In hooge regionen
Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar
— Daar heb je 't, al!
— Een bui, stribbelde Anna Paulowna nog tegen.
— 't Is te hopen!
't Bleef bij die paar enkele druppels, maar 't werd kouder. Een geraasmakende wind gierde hoog om de toppen.
— Laten wij maar naar binnen gaan, vermaande hij. Anna Paulowna stond traag op; zij voelde zicli
bij hem zoo goed. Maar 't moest wel! Zij reikte hem zacht haar hand, die hij een lang poosje in de zijne hield.
Toen zei ze:
— Tot morgen!
EINDE EERSTE DEEL.