De BURGEMEESTER der gemeente Assen brengt ter kennis van belanghebbenden, dat zjj hunne PAÏË IVTKIï voor het le kwartaal 1889/90 ter Secretarie kunnen afhalen van Donderdag den 29 Augustus a.s. tot en met Donderdag den 5 September d.a.v., en dat na het verstrjjken van dien termijn de onafgehaalde door den Deurwaarder der directe belastingen tegen de gewone schadeloosstelling zullen worden bezorgd. Assen, 28 Augustus 1889. De Burgemeester voornoemd: M. A. D. JOLLES.
Provinciale Drentsche en Asser courant
- 29-08-1889
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Provinciale Drentsche en Asser courant
- Datum
- 29-08-1889
- Editie
- Dag
- Uitgever
- van Gorcum
- Plaats van uitgave
- Assen
- PPN
- 398540756
- Verschijningsperiode
- 1851-1962
- Periode gedigitaliseerd
- 2 juli 1870-30 december 1950
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Drents Archief
- Nummer
- 205
- Jaargang
- 66
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
Patenten 1ste kwartaal 1889/90.
De GEDEPUTEERDE STATEN van Drenthe,
De GEDEPUTEERDE STATEN van Drenthe, doen te weten, dat door de Staten dier provincie in hunne vergadering van 9 Juli 1889 is vastgesteld hetgeen volgt: No. 6. De Staten der provincie Drenthe: Op de voordracht van Gedeputeerde Staten dier provincie tot nadere wijziging van het reglement op de kanalen der Drentsche Kanaalmaatschappij en daartoe behoorende of daarmede in verband staande wateren en werken, vastgesteld bij besluit der Staten van 5 Juli 1860 no. 13, goedgekeurd bjj Koninklijk besluit van 29 Augustus 1860 no. 68 (afgekondigd in Provinciaal Blad no. 32 van 1860), gewijzigd bij hun besluit van 12 Juli 1887 no. lOfi, (morgenzitting), goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 9 September 1887 no. 21 (afgekondigd in Provinciaal Blad no. 71 van 1887); zijnde de tekst van het aldus gewijzigd reglement opgenomen in Provinciaal Blad no. 85 van laatstgemeld jaar; Besluiten, onder goedkeuring des Konings, dat reglement andermaal te wjjzigen als volgt: Art. 1. In art. 1 worden na het woord vuitloopende", gevoegd de woorden »op de raaigruppen in het hoofdkanaal uitloopende". Art. 2. Achter het woord » onderhouden" in art. 2 worden geplaatst de woorden vdoor de eigenaren dier werken". Voorts wordt aan het artikel toegevoegd eene nieuwe alinea van dezen inhoud: «Worden die werken in erfpacht, beklemming of vruchtgebruik bezeten, dan rust de verplichting tot onderhoud op den erfpachter, beklemden meier of vruchtgebruiker". Art. 3. In de 3de alinea van art. 3 wordt het woord vellen" vervangen door vmeter" en vduim" door > centimeter". Voorts worden aan het artikel toegevoegd twee alinea's van den navolgenden inhoud: »De eigenaren der bjj dit artikel bedoelde stuwkaden en wallen zullen verplicht zjjn tot de naleving van het bepaalde in de alinea's 2 en 3 en aansprakelijk wegens het in strijd met het bepaalde in alinea 1 van dit artikel aanwezig zjjn van pompen, duikers of doorgravingen, waarvoor bedoelde toestemming of bedoeld verkregen recht niet bestaat. Worden die stuwkaden en wallen in erfpacht, beklemming of vruchtgebruik bezeten, dan rust die verplichting en aansprakelijkheid op den erfpachter, beklemden meier of vruchtgebruiker." Art. 4. In art. 5 worden in de 1ste alinea de woorden «30 ellen voldoende" vervangen door »30 meter ter diepte van het kanaal bij de plaats van uitmonding", wordt na het woord vontlast", geplaatst v wanneer zij hiertoe van het bestuur der Maatschappij schriftelijk aanzegging zullen hebben bekomen binnen 14 dagen na ontvangst dier aanzegging" ; wordt het woord Dellen" vervangen door vmeter" ; vervallen de woorden iten minste tweemaal vierentwintig uren voor den afloop van het water vit het kanaal" y worden de woorden vden Burgemeester" vervangen door vhet bestuur der maatschappij; wordt achter het woord vhouden" gesteld ven binnen drie dagen na eene deswege ontvangen schriftelijke aanzegging van het bestuur der maatschappij de dammen weder op te ruimen." In de tweede alinea worden na het woord veigmaren" geplaatst de woorden » erfpachters, beklemde meiers of vruchtgebruikers gedurende de uitvoering dier herstelling. De derde alinea vervalt en wordt vervangen door eene nieuwe alinea van dezen inhoud:
« De monden der nok- en leislooten in de wateren der maatschappij uitloopende zullen steeds ten genoegen van het bestuur der maatschappij door de eigenaars, erfpachters, beklemde meiers of vruchtgebruikers moeten worden onderhouden." Art. 5. Aan art. 6 en wel voorafgaande aan de twee bestaande alinea's wordt eene nieuwe alinea toegevoegd van dezen inhoud: «Tot het maken van nieuwe en het veranderen of opruimen van bestaande bijzondere los- en laadplaatsen is eene schrifteljjke vergunning van het bestuur der maatschappij noodig". In de tweede alinea, die na voormelde toevoeging wordt 3de alinea, wordt de punt achter het woord gebruiken vervangen door een komma en wordt achter dit woord gesteld v , of inloopen in de boorden te maken, te hebben of daarvan gebruik te maken". Voorts wordt de 2de zinsnede van laatstgemelde alinea gelezen als volgt: vUe belanghebbenden mogen echter een trap of stoep daarstellen, die zij, ten genoegen van het bestuur der maatschappij, moeten onderhouden, doch zal die trap of stoep niet mo gen uitsteken buiten den wal." Art. 6. In art. 8, in de eerste, tweede en vierde alinea's wordt het woord vellen" vervangen door vmeter". Voorts wordt aan het artikel toegevoegd eene nieuwe alinea van dezen inhoud: «Takken van opgaande boomen of over het kanaal groeiend houtgewas, die hinder aan de scheepvaart toebrengen, worden, zoodra dit door het Hoofd van 't gemeentebestuur schriftelijk wordt gelast, binnen een door hem te stellen termijn door de eigenaren, erfpachters, beklemde meiers of vruchtgebruikers opgesnoeid of weggenomen". Art. 7. Aan art. 10 wordt achter de tweede alinea eene nieuwe alinea van dezen inhoud toegevoegd: »Üe grootste breedte der vaartuigen met inbegrip der bovenlading moet minstens 0.15 meter rnndv zijn dan de wijdte der door te varen sluizen en bruggen". In de vierde alinea, die na voormelde toevoeging wordt vijfde alinea, wordt het woord vstremt" vervangen door wan andere vaartuigen belemmert". Voorts wordt nog aan het art. na de vierde (nu vijfde) alinea eene nieuwe alinea toegevoegd van dezen inhoud: » Wanneer een vaartuig tengevolge der lading van de bovenlast eene meerdere breedte blijkt ie hebben dan in alinea 3 van dit artikel is bepaald, zal de schipper verplicht zijn dien bovenlast op aanmaning van den sluis- of brugwachter onmiddellijk op de bepaalde breedte terug te brengen". Art. 8. In art. 11 wordt in den eersten regel na het woord vzijn" geplaatst vverder". Art. 9. In art. 12, 2de alinea, wordt na het woord « zonsopgang " geplaatst vzoomede des Zondags ", na »op" vschriftelijke " en worden de woorden vhet bestuur der maatschappij" vervangen door vden Directeur der maatschappij of van de door dezen daartoe gemachtigde opzichters". Achter art. 12, 2de alinea, wordt ingevoegd deze bepaling: vHiervan zijn uitgezonderd, behalve de vaartuigen, genoemd in art. 21 van het algemeen reglement van politie voor de Rijkskanalen van 5 Februari 1879 ( Staatsblad no. 30), die geladen met biezen, rmschen
en bijen". In de 3de alinea wordt voor vden sluiswachter" gesteld vde sluis- en brugwachters". Art. 10. In art. 18 vervalt de bepaling letter e, terwjjl in verband hiermede de bepalingen f, g, h, i, k, l en m worden e, f, g, h, i, k en l. In de bepaling letter f (wordt letter e) wordt na het woord vvoorwerpen" geplaatst vop de vaartsboorden te leggen, te :etten of te hebben, zoomede"; vervallen na het woord vwallen" de woorden vte leggen of te zetten" en de komma; wordt het woord vellen" en vel" vervangen door vmeter" ; wordt na de woorden vte plaatsen" genoegd vof te hebben" en na het woord » gemeentebestuur" in regel 8 van boven vschrifteLijk". In de bepalingen k (wordt letter i), l (wordt letter k) en m (wordt letter l) wordt het woord vellen" vervangen door vmeter". Art. 11. In art. 19 vervalt de letter f n& de letters vd, e"; vóór de letters vg, h", enz., wordt de letter f gevoegd. Letter m vervalt. De laatste alinea vervalt en wordt vervangen door drie alinea's van den volgenden inhoud: «Onverminderd deze boetstraffan is het bestuur der maatschappij op last van Gedeputeerde Staten verplicht tot het ten koste der overtreders verwjjderen, beletten of verrichten van hetgeen in strjjd met dit reglement is gemaakt, ondernomen of nagelaten". «Herstel der zaak in vroegeren toestand is onder die verplichting en die bevoegdheid begrepen". «Spoedeischende gevallen uitgezonderd geschiedt een en ander niet dan nadat de belanghebbende schrifteljjk is gewaarschuwd". Art. 12. In art. 21, 1ste alinea, vervalt de komma voor het woord «alinea", wordt na het woord vzal" ingevoegd de woorden vbehalve door de ambtenaren daartoe bij art. 8 van het wetboek van strafvordering aangewezen", en vervallen de twee laatste zinsneden. In de tweede alinea wordt voor de woorden val de genoemden" gesteld vbehalve de ambtenaren bedoeld", verval!»n 'Te woorden valsmede", vrijks en" en vcommissarissen van politie, de rijks-, veld- en boschwachters" en worden ingevoegd na het woord vwaterstaat" het woord ven" en aan het slot de woorden vzoomede de dienaren van politie voor zooveel de overtreding in hunne gemeente is begaan". Art. 13. In art. 22 vervallen de woorden »Drentsche Kanaal". Art. 14. Art. 23 vervalt. De artt. 24 en 25 worden artt. 23 en 24. Art. 15. Het 1ste lid van art. 24 (wordt 23) vervalt. De laatste alinea van dat artikel wordt gelezen als volgt: «Spoedeischende gevallen uitgezonderd, geschiedt dit niet, dan nadat de belanghebbende 24 uren te voren schrifteljjk is gewaarschuwd". Art. 16. Art. 25 (wordt 24) wordt gelezen als volgt: «De bepalingen van de reglementen op de wegen en voetpaden en op de waterleidingen in deze provincie blijven van toepassing op al de in die reglementen bedoelde voorwerpen." Assen, 9 Juli 1889. De Staten voornoemd, VAN SWINDEREN, Voorzitter. G. W. VAN DER FELTZ, Griffier. Goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 7 Augustus 1889 no. 23.
Gegeven te Assen den 23 Augustus 1889. Gedeputeerde Staten voornoemd: VAN SWINDEREN, Voorzitter. B. C. VAN REEDE VAN OUDTSHOORN, loco-Griffier.
BUITENLAND. OVERZICHT.
Kngel»nd. De bevolking van Londen is in staat zich een denkbeeld te vormen van hetgeen in oorlogstijd kan gebeuren, wanneer, al i3 het maar voor enkele dagen, vijandelijke schepen den mond van de Theems sluiten. Zooals men weet, duren de groote zeemanoeuvres nog altijd voort. Eenige schepen van admiraal Baird, die in eene Iersche haven waren geblokkeerd, zjjn ontsnapt en hebben aanzienlijke Engelsche havens bezocht, zonder dat de verdedigende vloot het kon verhinderen. Die havens gelden als genomen, gebrandschat of vernield. De Parnellistische afgevaardigde 0'Brien en Gilhooly zjjn tot twee maanden en zes weken gevangenisstraf veroordeeld wegens het opruien van pachters om hunne pachtgelden niet te betalen. Frankrijk. Heden zal te Fontainebleau, waar de President der Republiek zich thans bevindt, een Ministerraad worden gehouden, om den dag der verkiezingen vast te stellen. Naar verzekerd wordt, zal de 22ste Sept. daartoe worden gekozen. De Raad van het Legioen van Eer heeft in eene bjjeenkomst van eergisteren, overeenkomstig het besluit van 24 Nov. 1852, Boulanger en Dillon geschorst in alle rechten en eerbewijzen van hunnen rang in het Legioen van Eer. Gisteravond is iu het Cirque Fernando eene groote meeting van Boulangisten gehouden, waaraan ongeveer 5000 personen deelnamen. Er heerschte groote geestdrift en de heeren Laguerre en Laisant vielen de Regeering heftig aan. Buiten het Cirque heerschte een onbeschrjjfeljjk tumult; de politieagenten moesten van hunne wapenen gebruik maken tegen de menigte, die met steenen wierp. llultHCblMIld. Te Bochum is de Katholiekendag geopend, waarbjj 6000 personen tegenwoordig waren. De katholieke afgevaardigde, dr. Windthorst, sprak eene rede uit, waarin hjj betoogde, dat de loonbeweging niets met den Katholiekendag te maken had. Vervolgens werden het adres van het plaatseljjk
bestuur aan den Paus, en het antwoord dat daarop ontvangen was, voorgelezen. In dit laatste stuk werd betoogd, dat bjj de beraadslagingen vooral datgene in het oog moest worden gehouden, wat in 't belang is van de vrijheid der kerk en van hare getrouwe aanhangers en wat de eendracht onder de broederen en de bevordering van het aanzien der kerkelijke overheid in de hand kan werken. Italië. Volgens de Tribuna zullen de onderhandelingen tusschen Italië en Zwitserland over het doorboren van den Simplon weldra hervat worden. De Italiaansche Regeering zou geneigd zjjn zich te vereenigen met het door Zwitserland voorgestelde plan, waarbjj van Italië eene bjjdrage van 15 millioen verlangd wordt en 11 kilometer tunnel van de 20 geboord zullen worden op Italie's grondgebied. Oostenrijk. De bekende internationale zaadmarkt zal nu toch weer te Weenen worden gehouden. Geljjk men zich zal berinneren, wilden de Israëlitische graanhandelaars de markt naar Pest verleggen, daar het anti-semitisme te Weenen steeds veld wint. De commissie hield eergister te Weenen een vergadering en nam eenstemmig het voorstei aan van den Berljjnschen molenaar Jos. van de Wjjnhaert, waarin werd gezegd, dat Weenen als de meest geschikte plaats voor deze gewichtige markt moet worden beschouwd. Creta. Uit Konstantinopel wordt de inhoud medegedeeld van het antwoord der Russische Regeering op de bekende nota der Porte. De toon van den heer von Giers is bijzonder vredelievend. Niet alleen betoont de Russische Minister zich zeer ingenomen met Chakir Pacha's benoeming tot Gouverneur van Creta, maar ook belooft hjj, dat de Russische consul te Canea krachtig tot herstel der orde op het eiland zal medewerken. Even vredelievend laat zich de Fransche Regeering uit. De Fransche gezant te Konstantinopel, graaf de Montebello, heeft zich vervoegd bjj den Duitschen gezant, den heer Von Radowitz, en hem uitdrukkelijk verzekerd, dat de Fransche Regeering wat Creta betreft volkomen samengaat met de verbonden mogendheden. Indien beide Regeeringen handelen, geljjk zjj spreken, zal de rust op Creta spoedig hersteld zjjn, want tot dusver bljjven de berichten over Chakirs pogingen in 't algemeen gunstig. VERSPREIDE BERICHTEN. De werkstaking te Londen, Het voornaamste feit van den dag is de uitbreiding van de werkstaking te Londen. Uitgegaan van de dokwerkers en andere bjj de scheepvaart betrokken bedrjjven, neemt zjj schier eiken dag toe en sluiten zich fabriekarbeiders aan, die met dat vak niets te maken hebben. Men dreigt ook met een werkstaking in de gasfabrieken, ik welk geval Londen in 't donker zou moeten zitten, — iets wat om meer dan één reden gevaarljjk is, vooral in deze omstandigheden, nu duizende werklieden ten gevolge van de werkstaking met honger bedreigd worden of reeds honger hebben, 'tls dan ook zeker geen overtollige maatregel, dat
do cavalerie en artillerie te Londen eergister in de kazernen werden geconsigneerd. Niet dat het in de bedoeling der werkstakers ligt geweld te plegen, maar — de omstandigheden kunnen licht van dien aard worden, dat de beweging de leiders boven het hoofd groeit en door zoogenaamde onvoorziene dingen het karakter der beweging verandert. Buitendien: wie zal zeggen, in hoever men de leiders kan vertrouwen, in hoever men geloof kan slaan aan hun woorden ? Dikwijls wordt publiek gezegd, dat er niet gedacht wordt aan het plegen van geweld, terwijl onder vier oogen overal tot revolutie wordt aangezet. Komt er niet spoedig een vergelijk tot stand, dan is het niet te zeggen, waartoe deze beweging nog kan leiden; zij tast Engeland in zjjn hartader aan, den handel. Men heelt meermalen op Engelands zwakheid gewezen ten gevolge van zijn talrijke, in minder gunstige omstandigheden verkeerende arbeidende klasse. Zou de onvermijdelijke crisis reeds daar zijn ? In elk geval is deze werkstaking een der voorboden daarvan. Wat de bijzonderheden betreft, beide partijen beweren natuurljjk gelijk te hebben. De dokmaatschappijen verklaren, dat loonsverhooging niet kan worden gegeven, aangezien de tijden zoo slecht zijn, dat er zelfs geen dividend aan de aandeelhouders kan worden uitbetaald, zoodat de werklieden, wel beschouwd, aandeel vragen in winsten, die niet zjjn behaald. Daar tegen wordt van de zijde der arbeiders beweerd, dat de maatschappijen op een te weelderigen voet zijn ingericht, de bestuurders en ambtenaren talrjjker zijn dan noodig is en ook hun tractementen meerendeels te hoog, terwijl buitendien de prijzen zouden kunnen worden verhoogd, indien den werklieden niet een behoorlijk bestaan kan worden gegeven. En zoo redeneerend komt men weer tot de groote vraag van de concurrentie, den grooten menschenverslindenden Moloch van de 19e eeuw. Een der bezwaren van de werklieden betreft het aannemen van het werk bij de schepen. Zjj beweren, dat de aannemer de werklieden jaagt en drijft en gewoonlijk van 10 tot 30 pet. verdient, terwijl de arbeiders afgejakkerd worden en schraal loon krijgen. Hier tegenoverstaat de klacht, dat, wanneer het werk niet aangenomen wordt, het bijna dubbel zoo lang duurt. Aanvankelijk alleen tegen de dokmaatschappijen gericht, breidt de werkstaking zich hoe langer hoe meer uit, ook tot andere bedrijven. De handel wordt ernstig bedreigd; vele kolenladingen blijven op de Theems liggen; groote hoeveelheden vleesch liggen ongelost op de rivier en zullen spoedig moeten bederven, tenzij zij terstond uitgeladen worden. De eigenaars trachten dit te doen, maar de werkstakers beletten het; zij hebben eenige geladen vleeschwagens omvergeworpen en den inhoud vernield. De werkstaking der kolendragers aan de centrale metropolitan-stations van Eings Cross en St. Pancras breidt zich uit tot alle kolendepóts aan de spoorweglijn in North-London. Zaterdag kwam een der groote thee-schepen uit China te Londen aan. Lossing van een deel der lading was onontbeerlijk. Nu tegen vijftig kantoorbedienden met zwarte jassen en hooge hoeden aan het werk en arbeidden tot het donker was aan het ophijschen en wegkruien van theekisten. Wit Lenden wordt, d. d. gister, aan de N. Rott. Crt. -getelegraleerd: Gisteravond heeft het comité der werkstakers een manifest uitgevaardigd tegen het onoordeelkundig werkstakeu door allerlei fabrieksarbeiders, die niets hebben uit te staan met het dokwerk; daardoor toch worden de eischen aan de werkstakingskas grooter dan zij dragen kan. Het comitë geeft derhalve kennis, dat het weigeren zal, onderstand te geven aan fabrieksarbeiders, die zonder voorkennis en goedkeuring van het comité het werk staken. De toestand blijft onveranderd hacheljjk; vooralsnog weigert de meerderheid der arbeiders aan de gasfabrieken zich bij de werkstaking aan te sluiten. De trambeambten dreigen ook met werkstaking. De werkstakers zenden deputatiën naar de voornaamste havens des lands, om aldaar de dokarbeiders uit te naodigen, geen aankomende vaartuigen met eigenlijke bestemming naar Londen te helpen lossen. "Ongeveer 300 stoombooten liggen ongelost of halfgeladen op de Theems. De spoorlijnen staken het goederenvervoer naar de dokken en alle Oost-Londensche spoorwegstations zijn opgepropt met goederen, ivaarmee men geen raad weet. De prjjzen van graan, vleesch en steenkolen zjjn stijgende. De werkstakers blokkeeren feitelijk Deptfort, waar groote hoeveelheden buitenlandsch geslacht vee, voornamelijk uit Nederland, opgestapeld liggen en dreigen te bederven, tenzij het spoedig vervoerd wordt. Heden houden de besturen der dokken vergadering, ter overweging van den staat van zaken; men verwacht gewichtige besluiten. De handelskringen oefenen zwaren druk uit om de dokbesturen tot toegeven te bewegen en aan de gevaarlijke crisis een einde te maken. De laatste ontvangen telegrammen luiden als volgt: Londen, 27 Aug. Van middag liepen er geruchten, dat de werkstaking geëindigd was door eenswording tusschen de dokbesturen en de werkstakers. Aanstonds ontstond er eene groote beweging onder de werkloozen naar de dokken, waar zjj echter ontdekten dat zij mismisleid waren geworden. De geheele wjjk der dokken gelijkt eene doodenstad. De kantoren zjjn overal gesloten en de klerken weggezonden. De secretaris der commissie uit de werkstakers confereerde van middag met de beraadslagende dokbesturen. Hjj kwam mededeelen dat de werkstakers volharden in hunne oorspronkelijke eischen. Daarop werd hem een schriftelijk antwoord overhandigd, waarin de dokbesturen herhalen dat de eischen der dokarbeiders niet inwilligbaar zijn. De dokbesturen weigerden mede een scheidsrechtelijke oplossing van het geschil. Zij hebben bij rondschrijven aan de handelskringen doen weten, dat de dokmaatschappijen niet aansprakelijk zijn voor eenigerlei schade, door de werkstaking veroorzaakt. Twintigduizend arbeiders, werkzaam aan Londensche steenkooldepots, hebben den arbied gestaakt. De steenkoolprijzen op de Theems bereiken eene verbazende hoogte. Vjjftig sh. per ton wordt vergeefs geboden. Verscheidene stoomers worden enkel door kolengebrek verhinderd
te vertrekken. De vleeschhouwers van Smitbfield slaagden er in eene hoeveelheid, voornamelijk Hollandsch geslacht, vandaag uit Deptford aan te voeren. Driehonderd politie-agenten moesten de bezending beschermen tegen het haar achtervolgende, tierende gepeupel. Er zijn brandbrieven ontvangen, waarin de werkstakers dreigen gedeelten der City in brand te steken, mochten de dokbesturen halsstarrig bljjven. De aanhitsers zoeken deze dreigementen van zich af te schuiven. De schepen der «Castte Line" ondervinden alsnog weinig vertraging, maar vertrekken half geladen. De aankomende stoomers dier lijn worden naar Southampton gericht. De «General Steam Company" en andere op Holland varende maatschappijen hebben eene schikking getroffen met de Great Eastern-spoorwegmaatschappij, waarby het goederenvervoer tij delg k en gedeeltelijk over Harwich geleid wordt. De «General Steam Company" tracht eene beweging uit te lokken om de Londensche dokken onder een onafhankelijk havenbestuur te brengen geljjk de Liverpoolsche en Glasgowsche. Eene dreigende werkstaking onder de voerlieden der staatspostkarren werd heden slechts voorkomen doordien de postmeester-generaal terstond eene loonsverhooging bewilligde. (N. Rott. Ct.) Londen, 27 Aug. De vertegenwoordigers van de werkstakers der dokken hadden heden eene bijeenkomst met den raad van bestuur der London Docks en East India Docks. De werkstakers vroegen : eene loonsverhooging tot 6 p. per uur, met een minimumloon van 2 sh. per dag: voorts de afschaffing van het contractstelsel (aanneming van het werk door tusschenpersonen). De raad van bestuur verklaarde, deze voorwaarden niet te kunnen aannemen. Londen, 27 Aug, 4 uur 5 min. Het aantal der werkstakers is thans 130,000, daar de arbeiders der gasfabrieken, het trampersoneel en de vrachtrijders meedoen. De levensmiddelen worden duurder. Ook zijn pogingen gedaan om de werkstaking in andere havenplaatsen over te planten. Tot dusver bestaat er nog geen uitzicht op een beslechting van den strjjd. Londen, 27 Aug. De bjjlegging van het geschil tusschen de werkstakers en de eigenaars der dokken kan spoedig verwacht worden. Er zjjn onderhandelingen aangeknoopt, welke nog worden voortgezet.
GOUDBLOND HAAR. Roman uit het leven te Parijs,
DOOR P. SALES. EERSTE HOOFDSTUK. 16 UI. Hjj eindigde dus met goed te keuren, dat Claude bij hem op het kantoor kwam. «Maar onder de voorwaarde," had hjj gezegd, «dat gij, Julienne, allen verderen omgang met de familie Garancier afbreekt, die na het verlies van haar vermogen in andere omstandigheden leeft dan wjj." Julienne voegde zich schjjnbaar naar zjjn wil, maar bezocht Therese en hare moeder niettemin zeer dikwjjls, ofschoon dezen hare bezoeken natuurlijk niet beantwoordden. Zij interesseerde zich bovendien voortdurend voor Claude. Na verloop van het eerste jaar, sedert zijne komst op het kantoor van mjjnheer Fourmont, vroeg zjj haren vader: «Nu, zjjt gjj over mjjn beschermeling, mijnheer Claude Garancier, tevreden ?" «Tevreden ? Dat kan ik niet zoo volmondig zeggen. In de eerste plaats staat bjj op geen goeden voet met zijn collega Brigard, mjjn eersten en oudsten klerk." »Dat vind ik zeer natuurljjk, papa. Mijnheer rsrigard mishaagt mij ook zeer. Ik houd hem voor onoprecht en arglistig." «Dat is een vooroordeel van uw kant. Brigard is mjjn rechterb^d en ik moet u verzoeken hem niet te belasteren."
«Gjj wilt mjj toch niet verbieden te zeggen, dat ik een afkeer van hem heb ?" »Waarom hebt gij een afkeer van hem ?" «Daarvan kan ik mijzelf geen rekenschap geven. Genoeg, hjj wekt mjjn afkeer op. — Wat hebt gij nog meer tegen mijnheer Claude in te brengen?" «Hij stoort zich niet aan de gebruiken van mjjn kantoor; hjj houdt er meer van den onafhankeljjken grooten mjjnheer uit te hangen. Het is waar, dat hij zjjn werk zonder veel moeite en in korten tijd doet maar al3 dat gedaan is, ziet men hem ook niet weer. — Kortom, als gjj een afkeer hebt van Brigard, dan moet ik u zeggen, dat ik geenszins met dien mijnheer Claude opheb." «Nu, papa, dan wil ik een verdrag met u sluiten. Ik zal Brigard dulden . . . duld gij dan Claude Garancier! ... Gjj ziet, ik ben zeer scbappeljjk." Naar Julienne's plan moest Claude met hare hulp zjjn collega overvleugelen, ja, als het kon, verdringen en de eerste klerk van haar vader worden. Dit zou haar waarschijnlijk ook reeds gelukt zjjn, als niet die Angelina Verdier, die zjj nog meer verafschuwde dan den huichelachtigen Brigard, sedert ongeveer drie jaar een machtigen invloed op Fourmont verkregen had. Terwjjl Julienne geene moeite deed hare antipathie tegen Brigard te verbergen, was zjj slim genoeg geweest zich niet vjjandig gezind jegens Angelina te toonen, toen deze in het huis haars vaders ontvangen werd en zich daar meer en meer begon thuis te gevoelen. Zjj zag weldra in, dat zjj eene gevaarlijke vjjandin in deze vrouw had en dat die er naar streefde de plaats van hare vroeg gestorven goede moeder in te nemen; maar zjj was vast
besloten alle middelen aan te wenden om dat plan te verijdelen. De notaris, die er zich vroeger nooit over uitgelaten had, dat hjj nog wel genegen was te hertrouwen, bepaalde er zich in Julienne's bjjzjjn toe zeer voorkomend jegens Angelina te zjjn; hjj noodigde haar dikwijls ten eten en verzocht haar, zoo vaak als het te pas kwam, zijne dochter hier of daarhee te vergezellen. Maar weldra bleken de bazoeken van deze vreemde van invloed te zjjn op den dageljjkschen omgang tusschen Julienne en haar papa. Julienne was weliswaar nog steeds de verwende lieveling haars vaders, die al hare luimen bevredigde, maar zjj gevoelde toch, dat zjj niet meer de onbeperkte heerscheres in huis was en dat Angelina Verdier reeds in zekeren zin met haar omging als eene moeder met haar dochter. Toen beiden den 3ien Maart op de villa van den heer Fourmont in Asnières aangekomen waren, zeide Angelina tot Julienne op dien welwillend beschermenden toon, dien zjj tegenover haar placht aan te slaan: »Gjj gaat zeker naar den tuin en de broeikassen, lief kind, om u te vergewissen, of de tuinman alles goed in orde heeft ?" «Zeker !" antwoordde Julienne lachend. «Ik zal intusschen hier in huis nazien, wat er alzoo ontbreekt. Ook wil ik volgens den wensch van uw vader nagaan hoe het met den voorraad linnengoed enz. hier in huis staat." «Dat zal echter veel moeite en tjjd eischen." «Wat zou dat? Wjj hebben immers eenige uren voor ons, voordat wjj naar Parijs terugkeeren." «Het is mg goed. Ik heb geen haast," zeide Julienne en begaf zich, een liedje neurieënde, in den tuin, terwjjl Angelina alleen in het huis
achterbleef, waarin zich verder geen levende ziel bevond, daar de tuinman, wien in den winter geheel alleen de bewaking der villa en de verzorging van den tuin opgedragen was, een klein vriendelijk huisje bewoonde, dat dicht bij de broeikassen aan den anderen kant van den tuin lag. Nadat Julienne den tuin doorgegaan was, riep zjj den tuinman, die haar geheel toegedaan was, en zeide tot hem: «Jacquet! Hier hebt gg een goudstuk voor de goede instandhouding van den tuin en de broeikassen ..." «O, mademoiselle . . .!" «Neem bet maar aan! ... En nu, luister! Ik zal mjj door de kleine deur naar den oever der Seine begeven om daar te wandelen. Het kan wel zjjn, dat ik mjjne wandeling iets verder uitstrek dan gewoonlijk; daarom verzoek ik u mjj door het afgesproken teeken te waarschuwen als men hier naar mjj vraagt." «Ik begrjjp u, mademoiselle. Het geschreeuw van een uil!" «Juist, beste Jacquet. Maar duideljjk hoorbaar !" Bjj deze woorden jjlde het jonge meisje lachend naar den uitgang, terwjjl de tuinman haar nog nariep: «Wees onbezorgd, mademoiselle! Gjj zult over mjj tevreden zjjn." Toen Julienne door het kleine poortje naar buiten trad, zag zij Claude's boot op eenigen afstand van haar op het water drjjven. Met haastige schreden spoedde zjj zich in die richting langs den oever der rivier voort en had weldra de plaats bereikt, waar Claude met eenige krachtige slagen naar den wal roeide en zich gereed maakte de boot vast te leggen. Julienne
riep hem echter reeds van verre toe: «Neen, neen, leg de boot niet vast! Bljjf op eenigen afstand van den oever; wjj kunnen zoo zeer goed met elkaar spreken. Hetgeen ik nu doe is bovendien reeds gewaagd genoeg." Zjj trok bij deze woorden een zeer ernstig gezicht, terwjjl zjj zich tegelijk in het gras nederzette. Claude gehoorzaamde haar, hoewel tegen zjjn zin, en liet zich op de roeibank neder, terwjjl hjj zeide: «Op deze wjjze heb ik niet eens het genoegen uwe hand in de mjjne te houden." «Neen, mjjnheer," antwoordde zjj op schalkschen toon; «het is beter, dat wij eenig neutraal gebied tusschen ons laten Overigens heb ik ernstige zaken met u te bespreken en moet u daarom verzoeken mjj even aandachtig aan te hooren, alsof wjj ons in een of ander deftig salon bevonden." «Wjj zjjn hier in de groote zaal der natuur." «Geenszins. Wij bevinden ons aan den oever der Seine en eene samenkomst op deze plaats met een heer past eigenljjk niet voor een welopgevoed jong meisje." «Uw waarde papa zou tenminste zeer vertoornd zjjn, als hjj wist, dat gjj, in plaats van den tuin in oogenschouw te nemen — een rendez-vous met mjj hadt." «Wat zegt gjj, mijnheer ? Ik zou u eene plaats voor een rendez-vous opgegeven hebben ? Welk eene inbeelding! . . . . Ik ben geheel toevallig door onze tuindeur naar den oever der Seine gegaan om hier eene wandeling te doen." «Nadat gij mjjn gefluit gehoord hadt 1" (Wordt vervolgd.)