Onderzoek der oorzaaken van de opkomst, het verval en herstel, der voornaamste oude en hedendaagsche volken.
DER VOORNAAMSTE VOLKEN. 73
en verzogt dezen zijn dogter voor zijn zoon Nebucadnezar ten huwelijk; waar na zij vereenigd door een verbond den Asfirifchen koning den oorlog verklaarden, die bevreesd voor het onheil dat hem dreigde, de uitkomst niet durfde afwagten, maar, zoo men zegt, zijn palcis, en te gelijk zich zelve verbrandde. Dit is ten minsten zeker , dat door de wapenen der Bakiloniers en Meders, het Asjirifche rijk verdelgd werd , overeenkomstig de voorzegginge van den Profeet Jefaja Cap. 5: 19. 14: 05. en 30. 31: 8-9. en van Ezech. 31; 3—17. cn Nahum 3: 18—19. waar door deze groote monarchie, na dat God ze tot een roede voor anderen gebruikt had,
in eens wierd verdelgd. Een blijk, hoe ras de
magtigfte rijken kunnen ten val komen, als maar de in- en uitwendige omftandigheden daar toe zaamenloopen , het zelfde zwaard dat dit Asfidsch rijk met geweld had doen heerfchen, en andere volken tot flaven gemaakt, ftak het in eens de hart-ader af. Een lot gemeenlijk eigen aan alle overheerfchende vorsten; hun voorbeeld wekt anderen tot navolging op; dezelfde oorzaken brengen dezelfde uitwerkzels voort; de overheerde volken of magtige en oproerige rijksgrooten wagten maar naar gelegenheid om hun juk af te fchudden, en brengen dan op hun beurt hunne overheerfchers tot dezelfde flavernij, waar onder zij gebukt hebben gegaan,
HOOFDST.
ASSIRIE. VERVAL.