2 rt s Barometerstand. c O O e v •V v fcO C xt O •a ö Toestand der lucht. mM. mM. Gron. 761 OZO 1 54 helder 0 Helder. . — 761 OZO 1 59 » 0 De Bilt. . — 760 0 2 55 bewolkt 0 Vliss. — 760 ONO 2 55 »1 0 Maastr. — 759 NO 3 57 zw. bew. 0 Arnhem, 22 Augustus. Thermometer (8 u. 57 0 12 u. 69° F.) Fortin's Barometer, B. Holsboer, (12 u.) 757.5 Daling 5.9 mM. Nog dalende. Windstreek O. Windkracht 1. Hoogte van den waterspiegel aan de peilschalen te Arnhem bij de brug: 7.61 M + AP. = Amst. Nulp. 0.Ö4 M bov. of + Amh. Nulp. Rijnwaterwarmte 's Morgens 11 u. 133/4 Gr. Zondag val 4 cM. Maandag val 2 cM. Te Keulen 1 .03 cM. Zondag val o cM. Maandag val 4 cM. MAAN : L. K. 4 Aug. N. M. 11 Aug. E. K. 18 Aug. V. M. 26 Aug.
Arnhemsche courant
- 22-08-1904
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Arnhemsche courant
- Datum
- 22-08-1904
- Editie
- Dag
- Uitgever
- C.A. Thieme
- Plaats van uitgave
- Arnhem
- PPN
- 400337789
- Verschijningsperiode
- 1814-2001
- Periode gedigitaliseerd
- 1851 - 1950
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Koninklijke Bibliotheek
- Nummer
- 5562
- Jaargang
- 91
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
ARNHEMSCHE COURANT. van Maandag 22 Augustus 1904. TWEEDE (laatste) BLAD. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN. Maandag 22 Augustus 1904. (Waarnemingen van des morgens 8 uur.)
BEKENDMAKINGEN.
Vergadering van den Raad der gemeente Arnhem ten Raadhuize op ZATERDAG den 27en Augustus 1904, des Namiddags te één ure, ter behandeling van het navolgende: 1. Ontheffing van plaatselijke directe belasting over 1903. — 2. Verordening, regelende de aanstelling en de werkzaamheid van schoolartsen bij het openbaar lager onderwijs. — 3. Scheikundige samenstelling en lichtkracht van het gas. — 4. Rekening en verslag van den schouwburg over 1903/1904. — 5. Rekening van de Gezondheidscommissie van 1 Januari—1 Augustus 1904. — 6. Gemeenterekening over 1903. — 7. Begrooting van het Burgerweeshuis voor 1905. — 8. Idem van de gemeente-telephooninrichting. — 9. Begrootingen van de drie Gasthuizen. — 10. Begrooting van de gemeente-avondschool voor handwerksleden voor 1904/1905. — iï. Ontslag van den heer E. C. baron Sweerts de Landas Wyborgh als curator van het gymnasium. — 12. Zondagsrust voor de arbeiders der gemeentegasfabriek. — 13. Herziening van de indeeling in stemdistricten der kiesdistricten voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. — 14. Subsidie ten behoeve van een schietwedstrijd der dienstdoende schutterij, — 15. Ontslag van den heer Treffers als lid van den Raad. — 16. Verhooging der jaarwedde van den brandbode. — 17. Onderhandsche verhuring van een woning in de Verlengde Wijnstraat. — 18. Aankoop van gemeentegrond door J. W. van den Toorn. — 19. Fietsenrek
in de Hoogeie Burgerschool met vijfjarigen cursus. — 20. Staat van huren en pachten. — 21. Benoeming van eene onderwijzeres aan school no. 5. Door B. en W. worden voorgedragen : ie. mej. S. la Gro te Groningen; 2e. mej. J. H. Rnoef te Nunspeet; 3e. mej. C. W. Schooneboom te Varsselder. — 22. Benoeming van een lid in de Woningcommissie der Wijkvereeniging van wijk E. — 23. Ontheffing der huur van een perceel aan de overzijde van den Rijn, Op heden zijn ten Raadhuize ter inzage nedergelegd de volgende stukken, om te worden behandeld in de Raadsvergadering van 27 Aug. aanstaande. 1. Ad: essen van J. C. van Workum en P. W. J. Niehoff, houdende aanvragen om ontheffing van plaatselijke directe belasting over I 9°3. — 2. Missives van de hoofden der openbare lagere scholen en de afdeeling „Arnhem" der Ned. Maatschappij tot bevordering der geneeskunst betreffende de ontwerp-verordening, regelende de aanstelling en de werkzaamheid van schoolartsen bij het openbaar lager onderwijs. — 3- Missive van de Commissie voor de gemeentegasfabriek, houdende toezending van een staat met waarnemingen omtrent de scheikundige samenstelling en de lichtkracht van het gas gedurende de maand Juli j.1. — 4. Rekening en verslag van de Commissie van beheer over den schouwburg met bijlagen en bericht van de Commissie van financiën. — 5. Rekening van de Gezondheidscommissie over het tijdvak van 1 Januari—1 Augustus 1904 met bijlagen en gelijk bericht. — 6. Rekening van ontvangsten en uitgaven der gemeente over 1903 met bijlagen, bericht van de Commissie van financiën en ontwerp-besluit tot vaststelling der rekening. — 7. Begrooting van het Burgerweeshuis voor 1905 met gelijk bericht. — 8. Idem van de gemeente-telephooninrichting met gelijk bericht. — 9. Begrootingen van de Drie Gasthuizen voor 1905 met gelijk bericht. — 10. Begrooting van de gemeenteavondschool voor handwerkslieden voor 1905 met gelijk bericht. — 11. Adres van den heer E. C. baron Sweerts de Landas Wyborgh, houdende aanvrage om ontslag als curator van het gymnasium, met bericht van Curatoren. — 12. Adres van Commissieleden, gekozen uit den Amhemschen Bestuurdersbond e. a. betreffende het toestaan van Zondagsrust voor de arbeiders der gasfabriek in het algemeen en de stokers in het bijzonder met berichten van de Commissie voor de gemeentegasfabriek. — 13. Besluit van Gedeputeerde Staten betreffende eene missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken over eene algemeene herziening van de indeeling in stemdistricten der kiesdistricten voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. — 14. Missive van den heer majoor-commandant der dienstdoende schutterij, houdende verzoek om toekenning van een subsidie ten behoeve van een schietwedstrijd der schutterij. — 15. Missive van den heer C. L. Treffers, daarbij zijn ontslag nemende als lid van den Raad. — 16. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhooging der jaarwedde van den brandbode. — 17. Missive van den directeur der gemeentewerken betreffende het verhuren een er woning in de Verlengde Wijnstraat — 18. Missive van den directeur der gemeentewerken betreffende het uitgeven in erfpacht van grond aan J. W. van den Toorn. — 19. Missive van de Commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs betreffende het plaatsen van een fietsenrek in de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus met bericht van den directeur der gemeentewerken.—20. Missive van den gemeenteontvanger, houdende toezending van een staat van huren en pachten, welke tusschen 1 Augustus 1904 en 31 Juli 1905 eindigen, met bericht van den direeteur der gemeentewerken. — 21. Adressen betreffende de benoeming van eene onderwijzeres bij het openbaar lager onderwijs met berichten van het hoofd van school No. 5 en den heer arrondissementsschoolopziener. — 22. Missive van de Woningcommissie der Wijkvereeniging van Wijk E betreffende de benoeming van een lid in die Commissie.
— 23. Adres van de wed. J. de Haan, houdende aanvrage om te worden ontheven van de huur van een perceel aan de overzijde van den Rijn, met bericht van der directeur der gemeentewerken. Amhem, De Burgemeester, 20 Augustus 1904. G. A. van Nispen , 1. B. Burgemeester en Wethouders der gemeente Arnhem; Gelet op art. 8 der Hinderwet; Brengen ter algemeene kennis, dat bij hun besluit van 16 Augustus 1904 is verdaagd de beslissing op de aanvrage van J. G. van der Weerd en Co., tot oprichting van eene herstelplaats van automobielen met veldsmidse en benzinemotor van 6 P. K. aan de Nieuwstraat, in het pand no. 20, Kad. Sectie O, no. 5732 Amhem, 20 Augustus 1904. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. A. van Nispen , 1. B. De Secretaris, A. J. Kronenberg.
KUNSTEN, LETTEREN, WETENSCHAPPEN.
De lusten van het lichaam te bedwingen, zonder het hart geweld aan te doen, ziedaar het geheim voor een gelukkig leven. Maandag 22 Aug. (Koepel, Velperplein) Openbare muziekuitvoering, A. O. V., des avonds 8—91 /5 u. Dinsdag 23 Aug. Groote Kerk, Orgelbespeling van 3—4 uur. Dagelijks : Musis-Sacrum. Continental Palast Theater, Galavoorstelling, 8 u Wereldpanorama, Groote Markt 16a. Het talrijk en zeer aandachtig luisterend publiek, dat Zondagmiddag in „Musis" was om de nummers te hooren, welken „Arnhem's Mannenkoor" op 28 Augustus op het concours in den Haag zal zingen, moet wel onverdeeld in zijn oordeel zijn geweest, dat er met veel ernst gestudeerd is. Het eerste nummer was Hegar's „Todtenvolk." Velen zullen nog niet geheel vrij geweest zijn van den indruk, welke op den wedstrijd van Pinksteren de superieure uitvoering van dit nummer door het koor uit Venlo hier maakte. Dat men zich thans door luid applaus zoo voldaan betoonde, is daardoor van te meer beteekenis. In de uitvoering van het tweede nummer Es muss doch Frühling weiden", muziek van Brambach op de mooie woorden van Geibel, viel groote beheersching van de techniek te waardeeren, maar kon men het nog eens constateeren dat er maar zoo weinig goede eerste tenoren worden gevonden. De slotindruk van de talrijke aanwezigen was wel deze, dat „Arnhems Mannenkoor" gerust op een concours voor den dag kan komen. Vele beste wenschen vergezellen onze zangers op hun tocht naar de residentie. — De datum van het bezoek van H. M. de Koningin aan het Taal- en Letterkundig Congres te Deventer is bepaald op 1 September. Hare Majesteit moet den wensch te kennen hebben gegeven in de algemeene vergadering de voordracht bij te wonen van prof. dr. Paul Frédéricq over „de liederavonden van het Willemsfonds te Gent". („Zw. Ct.") De stakende typografen te Winschoten zullen een onpartijdig arbeidersblad „De Nieuwe Oldambster" gaan uitgeven, dat driemaal in de week verschijnen zal. — De Vereeniging „Het Geuldal" te Valkenberg heeft ter eere van mej. Betsy Perk, schrijfster van het drama „Elisabeth van Valkenburg", een „Betsy-Perk-bank", opgericht op den Sjaesberg, nabij de kluis.
— Dr. C. W. Vollgraff schrijft aan de „N. R. C." uit Argos, d.d. 14 Augustus: Gedurende de twee afgeloopen weken zijn de opgravingen op de Z.W. helling van de Aspis met kracht voortgezet. Het opgegraven gedeelte beslaat thans een oppervlak van 6000 M 2 ., en het is te voorzien, dat aan het einde van de volgende week het geheele terras, waarop de aan Apollo en Athene gewijde gebouwen stonden, van puin bevrijd zal zijn. Er zijn daar nog drie inscripties gevonden, die op het orakel van Apollo betrekking hebben. Tevens zijn er op verscheidene plaatsen even buiten de tegenwoordige stad proefgravingen ondernomen. Ten Z.O. van de stad ligt een zeer oude byzantijnsche kerk, genaamd Hagios Constantinos, die onder de Turksche heerschappij in een moskee veranderd, maar later aan den Griekschen eeredienst teruggegeven is. Op eenigen afstand ten O. van deze kerk zijn er in oude loopgraven fundamenten van groote Romeinsche gebouwen met de bijbehoorende waterleidingen gevonden. In de nabijheid van deze gebouwen zijn o.a. ontdekt een marmeren relief, voorstellende een gebaarden man met een scepter in de eene en een schaal in de andere hand, een gedeelte van een inscriptie, waarop lijsten van namen staan telkens gevolgd door een som geld, en een duizendtal koperen Romeinsche munten. Meer in de onmiddellijke nabijheid van de kerk is er op één meter diepte een mozaïek ontdekt, dat tot nog toe over een uitgestrektheid van 50 M. is blootgelegd. In dezen omtrek was men ook vroeger reeds geneigd het Cylarabis genaamde gymnasium te zoeken. Misschien gelukt het nu dit vraagstuk op te lossen. De onteigening van de voor rekening van de opgravingen aan te koopen terreinen heeft nog steeds niet haar beslag gekregen. — Het achtste internationale kunsthistorisch congres, dat van 22—24 September te Straatsburg bijeen zou komen, is wegens locale moeilijkheden verdaagd. Het zal nu in 1906 te Stockholm gehouden worden. — G. Hauptmann schrijft voor het LessingTheater te Berlijn een blijspel in 5 bedrijven: „Die fröhlichen Jungfern in Bischofsberg." — Te Meiningen is het boek : „Carries Briefe an ihren Freund" (Wederwaardigheden van een Amerika ansche in een klein Pruisisch garnizoen) in alle boekwinkels in beslag genomen. — De heer D. Bolle te Rotterdam heeft een nieuwe uitgave bezorgd van de biographieën en bibliographieën, 1830—1900,. door dr. Jan ten Brink, grootendeels door den auteur herzien, verder bezorgd en bijgewerkt door Taco H. de Beer,welke arbeid onder den algemeenen titel „G eschiedenis der Noor d-N ederlandsche Letteren in de XlXe eeuw een standaardwerk is geworden en nu, uitgebreid als het is, met nog meer recht om eene plaats vraagt in de boekenkast van eiken ontwikkelden Nederlander. De heer de Beer, die zoovele jaren gestaan heeft naast ten Brink, hetzelfde willende en nastrevende, was wel de meest bevoegde om het werk van ten Brink te voltooien. Was deze beter dan iemand in staat datgene omtrent onze schrijvers te zeggen, wat hen karakteriseerde, omdat hij bijna allen persoonlijk kende, van de Beer kan eenzelfde getuigenis worden afgelegd. De Beer heeft zich in hoofdzaak bepaald tot de schrijvers, wier werken tusschen 1880 en en 1900 afzonderlijk zijn uitgegeven. 't Zijn drie kloeke deelen, met zorg gedrukt en gebrocheerd (f 6.60) of in keurige stempelbanden (f 8.25) in den handel gebracht. — Wie het op zijn geweten heeft, dat de „homoeapathie" zich ten onzent door middel van geschriften weder meer op den voorgrond dringt ? De plannen om een leerstoel voor dat vak in te stellen ? Pas is het verschijnen aangekondigd van dr. J. Voorhoeve's „Homoeapathie in de Prakt ij k" — we ontvingen dezer dagen de eerste aflevering, uitgekomen bij de firma La Rivière ia Voorhoeve, te Zwolle, — of een reeds compleet handboek is in 't licht gegeven als nr. 5 van Dalmeijer's serie „Help
U zelf." 't Heet „P r a c t i s c h e Homoeapatische Huisvriend", naar de beste homoeapatische bronnen saamgesteld door H. H. J. Heule Jr. ( onder toezicht van dr. M. L. van der Stempel, homoeapatisch arts. Deze „huisvriend" is ingericht als een vraagbaak ; alphabetisch zijn de onderwerpen gerangschikt en de kenteekenen, behandeling en middelen, soms ook de oorzaken der ziekte, opgegeven. In een aanhangsel wordt gesproken over vergiftigingen en hulpverleening bij ongelukken. Het werk van dr. Voorhoeve is veel uitgebreider opgezet. Het verschijnt in acht afleveringen.
Het gouden Kooitje. 9) Naar het Duitsch VAN HANNS VON ZOBELTITZ.
„Foei, Hans, wat een leelijke vergelijking," zeide de moeder, schijnbaar boos, maar innerlijk toch opgelucht. Zij gingen den tuin van den koster voorbij. Een hond sloeg aan. Toen was alles weer stil. „Weet je, dat Tina een aanzoek gehad heeft," begon zijn moeder opnieuw. „Neen! En dat zegt u me nu eerst." „De pachter uit Salikow. Een nette, welgestelde man. Maar het domme kind heeft hem bedankt zonder meer." Hij haalde zwaar adem. De avond was toch warm. „Dan zal ze niet van hem gehouden hebben, mama," zeide hij eindelijk en voegde er aan toe: ,,Tina zal nooit dan uit liefde trouwen." „Nu ja.... daar heeft ze gelijk in. Maar.... ze is twee-en-twintig jaar en heeft niet veel gelegenheid met menschen in aanraking te komen. En als onze oude Heckstein de oogen eens sluit — je weet, geld is er niet. Mijn hemel, ik ben zoo vaak bang, dat ze op jou verliefd is." „Och, onzin, mama. We zijn altijd goede kameraden geweest. Wat u je toch altijd zorgen in 't hoofd haalt. Dat is een speciale eigenaardigheid van u." „Mijn goede jongen — ja. Dat zei papa ook altijd. Maar wanneer ik zoo vooruit denk : met October weer de huur .... ... , Hij sloeg met zijn stok door de lucht. „U als het dat maar is! Komt tijd, komt raad. Zij liepen den tuin in. En daar zagen zij,
dat de grootmoeder zich onder den kastanjeboom gezet had. Malwine en Gallweg stonden naast haar en grootmoeder zong, schertsend met haar stok zwaaiende, een oud landelijk liedje. Zij zong met haar bevende, halfluide stem en haar oogen zagen schelmsch in haar gezicht, Hans aan, alsof zij zeggen wilde: „Ja, gij Hagelitzen, gij allen zijt drommelsche kerels." III. De oude kales werd ingespannen. De beide eerbiedwaardige bruine paarden, nog altijd rijpaarden geheeten, ofschoon zij ook voor alle mogelijke andere dingen dienst moesten doen, waren uit den stal gehaald ; Lierke, die voor alle betrekkingen gebruikt werd tot voor koetsier toe, legde brommend de laatste hand aan het optuigen. Lierke bromde altijd en op allen, zelfs op den verafgoden luitenant. Hans ging, met den monocle in het oog, onderzoekend rond. Hij vond den boel afschuwelijk. het lak hier en daar gebarsten, de kussens verkleurd, de geheele vorm waarlijk antidiluviaansch. Met z'n rijtuig was op Glaring al even weinig eer in te leggen als met de paarden en met den goeden Lierke. Die had zijn livreirok en hoogen hoed op den bok gelegd, terwijl hij blootshoofds en in zijn hemdsmouwen rondliep. „Je hoed hadt je toch wel eens afschuieren kunnen, Lierke." „Waarom, luitenant. Is nog net genoeg, ün dan. . . . „Nu, wat dan, Lierke?" „Poetsen .... altijd poetsen en afschuieren en "nooit wat nieuws. Vij ftien jaar heb ik nu al mijn rok, op de naden is hij geheel versleten. „Houd op, Lierke, als jij begint, is 't emde niet te zien." > „Nu, luitenant, ik meen maarzoo.' Hans bleef nog even staan. „Een genoegen
moet je me vandaag doen, Lierke. Bedrink je niet." „Ik me bedrinken, luitenant ? Ik kan me den tijd niet herinneren, dat ik dronken geweest ben." „Kom .... kom ...." „Ja, ja. Hoogstens zoo'n klein beetje. En dan bovendien bij vorstjes. Ik weet wat ik aan uw naam verschuldigd ben. Hu, Liese! Koest! En dan, wie weet of er op Glaring wat fatsoenlijks te krijgen is. Gewoonlijk is het: hoe royaler, hoe gieriger!" „Lierke, als ik ooit rijk wordt, krijg je van mij een mand champagne." De oude grijnsde. „Dat wil ik zien, luitenant. U doet dat toch niet. Of u moet anders zijn dan de anderen, die zijn net als kersebo®men...." „Kerseboomen ?" „Ja, wanneer die bloeien, denkt men dat het heel wat worden zal. Ze beloven veel, maar houden niets." Hans maakte dat hij wegkwam. Het was tijd ook, want mama verscheen al op de veranda. Zij was in een zwart zijden japon, die in ouderdom Lierke's livreirok weinig toegaf. Hij schaamde zich een weinig — hij in zijn elegant pak. Nieuw en onbetaald ! Och.... die rekeningen. Er maar niet aan denken. Mevrouw von Hagelitz had rood geweende oogen. Hans zag het en maakte dat hij wegkwam. Natuurlijk, mama had haar tranen altijd spoedig bij de hand. Maar dat ze het zich zoo zou aantrekken — dat met dien lammen brief van hedenmorgen van den Jood over een wissel van een ongelukkige 2000 mark — dat was toch wel wat al te kras. De kerel moest maar wachten tot... nu ja..., tot hij betaald werd. Onbeschaamd, naar hier te schrijven. Maar er moest toch een einde aan gemaakt worden. Een uitweg moest gevonden worden, om eindelijk eenmaal er uit te raken!
Sedert een paar dagen liet die gedachte Hans geen rust. Zijn moeder had hem er eindelijk toe gekregen, de door haar met groote nauwkeurigheid bijgehouden boeken in te zien. Heer in den Hemel, ja, ze had gelijk; één, hoogstens twee jaar zou het zoo nog kunnen gaan. Maar dan was 't gedaan met het laatste goed der Hagelitzen, het goed waarop ze meer dan 300 jaar gewoond hadden. Gedaan ook met hem! Terwijl hij naast Lierke op den bok zat en de oude kar door het zand stuurde, dacht hij er voortdurend aan. Eeuwig en altijd die materieele zorgen en dan was er nog wat, dat hem niet losliet, sedert zijn gesprek met Ellinor. Of zij het in ernst gemeend had, dat met Ruth ? Misschien op 't oogenblik zelf wel. En toch zou zij er van opzien, wanneer het werkelijkheid zou worden Dat zou toch een triomf zijn! Hij had haar kunnen haten, de mooie vrouw, met haar vriendschapsaanbieding. Hoe had ze ook weer gezegd : dat hij heelemaal niet in staat was een hartstocht te voelen. Alsof zij in zijn hart kon lezen. Belachelijk of boosaardig. Of beide! Het rijtuig reed verder door het zand; Lierke zat voortdurend te brommen, half tegen den luitenant, halt tegen de paarden of voor zichzelf. Van tijd tot tijd klonk uit het rijtuig een vroolijke lach van Gallweg. Ja, die, die kon lachen! Geen schulden, een schitterende carrière voor zich en algemeen bemind. Nu, maar 't was toch een hondeleven wat hij geleid had. Zich alles, wat maar even buitensporig was, te moeten ontzeggen, ieder stuivertje driemaal om te draaien, voor hij het uitgaf. Naar bestaan, hoor ! Nu ging het wel wat beter sinds hij wat extra's verdiende met zijn schrijven. Bij zijn spaarzaamheid {Wordt vervolgd.)