Door de «Haageche Courar.t» was het vermoeden uitgesproken, dal het Koninlijk Besluit, waarbij de Minister van Oorlog gemachtigd wordt de oude lichtingen voor herhalingsoefeningen op te roepen, allicht tengevolge van de ziekte van H. M. de Koningin nog niet geteekend was en 't zoo »den Minister gemakkelijk» vallen zal, tegenover de Tweede Kamer, die heden bijeenkomt, «toeschietelijker te zijn» met betrekking tot de quaestie der oproeping van de lichting van 1S95. Dit vermoeden is, zooals het «Handelsblad» opmerkt, onjuist, omdat bedoeld Kon. Besluit den 8en April is geteekend, wat ook met onze inlichtingen overeenstemt. Dat het nog niet is openbaar gemaakt, is alleen hiervan het gevolg d.at de beschikkingen, ter uitvoering daarvan door den Minister te nemen, gelijktijdig worden afgekondigd. Het «Handelsblad» zegt hieraan te kunnen toevoegen: «dat op 19 dezer de Minister niet het voornemen bad, de lichting '95 buiten oproeping te laten, met andere woorden, intrekking dan wel wijziging van het Kon. Besluit voor te stellen ; dat de uitvoeringsbepalingen, in ontwerp gereed, bij enkele afdeelingen van het departement nog behandeling vereischen en daarna dus de bekrachtiging van ZExc. vorderen; dat vermoedelijk in de laatste dagen dezer week de afkondi ging in de «Staatscourant» kan worden tegemoet gezien; dat hoogstwaarschijnlijk de eerste '95ers — t. w. de 4e comp. van 2e reg. vestingartillerie — reeds den 15 Mei a. s. zullen moeten opkomen." Deze toevoeging heeft al den schijn eener oificieuse mededeeling. Toch geven wij den moed nog niet op, dat de Regeering bij dit voornemen niet zal volharden, omdat het doorzetten van den beoogden maatregel onbetwistbaar in strijd zou zijn met de letter der wet. Dat haar ontwerper bedoeld heeft ook de lichtingen, welke voor den eersten keer onder de wapenen zijn gekomen vód r dat de korte eerste-oefeningstijd van 8 maanden in toepassing is gebracht en de dienstvervanging afgeschaft is twaalf weken voor herhalingsoefeningen te doen opkomen, spreken wij niet tegen; maar nadat in art. 107 de korte eersteoefening bij amendement in de wet is vastgelegd, is art. in, hetwelk de twaalf weken herhalingsoefeningen, over ten hoogste drie perioden verdeeld, verplicht stelt voor de ingelijfden, «die den bij art. 107 bepaalden tijd onder de wapenen hebben doorgebracht», naar de letter beslist niet van toepassing op hen, die krachtens de oude wet voor eerste oefening 12 maanden (en langer) onder de wapenen gehouden zijn. Het mag een leemte zijn in de wei, dat bij de vaststelling van het artikel omtrent de herhalingsoefeningen niet gedacht is aan de wijziging, welke bij amendement in art. 107 is gebracht, die leemte kan en mag niet aangevuld worden bij Koninklijk Beslui'. De dienst der bij de militie ingelijfden is bij de wet omschreven; de daarop betrekking hebbende bepalingen zijn slrictae interpreta' tióhis en daaraan kan buiten de wet om geen uitbreiding worden gegeven. Zij betreffen den eerste-oefeningstijd, de regeling der voorziening in het blijvend gedeelte, de buitengewone oproepingen «ter handhaving of tot hersiel van de openbare rust en orde, tot uitvoering van wettelijke voorschriften of om andere overwegende redenen», en de herhalingsoefeningen, volgens art. 111 aan duidelijk omschreven regelen gebonden, zoodat eene handhaving der oproeping van de lichting 1895 voor herhalingsoefeningen onbetw'stbaar in strijd is met de letter der wet en dus onwettig. Tenzij de Regeering mocht willen staande houden, dat de «andere overwegende redenen» van art. 110 ten deze aanwezig zijn, wat zij zeker moeilijk aannemelijk zou kunnen maken. Gelijk gezegd, wij blijven alsnog verwachten, dat de sciiijnbaar officieuse mededeeling van het «Handelsblad» door de Regeering gelogenstraft zal worden, maar mocht zij onverhoopt blijven vasthouden aan haar oorspronkelijk voornemen, dan mag toch ook nog van de Volksvertegenwoordiging worden verwacht, dat zij toonen zal tegen de uitvoering van een onwettig besluit der Regeering te willen waken. 't Is te hopen dat deze 't zoover niet zal laten komen, maar tevens dat, mocht zij onverhoopt het onwettig besluit willen uitvoereu, althans de Eerste Kamer zich daartegen veizetten zal, indien al eens de meerderheid der Tweede Kamer, wat wij nog niet willen aannemen, het partijbelang boven de strikte toepassing der wet mocht willen stellen, Ongetwijfeld
doet in dit opzicht de agitatie, tegen het voornemen der Regeering van sociaal-democratische ziide op 't getouw gezet, kwaad, maar daardoor zal de Volksvertegenwoordiging zich toch niet op 't dwaalspoor kunnen laten brengen en zich laten verleiden, om een onwettige daad der Regeering door hare goedkeuring te dekken.
"EERSTE BLAD. ARNHEM, 22 April.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095585:mpeg21:p001
"Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095585:mpeg21:p001
Men meldt van gisteravond van het Loo: In den toestand van Hare Majesteit de Koningin was ook hedenavond geen verandering gekomen. Bij tusschenpoozen verlieten de geneesheeren heden geruimen tijd het paleis, en ook Prins Hendrik maakte in den middag nog eene wandeling door het park. De lessen, die de Prins gewoon is op verschillende dagen der week te nemen, schijnen geregeld voortgang te zullen hebben. Dr. Kronenberg, uit Deventer, die tot de leermeesters behoort, vertoefde althans in den ochtend eenige uren op het Loo. Het consult, dat professor Rosenstein met de andere geneesheeren zal hebben, wordt tegen morgen (Dinsdag) middag tegemoet gezien. Aan het «Vad.» wordt gemeld, dat de komst van prof. Rosenstein nog niet is bepaald. Och iendbullt tin. Elet Loo, 22 April, De toestand van Hare Majesteit de Koningin blijft bevredigend. Dr. R oes ving h. L. P ot, arts. Behalve dat de regeerende Vorsten en Staatshoofden voortdurend hunne belangstelling openbaren in de ziekte onzer Koningin langs rechtstreekschen telegraphischen weg naar het Loo, hebben de meeste buitenlandsche regeeringen, die te 's-Gravenhage vertegenwoordigd zijn, hare gezanten opgedragen den Minister van Buitenlandsche Zaken hare gevoelens van sympathie en deelneming te vertolken. Sommige buitenlandsche gezanten deden dit door een persoonlijk bezoek aan den Minister. «De Standaard», welke wel min of meer als een officieus orgaan kan worden aangemerkt, schrijft: , Geheel ontijdig schijnt ons de nu reeds in een enkel blad opgeworpen vraag, hoe het met de waarneming der regeering zal gaan, en of niet te denken z : j aan toepassing van Art. 38 der Grond wet. „Blijven de tijdingen van het Loo zoo geruststellend als dusver, dan is er geen de minste oorzaak, om ook maar van verre aan zoo iets te denken. „Het is een noodartikel voor het uiterste gezal van noodzakelijkheid, al s er werkelijk ernstige storing ontstond en de zake des lands te lang zou moeten lijden. „Doch juist dat is bij een acute ziekte als de typhus niet waarschijnlijk. Ze verloopt snel; en is- ze gunstig verloopen, dan moge in het tijdperk van reconvalescentie beperking van iaak wenschelijk zijn, maar dat is heel iets anders dan „buiten staat ziju om te regeeren." „Oos dunkt dan ook, dat beter dan aan de peis, hier het woord aan de artsen zal zijn te laten. . . . „Goede hope mag gekoesterd worden, dat geheel deze zaak zonder schokken zich vinden zal. „Ook in het burgerlijk leven onderscheidt men niet alleen tusschen zijn zaken wel en niet kunnen waarnemen, maar ook tusschen dien halven toestand, waarin men de zaken zeer wel loopende weet te houden, ook al is het, dat van het full steat/i voor een tijd lang moet worden afgezien." In hoever de ziekte en het vermoedelijk langdurig herstel van H M. de Koningin tot eene stagnatie in den loop van zaken aanleiding geeft, staat ook volgens de Grondwet uitsluitend ter beoordeeling van de Ministers „in rade vereenigd", en 't ligt voor de h«nd dat zij zich daarbij laten leiden door het advies der ansen. In elk geval schijnt er dus vooreerst van buitengewone maatregelen nog wel geen sprake te zijn. Een redacteur van de «Telegraaf» heeft een onderhoud gehad met den Minister Kuyper over de interviews van berichtgevers an buitenlandsche bladen. De Minister stelde de onjuistheid
',.*er verslagen in 't licht en ontkende met name de beweringen betreffende «het zenden van een oorlogsschip» (naar Antwerpen) en het gebrek aan taalkennis van baron de Grelle Rogier. De bewering, dat hij de uitnoodiging naar Gainsborough had aangenomen, noemde de heer Kuyper onwaar; tien tegen één, dat hij «*>/zal gaan, aangezien in de talrijke te wachten aanspraken aldaar licht de booze oorlog zou worden aangeroerd en hij als vreemdeling tegen uitbarstingen van 't Jingoïsme niet zou kunnen pro testeeren.
"BINNENLAND. Ziekte van H. M. de Koningin.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095585:mpeg21:p001
Prins Hendrik heeft het beschermheerschap aanvaard van de Geldersch-Overijselsche Maatschappij van Landbouw. — Door wijlen den heer W. A. G. Voet is aan de diaconie der Ned. Herv. Gemeente alhier een legaat besproken groot f 1000, vrij van rechten en kosteD. — Gisterenavond heeft het departement Arnhem der „Mij. tot Nut van't Algemeen" in eene gewone ledenvergadering, na de afdoening van enkele huishoudelijke zaken, den beschrijvingsbrief behandeld voor de algemeene vergadering der Maatschappij op Woensdag en Donderdag 21 en 22 Mei te Amsterdam. Tot afgevaardigde werd gekozen de heer F. Z. Bar khuis, tot diens plaatsvervanger de heer J. L. Fortuijn Drooglever. Besloten is de vervulling der met 1 Juli in het departementsbestuur ontstaande vacature uit te stellen tot na afdoening der herziening van het huishoudelijk reglement, welke ter hand genomen is. — * Uitslag van 't examen voor onderwijzeres op 21 April. Geöxamineerd zijn 7 candi laten. Geslaagd de heeren: M. Driessen, Mill c. a.; H, Aalders, Ulft; H. L. Berkelder, Silvolde en P. J. Voerman, Nijmegen. — Het verslag over 1901 van de Kamer van Kooph. en Fabr. te Arnhem is in druk ver. schenen. Daarin komt o. a. een overzicht voor van de stappen, welke de Kamer deed in 't belang van: het marktwezen, verlichting benedenkaai van de Rijnkale, verhooging van den Kanonberg, bestrating van de kaai bij den havenmond, overtocht over den Rijn bij ijsgang, doorgraving bij Malburgen, goederenvervoer op de spoorwegen, verlaging der perronkaarten, verlaging van 't posttarief voor drukwerk, buitenlandsche postzegels, uitvoerrecht op koffie en verpondingsbelasting, de tramquaestie, overdekte botermarkt. Voorts van den toestand in de fabrieken en kleinere bedrijven, in den kleinhandel, den gelden den groothandel, in de winkelnering, in de scheepvaart enz. Ten slotte opgaven betreffende aanvoeren. — t Zooals reeds geannonceerd is, zal generaal Booth, de stichter en hoofdleider van het «Leger des Heils» op Donderdag 24 April hier aankomen. De generaal heeft te Amsterdam, den Haag, Utrecht, Leiden, Haarlem, Dordrecht en Groningen samenkomsten geleid, die door duizenden menschen bezocht zijn. Te Amsterdam en te Rotterdam was de toeloop zoo groot dat de groote concertzaal van het «Paleis voor Volksvlijt» en de concertzaal van «de Doelen» de schare niet bevatten kon en eenige honderden menschen terug gezonden moesten worden. Hoewel er hier te Arnhem gereserveerde plaatsen è. 50 en 25 cents verkrijgbaar zijn, zullen er ook toegangskaarten è. 10 cents aan de ingangen der zaal verkrijgbaar worden gesteld. — f Als eene bijzonderheid deelt de heer Houttuin, Velperweg alhier ons mede, dat hij Zondag jl. heen en terug van Arnhem naar Groningen is gereden met zijn automobiel. Te Groningen werd 4 uren halt gehouden. De automobiel is hier ter stede in de fabriek van den heer Bij 't Vuur vervaardigd. — f Werd sinds vier jaren in onze stad het Kulmbacher Reichelbrau-bier met goed gevolg verkocht, nu de exploitant van den Ausschank op de Jansplaats 1, hier ter stede, belast is met den alleenverkoop voor geheel Ned rland, zal het succes van het bier zeker stijgen. Deze brouwerij, die uitsluitend voor export fabriceert, is de grootste uit Beieren en een der belangrijkste van de wereld. Zij verzendt niet alleen door geheel Duitschland, maar ook door Oostenrijk, Frankrijk, Zwitserland, Engeland, Zweden, Noorwegen enz., wat wel pleit voor de
uitnemende qualiteit van het bier. Trouwens dit lekkere bier, dat volkomen onschadelijk, ja gezond is, zal in ons land wel spoedig even verbreid zijn als in de andere genoemde landen. Men make er eens kennis mee. — f Gisternamiddag over halfirie geraakten op den Jansbinnensingel, doordat een karvoerder geweldig klapte met zijn zweep — een oorverscheurende liefhebberij — de paarden voor een rijtuig op hol. Op het Velperplein stortten de paarden op het troitoir, maar kwamen er, zooals later bleek, nog goed af. Ook het rijtuig bleef onbeschadigd. Mevrouw S., die haar éénjarig zoontje in een kinderwagen reed, zag tot haar grooten schrik de hollende paarden recht op haar afkomen. Gelukkig gebeurde er niets ergs — den schrik er buiten gelaten. Het kind heeft een buil en een schram gekregen, doordat het tengevolge van den schok uit den wagen viel; mevr. S. viel ook, maar bezeerde zich niet van beteekenis. — * * Gisteren is door de politie aangehouden de rijdende artillerist G. K., als verdacht van een meisje van 15 jaar Zaterdagavond nabij de petroleumloods Ouderlangs met geweld te hebben aangerand. Het meisje heeft zich onder geneeskundige behandeling moeten stellen. — * * Door de politie is aangehouden zekere G. V. uit Zwolle die in half beschonken toestand in de Ketelstraat een rijwiel ontvreemdde dat daar onbeheerd stond. — § Bij gelegenheid van de veldoefeningen op meer uitgebreide schaal door de korpsen der ie divisie infanterie, onder bevel van den generaal-majoor W. B. J. Duijcker, zullen op s> 6, 7, 8, 9 en 10 September te Velp worden ingekwartierd 4 escadrons cavalerie, benevens de regimentsstaf zoomede te Rosendaal (G.) 1 escadron. — * Doetinchem, ai April. Tot lid van den Raad dezer gemeente werd gekozen de heer mr. J. J. van Gorkom (lib.) met 189; de heer R. Velsink (soc.) verkreeg 166 stemmen. — * De zoogenaamde «blikken dominé», een zekere S„ die door zijn opruiende taal te Silvolde voor eenige weken tegen de Katholieken aldaar gehouden tot wanordelijkheden aanleiding gaf die hem noodzaakten zijn woonplaats te verlaten, zal niet meer in zijn woonplaats terugkeeren. Ook zijn vader, een flinke schildersbaas, heeft zich genoodzaakt gezien, zijn bezittingen te verkoopen en dit dorp te verlaten daar hij er geen werk meer kon vinden. — § Te Geesteren, gem. Borculo, is door een onbekende oorzaak de woning van den landbouwer Raabe uitgebrand. Het vee en een gedeelte van den inboedel is gered , terwijl de brandweer de belendende schuur wist te behouden. Alles was laag verzekerd. — Winterswijk, 21 April. Op de heden gehouden veemarkt waren aangevoerd 24 koeien van f 80 tot f 130; 12 pinken van f40 tot f60; 25 groote varkens van f 12 tot f 20, en 30 biggen van f 1.80 tot f 2.50 per stuk. De handel in biggen zeer levendig en duur. — Het Loo, 21 April. Alhier zijn aangekomen ridder Pauw van Wieldrecht, kamerheer bij H.M. de Koningin-Moeder, en baron Bentinck, eerste stalmeester van H.M. de Koningin, en van hier vertrokken jhr. G. J. van Tets, kamerheer bij H.M. de Koningin-Moeder, en jhr. van Suchtelen van de Haare, adjudant bij den Prins. — * Apeldoorn, 22 Mei. Het feest van de Koningsschool alhier dat den 3e Mei ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan gevierd zou worden, is wegens de ongesteldheid van H. M. de Koningin uitgesteld, — Te Harderwijk is een 2 1 / s -jarig knaapje, het eenig kind van L. G., in een pot met kokend water gevallen en aan de bekomen brandwonden overleden.
"NIEUWS UIT GEMEENTE EN PROVINCIE.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095585:mpeg21:p001
De Koning van Zweden en Noorwegen benoemde den heer J. A. Bredius te Amsterdam tot ridder ie klasse 111 de orde van Sf. Olaf. — De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft B. en W. van Zaandam op een vraag door hun college gedaan geantwoord, dat er geen termen bestaan om de gemeentelijke hoogere burgerschool te verheffen tot eene Rijksstichting. Wel heeft de Minister zich bereid verklaard op de ontwerp-staatsbegrooting 1903 het Rijkssubsidie van f 7000 op f 95 00 te brengen, mits de Raad besluite den 4-jarigen cursus in een 5-Jarigen te veranderen.
Het D. B. beeft nu den Gemeenteraad voorgesteld He gestelde voorwaarde aan te nemen en B. en W, uit te noodigen de voor deze organi satie vereischte voorstellen in te dienen. — Naar gemeld wordt zal de heei*P. J Bouw meester, referendaris uij het Departement van Kolonfl', om redenen an gezondheid zijn ontslag uit 'slaods dierst aanvragen. — In de vergadering van de Kamer van Koophandel te Keulen op Zaterdag is medegedeeld dat de Duitsche Regi-ering. op advies van den Pruisische!) Ministt-r var» Koophandel, htsloten hcïft, de Norddeutsche Lloyd niet te ontslaan van hare verplichting om de haven van Botterdam aan te doen. De wevers op de Kon. tapijtfabriek te Deventer, directeuren Mouten, hebben, naar men meldt, f i.— loonsverhooging per week gevraagd. — * Enschedé, 21 April. Heden zijn eenige fabrikanten uit Borghorst (Üuitschl.) hier geweest, die voor hunne spinnerij aldaar 1 krasbaas en 10 vrouwelijke arbeiders, allen werkzaam geweest zijnde in de fabriek Kremersmaten, hebben aan geworven. De voor krasbaas aangestelde persoon, een zekere Spaaij, en twee vrouweljke arbeiders zijn hedenmiddag reeds derwaarts vertrokken, terwijl de acht overige arbeidsters spoedig zullen volgen. De genoemde fabrikanten, die ook de hedenmorgen gehouden vergadering der stakende en uitgesloten arbeiders bijwoonden, gaven te kennen, dat zij binnenkort nog meer werkkrachten zouden kunnen plaatsen. — Op de stoombleekerij der firma W. ten Bruggencate en Zoon te Almelo is eea werkstaking uitgebroken. De arbeiders wenschen loonsverhooging, — Naar aan het «Hbld» wordt gemeld, is door de Katoen-Maatschappij (voorheen Gebr. Scholten en Co ) te Almelo bij notariëde akte aan de respectieve koopers (arbeiders) overgedragen het eigendomsrecht op 60 woningen. Iedere woning heeft een tuintje achter het huis, behalve eenige woningen in de zoogenaamde Slichte, waarvoor geen terrein disponibel was. Deze hebben daarvoor in plaats een stukje grond nabij die woningen. Om eigenaar te worden, hebben de huurders gedurende 8 jaar wekelijks betaald, naar gelang der grootte en ligging der woningen, 50, 40 of 25 ets. Gedurende het 8 -jarig tijdvak ("15 April 1894 —15 April 1902) was het onderhoud ten laste der huurders, terwijl voor rekening der KatoenMaatschappij waren het abonnement op de waterleiding, assurantie en grondbelasting, bedragende samen voor elke woning f 8 per jaar, De kosten van overschrijving zijn mede door de Katoen-Maatschappij betaald ; deze bedroegen ongeveer f 9 per woning. Na aftrek van dit bedrag hebben de woningen dus feitelijk aan de huurders slechts gekost f r4S, f 103 of f 60. Door vele huurders zijn de woningen gedurende den huurtijd reeds opgeknapt en geriefelijker ingericht, terwijl anderen hiermede thans bezig zijn. — De oud-schcut-bij-nacht jhr. Th. E. de Brauw is te Breda overleden. Als jeugdig officier verwierf de Brauw ter zake zijner verrichtingen bij een gevecht tegen zeeroovers in de baai van Lobo op 18 April 1862 de ilitaire Willemsorde. Toen Hire Majesteiten de Koninginnen in 1894 bezoek brachten aan Zeeland, voerde Schout bij Nacht jhr. de Brauw het bevel over de vier oorlogsschepen, weike zich bij die gelegenheid vóór Vlissingen bevonden. Jhr. de l'rauw was ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw en voorts gerechtigd tot het dragen van het Eereteeken met de gesp Atjeh 1873/90.
"BINNENLANDSCH NIEUWS.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1902/04/22 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000095585:mpeg21:p001