(Bijzondere berichtgeving). Na acht jaren in gevangenkampen te hebben doorgebracht, is een Groninger, een oud leerling van de R.H.B.S., plotseling en^geheel onverwachts in zijn vaderstad teruggekeerd. Gevangen genomen wegens illegaal werk, waarvoor de Duitsers hem tot ' j jaren gevangenisstraf hebben veroordeeld, is hij na de bevrijding als zovelen in Russische handen geraakt, waardoor het hem onmogelijk werd huiswaarts te heren. Mactr thans is hij terug, zij het ook uiterst verzwakt en door honger en uitputting aan verscheidene kwalen lijdend. Grote vreugde heerst in het ouderlijk huis, waar men in al die acht jaren geen teken van leven uan hem had ontvangen
We zitten tegenover bovenbedoelde Groninger, voor wie het leven zo nameloos hard en wreed is geweest, maar aan wie het ook gegeven is — in tegenstelling met wellicht honderduizenden anderen — weer in zijn oude vertrouwde omgeving terug te keren, om weer in vrijheid te kunnen ademen en werken. Het verhaal *is sober en een brok ellende. Hoe kan het ook anders? Het leven van een gevangene gaat nooit over rozen. Hij is een nummer en geen mens, voora. in de tijd waarin de geallieerden tegen het hakenkruis vochten, dat de mensheid onder dit heidense symbool dienstbaar wilde maken aan de belangen van HitIer en de zijnen, maar ook helaas nu aan de andere zijde van het ijzeren gordijn waar het kenteken van het communisme, de hamer en de sikkel, dreigend hangt over allen die daar wonen en hen to sljtven degradeert. — Een ieder is slaaf een doodgewone slaaf, een nummer in het geheel, dat millioenen omvat" — waarvan U zich hier geen voorstelling kunt maken. Slaven in de wapenfabrieken, die da? en nacht, zon en feestdagen op volle toeren werken en aan alle mogelijke soorten wapens van klein tot groot. Duitsers. Polen. Nederlanders, Fransen., welke nrtionaliteiten zijn daar niet vertegenwoordigd. Ik heb in een kamp van Duitsers gezeten, Nederlanders heb ik niet gezien en niet gesproken, maar er zijn er ontegenzeggelijk meer dan U denkt. GEEN KRACHT TOT VERZET. — Trachten ze niet te ontvluchten? — De meesten niet, al zouden ze nog zo graag willen. Ze vluchten niet omdat ze niet kunnen, er is geen verzet en geen sabotage omdat ze niet kunnen. De tijd, de vreselijke lange duur en de ontberingen maken de mensen murw, geestelijk en lichamelijk. Ze kunnen de krachten niet opbrengen oiTi een vlucht in elkaar te . zetten. In ieder kamp kan men zich vrij bewegen, er is geen controle,' maar vluchten is heel wat anders. Want overal zijn militairen en wie zijn aanwezigheid ergens niet verklaren kan. die wordt gestraft Een strook van 40 kilometer scheidt het eigenlijke Ooster van het Westen Het is niet verboden in die zóne van 40 kilometer te komen. Maar wie zich daarin bevindt, zonder dat zijn aanwezigheid daar verejst is, die is niet gelukkig. Zo zijn er die honderden kilometers lang. op hun vlucht zich overal hebben doorgeslagen maar die in dit gebied struikelen. Zij zullen vermoedelijk Siberië zien. Is het eten absoluut onvoldoende, hef; Is er beter dan in de Duitse gevangenkampen Met de hygiëne is het er minder gunstig gesteld, luizen en schurft heeft practjsch iedereen. Die ziek zijn, krijgen verpleging en kunnen naar bed, maar het aantal doctoren en de hoeveelheid geneesmiddelen is veel er veel te gering om ook maar aan de geringste behoefte te voldoen. Zo heerst er n apathische stemming. Het leven dat geen enkele vreugde meer kent, is iedere dag weer even grauw en toonloos als alle andere dagen. Er is — en dat is het ergste — geen vooruitzicht op iets beters. TOONLOOS EN GRAUW. Ja, oorlog! De Russische propaganda zegt, dat Amerika op oorlog aanstuurt en dat er daarom ter verdediging van de beschaving hard in de fabrieken gewerkt moet worden. Maar de mensen zelf hopen op een oorlog. Omdat dat verschrikkelijke middel de enige uitweg is uit de hel van de Russische zóne. . — Is er enige vrijheid om zijn godsdienstige plichten te vervullen? — De godsdienst is er niet verboden. Maar als er een kerkdienst om 10 uur in de morgen is aangekondigd, dan komt om neger uur het bericht af dat er puin geruimd moet worden door de gehele bevolking. En wie zal zich daaraan onttrekken ? — Men zegt, zo vragen wij, dat de meeste levensmiddelen en kleren, benevens de cigaretter van de bon zijn, is dat juist? — Dat is volkomen juist, maar voor een doosje cigaretten moet men een week en voor een paar schoenen een maand werken.
De Jongeman, die vermoeid en met enige inspanning spreekt kijkt somber vooruit. Na een ogenblik stilte vervolgt hij, met ie s verwijtends in zijn stem: — Waarom zijn de mensen hier zo verdeeld? Waarom heerst hier niet die eenheid die we in oorlogstijd hadden? Dan zouden we een kracht kunnen ontwikkelen die — heel misschien — een derde oorlog zou kunnen voorkomen — Wat gaat U doen? — Eerst moet ik zien op krachten te komen daar ik zo spoedig mogelijk in het arbeidsproces mijn plaats wil veroveren. Maai ik wil toch ook trachten de mensheid te waarschuwen voor h^geen over haar kan komen, want dat is iets heel verschrikkelijks. Dat is' het einde van onze vrijheid en onze beschaving. Vermeld mijn naam nog niet. Dat kan altijd later nog. Eerst wat rusten; hen, die een zoon of man ginds hebben, kan ik tot mijn spijt toch niet inlichten. Ik weet alleen dat er velen van wie men jaren niets heeft gehoord, toch in leven zijn. Zo werken er nog mensen die door de Russen in de eerste wereldoorlog al gevangen zijn genomen en nog nimmer thuis zijn geweesi En de Russen laten niemand ver-* trekken want er heerst een zeer groot gebrek aan werkers. Ieder verzoek van mij om weg te mogen omdat ik een Nederlander ben werd terzijde gelegd" „Smoesjes, iedereen kan wel zeggen Nederlander te zijn, U is een doodgewone krijgsgevangene uit Duitsland".
"Na acht jaren thuis Groninger werkte onder de Russen Er zijn nog vele Nederlanders doch ik ken ze niet.....". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
"Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
Doch vrees voor overheersing (Van onze Parijse correspondent) M e en weet dat er in het Marshallplan een som was uitgetrokken een behoeve der overzeese gebiedsdelen van Engeland, Frankrijk, Nederland, België*.en Portugal. Die som bedroeg zes millioen dollar. Én het waren de voor Indonesië bestemde gelden, welke enige tijd geleden werden afgesneden in verband met de actie tegen Djokjakarta. Er bestaan verscheidene gegronde redenen om de ex- of semi-koioniale landen van Afrika, het Verre en het Nabije Oosten in de kortst mogelijke tijd tot het hoogst mogelijke productievermogen op te voeren, terwille van die gebieden zelf, terwille van Europa, dat zonder die bezittingen — of hoe men ze noemen wil — economisch niet levensvatbaar is en terwille van Amerika dat aan vele grondstoffen, die daar gedolven worden, uit economische of militaire overwegingen, in hoge mate behoefte heeft. Die zes millioen Marshall-dollars hadden echter twee bezwaren: ze waren te gering in aantal en ze waren bedoeld, niet als belegging, doch als een tijdelijke ondersteuning. Europa vroeg om herstel van fabrieken en installaties, die door de oorlog waren verwoest, en het Marshallplan voldoet een eindweegs aan die behoeften. Doch in de meeste der buiten- Europese gebieden moesten objecten worden gebouwd, die tevoren -nog nimmer hadden bestaan. Havens en spoorwegen dienen te worden aangelegd, bronnen ontgonnen, steden geconstrueerd. Met zes millioen dollars richt men daartoe niet zo heel veel uit. Er moesten dus nieuwe bronnen van crediet worden aangeboord. En zo gingen stemmen op — men heeft ze ook nog tijdens de jongste bijeenkomst van de 19 landen in Parijs kunnen beluisteren — om het particuliere kapitaal in Amerika in te schakelen. Zo inviteerde Engeland Wallstreet om de aanle'g van een spoorweg door Rhodesia en tussen de Kaap van Cairo te bekostigen en fondsen bij te dragen voor de installatie van havens en electrische centrales in andere Afrikaanse landen. Frankrijk vroeg om particuliere financiële bijstand voor de modernisering der Noord-Afrikaanse magnesium- en tinmijnen, voor de exploitatie der Afrikaanse wouden, De rubberplantages in Indo-China, de mica- en grafietproductie in Madagascar, de fosfaat- en ijzermijnen in Oost-Afrika, de nikkel-productie van Nieuw Caledonië. EEN KLOOF VAN TE GENSTELLINGEN. Dat benodigde geld bleek in het algemeen gemakkelijker te vinden dan de toverformule, die Europa in de toekomst voor de gevaren zal behoeden van een blijvende overheersing van het Amerikaanse kapitaal. Het probleem was: te voorkomen dat deze economische infiltratie, die men noodgedwongen animeerde, tot een dollar-imperlalisme zou ontaarden. Vooral Frankrijk, dat misschien we) de sterkste behoefte aan Amerikaanse credieten had, is momenteel in een strijd gewikkeld, die niet gemakkelijk zal worden beslecht. Frankrijk wenst dat de buitenlandse credieten door een meerderheid aan Franse beleggingen in toom zullen worden gehouden. En de Amerikaanse geldschieters,
van hun kant, vragen om garanties tegen eventuele nationalisatielust. Het tegenwoordige Fr&nëc kabinet zou men zeker geen principiële voorstanders van nationalisatie mogen noemen. Niettemin is deze regering terecht van mening dat een garantie, gelijk de%merikanen eisen, strijdig is met haar souvereiniteit. De kloof dier tegenstellingen is niet heel makkelijk te overbruggen. Dat men wederzijds niettemin van oordeel is dat er een basis voor een vruchtbare samenwerking te vinden is, wordt aangetoond door de maatschappij, welke zich de industriële ontwikkeling der Franse Unie ten doel stelt en waarvoor de nodige fondsen zijn gefourneerd door een zevental der grootste Franse en een zestal belangrijke Amerikaanse bankinstellingen Franse kranten hebben deze verbintenis tussen de dollar en de Franse unie als een marriage de raison, een zaken huwelijk, gekenschetst. Van een onstuimige wederzijdse liefde valt zeker moeilijk te spreken. Hetgeen echter nog niet noodzakelijk betekent, dat de vruchten van dit huwelijk niet aan de verwachtingen der beide partijen zouden kunnen voldoen.
"Amerika en de voormalige Europese koloniën Dollars gezocht voor de opbouw". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
SCHIPHOL HEEFT DE BESCHIKKING gekregen over een sneeuwblazer. Deze Canadese machine, die 17 ton weegt, is in staat met haar 120 p.k. motor de luchthaven ,open" te houden. Ze kan bijvoorbeeld de mistbaan, die 2100 meter lang en 40 meter breed is, in een uur sneeuwvrij maken, waarbij de sneeuw gemiddeld 50 meter ver kan worden gespoten.
"SCHIPHOL HEEFT DE BESCHIKKING gekregen over een sneeuwblazer.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
(Van onze Parijse correspondent) IIET FRANSE DORPJE SAINT SILVESTRE met zijn 965 inwoners, is een gehuiht, waar men de kerk gesloten heeft omdat er geen geld meer was om een pastoor te onderhouden en waar de schoolmeester nog verschillende andere functies moet vervullen om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. Hij is ook gemeentesecretaris, dorpsomroeper en begrafenisondernemer De riikste man van het dorp was de caféhouder, Pierre Lacombe, die eigenaar van liefst 6 H.A. land is. De metselaar volgt hem op met 5 H.A. Sedert een paar weken is de zon deiwelvaart nu ten gunste van al die landeigennaars boven Saint Sylvestre opgestegen. Genoemde metselaar heeft nu een verzekering afgesloten, die verscheidene millioenen beloopt, en de dochter van da caféhouder —een
donker meisje van 20 jaar — is thans de Francaise, die behaive met haar schoonheid, haar toekomstige echtgenoot ook nog met een enorm zware bruidschat verblinden kan. Enkele weken geleden kwam prof. Joliot—Curie van het Franse centrum voor atoomonderzoek, het gerucnt ter ore, dat et ergens in het departement ■■van de Haute Vienne uranium te vinden zou zijn. Enkele geologen werden er heen gezonden en al spoedig bleek, dat er ditmaal eens geen loos alarm geslagen was. Over een oppervlakte van verschillende hectaren werden inderdaad verschijnselen van radio activiteit geconstateerd. Uranium is. zoals bekend, een der voornaamste grondstoffen voor ae atoomenergie, waarvan Amerika de belangrijkste leverancier van is. Na de onrust, die door de communistische sympathiën van Joliot—Curie vooral in de Verenigde Staten werd gewekt, sneed Washington de uranium-uitvoer naar Frankri.ik af. Daarom is deze ontdekking voor het Franse atoomonderzoek van essentiele betekenis. In het rustige dorp zijn .nu zwermen journalisten neergestreken en de telefoon staat nauwelijks een ogenblik stil. Aanvragen om interviews uit Londen of New York worden door hem echter niet in overweging genomen. „Over onze uranium lnat ik me alleen maar tegenover Fransen uit", zegt de edelachtbare, die begrepen heeft dat hij nu tot de kring der respectabele personagien van de Franse republiek dg toegetreden. Maar buiten de burgervader is in het dorp het fortuin iiop ; niemand naar het hoofd gestegen. Verschillende potêntiele milliardairs — het staat overigens nog niet vast of de opbrengst van het uranium uitsluitend in de zakken der landeigenaars zal vloeien — zijn naarstig op hun terreinen greppels van twee meter diepte aan het graven. De diensten van prof. Joliot—Curie betalen 55 cent per uur voor dat werk
"Uranium ontdekt in Frankrijk Bewoners van èen gehucht ineens schatrijk?". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
(Van onze financiële medewerker). Overeenkomstig de verwachting, de vorige week uitgesproken, heeft de Staatsfondsenmarkt in de afgelopen vijfdaagse periode een groot aanbod te verwerken gehad, waarbij de 3 pet. Grootboekinschrijvingen, welke op 1 Maart j.1. voor het eerst vrij konden worden verhandeld, tot beneden 96 pet. zijn gedaald, om in sympathie met de andere staatsobligaties later ietwat te redresseren. Om alle misverstand weg te nemen, moge worden opgemerkt, dat deze koersdaling met het crediet van de Staat niets te maken heeft.. Het aanbod houdt deels verband met het begrijpelijk verlangen om tot dusver geblokkeerd geld vrij te maken, deels ook met de vrees voor een stijgende rentestand en de koersdaling van obligaties, die daarvan het gevolg zal zijn, zoals we dat de vorige keer hebben aangetoond. Intussen heeft de regering bij monde van Minister In 't Veld reeds doen mededelen. dat van een verhoging van de rentestand geen sprake zal zijn en dat Minister Lieftinck ons dat binnenkort wel eens uit de doekjes zal doen. Wij weten niet. welke waarde men aan deze ietwat zonderlinge verklaring moet hechten, maar menen te mogen constateren, dat de rentestand sinds enige tijd reeds gestegen is en dat naar ons oordeel een verdere stijging alleen door kunstmatige middelen kan worden tegengegaan. De huidige noteringen van de Staatsfondsen trouwens ook van andere obligaties en pandbrieven, leveren het onomstotelijk bewijs, dat de rentestand zich in opwaartse richting beweegt Een sprekend symptoom daarvan is ook de onderhandse lening, welke de Muinck Keizer dezer dagen gesloten heeft, immers bij een 15-jarige looptijd moest 3% pet rente worden betaald. In verband met de grote en toenemende behoefte aan nieuwe bedrijfsmiddelen bij oude en nieuwe ondernemingen, valt moeilijk aan te nemen
dat voor de te lenen gelden geen hogere rente zal woTden gevraagd, waarbij de aanzienlijk hogere rentestand iri België en Frankrijk uiteraard ook een factor van betekenis is. GROTE VLOTTENDE SCHULD. Dat de Minister van Financiën geen voorstander van een hogere rente is, houdt misschien minder verband met zijn doctrine op dat punt, dan wel met het feit dat hij te eniger tijd de grote vlottende schuld van ca. f 7 milliard zal moeten consolideren, ook al zal zulks voornamelijk via de institutionele beleggers moeten geschieden, welke voor een groot deel van 's Ministers inzicht afhankelijk zijn. Het is niet uitgesloten dat de regering op maatregelen zint om een verdere stijging van de rentestand tegen te gaan. een omstandigheid, die aan een juiste beoordeling van deze materie en aan de» natuurlijke ontwikkeling der financiële verhoudingen ten onzent in de weg staat Tot op zekere hoogte is de koersdaling op de aandelenmarkt gedurende de laatste maanden ook een gevolg van een stijgende rentestand en de noodzaak om gelden voor fiscüs en bedrijfsvoering vrij te maken Maar zij is toch wel in zeer sterke mate geaccentueerd door een vertrouwenspsychose. zowel in verband met de onzekerheid ten aanzien van Indonesië als met de averechtse belasting-prijspolitiek der regering, waartegen bijv. de directie van de Twentsch Bank in haar verslag over 1948 fel opkomt en die naar zij meent de grondslag van ons bedrijfsleven ondermijnt. Er behoeft niet aan te worden getwij feld of een normalisering van de finan ciële en economische politiek der regering — grotere fiscale afschrijvingen, be lasting-vrijheid voor primaire kapitaals beloning, opheffing der speculatie winstbelasting en van de dividendstop, etc. — zou aan het vertrouwen in de economische mogelijkheden van ons bedrijfsleven
ten goede komen. Het is daarom goed dat de directies van de grote banken en bedrijven op dit aambeeld blijven hameren, waarvoor de regering in haar huidige samenstelling o.i. ook niet geheel en al ongevoelig is; zoals uit haar voornemen tot wijziging van enkele belastingen blijkt. Ook de Twentsche- Bank wijst er op. dat door de Marshallhulp en de belangrijke overschrijding van de ontvangstramingen der schatkist, belastingverlaging langzamerhand mogelijk moet worden en zelfs noodzakelijk zou kunnen blijken om een al te sterke deflatie tegen te gaan. Hoe dit zij, het komt ons voor, dat de Amsterdamse beurs met de recente koersdaling op de Aandelenmarkt op eventuele deflatie en depressie al te zeer is vooruitgelopen. Volgens de Trouw-index is -de beurswaarde van 100 fondsen in twee maanden ti.ids met ca. f 500 millirëh teruggegaan, sinds Februari van het vorig jaar zelfs met meer dan f 1 milliard en liet is volkomen juist wat de Twentsche Bank in haar verslag constateert, dat de aandelen van de oude. revestigde ondernemingen thans beneden hun intrinsieke waarde worden genoteerd. Ook de stijgende rentestand is in te sterke mate tot uitdrukking gebracht, aangezien in vele gevallen het rendement tot 6 en 7 pet. gestegen is. Hetzelfde geldt van Indische waarden, waarvan een herstel niet kan uitblijven als in de huidige situatie ook maar enige opklaring komt. MOEDGEVENDE SYMPTOMEN IN INDONESIE. Ten slotte blijven de economische berichten uit Indonesië gunstig luiden. De uitvoer bedroeg in 1948 meer dan f 1 milliard tegen f 343 millioen in 1947, producties van cultuurondernemingen stijgen. de Nederl. Indische Handelsbank heeft haar bijkantooi* in Diambi heropend en zo zijn er meer moedgevende symptomen. Ook al sympathiseert men allerminst met de tot dusver gevoerde Indische politiek, in het huidig stadium, dat voor de toekomst van Nederland en Indonesië van beslissende betekenis is, mag de regering aanspraak maken op -het vertrouwen van heel de bevolking, ook van de effectenbeurs, omdat wantrouwen en defaitisme fnuikend zijn voor het welslagen van de laatste kansen.
"Op en om de beurs Staatsfondsenmarkt had groot aanbod te verwerken — Stijgende rentestand — Koersdaling op de aandelenmarkt — Economische berichten uit Indonesië gunstig.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
Bij de N.V. Leidse Uitg. Mij. verscheen de roman „Wrok", van D. J. van der Laan. Het is het tweede werk van d°ze auteur. Met „Wrok" dong hij mee in Kruseman's romanprijsvraag, waarbij geen enkel werk bekroond kon worden. Maar de jury, waarin o.m. Anton Coolen en Van Duinkerken zitting hadden, wenste speciale aandacht te vestigen op dit met talent geschreven boek. Van de hand van Hartger Menkman verscheen bij de N.V. Leidsche Uitgeversmaatschappij „Het hart achter de toga". Hoofdpersoon van deze roman is een predikant, wiens mensenkennis en wiens begrip van de menselijke zwakheden hem de geroepen leider maken van zijn dorpsgemeente, waarvan de meest notabele leden zijn leiding het dringendst nodig blijken te hebben. Evenals religieuse werpt deze boeiend geschreven roman ook paedegogische vragen op, doch nimmer worden het strijdvragen. Bij dezelfde Uitgeversmaatschappij verscheen „Mysterie in Blauw", een boeiende roman in eenvoudige, begrijpelijke taal, eveneens van Hartger Menkman. We ontvingen het eerste nummer van de na bijkans 20 jaar herleefde Driemaandelijkse Bladen, het tijdschrift voor taal en volksleven in het Oosten van Nederland, dat onder redactie van dr. H L. Bezoen en dr. J. Naarding opnieuw wordt uitgegeven door N.V. de Erven J. J. Tijl te Zwolle. Na een inleidend woord van prof. dr. G. G. Kloeke, schrijft de redactie over de spelling van het.dialect, als belangrijkste hoofdregel vooropstellend, dat bij het schrijven van het dialect zo dicht mogelijk dient te worden aangesloten bij de Nederlandse schoolspelling. Van de verdere bijdragen in deze eerste aflevering noemen we die van J. Broekhuysen over Gerrit Jan Klokman, dr. M. Schönfeld: Enige facetten van het Gronings, G. J. Roelofs: Vriezenveense Bijnamen, H. J. Bergveld: Op 'e Vossejacht (in het Stellingwerfs dialect), Hendrik Jan, Nao de Knorhanen (in het dialect van Markelo) en dr. B. van den Berg: Marktrayons en Taalrayons. Degenen, die zich voor taal en volksleven interesseren, zullen de terugkeer van dit zeer verzorgde tijdschrift met waardering begroeten. Bij N.V. „Het Wereldvenster" verscheen Moeder Marjanne's Kerfstfeest, door Anton Coolen. Een ontroerende vertelling uit het land van De Peel. De uitgeefster stak het boekske in een keurig kleed.
"BOEK EN TIJDSCHRIFT.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
PRINSES ELIZABETH bracht met de hertog van Edinburgh een bezoek aan een ballet-avond in Edinburgh. Na afloop van de voorstelling sprak zij met de Schotse ballerina Moira Shearer, die in het ballet optrad.
"PRINSES ELIZABETH bracht met de". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
"Erdal is eniq !". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
OOSTEN. Heren. Eerste klasse: PW—Upward. Promotieklasse: Apeldoorn—Union II; Oosterbeek—EHV. Tweede kla3se A: Tempo '41 —PW II Dames. Promotieklasse: Zufolle—DKS; Quick II— Deventer II; Hengelo—Upward. Tweede klasse A: Nijmegen II —Apeldoorn II; Wageningen—Oostevbeek; Zutphen—Lochem. KORFBAL. Kampioenscompetitie: PSV— Blauw Wit. OOSTEN. Eerste klasse: Wit Blauw—ZKC.
Eerste klasse. DISTRICT I: Blauw Wit—Haarlem: Stormvogels—Vole wijekers; SVV—Xerxes; ADO—'t Gooi. DISTRICT II: DFC—Hermes DVS; KFC—Feyenoord. DISTRICT III: Heracles—Hengelo; Be Quick—Enschedese Boys; NEC—Quick; Enschede—Wageningen; Go Ahead— Zwolse Boys. Tweede klasse A: Rijssen Vooruit— NEO; Oldenzaal—Phenix; GOLTO— Tubantia; Rigtersbleek—Achilles; Borne—Vosta. Tweede klasse B:, ZAC—Labor; Vitesse— WVC. Tweede klasse C: Gelria—SCH: WAVV TEC; Dierense Boys—Ede; Theole— Rheden; Arnhemse Boys—Veenendaal. VOETBAL. Derde klasse A: Daventria—RODA; UD—Helios; DAVO—Hattem; Nijverdal— Epe; KHC—Wierden. Derde klasse C: VVG—Aalten; LONGA 30--MVR; SDOUC—Silvolde; Neede— Lochem; Winterswijk—Varsseveld. DISTRICT IV: Willem II—BW; TSC— Limburgia; MVV—Juliana; De Spechten—VVV. DISTRICT V: Emmen—Heerenveeh; HSC— Sneek; Leeuwarden—GVAV; Velocitas—Achilles; Friesland—Be Quick. DISTRICT VI: PSV—NOAD; Kerkrade—Ivlaurits; Sportcl. Emma—Helmondia; Sittardse Boys—Bleyerheide; Baronie DNIr—Longa. v
"HOCKEY.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
Morgen wordt de gewone competitie in de Oostelijke eerste klasse beëindigd. Het is echter niet uitgesloten, dat er één of twee beslissings wedstrij den noodzakelijk zullen zijn, want dit buitengewoon spannende seizoen heeft nog steeds niet de beslissing voor de bovenste en de onderste plaatsen gebracht. Enschede speelt morgen de belang rijke thuiswedstrijd tegen Wagenin gen. Wint de Sportclub haar laatste ontmoeting, dan eindigt ze gelijk met A.G.O.V.V. en is een beslissingswedstrijd om het kampioenschap noodzakelijk. De mogelijkheid is niet uit gesloten, dat Enschede met invallers moet spelen. Möring heeft een keelontsteking opgelopen. Zijn toestand is redelijk goed op het ogenblik, maar geheel zeker van zijn opstelling is men niet. Men heeft echter in Wiegerink een goede plaatsvervanger. Gerberink heeft Donderdagavond bij de training een lichte blessure opgelopen, maar de hoop is gewettigd, dat hij Zondag zal kunnen spelen. Speelt de Sportclub haar normale spel, dan moet ze kunnen winnen. Er staan nog twee belangrijke ontmoetingen op het prograamma. Be Quick speelt thuis tegen de Enschedese Boys. Verliezen zij de laatste wedstrijd, dan spelen de Zutphenaren met N.È.C. tegen de tweede klas kampioenen om één plaats in de eerste klasse. Er is echter nog een kleine kans. dat Be Quick de dans ontspringt. Het is dan echter taak. dat men zelf wint en dat Go Aheod 'of de Zwolse Boys, die tegen elkaar spelen, verliezen. In dat geval zou een beslissineswedstrijd met de verliezer van laatstgenoemde ontmoeting noodzakelijk zijn. N.E.C. is reeds definitief no laatst, zodat de wedstrijd te°en Quick van weinig betekenis meer is. Heracles speelt thuis tegen Hengelo. Het zal ons benieuwen of Hengelo haar record, (geen enkele uitwedstrijd werd verloren), zal weten te handhaven.
Spanning plaatsen. Vosta speelt strijden. om de ondersta Rijssen Vooruit of degradatiewedIn de tweede klas zal morgen waarschijnlijk de beslissing vallen wie ala tweede ploeg met Golto degradatiewedstrijden moet spelen. Ri.jssen Vooruit loopt de lelijkste kansen. De Rijssenaren spelen thuis tegen Neo. Verliezen ze ook maar één punt dan staan ze definitief op de één na laatste plaats. De tweede candidaat is Vosta, dat naar Borne moet. Vosta heeft een voorsprong op R.V. van twee punten. Eén winstpunt in Borne of één verliespunt van R.V. brengt de' Enschedeërs reeds in veiligheid. Ook als Vosta en R.V. zouden verliezen is Vosta veilig. De overige ontmoetingen zijn van weihig belang meer.
"Laatste competitie-Zondag van beslissend karakter Overwinning op Wageningen doet Enschede kampioenskans behouden — Be Quick—Ensch. Boys en Go Ahead—Zwolse Boys belangrijk vooi de laatste plaats.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006
(Speciale berichtgeving.) Binnen het kader van de onder alle joden ter wereld ingestelde ,,vrijwillige belasting" aan de staat Israël brengt mej. Kassadah van Vriesland leidster van het Palestijnse vrouwelijke hulpcorps, een bezoek aan ons land. Mej. Vriesland is Nederlandse van geboorte. Zij emigreerde met haar ouders op 10-jarige leeftijd naar Palestina, studeerde in de Verenigde Staten en trad, nadat zij geslaagd was voor lerares tot de Haganah toe. Gedurende de oorloe werkte zij bij het Palestijnse onderwijs om in 1948 commandante te worden van 't vrijwillig hulpcorps. Tijdens haar verblijf te Amsterdam vertelde zij, in voortreffelijk Nederlands, dat de financiële positie van de staat Israël verre van rooskleurig is. De oorlog heefi, het land zware lasten opgelegd en de bevolking nam zo snel toe, dat zij in 1950 — vergeleken met 1945 — reeds verdubbeld zal zijn. De toestand werd moeilijker, omdat de nieuwgekomenen merendeels uiterst behoeftige mensen, z.g. .displaced persons" zijn. Vandaar dat het wereldjodendom besloten heeft jaarlijks een vrijwillige belasting aan de jonge staat Israël te betalen ten einde deze over het moeilijke beginpunt heen te helpen Mej. van Vriesand zal in ons land voor Joodse organisaties spreekbeurten vervullen, terwijl contact met het ministerie van Financien ertoe geleid heeft, dat binnen het kader van een zojuist tussen Nederland en ïsrael gesloen monetaire overeenkomst, de verzamelde gelden alle naar Israël overgeschreven kunnen worden. Het probleem van woningtekort is in Palestina zeer nijpend, doch men hoopt binnen vijf jaar dit probleem te boven te zijn. De joden, aldus mej. van Vriesland, zullen al het veroverde land kopen en de Arabische effendi's, aan wie het toebehoorde, schadeloos stellen. Over de bedragen wordt thans op Rhodos onderhandeld. In Israël is tbans ook de leerplichtwet ingesteld en worden openbare scholen gestient. De opvoeding der vele kinderen, die wees zijn geworden — dat zijn er ongeveer 26.000 — baart echtpr grote zorgen. De Arabieren, die terug willen komen, zijn welkom. Een onderzoekingscommissie zal evenwel eerst nagaan, of zij bonafide zijn De Arabieren hebben trouwens zeteLs in het parlement van Israei. Mej. van Vriesland vertelde tenslotte, dat zeer binnenkort de eerste Israelietische film onder de titel „Adama" in Nederland vertoond zal worden.
"Vrijwillige belasting van het jodendom aan Israël WELDRA VERTONING ISRAELITISCHE FILM IN NEDERLAND.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000057976:mpeg21:p006