door S. M. Bouman
Ook in Israël bestaat een Palestina-comité, waarvan de leden hun regering ervan trachten te overtuigen, dat de eisen van de Palestijnen serieus genomen moeten worden en dat er met deze mensen moet worden gepraat. Praten is de enige manier om schieten te voorkomen. Onze correspondent in Israël sprak met drs. Yaacov Arnon, een uit Nederland afkomstige vertegenwoordiger van het comité.
rs. Yaacov Arnon (62) voor zijn Nederlandse vrienden nog steeds Jaap van Amerongen is een rustig sprekende pijprokende pleitbezorger voor de. Palestijnse zaak. Een Nederlandse Jood, die sedert zijn emigratie in maart 1948 diepe wortels schoot in de Israëlische maatschappij en opklom tot directeur-generaal van het ministerie van financiën. Sedert zijn pensionering in 1970 schrijft hij een kritische aan economische vraagstukken gewijde kolom in Davar, het blad van het algemeen vakverbond Histadroeth en is hij president-commissaris van de Israëlische Elektriciteitsmaatschappij. Een man van moreel gezag ook die om principiële en pragmatische redenen naar een vergelijk streeft tussen het Joodse en Palestijnse nationalisme en daarom met een aantal bekende journalisten en linkse nolitici zitting nam in het Israeli-Palestine Committee. In de persoon van Yaacov Arnon vloeien calvinisme - als mensen tegen me zeggen je bent een calvinist dan is daar wat van waar - en zionisme op harmonische wijze tot een coherent op principes van recht en rechtvaardigheid stoelend wereldbeeld samen. Geconfronteerd met het Palestijns- - Arabische vraagstuk kreeg zijn zionisme in Israël een nieuwe dimensie. „Ik ben nu bereid te erkennen dat ik me ten tijde van mijn emigratie naar Israël niet bewust ben geweest van de omvang van het Palestijns-Arabische vraagstuk. Misschien waren de Palestijnse Arabieren in 1948 niet zo'n duidelijk herkenbare nationale eenheid. Maar in de loop van een kwart eeuw zijn de Palestijnen een volk geworden dat ongetwijfeld in politiek opzicht door de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) wordt vertegenwoordigd." „Daarom ben ik tot de conclusie gekomen dat alleen de verdeling van het land (tussen de Middellandse Zee en de rivier de Jordaan) tussen het Joodse en Palestijnse volk tot een oplossing van het conflict kan leiden. We zijn een beetje vergeten dat het zionisme in 1948 toch ook de verdeling van Palestina aanvaardde. We moeten een
compromis met de Palestijnen sluiten om ons zionistisch ideaal, te behouden: een Joodse staat met een grote Joodse meerderheid en Joodse cultuur waarin plaats is voor een minderheid." Vredesweg Waarom bent u nu tot het IsraèlPalestina Comité toegetreden?
„Om via het comité de Arabieren te overtuigen dat er ook in Israël groepen zijn die door erkenning van het zelfbeschikkingsrecht van de Palestijnse Arabieren de vre- - desweg willen inslaan en om de Israëli's op het hart te drukken dat dat de beste weg is. Als het Palestijnse vraagstuk niet wordt opgelost komt er geen vrede. „Ik ben ervan overtuigd dat alleen
gematigde Israëli's en gematigde Palestijnen de kloof kunnen overbruggen. Ik hoop, dat er gematigde Palestijnen zijn en geloof dat er gematigde Israëli's zijn. In de PLO zijn Palestijnen die zich gematigd uitlaten. Ik denk aan Said-Hamani, de ambassadeur van de PLO in Londen. De verklaring die na het bezoek van Yasser Arafat aan Moskou werd uitgegeven is weliswaar
niet duidelijk, maar beslist niet extreem (in die verklaring wordt gesproken van de rechten van het Palestijnse volk op een Palestijnse staat op Palestijnse bodem i.p.v. een seculiere Palestijnse staat in heel Palestina). „De reactie daarop (van Rabin) nooit een derde staat tussen Israël en Jordanië te zullen erkennen en nooit met de PLO te zullen onderhandelen is niet de passende weg om uit te vinden of de gematigde groepen in de PLO een kans zouden hebben. Ook ons recente luchtbombardement op Palestijnse doelen in Libanon plaatst de gematigden in het Palestijnse kamp met de rug tegen de muur." Hoe ziet u de geografische vormen van een Israëlisch-Palestijns compromis? „De grenzen van 4 juni 1967 zijn voor mij wel aanvaardbaar. De Palestijnse staat kan dan Worden gesticht op de westelijke Jordaanoever en in de Gaza-streek met wellicht Oost-Jeruzalem als hoofdstad. Jeruzalem moet echter een open stad blijven. Terugkeer naar de toestand van voor juni 1967 is voor Arabieren en Israëli's onaanvaardbaar." Eerste stap Kan de PLO de gedachte aan de stichting van een seculiere Palestijnse staat in heel Palestina opgeven en zich neerleggen bij de door u aangegeven grenzen? „Ik heb het gevoel dat er beweging 'zit in het PLO-standpunt hoewel er groepen in de PLO zijn die aan de zuiverheid van de ideologie, d.w.z. de vernietiging van de staat Israël, willen vasthouden. Maar als wij ons niet bereid verklaren met de PLO op basis van wederzijdse erkenning te onderhandelen krijgen de gematigde groepen in de PLO helemaal geen kans om hun stem te verheffen. Ik ben bereid de eerste stap te zetten en de PLO te erkennen." Israël zegt dat een Palestijnse staat zijn veiligheid in ernstig gevaar brengt. „Het is natuurlijk in hoge mate gewenst dat er normale diplomatieke, economische en culturele betrekkingen tussen beide landen zullen zijn. We zouden absoluut niets oplossen als we meehielpen aan de totstandkoming van een staat die verklaart in staat van oorlog met ons te verkeren. In het begin zou zo'n Palestijnse staat op de westelijke Jordaanoever en in de Gaza-strook geen zware wapens mogen hebben. Dat lijkt me redelijk. Maar dat moet allemaal aan de onderhandelingstafel worden uitgemaakt. Dat zal veel makkelijker zijn dan veel mensen denken." Dialoog Voorziet u een nieuwe oorlog als de regering voet bij stuk houdt en de PLO blijft negeren? „De Arabieren zullen zich niet bij de bevriezing van de situatie neerleggen. D&n zullen we dezelfde
ontwikkeling zien die in 1973 tot de Grote-Verzoendagoorlog leidde Dankzij ons gelukkig sterke leg er zullen we een nieuwe oorlog wel winnen, maar de zege zal niets oplossen. Er komt een door de grote mogendheden op te leggen oplossing uit voort met terugkeer naar de grenzen van juni 1967 en de stichting van een Palestijnse staat waarvan de totstandkoming het element van de Joods-Palestijnse verzoening zal missen. Dan wordt er eigenlijk niets opgelost. De vrede is niet bij een opgelegde oplossing gebaat. Hoewel de tijd dringt zal het Israëli-Palestine Committee zich inspannen om de regering er toe te brengen met de PLO een dialoog aan te gaan. We moeten het proberen. De politiek van de regering-Rabin is onhoudbaar. In de moderne wereld hebben tal van regeringen met terroristen onderhandeld."
"ISRAËLISCH COMITÉ WIL PALESTIJNEN ERKENNEN 'Dialoog met PLO enige mogelijkheid'". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1975/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031609:mpeg21:p018
"NRC Handelsblad". Rotterdam, 1975/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031609:mpeg21:p018
door Bas Roodnat
Misschien hebben de bewoners van Zeeuws-Vlaanderen het Molukse gijzelingsgeweld van "de afgelopen weken toch iets afstandelijker gevolgd dan de rest van Nederland. Zeeuws-Vlaanderen immers is al een beetje buitenland, waar de attentiewaarde voor andere dingen wellicht meer overeind bleef dan verder naar het noorden. Voor Zeeuws-Vlaanderen, waar een derde van de Zeeuwen achter een forse zee-arm van de rest van het vaderland geïsoleerd woont, zal waarschijnlijk voldoende aandacht overgebleven zijn voor het nieuwe gedoe rondom het al of niet metterdaad beginnen aan de bouw van een vaste oeververbinding over en onder de Westerschelde: een brug van 1440 meter, uitkomend op een eilandje en dan nog een tunnel van bijna twee kilometer. Dit nog ontbrekende stukje van de Deltaroute zou Zeeuws-Vlaanderen eindelijk echt aan Nederland koppelen, waardoor bijvoorbeeld het mogelijke werkgebied van de Zeeuwsvlamingen belangrijk zou worden vergroot. Werken aan de andere kant van de Westerschelde is nu dikwijls minder goed mogelijk, omdat bij mist of ijsgang de varende verbinding onzeker wordt. De vaste verbinding kan er in een jaar of vijf zijn en zal een miljard gulden kosten. Dat geld zou niet van de overheid behoeven te komen. Het wordt geleend en komt na ingebruikneming terug via tolheffing. Toch aarzelt minister Duisenberg, omdat hij bang is dat de kapitaalmarkt te veel wordt belast en omdat hij daar zelf nog het een en ander moet lenen. Het ziet er echter naar uit, dat de Zeeuwen geen verder uitstel zullen accepteren. En dan is er ook de Oosterschelde, die men althans een beetje open wilde houden door de aanleg van een doorlaat caissondam. De afspraak was, dat, als deze dam te duur zou blijken, de Oosterschelde afgesloten zou worden. Minister Westerterp schijnt niet veel te voelen voor toch wee\r een nieuwe studie, waarop door de PvdA is aangedrongen, een studie, om te kijken of de veiligheid niet gegarandeerd kan worden via dijkverzwaringen, zodat de Oosterschelde helemaal open kan blijven. Afsluiting is volgens veel vooral biologische deskundigen rampzalig voor het milieu.
Tussen en naast het Mol kersnieuws konden we, een beet" in de krant zoekend, afgelo week ook vernemen, dat NVV NKV samengaan in een federati die dan FNV heet: Federatie N' derlandse Vakverenigingen. H; CNV haakte al eerder af, vooral Industriebond NVV is niet al t enthousiast, maar toch een fede atie die misschien wel naar een' , sie toegroeit: een machtig geheel i de belangenstrijd tegen de : steeds meer op elkaar gedre werkgeversorganisaties" en tegen multinationals. Optimisten sprak de afgelopen dagen zelfs al over mogelijkheid van een Euro vakbond. Toch nog even iéts, dat mede menhangt met Zuidmolukkers e namelijk de uit 1936 daterende « op de Weerkorpsen, waarin n. verbod is geformuleerd, om pwj culiere organisaties tot stand brengen die dingen willen d welke zijn voorbehouden aan P<" tie en leger. Die wet zal de komen de weken en maanden ongetwiJi'j van stal worden gehaald, om Zuidmolukse geüniformeerde P pen aan te pakken. Ook in a nl j opzicht zal minister Van Agt z met de toepassing en wellicht » ziging van deze wet moeten i' bezighouden. Een Werkgroep . wapening en Beveiliging n 3 " 1 * heeft de minister in een intw rapport gewaarschuwd, dat de P ticuliere bewakingsdiensten spuigaten uitgroeien: deze pa ft liere ondernemingen hebben elkaar namelijk twaalfd^ pseudo-politiemannen in ® Dat is ongeveer de helft van mankracht van de echte poli"®: werkgroep vindt dat een ver gaande wildgroei en wil □ , iets aan gesaneerd en S er ' • wordt. Dan moet de Wet °P fj Weerkorpsen op tafel komen, . daarin worden naast de Bijzo * Vrijwillige Landstorm, de vr J f lige Burgerwachten, de Weer ^ heidsverenigingen en Schiet v 8 gingen ook de Particuliere kingsdiensten toegelaten. j Vrijwel helemaal overspoel" ^ de gijzelingsacties w er< J e n =stormachtige politieke gebeu sen in Amsterdam, waar . j V ve rl der Roel van Duijn de strij' fl r ren lijkt te hebben tegen ^ meester Samkalden en wet ^ Lammers, die, overigens v3 mening gesteund door de r 0 |ihet college, niet met de ' gj; ga willen verder werken, H ^ om de persoon Van Duij . n 'j a t h zij. Van Duijn houdt vol. vJ veel meer gaat om de we ^e met name Samkalden en __ 0 |ieE e naar een afspiegeling waarin dus ook CDA en '° De A" 1 wethouders moeten zitten, u( je sterdamse gebeurtenissen n e best landelijke gevolgen j e jij" hebben. De lokaal -hoofds ruzie moet wel zijn ec h° s . 0 pfl' in het progressieve akkoora tionaal niveau.
"EEN WEEK NEDERLAND". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1975/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031609:mpeg21:p018
Zoek én vind Drie rode rozen van Abel J, Herzberg Schrijver van Querido van Singel 262 Bijzondere kenmerken: Dit is een gebeurtenis. Een nieuw boek van de schrijver van Brieven aan mijn kleinzoon, Amor fati en De memoires van koning Herodes. Het is het verhaal van Salomon Zeitscheck, ooit een redelijk gelukkige kleermaker. Ooit, totdat de oorlog een ander mens van hem maakte: zonder vrouw, zonder kinderen, zonder familie. Sindsdien is hij de eenzame lezer van het boek Job, die God vraagt: waarom? Abel J. Herzberg schiep met Drie rode rozen (f 16,90) een novelle van bijbelse kracht. Nu in iedere boekhandel!
"Advertentie". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1975/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031609:mpeg21:p018
door R. H. G. Meijer
Na de Amerikaanse Senaat zal vandaag de raad van ministers van buitenlandse zaken van de Organisatie van Afrikaanse Eenheid zich buigen over de voortziekende burgeroorlog in Angola. Zambia onderneemt daarnaast op eigen houtje een bemiddelingspoging tussen de marxistische MPLA en de haar bestrijdende FNLA/Unita bewegingen, maar veel hoop op een spoedige vrede bestaat er niet. De Amerikaanse Senaat heeft deze week laten zien dat zij niet van plan is een regering een nieuwe, geheime oorlog te laten voeren, naar het voorbeeld van de vroegste jaren van de Vietnaminterventie. De weerzin daartegen is nog toegenomen nu deze week uit publicaties naar voren is gekomen dat Washington voor de huidige Angolese situatie, waarin de supermogenheden met wapenleveranties en steun anderszins oorlog op afstand voeren, tenminste, evenveel verantwoordelijkheid draagt als Moskou. Al dit voorjaar en zomer is het besluit gevallen Unita en FNLA te hulp te komen, wat door de CIA bekwaam, en dus in stilte, is uitgevoerd, met een geschat budget van 50 miljoen dollar. De enorme Sowjet-bevoorrading van het MPLA is daar, later in het jaar ten dele een reactie op geweest. Cubanen De gebeurtenissen op het slagveld weerspiegelen dit. Ten tijde van de machtsoverdracht „aan het Angolese volk" door de Portugezen (begin november), hadden de FLNA/Unitatroepen het initiatief en voerden een omsingeling uit van de hoofdstad Luanda, waar het MPLA zich gevestigd had. Met Sowjet-hulp en de inzet van enige duizenden Cubanen is dat offensief tot staan gebracht en is het MPLA een tegenaanval begonnen. Na aanvankelijke successen is ook die tot stilstand gekomen; de deling van het land lijkt niet te veranderen. De simpelste oplossing voor het probleem is te pleiten voor een stop op, alle buitenlandse inmenging, en de partijen te vragen opnieuw een bestuur van nationale eenheid te formeren. Dit thema keert steeds weer terug in de Amerikaanse diplomatie, die enerzijds haar handen door het Congres gebonden weet, anderzijds het uitzicht op een Russische bondgenoot aan de olietankersroute om de Kaap en aan de voor de Westelijke handel zo belangrijke Atlantische Oceaan niet aanlokkelijk vindt. Maar hoe langer de oorlog duurt, hoe moeilijker zo'n oplossing - al eerder uitgeprobeerd door de vertrekkende Portugezen - wordt. De complicerende factor in dit verband is Zuid-Afrika, dat zich na de Angolese onafhankelijkheid steeds dieper is gaan mengen in de burgeroorlog. Aanvankelijk ooereerden
Zuidafrikaanse militairen in het grensgebied met Zuidwest-Afrika, om te voorkomen dat de in Zuidwest-Afrika opererende SWAP-partij hulp zou kunnen krijgen van de MPLA, om te verzekeren dat de watertoevoer naar Ovamboland (noord-ZW-Afrika) gegarandeerd bleef en het werk aan het hydro-electrische project van de Ruacanadam kon doorgaan. Maar de interventie kreeg al snel politieke tonen, en het MPLA heeft via krijgsgevangenen tamelijk overtuigend kunnen aantonen, deze week, dat de Zuidafrikaanse militairen tot honderden kilometers diep het Angolese land in gepenetreerd zijn. Als motieven heeft Kaapstad opgegeven dat het een Russische aanwezigheid op een strategisch punt van Afrika niet kan toestaan, dat die presentie aan zijn noordgrens guerrilla's kan bevorderen, en dat het dus eigenlijk voor het Westen vecht - een soort niet-erkende NAVO-bondgenoot. Magneet De Zuidafrikaanse interventie is een soort magneet door het politieke veld geworden. Veel Afrikaanse landen hadden aanvankelijk geen bijzondere genegenheid voor het MPLA en de Russische macht daarachter, en gaven .steun aan het nationale-eenheid-idee. Maar nu FLNA en Unita leiders Roberto en Savimbi met Zuidafrikaanse (apartheids-) steun lijken te werken, wordt een keuze vergemakkelijkt. Terwijl
Zuid-Afrika op beperkte schaal mobiliseert en zijn diensplichtigen in het „operationele gebied" een maand langer dan voorzien dienst laat doen, wordt het voor de Afrikaanse staten steeds makkelijker de MPLA te erkennen: racisme is voor hen een groter kwaad, dan de presentie van de Sowjetstaat die zij nog niet als een imperialistische macht kennen. Savimbi probeert zich nu al aan zijn compromitterende compagnonschap te onttrekken, door te verklaren dat hij nooit om Zuid-Afrikaanse troepen gevraagd heeft. Zijn geloofwaardigheid als onafhankelijk Afrikaans leider staat op het spel. Verzet Voor dit verloop van de gebeurtenissen was Washington gewaarschuwd voordat het zijn gewicht aan de kant van de anti-MPLA'ers plaatste. Kissingers onderminister voor Afrikaanse zaken verzette zich tegen dat beleid, wat hem zijn baan kostte, en voerde aan: 1) de inmenging zal niet werken, omdat Roberto en Savombi geen goede vechter? zijn (bewezen tegen het Portugese leger), het is het verkeerde spel en onze spelers zijn de verliezers; 2) een eventueel Amerikaans falen zou grote schade toebrengen aan twee Afrikaans gematigde leiders, die de VS steunen, Mobutu van Zaïre (pro-FLNA) en Kaunda van Zambia (pro-Unita); 3) Amerika zou Zuid-Afrika als zijn enige Afrikaanse bondgenoot overhouden.
Daarnaast blijven enige vragen intrigeren: waarom kan Zuid-Afrika aan zijn noordgrens wel een links-geregeerd Mozambique tolereren, ermee samenwerken zelfs, maar niet een dito Angola? Zou Kissinger de Amerikaanse interventie even krachtig verdedigd hebben als hij niet in de nucleaire-bewapeningsonderhandelingen met de Sowjetunie door rechtse politici als te zacht of te royaal was beschouwd? Hoe zeker is het dat eëi» jong land dat met Russische steun vecht, inderdaad voor langere tijd vreemdj bases en militairen op zijn grondgebied zal toestaan^ Kortom, wat was er gebeurd als de VS in een vroeg stadium op de MPLA gewed hadden?
Fons van Woerkom:
"EEN WEEK WERELD". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1975/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031609:mpeg21:p018