In de Telegr. lezen we: Wetenschap kent geen nationaliteit: rastenhaat moet b) wetenschappelijk ontwikkelde rnenst-en onbekend zjn, mag in hunne - kringen zelfs niet genoemd worden, 't Is zelfs dwaas, een wetenschappelijke stelling of werkwijze te beoordeelen naar den afkomst of de levensomstandigheden van haren opsteller inplaals van hare Inne r 1Q k e waarde te onderzoeken. Maar 't schijnt, dat de .Arbeitsgemeintchaft deutscher Naturfor- Bcher*' zoo dwaas wil wezen. De beschul-J diging, in een der zittingen van dezen Vereeniging tot prof. Einstein gericht, als zoude hg op minder bescheiden of beschaafd? of zuiver-wetenschappellke wijze reclame gemaakt hebben voor zijn theorie, heeft met de innerlijke waarde van die theorie niets te maken; maar bovendien, — leder, die de publicaties van of vanwege prof. Einstein gelezen heeft, weet, dat die beschuldiging kant noch wal raakt, zoodat de veronderstelling voor het gtjjpen ligt, dat ze alleen gedaan is met min edele bedoellrg. De meening van prof. Einstein zelf, dat ze voortspruit uit anti-semitische gevoelens van deze bestrgders, tijkt zeer aannemelijk. En 't is te begrijpen, boe pijnlijk deze ruwe, hateljke en onhebbelflke bcstrfldlngswljze, doorweefd als ze is met all-deutsche onbeschoftheden, de ffjn gevoelige persoonlijkheid van dezen grooten denker, van den Coimopoliet In den tdelsten zin, moet getroffen hebben. De Times van 28 Nov. '19 bevat een artikel van prof. Einstein, waarvan de aanvang luidt: .Na de betreurenswaardige breuk in de vroegere internationale betrekkingen tusschen wetenschappelijke mannen, grijp ik met vreugd en dankbaarheid de gelegenheid aan om met Engelsche astronomen en natuurkundigen in aanraking te komen. Dat Engelsche geleerden hun tijd en hun arbeid geven, dat Engelsch instellingen de materieele middelen verschaffen o.a oen theorie te onderzoeken en te toetsen, die in 't land hunner vijanden, ten tijde van den wereldoorlog, is opgesteld en gepubliceerd, is in volkomen overeenstemming mei de hooge en trotsche traditie der E.gilscha weterwchap.'' De lof, door Eir.st>in aan de Engelsche wetenschap gegeven, slaat op hemzelf terug, f Ruim van opvatting in de' al-mej .sche'lJke \ vethcuCirger, rro t het kleide all-ceuiic gedoe van de „Arbeltgememschafi" hem, ïtjn nV.si gat omei, hoogst onaangenaam" aandoen, temeer diar deze aanval komt van \ zfln ergert- landgenooten. In Duï'schlard geboren, kwam Eini'eln op \ jeugdigen leef ijl In Zwitserland, w.rd diar | gentuUaHmr'. w id prof ssorlndera'uur-j kur.de aan \ P. yt ctiicum te Zü ch, was korten tijd werkz^m te Praag tnvvd k/nt voor den oorlog beroepen aan de Ul' sitelt te Ber.rji om cv n later be:octnd te wördért 10l dlrrcKur vsn 'het Kaiser Wiiheirn inst uut voor Na uuikui dig ondctzotk. De Bally Chrontck van 15 Jan. geeft het verslag van een Interview met prof Einstelr, waarin a?n zijn rersoon Ijkheid en aan zQn arbeid volle ree ht wordt gedaan, en men behoeft slechts de Engelsche (ook Amerikaansche e.a.) wetenschappelijke tijdschriften op te slaan om te zien, welke waardeering zijn werk zelfs in vijandelijke landen vond, zoowel van voor- als tegenstanders der nieuwe ideeën. Misschien zijn de all-deutsche gevoelens van de „Arbeitsgemelnscbaft" gekwetst door, 't feit, dat Engelsche couranten en tijdschriften zich waardeerend over Einstein uitlieten. Echter niet alle landgenooten gaan met de .A.g." mee; in de Voss. Zett. wordt in een waardig geschreven siuk door Kurt Joel de bestrgdingswsjze afgekeurd, zonder echter een verocrdeeling uit te spreken over elke bestrijding als zoodanig. Immers strijd is de vader van alle dir gen, door strijd alleen kan de waarheid aan 't licht komen, en daarbij denken we ook aan de artikelen in wetenschappelijke tijdschriften van alle nationaliteiten, waarin tegen de relativiteitstheorie wordt te velde getrokken; die echter alle, zonder uitzondering, op zuiver wetenschappelijke wijze gestemd zijn, zonder perseonlljk-vtjandigen ondergrond. De aanvankelijke Engelsche tegenstand mocht zijn grond hebben in de vrees, dat Newton van zj|n wetenschappelijken troon zou gestooten worden, in een soort angst voor aanranding van een, zeer vergeeflijk, trotsch nationaliteitsgevcel, misschien met een bijmengsel van wrevel tegen den vreemdeling, die den Engelschen hero dorst aanvallen, die grond verviel, toen men al ras tot de erkentenis kwam, dat alle vrees en angst drnkbeeldlg waren. Het voetstuk van Newton bleek rotsvut en onaangetast. De grondlegger z If van de relativiteitstheorie verklaarde met klem, dat de groote schepping van Newton nooit omver geworpen zou kunnen worden, noch door deze, noch door een andere theorie; zt^n heldere en verstrekkende denkbeelden zullen altijd hun beteekenis behouden als de fundeering, waarop onze nadere concepties In de. natuurkunde zijn opgebouwd. Verkondigers van nieuwe ideeßn hebben altijd bestrijders gevonden, dikwijls zelfs aan vervolgingen blootgestaan. Kurt Joel noemt in boven aangehaald artikel in dit verband onzen Van 't He ff, waarbij wfl varzelfderken aan Ariatarchus, Qalilï, Keppler en zoovele anderen, dat alle nieuwe denkbeelden alleen daarom waxrhddbavalten, omdat ze bestreden worden. Het is voorzeker moeïelijk voor menschen van onzen tfld, die opgegroeid zijn b^ het denkbeeld van 't beitaan van een wereld ether, die alles doordringt en die het voortplantingsmlddel ie van alle kracht en energie, om die ether op té geven en 't is te bejvrtjpen, dat velen van ons den aanhangers van het relattvltelttprlndpe het verwijt toevoegen, dat ze vermathematlekt zijn, dat ze mathematische ficties aanhangen en een physiiche werkelijkheid prijs geven. Maar, wèl beschouwd, welk verschil ligt er tusschen de beide definities van physische ruimte; de tot dusver gangbare: de physische ruimte is opgevuld met een hypothetische, onweegbare, volkomen elastische ether, of dè nieuwere: de physische ruimte is die ruimte, waarvoor of waarin de electro-magnetische vergelijkingen gelden? Niet alleen de Voss. Z., maar ook 't Berl. Tagebl. trekt te velde tegen de onwaardige bestrtydingswljze en zelfs in veel heftiger bewoordingen. Het blad vindt het een schande voor Duitschland, dat 't leven van een geleerde mei wereldberoemdheid, die de hoogste onderscheidingen verkregen heeft van verschillende buitenlandsche universiteiten en genootschappen, naar wiens voordrachten scharen van wetenschappelijke menschen komen luisteren, wiens werken in alle talen vertaald zijn, in het centrum van Duitschland's geestesbetctnving verbitterd wordt. Zoolang alle gevolgen van de theorie nog niet proefondervindelijk bevestigd zijn, is zt nog aanvechibaar, en 't is prof. Einstein zelf, die dit op den voorgrond plaatst. De afwijking van 't sterrelicht langs de (verduisterde) zon Is bewezen; (de voorzitter van de Royal Society sir J. j*. Thomson, noemde dit de merkwaardigste gebeurtenis sedert de ontdekking Van de planeet Nep tunus in 1846, naar aanleiding van de wiskundige berekeningen van Le Vertier); de ,onverkl_arbare*periheHumbeweging van Mercuriusis verklaard. De vereischte verschuiving van de zonnespeclraallijnen, naar den kant van het rood, biedt echter nog moeielijkheden ; meting ;n van Evershed, St. john, Schwarzschleld en de meest bekende te Bonn door L. Grebe en A. Bachem gaven aanleiding tot scherpe critiek. Alzoo is de str|jd nog niet uitgevochten; dat moge verder geschieden met eerlijke, wetenschappelijke wapenen, zonder persoonlijkheden, van welken aard ook. Hoewel de nieuwe ideeën wellicht van geringen invloed zullen zij i op de algemeene opvattingen der menscbbeld, zullen ze toch zeker hun stempel drukken op de dsnkwijzeii In de natuuifj.osrfiiche aanverwante wetenschappen ; zoo zai op het a.s. Congres voor Filoscfi* ie Oxiord op 25 Sept. een zitting gewijd worden aan : The philosophical Aspect of fhe General Theoiy of Rclatlvity". Wetenschap kent geen nationaliteit; ze blijve ook vrij van rassenhaat. Zal-prof. Einstein aan zfjn voornemen, Berlijn den rug toe te keeren, gevolg peven - Nederland, 't welk hem een leerstoel te Leiden aanbood, en Engeland, waar nij zoo vele bewonderaars en volgclHgen maar ook eerlijke bestrijden telt, zuüen hem, als om strfld, met «.per. armen ontvangen. '