door ADRIAAN VAN DER VEEN
Esteban López gaat op zijn gemak schrijven in lowa City — Een gewelddadig antwoord op een moeilijke vraag van Nova — Jongens als meisjes in Victoriaans Engeland — Zuleika Dobson nam de trein naar Cambridge — Gulheid voor internationale schrijvers in Oklahoma — Luisteren naar de Amerikaanse polsslag in weken van verkiezingskoorts.
Romancier en verhalenschrijver Estéban López vertelde me dat hij binnenkort de Nederlandse literaire' invloed in Amerika gaat versterken. Precies zo zei hij het niet, daarvoor is hij te bescheiden; maar hij gaat in elk geval voor het academisch jaar 1972-1973 deelnemen aan het International Writers Program van lowa State University in lowa City. Aangezien hij dat als enige Nederlandse auteur doet in een gezelschap van zo'n 20, 30 schrijvers, zal hij allicht een indruk proberen te geven van de betekenis van onze literatuur. Een vian de aantrekkelijkste kanten van de uitnodiging vindt López dat hij in dat jaar aan de universiteit geen vaste plichten heeft. Om beurten zullen de uitgenodigde auteurs een en ander vertellen over eigen werk en de literatuur van hun land, maar daarbij blijft het. Ze mogen ook rustig op hun kamer gaan zitten om daar voor zichzelf te schrijven. López is van plan om een bundel verhalen en een roman af. te maken. Tegelijk hoopt hij na te gaan hoe de „school of creative writing" werkt aan deze universiteiten en waarop deze literaire „work shops" neerkomen. In ons land gelooft men nog altijd niet in de mogelijkheid om schrijven te leren, zeker niet aan een universiteit. In Amerika heeft vrijwel heel het creatieve talent een of andere opleiding in „creative writing" achter de rug. Wat daar ook tegen mag zijn (ik heb nooit kunnen zien wat precies), het staat vast dat hun vakmanschap wordt verbeterd. En de meeste deelnemers aan dergelijke „work shops" voor de literatuur mogen dan geen schrijvers worden, de kans is er dat ze zich tot goede lezers ontwikkelen, met begrip voor de waarde van een literaire tekst. lowa State University heeft al sinds tientallen jaren een uitstekende reputatie voor zijn „writer's school", die al lang onder leiding staat van Paul Engle. Robert Lowell was na de oorlog een van de vele docenten van naam daar. Toen ik er in de jaren '50 was •had ik een intens contact met dichter John Berryman, die kort geleden zelfmoord pleegde. Na een theeceremonie, georganiseerd door professorsvrouwen, waarbij het erg- moeilijk bleek om met een kopje thee in de ene en een schoteltje met taart in de andere hand minzaam aan het glimlachen te blijven, vluchtten we naar zijn kamer, waar hij een fles whisky
had staan. Toen ik hem tegen vier uur 's nachts verliet om de „melktrein" te halen die me tijdig in Chicago zou bezorgen, was er weinig meer van over. Berryman bleek geestig, grillig, moordend over de volgens hem dodelijke sfeer van de universiteitsoase, en hij leek me erg eenzaam. Kort daarna, zo hoorde ik, werd hem dringend aangeraden de universiteit te verlaten. Hij had een of andere faux pas begaan. López bevindt zich yoor zijn jaar in lowa in een gezelschap van schrijvers. Het zal er wel zijn uit te houden. lowa State doet goed werk met zo'n International Writing Program. De uitgenodigde schrijvers worden weliswaar niet overbetaald.(dank zij een subsidie van. CRM via de Raad voor de Kunst beschikt López over 500 dollar per maand), maar ze hebben tenminste een flink aantal maanden schrijftijd, voor schrijvers een kostbaar bezit. López 'is ook van plan na te gaan hoe het zit met de uitgeverij Twayne, die zoals ik in CS Journaal van verleden week beschreef, hard bezig is om onze literatuur in vertaling in Amerika te lanceren. Dit werk wordt vanuit ons land gesteund door de Stichting voor Vertalingen, die wordt geleid door directeur De Wit. Voornaamste hoop Op Piccadilly Circus, waar pornografische tijdschriften met hun hete adem dicht aanleunen tegen keurige publicaties als de New Statesman en The Economist, viel me bij een van de boekenstalletjes de titel op van een van de artikelen in Nova van september, How It's Like Being Jewish ? De reeks van stukken over het Joodse leven in Engeland, voortreffelijk ingeleid door Irma Kurtz, werd van een onbedoelde actualiteit door de gebeurtenissen in München. Onveiligheid en vervolging, het lijkt het lot te blijven van de Joden. Vermoedelijk zijn dit te vergaande conclusies, of toch niet als we bedenken dat voor de Engelse Joden (als voor de Amerikaanse en denk ik de Nederlandse) Israël hun voornaamste hoop is. Als er daar iets misgaat voelen ze zich persoonlijk getroffen. Uit de. gevarieerde reeks van artikelen in Nova blijkt dat de Engelse Joden zich in Engeland thuisvoelen. Toch bestaat er nog een sterke onderlinge solidariteit, een enge verbondenheid met de familie en met de Joodse traditie, een grote gehechtheid ook aan het eigen huis: traditioneel bolwerk dat afschermt
van een buitenwereld die zo lang vijandig was. Irma Kurtz meent dat er minder en minder reden is voor een Joodse saamhorigheid die de rest van de wereld uitsluit. Zij kan gelijk hebben, maar Joden en niet-Joden zullen ook nu weer tijd nodig hebben om zich te herstellen van de schok van München, niet eens alleen de dood van de Joodse sportmensen, maar het verbluffend gemak, de grote en gretige haast waarmee bij de Olympische Spelen werd overgegaan tot „de orde van de dag". Om een woord van Graham Greene te variëren, niet alleen haat maar ook onverschilligheid komt neer op een „failure of the imagination". Wat de mentaliteit aangaat lijkt mij het verschil niet heel groot met de even grote haast waarmee na de oorlog en de massamoord op de Joden eenzelfde. verdringingsproces fungeerde,, eenzelfde behoefte om terwille van deze orde van de dag alles snel te vergeten. Harige benen Wreedheid, onverschilligheid en gebrek aan inlevingsvermogen waren overheersende aspecten van het tegelijk duffe en hero'ische Victoriaanse tijdperk in Engeland. Cyril Pearl heeft een lezenswaardig boek gewijd aan allerlei merkwaardige kanten van het leven toen in zijn Victorian Patchwork (Heinemann, Londen £4.90). Veel ervan is bekend: arbeiders en huispersoneel dat behandeld werd als vee, kinderprostitutie, de vlucht in de drank, niet alleen kenmerkend voor de laagste klassen maar ook voor de zich doodvervelende „nette" vrouwen in deze periode. Een van de meest curieuze hoofdstukken, Boys will be girls, houdt zich bezig met figuren uit de Engelse hogere standen, die oneindig genot beleefden aan hun verschijnen in schouwburg .en wijnhuis verkleed als elegante vróuwen. Af eri toe kwam hét tot een rechtszaak, die dan altijd mocht rekenen op drukke belangstelling uit de hoogste kringen. Zoals we weten leeft deze behoefte voor mannen om zich als vrouw te verkleden in Engeland nog altijd voort, ook onder het volk. Juist in de East End zijn erheel wat pubs die tenminste enkele keren per week gewijd zijn aan de plezieren van „drag", zoals met een „slangwoord" mannen worden aangeduid die zich als vrouwen vermommen. Het doet er niets .toe
dat deze vrouwmannen harige benen hebben. Er wordt niettemin gebruld van het lachen. Wat steekt er achter? De behoefte grenzen te doorbreken? Met zulke theoretische overwegingen moet je in die pubs - Time Out heeft wekelijks een lijstje met de namen en adressen - nooit aankomen. De krachtige he-mannen met hun pint bier in de hand zouden je in elkaar slaan. Klein meesterschap Max Beerbohm, wiens geboortedag 100 jaar geleden in Engelse kranten en tijdschriften met grote geestdrift is herdacht, is in ons land geloof ik weinig bekend. Daarmee hebben we tot dusver iets. gemist. Deze tijdgenoot van Beardsiey, Kipling, Wells, Chesterton en niet te vergeten Oscar Wilde is een van die „minor masters" in de Engelse literatuur die aan de lettenen van een land fleur verlenen. Bij Rupert Hart-Davis, Heinemann is een collectie verschenen van nooit eerder in boekvorm verschenen essays van hem, A Peep in the Past (£ 2.75) De titel slaat op een opstelletje dat Beerbohm in- '93 schreef over Oscar Wilde, die toen het toppunt van zijn roem had bereikt Het was bestemd voor het eerste nummer van het Yellow Book, waar
het tenslotte niet inkwam. Beerbohm, die bekend is geworden door zijn prachtige satirische navolgingen van bekende schrijvers, beschreef hierin Wilde als een oude, gezapige man in zijn literaire nadagen, een mooi uitgangspunt om de toonaangevende dandy van die periode op zijn nummer te zetten. Beerbohm stopte het essay in een la, omdat kort nadat hij het had voltooid het schandaal om Wilde ontstond, dat een einde aan zijn carrière maakte. Geen letter van Beerbohm zou overgeslagen moeten worden, maar behalve zijn satirische, fantastische verhalen Seven Men (1919) is hij voor mij vooral de schrijver van zijn ene roman, Zuleika Dobson (1911). Elegantie en humor zijn gebrekkige woorden om dit wonderlijke verhaal te karakteriseren over het exotische schepsel Zuleika, dat Oxford zo betovert dat al de studenten het voorbeeld willen volgen van haar toegewijde bewonderaar, de hertog van Dorset, om zich in de rivier uit liefde voor haar te verdrinken. De bedroefde Zuleika overweegt eerst om in een klooster te gaan, maar neemt tenslotte liever de trein naar Cambridge, om daar haar toegewijd, maar slecht uitpakkend liefdewerk voort te zetten.
Beerbohm, die zelf beter en zorgvuldiger schreef dan Wie ook lukt het makkelijk mensen die met de pen omgaan een sterk schuldgevoel te geven over hun slordigheid. De New Statesman herinnert aan zijn voorschrift: „Een zin die niet zo van leestekens kan worden voorzien dat de lezer «van de punctuatie niets merkt moet helemaal worden herschreven." Zilveren adelaarsveer Eindelijk is er een internationale literaire prijs van dezelfde omvang, zij het ook nog niet van hetzelfde prestige, als de Nobelprijs. Deze nieuwe prijs voor dichters, romanciers en toneelschrijvers is in 1970 voor het eerst uitgereikt aan de Italiaan Giuseppe Ungaretti. Hij kreeg een adelaarsveer van zilver en het prijsbedrag $ 10.000. Het initiatief werd genomen door het literaire kwartaalschrift Books Abroad en de University of Oklahoma, waar het tijdschrift dat gevuld wordt met essays en kritieken over de internationale literatuurproduktie al 34 jaar lang wordt gepubliceerd. Je treft er af en toe ook besprekingen in aan van Nederlandse boeken (de oorspronkelijke uitgave) en zelfs van romans en verhalen in het Fries.
nov et Dank zij een r0 v„ van $200.000 kan ^ de twee jaar * Dit gebeurt op io den Een internationale 5? schrijvers komt i R JUt ïv *l Oklahoma aan om ' gen lang grondig te aar cde verdiensten v an die zij zelf hebben Onder de kandid atétl Franse auteurs, Na* . J en Claude Simon man, Harold Pinter^^U o.m. worden gespro^ ko Popa, de Joegoshtel ter Czeslaw Mil os dichter en essayist, V* de Mexicaanse dichto^' Gabriel Garcia mancier mt Colug* ■ * Andr^ 1 de Finse dichter* Garcia Mar, Colun Drummond de Andrad e liaanse dichter, p aa « de Finse dichter en een verhalenschrijver tS ïMr ^1.11? z%A --ndv l&j In de jury die om d , { «mrHt vervangen JL Franss 1^» wordt meer Laye, de Rexroth een ï e Si* °W Hls ge vaste lid van de M Ivar Ivask, hoofdrede Z Books Abroad. Het ie R kinderachtig om van een"Nederlands "!* kandidaat te betreurd misschien komt het daa" . He f y er * va ? d e kandij] wel in Engels of Frai^f baar zijn. ans! Groot beest Het CS Journaal zal »„ weken niet verschijnen zers die daarin zin hebbel nen mij op een reis door «■! stuk van de Verenigde sta>l gen in een Amerikaans 1 naai dat als alles loopt; moet enkele keren per ■ verschijnen in wat wij van het CS meestal noe-l gewone krant", de dagkrV l Hoe voelt Amerika zich J verkiezingsmaanden? Nip' zich verbeelden daarop »■ doende antwoord te kunvl ven, ook niet als hij zich ml centreren op universiteit culturele centra, waar, ais vf even willen aannemen, de ] kende mensen" uithangen! beter uitgangspunt voor k-| derzoekingsreis suggereert! Amerikaanse schrijver Leigh met wie ik hierover 3 Probeer wat plezier te beier hij, aan dat „great sloppr beast óf a country of mine Hier is al een reactie die I alleen bij intellectuelen,! ker bij hen, zal vinden: I vermengd met affectie va eigen grote land. Waar ze 0 ten, Amerikanen komen 1 zowel van hun angst als 1 liefde voor hun zo ven land. In de verkiezingstijd 1 zoveel op spel staat zijn 1 daarvan sterker dan ooitb Zelfs op een vermoeiende ra het met het plezier aan A.^ dat Leigh me toewenste! ken, des te eerder aan niet is los te maken van r gierigheid en de behoeften ze krant door te geven watl en ervaar, kanttekeninger. I een land in verkiezingskoonl
Esteban López
Victoriaanse jongeman als jongejuffrouw
Max Beerbohm zoals hij zichzelf (in 1893) wilde zien
Vlucht in de drank