair verliezen. Op deeze waarneeming liet hy dien bron'onderzoeken, en het water heet, en van eene geneeskundige kracht bevonden zynde, verkreeg het den naam van Kareis bad, of het bad van Kat el. (i) (1) Baere, torn. VI. p. £i. Yyy 2  54° HISTORIE van IL De kleene oorlogen rtK{M^„ a q \ j. Hoogst, ryk-bragten zo ThS^4ï,edeleD in het keizer" vu. Afd.rel} om deeze wor^™&sa Vnort' dat KaNeuremburg befchreef, op ielten hw eeneYyksdag te werd vastgefteld, dat geen vorst JIaT ^"^fluit door een ander bezwaard vond, to?v]S&ddie Zich nen zou mogen nemen, dan twee m na I! Tape* vangen ongelyk; en deeze wet, * ffi*Sr™ H0™" genoemd, was van zonderlinginfen£ TuZf^ zerryk Na het maaken van deelvas (Sr ° heC kei* £^ weder tot zyne vorige JnSftS de belangen van het ryk in Batten ^£l ti Tp fcheen Hy zag de ondernemingen van Gr*'e den fci» aaf ^en^Tdnt X (?) Hist. Luxemb. lib. LV. (A\ t„t~ /-v  het D U I T S C H E RYK. 537 slaus te verzekeren. Met dit oogmerk deed hy eenen Hm togt door Duitfchland, belegde de zaken met zo veel Boek. behendigheid, en wist zyn geld zo wel te befteeden, jj# ' dat voor honderd duizend dukaaten, welken hy aan ie-Hoofdst. der keurvorst betaalde, zyn zoon, fchoon flechts vyf-Vil. Afd. tien jaaren oud, op eenen ryksdag, tot dat einde te Rens byééngekomen, tot Roomfch Koning (V) verkooren , en vervolgens te Aken gekroond werd. Om zich echter niet geheel van gereed geld te ontblooten, verpandde hy aan fommigen hunner den tol, dien hy had op den Rhyn, en verkogt fteden aan anderen. Bopart en Oberwezel werden gekogt door den keurvorst van Trier ; Keizerlauter, Öppenheim, Obernheim, en BigeU heim begaf hy aan den keurvorst van de Balts, en fom* mige andere fteden aan den hertog van Oostenryk; zo dat men gewoon was te zeggen, „ Hy heeft het ryk „ verzwakt, en den adelaar geplukt, (f)" Eindelyk, toen Karei zyn zoon Winceslaus in verfcheiden keizerlyke fteden had zien inhalen, keerde by naar Praag, waar hy berigt ontving wegens de terugkomst van den paus te Rome, in welke ftad men met zyne tegenwoordigheid niet zeer gediend was, na zo langen tyd de aangenaamheden der onafhanglykheid genooten te hebben, terwyl de paufen hun verblyf te Avignon hielden. Tenzelfden tyde fchreef Gregorius eenen brief aan den keizer, verzoekende, dat hy den vrede tusfchen zyn neef, den koning van Frankryk, en den Engelfchen monarch bemiddelen zou. Karei, die deeze zaak ter Karei dm harte nam, befloot, een togt naar Parys te doen, oueentogt dat hy zo veel te nader by de band mogt zyn, om te^ Pa" kunnen handelen, zo als de voorkomende omftandighe- denCe, Spond. Cont. torn, I, p. gi8. (/) Krantz. Sax. lib. X. cap. 3. Yyy 3  538 H I S T O R r v U 11 JE VAN den het zouden vm-eifchen i*r j , Boek. wendige bewegingen in djC hy dan een%e i„- II. nen oorlog tusfchen gefti,d had, en ee- Kard F, Koni *h&S,,,dHd. «K» Saf hy aan merk, en nam den weg over* , ngi van zvn oog. zvn zoon Winceslaus, en een m^f Vergeze,d van ryk werd hy ontmoet door P™ g geï°lg' ïe de koning gezonden had , om hem T1 ^' W6,ken Comptegne ontving hy de niï?rn£! tC ontvan^n. Te van den%ryaarvang&ngen Van den hertog fcboppen; en te Paryl deed ht ï .verfi*eiden biste paard ter regte hand des konlLfn; Tede' rydende te pragt en luister onthaalde wSu * ^ met gr°ovan zyn tegenwoordig baoek IT V?7 fk/ls de reden ven, zyne weezenlyke aWfL? Fr«*nf* mogt opgezyn het vertangen;om denT"-fchynen Sjeest te z>en, voor wien hy eene Zni™^ ^ Frankryk te en een bygeloovige7/^ 8"otf g^egenheid betuigde, Maur te verrichfenf wa'ntXr £!T godsdie^t te* St. anders in Frank,yk ve7richr hl ^ Lniet' dat hy iets Dsuphin tot zy/en bXndia^ ^?a,!e dat hy de» nmgryk ^ en het eSu ft*dehouder in het koook gaf hv aan een byZonder eSï verk,a^de; rand de Couci, verlof nm ede,tnan > genaamd Enguerhandhaven, wélk hv t'n. /e^apenderhand het regr te Engue, jan het huis t^elf \^Z°P * °P™'ging rand de der Catharina, kleindochZr , °fde Van Zvne moet Couci Toen Cö«« 'd t Zlt V3n Keizer tracht zy- f%hm j , verin eegen, en onderA-w ;„ nen eifch van den koning van Frankrvk " man' op heihuis^'hy eene verklaaring in hef S J , "5^° had» «Oos b.ed van Straatsburg JIT- P^nderde het ge. JEffi. fceWaar-Zyne ^ LfkoXen"3? ^ 4^. zulk memgte omkwamen, dï^gJ^S^" naar  het DCJJTSCHE RYK. 539 raar Picardien te wyken, en van zyne onderneming afte- TT. zién. (g) B< lK. Wai den Keizer betreft; op z^-ne "e'-^komst uit JI. Frankn'k, ram hy den weg over Luxemburg, en haaf Hoor pst. de nertog Winceslaus, die geene kinderen bid, over,V11- Afd< om hem en zyne zoonen tot eifgenvimen van zyn hertogdom en alle deze'fs onderhoorighHen te verklaaren. *, hertog vSan bTJS^^^^ Aan volgens het welk meman/l, hy een voorregt, regtsgebied onttrok?el noch Th t^^ aa» vat mogt worden, om i S 1 " fe.zerryk ge. Hy bevestigde den abt van Fulda^L °°k Pi mo^ Opperkancelier der Keizennne hen r waard,êheid van voorregt verleenende, om naamlv? ?a nieuw gekroond werd, en by alle Sy ' ,ten. tyde' a,s zy den, haar de kroon op he. hanfTr Selegenhl om aftenemen. Hy bekleedt *V6"?' en Weder" het regt, het welk hy had tor tT\ Aq °Ude ™* van de Paltz Hy kondiS'p! u&n >'su™°< Gendom welk de goederen der gX£k£ vf™/' door «et regtsgebied ontheven werden len Y"6 wae^W Westphalen trekkende, had hl'A. by *evaI door het graf van den S^^&ST^^» 0m h- welk op Ae^^^^^r, wapen  het DUITSCHE RYK. 541 wapen van Karei de Groote aan het hoofd, en dat van l?» Bohemen aan den voet geplaatst: eindelyk, liet hy het Boek. feest van Karei de Groote jaarlyks in de kerk te Aken !}• nlegtig vieren. Hoofdst. V 6 VII. Af». AGTSTE AFDEELING. Behelzende de oorlogen der Husfiten in Bohemen. WINCESLAUS. Winceslaus volgde, in den ouderdom van zeven- I37| tien jaaren, zynen vader op in het bewind des Keizer-Winces'ryks en op den throon van Bohemen, in een tydperk,,aus dat de kerk door eene groote fcheuring werd van éénzyn- vafr gereeten. De Romeinen hadden Urbanus VI, die deteïzeriykt verkiezing van deezen nieuwen Keizer bevestigde, maar waardig. de Franfchen Clemens VII tot paus verkooren. Geduu-tev/rende deeze onlusten ftelde Winceslaus Jadoc, markgraaf van Moravie, aan tot zyn algemeenen ftedehouder in Italien, en beval hem, te onderzoeken, wie van beiden de waare paus was, hem te erkennen en te befchermen, welken hy zou bevinden wettig verkooren te zyn, en daar tegen den ander, die zich op den H. ftoel had ingedrongen, met geweld te verdryven. Hy Europ. Hist. XI. D. II. St. Zzz hield  54* HISTORIE van li. paufen onderzogt was, Urbanu\TvïZlr x ™k ^r */Aken. dat de pest in Bohemen woedde en pTf , ? h,'?d' °mallerleie foorten van ongebondenheid S^^SE/S zaken van het ryk zo zeer verwaarloolde', dat 1 vinoen een prooi van die bandieten werden ' ? PT en Groote Compagmen hebben gewag gemaft?. ' ne wederfpannigheid te S£ C«Ti,UB' het land ^afloof liet vervvoeS' N Tec «ntf^Ka nmpryk Bohemen geplunderd te hehix n nanSzvifZ uya/^nTn ngin/an Na*b> w<^ oX gehuurd was aan 0//w van Brunswyk, ^n in hr- JLf ! ter dood werd gebragt door 'Karei DurZo^Z dat zy dien vorst ah haren opvolger in Xll waardigheid verkl ard had. ^on.n^iyke Zyn bedor- Schoon Winceslaus op den vrede rW tori™ „ lettend fcheen, was hy echte" eer,VnZ Zeer °P* w«rfA«-rf,dorven fmaalr ^ L a r ee"vorst van eenen be- ftrefae, *t hy bj zy„e gdx^tS^"^ (0 Spond. Cent. torn. II p. rj. ner  het D ü I T S C H E RYK. 543 ner moeders dood: en de onreinigheden, waarmede hy ij by zynen doop de vont ontreinigde, en het airaar, Boek. toen by tot Koning van Bohemen gekroond werd, zag ij. * I men aan als voortekenen der onwaardige handelingen,Hoofdst. met welken hy zyne regeering onteerde. (m~) ZynVlii Af». gantfch gedrag was eene aaneenfchakeling van ontaarte wreedheid en laaghartigheid. In navolging van zyn va- „ der, befchikte hy over alle de regten des ryks in^Lw* Duitfchland, die nog niet verkogt waren, en van de egten des i Baliaanfche fteden en landen, welken zyn vader vev.Keixer' vreemd had, vorderde hy geld, voor de bevestiging^* hunner voorregten. Hy vaardigde ledige gunst • brieven af, getekend en gezegeld, om ingevuld te worden, zo als de koopers bet goedvonden, door welk middel de ryken en vermogenden gewettigd werden, om de zwakken en armen te verdrukken, 'n) Dit deed men ook zo ftrafloos en met zulke buitenfpoorigheid, dat 'er geene veiligheid voor den koophandel, geen burgerlyk beftuur,. geene orde in het ryk gevonden wierd. Zodanige verwarring kon niet misfen, burger oorlogen voorttebrengen. De fteden van Zwaben en aan den Rhyn vatteden de wapenen op tegen de nabuurige vorften, van welken de Paltsgraaf, de graaf van Wirtemberg, en de hertog van Oostenryk de voornaamften waren. De keur-en andere ryks-vorften en ftenden werden ,3S5. alle deeze wanorden moede, en waren verdrietig, Duit feit-Onlusten, land zonder opperhoofd, en de voorregten de ryks",Duitfch" vervreemd te zien, om de fchatkist van Winceslaus te'^udd vullen. Uit dien hoofde zonden zy een gezantfchapfj^/,e„!°r naar Praag, met verzoek, om zyn verblyf onder henkomst der te komen nemen. Toen hem dit voorftel gedaan werd, keurvor. zeide hy, „ Waarde afgezanten, de geheele waereld^"" „ weet, (m) Chron. Riddag. ex. Meib. vol. LIL p. 373. (n) TraTii. in Chron. Naucler, Getier. 47. Krantz Wand. lib. X. cap. 1. Zzz 2  544 historie van. ii. j> weet, dat wy Keizer zvn en ™ • j . Boek. „ ryk is, die ons wenfcht te z"en la IT^nl h* II. „ komen, en wy zullen hem vrS „?L y Bohemen Hoofdst. Dit was al het antwoord LTilk,gehoor §even C°) " Vin.Aïd over welke verachten hUnnen k°nden' zo zeer geërgerd waren da ™ de keurv'°^en bende op eenige t^^L^'j?? V°TtZicht hebvan de algemeene rvksS^rS, 70 gedl'3g' Ze,ven beiden kwamen in d^wrfcb&i„T^ tUsfchen fchen verfcheiden ryksuS'^ ffig»' * .«* hun met moeite werden bygeleed y„ en door gemoederen verbitterd.' g g Zo zeer ware" de De fteden van Zwaben* Frank™!™,! Rhyn vormden het ,o genaamdeiS^rZ,™*? ryksvorften gingen met elkander ter hun™ ondv dG verdediging verbindtenisfen aan, door wX t,™hnge de openbaare rust eenigen tyd1 Wc il ?i ëen 1388. Di\N in weerwil van ,irl li gehandhaafd. Leopold nanT ™ weerwil van alle de maatregelen, welken mpn v^oos-- jam»,om burger onlusten in Duitfchland v^^r^l tenryk brak er een oorlog uit tusfchen hPr ?„ï voo™en> ™* en de vereenigde fteden wel^ !™ °osfen' dezwh. hanglykheid hadden afoeffl' f t ^ Jük Van onaf' ^r««»S van ^ednea|;fS dte ^fop ""e ma"^' trouwende, bragt een inzienlyk^o^de X de onder te brengen, van we°ken z£ l ? agt cantons zyner heerfcham,vf» hJw Ch reeds De toen van den £&«;, Zwahm en aan den AS*, W a». Ltixmb. m. l nu w Dmcls «, „ ^ ^  het DUITS C HE RYK. 545 maakten toerustingen, om zich te verdedigen tegen die II. vorften, welken dezelven trachtten te overheerfchen: Boek. Spiers, Mentz, en Worms ligtten eenig krygsvolk, II. weik het gebied van den Paltsgraaf, Robert de Jonge ,Hoofdst. afliep, die daarop te veld trok, en met groote wreed-vlIL Afd* heid weerwraak nam. De inwooners van Straatsburg, door den markgraaf van Baden verorgelykt, plunderden de landen des markgraaffchaps, en verwoestten de HadBrumpt, aan den gra^f van Linange toebehooren.de. Deeze vereenigde zich toen met den markgraaf van Baden, en den ouden Paltsgraaf, ftroopende tot vóór de poorten van Straatsburg, en het geheele land, van Husbergen tot aan Malsheim, te vuur en te zwaard verwoestende: met één woord, de Elzas was, door deeze wederzydfche ftrooperyen en wreedheden , tot de grootfte engte gebragt, toen de vrede onder bemiddeling van fommi. ge ryksvorften herfteld werd. (r) Zonder zich over deeze gebeurtenisfen het minst te bekommeren, bleef Winceslaus zich nog fteeds in Bohemen ophouden, zynde gedompeld in allerleie ongebondenheid, waar door hy zich dageJyks meer en meer verachtlyk maakte in het oog zyner onderdanen. • Hy liet Joannes Nepomucene , biegtvader zyner gemalin, vérdrinken, omdat hy aan hem de byzonderheden van hare biegt niet ontdekken wilde, en gedroeg zich in alle andere opzigten met zo veel wreedheid en onvoorzichtigheid, dat zyne onderdanen hem met verfoeijng en afgryzen befchouwden. Maar, terwyl hy zich den haat en de verachting van alle braave menfchen op den hals (r) Wencheb. Coll I. p. 145. * In dit jaar werd de leer van Witkliffe in Bohemen ingevoerd door een edelman van dat land, die in Engeland geftudeerd had. (1) (1) Heiss. lib. XI. cap, 28. Zzz 3  546 HISTORIEvan II. hals haalde, muntte zyn broeder Sigismund uit door zvBoek. nen wakkerheid en bekwaamheid, en beklom eindelyk II. den Hongaarfchen throon, na het overlyden van Karei vmA7DDurfZZ°J diï do-or de ^ttgaaren verkooren was, doch ■ *op last der Konwginne moeder vermoord werd, omdat hare dochter, de prinfes Maria, door zyne verkiezing van haar regt verftoken werd. 5 BrïnswS* /DE d00d Van iW*° wikkelde het Koningryk Na. neemt bezir ^ in groote verwarring. De eene party was voor van Napels zyn zöon L,audeslaus, fchoon nog min ^eriaarig terwvl vwrLode-eene andere party de belangen van Lodewyk van Aniou wyk™ dle naar de kroon dong* was toegedaan^4^' J°u- fchoon van beiden even zeer geliefkoosd, hield zich onzydig, hoopende zynen neef op den throon te kunnen verheffen, nadat de twee andere mededingers elkander verzwakt hadden. Middelerwyl werd Otho van Brunswyk, laatfte echtgenoot der ongelukkige Jane, tot Opper veldheer voor Lodewyk van Anjou aangefteld die zich aan het hoofd van een leger, uk Franfchen en Duitjchers beflaande, naar Napels begevende, het geheele Koningryk aan de heerlchappy van hertog Lodewyk onderwierp. Urbanus werd over deeze zyne voorfpoed natuurlyk met fpyt vervuld, daar zulks niet alleen zyn ontwerp onuitvoerlyk maakte, maar ook den aanhang van zynen mededinger, Clemens VIII, wien de hertog van Anjou was toegedaan, verfterkte; boven dien vond hy zich gehaat om zyne ftrengbeid en heerichzucbt, en van Bologne, nevens verfcheiden andere noo * ' , e de party van zvnen mededinger toeviePauS ur- ien > vfrlaten. Deeze famenlopende verdrietlykheden banus deeden hem zo zeer aan, dat hy van hartzeer overerft, en eed; weinige dagen na zyn dood verkooren de veertien TeldiJ kardinaa]en> die te Rome waren, Petrus Thomacelli in door BonuzY"e.P]aat£ Dees nieuwe paus nam den naam van Bo. facius IX.nijacius IX r.an, en deed Clemens in den ban, die hèt» ztSm  het DU1TSCHE RYK. 547 zelfde vonnis met gelyke hevigheid op hem te rug TI. kaatfte. Boek. Omtrend deezen tyd werd de rust van Duitfchland ix. geftoord door verfcheiden oploopen tegen de jooden, Hoofdst. welken beichuldigd werden, de bronnen vergiftigd, enVII1-AFD. den gewyden ouwel gehoond te hebben, fchoon in de '39r. daad hunne rykdom de geheele mis laad was. Op dee .Qr>l°°Pen ze betichting werd-n zy te Praag in hunne lynagogei^eni> verbrand, te Spiers zonder onderfcheid van jaaren of ftxe vermoord, genoegzaam overal genlunderd, en ten laatften, daar het gezag van Winceslaus niet genoeg, zaam was, om deeze ongelukkige natie te befchermen, genoodzaakt, naar Luthauwen te wyken, wiarzy eone fchuilplaats vonden door de gunst van jfagellon, die up eene Joodfche juffer ve* Iiefd was (s) Deeze onlusten werden gevolgd door eenige op- Onlusten fchuddingen in den Elzas en an ere gewesten aan den*'" den ElRhyn. De inwooners van Straatsburg eifchtera fornrni zas* ge fteden te rug, welken Karei IV aan den Paltsgraaf Robert verpand had, beweerende, dat de Keizer de magt niet had, om over hunnen eigendom te befchikken. De graaf echter weigerende, hunnen eifch te vol. doen, fokken zy te veld om hem met geweld ondertebrergen Deeze oorlog bragt evenwel niets, dan wederzyafcne ftrooperyen, voort, en de Straatsburgers waren genoodzaakt, te rug te trekken tot beveiliging van hunne ftad, welke door eene zaak van grooter aangelegenheid in eevaar geraakt was. Rapoljïein, een edelman in den Elzas, aan wien zy het burgerregt haddt n opgedragen, zettede een Engelfchman, genaamd Harleston. gevangen, omdat hy in het leger van En. guerrand de Couci gediend had, toen die edelman het gtb ed van Straatsburg verwoestede. De Koning van i352< En> f» Solom Ren. Virg aet. CLX p. 151.  548 HISTORIE van II. Engeland üfbhte daarop het ontflag van zynen onderBoek. daan; de Keizer beval, hem op vrye voeten te ftellen, II. en, toen zy het bevel van dien zwakken vorst ver^ vi»-a». Veele edelen, naieverig over de magt van Straats. lT:0JUrë> namen deeze gelegenheid waar tot het aangaan *%T*™. e« bon%enootfChap om haren trots te vernederyksbangc.™ > & b sfchop zelf voegde zich by de bondgenooten, dam. die, een leger op de been gebragt hebbende, het beleg der plaats ondernamen, doch haar nogthans niet konden onderbrengen. Eindelyk werd de vrede getroffen door bemiddeling des bisfchops van Bamberg, fchoon de Keizer tot het verdrag in geenen deele zyne toeftemming SneLn'dl' voor datde burgers zyne'vergiffenis doo? den. (1) ^ S duizend florynen Sekogt hadNa deeze herftelling van den vrede frwsmpn tntr 5»2fl hun/'H' he«i- van' &, lZr y«Beie- éea' °ra1fnne Staaten te verdeelen, die tot dus ver re„. onverdeeld gebleeven waren, en ondertekenden een Si,!"1 de 0rde der °Pvolging en de vervreemding hunner leenen te regelen: by het zelve verbond zich ™Z aTu' z,ch van zyne landen niet te ontdoen, voor dat hy dezelven eerst aan de twee anderen te koop aangeboden, en hunne toeftemming tot het ver. vreemden van zyn eigendom verworven had; wordende alle verlchillen deswege aan de uitfpraak van fcheidslieden verbleeven. (u) Middelerwyl bleef Winceslaus nog fteeds in ongebondenheid verzonken, en fcheen zyn best te doen, om zich den onverzoenlyken haat zynes volks op den nais te laaden, door het opleggen van buitengewoone las- tm.iutii,^tm' VI'P' 3°* W Adlzk- Am' Bojor- Gm-  het DÜ1TSCHE RYK. 549 las'en, en het oefenen van wreedheid tegen allerleie II. foort van menfchen zonder onderfcheid; zelfs niet den Boek. magistraat van Praag ontziende, welkyleden hy, zon- II. der eenige regtsplceging, liet onthoofden; Ja, om zich Hoofdst. aan bloed en flachting te gewennen, vernederde hyVI11,AFDzich zo zeer, dat hy eene naauwe vriendfehap aanging met den gemeenen fcherpregter, wien hy den naam gaf van zyn kameraad. * Sommige fchryvers verhaalen echter, dat deeze wreede aart hem niet natuurlyk eigen 1354. was. Men zegt, dat hy tweemaalen vergeven wevA\De wreeddoch de geneesmiddelen, die hy gebruikte , ftuitten ^fn^". deszelfs volkomene uitwerking: hy behield echter daar jaus w'as van in zyn geitel eene buitengemeene hitte en dorftig-to uit. heid, welke hy met veel drinken lesfchen moest. Dus werk/el van verkreeg hy eene hebbelykheid van dronkenfehap, d\everg1^ hem fomtyds tot zulken trap van raazerny vervoerde, dat het gevaarlyk was, naby hem te zyn; want men verhaalt, dat by in één dier overvallen van ylhoofdigheid zynen kok leevendig liet braaden. (x) De edelen van Bohemen, zyne wreedheid en buiten- 1396. fpoorigheden dagelyks ziende toenemen, oordeelden het Hy wordt hoog nodig, hem onder eenig bedwang te leggen, enfe°°rvdaenede' zetteden hem, op raad van zynen broeder Sigismund,Bohemen Ko. (x) Dubrav. lib. XXIII. p. 606. * Men zegt, dat deeze fcherpregter ten laatflen nog door de hmd van zynen vorst omkwam. Winceslaus, hem op zekeren aag hebbende laten haaien, zeide, dat hy wel wenfehte te weten, hoe iemand te moïde was, als hy verwachtte, onthalsd te worden. Hy blinddoekte dan zich zeiven, en geknield zynde, verzogt hy zyn vriend, hem het hoofd aftefl3an. In plaats van zyn bevel te gehoorzamen , doeg de fcherpregter hem met de platte zyde van het zwaard ; waarop Winceslaus hem op zyne beurt liet blinddoeken , en, het zwaard in de hand nemende, ,hem daadelyk het hoofd af. üoeg. (1) (i) Auct. in Chron. Belg. p. 326. Europ. Hist. XI. D. II. Sr. Aaaa  55o HISTORIE van jj. Koning van Hongaryen, daadelyk vast; doch hy vond BqÉk-, middel, om te ontkomen. Na zich verfcheiden maanjj# ' den in een hol tej£viebben opgehouden, verwierf hy van Hoofbst. den raad verlof, om zich tot zyne verfrisfehing naar VIII.Afd.een bad te laten brengen. Aldaar digt by het bad op vastgezet, den oever der rivier een klein visfehers vaartuig gewaar doch ont. wordende, trad hy 'er in met de vrouw, die hem verviucht. Zelde, zynde beiden naakt, en, naar de overzyde der rivier roeiende, weeken zy naar eene fterk te, welke hy voorheen had laten ftichten, om hem te ftrekken tot eene fchuilplaats tegen de ondernemingen zyner vyanden. (y) Men liet hem den toom der regeering weder in handen nemen; doch, daar hy zyn gedrag niet verbeterde, namen zyne onderdaanen hunnen toevlucht tot zynen broeder Sigismund, Koning van Hongaryen, wel. ke zich, aan het hoofd van een fterk leger, naar Bohe. men begaf, den Keizer noodzaakte, zich te onderwerpen, en tot regent van het ryk verklaard werd, waarop hy de ftaatsdienaars en bevelhebbers veranderde, en de bezwaaren des volks herftelde. Winceslaus, weder«anIet om gegreepen zynde, werd nog eens vastgezet, nu in opzigt vanhet één, dan weder in een ander kafteel, tot dat hy Albert, ten laatften heimlyk naar Wenen gezonden, en aan het hertog van0pZ1gt v?in Albert, aartshertog van Oostenryk, vertrouwd toever-1 werd, welke hem in eene van de ftadstorens liet optrouwd. fluiten. Van daar ontkwam hy echter wederom door toedoen van een ouden visfeher, Grundler genaamd, die gewoon was, zyne liefdegaven onder de gevangenen te komen uitdeelen. Winceslaus, hem op zekeren dag uit zyn venster ontdekkende, beloofde hem eene groote belooning, zo hy hem tot het verkrygen zyner Ihont- vryheid behulpzaam zyn wilde. * Grundler, door zyne be- (y) Hist. Luxemb. Ut. LV1I. » Hy was niet ondankbaar jegens zynen verlosfer, want zo haast hy  het DUITSCHE RYK. 55; beloften gewonnen, bragt hem eene zyden koord, langs n. Se h/zich van den toren afliet; en vervolgens, Boek. lor hem over den Donau geroeid zynde , keerde hy U. naa-Bohemen, kreeg de ftad Praag wederom in W™°™>*r. S door middel van fommige edelen, die zyne vnen-W a». G n waren, en men liet hem zyn gezag hernemen "fïï&r der voorwaarde, dat hy zyne leevenswyze zoude ver-^^ ^gZ^Le deeze wW^^^:^^J^ trachtten de Godgeleerden in Duttfchlandte fcheuring,^ J dt door de twee mededingers naar de paufelyké waardig-/-^™ beid in de kerk verooïzaakt, door hunne fchnften tefa * hr* eindigen Schoon de univerfiteit van Keulen Bonifacu^ «"af den wettigen paus erkend had, helde zy „<*-*"• t ans over, om' eene, algemeene kerkvergadenng by eenteroepen, als het éénige zekere middel, om den vrede der kerke te herftellen; ook fchrcef zy hier over aan de Univerfiteit van Paps. Het overlyden mens VIU welk omtrend deezen tyd voorviel, icneenV1[ ^ eene gunftige gelegenheid, om tot dit gewenfchte einde, ^ en teeraEffie aartsbisfchoppen van Menu en Keu-*«* p Lfen verfcheiden andere vorften en ker^goi djjg^ Keizerrvks, bezwoeren de kardinaalen te Avignon, omdjctus Se nieuwe verkiezing te doen, voor dat men eemgeXüI. EregeLi had genomln, om de ^t**?J^ digen; de Koning van Frankryk_ M^™™**^ einde nogthans verkooren zy, m fpyt van alle die vertoogen,Pedro de Luna, kardinaal van Arragon, die (s) Barre, torn. VIL p. 58. hy den throon wederom beklom .ontbood gantfche huisgezin van Wenen, verhefte hem tot den adeütana, en fchonk hem een aanzienlyk inkomen, (ij (O Remaroi Jur Heiss. ubi Supra. Aaaa i  552 HISTORIE van n. den naam van Benedictus XIIL aannam. Zo haast zvne Boek. verkiezing in Duitfchland bekend werd, beriepen dII. aartsbisfchoppen van Keulen en Mentz, nevens de andevmAFo' rC ryksvo[ften> ee^n ryksdag te Frankfort, op weiken I rfflen'/a beh00rlyk °VerleS' benoot' de beide mededin. f/S- lers v^rmaanen' om dü P^felyke waardigheid aftefort. ltaan' °Pdat er eene wettige verkiezing mogt ftand grvpen; voor dit gevoelen verklaarde zich ook de Koning van Frankryk , wiens gezanten op deeze vergadering tegenwoordig waren. 6 Afgaat. Volgens dit befluit van den ryksdag zond men afee- gezonden. van Frankryk en der Duitfche vorften aan Bonifacius bekend te maaken; dan fchoon deeze hun zeer vleide en zich geliet, hen met gunsten te overlaaden, zy konden echter hem nimmer zo ver brengen, dat hy over het doen van den afftand met hun in onderhandeld De Keizeru ^ J k ;hy meC groote behendigheid ontweek! ?/w/«,rHo7e' zelf den ryksdag Set bywoonde, mondge- ooraeeide by echter zyn eigen aanzien van genoegzaam fprek met gewigt, om het verfchil te beflegten, en floeg aan Ka- iZfr^rrel,1Kon'm^ van frankryk, te Rheims een mondgev^rank-fJjrtÊ voor waar hy dgn fcy &n ^ ^ ^ fc ^ egde; en, fchoon hy zeer zelden nugteren was, kwam by nogthans met' den Franfchen Komrg over één, om den bisfchop van Kameryk naar Rome te zenden,' om Bonifacius tot het afleggen der pauielyke waardigheid te bewegen. Nadat deeze zyne kardinaalen hierover geraadpleegd had, antwoordde hy, dat hy bereid was, om aan het verzoek van den Keizer en den Koning van Brankryk te voldoen, mits dat zy den gewaanden paus van Avignon noodzaakten, van zyne eilchen insgelyks afteftaan, en eene bekwaame plaats benoemden, waar hy zelf met Zyhi kardinaalen zou komen, om eedie Bene-ne nieuwe verkiezing te doen. Op dit antwoord werd het  het DÜIÏSCHE RYK. 553 het zelfde gezantfchap aan Benedictus afgevaardigd, wel- H. ke het voorftel rond uit van de hand wees , verklaa- ^oer. rende, dat hy zich by zyne waardigheid tot zynen ulaatften adem toe zou handhaven; een voorbeeld van™°™J* hardnekkigheid, 't welk Karei zo zeer verbitterde, dat ' ' hy en zyn Koningryk Benedictus afvielen; ook kreeg™ena> de maarfchalk de Boucicaut last, om Avignon te belege-hcm'gevanren, en de tegenpaus werd op het kafteel geduurendege»zet. vyf geheele jaaren gevangen gehouden, (a) Misschien zou zyne gevangenis van zulken langen Margaret. duur niet geweest zyn, hadden niet de omwentelingen^> Kmi»in het Noorden de Koningryken Zweden, Denemarken^^n, en Noorwegen belet, op de fcheuring der Roomfche kerk Deneraarhunnen aandacht te vestigen. Margaretha ging zwan-ken, en ger met het ontwerp, om deeze drie koningryken teNoorwevereenigen, en deed haar best, om de Duitfche vorften gre„j,t de tot het onderfteunen van haar plan te bewegen. Door vreemde Zweden lastig gevallen met herhaalde aanzoeken ,ging deiom zich in het huuwlyk te begeven, luifterde zy eeh.jjjf^ ter naar hunne vertoogen niet; maar, om hunne bekom-tct^8;!rf> meringen weg te nemen, benoemde zy den zoon van Wratislaus, hertog van Borneren, tot haren opvolger, welke keus door de ftaaten der drie Koningryken werd goedgekeurd, op eene vergadering te Colmar, waar men die vereeniging, welke zy zozeer ter harte nam, tot ftand bragt, en dezelve door het vermaard edict, het Verbond van Colmar genoemd, bevestigde. Na deezeZy ververrichtirg wikkelde zy zich in eenen oorlog met de^f *« Duitfche ridders, over het eiland Gothland, het wdKidders 4tn deezen weigerden te rug te geven, voorwendende, datoor;a^. zy hetzelve door het regt van verovering verkreegen hadden, by het verdry ven der dwinglanden, die bet grootfte gedeelte daar van bezaten. De wapenen van b 5 Mar- (a) Froissar», lib. IV. cap. 97. Aaaa 3  554 HISTORIE van IL Margaretha hadden echter den verwachtten voorfpoed BoEK. niet, weshalve zy haren toevlucht nam tot de bSnSS 1L l.ng van den Keizer, die eene byeenkomst te Sn? Hoofdst. £0«rg beftemde, werwaarts hv insoe h*. JLf vm.AFD.zond; aldaar tr'of men een 45^^gC^£ voorwaarde, dat de ridders het eilfnd aan mr\arethl zouden afftaan, voor de betaaling eeneMbWTddT om hun de kosten van den oorlog* te vergoS. «99. Op deeze wyze de rust in het Noorden herfteld heb- ü£T ^Ï^^V?den echc mec 4^*5- *n «At ter aes heitogs van Beteren, en na dit huuwlvk vermet de meerderde zyne fpoorloosheid zo zeer, dat zyne inkomdochter des (ten met toereikend waren, om de verbaazende onkos- i^^j^^r^goed ? rken'in ^wifkd°e belofte, die hy by zyne berftelling in zyne voonge het ryk zo weinig als ooit, behalven in die dingen, welke tot zyn eigen byzonder voordeel ftrekten Daar hv niets over het hoofd zag, 't welk hem geld kon aanbrengen, ontving hy, met buitengemeen! vreugde-be- • £?rge°' f" gezan£fchaP v™ Galeazo, graaf van rettus, neef en opvolger van dien Bernabo Visconti; welke, gelyk wy reeds aangemerkt hebben, zich meesPlJ^;„n Van ^ °PPermogendheid van Milaan, i^ïfÜTO en Lombardien>dat van lt Kefzer^TKl^h3. dk g£HzantfchaP was' °* van den '•"f**^ ^ , i y en en de °PPcrm°gendheid van alle * die zich vermeten zouwfnces- den , hunne befluiten uittevoeren. Nogthans kwamen zy, laus af, zonder OP zyne bedreigingen eenige achtte flaan, op den en verkie- raad van paus Bonifacius IX, op het kasteel van Lauen zenden flem aan den Rhyn, in het aartsbisdom van Trier, bv KfwTfen> n,adat ZVL Winceslaus onbekwaam verklaard tot Wr.hadden> rPraken zy het vonnis zyner afzetting uit, het Deeze welk zy deeden afkondigen, herroepende tevens alle de VegtCn' vryheden> voorregten en goederen, doorhem, opgevolgd °P T ?WD Seza§' zonder bewilliging der vorften en door den ryksftenden, verkogt of verpand, (d) * Vervolgens Paltsgraaf tot het verkiezen van eenen nieuwen Keizer tredenR^ert. de, verheften zy tot die waardigheid Frederik, hertog van Brunswyk en Lunenburg, een wys en wakker vorstdan hy werd op eene fnoode wyze vermoord door den graaf van Waldek, (e) terwyl hy naar Frankfort reisde, om de Keizerlyke kroon te aanvaarden, waarop hunne keuze in zyne plaats viel op den Paltsgraaf R0. bert. (f) o j WIN' 00 Tom. Rer. Ger. Urftitii in fin Bzov. in hoe ann. Hartmarm in ann (e) Krantz. Metrop XI. cap. 2. (/)Fabr. Ann. Misn. ad ann. r4o5. * Dr vorften, die Winceslaus afzetteden, waren Jan van Nasfau, aartsbisfchop van. Mentz; Frederik van Severden, aartsbisfchoD van Keulen; Wermer van Koningftein, aartsbisfchop van Trier - de keurvorst Robert, Paltsgraaf aan den Rhyn, en Rudolph, hertos van Saxen en Lunenburg. (i; 5 (i) Struv. piriod. IX. Seet. 7.  het DUITSCHE RYK, 557 WINCESLAUS was zo weinig aangedaan over de n. tyding van zyne afzetting, dat hy, daarvan berigt ont- Boek. vangende, zeide, , Wy verheugen ons zeer, dat wy n. van den last der Keizerlyke waardigheid ontflagen zyn,Hoofdst. ' deivyl wy daardoor meer tyd zullen hebben, om onsVili.Afd. op de beftuuring van ons Koningryk toeteleggen." 14°°. En indedaad, geduurende de negentien jaaren, die hy vervolgens in Bohemen regeerde, was zyn gedrag merkIyk beter; hy legde zich ernftig toe, om de onlusten te ftillen, welke door Joannes Huss, Hoogleeraar in de godgeleerdheid op de hoogefchool te Praag, die de leer yah Wdcküffe omhelsd had, veroorzaakt waren. * INa twee en twintig jaaren als Keizer, en vyf en vyftig als Koning van Bohemen geregeerd te hebben, gaf men hem op zekeren dag, aan tafel zynde, berigt van eenen opftand in de ftad Praag; hy ftond met groote ontfteltenis op, en één zyner huisgenooten onvoorzichtig gezegd hebbende, dat hy al drie dagen te voren geweten had, dat die opfchudding zou voorvallen, vloog Winceslaus hem aan, fleepte hem by het hair over den grond, en zou hem zekerlyk terftond ter dood gebragt hebben, was hy door de tusfchen- komst * De leer van IVickliffe had in Bohemen veld gewonnen, en was omhelsd door verfcheiden leeraars aan de hoogefchool te Praag, byzonderlyk door Joannes Husf, die het hoofd eener Secte werd, welke zeer gedugc was voor de kerk. Winceslaus vond het vau zyn'belang, den voortgang van deeze hervorming oogluikende aan te zien, uit hoofde van de fchattingen, die hyhefte, onder voorwendfel, van de oproeren, welken daar door dagelyks veroorzaakt werden, te ftillen. Zeifs hoorde men hem zeggen, dat hy eene byzondere zorg moest dragen voor een Gans (zynde dit de betekenis van het woord Husf in de Bohtemfcjie taal ) die hem zulke gouJe eieren legde, (i) (i) Spond. Contin. Barr. torn. XI. p. 159. Remarq. sur, Heiss als Loven. Europ. Hist. XI. D. II. Sr. Bbbb  558 HISTORIE v a 71 viji.An>.nes ouderdom*, den geest gaf. f^ * * ë Jaar zy~ laus. m. IV. «J fia. * i7 b' XXIIL ad- fin. Cochie * IVSÏvLEïLAVi trad tweemaalen in den echt v mm dochter van Albert herton van f*"6 eerfte Se" v: N ... ZV werd met hem te Aken Sronn/™.eVraaf jaar 1387. Na dal hy ten tweedenmaa e nh, e" ftleff in 'c , trad hy/om "ich aan S kant vJn onttt« ten, ü ,Li; Bcfc rnet &p*:f,n dochter te ver" ZtoVr,»; doch hy had by geene van hPltl,1-?P he»og van »fc Jaerboeken beheVen! dat hy e ne do2SrS,,h,rfboeWeI de gehuurd aan U^UImus^^S^S &^Td CO Heiss iftif. /, XI. cap. 28. R O B E R T 23, «wm-B[oewel of Paltsgraaf aan den AkenV"-f.f/T' ƒ" h!rt°S van bygenaamd d Kme,tf ge)Zlo-f Goef^f. op het veld van }W aan den fertf door alle de keurvorften plegtig tot Keizer verkooren' hunne ftad en vervolgens, in de kerk van Keulen, door der m' bisfchop dier ftad gewyd en bevestigd ^7^52, nogthans de inwooners van Aken zyne kroont ,2 hunne ftad niet toelaten, voor reden gevend^™™t zv van hunnen eed aan Winceslaus gedaaS, no/niet ont flagen waren; doch de waare reden was hunne genei gen-  het DUITS CHE RYK, 559 genheid voor dien vorst, en hunne verkleefdheid aan ' H» zyne belangen. Zy werden, om die reden, in den Boek. ryksban gedaan, en alleszins met vyandfchap bejegend, H. tot dat zy den eed van getrouwheid aan Robert gedaan yr0,?^^' hadden. Gelukkiger waren de inwooners van Neurem- ' FB* berg; want voor een gefchenk van wyn van Bocharac, ontfloeg die vorst hen van den eed, welken zy ten zynen behoeve gedaan hadden, (h) Schoon Winceslaus zo gemaklyk van de Keizerlyke De Koning waardigheid afzag, keurden echter verfcheiden mogend-™»Frankheden van Europa zyne afzetting af. De Koning van1'^6^' Frankryk, inzonderheid, zond zyne gezanten ^^mi'ddeiing Mentz, om zyne bekommering over de twist tusfchen tusfchen Robert en Winceslaus te betuigen, en verzogt, dat menRobert m een dag zou vastftel! en, op welken alle de partyen zou- ^g"003 den byeenkomen, om over een verdrag te handelen. Tot dat einde bood hy hun zyne goede dienften aan, en eifchte, dat Robert in een wapen ftilftand voor den tyd van een jaar bewilligen, en in eigen perfoon op de byeenkomst zou tegenwoordig zyn, terwyl hy inftond voor de kcmst des Konings van Bohemen, die zich reeds op zyne uitfpraak beroepen had. Hy verbond zich insgelyks, om aldaar in perfoon te verfchynen , of, zo 'er eenig beletfel mogt opkomen, eenige prinien van den bloede derwaarts te zenden. Robert en de keurvorften van Mentz en Keulen geheten zich, naar zyn voorftel van bevrediging te luisteren, om welke tot ftand te brengen, zy Deloofden, zich op drie koningen dag des volgenden jaars te Keulen te laten vinden; doch, daar hun éénig oogmerk was, tyd te winnen, om hunnen aanhang te verfterken, liep deeze onderhandeling vruchteloos af. (i) Die, welke door den De Koning Koning van Hongaryen en de voornaamfte edelen vanvmjHon £0.garven en (hM Krantz. X. Wand. t. (i) Heiss lib. II. cup. 29. Bbbb 2  56b HISTORIE. van Boek »!tt7\ïï het *m gebraSC werd' had geen beteren II rif' ?hoon/y °P eene byeenkomst beflooten, Win. vm.afd.ferw nnen. van de Keizerlyke kroon. Deeze zaak viel * Sen UIom?eïr/Wf^ ^ Zy ^L" be! ^Bohe-^f1^' om geld te vertchaffen tot goedmaaking d»r n,en ^.oorlogskosten, daartoe zyn aandeel weigerde optebrenIfJ^hdegen, en de vergadering, door deeze fchandelvk»wei Tn\ e genng verbitterd, fchielyk van een fcheSonder tot zmenKei befluit gekomen te zyn. Indedaad de Koning van zer aan. Bohemen verzogt hen ernftig, de onderhandeling reg her. Ln r?' T ? Zyn^ fmeeki,n§en bewilligde Sigismund in een mondgefprek by welke gelegenheid hy beloofde hem met aanzienlyke onderftanden by te Lan, mft dat hy hem eenige landen afftond, en by zyn óveTlv den het Koningryk Bohemen aan hem befprak , wil ke voorwaarden Winceslaus zo zeer mishaagden, daT hy teerbDen.T/;r ™ ^ b-d- gnomen ïyïïi deJ™S tedi%PDisr;Keizer zyn beSt' 0m in Staaten en^LZlTj, verdeeldheden te voo-zien , welke regten, gduurende £ regeering van Karei IV en zyn zoon in *Wrhet ryk ontflaan waren, en de ftaaten wederom opte rZ Z^^ifZr^ TVJ"eemd h9dden' Tot dat ™£ > ë wem er , in het eerfle jaar zyner regeerine een rvfcc dag te Frankfort behgd, op we.ken Vy m'et de keur.' vorften, vorlten, edelen en de afgevaardigden der fie. den, raadpleegde over de gefchiktfte middelen tot her- ltelling van de rust, orde en veiligheid in het Keizer- ryk; en deeze raadpleegingen hadden ten gevolge, dat er verfcheiden wetten gemaakt, en ten uitvoer gebragt werden. Daar de keurvorften, in hun vonnis van af! zetting tegen Winceslaus, onder anderen hadden byge- *, , bragt, (*j Heiss lib. II, cap, 29.  H E T DUIÏSCHE RYK. S6i bragt dat hy» voor geld, Jan Galeazo tot hertog van jr Milaan had aangefteld, fchoon hy flechts landvoogd van Boek. Lombarden was; en dat de nieuwe hertog, niet ver- \\, genoegd met deeze verheffing, zich verftoutte, die ge-HoornsT. westen aan de oppermogendheid van het Keizerryk teVIII. Afd. onttrekken, en zich gewapenderhand meester te maaken van Florence, Mantua, Bologne, en andere fteden en Janden, om ze in zyn hertogdom intelyven, vond Robert zich in de noodzaaklykheid, om een leger op de b'-en te brengen, ten einde de zaken van Balien in haren vorigen ftaat te herftellen; te meer, daar hv tot deezen togt werd uitgenodigd door paus Bonifacius en die van Florence, welken beloofden, twee honderdduizend florynen voor de onkosten dier onderneming voor uit te fchieten. (/) Hy begaf zich dan met lange togten Hy onder* naar Italien, en legerde zich voor de ftad Brixen, inneemt eenen het hertogdom Milaan; doch Galeazo. wel voorziengf»™™ van ruitery, had in alle hunne fchermuaeiingen de over- waar hy hand over de keizerfchen, welken hy 20 teifterde endoor Jan deed verfmelten, dat, fchoon 'er, in dat zelfdeJaar,^20 met den aartsbisfchop van Keulen, en Leopold, hertogworjfc m van Oostenryk, aanmerklyke ond.rftanden aankwamen,naar duit. Robert echter genoodzaakt was, naar Duitfchland tefchiand rug te keeren, zonder dat hy in ftaat geweest was, ééV<\ ™B nigen flag van gewigt te doen. Bovendien was zyne terugkomst noodzaaklyk geworden, omdat de overige ftenden hunne beloften tót het onderfteunen dier onderneming weigerden narekomen, daartoe bewoogen zynde door den keurvorst van Mentz, die niet alleen de kerklyken verhinderde , de tienden optebrengen, welken dj paus aan Robert voor zynen Italiaanfchen togt iad toegedaan, maar ook hunne genegenheid van hem (l) Spond. cont. Baron. torn. X. p. 114. Chron Magdeb. ex Meib. torn. II. p. 348. Bbbb 3  56-2 H I s T O R j F ^ «■ 1 E VAX II. hem vervreemd had Uit d,w u ca Boek. m het volgende jaar, zich TeL T^f VOnd de Ke?**, II. gen ftaaten te rug te' Skef naar zyne ei- Hoofdst belang in Italien tnrer, n r ' ZOnder dat hv zvn vin.AFo.bevoSerd, of'en lehoeveT' ïert0S Vaa ,4o, had tegen Ladlslal "tZl van fti f»?" ^ jaaren daarna, Winnamen SIt ^' d,e' ecnige • 14 03 Daar de terur.oa v^Rn^ f ct^ verdreef. f«)• *» vermeestering van het gebee"e Kon ff 1 V°°r' dan de yanijan en het geluk fcheen hem in V tZ ^a van italien* en doch ming te begunftigen- wznt hl m deeze ondernede ftad en wal on fe™88** zich van dertebrengen", lotl Ty do^eeL^L^ ^W on" werd aangetast, die een einde van ™daa,'nSe koorts D^r hy flecbts éénedochter?an ^ JeeVen maaktc mondig was, bediende dpTu" iS £ "°g niet heid, om ZV^, /W/f * r " deeze Seiegenfen van het êlaneefZ^Jh °mm^ andere Ptoafc. fchudde het juk vïrG^^V06^ ^ «di aan den ftedehoudeÏVte^ doch eemgen tyd daarna namen de £ ? aangefteld; van deeze ftad. TaJhu. namen de renetiaanen bezit den throon 1 i^JtSiT1 bad door eene vreemde omwLlr bekilrnme«* vond zich, gen zynen mededinpp? ?" • ,ng' bu,ten ftaat, om te! zelfden^ydeTn getar ™f ^ „*, kampen en ^ gevaar, van zyn erftyk Koningryk Na. (m) Ann. lib. XII. Avton tit Xytt peh Xm. kb. VII. p. 646 M' XXI1- '*?• 3- S-35. (») Avent. '» dat hv naar de  het DUITSCHE RYK. 563 pels te verliezen, welks adel in zyne afwezigheid was II. opgeftaan. Hy begaf zich derhalve met allen mogely. Boek. ken fpoed derwaarts en ftrafte de wederfpannigen met II. zulke gettrengheid, dat het eerder het uitwerkfel eener Hoofdst. wreedaartige wrsak, dan het offer eener welberaadenevllI,AFB' geregtigheid geleek. (0) Dit was een gunftig tydftip, om de zaken van het ryk in Italien te herftellen, indien Robert eenen tweeden togt ceiwaarts ondernomen had; dan dit vond hy onmogelyk, orrdat de keurvorften van Mentz, Keulen en Trier zich tegen het beffen der tienden verzetteden. Hy hield zich derhalve t'huis onledig, met het ftillen der onlusten in het Keizerryk, het onderbrengen der fteden, welke weigerden hem als Keizer te erkennen, en het uitbreiden der Staaten ^an zyn kcurvorftendom;^ Keizer tot welk einde hy van Willem bisfchop van Straats vergroot burg, de leenen van Gegenoach, Ortemberg Offenbourg^11 keurZeil, Hermanbach, en verfcheiden andere heerlykheden^ en~ in den Elzas kogt, echter niet zonder groote tegenkanting van het kapittel en de burgery, welken deeze vervreemding in geenen deele wilden toeftaan. Ook vond de Keizer het niet geraaden, geweldige middelen te gebruiken, om zich in zyne nieuwverkreegen goederen te handhaven, daar hy op den Keizerlyken throon geenzinfs vasf genoeg gevestigd was. BERNARD, markgraaf van Baden, had in zyne Staa- 1404. ten tollen ingevoerd, 't welk met de fchikkingen op ^e^af'r'd openbaare rust ftrydig was; daarenboven had hy de rei oc"^ zigers gedwongen, losgeld te betaaien, en den koop-Beraard, handel buitenfpoorige lasten opgelegd. Men bragt desmarkgfaaf wege klagten by den Keizer in, welke van Bernard ei-vanüadeP" fchte, deeze onbillyke belastingen optehe ffen; hy echter, door den keurvorst van Mentz opgeftookt, weigerde, aan (o) Guestin. Hist. Fenet. lib. IV.  SH HISTORIE van Hoogst. ZV m; en n?m dwong, den vrede te verdoeken de vryheden en voorreg en de eaeïnftejenT T° daanen van het Keizerryk. (p) ' eden en ondei> en de fteden van ^ ^v^bSd ^ * tegen hemVm het voornaamfte artikel medebraJt Zï \ aangaat zer zkh verlt0uten mog(. ™^' dat> zo de Kei. £ats. regten van iemand Z^Znln^^iZeTl; burg „*maaken, de overigen hem met hunne troeperenJa fteden ™aonderfteunen zouden. Robert beklaag VÏh ï jgeld Zwaben. beëdigende verbindtenis, we kfondlrfteSe dTh ^ vS2nhaze,rd d£ T7Tn^^-" vericoiten; zelfs dagvaardde hv de ftedpn y,„„t. Xe?6" a'reenen ryk8dag' "e btwet- edenen voor het aangaan van dit bondgenootfehap onen huis van fchen C^r/W » 5 een O0rl°g uit Oosten S „a„ ATT z. B°urg°ndien, gemalin van Z«. rföi. * Pold van Oostenryi, en de ftad Am*/? niettegenftaande wreedheid aan beide zyden voordzet8 tor Z ^°Jte lyk, na een oorlog va'n tweHaS'de °vrede "ï*? fen, ,werd- De onderhandelingen werden hemt Kir" middel van ik^A, markgraaf van HoMergboh  het DÜITSCHE RYK. 5 haast hy in dezelve werd aanainnJl u ^' want hoogerchooidoor zyne kuiperyen en wrftS fn' benr,lT1 hv> ken zy hadden by de veS/inCT ftemmen' weI" Dit verbitterde heri in dfe^g I? ReCt0r' teit verlieten, begevende fom^g ' 1 Zy de u ,iv'erfigefchool te LeiploSS^Ï de Ho°* hertog van ^m/geftie^t wS r. WUlem> £r/&£, Insolffad Rnffri ^ terwyl anderen z'cb te ring m dew jrheden m™* , e nec,)ts door deeze nieu. fcSin"' eJ°°} no« feeds ™*e)d door dc vonden zy échter fte^P « * ^ruigheid afteftaan, aan het volbreSLTan hZT U'tvluchten' om zich middeis had iXfi^-16 onttrekken; in. van Beieren werd tor bif^ fC • ;SevoI£en Gr«w«f tenvvl zLi • P^ Vann Z^ benoemd door  het DUITSCHE RYK. 567 werd door Luik, Leuven, Brusfel, en alle de fteden van H. Braband, welke ten zynen behoeve vyftig duizend man Boek. op de been bragten. Aan het hoofd van dit leger be- H. rende Pervis Maastricht, werwaarts Jan ge weeken was, y°°FAs*; en zettede het beleg met zulke wakkerheid voort, dat " de plaats tot de grootfte engte gebragt was, toen dezd-j^™ van ve ontzet werd door den hertog van Bourgondien, die Jan te hulp kwam, zyne tegenparty in een hevig gevegt verfloeg, en Jan zegepralende naar Luik voerde, welke ftad ter plundering werd overgegeven. By deeze gelegenheid veroordeelde Jan honderd en twintig edelen, om onthoofd te worden; een grooter getal werd 'er opgehangen, en vier en twintig plotfeling in de Maas geworpen, nevens den gezant van Benedictus, en alle de dienaars van Pervis. Dees wreede kerkvoogd, niet vergenoegd met deeze flagtoffers zyner wraakzucht, hereenigde ook met zynen zetel alle de voorregten der ftad Luik, het graaffchap Loos, Hasbaye, St. Tron, en het hertogdom Bouillon: hy vernietigde de ambten van bailliuw, fchout, burgemeester en fchepen, en floeg de ftad Luik in eene geldboete van twee honderd duizend kroonen, waarvoor hy gyzelaars nam. (u) Terwyl Gregorius XII, die in Italien als paus erkend werd, te Aquileia eene kerkvergadering beriep, tot welke hy Robert nevens andere Christen Koningen nodigde, en Benedictus XIII, wien men in Frankryk erkende, eene andere kerkvergadering in Catalonien hield, Ichreeven de kardinaalen eene derde te Pifa uit, en de Keizer, de keurvorften te Bacharat, en vervolgens nog eens te Neuremburg, hebbende laten byeenkomen, ftelde eenen ryksdag in de ftad Frankfort vast, op welken twee kardinaalen tegenwoordig waren, één van de zyde van Gregorius, en één van wege het H. Col- («) Monstrell. a V ann. 1408. p. 51. Cc cc 2  5ÓS HISTORIE van IL Collegie. Na langen tyd openlyk getwist te hebben, Boek. verdeelden zich de gevoelens der vergadering tusfchen n. de twee paufen; het meerderdeel der aartsblfchoppen, Hoofdst. prelaten en vorften verklaarden zich voor de kardim-/ vm.ArD.len, terwyl de Keizer nevens den aartsbtfcnop van Trier, den hertog v^n Beieren, en eenige anderen Gregorius voorftonden, welke voorftelde, om te Udina, m het landfchap Friuh, eene kerkvergadering te houl DeHK%eJeu-' °ndeV he„ °pzigt van den Keizer> aan de bellisS*£r[ch,°g va" welke vergadering hy beloofde zich te zuilen zich voor houden, (x) Robert zond derhalve één aartsbisfchop Grego- twee bisfchoppen, twee leeraars, nevens zvn kancelip-' S^ alSuZyne geZa"ten ™" P!f*> om ™et geleerde bewyz n Lr»»?5 bet00^' da!Lde kardinaalen Gregorius niet behoornaar de den te hebben afgezet: doch, bevindende, dat zy nie kerkverga- mand tot dit gevoelen konden overhaalen, en dat de deung te kardinaalen, aan Winceslaus verknocht, hunnen mees-er zelfs niet als Keizer erkennen wilden, beriepen zy zich van de kerkvergadering van Pifa op eene algemeene kerkvergadering, en vertrokken zonder affcheid nemen (y) Des onaangezien ging het concilie over -ot de afzetting der twee paufen, en verheften Alexander V op den paufelyken ftoel, door welke verkiezing de fcheuring werd vermeerderd. De Keizer fchreef aan yerlcheiden vorften, betuigende, dat' de kerkvergadering te Pifa niet legelmatig was, en dat hy Gregorius voor den waaien paus zou blyven erkennen, toe dat er een wettig en regelmatig vonnis tegen hem gevallen was. Paus Wat Alexander belangt, hy maakte zyne verheffin? Aiexanderaan de vorften van Europa bekend, en, in zvnen b ief vordt\P. aan m^eslaus, gaf hy dien vorst den titel van Room* fch (x) NIEM. III de Schism. 39. Gobel in Cosmod. et ap. Ma* Chron Bdg. (y) Moine de jamt Denys. lib. XXVIII. ö'  het DUITSCHE RYK. 5*9 fch Koning, welke omftandigheid hem den haat van If. Robert op den hals haalde, die zich over deezen h^on boe*k by de Duitfche vorften beklaagde,en hen verbood, Alex jj ander als paus te erkennen. Deeze laaifte. om de uit hoofdst. werking van 's Keizers misnoegen te verzwakken, vondelU afd. middel, om verfcheiden Duitfche bisfchoppen van zyne gevolgd party aftetrekken, door hen tot gezanten van den HJoor Joanitoel aameftellen, en deezen fpanden alle hunne vermo nesXXIII. gens in, om bet gezag van de kerkvergadering te Pifa te bevestigen. Doch hunne yverige poogingen werden binnen kort gefluit door het overlvden van Alexander, in wiens plaat* zeventien kardinaalen, in het conclave Balthazer Cosfa, kardinaal deken van St. Euflachius, tot paus verkoozen, die den naam van 'joannes XXIII aannam, en bv her crootfte g deelte van Europa erkend werd; want Benedictus werd by geene natie, dan in Spanje en Schotland, erkend, en de geheele invloed van Gregorius ftrekte zich niet verder uit, dan tot eenige Staaten van Balien en Duitfchland, waar het ge. zag van Robert de overhand !-ad. ■z) Omtrend deezen tyd had Robert alle de partyfchappen in Duitfchland genoegzaam uitgeroeid, en hy zou de vreedzame vruchten zyner ftaatkundeen voorzichtigheid hebben kunnen fmaaken, zo niet Jan, aartsbisfchop van Mentz, zyn onvermoeide vyand, fteeds nieu» we middelen had gevonden, om hem in onrust te houden. Hy was de bewerker der famenfpanningen en bondgenootfchappen, die tegen het Keizerlyk gezag gevormd werden: hy had hem gedwarsboomd in alle de flappen, die hy deed, om de fcheuring in de kerk te heelen: eene andere reden van misverftand tusfchen hen gpf zeker kafteel aan de hand, het welk de bisfchop in Hochst ondernam te ftichten, tegen den wil van denR0wt Kei- («) CiiRON. Spmheim, Cc cc 3  S?o HISTORIE van II. Keizer, die zyne troepen in beweging brart nm Boek. het voortzetten dier nnHwnn»- 8 s Dragc> om hem II. beletten; doch dit zvn vhnZ "S fwaPendcjhand te Hoogte Op^„j^^^^^*Wn, omdat hy vin. AFD.een einde van 7,m i s, werd aangetast, welke 2> Wfl» Week en^akt^^S^* te" uite<"•. om zyne restraanfoh,.,/ „„ j ■ e.r meer beroemd y^^/hy zeven eemwtiafal. L l C?e z,ekte benoemde "ft" onde™ n^kffiK C VIerdeeIen Z7ner «wten Simmerin \ TweeZïX J\n V g™fjChaP ™Q aan ^/.a weeoruggen en Lutzelfiem vel te beurr aan o7^«, en werd he/erfded w spond. o»i jw. aw (c) CüSPINIA,/°3; hertoï'van0?^»:"2"/^^' Se,lnuwd «n Frederik, aartsCfcw, e„ 1,3? 'h;^''; «emaIin van ^/M, hertog van van ^W7^ ^ /, herrog Elifabeth, dineert »J^\t„^X/Sl8  het DUITSCHE RYK. 571 II. JOSSE ofJODOCUS. BnK' Hoofdst. VULAfd. Na het overlyden van Rupert, verhaalt men, dat *+"• Jodocus, of Josfe markgraaf van Moravien, tot Keize J >d"cus ve,Kooien werd, (d> doch zyne verkiezing flechts wei TslJJvU nige maanden overleefde; dan, daar hy nimmer erkendkooren. werd, kan men hem met geen regt onder de Keizers rahgfchikken, dan voor zo ver hy wettig tot Keizer verkooren werd door eene meerderheid der ryksleden, op eenen rvksdag, door Jan, aartsbisfchop van Mentz, bijengeroepen; fchoon Sigismund ten zelfden tyde als Roomfch Koning werd uirgemepen door den aartsbisfchop van Trier en den Paltsgraaf; zodat 'er toen drie Keizers, en drie paufen waren, waarvan ieder zyne byzondere aanhangers had; want Winceslaus handhaafde nog zyn regt tot den Keizerlyken throon. (e) Toen Sigismund de verkiezing van zyn neef Josfe Hy Jierft vernam, dreigde by het markgraaffchap van Moravienin. Moramet eenen inval, en hy was daadeiyk bezig met hetvicn' maaken van toerustingen tot dien togt, toen hy berigt van zynen dood ontving, welke te Brin, drie maanden na zyne verkiezing, voorviel, (f) (d) Goldast torn- III. Gobel Cosm. eet VI cap. $->. Avent. ann Bojor lil VII. p 647. (e) Eccahl. torn. I. (/; Hist. Sigis. apud von der Hard. SI-  57* HISTORIE van ir. — Boek. Hi SIGISMUND. VIII. Afd. H et overlyden van deezen vorst wa* nW ™ u l bekend, of de aartsbisfchop van Trier ™ aTp% ï aan den ^ drongen het, kir^k^^£ de verkiezing te bevestigen , welke zy in he 'vorS jaar gedaan hadden; dan, daar hetzelve wegerde een! zaak van zulke aangelegenheid zonder melwetèn der ftenden aftedoen, beriep de aartsbisfchop Meml Sighmund^n ryksdag te Frankfort, oP welken sVsZnf™ wordt i&f-eenpaange bewilliging van alle de keurvorften tot Kei zer. zer verkooren werd. aei* SIGISMUND zoon van Keizer r/'en broe der van Winceslaus, had, vóór zyne verheffing tot de" Keizerlyke waardigheid reeds zeven en twintig ja ren het Koningryk van Hongaryen geregeerd, zeden ÏS overlyden van Lodewyk, zyn^hoo^va^r, wie fop,o gf hyu WaS'J Daar deeze v^st tot den KeizerTken throon bevorderd werd om zyne groote n^nïhedS" en de wysbeid van zyn gedrag in het beftuurfn vai fS.eigCn ftaa?n,' en Zulks in het midden van veelvuldige zwaangheden, zal het niet ongevoeglyk zyn hier iets te zeggen van de middelen, door welken by tot deeze waardigheid geraakte. y Gefchiede. Nog zeer jong zynde, was hy aan het hof van La. msvandee-dewyk, Koning van Honsarven wnnLrV azen vorst tinX^c i^ a j-i»"b»ryen, gezonden, die geene vóór zyne k,nderen had, dan twee dochters, Maria, en Hediyiea verküling van welken de jongfte verloofd was aan jagellon Zllr MW.hertog van Lmhauwen, die met haar in den echc^ïS en vervolgens den Poolfihen throon beklom, teÏÏyi Ma-  het DUITSCHE RYK. 573 Maria, de oudfte, aan Sigismund verloofd werd. Om tt deeze reden deed Lodewyk hem met groote zorgvuldig- d * heid opvoeden, en bewoog de ftenden van het Koning- it " ryk, hem tot zynen opvolger te benoemen, onder voor-Hoofdst. waarde, dat hy zyn huuwlyk met Maria voltrekkenviii.Afd. zou. Dan , eer deeze voorwaarde volbragt kon worden,Zyne opoverleed Lodewyk, en Maria volgde hem op, onder voedin3in het opzigt der Koningin Elifabetb, hare moeder, byge-Ho"ëary ftaan door den raad van Nikolaus Gara, graaf of grootmeester van 't paleis, dewyl Sigismund, toen flechts vyftien jaaren oud, de prinfes niet gehuuwd had, noch onderfteld werd bekwaam te zyn, om het ryk te beftuuren. Deeze ftaatsdienaar maakte zich onder deeze j^*' d?Koninginnen meester van het gantfche Koninglyk ge-«/mS zag, en werd ten uiterften trotfeh op zyne voorfpoed.oorieent Om echter zyn gezag nog grooter te maaken, be-aande gon hy kwaade vermoedens te zaaien, en nayver teSf™-verwekken tusfchen zyne meesteresfen en de voornaam- Nikolaus' fte edelen van het Koningryk; een fnoode trek derGaraftaatkunde, die verderflyk voor den ftaat werd, omdat daar uit een groote afkeer tegen de regeering voortkwam; dit misnoegen nam zo zeer de overhand, dat deKareI n, edelen heimlyk den bisfchop van Zagabria afvaardigden rmo, rÓ. aan Karei Durazzo, Koning van Napels, bloedverwant7"'^ mi der jonge Koningin, om hem de kroon van Hongaryenm?fs> aantebieden. Die vorst omhelsde het voorftel met™£dge' vreugde, tegen den raad van zyne gemalin, en getrouw-omé kloon fte aanhangers, en, nadat hy de zaken van Sicilien naar van H°»zynen zin geregeld had, begon hy zich tot zynen togtgaryen te mar Hongaryen tocterustm. tg) Koningin Elifabeth, van^™"" deeze heimlyke verrichtingen kundfehap verkreegen heb bende, en verftaande, dat Karei daadelyk op weg was, om bezit te nemen van het Koningryk, en tusfchen Ma. (c;) Spohd. Cont. Barre, tem. II. p. 44 Europ. Hist. XI. D. i I. St. D d d d  574 HISTORIE vak II. Maria en zynen zoon Ladislaus een huuwlyk te be* Boek. werken, befloot, zyne oogmerken, ware het mogelyk, II. te veriedelen, waarom zy tot dat einde het huuwlykJ vm/fJi Van Si&hmund mec hare dochter ten eerften deed vol111 an*.trekken. Zo haast deeze zaak haar beflag had, zond wyk1*2 Zy Slêismund naar Bohemen, dewyl hy niet magtig geBohemen. noe§ was' om eenen openbaaren oorlog tegen zvn en mededinger uit te houden. Inmiddels kwam Karei te Of en, waar het hof van Hongaryen zich ophiel J, en werd aldaar met zeer veel eer ontvangen door de büde Koninginnen, die, haren haat ontveinzende, zelfs met , de Hongaaren fcheenen famen te fpannen, om hem op mem het den throon te verheffen Zo haast men hem als Ko- roer der ning erkende, nam hy het roer der regeering zelf in regeering handen, en men verrichtte de plegtigheid zyner kroozeifinhm nfflg met grooten luister Doch, daar hy zyne ver'Un' heffing ééniglyk aan 's volks drift en grilligheid te darken had, werden de edelen en het volk binnen kort zyne regeering moede, en, van toon veranderende, weidden zy by alle gelegenheden breed uit over de Hy wordt deugden van hunne Koninginnen. Elizabeth, die Ka. door Eiifa-rel cm den tuin geleid had, door hem hoop te geven dentuhi op een vel"dra2' bv het welk Sigismund het KoningeeMd'y ryk aan nem zou afgaan, bemerkte niet zo haast deeze gelukkige verandering in de gemoederen der onderdaanen , of zy befloot, met die gelegenheid haar voordeel te doen, en zich van deezen nieuwen indringer te ontdoen. Om tot dit haar doelwit te geraaken, bediende zy zich van het volgend middel: zy en hare dochter, nevens de paltsgraaf Gara. nodigden hem by haar in het paleis, om hem eenen brief mede te deelen, welen door j^en zy voorgaven van Sigismund ontvangen re hebben, fiuur've ■ raakende zYnen afftand van Je kroon. Karei begaf raaderlyk zich derwaarts, zonder den minften ag-erd^r; doch hy omgebrogt.vjas zo haast niet gezeten, of de Paltsgraaf trad het ver-  het D U 1 T S C H E RYK. 57 j vertrek in, vergezeld van een man, van wien men XL zich tot dat einde bediende, die, den Koning van «g- Qqek teren naderende, met zynen fabel hem een houw >n u. het hoofd gaf, waaraan hy echter niet, dan verfchei- Hoofimt. den dagen na bet ontvangen der wonde, overleed, (h) * VUL Af». ELISABETH, denkende, dat zy, door Karei terZyherdood te brengen, zynen geheelen"aanhang verftrooid"Mmf m had, herftelde zich in haar vorig gezag, en weinigen°M*rSe' waren ftout genoeg, om haar gedrag te laaken, daar28*' dit wreed ontwerp was uitgevoerd op de verzekeringen, die zy ontvangen had, van de getrouwheid harer onderdaanen Deeze moord bleef echter niet ongeftraft; want, Zy wordt als de Koninginnen, eenigen tyd daarna, met den Palts- ter dood graaf Gara en haar gewoon gevolg, door Neder.Hon.ieiraStJ garyen trokken, befloot Hiornardlandvoogd, oflandregter van Croatien, die door Koning Karei was aangefteld, de moorders te overvallen. Tot dat einde bragt hy een goed aantal manfchap op de been, en legde hen in eene hinderlaag op den weg, waardoor het hof omfingeld, de paltsgraaf en de moordenaar van Karei in ftukken gehouwen, en alle de huisgenooten van Gara, zonder barmhartigheid, vermoord werden, terwyl zy het leeven van bunnen meester poogden te redden. Niet (h) Thür. in Car. Parv. cap. 8. Bonfin.: 3. dec. 1. Car. Par. 3. * Hy werd door zekeren Blafius Forgatch, een man,, merkwaardig om zyne ligchaamsfterkte en ftomheid, gewond, terwyl het pa,ais door Nikolaus Gara tegen zyn gevolg en vrienden verzekerd was. Na het ontvangen der wonde werd hy in de gevangenis geworpen, een vergiftigde pleister op zyn hoofd gelegd, en, toen dit het ge«venfcht gevolg miste, werd hy geworgd. Zyn ligchaam werd, zonder ftaatfie, begraaven in de ker* van den heiligen Andrjas, doch vervolgens, wederom opgegraaven zynde, lag h.t langen tyd ten toon, omdat hy onder het banvonnis geftorven was. (1) (0 Spond. Cont. Barre, torn. XI. p. 48. Dddd 2  576 HISTORIE van II. Niet min onmenfchlyk behandelde men de Koninginne Boeic. moeder Ehfabetk: men wierp haar uit haar wa^en en II. fleepte haar by het hair voor den landregter. (i) Aldaar Hoogst bepleitte zy hare zaak op eene aandoenlyke wyze, byviila,» brengende, dat Koning Karei de prinfes Maria mee verachting en ipot bejegend, en haar onregtvaard.g van haar Koningryk ontzet had. Zy wierp zich zelfs voor hem op hare knieën, fmeekte hem voordien moord om vergiffenis, en bezwoer hem, zich de gunften te herin neren, welken hy van wylen den Koning Lodewyk, haar gemaal, ontvangen had. De prinfes Maria, hem ins gelyks te voet vallende, onderfteunde de fmeekingen harer moeder, hem biddende zyne erkentenis aan haar vaders huis aan den dag te leggen; doch hare imart , vernedering en vertoogen waren vruchtloos S^S^'S iente'mare onderaa^he gevangent v^ra|,-^eflooten' en de Kon.ng.nne moeder, ondanks alle xet4 hare traanen en fmeekingen, in het beekje Roseth ellendig verdronken. Zodanig was de vrucht van de en zy met alle betooningen van openbaare vreugae ontvangen werd, (&) Eenige dagen na hare wederkomst vergaderden deHy w$rdt frenden van Hongaryen te Kroonweisfemburg, waar Si-Sekroonc{' gismund, in het twintigfte jaar zynes ouderdoms, ge. kroond werd; deeze plegtigheid was zo haast niet volbragt, of hy befloot, wraak te nemen over de wreedheid , der Koninginne, zyne fchoonmoeder, aangedaan. Wel is waar, zyne gemalin had beloofd en gezwooren, dat zy de daaders van dien morjrd nooit ftraffen zou; maar zy kon niet inftaan voor het gedrag van haar ge. maal, welke befloot, den voornaamften medepligtigen in dit treurfpel eene voorbeeldige ftraf aantedoen. Hy zond derhalve gefchikte perfoonen naar Croatien, die dén landregter en zyne medepligtigen gevangen namen, en hem naar Funfkirchen, of de ftad der vyf kerken, brasten. Aldaar werd hy, volgens een vonnis, door//? wreekt Sigismund geveld, nadat hem de handen op de rug ge-den d°°d bonden waren, door de ftraaten gefleept, het vleeschy|^,. hem met gloejende tangen van het ligchaam gefcheurd, „neder. en vervolgens, nadat 'hy gevierendecdd was, de vier •deden van zyn ligchaam op de vier hoogde plaatfen der ftad opgehangen, terwyl alle zyne medepligtigen onthalsd werden, behalve den bisfchop van Zagabria, wiens (k) Spokd. Contin. totn. II. p 49. Dddd 3  5?S HISTORIE van H. wiens leeven om zyne bediening gefbaard j u Boek. men verhandde hem uit zyn brdlm, eT LI J /0ch II. werden verbeurd verklaard. SHmund hL n Hoe™.nige jaaren in voorfnoedI fféleH? ^\had 0ech^ wei. viii.Afd od reize w« ÏKS ' toen hem> terwyl hy HyVerlies$ de dood zyner gemalinne berigt werd, s^gtiM ™e hem zo zeer aandeed, dat hy zich voor eeZZ™ Un' de W3ereLd .jfzonde^e, eJ zyne ToeSte Of en in eenzaamheid den teugel vierde TtI^» ze naargeestige gefteldheid by hem het gehelen van verbergen konfwSen h ^^ff^ ro;?eerenedTo^ ^ ge-^th~e" rrotseeren, zonder zich ooit verwaardigd te hehhPn roepen wegens' dt» oplnd? w'aarif ^T^StS hadden. Hy bediende zich tot dat eindeTan een be velhebber, genaamd George ÏVeidasfen, om hen heim lyk te vatten, zonder agt tege^n op de heilbze gevoï tóe/ew,gen van zodanige maatregelen Narhït nAuJr g j *•« Karei voorwendfel van AfrJ£? *r Weidasfen, onder een Ir7i ni'J ? Nefer-Hongaryen te zullen bezoeken, fteld werden, wilden zy den Koning geen eerbied It toonen, noen antwoorden op de vraagen, dfehuï in zy waren. Dit bewys van onverfchülieheid en nn eerbiedigheid tergde Afefe** in diervoe^fït hy tl val  het DUIÏSCHE RYK. S79 val, hen terftond te onthoofden; (/) en dit vonnis werd H. alzo mede ten uitvoer gebragt aan twee en dertig ede. Boek. fen , uitmuntende zo door hunne geboorte, al? door U.. hu-ne dienften, aaT den ftaat gedaan. Stephen Cuntus, S?2*ACT" één der voornaamften onder de faamgezwoorenen, zag ' den djod met zulke kloekmoedigheid en verfmaading teen ter dooii gemoet, dat hy den fcherpregter verzogt, hem van^vo-^6™^" ren het hoofd afteflaan, naardien hy de gedagten, van eene wonde van agteren te ontvangen, met dulden kon. Deeze wreede ftrafoefening maakte zulken indruk on veelen der vorften, dat zy eenen affchrik tégenSigismund opvatteden, hem voor een dwingland uitmaakten en naderhand regen hem opflonden. BAJJZETH', de Turkfche fultan, met dteze inland-Bafazeth fche onlusten zyn voordeel doende, en waarfchynlyk*r«to *aw door de misnoegden in het Koningryk genodigd, trok0' 8™n*en naar de grenzen, om een inval in het land te dnen;^L£n~ maar by geval een bode met een brief van Emanuelf Keizer van Confiantinopolen, aan Sigismund onder lenept hebbende, waar by deezen laatften van den Turkfchen 'togt berigt gegeven was, werd hy zo verbitre-d tegen den zender, dat hy, zyne oogmerken tegen Hongaryen opfchortende, zyne wapenen tegen Confiantinopolen keer. de, welke ftad hy fchielyk ter zee en ter land in floot. Aldaar ontving hy kondfehap, dat Sigismund te veld getrokken was, met een talryk leger van Franfchen en Duitfchers verfterkt, belopende te famen op honderd duizend man, met het welk hy de ftad Nicopolis naderde. Hierop brak Bajazeth terftond de blokkade van Confiantinopolen op, en zich met grooten haast der. waares begevende, tastte hy in den nacht de ChristenenH necrt aan, en hakte het geheele leger in de pan. fm) In dee. Sigismund zen (T> Heis?. lib. II. cap. 30. (m) Chalconb. lib. II. Leunct. lib. VI Thur. in Sig. cap. 6. Bonfin. III. tl.  5So HISTORIE van II. zen flag fneuvelde een groot gedeelte van den HongaarBoek Jchen adel, en het Koningryk leed zulk een groot veril. hes, dat het voor de ftrooperyen van den vyand open lag. Wa,c Stgtsmund aangaat, die de flachting door de vlucht n 0 ontkwam, in plaats van zyn best te doen, om deezen tV [ampfpoed'gen nederlaag te herftellen, gaf hy zich geheel en al aan zyne vermaaken over, zonder eenige acht te flaan op de noodwendigheden van den ftaat waar door de afkeer en verfmaading zyner onderdaanen ieder dag tegen hem toenam. De edelen en landvoor Be Hor, ien egde" h6m 0penlyk «nverfchilligheid en kwaad bl ?Le™~et*m? te 'a«t en het volk tot den opftand vaardig vinten Awnnnjdende!, verzekerden zy zich van zyn perfoon, en ftelKoningge- den hem onder bewaaring der twee zoonen van Hiorvangen; nard, dien hy ter dood gebragt had, om dat zy als zyne bitterfte vyanden bekend waren, (n) Vervolgens riepen zy Ladislaus tot Koning van Hongaryen uit, en deeze vorst, zoon van Karei, Koning van Napels, in Dalmanen gekomen zynde, werd als oppervorst in de ftad Zara ontvangen: het kasteel van Buda echter, en de overige fterkten van het Konirgryk, bleeven, nevens Opper - Hongaryen, den eed aan Sigismund getrouw, zelfs terwyl hy een ellendige gevangen was, blootgefleld aan de baldadigheid en den wrok van zyne ©ie «Attrallerbitterfte vyanden. Niettegenftaande deezen beklaamtviucht. genswaardigen ftaat, wist hy zich van tyd tot tyd in de gunst der weduwe van Hiornard zo zeer in te dringen dat zy ten laatften in ernst ondernam, om zyn ontflag' te bewerken. Met dat oogmerk overlegde zy geduurd met hare zoons, aan wien zy voorhield, dat dergelyke aanflagen tegen den perfoon van een oppervorst gemeenlyk doodlyke gevolgen na zich fleepten, dat het volk in deszelfs befluiten ongenadig was, en veel ligt den Koning (n) Thur. in Sigis. cap, 9. et seq.  het DÜ1TSCHE RYK. 581 ning zo haast hei ftelde, als het hem had afgezet; en, ^. zelfs indien 'er zodanige omwenteling niet voorviel, Boek. dat de opvolger nogthans op hen den val van Sigismund wreeken zou, uit vreeze van hetzelfde noodlot te onder-y]^™^ gaan. Ook maalde zy hun de eer en de voordeelen af, welken zy behaalen zouden, indien zy den Koning in vryheid fielden. Deeze vertoogen waren niet vruchtloos hy hare zoons, die van den Koning de heëeh'gde belofte ontvingen, dat hy de inhuldiging van Moravien aan hun zou opdragen, mits dat zy hem in ftaat fielden, om het geen hy hun fchonk, hen daadelyk te doen erlangen. Door deeze belofte gewonnen, ont-£"^'Bo" floegen zy hem, en bragt en hem naar dat gewest, van^t." waar hy zich naar Bohemen begaf. Aldaar een aanzienlyk leger op de been gebragt Hy komt, hebbende, kwam hy in zyn Koningryk te rug, enmeteenlebragt, zonder tegenftand te vinden, het geheele landffHo"^ weder tot gehoorzaamheid. Hy kwam zyne belofte aanryen, en zyne verlosfers na, en gedroeg, geduurende het overhherneemt ge van zyne regeering, zich zo goedertieren en min-2)"1 SezaS> zaam, zowel tegen zyne vyanden als vrienden, dat hy de vriendfehap en het vertrouwen van zyn volk welhaast herwon. Zyne achting breidde zich tot nabuurige volken mt,HyW6rdt. en de ftenden van Duitfchland oordeelden, geen vol t0^dekKei' maakter vorst te kunnen vinden, om de Keizerlykevaardigkroon te dragen, heid ge- Hy ontving de tyding van zyne bevestiging in Hon.roePengaryen, van waar hy zich terftond naar het Keizerryk begaf; en, om aan de verwachting der geenen, die hem tot deeze hcoge waardigheid geroepen hadden, te beantwoorden, befloot hy, zynen geheelen aandacht te vestigen op het herftellen van twee bezwaaren, onder welken Duitfchland toen zugtte; te weten, de verwar- JiuROP. Hist. XI. ü. li. St. Eeee ring,  58* HISTORIE van Boek i""!' °£derd™kking en ongeregeldheid, die in de rofc. II lande" heerfc^, en de fcheuring, door welke de kerk HooVósr.^ dertlS J»f» van fén gereeten we7df fo igt' viii.Afd.S0" zv"e regeering met het vervreemden van i~ L Sigifmundvoritendom Brandenburg ten beS Jv ^S" yorftendom,,f"ZOUefn/mmde> eeri vorst van groote verdienften yanBran- fb Wi™ de tegenwoordige markgraaven van ÏÏÏÏS' d.nüurg. ^ gefprootenzyn. * Voor deezen ïoop beöJShv vier honderd duizend florynen; doch 5%«S««?bdSdJ voor zich en zyn broeder het regt, om dat marker af. fchap voor de zelfde fom te losfen, in geval ke^erfgenamen van den burggraaf kwamen te ontbre. nt"' l j 0p eer-ne vergadering bemiddelde hy ook een v*,Hybewe,ktdrag tusfchen Willem, graaf van Bercr \„ThJf -i een verdrag M* mMnan ,ro r ' A . Vd" ^erS ■> enlheodonk van tusfchen öMems> welken vericneiden jaaren oorlog tegen elkander Wi,T' SIK// hadde"?^' *l? aartsbisdom van Keulen waar graaf van na Willem en Theodorik beiden doneen Pp/na , Berg, en door naus< Grevnriut YTTT j gVe eerlte Was Theodo- dr?-//rPl urei0™* XIU, de ander door rik van XXHI bevestigd. Het verfchil werd aan de beflifchinê Meurs. der wapenen gelaten. Theodorik gaf zynen teSS ^/len nedeflaag' e" kW3m z4epraalende Teder te Keulen, waar hy met buitengemeene toejuigchingen ontt vangen werd; terwyl Willem zich genood'zaakt8 vond den vrede te verzoeken, welken hy verkreeg, onder voorwaarde, dat hy alle zyne eifchen op hetg artsbfs dom moest afftaan , en met de nicht van Theodorik, (0) Gosïl. Cosm. eet. VI. cap. 9q. (p) heiss , um * Ten zelfden tyde ftond hy, by open brieven aan JP a,A Neuremburg het voorregt toe van de Ko,7JrU,ll r ? 6 ftad jdernoodief der kroon fe&V^TnXSkc^t^ de fchappen tot de krooningen der Keizers Vordcn afgÏÏÖ,^ (1) Rf:makq. fur Heiss. lib.'XI. cap. 30.  het DUITSCH E RYK 583 dochter des graave van Tekclemburg, in den echt zou II. treden (q) Boek. Na deeze zaak gelukkig te hebben bygelegd, trachtte li. de Keizer, door zyne vertoogen, het hof van zynen Hoofdst. broeder Winceslaus te hervormen, het welk een tooneelVIIJ-Afd' van ongebondenheid, weelde en buitenfpoorigheid gQ.Hyver. worden was, en aan het geheele Koningryk Bohemen™a"*es een gevaarlyk voorbeeld gaf Dan alle zyne vertoogen iau's, om waren zonder vrucht, fchoon Sigismund zelfs dreigde ,zyn.gedrag hem in den ryksban te doen, indien hy zyn leeventeverbeteniet verbeterde. ren' Het geen vervolgens 's Keizers oplettendheid tot zich trok, was de oorlog tusfchen Ladislaus, Koning van Polen, en de' Duitfche ridderorde, welke kryg, hoewel doorgaans ten nadeele der ridders, uitgehouden werd door de wakkerheid van den groot meester , Hendrik de Plaven, die, door aan Winceslaus fommige leenen in Bohemen, aan de orde toebenoorende, te verpanden, geld ligtte en zelfs middel vond, om den hertog van Litthauwen van de Poolfche zyde aftetrekken. Jn dit tydsgewrigt deed Ladislaus voorflagen tot een verdrag, het welk dienvo'gens tot ftand kwam, onder voorwaarde, dar zyne Poolfche majefteit alle zyne eifchen op Pruifen aan de Duitfche ridderorde zou afftaan. Doch naderhand ging hy een heimlyk verdrag r<}I2i met den Keizer aan, die zich, onder voorwendfel van Hy fluit een bezoek, naar Cracau begaf. By dit verdrag bdoof-em verbond ' den de beide vorften, hunne krygsmagt te vereenigen ?°n} een inval in Pruifen te doen, de orde der Duitfche/^fff]™ ridders te vernietigen, en de veroverde landen onderga de elkander te verdeelen. {r) Ten zelfden tyde llooten de Duitfche beide vorften een aanvallend en verdedigend verbondridderorai- met (3) Cosmod. 'dSrJupra. (V) Dugl. Bist. Polen. lib. XI. Eece 2  584 HISTORIE van II. met Saladyn, Chan der Tartaaren, die zich verbond Boek» om hen tegen alle hunne vyanden' by?e££. * ' 4en de Waarvan zv zich met geweld meefter ge- vlnetiaa- ™akt ^dden, zo wel als van veele plaatfen tot h> nen^Dai-Keizerryk behoorende. Door deeze inlTen geteld •natiën, trok.Sigismund hen met een ddongaarfT^L^In en bragt verfcheiden kafteelen en iterke plaatfen onde ' dan, daar hy, by een openbaar bevelfchrift den Duit /^vorften had belast te veld te trA,ennt mand hunner gehoorzaamd had, oordeelde hy het n et dienft.g, den oorlog op zyne eigen kosten voor tezetten; maar floot by de eerfte gelegenheid Xi vre W^onHrS0 Nf\^ V6rdrag b2g3f hv Z*h »™ Lombardyen ; iiïttï™** ve*<*™*e* voorwendfels; doch zyn éénig oog Lombar- m^ vvas, de onderhandeling te voltooien i hv dven „ met paus Joannes XXIII had%angevange^^raakende de ÊST' foor de vrede der kerk herfteld kon it^ot het' *er*v^a-heelen der fcheuring, welke door de aanhangen der drie denng te gewaande paufen was te weeg gebragt. Over dit on ^£S£ÏÏ,diy VerfCheidfn «^«teüïS met°dne\ gezanten van joannes, welken hem in perfoon te Pla centia opwachteden, en vervolgens naar^zïvergezï den, waar zy tot het befluit kwamen, om eene kerkvergadering byéenieroepen. 'Er werden^ dYenvofgens bullen uitgevaardigd, waar by Conftans tot de plaats en de eerfte van flachtmaand des volgenden jaarT ot de dag der byeenkomst bepaald werd. (t) (s) Avent. Ann. Boior. lib. VII. p, 652. & rea M san„ Contm. Ban. torn, II. ad ann. 14 r5. j 9' W sf°»d-  het DUITSCHE RYK. 585 By deeze gelegenheid gaf de Keizer een gefchrift in II* het licht, waarby hy alle de bisfchoppen der Christen Boek. heid tot de kerkvergadering nodigde, en vrygeleide beloofde aan allen, die oordeelen zonden, hetzelve te be-*^**^ hoeven. Hy vaardigde gezanten af aan Karei VI, Koning van Frankryk, om hem te verzoeken, de vergadering in perfoon by te woonen: hy fchreef ook over hetzelfde onderwerp aan Benedictus XIII, die naar Spanje de wyk genomen had; en in een brief aan Gregorius XII, die zich in het Koningryk Napels ophield, verzogt hy hem ernftig, zich naar Conjlans te begeven, en zyne zaak te onderwerpen aan de uitfpraak der algemeene kerkvergadering, welke hy (de Keizer naamlyk) met Joannes was overeengekomen by een teroepen, om aan de heilloze verfchillen in de kerk een einde te maaken. (u) Behalve deeze voorzorgen trok Sigismu nd, uit overbodigen yver voor de belangen van den godsdienst, de Alpen wederom over, en deed eenen togt door verfcheiden gewesten van Duitfchland, ten einde de gemoederen van het volk te bereiden, om met zyne godvruchtige oogmerken tot het heelen der fcheuring mede te werken. Hy verzoende den bisfchop en het kapittel van Straatsburg met de burgers, en bevestigde de voorregten, die aan de Keizerlyke fteden, met de landvoogdy van den Elzas vereenigd, door zyne voorzaten gefchonken waren. Doch de twee tegenpaufen deeden alles, wat in hun vermogen was, om zyn oogmerk te dwarsboomen. Beiden protesteerden zy met groote bitterheid tegen de kerkvergadering. Benedictus beriep eene byeenkomst te Perpignan, waar hy niet naliet, banblikfems uittefchieten; en Gregorius, welke zich te BJmini onthield, verfcheen in het openbaar met de pau- fe- («) Von der Hard. torn, VI. p 5. Eeee 3  586" HISTORIE vau II. felylfe fieraaden, en genoot de befcherming van Ladis 11. voist nam, tegen het vpHi-an- a.*-u i van£ nenen paus >«, die naar BoIog^Z^^^' ver0,^^J!er^e! ,van verg'f> overvallen zynde, trok hv te ruï ™nit:ilielnaal iV^/y' waar hy binnen weinige maanln n I? ^W^eef- C*; Zyn dood, waar door de rü?E fteld werd, gaf den paus, kardinaalen, aa"tshfSoDDen en prelaaten gelegenheid, om zich naar fX1^ geven, waar Joannes op het einde van Wv ! Ji Sigismund kwam Tn Hi^n ►„ r„u „ , , " Wynmaand aan. venteen™ ™n„frr^ en tusfchen tyd verleende Sigismund, die vr^fcto £aar Duitfchland vertrokken was, om zich re Jaren rJoan. kroonen, eer hy zich naar de kerkvergJerinabegaf nes Huss. een vry geleide aan Joannes Husf, weke 7,1 S ' verlatende, naar Co/fans ging, L retTjc^TZ ne leer te geven, (y) Sigismund begaf zich naarJLT en werd aldaar oP den agtiten van ^^3^^ Terftond na het afloopen van deeze plegtigheid, vemok hy met zyne gemalin en een zeer tahyk gevolgnaar Conflans, waar hy op den drieën twintigften van Wmteraaand in den avondftond aankwam * Den voSen dag woonde hy de nachtmis by, welke paus JoalnesZ zyn plegtgewaad vierde, terwyl de Keizer llf, m~t zyn Keizerlyk gewaad verfierd, den post van diaken v/aar- it% *T,\T P' lU' S.oko. cont. Barre, tom.  het DUITSCHE RYK. 5S7 waarnam, gelyk in dergelyke gelegenheden gebruiklyk n. waf. By zyne eerfte aankomst te Confians, belegde hy Boek.. eene algemeene vergadering, waarin hy verflag deed van JX " zyne onderhandelingen met Gregorius en Benedictus. Hoofdst. Hy gaf hun te kennen, dat hy een leeraar in de regtenVIn Afp» naar Spanje gezonden had, om zich over Benedictus tef^'^ beklaagen, die beloofd had, den Keizer in den Zomer-garing' maand te Nice in Provence te ontmoeten. Ten zelfden van Coöntyde werden 'er maatregelen beraamd, om alle wanordeftans b?voortekomen, welke anders door den toevloed van meer dan honderd duizend vreemdelingen, die zich by deeze gelegenheid naar Constans begeven hadden, ligtelyk kon ontflaan zyn. Sigismund liet den vaderen der kerkvergadering volkomen vryheid, om over de belangen der kerk te handelen. In de eerfte zitting, welke op den zestienden van Slachtmaand gehouden werd, fchortte men de byeenkomst op tot den tweeden van Lentemaand, tegen welken tyd men den Keizer zelf verwachtte. Deeze dag gekomen zynde, raadpleegden de vaders van het concilie over de middelen, om de fcheuring te heelen, en de eendragt in de kerk te herftellen, en men be^ floot, dat niets tot dat heilzaam einde krachtdadiger kon medewerken, dan dat de mededingers van de paufelyké waardigheid afftonden. Joannes zelf, die in de vergadering jannes voorzat, ftcmde dit gevoelen toe, beloofde by een eigen-belooft, handig gefchrift, van zyn regt afteftaan , mits dat Angelo Cor.van <*e rario, welke den naam van Gregorius XII had aangeno-^J^ men, en Pedro de Luna, by dien van Benedictus XIIlTeid Iftebekend, hem in deeze daad van zelf-verloogchening m-ftaa>, ■, doch volgden. Hy had deeze verklaaring zo haast niet ge-treki'czym daan. of de Keizer, van zynen zetel opftaande, kwam^f zyne voeten omhelzen, hem toejuigchende over zulk ee-vlucht naar ne Christlyke zelfs - verloocghening, voor welke hy ins Zwitfer. gelyks, door den patriarch van Antiochien, uitnaam derlani ge-  588 HISTORIE van r,IL SLene/ergadl™g' pIegtig heóa^t werd: doch eerige BlfK* opg nad Tn3 mbrSe, hCm deeze ^eflykheidf en* Vin. Afd.jn een eewaarf au lil y fn "achC van C^»*» LSS?r? n 66 vermomd' en week naar 5^/De naujen. (z) Derwaarts werd hy door verfcheiden kar Vergaie. dinaa er.gevolgd, en van daar week hy ve voSs on rmgbeves. het kaftee van Luffènberv ^ /u V P *y-trek de- „praart^!^ ■ f ^* , 0000 dlt Ver- ™ afzet- trcVe vergaceiing in den beginne verlegen maakte tingeer, ™ Joannes verklaarde, dat dezelve ingevolge vZ zvn Mende vertrek te niet gedaan was, kwam men echter 'en 20? ewarrenn na^v "ovS den Conario Paus was> en, na veelvuldige twisten en onderhande sss MfnX^rx « irvan r ^ T-i- dLers iw h3d- Cn dat hv' nevens^yne mede! w dragers, Comw-w, en iW™ ^ Z*»*, voor al- ZZ £ "W0"*» van de paufelyké waTrdil nenh^T eS> Z,en1d,e' dat zv bun vast befluit geno- S wVte*ni?e^Tlde ]'aadZaam' V00r den ür0™ eer oES'i p . " gevaar te loopen' van een noS e^ aïnkanren h^ °hmmoeten> als hy zich daartegen zoude wiüfeTfL,/ /rUf° dan gewilliS in he* vonnis, vry Zv^to tJT!?** ^ dC p3Ufelvke «aardigheid, waai van hy terftond de uiterlyke tekenen aflegde. Ee mge dagen na deezen afftand zond Gregorius XII eeren n rr t Ï>T rT ^ ^dzer en de kerkvergadering, omTy" ÏLoT^ terro? gdykenwvze afteftaan. 80ok was XX te-vk he"0g^v;n 0?^*, door den Keizer gedag, wit ^ïr • h ie komen verantwoorden op dl b- zyne&a- fchuldigmg, van Joannes in zyn vlucht behulpzaam pL un omzet, weest te zyn. Doch hy vond" niet raadzaam ïe g^ho^ ^ t«Eor. A ffi». fe Vita Joan, XXIII 'ex Meib. torn. i. p. 27"  het DUITS CUE RYK. 589 «amen; waarom hy buiten de befcherming der wet ge. If. field, in den ryksban gedaan, en van zvne ftaaten ont- Bos k. zet werd, terwyl men de Zwitfers in ftaat «elde , omdezel- JI. ven tot hun eigen voordeel ie vermeesteren Ca) Zy Hoofdst. veroverden dienvolgens het land van Tergow, het welk Viil-A?n» zy naderhand niet wilden wedergeven, toen de Keizer met Frederik verzoend werd, zynde deeze h-atfre verpligt, hunne verovering door eene eigenhandige akte te bevestigen. In de volgende zittingen der kerkvergadering werd de zaak van Joannes Huss en Hieronimus van Praag op het tapyt gebragt. De eerfte had, gelyk reeds gez'^d is, zyne nieuwe leer uit de fchrifttn van Wiek. iife ingezongen, * en verfcheiden leeraars der univerfiteit van Praag-, nevens een eindloos aantal andere menfchen tot zyne gevoelens overgehaald. Onder anderen werd zyne iecte voorgeftaan door Hieronimus, meester in de vrye kunften, wien hy tot zyn amb'genoot deed ranitellen, en overhaalde, om tegen de opperhoofdig, heid van den paus te prediken, die, van hunne vermetelheid onderricht, ben beiden te Rome gedagvaard had. Schoon zy weigerden, aan deeze dagvaarding te gehoorzamen , bewilligden zy echter naderhand , voor het Concilie van Conflans te verfchynen, om de leer, welke zy beleeden, te verdelgen. Joannes Huss, met Jannes een vrygeieide van den Keizer voorzien, on vernam,"uss verde punten van zyn geloof ftaande te houden voor de%SrkZ. Vaders gaderh'p-; («) Cod. Vict. part. IX. fol. 36. * Wickliffe, die de cpperfte was in Baliols collegie te Orfort, fchreef en predikte tegen de onfeilbaarheid tri cppeihuof.i.gbeid van den paus, de tydelyke magt der geestlyken, de orde dér men dicanten of bedelmonniken, den oorbiecht, en de leer der trafslubftantiatie. (1) (1) BtBi.iOTH. Anglois. torn. XI. p. 133. Europ. Hist. Xi. D. ii. St. F fff  59o HISTORIE van. II. vaders van het Concilie, die gezind waren, hem on*,. Boek. hoord te vooroordeelen; doch Jan van Chlun, 2 II. Winceslaus van Duba protefteerden tegen zTkè on HooFDs;.regtvaard]ge handelwyze, en de Keizer zond öenPaTs VUL afd graaf en den markgraaf. van Brandenburg oTdfli^ iOT^;denhem van kettery in negen en dertig artikel» vm welken hy het eene deel ontkende, en aanbood het andere te verdedigen, maar zyne ftem we?d verdooTd door het geraas, welk door de vaders der kerk wade. ring daartoe opzettelyk gemaakt werd. * Eindelyk gevraagd zynde, of hy alle de negen en dertig artikefen wilde afzweeren, gaf hy een weigerend antwoord hluZ T ' ai'°P Werd hv door het concilie verklaard verklaard, j;„„; een zaajer van oproer, een verharde ketter, een afgezet, d,s?'P?1 en hardnekkig voorftander van Wickliffe Als entenvuu zodanig werd hy door vier bisfchoppen ontwvd, van re veroor. zyne pnesterlyke kleederen beroofd, en met een ander deeid. ge d voo Zyn hajr werd f.n ^ Dder een kruis gefneeden, op zyn hoofd zettede men eene papieren myther, met de afbeelding van drie duivels beichiiderd, en hy werd alzo aan den waereldiyken regter overgeleverd, welke hem en zyne fchriften ten vuure ver- * Men zegt, dat Joannes Huss in deezer voege fprak: „ Ik ben " £™ ge\oafn' om mYne o^chuld te bewyzen, en reden van „ myn geloof te geven,- maar ik kwam niet, dan nadat ik het „ vryge'eide van den Keizer had verkreegen, die hier tegenwoorïetll' 611 veorcde. ^iiigheid van myn perfoon inftond.» Dit fic"h r u Za,g y T&smund aan, die op deeze aanfpraak'bloosde als befchaamd zynde over het verbreken van zyne belofte (Tj (i) Idem ibid,  het DUITSCHE R Y K. 591 veroordeelde, en den zesden van Hooimaand tot zy- jj] ne doodftraf bepaalde. Boek. Op de ftrafplaats gebragt zynde, werd hy aan den jr/ ftaak gebonden, cn met takkenbosfchen en bundels Hoofdst. ftroo omringd. Eer dezelven werden aangeftoken, na-VUl. Afd. derden de hertog van Beieren en de graaf van Papen. Hy Jlerft Jieim, hem aanmaanende, om zyne dwaalingen te her- met groote roepen, maar hy verwierp hunnen raad met verontwaar ft^dvasdiging, betuigde zyne onfchuld, cn begon tegen dentlêm ' Keizer en de vaders van het concilie uittevaaren, waarop de hertog vertrok, en de fcherpregters beval, met hun werk voorttegaan. (b) Om te beletten, dat zyne aanhangers zyne asfche wegvoerden, werd dezelve inden Rhyn geworpen; doch deeze voorzorg belettede nogthans zynen navolgers niet, de aarde op te graaven , op welke hy leed, waarvan zy een gedeelte naar hunne huizen bragten, en als heilige overblyffelen bewaar, den. Ja, zy protefteerden, m openbaare gefchriften, tegen de ftrafoefening, als zynde eene daad, tegen de wet van God, der natuur, en der volken, zowel als tegen de geneigdheid van den Keizer zeiven, gepleegd. Zeker is het, dat die vorst misnoegen opvattede oversigjS. deeze handelingen, welken hy oordeelde met zyne eermund « te ffryden, uit hoofde van het geleide, welk hy aanmimoeëd. hem vergund had. Dan men gaf hem te verftaan, dat*^*etn"'" zyn gegeven woord niet in aanmerking kon komen,mm van omdat, daar de kerkvergadering hooger dan de Keizer zy» vryge. was, zyn vrygeleide ook ondergefchikt was aan, en,e"*e« vernietigd werd door het vonnis der kerk, waaraan de vorften zich in geloofzaken behoorden te onderwerpen, (c) Na (Z>) Chron. Magd ex Meib. p. 353 {ƒ Seq. Avent, ann. I. VIL p. 650. S;ond cent. torn. CCVI. et Jeq. (c) Vonder Hardt torn. V. part. II. p. 12, 50. Ffff 2  &z HISTORIE va Si. "II Na het ter dood brengen van Joannes Huss , barvat Boek- ede de kerkvergadering de zaak van A** ^ Ldnl IJ. welke nog hardnekkig wegerde, zyne e,feh~n od vSK r^e. *aW*id «fteftaan: By^eeze X^elS I*una-*« te be^cr>' en de b emiddeling van Ferdinand, Konina m, „.„ van Arragon, by wien AA* eene fchuilpJaafc gezoj zyne. ey: had, te baat te nemen, door weik midd/hv hoW fe/1e1 'ot eeüen ^y.illigen afftand te brengen, zo als Ï3£2f $°*«* a"d^cn gedaan hadden, eer hetScibe tot heid 0e. eenig ulterfte overging. Zyne reis was te voren reèds ftaai. De beflooten; maar de tyd en plaats der byeenkotn t wp? £ST& dG11 yfanderd- ?y begaf zieh op weg «aar IS LLt jwzcld van twaalf afgevaardigden van het concihe en midaeien; by zyr-e aankomst te Perpignan, trad hy met /Vri r;*°A* >n onderhandeling, welker uit flag aan de kerk- ^v,^,.mgad bengt d: d()c, ^1 ne te* geenzmts het gewenfoht gevolg, (dj De ■ hardnekkigheid van Benedictus verbitterd- den Keizer ,n dier voege, dat hy dreigde, geweld te ^ebrm ken, om die toeftemming re verkrygen, welke de Vn der door zagte middelen niet geven wilde. Od deT ze bedreigingen week Benedictus in alleryl naar het kZl teel van waar by befloot, zyne paufeivke waardigheid tot zynen laatften adem te handhaven Deeze on verwachtte vlucht deed hem echter alle zvne aanhangers verhezen-. De Koning van Arragon, nevens alle de vorften en bisfchoppen van zyn -n hang, zonden afgevaardigden aan den Keizer te Nar bmne, met wien. zy overeenkwamen., dar de berkver' gadenng alle de vorige aanhangers van Benedictus zou nodigen, om te Conftans te komen, en met vereen? de poogingen hun be&t.te doen, om den vrede te hér- ftej Theod. Niem. in Vit. Joan. XXUI. f. 34, ex Meib.  het DÜITSCHE RYK 593 ftellen,' en dat men, by hunne aankomst eenen nieu H« wen paus verkiezen zou. Toen eeeze overeenkomst, Boek. bekend by den naam van Capitulatie van- Narbonne, ü. den vaderen der kerkvergadering werd toegezonden, yYuTfn bragt men dezelve terftond ten uitvoer. Om niets te 1 verzuimen, 't geen eenigzin's kon toebrengen tot den vrede der kerk, of tot herftelling der eendragt onder de Christen vorften, byzondèrlyk de Kórringen van Frankryk en Engeland, heiloot Sigismund, een bezoek Un5by Karei VI afteleggen, by wien hy zu luiftérryk ont-g//',;^ vangen werd, dat het volk nayverig werd over de eer Frankryk, bewyzir.gen, die men hem aandeed;- want hy zat in het en reist parlement, als ware het zyn eigen regtbank geweest, voort naar en hy ftelde ridders aan op eigen gezag. Van daar frak M 8eian hy de zee naar Engeland'over., en ftelde een ftilftand van wapenen tuslchen de beide kroonen vo-; welke echter niet getroffen werd, omdat de Engelfchen in dienrusfehentyd beH-jr, ontvingen, dat zy door de Fran fchen by Harfleur gewagen waren, en zy, door de overwinning van Jgincourt ten uit.n-ften opgebiaazen, de gedagten van vrede niet verduuwen konden. voordat zy de fchande van den daaropvolgende!] nederlaag hadden uitgewischt. (e~) * Naar alle waarfchynlykheid hield Frankryk Sigismund verdagt van partydigheid ten' voordeele van de Engelfchen; en inderdaad, dat vermoeCe) Ibid. p. 43 Krttntz. 10: Wand. 23. * Aemiliüs , die deeze reden, als een bele'fel van den vréde aanmerkt, beweert, dat vierbond: rd Engeijchen te Harfl,ur door de Frar.Jehen in de pan gehakt werden Veelligt is 'er de eena of andere fchermutfelin^ voorgevallen, waarin de Engeljchen ge(k~ gen werden; maar in den flag van Harflur, welke in he: zelfde jaar voorviel, ontving de Conflabel van Frankryk, die de ftad berend had, een volkomen nederlaag (j.) (i) Mezeray? Abregi ChronoL torn- II. p, 653. Ff ff 3  594 HISTORIE VAN IL moeden fchynt wel gegrond geweest te zyn; want eer Boek. de Keiz-r Engeland verliet . rincr h\r «,„ ' a ' r II. Koning tó* aan, waarby*nygz ch vZ0 *d * T Keizer hulde" te dïïTC «"e™ Ct^on * ,?* het ryk eenige oude eifchen had Rv . ' ?P TIken in Frank J verhefte hy op* dte™f omst feven Ve^* ^ ^ had zich Corfans begeven, met oogmerk, om ,>« ^ in 7e Je digmg te ondertonnen j maar ontdekkende, dat hv van de goeaertierenheid en regtvaardigheid der Jïdera Je£ WSg taedkee: n0" fch^n ^ werd ge^^ja^^ biagt, waar hy om de ftraf, zyn ambtgenoot aanfe «*Jf plegtig afzwoer. Vervolgens echter dezelfd? lepr Hierony- *>g aanklcevende, werd hy, in de één en tw^L T mus van ting van dezelfde kerkvergadering, s"s een 3 aï* 2%" ri!Jge ten VrtUUrf veroordeeld, JondergSg deezeftraf SL. ^ groote ftandvastigbeid en kloekmoedigheid?,) Schoon de openbaare zittingen der vereaderin* ™ duimende het afzyn van den LzerrinSaer^vï Jf ren, 'er deed zich echter altyd iets'op om de 0vei weging der vaders bezig te houden. De Ssfctp va„ <ƒ) Monstrel, lib. i. cap. 164. Qj S,0KDi fW< tm u h s3q>'  het DÜ1TSCHE RYK 595 Trente, welke door den hertog van Oostenryk gevangen II, gezet, en beroofd was van de fteden en kafteelen, aan Boek. zyn bisdom toehoorende, beklaagde zich by het conci II. lie over deeze gewelddadigheden; en men belastte Fre- Hoofdst, derik, die, zeden zyne verzoening met Sigismund,VIII,Afb. als gyzelaar te Conftans bleef, dat hy den bisfchop op vrye voeten laten, en hem in het bezit zyner landen herftellen moest, op ftraf van afzetting. Maar, in plaats van aan deeze uitfpraak te voldoen * vertrok by heimlyk vanConflans, en begaf zich naar Tirol, het welk hy in groote verwarring vond, veroorzaakt door de kuiperyen van zynen broeder Ernest, die zyne ftaaten overweldigd, en het grootfte deel van den adel en der geestlykheid in zyne belangen getrokken had; weshalve de beide broeders zich tot eenen bloedigen oorlog begon* nen toeterusten. Middelerwyl bragt de kerkvergadering, verftoordDe hertog over de weigering en het vertrek van Frederik, overvm 0oszyn gedrag klagten by den Keizer in, welke hem in den !!"rrj^M ryksban liet doen; en de bisfchop van Lodi, voorzit--den "rykster der Italiaanfche natie op het concilie, beval denbangedaan. afgevaardigden der kerk \Tan Trente, in naam der vade. Zyn broeien, Frederik te noodzaken, om den bisfchop te ont-0'^r^nest flaan, en in zyne ftaaten te herftellen. Te gelyk be-digt zyne floot Ernest, zyne overweldiging door geweld van wa■ftaaten. penen ftaande te houden; en dit zou ongetwyfeld eene groote bloedftorting ten gevolge gehad hebben, hadden niet de nabuurige vorften zich tusfchen beiden gefteld, en een verdrag bewerkt, door het welk Frederik Tirol wederkreeg, en Ernest naar Stiermark, zyn erfgoed, te rug trok. (h) Toen Sigismund weder te Conftans kwam, gaf hy 1417, aan Jan van Nasfau, aartsbisfchop van Mentz, óenDe iurs- tpin- Sraaf van ^"'"Keuren- (h) Voïi der Hardt torn. i. p, 200.  196 HISTORIE v , a i.i tar "ILn »'as d*» het overlyden van WS marter nnt Ma Mpravm % fchoon (ieeze verpj™/ ' g f V!m J-anH™ zonder monen van de Zvd»de,A.S doen hy won bhmenS hunne k^LmT*** zagt en voorzichtig ilaarshewtaj8 Onlë' de ™7yQ in fioW», welker hv Z h ™^ lteden ter neder Hno, \ zerrede hem in het vervolg ^Au^in/^^Znt' or hec overjytk'n van, cpenXlent^ ^ den h™ Pedrode i\A deeze ven-icbtiiwn han^n» j,' i,' i Luna Aorteoen iW™ do T,Lgf nandclie de kerkvergadering **«-'v« ^ " ,ï: a's een wedermannen, en ,5 irtrtng de zevenendeitiglte zitting werd het eindeivl w zyne afzetting n.tgefp?oken enlf^, ^ (ij Barre torn. vii. p J0Ö, "e  het DUITSCHE RYK, 597 ne naastvolgende zorg betrof de verkiezing van eenen n, reeuwen paus, waar toe zy Odo, of Otho Colonna. een Boek. Romein, vcorftelden, en op den dag van den H Mar- n# tinus verkoozen. Hy nam den naam van Mariinus VHoofdst. aan, en zyne verkiezing ontmoette eene algemeene goed-VHi.Afd. keuring. -Na dat dezelve verricht was, werd het con-™ Marticiave zo haast niet geopend, of de Keizer trad 'er in, "us v m en knielde voor den nieuwen paus; vervolgens reed zy-|0a"/eje!' ne heiligheid, op een wit paard gefteegen, in procesfie naar de hoofdkerk, terwyl Sigismund den toom aan de ééne, en de keurvorst van Brandenburg aan de andere zyde hield: geduurende deezen optogt te paard, deeden de Jooden te Conftans hem hulde door zekere ge. beden, terwyl fommigen der oudften de vyfboeken van Mo • zes in hunne handen hielden. De paus gaf hun zynen zegen, zeggende, „ Gy hebt eene wet; maar gy ver« „ ftaat ze niet; de Heer ligte het dekfel van voor uwe „ oogen!" Nadat Martinus gewyd en gekroond was, zond hy 14,3. den kardinaal van Pifa, om Benedictus tot het afftaan Martinus van zyne eifchen te vermaanen; doch alle zyne vertoo-^2^ gen waren vruchteloos. Voorts een openbaar confistorie „aFrcishoudende in het bisfchoppelyk paleis van Conflans.rW, hertog trachtte hy te vergeeffch de verfchillen tusfchen de her Oostogen van Beieren te bemiddelen, welken over de ver-tenr*'k' deeling hunner ftaaten met elkander over hoop lagen; doch zyne poogingen flaagdcn beter in het verzoenen van den Keizer met den hertog van Oostenryk Dees vorst beloofde den eed van getrouwheid te doen, en zeventig duizend florynen, by wyze van geldboete, aan Sigismund "optebrengtn, die aan zyne zyde- op zich nam, hem in het bezit van zyne ftaaten te herftellen, welken hy veriooren had, toen hy vogel vry verklaard was. In gevolge van deeze overeenkomst, kwam Frederik den Keizer te Confïans opwachten, en werd, op last van Kurop, Hist. a1. D. II. Sr. Gggg den  598 HISTORIE, van weigerden afteftaan van het geen ^ hadden, en verfcheidpn n^an . § / y vei °verd verpand, zodat de neL SSelvTn^r ^ komen, voordat de fJ^%£te «* be* .Daar de geldmiddelen van 5/SïWf uitgeput, was hy genoodzaakt \v!>KT f uZeer ware!1 tot verfcheiden ïnifdeS,^ te de eene aanzienlyke fomme van§ de VTZj^l ff68,'1' Er* ™ hartV en vïen» ï;„ ^'f met Skatere woede,danLt te™, ren. Naauwiyfe; werden de befluiten r™»7Ü. 5 r m afgekondigd, of »Wi£ÏSg3S W^f feS h f t™d?° ,UitTr ? ?'enSen ver"iedeX£ .ener net avondmaal onder de beide gedaante te gebrui. (t) Idrm. ibid. ^n >  het DUITSCHE RYK. 599 ken; welk verbod de inwooners van Praag dermate ., tt verbitterde, dat zy eenen wanhoopigen opftand aanrichteden, het ftadhuis overweldigden, en de magiftraats- fV pe;foonen, die in de afkondiging van dit bevel meJe deHooFDsr hand hadden, vermoordden. Viilafd. De tyding van deezen moord vervulde het hof vanD(,Hucfi. Winceslaus met de uiterfte ontfteltenis, en maakte zul ten rcr " ken indruk op dien kleinmoedigen vorst, dat hy vanwe**«a te eene beroerte overvallen werd, aan welke hy binnenPraa§ weinige dagen overleed. Sigismund, hierop als Koning»*"/" van Bohemen erkend zynde, droeg het bewind cp aan zyn brotders weduwe Sophia, welke zich in het kafteel I4Ip* van Wisrhade verfterkte tegen de Ihaboriten, of de navolgers van Zisca, welke toen generaal der Husfiten was, en over den dood van Huss en Hieronimus van Praag, door het pleegen der verfchriklykfte geweiudadigheden, wraak nam. Zonder in de byzonderheden van deezen oorlog te 1420. treden, in welken Bohemen door deeze vervolging gewikkeld werd, zullen wy alleenlyk aanmerken, dat ÓY* gismund, zynen broeder Winceslaus in het Koningryk Bohemen hebbende opgevolgd, zich na zyne krooning genoodzaakt vond, tegen de Husfiten dat leger te gebruiken, welk hy tot eenen togt tegen de Turken geworven had. Hy kon hen echter niet tot gehoorzaamheid brengen; want, daar zy door de dwinglandy, welke men over hun geweten geoefend had , en door de wreedheid, met welke zy en hunne broeders vervolgd waren, tot een foort van geestdryvende woede waren verbitterd, werdenzyrhans insgelyks aangemoedigd, om in hunne zelfs verdediging voorttegaan, door verfcheiden voordeden, welken zy op 's Konings troepen behaald hadden, door de wakkerheid en het beleid van Joannes Zisca, welke men zegt, deeze barbaarlcnheden Gggg 2 we-  óoo HISTORIE van IT< weder vergolden te hebben aan den katholyken aanhang Boeks de priesters opofferende en de kerken te vuur en t H. zwaard verwoe(lende. >m) De fchranderheid van dee- muT- z,e" a.anvoe!fJr .Y3S ?,et m'nder' da" zyne dapperheid VU.A^Sopkta, onderricht, dat hy met een handvol t£S Sigismund op het gebied van Pilfen was, bragt eenig ^5 l^^byéén, welk door den heer van ScLaXlgllf^f, **> Weu'ïn tr°k h6n da3rmede te§en' dopende, hen verhoeds te overvallen; maar de uitkomst beantwoord de niet aan hare verwachting. Zisca, zich voor zulken gedugten tegenftand te zwak kennende, nam zy" toe. vlucht tot eene krygslist, weke naar zynen wenfeh geen wordt Juüte. Hy plaatste zyne troepen agter heggen, in dier door z,sca voege, dat 's Keizers ruitery, zonder afritten nWo" tegen hen kon uitvoeren: uit' deeze foortvan veWchaj! fing kwamen de vrouwen op zynen last voor den dag met bundels linnen op harearmen, gelykende als 't war! naar zo veele kinders m de luieren, welken zy als ev! zeiaars voor hare mannen aanbooden: toen zy nu zagen dat de Keizerlyke ruitery was afgefteegen , om te looi aantevallen , vonden zy middel, om zich van hare bundels te ontdoen, in welken de fpooren en wapenen der krygsknegten zich zo verwarden, dat zy zich niet konden los maaken; waarop Zisca, deeze gelegenheid waar. nemende, hen met groote hevigheid aantastte, het beste gedeelte van dezelven in flukken hieuw, en de overigen noodzaakte, door de vlucht voor hunne veiligheid te zorgen, (n) 8 u Sigismund Schoon Sigismund van alle deeze wanorden zeer wpI brengt de onderricht was, oordeelde hy zich echter niet in ftaaJ K, te zvn> om «ezelven te weeren, daar de vrees voor garyen in een toLTi?Ub°VlMa8M' ^ tm *' 25S' W Hist. Huss,  het DUITSCHE RYK. 601 een Turkfchen inval hem in zyn Koningryk Hongaryen tj# te ruahield: en indedaad, Mahomed I, die te Adria- B0EK. nopolen zyn verblyf hield, was bezig met zich tot eenen n, inval in dat Koningryk toeterustea; maar de wakker-hoofdst.' heid van Sigismund, welke alle de grensplaatfen ver viii.Afd. flerkte, venedelde zyne oogmerken, en keerde zyne^™1 wapenen tegen de Grieken. De Keizer was zo haastgi-ng tegm van deeze vrees niet verlost, of hy zond onderftandde xuraan Sophïa , ten einde baar in ftaat te ftellen, om denken, oorlog tegen Zisca te voeren, die omtreud deezen tydify zendt van zyn gezicht beroofd werd. De aankomst van dee-™*^ ze troepen ftelde hem in ftaat, om een beftand voor*™ e^ * vier maanden te fluiten, ten einde van welken 'er een yan Bohealgemeene opftand der Husfiten tegen den Keizer uit men. barstte. Ontrust door deeze wederfpannigheid, beriep Ryksdag te Sigismund eenen ryfcsdag te Brin, hoofdftad van Mora^nn. v'ien, waar hy zeer vriendelyke vertoogen van alle de fteden en edelen van Bohemen ontving; doch hy weigerde volftrekt, vryheid van geweten aan de inwooners van Praag te verkenen, waarop een groot aantal onder hen zich naar Thabor by hunnen generaal vervoeg, de, die nog fteeds de lieden en kafteelen, den katholyken toebehoorende, bleef aanvallen en plunderen, zodat hy te gelyk zyne aanhangers en zynen roem dagelyks zag toenemen. Hy behaalde eene volkomene overwin Zisca verning op Albert, hertog van Oostenryk, en Hendrik defl^at den Cravatz, bevelhebber van Moravien; vervolgens maak-^ff^B te hy zich meester van de nieuwe ftad Praag, en ver ryk> overde het kafteel van Wisrhade, het welk echter na. derhand door de Keizerfchen hernomen werd. (o) Terwyl het opperhoofd der Husfiten zyne krygsver Oorlog tuslichtingen met zulken fnellen voorfpoed voortzettede Jffon Erik, ondervond ook Neder Duitfchland de onheilen yang^'^* ^enken,<;;2 de (o) Idem. ibid. Gggg 3  at fielden, p) lSnir-hJ)M' T Stgumund dit verdrag beareiYen kon was i^&ES^ÏgEF^S Dernen' °*de rn oonemen te ltiilen, t welk nog zugtte onder de ellenden van den godsdienftigen burgerkryg? Met dit (?) Huitfsld Hist. Dan torn. IV. °U§"  het D U I T S C H E RYK. 603 oogmerk verzamelde hy eene bende krygsvolk, en zich II. met Frederik, keurvorst van Brandenburg, Willem en Boek» Frederik de Strydbare, markgraaven van Meisfen , Al II. bert, hertog van Oostenryk, en de vorften van Beieren !^lDfc' vereenigd hebbende , belegerde hy de ftad Praag, wel- : FD' ke in de magt der Thaboriten was; doch in één vanfoch wtrdt zyne aanvallen werd hy door Zisca met groot verBcsf^gJ^, afgeflagen, en genoodzaakt, naar Moravïen te wyken, terwyl de Husfiten het beleg van Wisrhade ondernamen, en hetzelve met ongelooflyke wakkerheid voortzetteden. Nadat Sigismund zyn leger in Moravien weder voltallig gemaakt had, kwam hy tot ontzet dier fterkte, en Zisca in zyne verfchanfing aantastende, had hy het verdriet van zyn geheele leger in de pan te zien hakken. Den zelfden dag gaf zich het kafteel van Wisr- 1412. hade aan de Husfiten over, die, trotfch op de herhaal-?eH."s^' de voordeelen, welken zy op Sigismund bevogten had deenkr'emen den, een anderen oppervorst bellooten te verkiezen om hen in hunne godsdienftige vryheden ta handhaven.men 4 HISTORIE van II. Zisca verflagen en verftrooid. Sisismund 7p\f u*a H«lT.tenhebb0en 'CTt 1^/^ *«* S»-one hevigheid^» door Ziscanaauwlyks op veerM^waS ïLf l bmt' aIs raen «gjj der. Keizer, "^S^^J^^ d^S Caribut Onmiddblyk na de.zen flag deed Coribut^ Intre pE" ï ™ Praag' dan de l»thoIyken deeze, (rad o^efteeT Praag. den tegen zyne verkiezing, welke den ThaLi Tondel Zisca, verklaarde vyanden eener édnhnofdi^erinf met minder verdroot. De eerfte ftap, welsw fv d was de belegering van Carlstein, werwaart de kattolv ken de kroon vervoerd hadden; doch de verdedigden de plaats met zulke hardnekkigheid? ït Z genoodzaakt was, van die onderneming afterfen K derlyk, daar hy verftond, dat 'er te Sfe eenige opfchuddingen verwekt waren wet todoor hem geftild en met groote ftrenghet? geft^t S! g e P n' i10^ h>T den g^af van Vartembere zaakt, va»wetkè hemde verrasfing van Gr*///2 trachtte te beier t' intkoanmav hy vervolgens zegepraalende binnen trok Aftaan, verdreef ook ^r, van"o^^, aan wtofcKei' zer M^w„ had afgeftaan , uit net Konin, yk pS derde de Kreits van Pilfen, en noodzaakte Corib J m hem geilagen te hebben , van de kroon van Bohemen af-  het DUITSCHE RYK. c% afreflaan; vervolgens kwam hy te Praag, waar hy met n. grooten luifter en pragt ontvangen werd. (q) Mët één Boek. woord, de be rhaalde overwinningen van deezen veldheer IJ. noodzaakten Sigismund, zulke eerlyke en voordeeligeHooFrsT. vcorflagen van vrede te doen, dat Zisca, met oog-VIILAfdmerk om een verdrag te treffen, in perfoon zich op weg begaf, om met den Keizer zeiven in onderhande-Zfsca ling te treden; dan ongelukkig werd hy van de pest fterft aan befmet, waaraan hy op den weg overleed. Zyn doodde pest. bragt ongetwvfeld eene raerklyke verandering in de za* ken der Husfiten voort. Nogthans ontzonk hun de moed niet, en zy verflaauwden geenzints in hunnen ie« ver voor de gemeene zaak, welke door hun met zulke bygeloovige ftaatkunde werd behartigd, dat zy het vel van hun overleeden opperhoofd over een trommel fpanden, op dat deszelfs geluid het geheugen van zyne dapperheid telkens vernieuwen, en hen bezielen zou met het denkbeeld, dat zy nog onder het aanvoeren van Zisca ten ftryde trokken, (r) Zy verdeelden zich in drie benden, welke de naamen i42g. van Thaboriten, Orphans, en Horebiten aannamen, enVoortganProcopius de Gefchoorene, welken Zisca hun als zyn op.£e"j*r. volger in het bevel over het leger had aangepreezen, tena;il°B0. werd hun algemeen opperhoofd. Dees veldheer, die hemen, voorheen een priester was, fcheen zynen voorganger in moed, bekwaamheid, wreedheid, dweepery en voorfpoed te evenaaren. Hy legde de ftad Graditz in asfche, pleegde fchriklyke gewelddadigheden tegen de katholyken, en verfioeg den hertog van Oostenryk. Hy behaalde eene volkomene overwinning op een talryk leger, welk door de Duitfche vorften op de been was gebragt, en de Thaboriten in hunne verfchanfingen had aangetast. Dit merklyk voordeel verkreegen hebbende, bragt Aen. Sylv. Hist. Bohem. p. ya. (r) Theob. Bell Huss. p. 119. Europ. Hist. XI. D. II. St. Hhhh  6o6 HISTORIE v a n- II. bragt hy Kamenitz onder, gaf Meinard de la Maifon Boek. fuve .den nederlaag, plunderde 0^/e n m d II. £ad op de grenzen van iiwi in; Ja niets Corfbur" 0mtreno deezen tyd fcheurde zich deeze aanhms- in 2ï twee partyen, welker ééne, de C^^S ^nSS ^ een kioss. terugkomst van Orffe/ begunftigd had, doch hem thans ter opge. in een klooster opfloot, od vermnpH n J , t ! fl»*£ Prccopius verftand had ^houden? ' ^ hy m6t Geduubpnde de gevangenis van deezen vorst, plunderden de Thaboriten en Orphans Silesien, namen ten ITalwdlrrkeo£afen iD/n Ve[fl0e*en het Keizerlyk le" ger, welk, om hen onder te brengen, derwaarts eezon den was, onder het bevel van Hendrik, kaSalvan ZTZeT' °°kfl.decden ^ eenen inval £ Zfavin, n, tt- V, Zy afll6pen; V001ts ^«"derden zy de kreits ™n,ningen voort, dat de Keizer genoodzaakt was, den jchap aan vn'd% te verzoeken, zendende tot dat einde gezanten * rh.bc.aan Procopius welke den afgevaardigden te Cuttemberg nten. gehoor gaf. Dit opperhoofd was op deezen tyd hartelyk den oorlog moede, welke hem in eene geduu ige onrust hield. Hy bewoog de onderfcheiden rangen van het Koningryk, om te Praag te vergaderen, en ftelde nun voor, om Sigismund als hunnen Koning te erkennen, mits dat hy hun vryheid van geweten verleende. Met een woord, hy zond eenige edelen van zynen aanhang, met voorflagen van vrede aan den Keizer, die zich toen in Moravien bevond. Men bewilligde ia een i429 ^emef,befta"d voor drie maanden, geduurende welRykldag ken tvd er te Presburg een ryksdag werd bveergeroepen, waarop Procopius als opperhoofd der Boheemfche af- (s) Czechor. p, 578.  het DUITSCHE RYK. 607 afgevaardigden verfcheen, en, in den naam van hun, II. door welken hy gezonden was, vorderde, dat men hun Boek. het houden van het avondmaal onder de beide gedaan- n. ten vergunnen zou; dat Sigismund alle hunne voorreg-Hoofdst. ten bevestigen, en by eede belooven moest, om henviii-afd. tegen alle nieuwigheden te verdedigen. te Pres. Op deeze eifchen antwoordde de Keizer, dat het eer-DurS" fte artikel niet m zyne magt was, en dat hy, eer hy De onderhet overue toeftond, de natuur dier vryheden, welkehandelin zy bedoelden, onderzoeken moest, en, zo hy dezelvenf^'j^" billyk vond, dat hy ze dan zonder bedenking zou be-ken en dt vestigen. Dit antwoord werd door de Thaboriten akvyandiykeen uitvlucht gehouden, en zelfs als eene weigering^1"5 her' uitgelegd; weshalve de onderhandeling geftaakt, en devfl" vyandlykheden hervat werden. De Husfiten deeden, ten getale van twintig duizend ruiters en dertig duizend voetknegten, onder het bevel van Procopius, Willem de Rostka en Johan Smirzlik, eenen inval in Meisfen, het welk zy te vuur en te zwaard verwoesteden; en, nadat zy Poleutz, bevelhebber over de troepen, welken de Keizer tot ontzet van dat gewest had afgezonden, geflagen hadden, namen zy de eene plaats na de andere in, tot dat het ganfche land ondergebragt en geplunderd was. Van daar trokken zy naar Thuringen, dnch hetzelve in ftaat van verdediging vindende, verheten zy het terftond, om in Frankenland te vallen, waar zy het hertogdom Cobourg afliepen, veele vorften en fteden noodzaakten, om zien van de plundering vry te koopen, en vervolgens met eenen zeer aanzienlyken buit naar Bohemen te rug kecraen, (a) Hadden de ryksvorften zich tegen deeze gelukzoe-^j*^ kers vereenigd, vermoedlyk zou hunne loop lang vöói htden 0%. deezen tyd zyn gefluit geweest; maar de inwendige^r de verCe) Brzmius Diarium. Bell. Huss. Hhhh 2  ** HISTORIE van Boek. SSSifSSS TS^Z't » Vin.afd.Keizerrvk h^nS Stë*»»unds ftedehouder in het rvi.vsr. AVCJ^erryK oenuemd was, wekte 7nlk-c van de keurvorften van 'Saxenen de Palts T^i °P naar deeze waardigheid H«™ J ' d,e zelven v„oI2ics^i^l^j: ^^ssr baare rust in gevaar te irpllfn TZu . , open" ia,h,^e*° > 8'0M/hertog van Litthauwen. met welken h» Litthau. nehngen in Bohemen te raadpleeeen • maar vaB Polen fchee„ te„ „ite^ê, £ gffi (Z>; Büsks ftw. ri/. />. 324. veZe  hbtDUITSCHE RYK. 6oj? deeze onlusten te mengen. Hy had geene de rmnfte ge- ij; ne^enheid voor Sigismund welke de Duitfche ridderorde Boek in hare onderneemiiigen tegen de Poolen onderfteund had, \\m en was 'er verre af, dat hv zich eenen oorlog op den Hoofdst.' hals wilde haaien met de Husf ten van Bohemen, welken VIII. Afd. ten deezen tyde zo gewoon waren te zegepraalen, dat men hen voor geheel onverwinlyk hield. Toen derhalve de Keizer om onderftand vroeg, trachtte hy zyne aanzoeken te ontwykeu,en floeg voor, eene onderhandeling te beproeven, liever dan eenen oorlog te waagen. , Op Heeze byeenkomst befloot Sigismund, het hertog-^1^8™ dom Litthauwen tot een Koningryk te verheffen' enuiuh'aLl ' dit voorliet itrcelde zo zeer de verwaandheid van lrlt-wen tot hond. dat z?n broeder Uladislaus vruchteloos alle zynee«i koningwelfprekenheid en invbed gebruikte, om hem vangL^ ver' zulk een buitenfpoorig ontwerp afterrekken. Geen meer acht floeg hy op de vertoogen der Poolen, die hem te verftaan gaven, d.t zy nimmer zouden bewilligen in eemg plan, dat voor hun land zo fchaadelyk was, het welk by de verheffing van Litthauwen tot een Koningryk van één zyner fchoonfte Provinciën zou verftoken woHen. ULADISLAUS, de hardnekkigheid zynes broeders De Poolen ziende, verzogt paus Martinus V om zyn bemiddeing^z^ en goede dienften. Deeze bezwoer Sigismund en Wit-iu mf hond in hartroerende brieven, van de voorzetting vanwsrp. die ontwerp aftezien, het welk zekerlyk eenen burger oorlog in Europa ontfteken, en hunne bondgenoten in verwarring en ellende zou wikkelen. De Keizer en de hertog waren doof voor alle deeze voo;(tellingen, en men ftelde den dag der krooning vast Uladislaus, het toen van zyn pligt oordeclende, om by deeze gelegenheid alle zyne vermogens in te fpannen, deed de Keizerlyke afgevaardigen op hur.np reize naar Litthauwen vatten , terwyl de geheele Poolfche adel de wapenen opvatHhhh 3 tede,  6l° H I S T O R I E VAN II. tede, en zich in onderfchpidpn Kn^j . , Boek. de roegangen te bevvaarenen de v" VerdCelde' 0m li. mm* gezanten, die tTJwy^Zn dTo/\?gh' ^^^rnrnSml' c,e be,ctcen' ge" De groot. ^U HOND, het VOOl' Zich ondonl-lr «S-J -. 7w4 zonaer bewilliging der Poolen, de kroonïk,J'ndende> ovoriydt tjgehet zich, van het ontwem «ft» • verwerven, Trocko. met zynen' broeder STvSl<^ekTZOende zich hy Ctta&fcw verzeldhad wé fe? h?m ^' •werwaarts zoek was komen geven een vriendlyk be- TuJke7hZne ItwotinSn"? T'^ brei^n de hortten V^^S^l^A^J F de P~ men en de nabnurlge JandenX nd * V,nden> £oke' S^kVvo^ A ke, ryksvoiften hZ geestlyke als waereldly- BT /ef al vryXnIn'S SgfE "^ÓTt' ieder in eene geiyke evenredigheid de kosten zond^ werd^benaalmrt Kip?* ÏT« moest °Pbrengen, zo by deeze, als andere géllen heden, waarin het de belangen van het rvk SÏÏ Ingevolge van deeze fchikking? maften de vLo ftp * krygstoerustingen tegen de Husfiten, Vndern^inSdL S den oorlog met te meerder yv(r, d'aar zy d™ 5? vT' 0pV0]^er van den onlangs overleeden (0 Duguss. i>0/ra. /ƒ. mS * 9  het DUITSCHE RYK. 611 nus V, door nieuwe vertoogen daar toe werden gedron' H. gen. Het leger, welk zy verzameld hadden, beftond Boek. uit veertigduizend rmters, en even zo veele voetknegten. De Keizer droeg htt bevel over hetzelve op aanvr?£FA,ST' Frederik markgraaf van Brandenburg-, en de paufelyké ih,Afd* gezant heloot, dien togt zelf ook bv te woonen. Met^ekrygs. deeze krygsmagt trokken zy in Bohemen, en pleegden?M£t, vm gruuwlyke ivreedheden tegen de Husfiten, die in hunner^ tre^r' handen viei n; maar zohaast het leger van deeze Secte;« Boheverfcheen, werden zy met eenen algeemeenen fchrik be-men > e« vangen, en vluchtten met groote overhaasting, ondanksVfd* se' alle de vertoogen, fmeekingen en bedreigingen van den paufelyken gezant, welke, alle zyne poogingen vruchteloos ziende, het raadzaam vond met de overigen te vluchten. Zodanig was de haast en fchrik, met welken zy zogten te ontkomen, dat alle hunne bajagie, inboedel en rykdommen, nevens het gezantfchaps - kruis en de kleederen van den gezant, den vyand in handen vielen, (d) ALBERT van Oostenryk, die in aantogt was, om het Keizerlyk leger te verfterken, vond zich genoodzaakt , naar Moravien te keeren, en van daar naar Oostenryk, uit vreeze voor Procopius, bygenaamd de Kleene, om hem te onderfcheiden van den anderen Procopius, die den naam van de Groote Kapitein verkreegen had. Hy vond alle de dorpen verlaten, en plunderde het gantlche land zonder tegenftand te vinden. Vervolgensöe Hufizich met zynen naamgenoot vereenigde, vielen zy in\ea valle» Hongaryen, waar zy verfcheiden plaarfen vermeesterden ,in Hon§aen ryken buit behaalden; doch op het ontflaan van ee-^/„%. nige twisten tusfchen de Orphans en Thaboriten, MieWjlagen. ' den de twee Generaals van elkander. Procopius de Ge- fchoo» . (d) Cochl. in Hist. Huss. lib. VI. Jen. Hist. Boem. cap. XLVJII. MecIiQV. in Reb. Polonic. lib. IV, cap. 52.  612 HISTORIE vam II, fchoorene trok naar Moravien, terwyl de ander in ITr Bok. W. bleef fchoon het hem* vooXfge zou gew^et' II. zyn, indien hy met den behaelden buit wa^STrok. SS jSÏS' 2nH,dVedtn Va"*»« verilondeu fohaas vin.afj> niet, dat de Zfiwyfa» verdeeld waren, of zy trokken re veld onder het bevel van Rosgon, ftadvoogd l?nHavl, TJn 5D dnïlVle; ^ voortrukkende, leverden zy den O^&mr flag die geheel verflagen wérden, zo dat ZgZTlïL TeT nd met ****in BoLmen * ferusEU" ?E kardj™al >W kwam, na deezen nederlaa? ÏÏ" l! Neuremburg, en raadde S^*™?, Gm g^' hemen te dagvaarden op de kerkvergadering te Bazel latX^rZ^us >ahdadn1Vt0t b-oeemfwas! «^"^ n ^ had tot zyn plaatsbekleeder Baiel°Pd,e vergadering aangefteld, om maatregelen te be- w»%. raarae,n tot het uitroeien der kettery, en her herftellen van de rust der kerk; en deeze beneming we?d ook bevestigd door zyn opvolger, Eugenius IV, die echter befloot, het concilie van Bazel naar Bologne te verleg, gen, om aldaar zelf te kunnen voo.zitten. De voirgewendde reden van deeze verlegging was, dat dezelve terJn gng, tUsf(ihen de Griekfche en Romeinfche kerken gemaklyk maaken zou; maar zyne waare reden rllht y«de" a^a"S der H«*fi"* en de Oosten, rykfihe en Bourgondifche legers duchtte, weke zich in de nabuurfchap van Bazel ophi.Jden. Te vergeeffch vertoonden de kardinaalen aan zyne heiligheid, welke heilloze gevolgen dit verleggen van de kerkvergadering zou na zich fleepen: vruchteloos werden deeze vo .rHellingen onderfteurd door de herhaal ie vertoogen va:rï tn£CTr \ 6 dle de/edencn wederlegde, welken Eu. genius tot het verwydercn van deeze vergadering by- bragt. 00 Theojs. Bell. Huss. aap. 77.  het DÜITSCHE, RYK 613 bragt. De paus gaf eene bulle uit, waarby hy de kerk- IL vergadering van Bazel ontbond, en eene andere te Bo. Boek. lc"ne byééhrièp; terwyl de vaders, die thans reeds ver- II/ "aderd waren, hunne zittingen vervolgden, cn op de-Hoofdst. zeiven, volgens den raad van julianus, ook de Bohe-vni AfDmers nodigden, (f) Onoertusschen teriep de Keizer eenen ryksdag te^y^"^s Presburg, op welken hy de Bohemers dagvaardde, die^ur^.res" afgevaardigden derwaarts zonden; doch men kon hen ö' niet overhaalen, om in de ftad te komen, om niet gevat te worden; maar zy hielden zich in het open veld onder tenten op, en aldaar werden de onderhandelin« gen, met alle wederzydfche tekenen van opregtheid, can^evaDgen. Sigismund verklaarde hun zyne verwon» derfng en verlegenheid, over het verwerpen van zyne regeering, terwyl zyn vader en grootvader over hun geregeerd hadden; cn hy beloofde, alle hunne bezwaaren te zullen herftellen, mits zy hem als hunnen oppervorst erkenden. De afgevaardigden hernamen, dat zy hem niet verwierpen uit hoofde van eenige afkeerigheid, welke tegen hem by de natie huisvestte, maar omdat zy verfchrikt waren door de vyandlyke legers, die het Koningryk geplunderd hadden. De Bohemers ,De Bohe zeiden zy, hadden niets intebrengen tegen het voor l°J~ ftel, om afgevaardigden naar Bazel te zenden, To\t&kerheid" dat men hun eene genoegzame zekerheid kon geven voor de voor de veiligheid hunner perfoonen; zy hadden regt,Plrfoonlyk: om deeze voorzorg te nemen, uit aanmerking van de^fj1, behandeling, aan Joannes Husf en Hieronimus vatigevaardig. Praag wedervaaren, welken men, te Confians, nieten, fchencing der openbaare trouw, verbrand had. De Keizer, die in zyn hart niet kon mlaten, de waarheid van het geen zy bybragten toeteftemmen, ver- ze- (ƒ) Pagi, Brev. Gest. Pont. Rom. torn. IV. p, 527. Europ. Hist- XI. D. il. St. I i i i  ^^E hy ^ verdagt vyanden, te zyn toe^eci "n n Th ' >DC °Pefibaare hy geheel ^Ö^^^^TO^ op zyne nodiging, in £«fe, gekomen ^s S^T thans hem en zyn kleen gevo| g de fö^fe^ Ce) Thecb, Afl, ^«.r/jf, ^ ie  het DUITSCH E RYK. 615 ke hy uit enkele nieuwsgierigheid wenfchte te bezichti- II, gen, niet wilde ontvangen, (h) Dit blyk van rninach- Boek, ting, en het niet verleenen van den beloofden onder- H. ftand in geld en manfchap, verbitterde Sigismund der-HcoFost. mate, dat hy de onverzoenlyker vyand van den hertogVlILArowerd. Niettemin vond hy raadzaam, zynen haat tety vat ontveinzen, en zelfs de aanbiedingen der GenueezenmisnoeStn van de hand te wyzen, die, zedert eenige jaaren door^^f^,, Visconti onderdrukt zynde, hunne ftad en derzelver gebiedv.™ MI* aan Sigismund aanbooden; doch hy weigerde zulks, om hetlaangetal van zyne vyanden niet te vermeerderen met zulk een niagtig vorst, als de hertog van Milaan was. Middelerwyl hield by zyn geheelen aandacht bezig, om het verfchil tusfchen paus Eugenius en de kerkvergadering byteleggen. De vaders, te Bazel vergaderd , verzogten hem om zyne befcherming tegen den paus, die hunne vergadering vernietigd had; en, toen dit verzoek hun was toegeftaan, zonden zy een gezant aan Eug&nius, om hem te overreeden tot het vernietegen 4 an het geen hy tegen hunne raadpleegingen gedaan had, of hem te verklaaren, dat, ingeval hy de ontbinding der kerkvergadering binnen den tyd van negentig dagen niet herriep, zy op de ftrengfte wyze tegen hem zouden te werk gaan. Men verklaarde hem dan fchuldig aan wederfpannigheid, en dagvaardde hem, om, 't zy in perfoon, of door gemagtigden, rekenlchap van zyn gedrag te komen geven; en, daar hy dan dee. ze indasging niet voldeed, zouden zy hem zekerlyk hebben afgezet, zo niet de Keizer met zyne bemiddeling tusfchen beiden gekomen was, en de paus de kerkvergadering van Bazel had bevestigd. Ten zelfden tyde magtigde hy hen, om maatregelen te beraamen tot het hervormen der zeden, cn het uitroe» (bj Cos. Hist. MsdM. p. 5. Blondel. III, dec. IV. £? V. liii 2  616 HISTORIE van II. roeien der kettery; terwyl Sigismund, dus gelukki* in de geestlykheid en het volk, welken hem 1? lt! WSr* lüiSteS mar ^ bragten' Hv werd loTdef^us ?rZ? aan/e trappen van het Vatikaan rnet de lewo^ne gekroond, P^gheid ontvangen en, op pinkfteren, onde7 Sn ÏTJZKaZei; e" u^gM CO gekroond, nadat hy den eed van getrouwheid aan de kerk gedaan, cn den paus alle zyne eifchen had ingewilligd ë Na éenig ver e«7?etó blyf te Rome, vertrok hy naar Ferrara „ f, g, ojy ^Mantua, waar ^^^^'£5^ -Wf '^'/f markgraaf aanftelde, en hem vergunde! van Man- het Keizerlyke wapen te mogen voeren. Daar op 'trok tua. hy de Alpen weder over, en, 't geen by deeze reize zonderling was, hy verliet Italien in vyandfchao met den hertog van Milaan, die hem derwaar s genX had, n m vriendfehap met de Venetiaanen, welken hv voorheen een doodlyken haat had toegedragen. k) ï Onderhan. Ten ze.fden tyde hielden de vaders der kl^kv ri ^ te B™1 ^ W*% met eene 'oiShlïïS^ •r*JfWrL de Keizer te Bazel ms> ^men 'er, zegt men den vrede, en heer/yke gefchenken aan Sfc*mw*f, ^11f n de kerk eenen throon liet oprichten, waarop hy n.-n met eröoï ftaatfie ontving, de vporflagen van vrede omhelsde de gefchenken aannam , en de gezanten, na hen miJdelyk befch'ofkef te Ti) Krantz. Sax, 11. cap. 22,  het DUITSCHE RYK- 617 de afgevaardigden der Husfiten, welken zy in den XL fchoot der keike wenfchten te rug te brengen. Zy Boek. hadden Procopius de Gefchoorene aan het hoofd hunner {{, afgevaardigden naar Bazel gezonden. Na eene vruch-HooFts*, tefoze twist met de Katholyken, welke vyftig dagen7111 Afdduurde, keerde hy naai Bohemen, floct een verbond/ito de met den Koning van Polen, en plu derde de nieuwe^'" 4sTMark van Brandenburg, aan de Duitfche ridderorde^Jff"" toeb'ihoorcnde, weike zy als aanhangers van den Kei-^ Husfizer befchouwden. ten. Onder deeze raadpleegingen werd de Keizer verwittigd, dat de Husfiten onderling begonnen oneenig te worden, en dat de baronnen en edelen dier Secte, de dwinglandy hunner opperhoofden niet kunnende dulden, zich van de overigen in een onderfcheiden ligchaam hadden afgezonderd; we&halve hy befloot, zich naar Bohemen te begeven, om met deeze verdeeldheid zyn voordeel te doen Bovendien voorzag hy, dat het verfchil tusfchen de kerkvergadering en den paus nooit volkomen zou kunnen beflcgt worden, zo lang de eerfte hare meerderheid boven den paus ftaande hield, en deeze zich een voorrang boven de kerkvergadering bleef aanmatigen Zyne Keizeriyke majefteit vertrok dan naar Duitfchland, en ontving by zyne aankomst te Ulm berigt, dat de Thaboriten, welken zedert verfcheiden De fïusfima-mden met het beleg van Pilfen bezig waren, eengj d™°r~ volkomen nederlaag geleeoen hadden van de Katholyken,de Ka° waarby zich de zo evergemeide Boheemfche baronnen iVken geop deezen togt gevoegd hadden. Jlagen. De Calixtynen, en genoegzaam de geheele Boheemfche adel, bewilligden in het berugte vredes verdrag, genaamd Compactata, het welk door de bisfchoppen in de kerkvergadering ontworpen was; doch, daar de Orphans en Thaboriten zich daartegen met alle magt verzetteden, vielen Rifemberg en Maifon Neuve, aan het liii 3 hoofd  ™ HISTORIE van II. hoofd der edelen, hen in ^ o Boek. aan, en fabelden 'ér twio^l^d/raaS onverhoeds 11. der. Trorfch op deezen r °P de PJaafs aan, dat, S^^SStfek? W^. ^heid troepen geheel verflagen Se• hv S ÏÏ^ ■ zv°e doodlyke wonde en ™« Z ' y zelf ontving eene het flagveld De a a3ra«e,nooc *t het leeven op '434. werden'lTeei^g^^u^ d% ^gevangene? vluchtenden vervfw^ en Lnlr h 'g Vlrbrand' dat zy tan vervolgens ab den bi °° 5° WefB™' groen broeder «tó&ï> atafc?*To^fT Viln *»ï nade-de nm „„ einenaen. Toen hy Remns. wonnen, ^f&Sg^^™* $ * Bohemen en der nvprww! . w ! ei ftenden van lyKs derwaarts, e Sc^n^ J^*" zich hulde; doch hv wal £ £ hema]s hunnen Koning op het teïfleï»^,"^ rfChImyd Lodewyk,ryk bedagt te zvnrl r Wan0rden ,n het Keizer- t£ÏÏÏo,- verkorting van ^ t^^JZ^^ ftai, fe fchennis, en m-n L!?? u^n' roovery, heilig. yritin bank op'den ryk da? e S ^ ^ f den ryks. verf^JnPn j j?8.? w; en' toen hY weieerde te bange- "erlci'ynen, deed de Keizer hem in Hpt-. u t *■* ttTn teil f£p ?i22S5 £ volk, om op zvne fHn? en °°l]og) en ^rven krygs- hy voorkwam den ftS te llemen' d^h j ourKwam uen, ftoim, aoor zich san Sigismund te on-  het DÜ1TSCHE RYK. 619 onderwerpen, die hem vergiffenis fchonk, onder voor- u. waarde, dat hy de fchaade, door hem aan zyne nabuu- Boek." ren gedaan, vergoeden, en afftand doen zou van alie n, zyne regten op het vorftendom van Donawert, welk Hoofdst. zedert de vryheid van eene Keizerlyke ftad genootenvm- Afb. heeft. De fchaavergoeding, welke hy aannam te zullen Ryksdag doen, werd verweezen tot den ryksdag, welken de^^1'3"^1 Keizer te Frankfort byéénriep, om uitfpraak te doen^.,-^,. be„ over het verfchil tusfchen Frederik de Strydbare, mar\-vestigt het graaf van Meisfen, Lodewyk, Paltsgraaf, den markgraaf,hui{ van. van Brandenburg, en Erik V van Saxen Eauenburg ,^lff^itm welken mededingers waren naar het keurvorltendom Sa.mn]iet xen, dat openftond door het overlyden van Albert llfkewvorde laatfte van den keurvorftelyken tak uit het oud ge-ft^m flagt van Ascanie. By den dood van dien vorst, nu en* tien jaaren geleeden, had de Keizer het keurvorltendom by voorraad in b flag genomen, en Frederik de Strydbare verklaard tot keurvorst van Saxen, als zynde dit leen aan het Keizerryk vervallen; doch Erik van Lauenburg beriep zich op pms Martinus V, en vervolgens op de kerkvergadering van Bazel. Frederik, bygenaamd de Vreedzame zoon en opvolger van Frederik de Strydbare, had tegen deezen ftap zyne vei klaaring ingeleverd, als zvr.de eene inbreuk op de Duitfche vryheid, waarop Sigismund een Keizerlyk befluit afkondigde, behelzende, dat het kennis nemen van de leenen, de bediening van her regt, en het opleggen van belastingen in Dnitfchland niet van de kerk afhing, maar v< orregren van den Keizer, de keur-en ryksvorften wa^en. Eindelyk bevestigde hy, op den ryksdag te Frankfort, met den raad en de bewilliging der tegenwoordig zynde edelen en afgevaardigden, het huis van Meisfen in het bezit van het hertogdom en keurvorftendom Saxen, 't welk nog heden aan het zelve behoort, fchoon  <» HISTORIE va» b1. ™ desze,fs be2itti^ n°8 HclL. bvééo "op™ S'ü "««,«« iy'«*ï te Regenburg s sr KC^Ato ïde " ^ S%SvS^^3 Uiadis. Beieren ™ V V in aan de edelen van iaus' ^ lif eD/*. welken hy geplunderd hïd- n ving "Slt f^V^V een'' St£ J* fend^ worden Polen kondsn veref- ^Tta. eenTSXwriy Z1Ch °P ^ P,aats onthield; kwam 'er bonten een g<-zantlchap aan van de irpn,-f>-, „0« » l 1 c,r vordm ken beloofden; h m l L nWn Bohemen, wel- ««ie fcr/ aJo 7Jm?n' tiem als hunnen Oppervorst, en Al. kerk van Z[LT3? ? °PV0£er te erkennen, mits dat hv hen gaucinjg zjn nest, om eene voteomene verzoete Fabric. 0n$. S«.v. ifa yiit  het D U I T S C H E RYK. 621 zoening tusfchen de Bohemers en de kerk gemaklyk te II. maaken. Na veelvuldige twiften en onderhandelingen, Boek. werd 'er eene byeenkomst te Iglaye in het bisdom van II. Qlmutz belegd, op welke deeze afgevaardigden, gelykHoofbst. mede die van Bohemen, tegenwoordig waren. AldaarVUI.&fd. werd alles geregeld door eene eigenhandige acte, door den Keizer en den ryksdag getekend en gezegeld. Volgens dezelve werden de Bohemers, op hunne betuiging, dat zy voortaan aan de kerk van Rome zouden onderdanig zyn, van het banvonnis en andere kerklyke ftraffen, die tegen hen waren uitgefproken, ontheven, en door de afgevaardigden der kerkvergadering ter kerke ingeleid, (m) Daar de Keizer voornemens was, den vrede in dat Koningryk op eenen vasten voet te brengen, en hy begreep, dat niets zo zeer kon dienen, om hetzelve in nieuwe wanorden te wikkelen, dan de zaak der kerklyke landen, welken geduurende den oorlog overweldigd waren, en veelligt tot eenen twistappel verftrekken konden, maakte hy desaangaande een verdrag met de voornaamfte edelen, welken zich voor deeze infchiklykheid te meer aan hem verpligt rekenden, daar de afge* vaardigden der kerkvergadering geweigerd hadden, hunne eifchen in te willigen. Om dan hunne erkentenis aan den dag te leggen, geleidden zy hem naar Praag, waar Sigismund hy op eene luisterryke wyze werd ingehaald, en oppö^f teg den vierentwintigften van Oogstmaand gekroond. De^'/j^54' baronnen cn afgevaardigden der fteden deeden hem toen hulde, en legden den eed van getrouwheid af (n) Een kïeen overblyffel der Thaboriten hield het nog #iyr brengt tegen Sigismund uit, onder het geleide van zeker edel ^„„1^°" man, genaamd Jan de Rohac, die, in zyn kafteel bele-g")^"^. gerd, door eene krygslist gevat, en met honderd vanningryk zy- (m) Cochl. lib VIII. (n) Aen. Sylv. eap. 52. Europ. Hist. XI. D. II. St. Kkkk  6ï2 HISTORIEvan II. zyne aanhangers gehangen werd. De ftad Gratz weiBoek, gerde msgelyks den Keizer als haren oppervorS te er II kennen, en verduurde, met wakkerheid en ftandvas^V Bohemen 'V °P voorwaarden onderwierp ? * ' ïïTkiï.nJiï*™"0 m deeze. lediging werd de Keizerin Hi her & .00cn-« N*te verrichten van deeze plegtigheid SXt ^e *Wmmd zich ernftig toe, om het burgllyS tl Krgeriyk """f. ,van te hervormen, weik hy in eene ver èeftuur. Ichnklyke verwarring vond,, die door de ellen J-n van den burger oorlog was veroorzaakt. Hy ftekie gerigtsbov*n «n, benoemde Maifon Neuve tot landvoofd va„ Bohemen, herriep de gebannen geestlyken, en om al WSS» mo.elvkt" 0Ven Godsdien/j" toekomende on<*« overge- ™°&ly* te maaken, nam hy de overblyffden der ««w» bonten en Or/>A»w aan, om ze tegen de Turken te ee- fniyT dén. W6lken eCnen hml in ffo"g"jen g.daan hïj. wfiLde öeeze ongeloovigen hadden het land afgelopen, en Turken .-„zouden zich gehandhaafd he -ben in het bezit van de Hongary geheele landftreek tusfchen de Saw en de Draw Pe]7 Ke^Xrn,Zy niCt d°°r de T/l^oriten, die thaj in Jieizeilyken dienst waren, voorgekomen; deezen tastten hen met zuike woede aan, dat zy gantlch verflaagen werden, met verlies van twintig duizend man, behalven de geenen, me door de boeren omgebragt werden, of verdronken, terwyl zy de Saw trachtten over te zwemmen. (o) 1 Hoewel Sigismund behendigheid genoeg bezat, om de genegenheid der Bohemers te herwinnen, was hv echter niet voorzichtig genoeg, om dezelve te behouden. Zyne yver voor den godsdienst, en zyne inge- 0; Cochl. Hm. Huss. />. 303.  het DÜITSCHE RYK. 623 wikkelde gehoorzaamheid aan de kerk had hem den oor- ÏÏ. log met de Husfiten op den hals gehaald, waarby hy Boek. v:el fchaade en fchande geleeden had; en thans, nu IIhy eenen voordeeligen vrede met dat volk geflooten [*°°F°S^ had, werd hy, in plaats van hunne genegenheid door ' vriendlyke vertoogen en een zagt beftuur verder aap-^^ tekweeken, door den zelfden onbefcheiden yver vev-^iiohavoerd, om, als voorheen, over hun geweten te heer-mers. fchen, en verfcheiden voornaame luiden met geweld te dwingen tot het afzweeren van den godsdienst, waarvan zy belydenis deeden. Deeze willekeurige handelingen maakten zyne vrienden te onvrede, en vernieuwden den haat van zyne onderdaanen, welke tot zulke hoogte klom., dat hy, het ondraaglyk en onbetaamlyk vindende, onder een volk te leeven, by het welk hy niet bemind was, voornam, het Koningryk te verlaten, en zich naar eene plaats te begeven, waar hy in rust en vrede zyne dagen konde eindigen. Dan, eer hypjy wordt dit zyn oogmerk ""kon ten uitvoer brengen, vond hy overvallen zich aangetast door eene ongefteldheid, die het gevolg™' van vergif was. Op den raad zyner geneesheeren hieuw h>d t dMT men een zyner toonen af, geloovende zy, door zulke vergif ver. verminking zyne herltelling uittewerken; doch eenigenoorzaakt. tyd daarna openbaarde de kwaal zich weder, en van De Keizer. dien tyd af begon de Keizerin bedagt te zyn, om door™*^Jy eene nieuwe eebtverbindtenis zich van den throon tenenea4°de verzekeien. Tot dat einde deed zy heirmyk het groot -'opvolging. fte gedeelte der baronnen, die groot gezag in het Koningryk hadden, bvéénkomen, en, hen verzekerd hebbende, dat de Keizer binnen zeer korten tyd flerven zou, merkte zy ann, dat het éénige middel, om de onlusten voortekomén, welken zyn dood anders zekerlyk ten gevolge hebben zou, beltond in eene voorlopige fchikking, volgers welke de opvolger van Sigismund zou verpligt zyn, om zyne weduwe te trouwen. Kkkk 2 Dee-  6H HISTORIE van II. Deeze raad fmaakte den baronnen r>n ™n •. Boek. dat einde een heimly* verdng, hèt we?van al£ T II. belang hebbende partyen met een eed hL f- /"6 2e HooFDST hetzelve echter bleef niet zo gSeim h ëd weïdi vin. Afd.Keizer ter nnrPn m1 *1 §1 m' of het kwar" den ïveizer ter ooren , die ten zelfden tyde door zvne „ rr neesbeeren ve.-wittiffd werd dar hv nw i } ,g ö« JSWa«-ven kon Ffv Ip ,17 1 7 l"'et ,anS mPCr cewordt naarl, K,on* y £t Z,Ch Ult hec KoningrykBohemen Znaim in "™ «y met zeer veel reden vermoedde8 niet z* be' Woravien mind te zyn, naar Znaim in Morayhn o^^J? SE*' Kier^vw Vr Zy0en d00d no« eensT^j A3daar Ilet ^ ,de Keizerin, welke hem gevolgd was cp zyne op vatten, en de baronnen van Hongaryen en Bommen in vosing, zyne flaapkamer hebbende doen roepen, benoemde hv S rhumie tegenwoordigheid, zyn Won^ J^' hertog vvn tostenryk, tot zynen opvolger, te geK/k zanten verkiezende, om. terftondI na zvn oveTdel zich naar Bohemen te begeven, en zyn uiterften wil aan de grooten van dat Koningryk te\erSonen. n middels gaven allen, die 'er tegenwoordig wareT, aan zyne benoeming hunne toeftemming, en beSden men te erkennen. Weinig tyds, nadat hy op deeze wjze zyne opvolging geregeld had, overleed hy, op den negenden van Herfstmaand, in het zeventigfte jaar van zyn ouderdom, na vyftig jaaren in Hongary en, zeven en twintig als Keizer, en zeventien als Koning; van Bohemen geregeerd te hebben. Zvn ligchaam we.d, volgens zyne eigen begeerte, naar Waradyn in Hongaryen gebragt, en aldaar in de kerk van den H Ladislaus met luister begraaven. (q) SB 4r^fa% fa"^-2S-Avm-4nk iih fvis  het D U I T S C H E RYK. 625 SIGISMUND was merkwaardig om zyne fchoonheid II, en vorstl)ke houding. Hy was milddadig, een beicher- Boek, mer der geleerden, * en zelf zo ervaren in de taaien, JI. dat hy den byn3am van het Licht der Waereld kreeg. FlomnsT. Schoon het hem geerzints aan moed of k.ygs kundeVI11 ontbrak, was hy echter zeer ongelukkig in alle zynejZy» fc^krygsver.''chtingen; hy had daarenboven, het geen interde d^ad in eenen vost zeer merkwaardig is, eenen doodelyker. haat tegen alle vleiers, welken hy gewoon, lyk vergeleek by de kraaien, waarvan de een den ander de oogen uitpikt. De Rcomfchgezinden verheffen hem zeer van wege zvne godvrucht en yver voor de belangen der kerk', welken hy, zo in zyne vergunningen aan den paus. als in zyne herhaalde poogingen, om de fcheui ing uit de kerk te weeren, en om die leerftelfels uit te rooien, welken men met den naam van kettery branimerkte, heeft aan den dag gelegd; dan het blykt zeer klaar, dat ieder fiap, dien hy deed uit hoofde van deezen zynen y?er, enkel het uitwerkfel was van een blind bygeloof, welk hem dikwyls gezonde ftaatkunde en het gemeen gevoel deed uit het oog verliezen. Wat zyne weduw betreft, men zegt, dat zy in or\-En ^ gebondenheid zeer veel geleek naar de berugte Messalt'Keizerinne na, en, fchoon Sigismund haar dikwyls op overipel be-Barbara, trapt had, vergaf hy haar echter altyd dit misdryf, omdat hy zich zeiven daaraan fchuldig kende. Na zynen dood * Hv vereerde zekeren George Fiscelin, den bekwaamden regtsgeleerden van zynen tyd, met de ridderorde: warneer nu deeze op zekeren dag over zynen nieuwen rang verfchil had, voerde de Ke:zer, by wyze van berisping, hem te gemoet, „ Op éénen dag „ kan ik duizend ridders liaan; doch in duizend Jaaren niet één „ geleerden." (i) fi) Remarq. Sur Heiss lm II. ch-ap. 30. Kkkk s  ^ HISTORIE van. II, dood eene volkomene vrvheid hrshn^nnA Bom. naar KMgtgratz in £o»^, ^^l'^ z* II. ouderdom bereikte, in hec midd r,? JL " hoogen Hoofdst. hovelingen, welken Vïnffli " fenlgte Van VHl.AFüfchandefyke ver^eFtXglte^Tot hroed^ van den Kon ne van T ' Polen? zen, en hem zelfs in de ftad Praao tor if. ' f*00' den (O Deezen waren d^^Ve ^Ti^^ tegen £0. J^ïn fiïS^0^ mededingen naar de kroon bragt eenen nrlnf f C onderfteund, hem voor eenigen tyd den throon bS tronen met Calixtynen. die hpn ► u j ? v' z'cil met de ë Werden* Eindelyk verzamelde ook Albert lüe  het D U I T S C H E RYK, 629 7vne maat, over welke hy het bevel aan den markgraaf fl, vin Brandenburg, die reeds den naam van Duitfche boek. Achilles verkreegen had, opdroeg, daarop zynen vyand u. openlyk ten ftryde daagde, en met zulk een goed ge-Hoofdst. vole in zyne verfchanfingen aantastte, dat hy genood-ix. a.d. raakt wierd, naar Thabor de wyk te nemen. Na deezen flag deed de markgraaf van Brandenburg een inval in Groot Polen, en, terwyl Ladislaus door deeze wending genoodzaakt werd, ter verdediging zyner eigen ftaaten te rug te keeren, trok Albert binnen Praai, vorderde van de burgers den eed van getrouw, heid af, ftelde den graaf van Celley tot gouverneur van Bohemen aan, en begaf zich weder, na de rust m dat Koningryk te.hebben beveiligd, naar Breslau. Aldaar vond hy Roderik, bisfchop van Burgos, die door de kerkvergadering van Bazel was afgevaardigd, om den vrede te bewerken tusfchen hem en zynen mededinger 1 aar de kroon van Bohemen: doch alle de poogingen van deezen kundigen gezant waren vruchteloos; geen van beiden wilde zynen eifch laten vaarcn, en al het geen de gezant konde winnen , beftond daarin, dat zy beiden het gezag der vergadering tegen den paus, die dezelve naar Ferrara wilde overbrengen, zouden handhaven. Eindelyk echter zegepraalde de voorfpoed van Albert; hy verjoeg het leger van zynen mededinger, maakte zich meester van het geheele Koningryk, uitgezonderd één of twee plaatfen, die zich voor zyn party verklaarden, en werd te Praag met algemeene toejuiching gekroond, nadat hy eene minnelyke fchikking 'had gemaakt met die edelluiden, welke de zaak van Cafimir hadden aangehangen, en hun, fchoon met tegenzin, beloofd had, zich door hunnen raad te zullen laten beftuuren (f). By (t"i Struv. Hist. Germ, per. X. Sect. I. Europ. Hïst. XI. D. II. Sr. LI 11  HISTORIE v A N. II. Br deeze gelegenheid werd KeiVei-i» ^ i Boek. zy van haar regt op de fterk ten Sn ^ nadat II. gedaan had, op vrye voetfn Se!?"^ ^ Hoofdst. fom van twaalf duizend dukar™ ;„ tv • en raet eene IX. Afd.ZydfchefchikJdn be"katen «^«.Jaar by weder- ondernemingen %g^C&ir dee^ dat hy door de keurvorften en Sn / dVyd» vergaderd, tot Keizer was verkoSe' \. regelen te beraamen, om de veSlen\ lT,de maat' paus en de vergadering van W by £ leien6" ^?t; dat al es was hv vernliVr 7,m» „ j ' ie Jeggen. Met kiezing geheim^eVeb&,Zyto W had ontvangen van de ftaaten ™ Zgt^^™* tot Koning benoemd hadden, onder tn? ' ? em hy, in geval hem de KeSvkP ÏL °°nvaarde' dac aangeboden, deeze eer ^ereT heeren van Hongaryen fdaar 7v ? c' • JC ,de vrv" dervinding badd% f datC te wvi 1 °r fy on- men* Duitfchfand^ SndLT ^ Van het Koningryk van ^^a"^£en beziS val en ongeftrafte roof7ii?h Z 1Drus'chen aan den infteld gewekt) warenvan^eSn ï?3 I" hl°0t ^ geregeerd te worden verdeZ^^.f, do°rI ee" Keizer De Staaten echter, beSriSnde d 5E llUiïnen ^ ften gedrongen werd tot Sr f * ten ftert- waard\heidg wdden li ^^^SL? *f' verheffing geven, dan gevaar w Coc/*emming *<* zyne verliezen, wiens vei difnften ^'f',°m Cenen Vorst £e a te. Slechts twee dagen vSr Z M"1 IrW?ren C«0. werd, namen de k£nX 1f 7 .t0C KeJ2er ve"^aard St- **>M*3^ dtpaïni'ect v«»Duit ten, dan de fterkfte ühbf 17 lersremcllt- («) At». „. 55. Ata*.. SMm l8. r„M„ „ Cfc& hun-  het DUITS CHE RYK. 631 hunne wedcrzydfcbe eifchen binnen den tyd van zes Ji maanden rypelyk zouden hebben overwogen. Dit was Boek. het beo-in der Duitfche onzydigheid, welke zelfs nog ]i, twee Jaaren langer uitgerekt , en zo wel by Eugenius Hoofdst. als by de vergadering werd afgekeurd. * Naauwlyks echter,x- A*°' was Albert op den Keizerlyken throon gefteegen, ofJjj™ hy zond afgevaardigden aan de kerkvergadering, om ètiigin verbindterdsfen van openbaar vertrouwen en veiligheid, verfchil te voren met Sigismund gemaakt, te vernieuwen, tevtus/c,*!l wyl de kerkvaders hem, ter erkentenis van deezeEt^J; gunst, het geld toefchikten, welk in Oostenryk, by ge- vergode» Tegenheid van de aankomst der Grieken, was geheven, fring van Ka zyne verkiezing en krooning te Aken, legde hyBazel* zich voornamelyk toe, om de misbruiken te verbete-Albert re. ren, die in de waarneming van bet regt waren ingefloo 8flt f Sepen', bragt bet gerigtshof der Austregen onder billyke^, bepaalmgen, vernietigde het heimeiyk gerigt, het Fehmzer.ryk. cf Westphaalfch gerigt genaamd, (welk men zegt, dat door Karei de Groote gefricht is, en den befchuldigden op een enkel berigt ter dood bragt, zonder dat hy wist, waarin de befchuldiging tegen hem beftond, dan al* * Paus Eugenius eene bulle hebbende afgekondigd, om de vergadering van Bazel naar Ferrara over te brengen, beilooten de Ryks-ftenden op eene vergadering te Frankfort, onzydig te zullen blyven, tot dat zy eene bevrediging konden bewerken. Met dit pryswaar. dig oogmerkfchreeven zy aan de Kerkvaders, aan den paus, en aan dsn GrlekTéhea Keizer PaUeologus, hen vermaanende tot vrede, en biddende, alle hunne poogingen te werk te ftellen, om verdeeldheid in de kerk voor te komen (i). \ Dit was aekere fomme gelds, geheven, om de onkosten goed te maaken van den Griekfchen Keizer en de oofterfche vorften, die, ten getale van zeven honderd, dit jaar in Italien waren gekomen, om eene algemeene kerk - vergadering te houden (2). (1) Bap.re, torn VIL p. 407. fa) Zie Historie der Paufen. ; LUI a  632 HISTORIE van II. alleen op het oogenblik, waarop zyne ftraf werd uitee. Boek. voerd) en vergat echter, by alle deeze heilzame fchik11. Kmgcn, om die jammeilyke wyze van reetsoefenina pF Hoogte fchafferr, wélke tfi ClagenfJ, de hooffi vaT uc. A*D.rml^ plaats heefc, wordende aldaar iemand, van dievery befchuld.gd of flechts verdagt, op het eigen oogenblik opgehangen, en zyne zaak den volgenden dag onderzat, terwyl zyn ligchaam, wanneer hy fchuldig wordt bevonden, aan de galg blyft hangen, doch, wanneer daartegen zyne onfchuld blykt, op eene zeer defBevestigt ^.^ op ftads onkosten begraaven wordt, (v) deouzy- , ALBBBJ bevestigde ook de onzydigheid, welke by digheidderde keurvorften was aangenomen, en ftelde op hunnen Ryh.ften-xzrt voor, om eene vergadering op eene derdé plaats te houden, onderfcheiden van de vergadering te Bazel zoo wel als van die te tf^r*. Schoon beide partyen zich van dit voorftel afkeerig toonden, vergaderden de ryksvorften echter te Mentz, om dezen voorflag gemaklyk te maaken, temmende ten dien einde by voorraad toe, dat de Bazelfche kerk-vergadering behoorde verpligt te worden, om van de afzetting van den paus, welke toen ten tyde een onderwerp hunner overwegingen uitmaakSrz* Zlen' De afSevaardigden van menige Euro. pijche ïtaaten, hierby tegenwoordig, keurden deezen ltap gced; doch de gezanten der Kerkvaders weigerden, hierin te treden, en keerden naar Bazel te rug; zy die door den paus waren afgezonden, gingen naar Mentz, alwaar zy, fchoon te vergeeffch, de vorften poogden te_ overreeden, om de vergadering te verwerpen , en reisden wederom heen, na zich tegen de onzydigheid uitdruklyk verklaard te hebben, (w) Maakt vre. Intusschen zog ten de paus, zo wel als de vergadering, op al- (v) Kwichik Jur. Territor. Synopt. Tract, cap. V. f» Asw. Syh. de Con. Besil, part. II, r.tt. 7,9. ' 1 '  h e t DU1T8CHE RYK. 633 „ 1 • „ o' k>i7Prs vriendfehap te winnen, en den II. geflooten, onder voorwaarde, dat -rf/*e« zvne. ol™polen. ffi aan Z^faw, en zyne jongde aan prins O». en het Koningryk van Bohemen, by wyze van huuwlyks gift, ten huwelyk zoude geven, fx) Tot dus6verre was alles, wat Albert ondernam, oneemeen voo fpoedig gelukt, zoodat zyne onderdaanen Sonde, zvne redering niet dan heil be loofden, doch het was de Turkfche fultan, Amurath, welke dit geluk ve ftoo de. Deeze was een geheel jaar bezig[ge««st met zich inftaat te ftellen, om Bulganen aan te tasten, en befloot nu, zyn voornemen uit te voeren. Ten deez n einde rukte hy in dit gewest, fchoon aan zynen eigen behuuwd - vader, George, toebehoorende, en maak. te een aanvang met het beleg van Semendna. Albert, die! vóór zyne verheffing tot den Keizerlyken throon, ïch bv de ongeloovigen geducht gemaakt, en met deezet voyrsteee°nn8veerdrVa haf geflootln, wapen e zich ter verdediaing van zynen bondgenoot, zo wel als van zyne eS ke'stilen, die waarfchynlyk even ^r zou en worden aangetast, en verfcheen te ve de, met zul.eene aanzienlyke krygsmagt, als hy m deezfJhonlSf hy iS Wa wn eicen rvk konde byeenzamelen; doch, tiaar ny m u3g. denuSat?ge bette ondoorzichtig genoeg gewees w-^n om een goed aantal van koude vruchten te nuttigen ,j u w^rd hy door eenen hevigen rooden loop aangevallen, mar wera ny uuui c u h verlaten en naar ^T«-weenen. weke hem verpligtte, nuaa ie veiicueu L te rug te keeren; zelfs nam het gevaar zoo fpoe- O) Duglass. Kt. AT/J. f 712- l-<'' * 3  * H I S T O R j E VAw Bok, J^fte^ ***** li. de zyn lyk te ^eLnburTt^' 0Ver'<*d, wordenHöcj, ne zwangere wedu4 n a Ve f e raT (V) Hy ]iüt ee' IX- A«» verJoste, welke Ladislaus tnoemd g. Van 6enen zo°n » zyne geboorte, door def bS ' £er ™anden *oon van Ernest\ TLT^ °f verwant, werd door de S„Jff naas* bloed, tot goutfWieur van ^/^S'^^*» vc'^rd, Keizerin zoude verlost zvrm E°fD' tot dat de val zy, eenen prins ter ilJ bedlD$ dat> 'n gepost van voogd op zTch nernen hy 3,8 dan d* eene dochter verloste, dan^ aTs rn'el ' 7anneer z* v*n «en broeder Alben jn hLZf erfSenaam van zy. Ten zelfden tyde Lk'L * ,Z,oude opvolgen. «» van hunne 1? K^Jyken en CalLy. en, na op een «mdSvk^l^dfche P^happei, ^ Praag. \nü^9^^v^^ gehouden -wen Koning tot Z^S^S^Z ^ werden 'er OP één derzelve,?, «T^^S^^ woor- 00 Theob. ™*-g> Heiss, ^ //. ft ^ * By dezelfde Keizerin hij u ■Xnna, zynde de eerfte zehnZ i\'V noS nvee dochters, en de andere aan ^^ï™ "» *<*>' £ CO He;ss, Hy, ui. chap. r.  het DüITSCHE RYK. £35 woordig waren, werd gantfch Duitfchland, met uitzondering alleen van Beieren en Oostenryk in vier kreitfen verdeeld, behelzende de eerfte Franckenland; de tweede de landen aan den Rhyn en Zwaben; de derde West phalen en de Nederlanden, en de vierde Saxen. Op eenen anderen werd eene ryks - verdeeling in zes kreitfen voorgefteld, en deeze verdeeling werd ook nader" hand vastgefteld, en door Maximiliaan de eerfte gevolgd;; doch de dood van Albert veriedelde voor het tegenwoordige dit ontwerp Daar dees vorst de Koningryken van Bohemen en Hongaryen, als behuuwd zoon van Keizer Sigismund, had geërfd, kan hy met regt gezegd worden, de grondlegger te zyn van dat vermogen en die grootheid , welke het huis van Oostenryk zedert dien tyd heeft verkreegen. Hy was van eene matige lengte en ongemeen fterk, milddadig, regtvaardig en dapper, bezat eene vuurige liefde voor zyn vclk, was yverig voor den Godsdienst, en een ongemeene hoogfchatter van geleerde mannen (b). FREDERIK III. H3E Keurvorften, na Albert's dood te Frankfort ver. 1440. gaderende, waren eenparig van oordeel, om den ledigen Frederik throon te vervullen met Frederik van Oostenryk. byge vt™ff° ' .naamd de Vreedzame, zoon van Ernest van Oostenrykwordt m uit de Stiermarkfche linie, en van Cimburge , dochter van Keizer ver. den hertog van Mafovien, zynde een volie neef van zy^ozen. nen (6) Mm. Sylv. Europ, cap. 3. Boek. II. Hoofdst. IX. Afd.  636 HISTORIE. van Boek. JE TeT.T* ^' °P de" tyd zyner verkiezing jr ™j meer dan vyf en twintig Jaaren oud (V) * terwyl Hoofdst. Se?lan ^n §r3ï V8n *hoon eerst' tot op' IX. afD.V0'Ser van Al\sn gekoozen, deeze waardigheid had afgeflaagen, uit hoofde der onlusten, in weiken het rvk zich bevond, wordende de aartsbisfchop vTn Trien „aar *W gezonden, om aan ifcafertf dePgedaane verkie zing bekend te maaken, en hem te nodigen, om zoo fpoedig doenlyk bezit van den throon te nemen (d\ JNaauwlyks was de krooning van den Tongen Ladislaus, van welke wy zoo even&gewaagden, verricht of zyne moeder Elifabeth bragt hem naar WelneleTftel de hem onder befcherming van den Keizer, om hem daar door voor de mishandelingen van een gedeeke den Zfrt'V tC h^fden> die de kroon reeds aTn den Poolfchen Koning Ladislaus aangeboden, en met den zei ven deswege reeds een verdrag hadden geOooteT ö.Calix- Wat Bohemen betreft, het zelve was no- verdeeM tïT' tUsftCn de ^tholyken e" Calixtynen, zynde "de eeraen Zn'™"™\dat T^M^en moest verkiezen" Bohemen {?t dat de Jonge Ladislaus zelf in ftaat zoude zvn om «nAibert het beftuur in handen te nemen, maar Ptaczeck verzet £53? te °5 ]]ler teSen aan het hoofd der Calixtynen, 7eml ren zeer fteJ voor eene nieuwe verkiezing, en zond zelfs afgevaard.gden naar Mmehen, om aan den Beierfchll Keurvorst Albert kondfehap te geven, dat zy hem tot den Cc) Krantz. Sax. lib. XI. cap. 30. ^^D^ELV°rSt7ordt,by frmrafgen IV, by anderen F«- genoemd; doch het groaifte getal van fch-vvers n«nr hem /ƒƒ, om dat de £atfte Y^ ^/nnk die en  het DUITSCHE R Y K. 637 den Boheemfchen throon hadden verbeven, fchoon dees n. vorst, na betuiging zyner erkentenis voor hunne goede Boek gedagten en genegenheid hemwaarts, hen zeer beleefde' n. fyk bedankte voor de aanbieding, als niet verkiezende,Hoofdst. het belang van den wettigen erfgenaam te ondermynen.lx- t\vv>. Op deeze wyze in hun Voornemen verhinderd, befloo* ten de Calixtynen, met oogmerk om de veiligheid des ryks te handhaven, met de Katholyken te vergaderen, en, naardien ongetwyfcld de een of ander het bewind der zaken op zich nemen moest, viel hunne keus on den Keizer; doch deeze verfchoonde zich van het aannemen van zulk eenen lastigen post. Ja, zoo groot v/as de befcheidenheid van deezen vorst ,_dat, toen de ftaaten van Bohemen hem hunne kroon aanbooden, hy hunne aanbieding weigerde, te kennen gevende, dezelve te willen bewaaren voor zynen pupil Ladislaus, zoon van Albert II., wien hy als wettigen erfgenaam deikroon van Bohemen en Hongaryen aanmerkte (e). Die van Bohemen, dus reeds tweemaal zynde van de Die van hand ge weezen, gingen derhaiven tot de verkiezing van Bohemen bewindfiuiden uit hun midden over, wordende Ptac-^f^. zeek by de Calixtynen, en Maifon Neuve by de Katholy.verne^rSt ken gekoozen, wier bewind eenigen tyd zeer vreedzaam was, terwyl beide partyen eene volkomene vryheid van geweten fmaakten, Intusschen had de Koning van Polen, onderfteund door den beroemden Hunniades, de overwinning behaald op Keizerin Elifabetb, moeder van den Jongen Ladislaus-, fchoon zyn voortgang fpoedig gefluit wierd door zyne Duitfche Bondgenoten, onder bevel van zekeren Boheemfchen edelman, John Gifora, die verwonderlyke blyken gaf van zyne vlugheid en beleid. Paus Eugenius, van deeze wanorden in Hongaryen onderricht, x*41* zond (c) Bonfin. III. dec. 4. Puil. Call.lib. t. Europ. Hist. XI. D, II. St. Mm mm  ^33 HISTORIE van II. zond den kardinaal Juliaan derwaarf-q j Boek. bewerken, 't welk ook ^\nXl7l i Vrede te II. dat de Koning van Polen zeduLS ^ • v?or.Waarden i Hoogst, van Ladislaus, Sgow^^^^ minderj^righeid Jx- ^-klaard worden , en? TaS^ri^^ ^de ve,v Jtmtf. kwam te fterven, hem on den ZOnder kindere* ff S- df d* / W met ^/XS ^ilfdoe ^ en zTfc Xife«rc„ JtryKwezen rem»4r 6j J ï- •" aanzien »an iet E»^<" def b«Sgf worfe'n *" S van At. zou. &'«° llm°™,»l!! » vaa deeze maatregelen tot herde! rcta ^a„de.,ngen Xn&T™ dat de adel ter onderlinge befcherming een ver" bond maakte, en het gefchil aan den Kenter befli, fching wierd overgegeven, wiens uitfpraak Sn voordea C, ZU,k een wanhoop, dat zy zich van S na^lv^loo^T^ Cn d6n K°ni^ vPruis'ren\ ,nofd had'.de regten en voorregten van kendl g). ZUll6n beves»Se"> * ^nnen opperheer e" r,j!p^fen !be8inne Zyner re£ee™g maakte ver. fcheide reglementen omtrend de regtsoefenin? her f Omtrend deezen tyd werd de Boek- druk-konst uitgevonden, (1) Lddowig de Formuld dec. Brand. p. 78. Mmmm 2  Ho H I 6' T O R I E VAN Bot. t^et^^f^ T de lil diger in den oorlog S zynen hrLJ VeeI Hoo;»s,. genaamd de ^hrW? DeeJstl?/^^' by* IX. Afd. ven va b d va?AnP. °nderV00rge- merkelyk J zyn iaS,^adgLnahtenfc£p zamed, en beletre'-dp m0(- ulu i g kl7g5magt ver** en 'eenige ito'JSofdf ftad WA °* de boofditad van Car»hk?iJb^ J^b?h.. Z^nde nen, door eenige OostenrykfZ t Ó\mgezetQ' dapper afgeweerl Albertltten CFL^^™** hulptroepen te betaaien, verlieter^ dezelvenl' °m Zyne hang, en beflooten, eenen inval Tr» ïn■ %nen aan" om den Keizer Frederik daadoor 5 Maaktvre-Dit in de daad duurde ook 7n ll8 ï af, » perfen. *W»w- genoodzaakt werd, eeï ve?Lfmlrg' Ü? da,C nen broeder Z„ „,a«- u„ u i verarag met zyn broeder te flni Albert. ten, waar by hy hem zekere fomme geld j Zwaben, en de landen aan 7«,:*r r T s» ge,yk mede den. tyd'van zesjaaren ffionJ'^f f?Zeade' VOOr hy verpligt, om aan de foldattn van fvnen ^ ventig duizend dukaten toe te f?aan Sl^V^ zints van hunne roovervr-n n J Wlj,ende zy anderswelke zy zo Jan nnlnP ?ndenngen niet afzien, fchil (0 FüGGER. tfj. C«p. 3. ten minften in £aroöa eerst bekMui n„ n „ i ze fchoone uitvinding tol aaz&J? /flfl//aB*« fcbryven dee- GM„^; anderen we" erom aan & ^aJen tde,man J™> ms, inwoone» van deeze zelfdeLd (T) ' eD J°ames (0 Barre, fcm. vil, p. 459,  het DUITSCHE RYK 64i fchil ontftaan tusfchen de Zwitzers en de Had Zurich, lp. om dat Tozgenburg zich onder des Keizers befcherming Boek. begeven, en deeze niet alleen geweigerd had, de voor \\m resten der Zwitzers te bevestigen, maar zelfs de te rug Hoofdst. eave' eifchte van alle de landen, die zy aan het huisix. Afd. van Oostenryk ontroofd hadden. De inwooners Zu-ren Z»rich het verbond weigerende te herroepen, welk zy metRf-z'Jn e den Keizer gemaakt hadden, namen de Zwitzers hunnen vraagt den toevlucht tot de wapenen en belegerden daadelyk óe Koning ftad. Frederik verzogt in deezen nood de ryks vor-wnFrankflen om hulp tegen de Zwitfers; doch niemand wilde hem byfpringen. Daarop nam by zynen toevlucht tot den Koning van Frankryk, Karei VII, die zynen zoon, den dauphin, naar Duitfchland zond aan het hoofd van veertig duizend man, fchoon hy zich enkel verbon. den had, om vyf duizend man te leveren, voor welken de Keizer beloofde eene vrye inquartiering in den Elzas te bezorgen. De reden, welke den Koning van Frankryk bewoog, om zulk eene aanzienlyke krygsmagt in het Keizerryk te brengen, was mogelyk daarin gelegen, dat hy wraak wilde nemen van eenen inval, die door den gouverneur van Montbelliard in Frank, ryk ^efchied was; mogelyk fmcedde hy eenigen toeleg op den Elzas; mogelyk bedoelde hy, zich tegen Rei. nier, hertog van Lotharingen, te verzetten, en zich V ,n 'de ftad Metz meester te maaken, en het is daarenboven niet onwaarfchynlyk, dat hy door Sigismund van Oostenryk, of door pnus Eugenius daartoe was aangezo?t, om daardoor de kerk • vergadering te Bazel te ver-Dedaunietigen. Hoe 't ook zy, de dauphin naderde aan bttjyjj? hoofd van zvn leger, terwyl zich in de ftad agt 4«i-2endZwit zend Engelfchen, onder den naam van hulptroepen ,iers, bevonden. De Zwitfers, fchoon weinig in getal, be-A*00"m' hielden echter niec aüeen het veld, maar leverden uit-g1^1 muntend flag; doch zy werden meest allen in de pan Mm mm 3 ge-  642 II I S T O R T F AV 1 h VAX tt. gehakt door de Franfche rui te™ Boek- overwinning duur te ft/™J7' aa,\ Welke ecnter de „11. deezen zelfden tyd k^V^v^ °^nd «^«•nederlaag vóór Zurkh^J^^' °?^ den \ ri den' het beleg orj te LTf n y Sen°odzaakt wernaar ^W^rU^ keerde X B.ö»iffa eenige andere fteden van d n S f° ^fbelliard ^ de pan. men. cu te hebben ingeno. 1444. . Midden in deeze voorvallen maai^ r , Hy neemt nmg van Polen, gebruik w T , Ladislaus, Ko- Ui„ keizers, die de belangen van zvn SS de flofhe,d des Eizas. verkreeg eenen fterken aanhang h verwaar'°°sde, Ladis. zich eerlang aJs fouv^alan™^,f"Hongaryen, en deed' Onrniddelyk ra zyne verheffing Lk0?^ erkennen- Itdtlls ge" beheerfcher van Rastia aan S wilJek™Koning Ult z.vne ftaaten verjaagd was 1 00r Amurath »«nHon- vormd van iW,„,J kallachierT n^r 7 hebbe^e ge- fffi ponder bevel va" KmrinS e" ^ den Z)0w« over, maakr,» ^ n trok hv „ . ê hia, en behaalde door het V3n de ftad 4- g^zynen generaa];C^ bèta? volkonf^^^ van nmg op het leger OndJ u0ni!ne verwin- van den berugten ™t *™ bevel ftaande C'S> aie, om dit ter loops (*) Mbze8. ^ ^ u ^ ^ aan . * Het Zmtjerjche leger tt™ „a vier duizend man fterk ™T ' 200 men WrtMalt, niet meer die eens 20 veeï fn .Vtafw^f "£* * «Slï het llagveld te fterven «En 7 verkoozeu liever alleen ™ die het ontkomen was Ve °,Vfn'0MM « worden; één Ln ais een A«5 Sj^^f t£U!ê ^ * S S (0 Mezer, «/ƒ £ÖVTO<  het DUITSCHE RYK. 643 aan te merken; verdagt was van eenzydigheid omtrend jf. de Christenen. . Boek. Na deezen nederlaag was Amurath ten uiterften i[. wanhoopig, vooral, daar hy zich aan de eene zyde Hoofdst. door Ibrahim. prins van Cilicie, en aan den anderen ix. Afd. kanc door Scanderberg vond aangetast, die, omniddelyk na deezen flag, zich eenen Christen verklaarde, en bezit nam van Albanië, 't welk zyn vaderlyk erfgoed was. De fultan fmeekte derhaiven in deezen uiterften nood om den vrede» die ook op voorwaarden, voor de Hongaaren zeer voordeelig, toegeftaan, en door La. dislaus plegtig werd bezwooren. Met dat alles vattede hy, zonder te denken om zynen eed, van welken hy door den paus ontflagen werd, en aangehitst door den Griekfchen Keizer Palaologus, met Hunniades de wape» nen weder op, en trok, na vooraf Scanderberg op hunne zyde te hebben overgehaald, langs den weg van Thracie naar de Zwarte Zee. Zy kwamen allengskens in het gezicht van het Turkfche leger, waarover Amu rath zelf in perfoon het nevel voerde, tot aan het dorp Varna Cl), alwaar een bloedig gevegt voorviel, waarin Ladislaus zyn leeven, Hunniades zyne vryheid verloor, er, het leger der Christenen ten eenen maale verfhgen werd (jn) De dood van Ladislaus was zo haast niet in Polen Cufimir bekend, of de rvks - vergadering te Cracau verkoos zy- wordt tos nen broeder Caftmir in deszelfs plaats, terwyl de Pion-Koningvan gaaren, den Keizer te vergeeffch hebbende verzogt, omfcjm^ zynen pupil tot bunnen Koning te zenden, het beftuur van hun Koningryk aan Hunniades, dien zy als den verlosfer van hun land eerbiedigden, toevertrouwden. Dees generaal, na den flag te Varna by rantfoen zynde (i) Zie de Historie van Hongaryen. (m) Bonfin. decad. III. lib. VII.  644 HISTORIE v a m II. de vrygekogt, had de Turken in Opper Masfau vcrflaaBoëk. gen, en den graaf van Celky, fchoon 's Keizers be11, huuwd-vader, genoodzaakt, om aan den Koning van Hoofdst. Hongaryen voor zyne ftaaten hulde te doen jx. Afd. Dk ftaaten te Pest vergaderd, zonden'afgevaardig. den naar den Keizer, om hunne kroon te rug te el fchen, die hem door Koninginne Elifabeth was overhandigd, en, daar hy zulks weigerde, beflooten zv dezelve met kracht van wapenen te zullen bekomen! Met dit oogmerk verklaarden zy hem den oorlog. Hunniades deed, aan het hoofd van tien. duizend uitgelezene mannen, een inval tot voor de poorten van\Weenen, en keerde vervolgens, met buit overlaaden, naar Presburg te rug, welk alles den Keizer zoo angstvallig maakte, dat hy het fort Neufladt niet durfde veriaten, tot dat 'er door tusfchenkomst van den graaf van Celky een beftand voor drie jaaren werd vastgefteld (n). In deezen tyd begonnen die van Bohemen, gefcbokt cn verfcheurd door de partyfchappen, welke door hunne gouverneurs werden aangeftookt, zeer fterk te verlangen naar de aankomst van hunnen jongen Koning onder wiens gezag zy den vrede en de eensgezindheid wel rasch m het Koningryk wenfchten herfteld te zien. Jntuslchen, daar Ptaczeck overleed, koozen de Husfi. ten George de Padiebrad in zyne plaats, om daardoor te kunnen opwegen het vermogen van Maifon Neuve, die hun vyand was; en naardien de twisten over den godsdienst nog bleeven aanhouden, werd 'er een ryksDe ryks- dag te Praag belegd, op welken men befloot, e^n gèdag te zantfchap aan den Keizer te zenden met verzoek om XV den fDSen Koning, gelyk mede een aan den paus, zanten mar®™™? zy verzogten, dat hunne aartsbisfchop Rockiza. ne (n) Baere, torn. Vil. p. 4-;,  het DÜIÏSCHE RYK. 645 ne, die door het hof van Rome in den ban gedaan was, zoude bevestigd worden. (0) Boek, Bvzonderlyk bepaalde zich thans de aandacht van ^ Frederik tot het nemen der beste maatregelen, om dej^00™5** Keizerlyke ftaaten tegen de troepen van den dauphin, , ' „ .' Armagnacs genaamd, die in dep Elzas fchriklyke vér-*^e,2er woestingen aanrichtten, te verdedigen. De ryks.vorfte n, paus. verftoord over deeze vyandlykheden, beflooten, de \va»rje jaup. penen tegen Frankryk op te nemen, en droegen de Mn veruitvoering van deezen krygstogt aan den Paltsgraaf Lo^estden dewyk op; doch, eer het tot dit ui ter fte kwam, werd^'233' nog voor af een ryksdag te Speyer gehouden, op welken men, onder bemiddeling der aartsbisfchoppen van Keulen en Trier, die in de belangen der Franfchen wa^ ren, befloot, vooraf het middel van onderhandeling te beproeven. In gevolge van dit befluit, werden 'er ge. zanten naar den dauphin gezonden, om voldoening te vorderen, waarop hy vyf perfoonen van denzelfden rang, als de .gezanten, benoemde, met last, om in zynen naam te verklaaren, dat by, naardien de Keizer hem in Duitfchland had genodigd, zeer ernftig aandrong op eene bevestiging der verdragen, die met den adel van den Elzas gemaakt waren, en op behoorlyke winter-quartieren voor zyne troepen, zullende, by gebreke hier van, de vyandelykheden wederom worden voortgezet. Ook waren de Franfchen zedert eenigen tyd in bezit geweest van Lauffenburg, Seckingen en eenige andere plaatfen; doch hier mede niet te vrede zynde, eifchten zy in?gelyks Brisac en Eribürg; eindelyk ftelden zy voor, dat Sigismund, hertog van Ooftenryk, naar Frankryk zoude te rug keeren, en het huwelyk met de dochter van Koning Karei, zuster van den dauphin, zoude voltrekken, en ten dien einde de Tuweeien en het geld zoude (V) Tiiëob. Bell. Huss. part. II. Europ. Hist. XL D. II. St. Nnnn  6\6 HISTORIE van II. de- te rug zenden, welk door Frederik van Oostenryk Boek. was nagelaten Op deaze eifchen antwoordde de Keizer II. dat hy wel den Koning van Frankryk had verzoet hem Hoofdst. met vyf duizend man te willen onderfteunen; doch dat ix. afd. hy D,rnmer had kunnen verwachten, dat dezelve veertig ^ri?-Jdl Z?1den' en dat' vo]ge"s gewoonte in Dmtjchland, de fchatten en Juweelen der vorften altvd op hunne opvolgers kwamen. Eindelyk kwam men over. een, dat de dauphin met zyne troepen de grenzen van het ryk zoude verlaten, en dat de Duitfchers geene vergoedmg zouden genieten voor de fchaade, welke zv eeleeden hadden (p). J 6 Doch het vertrek der troepen van den dauphin was verre af, van de rust in den Elzas te herftellen; want oe troepen van den paltsgraaf pionderden de leenen, die aan de edelen en fteden toebehoorden, welke in de belangen der Franfchen waren, en de Oostenrykers pleeg, den dezelfde buitenfpoorigheden op het grondgebied van Bazel, welk aan de Zwitzers verbonden was Dezelfde geweldenaryen werden aan den anderen kant met geene mindere woede op de landen, onderdaanen en bondgenoten van het huis van Oostenryk gewrooken zoo dat het gantfche land een tooneel van verwarring, wreedheid en plondering wierd, tot dat de rust en vrede, onder bemiddeling van den keurvorst van de Paltz, den markgraaf van Baden, en den graaf van Wilkmbers* wederom herfteld werden (q). JkiSi , D/ op deeze wyze zynde bygelegd, verga- vorften derden de keurvorften des ryks te Frankfort op a ndrang maaken ee van Theodorik, aartsbisfchop van Keulen, en Jakobus ^5^TbisfCh?P Va" Trier> die door Eu&enius wa) en afge%nTtegenm* °m-dat zv aanhahgers waren van Felix en de kefkpausEugcvei'gaaenng ^ Bazel. Men nam aldaar het befluic, dat, zo (P) Heiss, liv. III. p, 269, C0 Cbussius. p. 385.  het DU1TSCHE RYK. 64? zo niet Eugenius deeze afzetting wilde herroepen, zo II, hv niet de fchattingen wilde opheffen, waar mede de Boek. Duitfche Natie door het hof van Rome bezwaard was, ]I. en hy het gezag der kerkvergaderingen niet wilde erken- Hoofi st. nen, zoo als dit te Conjlantz verklaard was, men als danix- Afö« het vonnis zoude geftand doen, welk op de vergaderingnius. te Bazel tegen hem was uitgcfproken. Zoo dra Frederik kennis kreeg van deeze befluiten, zond hy zynen fecretaris JEneas Sylvius naar Eugenius, met eene vriendelyke aanmaaning, om de keurvorften des ryks voor. taan met meerderen eerbied te behandelen, en bovenal, indien hy een einde verlangde te zien der kerkelyfee verdeeldheden, de aartsbisichoppen in hunne vorige waardigheid te herftellen. Deeze vertoogen hadden zulken invloed op Eugenius, dat hy beloofde, zich naar den raad des Keizers te zullen gedragen, zendende hy ten dien einde gezanten naar eene andere vergadering te Frankfort, op welke verfcheide voorflagen van bevrediging gefchiedden, die naderhand te Rome werden bekrachtigd, (r) De vaders der Bazelfche kerkvergadering, zich in ge*Devadsn, vaar ziende, van eindelyk verlaten te worden, haddenj(?heBw-" eenigen tyd vóór deeze bevrediging een decreet uitge gadering vaardigd, waarby zy, na te hebben aangemerkt, datgeven hunhet beste middel, om de fcheuring te heelen, daarinns. ^Pmzoude beftaan, dat men eene nieuwe vergadering hield,^"^tzich zeer gereed verklaarden, om dit middel te omhel-fen een% zen, op alle zoodanige plaatfen, als door de Frank • nieuwe by» fort fche vergadering mogt worden goedgevonden; c. men konde geene middelen beraamen, om de verdeeldheden, welke nog in Bohemen ftand greepen, te doen ophouden. Vergadering op vergadering werd door hun, die Cr) IEtj. Comment. lib. r. Am. tit. XXII. cap, ii. Sect, 17. Co'cÉee Hist. Ilusfrt. lib. IX. Nnnn %  W HISTORIE van H. die in het politiek beuuur waren, gehouden è~ a Boek. dat men tot eenig befluit konde komen dan T** II. om nogmaals afgevaardigden aan den Ser te 7P1"' Hoofdst. met verzoek om Ladhlam ■ HnH, a lvc zer. re zenden , IX. Afd, hun gehoor te ver^e^'xe t^chT^S H47. den kardinaal CarvajalT omde onlusfen S"»* P3US Mrtifon fl llen 9H,n^n j„ V ,7 > uniusten in Praag, te Neuve ""Ien: ™,de Kaiholyken en ilf^Tö« * :„£ « Mn de uitfpraak van den H. ftoel wudP„ „/ zicn rngjg, PodiOrad en zyne T^/fe* w Sn ! n ^nS bm»«, en kant het volk te overreeden daV rfo . n 7anderen —7 hun £e sSdiSft£trf heden te berooven, en met deeze beweeine uëLY* daardoor veroorzaakten, hun voorledl*d&nZ Zy vielen zy i>^>„ Wen namen hem San T" ^Cd^veJoS?weinige dagen na £/^wtezonder vermoeden van vergeven te zyn, overleed Sr? bezit van zynen dood bleef Podiebrad in het nêrnlf Ef v *3 Bohm. Praag en het gantfehe Koningryk en T^fwTS inzyne hooge bisfchoppelyke8 ^heW^d^ OarZo^ in INaauwlyks begon Bohemen aiim fï r 1 W genoodzaakt, in een ander land eene kostwinning te zoeken, alwaar zy, na herhaalde reizen eene vergeeffche pooging gedaan te hebben, om hun kasteel te herwinnen, zonder kinderen na te laten, zyn overleeden. Met alle deeze byzondere gefchillen liet de Keizer De twist zich zeer weinig in, zo veel had hy te doen met de*r„B«*f kerkelyke zaken: eindelyk echter gelukten zyne_poogin-Vê;^, ' gen, om de twist te dempen, terwyl hy Fetix overging werd reedde, om dezelve te eindigen, op zekere voorwaar.eindelyk den, die door Nikolaus V, opvolger van Eugenius ,aJ'gewerden bekrachtigd. * FREDERIK, die Nikolaus als wettigen paus erkende, had de ingezetenen van Bazel gelast, een einde te maaken aan de kerkvergadering, die in hunne ftad gehouden werd, en ten dien einde de vaders voor hef,, feest van Si. Martin hun affcheid te geven. De burgers zich aan dit eerfte bevel, welk op St. Michiels dag werd afgekondigd, niet kreunende, zond de Keizer op het einde deszelfden iaars een tweede Keizerlyk decreet, en naderhand nog een derde, waarby hy hen om hunne ongehoorzaamheid met den ryks ban bedreigde. In gevolge van deeze bedreigingen werden de vaders genoodzaakt, hunne vergadering naar Laufan* ne' * In den jare 144.7, zond paus Nikolaus, even na zyne verkiezing, een gezant naar Duitfchland, om kennis te nemen van zekere klagten raakcnde eenige kerkelyke ambten, die zeer breed door ds'Duitfchers werden uitgemeten. DezelVén werden in het byzyn van den Keizer en de geeftelyke en waereldlyke vorften oaderzogt, en daar op eenige punten, 0:1 Jer den naam van Concordaat, vast' gefteld, die naderhand door den paus werdin bekrachtigd. Nnnn 3  <*5o H I S T O R T v> ■*■ -h» VAN IT. w te verleggen, alwaar-ra-zeer erniTio- mu, dom de geicinüen te doen «~n reVfr « 7aren» om tt ich.edde, op voorwaarde, lta*J^^f&^ Se" Boo,D8v ftoel zoude afzien ten voordeele f *JïU Pau%^n befluiten der BazelfchT^^ .molattt> ^ de gen. >t) 3 Kei Vergadering zoude bevesti- Oorlog tus- i> , „ jc/,m *„ 131 halve *r*fcr*& 's braave poogingen nm j •Mr^a^de der kerk te herftellen, zoet hv in 0I° den vre' r üraa- vergeeffch, een gefchil e Hn,, \g-elyks' fcnoon te ïïa 8««U ttsu;,ndfftnad je* rds ftad beweerde vry en Z^Z^t^ Ac1UÜU- * De dere mogendbeidf behalve va/h t rvk^n T *£* aD" terwyl de markgraven van Brandei * denDKeizer> ven van iV.ra^, bewewdên T*' 3,5 BurS'2raaftad, maar «elft a) het oSSmf i' . 3C n3et alJeen de behoorde, van hun burgg S^l' aan d^ ^ gefchil barstte eindelyk uft rnf afhang!vk «™. Dit had, met E8ffi.*ï zyne vrienden of nabeLLSen wS ÏÏ^S£F? di° op de been gebragt, waarmede hy de ft d h , ^ De regeer ng daartegen Pn aL T y ltad helegerde. (0 Vand£rt fa ^ jj^ .2 ^ ^ Uit. nog S:ibS^'/)i^^J^ Ha" -*JUBw. °°k van eene ongemeece dappffid en f r7 T^, ^ was e™ v°"t *yne leevendigbeid, weübVet.,dhe"d^^f5^^' beroemd wegens a s wegens de mengvuldi/S£™ fchra»^rheid, zo wel als bezaaid was ge Iititêii«e°, waar mede zjs /igebaam (i) Campaw, £/)(/?, pyt  het D U1TSCHE RYK. 651 uit. In één woord, de oorlog werd aan beide kanten H, doorgezet met het plcnderen en verwoesten van kleene Boek.' plaatfen en burgten in de nabuurfchap, en beide party- n. en werden eerlang, door de duur e der Levensmidde-HooFDST. len, genoodzaakt, om naar vc rflagen van vrede te'X Afd. luifferen, die vei volgens ook geflooten werd. (y) HONGARTEN dooi Amurath on nieuws met eenen 1443. inval bedreigd wordende, maakte Hunniades zich volko* men gereed, om hem zeer ernftig onder de oogen te zien Te veel op zynen moed betrouwende, trok hy in drift den Donau over tot op de grenzen van Bulgarien, om daardoor den fultan midden in zynen togt te verhinderen, Schoon zyne troepen veel min- 1449. der in getal waren, dan die der Turken, tastte hy de-Hu™5'^es zeiven met verdubbelden heldenmoed aan; doch, na het^ urk0e^ gevegt drie dagen lang te hebben uitgehouden, werdverflwgm. hy eindelyk overweldigd, en geheel verflaagen. Het grootfte gedeelte van den adel met 's paufen gezant werd ter neder geveld, en Hunniades zelf viel, nadat hy met ongelooflyke moeite had weten te vluchten, in handen van den beheerfcher van Rascia, die hem niet wilde los laten, voor dat hy hem eenen zyner zoonen als rantfoen had gegeven, (x) Mi'N zou zich ligtelyk kunnen verbeelden, dat deNiemn onderdaanen van Ladislaus cp eene byzondere wyze^g^ tot onophoudlyke lampfpoed n beftemd waren. Demen. Katholyken van Bohemen, door Podiebrad en zyrte Ca. Uxtynen onderdrukt, namen hunnen toevlucht tot de wapenen, en de oorlog herleefde wederom in zyne vorige hitte, fchoon hy een wyl tyds wierd opgefchort door een beftand, geduurende het welke de ftaaten te Czaslau byeen vergaderden, ten einde de onlusten te ftilien. De aanhang van Podiebrad ftelde voor, dat men (v) Krantz. Sax. Ui. II. Cap. 32. (x) Fuqger. UI. V.  *S* HISTORIE va* minjr van PodkhraJ j , K» met £0e«em- 1450. wpnvDTz? > terftond werd uitgevo-rd Etó ^£f'jE./i//irvero"trchuldigde zich echter bvannhn» sm* je denaheid uit hoofde der minderiaaripLïï , Y aanhouneas Sy..doch, zich over het ocSTfi " Zyn pupil' vius »aar zond hv zvnen ^3 ™* Husfiten ontrustende, & ftaaten, nTp,Zf.\hd Sfheimfchry ver Mneas Sylvlus, om der en haalt '*°he*njche vergadering de onregtvaardigheid en orSnnt Podiebrad baarheid aan te wvzen a™ JtifrJ , ë - 'a £n ondankin zyne be-tig maaken, in S'7?L J Z1°h Zoude fchu!" xLv/^v d J0Sg Ie Wvl he?lnndanderen K°ning' datl over- 7nn mo.i,Di 7 ',. VI ®et land aan Zyne vooraren dra 1™ ?„ S ' dl' belHfe «leed, om Ladklaus, zoo het gantfche Christendom belang had,^ ufki XnS bygeiegd liet zynen ^X'ggi over deïa ken van By het overlyden vaf PhmpMarfa' zyn de de laatfte uit de familie'van G^W/de gïn rne elngTrsnotkto'°rd r^* -^ verfcheide mecte Jingers op tot opvoigers, fchoon het hertoo-Jom honfo echter, Koning van Napels, maakte aanfpraak d»£ GO Cochl, flfo ^rX, //j. x/j. h 42p> °P>  het DüITSCHE RYK- 653 op onder voorgeven, dat de laatfte hertog hem tot erf« jr# eenaam verklaard hai Aan den -anderen kant werd Boek. zulks even zeer beweerd door Karël, hertog van Or- jj. hens. zoon van Valentina, die eene dochter was van Hoofdst. hohan Galeazo, den eerften hertog van Milaan, uitlX Afdkracht van een huwelyks-contract zyner moeder, waar by uitdruklyk bedongen was, dat hare kinderen in het hertogdom van Milaan zouden treden, zo wanneer hare broeders zonder mannelyke erven zouden overlyden, terwyl deeze bepaaling zelve door 's paufen goedkeuring was bekrachtigd. De derde mededinger was Francis Sforza, een der grootfte krygshelden van zyn tyd, die met Blanche Maria, natuurlyke dochter van Philip Ma. ria Galeazo, by wien hy insgelyks was aangenomen, gehuuwd zynde, zeer ernftig op deszelfs bezit aandrong, ja zyne aanfpraak zelfs met kracht van wapenen wilde ondcrfteunen. De ftad Milaan was hier door in verfcheide partyfchappen verdeeld ten voordeele van ieder der mededingeren; doch het volk, van deeze gelegenheid willende gebruik maaken, koos twaalf perfoonen uit, aan welken men het bewind van den ftaat overgaf, met aanbod van zekere fomme jaarlyks aan den Keizer, onder voorwaarde, dat hy zoude toeftaan, dat de ftad tot eene republiek werd gevormd. Intusfchen werd de opvolging van hertog Philip een roof voor allen, die genegenheid en magt bezaten. om dezelve te verkrygen. Placentia, Cremona en Lodi vielen in handen der Venetiaanen\ de hertog van Sayoien maakte zich meester van Valentina en Confiantz \ andere landen werden door andere mogenheden veroverd, terwyl Francis Sforza zich naar de ftad Milaan begaf, en dezelve in orde belegerde. De ingezetenen, zich beoorlogd ziende, namen hunnen toevlucht tot Frederik, die twee zyner ministers zond, om hen met hunnen raad te onderfteunen. De belegerden booden zich aan, om zich aan zyne magt te onderwerEürop. Hist. XI. D. iL St. O o o o pen >  654 historie van 1W f'".' mkS ?fc by het °Pbrak5 d°ch na twee ee- Boek. heele maanden te vergeeffch naar hulp gewacht, en den HooLt lu e?en,hol^nood te hebben geleden, werden z y g e* Si r° fkt' hUnn,G ?3d VOOr overwinnaar, bfverSfo-za g' openen O). ««mf^ r 5? het volgend jaar nam Frederik het befluit rmr ^Mi. te reizen, om te Rome gekroS te woStn Ti r0rau> ZUT d6S KoninSs va° Portugal mc?t n i ZEft 21 huW6lyk verb0«den, en welke hy bt Be hettoglooïü had, te Sienna te zullen ontmnprpn tv, v v«n Milaan einde vaardiVrlp hu c7' 7 ten* rcn Ulen foogt den wf^nm liïrf ^htUt %W 830 den paus ^7?Paus «j °m bem van zyn voornemen kennis te seven d0ch ^naderhand door de voorgeven» den, fa Frederik affchetften als een heerfchzuchtig vor™ die ten doel had zich van het kerkelyk gebied meeseer te maaken, zo zeer afgefchrikt, dat hy zynen geheimfchryver zond, om den Keizer zyne reis, als ten uiterften gevaarlyk in de winter, te ontraaden; doch JLneas Sylvius fa te Sienna vertoefde, van 'spauien opvattingen in deezen onderricht, vond wel haast middel, om dit wantrouwen zo volkomen te weeren, dat Nikolaus met langer vreesde voor 'sKeizers bedoelingen, ia hem zelfs zeer hartelyk te Rome nodigde, als zynde niet weinig trotfch op de eer, welke hy thans genoot, van de Keizerlyke kroon te begeven (V). FreHerVk . Hf'7 ,vertrek van Fred^k pchfer werd wederom ver's Vertrek traaS£ .^or een oproer te Weetien, veroorzaakt docr wordt «f.een tieierjch edelman, met naame Eifinger, die eeni<* magddoorverfchil met den Keizer had gehad over de koop van een (3) Mez. Chron. Abr. torn. II. p. 700. Anten. tit. XXII. cap. 'it Seet. -i Cor Hist Mediol. par. V. {a) Comment. PU II. lib. 1. Cochltg, kb, II, Crantz. Sax. lib. XI. cap. 33,  ET DUITSCH E. RYK 655 een kasteel, welk den hertog van Oostenryk toebehoor» H. de. Hy beweerde, dat de Keizer hem hier in bedroo- Boek. gen had, en hitste daarom uit wederwraak den Oostenryk- n. fchen adel op, om te Meilperg te vergaderen, en te Hoofdst. vorderen, dat de Keizer hun Ladislaus zoude toezenden,ÏX- Afüof dat zy anders zyn gezag verzaaken, en den gouver-«« oproer near, dien hy had aangebeld , zouden verjaagen. De™0osten" misnoegden , vervolgens in Weenen komende, verwekten y oproer onder het volk, en zich by de graaven van Celley gevoegd hebbende, plunderden zy alle de fteden, dorpen en landeryen, welke den vrienden en aanhangeren van Frederik toebehoorden; doch deeze, na voorafdeeze wanorden door eenige herhaalde vertoogen te hebben willen ftillen, gaf den hertog van Oostenryk volle magt, om troepen te ligten tot ftuiting der oproerighe-Hj gaat den, terwyl hy zelf, vergezeld door den jongen Ladis-n?ar Italaus en een groot gedeelte van den Boheemfchen en ien' Hongaarfchen adel, naar Balien trok (b). De prinfes Ele' onora ging ten zelfden tyde te Lisfabon fcheep, van waar zy te Pifa aanlandende, voorts naar Sienna gebragt werd, daar de Keizer haar opwachtte (c), Zo dra Frederik over de Alpen getrokken was, ontmoette hy de gezanten van Venetien, die hem naar hunne ftad voerden, alwaar hy met grooten luister zyne openbaare intrede deed*, trekkende vervolgens van daar naar Ferra- ra- (6) JEK. Sylv. vit. Fred. II. p. 136. (c) Barre. torn. VII. p. 528. * B\* z.yri vertrek uit de Rad werd hem een keurig drink-glas door de ingezetenen ten gefchenke gegeven en op een tafel in zyn kamer ter neder gezet. Niet lang daarna fchudde de tafel zo hevig, dat het glas viel eo in duizend ftukken brak, waarop de Kei» zer al grimlagchendc aanmerkte, dat, zoo het yan goud ware geweest, zulk een ongeluk niet zoude gebeurd zyn. Dit zeggen had ten gevolge, dat de meeste gefcheaken aan hem naderhand ran goua Waren (1). (1) Dub ra v. lib. XXVIII. Oo 00 2  656 HISTORIE van IL ra, alwaar hy gezanten vond van Francis Sforza her Boek. tog van Milaan, die hem nodigden, om in gemelde ftad II. te komen en de yzerea krom te ontvangen ; ook w d ^»%^0Z^Ï\*™ de afgevaardigden van Floret V** " zoek afd af re t f ^ Verzo^n, met een bevenetien J°fJ a\d,aar !H mo?en vereerd worden, eelyk hv ook zeer luis- Jed. _ \ w Florence nam hy de reis op alwaar ÏÏ** p,Tfef A/Tö;'^ C^iyk wy reeds .aanmerkten) met AaaWjv-r.een talryk en luisterryk gevolg zich hv h*m „L f trekt naar tj;0_ „„f l,, „„l > ë^yS Dy nem Voegde. Femra, Hier>gaf hy gehoor aan 'spaufen gezanten, die hem on gaat door ü^ c oog bragten, dat de Keizers, volgens oude Bologne woonte' en regten, altoos den eed aan den paus deeden irrt£r Zy d^landen van St' Pieters erfdeel in trokken en ^ËS-hem ernftig verzogten, dat hy, zo hy verder w' 1de nora« gaa"• dezelfde gewoonte zoude volgen, gelvk Sienna. djm ook^dit opzigt aan de begeerte va! zyne Heilig- Tbr. * De eed , door den Keizer gedaan, was als volst- , Sanc-tisfi. „ mo Domino nostro, domino Nicolao, Divina providentia paps „ Ego Fredencus, rex Romanorum, promkto et juro /p■ Pa rem , et Fihum et Spintum Sanctam, et per lignum vivifkL crucis „et per has reliquias fanctoru.n , quod fi, permittente Dom „0 ,5 Romam venero, fanctam Romanam ecclefiam et fanctitatemf °n „ rectorem ipfius exaltabo, fecundum meum pofie. Et neque vitam ,, nequemembrum, neque honorem, quemhabet, meavoluntate meo „ confiho, meo confenfu aut mea exhortatione perdet; et in 11 o„ ma nullum placitum aut ordinationem faciam, de omnibus oua „ ad fanctitatem fuam aut ad Romanas pertinent, fine vestro con„ iilto. Et qmcquid de terra fancti Petri ad nostram potestatem „ pervenent, Q,a fanctitsti reddam. Et cuicunque Italicum reen"™ " CAm?c i' iurare faciam il!um' ut adJ'ustor fua fanctitatis fit „ ad defendendam terram S. Petri fecundum fuum poff-• fit rnï „ Deus adjuvet, et baec fancta Dei ÈVangelia(ij: luidende'dezelve „ vertaald aldus. ,. Aan onzen allerheiligfteu Heere, Niko aus bv „ de gratie Gods, Paus, beloof en zweer ik Frederik, Roomfch „ Ko- CO Függeï, lib. F. cap. 7. net. 4.  het DUITSC'HE RYK. 65. Terwyl hy op deeze plaats eenige dagen vertoefde, IJ. tot dat de prinfes van de vermoeidheid harer re:s, die Boek. langduurig en gevaarlyk was geweest, herfteld was, werd i£ hy door het hoofd eenes gezantfchaps van de Oostenry^0^kers, die voorgaven, dat zy door de ftaaten gezonden waren, om eenige gunst van zyne heiligheid te verzoe-Jcfiep'csn ken, zeer ernftig aangezogt, om zulks by het hof vangezant Rome te onderfteunem Frederik echter wantrouwde zy Jchap van ne opregtheid, beval, dat zyne papieren en lastbrie.J™^ven zouden geopend worden, en bevond, dat het ge óos.enryk zantfehap was van Eifingeren de misnoegden, die Frede-j,y den rik by den paus en de kardinalen affchetften als een ti paus. ran, onderdrukker en willekeurigen beheerfcher van de landen, die den jongen Ladislaus toebehoorden, en uit dien hoofde het colegie onderrichtten, dat zy zich zeiven aan zyn gezag hadden onttrokken. Ook zouden deeze vertoogen by het Roomfche hof ten nadeele van den Keizer heblen gewerkt, zo hy niet gelukkig deeze ontdekking gedaan, en in tyds de kwaadaartigheid der Oostenrykers had voorgekomen. Wel ratch regtvaardigde hy zich , Koning, by den Vader, Zoon en Heiligen Ge?st, by het hout , van het leevendig maakend kruis, en by de overblyffden der ' Heiligen, dat, wanneer ik,- met toelating van den Heere, te „ Rome zal komen, ik als dan de heilige Roomfche kerk, cn zyn ,, Heiligheid, haien beftuurder, naar myn beste vermogen zal ver. eeren. Ook zal hy door myn toedoen, raad, b geerte of aan'„ fpooring nimmer zyn leeven, of eenig lid van zyn ligchaam, „ of zyne eer verliezen. Voorts zal ik in de ftad Rome nimmer „ eenige wet of last afkondigen betreffende die dingen- die tot „ zyne Htiligheid of de Romeinen behooren, zonder uwe toeftem„ ming. En al wat wy tsn eenigen tyde van St. Pieters erfdeel in ,, onze magt zullen krvgen , zullen wy aan zyne Heiligheid terug „ geven; en hy, aan wien ik iirmer het ryk van halen ter be„ ftuuring zal 'opdragen, zal altoos zweeren, zyne Heiligheid in , het verdedigen van St. Fitters erfdeel naar zyn uiterfte verrr.o„ gen te zullen helpen, Zo waarlyk helpe my God, en zyr.e Heilige Evangeliën." Oooo 3  HISTORIE van. II. zich by den paus in ëet voew a i fion. en zyne wraakzucht, en beSde' 1 f6^ ^ mm *y «» ont,ftond echter een groot oproer, toen hï he llt ,-oer in /.derde, aan 't welk hy zoude afftannen n P&kls na' raar va^ die zich op eene hoogte ewS'l.ïïi n,ge,JPngeM» ay«/^gouden bekleedfel, ^^^J^**™**** hcc onder de Keizer 'he* reed nfe "l^ 6' waar zich toe, waar op eenie verfcEi ^ ° haaken naar hakten zy het in ftuS Dit Lt u on^de, anderen fan tot ^ ook worden van hem, *e teteïL^i?I dat 2bU rooyen: terwyl anderen wederom S g Was om ftec te zyn hoed dagten ^ontrukken diPrf0g Vermeteler> he* van groote waarde vSSSd E E? S^J?"? het oproer keerde ^f"' ™dden v™ de. „ Ik merk- a„ , > de gezanten en zei- 1H« ^r-vg at? begaf. De gouverneur van het erfdeel, die 'spaufen eigen  het DUITSCHE RYK. 659 gen neef was, liet verfcheiden deezer oproerigen gevan- jj# gen ne. .en; maar Frederik, die meer geneigd was, om Boekt. te verbeven, dan om wraak te nemen, ftelde zich tus* * fchen beiden , en verwierf hun ontflai (d). Hqofbrt.' Van Viterbo trok Frederik naar Rome, vergezeld van'X. Afd. de Keizerin en den jongen Koning van Bohemen enWordc tot Hongaryen, die nog onder voogdy was. Hy was mmvr-KminS lyks in het gezicht der hoofdftad, of het gantfche col- ™AyC°m' Jegie der Kardinaalen trok hem te gemoet; en, naardien gekroond. de gewoonte mede bragt, dat alle Keizers, die derwaarts gingen, om gekroond te worden, eenigen tyd vóór de ftad vertoefden, liet Frederik tenten opflaan vóór de ftads muuren, om den nacht onder dezelven door te brengen. Den volgenden dag deed hy zyne openbaare intrede, en werd, niet tegenftaande de vertoogen der afgevaardigden van Milaan, tot Koning van Lombardyen gekroond fchoon deezen zich, op ve-zoek van den Keizer, uit hoofde van de pest te Milaan, en den aanftoot, welken deeze ftad by het aannemen van het juk van eenen vreemden, ten naadeele des ryks, waar aan dezelve eigenlyk behoorde, aan Frederik had gegeven» tegen deeze krooning ten fterk ften verklaard hadden. De kardinaalen, over dit onderwerp geraadpleegd, waren van begrip, dat de paus, uit kracht zyner volle magt, de kroon van Lombardyen wel konde begeven; doch dat des Keizers verzoek echter niet van de band moest worden geweezen, waarom zy eenen nieuwen eed ontwierpen, welke ook by deeze gelegenheid gedaan werd. Drie dagen na deeze plegtigheid huuwde hy met^ Eleonora, en ontving met haar de Keizerlyke kroon. J^dttot^ Daarop bevestigde by met den paus het concordaat der Keizer ge. Du t/the natie, raakende de begeving van prelaatendom-*™^ met men cn andere beneficiën, die eenige jaaren te voren by^ den"2. («2) Heiss. lib. III. cup. 2  660 H 1 S T O R I E v A N BÓL. -en^a^ f»" in II. Keizerin naar Napefs S^JYk ™™ twk hv mec & ^'•■rch^rVdln' ^enht LSt S ^"h^ tweemaal bedankte voor de7eno"eneeZtt™ t0t «*■ te. Trekt uit hv ?SnTC zakeQ te W hebbende verricht ke-rd, RomenMr5y " "aar D^fihland te rug, WorXnH. k Duitfch- doortogt door Ferrara opgewacht dn^ /?> r V Zy" hndw graaf van een prins vTr ?ï mark" wien hy ook tot hertog va TmoZT^' hief. Insgelvks fW hL r„r maena en Reggto ver- door p^Lm 8t °P het bezic hadden, aan alleen J j ldvan waapenen. Onder anderen vervoS  het DUITSCHE RYK. 66r By zyne te rug komst in Oostenryk, vond hy zich ft. in eene menigte van mceilykheden gewikkeld, byzon- Boek. derlvk in een verfchil met de Hongaaren, die hem dik- \l. wyls gebeden hadden, hunnen Koning Ladislaus j^wel-Hoofdst. ken hy, onder voorgeven van voogdyfchap, by zichIX. Afd. aan het hof hield, naar zyne ftaaten te zenden, gelyk zy ook op de nadruklykfte wyze de te rug gave hadden verzogt van hunne kroon en koninglyke fieraadien, die onder zyne bewaaring ftonden; doch hy nam allerleie voorwendfelen te baat, om deeze verzoeken niet in te willigen. Hierop zonden de Oostenrykers, zich met eene aanzienlyke bende van Bohemers hebbende vereenigd, cn daarenboven door verfcheide ryksvorften aangefpoord, een nieuw gezantfchap, om. het Haait zich ^ecn zy te voren verzogt hadden, regtftreeks te ei-den haat ichen; doch hy bleef doof voor alle deeze dringended'r^\ aanzoeken, en vermaakte zich met nieuwe uitvluchten,%n Ms 7 tot dat zy eindelyk, misnoegd over zyne aanhoudende die hem verontfchuldigingen, en getergd door het uitftel, hrni-wodzaken nen toevlucht namen tot de waapenen, en onder gelei-^//J^ de van Eifwger te veld trokken. Dees fortuinzoekerging% verraschte en belegerde hem te Neuftadt, en noodzaakte hem tot het teekenen van een verdrag, waarby bepaald werd, dat Ladislaus, fchoon nog te jong, om het beftuur des koningryks op zich te nemen, onder voogdyfchap zoude gefield worden van Ulrich, graaf van Celley, zynde zyn oom van moeders zyde, en dat het gefchil wegens de voogdy van den Keizer te Weenen zou overwoogen en beliegt worden, (g) Met de magt, die graaf Celley zich uit dit beftuur over Ladislaus waande te verkrygen, vermeerderde ook zyne heerfchzucht. Hy poogde eerlang zich zelf volkomen (g) Mn. Boem cap. 60, 61, £? Europ. cap. 22. & ep. 409- Naucler. Gener 4y Europ. Hist. XI. D. II. St. Pppp  6fo H J s T O R i p 14 1 van II. men meester te maakpn ;„ r> Bokk, voornaamfte forten? ™f het h?T7*' verfle*te de IL afnangehngen, ^S^ft*^ aan zyne fxTl ^'«Wrchen adel uit alle de ^ Ca den JX- AF0- gewigt en fcfaonk dezelven aan^'"^ van eenig en gunftelingen. aan 2>ne e,gen vrienden LaS FS™ ged'."aS gaf zeer veel aanltoot ain h** n ™«fcte Mtnger, zien van dit misnoeppn h^j ïet vo,k' en Praag,, zelf, gevoeligheid zo zee aai?te ™, wist des" genoodzaakt werd, naar zyn"ei/en Jand"'r de §raaf na de perfoon van Ladisiusfeu^Je ver^kken, die zich gereed verklaarde, den eed £ T^™' hem door de Bohemers werd 7?J™ J /°en> vve]ke naar iVvwg vertrok, alwaar L % , rderd' en daarop heid gekroond werd. fl) by me£ zeer plegtig. Conftanti- Middelerwvl werd her r u 1 Maho. volgd en even begeering wïs, oS ?Pge' raedii,«.al verder uit te breiden te „ j /ne veiwenngen . en de>d nomen, waarby de Keizer Con£lSat^'^ 10ge" zyne aanhangers verflagen w3 n ^f^goj met alle het- RoomfcÊ ryk Tn ^"oZl^J^ H werd onder een vorst Van denz^Ln gd' ?n daC JuisC welken het zvne onfrnmc/ " llaam' aJs die, aan Turken ten ^W^^W terwyl £ het /^W/tó ryk bv IiuTpp g -lelden> om °ok Deeze Voortgang der TlSf Yerove™gen te voegen, weinig de ^E^fc?^ niet zich ten naauwften met^elkander°!!rreedde .hen> om den gemeenen vyand kraeh dadf he t CfdT^^ Te Regensburg wgta q 2 Lu ft00fdJ te b,eden. OP we.to *k ^r^*** 2$ C*) CüCHL. ƒ>. 302. rj00d*  het D U I T S C H E RYK. 603 noodzaaklyk zeer fpoedig maatregelen behoorden geno. tt, men te. worden, om deezen voortgang der ongeloovigen J30E*K te fluiten, doch de overweging der middelen hiertoe jj werd tot eene andere vergadering te Frankfort ver hoofdst. fchroven, op welke echter, niet tegenftaande den on-ix. Afo. gemeenen toevloed van ryksvorften, en den uiterlyken fcbyn van fterken yver voor de goede zaak, zeer wei. nig werd uitgevoerd. Het éénige, dat men befloot, beftond hierin, dat de Hongaaren met tien duizend man te paard, en twee en dertig duizend te voet zou* den verfterkt worden, en dac de keurvorften en ryks. vorften te Neufladt zouden blyven, om met den Keizer over het ligten van troepen te handelen. Paus Nikolaus overleed iotüsfchen; en had tot opvolger Calixtus III, die aan alle Christen vorften gezanten zond, met aanmaaning !ot een kruistogt. Allen betuigden zy een grooten iever voor de belangen des Christen doms$ doch ook hierby bleef het, zonder dat zy iet uitvrerden. De paus zelf overreedde den fophi van Per/ïen, door middel van gefchenken en fmeekingen, om aan zynen kant eene wending te maaken, terwyl de Christenen de Turken aan de andere zyde zouden aantasten. Ook werden de Duitfchers, door de aanhoudende dringende vertoogen van den kardinaal Carvajal, gezant van den heiligen ftoel, overgehaald, om troepen te hgten, en die Hunniades te zenden, als welke de poogingen der Mahomedaanen in Hongaryen alleen 1455. moest \erduuren. Door deezenonderftand veriterkt,trok^unniahy regelregt naar Belgrado, welk door Mahomed was^sv'erzy's~ belegerd, wien hy ook, na een zeer hardnekkig gc-Jierkt noodvegt, noodzaakte, het beleg op te breken, en met ver zaakt lies van veertig duizend man gefneuvtiden te rug téh.em hst wyken(0: doch, terwyl Hunniades weinige dagen r\s.-^rf^ , der- b («) i'KTONiN. Ut. XXII. cap. 14. in pr. Mn. Europ. cap, 8. Boem. cap. 65. Thur, Chr. Hun, in Ladis. cap. 55, Pppp 2  Uö4 HISTORIE van II. ]derhand overleed aan eene koorts, veroorzaakt do™ ^ Boek. .vermoeidheid, welke hy in het ievlit hS Lt„ II. geraakten de Christenen* hy ffvSff^hu^! Hoofdst. neraal, zo zeer in verwarring Aat a u , , ë . byzondere be]a b5SS%e^ «^SS 4. de algemeene zaak ter eenenmaale verwaar looien Zelfs bleek het, dat alle de ontwerpen, die zints twee faa ren tot het voeren van deezen heiligen oorlog Siï waren, zo door de tusfchen beiden komende JSjn Frederik'sm Duitfchland, als door de traagheid en "reesaS ld Hgïït !a\den ^ die, nochgdoor de * zoeken van den paus, noch door den iever en aandranè van Carvajal, die op de twee ryksdagen, door hem belegd, met zeer veel nadruk en welfprekendheid eenen kruistogt had gepredikt, tot eene ernftige deelnemfn?in de zaak te overreeden was, geheel en al zond^SS vrucht waren. Ja, hy wees zelfs eene onderhandel TfiriM? T\mUp> hert°S van ^gundien dl in Duitfchland gekomen was. om met hem en de overige vorften over dit onderwerp te fnreken. Zo afj-eerig was hy waarfchynlyk van een oorlog, die hem ze kerlyk m gevaar brengen en vry wat gelds zoude kos- f7rf a D/N,' heMVr dit a!Ies> £reeP 00k nog een misverftand tus- ftand plaats tusfchen naus Calirtm TiT at a llibv^' fchen Ca- ftpn Fr^jJ^l u a P ^eutxtus lil en de ryksvorlixtusin "en' *re"ertk had een gezant aan den nieuwen paus en de ar£ez°naen, om hem wegens deszelfs verheffing g^luk te vorften. wenichen, en van zyne diepe gehoorzaamheid te ver. zekeren. Deeze ftap was zeer tegen den zin van fommrge keurvorften, die hunne uiterfte pooging,.n te «erk fteden, om hem te overreeden, dat het tyd was, om het gezag der paufen te fnuiken, als die niet konden verwachten, dat zy gehoorzaamd zouden worden S ten ware zy voordeeliger toezeggingen hadden gegevenwant de Duitfchers werden door hun veel fterk er on! der-  het DUITSCHE RYK. 66s derdrukt dan de Italiaanen of de Franfchen. De keur- II. vorften van den Rhyn kwamen derhaiven byeen, en Boek, maakten een lyst op van de grieven, welken de natie II. door de heerfchzucht van het hof van Rome tot dus Hoofdst. verre had moeten dulden. Dit vertoog belulsce onder JX.. Afd. anderen, dat de paus de befluiten der kerkvergaderingen^^ van Confïantz en Bazel niet in acht nam; dat hy zich niet verbenden rekende aan het concordaat, welk met zynen voorganger paus Ntkolaas V gemaakt was; dat hy de Duitfche natie verachtte, en dezelve geheel fcheen te willen uitputten; dat de verkiezingen der prelaaten algemeen waren verworpen; dat de beneficiën en waardigheden van eenig belang enkel voor de kardinaalen en beambt-fchryvers bewaard; dat de ambten voor het grootfte gedeelte reeds waren begeven, eer zy vakant waren; dat de jaarlykfche inkomften niet alleen met de uiterfte geftrengheid werden afgevorderd, maar ook veel meer werd afgekneveld, dan de Ichuld bedroeg; dat het beftuur der kerken niet naar verdienfte werd begeven, maar altoos aan de meest biedenden; dat dag aan dag nieuwe aflaaten werden gegeven, waar door het geld werd uitgeput; dat de kerkelyke tienden, onder voorwendfel van een oorlog tegen de Turken, zonder toeftemming der bisfchoppen werden aangeflagen; dat de pleidooien, die in Duitfchland behoorden te worden afgedaan , telkens voor 's paufen geregtshof werden getrokken, en duizende middelen te werk gefteld, om al het geld uit het ryk naar Rome te voeren. De Keizer zelf toonde zich bereid, om de keurvorften in hun beklag te onderiteunen; doch de invloed zyner ftaatsdienaren wist zulks te verhinderen, en de paus beantwoordde deeze befchuldigingen van ftuk tot ftuk by verfcheide brieven, welke nog in de verzameling van JBneas Syhius, derzelver opfteller, zyn te vinden\k). Naar» (k) Ms. Ep. 371. Pppp 3  «* H I S T O R I E v s „ tt zoo veel mögelvk eerfemm f h"8 ,?S r"*" tó ftui«=". rtaag nad begeven fpr «rrOfVAi»^ n naar met Magdakna^ Z£Y ?S Van ^huwelyk zeer onverwacht ziek eri ftiïf ? , gS 73D F^%*, dat men hem ilgev^f had Cr TÏ? verau*&*> tt &4&&FPtt ter van deezen laaS £ hyumet ds oudftc z^ aeezen ftatRen Koning gehuuwd was. Albert (*0 Ztt * Historie van Bohemen en Hongaryen. ^  het DÜITSCHE RYK. 66? en Sigismund daar tegen, hertogen van Oostenryk, JJ. grondden hun regt op zeker famiiieverdrag tusfchen Boek. de twee huizen, waar by de opvolging, by mangel van II. mannelyk nakroost, van wederzyde aan elkander was Hoofdst. toegeweezen; doch Podiebrad had, door middel vanIX- ApD* Rockizane, het geluk, om alle zyne mededingers te bo- 1458. ven te ftreeven, en werd daadelyk, zelfs zonder veelPod^br.ad tegenkantig, tot koning vzw Bohemen uitgeroepen fn).™a Niet minder was het getal van hun, die aanfpraakmen ven. maakten op Hongaryen; doch de herinnering der ongemeene dienften, welken Hunniades aan dit koningryk^."^ beweezen had, vereenigde aile de Hemmen ten voordee-^£vs*" le van deszelfs zoon Matthias, toen nog gevangen zitten de Hoagain Bohemen, uit hoofde der moord van den graaf deryei3« Celley, om welke Ladislaus eerst de oudfte broeders van Matthias te Buda had doen onthoofden , en den jongsten gevangen zetten. Naauwlyks vernam Podiebrad, dat dees jonge vorst tot koning van Hongaryen verkoozen was, of hy beloofde hem zyne vryheid, onder beding alleen, dat hy met zyne dochter moest huuwen, welk beding, met toeftemming der ftaaten van Hongaryen, ook daadelyk vervuld werd. Wat nu de Oostenrykfche heerfchappy betrof, die aan Twee anLadislaus toebehoorde, deszelfs opvolging wikkelde dendere medeKeizer in oorlog met twee vorften, van welken hy niet di:[?ers be. dan fchaande en fchade behaalde. Deezen waren zyn ei ^Tederik gen broeder, Albert IV, bygenaamd de Verkwister, en het graaf Sigismund, graaf van Tyrsl, zyn eigen neef, die,' even f hap Oos. als hy, afftammelingen waren van Albert de TVyze.tem^' Frederik eifchte, als de oudfte, het bezit van Oostenryk. Zyn broeder Albert beweerde, dat hy reeds te veel provinciën bezat; dat hy zich zelf reeds in zyn geboorte («) Krahtz. Sax. lib. XI. cag. 33,  *Ö8 HISTORI E. van den anderen kant wilden de ftaa^n vanOoue^k van deeze twee mededino-ers r«.i^ wstenryn geen Z)»»r fe. ai]e drie voornamen S f h°°rzamen, zo dat zy «HMfw !' H" rnamen , het land te verwoesten f»; dan van den" na f, deeZf woestheden eenige tyd geduurd h-ilSn' ^ F*? tot Cl6 rïvL ^ifö ^«fö land.aa«de andere zyde der rivier; Si ' , ' "J-^e" uu"r j&neas dylvws, die ten dee?en mt Ma^ua. de ™der den naam van ƒ»«,ƒƒ op den heS fl^l was opgevolgd. Op deeze vergadering nodi'de^e „;?, we paus alle de Chriften-vorften om een T TU' maaken tegen de 23*4.. doch veeleGeweien ^1tG zonderlyk Duitfchland, Varen L zo vLle in onlusten gewikkeld, da't de aan den lever en de verwachting van zyne heïiS w geenen deele beantwoordde. De noordeTke Sédten van het ryk werden verontrust door ChrisTaln* Kon £ de,gommen van'/feÖ Lnaueswyk, by het overlyden van herto? AlnhnU,, »A toekende, e» daar 'voor aan tol^*^ PODIEBRAD was tot nog toe niet eenoepyaam restigd op den throon van iW« , difn hf me? vot M , . ftrekten (0 -E*. *«np. 22. (^ HïIS8i w< z// ^ ^  het DÜITSCHE RYK, 675 ftrekten tegenzin van Frederik en den paus had beklom- J[ men. Matthias achtte zich geenzints veilig ten aanzien Boek» van het Koningryk Hongaryen, om dat hy de kroon \\m nog niet ontvangen had, welke de Keizer zonder eenig Hoofdst. het min fte regt behield, en dit gebrek in Matthias was!X- Afd. van zeer veel gewigt by zyne bygelocvige onderdaanen. De Koningen van Engeland en Frankryk weigerden volftrekt, een kruistogt te ondernemen. Sigismund van Oostenryk was door den paus in den ban gedaan, om dat hy den kardinaal Cufa had opgeligt en gevangen gezet. De hertogen van Beieren, de keurvorst van Mentz, de paltsgraaf van den Rhyn, en meest alle de vorften van Duitfchland waren over de onbefchaamdheid , lafhartigheid en gierigheid van Frederik zo zeer gebelgd, dat zy Jifzonderlyke vergaderingen hielden tot het nemen van maatregelen, om hem af te zetten, en eenen nieuwen Roomfch Koning te verkiezen. Hy vond echter middel, om Matthias door beloften te bevredigen, en door het afftaan van zynen eifch op de kroon van Bohemen, en belofte, van den nieuwen Koning met al zyn vermogen te onderfteunen, Podiebrad aan zyne belangen te verbinden, terwyl hy door tusfehenkomst van Albert, markgraaf van Brandenburg, tegen de wraakzucht der overige vorften werd beveiligd (f). Buhalven deeze verfchillen, welke den goeden uit- J46o> flag der vergadering te Mantua grootelyks verhinder-Lodewyk, den, kwamen ook nog andere tusfchen bei.'en, die heWertog van ryk verdeelden. Lodewyk, hertog van Beieren EMidï*^^^t hut, vernieuwde zyne aanfpraak op Donawert, weikJJV^t' Keizer Sigismund a's eene vrye ryks-ftad verklaard2y„e aa„_ had, en belegerde de plaats daadelyk met een leger vanfpmak op twintig duizejd man, welk hy had weten te ligten ^ona. in 1 (5) Barre , torn VIL p 594. Europ. Hist. XL D. II. Sr. Qqqq  «7 fcho°n de Keizer&S echrrn Zwabr f"00™^, die van W. echter weigerden haar aandeel, terwyl óe Husfiten metf'Z 12100 v001, verklaarde. Beide legers Aib&, trokken te veld, de vyandlykheden namen een aanvana üen h en met tegenftaande de poogingen van PoËbrad t «rfia*. den vrede te bewerken, weroI de oorlognS^end? drie jaaren met eenen wiafelenden uitflag flefpende ge. houden; Brandenburg en Neder Beieren vveSen7ver woest; Lodewyk werd door den' paltsgraaf va" den Rhyn,  het DUITSCHE RYK. 677 Rhyn de bisfchoppen van Wirtzburg en Bamberg, en YL door Otho, hertog van Mosbach geholpen; de keur- b0kk. vorst van Brandenburg telde onder zyne bondgenoten jj, den^ graaf van Wurtemberg, den markgraaf van Baden, h«o fdst. en twee en dertig Keizerlyke fteden van Zwaben.lX. Afb. Findelyk ontmoeteden de twee legers elkander tusfchen Ulm en Nordüngen; 'er volgde een hardnekkig en bloedig gevegt, waarin de D itfche Achilles, geheel en al verfh-ren, genoodzaakt werd. den vrede te fmeeken. Ge'ukkig werd dezeive getroffen onder bemiddeling van Podiebrad, by een verdrag, welk te Praag werd geflooten, behelzende, dat de Keizer aan Lodewyk zoude verdunnen, de regten te genieten, welken hv zo op het bisdom van Jrchlet, op het jaargeld der Jooden te Re*ensburg, als op de leenen, die tot het Beierjch huis in Oostenryk behoorden, meende te bezitten (r). Dit echter was de éénige oorlog niet, we.ke het ryk van binnen beroerde. Deszelfs vlam brak daarenboven Uk tusfchen Dietrich, graaf van Tfemburg, en Adolph van Nasfau, die mededingers waren naar het aartsbisdom van Mentz. De eerfte was by meerderheid der kanoniken verkoozen; doch werd in den ban gedaan door paus Pius II, omdat hy de annaaten niet betaald had, zo dat men, naar goedvinden zyner heiligheid, eene nieuwe verkiezing deed, welke op Adolph viel. Daarop namen beide partyen hunnen toevlucht tot de beflisfching der waapenen, gelyk dan ook van wederzyde verwoestingen werden aangericht, tot dat Dietrich, het gefchil moede, zyn regt aan Adolph afftond, van 's paufen gezant vergiffenis kreeg, en het overige van zyn leeven als een ambteloos edelman doorbragt. Eer deeze verfchillen waren bygelegd, vatte Albert van Oostenryk, nog fteeds te onvrede en onderfteund zyn- (r) 1>jmont. Corp. Dipl. I. p. 288. Qqqq 2  *78 HISTORIE van. II. zynde door Lodewyk van Beieren, de waapenen on te Boek. gen den Keizer, öp voorgeven, dat hy bvde ve dee II. hng van zyn vader* ftaaten was vernn^w vrerdee" 5°°'^ % than'S dit ™°nvendfel verfterke doo"? iL^T" * ^£p^** de Kefzer l»nne1^^%oS had. Dit gefchil echter werd d^or tusfehenkoïst des Ko nings van Bohemen bygelegd, die beide pamen toC w nederleggen hupte* wapenen wist te overreS •HnrS het zelve brak naderhand zo veel te hevSr U)>' tot eenen wreeden binnenlandfchen oorlog. Alben aan het hoofd zyner troepen vóór Weenen nadoende' werd door s' Keizers benden aangetast en J!^ f' OtrttHlde wyk te nemen. De inwooners ieZ |ad fr? ' werd ver- zeer min aan den K j . ^ ™. tad' fchoon meuwd. *„r„u„ i , i ü gcuttiJL, waren in twee mr. tylchappen verdeeld. De raad en het verftandigst ïl deel e der burgers fcheen het belang van Frederfk tS" *.er aan bet hoofd, zich voor Albert verklaarde Tn het midden deezer voorvallen vertoonde zich de Keizer vóór Weenen aan het hoofd van vier duizel man doch men weigerde hem in den beginne JE ■ Eenigen tyd echter daarna werden de poorten voor hem geopend, onder voorwaarde, dat hy deLleech ging, welke men hem had aangedaan, zou over S zien Hyonderzogt vervolgens het gebeurde, veran derde de regeering overeenkomftig de begeerte dei bur gery, en herftelde alzo de rust der ftadf welke echter wederom rasch verbroken werd door een oproer? d? onder het volk ontftond. Rondom de ftad wïrïreen ge foldaaten, die in de vorige oorlogen, of in dien van den Keizer, of van Albert geweest waren Dee zen, z.ch bycen voegende, vorderden de achterftaWen welken men hun verichuldigd was, cn hierin geen vcï doening kunnende krygen, begonnen zy het land te .pionderen. Men leverde hierover klagcenin by Fr ede. rik,  het DUITSCHE RYK. C :J rik, die, of bedroefd zynde, dat by getrek bad aan II. geld' of de genegenheid des volks willende winnen, zes Boek. duizend dufcaaten van de ftad te leen vroeg, gevende n. hy voor, daaibv eene gelyke fom te zullen voegen,Hoofdst. om de troepen te onderhouden, die nodig waren, om'X. Afd. de onlusten te lillen • waarover zy klaagden De burgers van JVeenen weigerden, aan dit verzoek te voldoen, ja zelfs, om, zoo als hy naderhand voorftelde, hem de helft dier fom op te fchieten, waarop hy hen met zyne wraak bedreigde, de foldaatén niet wilde betaaien, noch iet hoegenaamd te werk ftellen, om een einde te maaken aan het geweld, welk zy dagelyks pleegden. De wanorden werden gevolglyk langs hoe grooter; de oproerigen, engelhaft langs hoe ftouter ge Oproer te. worden, deeden den wyngaardeniers allen overlas-, eng«»Frewilden niet dulden, dat zy hunnen wyn m de ftad ^ • bragten, terwyl zy, die voor Albert waren, deeze gelegenheid waarnamen, om een oproer tegen den Keizer te verwekken. Het gemeen rottede oproerig famen, onttrok zich aan het Keizerlyk bewind, en roofde al het geld, dat in de openbaare pagthuizen te vinden was Frederik, die met de Keizerin en den jongen Maximiliaan op het kafteel zyn verblyf hield, verbeeldde zich, het oproer wel te zullen ftillen, wanneer hy twee zyner ambtenaren zond, om met de hoofden der oproerigen daarover te fpreken, en de overigen aan te maanen, om ftil naar huis te keeren; maar, in plaats van naar deeze vertoogen te luifteren, namen zy de twee ambtenaars gevangen, en beflooten, na vooraf met Albert een verbond voor twee jaaren gemaakt te hebben, het kafteel zelf te belegeren, in één woord, de Keizer was dermate in het naauw gebragt, dat hy en zyn gamfche hcfiloet van honger zouden hebben moeten vergaan, zo hy niet door tusfehenkomst van Q.qqq 3 Ge'  *8o H I 5 T O R I E van II. George Podiebrad, Koning r- t Eoiiif. ware (s). Door zvn tnnS *2 W«W» verlost II. ten, behelzend™a verdnB gefloo! Hoogst, zouden worden kW Ln S ? i?ne° aan «^Wyden en landen, vin Sg^ gf"' B*ï zou te rus eevon- Har 1- V Af. had gemaakt, iaarcn tffigj' *, lü0'' « aan zynen broeder de fnm wouemy* voeren, en fa^bN jaarlyks zoude betatn ^) "K"1 dm'Zend dukaa' teloos veréït verdrag werden arteer^^A ***** ec Uer *W kondeggeenz1nts va,fzie vltvS^^ ^ geen hy overmeesterd had ftez*E*1% !** ^ he£ gerde niet ajleen, het bewind van A^V wei* hem over te ^«£r£ïï^£W »a ban, en overreedde den paus nonk ryks z, ^J"^ ban te'doerdaarenb^n, om he.n ^ne^to» Wden' ^ n™> „J. ♦ gj raakten, en aan bede kanten w-l 1\,1a fn «ren S&JyPS^^JPfi!^ we,d be- bert\ZrTF ' r, den Hemel a,zo beftuurd AlWekt doorbm »«ddooreenenfchielyken dood overvallen, welkdoor \S) comment. PU IT Ub Y r„rJ, >; vrr ,T  hbt DUITSCHE RYK. 63i fommigen als eene uitdruklyke ftraf voor zyn zondig lee- IT, ven werd aangemerkt, terwyl anderen zulks aan vergif, Boek. anderen wederom aan eene beroerte toefcbreeven, door ][, zyne onmatigheid en losbandigheid veroorzaakt (u). De Hoofdst. geneesheeren waren van begrip, dat zulks door vergif 1X> Afd« was geichied, verklaarende, dat zy, by naaüwkeurig on~den docd derzoek van het lyk, eenige teekenen daar van befpeurd?wl Al" hadden, en het was op deeze verklaaring, dat eenige er' verdagtte perfoonen werden gevangen genomen; dan naardien men geene bewyzen van hïinne fchuld konde aanvoeren, werden zy binnen korten tyd wederom op vrye voeten gefteld. In den aanvang des volgenden jaars ftond Sigismund aan den Keizer dat gedeelte van Oostenryk af, welk hy van Ladislaus had geërfd; zó dat Frederik eindelyk zich zeiven in het vreedzaam bezit van dat geheele hertogdom bevond (#). De Flongaaren hadden, zo als wy reeds hebben aangemerkt, uithoofde der moeilykheden, waar in zich AeDe HonKeizer gewikkeld vond, in plaats van esnen Koning uit^ar?n het huis van Oostenryk te nemen, Matthias Corvinus,Maith1as zoon van Hunniades, tot hunnen Koning, in plaats van tot hunnen Ladislaus, verkoozen. De plegtigheid der krooning ech-^«""'«s» ter had op dien tyd geen voortgang, om dat de Keizer de kroon in bewaaring hield, welke men altyd tot dat einde gebruikte. Thans had hy hun openlyk den oorlog verklaard, met oogmerk, om dat Koningryk by zyne et* felyke ftaaten te voegen; doch zyne poogingen wa« ren zo zwak, dat hy nimmer gegronde hoop konde fcheppen, om zyne begeerte door kracht van waapenen te zien vervullen. Dit had ten gevolge, dat hy eindelyk, den oorlog moede zynde, zyne toeftemming gaf, om de kroon te rug te geven, en met Matthias een verbond floot, waar by bepaald werd, dat tusfchen deeze twee («) Roo, lib. VIL p. 251. (x) Heess, liv. III, ctiap, 2.  ^ II I S T O R I E v A „ II. va„ ^dT^etle*Lr"neerf * K°™s HoofnsT. ven zoude overlvden rl<* , en ot bioed-nee. *■ ^. en de erfgenaamen,^1*2 f d'n °P ***** P.us JU?//, de'n w^^** Ü* volgd, vernemende, dat MahomedllLt^ °Pf maaken van aanmerkelyke toerustingenTlZ? n;g>K°n3,nS van kanten, ichreef aanTn Duitfchland, met verzoek in tS ? ^en-1 man tegen de Turken, ]a «vofee d£ t ?? duizend derzelver afgevaardigden opT^rK6!.^ gedaan hadden. Ten zelfdpn ^If ë j Ps te Mantua naar den Koning^S^^ aanmaning, om tot deezen togt DuitFchT^' mct veren; doch de eerften fioegt wefX ach?? * ^ vertoogen, en de Jaatfte was zelf Tn^t f Z/ns vee. bezet, om eenen n^^*g!™£ ^tai«^ rekende, en heordebeErn? ^ V°rst ontnaS» Koning Van /W^lol *n£■ rdde Van oefende by dezelve &l£$v "fing Vln derdaanen in Bo^*&^*F™ C?*°*ke °n" plegtigheid der Calixtyne^tten en'a^T™ geenen, welke weigerden hv Sa ' l\Mende die houden. Deeze geefteïvte 'onX 5 1 " to'»**önaal te zulk een *«mho5rtó^^S^ braSC hen tot ni466. den, en van hunne gefoorzSe d ' vorst 0P^.:£ff Paus werden ontneven^^^^ £ GO Leibmtz. cw. Di>;. ?. 422. bmnen  het DUITSCHE RYK 677 binnen zekeren bepaalden tyd voor hem te Rome te II. verfchynen, zynen gezant gelaftte, eene kruisvaart te- Boek. gen hem af te kondigen, hem fchuldig vonnisde aan II. meineed, heiligfehennis en kettery, hem van zyne kroon Hoofdst. beroofde, en deszelfs kinderen en nagedacht onbekwaam ^fj'^ff' verklaarde, om immer eenige waardigheid te beklee-^^Zw!, den (z> Schoon Rudolph geenzints in zyne poogingen flaagde, frede tas' om de Duitfche vorften tegen Podiebrad aan te hitzen Jpo^een was hy echter gelukkiger in eene andere onderneming^ Duitten zelfden tyde, namelyk, het bewerken eener bemid fche RUdeling tusfchen de Poolen en Duitfche Ridders, welke,d*rs. v*n na een oorlog van veertien jaaren, by een verdrag ruis eIJ' werd bevestigd, behelzende, dat gantfeh Pomeren en eenige andere gewesten onder de magt der Poolen zouden weder keeren, en dat de Duitfche orde in Pruisfen leenroerig zyn zou aan den Koning van Polen (aj. Wat den Keizer betreft, hy dreef zyne onzinnigheid en vreesachtigheid tot zulk een trap van zorgeloosheid ; en onverfchilligheid voor de belangen van het ryk, dat hy geheel verzuimde, door zyne goede tusfchen-kemst en gezag de verwoesting en flaaverny van Luik voor te komen, welk tegen zynen bisfchop, Lodewyk van Bourbon, was opgeftaan, uit hoofde van eenige voorregten, welken hy weigerde te doen gelden, en zich derhaiven door deezen opftand, welken hy had kunnen verhoeden, in eenen oorlog met zynen oom Philip, hertog van Bourgondien, vond gewikkeld. Philip hadPhilip, Luxemburg met zyne ftaaten vereenigd door een pleg^toxs vm tig verdrag met den hertog en de hertogin van Saxendi0eu^°vne'r. die voor vyftig duizend gouden kroonen hunne eifcheneenigi het op dat hertogdom afftonden. Dees afftand werd ver hertogdom volgens bekrachtigd door Lodewyk XI, Koning vanPJXSm" (z) Papin, ep, :oo. (a) Micom. lib. IV. cap. 62. £urop. Hist. XI. D. II. St. Rrrr  ^ H I S T O R I E v A N I,. naderhanden SS?fiï^»J^?ï d^ daar Hoofbst. Koning en Philip vermZl5 'f hen den --den SvS'XiïTr Van Z^ synrjfoa. ne verfterking toezond en ! P d]e tlun eeöetewantrouwen en afvS Bovena it^" Zy nieCS dan f^f vertrouwende ode k chTht S"*"? Vaa JÏX* "ngen geene gelegenheid voor bM&JffEL kwekken van den graaf van ChLIliï? a- m den z30n r« fcheenen, en het gebied va^ ztS ' d,e te veld ve*' |W* wyze te voederen tg °P berouw over hunne onzinnigheid- wTnhvbZ"! ftad, nam ze by verrasfchimr „ J belegerde de na alle de manfchap de £ f' °fferde dezelve, fcheid of vcrSoXgfo^^^^ ^ ben , aan de woede der vLt! g gejaa§d te hebdie van Luik ^noodzaakt zvrT ,»°P', W°rdende zeIfs derendfte voorlaag?verl^L ^ ^ d" Verne' honderd perfoonen, door hunnen Ze!fs drie tot zoensmannen w^aLTb^fcb°P UltSe^n> z/S^derom ïunerS&hl31; ffP edlt'er> na™" <7 werernerfeid TT j "Linen toevlucht tot de wapenen vpi^,^,7 j ^Karel.QP,de ^vaardigheid en onervareKvar?<£ .VJende volger iW, en namen den biSnn f Zdfs 0p' echter naderhand middel vond, om ^^Tf^ die naar zynen befchermer te ^wT^L™ tog Karei, over dir ftnnf j,„a „ 'K nam. Her- en de ftad St. Tron bJSJL ƒf^f™ naderde welhaast een uitval; dÓd\ w-rP l ",Lmk de«fen gen. In gevolgtt2£ttë?*ni ^ hertog m ee,;ade Aff, hand  het DÜITSCHE RYK. 679 hand de ftad introk, alle verfchanfingen deed flegten, II. het land verwoeftte, en het ganfche gewest met lchat- Boer, tineen overlaadde (b) *. H# Even min bemoeide zich de Keizer met de onlusten Hoofdst. in Bohemen, welk thans met eenen burgerlyken oorlogIX-Afd' gedreigd werd, uit hoofde van den ban, die door denDe Catho. paus tegen Podiebrad was uitgeblikfemd. De Catholy.W™ vm ken, zich door dit vonnis van hunne gehoorzaamheid^tdlnTe ontflagen achtende, zonden afgevaardigden naar Caftmir, kroon aan Koning van Polen, die met de zuster van hunnen laatsften Cafimir Koning getrouwd was, met aanbieding van hunne kroon; van*olm • doch dees vorst, vreezende de magt en ftaatkunde vanthiasTwi Podiebrad, die daar en boven nog door Lodewyk vantlongaBeieren Landshut en eenige andere Duitfclie vorften on-'yen. derfteund werd, weigerde, dezelve aan re nemen. Daar op deed de paus zulks aanbieden aan Matthias, Koning van Hongaryen, die zich van deeze gelegenheid tot vol* doening zyner heerfchzucht gaarne zoude bediend hebben , zo hy niet de wraakzucht van den Keizer gevreesd had, als die zulk eene vermeerdering zyner magt ongetwjffeld met fcheele oogen moest aanzien Ook was hy daar en boven in oorlog met die van Zevenbergen en Moldavien, welke niet zeer tot zyne eer afliep want in den loop zyner krygsverrichtingen werd hy te Batka verrafcht, meteen pylgevaarlyk gewond, en tot redding van (b) HiST. du Hainault, torn. V. lib. XIII. * Omtslnd deezen tyd overleed de beroemde Scanderberg, Koning van Albaniër,, in het drie en zestigite jaar van zyn lieven, na verfcheide overwinningen behaald te hebben op de Turken, welke zynen roem met dien van de vermaardlte hélden der oudheid doen evenaaren (i). (1) Barrk, torn, VII. p. 629. Rrrr 2  68o HISTORIE van Boek. »d^T» 0Ver de ^ ™■** Hoofdst. fi^ven^ £ °P2igten * leur ge- l* A» klaar^n arw^ ^'wVegen te ver. fchop van Ë^?PaIsd^nVcervanedng ^ de bi" ne vermogens te we'k o? d e Inf^ST* 3116 Zy" log tegen den koning \zn Bohemen die L onderdrukte, en zich in zaken AQ Cathobken heiiige ftoel Peigerde 5 otS^^r^ dan, daar hunne verfrhilipnrio k^i oveireeden; » D* denlyk werkten" AfaïïJg1?- J™,». ™*de van deezen vorst niets beflootén? De rvi? tó J,1 vcorTn 5ft.VSJï tSr^' h« nen, en dat de paus zoude behooren aangemaandT S n'm >r ^Ve,rgaderd' een gezantfchap naar Frl denk, om hem de kroon aan te bieden. Met deel aanbieding ten uiterften verblyd, verzoot hl *n eenigen tyd van uitftd «m ™ *eizogt ny alleen t„ ï J , i U1CUC1J om op zu k een eewhtiV ffni- en belegerde Gradifch, «w/jTrfS™ W (0 Aveht. /». r/i. rap. «ft.  het DÜ1TSCHERYK. 681 berg, hoofd van de Boheemfche misnoegden, de leenen H. var* Podiebrad pionderde, ter voldoening aan den last -doek. van den heiligen vader, welke deezen vorst als eenen gebannen ketter verklaard had. Alle deeze poogingen|£°y£ echter waren vruchteloos. Matthias werd genoodzaakt, het beleg op te breken, en met Podiebrad tusfchen de twee legers te vergeefrch in onderhandeling zynde ge. treden, vertrok hy, by het aannaderen van den win. ter, naar Hongaryen (dj. . ... • Ten zelfden tyde werd de Keizer door zyne heilig-Pw"*»heid ernftig aangemaand, om de vorften en fteden yanWg* Duitfchland, die met elkander in gefchil waren, onder-ge(1 vm ling te bevredigen, ten einde zy eenigen hulp tegen deMiibenongeloovigen zouden kunnen verfchaffen. Hiertoe be-fadten legde hy eenen ryksdag te Milbenfladt, op welken hyNeultacKzeer breed uitweidde over de heilloze uitwerkfelen van burgerlyke tweedragt, en de ftenden aanmaande, hunne onderlinge gefchillen te vergeten, om daardoor de zaak van den godsdienst des te beter tegen de ongeloovigen te kunnen handhaven. Zyne vermaaningen waren niet zonder invloed op de vergadering, en 'er werd voorgemeld, dat men een gerigtshof zoude vestigen, door het welk alle de gefchillen tusfchen afzonderiyke fteden en edelen beflegt, het geweld beteugeld, de rooveryen geftraft, in één woord; de goede orde zoude herfteld worden. De vastftelling echter van dit ontwerp werd tot een volgenden ryksdag te Neuftadt uitgeftcld, op weiken ieder gedeelte der verrichtingen van het gerigtshof bepaald werd; dan de fteden, die zich reeds beklaagden, dat zy door ondraaglyke lasten gedrukt werden, weigerden , eenige onkosten voor zulk een collegie te maaken, fchoon het zelve voor den tyd van vyf jaaren was ge- re- {£) Bonïin. dec, IV. lib, II. Rrrr 3  682 HISTORIE van Bol ^^^tvÖ^^ * IL hebben verricht (0 openbaare rust te SPSS d*j£™ ^- * -odzaaklykheid bezeften- ft -^hunnew derzydfche SfchiSn* ^t"' Vereffende" den de onlusten in te ftillen -dnl fll P g" i~^gadering was wederom even vruchrel?^dof deez/ ^erafzenderh-hofaken vr\ht>\A l j vruchteloos, omdar de CVtf- ^Xe ïtt™fcfeT eiTc,hten' en »W SffifE7 g h6t naChCmaal zouden hou- A-fe. Dan, welke maatregelen tot e-ne vr«»n,to«,v,, c aarfliprfncr n„ * ,ö , "lizen. Sigismund. darLoneitog van Oostenryk, wilde nnrh ^ r,„ i het voornemen opgeven omTnV ■ fMD "0 de Luikenaars, trok hy regelregt voor hunne ftad, tyn*verwóeiï, de vergezeld door Lodewyk, flocg alle hunne traanen gevanberouw en fmeekingen in da wind, belegerde defsnen ter ftad, en nam ze na eenige wanhoopige uitvallen, óoorb°r°e^t ert de belegerden gedaan, ftormenderhand in, bevelende, óatketiïmdvan de gevangenen, zonder onderfcheid van kunne of ou Franchederdom, vermoord, en de ftad tot asch zoude verbrandmontver' worden. JNiet te vrede zynde met deeze yszelyk too-woest' neelen, verwoestte by nog daarenboven het "land van Franchemont te vuur en re zwaard, terwyl de ongeluk, kige ingezetenen in bosfehen en holen vluchtten, alwaar zy of door den honger, of door de koude van den winter, welke uitermate geftreng was, omkwamen (ƒ). Het was ook in dit jaar, dat de Keizer, zich door de geduurige invallen der Turken op zyne frontierplaatfen in ontelbare onlusten gewikkeld vindende, dermate werd ontrust, dat hy beOoot, andermaal naar Italien te reizen, om met paus Paulus II over de gepaste middelen te raadpleegen, om de Christen vorften tot eenen nieuwen togt tegen de ongeloovigen te verbinden, en daardoor aan de gelcfte te voldoen, welke by voorgaf gedaan te hebben, fchoon hy zich over dit onderwerp nimmer uitliet. Ten dien einde ging hy, in het ge D; Keizer ftreng-*M8t ts (f) Memoires de Philip de Commincs. Kome%  6H HISTORIE van I£ ftrengfte jaar-Taifoen, met een kleen gevolg op reis, en Boek. kwam op kers avond te Rome. alwaar hv met toortsII. lichten werd ingehaald (g). De vroegmetten in de St. Hoofdst. Pieters kerk, alwaar hy was afgetrapt, reeds begonnen ix. afd, Zynde, woonde hy den dienst aldaar by, deed de bi-gt Houdt vSr.f°m'™Zfuit i»*n van den paus het nachtmaal'. Jcheide /-yn vermyt in de itad was veertien dagen, in welken raadpke- tyd hy verfcheide onderhandelingen hield met zvne heill7ZuThghf ^ffsnde .ee" oorlog met de Turken, doch deeoen paus. ^ allen hadden weinig of geheel geen ingang. Daarop ftelde hy voor, eene vergadering te Conftantz te houden , op welke hy en de paus in perfoon zoudan tegenwoordig zyn, met oogmerk, om eenen algemeenen kryo-stogt tegen de ongeloovigen door te zetten; doch ook dit middel werd door den paus van de hand geweezen, en alle hunne overleggingen kwamen eindelyk hier op neder, dat men, in naam van den Keizer, zo wel als van den paus, brieven zoude fchryven aan alle Christen vorften, met ernrtig verzoek, om op zekeren bepaalden dag afgevaardigden te Rome te zenden, om over maatregelen ter handhaving van het geloof te handelen, en dat men den Venetiaanen, die door eenen langduurigen oorlog tegen de Turken waren uitgeput, een tiende van de geestelykheid, een twintigfte van de Jooden, en een dertigfte penning van de leeken in hunne eigen ftaaten zoude vergunnen (h). Deeze onderhandelingen zynde argelopen, keerde hy naar zyne eigen ftaaten te rug en dat wel met zo veel te grooter fpoed, omdat hy berigt ontving, dat Matthias, Koning van Hongaryen, met s Keizers afwezigheid zyn voordeel doende, verfeneide invallen in Bohemen en Moravie gedaan en het gc1470. heele land had geplonderd. Ook had hy vernomen, zucUran l) hmog van Bmr&ondisn > ™ zedert drie jaa¬ ren (£Papiens. Comment. lib. VU. 'Ji) Sfond, Contin. Baron. torn. IT.p,6o:.  het DUITSCH E RYK. 6S5 ren opvolger in de uitgeftrekte ftaaten, welken zyn va. n, der, Philip de Goede, zo lang in vrede beftuurd had, Boek. niet te vrede zynde met deeze fchoone erfenis, dezel- n. ve nog had vergroot door de overmeestering van het Hoofdst. hertogdom Gelderland en het graaffchap Zuiphen, jaIX- Afbdat hy zyne veroveringen zelfs nog verder wilde uit-Karei, ftrekken; want de heerfchzucht van deezen vorst wzsJl-noB va't onbegrensd. Om aan dezelve te voldoen, had hy reedsdi°;"s°n" de fchattingen vermenigvuldigd, en zynen onderdaanen telkens nieuwe lasten opgelegd. Ook zogt hy het ontwerp, waarmede hy zich eenen grooten naam dagt te verwerven, niet enkel door zyne rykdommen en vermogens te bereiken; maar ging ook heimelyke onderhandelingen aan in het keizerryk, en floot byzonderlyk/fy flUit een verdiag met de keurvorften, in hoop, van tot«7; verRoomfch Koning te zullen verkoozen worden. Frede-^gmet de rik was van dit alles geenzints onkundig, als vernemen y^"!'lw' de zulks van Lodewyk XI, Koning van Frankryk, die naauwkeurig lettecc op hèt gedrag van Karei, met oogmerk , om zyne heerfchzucht te wederftreeven (7). Midden in deeze omftandigheden werd Matthias door den Catholyken aanhang tot Koning van Bohemen uitgeroepen Zyn vermogen en invloed nam in het ko. ningryk van dag tot dag toe, wanneer Podiebrad, op raad van den Keizer, de ftenden te Praag deed vergaderen, en voorftelde, dat men de opvolging op Ladislaus, zoon van Cafimir, koning van Polen, zoude be. paaien. Dit voorltel werd gereedeyk omhelsd, niet zonder bewondering en toejuiching der belangeloosheid van Podiebrad, die, met uitfluiting 'van zyne eigen kinderen, uit eigen beweging, alleen ten behoeve en ter bevoordeeling zyner onderdaanen, deeze fchik- king O) Heiss. lib. III. cap. 2. Euro?. Hist. XI. D. II. St. Ssss  É8Ó HISTORIE van II. king had voorgeflagen. Hier door werd ook de ongerust. Boek. heid des volks met fjechts weg genomen; maar Poiie, II, brad zelf in ftaat gefteld, om den voortgang van MattHoogst, luas te ftuiren, zo dat hy hem flag leverde, overwon, ia. afd. en noodzaakte , naar zyn eigen land de vlucht te nemen (k). Maatrege- Intusschen werd, op raad van den paus, een ryksFrankfort daS beIegd te Regensburg, om den oorlog tegen de Tur* beraamd, ken te beraamen. De vorften en ftenden vergaderden in ZJZ'nen¥00Xm getaLe ' ^5 °°k aldaar a^«iten van Karei, Jrhgtef hert°S Yan. £°«rgondien, tegenwoordig waren. Campagen % nus deed, in naam van den kardinaal Irancis Plccolimi. Turken tent, die tot dat einde van het hof van Rome gezonden roeren, was, een fraaie redevoering, in welke hy uitweidde over den roem hunner voorouderen, en den yver, welken zy ten behoeve der kerk by alle gelegenheden hadden aan den dag gelegd, hen te gelyk aanmaanende, om, m navolging van zulke doorluchtige voorbeelden, de waapenen op te vatten tegen de ongeloovigen, wier gelukkige voortgang zo zeer niet aan de kracht hunner wapenen, als wel aan de lafheid en het onverantwoordelyk verzuim der Chnstelyke mogendheden was toe te fchryven. De bisfenop van Trent onderfteunde hem insgelyks, en hunne beider vertoogen maakten zo veel indruk op de vergadering, dat zy den oorlog met den grootften yver fche enen te zullen doorzetten. Na menigvuldige en verfchillen de raad-Hagen kwam men derhaiven eenparig overeen, dat ieder, die e n inkomen had van duizend dukaaten, een ruiter met zyn paard, en die de helft van dat inkomen had een voet knecht zoude leveren. Was dit middel werkftellig gemaakt, ligtelyk zoude men een leger van bykans twee honderd duizend (fc) B.irre, torn. VII. p. 657.  het DÜITSCHE RYK. 6S7 duizend man te veld hebben kunnen brengen; doch de II. vreedzame en achtelooze gefteldheid van den Keizer, die Boekvan den oorlog geheel afrïeerig en gierig was, veriedel- IL de wederom dit ontwerp, zo dat, niet tegenftaande de Hoofdst. aanzoeken en vermaaningen der Venetiaar.en, ten wierIX- Afdbehoeve Paulus Morafini in eene aandoenlyke en na- I*7*druklyke redevoering de noodzaaklykheid aantoonde ^ot^faaftnzir het nemen van gepaste maatregelen, om den voortgang dezünm der Turken te fluiten, de geest en yver van fommigendoor zyne. ongevoelig werd uitgedoofd, fchoon dees bekwaame m.i-Sierishiid nister de waarlehynlykheid van het bedoelde ontwerp "Ifflfff aikrdttidelykst aanwees, wanneer Hechts de Duitfchersvrmhte. hen te ftand* en de Venetiaanen, door Ferdinand, ko loos. Ding vain dpzdie-, onderfteund,. hen. met eene goede vloot ter zee- aancaflcder (l). De kaming van Boheme-n , George, in dit jaar overlydjirde, reezen'er onder de ingezetenen lievige gefchillen ©ver eeö opvolger (wa.nt de aanhang van Matthias Ladislaus, fekrf nog in ftand ), tot dat eindelyk de vrienden van^fo^er Ladislaus, des koniriigs vaa Polen oudften zoon, de^'2 ff°dr^ overhand behielden, waar door dan dees jonge vorstnhroonvaT wiens moeder eene zuster was van Ladislaus, die vóór Bohemen, George geregeerd had,, in den ouderdom van vyftien jaaren den thiiöon beklem, en, fchoon niet zonder hevigen tegenftand van Matthias. die over deeze keuze ten hoosflen verbitterd was, te Praag gekroond werd {ni). George Podiebrad- weïd niet lang over! efd door paus Paulus, die' hem ais een ketter veroordeeld , en uk kracht van zyr.e Apoftolifehe magt had afgezet, want zeer korten tyd daar na werd hy zeer onverwacht door eene be en Sixtus IV op den (l) Krantz. Sax. lib. XII. cap. 7. Camp. Ep. lib. VI. t>r*heiligen Pap Ep. 375, 376, 377, 386, 387- ("0 Micnov, lib. IV. cap. 62.^* Chron. lib. 27. Ssss 2  688 HISTORIE var H, beroerte uit het leeven gerukt, en opgevoed door FranBoek. ets Kovere, kardinaal van St. Pieter ad vincula die ni II. zyne verheffing den naam van Sixtus IF aannam (n) Hoofdst. Naauwlyks was dees nieuwe paus op den ftoel verhe- Sèléi rn' °f hy ftdde a!,e Jyne ve™ogens te werk, om blgsugt het ontwerp tegen de Turken, door zynen voorganger tegen de vruchteloos aangedrongen, te voltooien en te doen uit- lttï° TT -Hy r°un,d Mar dG C^*-vorften, die met locrtïet ganderjn gefchil waren, gezanten, om hen te bevredigen, en in het handhaven der gemeene zaak tegen de vyanden des geloofs te vereenigen. gaf verfcheide afhaten, vorderde nieuwe onderftanden tot onderneming van den krygstogt, en drong by den Keizer, als hoofd van dit bondgenootfehap, allerernftigtft aan, om de zaak met alle magt door te zetten (o) Doch Frederik, meer tot onderhandelingen, dan tot oorlogen geneigd wist wel haast middel uitte vinden, om alle de maatreden, welke ten behoeve van dit ontwerp genomen werden te voorkomen, als bepaalende zynen aandacht voornaamelyk op de binnenlandfche zaken, waar aan hy oordeelde dat zyn belang het meest verbonden was. Eenigen tyd geleden, had hy met de keurvorften een afzonderlyk verdrag aangegaan, waar by hv hunne ftem tot het verkiezen van zynen zoon Maximiliaan als Koomjck komng had verkreegen, en deeze ftappen, door hem in dit opzigt gedaan, waren de voomaame hinderpaalen, welken Karei, hertog van Bourgondiërs, in het dingen naar dezelfde waardigheid ontmoet had Dees ondernemende vorst derhaiven, de volvoering van zyn oogmerk onmogelyk ziende, veranderde van ontwerp en befloot, de vriendfehap met den Keizer te onderhou* den, als twyfeiende geenzints, of hy zou zo veel op den  het DUITSCH E. RYK 689 den zeiven vermogen, dat zyne ftaaten door den Kei. n# zer tot een koningryk werden verheven, en "hy daar Boek. door den titel van koning van Bourgondien, en ftede u# houder van het ryk in deeze gewesten zoude verkry Hoofdst. gen. In gevolge van dir zyn befluit, deed hy het be-JX> Afd.. wufte voorflel aan Frederik, om naamlyk alle de landen, die thans van bet ryk waren afgefcheurd, met het ze've te vereenigen, en bood ten zelfden tvde zyne éénige dochter, Maria, aan "sKeizers zoon, Maximiliaan, ten huwelyk. Dit verdrag op het tapyt zvnde, nodigde hy brederik tot eene onderhandeling te Trier, H73twyfelende niet, of hy zou den Keizer overreeden, om^''yM zyne belangen te bevorderen. Ja, zo zeker dagt hy teBourgonzyn van 'sKeizers toeftemming, dat hy de koninglykedien.nofieraadien, den throon, het gehemelte en alle andere ver"^ eifchten tot eene prachtige krooning deed gereed maaJdlriJnken De Keizer, die ten aanzien van Karei insgelyks^/frag te byzondere inzigten had, nam de nodiging aan en vér-Trier, trok naar Trier, alwaar hy met ongemeenen luister werd ontvangen. Hy ftond het huwelyk toe, doch begeerde deszelfs voltrekking vóór de krooning van den hertog, welke laatfte echter op het uitftel deezer plegtigheid tot na de krooning aandrong. Eindelyk ftond de Keizer zyn verzoek toe, en, daar de volgende dag tot zyne krooning beftemd was, deed hy in verwachting daarvan den Keizer hulde, en legde den eed van getrouwheid af voor Gelderland, cn alle andere landen, die hy binnen de grenzen des Keizerryks bezat Frederik, dus zyn oogmerk bereikt hebbende, en niet genegen zynde, de heerfchzucht van eenen vorst te ftreelen, die reeds te trotich en te magt'g was. vertrok den volgenden morgen vroeg in alleryl uit Trier, onder voorgeven, van vanwaar gen verfchil tusfchen den aartsbisfchop en de ftad van #v zeer onKeulen by te leggen, latende dus den hertog aan zyneV^waeAj Ssss 3 eigen rertreh.  6go HISTORIE VAN II. eigen kwellingen en het gevoel der fchande over (p\ * Boek. Ban, hoe zeer over deeze te leur ftehing beleedMI en II. misnoegd, het hy zyne onderneming geensrots vam-Pn" zo wel door geld ais behulp van anderen, om dezelve te volvoeren. Onder andere dingen vond hy ook Sd zyne befehermmg te verleenen aan den paltsgraaf Ro. ify We- het aartsbisdom Keulen n sefchil w-* H./r™ ui Ö^ïyde ftad jfr, aan den^Jgele ™l f len JaaVSd001' Lierman zeer ftoS et harding werd verdedigd, tot. dat de .^legerden tot de uiterften van gebrek en wanhoop gebragt waren, als wanneer de Kei zeriyke hoepen tot ontzetting kwamen, en hem noodzaakten, het beleg op te breken (q) f] S Sv.3 "* (SQ lD* «*• I2- C&'"2- M^ verdut raakte door de oederhandfehe 'mboezeirAsea vJ 1 n Zl uuzient vaj: zul* eene ge.dugce. verbintenis, terwyl de fcVvver der rX tl f/' ee5'ige landen> 3™ dfe familie BeW "'fi fflmh ffl d°or verpand waren;, JMMJ., om dX ^«e?hïdSdSSfl verM-th- ^s «*?*S5 Mte zyne do.hrer en MaHtó*,». ^orge/Ja' r b '^es "1 ' Eagdjchcn op zyn aanraden., reeds, eerj?e ESreffiS den „Mke„. Ook w=rj Sy doof d"8ta,£ » .™ E bertcj  wet DÜITSCHE R Y K*£{ épi LODEIFTK XI, Koning van Frankryk, de Duitfche ÏÏ. ftenden in eenen oorlog met üuzn?/ te vergeeffch heb- Boek. bende willen inwikkelen, zogt nu tegen deezen heer- H« fchzuchtigen vorst een verboni ann te gaan met Rei f™*^' nier, hertog van Lotharingen, Sigismund, hertog van Oostenryk, en de Zwitferfclie Cantons, flaagende in ditj^7^ zyn oogmerk volkomen naar zyn eenoegen. De eerfte.^«ft $j werd door de zendelingen van Lodewyk in den waanw&ctó_ gebragt, dat Karei, hertog van Bourgondien, voorne-™^Re^ruens was, om Lotharingen in het Koningryk in tcff^Jf1' lyven, welk hy voor zich zeiven wilde vestigen. Si-Lothann. gismund wisr men met de hoop te vleien, dat hy het gen. graaffchap Ferrefe, Suntgau en andere leenen in densigismund Elzas, door hem aan Karei verpand, te rug zou beko vereenigt men; en de Zwitfers begaven zich, nadat Lodewyk opg^j^ eene minzame wyze den oorlog gezust had, welke tus-tegen Kv fchen hen en de ftad Bazel, die zich door Straatsburgrei, henog en de Keizerlyke fteden van den Elzas onderfteundvm Bevond, was uitgebarsten, in foldy van Frankryk, wor.S0!lülei1, dende zy ins^elyks door behulp van Lodewyk^ verzoend met Sigismund, wier-s familie zy de fteden Raperswyl Dresfanhaw, Irewensfeld en het graaffchap Turgow ontroofd hadoen. Dit verbond zynde vastgellcld, bood Sigismund aan, de gedaane panding voor eene fomme geids te willen los maaken, welk hy tot dat einde van de Keizerlyke fteden ter leen had ontvangen; dan, naardien Karei weigerde, van de leenen af te zien, kreeg hy daardoor aanleiding, om zich over onregtvaardigbeid te beklaagen. Ten zelfden tvde had Hagenbach, s'hertogs ftedehou- Hagen • der in den Elzas, deeze fteden dermate onderdrukt,1^, des ae houder in hertog van Lotharingen, die, op begeerte van Lodewyk, Koning van Frankryk, den oorlog tegen hem verklaard, en reeds daadelyk een aanval op zyne ftaaten gemaakt had.  69* HISTORIE va» ir. dat zy ongeduldig werden en zich tegen zyn gezag ver. Boek. zetteden. Enfisheim was de eerfte, die het juk afwierp II. en hem in zyn oogmerk, om de ftad te overmeefteren Hoofd», en te verwoeften,, te leur ftelde Hier door verbitterd, SS?0 de .In^ZetrTn t£ ve™oorde°; doch het guarni' rfejïerfen. loen> Ult Duitfchers en beftaande, weigerde zyne orders te volgen. De burgers namen hem verkor van Janua-  het DU1TSCHE RYK. 693 ry, hy doodlyk gewond, en den volgenden dag dood op If. het vs werd gevonden (r). Boek. KAKEL, zyne geldmiddelen uitgeput, en zyne troe- II. pen door geduurige oorlogen alzo vernield hebbende, Hoofest. dat ook zyne onderdaanen arm waren geworden, namen1X Afd° de voornaamfte edelen in zyne ftaaten het befluit, om zyne dochter aan een of ander vorst ten huwelyk te geven, die in ftaat zyn zou, hen by hunne onafhanglykheid te verdedigen. Lodewyk XI vraagde de prinses voor den dauphin, en de Keizer eifchte haar, als reeds ondertrouwd met zynen zoon Maximiliaan. Lodewyk vereenigde, na den dood van Karei, met zyne kroon gantfch Bourgondien, Picardien en Ponthieu, Artois met de fteden Arras, Tournay, en die aan de rivier Somme gelegen waren, als leenen en inkomften van frankryk, welke door eene vrouw niet konden bezeten worden. De overhaasting en roofzucht, met welke hy zich deeze goederen aanmatigde, en de ooilogen, welken hy tot dit einde voerde, verwekten zulken argwaan by de ingezetenen van Ghent, dat zy beflooten, zich van hem af te fcheuren, hunne prinfes in hegtenis namen, twee harer raadsluiden onthoofdden, de overigen weg zonden, omdat zy in de belangen der Franfchen waren, en een leger wierven, waarover zy het bevel gaven aan Adolph, hertog van Gelderland, die, als een onnaluurlyke wreedaart, welke zyn eigen vader met eene ongehoorde wreedheid had behandeld, door Karei van Bourgondien in het kafteel te Namur was gevangen gezet. Deezen ondeugenden en ongebondenen prins beftemden zy tot echtgenoot der jonge hertogin, die gelukkig door zyn dood van dit wreede huwelyk bevryd bleef; want in een flag met de Franfchen, welken hy uit Tournay, door hun ingenomen , wilde verdryven, werd (r) Comm. lib. V. Krantz. Sax. lib. XII cap 15. Europ. I ïist XI. D. II. St. T111  69i H I S T O R I E van II. werd hy ver/lagen. By zyn overlyden bemoeiden zich Boek. de Ghentenaars niet langer met hunne prinfes dfe ten HoeL tl ? ^ T den d3UPhin van Frankryk, £ox Hooj^ den zoon van den hertog van Ow, door den graaf van W,, en door den aartshertog MaximiliaanTn huwelyk werd aangezogt. Het aanzoek van den daS bin werd door Lodewyk van Bourbon, bisfchop van Lmk en oom der hertoginne, onderfteunddoch werd door La Marck, zynen eigen gunfteling, verraaDe ingeze.im, Deeze wist te Luik, alwaar de bisichop als aan 2B Z gfj gj aI «et onheil, welk J&rrf van deeze ftad en derzelver gebied berokkend had, zeer ee" nmopjiandhtet was, eenen opftand tegen hem te verwekken h>. tegen Wtefide daarenboven, nadat hy by de bèdon- *StlLt\éta Zyner Z°0nen de Vakante bis^oPTdoor de P'aars zoude bekomen, een magt.g leger, waarmede hy handen van Lodewyk beiegerde, die, een uitval waagende dooJET 5" "«ü1 V?!k ^rraaden, en door La Marck veX SI?' f"we!'d' öees wreedaart velde zynen weldoener niet LaMarck,,iechts met zyne eigen hand ter neder, maar ontkleedde wordt om zett het doode lyK. en wierp het in de rivier de Maas (i) %Tfi ArS^a lSfVal Van deeze7? Pre,aat was zeer ^n ml SmSSJ61" belfgen Van &a«m aan het hof van miliaan rtaanaeren; de jonge hertogin verklaarde zich tegen heeft aan den z°on des hertogs van Cleve, die nog jong was en hethofvanzm wcmig beloofde, en de graaf van Rivers werd ins- «Sï; 8-,yk1 -afgewe?zen uic h00fde z^er geboorte, welke hand, ter- ",et Ju,-Ctterryk genoeg werd geoordeeld voor den gemaal wylhyin üer erfgename van Bourgondien: alle deeze mededingers den echt moesten wyken voor den gelukkigen Maximiliaan /die S&CKt °bPe,aifÏhaJderS,5 df 1P ZynG geb°°rte 6n "atUUruginnevan^ oegaatdheden kondc beroemen; want zyn vader was (e) Hist. Eccles. Lesp. par. II. Kb. ic.  het DUiTSCHE RYK. 695 was zo uitermate gierig, dat hy geene kosten lioege- jj# naamd aan zyne opvoeding had willen befteeden. Boek. FREDERIK echter, zoodra het op eene ryke erfe*. jr# nis voor zynen zoon aankwam, geliet zich welhaast,Hoofdst. zyne natuurlyke trotsheid te verzaaken, en zond afge-i*. Af». vaardigden, om de jonge hertogin voor zynen zoon tenBourgonhuwelyk te verzoeken, gelyk men, reeds by de eerfte dien. gehoorgeving, den brief en den ring ten voorfchyn bragt, welken zy, met toeftemming van haren vader, aan Maximiliaan had toegezonden. Lodewyk XI, koning van Frankryk, zogt door geheime maatregelen van Robert Gaguin, generaal der Trinitarisfen, wien hy tot dat einde naar Vlaanderen zond, den goeden üitflag van dit gezahtfcHap te verhinderen; dan, daar de hertoginne weduwe juist zo medewerkte, als met de geneigdheid harer fchoondochter ftröokte, wist dé Keizer zyn belang ze) gelukkig te behartigen, dat het huwelyk tusfchen Maria van Bourgondien en zyn zoon Maximiliaan, toen omtrend twintig jaaren oüd, daadelyk werd voltrokken ft). Naauwlyks was dees jonge vorst ge» huuwd, óf hy ftelde zich, om de achting en genegenheid van zyn volk te winnen, met behulp der Vlamingers, in ftaat, om de ondernemingen der Franfchen tegen te gaan, terwyl hy hen eerst noodzaakte, Quesnoi en Bouchain te rug te geven, en daarna met hun een beftand floot, nemende Lodewyk intusfchen deeze gelegenheid waar, om nieuwe toebereidfelen tót den oorlog te maaken. Geduuuende dit beloop van zaken, trokken Mat- 1479. têias, Koning van Hongaryen, en Ca/imir, Koning vanCal\1^. Polen, tegen elkander te veld, ten einde hunne vveder-p","^ zydfche aanfpraak op de kroon van Bohemen te handha Matthias, ven. Zeer fcherp was het gevegt by Breslau, waarin koning van Ctf-Honga, (t) Fugcer. lib. V. cap, 26. Tttt 2  6>5 HISTORIE van II. Cdjimit verflagen werd. Dan, naardien de Turkeu reeds Boeit, m Moldavië gevallen waren, de ftad Croia in II. hadden ingenomen, en ƒ/*//«» zelfs met eenen inval beix°0FAfndre^ fte,de,de Pails alle zyne vermogens te werk ^..^:SnhnrerOTderI,nge be/rcdiSinS' om duf gezameriyk ?e/ï met el- waapenen tegen den gemeenen vyand te keeren kander «„metdat gevolg, dat daadelyk een verdrag tusfchen hen verdrag, op de volgende voorwaarden werd geflooten, dat Mat thtas voor zyn leeven Moravh en Silifien zoude bezitten onder den naam van Koning van Bohemen; chch dat de opperheerfcbappy van dat koningryk by Ladislaus, zoon van Cafimir, zoude blyven berusten terwyl Matthias echter, in geval dees vorst zonder Jk-rooit overleed, als zyn opvolger zoude erkend worden (z). fi^te ,-3r dk Verdrag, bIeef Mmhias zeer ftil' ** dat Afo. beleg vóór Mtntliaan in oorlog geraakte met Frankryk, wanneer Weencn. hy, of op nieuws door eenige uitdaging van den Keizer aangehitst, of door hoop op voordeel verleid, met een fterk leger naar Oostenryk trok, en voor IVeenen het beleg opfloeg. frederik, over deezen overhoedfchen inval verfchrikt, zelf nog ongereed, en van ,natuure afkeeng van den oorlog, ftelde een verdra* voor, ia kogt zulks in de daad, als doende afftand van zynen edch op de kroon van Hongaryen, en gevende het leen van Bohemen, met een gelchenk van één honderd en vyftig duizend kroonen, aan Matthias, die gevolglyk het beleg opbrak en vertrok (a). Weinige maanden na dit voorval, verloste de aartshertogin Maria van een zoon, die by den doop Philip genoemd werd. Maximiliaan, door deezen zoon de opvolging der Nederlanden aan zyne familie gehecht ziende, vernieuwde de vyandlykheden tegen LodewykXI, t» Barre, torn. VIL p. 682. (V) Cromer. lib. VUI. in fin.  het DU1TSCHE RYK. 697 met oogmerk, om die ftaaten te rug te krygen, van wel- jt. ken de Franfchen het hertogdom hadden afgescheurd. £0Eir. Hier in werd hy geholpen door Johan de Chalon, prins jj; van Orange; dan, naardien zyn vader en oom Sigismund Hoofdst. beiden hem noch met geld noch met troepen wildenIX. Afd. onderfteunen, en de Vlamingers meest al geheel uitgeput waren, vorderde zy zeer weinig met den oorlog, terwyl Lodewyk nog daar en boven zyne verbindtenis met de Zwitfers vernieuwde, die hem zes duizend man leverden, en verfcheide voordeeien, zo op de Vlamin* gers, ais op den prins van Orange behaalden. In deezen neteligen toeftand vervoegde Maximiliaan zich by de ryks vergadering te Neuremburg, berigtende, dat de koning van Frankryk zich meester had ge» maakt van Kameryk, Bouchain en Quesnoy, drie fteden, welke onder befcherming des ryks ltonden, terwyl Frederik de ftenden aanmaande, om zich ter herwinning deezer Keizerlyke leenen met kracht te waapenen. LOBEWTK, vervaard door deeze vertoogen, welke hy verwachtte, dat eerlang van dat gevolg zouden zyn, dat de gantfche leger - magt des Keizerryks in zyne ftaaten zoude inrukken, ontruimde wel haast de plaatfen, waar over men handelde, en ftelde een beftand van een jaar voor, welk door Maximiliaan, die zich buiten ftaat bevond om te oorlogen, werd aangenomen. In deezen tusfehentyd wist hy de Luikenaars, door hun hunnen grooten ftandaart, welken hertog Karei naar Brugge vervoerd had, te rug .te zenden, zo zeer aan zich te verbinden, dat zy hem eene fchoone verfterking van manfchap zonden, waar door hy zich, by het eindigen van het beftand, in ftaat bevond, om met voordeel te handelen. Hy trok derhaiven te veld tegen den Franfchen generaal, Bes Cordes, waagde een flag te Guinegast, en behaalde de overwinning digt by TeTttt 3 roane,  «9» H I S T O R I E VAN 1X' AFÖ'deling aanbood, orn eenerb eTrl * paus ^ bemidken; dan, daar I^ST^^0 Vrede te be^rgevaarlyke ziekte weTd aanfe^r ZmJyt Van eene koning van Engeland, TSSilaT^ ^ noot was, zeer ernftig aan Tt ' dlf ZVn bondgemaar het'beftand "z? n ogelyk^Z™^ * treden' verlengen, en wel om rederT l', f °f ^ee Jaaren te *J* vdór' dien ^w£X$ tV»" byndaartdoor een veel voordeur ^ tuTC linfw^ S JiS^i^r^ hemiddeder lurken, die O/rJS h?kK • d°0r de ™°rfPoed Europa en'byzond^yt /^^Slgi^ P** vulden, dat zvne heiliphpiH r^L- zlIJ*en fchnk verFijnen, ^^^^^X' ™* de den oorlog begonnen had frL }0mn% van aan den Keizer en deftenden7°°^ 20 «He de andere Christen^7^^^ f ^ hunne verfchillen byleggen en te^n df Uk', dat-Zy moesten aanrukken, Op gekke S t °n^oovigen Jche vorften zeer vv^JJ/a yze werden de dui> Matthias,ZSZ ZtlfaryeT wien Shf"" koningryk van Bosniëhad aangeboden nr5 ^ het de, dat hy onverhinderd door zvnftaar™ (Z>) Kjuntz. 5 de Nelen des lands op nieuw den eed van getrouwheid eifchte,derlanden' terwyl hy, by zyne te rug komst in Holland, zynen zoon Philip ridder van het Gulden Vlies maakte. Vervolgens tot hertog van Braband zynde uitgeroepen, verfloeg hy het volk van Gelderland, welke in de provincie Holland eenen inval gedaan had, wordende hy en zyne gemalin als hertog en hertogin van Gelderland te Neuremburg openlyk ingehuldigd. Deeze togt gelukkig zynde afgelopen, nam hy Venlo, welk eenen opftand gewaagd had, na eene belegering in; van daar toog hy naar Mom, welk zich, na tot het uiterfte gebragt te zyn, overgaf, en ontving aldaar, als graaf van Hainault, den gewoonen eed van den adel, de geestlykheid en de leeken, LODEWTK, ontrust over zyne fpoedige veroveringen, zond Philip de Commines naar Vlaanderen, om eene bevrediging te bewerken; doch de aartshertog bleef doof voor dit aanzoek, in verwachting, dat de koning eerlang zoude overlyden, als wanneer hy hoopte ■ dat Frankryk den vrede zoude koopen ten koste van al het geen den huize van Bourgondien ontnomen was. en zeer i[c) Bonfin. dec. IV. lib. 6.  ?oo HISTORIE van. II. zeer waarfchynlyk zouden de poogingen van Boek. vruchteloos geweest zyn, zo niet een onverwacht toeII, val zyne poogingen had begunftigd. Maria kwam te HoopusT.flerven, terwyl zy zwanger was, larende een zoon na, i,82 met name PhihP>™ eene dochter, Margaretha genoemd Maria en er reezen hevige gefchillen over de voo*dyfchap deefterfu zer kinderen, welke Maximiliaan als vader zich zalven toeeigende, fchoon hy grooten tegenftand vond by de nabeftaanden der overleedene vorftin, welke door de ftem der algemeene ftaaten onderfteund werd. Intusfchen kwamen beide paityen daar in overeen, dat het nookzaaklyk was, vrede te maaken met Frankryk welke dan ook te Arras geflooten, en door Maximiliaan zelf werd geteekend Jn gevolge van deeze onderhandelingen werd de jonge prinfes Margaretha naar Amboife gezonden, om aldaar tot gemalin van den dauphin te worden opgevoed, wiens vader kort na den vrede overleed, zo dat hy, onder den naam van Karei VIII den Franfchen throon beklom. MAXIMILIAAN had naauwlyks na deezen ontrustenden oorlog zyne handen ruim, of hy keerde zyne waapenen tegen de Luikenaars, maakte zich meesier van Tongres, enverfloeg hunnen generaal la Marck, die tot ontzet der plaats was aangerukt. Even voorfpoedig was hy in verfcheide andere kleene veldflagen 't welk van dat gevolg was, dat zyne trotsheid met'zynen voorfpoed tevens merkelyk vermeerderde. Althans de Vlamingers waren zeer te onvrede over zyn bewind, en klaagden hevig, dat hy de beste ambten en bedieningen aan Duitfchers en Bourgondiërs gaf, en hy daar tegen 'Eront- ftoorde zich geenzints aan hunne klagten. Zelfs do^r ftuteenge-eemgQn van zynen raad, die daarin hun byzonder be' over lang beoogden, overreed zynde, dat hy een volkomen regt (d) Peuves, de Mem. de Commin. torn. IV. p. 2^2.  het DUITSCHE RYK. 701 regt had, niet enkel op de voogdyfchap zyner eigen u. kinderen, maar ook op het bewind zyner ftaaten, be- Boek. floot hy, zulks beiden in banden te nemen, en maakte ' zich ten dien einde van Dendermond, Oudenaarde, en Hoofdst. eenige andere plaatfen by verrasfching meester. De'x- Afd. ingezetenen van Gent en Brugge, het zelfde lot vree-fevooSdy " , 1 j • 1 nr -v*. Ie nap har er zende, verzekerden zich van zynen zoon Bhihp, er\\inieren_ zonden een gezantfchap naar den Koning van Frankryk, met verzoek om zynen byftand, Deeze, met de twist zyner nabuuren zyn voordeel zoekende, zond ee* nige troepen , onder bevel van den Heer Crevecoeur, ten hunnen hulpe ; zo dat Vlaanderen in eenen burgeroorlog werd gewikkeld, welke, tot bederf en verwoesting van dat gewest, drie jaaren duurde. Eindelyk werd door tusfchenkomst van eenigen der voornaamfte edelen de vrede geflooten, onder voorwaarde, dat Maximiliaan, onder zekere bepaalingen, voogd van zyn^^^ eigen zoon zoude blyven (e). middeling. Geouurende de onlusten in Vlaanderen waren 'er®0riog verfcheide bewegingen in Duitfchland, onder welken tusfchen ééne haren oirfprcnk had uit zeker verfchil tusfchen n^en™' Albert van Beieren en zyn broeder Christopher over z^eenen'en het domein van landsperg, welk de laatfte in bezitting broeder hield, fchoon zulks ftreed niet eene vorige overeen-Chriftokomst. De ingezetenen, door Christopher onderdruktpher> wordende, beklaagden zich by Albert, die zyn eigen regt met kracht van waapenen verdedigde. De vyand. lykhcden, op deeze wyze aanvang nemende, werden met eenen wisfelenden uitflag voortgezet, toe dat Al bert eindelyk vodrflagen van vrede deed, die ook daadelyk te landshut werd geflooten, onder voorwaarde, dat hy Landsperg en deszelfs onderhoorigheden zoude er- (e) Fugger. lib. V. cap. 50. Europ. Hist. XI. D. II. St. Vvvv  702 HISTORIE van II. erlangen, terwyl hy Schongaw met alle d^if* Boek. aan zyn broeder in ruiling zoude geven m II. In het volgend jaar had hy op de inoefenen Mn fchapty dK ëaf' Ueeze echt- verbindtems buiten weten en tn<» zyn lemming van den Keizer zynde aangegaan hPti ,^ Huis/en hy zich over dezelve, als zynde eene" Kèuoplvn PSenTt'1.^ zo wel als op de regten des ryk? en dochter ° , ■ gtsviund en ^/^/ beiden in den ban rp cunegun zullen doen; dan, naardien zy zeer wel wisten hoe d.. traag en tevens onkundig hy was, kreunden zV zich zeer wem.g aan zyne bedreigingen. V SO hvTff^' gïeIgd °Ver 'S Keizers ^ring, toen A»Wr^ dchuwelyk vroeg, en nog meer vei dm oor,eg ,&oord dat Frederik zich by aanhoudendheid den ftd ryk. 3g? ? ° Neder Oostemlk met een leger van twntig duizend man, en belegerde Hamburg, welk zich na een beleg van vier maanden overgaf. Van daar trok hy ,n het gebied van JVeenen, van waar hy zeer veel buit ontvoerde. y Het volgend jaar verdeelde by zyne magt, die den naam van Zwarte Troepen gekreegen had, in twee legers^ waarvan hy het ééne zelf in perfoon naar de trontier-plaatfen van _ Neder - Hongaryen voerde, welk door de Turken bedreigd werd, en het ander onder bevel van Davtd Hazt afzond, om Pruck, zynde ééne (/) Adlzk. Ann. Boior. Gent. par. II. lib, 9. ^  het DUITSCHE RYK. 703 der fterkfte plaatfen in Oostenryk aan de rivier Leit, u, te belegeren; hy nam ook het zelve by verrasfching in, Boek. en maakte zich meester van alle de andere lieden, met H. * uitzondering, van Weenen en Cronenburg. Zyne vol Hoapjsfc gende onderneming was tegen deeze laatfte plaats ge.lx-': Africht; welke, in hoope van eenen fpoedigen byftand, door den ftadv'oogd manmoedig werd verdedigd. FREDERIK was intusfchen naar Gratz geweekend Keizers alwaar hy eene vergadering belegde van de ftaaten zy-°"'jimiSner provinciën, om van hun onderftand te vikagen; " dan, daar by by zyne onderdanen zeer weinig geacht werd, floegen zy geene de minfte acht op zyne verzoe* ken. Zyn kanfelier raadde hem, zyn fchatkist te openen en vreemde troepen te ligten; doch men kon hem tot het bezigen van dit middel niet overreeden, dan nadat men hem onder het oog bragt, dat Matthias, zo rasch hy meester werd van Cronenburg en Weenen, even gemaklyk Carinthie, Stiermark en Carniole zoude te onder brengen. Nu vermogt de vrees voor bet verlies van alle zyne ftaaten meer dan zyne gierigheid. In Beieren en Zwaben deed by krygsvofk ligten, en eene aanzienlyke magt hebbende byeen verzameld, beval hy dezelve, met allen mogelykcn fpoed tot ontzet van Cronenburg aan te rukken. Nazi, van hunne bewegingen Zyne onderricht, verliet zyne verfchanfingen, en leverde hun*W"fl^ flag, waarby zy, na een hardnekkig gevegt, geheel en™?' al verflagen werden; daarop hernam hy het beleg, en,door de fchoon hy zelf by een uitval der belegerden zyn leeven Hongaaverloor, werd zyne plaats vervuld door Stephen, graafje • die van Scepu, en de ftad eindelyk genoodzaakt, zich over£^nen' te geven. Weenen?» MATTHIAS, door deez en voorfpoed aangemoedigd ,Neufhdt nam het bevel van het leger zelf op zich, en plaatfte"wm7' zich voor Weenen, welk hy na eenen zeer wanhoopi-JLrter' gen tegenftand bemagtigde, terwyl graaf Stephen hetmaakenvan Vvvv 2 ïovt.?>mtfch  7°4 HISTORIE van JL fort van Neuftadt zo naauw geblokkeerd hield dar W Boek. geene behoeften konden binnen komen'zo dat de ftadl II. voogd na het beleg zes maanden lang te hebben uk Hoopost. gehouden , waarin de eene helft van z% L-nifoen v ' JLt h0ng€1' ftlerf?. Zich aan ^n Koning van Hongaryen rao««° gr ^Sfe/S wyze gantfch ^ oïr iSL^S^Sg^ »veTv^ derikW«- hoofdplaats met onverfchillige oogen aan, gevende hun, gen,een, ■ die by hem zeer ernftig aandrongen, dat hv de n,X maatregelen tot derzelver ontzet^zou'de nemen ten a^ deszelfs woo:d> fat het nog niet tot dat uiterfte was eekomen behoudenis, waartoe hy te voren door zyne wederfpannige gehecht heid aan de belangen van zynen broeder Albert was gebragt geweest. In plaatfe derhaiven van zich in fl,,r neUotevardVerded!fing' ** hy overtï het lot van den oorlog, terwyl hy, om zvne urd^ten van de rampfpoed te verwyderen, die hTo/nietwS of aan iïT^V befl°0t' Zynen zoon zfch voor !^ W^ 16 g3an bezoeken> troostende zich voor l et ovenge met eene aanmerking welke hy reeds lang als eene onfeilbare grondregel had aan'enl men,, dat „ vergetelheid het beile m dJel is'voor onher„ ftelbare grieven." Eindelyk echter kwam hy zo verre, dat hy ae ftenden om byftand verzogt. In gevolde hier van werd Albert, hertog van Saxen, beffend, °m,ian het ho°fd van fommige troepen in Oostenryk te trekken; dan deeze, Matthias te magtig vindende, om ;w nen aancaften> en ongenegen zynde, Duitfck. landm een oorlog in te wikkelen, poogde dè za,k bv Men vormt« -eggen, en bragt ze in de daad tot een redelvk eintenbejlatuiae. Kortom, men kwam overeen wegens een beftand , \ ^ voor (g) Czicfias. lib. VII. cap. 5.  het DÜITSCHE RYK. 705 voor agt maanden; intusfchen zou Matthias bezit II. van Oostenryk nemen, tot dat hem de fomme gelds vol • Boek, daan werd, welke hy reeds tot goedmaking der on- II. kosten van den vorigen oorlog bepaald had, en, in ge-fïoofdst. val hy in deezen tusfchen tyd kwam te fterven, zoudeIX> Afi>* Oostenryk tot zynen ouden meefter te rug keeren, die ook den titel van koning van Hongaryen zoude behouden Deeze artikulen werden door den Keizer bekrach» tigd, en dus werd de vrede voor het tegenwoordige herfteld (K) ' Intusschen reisde de Keizer naar de Nederlanden, alwaar hy drie maanden bleef. Daarop keerde hy door Aken te rug, alwaar hy aan Willem de Jonge het leen fchonk van Juliers en Bergue. Te Keulen, welk hy insgelyks bezogt. onrving hy den eed van getrouwheid van den prins van Cleve voor zyn hertogdom zo wel, als voor de graaffchappen La Marck en Genap; van daar nam hy den weg naar Frankfort, vergezeld van Maximiliaan, die, ondanks den tegenftand van Matt Maximihias, welke zich tegen deeze zyne verkiezing hevig ver h^Bwor" zettede, door zes keurvorften tot Roomfch koning wasRO0infCh verkoozen. Koning De ryks-vorften hadden Frederik reeds eenen geruimen verkoozen^ tyd verzogt, eenen ryksdag tot dit einde te beleggen; dan., daar hy de werkzaamheid van den aartshertog kende, washy beducht, het weinigje gezags te zullen verliezen, dat hy bezat, en had daarom hun verzoek, welk hy thans, fchoon met weerzin, genoodzaakt was te voldoen,telkens gepoosd te on'wyken. lADIS'AUS, Koning van Bohemen, verklaarde zich zeer nadruklyk tegen deeze veriuezing tot welke hy niet was mede geroepen. In deeze onderftelling, dat de Duitfche vorften hem van zyne ftem wilden berooven, bedreigde hy, zich door kracht van wapenen'regt te ,(h) Heiss. hifi. di l'Emp. lib. III. chap. n. Vvvv 3  706 HISTORIE van If. te zullen verfchaffen; dan hy werd door eene ci«enhan Boek. dige verklaanng van den rvksdao- lZ Jluf cJgcnhan II. van ftemming voor hem en Y 7' k° het ^ HboFMT.zekerd, beëdigd, welk alles var! 2*1?? W6rd Ver" IX. Afd. Maximiliaan m£fZa n dat §evrolg was, dat iriaximwaan, met toeftemming van den mm h,\AJ~ en ** Aken met zyne bevordering geluk wenrXI ^ ' , hem gekroond. werd vuiucnng gems wenichte, .te ^« gekroond nnfrt f^n p]ue^hei^ keerde hy naar te rUff om de laatfte hand te leggen aan een verdrag" tusfchen hem en de ftaaten van Vlaanderen, welk in tegenwon, dighe.d van den Keizer, die aan het'hoofd van fen goed aantal troepen derwaarts getrokken was, werd bevestig? terwyl . hy, bemerkende, dat zyn zoon daar \ oorlog tegen.Frankryk zou kunSn uZuZ XeWen ruf Le'rde 'ïe1"6^ Cn hy Zdf naar te rug keerde. Deeze troepen, groote verwoestingen od het and aanrichtende, welk reeds was afgelopen en de van allen aandeel zynde nitgeflooten in de onvoedinr. van den jongen Philip, die |eheel en al onde^het be? enTanTn^e^^T;'^' e^me ^nglnd, Zl rlt u Vreeindel^gen5 begonnen de onderdanen welrafch hunnen phgt te vergeten, dien zy aan hunnen vorst waren verfchuldigd,%n luifterderfn r niets anders, dan de mboezemingen van wantrouwen en afkeer. Zo hoog was in de d^ad dit misnoegen gefteegen, dat, wanneer Maximiliaan te Brugge kwam al waar de algemeene ftaaten van Vlaandfreu vergaderd waren met oogmerk , om eenig middel te werk te lillen tegen de wanorden, welke dagelyks door zyne troepen werden veroorzaakt, aanftonol het gerucht v r£ werd, dat hy zich met dezelven meefter van de ftad Wortioorm]iQ maaken' De en koopluiden, op dit vo0r. ge- (*') Freher. tem. III. Rei: Germ.  het DÜITSCHE RYK. 707 geven ontrust, vloogen onmiddelyk te wapen, fielden W» zyn perfoon op het kafteel in bewaaring (k), en namen Boek. fommigen zyner raadfluiden en gurftelingen gevangen, M. van welken 'er zelfs naderhad vier onthoofd werden. ^0™SJ^ De ingezetenen van Gent, het voorbeeld van Brugge ' 'e g ' volgende, bragten Payart, aartsdiaken hunner kerk, opJneTvan de pynbank, met nog tien andere perfconen, die ont-Brugge hocfd werden, om dat zy hadden toegelaten, dat Maxi-gw^g™ miliaan, in plaats van met vyf honderd, gelyk het&enomen' verdrag wegens zyn gevolg behelsde, met vyf duizend man in de ftad was gekomen. Over deeze gevangen neming van Maximiliaan werden de ftaaten door den jongen Philip te Mechelen byeen geroepen, om aldaar de middelen tot het ontflag van zyn vader te beraamen; wordende de vergadering op eenparige begeerte der leden naar Gent overgebragt, terwyl men deeze plaats gefchikter oordeelde tot onderhandelingen. De Vlamhi' gers openden de vergadering met hevige klagten tegen Maximiliaan, wien men befchuldigde van wangedrag en het oefenen van eigendunkelyke magt. Niet min hevig werd zulks beantwoord door zyne vrienden en aanhangers, die zyn gedrag ongemeen vuurig en met nadruk verdedigden, zo dat 'er volgens de onderfcheiden gronden der beide partyen hevige twistgedingen voorvielen. Eindelyk ftelde paus Innocentius nevens den Keizer zich tusfchen beiden ten behoeve van den gevangenen vorst, bedreigende de eerfte hen met geeftelyke, en de laatfte met tydelyke wapenen, in geval zy hem langer in bewaaring bielden. In gevolge hiervan gingen deiVordt op ftenden een verdrag aan met Maximiliaan, welk ge-vrye voeten flooten, getekend en bekrachtigd zynde, hy, na ee-S^1'1ne gevangenis van tien maanden, in vryheid gefteld, en (k) Oliv. Marchian. lib. IJ. Krantz, XIII. Sax. 8. fcf feqq. Beuter de Reb. Maxim. lib. III.  7o3 H I S T O R I E. VAN b$. te s iïSte^ir^r***"**diczich h II. gefloten ™'»™o*£o^.m& *■« -y V3n Phlhp" hert°g van eene be lofte ontvingen, om Maximiliaan tot in het m?d£n van zyn leger te verzeilen, verzoekende zy inSjks denzelven, om, terwyl hy volkomen vry was 1til vreaesir. ve> zoek antwoordde de vorst, „ Myn Neef, ik zal mv tikdm' Valanf^ï h°Ulden " By aankoms ech er fn Braband, aJwaar hy zyn vader fflet ^ ^ m Duitfchers ontmoette, veranderde hy van voornemen op verzoek van den Keizer, de vorften van W«' Beieren, Brandenburg, Brunswyk, HesZ, Lden er\ anderen, die Frederik verzelden en c\\in \eZT n vrede zeer fterk afkeurdLfnS gee" ook volwas,-dat dezelve vernietigd werd, en de oorfo, op nieuws een aanvang nam (m). s De Keizer en Maximiliaan zogten in den hMinn0 nnd S Tm^ E ^ ^ °V£r" ha en dreigden hem als vafal, m geVal van ongehoorzaam heid aan zynen vorst, met den ryks.ban. en verbluf' verk aanngen; dan de hertog verfchoonde zich ÏÏ fiXfc fimmaa? aan' t'l °P "^ken *™ van mL ximiliaan aan de ftaaten van Vlaanderen had gezworen, verklaarde zich zeer fterk tegen alle inbreuk £ en heHnT8', VerV°]gde Zyne Entingen met yver^ en befloot, liever met eer te willen leeven of fterven dan zlch de befchuldiging van meineed oP den 1 ajs [e haaien Daartegen befloot Frederik, hem zo hardnek k.g vindende, hem daarom voorbeeld! te Ï2£ den; ten dien einde beval hy, by zyn verblyf te j£ Wei'm (9 Chrok. Car. Vli:. &c. (m) Chhox. cap. l6;.  het DUITSCHE RYK. 709 werpen dat in het hof van St. Michiels klooster een II. throon zoude worden opgericht, op welken hy, in Boek. zyn Keizerlyk gewaad zynde gezeten, den hertog zeer II. plegtig in den ryksban deed, met verklaaring, dat hyHeoFosT. een verraader was, en ontzettede hem van zyne waar-jX< Afd* digheden cn ftaaten (n). Ten zelfden tyde ondernamphi!iP vm hy het beleg van Gent; doch, na zes weeken te heb»^'^% ben verfpild, zonder iet van belang te hebben kunnen denryksban uitvoeren, liet hy zyne onderneming vaaren, verwoest-gedaan. te het land, cn keerde naar Duitfchland te rug, latende het bevel zyner troepen aan Albert, hertog van Saxen *. Deeze fpoedigc te rug reize was voornaamlyk daaraan toe te fchryvcn, dat hy berigt had ontvangen, dat de Hongaaren op nieuws een inval in Oostenryk gedaan hadden, en wel, omdat hy de betaaling der fomme uit» ftelde, met welke hy te voren hunne toeftemming ge. kogt had. In naam derhaiven, zo van zich zelf, als van zynen zoon Maximiliaan, zond hy een gezantfehapFrederik aan Matthias, die toen ziek lag in Weenen, met aan-fifla{ eene drang, om eene vredes-onderhandeling te beginnen.eff"'han' Te Lintz te rug keerende, werden zvne gezanten ver-made™ zeld door den bisfchop van Waradin, die volkomen Koning last bad, om een verdrag te fluiten. De zaak echtervm Hoi> ging een tyd lang traaglyk voort, omdat Frederik de§aryen' herftelling van Oostenryk vorderde, en aan Matthias de onkosten van den oorlog weigerde te voldoen, welke daai toe (0 Pe33s. hifi. Hv. III. chap. 2. * Omtrend deezen tyd verhief de Keizer Oostenryk tot een Aamherro.dom, en gaf den titel daarvan aan Philip,, zoon van Maximiliaan, die de eerfte uit de familie vnn Hapsburg was, welke met den naam van Aartshertog onderfcheiden werd (r). (?) Marian. lib. XXV. cap. 12. Europ. Hist. KI. D. II. St. Xxxx  7io H J S T O R T p V «. 1 J±. VAN 17. daartoe eene zeer aanrnprlH^ r Boek» ^/W, misnoegdI ™ wel 0?me vorderde. Ma. II. als de bSdSe^ hanl?' d°n dfch Van Hoogst, ftelde een midden^ Keizer, JX' A--koopen voor een ^Sï'd* ff6'3* d^ Vrede te werd; dan, of deez'e m^gry^^a^^ aangenaam was, of dat hv\chrlrL,g l 1 Keizer niec de verftandhouding ZfcïendÏÏ vvL^ °P de zoon, hy weigercl, Vyand « ^ eigen gen te onderfteunen. Wat hiervan 1 ,0r>derhandelingeweest zyn, zeker is het Z T ■ reden ook moge dan den vrede te flu'en 'wan £7 ï*8 ,minder zoêl niet dulden, teby^'^J**0» *"* denkbeïld ding van een gewest, 'welk oP helbeVry" zyne handen te zullen En J 5 pU^ was> van in zoude behoeven te kwten het hem iet de ziekte van iï nn Wy\ Ta be^erde, dat die over. daad deeze rïkrl ongeneeslyk was, en in de bdt,enop-^tQ aee,ze, zieKte nam van dag tot dag mP 1 IP 7e gevolgd rik v°nd daarom zo lang middelen S Va ?n w/^-traaging, tot dat de KoninT «ïn V " U,tftel en verLadislau,gaf,%lsb wannee ïy,£" pfaats va nden §eest ten, den openftaanden thre?„ nf " te flui voor zynen 'zoon jMffi ** 'n°f echter, fcnoon Maximi'man L Met dat aï]es rug bekomen z clf SnTn S" ' °h reeds ^ W« meester gema^" ^Vr°f J^deelte van ffM. «gel onderlid* uit k had onf6 ^ eCnSn *** De Keizer de Hongaaren Ladiü^L • ontvangen, verkoozen ./.«i* volger met wit i ,vK°n,n^ van ^W«, tot op, vrede metvofei> niet wien Freaerik vervolgens vrP \P m, i. V K den nieu onder voorwaarde, dar men iTÏÏ tt^.^' CO To. *r. ff„^ poJl Bonfilu Rmzi lndk< 3^ zo"-  het DUITSCHE RYK, 711 zoude behouden, en dat Maximiliaan en zyne opvol tt gers den titel zouden voeren, met het regt van opvol- nOF'K ging by gebrek van erfgenamen. It Geduurende deeze gefchillen, vernietigde FrederikHoofdst. by eene eigenhandige acte de overgifte van Tirol, wel IX. Afd. ke zyn broeder Sigismund ten behoeve van Albert, hertog van Beieren, by zyn huwelyk met Cunegunda gedaan had, verkiaarende, dat zulks, even als de andere leenen, die aan Sigismund toebehoorden, op den Roomfch Koning, die zyn éénige en wettige erfgenaam was, meest worden overgedragen. Albert leverde tegen deeze acte nadruklyke vertoogen in, en haalde een aantal van vorften en fteden tot zyne belangen over, terwyl de Keizer, fchoon hem dergelyke geweldige maatregelen door Maximiliaan werden af>eraaden den hertog van Beieren-Munchen, benevens de ingezetenen van Regensburg, die de oppermagt van deezen vorst erkend hadden, in den ryksban deed, Op eenen ryksdag te Neuremberg regelde hy de forome gelds en het aantal van troepen, welk door ieder vorst en ryks ftad moest geleverd worden, om dit vonnis te doen uitvoeren, terwyl het bevel over het leger aan den keurvorst van Brandenburg werd opgedragen, die, fchoon hy te veld trok, niets van belang tegen den hertog van Bei. eren, welke zyne ftaaten zeer fchoon beveiligd had, konde ondernemen Eindelyk luisterde Frederik, als zynde eenen oorlog moede, die Geheel niet in zyn fmaak viel, naar de vertoogen van Maximiliaan, welke den vrede bemiddelde, onder voorwaarde, dat Regensburg in de voorregten eener vrye ryks-ftad zoude herfteld worden, en dat Albert 2trol aan het huis van Oostenryk zoude te rug geven, uit aanmerking, dat zulks in bezitting van den heer van Abensperg komen, en hy een gefchikt huwelyksgoed met de prinfes Cunegunda zoude verkrygen. xxxx 2 IN  ?n HISTORIE van .II ^ In Vlaanderen bleef de oorlog tot verderf vm Bcm. land rog aanhouden, tot dat eindelyk S IL werd getroffen tusfchen Maximiliaan en Karei frSf UOOP.SX van W,^; die zich geenzin[s £ toning jx. Ald ynendichap met den Roomfch Koning te orE™?,5L *£% » h0°P; £». ^ hunne onderj^tne*?^ rffefaïf8,Jge aanleiding te zullen vinden, om zich /zonder an fchenMa- floot te geven, van zyn huwelyk met' Wra v>S SSS" 2°C?er V3n f^^i welke aan het hofvïnFraVÈSSLfS* °pSevoed' en ™ daadelyk verloofd waS??e Frankfyk. fuliep kunnen ontflaan. Behalve deeze drvfveer ver langde hy naar gelegenheid, om Maximiliaan van zvn' voornemen te doen afzien, om zyn huwelyk me" Jn. na, erfgename van Bretagne * te voltrekken 2l zulks by volmagt was aangegaan, en Se konL An ^rj/e zo mogelyk, het zelve ten zynen egfn be hoeve wilde vernietigen- want deeze laaHe Km 1491. i-^ffe met zyn koningnk vereenigen ^ Hydoeteenmprk vraf-f-Prfn JT^t a 8 vei eenigen. Met dit OOg' fav«/ .-o ™f k vattede iEw*/ de wapenen op, deed een inval in Bretagne,M hertogdom van Bretagne, maakte zich met geweld ™TL ahvaafzl h T^f^'* beIe^e *S w-faAnna -fj ^ , pnnfes mec haar hoffloet bevond ei .«Anna st dg ^ ^ ^ ^ gefchSkei en belof en zo zeer tot zyne belangen te overreed " dï zy de flad en de hertogin in zyne handen overleverden Wei- (p ) Zie Til. fa ZVofl. fa*. Franc! gf fa Carol. VIII, * Dit huwefyk werd openbaar in de kerk sewvd en n£ wi van eene meer verbindende krach, te maaken" vol'trolFke / ve;SSrg:zynde *de Wss (i) RfMiRQ. /iif flffWf, «v. ƒƒƒ, cjj£t 2>  het DUITSCHE RYK. 713 Weinige dagen na deeze verovering huuwde hy met II. Anna, door middel van een dubbel ontflag van den Boek, paus , die zyn vorig kontrakt met Ma:garetha, doch- II. ter van Maximiliaan, vernietigde, en ^ef beletzel van toofdst. bloedverwantschap met zyne nieuwe brui"' uit den weg'x Afonam, De Roomfch kening, gebelgd over deere dubbe- 1492. le belcediging, by welke zyne dochter onteerd en zy-^ff^ daoT huwelyk was vernietigd, nam het befluit, om zich oy^ff^™f, den aanlegger van dit werk te wreeken, verzoekendedreigd, hier toe de ryks-vorften en de Zwitfers om hulp; dochOT5t11--£,^7 op een tyd, dat alles met oorlog en verwarring bedieigd^"^ werd, zag men zeer onverwacht een vredes-verdrag tenuif^ Senlis fluiten, waar by men overeen kwam, d;;t de ko-Seniis. ning van Frankryk Margaretha aan haren broeder den aartshertog te rug zend.n, en met haarde graafïchappen van Artois en Bourgondien zoude overgeven; doch dat by de citadellen in de vier fteden in Artois zr.u.e behouden, tot dat Philip oud genoeg zyn zou, om den vrede te bekrachtigen q). In dit jaar overleed Cafimir IV, koning van Polen, en vader van Ladislaus, die thans over Hongaryen en Bohemen regeerde Het overlyden van deezen Poolfchen alleenheerfcher werd fpoediggevolgddoor dat van paus ceniius VIII wiens opvolger op den paufe!y£en ftoel Raderik Borgia was, die den naam van Alexander VI aannam. Ook overleefde de Keizer niet lang deeze veranderingen. Na voor het laarst zyne gevoeligheid te hebben aan den dag gelegd tegen den hertog van Beieren, die hem, tot verwondering van het ganliche ryk, van zyne na'atigheid genss, befloot hy, zich met de zaken van regeerirg niet verder te bemoeien, maar het overige vaii zyn leeven in ftiite te zullen doorbrengen, Ten (f) Mez. Chron, tbr. torn, II, p. 770. Xxxx 3  7H HISTORIE van IL Ten deezen einde begaf hv zich tiaar tk*i i .«3. dogor S^f;^„;lk^SenheVi8er ««"gfno?™ tot negen en zeventigtevana^toen «•Linn.^yne ziekte had,, zo men verhaalt iwL • ? ( •>• raad zyner geneesheeren werd afpP7Pt r„un , f ÏÏ!? '- V r^e-n Sczonde boer veei gelukkiger is dan " r! J ekerKelZeri ik h0°P echter het groSe 4 " „ te zullen fmaaken , dat eenig menfch hebben kan na» melyk een gelukkigen uitgang uit dit leelenHet zaam ka- me nm Aar u„ „ A 7 Dyg-nuamd de Vreedzaw 1 y ^ u aFeer had van den oorlog; 'er was echter eene onbeftendigheid in zvne eeaarrhPM welke hen, dikwyls bloot field! aan SSen^to' fchoon hy, wanneer het tot eene openlyk e breukk™' doorgaans om vrede ftneekte. Hy belegde meS' dige ryksdagen, waarin meest al niets blflooS word omdathytelkensde zaak tot eene andere Itg^ng Jt. Traag»geMUt Kortom, hy fchynt een vorst geweest te zvn van een verachtelyk karakter, zonder e\de^edighe?d" r \ ivt moed llY) NAÜCLEB- 5°' ö/t' ff- Afix gen, en was naauwgezet godsdienftig, welk eerder naar bygeloof geleek. Hy had een behaaglyk voorkomen, en eene zeer deftige houding, zelfs met een zweem van grootheid. In zyne kleedirg was hy eenvoudig, matig van begeerten, en een vyand van allerleie föort van bukenfpoorigheden. Hy at zo weinig, dat zyn leevenz^ne ontm eerder een aanhoudend vasten was, en mengde zyn^nt^n wyn zo zeer, dat die weinig fterker was dan water.keven, zyn Tot zyn devies koos hy de vyf vokaalen f, die op a\.devies,bele zyne boeken gedrukt, op zyne gebouwen gehouwen ,&ratfnis>sn en onder zvne beeldtems werden gefneeden. Zyn lyk6"^ werd te Weenen begraven, en zyne graf-tombe verfierd met een byfchrift, welk eene optelling van zyne titels, eene lofrede op zyne fchranderheid en matigheid, en een berigt behelst van het geen hy, door het huwelyk van zynen zoon Maximiliaan, in de Nederlanden verkreegen had (s) f. TIEN- (j) Heiss. Hv. III. chap. i. * Onder de verfchillende uitleggingen van dit devies, a, e, i, o, 11 is de volgende, welke zeer algemeen wordt aangenomen. Au', jtriee e[t imperare orbi univerfo. t Dus Keizer had by Eleonora, dochter van Eduard, Koning van Portugal, drie zoonen en twee dochters; Chriftopher, die in zyne kindsheid ftierf; Maximiliaan, die zyn opvolger was in het ryk; Joannes, dte jong overleed; Helena, die in hare kindsheid ftierf, en Cunegunda, die met Albert de Wyze, hertog van Beieren, huuwde (1). Ci) Heiss, als boven.  7i6 HISTORIE van II. " — Boek. hoo'L. TIENDE AFDEELING. x. Afd. Ontvouwende bet begin der Hervorming in Duitfchland. MAXIMILIAAN I. Maximi. IS/IaXIMILTJAN, die by het leeven van zvn vaopvli de" -0t RA00™fch honing verkoozen en gekroond was, op den ontving de Keizerlyke kroon met eenparige toeftemming Keizeriy- van ade de keurvorften, onmiddelyk nadat de laatfte ken throon.dienften aan het lyk van Frederik gedaan waren, en bezat ook by zyne komst op den throon alle hoedanigheden, die gefchikt waren, om een groot vorst te vormen, terwyl hy even gelchikt was tot de regeering in den oorlog, als in den vrede. In zyne kindsheid beloofde hy echter zo ongemeen weinig, dat, zelfs toen hy reeds tien jaaren oud was, men niet konde bepaalen, i u -Jn hem eene voina§ene domheid, dan wel zinneloosheid ware; doch by meerder jaaren verdween deeze zwakheid zo geheel, dat hy in de daad de verwondering wegdroeg van allen, die met hem verkeerden, by. zonderlyk uit hoofde zyner welfpreken iheid en de ge maklykheid, waar mede hy de Laêynfche, Franfche en llï-T j!allaaf2fc/ie taakn fprak. Hy was zeer gehecht aan de wa.ng. ftudienj en )as njet enkel de beste boekcn meE vce nut, maar befteeddj zelfs verfcheide uuren, om eigen- han  het DU1TSCHE RYK. 717 handig eene gefchiedenis te vervaardigen. Alle deeze, H, vorderingen echter was hy alleen aan zyn eigen vernuft Boek, verfchulaigd; want hy beklaagde zich dikwyls over de \\m verkeerde wyze, welke zyn meester, met name Peter Hoofdst. Engelbert, naderhand bisfchop van Neufladt in Oosten- X.Afd. ryk, een man van ongemeene godvrucht, doch die ten Zyne zorg eenenmale ongefchikt was, om eenen jongen vorst iï™?"bejer te voeden, ter zyner onderrichting had gebezigd. Op^;^. den eigen dag, waarop hy tot Roomfch Koning verkoo-zingm. „zen°werd. zeide hy, " welke verpligting wy ook „ mogen hebben aan onze leermeesters, indien de my- ne thans in leeven ware, dan geloof ik, hem gemak» „ lyk zo verre te zu'len brengen, dat het hem berou„ wen zou over de wyze, op welke hy my heeft on„ derweezen," en op één der eerfte ryksdagen verpligtte hy alle de keurvorften, om in hunne byzondere ftaaten hooge fchoolen op te richten. Onder het maaken der nodige fchikkingen tot de be-7rektteg«» graavenis van zynen vader, werd hem berigt, dat derfêIurkcn* Turken een inval hadden gedaan in Croatien, waarop hy onm ddelyk maatregelen beraamde, om hunnen voort» gang te ft uiten. Een fterk leger in Oostenryk verzamelende, trok hy hen met alle mogelyke vaardigheid tegen ; dan, de Mufelmannen, over zyn leger zo wel als zynen fpcedigen aantogt verfchrikt, namen de wyk met groote overhaafting, zo dat hy geenen vyand hebbende, tegen wien hy ftryden moest, zyn leger opbrak, en zich zeer ernftig op de behartiging der huifclykc belangen des ryks toelegde (f). Een tyd lang weduwnaar geweest zynde, bevond hy#y huum zich in de noodzaaklykheid, om eene andere vrouw te^gBia°^ nemen; ten dien einde werd hem een huwelyk voor-cdJ)fe"f0"s gefield met Blanche Maria, zuster van Joannes Galea van mï-0 ZO ,laan. (f) Naucler en Bonfin, als boven. Europ. Hist. XI. D. II. St. Yyyy  7i3 HISTORIE van II. hertog van Milaan, en nicht van Lodewyk Sforza Boek. bygenaamd de Moor, die, voogd zvnde over ,«7™II. G*W, van ifefifr™ b'ezit ^TêLS^JSi H^hst. eenig vermoeden na te laten, dat hy zyn neef door vergif had omgebragt. Deeze prinfes nu w^rfvtr ee ne der fchoonfte vrouwen van haren tyd gehouden, en bezat, by dn-zende beminnelyke hoedanigheden, een in" komen van yier honderd en zestig duizend duSen t h.t vooiftel met alle blyken der volkomenfte vreugde aannam. Hy huuwde met haar in het zelfde jaar op denöden vm Maan, en Lodewyk Sforza, difvoornaamelyk de hand in dat huwelyk had gehad, genoot alle de voordeden, die hy zich daarvan beloofd had namelyk het verkrygen van 's Keizers gunst n dier voege, dat hy in ftaat geraakte, zich in het bezit des hertogdoms te konnen handhaven, welks beleening Maxü mliaan,zlszynde een leen, dat by gebrek van hulde va. Kant was, aan hem afzonderlyk gefchonken had (u\ Do Keizer door dit verbond in de belangen van Italien zynde getrokken, befloot, den raad in te nemen van 3495 Zi r/nrenJe$- ryks' ra^ende de aanfpraak van Ka. Belegtem iei "1J> Koning van Frankryk, op Napels, en den nksdag teKrfëstc^ > dien hy ondernomen had, om dat Koning Worms, ryk te veroveren. Nadat hy tot dit einde de ftaaten eiTcmlf T£T^en> te Leuven bad bveen geroepen, en overtl],gd wa*> dat de afgevaardigden gewillig den eed paaUmrdt™ getrouwheid aflegden aan zynen zoon Philip, landter bcma.voogd der Nederlanden, wien hy derwaarts gezonden rS befiisfchmg voordroeg, wat voordeeüger zyn zou voor net ryk, zich tegen de oogmerken van Karei te verzetten, of een oorlog tegen de Turken te waagen; dan bei- («) Kb/stj. Sax. lib. IIP. cap. zi,  het duitsche RYK 719 beide deeze zaken, even nadeelig voor de belangen des Duitfchen ryks zynde geoordeeld, werd het voorftel bqbk;. onbeflischt gelaten, en de overwegingen der vergadering jf enkel bepaald tot de binnenlandfche omftandigheden vanHoofésT. Duitfchland. Byzonderlyk werd ter deezer gelegenheid X- Afd. eene vaste fchikking bepaald ter bewaaring van den algemeenen vrede tusfchen de vorften en ftenden des ryks, welke in alle twyfelachtige gevallen tot een rigtfnoer zoude moeten dienen. Voorts verplaatfte de Keizer , uit aanmerking van den last, waaronder zyn volk lag, om de Keizerlyke gerigts - kamer te volgen, welke altoos ter plaatfe was, alwaar het hof zich ophield, het zelve gerichts hof naar Worms, van waar het eenigen tyd naderhand nog in eene andere ftad overgebragt, en eindelyk te Speyer werd va:-tgefteld (x). Ook werd op deezen ryksdag het graaffchap van Wurtemberg, ten genoegen van Irederik van Wurtemberg, met eenparige toeftemming van allen, die tegenwoordig waren, tot een hertogdom verheven, het verbond van Zwaben ver* nieuwd, de leenhuldiging van Sforza bevestigd, de keurvorften in dep eed genomen, en door Keinier, hertog van Lotharingen, de eed afgelegd wegens fommige lpenen, die hy van het ryk had, fchoon hy zyn hertogdom van alle dergelyke afhanglykheid vry verklaarde (y) *. Ook (x) Serrez. Hifi. Mogunt. lib. V. (y) Cartulaire de Lorraine p. 406. * De keursvorst van Mentz, beweerde, dat de hertog denzeif.ien eei «noest afleggen, als de andere ryksftendenj doch Reinier weigerde 2ulks volftrekt, en men kwam vervolgens overeen, dat hy den volgenden eed zoude doen. " Ik Reinier, Koning van Jeruzalem en Sicilien, hertog van Lothartngen en Bar, mark„ graaf van Pons, graaf van Provence , Vaudtmmt, Ilarcourt &:c. „ beloof en zweer, als hertog van Lotharingen en Bar, aan 11 Ma. „ ximiliaan, Roomfch Koning, aan het heilige Roomfche ryk, en „ aan uwe opvolgers in hetryk, getrouwheid, onderwerping, en Yyyy 2 „ ge-  7ao HISTORIE van TE, Ook wilde hy ten gevalle van den Keizer zich zeen Boek. zmts m oorlog begeven met den koning van FranïrTk' II. fchoon Maximihaan aanbood, zyne eifchen „n u? ' LzTfh°UdeJ deI rnyKS ln Itallen wilde aanftellen. De ryks £Sf dK%fhter in gevolge der vertoogen vanfcn Kelzf> een leger op de been te houden, ten einde den voortgang des franfchen Konings aan de andere zfdl der Alpen te verhinderen, gelyk mede, da? de ryks! ftenden een honderd en vyftig duizend guldens tot de,zejfs onderhouding zouden heften (z). De Koning KAKEL VIII, Koning van Frankrvk he><\ Aa m ~tynen genoodzaakt, vie/hunner flS& ptai£^ •»* Na- ne handen te leveren, en hem eene fomme gelds te p.ls. nen: daarop trok hy naar Am»*, tot grooten fchrik in de daad van den paus, die zich in het kafteel van St An ^ gelo opfloot, maakte zich meefter van de best verfterk" te plaatien m den kerkelyken ftaat, en trok, na den baftaard van Alexander, C Afdby zich insgelyks Maximiliaan voegde, als voorgevende, dat de Franfche Koning indragt gemaakt had op de rekten des ryks m Toskanen, gelyk dan ook Ferdinand en IJabelle, Koning en Koningin van Arragon en Cas. tillen daar in deel namen. Maximiliaan nam deeze ge* Huwelyk legenhcid te baat, om een huwelyk voor te flaan, welkvan Phil.'P ook naderhand tot ftand kwam, tusfchen zynen zoonf^fu™' Philip, die thans agttien iaaren oud was, en de infante'm °' Jane, ééne der dochters hunner Katholyke majefteiten. Schoon nu deeze prinfes ten dien tyde jonger was, dan haar broeder de infant Johan, die eenige maanden naderhand huuwde met Margaretha, zuster van Philip, als mede jonger, dan haar fcufter IJabelle, gemalin van Emannel, Koning van Portugal, werd zy echter, tegen alle verwachting, door het overlyden van haar broeder en zuster en derzelver kinderen, alleen erfgenaam der Koningryken van Spanje., zo dat deeze verbindtenis niet min voordeelig ware voor het huis van Oostenryk, dan die van Maximiliaan met de prinfes van Bourgondien (b). Het verbond tusfchen den Keizer, den. paus, hunne Karet ttékt Katholyke Majefteiten, den hertog van Milaan, denuit Namarkgraaf van Mantua en de Venetiaanen te Rome zyn«|eIs'VÈr' de afgekondigd, was Karei VIII van oordeel, dat hetiondgeLhoog tyd voor hem was, naar Frankryk te rug te kee-ten op ds ren, eer de bondgenooten zynen togt konden verhinde plakte van ren. Met allen fpoed nam hy derhaiven de reize aan;For?ov!' doch Ca) Gacui.y. lib. II. p. 284. f>) Puil. de Cewm. lib. VUL cap. 16. Yyyy 3  722 HISTORIE vak II. doch op de vlakte van Fomava, omtrend viW m*j Boek. van Parma, komende, vond hv iSt n ?y,en II. fchaard, waar op een gevl voïde in ^lf ge' Hoofmt. verflagen werden, zo da? hlIZg ' n bJet welk zv X- Ar,. hindergnins S^eT^ffctóS vol-^^f md6r^ «•rlfcuik.de hertog van Milaan NovaraJ^ÏÏ*"6?» ST"»1 rykzen^.van rw,»™, w, . we'k door den herto» . J y ver!,asfchln£ was ingenomen, belegerde Omtrend deezen tyd werd JCwrf door vyft en dSd Zwitfersverfterkt, met welken hy o>S dagt aan te tasten; dan, vernemende, dat deeze gebuurde ? 0eDen die veel talryker waren dan zyne eigen, ondS voor' wendfel van brandfchatting, eene zwfare* fomïe Si van hem zouden vorderen, floot hy in aller yU^nVe de, met te rug geving van Novara aan den lerC van Milaan, onder voorwaarde, dat by den Konn? van iV*M met zoude helpen, en trok voorts naar zyne e/ gen ftaaten te rug. ^ ne e/ ES' JrdM^b?reft' by vernam zo haast he' /«to^yerbond tegen Karei, of hy verliet zyn verblyf en een ryk Na.ü leger verzamelende, waar by zieh eene verftikin* Zn pels. Spanjaarden voegde, hernam hy de plaatf n dï z^ aan de Franfchen hadden oveiWpevpn ' 7, \ T* de MLpenfler, dien 1 ^o^on ng t le Koningryk binnen korten tyd tot onderwerping £verzSt^n dP' £? §ereed.' ^ Zlch tC*en ^W/W r.sa, Ita- rrKe,zer werd dus door den hertoe van Hen. Jf/fe*» en de Fenetiaanen gedrongen, om me S ze ker getal van ruiters cn voetvolk in Kallen te rukken^ deeze, zonder naar den onderftand te wachten, dié on" den ryksdag bepaald was, trok over de Alphen mTt een keen leger; doch te zwak zynde, om iet van belang te ondernemen, week hy, op raad vm-Sforza nïr Ftfa, alwaar hy door de ingezetenen al^oS^ kend  het D ü I T S C H E. RYK ^3 kend werd, waarom zy ook hunne wapenen, die zy jj, voor Frankryk hadden ;opgevat, nederlegden, en, in Boek. plaatfe daar van, den ftandaart voor den Keizer planteden. jj# Daar na belegerde hy de ftad Leghorn-, doch werd ge Hoofdst. noodzaakt het beleg op te breken, trekkende voorts naarx- Afd. Lombardyen, alwaar hy eenigen tyd gewacht hebbende, zonder eenig befluit te kunnen nemen, eindelyk naar Duitfchland te rug keerde, latende een zeer verachtelyk denkbeeld na wegens zyne bekwaamheden en vermogens (c). Intusschen had hy een ryksdag belegd te Lindau, '49?om op denzelven den bepaalden onderftand te verzoe- ^ff^nfen ken, en men befloot ook daadelyk, de gemaakte vast fyksdag Te ftellingen op de vorige vergadering na te komen, pn-Lindau en der zekere bepaalingen, die echter tot eenen volgenden Worms. ryksdag te Worms werden verfchoven, op welken Jakobus, markgraaf van Baden, Wolfgang, graaf van Nasfau , en de landvoogd van Gelderland in naam van den Keizer voorzitters waren. De keurvorst van Mentz opende de vergadering met eene lange redevoering, in welke hy breed uitweidde over de onluften, die het ryk beroerden, en de middelen tot derzelver herftel. Ook vorderde de grootmeefter der Duitfche Ridder-orde eenen onmiddelyken byftand tegen de Pruifen, die Lyfland verwoest hadden; doch , ondanks veelerleie gemaakte ontwerpen, werd op deezen ryksdag zo min iet uitgevoerd, als op de vorigen. Deeze befluiteloosheid diende enkel, om de verdeeld-öeFriefen heden in Duitfchland voedfel te geven, en byzönder-*verHi*'**1M lyk, om de Friefen en Gelderfchen in hunnen opftand^'/ tegen den Keizer aan te moedigen. Di Friefche inge-Maximu ' ze* Haan, (c) Mez. abr. Chron, torn. II. p. 781, Rer. Germ, lom. III. Edit.  7H H I S T O R I E VAN IT. zetenen hadden geweigerd, de gewoone fchattine te be Boek. taaien, weike ten behoeve des ryks op de Iaatft» ver" II. gaderwg bepaald was, gevende voor reden, dat Hoofdst. dien bun gewest geen leen van het ryk was, z'v oï X. hFVm niet verpligt waren, om de befluiten der Duitfche tt°n den te gehoorzamen: en waarlyk, nimmer was hunnê afhanglykheid duidelyk aangeweezen; want, fchoon de Keizers landvoogden of fladhouders voor die provincie benoemd hadden, waren dezelven echter altyd we! of kwaalyk ontvangen, naar gelang zy de vryheden'des volks begunftigden of tegcnftonden: zy hadden zelfs den gemagtigden van den laatst overleden Keizdreigd te zullen ophangen, en zeer waarfchynlyk' zon den zy dit dreigement ter uitvoer hebben gebral -o hy met in alleryl ontvlucht ware. Maximiliaanechter . befloot, zyn regt van opperheerfchappy over di> hardnekkig volk te handhaven, benoemde den hertoo- van Saxen tot ftadbouder van Friesland, en beval°hun denzelven als zodanig te erkennen, onder bedreiging van anderzints als oproerigen des ryks te zullen worde'! aangemerkt. ucu llhfndX In ^ Van dit beve,Jte gehoo™en, Honden zy m/^rtegen jen hertog op, verdreeven hem uit hun gewest, tning van vernietigden alle afhanglykheid van het ryk, en bega Karei, ven zich onder befcherming van Karek., hertog van hertog van Gelder land, die toen in oorlog was met Maximiliaan, land. omde leenhuldiging van zynen vader te rug te krygen (d) hos, De Keizer, gebrek hebbende aan geld en "troepen Handelin- belegde op nieuws een rvksdag te Friburg in Brisgau ' VOf e° • te"} vertegenwoordigden , %ch Friburg. f ^gden, dat de ftenden hem in zynen oorlog tegen de franfchen m Italien geenen onderftand hadden gegeven voorgevende, een onwederfpreekfyk Jpraak regt te hebben op het hertogdom Milaan, befloot, zich lillen um ftaaC te ftellen' om over te'^P™ te trekken, Mi£ en bezit te nemen v™ dit hertogdom, terwyl Lodewyk Sfor- (ƒ) Chron. de Holl. fcp de Zei. lib VI. * Zr vcrkoozen hunne eigen ftadhouders, en zetteden hen weder af, wanneer zy hun mishaagden. Zy gavt-n denzeiven Hechts een zeer gering inkomen, en wilden niet deelcn in de lasten van den ftaat, dan wanneer zy ter verdediging van hun gewest te veld trokxen, waartoe zy dan ook nog hunne eigen legerhoofden moesten verkiezen (t). fT) Chron. de Holl. £?Zei, als . boven.  het DUIÏSCHE RYK. 727 Sforza, ten einde dit onweder af te kceren, de nodige n, maatregels, om zich in ftaat van tegenweer te ftellen, Boek. en zyn toevlucht nam tot den byftand [van MaximilL n. aan. Hoofdst. Hy fpaarde noch moeite noch geld, om Lodewyk jnx- Afbtwist te wikkelen met zyne nabuuren, Keinier II, hertog van Lotharingen, was wel voldaan voor zynen eifch op Provencedien hy gedaan bad van wege zyne moeder Jolanda, eene dochter van Reinier van Anjou, die den naam voerde van Koning der beide Sicilien, en de eigenlyke graaf was van Provence; doch ook dit gefchil werd aan het onderzoek van gemagtigden overgelaten, en de hertog berustte in derzelver uitfpraak ten voordeele van Lodewyk. Een geduchter nabuur echter was. Philip, aartshertog van Oostenryk, die verfcheide fteden uit de Bourgondi. fche nalatenfchap te rug eifchte, wélke door Lodewyk XI waren ingenomen. Terwyl nu dees Philip zo vermogende, als bemind was by zyne onderdanen, en Lodewyk op het punt ftond, om naar Italien te trekken, gaf hy den hertog een gedeelte deezer plaatfen te rug, die hem dan ook te Arras hulde deed voor Vlaan. deren, Artois en Charlesroi, terwyl zyn regt op Bourgondien aan het Parlement van Parys ter beflisfching werd overgelaten (g). Hoe zeer.de Keizer ook genegen ware, zynen bond-Maximi. ■genoot, den hertog van Milaan^ te hulp te komen,liaangewerd hy echter genoodzaakt, zulks te laten vaaren, enraakt in den oorlog af te wachten van Gelderland, in welken°Q^fff:t by nu gewikkeld was. Om den lezer hiervan een dui.!and. delyk begrip te geven, zal het nodig zyn, deeze zaak «en weinig hooger op te haaien. Het is bekend, dat Arnold van Egmond, hertog van Gelderland > na eeni- ge- {g) Domont Corp. Bipl. t. III. p. 413. ZZZZ 2  -28 HISTORIE van II. ge maanden door zynen zoon Adolph gevangen refar». Boek. den en zeer zwaar mishandeld te zyn, middel heeft II. weten te vmden, om zyne vryheid weder £ krvran Hoofmt. en zyne gevangenis op zynen ondankbaren zoof tè x. a™. k iNaard]en h ,.ooce .en zoon te «#, hertog van Bourgondien, als die bygdeeze gdefn' heid zeer veel ten zynen behoeve verricht had verkSt hy, zo om daarmede zyne dankbaarheid aan den da*S leggen, als om te gelyk zynen wederfpannigen zoon e ftraffen, zyn hertogdom aan deezen vorst, die hem daarvoor twee en negentig duizend kroonen betaalde en nem daar te boven nog toeftond, dat hy, zo lang hy leefde, de inkomften daarvan zoude genieten fn gevolge van deeze koop nam de hertog, onmiddelvk na Arnold'* overlyden bezit van zyne %TZ rel kort daarna te Nancy verflagen zynde, fieldende burgers van Gelderland Adolph uit het kafteel van den, alwaar hy tot nog toe had gevangen gezeten, on' vrye voeten. Deeze nam daarop het bewind op zich over de troepen, die aan de ftad Gend toebehoord*?doch kwam, gelyk wy reeds hebben gemeld, by eenen veldtogc tegen de ingezetenen van Tournay\IJ^ om het leeven (h). Vervolgens had Maria Zf Bourgondien, en by haar overlyden Maximiliaan, als voogd over haren zoon Philip, door kracht van wapenen het regt willen handhaven, welk zy op dit henogdom, a een gedeelte der nalatenfchap van het huis van Bou t gondien, meenden te bezitten. Dit echter werd hun zeer lang betwist door Karei van Egmond, zoon van Adolph die, ondanks het vermogen van het hui" van Oostenryk, en fchoon de ryksvorften zulks aan Phifp hadden toegewezen, een gedeelte van dit herto-dom tot op zyn dood had bezeten (ij. \ uertc^aom Wan- (/<) Kraktz. Sax. lib. XIII. cap. 22. (f) Heiss. lib. III. cap. 3.  het DUITSCHE RYK. 729 Wanneer nu Maximiliaan in het heetfte van den H, oorlog was, werd hy eensklaps zeer onverwacht ge- Eoek. noodzaakt, te wyken, ja zelfs voorflagen te doen tot jr. bevrediging met Karei van Egmond, en wel, om daar Hoofdst. door in ftaat te zyn, om zyne wapenen te keeren te- x- Afdgen de Zwitfers, die eenen inval gedaan hadden op het hs>9^Oostenrykfch grond gebied; want de goede verftandhou-^.^"^' ding tuïdchen den Keizer en dat volk was reeds verbro-J^,OT(^'"e ken. Maximiliaan had, zodra hy het bewind aan vaardde«egra de der ftaaten van Sigismund van Oostenryk, die hem2witferstot opvolger had aangenomen, de Zwitfers dikwyls aangezogt, dat zy met hem de vriendfehap zouden vernieu> wen, welke zy te voren met Sigismund hadden gehouden; doch zulks was altoos door hun van de hand geweezen; ook werden zy, zedert dat zy zich tot een Gemeenebest gevormd, en het Zwabifch verbond hadden afgeflagen, door de mee fte vorften en den gantfehen adel benyd, terwyl aan den anderen kant de ftad Conftantz, die tot nog toe geweigerd had, zo wel in dit verbond te treden, als zich met de Zwitfers te vereenigen, fchoon door beiden even fterk en by herhaaling aangezogt, zich eindelyk met de Zwabifche kreits had vereenigd. By dit alles kwam nog eene vernieuwing van het oude gefchil tusfchen Etfchland en de ftad Co;, re,"welk reeds meer malen onder handen genomen, doch telkens onbefhfcht was gebleeven , w aar door op nieuws eene vrede • breuk werd veroorzaakt. Zodra de bisfchop van Coire overleed, nam de re -De Gilgeering van Tiiol eenige leenen van het bisdom tot zieh,r°ns■ varia hoop van het kapittel daar door te zullen noodzaken,oosten", om de aartshertogen van Oostenryk als hunne patroonen rykers ' te erkennen; dan daar het zelve aan deezen eifch wei-ver/tegengerde 'te voldoen, werden verfcheide burgten en kafteelen geplonderd en verbrand. Naatiwlyks werden de Gri Zzzz 3 fons  730 H I S T O R I E vAN II. [ons van deeze rooveryen onderricht nf ™ i ,« , j Hoofdst. Engaaina, welk zv te vim- *n f» g 5 C het da! van X. Afd, jt, deeypn ,iifpw* VUUi/n te zwaard verwoedden. „J . U'terften nood verzogten zy de ê orn bvftand, die ook ten hunnen hulpe to^fchoofe? em den Rhyn overvaarende, in het nabuurfcï aD^r^ den vyand in het gezicht kwaffi n tlwaar iok feuag^t^/-1' *** j» * O^JrLi^ Intusschen deeden de Ingezetenen vsn * een inval in deTnden van lufZ" £ Rofenberg, doch zy werd;„ rafch geftuit door de Lu fll hf-Ööa?t geiegen kanton> ^e zich ten mie" Sen Srd;,Zeöd « hen zo hev£ afn ! S feevdd?; i A^" grf°tged£elte van hunêvo?rop K^e^^ Verl0ren' ge«ood^kt waren, de gZwit, LODEWYK, Koning van /hwfry*, dit gm&» tvd Wr- S Veibond, welk zy met zyne voorzaten ceflooten «« hadden< git gefcheidde te Za«r», onder deen b?™. den Koning, fa Frankryk nimmer derzelv'er bo^ciW ^Frank-de ont.-uften, een beding, waar ówS^W Ifc Wjfcrg, C,W, Schletflad en andere lieden v/n den Elzas werden beveiligd. an t,nSE Ke!feru' g6belgd °ver zulk een tegenftand van een £?ta?£i* Veracilt,te' verzamelde "een talryk Wer d«gt by Conftantz, welk in kleene benden verdeeld de dorpen en kafteelen in den omtrek van Schaf-ïaufen pionderde; dan, terwyl deezen op den buit aasdenTzon derom des vyands aannadering te denken, nam n de lyk beipied hadden, hunnen kans waar, overvielen hen, wan-  het DUITFCHE RYK. 731 wanneer zy alzo verdeeld en belemmerd waren, en n, hakten hen allen in de pan, Dit zelfde lot viel ook Boek. een bende Zwabers ten deel, die Zug ingenomen, en jj, de Kantons Appenzell en St. Gall hadden geplonderd. Hoofdst. Zy vielen in een hinderlaag en werden door de Zwitfers X. Afd. verjaagd, die vervolgens de ftad Zug hernamen, en der» zei ver veilingen Hechtten. De Keizer, het nieuws van deezen voorfpoed der Zwitfers juist vernemende, toen hy in oorlog was tegen Karei, hertog van Gelderland, op wien hy verfcheide voordeden belnald had, liet het bevel over zyn leger aan den hertog van Saxen, nam met vier duizend uitgelezen manfehappen den weg over Keulen en Mentz, trok voorts door Zwaben, het Zwarte Woud en Conflantz naar Sundgau, alwaar hy vyftien duizend man verzamelde, en het bevel over dezelven aan Hendrik, graaf van Wurtemberg, opdroeg. Daarop verzogt hy de fteden en vorften van hetivtoimi-. Zwabifch 'verbond om hulp. Sommigen leverden hemliaan troepen; doch verre de meelten ontweeken zyn VQV.eml'rfianiizoek, en drongen fterk by hem aan, om een ryksdag te Worms te houden, die ook daadelyk befchreeven werd; dan, eer dezelve byeenkwam, ontmoette de krygsmagt van Franckenland en Zwaben, op haren togt naar Tetnang, aan het Bregentzer meir, ( de Boden-zee ) in het dal van Engadina, de burgers van Coire en de Grifons, die dezelve vernielden, en de ftad Tirol zonder genade verwoestten. MAXIMILIAAN hoopte wel, dat de troepen, welken hy uit Oostenryk verwachtte, dit verlies zouden vergoeden; doch hy werd in deeze zyne verwachting teleur gefteld; want, zo dra zy tot Oberdorf getrokken waren, vertoonde zich het Zwitferfch leger, en 'er volgde een zeer hevig gevegt, waar in de Oostenrykers ten eenenmale verflagen v/erden. De  ?S* HISTORIE van Boek- D? °/e/winnaars > zich van de ferygsbehoefrPn „„ j ^ proviand der overwooneliagen tetóe&^Serf trof „ ken vervolgens naar F)nrn°rh «.t. • n\ ztr'eia> trok- ÏS?*- graaf van F^fi^%T&^ ^V°°r De g,aaf de onvoorzichtigheid van deTzer' fenS \J °h ra» Fur- vHcn 7v nn„„ . , generaal bedienende, rfC0,troePen,v«fpreid waren, Het gevegt werd e-niin rÏÏ ?2wit. aan beide kanten met gelyke woede doorgezet S°de fers ver. Keizerlyken kreeeen eerlan? den voHph ™a ï fl0cll^e duizend foldaaten op het flaeveld pUp rfp fc„ do°;den ^—™ ~ gaven zo lang het gevegt duurde, geen kwartïeHf de *™de flag was, welken de OosZ^Ll isoo nnJndfe- d31lZeS mianden r^d ^looren hadden " 2>* ££, -De f^,zer bevond zich te Zóafe», toen hy dé droe eindigt met^ jyd'ng van deezen nederlaag ontving, DeSve een verdrag vernederde zo wei zyn trots, dat hy zelf de eerfte votn-f by bemid. gen deed van vrede, die ook, na ern c7o„T u • iM»g- Pen fp Tor/rf on L % 7 m ^e on:}erhandehn- s gen te Zanch en te Schaffhauzen, door bemidd^li™ des hertogs van Milaan en van and'ere vorften we?d geflooten, terwyl deszelfs artikelen, naar gelang van de tegenfpoed zyner waapenen in deezen oorlo"? niet onvoordeebg voor hem waren. By deezen vrede kwam men overeen, dat het graaffchap van Pettigau aa™ Keizer zoude verblyven; dat het gefchil Wchen d? ftad Gure en de ingezetenen van Tirol aan de uitfpraak van JWrf, bisfchop van ^ö^, overgelaten^ t dat alle andere oncenigheden op gelyke wvzc door '0n zydige fcheidsmannen zouden worden byge!e°d On verzoek van Maximiliaan, werd het huis van"Oosten ryk de hertog var> Milaan, de keurvorften en andere ryks-ftenden, de fteden StrtutOurg en ^ met der zeiver bisfchoppen, gelyk mede dl andeie Keizertje fteden van Zwaben en den Rhyn in dit verdrag blg\el per,  het DUITSCHE RYK. 733 pen, terwvl de Zwitfers van hunnen kant den Koning jj, van Frankryk en zyne bondgenoten, den abt en de Bqek. ftad van St. Gall, gelyk ook het kanton Appenzell daar, \\m * onder betrokken (¥}. Hoofdst. Deeze vrede werd nog gevolgd door eene bemidde* X. Afd. ling tusfchen Maximiliaan en Karei van Egmond, aan De Keizer wien de Keizer de fteden te rug gaf, welken hy 'mmaakt Gelderland bad ingenomen, vergunnende hem ten zélf-^ ^ den tyde, den titel van hertog aan te nemen, onder voorwaarde, dat hy het hertogdom als een leen des ryks zoude erkennen. Wat de Zwitfers betreft. deezen behaalden by den afgelopen oorlog tegen Maximiliaan zulk eenen roem, dat Bazel en Schaffhauzen, en naderhand /ppenzell, in hun Eedgenootfchap traden, en daardoor het getal van dertien kantons vervulden, uit welken thans nog hun verbond beftaat (1). MAXIMILIAAN, van deeze beroerten ontheven, belegde eenen ryksdag te Augsburg, ter herftelling der openbaare rust en ter hervorming der misbruiken, die in de regtsoefening waren ingeflcopen. De eerfte zitting werd geopend met klagte over de annnaten, beneficiën en fchattingen, welken het hof van Rome van de provinciën afvorderde, om de onkosten van den oorlog tegen de Turken te betaaien. De lommen, daartoe dienende , waren aan Cafar Borgia ter hand gefteld, die dezelven in allerleie ongebondenheden verfpild had. De ryksvorften voeren hevig uit tegen dit misbruik, en zonden gemngtigden naar paus Alexander, om zich deswege te beklaagen, die ook beloofde, voor zulk eene verfpiiling in het vervolg te zullen zorgen. Dir beflooten zynde, verlengden zy het Zwabifch verbond voor twaalf jaaren, herftelden het kamer-gericht, welk in onbruik geraakt was, en, daar zulks nog weinig konde baa- (k) Krantz, als boven. (1) Barre, tem. VIII. p. 824. Europ. Hist. XI. D. II. St. A a a a a  II. Boek. II. Hoofdst, X, Afd. ( ( 2 É t d C fi d v ii it h e Z C K VI v; zi be er 734 HISTORIE van. baaten, ten zy 'er te gelyk voor de uitvoering van de. zelfs bevelen en de handhaving van deszelfs \IZ Z'. zorgd werd, befloot men, het ryk in zes krei^n S,t verdeelen Jamelyk de 2b&# rV^f Cche, Saxifche, Rhynfche en Westphaalfchl; dan C de provinciën, door het huis van Oostenryk irxbSI mand bezeten, en die der keurvorften in deeze zi' neuzen niet begreepen waren, maakte Maximiliaan lyne eigen Duttfche bezittingen, ten voorbedde voor ie andere keurvorften, tot één kreits, en zo doend' verden by de eerfte zes nog vier anderen gevoegd, lamelyk de Oostenrykfche en Burgundifche vfn wÏÏe le landfchappen, die aan het huis van Oostenryk behoorlen, de Opper ~ Saxifche voor de keurvorften van Sa ven en Brandenburg, en de Opper Rhynfche voor de" ;eestelyke keurvorften en de Palts *. In * Ieder kreits verkiest een directeur ter befchikkine der- burerlyke zaken, en eenen hertog, of generaal tot krïfsb-velheb er om de troepen en vestingen in goede orde te houden ln en beginne ftond het aan den Ryks-Hofraad, een gefchikt' d4 >onte benoemen tot het beleggen van eenen Èyksdaf erie/be :h!kken der zaken van d« Kreits ; dan, naardien zulks dooiVaMs ;n aanzienlykrten van ieder Kreits te beurt viel werdt hfMn ■ rlf%T Ifi""^ ejfiyk. Thans wordt het zelve bekleed , de Oofienrykfche Kreits door den aartshertog van dien naam, de Beierfche door den keurvorst en den aartsbisfchop van W trg, m de tranckifche by beurte dóór den bisfchop van Bamber* 1 de markgraaven van Brandenburg. Bareut en Jtnfpach ia df wabijche door den hertog van Wurtemberg tn den blsfchon van mjtans, ip de Opper Rhynfche door den biiTchop van Worms cn da eur Palts wegens Simmcrn, in de Neder-Rhynjche door d«n Keur >rst van Mentz alleen, en in de Westphaalfche door den "bisfchoD n Munftcr, Keur-Brandenburg en de Keur-Palis, welke laatften Iks by erfenis van den hertog van Juliers en Bergen hebben Komen * Df. Directeurs van Neder Saxen zyn de hertogen van Ma*deburr Bremen (weleer aartsbisfehoppen) en de hertogen van Brunswyk Lu-  het DUITSCHE RYK. 735 In deeze verdeeling was het koningryk Bohemen niet \\m begreepen, om dat het toen met het Duitfche ryk nog Boek. niet was vereenigd, en een misverftand tusfchen Ladis- jj, " laus en den Keizer plaats had(w'). Hoofdst. Intusschen zond Lodewyk XII, Koning van Fran- X. Afd.' kryk, na zich alvorens te hebben gereed gemaakt, om Lodewyk Lodewyk Sforza het Milaneefche te ontweldigen, een zendt em fterk leger naar Italien, nam de ftad Novim, welkeJuHen™™ hy pionderde en verbrandde, maakte zich meefter vzn brengt' h"t Valence, Tortona en Alesjandria, terwyl Lodewyk, doorMi|aaneezyne officieren verraaden, by den Keizer om hulpj?hew"1, vluchtte. Milaan onderwierp zich zonder tegenftand, en Genua kreeg een garnifoen van Franfche troepen. De koning, van deeze veroveringen onderricht, begaf zich van Lyon naar Milaan, alwaar hy eene plegtige intrede deed, en als opperheer erkend werd, zelfs door alle de vorften van Italien, behalve den koning van Napels, die hem gezanten zonden, om hem met zyne overwinning geluk te wenfchen. Nadat hy alzo over alle de veroverde plaatfen hnd-Doch suih voogden aangefteld, en een beftand met den Keizer ge-wordt dw tekend had, keerde hy naar Frankryk te rug. Dan, inSforza*?'zyn afwezen had zekere Trivulci, die in Milaan het ge-"0"""' bied voerde, zo door zyne trotsheid en wreedheid, als door zyne onderdrukking der Ghibeünen, zo gehaat gemaakt (w) Muller, lib. \, cap, a £p 3. Lunenburg. De Keurvorst van Saxen is alleen directeur van Opper Saxen, terwyl de Burgundifche Kreits, welke te voren Frdnche Ctmte en alle cie provinciën der Nederlanden behelsde, beftuurd werd door de Koningen van Spanje, zo lang deeza gewesten onder hunne magt waren (1). (1) Barrk, torn. VIII. p. 8j8. Aaaaa *  726 HISTORIE v a x II, maakt by het volk, dat zy famenrottingcn begonnen t Boek. maaken tegen zyn bevind, en in minJer dan drie maanII. den alle de fteden in het Milaneefche wiften te overreeHoofdst. den, om den gebannen Sforza wederom aan te nemen. * Afd. Dees vorst, den Keizer noch vermogend, noch genegen viroence tot eenen daadelyken byftand, had eene bende ruitery m de provinciën des ryks geligt, en met de Zwitfers een verdrag aangegaan van agt duizend man voetvolk met welk leger hy op marfch ging In het Milaneefche komende, opende het volk overal voor hem de poorten, en vernieuwde den eed van gehoorzaamheid; tepvylTnvulci voor eenen opftand onder de burgers van Milaan vreezer.de, de ftad verliet, en zich in Novara verbergde, welk daar op onmiddelyk door Sforza we^d belegerd, en binnen weinige dagen by verdrag aan hem overging, fchoon de ridder Bayard, die over het kasteel gebood, weigerde, in het verdrag te zyn begreepen, en met.eene ongelooflyke dapperheid volhardde, intusichen had Maximiliaan, na den onderftand te hebben ontvangen, die hem op den grooten ryksda* te • Worms ter behoudenis der openbaare rust was toegeftaan, in alle de provinciën troepen geligt, met oog. merk, om den voortgang van Lodewyk te ftuiten; dan eensklaps hield zulks op , en de koning van Frankryk zond eene fterke krygsmagt naar Italien, onder bevel van den kardinaal d' Amboife en den heer de la Tremouille. Deeze bevelhebbers hielden , zonder eenen fh«r te durven waagen, eene heimelyke onderhandeling met a~T ZmtJef's ,n SforzM-s leger, welke ten gevolge had, ?w£s ?at V deezfn ongelnkkigen vorst aan den Franfchen verrsaden , , g overleverden, die hem in het kafteel te Loches W3rdt. deed opfluiten, alwaar hy, van alle gerieflykheden, ja ' zelfs van de noodzaaklykc behoeften des leevens beroofd, tien  het DUITSCHE RYK. 737 tien jaaren doorbragt, en eindelyk van fpyt en hartzeer u, ftierf («), jjoeV. LODEJVTK, zich in de bezitting van het Milanee' \\m fche hebbende verzekerd, floot met Ferdinand, koning Hoofdst. van Arragon, een verdrag, welk hen verpligtte, hunner x- Arbeider krygsmagt byeen te voegen, ten einde de ftaaten Lodewyk des konings van Napels te veroveren en onderling te*ero?ert. ' verdeden. Dees arme vorst werd genoodzaakt, vanf^Napeit zyn koningryk sf te zien, en zich op de edelmoedigheid van den Franfchen monarch te verlaten, die hem en zyne erfgenamen het graaffchap Maine fchonk met alle deszelfs onderhoorigheden, gelyk mede een penfioen van dertig duizend livres, wordende alle de regten en voorregten aan de prinfen van den bloede gefchonken. Om deeze verovering te behouden en het Blilanee-Slaat en fche voor zyne familie te beveiligen, befloot Lodewyk,lmvel?k de vriendfehap des Keizers te onderhouden. Ten dmnfc°hen%ne einde vroeg hy aan Maximiliaan de leenhuldiging van dochter'en dat hertogdom; deeze had in den beginne zeer weinig*" *m» zin in dit voorftel, om dat het gerucht liep, dat Lode vffn^no wyk met behulp van den paus naar de Keizerlyke kttwnKiüfo. '* ftond. Hy echter verzekerde den Keizer en de overige Duitfche vorften zeer rafch van het tegendeel met de plegtigfte beloften. Den baatzuchtigen en gierigen aart van een Keizer kennende, overwon hy den tegenftand door eene aanzienlyke fomme gelds, en floeg een huwelyk voor tusfchen Karei, zoon van den aartshertog Philip en zyne eigen dochter Claudia. De kardinaal eP Amboife bragt zulks tot ftand te Trent, fchoon beide echtelingen nog in hunne kindsheid waren; ook werd 'er een vredes- verdrag geflooten tusfchen den Keizer siuitlen en Frankryk, behelzende, dat Lodewyk den Roomfch verdrag Koning zoude helpen tegen de Turken, dat hv de reg mn Mj- * tgplmiliaan, (n) Naucle*. Chron, Gen. 51. p. 515. Aaaaa 3  73§ HISTORIE van HJ ten van Maximiliaan en zvne oovnfopr* nn aa i • Boek. ryken van Hongaryen en ÏSLS^ £ dood^vf Ij. Ladislaus, handhaven, en deszelfs kroonina ^ t? 3" TT Z°l h/P,Gn ^vorderen, waartegendS aan ken d0VrhUldlging ^ het ^fcT^et: Dit verdrag, by het welk nog andere nimf„ voegd waren, werd door den aartsheS pav? gg' zyne reis met de aartshertogin door , ï ?g ?htllp> °P Spanje, alwaar zv to Zïï P? Koningryk naar iS02. De ftad zich by het abekrach}]ëd. Hmdeiin gevoegd hebbende v\2 tlL ^wuu->erJck eedgenootfchap g«v«'*»Kei7er rf£ 5! > tegen hec gevoelen van den ryksdag ter e > d,e de ryks - fteden zulks verhorten ho* 5 (0) Goicc lib. V. tot vanV^rnaalteTrfgenaaTtn del d°°' bloede, en de groote?f va" beJ nT' aI* <*an vyf (1) Remaro,. fur Heiss, Ut m, chap 5>  het D U T T S C H E RYK. 739 tot het betaaien dier lasten, welke door den ryksdag tt aan de andere fteden van het Keizerryk zouden wor» Boek. den opgelegd. ^ OoK^werden^er maatregelen beraamd, om het lopend Hoofdst. geld te verbeteren, en de Duitfche orde wederom tot X. Afd. die grootheid te herftellen, welke zy zedert het laatfte verdrag met Polen had verloren, terwyl zv daar by Klein Pomeren . het Marienburgfche en het Culmfche gebied r.ad moeten afftaan. De ryks-ftenden kwamen ten behoeve der ridders tusfchen beiden, en zonden gezanten naar den ryksdag, welken de koning van Polen ter vereffening des gefchils belegd had; doch dees vorst weigerde en de plaatfen te rug te geven, en de hulde te erkennen , welke zy voor de fteden in Pruifen deeden, zo dat de orde, die reeds zeer verminderd was, nog naar eene gunftiger gelegenheid wachten moest (p). Intusschen zond de paus zynen kardinaal RaymondDe paus aan den Keizer, met berigt, dat hy beflooten had, eeneflelt.eene kruisvaart af te kondigen tegen de ongeloovigen, en tenJ'""™*"* dien einde met de gezanten van verfcheide mogendheden^ Turwas overeengekomen, dat de Hongaaren, Bohemers,ten. Poolen en Duitfchers den oorlog tegen de lurken in Thracien voeren, de Franfchen en Spanjaarden in Griekenland eenen inval doen , en zyne heiligheid, met den koning van Engeland, de Venetiaanen en de vorften van Balien, Confiantinopolen ter zee zouden aantaften. In gevolge van dit befluit had hy naar alle hoven gezanten af. gezonden, om de vorften tot bylegging der byzondere gefchillen aan te maanen, om dat zy dus hunne krygsmagt tegenden gemeenen vyand des Chriftendoms zouden kunnen vereenigen. Schoon Maximiliaan zeer wel wist, dat Alexander by deeze kruisvaart niet anders bedoelde 3 dan eene aanzien- (p) Muller, lib. i. cap. 16.  74o HISTORIE van Boek f^ke,3fomme gelds door middel van vrywfe fchat- Hoofdst. i0nie,n ,§oed te keuren; doch verklaarde ten zelfden tvX. Afd. ' dat zyne geldmiddelen geenzints toelieten, zynen . yver m deezen te voldoen, en raadde derhaiven den Ce- Z*tJ}MOiïnQ D^fche ftende" te vervoegen g De keur- ™uf Da V°!gcle waarlchy«'yk zynen raad, en ^«.ontving van de vorften en fteden verfcheide beloften St"- oindtenisTan6' //T°f* S^ntvS *™/«te ^"n ir L tC Gllenha4™, by welke zy elkander imï«ite verphgteden, een zeker aantal troepen te leveren om g«a rff e«.tegen de ongeloovigen te ftryden, terwyl zy no^'daar geloongen.en boven aan de koningen van Frankryk " Spanje eW Denemarken fchreeven, met uitnodiging, om ziet met hun te vereenigen Ook vertoonden^ ten deezen Tyde aan den Keizer, dat de oprichting van eenen Hf raad onlangs te Regensburg gpfchied, ftrydig was met de Z>«///ak wetten, terwyl de ryks-vorften daar toe nim! mer hunne toeftemming hadden gegeven, cn zulks ftrv dig ware _ met gezag der Ryks kamer. Maximiliaan kreunde zich echter zeer weinig aan deeze vertoogen, ™ , Vu gfnd,Jm ,0P ecne vergadering te Frankfort nogmaals herhaald werden; dan, zo dra hy van zynen migeren f*nt 0J? de toelating van zyn zoon tot het keurvorfteden aans W collegie aandrong, bleeven de vorften in^elvks SS V°0n zvne7verzo^en. Zyn oogmerk nameyk kelZr^.^ ,om Oostenpk ^ een keurvorrtendem te maaken^ h/k collegiedoch deef onderneming mislukkende, zógt hy den her. toetelotentog van dat landfchap met zulke voorregten te begiftigen, die hem van de andere vorften zeer aanmerkelvk" zouden onderfcheiden. Ten dien einde bevestigde hv den titel van aartshertog, die hem door Frederik III was gefchonken. Daarop befloot hy, dat de aartshertog, nadat hy tot driemaal den Keizer om het le-n verzogt had, zoude gerekend worden, zulks te hebben be-  het D U I T S C H E RYK, 741 bekomen, zelfs fchoon het hem geweigerd ware; dat H, hy zuiks in de Oostenrykfche frontieren alleen zoude Boek. ontvangen met het zwaard, en dat wel zonder eenige H. * onkosten, en eindelyk, dat hy nimmer zoude verpligtHoofdst. worden, aan eenige uitdaging tot een tweegevegt ge- Xt Anh hoor te geven. De keurvorften daartegen, om die voorregten , die by hun geenzints werden goedgekeurd , te kunnen opwegen, vernieuwden hunne verbindtenis te Gellenhaufen, verbindende elkander tegen alle geweld te verdedigen, hunne regten in de verkiezing van eenen Keizer of Roomfch Koning te handhaven, alle aanflagen op het gezag der Duitfche ftenden te keer te gaan, en om de twee jaaren op zekeren beftemden tyd en plaats in perfoon byeen te komen, om over dc belangen van het ryk te handelen (q) Na deezen ryksdag floot Maximiliaan een verbond De Keizervan vriendfehap en koophandel met Henrik VII, Ko"flüit een ning van Engeland, die, fchoon hy den Keizer gewei.verbo^f gerd had eene fom te leenen, welke dezelve nodig had,rik-vu thans hem tien duizend ponden, als eene fchatting lotKoning' doorzetting van den oorlog tegen de Turken, ten ge-™" Ens-fchenke gaf. land- Eer hy echter eenige krachtdadige maatregelen konden op. nemen tegen de ongeloovigen, maakten de landluiden./^ der in Duitfchland zulk eenen vreezelyken opftand, dat hy^andluihet nodig oordeelde, een aanzienlyk leger te vormen, om hen tot reden te brengen; want zy hadden, in navolging der Zwitfers, beflooten, het juk hunner meesters af te fchudden, en in de form van een gemeenebest or.afnanglyk te leeven (r). Naauwlyks waren deeze onlusten gedempt, of 'er brak een nieuwe oorlog uit in het Keizerryk. George de ryke, hertog van Bei. er- (q) Lunig. Arch. Im>i. Part. Spec. p. 238. (r) Sur, in Com. ment. Bafit. in fupplem. in Naucler. Europ. Hist. XI. D. II. St. Bbbbb  74* H I S T O R 1 £. VAN If. eren, uit de tak van Landshut har? ™* n Boek. gemaakt ten voordeele van zyn' behmrS U,terSen WiI II. paltsgraaf, zoon van den^eurvo^^tóT hertogen van Opper.Beiereu ii. ™„ 'Ms^g, wanten nit de g ^^Si^w* ftaaten zouden orvoJ-en tv„ S , ll!re ln dcs2elfs D^a/tt- komende wees h?^ ? 6 Zaak voor den Kei™ graaf Ru- erfSm' ^ hy den °PvoIging aan de zydeliogfche perr wordtC[Iötaam.en toe, en floep- Rutert topU-« aZ weigerde te erkennen ,ï ? ' u e ^ vonnis o*-*- SSfo die met dezelfde tJ^ a^a^ zvn vader gedaan. hy £' de ^ d«^^^^ * geval />vw£ ™ i 'y0lJ§a>1g- netogen van Beieren. Pre. 6- ^eezen, in het land van hertog George val-  het DÜ1TSCHE RYK. 743 Vallende, maakten veel verwoesting, namen verfcheide H. fiedèfj in bezit, en een gedeelte van Rupert 's leger, Boe'e. welk hy in Bohemen geligt had, ontmoetende, hakten II. zy het zelve digt by Regensburg in de pan. Na dee Hoofdst. zen flag verdeelde Maximiliaan zyne krygsmagt. De x- Afdeene helft had bevel, om het land van Rupert aan te De Keizer tasten, terwyl het ander gedeelte, met den Keizer zelfstr^ t!isn aan het hoofd, naar den Elzas trok tegen den keur-/,em md*y' vorst Philip, verfcheide plaatfen in de Palts, ondermm&. anderen Kuffftein en Gerold/eek, in bezit nam, en óenveiii. keurvorst noodzaakte, om den vrede te verzoeken. Udalrich, hertog van Wurtemberg, die zich aan het hoofd bevond van een tweede leger, beftaande uit twintig duizend man te voet en agt honderd te paard, Mm maah viel in de flaaten van den paltsgraaf, verbrandde hetvreezelyke klooster Maulbrunn, en veroverde veele plaatfen. Een verwoestin- derde leger, welk door den palstgraaf Alexander, her-#entog van Beieren en den graaf van Weldentz was geworyen, beftond enkel uit eene menigte van landluiden, in groeten haast byeen geraapt, die beter gefchikt waren, om het land te verwoesten, dan om regelmatig te vegten; dezen echter zond hy naar de Palts, alwaar hun veele lieden in handen vielen. De grootfte buitenfpoorigheden echter werden bedreeven door een vierde leger, welk het geheele land te vuur en te zwaard verwoestte (*}. Dit ftond onder bevel van William, landgraaf van Hesfen, die verzeld was van Henrik, hertog van Brunswyk* Plenrik, hertog van Mecklenburg, Emien, graaf van Leiningen, de graaven van Lippe en Komgfein, en veele andere edelen, die of vry willig dienst hadden genomen uit haat tegen den keurvorst van de Palts, of uit byzonder eigenbelang, of om loon en in hoop van bevordering. geco Spcndan. Conti». Barre, torn. 71. p. 797, Bbbbb 2  744 HISTORIE v 4 m II. Geduurende deezen oorlog hield de keurvorst Philip Boek. zyn verblyf te Heidelberg, eene plaats, fterk door hare II. hgging , beichermd door hare goede muuren en kafteelen x, afd. ]yk aantal gefchut. Ook was de ftad zeer goed ver lcnanst, voorzien van mondbehoeften voor drie laar-n en had een garnifoen, welk befiooten had, zich ter verdediging van den vorst te zullen opfferen Rupert De aanvallen op de Palts duurden vvf maanden, wanMA, neer, Rupert overlydende, de Keizer beval, dat beidpartyen hare waapenen zouden nederleggen Om nu aLe reden tot klagten weg te nemen over het fchenden van wederzydfche regten, gaf by bevel, eenen ryksdag f Keukn by een te roepen, op welken de wederzydfche eifchen zouden gehoord en overwogen, en dooide ryks-vorften eene beflisfehende uitfprak zoude se1505. daan woroen. De keurvorst van de Palts vervoegde en het ge zich insgelyks op deezen ryksdag, en werd door FredeS 7en^> keurvorst van Saxen, den Keizer aangediend, 7n rlZdagter™™ p vergiffenis en vrede verzogt. Maximkam wjfj. nam hem weder in gunst aan, en regelde, met voorJchingge. kennis der ryks-vorften, de voorwaarden van he- ver«•**. drag tusfchen Philip en de hertogen van Beieren. £y het zelve werd byzonderiyk gezorgd voor de kindwen van Rupert, die, behalve de febatren van hertog George, ook nog de landen tusfenen den Donau, de Nab en d' oude grensfeheidmgen van de Palts in bezit hadden" Zyne andere ftaaten werden aan Albert en JVofgan* toegeweezen. Het oude gefchil tusfchen den keurvorst van de talts en den hertog van Wurtemberg werd bxge'egd en, naardien in het verdrag bepaald was, dat ieder de randen en plaatfen zoude blyven bezitten, die hy in den oorlog had veroverd, bleef de Keizer meefter van de veilingen Rotenburg, Kuf/lein en verfcheide andere piaatlen. De artikels echter van deezen vrede werden niet  het D U I T S C H E RYK. 745 niet eerder dan twee jaaren naderhand, op eenen ryks- II. dag te Conflans, ter uitvoer gebragt (0* Boek. Ten deezen tyde werd insgelyks het verdrag van Blois II. geflooten, gelyk mede de verbindtenis tusfchen Fr'ank-Hoofdst. ryk en Oostenryk we'ke te voren was ontworpen. By x- Afodezelve verkreeg Lodewyk XIIhet leen van Milaan^ on-Het verder beding echter, dat, in geval hy het beraamde huwelyk d^^aii tusfchen de prinfes Claudia en den aartshertog Karei vanwerdbevesLuxemburg mogt verhinderen, de laatft genoemde alstigd; dan, by wyze van fchaa vergoeding, het hertogdom Bourgondien, het Milaaneefche en het graaffchap Asti zoude erlangen; waar tegen, indien zulks door toedoen van Maximiliaan, of van Philip* des jongen aartshertogs vade r, mogt miflukken, het nuis van Oostenryk van zyne e'fchen op het hertogdom Bourgondien, Artois, Charlesroi en andere domeinen zoude afzien. In allen opzigte was dit verdrag van lodewyk zeer onftaatkundig; want zyne dochter aan Karei ten huwelyk geven* de, gaf hy Bretagne weg tot een huwelyksgoed, en> het' huwelyk weigerende, verloor hy het hertogdom Bourgondien en zyne Italiaanfche leenen. Dan, dit ver- 1506. drng werd door de Franfche Gouvernementen, zelfs met09^ geheime toeftemming van Lodewyk, zeer hevig weder "^J^lJ^" ftreefd, en de prinfes werd aan Karei, hertog van An r,_"hen 'wegoulesme, en vermoedelyken erfgenaam van de kroon, 'derftreefd. ten huwelyk gegeven. In deezen ftaat van zaken overleed Ifabella, koningin van Castilien, na hare ftaaten aan haren echtgenoot Ferdinand te hebben overgelaten, waarop Philip van Oostenryk rret zyne gemalin Jchanna naar Spanje trok, om hunne regcering mei zynen behuuwd - vader te vereenigen- Paus Julius II, opvolger van Alexander, maakte zich meefter van Bologne, met behulp van Lo- , _ , .. de- (t) Heiss Hist. de V Emp. Hv III. chap 3. Bbbbb 3  W historie v a n .ii ïïevyk en den kardinaal d'Amloife, en tok dnnr i-^* Boek. van waapenen eene nieuwe beerlcha^yTte^eren ii. Intusschen werd die den inm lZ i ■ Hr°^ ttdT!^ ? "oor dTdooT ofS «07 len',Cn had tot iede>-s verbaazing Zafc™* XIT Z- V^rV **? Z°°n Kard benoe™*> Son hv re ~ h Genln verraader]v^n veirl ar* Lwvl hv ^daarenboven zich overtuigd hield, dat de VllmbiJl te hebben zo lang zyn zoon rainderjaarig was, den Keizer T£' wngeJïeM.tis regent zouden erkennJen- & w s> aen *eiZe* nimmer Met dit alles, daar de zeventien provinciën dip minos toe hunne eigen gouverneurs vooi de tvd v°n agttien maanden hadden aangefteld zich in In n log met $Mfc hertog van§ G&ïï5/ Vnden" in.T wikkeld en deeze alle poogingen te werk ftelde om den gantfehen omtrek zyner landen te bema-"'n wei Maximiü-den zy genoodzaakt, aan Maximiliaan de Verfch T,™ *™mva" tot landvoogdesfe aanftelde (v\ gouveman öchoon de Keizer zich, ten aanzien van'Milarn te over demet den Koning van Frankryk zeer wel verdn^n S' ra"-i0nd; h? echter *» hoon niet vërddnw^ meende ontvangen te hebben van de mmkanen, doo? het deel, welk zy m deeze zaak genoman hadden; ook bezaten zy daar te boven nog eenige landen in >W. ryk' (Ijtria;, 0p welken hy aanfpraak maakte *F® legde derhaiven eenen ryksdag, op welken, fchoon onder een ander voorgeven, beflooten werd, der r-nubhek Venetien en haren aanhangeren den oorlog te ver- o) Annal, de F Emp. torn, II. p. 567.  het DUITSCH E RYK. 747 klaaten (x). Om dit ontwerp des te fterker door te H. zetten, ging hy eene verbindtenis aan met paus Juli- Boer, us II en de Koningen van Frankryk en Spanje, aie H. niet zonder fmart konden zien, dat de Venetiaanen in^ooFDsi. het vreedzaam bezit waren van verfcheide fteden in het x- Afb* hertogdom Milaan en in andere gedeelten van Lombardyen . op welken zy geen ander regt hadden, dan dat van verovering. Vóór het aangaan echter van deeze verbindtenis, ondernam Maximiliaan een togt naar Ita* Hen met oogmerk, om den voortgang te ihiiten van; Lodewyk, wien hy verdagt hield, dat land te hebben' orgeftookt. Met eene kleene magt zynde uitgetrokken, werd hem door de Venetiaanen de doortogt geweigerd door het dal van Trent, zo dat hy verpligt werd, van zyne onderneming af te zien, na een zeer aanmerklyk verlies te hebben geleeden in een flag met Bartholomeo dAlviano, generaal van de republiek. Dus te leur gefield, was hy blyde, een beftand te kunnen teekenen, cn, naardien hy hierdoor ook in het ander gedeelte van zyn ontwerp, eene krooning namelyk te Rome , was verhinderd, vaardigde hy by rondgaande brieven een bevel af aan alle de ryks-ftenden, om hem den ti» tel van verkoozen Roomfch Koning toe te voegen, een titel, die naderhand door alle zyne opvolgers by hunne verkiezing, na voorafgaande toeftemming echter van den paus, is aangenomen. De l'ranfche troepen, die zich by de Venetiaanen ge-Maximivoegd hadden, vervolgens weigerende, de ftaaten vanIiaa" êuit den Keizer openlyk aan te taften, was men te ^netienfffjfff^ zeer gereed, om naar de voorflagen van Maximiliaannetiaanen. te Iuifteren, en eene byeenkomst aldaar te openen, op welke, na hevige twiften en ftaatkundige hairkloveryen, tusfchen Maximiliaan en de Venetiaanen een afzonder- lyk 00 Tkithem. in Chron. Spanheim.  7^ HISTORIE van II. ly\b*nd geflooten werd, tot het welk Lodewyk XII Boek. vryheid had, zich voor drie maanden tyds te voegen w IL Sn^T* Va° FrankrJk was 20 Sebe]§d overdeezeuitluiHoofdst. tende bevrediging, dat hy, met behulp van den kard ^SS±^«^*^> ee« verbond tegen de ^nrfra» renettaanen imeedde, om de republiek alle de bezittinKameryk gen te ontnemen, welke zy zo in Italien aan Lombar- tffJ^l^J^T^ en in ApUlk ™ netiaanen n- T °PunJs-> en ln Jlomagna aan den paus had ontgum. weld,gf., Met dit ontwerp was de Keizer uitermate'in zyn icbik, om dat het niet Hechts zyn byzonder belang maari°0j Zyne wraakzucht kittelde; want de Venetiaa nen hadden, onmiddelyk na dat zy met hem het beftand ilooten, aan hunnen generaal, die zyne troeden verflagen had door allerleie vreugde-tekenen de eer des zegepraals toe geweezen j een zeer onftaatkundig bedrvf in oedaad, welk hy als eenen onuitvvischbaren hoon voor zvne eer aanmerkte. Hy trad derhaiven in de verbindt* nis, welke het gevolg was van het verbond tc Kam* ryk, geflooten tusfchen Margaretha, hertoginne weduwe van Samen, zufter van den overleeden aartshertog, en den kardinaal d Amboife, die, onder voorreve- van het gefchil tusfchen Karei, 's Keizers klein zoon, en den hertog van Gelderland te zullen byleggen , zich derwaarts begeven hadf»*. Ê& ' r Dee- (j) Mez. Air. Chron. torn. IL p. 814. * Het Kamerykfche verbond behelsde de volgende artikelen l> paus keizer en koningen van Frankryk en ArraZ zuEelkander helpen in het herwinnen der plaatzen, weikin? iTnmiaamn hun ontwekügd hebben. Ravenna, Cervfa, Faenza, RimM Imola enC^azulIeodenpaus Roveroda.Fer.ua, Padua, VheTza Tr™% enFnuh den Keizer, Brescia, Crem*, Bernamo Cremomi GhrZnl da enalledeoudeonderhoorighèden van h -t heno4d™Z% ™f ^ ningvan Frankryk. en Tranórundifi, (££> let E" vens, welken de Venetiaanen in het koninkryk WR^bebj2 £ ningvan Arregmworden toegewezen." ómdatSeizerz"cbS^e  met DUITS C HE RYK, 7A9 Deeze verbindtenis had zulk een gewenfcht gevolg, II. als men immer konde verwachten; want de Keizer en Boek:. de Koning van Frankryk ontnamen den Venetiaanen \\t meest alle fteden, welke zy in Lombardyen bezaten. Hoofdst. Ook was de paus geenzints achterlyk, om al dat geenex- AïD« weg te nemen, welk hy ten zynen behoeve dienftig oor- 1509deelde. In één woord, de Venetiaanen kenden zich zei-*?2 Vene" ven zo weinig in ftaat, om deeze verbindtenis tegen temorden gaan, dat zy, na dien beroemden flag te Ghiera d'Ad- verflager,, da te hebben verloren, waar by al hun voetvolk, in de™ verlaten pan werd gehakt (z), alle hunne bezittingen op het vas-^rtóc te a ' (z) Guicciahdint, lib. VIII. Venetiaanen tot eeri beftand voor drie jaaren heeft verbonden, zal ds paus, teneinde hem een voorwendfel te geven, om dat verbond te kunnen bieken , hem, als handhaver der Roomjche kerk, dagvaarden, om hem te helpen in het herwinnen der bezittingen van den H. Stoel. Terwyl de drie vorften de republiek met waereldlyke wapenen zullen aanvallen, zat zyne heiligheid vandezeive, op ftraffe van den ban, de te rug gave vorderen van het geen zy zich heeft aangematigd. De Koningen van Hongaryen en Engeland, de hertogen van Savoien en Ferrara, en de markgraaf van Mantua zul. len verzogt worden^deel te nemen in deeze verbindtenis. Geduurende deezen oorlog zal noch de Keizer noch de prins van Spanje den Koning van Arragon, uit hoofde van .eenigen eifch op Cajlilien, mogen ontruften. Maximiliaan zal aan Lodewyk XII de leenhuldiging van Milaan te rug geven, waarby ook Brescia , Bergamo en alle andere plaatfen van het Milaneefche zullen begreepen zyn. Wanne.r de republiek de Turken te hulp roept, zullen de bondgenoten hunne poogingen verdubbelen, en zal deeze verbindtenis ook dienen tegen de ongeloovigen. Niemand der bondgenoten zal met den vyand een beftand aangaan, zonder de overigen deswege ge. kend ie hebben, en, om te beletten, dat de verfchillen tusfchen den Keizer en den Koning van Arragon wegensCtjiillendeezer verbindtenis hare kracht zullen benemen, zullen van wederzydebemagtigden benoemd worden, om deeze gefchillen vriendelyk te vereffenen, zo dra de oorlog tegen de Venetiaanen zal geëindigd zyn (1). (1) Ser. l'Hijl. de la Ligue de Cambray, 2 vol. in nmo. Paris 1709, torn. 1. lib. r. p. 50. Europ. Hist. XL D. II. Sr. Ccccc  75o HISTORIE van If. te land verlieten. Terwyl de Franfche troepen, onder Boek. bevel van den maarfchallc de Chaumont de eene ftad na II. de andere veroverden , trok Maximilaan aan he "hoofd Hoon»r. van zyn leger naar , met oogmerk, om de ^ * ^-nenaanen aan te taften, en Christopher g\™Frdd£> pam met den hertog van Brunswyk. die de Le tr?e pen gebood, trokken in #w«rry* (Iftria) en #33 en hernamen alle de plaatfen, die in het vodge ^4 Uï eene en£e §ebra§t' dat zy de" Keizer bv een v««fc eerbiedig verzoekfchrift in de onderdanigfte en bewee«fchrijt in lykfte bewoordingen om genade fmeekten; doch zvn me." lizTr ?dïen m? de iePubliek was reeds weg genomen door • de dringende vertoogen van den kardinaal d Amboife die hem zeer ernflig aanmaande, deeze gelegenheid tot het onderbrengen van dit trotfche gerneenebest niet te laten yoorby flippen; ja naar alle waarfchynlykheid zou het zelve tot eene volkomene flaaverny gebragt zyn zo niet de maatregelen der Franfchen en duitfchers waren tegen gegaan door den koning van Arragon en den paus, die geenzints wilden mede werken tot het verderf van de éénige mogendheid, welke tot nog toe verhinderd had, dat gantfch Balien aan beide deeze volken was onderworpene». naafdiL In.tüsschen keerde Maximiliaan naar Trent te rug, boifc ent- zynae vergezeld van den kardinaal, die aldaar, in naam vangt in van Lodewyk XII, de leenhuldiging van Milaan onN lolZl VIng' Oo* wcrd het Kamerykfche verbond hernieuwd, Xü. X en e,cne onderhandeling voorgefteld tusfchen den Keizer henhuldi- en den Koning van Irankryk op de grenzen van het ging ran Milaaneefche. Lodewyk hield zyn woerd; doch de KeiMUaan. zer verontfchuldigde zich, 't welk ten gevolge had, dat de Koning van Frankryk met een gedeelte van zyn leger O) Martan. Ui. XXIX. mt. 83.  hei DU1TSCIU RYK. 7Si gcr wederom de Alpen overtrok, latende het overige H, deel onder bevel van Chaumont. Boek. Naauwlyks was hy vertrokken, of de Venetiaanen Ji. voelden hunnen moed herleeven. Zy overrompelden Hoogst. Padua, en hernamen verfcheide plaatfen, die met troe'X- Afopen van den Keizer bezet waren. Deeze, zulks verne De Keizer mende, verzogt zyne bondgenoten om hulp, en deezenp'j£?rt verfterkjen hem zo krachtdadig, dat hy zich eerlang aan dtchVordt het hoofd bevond van tagtig duizend man, waarmede gen-jodhy, in weerwil van den hardnekkigen tegenltand derzaakt> htt landluiden, die den Venetiaanen waren toegedaan, over\ele£op te het gebergte van Vicenza in Lombardyen trok, cn Pa- " m' dua belegerde, 't welk zo dapper verdedigd werd, dat hy genoodzaakt was, van de onderneming af te zien, en naar Infpruck te rug te wyken. De Florentynen, wetende, dat zyne geldmiddelen om-Hybevestrend waren uitgeput, namen deeze gelegenheid waar,^^"' om den vrede van hem te koopen, en tegen betaalingSi™ van veertig duizend gouden kroonen gaf hy hun nietrence. " flechts vergiffenis wegens alle hunne oproerigheden; maar beveiligde zelfs zeer wydluftig hunne privilegiën (b). De republiek van Venetien herfïelde wel haast haar geleeden verlies, en werd zelfs veel magtiger, dan ooit te voren; want, wanneer hunne wapenen te kort fchooten, namen zy hunnen toevlucht tot de flaatkunde, bevredigden zich met het hof te Rome, en verwekten eene twist tusfchen den Koning van Frankryk en den paus, waar door zy beiden hunne zaak openlyk waren toegedaan. JULIUS, willende het vermogen van Lodewyk ver'De paus zwakken, raadde den Venetiaanen, de zaken met èex\dm als Keizer te vereffenen, waar toe hy zelf de hoedanigheidZflZ vaxxden Keizer Qi) Brut. Florentin, Hifi, lib. t. Ccccc 2  752 HISTORIE van II. van bemiddelaar op zich nam. De onderhandelingen Boek werden op zeker riddergoed digt by Scala geopend II. De republiek, kennende de gierigheid en armoede van' Hoofdst. Maximiliaan bood hem niet fJechts de vergoeding aan van x. a™- de onkoftcn des oorlogs, maar nog daar te bom/dé netïanen T £T f°mme Se!ds' evenredig aan het geen Ver^fch,™1 *ran*p* by eene zelfde gelegenheid gegever was. P^^-Ljan, naardien zy weigerden, van Padua, Trevifo en Vicenza afftand te doen, verwierp hy hunne voorflagën, en be/oemde zich wegens zyn belangeloos gedrag od den ryksdag, die te Augsburg was vergaderd *, en zvn voornemen tot herftelling van het gezag des Keizeryks in Italien ten vollen goedkeurde, beloovende tevens, iiern in de uitvoering van dat ontwerp, waar toe hv van den tranfchen monarch, onder verpanding der ftad ÏVallegio, honderd en vyftig duizend kroonen leende, op ai« ler.'eie wyze te zullen onderfteunen. DeTc°'ers Y00}™ reflde bv "]et Lodew^k & «ken van den Zn den volgenden veldtogt, nadat hy den Koning van Arramn Keizer en en den Paus, als zyne bondgenoten, te vergeeffch on Frankryk hulp verzogt had, benoemde den graaf van Hanau tot 25f'2ynen generaa! in Ital2en> e" ^ed eene aanzienlyke te veld, «2kryg.smaSc >n den omtrek van Verona verzamelen. Deemadken ze zich gevoegd hebbende by de Franfche, onder beweer*- vel van den maarfchalk de Chaumont, trok men den Irlgen'. P° en den Adi& over> £n nan> in, welk de inge- * Het was ook op deeze vergadering, dat Hamburg op nieuws als eene vrye ryks-ftad, en onafhanglyk verklaard werdran h« tl\Tr J g,Wdks voo^ewenJ^ regt aan de ryks-kamer tet beflisfchmg werd overgelaten. Deeze gebeurtenis was fuift des te merkwaardiger, oraeat de ftad Hamburg vóór drie honderd iare , d onaf hanglykheid van haar grondgebied aan de Koningen van Uiaemsrken en de graaven van Schaumburg betwist had (ij? (O Dumokt. Corp. Dipl. torn. IV. par. x.  het DUITSCHE RYK, 753 ingezetenen vry kogten van plondering. In één woord, n. men hernam eene menigte van fteden, en vervulde Boek.' her. gantfche gewest met fchrik cn verwoesting. Chau- n. mont Weigerde echter de Duitfchers in het beleg van Hoofdst. Padua by te fpringen, en by gelegenheid van zeker X. Afd. misverftand tusfchen Maximiliaan en Lodewyk oordeel, de' men het nodig, het onderling verbond door een nieuw verdrag te verfterken, het welk ten gevolge had, dat beide legers met meer eenftemmigheid en kloekmoedigheid te werk gingen. M.iXIMILlAAN werd nu zo wel overtuigd van des Franfchen Konings opregtheid en genegenheid, dat hy zyne gefchillen met Ferdinand aan zyne uitfpraak onderwierp. Ferdinand had zich, door de heimelyke tusfchenkomst van kardinaal Ximenes, van de^ bezitting des geheelen koningryks verzekerd, en de Keizer had in Spanje geene andere vrienden, dan eenige weinige edelen, die zeer te onvrede waren over het bewind. Nogthans ftond Ferdinand gaarne toe, dat de Koning van Frankryk hec gefchil zoude beflisfchen, gelyk dezelve op eene zeer minzame wyze deed; naainelyk, dat de Koning van Arragon Castiüen zoude beftuuren, tot dat de aartshertog Karei den ouderdom van twintig jaaren zoude bereikt hebben; dat dees jonge vorst den naam van Koning niet zoude voeren, dan na het overlyden zyner moeder, en dat het mannelyk kroost, welk Ferdinand uit zyn tweede huwelyk mogt krygen, geene aanfpraak zoude hebben op het Koningryk van Castilien. By deeze uitfpraak verbeeldde zich Lodewyk* dat hy Ferdinand geheel en al aan zyne belangen had verbonden, ten minften, dat hy hem belet zoude hebben, zich met den paus tegen de Franfche natie te verecnigen; doch hy bedroog zich. De Koning van Arragon Xe fans had reeds een heimeiyk verdrag geflooten met Jiilius *vefdmr; " r* J? A;aden oorlog C cc cc 3 aie s  754 historie van li. geven, dat deeze SS ES80 °P voor- « *fe weigering de hl^l^l10!??» ? dewyk «'Seno°t van den Franrchm KoniVL k T f, ' aIs bond" den hertog LOüEJVTK veiXf? Kon]nf.' betrokken was. v«» Ferraveronfni«La ' verS,amd over dit voorgeven, en zich veïontiustende over zyne voorbereidden P„ L l len, om juist die wapenen, "elke beteï./- g£' ****** voortgang der Turken L^t' °m ra/j Frank keeren, verbond 7i>k » a ,uutn> cegen hem te "1*^ by een^Sw verdrt wVk ?ï£ Mn f«'^ S*^" W^de eene v ? adlrtg V™£^^ten« ^.onderzoeken, in hoe verre hy de ï^^™/0 miJiaan, kerk, welke df> nu.c ™ „ . fet-tsceiyke magt der Fragmatiaue Sanrti* * i y uctF'an" van Ferdinand, dat hy het verbond van Kameryk had„;,j ff' verbroken, en om hem aan ie maanen, om mede te klaagen werken tot het houden eener vergadering; dan deesaan vorstferdi" (ff) Mvuuan. lib. XXIX. not. 83. * In de verzameling, door den Heer Godefroi uitgegeven, vinden wy een brief van Maximiliaan van de volgende bewoording. „ Quod, quando ipfe intelligis , ingenti pecunias fumma, qua: im„ pendenda erit, geri atque effici non pofte, vifum nobis eft e re „ fore noftri propofiti, ut cardinalibus & proceribus aliis Roraa„ nis, quos ad res noftras pertrahere fatagimus, polüceamur ac „ fpondeamufi ter centum millia ducarorum a Fuggeris rautuando„ rum & Roma: al) eorunciem pannelcha ad conftitutum diem pra;- „ fentandorum Oppignerabimus autem illi (Jacebo Fugge. „ rofeniori) clenodiorum noft'rorum pretiofioresquatuor ciftas', una „ panter cum pallio inveftiturali, qui non ad imperium fed ad „ noftrain domum Auftnacam pertinet, & cujus nos, poft adep„ turn papatum, non amplius erit, ut opus habeamus". &c, (jj (1) Lsttrbs de Louis XII. p. 326. torn. IJL c? tar. 1. torn. IV'  756 HISTORIE v a M II. vorst,'nayverig wegens hun vermogen, en beducht voor Boek. hunnen invloed in Italien, antwoordde op beide deeze II. Hukken zeer koeltjes; fchoon hv beimelyk alle middeI*O0F°ST- len te werk ftelde, om Maximiliaan van Lodewyks zy- • Ar"-de af te troonen, als wiens belangen by klaar betoogde Svan^ met die des KflzfJs *n eenenmaale ftrydig waren! Anagon, Deeze vertoogen hadden zo veel ingang by Maximili. die Mati- aan, dat hy befloot, de befh'sfching zyner zaak over ïfZïeantQ latenJaan eene algemeene vergadering, die te Mantvmh£l*ua i;oude gehouden worden, op welke hy insgelyks rijk poogt den Koning van trankryk verzogt eenen afgevaardigden dftetrek- te zenden. Schoon het Lodewyk ten uiterften fpeet, ken- dat zyn bondgenoot op zulk eene wyze van hem werd' Vergade. afgetrokken, en dat wel in het midden hunner verovetSantua rinSen in Italien> oordeelde hy het echter raadzaamst, 'zyn ongenoegen niet te kennen te geven, vreêzende anderzints, den gantfchen last van den oorlog op zich te zullen laaden. My zond derhaiven den bisfchop van Parys naar Mantua, alwaar dezelve Mattheus Langh, bisfchop van Gurck, s' Keizers gevolmigtigden, te gelyk met de gezanten van Ferdinand ontmoette. JULIUS, die toen te Ravenna was, begeerig, om met den bisfchop van Gurck te fpreken, en hem zo mogelyk, tot zyne belangen over te haaien, wist door zyne zendelingen deezen prelaat in zo verre te bewegen, dat hy hem te Bologne een bezoek gaf, alwaar hy alle konftenaryen te werk ftelde, om h?m aan zyne belangen te verbinden, vleiende hem zelfs met de belofte van eenen kardinaals hoed; doch Langh bleef ftandvaftig en onomkoopbaar, terwyl Julius, de onderhandelingen raakende eenen algemeenen vrede kwanswyze uitrekkende, intusfchen den bisfchop van VintimïgUa vermomd afzond, om Genua by verrasfehing in te > emen. Dees^prelaat echter werd als Ichaapsherder ontdekt,- en  het DU1TSCHE RYK. 757^ cn hy en zyne medeftanders werden ter dood veroor- n. deeld. üver dit verraad ten uiterften verftoord, ver- Boek. lie- de bisfchop van Gurck in alleryl de vergadering te u. Mantua , terwyl Lodewyk zyne overwinningen in Hoofdst. Hen vervolgde. x- Afd* Deeze vruchteloze pooging echter had ten gevolge 1511. eene andere vergadering te Pifa, belegd op verzoekEene andej van den Franfchen Koning, onder befcherming van den}r-^rf/P^ Keizer, fchoon Maximiliaan op dezelve geenen afge«ra. vaardigden zond, noch eenig Duitfch bisfchop daarby tegenwoordig was. s' Keizers vriendfehap met Lode» wyk was ten deezen tyde merkelyk verkoeld; fchoon deeze laatfte, ondanks s'Keizers onverfchilligheid, vreezende alleen, dat hy eerlang zyn vyand zoude worden, deeze zyne minachting over het hoofd zag, en zyne genegenheid allerzorgvuldigst poogde te behouden; want, terwyl Ferdinand het masker afhgtte, en daadelyk troe* pen naar Napels zond, om eenen uitfluitenden vrede tusfchen Frankryk en den paus te verhinderen, floot Lodewyk een nieuw verdrag met den Keizer, en 1512. zond zynen generaal la Palice met eene aanzienlyke Lodewyk krygsmagt, om zich by de Keizerlyke troepen te voe-^'^^". gen, en de bevelen van Maximiliaan volftrektelyk tepenonjer gehoorzamen, fchoon dees laatfte niet in perfoon aania Palice, 't hoofd van het leger wilde wezen, maar den Fran-om onder fchen generaal eene verfterking toezond van negen dn\-™dfff*" zend man. waar mede dezelve de Venetiaanen van de fterke posten moest verdry ven, welken zy bezet hiel-tiaean^ne" den. In gevolge van deeze bevelen taftte hy den vy-wordenverand hevig aan, noodzaakte de fteden van Fr'iuli tot onder-flemen, en werping, maakte zich meefter van Graditz, en herwonwfcheide Gastel Novo ten behoeve van den Keizer, die echterGnomen, on lanks deeze veroveringen, zeer te onvrede was, om d\t hy het beleg van Trevifa met zulk een kleen leger niet Europ. Hist. XI. D. II. St. Ddddd  758 HISTORIE van II. niet wilde ondernemen, maar in het hertogdom van Mi. Boek. ^an te rug keerde. 6 II. De Koningen van Engeland en Arragon, hun voorHoofost. deel met dit zyn misnoegen zoekende, verzogten hem x. AfB. zeer ernftig, met hun in het verbond te tieden, welk Be Konin. zy tegen Frankryk hadden aangegaan , bewerkende in* InViand tUsCfen een beftand voor. t>en maanden tusfchen hem en Am- en de republiek van Venetien, en beloovende, hem daagon/wgff»deIyk te zullen helpen met manfchap en geld ter veroMaximiii vering van Milaan, en tot onderbrenging van den heraan van tog van Gelderland. & 6 * Lodewyks , . zyde af te UooR dt'eze blyken van vriendfehap geftreeld, zogt troor.en. hy in de daad naar gelegenheid, om met Frankryk te Hy fluit breken. Hy beklaagde zich zeer hevig, dat hv uit het met hm verbond van Kameryk geen voordeel had getrokken en Z7b0nd}dt Ï7n, de dlT P]aai,fen.V0P «^en hy een onwederFrankryk. fPreeklyk reJpl h.ad' Trevtfa en Padua nog in handen waren der Venetiaanen, terwyl Verona aan den Koning van Frankryk verpand was. Hy eifchte, dat dee»e plaatfen ten koste van Lodewyk voor hem zouden hernomen worden; dat Rende, tweede dochter van Fran. kryk, met den infant Ferdinand, jongfte broeder van den aartshertog Karei, zoude huuwen, en dat Bourgondien, als haar huwclyksgoed, van Frankryk zoude worden afgefcheurd, Deeze en nog andere buitenfpoonge voorftellen werden door Lodewyk zeer duidelyk begreepen, waarom hy best oordeelde, zich naar tydsge. legenheid te fchikken, en Maximiliaan met eenen onderftand van vyftig duizend kroonen dsgt te vergenoeLodewyk S»*; doch dit al]es mogt niet baaten. Dees vont be* doer zyne Saf zit-'h in het verbond tegen Frankryk, en Lodewyk bondgeno. werd dus op zich zelf gelaten, om den last van den ** veria- oorlog alleen te dragen (d). Met dat alles maakte hy zich (d) Guicc. lib. X. f. 073.  het DUITSCHE. RYK ?S9 zich gereed tot eenen dapperen tegenftand, bragt een it magtig leger op de been, over het welk Gaston de Foix r,oek tot bevelhebber werd aangefteld. Deeze behaalde op jj Paafchdag eene luifterryke overwinning op de faamge-HooFnsx. zworenen by Ravenna: doch dezelve kwam hem duur X. Afd. te ftaan; want de zaken van Frankryk raakten eerlang in zulk eenen wanhoopigen toeftand, als of hy den flag verloorcn had, en, om de maat zyner rampfpoed te voltooien, verklaarden zich de Engeïfchen insgelyks bin rexli&st nen kort tegen hem, zo dat hy genoodzaakt wierd, ter Milaan e» verdediging zyner eigen ftaaten, van alle de behaaldeflW« zype voordeden af te zien, en dus Milaan, en alle de ver verove/"1overde plaatfen in Italien in handen zyner vyanden vie-fieu."' Ita" len FERDINAND, deezen ftaat van zaken te baat ne- TSI2. mende > ontweldigde Jan uit den huize van Albert hetFerdinand Koningryk Navarre, wek zyn wettig eigendom was /""Spanje en dagt naderhand nog een voorwendfel te vinden, waar^1^'^ mede hy zyne geweldenary konde regtvaardigen(e). Zynningry'k geheele regt beftondechter niet anders, dan in eene voor-Navarre. gewendde buüe, welke de paus zeer onregtrrmtig tegen Jan had uitgeblikfcmd, om dat hy de zyde had gekoozen van den Koning van Frankryk, die insgelyks door Julius in den ban was gedaan , en dit voorwendfel zelf ruftte op eene gebeurtenis van laater tyd; want de aanval gefchiedde in Jany, en de bulle werd eerst in July afgekondigd. Beklaaglyk in de daad was thans de toeftand van Lodewyk XII; want, fchoon hy vrede wist te maaken met de Venetiaanen, werd hy aan den eenen kant door de Zwitfers, aan de andere zyde door de Engeïfchen aangetast, welke laatrten hem, op aanhitfing van Ferdi. nand, (e) Guicc. lib. XI. Mariana, lib. XXX. cap. S, Pohd. lib. XXFII. ' Ddddd 2  7uo HISTORIE van II. nand, den oorlog verklaard hadden, en, daar zy zich in Boek. Picardyen met de krygsmagt van Maximiliaan vereend. II. den , eene overwinning op de Franfchen behaalden, welHoofdst. ke onder den naam van den Slag van de Spooren in de x. Afd. gefchiedenis genoeg bekend 'is (f). De paus De voorfpoed der bondgenoten was grootendeels toe ZwTtfers ^e fchryven aan eene verfterking der Zwitfers, die zich deneer by de Venetiaanen voegden, en ook uit hoof Je van naam van deezen bewee^en dienst door den paus met den eernaam Befcher- van Befehermers van den H. Stoel werden begiftigd* lenH." dccn de Keizer had zeer weinig voordeel by deeze hun' Stoel. ' ne voorfpoed; want de bondgenoten, beducht zynde voor zyn vermogen , beflootenhem, hoe de zaken ook mogten, uitvallen, buiten de bezitting te fluiten van het Miladneefche grondgebied, welk hy reeds voor zynen kleinzoon Ferdinand beftemd had. Wordt op Te vergeeffch betoogde de bisfchop van Gurck op nieuws eene eene vergadering, te Mantua gehouden, de aanfpraak linfee- van zvnen -^fter °P dat hertoedom, De afgevaarhouden te digden van den paus en de Zwitfers drongen 'er zeer Rome. fterk op aan, dat zuiks aan de familie der Sforzas zoude worden te rug gegeven; men kwam zelfs, na veel twiftens, overeen, dat Maximiliaan van Sforza de leen' huldiging zoude ontvangen. 'Er bieeven echter nog verfcheide gefchillen overig tusfchen den Keizer en de Venetiaanen, zo wel als tusfchen d.m paus en den Keizer raakende het bezit dier fteden, welke men geduurende den oorlog op onderfcheiden tyden had veroverddit had wederom eene vergadering te Rome ten gevolge, op welke alle deeze gefchillen zouden beflegc worden. De fteden, door den paus in het Exa-chaat van Ravenna te onder gebragt, bleeven in bezitting van den H. ftoel, volgens eene vo'magt, van weike deeze woorden (ƒ) Mez. Ab. Chron, torn, II. p. 827.  hbtDUITSCHE RYK. 761 den het flot waren, ,, zonder benadeeling van de reg- jj# ten des Keizerryks," De Vmt'mamn weigerden ech- Boek." ter den Keizer hulde te doen voor Padua* Trevifa* jt^ Brescia, Bergamo en Crema, en, daar zy zeer fterk Hoofdst. aandrongen, dat de paus die plaatfen, welke, hy in hun- x. Atv ne ftaaten veroverd had, zoude te rug geven, leve de hy tecen hen eene verklaaring in, en trad in verbond met Maximiliaan* dien hy beloofde., zo wel met geestelyke als waereldlyke magt te zullen onderfteunen. Deeze zaak zynde afgedaan, verklaarde de bisfchop vaicy'Keizers Gurck aan Julius het oogmerk van zynen meester tense*** aanzien van den paufelyken zetel, en verzogt zyne hei-^^ ligheid, deezen vorst als zynen Coadjutor aan te nemen ;om Maxidoch dit voorlid werd door den paus ten eenenmaalemiliaan verworpen, fchoon de Koning van Arragon beloofd"'■ ^ had. de eifchen van Maximiliaan te zullen onderfteu aan tJg nen; ook was 'er geen genoegzaam aantal van kardi nemen, naaien te vinden, die hem van deeze opvolging wilden verzekeren (g) *. ^ (g) Marian. Uk L. cap. 3. * In de verzameling van Godefroi, is nog een brief voor han« den van den Keiser aan zvne dochter Margaretha, luidende aldus Tres-cbiere, & tres aimée lille, je'entendu 1'avis que vous m'avez donné par Guyllam Pengun, notre garderobes vyess, " dont nous avons eiicore raius pènfé defus. Et ne trouvons point pour nulle refun bon, que nous nousde- vons franchement marier , maes avons plus avant mys notre de" liberation & volunté de jamés plus hauter faem nue. " , Et envoyor.s demain Mons. de Gurce evesque a Rome oevers Ve pape, pour nouver fachon que nous puysfuns accorder, " avec ly' de nous prendre pour ung coadjuteur, afin qu' apres " fa mort pourruns eftre affuté de avoer le papat, & devemr " prtftre & après eftre faint, & que yl vous fera de ncccflïtè que apres ma mort vous ferez contraint de me adorer, dont je " me troaverée bien gloryoes. . Te en 'oye fur ce ung pofte devers le roy d'Arragon, pour ly mier auy nous vculle ayder pour a ce patvenir, dont yl eft " * Ccccc 3 „ ausfi  7<» H I S T O ft I E VA„ ■"'•>■ lEBwn het noordelyke gedeelte van n„.viz /'. .513. «nen oorlog gewikkeld Wa/ S '^de? K^^W m Detumarim a> de Vh'L , 5 ^oll,nS van de Koningen m *&^'JO£i&~ « een inval in »Ui deed en den fl/ ****"»'. S.o„ by We/e geieglhefd" ÊÜSJ" Dee- ,, homes de Rom. ount fteVwV Xan£ Le P^ple & ^mil » Espaignos, & font XX ^clb £T" Franch°« & „ ii veolunt eftre pour nous Pour nonVfl. °U3 °mt mandé allen in den pan wer. X.AFD. -Je? Pehrdtt. Daags na de overwinning werd de ftad Herneemt Mtlaan door Franciskus daadelyk aangetast en veroverd- , Mn, doch by weigerde, binnen de ftad°te bekken Ten^ gens krygs-orde hadde overgegeven. Sforza \verd derhaiven genoodzaakt, van zyn hertogdom en titel affland te doen, met behouding alleen van zekere fomme gelds en een pennoen voor zyn leeven, welk hy in Frankryk of waar de koning het anders zoude goedvinden, zvn verblyf te veftigen, moest verteeren. Dit verdragzvnde getekend, ontruimde hy het kafteel, en alle tegenitand dus ophoudende, werd Franciskus ligtelvk mees. ter van het gamfche gebied (0. Maakt een Over deeze fpoedige veroveringen werd Maximiliaan Zttn *\Zeer on:zet'^ hy befloot, derzelver voortgang te Paus. ftuit,en' en ten d!.en einde met een leger van dertig duizend man in halten te rukken. Franciskus daar tegen zich gaarne in ftaat ftellende, om deezen ftorm te ver-' duuren, nam zynen toevlucht tot eene verbindtenis met paus Leo X, met wien hy een mondgefprek hield te Bologne, alwaar een vredes verdrag werd getekend, en met eerder bekrachtigd, dan voor dat de Konino- de nodWf ord?r7s 2^ tot verdediging der veroveringen in het Milaneejche, en in Frankryk te rug keerde. De pars bewilligde in dit verbond, deels uit vrees voor francis* kus, die, ais overwinnaar geducht, niet ügtelyk konde worden afgeweezen; deels, om dat Ferdinand, Koning vm Spanje, zwak, en Karei, zyn kleinzoon en vermoedelyke erfgenaam, nog zeer jong en onervaren was en hy dus op hen of hunne bondgenoten met konde vertrouwen. ^L (0 Guicc. lib. XII. Selcar. lib. XV. Angel. ep. 550, 555.  het DUITSCHE RYK. 765 Al dat de Keizer, by zyne komst in Lombardyen* TJ. doen konde, was het Belegeren van den hertog van Boek* Bourbon* welken Franciskus in Milaan ter verdediging jj der gemaakte verovering had achter gelaten, en diëVHooFDsT. het open veld aan den Keizer latende, thans binnen de x- Afd.' ftad .was getrokken. Maximiliaan* de ftad eenige wet^Maximiken geblokkeerd hebbende, kreeg gebrek aan m die, by de artikelen van het verdrag, " het vT/ed x-A™-zaam bezit bleef zyner Italiaanfcke ZwZ^' VYT^' wdk te %„Ï X 3fcA Koning van » en prins JEw/ geflooten werd den Koning bepaald, dat d.es laatfte zoude huuwen met LeuiTa aI van oudfte dochter van Franciskus, of, indien rW? , rraDkryk. overlyd ( aIs dan met d£ cw;ede; «Aen d ez mogt ze zoude geboren worden, en, zo dit al niet gebeu en mogt, als dan met Renée, zuster der Koninginne Vel ker huuvvlyksgoed beftaan zou in dat gedeelte van Tet Koningryk Napels, waarop de Koning regt had Zr het vooruitzicht van op hem te vervallen by Li'] van mannelyk kroost; gelyk mede, dat Karei Sks honderd du.zend kroonen tot onderhoud der Drinf2 zoude geven, en binnen den tyd van zes maanrtn AW* aan Henrik * Albret zou afftaan' ten! Koning by gebreke van dien de vryheid zoude hebben hem te helpen (/). "eDDen, ?ertZ§r «^^gelegenheid zal het nodig zyn, van de omftandig. ting ZbeiQa. ^wag te maaken, die aanleiding gaven tot de he? Luther. vorming van Luther, welke door het gantfche Duitfch, ryk zulke aanmerklyke gebeurtenisfen ten gevolg had Paus Leo X, voornemens zynde, de kerk van & Piè ter te Rome op te bouwen, welke door zynen voorzaat was begonnen, en buiten ftaat, uit gebrek aan geld, om dit oogmerk te bereiken, gelyk mede de on. kosten te dragen van eenen oorlog, dien hy tegen de lurken had voorgenomen, verbeeldde zich, dat het'ge reedst en veiligst middel, om onder de Christen vol* ken onderftand te krygen, daarin beftond, dat hy veele af- (0 Mez. Ahreg. Chron. torn, II. p, ljf0.  het DUITSCHE RYK. 7C7 aflaaten vergunde. Hy zond derhaiven zyne bullen aan U. Albert ^ keurvorst van Mentz, met last, om dezelven Boek. in Duitfchland af te kondigen, en benoemde hem, om n. * de aflaaten uir re deelen en het geld re ontvangen,Hoofdst, terwyl hy Johan Chat el, een Dominikaaner monnik X' Afden geloofs - onderzoeker in Duitfchland, en de broeders van zyne orde beval, de verdienften deezer fchatting openlyk te prediken. De beftuurders deezer 'mzame-Misfiagcn, ling begingen zulke mnflagen in het uitdeden deezer^00'- ds aflaaten, en de Dominikaanen handelden zo buitenfpoo ^ominl' rig in het uitbreiden hunner magt, dat het gantfche^/Ar ryk door hunne mishandelingen onteerd werd *. De " Augustyner monniken, jaloers over de eer, w°lke aaa de orde der Dominikaanen in dit opzigt was beweezen, als welke hier in den voorrang bad gehad, en begeerig, om insgelyks in het voordeel der inzamelingen te deelen, verklaarden zich openlyk tegen hunne handelingen, en gaven voor, het geen zy aanvoerden te zullen wederleggen, als zynde het uitwerkfel van eenen buiten' fpoorigen en kwaalyk geplaatften yver. Johan StulpitzJolim algemeen vikaris der Augustynen, onderfteund door den?tu'p'™ tQiSv Optil* keur-/^ hun ♦Volgens de overeenkomst, onder de vier orders der BedelMonniken gemaakt, had zulks aan de Duitfche Auguflyner orde moeten worden opgedragen. Albert echter, aartsbisfchop van Mentz, gaf zulks, of op eigen gezag, of op last van den paus, aan de Domimkamen. Het bleef nu niet langer eene enkele inzamelina. Overal werden winkels, ja zelfs pagters huizen opgericht, Alwaar de inzamelaars een groot gedeelte van het geld, welk u;t deezen hancei van de heilige fchatten der kerk fproot, in wellust verteerden Ook was het wel bekend, dat, daar 's paufen geldmidde.en door zyne gefchenken aan nabeftaanden en hovelingen, en pennoenen aan geleerde mannen omtrend uitgeput waren, hy een groot gedeelte van dit geld gebruikte, om zich daardoor te redden (ij. (O Remabq. fur Heiss liv, JIL chap. 3. Eeeee %  ?63 HISTORIE, v & „ II. keurvorst van Saxen die esne byiondere achin^ voor Boek. hem had, was de eerfte, d,e de predikatiën der fll^ If. mkaanen en de misflagen, die by de tótdeelmg der af £ed™i ÏÏY nen ft3rken aanhan§ met eenig goed gevolg aan en te kunnen verzetten, koos hy tot zynen m-d-WÏ verkiest Martin Luther, dien hv als den kundigften hield "van ÏSÏi rtal,e d«n»onniken en leeraren der nieuwe UnSfl^ VeMpn, YanWurtemberg. tot welke hy behoorde Dm Oo ftelde dees nieuwe medeftander eene menigte van ftél'n"en voor tegen de aflaaten en des paufen geza* v^S by met zo veel kracht en nad-uk verded:gd;,°dat zyne gevoelens verbaazend veel aanhang kreegen, en d- an ,Si8. de« orde onmiddclyk een luide kreet aanhief. Na d\ ïhrYften $ *?* er nle^ meer nod^ om twee magtige Dartv. ^^L^J°Tf JiT ^deed' in tegenftehingP tn Thetfel tt*4*™** te Frankfort aan den Oder andere ftelHnPen Frankfort aankondigen ter verdediging van den paus en zvn £ SS? S//" fg *? Ti * ^erfte/dac hy,^ £ qmfttte-meester, de fchnften van W ten vuure doem Je. i^r//», die vuurig van geile! en onder?* mend van aart was, verre van zich hier door te laten af.chnkken, begon tegen hem een oorlog in gefchr ft terwyl zyne aanhangers oP hunne beurt de fch f en yan den Domtmkaan te Wurtemberg verbrandden Kei de partyen waren dus in de hevigfte verbittering tegen elkander fchoon geene derzelven°, voor als nog, zich aan de genoorzaamheid der kerk van Rome onttrok (m). Het is waar, de Dominikaanen verfterkten hunnen aan hang door onderhandfche middelen, en verzogten den paus zeer ernft.g, hu.me tegenftanders te willen ver- £"J*°0ordeeien' d'e befcherming niet konde we . geren aan eene oide, welke zo vuuri| voor zyne beTan- gen O; Spon». Contin. Babon. tam ƒƒƒ. 3.  het DUITSCHE RYK. 7159 gen had gè'yverd, dagvaardde Luther, om binnen den [f, tyd van zestig dagen te Rome te verfchynen, en aldaar Boek. door eenige regters, ten deez m einde benoemd, te wor- u# ' den gehoord en gevonnisd. Ten zelfden tyde drongen Hoogst. de Dominikaanen den Keizer, zich met nadruk tegen x- Arn« hunne vyanden te verklaaren; doch dees vorst had veeltu:l1 :ï t! te veel werk met het voltooien zyner bevrediging met1 °me' Frankryk, dan dat hy zich in eene zaak wilde in'aten, welke hv enkel als eei kleen monniken-kakkeel befchouwde. De onlusten van Hongaryen fcheenen hem toe, eene zaak van grooter gewigt te zyn, zo dat hy zien alleen bepaalde tot het regelen der zaken, welke de voogdyfehap oetroffen van Koning Lodewyk, die toen niet meer dan tien jaaren *sdaS tegen woor- r-nugs het vrv eeleide van ^«r, r.' z ch> o^der bur* ter verLtwSng Dan ^ 2^°°' kardinaaI die hy in zyne driftenbewee'rd3y ï?;?5' ondernam hy, dezelven tciï.'tf^' deen°TeAen ^6nzints k^yk zouden be^ep'en den, deed hy, fa tegenwoordigheid van 2 7' West jh&EZZ: verfite ten keeren en j v toc andere uni- de herroep» ™'d a ^^1^7^ "* znts overraied ware n„ I fe,f daa™n eenig. heid op eenTt^epi^anSg^VlT^1 by den nacï op' VZut ZS\ ™ Z:C" paus zelf beriep Hv frLSf? Vf den ^ezant °P dca ï-, met be ag' over 6?™^^^ tyde aan den kardinaal LgedL.^tStl^?^' hsm d°or heid befchuldigde ten aanzien de/ n ■ vM eenz)dlStot welke hy zelf behoorde (o Dmtntkaan« orde, CO Sre-K». C#«f. Wm, //ƒ. p. 6< In"  het D U I T S C H E RYK. 771 Intusschen werkte Maximiliaan zeer fterk voor de ver- H»' kiezing van zynen kleinzoon Karei; doch naardien 'er Boek. geen voorbeeld was, dat by het leeven van den Keizer een H. Roomfch Koning gemaakt was, eer hy zelf te Rome gekroond Hoofdst. was werd de paus zeer vriendelyk verzogt, een gezant naar X' Afd' Duitfchland te zenden met de kroon en andere Keizer- Keizer lyke fieraadien, om deeze plegtigheid in naam zyner hei-fiwon " hgheid te verrichten, Ondanks de heimelyke aanftoo Karei m king van den Koning van Frankryk onder de ryks ■ vor-2?"*" ften, zo wel als zyne poogingen, om den paus tegen'^?^' deeze verkiezing voor in te nemen, werd 's Keizers voor- ' ftel niet verworpen; maar by een paufelyk bevelfchrift tot den naaften ryksda? verfchooven (f). Sommige fchryvers beweeren, dat Maximiliaan de kroon eerst beftemd had voor Ferdinand, zynen anderen kleinzoon; maar dat hy Karei had verkoozen, als een vorst, die, door de uitgebreidheid zyner bezittingen, beter in ftaat zyn zoude, den luifter des huize van Oostenryk en de waardigheid des Keizerryks te handhavenen qj. De Keizer overleefde niet lang het einde van deezen i5i9. ryksdag; want naar Infpruck gegaan zynde, om verdere Gaat naar maatregelen tot Kareis verkiezing te nemen, werd hyinfpmck » door eene ligte koorts aangetast, welke hy door veranT w7 denng van lucht willende tegengaan, op de Inn naarlrX, Oostenryk fcheep ging. De koorts by zyne aankomst in«' Mft de ltad Wells toenemende, zogt hy die door eene ge-'* WeIIs* weldige beweging te verdry ven; doch op zekeren dag -van de jagt komende, at hy veel meloenen, om zyne dorst te lesfchen, waarna hy op een ongefchikten tyd een geneesmiddel gebruikende, veranderde zyne ongefteldheid, die eerst uit zuiver afgaande koortfen beftond, in eene fteeds aanhoudende koorts, by welke zich wel raseh een hevige buikloop paarde, die hem in het zeftigfte jaar zynes ouderdoms uit het leeven rukte CF), Vol- > (?) Guicc. lib. XIII. Mez. Abr. Chron. torn. II. p. 8«. (r)^R m Cem. ex Jovio lib. XIX- Loer. in Chron. J  m HISTORIE v a s II. gens zyne eigen begeerte werd hy te Neufladt i« n Bok. begraaven. Op zyn doodbed gaf hff k x Zynkarak- Hy was een vorst van een zeer behaadi* . , men, mat:g, bedaard, en zo^ed.g, daïfvV™*0, zyner bed:enden immer naakt gez^'wa Hy t/zS voor geleerdheid en eene vuurige verbeelding,en vo'j byzonderlyk veel fmaak in de dichtkunde. % vast van geheugen, dat hy nimmer den naam ve geznienenóf ZT' ^ hy ta Zyn Stheele S gezien of had hoore.n noemen- In zvne iemH hJk zie toegelegd op krygskundige oefen! g^ ny beha/ ?óf h emTnPhnrn VaaidS'cn nieman'd ove? rof hem in het paard ryden. Hy was geduldig j, het mtftaan van hongeren dorst, kloekmoedig, müotó* prachtig fpraakzaam en verpligtend. hy verboerd? ^ n Cf pïïeï S0lJJe* meC mSketten en lange pieken, en maakte verfcheide nieuwe krv^V wetten en inrichtingen. Zyne genegenheid voor de was echter zyne geliefdfte uitfpanning, zo dat hvdf wyls ten nadeele zyner overige'zaken'dezeive involg Hier die zeer veel beloofden, af te zi?«nV . ondernemingen,  het DUIT5CHE RYK. 773 Hier by was hy gewoon, de wilde zwynen en ander n. gedierte op het rotsachtig gedeelte van . Tirol te paard Boek. na te jaagen, en fomtyds met zo veel ge-mar, dat de n. ingezetenen deezer landftreek genoodzaakfAvaren , hem, Hoofdst. half dood van honger, van vreezelyke fteilten, op wel- X. Afd. ken hy geklauterd was, met touwen neder te laten. Met alle deeze goede hoedanigheden echter was hy onftandvaftig, befluiteloos. en zo verkwillend, dat, daar hy het geld, welk hy op eene andere wyze had behoo • ren te befteeden, dikwyls zeer onnut verfpilde, een groot gedeelte zyner gewlgtigfle belangen telkens ongunllig uitviel, en zyne regeering dus in de ryks - aanteékeningen geene vertooning van eenig belang oplevert fs) *. (O' Guicc. lib. XIII. * MAXIMILIAAIV's eerfte gemalin was Maria van Bourgondien, die, van haar derde kind zwanger, aan een val van haar paard overleed. Daarop huuwde hy, hy volmagt,met de dochter en erfgename van Franciscus, hertog van Bretagne; doch dit huwelyk werJ om bovengemelde redenen nimmer voltrokken. Zyn derde huwelyk was met Blanche Maria Sforza , dochter van Galeazo Maria, hertog van Milaan, die een Schoenmikers zoon was. Zy had geene kiniers en was zeer misroostig, o:n dat zy by den Keizer veracht werd;' zy werd in het klooster van Stams in Ooftenryk be^raaven, In het laatft* tyJperk van zyn leeven ftond Maximiliaan op het punt, om te trouwen met Anna, dochter van Uladislaus . Koning van Bohemen; doch dit voorneemen werd hem afgeraadea, en de prinfes aan zynen kleinzoon Ferdinand tin huwelvk gegeven. Van zyne kinderen by Maria van Bourgondien bleef Margaretha alleen in leeven. Zy werd het eerst aan Karei VIII, Koning van Frankryk aangeboden; doch zulks geweigerd en zy aan haar vader zyn ie te' rug gezonden, huuwde zy met den infcnt 'Johan, zoon van Ferdi. nand en Ifabelle, welke weinige maanden na de voltrekking oraJyJende, gaf zy haar woord aan Philibert, hertog van Savoien die vóór de bruilotc overleed. Wat haar IJroader Phtlip, 's Keizers oudften zoon, betreft, deeze ftierf twaalf Jaaren vóór zyn vader latende by Jane, dochter van Ferdinand en Ifabelle, zes kinJers na, nameiyk Karei, die zynen grootvader Maximiliaan in het Kei. zerryk opvolgde, Ferdinand, en vier dochters, waar van de oudfte Eleonora, huuwde met Emanuel, Koning van Portugal, bv wien zv üurojp. Hist. XI. D. II. Sr. Ff fff eene  774 HISTORIE van II. ééne dochter had,en naderhand nv>iFranci 484. Bwtk  VOORNAAMSTE Z A A K E N. 777 Bonn (Vrede var) 36 Bi andenbuig ( Marl graaffchap ) met Beieren vereenigd, 406, aan Frederik , Burggraaf van Neuremberg , opgeiragen. 59$ Brumpt door de Straatsburgers verwoest. 545- Bulle, (Paufelyké) tegen Keizer Frederik , derzelver inhoud , 3r7 *. Gouden Bulle, ziet G. Burdinus, ouder den naam van Gregerius VIII. door den Keizer tot Paus aangefteld, 167, wederom afgezet. 169 Beieren, gefchil over de Voogdy fchap over de Kinderen van Stephanus, Hertog van Beieren, en het beftuur van dit Hercogdom , 443 , door Frederik geplunderd , 453 , Oorlog over de opvolging, tusfchen de Huizen van Ooftenryk en Beieren 527, 532, de Staaten van hetzelve door dc Hertogen onderling verdeeld. - 548 C. Calixtus, door de edelen van Saxen en Westphalen tot Paus aangefteld, 16& , overlydt kort daarna. J72 Calixtus III. opvolger van 'Pascal, 209 , wordt door den Keizer gedwarsboomd,2ro,in zyne plaats wordt Alexander gekoozen, 215, die Calixtus vervolgt , doch hem vergiffenis fchenkr. 216 Cafimir, tot Koning van Polen verkoozen, 643, wordt aangezogt tot Koning van Bohemen , doch weigert zulks , 679, oorlogt met Matthias, doch fluit met hem eeu verdrag, 695, zyn dood. 713 Chatel {Johan), een Dominikaar.er Monnik, door den Paus gelast, de uitdeeling der afhaten te ondersteunen. 767 Clemens VI. (Paus) bevestigd de Bullen van Joannes en Benedictus tegen Keizer Lodewyk, en zyne vermetelheid. 494 Coenraad, tot Keizer verkoozen, 31, wordt gedwarsboomd door Hendrik, Hertog van Saxen, ald. verflaat Arnold, 33 , wordt door de Hongaaren tot vrede gedwongen, 33, zyn dood en opvolger, ald. Coenraad II. tot Keizer verkoo» zen, 107, verklaart zyn Zoon tot opvolger , 108, trekt te Veld tegen den Koning van Polen, 109, tegen de Lutiziers, tegen Stephen, Koning van Hongaryen, en Eudes, Graaf van Champagne , 111 , in Bohemen, 112, dempt een opftand in Italien, 113, fterft te Utrecht. ald, Coenraad III. tot Keizer verkoo. zen, 178 , ontzet den Hertog van Beieren van zyne Staaten , ald. belegert Guelphe , 179 , trekt ter Kruisvaart, 183, welke ongelukkig uitvalt, ald. nieuwe kruistogt tegen de Mooren , 184 , ook tegert de Heidenen in het Noorden, 1^5, hy maakt fchikking omtrend zyne opvolging, ald. fterft te Bamberg. 186 Coenraad, tweede Zoon van Keizer Frederik , tot Roomsch Koning verkoozen ,314. volgt zyn Vader op, 330 , aan flag op zyn leeven, doch wordt veriedeld , ald. vertrekt naar zyne Italiaan fche Staaten, krygt verfchil met den Paus, en fterft. 331 Conradyn, Hertog van Zwaben,xxt&l F ff ff 3  77% B L A D W Y tegen Karei te veld, 347, wordt te Rome ontvangen, ald. doorifo rel verflagen en onthalsd 348. Cracau belegerd ^g2s Cunegunda, (Keizerin) ondergaat dé vuurproef ,Q3> d. Dantzig door Coenraad, Markgraaf van Brandenburg, ingenomen 440, door Mestewin hernomen, 449 , gaat bij verdrag aan de Duitfche Ridders over, ald., komt vervolgens in handen van Primislaus, en daar na aan den Markgraaf van Brandenburg 4,^1, wederom aan de Ridders. n 442- Denemarken, gefchillen over de kroon van dit Ryk 493, Denemarken, (de Koning van) doet eenelanding in hetMeckleniurgfche, en flaat het beleg voor Berlyn , 308. Dominikaaner Monniken, door den Paus gelast om de aflaaten te bevorderen, 707, misflagen, door hun bedreeven , ald., verzoeken den Paus zeer ernftig, hunne te- . genftanders te willen veroordeeld), 768, noodzaken den Keizer, om Luther op den ryksdag te Augs. burg te dagvaarden 769, Duitschland, deszelfs grenzen, 5, J Rivieren, Ö.Kreitfen, 7, Sten.Jen, 10, Raaden, 18. Gerichtsoefening, 1 22, Adel, 24, Karakter van desze'ts Inwooners, 27, deszelfs flaat l onder Hendrik IV, 124 , deszelfs toeftand onder Philips, 169, onder Willem, Graaf van Holland, 338 , deszelfs onlusten en verwarringen bij eene Regeringloosheid, E ZER der 343, Vreeslyke pest en hongersnood aldaar ... ° Durazzo (Karei) K )niag van' Napels, door foinmige Hongaar fche Edelen tot den Tmoii genoegd. 573, aanvaard de Regeering 574 wordt door het beleid van ElïzVbeth omgebragt ^ E, Eduard van Engeland, vormt een Bondgenooifchap onder eeniee Duitfche Vorsten, 487, door de tegenparty van Karei de IV. tot Keizer verkoozen wyst deeze waardigheid van de hand So2 Eed van Fredrik III. , eer hij in' St. Pieters erfdeel trekt, 656*, van Reinier, Hertog van Lothaiingen, voor eenige Leenen van het Ryk 7I9. llizabeth, weduwe van Lodewyk .Koning van Bohemen , doet Karei Durazzo ombrengen, 575 , wordt overvallen en in het water omge. ■,bragt,J i *M' ■Izas (den) door een hoop Roovers ontrust en geplunderd, 521, door Arnold van Camolle geplunderd, 529, tot een tooneel van verwoesting gefield 545, 54?< ngelbert, Aartsbisfchop van Keu. len , wordt vermoord 294. rchanger dingt naar de Kroon, 32, word ter dood gebragt 33. rik, Hertog van Saxen, doet aan den Koning van Denemarken af. ftand van de Schatting Steurgeld genaamd, die door Lubeck betaald werd 50p_ ik, Koning van Denemarken , ver-  VOORNAAMSTE ZAAKEN. veiflaat de Voriren van Holftein f 602. Ernest van Oostenryk neemt de Staaten van zy:; Broeder Frederik in bezit 595, behoud by verdrag. . Stiermark ald. Eslingen door Keizer Frederik belegerd 449. Everhard, Hertog van Frankenland, heeft verfchil met Hendrik, Hertog van Brunswyk , 50 , hetzelve wordt b'ygelegd, 51, wordt verflagen door Otho I. en fneuvelt, ald. Eugenius (Paus) heeft verfchil met de Bazel fche Kerk vergadering, 630, de Duitfche Steden houden zich daarin volkomen onzijdig, ald., wordt door de Keurvorsten wederftreefd, 64G, luiftert naar voorHagen van bevrediging, 647,wordt opgevolgd door Ntkolaas V. 649. F. Flagellanten, herleeving van deeze fefte te Spiers en te Straatsburg, 5015. Floris V. Graaf van Holland, wordt uit hoofde zyner geftrenge regeering vermoord 393, Franciskus I, opvolger van Lodewyk XII. maakt vrede met Maximiliaan, 763, verflaat de Zwitfers, ald. herneemt het Mi/aneefche, 764, maakt een verbond met den Paus ald, Frederik Barbarosfa, tot Keizer verkoren, 187. legt een gefchil by tusfchen Hendrik van Saxen en den Hertog van Oostenryk, 188, dagvaard Sueno,- om hem hulde te doen voor Denemarken, ald, ] verfchil met den Paus bygelegd, 190, nieuwe breuk met den Paus, 194» 's Paufen grondregels, add.* de twist wordt bygelegd, 196, hy bedwingt den hertog van Polen, ald.r trekt naar Italien, 197, verftoort den Paus, 198, twisten over eenen nieuwen Paus, 199. verovert en floopt Milaan, dempt den opftand in Italien, 202, ontvangt te Mentz een bezoek van den Koning van Denemarken, 203» poogt de rust in Italien te herftellen , 204, brengt veele fteden onder, 107, nieuwe twisten over de verkiezing van eenen Paus, 209, zyn jongde zoon wordt tor Koning van Duitschland gekroond, 210, nieuwe onlusten door den Hertog van Saxen, 217, die in den ban wordt gedaan, 218, er* van zyne bezittingen ontzet, 219, fluit een verdrag mex.ltalten, 222* gaat naar Verona, 224, handhaaft zyne regten in St.. Pi eters erfdeel, 225, zyn zoon wordt te Milaan gekroond , ald., zyn zoon trouwt met Conflantia, zuster des Konings van Sicilien, 226,. ftookt eenen Oorlog tusfchen Pommeren en Denemarken , 227, zet den Hertog van Bohemen af, en geeft dat Hertogdom aan Fredrik ten leen, 229, handhaaft deezen Fredrik tegen allen wederftand , 230, krygt verfchil met den Paus,. ald, gaat den oproerigen Aartsbis' fchop van Keulen te keer, 231, beoorlogt den Hertog van Sa. voyeu, 232, aanvaard het kruis, 233» bepaalt de opvolging zyner erflyke Staaten, 235, verflaat de ^Turken, ald., verdrinkt.' 236 7raderik, opvolger van zyn Vader, MJS  78o BLADWYZER der zenyk in, 28r, maakt zich by de verflagen H g "° ^'l™' Wf/*n bemind, a82, fluimen tr KeSer^k^nd '^tï* verdrag met den Koning van De, e- gert Es lilJn . J 44<5/ Jbele,' wordt8 gekroond, feLen bvL^Vf °f 284. brengt de landfchappen van fenXn t£4/5^ IVafcr Saxen tot gehoorzaamheid, E en «van,™"f^* Vcr" 287, wordt ,e gekroond S on£en In Cr0"1™ 4V 290, onderfteund de Kruisvaarders, 7, raakt te Viterbo by een oproer in gevaar van zyn leeven, 658, wordt tot Koning van Lombardyen gekroond, gelyk mede tot Keizer met zyne gemalin, 659, bevestigt het Concordaat, 660, bezoekt den Koning van Napels, ald. trekt naar Duitsch • land te rug, ald. wordt door de Hongaaren genoodzaakt tot eene bevrediging, <56i, zyne vreesachtigheid , door welke een misverfland wordt geboren tusfchen den Paus en de Ry> svorsten, 664, hem wordt het Graaffchap Oostenrykbetwist, 667, doch zulks wordt door een verdrag bygelegd, 668, ontwerp der Duitfche Vorsten, om bem af te zetten, 669 , beklaagt zich op een Ryksdag over den eisch van den Hertog van Beieren, 670, oproer tegen den Keizer, 673, wordt een verdrag getroffen, 074, vervolgt zynen broeder Albert, die intusfchen overlydt, ald. 's Keizers onzinnigheid, 677, trekt naar Rome, 683, raadpleegt met den Paus over een Oorlog tegen de Ggg{ Turken, 684 , maakt de maarregelen van den Ryksdag te Regensburg, om een oorlog tegen de Turken te voeren, vruchteloos, 687, reist naar Trier, om met den Hertog van Bourgondien te handelen, doch vertrekt onverwacht, 639, wordt ■ door Matthias beoorlogd, en verliest veele plaatfen, 703, zyne onzinnigheid en befluiteloosheid, 704 treft een beftand, ald. helpt zyii Zoon Maximiliaan, 708, vervolge den Hertog van Cleve, ald. onderneemt het beleg van Cent, 709, gaat eene onderhandeling aan met den Koning van Hongaryen, ald. zyn twist met den Hertog van Beieren, die bemiddeld wordt, 71 j, befluit zyne dagen in ftilte te eindigen, en begeeft zich ten dien einde naar Lintz, alw?ar hy fterft, 714, zyl, karakter, devies, begraafnis en bvfchrift. Friezen (De) handhaven hunne oude wetten en voorregten tegen den Roomsch Koning, 337 , verwekken eenen opftand tegen Maximi. haan, 723, begeven zich onder befcherming van den Hertog van Gelderland, 724, hunne regten en privilegiën. ~2Ó* Friesland met Beieren vereenigd. 461 G. Galeazo (Jan) rragt het geheele.1 Koningiyk Italien te vermeesteren. Gefelbert, Herrog van Lotharingen, kant zich tegen Hendrik, 38, wordt door hem overwonnen, doch weder herfteld. ald, g , Gau-  78a BLADWYZER DER Gouden Bulle, te Neuremiers vas gefield. ° 5, Guelphe en Ghibellinen , derzelve oirfprong , iSo , derzelver ondei lmge haat, en oorlogen, 305,451 _ , 454» 46o» 470, 47! Cunther, Graaf van Schwartzenhurg door de tegenpariy van Kare IV. tot Keizer verkoozen, belegei Frankfort, om aldaar te wordei uitgeroepen , 502 , door zyn Ge neeshter vergif ingegeven, zyr dood aldi li. Hagenau koopt zich vry van Karei IV. £QJ Hagenbach, Stedehouder van Karei, Hertog van Bmrgondien , onderdrukt de Steden "in den Elzas, 69; , wordt door de Ingezetenen onthoofd. fig2 Hamburg, op nieuws als eene vrye Ryks-Stad verklaard. 7J2 *. Hanfee-Steden, derzelver oirfpr'ong, voortgang en vergadering, 19 env. vinden grooten ïteun in PVillcm, Graaf van Holland, na dat hy Keizer was, 334, derzelver algemeene vereeniging , ald. beoorlogen den Koning van Deenemarken. 525 Hendrik, de Vogelaar , tot Keizer verkoozen,34, wyst des Paufen uit. nodiging, om als Keizer der Romeinen gekroond te worden, van de hand , 35 , herftelt den vrede onder de Ryks-Vorften, ald. verHaat de Hongaaren by Mersburg, ald. roeit de Wandaalen uit, 30 overwint de Deenen, eh brengt de Dalmatiers, Bohemers en Abotriten onder,ald. komt alle tegenkan- ■• tragen te boven, ald. fluit eon ver. 7 bond met Hertog Robert, 37, herpt r Karei, Koning van Frankryk, ald, ■ vervolgt Raoul en Gefelbert, met , welken hy zich verzoent, 38, oti1 derwerpt zich Lotharingen; ftelt . order op de Burgerlyke Regeering zyner Staaten , 39, bekeert den t Koning der Abotriten, 4o, helpt 1 f^tncefiaus, Hertog van Bohemen, ald. ftilt de onlusten in Lotharin. gen, en verflaat de Sclavoniers, die eenen inval doen in Saxen, 41, beoorlogt en verflaat de Hongaaren, 42, trekt naar /taliën, 43, zyn dood en karakter. a/j Hendrik, Hertog van Brunswyk heeft gefchil met Ever hard, Hertog van Frankenland, 50 , doch verzoent en vereenigt zich met denzeiven tegen zynen Broeder Otho 5*. wyktnaar Frankryk: ald aendrik II. tot Keizer verkoozen^ «0, handhaaft zich tegen Herman, 9o, wordt nogmaals gekroond,91 , verjaagt de Sclaven, 94, ftraft dé laviers, en wordt gekroond, 95, komt weder in Duitschland. 95, vervolgt den Koning vm Polen , 97, ftilt de onlusten in Lotharingen en Saxen, 99, wil de Kroon nederleggen, 100, fchenkt Bole/laus oen vrede, 101 , wordt te Rome gekroond , 102 , maakt op nieuws vrede met Polen , ald. verleent Rudolph III. zyne befcherming, i®3 > ftilt de bewegingen in Italien, 104 , brengt Apulie en Calabrie onder, 106, mondgefprek met den Koning van Frankryk , ald. zyn dood , ald. zonderlinge aanfpraak aan de Ouders der Keizerin op zya fterfbed. . ÏOj ». Hendrik III. volgt^ zynen Vader ops  VOORNAAMSTE Z AAKE N. ;83 op, 114, brengt Brztislaus en Ovo ïe onder, ald. ftilt de onlusten te Rome, 116, twist over de paufelyké waardigheid, 117, brengt Hongaryen onder, 120, zet den Hertog van Beieren af, ald. valt in Vlaanderen , 121 , gaat naar Italien, ald. fielt zyn Zoon voor als opvolger, 123, fterft te Bur. ,feli'., v ald. Hendrik IV. wordt nog zeer jong als Keizer erkend, 124, begin zy. ner regeering, 127, wordt van den Paus gedagvaard, ald. twisten met de Staaten van Saxen, 128, Bond. genootfchap tegen hem gefmeed, 129 fi, wordt om zyn wangedrag van zyne vrienden verlaten, 130, wykt naar Worms, en bevredigt de Ryksvorften, 13r , verflaat de Saxen, 132, maakt vrede met hun, 133 . twist met den Paus , doch Wordt met hem verzoend , 135, Wordt door denzei ve wederom bedreigd, J37, zet hem af, ald. de Paus doet hem in den ban, ald. mishandelt hem zeer, 139, zet hem af; doch de Keizer beoorlogt en verflaat hem, 140, doet den Paus afzetten, i^i, trekt naar Italien, en verdryft den Paus, 143, wordt op allerieie wyze vervolgd, 147, Wordt afgezet, 151 , doet afftand van de kroon , 154 , poogt zich te herftellen , doch flerft te Luik, iS<;, zyn karakter. 156*. Hendrik V. volgt zyn Vader op', 148 , nodigt den Paus tot een mondgefprek, 158, valt in Hongaryen, 159, beoorlogt de Poolen , doch wordt verflagen, 160, maakt vrede met den Paus, 161, doet zyne intrede te Rome, 162,noodzaakt den Paus tot een verdrag,. 163, keert Gg naar Duitschland'te rug, 164, wordt door den Aartbisfchop van Weenen in den kerklyken ban gedaan, ald. syne rampfpoed in Duitschland, 165, wordt te Rome wederom gekroond, 166, twist over de aanftelling van eenen nieuwen Paus, 167, fterft te Utrecht. 173 Hendrik VI , opvolger van zyn Vader Frederik I, ontmoet tegenftand van Hendrik de Leeuw; doch verflaat hem, 238, wordt met zyne Gemalin gekroond, 240, belegert Napels, doch wordt afgeweerd, 241, ftelt order op de za. ken van het Keizerryk, 244, wordt verdagt gehouden als medepligtige aan den Bisfchop van Luik , 245 , bevestigt den Bisfchop van Praag tot Hertog van Bohemen, 251, neemt bezit van de beide Sicilien , 2531 zyn Zoon , fchoon nog een Kind zynde , wordt tot Roomsch Koning verkoozen, 256, zendt krygsvolk naar 't H. Land, 257, kastydt de oproerigen in Sicilien en Napels, 25 § , wordt door de Keizerin Conftantia belegerd , 260, fterft te Meffina, ald, zyn karakter. Hendrik VII. Hertog van Lnxem. burg , nadat het den Koning van Frankryk mislukt was , den Keizerlyken throon te beklimmen, tot Keiz;r verkoozen, 416,veroordeelt den moordenaar van Keizer Albert ter doodftraffe, 417, ftelt het hu. welyk van zyn Zoon met de Doch. ter vmWinceflaus uit, op vermoeden harer oneerbaarheid, 418, zonderlinge wyze , op welke zy den Keizer van hare eerbaarheid overtuigt, 419*, ftaat daarop het huwelyk toe, en gaat ter bruiloft,ald. Sgg 2 doet  ?84 BLADWYZE'R n p » doet zyn Zoon en Dochter tot Koning en Koningin van Bohemen kroonen, 420, zendt een gezantfchap aan den Paus, ald. brengt de Staaten des graave van Wurtemberg tot onderwerping, 421, wordt verzogt in Italien te komen , 423 , beroept een rykfdag te Frank fort, ald. trekt naar Italien, 424, bezoekt verfcheide Steden, die zich aan hem onderwerpen, en wordt te Milaan gekroond, 42?, famenzweering tegen hem gefmeed, 426, veroordeelt zynen Kanfelier , als één der verraaders, ten vuure,427, fleemt Cremona in en belegert Bres. cia , welk zich overgeeft, ald. wordt door den Koning van Napels misleid , 429, vertoont zich in flagorde vóór Rome, 430, wordt in de Kerk van St. Jan van Late. ran gekroond; doch verlaat fpoedig de Stad, 43 r, belegert Florence vruchteloos, 432, fluit een verbond met den Koning van Sicilien, 433, onderneemt een Krygstogt tegen den Koning van Napels en fterft te Buono Convento, 434, oorzaak van zyn dood, ald. », zyn karak. ter. 435 Hendrik de Leeuw, Hertog van Sa. xen, verwekt onlusten in het Kei. zerryk, 217, wordt in den ban gedaan, 218, van zyne bezittingen ontzet, 2rp, vlucht naar den Koning van Engeland, 220, die zvne hefftelling eischt, 222, wordt ook herfteld, 224 , verftoort nogmaals de rust in het Keizenyk , 238 , doch wordt verflagen, 239, oorlog tusfchen denzélve en Ru dolf, Graaf van Holftein, 246, verwekt nieuwe onlusten, doch wordt met den Keizer verzoend , 252, fterft kort daarna, 25j * HcnigouwenmeiBeieren vereenigdafir' Hertman , Graaf van Hèlderingen trekt op tot het beleg van Da7tzig\ Hildebrand, (een Monnik) de«zeffs zonderlinge gefchiedenis, 118* wordt tot Paus verkoozen 153 af! gezet, 137 , vervolgt den Keizer en zet hem af, 140, wordt weder, om door den Keizer afgezet, 141 door hem uit Italien verdrèeven' 143. fterft te Salerno. u2 Holland met Beieren vereenigd. 461 Hongaaren, verflagen by Mersburg 35. vallen in het Keizerryk, doch worden wederom verflagen , ai doen een inval in Franckenland* doch worden in de pan gehakt 47' vallen in Beieren , doch lydrn' een groot verlies, 61, verflaan de Cumaanen , die Hongaryen verwoesten. Hunniades, GenerasI desKonings van Hongaryen, verflaatde Turken, 642, krygt het beftuur over Hongaryen, 643 , verdryft Mohamed II 663 fterft weinige daeen daarna. 661. Huf(Johannes) PrediKt de Leer van Wicklife te Praag, 565 , wordt door Paus Joannes XXIII. in den ban gedaan , ald. verkrygt van St'. gismund vry geleide om zich te verantwoorden, 586, 589, wordt in weerwil van hetzelve ten vnure gedoemd. 5g0 Husfiten, vermoorden te Praag de Magiftraatsperfoonen, die een wreed bevel tegen hen haddeu afgekondigd, 599, verflaan het Leger van Sigismund, ald. een Kruistogt te. gen hen uitgefehreven in betDuitfche Ryk, 610, verflaan het Ryksleger, 611 , worden geflagen, 012, tre. den in onderhandeling met de Kerkver-  VOORNAAMSTE ZAAKER M vergadering te Bazel, ón, doi de Katholyken geflagen, 617, wo den geheel te onder gebragt, 61? onderwerpen zich aan de Kerk 620, hunne dapperheid in hetLe ger van Sigismund, 622 , ziet vei der Procopius, Thaboriten, Zitci Huwelyken, (Duitfche) vermeerdere van wederzyde noch den rang, noc den adel. gg * •' (Slinkerhandfche); berigt dei weSe' ah Huwelyk van Maximiliaan , me Hertogin Anna by volmagt, 712 zonderlinge wyze van deszelfs vol trekking, aMé * r. Jan van Avennes, naaste erfgenaam van Jan, Graaf van Holland, doet den Keizer hulde voor de Graaf, fchappen, Holland\West.Friesland en Zeeland. ,07 3"*», Koning van Bohemen, fluit een heimelyk verdrag met Paus Joannes regen Keizer Lodewyk, 481, verflaat de vyanden, die deeze hem verwekt had, 48r, belegert Cracau, 482, by Verona geflagen, 483» op nieuw in Beieren geflagen, Jan van Beieren, door Paus Gregorius tot Bisfcbop van Luik aangelreld oorlog daar uit ontflaan waarm Vlaanderen, Namen, Holland en Keulen deel neemt, 566, zyne wreedheid by zyne zegepraal. 567. Inhuldiging (Zonderlinge plegtigheid Zwaben het Hert°gdoln Joannes XII.. van zyne pausfefyke Ggg >r waardigheid ontzet, 65 , herneemt r- dezelve, doch wordt vermoord, 67, , in zyne plaats wordt Leo VIll! en by deszelfs overlyden Joannes XIII aangefleld. 53 • Joannes XXII. bedient zich van de gefchillen over de Keizerlyke waar1 digheid, tot uitbreiding van zyne 1 magt, 450, verklaart het Keizerryk voor een leen van den H. Stoel, 462, doet Lodewyk in den ban, 465, verwekt een Bondgenootfehap tegen t Lodewyk, 467-, door Lodewyk in ' den ban gedaan, 471, herkrygt zy. newaardigheid479,beveeltKeizerZ.«dewyk aftezetten, 480 , verwekt deezen veele vyanden, 481, enz. zyn dood. 4y. Jooden (De) worden in verfcheiden gewesten v&nDuitschlahd vermoord, 392 , worden uit Duitschland ge. bannen, 422, vreeslyke vervolging tegen hen in den Elzas, door zeekere Armleder veroorzaakt, 490, woede tegen hen te Bonn en Straatsburg, 505, te Praag en Spiers, 547, doen te Conflans zekere hulde aan den Pms. 597. Josfe of Jodocus, Markgraaf van Moravien, door eene Meerderheid van ryksleden tot Keizer verkoozen, fterft drie maanden na zyne verkiezing. 5 Lalt ■«, gefchillen aldaar ontflaan door ce '.anhangen der twee Keizers, 451 m een beklaaglyken totftand. 510 Jultus (Paus) ftelt zich te vergeefsch als bemiddelaar tusfchen den Keizer en de Venetiaanen, 751, verklaart den Oorlog tegen den Koning van frankryk en den hertog van Ferrara* 753, aanflag van den Keizer tegen hem 754,poogt denBisfehopvan Gurck om te koop«n, 750, treedc Se 3 jB  ?8 Kqrelsbad, Oorfprong van deeze be' naammg. 73s* Karei, Koirng van Frankryk, wei. gert, zynen gunfteling Haganon van zich te verwyderen, 37, oorlog deswege, a/rf. wordt verflagen, ald. neemt zyn toevlucht tot Hendrik ae Vogelaar, ald. die hem helpt, 38, raakt in handen van Herben, en wordt gevangen gezet, ald. 1. Karei, Koning van Frankryk, bevredigt zich met Maximiliaan ,712, doet een inval in Bretagne, enhuuwt met hertogin Anna, ald. wordt door Maximiliaan bedreigd,- doch fluit met hem een verdiag, 713, nmkj aanfpraak op Napels, 718, verovert Napels, 720, verlaat het zeive wederom en verflaat de Bond. genooten, ?2r, zyn dood. 722. Karei, Graaf van Anjou, krygt van Paus Urbanus IV , het Koningryk Napels, 34Ö, verflaat Mainfroi, ald., gelyic meede Conradyn, dien hy gevangen neemt, 348, doet hem te Napels onthalzen 340. Karei van Luxemburg, zoon van Jan, Koning van Boheemen, door Kuipeiyen tot Roomsch Koning Verkoozen en gekroond, 496, wordt 'door Lodewyk, Mtrkgraaf van Brandenburg, geflagen. 497 zyne opvoeding, hoedanigheden en bediyven, 500, volgt zy,i vader op in het Koningryk Boheemen, 501, volgt Lodewyk op in de Keizerlyl ke waardigheid, ald. fticht Praag 502 , berooft Frankfort van haare voorrechten en jaarmarkt om het inlaaten van Gunther, 504, wordt te Aken gekroond , ald. heft nieuwe fchattingen en tollen, en verpand de Goederen van het Keizerryk , om zyne beloften aan ver. fcheiden Ryksvorsten te vervullen 507» bevestigd het Oppergerichts! hof in den Elzas, ald verpand de Landvoogdy van den Elzas aan Robbert, Paltsgraaf aan den Rhyn, £©8 , laat een wetboek voor de bur'. gerlyke Regeering in Bohemen ver. vaardigen, 509, onderfteund de weduwe des Keizers in de Nederlanden tegen haaren zoon , Graaf Willem ald. trekt tegen de Zwitfers te velde' 5r2, vereenigd Laufnitzmet Bohe. men, 513, verheft Luxemburg en Bar tot Hertogdommen, 554, te Milaan en te Rome gekroond, 514, haalt zich de verontwaardiging en veracnting der Duitahers op den hfs, 515, onderfteund de Guelphen tegen de Ghibellinen, 5iq, ftelt de Gouden Bulle vast, en plegtigheid ter dier gelegenheid , 518, doet een togt tegen de Hertogin van Beieren, 520, vereenigd Silefien en de Laufnitz met Bohemen, 521, verkoopt de Landvoogdy van Lombardyen en de Staaten van Milaan, a'-n de Hertogen van Sforza, 523, komt in gefchil met Paus Innocentius IV. ald. verkoopt aan allerlei ede. len en Steden voorrechten, 525, ver-  VOORNAAMSTE ZAAK EN. 787 verdryft den Roover Arnold hil den Elzaz, 529, fluit met eenige Italiaanfche Vorsten 'een verdrag tegen Berndbo Fisconti en andere overweldigeis, 530, trekt met een leger over de Alphen, 532, weet zyn zoon tot Roomsch Koning te doen verkiezen, 537, zyn dood, Huwelyken en afstammelingen, 539, bevelfchriften 540, Karei, hertog van Bourgondien; de Ingezetenen van Luik verwekken tegen hem een opfland, (582, neemt Luik in, brengt de gevangenen ter dood, en verwoest het land van Franchement, 683, zyne heerschzugt, 684. fluit een verdrag met de keurvorsten, 685, nodigt den Keizer te Trier, die hen mis'eidt, 689, belegert de Stad Nuis, 690, verbond van den Koning van Frankryk, den hertog van Oostenryk en de Zwitfers tegen hem, 691, zyn Stedehouder in den Elzas, wordt • om zyne onderdrukkingen onthoofd, 692 , zendt deszelfs Broeder, om zich daarover te wreeken , die Suntgau verwoest, ald. wordt door _ deZwitfers verflagen.en fneuve!t,693 Katholyken (De) enCalixtynen tlaaken hunne partyfchappen, 634; bieden , de kroon van Bohemen aan Albert, Keurvorst van Beieren, 636, doch deze bedankt , en in zyne plaats worden twee Gouverneurs verkoozen , (537 > bieden de Kroon van Bohemen aan Cafimir van Polen en Matthias van Hongaryen 679. Keizer, deszelfs wyze van verkiezing, 11 , waardigheid en voorregten , ald. bepalingen, 12, gemagtigden, 13. inkomften, ali. Keizerryk, (Duitfche) deszelfs begin, 28 , wanorde in hetzelve en ge- fchillen over het regt van opvolging, 444, env. door Paus Joannes voor een Leen van den H. Stoel verklaard, 462, door de Ry k«voHtea onaf bangJyk verklaarJ. 488, droevig fat doar van onder trvteefli,:. 543 , middelen in hetze!.e te werk gcftelJ om de rust te bewiarcn 544. Kerkvergadering ic fngtl.ic.im. 57, te Rome ter aftelling van Pstis Joannes XII. 65. te Frankfort, 97, te Florence . 121 , te Btlxcn tut afzetting van Paus Gregorius, 141, Lateraanfche ter vernietiging vm een Keizerlyk verdrsjj met den Paus, 165, ie Rtvie over'a Paufen inhuldiging, i?u, te Pavia, 200, te St. Jean de Laune, 202, te Wirtzburg , te Bazel, <5i3 , der' zeiver verfchil met Paus Eugenius, 630, verkiest in zyne plaats Fdix, 639 , geeft hare toeflemming tot het beleggen eener nieuwe byeenkomst, 617, de twist wordt eindelyk befljgt, 649, te Mantua. 668 , wederom aldaar , 756, te Pifa • 757 . te Rome 760. Keurvorjten , Derzelver Collegie, 15, voorregten j?. Keurvorst van de Paltz , deszelfs' regt, om over alle regtsgedingea tegen den Keizer of Roomsch Koning te vonnisfln 399 «. Koningsbergen , door de Duitfcha Ridders gedicht 4^.0. Kreüfen van het Duitfche Ryk, uer-zeiver-verdeeling , 734 , haar beald. *. Kruisvaart , door Paus Gregorius VII. vergeefsch aangedrongen, 135, op een ryksdag te Frankfort befloten, 182, valt ongelukkig uit. 184 , nieuwe Kruisvaart tegen de Mooren, ald. een derde tegen A> Hei-  ?38 B L A D W Y z E R D_ , Heidenen in het Noorden , «gy naar Jeruzalem , 233 , naar Pa/«! Jltna, 235, wederom ,257, nieuwe Kruisvaart ter herovering van 't /ƒ. by welke gelegenheid Confiantinopolen wordt ingenomen 268, tegen de Mooren en Saracel «««. 284 ; derzelver voortgang in het Oö/Ze>} , 286 , tegen de Saraceenen , 291 , tegen Jeruzalem , 307, tegen de Pruis/en 335. L. Langh (Mattheus) , Bisfchop van ourek , gevolmagtigde van den Keizer op de vergadering te Man756. wordt op allerleie wyze tot verraad aangezogt, doch blyft ftandvastig ^ Laats aus, Koning van iVap^, tragt Italien te vermeefteren, doch fterft Ladislaus, Zoon van Vertil, woidt vier maanden na zyne geboorte tot Koning van Hongaryen gekroond, 634» komt onder voogüyfcbap van den Keizer, 636, wordt uii zyne voogdyfehap ontflagen , en doet zyn eed by zyne krooning te Praag, 662 , verfchil met zynen geweezen voogd. 666 , gaat om zyn huwelyk met Magdalena te voltrekken naar Praag, alwaar hy , fter£ ald. opvolger van Paus Julius, 762, verleent aflaaten, tot opbouw der St. Pieters Kerk te Rome, en tot doorzetting van eenen oorlog tegen de Turken, 766, beveelt de JJomtnikaner Monniken, deze fchatting openlyk te onderfteunen, 767, dagvaardt Luther te Rome , 768 , geudt zynen gezant op den ryksdag te Augsburg, na de dagvaard'™ ra Rome te hebben inge,rokkeD "f" wordt doo, Luther by «fci' van eenzyuigheid befchuidigd ald Leopold, litoeder van Prtderik ?t den oorlog ten behotVe\an zyn Broeder voort 4S7, ftookt Jgl hemen een opftand tegen Koning Jun ald. weigert het oppergezag vm Lodewyk te erkennen 46!rV,v?"[ol*d» 33ê' m(]aat her laufelyk leger, 337,krygt den nederlaag , en fneuvek 6. Montreol deszelfs oorfprong aan de Duitfche Ridders veifchuldigd. 440. N. Napels, door Otho van Brunswyk voor Lodewyk van Anjou overhaerd O. Ooftenryk , ( Huis van) Oorlog tusfchen hetzelve en de Stad Bazel 564- Ooflenryk, door Keizer Frederik III. tot een Aartshertogdom verheven 700 *. Otho I. tot Keizer verkoozen, 45, zyne krooning, 46 , verflaat de Hongaaren, die een inval doen in ( Francktnlani , 47 , oorlog met Bolejlaus, 48 , twist met de Zoo nen van Arnold, Hertog van Beieren, ald. beoorlogt zynen Broeder Hendrik, 51, maakt zich mtefter van Brifac, Mentz en Chevremont, 52, valt in Frankryk , 53, veriedeld eene famenzweering , tegen hem gefmeed, 54, verheft het Bis. dom Trier tot een Vorftendom, 55 , trekt te veld tejen Hugo de Groote. ald belegert Rouaan. 56, wordt genooizaakt te wyken, ald. beoorlogt de Deenen , s8 , maakt vrede tusfchen Lodewyk en Hugo, 59 , brengt Bolejlaus onder , ald. huuwt met Alix, 60, vervolat zynen wederfpannigen Zoon Ludotphus , en fchenkt hem vergiffenis, ald. verflaat de Hongaaren, 61, overwinc de Sclavoniers, 62, ontvangt ge/anten uit Arabien er Rut. land, ald, helpt den Patu tegen Berenger , 63, word' tot Roomsch Keizer gekroond , 64 , zet Paus Joannes XII. af, en Leo Vill. in zyne plaats, 65, zyn Zoon wordt te Rome tot Keizer gekroond, 69, hy ontvangt een Gezanttchap van Conftantinopolen , ald. wordt dcor de Grieken trouwloos behandelt, 70, beoorloet hen in Calabrie, ald. fterft te Minleben jra Otho II , opvolger van zyn Vader, bygenaamd de Bloeddorftige, vindt tegenftand by den Hertog van Beie> ren, wien hy vwflaar , 72, geraakt in oorlog met Frankryk, 73 , maakt vrede, 74, rukt met zyn Leger in Italien , doch wordt geflagen, en redt zich naauwlyks met de vlucht, 16 , verflaat de Sclavoniers, 77 , fterft te Rome 0id. ~)tho III, opvolger van zynen Vader 78 , zyne verfchillende benaamingen, ald. vindt tegenftand in Beieren en Italien, ald. overwint de Sclavoniers en Deenen , 79 , geraakt in oorlog met Denemarken, 8o3  VOORNAAMSTE ZAAK EN. 793 8» , maakt een verdrag met Zweden , 8r, zendt zyne Moeder, de Keizerin, met een Leger naar Italien , 82 , wordt te Rome gekroond , 84, zonderling voorval te Modena, ald belegert Rome, en brengt Joannes XVI. en Crefceniius ter dood, 86 , verdoft de Saraceenen , 88 , fterft door vergif ald. Otho, Hertog van Saxen, wordt gedagvaard, om zyne o.fchuld door etn tweegevegt te verdedigen. 128. *. Otho, Hertog 'van Saxen, tot Roomsch Koning verkoozen , 263 wordt door den Koning van Engeland veriaten, 266, voor hem verklaart zich de Paus, 267, wordt van zyne beste vrienden verlaten , 270, vlucht naar Engeland. 272, wordt als Keizer bevestigd, 275, huuwt met Beatrix , ald. ftaat den Paus zyne eifchen toe, ald. wordt te Rome gekroond, 277 , valt in 's Pau fen ongenade , die hem in den ban doet en ontthroont, ald. beoorlogt de wederfpannigen in Duitschland, 279, vereenigt zich met Enge. land en Frankryk, doch wordt verfiagen , 280 , oirfprong van den haat tegen Frankryk uit hoofde eener weddingfchap, ald. \ wykt naar Brunswyk , alwaar hy fterft 282. Otho van Ooftenryk , verklaard zich een leenman van den H. Stoel, 482 , belegert Colmar vrugteloos en maakt vrede met Lodewyk ald. Othocarus , Koning van Bohemen , kant zich tegen Rudolph I. die hem vervo'gens tot onderwerping noodzaakr, 3^8- doet den Keizer hulde voor Bohemen en Moravien, 360, verbreest zyne beloften , wordt . door den Keizer verflagen , en fheuvelt 3(5! P. Petrarcha , wordt om zyn vernaf't door Paus Joannes van den algemeenen Ban uitgefloten 477, Philip , Hertog van Bourgondien , vereenigt het Hertogdom Luxemburg met zyne Staaten , 677 , de ingezetenen van Ltdk . dooi Frankryk geholpen, flaan tegen hem op , doch worden door zyn Zoon beteugeld, gelyk naderhand door Hertog Karei, zynen opvolger 678. Philips, Broeder van hendrik VL aanvaardt het b>'(>uur , 262, vindt tegenltand by Paus Innocentius, ald. wordt te Mentz gekroond , 264, plundert den Elzas, 265 , wint den Koning van Bohemen, ald. en den Palts^-aaf Hendrik , 206 , wordt met zyne aanhangers door den Paus in den Ban gedaan, 267, plundert Thuringen en maakt Bohemen tot een wingewest , 270 wordr ten tweeden maale gekroond , 271, ftelt den Paus eene bevrediging voor, 272, wordt door den Paltsgraaf vermoord 273» Philips van Falois , zyn ouberaaden togt naar Italien- 454, Pifa, door Lodewyk belegerd en ingenomen 47j, Podiebrad , tot Koning van Bohème» verklaard, 667, ontzet den Keizer by een oproer, 674 , zyne gewetensdwang, 676, wordt door den Paus in den Ban gedaan , ald. de Duitfche Vorften weigeren , op aanzoek van den Paus tegen hem te ha sdelen, 680 , Matthias trekt tegen hem te Veld in Moravien , Hhhah 3  m B L A D W Y Z E R D E p oocn wordt genoodzaakt te wy ken , ató. wordt door den Paus als Ketter veroordeeld, 687 2Vn dood ' ' Q Polen, tot een Koningryk verheven 87, veroveringen van deszelfs Ko' mng, 92, deszelfs Benden v»rfla gen, 97, vallen wederom in PruisJen, 98, vermindert in Landfchap. pen , 110 , opftand en inval van den Hertog van Bohemen II2 Poneren , door de Duitfche Ridders van Waldemar, Graaf van Branden, bi'rg, gekogt iraa/r, door Keizer Karei IV V fticht *e2 ZYflrfg, (Hieronimus van) om Ketteiv verbrand . y Procopius de Cefchoorene, wordt Od' perhoofd der Thaboriten, voor fpoed zyner Wapenen, 605 han delt over den vrede met Sijtfs. ' Teden ' d°dl h£mt VvandiykPruifen , (De Staaten van) fcheuren' zich ai van de Duitfche Ridder. orde, en erkennen den Koning van Polen als hunnen Opperheer, ; «38 , dit verfchil wederom by«e• le*d 677. it. Rainaucci, (Pietrt de) een Franciska. ner Monnik, door Keizer Lodewyk tot Paus verkoozen , onder den R tiaarn van Nikolaus V. 477 , bevestigd de afzetting van Joannes, en verklaart deszelfs aanhangers ftraffchuldig, 477, vlucht naar Ri Jodi) 480, onderwerpt zich aan Paus Joannes , die hem voor zva leeven gevangen zet Raoul, tot Koning van Frankryk koozen 37, Word[ dooiK£™vervolgd, doch verzoent J?j5 Rheims, ( Aartsbisdom van ) verfchil' -«hetzelve tusfchen ArZÏel fïï', r:°"i"g van Engeland2', ZvJtTPu d£5 Hsr^ ™ Ooftenryk vast gehouden, 246, vooi den 'Visdag te fiagenau befcbuidigï" 247 . wordt voor een groot losgeld tut de gevangenis omflLn ' 250, ontvangt een Gezamfchap Van den Keizer, om vergiffenis te verzoeken Richard, Hertog van Comwal ,'fJt' Keizer verkoozen, 339 , te gekroond, 341 . dSch Ver?ai hS Keizerryk aid. zonderlinge afva der Duitfche Vorften van fyne zyde, ald. * wykc liaar £ * 342, fterft aldaar ö , ' *»■ orde, derzelver oirfprong, 242, nieuwe krvgs.ord onder hen ingevoerd , 27*1 * ftichten Koningsbergen , 440va', ten de Wapenen op tegen de Rus. jen en andere Heidenen van het Noorden, 440,hunne verrigtingen ald. komen by verdrag in het bezit van Dantzig, 441, 442, van Poneren, 442, hunne nederlaag in S,y"e ald. tiert , (Hertog) fluit een verbond met Hendrik de Vogelaar, 37, tast Karei, Koning \m' Frankryk', aan lid. zyn dood ayt bert, Koning van Napels en Apu* lie  f VOORNAAMSTE ZAAKEN. ?g* tic verflaat de troepen van Keizei Lodewyk 4-8 Robert, Paltsgraaf aan den Rhyn, tot Keizer verkoozen, "56, eischt de ftaaten en regten, door Karei IV, en deszelfs Zoon Winceflaus vervreemd , terug, 5ft"o, zyn vrugre. looze togt naar Italien , ten dien einde, 561, breidt zyne ftaaten uit, 56 "* , beoorlogd Bernard , Markgiaat van Baden ald. tra^t de gefchillen over het Pausfchap te doen eindigen , 567. door Jan AartsMsfchop van Mentz , in alle zyne onderreemingen gedwarsboomd , 569. zyn dood, charafter, en ver. deeling zyner Staaten 570. Rome, by verrasfching door den Prins van Morea ingenomen doch weder verlaaten Roomsch Koning , deszelfs hoedanigheid , 14 , dezen titel eigent zich Keizer Maximiliaan toe, en is van dien tyd af door alle Keizers by hunne verkiezing, met toeltem. nn'ng echter van den Paus, aangenomen. Rudolp I, Graaf van Hapsburg, berigt wegens zyne opvoeding, lotgevallen , dapperheid en goeden naam, 350. zyne godvrucht, 352, wordt oP/den ryksdag te Frankfort tot Keizer verkoozen, 353, wordt gekroond, 355, zonderling voorval byzyne krooning, aldfj herftelt de openbaare veiligheid, ald. zyn zonderling uitmuntend gedrag omtrend eenen befaamden roover, 356, maakt aanfpraak op de erfenis van Conradyn , 357, wordt door deri Paus in zyn gezag bevestigd, ald., wint Alphonfus van Casf.ien in zyne belangen. 358. wordt door ; een 1 yksdag te Augsburg onder fteuïid tegen Othocarus, Koning van Bohemen, 359, biengt veele Duitfche Vorsten tot on Jerwerping, 360, verflaat Othocarus, die zyne beloften verbroken hadt, 361, *s Keizers ongemeene dapperheid in dezen flag, ald * zyn edelmoedig gedrag omtrend den zoon van Othocarus, 362 , verbindt zich by den Paus om naar 't H. Land te gaan, 364, maakt met Innocentius V. een nieuw verdrag, welk hy volbrengr, 365. geeft zynen zoonen Albert en Rudolph eenige Landen , 3öf), weigert naar Rome te gaan, 370, verkoopt zyn Regtsgebied over fcmnvge Italiaanfche Steden, 37r, beveelt het gebruik der Duitfche taal in alle regtszaken, ald. vernedert den abt van St. Gail, 372, beneemt der Stad Lauterburg hare Voorregten uit hoofde van oproerigheid en ftilt de onlusten in den Elzas, 373, huuwt zyn? dochter uit aan den Koning van Bohemen, ald regelt de erfopvolging in Hongaryen, 374, noodzaakt den Palts, graaf van Bourgondien tot vrede, 375» zonderling antwoord aan de Franfche Gezanten by die gelegenheid ald. * ftelt den ryksvorsten zyn zoon Albert als Roomsch Koning voor, die zulks weigeren, 3:6, overlydt teGermershe'm,377, zyrre kinderen, en zyn karakter, ald. zonderling voorbeeld zyner regtsoefening 378* ludolp, Hertog van Beiereu, fluit een verbond met zommige Steden aan den Rhyn 444, wordt door Lodewyk uit zyne Staaten verdreven. 459* \upert,_ Paltjgraaf, eischt de opvol, ging ih Beieren, volgens uiterften wil  79$ BLAD WYZER DER wil van /yien bebouwd vader ,742, . door Keizer Maximiliaan ia dea ryïsban gedaan, ail. de Keizer trekt tegen hem en zya vader te . veld, en maakt vreezely^e V;rwoes tingen, 743 , zyi dood 744. Ryksdag , deszelfs aart, 22 , te Arensberg , 5 ;>, te Maagdenburg , «3, te Goslar, 123, te Wurtzburg, J70 , te IFerms , 171, re Bun berg iSö, te Speijer, 188 te Wurtzburg, 189, te Warms, IP3, byzondere ftrafie op denzei • ven bepaald, alj. * te Wurtzburg, 209, te Bamberg, 210, te Mentz, 221, te Conftans, 222, te Mentz, 223 , te Gellenhaufen, 231, te . Mentz. 233, te Hagena-i, 247, te Halberfladt 275, te Hagenau , 2/5, te Frankfort, 2Ö0 , wederom aldaar, 298, te Cremona, ald. te Aken, 301, te Mentz, 312, te Frankfort, 353, te Mentz, 358 , te Augsburg, 359, wederom aldaar, 366, te Wurtzburg. 363, te £r374, te Frankfort, 376, te Jfcnt*, 389, te Neurenberg, 396, te Frankfort, 416, te Sp/?/-f, 421, te Frankfort, 423, te Neuremberg, neemt maatregelen tegen het gezag der Pausfen, 460, te Regensburg, veroordeelt het gedrag van Paus^oannes XXII. 465. leNeitrmbtrg daar 1 bet Edict de Gouden Bulle genaamd word vastgefteld, 517, te Praag, Ö44> zend: gezanten naar Keizer , Frederik, en den Paus, ald., te Speijer , 645, te Neuremberg , wederom aldaar, 680, te Milbenftadt en Neuftad , 631, te Regensburg, 0m een oorlog te b=r amen ugen de Turken, 686, te Aeuremberg, 697, wederom al«laar, ?H, te Z^rmj, 718, te Lwfau en Worms, 722 te />/ .forg, 724, te ftWr, 7JI te . Augsburg, 733, te ATeurembere . 73 <• te Gellenhaufen, 740 [e A-«u/ffj, 744, te Co^a,ir, 7.5 tó Augsburg, 752, wederom atda?r tot onderzoek der zaak van Luihir, Rykshofraad , deszelfs tarichtin* a? uitfpraak niet altoos befliifchend,' 94. S. Scanderberg, beroemd genetaal van bet Turkfche Leger, wordt ver 11 u gen, 642 .verklaart zica eenChnsten , en neemt bezit van Albanien, 6 13, zyi overlyden fi7y*' Scheuring in de Kerk , onder Boni', facius , middelen te werk gefield om dezelve te doen eindigen 55r, Schwepperman,(Segfried) BeierschBel velhebber, zy,i kloekmoedig g,-. * drss • j *>6öclavomers, doen een inval in Bohe. men cn Brandenburg. doch worden verflagen, 5-!, vallen in het Keizerryk, doch worden overwonnen, 62, hun dergelyk lot in Saxen, 77, worden door Otho III. te onder gebragt, 79, nemen Branderburg in, doch worden genoodzaakt tot cr.de, 82, vallen in Bernburg doch worden verdreven , 85, verwekken een opftand in Holftein, doch worden verjaagd, 94, vallen in Saxen 123. Sforza (Lodewyk') neemt het Hertog.' dom Mi/aan in, 718, wordt doord.n' Koning van Frankryk verjaagd, 735, herneemt het Milaneefche, ald. verovert  VOORNAAMSTE ZAAKEN. 797 cvert Novara, 736, wordt by verraad aan den Franfchen Koning overgeleverd, ald. wordt gevangen gezet, en fterft van hartzeer 737. Sigismund, Broeder van Winceflws, beklimt den Hongaarfchen Throon, 54-rj, wordt vermoord ald. Sigismund, zoon van Karei IV* toe Keizer verkoozen, 572, gefchiedenis van deezen Vorst voor zyne verkiezing, ald. env. wreekt door eene vreezelyke ftrafoefening den dood van zyne Schoonmoeder Elizdbetk, 577, env. door Bajazet geflagen, 579, door zyne Onder, daanen gevangen gezet, ald. 'ontvlucht en wykt naar Bohemen „) Aartsbisfchop van Milaan, vermeesterd Bologne 5,0. Visconti, (Bemabo) Heer vm Milaan belegert Bo.'ogne , 5S4, door Ma', latesta afgeflagen ald. fluit een verdrag met Karei IV. 532 verflaat het Leger van Paus Urbanus 534. f-orftcn, Derzelver Collegie 17, W. Waldemar II. Konn? van Denemarken , wordt gevangen genomen door aen oraaf {schwerin , 292 , doch op het betaaien van losgeld geflaakt Waldemar, (een gewaande Graaf van) geeft voor uit Pa/eftina terug te zyn gekomen , en eischt in zyne btaaten, door Lodewyk van Beieren ingenomen , herfteld te worden Walter , Heer van Schwanau , ver' wekt door zyna ftrooperyen een ■bondgenootfehap tegen hem, 48c wordt door hetzelve uit zyne bezittingen verdreven en ontvlugt, Weddingfchap, (Zonderlinge) ml' ichen Otho en Philippus Augustus 280 * 'Pet, (eene) de fchikking van zestig dagen genaamd , te Neurenberg vastgefteld, om de Oorlogen tus£h5" rfe kleine Vorften van het Duitfche Ryk te voorkomen 540. \tten , (de byzondere) van veele Duitfche Vorften en Steden tot één wetboek verzameld 356 +. 7iilem, Graaf van Holland, wordt' Keizer , 332 , zonderling geval , welk hem in den üruilofts- nacht bejegende , ald. nog een audei , toen hy te Utrecht was, 333, wordt  VOORNAAMSTE ZAAKEN- 799 wordt gewikkeld in een Oorlog met Margaretka, Gravin van Henegouwen, ald. wint de genegenheid der Duitfchers, 334, fterft 337. Willem , Graaf van Holland , door zyne Moeder verflagen, 509, verflaat haar op zyn beurt en noodzaakt haar naar Engeland te vlugten , 510 , blyft by verdrag van Heiland, Zeeland en Friesland, en zyne Moeder van Henegouwen Meefter 6 aid. Winceflaus, Hertog van Luxemburg, en Rraband, door den Hertog van Juliers verflagen en gevangen genomen 53S> Winceflaus , Volgt zyn Vader Karei IV. in het Koningryk Bohemen en in de Keizerlyke waardigheid op, 541. zyn wangedrag en geaardheid, 542, env. voorgegeven oorfprong van zyne wreede geaardheid, 549, wordt door de Edelen van Bohemen vastgezet, doch ontvlucht, 550, wordt herfteld, doch andermaal vastgezet, ald. ontvlucht wederom en herneemt zyn gezag, ald. verkoopt de Oppermogendheid van verfcheiden Steden en Landen in Italien, 554, wordt door de Ryksftenden van de Keizerlyke waardig, heid ontzet, 555, zyn gedrag ter dier gelegenheid en einde, ald. env. Wratiflaus, zet zyn Broeder Mestewin af, doch wordt door het Volk verdreven, 440, zyn dood 441. Z. Zeeland, met Beieren vereenigd 461. Zisca, hoofd der Husfiten en Tdboriten, verflaat het Leger vm Sigismund, tegen hem afgezonden,600, van zyn gez!cht beroofd , 601 , verflaat Albert vm Ooftenryk en Hendrik de Cravatz , ald. fterft aan de pest 605. Zurich, onlusten in deeze Stad ontflaan, 511, fluit een verbond met eenige Cantons, tegen het Boudgenootfchap door de Hertogen van Ooftenryk tegen haar opgerigt,5i 1, door Albert ingefloten 513. Zwitjerjche Cantons, door Keizer" Albert I, onderdrukt, 407, dwinglandy der Ooftenrykjcbe Stedehouders , 409 \ fchudden het Ooftenrykfche dwangjuk af ald. Zwitfers, gaan een verbond aan met Keizer Lodewyk, Hertog van Beie. ren, tegen Keizer Frederik , 448, verflaan met ongemeene dapperheid de Legermagt van den laatften , 449, onderneeming vm Albert van Ooftenryk tegen hen, 490, verflaan Leopold van Ooftenryk, 544, vermeefteren het Land van forgou op Frederik van Ooftenryk, 589, be. legeren Zurich , doch worden in de pan gehakt, 641; vereenigen zich met Sigismund tegen Karei , Hertog van Bourgondien , 691, nemen Hericourt in Franche Comté, 692, verflaan Karei , ald, door Keizer Maximiliaan verlaten, 729, helpen de GriJ'ons tegen Ooftenryk , 730 , vernieuwen hun verbond met den Koning van Frankryk, ald. behaalen verfcheide overwinningen,731, verflaan den Graaf vmFurftenberg, 732 , gaan een verdrag aan met Maximiliaan, ald. ontvangen, by hunne vereeniging metde Venetiaanen , van den Paus den eernaam van Befchermets van den H. Stoel, 760, worden door den Koning van Frankryk veifhgen y6ï. Iiüi %    ?8 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst II. Afd. Otho III. volgt zyn Vader op j docb ont moet tegen kanting by Hendrik ; hertog van Beieren , haest werd door zyn hartszeer over het gedrag van de Keizerin 'lheophania, welke hare vreugde over de overwinning harer landslieden, fchoon op haaren eigen echtgenoot behaald, openlyk had te kennen gegeven. (*) {*) Otho maakte eene wet, waarby zynen onderdanen verboden werd , eenen Italiaan op zyn eed te gelooven , en vastgefteld . dat wanneer het gefchil door de klaarheid der zaak niet kon uitgeweezen worden, hetzelve door een byzonder gevegt moest beflist worden, (i) (i) Meat. Hifi. part. III. p. 2. Cap. 5. OTHO. III. 7^_ls Otho III. zynen Vader opvolgde, was hy niet meer dan twaa'f Jaaren oud, (*) waarvan hy den bynaam van den Infant verkreeg: maar deezen naam fpoe. dig hebbende afgelegd, werd hy vervolgens Rufus, of de Rosfe, bygenaamd, en eindelyk vereerd met den titel van het Wonder der Waereld Zyne verkiezing veroorzaakte groote verfchillen onder de Italiaanfche en Duitfche Vorften, die zynen Vader naar Rome verzeld hadden, van welken fommigen zich openlyk voor Hendrik, hertog van Beieren, en neef van Otho I. verklaarden. Deete Vorst, die na de Keizerlyke waardigheid ftond,matigde zich de voogdyfchap van den jongen Otho, ais deszelfs naa- (*) Volgens Gobelinus Perfona was hy by het overlyden van zy nen Vader flechts twee jaaren oud ; maar wy hebben, met Hasj, tiet gezag van Ditmmis, Baronius, en andere Historie Schryvers ;evolgd.  het DUITSCHE RYK. 79 nanfte bloedverwant, te gelyk met het beftuur van het II. Keizcrrvk aan, geduurende deszelfs minderjarigheid. On- Boek. de dS voorwendfel verzamelde hy eenig krygsvclk, II waSrmede hy t*3r Keulen trok, en zich van de perfoon Hoofd t. 2? Keizers, welke zich, onder het opzicht van den Afd. aït-b'srchop Warin, in die Stad bevond, verzekerd •de, bragt hy hem, met een ta.ryk gevolg, naar Corbie, en van daar naar Maagdenburg, waar zy door het volk onder veele toejuichingen on'vangen werden. sO En by DF Italiaanen; welken verlangden het Duitfche juk Crescenuaftefchüdden, ei eenen Keizer te hebben van hunnen us.nital.e. e 4n landaart, verheften tot die waardigheid een Ro. meinsch edelman, Crescentius genaamd, welke ten dien yde burgemeefter en ftadvoogd was. Doch het grootfte gedeelte der Duitfche vorften hing het belang van Otho aar die, fchoon nog jong , reeds blyken gegeven had van een fyn vernuft. Zy verlosten hem uit de mag Zn Hendrik , en voerden hem naar IVeisfemfad, waai V v met de gewoone plegtigheid voor Keizer uitgeroepen werd k) gzyn regt werd door geheel Duitschland Lotrbardfe, en alle de andere Staaten van het ryk erkend-, 984. behalven door de Stad Rome, welke ten gevalle van den Pui^emeefter Crescentius van haren plicht was afgeweei-enb Wat de opvoeding van den jongen Keizer betreft, dezelve werd aan de zorg des aartsbisfchops van Mentz, en des bisfchops van Hildesheim toevertrouwd. Geduukende de eerfte jaaren van Othos regeering, ^ viel Lotharius, Koning van Frankryk, in Opper - U>t- Hy ov„. haringen, en maakte zich meefter van Verdun, (l) t welk Je eclrer, na zyn overlyden, aan het Keizerryk wedergege-ScUjo. ven wérd. Ook volgden óe Sclavoniers, door óeDeenen^Jgeboden, het voorbeeld der Romeinen , en verwekten (0 Barkk Tm. III. p 474- (*) Anwl, rf« /"f"»;- r«. I. p. ï5I. (f) Spieel. Tok. J/L p. 165  II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. Verfcbil tusfchen Karei, hertog vaiiLot haringen en Hugo Capet in Frankryk. 988. Oorlog me Deneuiar ~ ken. 80 HISTORIE van eenen opftond; maar Otho had naauwlyks den ouderdom van veertien jaaren bereikt, of hy begon zynen moed en bekwaamheid tegen deeze wederfpannige 1 te oeffenen, welken hy in verfcheiden' krygstogten overwon, en eindelyk geheel en al onderbraqt. B y den dood van Lodewyk V, koning van Frankryk, die omtrent deezen tyd voorviel, betwistedon Karei, hertog van Lotharingen, oom van den overledenen, en Hugo Capet, een edelman van groote bekwaamheden en invloed, aan eikanderen den tbroon. Dan de laatfte vond middel, om zynen mededinger by zyne landgenooten haatelyk te maaken , den Keizer tot onzydigheid te bewegen , en ten laatften den throon van Frankryk te beklimmen, na vooraf den ongelukkigen Karei g2vangen genomen te hebben, die zyn ongeluk niet lang overleer- de Wanne er Otho de jaaren van onderfcheid bereikt had, bezogt hy de Steden aan den Rhyn, bevestigde de voorregten der Bisfchoppen en abten, en gaf aandekloosters blyken van milddadigheid. Van daar ging hy voort naar de noordelyke landfchappen, en vertoefde eemgen tyd te mideshufen , waar hy verfcheiden' Ichikkingen maakte, ftrekkende tot vastftelling van goede orde , en tot hervorming des volks, het welk nog in eenen ftaat .van woeste onkunde en barbaarsheid verzonken lag.r»; ' D e Deenen plunderden onder bevel van hunnen Koning Sueno, zonder tegenftand te ontmoeten, NederSaxen : zy verdeelden hunne vloot in twee fmaldeelen, een van welken de TVezer opvoer, met oogmerk om krygsvolk uittezenden, en het land onder brandfchattmg te brengen, terwyl het ander, voor Staden ten anker gekomen zynde , na eenen zwakken tegenftand de Stad innam, en vervolgens aan's Keizers Stedehouder, graaf Thierm O) Nung. ad ann- 990. (») Kkantz Lib. KIF. Sax. Cliton. %l>  het DUITSCHE RYK. 85 nings van Arragon. Deeze vorftin klaagde zekeren Ita* Uaanfchen graaf, op wien zy verliefd was, uit weerwraak , om dat hy hare aanzoeken had afgeflagen , by den Keizer aan, als of hy eenen toeleg had gefmeed om haar te onteeren, op welke befchuldiging hy te regt gefteld, veroordeeld en onthalst werd: doch weinige dagen na deeze ftrafoefening vond de gravin middel, om zyne onfcliuld te bewyzen, en den Keizer het bedrog onder het oog te brengen, die ten uiterften geërgerd ever de ontdekking der waarheid, de Keizerin leevendig deed verbranden, en zich zei ven, om zyn ligtvaardig vonnis tegen den graaf, eene groote geldboete oplegde ten voordeele van de weduwe, (s) (*') Toen de Keizer in Duitschland te rug kwam , vond hy de Sdaven in het bezit van Bemburg, van waar hy hen met groot verlies verdreef. Hy begaf zich vervolgens naar Maagdenburg, en ontzettede den aartsbisIchop Gifelarius van het opperbewind over dat landfchap , omdat hy zich van die barbaaren had laten verrasfehenCO- Naauwlyks was deeze krygstogt geëindigd, toen de Keizer berigt ontving, dat Crescentius > die nogmaals tot burgemeefter van Rome verkoren was , den paus Gregorius verjaagd, en eenen anderen, onderden naatr, O) Barre Hifi. d'Jllemagne Tom. III. p. 506. (0 Annal. di ïEmp, Tom. 1. p. 155. (*) Sommige febryvers, die berigt van deeze gebeurtenis geven, brengen een wonderwerk by ten voordeele van den oveneder praaf; die naar hun verhaal, aan zyne gemalin beveelen zou gege ven hebben, om zyne onfchuld den keizer te gaan bewyzen, dooi het handteeren van een gloejend heete plaatyzer in zyne tegen woordigheid. Zv onderging dan de proef, tot verbaazing en over tuiging van Otho; jammer was het maar, dat zy de pro;f niet gc daan had vóór den dood van haar gemaal. (1) (1) Ankal. 4s l'Emp, Tom. I. ƒ>• 155- E 3 IT. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. 997. 1  8(5 HISTORIE van II. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. 998. Otho beltgert Rome en brengt Joannes XVI. en Crescentius ter dood. 9S9- naam van Joannes XVI, op den paufelyken ftoel verheven had. Woedende over deezen hoon , keerde de Keizer met een magtig leger naar Rome, welke Stad hy belegerde en innam, waarop hy den tegenpaus, na dat hem de oogen waren uitgeftoken, en de neus afgefneeden, van den top des kasteels St, Angelo liet neder werpen. Crescentius wérd ook gegreepen, en gezet op eenen flegten muilezel, met het aangezicht naar de ftaart gekeerd , en. dus de Stad door geleid. Vervolgens te gelyk met twaalf van zyne medepligtigen op den pynbank gebragt zynde, werden zy allen naast eikanderen gehangen aan den hoogften boom, dien men vinden kon, tot een voorbeeld voor anderen, die hunnen opftand onderfteund, of door de vingeren gezien hadden (u)(*). Na de twee overweldigers op deeze wyze geftrafc, en Gregorius herfteld te hebben, deed de Keizer , om dergelyke wederfpannigheid en opftand in het vervolg voortekomen, een befiuit bekend maaken, be. helzende, dat de Duitfchers alleen het regt en de magt zouden hebben, om een Roomsch Keizer te verkiezen onder hunne eigen landgenooten , met ukfiuiting van alle andere na;ien; en dat de paus by zodanige gelegenheid geen ander gezag zou hebben, dan om de verkiezing te Rome bekend te maaken, en de plegtigheid der krooning te (u) Heiss. Hifi. de l'Emp. Tom. I. p. t^o. (*) De wyze, op welke dees burgemee?ter geflorven is, wordt verf.-heidenlyk verhaald. Sommige fchryvers brengen by, dat by door verraad werd omgebragt, anderen beweeren, dat hy, wakker ftry. dende tot verdediging van het kasteel, gefneuveld is, nadat hy den Keizer vruchteloos om vergiffenis gefineekt had. Ook verhaast men, dat Otho deszelfs wed uw tot zyne vrouw nam, en vervolgens bojte deed voor de wreedheid, die hy aan den regenpaus gepleegd had. (i) (i) Annal. de l'Emp, T»m. I, p. 156, Barre Tom, III. p. 510. Glab. Lik I.  het DUITS C HE RYK. 87 te verrichten, zo de Keizer goed vond zich derwaards te beseven. Die befluit werd door Gregonus bekrachtigd • en verfcheiden' Historie-Schryvers neweeren, dat Otho en dees paus vervolgens de Keurvorften tot op zeven verminderden, ten einde dus het Keizerryk voorde Duitfche natie te verzekeren, (v ) Hierop kcer.'e Otho naar Pavia te rug, waar hy ver. fcheiden' bepaalingen en ichikkingen maakte tot herfteiling en bevestiging van den vrede in Italfc. By het overlyden van den nieuwen paus, nadat hy nog geene twee Jaaren de paufelyke waardigheid had bekleed, vervuld- de keizer deszelfs plaats mee Gerbert, te voren aartsbisfchop van Rheims, die den naam van Sylyester II. aannam, en Otho bewoog, de voorregten te vernieuwen en te bevestigen, welken eertyds door Pepin, Karei den Grooten, en Lodewyk' den Goeden aan de Roomfche kerk geichonken waren. Dus de zaken van Italië geregeld hebbende, vertrok de keizer naar Duitfchland, zynen weg nemende over Eolovne. Na dat hy zich eenigen tyd te Regensburg had opgehouden, kwam hy in Thuringen, en bezogc vervolgens fommige fteden in Opper Saxen. Van daar zet. tede hy zyne reis naar Polen voort, het welk hy tot een koningryk verhief op verzoek van hertog Boleslaus , die hem hulde deed, en gaarne bewilligde, dat zyne ftaaten als een leen van het Keizerryk werden aangemerkt. (*) (*) Niet (v) Barre ut Supra. (x) Baron. Ann. Tom. V. p. 962. (*) Men zegt, dar Otho het graf van Karei dm Grotten te Aken geopend heeft, waa, hy het ligctani» van dien Keizer vond z t fende op een 'gouden Throon, in zyn keizerlyk^gewaad met «-n gouden icepter in zyne hand, en eene kroon, met r/kt edele ge II. Boek. II. hoofbst. II. Af». 1050. Polen tet eenKoningryk verheven.  et DUITSCHE RYK- 89 duw van Crescentius, welke hy, naar men voor- JJ. geeft, onder belofte van haar te trouwen, zou verleid Boek. hebben (z). II. Het keizerryk verloor een groot vorst door den Hoofdst. dood van Otho, die te gelyk dapper, onvertfaagd en n- Afd* regtvaardig was. Naar het voorbeeld van zynen vader en grootvader, was hy zeer milddadig aan de kerk, zo dat twee derden van de geestelyke goederen in Duitfchland, naar men zege, door deeze drie keizers aan haar En flerft gefchonken zyn. Hy overleed te Paterno in het der- sePaterno. tigfte Jaar van zynen ouderdom, na eene roemryke regeering van agttien Jaaren. Zyn ligchaam werd, volgens zyne eigen begeerte, naar Aken gevoerd , en zyne ingewanden te Augsburg begraven, (a) HENDRIK II. Ori70 overleeden zynde , zonder kinderen natelaten, deeden zich drie mededingers op, die onderfteld werden gelykelyk geregiigd te zvn tot de keizerlyke kroon, Hendrik, hertog van Beieren [ Herman, hertog van Zwabtn en den Elzas, en Ekkard, markgraaf van Saxen. De eerfte van deeze drie, zynde een kleinzoon van Otho II. by deszelfs dochter, werd, uit hoofde van zyn grooter vermogen , verkoren, bevestigd, en te Mentz door den aartsbisfchop IVilgifius ingewyd, onder den naam (z) Hist de l'Eglife pir Bened. Prelr.t. Gob. Pers. Cosmod. at. VL Cap. si. Chron. Magdeb. ex Meib. /1.28c Hend. Bod. p. 4S7, Ditmar. Chron. Europ. Hist. XI. D. T. St. M 1002. Hendrik hertog van Beieren wordt tot Keizer verkoren.  po HISTORIE van TT naam van Hendrik II. Men zegt, dat hy de eerfte TSof'k was, die door de ftemmen der zeven keurvorsten tot II ' deeze waardigheid verheven werd: dan dit geluk verHoorr'sT. kreeg hy niet, voor dat zyn mededinger Lkkard door ll. afd.de graaven van Northien, die de party van Hendrik aanhingen, was orr.geb agt. (b) Hy ving zyne regeering aan met Herman, hertog van Herman ? hn 'op eenen rvksdag te Mentz te doen verklaaren IZvoor vyand van het Keizerryk: ingevolge daar van serryft ver-plunderde hy des'zelfs Staaten met de krygsmagt, die haard. [or. -cezsen dit verdrag vernieuwt e hy zyne kui. penen iS gemeenfchap met Theoderic, hertog van Lotharingen , èn pleegde tegen fommigen van s Kebers aanhmers in dat hertogdom openlyk wreede gewdddadigheden: weshalven de Ke.zer, om deeze orr Gu.llim. Epist. Jrgent. p. 5°> M 2  92 HISTORIE van II. geregeldheden te fluiten, de Lotharinger edelen te Ihi' Boek. onville byeenriep , op welke vergadering men befloot, II. het kasteel van Muhberg aan den Rhyn te flegten, en Hoofdst. andere voorzorgen nam, om de verbindtenis en verii. Afd. ftandhouding van twee zulke magtige tegenftreevers te verbreken Bewegin- jN het midden van deeze raadpleegingen ontving de gw m Ita- £ejzer berigt van de opfchuddingen, die Italien beroerden. Het volk van Lombardyen, beflooten hebbende het Duitfche Juk aftefchudden, had Hardouin, markgraaf van Ivre, tot koning van Italien verkoren: maar deeze verkiezing werd van onwaarde verklaard door Arnold, Aartsbisfchop van Milaan, als die beweerde, dat men zonder zyne toeftemming geen Koning van Lombardyen'tkoïidQ verkiezer, en in eene verga' dering van bisfchoppen en abten de kroon aan Hendrik beftemde, tot wien hy terftond afgevaardigden zond met berigt van het voorgevallene, hem bezweerende, om zonder tydverlies in Italien te komen, en dat land van de dwinglandy des overweldigers te verlosfen. Ingevoige van deeze aanzoeken zond de Keizer een leger derwaarts, onder bevel van Otho, Hertog van Carinthie. Doch Hardouin, zich van den doortogt over de Alpen verzekerd hebbende, tastte hen met vyftien duizend man aan in eene enge plaats, waar zy zich niet konden uitbreiden of in eene geregelde orde optrekken, en na een zeer hardnekkig gevegt behaalde hy eene volkomene overwinning, (e) 1004. De Keizer, fchoon zeer verdrietig over deeze tegenFeroverin- fPoec*» ^on Duitschland niet verlaten , waar hy door gen des nieuwe onlusten werd opgehouden. 'Daar Boleslaus, Konings hertog van Bohemen , een zwak en verachtlyk vorst mi Polen. waSj befloot de Koning van Polen zich van deeze gunftige gelegenheid te bedienen, om Cracou te herwinnen, het (e) Sigos. de Reg. hal,  het DUITSCHE RYK. 93 het welk door den Vader van Boleslaus van zyne Staa- jj# ten was afgefcheurd. Met dit oogmerk belegerde hy de BoEK. Stad en veroverde dezeive ftormenderhand: vervolgens jj. lipt» hy Silejkn af, en drong door tot in het hart van Hoofdst. Mora'vie, het gantfche land te vuur en te zwaard ver- II. Lm. woestende. Hy viel daarop in Lausnits, en maakte z:ch meesfer van Meisfen: terwyl Boleslaus, in plaats van middelen te beraamen, om zich tegen zyne voortgangen te verzetten, zich geheel en al aan baldadigheid en ongebondenheid overgaf, en zich zo zeer aan onderdrukking fchuldig maakte, dat zyne oaderdaanen zeiven tegen hem opftonden. Zy kozen in zyne plaats IVlodowic, een vorst uit bet hertoglyk huis van Bohemen, die ook van den Keizer de inhuldiging van dat hertogdom met de daad ontving. Doch by zyn overlyden , het welk niet lang na zyne verkiezing voorviel, vervulden de Bohemers zyne plaats met Jaromir, broeder van Boleslaus, zender de toeftemming of goedkeuring van den PoolBchen Koning, die over deeze hunne ftoutheid zo misnoegd was , dat hy den gebannen hertog gevapender hand herftelde. Dees onwaardige Vorst, nu weder in het gerust bezit van zyne Staaten zynde , nodigde zyne voornaamfte edellieden op een gastmaal, op het welk zy wreeddyk vermoord werden: zyne onderdaanen, door dar barbaarsch bedryf verbitterd, beklaagden zich over hem by den Koning van Polen, die, onder voorwend^ van het verfchil tusfchen hem en zjn volk te vereffenen, een mondgefprek vooriloeg, in welks midden des hertogs geheele hofgezin vermoord, hem zeiven de oogen uitgeftoken, en hy na de grenzen van Polen in heg'enis gezonden werd, terwyl de Koning zich naar Praa* beraf, waar hy van de Bohemers als hun ver- Etn hmi. losfer^en befchermer met blydfchap ontvangen werd. genootfehap Schoon Hendrik zich deeze omwentelingen met wei-Bennie aantrok, ondernam hy echter ma, den Koning van b M 3 l o~  94 HISTORIE van tt Polen als een overweldiger te behandelen , maar hy Boek eischte, dat hy hem hulde zou doen yöor Bohemen. en IT ' het geen hy verder van de leenen des Keizerryks veroHoo/nsr. verd had, op welken eisch dees Vorst een onbepaa.d II. Afd. antwoord zond Ook vernam de Keizer, dat de üoning van Polen in een geheim bondgenootfchap tegen hem getreden was met Herzelo van Schweinfurt, markgraat van Frankenland, Ernest, hertog van Zwaben en Hendriks eigen broeder, Bruno , bisfchop van Augs. bur« Weshalve hy een ryksdag te Mersburg lamenriep, en irgevolge de raadpleegingen van die vergadering, een leger van Beierfchen, Lotharingen, en Franken op de been bragt, met hetwelk hy in Frankenland viel, de Stad Martclau, en andere ilerke plaatfen innam , die daarop ontmanteld werden, en Herzelo nocdzaakte, ter zvner befchermirg tot den Poolfchen Koning zynen toevlucht te nemen; doende echter Ernest, die m deezen veldtogt krygsgevangen gemaakt was, onthoofden. { f) Na dat deeze opfchuddingen dus gelrild wa'-en, deed D^Sclavcn Hendrik de Saxifche en Thuringer krygsbenicn tegen da mwekken sdaven in Holftein cpf.rekken , die op aanhitung des Ko7'en, °p' hinss van Polen waren opgeftaan, het land tuslchen den ft Odei en de Elbe geplunderd, en Saxen te vuur en te zwaa-d verwoest hadden; terwyl hunne bondgenooten, de Poolfche benden,gedurige invallen in Beteren deeden, De Keizer, deeze barbaren verjaagd hebbende, plunderde Holftein en beveiiigoe de grenzen door geichiKte ■ bezettingen. By zyne terugkomst te Mersburg werd hy met zynen broeder Bruno wederom verzoend en op den zelfden tyd verleende hy, op tusfchenipraak des aartsbisfchops van Mentz en des hertogs van Saxen, vergiffenis aan Herzelo; maar om de kwaade gevolgen van zulkcti woeligen aart voortekomen, deed hy hem op do citadefc (ƒ) Rasre. Tok. HL p, 54Ö-  het DÜITSCHE RYK. 97 waarna hv zegepraalende te Praag binnen trok. en 1-ammir, broeder van den vorigen heitog Boleslaus, m het bezit van bet hertogdom ftelde: ook gaf hy aldaar bevel, om Herzelo, markgraaf van Frankenland, te flaaken, oo begeerte van eenen geeftelyken , die hem in eene zielroerende aanfpraak van den predikftoel om deszelfs vryheid bad. Vervolgens befchreef hy zyne edelen te 'Maagdenburg, in welke vergadering be flootcn werd, den oorlog tegen den Koning van Polen, die zyne ftrooperyen tot aan de rivier de Saai in Meisfen bleef aanhouden, met alle kracht voorttezetten, Ingevolge van dit befluit trok de Keizer met een leger van Saxen de Elbe over, en na eenen moeilyken togt vond hy den vyand tusfchen de rivieren de Tober en den Oder gelegerd: de eerfte van deze rivieren trok hy 's r.agts over, en viel daarop met zo veel woede op de Poolfche benden aan, dat zy geheel verflagen werden. CO Poleslaus was nu niet langer in ftaat het veld te houden, en verzogt om vrede, welke hem door Hendrik werd toegeftaan, die daarop naar Saxen keerde, en fommige Sclaven, die in zyne afwezigheid de openbaare rust verftoord hadden, ftrengelyk ftrafte. Omtrend deezen tyd bragt de Keizer een ontwerp ten uitvoer, dat hy gemaakt had, om Bamberg tot een bisdom te verheffen, het welk door den Paus bevestigd werd, op voorwaarde, dat de Bisfchop zynen zetel van den heiligen ftcel te leen houden, en rot eene jaer Wkfche erkentenis honderd marken zilver, en een wel /«oefend paard opbrengen zou: de bisfchop van Wurtz tere verzettede zich tegen deeze verheffing, als waar door een gedeelte van zvn bisdom zou worden afgefcheurd: weshalven Hendrik te Frankfort aan de Man eene kerkvergadering belegde, waar hy den bisfehopter (f) Annal. Boic. p. 375. EiROP. Hist. XI D. I. St. N II. Boek. I!. Hoofdst. II. Afd. Hy Jlelt te Praag Jaromir tot hertog van Bohemen aan. ioo5. Hy ver - volgt de Poolen tot in hun ei' gen land. Kerkverg/i. i ering te Frankfort  het DUITSCHE RYK. 103 werd, die zich verbond, den Keizer voor Polen en Moravie' eene iaarlykfche fchatting op te brengen. Na de bekrachtiging van dit verdrag begaf Hendrik zich naar Bazel, waar hy een bezoek ontving van R«■ dolphus III, Koning van dat gedeelte van Bourgondien, t£ welk aan de andere zyde van den berg Jura gete ien is Deeze, uit hoofde van zyne verwyfdheid, door zyne eigen onderdaanen verachte yk bejegend, kwam den Keizer fmeeken om befcherming , en ftonc hem zelfs alle zyne Staaten af. Ingevolge hiervan deec Hndrik eene reize door het Koningryk, het welk hj dnV verkreegen had. Doch het volk was zo verhittere ovei de ale infehiklykheid van Rudolph, dat hy b5 uitftek kwaalyk ontvangen werd, en het verdriet had; dat men hem m verfcheiden fteden weigerde binnen t laten; weshalven de Keizer, door deeze beleeaigmge gete-gd, zyn krvgsvolk het land liet plunderen, en di dorpen in kooien leggen. Hy wreekte zich vervolgen vo komen door Werner, bisfchop van Straatsburg, die mét een aantal Keizerlyke kryg benden, den oproerige, ede'en tot by Geneve tegentrok, en eene volkomen overw'nning over hen behaalden, (q) Terwvl de bis fchop dus onledig was, trok Hendrik m » rïïen hertog Bernard, die door zyne dwmglandy ei knevelaryen dat landfchap uitmergelde, maar zich me in f>aat bevindende, om met den Keizer te kampen zich aan z ne magt en beftraffing onderween™ laars gaf tot een waarborg voor zyn volgend gedia Sul Saxen in rust gebragt hebbende, begaf Hendri zich naar Frankfort aan den Mam, ten uiterften vei Jrietig over de lasterlyke gerugten, die toen ten nadej le van de Keizerin Cunegunda begonnen verfpreid t worden. Doch,- naar men verhaalt, verzogt zy ee (5) Hf.rm. Contract, ad. ann. toiS. ÏÏ. Boek. II. Hoofdst. II. Afd. Rudolphus iii. fmeekt dm [ Keizer om i befchewting | i 1 » 1 l 1 t » £ De Keizerin Cune- - gunda ondergaat de g vuurproef. n  ÏÏ. Bobjc IL Hoofdst. II. Afd. 1019. Bewegingen in Ita lien. 104 HISTORIE van geregtlyk onderzoek, en onderging de vuurproef zonder letfel. (r) (*) Schoon de fteden van Lombardyen onder 's Keizers ftedehouders de volmsaktfte rust genooten, was echter Sicilien, Jpulien, en Calabrien nog blootgefteld aan de invallen der Saraceenen, die eindelyk in Toscanen vielen, Euna innamen, en den bisichop verdreeven. Dan, door de wakkerheid van den Paus, die te gelyk eene landmagt op de been bragt, en vaartuigen wapende, om hem den hertogt aftefnyden, werden zy verflagen, en in ftukken gehouwen. Hunne* Vorstin werd krygsgevangen gemaakt, en vervolgens, om het befchimpen van zyne heiligheid, onthoofd. Doch de toevallige ftrooperyen van deeze zeerovers waren voor Italien geenzints van zulk een belang, als de onlusten, tot welken de heerfchappy der Grieken aanleiding gaf. Zy bezaten nog een gedeelte van Apidien en Calabrien, het welk door een bevelhebber, Catapan genaamd, die door den Keizer van Confiantinopolen benoemd was, beftuurd werd. Het volk, door de knevelaryen van deezen ftedehouder uitgemergeld, vatte de wapenen op, onder het bevel van Melk, prins van Sari, met oogmerk, om de Grieken van daar te verdry ven: maar deezen, eene groote verfterking van Confiantinopolen ontvangen hebbende, dreigden de we derl'pannehngen met verwoefting en d'.od. Melk zich niet in ftaat bevindende, om zich tegen eene zo gedugte magt te verzetten nam zynen toevlucht tot den byftand der Noormannen, die zich thans in dit gedeelte der waereld begonnen te vertoonen; en hem zo kracht- (f) Barre. Tom, HL p. 613. (*_) Dit jaar is merkwaardig door het overlyden wan Ditmar, bisfchop van Mjrsburg, een beroemd historiefchryver, zynde een Saxiscli edelman van den eeiften rang.  het DUIT SC HE RYK. 107 in de maand July, na eene voorfpoedige regeering van twee en twintig jaaren. (u) (*> Hy werd bygenaamd de Kreupele, de Heilige , en de Apostel der Hongaaren. b>en eerften deezcr bynaamen had hy verkreegen van een ongemak in het gaan, de twee anderen om zyne godvrugt cn milddadigheid aan de kerk. (u) Barre torn. III. p 627. Hen. Bod. Syntag. ex Meibom, p. 499. Gob. Pers. Cosmod. eet. 6. cup. 52- P- 229, (*) Wanneer hy zyn einde voelde naderen , zond hy om de ouders van de keizerin, en fprak hen, in tegenwoordigheid van veele bisfehoppen en abten , met deeze woorden aan, „ Ik geef „ u uwe dochter in den maagdelyken ftaat te rug, gelyk ik haar ,', uit uwe handen ontvangen heb." Eene zeer vreemde verklaaring in den mond van een egtgenoot! maar het fchynt, dat bei. den eene gelofte van kuisheid gedaan hadden', welke van wederayden ten uittillen belagchlyk was. (1) (O Annal. de l'Empire, Tom. i. p. 170. DERDE AFDEELING, Behelzende een herigt van de Duitfche zaken tot de komst van Frederik Barbarosfa aan de regeering. COENRAAD II. bygenaamd de Salifche. j__)-e dood van Hendrik van Beieren werd gevolgd van hevige twisten over de benoeming van een opvolger in het keizerryk: ten laatsten verkozen de vorsten en ftehden des ryks, tusfchen de fteden Mentz en Worms in het open veld vergaderd, tot de Keizerlyke O 2 waar- II. Boek. 11. Hoofdst. III. Afd. Coenraad II. tot Keizer verkoren.