■ Keclames betreflt nde de bezorging dezer ( ourant,
gelieve men tjdig op te geven aan ons bureau, Groote Harkt 35.
Veranderingen in advertentiën gelieve
men steeds op den dag der uitgave vóór 9 uur in te zenden, daar anders niet voor de uitvoering der verandering kan worden ingestaan Aan onze lezeressen. HEDEN VERSCHEEN pen nieuw boek van CORKTJEI.IE JfOOBDWAL Jirouw Wjjöstè’s Uitstapje. Prijs ingenaaid ƒ 0,75. Gebonden ƒ1. VOORHANDEN IN: BROESES Boekhandel Groote Markt 33 Breda. De ondergeteekende wenscht te ontvangen van BROEHE'S Boekh,, Groote Markt 33 te Breaa Cornelie Noordwal jfl0B»WÏStS(lB'sOl1Stapj« litl n iBt 10,75. WOONPLAATS. NAAM.
"Advertentie". "Bredasche courant". Breda, 1906/04/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326083:mpeg21:p00001
"Bredasche courant". Breda, 1906/04/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326083:mpeg21:p00001
De Iframclie Hamer heeft nog slechts weinige weken te leven. Waarschijnlijk wordt de zitting nog deze week gesloten, en gaan de leden dan op reis, voor de verkiezingscampagne. Ii de pers is die campagne al begonnen Vooral de ractionaire bladen zijn reeds druk bezig de kiezers te bewerken, en zij hebben een paar prachtige aanleidingen om de kiezers te overreden bun zijde te kiezen. Hunne artikelen zijn vol van geloofsvervolging, naar aan leiding van de scheidingswet, en van het roode gevaar. De Echo de Paris heeft een propagaudageschriftje verspreid in millioenen exemplaren, waarin op schrikwekkende wijze de naderende revolutie wordt geschilderd: «Socialisten en anarchisten gaan, volgens den schrijver, samen om Frankrijk te vernietigen. Hun bond telt meer dan een half miliioen leden, die tot het uiterste besloten zijn De arbeidsbeurzen zijn de plaatsen waar zij hunne bijeenkomsten houden en hunne plannen uitwerken. Methodisch en stelselmatig rusten zij zich uit voor de algemeene staking, die het geheele econo mische en verkeersleven van het land zal vernietigen. Zij worden er op afgericht om de stations, de post- en telegraafkantoren, de stadhuizen en paleizen van justitie, de kazernes en banken tot doel van hun eersten aanval te maken De oude maatschappij moet vernietigd worden, om op de bouwvallen ervan de nieuwe te kunnen oprichten Te vuur en te zwaard zullen zij de burgerlijke kapitalistische maat
schappij verwoesten. En zij bepalen zich niet tot het proletariaat met hun propaganda; zij pogen ook het leger te winnen ” De Echo de *Paris verwacht klaarblijkelijk van deze toekomstsehildering een geheelen ommekeer in de stemming der kiezers. En in verband met de onrast, die de reactionairen op het platteland veroorzaakt hebben door hui rie brochures waarin zij verhalen: «dat de regeering de beelden uit de kerken wil halen om die aan de Joden te verkoopen”, wat in de Vendee, Auvergne en Bretagne door de boeren wordt gelooid, stellen zij zich van de aanstaande verkiezingen een reusachtige versterking der rechterzijde voor. De staking onder de mijnwerkers van Noord Fiai.knjk breidt zich uit. Te Leus en te Bethurie zijn de ovens gedoofd. Te Harnes zijn zeven stakers gearresteerd. De arrestatie gaf tot een heftige betooging aanleiding. Men schat thans het aantal stakers op 63,000. Het staat thans vast, dat voorloopig in Hongarije geen verkiezingen zuilen plaats hennen. In den kroonraad is Dinsdag besloten binnen den wettelijken termijn, die 11 Apiil afloopt, geen veikiezingen uit te schrijven. De minister van binnenlandsche zaken Kristoffy verklaarde toen den Keizer, dat hij onder zulke omstandigheden niet langer lid der Hongaarsche regeeiing wilde blijven. Ook de minister van justitie Lanyi, zal om dezelfde reden uit het kabinet treden. Aan het berliner Tageblatt wordt meegedeei<1, dat het voornemen is de verkiezingen in hei najaar, wellicht in September te houden De audiëntie van Fejervary en Kristoffy, welke eergister rruidag om twee uui plaats vond, is van belang geworden, omdat de konirig na een onderhoud van anderhalf uur met de Hongaarsche ministers, de geit een. chappeiyke ministers Golueiiow.ski en Burian liet roepen, De audiëntie veranderde daardoor in een kioonraad, die om zes uur nog niet geëindigd was. De besprekingen liepen over de vraag wanneer in Hongarije de nieuwe verkiezingen zullen worden gehouden. Het «Staatsblad» bevat een Koninklijk esliiit, waarbij de reserve der klasse 1904 van het Houved leger wordt opgeroepen voor den werkelijken dienst. Deze buitengewone maatregel is noodzakelijk geworden door de verwerping van de recrutenwet door het Parlement, De bladen melden, dat Kristoffy zal aftreden ais minister van binnenlandsche zaken. Baron Fejervary zal deze portefeuille overnemen. De minister-president, baron Fejervary, had een onderhoud met Kossutb. Deze sprak zeer pessimistisch over deze samenkomst, die groote belangstelling had gewekt. Het onderhoud zou echter het uit gangspunt kunnen zijn voor een oplossing van het constitutioneele conflict. Prins Wilhelm van Sohanmbnrg Lippe is gisteren morgen plotseling oveneaen aan een hartkwaal. Prinses Louise van Schaumburg-Lippe is des morgens gestorven. Prins Wilhelm van Schaumburg-Lippe is geboren 12 Dec. 1834. Prinses Louise van Schaumburg-Lippe is de schoondochter van dezen prins Wilhelm zij was geboren 17 Februari 1875 als prinses van Denemarken en gehuwd met den tweeden zoon van prins Wilhelm, Friedrich George Wilhelm Bruno. Prinses Louise leed aan hersenvliesontsteking en men vreesde voor haar leven. Haar 72 jarige
schoonvader kreeg gisterenoclitend een beroerte tengevolge van den angst, en vijf uur later overleed de prinses op nauwelijks 31 jarigen leeftijd, haar man, thans het hoofd dezer linie, een 8 jarig zoontje en 2 dochtertjes achterlatende. Prins Willem, een oom van den regeerenden, prins George van Schaumburg Lippe, was in 1834 te Bückeburg geboren en heer Van de secundogenituur-heerlijkheid Nachod in BohemeD, eifelijk lid van het üostenrijksche Heeren huis en Oostenrijksch generaal der cavalerie. De Freie deutsche Presse meldt dat twee joodtche raadalieeren in het Landgericht te Keulen die, in weerwil van hun erkende bekwaamheden, gere eld bij de bevordering voorbijgegaan waren, tot raadsheeren bij een Oberlandesgericht zijn benoemd. De Dieuwe Pruisische minister van justitie heelt daarmee een nieuwen koers ingeslagen. Te Ferrol (Spanje) hebben de republikeinen en liberalen beioogin>»en gehouden tegen de Jezuïeten die van den kansel de geioovigen tegen hen hadden opgehitst. Met steenen werden de kerken, het klooster der Jezuïeten en de bureaux van het clericale blad gebombardeerd. Een groot aantal personen werden gewond. De Itailaansclie ond-minister Waai, die zich, zooals men weet, aan verduistering heeft schuldig gemaakt en, toen de grond ouder zyn voeten al te warm begon te worden, het maar beier vond te verdwijnen en sedert dien tijd niet terug was te vinden, weid door zijn trouwe kiezers in zijn geboorte tad Trapani opnieuw tot lid van de Kamer gekozen met 3256 stemmen tegen 14 Daar altrnins schijnt men het ve trouwen in zijn eerlijkheid en zijn beleid met te hebben verloren. Hit Rome wordt aan den Temps gemeld: »Wat lot nu toe bericht werd naar aanleiding van een overeenkomst tusschen Frankrijk, Italië en Engeland «ver Abennynie is zeer onvolledig. Uit zekere bron vernemen wij het volgende. Het is voor niemand een ge lieirn dat onderhandelingen tusschen de genoemde drie mogendheden, de buren van Abessyuië, hangende zijn, welke ten doel hebben de regeling harer belangen in dit land, en wat Frankrijk betreft, speciaal de quaestie van den spoorweg van Djiboeti naar addis Abeha. Het is echter volkomen onjuist dat deze ondeihandelingen, direct of indirect, de bedoeling hebben de souvereiniteit van Abessymë aan te randen. De te sluiten overeenkomst zal integendeel een waarborg te meer zijn voor de volkomen onafhankelijkheid van het Abessynische rijk».» De landverhuizing naar de Vereenigde hiaten begint zulke reusacnuge afmetingen aan te nemen, — de vorige week landden 30,666 personen te New York , deze week verwacht mer. er 25,000 — dat de Amerikaansche autoriteiten zich ongerust beginnen te maken over den al te snellen aanwas der bevolking. De regeering heeft althans be sloten, dat van nu aan met de meeste gestrengheid de hand zal worden gehouden aan de bepalingen van de wet, waai bij aan vreemdelingen, die aan de gestelde voor waarden niet voldoen, de landing wordt ontzegd.
"Algemeen Overzicht.". "Bredasche courant". Breda, 1906/04/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326083:mpeg21:p00001
(.Zitting van gisteren.) De beraadslaging werd voortgezet. Volgens het aanhangige art. 1637o is een beding, dat den arbeider bep.rkt in Zijn bevoegdheid om na het einde der dienstbetrekking op zekere wijze werkzaam te zijn, enkel geldig als het schrittelijk of bij reglement met een meerderjarigen arbeider is aangegaan »en voor zoover het niet indruischt tegen de redelijke belangen des arbeiders.* Daarop zijn de volgende amendementen ingediend: lo. van den heer TAK om eik zuinigheidsbedmg nietig te verklaren ; 2o. van den heer DE KLERK om zoodanig beding niet toe laten ten aanzien van arbeiders, die minder dan ƒ 6 dagloon verdienen ; 3o. van den heer VERHEIJ om te bepalen, dat de werkgever aan zoodanig beding geen rechten kan ontleenen, wanneer hij de dienstbetrekking tegen den wil van den ai beider en zoni.er dat deze daartoe aanleiding, gaf, doei eindigen ; en 4o van den heer LOHMAN, a. om redelijke belangen des arbeiders als motief tot verbod van het beding te vervangen door een bepaling, dat het beding met verder mag gaan dan door »de redelijke belangen des werkgevers wordt gevorderd* ; b. om den rechter de bevoegdheid te geven de door den werkgever bedongen schadeloosstelling op verzoek van den arbeider en op zijn kosten te verminderen, indien deze hem bovenmatig voorkomt. Daarna lichtte de heer VAN IDSINGA nog toe een amendement om uit het artikel te doen vervallen de woorden : »en voor zooverre het niet indruischt tegen de redelijke belangen des arbeiders.® En voorts om een nieuw lid in het artikel op te nemen luidende: »Op de vordering des arbeiders kan de rechter zulk een beding geheel ot gedeeltelijk te niet doen op grond dat in verhouding tot het te beschermen belang de werkgevers de arbeider door dat belang onbillijk wordt benadeeld.* De heer PLATE constateerde, dat het bij dit artikel gestelde concurrentie beding in hootdzaak betreft intellectueele arbeiders, als technici bij de industrie, handelsreiziger9 en misschien ook, maar dan sporadisch, winkelbedienden. Zulk een concurrentie-bedrijf is voor den werknemer steeds een hard bedmg en in theorie gaat spieker’s sympathie dan ook in de richting van het amendement van den heer Tak Maar toch kan spr. met dit amendement met meegaan. Het zoogenaamde coucurrentie-beding is voor sommigge gevallen onvermijdelijk. Spr. wees op den industrieel die een technicus aanneemt en dezen inwijdt in de geheimen zijner zaak en voorts op den handelaar die zijn bediende bekend maakt met zijne relatiën en cliëntele. Aan zulke werkgevers wilde spr. niet absoluut en bij voorbaat de gelegenheid ontnemen zich er voor te vrijwaren dat een ander te hunnen nadeele de vruchten plukt van hun arbeid. Maar de hardheid voor den werknemer wil spr. beperken, tot het strikt onvermijdelijke terugbrengen. Aanvankelijk wilde hij in die richting werkzaam zijn door steun het amendement-Van Idsinga; door toekenning van een ruime bevoegdheid aan den rechter om de bedingen te beperken of op te heffen. Maar deze weg lijkt spr. bezwaarlijk en hij gevoelt het meest voor het amendement van den heer Verhey, dat de arbeider waarborgen biedt tegen willekeurig ontslag. Maar in ieder geval waarschuwde spr. de Kamer, wanneer zij het concurreutie-beding aanvaardt als een noodzakelijk kwaad daai tegen te waken, door den duur van de arbeidsovereenkomst met — gelijk een volgend artikel wil — te beperken tot twee jaar, maar op veel langer te stellen. Nadat de heer HEEMSKERK het amendement van Idsinga had ondersteund, verdedigde
de MINISTER VAN JUSTITIE het artikel, dat een rechtmatig werkgeversbelang wil beschermen. De Minister constateerde in dit verband dat niemand zich dan ook tegen het beginsel heeft verzet. Nu wil de heer Klerk het concurrentiebeding alleen toelaten voor arbeiders met meer dan f 6 dagloon, maar de Minister is daartegen, omdat hier een loongrens is getrokken, welke nergens in het ontwerp voorkomt, Ook de heer Tak is niet tegen het beginsel, maar meende dat het aanhangige beding moest ingelascht worden by een regeling der «oneerlijke concurrentie,* Maar de Minister betwistte dit omdat men bij dit laatste te doen heeft met een concurrentie tusschen de werkgevers onderling, terwijl het hier geld een beding om den arbeider te beletten, later in concurrentie te treden met den patroon, waar hij zijn kennis heeft vergaard. — De hier bedoelde bedingen komen niet slechts in beperkte kringen voor, maar op een uitgebreid terrein en slepen misbruiken met zich, die het artikel willen keeren. Het artikel wil liet kwaad tot redelijke grenzen terugbrengen ; de belangen van werkgever en werknemer met elkander verzoenen. Trouwen- het artikel sanctionneert hei beding niet; integendeel, laat het slechts toe wanneer het aan de gestelde voorwaaiden voldoet. Onder opmerking dat door het artikel de belangen van beide partijen voldoende worden beschermd, bestreed de Minister alle amendementen. De heer REYNE verdedigde het amendement van den heer Tak, op grond dat bij het concurrentie beding een inbreuk achtte op de vrijheid van arbeid. De heer LIMBURG achtte het amendementVan Idsinga juist, maar een aanvulling noodig, in dien zin, dat de arbeider niet slechts zelf standig een vordering kan instellen tot nietigheid van het beding, maar zich ook kan verd digen tegen een actie door den werkgever tegen hern ingesteld. Hij stelde in dien geest een subamendement voor. Adressen. Naar aanleiding van een ingekomen adres verzoekende wettelijke maatregelen tot inperking van den vaccinedwang en dat de comm. voor de verzoekschriften wilde deponeeren ter griffie, vroeg de heer LOHMaN het om inlichtingen te zenden aan den Min. v. Binn. Zaken, op grond dat de tegenwoordige regeeiiDg het wetsontwerp van het vorige kabinet introk zonder opgave van motieven. Spr. wilde de Reg. de gelegenheid geven die motieven kenbaar te maken, terwijl zij ook van belang kunnen zijn in verband met ever tueële voornemens van leden der rechterzijde om in deze gebruik te maken van hun recht van initiatief. De heer VLIET meende namens de Comm. dat op de zaak voldoende aandacht was gevestigd, waarna tot deponeering ter griffie werd besloten. Regeling van werkzaamheden. Op voorstel van DEN VOORZITTER is besloten in ieder geval Vrijdagochtend aanslaande te beginnen met de behandeling van kleine wetsontwerpen. De bedoeling is dat de kamer met 1 Mei zal terugkeeren tot hervatting der werkzaamheden. Alsdan zal eerst een afdeelingsonderzoek plaats hebben, daarna het Arbeidscontract verder worden afgehandeld, terwijl de regeering prijs stelt om nog vóór het zomerrecès af te doen : het Indisch regeeringsreglement en de wet tot wijziging van de personeele belasting. Daarna werd de beraadslaging over het Arbeidscontract voortgezet, waarbij de heer LOHMAN ten gunste van het amendement van Idsinga, de beide door hem voorgestelde
amendementen introk, terwijl de heer DE KLERK het zijne wijzigde in dien zin, dat het concurrentiebeding met kon worden aangegaan met arbeiders die f 4 of minder per dag verdienen. De heer DRUCKER verdedigde het artikel dat het thans onbegrensde concurrentiebeding aan zeer bepaalde beperkingen bindt. Dat men in dit artikel dan ook een nadeel ziet, gaat boven sprekers begrip. Een algeheel verbod van concurrentiebedingen bestaat in geen enkele wetgeving en is slechts zeer weinig verdedigd. Zelfs de heer PLATE liet het bij een betuiging van sympathie. De COMMISSIE ontraadt dan ook het amendement-Tak, zoomede het amendement-de Klerk. De Commissie acht het ongewenscht de scheiding te trekken bij de hoegrootheid , van het loon. Of het beding zedeltjk geoorloofd is, hangt niet af van de loongrenzen. Ook het amendement Verhey is niet aanbevelenswaardig. Het is moeilijk uit te maken wie ten slotte aanleiding heeft gegeven, dat twee personen — werkgever en werknemer — niet meer bij elkander passen. Het amendement van Idsinga beveelt de Commissie aan, o a. omdat het een voordeel is, dat de arbeider zelfstandig een vordering kan instellen. De amendementen komen in stemming. Dat van den heer Tak werd verworpen met 67/14 stemmen. Het amendement-de Klerk wordt mede verworpen. Het amendement van Idsinga aangevuld in den geest v-an het sub-amendement-Limburg, werd aangenomen met 77 tegen 7 stemmen Het amendement Verhey werd verworpen met 51 tegen 30 stemmen. Het aldus gewijzigd artikel goedgekeurd. Na nog eenige discussie werd het verder , debat verdaagd tot heden.
"Tweede Kamer.". "Bredasche courant". Breda, 1906/04/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326083:mpeg21:p00001
SPORTROMAN DOOB W. MEIJER—FÖRSTER 43 (SLOT.) In galop stormden de rijtuigen den Hildesheimsehen straatweg langs naar de stad, zoodat de menschen bleven staan om den straleuden stoet te beschouwen. Officieren, officieren, niets als officieren. Het leek wel een terugrit van de wedrennen. Grootscb en oogverblindend. Albrecht von Heidenstamm reed met den geestelijke Hun rijtuig was het eenige, dat in een behoorlijk tempo en zonder het decorum te schenden huiswaarts rolde. • * * Joseph stond bij het graf dat nu stil en verlaten lag. Een paar kennissen hadden voor ze gingen hem de hand gedrukt — nu waren allen weg. Hij kon niet denken, na de vele doorwaakte nachten drukte een loodzware moeheid hem neder. Hij sloot de handen om twee der ijzeren staven
van het hek en liet zijn hoofd er op neerzinken. Wat nu ? Marie ginds diep in het graf hij hier heel alleen. Hij hief het hoofd op en naar den verren horizon b ikkend, poogde hij zijn gedachten te verzamelen. Werktuigelijk haalde hij de schouders op als wilde hij tot zichzelf zeggen: »Het is uit, je hebt niemand meer en niets. Graf aan graf lag voor hem, graf aan graf naast hem. De zon wierp haar glanzend licht over rozen en bloeiende heesters; op een marmeren kruis zat een vogel en tjilpte zacht — er was wel veel weemoed op dezen doodenakker maar niets treurigs. Alles sprak: nHier is rust en hier is vrede — kom — blijf.” Plotseling herinnerde hij zich wat Marie zoo dikwijls gezegd had nJoseph, loop toch rechtop.” En hij richtte zich op uit zijn gebogen houding en glimlachte. Slechts enkele seconden stond hij zoo, toen zonk weer zijn hoofd op zijn handen, die nog steeds de ijzeren staven omklemd hielden en sloten zich zijn cogen. Hij voelde geen droefheid meer, het was goed zoo voor Marie, het beste; bij voelde enkel een leegte in zich en om zich. Als iemand die zteb bewust is dat er iets moet geschieden, dat hij iets moet doen maar niet weet wat. »JNu verlaat je het kerkhof,” dacht hij, nje komt op den Hildesheimsohen straatweg en welken
kant zal je dan uitgaan P Links naar de stad of rechts naar buiten? En dan P Wat dan F” Hij dacht er over na. Als hij nu een paard had zou hij ergens heen rijden en hei paard maar laten loopen. Dan behoefde hij met op den weg te letten, niet voet voor voet te verzetten, in zekeren zin had hij dan iemand die hem leidde. Of als hij zijn kleinen honi had. Die zon voor hem uit loopen en hij kon hem eenvoudig achterna gaan. Soms zou hij hem roepen: »Eox, hier!” en hem sireelen. Ai en moet toch iemand hebben met wien men nu en dan een woordje spreken kan. Misschien kon hij een jongen naar de stad zenden en Fox in het hotel laten halen. Maar hij zou den jongen bijten. En mogelijk zou Jane het dier niet meegeven, want het was eigenlijk haar hond Jane — wat zij zou gaan beginnen P Zij zal vandaag vertrekken of ze is mogehjk al vertr >kken — arme Jane! Ze heeft het nooit kwaad bedoeld. Zij zal me Eox zenden als ik er om vraag, dat doet ze zeker. Nog nooit is zij kleingeestig geweest. ïNooit kleingeestig” — hij dacht over die twee woorden na en hield ze vast In deze laatste weken had hij zooveel bekrompens en kleingeestigs gezien. » Joseph ! ’ Hij schrok op en zag haar aan. Heel zacht had Jane zijn naam geroepen. Ze stond eenige schreden van hem verwijderd, evenals hij tegen het hek geleund, evenals hij haar handen g, klemd om de ijzeien staven.
«Jij? Nog hierP” Zij antwoordde niet aanstonds en keek ook niet op. Haar blik rustte op de kransen en zijden linten en na een lang, minuten jjlang zwijgen begon ze té spreken, zacht en zonder Joseph aan te zien. »Je hebt haar zeer liefgehad, Joseph, en zij is zeer zeker deze liefde ook waard geweest. Voor mij was ze een vreemde en ik was het voor Marie. Het spreekt vanzelf dat we elkaar vreemd gebleven zijn. Toen we hierheen kwamen dacht ik dat je liefde voor mij grooter was dan de herinnering aan de geliefde van je jeugd, maar het was niet zoo.” Ze zocht naar woorden maar kou ze iu het steeds sneller spreken niet vinden en nu ging ze voort in het Engelsch v Want de herinnering alleen heeft je tot haar teruggebracht. Iedere andere vrouw zou buiten zichzelf zijn geweest, ik was het niet, Joe. Men moet ieder mensch zijn vrijheid laten, ook in denken en voelen; ik heb geen woord tot je gezegd, ik heb je alle vrijheid gelaten, — heb ik niet, JoeP” Haar stem trilde. Zij wilde opkijken maar ze deed het niet. Zij voelde dat zijn blik op haar rustte. »Ik ben ongelukkig geworden, Joe, maar ik ben daaiom niet boos op je. Je hebt me niet verraden terwille van een ander, je bent haar trouw gebleven. Dat is het. Niet omdat zij nog mooi was, maar omdat jij en zij, omdat je beiden, omdat —” haar stem smoorde, maar een moment later beheerschte ze haar smart: »Zij heeft je lief ]
gehad, Joe, maar ik heb ook veel van je gehouden. Niet destijds toen we elkaar leerden kennen, of toch, ook toen reeds, maar niet zooals, zooals na, zooals — en — en —” »Jane.” Hij nam haar handen van de ijzeren staven en trok haar naar zich toe. En voor de eerste maal in haar klaar en rustig leven verloor ze haar zelfbeheersching, snikte zij het uit, verborg ze bevend, hulpbehoevend, haar hoofd aan de borst van een ander. Lang zag Joseph sprakeloos naar het graf alsof hij naar een stem lnisterde die van daar tot hem sprak, Toen knikte hij het graf toe : »Ja.” Zijn hand op Jane's arm leggend reide hij toonloos: jKom.” Zoo liepen ze de lange, rechte laan door, bij een bocht stond hij stil en wendde nog eenmaal het hoofd om. Dan ging hij verder met zware, langzame schreien de rijen langs, de groote poort uit; aan Jane’s zijde het kerkhof verlatend. EINDE.
"HORDENREN". "Bredasche courant". Breda, 1906/04/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326083:mpeg21:p00001