van ECHTE STUKKEN, BEHELZENDE EENIGE BÏZONDERE ' OMSTANDIGHEDEN, VAN HET GEEN DAT IN DE G EJBX J? JET JV* X" M binnen VAN DEN Ja ARE l^SG TOT op DEZEN TTD IS GEVALLEN. VEt&YKT MET AANMERKINGEN i Aio Akta te bekomen,  Wast hy vist wel, dat zy hem 'uit nydigheid haddea oYergeleevert. EUANCKUST MA.TTH.  VOORBERICHT. Veel, ja zeer veel, « er zeihrt tenige tyd gefproken , over cle beruchte zaak, van Do. Sander, Predikant der Luterfche Gemeente dezer Stad; en over de ttoubels , welke door de mishandeling hem aangedaan, in dezelve Gemeente ontfiaan zyn; doch veelal verward, en op een los/en grond, wyl de meeste, of de ware geschapenheid der zaake, niet grondig genoeg kende, of, door die, die het Repr efent atief gezag, in deze Gemeente uitoefenen^ zo niet door verdraaiing der zaak, ofte verkeerde uitftrooizels, ten min/len door de echte befeheiden daar van, en de Kerklyke Ordonnantie, in wel ke het recht der Gemeente vervat is, zorgvuldig te verbergen, afgeleid wierden. En daar Do. Sander nu zyne zaak met ernst fchynt te willen doorzetten, waar mede veele duis terheid voor zojnmige in de Gemeente, vooreen gedeelte zal opklaaren; zo is het nogthans zeker, dat niet alle, tot de waare kennis der zaaken, zullen kunnen komen; '.t zy dan, dat door het by. drogen der echte (tukken, hier in werde voorzien. * z Dis  :v VOORBERICHT. Dit van tyd tot tyd te dom, is myn voornemens toor zo verre zulks, tot eenige inlichting kan firekken. Ik met vel; dat een gefchiedkundig verhaal, van het geen in onze Gemeen.e, zedert H begin der troubels is voorgevallen, hier toe het best gefchikt zoude zyn; maar ik weet ook wel, dat zulks, behalven dat het een lastige taak voor my zoude zyn, ook weinig behaagen zoude, om dat ik ge~' loove, dat er geen vreemdeling in de Gemtentt zal gevonden worden, die niet weet, wat dezer dagen, (wat de hoofdzaak betreft^ daar binnen? gefebied is ; en ik dus van gedachte ben , dat de byzondere echte ftukken, weke zo wel in de Kerkelyke Notulen, als in myne Portefeuille bewaard vierde, en waar van het grootfle gedeelte der Gemeente onkundig ts, mede te deelen, dezelve geen êndienst zal doen; te meer, daar ik voornemens ben, dezelve met zulke aanmerkingen te verryken, wa*r door een ieder in ftaat zal zyn, ztg de gehcelc zaak, wat het gefchiedkundige aangaat, als t ware levendig voor den geest te feilen; intusfchen zal ik om den fchakel der dingen, niet geheel buiten het gejehiedkundige kunnen blyven, doch zal my dies, zo veel mogelyk bekorten. Na dit eerfle ftukje, 't welk zal vervolgd worden, zal ik de KerkeJyke Ordonnantie, waarna de Gemeente zedert lange gereikhalsd heeft, mede ter Bersfe leggen; dit zal ik flukswyze doen, op dat  VOORBERICHT. v dat een ieder zig dezelve op deze yyze, beter dan tn eens, zoude kunnen eigen maken. Dezelve eigen zynde, zal men daar aan, de van tyd tot tyd, uitkomende echte /lukken, hunnen toet/en, en dan in ftaat gefield worden , om over het gekeele beloop dezer zaak naar waarheid te kunnen oordeden. Verders zal ik myne meeite, genoeg be, hond achten, wanneer ik merk, dat deze flikken met graagte geleezen; en daar door de grond tot weder opging der vervallene Gemeente megt gelegd worden» *   Een ieder, welke ecnige prys, op den Openbaaren Godsdienst fteld, zal niet dan met een bloedend hart, den jamraerlyken toetend der Gemeente, befchouwen; eeue toetend, die, zoo dezelve niet fpotdig verandert, eindelyk den gewisfen ondergang, ten ge- volje zal hebben!! maar ook eene toetend te- •vens, waar in wy door de PartyfchaRpen, welke ons Vaderland beroeren, en die ongelukkig tot binnen de muuren van ons Tempel-Gebouw zyn doorgedrongen, gebragt zyn; en in plaats dat de Leeraars vierpligt het was, hier tegen te waken, in tegendeel , haar als eerfte voorvechters , in dezelve vertoond hebben; en hoe Do. Seheffer inzonderheid, zig hier in gedistingeert heeft, kunnen nog heden ten dagen 's mans gedrukte fchriften getuigen (V). Dit gaf aanleiding, dat het meerendeel der Gemeente, welke met zyne denkbeelden niet inftemde, kort na de O) Zie twee xjner gedrukte Bedeflonden, inden Engcifthen Oerleg 1786} uitgegtevt :.  X 8 X * Oawcndlnj van ,7,jf 2yne remotie . Waf er zedert die tvd rnr n„ a , ~we,KeW. ^gebeurd is, is /et ZZé /Z' ^ D°' 4* «oud* hebben hier over • t , " ^ ^ ^en; aHeen kan ik niet ^ " ' te f - dra nu deze «ükken — ver'  X 9 X Tcrde men zich beiderzyds, het her/tel van Do. Sckeffer te bewerken, waar toe de Dolerende Ledematen, Z Tt Zyder d°°r ZiGh dies-<*ens, Per lUqueste «n de toenmahge Regering re-addrcfeeren, niet wei«8 gecontribueerd hebben; het een, en ander te vinden , ,n de Refolutie van den ,7 Novembe ,*0I hier agter Sub. Litt. D. j . . ^"fei^pi, Dit gedaan zynde, moest men, ingevolge de verdere deeleu van de gefloten Conventie, uit de reeds op de proef gepredikt hebbende, vier Predikanten, één. ten genoegen van de dolerende Ledematen beroepen, waar toe Do. Jacobie aan den Kerkenraad werd opgegeeven; doch dit gefchicde niet, dan fchoorVoetende, want den- Kerkenraad,, wilde liever Do. Dame beroepen; dan evenwel Do. freebie beroepe» Hebbende, zo mosst men nog een derde Predikant beroepen, tot dat einde hebben de Dolerende Ledema ten een Nominatie van Predikanten, (waar Do. Sander één van was,) volgens gemaakt accoord , aan Kerkenraad opgegeeven, maar hier rees wederom op nieuw gefchii, want de Kerkenraaden zoo tegen denzelven ingenomen waren, dat zy liever de geheel» Gemeente gewaagd dan hem beroepen zoude hebbenen daarom weigerde zy, denzelve op de Proef te laten Prediken, oan de Regeering, onder wiens agreatie, de Conventie gefloten was, vond goed, op verzoek van Dolerende Ledematen, den Kerkenraad te Injungeren, aan haar gemaakt accoord te voldoen, en Do Sander op de Proef re laten Prediken. Vervolgen* na gedane Proef Prediking, op begeerte van wel zeTen agtfle der Gemeente, den Predikant Sanaer ter A S Be-  X io X Beroeping informet aan den Kerkenraad opgegeven, volgens Refolutie hier agter Sub. Litt E, het welk ook terftond gefchied is. Wat nu de verdere behandeling des Kerkenraads, met Do. Sander. na zyne beroeping, en de daarop gevolgde Remotie, 'aanbelarigd; als mede het uitgebragt Raport, van zeven Leden uit den Kerkenraad, benoemd tot onderzoek van de Kerklyke Notulen ? zedert 1788» zullen wy in een volgend Stukje medé deelen. Litt. A.  X n X Litt: A» Copia Extract uit myn Por' tefeuille, houdende Diclaratie en Belofte van Do* Scheffer, aan zyne Gemecnte, en de toenmalige Regeering. De ondergeteekende Jehaft Frederik Scheffer, tot hiertoe Predikant, by de Luterfche Gemeente dezer Stad; doch nu een geruimen tyd, in de waarneming; zyner bedieninge gefchort; Declareerd, met onderteekening dezes, ter liefde van Gods e«r, die door twisten , en paryfehappen werd gefchonden , en ter liefde zyner waarde Gemeente: Dat indien de Dolerende Ledematen, in het verzoek, van zyn herftel, willen accorderen, en hetzelve ter plaatze waar het behoord, werd ingewilligd; dat dan, voorn. Do. Scheffer, niet alleen in zyne eerjfe, maar ook, waar het te pas komt, in alle zyne Leerredenen en Gebeden , door »ngeveinsde uitdrukkingen, zich zal betoonen, een Leeraar, die niets minder bedoeld, dan de Overheden te lasteren, of muitery en partyfehap te voeden , het welk ook nimmer zyn oogmerk geweest is; maar in tegendeel, zich, in alles toonen, en gedraagen, als een getrouw Burger, en braaf Leeraar, betaamd, die de vastgeflelde Constitutie, met het Erffadheuderfebap ift het Doorluchtig Muis van Orange, als de wettige Conftitutie, bekend, en nimmer daar op eenigen iüirexk, zal zteke/t te maaken; Eu verder, dat zyn her.  X 12 x ' Aöum RottERDAM den i? November I7oo. (is gecekejd) Johan Frederik Scheffer. l« onzyd,e PllMele ^ r™ «i Copia Extract «j^ />ör„ tefeuille zyncte dit het uitimatum van de Dolerende Ledematen, om het dispuut af te doen. Nadema^dediverfehefacces/IvevoornagenCO^an ^^itteerden uit dia ZenZ vemier l79o gedaan, en 0Hjerleek,nd ' ' " N°' teerden van dolerende LeZT "** Ggcom^~ *** * ials niet a^^J ^ ^fchienzaUitinTvTrTr 7 ° r.en. beter tet «9» 'W*  X 13 X de Eerwaarde Luterfche Kerkenraad alhier, door hun ne refpefiive Commisfie, aan de Gecommitteerde van de dolerende Ledematen derzelve Gemeente , doen maken, „mme. de hangende gefchillen, in der minne, te vereffenen, door Gecommitteerden van de dolerende Ledematen, niet hebben kunnen werden aangenomen, en zy Gecommitteerden, daar tegen hun Ultimatum, ten fine voorfchreven, aan de refpeöive Commisfie hebben opgegeeven, welk Ultimatum, door dezelve Commisfie, verzogt is, in gefchrift aan de groote Kerkenraad te addresferen, om dat de Commisfie geen faculteit fed, om dezelve anderzins, oP eene legaale wyze, ter deliberatie, in de groote Kerkenraad te brengen. Zo hebben de ondergetekende, Gecommitteerden van de dolerende Ledematen , zo voor haar zelve, als voor hunne Committenten, door dezen Nota, aan de Eerwaarde groote Kerkenraad, gaarne willen communiceeren, de voorgemelde, hunne Gekommitteeidens laatste Propofitie, te weten: I. Dat zy Gecommitteerden, van de dolerende Ledematen, uit de hier op de proef gepredikt hebbende, vier Predikanten, naamelyk Do. Feilke, Do Jacobie Do. Dames, en Do. Holsapfel, ter eerften een Predikant, ten genoegen van haar, en hunne Committenten, zullen kiezen, en aan de Eerwaarde groote Kerkenpad, ter beroepinge opgeeven, m de plaats van Do. Scholten, en alsdan, de Eer waarde groote Kerkenraad, die Predtkant, ten eerften zal beroepen. II. Dat door Gecommitteerden van de dolerende Le¬ de*  X 14 X dematen, noch zal werden geformeerd, een Nominatie, van drie andere Nederduitfche Predikanten, waar uit de Eerwaarde groote KerKenraad , naar de gedane proefpredikatien, ten eerften een Predikant zal beroepen , ter vervulling van dc plaats van Do. Noordenhoud. III. Dat de Eerwaarde Kerkenraad, ten eerften zal intrekken, haare voor eenigen tyd, genomene Refolutie, omme geene van buiten inkomende vreemde perfoonen , in de Gemeente te admitteeren, zonder een Nautisfement van, of Borgftellint als Gecommltteerd' v' Land gefteld tnhoudende, een dringend voorftel, dat de Kerkenraad zich precifelyk moet onderwerp», aan tgeen denzelve, van wegens bovengemelde Broederen is voorgeiteld, by derzelver Memorie, in dato den 24 Oöober laatstleden; kunnen niet voorby te declareeren, asn de eene zyde: dat het den ondergeteekenden var. hertenleed doet, dat, daar de Kerkenraad, z,ch volkomen bereid heeft getoond, om de bovengenoemde Broederen, ten aanzien zo van de voorhanden zynde beroepinge, als van de verdere ArWalen, re geven, alle redelyken Conteutement; deZelve Broederen, niet hebben kunnen werden afge bragt, van eéne precife inwilliging, van alle de voorgeflagen Articulen; daar er onder, dezelve zyn, die2o weinig overeen te brengen zyn, met de wetten,■  x 17 x of regels, op bet Kerkbcftuur vastgeileld; en vVelker losmaking, doorgaans fcbadelyke gevolgen heeft; en aan de andere zyde, dat de nood der Kerk en Gemeente, dewelke thans geheel Herderloos is, en zonder het onmiddelyk herftel, van Do, Scheffer, en vervulling der twee openftaande plaatzen, aan veelvuldige nadcelen, zal blyven blootgefteld ; volftrekt vordert, dat daar in, voor het tegenwoordige worde voorzien. Zoo declarceren de on der geteekenden, zonder in te ftaan voor de gevolgen, in Namen des Kcr. keuraads, dat dezelve, alle de Articulen , door de bovengemelde Broederen, Willem Westerfrolyk Cumfuis, by hunne onderteekende Memorie, ia dato den 24. oaober 1791 voorgeftcld, zodanig die zyn leggende, INWILLIGT, en zich engageert, daar aan te voldoen , zo dra aan de Kerkenraad zal zyn gebleeken, datde Regeering dezer Stad, deze ascopiatie agrerende, eenc Refolutie zal hebben genomen, toe opheffing van de fchorfing, van Do. Scheffer, tot weder toelating van denzelven, in zyn Amptsbediening. Aclum Rotterdam den 7. November 1791. (was £,eteekend) G. Woliers. H. Fogeh F. M. Smit. Uit deze twee Stukken nu blykt, i. dat 'er verfchil tv.sfchen den Kerkenraad, en de Gemeente fubfifteer-, de. Ten 2. dat er Onderhandelingen hebben plaats gehad, waar door de Volkftem der Gemeente, welke, nu gefinóord word, erkend wïerd. Ten 3. dat er eerio B ®v3r-  X 18 X overeenkomst, ten genoegen der Gemeente onder ngreatie van de toenmalige Regcering (waar op den ..Kerkenraad zeer gefceld was) getroffen werd; waar in beide partyen, zich onderling tot het volbrengen van zekere belofte, in deze Stukken vervat, geëngageerd hébben. Dat nu de Kerkenraad van haare zyde, nooit ten vollen, aan hun engagement, of gemaakt Verbond voldaan hebben, en van het ogrnhlik der onde-tekening af aan, niet voornemens zyn geweest, om er aan te voldoen, zo dra zy maar verzeker.) warpn, haaren geliefden Scheffer, in haaren fchoot te kunnen or.tfangen, is zo blvkbaar, en bekend,'dat ik het overtollig achtte, om er meerder van te moeten febryven. , Doch dat de dolerende Ledematen, aan heur engagement, ten vollen voldaan hebben, is in de Refolutie van- den 17, Novemder 1791. hier onder Litt. D, tenderende de berfteliing van den Predikant Scheffer genoeg vermeld , en met zyne dadelyke herftelüiig zeL ^e, ten volle bekragügd. Litt. D.  X 19 X Litt* J}> Copia Extract uit myn Portefeuille , zo als die By de Ed. Gr. Achtb. Heeren Burgem. gerefolveerd en genomen is op den 17. November 1791. tenderende de opheffing van het interdiSt van Do. Scheffer. Burgemeesters en Regeerders, der Stad Rotterdam, gezien en geëxamineerd hebbende, de Réqueste, vare Gecommitteerdcns , van den Eerw. Kerkenraad, der Gemeente . toegedaan de Onveranderde Augsburgfche Confesfie, binnen deze Stad. Mitsgaders de Re-> queste, geprefenteerd van wegen de Dolerende Ledematen, in dezelve Gemeente; als mede noch de Réqueste, en het Declaratoir van Do. Scheffer, alle tenderende, ten fine van intrekking der interdictie , op den 1. February 1788, door hun Ed. Gr. Achtb. by rade, en met communicatie van de Ed Gr. Mog. Heeren Commisfarisfen van Z. D. H. den Heere Prince van Orange en Naifau gedaan, en uit kragte vati welke interdictie, de voornoemde Do. Scheffer vaa1 zyn Predikdi nst, in de gemelde Gemeente, binneft rfeïe Stad, is gefuspendeerc geworden, en wyders gelet hebbende, ■ Dat welke bezwaaren er voerheen ook, ten lasten vaa Do. Sohtffer (alle nogthans alleen voortkomende r-  X 30 X uit de turbulantïe van de tyd) mogen hebfeen plaats gehad, die aanleiding hebben gcgeeven, tot dc bovengemelde inerdiélie, en. teinporare füspenfie (dj, die bezwaaren echter, niet zyn geweest van dien aart, dat de Kerkenraad, zoude zyn gelast geworden, deszelfs Predikampt vacant te verklaaren, ofte gequalifi- ceert, 00 Als men deze gemodereerde uit drukkinge, vergelykt met hei geen de boven gemelde Commisfariffe, van Z'. D: H. van den Puie van het Raadhuis dezer Stad gedeclareerd hebben, naamlyk, dat Do, Scheffer let wel3 niet gezus pendeert of geschirt, maar wel degelyk, ( om geweentieöneerde redenen) van zyn jitx.pt ah Luthers predekant ontzet is, welke Declaratie in de Ratterdamftha Courant van de 29 April178S No 52 te vit/de is; hoe gratieëuslyk, is hy by zyne herftelling dan metièhaadelt, maar ook hoe ondankbaar gedraagt hy zig vu niet, tegen de, Dolleren de Ledemaaten ^met wien hy by zyne herftelling i sloofde, in eene beften dige en Christelyke vrede te zulle a leven, en die zoo y-elmeenend zyn herstel hebben helpen bewerken; maar hoe wreed, betoond hy zig ook niet omtrent zyne Ampt genoot, die hy, zonder dat hy kern van ééne misdaad kan overtuigen, (jnaar enkel.om zig aan de Dolerende Ledemaaten te wreken,) hem niet alleen van ■zyn ampt ontzet, maar bovendien, zich nog mest, mei één gedeelte van het traciemsnt, van dien ongelukkige, dis ma voor zyntalryk huis gezin, niet ontfangt, daar Do. Scheffer, gedurende zyn interdict, niet alleen zyn volle tracteinent behouden ; maar ztlfs , noch èénige honderS guldens, uit Kerken kas getrokken heeft. Wat dunkt u iezer, zoude hy wel gelooven, V geen hy predikt?. ik zegga -reen:  X ai X cecrt, een ander Leeraar in plaats van Do. Scheffer te beroepen. Dat al verders, gemelde Do. Scheffer zedert, en r.a dato van de voorfchreeven interdieloire Refolutie, hier ter Stede zynde blyven inwoonen; en door een zedig, rustig, en vredelievend gedrag, alle devoiren hebbende aangewend, om zo by de Rcgeerlng dezer Stad, als by de Ledematen zyier Gemeente, alle wantrouwen weg te neemen; de tyd van cirka vier Jaaren, die zyae fu penfie heeft voortgeduurt, als genoegzaam behoort te werden aangemerkt, om het oo^ merk waarom, het is gefchied, ¥oor. voldoende te houden. Dat eindelyk, de tegenwoordige toeftand, der Kerkgemeente, door het .naar elders beroepen hunner eve rige Leeraaren, gevoegd by het eenparig verlangen, van Opzieners en Ledematen, tot intrekking, van de reeds meergemelde interdifloire Refolutie; eene gepaste gelegenheid verfch'afte, ora een dadclyk einde van alle bevorens gefubfifleerd ^ebbend ongenoegen. d,,ar te fieilen. Hebben hun Ed. Gr. Achtb. na voorgaande deliberatie, met communicatie en agreatie van Z. D H. den Heere Prince van Orasge en Nasfau, goedgevonden en verilaan, de interdiaoire Refolutie, op den i. February 17S8, met betrekking tot den Predikdienst van Do. Scheffer genomen, in te trekken, en buiten effea te fieilen; 20 als hun Ed. Gr. Achtb. dezelve intrekken, en buiten eiTea fteilen by dezen; blyvende mits dien, voorn. Do. Scheffer welke den Eed op de Confiitutia der Hooge Segeering, met het ErfrtadHouderfchap, behoorlyk heeft' afgelegd •, van nu af B 3 aau  X 22 X aan, onverlet zyn Predikdienst, in dezelve Gemeente der onveranderde Augsburgfche Confesfie binnen deze Stad, te hervatten: en de Kerkenraad, en de Gemeente, zig daar van te bedienen. zoo, en in dief voegen, als zy voorheen zyn geweest te doen; zullende dit gerefol veerde, der Gemeente van den Predik» ftoel werden voorgelezen; ten e}nde een iegelyk zich naar den inhoud van dien, gedragen, en alzo blyken werden gegeeven, dat de vreeze Gods ! de eerbied voor de Overheden, en de Broederlyke liefde in dezelve Gemeente bloeien. - En zal Copia dezer Refolutie , werden gegeeven, aan voorfchreeven Eerw. Kerkenraad , aan Do. Scheffer, mitsgaders aan Westerfrolyk Cumfuis als Gecommitteerden van de dolerende Ledematen, om te dienen tot.derzelver informatie » en narjgt refpeöive, Accordeert met de voorfz. Refolutie ■ By my Secretaris jf. van Zuilen van Nyeveld. Lilt. E» Copia Extract uit myn Portefenille, zo als die By de' Edele Grooi Achtb Hceren Burgerm-gcrefolveerd, en genomen is, op den 3' July 179a tenderende de beroeping , van Do, C. P. Sander. In'overweging genomen zynde, de- Refolutie tioor de-  X 23 X de Kerkenraad der Euangelifcha Luterfche Gemeente alhier, op den 8 juny laastleden genomen, en aan Heeren Burgermeesteren overgegeven, waar by op den voorfl?g door Heeren Burgermeesteren, aan Gecommitteerden, aan den Kerkenraad gedaan: Dat ten einae alk verdere onaangenaamheden voor te komen, voor dit„ maal zonder eonfequiMie, voor het toekomende; door de „Kerkenraad, aan Heeren Burgermeest'eren, zoudêji worden verzogt, een Predikant uit de laatfte, en voq}, rige nominatien, ter beroeping aan den Kerkenraad „op te geven." O) Door dezelve na voorgaande delibe- ra- Of) Veelligt zullen de Kerkenraden hier\voorgeeven, dat dit céne door de toenmalige Regering, en de Gecommitteerde van de dolerende Ledematen, fyn bedagle list, was, om dea Kerkenraad de vrye keuze te ontnemen, en haar Do. Sander op te drit.gen, 't kan zyn; maar dan vraag ik op myn beurt, kunnen dun de dolerende Ledematen ook niet, met even, ja met meerder recht voorgeven, dat zy Kerkenrade, en dizelfdetoenmafge Regering; ten opzigte van de Herf.elling, van Do. Scheffer ook zo ge4a»t hebben? zo als in de geheele Refolutie, tenderende de ontheffing, van het interdict" vun Do. Se heffer, hiel boven Litt. D. ten duidelykst blykbaar is; en wie zyn dan in dezen het meest te rechtvaardigen ? voorzeker de Kerkenraden niet, want , wat recht, hadden zy doch , om een Predikant, die den algemetnen haat der Gemeente op zig geladen had, aan de- zelve, B 4  X 24 X ratien is gerefolveerd, (mits door Heeren Burgermee;» té- tclve op té dringen, en een Predikant met alle macht te •weeren, waar ha zy alle zoo eenparig verlangdel daar in alle gevalle, de fouvereimteit niet by den Kerkenraad, maar wel degelyk in den Boezem der Gemeente onvervrtembaar iet ust;, en het dus zottelyk is te zeggen, vooral in deze dagen, dat de Gemeente om den Kerkenraad, en tiiet den Kerkenraad »m de Gemeente is. Gevolglyk wil ik liever, na den aard der liefde, veronderstellen, da1 de toenmalige Regering, zo met de dalerendeLedematen. als met den Kerkenraad, naar overtuiging hunner gewiten, ten meesten nutte der geheele Gemeente , hebben werkzaam geweest; enden Kerkenraad, zo met het het ftellen van Do. Scheffer, als de Gemeente, met het doen beroepen v4n Do. Sander hebben trachten genoegen te ge* ven; om zo den Band der Gemeente, Wt Ike genoegzaam los was, wederom toe te haaien. En daar de Gemeente, zo eenparig het beroep van Do. Sander verlangende, zoo hebben zy zig dieswegens•> het herflel van D- Scheffer, (jdat volgens de toenmalige order van zaken, even zoo ontnogelykwas, als dat van Do. Ten Broek, en dat der andere Amptenaren met welke hy gelyk ftond, en ,er ook geen voorbeeld is , dat ééne der zelve, buiten Do.. Scheffer op die tyd weder herfteld is \ waar 't niet dat een fyn bedagte list, beflaande, in het transformeren van eent formeele atnpts-ontzetting in eene tenporarê fuspen/ie, hier in gewerkt had,) gaarne wille getroosten. En daarom was het overtollig, dat de Kerkenraad, door. de toenmalige Regering, geindemneerd wier de, wegens eenige aëtien ef captien, welke tegens haar. van wegert Ge-  X 25 X Jeren, wordenoe geindemneert, tegen aile Aaien , 2 Mpüen, we ke tegen, haar, over deZe prefente demarche zouden kunnen worden gemoveerd) cLfL "■«Sten, welke Predikant, door hun Ed. Gr Achtb ^ beroeping zoude„ worden opgegeven, en Z0,ks ^ m Ed. Gr. Achtb. te verzoeken, uk de laatfte en ae voor.-ge Nominatien, welke beftaan iQ Do. Feilke te Hoorn. Holsapfel!, te Kuilenburg. Dame, te Middelburg. Berger , te Leeuwaarde, Langebeek:, te Arnhem. fcicnuw, ft 2nfphen. . Sander, te Groningen. dat U1£ de ^nomineerde Predikanten, aan den Kerkenraad, ter beroeping zal worden opgegeven zoo nsgefchied door dezen, Dom. CarelP^^nTer **. Predikst der Luthetfchp Gemeente, JZl' E 4 ^ gen Gmmmit^ van doleret!(le Lsdemaim ^/t'J/X *wenKh vaH kki" *****  X ««EX gen, met last, aan meergemelde Kerkenraad, oinmè als nu, met den meesten fpoet, p den zeiven, een behoorlyk, Kerkelyk Beroep uit te brengen. Alles voor dit maal, en zonder dat zulks, in het vervolg, tot eenige confequentie, zal worden getrokken. Én zal Copia van dit gerefclveerde, worden toegezonden, aan de Kerkenraad, der Euangelifche Luterfche Gemeente dezer Stad, om te d/enen, tot derzelver informatie en narigt- Accordeert met de voorfz Refolutie, By my Secretaris y. Van Zuilen van IVyevelt, Als men nu deze twee Refolutien, welke maar agt maanden in tyd verfchilJen, en by de toenmalige Regeering; niet anders, dan om.de ruskin de Gemeente te herftellen, genomen zyn, te zamen vat; zal men ontwaaren, dat dezelve Regeering, in 't nemen dezer Refolutien , zich in beide gevallen, geheel en al, haar den algemeenen wensen , en het ecnpar:g verlangen der Gemeente gericht hebben; cn het dus eere fchreeuwende onrechtvaardigheid is, dat een gedeelte der Kerkenraad, de bovengemelde Refolutie , wast door de toenmalige Regeering, den Predikant Sander tut Predikant onser Gemeente gedispiciëerd hebben, gevolgelyk ook het Beroep van denzelven Predikant , niet alleen voor onwettig verklaard, manr hem Dol Sandsr ook als een kwaa jongen weggejaagd hebben', daar men in tegendeel, ten opzigte van de andere bet  X JT X ls/ef'hlCd' niet ^nfïaande het protc'st ' een. ander gedeelte Leden, der zelve IJZ\7 (fj tegen den duidelyken letfer der KJZZTd. nantie dezer Gemeente, ja tcgeil °rd°nzeven ach^e gedeelte 'der Ja b-rblvkt uit het*,,, opkomen t t den 0pe°n oaaren Godsdienst, „it het minig inzaipeJcn "J^" En wat moet cr eindelyk 20 voortgaande, van 'de Gemeente worden; immers zo het God niet verloede geheel te ondergaan „ J Maar wat zullen dan ok dé Kerkenrade, welke hier de Aggresfeurs * ™* , v Z2T afdcr wmke'voor^ ^ van t Heelal! voor 't Hoofd der Kerk 7 ^ «,.Jt «UdrnkkeJyk gezegd en bevoien hit Ifd^neZ Ten, met te verantwoorden hebben, ik beef >-] On- tfj Z), i>r^W, f ^ ^ Kerkenraad Wa- rtntee, Wekkesfer, Sehot, Fbhart, ffoekemeiër, Somberg, Steers, Thtels, Wolfers, Spindler ^erlel ^ teniet geprotesteerd hebbende., maar nochtham tegen d af if)g Dq> ^ ^ Wan, Engels, Verwey.  k 28 x Ondertusfchen, moeten de Protesterende Kerkenra4e niet denken, dat zy vry van verantwoording zyn, om dat ze overheerd zyn ; en dus maar uil mogen zitten, en op de Godlyke byftand wagten; neen, God doet thans geene wondere» zo als oudtyds, maar werkt door middelen;-zy moeten dus handen aan t werk flaan, en dan Gods byftand afbidden, Zy zyn immers ook Opzieners der Gemeente, God zal haar over dezelve ook rekenfchep afeisfchen. En daar zij zo klaar zien , dat door de verdwaazing hunner medeleeden des Kerkenraads, de Gemeente te grond gaat, zo moeten zy, opentlyk, Gods, en der Waerelds ge, migeuis, over de rechtvaardigheid hunner, en der Gemeentens zaak, inroepen; Ja zy moeten meer doen, zy moeten bekalven de .Gemeente, (zo dit niet helpO nog de vier omliggende Gemeentens oproepen; om over de Handelingen des Kerkenraads te oordeelen, én 'er de uitfpraak van vernemen. Dit is geen oproer, neen, hier toe zyn zy Amptshalven verplicht; en de Kerkelyke Ordonnantie, wel, fezy by aanvaarding hunner bediening, door haare onderteekening als 't ware bezworen hebben, geeft; hun hier toe een volkomen recht, zy zyn en blyven Kerkenrade, en daarom verantwoordeiyk; en dit zal hun zwaar vallen, vooraf, zo zy door hun gedrag toonen huurlingen te zyn, die als de wolf onder de kudde komt, vlieden, neen, zy moeten ais de goede Herder, hun leven voor de Schapen wa# $en; _ Ach ! datzy dit befeffsn mogten, en oa Gemeente gered wierde.