P* Zij, die zich met I Juli op deze Courant
* r abonneeren, ontvangen de in Juni no{j verschijnende nummers GRATIS.
!“■ Ueclames betreffende de bezorging dezer Courant,
gelieve men t'jdig op te fteven aan ons bureau, Croote Markt 55.
Veranderingen in advertentiën gelieve . ■ ■ 1 'i
adverienuen geiicvc men steeds op den dag der uitgave vóór 9 uur in te zenden, daar anders niet voor de uitvoering der verandering kan worden ingestaan.
"Advertentie". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
"Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
De Revue Bleue bevat een reeas van opmerkelijke artikelen van den bekenden Franschen strateeg, generaal Langlois over «te verdediging van ilelgie. In het laatste daarvan komt hij tot de slotsom, dat de Belgische krijgsmacht in haar tegenwoordigen toestand, en zelfs na voltooing van de vestingwei ken van Antwerpen, niet instaat is het grondgebied door Duitschland te doen eerbiedigen ingeval van een oorlog tusschen Duitschland en Frankrijk. Het verzet dat België zou bieden zou niet opwegen tegen het voerdeel dat de Duitschers erbij hadden, de Belgische neutraliteit te schenden. Wanneer evenwel de Belgen Antwerpen niet versterken, maar zorgen een leger van zes korpsen en twee divisiën cavalerie in het veld te kunnen brengen, zal het volgens generaal Langlois zter zeker den inval in het land met alle noodlottige gevolgen daarvan kunnen beletten. Daarom behoorde België, in ’t belang zyner neutraliteit, de millioenen, die het aan de vestingwerken van Antwerpen gaat uitgeven aan zijn veldleger te besteden en den algemeenen dienstplicht in te voeren Dat ook Frankrijk van plan zou zijn, door België te trekken, om naar Berlijn te kunnen opmarcheeren wordt door generaal Langlois betwijfeld; intusschen zou alles wat gezegd is van de verdeding tegen Duitschland, ook toegepast kur.nen worden op een Fransch offensief. In beide gevallen zou een Belgisch leger van zes korpsen aan beide oorlogvoerende allen lust ontnemen tot schending van de Belgische neutraliteit. Een leger van slechts vier divisiën is daarvoor volstrekt onvoldoende. Gislerenochtend stelde het Fpansclie ministerie den tekst vast van de vei klaring, die Maandag in de Kamer zal worden afgelegd. Daarin worden alle voorgenomen hervormingen opgesomd, benevens het plan van het kabinet om een algemeene amnestie voor te stellen. Het program van het ministerie omvat: een belasting op het inkomen, reorganisatie van het bestuur, organisatie van den arbeid, hervorming der krijgsraden. Men verzekert, dat de regeering zich verklaren zal voor de gedeeltelijke naasting van sommige spoorwegen Ter dekking van het deficit, zal de regeering vooral verhooging van successierechten en vermeerdering van
den accijns op wijn, likeuren en sterke dranken voorstellen. De Matin verneemt dat de meerderheid van de commissie uit de kardinalen voor de Fransche aangelegenheden van meening is dat de sclieUlingswet gewraakt moet worden. Een van de meest verzoeningsgezinde kardinalen moet verklaard hebben dat men vergeefs getracht had een uitweg te vinden ; maar de scheidingswet was te zeer in strijd met het kanonieke recht, zoodat zij ondanks den besten wil van de wereld in haar geheel en in hare bijzonderheden niet erkend kon worden. De Paus zal vermoedelyk in dezen geest lastgevingen aan de Fransche bisschoppen verstrekken. De Parijsche gemeenteraad heeft bijna eenparig besloten, de regeering te verzoeken, om in het belang van den openbaren vrede aan den wensch van de arbeiders gehoor te geven en ■ Mei tot een feestdag te verklaren. Volgens berichten uit Ha.land zou er onder de groep der K. D. in de Doema een scheuring ontstaan zijn. De rechtervleugel der constitutioneel-democratische partij zou aansluiting zoeken bij graaf Heyden, Stachowisj, Kusmin Karawajef en andere gematigden, om te komen tot de vorming van een gematigde parlementaire groep, waarbij ook de Polen zich | zouden aansluiten, zoodat die groep dan 100 leden sterk zou zijn. De Rjet j meldt, dat een algemeene werkstaking overwogen wordt, zoo de Tsaar het kabinet Goremykin niet ontslaat een parlementair kabinet vormt. De organisatie der spoorwegambtenaren is hersteld en geheel gereed, orn op het eerste sein den arbeid neer Se leggen. Chamberlaln meent nog altoos een soort »voorzienigheid” te kunnen spelen in Engeland En hij toont dat op zeer eigenaardige manier. Dinsdagavond hield hij een redevoering in den tuin van zijn landgoed Highbury te Birmingham. En bij die gelegenheid heeft hij een stoute voorspelling gewaagd, een ’oorspelling, die ernstigen twijfel aan zijn profetische gave doet rijzen. Hij beweerde namelijk, dat de schoolwet nooit zal worden ingevoerd; dat het Hooger■ huis de wet beslist zal verwerpen, en dat het i Lagerhuis in het begin van 1907 zal worden i ontbonden. ! Dan zal blijken, zeide Chamberlain, dat het land overrompeld geworden is. Dan zal het . program van Birmingham worden voorgesteld, i waarin een nauwere aaneensluiting tusschen i de deelen van het Engelsche Rijk wordt > geëischt, door middel van fiscale hervorming... i De geweldige nederlaag der protectionisten in het voorjaar van 1906 had Chamberlain toch tot een andere meening moeten brengen 1 i , In de Ooatenrijksclie IUmer zijn de - nieuwe ministers hartelijk gelukwenscht; de - voorzitter sprak zijn afkeuring uit over den 1 uitslag te Madrid. r Von Beek ontvouwde het regeeringsprogram. De Oostenryksche regeering zal nog éénmaal i onderhandelen over de economische voorwaari den van de beide partijen in de monarchie, , maar de onderhandelingen moeten met alle oprechtheid gevoerd worden, om zoo aan het . economische leven in het rijk een stevigen en i duurzamen grondslag te schenken. Indien de t onderhandelingen met tot een bevredigender t vergelijk Leiden, dan zal de regeering de nooa dige maatregelen nemen om met kalmte en
vastberadenheid de Oostenrijksche belangen £ te verdedigen (levendige teekenen van instem- c ming). De regeering rekent op den steun van c het parlement, welks rechten krachtig zullen worden beschermd. I De minister betoogde verder de noodzakelijkheid om voort te gaan in de richting van naasting der spoorwegen. De regeering zal trachten de kiesrechthervorming tot stand te ( doen komen en den naijver tusschen de natio- | naliteiten te verzachten. De regeering noodigt s het parlement uit eendrachtig te zijn. Het voorstel om de beraadslaging over de ] verklaring der regeering te openen, wordt | verworpen. De Kamer gaat over tot de orde ; van den dag. —— ( De Spaansche minister-president Mozet, heeft I gisteren den koning het ontslag van liet ministerie aangeboden. Mozet is definitief in zijn ambt bevestigd en zal een nieuw kabinet vormen. De Engelsche regeering heeft nu besloten, de dlplomatleUe betrekkingen «net Servie, die na den moord op koning Alexander en Draga waren afgebroken, weer aan te knoopen. De benoeming van den gezant te Belgrado zal eerlang bekend gemaakt worden. Men verneemt dat het een lid van het Engelsche gezantschap te Berlijn zal zijn. De toestand in Natal wordt ernstig, ernstiger dan de Engelsche bladen in hun optimisme wel willen toegeven. De berichten uit Zoeloeland tenminste maken den indruk, dat de Zoeloes zich bij de opstandelingen aansluiten. Dinizoeloe, de zoon van wijlen koning Ketsjwajo, die door de regeering naar Pietermaritzburg ontboden was, is niet gekomen, maar heelt zich met 6
"Algemeen Overzicht.". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
Der hocherwürdige Herr, een tooneelstuk in vijf bedrijven van Michael Königer en Gustav Hakenschmied, dat door de directie van het Rairaund-Theater te Weenen ter opvoering was aangenomen, is door de censuur geweigerd. Te Milaan is het vijfde internationale congres van uitgevers geopend. Ongeveer 200 deelnemers uit alle landen van Europa, uit de Vereenigde Staten en Canada woonden de openingszitting bij. Het congres zal vijt dagen duren. De Nederlandsche uitgevers zijn op het congres veitegenwoordigd door de heeren Wormser (Amsterdam) en Behnfante (’s Gravenhage). Naar wij van goeder hand vernemen, is het licht in de nieuwe Rembrandtzaal bijzonder gunstig. Men meent de Nachtwacht nooit zoo mooi gezien te hebben. Naar wij vernemen, heeft een van de hoofdambtenaren van het staatstoezicht op de volksgezondheid zich onledig gehouden met het h onderzoek van het middel genaamd Tuber- a culophobine. Er bestaat alle kans, dat de uitslag van dit belangrijk onderzoek weldra bekend zal worden, b (A\ v. d. D) o E Hermarin Winkelrnann heeft te Weenen ® afscheid genomen van het publiek en is natuurlijk schitterend gehuldigd. Een der bladen schrijft ïDat is geen heldenstuk geweest Gustav Mahler! Dat was geen mooie dag voor de hof-opera! Een zoo groot kunstenaar, een * zanger die in Bayreuth sParsifal” en in Weenen c »Tristan” gecreëerd heeft, zet men na drieen-twintig dienstjaren, — gedurende welke i hij de kracht van het huis was, — toch niet zoo buiten de deur 1” s Men weet dat op zeer krachtig aandringen van Mahler, het contract met Winkelrnann i niet vernieuwd geworden is. s De afscheidsvoorstelling (Tannhauser) werd gedirigeerd door Walter; »zoo’n grandioos ] afscheidsfeest heb ik nooit in de opera bijge- woond,” zegt één der muziek-referenten. |
"Wetenschappenen Kunst.". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
(Zitting van gisteren.) . Arbeidscontract. i Aan de orde is de voortzetting van de be- ' handeling van het Arbeidscontract en wel over art. 1639m (ontbinding van de overeenkomst wanneer de man deze nadeelig acht voor de vrouw.) De heer LIMBURG lichtte een amendement toe om de beoordeeling of de overeenkomst nadeelig is aan de vrouw zelve over te laten. Daarna verdedigde de heer DE KLERK een amendement, om te bepalen dat de rechter het verzoek tot ontbinding der overeenkomst niet inwilligt, indien naar zijn oordeel de meening des mans ongegrond is ; indien de man de gemeene woonplaats heeft verlaten, of door zijn slecht gedrag de vrouw de woning heeft verlaten en in het algemeen bij slecht gedrag van den man. De heer HEEMSKERK verdedigde een amendement strekkende om een geheel nieuw artikel in te voegen. De bedoeling daarvan is om te bepalen, dat de man steeds, wanneer hij bezwaar heeft tegen de door de vrouw aangegane overeenkomst, daarvan ontbinding aan den rechter kan vragen. (Het regeeringsartikel stelt dat hij alleen ontbinding kan vragen wanneer hij de overeenkomst nadeelig acht voor de vrouw en het huisgezin). Het amendement stelt voor om den rechter een richtsnoer te geven — gelijk het amendement-De Klerk — om in sommige gevallen het verzoek tot ontbinding niet in te willigen. De heer Z. VAN DEN BERGH (Den Helder) verdedigde een amendement om te bepalen dat de rechter het verzoek niet toewijst dan na verhoor of behoorlijke oproeping der vrouw en vervolgens van den werkgever. De heer SCHAPER achtte het gansche artikel onpractisch. De mannen kunnen met onwillige vrouwen toch niets beginnen. Daarentegen werd het behoud van het artikel verdedigd door den minister, die den man een rechtsmiddel wilde geven. DE MINISTER bestreed de amendementen Heemskerk en Limburg, het laatste omdat de man gelegenheid moet hebben de vrouw tegen zichzelve te beschermen. Over hel amendement-de Klerk liet de mi- | nister de beslissing aan de Kamer; met een kleine verandering was hij geneigd het amen. dement-van den Bergh over te nemen. De heer VAN DOORN sloot zich bij den —————————————
heer Schaper aan, onder opmerking dat het artikel onpractisch is en tot veel omslag zal leiden. De heer SCHOKKING sloot zich bij het betoog van den heer Heemskerk aan, onder opmerking dat de voorgestelde regeling een noodzakelijk complement is van een vroeger artikel dat veronderstelt de bewilliging van den man bij het aangaan eener overeenkomst door de vrouw. Spr. meende dat het amendement-Heemskerk het beste aansloot bij ons huwelijksrecht. Het amendement-Heemskerk werd ingetrokken; dat van den heer Van den Bergh door de regeering overgenomen, Het amendement-Limburg werd verworpen mat 36 tegen 42 stemmen. Het amendement-de Klerk werd zonder stemming aangenomen. Daarna kwam het regeeringsartikel in stemming. Het werd verworpen met 35 tegen 33 stemmen. Art. 1639p bepaalt, dat ieder der partijen het contract kan opzeggen zonder inachtneming van de daartoe geldende bepalingen, mits de party, die opzegt, öf schadeloosstelling geve ót daartoe dringende redenen kan aanvoeren. De heer VAN DOORN lichtte een amendement toe strekkende om te bepalen, dat in geval de opzegging in der minne geschiedt, geen schadeloosstelling zal behoeven te worden gegeven. De MINISTER achtte dit amendement overbodig en verdedigde het artikel tegen door den heer VAN IDSINGA geopperde formeele bedenkingen. Het amendement—Van Doorn werd zonder h. s. aangenomen; evenals het artikel. Vervolgens werd behandeld art. 1639g (opsomming van hetgeen als dringende reden voor den werkgever valt aan te melken om de overeenkomst als geëindigd te beschouwen ) De Minister bracht eenige wyzigingen aan. O. a. werd daardoor nader als dringende reden genoemd het door den arbeider opzettelijk geven van valsche inlichtingen omtrent de wijze waarop zijn vorige dienstbetrekking is geëindigd. Door deze wijziging bevredigd, trok de heer SCHAPER z'yn desbetreffend amendement in. De heer VAN DOORN lichtte een amendement toe om de opgesomde voorbeelden van dringende redenen niet als facultatief te beschouwen, maar deze imperatief als dringende redenen te doen gelden. Door het artikel maakt men den rechter tot een klasserechter in den ergsten zin des woords. De heer TYDEMAN lichtte een amendement toe om ook als dringende reden te beschouwen het geval, dat de arbeider opzettelijk of roekeloos zich zelf of z'yn medearbeiders aan gevaar blootstelt. De heer SCHAPER opperde verschillende bedenkingen tegen het artikel en gaf eenige wyzigingen aan om den arbeider beter te beschermen tegen willekeur van de zijde des werkgevers. De heer DRUCKER bestreed het amendement van den heer van Doorn, dat z. i. niet past in het stelsel van het artikel en praktisch zou leiden tot zeer ongewenschte uitkomsten. Heden 11 uur voortzetting.
"Tweede Kamer.". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
Vrouwenkiesrecht. De Prov. Gron. Ct. bespreekt het ongevraagd 1 advies van het comité uit de irVereeniging ■ voor Vrouwenkiesrecht” aan den minister van Binnenlandsche Zaken betreffende de regeling i van het kiesrecht.
Wel heeft de regeering het uitgesproken dat zij geen raad of voorlichting van derden behoeft of verlangt over de wijze van herziening der kiesrechtartikélen van de Grondwet, maar toch meent de schrijver dat het advies van genoemd comité — dal een pleidooi mag heeten tegen de voortdurende uitsluiting van de vrouw als zoodanig van het actieveen passieve kiesrecht — indruk maken moet. Het advies wordt door de Prov, Gron. Ct. geprezen om zijn soberheid en ingetogenheid. Het oude, reeds bekende is hier in een frisch en aantrekkelijk gewaad gestoken. En menige redeneering, die te voren niet op deze wijs was voorgedragen, pakt door haar onweerlegbaarheid. De schrijver wijst er vervolgens op, dat de minister Rink aan de drie dames, die bij hem haar opwachting zijn komen maken ter aanbieding van het advies, natuurlijk geen stellige toezeggingen heeft gedaan. Dit zou geen enkele minister doen ten aanzien van een zoo belangrijk vraagstuk als dit, zoolang niet de regeering daaromtrent tot eenstemmigheid is gekomen. Wij zien besluit de schrijver. — Wij zien den wensch in het advies neergelegd , dat de grondwet zelve vrouwenkiesrecht zal decreteeren, niet zoo gemakkelijk in vervulling gaan. Het lijkt ons niet waarschijnlijk dat men den wetgever, op hetzelfde oogenbhk dat men hem van bestaande banden bevrijdt, nieuwe zoude gaan aanleggen. Maar dat uit de grondwet de belemmeringen tegen het kiesrecht en de verkiesbaarheid der vrouw zullen worden weggenomen, is op zijn zachtst waarschijnlijk. Kwam het eerst zoover, de Vereeniging voor Vrouwenkiesrechtzou tevreden, mogen zijn. Want haar zaak is te sterk om er aan te twijfelen dat zij voor de vierschaar van de wet zal triumfeeren, als de grondwet niet langer de dooddoener kan zijn. En de vrees voor «intrekking van het- eenmaal geschonkene” wanneer niet de grondwet zelve het vrouwenkiesrecht voor anker legt, is toch waarlijk denkbeeldig. Wie goede verwachting van de werking van den maatregel hebben, behoeven die vrees niet te koesteren. Het is de zwakke, onvoorzichtige zijde van het advies haar tot uiting te hebben gebracht. Maar er blijft daarin sterks en verstandigs genoeg over om de onderstelling te wettigen, die het zal aanslaan en de zaak van het vrouwenkiesrecht der oplossing nader brengen zal. Vredespaleis. Alle lokalen van de Gothische zaal, de beneden- en bovenzalen van het Paleis aan den Kneuterdijk te Den Haag zijn ingenomen door de teekeningen, ontwerpen en plans, ingezonden op de prijsvraag voor het Vredespaleis. Het rotoiide-vertrek tusschen liet Gothische gebouw en het Paleis is uitsluitend gebezigd voor de tentoonstelling der ontwerpen van den heer Cordonnier, uit Rijssel, den bekroonde met den eersten prijs. Tegen de wanden zijn de plans uitgeslagen; het geheele gebouw en omgeving in vogelvlucht, de plattegronden en verdere detailteekeningen. In het onmiddellijk aangrenzende vertrek, dat de verbinding met de Gothische zaal vormt, zijn de met de overige prijzen bekroonde ontwerpen gegroepeerd, meestal op die wijze dat de uitbeelding van den hoofd- of voorgevel omringd is door de reproducties van de zijgevels en verdere indeeling van het ontwerp paleis. Behalve de ontwerpen in teekening behooren ook de ingezonden fragmenten in pleisterwerk en de houten modellen in miniatuur tot de ter bezichtiging gestelde verzameling. De tentoonstelling is gisteren bezocht door vele leden der Tweede Kamer, en van den gemeenteraad, daartoe door het bestuur der Carnegie-stichting uitgenoodigd. Tramwegen iu Noord-Brabaut. De tijdelijk met het departement van waterstaat belaste minister, de heer Veegens, heelt een wetsontwerp ingediend tot intrekking van het reeds toegekende crediet voor renteloos voorschot ten behoeve van den aanleg van stoomtramwegen van Tilburg over Oirschot naar St. Oedenrode, van Tilburg over Gilze naar Dongen en van Tilburg over Goirle naar Hilvareubeek. Deze tramwegen nl. komen niet tot stand. De betrokken maatschappij ziet er van af, naar de minister — volgens de Memorie van toe lichting — vermoedt, wegens den vorm, waarin de provincie N. Brabant en de betrokken gemeenten steun wilden verleenen (rentegarantie Voor hoogstens 4 pet. uitkeering over het aanlegkapitaal). Om later te maken plannen niet in den weg te staan, werd de intrekking van het crediet noodig geacht. Eeu ketel gesprongen. In de Sliedrechtsche Zeepfabriek teSliedrecht heelt gisteren ochtend een ontploffing plaats gehad in een open ketel, vermoedelijk door ophoopiug van gasssn op den bodem. Men meldt aan de Dordr. Ct., dat de ketel waarin de ontploffing plaats had, uitkomt op de de verdieping der fabriek en aldaar niet ver van de eene zijde, het schuine dak, is verwijderd. Aan den open ketel, die gevuld was met plm. 4 M3 kokend water, had zich op den bodem een koek gevormd Men vermoedt dat zich tusschen den bodem en dien koek gassen hebben opgehoopt. Ooggetuigen deelen mede, dat de knal overeenkwam met dien, gehoord bij het springen der Dieu Donné VII. Ongeveer l1/, M3. kokend water is tegen het dak aangekomen, dat aan eene zijde geheel uit elkander geslagen is. De heer Caljé en zoon bevonden zich gelukkig aan de zijde van den ketel waar het water niet heen spatte ; daaraan hebben zij het te danken dat zij niet werden gedood. Met welk een kracht de ontploffing plaats had blijkt wel hieruit dat een ijzeren pomp geheel is afgeslagen, eveneens een geslagen ijzeren goot en een burry. De heer J. F. Caljé heeft brandwonden aan de beide beenen en in den hals, Gerrit Caljé is verwond aan hals en rug. Dr. De Baat was spoedig aanwezig om hulp te verleenen. Eeu oud gilde. Wie in de Pinksterweek de gemeente Scherpenisse (op het eiland Tholen) bezoekt, bemerkt nog duidelijk, dat oude gewoonten in eere gebleven zijn; van het gemeentehuis wappert een eigenaardig geteekende vlag, des avonds gaat de trommelslager door het dorp en velen spoeden zich daarheen om zich te laven aan .. bier. Dit geldt alleen de dagen van de Pinksterweek, en verder bemerkt men er slechts iets van bij bijzondere gelegenheden, en wel bij begrafenissen. Het zijn de leden van de confrerije of gilde van cloveniers, bij ordonnantie van 7 Maart 1594 opgeiricht door Maria van Nassau, dochter van Willem den Eerste en Anna van Egmond. De ordonnantie, voorzien van hare eigenhandige naamteekening, bevat 19 artikelen, en het blijkt hieruit dat zij deze ordonnantie geeft als administratice der goederen van haar broeder Philips Willem; de oprichting had plaats tot «betere versekeringhe ende beschermenisse van deningesetenen ende inwoonderen aldaer.» Men begrijpt dat het Gilde zijn oorspronkelijk doel heeft verloren, nl. het beschermen der ingezetenen, wat in die troebele tijden wel noodig was, maar toch is er nog veel van het oude behouden, o.a. het getal gildebroeders, aan wier hoofd de Deken staat, met gezworens of officieren, een vaandrig, knapen, een boekhouder enz. IndeTinksterweek nu komt ’t Gilde samen op een der kamers van het Raadhuis, bekend als «Gildekamer,» en dan worden nieuwe leden benoemd en met «vlag en trom» ingehaald, rekening en verantwoording geschiedt enz. Een der oude artikels is nog steeds van kracht en geldt «huwelijk en afsterven» der broeders. Zoo ten van de gildebroeders komt te trouwen, moet hij betalen voor een »trou nobel» acht schellingen grooten vlaems, en komt een der gildebroeders of zijne huisvrouw te sterven, dan moet een «doodtnobel» tot gelijk of half bedrag betaald worden. Zij zullen gehouden wezen den gildebroed .r «eerlyck ter aerde te draegen.» Tot de eigendommen van het gilde behoort een groote zilveren vogel met ketting en schild, die bij begrafenissen op de doodkist wordt geplaatst. Verboden huwelijksvoltrekking. Men meldt uit Oosterzee aan de L. Ct,: Tegen den predikant bij de Ned. Herv. gemeente alhier is proces verbaal opgemaakt wegens het op Zondag jl. kerkelijk voltrekken van een huwelijk, zon Ier dat de bij de wet vereischte verklaring van den ambtenaar van den burgerlijken stand, dat het huwelijk burgerlijk voltrokken was, overgelegd was. Pokken. In een gezin in de Van Speykstraat, te Den Haag heeft zich een geval van pokken voorgedaan. De patiënt is naar de barak voor besmettelijke zieken overgebracht. Kocgas. De J. Ct. verhaalt, uit welke ongewone grondstof Woensdag aan de gasfabriek te Joure gas is gestookt Een voor de consumptie afgekeurde, geslachte koe werd naar de gasfabriek getransporteerd en in stukken over drie retorten verdeeld, waarin het vleesch en de beenderen zoo goed als in een echt crematorium tot asch verteerden en.... ruim 60 kub. M. lichtgas opleverden, waarvan zekere iedere woning, die aangesloten is, haar deel heeft gehad. Meisje verdwenen. Sedert Zondagmorgen is uit Groningen verdwenen een minderjarig meisje, modiste, met donker haar en blozend uiterlijk; klein van gestalte, gekleed met blauwen mantel, bruinen rok en witten stroohoed met veeren. Het vermoeden bestaat, dat zij in gezelschap zal zijn van een heer, lang van gestalte, netjes gekleed en dragende een lorgnet en een dun wandelstokje. Namens de ouders verzoekt de commissaris van politie aldaar aldaar inlichtingen en beiicht. (P. G. C) Nieuwe methode. Een ingezetene van Oudkarspel (N.-H.) adverteerde dat zijn stoomfiets te koop was. Er kwam zich iemand aanmelden, en de koop werd gesloten. De kooper zou het werktuig even beproeven, steeg op het wiel, en verdween, zonder den koopprijs te betalen. Op hei examen. Men schrijft ons : Bij het mondeling gedeelte van het examen voor gemeente-administratie, verleden maand afgenomen vanwege de Ned. Ver. voor Gemeentebelangen, werd o.a. de volgende viaag gedaan: Vraag : Als u iets koopt, hoe heeft dan de levering plaats ? Antwoord : Door overgave van het gekochte. Vraag: Maar een huis kan niet van hand tot hand worden overgegeven. Hoe heeft daarvan de levering plaats ? Antwoord : Dan... dan... ne... wordt de huissleutel (I!) overgegeven. Examinator: Dat is werkelijk heel aardig gevonden, bijzonder aardig. En als u een wei koopt? Antwoord : Dan... ja... dan .. daar weet ik niets op te vinden! Als de candidaat alsnog het diploma wil verwerven zal hij een volgend jaar beter onderlegd moeten zijn. Inbraak. Juffrouw G. J. de Korte, die een sigarenwinkel heeft aan den Goudsehen singel te Rotterdam, nabij den Goudsehen weg, werd gistermorgea even vóór vijven wakker door gerucht dat zij in haar winkel meende te hoo ren. De juffrouw, die in een opkamer achter den winkel gelegen, slaapt, stond op en zag in den winkel twee vreemde kerels, die, toen zij het gerucht vernamen dat de juffrouw maakte, ijlings de vlucht namen. Zij liepen uit den winkel door het portaal dat langs de slaapkamer der juffrouw loopt en kwamen uit dit portaal in een achterkamer. Fluks werd hier het raam opengeschoven, beiden sprongen er uit, klommen over een schutting en kwamen zoo in een niet afgesloten brandgang, die langs het huis loopt. Dezen zelfden weg waren zij zeer waarschijnlijk ook gegaan om binnenshuis te komen, hetgeen hun gemakkelijk gemaakt is doordat juffrouw de
Korte vergat de pennen op het raam van de achterkamer te doen, dat daardoor zonder moeite opgeschoven kon worden. Inmiddels was deze juffrouw de straat opgeloopen, om hulp roepende. Een agent van politie, die aan de overzijde van den singel bij de Goudsche Wagenstraat stond, en het hulpgeroep hoorde, achtervolgde de beide inbrekers, maar zag hen ten slotte in de richting van den Boezemsingel verdwijnen, zonder dat het hem gelukken mocht een hunner te achterhalen. Terugkeerende in haar woning, moest de zeer verschrikte juffrouw de Korte constateeren dat uit een in haar achterkamer staande buffetkast was gestolen een doosje inhoudende : 5 gouden ringen, een gouden horloge, een paar diamanten oorbellen en een gouden halsketting, een en ander een waarde van f 250 vertegenwoordigende. De persoonsbeschrijving, die zij van de beide ontvluchte inbrekers kan geven, is zeer vaag. Vragen. In de Friesche gemeente C. moet een openbaar onderwijzer (hoofd) benoemd worden. De burgemeester heeft nu omtrent de sollicitanten de volgende vragen gericht aan personen, met die sollicitanten bekend: lo. Is bij ook iemand, die zich vooropstelt bij eenige godsdienstige of politieke partij en, zoo ja, bij welke en in welken zin ? 2o. Is hij geschikt en bekwaam voor koster en voorzanger in de hervormde kerk ? 3o. Bij welke politieke partij schaart hij zich ? 4o. Heeft hij ook socialistische neigingen ? Toch aan het doel beantwoord. Aan de torpedo-inschietplaats in zij-kanaal F (IJpolder) liep gisteren een torpedo eerst in het riet en daarna op den dijk van het kanaal; een roeibootje, daar op het droge liggende, werd gedeeltelijk verbrijzeld. Liefdesdrama. Op den Kanaalweg te Scheveningen heeft gisterenochtend een jongmensch plotseling twee revolverschoten op zijne vroegere verloofde gelost, terwijl zij bezig was met stof atnemen in de ouderlijke woning aan den Kanaalweg. Hij richtte de revolver van af de straat door de ramen der woning op het meisje, doch raakte haar niet. Daarna schoot hij zichzelf in het hoofd, zoodat hij onmiddellijk gedood werd. De Tabernakel van Ds. Schouten. De Haagsche correspondent van het Héld. schrijft: Nu de beweging tot aankoop van den «Tabernakel» van wijlen Ds. Schouten (thans weder in Den Haag ten toon gesteld) meer en meer wordt opgeschroefd en ook sommige nietkerkehjke bladen zich er voor laten spannen, mag nog wel eens gewaarschuwd worden tegen misleiding van hét publiek omtrent de waarde van het ten toon gestelde. Wij hebben een vorig maal reeds de aesthetiséhe en de nationale waarde van dit '«Bijbelse!» Museum» betwist, maar het schijnt dat ook de historische waarde alles behalve boven bedenking staat. Reeds heeft een kerkelijk blad (wij meenen het gelezen te hebben in De Hervorming) op het problematieke van die waarde gewezen (natuurlijk tot ergernis van calvinistische drijvers) maar wij willen hier nu ook nog eens weergeven wat een, vakblad in zake bouwkunst er van zegt. In eer) der laatste afleveringen van De Bouwwereld, vonden we namelijk het volgende: pTe Amsterdam en elders was tentoongesteld het Bijbelsch Museum van wijlen ds Schouten, Daarbij waren ook énkele modellen van de stad Jerusalem in den tegenwoordigen staat en in dien ten tijde van Jezus, alsmede van den tempel van Hérodes en dien van Salomo. Een deel dier collectie is afkomstig van den Utrechtschen hooglëeraar David Mill (1692— 1756). Nu is van den tempel van Salomo, ondanks de Bijbel er schijnbaar gedetailleerde beschrijvingen van geeft, al zeer weinig met zeker heid bekend. Verschillende pogingen tot een reconstructie hebben volkomen afwijkende resultaten opgeleverd, Dat die in het museum van ds. Schouten echter beslist niet deugen, kan men veilig aannemen. Wat ons daar wordt gepresenteerd als «voorgevel van het voorportaal van het Heilige des Tempels Salomo’s”, is al even weinig als het model van den tempel van Ilerodes, in staat bij een deskudigen bezoeker vertrouwen te wekken in de authenticiteit of juistheid vhn de overige schatter, der collectie. Het kan alleen lachlust wekken wanneer een Renaissance portaalbouw voor eeu onderdeel van den tempel van Salomo wordt uitgegeven. En dan die allerkomiekste tempel van Ilerodes !» Ziedaar het oordeel van vakmannen. Als men nu niet op de heele tournée den schijn wil laden van louter een geldzaak te zijn, waarbij men zich om de waarde van het aangebodene even weinig bekreunt als een marskramer om de deugdelijkheid van zijn waar, dan zal men dergelijke critiek eerst ernstig hebben te weerleggen.
"Binnenland.". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001
OORLOGSROMAN \ DOOR I SEESTERN. i 1 52 Ons indisch bastion wordt geflankeerd door deze ' russische aanwinst. Zullen wij dat verdragen ? i Kan de eer van dit land dat verdragen ? (Geroep: i Neen, neen!) Wij mogen niet meer vneen” zeggen. 1 Wij moeten »ja” zeggen, omdat wij dit land niet terwille van een perzische haven in een nieuwen oorlog mogen wikkelen, waarin wij zonder bondgenooten zijn. Of is het verbond met Japan meer dan een waardeloos stuk papier? Wij moeten genoegen nemen met het feit, dat Bender-Abbas aan Rusland behoort, dat Perzië in de russische sfeer van invloed is gekomen. Wij mogen niet vervallen in dezelfde fout van den vorigen winter, toen wij meenden dat de wereld te klein was om mimte op te leveren voor verschillende groote volken naast elkander. Naast Engeland was er plaats genoeg voor Duitschland, nu heeft Amerika voor ons beiden de ruimte kleiner gemaakt. Voor Rusland is ook naast Engeland plaats genoeg in Azië. Wij verwachten dat de regeering in Petersburg de onderhandelingen iu dezen zin zal voeren.
Dan mogen wij hopen, dat Bender-Abbas een veiligheidsklep zal zijn voor Rusland’s behoefte aan expansie, dat Rusland’s streven naar de zee hier een einddoel vindt, en dat daardoor de afghaanschindisehe grens van een ondraaglijken druk wordt ontlast. Wanneer Engeland’s eer wordt aangetast, komt de bevolking van dit land op als één man ; wij zijn gewoon, voor de macht en de heerlijkheid van het vaderland het laatste te offeren. Hier is echter geen sprake van onze eer, maar van onze eerzucht, van het opgeven van een waan, van iets wat ons nooit heeft toebehoord. En heden zijn wij niet meer rijk en machtig genoeg om een oorlog te voeren, die alleen onze nationale ijdelheid kan bevredigen.” Donderende toejuichingen volgden op deze woorden, aan beide zijden van het huis. De afgevaardigden verdrongen zich om den spreker, drukten hem de hand en praatten allen door elkander. Ongetwijfeld had hij naar aller hart gesproken; de bittere waarheden, die men zooeven in zulke heldere volzinnen had vernomen, hadden haar doel niet gemist. De mededeeling van den Speaker, dat de minister van buitenlandscbe zaken over vijf minuten de interpellatie zou beantwoorden, werd geheel overstemd. Overal stonden groepen afgevaardigden in levendig gesprek bij elkander. Door de hooge ramen van de vergaderzaal kwam het doffe gedruisch van het straatveikeer naar binnen, als het altijd gelijke geluid der branding' Nn werd het rumoer buiten sterker, luid gejubel
weerklonk, en in de verte hoorde men de schetterende tonen van een militair muziekcorps. Onder de stormachtige welkomstgroeten der londensche bevolking trokken de duitsche marinesoldaten Londen binnen. Nog luisterde men in de vergaderzaal naar die ongewone klanken, toen de minister van buitenlandsche zaken van zijn plaats opstond : »De geachte afgevaardigde heeft de meening van zijn politieke vrienden ten gehoore gebracht op een wijze, waarmede het ministerie, dat ik de eer heb te vertegenwoordigen, zich kan vereenigen zij het ook in eenigszins minder scherpen vorm. De regeering van dit land is zich ten volie bewust van de betreurenswaardige gevolgen van den oorlog. Zij maakt zich geen illusies omtrent den toestand van onze zeemacht, en is eveneens de beschouwing toegedaan, dat het gevaarlijk zou zijn, politieke proefnemingen te doen, d e het land in onafzienbare verwikkelingen zonden kunnen storten. De bezitting van Bender-Abbas door het rusaische eskader beteekent op zichzelf geen bedreiging van onze positie in Indie Wanneer de richting der russisctie expamie-politiek door de inneming van Bender-Abbas gewijzigd wordt, zal Engeland zich daartegen niet verzetten, onder voorwaarde dat Engeiand’s belangen in Perzië — die niet van staatkundigen aard zijn en dit ook nooit geweesi zijn—geen schade lijden. Onze gezant in Peters bu g heeft de opdracht gekregen, een verklaring ii dezen zin van de russische regeering te verlangen Zoodra deze verkregen is, zal ik het huis daarvai
in kennis stellen, voorioopig verzoms. ik, van uu onderwerp te mogen afstappen.” De minister maakte een pauze en zocht tusschen de papieren in zijn portefeuille. Krachtig klonken buiten de volle akkoorden der duitsche militaire muziek. De minister begon opnieuw. «De geachte afgevaardigde heeft beweerd, dat na de betreurenswaardige verliezen van den oorlog de amerikaansche vloot op het oogenblik de sterkste zeemacht van de wereld vormt. Ik verzoek het huis, deze omstandigheden voor odgen te willen houden, wanneer ik nu tot mijn leedwezen een zeer ernstige mededeeling heb te doen.” (De minister kuchte eens en trok aan zijn boord, alsof deze hem opeens te nauw was geworden). «Onze gezant in Washington deelt ons zooeven mede, dat de regeering der Vereenigde Staten hem een diplomatieke nota heeft doen toekomen van dezen inhoud: De regeering der Vereenigde Staten stelt aan de regeering van Groot-Brittanie den eisch, dat deze haar garnizoenen zal terugtrekken uit haar koloniale bezittingen in West-Indië, uit Jamaica, van de Bahama-eilanden, uit Britsch-Honduras en Britsch-üuyana. «Hetzelfde verzoek zal gedaan worden aan de regeeringen te Parijs, Ie Kopenhagen ente’sGrai venhage. Het aanleggen van het Panamakanaal brengt de regeering van de Vereenigde Staten in i de noodzakelijkheid om te zorgen, dat deze voor . de zeevaart zoo gewichtige doorgang niet door de i eene of andere mogendheid in geval van oorlog
Kan WOrueil ttigcaiuteu j ixuioiiiki* xvau mei mcci toelaten dat de weg voor de 'scheepvaart voert langs de bastions van europeesehe vestingwerken. Daar de europeesehe koloniën in West-Indie nog slechts een geringe economische beteekenis hebben en als militaire stations moeten ophouden te bestaan, eischt de amerikaansche regeering de ontruiming van deze bezittingen, die voortaan onder amerikaansche bescherming zelfstandig zullen zijn. Aan het slot der nota wordt gezegd : De regeering te Washington acht het tegenwoordige oogenblik voor dezen maatregel het meest geschikt, daar het den grootsten waarborg biedt voor een vreedzame regeling der kwestie. Na de groote verliezen in den oorlog en bij den toestand der europeesehe vloten is zelfs een europeesehe coalitie niet in staat met eenige kans op succes tegen de amerikaansche vloot op te treden. De Vereenigde Staten en Japan zijn op dit oogenblik de eenige werkelijke zee-mogendheden. De europeesehe regeeringen moeten daarom thans praktisch aan het Monroestelsel de plaats toekennen, die Duitschland vrijwillig reeds in theorie er aan heeft gegeven.... ” Het was doodstil in het huis. Allen gevoelden het: dit was een slag dien men niet kon afwenden. Door het hooge raam kwam de zoele lenteluoht binnen. En in de verte klonk de parijsche zegemarsch der duitsche troepen. I EINDE.
"De ineenstorting van de oude wereld.". "Bredasche courant". Breda, 1906/06/08 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000326139:mpeg21:p00001