Aanhouding van het wetsontwerp teneinde de regering gelegenheid te bieden omtrent bepaalde punten het overleg met Indonesië voort te zetten of het aanbrengen van wijzigingen, zou vermoedelijk in de gevolgen weinig van een verwerping van het wetsvoorstel verschillen, zo lezen wij in het regeringsantwoord op het voorlopig verslag der vier commissies van rapporteurs over het wetsontwerp overdracht van de souvereiniteit ovet Indonesië. Zij bevestigt dat zij voor de tweede politionele actie ten dele de oorzaken voorzag waardoor dit optreden geen bevredigende resultaten zou afwerpen.
Toch kon de actie niet worden nagelaten. De regering is van mening bij die grote groep van intellectuelen die zonder revolutionnair-sociaiist of communist te zijn, zich hadden verenigd in de republiek Indonesië. Dit Indonesische nationalisme is niet gebaseerd op vijandschap tegen Nederland, maar op de wil om eigen lot te bestieren." „Belangrijke delen van de republikeinse strijdorganisaties en de Nederlandse troepen spannen zich thans in om in de door de Nederlandse troepen ontruimde gebieden orde en veiligheid te handhaven en zulks niet zonder succes, hetgeen wijst op de wil om de chaos tegen te gaan". De regering kan nog niet mededelen in welke landen de Nederlandse belangen door de Indonesische diplomatieke vertegenwoordigers zullen worden behartigd. Eerst dient te worden onderzocht, welke reacties
opheffing van bestaande Nederlandse posten zal verwekken bij de regeringen dier landen. De Hoge Commissarissen zullen formeel niet doch materieel wel ambassadeurs zijn. Geen troepenconcentraties op Nw.-Guinea De onderhavige ontwerp-overcenkomst is er geen, die een gemeenschappelijke defensiepolitiek voor Nederland en Indonesië vastlegt. Het sluiten van de overeenkomst is echter een spoor daarvan. Het ligt volgens de regering voorshands niet in het voornemen belangrijke strijdkrachten op Nieuw Guinea te concentreren. Voor het ogenblik vermag de regering het nut niervan ook niet in te zien. De regering ziet geen bezwaren in het waaien naast de Nederlandse vlag en de oorlogswimpel van de Indonesische vlag op de schepen van de Nederlandse marine. Het hijsen van de vlag van de RIS aan de ra van de voormast is een treffend symbool van de samenwerking in het verband van de Unie. „De Nederlandse regering is de beslissing om twee milliard van het schuldbedrag te annuleren, zeer moeilijk gevallen". Zij heeft met grote kracht gestreefd naar een voor Nederland gunstiger oplossing. De regering stond echter op een gegeven ogenblik voor de zeer zware keuze of wel de conferentie te doen mislukken ofwel een deel van haar oorspronkelijk plan te laten varen.
"Regering voorzag mislukking der tweede politionele actie GEEN WIJZIGINGEN IN HET WETSONTWERP BETREFFENDE DE SOUVEREINIT EITSOVERDRACHT AAN INDONESIë". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
"Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
(Van onze economische medewerker) Een paar weken geleden hield Paul Hoffman, het hoofd van de gehele Marshallorganisatie, een zeer opvallende rede, waarin hij een verdere hulp van Amerika min of meer afhankelijk stelde van een veel nauwere economische samenwerking tussen de West-Europese landen. Deze rede was voor een Amerikaan wel enigszins begrijpelijk: hij vindt in Europa tal van betrekkelijk kleine landen, die alle aparte in- en uitvoervoorschriften hebben en speciale invoerrechten. Is hij in zijn eigen land gewend, dat mensen en goederen ongehinderd door alle 48 staten kunnen trekken, in Europa worden handel en verkeer na enkele honderden kilometers weer aan een grens opgehouden en heeft men plotseling met een andere valuta te maken.
Later is gebleken, dat de soep niet zo heet gegeten behoeft te worden als zij werd opgediend: veel van die felle rede was show voor het Amerikaanse congres. Maar echt was ongetwijfeld de waarschuwing om tot wat meer samenwerking te komen. Tegen deze achtergrond moeten we nu min of meer de uiterst belangrijke besprekingen zien, die de afgelopen week in Parijs zijn begonnen tussen experts uit België. Nederland, Luxemburg, Frankrijk en Italië. Twee plannen liggen er op tafel voor de vorming van de Fritalux of Finebei (de juiste naam van het kind hebben de peetvaders nog niet gevonden): een Frans en een Nederlands. Het Franse plan wil in de eer6te plaats een opheffing van het merendeel der contingenteringen, hetgeen dus inhoudt dat alle vijf landen voor elkaar nagenoeg de grenzen openstellen en vrijwel alle goederen dus onbeperkt invoeren. Zoals bekend is, hebben vele landen, waaronder ook Nederland, op 1 October j.L reeds een deel (ca. 10 %)
van die invoer vrijgegeven en nu zou dus slechts de lijn moeten worden doorgetrokken. Frankrijk stelt echter niet tegelijk voor om de invoerrechten op te heffen, hetgeen tussen de Beneluxpartners juist wel gedaan is, omdat di& invoerrechten de handel zouden kunnen beiemmeren. Frankrijk is n.L sterk protectionistisch, heft dus hoge invoerrechten en het gevolg van zijn plan zou dus zijn, dat het wel zyn export bevordert naar de buren met lagere invoerrechten, maar dat het zelf, ondanks de vrije invoer, niet zo bang behoeft te zijn voor een grotere import, omdat de hoge invoerrechten hier wel paal en perk aan zullen stellen. Frankrijk wil verder vrijheid van de betalingen met bankbiljetten, 't geen wil zeggen, dat alle deviezenrestricties op de invoer opgeheven moeten worden. Er ontbreekt echter een regeling hoe tekorten (Nederland voert b.v. meer naar Frankrijk uit dan uit Frankrijk in en krijgt uit dien hoofde een vordering op
Frankrijk) betaald moeten worden. Het Nederlandse plan tracht nu deze zwakke punten te versterken. In de eerst 3 plaats is men vóór opheffing van de handelsbeperking en een vrijgeven van de invoeren; doch dan moeten tegelijkertijd ook door alle partners de invoerrechten worden verlaagd. Voorts stelt onze delegatie voor een monetair hulpfonds in te stellen, waaruit geput kan worden door de landen (in het bovenomschreven voorbeeld Frankrijk dus), die een nadelig saldo op de handelsbalans hebben. Dit fonds zou dan gevormd moeten worden met Amerikaanse hulp, hetgeen zeker mogelijk is als de Amerikanen zien, dat het ons in Europa ernst is. Eveneens is Nederland voorstander van een vrije circulatie van bankbi'jetten in de respectieve landen. M. a. w. Nederlandse reizigers zouden bij eigen banken francs kunnen kopen of papieren guldens enz. mee naar Frankrijk kunnen nemen en die aldaar bij de bank kunnen inwisselen. Deze vrijheid kan echter niet gelden voor het kapitaalverkeer, dus niet om goederen enz. te kopen, omdat de monetaire reserves aan de vreemde valuta nog te beperkt zijn. Andere landen zouden eventueel kunnen toetreden; zo hoopt Nederland dat West-Duitsland wordt ingeschakeld, daar een groot deel van onze uitvoer naar dat land gaat en de kans dan groter wordt, dat onze handelsbalans tegenover die gezamenlijke partners evenwichtiger wordt. We zien, dat de West-Europese landen — zij het onder Amerikaanse druk — elkaar zoeken. Laten wij hopen dat zij elkaar ook spoedig weten te vinden.
"VAN BENELUX — NAAR FIBENEL Er wordt hard gewerkt aan economische samenwerking". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
Bij A. J. G. Strer.gholt te Amsterdam verscheen J. van Arkel Zegwaard, Aesculaap in weideveld. Een boeiende roman van een arts omtrent de arts. Bij J. H. Kok N.V te Kampen verscheen Nel van der Vlts, Een zomer van Let Verhage, tweede druk. Bij Engelhard, van Embden en Co. te Amsterdam verscheen van K. ter Laan, De boer in de Groninger Letteren. Een 1 eus uit oud en nieuw werk van Groningss, uit vandaag en gisteren, die over de boer in Groningerland geschreven hebben. Helaas een boek van de vel bijzonder productieve schrijver, dat wy niet bijzonder kunnen aanbevelen. Het is te weinig gefundeerd. Er is te veel op los geschreven. Bij de Uitgeverij „De Torenlaan" aan de Torenlaan 20 te Assen verschenen van K. ter Laan, Groningen voor een eeuw, een boek met zeer veel foto's geïllustreerd handelende over duizend en een onderwerp uit Groningens verleden en FranI n en Kozakken, eveneens met vele foto's geillustreerd, bijdragen bevattende omtrent het Groningen uit de Franse tijd. Twee uit een oogpunt van gewestelijke historie belangrijke werkjes. Van de Pokonfabriek te Naarden ontvingen wij een serie var^O nieuwe, zeer fraai verzorgde Pokon plantenplaatjes. De plantenafbeeldingen zijn volgens foto-lithografische weg geclicheerd en in acht kleuren offsetdruk vervaardigd, waardoor de natuurgetrouwheid zo dicht mogelijk is bereikt. De Pokon plantenplai.tjes worden via de bloemisten gratis verstrekt, echter zo, dat als men een plant in de bloemenwinkel koopt, de bloemist van die plant een foto geeft met de verzorging der plant op de achterzijde gedrukt. Vorige uitgaven hebben bewezen, dat deze plaatjes er sterk toe hebben bijgedragen, dat men lang en veel plezier van zijn planten heeft en deze daardoor steeds meer worden gekocht.
"Van de BOEKENPLANK". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
(Van een speciale verslaggever) Het stond er zo simpel, maar het betekende eigenlek toch zo heel veel : de Nederlands Hervormden in Frankrijk hebben een eigen gemeente gevormd, die straks een eigen Nederlandse predikant zal beroepen. Men moet bü die Nederlanders in Frankrijk geweest zijn om goed te begrijpen, wat dit voor deze mensen is. Een eigen Nederlandse kerkelijke band in een land, dat in overgrote meerderheid Rooms of onkerkelijk is. Natuurlijk: de Nederlanders in Parijs misten die band niet zó sterk en toch hebben ook zij na de oorlog een eigen Nederlandse voorganger gekregen. Maar als je als boer op dat uitgestrekte, soms bijna lege Franse platteland woont met de dichtst bij wonende land- of geloofsgenoot vaak tientallen kilometers verder. Wat komt er dan van een kerkelijke band terecht als er geen eigen predikant is, die ook in Frankrijk woont en daardoor gelegenheid heeft ook hen, die in de verste verstrooiing leven, van tijd tot tijd te bezoeken ? Hun kinderen te dopen en met hen Avondmaal te vieren? In hun vreugde te delen, maar ook in hun noden en droefheid bijstand te verlenen?
Ik sprak over deze dingen met tal van Nederlandse emigranten in Frankijk en ook met ds. A. Braakman uit Amersfoort, die in opdracht van de Hervormde Synode het laatste jaar elke maand een dag of veertien in Frankrijk rondtrok om de contacten te leggen, die nodig waren om de stichting van een eigen gemeente voor te bereiden. Ds. Braakman vertelt graag en met enthousiasme over dit mooie werk. Vermoeiende tochten — Nu moet U niet denken, zo zegt hij, dat die reisjes naar de Touraine of Bordeaux, ja soms zelfs nog vee) Zuidelijker, pleziertochtjes zijn t is, vooral door de enorm grote afstanden, die in een korte spanne tijds moeten worden afgelegd, vaak zeer
vermoeiend, maar dankbaar Vooral dankbaar omdat je telkens weer voelt, dat deze mensen, van wie velen immers al vijftien, twintig jaar in Frankrijk wonen, er behoefte aan hebben. Het spreekt natuurlijk vanzelf, dat die bezoeken van tien tot veertien dagen telkens zo goed mogelijk „uitgebuit" moesten worden en dat reisprogramma daardoor niet al te licht kon uitvallen. Vrijdags oo reis en dan in de regel Zondags een dienst ergens in de Nord. Meteen 's Maandags naar Normandië, vandaar naar de Touraine en dan voor de tweede Zondag nog even heen en weer naar het Zuiden, 's Zondags weer een kerkdienst in de buurt van Tours — meestal op de boerderij van de heer de Putter in Bosseé —, dan nog even terug over Parijs voor een paar besprekingen.
Als je ds. Braakman dat zo hoort vertellen, klinkt het allemaal al heel eenvoudig, maar de afstanden zijn zo enorm groot De Gereformeerden, die immers aan de Yonne een vrij sterke kolonie hebben, konden twee eigen predikanten in Frankrijk beroepen, maar tot dusver moesten de Hervormden het met een reizend predikant uit Nederland doen. Gelukkig was df samenwerking tussen Gereformeerd en Hervormd in Frankrijk bijzonder goed en ondervond ook ds. Braakman alle denkbare medewerking van zyn Gereformeerde collega's. Nu krijgen de Nederlands Hervormden in Frankrijk dus binnenkort °°k hun eigen dominee, welke de kt.keraaa van de zo juist geconstitueerde gemeente zal beroepen uit een drietal, dat reeds gevormd werd. Over die Nederlandse gemeente in Frankrijk vertelde ds. Braakman enige bijzonderheden. Dat wordt namelijk een „buitengemeente" van de kerk in Nederland, die, zoals de twee Gereformeerde gemeenten in Frankrijk — van ds. Winter en ds. Scheerens — onder de classis Dordrecht ressorteren, maar deel van de Franse Protestantse kerk, die Eglise Reformée. — U moet zich haar positie ongeveer voorstellen als die van de Waalse kérk in Nederland, vertelde ds. Braakman, die persoonlijk zeer ingenomen is met deze organisatievorm. Onze mensen staan midden in het Franse kerkelijke leven. Ze zullen dus lidmaat zijn van de Franse Protestantse kerk, waarbinnen ze een eigen .departement" vormen, dat zelf zijn predikant kan beroepen en dat vertegenwoordigd is in de Franse Synode. Natuurlijk moet de Synode het beroep goedkeuren. —• En weet U, wat ik er ook nog in zie? Een plicht van dankbaarheid tegenover de Franse Protestantse kerk, die vroeger aan ons Protestantendom zijn Hugenoten heeft „afgestaan'. Nu lijdt de Eglise Reformée wel enigszins aan bloedarmoede en daarom zijn wij verheugd, dat wij haar mogelijk enigszins kunnen versterken door er wat Nederlands bloed aan toe te voegen. Een Kerkeraad Op de constituerende vergadering, welke onlangs in Parijs werd gehouden, koos men een kerkeraad, welke Zondag 20 November door ds. Wesseldijk, de praeses van de Algemene Synode, werd bevestigd. Deze kerkeraad zal nu binnenkort een beroep uitbrengen. Maar voordien zullen de drie predikanten, die op het drietal werden geplaatst, ieder een bezoek van een dag of tien aan Frakrijk brengen. Ten slotte nog iets over de samenwerking met andere Protestantse groepen in Frankrijk. Nederlandse Protestantse groepen dan wel te verstaan. Dit betreft dan voornamelijk de Gereformeerden en de Vrijzinnigen, die in Parijs een afdeling van de Ned. Protestantenbond hebben, waarvan ds, J. Zuurdeeg voorganger is en die om de veertien dagen in de Schotse kerk in Parijs dienst houdt. Met beide groepen was de samenwerking tot dusver uitstekend. Tussen Hervormd en Gereformeerd zeifs zo goed, dat er in Parijs een Hervormd Gereformeerde Kerk ontstond na de oorlog, die beurteling Gereformeerde en orthodox-Hervormde predikanten in haar kerkje (de Temple de Bercy) liet optreden. .. Een figuur, die in Nederland eigenlek niet denkbaar is, maar die in Frankrijk als het ware vanzelf ontstond en die men niet gaarne zou zien verdwenen
"Ned. Herv. gemeente in Frankrijk wordt deel van Franse kerk Eigen gemeente met soortgelijke positie als Waalse kerk in Nederland". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
Nog nooit is de stemming onder de Nederlanders in Indonesië ro gedrukt en somber geweest als op het ogenblik. Men wordt gekweld door de meest angstige verwachtingen, niet in de laatste plaats om het lijfsbehoud. Men hoort vrijwel ge: n enkel optimistisch geluid. De situatie lijkt tragisch, maar het zou de eerste keer niet zijn, dat in het Oosten alles precies anders uitkomt dan iedereen denkt. Dat is voor het ogenblik wel onze enige, zij het ietwat schrale hoop en troost.
Er is dan ock nog wel een ander lichtpunt, dat pas in de laatste paar weken de aandacht heeft getrokken, ai zijn er velen, die dat lichtpunt voorlopig nog als een dwaallicht wensen te zien. In verschillende gebieden in Midden-Java, het Madlunse en Solo, heeft het Nederlandse leger zich teruggetrokken en de verantwoordelijkheid voor rust en orde aan de T.N.I., het republikeinse leger, overgedragen. In belde gevallen is dit tot dusver een succes en dus een prestigewinst
voor de republiek •jeweest. In Madlun is de toestand thans zo, dat de Nedeilandse planters en andere werkers er zyn teruggekeerd en er rustig, onder bescherming van de T .N .I., kunnen arbeiden, zonder enig hinder te ondervinden- Ook in Solo heeft de TNI de situatie goed in de hand. Nu moet men echter niet vergeten, dat het hier toevallig twee brigades betreft, die ook bij Nederlanders als .keurcorpsen" van de republiek bekend staan. Die te solo is bijvoorbeeld voornamelijk gevormd uit Indonesische studenten, Heden dus met enig inzicht in de taak en de plicht van een militair apparaat en voldoende verantwoordelijkheidsgevoel. voor het overige is dai er door de felle commandant van die brigade wel ingebracht: hij heeft persoonlijk een dertigtal van zijn eigen mannen laten executeren, omdat ze uit de band gesprongen waren. Zo iets brengt de schrik en de discipline er wel in. Wij zullen ons er maar niet in verdiepen, wat men in Nederland zou zeggen, wanneer een Nederlandse commandant eens iets dergelijks in zijn hoofd kreeg! Fanatieke actie van de Darul Islam w Hewfchde geidt trouwens voor de ineunvüen, weite de 'i'.N.I. voor de bewaring van rust, en orde toepast. Wanneer een weaenanas militair onderdeel op deze wjjze te wenc zou g<*an, zou de j.weeae tuner up naur grona vesten meunen van ae daverende protesten en tegen zulk een onmenseiyke wreedneid, waarbij ook veie onscnuiaigen net leven iateu. wanneer men er iuer xni -oilicieren over spreekt, geyen zij gaarne toe, aat er hara worat opgei-reaen, maar net is, zeggen zij, voor au iana de enige manier waarvoor men respect heeit, en waaroor oanuiusme, communisme en aiieriei anuere extreme ricntingen volledig Kunnen worden uitgeroeia, waaroü niet te vergeten de fanatieke en gevaarlijke Darui Islam, die op bet geiled van gruweidaaen tegen ejgen landgenoten zonder twyiel wel oovenaan staat. . Wy spraken hierboven overigens over een „licinpunt", daarbij natuurlijk niet doeiende op het drama van moord en doodslag, aat aan dergelijk optreden aagenj tts veroonden is. Het lichtpunt oestaat hierin, dat deze T.N.I.-eenheden in eis geval, hoe dan ook , in staat blijken binnen korte termijn een staat van veiligheid te brengen en dat het hun eerlijke bedoeling scnynt, het goede te beschermen en het kwaad te vernietigen, opdat de Republik Indonesia Seriicat zo spoedig mogelijk tot de positie van een recaisstaat terugkeert, Daar tegenover staat weer, dat de TNI lang niet overal even gedisciplineerd en krachtig tegen het communisme en Mohammedaanse geloofsfanatisme (de Darul Islam ) optreedt. In het Malangse bijvoorbeeld zijn twee complete TNIbrigades slaags geraakt, omdat zij elkaar van communisme beschuldigerEerst ontwapende de ene brigade de heuft van de andere. Hierop tracht ae nog bewapende helï't de tegenpartij uit te schakelen. Dit ontaardde ln een volledige veldslag, waarbij men onderling zelfs .krijgsgevangenen maakte, en waarbij verscheidene republikeinse militairen gedood of gewond zijn geraakt. De Nederlandse troepen hebben zich volstrekt afzijdig gehouden, hoewel het commando van een der vechtende brigades hun hulp Inriep. Het valt te verstaan, dat zulk een onderling strijdend leger niet bepaald geschikt is om rust en orde te bevorderen. Dergelijke incidenten zijn bovendien niet zeldzaam. En tenslotte is het nog de vraag of de TNI als geheel tegen de Darul Islam opgewassen zal blijken te zijn. Deze communistische geïnfiltreerde benden, die een Moslim-staat willen stichten, breiden zich op Java voortdurend uit, en wij hoorden in TNIkringen ernstige bezorgdheid uiten over toeneming van hun temurdaden, waartegen het republikeinse leger, dat tegen de Darul Islam opereert, tot dusver maar weinig heeft in te brengen. Wanneer het Nederlandse leger, dat in de strijd tegen de Darul Islam tot nog toe assisteert, hier wegvalt, is het zeer ae vraag of het gezagsapparaat van de RJ.S. dit voldoende zal kunnen keren. Het is vooral over de activiteit van deze niets ontziende fanatieke D.I.benden, dat men zich onder de burgerij op Java steeds meer zorgen maakt, zelfs tot in de stad Batavia, waarbinnen verscheidene elementen van de Darul Islam gejnfiltrerd zouden zijn.
"Gedrukte stemming onder de Nederlanders in Indonesië Eén lichtpunt: de T.N.I. treedt krachtig tegen benden op". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
Voor Ruckefeller Center in New-York is gisteren de 75 voet hoge uit Noorwegen S e 'tnporteerde Kerstboom op zijn plaats gebracht. De boom is bespoten met een Muurvaste witte verf. Op 9 December zal de boom „klaar zijn". Meer dan vijf°nderd plastic hollen zullen voor decoratie worden aangebracht. Zeven mijl electoisth draad zal in de boom worden verwerkt voor 7500 lampjes.
"Voor Ruckefeller Center in New-York is gisteren de 75 voet hoge uit Noorwegen". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005
Bij Lemmer wordt een schutsluis gebouwd, die het beginpunt vormt van het nieuwe IJselmeer—Groningenkanaal. De werkzaamheden aan de sluis, die een lengte krijgt van 230 meter en een breedte van 16 meter, vorderen gestaag.
"Bij Lemmer wordt een schutsluis gebouwd, die het beginpunt vormt van het". "Provinciale Drentsche en Asser courant". Assen, 1949/12/03 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 19-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMDA03:000148330:mpeg21:p005