01 1051 6929 UB AMSTERDAM  BOERTIGE REIS DOOR EUROPA. TWEEDE DEEL. DE PAKETBOOT.   DE PAKETBOOT, of HISTORIE van ENGELAND, van de grondlegging van dat koningrijk af, tot op heden, in een' BOERTIGEN STIJL BESCHREEVEN; vermaakshalven voorgeleezen in, en opgedraagen aan, de MAATSCHAPPIJ der VERDIENSTEN, onder de spreuk: felix meritis, door A. F O K K E, Simonsz. Medelid derzehcr Maatfchappijë, Hoofdlid van Amfteldamsch Dicht- en Letteroefenend Genóót-, fcbap, en Lid van het Rotterdamscb Dichtje» Letterlievend Genootfchap , ter fpreuke jefa. i rende : Studium Sciëntiarum Genit^x^ , MET caricatuur plaaten. ^ ' te haarlem b ij FRANC üIS B O H N. mdccxcvii.  Ftcta zoluptatis caufa fint proxima veris. Horat. in Art. Poet.  AAN DE MAATSCHAPPIJ DER VERDIENSTEN, ONDER DE ZINSPREUK: JFEJU£J£ M3ERXT2S, VERGADERENDE BINNEN DE STAD A U S T E R D A M, WORDT  WORDT DEZE VERHANDELING betijteld: D E FAKETBO OT. OPGEDRAAGEN, door. derzelver Medelid, A. FOKKE, Simonsz.  VOORBERICHT. Tffirij worden, hoe langer hoe meer, in het gevoel der waarheid bevestigd, dat al hel gene, 't welke wij onzen eigendom kunnen noemen, in een ondeslig tijdpunt voor ons aanwezig is. Het voorleden is ons eigendom niet meer , even zo min als het toekomende; beide deze enkel denkbeeldige tijden zouden niet regtfireeksch op ons gevoel kunnen werken, bij aldien wij menfchen , de zonderlinge eigenfehap van verbeeldingskragt niet bezaten, door middel van welke wij, in het voorledene, in het afweezige en in het toekomende, zo wel handelen en leeven als in liet tijd flip dat wij alleen tegenwoordig kunnen noemen. Gelukkig is die mensch , welke geleerd heeft, dit [pel der verbeelding niet hooger , dan een /pel te waar deer en ; want daar uit ontflaan voornaamlijk alle onze zorgen, alle onze verdrieten en alle onze kwellingen. Maar tevens liggen ook daar in al onze genoegens, onze hoop, onze * 2 Mijd-  vin VOORBERICHT. hlijdfchap, beflooten. Immers de herdenking van een blijd voorleden, het uitziekt op een vrolijke toekomst, veHieugt de ziel meer, dan het genot zelve: is het dan geene voor alle menjchen nuttige les, zo veel mogelijk alle verdrietige inbeeldingen, door het befef derzelver onwezenlijkheid, tegen te gaan, en alleen liet blijde herdenken , de blijde hoop, te koefleren; want hoe zeer die ook, in derzelver aart, even onwezenlijk is, als de droeve herinnering en de zorgen; wijl zij mede keur" grond, in het niet meer bejlaand voorleden en nog niet aanwezend toekomende heeft, even vel is heure begoocheling heilzaam ; wijl zij der ziele aangenaam en bevallig is; daar in tegendeel, de droefheid en zorgen , tegen de vereischte der menfchelijke natuur, die tot vrolijkheid neigt, regtfireeksch gekant zijn. Met veel recht zegt dan ook de Wijsgeer door ondervinding: ik heb gevonden, dat 'er niets voor den mensch beter is , dan wel te doen en vrolijk te zijn in dit leven. En de leer van EPicuRus, hoe zeer ook door zijne volgelingen misvormd, was juist de leer welke elk verflandig denkend Wijsgeer, naa een diep inzicht in de verfchijnfelen des levens, moet omhelzen; een vrolijk deugdzaam leven , dat onze driften in  VOORBERICHT. i.v dcrzelver bepaalden "werkkring houdt , verleevendigd, door een geduurig vernieuwd aangenaam en dankbaar gevoel, der fchoonheeden van de natuur en der gaaven van den algoeden Schepper , is voorzeeker het hoogfle punt van geluk , 't welk de mensch op aarde bereiken kan ■ Op dien grond dan kan men 's menfehen neiging tot onf huldig vermaak , niet alleen verdeedigen , maar zelfs aanvuuren ; op diengrond kan , al wat gefchikt is om ons een vrolijk uur te doen doorbrengen , niet alleen geduld worden , maar zelfs piigtmaatig en deugdzaam zijn; op dien grond dan ook, zullen wij, eenen nieuwen weg injlaande, de beoeffening der Gefchiedkunde voor elk leezer aangenaam trasten te maaken, door dezelve in eenen boertigen flijl, met terzij de feiling van het jiaatige, het welk haar anders eigen is, vermaakshalven voor te draagen. Ontfangt dan Leezers, in dit werk , de geschiedenis van Engeland , van de grondlegging van dat Koningrijk af, tot op den tegenwoordige?! tijd, verfchoont het gebrekige, dat aan diergelijk eene nieuwe taak als verknogt fchijnt, envermaakt^er u mede, in zo verre ge voor diergelijk vermaak vatbaar zijt, daarmede * 3 .zal  VOORBERICHT. zal het oogmerk van den Opfteller , V welk door de voorleezing dezer bladen, in deMaatfchappij Felix Meritis reeds gedeeltelijk getroffen is, volkomen bereikt zijn. verbetering. bi. 2 reg. 3 van boven, ftaat: Tune veniet lees: Qiii veait Ur — 13 — 3 van onderen ftaat: wijf lees: huis BERICHT voor den BINDER. PlMt I. . . . tegen over Bladz. 56 11 166 DE  D E PAKETBOOT. inleiding. Aanleiding tot den Overtogt naar Engeland.—Speelen om des Keizers baard. — Oorfprong en Voortgang van het Kaartfpel. — Betekenis van ,'fbmmige figuuren der Speelkaarten. -**> Dagwerk der oude Koningen van Frankrijk. — Pantomimes bij de Romeinen. — Twist van Bathyllus en Hylas. — Romeinfchè Vloek. — Arithmetifche waardij der fterke uitdrukkingen. —» Bathylli* itdnfche Theatercoup. — Onmisbaarheid der Ge* baardekunst in het gemeene leven. — Wi) hebben Iq bet vuuiigc jfaac ecu ReiS door Europa afgefproken,- wij zijn zelfs zo ver daar in gedaagd dat alles wat wij daar toe meenden noodig te hebben , in gereedheid ligt: Wel nu, het voorneemen was eerst naar Engeland te ftecvenen; laaten wij ons dan verbeelden reeds in de Paketboot ingescheept te zijn, en onze reis werkelijk aan te A vau*  a DE PAKETBOOT. vangen. Wat is de zee toch een onrus¬ tig wezen; hoor dat gebulder en getier eens; het wéér is ook juist niet al te mooi; dat treffen wij nu ook niet te best; men kan niet eens even uit kijken of daar komt een golf overliet Schcepjen heen Haan, dat men zo nat als een kat wordt. Tune veniet f.uclus, flu&us fuperemnet omnis Paar (tijgt een golf om hoog die alle golven tart! Wij zijn thands in het geval van den goeden ovidius , toen hij, tegen wil en dank, een Zeetochtjen haar Pontus dcedt. Het was ook juist geen groote held op zee. — De Schippers roepen ook al! binnen Heeren (* ) ! binnen, het luik moet toe! Wel, als dat zo voortgaat zal het al een wonderlijke reis gceven. Wat zullen wij nu doen, men kan hier niet 'op zijn beenen blijven ftaan; komt laaten we maar wat bij elkaèr gaan zitten, en ons, zo veel de omftandigheden toelaaten, wat vermaaken; hebben we geen fpeelkaarten aan boord ? ja wel (*) Die goede lieden dagten 'er toen nog, even zo min al» wij, aan, dat wij al te famen Eurgeis waren.  DE PAKETBOOT. 3 fvel zceker! wagt, We zullen zc voorden daghaaien en ons met een Ombertjen of Jasjert wat diverteeren. In zo een verleden uur kan dat 'er nog reis door; kom aan! wie doet 'er mcê om den Keizer zijn baard? want wc zullen ons geld op reis wel noodig hebben. — Dat moet toch al een overoud fpreekwoord zijn, om de Keizer zijn baard, federt hoe lang hebben de Keizers geen baarden gedragen; immers naa rudolf II. die 1612 overlcedt, en nog een' mooijen gekrulden, gcfrifeerdeit baard droeg, weet ik niet dat men ze anders dan met een klein ffkjëh en geen fatfoenlijkert baard, afgebeeld vindt; welke fikjens ook niet langer dan tot 1657 in de mode blecven; want ï.eopold I. liet zig al heel glad fcheeren, en droeg daarbij een paruik als een wolbaai; evenwel was de man daarbij, met een paar knevels, trotsch den ftoutïïen Grenadier, verfierd. Dat ftondt zeeker al heel raar bij elkander, maar zijn Opvolger joseph I. lag ook dezen af; doch behicldt de paruik; thands is die mooije paruik ook heel agter den bank geraakt en de Keizer draagt een ftaart en boekcls even als anA a de*  4 DE PAKETBOOT. dere inenfchen — een an.rt.ige zinfpeeling op de Gelijkheid der Menfehen; de Keizer draagt een ftaart, en boekels, de Corporaal draagt een ftaart, de Koopman draagt een ftaart, enz. — Maar kom aan, waar zijn de Kaarten en wat zullen we nu fpeclen! Dat is een gruwelijk geraas daar boven op 't dek, hooren en zien vergaat een mensch , kunnen ze dan ook niet wat zagter iprecken; dat fchreeuwt en fmijt met haaken en ftokkeu, even of ze den wind overfchreeuwen wilden. — Ik hoop immers niet dat 'er een Kaper aan boord komt, neen! 't bedaart al wéér wat, laaten we maar eens zien of het Spel wel volledig is; wagt, laaten we de poppen bij elkander zoeken; ik mankeer Koning karel de VII. van Frankrijk, doch ge zult juist niet net wecten wat dat voor een beeld is; wel hoor, ik zal u, om den tijd te pasfeeren, dat eens uitleggen. 'T is toch het zelfde wat we doen, als we maar wat afleiding van dat vreeslijk geweld daar boven hebben; en het hoofd ftaat ons toch niet na fpeelen, dat moet met de ingefpannendfte aandagt gefchieden, en dat permitteeren de Oceaan noch /Eo-  DE PAKETBOOT S ffloh* ons niet. Hoort dan, die eigenfte kaarten, die bonte poppen, zo mal als ze 'er uit zien, zijn, voor den oudheidslief Hebber van het hoorflc belang. De eigentlijke oorfprong van het Kaartfpel moet men in Egyptèn zoeken, de Egyptenaars, die alles, zelfs hunneSpelen, met beduidfelen en geheime zinnen vermengden , hadden ook een Spel met zulke bladen, van het Egyptisch Papier vervaardigd, waar op m allerlei Hieroglyphifche figuuren fchilderdcn, en zig daar door, onder het fpcclen,aan ernftige Zedeksfen en leeringen, zo wegens hunnen Godsdienst als Maatfchappijêlijke Zeden en Gewoonten herinnerden. Ook berigt ons de oudheid dat de Orakelen der Sibytten, zekere waarzeggende Vrouwen, op diergelijke palmbladen gefchreeven waren, welke de Sibylle door elkander uit heur hol wierp; dan moesten de arme fukkcls, die 'er wat van weetcn wilden , leggen te grabbelen, te pasfen en te voegen om den zin van de Godsfpraak bij elkander te verzamelen; was 'er een blad of wat tusfehen uit vermist, dan kreegen ze voor hun goede geld, dat ze de Priesters in de hand moesten douA3 vv'on>  6 DE PAKETBOOT. wen, pas een half en gebrekkelijk andwoord, en die waren 'er altijd af, met maar te zeggen: Waar om hebje de bladen niet beter opgezogt? nu is de famenhang verhoren. — Diergelijke Sibylle bladen dan, waren ook van de Egyptifcbe kaarten afkomstig welke zig, van daar, door het Oosten, maar voornaamlijk, onder de Mooren en Arabieren hebben verbreid; die ze, in Spanje, onder den naam van Tarotten, inge* voerd hebben; doch hier werden zij, zeekerlijk uit haat tegen de Mooren, verboden; wat ook een vijand doen moge, deugt toch niet, al was het nog zo onfchuldig; uit Spanje werden de Kaarten in Frankrijk overgebragt, waar Koning karel de V. in 1369 ze mede deedt verbieden ; ze werden toen in het Koningrijk zeer uitgekreeten en gehaat; tot dat het geval wil, de dat het zijn opvolger karel VI. zo wat in 't hoofd begon te fcheelen, welke ziekte men zeide dat hem overkwam om dat hij zig, in zijn Jeugd, zo als men zegt, wat vergalloppcerd hadt; doch men heeft flegts een' kwaaden tong noodig om in opfpraak te komen; zo dat ik dit juist niet als een wiskundige waarheid liaan.  DE PAKETBOOT. 7 de wil houden; anderen geeven 'er ook een andere reden van en wel deze: de Koning, die altijd wat zwak van hoofd geweest was, decdt eens, in een' zeer heeten zomer, in 't midden der maand Augustus van 1398 een reisjen naar Brittaigne en verviel geduurende die reis in een volflagcn zinneloosheid. Het geval gedroeg zig in dezer voegen toe: Hij reedt in den naeht om twaalf uuren, de gewoone Spooktijd, met eenigePagies enLijfwagten, dooreen bosch,en ziet, hij verbeelde zig, dat 'er een groot zwart man voor zijn Paard kwam ftaan cn hem toeriep! hou Koning! waar wilt ge heen, ge zijl nrraaden ! en daarop verdween. Inmiddels wilde gelijktijdig het ongeluk, dat een der gewapende Pages, die juist vlak agtcr hem reedt, door den flaap overweldigd, zijn' lans juist op de Casquetdes Koning* vallen liet, welke daar door,meenende dat men hem reeds daadelijk aanviel en vermoorden wilde, zo geweldig fchrikte, dat hij van dat oogenblik zijn verftand verloor, welke zinneloosheid hem bij vlaagen geweldig deedt woeden, doch voor 't overige zeer iïmpel en onnoozel maakte. Door dit A 4 V00r"  8 DE PAKETBOOT. Voorval kwamen de veragtte en verfmeeten Speelkaarten weer op de baan. Zekere Geestige Franschman jacquemin gringoneur genoemd, vondt uit om op dezelven de bekende Perfoonen van het Hof te fchilderen en boodt die den Koning aan, om hem daar mede fit zijn' fimpelen ftaat zo wat te vermaaken, althands tot het zelfde einde als waar toe de Jou Jou de Normandie, in deszelfs oorfprong, gediend heeft. Immers 'er werdt Wel eer op de Rekenkamer te Parijs een aantekening in oude Rekenboeken gevonden, (of die nu niet reeds lang verfcheurd en verbrand is, durf ik niet voor inltaan,) deze was aldus van inhoud: Donné cinquante fix fok Parijh a, Jacquemm Gringoneur, Peintre,pour troisjeux de Cartes & or & h devifes, peur port er devers le dit Seigneur Roi, pour fin ebatemeut, dat is: Cegeeven aan den Schilder Jacqaemin Gringoneur, voor drie [pellen kaarten met goud, zilver en devifen bcfchildcrd, om voor den gezegden Heer Koning te dienen, of te draagen, voor fpeelgocd, of om hein te vermaaken. Ja die Heeren fclirecVen toen wel netjens de minde kleinigheid op;  DE PAKETBOOT, 9 dat heette toen eerst huishouden, maar, waE zal men zeggen, naaderhand hadt het Hof zo veele en zo groote kleinighèeden noodig, dat 'er geen bijhouden aan was met opfchrijvcn, en toen liep de boel zo wat in 't honderd. Nu dat zijn bekende dingen, en daar zijn wc niet nieuwsgierig na. — Evenwel was dat in dien tijd nog al een heek uitgaaf, en dat maar enkel voor fpeelgoed! Doch wat doet men ook in zulke gevallen niet al , om iemand weêr langzaam zo wat te regt te brengen en althands een Koning! Die Kaarten dan waren heel mooi na de kunst van dien tijd (die evenwel vrij rampzalig was) gcfchilderd, en hebben nog hun oude figuur, die echter, door gcduurig namaaken , niet beter geworden is , behouden ; zo dat men een fpel kaarten gerustdijk een aanzienlijke plaats in een Kabinet van oudhecden zou mogen geeven; want zij duiden ons nog den fmaak in Weeding en gewoonten van het galantfte Hof voor eenige eeuwen , aan. Harten- en Rukenboer waren twee voornaame Franfche Generaals la hire en iiECïOR genoemd, gelijk zij ook nog dien naam A 5 *****  ie DE PAKETBOOT. draagen; Klaverenvrouw, die wel, uit hoofde van hein- lange Hairen, naar Moeder Eva gelijkt, was een eerde beautés van dien tijd, en wel de Koningin maria van anjou zelve; van het Latijnfche woord Regina, beteekenendeKoningin, knoeide de geestige Schilder, door Letterverzetting, Argina, en maakte'er op zijn Fransch Argine van; agnes sorel, de Maitresfe des Konings , kreeg ook een plaats in 't fpel, en werdt Ruitenvrouw, onder den naam van Rachel. De beruchte Maagd van Orleans die den Koning karel de VII. zo trouw tegen de Engelfchen gediend hadt, kreeg naaderhand ook een plaats in 't fpel, ontfangende den naam van Palias, en wordt nu Schoppen vrouw geheeten; en isabella van beijeren, mede een zeer galant Hofdametjen, werdt naaderhand Hartenvromv genoemd; Schoppenheer was de Dauphin, naaderhand Koning karel de VIL zelve , en om dat zijn leven veel naar dat van Koning david zweemde, plakte de Schilder 'er dien naam ook maar bij (*). — O wat hadt (*) Sommige dier naamen hebben door langheid van tijd en geduurig namaaken, eenige venvisfcling en verandering ondergaan.  DE PAKETBOOT. iï hadt de Koning toen een phifieï met dat fpel! ja wel! dat was niet om te zeggen. Honderde toepasfingen werden , om hem te vermaaken , door de Hovelingen , gemaakt; als het fpel zodanig liep dat ze 'er den Koning zo een aartigheidjen van zeggen konden. En dan lagte de goede man , dat het hem deugd dcedt. 't Moet toch droevig geweest zijn, zo een groot Koning zig zo met die poppentjens te zien vermaaken, en dat werdt toen zelfs de finaals in geheel Parijs; want wat de Koning deedt, vondt ieder, in dien tijd, zo mooi, dat elk het naa deedt. En geen wonder! zou men dat gewigtig tijdverdrijf dat een' Koning moest geneezen, te dier tijd niet nagedaan hebben, daar men het thands nog, door de deftigfte lieden , ziet bezigen, die 'er althands nog minder grond van uitfpanning in kunnen vinden; wijl hun karel de VII. of maria van anjou, agnes sorel , la iiore , en al dat volkjen , dat toen nog in leevendigen lijve was, veelal in 't geheel niet bekend is. Nu, wat doet de oude gewoonte niet al! Maar vrienden, als men 't toch zo nagaat wat is het toch  ïa DE PAKETBOOT. toch droevig dat 'er zó veel Koningen in de gefchiedenisfen aangetroffen worden, die van hun zinnen beroofd geraakt zijn. — Dat is dan daar boven een geweldig leeven, met gooijen en fmijten; 't waait dan ook vinnig, nu zo veel te eer zijn we aan wal; want de wind is goed, maar ondertusfchen kan men haast geen woord fpreeken; ik zal blijd zijn als we maar Land zien. — Waar was ik daar ook gebleeven ? ja, dat's waar , van Koningen die hun verftand verlooren hadden.. Nu wagt... wat wilde ik ook zeggen? ja, dat dit zo droevig is ; maar 't is juist geen wonder ; want wat hebben die menfchen ook niet al aan hun hoofd, één enkele dier zaaken immers vereischt een heel man! en alles kwam toch in dat Koningrijk , althands in dien tijd , op één mensch t'huis; overal moest hij toch zijn hoofd meê breeken; bij voorbeeld; met Maitresfen — die noem ik maar eerst; want daar is wel het allermeeste gehaspel meé, die moeten dan op zijn elfendertigfte opgepast worden. Heeft het de heu.tog van choiseul, die anders nog al heel gedienftig voor alle menfchen was, geen ongenade en verban-  DE PAKETBOOT. 13 banning van het Hof gekost, dat hij Madame de Pompadour niet vriendelijk genoeg aangekeeken hadt? nu dan, als 't gezegd is, Maitresfen: dan volgen de Paarden en Jagthonden; lieve deugd! alles heeft toch zijn oppasfing noodig, dan moest 'er gezorgd worden voor de/fc«, Cercles en Bah ten Hove; en om die goed te reguleeren, daar was ook al vrij wat aan vast; want dan was die niet naar zijn' rang geplaatst, en dan was een ander weer niet wel gerecipieerd; dan was de Fakkeldans weêr eens niet goed uitgevallen, of de een of ander was zijn gala kleed bedorven, fumma fummarum 't was veel koeijen veel moeijen; en men mogt 'er wel, met vader cats van zeggen: Die een jong wijf heeft te vrijen, En een oud wijf heefc tc grijên Cgerijven} En een klok heeft gaÊ te flaan, Zeg, wanneer heeft die gedaan? Daar kwam dan nog bij, dat ze de Koningen daaglijks in die tijden bruiden met audiëntiën aan buitenlandfche Gezanten te geeven; met traétaaten te onderteekenen; met de inkomftcn m uitgaven des Rijks te bereekenen; met de Zee-  N DE PAKETBOOT* Zee- en de Landmagt in orde te brengen, efl voltallig te maaken; met de Frontiereu in goeden fiaat te houden; met aan het heil des volks te denken, en ziet, dat alles ging afa de wind. want dat moest in één klein uurtjen tijds afgedaan weezen. Bij voorbeeld: De Koning ftondt op ten zes uuren; nu als een raensch eerst uit zijn' flaap komt, kan hij niet veel uitvoeren; hij moet toch eerst ontbijten; inmiddels kwam de Marechal met een Lijst zo lang als Meester JochemS Gedicht in den Don QukhH van langendijk , binnen flappen ; daar ftonden dan allerlei Spijzen op ge. fpecificeerd, en dan moest de Koning aanhaa. fcn wat hij 's middags op zijn tafel hebben wilde ; met een fnap was- het zeven uuren; want de tijd vliegt om , en inzonderheid 's ochtends is 't of de klok een purgatie in heeft, Daar op kwamen 'er een Kamerheer of drie binnen, om zijn Majelleit deszelfs Nachtrok en Muilen te geeven; die koa hij zelf niet we! aantrekken; na maate dat iemand voornaamer en grooter in de waereld is, wordt hij ook be» hoeftiger en gcbrekkdnker in het gebruik van zij'ï  BE PAKETBOOT. IS efn armen en beenen. Hoe ongelukkig zijn toch vermoogende lieden! En dat gebrek klimt na maate de rang toeneemt; de Adel en Grooten worden Rijf, maar de Koning wordt volftrekt lam. _ Als zijn Majefteit dan eindelijk in zijn Slaaprok geftooken was, dan werden de eerlïe bedienden van het Hof binnen gelaaten, eigentüjk om niet met al te doen, als alleen goeden morgen! te zeggen ; dat heete dan U Pet it Levé; daar Monden ze dan een poosjen met bet hocdJen onder den arm, zo wat te buigen en elkaêr wat nijdig aan te zien; als die klugt dan over was, kwam de Kamerdienaar wcêr ten voorfchijn, dan was 't mooi half acht, of daaromtrent, geworden; voords werdt de Koning fekleed, dat ook, overmids de onhandigheid van die oude Koningen, niet best voort wilde, zo dat het dan haast acht uuren werdt; maar dan was 'er weer een drukte, je leven zo niet; dan was het Grand Levé; dan kwamen al de Ambasfadeurs, Hovelingen, Vreemdelingen enz. enz. en zeiden al te maal goeden morgen! maar om dat deze Complimenten al te veel geraas aan des Konings zwakken hoofd gemaakt zouden  iö DE PAKETBOOT. den hebben, daarom zeiden ze maar niet meial, maar bogen des te dieper. Ziet met zulke gevvigtige bemoeijingen liep de tijd al mêe om, dat duurde dan zo een kwartiertjen, en dan moest 'er in allen fpoed en pasfata reis naaide een of andere Kapel gereeden worden, om evenveel dat toch ook niet te verzuimen; inmiddels werdt het al zoetjens aan negen uuren, dan wagten de Jaagers en de Honden al; de Koning hadt haast geen' tijd dat hij zig een Jagtpak aan liet doen; het wild zoude immers wezenlijk, als het niet wat verminderd werdt, den Landlieden al te veel fcliade doen en daar moest de Koning, als Vader zijns Volks, toch ook zorg voor draagen; nu die Jagt werdt dan reis wel wat ver gedreeven, zo dat het wel twaalf of een uur werdt, eer het Ilof terug kwam; dan moest 'er weêr audiëntie gegceven en dus ook wcêr wat mooijer pakjen aangetrokken worden; ondertusfehen werdt het al twee uuren, dan ging de Koning cigentlijk om zijn gewigtigfte zaaken aftedoen in zijn Kabinet, waar de Ministers hem dan reeds zaten te wagten, dat hij de papieren die daar al gereed lagen, liegt;  DE PAKETBOOT. i? •flegts tekenen zoude; nu dan werdt'er een woord of twee over een of andere Rijkszaak gefprooken, ■maar dan moest de Koning 'talweêr aan dieHee-ren overlaaten; dan was 't maar, om 't zo eens familiair uittedrukken: nu, je lui zult dat dan wel goed bezorgen, dat ik 'er op aan kan, en weg was zijnMajeiteit dan alweer; wijl hetDiné moest beginnen , daar bet dan al bykans drie of vier uuren geworden was. Dan tafelde men ten minften een uur of twee; immers eer al de gerechten opgezet cn weêr afgenomen waren, dat fomtijds vijf of •zesmaal moest gefchieden , werdt het al vrij laat; naa den eeten kan men toch ook niet veel ■hoofdbreekens bij de hand neemen; dan eens vliegens naar eene of andere begunftigde Dame du Cour gereeden ; terwijl was het Cercle al ten hove vergaderd; dan weer een pragtiger kleed aan 't lijf gefchoten, dat moest evenwel wat ordentlijk geadjufteerd zijn, daar liep dan ook al wat tijd meê heen , want hoe meer haast, hoe minder fpoed ; de Cercle duurde ordinair tot negen uuren 's avonds, en dan hadt de Koning eerst even een weinig tijd om eens uit te blaazen en ^ig eens wat raars van zijn Hovelingen te doen B vet-  et8 DE PAKETBOOT. vertellen ; doch welhaast begon het groot Soupé; dat dan door dén Koning, half gaapende en geeuwende, bijgewoond werdt: als het dan zo twaalf uuren floeg abfenteerde hij zig in zijn apartement, waar hij dan een' kamerheer met een page of zes vondt, die hem uitkleeden om den goeden ,dood vermoeiden en flaaperigen Koning in het ledikant te helpen ; tot hy dan 'wcêr de andere morgen van nieuws in het touw moest, en zo ging dat dan alle dagen den zelfden gang; is het dan wel wonder dat het de ■ Koningen in dien tijd wel eens in 't hoofd floeg? *Wel ! zouden we 'er nu nog niet weezen, dat is • dan een elendig gelukkel op dat water, ja wel f ' heilige Postwagens en Trekfchuiten! daar kaii 'men zo net op aan! Schipper zijn we 'er nog niet! Wagt'ik moet toch eens even uitkijken, -zo, zo', daar zie ik toch een' toren; ólieve Hemel! dat is Helvoet nog maar eerst; wel dat is ^dan evenwel facraments verdrietig; Schipper! maak toch wat voort, hoe lang zullen we hier in dit moordhol zitten ?— Wel, Mijn Heer! ben je dan gek of wat fcheelt je ? wou je nu al te Harwkh weezen; 't is 'er ook wel een weer na, de wind  DE PAKETBOOT. 19 Wind is ommers om, en vlak tegen; wees toch niet kindcragtig; ik kan wel zien dat je niet dikwijls naar de overzij geweest bent; 't kan nog wel twee dagen duuren als de wind niet om-, loopt. 4u Zie zo, dat is een mooije troost! op die manier zal al onze provifie, eer we pas half weg zijn, al geconfumeerd weezen, nu,laaten we ons maar wéér getroosten met wat te praaten; 'tis toch al weêr niet anders! Ik zal maar weêr wat moeten vertellen, dat kort den tijd nog al zo Wat ; we Waren dan gebleven aan de groote onrust en drukke bezigheeden der Vorsten, en dat is evenwel van ouds al zo het zelfde geweest, dat wisten de Romeinen ook in hunn' tijd reeds , en Verbeelden het zelfs in hunne ftommetooneelftukkcn; daar zal ik u eens een Historietjen van Verhaalcn, dat hier nog al zo min of meer op fluit; en past het al zo krek niet, het moet 'er evenwel nu maar meê door, wie kan toch onder zo een drommelsch geraas, als daar boven is, geregeld fpreeken. Hoort dan: de Romeinen wisten ten tijde van augustus, die, naa dat hij al zijn tegenpartijen verwonnen hadt, nu tc Rome, d:n tijd eens regt tot zijn recreatie ge£ a bniik-  ao DE PAKETBOOT. bruikte, niet wat ze al bedenken zouden om de weelderige grooten te vermaaken. Dat veroorzaakte dagelijks een groote pret in Rome, zelfs in de benaauwdfle tijden van dien burgeroorlog; alle dagen was 'er Comedie en zelfs twee drie te gelijk , fommige oude ernïïige Confuks, lloegen wel aan augustus voor dat dit 'er juist niet te best door kon ; want dat men waarlijk nog geen hei i roepen moest, daar het Roomfche Rijk nog door innerlijke verdeeldheeden verfcheurd en door den burgeroorlog in een' poel van rampen geftort lag; doch de iluwe augustus liet ze maar wat aanpraaten en maakte ze maar een complimentje; dat kon hij heel goed, en dan fulde hij ze wel het ergst. Tegen een zijner vertrouwelingen, die ook zo eens tegen hem mogt zeggen: Ca;far! Csfar! het kan 'er evenwel niet door: alle dagen zulke buitenfpeurige vermaaklijkheeden en we zitten 'er nog zo benaauwd toe, andwoorde hij! juist, daarom laat ik dat maar alles zijn1 gang gaan , geduurende dat de Romeinen in de Schouwburgen zitten, kunnen ze hun hoofd niet breeken, met mijn oogmerken, waar ze toch niet regt achter zyn: en  DE PAKETBOOT, .« en zo ging 'er geen dag om , of de Schouwburgen waren opgepropt met aanfchouwers. De Griekfche Treurfpelen en de Blijfpelen van terentius en plaütüs waren al oude kost geworden en daar moest weêr wat nieuws bedagt worden. augustus hadt te dien tijd onder zijn' talrijken Slaavenftoet twee fnaakfche Hetrurifche of Toscaanfche flaven, die bathyllus en hylas genoemd waren; nu, die klanten vonden dan uit om de Treurfpelen niet met woorden uit te fpreeken; maar alles alleen door gebaerden uit te drukken en zo veel als dommetjen te fpeelen, dat nöemden zij Pantomime en daar waren ze zo in ervaaren dat zelfs kundige en verdandige mannen fomtijds zaten te huilen als kinderen, om de bedroefde Scène; die zij kwamen te vertoonen. Hoe ze dat nu, door hun fchermen met handen en voeten hebben kunnen te weeg brengen, dat weet tot heden toe niemand; want die fraaije kunst is nu, helaas! in het vergeetboek geraakt; 't is wel jammer, men fpaarde 'er ten minden zijn' mond mede; althands, om op ons onderwerp te komen, 'er werdt eens een ftuk gefpeeld waar in Alexander de Groote B 3 voor-  42 DE PAKETBOOT. voorkoomen moest en die rol zou hylas uitvoeren; nu alles was wel; men opende het Tooneel; doch ik moet nog ranmerken dat bathyllus een' grooten hekel aan hylas hadt, uit jalouzij , om dat het volk dien Pantomimus, die echter flegts zijn leerling was, boven hem begon te trekken; bathyllus mengde zig dan onder het volk, om het wat op te zetten en hem te doen uitfluiten. De jalouzij is van ouds aan de kunstenaars eigen geweest. Toen hylas voords opkwam in het gewaad van Alexander, en dien held wilde uitbeelden , ging hij op zijn toonen ftaan en ftrekte zijn' hals zo lang uit als zijn fpieren het hem toelieten, floeg zijn armen wijd van elkander en zette zijn buik uit als een gezwollen kikvorsch , dat moest toen den grooten Alexander beduiden; bathyllus, die inmiddels onder het volk ftondt, nam nu deze gelegenheid waar , om hem over die armhartige vinding eens braaf te dueken: wagt Jongen! riep hij hem toe, bij Hercules! wat is dat voor fpeelen! (Ja! ze konden ook wel een hartig woordjen als 't te pas kwam fpreeken, dit was nu zo veel gezegd als in 't hollandsch , bij kris en kras, die  DE PAKE TB O O T. f9 die foort van fterke uitdrukkingen, of zoo ge wilt vloeken, want dat zijn 't toch, laaten we 'er maar geen doekjens om winden, zijn in alle taaien gelijk als de nul onder de Cijffer letters; op hun zeiven beteekencn ze eigenlijk nictmctal, maar worden van veel belang , na maate men 'er een grooter Cijffer voorzet; bijvoorbeeld: bij kris en kras Jongen i kom aan laaten we reis drinken, beduidt zeer weinig; dat is maar zo veel als of men het Cijffer i voor den nul plaatftc , maar: bij kris en kras Jongen! als ge niet oppasfen wilt, zal je vaaren , is zo veel als of men een 9 voor den nul zette) nu dan, bathyllus ging al voort met fchelden: toe beuling ! voort van hetTooneel; of ik fchop je 'eraf, wat is dat voor doen? Je maakt Alexander lang en dik, maar niet groot! hij riep eigentlijk als ge 't net weeten wilt: kom aan laaten we reis drinken, beduidt zeer weinig; dat is maar zo veel als of men het Cijffer i voor den nul plaatfte , maar: bij kris en kras Jongen! ah ge niet oppasfen wilt, zal je vaaren , is zo veel als of men een 9 voor den nul zette) nu dan, bathyllus ging al voort met fchclden: toe beuling ! voort van hetTooneel; of'ik fchop je 'eraf, wat is dat voor doen? Je maakt Alexander lang en dik, maar niet groot! hij riep eigentlijk als ge 't net weeten wilt: e§«v ou ptyav tïmw. daarop ging de gemeente aan 't fluiten, die mode is al zeer oud, en bathyllus fprong , als een vogel, op het Tooneel; die zou toen, zo als men zegt, de bot vergallen; hylas moest zijn mooije pakjen uitfehudden en wel dra kwam bathyllus als Alexander voor den dag; hoe B 4 maak-  *♦ DE PAKETBOOT. maakte die het nu, zeekerlijk veel beter dan Hylas; want hij kwam heel langzaam optreeden; wandelde, met de hand voor het hoofd, en met ongelijke fchreeden over het tooneel; bleef dan eens ffilftaan en tuurde met veel aandacht op den grond, dan zuchte hij eens en keek naar de lucht; eindelijk klopte hij zig voor 't hoofd en wierp zig in een' zetel , naa vervolgends nog eenige grimasfen gemaakt te hebben; telkens naar zijn hoofd wijzende; of hij zeggen wilde; daar fcheelt het mij ï en floeg' pardoes voor over op een tafel neêr, met ee'nflag dat'er de aanfchouwers van opfprongen ; want hij wilde het nu eens heel mooi maaken. Die Bathyliiaanfche kunstgreep bezigen de moderne acteurs, inzonderheid in Sentimenteele (tukken, nog dikwijls met zeer goed gevolg. Daarop ging het geheele Amphitheater aan het applaudifeeren. Hij wist wel dat dit altijd op zulke coupen moet volgen; want dat is een foort van Electrifche fchok, waar door de menfchelijke ziel, plus opgehoopt zijnde, in een explofle geraakt, die zichtbaar en hoorbaar is. Laaten wij nu eens zien, wat al die kuuren te beduiden hadden. Het langzaam op- ko-  DB PAKETBOOT. *y komen beduide de deftige ftaatigheid van iemand die zijn hoofd vol muizenesten heeft; dat hadt alexander ook; dat bathyllus de hand voor het hoofd hieldt betekende alexanders diepe gepeinzen en hoe hij zijn hoofd brak om uittedenken bij wat voor volk nog wat voor hem te plunderen viel; dit was fchrandcr van bathyllus uitgedagt. alexander brak zijn hoofd ook altijd met rekenen, en droeg daarom Bartjens Nieuwe Cijferingen altijd bij zig, ftudeerende voornamentlijk in den Regel Subftra&h, waar in ook eenïge bladen los en vuil waren; fchoon het overige 'er nog al zindelijk uitzag; want hij liep altijd bij zig zeiven prevelen o ik hou 'er i enz. zo dat bathyllus dit zijn charafter zeer wel trof. Voords liep hij met ongelijke fchreeden over het Tooneel, dat zag mogelijk op het ongeluk dat alexander, in 't laatst van zijn leven, hadt, van wel eens wat te diep in de fles te kijken. Dat hij altemet eens naar de lucht zag, daar mede wilde hij zeggen: Dat is toch nu drommels jammer dat men daar geen' brug over pra&ifeeren kan; als ik immers toch eens hier op aarde, de boel kaal B 5 f-  *6 DE PAKETBOOT. gemaakt heb, zou daar, denk ik, ergens nog wel wat optekrdbben zijn. Daarop verviel hij dan in een fcnaagend verdriet, en dat werdt van ouds, en wordt zelfs nu nog, uitgedrukt door pJotsverlooren op een' floel neêr te vallen,- en dan eindelijk, uaa lang mijmcrens, (als men eerst wel gezien heeft of 'er ook wat op tafel ftaat dat zou kunnen breekcn; of omvallen, dat evenwel doorgaands door den Toneelmeester verhoed wordt, door de kaarsfen, fchrijftuig of wat anders op een tafel ftaat, weg te laaten) Haat men voorover op de Tafel neêr, dat de aanfchouwers hun hart vasthouden, dat de afteur een buil in zijn hoofd krijgen zal; doch daar past men wel op. Nu zo deedt bathyllus dan ook; en dat gaf Alexander* Wanhoop te kennen dat hij geen meer Waerelden , bij gebrek van brug, ladder of trap, vermeesteren konde; van luchtbollen wisten de menfchen toe nog niet met al. Hoe wonderlijk nu deze kunst van Postimrenmaaken ook moge fchijnen; zij is den mensch aangebooren en gaat bij hem zelfs vóór de fpraak; ja zij kan bij de fpraak zelfs niet eens gc-  DE PAKETBOOT. *7 gemist worden; hoe dikwijls wijst men niet met armen, handen en vingeren aan het geen men tegelijk met woorden fpreekt? Bindt een' Dichter, geduurende het opdreunen van zijn Lierzang, de handen, o hoe zoudt ge zijn ftuk verzwakken, hoe zoudt ge hem vermoeijen, eer hij nog halverwege, ei wat zeg ik, eer hij nog aan 't tiende Couplet ware, zoude hij 'er reeds bij neêrvallen. De Redenaar geraakt immers insgelijks geheel van zijn ftuk, zoo hij niet, met de hand, ter linker zijde het kwaadeter regter zijde het goede aanwijzen mag; aiwat in de hoogte behoort, zo als de Hemel enz. door het oplteeken van den vinger, en al wat beneden ons gefteld wordt te zijn, door het naaiden grond wijzen aantoonen, en fomtijds nog andere, veel geweldiger, beweegingen maakeu kan. _ Maar behalven dat kan men in het mlerbedaardst gefprek de pantomime niet wet misfen, althands om den zin van woorden , die dubbele beteekenisfen hebben, te doen gevoelen; gelijk in het aangehaalde geval van bathyllus en hylas , om het woord grint uittedrukken wezenlijk plaats hadt. Als men, bijvoorbeeld, van  fi8 DE PAKETBOOT. van een groot mm fpreekt en maakt geen gebaarde of men 'er groot (lang en dik) of groot (geacht, beroemd) meê bedoelt; immers 'er zijn veelgroote mannen, ja zelfs reuzen, die, wat den geest betreft, zeer klein zijn, en dwergjens, die , ten opzichte van hun verftand, groot, ja zelfs reuzen mogen heeten; men zoude 'er geduurig de omfchrijving groot na den Geest, of groot na het Lighaam, bij moeten voegen, en dat kan met zo een enkele Pantomime vermijd worden. — Maar laat ik toch eens even gaan zien hoe ver dat we nu reeds gevorderd zijn en of ik ook al iets van de witte krijtbergen in 't oog krijgen kan. — Och neen! Qitocunque asplcio nihil est nifi pontus et air! Waar ik ook heenen zie, 't is niets als lucht en zee! Kom aan, maar weer naar binnen; ik zie wel het zal in de eerfte vierentwintig uuren nog niet lukken; laaten we nu de keuken eens bezoeken; een mensch wordt flaauw van dat «rewieg en gefchok, als we ons dan wat verfterkt hebben; zal ik UL. inmiddels de Historie van Engeland zo wat beknopt vertellen, en U de Natie en het Land eerst wat leeren kennen, eer we  DE PAKETBOOT. a$ we 'er aan komen; dat kan ons altijd in het vervolg onzer reis van grooten dienst zijn. Nu ! (dunkt me dat gijlieden zegt,) is het nu uit? zal 'er niet meer komen! Wel vrienden wagt toch tot een mensch ordentelijk wat gegeeten heeft; 't is geen hoopwerk! o heden! we zullen nog tijd over hebben; geloof dat maar vrij; en ook wordt het al mooi laat; me dunkt als we nu eens probeerden om wat te gaan flaapen, en dan met een' frisfchen moed ons discours vervolgden; dan denk ik zullen we, te* gen dat ik U de Engelfche Historie verteld heb, wel al aan wal zijn. Ja, Burgers! ons klokjen heeft weder geflagcn Ik durf nu geen nieuwe vernaaien meer waagen; 'k Zie niet graag orlogies, of geeuwen en gaapen Noch fluiten, noch fchuiven, veel minder nog flaapen; Vorst Salomo (telde, en die moest het toch weeten, Een' tijd om te flaapen, een' tijd ook om te eeten, Een' tijd om te fpreeken, een' tijd om te zwijgen; Een' tijd om te geven en niet weder te krijgen ( Die tijd is de langfte en duurt veele jaaren) Een' tijd om te Kristen, een' tijd om te fpaaren, Een' tijd dat men uitgaat om wijsheid te hooren, Een' tijd dat men 't uur acht zo goed als verboren; Bij voorbeeld dit uurtjen zal veelen niet fmaaken Weêr andren toch zullen zich reedlijk vermaaken; 'T is al zt na dat men, met volle gedachten, Terwijl zit te vreezen of hoopend te wagten Op  3° DE PAKETBOOT. Op zulke raare en zelfs wondere zaaken Die fominigen prijzen en anderen laaken, Waar van men het einde, hoe dikwijls bedroogen, Nog daaglijks vooruitziet met valken oogen. Maar vrienden! ik moet u van harten beklaagen Oe raakt nog zo gaïuw vat, nvjn' klap rifet ontnaagen, . Want ziet, ik ben tbands in 't geval dier Poëeten Die 't eind aan hun verfen te maaken niet vveeten. Het rijm fpeelt den baas en weet van geen fcheiden, ■ Hoe graag ik u ook uit d_- zaal wou geleiden, Ik raade u mijn vrienden ga maar naar beneden, Ik zal wel alleen van de fpreekplaats afireeden, . Zo draa mij het vers vergunt om te fluiten Wie kan toch den vloed van het rijm zo maar fruiten ? Het eene woord floot toch het ander naar vooren Ten zij men 't met kragt en geweld poog* te ftooren. Wajt, flil wat? daar heb ik er iets op gevonden, Een Oorlof of Prince floot eertijds veel monden, Wel, oorlof dan vrienden, die mij wilde fchenken Uw aandagt en gunttiglijfc mijner gedenken, Hoe zeer ik Iangdraadig, en, langs veele wegen, Toch eindlijk een flot aan mijn praat heb gekreegeri, 'K beloof u een betere fpreekbeurt naa dezen O n zo, door verdiensten gelukkig te v/eezert» EER-  EERSTE T IJ D V A K. ALOUDE ANGELSAXISCHE EN DEENSCHE KONINGEN. Naamsoorfprong van Albion. — Aloude Inwoners. — Zwaare dïspuuten onder dezelve. — J. Csefw verhaalt 'er van wat Bj 'er van weet. _ Vreemde postuurtjens onder de oude Britten. — Aloude inlandfche Koningen, als Brutus in Ao. M. 2828. — Bradubus. — De gebroeders Ferrex en Porrcx. — Koningin Maria. — Kasfivelanus laatfle Koning ten tijde dat J. Csfar het Land vermeesterde Ao. M. S895. _ Keizer Claudius brengt het land gebeel'onder de Heerfchappij der Romeinen. — Voadicasa. — Oorzaak van het verval der magt van de Romeinen. — De Pitten vallen in Brittagne. _ Rijke lieden vegten niet gaarne. — Vortigermis .vraagt hulp bij de Anglen. — Hengst ewHoruis komen hem te hulp ; doch willen niet leder naar huis.- Cadwalladar, laatfle Koning der Britten, gaat in een Klooster A. C. 689. —- Het  32 DE PAKETBOOT. Het Land krijgt den naam Anglia of Anglen* land.- Egbert I. _ Ethelred.- Edmond. Deenfcke Koningen. — Knoet of Canut Strandkuijertjen van Knoet met zijn Hovelingen. — Knoet jlerft Ao. 1035. — Harold. — Krijgt, om zijn bijzondere vlugheid, den bijnaam ««Haafenpoot.- Hardeknoet is een Vreedzaam en een Vreetzaam Vorst. _ Zonderling en betwist verfchijnfel bij zijn verfeheiden. — Aaklig voorfpook in de Hofkeuken. _ Eenvouwig grootsch Graffchrift. - . Eduard de Belijder is tevens Medicina Doctor, fterft 1066. — Edgar Atheling. — Harold kroont zig zeiven. — Wordt door William de Veroveraar verdreeven. — Goeden morgen famen, Vrienden! alle wel ge. rust dat is mij lief! Wat is dat flaapen Jch een overheerlijk amdynum of pijnftillend middel; daar hebben wij een heele poos gerust geflaapen, en de tijd is ons ondertusfehen als 't ware omgevlogen; wij hebben van geen vervecling op onzen verdrietigen fukkelenden zeetogt geweeten; en evenwel is de oorzaak die ons waakende het verdriet verwekte, te weeten de tegenwind en ftorm, even wezenlijk voorhanden geweest, als toen die ons, terwijl wij waakten zo  DE PAKETBOOT. -53 zo kwelde. Daar uit kunnen wij en pasfant opmerken , dat het kwaad voor ons geen kwaad is, zo dra wij het middel vinden om het den doortogt tot onze ziel te beletten en het, als 't ware de deur voor den neus toe te fluiten; en dat middel hebben wij altijd bij de hand; Het is de flaap. Maar joung zegt evenwel dat de flaap een regte tafclfchuimer, fiïkflooijer en oogendienaar der gelukkigen is, en de wooningen der ongelukkigen niet veel komt bezoeken ; doch die goede man was ook een beetje wat al te hypochonder. Zie zo laag, als hij ze ook befchrijft, is de flaap nu evenwel ook niet, hij bezoekt nog als eens heel dikwijls den behoeftigen, den door verdriet afgematten. Schoon 'er juist niet veel bij dezen te likken valt. — Maar evenwel al zien w- daar het Engeliche ftrand in het verfchiet voor ons li-gen dat baat ons niet veel, want het is nu weêr wat al te mooi weêr, dat is dood feil geworden, en wij gaan voort als een (lak die kruipt. 'T is in zo ver al zo goed als kwaad om dat ik u juist nu de Historie van Engeland reis zo ter loops vertellen wilde, waar C t0£>  34 DE PAKETBOOT» toe wij anders niet veel gelegenheid zouden Vinden; want op de Postwagens valt het fpreeIcen niet gemakkelijk en het hooren nog veel minder, en in de Herbergen, Logementen enz. is het ook altijd zo druk dat 'er niet veel gelegenheid tot praaten zal zijn. Wel komaan dan; laaten wij dan nu den tijd waarneemen, en hoort gijl. met aandagt na de beknopte Historie van het land onzer destillatie. Sommigen zeggen dat de witte bergen die 'er aan gene zijde voor liggen den naam aan het land gegeeven zouden hebben, en dat het ab afbit rupibus, Albion genoemd zoude geweest zijn, maar anderen die het beter willen weeten, zeggen neen! het land is zo genoemd van een' Troijaan Albion Marcotius geheeten, die 'er zig kwam neêrzetten; een derde zegt weder! och! ze weeten 'er niet met al van, dat komt dat ze geen Grieksch verdaan, want verftonden ze dat, dan zou 't hun wel invallen dat Olbiosin die taal gelukkig, welvaarend betekent, en dat het land daarom Olbion of Albion genoemd is; weer anderen willen dat JA-  D E PAKETBOOT* 35 Iaphets zoon goMer dit Land eerst bewoond heeft, van wien het Prinsdom Wallis nog Camhria in het Latijn zoude heeten; een derde foort alles van de Trojaanen willende afleiden, zeggen dat zekere brutus , een naaneef van zeneas , 'er het eerst zig neergezet heeft: daar aan kunt ge nu eens zien, mijne Vrienden! hoe geestkwelleud de ftudie is, en welk een tijd 'er fomtijds meê te loor gaat; want hoe veele Schrijvers men ook over zo een oudheid raadplecge, men zal ze altijd elkander tegen zien fpreeken, ieder wil 'er wat nieuws en wat anders van zeggen, en zo geraakt de Leezer eindelijk geheel in de war; want nu komt het 'er op tut \ dat ik aan uw lieder keuze volkomen overlate of ge het land Albion zo wilt noemen na de witte bergen, of na den Troijaan, of na het Grickfche woord dat welvaarend betekent, enz. Zo is het nu ook het zelfde met dennaam Brittagne; daar haspelen ze ook geweldig meê; fommigen zeggen dat die naam van de Bricfche woorden Praid, Schoonheid en Cain witheid voorkomt, om dat 'er de kust zo mooi wit uitziet, anderen weêr: och neen! de naam C a  $6 DE FAKET B O O T. ts Grieksch en korrit van 5t^ut«ve(#, zeker metaal -Hat 'èr overvloedig gevonden werdt. 'T lijkt 'er niet met al na! roept wcêr een derde; hoor! let maar op de woorden, Brijth is een oud woord dat gefchilderd beduidt, en Tanla, weet een kind wel, dat in de Grickfche taal Rijk of heerfchappij beteekent; wel ge zijt een groote ezel! komt 'er weêr een ander uit een' hoek , hoe zou dat hebride of gemengde woord toch met mogelijkheid ontdaan zijn? De Grieken. ...... ó Kom laaten we maar fchie- lijk tot wat anders overgaan; wat raakt ons dat gekibbel, laat elk maar een afleiding na zijn' zin kiezen en daar meê is 't uit: Ja, men moet 'ef zo wel eens met de grovcn bijl inhakken; anders zou 'er geen afkomen aan dat oneindig geteem zijn. Nu dan al voort: dat zogenoemde Albion en Brittagne beiTaat in een Eiland , waarnevens een ander Eiland ligt, dat 'er nu onder gerekend wordt en waarvan we nog wel eens nader zullen moeten fpreeken. Op dat tend A/bion hebben waarfchijnlijk, van overoude tijden, menfchen gewoond, maar vrienden als ge me vraagt van hoe vroeg reeds? Hebben 'er vóór den grooten wa-  DE PAKETBOOT. Watervloed menfchen gewoond, en hoe zijn ze 'er, naa dat het eiland geheel van het vaste land afgefcheurd is'geraakt, op gekomen; en wat hebben die lieden al zo bcdreeven en uitgevoerd., dan moet ik zeggen: ik weet 'er niet m.et al van, en dat komt alleen dat alle de oude volken noch leezen noch fchrijven konden, de menfchen leefden toen heel anders als nu; want wat viel 'er al veel over den heclen aardbodem te doen, als zo wat fchaapen en osfen te weiden en wat te gaan jaagen en vliegen; en wel voornaamentlijk mekander wat te bmijen en famcn te vegten, als katten en honden; dat is maar niet anders: zo dat we weeten eigentlijk niet met al van de eerfte beginfelen der volken. De Jooden hebben ons daar in nog veel toegelicht; die wisten beter hun oude Historie te bewaaren; en daarom hebben ze nu ook nog het genoegen dat hunne gefchiedenisfen altijd den aanvang van alle Alge^meene Historiën uitmaaken; want zij hebben fchriften weeten magtig te worden die maar heen en weêr van het begin der wtereld af, luiden; men zou haast zeggen waar haalden ze die van daan? Ja! zo veel kan de vlijt uitwerken , zou C 3 men  $8 DE PAKETBOOT. men hen dat wel ooit zo oppervlakkig aanzien ? en hunne Gefchiedenisfen zijn maar netjes aan mekaar geknoopt en van Vader tot Zoon voortgeteld, dat men 'er verfteld van ftaat. Ja als ze beginnen met hun Tokdoath, of geilachtregisters op te tellen, dan loopt iemand het hoofd om, en daar zijn de Historiekundigen al vast nu mooi meê gerijfd; en waar blijven die andere domooren , die geen leezen of fchrijven konden, die komen een eeuw of tien agter aanfleepen én wee-? ten van toeten noch blaazen , zo als men zegt, vraagt men hun: wie woonden 'er al zo in uw land vóór een eeuw of tien? dan ftaiin ze of ze geen tong in den mond hebben; dan is het ja, hoe weeten we dat ? dat is vergeet en op te fchrijven, of zoo het al opgefchreeven is, dan is het verhoren, en daar kan men dan meê heen gaan. Evemvel zo veel weeten ze nog dat 'er van ouds braaf geharreward is; dat prenten de menfchen altijd nog al diep in hun geheugen; al wat zo wat vreemd, ijsfelijk en wonderlijk is, gaat nog al van de ouders op de kinderen voort; daar bij kwam nog dat 'er in die oude tijden reeds veel liedjenszangers gevonden werden, die over-  I>E PAKETBO OT. 39 overal bij waren, waar maar wat te doen was ; en dan maar zo aanftonds, extemporê, hunne gedichten begonnen op te dreunen; dat het te pijnewaardwas; van dergelijke liedjens zijn 'er nog ftukken en brokken • overgebleeven, die bij geheugen bewaard zijn, en die zijn doorgaands vervuld met vreesfelijke disputen, kneuzingen van armen en beeneii, wonden, ftroomen vaTt bloed, harsfenpannen die ze mekander. afgristen en 'er dan drinkfchaalen van maakten; drinken en vegten was toch die oude luidjens hun meeste 'vermaak; dat ging dan maar hu't rond h vous! hoezee! en dat allemaal uit harsfenpannen van verflagen vijanden. Al dat vegten ca krakeelen maakte, met dat al, dat de goede li» den zo dom als uilen biceven en geen a voor een b kenden. Zo dat wij niet veel geregelds van al hun mooije bedrijven • weeten, dan toen 'er een Volk, dat te dier tijd, bij geluk, reeds kezen en fchrijven kon, hen kwam bezoeken; en dat gebeurde onderden Romeinfchen Veldheer en Historiefchrijver julius c/esar, toen de Waereld al haast bij de 4°°° jaar gcftaan hadt? 20 dat men wel denken kan dat die goede man, C 4 -- - W2':  4» DE PAKETBOOT. wat het befchrijven van de Historie des EiIands belangt, al mooi met de . naaicheepen kwam, evenwel de ijverige Veldheer fchreef 'er zo veel van, als hij 'er van kon gewaarworden ; en dat was heel weinig; want hij kon het Volk maar niet vei Haan al hadt hij in hunn' mond fchoenen zitten lappen 5 daar bij vondt hij 'er 20 veel klugtige postuuren en comique modes onder, dat hij werk hadt om zijn ftaatigheid te bewaaren; want, begrijp, hoe klugtig dat ze toegetakeld waren; ze liepen vooreerst grootendeels naakt, maarbefchilderden hun lighaam met allerlei kleuren, en daarop krabden ze dan allerlei figuuren van menfchen , beesten , planten en wat haar maar zo in den bol kwam : dat was dan voor de mooijigheid; 't moet , ook veel tijdverdrijf verfchaft hebben, want op elk zo een' ouden Brit was wel een dag te fpeculecren ; zo dat ze heel gemakkelijk kunstbefchouwjng onder mekander konden houden , door mekaêr te bekijken. Maar dat mooije was toch alleen hun zorg niet, neen! daar in waren de oude Britfche Petitmaitres van de laateren onderfcheidcii. Want bij al dat keurige miniatuurwerk, hongen zij ook overal  DE PAKETBOOT. 4* al ijleren ketens om kun armen en lijf, en droegen knuppels enknodfen in de handen, trotsch L nieuwmodifche jonge Meertjens; dit een en ander gaf hun het juiste voorkomen van Sint Nicolaas, immers gelijk zig de kinderen dien vreedzaamen Bisfehop, door hunne verftandige Ouders zodanig onderricht, plcegcn voortcftellen, en dan vondt c/esar nog een menigte andere klugtige dingen en gewoonten in dat land,zo dat hij fomtijds zijn buik vast moest houden van het lagchen;- en wel hoe emftiger en plegtigcr dingen zij decden, hoe misfeiijker dat ze zig aanitelden; ze hadden, onder anderen, aan al hun wapens en inzonderheid aan hunne pieken en werpfpietfen van onderen net de figuur van een kaarsdompertjen gemaakt en daar hong een klein klepeltjen in , zo dat het telkens klonk of fchelde als ze die pieken of fchichten bewogen, met welk geklink zij ook'in hunne huishoudelijke vergaderingen gewoon waren te {temmen ; wanneer ze dan met een geheele hoop gelijk aankwamen om te vegten, maakten ze een geklink en gerammel, net als een troup vastenavonds gekken; julitjs c/esar bankte 'er, zo C 5 als  43 Dt lijf en zij die nu al zo wat van de Romeinfche gemakkelijkheid weggckreegen hadden, waren niet meer in ftaat om zig zo dapper te vcrweeren als ten tijde van Boadicea, zo dat ze lieten hen maar begaan, en raakten 'er zo doende heel cn al onder , tot dat zekere vortigernus "er wat op gevonden hadt; die ging ffilletjes heen en maakte zo wat zoetjes aan kennis met een natie die op het vaste land woonde en wel zo ergens omtrent het tegenwoordig Holfteuv fche,  4S DE PAKETBOOT. fche, dat volk heete Jnglen en was een foort van Saxen en Friefen onder malkander gekoést; nu die beloofden hem eens over te zullen komen, • en dat lastig pak van Pieten het eiland uit en naar hun eigen nest te zullen boenen. Zy hielden ook hun woord, twee Legerhoofden, hengïst en horsus genoemd, kwamen in 449 met eenige duizenden Anglen uit hun HoIfWnfcbe land, eerst hier te lande aan, en gingen van onze kusten Scheep naar Engeland, naa dat ze eerst, zo men wil, de grondflagen tot den Burgt te Leyden gelegen hadden. In Brittagne komende , verjoegen ze ook wel haast de Pieten, dat was maar eenpeufelwerkjen voor hun, maar toen Vortigermts hen op de beleefdfte wijze weder affcheepen wilde met te zeggen nu Heeren ge hebt me het grootfte plaifler van de waereld gedaan , kan ik u ook nog ergens meê dienen? Toe ge moet zo droogs monds niet heen gaan, was hun antwoord: Mijn Heer! onze intentie was niet om weêr heen te-gaan; wij vinden u zo ten ulterflèn verpligtend en UEds. land zo uitjleekend charmant, dat we, als we u geen' overlast doen, wel zouden inclineeren om 'er te domicilieeren. Dat fmaakte Vortigernus maar me-  DE PAKETBOOT. tiiemendaU Mijn Heeren neemt me niet kwalijk „ dat kan niet wel weezen, alzo — Zij daar tegen: ja Mijn Heer, dat moet toch weezen ; wij kunnen voor niet zo een reis niet doen, Hij wederom: wel Heeren ik vind het evenwel infolent dat ge daar nu meê aankomt •, dat hadt ge dan van te vooren moeten zeggen i Dat gekibbel begon eindelijk van woorden tot daaden te komen -en al de mooije Complimenten draaiden op 't laatst, zo als men zegt, op katjesfpel uit. Toen nu.de Britten eindelijk met geweld de Anglen wilden verdrijven, ja toen was 'er geen ophouden' aan den overtogt van eenige duizenden Anglen, 't was of dat goed uit den grand of uit de zee opkwam; zo dat ze de Britten eindelijk geheel ten onder bragten, behalven egter het gedeelte, dat" door bergen als afgefloten was. cadwalj,adar, de laatfle Koning der Britten,: ging irt 687 eindelijk ook fchuiven .en te Rome in een Klooster, zijn leven eindigen. Toen ontfing het Land den. naam Anglia of Anglenland, welken het nog heeft;, en de taal der Britten werdt grootendeels met die der Anglen , Saxen en Friefisn vermengd, vanwaar ook nog de Friefcha D taal  5o DE PAKETBOOT. ?aal veel overeenkomst met de.Engehche toont te hebben, als -zijnde beide fpruiten van édn' boom; doch wij zien hier ook uit, dat we altijd tegen den waaren oorfprong des naams zondigen als wij dat Land Engeland noemen; wijl de Heeren Anglen te dier tijde nog te weinig Grieksch verftonden om iets van Engelen te weeten. — rrabioow 1 ' De Anglen gingen aanftonds fchoon' in gras* duinen , zo dra ze maar meesters van het Eiland warén; en toen aan het fchikken en rigten, even met dienselfden ijver en lust als; een-Kunstlrefv hebber, die eenige nieuwe. Tekeningen 'of Prenten aangckogt heeft en dezelvtri bij zijn overigen voorraad^ in de kunstboeken bergt. Niet zelden maakt- die ook geduurig verfchikkingen, daatf dat. fchikken. hem meer vermaakt dan i de befchouwing der kunst zelve; zij insgelijks; aanftonds werdt het Rijk in zeven Koningrijken verdeeld ;.doch die zeven Cameraads.raakten, zo als -t altijd gaat,-op het laatst famen overhoop en ze' vochten .te hoop met mekandet, . waar. naa eenvan allen de baas bleef, gelijk dat dan ook altijd; het geval is. Dat kan men wel zo van te voo- ren  DE PAKETBOO T*f £fc ren wat raaden. Die eene overblijvende knaap heette egbert of ebbiïrt en deze. wordt voof den eerden Koning van Engeland gerekend, er* werdt te Winchester in 8,19. gekroond. Maar meent ge dat de man , dat anders een verftandig en deugdzaam; held was, één oogenblik rust. hadt, welja! daar zorgden zijn overbuuren de Heeren Deenen wel voor. Die Sinjeurs, vielen y indien tijd, wel zo wat lastig en roofziek, ze gaven Engeland ook een en ander bezoek, plunderden en moorden 'er braaf, maar trokken dan weêr met de buit naar hun „land; bij die gelegenheid hebben ze ook eens. een uitilapjen naar pns.landvgedaan, zo als men dan ook nog den naam van een', weg buiten, den Haag, de Dennenweg genoemd, van. hun.-route wil afleiden ^ even of mert dezclven daarom den Deenenweg oudtijds pleegt te noemen, peitf werden ze evenwel leelijk betrokken, want eenigen hunner, jftg reeds in Engeland familiaar met der woon jieêrgellagcil hebbende, werden, zo e>\:pasfimt la 't jaar ïooa rdiu te gelijk vermoord., maar ïoeu hadt men de poppen aan 't daufen, toen fcwam. 'et.een bfj&lfcjzwerm over, om de dood D z bito  DE PAKETBOOT. hunner makkers te wreeken en die maakte het 'er zo bont dat de Koning ETHELRED, die ^ toen regeerde om een goed heenkomen zoeken moest, waar naa zijn Zoon kdmond eindelijk genoodzaakt werdt om zijn Rijk met hun te deelen, het geen ook gebeurde; maar de goede edmond werdt, kort daarnaa, door verraad van kant gemaakt. ; Nu waren de Deenen alleen de baas in Engeland, en hun Koning kwam ook over om bezit van het Eiland te neemen. Hij deedt terHond al de edelen en grooten bijeen roepen en maakte hun een Complimentje, hen quafi, bij zijn' neus langs, vraagende of in het verbond, dat hij met edmond gemaakt hadt, ook deszelfs Kinderen begreepen waren? zeggende dat hem dit, wijl hij zo veel in zijn hoofd hadt, ontfchoten ware. De Hovelingen die wel zagen waar dat heen wilde en hoe hij 't gaarne hadde, andwoorden allen: Wel neen, Heer Koning! gij zijt nu alleen onze Heer en dat Verbond houdt n« op. Goed, dacht de Deenfche Vorst, gaat dat hier zo, dan zal ik me maar aan den rook vakbonden, en hij liet het-hem zeer fchielijk ook  DE PAKETBOOT. 5S ook zo welgevallen, want, ja! toen fchoot het hem ook juist gevallig in, dat ze gelijk hadden en dat 'er in het verbond geen woord van Kind of Kindsgelijken gemeld was, en hij werdt in 1015 tot Koning verklaard. Die Koning was een zeer flim, maar toch een zeer braaf flag van een mensen; onder wiens Regeering het land begon te bloeijen, hij hadt een'wonderlijken naam, dat kon hij evenwel niet helpen, hij heete eigcntlijk knoet, doch, wijl dat woord zo wat knoeterig klinkt, hebben 'er de Latijnfche Schrijvers canutus van gemaakt. Het Latijn kan de misfelijkile naamen, nog al een deftig voorkomen geeven, daarom zijn de Geleerden ook zo op den Latijnfchen us agter hunne naamen gefteld; deze Koning knoet, of canut , regeerde nog al een mooijen tijd, tol groot genoegen van zijn onderdaancn, jammer is het maar, dat hij één mal ftuk beging en dat was het uitroeijen van de oude Koninglijke fa-mielje, die moest allemaal capot. Het fpcet de man wel; maar, wat zal me zeggen; daar was toen zo iets in de waereld dat de beste lieden tot deugnieten maakte en de grootfte wandaaden D 3 20  '54 DE PAKETBOOT. zo wat bepleisterde , dat ze 'er juist zo heel leelijk niet uitzagen en dat ding heete Staatkunde; behalven deze daad,was hij echter een heel knap en oprecht Vorst en een aartsvijand van de vleijers; die hem daaglijks aan zijn ooren lelden, dat hij zo een vreesfelijk magtige Koning was, dat Aarde en Zee hem gehoorzaamde. Eens dagt hij, kom, daar moet ik reis een klucht van hebben,- en wat deedt hij? hij floeg hun eens een wandeling naar het flrand voor; 't was juist geen best kuijenvcêr, want het woei dat men pasop zijn becnen ftaan kon, evenwel de godienstige Hovelingen vonden het flegts wat Ingtrg en juist het wdare weer om zig aan flrand te vermaaken: maar wat deedt de Koning - hij liet dooreenige pages zijn' mooijen floel, waar op hij in zijn Paleis zat, als hij Raadsvergaderingen hieldt, van zijn' Throon afneemen en hem, onder het wandelen, agter naa draagen. De Hovelingen dagtcn al zo bij hun zelvcn: Avat's dat mi weêr voor een kuur? Doch de Koning kwam hen vóór, met te zeggen dat hij dat deedt om een weinig aan flrand te zitten en een zeeluchtfen tc fcheppen. 01 was 't toen II.:er Koning, een char-,  DE PAKETBOOT. SS tharmante inval, wat is 't jammer dat ons dat cok niet ingevallen is, juist, juist, zo een zeeluchtjen h alleraangenaamst. Inmiddels hadden ze werk om mekander op de been te houden; wijl het lieve zeeluchtjen hun mantels en hoeden zo aangenaam ftreelde, dat ze geduurig tegen malkander bonsden en moeite hadden om al hijgend hun mooije woorden uitteftottcrcn, de groote Statiemantel van Koning knoet vloog inmiddels als een zeil vooruit; eindelijk werdt de goede man zelf zo moê , dat hij zijn mooijen ftocl zoveel als hij kon, wat tegen den wind in, aan den oever der zee liet plaatfen, cn daar ging hij toen, op zijn gemak,wat zitten te redeneeren over het mooije en ruime uitzicht. Inmiddels kwam de vloed, en de golven, die, door den wind, al vrij hol gingen , kwamen hem al zo wat tusfchen en over zijn fchoenen bruifchen. De Hovelingen kroopen toen al zo een voor een wat agteruit en zo wat agter zijn' ftoel, maar eindelijk ziende dat het ook hun beurt zou worden en dat de Koning al zo nat als een kat werdt, zeiden ze: Heer Koning! willen we n» niet wat terug gaan; de vloed hmt fierk op, en D i dai  5fi DE PAKETBOOT, kt koude zeewater m u naadeelig zijn. O d»t « M. andwoorde knoet, * * ^ a ^ I* w/ w ^ fc gaan. —. Daarop begon hij te roepen 2^ ™, ^ ^ *i (daar hadt hij al zowat van hooren luiden, want 'er waren al veel Munnikken in Engeland, die 'er onder den Saxifchen Konin* et- fELREDI'eedsinAo-596 permisfie totpreeken-ekreogenhadden, zo dathet Heidendom 'er reeds toen grootendeels uitgeheven was) terug < doch de zee hoorde nietdaarop begon hij met aijnfcepter tegen de zee te fchermen, dathet m aart hadt, roependeniet anders als: feu dm* domme partei, terug zek; zie je dan ^ ^oorhebt, ^' zal reis zien wie kier de baas »ipenzaf9 ik, of dat lompe figuur ? De Hovelingen meenden nu wezenlijk dat het hem in den tol begon te fcheelen, rukten hem met zijn' ««den al, al fchermende, uk het gevaar zeggende: Koning! wat doet ge? wat fiheelt »l **t, zei hij, heb jij 1ui me niet WwW/ gezetd, dat ik, onder anderen, ook Heer van de m mS? J'a wel> ^ hooge woord moest 'er n« uit, dat moest men zó niet opvatten, zij meen-    DE PAKETBOOT. 57 meenden eigentlijk ... ja ... ze wisten niet wat ze meenden; toen begon de Koning ze uittelugten , ja ,je lui meent, je meent, je lui zijt een hoop bedriegers en canaille pak, dat in fiaat was cm den besten Koning in den grond te bederven en naar de maan te helpen enz. Wat kt me enz. enz. altijd, hij zei 'er al heel zo wat van en dat alles half op zijn Dcensch en half op zijn Engelsen , want als hij driftig was , fprak hij wel zo wat krom. Eindelijk ftierf de goede knoet in het jaar 1036 en hadt ten opvolger zijn Zoon harold , dat was een bijzonder verdienstelijk man, doch zijn verdiensten beftonden in de kragt van zijn beenen: hij kon loopen tegen een paard aan , zo dat hij, zoo hij nu nog leefde, met veel roem, het vernuftig ampt van Hardlooper bij een' of ander lieer zoude hebben kunnen bckleeden, en fpringen! 0! daar was Sr. Magito in zijn WelEds. zeventig jaarig lugtig, dansfend, fpringend en voltigeerend leven, llegts een ftijvc hark bij, dus kon het ook niet naa blijven of hij verwierf grooten roem door deze zijn, zo zeer nuttige, talenten; loopen immers komt in veel gevallen uitfteekend te pas en D 5 fprin-  58 DE PAKETBOOT. fp.ringen niet minder. Men voegde te dien tijd doorgaands de aanwijzing van de• uitfteekendfte verdiensten der groote Heeren agter hunne naamen , om ze te beter te onthouden en aan 't naageflacht over te brengen, de Latijnfche fchrijvers verbonden die toe- of bijnaamen aan de eigennaamen-, met het Latijnfche woord Alias., dat is anders genoemd of anders gezegd. Dit gebruik is ons nog naa gcblccvcn , zonderlinge eigenfchappen voegen wij nog dikwijls met dit verbindings woord agter de eigen naamen, om de bedoelde perfoonen eenigzins te befchrijven ; gelijk deze gewoonte ten overvloede onder ons bekend is, om breedcr te vcrklaaren. Koning harald hadt ook zijn deel aan het gebruik van dien tijd, hebbende, wegens zijn' lugtigen gang, den bijnaam van Hafenpootgekregen en da* was hij ook uitfteekend mede gediend. Hadt hij géweeten dat de Dappere Achiiles zelve , bij homerus den tijtel van Snelroei ttoSo.^ qkvs A%t?ktvc gekreegen heeft, dan zou hij 'ernogeens zoveel meé opgehad hebben; doch zijn Haafenpooterig leven liet hem niet veel tijd over, om aan ftudecren te denken, zo dat hij, wat dat betreft, zo  DE PAKETBOOT. 5» zo dom als een koe was; even fcheurde hij het 'er egter nog uit om één daad van belang uit te voeren en die beftondt in zijn fchoonmoeder , vroeger dan ze wel verkoos, naar de andere waereld te zenden, en dat is ook alles wat 'er merkwaardigs van Koning Haafenpoot geboekt is; vcrvolgcnds ruste hij in vrede; of men voords zijn hielbeentjen nog, by wijze van een' Haafenfprong, tot een pijp cnftopper gebruikt heeft is wel waarfchijnelijk , doch wordt bij geen fchrijvers gevonden. Dit blijft een defideratum in de HiStóriefche en oudheidkundige critiek. Na* zijn dood werdt zijn vaders broer uit Denemarken ontboden , om den Throon der Anglen te beklimmen. Die man nu hadt een' heel deftigen naam, die dien van zijn broeder in ftaatigheid nog overweegde; want daar zijn broeder flegts eenvoudig weg knoet genoemd werdt, hadt hij, bij zijne geboorte, den veel o-rootfeher naam van harde knoet ontfangen. Hij was veel dikker dan , en alles behalven zo vlug als zijn Neef Haafenpoot, lugtigcr gedagtenis; daar hetgewigt van zijn lighaam ten minften wel 200 pond haaien kon ; en dat kwam niet anders als  óo DE PAKETBOOT. als doorzijn vreedzaame en vrcetzaame levenswijze; want het was in de practijk een groot wijsgeer volgends de fecte van epicurus, een Epicuri de grege Poreus gelijk horatius , die evenwel bij hem maar een fchendekeuken was, zig zeiven betij- teld heeft. De man deedt weinig fchit- terende daaden, maar daar tegen was zijn korte leven een aaneenfchakeling van ftille wcldaaden aan een gantsch heir van Koks, Confituriers, Wijnkoopers, Slaagcrs, Bakkers, Conditors, enz. enz. van dien tijd, doch, helaas! diergelijke ftille Weldoeners van het keukenmensch dom worden derwacrcld fchielijk onttrokken! terwijl hij, op een groot gastmaal, volgends zijne gewoone maatighcid, zijn tenger lighaamtjen een weinig verfterkte , bleef hij, nog met eenkarbonaad tusfchen zijn tanden, (lok fiijf zitten en fommige zeer naamvkeurige betrachters van zijn luisterrijk leven, merkten in dit haglijk tijdftip op, dat hem een zeker geblaas ontging dat naaderhand veel twist onder de Pfychohgisten en Anthropologisten van dien tijd veroorzaakte; daar fommigen dit vcrfchijnfel voor dcszclfs anima vegetativa hielden, terwijl anderen ftijf  DE PAKETBOOT. 61 fiijf ftaande hielden, dat het zijne anima ratio* Kalis geweest zij en dat zij die duidelijk, als een Tafel luchtballetjen , naar boven hadden zieri vliegen; evenwel'deze laatfle Wijsgeeren moeten zig zeekerlijk verzien hebben , wijl men. door zijn geheel roemruchtig en vorstelijk leven nimmer beeft kunnen ontdekken dat hij een anima rationalis of redenlijke ziel bezeeten hebbe. Wat 'er van zij; dit is waar dat zijn overlijden door menig fchrikkelijk voorfpook, weinig tijds te vooren, bekend gemaakt was. Immers alle de potten en pannen in de keukens fchoktèn tegen elkander; het fpii wilde niet draaijeii ; de taarten branden aan; verwarring en fchrik vervulde de geheele keuken; de koks gaven de keuken meiden de fchuld en die klopten , lót wraak, de keuken jongens en fpitdraaijerswat af; weinig wist die droeve fchaar, dat dit alles een voorfpook van hun aanflaand groot verlies ware. Naa 's mans dood werden deze verhaten Weduwen en Wezen ook in het aakelig zwart gedompeld (dat is, zo als wij nu fpreeken, debooijen kreegen een' rouw*) en alle de keukens «.-erden met de treurige doods kleur behangen cn  «2 DE PAKETBOOT; cn boven eiken fchoorfteen , boven elk fornuis, boven elk fpit, las men dit eenvoudige en daarom grootfche Epitaphium: harde knoet is dood! Was 'er een groote rouw in de Keukens, de vreugd door het gehecle Rijk was in tegendeel des te grooter; want de inwooners wisten het groot verlies dat zij leeden niet te waardeeren; en zijn moeders broeder eduard bijgenoemd, of alias, de Belijder, volgde hem, in 1042, in hut Rijk op, deze geleerde en zeer om zijn goed beduur geroemde Vorst, was ook tevens Medicina Doctor, immers hij bezat een geheim dat van veel uitgebreider nut cn fpoediger werking was dan het daagiijks in de nieuws papieren zo zeer geroemde arcanum antifcorbuticum, ja veel nuttiger dan de, zo dikwijls als'er maar een hoekjen in de Courant overfchiet, aangeprezen Magnejia alba cn andere merkwaardige en met honderd getuigfchriften geaccrediteerde panaceeën, want hij hadt fommige lijders, die waarlijk al een heel leelijk ongemak hadden, maar even aautcraaken en ziet probatum erat, in eens waren ze genezen. De ziekte was wel niet heel zindelijk, want het was >en foort van kropzweer.m , wel-  DE PAKETBOOT. Welke,na zijn welflaagende cuure,ook den verheven naam van The Kings evil of des Konings kwaal verkrcegen hebben. Als de man 'er zo wel ziki fait van hadt willen maaken zou hij fchatrijk hebben kunnen worden; hoe veel vilites zou hij niet wel op één dag hebben kunnen geeven, en aan patiënten die aan de ScabtSslaboreerden, was'er, door de ovcrftrooming en vermenging van al dat vreemde Deenfchb en ander volk , te dier tijd in Engeland geen gebrek; maar de edelmoedige Vorst ociï'ende zijn wonderlijke kuur enkel uit liefde enwüdézig niet doen promoveereu , noch , zig eenvoudig met zijn Konings ampt te vrede houdende, zijn medicinaale practijk uitbreiden en ovefleedtin 1066, juist niet aan kropzweeren , want daar was hij de baas over, maar aan een andere kwaal, waarop hij, bij ongeluk, niet regt gevat was. En zijn jonge zoon edgar atheling (niet Aterling gelijk men fomtijds bij abuis zou kunnen verdaan, doch welk woord onder de nieuwe taalvermeerderingen behoort en toen althands nog zeer verte zoeken was) werdt onder voogdijfchap van zekeren harold den Zoon van Goduin Graaf van Kent tot zijn' opvolger benoemd.  «4 DE PAKETBOOT. Deze Voogd was zo bij uitliek voordeelig aan Zijn Pupil dat hij wel de ontrouwe Voogd mogt heetcn , want hij knikkerde 'er eindelijk den jongen edgar heel en al uit, en zette, wijl niemand hem een handjen helpen wilden, zig zeiven de kroon op 't hoofd , waar meê hij echter niet langer dan negen maanden mooi was, alzo zekere, te dier tijd veel geruchts maakende, woelgeest , genoemd william Hertog van Nortnandijen , hem, toen hij pas zijn kroon , die hem eerst, na men zegt, altijd heel fcheef zat, nu even gewend was , wat in orde op te zetten, al heel onzacht op het lijf kwam vallen cn hem in een geweldige bataille totaliter verlloeg en met duizenden der zijnen in de pan hakte; waar naa het Koningrijk der Angkn aan het Huis der Hertogen van Normandijen verviel. Nu zal ik toch eens even boven gaan zien hoe het met het weêr gelegen is, en of we al zo wat avanceeren: Och! Heeren de zee is zo vlak *ls papier j Als dat niet verandert dan biijven we bieri Geen jongen ter waereld is immers in (bat, Dat hij, bij dit weder, een kolder op laat; Komt allen naar boven, ne hebt hier geen' nood, Dat ge aan dezen zolder uw hoofden ooit ftoot; 11.)  DË PAKETBOOT 6$ 't Is hoog van verdieping, nooit water gebrek, Schept met mij een luchtjen, komt allen op 'tdek. Doch als het ons maar niet een weinig berouwt, *t Is reeds hl den winter; op zee is 't al koud. Een enkel quartiertjen kart echter geen kwaad, Zo lang als de zon nog wat boven ons ftaat. Gij ziet, lieve vrinden ! 't is nog de oude klugt, 't Tooneel verbeeldt nog al de zee en de luc'.it, Captein als uw vaartuig geen tijtelfchrift heeft. Zet jij 'er gerust op: de vliegende Kreeft, E TWEE-  TWEEDE TIJDVAK. KONINGEN UIT DE HUIZEN VAN NORMAND YEN EN B L O I S. William de Veroveraar komt met veel gedruis op het Tooneel. - De oratorifche figuur Reticentia genoemd, een zeer nuttige kunstgreep — Oirfprong van William /V wat duister. -'Hijkomt in Engeland en verjaagt Harold in io56 — Wordt Koning. - Geeft hevelen uit in het Noormansch,die niemand in Engeland verftaan kan.— Procesfen daartegen geëntameerd. — Kragtige taal der Advocaaten. - Niet min kragtig repliek van William. - Hij gaat naar Normandijen en neemt een teder affcheid van zijn lieve Zoontjen-die, naa zijn afreis, den beest begint tefpeelen. — Hij komt terug om orde in diezaaken te fielten. - Comieke fiene tusfehen Vader en Zoon. — William wordt oudt en knorrig. — Raakt wéér met de Advocaaten overhoop. Vreemd compliment hem door den Koning van Vrankrijk gemaakt. - William II volgt hem in - SV/T « 't rijk  DE PAKETBOOT. V rijk op. — Hij wordt toegenoemd Rufus of de Roodvos. —■ Zijn aartige vinding om fchielijk geld te beuren — hij wordt per abuis Ao iioo op de jagt vermoord, Hendrik I Beauclercq volgt hem op. — Trouwt eene extraordinair raa* re Vrouw, — Stelt het Parlement in. -— Sterft 1135 aan een Konijnen maaltijd. — Zijn dooi lighaam wordt tot pekejvleesch ingezouten. — Aartig voorval van zijne fv.per fijne Gemalinne en derzelver extra groven Broeder. — Banket hammetjens ruim uitgeloofd, fchaarsch uitgedeeld. —* KoningSteven, uit 't Karflengen land, volgt hem ep. _ Heeft volflrekt geen geheugen, waar door hij met Koningin Machtildis over hoop raakt. —* Dit Wijf is zeer firn, doch bedriegt zig zelve. *W Steven jterft in 1155. Neen ! dat wordt ons boven wat rd te guur, komt aan, Heeren! laaten we liever weêr wat naar binnen kruipen, 't Is hier, om een ziekte op 't lijf te haaien ; wel foei! wat togt het hier. 't Is beter dat wij onze Engelfche Gefchiedenis gaan vervolgen, want de Wind loopt westelijk en daar hangt een graauwe lucht; wij zulle» regenbuijen met tegen wind krijgen. De Romeinen , die alles met een zekere deftigheid uitdrukten, zouden nu zeggen: de Hemel tl nitt ha»* E a  <58 DE PAKETBOOT» de/baar. Non est tractabile Coelum (*). Een heel ander en juist antipodisch tegengefteld Genie der Romeinen, te weeten de opregte,goede,vroome jan luiken, wiens allerlieffte, fomtijds verhevene, gedagtcn, doorgaands twee beduidenisfen hebben , zeide , van diergelijk onguur weder, heel eenvouwdigjens en echter met een innerlijk verheven zin: als 't buiten woedt is 't binnen zoet. Nu hebben we in onze keuze of we op zijn Romeinsch den onhandelbaaren Hemel willen Vcrlaaten , en , met ftaatige en deftige fchreeden , met opgehecven hoofden en met een opgetrokken neus naar binnen willen flappen, of, op zijn Jan Luiken's, nedrig voor ons ziende, met den neus in onze mantels en jasfen gewenteld, voetjen voor voetjen en voorzichtig, naar binnen willen duiken. De laatfle wijze zal, dunkt mij, wel de veiligtte zijn; want dat kippen trapjen kat geen deftige lange Romeinfche fesquipedalifche fchreeden toe. Maar 'er is toch nog een ander middel om veilig, fpoedig en warm naar beneden te komen en dat is de flanken pas en de co- O ViR.Gii.tys Eneas,  DE PAKETBOOT. 6p colonne marsch, twee aan twee, dat valt nog zo wat tusfchen beiden, het heeft iets van het Romeinfche Krijgszuchtige en ook iets van het teuterige, verkleumde en koudelijke, wel nu dan, laat ons dien middenweg volgen: in medio tutisfimus ibis, met de flanken pas Heeren, regtsch om, formeert de Colonne, nu met den linker voet aan, ftijve kniën, korte pasfen : colonne t marsch, marsch ! linksch, regtsch, linksch, regtsch, colonne '. regtsch zwenk, linksch, regtsch, linksch, regtsch, colonne 1 halt, front, richt u. — Ziet zo dat is behouden gearriveerd. — Waar waren we nu ook laatst gebleeven ? ja, aan william den Veroveraar, Zo, dat zal nu beter inleiding tot ons discours geeven, wijl we toch van veroveren en vegten zullen fpreeken, dan dat we daar zo bloedig en dood onnoozcl als fchaapjens, op zijn jan Luikers, waren komen aankruipen, want: Het Schaapjen, dat nooit bloed vergoot, Draagt nimmer Wolfsklaauw in zijn' poot, zegt immers de goede man zelve, en wij moeten nu juist zo wat over Wolfsklaauw en handelen; dat zou dus fluiten, gelijk men zegt als een tang op een Verken. E 3 De  7o DE PAKETBOOT. De vrienden gelieven zig dus liever te verbeelden dat ze de fiandvastige Genoveva zien fpeeleu. Het gordijn gaat open, onder een vreeslijk geraas van Trommels en fluiten; te midden in dat geweld verfchijnt 'er een hcir van Ridders op het Tooneel, met pieken , zwaarden , fchilden en vaendels, of men dat alles nu wel ten tijde van Genoveva reeds bezigde, laat ik daar, men moet iets aan de couftume van het Theater toegeeven. Nu, juist even zo geweldig moet ge u verbeelden dat william de Veroveraar daar aan komt flappen, met een heel leger Noormannen, Deenen enz. enz. om Engeland onder zijn geweld te doen bukken, doch om UL. den inaa zeiven , uit al dien ftoet, te doen onderkennen , moet ik hem u een weinig nader befchrijven, als ook de omftandigheid die hem bewoog, om, zo verre van huis, en over zee , te gaan vegten. Wel aan! ziet dan maar met opmerkzaamheid 9 onder al dat volk, toe, dan zult ge een groot., log, dik, man zien, met een buik als een oxhoofd, gezeeten op een paard dat hem naauwlijks draagen kan, dat is eigentlijk de respective per-  DE PAKETBOOT. 71 perfoon die al dat geweld maakt, zelve; hij is, van onder tot boven, in 't ijfer geklonken, en draagt een' helm op 't hoofd, die zo digt gefloten is, dat hij zijn' neus pas even door de villeren fteeken kan , om ten minften zijn' aasfem te haaien, zo dat we hem volflrekt niet kennen zouden als we hem eens, in onze kleeding, weêr bij den weg tegen kwamen. Zo als hij daar toegetakeld is, zou hij voor een' oudroest, alleen aan oud'ijfer, al een heel ftuivertjen waardig zijn. — Maar wat komt die in ijfer. gevatte neus nu eigentlijk doen en wat is het vooreen fnaak? Hoort! ik zal 't u verklaaren, zijn genealogie is zo wat.duister; want van zijn Vaders kant zou men die nog wel kunnen «% maaken; maar, bij ongeluk, wist de goede ziel zelf niet regt wie zijn moeder geweest was, zo dat wij dienen hier ecu' oratorifchen kunstgreep te baat te neemen, en zullen dan maar zeggen : over het gejlagt van william den veroveraar, van moeders zijde, zouden wij zeer veel kunnen bijbrengen,: dat de gefchiedenis van dezen Held met-weinig zoude ophelderen; doch ons beftek laat ons niet toe daaromtrent breeder uittewetden, dat E 4 • is  7* DE PAKETBOOT. is dan , in gewoone taal, zo veel gezegd alj we zouden 'er wel veel van zeggen, maar we weeten 'er nietmetal van; ja Heeren! dat is wel een zeer nuttige en in veel gevallen te pas komende kunstgreep, als men zo iets heel duisters, en dat de Toehoorers gaarne wisten, niet weet en evenwel niet gaarne wilde dat de Toehoorers onze onkunde bemerkten , dan gebruikt men eene foort van oratorifche fpreekwijze Reticentia of weêrhouding genoemd. Ik zoude dit of dat wel breeder verklaaren ; doch de tijd laat het niet toe, of, ons beftek duldt het niet,-of deze plaats is niet gefchikt voor diergelijke uitpluizingen en zo voords; althands deze kunstgreep is in de oratorie genoegzaam dezelfde als die waar van zig fober van geld- voorziene Heeren fomtijds bedienen, wanneer zij, ergens onthaald zijnde, door de meid met de kaars in de hand uitgelicht worden; ze ileeken dan de hand wel diep in den zak; dat komt dan in plaats van het eerde lid van den oratorifche» aanvang der Reticentie, bij voorbeeld: wij zouden over deze ftof veele en zeer belangrijke zaaken kunnen bijbrengen. De meid verwagt dan ook een  DE PAKETBOOT. 73 een goede fooi, maar als ze haar even gepasfeerd en in de vrije lucht zijn, haaien ze de hand tevens met hun Orlogie uit den zak, zeggende : Al twaalf uuren ! wel, U is laat er dan ik daeht,goê nacht vrijster \ dat komt dan in plaats van het tweede lid: maar ons beftek laat het niet toe. Daarop gaan dan de Toehoorcrs onverlicht tot hunnent en de meid met heur kaars ook grommig in huis. Evenwel zodanig wil ik niet te werk gaan, wijl mijn geheele fpreekftijl toch niet oratorisch maar familiair ingericht is; ik wil u dus wel alles zeggen wat ik van het geilacht van william den veroveraar weete. Zijn vader was dan robert hertog van Normandije, een Landfchap van Vrankrijk, en deze man was afkomstig uit Denemarken , deszclfs voorvader raoul kwam met eenigeIIeerenDeenen,in het jaar 800, van onze jaartelling, zo eens even over, en nam maar zo eventjes, per fas et nefas, zo als de Rechtsgeleerden fpreeken, de geheele provincie Neustria, gelijk als Normandije te dier tijd genoemd werdt, weg; of liever bleef 'er met zijn Noormannen woonen en gaf het Land den naam van NermanE 5  ?4 DE PAKETBOOT. *Mm ^ het Noorss Land. . R0bERT dan de Naaneef van den ouden rAOü, , zag eens] bij geval, dat hij eens plaifier hadt om een Boeren bruiloft bij te wooncn- zeker burgenneisjen aclotta genoemd, de dochter van een' Bontwerker, heel mooi dansfen, dat geviel hem zo wel dat hij dat meisjen meê ten hove nam, en eenigen tijd voor zijn maitres hiddt, zo dat veeIe Geleerden gisfen dat deze bontwerkers dochter waarlijk de moeder van willig den verover™-,die naaderhandNormandijen van hem erfde geweest is; althands de goede william was een fanaat en niet ouder dan negen jaaren, toen hij aan het beftuur des Lands kwam, maar verwierf echter veel roem , om dat hij zig, M zijn ;Mren % nog al heel wel uit al de moeijelijkheeden, waarmede hij in zijn jeugd te kampen hadt, redderen konde. Toen hij nu wat meer op zijn jaaren kwam, kreeg hij een groote fpeculatie om eens met zijn Noormannen op Engeland los te gaan en dat nam hij juist, zeer apropos^ dat Rijk in de naavolgcnde omftandigheeden was. iiarolo de ontrouwe voogd van edgar Ai theling de jongen, Neef van den Doctoraalen Ko-  DE PAKETBOOT* 75 Koning eduard den belijder, hadt zig, gelijk wij reeds gezien hebben, zeiven de kroon opgezet, en was nu, in 't noorden van Engeland, druk bezig om den Noorweegfchen Koning harold hariger , die hem aan dien kant geweldig plaagde, braaf aftekloppen; deze gelegenheid nam william waar en landde in het zuiden van Engeland, met een gantfehe vloot uit Nooren, Franfchen en Vlamingers bcdaande, aan, het geheele Land welhaast overftroomendc; want dat land ftondt nu zo veel als ie huur om terft'ond in te vaaren; terwijl harold nog drok tegen harfager aan 'tplukhairen was; en hem ook wel degelijk weêr naar Noorweegen joeg, en toen met een groote zegepraal, heel deftig naar London wilde terug keeren; maar hij keek als een poelfnip, toen hij zo veel vreemde en ongenoode gasten vondt. Wat toen gedaan, dat liep hem heel buiten zijn verwagting; hij dagt, op zijn gemak, bij 't hoekjen van den haard, wat uitterusten en van zijn overwinning te zitten keuvelen, en ziet hij moest aanftonds wcêr aan, om te zien of hij william Cum Suis ook weêr gevoelig beduiden kon, om zijn land te ruimen. Doch  76 DE PAKETBOOT. f och dat mislukte hem • want hij werdt, i„ eenf geweldigen veldflag, bij Hastlngs, in het Graaf'tjaarI056 met een pijl gewond, dat hy dood nederviel. Toen was wilLIAM voltrekt de baas en werdt tot Koning van Engeland uitgeroepen. Hij regeerde ook eenigen tijd heel wel en naden zin der inwoners, maar hij was toch zo bang als een wezel voor hen, daarom deedt hij hen allen ontwapenen en verboodt alle nachtbijecnkomften.geevende tevens bevel, dat zo dra het avond werdt, door het geheele'Rijk een teken met het luiden der klokken gegeven zou worden, op welk teken elk zün vuur en bcht uit moest doen; zo dat dan geheel Engeland in 't donker zat, dat hem ook, gelijk men zegt, den haat van al de kaarsfenmal kers, door het geheele Rijk, 0p den hals haal- de' Deze Egypte duisternis duur. de echter niet lang; want de Koning teeg voords andere bezigheeden als kaarsfen uitdompen om handen; alzo de meer gemelde RI. chard atheling , die nog een cuivere pretentie oP den Engelfchen throon behouden badt en in Schotland gevlugt was, in het Noor-  DE PAKETBOOT. 77 Noordelijk gedeelte van Engeland , een' inval kwam doen; maar egter , door de vigilantie, van william , die toen wel dik , maar toch zeer vlug was, en als een vogel 'er naar toe vloog, weêr terug gejaagd werdt. Doch naa dat dit gevaar even weder voorbij was,kwam 'er weder een nieuwe kibbelpartij op en die was zo veel te verdrietiger voor william om dat zijn eigen zoon hier zijn partij werdt; william hadt naamlijk, toen hij naar Engeland overftak,zijn' zoon robert in Normandijen gelaaten , om , in zijn' naam, dat Hertogdom, geduurendezijnafweezenheid,te beftuuren. Hoor Roppiel zeide hij tegen hem, toen hij vertrok, jonge Hef, pas nu braaf op ; want vader moet reis 9yen m. ^ °^rziJ mezm> *** * t0ck *" "¥ hooren dat de verens, terwijl ik uit ben, door 't hoorn loopm;alsjk weérom kom en je hebt wel opgepast, zal ik u, dat beloof ik je, wat moois mede brengen. Nu robert fpeelde maar ja en amen', 'k Zal 't alles wel bezorgen vader, goeije ïeis vader ! gezondheid vader! en daarmede ging william onder zeil en wierp hem zelfs nog een zoenhandjen toe, want hij mogt den jongen magtig graag lijden. Maar hij hadt pas de hielen ge- ligt s  ?* DE PAKETBOOT. ligt, of robert dagt; ha oude! nu ben ik dé baas, en begon, al zo zoetjens aan, voor een' knecht van Sinjeur Joost te fpeelen, dat is meer te doen dan hem belast was. Dat eindelijk zo ver ging dat hij de Normandijers dwong zijn' vader af te zweeren en hem tot Hertog te verklaaren. Toen william nu, dat evenement, in 't koffijhuis, in de Nieuwspapieren las, bromde hij als een óud fpinnewiel: wel die dit en dat ze jongen, men zou zeggen, wat het hief niet al ■doet ? wat krullen het hij nouw weêr in zijn' kop gekreegen, daar moet ik evenwel geen gras ever laaten was/en, of ik ben, daar in Normandijen , fchaak mat en capot. Dat was zo zya gewoone fpreekwijze , als zijnde een groot liefhebber van het fchaakfpel, dat, reeds in zijn' tijd, fterk ender de grooten in zwang ging. Hij liet ook aanftonds een vloot bemannen en fcheepte zig met een fterk leger, van voet- en paarden volk, onder een geduurig gevloek en gefouter, op dat kwaad ezel van een' jongen , die zijn' vader zo veel verdriet aandcedt en dien hij regelregt naar Oostindiën zou zenden, enz. in. Hij lande ook we! draa in Normandijen en leverde voort een' veld- B»g  flR PAKETBOOT. 79 flag tegen den jongen muiteling, die hem ook, ja wel trouw, al ftondt aftewagten. Maar toen gebeurde 'er eene comicke fcene, want william hadt zig weêr, ouder gewoonte, in zijn ijferen luijers gebakerd, zo dat hy pas even door de reeten van zijn vifier kijken kon; geduurende het hevigst van den 'dag, komt 'er op een galop, een Ridder, ook heel en al in 't ijfer toegetakeld', met een gevelden lans, op hem toe rijden, en, of william wat kippig was, dan of hij juist niet lang genoeg in de Manege gereeden hadt, met mijn ikfeterias zo kostelijk op je tabernakel komen, dat V je heugen zal; geef hier aanftonds ) Fa ds  *4 DE PAKETBOOT. de pitten, zeg ik, en verkoop me dat oude ftoffige bakbeest maar ten eerfien aan een of anderen fmous , hoor je, en je zult 'er me de koeken ook aanftonds voor hier brengen, want het is een eigendom van de kroon, dat zeg ik je nouw, op zijn goed Engelsch en niet op zijn Noormansch, hoor je lui wel! en daarmede werdt dit gewigtig Proces via facti beflooten. Inmiddels werdt de Koning die zig nu braaf wat te goed deedt, hoe langer hoe.dikker en logger, en zijn zoon robert, die nu dagt oude man, je zit daar wel en wordt in die goede dagen veel te paf om me nu weêr zo onverwagt te komen opzetten, kreeg op nieuw zijn oude heerschzugtige kuuren, waar toe hij door den Koning van Frankrijk, philippus den Iften, niet weinig opgeflookt werdt. Die ook aan william, om hem reis regt geestig voor den gek te houden, wijl hij gehoord hadt dat deze zo geweldig dik geworden was , fchreef , of hij hem reis melden wilde wanneer hij zo wel dagt te bevallen ? waarop william , die meê niet van de kat was, hem weêrom fchreef: dat hij, zodra hij bevallen was, en 2ijn' kerkgang gedaan hadt, zelf in Vrankrijk over  DE PAKETBOOT. 85 over zou komen en eenige duizende Waskaarsfen in de kerk van Notre Dame te Parijs zou komen offeren. Hij hieldt ook zijn woord, trok, met een leger van eenige duizenden, naar Vrankrijk, verwoeste een groot gedeelte des lands; doch met zijn logge lighaam de fatigues van den oorlog niet meer zo kunnende weêrftaan, werdt hij kort daarop ziek en ftierf eindelijk in het jaar 1018, laaten de het Hertogdom Normandijen aan zijn' oudften zoon robert en Engeland aan zijn' jonger zoon en naamgenoot william den Ilden over. Deze jonge Heer was juist alles behalven een Adonis; want hij zag vrij fcheel en was daar bij zo wat van 't naageflagt van Judas, waarom men hem ook den aliasnaam van Roodros, of Rufus, gaf dat te dier tijd noch meer in 't oog liep, wijl men toen nog niet van paruiken of baardfeheeren wist, en zo een roodagtig perfoon dus zo wel met zijn hair als wenkbraauwen en baard de oogen van de aanfehouwers lastig viel. Deze goede man hadt veel te lijden van zijn Broer robert , die zig met Normandijen niet best kon vergenoegen, het is toch altijd vetpot in een ander mans fchotel , maar hij bevredigde zig F 3 toch  86 DE PAKETBOOT. toch eindelijk met hem, onder voorwaarde van hem, alle jaaren , 3000 mark zilver te belooven. Alleen daarom is het goud en zilver toch agtingswaardig dat 'er zig broeders door laaten bevredigen. Dit onclertusfehen maakte een merkelijke echo in williams beurs, doch de flimine vos wist dit gebrek fpoedig te verhelpen, want, kort daarop met den Koning van Schotland, een andere fnaak, die nu reis een regten mallen naam hadt, want hij heette malcolmus , in oorlog geraakt zynde, en niet weetende hoe hij best aan geld zoude komen, viel hem de naavolgende flimme ftreek in ; men moet toch maar gaar weezen, om zig overal uit te kunnen redden, lüj liet dan, door het geheele Rijk, een presfmg doen van twintig duizend menfchen, onder voorwendfel van met dezelven weder eens naar Normandijen overtefteeken , om zijn refpective Broertjen op nieuws wat op de huid te zitten. Toen nu al dat volk zig aan ftrand vergaderd hadt, om zo direct ingefcheept te worden, liet bij uitroepen, dat elk die fiegts tien fchellingen losgeld per hoofd wilde betaalen van den togt ontflagen zou zijn , en vrij weêr naar zijn huis, bij zijn vrouw  DE PAKETBOOT. 87 en kinderen, kon vertrekken. Dat was of 'er een Engel uit zijn' mond fprak , wijl ze maar bedroefd weinig zin hadden om met hem onder zeil te gaan. Elk krabde zijn zakken uit en die niet genoeg bij elkander brengen kon, leende het zo lang van een' ander, althands in één oogenblik was 'er een fom van 20,000 maal tien fchellingen, gedeeltelijk aan dubbeltjens, ftuivertjens en duiten bij elkander, en al het volk trok in gloria weêr elk naar zijn huis. De Koning liet voords dien heelen buit op wagens laaden cn kwam voords ook, met volle zakken , thuis, edoch van den twist met zijn' broer, werdt verders geen woord gerept; wijl 'er geen woord waar aan geweest was. Eindelijk werdt toch die flimme Vorst, per abuis, op de jagt, door een van zijn eigen jaagers, die hem mooglijk vooreen vos aangezien hadt, met een pijl gewond aan welken wond, hij in den jaare 1100, overleedt. Zijn jongfte Broeder hendrik de I. volgde hem in 't Rijk op, wijl robert , die de naaste aan den throon was, juist te dier tijd naar Jerufalem getrokken was, om daar de Turken wat te bruijën, en te zien, of hij ook eenige F 4 been-  88 DE PAKETBOOT. beenderen van oude Heiligen-en Reliquiën meester worden kon, dat was regt op de kleintjens pasfen en de grooten laaten loopen. Die Hendrik, die, om dat hij nog al heel wel ftreepjèns en beentjens kon maaken, dat, in dien tijd, al eenheele kunst was, door de Franfchen Beaudercq of de mooije Schrijver genoemd werdt, regeerde zeer ten genoegen van de onderdaanen en trouwde , om het Rijk in vrede te houden, de Dogter van den Schotfchen Koning malcolmus, MACiiTiLDis genoemd;, met welke hij anders geduurig in oorlog geweest zou zijn. Maar van dat meisjen werdt ook iets zeer zonderlings verhaald, dat zo in andere meisjens niet dikwijls opgemerkt wordt, te weeten dat ze maar voor alle werken niet trouwen wilde en met alle kragt en geweld maagd wilde fierven. Maar, wat zal men zeggen! ze moest wel, alzo 'er liet belang der beide Rijken aanhong; ze deedt het dan ook eindelijk, echter met zo veel nijd en weêrzin, dat ze wenschte dat al de kinderen die uit dezen gedwongen echt mogten voortkomen, nooit geluk of zegen zouden hebben. Foei! foei! dat meisjen was nu ook wat al te zedig; dat kon Vr toca  DE PAKETBOOT. 89 toch nu ook niet best door en evenwel het viel juist uit, zo als ze gewenscht hadde, want niet alleen heur eigen kinderen, maar ook derzelver naazaaten , zijn altemaal droevige fukkels op de waereld geweest, och ja! en dat hadden ze mooi aan hunne vroome Mama te danken. — Kort naa dat dit Huwelijk voltrokken was , kwam robert , met zijn gemaakten buit van beentjens , ftukjens hout, aschpotjens en ingeleide Turkenkoppen, althands een heelen prullen boel, weder uit het Heilige Land terug , wel blijd zijnde , dat hij zijn Kabinet van oudheeden en rariteiten, nu eens heel keurig zou kunnen opfchikken ; maar ziet! zijn blijdfchap werdt wel haast geftoord toen hij thuis den communicatie brief van zijn Broêrs Huwelijk vondt liggen en vernam, dat hem intusfchen het geheele Koningrijk Engeland ontdraaid was. Hij, niet lui, viel aanftonds met zijn Kruisvaarers in Engeland, om te zien of hij daar ook den boel weêr zo wat in orde kon brengen en Helde hem met een goede fom gelds te vreden , zo dat hij weder naar huis trok; doch hendrik kreeg kort daarop berouw van F 5 dit  9° DE PAKETBOOT. dit accoord, wijl hij eigentlijk onder in den zak de Rekening vondt en ging hem naaderhand met een Leger in Normandijen op 't lijf vallen; waar hij hem ook in een' veldflag overwon en, dat nu heel leelijk van hem was, hem de oogen uit liet fteeken, en al zijn leven gevangen hieldt. Sedert is Normandijen aan de Engelfche Kroon gehecht geweest. Dat leelijke ftuk aan zijn' broeder gepleegd, bedierf al het anders mooije van zijn Regeering, .want anders was het een heel knap flag van een' Koning, die veel voor het volk over hadt, gelijk bleek, want hij gaf het zelfs, zo wat op zijn manier, deel in de Regeering, ftellende een zekere foort van regeerings Kamer in, welke het Parlement of de Spreekkamer genoemd werdt, zeekerlijk om dat het Volk daar zo wat famen ,. over de Pvegeering van den Koning, mogt komen praaten; dat te dier tijd al een heel faveur was. Dat Parlament verdeelde hij in twee Kamers, in een van welke de Edelen en de Bisfchoppen mogten komen discoureeren, endeze werdt het Hoogerhuis genoemd; de tweede Waar de Burgers en de fmalle gemeente verkeerde,  DE PAKETBOOT. 91 de , werdt het Laagerhuis geheeten. Naa dat de Koning die leclijke daad aan zijn' Broer gedaan hadt, genoot hij niet veel rust of genoegen en inzonderheid trof hem het ongelukkig verlies van zijn'Zoon. Want deze eens, voor plaiüegj met een heel gczelfchap groote lieden van het Hof, Heeren en Dames, Admiraalfchap willende zeilen, werdt 'er, na 't fehijnt, zo als 't dan op die partijtjens altijd toegaat, braaf wat ingenomen , zo dat de Stuurlui van tceuwis noch meeuwis meer wisten; daarop leeden ze alle fchipbreuk en flegts weinige die van de fchrik nugteren werden, kwamen te regt; doch des Konings Zoon bleef onder de verongelukten, cn wijl Koning hendrik de Me, geen andere Manlijke erven hadt, tragte hij het Rijk op zijn Dochter maciitildis over te brengen en gaf dezelve ten huwelijk aan Keizer iiendrik de IVde, maar dat lukte toch niet , want ze kreeg kind noch kraaij, en gefield zijnde ze hadde alle eens een kraaij gekreegen, die zou toch geen Koning van Engeland hebben kunnen worden. Toen bcdagt de Koning weêr wat anders; 't was juist of het liedjen 'er zouder een boer zijn  9* DE PAKETBOOT, zijn Dochtertjen uitgeeven , op hem gemaakt was en hij gaf zijn Dochter, naa den dood van Keizer hendrik IV., eer dorst hij 't nog al om den Paus zijn wil , (die toen zo wat Vadertjen (kom nouw reis) over al de Koningen fpeelde) niet doen, aan godefroi plantagiketa een Hertog van Anjou, ten huwelijk, dat zou toen beter lukken , hij deedt voords alle de ingezeetenen van Engeland hulde aan zijn Dochter zweeren. Doch hij overleefde deze zijn verkiezing niet lang, alzo hij eens, in 1135 van de jagt bij de Stad St. Denis terug gekomen zijnde, zig een' grooten maaltijd, enkel van Konijnen liet opdisfehen , maar die Konijnen partij bekwam hem als het hondjen de worst, alzo hij zig kort naa den maaltijd zeer kwalijk bevondt en befpeurde dat hij vergeeven was. Men leefde voords al heel raar met zijn lijk; zijn oogen, hersfens en ingewanden werden al te faam beknopt in een gouden Koffertjen gepakt en te Rouaan in de Kerk bijgezet; maar zijn overige leden, armen en beenen werden aan (tukken gekapt , en zo als de Vrouwen de flagt doen, tot pekelvleesch ingezouten, en zo in Stiershui-  DE PAKETBOOT. 93 huiden genaaid en te Redding, zijnde een Abtdije, die hij zelve gedicht hadt , bcgraaven. Met hem nu was de Stam der Koningen van Engeland , uit het Huis van Normandijen, totaal uitgeftorven, dood en te niet. Eer wij evenwel van dezen Koning afftappen, moet ik nog twee zonderlinge zaaken, betreffende zijn Regeering, aanftippen. De eerde is dat hij een Vrouw hadt, magdalena genoemd, die zo poppig fijn was, dat ze alle dagen in alle weêr en wind barrevoets, naar de Kerk liep; de Koning liet haar maar begaan, want hij viel wel wat zuinig en dagt: kind, ga jij je waereldfchen gang maar, dat wint alweer kousfen en fchoenen uit, ook hadt diezelfde Vrouw eene liefhebberij, waarin veele zindelijke Hollandfche Vrouwen, juist niet zeer veel fmaak in zouden hebben, te weeten om alle dagen zo een twintig Bedelaars in heur Kamer te laaten komen , die waschte ze dan de voeten en zoende die , dat het der pijnen waard was, en dat altemaal om te onthouden dat ze magdalena heete ; want het liep 'er bij haar fomtijds wel reis zo wat door! nu terwijl ze eens bezig was met dat zindelijk werk  n DE PAKETBOOT. werk te verrichten , kwam juist heur Broêr david uit Schotland, haar zeer te onpas bezoeken. Dat was nu, bij ongeluk, een heele rauwe gast, een uitval gelijk men zegt, zo dat hij, met een Schotfchen vloek of drie, haar aanftonds toe dreef: wat fat an Zuster! voer je nouw weêr uit, je zult nog mal van fijnigheid worden. Wat maakje hier toch voor een' ftinkendeu boel, een mensch kan zig hier niet wenden of keeren. Je mogt w-el een bord jen uithangen, hier duurt men de Wasch O]) Haerlem: want hier trapt men in een Waschtobbe en daar jïruikelt men over al die oude plunje, die, op de St. Antonie Sluis te Amflerdam, zelf geen duit waard zou weezen, daar tast ik weêr met me vingers in een zeeppot, Al jas! wat is dat hier een gemors; nu als de Koning, je man, dat reis wist, hij zou je nooit weêr een' zoen willen geeven. Hoor reis, Broer lief, andwoorde de vroomc ziel hem, ik zoen liever de voeten van een' Hemelfchen Koning, dan den mond van een aardfehen. Och jal daar kon hij toe meê heen gaan.- Nog een ander merkwaardig geval gebeurde'er, geduurende het leven van Koning Hendrik de Vde,en dat was dat zekere Adelijke Dame genoemd  DE PAKETBOOT. 9$ noemd jtjga , een Klooster gefticht hadde, welks Geestelijken verpligt waren, aan eiken Man en Vrouw, door het geheele Rijk, die één jaar en één dag getrouwd geweest Waren, zonder ge* duurcnde dien tijd berouw over hun Huwelijk gehad te hebben, 't geen ze plegtig moesten bezweeren, twee lekkere Banket Hammentjens prefent te doen; men zou haast zeggen dat 'er geen Verkcns genoeg te krijgen zouden geweest zijn; om aan die belofte te kunnen voldoen; maar ia, ten hoogden hadden de Paters één Verken in 't jaar noodig en dan hielden ze nog wel drie Hammen voor hun Winterprovifie over. Op Koning hendrik den Men welke, gelijk gézegdis -, de laatfte der Noormandiifche Koningen was, volgde een Koning die volmaakt op zig zeiven ftaat, zo dat het zeer onverfchillig is, of wij nu, dan als we reis weêr over die Historie fpreeken, zijner gedenken. Eigentlijk ben ik 'er wel zo wat verlegen meê, want de man maakt zo op zig zeiven een raar figuur. Het was een Neef van de Koningin Weduwe machthildis en Koning hendrik I. zijn Moeders Broeder, uit den huize van Blois, daar deKarftengen van daan  96 DE PAKETBOOT. daan komen en ook de eenigde Koning uit dat Huis. — Zo dat wij nu haast in het geval zijn van dien Iangdraadigen Redenaar, welke eens een Lofreden over zeker beroemd perfoon deedt,en , naa reeds een half uur gefprooken en geteemd te hebben, nog uitriep: waar plaatfen wij dien beroemden Man? een der Toehoorers, door verveelendheid kribbig wordende , riep hem, oplïaande, toe: och! als ge zo verlegen zijt, waar je hem laaten zult , zet hem dan maar op mijn plaats; want ik ga heen. Nu zo gaat het mij eveneens met onzen goeden steven; want zo heete die Koning, de man was heel goed, doch fchrikkelijk vergeetachtig; hij was althands, men zou zeggen , wat is toch een mensch, volftrekt vergeeten, dat hij aan machtildis hulde gezwooren hadt, dat gaf toen zelf een heel dispuut, want machtildis , die goede floof, verbeelde zig in haar eenvouwd , dat ze Koningin was , naa heur mans dood, en wie zou anders denken, daar ieder haar, nog bij 't leven van heur' man, als Koningin gehuldigd hadt. Zelfs steven insgelijks, maar die was het maar niet te beduiden, wat men ook doen mogt. Toen maar wéér aan  DE PAKETBOOT, 9? aan 't vegten ; want ja en neen is een lange hrijd; en het over en weêr disputeeren begon steven te verveelen ; doch dat vegtpartijtjen Viel niet best voor steven uit, wijl hij gevangen genoomcn werdt; evenwel machtildis kon hem niet lang bewaaren, om dat zijn aanhang wat al te groot was ; ook kwam 'er nog bij dat de Burgers van Londou haar verzochten dat ze eenige wetten van Mijn' Heer heur' Vader zaliger, die juist niet al te billijk waren, affchaffen zoude, doch daar was ze maar niet toe te bewecgeu: Heur Vader, zei ze, hadt keel wel gew£eten wat hij gedaan hadt en ze moesten al vroeg cpjlaan die hem 't fegeeren verbeteren zouden en vier en niet genoeg; 't was zo wat een heel fnibbig nufjen ; althands ze graauwde en fnaauwdc de menfchen dan al vrij wat bits en vinnig, cn dat deedt haar meer kwaad dan ze vcrwagt hadt ; want al de Londenfche Burgers vielen haar af en stephanus toe; ziet dat komt van dat fnaauwcn cn graauwen en die pertinente wijsheid, van fommige lui. In een volgende Bataille bekwam de partij van Koning steven de overhand en hij werdt uit zijn G ge-  0 DE PAKETBOOT. gevangenis verlost en machtildis moest haar juist houden of ze dood was, om de vijanden te ontkomen. O 't vvaszo een flim ding van een wijf; want naaderhand in Oxford door stephanus belegerd wordende, op een winterfchen dag, dat 'er juist heel veel fneeuw gevallen was, (zo dat de Stalmeesters en Harddravers al vloekten als ketters dat ze, daar het nu zo allerliefst dik gefneeuwd hadt, om die verdit en datfchen Oorlog niet arren konden) kleede zij zig geheel in een fpierwit kleed en floop zo met een paar fokken aan, alzo ze geweldig bang voor vallen was, en het was mooi glad ook, nulletjes de poort uit, voorbij de vijandlijke fchildwagten heenen, die niet anders dagten of het was een hoop fneeuw, die van een fchoorfteen affchoot en zo verder over den toegevrooren Teems ; fchoon zij nu wel in veiligheid was, baatte haar dat egter niet veel; wijl stephanus toch tot het bezit van de kroon kwam, en dat ook gerust op zijn'Zoon eustachius , Graaf van Boulogne Azgt over te maaken, maar dat was evenwel vlak mis ; daar in rekende de man buiten den waard, machtildis hadt, bij ongeluk ook nog een' Zoon en die heette hen-  DE PAKETBOOT. 99 hendrik , en eustachius de Zoon van stephanus ftierf, zo dat men vondt het toen zd wat famen; hendrik erkende stephanus, zo lang die leefde, voor Koning, op voorwaarde , dat die hem, als hij kwam te fterven, het Rijk overlaaten zou; nu dat fchikte toen wat, zo als het best kon en stephanus kwam kort daarop in 1156 te fterven, waar naa de Kroort tot het Huis van Anjou overging. Uit dit Huis van Anjou zijn vervolgends een groote volgreeks van Koningen ontftaan; maar wijl ik nu al vrij fchor ben, dunkt mij dat het best ware, dat we nu reis een elf uurijen ,'of een morgendrankjen, gingen gebruiken en dart weêr met frisfchen moed voortgegaan, want het regent dat het giet, zo dat ik u niet raaden wil om wat op het dek te gaan zitten. Neen Vrienden ! daar toe ftaatde lucht niet te best, De wind is juist vlak in het regen nest, Het vogtige Zuiden bedauwt ons te zeer, Waar 't zomer, dan ware \ nu regt groeizaam weêr, We hebben 't ook waarlijk heel klugtig bedagt, Waarom toch de lente niet liever gewagt? Maar neen, de lust tot de reis was te groot, We moesten toch gaauw in die heerlijke boot; Nu moeten we ons troosten met dien goeden raad, Dien Uitenjjpiegel wel eer nam te baai; t Zal immers ook altijd zo buijig niet zijn, Naa regen volgt veeltijds toch zoiinefchijin Q 2 DER-  DERDE T IJ D V A K. KONINGEN UIT HET HUIS VAN ANJOU, Hendrik Plantageneta fchikt zig aartig op en loopt voor gek. — Hendrik II. trouwt de verlaaten Vrouw van Lodewijk de VII. Koning van Vrankrijk.— Geraakt in hevige rufie met den Aartsbisfchop Thomas Becket, die niet voor hem zwijgen wil, — eenige al te gedienstige lieden doen hem voor eeuwig zwijgen. — Wonderwerken door Becket in zijn leven verricht, edoch naa zijn dood eerst bekend geworden.— Hendrik de Ildc draagt den bijnaam Kortmantel — Sterft 1189. — Het ongeluk vervolgt hem tot zelfs naa zijn dood. —• Richard I. krijgt lust om de Turken te kwellen.— Zijn Volk beproeft de plunderkunst aan de boeren. — Hij raakt in rufie met Keizer Leopold en Koning Philips van Vrankrijk ,— wordt gevangen.— Vegt tegen een Leeuw, waar van hij den bijnaam Cor Leonis of Leeuwenhart bekomt. — Wordt in 1194 weder gelost. — Voert Oorlog tegen Vrankrijk. — De_ Kardinaal Beauvais draagt een  DE PAKETBOOT. ïoi een Harnas in plaats van een Kardinaals Meed.— Rjchard zoekt naar een gevonden fchat — wordt met eenvergiftigden pijl getroffen en ft erft— aartig zeggen van hem tegen den Priester Fulko. — Jan zonder Land, wordt Koning 1199 — vreemd en doodlijk gefchenk door hem aan een1 Monnik gegeeven — raare vinding om geld van de j°ooden af te persfen — lelijk geval met Euftachius Verfei. — De Koning wordt in 1216 vergast op een lekker geftoofdpeértjen — flegt gevolg daarvan.— Hendrik III. is een Koninkjen in Miniatuur — wordt groot en flout — fterft 1272.— Eduard L wordt door zijn Vrouw van den dood gered. — Stelt de Ponden Sterlings in — krijgt den hijnaam van Schottenhamer — zijn onredenlijkheid tegens eenige Oeconomifche jfooden — hij fterft 1307.—Eduard II. houdt zijn beloften niet — wordt gevangen genomen — krijgt in den eigent//y^/?f«2/>rhetfpitinzijnrug 1327.— Eduard III. Stelt de Ridderorde van den Kousfenband in —■ fterft 1377. — Richard II. legt een- en- twintig jaar lang met het Parlament te kibbelen en wordt eindelijk in de gevangenis vermoord 1399. "VP^at zullen we nu gebruiken Heeren! bitter of klaar! komt aan ! willen we ons maar aan de oprechte Vaderlandfche kost houden, me dunkt dat zal wel het best weezen ; want die elf uur- G 3 tjens  io£ DE PAKETBOOT, tjens en Koffijkonkeltjes verflappen de maag maar en bederven den eetlust; evenwel alles met maate; zo een enkel mondjen vol gaat 'er meê door; maar te veel is hoogst naadeelig; men noemt al die Morgendrankjens en Liqueurs, de Genever 'er onder begreepen, met groot recht, fterke dranken; want ze zijn veel menfchen fpoedig de meester en hebben zo veel kragts, dat ze den welgezeetenften man uit zin bezit kunnen dringen. Dus met mondjens maat, dan kan men 'er de baas over blijven. Zodat zal nu al zo wel zijn. — Me dunkt dat we wat meer gang bekomen, de wind fteekt ook wat op , op die manier zouden we 'er al heel fpoedig kunnen weezen, zo dat ik mij wel wat haasten mag met mijn Historie; ik vrees zelfs dat wij die niet tot op dezen tijd zullen kunnen vervolgen. Doch 'er is weinig aan gelegen, want de laatfle gefchiedenisfen van het Koningrijk Grootbrittanniën , althands van den Huize sti'art en van cromwels tijd af te reekenen zijn bekend genoeg; ten minden ik kan onderdellen dat de meeste van mijn Hoorers die zo goed, en veelen ruim zo goed, weeten dan ik; ook  DE PAKETBOOT. 103 ook komen 'er in de laatere Historie van dat Rijk , fommige zaaken voor die alles behalven grappig zijn en onzen goeden luim heel en al zouden kunnen bederven. De nieuwere tijden leveren ook niet half zo veel plaifierige fnaaken op, als 'er onder de oude Koningen gevonden werden, en al die harrewarrerijen, geduurige oorlogen en Deplomatique twisten maaken de lectuure der gefchiedenisfen tot een heel lastig tijdverdrijf; althands als men 'er niet anders als vermaak en uitfpanning in zoekt; want het gaat met de laatere Gefchiedenisfen als in de Spaanfche Treurfpelen, 't is niet als vegtende uit, vegtende binnen , en weinige der laatere Vorsten hebben zulke zonderlinge en geestige kuuren over zig gehad als de oudere; 't was of de waereld in die oude tijden over 't geheel eomiekerwas, althands men vindt niet half zo veel naare, in den aart ernftige en droevige voorvallen in de oudere gefchiedenisfen, als in de laatere, en loopen 'er al,hier en daar, reis zo wat moorden en doodflagen onder, 't is toch of we 'er zo veel deel niet in neemen, als in zulke gevallen, die nader aan onzen leeftijd grenG 4 zen-  104 DE PAKETBOOT. zen. Wij zullen ons dus flegts met de fnaakfche Vorsten ophouden en zoo ons hier en daar toch ecne of andere naare vertooning voor de oogen mogt komen zweeven, maar fpoedig het hoofd omwenden en nsar wat anders kijken. Komt Vrienden ! we hebben niet veel tijd te verzuimen, laaten we nog eerst een versch pijpjen opfteeken en dan eens zien wat de Koningen uit het Huis van Ajou alzo bedreeven hebben; als we dan in de Westmunfter Abtdij, of in andere Kerken en piaatfen te Londen, komen, waar nog graftombes of afbeeldingen van dezelven gevonden worden , dan kunnen we ons nog altijd hunne faare geuren en kluchten te binnen brengen. Naa den dood van Koning stephanus kwam de Zoon van Koningin machtildis , met welke hij vóór zijn dood verzoend was, volgends zijn uiterften wil, tot den throon. Deze Zoon heete henrik en was onder de Koningen van Engeland de tweede van dien naam; doch hij hadt nog buiten dat den toenaam van Planiagenesta of Plantageneta, welken zijn Vader godefried, Graaf van Anjou, waar van wij reeds gefpro- ken  DE PAKETBOOT. 105 ken hebben, pleeg te draagen en wel om reden, wijl die man, uit een misfelijken en vreemden fmaak, altijd verkoos een bosjen kruiden op zijn' hoed te draagen, en wel juist zulke die- in de Latijnfche taal PUntagenesta genoemd worden; hij liep 'er eigentlijk zo wat half voor mal meê , want het leek net of hij te koop was cn dat men hem daarom een bosjen llroo aan den hoed gebonden hadde; maar och ! de goede man hadt daar nu reis zijn eigen liefhebberij in; en hij deedt 'er niemand leed meê , daarom lieten ze hem 'er ook maar mooi meê weezen, en waren al heel blijd, dat hij geen lastiger liefhebberijen in zijn hoofd kreeg. ZynZoon, hendrik de Tweede, hieldt zig, geduurende zijn jeugd, in Vrankrijk op en was zeer gemeenzaam met Koning stephanus. Zo dat fommige kwaade tongen wel wilden uitftrooijen, dat hij eigentlijk een Zoon van stephanus ware, wijl die met zijne Moeder machtildis , eer zij zo een vreeslijke rufie en oorlog met hem kreeg, heel goede kornuitjens geweest was. Inmiddels wilde het geval, terwijl hendrik II. , nog in Vrankrijk woonde, dat de Koning van dat 11 ijk, lodewijk VII, een hevige (j ^ rufie  ioS DE PAKETBOO T. rufie en huiskrakeel met zijn Vrouw kreeg, dat zo hoog liep dat hij van haar fcheide, en dat onnozel om dat de Koning zig verbeelde dat zijn Vrouw ook andere Mannen wel zetten mogt; dat zat hij haar althands geduurig te verwijten en in den neus te wryven, zo dat ze eindelijk zo dol werdt, dat ze hem eens andwoorde: wel nu, wat zou dat dan al weezen, 't waer nu eens zo, dan was 't nog geen mirakel; want toen ik u tot Man nam , meende ik een' Koning te trouwen en zie, nu 't 'er op uit komt, heb ik een' Monnik gekrcegen. Toen kunt ge wel denken hadt ze 't vreeslijk verbruid; toen was 'tmaar korte metten met haar en zij kreeg oogenbliklijk heur affcheid. 't Was ondertusfchen een zeer rijke Piïnces , die de vruchtbaare Landfchappen Guijcnne en Poictou in eigendom bezat; wel kom aan, dagt onze hendrik , dat is net een kolf jen na mijn hand, is de Koning traag een ander is graag en ziet hij begon eenige amours met haar te maaken en zij hadt 'er wel ooren naar; ten deele om dat ze toch graag een' Man hadt en ten deele om haar' eerden Man te toonen dat ze niet om hem verlegen was; zo dat hendrik door  DE PAKETBOOT. 107 door dat Huwelijk 'er warmpjens in zat en daarbij nu nog de Kroon van Engeland verkreeg , cn heel Ierland vervolgends onder zijn gebied bragt, wijl de kleineKoningjens,die dat land te dier tijd nogbeftuurden, geftadig met elkander krakeelden. Hij was in het begin van zijn regeering nog al beftendig gelukkig, maar vervolgends hadt hij ook al ziin verdrieten ; onder anderen hadt hij één' vijand die hem den kop dol maakte en dat was de Aartsbisfchop van Canturburij thomas becket. Deze vijandfchap was flegts uit een eenvouwdig disput voortgekomen, beftaande daar in, of men de Geestelijken voor een wacreldlijken Rechter kon daagen. De Koning hieldt het affirmative en de Aartsbisfchop het negative ftaande en ziet die twist liep eindelijk zeer hoog; want de Bisfehop wilde maar niet zwijgen cn maakte altijd dat hij het laatfte woord haddc, al zou hij maar ABC zeggen , zo dat de Koning eens, in groote mismoedigheid, uitriep: lieve Hemel ! is 'er dan nu geen Mensch, die me eens van dien dollen Kaerel verlosfen kan! Nu dat was genoeg gezegd,kort daar naa werdt de goede becket, die zo met hand en tand voor de rechten der geestelijk-  10S DE PAKETBOOT. lijkhcicf gcftreeden hadt, bij den outaar, terwijl hij bezig was om den Kerkdienst waar teneemen, door vier al te gedienstige ihaaken vermoord en ziet dat leehjke geval hadt een grooten naafleep voor den Koning- want aanüonds liep het gerucht, dat hij den goeden Bisfchop hadde doen vermoorden, en of hij al riep : ik heb 'tzo waar niet gedaan lik heb, om dat de goede man zo ftij/hoofdig was, zo wel reis gezeid, \k wou dat hij was waar ik hem wenschte, maar dat -meende ik zo met en dat is maar heel dit en dat's kwalijk "hegreepen , en niemand moet maar ooit weêr Z} handgaauw weezen, dat zeg ik nu eens vooral: ze hooren wat luiden en weeten niet eens waar de klepel hangt, dat domme goedl Ja wel, of hij nu al wat fakkerdc en gromde, niemand geloofde hem en ieder dagt toch dat hij 'er wel last toe gegeeven hadde; om evenwel den ongelukkigen tiiomas een weinig te gemoed te komen, liet de Paus hem onder de Heiligen plaatfen,en men verhaalde elkander, dat, hij geduurcnde zijn leven, door zijn groote vroomheid, de gaaf van wonderen te doen, bezeeten hadde ; onder welken 'er een zonderling geval van hem verhaald werdt, beltaan- de  DE PAKETBOOT, 109 de hierin, dat hij eens, op zekeren tijd, te paard door een dorp rijdende , waar het Kermis was en de boeren dus,dat fpreekt van zeiven, dronken waren, hij dezelven, volgends zijn' pligt, begon te vermaanen cn 'er heel veel moois van zeide, bij welke ftrafpredikatie, fofflmigen met de handen in de zij (tonden te gaapen; anderen hem reis toebragten en avousden; zo dat hij in al zijn' ijver, eerst toen hij gedaan hadt, en van zijn paard wilde (tijgen , zag dat fommigen ondertusfchen den (taart van zijn paard afgefneeden en een daar mede, op een (tok, even als een Turk(cheBas(a,het dorp doorzeilde. Dat maakte hem toen regt kregel, zo dat hij tegen hen uitvoer wel jou kwaad gefpuls, ik denk nog al, in mijn eenvoimrl, dat je lui heel aandagtig toeluistert en terwijl hen je bezig om mijn armen beest den ftaart af te fnijden ; wel je lui zijt ondeugende menfchen ', nouw vaar maar wel met dien ftaart, hij zal vruchtbaar bi) je lui weezen, dat verzeeker ik u, je zult haast meer Paardenftaarten in je dorp zien als je lief is. — Daar op deeg hij weêr op zijn verminkt beest en reedt met fpoed het dorp uit, onder een escorte van eenige dron-  «o DE PAKETBOOT. dronke boeren en kinderen , die hem al geduurig uitjouden en naa fchreenwden, hel mannetjen ! je Paard heeft zijn ftaart verhoren ! o Mij. lord Grompot, hier is je ftaart, wilje hem ook om je hals hangen. Kijk hij, een Bisfchop op een Ezell maar ziet dat grapjen brak hun toch op, want al de Boerinnen, die ter dier tijd zwanger waren, bragten naaderhand kinderen met Paardenftaarten ter waereld. Dit wonderwerk werdt nu naa zijn dood. eerst volkomen ruchtbaar, want de zedige man hadt 'er bij zijn leven nooit een woord gewag van gemaakt; en Koning henrik kreeg nu te meer berouw, over den moord en dat hij zo geduurig met hem overhoop gelegen hadt, dikwijls riep hij uit: och! hadt de malöor me toch maar reis even gezeid, dat hij zulke kunsten konde, we hadden beste kameraads geworden; want dat hadt me al te met wel eens fchoon te pas kunnen komen; wel dat fpijt me nouw ouwerwetsch. ja de Vorst was 'er zo over aangedaan, dat hij een' heelen dag en nacht lang op zijn bloote knieën voor het graf van den Heiligen lag te bidden en zig bij den Paus met een' eed zuiverde, dat hij geen fchuld aan zijn dood  DE PAKETBOOT. in dood hadde: nu toen moest ieder het wel gelooven; want de Paus geloofde het. — Maar ondertusfchen fcheen het toch , dat het geluk hem naaderhand den nek toe keerde. Zijn oudfte Zoon hendrik, dien hij, reeds bij zijn leven , ten Koning hadt doen kroonen , begreep daar uit dat Vader de affaire quiteerde en dat was vlak mis; dat gaf toen voor eerst veel harrewarren en de Zoon werdt braaf door Koning lodewijk de VUIfte van Vrankrijk, tegen hem opgeftookt, zo dat hij gewapend tegen zijn' Vader opflondt; maar de dood van den Jongeling, die in 1182, in Aquitaniën, overlcedt, maakte een einde aan dezen twist, maar geen einde aan de haspelaarijen, die zijn Vader nog verder,zo dicht als ftofregen,op het lijf vielen; want voor eerst viel de Schotfche. Koning , die in troubel water visfchen wilde, in zijn land, en zijn andere drie Zoonen deeden hem ook veel verdriet aan , zo dat hij eindelijk, in 1189, van hartfeer ftierf. Naa zijn dood vervolgde het onheil hem zelfs nog; want in plaats dat zijne 011derdaanen zijn lijk fatfoenlijk op een Paradebed hadden doen ten toon dellen, plunderden zijn ei-  na DE PAKETBOOT. eigen bedienden het zelve en lieten het , maar zo naakt cn bloot, in een' hoek liggen, tot dat 'er eindelijk een jongen kwam , die dat evenwel zo niet zien mogt en daar om een kort mantcltjen over hem heen wierp, dat al een heel raar geval was , wijl hij juist den bijnaail van Kortmantel, bij zijn leven gedraagen hadt, om dat hij de mode van korte manteltjens te draagen, uit Anjou in Engeland overgebragt hadde. Men verhaalt ook van hem, dat zijn lijk, zo dra zijn Zoon richard , die naa hem Koning werdt, 'er bij kwam, begon te bloeden, 't welk men uitlegde, dat die de oorzaak van zijns Vaders dood geweest ware ; waar toe nog al eenige grond was, wijl 'er een praatjen ging als of de oude Koning zijn Zoons Bruid alyza eens, zeekerlijk voorzichtigheids halven, eerst zoude geprobeerd hebben of ze wel Erfgenaamen aan de Kroon konde opleeveren, welke proef uitlteekend na genoegen geflaagd was, doch welke vaderlijke zorg, uit een misbegrip, zeer kwalijk door richard op genoomen werdt; ook was hem in zijn leven, toen hij eens aan het Hof van Vrankrijk verfcheenen was, een zeer vriendelijke pro-  DE PAKETBOOT. 113 prognosticatie gedaan; want dè Heilige bernhardus, hem aldaar aantreffende, zeidevan hem ï Hic de Diabolo venit cjf1 ad Diabolum ibit, dat is: deze is van den Duivel gekomen en zal wéér tot den Duivel keer en. De Vorst verftondt juist gelukkig zijn Grammatica zo grif niet, om fchielijk het verband van dezen ablativus en accufativus te verdaan* Richard volgde zijn' Vader in het Rijk op en was de eerde van dien naam. Hij werdt een magtig en zeer geacht Vorst; wijl hij veele goede inrichtingen in het Rijk maakte; maar ziet, men mag wel, met onzen Vader cats, zeggen: 'tzifn flerke beenendie de weelde draagen kunnen ; het ging hem wel heel voorfpoedig, maar hij hadt het toch niet regt naar zijn' zin. 'Er was hem zo veel van de Turken verteld en dat die zo veel mooi's bezaten, dat 'er maar geen houden aan was , hij wou en zou naar Turkeijen, en ziet het geval wilde , dat juist de Franfche Koning philips , ook die kuur in zijn hoofd kreeg, zo dat die twee luidjens elkaêr den kop mal maakten en dikwijls over al die fchatten en al die mooijigH hee-  H4 DE PAKETBOOT. heeden, die daar te haaien waren, zo fmaakelijk redeneerden , dat hen de tanden waterden; eindelijk kwamen ze overeen om beide hun rijk te verhaten en de Turken op het lijf te gaan vallen. Dat heerlijk ontwerp nam hen zo in, dat ze nergens anders op dagten, als om hunne onderdaanen tot den Kruistogt op te rokkenen; dikwijls keeven ze al famen , hoe ze de buit best elkaêr toetellen zouden. Philips wou graag eenige manden met Reliquiën, en dan nog wat Juweelen en Goud uit de Mosqueën en begraafplaatfen 'er bijhebben, en richard wou hem de beenderen en Reliquiën wel laaten, maar hadt het zodanig gefchikt, dat hij, richard, de Juweelen en het goud voor zijn moeite zou genieten; maar daar wilde philips toch niet aan; eindelijk vonden ze het toch famen en zongen , heel vreedzaam , de Duet uit de twee Gierigaards : onderling, onderling , zullen wij die te famen deelen! Nu 't was dan alles kant en klaar en richard trok in 1190 met 35000 man, door Vrankrijk, voords met philips naar het Eiland Siciliën, om van daar naar Turkeijen over te fteeken; maar ziet daar trof hem al bij provifie een ongelukjen: want eens,  DE PAKETBOOT. i\$ eens, met eenigen van de zijnen, in de ftadMesfina wandelende, hadden fommige van zijn gevolg de aartigheid om een' boer, die daar met eenige waaren te markt kwam, te plunderen cn hem zelfs de kleèren van het lijf te trekken, ze dagten mooglijk, dat ze daar al een' Turk beet hadden, of ze wilden zig provifioneel zo wat in het plunderen oefenen; maar de andere boeren, die ook op de markt waren, verftonden dien kortswijl niet en wierpen den Koning , cum fuis, zo dicht met fteenen, dat hij zig naauwelijks door de vlucht bergen konde; dat Historietjen ftondt Koning philips maar half aan; 6 Hemel! dacht hij, gaat dat hier al zo , en doen dat de boeren nu nog maar, wat zullen de Tarhen dan niet wel doen ! en van dien tijd af, was philips heel niet te vreden met zijn' kameraad richard,welk ongenoegen nog aanwiesen toen deze vervolgcnds met zijn troupen liet eiland Cyprus bemagtigd hebbende, dit provifioneel voor zig zclven wilde behouden; philips herinnerde hem, dat ze nog zo lief famen gezongen hadden: onderling, zullen wij die tèfamen deelen. Nu, andwoorde richard , wagt II a maar,  "6 DE PAKETBOOT. maar, dat is maar een begin, als we nu weêr 't een of ander eiland of ftad veroveren, zal ze voor u zijn, zo kunnen we immers altijd op een' effen bodem blijven; wat zou philips doen, hij was in de fchuit cn moest meêvaaren, eindelijk belegerden ze famen Ptolomah, dat een Turkfche ftad was, waarin veel kostbaarheeden gevonden werden; evenwel ze bleeven niet alleen op dezen kruistogt , want de Hertog van Oostenrijk leopold de Vilde was 'er ook al met een leger voorgekomen en wou zig niet met goede woorden laaten afzetten, zo dat ze overeenkwamen om met hun drieën, zo veel als in 't potjen, te plunderen; doch richard die wat heel hebzuchtig was, hadt 'er maar in het geheel geen' zin in; en dagt bij zig zeiven , wagt maar, als 'er maar wat te haaien is, zal ik den bras wel zo door mekaér haspelen, dat de vrienden hun boeltjen heel gemakkelijk zullen kunnen bergen: hij begon ook werkelijk reeds zijn plan uittevoeren; want de ftad over zijnde,hadt leopold het Oostenrijks Vaandel op de Wallen geplant, maar dat liet hij knaphandig wegneemcn en wilde nog daarenboven leopold nood- zaa-  DE PAKETBOOT. 117 zaaken om de muuren , die door het ftormloopen befchadigd waren, weder te herdeden, zeggende tegen hem: toe vriendjen Ifteekje handen ook eens uit den mouw; dat kon jij nu wel eens weêr wat oplappen. Waar op deze hem toevoerde : hoor Koning! mijn Vader is nooit een Metfelaargeweest, wil jij dat weêr in orde hebben, doe het dan zelf en daar mede vertrok hij met den zijnen en Koning philips , zeer knorrig uit de ftad; dat was juist het geen richard zocht, en nu hij van beide deze mededingers tot den buit ontflagen was, zette hij den oorlog met dubbele drift voort; maar ziet, te midden van zijn overwinningen, vernam hij, dat Koning philips met een leger in Engeland gevallen was; dat kwam 'er toe heel leelijk in, en hij moest maar hals over kop terugkeeren. Hij wilde eerst zijn' weg over de middenlandfche zee neemen; doch verneemende dat Koning philips daar over al op hem deedt pasfen, tradt hij in Dalmatiën bij de ftad Lara aan land, en vervorderde van daar zijn reis, door Oostenrijk, zig in het gewaad van een'Koopman vermomd hebbende; doch een Duitfche jongen, dien hij bij zig hadt, om hem door Duitschland te brengen, H 3 hadt  n8 DE PAKETBOOT. hadt eens de onvoorzichtigheid van een van deszelfs rijk gedikte Koninglijke Handfchoenen bij zig te fteeken, terwijl hij groente op de markt kogt, deze viel hem uit zijn' zak en daar door werdt de Koning bekend; en de Herberg, waar in hij zijn intrek genoomen hadt, werdt aandonds met foldaatcn omringd, wijl Hertog leopold nog vreeslijk den nijd op hem hadt, en niet vergeeten kon, dat hij hem eens aan 't metfelcn hadt willen zetten; evenwel richard wilde zig aan geen Ibldaaten overgeeven , maar bekend hebbende , dat hij de Koning van Engeland was, vorderde hij, dat leopold hem zelve den degen zou komen afneemen, en die was ook zo goed niet, of ja, hij moest het doen. Richard verviel vervolgends van het eene kwaad in het ander, want Keizer hendrik de Vide, die ook nog een oud eigen op hem hadt, om dat hij op zijn' kruistogt in 't eiland Siciliën , dat aan 's Keizers Gemaalin constantia in eigendom toebehoorde, fchrikkelijk den beest gefpeeld hadt, eischte hem op, en deedt hem nog veel naauwer opfluiten dan leopold , ja dagt hem zelfs met een abelheid, kwanfuis door een ongeluk, uitdewae- reld  DE PAKETBOOT. 119 reld te doen verhuizen, want hem quaft permisfie verleend hebbende om op de binnen plaats van het kasteel, waarin hij opgedoten was, te wandelen; raakte 'er, als bij geval, een leeuw die in dat (lot bewaard werdt, en dien men federt eenige dagen niet te eeten gcgecven hadt, van zijn keten los en viel den Koning , die daar vol muizenesten heen en weêr liep kuijeren, zo onzacht op het lijf,dat hij werk hadt om op de beenen te blijven; maar evenwel, hij niet lui, windt fchielijk zijn' mantel om zijn'' arm en fteekt die vierkant in den wijden fmocl van zijn' aanvaller, tot diep in de keel, zo dat deze , geen lucht kunnende krijgen, dikte en dood voor zijn voeten neerviel; anderen echter vergrooten deze heldendaad geweldig, willende dat hij den leeuw met een het hart uit het lijf getrokken en dat in zijn gramfchap opgegeeten hadde, van waar hij den toenaam Cor Leonis, of Richard Leeuwenhart, bekomen heeft. — Daar nu dit dim overlegde ftukjen zo leelijk gedaagd was, bedoor de Keizer eindelijk om hem maar weêr los te laaten, wijl 'er een goede fom voor zijn rantfoen aangeboden werdt; doch de Keizer eischte meer en met H 4 lo"  Mo DE PAKETBOOT. loven en dingen en in de hand flaan, even of 'er een verken verkogt werdt , kwam de Koning in denjaareii94,naa r5 maanden gevangenis,los, voor i ooooo mark zilvers en hij was nog wel Mijd toe, dat hij 'er zo heels huids af kwam. Hij werdt in Engeland bij zijn terugkomst met veel vreugde ontfangen, en terwijl hij nu overlegde hoe hij den Koning van Frankrijk best voor wieltjen en wagentjen betaalen zoude, krijgt hij de tijding, dat deze het Slot Ferneuil in Normandijen belegerd hadde; dit maakte hem zo vreesfelijk boos, dat hij zwoer zijn oogen nergens heen te zullen wenden , vóór hij zig gewroken hadde ; juist keek hij toen op den muur, en wilde ook, met kragt en geweld, hebben , dat men op die plaats een gat booren zoude , op dat hem dat herinneren konde om regtftreeks naar ftrand te gaan. Indezen oorlog, dien hij met veel voordeel in Frankrijk voerde, kreeg hij den Bisfchop van beauvais gevangen, die zig ook al in de wapenen begeeven hadt en trotsch den besten foldaat meê vogt. De Paus dit verneemende, deedt hem wel erndig aanzeggen, dat hij zijnen Zoon ten  DE PAKETBOOT. 121 ten eerden ontdaan moest, (in een' geestelijken zin naanientlijk, worden de Cardinaalen en Bisfchoppen 'sPausfen Zoonen genoemd) richard ondertusfehen was doof aan dat oor cn zondt alleen het harnas van den Bisfchop naar Rome, met de boodfehap, dat hij niet regt wist wien de Heilige Vader bedoelde, maar of Papa eens even zien wilde of dat, mooglijk, zijn Zoons rok ware? De Paus was door deze drik vraag in 't naauw gebragt en genoodzaakt te andwoorden : Neen! zulke kleeren draagen mijn kinderen niet! dat lijkt weleer een kabaaitjen van een van de jongens van Mars ! zet dien knaap maar gerust op rantfoen, want ik ken hem niet. Hier maakten de kleêren dus, in den eigentlijkdenzin, ook al den man. De Koning bragt voords dezen oorlog met veel glans ten einde; en keerde, met roem en buit belaaden , weder naar Engeland terug; doch hoe gelukkig hij ook in dit voorneemen gedaagd ware, de hebzucht bleef hem nog geduurig bij, dat was zijn tweede natuur geworden en of men de natuur al met een hooivork of bezemdok uitdrijft, ze komt toch altijd weêr om; dit was ook zijn geval en de H 5 oor-  122 DE PAKETBOOT. oorzaak van zijn volgende rampen en dood; want, thuis gekeerd zijnde , vernam hij dat zekere Widomarus een' grooten fchat met graaven in de aarde gevonden hadt. Terdond vid hem in , dat deze in zijn gebied gevonden zijnde fchat, hem toekwame, en hij vervolgde den vinder overal waar die zig, als een tweede Waernar met de pot, ter berging van zijn vondst, naar toe begaf; eindelyk was de man met zijn' fchat in het kasteel Chalaszo in Limoges geweekcn. Hij daar ook naar toe, en deze Sterkte aandonds met een leger omringd; edoch terwijl hij vast druk bezig was om het beleg ut forma opteflaan, werdt hij door een' gemeen' foldaat van de wallen des kasteels, met een vergiftigden pijl, in den arm getroffen. Toen hij nu dezen wond ontfangen hadt, was hij brandend nieuwsgierig om te weeten wie hem die kool toch gedoofd hadde en dat werdt ten eerden bekend, want de foldaat was 'er, op zijn manier, zelfi heel grootsch op; hij deedt hem voor zig brengen en fprak hem dus aan: wel Mannetjen dat kanje knap, heb je dat van je leven wel meer gedaan? waar heb je dat toch zo proper geleerd?-Bij de Boeren zijn  DE PAKETBOOT. 123 zijn Majejïeit , andwoorde de .foldaat , want ah men met dat volk jen kegelt, moet men altijd oppasfen om den Koning te raaken. - Maar, zei de Koning, vriendje» ik ben immers geen Kegel? Wat reden heb je gehad om mij te kwetfen? Ja, zei de Soldaat, wie kan dat zo ver van den wal af onder-fitheiden ? Jij hebt mijn' Broer en mijn- Vader ook wel kapot gemaakt, zonder eerst te vraagen wie ze waren.. Be Koning fchonk dien vrijmoedigen gast daar op de vrijheid en een aanmerkelijke fomme gelds , dat zeekerlijk een veeg teken van hem was, zo als hij dan ook kort daar op overleedt. Geduurcnde zijn leven werden hem eens de hem bijzonder eigen deugden, heel vriendelijk, door den Priester fulko, onder het oog gebragt; de geestelijken mogten te dier tijd nog al een potjen brecken; deze zeide tegen hem: uw Majefteit heeft drie Dochters waar van de eene hoogmoed, de andere gierigheid en de derde overdaad heet. Zo is 't! Antwoorde de Koning, die nog al veel aanhooren konde en zeer gaauw zijn andwoord gereed hadt, maar ik ben 'er niet meê verlegen ik zal ze wel fpoedig aan den man brengen; de eer-  m DE PAKETBOOT. eerde UI ik aan de Tempelheeren, de tweede ^n de Munnikken en de derde aan de Paapen uithuuwen. Men heeft nog onlangs , geiijk ieder bekend is, «ne Franfche Opera betijteld Richard tour Je Lion, onder den naam van Richard Leewenhart, alhier met aanhoudende en wel verdiende toeJuigching, ten tooneele gevoerd; doch deDichter heeft, ten einde 's Konings voorverhaaïde gevangenis voor het Tooneel gefchikt te maaken, de gefchiedenis aanmerkelijk moeten veranderen, doende een' zijner edelen , door den Dichter' blondel genoemd, als een' blinden vermomd,' overal in Duitschland rondzwerven, om de verblijfplaats van den Koning te ontdekken , die eindelijk , flegts bij toeval, dezelve gevonden hebbende degts meteen handvol edellieden, het kasteel dat den Koning ten gevangenis drek te , overompelt en hem verlost. De moogelijkheid van in zulk eene onderneeming te flaagen; als ook de toevallige aankomst van 's Konings Gemaalinne ter zelfder plaatfe waar heur man gevangen gehouden werdt, behoort onder het uitgebreide gebied dier mooglijkheeden welken men aan de  DE PAKETBOOT. ï*S de zindreelende Mufe der Opera, met vermaak, toegeeft. — Naa dezen zo woelzieken als dapperen, en niet min hebzuchtigen Vorst ,betradt, in den jaare * 1199, zijn jongde Broeder jan , den Engelfchen throon. Deze Koning gaf zig zeiven den nederigen bijnaam, zonder Land; dit was voor eerst een blijk, dat de man geen windmaaker was en niet hoog van zig zeiven op gaf, immers op dezen wijdfchen Tijtel, zou hij geen oortjenbollen bij den Bakker op crediet hebben kunnen krijgen , veel min een aanmerkelijke Negotiatie, of Geldleening, hebben kunnen doen; doch hij nam dien aan, om zijn' Vader hendrik de Ilde een fteekjen onder water te geeven , wijl die hem, bij deszelfs afderven , geen dro breed lands naagelaaten hadt. Hij was eigentlijk ook de regte Erfgenaam van richard niet, want 'er leefde nog een Kind van deszelfs oudden Zoon en dat was genoemd arthur ; doch daar brak jan zijn hoofd niet meê; zeggende niet na lijnen maar naar trappen te reekenen; evenwel dat haalde hem veel moeilijkheeden op den hals , wijl arthur's moeder constantia hem bij den Ko-  Me- DE PAKETBOOT, Koning philips II aanklaagde, die hem, aJs deszelfs Leenman, naar Parijs ontboodt, om rekenschap van zijn gedrag te geeven; doch wie daar kwam of niet kwam , Jan zonder Land kwam 'er niet; daarop verklaarde deFranfcheKoning alle zijne Leengoederen verbeurd en overweldigde Normandijen, dat nu meer dan honderd jaaren, gelijk wij gezien hebben, in de magt derEngclfchcn geweest was. Thuis hadt hij ook veel fpels met de Geestelijken, die, buiten zijn weeten en tegen zijn' wil, een' Aartsbisfchop van Canterburij verkooren hadden. Hij verjoeg eenige Geestelijken die gaarne gebleeven hadden uit zijn rijk en deedt een derzelven, die in dilte weerom gekomen en ontdekt was , een nieuwen Munnikskap prefent; dat, zou men zeggen, was nog al lief van hem gedaan; maar evenwel op conditie dat hij ze zo lang draagen moest tot ze verfleeten ware; dat was ook al te doen; maar liet hinkende paard kwam achter aan; want deze mooije nieuwe Munniks kap was onverdijtelijk en zo zwaar, dat zes kaerels ze naauwlijks draagen konden, want hij was van lood, en de arme Pater hadt ze naauwlijks een week getorscht of hij  DE PAKETBOOT. 127 hij bezweek onder zijn mooije pakjen. Innocentius III werdt over deze milddaadigheeden des Konings zo boos, dat hij hem in den ban deedt en zijne Staaten in het jaar 1212 aan zijnen vijand, Koning philips dellde, van Frankrijk fchonk. Dit geval deedt de oorlog verheffen en zijn fchatkist was reeds uitgeput , 'er moest dus wat bedagt worden om die weêr te vullen, en de Koning was zo vindingrijk, dat hij ook wel haast daar toe een middel uitvondt. De Jooden in zijn Rijk moesten 'er toen aangeloovcn, die bezwaarde hij boven maaten dcrk; doch één derzelven welke zeer rijk was, wilde met kragt en geweld geen duit opbrengen. Hij deedt hem daarop ten Hove ontbieden, en vroeg hem de reden van zijn vasthoudendheid af. De Jood hier op van zijn kant geandwoord hebbende, zeide de Koning tegen hem;hoor reis Paaij! dat je daar zegt wil ik al te maal wel gelooven , maar terwijl je daar hebt daan babbelen, heb ik gezien, dat je fchrikkelijke zwarte tanden in je mond hebt; en dat ftaat foei leelijk, en is ook gevaarlijk, want ze zijn alle aangedoken, je zult'er zeekerlijk, den een of anderen tijd, zwaa-  ia8 DE PAKETBOOT. zwaare kiespijn aan krijgen ; gun mij het plaifier dat ik u voor zulk een rampzalige kwaal behoede; en ze je allemaal, op ftaanden voet, doe uittrekken en zoo ge me dat plaifier niet doen wilt, geef me dan de gevorderde fchatting, kijk , raifonabeler kan ik immers niet fpreeken; 't wint u nog veel geld aan den kwakzalver uit , en ik zal het even handig doen verrigten; want,man! ik heb kennis van tanden en zie wel dat je 'er, vroeg of laat, toe zult moeten refolveeren. De Jood hadt toch zeer weinig zin in dit menschlievend aanbod en wilde wat tegenfpreeken! Na; voor wat? bij mijn gezond?™^ terwijl hadt hem de kiezentrekker al beet; evenwel kon de Jood toch niet van zijn geld affcheiden, vóór dat hij bereids zeven tanden kwijt was , doch de achtfte was mooglijk een oog tand, waarom de Jood 'er eindelijk toe overging; den Koning deszelfs geëischte geld telde en daar voor al zijn zeven tanden netjes, in een fpaanen doosjen, in wol gepakt, terug kreeg. De Edelen mogten dezen gecstigen Koning ook niet te best lijden , overmids hij wat heel familiair met hunne Vrouwen was en dat wil toch lijkt  DE PAKETBOOT; 129 lijkt Wel zo niet weezen, ten minden ze waren alle met die Köninglijke genade niet even zeer gediend, onder anderen was 'er een Edelman ten Hove genoemd eüstachius de vessEI* Van wien hij deszelfs zegelring afleende en dien aan deszelfs Vrouw zondt, met de boodfchap uit heur mans naam, dat ze eens ten HoVe moest komen; doch ziet die vrouw begreep aanftortds wat dat te beduiden hadt en zondt een meisjett van plaiüer in heur plaats; de Koning, die deS edelmans vrouw enkel bij naam kende , doch haftr nooit gezien hadt, wist niet beter of hij kreeg eene vifite van mllady de vessei , en was zo gek van zig op dezen dimmen trek aan tafel, ih tegenwoordigheid van heur' man, te beroemen; die hem daarop toevoerde: uw Majefteit heeft zig, onder verbetering , geweldig bij den neus haten leiden\ want die Mevrouw de vessei, is eigentlijk de wel bekende appelen meid uit Fleetftraat geweest 5 ze wordt bij ons in de buurt mooije betty gekeeten, en om je niet teflatteeren , fe bent een Koning op fchillen, en mijn naam zal geen vèssei weezen , als ik je niet zo aanftonds bij *t hair krijg én je j Vier»  IS° DE PAKETBOOT. vierkant daar in dat kooien haart jen werk. Dtf Koning keek als een poelfnip en zijn lijfwagten vloogen reeds toe, om den muiter te vatten, maar ziet al de Edelen, die toen mede aan tafel zaten 9 trokken van leer en bruiden op de Lijfwagten toe , zo dat vessei inmiddels gelegenheid hadt, om het haazenpad te kiezen, terwijl de Koning hem een bowl heete punch achter naa fmeet; althands het was een fchrikkelijke rufie en vessei zette vervolgends al de edelen, door het gantfche Rijk, tegen hem op , zo dat de Koning, die Paus , Volk, Edelen en Geestelijken ten vijand kreeg, eindelijk zig met een van die partijen, verzoenen moest; en daartoe koos hij den Paus, aan wien hij zig in 1213 onderwierp en beloofde jaarlijksclj een tonne gouds in zijn Heiligheids fchatkist te zullen ftorten; toen die goede man van geld hoorde fpreeken, (dat is toch altijd en bij ieder een woord van veel kracht geweest) liet hij zig nog al fpoedig vinden , onthefte hem van den ban , en ze werden naaderhand zelfs vrienden als elephanten ; immers die jaarlijkfche tonnen gouds, hernieuwden geduurig hunne hartelijke toegenegenheid. Doch de Koning behoefde die niej  DE PAKETBOOT. iji iiiet lang te betalen , wijl zekere Abt hem daar Van, zeer toevallig, in den jaare 1216 verloste, door hem eens familiair, teri eeten te verzoeken , uit erkentenis dat hij des Abts Vrouw, zo geweldig graag lijden mogt en haar zo veel goeds bewees; nu,wat zal men iemand al zo, zonder omdag, voorzetten, wat foepe vooraf , en daar naa een ftukjen vleesch en een gedoofd peertjen. De Koning was daar ook heel wel meê te vreeden , hij zag 'er toch het goede hart en de erkentelijkheid van den Abt in, en, zeide hij, zo kan men nog eens een' mensch hebben, Waar toe dient al dat uitnaaien en malkander trotfeeren. Ja, antwoorde de Abt, uwe Majedeit! zo denk ik ber ook over; als 't maar wat fmaaks heeft, dan is 't me zeer lief; exellent, zei de Koning, korft geef me nog reis een lekker fneetjen van dat Roast Beef!—Met alle plaifier , uwe Majedeit, maar toe daar moet je nu reis een murw peertien bij neemen ; kijk dat is mijn grootde tractement, proef dat ook eens, 't zal je zeeker Wel bevallen. Nu de Koning taste al toe en at voor de winkels; maar ziet die peertjens waren zo voedzaam en deiden zo geweldig, in 's KoI a mng#  »32 DE PAKETBOOT. nings Jighaam, uit , dat hij 'er voor altijd zijd bekomst van kreeg en federt geen kruimel meer noodig hadt; wijl hij, 's nachts daar aan, in zo een' zoeten en vasten flaap geraakte, dat hij nog wakker zal worden. Dat waren regte voedzaamc peeren! Op hem volgde zijn Zoon hendrik de lilde, fe dier tijd nog geen tien jaaren oud, zo dat zijn voogd Graaf willem van pembroke , hem op den arm nam en hem zo op het bordes van 's Konings Paleis openlijk aan 't volk vertoonde, uitroepende : Britten, ziet daar uwen Koning'. Men zegt dat heel veel oude lieden, die daas ook onder den hoop, op het plein ftonden te dringen, even als wel eer voor het fpel van den Poolfchen Meester, op de Botermarkt alhier, om te zien wat 'er op het bordes te kijken was , hun bril opzetten, om den Koning te zoeken. Dit kleine Koningjen was een allerliefst jongetjen, met een kroontjen na zijn lijf, op; alles heel hondjensachtig; doch hij werdt door den tijd groot en men ziet doorgaandsch , dat van zonderlinge kinderen, welke zig in hun vroege jeugd , 't zij in kunden of weetenfchappen of anderszins v ■ be«  DE PAKETBOOT. 133 beroemd maaken, als ze groot worden, 't raar langzaamer hand zo wat begint af te gaan; zo ging het met dezen Koning ook; althands hoe lief dat hij in zijn jeugd geweest was, toen hij wat ouder werdt, kon hij geen geld genoeg van zijn onderdaanen krijgen , om de zwaare fchulden waarin het Rijk gedompeld was , aftelosfen; en dat kwam veelal, om dat hij het verbond, dat zijn Vader met den Paus gemaakt hadt, uit puure vroomheid , want het was van kindsch been af een heele vroome ziel geweest, vernieuwde en zulke groote kornuitjens met den Paus werdt, dat hij de Italiaanen, die bij heele hoopen zig in Engeland kwamen neêrzetten, tegen het belang zijner onderdaanen, altijd de hand boven het hoofd hieldt en jaarlijks 500,000 rijksdaalers naar Rome zondt , dat putte het rijk meer en meer uit en de onderdaanen vatte de wapenen tegen hunnen Koning op, die om geld te krijgen, ten einde dezen twist te dempen , al zijne eigendommen in NormandijenAnjou en Poitou inia59 voor 300,000 rijksdaalers verkoopen moest. Toen ging het op een vechten, maar ziet de Koning werdt met zijn' Zoon eduard ï 3 eu  334 DE PAKETBOOT. en zijn' Broeder richard gevangen; doch hij ontfnapte aan zijn gevangenis en dempte toch ' eindelijk de tweedragt, zo dat hij gerust regeerde tot den jaare 1272, in 't welke hij overleedt. Zijn Zoon eduard I, was toen juist, gelijk dat te dier tijd de bezigheid der Vorsten, die niet met al anders om handen hadden,was, bezig met in Turkeijen, de Mufulmaunen, zo. wat te bruijen, en was daar haast om 't leven geraakt, wijl een Moordenaar hem met een' vergiftigen pijl trof, maar hij hadt tot zijn geluk een allerbesteGemaalin, een vrouw uit duizend, die hem het vergif met eigen lippen uit den wond zoog, zo dat hij fpoedig weêr herdelde en naar Engeland keerde , om bezit van zijns Vaders troon te neemen ; daar gekomen zijnde, was Zijn eerde werk de geldswaarde, welke zijn Vader onder den naam van Ponden Sterling hadt beginnen intevoeren , verder gangbaar te maaken, welk geld ?o genoemd werdt, om dat 'er het beeld van een fpreeuw, in de Saxifche taal Staar en in de Latijnfche Turnus geheeten, van waar ook de naam Tournois afkomdig is, op gedrukt dondt, Voords bragt hij de weêrfpannige Schotten, die al-  DE PAKETBOOT. 135 altijd veel fpels gemaakt hadden, geheel ten onder en noemde zig daarom ook op een penning, die hij bij deze gelegenheid deedt daan, Edwardus primus, malkus Scotorum , dat is : Eduard I, de hamer der Schotten ; voords joeg hij in 1290, zo op eens, 1658 Jooden uit zijn rijk, die echter zeer vreedzaam en dil leefden, enkel om dat ze zig, zo men wil, een weinig geamufeerd hadden met het geld een randjen kleiner te maaken, om het te gemakkelijker te kunnen bergen; nu hij overleefde deze onrechtvaerdigheid, ook niet lang, wijl de dood hem ook op zijn beurt, in 1307 het rijk en de waereld uit dreef. Eduard de Ilde zijn Zoon volgde hem in 't Tijk op, deze moest hem op zijn derfbedde drie dingen belooven; het eerde was zijn gebeente in Schotland rond te laaten draagen, zo lang de oorlog nog duurde, het tweede 30,000 pond fterling tot den Turkfchen oorlog te geeven en het derde zekeren gaviston, dat een groote klaplooper was, die den jongen eduard , ten kosten van zijn beurs altijd op zij hing, van zig te verwijderen. Doch deze vergat, ongelukkig, naa zijns I 4 Va-  I3<ï DE PAKETBOOT. Vaders dood het een met het ander , welke ongehoorzaamheid aan zijn Vaders uiterften wil hem naaderhand veel rampen en eindelijk een geweldige dood koste; wijl hij, naa den dood van gaviston , zig weêr door andere bedriegers, zijnde een Vader en Zoon, spencer genoemd, in alles liet leiden; 't welk zijn Moeder zodanig verdroot , dat zij hulp troupen bij de Franfchen zogt, die deze spencers te onder hragten en den Koning zelf gevangen namen, hem in de gevangenis dwingende , om de kroon, nog bij zijn leven, aan zijn' Zoon richard III aftedaan, 't geen hij dan ook deedt, maar ziet, fchoon hij nu dagt los te komen, vonden de geestlijken, dat nog zo fpoedig niet geraaden, want die wilden hem liever geheel uit de beenen hebben, waarom ze hein daaglijks degt voedfel toe lieten dienen , veel dank rondom zijn verblijf, verwekten, fomtijds reis ook zo wat vergiftig , enpasfant, 'er onder, koeskoesten, doch de Koning wou maar niet derven; dat duurde hen dus te lang, waarom deBisfchop van Herford, eens zo wat in dub bek zinnige woorden,zijn wachters beduide, dat ze een  DE PAKETBOOT. 137 een Christelijk werk zouden doen , met hem door een klein zetjen in zijn' rug, uit dit traanendal in blijder gewesten te helpen; och! zeiden ze,hadden we maar geweeten, dat we den goeden Forst met zo een kleinigheid in den hemel konden helpen, we hadden *| al lang gedaan ! voord vlogen ze naar de keuken, haalden een gloeijend braadfpit en liepen hem daar onder het geroep, geluk op jou reis Koning, de groetenis aan St. Pieter! zo onzacht meê tegen zijn' rug aan, dat liet 'er door en door ging. Toen kwam in 1327 zijn Zoon eduard III, op den throon, edoch nog onder voogdij van zijne Moeder isabella en een Edelman rogier mortimer , welke beide wel zo wat oorzaak van den dood des ouden Konings geweest waren, wijl die hen zo wat, uit hoofde van eenige amourettes, in den weg leefde, waarom eduard LU, die dat heel wel bemerkt hadt, zo dra hij meerderjaarig verklaard was , zijn regeering provifioneel begon, met zijn voogd te doen ophangen; vervolgends geraakte hij in oorlog met Frankrijk , om dat de Franfchen, naa den dood van karel den schoonen , zijn Moeder voorbij 1 5 êin'  «3» D Ë PAKETBOOT. gingen, uit hoofde van de falifche wet, die geen Vrouwen in dat Rijk aan het beduur dulde, fchoon zij de eenige Zuster van den overleden Koning was. Hij zocht nu zijn pretenfie Van Moeders kant, tegen philippus van va1.0is , dien men, om dat hij van het mannelijk oir de naaste was, aldaar ten Koning verkoozen hadt, met de wapenen te handhaaven en oorloogde , met veel geluk, tegen denzelven , tot op zijn dood, die in 1377 voorviel. Onder zijn regeering, die voor Engeland zeer voordeelig was, is in den jaare 1349 , te Windfor, de Ridderorde van den kousfeband ingedeld, waar toe het volgende geval aanleiding gaf, waar uit men zien kan hoe zeer geringe oorzaaken , zeer gewigtige gevolgen kunnen hebben , eens op een' bal, met zijn Zoons Vrouw de Gravinne johanna van Salisbury een heel lief en vreedzaam meisjen, een Menuetjen dansfende, zo wil het geval, dat dePrinccs, terwijl ze een heel mooi deepjen maaken wilde, uit grootschheid, dat zij met den Koning het bal mogt openen, juist met die drijkade heur kousfeband verloor; de Koning dit ziende riep, tegen de muzikanten, hou je lui daar reis een beetjen ftil  DE PAKETBOOT. 139 ftil en raapte intusfen den kousfeband op , dien met een zeer beleefde buiging, en het beentje achteruit, der Gravinne weder aanbiedende, die denzelven ook weêr om heur been bondt; geduurende deze Pantomime ftonden 'er eenige Hovelingen hem wat uittelagehen, dat hij echter, wijl ze wat begonnen te proesten , ongelukkig bemerkte en daarop tegen hen uitvoer: Ja! ik koor 't wel Heeren , maar ik moet je zeggen, 't /laat je maar gantsck niet mooi , voegende daar vervolgends, in oud fransch van dien tijd, bij: Honney foit qui mal y penfe , dat zo veel te zeggen was als een fchelm die "er iets kwaads van denkt, voords wilde hij, dat juist die kousfeband het loon voor verdiensten en moed zou zijn, zo dat hij elk Edelman, dien hij lijden mogt, een band met zulk een opfchrift eigenhandig om de beenen bondt, federt hebben veeIe voornaame en verdienstelijke mannen in Engeland een' kousfeband te veel gedragen. Richard de Ilde volgde zijnen Grootvader eduard III,in 1377, in net rijk op ; doch deze man heeft weinig zonderlings bedreeven. Hij lag, geduurende zijn geheele rcgecring ,die al jaaren aan-  Ho DE PAKETBOOT. aanhielde, altijd met het Parlement overhoop, zodat dit hem eindelijk afzette en hendrik de Ede uit den huize van Lancaster, op den throon plaatfte, welke zig eens over tafel uitgelaaten hebbende, dat hij wel gaarne zoude zien, dat men den ouden Koning uit de gevangenis, waar in hij opgefloten was , verloste , zonder juist zijn lighaam 'er uit te laaten, terftond gehoorzaamd werdt , alzo zekere petros , met eenige Hovelingen, zig terftond naar den kerker begaf, om 'er ten minften zijn ziel uit te laaten. Waar mede de volgreeks der Koningen uit den huize van Anjou in 1399, een einde nam. Daar zie ik dunkt me evenwel een bewijs van een torentjen; wacht ik zal eens op dek vragen of we 'er nu al zijn. Hoor maatje , jij daar met je haak, is dat Hanvich?- 1 cannot underftand Sir, fpeak Englisch, if jou pkafe __ och , rQep dan den Captein maar , de fchipper, weet je niet a [chipman. —Hoe noem je lui dat ook?— a/chipman, very good, Sir, i „jj do call htm. Ja cal maar wat aan. Ha! daar komt hij al «it een luik kruipen. Wel Captein! hoe gaat het, zijn we 'er haast? is dat Harwich? Ja wel mijn heer,  DE PAKETBOOT. 141 heer, je zult 'er als de wind zo blijft,— laat zien hoe laat hebben we 't nu — ei, wagt ik ben met Rotterdam gelijk. Ja 't zal nu quartier vóór eenen zijn 5 nu dan zal je 'er zo met den avond weezen denk ik. — Dat is goed Heeren, dan kunnen we eerst wat eeten en dan naa den eeten nog net de Koningen uit de huizen van Lantafter en Tork afhandelen. Daar zijn wc reeds naader bij d'Engelfche Kust, Stel nu, reisgenooten, uw hart maar gerust; 't Gaat alles voordeelig, hebt nu goeden inoed, Naa 't lange verlangen is 't aankoomen zoet; We hebben die uurtjens nog reedlijk verdeeld, Ons immers ten tninften niet dikwijls verveeld, 't Kon erger goê vrinden! de flilte op de zee, Brengt ook al heur eigen vermaaklijkhcid meê, We hadden in 't eerst wel wat ruuw ftormig weêr, Doch dat nam al fpoedig een wenfchlijke keer. Gelukkig is 't leven dat regen en wind Van rampen, alleen in de jeugd ondervindt, Op 't midden der jaaren de ftilte geniet, Op "t laatst, met een koeltjen, de haven infehiet, Zo reist men gelukkig, zo leeft men verblijd, Zulk Iceven, zulk reizen is waardig benijd. VIER-  Vierde t ij d v a k. KONINGEN UIT DE HUIZEN VAfj LANCASTER. EN YORK. Hendrïfe iv een klein krom vemjen , wurmt zig dood om een' logen te bedenken, — wit naar H H. Land , doch wordt ziek. — Raar voorval met zijn'' Zoon en zijn kroon, — hij fterft. Hendrik v. , vrijdt naar de Dochter van den fimpeten Koning van Frankrijk Karei vi. — Oorlog hier omtrent ontftaan, — vreemde kuuren door hem enkel uit vroomheid gepleegd, — knort met zijn' Couftjn, —fterft 31 Aug. 1422. — Raare Visfchen bij zijn leven op de Theems gezien. — Hendrik de vi. vecht tegen de Franfchen, — wordt door de Maagd van Orleans geholpen, raare praatjens gaan over die maagd om , — zij wordt verbrand. Hendrik vi. trouwt met Mafgaretha, — vreeslijk huiskrakeel, — en daar vit ontftaane oorlog tusfchen de Witte en Roode Roos, — Warwik is een Koningmaakers baas, gaat uit koppelen, — krijgt rufie met den Koning Eduard iv uit het 'huis van Tork, welke trouwt  DE PAKETBOOT. 143 trouwt met Elizabeth Woodeville , — Eduard IV doet Henrik VI vermoorden, — men voorzegt hem twijffelagtig zijn' opvolger. Hij neemt 'er een' verkeerden voor en doet den Hertog van Clarence in een vat wijn verdrinken, raare dronkeman: pret, Eduard fterft uit berouw 1483.— Richard delllde^ö^ zijn naagelaaten weduwe en kinderenvermoorden , — regeert beestachtig, wil enkel uit nijd uit vrijen gaan , fchoon getrouwd zijnde,— verdeelt de zelfftandigheid zijner Ega door een geleerde Chemifche proef, — wordt door Henrik VII in 1485 totaliter ge/lagen. Op de Koningen uit het huis van Anjou volgden in 1399 die uit den huize van Lancaster. De dichter van dat huis , was een fpeelkindjen van Koning eduard III, van welken Koning ik u reeds verhaald heb, dat hij zekeren mortimer ,. die wat al te vrij met hoogstdeszelfs vrouw moeder verkeerde, zo dat 'er de buuren al vrij wat van te zeggen hadden, deedt ophangen ; zo zeer vereerde deze Koning, die toch zelf niet door de regte deur de waereld ingekomen was, de kuisheid in den huwelijken daat. Dit fpeelkindjen dan, kreeg, om dat hij te Gent gebooren was, den naam van jan van gent, doch wijl  144 DE PAKETBOOT; wijl dat zo wat burgerlijk en kruiërachtig klinkt, noemen de fchrijvers hem ook wel johannes de gandavo , Hertog van Lancaster; deze johannes hadt een' Zoon hendrik van bcxlixgbroke genoemd, en die begon te l>egrijpen dat hij, naa den dood van richard de Ilde, de laatfle Koning uit den huize van Anjou , de naaste tot het rijk ware; bij ongeluk zag hij de nog in leven zijnde naazaaten van vijf echte Zoonen van zijn' Grootvader eduard voorbij , nu dat kan de beste gebeuren; als men naar een Throon kijkt, ziet men ligt kleine menfchen over het hoofd ; te meer kon dat dezen man overkoomen, wijl die naazaaten den naam van mortimer aangenomen hadden; maar evenwel hij moest zijn recht bewijzen, en daar was hij toch leelijk meê in 't zweet; daaglijks zat hij te wroeten in een' heelen berg genealogifche tafelen , oude gedacht registers, pergamenten en papieren , die de droes zelf, al hadt hij zijn' bril op , niet zou hebben kunnen kezen, en dat zoeken en tillen van al die oude ftoffige rollen, pergamenten, wapenkaarten en genealogiën, viel hem zo moeijclijk, dat hem het  Ö E PAKETBOOT. 14$ het zweet bij den neus afliep; te nïeer wijl het fen klein krom kaereltjen was, die, als hij Op een' doel van dien ouden tijd, voor de tafel zat, zijn beehen óp geen el na aan den grond kon doen kómen: eindelijk hadt hij 'er toch wat op gevonden; zijn Moeder blanka was namelijk van het geflagt van eduard I, geweest. Ha! dacht hij, datkomt goed, ik zal me voor den eerstgebooren Zoóh van eduard uitgeevën, dan kan ik zeggen dat ik zijn' Broeder hendrik de lilde had moeten opvolgen , maar dat men mij, om mijn wangedalte, in dién tijd voorbijgegaan is, en mijn' broeder eduard I, op den thróon geplaatst heeft; nu-, zo gezegd zo gedaan, een logentjen om best wil is juist geen zbndè; hij kreeg 'er de kroon door; want de Heeren mortimer, hadden, hoe zeer ook elk wist dat zijn Majefteit in dit geval abuisde, om niet te zeggen loog, om een en andere en duizend redenen, 'ér niet veel tegen intebrengen. Evenwel zijn kromme Majefteit, die nü onder den naam van hendrik IV regeerde, hadt niet veel rust, to dat hij honderd maal bij zig zeiven dagt, had ik geweeten dat het koningfehap zo een K drom"  I4 DE PAKETBOOT. drommels lastig ambacht was, ik zou mij aan die vervloekte oude nesten van papieren, zo niet hebben zitten afmooren; eindelijk werdt hij het regeeren zo moê, dat hij het befluit nam om violen te laaten zorgen en eens heen en weêr te voet, en wel barrevoets , naar Jerufialem te gaan kuijeren , om boete te doen voor al het bloed dat door al die opdanden vergooten was; maar ziet, onder het pakken van zijn bagage, want een Koning , al gaat hij barrevoets in Bedevaart, moet altijd een fuite van bagage achter zig hebben , dat verdaat zig, in alle geval een Koning is toch ook geen bedelaar , en dat barrevoets gaan, is ook maar zo een manier van fpreeken, enfin onder dat pakken en zakken werdt de Koning ziek , evenwel moest zijn mooije kroon waar hij zo veel om gezwoegd en gelogen hadt, bij hem op zijn hoofdkusfen liggen. Geduurende zijn ziekte kreeg hij eene fiaauwte; die een' geheelen dag over duurde, zo dat niemand anders dagt of hij hadt zijn ziel al dilletjes voor. uit naar Jemfialem gezonden; zijn Zoon, in deszelfs jeugd HENDRIK VAN MONMOUTH gC- noemd, een jonge knaap, die vrij wat los leefde,  P E PAKETBOOT* 147 de» kwam ftilletjes in zijn vertrek fluipen en ziende die mooije gouden kroon, trachte ze heimelijk wegteneemen; maar hij hadt ze pas even op zijn hoofd gezet en 'er meê voor den fpiegel gaan ftaan kijken, hoe mooi hij hem ftondt, of de oude Koning ontwaakte uit zijn' diepen flaap en greep aanftonds naar zijn kroon; doch die niet vindende riep hij uit: waar duivel is mijn kroon gebleeven ? daar had je toen het gooijen in de glazen;' want ziende dat zijn zoontjen 'er meê voor den fpiegel ftondt te draaijen, werdt hij zo innerlijk kwaad, dat hij hem een hoofdkusfen naar den kop fmeet , fchreeuwende: kwaaije jongen! kan je dan geen goed doen ? Men diende wel alles, in zijn' . . Ja ik zou daar haast wat gezeid hebben; die kinderen, die kinderen! Hier de kroon, handgaauw! en leg hem me daar aanftonds weêr neêr, zeg ik je, kan je niet wag* ten tot je Vader dood is ? Wel ja ! hij /laat je al heel mooij, jouw lummel! je verzinkt 'er in wannetjen, toe /chielijk weêr om; en laat hem me maar niet vallen, je kent hem immers pas dragen , beuling! de Zoon daar op weder: nu daar t Vader, daar , 0 heden! ik paste ze maar eens even K 2 cp,  148 DE PAKETBOOT; op; want ik dagt, Vader ligt daar nu zo ziek 4 i'avond of morgen moet ik hem toch eens dragen i zachts dat ik hem eens pas of 'er voor mijn hoofd ook wat dan vermaakt mogt moeten worden; hij is mij althands veel te zwaar. De Vader bedaarde op deze woorden ten eenemaal en zeide, met een zucht, ja jongen, maar om je de waarheid te zeggen, ik kom 'er warempel ook niet eerlijk aan, en hij heeft mij ook al veelte zwaar gevallen ; ik vrees dat hij je op den duur ook vrij lastig vallen zal. — Wat dat betreft, andwoorde de zoon wederom, 't raakt mij niet hoe je 'er aankomt; maar als ik hem eens heb , krijg ik toch je zwaard 'er bij, en daar zal ik hem dan wel meê onder/leunen, zie de jongen was niet mal; een kroon zonder zwaard is zo veel als een huurceel zonder zegel. De oude Koning kwam vervolgends aan die ziekte te derven en moest zijn kroon, zo lief als hij hem dan ook hadt en zo zwaar of ligt als hij dan ook ware, bon gré, mal gré aan zijn lugtig zoontjen overlaaten. Hendrik bedeeg daarop , onder den naam van henrik de Vde , den throon , en, dat moet men hem tot zijn eer naageeven, toen was het ook  DE PAKETBOOT. 149 ook aanftonds basta van lichtmisferijen , ja bij was 'er nu zelfs zo tegen , dat hij de metgezellen zijner jeugd heel naadrukkelijk begon te catechifeeren, en hen een degelijke peen, gelijk men zegt, op den neus legde. Hij deedt nu als morfige lieden die zindelijk worden en fchuurde de potten van agteren. Hij koos zig al te maal oude lieden tot raadsmannen , of dat nu was om dat die dikwijls een' onwilligcn knik van goedkeuring geeven, is nog niet volkomen beflist, althands, hoe 't 'er mede gelegen zij, hij werdt een goed en draagelijk Koning, die zig ten minden één uur op een dag verledigde, om de klagten zijner onderdaanen te hooren en dezelven aan te tekenen , ten einde ze, als 't mooglijk was te verligten ; daar toe hadden de voorige Koningen zeldzaam tijd kunnen uitvinden, zonder evenwel meer om handen te hebben, dan hij ; zo veel kan een geregelde orde te weeg brengen. Inmiddels kreeg hij het trouwen in 't hoofd, want, daar hij nu zijn eigen affaire deedt , kwam het hem voor , en 't was ook redenlijk, dat hij nu een vrouw zou kunnen onderhouden, evenwel vrijde hij niet in de K 3 buurt;  '5° DE PAKETBOOT. buurt; zijn oog was op de Dochter v&n den Franfchen Koning karel de Vide , of liefst op deszelfs rijk, gevallen; want die man was bij ongeluk zo en pasfant gek geworden , en zat den heelen dag, gelijk wij reeds verhaald hebben , met zijn mooije befchilderde kaarten te gravenjasfen; terwijl liepen de verkens in 'tkoorn en zijn' zoon de Dauphin, naaderhand karel de Vilde, benevens den Hertog van Orlcans en den Hertog van Bourgonje plukhairden om 'tzeerst, als kwaade Jongens, onder malkander. Onze Hendrik boodt den fimpelen Koning karel de Vide aan, om met deszelfs Dochter catharina te trouwen, als hij eens eventjens van den throon op wilde daan en 'er hem eens even op wilde laaten zitten; en die goeije fimpcle ziel vondt dat ook al heel plaifierig, en een aartig fpclletjcn, dan kon hij eens zien, hoe de throon 'er uitzag, als 'er een Koning op zat; edoch de Dauphin , zijn zoon , die nog ten minden voor in 't vuur vallen bewaard was , kon daar juist die groote aartigheid niet in vinden ; maar die dagt hendrik eens raar te betrekken en zondt hem een' heelen zak vol  DE PAKETBOOT. w* Vol knikkers en fluiters toe, met een daar aan geannexeerde misfive , waar in hij hem melde, dat hij hem dit gefchenk zondt, ten einde zig met zijn fchoolcameraadjens mede te kunnen diverteeren, in plaats van op trouwen of throonen te denken. Hendrik werdt daar op facraments kwaad , want die ballast hadt hem meer vragt gekost, dan de heele brui waardig was: hij zondt hem daarom dien zak, vollooden kogels, te rug, met refcriptie, dat hij gewoon ware met diergelijke knikkers te fpeclcn en wel haast daar mede op de muuren van Parijs zou komen knikkeren. In die dagen zonden de Vorften elkander meer zulke aartige gefchenkjens, gelijk wij al meermaalen, in ons deftig geschiedverhaal, vermeld hebben. En in de daad, hij fcheepte zig in de maand Augustus 1414, het 700de jaar der Engelfche davernij, werkelijk in, en vertrok met een vloot van 1500 fchepen, met meer dan 30,000 foldaaten bemand , naar Frankrijk; waar hij de havenftad Harfteur ook terdond onder zijn geweld bragt , dringende vervolgends dieper in Frankrijk door, waar hij, óp eene heele vreome manier , een geweldigen K 4 oor"  152 DE PAKETBOOT. oorlog voerde; immers al wat hij deedt, wag Vechten en bidden ; rigtende zelfs allerlei malle kuuren, uit enkele vroomheid, aan ,• want toea hij de dad Harfleur veroverd hadt, liep hij een' geheelen dag lang, door alle draaten en ftee, gen, door dun en dik, op zijn bloote beenen, enkel uit overloop van vroomigheid, en toen hij vervolgends hij Azincourt een' bedisfenden dag zou leveren, hadt hij weder een' anderen grap bedagt; want toen ging hij, z0 lang als hij was, voor over op den grond neervallen, en dat moest toen het heele leger te gelijk met hem doen, net of hij aartige jaap wat benje een knaap, Wat hebje voor raars kuuren ? met zijn foldaat ten danste. Toen nu het leger daar voor oud vuil op den grond lag, beet hij een kluitjen aard uit den grond, en dat moesten al de foldaaten hem ook naadoen, die evenwel, als zijnde zo fuper fiipra vroom niet, allerleic malle bekken trokken en liever in een fluk beef/laek gcbeeten hadden; toen ze nu allen den mond wel vol met aard gepropt hadden, fprong hij op en fpoog het weêr uit, dat ook al de foldaaten, zonder op zijn commando te wagten , even gree-  DE PAKETBOOT. 153 greetig mede deeden en daar mede was die vroome klugt uit, en de Koning hieldt zig verzeer kerd van de overwinning, die op zulk een plegtige ceremonie niet naalaaten kon te volgen; 20 als hij die dan ook compleet behaalde; eenii ge duizende Franfchen van dien tijd verfloeg, gevangen nam of op de vlucht dreef; zo dat, om een volledige overwinning op zijn vijanden te behaalen, men enkel pillen van aard in zand gewikkeld in te neemen hebbe, probatum est! en 't is een huis middeltjen, dat men over al voor niet bekomen kan. Toen hij nu daar zo braaf geroesmoest hadt, vertrok hij reeds des anderen daags naar Calais, en fcheepte zig in naar Engeland, om evenwel, tusfchen beiden , den dag van het regeeren niet geheel kwijt te raaken; de man hadt het dan dubbel druk; al hadde hij tien lijven gehad, zou hij ze werk heb-, ben kunnen geeven; daar gekomen zijnde deedt hij een' plegtigen en triumphanten intogt in Londen en hieldt voords zijn hand op, om de fubfidiën en tienden te ontfangen, ten einde den zo gelukkig begonnen oorlog door te zetten, alzo hij betuigde geen rooden duit meer in zijn' K 5 zak  *54 DE PAKETBOOT. «ak te hebben; en dat hij ondervonden hadt, dat het oorloogen een fchrik van een geld koste en dat het als de proccsfen, zelfs de overwinnaars de beurs doet flinken, en veel vieren en vijven, die de pariements heeren met benaauwde gezichten , evenwel in groote datie, zaten aan te hooren. Toen de Koning nu weêr gclds genoeg met mooi praaten bij een gefchraapt hadt, ging hij 'er, van nieuw af aan, weêr op los en zette zijn zegepraalende wapenen tot Rouaan toe voort, wanneer de Franfchen den oorlog moede begonnen te worden en van vrede begonnen te fpreeken. De Hertog van Bourgondiën tradt ook werkelijk in onderhandeling met onzen hendrik , maar ze konden het toch niet eens worden, want de Franfchen weigerden de vredesvoorwaarden die hij hen aanboodt, en die waarlijk ook niet van de gemakkelijkden waren, aan te neemen. Dit vertoornde den KoningBenrik niet weinig, zo dat hij bij het eindigen der onderhandeling, den Hertog toefnaauwde: hoor couzijn (de meeste grooten zijn neeven en nichten onder mekaar) V ftaat me maar gantsch niet aan , en ik hen ten hoogften geïn- (lig.  DE PAKETBOOT. 155 digneerd dat ik hier , ah een malle jongen, mijn' tijd heb moeten Jlaan verbabbelen; ik verzeekerje dat ik de Dochter van mijn heer jouw mallen Koning, hebben zal, al zou de onderfle jleen boven Jlaan, ik ben 'er de man niet na, om, zo karsch varsch bij mijn eerjle vrijerij de beste , een blaauwtjen ts loopen. Doe hem vrij mijn compliment, hoor je ! en zeg hem dat hij mij zijn Dochter, met al mijn eifchen , dat voor al niet te vergeeten, hoort ge! zal hebben toetejlaan , of dat ik den een met den ander om de ooren zal bruijen en de heele fantenkraam het Rijk uit zal jaagen, kan je dat wel onthouden, vrijer .'— Wel heden ja \ andwoordde de Hertog hier op, man wat ben je haastig, doe maar al wat je niet laaten kunt, we zijn 'er ook nog! en zo al kijvende, even als de fchuitenvoerders, hoe verder dat ze van malkander waren hoe heviger, eindigde deze vrugtelooze vredes onderhandeling en de oorlog werdt alweêr op nieuw even hevig voortgezet; tot evenwel eindelijk, naa dat de Hertog van Bourgondiën door den Dauphin, die mekaar ook in lang niet zetten mogten, tusfchen de bedrijven , naar de andere waereld gezonden was, de  I5 E PAKETBOOT. 17* wel niet heel veel te beduiden; gelijk wij terftond in deszelfs leven zullen opmerken. Bij gelegenheid dat wij daar even , vóór 'er dat heidenfche leven boven op het dek was, van de weduwe van hendrik de Vde, catharina, fpraken; zeiden wij, dat zij hertrouwd was met zekeren owenus tudor en waarfchuuwden daar bij dat men dien Heer, fchoon hij maar een arm Edelman uit het landfchap Wallis was , wel degelijk in geheugen behoorde te houden, om dat hij, door dit zijn huwelijk , de ftamvader van de Koningen uit het huis van Tudor werdt; zo leeren ons de gefchiedenisfen , dat men wel degelyk zorg dragen moet om zijne kinderen, als ze nog jong zijn, voor in 't water vallen, overrijden en andere ongelukken te bewaaren ; want het kunnen nog eens ftamvaders of ftammoeders van Koningen worden, en dat is toch al zo wat te zeggen. Schoon die mode nu ook al zoetjens aan ouwerwetsch wordt; edoch aan de Koningen zeiven is zo veel niet gelegen, want dat zijn de bloemen waar mede de ftammen uitbloeijen en die -jvoxden welligt weêr ftamvaders van bedelaars. M a Die  iHo DE PAKETBOOT. Die owenus tudor dan, hadt uit zijn huwelijk met die weduwe hendriks, overgewonnen een'zoon, die eduard heette en een heel goed huwelijkdeedt met de Prinfes margaretha , uit het huis van Lancaster, en daar door Vader werdt van Koning hendrik VII, eerst Hertog van Richemond, welke, gelijk wij gezegd hebben, eens uitFrankryk overkwam, expres om richard den hals te breeken, dat hem ook gelukte, zo dat hij op het ilagveld, met de eigen kroon die deze dwingeland gedragen en die men op het veld gevonden hadt, gekroond werdt, en dus de eerde Koning uit het huis van Tudor opleverde. Koning hendrik de Vide , die zich uit liefhebberij wel eens met kopjens kijken en de kaart leggen diverteerde , hadt reeds van hem gezegd: die knaap zal eigentlijk nog de kroon, waar wij zo bloedig om vechten, in vrede bezitten. Evenwel in het begin van deszelfs regeering geleek het 'er niet veel na, wijl margaretha de zuster van eduard IV en weduwe van Hertog karel de stoute , dat een heel dim wijf was, en uit den huize van York afdamde, hem, uit puure partijzucht, allerlei potfen fpeel-  DE PAKETBOOT. 18» fpeelde ; onder anderen hitfte ze zekeren lammert symmel , een jonge lummel van een bakkersknecht, die, zo als fommige willen, doch dit wordt door andere deftige fchrijvers weder tegengefproken, alle morgen wam brood aan heur hof pleeg te brengen, op, om zig voor eduard Graaf van Warwik, die een zoon van den Hertog van Clarence was, en dus aanfpraak op den throon hadt, uittegeeven, wijl hij 'er net zo mal uitzag als deze; die ondertusfchen door Koning hendrik de Vilde, ftilletjes in een gevangenis opgedoten gehouden werdt, om hem , als 'er eens tijd en gelegenheid toe was en de belangen van daat het vereïschten , op zijn gemak te kunnen dood doen ; fchoon men het gerucht reeds provifioneel verfpreid had dat hij al dood was. Nu dan, dat jonge bakkerijen gaf zig voor dien eduard uit en dachte zijn deenen verken , waarin hij de fooitjens, die hij al te met van den een of den ander van de klanten, waar hij brood bragt, kreeg, bewaarde , en voor die zwaar gewonne duitjens, met nog een mooije Guinje 'er bij, die margaretha hem in de hand dopte,kogt hij van een' M 3 oude  *g2 DE PAKETBOOT. oude kleêren koop een heel knap Konings pak» jen , dat zelfs nog uit den inboel van een Comediant afkomftig was. Toen was hij klaar,dacht hij; maar margaPvETha beduide hem ,. dat hij ook nog Soldaten moest hebben en dat 'er eerst braaf gevogten zou moeten worden , eer de menfchen zouden willen gelooven , dat hij eduard was; dat vechten kwam 'er evenwel zo wat mal voor hem in ; zij bezorgde hem troupes en gefchut, en daar meê trok de bakker te veld , en waagde een' veldflag tegen hendrik de Vilde, die elendig, gelijk men wel denken kan, voor hem uitviel, want hij was zo bedreeven in den krijg, als een ihoek op zolder en toen het regt aan 't fchieten en badderen ging , liep hij, met beide handen dicht tegen zijn ooren , als een mal mensch, in de rondte te draaijen, en of zijn Generaals hem al toefchreeuwden: uw Majefteit moet nu de regie? vleugel doen aanrukken , toe fchielijk, de vijand valt op 't centrum aan; hij andwoorde maar niet anders als: wat zegje van een vleugel, waar is die vleugel! mijn hemel ik kan niet hoor en noch zeen , en de rook zit me zo in de keel,  DE PAKETBO O'T. 1*3 keel, dat ik niet jpreeken kan ; als 'er dan weêr een adjudant aan kwam rennen , roepende : Sire , de ruiterij is onder *t voetvolk gevallen, fchielijk laat de arriere garde opzitten, ze vallen ons anders in de flank; andwoorde hij, dol van nijd en benaauwhcid te gelijk: keerel'. hou toch je bek en laat een mensch met rust, ik heb werk genoeg om op mijn eigen bast te pasfen, hoor je dan dat gegons van die kogels niet, '# is net of je mal bent, zo fta je daar te teemen, pas maar op je eigen kop, ken ik mijn harsfens nomv met de ruiterij of de duvelderij breeken! kunnen ze "t niet houden, laaten ze di pooten gebruiken en gaan aan de haal, zo als ik, als ik 'er maar uit kan, ook zei doen; ze bennen niet beter als ik, althands men kan ligt denken, dat hij door dit voorzichtig beleid , ongemeene tegenwoordigheid van geest en onverfchrokkea heldenmoed, de Bataille — verloot, elf, daar hij voor dol en blind aan den foöp ging, de vijan* den juist regt in den mond liep en gevangen genomen werdt. Toen hendrik hem nu in zijn magt hadt , liet hij den waaren gevangen eduard , op een baleon voor zijn Hof, aan het M 4 volk  i84 DE PAKETBOOT. volk kijken en zette 'er den bakker, met een lang brood onder zijn arm, bij; toen kon ieder bet onderfcheid zien, en bet bedrog kwam uit. Maar wat toen met het bakkertjen gedaan ? De Koning , die wel vertrouwde, dat hij verder geen ketterij in de waereld zou brengen, fchonk hem het leven ; en zei: hoor maat jen. ga jij liever in de keuken „ daar is 't warm en daar ben je bij het gebraad" dan kan je liet /pit draaijen voor de kost; want de oorlog en het koningfchap is toch zo je zaak niet. Daar was hij toe ook heel wel meê te vreeden, en fchoof ftidetjes heen , federt heeft hij braaf opgepast en was zeer bemind in de keuken; maar, wijl hij de koks en de keukemeiden altijd zo veel van den oorlog vertelde, en hoe de kogels vlogen en hoe de paarden hem altijd op 't lijf gezeten hadden en hoe benauwd dat hij was geweest en honderd duizend vertellingen waar het keuken volk met neus en ooren naar dondt te gaapen , brandde de eene pot vóór en de andere naa, aan, waarom de Koning, die graag een goed maal eeten hadde, hem uit de keuken nam en tot den rang van Pluim>  DE PAKETBOOT. 185 Pluimgraaf verhoogde, in welke qualiteit hij de overige dagen zijns levens, met veel roem, bedeed heeft. Toen die Bakkers dorm over was, kwam 'er weêr een andere , van erndiger aart, op; 'er was naamlijk in Londen een oude gaauwdief van een jood die Christen geworden was en een zeer mooije vrouw getrouwd hadt, bij welke hij een zoontjen kreeg, dat met veel plegtigheid gedoopt werdt, waarbij Koning eduard , in zijn leven, hoogst genadig als getuige adfifteerde, uit oude kennis wegen met de kraamvrouw; dat jongetjen heette peter warree, maar toen hij nog klein was, werdt hij altijd met een verkleinwoordjen peterken of perterken of perkin genoemd, en verkeerde al zijn leven als Page aan het Hof, waar hij alle geheimen ijverig afneusde, want kleine potjens hebben ooren , trouwens zijn heer vader zette hem daar ook niet weinig toe aan; zo dat hijV eindelijk achter vcele geheimen kwam en toen hij wat meer jaaren kreeg, ook eens wou probeeren of het hem beter dan 't Bakkertjen gelukken zou. Hij gaf zig dan, op zijn beurt, voor den, M ,5 is  ïS6 DE PAK E T BOOT. in ftilte door richard den lilden vermoorden;. richard Hertog van Jork uit, en eischte van hendrik de Vilde de kroon , naa dat hij in Schotland een leger bij eengeraapt hadt , en aldaar met eene Princes van koninglijken bloede getrouwd was. Dikwijls benaadeelde hij den Koning met zijn vliegend legertjen, doch werdt ook dikwijls geflagen, maar wist zig altijd met de vlucht te redden , dan hieldt hij zig in Ierland, dan in Frankrijk op, zo dat men van hem zeide, dat hij een ziel van kwik in zijn lijf hadt. Doch eindelijk werdt hij in Cornubiën, waar hij een' veldflag verloor, gevangen en zonder complimenten opgeknoopt. Toen hij nu daar hing , maakte de oude heer zijn vader niet weinig gelawaij; fchoon hij hem zelf onder de hand alles ingedoken hadt: khyk wat me gebeert, Petirken, Petirken, me zeen , wat ij et begonnen, y wou de Kening verp.varten tia die fchirk ! bij mijn leben y et zijn loon, khijk, na! was mach ik 'er mit! Al die gevaaren nu eindelijk voorbij zijnde, hadt de Koning een vreedzaame regeering;' en kwam in zo groot een roem wegens zijn wys- heid,  DE PAKETBOOT. 187 Sieid, dat hij de Salomo» van het Noorden genoemd werdt, doch waar in die wijsheid eigentlijk bedondt, wist men juist niet regt te bepaalenj zoo het niet ware, dat hij hoogzuinig , om niet te zeggen gierig, was, en zijn onderdaanen het vel over de ooren haalde, zo dat men, naa zijn dood meer dan zeven millioen aan klinkenden geU de in zijn fchatkist vondt. Hij liet vier kinderen naa, arthur , die jong ftierf , hendrik die zijn' Vader opvolgde, margaretha die met Koning jacob IV van Schotland trouwde, waar door de vereeniging van deze twee Koningrijken gebeurde cn maria die aan Lodcwijk XI, Koning van Frankrijk uitgehuuwd werdt. Hij was altijd gewoon een fchrijftafeltjen bij zig te draagen, waar in hij al wat hem daaglijks bejegende aantekende, als ook de naamen van die perfoonen waar van hij iets goeds of iets kwaads gehoord hadde. Men kan ligt denken dat zijn eigen naam onder de goeden alle dagen voorkwam; wijl hij door zijne Hovelingen daaglijks niets anders dan goed van zig hoorde fpreeken. Hij overleedt in 1509, naa een redenlijk vreedzaame regeering van vierentwintig jaaren. Zijn  t85 DE PAKETBOOT. Zijn zoon hendrik , die nu onder den naam van hendrik VIII den throon bedeeg, was een geheel ander foort van een mensch , veranderlijk , wispeltuurig , verkwistend , laf en dwangziek te gelijk, in één woord een lastige burger, vol allerlei vreemde nukken en dijfzinnige buijen. Hij maakte een' grooten naam op het Staatstooneel van Europa, om dat hij geduurig met twee groote mannen, zijne tijdgenooten, te weeten Keizer karel V en Koning franciscus I van Frankrijk, groote Staatszaaken behandelde, alhoewel hij zo zeer niet, als wel zijn eerde Staatsdienaar ., die toen een aan merkelijke rol fpeelde. Deze heette thomas wolsey en was de Zoon van een vleeschhouwer of dagter , (de bakkers en flagters waren in dien tijd heele bollen,) een fchrandere gast, die zig op de ftudie bevlijtigd hebbende tot den rang van Hofkapellaan bevorderd werdt, en zig in dien ftaat zo meesterlijk wist te fchikken, dat hij hem weldra in alle de Staatsgeheimen met raad en daad diende en eindelijk tot Kardinaal en Kanfelier van Engeland verheven werdt; edoch dat was hem nog niet ge-  DE PAKETBOOT. 189 genoeg, hij wilde gaarne Paus weezen en ten dien einde wikkelde hij zig zo diep in de gunst van Keizer karel de Vde, dat die zig onder de brieven die hij aan hem fchreef altijd inv zoon en neef pleeg te ondertekenen. Hij hadt zijn verheffing grootendeels aan de zo nuttige kunst van windmaakcn te danken, die verdondt hij meesterlijk; echter eens op een' tijd dat hij een prachtige intrede in Londen als Pauslelijke Nuntius zoude doen, mislukte hem zijne bekwaamheid in fanfaronaden; en dit ongeluk droeg zig op deze wijze toe. Hij hadt naamlijk, achter zijn datie - koets, een trein van twintig lierlijk opgetooide muilezels doen volgen, die zeer zwaar bekaden waren met kisten en koffers , waar over pragtige dekkleeden gefpreid waren; die nu moesten den fchat, welken hij in Londen bragt, verbeelden; waarom hij te vooren reeds een gerucht hadt doen verfpreiden, dat hij een' grooten rijkdom van gouden en zilveren vaten, rijke kleederen, gouden en zilveren doffen , en, dat 'er nog het best van was, veel baar geld uit Rome mede bragt; maar ziet, het ongeluk wilde, dat een dier langooren, dat  igo DE PAKETE OTO T. dat alles behalven windmaakers zijn, kwam te ftruikelen, zo dat de kostbaare laading omkantelde en de kisten open vielen; daar kwam de pracht toen voor den dag, elk drong op het fterktst rondom den ezel , om te zien of dat de kist met edele fteenen, of wel die met goudene ftoffen ware, en ziet wat viel 'er uit, een heele partij oude uitgeflagen gebrokene laarzen, oude wollen en linnen lappen , oude verzoolde feousfen , fcherven van (lukkende punch kommen, en zo al meer, waar uit niet weinig gejuich ontftondt; maar de Kardinaal maakte het weder goed, met te zeggen dat hij dien ezel met voordagt zo hadde doen belaaden en omvallen, om 't nieuwsgierig volk reis aartig te betrekken. Men wil echter uit die woorden afleiden dat hij juist geen groote volks vriend geweest moet zijn. Trouwens die waren te dier tijd ook nog zo abundant niet als thands. Ondertusfchen wist deze llagters Kardinaal het zover te brengen , dat alles naar zijn hand vloog\ *n wcê dien, die hem eenigzins in den weg ftondt; onder anderen kreeg hij vreeslijk den nijd op Keizer karel de Vde, om dat die adria1- erua  DE PAKETBOOT. 19* isvs van Utrecht, tot Paus verheven en hem over het hoofd gezien hadde4 hij ging, van dien tijd af, aan de franfche zijde over, waar mede Koning franciscus de eerfte, zodanig verguld was , dat hij hem in deszelfs brieven den naam van Broeder gaf. Maar zie eindelijk werdt hij zo trotsch, dat hij van verwaandheid niet wist wat hij aanvangen zoude, zo dat hij, op 't laatst, boven aan in zijne brieven begon te dellen: Ego et Rex meus. Ik en mijn Koning. Dat begon de Koning toch eindelijk te verveelen , zo dat hij in ongenade bij hem verviel, en eindelijk van hartfeer dierf, waar bij, als iets aanmerkelijks aangetekend werdt, dat toen hij een pragtige marmeren begraafplaats voor hem deedt vervaardigen, een der arbeiders al, zo bij zig zeiven, mogt gepreeveld hebben; bouw maar ■wat aan, Maat! je zult 'er, als je dood bent, zo min in liggen als ik. Inmiddels fpeelde de Koning fchoon den gebraaden haan; en braste en fpilde als of'er geen doorkomen aan was; ook hieldt hij zig onledig met de eene vrouw naa de andere te verflijten; dat was al een van zijn gewigtigde bezighee- den,  ï92 DE PAKETBOOT. den , terwijl de Kardinaal het rijk befhmrde. Zes Vrouwen heeft hij op die wijs gebeneficeerd, waarom hij den Griekfchen eertijtel van Polygamus verkreeg, een tijtel die in het Neêrduitsch niet zonder omfchrijving te vertaaien is; zoo men echter de vrouwen, lekkere beetjens mag noemen , zoude men den faamgedelden Grieklchen naam met het dtmengedeld woord veelvraat zeer wel kunnen vertolken» Zijn eerde vrouw was catharina, de jongfle Dochter van ferdinand den Katholijken, Koning van Spanje : dat was provifioneel al een heel raar foort van een huwelijk, want het was eigentlijk de naagelatene Weduwe van zijn' eigen Broeder arthur, die met zijn 35de jaar, met haar getrouwd en in zijn iódejaar, dat verdaat zig van zeiven, aan de teering overleden was ; om nu echter het huwlijksgoed, dat zij aangebragt hadt , niet te verliezen, moest hendrik de VlIIde , wijl zijn Vader het zo begeerde, met die Weduwe trouwen , onder voorwendfel dat zijn Zoon arthur , die altijd zeer ziekelijk geweest was, nooit waarlijk den trouw met haar voltrokken had-  DE PAKETBOOT. 193 hadde; wijl zig altijd, op 's Konings last tot bewaaring van de voor 't rijk, hoogstgewigtige gezondheid van den erfgenaam des Kroons, eene oude vrouw, tusfchen het jonge paar hl geplaatst hadde-; 't geen, zo men zegt, tevens een fchilderachtig en bevallig contrast en een gemengeld Tafereel van de drie gratiën opleverde. De geleerden zijn het echter in deze, gelijk in veele andere zaaken, niet volmaakt eens; want 'cr zijn 'er die willen beweeren-, dat deze Prins arthur , waarlijk cn indedaad het huwelijks verbond , met zijne fpaanfche Gemalin, bevestigd hebbe, en zij gronden hunne meening op zeker gezegde van dien Vorst , welke eens, des morgens bij zijn ontwaaken, een' grooten dorst gevoelende, buiten gemeen veel dronk en tegen zijne Hovelingen , die- hunne verwondering daar over betoonden , ten andwoord gegeeven hadde: fe in medio Hispania pernoctc.sfe, qu<£ trtique calida esfet regio. Deze prinsfelijke woorden zou ik nu wel vertaalcn; edocli ik vrecze dat ze heure deftigheid daar door zouden verliezen en epr ploertelijk dan prinfelijk zouden luiden ,wat N even-  394 DE PAKETBOOT. evenwel gedaan; 'er zijn 'er zeeker onder u lieden die de kracht van de Latijnfche woorden niet zo oogenbliklijk vatten; wel, kom aan! ik zal ze u dan in een vers regel vertolken, om ze ook even deftig te doen voorkomen. D2 vorst zeide dan: Hy hadde, in 't hart van Spanje, Een allerheetst gewest, geheel den nacht vertoefd. Wat 'er ook van zij, hendrik de VUIfle trouwde, naa den dood van dien ziekelijken Prins, gelijk gezegd is, deze zijne Weduwe en leefde , twintig jaaren achter een , tamelijk vernoegd met haar ; dat is veel , althands voor zo een foort van een mensch als deze Koning was, en dit genoegelijke leven zou nog langer geduurd hebben , zoo de Kardinaal wolseï geen' haat tegen den Keizer karel V, wiens naaste bloedverwant deze Koningin catharina was, opgevat hadde; want hij begreep, om den Keizer een pots te (beden, deze Koningin te doen verdooten en de Zuster van franciscus den Iften, Koning van Frankrijk , met wien hij nu handen op één buik was , aan den Koning in heur plaats ten hu- we-  DE PAKETBOOT» ïo5 welijk te geeven. Dit plan bij zig zeiven gefmeed hebbende, deedt hij alle moeite om den Koning, die uit zig zeiven juist niet heel naauw van consciëntie was , te overreeden , dat hij toch geen aartig ftukjcn begaan hadde, met zijn broêrs Weduwe te trouwen en dat hem dat toch , vroeg of laat, wel eens leelijk opbreeken konde, en daar dan zo wat verder bij gedweept , zo dat de Koning eindelijk al weeker eil weeker in zijn gemoed werdt en hem de traanen in de oogen begonnen te komen ; tot hij eindelijk hem aldus beandwoorde: ja mijn goede Kardinaal, ik geloof, bij mijn eer, dat je gelijk hebt, maar met dat ik nooit reis een «ogenblik den tijd heb om een goed boek in mijn handen te neemen, zo heb ik , in den gelove voort, aldien tyd niet beter geweten, of daar was geen zier kwaad bij ; maar nouw je 't zegt, ja\ nou voel ik ook, dat ik me maar reis heel mal vergalloppeerd heb ; maar wat nou gedaan , ik ben 'er nou aan vast, hoe kom ik 'er nouw met fatfoen weêr af; cn ik mag het wyf an~ ders nog al lijden ook; en, wagt reis ! nou ik ta wet bedenk, heeft de Paus te dier tijd mijn H 2 u'9m'  196 DE PAKETBOOT. trouw nog gewettigd; en 'er een dispenfatie van gegeeven; doch waar ik dat ding, in al dien tijd, gelaaten heb, weet de Hemel— Ja maar, hoor eens, je Majefteit - andwoorde wolsey hier weder op, de Paus, de Paus, doet zoveel, dat hij, onder reverentie, wel laaten mogt, dat zijn dispenfatie, net zo veel in dit geval uit doet als een nul in 't cijfer, en, om je de waarheid te zeggen, 't wordt hoog tijd, dat je dien heelen Paus, zo vroom als hij dan ook wezen mag, reis ernftig naa rijdt, dan zal je waarlijk een groot en dienst aan de goede ingezetenen doen, want die Sinjeur de Paus, past maar op ds kleintjes, en als 'er voor daan wat te dispenfeer en en te knevelen valt, kunnen wij 't zo wel in onzen zak fteeken, als hij; want het is toch alles maar om de duiten. De Koning was ten hoogden voldaan over dit hoog wijs advijs van den Kardinaal en voerde hem in verrukking toe; Jongen! Je ftaat den fpijker daar opzijn' kop, ik heb 'er al lang ook zo over gedagt. Wel kom aan, willen we 'er reis een klugt van hebben, ik zal mijn wijf, in fpijt van den Paus, laaten zakken, en dan zullen we reis zien wie de baas zal  DE PAKETBOOT. 197 tal blijven; maar vriendjenl Ik ben niet gewend, oude fchoenen, zo'als men zegt, te verwerpen, voor ik nieuwe heb, weetje nou ook zo gaan weêr een ander poppet jen voor me; want kijk je kunt wel begrijpen, mijn huishouden laat niet toe, dat ik ongetrouwd blijve; en met een meid huis te houden, dat weet je zelf wel, bij ondervinding , dat gaat zo wat. De Kardinaal floeg hem daar op het huwelijk met de gemelde Franfche Princes voor, en dat was aanftonds naar zijn* fmaak ; wijl hij niet zeer kiesch was; edoch de Koningin hadt niet met al zin in die fraaije fchikking, en zeide dat ze met diergelijke grappen al heel niet gediend was; dreigende den Koning met de handen in de zij, (ze viel wel wat driftig) dat ze 't aan den Paus klaagen zou; dat die wel middel zou weeten, om dat mooije mormeldier met zijn rooden fchouwermantel (dat was zijn exeüentie de Kardinaal) tot reden te brengen. — Heel goedl keef de Koning weêrom, doe jij wat je. niet laaten kan; en loop voor fint velfen met je lieven Paus; maar hij moet mij hier geen wetten meer ft ellen; dat is eens vooral uit, hoorje\ Dat kibbelen en kijven duurde eindelijk zo lang, N 3 dat  2q8 de paketboot. dat de Koning haar voor goed verdiet; evenwel het huwelijk met de Frarifche Princes ging ook niet door; wijl wolsey inmiddels in ongenade verviel, en de Koning nam, op zijn eigen houtjcn, een andere Gemalin. Deze zijn tweede Vrouw heette anna van sullain en was de Dogter van zekeren tiiomas bullain Graaf van Wiïtshire , die door den Koning in gezandfchap naar Frankrijk gezonden was , geduurende welken tijd zijn Majefteit hem de genade beweezen hadt, van , een en, andermaal, eene vifite aan deszelfs Vrouw te geeven, zo dat kwaade tongen wel willen zeggen , dat deze anna van bullain , den Koning nog veel nader bedondt , dan zijn eerde Vrouw hembedaan hadde; zij die dezen vroomen Vorst zo lasteren , gronden hunne meening op zekere vraag , die de Koning, eens uit de grap apret boire , zo in zijn onnozelheid aan eenige Hovelingen gedaan hadde, naamlijk wat voor een foort van zonde dat toch wel mogte weezen, als iemand eerst de moeder en dan de dogter beminde ? Waarop een der galantde Hovelingen heel vlug, met zo een foort van een aapetdach, geand-  DE PAKETBOOT» 199 andwoord hadde: he! hel zijn Majefteit, dat is al een klugtigc vraag, een fchrandere vraag, me dunkt, he! hc! dat is even zo groote zonde , als of iemand eerst de hen en daarnaa het kuiken opat; he he he; zijn Majefteit kan toch vernuftige vraagen uitdenken , he, he ! Deze anna bullain , nu was een fraai en goedhartig meisjen , ja zelfs zo gul en dienstvaardig , dat ze, geduurende den tijd dat ze te Parijs refideerde, (waar de Koning, die altijd voor heur opvoeding zorgde, haar in heur jeugd, zo fommigen willen , fchool gelegen hadt), den Koning franciscus en bijna zijn geheele Hof, alle mogelijke diensten bewezen had, zo dat men haar te Parijs, uit erkentenis cn om dat het zo'n gulle meid was , la Hacquenee d' Engleterre , het Engehch merrietjen en la. mule du Roi; het ezellinnetjen van den Koning, noemde. Och ja! ze leefde daar zo zoet met dat de heele Hofgezin , zo dat de Koning en al zijn Hovelingen , traanen met tuiten fchreide, toen ze weder naar Engeland vertrok. Deze algemeene droefheid fcheen een voorteken van een aanftaand ongeluk te zijn , het geen N 4 hm  soo DE PAKETBOOT. haar ook niet lang naa heur huwelijk bejegende , en hier in beftondt. Heur gulle vriendelijke humeur, kon niet naakaten haar in Engeland ook veele vrienden te verwekken, want de Engelfche is een bijzonder vriendelijke en vriendhoudende Natie; of liever ze bezitten zo een vriendelijkheid op hun zelve , die men ze wel juist niet aan zien kan, maar die toch innerlijk al heel bijzonder is; althands het ongeluk wilde , dat de Koningin met een half douziju van heur Pages en inzonderheid met een' muzikant smeton genoemd, die allerliefst mooi en verrukkend kon fpeelen-, «ene zeer groote vriendfehap onderhieldt en ook heur' Broeder george, zo men zegt, al te geweldig graag mogt lijden , zo dat het al Broertje lief voor en Broertje lief ma, was, en al wat ze praatte met me Broêr dit en me Broer dat door fpekt was; daar de Koning, die altijd dagt dat hij, zoo als *t ook wel paste, de beste van zijn heele Hof was , in al dat gebroêr vóór en naa, al niet veel zin begon te krijgen. De Hovelingen dit merkende, deeden doer zekere Hofdame, joiianna seimour geliceten, en dk gaarne de plaats,  DE PAKETBOOT. flot plaats der Koningin bekleede , omgekogt, mede braaf hun best, om de jaloufie des Konings aan te zetten; die eindelijk eens , in de Comediey'in vollen vlam uitbarste en wel uit deze onnozele oorzaak: het was zo wat in den naazomer en daarbij een redenlijk warme dag, zo dat het in den Schouwburg, die prop vol was , zo benaauwd werdt dat ieder van de hette zat te blaazen als een blaasbalk, daar nu de Vorstelijke perfonagien en hunne fatellieten , even zo min als de menfchen, voor de persling des dampkrings beveiligd zijn, was 'er een edelman in de loge waar in de Koning en Koningin zig bevonden , die , uit hoofde van zijn teder, fijn en aandoenlijk zenuwgedel, deze geweldige drukking der lucht niet wederftaan kon , maar zat te zweeten als een aandraager. De Koningin, dit ziende, wierp hem heur' zakdoek toe, op dat hij zijn zweet, dat hem bij den neus af liep , daar mede droogen zoude ; dit zagen bijgeval de andere Hovelingen , en die toen den Koning in 't oor gefluisfterd: zie je nu wel, Sire! zie je nu wel, wat zeg je 'er nouw van ! deze werdt daar op zo N s fa-  «ca DE PAKETBOOT. facraments nijdig, dat hij, terwijl de Acteurs juist aan een van de beste coupen van het ftuk waren en elk even aandagtig toekeek, uitfchrceuwde : jou dit cn dafs beest, nou heb ik het gezien; zat ik hier zelf niet zo benauwd dat ik mijn bast pas roeren kan , ik zou je zo drijvende met eeti arm de loge uitfmijten: dat zou ik ! elk fchrikte en wist niet "waar die. rufie zo in eenen van daan kwam; het gemeen van de fchellings plaats riep terwijl , niet weetende dat zijn Majedeit zelve zo kragtig oreerde, hou je fmoel daar ; hou daar je bek! De wagt kwam al in, om den dronken kaerel uit de Comedie te leiden ; maar ziet op een' wenk die een der Hovelingen, uit 's Konings Loge, gaf, begreepen de Acteurs dat het fpel maar uit moest weezen en lieten, het gordijn ogenfcliklijk vallen; daar hadt je toen de heele Schouwburg in rep en roer; de Koning drong al vloekende uit zijn loge ; de Koningin werdt aanftonds op zijn' last aangepakt en moest, zo uit de Comedie, naar de gevangenis marcheeren, de aanfehouwers fcholden en demden, dat ze niet half genoeg voor hun geld gezien hadden; al-  DE PAKETBOOT. aos tuthands die Comedie pret liep heel mal af, en wel het malfte voor de Koningin, die hort daar naa, op last des Konings, onthalst werdt. Toen kwam de reeds gemelde johanna seimour op de baan; 't was juist of deze Vorst zo veel als een klap menuet met zijn vrouwen, dande, want de een klapte de andere af. Deze dan werdt zijn derde, vrouw , doch met deze kon de Koning het althands niet lang uithouden ; zij moest dus al fpoedig ook weder afmarfcheeren , en dat bezorgde de goede medelijdende Koning zo dilletjcns en zoet, dat'er geen haan naar kraaide; want, toen ze in het kraambedde lag en hem een Zoontjen prefent gedaan hadt; keek hij heur' Lijfmedicus zo reis even aan, en die knikte maar reis, en ziet de Koningin raakte van alle de kwellingen dezer katijvige aarde verlost en ging zo zoetjens en zagtjens den weg alles vleesch. Zijn Majedeit was zeer bedaard, toen hij die droevige maare vernam, en zeide: Och de goede Vrouw is gelukkig, we moeten toch alle ééns fterven , och ja ! Daarop begon het geheele Hof te balken en te huilen, maar de Koning bewaarde zijn edele gelaatenhcid, en  sc4 DE PAKETBOOT. cn werdt daar over, door al het Hofgezin, uiterm aaten bewonderd. Hij zag al fpoedig weder naar een* ander flaguit,en nam, op aanraaden van zijn Hovelingen, zijn vierde Vrouw, deze was geheeten anna, eene Hertogin van Cleef, en dus een Duitfche Princes , die geen woord Engelsch verkondt , daar hij integendeel geen letter Hoogduitsch uit brengen kon ; zo dat dit een allerlieflte converfatie uitleverde , want of hij al riep: my /weet heart \ my pretty girl! ' my very good Queen, rt was net of hij tegen den post van de deur babbelde; want zij riep niet anders als : tck verfteke Jie nicht, gmediger Herr König! mijner feele, ik verflehe fie, warhaftig nicht \ Dan hij daar tegen weêr , want dan werdt hij aanftonds nijdig, als iemand zijn mooije poespas van Engelsch niet verltondt, dan was het: dem a dutsch wo men, a dutch Dog, dan zij weêr, was fagen fie mein liebfier, bist nicht anfgeraumd?niein Schatzleinl Dan fiste hij weêr tusfchen zijn tanden : y cannot underftand you, fpeak Eng/isch, demi ja, dat maakte geduurig zo'n concert als of men van verre koeken met vet  DE PAKETBOOT. Vet hoorde bakken; want het Hoogduitsch luide zo fmeerig en het Engelsch fiste 'er zo geweldig onder, dat men 'er haast honger vau kreeg als men 't hoorde; nu dat wou, gelijk men wel denken kan , in 't geheel niet lukken en deze Duitfche Freule kreeg welhaast heur congé. Toen nam de Koning tot zijn vijfde Vrouw catharina howard , die iets in heur oogen hadt, dat hem uitneemend wel beviel en 't welk ook al een van de redenen was, waarom hij zijn Moffinnetjen den zak gegeeven hadt; edoch dit Huwelijk was van nog korter duur, want hij meende dat hij een maagd aan haar getrouwd hadde en daaraan, uit zekere hem bekende tekenen , (want het was een groot kenner in rebus obftetricis), twijffelende, mogt hij haar daar over eens onderhouden; en zeide eens: me dunkt, of ik het wel of kwalijk hebt ik weet het niet; maar ik geloof haast niet, dat ge heel zuiver maagd zijt.— Och heden neen, je Majefteit, zei ze aandonds, en kwan 'er nu ruiterlijk voor uit, al federt tien jaaren niet meer geweest; och heden! ik dagt waarlijk dat je dat wel wist; anders had ik het je wel al lang ge- zegd.  £06 DE PAKETBOOT. zegd. Daar nu de kuifche Vorst, een' ingebooren haat tegen oneerlijke Vrouwen koesterde, werdt deze ook wel haast een hoofd korter gemaakt en de Koning nam eindelijk zijn zesde Vrouw. Deze heette catharina parre en was 'er beter achter, dan al de voorige vrouwen des Konings met mekander; want kon de Koning Vrouwen beneficeeren, zij wist de kunst van mannen te kunnen verflijten, en was nu al aan heur' derden man, en dat was de Koning; om wiens wil zij heur' tweeden man op een reis gezonden hadt, van welke zij zeeker wist dat hij nooit wederom komen zoude, gelijk zij dan ook dezen Koning te dim was , en hem ook verdeet, waar naa zij voor de vierde maal met zekeren thomas seymour in den egten daat tradt. De Koning hadt, eer hij het Tooneel van dit leven verliet, een heele omwenteling in de Kerk te wege gebragt; want door de rufie met den Paus , raakte hij zelve met zijn eigen geloof, het welk buiten dat niet heel vast in zijn hoofd hadt, fchrikkelijk in de war; fchoön hij 'er nog al  DE PAKETBOOT. 20? al veel van meende te weeten en wel reis voor tijdverdrijf met zijn Hovelingen catechifeerde, ja zelf tegen Luther, toen die aan 't hervormen, bezig was, een heel dik boek gefchreeven hadt, waar om Paus leo de Xde hem ook met den tijtel Def&nfor fideï , Befchermer des geloofs, befchonk , maar toen clement de Vide in zijn eerde Echtfcheiding niet wilde" bewilligen, was al dat mooije weêr over; evenwel hij hadt Luther al te veel publick uitgefcholden om tot de zijde der Protedanten over te gaan ; want dat rekende hij voor fchande. Hij bedagt dus een foort van een religie op heur zelve en wierp zig tot hoofd van de Engelfche Kerk, gelijk hij die noemde, op , vervolgende de Roomfchen en Protedanten te gelijk, te vuur en te zwaard, zo dat men rekent dat hij wel 70000 menfchen, die zijn misfclijk geloof niet konden begrijpen en dus ook niet wilden aanneemen, zo gevoelig onderweezen heeft, dat ze 'er den hals bij infchoten; althands, geduurende zijn laatde levens dagen, durfde Engeland, noch Roomsch nochProtedantsch weezen en dat gehaspel bragt zeer veel toe, dat de Reformatie in Engeland door-  2oS DE PAKETBOOT. doorbrak, gelijk dan ook het geheel koninglijk huis , tot op den huidigen dag, nog zuiver gereformeerd is» Op het laatst van zijn leven , werdt deze vroome Vorst zo dik en vet, dat hij zig, over al waar hij wezen wilde, in een' draagdoel heen moest doen brengen, en dat kwam al veel daar van daan , dat hem dikwijls zo wat muizennesten in zijn hoofd kwamen; want hij had wel zo vlagen , dat als hij zo wat (lil zat te practifceren, hem wel eens zo een of ander van zijn vermoorde Vrouwen voor den geest kwam met zo een enkel duizend of drie menfchen, die zijn nieuwe geloof niet hadden kunnen begrijpen ; en die hem dan zo in 't verbij gaan juist niet heel vriendelijk aankeeken en hem, zo hij zig verbeelde, altemet zo reis een vuistjen toonden, als of ze met hem bakfen wilden , nu die harsfenfchimmcn, verdreef hij dan geduurig met een beefdeaks en een goeden teug ale of porter ; dit deedt eindelijk zijn lighaam zodanig in masfa aan wasfen, wijl de zelfltandigheid van de beefdeaks en porter , zodanig bij hem toe nam , dat hij eindelijk zelf een tftuk  DE PAKETBOOT» 209 Ruk osfen vleesch werdt, waardoor zijn ziel genoodzaakt was te verhuizen; bij welke gelegenheid hij deze vroome en geduldige uitdrukking tegen zijn hovelingen gebruikte: amkV. perdidimus omnia , regnum , vitam, animam ! Kameraads ! nu ben ik alles kwijt, mijn rijk,mijn leven en mijn ziel! En daar op ftierf hij gerust; want toen hadt hij ook voor niets meer te zorgen. Evenwel hadt hij 't nog kort. te vooren zo herteld dat zijn drie egte kinderen, eduard, maria en elisabeth elkander, als de een de ander over leefde, op den throon volgen zouden en dat gebeurde ook netjes gelijk hij dat gewild hadde en met dit zijn kroost namen ook de Koningen uit het huis van Tudor een einde, gelijk we nu nog even verhaalen zullen, en dan naar de kooi; want ik geloof dat de fchipper zig fehrikkelijk misrekend heeft en dat we nog wel een naehtjen zullen dobberen, eer we dat lang gewenschte Harwkh bereiken. —— De Zoon die hendrik VIII naaliet bedeeg, onder den naam van eduard VI, den throon, echter niet alleen, want daar hij nog degts tien jaaren oud was, hadt hij veel werk om den O throon  aro DE PAKETBOOT. throon op en af te komen; evenwel regeerde hij de Britten; want dat was toen zo een zachtzinnig volk, o! een kind kon ze leiden; doch evenwel, om de voorzichtigheid, waren 'er nog zestien voogden over den Koning aangedeld en die heele ploeg voogden Werdt nog boven dien, meï Koning en al, door een' commandeur beduurd , die , in den drikden zin, geduurende de minderjaarigheid des Konings, in de daad Koning was, te weeten zijn moeders broeder eduard Hertog van Sommerfet; en deze was een Protedant en voerde de hervormde leer over het geheele Rijk, zonder tegendand, in; wijl de meede grooten dezelve gedeeltelijk uit overtuiging, gedeeltelijk uit daatkundige inzichten, en gedeelte lijk om dat ze niet anders konden, aannamen, en het gemeene volk toonde zig, in dit fluk, ook nog al handelbaar , de meeden begreepen wel zo fpoedig den grond van het verfchil niet, doch Rome is ook niet op één' dag gebouwd, dat zou zig door den tijd wel vinden. De Hertog cum fuh dagt aandonds om den Koning £en goede vrouw te bezorgen, dat was een vrouw waar door Schotland met Engeland ver- eenigd.  DE PAKETBOOT» »i% éenigd konde worden, en dus viel natuurlijk hun oog op de toenmalige regeerende Koningin van Schotland maria, maar dit leek den Franfchen niet best, die daarom hunnen Dauphin , naaderhand franciscus II, aan haar koppelen wilden, dit verwekte een' korten oorlog , die toch wcêr fpoedig in een vergelijk,in i55° em" digde. Maar daar alle perfoonen, die in hoog bewind zijn, hunne benijders hebben, zo hadt ook Hertog eduard zijn vijanden, en wel voornamcntlijk één, met name johannes dudley Hertog van Northumberland; 't welk hij bemerkte en hem daarom geduurig een vifite ging geevcn; dat was- vriendelijk en broederlijk van den man , zou men zeggen , maar ziet het was zo wat een Caïns Broederfchap; want hij hadt geduurende die viütes, altijd een pook bij zig verborgen en dagt geduurig bij zig zeiven wil ik reisl of wil ik niet\ evenwel het mogt hem toch niet van zijn hart en hij ging geduurig in vrede naar zijn paleis terug; sudley, ondertusfehen was zozagtzinnig niet; want die betrok hem, zijn goeden wil eindeO fl ^  ti± DE PAKÉTÉOOT. lijk bemerkende, voor den rechter en bragt het zo verre dat de Koning in 1552 verweezen en onthalst werdt. Bij deze rechterlijke daad, hadt hij echter een bijoogmerk , te weeten om des Konings Zuster maria van het erfrecht der Kroon uit te fluiten en zijn'Zoon gilford , die met johanra gray , de Dogter van den Hertog van Suffolk gehuuwd was , die van grootmoeders wege eene bloedverwante van Koning hendrik VIII was, op den throon te plaatfen ; doch dat wilde evenwel niet gelukken, hoe fijn hij dat ook beweerde en met de geflagt registers aantoonde; ik zoude u zijne demonflratie wel breeder verklaaren; doch bij gebrek aan Garnaals koppen, waarmede men diergelijke ingewikkelde familiën en oude gedachten best uitrekent, moet ik dit fchoon bewijs , tot mijn leedwezen , achter wegen laten. maria volgde dan heuren Broeder eduard op, zij was in heur jeugd ten Hove niet zeer gezien geweest; maar nu ze Koningin werdt, werden die hekken aanftonds verhangen , zelfs de Hertog van Northumberland, heur heimlijke vijand  DE PAKETBOOT. jij Vijand en partij, toonde zig, bij heure inftallatie, zo uittermaten blijd,dat hij, in plaats van ordentelijk met zijn' hoed te zwaaijen en een hoezeetjen of wat uittefchreeuwen, denzelven wel driemaal een el hoog in de lucht wierp en dan wcêr vong , net of hij fimpel was ; doch maria was met al die uitdeekende complimenten, niet eens gediend, maar deedt hem, zijn' Zoon en deszelfs Vrouw johanna gray , althands het heele zootjen bij elkander, oppakken , en, den een naa den ander, onthalzen. Wanneer ze nu met rust wel en gemakkelijk op den throon zat , bedoot ze om het geheele Rijk weder Roomsch te maaken cn tot dat werkjen gebruikte zij den Kardinaal reginaldus polus, die het ook heel fchielijk klaar kreeg; immers op oud ijs vriest het gaauw. Meer heeft dit Koninginne mensch niet bijzonders uitgevoerd en dat was ook al heel wel. De Kardinaal hadt wel wat zin in haar, want hij was al een bedaagd man en zij ook goed ouders , loopende al dicht naar de 40 fc»§*» maar Keizel' karel de Vde bewerkte zo veel bij den Paus, dat hij den Kardinaal naar Rome op outboodt, O 3 met  3i4 DE PAKETBOOT. met de vriendelijke intentie van hem aldaar ate een ketter, te doen verbranden; maar evenwel dat plan, ging, ten allen gelukke voor den Kardinaal, niet door, hij werdt flcgts zo lang te Deutlmgenvust gezet, tot 's Keizers Zoon filips de Ilde, de man aan wien Nederland zo duur verpligt is, een huwelijk met de Koningin gefloten hadt, onder conditie evenwei, dat zij in Engeland, en hij in Spanje zou blijven, alles onder 't welneemen, 't is maar zo als men een ding fchikt, vóórbeding maakt naaderhand geen krakeel, en als ze dan een'Zoon kreegen, want te hooij en te gras bezogt filirs zijn Geraalinne wel eens, die zou dan Engeland, de Nederlanden en Bourgondiën erven, dat was compleet; dat hadden ze zo zoet famen overlegd; maar ziet, helaas! wat 'er kwam of niet kwam, 'er kwam geen Zoon; ze hadden dus een weinig buiten den waard gerekend, 'er reezen in tegendeel, verfcheiden opdanden en oorlogen, en wel tegen de Franfchen, die te dier tijd de haven van Calais, welke de Engelfchen meer dan twee honderd jaaren in bezit gehad hadden, bemagtigden, welk verlies de Koningin zo geweldig trof, dat ze van  DE PAKETBOOT. «J van verdriet kwam te overlijden, en heur Zuster elisabeth , de Dogter van Koning hendr.ik. de VlIIfte, bij aïma van bullain, haar in het Rijk opvolgde. Met deze elisabeth nam het Stamhuis van Tudor een einde. Filips die het toch maar om den Engelfchen throon te doen was, deedt haar aanftonds een huwelijk aanbieden; zij was , hoe zeer ze hem wel lijden mogt, toch niet te bewegen , om den weduwnaar van heur Zuster te trouwen, en hadt in 't geheel niet veel zin in 't Huwelijk, alhoewel ze graag, voor heel mooi gehouden wilde worden , en magtig coquet was, ook zeer veele andere vrijers kreeg, maar die allen kunftig wist optehouden, zonder ze nog eigentlijk plat aftewijzen. Zij was in heur hart goed Proteftantsch, doch durfde het in het eerst niet opentlijk te laaten blijken ; alhoewel enkele doorzichtige lieden het wel bemerkten ; onder anderen , was 'er een Hoveling, die het haar eens van te zijde deedt merken, dat hij het wel wist; want toen, op den dag van heur krooning, alle de gevangenen, gelijk gebruikelijk was, hun vrijheid verkreegen O 4 had-  m6 DE PAKETBOOT. hadden, zeide deze al lagchende, tegen haar,: dat 'er nog vijf vergeeten waren te losfen, en toen de Koningin hem vroeg, wie dat dan wezen mogten, andwoorde hij Mattheus, Marcus, Lucas, Johannes en Paulus. — Zij kwam vervolgends opentlijk voor heur gevoelen uit, en verloste deze gevangenen in de daad, door de Hervormde leer weder in 1559 met kragt intevoeren, hatende echter de uitwendige Kerkgebruiken derzelver loop; 't welk evenwel de meest bezette Gereformeerden niet leek, die zig daarom onder den naam Puriteinen, van heure Kerk, die de Episcopale genoemd werdt, afzonderden. Deze kerketwisten hebben haar en heure opvolgers naaderhand zeer veel kwaads bewerkt, waar bij nog kwam, dat ze heur Zuster maria stuart, die in Schotland als Koningin regeerde, bij haar op deedt ontbieden, en in 1587 nitEngelsch zusterfchap, opentlijk deedt onthalzen; welk geval als zijnde juist niet zeer grappig ep ook meer tot de Schotfche Gefchicdenis behoorende, door ons flegts in 't voorbijgaan aangevoerd kan worden; zo veel echter kan men ex  DE PAKETBOOT. »* 'er bij voegen, dat ze op het punt van de uitvoering van dat vonnis een inkeer kreeg en het pardon , met zo veel fpocds afgevaardigd werdt, dat de Koningin flegts maar één minuutjen dood geweest was, toen het al aankwam; edoch een beetjen te laat is, in diergelijke gevallen , véél te laat. Zie dat fpeet haar geweldig; cn bleef haar geheel heur leven bij, zo dat ze , alleen voor divertisfemcnt, zig nu geheel op daatszaken toe lag, en de Spanjaards , waar zij maar kon, kwelde en travailleerde, dat, te dier tijd, ons heel wel kwam, wijl wij toen juist in het hart van den oorlog tegen filifs de Ilde en ziju confortcn, gewikkeld waren. Zij zondt ons zelfs , dat meer is , om ons te plailicrenden Graaf van leicester als een Stadhouder toe; de goede Vrouw zou hem nu wel thuis hebben mogen houden; maar toen waren wij 'er, in 't begin, wel zeer meê gediend, het was ook zo een fijn man, zo regt Engelsch vroom en vriendelijk bij uitdek , alle menfchen groete hij en knikte zelfs de bedelaars toe, die hem om een duit aanfpraken, evenwel werdt de man met al zijn vroomheid, hier ter dede niet zeer betrouwd, O 5 want  fttl DE PAKETBOOT. want hier eens op het raadhuis in vollen gala onthaald wordende en braaf klinkende en drinkende, hadt de regeering zorg gedragen, dat 'er achter de tapijten, waar mede het vertrek, te dier tijd, bekleed was, eenige Schutters met geladen geweer verborgen waren - dat gaf toen wel zo eenige dilte onder de gasten, evenwel Heil en Broederfchap \ Doch wijl dat niet tot de Engelfche Historie behoort, zullen wij dat vriendenmaal voor gezien houden, en nog van onze Koningin elisabeth vertellen, dat ze zeer geleerd was, en bij uitdek vlug, zo dat ze eens drie afgezanten op éénen dag in de Latijnfche , Franfche en Italiaanfche taaien andwoord gaf. Op heur derfbedde begon ze eerst te begrijpen, dat heur zetel een Konings zetel was en wilde dus dat Koning tacobus I uit den huize van stuart , haar in het Rijk opvolgen zou, met welken Vorst, dan ook de volgreeks der Koningen uit het huis van stuart een' aanvang nam. Ten befluite vrienden; want ik begin al daap te krijgen en geloof, dat ge ook al hard naar de kooi verlangt, moet ik u nog een kleine galante fcene van de geleerde Koningin met een' ar¬ moe-  DE PAKETBOOT. "9 moedigen Dichter vertellen: zij hadt, gelijk ge ligtehjk denken kunt, een' geduurigen aanloop van arme geleerden , die in alle tijden en bij 'alle volken voorhanden zijn; onder anderen kwam 'er ook een heele povere Latijnfche poeeet, bij haar zijn hof maaken, en , naa met hem in een geleerd discours over de oude Dichters getreedèn te zijn, gaf de Koningin hem een goed bibale, of drinkgeld, toen met een zucht uitroepende : Pauper ubique jacet 1 De arme ligt overal'. De fchrandere Poëet vatte haar aandonds op heur woord en maakte heel vlug dit extemporé : In Thalamis Regina tuis hac nocte cubarem. Si foret hoe ycrum, pauper ubique jacet. dat is: Zoo't waar was, Koningin, 't geen gij gelieft te zeggen, Ik zou mij, dezen nagt, bij u te bedde leggen. Maar, wordt het nu, daar we van bedden juist fpreeken, Geen tijd onze reden hier ook af te breeken; De flaap ftaat ons haast op de leden te komen , Haast zouden we, al fpreekend , van Koningen droomen; Het wiegen cn ftooten en fchokkeu der zee, Brengt ook al verlangen tot lluimeren meê; Elk fprei dan zijn leger en vlei zig ter neêr, 't Wordt helder in 't oosten, we krijgen mooi weêr, De wind wordt ook gunRig, komt vrienden! ter rust, Op morgen bereiken wij de Engelfche kust. ZES«  ZESDE TIJDVAK, KONINGEN UIT HET HUIS VAN STUART. Jacoblis de Ilde van Schotland, wordt met veel vreugd in London ontfangen , doch dezelve duurt niet lang. — Buspoeder verraad. — De Koning maakt een extemporè, dat fommige geleerden niet bevalt. — Krijgt zijn'' fchoon zoon met deszelfs huisgezin op zijn dak. — Zijn zoon Karei loopt een blaauwe fcheen in Spanje. — Raar tooneeljpel om hem te befpotten, te Madrid vertoond, dat mal afloopt en met hoopvechten eindigt. De Koning gaat in 1590, zijn vrouw uit Denemarken afhaalen. Wordt een groot geleerde, zijn vriendfchap met Tijcho de Brahé en voorval met Buchananus, wil een' fchat vinden, doch wordt bedroogen, fterft 1625. — Karei de IlTe volgt hem °P- Zeldzaame anecdote van een Hofnar.— De Koning mengt zig in kerkentwisten, — 't welk hem zeer in V naauw brengt. — Het Parlament wapent zig tegen hem. — Olivier Cromwel voert het gebied over het leger tegen den Koning en doet hem  DE PAKETBOOT. 221 hem Ao. 1649 ter. dood veroordeelen. — Zijn zoo» Jacob dellde vervolgt den Oorlog; doch moet vlugten. - Engeland wordt door Quakers beftuurd, die 'er niet meê te regt kunnen komen en Cromwcl tot Protector verkiezen. — Cromwel derft Ao. 1658, zijn zoonen Richard en Hendrik ftaagen niet best in hunne affaires en worden geremoveerd. — Jacob de Ildc wordt weêr herfteld en vervolgt zijns vaders vijanden en roert het geweldig, krijgt zo wat half zuiver en half valsch een* zoon, doch wordt eindelijk voor goed door Prins Willem de lilde verdreeven, die daar op Koning wordt. — Drie bijzonderheeden omtrent zijn perfoolu _ Hij fterft aan een' val van zijn paard, Ao. 1702. Koningin Anna volgt hem op. — Twist tusfehen de Torrijs en Whigs. — Amu fterft 1714George I volgt haar op. — De zoon van Jacob II ftaat onder den naam van Pretendent naar de kroon. George de Ite fterft. — George de Ilde komt op den Throon, doet niet veel aamnerkenswaardigs; fterft en laat het Rijk in Ao. 1760, aan zijn klein zoon den thands nog leevenden Koning George de lilde over. Koning jacobus de Vide van Schotland en de eerde van dien naam, onder de Engelfche Koningen, bedeeg, naa den dood van Koningin elisabeth, volgends heuren uiterden wil, in den jare 1602, den Engelfchen zetel: hij was  522 DE PAKETBOOT. was een afftammeling van de vrouwelijke linie, terwijl de mannelijke linie van dien Vorst in Koningin elisabeth uitgedorven was : waar door hij de naaste tot den throon gerekend werdt; groot was de vreugde waarmede hij bij zijn aankomst in Londen ontfangen werdt, edoch op zijn kroonings plegtigheid, was'tover met de pret der burgerij , alzo hij kort te vooren, een gebod gegeeven hadt, dat niemand der Burgers ten hove mogt komen; wijl 'er ter dier tijd een zwaare pest te Londen heerschte, en de Koning de gaaf der medicijnen , gelijk zijn Voorzaat, William de belijder, niet bezittendei bevreesd was, dat dit kwaad zijn hof ook mogt, aantasten, zo dat de grooten dat fpelletjen maar onder elkander affpeelden. Intusfchen was men reeds In ftilte hard bezig, om hem van den throon aftewerken en dat kooltjen werdt hem door zijn nichtjen arbela gedoofd, doch de aanflag mislukte; evenwel de Koning liet zig, toen het verraad ontdekt was, gezeggen en de famenzweerers kwamen met graauwen en fnaauwen en een goede geldboete vrij. De Paus clemens de Ode hadt niet weinig de hand in dit werk gehad; 't welk  DE PAKETBOOT. 'c welk den Koning jacobus bewoog, om openbaar de Hervormde leer aan te neemen en de Roomschgezinden door het geheele rijk te vervolgen. Edoch dit maakte het kwaad erger, dan het geweest ware , want naa verloop van eenige jaaren bedagten de Heeren Jcfiuten, die nog al doorgaands zeer vindingrijk waren, eens om korte metten met den Koning en zijn geheele Parlament te maaken en ze alle censdags, zonder trap of ladder, in den Hemel te doen arriveeren. Daar toe hadden ze allengs eenige tonnetjcns Buskruid in een kelder, die juist onder de vergaderzaal door liep , doen brengen, roornecmens zijnde, datboeltjen, als het heele Parlament vergaderd zou zijn, aan te decken; maar gelukkig werdt daags te vooren, dat dit fchoone ftuk ter uitvoer gebragt zou worden, een der leden welke een bloedverwant van een der famengezwoornen was , door een briefjen gewaarfchuuwd niet naar het Parlement te gaan; alzo 'er een gruwelijk verraad dondt uitteberstcn: deze waarfchuuwde den Koning en die liet daarop naauwkeurig huiszoeking doen cn ziet daar werdt de aap gevonden. Eenigen derfaam-  224 DE PAKETBOOT»' gezwoornen werden gevangen en anderen ontkwamen den dans door de vlugt; onder de ge* vangenen was een der voornaamiten zekeren Jefttft hendrik garnet genoemd , voor wiens loskooping , de Koning van Spanje, om dat het zo een nuttig meubel voor de Roomfche Hoven , in dien tijd , was , 30000 Rijksdalers deedt bieden; maar ziet Koning jacobus andwoorde: meê gevangen , meê gehangen , dit extempoFétje, vondt de Jefuit evenwel niet bijzonder fraai, inzonderheid hadt hij 'er veel tegen, dat zijn Majefteit op hangen hadt gelieven te rijmen; dat vondt hij wat triviaal, edoch de Koning verdedigde zig met den dwang des rijms,en deedt, uit kragte dier poëiïe, den dimmen Jefuit met zijn confrater aan een klein touwtjen in de lucht voltigeeren. De Roomschgezinden daar tegen befchuldigden den Koning, dat dit geheele verraad flegts door hem uitgedagt ware , om een oorzaak te vinden, waarop hij de Roomfchen , met fchik, uit zijn land konde verdrijven, en zij canonifcerden den gehangen garnet, onder het getal der Marteiaaren; wat 'er van zij, is nooit geheel volkomen uitgelekt, althands dit is zeeker dat  D E P AKETBOO T, ti$ .'dat men finds , jaarlijks op den 5 November, door 'geheel Engeland een' dankdag over de ontdekking van dit verraad pleeg te vieren. De Koning bemerkte ondertusfchen uit dit flukjen en de gevolgen van dien , dat hij niet veel goeds van den Paus en deszelfs aanhang te verwagten hadde, •waarom hij een' eed deedt opdeden, waar mede ••elk onderdaan zweeren moest, dat zij hem, als een regtmaatig Koning en Hoofd van de Engelfche Kerk erkenden. Onderwijl begonnen de Engelfchen en de Schotten onderling hevig te kibbelen, welke van deze beide Rijken voordaan den naam aan het Koningrijk geeven zoude , doch de Koning kwam 'er tusfchen en dilde den twist, door hen geen van beide hun' zin-te geeven, noemende het Rijk van dien tijd af Grootbrittanje ; evenwel daar was het gepruttel nog niet ten eenemaal mede bedaard, want de Schotten zeiden: wij zullen evenwel onzen Koning jacob de Vide blijven noemen, en zien eens wie ons dat beletten zal, de Engelfchen daar tegen : en wij zullen hem jacob de 1de heeten, fpijt je lui bakkes enz. enz. P Deze  225 DE PAKETBOOT. Deze jacobüs was voords een goede fukkel van een Koning en zo vredelievend, dat hij van elk over den kop gezeten werdt, zonder dat hij'er ■ zig eens tegen verzette, hij zei maar altijd zalig zijn de vreedzamen cn daar me klungelde hij al meê, als de waard van Bieleveld. Zijn Dogter elizabetii trouwde aan den Keurvorst van de Paltz frederik V. die zo dwaas was om de Boheemfche kroon, op heur aanporren en dagelijks geteem: toe kind, je moest het maar doen; waarom niet, elk bidt dat zijn fpced betert, je gunt je Vrouw ook niemendal, je kunt me immers nauw gemakkelijk Koningin maaken; toe, dac moest je nouwreis doen, en zo al voort, aanteneemen; maar ziet de onderneeming viel zo fchofel uit, dat de Koning zijn' Schoonzoon met deszelfs heele familie tot kostgangers kreeg en evenwel geen vin verroerde om hem te herdellen; daar was Vader wat te gemakkelijk toe. Even zo mal liep het ook met zijn Zoon' karel af, die hij naar Spanje gezonden hadt , om de Spaan.fche Princes maria te gaan vrijen, welk huwelijk mede, door Religie verfchil en het flooken van den Spaanfchen Minister olivarez , op nul uit  DE PAKETBOOT. -7 rut liep; zelf hielden de Spanjaards den Engelfchen Prins publiek voor den gek, en lieten ten Hove, om hem reis degelijk te foppen, in zijn tegenwoordigheid een Tooneelfpel vertoonen ; \ welk heel mooi om te zien geweest moet zijn, alhoewel het zeer droevig was , want het Tooneel werdt verfierd met twee derfbedden, een van een' Hervormden cn een van een' Roomschgezinden; de groote coup bedondt hierin, dat 'er eenige Engelen uit den zolder afdaalden en den Roomfchen met zig opvoerden , terwijl eenige Duivelen uit de kelder opgedegen, den Ikrvormden in hunne klaauwen pakten cn meê naar beneden namen; edoch de Engelen bedorven het fpel, door hunnen lieveling, toen hij pas even aan den zolder genaderd was, van boven neêr te doen tuimelen ; het geen deze zalige ziel een arm en een been kwam te kosten ; 't welk niet weinig vermaak onder de daar tegenwoordig zijnde Hervormden verwekte en eindelijk in een compleete hoopvechterij tusfehen de beide partijen uitliep. Koning jacobus de 1de was voor 't overige een groot liefhebber der geleerdheid en toen hij P a Zli"  at* DE PAKÈTBOO T. zijne Vrouw anna in 1590 zelve uit Denemarken ging afnaaien, bezogt hij alle nagten den vermaarden fterrenkundigén tycho BRAHé, op deszelfs fterrentoren , en dan keeken die twee daar famen, zo druk in de ftarren, dat hij zijn heele Bruid 'er door vergat, zo dat 'er menig zuur gezicht aan den kant van de bruid gezet werdt, die dien ouden kwezel van een kippigen Philófooph , dikwijls met al zijn ftarren , waerelden en ftelfels zat te verwenfchen; naaderhand begaf hij zig tot de Theologifche Studie en fchreef zelf een boek voor zijn' Zoon, dat hij den Griekfchen Tijtel A<2pov fiotafaxov of Koninglijk gefchenk gaf, dit bragt hem onder de geleerden van dien tijd in grooten naam ; edoch de Vorsten lagten 'er in hun vuist om en als Koning henrik. de IVde van Frankrijk vernam dat Koningin elizabeth hem tot heuren opvolger verklaard hadt, riep hij uit: dat 'i nouw waarachtig te veel'voor een Schoolvos! Onder andere geleerden waarmede hij dagelijks verkeerde, was zijn leermeeder, de groote Latijnfche Dichter georgius buchananus , bij hem 't meest gezien en deze trachte den Koning eens van de ge-  DE PAKETBOOT. aa? gevaarlijke geleerde mijmering , waar in hij altijd gedompeld was, te geneezen; want bemerkt hebbende dat de Koning de- meeste re^ questen , die hem aangeboden werden , maar zonder ze eens te leezen , bekragtigde , inzonderheid als hij eenig geleerd onderwerp in zijn hoofd hadt, deedt deze hem eens onder anderen een request voorleggen, waar in buchananus verzogt, dat hij eens voor een dag of tien den throon verhaten en hem zou laaten regeeren; de Koning fiatteerde het zelve, als na gewoonte .. 's anderendaags kwam buchananus 'er mede voor zijn throon, verzoekende of hij nu, volgends zijn belofte, reis even op wilde daan cn 'er hem eens op wilde laaten zitten. De Koning dacht dat de Poëet in een poëtifche verrukking of in een ijlen vlaag vervallen was; maar toen buchanus hem het papier deedt leezen en hij 'er zijn eigen hand onder het fiat getekend vondt, keek hij als een poelfnip., ja toen hadt hij in den haast NB. het Request vergeeten te leezen. Nu men kan weldenken-dat buchananus.'er toen niet weinig van zeide, en de Koning moest hem beloven in het vervolg beter acht op zijn zaaken te P 3 See*  &3° DE PAKETBOOT, geeven. Zo moest hier de eene geleerde den &n> der te f egt'helpen. Hoe zeer de Koning nu ook in dè Studiën Verzonken ware, hadt bij echter ook, behalven dat, nog al eenige liefhebberij tot geld, dat i$ toch over het algemeen nog al bemind en die onnozele liefhebberij hadt hij haast met den hals moeten boeten; eenigen zijner Hovelingen, die hem liever van agteren dan van voorcn zagen verhaalden hem eens, dat 'er bij zeker afgelegen Kasteel, Pest genoemd, een woeste plaats was, 'waar zeker man onlangs een pot met geld gevonden hadt, waaruit ze niet onnatuurlijk beïloten, dat daar ter plaatfe nog wel meer kondeverborgen zijn, als men zig de moeite maar gaf" om te graaven; de Koning hadt hier terdond ooren na, wel nu men zoude dat eens uit liefhebberij kunnen onderzoeken, maar evenwel zo, maar onder elkander, want veel volk 'er bij aantehaalen vondt de Koning niet raadzaam , om dat, als 'er al wat gevonden werdt, elk 'er zijn deel van zou willen hebben en veel Verkens, mogt de Koning zo uit raillerie zeggen, maakt de fpoellng dun; dit woordt Verkens duite fom- migen  DE PAKETBOOT. *jD migen del-Hovelingen eenigzins; waarom 'er eert' met een grijnz enden glimlach, hem ook toeduuwde , Verkens ! zijn Majefteit! Verkens , uw Majefteit denkt 'er niet om dat zij mede van de partij zou zijn. Nu ja , andwoorde de Koning, 't is ook maar zoon' grap , je lui bent ook aanftonds zo op je paardje; en nog zou ik deze allegorie heelwel kunnen toepasfen , want graaven de Verkens ook met geftadig met den fnuit in dén grond om iets te vinden? Bravo', zeide toen een andere partij Hovelingen , die Weêr den nijd op de eerden hadjen. Zijn Majefteit weet toch altijd heel wél wat hij [preekt. Nu dat liep toen zo wat half kribbig, half fpottend af; en om geen vreemd volk 'er bij te hebben , zoude de Koning zelf met de Hovelingen, uit den grap de aarde opfpitten cn delven, alles was nu gereed en 's anderen, daags zou men dat pretjen hebben; maar ziet de meeste Hovelingen wier werkadex lang geborsten was, kwamen niet ten Hove, de een fcheelde dit , den ander weder dat ; de een hadt dit beletfel de ander weder wat anders, maar zij die 'er een kwaad oogmerk meê hadden, kwamen wel juist op hun tijd en daar reedt de P 4 Ko-  a32 DE PAKETBOOT. Koning mede naar het oude Kasteel. Geduuren. de den weg vertroostedë men zig onderling over het afweezen van de overige perfonen van hcD gezelfchap,, met den troost dat ze 'er nu ook, zie. zo veel, niet van hebben zouden; eindelijk terplaatfe gekomen zijnde waar men graaven moest, begon het werk, waar in de Koning zo ijverig was , dat hij 'er van zweete, eer hij nog één kluit aard los gemaakt hadt, maar ziet, terwijl hij ftondt te fchoppen en te ftooten in den grond, werdt hij door fommigen van *t gezelfchap met den degen in de hand overvallen; evenwel verweerde hij zig zo lang tot de anderen die niets van het verraad wisten, (waar van 'er ook eenigen medegegaan waren) hem te hulp fchoteu en naa een hevig gevecht, de verraaders gedeeltelijk verfloegen of verdreeven en den Koning nog heels huids weder naar Londen bragten; edoch federt dien tijd hadt hij geen' trek meer tot het graaven naar fchatten, en leefde geduurig in mistrouwen op zijn Hofgezin. Een zijner ftaatsdienaars was echter zeer in zijn gunst, te weeten george Hertog van Buckingham en nogthands wil men dat deze hem met vergif van kant  DE PAKETBOOT. kant zoude geholpen hebben, immers hy oveileedt op den 27 Maart des jaars 1625, zeer beklaagd door zijne onderdaanen en liet een vijfentwintig jaarigen Zoon , tot throons opvolger achter. Hij was zo goedig en zo flap in zija beltuur geweest, dat de Engelfchen dit versjes op zijn Voorgangftcr en op hem maakten; Rex erat Elizaieth nutte est tegina Jacóbutï. Elizabeth was Vorst, Jacobus een Vorstinne. karel delfte, die hem op den throon volgde,, was van zijn geboorte af , zo ziekelijk geweest, dat men zig gehaast hadde , om hem te doen doopen , evenwel hij bleef, tegen" alle verwagting, in het leven, cn werdt in 1622 toe hij nu al een knappe vrijer geworden was, gelijk we reeds gezegd hebben , naar Spanje gezonden, om daar de Infante te gaan vrijen , dat zo mal afliep; geduurende den tijd dat hij in Spanje was, viel 'er in Londen dit grap* en met den ouden Koning zijn' Vader voor. Men moet weetcn dat de Koningen te dier tijd nog Hofnarren naa hielden en dat was een volkjen, dat, onder voorwendfel van klugtjens en zotternijen al zeiden wat ze maar wilden, en dus ook fomtijds van nut waren, P 5 om  S& DE PAKETBOOT. om de Koningen zo iets onder het oog te brengen, dat men ze zo niet vierkant in 't gezicht zeggen durfde, nu de Koning jacob de Ide hadt dan ook zo een Hofnar, ARCHéE genoemd, en die nam eens de gelegenheid waar , terwijl dc Koning een grooten maaltijd ten Hove gaf, om agter deszelfs doel te gaan daan, en naa eenige grimasfen en fprongen,den zotskap met bellen, dien hij. droeg, den Koning op het hoofd te plakken ; daar ging elk aan het lachgen, om dat die den Koning zo fchilderagtig dondt, en de Koning lachte al meê , maar vroeg hem evenwel waarom hij dat juist aan hem gedaan hadde , of hij daar ook een bijzondere reden toe hadt? Ja wel zeeker zei ARCHéE, al ben ik gek, ik heb toch ook reden voor mijn doen, allernet beter dan fommige verJlandige, wijze en geleerde Koningen, niemand genoemd, niemand geblameerd. Hoorl ik heb het gedaan, om dat je je Zeun naar een Hofgeftuurd hebt, daar het mirakel zal weèzen, ah hij *er van te rug komt .... maar zeide de Koning, ARCHéE, wat zal je dan doen, ah je hem evenwel te rug ziet komen ? — Wat ik dan doen zal andwoorde de gek, o, uwe Majejleit , dat is gaauw beandwoord, eenvoudig u den gekskap af nee-  DE PAKETBOOT* ztf veemen en ze den Koning van Spanje opzetten. ** Evenwel de Prins kwam , gelijk wij verhaald hebben, met de kous op 't hoofd en een b!aau~ we fcheen, Ié rug, waarom hij ook zodanig vaü dien tijd af den nijd op Spanje kreeg, dat hl terdond naa zyn komst tot den throon, Spanje en Frankrijk te gelijk den Oorlog aandeedt; edoch toen 'er een leger en een vloot zou gereed gemaakt worden J kwam men eerst op het denkbeeld , dat het geld koste en toen men de fchatkisten opende, was 'er de echo in, want vader jacobus hadt, met al zijn geleerdheid, de dingen zo wat heel veel laaten verloopen, — zo dat zijn Zoon welhaast genoodzaakt was, wilde hij zig niet tot de ooren toe in fchulden fteeken, om vrede te maaken, en verviel dus tot een ander uiterde, te wceten van met beide Hoven, weinig tijds naa elkander, en dus zo veel als gelijktijdig, vrede te maaken ; dat was het lastig en voor hem eindelijke doodclijk zwak van dezen Koning, dat hij geduurig van den cs, zo als men zegt, op den ezel fprong, cn zig zeiven daar door gedaêg van den wal in den floot hielp. Want toen het rijk nu van buiten  ±36 DE PAKETBOOT. in rust was, ontftonden 'er gevaarlijke tweefpaï*. ten van binnen. De vrede is niet goed voor zulke daaten, welke woelige en partijzuchtige ingezetenen hebben, en dat is in Engeland altijd het geval geweest; want men moet weeten, dat Engeland wel een' erifelijken Koning heeft, doch dat deszelfs magt in zo verre gebonden is, dat hij, zonder voorweeten van het Parlament, geene wetten geeven , noch fchattingen opleggen kan ; maar daar tegen heeft de Koning het recht, om dit Parlament, dat uit het Hooger- en Laagerhuis bedaat, op te roepen of te fcheiden na zijn welgevallen, — nu waren 'er onder zijn regeering drie dier Hoofdgezindten in Engeland ea Schotland, want fomrnigen waren Bisfchoppelijkcn of Episcopaalen, die de Kerk door Bisfchoppen wilden beduurd hebben, gelijk ten tijde van Koningin Elizabeth gebruikelijk was; fommigen waren Presbyters of Puriteinen, die dezelve even als m Zwitferland en Geneve, door Ouderlingen, of Presbyteros, geregeerd wilden zien en de derde foort waren Independenten en deze lieten ieder gelooven, wat hij wilde, zonder zig de een om des anders gods-  DE PAKETBOOT. 23/ godsdienst veel te bekommeren. Toen nu de oorlog met Spanje gefloten was , begonnen deze partijen allengs te morren en tegen den Koning te pruttelen, elk riep : ja, ja, we willen het weeten waar of het geld gehleeven is , dit is ondertusfchen een lastige nieuwsgierigheid» zeer veel grooten waren wat bang als de rekening opgemaakt werdt , dat men hen dan voor fommige zwaare posten debet zou vinden; en daarom raaden ze den Koning met drift aan $ dat hij geen Parlament beroepen zoude, wat heb je ze aantehaalen, zeiden ze, laat ze maar thuis, wat ze niet weeten deert hen niet : dat was nu allemaal wel, maar zijn Majedeit was haast, gelijk men tbands zeer ndif zegt, zo glad als een aal en dak tot de ooren toe in de fehulden en daar moesten dus pitten weezen, welken hij toch; zonder beroeping van een Parlament, niet wel kon krijgen , hij moest derhalven van den nood een deugd maaken en lag het volk, buiten weeten van het Parlament de eene fchatting naa de andere op, en taste , dus tot het andere uitcrde vervallende, een grondwet des rijks Mn, dat zou echter alles nog wel gefchikt hebben ,  *3S DE PAKETBOOT. ben, zoo hij niet zo gek geweest hadde vaa zig in den kerken twist te mengen, hij hieldt het dus dan, opzijn manier, met een groot verftand* en even als of hij 'er veel van wist, met de Episcopaten, maar het was meer , om dat die 28 Bisfehoppen in het Parlament hadden zitten en dus den Koning daar in onderdennen konden, als wel om de leer, zo dat, geduurende dien tijd, de Epicopale Kerk inEngeland de bovenhand verkreeg, maar in Schotland hadt regt het tegenovergeilelde plaats; want daar fpeelden de Presbytcriaanen den baas; 't welk de Koning , die ongelukkig voor hem zclven, de dingen altijd averechts verkeerd aangreep, zo verdroot dat hij daar voor Dwingelandjen fpeelde en met geweld de Presbyteriaan of Puriteinen Wilde bekeeren ; beginnende dat verltandige werk met de Edellieden hunne goederen te ontneemen en dezelve aan de Bisfehoppen te geeven , zendende den Schotten in 1637 , eene Liturgie of kerkordening, van zijn eigen maakfel, toe, waar naa ze zig in het geestelijke zouden hebben te gedragen; op den ontfangst derzelve lagten de Puriteinen, dat ze niet zien konden, om  DE PAKETBO O.T. om de malligheid van den Koning , die hen zijn Bisfchops beduur wilde opdringen en zij flooten in 1638 in Glasgou een verbond, om deze Engelfche Liturgie, dat mooije prefent, te verwerpen, zij zonden het hem dus terug, met 't compliment en dat dit ding hen niet dienen kon, daar op voerden ze hunne Puriteinfche kerkorde, alom in Schotland in, en dit beduit noemden zij een Convenant en bcfloten het zelve, met goed en bloed , tegen den Koning te handhaven. Toen keek de Koning leclijk op zijn' neus, hij hadt niet gedagt dat de Schotten zulke bollen waren, hij liet aanftonds een Parlament bijeenkomen en daar toen geklaagd , moordsklageB over de Schotten, denk reis ze verwerpen mijn mooije en kostelijke Liturgie, daar ik wel meer dan een week lang op heb zitten practifeeren en durven zelfs oproerige brieven :iaar Frankrijk aan hun confoort te fchrijven, denk reis aan ! Het Parlament den Koning in die verlegenheid ziende, dagt ha!' nu zullen wij evenwel maaken dat we den baas blijven en deedt den Koning bezweeren van het sa  ü4e> DE PAKETBOOT, £elve niet te zullen doen fcheiden voor dat aïie de mtiitenmaakers geftraft waren, dit deedt de Koning ook bij zijn' neus langs en merkte niet eens dat hij nu weder het Parlament te veel gezags in handen gaf, en van dien tijd af zeide ook een der fchranderfte zijner Hovelingen , want dat goed is nog al heel dim: Heden heeft onze Koning drie kroonen verkoren! De Religietwist nam inmiddels meer en meer toe en de Roomschgezinden hadden in Ierland een groote famenzweering tegen de Protedanten gefmeed , die meer dan 20000 menfchen zoo ze voortgegaan hadde , het leven zoude gekost hebben en ziet dat fchoof men toen heel vriendelijk op den Koning en naa dat men den Onderkoning van Ierland tomas strafford , dat een groot vriend des Konings was, gevangen genomen hadt, dwong men den Koning zijn doodvonnis te ondertekenen , welk lot ook aan den Aartsbisfchop van Cantcrbury willem land , in 1645 te beurt viel, deze was een mensch van laage geboorte, doch dien de Koning, enkel om dat hij een hevig vijand der Puriteinen was , tot dien daat verheven hadt.  DE PAKETBOOT. hadt. De Koning was ondertusfchen heel geduldig onder al die vriendelijke bejegeningen, maar dat was het zoeken van het Parlament niet, alzo dat nu naar gelegenheid zogt, om zig van hem te ontdaan; waarom het zelve een befluit nam , om al de Bisfehoppen uit het Hoogerhuis te zetten ; dat ftuite den Koning geweldig en hij verfcheen daarom zelve in het Laagerhuis, om daar invloed te maaken, ten einde dat voorneemen geftuit wierde , doch daar vondt hij het ook zo dwars, dat hij nu niet langer wist hoe hij de rottige boel aantasten moest; inmiddels v/as het gemeen vreeslijk tegen hem opgezet, zo dat hij met gevaar des levens, Londen verlaaten en zijn verblijf te Hamptoncoart, een zijner Buitengoederen , moest gaan neemen; daar overleide hij weêr een heel mal ftuk, namelijk om tegen het Parlament te gaan oorlogen , en bragt ook werkelijk een leger van nooo man op de been, dat was zo veel als hij raapen en fchraapen kon en ging meest al op crediet en goed fortuin, of hij eindelijk de baas zou blijven, af, maar ziet het Parlament, dat het beter betalen kon, bragt daar tegen aanftonds 14000 man te veld; Q en  £42 HE PAKETBOOT. cn 'er werdt, met onzeekeren uitkomst, bij Nuberia en elders in 1643 gevogten , voords onderfteunden de Schotten, die een ouden hekel op den Koning hadden, het Parlament nog met aoooo man, veel honden was toen, zo men zegt , de haas zijn dood, gelijk de Konings armee dan ook in 1645 door denGeneraal thomas fairfax totaal geflagen werdt; vervolgends beging de Koning weder een' verkeerden ftap, wijl hij naa dien nederlaag , zijn toevlug tot de Schotten ging neemen , die vervolgends zijn Koninglijken Perfoon, op conditie echter dat men hem geen leed zoude doen, dat ze evenwel heel wel anders konden gisfen, voor 40,000 pond derling aan het Parlament verkogten ; dat was toen zo de prijs van een Koning, als hij 'er wat goed uitzag, — nu zijn ze zo duur niet. — Het Parlament liet den Koning terftond voor zijn leven lang gevangen zetten en daar zoude het bij gebleeven zijn, zoo de zaken omtrent de kerkelijke partijfchappen in denzelfden ftaat gebleven waren , doch ziet dat was zo niet; de Independenten kreegen nu» allengs de overhand in het Parlament en trokken ook de gantfche krijgsmagt op hunne zijde. Toen  DE PAKETBOOT. 243 ■ Toen was de Koning 'er geheel onder en zekeren olvier williamson , die naaderhand den naam van cromwel aannam, een armoedig Edelman uit het Graaffchap Hundington, die al zijn goed verkwist hebbende , zig met Bierbrouwen geneerde, dat ook niet opnam, zo dat hij reeds gereed was naar America te verdwijnen, kreeg het gebied in handen; deze fnaak overlegde het nog beter dan al de andere vijanden des Konings , want hij hong den fijnen uit en hadt het gemeen daar door geheel op zijn zijde weeten te krijgen: en zijn magt ging zo ver, dat hij het geheele Parlament, deedt uit een gaan en wel op een heele exped ite manier, wijl hij, lid voor lid, bij den arm de deur uitzette en een ander oprichtte, dat meestal uit volkjen van zijn foort famcngefteld was , met dit keurig Parlament deedt hij al wat hij wilde en regeerde voldrekt willekeurig. Hij deedt voords een raad of rechtbank van 150 perfoonen famen dellen , welke meest uit fnijders, brouwers knegts en diergelijk volk bedondt; voor deze deftige vierfchaar, werdt de Koning gedaagd en veroordeeld, om onthalst te worden , welk vonnis op den 31 Q s >  £44 DE PAKETBOOT. Januarij 1640 , door een 'vermomd perfoon, ter uitvoer gèbragt werdt. Toen nu de Koning dood was, werdt Engeland voor een zeer korten tijd, in een Republiek veranderd en men floeg 'er reeds munten met het opfchrift Respublica Angïïcana. Terwijl hieldt 's Konings Zoon karel de Ilde, zig op het Eiland Jerfey op, doch werdt van de Schotten en Ieren, die nu langer niet wisten hoe ze zig gedragen zouden, tot Koning uitgeroepen en aaugezogt, om met hunnen onderftand van geld en volk, tegen de nieuwe Engelfche Republiek de wapens op te vatten , waarop het Parlament cromwel tot hunnen Opperveldheer verkoos, die zo gelukkig ftreedt, dat hij ,naa eenige veldflagen, den Koning, met al zijn Ieren en Schotten, geheel overwon en tot de vlugt noodzaakte. Koning jacob de Ilde, hadt in zijn Vaandels doen zetten Aut Coronam aut Supplicium, dat is: Of de Kroon of de dood, maar toen hij de beflisfende veldflag in 1651 bij Worchester verloor, koos hij een derde zaak, die door de haast op zijn Vaandels vergeten was, namelijk de vlugt en verborg zig in het Graaffchap Schrews- burij,  DE PAKETBOOT. 245 burij, waar hij echter over al zeer fterk naar gefpeurd werdt, zo dat hij drie dagen lang op een boom moest zitten te kijken, even of hij pluk mijl riep, uit vrees van ontdekt te worden; daar trof hem een boer aan, welke hem raade , dat hij zijn aangezicht en handen met "nooten boliTers zwart moest maaken , om daar door minder kenbaar te weezen, en bij hem als een boerenknegt moest gaan werken , tot 'er gelegenheid voor hem was, om het land te kunnen ontvlugten: dat was toch niet gemakkelijk, om te bewerkftelligen , alzo 'er fterk op de genen gepast werdt, die het Rijk wilden verlaaten , welke daartoe met naauwkeurige pasfen voorzien moesten zijn; eindelijk trof het geval, dat de Vrouw van een Overftcn , die het met den Koning eens was, een pas voor haar en heur' knegt naar Frankrijk verkreeg, deze gelegenheid nam zij waar om den Koning ten lande uit te helpen, dankte heur' knegt af en nam den Koning in deszelfs plaats mede en aldus ontkwam hij de handen van zijn vervolgers. Inmiddels kon dat nieuwe Parlament , dat meest uit kwaakers beiïondt, niet heel handig q 2 met  c46 DE PAKETBOOT. met de regeering om; want in plaats van delibereeren , zaten ze met de handen op de knie te zuchten en om 't half uur kwam 'er reis een ivoord uit en dat was dan nog vrij mal, zo dat ze zelfs eindelijk ziende, dat alles in 't honderd liep, een hunner eens in een Vergadering, die zig lang met zuchten onledig gehouden hadt, opdondt en zeide: Broeders Vgaat niet goed—de weereld is boos — me zou iemand aanftellen, die zo — je weet wel — hier voleinde de man zijn treffelijke motie en naa een poos tijdt dond een ander op,— die op denzclfden toon advifeerde: me dunkt Cromwel — hij is goed, — een ander ftoote 'er weêr uit; Hij is vroom —wij zijn zwak , het heele Parlament werdt het fpoedig eens, wijl het regeeren hen magtig verveelde. Zij wilden hem zelfs tot Koning verkiezen; doch cromwel was zo dim van dat niet aanteneemen en liet zig degts quafi in 1653 tot Protector of Bcfchermer van het Britsch Gemeenebest verheffen , edoch op zulke voorwaarden, dat hij meer gezag in handen kreeg, dan al de voorige Koningen. Zo dra deze fijne kweezei tot het beduur ge- ko-  DE PAKETBOOT. £47 ftomen was, deedt hij', om het Engelsch gemeen wat van de hand te kunnen zenden en werk te kunnen geeven, ons Holland, onder heele zwakke voorwcndfels, den oorlog aan, in welken hij zeer gelukkig was, en, bij het duiten van den vrede, alles bedong, wat hij maar wilde, waar onder voornamelijk was, dat ze de Zusters Zoon van Koning karel de Ilde, Prins willem de lilde van O range voor altijd van het Stadbouderfchap in Nederland moesten verdeeken. Hij werdt voords zo gevreesd bij alle magten van Europa, dat de Koning van Frankrijk, den gevlugten Koning jacob de Ilde, uit vrees voor cromwel , niet langer iehuilplaats in zijn rijk durfde geeven, waarop deze den wijk naar Keulen moest neemen. Doch 't ging met hem, gelijk het fpreekwoord zegt , die een ander jaagt daat zelf niet ftil, want als men hem eens moest fpreeken , was men 'er ongelukkig aan toe, inzonderheid als men haast hadt, want men moest wel vijftig vertrekken door, voor welke elk drie a vier barsfe fchildwagten Honden , die elk om 't zeerst als nieuwsgierige oude wijven, vroegen: waar moetQ 4 #  248 DE PAKETBOOT. je heen? wat moetje doen? enz. enz. als men dan eindelijk, naa veel vraagen en andvvoorden, bij hem kwam, zag men hem nog met een paar piftoolen voor hem zitten te kijken of hij wieringen uit en Texel weer in wilde, zo dat mea bang voor zijn benaauwde gezicht werdt. Eindelijk evenwel kwam Freund Hain zonder zig aan het vraagen, waar moet je heen en wat wil je doen? een hair te ftooren, hem in 164S een vriendelijke vifite en een zo fijn kneepjen geeven, dat hij 't nooit weêr naa vertelde. Ziin Protectorale lijk werdt met veel datie ter aarde befteld, doch naaderhand toen de zaaken in Engeland omgewenteld waren, mogelijk om dat hij er wat te vogtig lag, weêr opgegraven en aan een galg te droogen gehangen. Zijn oudfte Zoon richard cromwel volgde hem in het Protectoraat op, en deszelfs Broeder hendrik werdt Onderkoning van Ierland, maar richard hadt niet half zo denflag om de gemeente te begoogchelen , als zijn Vader, zo dat het Parlament hem , toen hij pas een jaar geregeerd en de dingen inmiddels elendig in het riet geholpen hadt, eenvouwdig een bood- fchap  DE "PAKETBOOT. 249 fchap zondt, dat het hem bedankte voor zijn genomen moeite in het beftuur en hem verlof gaf van zig op zijn landgoederen te vermaaken, dat was zo veel gezcid als rijd op maar, je bent Proctector af! Hij ging ook indedaad zoetjes opkraamen en om niet in den weg te loopen, begaf hij zig heel naar Africa, terwijl deszelfs broeder, die zijn paspoort kreeg, zig als een vergeeten Burger te Londen, onder zijn ouden geflagt naam williamson bleef ophouden. Het Parlament hadt nu al genoeg van het Protectorfchap en wilde 'er wel heen , om eene Ariftocratifche regeering in te voeren ; maar bij ongeluk hadt elk lid een hoofd, en in dat hoofd vijf zinnen en om al die zinnen tot één zin te vereenigen, hadt zo veel voeten in den aard, dat de boêl al eer ze nog regt wisten, hoe ze 't wilden hebben , beestig in de war lag j deze verdeeldheid nam de fchrandere Schotfche Veldheer george monk te baat , die in troebel water visfehende , heel onverwagt met zijn leger tot London doordrong, en het Parlament, dat nog drok onderling zat te hakketeeren, al kijvende uit mekander joeg en den regtmaatigen erfgenaam Q 5 KA"  25° DE PAKETBOOT. karel de Ilde weder op den throon plaatfte. Toen deze herltelde Koning uit Keulen, waar hij zo lang in der muiten gezeten had, nu weder met groote bravade naar Engeland ging, moest hij Holland weêr door pasfeeren, maar, o Heer! toen waren 't zulke mooije boonen en uw Majefleit voor en naa, om hem te doen vergeeten, dat cromwel, ons zo tegen hem opgezet hadt, maar hij grijnsde ons toch maar zo wat half zuiver half valsch toe en hij heeft ons toch federt nooit regt mogen zetten. Toen hij thuis kwam bragt hij weêr alles in den ouden flaat en de Bisfehoppen 'er weêr boven op, fchermende onder de vijanden zijns Vaders, als mallejan onder de hoenders, zo dat'er de koppen afftoven , onder anderen kwam ook de Generaal fairfax in den drang , en die zou ook vreeslijk aangeloopen hebben, zoo hij in de ondertekening van het vonnis des ouden Konings geen listige zet gebruikt hadde ; want ziet, wat hadt de flimme vent gedaan; hij wist wel, dat alle de rechters, die over den Koning gezeeten hadden, beter wisten hoe men ale, porter of maarts-en november bier brouwt en fchoenen ver-  DE PAKETBOOT. n5i verzoolt, dan hoe men commas en punten in een gefchriftplaatfenmoet, waarom ze zig ook nooit met eenige punctaatie bemoeiden en ook wel middel wisten, om de Koning zonder punten te verwijzen. Nu die eenvoudige onnozelheid dezer goede fukkels, nam hij te baat, om hen een rad voor de oogen te draaijen en fchreef onder het voordel omtrent des Konings dood: Si mm confentiunt ego non. disfentio, plaatfende een punt tusfehen het woordjen non en disfentio, dat zagen die dommelingen in hun eenvoud over het hoofd en lazen 'er wel deftig uit Si omnes confentiunt ego non disfentio, zoo ieder 'er in toeftemt ftem ik 'er niet tegen, daar ondertusfehen de tusfehen geplaatde punt, een regt tegendrijdigen zin opleverde , te weeten : ah allen'er in toeflemmen. Ik niet, ik ben 'er tegen. Toen hij nu gevangen cn voor den Koning gebragt werdt, wilde deze hem, met een groote wijsheid, door zijn eigen handfehrift overtuigen , hem vraagende of dit zijn hand niet was, waarop hij ja! andwoorde, en of hij dan ook bij het getal der genen hoorde, die zijn Vader veroordeeld hadden, maar toen zei hij neen! in te-  *$* DE PAKETBOOT. tegendeel! Zijn Majefteit leeze flegts wat 'er ftaat. Nu de Koning keek en tuurde, maar kon 'er, wijl hij mee wat olie ilim was, juist ook zo aanftonds het geheim van de mis niet in vinden , toen wees fairfax hem met een fpeld op het papier : daar zijn Majefteit, zie je daar niet een punt jen ftaanï Wel neen! zei de de Koning, waar? waar? wagt ik zal me bril eens opzetten. Ja waarachtig, dat had ik over den kop gezien. Welnu, zei fairfax , lees het dan nu eens. Ja toen was het alle maats, goede maats, toen zei fairfax , dat moest ik wel doen, om dat vee maar te vrede te ftellen, wel zei de Koning , dat heb je dan reis regt fijn gevonden, hoor, die jou knippen wil, moet 'er nog een meê brengen en zo liep dat gevaarlijke fpelletjen, nog heel knap en gelukkig voor fairfax af. In 1662 trouwde de Koning met een Portugeefche Prinfes en twee jaar daar naa kwam het hem in 't hoofd, om ons den oorlog te verklaren; want, fchoon men hem in Holland uitneemend wel gereguleerd had , hij was en bleef evenwel nog heimlijk fchrikkelijk boos, maar * ' de-  DE PAKETBOOT. =53 dezen oorlog wilde bij eens heel zuinigjens overleggen en daarom bragt hij geen groote Vloot tegen ons in zee , maar ruste zo veel te meer kaapers uit, om onzen handel en zeevaart, waar hij kon , naadeel toe te brengen, edoch de gierigheid bedroog hier , gelijk het gemeenelijk gaat,de wijsheid,wijl wij onder het beduur van de Witt en de Ruiter, dat heele kacrcls in hun tijd waren, hem op den theems zeiven een bezoek kwamen geeven en daar in de haven van Chattam, meest al ' de Engehche Koopvaardijfchepen in den brand gingen fteeken; daar hij heel zuur van keek en het welk hem noodzaakte den vrede te Breda in 1667 met ons te fluiten. Toen werden we weêr vrienden als olijphantcn en flooten zelfs een drievoudig verbond met Zweden en Engeland, om te famen de Spaanfche Nederlanden te befchermen; maar de Koning werdt al weder breekfpel en begon ons in i#a weêr te kwellen, dog werdt zo wel door onze Vlooten ontfangen , dat hij eindelijk in ,674, voor goed den vredefloot. Daarnaakwana '.et weêr wat anders op het tapijt , zijn broer ïacob van york werdt Roomsch en dat ver- fchaf-  =54 DE PAKETBOOT. fcbafte den Roomfchen veel invloed, wiil deze, om dat de Koning geen Kinderen hadt, hem in het rijk zoude hebben moeten opvolgen. Wat daar toen tegen gedaan? Men maakte,om dit te verhoeden, een wet, Test of getuigenis , verklaaring of Declaratoir genoemd , waar bij ieder een' Religie-eed moest zweeren, zoo hij tot eenig ambt verheven wilde worden, dat was maar alleen, om dien broer van het beduur te verdeeken, waarom deze ook het land verliet, naar Italien week en daar trouwde. De Roomschgezinde partij verlangde intusfehen zodanig naar de opvolging van dezen jacob van vork, dat fommigeji onder hen, een famenzweering tegen het leven van karel de Ilde ondernamen , die echter door titus oates , een gewezen Jefuit in 1678 ontdekt werdt ; doch het zoude niet eens te pijnewaard geweest zijn , wijl de Koning kort daarop, zeekcrlijk uit infchikkelijke beleefdheid , voor zijn broeder, zelf, zonder Kinderen, ging derven , fchoon hij echter de kunst van kinderen maaken heel wel verdond , hebbende bij zeven Bijzitten, wel twaalf bastaart Kinderen geprocreëerd. Toen  DE PAKETBOOT. $55 Toen kwam zijn Roomfche Broeder , onder den naam van jacob de Ilde tot den throon en begon aanftonds de boêl geweldig optefchommelcn , fchattcnde voor eerst de Test af en deedt zeven Bisfehoppen , die daar wat veel tegen te kibbelen hadden, in den Tewr plakken en dat alles zonder het Parlament daarin te kennen | inmiddels was 'er een groote pret ten Hove, wijl zijn Gemalin hem een Prins baarde, die den naam van jacobus eduard ontfing. Zijn aanhangers fprongen wel drie voet in de hoogte, op deze tijding, doch ongelukkig wilde de andere partij, maar volftrekt niet geloven, dat het hier mede echt fpel was, wijl men geen ongegrond vermoeden hadt, dat die heele kraamkamer een foort van een Comedie geweest ware; eri dat de Koningin zig degts zwanger geveinst hadde en toen het de tijd was, dat het kind gebooren zoude worden en alle de Rijksgrooten in de kamer verfcheenen waren, om, gelijk het in Engeland gebruiklijk was , getuigen van die geboorte te zijn, zegt men dat 'er een jonggebooren Kind van zekeren Molenaar, heimelijk van agter in het Ledikant gedoken werdt  DE PAKETBOOT. werdt en dus door dien korten overtogt van een klein Molenaartjen , in Prins van Wallis veranderde. Dat duk kwam ter ooren van onzen Stadhouder willem de lilde die met jacobs Dogter maria getrouwd en dus zijn Schoonzoon zijnde, door dat ondergedoken Kind van de throons opvolging ontdoken werdt. Wagt, dagt hij, daar zal ik evenwel een fchotjen voor fchieten en verzogt aan de Staaten om hulp, die hem ook, want men wist toen nog van den Prins geen kwaad, met een Vloot voorzagen, waar meê hij vierkant naar Engeland overdaken aldaar den ^November 1688 aanlande, hebbende eerst daar te lande een derke partij, ten zijnen voordeele gevestigd. Toen veranderde daar de zaaken heel en al, Koning jacob met zijn Koningin en het Molenaartjen moesten om een goed heen komen zoeken, dat zo verhaast in zijn werk ging , dat de Koning zelf met twee Hovelingen, in een fchuitjen in regen en wind, 's nachts ontfnapte en zelf moest zitten roeijen, vaarende , door onhandigheid, tegen allerleije paaien en fchuiten aan , dat het groot wonder was, dat ze niet omver tuimelden; hij  DE PAKETBOOT. 25? bij weck vervolgends naar Frankrijk, in dien tijd de gcwoone fchuilplaats der Engelfche verdree- ven grooten. willem de IHde nu in Engeland zijne partijen te ondergebragt hebbende , regeerde daar redenlijk gerust, naa dat hij de Schotten , die nog het langst tegen hem haspelden , met behulp van den Generaal schonberg , in een' velddag aan de Rivier de Boine, in Schotland, geheel tot reden gebragt hadt. Van dezen Koning zullen wij niet veel zeggen om dat hij eigenlijk in Engeland ook niet veel uitgevoerd heeft. Zijne Vrouw maria, regeerde met hem te famen in vrede. Vier dingen zijn bij hem echter aanmerkelijk, bedaandehier in: voor eerst, dat hij een' zo geweldig grooten en krommen neus hadt, dat hij in het neuzen gild gemakkelijk overman hadt kunnen worden; ten tweeden, dat hij zo dikwijls gepourtraittcerd is , als eenig ander Koning in geheel Europa , zo dat van hem en van Vader Hooft , de meedc Pourtraiten in allerlei formaaten en manieren voorhanden zijn; ten derden , dat hij in Engeland zo weinig gezags en hier te lande zo veel magts hadt, R dat  25» DE PAKETBOOT. dat men hem Stadhouder van Engeland en Koning van Holland pleeg te noemen ; en eindelijk , ten vierden en dat is zeer opmerkelijk, dat hij de eerde perfoon hier in Holland geweest is, die den thands zo algemeenen' naam van Citoijen of Burger gedragen heeft, dien, hem juist door den Koning van Frankrijk zeiven gegeeven werdt; want lodewyk de XlVde noemde hem, uit verfmaading, le Citoijen de la Haye, de Burger van den Haag. Dit zal nu al genoeg zijn van dezen Stadhouderlijken Koning en Koninglijken Stadhouder, alleen moet ik nog tot zijn' lof zeggen, (fchoon fommigen 't anders thands daar voor houden, dat 'er in 't algemeen meer lof aan een hoornfehen wortel dan aan cenig Prins zit) dat hij met zijn Vrouw maria allerliefst over weg kon, en dat ze zo zoet famen leefden, dat 'er weinig voorbeeld onder Koningen en Koninginnen van is , zo dat zij in 1665 komende te overlijden, de Koning van dien tijd af begon te kwijnen , niets met eenigen lust of iever behartigde en eindelijk op de jagt van zijn paard viel en aan de gevolgen vzn dien val in 1702 overleedt. Hem  DE PAKETBOOT. 259 Hem volgde de jongde Dochter van Koning jacob de Ilde, anna genoemd, in 't Rijk op: van welke Koningin meede niet veel bijzonders te zeggen valt, dan dat zij den Generaal Marlbourg in heur' dienst hadt, waar mede ze alles uit kon voeren want ze wilde, en die vegten kon , als de baaïelijké droes , zo dat hij de Franfchen fchrikkclijk naareedt, en zo gezien was in Frankrijk, als een rottige kool bij een Groeuwijf, waarom men aldaar allerlei ipotdichtjens cn liedjens op hem maakte, waar van het wiegeliedjen Malhroucq 5' en va-t-cn güerri grV., nog onlangs weêr hier te lande opgewarmd werdt; wijl de min van den laatften Dauphin, dat doorgaandsch , na men zegt, bij uitzondering en als heur lijfftukjen gewoon was te bezigen. Geduurcnde de regecring van deze Koningin, ftonden 'er in Engeland twee partijen op, die eerst enkel in de Kerk woelden, daar de eene partij, die zig Torrys noemde, fterk op de zuiverheid van de leer gezet was en de andere , onder den naam van Wtgs, meer vrijheid daar in toelieten; welke partijen zich echter eindelijk, gelijk dat gemeenlijk gaat, in politieke zaaR 2 ken  &6o DE PAKETBOOT. ken begonnen te mengen , waar door Engeland fterk verontrust werdt. Eindelijk dierf deze Koningin anna in 1714, na men wil zo wat half uit verdriet, dat alles niet naar heur' zin ging, cn ook ten deele , zeggen anderen, uit wroeging, dat ze zig jegens heure bondgcnooten niet best gedragen hadt; doch dat is niet waarfchijnelijk, want dan zouden 'er wel meer mogendheeden van verdriet fterven; dat toch evenwel niet gebeurt. Maar nu dunkt me begint het daar boven ernst te worden, ik geloof waarlijk, dat we 'er eindelijk zijn , 'er is zo een beweging op het dek; hoort ! de zeilen worden al ingepalmd , dat komt nu mal, ik zal genoodzaakt zijn, om de volgende Koningen maar even aan te dippen; 'er is wel juist niet veel aan verbeurd, want ze hebben niet veel uitgevoerd , en, met het gene althands onder de regeering van den tegenwoordigen Koning voorgevallen is, zijn wij, laas ! zeer wel bekend ; laat ons dan kort zijn. george I volgde anna op, hij was een Zusters Zoon van den onthalsden Koning karel I en  DE PAKETBOOT. aöl cn daar op gronde zig zijn komst tot den throon ; hij regeerde dilletjens voort en haspelde nog maar wat met het Molenaartjen, dat nu al een heele kaerel geworden was en onder den naam van den Pretendent van Engeland, hemel en aarde bewoog, om den Engelfchen throon magtig te worden , dat hem nooit heeft mogen gelukken. ■ Naa den dood van george de Ide kwam deszelfs Zoon george de Ilde op den throon cn regeerde zo, dat men 'er niet heel veel van weet naa te vertellen; inzonderheid als men geen' tijd heeft, om zig met gewoonVen geringe dingen en anecdoten op te houden; deze Koning liet, bij zijn dood, het Rijk in 1760 aanzijn kleinzoon george de lilde over, die thands nog regeert, van welken ik u lieden niets anders voorloopig zeggen wil, dan dat hij onlangs het ongeluk gehad heeft van niet al te vast bij zijn fluk te zijn, cn voords, dat hij een groot meester in het kinderen fabrlccercn is , gelijk we hem cn zijn talrijk kroost , denkelijk ook wel zullen aantreffen, en dus met eigen oogen zullen kunnen zien . . . Maar wat is dat voor een R 3 lc"  252 D E PAKETBOOT. leven aan wal . . . wel nu dar is al een goed .begin; me dunkt dat ze ons daar braaf wat uitfchelden; als dat zó moet, dan is het best van maar aanftonds vice ver/a weêrom te keeren, wat heeft dat nu weêr te beduiden ? Hoe 't ook zij, we zullen 't voor eerst moeten wagen; want naa zo langduurig een reis , is men waarlijk al Mijd, eindelijk* ergens te kunnen uitrusten. — Nu dan, mannen broeders! met moed de landing gedaan.... Welkom vrienden te HarWich I Nu is do reis voleind , die even als het leven Met ernst cn beuzeltaal beftendig was doorweeven, Die dan eens zagt vermaak verfenafte en dan den lach, Deedt dart'Ien op 't gelakt, om 't zinneloos gedrag, Van zo veel fpjelcrs op liet Sdrouwtooneel der aarde, Wier rol nu eens voldeedt en dan weêr arkeer baarde; Al na liet vreemd beloop van 't wisfelziek geval. Dat met de Vorftcn kaatst, als Kindren met den bal. Laat ons, uit dat gewoel, die ftille leef les loeren, Dat heel ons leven rust op rustloos ommekeereii; Elk jaar vliegt fnel voorbij, in ernfligé ijdclheid, Tot eens de waare rust den fterveling verbeidt, Wanneer hij land bezeilt, naa *t onophoudl jk woelen Der levensbaaren, die zijn ranke kiel bedoelen, En ondervindt dat elk, in deez' gcfïeldtenis, SLEftTS DOOR VERDIENSTE ALLEEN VOLMAAKT GELUKKIG IS.