NRC Handelsblad

MANAGUA/WASHINGTON, 23 maart — Volgens de regering van Nicaragua hebben Hondurese troepen tot twee keer toe een Nicaraguaanse grenspost aangevallen ter ondersteuning van een invasie in Nicaragua door rechtse guerrillastrijders. Deze invasie maakt volgens Managua deel uit van een Amerikaans plan om een oorlog tussen de twee landen uit te lokken.

Nicaragua heeft verzocht om een spoedzitting van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties naar aanleiding van de invasie van ongeveer 1400 Nicaraguaanse ballingen, voornamelijk aanhangers van de in 1979 afgezette dictator Somoza. Eerder heeft de linkse sandinistische regering in Managua gezegd dat de distributie van meel, suiker en olie is genationaliseerd om ervoor te zorgen dat de voedselvoorziening toereikend blijft. In een formele protestnota heeft Nicaragua bij Honduras geprotesteerd tegen de beschieting afgelopen zondag van de grenspost Vado Ancho in het noordwesten. Over eventuele slachtoffers hierbij werd niets opgemerkt. „Dit zijn provocaties die volledig overeenkomen met de interventionistische en oorlogszuchtige plannen van de Verenigde Staten om het Nicaraguaanse revolutionaire proces te vernietigen," aldus de protestnota. „Deze plannen omvatten de provocatie tot een openlijke oorlog tussen Honduras en Nicaragua." Washington zou zo willen proberen het sandinistische bewind in Managua ten val te brengen. In Washington zei een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van buitenlandse zaken: „We hebben het duidelijk gemaakt dat we geen enkele terugkeer

naar een somozistische regering in Nicaragua ondersteunen." Woordvoerder Alan Romberg zei dat de oppositie tegen de sandinisten de afgelopen tijd is gegroeid, zowel in het buitenland als in Nicaragua zelf. Deze oppositie is volgens hem „divers, nationalistisch en onafhankelijk". Bronnen in het congres zeiden gisteren dat de somozistische ballingen via de Amerikaanse ambassade in Honduras steun hebben gekregen. Zij wezen erop, dat sommige ballingen zijn geparachuteerd in Nicaragua, en dat deze ballingen geen vliegtuigen mee konden nemen toen zij in 1979 moesten vluchten. In Nicaragua hebben politieagenten gisteren een coca-colafabriek bezet. De voormalige directeur en mede-eigenaar Adolfo Calero Portocarrero is volgens Nicaragua een leider van de "contrarevolutie". Geld van de fabriek zou worden gebruikt voor de uitrusting van de somozistische guerrillastrijders. Calero vluchtte in december uit Nicaragua. Hij is nu lid van de FDN (Nicaraguaanse Democratische kracht), de in Honduras gevestigde organisatie van somozistische ballingen. Nicaraguaanse regeringsfunctionarissen zeiden gisteren dat er nog meer invasies dreigen. (UPI, Reuter, AFP, AP)

Brinkman over sportreclame en zenderkleuring Alweer DE TIJD. Overal te koop (Advertentie)

AMSTERDAM/LONDEN, 23 maart — Amnesty International heeft bewijzen van politieke moorden door de autoriteiten of door officiële doodseskaders in 27 landen. Dit zegt de mensenrechtenorganisatie bij de lancering van een wereldwijde campagne tegen politieke moorden door overheden. In Amsterdam werd gisteren het rapport "Om niet te zwijgen" gepubliceerd waarin de organisatie zegt: "honderdduizenden mensen zijn de afgelopen tien jaar gedood door de autoriteiten van hun land. Hun werd iedere juridische bescherming ontzegd. Ze werden gedood wegens hun vermoede activiteiten of opvattingen of wegens hun afkomst". De campagne tegen politieke moorden is onder andere ter sprake gekomen op een internationale conferentie die vorig jaar in Nederland werd gehouden. Meer dan 130 deskundigen op het gebied van de rechten van de mens kwamen toen bijeen. Onder hen was de latere speciale rapporteur van de Verenigde Naties, de Keniase jurist Amos Wako. Wako stelde in zijn onlangs verschenen rapport over "willekeurige of standrechtelijke executies" het aantal slachtoffers van afgelopen vijftien jaar op "tenminste twee miljoen". Het gisteren gepubliceerde rapport van Amnesty heeft uitsluitend betrekking op politieke moorden die zijn gepleegd met medeweten van de overheid of die zijn geplegd door autoriteiten zoals bevrijdingsbewegingen die effectieve controle uitoefenen over een bepaald gebied. In het rapport noemen de op-' stellers enkele voorbeelden van politieke moorden: — dood onder onopgehelderde omstandigheden in gevangenschap of tijdens verhoor, zoals in Chili en Zuid-Afrika — een hoog sterftecijfer onder politieke en andere gevangenen, zoals in Haïti, — moord op criminele verdachten door politie of gevangenispersoneel of door schijnbaar onafhankelijke doodseskaders, zoals sinds het midden van de jaren zestig in Brazilië, — moorden bij operaties tegen guerrillastrijders, "terroristen" en andere met dergelijke namen aangeduide groepen veelal ongewapende burgers, zoals in Guatemala, — terechtstellingen die worden voltrokken na niet meer dan een schijnproces, zoals in Iran. Amnesty wijst in het bijzonder op slachtoffers die zijn "verdwenen". Verdwijningen en door regeringen begane politieke moorden houden volgens de mensenrechtenorganisatie vaak verband met elkaar. Slachtoffers van politieke moorden zijn vaak heimelijk afgevoerd

en gedood. De verdwijningen dienen als dekmantel voor moord. In het rapport wordt erop gewezen dat actie voeren tegen politieke moorden een moeilijke opgave is omdat de slachtoffers al zijn gevallen. Het verschijnsel massamoorden, dat in de afgelopen 20 jaar regelmatig is voorgekomen, noemt Amnesty een van de moeilijkste opgaven om actie tegen te voeren. De feiten van een massamoord worden veelal pas bekend als de liquidatie al een enorme omvang heeft aangenomen en bovendien vinden de moorden plaats in gebieden die vaak moeilijk toegankelijk zijn voor de media of waarnemers van internationale organisaties. Acht landen staan in de actie van Amnesty centraal: Argentinië, Chili, El Salvador, de Filippijnen, Guatemala, India, Iran en Libië. De Nederlandse afdeling van Amnesty doet een beroep op de regering een bijdrage te leveren aan de bestrijding van politieke moorden. (ANP/Reuter)

HARARE, 23 maart — Het hooggerechtshof van Zimbabwe heeft gisteren de aanklachten van hoogverraad ingetrokken tegen zes van de zeven leden van het Zipra, het voormalige guerrillaleger van Joshua Nkomo. Alleen Dumiso Dabengwa, de voormalige chef van het inlichtingenapparaat van Zipra, moet zich voor de rechter verantwoorden wegens hoogverraad. De andere zes, onder wie Nkomo's voormalige militaire chef Lookout Masuku, zullen nu alleen terechtstaan wegens illegaal wapenbezit. De aanhangers van Nkomo werden een jaar geleden gearresteerd nadat in Matabeleland, Nkomo's bolwerk, grote wapenvoorraden werden ontdekt. Die vondst leidde toen tot Nkomo's verwijdering uit de regering. De advocaat van de voormalige Zipra-leden had voor alle zeven vrijspraak gevraagd wegens gebrek aan bewijs. Opperrechter Hilary Squires bepaalde gisteen echter dat hij in het geval van Dabengwa wel over bewijs voor hoogverraad beschikt. Hij noemde in dit verband een brief die Dabengwa in 1980 schreef aan de Russische leider Andropov, destijds chef van de KGB. In die brief vroeg de Zimbabweaan om wapens, een verzoek dat volgens welingelichte bronnen destijds is afgewezen. Dabengwa houdt vol dat hij de wapens vroeg om de vijanden van Zimbabwe, zoals vanuit ZuidAfrika opererende infiltranten, te bestrijden. Maar de regering van premier Mugabe meent dat Dabengwa

bij de Russen om wapens aanklopte om het regime omver te werpen. Rapport Inmiddels hebben negen in Zimbabwe werkende internationale hulporganisaties, waaronder Novib, premier Mugabe een gedetailleerd rapport aangeboden over de bloedige acties van regeringseenheden in het zuidwestelijke Matabeleland. Volgens een Novib-woordvoerder hadden de organisaties twee weken geleden een gesprek met de premier waarin ze hun ernstige bezorgdheid tot uiting brachten over de wrede behandeling van de burgerbevolking door militairen tijdens hun jacht op "dissidenten". Mugabe verzocht de hulporganisaties daarop een vertrouwelijk rapport samen te stellen en dat rapport is hem afgelopen maandag overhandigd. Volgens de Novib-woordvoerder houden de organisaties zich aan Mugabes verzoek om vertrouwelijkheid en is het aan de Zimbabweaanse premier de inhoud bekend te maken of niet. Het rapport zou getuigenverklaringen bevatten van hulpwerkers van de negen organisaties die in Matebeleland werken. Ook zouden foto's van vreselijk toegetakelde burgers aan het geheime rapport zijn toegevoegd. De Novib-woordvoerder zei desgevraagd dat in kringen van hulporganisaties niet wordt overwogen om in navolging van de Zweedse regering de hulp aan Zimbabwe te bevriezen. (Reuter, UPI)

In Bangladesh zijn gisteren naar schatting zestig mensen omgekomen toen een spoorwegbrug bij Ishurdi ineenstortte en twee volle wagons van een passagierstrein in de 25 meter diepe rivierbedding stortten. Een spoorwegfunktionaris zei dat de treinbestuurder door de hevige regenval een ontwortelde boom, die op het spoor lag, niet had gezien. Een van de vijf pilaren waar de 50-jarige brug op rustte begaf het nadat de trein was ontspoord. (AP).

KAMPALA, 23 maart — Tenminste dertig mensen zijn in twee dorpen nabij de Oegandese hoofdstad Kampala vermoord door rebellen in militaire uniformen. Dat meldde gisteren de Oegandese politiezegsman. Hij zei dat anti-regeringsgezinde rebellen er een gewoonte van maken de bevolking in militaire kledij te terroriseren om zo de regering van president Obote in een kwaad daglicht te stellen. Even ten noorden van Kampala werden maandag acht mensen doodgeschoten tijdens een bijeenkomst van Obote's regerende Oegandese Volkscongres. Tijdens de bijeenkomst in het dorp Kyebando mengden guerrillastrijders zich onder de toehoorders en openden ze het vuur. Tot de slachtoffers behoren twee lokale partijfunktionarissen. De acties volgen na enkele guerrilla-aanvallen vorige week op een convooi Keniase vrachtwagens en op een passagierstrein. De guerrillastrijders verzetten zich tegen het regime van president Obote omdat hij in december 1980 via frauduleuze verkiezingen aan de macht zou zijn gekomen. Diplomaten in Kampala menen dat de rebellen geen directe bedreiging voor Obote vormen. Vorige week werd de Canadese ingenieur Wilfred Manchur in z'n huis in Kampala doodgeschoten. Onlangs waarschuwden guerrillastrijders alle buitenlanders Oeganda direct te verlaten op straffe van ernstige repressailles.

Door onze correspondent HARM BOTJE KAIRO, 23 maart — "De tijd dringt. De komende dagen zijn cruciaal voor het aangaan van vredesbesprekingen met Israël. „Dat zei koning Hussein van Jordanië de afgelopen dagen in Londen en Bonn. De koning, zo blijkt inmiddels uit alles, wil wel maar kan niet. Of liever gezegd: hij kan wel maar alleen onder bepaalde essentiële voorwaarden. Die heeft de vorst niet in de hand en hij kan er ook geen wezenlijke invloed op uitoefenen. Het koninklijke dilemma is des te vervelender omdat inmiddels iedereen — Amerikanen, Egyptenaren, Israëli's, Palestijnen, Syriërs en Russen — de opstelling van Jordanië tot een soort centraal punt in hun eigen denkbeelden rond het vredesoverleg hebben gemaakt. Het probleem is tevens dat iedereen in een ingewikkelde samenhang water in zijn zure wijn zou moeten doen om het Hussein mogelijk te maken zijn rol te spelen. Tenslotte moeten al die conccessies min of meer in elkaar grijpen, hetgeen een coördinatie veronderstelt die, en dat is de kern van de zaak, ontbreekt. Zo komt dezer dagen PLOvoorzitter Arafat naar Amman om

met Hussein verder te praten over de uitwerking van het principe van de Jordaans-Palestijnse federatie. Dat principe is inmiddels min of meer goedgekeurd door de PLO-top in Algiers, die die instemming echter met veel "maren" heeft omgeven. Hussein zijnerzijds wil van Arafat een schriftelijke en vet ondertekende verklaring dat de vorst namens de Palestijnen de eerste schreden mag zetten op het pad naar vredesoverleg met Israël en wel in het kader van het Reagan-plan. Dat plan is evenwel voor de PLO pas geloofwaardig als het stipuleert dat de Palestijnse autonomie, uitlopend op een confederatie met Jordanië, onder PLOvlag geschiedt, wat voor Israël weer onaanvaardbaar is. Voorts, aldus de PLO, moeten de VS Israël dwingen tot een stopzetting van de nederzettingenpolitiek en een aftocht uit Libanon. Kortom. Washington moet het plan-Reagan in PLO-zin herzien en het moet ook nog aantonen de Israëli's tot soepelheid in Libanon en bezet gebied te kunnen bewegen. En dat allemaal zo spoedig mogelijk. De door de PLO gewenste resultaten hangen verder af van wat de Syriërs in Libanon en elders willen gaan doen en dus van de

zich nieuw aftekenende Russische politiek in het Midden-Oosten. Na de debacle in Libanon, vorig jaar, hebben de Syriërs van Moskou Sam-5-raketten gekregen, bemand door Russische militairen. In Syrische ogen moeten die raketten niet slechts de Israëli's in toom houden — ze zijn ook bedoeld tegen eventuele onverhoedse Iraakse pogingen het regime in Damascus omver te werpen om zo een eind te maken aan de SyrischIraanse alliantie. Zelfs al zou Israël zich inschikkelijk tonen, dan nog zouden de Sam-5-raketten vermoedelijk gewoon in Syrië blijven. Men moet dus wat de raketten betreft niet zozeer in Damascus als wel in Moskou zijn, en dat betekent dan weer dat niet Arafat en Hussein maar Washington en Moskou in laatste instantie beslissen over de verdere ontwikkelingen. Erg veel coördinatie lijkt er op dit moment tussen die twee niet te zijn. De kansen op een SyrischIsraelisch treffen nemen daarmee op hun beurt toe, zeker nu de sneeuw smelt en binnenkort in Libanon weer tanks gebruikt kunnen worden. Wat dus de houding van Hussein en Arafat ook moge zijn, aan de situatie kunnen ze weinig veranderen. Daarvoor zijn ze te laat.

De : nieuwe Arbowet is er. Een stuk "gereedschap" om veiliger, gezonder en prettiger te werken. Hoe? Vraag de Arbo-folder aan. Stuur een briefkaart aan: Arbowet, Postbus 51, 2500 RR Den Haag. De Arbowet. Goed gereedschap om mee te werken. I Pi ihlikatip mini<;tprip van ^nrialp 7akf»n pn \A/f Publikatie ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

ISLAMABAD, 23 maart — Tijdens schermutselingen tussen guerrillastrijders en regeringstroepen gesteund door Russische eenheden zijn de afgelopen week in Afghanistan minstens 36 doden gevallen. Ook werd in centraalAfghanistan een Russische helikopter neergeschoten. Dat is gisteren uit diplomatieke kring vernomen in de Pakistaanse hoofdstad Islamabad. De strijd woedde vooral in Kandahar en in de provincie Logar ten noorden van Kaboel. De zegslieden zeiden verder geen geloof te hechten aan eerdere

berichten uit Kabul als zou de guerrillaleider Shah Masood een bestand zijn overeengekomen met de regering van president Karmal. Masood vocht de afgelopen maanden in de Panjsheervallei even ten noorden van Kabul. Westerse diplomaten in Islamabad meldden eveneens dat Sayyed Baba, de directeur van de nationale luchtvaartmaatschappij van Afghanistan, het afgelopen weekeinde in Kabul is vermoord. Baba was via huwelijk verwant met de Afghaanse president Karmal. Volgens de diplomatieke bronnen is het niet duidelijk of hij door guerrillastrijders of door andere vijanden is vermoord. (AP, Reuter)

STOCKHOLM, 23 maart — In de eilandengroep bij Stockholm hebben de Zweedse marine en kustwacht gisteren tevergeefs gezocht naar een niet-geïdentificeerde onderzeeër. Een woordvoerder van de Zweedse defensiestaf zei gisteravond dat de onderzeeboot waarschijnlijk is ontkomen. De speurtocht van kustwacht en marine ging vanmorgen nog door. (AP, AFP)

PORT LOUIS, 23 maart — Op Mauritius zijn elf ministers afgetreden, onder wie de minister van financiën Paul Berenger, die geldt als de invloedrijkste figuur in de linkse regering van premier Jugnauth. Dat is gisteren in de hoofdstad Port Louis bekendgemaakt. Het is de tweede keer dat Barenger aftreedt sinds vorig jaar

juni de socialistische Militante Mauritiaanse Beweging via algemene verkiezingen de macht overnam. De eerste crisis werd vorig jaar oktober na overleg opgelost. Aanleiding tot de nieuwe kabinetscrisis was maandag het ontslag van de directeur van de Mauritiaanse radio en televisie Gaetan Essoo. (AFP)

KAIRO, 23 maart — Egypte heeft gisteren vijf Grieks-orthodoxe bisschoppen uitgewezen. Volgens een woordvoerder van het Egyptische ministerie van buitenlandse zaken is dat gebeurd op verzoek van het hoofd van de Grieks-orthodoxe kerk, patriarch Nikolaos. In Athene is echter gezegd dat de maatregel te maken heeft met nalatigheid van de bisschoppen, die hun verblijfsvergunning niet zouden hebben verlengd. Alle betrokken bisschoppen werken al langer dan tien jaar in Egypte; sommigen zijn er geboren. Egypte telt ongeveer zevenduizend Grieks-orthodoxen. (Reuter).

Door onze correspondent SALOMON BOUMAN TEL AVIV, 23 maart — In de 64-jarige socialist Chaim Herzog heeft de Knesset gisteren een briljante diplomaat met een lange militaire carrière achter zich tot opvolger gekozen van president Navon. In zijn persoon verenigt de in Ierland geboren nieuwe president de joodse ballingschap en de herrijzing van de joodse staat Israël in 1948. Als zoon van de Ierse opperrabbijn, met een gedegen godsdienstige opvoeding achter zich, is Herzog een ideale schakel tussen Israël en het wereldjodendom. Zijn huwelijk met een sefardische vrouw stelt de aristocratisch aandoende nieuwe president tevens in staat met kennis van zaken te spreken over de noodzaak tot integratie tussen sefardiem en ashkenaziem. Daarnaast beschikt hij met zijn juridische achtergrond — hij studeerde in Cambridge — over meer kwaliteiten om vanuit zijn presidentiële paleis over de eenheid van de Israëli's te waken. Chaim Herzog kwam op 16-jarige leeftijd voor de voortzetting van zijn joodse studie naar de Jeshiva, het joodse theologische instituut, in Hebron. In de Tweede Wereldoorlog

diende hij als majoor in het Britse leger en raakte hij in het Duitse Bremen gewond. Zijn zionistische gevoelens werden aangewakkerd toen hij getuige was van de bevrijding van de concentratiekampen in 1 Duitsland. Herzog keerde in 1947 naar Palestina terug. Onder andere wegens zijn gedegen kennis van het Arabisch werd hij hoofd van de veiligheidsdienst van het Jewish Agency, om in 1948, na deelname aan de onafhankelijkheidsoorlog, hoofd van de militaire inlichtingendienst te worden. In 1962 trok Herzog voor een succesvolle carrière in de zakenwereld en de advocatuur zijn uniform uit. Na de Zesdaagse Oorlog werd hij de eerste militaire goeverneur van de juist veroverde westelijke Jordaanoever. Van 1975 tot 1978 vertegenwoordigde hij zijn land bij de VN. Herzog heeft zijn populariteit vooral te danken aan de ma-, nier waarop hij als militair commentator voor radio en televisie in 1967 en in 1973 de toen heersende oorlogen op een zeer evenwichtige en rustgevende manier versloeg. Zijn commentaren speelden een belangrijke rol bij het kalmeren van de emoties in de oorlog van 1973.

Chaim Herzog drinkt op zijn uitverkiezing. Links de socialistische partijleider Peres. (Foto UPI)

Door onze correspondent SALOMON BOUMAN TEL AVIV, 23 maart — Premier Begin ziet in de verrassende verkiezing van de socialist Chaim Herzog tot president van Israël geen aanleiding voor nieuwe verkiezingen of het opbreken van de regeringscoalitie. Dat zei hij gisteren op een spoedbijeenkomst van de Likud-parlementsfractie. Ondanks druk vanuit zijn partij bij de nog fungerende president Navon zijn ontslag aan te bieden en vervroegde algemene verkiezingen uit te schrijven hield Begin voet bij stuk: "Er is geen reden tot paniek". Aangezien er mede wegens het verzet van de kleinere coalitiepartners van Likud geen parlementaire meerderheid is voor het uitschrijven van nieuwe verkiezingen gaat Begin ervan uit dat het aanbieden van zijn ontslag aan president Navon zal leiden tot de vorming van een socialistische regering onder de huidige oppositieleider Peres. De druk houdt desondanks aan. Minister Hammer van onderwijs, die namens de Nationale Religieuze Partij in de regering zit, liet gisteren voor het eerst blijken niet tegen vervroegde verkiezingen te zijn als de coalitie wegens de opgeroepen spanningen niet meer doelmatig kan functioneren. Ook vanuit de andere religieuze

coalitiepartner Agudat Israël bestaan geen bezwaren tegen vervroegde verkiezingen. Als de Tami-partij en de NRP tot dezelfde conclusie komen, komt voor Begin de weg vrij de voor Likud gunstige opiniepeilingen in een verkiezingszege om te zetten. Politieke waarnemers zijn van oordeel dat Begins prestige door de verkiezing van Chaim Herzog tot president een zware klap heeft gekregen en dat het onderling wantrouwen in de coalitie groot is. De Lukudleiders zitten nu met de vraag wie van de coalitie-parlementariërs gisteren op de kandidaat van de oppositie heeft gestemd. Gisteren werd zelfs gesuggereerd de 64 Knesset-leden van de coalitie aan de leugendetector te zetten. In coalitiekringen gaat men ervan uit dat het zevental dat gisteren de regering in de steek liet ook in staat moet worden geacht de regering bij een open stemming te laten vallen. Van Likud-woordvoerders kregen de anonieme overlopers het predikaat "oplichters en verraders". Roni Milo, ondervoorzitter van de coalitiefractie in de Knesset, legde gisteren na de verkiezing van Herzog tot president zijn functie neer. Volgens hem hadden alle 64 parlementariërs van de coalitie hem beloofd op Begins kandidaat voor het presidentschap te stemmen.

BRUSSEL, 23 maart — Op hun Brusselse top hebben de leiders van de EG-landen zich gisteren krachtig uitgesproken tegen het Israelische nederzettingenbeleid in bezet gebied en voor een snelle aftocht van alle buitenlandse troepen uit Libanon. In hun verklaring zeiden de leiders van de Tien dat het tijd is dat Israël toont bereid te zijn tot werkelijk vredesoverleg. Dat zou Israël kunnen aantonen door in bezet gebied geen nieuwe nederzettingen te stichten en bestaande nederzettingen niet uit te breiden. Het nederzettingenbeleid van Israël werd veroordeeld als een obstakel voor de pogingen vrede te bereiken. De Tien, aldus de verklaring, zijn "diep verontrust over het voortgaande gebrek aan vooruitgang naar vrede tussen Israël en zijn Arabische buren. Ze zijn ervan overtuigd dat alle partijen de huidige kans moeten grijpen om de twee meest urgente doelen te verwezenlijken: de terugtrekking van alle buitenlandse troepen uit Libanon en een hervatting van overleg, gericht op een alomvattende vredesregeling." In de verklaring werden Israël, de PLO en Syrië, de landen die troepen in Libanon hebben, met name genoemd.

In de verklaring werden de belangrijkste punten herhaald van de Verklaring van Venetië, waarin de EG op 13 juni 1980 de belangrijkste principes van een gewenste vredesregeling uiteenzette. De Tien verwelkomden het komende overleg tussen koning Hussein van Jordanië en PLO-leider Arafat, omdat dat de Palestijnen "de kans geeft zich voor vredesoverleg uit te spreken". Over president Reagans vredesplan vonden de Europese leiders dat het "een weg naar de vrede aangeeft". Dit plan voorziet in Palestijnse autonomie in een samenwerkingsverband met Jordanië Het tweede vredesplan voor het Midden-Oosten, het door de Arabische Liga opgestelde plan van Fes, tekent volgens de Tien eveneens een "bereidheid" tot vrede Dit plan gaat uit van een onafhankelijke staat in door Israël bezet gebied. Er werd in de in Brussel uitgegeven verklaring geen duidelijke voorkeur voor een van beide plannen uitgesproken. In de Verklaring van Venetië stelden de Eilanden in 1980 dat de PLO een rol in het vredesoverleg dient ' c spelen, een rol die de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie in het Reagan-plan niet wordt toebedeeld(AP)