I nRlD. H n0V ' _ Dfi 6nlge Y r Juan Carlos is snel te jTms hi j 11161 s P° edi S een programma van tóngen- kan In het land gevaarlijke radicalisering ' san- , , , i, , pze conclusie komt Joatwdz Jimenez, de leider van christen -democraten in een van de belangf voormannen van de op' in dit land. tijdens een k over de situatie ,,post,r c0 > waarin Juan Carlos kojalzijn ook een groep rechtse ■ten -democraten, die vrij bij het regime staan onder ,2 van Silva Munoz en een „christen -democraten van 'midden onder leiding van m Carlos moet profiteren het krediet dat hij op het hhlik heeft bij een groot deel l de bevolking, bij het leger T ral na zijn recente bezoek Spaans Sahara, waar hij de dkrachten inspecteerde - ■„ het buitenland. Hoe lang kre diet zal blijven bestaan, afhangen van de snelheid „mee de prins optreedt, alde Madrileense advocaat. ,ectaculair ) t prins zou bij zijn hervormen eigenlijk net zo specta^ te werk moeten gaan. , n t hij, als hij 'deed door zelf iter de stuurknuppel van zijn aaljager gezeten. ' naar El | un (hoofdstad van Spaans a) te vliegen. ie oppositie zal nooit aanirden dat het bewind van m Carlos een voortzetting •dtvan dat van zijn voorgan_ Franco. De kritische oppositi
zal ook de oppositie zich steeds meer bereid tonen tot de dial >og", zo voorspelt de christendemocraat. Blijven spoedige veranderingen echter uit, dan zouden ernstige dingen kunnen gaan gebeuren, zo gelooft de advocaat. C)e arbeiders bijvoorbeeld, die ru, naar hij gelooft, niet geïnteresseerd zijn in een „revolutionaire situatie' en langs vreedzame weg hervormingen willen, z- uden dan wel eens onrustig kunnen worden. Beheerst Joaquin Ruiz Jimenez, vrij ung en met een scherp geprofileerd gezicht, zet zijn visie rustig en beheerst uiteen. Begin 1956 was hij nog minister van endefwijs in een van Francos legeringen, maar werd op 16 februari van dat jaar ontslagen wegens zijn liberale gezindheid. Belangstelling De afgelopen dagen heeft ook Ruiz Jimenez zich bevonden onder hen die zich naar Franco 's paleis hebben begeven om hun belangstelling te tonen voor de toestand van de zieke. De gedachte ligt voor de hand dat dit bezoek op een moment dat de nieuwe tijd voor de deur lijkt te staan, voor een leider van de oppositie nu niet meteen getuigt van opperste politieke wijsheid. Iemand die de advocaat goed kent. schrijft de visite echter toe aan een totaal ontbreken van opportunisme en aan een absolute 'ritegriteit fin de zin van: op dit moment riet -'ne-ns willen vergeten dat hij ook onder de Caudillo heeft gewerkt). Wat moet er na het overlijden van Franco, als Juan Carlos koning wordt, allemaal gaan gebeuren? Ruiz Jimenez komt tot de volgende puntsgewijze opsomming. Nieuwe regering Er moet meteen een nieuwe
regering komen. Niet nodig is dat eerst het conflict rond de Sahara geheel is afgewikkeld. Dat kan ook heel goed met een andere regering. De huidige premier Arias is weliswaar volgens de wet niet gehouden om na de opvolging door Juan Carlos af te treden maar heeft hiertoe, zo meent Ruiz Jimenez, wel de „morele verplichting". Hij meent te weten dat ook Arias zelf voorstander is van deze lijn. Vervolgens moet Juart Carlos iemand tot premier kiezen waarmee hij een hervormingsprogramma kan doorvoeren. Ruiz Jimenez noemt in dit verband de namen van José Maria de Areilza (graaf van Motrico, oud-ambassadeur in o.a. Parijs en Washington), die volgens hem op het ogenblik de meeste kans lijkt' te maken; Fraga Iribarne, de oud-minister van voorlichting die nu ambassadeur is in Londen; Diez Alegria, de oud-chef van de generale staf. indertijd om zijn liberale gezindheid door Franco ontslagen, en Antonio Garrigues (o.a. oud-ambassadeur in Washington). Juan Carlos dient — aat zou eigenlijk zijn eerste daad moeten zijn, zo meent de Madrileense advocaat — een zo ruim mogelijke amnestie af te kondigen voor allen die om politieke redenen zijn of worden vervolgd. Dat zou de- betekenis hebben van een gebaar van verzoening. Ruiz Jimenez herinrfert eraan dat de Spaanse koningen in het verleden steeds een predicaat hpbbpn meegekregen. Dat van de nieuwe koning zou moeten worden: „Juan Carlos I. de verzoener". De doodstraf moet daarnaast worden afgeschaft. Zou dit niet meteen kunnen gebeuren, dan zou in ieder -geval geen enkel doodvonnis meer moeten worden voltrokken, d.w.z. de koning zou steeds gratie dienen te verlenen in zulke gevallen. Ook dient onmiddellijk een einde gemaakt aan de „wet tegen
het terrorisme", die aan het einde van de zomer door het huidige bewind werd afgekondigd en die volgens de Madrileense advocaat „meer een politiek dan een juridisch instrument" is. De burgerrechten dienen weer in volledige vrijheid te kunnen worden uitgeoefend, zoals bijvoorbeeld het recht op vrije meningsuiting en het recht op vergadering. Misdrijven moeten in het vervolg uitsluitend nog voor de burgerrechter wórden behandeld. Dus in vredestijd geen processen meer voor krijgsraden en afschaffing van het speciaal in het leven geroepen „tribunaal voor de openbare orde". Associaties Het decreet op de instelling van de zg. „associaties" moet worden ingetrokken. Het gaat daarbij om de enige vorm van politieke groepsvorming die onder het huidige bewind is toegestaan. De associaties dienen zich te houden aan de doelstellingen van de Beweging (de drijvende poiitieke kracht achter het huidige stelsel) en betekenen daarom volgens waarnemers niet meer dan nuanceringen van het regime. Tegelijkertijd dient de wet van 1939 ongedaan gemaakt te worden waarmee alle politieke partijen uit de tijd van de Republiek (de staatsvorm voor de Spaanse burgeroorlog begon) verboden werden verklaard. In een later stadium zou de koning ook alle, onder het huidige bewind aangestelde, civiele gouverneurs (enigszins te vergelijken met commissarissen van de Koningin, maar met veel meer invloed) dienen te vervangen. Tot zover het verlanglijstje van Ruiz Jimenez. Wat de krachtverhoudingen binnen de oppositie betreft, ge-looft de advocaat dat bij vrije verkiezingen christen-democraten en socialisten (die op het ogenblik samenwerken
binnen het Platform van de Democratische Convergentie) zo'n 40 a 45 procent van de stemmen zouden kunnen behalen. Hij gelooft dat de communisten, althans in de beginperiode na de dood van Franco, waarschijnlijk over een bredere basis zullen beschikken dan in Portugal en sluit niet uit dat zij op 15 a 20 procent van de stemmen zouden komen. „Soms vragen vrienden in .Bonn. Rome, Den Haag of Brussel zich wel eens af hoe wij tot bepaalde akkoorden hebben kunnen komen met de Junta Democratica (waarin de communisten domineren. Red.)'i, aldus Ruiz Jimenez, die oud-minister Schmelzer blijkt te kennen. Het antwoord is volgens de beminnelijke advocaat dat het in de moeilijke situatie waarin Spanje verkeert van het grootste
belang is dat de arbeidersbeweging en de communistische partij niet in een isolement terechtkomen. Wat vermeden moet worden, is dat zij „een bunker van links" gaan vormen, zo meent Ruiz Jimenez met c-en toespeling op de benaming van de harde kern van rechts, die hier vaak met „bunker" wordt aangeduid (herinnering aan de laatste dagen van Adolf Hitier). Ook willen de christ-en-d-emocraten voorkomen dat zich een volksfront ontwikkelt (d .w.z. exclusieve samenwerking van socialisten en communisten). Daarmee zou immers weer de oude, onvruchtbare tegenstelling worden herschapen, zoals die voor begin van de Spaanse burgeroorlog bestond. Dit soort polarisatie willen de christen-democraten juist voor alles vermijden.
Joaguin Ruiz Jimenez