Te Amsterdam zijn bevorderd tot doctor in de geneeskunde op proefschrift: „Paralysis Agitans", de heer G. W. Manschot, geb. te Winterswijk; en op proefschrift: „Versie en Extractie", de heer K. G. Beukers, geb. te Schiedam. — Op de Tentoonstelling van Kookkunst enz. te 's Gravenhage bedroeg Zondag het aantal betalende bezoekers sedert de opening 20,000. Aan den 20,ooosten bezoeker werd een gouden remontoir-horloge uitgereikt, 's Avonds werd nog een geschenk uitgereikt aan den iroi in bezoeker, n.1. zijn portret, en, omdat hij vergezeld was van zijn meisje, nog een passend cadeautje aan haar bovendien. Het bezoek was Zondag zóó druk, dat een paar malen de toegang van het publiek tijdelijk gestaakt moest worden. Het comité der tentoonstelling was Zaterdagavond genoodigd aan een feestmaal in Maison Couturier te Amsterdam, dat dcor de heeren Couturier en Sequeira, leden van liet Comité, te Amsterdam wonende, hun medeleden werd aangeboden. —■ Naar de „Sch. C." verneemt zal de tweede conferentie van de heeren Hoy, Schölvinck en Treub met de glasfabrikanten plaats hebben
licdcr.n^mldJi.' te 3 uur in het Z.-Koliandscli Koffiehuis te 's-Giavenhage. H. M. de Koningin en Z. K. H. den Prins zullen de tentoonstelling a. s. Dondeidag in den voormiddag bezoeken. — Te Leiden zijn bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap de heer J. S. L. Aghina, geb. te Hoorn, en de heer A. G. Menzel, geb. te Ingen, beiden op stellingen. — De Zuid-Hollandsche Glasblazerij, te Capelle a/d. IJsel zou in overleg met een gedeelte van het werkvolk, gisteren de vuren weder aanleggen. — Te Zierikzee is tot leeraar in de gymnastiek aan de Hoogere Burgerschool benoemd de heer J. Meyerink te Amsterdam. — Te Utrecht is bevorderd tot doctor in de aard- en delfstofkunde op proefschrift : „Ueber Cerussitviellinge von Sardinien", de heer P. F. Hubiecht, geb. te Leiden. — Utrecht, 19 Dec. Bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen zijn benoemd : tot afdeelingchtf de adjunct-inspecteur ie klasse mr. E. F. M. van Moerbeeke; tot onder-afdeelingchef de heeren A. Spanjaardt Speekman en T. E. N. H. Coenders.
"BINNENLANDSCH NIEUWS.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1904/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000096009:mpeg21:p002
"Arnhemsche courant". Arnhem, 1904/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000096009:mpeg21:p002
De V oorzitter deelt mede, dat de interpellatie van den heer Troelstra nopens de bemoeilijking van Russische afgevaardigden op het internationaal socialistisch congres te Amsterdam zal gehouden worden bij de behandeling van de begrooting voor Justitie. Aan de orde is de behandeling van Hoofdstuk V (Binnenlandsche Zaken). Algemeene beschouwingen worden niet gevoerd. Hoofdstuk I wordt zonder debat aangenomen. Bij hoofdstuk II (Binnenlandsch bestuur) wijst de heer Schaper op de moeilijkheid van controle op de houding van burgemeesters als hoofden der plaatselijke politie. Zoo weigerde de Burgemeester van Leiden den Raad antwoord op een vraag omtrent zijn verschil in optreden jegens den „R.-Kath. Volksbond" en het comité voor algemeen kiesrecht. Uit het feit, dat het te Rotterdam verboden is Zondags muziek te maken en optochten te houden, leidde spr. af, dat zelfs liberale Burgemeesters onder dit Christelijk Kabinet huiverig worden de Zondagswet op liberale wijze toe te passen en er aan meedoen, om ter wille van een aantal Calvinistische ingezetenen Zondagsheil'ging toe te passen. De heer Treub drong aan op pensioenregeling voor gemeenteambtenaren en hun weduwen en weezen. De Minister K u y p e r antwoordde, dat de voorgenomen onderwijzers-pensioneering niet in den weg staat aan de door den heer Treub verlangde pensioneering, waaromtrent echter nog niets vast staat, zelfs niet of het een rijks- dan wel een gemeentelijke pensioneering moet worden. Tegenover de klachten over het optreden door sommige burgemeesters, wees de Minister op de bevoegdheid der burgemeesters, om in het belang van de rust en de orde optochten en vergaderingen te verbieden. De grootste mildheid met het verleenen van faciliteiten aan de kiezers en met het beschikbaarstellen van de formulieren oordeelde de Minister een eisch der wet. De heer d e W a a 1 M a 1 e f ij t dringt aan op betere bezoldiging van de ambtenaren van de Provinciale Griffie van Utrecht. De heer Goeman Borgesius sluit zich daarbij aan. Den Minister verwondert het. dat juist nu zooveel stemmen opgaan, verbetering vragende van die salarissen, verleden jaar was het immers evenzoo ! Bij de afdeeling „Volksgezondheid en Volkshuisvesting" klaagde de heer van Kol er over, dat de centrale gezondheidsraad bijna geen hygiënisten telt. De Minister zegt, dat, hetgeen tot-nu-toe van de werkzaamheden van den gezondheidsraad is gezien, de vrees, dat hier verkeerde benoemingen zijn gedaan niet wettigt. Na nog eenig debat over de lupus-inrichtingen wordt de verdere beraadslaging verdaagd tot hedenochtend 10 uur. Gisteravond zou de begrooting van Justitie woiden behandeld. Avondzitting van Maandag 19 Dec. Aan de orde was de behandeling der Justitiebegrooting, waarover de algemeene beschouwingen werden geopend door den heer van W ij n bergen, die het gebeurde met de Noord-Brabantsche Bank besprekende, betoogde dat er alleszins reden was om alsnog eene strafvervolging uitte lokken, waar vaststaat dat commissarissen willens en wetens tegen hun.plicht gehandeld hebben. Mocht de Minister tot het instellen van zoodanige strafvervolging niet geneigd zijn, dan vroeg spreker bepalingen in de nieuwe strafwetnovelle, om feiten als hier gepleegd, tegen te gaan. Waar een zoo grondig onderzoek der feiten reeds had plaats gehad kon de heer de Ridder zich best verklaren het standpunt van den Minister, die ingrijpen thans nog niet gewenscht acht. Hij verzocht verder den Minister scherper strafbepalingen tegen „afdrijving". Voor de vierde maal drong de heer Hugenh o 11 z bij dezen Minister nu reeds aan op afschaffing van het celstelsel, dat blijkens de talrijke recidive niet goed werkt en niet die afschrikkende kracht heeft, welke men er aan toeschrijft. Onder aanbeveling opnieuw van het Elmirastelsel, verzocht spreker den Minister iemand
iid3.iT iLiiiiiici tc zjiiLicn cm ueze zaai: voor te dg* reiden. De heeren van der Vlugt en Bos drongen aan op maatregelen tot bescherming van den artistieken eigendom ; betoogende dat deze quaestie zeer urgent is, waa onze kunstenaars eu kunstnijverheid door namaak, die totnutoe ongestraft kan geschieden, zeer worden benadeeld. Nadat de heer F o c k zijn ingenomenheid had te kennen gegeven, -dat de Minister een wetswijziging heelt voorgesteld in dien zin, dat hij die door niet-nakoming van de bepalingen van art. 7, 5e van de wet op het Nederlanderschap heeft verloren, dit alsnog binnen zekeren termijn kan terugbekomen bij kostelooze naturalisatie, vroeg de heer T r o e 1 s t r a of wij eerstdaags te gemoet kunnen zien de memorie van antwoord op het [arbeidscontract met een gewijzigd ontwerp, waarbij meer rekening gehouden wordt met het sociale karakter van het ontwerp. Hij vroeg verder of de artt. 1628 en 1629 B. W. onveranderd blijven bestaan óf dat bepaald zal worden, dat daardoor bij het pachtcontract mag worden afgeweken. No een protest te hebben uitgesproken tegen hetgeen voorkomt in 's Ministers in zake de opriing en de beperking van colpertage besprak de heer Troelstra het gebeurde met de Noordbrabantsche Bank. Hij steunt den aandrang — zich verheugende dat deze van de rechte zijde kwam — om alsnog een rechtsvervolging in te stellen, die hij op grond van de gebleken feilen, welke hij in détails besprak, alleszins gerechtvaardigd achtte. Hij critiseeide het optreden van de justitie, die zich van deze zaak mei spitsvoudige beschouwingen heeft afgemaakt. Verder vestigde spr. nog's Ministers aandacht op de hooge tractementen toegekend aan curatoren in verschillende faillissementen en op het uitspreken van faillissementen voor zeer luttele schulden. Nadat de heer Marchanto. a. zijn wensch had kenbaar gemaakt dat een onderzoek zou volgen naar de mogelijkheid van kosteloozen rechtsbijstand, aan onvermogenden, wees de heer Rink op een gebruik dat vooral ten plattelande voorkomt hierin bestaande dat winkeliers meer waren ontvangen dan zij aan reizigers hebben besteld. Morgenavond 8 uur wordt de behandeling dezer begrooting voortgezet.
Staatsbegrooting voor 1905. Justitiebegrooting. Door den heer de Stuers is een amendement voorgesteld op art. 2 der begrooting van het Departement van Justitie, strekkende om de som van f 1200, aangevraagd tot verhooging van de jaarwedde van den raad-adviseur, die tot dusverre een referendaristraktement genoot, niet toe te staan, zoolang geen gevolg is gegeven aan de sinds twee jaren in het uitzicht gestelde aanvulling van het Koninklijk Besluit, regelende de bezoldiging van de referendarissen, hoofdcommiezen en verde ambtenaren aan de Ministeriën in dien zin, dat ook de jaarwedden der radenadviseur daarin geregeld worden. Uitvoering Kinderwetten. Blijkens de Memorie van Antwoord betreffende het wetsontwerp tot aanvulling en verhooging het 4e Hoofdstuk (Justitie) der Staatsbegegrooting van 1905, verklaart de Minister van Justitie met beperking van de kosten van aanpassing van de bestaande Rijksopvoedingsgestichten aan de eischen van den nieuwen toestand niet verder te zijn gegaan en ook nimmer verder te willen gaan dan met een goede uitvoering der Kinderwetten vereenigbaar is. Hij blijft dan ook de hand houden aan de doorvoering der terecht ook van de zijde der Tweede Kamer noodzakelijk geoordeelde algeheele reorganisatie van het Rijksopvoedingswezen naar den vollen eisch der wetten. De Minister is overtuigd dat de aangevraagde bedragen voldoende zijn ter bereiking van het beoogde doel — de tijdelijke aanpassing van de bestaande gestichten. In de gestichten waar Israëlietische kinderen worden geplaatst, zullen ten aanzien van de ritueele bereiding van spijzen de noodige voorzieningen moeten worden getroffen. Het gesticht te Avereest blijft bestemd voor de jongere verpleegden, met het oog op de aldaar geboden gelegenheid tot het verrichten van veldarbeid. Wijziging en verhooging der Surinaamsche begrooting 1903 en verhooging van de begrooting van koloniën 1903. Blijkens het verslag over deze wetsontwerpen werd reeds meermalen, laatstelijk nog in 1903, geklaagd over de onnauwkeurigheid der raming van tal van posten van de koloniale huishoudelijke begrooting van Suriname. Verscheidene leden waren er daarom ernstig over ontstemd, dat ook thans weder bij verschillende artikelen van die begrooting eene zeer belangrijke overschrijding van het uitgetrokken bedrag heeft plaats gevonden. Op niet minder dan 43 artikelen is meer uitgegeven dan was toegestaan en daaronder zijn 21 artikelen, waar-» van de overschrijding tot een totaal bedrag van f 224,290.01 niet uit den post voor onvoorziene uitgaven kon worden aangevuld. Men veronderstelde, dat uit de omstandigheid, dat tot dusverre dergelijke overschrijdingen steeds zijn goedgekeurd, deze zorgeloosheid bij de raming valt te verklaren. Sommige leden verklaarden daarom reeds thans, dat indien op dergelijke wijze mocht worden voortgegaan, zij aan overschrijdingen, voortspruitende uit uitgaven, welke vóór de vaststelling der oorspronkelijke begrooting hadden kunnen worden voorzien en of welke zonder groot bezwaar hadden kunnen worden uitgesteld, hunne goedkeuring zouden onthouden.
"STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van 19 December. Staatsbegrooting.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1904/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000096009:mpeg21:p002
Een krachtiger optreden tegen Celebes staat op het program. De Gouverneur-Generaal heeft
den Gouverneur van Celebes en Onderhoorigheden telegraphisch naar Buitenzorg ontboden ter bespreking van de zaken in zijn gewest, en aan den verwarden toestand in Boni zal daarbij ongetwijfeld de noodige aandacht worden gewijd. Voorhands zal het echter, zoo wij goed zijn ingelicht, niet tot een expeditie tegen Boni komen ; de landvoogd is daar afkeeiig van. Eerst als alle middelen tot overreding vruchteloos blijkee, zullen de wapens beslissen. In de eerste plaats zal worden gezocht naar een bevredigende oplossing van het geschil met het landschap Sigi, behoorende tot de bondgenootschappelijke landen van K ili, aan welks vorst een ultimatum wordt gesteld. Daartoe gaat de „Borneo" naar Tambarana. („B. N.") — In alle slilte wordt aan de Algemeene Secretarie te Buitenzorg een persbureau gereed gemaakt, bestemd om den Gouverneur-Generaal op de hoogte te houden van alles wat in de pers over Indië wordt gezegd. Aan het hoofd komt een referendaris, wiens taak zal zijn alles wat maar van belang is uit de hier, bij onze buren en in Europa verschijnende bladen, voor den landvoogd te resumeeren. Het bureau zal zich ook belasten met de verstrekking, tegen een nader vast te stellen bedrag, van officieele berichten aan de Indische dagbladen. („B. N.") — Bij een onder dagteekening van 15 Nov. van Makassar verzonden telegram deelt het gewestelijk bestuur van Amboina het volgende mede: Civiele gezaghebber Wahaai met 2 officieren en 50 man uitgerukt naar Lapilaitato, drie dagmarschen ten Zuiden van Wahaai. Bij Wasarivier had Nisawek-stam sterke heuvelstelling bezet die na heftigen tegenstand door ons genomen werd. Onzerzijds waar gewond inlandsch fuselier Wagijo, alg. st. no. 63549, minder zwaar gewond Europeesche fuselier Bronkerna, alg. st. no. 57103, Heinze, alg. st. no. 57362, Van Wenkop, alg. st. no. 55667, Europeesch infanterist Manri, alg. st. no. 42970, inlandsch fuselier Mistin, alg. st. no. 62227 ; lichtgewond luitenant P. L. Stennekes en onderluitenant Kuijper, alg. st. no. 25455 en Europeesch fuselier Ferdinande, alg. st. no. 39555. Van hulptroepen gesneuveld zoon van pateh van Aer Besar, pateh zelf en tolk zwaar gewond en elf lichtgewonden, meest pijl en randjoewonden. Van af 27 tot en met 30 October verbleven in de groote kampong Lapilaitato; geen aanraking met bevolking gekregen. Verliezen vijand onbekend Bij terug - marsch naar Wahaai zwaar gewond inlandsch fuselier Sipon, alg. st. no. 64572, licht gewond luitenant P. L. Stennekes en Europeesch fuselier De Weerd, alg. st. no. 56054/5055.
"KOLONIEN.". "Arnhemsche courant". Arnhem, 1904/12/20 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 05-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000096009:mpeg21:p002