De tunnel Jozef II, te Chemnitz in Hongarije , waaraan men in 1782 begon te werken en die in october a. p. voltooid werd , is tegenwoordig de langste in de geheele wereld. Zijn lengte is 16538 M. , terwijl die van den St.-Gothard en van den Mont-Cenis respectivelijk 11920 en 12233 M. zijn. Deze tunnel is gemaakt voor de exploitatie van de belangrijke goud- en zilvermijnen te Chemnitz en hij kostte ruim 4}/ 3 millioen florijnen; zijn hoogte is 3 M. en de breedte 1.6 M. Als een bewijs hoe men gaandeweg geleerd heeft beter toestellen voor het boren te gebruiken en in het algemeen een betere methode te volgen, diene, dat de geheele tunnel in 27 jaar geheel voltooid zou zijn geworden, indien men voortdurend op dezelfde wijze als gedurende de 3 laatste jaren gewerkt had. De heer A. Borel heeft in het meer van Neufchatel, tusschen Bolage en Chatelard, een kanoe ontdekt, geheel op de wijze als die nog bij wilde volken gebruikelijk is, uit een enkelen eiken boomstam uitgehoold. De kanoe is 8 M. lang, 90 cM. wijd en 65 cM, hoog. Zij is niet bewerkt en volkomen goed bewaard. Het vooreinde draagt een soort van spoor , en het achtereinde is haaksgewijs omgebogen, hetgeen waarschijnlijk ten doel had haar met een touw aan de landingplaats vast te maken. De kanoe is groot genoeg om 12 personen te bevatten. Er zijn geen riemgaten, maar de steunsels waarop de doffen vroeger rustten , zijn nog duidelijk te zien. De onderwijzer Frans Strobl, te Linz, besteeg den 23 augustus den Grossglockner en woonde daar een merkwaardig verschijnsel bij.
De groep, bij wie hij zich aansloot, werd tegen twee ure in den morgen door een zwaar onweder overvallen. Tegen drie ure stonden zij in het midden van de onweerswolken. Een egyptische duisternis belette hen verder te gaan. Plotseling rolde de donder onmiddelljjk over hun hoofden; bliksem en donder braken gelijktijdig los. De gids van de andere groep verklaarde later, dat de bliksem rondom de onweerswolken insloeg. Den zes personen, die tot de groep van Strobl behoorden, scheen het toe alsof alles in brand stond. Zij waren reeds op het ergste voorbereid. Hun gids troostte hen met de opmerking : >Wij zullen allen getroffen worden; het is echter alles hetzelfde; men kan ook op zijn beJ getroffen worden." Na vijf minuten van oogenschijnlijk levensgevaar en pijnlijke verblinding erlangden zij eindelijk het getigtsvermogen terug. En wat zag men toen ? Al de zes personen straalden in feilen gloed. Uit de haren van hoofd en baard, uit jas en hoed stroomden electrische vonken; zelfs uit het koord, waarmede de hoed, met het oog op mogelijke stormen, was bevestigd aan de knoopen van den jas, straalde electrisch vuur, even als uit de bergstokken in de sneeuw geplaatst. Toen hierop regen met koude en vorst volgden, werden ook de andere groepen van reizigers, die nog niet zoo hoog waren gestegen, tot den terugtogt genoopt. Tegen 9 ure hervatte de toerist zijn togt en bereikte nu gelukkig den top. Aan den ingang van de haven van Belfast, in Engeland, bestaat sedert lang een vuurtoren. Onlangs heeft men het lichttoestel aldaar voorzien van eene bijzondere inrigting , die bestemd is aan een schip op zee den naam van de haven des naehts te doen kennen. Het is een soort van electro-magnetisch scherm, waardoor beurtelings korte en lange verduisteringen worden teweeg gebragt, in dier voege, dat daardoor de telegrafische teekens van het Morse-alphabet worden nagebootst. Het voordeel dezer inrigting bestaat eensdeels hierin, dat daarbij alleen wit licht gebruikt|wordt, dat veel verder zigtbaarder is dan gekleurde lichten, en ten tweede , dat aldus de te geven seinen in het oneindige kunnen worden afgewisseld. Deze handelwijze, uitgedacht door den heer Mortimer Evans , schijnt derhalve eene meer algemeene invoering te verdienen. Ook voor scheepsignalen zoude zij van nut kunnen zijn.
Een italiaansch dokter te Nieuw-York is tot de ontdekking gekomen , dat zekere geuren een grooten invloed uitoefenen op de organisatie der menschen. Hij liet een aantal jonge meisjes stelselmatig verschillende odeurs inademen en kwam tot de conclusie, dat muskus vadzigheid _ en pronkzucht kweekte , rozengeur preutschheid , geranium vastheid van karakter; de geur der viooltjes produceerde godsdienstijver, patchouli zedelijke verdorvenheid. In de Colonies and India deelt een Amerikaan de ontdekking mede van een insect, dat eigenschappen bezit, waardoor het een mededinger van de insecten wordt, welke cochenille en schellak voortbrengen. Het is bij de inlanders bekend onder den naam van neen of niin , en is ook een soort van Coccus. Het leeft op mango-boomen en andere dergelijke planten en bestaat in verbazende hoeveelheden in Yucatan en elders in CentraalAmerika. Het heeft een vrij aanmerkelijke grootte, is geelbruin gekleurd, verspreidt een eigendommelijken reuk en bevat eene groote hoeveelheid olie, o F juister, vet. Dit vet wordt door de inboorlingen tot onderscheidene doeleinden gebruikt: als uitwendig geneesmiddel bij verschillende gebreken , maar ook om er verfstoffen mede aan te mengen. Aan hitte blootgesteld vervliegen de ligtere oliën , en er blijft eene digte buigzame massa over, als halfgesmolten was, die als lak of vernis kan gebezigd worden. Gebrand wordende levert deze eene dikke , halfvloeibare stof, gelijkende op eene oplossing van caoutchouc, die na eenige dagen hard en vast wordt. Ook als een cement wordt deze stof onschatbaar genoemd , en zij is ook geschikt voor de vervaardiging van waterdigte kleederen. Een diefstal van een verzameling wilde dieren behoort zeker niet tot de alledaagsche voorvallen. De bekende dierentemmer Amédée Dombrombe heeft echter dezer dagen aangifte gedaan dat hem in den nacht van 1 op 2 september tusschen Orleans en Choisy-le-Roi een prachtige Atlasleeuw, een bengaalsche tijger en twee zwarte Saharapanters ontstolen zijn. Daar tegelijkertijd de hokken dezer dieren, zijn vrouw en zijn eerste equilibrist, Jozeph Larget, verdwenen zijn, is de zaak verklaarbaarder dan zij anders zou wezen. Dombrombe heeft aan de politie het signalement der dieren en van Jozeph Larget opgegeven; wat zijn vrouw betreft, daarover bekommert hij zich niet, daar deze , zegt hij, in zijn menagerie toch slechts een onnut meubel was.