Brieven over de regeeringsvorm en wetten der Vereenigde Staaten van Noord-America aan [...] John Adams.
48 II. BRIEF OVER DE REGEERINGSFORM
haare magt in onderhandelingen te treeden, kan zig tiet met die eenvoudige en edele (landvastigheid ge> dragen, welke men van het zelve wel zou verwagten. En daar het tot eene laagte gebragt word, om verwcerender wyze te werk te moeten gaan, eene omltandigheid , welke eindelyk doodlyk voor het zelve worden moet, kan het ondertusfchen die verdeediging niet laaten vaaren , zonder den Staat aan de uiterüe verwarringen bloot te geeven, en deszelfs noodlot aan den altoos onzekeren uitllag der wapenen over te laaten. De Gouverneur van Masfachufets daar en tegen doet niets anders , dan zyne vertoogen aan de wetgeevende magt tegen haare bills in te leveren. Dit is een rad in het werktuig, 't welk deszelfs werking met geen ander oogmerk vertraagt, dan om dezelve des te heilzaaraer te maaken, en alle overhaasting, overrompeling en beguicheling tc wcercu. De beöordceling, welke de twee kamers van dit algemeene hof onderling over elkandercn doen, daar de eene het recht heeft om de bills van de andere te verwerpen, begunstigt, zo ik my niet bedricge , de duurzaamheid van de regeeringsvorm ten hoogden. Zy houdt den fmaak voor nicuwighecden tegen, zy boezemt den burgers eene veel grootere aankleving aan, en eenen veel dieperen eerbied jegens de wetten in. En het onderzoek van de bills, 't welk men den Gouverneur van Masfachufets aanbevolen heeft, is alleen gefchikt, om alle deeze voordeden des te meer te verzekeren.
Mooglyk zult gy» myn Heer! nog het verdriet
be-