EERSTE BLAD.
over 1004. Wanneer we de verschillende gemeenteverslagen der laatste jaren met elkander vergelijken, valt ’t op hoe het boekdeel gestadig dikker wordt. Het verslag van 1891 beslaat slechts 354 pagina’s, dat van 1904 reeds 457. In dit laatste exem-
plaar worden eerst herdacht de belangrijke gebeurtenissen, die in dat jaar zijn voorgevallen , zooals het aanbieden van een huldeblijk aan de Koningin-Moeder, het juristen- en het dokterscongres, de huldiging van generaal van Heutsz, de herdenking van het 500-jarig bestaan van het Huis Nassau Oranje als baronnen van Breda, enz. Dan komen we aan den loop der bevolking waaruit blijkt, dat op 31 December 1903 Breda een inwonertal had van 26953, bestaande uit 14092 vrouwen en 12861 mannen. Geboren werden 787 kinderen, het sterftecijfer bedroeg457 of 1 op de 58,99. Er werden 196 huwelijken voltrokken en 5 echtscheidingen uitgesproken. Na een aantal staten volgt dan de beknopte uiteenzetting van de voornaamste in den raad behandelde onderwerpen , waarna het verslag van dr. Corstens is geplaatst over het archief en de boekerij. De archivaris zegt daarin, dat hij voortwerkt overeenkomstig het eenmaal door hem ontworpen plan en geeft kennis van verschillende verbeteringen, door hem aangebracht. Ten slotte geeft de heer Corstens inlichtingen over een geschenk (zilveren tabakspot met dito komfoor) dat de weduwe Oukoop aan het gemeente-museum heeft gedaan. Bij de geldmiddelen zien we dat van het dienstjaar 1903 een goed slot van ƒ 91,778,22 restte. De schuld der gemeente bedroeg op 31 December 1904 niet minder dan ƒ 1,961,849,615 — een bedrag, waarmede wij voor den dag kunnen komen. Uit het verslag van B. en W. aan den raad, naar aanleiding van art. 52 der woningwet, vermelden we, dat negen woningen aan het Achterom en een in een gang uitkomende in de Boschstraat
onbewoonbaar verklaard zijn, terwijl verscheidene andere van goed drinkwater en voor behoorlijke afrioleering op de openbare wateren of riolen werd zorggedragen. Van de kostelooze volksbadplaats werd weder een ruim gebruik gemaakt Er werden 10835 baden genomen. De rekening der gemeentereiniging sluit met een voordeelig slot van ƒ7657 775. In 1904 deden zich voor 2 gevallen van diphtheritis, 5 van roodvonk, 1 van typhus, 5 van febris typhoïdea en 1 van pokken. In het R. Ii. gasthuis werden opgenomen 243 personen, waarvan er 35 stierven en 88 in behandeling bleven. In het gemeente-ziekenhuis werden verpleegd 2 mannen en 9 vrouwen; 1 man stierf aan delirium en alle vrouwen werden ontslagen. Het verslag der gezondheidscommissie vermeldt de maatregelen door haar genomen in zake verzameling en afvoer van vuil en die ten bate der volkshuisvesting. | De keurmeester heeft aan de commissie nog kennis gegeven, dat hij had afgekeurd wegens uitgebreide tuberculose, een koe, te ’Breda geslacht, doch afkomstig van een persoon te Ginneken, die gedurende 18 maanden de melk dier koe had verkocht. Uit het hoofdstuk gebruiksartikelen zij hier nog overgenomen; »Naar aanleiding van het gedeeltelijk goedkeuren door den gemeente-keurmeester van het vleesch van 2 geslachte runderen, die door den leverancier van . vleesch voor de militairen in zijne eigen zaak waren gebracht, nadat zij door den militairen keurmeester (paardenarts) wegens tuberculose waren afgekeurd, ontving de commissie de klacht »de burgers hebben dus moeten eten wat voor de militairen niet deugde.” De commissie vroeg inlichtingen aan den gemeente-keurmeester.
Uit de inlichtingen bleek, dat de beide keurmeesters zich bij de keuring op verschillend standpunt stellen. Terwijl de militaire keurmeester zich stelt op het standpunt, dat hij heeft te beoordeelen, of de leverancier volgens contract dieren levert, waaraan niets is af te keuren, en dat hij derhalve het geheele dier moet afkeuren, ook als slechts een gedeelte daarvan onbruikbaar is, stelt de gemeente-keurmeester zich op het standpunt, dat hij er voor te waken heeft, dat geen ondeugdelijk vleesch wordt verbruikt, en derhalve alleen heeft af te keuren wat ondeugdelijk is. Aan den klager werd van de door den gemeente keurmeester verstrekte inliclitingen mededeeling gedaan. Een der leden van de commissie was evenwel van meening, dat de gemeentekeurmeester verkeerd handelde door bij tuberculose niet steeds het geheele dier . af te keuren, daar het niet te constateeren is, hoever de tuberculose is verspreid. Naar aanleiding daarvan werden afschriften van des klagers brief en van het rapport des keurmeesters gezonden aan den hoofdinspecteur en hem gevraagd, of naar zijne meening in casu al het vleesch afgekeurd had behooren te worden en welke in het algemeen de gedragslijn moet zijn bij de keuring van vleesch van tuberculose dieren. De hoofdinspecteur antwoordde daarop dat het rapport van den keurmeester op hem den indruk had gemaakt, dat deze bij de keuring goed onderzoekt, en dat hij diens beoordeeling in het algemeen genomen en voor zoover men op de schrifturen kon afgaan juist achtte. Hij antwoordde verder, dat »vrij wel wordt aangenomen, dat de gedragslijn bij de keuring van tuberculose dieren de
volgende moet zijn: bij locale tuberculose worden alleen het betreffende orgaan en de regionnaire lymphkJieren afgekeurd, het vleesch derhalve goedgekeurd; bij algemeene tuberculose wordt in den regel afgekeurd, tenzij in enkele gevallen sterelisatie wordt toegestaan » De waterleiding leverde een winst op van / 28406.69', de gasfabriek eene van f 57056,49'. Uit het verslag van het college van brandmeesters: Door den heer gouverneur der Kontaklijke Militaire Academie werd eene zeer waardeerende beoordeeling over onze brandweei uitgebracht, naar aanleiding van ons optreden bij een gehouden loos alarm, waarbij wij door een misverstand werden opgeroepen. Wij mogen daaruit aanhalen: »Daarbij is zeer duidelijk in het licht «getreden, dat de brandweer, als eens «werkelijk brand mocht ontstaan, zelfs »op een ongunstig tijdstip van den dag, »zeer spoedig ter plaatse zou zijn, en »op haar hulp bij het blusschen van »brand aan de Academie met zekerheid »kan worden gerekend, iets wat door »mij uit den aard der zaak in hooge »mate wordt gewaardeeid.” De kosten der schutterij bedroegen f 3832,91', waarvoor we behalve de muziekuitvoeringen, 42 maal de schutters hebben kunnen zien uitrukken. In het verslag van de commissie van het lager onderwijs wordt getuigd, dat in het afgeloopen jaar het onderwijs weder goede vruchten droegen, o. a. hieruit blijkende dat van de eerste openbare school 9 leerlingen werden toegelaten tot de H. B. S. en tot het gymnasium. Klachten over richting en strekking van het onderwijs zijn niet ingekomen. Het verslag van de commissie tot wering van schoolverzuim is reeds vroeger in extenso in ons blad opgenomen. In het verslag van het middelbaar onderwijs wordt het heengaan (naar den Haag) betreurd van den leeraar van de H. B. S. Yan der Meulen. Het aantal leerlingen op deze school bedroeg 196 waaronder 25 vrouwelijke. De verslagen van burgeravond-, teekenen ambachtschool bevatten geen bijzonderheden. Het getal leerlingen van het gymnasium bedroeg 40, waaronder 6 vrouwelijke. De muziekschool telde 234 leerlingen. De financieele toestand der school geeft geen reden tot tevredenheid. De grootste zuinigheid moet worden betracht en het traktement van de leeraren kon niet ten volle worden betaald. Het gemeente-museum kan nog niet spreken van een druk bezoek maar de groote belangstelling van de meeste bezoekers was toch eene aanwijzing dat het streven waardeering vindt. Door tusschenkomst van het burgerlijk armbestuur werden in de verschillende ziekeninrichtingen 191 behoeftige zieken opgenomen, 190 kraamvrouwen werden voor rekening der gemeente verlost en 16 lijken begraven. De bedeeling en geld en brood eischte respectievelijk f4513,35 en f 154,05. Aan 467 personen werd reisgeld en nachtverblijf en voeding verleend waarvoor f 127,01 noodig was. Kleeding, ligging en dekkingstukken werden in niet groote getallen uitgereikt. De wekelijksche collecte bracht f 1054,06 op, zijnde dit f 45,67 minder dan in 1903. De armenbus, geplaatst in de trouw- : saai, bevatte slechts f 12,28' terwijl irorige jaren altijd ruim f 100 daarin ! iverd gevonden. ; In de bank van leening werden minder ' landen gebracht dan het vorige jaar. Uit het reeds vroeger toegezonden i rerslag van de Kamer van Koophandel 1 lebben wij destijds het voornaamste over- r ;enomen. De totaal indruk, dien men na aanlachtige lezing der verslagen en na j ergelijking met die der voorgaande jaren e
krijgt is, dat de algemeene toestand van onze stad zeer gunstig en vooruitgaande kan genoemd worden. Voor de gezondheid der inwoners wordt nauwlettend gewaakt, eenige welvaart heerscht, handel en nijverheid gaan niet achteruit, het aantal behoeftigen is niet ontstellend groot en de geest der bevolking is opgewekt en levenslustig.