Arrond.-Rechtbank te Arnhem. Dinsdag 22 April. (Strafzaken). G. J. A. v. W., 38 jaar, winkelbediende te Amsterdam, thans alhier gedetineerd (wegens verduistering van horloges). Verd.: mr. J. F. van de Broek, adv. en proc. te Nijmegen. J. A. F. M., 36 jaar, arbeider te Nijmegen, ihans alhier gedetineerd (wegens diefstal). Verd.: mr. J. A. M. C. van Embden, adv. en proc. te Arnhem. D. J. v. M., bode te Arnhem, thans gedetineerd (wegens valschheid in geschrifte en gebruikmaking daarvan. Verd.: mr. R, J. de Visser, adv. en proc. te Arnhem). Gerechtshof te Arnhem. Woensdag 23 April (Civiel). Pleidooi in zake: A. van Pernis, bierhandelaar te Arnhem, appt., proc. mr. R. H. EVerts ie Arnhem, adv. mr. I. Everts B.Hzn te Arnhem, contra de O jsterstoomtram-Mij. te Arnhem, 1
proc. en adv. mr. C. de Kempenaer. (Appèl van een vonnis der Arrond. rechtbank te Arnhem dd, 25 A ril J901, waarbij aan appellant zijne vordering tot schadevergoeding wegens schuld van gelntimeerie's personeel geleden, ia ontzegd). Arrond.-Rechtbank te Arnhem. vonaerdag 24 April (Civiel). Pleidooi in zake: de echelieden Johs. van Hurck te Hees, eischers, proc. en adv. mr. A v. d. Goes te Nijmegen ca. W. C. Burgers en W. P. Wouters, beiden te YVeurt, gedaagden, proc. mr N. S. T. A. van Meurs, adv. mr. J. W. A. van Embden, beiden te Arnhem. (Eisch tot opruiming van hekken).
"BULLETIN der te behandelen rechtszaken in de week van 21 tot en met 26 April 1902.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009
"Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009
Van een .goede gewoonte moet men ni t afstappen omdat zij gewoonte is; men moet, haar integendeel onderhouden omdat zij goed is. Zaterd. 19 April. Place Royale, Schaakv. 8 u. Zond. 20 Arpil. Stads-Schouwburg, Nederlandsche Opera-voorstelling, 8 u. Zond. 20 April. Musis-Sacrum, Ochtendconcert A. O. V., 2 J /j u. Soliste Mej. Clasina van Starrenburg (Zang), uit 's Gravenhage. Programma. Ouverture «Sakuntala», Goldmark. — Largo, Haydn. — Aria «Sarnson et Dalila», Saint-Saëns. (Mej. van Starrenburg). — Ouverture «Michel Angelo», Gade. — Liederen met Piano. — Balletmuziek uit «Faust», Gounod. Dagelijks: Gerbrands' Kunstzaal. Tentoonstelling van Schildeiijen en Aquarellen van Victor Bauffe. Kunstzaal vau «den Nederl. Handel in Kunst en Foto-Artikelen», Vijzelstraat 4, Schilderijen, Teekeningen, Etsen, Gravures, enz. Groote Markt 16a, over Hotel Pays-Bas, Wereld-Panorama, Wereldtentoonstelling te Parijs in 1900. «Excelsior» te Velp. Door de gemengde zangvereeniging „Excelsior" te Velp werd gisteravond onder leiding van den heer Hollenbach eene uitvoering gegeven in de nieuwe zaal van het Heerenlogement Naeff. 'tls jammer, dat dit overigens zoo mooie zaaltje door de in 't midden en voor 't orkest hangende gordijnen en lambrequins een zoo slechte acoustiek heeft. Deze omstandigheid, gevoegd bij de ziekte van een aantal koorleden, zal wel de reden geweest zijn, dat 't koor niet op dreef was. Schumann's heerlijk werkje der Rote Pilgerfahri en Brahms' prachtvolle Liebetlieder eischen voor eene goede vertolking meer dan 't koor gisteravond geven kon. Van de dames-solisten noemen wij in de eerste plaats mej.: Ronstorff uit Arnhem. Deze nog zeer jonge zangeres heeft een fraai, omvangrijk altgeluid, dat zij goed weet te gebruiken. Nog wat meer losheid in de voordracht, — maar met de intelligentie, die zij blijkens haar zingen van gisteravond heeft, zal dat wel gaan. De dames Wijnaendts en Bakhoven zijn gunstig bekende medewerksters bij dergelijke uitvoeringen; mej. Wijnaendts zij met aandrang gewaarschuwd toch niet te knijpen in de hoogte. De heer de Bruin zong de voor een tenor laag genoeg liggende party in Schumann's werk en toonde daarmee wel materiaal te bezitten ; h\j wachte zich voor het te donker kleuren der vocalen, in 't algemeen voor te gedekt zingen. De heer Berkenbosch Berends heeft een sympathiek geluid, dat vrij omvangrijk is. Hij zingt beschaafd, spreekt zeer goed uit, doch brengt een enkele maal de tonen wel een wat te gutturaal voort. Van het liedje van Spoel, „Afscheid van Sannie" dat voor een bariton nog al hoog loopt, vroeg 't publiek een da-capo — een bewijs van waardeering voor zijn zingen, maar voor den solist een nogal vermoeiende bezigheid. Kb. — Het feest voor het Amsterdamsche sanatorium in den Stadsschouwburg te Amsterdam gegeven, heeft bruto ruim f 6000 opgebracht — Naar wij thans met zekerheid vernemen, staan de zaken nu zoo, dat door den heer Louis Bouwmeester voor het volgend seizoen onvoorwaardelijk met het „Amsterdamsch Lyrisch Tooneel" is gecontracteerd. De geruchten, dat hij 't Ned. Tooneel gaat verlaten, zijn dus waar 1 Waar moet het toch heen, met de vereeniging, die „koninklijk" heet? •— d' Andrade trad met enorm succes als Don Juan in Berlijn op. De Donna-Anna- partij werd vertolkt door Charlotte Cronegg, volgens het Berl. Tageblatt eerste dramatische zangeres aan de Groote Ofera te Amsterdam! Weer een bewijs hoe best men in Duitschland van de muzikale toestanden in ons land op de hoogte is! — Charpentier, de componist van „Louise", heeft in Hamburg een concert gegeven met medewerking van eerste solisten, en waarop alleen zijn eigen composities ten gehoore gebracht zijn. Hij had een buitengewoon succes en ontving tallooze bloemstukken en kransen. — Max Dreyer's „Volksaufklarung", werd te München vlak voor üeopvoering door decensuur verboden. Misschien wel als een soort demonstratie tegen dat verbod hebber, een paar andere stukken van hem, daar een geweldig, succes gehad ! — Leipzig krijgt 26 a.s. ,.de première van Villiers Standford's nieuwe opera: «Viel La.rm um nichts.» — Hans von Kahlenberg's „Nixen" is te Wiesbaden evenals te Neurenberg door de politie in beslag genomen — een mooie reclame! — Het groote Beiersche muziekfeest zal in Mei 1903 te Neurenberg gehouden worden. — De Weensche tooneelschrijfster Antonie Baumberg heeft zich, na het vallen van drie door haar geschreven en Zaterdag in den Duitschen volksschouwburg aldaar opgevoerde éónakters, voor 't hoofd geschoten. — Te Londen zal in veiling komen een exemplaar van Tennyson's sonnetten met oorspronkelijke pen- en inktteekeningen van Thackeray. Et bestaat maar een zoo'u exemplaar. Het
is gedagteekend van 1830. Thackeray was toen 19 jaar. — Helen Henschel, de dochter van het beroemde artistenpaar treedt Maandagavond in de Bechstein Hall te Londen op als violiste zoowel als zangeres. — Het algemeen Nederlandsch studentenweekblad «Minerva» wijdt een feestnummer aan de viering van het 50 jarig bestaan van het Gentsche taalminnend studentengenootschap «'t Zal we? gaan». Paul Fredericq schreef het hoofdartikel. Het geïllustreerde verslag der feesten is van M. D. H. te Leiden. Dan Gentsche indrukken van H. J. Boelen te Amsterdam; Brugsche schetsen, gedichtje door Ad. Herckenrath ; Bokkenhistorie, door denzelfde; de Sneppen-familie, door X.; Verslagen, door J. v. R. te Gent; Uitstapje naar Brugge, door Herckenrath ; en «Het jonge Volk», woorden van H. Sabbe, muziek van Karei Mestdagh, met portret. — Bij den uitgever J. P. Revers te Dordrecht is verschenen: „Irene", door A. van Aerde. Recht duidelijk wat de schrijver met dit boek wil, is 't ons niet geworden, nadat we 't gelezen hebben, 't Is een verhaaltje, absoluut zonder tendenz — of 't zou moeten zijn dat bij de vrouw liefde zelfs na de ergste misdaad geen plaats maakt voor haat, maar voor eene zich op overdreven wijze uitend medelijden. Wanneer dat de bedoeling van den schrijver is, dan heeft hjj zijne personen lang niet sterk genoeg getypeerd om den toestand aannemelijk te maken. Over 't algeheel trouwens is de karakterteekening zwak, de situatie vaak onlogisch. En dan vertelt de schrijver nogal eens dingen, waarover men niet anders dan ongeloofelijk glimlachend de schouders op kan halen, zoo o.a. dat een knaap van 5 jaar van eene zeer ernstige ziekte geneest doordat zijne moeder 't „Gebet aus Lohengrin" zingt! Dit is een voorbeeld uit vele. Voor liefhebbers van lichte, onbeteekenende roman-lectuur is dit boek wel wat en hen, die 't interesseert, zij gezegd, dat „ze" elkaar aan't eind „krijgen". En dat is bij een romannetje toch maar vaak de hoofdzaak! Inhoud van Tijdschriften. „Het Kind" no. 8 : Jaloersche kinderen, door dr. J. H. Gunning Wzo. — Typen uit de schooljeugd, door J. J. Scheel. — «Ia de natuur», door mevr. M, E. H, Sandberg-Geiswert van der Netten. — Kinderbewaarplaatsen en kinderverpleging. Gebrekkige kinderen. Bezorgd voor kindervoetjes. — «Eigen Haard" no. 16: Gelijkvloers, door Louise B. B. — Da O -Indische Compagnie opgericht (20 Maart 1902), door L. Nooter, met afb., naar teekeningen in het Rijkskabinet' te Amsterdam. — Een kijkje in de binnenlanden van SumatraTebing-Tinggi 3 in de residentie Palembang, door N. van Wingen, met afb. — Receptie, door C. F. — Telegrafeeren zonder draad, door dr E. van der Ven. — Oude armbanden, door D. van Hoytema, met afb. — Zeeziekte. — Besmetting door boeken. — Ontmoeting, naar het Duitsch van Kurt Marten. — „Tijdschrift voor Armenzorg" do. 59 : G. A, P. M. van der Aa, L'Oeuvre internationale de la Jeune Fille, — H. J. de Dompierre de Chaufepié, Gezinsverpleging door diaconiezusters. — Een vraag. — Binnenland. — Buitenland. — Uit de pers. — Bericht. Mededeelingen van den Nederl. Bond tot Kinderbescherming, Th. Nolen: Pro Juventute in den Haag. — Buitenland. — «De Aarde en haar Volken» no. 21 :Brum» men en omstreken, door J. Craandijk, met platen. — In het bijblad: De jongste hulde te New-York aan Robert Fulton gebracht, met portret. — Japan gekenschetst. — Te Cintra bij Lissabon, met afb. — Ook een oordeel over Panama en Nicaragua. — Automobielen. — Gutta-percha.
"ARNHEMSCHE COURANT. van Zaterdag 19 April 1902 DERDE BLAD. LETTEREN, TOONEEL, KUNST, enz.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009
Parijs, 17 April 1902. Van de vijf Parijzenaars, Parijzenaars zoo niet door geboorte dan toch door hun werkkring, die in de laatste dagen aan Frankrijk zijn ontvallen, is de meest bekende ongetwijfeld Dalou en de meest populaire Auiélien Scholl. Met eerstgenoemde sterft Frankrijks groottte beeldhouwer met den laatste Frankrijks grootste kroniekschrijver. Beiden bezaten in hooge mate d<: karakteristieke hoedanigheden van hun landaard. Het waren essentieel Fransche ar'isten. Waar Rdiu gewoon is ver over Frankrijk's grenzen heen te blikken en in de gansche humaniteit de stof zoekt voor zijn scheppingen, daar is Dalou bij uitstek nationaal gebleven. Toch heeft hij de wegen, door zijn voorgan gers beireden, verbreed en verruimd. Zijn Triomphe de la Bépublique, die groep die een paar jaar geleden op de «Place de la Nation» werd opgericht, is verreweg het minst stijve, het elegantste en het minst klassieke (in de ongunstige beteekenis van dit woord) van alle monumenten, die Frankrijk's hoofdstad heeten te sieren. Met Dalou is bovendien een, in alle opzichten, selfmade man heengegaan, een type, dat, meer in de kunstenaars- dan in de handelswereld, zeldzaam wordt. Hij was de zoon van een eenvoudig werkman, door eigen vlijt en kracht geworden tot hetgeen hij was. Ook met Aurelien Scholl, hoewel diens vader professeur .de droit was, is dit eenigermate het geval. Op zeer jeugdigen leeftijd te Parijs gekomen, had hij zich door zijn vernuft en vooral „door zijn geestigheid spoedig een plaats verworven in de,'journalistiek en was hij reeds aan het einde van het Keizerrijk geworden hetgeen hij altijd gebleven is: le Prince de la chronique, Ontelbaar zijn de aardigheden, de zoogenaamde nouvelle» d la main die hij heeft bedacht. Zijn verzamelde kronieken zouden, in waarheid, vormen wat van Lennep misschien «de vermakelijke historie onzer dagen» zou genoemd hebben, — historie van Parijs wel te verstaan. Scholl was, hoewel te Bordeaux gehouden, het volmaakte beeld van den Parij zenaar geworden. Voor hem was Frankrijks hooldstad de eenige plaats ter wereld waar men wonen kon en hij ging zelfs verder. Parijs, verklaarde hij, begon bij de «Rue du faubourg Montrrartre» en eindigde bij de Madeleine. Buiten den grooten boulevaid was er geen heil te zoeken, bedoeldj hij daarmee. Hij heeft dan ook 50 jaar op dien
boulevard geleefd, 's Zomers alleen, wanneer hij naar Vichy ging, verdween hij gedurende een maand. Den overigen tijd was hij eiken dag in het café Tortoni te vinden, op den hoek der «Rue Taitbout», een koffiehuis dat even beroemd was omdat Scholl er zat, als Scholl omdat hij daar zat. Toen het dan ook, een jaar of acht geleden, voor altijd zijn deuren sloot, heeft de toenmalige propriétaire hem het tafeltje waaraan hij altijd te vinden was cadeau gedaan, benevens een oud absinthvaatje. Sinds dat oogenblik scheen de groote boulevardier zich op den boulevard niet meer te huis te gevoelen, bewoog hij zich minder in het Parijsche leven. De drie andere Parijzenaars van naam die de dood in de afgeloopen week heeft weggenomen, waren buiten Frankrijk waarschijnlijk minder bekend dan de twee bovengenoemde. Het zijn : Lorédan Larchey, zoon van generaal Larchey, oud-bibliothecaris der Mazarijnsche bibliotheek, een curieuze snuffelaar, die veel werken heeft nagelaten, belangrijk voor de studie der eigenaardigheden van de Fransche taal; Gustave Isambert, zeer bekend journalist en sinds 1889 député, een groot vriend van Gambetta, en ten slotte Paul Avenel, een comedieschrijver, die zich jaren geleden als zoodanig naam verworven had, maar vooral bekend is geworden om de liedjes, die hij gemaakt heeft, waarvan Le pied qui r'mue dog steeds door de Parijzenaars gezongen wordt. Sinds eergisteren kan men bij die vijf dooden een zesden voegen, die wel geen Franschman was, maar toch in den omtrek van Parijs zijn laatste dertig levensjaren heeft doorgebracht. Ik bedoel Don Fiangois d'Assisse, gewezen Koning van Spanje of juister misschien de gemaal van Koningin vau Isabella II. Sinds 1868 woonden beide, eens gekroonde hoofden, in Frankrijk. Zij woonde te Parijs in de „A.venue Kléber," dicht bij den Are de Triomphe , in een prachtig hotel, dat het palais de Castitle wordt genoemd; hij, op een buitengoed te Epinay sur Seine, vlak bij Epinay gelegen. De overleden Koning heeft altijd zeer van de wereld teruggetrokken geleefd ; hij was geen roi en exil , zooals Daudet er in den roman van dien naam heeft geschilderd. Ieder Parijzenaar wist dat Koningin Isabella in de „Avenue Kléber" woonde, maar weinigen vermoedden als ze naar St.Denis gingen, dat in het Chdteau (VEpinay een gewezen Koning van Spanje huisde. Don Fran^ois d'Assisse sterft hoogbejaard, bij de tachtig jaar. Opmerkelijk is echter zijn heengaan op dit oogenblik, dat weer zich de arbeid der in wording zijnde revolutie in Spanje doet hooren. De republiek, die er werd uitgeroepen voor zijn komst in Frankrijk, is er misschien weer niet ver af, terwijl hij voor altijd het land der ballingschap verlaat. Het verscheiden van hen, die uit de aardsche banden verlost worden, wanneer de natuur tot een nieuw leven opwaakt, trekt, in 't algemeen genomen, wil het schijnen, meer de aandacht dan het overlijden van hen, die in den winter uit het ondermaansche worden weggeroepen. Aan den anderen kant echter verzacht het sterven in de lente wellicht het gevoel van weemoed der achterblijvenden. Ea daarenboven, het voorjaar brengt in de Parijsche maatschappij zulk een drukte en beweging mede, dat ia die dagen «de dooden nog sneller gaan» dan anders. Al is de «groote schoonmaak» een weelde, die in de Fransche hoofdstad onbekend is, het maatschappelijk huishouden, zoowel als de bijzondere liggen op dit oogenblik vrijwel overhoop. Ten minste geldt dit voor die der beau-monde en voor die der artiesten, voor zoover namelijk de laatsten de Sainte-Bohême vaarwel gezegd hebben voor een burgerlijk bestaan. Het «concours hippique» en de voorbereiding er van hebben de aanzienlijke sportsmen en officieren maanden van oefening en dagen van inkoopen en organisatie bezorgd. Te nauwernood is het afgeloopen of de salons, die in het Grand Palais der «Avenue Nicolas II» de paardenliefhebbers verdrijven, nemen de dagen en nachten der inzendende schilders en beeldhouwers in beslag. Inmiddels is het derde salon, dat der zoogenaamde independenten, reeds geopend. Het wordt gehouden in een van de groote serres aan den rechter Seineoever, die op de Tentoonstelling van 1900 de bewondering van alle bezoekers gaande maakten. Thans is voor hetgeen er in te zien is, die bewondering minder onverdeeld. Het zijn alleen de decadenten en de ultra-vrijzinnigen die met de voortbrengsels dier «onafhankelijke» schilders wegloopen. Toch is er onder het onkruid wel een enkele plant, die later vrucht zal dragen. Om meer dan één reden, al is het niet beslist om kunstgenot te verschaffen, is dus een bezoek aan het derde salon der moeite waard. Zij die er heengaan en daarom niet zelden door zoogenaamde kui stkenners worden bespot, kunnen in elk geval met den bekenden bijbeltekst antwoorden : «Onderzoekt alle dingen en behoudt het goede.» Juv.
"BUITENLAND. Echo's uit Parijs. (Particuliere correspondentie.)". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009
Bij Kon. Besl. is aan G. W. W. C. baron van Hö^vell, Gouverneur van Celebes en onderhoorigheden, vergunning verleend tot het aannemen van de teekenen van ridaer tweede klasse der Orde van den Rooden Adelaar van Pruisen, hem door den Duitschen Keizer geschonken. — Bij beschikking van den Minister van Binnenlandsche Zaken is bepaald, dat de commissiön, die gedurende het jaar 1902 belast zullen zijn met het afnemen der examens van apothekersbediende, zullen zitting houden te Amsterdam en Zwolle; en zijn benoemd: in de commissie, welke zittiDg zal houden te Amsterdam, tot voorzitter, de inspecteur voor het geneeskundig Staatstoezicht voor Noordholland dr. J. P. Dozy, te Amsterdam; met bepaling dat hij bij verhindering tijdelijk zal worden vervangen door het plaatsvervangend lid van den geneeskundigen raad voor Noordholland dr. P. Ankersmit, apotheker te Amsterdam; tot leden* J. Jelgerhuis Swildens en .B. A. van Ketel, beiden apotheker te Amsterdam; tot leden - plaatsvervangers : J. L. van Wermeskerken, militair-apotleker der iste klasse, en L, C. W. Cocx, apotheker, beiden te Amsterdam ; en in de commissie welke zitting zal houden te Zwolle: tot voorzitter, de inspecteur voor het geneeskundig Staatstoezicht voor Overijssel en Drenthe, dr. M. VV. Pijnappel, te Zwolle, met bepaling dat hij bij verhindering tijdelijk zal worden vervangen door het lid van den geneeskundigen raad voor Overijsel en Drenthe, dr. R. I. C. Stoffels te Meppcl; tot leden, R. Meulenhoff, oud-apotheker te Zwolle, en dr. L. VV. Th. Wigmau, oud-apotheker, leeraar aan de Rijkshoogere burgerschool te Zwolle; tot leden-plaatsvervangers : W. Meinderman, apotheker te Deventer, en J. S. Rijken, apotheker te Kampen. (Stct.) — De gewone audientie van Minister van Justitie zal Woensdag niet plaats hebben.
"BENOEMINGEN enz.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009
INGEZONDEN MEDEDEELINGIK BETREFFENDE HANDELSZAKEN. Vreeselijk lijden door rheumatiek Het rheumatiek waartegen reeds zoo vele middelen schipbreuk gelegen hebben is evenwel niet ongeneesbaar. Wij hebben reeds verscheidene malen ongehoopte gevallen van genezing in deze kolommen vermeld. Hier onder laten wij er weder een volgen. De Heer W. Krynen, schoenmaker te Oosterhout, 66 jaar, schrijft ons, dat hij gedurende meer dan 25 jaren op vreeselijke wijze volgens verklaring van zijn dokter aan rheumatiek in de ingewanden is lijdende geweest, Ik mag U verklaren dat mijn leven na zulk een langdurig lijden mij tot last werd, de lust tot werken verloor ik geheel en al. 't Is niet te vertellen wat ik al niet heb aangewend doch immer zonder eenig resultaat sleepte ik mijn treurig bestaan voort. Ik las op zekeren dag een geval van ongehoopte genezing in de courant, komaan zeide ik, baat 't niet, 't schaadt niet, gebaat hebben, want ik moet bekennen dat ik door hun gebruik een geheel ander mensch geworden ben, ik gevoel mij als of ik slechts 30 jaar oud was. Het is een kostbaar geneesmiddel en raad ze een ieder lijdend persoon aan. De hernieuwing van het bloed veroorzaakt door de Pink pillen doet eveneens verdwijnen, bloedarmoede, bleekzucht, neurasthénie, hoofd en lendenpijnen. Door hun gebruik zullen de krachten terug gegeven worden en men zal behoed zijn voor allerlei ongemakken veroorzaakt door een'verarmd bloed. Wij kunnen er echter niet genoeg op aandringen, dat men wel acht geve de echte Pink pillen van Dr. Williams te bekomen, want gelijk alle goede producten worden ook de Pink pillen reeds op eene grove manier nagemaakt, zelfs zoodanig dat zij uiterlijk den schijn hebben van de echte te zijn, doch de heilzame en genezende bertanddeelen bezitten ze in geenen deele. Koopt ze slechts bij de depothouders die onder de attesten zijn aangegeven of gij zoo maar eenige twijfel mocht hebben, laat ze rechtstreeks van den Hoofddepothouder komen, den Heer Snabilié. Prijs f 1.75 de doos; f9.— per 6 doozen. Verkrijgbaar bij J. H. I. Snabilié, Steiger 27, Rotterdam, hoofd-depöthouder voor Nederland. Franco toezending tegen postwissel. Ook echt verkrijgbaar voor Arnhem en Omstreken bij H. de Haas Rz., Drogerijen, Turfstraat 25, R. J. Hagenbeek, Rodenburgstr. 74, H. Linnewiel, Jansstraat 17.
"Advertentie". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/19 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095583:mpeg21:p009