In het Engelsche Lagerhuis is een groot aantal vragen gesteld in verband met de onthullingen over de geheime militaire verdragen, ve|^e de zaak zoo volledig en van alie kanten beschouwde, dat den Minister van Buitenlandsche Zaken geen gelegenheid tot uitvluchten werd gegeven. L)e arbeidersafgevaardigde kolonel Wedge.vood vroeg, wat den Minister van Buitenlandsche Zaken bekend was omtrent de Fransch— Belgische militaire overeenkomst van 1920 en van de overeenkomst van 1927 ; welke verpachtingen de Britsche regeeering had krachtens de Engelsche—Belgische conventie van 7 Juli 1927 ; of die verplichtingen gevolgen waren van het verdrag van Locarno , en of er een Engelsch—Duitsche conventie bestond van dergelijken aard. Sir Rennel Rodd vroeg, of de Minister van Buitenlandsche Zaken eenig e inliichtingen kon verstrekken over een geheime conventie in 1920 tusschen Frankrijk en België gesloten als toevoeging tot het alliantieverdrag, dat deze staten in üenève hadden doen registreeren, en of hij inlichtingen kon geven aangaande de interpretatie van die conventie als gevolg van in 1927 gevoerde discussies, over de wijze waarop de Fransche en Belgische generale staven daaraan uitvcering zouden geven. Malone (arbeiderspartij) vroeg, of de regeering besprekingen met Frankrijk en België had gehouden, aangaande een samenwerking met de Fransch—Belgische strijdkrachten, zoo ja, van welken aard die besprekingen waren, er. welke overeenkomsten of verplichtingen waren aangegaan. De afgevaardigde Eliis Davies stelde twee vragen : de eerste, ot de Minister van Buittn'anoschc Zaken inzage had gehad vai de transch—Belgische militaire conventie van 1920 en de tekst van de interpretatie van dat verdrag, zooals deze was geformuleerd na Locarno, en nadat Duitschland tot den Volkenbond was toegetreden. Of er in 1927 een Fngelsch—Belgisch verdrag of conventie was gesloten, en zoo ja, of hij deze in het Lagerhuis wilde ter tafel brengen ? De tweede • raag was, of er sinds de onderteekening van 'iet verdrag van Locarno besprekingen waren gehouden tusschen de vertegenwoordigers oer Britsche en Fransche staven, of de Britsche en Engelsche staven, teneinde voorzorgen tt treffen tegen een mogelijken Duitschen aanvai •.p Frankrijk en België. Daar Chamberlain niet aanwezig was, werden de vragen beantwoord door den onderminister
Locker Lampson, die zijn antwoord r-Is volgt samenvatte : De tekst van de verschillende nota's gewisseld tusschen de Fransche en Belgische regieringen over een wcderzijdsche goedkeuring ■ an een militaire overeenkomst, welke op 7 ^ept. 1920 was geteekend was op 4 Nov. 1920 geregistreerd bij den Volkenbond. Hij zeide verder : „Ik heb den tekst der militaire overeenkomsten niet gezien. Deze is natuurlijk niet gepubliceerd en mij is ook niets bekend omtrent een latere interpretatie daarvan. Behalve het verdrag van Lorarno, is er tusschen Groot-Brittamië en België sinds het einde van den oorlog geen overeenkomst geteekend, die militaire verplichtingen oplegr. Evenmin bestaat er een militaire overeenkomst of afspraak tusschen den Britschen generalen staf en dien van eenig vreemd land. Geen enkel Britsche militaire attaché te Brussel, eindigde hij, heeft de kwestie zelfs ook maar besproken. Kolonel Wedgwood zeide, dat dit antwoord hem een groote opluchting was. Kon hij, zoo vroeg hij, ervan verzekerd zijn, flat •:r geen militaire besprekingen zouden plaats •lebben met Frankrijk of België, welke niet evereens met Duitschland werden gehouden, zocdat Engeland's verplichtingen krachtens het verdrag van Locarno nauwgezet werden nagekomen ? Locker Lampson antwoordde : Gij kunt er verzekerd van zijn, dat wij niets zullen doen, dat tegen het verdrag van Locarno indruischt. Kenworthy vroeg, of het mogelijk zou zijn den oorsprong op te sporen van de klaarblijkelijke vcTvalsching, waarop de Speaker hetn tot de orde riep en zeide de vraag niet tc kunnen toestaan. BELGIE. De „Nation Beige", het chauvinistische Belgische blad, publiceert een geweldig hoofaait'kel tegen Nederland, waarin het beweerr, rat de Nederlanders wel degelijk inzien, dat de gepubliceerde documenten valsch zijn, maar hun eerste opvatting staande houden, omdat zij door middel van deze valsche stukken alie hechte en hartelijke betrekkingen tusschen de twee volkeren definitief onmogelijk willen maken. Zij zijn er bijna in geslaagd, zegt het blad, maar ditmaal zijn ze te ver gedaan. Tegenover zóóveel kwaadwilligheid, schijnheiligheid, kwaden trouw en blinc'en haat wordt de Belgische openbare opinie, aldus het blad, echter wakker en schreeuwt nu: Assez! (Genoeg!)
NEDERLAND. De „Telegraaf" schrijft, dat de Minister van Buitenlandsche Zaken alle verzoeken om interviews afwijst zoowel van de binnenland'•che pers als van de correspondenten van buitenlandsche bladen, omdat hij zich op het landpunt stelt, dat er niets is mede te deelen en de regeering geheel staat buiten de bekende rinblicaies van het „Utrqchtsch Dagblad". Al had men enkele dagen te voren op het departement zijdelings kennis gekregen, dat e: een publicatie met betrekking tot het geheim verdrag te wachten zou zijn, men kon ens niet bevestigen, aldus schrijft ,De Tel.", dar het departement reeds van tevoren precies' van den volledigen inhoud der documenten op de hoogte is geweest. In elk geval wist men niet hoe, waar en wanneer de publicatie zou geschieden, zoodat de bewuste openbaarmaking in liet „U. D." van j.1. Zaterdagavond een verrassing voor het departement was. Men toont zich in bevoegde kringen verbaasd over het feit, zoo vervolgt het orgaan, dat men het in Parijs eenigszins kwalijk schijnt rc nemen, dat onze gezanten fe Brussel en p atij? in opdracht van het departerm nt van Buitenlandsche Zaken informaties hebben trachten ir. te winnen. Men meent evenwel, dat onze .egeering volkomen gerechtigd was om naar aanleiding van publicaties, waar de regeering g* lie-l buiten staat, op vriendschappelijke wijze : niiehtingen te vragen, Een onderhoud rrei den Hoofdredacteur van h*>t U'r. DaqbSad. De „Haagsche Courant" maakt naar aanleiding van de gepubliceerde documenten een onderhoud openbaar met Dr. P. H. Ritter Jr., hoofdredacteur van het „Utrechtsch Dagblad". De „Haagsche Courant" merkt op, dat Dr. Ritter er van overtuigd was, ons land met de publicatie een dienst te bewijzen; doch eerst nadat hij er een vijftal Nederlanders van hooge positie, van onbesproken reputatie, over gesproken had, die hem allen den raad gaven tot publicatie der stukken over te gaan, heeft Dr. Ritter den stap gedaan. De stukken zijn uit een beslist onverdachte bron afkomstig, aldus verklaarde ons de heer Ritler, pi wilde hij om begrijpelijke redenen den naam van zijn relatie niet noemen. „De documenten vormen de notulen van een bijeenkomst van militaire deskundigen t-: Brussel gehouden. Zij zijn geschreven op officieel papier van den Bdgischen staat, zij zijn orderteekend met de namen der deelnemers aan deze conferentie en dragen Belgische departementale lakzegels. Wat den tekst van het Fransch-Belgisch verdrag aangaat, daze is geïncorporeerd in de notulen der bijeenkomst". „Om meer dan één reden heb ik absolute aanleiding om aan te nemen, zei de heer Ritter, dat de documenten niet vervalscht zijn. Wanneer men hier gekomen was met het z.g. oorspronkelijke verdrag, waarvan misschien slechts twee exemplaren bestaan — achter zeven sloten veilig weggeborgen in de regeeringskluizen t? Brussel of Parijs — dan zou ik moeite hebben om aan de echtheid van het stuk te gelooven. Maar van de officieele notulen, de rapporten der gehouden bijeenkomsten van militaire deskundigen, welke na afloop aan iederen deelnemer plegen tc worden verstrekt, is het zeer wel mogelijk aan te nemen, dat er een exemplaar verdwaald is. Zoo een exemplaar nu is in onze handen gekomen. En als men aan de echtheid der handteekeningen op dit document twij
feit, aldus Or. Ritter, men ral in den kring vaa dengene die mij het mer' waardige document verschaft heeft, niets liever zien dan dat het te Oenève op zijn deugdelijkheid onderzocht wordt." — Wij liehhen als dengene die u het document verschaft heeft, zoo vroeg de „Haagsche Courant", prof. (ïerre^on te Utrecht hooren roemen. Is deze suppositie juist ? Met nadruk antwoordde d- heer Ritter op deze vraag : „Ik heb vóór de publicatie prof. Gerretson niet gesproken en ik heb geen enkel contact met hem." — Men heeft u verwegen, aldus een volgende vraag, de documenten gepubliceerd te hebben i» plaats van ter kennis gtbracht te hebben van het departement van Beitenlandsche Zaken Hebt u ze aan minister Beelaerts van Blokland laten lezen ? De heer Ritter antwoordde ontkennend. — Mogen wij hieruit opmaken, dat inderdaad ' de minister voor een surprise stond, toen Zaterdagavond de pub'icat'e plaats vond ? En toen zeide de heer Ritter : „Neen, dat zeg ik niet, maar i k heb het dtpartement niet ingelicht." Van nadere zijde w.'rd tegenover de „Haag sclie Courant" bevestigd, dat de minister reeds aan het eind van lanuar of in het begin van Februari volkomen ip de hoogte gesteld zou zijn van den inhoud der documenten. Het zou misschien wH interessant zijn. aldus teekent het blad nog aan, idien een Kamerlid hij de bespreking van de vragen, door oud-minister Heemskerk gesteli. bij den minister van Buiten landsche Zaken informeerde, hoe deze vork in den steel zit. Besluitende zegt de schrijver van het artikel van zijn bezoek aan Dr. Ritter den indruk te hebben meegenomen van iemand, die zich ten volle bewust is van ie draagwijdte van hetgeen hij in het belang van cns land heeft gemeend te moeten doen, maar die uit zuivere consciëntie en ten volle overtuigd van de waarachtigheid zijner middelen, gemeend heeft aldus te ; moeten handelen. • , Dr. Ritter heeft de .Haagsch* Courant" nog meegedeeld, dat hij, nevens de notulen inzage verkreeg van 't militaire verdrag, dat tusschen Frankrijk en België geteekend is. De Manchester Guardian vraagt, waarom 't „Utrechtsch Dagblad" niet de namen heeft gepubliceerd van de onderteekenaars en zegt verder, dat de publicatie van de namen een . scherp onderzoek van 't verdrag mogelijk zal maken. Het blad verklaart, meer vertrouwen te kunnen stellen in het verdrag, als de namen der onderteekenaars worden bekend gemaakt. In het nummer van Donderdag 28 Februari gaat het Utrechtsch Dagblad over tot de publl catle van de beraadslagingen van de gezamen lijke generale staven van Frankrijk en België in September 1927. (Het zijn de notulen in Fran schen en Nederlandschen tekst). i Uit deze notulen blijkt, dat te Brussel op 7, 8, 9, 11 en 12 September besprekingen hebben plaats gehad, waaraan de volgende afgevaardigden deelgenomen hebben : Voor Frankrijk, generaal Debeney, chef van den Generalen Staf; generaal Bineau, onderchef van den Generalen Staf; generaal Blavier, militair attaché aan het Fransche Gezantschap te Brussel en voor België generaal Galet, chef van den Generalen Staf; kolonel Michem, chef van ue derde afdeeling van den Generaten Staf, waarnemend onderchef van den Generalen Staf en kolonel van der Bergen, chef van de eerste afdeeling van den Generalen Staf. Het ambt van secretaris der conferentie is toevertrouwd geweest aan kolonel B. M. Esfienne, commandant van het regiment grenadiers te Brussel. TWEEDE KAMER. In de gisteren gehouden Tweede Kamerzitting werd voortgezet de behandeling van -de motie-Sannes tot toekenning van kosteJooze renten aan sommige 65-jarigen en ouderen. De heer BOON meende, dat de motieijannes wel ongelijkheid schept. Spr 's be zwaren zijn echter niet van dien aard, dat hij tegen zou moeten stemmen. 'De heer OUD zeide, dat de heeren Kuiper en Snoeck Henkemans door hun moties de mislukking van het verzekeringsinstituut erkend hebben, met de aanvaarding van het beginsel van staatspensioen. Deze moties ziin schijnve'tooning. Met de moties zelf kar. echter ook r.iet volstaan worden. Spr .diende daarom zelf een motie in, vragende staatspensioen voor alle onder» van dagen van 65 jaar of ouder van f 3 en f 5 voor echtparen. De heer KERSTEN protesteerde tegen de kleineering van diaconale armenzorg. Hij Ïx?s!ï c-cf3 r.ic< dat d? Christelijke partijen zijn afgeweken van hun oude standpunt. Het verzekerinDe motie-Snoeck-Henkemans werd aangenomen zonder hoofdelijke stemming. De motie-Oud werd ve rworpen met 48— 29 stemmen en de motie-Boon met 40— 35 stemmen. De vergadering werd hierop verdaagd. HET CONFLICTEN DE PADVINDERSWERELD. Zaterdag zullen te Utrecht afgevaardigden van alle afdelingsbesturen van de Nederlandsche Padvinders Organisatie bijeenkomen ter bespreking van het geschil met het hoofdbestuur. KERK EN VREDE. In het Februari-nummer van „Kerk en Vrede' komt de volgende oproep voor: Ondergeteekenden, leden van „Kerk en Vrede" en der Vrijheidsbond, voelen de militaire passage in het programma van den Vrijheidsbond als niet meer strookend met hunne beginselen en roepen hierbij alle leden van „Kerk en Vrede", die tevens lid zijn van den Vrijheidsbond, op, om gezamenlijk te trachten in die militaire passage verandering te krijgen, opdat óók voorstanders van nationale ontwapening namens den Vrijheidsbond zitting in de Eerste en Tweede Kamer der Staten Generaal kunnen krijgen. Verzoeke namen en adressen te zenden aan ondergeteekenden (volgorde alphabetisch): Mevrouw A M. van der Klaauw-Bruins, Dr. C. J. van der Klaauw, B. Ouwerkerk, J. H. Sagekuele er Mevrouw L. Uittenbroek-Rosenthal, alle te Leiden. OUDE VROUW IN BRAND GERAAKT. In Rijk (Haarlemmermeer) is een 70-jarige vrouw, die met haar voeten op een warme stoof zat, in brand geraakt. Zij werd met ernstige brandwonden overdekt en moest in de „Mariastichting" te Haarlem werden opgenomen. HET IJS DREIGT. Donderdagmorgen mcesten te Lobith de gezinnen van zeven tusschen de kribben liggende schepen deze vaartuigen verlaten, daar er gevaar bestond in verband met het in beweging zijn van het ijs. Het water is reeds geruimen tijd stijgende. De gezinnen zijn ondergebracht ia leegstaande woningen van een steenfabriek. HET ONGELUK AAN HET HOOFDSTATION TE GRONINGEN. Naar de Prov. Gron. Courant verneemt, is de heer Kloosterman, die verleden week Vrijdag bij het rangeeren aan het hoofdstation te Groningen ernstig werd gewond, Woensdagmiddag in het Academisch Ziekenhuis aldaar overleden.
"BINNENLAND. Het Frastsch-Belgisch Verdrag.". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
"Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
Naar Indïë? Wii leveren uitrustingen voor dames en heeren. Vertegenw. v. Polak v. Deventer Vraagt prijscouranten bij: PLUYTER
"Naar Indie?". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
Geschil tusschen de besturen der Waterschappen Nieuw-Drouwen en Nieuw-Buinen intake de kosten van het opschoonen van twee wijken in het Waterschap NieuwDrouwen. GEDEPUTEERDE STATEN der Provincie DRENTHE brengen ter kennis van belanghebbenden, dat bovenomschreven geschil, ingevolge art. 9 der instructie voor hun College, in een nader te bepalen openbare vergadering van hun College zal worden behandeld, nadat vooraf een voorbereidend onderzoek der zaak zal hebben plaats gehad. Onbekende belanghebbenden worden uitqenoodigd om, desgewenscht hun memoriën en bewijsstukken — de memoriën door of namens hen onde-teekend — vóór 19 Maart a.s. aan hun College in te dienen. Alle op deze zaak betrekking hebbende stukken met de eventueel nog in te komen schrifturen en bewijsstukken, liggen tot 19 Maart a.s. ter inzage ter Provinciale Griffie van Drenthe te Assen, alwaar afschriften daarvan tegen betaling der kosten zijn te verkrijgen. Assen, den 26 Febr. 1929.
"Officieele Berichten BEKENDMAKING.". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
De waarheid is naakt, want om tegen haar te velde te kunnen gaan, heelt de leugen haar kleed noodig.
"DAGSPREUK:". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
DE SIHRKTE DER FRANSCHH TROiPfcN IN VREDESTIJD. DE AS. Vl RKILZINGt-N IN ITALIË EN ENGl LAND.
Groener's Memorandum. Wat onverwachte publicaties van geheime stukken kunnen te weeg brengen, ondervinden we deze da- en maar al te goed. In Duitschland is onlangs door het bekend worden van den tekst van een geheim stuk, ook een storm losTeb oken. Dat was naar aanleiding van de Engelsche publicatie van het door minister Groener opgestelde geheime memorandum inzake den in aanbouw zijnden pantserkruiser. In dit memorandum waren verschillende aangelegenheden ter kennis van het Rijkskabinet gebracht, waarmee echter geen agressieve bedoelingen zouden worden gediend. Daarop legde de rijkskanselier bij de besprekingen dezer aangelegenheid in den Riiksdag deze weck dan ook den nadruk. Volgens hem was het document, waarom het hier ging, slechts van informatorischen e8rd. En hij vestigde voorts de aandacht op het feit, dat de bouw van den pantserkruiser slechts voorzag in de behoefte aan vernieuwing en vervanging van bestaand materiaal. Hierop diende de communistische rijksda-Tractie een motie ven wantrouwen in, één teen het geheele kabinet en één tegen den rijksweerminister gericht. In de Riiksda^zitting van Woensdag zijn echter beide moties verworpen. Die tegen de rijksregeering en die tegen minister Groener in het bijzonder. Voor de motie van wantrouwen tegen het geheele kabinet stemden de Duitsch nationalen, de communisten en de nationaalsorialisten. Voor die te^en minister Groener stemden slechts de communisten en de nationaal socialisten, terwijl de Duitschnationalen zich van stemming onthielden. Het Fransche leger. Wat langer geleden dan de publicatie ven het memorandum van minister Groener, werd in Frankrijk onverwachte belangstelling gewekt voor de sterkte van het leger, door mededeelingen van het radicale kamerlid Montigny, die op het destijds te Angers gehouden congres der radicale partij beweerde, dat in Frankrijk door de nieuwe militaire wetten (waarbij we destijds uitvoerig hebben stilgestaan), weldra een grooter leger zou hebben dan het voor 't uitbreken van den grooten oorlog bezat. De Fransche minister van oorlog sprak deze bewering toen met nadruk tegen en toonde aan de hand van diverse statistieken aan, dat juist het omgekeerde het geval was. In de Fransche pers gaf een en ander aanleiding tot een levendige polemiek, die tfians opnieuw begonnen is door de vragen van het Fransche kame.lid Guy, die wilde weten wat de feitelijke sterkte van het leger, met inbegrip van alle klassen en in het bijzonder met inbegrip der koloniale troepen, was op 1 Januari van de jaren 1912, 1913 en 1914. Na een stilzwijgen van vijf weken heeft de minister thans in 't staatsblad op die vragen geantwoo d, „dat een zeker respijt noodig is om hem in staat te stellen de noodige elementen bijeerj. te garen voor zijn antwoord op de vraag, den 8en Januari door den heer Guy gesteld." Dit antwoord heeft eenige verwondering gewekt, daar in November j.1. enkele u.en voor Painlevé voldoende waren om de cijfers van de sterkte van het Fransche leger op 1 Februari 1913 op te duiken. En dat men er thans, na veertig dagen zoeken, niet in slaagt de bijzonderheden
te vinden om den heer Guv te antwoorden, vindt algemeen verwondering. De radicale bladen spreken dan ook het vermoeden uit, dat de aanvallen van Montigny, destijds op den minister in dezen gedaan, gerechtvaardigd wa en en dat Fi ankrijk in vredestijd spoedig mee. - man onder de wapenen zal hebben dan oo het hoogtepunt van den bewaneningswedstrijd vóór den oorlog het geval was. Men zal wel zeggen dat het niet zoo is, maar het bewijs vpn het tegendeel is daarmee echter nog niet gegeven. Uit Rome wordt gemeld, dat de officieele candidatenlijst voor de a s. verkiezingen voor het Itpliaansche parlement verschenen is. De lijst bevat de namen van vierhonderd candidaten met Mussolini aan het hoofd. Voorts staan alle vooraanstaande ministers op de lijst. De voorbereidingen voor de verkiezingen in het land van den Duce zijn in vollen gang. Datzelfde geldt voor Engeland, waar de verkiezingen waarschijnlijk op 12 Juni e.k. zullen ivorden gehouden. Aan de overzijde van het Kanaal is de verkiezingscampagne onlangs geopend met de rede van MacDonald en thans is Baldwin hem gevolgd, met het uitspreken van een verkiezin^sredevoering, waarin hij de grondbeginselen der conservatieve verkiezingspolit'ek uitvoerig toelichtte en o.a. verklaarde, dat de conservatieven na de algemeene staking van 1926, indien zij gewild hadden, nieuwe verkiezingen hadden kunnen uitschrijven, waarbij zij verzekerd geweest zouden zijn van een zeer groote meerderheid. Men had het toen echter in het kabinet beter geacht, dat de conse vatieven zich eerst dus tot het land wendden, als het mandaat der ministers zou zijn afgeloopen. Tegenover de verlokkende voorstellen van Be arbeiderspartij en van de liberalen diende men de feiten te stellen, zeide Baldwin. Hij vroeg den socialisten of zij met hes geld der belastingbetalers de industrie zouden willen nationaliseeren en of zij werkelijk geloofden daardoor de Britsche industrie te kunnen doen concurreeren met de buitenlandsche. Op den duur zou een dergelijke nationaliseering z. i. tot lagere loonen en slechtere arbeidsvoorwaarden of tot grootere werkloosheid leiden. Voorts wees Baldwin er op, dat de Britsche (conservatieve) regeering sedert de mijnwerkersstaking van 1926 veel had gedaan om 't lot der arbeiders te verbeteren: Elk jaar had het land wel nieuwe verliezen gebracht, doch niettegenstaande dat, had de regeering kans gezien 'n kleine vermindering der inkomstenbelasting in te voe.en. Ondanks de vele ontmoedigende verschijnselen, zeide Baldwin, is Groot-Brittannië in staat, elk jaar meer arbeid te vinden, verloren gegane markten terug te winnen, langzaam van de oorlogsverliezen te hersteilen en de meerderheid van het volk een hoogeren levensstandaard te verzekeren. Voor de liberalen zal, naar uit Londen gemeld wordt, Lloyd George den verkiezingsstrijd openen en een der voornaamste punten van de liberale verkiezingscampagne zou de werkloosheid zijn. Het bestuur der B itsche arbeiderspartij heeft besloten in 561 districten candidaten te stellen. De mogelijkheid is niet uitgesloten dat dit aantal nog iets vergroot wordt, zoodat conservatieven en arbeiderspartij ongeveer met evenveel candidaten den verkiezingsstrijd zullen ingaan.
"BUITENLANDSCH OVERZICHT. HET MEMORANDUM VAN MINISTER GROENER.". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001
De commissie tot redding van Trotzky, welke docr de commumstiscne oppositie te Briinn is opgericht, heeft, naar uit Praag gemeld wordt, pcjingen in het werk gesteld om voor Trotzky een verblijf in een Tsjecho-Siowakische badplaats mogelijk te maken. Naar de bladen melden, heeft het comité de vorige week Donderdag een in het Duitsch gesteld telegram voor Trotzky naar het Sovjetie/antschap te Angora gezonden, waarin het verzoekt mede te deelen of hy naar TsjechoSlowakije Op 25 Februari is een tweede telegram, nu ln net Fransen aan het Russisch consulaat te Conïtantinopel gezonden. Volgens de Lidove Noving heeft Trotzky daarop thans geantwoord, dat hij bereid is naar Tsjeclio-Slowakije te komea. Hij wijst er echter op, dat hij eerst de beslissing van Duitschland moet afwachten. Volgens berichten, welke het Berliner Tageblatt uit de randstaten ontvangen heeft, zouae zoogenaamde rechtsche oppositie tegen Stalin den laatsten tijd zoozeer aan kracht en scherpte hebben gewonnen, dat de toestand als uiterst kritiek moet worden beschouwd. Boecharin, Rykof en Tornski zouden in brieven aan het politiebureau en het presidium van het executieve comité de afzetting van Stalin hebben geëischt.
Naar verluidt, zou de meerderheid van het presidium zich tegen Stalin hebben uitgesproken. — Uit Moskou wordt gemeld, dat in alle steden der Sovjet-Unie, met name te Moskou en Leningrad, groote feesten ter gelegenheid van den 60sten verjaardag van mevr. Kroepskaja, de weduwe van Lenin, zijn gevierd. De politie te Boedapest heeft 60 communisten in hechtenis genomen, die in een koffiehuis bijeenkwamen en daar betrekkingen met de Wecnsche en Berlijnsche communistische centrale onderhielden en trachtten in Hongarije een communistische beweging op touw te zetten. JEANNE D'ARC POSTZEGELS. De Fransche posterijen hebben in verband met de Jeanne d'Arc herdenking postzegels uitgegeven met het beeld van de Maagd van Orleans. • JEZUÏTENPATER VERMOORD. Te Toulouse is de Jezuïtenpater de Corneilhan die ook leeraar aan het Gymnasium aldaar was. door vier revolverschoten neergeschoten. De dader werd spoedig gearresteerd. De moordenaar verklaarde, dat hij gehandeld had uit vijandschap tegen de royalistische beweging waarvan de Corneilhan aanhanger was.
SCHEEPSRAMPEN. De Belgische motorvisscherssloep Oostende 172 is In de Noordzee met man en muis vergaan. De reddingsboot, die het lijk bevatte van een der leden vari dè bemanning, is tusschen Du'nkerken en Gravslines teruggevonden. Het stoomschip St. Malo is ter hoogte van Barfleur gezonken. Van de twee reddingbooten, die er'zyn uitgezet, heeft er slechts eet de haven bereikt. De andere, waarin zes menschen zaten, is waarschijnlijk' vergaan. —r» EEN GETROUWDE GYMNASIASTE. De op een na hoogste klasse van een particulier gymnasium te Weenen telde onder haar leerlingen een 17-jarig meisje. Den vorigen winter heeft Mimmi, zoo heet zij, haar hart verloren aan een Jongen man en daar er geenerlei bezwaren waren om beiden in het huwelijk te laten treden, gaven Mimmi's ouders daartoe toestemming. De rector van het gymnasium ontving nu onlangs een brief van het meisje, waarin zij haar voornemen te kennen gaf, en tevens mededeelde, dat het zoowel haar wensch, als die harer ouders en van haar aanstaanden man was, dat zij 't gymnasium zon afloopen. De rector belegde een leeraars-vergadering en die kwam tot het besluit, dat de wet zich niet alleen niet tegen het toelaten van gehuwden verzet, maar uitdrukkelijk iedereen, die aan de
eischen van toelating voldoet, veroorlooft de lessen te volgen. Voor alle zekerheid stelde men het ministerie van onderwijs met de zaak in kennis, dat van hetzelfde gevoelen bleek. Mimmi is nu dezer dagen van haar huwelijksreis teruggekeerd en heeft weer plaats genomen op de schoolbanken. Zij staat nu ingeschreven ais mevrouw Mit.iml G. geboren N. Door haar huwelijk is zij meerderjarig geworden en heeft nu boven haar klassegenooten het voorrecht, zelf haar rapporten voor gezien te mogen teekenen. — O — EBERT HERDACHT. Naar aanleiding van den sterfdag van den eersten rijkspresident Friedrich Ebert, heeft de regeering van Baden een krans op zijn graf doen neerleggen. DE GRIEP IN EUROPA. De voorzitter van den Nederlandschen Gezondheidsraad deelt mede. vanwege de hygiënische afdeeling van den Volkenbond bericht te hebben ontvangen dat de sterfte aan griep in ae steden aan den Rijn, meer ln het bijzonder te Mannheim en noordelijk daarvan gelegen plaatsen, aanzienlijk is toegenomen. In de week, eindigende 9 Febr. JJ., was de algemeene sterfte per 1000 te Mannheim 23.2, te Keulen 19.5 en te Dortmund 21.0; vóór dien tijd waren de sterftecijfers in deze steden veel lager. Te Berlijn nam het aantal ziektegevallen in de week van 9—15 Februari af. In TsjechoSlowakjje verminderde in de week, eindigende 9 Februari, het aantal ziekte- en sterfgevallen van griep eveneens, maar te Praag was de totale sterfte tweemaal zoo hoog als die ln de overeenkomstige week van het vorige jaar. In Moravië en in Silezië werden in die week 2647 ziekte- met 10 sterfgevallen aangegeven tegen 1363 en 3 in de voorafgaande week. In Italië verspreidt de ziekte zich thans in het Noorden en het midden. In Zwitserland komen een groot aantal goedaardige gevallen voor, zonder dat daar evenwel de ziekte tot nu toe den vorm van een echte epidemie heeft aangenomen. In Schotland nam in de week, eindigende 16 Febr. j.1. in 16 steden de algemeene sterfte iets af. Te Glasgow was het sterftecijfer echter nog 21, te Edinburgh 30 per 1000 ; te Dundee steeg het van 38 in de voorafgaande week tot 41 per 1000. In Noordelijk Ierland was het sterftecijfer te Belfast in de week eindigende 16 Febr. Jl, 30. 6 ; 41 sterfgevallen werden aldaar in die week veroorzaakt door griep, 43 door longontsteking en 35 door andere aandoeningen van de ademhalingsorganen.
"Gemengde Berichten. TROTZKY.". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1929/03/01 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000112059:mpeg21:p001