* Door de Arrond.-Rechtbank alhier zijn 31 dezer de navolgende uitspraken in strafzaken gedaan: F. W., loodgieter te Arnhem, wegens diefstal tot 2 maanden gev.straf. — W. H. A., arbeider te Arnhem, wegens mishandeling, tot 9 maanden gev.straf. — W. F. V., z. b. te Zevenaar, wegens diefstal ontslagen van alle rechtsvervolging en plaatsing in een rijksopvoedingsgesticht tot zijn 18e jaar. — J. Ch. H., bierhuishouder te Arnhem, het vonnis van den kantonrechter te Arnhem, d.d. 6 April 1904 bevestigd. — A. v. W., koopman te Arnhem, wegens diefstal, tot 14 dagen gevangenisstraf. — 1. J. A. F. d. L., kok, zonder vaste woonplaats en 2. H. J. d. G., winkelbediende te Arnhem, wegens mishandeling, no. 1 tot f 10 boete, subs. 14 dagen; no. 2 tot f 15 boete snbs. 21 dagen hecht. — K. Ch. v. T., arbeider te Dieren, wegens diefstal, tot 8 dagen gev.straf — G. J. E., z. b., te Stad -Doetinchem, wegens strooperij met een handwagen, tot f 1 boete, subs. 2 d. h. — H. G. Q., arbeidster te Stad-Doetinchem, wegens strooperij met een wagen tot f 2 boete, subs. 3 dagen hecht. — G. Th. K., fabrieksarbeider te Silvolde, wegens weerspannigheid tot f 10 boete, subs. 15 dagen hecht. — ieH. E., mandemakersleerling, 2e A. v. d. V., arbeider, beiden te Arnhem, no. 1 wegens verduistering tot 1 maand gev.straf en no. 2 wegens heling tot 10 dagen gev.straf. — A. M. S., polderwerker, zonder vaste woonplaats, wegens diefstal tot 3 maanden gev.straf. — B. K., arbeider te Arnhem, wegens diefstal tot 8 maanden gev.straf. — D. J. V., fabrieksarbeider te Dinxperlo, wegens frauduleusen invoer van bier tot 2 d. gev.straf. B. G. W., fabrieksarb. te Süderwick, wegens frauduleuse inv. van gedistilleerd, tot 2 d gev.straf. — J. H., fabrieksarbeider te Mechelen, vrijgesproken. — A. L., landbouwer te Netterden, vrijgesproken. — Th. J. G., fabrieksarbeider te Dinxperlo, wegens frauduleusen invoer van gedistilleerd, tot 2 dagen gev.straf. — F. E. R., zonder beroep te Arnhem, het vonnis dezer Rechtbank dd. 13 Mei 1904 bekrachtigd. - —
Arnhemsche courant
- 31-05-1904
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Arnhemsche courant
- Datum
- 31-05-1904
- Editie
- Dag
- Uitgever
- C.A. Thieme
- Plaats van uitgave
- Arnhem
- PPN
- 400337789
- Verschijningsperiode
- 1814-2001
- Periode gedigitaliseerd
- 1851 - 1950
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Koninklijke Bibliotheek
- Nummer
- 5491
- Jaargang
- 91
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
RECHTSZAKEN.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Amsterdam, 30 Mei. In de bekende zaak omtrent het kind, dat als jongen in de registers van den Burgerlijken Stand vermeld staat, doch dat later zou gebleken zijn een meisje te zijn, werd heden de contra-enquête gehouden. Als getuige werd allereerst gehoord een zuster van vrouw Vermij, de moeder, die het kind onmiddellijk na de geboorte gezien heeft. Zij verklaart beslist te hebben waargenomen, dat het een jongen was. „Het was een jongen en het blijft een jongen". De man dezer getuige, die vervolgens werd gehoord, was eveneens bij de bevalling tegenwoordig. Ook hij zag dat het kind een jongen was, en vergezelde den vader en den semi-arts bij de overbrenging naar het Gasthuis, waar het kind door eene verpleegster werd in ontvangst genomen. Enkele dagen later bezocht getuige het kind in het gasthuis. Hoewel hij vroeger voor den commissaris van politie verklaard heeft dat het kind, dat hij toen zag, geleek op het kind. van hetwelk vrouw Vermij bevallen was, durft hij dit thans niet bevestigen. De gemeente-vroedvrouw, die bij de bevaliing geadsisteerd had, reeds vroeger door de Rechtbank gehoord, legde opnieuw verklaringen af.
Zij blijft er bij, dat het" kind een jongen was, doch wijst op een bijzonderheid na de bevalling voorgevallen, die vergissing in het geslacht voor hen, die het kind gezien hebben, verklaarbaar maakt. Degene, in wiens gezin het kind thans verpleegd wordt, heeft eenige weken de echtelieden Vermij en hunne overige kinderen gezien, doch kon geen gelijkenis vinden noch tusschen het kind en de ouders, noch met hunne anderen kinderen. Hiertoe werden allerlei exporimenten gedaan, waaruit tevens bleek dat de overige kinderen van het echtpaar Vermij ook niet op elkander geleken. Na afloop van het getuigenverhoor bepaalde de Rechtbank, dat partijen in de gelegenheid werden gesteld van conclusiën te dienen. — Naar de „Tel." uit goede bron verneemt, duren de onderhandelingen tusschen mr. B. E. Asscher en de besturen van den A. N. D. B. en de Amsterdamsche Juweliers Vereeniging voort, zoodat er nog altijd kans .bestaat, dat de heer Asscher er door zijn bemiddeling in slagen zal, aan het geschil in de diamantnijverheid en daarmede aan de uitsluiting een einde te maken. — 's-Gravenhage, 30 Mei. Het brandschermbesluit is teniet gedaan. Naar wij vernamen, hebben B. en W. nl. op grond van hun bevoegdheid „ex de Gemeentewet" toegestaan wat de Raad bij wijziging van het erfpachtscontract had geweigerd. En dei goedige Raad schijnt er in te hebben berust. De heer van Liefland had, zegt men ons, aan den Raad de verzekering gegeven, dat er in heel Duitschland in geen enkel circus een brandscherm is; — en dat had men voldoende gevonden voor den „salto mortale". We hadden 't niet anders verwacht. Tegen den wil van erfpachters verzet de Haagsche Raad zich niet. En 't valt ons nog mee dat de heeren 't met gesloten deuren afdeden. De in zijn oppergezag gekrenkte beheerscher van Scheveningen had een openbaar „amende honorable" kunnen eischen. („Haagsche Ct.") — Benoemd tot scheikundige aan het Rijkslandbouwproefstation te Hoorn, dr H. P. Muntendam, thans assistent aan het Rijkslandbouw-proefstation te Wageningen. — Naar de ,,'s Hert. Ct." verneemt, kan het reeds aangekondigde bezoek van H. M. de Koningin en Z. K. H. den Prins der Nederlanden aan 's Hertogenbosch en de provincie Noord-Brabant, worden tegemoet gezien omstreeks half Augustus. Als dagen van het bezoek werden daar genoemd 16, 17 en 18 Augustus.
KOLONIËN. Trouw-, geboorte- en doodberichten.
Gehuwd: J. Reiche met M. E. Agerbeek, Batavia. — J. L. de Lanoy met A. v. d. Lugt, Tegal. — W. Dümpel met M. P. Wouters. Tjepoe. — (Bij volmacht) J. R. Wilkens met J, E. van Waardenburg, Pontianak-Weltevreden. — L. W. Greve met F. W. Dézentjé, Samarang. — (Bij volmacht) A. L. C. Grosse met M. J. A. Greve, Atjeh-Soerabaja. Bevallen: J. Agerbenk, geb. Lantzius, D., Mr.-Cornelis. — H. C. Gooszens, geb. Oort, Z., Buitenzorg. — A. Rozet de Groot, geb. van van Embden, D., Soekaboemi. — Van Rhee, geb. van der Valk, Z., Merauke. — Ch. H. Th. J. Eybergen, geb. van Merkestyn, Z., Probolinggo. — A. Gagliardi, geb. Snackey, D., Mr.-Cornelis. — N. M. Roso, geb. Carels, Weltevreden. — A. P. Schmidt, geb. de Ridder, Z., Samarang. — C. t'Sas, geb. van Bergen, D., Samarang. — Gyswyt, geb. Vermaes, D., id. — S. W. Küchlin, geb. Elias, Z., Malang. — R. Francis, geb. Ameln, Z., Djokjakarta. Overleden: L. W. P. Steimmetz, 18 j., Weltevreden. — H. W. Thielsch, 71 j.. Batavia. — P. J. A. Hillebrand, Palembang. — H. E. Schultz, Patjitan. — F. H. van Aagten, 65 j., Bangil. — A. B. Reeb, 44 j., Solo.
BUITENLAND. De oorlog in Oost-Azië.
Onwillekeurig begint men zich af te vragen, waaraan al de Russische nederlagen zijn te wijten. Zeer zeker niet aan gebrek aan dapperheid van de troepen, want zoowel aan de Yaloe, als nu bij Kin-tsjou hebben zij zich wanhopig verdedigd, hierover zijn alle berichtgevers, zelfs de Japanners het eens. Bij Kin-tsjou hebben zij eigenlijk vijf dagen aan een stuk gevochten, tot zij eindelijk in de eind worsteling, die zestien uren duurde, het onderspit moesten delven. Maar de oorzaak van de telkens terugkeerendë tegenslagen zit in de onbekwaamheid van hun aanvoerders. Bij de Yaloe verzuimde generaal Sassoelity zijn linkervleugel aan de Ai-ho te versterken, alhoewel hij weet, dat die rivier doorwaadbaar was en het gevolg was, dat hij zich plotseling tusschen twee vuren geplaatst zag. Bij Kin-tsjou verzuimde de Russissche generaal d en 735 M. hoogen Sampsanberg, die zijn stellingen beheerschte, in zijn verdedigingslinie op te nemen en toen de Japanners dien berg eenmaal bezet hadden, moesten de Russen verliezen, en men kan slechts hun moed bewonderen, dat zij toch nog den tegenstand volhielden. Maar die misslagen van de bevelhebbers gaan npg verder. Alexejef is de man, die naar veler oordeel den oorlog uitlokte, en hij is de schuld dat reeds den eersten dag van den oorlog de Russische vloot voor een groot deel onbruikbaar werd gemaakt. Toch bleef Alexejef, stadhouder en staat zelfs nu nog boven Koerapatkin. Zoo is het steeds met de Russische aanvoerders geweest, in den oorlog van 1828 met de Turken, in 1877 bij Plewna, in den Krimoorlog, steeds waren de Russische generaals niet voor hun taak berekend en wanneer er al generaals waren die groote overwinningen behaalden, dan was
dit meer aan hun doldriestheid,-aan hun blindelings voorwaarts stormen te danken, dan aan hun kalmte en beleid. Hier kunnen we nog bijvoegen, dat de Japansche soldaat beter geoefend is en betei schiet dan de Russische en dat het Japansche geschut grooter in aantal en van beter hoedanigheid is, dan het Russische. Zelfs wanneer de Russische versterkingen, die de Czaar nu geïnspecteerd heeft, op het oorlogsterrein zijn aangekomen, zal het Russische leger ongeveer 248,000 man tellen met 640 kanonnen, terwijl het Japansche nu reeds 230,000 man met 280 kanonnen telt. Van die Russische sterkte gaat dan nog af het garnizoen van Port-Arthur en Wladiwostok. Nu hebben de Japanners bij Kin-tsjou nog .„68 kanonnen en 10 machine-kanonnen genomen en alhoewel de Russen vertellen, dat dit minderwaardige stukken zijn, in 1901 op China veroverd, wanneer men acht dagen geleden er hun oordeel over gevraagd, zou dit anders geklonken hebben. Generaal Okoe, de Japansche bevelhebber, schat de verliezen der Japanners bij Kin-tsjoe op ongeveer 3500 man. De Russen lieten ongeveer 500 dooden achter, en daar de verhouding van dooden en gewonden ongeveer 1 : 4 is, kunnen we hun verliezen wel op 2500 man stellen. Wanneer we in aanmerking nemen, dat de aanval op Nan-sjan een Irontaanval was, zijn de Japansche vérliezen niet zwaar. Bij andere frontaanvallen waren de verliezen als volgt: Engelschen bij Colenso 1125 man op de 15000 man, Russen bij Plewna 16000 man op de 95000, Duitschers te Gravelötte 20103 op de 187000. Nu Japan voor den oorlog zooveel geld noodig heeft, helpt het al weer wat, dat de inkomsten van post en telegraaf zoo toegenomen zijn. In Februari 1904 bedroegen de opbrengsten daarvan f505,000, d. i. 79 pet. meer dan in Februari 1903 en de opbrengsten van het telegraafverkeer, die in Febr. 1901 slechts f30,000 bedroegen, klommen tot f 150,000. Dit is voornamelijk te danken aan de perstelegrammen. — Generaal Koeropatkin moet aan de officieren gelast hebben hun uniformen bijna gelijk aan die der soldaten te doen maken, opdat de vijand hen niet te gemakkelijk zal herkennen. Deze maatregel dankt zijn ontstaan aan het feit, dat er zoovele officieren in verhouding tot het aantal manschappen gedood zijn in de vorige gevechten, terwijl in vele gevallen bleek, dat zij door een aantal kogels getroffen waren. De einduitslag van de verkiezingen in B e 1 g i ë voor de Kamer is, dat de liberalen 9 zetels wonnen, den socialiste er 5 verloren, de Katholieken 4. De parlementaire meerderheid is in de Kamer van 26 tot 16 teruggegaan en in den Senaat van 18 tot 9. De oppositie hoopt bij de a. s. verkiezingen over 2 jaar de Regeering omver te kunnen werpen. De Hongaarsche delegatie nam de begrooting voor buitenlandsche zaken aan. Minister Tisza verklaarde, dat de woorden, door Goluchowsky gesproken, betreffende Rusland, geen bedreigingen, doch vermaningen waren. Wij willen op den Balkan geen overwegenden invloed oefenen, doch zullen ook niet toelaten, dat andere mogendheden dat doen. Wanneer het tot een uitbarsting zou komen in de Balkan-staten, zullen Oostenrijk en Rusland een vredelievende oplossing vinden. Het zou een dwaling zijn te gelooven, dat de moeilijkheden van Rusland in het Verre Oosten zijn autoriteit en macht in Europa zouden aan banden leggen. In de Italiaansche Kamer zeide de Minister-president, de heer Giolitti, in antwoord op een vraag over de nota van het Vaticaan betreffende de reis van president Loubet, dat Italië geen enkele reden heeft zijn politiek te wijzigen. Het kan de komst der vreamde congreganisten met kalmte tegemoet zien, maar indien dezen trachten in Italië wanorde te stichten, zal de regeering hen over de grens zetten. Italië gaat voort op den weg, die door minister Cavour werd aangewezen. De Regeering zal de vrijheid voor allen blijven waarborgen; zij heeft geen reden haar gedragslijn in zake de godsdienstquaestie te wijzigen. De Rijksdag in Zweden heeft een wetsontwerp aangenomen, volgens 'twelk van 1905 tot 1909 een fonds van het hoogste iomillioen kronen (6.7 millioen gulden) zal worden gevormd, om daaruit voorschotten te verstreken ten behoeve van boerenarbeiders tot het verkrijgen van eigen grond en woning. De voorschotten worden enkel verstrekt aan vereenigingen of maatschappijen, die voor dat doel zijn of worden opgericht en onder Staatstoezicht staan of wier statuten zijn goedgekeurd. Aan één persoon mogen voor landbouw niet meer dan 5000, voor woningbouw niet meer dan 3000 kronen worden uitgeleend en wel voor ten minste de helft en ten hoogte 5/6 (bij huizen 3/4) van de vooiaf geschatte waarde van grond (of gebouw) en tegen een rente van 3.6 pCt per jaar. Als voorwaarden stelt de wet nog dat de geldopnemers — mannen of vrouwen — Zweedsche bugers, van 25 —50 jaar, moeten zijn, van onbesproken gedrag, zich niet te buitengaande aan sterken drank en niet geheel onbemiddeld.
Het voorstel tot invoering van den dienstplicht in Engeland, door de Koninklijke Commissie van onderzoek in zake militie en vrijwilligersdienst gedaan, vind alles behalve algemeene instemming. „Daily News,, zegt, dat de commissie geheel en al buiten haar boekje is gegaan. Zij had alleen den tegenwoordigen militairen dienst te onderzoeken en nu komt zij aan met een voorstel betreffende een zoo ingrijpende hervorming als het invoeren van de conscriptie. Dat is zoo iets, zegt het blad, alsof een commissie, belast met het onderzoek van drinkwater, aankomt met het advies dat wijn een betere drank is.
De commissie heeft 'geoordeeld over eene zaak, waarover zij niet te oordeelen had. Zij was een werktuig in de hand der militairgezinden, die deze gelegenheid wilden aangrijpen om het denkbeeld van dienstplicht op te dringen aan een TVy-Regeering en een machteloos Parlement. „Het is een stoutmoedig waagstuk". Maar het zal niet gelukken. Zelfs de tegenwoordige Regeering weet, dat het volk geen dienstplicht wil. — De onderhandelingen met den Marokkaanschen roover Rassouli over het vrijlaten van de door hem te Tanger gevangen genomen Amerikaan Perdicaris en nog een Engelschman, gaan slechts langzaam. De sheriff van Ouazzan, die verleden week den roover ging spreken, is zonder de beide heeren teruggekeerd. De roover heeft volgens de laatste berichten zulke onbeschaamd hooge voorwaarden gesteld, dat de Amerikaansche zoowel als de Engelsche Regeering geweigerd hebben die in overweging te nemen. Een Engelsch-Amerikaansch eskader wordt gevormd, om den Sultan te dwingen tot krachtiger optreden tegen zijn weinig onderdanigen onderdaan. Volgens de „Petit-Bleu" moetj de Koning van Spanje er tegenop zien, zijn aangekondigd bezoek aan president Loubet te brengen, uit vrees dat hij daardoor het misnoegen van den Paus zal opwekken. Hij droeg Minister Maura reeds op, te berichten, dat er omtrent zijn plannen nog niets met zekerheid viel te zeggen. Indien de Koning inderdaad van zijn voornemen geheel mocht afzien, zegl de „Petit Bleu", dan zou dit allicht misnoegen kunnen veroorzaken, daar er in Spanje een sterke groep bestaat, die de houding van Minister Combes in Frankrijk ten opzichte van het geschil met den Paus, volkomen goedkeurt. Zoo zouden vele studenten-vereenigingen hem bijv. sympathiebetuigingen met zijn optreden hebben gezonden. De Groothertog van Mecklenburg-Strelitz is gestorven zonder dat zijne gemalin, met wie hij verleden jaar het feest van hun diamanten bruiloft had gevierd, bij hem was. Zij vertoefde in Engeland. Na een gelukkige jeugd in het huis van zijn vader — wiens zusters de beroemde Koningin Louise van Pruisen en koningin Friederika van Hannover waren — ging hij studeeren te Bonn, onder mannen als Fichte, Perthes, A. W. v. Schlegel en C. M. Arndt. Maar op 40-jarigen leeftijd trof hem het ongeluk dat hij volslagen blind werd. Hij kon dientengevolge geen deel nemen aan den oorlog van 187071 en troostte zich door al zijne zorg aan zijn eigen land en zijne eigen onderdanen te geven over wie hij 44 jaren lang geregeerd heeft. In de laatste maanden was de groothertog aldoor bedlegerig geweest, hij leed aan de blaas. — Een particulier telegram aan de „Frankf: Ztg." uit Genua meldt: Uit den Kaukasus is hier bericht ontvangen, dat ten gevolge van de gebeurtenissen in Sassoen onder de Armenische grensbevolking groote opwinding heerscht. De Russische regeering gaf bij een vertrouwelijk rondschrijven aan de autoriteiten in den Kaukasus bevel te verhinderen, dat Russische Armeniërs over de grens gaan om de geloofsgenooten in Turkije hulp te brengen, en streng toezicht te houden op de Armenische soldaten in den Kaukasus.
GEMENGD NIEUWS UIT BINNEN- EN BUITENLAND.
De Haagsche politie heeft twee harer oude bekenden op heeterdaad betrapt bij een poging tot inbraak in een tijdelijk onbewoond perceel aan de Javastraat. Tegen half tien 's avonds zag de rechercheur W. J. Bouwer een dezer personen aan het huis bellen. Den rechercheur wetende dat het huis onbewoond was, kwam dit verdacht voor, waarom hij zich verdekt opstelde. Tegen halféén 's nachts voegde de tweede zich bij den eersten verdachte. De rechercheur zag hen toen zich naar de achterkant van het huis begeven. Daar zijn de inbrekers over een 3 M. hoogen muur geklommen. De rechercheur, die inmiddels assistentie gehaald had, ging hen na en zag, dat zij beproefden ijzeren stangen, voor een keukenraam geplaatst, te verbreken. De rechercheur riep de personen aan, die daarop beproefden te vluchten, doch nadat de rechercheur eenige revolverschoten in de lucht had gelost, gingen zij gewillig mee. De beide inbrekers zijn ter beschikking van de justitie gesteld. Een hunner is herkend als dader van een fietsendiefstal, terwijl zij tevens een schoenendiefstal op het geweten hebben. De broeder van een der verdachten is iy g jaar geleden op heeterdaad betrapt bij inbraak in hetzelfde perceel. — Door een automobiel is op den Sluisweg te Katwijk a/Z een 6-jarig knaapje, dat aan het spelen was, overreden en gedood. Er is proces-verbaal opgemaakt. — De filiaalhouder J. D. van de Rand's American Diamond Palaee, gevestigd Hoogstraat no. 270 te Rotterdam, heeft vermoedelijk de wijk genomen naar Berlijn, waar zijn vrouw en kinderen verblijf houden. Het filiaal is voorloopig gesloten. — Bij het wegbreken van een kluis in het voormalig kantoorperceel van de Wissel- en Effectenbank, Wijnhaven 63, te Rotterdam, is een 800 kilogram zwate kluisdeur voorover gevallen op den 20-jarigen brandkastenmaker A. Draak, die daaronder verpletterd werd — Het schijnt, zegt de „D. C.", dat ons eerste bericht aangaande het voorval met een automobiel op den Rijksstraatweg nabijDordt juist is geweest, n.I. dat de bestuurder van dat voertuig een vreemdeling was. Het hedenvoormiddag door den rechter van instructie aldaar gehouden
verhoor moet n.1. hebben aangetoond dat men hier niet te doen had met den heer v. D. uit Baarn, ofschoon dit vermoeden was gewettigd door de omstandigheid dat de bewuste automobiel gemerkt was 677U, en ook het vroeger door dien heer bestuurde „loopend gerucht" dat nummer droeg. Vermoedelijk behoort de bestuurder te Luik thuis. — Zaterdagavond is een oude dame in een woning op het Jansveld te Utrecht ernstig mishandeld. Haar weg voerde haar op dien avond door genoemde straat, langs het huis van iemand, met wien zij wegens een geldelijke quaestie in vijandschap verkeert. Toen zij passeerde, stond deze toevallig aan de deur. Een vriendin, die in hetzelfde huis woont, wenkte haar om binnen te komen, hetgeen zij hoofdschuddend weigerde, tegelijkertijd eenige beleedigende woorden aan het adres van den zooeven bedoelden persoon richtende. Deze geraakte daarop in woede ontstoken. Hij sprong op de dame toe, sleurde naar bij de schouders de woning binnen, sloot de deur, en sloeg vervolgens zoo geducht op de weerlooze vrouw los, dat haar linkerbeen gebroken werd, ongerekend verschillende verwondingen van geringeren aard. Door de politie werd de dame meer dood dan levend naar het hoofdbureau en vervolgens naar haar woning gebracht voor een zorgvuldige geneeskundge behandeling. Tegen den aanrander is proces-verbaal opgemaakt. — Te Roermond hebben in de vorige week voor het kantongerecht terechtgestaan twee jeugdige dienstboden, van 21 en 19 jaar, „wegens het zingen van voor de eerbaarheid aanstootelijke liederen en het houden eener dito toespraak." Zoo'n „dito toespraak" moet al heel erg onzedelijk zijn, want de eisch van het Openbaar Ministerie was voor de eerste 2X3 dagen en voor de laatste 23 dagen hechtenis. En of men te Roermond ook de juiste maat der aanranding van de eerbaarheid weet te schatten : niet drie weken en evenmin één maand, maar daartusschen in en iets nader bij de drie weken dan bij de maand ! — Op 23 Maart werd te Parijs een geruchtmakende moord gepleegd op een rentenierster uit de Turrennestraat, mevr. Bal, een oude dame. Na veel zoeken heeft de politie de hand gelegd op een bende van tien mannen en vrouwen, die in een kamp van woonwagens huisden. Zij waren aanvankelijk van plan zich met geweren en revolvers te verdedigen, maar de politie had, met veel manschappen optredend, het geheele terrein omsingeld en alle tegenstand bleek nutteloos. Twee van de gearresteerden zijn schuldig gebleken aan den moord. — In het postkantoor te Odessa gaf een onbekende, oogenschijnlijk een vreemdeling, een aan een Berlijnsch bankiershuis geadresseerd pakket met aangegeven waarde af. Toen de persoon zich verwijderd had en de postambtenaar het pakket afstempelde, volgde een ontploffing als van een pistoolschot, waardoor de ambtenaar aan de hand gewond werd. -— Een heer betond zich onlangs te Padang op doorreis naar Java en kwam op een kwaden dag tot de wetenschap dat hij een wissel van een tamelijk groot bedrag was kwijt geraakt. Onmiddellijk werd gezocht, her- en derwaarts getelefoneerd, doch ondanks alle ijverige pogingen bleef het document spoorloos verdwenen. Eenige dagen later vertrok de reiziger voor een weèk naar de Bovenlanden, nadat hij de noodige maatregelen genomen had ter voorkoming van de te verwachten mogelijkheid, dat te zijnen nadeele van den wissel gebruik kon worden gemaakt. Wie schetst echter zijn verbazing, toen hij, bij zijn terug keer te Padang, den avond vóór zijn vertrek naar Java, ten huize van de familie, waar hij gelogeerd was, bezoek kreeg van een hem wildvreemden heer, die hem den wissel ter hand kwam stellen. Het raadsel was spoedig opgelost. De reiziger had' den wissel in een der zakken vergeten van een wit jasje, dat hij vóór zijn vertrek naar de Bovenlanden met nog andere kleederen aan een waschman had toevertrouwd, om met voldoende gestreken goed de reis te kunnen aanvaarden. De waschman had, met de spreekwoordelijke accuratesse aan de lieden van zijn beroep eigen, het bewuste kleedingstiik bij vergissing aan een anderen klant afgegeven, die de verwisseling en ook het zoekgeraakte document in den zak ontdekte, dat hem al spoedig den eigenaar van beide zaken bekend maakte. Het gewichtige papiertje had het geheele waschproces in het atelier van den waschbaas glansrijk doorstaan; alleen was het schrift een weing verbleekt en gevlekt, zoodat het document niets van zijn waarde verloren had en de eigenaar wat in zijn nopjes was nog even vóór zijn vertrek het verlorene terug te hebben ontvangen. — De onveiligheid in de groote Amerikaansche steden blijkt wel weer uit een voorval, dat onlangs heeft plaats gehad in 't westelijk gedeelte van Cnicago. Des morgens tegen drie uur waren vier tot de tanden gewapende mannen doorgedrongen in een bankinstelling; zij hadden de ijzeren toegangsdeur geopend met een breekijzer en daarna de brandkast met dynamiet laten springen. Maar daartoe hadden zij zooveel dynamiet gebruikt, dat de brandkast letterlijk in stukken werd gerukt en bijna alle vensters van het gebouw werden verbrijzeld. Door den luiden knal werden verscheidene burgers uit den slaap gewekt, en zij snelden, sommige half naakt, op straat. Hier werden zij door de roovers dadelijk met revolverschoten ontvangen. Zij moesten zich in hun huizen terugtrekken, maar keerden spoedig gewapend terug en nu begon, midden op straat, een geregeld vuur. De roovers moesten ten slotte het veld ruimen en ontkwamen ongehinderd in de nachtelijke duisternis.