Provinciale Drentsche en Asser courant

door 1. D. VAN EXTER

13. Pim, Pam en Pom hebben de richting die het bor d aangaf, gevolgd en staan even later voor een groot hek. Een grote pijl wijst naar de erepoort, die er staat opgesteld. En boven op die poort staat met grote letters: LUILEKKERLAND. Werklieden zijn nog druk bezig om de laatste hand aan de versieringen te leggen. „Nou, hier is het" roept Pim vrolijk. „Wetsnavel, jé hebt toch gelijk!

Kom, laten we naar binnen gaan". Maar, dat is niet z0 gemakkelijk! Een woedende portier komt °P hen afgestormd. „Hé, hé, dat gaat zo maar niet! Kunnen jullie niet lezen? Kinderen zonder geleide worden niet toegelaten. En, bovendien zijn we nog niet eens geopend. Morgen openen we om 12 uur en geen minuut ëerder!"

Redacteur: Max Douwes, Korreweg 34, Groningen. OpiossiiQ; 110. 270 (Koops). Zw.: 8, 9, 17, 22, 27/29, 36. W.: 24, 33, 37/39, 45, 48, 50. Ietwat traditioneel wint wit door enige tempo-principes: 37-31, 39-34, 38-32, 50-44, 48-43, 45x32. Kampioenschap van Groningen. De wedstrijden om het persoonlijk kampioenschap van de provincie Groningen zijn weer gaande, en hebben, zoal3 men heeft kunnen lezen, een bijzonder spannend verloop. In de kopgroep wordt een verbitterde strijd geleverd door bekende figuren als de

Appingedammers Blokzijl, Dijkstra, Vonk en de Groningers Zindhann, Dousma, Seldentuis. Doch ook een nieuweling als Noorman weert zich geducht, en al deze factoren maken op het ogenblik dat wij dit schrijven de einduitslag nog in hoge mate dubieus. Teleurstellend zijn de prestaties van de oud-provinciaal kampioen J. Wagter, die zich momenteel in de middenmoot bevindt; een plaats die lager is dan waarop hij krachtens zijn capaciteiten recht heeft. Hij schijnt echter niet geheel in vorm te zijn, getuige ook bepaalde blunders die hy heeft uitgehaald, waardoor gewonnen standen voor hem remise of zelfs verloren

gingen, zoals in onderstaande stand uit de eerste ronde: Zw.: (J. Wagter): 2, 6, 8, 11/13, 15/ 20, 24. Wit: (G. Smit): 26, 28, 29, 31, 33, 35, 36, 38, 40, 42, 43, 45, 48. Door prachtig positiespel had zwart bovenstaande stand bereikt, waarin hij groot voordeel had, en waarin hij vervolgde met het winnende (20-25)! x (15x24)! Immers op 31-27 volgt nu (17-21) x (12x23); en op 42-37 of 43-39 volgt (24-29), met (17-21) na; in beide gevallen met schijfwinst. Tenslotte volgt op 40-34 : (18-23)!! 38-32A (2429) x (x) x 19B (x) x (24-29) x (12-18) x 3 gedw. (2-7) x (x) met winst. B: x 34 (23-29) x (12-18) x 3gedw. (1319) x (x), wint'. A: 45-40 (x) x <2430) x (x) 27-21 (x) x (12-18), met schijfwinst voor zwart. Om deze redenen koos wit in de cijferstand uit al deze kwaden het minst kwade: hij speelde 42-37, om na (24-29) x (x) x (17-21) x (x) met 31-26 (x) x 37 nog enige positionele compensaties te verkrijgen. Zwart zag nu deze kleine combinatie wel, doch meende, dat hij hierdoor geen schijfwinst kon krijgen — een blunder dus, die eigenlijk op een telfout berustte! Hij speelde (18-23) ? ? waardoor het remise werd. Uit de kopgroep geven wij nu nog een aantrekkelijk en spannend partijtje; ongeanalyseerd. Wit: J. Zinkhann, Groningen; Zwart: J. W. Kamps, Groningen. 34-30 (17-21) 40-34 (21-26) 30-25 (11-17) 31-27 (17-21) 33-28 (711) 39-33 (12-17) 37-31 (x) x (1-7) 31-26 (18-22) x (x) 47-42 (9-13) 4540 (13-18) 36-31 (7-12) 41-36 (8-13) 44-39 (2-8) 34-30 (19-23) x (x23) x (x) 31-27 (x) x37 gedw. (21-27) x (x27) 46-41 (11-16) 37-31 (17-21) x (x) 40-34 (12-17) 30-24 (x) x24 (1318) 41-37 (6-11) 37-32 (4-9) 50-44 (5-10) 34-30 (9-14) 30-25 (8-12) 3328 (3-8) x (x) 39-33 (17-22) 33-28 (x) x (x) 44-39 (x) x (x) x en na een aantal onbelangrijke zetten gaf zwart zich gewonnen. Een fraaie en elegante motiefbewerking in natuurlijke stand vormt het probleem van deze week. De auteur heeft hierin met weinig schijven iets weten te zeggen; aan onze lezers is het nu, deze klanken te verstaan! No. 271. W. Njjenhuis, Hellendoorn.

Zw. (10 sch.):7, 9, 17, 18, 21, 22, 27, 28, 30, 35. W. (10 sch.): 16, 24, 29, 38, 39, 44, 45, 47, 49. Wit speelt en wint.

[ door H. VAN DIJK J

't Is kienderbeddegustied! Now muj óe gaw uuttrekken en dan zal Geertien, die al een warm kannechien op bedde legd hef oe mooi in 't lekkere nussien stoppen." Hendrik was al wat dommelig In z'n hoofd geworden van slaperigheid en kon zijn ogen niet al te best meer open houden. Jan wilde nog wel graag een poosje op blijven, maar maakte toch gewillig aanstalten om zich uit te kleden en als een gehoorzame jongen naar bed te gaan, waarmee hij nog meer haast maakte, toen zijn vader zei: „Dan kriej allebeide eerst nog een plukkien van de lekkere krentewegge, die 't kleine poppien mitebracht hef." Nu, krentewegge, dat kun je begrijpen, die lustten ze allen heel graag en daar konden ze nog al eens op getracteerd worden, want 't kleine poppien had de eerste dag de beste al een daalders krentewegge meegebracht en omdat Roelof en Annechien van weerszijden een grote familie hadden, was 't wel eens voorgekomen, dat ze bij de geboorte van een kleine tien grote krenteweggen gekregen hadden. Met graagte werd het lekkere krentebrokkien verorberd en toen legden ze beiden hun uitgetrokken kleren netjes opgevouwen op een stoel. Orde en regel moest er zijn in zo'n grote huishouding en daar mankeerde het ook niet aan in 't gezin van Roelof en Annechien. Geertien nam kleine Hendrik op dc arm en ging met hem naar de bedstede van moeder. „Nacht moewder", zei Hendrik „Nacht, mlen besslen, krieg ik nofc een smokkien van oe?" zei Annechien. Zo'n grote jongen van al bijna acnt jaar, die schaamt zich daar wel jea beetje voor, maar in 't donker boek}»

van de bedstee, waar niemand hem zag, vond hij het toch maar wat mooi om zijn moeder een dikke smok te geven. Na een „nacht ülema&l" stopte Geertien hem in 't warme nestje, dekte hem toe, schoof de bedgordijnen wat op zij en liet de beddedeuren op een gloepien staon. Jan fluisterde zjjn vader wat in 't oor. Ook Jan wou, evenals zjjn broertje Hendrik, zijn moeder een kus ge ven, voordat hij slapen ging en daarbij: Mocht hij de kleine poppe nog eens even aalgien geven over dat kleine, zachte gezichtje? Nu, dat kon niet al te best, want 't poppien sliep en zou dan wakker wirden. Hij mocht wel eventjes in de krubbe kieken. Heel 'voorzichtig en stil hield hij zich aan de rand van de kribbe vast en keek met alle aandacht naar t. slapende poppien. Toen Jan daarna zijn mondje stijf tegen Moeders wang drukte en „genacht" wenste, zei Annechien met een van aandoening trillende stem: „Jan, liejvertien, bin ie zo bliede mit 't kleine breurtien ?" en toen hij daarop zonder aarzelen met een volmondig „ja!" antwoordde, straalde moeders gezicht van geluk en naar Roelof kijkend voegde zij er bij: „O, mien beste jongien, ikke en oen vader viendt 't kleine poppien ook zo'n liejvien en bint er toch zo bliede mee." „Nacht Jan!" ,-,Nacht moewder!" en Jan in esn wipje van 't éne bed af en 't andere bed weer op. Na intussen nog even „nacht allemaole!" geroepen te hebben, wat nagenoeg in 't koor met „nacht Jan" beantwoord werd, dekte Geertien hem ook warmpjes toe en geen vijf minuten later sliepen alle kinderen als rozen,

Trientien, het meitien, ging zachtjes op de tenen naar 't voorste bed en zei: „Annechien, de eerappels hew schone, zak nog maar ies een poossien hèn Hillechien gaon?" „Och, maagien," zei Annechien zachtjes, ,,'t slöt net half negen. Now is 't al kwart aover zeuven nao tieo, dan wördt het zok nachtwark, is 't niet?" Maar toen Trien tien vertelde, dat ze met Hillechien wilde afspreken om tweede Kerstdag samen uut scheuvellcpen te gaon, mocht ze wel, als ze maar zorgde veur beddegustied terug te zijn. Tegelijkertijd, dat Trientien met Annechien stond te praten, vroeg Klaas, het onderknechien: „Roewlf, zak nog maar even hèn de Kuuz'u gaon um mi'j te laoten scheern?" „Och, jonge," zei Roelof, „ieje hèn de scheerbaos, ie heb jao nog niet iejns gien baord! Gaot maar mit Trientien mee naor Hillechien, dan kuj glieke weerumme koom'n, waat aw naor bedde gaot, zet ik gien stoewl veur de deure, maar doe d'r de stikke op. Now muj 't zölf maar weten. Ai weg wilt dan zeg ik „Vurt maar, 't ruumt op!" Geert, de bovenknecht, lachte en 't onderknechien, da' wel wist, dat Roelof het niet zo kwaad meende, stapte gauw op Trientien achterna. „Ie mut Klaos niet zo beschaamd maken, Roewlf," zei Annechien. „Ie weet dattie een oogien op Hillechien hef en mit Trientien meewol. Laot ze v/at verdiverdering hebben, wi'j bint ook jonk ewest." t.Ja," lachte Roelof, „dat haak ook in de gaten en daorumme zèè 'k jok, dattie maar mit Trientien mee mus gaon, maar dan mussie niet proot'n van naor de Kuuz'n en hèn scheer'n gaon." Omdat ze het bij Roelofs volk wat krap mit de slaoperi'je hadden, ging Geertien, die vlakbi'j in de buurte woonde, nadat ze eerst gevraagd had of ze nog wat voor Annechien kon doen, ook naar huis en bleven alleen Roelof met Geert, de bovenknecht, in de keuken over. XWordt vervolgd)

Voorjaar I —Neem NU een lichtlopend YAHKEE rijwiel Verkrijgbaar in tour-, sport-, kinder-, transport■ en dienst• model (Advertentie)

HILVERSUM I, 402 m 8.00 KRO — 9.30 NCRV — 10.00 IKOR — 12.00 NCRV — 12.15 KRO — 17.00 NCRV — 19.45—24.00 KRO. 8.00 Nieuws. — 8.15 Gram.pl. —. 8.25 Hoogmis. — 9.30 Nieuws. — 9.45 Gram.pl. — 10.00 Prot. kerkdienst. —« 11.30 Gram.pl. — 12.15 Apologie. —. 12.35 Het heilig jaar in Rome. — 12.55 Zonnewijzer. — 13.00 Nieuws. — 13.20 Omroeporkest (ca. 13.50 „Uit het boek der boeken") — 14.20 Voordracht. — 14.30 Vocaal kwartet en cello. — 15.00 „Katholiek overleg." —. 15.25 Trio. — 16.10 „Katholiek thuisfront overal." - - 16.15 Reportage. —« 16.30 Vespers. — 17.00 Geref. Kerkdienst. — 18.30 Gram.pl. — 19.00 Strijkkwartet en solist. — 19.15 „Kent gij uw bijbel?" — 19.30 Nieuws. —• 19.45 Pater Lombardi spreekt. —. 20.05 De gewone man zegt er 't zijne van. — 20.12 Gevarieerd programma, — 22.45 Avondgebed en liturgische kalender. — 23.00 Nieuws. — 23.15— 24.00 Gram.pl. HILVERSUM n, 298 m 8.00 VARA — 12.00 AVRO — 17.00 VARA — 19.00 IKOR — 20.00—24.00 AVRO. 8.00 Nieuws. —. 8.15 Postduivenberichten. — 8.20 Gram.pl. — 8.30 Voor het platteland. — 8.40 Voor de gerepatrieerde militairen. — 9.00 Vacantie-tips. — 9.15 Verzoekprogramma, — 9.45 „Geestelijk leven", causerie. —« 10.00 Viool en piano. — 10.30 „Met en zonder omslag." — 11.00 Kinder- en meisjeskoor. Hierna eventueel: postduivenberichten. — 11.15 Cabaret. —. 12.00 Kinderkoor en voordracht. —• 12.30 Voor de jeugd. — 12.40 Orgelspel. — 13.00 Nieuws. — 13.20 Lichte muziek, -t- 13.50 „Even afrekenen, heren." — 14.05 Boekbespreking. —« 14.30 Kamerorkest en solist. — 15.30 Filmpraatje. — 15.45 Mannenkoor. — 16.05 Gram.pl. — 16.30 Sportrevue. — 17.00 Accordeonorkest. — 17.20 Mannenkoor. — 17.40 „De avonturen van ome Keesje." — 18.00 Sport. — 18.15 Nieuws. — 18.30 Voor de Strijdkrachten. — 19.00 Kinderdienst. — 19.30 Bijbelvertelling. — 20.00 Nieuws. — 20.05 Populair concert. — 20.45 „Het houten paard", hoorspel. — 21.20 Pianorecital a Quatre Mains. — 21.40 Cowboyliedjes. — 22.00 Actualiteiten. — 22.15 Vrouwenkoor. — 22.35 Amusementsmuziek. — 23.00 Nieuws. —. 23.15 Reportage. — 23.25—24.00 Gramofoonmuziek. MAANDAG 15 MEI HILVERSUM I, *02 m 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws. — 7.15 Gewijde muziek. — 7.45 Een woord voor de dag. — 8.00 Nieuws. — 8.10 Sportuitslagen. — 8.20 Gram.pl. 9,15 Voor de jonge zieken. — 9.30 Waterstanden. —. 9.35 Familiecompetitie. — 10.10 Gram. pl. — 10.30 Morgendienst. — 11.00 Gram.pl. — 11.20 Voordracht. — 11.40 Pianorecital. — 12.10 Gram.pl. —. 12.33 Gram.pl. — 13.00 Nieuws. —. 13.15 Orgelconcert. — 13.45 Gram.pl. — 14.00 Schoolradio. I— 14.35 Gram.pl. — 15.00 Cembalo-gezelschap. — 15.30 Blaaskwintet en piano. — 16.00 Bijbellezing. — 16.45 Gram.pl. — 17.00 Voor de kinderen. — 17.15 Amusementsmuziek. — 17.45 Vocaal kwartet. — 18.05 Voor de jeugd. — 18.20 Sport. — 18.30 Koor en solisten. —• 19.00 Nieuws. — 19.15 Engelse les. — 19.30 Gram.pl. — 19.40 Radiokrant —• 20.00 Nieuws. — 20.05 Gram.pl. —. 20.15. Strijkorkest en soliste. — 21.00 „Johann Sebastian Bach", hoorspel. — 22.00 Gram.pl. — 22.15 Intern. Ev. commentaar. — 22.25 Dubbel mannenkwartet. — 22.45 Avondoverdenking. — 23.00 Nieuws. — 23.15—24.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM II, 298 m 7.00 VARA — 10.00 VPRO — 10.20—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. — 7.15 Ochtendgymnastiek. — 7.30 Gram.pl. — 8.00 NieiAvs. — 8.15 Orgelspel. — 8.45 Gram.pl. — 10.00 „Voor de oude dag" causerie. — 10.05 Morgenwijding. —• 10.20 Gram.pl. — 10.30 Voor de vrouw — 10.45 Voor de zieken. — 11.20 Sopraan en piano. — 11.40 Voordracht. — 12.00 Gram.pl. — 12.33 Voor het platteland. — 12.38 Kwartet. — 13.00 Nieuws. — 13.15 Dansorkest. — 13.50 Gram.pl. — 14.00 Pianovoordracht. —• 14.30 Populair-wetenschappelijke causerie. — 14.45 Gram.pl. — 15.00 „Christopher Blake", hoorspel. —16.25 Gram.pl. — 17.00 Voor de jeugd. —• 17.30 Gram.pl. — 17.45 Regeringsuitzending. — 18.00 Nieuws. — 18.15 Vara-varia. — 18.30 Gram.pl. — 18.30 Voor de Strijdkrachten. — 19.00 Zang — 19.15 Gram.pl. — 19.25 Alt-saxofoon en piano. — 19.45 Regeringsuitzending. — 20.00 Nieuws. — 20.05 Actualiteiten. — 20.15 Sextet. — 20.45 Cabaret. — 21.20 Toespraak door Z.E. mr dr J. in 't Veld. — 21.23 Dansmuziek. — 21.45 Boekbespreking. — 22.00 Radio Philharmonisch orkest en solist. — 23.00 Nieuws. — 23.15—24.00 Gram.pl. De Regionale Omroep Noord ZONDAG 14 MEI. 6.00 Sport van vandaag. — 6.30 Hobo en piano. —• 6.55 Sportuitslagen. MAANDAG 15 MEI. 6.15 Sportpraatje. — 7.45 De Stem van het Noorden,

Een tijd geleden dwaalde ik rond op een schilderijententoonstelling-, Alweer — zult U zeggen en ik moet antwoorden: inderdaad. Ik ben nu eenmaal van mijn prille jeugd gecharmeerd van schilderijen. Er loopt trouwens een picturale streek door mijn voorgeslacht; zoiets komt in de beste families voor. Maar afgezien van die erfelijkheid heb ik nog een speciaal zwak voor schildert en-exposities. Ten eerste hangen de doeken rustig op hun plaats en laten zich daar ook kalm bekijken in het volle licht. Zij flitsen niet mef- bliksemvaart voorbij op een wit doek, zij komen niet dreigend op U af of vervagen in een of andere nevelige situatie, waaraan U nauwelijks kop of staart hebt vastgemaakt of zij verschieten alweer tot een geheel verschillend beeld. Zij hangen daar in de gloeiende weelde van hun kleuren of de weemoedige tederheid van hun grijzen en mauven en hebben iets van de eeuwigheid in hun verf en linnen gevangen. Zij boeien U niet door de importantie van hun onderwerpen, want een gerookte bokking op een oude krant kan oneindig magistraler indruk teweegbrengen dan het P or tret van douairière A. tot Z. Voorts omgeven zij zich met een weldadige stilte. De versterker met gramofoonplaten vergiftigt ons overal het leven ,behalve in de expositiezaal. Daar knistert hoogstens een catalogus en de bezoekers lopen met behoedzame stappen en fluisteren. Sommigen, vermoed ik, omdat zij overweldigd zijn door wat zij zien, en anderen, omdat zij van al het afgebeelde geen steek begrijpen maar dat voor nog zoveel ter wereld niet hardop zouden durven zeggen. Want, zegt U nu zelf: Hebt U ooit op een schilderijententoonstelling de luidruchtige en zelfgenoegzame critiek gehoord, waarvan de foyers van onze muziekzalen of schouwburgen in de pauze weerklinken? Immers neen. Een schilderij is een geheimzinnig, onaantastbaar ding. Het is vervaardigd uit zeer reële bestanddelen als verf en doek. Maar toch zegt het zwijgend en autoritair tot de beschouwer: Mens, sta stil en accepteer mij, zoals ik ben. Een stuk gevangen werkelijkheid, een afbeelding van vergankelijke dingen, die nochtans eeuwig zullen duren . Daarom zit ik zo graag op een roodfluwelen bank in een schilderijenzaal en geniet van de stilte en de bescheiden voetstappen evenzeer als van de schilderijen. Want stilte en bescheidenheid worden zo schaars in deze wereld.

Maar om op deze bepaalde expositie terug te komen ( ik zeg U niet welke, ik zeg U niet waar, het zou overal gebeurd kunnen zijn), daar kwam opeens rnet harde hakken en luide stemmen een middelbare schoolklas binnen. Ik keek op en nam ze die luidruchtige entree volstrekt niet. kwalijk. Integendeel. Een jong kalf staat onhandig op de poten en een jong mens staat onhandig in het leven, het echte wel te verstaan. En beide doen deswege dwaas en luidruchtig. Ik dacht: De schilderijen zullen hun wel rtiores leren. De macht van het zwijgende talent zal hun luidruchtigheid zeker onder beslag krijgen. Ik ken dat wel. En ik stond op en dwaalde onopvallend hun kant uit. Saskia heeft nu eenmaal het voordeel van bescheiden proporties, wat haar levenslang van pas gekomen is. De middelbare scholieren staken een hoofd en meer boven haar uit en niemand vermoedde twee zéér gespitste oren. Ik stond voor een prachtig, geheimzinnig stilleven en constateerde met voldoening: Het wérd stil. Een vleug van de grote adem des geestes streek over hun klein rumoer. Links en wat met hun figuur verlegen stonden zij oog in oog tegenover enige zeer simpele dingen en dieren, die echter een eigen magisch leven kregen, ingeblazen door de schilder. Kijk, zei een jongen met iets als verbijstering in zijn stem: moet je dat konijntje zienIk was verrukt. Nu zouden ze langzaam aan stil worden en óók met behoedzame stappen langs de doeken gaan dwalen. Doeken, die zij waarschijnlijk niet begrepen of in hun diepte doorpeilden, maar die htm toch iets zouden leren dat in geen enkel schoolboek staat. Dat de schoonheid

eeuwig is, en veelvormig, en niet gebonden aan uiterlijke schittering of importantie. En toen, als een steek in de rug, was daar een luide, onverschillige leraarsstem, die commandeerde: Nou — eh — eerst hier es even kijken. Allemaal hier komen staan — hé jij hoort er toch ook bij, niet? En allemaal je mond houden en luisteren als ik sta te praten. In deze zaal hangen schilderijen uit de — eh — uit de impressionistische periode. Jullie weet wat impressionisme is — dat i s de stijl, waarbü — Hé, waar kom jij vandaan? Kon jij niet op tijd wezen? Het impressionisme, zei ik Ik keerde mij om en vluchtte naar de rust van de volgende zaal. Het zou me niets verwonderd hebben als ik teruggeroepen was: Hé — eh — niet weglopen voordat ik aan de volgende periode toe ben! De jongen die het konijntje zo bewonderd had, keek uit het raam. Ik ben wat triest op een bank gaan zitten, zover mogelijk weg van dit brokstuk les-in-schilderijen-zien. En ik dacht: Ach, mijnheer de leraar, moet dat nu zo? U zult er wel een heleboel van weten en een vracht boekjes er over gelezen hebben. En U bedoelt het allemaal misschien erg nuttig en instructief. Maar waarom vernielt U het kostbaarste wat die jonge mensen bezitten: het gevoel voor schoonheid, dat in hun leven van taken en proefwerken en rapporten toch al zo bitter weinig bevredigend vindt? Waarom maakt ^ van deze prachtige stillevens en landschappen en portretten een les, een onuitstaanbaar brokje schóól? Laat ze toch los, man: laat ze dwalen en kijken en genieten, desnoods zonder ismen maar met hart en ziel. Een schuchtere hand beroerde mijn mouw. Een eenzaam meiske naast mij zei, uit de grond van haar onwetend hart: Wat prachtig, hé mevrouw? SASKIA

(Financieel Weekbericht, verzorgd door de Rotterdamsche Bank N.V.) Op de fondsenmarkt heeft in de achter ons liggende 5 dagen in het beursverkeer een overwegend betere stemming geheerst, die echter niet is vergezeld gegaan van de zo gewenste uitbreiding der omzetten. Integendeel, op de eerste dag — die der Bevrijdingsherdenking, toen voor het eerst sedert ruim 7 jaren des ochtends beurs werd gehouden — bedroegen de transacties in aandelen ongeveer f750.000.—, hetgeen een laagte-record sedert lange tijd betekent, doch later werden zij groter en kon ook een bedrag van ca. f 1.500.000.— worden geregistreerd, maar van een werkelijke verlevendiging is nog geen sprake. Onder de oorzaken van de vastere houding meende men de uitlatingen van Dr H. M. Hirschfeld aangaande de toestand in Indonesië te mogen noemen, terwijl naar alle waarschijnlijkheid tevens de financiële resultaten, welke uit de talrijke thans verschijnende jaarverslagen over 1949 blijken te zijn behaald, daartoe wel bijdragen. In elk geval was de indruk overheersend, dat het op zichzelf stellig niet omvangrijke aanbod van de periode daarvoor heeft plaats gemaakt voor enige vraag, die overigens van bescheiden afmeting is, doch bij het ontbreken van aanbod toch tot stijging van die koersen aanleiding geeft. De beide laatste dagen brachten aanvankelijk weder enige verflauwing, toen bleek, dat het publiek zich afzijdig wenste te houden, maar voor de meest verhandelde soorten kon tenslotte weder een herstel intreden, zodat de week voor de meeste afdelingen met een gunstiger tendens werd beëindigd. Een uitzondering hierop vormden de Indonesische soorten, die de invloed ondergingen van de politieke verwikkelingen daar te lande en van de bezorgdheid omtrent' de naaste toekomst, nu uit het voortduren van aanslagen de slotsom getrokken wordt, dat het handhaven van de orde vooralsnog op grote moeilijkheden stuit. Zoals gewoonlijk hadden ook thans de aandelen Kon. Ned. Petroleum de leiding bij de koersverbetering, waarvoor geen bepaalde aanleiding is te noemen, tenzij men de minder gunstige uitkomsten van de Amerikaanse dochteronderneming in 1949 en de tegenwoordige vooruitzichten meer dan voldoende iri het tegenwoordige niveau verdisconteerd acht; de notering liep vrij snel op van ca. 272 % tot boven 283 % en kon zich tenslotte na een voorbijgaande inzinking op vrijwel het hoogste punt handhaven. Voor ons andere „internationale" fonds, de aand. Unilever bleef de stemming ongeanimeerd, waarbij de koers zich steeds op ongeveer 203 % bewoog. Aand. Philips daarentegen deelden wel in de vastere tendens, vermoedelijk mede in verband met berichten omtrent nieuwe belangrijke orders en kwamen van 222 op 227 %, van welk avans de laatste dagen echter 3 % verloren ging. Van de binnenlandse industrie-aandelen trokken Hoogovens belangstelling op 167 na 157 %, doch het slot kwam ook in dit geval enkele punten lager. Van de Indonesische soorten noemen wij nog aand. HVA met 117-122-117 %, Deli-Mij met llS-117%-111 %, AmSterdam Rubber met 120-126-122 %, ÏUternatio met 141-150-145 %.

Jan luisterde met open mond, zo mooi, vond hij, dat zijn vader vertellen kon, maar uit de bedstede klonk zachtjes de stem van moeder Annechien, die zei: „Fuj, Roewlf, ie mut niet spotten!" ï ,Spotten," zei Roelof, „spotten dat doe 'k toch hielemaole niet, 't stiejt toch in de biebel." „Ook van die roggegarsten, die lucifars en die pietrolie?" vroeg Annechien. ,,'k Gleuve 't wel," zei Roelof, „maar ik bin gien domeneer, da'k de hiele biebel wel zo wat van buut'n kenne en ik bin d'r niet bi'j ewest, maar ik stelle mi'j dat zo veur, hoe 't wel gebeurd zal wèèz'n. Ja, ja, daor Is in die olde tied ook al hiel wat gebeurd en braand, daor bink as de dood zo bange veur en daor bint alle meinz'n bange veur!" „Behalve die keerl bi'j oews op Zuudwolde", zei Klaos, het onderknechien; dat van Zuidwolde kwam. „Die was veur een vuuls te hoge bedrag in de braandkaste gaon en wol toe wel graag dat de boel in de braand gunk. Einlijk op een goeie dag, daor haai 't gaanks en braandde alles tot de grond of. D'r waren daalljk al kwaoje vermoens tegen hum, maar hi'j wol niks bekennen. As de veldwachter probeerde hum d'r mit een strikvraoge in te laoten lopen, dan höld hi'j maar vol, dat het deur 't nachtlochien ekomen mus wèèzen, dat zo hoge ezwalmd had, maar toe hi'j veur de heren van 't gerecht kwamp haren ze 't er gauw uut en now zit ie nog in 't hokke." Net goewd, zo mut zokken te passé komen, vun'n ze allemaole, toe Klaos uutverteld was en Roelof dikte dat nog wat aan door te keer te gaan met schelden op die lilke gemiene keer;, die 't dubbel en dwars verdiend had, dattie in de kaste mus zitten. III Intussen was het voor de kinderen al vrij laat geworden en zei Roelof: „Jonges, jonges, J-m en Hendrik, kiek les nao de klokke, 't slBt zo mitlene acht ure en de klok is niet veule veur, hoogstens cv uurtien. want hi'j hef gistsreu net G©n poM (rtfluy-i

83 (CXXXU). Hier volgt het eerste der drie spellen, die direct na de wisseling In een viertallenwedstrijd voorkwamen op 't moment, dat O—W een voorsprong hadden van 18 m.p., te verminderen met een handicap van 6 m.p. W: hö, h62, hl09, vb863; N: 103, al07, ah65, 10952; O: v8752, v9854, —, a74; Z: ab94, b2, v87432, h. Gever N, O-W kwb. Biedverloop: W 1 KI, N 1 R, O 1 Sch, Z 2 R, O 2 H, Z 3 R, W 3 H, O 4 H. Hier opent W op een zeer lichte hand, terwijl hij kwb. is, in de vierde hand zit en zijn langste kleur nog KI is ook. Dommer tactiek kan men moeilijk volgen, als men een voorsprong bezit; bij voetballen stellen de backs van de club, die vóór staat, zich toch ook niet op de helft der tegenpartij op? Natuurlijk zag ik, toen partner opende, met mijn twee vjjfkaarten in de hoge kleuren manchekansen, zodat ik na 1 R eerst mijn Sch liet horen. Ofschoon partner daarna door op Z's 2 R (beter: 3 R!) te passen wel aangaf, dat zijn opening niet sterk was, verzuimde ik uiteraard niet mijn tweede vijfkaart te noemen, en zonder aarzeling verhoogde ik, toén deze kleur werd gesteund, het bod tot 4 H. Dit contract ging 1 down, maar is btj uitkomst van R v te maken, als men speelt op KI h sec. Als ik op 3 H had gepast, had Z natuurlijk 4 R moeten bieden (andere tafel: 2 R-fl). W: vl09, al0752, hv3, h9; N: a652, v94, 752, v65; O: h74, 6, abl09, al0843; Z: b83, hb83, 864, b72. Gever W, allen kwb. Biedverloop: O 1 KI, W 2 SA, O 3 R, W 4 KI, O 4 Sch, W 4 SA, O 5 R, W 6 SA. Het is vreemd, dat dezelfde speler die op het bovenstaande spel opende, hier paste op een goede 3 HT (14 punten) met een goed biedbare H-kaart: nog erger is, dat hij dis kleur nog niet liet horen nadat ik had geopend. Het zou voor mij eenvoudiger z\jn geweest de 3 SA te bieden, die hü mij in de mond legde, maar ik liet 3 R

horen, omdat partner een biedbare Sch kon hebben en 4 Sch verkieslijker kon z|jn dan 3 SA. Partner begreep dat bod niet en kreeg de slemkolder. Ik had nog wel onheil (hij had eerst gepast!) kunnen voorkomen door een aas te verzwijgen, maar ik pleeg, als mijn biedingen juist zijn geweest, eerlijk te antwoorden op vraagbiedingen. Liever dan een goedkoop succesje te behalen heb ik dat partner iets leert (of afleert!). Merkwaardig genoeg zit er in dit spel door de zeer gunstige verdeling der R en KI bfl een logische snit op Sch b (dus over Z) nog 6 R ook! Had partner dus na zijn ongemotiveerde vraagbiedingen 6 R geboden, dan zou ons een onverdiend fortuintje in de schoot zijn gevallen! Nu ging hij, ofschoon de tegenpartij uiteraard niet met H uitkwam, nog onnodig 2 down ook (andere tafel W: 3 SA-)-2). W: h932, , vbl0876, 643: N v84, v93, 954, hvb9; O: ablO, a8764, 32, 1087; Z: 765, hbl052, ah, a52. Gever

N, N-Z kwb. Biedverloop: Z 1 H, W 2 R, N 2 H, Z 3 H, W 3 R, dus automatisch: 4 R, N 4 H, O dbl. Allereerst valt op te merken, dat N-Z na een opening mijnerzijds van 1 H, die nog zo „gek" niet zou zijn, bijna onmogelijk het juiste contract van 4 H zouden hebben gevonden. Verder, dat partner wegens zijn distributie zijn R wel éénmaal mocht laten horen, maar deze op zulk een wrakke kaart zeker niet mocht herbieden. Het is hoogst naïef met zulk een zielige hand zonder steun van je partner en nog wel zonder preëmptief bieden de tegenpartij te willen afhouden — dit gaf hij als zijn bedoeling op — van een manchebod! Wat hij er wel mee bereikte was, dat ik niet geheel juist dubbelde, (andere tafel: 3 SA, precies). Verloop: I R v, a. II H x, 9. III H v, a. IV R x, h. Hierna haalde N de troeven op en legde hij 4 slagen in KI neer. Het spel had slechts down kunnen gaan, als ik in slag IV Sch b had nagespeeld err partner, na met de h te hebben genomen, deze kleur had nagetrokken. Niet alleen zou hij deze opzet waarschijnlijk toch niet hebben begrepen — ik heb deze speelwijze even overwogen —, maar bovendien kon hij op grond van het bieden even goed KI a als Sch h bezitten (iets mocht ik toch zeker bij hem verwachten). Ik behoef U zeker niet meer te vertellen, dat we de wedstrijd nog verloren; zonder handicap zouden we op de punt af gelijk hebben gespeeld. Eerst twee spellen uit een viertallenwedstrijd. W: blO, h, avl0865, h763; N: av94, a763, hb974. ; O: h632, v942. 32, al04; Z: 875, bl085, , vb9852. Gever W, N-Z kwb. Biedverloop: W 1 R, N dbl., Z 2 KI, N 3 KI, Z 3 H, N 4 H, O dbl. W: 82, V9763, 10542, 93; N: 73, ah542, a8, b542; O: avl065, b, hvb9, vl06; Z: hb9x, 108, lOxx, ahxx. Gever W, allen kwb. Biedverloop: NIH, O 1 Sch, Z 2 KI, N 3 KI, O 3 Sch, Z dbl. Commentaar? Eveneens viertallen, maar uit een gewoon partijtje. W: hb64, x, hvb987, a4; N: 9, ahv9532, 106, 1075; O: av832, 86, a5432, 2; Z: 1075, bl07, , hvb9863. Gever W, niemand kwb. Hoe zoudt. U dit spel bieden, en wat zit er in?