door NEDERLAND. 107
De eigenaar daarvan is de Heer Ruurds (*), die al meede uit kragte der in ons land voor. gevallene onlusten, zyne uitgeftrekte zaaken, tot zyn izelfbehoud heeft moeten opofferen,
en zich na buitenlands begeeven. Hoe
jammer myn vriend! dat men foortgelyke voorbeelden alomme vindt.
Er is hier te Enkhuizen ook nog een Westindiscb huis, dan myn vriend Junius zeide, dat het niets remarquabels hadde. —• — Nu byna moede gewandelt, keerden wy na huis, echter eerst nog eens op de buiten haven loo* pende, alwaar wy het vermaak hadden een Haringjager met volle zeilen te zien binnen loopen, Hy bragt eene matige vangst aan, en. geene ongunftige tyding van de visfchery in 't
algemeen. 'tWas een vermaak te zien en
te hooren, hoe het genoegen op de weezens van alle Stadgenooten uitblonk, hoe zy elkander de aankomst van Stuurman Matrten, en't bericht dat hy meedebragt verhaalden. Te huis koomende, was het zeer natuurlyk dat deeze ftof cns gefprek uitmaakte, en 't is waarachtig niet dan met een harttreffend beklag te hooren, dat eene zo weldoende tak der
Maat-
(*) Deeze Heer is zedert in Brusfel overleden.
Backer, Jan A., "De jonge reiziger door Nederland. : III. DEELS, I. , II. EN III. STUK". "Iii. deels, i. , ii. en iii. stuk". Langeveld, Dirk Meland Amsterdam, 1784-1796, 1789. Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=dpo:8198:mpeg21:0005