wetten van 6 Februari 1901, S. 62, 12 Februari 1901, S. 63, en 12 Februari 1901, S. 64 met latere wijzigingen, met een afdruk van de gewijzigde titels 15 en 16, "Van de ouderlijke magt" en "Van minderjarigheid en voogdij" van het Eerste Boek van het Burgelijk Wetboek, benevens de wet van 5 Juli 1921, S. 834, houdende invoering van den kinderrechter en van de ondertoezichtstelling van minderjarigen en wet van 16 November 1909, S. 363, (sindsdien gewijzigd) houdende wijziging en aanvulling van enkele artikelen van het Burgelijk Wetboek ter opheffing van de bezwaren waartoe het bestaande voorschrift betreffende het Onderzoek naar het vaderschap aanleiding geeft