In verband met de sinds het begin van het iaar eestegen kolenkosten hebben de electriciteitsbedrijven toestemming gekregen hun tarieven met één cent eer KW te verhogen, wat betreft de kleirtgebruikers. Voor de grootverbruikers was dit reeds eerder doorgevoerd.
Provinciale Drentsche en Asser courant
- 25-05-1949
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrechtelijk beschermd. Op dit object rust auteursrecht.
- Krantentitel
- Provinciale Drentsche en Asser courant
- Datum
- 25-05-1949
- Editie
- Dag
- Uitgever
- van Gorcum
- Plaats van uitgave
- Assen
- PPN
- 398540756
- Verschijningsperiode
- 1851-1962
- Periode gedigitaliseerd
- 2 juli 1870-30 december 1950
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Drents Archief
- Nummer
- 121
- Jaargang
- 124
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
Electriciteit wordt 1 cent per K.W. duurder
Generaal Spoor vannacht overleden Een op de handen gedragen commandant
Generaal Spoor, die zoals wjj gisteren hebben gemeld, plotseling ernstig ziek is geworden, is hedennacht om 12.15 uur plaatselijke t\jd overleden. Simon Hendrik Spoor werd in 1902 te Amsterdam geboren. Zijn vader, André Spoor, was jarenlang concertmeester van het Residentieorkest te 's-Gravenhage en vioolleraar aan het Haags Conservatorium. Generaal Spoor was dan ook een hartstochtelijk beoefenaar van muziek. Behalve dat was hij 'n uitstekend kenner der Franse letteren. Hij was een hards werker, die werkdagen maakte van 's ochtends zeven uur tot middernacht, met slechts een kleine onderbreking voor oe maaltijden Hij ontpopte zich als t en knap strateeg, die twee politionwe acties leidde. Befaamd werd de verovering van het vliegveld Maguwo bij Ljocja, door Nederlandse parachutisten in de morgen van de eerste dag der tweede politiele actie, welke geslaagde operatie generaal Spoor van een zich boven het vliegveld bevindend vliegtuig uit gadesloeg 'n welke actie gevolgd werd door de onmiddellijke bezetting van i .iocja. Een egercomman.
dant die èn door zijn Kwaliteiten als aanvoerder, èi, door zijn persoonlijke eigenscnappen door de troepen in Indonesië op de handen gedragen werd. Mevrouw Spoor, die juist in ons land vertoefde, is hedenmorgen per vliegtuig naar Indonesië vertrokKen.
Onze vertegenwoordiging in Duitsland
(Van een politieke medewerker) Nu de West-Duitse republiek een feit is geworden, rijst de vraag, hoe Nederland zal handelen ten aanzien van een diplomatieke vertegenwoordiging aldaar. Zolang Duitsland een militair bestuur heeft, is het vanzelfsprekend, dat de Nederlandse militaire missie gehandhaafd zal blijven. Maar ook, als er na de overgangstoestand van het ogenblik een Duitse regering zal zijn, kan Nederland, voorzover naar de huidige omstandigheden beoordeeld kan worden, geen burgerlijke vertegenwoordiging instellen, want het bezettingsstatuut reserveert de buitenlandse betrekkingen van Duitsland voor de bezettingsmogendheden. De oplossing, dezer aangelegenheid hangt thans nog in de lucht, omdat te Parijs ook
hierover overleg wordt gepleegd. De militaire missie blijft dus voorlopig in Berlijn gevestigd, al heeft het steeds verder doorvoeren van de demilitarisering het noodzakelijk gemaakt, oat een economische afdeling der missie in Frankfurt haar zetel kreeg, waar nu ook een Nederlandse consul gevestigd is, terwijl onlangs de heer Van Panhuys tot consul-generaal te Bonn werd benoemd. Als binnenkort de gallieerden 'hoge commissarissen zullen gaan benoemen, gaat het militaire karakter der bezetting grotendeels verloren. Immers zal de militaire bezetting dan geen bestuursbevoegdheid meer hebben en moet er noodzakelijk 'n splitsing komen tussen militaire bezetting en burgerlijk bestuur. Wellicht zal het dan nodig zijn onze militaire missie anders te betitelen. Doch een en ander hangt natuurlijk ten nauwste samen met de afloop der besprekingen welke thans te Parijs zijn begonnen.
Eerste Kamer had in begroting van Overzeese Gebiedsdelen een flinke kluif Welke plaats krijgt de West in de Unie ?
(Van onze parlementaire redacteur) Sinds de behandeling van de begroting van Overzeese Gebiedsdelen in de Tweede Kamer heeft zich een aantal belangrijke nieuwe feiten voorgedaan. Het was te verwachten, dat de Eerste Kamer, die Dinsdagmiddag de debatten over deze begroting begon, daaraan bijzondere aandacht zou schenken. De eerste spreker mr. J. A. Jonkman van de PvdA begon al dadelijk met een opsomming van de recente gebeurtenissen, die de oplossing van het Indische probleem beinvloeden Hij vroeg aan de minister, of Nederland alleen de deelgenoot van Indonesië in de Unie zal worden en of het niet wenselijk is opnieuw de WestIndische conferentie bijeen te roepen. Hij meende namelijk, dat dit niet alleen goed zou zijn met het oog op de Indonesische Unie, maar ook met het oog op het Koninkrijk nieuwe stijl. Voorts wilde mr. Jonkman weten, wie aan de Ronde Tafelconferentie zullen deelnemen. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat in Indonesië een voorconferentie gehouden zal worden. Doch als dat zo is, dan achtte de spreker ook een voorconferentie van allen, die Nederlands onderdaan willen blijven, op zijn plaats. Mocht deze niet bijeengeroepen worden, dan verdiende het volgens hem aanbeveling vertegenwoordigers van deze bevolkingsgroep tot de Ronde Tafelconferentie toe te laten, of althans adviseurs van de regering, die hun belangen in het oog houdt. Voorts bepleitte mr. Jonkman een snellere voorlichting van de Kamer over wat er in de Veiligheidsraad over Indonesië besproken wordt, r . i/ De PvdA blijft terste Kamer critisch-constructief tegenover de regeringspolitiek staan. Met de hoofdlijnen van het Indonesië beleid kan zij zich verenigen, vooral na de toelichting, die daarop gegeven is in de recente regeringsverklaringen en in de laatste rede van minister Van Maarseveen. Mr. Jonkman vestigde de aandacht op de drieërlei' verantwoordelijkheid van de regering, namelijk voor vrijheid, vrede en recht en ontkende, dat "elke verantwoordelijkheid van de Verenigde Naties uitgesloten zou zijn, al kunnen ook zij hun competentie te buiten gaan. Mr. C. G. J. D. Kropman (KVP) beperkte zich tot een korte beschouwing over Suriname en bepleite een snelle opbouw van dit land. Tot nu toe is er weinig gebeurd en men begint zich er reeds zorg over te maken, wanneer uitvoering gegeven zal worden aan het plan om Nederlandse boeren erheen te laten emigreren. De heer H. J. de Drcu (PvdA) vestigde er de aandacht op, dat er nog altijd ongerustheid onder de ambtenaren in Indonesië leeft. Wel is een rehabilitatie-uitkering verleend, doch hij achtte haar niet bevredigend. De toekomst van de betrokken ambtenaren is nu al zeven jaar lang onzeker. Het wordt dus zeker tijd, vond hij, dat de regering met een billijke oplossing komt. Hij wilde van de regering weten, of de oude ambtenaren de vrije keuze heben al of niet bij de nieuwe werkgever in dienst te treden en vond, dat er afvloeiingsbepalingen behoren te komen voor de ambtenaren, die niet onder de nieuwe heren willen dienen. De socialistische woordvoerder keurde burgerdienstplicht voor de ambtenaren af en verzette zich eveneens tegen de kortingen op de Nederlandse salarissen van hen, die Indische pensioenen genieten. De heer Molenaar (VVD) betoogde, dat er onrust heerst en gebrek aan vertrouwen in verband met de evacuatie van Djocja. Er is ook ongerustheid in de kringen van het Nederlandse bedrijfsleven. Hij zeide dat voorkomen
moet worden, dat men het vertrouweu in geheel Indonesië zou verliezen en de republikeinen niet zou winnen. Vervolgens gaf hij te kennen, dat 1: ij zich niet kon voorstellen, dat het afwijkend oordeel van dr Beel een verrassing voor de regering was. In de avondvergadering onderwierp de heer Kerstens (KVP) de gehele Indonesische politiek aan een beschouwing. Hij was niet zonder critiek en betoogde dat we erop zullen moeten staan, dat de wapenstilstand wordt afgekondigd en nagekomen. Onze soldaten kwam volgens hem grote hulde toe. Het eerste licht aan de horizon dat wijst op een komende overeenkomst, zouden we nooit hebben gezien zonder de moed en de offers onzer militairen. Degenen, die de politieke manoeuvre verwerpen behoren bereid te zijn het militaire alternatief ervoor in de plaats te stellen; dat betekent, dat er minstens 25000 man nieuwe troepen naar Indonesië moeten gezonden worden. Als men het maar tot een ronde-tafelconferentie kan brengen, dan hebben we een grote kans om tot zaken te komen. Tenslotte verklaarde spr. namens zijn fractie, dat zij zich achter de nieuwe koers der regering plaatst. De heer de Zwaan (CH) herhaalde de waardering die ook door andere spre kers was uitgesproken voor de heer Lovink, die zijn ambtelijke functie heeft willen opgeven om de hachelijke taak op zich te nemen dr Beel als HVK op te volgen. De heer de Zwaan gaf te kennen vertrouwen in de regering te hebben, niettemin achtte hij het gewenst, dat zij zich over bepaalde zaken duidelijker uit. O.m. stelt hij de vraag of de komende unie een reëele koninklijke unie zal zijn, met de kroon aan het hoofd. De heer Bierema (VVD) nam verschillende problemen die verband houden met de West-Indië politiek onder de loupe en verklaarde dat hem niet duidelijk was, wat de regering bedoelt met een zekere zelfstandigheid van Aruba en Curagao. Aruba wenste een zekere zelfstandigheid te verkrijgen, niet ten opzichte van Nederland, maar ten opzichte van Curagao. De heer van Santen (CPN) bereed het stokpaardje van zijn partij en bestempelde de houding van Amerika als imperialisme. Hg onderwierp verder de houding der verschillende partijen aan een beschouwing. Te kwart voor elf werd de vergadering verdaagd tot Woensdagochtend elf uur.
Door de geldsanering zijn vele studenten in Duitsland niet meer in staat
Door de geldsanering zijn vele studenten in Duitsland niet meer in staat hun studie te betalen. Evenals de studenten hier, proberen ook zij op alle mogelijke wijzen in hun levensonderhoud te voorzien. Een groepje studenten in Frankfort a. d. Main was zo gelukkig een baan ais sandwichman te veroveren. De sandwich-men lopen met grote reclameborden langt de ruïnes van FrankfoK
Rijkspolitie liquideert illegale organisatie van ex-N.S.B.'ers Lijst met duikadressen, toto's van Hitier en Mussert en kas met f 11.- in beslag genomen
Opnieuw heeft de rijkspolitie, gewest Amsterdam een einde weten te maken aan pogingen om een vereniging van oud-NSB'ers te formeren. Ditmaal was de hoofdzetel in Driebergen nabij Utrecht en ging de actie uit van oud-officieren van de Nederlandse Arbeidsdienst. Er bestonden echter nauwe contacten met Frans ^e Jong wonende aan de Leliegracht te Amsterdam, in wiens huis destijds tot h-lp aan politieke delinqenten „wij moeten helpen" haar hoofdkwartier had.
Oud N.A.D.-officieren als organisatoren De organisatoren van deze nieuwe „sub" vereniging waren Wim Koelman uit Driebergen en een zekere Pauw uit Maartensdijk. De moeilijke omstandigheden waaronder verscheidene vroegere leden van 't kader van de N.A.D. op het ogenblik verkeren, hadden hen er toe gebracht een soort comité te stichten, teneinde gelden in te zamelen en contacten te leggen tussen werknemers en werkgevers. In het begin van dit jaar is in een groot restaurant in de hoofdstad een bijeenkomst gehouden, waarin de plannen zijn besproken en de mogelijkheden overwogen. Er is toen contact gezocht met de Jong en een zekere Dronkers, die op een later in de middag in een café aan de Leliegracht gehouden nieuwe bijeenkomst een speech van een half uur heeft gehouden. Het optreden van de rijkspolitie in Februari van dit jaar, waarbij o.m. de Jong, Dronkers en Werenstein werden aangehouden, gooide de plannen in de war. Verscheidene mensen, die aanvankelijk wel mee wilden dóen, werden bang en van financiële bijdragen kwam niet veel. Politie sloeg tijdig toe De plannen werden evenwel op een laag vuurtje warm gehouden en juist dezer dagen zou opnieuw tot fictie worden overgegaan. Eergisternacht
heeft daarom de rijkspolitie een inval gedaan zowel bij Koelman in Driebergen, als bij Pauw in Maartensdijk. Een groot aantal foto's van Hitier, een portret van Mussert en een uitgebreide correspondentie tussen de leden van het comité onderling werden in beslag genomen. Ook kas, inhoudende de somma van f 11.—, viel de politie in handen. Dit bedrag, dat wel bewijst, dat het succes tot nog toe niet groot is geweest, heeft men maar gelaten waar het was. De portretten van „der Führer" en „de leider" heeft de politie echter maar meegenomen. Verscheidene onderduikers gegrepen De belangrijkste vondst was evenwel een liist van mensen, die voor hnln in aanmerking kwamen. Versehe'denen van hen worden nog steeds gezocht, hetzij omdat zij uit een kamn wisten te ontsnappen hetzii om andere redenen. Doordat de lijst ook hun onderduikadressen bevatte, konden zij onverwijld worden ingerekend. Hieruit blijkt opnieuw dat het uiteindelijk doel van de vereniging was hulp te verlenen aan mensen, die nog bij de Justie in het krijt staan. Van de zijde van de rijkspolitie deelde men ons mede, dat met het oprollen van deze vereniging in status nascendi waarschijnlijk definitief een einde is gekomen aan alle pogingen van vroegere N.S.B.-ers om opnieuw enige organisatie in het teven te roepen.
's Mensen theoretische gedragsregelen ziin
's Mensen theoretische gedragsregelen ziin gebaseerd op de Christelijke moraal, doch slechts weinigen gehoorzamen daaraan
Zij die vielen
De Regering maakt bekend, dat tot haar leedwezen de volgende verliezen in Indonesië zijn gerapporteerd: Koninklijke Landmacht: Gesneuveld 10 Mei 1949: Sold. M. Lunshof uit Voorburg. Gesneuveld 11 Mei 1949: Huzaar le kl. G. A. Hamel, uit Rotterdam. Gesneuveld 12 Mei 1949: Huzaar le kl. J. C. van Hensbergen uit De Bilt; Sold. H. J. Hunnego uit Delft; Sold. le kl. H. Mannes uit Apeldoorn; Sold. S. J. Laven uit Kerkrade; Serg. J. M. J. Nieuwenhuis uit 's-Gravenhage; Sold. J. W. Scheffer uit Leiden; Sold. P. M. H. Schmitz uit Roermond; Sold le kl. C. M. A. Witjes uit Nijmegen. Gesneuveld 13 Mei 1949: Sold. J. H. Wieringa uit Enschede. Koninkiyk Ned.-Ind. Leger: Gesneuveld 11 Mei 1949: Sergt.maj. instr. cav. A. Horrocks uit Indonesië. ■ Gesneuveld 18 Mei 1949: Sold. 2e kl. L. J. Kasek uit Indonesië; Serg. inf. G. A. H. van Hutten uit Arnhem.
HEMELVAART
,Wat staat gij daar en ziet op naaide hemei". Kunt gij het nog, lezer, om stil te staan in het leven en op te zien naar den hemel? 't Lijkt een dwaze vraag. Heel dit razende leven is immers op de zg. „werkelijkheid" gericht, wij jachten voort, wij zien „vooruit", wij richten onze aandacht op wat er „gabeuren" moet en er moet veel „gebeuren", stel je voor, dat je stil zou staan om op te zien naar de hemel. Stil staan, ja, dat doen wij nog een enkele keer, als wij iets zien, dat ons oog boeit, dat ons trekt, iets, waarvan wij voelen: dat is mooi. Is het een vogel, die fluit, een kind, dat speelt, een bloeiende boom in Uw tuin? Maar wie, die zichzelf respecteert, zal er stilstaan in het leven, om op te zien naar de hemel? Ja, natuurlijk, daar in een sterrenhemel en hij boeit ons eindeloos. Er zijn mensen — en zij zijn er altijd geweest — voor wie de sterrenhemel a.h.w. hun geloof is. Daar vinden zij de majesteit en het mysterie, waarvoor zij buigen, daar vinden zij de leiding in het ondoorgrondelijk heelal. Maar zo bedoelen wij het niet. En zo bedoelen de Engelen het niet, als zij vragen met die woorden, die hierboven staan: „Galilese mannen, wat staat gij daar en ziet op naar den hemel?" Want de hemel, ja, wat is dit eigenlijk? Is het een plaats? Is het „boven de sterren"? Gaan wij er allen naar toe? Of juist niet naar toe? Prof. Adolf Keiler schrijft in zijn boekje: de onbekende God ergens leeg is, helaas, deze hemel voor millioenen oogen geworden, die hulp zoekend omhoog zagen. In de kampen van de Siberische houthakkers knielen 's nachts onder de sterren duizenden en zoeken den hemel af naar troost, naar een eeuwige glans, naar een lichtglimp om bijstand. Als de wachtpost hen daarbij ontdekt, dan drijft hij dit zoeken en geloven er met de geweerkolf uit en verzekert met nadruk, dat de hemel werkelijk leeg is". Is het illusie, het geloof in de hemel? Gelooft U in een hemel.. ? Als ik aan de hemel denk — dus in die godsdienstige zin, waarin wij dit bedoelen — dan denk ik altijd aan Vondel. Want een dichter kan de duigen vaak beter zeggen dan een gewoon mens. Wie is het, die zo hoog gezeten, Zo diep in 't grondeloze licht, Van tijd noch eeuwigheid gemeten, Noch zonder, zónder tegenwicht, Bij zich beslaat....? Neen, lezer, dan denk ik niet aan een bepaalde plaats, maar aan de grootheid en majesteit en heerlijkheid Gods, waarvan Vondel zegt, dat „wij met vleuglen d' ogen dekken voor aller glanzen Majesteit" In de hemel daar is God. En als ik in Hem geloof, ja, dan kan ik denken aan de hemel, ook al „schort het ook mij aan begrip en stem", wanneer ik Hem zou moeten beschrijven. En nu wordt het toch niet zo'n rare vraag: staat U wel even sty, om op te zien naar de hemel? En dan weet ik toch wel", dat terwijl de wereld voortraast, er altijd zulke, gezegende!, mensen zijn en zullen zijn. Hebt U ze nooit ontmoet bij oude mensen, die milde wijsheid en stille vroomheid, die bij aile strijd, die er is geweest, zo dankbaar terug en zo gelovig „omhoog" kan zien? De wereld raast „vooruit", een gelovig mens blikt „omhoog", ja, ik geloof, hierin moet je elkaar verstaan, dit kun je niet meer „uit-leggen". Weet U, wat voor mij de troost van „Hemelvaart" is? De „christelijke kerk" — en nu neem ik even aan, dat U, die dit leest, al is het misschien nog zo vanuit de verte, ergens toch nog tot die „christelijke kerk" hoort — zij staat in haar geheel, in al haar vormen en verschijningen, met al haar tekortkomingen en fouten, vanuit al haar aardse strijd en leed op de Hemelvaartsdag naast die 11 discipelen, aan wie die vraag gesteld wordt: „wat staat gij daar en ziet op naar de hemel? Deze Jezus, die van U opgevaren is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen, als gij Hem ten hemel hebt zien varen". En nu ga ik er niet met U over praten, hoe wij ons dit dan voor moeten stellen. Dat interesseert mij eigenlijk niet zoveel. Ik weet, dat de christelijke kerk, waarin ik sta ik — en ik voel dit als een staan „mag" — opziend naar de hemel, van God verwacht alle uitkomst, alle leiding, alle troost, de komst van dat Koninkrijk, dat niet van deze aarde is en waarin deze aarde toch een plaats heeft en waarvan Jezus Christus ons gesproken heeft. Hij, die op deze aarde onder ons geweest is, onzer een, maar van Wi»n wij weten — en wat maakt dat sterk — dat Zijn naam is boven alle naam — Hij is opgenomen in de hemel, waar God is en Zijn Koninkrijk, waarin de Liefde alles zal zijn, verwacht ik. Dat zegt Hemelvaart. Wij zijn maar o, zo gewone mensen. En wij zijn allen „uit de aarde aards". Maar God geve ons een beetje hemelvaartsgeloof. Om uit te leven. En als moet, te sterven. Ds. F. H. van Aalst
Voor Februari zullen 30.000 militairen repatriëren In geen geval zal het demobilisatie-schema wijzigingen ondergaan
„Wat er ook moge gebeuren, het onlangs gepubliceerde demobilisatie-schema voor de troepen in Indonesië zal niet meer worden veranderd", aldus heeft kolonel G. Pru^js, directeur voor de demobilisatie der Koninklijke Landmacht in Nederland verklaard. Deze positieve verklaring is niet een belofte als al die andere inzake demobilisatie en aflossing, welke onder de dwang der omstandigheden niet konden wor. den nagekomen. De regering en de legerleiding zijn er vast van overtuigd, dat de troepen, die nu reeds meer dan twee jaar in de tropen dienen, naar huis moeten. Technisch staat er niets in de weg om binnen de komende 8 maanden 30.000 man naar Nederland over te brengen.
Scheepsruimte is voldoende aanwezig en ook de capaciteit van het demobilisatie-centrum is groot genoeg om de stroom van demobilisanten van Juli tot December, 2.000 per maand en later meer, te verwerken. Binnenkort zal nabij Amersfoort een nieuw demobilisatiecentrum worden gebouwd, een barakken kamp. waardoor de demobilisatie nog vlotter en soepeler zal verlopen. De demobilisatie van de troepen in Indonesië staat weliswaar in nauw verband met de politiek der regering, maar wordt uiteindelijk toch geregeld, door de legercommandant in Indonesië, die de verantwoordelijkheid draagt voor de levens van alle militairen en burgers in de archipel, aldus kolonel Pruys. Het gepubliceerde demobilisatie-schema is dan ook opgesteld na langdurig overleg met de legercommandant in Indonesië. Een snellere demobilisatie is niet mogelijk. Het plotselinge vertrek van legeronderdelen,
die niet vervangen worden, zou de veiligheid der achterblijvers in gevaar brengen. Er wordt dus opgerekend. dat de vertrekkende troepen vervangen zullen worden. Drie pCt. der demobilisanten vond nog geen werk .,Ik ben persoonlijk nogal optimistisch gestemd ten aanzien van de arbeids-mogelijkheden voor de mobiliserende militairen." verklaarde kolonel Pruljs. Er zullen echter tal van moeilijkheden zijn en de hulp van het gehele Nederlandse volk zal daarom nodig zijn om de teruggekeerde soldaten weer in het arbeidsproces op te kunnen nemen. Kolonel Pruys was de mening toegedaan, dat de demobilisanten op de een of andere manier in staat gesteld moeten worden om op de arbeidsmarkt te concurreren met hun jaargenoten, die niet ln Indonesië hebben gediend. Het verloop van de demobilisatie der Koninklijke Landmacht is tot nu toe bevredigend. Van de 23.350 soldaten, die tot Maart 1949 zijn gedemobiliseerd had den 733 (3 procent) in April nog geen werk gevonden. In totaal werd ongeveer 1.5 millioen besteed voor militaire overbruggingsuitkeringen (inclusief marinepersoneel): uitkeringen langer dan dns maanden kwamen sporadisch voor. 1.016 militairen zijn in opleiding cp de rijkswerkplaatsen om een vak te leren of omgeschoold te worden Voor vakstudies werden 716 van de 827 aangevraagde studietoelagen toegekend en 72 van de 97 voor middelbaar en hoger onderwijs. Bedrijfscredieten en wachtgelden in eens werden in 150 gevallen verleend
en bij bedrijfs- en vestigingsvergunningen konden 173 demobilisanten met succes worden geholpen. Ondertussen is er immers wel iets ver anderd in ons land. Daarom moet de militair in Indonesië aldus kolonel Pruys het aanbod van een goede betrekking niet zonder meer afwijzen. Bovendien ziet de sociale dienst er op toe, dat de demobilisant geen domme dingen doe». Men verleent hem een klein zakenverlof van zes maanden om zich in te werken in de Indonesische burgermaatschappij. Lukt het niet. dan kan hij altijd nog met een troepenschip naar Nederland terug. Emigratie naar Australië Binnenkort zullen de soldaten in de gelegenheid worden gesteld om rechtstreeks van Indonesië uit naar Australië te emigreren. Te Batavia zijn hierover besprekingen gevoerd waarbij kwam vast te staan, dat de Australische regering maximaal 5.000 Nederlandse emigranten uit Indonesië wil opnemen Niet alleen voor de landbouw doch ook losse arbeiders Het is echter niet waarschijnlijk. dat vele militairen van deze mogelijkheid gebruik maken. Voorlopig krijgen alleen ongehuwden toestemming om uit Indonesië naar Australië te emigreren en ook van deze groep zal het grootste deel na al die jaren van scheiding hun familie in het vaderland eerst weer willen zien. De herhalingsoefeningen die de uit Indonesië komende militairen na hun demobilisatie nog eens zullen moeten meemaken. moeten beschouwd worden als 'n noodmaatregel, die een vacuum moet overbruggen. Er zal een eind aankomen zodra de vergrote lichtingen een ruimer aantal troepen in Nederland zal opleveren De lichtingen '41 tot en met '44 moeten niet geschikt geacht worden voor operatieve doeleinden. De jongemannen van die lichtingen zouden vrijwillig dienst moeten doen bij de Nationale Reserve,
Mr. Urip, procureur-generaal in Indonesië
De Procureur-Generaal in Indonesië, Mr. H. W. Felderhof, zal eind Juni naar Nederland vertrekken. Tot zijn opvolger is benoemd Mr Urip Kartodirdjo, lid van het hooggerechtshof van Indonesië. De heer Urip was o.a. lid van de Nederlandse delegatie, die in November 1947 de vergadering van de Unesco in Mexico City heeft bijgewoond. Hij is -ice.voorzitter van de PRIS, de federale politieke partij. Aanslag nabij Djogja kost negen militairen 't leven Zondagmorgen 9.00 is even ten noorden van Djogja een pantserauto op een trekbom van 250 kg gelopen. Van de negen inzittenden werden acht gedood en éér gewond. achter de pantserauto rijdende brencarrier werd beschoten, waarbij één militair werd gedood. Gedood werden een kapitein, een sergeant-majoor, twee korporaals en vijf soldaten. De begrafenis heeft Maandag op het ereveld te Semarang plaats gehad. Communistische troepen in Sjanghai Hedenmorgen vroeg zijn de door communisten geleide troepen Sjanghai, het grootste handelscentrum van China, binnengetrokken. Onder het lossen van schoten in de lucht drongen zij door in de Franse concessie, welke zij op vreedzame wijze begonnen te bezetten. Elders in de buitenwijken was nog kanongebulder hoorbaar. De nationalistische troepen leverden achterhoedegevechten. Het binnentrekken der communisten begon enkele uren nadat duizenden manschappen van de nationalistische verdediging, onder dekking van de luchtmacht, ten Noorden uit de stad waren ongetrokken naar Woesoeng.