door SUZANNE PIET
Vorig jaar omstreeks deze tijd woedde in Nederland een storm van veront-waaraiging. omdat de makers van de Barend Servetshows in een van hun programma's een op de Koningin lijkende mevrouw hadden laten optreden. Zij maakte spruitjes schoon, dronk sherry en zong het volkslied. Oe Telegraaf werd het eerst woedend, spoedig gevolgd door vele Nederlanders. De toenmalige CRM-minister P. J. Engels sloot de rij. Met een lormele berisping aan het adres van de VPRO. Eén Fred Haché. en vier Barend Servetshows zijn in het seizoen '72-73 op de buis vertoond. Deze programma's brachten genot en ergernis teweeg. De VPRO ontving vele verontwaardigde brieven. Duizenden leden zeiden hun lidmaatschap op. De Barend Servetshow werd het meest controversiële programma van het seizoen: de kijkwaardering varieerde van enen tot tienen. Maar in heel Nederland waren de cultuurgevolgen hoorbaar. Uitdrukkingen en tussenwerpselen als ik ben ook maar een gewone boerelul of ik word niet goed of Pardon reeds. Hoewel en Pollens slopen zonder wrikken in ons taalgebruik. De VPRO ging dit jaar niet door met de Barend Servetshow. Niet omdat de omroep bang was geworden, maar voornamelijk omdat de regisseur Ruud van Hemert iets anders ging doen. de VPRO-dramaproduktie in Egypte. Door een toevallige omstandigheid dus. kon de VPRO een winterprogramma samenstellen, waarmee de rust in het Nederlandse kijkersvolk zou weerkeren. De Amerikaanse serie "All in the family" werd aangekocht, dichtbekeken en betrekkelijk hoog gewaardeerd. Het programma ..Het gat van Nederland" werd misschien wel het mooiste, maar toch niet het meest politiserende programma van de buis. En iedereen was tevreden. In het winterprogramma van onze op één na kleinste omroepcomponent stond echter nog één incidentele Servetshow gepland, een legaatje van in de zomer gemaakte afspraken. Een kerstshow op 27 december. De laatste Servetshow. En inderdaad, in november gingen de programmajongens er weer eens hard tegenaan en eind van de maand werd-ie opgenomen: een kerstshow met ditmaal in de hoofdrol Sjefke van Oekel. de zoveelste comeback van Fred Haché en een Barend Servet, die er zelf van zegt: „Ik heb er niet zoveel in te doen. Dat viel me eigenlijk wel een beetje tegen. Volgens mij is dit echt de laatste show. Dit is al geen Servetshow meer". Waarmee hij niet bedoelde, dat de oude ingrediënten losgelaten waren. Sjefke van Oekel zal meermalen hardgrondig nief goed worden en het bloot zal weer vrolijk langs hef glas hupsen. Dit beloofde althans de beelden tijdens de opnamen. Een technicus kreeg het er zo van te kwaad, dat hij in een moment van afwezigheid tijdens een AMPEX-overschrijving de VARA-documentaire over A. M. de Jong de machine in liet kreukelen. En nu zit de VPRO met deze show, een soort programma waaraan de omroep al bijna niet meer gewend is. De Telegraaf is bij monde van de heer Van der Meyden alweer begonnen met publikaties over grote acteurs die weigerden mee te doen. De gereformeerde jongeren schreven de VPRO een verontruste brief met de vraag het programma niet uit te zenden. En Jan Blokker heeft op verzoek van de gidsredakties van de VARA en de KRO een
stuk geschreven, waarin hij ondermeet zegt: „Nu de VPRO op het punt staal ook het jaar 1973 nog eens af fe sluiten met een Barend Servetshow. ligt de vraag voor de hand of er weer een midwinterstorm in 'een glas water kan worden geblazen ". De redaktie van dl KRO-gids omschreef het hele stuk var Blokker als een soort verantwoordinj vooraf. „We zijn een beetje bang. ja. dal ii zo", bekent Arie Kleywegt. waarnemend directeur bij de VPRO en hootd van de televisie. ..Het programma heef vorig jaar al duizenden leden gekost En hij noemt een aantal faktoren. die ditmaal extra meespelen bij de overwe gingen om zo'n kerstshow uit Ie Z,|V den. 1. ..Er zou wel eens een negatieve relatie kunnen bestaan tussen de conjunctuur en de tolerantie bij hef publiek. Maar dat weet ik nief zeker natuurlijk. i. Bij deze minister zullen we we geen berisping meer krijgen. Bij g eef enkele minister trouwens meer En - het klinkt misschien vreemd — die M' risping was voor ons gewoon M groot voordeel. Heel wat mensen Kt om die reden lid geworden van VPRO. 3. Door het huidige klimaat is er * ,aa ' r schijnlijk een terughoudendheid gelduitgeven. En we zitten al me h| probleem, dat de vijfguldenleden nenkort een tientje moeten betalen 4. Het succes van ons huidige P^° gramma speelt ook een rol. Zulle 11 ^ ons om één programma een risiko de hals halen? 5 Het feit, dat er in het voorjaar^ verband met de aangevraagde A-s van de TROS een ledentelling bl l omroepen op komst is. ^ De uitzending van 27 december ''9* p f VPRO dus wel zwaar op de rn ^ 3 ® Barend Servetshow kostte lede bracht iets, wat nauwelijks con ^ onder woorden is te brengen-^ ^ nieuwe vorm van televisie -maken ^ deconditionering (typisch VPR° W , van de kijkers? Een nieuwe hum° • Het onderzoek, dat de Diens' Kijk- en Luisteronderzoek van de naar de reakties van de kijkers r vier Barend Servetshows van v0 '^ ^ heeft gedaan, gaf geen overvve ^ ^ bemoedigende resultaten. Volg e (J r interpretaties van de onderzoeke^ f( het met de ontwrichting van de (J . landse volksziel door het verto , bloot wel mee. Maar de kijkers het veel moeilijker te hebben '|, b boodschap van Barend Servet ^ twintig procent van de kijkers |0 , de show een positieve bedoe 1 Voor de meeste kijkers was ° e e «\t' [ Servetshow gewoon slecht a" 1 jjr zondermeer, met flauwe bumor der topartiesten. Een grote 9 r n | e i s' kers slaat trouwens helemaal ,i bij de vraag of televisiepr°9' n' een bedoeling hebben. En ] a * r5 least: 51 procent van de k'l ^ & unaniem van oordeel, dat h laatste Barend Servetshow ^ n lf ' geweest was. „Verder hoen meer", waren zij van oordeel y ( rWe blijven met de vragen 2
"beeld vorming Waar heb dat nou voor nodig?". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1973/12/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031709:mpeg21:p016
"NRC Handelsblad". Rotterdam, 1973/12/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031709:mpeg21:p016
door DR. AN SALOMONSON „Toen ik mijn uitreisvisum moest afhalen wees de Sowjetbeambte mij op de gevaarlijke situatie in Israël. Als u wilt kunt u hier blijven, zei hij. U hoeft niet bang te zijn voor represailles. Ik antwoordde dat ik al represailles genoeg had meegemaakt. Toen ik twee jaar geleden een aanvraag om te emigreren indiende, werd ik ontslagen. Sindsdien moest ik als vrachtwagenchauffeur de kost verdienen." Shimon L., elektricien uit Riga, is een van de eerste Russische joden die na aankomst in Oostenrijk naar het .'nieuwe transitkamp Wöllersdorf werd gebracht.
! i Het nieuwe kamp is een "hulpstation'' van het Rode Kuis, ondergebracht in een voormalige kazerne. „Hulpcentrum van het Rode Kruis voor transitpassagiers en vluchtelingen", staat er op een groot wit bord naast de poort. „Ons ideaal zou zijn dat de KLM de joodse vluchtelingen direct vanuit de Sowjetunie naar Israël vliegt. Dat stuit vooralsnog op het veto van de Russen. Als alternatief biedt Wöllersdorf een uitstekende oplossing," aldus een van de organisatoren van de emigrantentransporten over de situatie na de sluiting van kamp Schönau. Wöllersdorf heeft in Oostenrijkse oren een traumatische klank. Onder de dictatuur van Schnussnigg was hier in de jaren dertig een concentratiekamp voor de sociaal-democratische tegenstanders gevestigd. Onder de huidige politieke kopstukken in Oostenrijk zijn er heel wat die in Wöllersdorf hun ondergrondse strijd voor een vrij/Oostenrijk met hardhandige verhoren en "Einzelhaft" hebben betaald. Maar ook in december 1973 ziet het enorme gebouwencomplex er onder een Siberische sneeuwstorm vanuit de Hongaarse laagvlakte uit als een fort in de oorlog: prikkeldraadversperringen, een ring van zwaarbewapende politie, overvalwagens en
neergelaten slagbomen over de enige weg die naar de kazerne leidt. De controle geschiedt zonder erbarmen. Wie geen speciale vergunning heeft, wordt onherroepelijk teruggestuurd. De Rode Kruisbeambten aan de ingang eisen zelfs van de chauffeurs en leveranciers, die hier regelmatig komen, iedere keer een legitimatie. Rode Kruis Wöllersdorf staat onder leiding van het Rode Kruis. De Jewish Agencv, de joodse hulporganisatie die voor het transport van de vluchtelingen verantwoordelijk is en die ook Schönau onder zijn beheer had, heeft binnen de omheining van dit "hulpstation" niets te zeggen. Door een grote witte vlag met het Rode Kruis op het dak van de kazerne wordt deze competentie nog eens ostentatief gedocumenteerd. De wantrouwende Arabische ambassadeurs in Wenen schijnen dan Ook erg tevreden te zijn over de nieuwe constructie. En heeft bondskanselier Kreiskv niet zelf gezegd, dat dit hulpstation helemaal niet speciaal voor joodse emigranten, maar voor alle mogelijke vluchtelingen zoals Chilenen en Oegandezen is bedoeld? Waar het zwaartepunt ligt,- is desondanks duidelijk. In oktober
van dit jaar reisden 4.150 Sowjetjoden via Oostenrijk naar Israël, in november waren het er 3.900. In de drie jaar dat' deze emigranten stroom nu duurt, zijn dat recordcijfers. De vrees van de Israëlische autoriteiten, dat de Sowjets na het uitbreken van de oktoberoorlog geen uitreisvisa meer zouden verlenen omdat de Joden zelf niet naar een land-in-oorlog zouden durven emigreren is ongegrond geweest. De aandrang is groter dan ooit, vooral bij de jeugd.. „Een teken hoe groot de band van de Russische Joden met Israël is", merkt een functionaris van de Jewish Agency niet zonder enige voldoening op. Dat schijnen ook de Sowjetleiders te beseffen. De versterkte
anti-semitische campagne van het afgelopen jaar heeft geen effect gehad, evenmin als incidentele processen tegen jonge actieve joden. Na eeuwenlange onderdrukking schijnt het Russische jodendom niet meer bereid te zijn zich nog verder te laten intimideren. Lev K.: „Er wordt een kolossale propaganda tegen Israël gevoerd. W 7 e werden van alle kanten gewaarschuwd voor het Israëlische kapitalisme en imperialisme en voor de ontzaglijke problemen die je in Israël als emigrant uit een communistisch land te wachten staan." Stoorzenders Sinds begin van dit jaar kunnen
de radioprogramma's die vanuit Israël naar de Sowjetunie worden uitgezonden, dank zij de Russische stoorzenders niet meer worden opgevangen. Op 23 november werd in Kiev.* de 26-jarige Aleksan Feldman wegens "landloperij" tot drie en een half jaar gevangenis veroordeeld. Zijn enige vergrijp: herhaaldelijke pogingen om naar Israël te emigreren. Het proces was volgens Lev. K. (en volgens berichten van westerse correspondenten) gemanipuleerd. Getuigen van de verdediging werden niet toegelaten. „Wat ze daarmee beogen? Een afschrikwekkend voorbeeld te geven, de joden te isoleren", zegt Lev K.
Kaast hem zit een jonge vrouw .uit Riga, een donkere amandelogige schoonheid. „De joden zijn begonnen", zegt ze. „Wij waren het eerst met demonstraties en petities. Maar nu beginnen de anderen ook. Bij ons in Riga willen nu ook de Duitsers emigreren. Daarginds in Moskou schijnen ze bang te worden. Ze kunnen deze ontwikkeling niet meer afremmen". Ook Lev K. is met een groep van veertig naar de kazerne in Wöllersdorf gebracht, waar hij heeft kunnen douchen (hij is vijftig uur niet uit de kleren geweest) en — voor het eerst in drie dagen - een warme maaltijd heeft gekregen. Al het eten in Wöllersdorf is kosjer. De keukeninstallatie en Überhaupt de hele inrichting zien er goed uit en verkeren in prima toestand. Alles wordt klaargemaakt en betaald door het Rode Kruis, die het weer met de Jewish Agency verrekend. Er zijn drie barakken, die ieder aan honderd mensen plaats bieden. In het hoofdgebouw, dat een vrij desolate indruk maakt, is alleen de administratie ondergebracht. Vanaf de autoweg heb je een uitstekend overzicht over de kazerne met zijn bijgebouwen. De ligging is ideaal voor een aanslag of een overval. Dat is een nadeel vergeleken met Schönau. Tijdelijke oplossing? De stroom van Joodse vluchtelingen naar Oostenrijk gaat dus onverstoord verder. Ook het gijzelingsdrama van eimd september heeft daar niets aan veranderd. Bondskanselier Kreisky heeft zijn beloftes gehouden, aan de Palestijnse terroristen om Schönau te sluiten, aan de joodse emigranten om transitvisa in elke gewenste hoeveelheid
te verstrekken. Toch begi n t de gesprekken met de div instanties door te schern?!^ dat ook Wöllersdorf Weli[\ r1, slechts een tijdelijke opl 0s „ ' zou kunnen zijn. De kazerne" 15 maar voor een half jaar ter k' schikking van het Rode Kr* gesteld. De oorlog in het .\j U J s den-Oosten heeft, ook hier h paalde ontwikkelingen versn Ingewijden schijnen - geven ze het niet toe - t,in n •niet al te lange tijd op een n malisering van de betrekking tussen de Sowjetunie en is ra , n te rekenen. Ook in Israëlische kri ngen schijnt men het niet ondenk baar te vinden, dat als gev 0 '" van de vredesconferentie in (;/ nève, beide landen de diplom a " tieke betrekkingen weer z U |] " opnemen die na de zesdaags"' oorlog zijn verbroken. i n ^ Russische ambassade zou me over een dergelijke stap kenn e i lijk evenmin erg verbaasd Z jj n ' „Het is nog te vroeg om daar', over iets te zeggen", meent een van de Sowjetdiplomaten voorzichtig. Maar enkele maanden geleden reageerde de man 0 d ao'n vraag met een duidelijke ontkenning. Als die diplomatieke betrekkin. gen tussen de Sowjetunie enls. rael worden hervat, zal volgen! experts Oostenrijk als transit! land voor de joodse emigranten overbodig worden. De transpor! ten zouden dan direct van de Sowjetunie naar Israël kunnen verlopen. „Voor de emigranten z -ou dat een enorme psychische en fysieke verlichting betekenen", zegt de Israëlische functionaris. „Oostenrijk zou een grote politieke belasting kwijt zijn. We zouden geen aanslagen meer hoeven te vrezen", zegt de Oostenrijker. En de KLM heeft er een flinke klus bij, zullen ze in Amsterdam wel zeggen.
"NIEUW VLUCHTELINGENKAMP LIGT IDEAAL VOOR AANSLAG Wöllersdorf traumatische klank voor veel Oostenrijkers". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1973/12/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031709:mpeg21:p016
Claes Honing en zijn vrouw. Welmoed. maken met hun zeiljacht een reis rond de wereld, onlangs zijn ze in Indonesië aangekomen, na vijf dagen van het goede leven in Australië te hebben genoten. Hierbij hun reisverslag.
iDe enige attractie van Thurs1 dav Island, waar we door onze Ischipbreuk en de gevolgen met een paar weken vertraging gearriveerd zijn, is dat we er vele j bekenden tegenkomen die weihet laatst in Fiji zager; en die, 1'toen wij naar Nieuw Zeeland en Australië gingen, via de Hebriden, de Solomons en Nieuw *Guinea naar Thursday Island kwamen. Zij zijn ook wat laat om nog op hur\ gemak vóór het orkaanseizoen 'aan de andere kant van de Indische Oceaan te tkomen, maar de meesten zijn iïiiet van plan naar Indonesië te gaan dus ze hebben meer tijd 'dan wij. "Na mijn recente ervaringen had ïk besloten me nooit meer te verbazen over de Australische "douane. Mijn goede voornemens worden snel de bodem in geslagen. Ik krijg van een twintigjarige jongeman een preek die erop neerkomt dat we niet met het schip op het Anchor Cay Reef hadden mogen verblijven en evenmin voor reparaties naar Daru hadden mogen gaan want een en ander was niet in onze port clearance vermeld, daar stond in dat we direct naar T.I. zouden gaan. Ik houd me zo civiel als het me gegeven >s maar Welmoed kijkt wat woest uit de ogen en vraagt hem of hij wel goed snik is. Hij deelt ons daarop mee dat de Australische douane bekend, staat als de strengste ter wereld. Welnu, daarmee hadden we natuurlijk geen rekening (gehouden en voor straf moet Welmoed alle spullen die op de talloze manifesten staan uitpakken en aan hem laten zien. Na t de gebeurtenissen op het rif bestaat het merendeel nu uit ver.roeste kiektoestellen, verrekijkers vol water en een ziekelijke "bandfonograaf. Zonder een spier ,yan zijn gezicht te vertrekken vergelijkt hij alle nummers met ■die op de lijsten en hij plaatst -een kruisje als het klopt en een ..vraagtekentje als hij het niet .meer kan lezen. De hele ceremonie met preek wordt nog eens overgedaan als we een paar dagen later vertrekken naar Darwin. Onderweg krijg ik een radiobericht van Tom Sidenfaden op TROLLOP dat iemand zich tegenover onze vriend heeft laten ontvallen dat
we twee geweren aan boord hebben. Hi.j had geroepen: „Ha! nu heb ik ze!" en was verheugd naar zijn kantoor gehold. Bij aankomst in Darwin heeft de douane inderdaad een telegram ontvangen maar we blijken met volwassenen te doen te hebben en ze vragen alleen naar liet kaliber. Koud bier Onze laatste douche was in Daru en het volgende koude bier ver onder de horizon dus we genieten vijf dagen van het goede leven. Dan zeggen we Australië met een laatste goede herinnering vaarwel om niet de vier korte weken die het seizoen ons nog voor Indonesië laat, te verspelen. We zijn van alle kanten gewaarschuwd voor Indonesië. Er zijn piraten en bandieten, je kunt er niets krijgen, de onbetrouwbare ambtenaren en zwaar bewapende militairen zijn corrupt en lastig, zeker tegen Hollanders. Na vijf dagen zwakke wind in de Timorzee bereiken we Kupang. Er ligt een grote vloot zeilschepen met enorme Latijnen gaffeltuigen op de rede. Een paar windvlagen doen ons er 'vlak langs stuiven. De bemanningen staan te zwaaien en heffen een gebrul aan, dat ik als toejuichingen opvat, maar misschien heeft het te doen met de ondiepte waar we bijna op zitten. Als na een paar uur voor anker niemand komt opdagen gaan we met het bootje naar het strand, waar een jeep arriveert met vier officials en een dokter. Ze willen allemaal aan boord. Ik kijk wat bedenkelijk naar onze wiebelige plastieken eierdop en waarschuw ze dat ze natte voeten krijgen. Dit weerhoudt ze geenszins, ze gooien meteen hun schoenen uit. Ik roei ze in een paar keer over. Ze zijn zeer voorkomend en het officiële deel is snel gedaan. De
dokter spreekt Hollands, de rest een paar woorden Engels. Onze visa, na zes maanden schrijven uiteindelijk bekomen van slaperige consulaten in Wellington en Canberra — ze stuurden onze passen terug in een open envelop - worden goed bevonden. Geheel niet gevraagd wordt naar onze vaarvergunning, een moeilijk te krijgen document dat door drie ministeries in Djakarta moet worden gefiatteerd en dat we in een paar weken per koerier kregen omdat 'we bij het goede adres aanklopten - de Nederlandse ambassade in Djakarta. Na een borreltje nemen de heren beleefd afscheid en drukken ons op het hart langs te komen als we ergens hulp bij nodig hebben. Ik heb het hier en daar wel eens anders meegemaakt. Kupang is levendig, wat vuil - de waterleiding werkt niet meer, de pier is in eikaar gezakt - maar de toko's en de markt zijn van alles voorzien. Welmoed koopt op de pasar met hulp'van de eigenaresse van een eethuisje een paar kilo ossehaas voor zeshonderd rupia, drie en een halve gulden. Ieder jaar wordt de hele maand augustus onafhankelijkheid gevierd, dus er is iedere avond muziek op het plein, wat tienduizend mensen trekt. Er wordt echter alleen geluisterd, nooit gedanst. Iedereen is bijzonder vriendelijk en men vraagt ons de oren van het hoofd, vaak in bloemrijk, met spreekwoorden versierd Nederlands. Ik begin eindelijk wat kwijt te raken van de schuldgevoelens die kranten en TV in de loop van de jaren bij me gewekt hebben betreffende mijn misdadig koloniaal vérleden. Een paar dagen later draait de wind naar het noorden en er lopen golven in de baai. Achter ons ligt een vissersboot met een zestienjarige jongen erop langzaam naar de wal te krabben. Ik zet de buitenboord op het bootje en slaag erin hem weg te trekken net voor hij op het strand slaat, maar hij heeft een gróte steen als anker en een half uur later is het weer zover dus ik leen hem een van onze ankers, 's Avonds gaat de wind liggen en de boot vaart uit met drie vissers die het anker terugbrengen
en een heel verhaal tegen me houden dat ik niet begrijp. De volgende morgen word ik om zes uur uit mijn kooi geklopt — ze zijn terug van de vangst en brengen me een hele mand vol makrelen. We kunnen ze in geen jaren op, dus ik neem er een paar uit en geef de mand terug, maar hij wordt boos: „Tidak, Indonesia no good". We nemen de hele mand. Gestoofde makreel,, gebakken, gekookte, gesmoorde, gepocheerde, gemarineerde makreel. Makreelsoep, -sla, -pastei, makreel op het brood, makreel over* boord. Het was goed bedoeld. Politiejeep Een windloze motortocht naar Ende, Elores. Dezelfde voorkomende behandeling van politie en autoriteiten. We willen een auto huren om naar een vulkaan te rijden met gekleurde kratermeren en krijgen de politiejeep. Het wordt een prachtige zij het wat hobbelige tocht door het woeste, met kraters versierde berglandschap. Bij een net gemetselde brug over een ravijnverspert een rij vaten de weg. De bewaker wil de jeep niet doorlaten, de brug is nog niet droog. De politie zegt dat het best kan, rolt de v.'.ten weg en wil doorrijden, maar de bewaker schudt zijn hoofd. We stappen allemaal uit, de jeep neemt een sprong en bereikt de andere kant. Gezag moet er zijn. De bekroning van de rit is de bestijging van de vulkaan met een rood, een groen en een zwart kratermeer -&n op de top veertig padvindertjes die ons laten horen hoe mooi ze kunnen zingen. Op de terugweg krijgen we een biertje bij een Hollandse pastoor die samen met een menigte kippen in een enorm huis zijn verjaardag viert. „Ze zien er wel wat kaal uit, ik probeer het ras te verbeteren, maar mijn leghorns zijn ergens in Surabaja blijven 'steken", zegt hij verontschuldigend. Wat er aan echte huizen in Ende staat ziet er opvallend Hollands uit met hun pannendaken en imitatie-Berlage-stijl. We willen eigenlijk nog een bezoek
brengen aan Komodo waar echte draken wonen maar de tijd dringt, we passeren het 's nachts en we varen door naar Bali. Langzamerhand hebben we zo een twintig landen aangedaan en meer dan vijftig eilanden. We zijn toeristische routiniers, ons valt de mond niet zomaar open. Maar Bali heeft ons in zijn bar. vanaf het ogenblik dat we aan wal zijn. Het poëtischreligieuze waas over het eiland, •het in spiegelende trappen naar de vulkanen opstijgende sawahlandschap, het prachtige, kleine, roodbonte vee in het groengefiltreerde licht van de kokosplantages waar kleine weggetjes je van de ene tempel naar de andere voeren, de eindeloze, brede zandstranden waar de Indische Oceaan grommend op losbeukt, de dagelijkse processies van vrouwen met offerandes op het hoofd naar de tempels - ze laten zich niet vangen in de sonore superlatieven van de brochures, noch in het povere proza van een kroniekschrijver. De twintigduizend toeristen op het eiland zitten in enkele kleverige kluiten op elkaar en beroeren het eiland nauwelijks. Het leven is niet duur, voor anderhalve gulden kun je overnachten in een lokaal „losmen" of een gekruid maal eten bij een olielamp in een van de vele eethuisjes, Met een motorfiets trekken we Bali in, door de dorpjes waar het kunstige houtsnijwerk en weefsel gemaakt wordt, over de koele bergen met hun bamboebossen en kratermeren, naar de tempels, we kijken naar een crematie en naar de demonische dansgroepen en krijgen er niet genoeg van. \ Er moet een hoop aan de boot gebeuren - we lijden nog aan de naweeën van onze stranding. Geën nood: men verstaat hier nog de kunst iets te repareren. Een nog goede • accu met één stukke cel hoeft niet weggegooid te worden — de cel wordt vervangen. De kapotte startmo-' tor krijgt een nieuwe wikkeling en een paar ter plaatse gedraaide nieuwe lagertjes. Dit gezien hebbende, breng ik ons halve huishouden aan wal. Camera's met de waterpokken worden in duizend veertjes en springeltjes uit elkaar gehaald, schoongemaakt en weer in elkaar gezet.. Een jaren sukkelende dynamo komt bruisend van energie terug van een driedaagse Chinese kuur. Als we klaar zijn voor vertrek krijgen we allebei de Balische buikgriep en als we uiteindelijk het anker lichten, zijn we nauwelijks op tijd om zonder orkaanrisico via Christmas Island en Keeling Cocos naar Mauritius te varen. We hakken een oude knoop eindelijk door: we gaan in één ruk naar de Sevchelles, dan via Djibouti de Rode Zee op naar Eilath in Israël om ons vandaar over land naar Tel Aviv te laten brengen.
"In de ban van Bali". "NRC Handelsblad". Rotterdam, 1973/12/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 21-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000031709:mpeg21:p016