Provinciale Drentsche en Asser courant

25000 vijf en twintig duizend welgestelde Drentsche gezinnen bereikt U met een advertentie ln de Prov. Drentsche en Asser Courant yf v 'j* en vsert 'g £ I 4JIIUÖ duizend gezinnen met de Gecombineerde Drentsche bladen iProv. Dr. en Asser Coirant, Meppeler Nieuwsblad, De Zuid-Ooster, Coevorder Nieuwsblad.) in Drenthe en Noordelijk Overijsel. Advertenties in de vier bovengenoemd bladen slechts 25 ct. p. reg '. Bij contract aanmerkelijk lager. Een publiciteit Nergens in heel ons land intensiever. Nergens in heel ons land goedkoop er. Advertenties worden aangenomer door : . Kotatiedrukkerij Torenlaan, Telefoon 207. Zuideinde, Meppel, Telef. 136. Eoekhandel De Zuid-Ooster, Enunen, Tel 00 Boekhandel Fokke, Coevorden. Holthoon, Stationstr. 47, Coevorden, Tel. 31.

U.L.O. SCHOOL (17.April). — De uitslag van het heden gehouden overgangsexamen aan de U.L.O. School, hoofd de heer H. Venema, luidt als volgt: Van klasse I naar XI zijn bevorderd: Meisjes: F. Dokter, Buinen; J. Eggens, Westdorp; G. Oosting, Borger; E. Santing, Wastdorp an H. Stel, Buinen Jongens: F. Adams, Gasselte; J. Bos, Eeserveen; E. Brouwer, Drouwen; J. van Dijk, Borger; A. Haddering,Gasselte; L. Hummel, Eeserveen; A. Kinds Lzn., Ees; A. Kinds Jzn., Ees; G Meelker, Exloo; H. Oosting, Drouwen; H. Ottens Lzn., Ees ; F. Smits, Borger; J. van deiVlag, Borger; G. Weggemans, Ees; F Weggemans, Ees; J. Wigchers, Borger en A. Wiegman, Borger. Vier werden niet bevorderd. Van klasse II naar III zijn bevorderd: Meisjes: Z. Ensing, Bronninger; G. Oosting, Borger; M. Oudman, Borger en D Teunissen, Westdorp, Jongens: H. Braam, Drouwen; G. Hooiveld, Berger; J. Jansen, Borger; G. Kruit, Drouwen; H. Ottens J.Hzn., Ees; J. Popken, Westdorp; G. Sikkens, Westdorp; D. Smits, Borger; J. Snel, Borger en W. Welling. Voor den met Mei a.s. beginnenden cursus

hebben zich 31 leerlingen aangemeld, te weten 9 meisjes en 22 jongens. RAADSAGENDA (18 April.) — v * Agenda: 1. Beëediging. 2. Notulen. 3. Ingekomen stukken. 4. Voordracht van Burg. en Weth. tot toekenning van een bijdrage in de kosten van bestudeering en bestrijding der iepenziekte. 5. Vaststelling verordening betreffende de afkondiging van plaatselijke verordeningen. 6. Aanvrage vergoeding artikel 13 der Lager Onderwijswet 1920.7. Vaststelling vermenigvuldigingscijfer 1930/1931. 8. Benoeming hoofd der school te Nw.Buinen no. 75. DE KRIM. EMMABLOEM-COLLECTE (17 April). — De Emmabloem-collecte alhier heeft opgebracht de somma van f59.46. EMMER-COMPASCÜUM. VERGADERING V. V. V. (16 April) — In hotel Abeln had een met druk bezochte vergadering plaats van de V. V. V. alhier. De tijdelijke voorzitter opende de vergadering waarna de notulen gelezen en onveranderd vastgesteld werden. Uit het jaarverslag bleek, dat de vereeniging bet afgeloopen jaar er financieel beter op is geworden. De secretaris ontving een woord van dimk. De rekening en verantwoording van den penningmeester sloot met een voordeelig saldo van f 176.14. De commissie tot het nazien der boeken rapporteerde alles in de beste orde te hebben bevonden en stelde voor décharge 'te verleenen. Bij de bestuursverkiezing werden herkozen de heeren F. Burgraaf en J. Reurink en gekozen c'e h?er R. Postma. Het aftredend bestuurslid, de heer P. Aardema, wenschte niet weer in aanmerking te komen.. De voorzitter bracht een woord van dank \oor de vele werkzaamheden, door den heer Aardema voor de V. V. V. gedaan. Het bestuur stelde voor een zomerfeest te organiseeren. Op voorstel van den heer Lüb v.erd het bestuur volmacht verleend naar den stand van zaken te handelen. Van de rentelooze leening, groot f 140.—, werden 15 aandeelen è, f 5.— uitgeloot. Niets meer aan. de orde zijnde, sloot de voorzitter met een woord van dank voor de opkomst, de vergadering. EMMER-ERFSCHEIDENYEEN. TENTOONSTELLING IN HET BUURTHUIS. (16 April) — In het buurthuis alhier werd Dins dag en Woensdag een tentoonstelling gehouden welke als schitterend geslaagd mag beschouwd worden, niet alleen wat betreft het bezoek van grooten en kleinen, dat beide dagen in de honderden liep, maar ook wat betreft het geboder.e. Vv'e kunnen niet anders zeggen, dan dat we zeer tevreden zijn teruggekeerd van ons bezoek en de gedachte zich naar voren drong : „Van v.elk groot nut zijn toch deze buurthuizen voor de Drentsche bevolking." Men zou dan ook niet anders wenschen, dan nog meer waardeering, rog meer medeleven. In ons land met al zijn afzonderlijke groepen en groepjes kan men bijna niet meer spreken van „eendracht maakt macht" en het doet werkelijk zoo aangenaam aan, als er toch nog iets is, dat allen bijeenhoudt en met elkaar in contact brengt. In dat opzicht is de arbeid der buurthuizen verheffend voor onze brokkelige volkscultuur. We vonden de gvoote zaal geheel ingenomen

door keurig uitgestalde luxe- en gebruiksvoorwerpen van de verschillende meisjescursussen. Welk een verscheidenheid van naai-, borduur-, raffia-, leer-, vlecht- en weefwerk, waartusschen frissche viooltjes hun vroolijke .kopjes omhoog staken. Hoeveel nuttige uren zijn er aan besteed en met welk een trots wezen kennisjes ons op „het stuk", dat zij zelf hadden gemaakt. Het werk der meisjes spande werkelijk de kroon. Zij vormen trouwens de meerderheid bij het cursusbezoek. De naailessen kook- en handwerkcursussen worden door 132 meisjes bezocht, terwijl de cursussen voor jongens in teekenen, mandenmaken, timmeren en handenarbeid 111 deelnemers tellen. We willen echter niet zeggen, dat het door de jongens gepresteerde werk minderwaardig was. Veel werk maakte zelfs een degelijken indruk en vooral het timmerwerk mag gezien worden, te meer, daar men niet mag vergeten, dat alle? i g. knutselwerk ls en geen ambachtsschoolwerk. De heeren Klinkhamer en Kleine-De te rs kunnen met de door hen verkregen resultaten dubbel en dwars tevreden zijn. Een apart hoekje was ingericht voor het Consultatiebureau voor Zuigelingen, dat door Dr. K. Uni wordt verzocht. Een bijgevoegde .-tatistiek over de jaren 1928—1930 deed ons zien, hoe gaandeweg het aantal zuigelingen waarover consult werd gehouden, van 87 is geklommen tot 191 per kwartaal. Voor we heengingen werden we binnengelokt in een gezellig zitje met knusse lampjes er geurige narcissen, waar thee werd geschonken en knappende oliekoeken werden opgedischt We kunnen het ons begrijpen, dat het er druk io geweest, zoodat 't bakken niet was bij te houden. Ook de openbae kook- en timmerlessen waren overbezoeht. De heer Engelsman, Wethouder onzer gemeente, uitte dan ook bij zijn bezoek, evenals zoovelen met hem, zijn groote tevredenheid. De dames W. H. v. d. Heyde en H. D. Ruys, bijgestaan door de dames J. Oorthuys en T Veltmeijer, kunnen verzekerd zijn, dat de tentoonstelling, dank zü hun ijverig en nauwgezet werk, keurig en ordelijk is verloopen. OP DE VOORDRACHT. (17 April) — De heer P. Teelken, onderwijzer aan de O. L. School I alhier, staat no. 1 op de voordracht te Winschoten, terwijl hij mede voorkomt op de lijst van bij voorkeur benoembaren bij het L. O. te Groningen. TIJDIG GERED. (17 April) — Hedenmiddag geraakte de Jeugdige woonschuitbewoner J. S. alhier, in het kanaal. Door den krachtigen wind dreef hij spoedig verder van den kant, doch kon gelukkig nog tijdig door toegeschoten hulp van den wissen dood worden gered. 2e EXLOERMOND. BENOEMING (17 April). — Mej. N. Smallenbroek, onderwijzeres aan de bijzondere school Oost alhier, is in gelijke betrekking benoemd aan de bijzondere school te Hoogeveen. KINDEREN NAAR ZEE (17 April). — Hedenmorgen is vanwege de afdeeling Kindervacantiekoionies alhier de eerste groep kinderen naar'Egmond aan Zee gezonden. NW.-BUINEN. TIJDELIJK ONDERWIJZERES (17 April) — Tot tijdelijk onderwijzeres aan de Bijz. School op no. 12 alhier, is met ingang van 1 Mei a.s. benoemd mej. G. Brandsema. ROLDE. VAN EEN VRACHTAUTO GEVALLEN (17 April) — Onze plaatsgenoot de heer H N., arbeider bij den koopman S., had het ongeluk boven van diens vrachtauto «af te vallen, tengevolge waarvan hij zijn bovenarm brak.

SOLDE. MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON (18 April). — Heden hield de vereeniging Maatschappelijk Hulpbetoon haar eerste vergadering in de Oude Veenhoop. Deze vergadering was uitstekend bezocht. De voorzitter, de heer R. v. d. Werf, opende de vergadering en sprak er zijn vreugde over uit, dat bijna al de uitgenoodigde personen aanwezig waren; een tweetal hadden bericht van verhindering gezonden. De voorzitter bracht, voor dat tot het zakelijk gedeelte werd overgegaan, een woord van waardeering aan de nagedachtenis van het door een noodlottig ongeluk om het leven gekomen lid, den heer M. van Hasselt. Aan den heer Van Hasselt zal altijd een herinnering blijven bestaan, omdat hij de persoon was, die, toen er sprake van was om het in den winter van 1929 alhier opgerichte steuncomité, dat veel en nuttig werk gedaan heeft, om te zetten in een vereeniging, voorstelde die vereeniging den naam Maatschappelijk Hulpbetoon te geven De vergadering was .algemeen van oordeel, dat een vereeniging het werk dat door het steuncomité was, moest voortzetten Na verschillende besprekingen werd besloten om de statuten van deze vereeniging op te maken. alsmede een huishoudelijk reglement. Na enkele op- en aanmerkingen der leden werden de statuten zooals deze door den secretaris werden voorgelezen, vastgesteld. Het punt waarom alles draait, is dit: hoe komt men aan een voldoend aantal leden, om ook bij voorkomende gevallen, financiëel te kunnen helpen. Volgens de aanwezigen moest de contributie zoo laag mogelijk gesteld worden, om ieder in de gelegenheid te stellen, van deze vereeniging' lid te kunnen worden. De minimum contributie werd dan ook gesteld op 50 cent. per lid, de beter gesitueerden zullen hun contributie zoo hoog mogelijk kunnen opgeven. Ieder die lid van de vereeniging wenscht te worden kan zich aanmelden bij een der bestuurleden. Men- zie hiervoor de in dit blad geplaatste advertentie. CHRIST. FLUITCLUB (16 April) — Heden werd alhier een Chistelijke Fluitclub opgericht onder den naam „Immanuel". Het ledental bedraagt 26, terwijl de leiding gevoerd zal worden door den heer A. Smit. We wenschen deze nieuwe vereeniging, die uitsluitend uit jeugdige personen bestaat een lang en voorspoedig bestaan.

SCHOONLOO. AANGEKOCHT VOOR FRANKRIJK (18 April). — Bij de landbouwers W. van Rein en J. Sijbring te Grolloo zijn twee volbloed pinken aangekocht, respectievelijk voor den prijs van f 400 en f 312.50. Genoemde dieren zijn gekocht door bemiddeling van den heer B. Leezer, veehandelaar te Assen en zijn bestemd voor de fokkerij in Frankrijk. VRIES. AAN GEHOUDEN (17 April) - De politie heeft een zekeren G. v. B. uit Annen aangehouden als verdacht van de onlangs gepleegden fietsdiefstal. Hij zal ter beschikking van de Justitie worden ge» steld. De verdachte ontkent

24 Zaterdag ,.Och, ik wil het wel beloven, als dit je dan zulk een voldoening is! Voor het oogenblik ben je veilig voor mij, en mocht ik gelukkig zyn. dan misschien voor altijd. Waar is nu het geld? Maar vlei je niet, dat je voorgoed van mij ontslagen bent! Ik heb mijn losprijs genoemd en daar heb je maar de helft van betaald! De andere helft moet ik nog van Je hebben; zoo waar hls mijn naam Reginald Gore is!" „Spreek dien naam toch niet uit in de nabijheid van het Huis! Stil, hoor je daar niet iemand?" Door zijn overhaaste vlucht toonde de man dat hij wèl wat hoorde. Lady Athelstan vej 1 - dween in tegenovergestelde richting. Het volgend oogenblik ging lord Hazeldean een gedaante voorbij dien hij herkende als sir Oswald Athelstan. Hü had zeker de stemmen gehoord en was er ru op uit, om de vreemde indringers op zijn ge Bied te snappen. Lord Hazeldean besloot, zich daar verscholen ts houden tot sir Oswald voor goed uit het oog verdwenen zou zijn, en dan op den grooten'weg te gaan, waar hij hoopte, zijn bediende te ontmoeten. Toen hy op den weg stond en den groom niet zag, floot hij zacht, om den man te waarschuwen. Onmiddellijk viel hem nu iemand in den rug aan en hoorde hij het gekletter van een pistool. „Daar héb ik je dan toch eindelijk!" klonk het veelbelovend van sir Oswald. „Ja; dat merk ik ook en u zult zeker mijn kleermaker wat te doen geven, want mijn kraag fa er bijna af!" „Lord Hazeldean!! riep sir Oswald. „U Jiier? Cp een afspraak ?" „Juist. Ik heb een paar uren doorgebracht in het dorp en sprak af met mijn groom, dat hij mij hier zou ophalen. Maar, behalve de «chade, aan mijn kraag toegebracht, geloof ik

niet, dat er veel leed geschied is !" „Toch moet u niet denken, dat u er zoo gemakkelijk afkomt!" zei sir Oswald met een stem, verstikt van drift. „Ik heb gezien, wat hier heeft plaats gehad. Ik weet, waarvoor u hier is. Een bewijsstuk heb ik in mijn handen Welke verklaring heeft u daarvoor te geven ?" „Waarschijnlijk, sir Oswald, u verkeert onder de een of andere zinsbegoocheling. U schijnt meer te weten van mijn handelingen, dan ik zelve; dus, als er iemand om een verklaring moet vragen, dan ben ik het!" „U ontkent dus, dat u een afspraak hadt niet.... een persoon?" „Ik ontken mets anders, dan u het recht cm mij te ondervragen! Ik heb u heel duidelijk verklaard, wat ik hier deed en heb er niets bij te voegen !" „Dus, dit is al, wat u mij te zeggen heeft ?" „Ja, alles." Er volgde een oogenblik stilzwijgen. Sir Oswald had zich teruggetrokken en trachtte het pistool te verbergen. Het leek Hazeldean al heel vreemd, dat sir Oswald zijn moeder zou verdenken, een geheime samenkomst te houden met een vreemde, — een vreemde, met wien ze nauwelijks een dozijn zinnetjes had gewisseld en die bovendien nog jong genoeg was, om haar zoon te kunnen zijn! Sir Oswald, die nu ook voelde, dat hij wel eenige verklaring mocht geven van zijn optreden, zei zoo kalm mogelijk: „Gedurende enkele dagen heb ik reden gebad, om te denken, dat, zoodra het donker werd, ongunstige personen om de „Towers" ronddwaalden; gisteren heb ik er nog bijna twee gevat, op dezelfde plek, waar ik nu die stemmen hoorde. Dus was ik op mijn hoede en ping nu onmiddellijk op het geluid af. De verdachten hepen echter weg; ik achtervolgde ze en toen ik in het halfduister u daar in eens ■/Hg, meende ik, dat u een van de gevluchten v/aart!" „Die vergissing is begrijpelijk in het donker I/iaar u herinnert zich wel, dat u, — na mijn verklaring, wie ik was, — nóg volhield, dat ik een geheime bedoeling had en dat u een bewijsstuk bezat!" „Ik sprak onder de ingeving van het oogenblik.

Wil het mij dus vergeven! De schade, aan cien kraag van uw jas toegebracht, wenscht u zeker geheel verder buiten beschouwing te la;en ?" „Natuurlijk I Onthoud echter dit, als ik iemand wensch te ontmoeten, dan doe ik dit openlijk. Goeden avond!" „Goeden avond !" antwoordde sir Oswald en bieef nog even wachten, tot Hazeldean in zijn rijtuigje zat. Toen begaf hij zich terug naar de „Towers". „Ik heb vandaag een knap stuk werk verricht !" dacht zijn lordschap en haastte zich naar huis. „In de eerste plaats heb ik een vijand gemaakt en één, die geweldig wraak zal nemen, als hij zijn kans schoon ziet. En in de tweede plaats ben ik er achter gekomen, dat er een geheim schuilt in het leven van die ongelukkige lady Athelstan. Als het niet om der wille van Hope was, dan zou ik mij daar niet verder in verdiepen. In de derde plaats heb ik een zeer aangenainén avond doorgebracht en verheug ik mü nu- in het blijde vooruitzicht, dat ik misschien toch nog wel tot een nuttig lid van de maatschappij kan worden !" HOOFDSTUK XX. Dien volgenden morgen was lord Hazeldean ui weer vroeg in het dorp, om aan het politiebureau informaties te nemen betreffende Luke Burnett. De rechercheur vertelde hem het volgende; „Mr. Hope was de eerste, die onze aandacht op den man vestigde. Hij was een dame lastig gevallen en mr. Hope had hem weggestuurd, maar heeft ons intusschen verzocht, een oogje op Burnett te houden, zoolang hij in het dorp bleef. En zoodra ik den man zag, begreep ik, dat hij zich zeker voor het gerecht verborgen hield; maar daar hij zich hier niet misdroeg bestond er geen aanleiding, om de hand op hem te leggen. Gisterochtend kwam sir Oswald Athelstan aan, precies op ditzelfde uur als u, en vroeg, of wij ook wisten, of er vreemden waren in de streek. Hij had stemmen gehoord in het kreupelhout, dicht bij het huis, en vreesde, dat er verdachte personen ronddwaalden. Sir Oswald wilde nu alles weten, wat wij weten van Luke Burnett. Ik geloof, dat

hfc toen zelf naar het kosthuis is gegaan; maar ik ben er later achter gekomen, dat Burnett uit was en den geheelen dag niet teruggekomen was in zijn kosthuis. De bediende van sir Oswald was den heelen dag in het dorp gebleven, blijkbaar, om den man in het oog te houden. Mijn zoontje, die iets gehoord had van het geval, zei, dat hij zoo even Luke Burnett in een lange jas gekleed, het dorp had zien uitgaan. Ik denk, dat hij wel begreep, hoe sir Oswald onderzoek naar hem deed en dat hij het dus veiliger had geacht, om maar weg te trekken. Als u het verlangt, dan wil ik zelf nog wel eens onderzoek naar hem doen." „Heel graag. Ik heb reden, om te vermoeden, dat hij betrokken is in een zaak, die zich lang geleden heeft afgespeeld. Maar dit is natuurlijk in vertrouwen gezegd." „Dat begrijp ik. Waar kan ik u vinden, als ik u soms wat mee te deelen mocht hebben ï" „Ik zal om twaalf uur weer hier aankomen. Dat zal minder opzien baren dan dat u bij mij kwam." Lord Hazeldean bedankte den rechercheuren liep langzaam den weg op, die van het dorp naar zijn bulten leidde, toen hij zijn nichtje Sibyl Redfern, tegen kwam, te paard, enkel vergezeld door een groom. „Waar ga je zoo vroeg op den ochtend al heen ?" Informeerde hij, terwijl zij de teugels inhield. Kom, laat ik je helpen afstijgen en maak dan liever met mij een wandeling. Dat is veel gezonder !" Sibyl gaf toe en de groom leidde ook haar paard bij den teugel. „Waar ging Je eigenlijk heen, Sibyl ?" vroeg Hazeldean weer. „Maar, wacht, ik zal je eerst eens vertellen, dat mijn onderzoekingstocht naar de bewuste oude vrouw succes heeft gehad." „Ja, dat wist ik van Althéa Martineau. En nu zal ik je zeggen, waar ik naar toe ging: naar het huisje van den jachtopziener." „Wat lcan dit nu voor aantrekkelijks voor je hebben 1" Sibyl vertelde hem toen van haar vorig bezoek aan het huisje en hoe William Hope haar toen geholpen had, daar Luke Burnett het haar zoo lastig had gemaakt. Samen gingen ze nu weer naar het huisje.

De deur was gesloten en toen ze omliepen, vonden ze het venster toegespijkerd. Ze keken eens naar den boom daar tegenover en onwillc-keurig zei Hazeldean tot zijn nichtje; „Zeg, Sibyl, beken maar eerlijk, als ik et n'et bij was, zou je wel onmiddellijk daar bin« nen zijn ?" „Toen ik nog op de kostschool was, heb lk wel gewaagder klimpartijen ondernomen." „Nu, je zult er althans geen spijt van hebben, dat wij samen zijn gegaan." In een wip was hü nu van den boom in het venster geklommen en riep haar toe: „Kijk, zet nu eerst je voet op dien tak, daar vrijwel in de laagte, dan op dien volgenden; geef me nu de hand en je zult eens zien!" Ze keken eens goed rond, maar het zag ef griezelig uit. Langs dezelfde steile ladder, dis V< illiam Hope en sir Oswald hadden gebruik! op hun middernachtelijk bezoek, daalden ze af. „Weet Je wat, nu zal ik zien, dat ik di» planken nog wegkrijg van het raam, dan kom je er gemakkelijker uit dan in." „Maar als sir Oswald dit dan merkte ?" „Maak je maar niet ongerust! Deze woning is dicht bij het dorp en als ik vanmiddag lang< kom, dan zal ik dit venster wel weer dichtspijkeren." „Ik wist niet, dat je zoo hulpvaardig waJ. Hazeldean !" „Ja, dat is een deugd, die pas den laatste!) tijd bij mij tot ontwikkeling is gekomen." Toen ze weer uit het huisje waren, begon hij; „Weet je wel, dat Grootmamma vast en ' /£ ' ker verwacht, dat je binnenkort lady Sibyl Athelstan zult zijn. En velen met haar verwachten dit; — tot sir Oswald toe! Wat do» je daar aan ?" „Niets ! Als zy mij misleiden willen, $ moeten ze zeiven weten! En als sir Oswal bet nog verwacht na de wijze, waarop ik be"j altijd behandelde, — nu, dan verdient hij W esn ontgoocheling," (Wordt vervolgd)­

61. Een der kabouters vond een gat ln den muur, waaruit een droevig geschrei opsteeg. Hij belichtte met den tooverstaf het gat en hij zag 'n uil, die hem met doordringende, verschrikte oogen aankeek. Die uil was eens een gelukspoppetje geweest, dat door de heks was betooverd. „Je moet maar boffen", zei de kabouter.