Vergadering op Maandag 29 April, des middags om 5 uur. Aanwezig alle leden. Voorz. de heer A. Gautier, burgemeester. Secretaris de heer A. Bruintjes. Aan de orde : 1. Vaststelling der notulen van de vorige vergadering van 11 Maart . 1929. Deze worden ongewijzigd vastgesteld. 2. Voorstel van B. en W. tot het maken van een zweminriohting in het Picardiekanaal. (Dit voorstel, om voor deze zaak f 1400 uit te trekken, is reeds in ons blad opgenomen). De heer ALHERS vindt het niet juist om thans met deze kwestie te komen. Er is in den afgeloopen winter veel geld uitgegeven voor de werkloosheid en nu begrijpt spr. niet, dat men durft te komen met uitgaven voor een zweminrichting. Verder vraagt spr., welke verbetering er door deze inrichting zullen komen. De kosten zijn voor kleedkamertjes, terwijl men overigens gebruik moet maken.van het kanaal, doch deze gelegenheid bestaat thans leeds. Den heer KUIPERS verheugt het, dat pogingen werden gedaan voor een zweminrichting, doch de uitgezochte plaats bekoort hem niet. De uitmonding van het Schooneteekerdiep is zeer ongeschikt, doch er kan misschien wel een andere plaats worden gevonden. Er is reeds getracht een zweminrichting op te richten en dat zal wel in orde komen. In de meeste tijden is hier echter geen goed water om in te zwemmen, zoodat het moeilijk zal zijn, om deze zaak hier gereed te krijgen. Dit is voor spr. de grootste moeilijkheid om maar direct te stemmen voor het voor stel om kleedkamertjes te plaatsen. De heer PIETERS is voor een zweminrichting, al had hij liever een badinrichting, doch dit kan direct nog niet. Men ziet tot heden de menschen overal maar zwemmen en dat moet veranderd worden. Spr. vindt echter ook de uitgezochte plaats niet de beste. Het is daar zelfs niet zonder gevaar, maar over de plaats kan nog nader worden gesproken. Wat de geldkwestie betreft, die speelt voor spr. geen rol, daar de f 200 per jaar reeds op de begrooting zijn geplaatst. De heer LAMBERTS is het met dit laatste volkomen eens. Als men voor deze f200 een goede zweminrichting kon krijgen, dan zou spreker dat toejuichen, maar hij is tegen een gemeentelijke zweminrichting. Er worden wel subsidies gegeven voor vereenigingen, die den geest verruimen en daarom mag er ook wel iets worden gedaan voor het lichaam. Overigens gelooft spr. niet, dat er zoovelen hier gaan zwemmen. Daarom gelooft spr., dat een zweminrichting, zooals door B. en W. voorgesteld, niet aan het doe! zal beantwoorden. Als men een groote zweminrichting wil hebben, dan zal dit minstens f 6000 kosten. Wel wil spr. aan een vereeniging op dit gebied subsidie geven.
De heer TIEMENS is tegen gemeenteexploitatie, zoolang het gemeenschappelijk belanc dat niet beslist bevordert. Een zweminrichting is voor de volksgezondheid hier niet bes'ist noodzakelijk, zoodat spr: er niet voor is om voor dit doel f1400 te geven. Spr. heeft nog nimmer gemerkt, dat er bij de bevolking veel belangstelling bestaat voor een dergelijke inrichting, daar de ver"»der-> rr en om daartoe te komen altijd slecht worden bezocht. Daarom begrijpt spr. niet, dat B. en W. met dit voorstel ziin gekomen. Als de belasting hier nu was verlaagd, dan had men zich een beetje luxe kunnen veroorloven, rr.aar het vermenigviildigingscijfer kan nog altijd niet worden verlaagd. Wij hebben hier nog geen overtollig geld. Een groot deel van de bevolking heeft in elk geval geen belang bij een zweminrichting. Ook spr gelooft, dat er van de inrichting niet veel gebruik zal worden gemaakt. Men zal als tot heden wel overal blijven zwemmen. De VOORZITTER: Dan krijgt men procesverbaal! De heer TIEMENS weet niet, of het wel goed is om nu procesverbaal op te maken, terwijl zu'ks eerder niet gebeurde, De heer DONKER is voor het voorstel, omdat het iets is voor de gezondheid. Liever had spr. een voorstel gezien om een badinrichting te maken, want daar kan men 12 maanden per jaar gebruik van maken. Hoe men in deze van luxe kan spreken is voor spr. een raadsel. De heele bevolking heeft feitelijk belang bij zooiets Spr. wil wel voor het voorstel stemmen, doch hij is niet heelemaal gerust. Tot heden ging men zwemmen waar men wilde en daarom moet men ieder in de gelegenheid stellen om van de zweminrichting gebruik te maken, door het bad een gedeelte van den dag kosteloos open te stellen. De heer PANNEKOEK vindt het zeer logisch, dat B. en W. met dit voorstel zijn gekomen, daar de raad voor dit doel een bedrag op de begrooting heeft geplaatst. Spr. vindt het zeer. goed gezien, dat B. en W. thans met dit voorstel komen. Er is beweerd, dat de plaats, door B. en W. uitgezocht, niet geschikt is. Dit is misschien juist, maar het schijnt, dat het toch de beste plaats is, daar ter plaatse tot heden het meeste werd gezwommen, niet alieen door grooten maar ook door kleinen. Spr. heeft meermalen met blijdschap gezien, dat een onderwijzer met de kinderen gin? zwemmen en dat deed men ook in het Picardiekanaal. In het bouwen van 10 kleedkamertjes ziet spr. wel eenig bezwaar, daar men bulten die gebouwtjes blijkbaar procesverbaal zal krijgen. Als dit laatste zal gebeuren, dan is dit een groot gevaar, want niet allen
kunnen op de bepaalde plaats gaan zwemmen en ook kunnen niet allen de Losten betalen. Wanneer men zich niet anders mag ontkleeden dan in genoemde 10 kamertjes, dan gelooft spr. dat velen de zweminriohting zullen gaan verwenschen. De ruimte is te klein als niet oogluikend wordt toegelaten om op andere plaatsen te zwemmen. Als spr. de zaak goed begrijpt, dan is het de bedoeling om het geld beschikbaar te stellen voor een vereeniging of particulier. De VOORZITTER : Juist. De heer PANNEKOEK vindt dit ook goed. Hij merkt op, dat de kosten niet zoo moeten zijn, dat niet allen van de inrichting gebruik kunnen maken. De groote moeilijkheid is voor spr. om voor deze zaak een vereeniging te vinden en spr. is tegen een gemeentelijke exploitatie. Tot dusver is er van de zijde van de particulieren heel weinig belangstelling gezien voor een zweminrichting. Het geld mag niet eerder worden beschikbaar gesteld, dan nadat men weet, dat de zaak voor meerdere jaren zal worden behartigd. De heer KUIPERS : Misschien is het beter om het voorstel een vergadering aan te houden, om te zien of er zich een vereeniging vormt. De VOORZITTER zegt, dat de heer Pannekoek zeer juist uiteengezet heeft waarom B. en W. met het voorstel moesten komen. De heer ZILVERBERG onderschrijft dit. Als B. en W. thans niet met het voorstel waren gekomen, dan had het „heerschap" dat er zich thans tegenplaatst, recht van spreken gehad. De heer Ahlers vindt een zweminrichting heelemaal niet juist, daar hij bang is voor belastingverhoogin?. Spr. merkt op, dat de f 200 reeds op de begrooting zijn geraamd. Spr. wil met den heer Ahlers niet debatteeren over de voordeelen van een zweminrichting. Of de plaats juist is ? Daai is door B. en W. reeds heel wat over gesproken, doch men kon geen geschikter plaats vinden, ook al omdat het daar een plaats is voor het zwemmen door kinderen. De heer Lamberts meent dat een goede inrichting, wel f 6000 zal kosten, maar dit is voor de gemeente te duur en dit mag geen reden zijn om tegen een eenvoudiger inrichting te zijn. Het is beter iets dan niets. De heer Tiemens wil blijkbaar wachten totdat de gezondheidstoestand hier slecht is. Al zou de gezondheidstoestand hier niets te wenschen overlaten, dan zou dit voor spr. een reden te meer zijn om al het mogelijke te doen, zulks voor de toekomst zoo te houden. Hoe durft men zeggen, dat er hier geen belangstelling voor deze zaak is, want er is wel degelijk belangstelling en deze zal nog veel grooter worden, als de zweminriohting gereed is, zegt spr. Men is verder blijkbaar ongerust voor arbeiders, doch dit behoeft niet zoo te zijn. Daar behoeft de heer Tiemens zich niet ongerust over te maken. Natuurlijk hebben B. en W. nog geen uitgebreid voorstel ge reed, maar de arbeiders en middenstanders zullen geregeld gelegenheid hebben om gratis te zwemmen.
B. en W. meenen, dat men voorloopig aan 10 kleedkamertjes genoeg heeft. Als er den geheelen dag door 10 menschen gelijk wordt gezwommen, dan was de zaak in orde, maar dat zal niet gebeuren Het is ook nog niet zoo erg als men eens een poosje moet wachten. Als er meer dan 10 kamertjes zullen moeten zijn, welnu dan is de exploitatie wel in orde. Spr. hoopt, dat de raad in dezen zal meegaan met het voorstel van B. en W. De heer KUIPERS is het niet eens met den heer Zilverberg wat de plaats betreft, De ervaring heeft spr. geleerd, dat de toestand daar werkelijk zeer gevaarlijk is Verder naar de stad zijn er wel betere plaatsen te vinden. Wanneer besloten wordt om aan een vereeniging subsidie te geven, laten wij dan in overleg met die vereeniging een plaats uitzoeken. De heer HEMEL heeft tegen het voorstel geen bezwaar, al had hij liever gezien dat er reeds een vereeniging bestaat. Waar dit niet zoo is, daar mag volgens spr. niet gewaagd worden van groote belangstelling. Er had reeds van een vereeniging een verzoek moeten zijn om subsidie, daar bekend was, dat de gemeente wel subsidie wilde geven. Spr. is van meening, dat de belangstelling zeer matig 'S. De hr. PANNEKOEK spreekt ook nog even over de belangstelling. Er is wel belangstelling voor het zwemmen, maar tot dus ver was er nog geen belangstelling voor het oprichten van eene Vereeniging om een zweminrichting te exploiteeren. Belangstelling zou spr. toejuichen, doch laat men die dan nu nog toonen. In het voorstel wordt niet gesproken over gratis zwemmen De heer ZILVERBERG: Maak van het zwemmen nu niet zwammen! De heer PANNEKOEK wil niet zeggen, van welke zijde er gezwamd wordt. Waar om hebben B. en W. in hun voorstel niet gezegd, dat er uren zouden zijn waarop gratis gezwommen kan worden. De heer Kuipers heeft gewezen op de gevaarlijke plaats en daar mag wel terdege rekening mee gehouden worden. De heer AHLERS wil het „heerschap" wel even antwoorden. Het zwemmen zal door de inrichting niet beter, doch wel minder worden. Spr. meent, dat men in alle kanalen mag zwemmen, als men maar een zwempakje of -broekje aan heeft. De heer KUIPERS ontkent dit. Dit is op verzoek toegestaan. De heer AHLERS zegt, dat de meeste zwemmers naar de Vecht zullen gaan en dan kan een zweminrichting nimmer uit. Nu kost het zwemmen niets en dan wel, zoodat men de zaak dus niet verbetert. Als de gemeente de aangelegenheid in orde moet maken, dan kan ze de zaak ook wel verder in handen houden. De heer PLAS is tegen een gemeentelijke zweminricht-ting, doch niet tegen een subsidie
aan een vereeniging. Als de gemeente er mee begint, dan zullen de kosten telken jare hooger worden, doch spr. wil deze zaak aan de gémeente niet op het „oor draaien". De heer PIETERS heeft bij het begin gedacht, dat het geen gemeentelijke inrichting zou worden, maar dat men subsidie wil geven aan een vereeniging. Er is al lang belangstelling voor een vereeniging, maar men had gebrek aan de centen. Er is reeds zoo vaak een verzoek ingediend zonder resultaat, dat men het vragen moe werd. Ook spr. had liever een badinrichting, maar hij is al lang blij met het voorstel van B. en W. Laat men besluiten het geld aan een vereeniging te geven en aan die vereen! ging overlaten om de zaak verder af te werken. Als men in 't klein begint, dan kan er zeer zeker een groote inrichting komen. De heer LAMBERTS zal alleen voor het voorstel stemmen, als er van een Vereeni ging een afgerond plan komt. Laten wij dit punt dus een vergadering aanhouden zegt spr. Men weet nu, dat men subsidie van de gemeente zal krijgen. De heer TIEMENS wil ook graag meewerken om de volksgezondheid te verbete ren, maar daarom behoeft hij nog niet voor een zweminrichting te stemmen. De volksgezondheid is hier goed en daarom behoeft hier geen zweminrichting te komen. Spr.'s partij wil de belangen van de geheele bevolking behartigen, dus ook die van de ar beiders. Het is verstandig van B. en W. om dit voorstel terug te nemen en te wachten tot dat er eens een aanvrage komt van belangstellenden. Er dient eerst een vereeniging te zijn. De heer DONKER noemt het nog altijd treurig, dat hier nog geen bad- of zweminrichting bestaat. Vele menschen hebben thans geen gelegenheid om zich behoorlijk te reinigen. Men mag niet zeggen, dat het altijd is geweest zooals het thans is, want op alle gebied ontstaan er veranderingen. De heer MELENHORST wil ook afwachten of er zich een vereeniging vormt. Dan kan men de voorwaarden over subsidieering bespreken.
De heer ZILVERBERG zegt, dat over de plaats nog wel eens kan worden gesproken, hoewel het moeilijk is met het oog op een zwemplaats voor kinderen. Gevaar blijft er op elke plek. Het is niet de bedoeling om een gemeentelijke zweminrichting te krijgen, al wilde spr. zulks liever. Het is alleen, dat de gemeente de kleedkamertjes bouwt en verder de zaak overlaat aan der op te richten vereenigingen of particulier. Als de gemeente subsidieert, dan is het toch nog geen gemeentelijke instelling. Als het voorstel wordt aangenomen, dan zullen B. en W. wachten totdat er zich iemand of een vereeniging opgeeft, die alles wil overnemen Men kan dus gerust stemmen voor het prae-advies. De heer Tiemens" heeft gezegd de volksgezondheid wel te willen bevorderen, dat wil spr. graag gelooven, doch thans, aldus spr., heeft de heer Tiemens de gelegenheid dit te toonen, door mede te werken dat er een zweminrichting komt. B. en W. willen de gelegenheid scheppen, aan ieder, om zich te reinigen en spreker hoopt, dat dit door niemand zal worden tegengewerkt. De Christ.-Hist. zouden ook een goed hart hebben voor de arbeiders, maar dat wordt vaak anders getoond. Die partij heeft de arbeidersbelangen nog nooit behartigd, zegt spr., maar wel heeft men den arbeiders jarenlang uitgebuit. De heer LAMBERTS: Dat gaat buiten de zaak om ! De heer ZILVERBERG hoopt, dat de heele raad voor het voorstel van B. en W zal stemmen. De heer LAMBERTS wil het bouwen van de kleedkamertjes ook door een vereeniging laten geschieden en niet door de gemeente. De heer KUIPERS raadt nogmaals aan, om te wachten totdat er een verzoek van een vereeniging komt. De heer TIEMENS zegt, dat de belangstelling eerst vanuit de bevolking moet opkomen Tenslotte verdedigt spr. de houding van zijn fractie. De heer PANNEKOEK wil, waar gewacht zal worden totdat er een vereeniging komt en omdat de zaak nog weer in den raad zal komen, wel stemmen voor het voorstel van B. en W., want daardoor moedigt men de zaak aan. Nadat nog eenigen tijd over deze aangelegenheid is gesproken, die met de zaak niets te maken heeft, wordt het voorstel van B. en W. tenslotte in stemming gebracht en aangenomen met 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemmen de heeren Ahlers, Meienhorst, Lamberts, Kuipers, Plas en Tiemens.
3. Aanvrage om een subsidie van ƒ50.— voor een te houden wedstrijd v. stalverbetering. B. en W. stellen voor de gevraagde subsidie van f 50.— toe te staan. Aldus wordt z. h. st. besloten. 4. Benoeming van stembureaux voor te houden verkiezingen. De leden worden benoemd overeenkomstig de voordrachten van B. en W. 5. Benoeming van een lid der commissie van toezicht op het lager onderwijs, wegens bedanken door den heer M. J. Thijssen. Aanbevolen worden: 1. A. Belt; 2. J. A. J. Sluijters. Benoemd wordt de heer Sluijters met 9 stemmen tegen 4 stemmen op den heer Belt.
Eerst komt nu aan de orde: 7. Nadere vaststelling van de rooilijn aan de Gramsbergerstraat en in verband daarmede overname van grond van de Bouwvereeniging De VOORZITTER zet deze zaak even uiteen. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. st. aangenomen. 8. Vaststelling van het vermenigvuldigingscijfer voor de heffing v. gemeentelijke inkomstenbelasting over het dienstjaar 1929-30. B. en W. stellen voor dit cijfer weer. te bepalen op 3.65. Aldus wordt z. h. st. besloten. 9. Ingekomen stukken. Van Ged. Staten van Overijssel is een brief ingekomen, waarin gesproken wordt over de gemeentelijke bijdragen in het beheer en onderhoud der wegen. Er wordt van 1 Jan. 1929 tot 1 Juni 1934 een bijdrage gevraagd van ƒ300 per K.M. Het gaat hier voor Coevorden over den weg Jachthuis—Overijsselsche grens. De VOORZITTER zegt, dat thans wordt betaald hetgeen de weg in onderhoud kost. Er is thans een bedrag geraamd van ƒ300 per K.M. en voorgesteld wordt zich hiermee te vereenigen. Dit bedrag zal voor dezen weg door 4 gemeenten moeten worden betaald. De overeenkomst geldt voor 5 jaar, terwijl daarna weer over de zaak zal worden gesproken. Spr. leest de kosten van de laatste jaren voor. De heer KUIPERS had deze zaak graag | eerst eens willen bestudeeren. Waar er wel niets aan te doen zal zijn, zal spr. zich bij het voorstel neerleggen. Na eenige discussie Vvordt het voorstel z h. st. aangenomen. Verder is er van Mej. Oosterhof een verzoek ingekomen om eervol ontslag als onderwijzeres te Steenwijksmoer tegen 1 Juni a.s. Dit ontslag wordt op voorstel van B. en W. verleend. Van den Algem. Kon. Politiebond is gevraagd om een subsidie, B. en W. stellen voor afwijzend te beschikken.
Aldus wordt z.h.st. besloten. Van de heeren Zilverberg, Haaiman en Donker is een verzoek ingekomen om de vredesbeweging van de voorbereidende ont wapeningscommissie te Genéve te steunen door een daartoe strekkende motie. De VOORZITTER meent, dat deze zaak feitelijk niet in den raad thuis behoort, al heeft spr. geen bezwaar tegen het verzoek. De heer HEMEL Is niet tegen het voorstel, al vindt hij het niet juist, dat dergelijke groote aangelegenheden hier worden behandeld. Men zou evengoed kunnen voorstellen aan de Ned. r egeering te vragen over het gezantschap bij den Paus. De Raad is in deze niet competent, doch is al leen gekozen om de belangen van de gemeente te behartigen. Daarom is spr. tegen het voorstel. De heer ZILVERBERG zegt, dat het hier altijd de gewoonte is geweest, om een voorsteller eerst het woord te geven. Het ls niet de gewoonte van den Voorzitter om er eerst zelf over te spreken of er een ander het woord over te geven. De vergelijking van den heer Hemel met het Gezantschap bij den Paus gaat niet op. De ontwapening is een leuze van ieder en van iedere partij Ieder is vóór internationale ontwapening en daarom is de Raad wel competent inzake deze aangelegenheid. De Voorzitter van de voorbereidende ontwapeningscommissie, heeft zich uitgesproken over het petitionnement over de geheele wereld. Waar toch alle raadsleden voor internationale ontwapening en den vrede zijn, daar gelooft spr., dat allen voor het voorstel zullen stemmen. Het kost geen cent. Ook in den Raad van Emmen is een dergelijk voorstel aangenomen en waarom zal de Raad van Coe vorden dit dan niet doen ? De heer HEMEL vindt het bespottelijk, dat de gemeenteraden zich met dergelijke aangelegenheden gaan bemoeien, al is men persoonlijk dan ook voor deze zaken. De kern is, dat de Raad zich alleen moet bepalen by de zaken, die tot de competitie van den raad behooren. Verder wil spr. niet gaan. Daarom alleen zal spr. tegen het voorstel stemmen.
De heer PANNEKOEK is het volkomen eens met den heer Hemel. De heer TIEMENS heeft ook nog het bezwaar, dat de motie niet bij de stukken heeft gelegen. Wij zijn allen voor de ontwa pening en de internationale ontwapening zal er wel zonder deze motie komen, zegt spr. Toch zal hij er voor stemmen, al is hij over 't algeeen geen voorstander van moties en verwacht hij van deze motie niets. Het voorstel wordt aangenomen met 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemmen de heeren Ahlers, Meienhorst, Plas, Pannekoek, Van Doornum en Hemel. Over den prijs van den electrischen stroom is een rapport ingekomen. De heer HAALMAN noemt de genoemde cijfers geheel onjuist. De heer ZILVERBERG zegt, dat die bewering er geheel naast is. Verder deelt spr. mee, dat het bedrijf er schitterend voorstaat en dat de vooruitgang steeds doorgaat. Het gaat met het bedrijf niet den verkeerden kant op en het zal niet lang meer duren of de prijs kan wel worden verlaagd. De heer HAALMAN is er ook van overtuigd, dat het wel goed gaat met het bedrijf. Besloten wordt deze zaak aan te houden. Eenige verslagen worden ter visie gelegd. Verder wordt meegedeeld, dat eenige raadsbesluiten zijn goedgekeurd. De Commissarissen van de E. D. S. hebben bericht, kennis te hebben genomen van hetgeen 1d de, vorige raadsvergadering
i | door den heer Donker is gezegd. 10. Bezwaarschriften Gem. Inkomstenbelasting. Dit punt zal in worden behandeld. Rondvraag. geheime vergadering De heer KUIPERS verzoekt B. en W. om medewerking te verleenen, dat er hier een sportterrein komt. De voetbalvereeniging heeft nu al een terrein buiten de gemeente moeten zoeken en dat is voor de gemeente weer schadelijk. De VOORZITTER wil wel toezeggen, dat B. en W. deze zaak zullen bespreken. De heer LAMBERTS spreekt even over een woning van Slot, welke woning in slechten toestand verkeert. Het is een landarbeiderswoning, die zeer slecht is gebouwd en niet goed wordt onderhouden. Kan daar niets iets aan gedaan worden vraagt spr. De VOORZITTER zegt, dat dit een oude zaak is. Den eigenaar is meermalen gevraagd om verbetering en B. en W. zullen dit nog eens doen. De heer LAMBERTS merkt op, dat de eiermarkt kans van slagen schijnt te hebben, maar moet goed in orde zijn. Vandaag moest men in den regen staan, zegt spr., en dat is niet in orde. Verbetering door een bescheiden afdakje zal niet veel kosten. Over het voorstel omtrent de Pampert hoort men niets meer, terwijl er wel liefhebbers van den grond zijn, na ontginning. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. het er mee eens zijn, dat de eiermarkt kans van slagen heeft. B. en W. zullen voor een afdakje graag medewerking verleenen. Wat de voorstellen betreft om den Pampert te ontginnen, daaromtrent waren B. en W. nog niet in staat een prae-advies In te dienen.
De heer LAMBERTS vindt het toch niet juist om een door 2 leden ingediend voorstel maar zoo terzijde te leggen. De VOORZITTER zegt, dat er verschillende kanten aan deze zaak zitten. De heer VAN DOORNUM deelt mee, dat B. en W. deze zaak al eenige keeren hebben besproken. Zoo spoedig mogelijk zullen B. en W. met voorstellen komen. (De heer Pieters verlaat de vergadering). De heer KUIPERS heeft gehoord, dat er bij den Houthandel een brug zal komen. Verdient het geen aanbeveling om te trachten dat dit een beweegbare brug wordt, zegt spr. Dat is voor de toekomst veel beter. De VOORZITTER deelt mee, dat over deze zaak reeds is geschreven. Spr. is het met den heer Kuipers eens. De heer KUIPERS verzoekt B. en W. om den weg door de Molenstraat voor het verkeer te verbeteren. Men moet nog eens pogingen bij den heer Belt aanwenden. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. nog eens pogingen in deze zullen aanwenden. De heer AHLERS spreekt over den weg van Holman naar de melkfabriek. Hiermee mag wel het eerste worden begonnen. De heer VAN DOORNUM zegt, dat deze weg zoo spoedig mogelijk zal worden verbeterd.
Op een desbetreffende vraag van den j?' e f r AHLERS deelt de VOORZITTER mee, dat de boomen aan den Schoonebeekerweg zijn verkocht voor ruim ƒ3300. De heer KUIPERS vindt een loon van 24 cent per uur, hetgeen thans aan den Schoonebeekerweg wordt betaald, om dien tijd van het jaar veel te gering. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. reeds pogingen hebben aangewend om verhooging der loonen te verkrijgen en het College zal in deze diligent blijven. De heer AHLERS vindt het niet in orde, dat de arbeiders uit de steden 75 pet. toeslag krijgen op de gewone loonen. De VOORZITTER zegt, dat daar niets aan te doen is. De heer TIEMENS vraagt of B. en W. actief zijn voor het vestigen van industrie in Coevorden. De VOORZITTER hoopt, dat men B. en W. zal wijzen op tekortkomingen in deze. Voor een paar maanden was men bezig over eenige aangelegenheden, die op niets zijn uitgeloopen. B. en W. zijn en blijven diligent. Omtrent de loonen aan den Schoonebeekerweg, merkt de heer PANNEKOEK op, dat besloten werd dit werk door middel van de werkverschaffing uit te voeren en daardoor heeft men tevens de werkverschaffingsloonen aanvaard. Er is niets anders aan te doen, dan zooveel mogelijk ln vrij bedrijf uit te laten voeren. De VOORZITTER zet uiteen, dat dit laat* ste zeer moeilijk zal gaan, hoewel B. en W. al het mogelijke zullen doen om verbeteringen tot stand te krijgen. De heer HAALMAN vraagt hoever hel staat met de afsluiting met de brug aan da Bentheimerpoort. De VOORZITTER deelt mee, dat hier elken dag mee kan worden begonnen. De heer HAALMAN zou graag zien, dat men aan de gemeentewerklieden pensioen geeft als zij 65 jaar zijn. De heer DONKER noemt de loonen bij het werk aan den Schoonebeekerweg ook veel te laag. Verder heeft spr. gespeten, dat de meerderheid van B. en W. tegen een voetbalwedstrijd op Zondagvoormiddag is. Dit moet thans wel om de competitiewedstrijden te kunnen spelen. Het terrein ligt ver buiten de stad en daarom heeft dus niemand last van deze wedstrijden. Op Zondagmiddagen staat men de wedstrijden wel toe en dan wordt er toch ook wel kerk gehouden. Het standpunt van B. en W. acht spr. onjuist. De VOORZITTER zegt, dat een groot gedeelte van de bevolking Zondagsmorgen# naar de kerk gaat en B. en W. meenden in meerderheid, dat men niet iets moest invoeren, wat hier op Zondagmorgen nooit heeft bestaan.
De heer VAN DOORNUM wil in elk geval pe n gedeelte van den Zondag vrij houden van wedstrijden. Als men aan den Zondagmiddag niet genoeg heeft, laat men dan ook op Zaterdagmiddag wedstrijden houden. De heer _ is geschreven over de stopzetting van den autodienst door de D. S. M. De VOORZITTER antwoordt toestem mend. Daarna komt aan de orde : 6. H/TT7T ™unpt!T vrnnfft of reedsI MELENHORST vraagt of reeas Benoeming van een ^ voor de school te Vlieghuis. De voordracht luidt * 1. Mej. G. Wolbers; 2. Mej. S. Simons en 3. Mej. M. F. Pieters allen te Coevorden. Benoemd werd Mej. Wolbers met algemeene stemmen. Hierna volgt sluiting der openbare vergadering.
EMMEN Vergadering op Maandag 29 April, des voormiddfigs 10 uur, op de bovenzaal der Rijkslandbouwwinterschool. Afwezig de heeren Moes, Witteveen en Portegles. Voorzitter de heer mr. J. L. Bouma, burgemeester. Secretaris de heer Hb. Tijmes. Aan de orde : 1. Voorstel van B. en W. tot verhooging der maandetijksche vergoeding voor administratie en toezicht aan de Maatschappij Laagspanningsnetten te Groningen. Inwilliging van het verzoek zou de gemeente momenteel ongeveer 2000 x f 0.60 = f 1200 per jaar kosten. Waar een dergelijke uitgaaf voor de gemeente zeer bezwaarlijk is, stonden B. en W. aanvankelijk op het standpunt het verzoek van „Laagspanningsnetten " af te wijzen. Bij een later gehouden conferentie bleek evenwel dat bijkans alle betrokken gemeentebesturen het verzoek hadden ingewilligd, in verband waarmee B. en W. tenslotte hebben besloten den raad voor te stellen om bedoelde vergoeding voor den tijd van twee Jaren, t.w. voor 1928 en 1929, te verhoogen van f 0.25 tot f 0.30 per maand en per aansluiting. Aan t eind van dit jaar zal een en ander dan opnieuw onder oogen moeten worden gezien. mede in verband met een zoo mogelijk billijker omslag der administratiekosten over de verschillende gemeenten. De heer HAASKEN vindt het eigenaardig, dat Emmen, Noord-Barge en Westenesch thans één net is, terwijl het eerder voor 3 werd gerekend. De heer ROOSSIEN vraagt, of de stroom ook eens goedkooper zal worden. De VOORZITTER zegt, dat dit bij een volgend punt behoort. Verder deelt spr. mee, dat de heer Portegies bericht van verhindering heeft gezonden. De opmerking van den heer Haasken Is juist. De heer HAASKEN wil even vastleggen, dat het altijd één net is geweest. Toen er iets was te verdeelen, splitste men de dorpen in drie netten. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. s. aangenomen.
2. Verslag en afrekening exploitatie laagspanningsnetten over 1927 met voorstellen van B. en W. tot vaststelling daarvan en tot het geven eener bestemming aan de saldi. B. en W. stellen voor de rekening als volgt vast te stellen : Net Emmen, Noordbarge en Westenesch, ontvangsten f34262.08, uitgaven f24418.43, batig saldo f 9843.65; Emmer-Compascuum resp. f 13069.27, f 10384.89 en f 2684.38 ; Weerdinge f 3217.22, f 2417.10 en f 800.12 ; Nleuw-Weerdinge f 13595.65 )4, f 11688.71 en f 1906.94 14; Zuidbarge f3193.12, f2344.88 en f 848.24 ; Erica f 5850.50 )4, f 4154 .22 en f 1697.28 y, : Emmer-Erfscheidenveen f 440.15, f 413.49 en f 26.66. Verder stelt het college voor van de gemaakte winst: a. f 3000 te storten in de gemeentekas wegens «vergoeding voor bestuurskosten enz. b f 14807.28 te besteden voor aandeel in de afschrijving op de boekwaarde der transformatorhuisjes. Omtrent de vraag van den heer Roosslen deelt de VOORZITTER mee, dat over een lageren prijs bij de vaststelling van een nieuw tarief kan worden gesproken. De heer HORCH merkt op, dat Erica bijna 30 f t. batig saldo heeft opgeleverd. Een vergelijking doet de vraag rijzen oï Erica misschien te zwaar wordt belast. Lie VOOHZITTER zegt, dat het niet de bedoeling is cm Erica te zwaar te belasten. Spr. zal deze zaafc eens orderzoeken. Verder raerkt spr. op, dat de afschrijvingen gaan ovei de transformatoren, onverschillig waar ze staan, omdat het er naar toe gestuurd woidt om zoo mogelijk een eenheidsprijs te verkrijgen. De heer SI KKEN vraagt, of deze wijze van afschrijving van het begin af in de bedoeling lag.
De VOORZITTER weet dit niet. B. en W. willen er naar streven om voor de heele gemeente één prijs te bepalen, al kan dit natuurlijk nog wel eenige jaren duren. De heer KALTER hoopt, dat het niet zooveel jaren meer zal duren. De VOORZITTER herhaalt, dat In genoemde richting wordt gewerkt. De afschrijving is echter nimmer aan de orde geweest. De heer HORCH is een voorstander van zooveel mogelijk afschrijving. Voor dat alles goed ls afgeschreven, dient men niet tot verlaging fler tarieven over te gaan. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. s. aangenomen. De VOORZITTER leest een vraag voor van de heeren Roossien en Haasken omtrent verharding van den weg Weerdinge—Valthe. De heer WIERSEMA kan daar heden geen antwoord op geven. In samenwerking met de gemeente Odoorn wordt aan deze zaak gewerkt. De heer HAASKEN zegt tevreden te zijn. Het was de bedoeling te weten of er voortgang met deze zaak wordt gemaakt.
3. Adres van H. J. Pikkers c.s. te Emmer-Corapascuum om verbetering van den weg langs de kerk, school en begraafplaats te Munsterscheveld. B. en W. stellen voor adressant te doen berichten, dat rijn verzoek niet in behandeiing Kan wor(Jen genomen> voordafc daarbij is overgelegd een plan voor aanleg met raming van kosten en een overzicht waaruit kan blijken, welk deel van de kosten niet door bijdragen van eigenaren en aangelanden kan worden gedekt. De heer ABELN verzoekt spoed te maken met de begrooting, daar het werk zeer noodig is. De ^eer wiERSEMA zegt, dat hem is meegedeeld, dat de stukken bijna gereed zijn, doch tevens, dat het spoedig Mei is en dan heeft men niet de beschikking meer over voldoende arbeiders. In elk geval mag men er op rekenen, dat deze weg in het komende najaar onder handen wordt genomen.
De heer VELEMA zet uiteen, dat het in den winter absoluut een onbegaanbare weg is. De heer Mulder sluit zich bij die woorden aan. De verbetering moet zoo spoedig mogelijk In orde komen. De heer ABELN deelt mee, dat een goede zandweg al tevredenheid bij de betrokkenen zal brengen. De heer VELEMA zegt, dat de weg in eigen dom en onderhoud behoort bij de stad Groningen, die er echter niets aan doet. Groningen wil wel een bedrag toegeven om van den weg af te komen. De heer ABELN geeft ook inlichtingen in dezen geest. Laten B. en W. zich eens in verbinding stellen met Groningen. De heer HAASKEN vraagt, waarom de ingelanden dan niet klagen bij Ged. Staten van Groningen. De heer KALTER merkt op, dat het voor de hand ligt, dat Groningen niet alle aandacht schenkt aan een weg in een andere gemeente. Overneming van den weg is het beste. De heer VELEMA zegt, dat Groningen de boomen op den weg niet heeft vergeten, daar men deze heeft verkocht. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt z. h. s. besloten. 4. Voorstel van B. en W. tot verkoop van huisplaatsen aan de J. B. Kanstraat te Emmen.
B. en W. stellen voor aan den heer I. Jakobs Hzn. een perceel grond groot 520.80 vlerk. M. te verkoopen voor f 2.50 per vierk. M., of in totaal f 1302 en aan den heer J. H. Beugeling een perceel groot plm. 1220 vlerk. M. voor f2.75 per vierk. M., of in totaal f 3355. Aldus wordt z. h. s. besloten. 5. Voorstel van B. en W. tot wijziging van de verordening op de keuting van waren. Waar volgens een arrest van den Hoogen Raad de melkveehouder niet valt cnder het begrip „koopman", zoodat art. 1 sub h der genoemde verordening, zooals het thans luidt met van toepassing is op de melkveenouders, 'ie melk verkoopen, welke niet aan de gestelde eischen voldoet, stellen B en W. voor: In artikel 1 sub a tusschen de v/oorden .verkoop" en „in" te voegen „of ter aflevering" cn in dat artikel sub f tusschen de woorden kooplieden" en „winkeliers" in te lasscaen .melkveehouders". Aldus wordt z. h. st. besloten.
6. Adres van H. en J. Wiikens te Veendam, houdende verzoek om ontheffing van het bepaalde bij art. 54 van het Motor- en Rijwielreglement. B. en W. stellen voor de gevraagde vergunning te verleenen tot wederopzegging toe. De heer HORCH vindt het wel wat te pek, c".at een maximum snelheid van 12 K.M. wordt voorgeschreven. Hij wil deze snelheid niet lager dan 15 K.M. bepalen. Den heer KALTER is opgevallen, dat in Overijssel bij den opdooi was verboden de wegen te berijden met een vrachtwagen zwaar<*tr dan 600 K.G. wielbelasting. In Emmen heeft men aan zooiets niet de hand gehouden, zoodat verschillende wegen totaal stuk zijn gereden. Dat moet niet meer voorvallen, daar de wegen hier niet zijn berekend op dat zware
De VOORZITTER zegt, dat door B. en W. .niet zóó maar toestemming wordt verleend. He voorwaarden zijn gebaseerd op rapporten > r an deskundigen. Men zal altijd overhouden aat de wegen voor bepaalde zware vrachten niet in orde zijn, doch om wegen te sluiten voer zwaar vervoer, dat gaat te ver. De heer KALTER meent, dat de wetgever cok van het standpunt is uitgegaan, dat er wegen zijn, die men mag sluiten. Spr. wil het moderne verkeer ook niet belemmeren, maar ■: t komt geen eind aan ; steeds worden Je wagens zwaarder en sterker en men vernielt op wegen, wat veel geld kost. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. het voorstel nog wel eens onder de oogen willen zien, al wil hij tevens opmerken, dat vele wegen niet zijn berekend op het moderne verkeer. Dat is het groote bezwaar ! De heer HORCH merkt op, dat het juist £,aat over de wielbelasting. Laat men tenslotte auto's nemen met meer wielen. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. wel hebben gesproken over het verkeer bij opefeoi,
doch waar het vervoer op verschillend i yebied stil lag, daar meenden B. en W., dat men geen maatregelen moest nemen, omdat anders de kans voor groot ongeriefu zou bestaan. Er is niet veel vernield en dat kon spoedig verbeterd worden. Daar kwam *ii], nat omliggende gemeenten ook geen maatregelen namen. De heer HORCH zegt, dat in de dooi-periode wel moet worden verboden om met zware vrachten te rijden. De VOORZITTER zegt, dat door een lange vorstperiode veel op vervoer wacht, vandaar dat het moeilijk was om maatregelen te nemen. De heer HAASKEN is het hier in dit geval mee eens, daar het ditmaal een abnormalen toestand was. Overigens sluit spr. zich aan bij het betoog van den heer Kalter. Emmen K£n de wegen toch maar niet steeds ver-1 beteren terwille van dat zware vervoer. Na nog eenige discussie nemen B. en W. het voorstel terug. De heer KALTER merkt nog op, dat hij niet tegen het vervoer is, maar wel is hij tegen zwaardere w i e lbelasting dan 600 K.G. 7. Voorstel van B. en W. tot over-1 dracht van beheer en onderhoud der met rijksvoorschot gebouwde en eventueel nog te 1-ouwen arbeiderswoningen aan de stichting Emmer-Centrale Wo-1 ningbouw.
Om vereenvoudiging der gemeente-adminisiratie stellen B. en W. voor: I. Met ingang van den dag waarop de v.oningen door de gemeente van de aannemers overgenomen zijn, het beheer en het onderhoud der krachtens besluit van 10 Mei 1928 no. 13 gebouwde en nog te bouwen woningen op te dragen aan het bestuur der stichting „Emmer centrale woningbouw", gevestigd te Emmen, in afwachting van da overdracht in eigendom dier bezittingen aan genoemde stichting; IL Aan dit beheer te verbinden de bevoegdheid voor gemeld stichtingsbestuur om tegen wanbetalers in rechten op te treden. Aldus wordt z. h. st. besloten. 8. Voorstel van B. en W. tot toekenning van vergoeding overeenkomstig art. 101 9e lid der Lager Onderwijswet 19201 aan bijzondere schoolbesturen. Overeenkomstig het voorstel van B. en W worden de vergoedingen vastgesteld. 9. Voorstel van B. en W. tot het verleenen van voorschotten aan bijzondere .schoolbesturen overeenkomstig art. 101 üer L. O. wet 1920.
De voorschotten worden overeenkomstig de voorstellen van B. en W. vastgesteld. 10. Adressen van bijzondere schoolbesturen, houdende verzoek om beschikbaarstelling van gelden ingevolge art. 721 der lager onderwijswet 1920. B. en W. stellen voor in te willigen het verzoek van het bestuur der Vereeniging tot I stichting en instandhouding van scholen voor] Christelijk uitgebreid lager onderwijs voor Emmen en omgeving te Emmen, om gelden voor den bouw van een school met uitgebreid lager onderwijs te Emmen. B. en W. stellen voor in te willigen het verzoek van het bestuur der vereeniging tot stichting en instandhouding van Ned. Herv. scholen met den Bijbel te Barger-Oosterveen, om gelden voor natuurkundige instrumenten, leermiddelen en schoolmeubelen. Het bestuur der bijz. lagere school te Roswinkel heeft gelden aangevraagd voor aanschaffing van banden, in verband met de komende stijging van het getal leerlingen van de bijzondere school aldaar. Waar de gemeente tientallen banken overcompleet heeft, die in goed bruikbaren toestand verkeeren, stellen B. en W. voor overcomplete banken beschikbaar te stellen. B. en W. stellen voor in te willigen het verzoek van het R. K. kerkbestuur der parochie van de H. Maagd Maria onbevlekt ontvangen van Nieuw-Amsterdam, gevestigd te Erica, om gelden voor het aanschaffen van 7 schoolbanken.
B. en W. stellen voor in te willigen het verzoek van het bestuur der vereeniging tot stichting en instandhouding van Ned. Herv. scholen met den Bijbel te Barger-Oosterveen, om gelden voor den hij bouw van een 5e lokaal met turfschuur aan de te Zwartemeer gevestigde school, wegens stijging van het aantal leerlingen, zoodat een 5e leerkracht verplicht wordt. B. en W. stellen voor gunstig te beschikken op een verzoek van het bestuur der vereeniging tot stichting en instandhouding van Ned. Herv. scholen te Nieuw-Weerdinge, om gelden voor den bijbouw van een 4e lokaal aan de te Nieuw-Weerdinge (3e Kruisdiep) gevestigde school, aangezien het aantal leerlingen door het verplichte 7e leerjaar boven 145 zal stijgen Overeenkomstig de voorstellen van B. en W wordt z. h. st. besloten. 11. Adres van den heer J. C. Heijstek, onderwijzer aan school III te Barger-Compascuum, houdende verzoek om een vergoeding wegens langdurige waarneming van de betrekking van hoofd der schooL Waar door Inwilliging in strijd zou worden gehandeld met de wet, stellen B. en W. voor afwijzend op het verzoek te beschikken. Mevrouw VEGTER onderschrijft, dat de vergoeding in strijd zou zijn met de wet, maar de billijkheid bestaat wel. Er is spr. meegedeeld, dat er gemeenten zijn, die deze vergoeding wel geven. Hoe, weet spr. niet, maar zij zou wel graag zien, dat onderzocht werd hoe die andere gemeenten deze zaak regelen. De VOORZITTER zegt, dat de gemeente zelf moet betalen, als men deze vergoeding geeft en daarom stellen B. en W. voor afwijzend te beschikken. De nieuwe wet regelt thans het waarnemen van het hoofdschap, zoodat de zaak voor de toekomst dus ls geregeld. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. st. aangenomen.
I 12. Adres van den heer G. v. d. Gronden, houdende verzoek om eervol ontslag als lid der commissie tot wering van schoolverzuim te Barger-Compascuum. B. en W. stellen voor het gevraagde eervol Dntslag te verleenen. Aldus wordt z. h. st. besloten. 13. Adres, hordende verzoek om vergoeding ingevolge art. 13 der Lagei Onderwijswet 1920. B. en W. stellen voor een verzoek van den heer J. H. Peters in te willigen, voorloopig voor 1929, voor zoover de kinderen den vereischten leeftijd hebben bereikt. De heer KALTER verzoekt dit punt tot de geheime vergadering aan te houden. Aldus wordt z. h. st. besloten. 14. Voorstel van B. en W. tot verhuring van de brugwachterswoning te Nieuw-Amsterdam. B. en W. stellen voor de bedoelde brugwachterswoning publiek te verhuren voor den tijd van 3 jaren. De tegenwoordige bewoner, de heer A. Witvoet te Nieuw-Amsterdam, heeft de huur te gen 1 Mei a.s. opgezegd. De heer SALOMONS vraagt, of de woning niet eerder verhuurd kan worden, daar het reeds bijna 1 Mei is. De VOORZITTER zegt, dat de zaak al in orde ls. Dit besluit is alleen een bevestiging van de genomen maatregelen. Het voorstel van B. en W. wordt z. h. st. aangenomen.
15. Voorstel van B. en W. tot aankoop van grond voor den bouw van twee permanente woningen in de plaats van de afgebrande dubbele noodwoning aan den Weerdingerweg. B. en W. stellen voor aan den Weerdingerweg een perceel grond aan te koopen van pl.m 86 Aren en daarop 2 z.g.n. permanente wo ningen te bouwen in de plaats van de afgebrande dubbele noodwoning. De heer HAASKEN vraagt, waarom niet weer op denzelfden grond zal worden gebouwd. De VOORZITTER deelt mee, dat het ls om een beter karakter aan een en ander te geven. De heer SALOMONS vraagt, of het niet mogelijk is om een betere arbeiderswoning te bouwen, dan de permanente woningen. De VOORZITTER vraagt, of men de nu gebouwde 35 woningen niet geschikt acht. De heeren SALOMONS en HORCH achten die woningen absoluut ongeschikt. De VOORZITTER wil de bezwaren graag hooren. De heer ENGELSMAN zegt, dat men rekening moet houden met de voorschriften van de regeering. De heer SALOMONS: De woningen zijn duivekooien" en geheel ongeschikt voor het platteland. Als men niet moet, dan zal men een dezer woningen vast niet nemen.
De heer HORCH zegt, dat de schuurruimte veel te klein is. De inrichting van den kelder is z.i. niet genoeg te becritiseeren. Dat. kon best verbeterd worden. De ramen kosten ƒ100 en daar had best iets op bezuinigd kunnen worden. Voor groote gezinnen zijn de woningen ook veel te klein. De heer REUVERS heeft hoofdzakelijk bezwaar tegen de te kleine schuurruimte. Als men een rijwiel en een kruiwagen binnenzet, is alles vol. De bezwaren van den heer Horch onderschrijft spr. eveneens. Er zijn wel prachtige arbeiderswoningen, die niets meer kosten. De heer VEENSTRA sluit zich bij de bezwaren aan, al acht hij een groote schuurruimte niet noodig, Caar er niet veel grond bij behoort. Wel is de tegenwoordige schuurruimte te klein. Laat men het type woningen an de Griendtsveen-Mij. eens bezien, want Jie zijn veel beter in alle opzichten en spr. betwijfelt of die woningen duurder zijn. Verder vraagt spr., of het de bedoeling is bij de woningen putten te maken, want aan de egenbakjes heeft men niet genoeg en dit kan «en ernstig gevaar voor de gezondheid worden. De heer TEN NAPEL heeft ook dezelfde bezwaren. Van binnen zijn de woningen keurig afgewerkt, maar ze zijn voor arbeiders niet doelmatig. Men kan bijna niets bergen, terwijl voor denzelfden prijs veel doelmatiger woningen kan bouwen. Zie o.a. maar de woningen van de Groen van Prinsterer-Vereeniging, zegt spr. Daarbij moet men ook voldoen aan rijksvoorschriften. De heer HAASKEN zegt, dat men op het 1 eleid van B. en W. in dezen geen critiek moet uitoefenen. De eenige oplossing is, dat men de zaak in Den Haag duidelijk maakt, want tnar schijnt men nog altijd niet op de hoogte te zijn met de toestanden op het platteland. De heer WANDERS vraagt, of bij de betrekken woningen te Amsterdamscheveld geen schuurruimte kan worden gemaakt na de daar ter plaatse onbewoonbaar verklaarde woningen.
De heer ENGELSMAN merkt op, dat de Rijksinspecteurxheel tevreden is over de inrichting en het type van de woningen. Spr. heeft den inspecteur gevraagd of er voor hetzelfde geld niet wat ruimer woningen konden worden gebouwd, doch dit werd betwijfeld. Waar is, dat over 't algemeen door particulieren of vereenigingen goedkooper kan worden gebouwd, doch aan de gemeente worden strengere eischen gesteld, waar men zich aan houden moet. Nu is het mogelijk, dat in de toekomst wel eenige verandering kan worden aangebracht in nog te bouwen woningen. Laten wij met de beide nu aan den Weerdingerweg te bouwen woningen eens een ander type nemen en als wij daar nu gelukkiger mee ?ijn naar het oordeel van den raad, dan kunnen wij daarmede rekening houden, zegt spr. Wat de watervoorziening betreft, zegt spr., dat het Rijk meent, dat één watervoorziening voldoende is. Doch aan regenwater is men hier over 't algemeen niet gewend. Om de kosten zijn er geen putten geslagen, al had spr. dat wel goed gevonden. De heer HAASKF.N geeft den wethouder in overweging om met den inspecteur ééns te gaan naar de woningen van de GriendtsveenMij. Want met den inspecteur is z. i. toch wel te praten ! De heer ENGELSMAN zal nog deze week aan dezen wenk voldoen. De heer VEENSTRA spreekt nog even over ce watervoorziening. Dit is onvoldoende, daar men maar heel weinig water kan opvangen, noordat de woningen zoo klein zijn. Als dit n.'tt wordt veranderd, dan zullen de menschen vooral in den zomer vaak zonder drinkwater zuten. Er behoeft niet bij iedere woning een put te komen. De heer REUVERS sluit zich volkomen bij c:eze woorden aan.
De VOORZITTER zegt, dat dit punt met den inspecteur zal worden besproken. De heer HORCH wijst op den korten levensduur van de weiwaterputten. De heer TEN NAPEL geeft den raad in geen geval putten van cementringen te maken, want die voldoen te eenenmale niet. Putten van turf zijn veel beter. De heer KROEZEN is juist van een andere meening. Over 't algemeen houdt hij meer van putten van cementringen, als de putten maar goed worden gemaakt. De heer MULDER acht het in enkele deelen van de gemeente af te raden om putten van cementringen te maken. Deze ringen zijn alleen goed in de za.idgedeelten, maar niet in het veengedeelte. De heer HORCH is het met den heer Mulder eens. De putten, waar spr. om heeft gevraagd, wil hij optrekken met turf, of men moet de cementringen zoo diep laten zinken, dat men .n de zandlaag komt. De heer HAASKEN is het volkomen eens met de woorden van den heer Mulder. Hierop wordt het voorstel van B. en W. z. h. st. aangenomen.
16. Benoeming leden stembureau voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer. Dit punt wordt even aangehouden. 17. Wijziging begrooting 1929. De voorgestelde wijzigingen worden z. h. st. goedgekeurd. 18. Reclames schoolgelden en aanslagen in de hondenbelasting. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt z. h. st. besloten. 19. Voorstel van B. en W. tot wijziging van het bestaand algemeen leerplan voor de openbare lagere scholen. Wordt aangehouden tot na de geheime vergadering. Verder wordt nog aan de agenda toegevoegd een Voorstel van B. en W. om aan het Oosting-Instituut te verhuren een perceeltje grond, liggende naast de eiermarkt, voor een huur van ƒ5. Dit voorstel wordt z. h. st. goedgekeurd. Hierop wordt de openbare vergadering gesloten. Na heropening nemen B. en W. punt 13 terug. Hierop komt punt 16 aan de orde. De leden van de stembureaux worden benoemd overeenkomsttig de door B. en W. opgemaakte voordrachten. Omtrent punt 19 (wijziging leerplan) wordt overeenkomstig het voorstel van B. en W. beDe heer SUL^I^N spreekt nog even over etp weg te Barger-Compascuum. De VOORZITTER zegt, dat men hieronw trent bezig is de gegevens te verzamelen. Hierna sluiting der vergadering.