Dit nummer bestaat uit twee bladen. 3 BLAD. AAAAAAA Uil A A AAA AAAAAAAA AAA AA A AAA AA. A^A AAAAAAAAA A nmmil COMPLETE 'llllluLllllVIll 1 lllUUill Tolbrugstraat 15, Breda. Tplpfii 212 GROOTSTE VOORRAAD. Bergplaats voor Inboedels. AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAA AAAAAAA A AAAAAAAA AAAAAAA A A AAAAA AAAAA ifif
Bredasche courant
- 08-07-1916
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Bredasche courant
- Datum
- 08-07-1916
- Editie
- Dag
- Uitgever
- W. van Bergen
- Plaats van uitgave
- Breda
- PPN
- 400337452
- Verschijningsperiode
- 1814-1941
- Periode gedigitaliseerd
- nr. 1 (1914) - jrg. 149, nr. 305 (1939)
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Stadsarchief Breda
- Nummer
- 158
- Toegevoegd in Delpher
- 13-04-2016
Advertentie
De communiqué's van heden luiden als volgt: Van het Westelijke gevechtsterrein.
Uit P a r ij s. 7 Juli. Middagcommuniqué: Aan de Somme is liet vannacht over en weer rustig geweest. Op den linker Maasoever tusschenpoozende beschieting tijdens den nacht. Op den rechter Maasoever is de geschutstrijd zeer hevig getvorden bij de sterkte Thiaumont en in de sectoren Fleury en Chenois. In bet Priesterbosch hebben de Duitschers gisterenavond legen 10 uur een kleinen aanval gedaan op een Franschen loopgraaf en zijn terstond weer uit het gedeelte geworpen waarin zij vasten voet hadden gekregen. In hetzelfde vak is een door de Franscben ondernomen overrompeling volkomen geslaagd. Over een breedte van 200 M. hebben Franscbe homwerpers een Duitschen loopgraaf gezuiverd. De Franschen voerden gevangenen weg. Duitsche vliegtuigen hebb;n gistereil verscheide bommen geworpen op de open stad Lure, 11 menschen zijn gedood, 3 gewond, allen, op één gewond militair na, vrouwen en kinderen. Er is akte van genomen met bet oog op vergeldingsmaatregelen. Gisteren hebben Fransche bombardeefvliegeskaders met goed gevolg 40 bommen geworpen op het spoorwegsnijpunt Hamles-Moines (ten W. van* Charleville). Bij hun terugkeer zijn door esknrteerende vliegers tal van gevechten geleverd met Duitsche vliegtoestellen. Twee Duitsche toestellen zijn geveld, een bij Méziéres, het andere bij Lassincourt. Avondcommuniqué: Niets bizonders aan het Somme-front. Vinnige strijd op den rechter Maasoever. De Duitschers hebben bij hun aanval op onze stellingen bij de sterkte Thiaumont voet gekregen in on?e voorste schansen, doch een tegenaanval heeft onze linie daar onmiddellijk geheel hersteld. Verwoede artilleriestrijd ten Noorden van het fort Souville. Uit Londen. 7 Juli. Gisteravond heeft de vijand onze nieuwe stellingen in het Barnofaybosch, ten O. van Montauban, en bij La Boiselle fel beschoten en op enkele plaatsen van traanverwekkende bommen gebruik gemaakt. len O. van Li Boiselle hebben wij, na een heet gevecht, waarin de vijand zware verliezen leed, weder een loopgraaf vermeesterd over een front van 1000 yards, waar wij ons nu krachtig hebben ingericht. Ten Z.W. van Thiepval is een vastberaden aanval op onze nieuwe linie volkomen gebroken. Vanochtend bij het aanbreken van den dag hebben wij in enkele vakken van het slagveld ten O. van Albert ons krachtig offensief hervat. De vijandelijke artillerie is bijzonder bedrijvig in den uitspringenden hoek bij Loos en tegenover flulluch. N Onze artillerie heeft op verscheidene plaatsen de vijandelijke verbindingsschansen en verblijfplaatsen gebombardeerd. Wij hebben met goed gevolg twee mijnen laten springen tegenover Auchy en Hullunb. Terzelfder tijd ondernamen de Duitschers heftige aanvallen op onze nieuwe stellingen bij
de Ancre en ten N. van Fnconrt, welke zijn afgeslagen. Woedende gevechten langs het heele front tusschen Ancre en Mootauban. Tot dusver zijn verscheidene belangrijke tactische voordeelen door onze infanterie behaald in den omtrek van Ovillers, La Boiselle en Gontalmaison, doch ten N.W. van Thiepval is de vijand er in geslaagd 200 tot 300 yards terrein tijdelijk te heroveren. Ondanks den hardnekkigen tegenstand van den vijand is onze infanterie, goed gesteund door onze artillerie, vanochtend dapper voorwaartsch gedrongen en heeft verscheidene belangrijke punten bereikt. Zij bestormde de ontzaglijke sterke Leipzigschans ten Z. van Thiepval, baande zich een weg door Ovillers waar een verwoede strijd voortduurt, bracht het front ten O van L i Boiselle over een breedte van 2000 yards en een diepte van 500 yards vooruit en verdreef den vijand uit twee bosschen en drie linies loopgraven ten N. van Fricourt. Nader beticht van Haig : De Leipzig-schans, een vooruitspringend stuk der Duitsche linie, sedert twintig maanden door den vijand met de grootste vaardigheid versterkt, is na een verwoed bombardement bestormd.
Een onzer brigades, die meer naar 't Zuiden van 't Westen uit aanviel, heeft zich door een Duitsche loopgraaf in de voorste linie van 500 yards een weg gebaand naar Oviliers. De Pruisische garde werd vanochtend om 10 uur in 'tvuur gebracht ten Oosten ven Cantelniaison bij een wanhopige poging om ons terug te werpen, doch de aanval werd do r ons de gevechten van den 4den en den 5den Juli ten Westen van de Siyr, strooinafwaats van Kolki, hebben gemaakt, wordf geschat op 300 officieren en 7415 niet gewonde soldaten, alsmede een groot aantal gewonde soldaten De buit bestaat uit zes kanonnen, 23 machinegeweren, eenige duizenden geweren, 2 zoeklicb* ten, 11 bommenwerpers en 77 caissons. Woedende aanvallen van de Duitschers bij Gruziatyn hebben wij afgeslagen. Hardnekkig gevecht op den rechter oever van den Dnjestr in de streek van Iwakof en Choeimirz. Op verscheiden vakken ten Noorden van de Pripet-moerassen levendige artilleriegevechten. Ten Oosten van Baranowitsj heeft de vijand eenige hardnekkige tegenaanvallen gedaan, die wij hebben afgeslagen. - De vijand heeft bij herhaling een hagel van vuur uit stukken va».., root kaliber, uitgestort over de streek van Labuzy, ten zuidoosten van Baranowitsj. Onder begunstiging van dit vuur heeft hij twee geweldige aanvallen gedaan, die evenwel door het vuur van onze artillerie, machinegeweren en infanterie werden afgeslagen. , U i t B e r 1 ij n. 7 Juli. Tegen bet front van Hindenburg hebben de [Bussen hun ondernemingen voortgezet. Met sterke strijdkrachten vielen zij ten Z. van het Narocz-meer aan. Zij werden hier na een hevig gevecht evenals ten N.0 van Smorgon en op andere plaatsen zonder moeite afgeslagen. Prins Leopold van Beieren: Een zwakke voorwaartsche beweging van den vijand daargelaten, heerschte in de laatste dagen op het aangevallen front algemeene lust. Linsingen: De ^laar Tsjartorysk vooruitspringende hoek is tengevolge van aanvallen van overmachtige troepen op de linie Kostioechniowka — ten W. van Kolki — teruggenomen; een kortere verdedigingslinie is gekozen. Aan weerszijden van Sokoel zijn aanvallen van de Russen met groote verliezen gebroken. Ten W. en ten Z.W. van Luck is de toestand onveranderd. Leger van Bothmer: Geen bijzondere gebeurtenissen, ook niet bij de Duitsche troepen ten Z. van den Dnjestr. Uit W e e n é n. 7 Juli. In de Boekowina hebben onze troepen na met goed gevolg bekroonde gevechten 500 gevangenen en 4 machinegeweren binnengebracht. In Zuidoostelijk Galicië, tusschen Dilatyn en Zabzawica, hebben Alpijnsche landweerregimenten in een heldhaftig verweer talrijke Russische bestormingen gestuit. Meer naar 't Noorden, in de streek van Kolki, bleef de toestand onveranderd en vielen geen gebeurtenissen van belang voor. De Oostenrijksch-IIongaarsche troepen, die in de bocht van de Styr ten .Noorden van Kolki vochten en vier weken standhielden tegenover een drie tot vijfvoudige vijandelijke overmacht, hebben gisteren bevel gekregen hun voorste, aan een dubbele overvle\igeling blootgestelde linie terug te trekken. Begunstigd door het ingrijpen van Duitsche troepen ten Westen van Kolki fen door de opofferende houding van het Poolsche legioen bij Kolodia, is deze beweging, zonder door den vijand te worden belemmerd, uitgevoerd. Voor de Oosten rij ksch-11 ongsiariche strijdkrachten ten Noordoosten van Baranowitsji is gisteren de dag rustig voorbijgegaan. De vijand leed bij de jongste aanvallen tegen de daar staande verbonden troepen buite&gewoon zware verliezen. In het brongebied van de Ikwa beschoot de vijand een onzer veldhospitalen, hoewel dit duidelijk als zoodanig kenbaar was gemaakt, met geschut. Wanneer deze anti-volkenrechtelijke handeling wordt herhaald, znllen wij onze kanonnen richten op het klooster Nowo Pozajen, dat bijna een jaar laflg uit piëteit zorgvuldig door ons is gespaard. Van het Italiaanscli-Oostenrijkselie gevechtsterrein. U i t We enen. 7 Juli. In den sector jvan Doberdo is de bedrijvigheid van het geschut herleefd. Ten Oosten van Selz is het ook tot infanteriegevechten gekomen, waarin onze troepen hun stellingen ten volle hebben weten te handhaven. Ten Zuiden van het SuganWal tasten zeer sterke ltaliaansche troepen ons front aan tusschen de Cima Dieci en den Monte Zebio. De vijand is overal afgeslagen, op sommige plaatsen met handgemeen. Uit Rome 7 Juli. Tusschen de Etsch en Astico geweldig geschutvuur. De vijandelijke artillerie heeft gisteren met hu tengewone hevigheid de hellingen van den Monte Majo beschoten. Ten Noorden van de Posina biedt de Monte Cimone nog weerstand aan onze aanvallen, terwijl onze infanterie haar voortgang langs de Rio Freddo en de Astico voortiet. Op de hoogvlakte der Sette Gommuni artilleriegevechten en felle infanteriegevechten, die ons in 't bezit hebben gesteld van vijandelijke steunpunten inden omtrek van de Gasero Zebio en de Malga Pozze ; wij maakten 3519 krijgsgevangenen, waaronder 5 officieren, en namen 3 machinegeweren. Hev'ge tegenaanvallen, onmiddtlijk door den vijand ondernomen tegen de door ons vermeesterde stellingen, zijn met zware verliezen voor de vijand afgeslagen. In het Gampobelio-dal bleven wij met goed gevolg vijandelijke afdeelingen van de hellingen der hoogten ten Oosten »an de Maso verjagen ; wij maakten er 102 gevangenen. Langs het overig front artilleriegevechten ln het vak van Monfalcone ondernam de vijand gisteren twee ainvallen op onze nieuwe stellingen ten Oosten van Selz. Na een hardnekkig gevecht werd hij met de bajonet teruggeworpen, met achterlating van een dertigtal gevangenen in onze handen. Onze vliegtuigen hebben gisteren vijandelijke stellingen ten Noorden van Valano, in het Lagarina dal, beschoten en zijn onverlet teruggekeerd. Van het gevechtsterrein op tien Italkan. U i t We e n en. 7 Juli. Toestand onveranderd.
Bij de Somme nemen de Franschen
Bij de Somme nemen de Franschen blijkbaar rust. Daarentegen hebben de Engelschen hun offensief hernomen en daarbij weer belangrijke vorderingen gemaakt. In het Oosten moest generaal Linsingen ten Westen van Kolki wederom retireeren.
Uit een Duitsch gevangenkamp ontvlucht.
De Rotterdamscbe correspondent van De Telegraaf schrijft dd. 5 Juli aan zijn blad: Een oploopje, hedenmorgen vóór den ingang van het telegraafkantoor nabij de Zuidblaak. Daar staan te midden van nieuwsgierige kantoorjongens, telegrambestellers en kruiers, twee vreemdsoortig uitziende mannen. De een draagt een grof linnen soldaten-werkpak met een*grijs wollen omslagdoek ; de ander bedekt zijn soldatenpak met een versleten zwart colbertpakje. Hoewel de Rotterdammers zich aan beide vreemdelingen vergapen, is het toch niet voor het eerst, dat zij dergelijke «verschijningen# binnen de Rottestad zien. Het zijn Fransche soldaten, die uit 'n Duitsch gevangenenkamp ziju .ontvlucht en nu, dank zij de goede zorgen van 'hun consul, via Rotterdam naar huD land terugkeeren. Bijna dagelijks arriveeren bier mannen, die de gevaren van een vlucht trotseeren om toch maar te ontkomen aan den ijzeren dwang, de ne rdrukkende troosteloosheid en den honger der Duitsche kampen. De Rotterdamsche fantasie was al aan het werk. Nog geheel onder den indruk van de nieuwste berichten over het groote offensief, die men aan de overzijde bij het Meuwsblad, had verwerkt, zag men in die mannen twee belden, zoo kersversch uit den strijd gearriveerd, twee, die gezien en meegemaakt hadden wat ons in de sombere communiqué's daar verteld werd... 't Duurde niet lang of we hadden de twee braven de hand gedrukt. « En vijf minuten later zatep wij met hun begeleider, een jeugdig onderofficier van de Limburgsche grens, in «Suisse» waar hun komst heel wat opzien baarde. En ze vertelden. Eerst ging 't met horten en stooten, aarzelend, kortaf Niet waar ? Er waren zooveel spionnen in Holland en — je kon nooit weten. Maar 't duurde niet lang of het vertrouwen was gewonnen. En we hoorden het oude verbaal, dat steeds nieuw is, het verhaal over ontberingeü en ellende; het verhaal, dat eindigt met de hoop op verlossiag op eind-overwinning. Zij waren gisterenmorgen vroeg nabij Bergen in Limburg over de grens gekomen. Op dat
oogenblik — zoo zeide mij de oudste der twee — heb ik mijn kameraad de hand gedrukt, we zijn op de knieën gevallen en we hebben gedankt voor de bevrijding, die eindelijk voor ons gekomen was. Bijna twee lange jaren hadden zjj in Duitsche gevangenschap doorgebracht, de onderofficier der genie Dolias en de artillerie-korporaal Nicolas. Beiden bevonden zich bij de afkondiging der mobilisatie teGherbourg. Twee dagen later waren zij bij hun respectievelijke regimenten te Maubeuge. En toen de vesting viel, behoorden zij tot de duizenden gevangenen, wien de terugtocht was afgesneden. In lange colonnes was dat leger* van meer dan tienduizend man het binnenland ingevoerd. Te voet, zonder van voedsel te worden voorzien, liet men hen den eersten dag van hun gevangenneming 12 kilometer afleggen. In de open lucht werd gekampeerd en daarna ging 't weer in snelle marschen naar de Belgische grens. Anderhalf uur nndat zij naar aangekomen waren, heeft men allen in treinen gepakt. Lange treinen beestenwagens werden tot berstens toe volgepropt. Er gingen er meer dan 50 in één wagen. De ongelukkigen stonden er rechtop 3ö lange uren, zonder eten of drinken op elkaar gedrongen. Uren en uren werd de trein op een zijspoor gezet. En als uien al eens verder ging, dan was 't met een sukkelgang. In den nacht werd Keulen bereikt. En vandaar transporteerde men de mannen van Maubeuge naar de kampen te Friedrichsteld. In den aanvang was daar zoowat niets in orde. De barakken waren nog niet gereed. Het meerendeel der gevangenen sliep in de open lucht. Er waren dan ook zeer veel zieken. Doch hulp was er in het begin absoluut niet te krijgen. Eerst langzamerhand kwam het kamp gereed en werd de toestand dragelijker. Voor de zieken werd een «lazareth» gebouwd, waar echter den eersten tijd 't verkrijgen van geneesmiddelen en geneeskundige hulp tot 'de onmogelijkheden behoorde. Eerst veel later kwam daar eenige verbetering in. De beide »poilu's« deden hun verhaal met groote kalmte. Verbitterd waren zij geen van beiden. Zij streefden er naar, mij zoo nauwkeurig mogelijk in te lichten. Over het algemeen hadden zij persoonlijk niet te klagen over een slechte behandeling. Doch menigmaal zagen zij kameraden behandelen op een wijze, die hun 't bloed naar 't gelaat joeg. Voor het minste of geringste werd een kameraad veroordeeld tot 3 a 4 dagen aan den paal. Wanneer men naar de opvattingen van 'n »Feldwebel« slechten wil toonde, een corvee weigerde of geen ontzag genoeg had voor de Duitsche uniform, zag men zich onmiddellijk voor eenige uren aan een paal gebonden - En al naarmate van den «ernst» (!) van het feit werd dit gedurende drie, vier of meer dagen herhaald. lederen dag waren er 7 of 8 van d e ongelukkigen, die op deze wijze de zegeningen der nKultur» ondervonden. Ook werd er'druk gewerkt met algemeene straffen. Wanneer bijvoorbeeld in verboden tijd gerookt werd, strafte men de geheele barak met straf-exercitie en verbod van rooken voor een- geheele week. Wanneer een gevangene ontvluchtte of een poging tot ontvluchting waagde, strafte men het geheele kamp ! Het voedsel was zoowel in den aanvang als later zeer slecht en van onvoldoende hoeveelheid. Brood, dat alle eigenschappen van touw vertoonde, gemalen eikels, oneetbare zuurkool, soep van aardappelschillen vormden de hoofdschotel van het menu. Hoe 't dat kwam beide mannen er zoo voortreffelijk uitzagen, vroegen wij, doelend op het inderdiad gezjnde en blozende uiterlijk van het tweetal. De oplossing van het raadsel was spoedig gegeven. Driemaal per week ontvingen de mannen van hun verwandten uit het vrije Frankrijk pakjes met levensmiddelen. En terwijl hun bewakers watertandend toekeken, zaten zij te smullen van het Fransche brood en de Fransche conserven, die hen geregeld werden toegezonden. Na 9 lange maanden te Friedrichsfeld te hebben doorgebracht, vroeg de onderofficier der genie, die in de burgermaatschappij een eerzaam houthandelaar is, in de bosschen te mogen werken. Hij meende niet ten onrechte aldus meer kans te hebben om een gelegenheid tot ontvluchten te vinden. Het verzoek werd toegestaan. En zoo zagen de beide vrienden zich pvergeplaatst naar het «Arbeiterslager» te Xanten, een streek, iets Oostelijk van Goch gelegen. Het tweetal had het daar aanmerkelijk beter. Vooral de houthandelaar, die dank zij z'n kennis van het vak, weldra een bevoorrechte positie
innam, bad te Xanten in bet minst niet te klagen. Nu en dan werden Fransche kranten binnengesmokkeld, hij was abonné van de Kölnische Zeilung, die een der kameraden zoo goed én zoo kwaad als het ging vertaalde en zoodoende bleef men eenigszins op de hoogte van de groote gebeurtenissen. Wat hun bewakers in het kamp te Xanten betrof, deze waren geheel verschillend. Soms trof men er zeer jeugdige soldaten aan, die nog niet in het vuur waren geweest. Van hen had men den meesten - last. De oudere landstormmannen, die nu wisten wat de oorlog was, toonden meer tegemoetkoming en maakten hen deelgenoot van .hun zorgen en smarten. Meer dan eens deelden de bewakers mede, dat het volk ongeduldig en ontevreden was, maar dat men in eigen omgeving gedwongen was te zwijgen. Hoe vaak had men hun niet verteld, dat de oorlog spoedig afgeloopen zou zijn. Wanneer de Duitsehe bladen maar even van vrede gewagen, herleefde bij de Duitschers de hoop op een spoedig einde. Daar in +iet afgelegen Xanten gaven de bewakers zich eerder bloot. En zoo werden ouze mannen vaak deelgenoot van den vurigen wensch, die het Duitsehe volk bezielt: een spoedig einde van den oorlog, een einde tot eiken prijs. De laatste dagen van hun verblijf te Xanten, toen 't groote offensief al dreigender werd en de Russen huu opmarsch reeds begonnen waren, spraken de Duitsehe soldaten van een «partie remise*. Wij zijn gelijk van kracht, zeiden zij. Er zal spoedig een vrede komen, waarbij alles zoo geregeld wordt als 't voor den oorlog was.... Jawel!
De soldij, 30 pfennig per dag, werd geregeld betaald. Doch, in .... papieren geld, dat alleen in de eantine van het kampement geldig was. Men toonde mij eenige dezer merkwaardige •geldstukken». Aan de voorzijde is de waarde in cijfers en letters gedrukt; aan de achterzijde staat in een rand «Arbeiterslager Xanten». liet merkwaardigste is, dat de zoogenaamde eantine alleen slechte tabak en ondrinkbaar bier verkoopt, en dat nog met woekerwinst! En buiten de eantine is dit betaalmiddel ongeldig, hebben de papiertjes alleen nog waarde voor verzame laren van oorlogsrariteiten. Waar het tweetal ook de aandacht op vestigde, is het feit, dat de Duitschers er steeds op uit waren de gevangenen tegen Holland op te zetten. De bewakers vertelden hun, dat Holland hen van duur voedsel voorzag. Na den oorlog halen wij dat wel terug, zoo voegde men er dreigend aan toe. Ook zorgden de Duitschers er voor, dat de gevangenen op de hoogte waren van den schandelijken paarden- en koeienuitvoer uit Holland, Een en ander maakte, dat de gevangenen bevreesd werden om de wijk naar ons land te nemen. De vluchtelingen erkenden mij, dat zij niet verwacht hadden, hier een goede ontvangst te zullen krijgen. Doch van 't eerste oogenblik af, waarop zij den voet op Nederlaudschen bodem hadden gezet, zijn zij met vriendelijkheden overladen. In deze omstandigheden waren zij dubbel gevoelig voor de welwillendheid en tegemoetkoming, die zij hier hadden ondervonden. Hoe zij er toe gekomen waren om te ontvluchten ? Langs een dier honderd geheimzinnige wegen, waar langs ondanks alles toch nog berichten doordringen, zelfs tot de best bewaakte streken, kwam hun ter oore, dat de Nederlaudscbe grens slechts dun bewaakt was. Alle beschikbare mannen zijn naar de fronten gezonden. Ook het aantal bewakers van Xanten was aanmerkelijk iugekrompen. De groote siap moest dus gewaagd worden. Nu of nooit! Met nog twee andere kameradei» sprak inen af te vluchten. Maar daar vier man te zamen eerder kans hadden in de val te loopen dan twee, besloot men twee aan twee te vertrekken. De kaarten beslisten, wie met elkaar 't avontuur zouden ondernemen. En tijdens een aflossing werd de groote stap ondernomen. Drie dagen had men noodig qm de grens te bereiken. Overdag hield men zich schuil en 's nachts werd gemarcheerd. Er was gezorgd voor een voldoende hoeveelheid levensmiddelen, zoodat men geen gebrek heeft geleden. Van de vlucht zelve mogen wij niets navertellen, daar dan de vlucht van hen, die achterbleven, bemoeilijkt, zou worden. Doch genoeg zij 't om te constateeren, dat de sterren hen den weg naar het gastvrije Nederland hebben gewezen. En wat weuscht gij nu ? zoo vroegen wij bij het einde van het onderhoud. Met een flikkering van blijde hoop in de oogen, klonk als uit één mond: «Terug naar Frankrijk en onzen kameraden een «coup de main« geven bij het grootsche werk, dat zij thans verrichten.* • Een hartelijke handdruk — en ik had afscheid geuomen van twee brave ïpoilus», wien wellicht het voorrecht te beurt zal vallen, de nederlaag van Maubeuge te mogen wreken!
Advertentie
R KIRCHMAN & CS = IZ NIEUWE GINNEK.ENSTR..T&LEF. 2MZ S j m BREDA. g]IU!lllllllllllt!!ll!llllllllll!l!llllllllllllllillll!lllllllt!l!lllllllll!!IIIUIIIllllil Ü Effecten, Coupons, Deposito's. I Assurantiën.