Zij, die zich met Jan. op deze Courant
abonneeren, ontvangen de in December nog verschijnende nummers GRATIS.
Reclames betreffende de bezorging dezer Courant,
gelieve men tijdig op te geven aan ons bureau, Groote Markt 35.
Veranderingen in idvertentiën gelieve
men steeds den dag voor de uitgave in te zenden, daar anders niet voor de uitvoering der verandering ban worden ingestaan.
ATTENTIE!
In net nummer der Bredascfie Courant, dat Dinsdag 31 December 1907 zal verschijnen, wordt weder de gelegenheid opengesteld tot het plaatsen van fawjm-MverMÉ, tegen den prijs van 30 CENTS, mits de 6 regels niet te boven gaande — voor eiken regel meer wordt 5 CENTS berekend. Ieder die eene dergelijke Advertentie plaatst, ontvangt een nummer der Courant GRATIS. Voor eene spoedige toezending houden zich aanbevolen, De Uitgevers, Naaml. Venn. Bred. Boekh. en Uitg.-Mij. vh. BR0ESE& Co., te Breda.
"Advertentie". "Bredasche courant". Breda, 1907/12/17 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000327155:mpeg21:p00001
"Bredasche courant". Breda, 1907/12/17 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000327155:mpeg21:p00001
Onlusten in China. Een Londensche blad verneemt uit Honkong, dat in de districten welke ten noordoosten van Hongkong op het vasteland zijn gelegen, ernstig gevaar dreigt voor een opstand. De oogst is in die streken hetzij geheel hetzij gedeeltelijk mislukt. Bovendien zijn de genoemde districten bekend als broeiplaatsen van anarchie en anti dynastische woelingen. In Raït'eng zijn allerlei opruiers aan het werk, die trachten een opstand teweeg te brengen. De centrale regeering heeft een nieuw dwangmiddel bedacht om in de verschillende deelen des lands de orde te doen handhaven. Zij heeft een aanschrijving gericht tot alle gouverneurs, behelzende dat dezen, voor zoover zij zes maanden of langer in functie zijn persoonlijk verantwoordelijk zullen worden gehouden voor elke verstoring van de orde, in streken onder hun bestuur.
Kort geleden ontstond in Swatow een ware paniek. Er was een valsch gerucht verspreid naar luid waarvan Engelsche rroepen uit Hong kong waren overgekomen en naar Swa.ow oprukten. Ofschoon het een puur verzinsel was, vond het gerucht te Swatow toch algemeen geloof, zelfs bij de plaatselijke autoriteiten. Dezen gaven bevel de poorten der stad te sluiten en alles in gereedheid te brengen om een beleg te kunnen doorstaan. De toestand van onrust en opwinding is het ergst in de zuidelijke provincies, ofschoon daar al het mogelijke wordt gedaan om de orde te herstellen. Groote benden oproerlingen loopen het laDd af; zij worden nagezet door rpstroepen, die bevel hebben, de roovers uit te roeien. Reeds hebben talrijke gevechten plaats gevonden. Oostenryksclie Rijksdag. In het Hongaarsche Huis van afgevaardigden heelt Visontai de regeering geïnterpelleerd over de lasterlijke aantijgingen, die verschillende afgevaardigden in den Oostenrijkschen Rijksraad zich aan het adres van Hongarije hadden veroorloofd. Wekerle antwoordde, dat het hem speet, dat de uitlatingen . van enkele leden vaD den Oostenrijkschen Rijksraad met overeenkomstig de eischen der internationale hoffelijkheid tot een vermaning van de zijie van den voorzitter hadden aanleiding gegeven. Hij ram echter met ingenomenheid acte van de jongste uitlating van den Oostenrijkschen ministerpresident, die in den Rijksraad in hartelijke bewoordingen den wensch te kennen gaf, dat de betrekkingen tusschen Oostenrijk en Hon garije steeds inniger mochten worden. Wekerle had intusschen met leedwezen moeten coneta tceren, dat Beek zich van een tegenspraak der lasterlijke aantijgingen had onthouden. Hij zag zich daai om genoodzaakt van den mimsierszetel verzet aan te teekenen tegen dergehjk inmengingen van Oostenrijkers in Hongaarsche aangelegenheden en het kwam hem wenschelijk voor, dat der Hongaarsche regeering waarborgen zouden gegeven worden, dat de voorzitter van den Oostenrijkschen Rijksraad een herhaling van dergelijke voorvallen zou voorkomen. Dit was een onafwijsbare voorwaarde voor een vriendschappelijk samen werken van beide regeeringen. Sneeuwstorm. Een sneeuwstorm heeft Zaterdag een etmaal lang gewoed en. groote schade aangericht zoowel te Parijs waar vele telefoondraden vernield werden als aan de Normandische kust en in het Oosten van Frankrijk. Bij Giiz-Nez verongelukte een Engelsch schip. Een ander viel te Cherbourg binnen met de rouwvlag in top. Boven en beneden Chétlons s/M. zijn de rivieren overstroomd. Het Rijsselsche heeft vooral veel te lijden gehad. In verscheiden dorpen liggen schoorsteenen, pannen en leien in de straten. Te Roubaix werd een werkman, die bezig was een dak te herstellen, opgenomen en viel van 15 meter hoogte zoodat hij het bestierf. Te Biarritz stroomde Zaterdag 'e bevolking samen op het strand, in ’t gezicht waarvan een groote driemaster verging. Bij afzending van het bericht wendde men nog hoopeiooze pogingen aan, de opvarenden te redden. Dertig werklieden zijn te Nancy onder een
invallenden muur eener fabriek geraakt. Een hunner werd gedood. 19 anderen gekwetst uit het puin gehaald. De overigen konden tot dusver nog niet bevrijd worden. De Fransch marine is door den storm met een zware ramp getroffen. Bij Lqrient is de kruiser «Islys, bij het maken van een wending om aan de hevigheid van den wind te ontkomen, omgeslagen. Sleepbooten kwamen te hulp, maar de wind verijdelde in het begin alle pogingen tot redding. De «Islyt is een kleine kruiser van 4400 ton van hetzelfde type als de vroeger verongelukte «Jean Bart«. Zij had een bemanning van 380 koppen. Koning Eeopold. Volgens de laatste geruchten, die over het morganatisch huwelijk van koning Leopoid gaan, zijn er uit dezen echt niet een, maar reeds twee kinderen gesproten. Zij zal blijven wonen op het kasteel Lormoy te Villefranche bij Parijs. Welke haar afkomst is, is onbekend. Maar het heet, dat zij bij gelegenheid van de huwelijksvoltrekking op het paleis te Laeken, een adelsbrief heeft ontvangen en de toestemming tot naamsverandering. Sedert haar huwelijk heet zij barones Vaughan. Wij geven deze verhalen zooals wij ze vinden. Voor de juistheid der bijzonderheden staan wij niet in. De Weener Neue Freie Presse heeft een feuilleton over koning Leopoid, waarin wordt betoogd, dat de koning niet meer normaal is. Dit stuk wijst op de hebzucht van den koning om de opbrengst van den kaoetsjoekoogst narr zich toe te halen, op zijn bouwwoede, een verschijnsel, dat zich eertijds ook bij den koning van Beieren heeft voorgedaan, zijn laatste liefdestavontuur en dat aanhoudend trekken van Parijs naar Brussel en van Brus sel naar Parijs, de ongehoorde hardheid tegenover zijn dochters. Wie weet of de koning Leopoid dit feuilleton van de Neue Freie Presse niet smakelijk aan vrouw en kinderen voorleest 1 Toestand in Perzië. Voor eenige weken werden twee winkeliers vermoord door soldaten te Chalmaidan ; gisteren protesteerden velen tegen het uitstellen van de terechtstelling der moordenaars. Als gevolg van dit incident nam het kabinet zijn ontslag. Met het oog op de dreigende houding der menigte werden scherpe patronen uitgedeeld onder de lijfwacht. De Sjah ontbood Nizam—Saltaneh en Nizam-el-Muik. In het parlement werd medegedeeld dat de minister president, de minister van binnenlandsche zaken en de gouverneur van Chiras gevangen genomen zijn, op last van den Sjah. Onder algemeene opwinding werd door het Huis besloten den Sjah schriftelijk om opheldering te vragen. Het Huis besloot niet uiteen te gaan, totdat het antwoord ontvangen was. Een groote volksmenigte wachtte buiten het Parlementsgebouw. Men neemt dat de Sjah handelde op raad der reactionnaire partij. Australië vooruit. Australië wil bij Azië, Afrika en Amerika niet achterblijven. Azië is reeds in het bezit van een spoorlijn dwars over het vasteland, den Transsiberischen spoorweg. In Afrika werkt
men met kracht aan de voltooiing van Rhodes droom, een directe verbinding over land tusschen Kaapstad en Caïro; in Amerika nemen de plannen voor een spoorweg die het noorden en het uiterste zuiden zal verbinden, meer en meer vasten vorm aan. Thans echter komt het bericht dat het Australische bondsparlement heeft besloten een spoorweg te doen aanleggen die zuid en noord zal verbinden. Doel van dezen aanleg zal zijn voor de producten van de zuidelijke koloniën, N. Z. Wales, Victoria, ZuidAustralië, nieuwe afzetgebieden te vinden op de markten in Indië en Oost-Azië. De zeeweg naar Oost-Azië is ook voor de Zuid-Australische landen nog vry lang, door een spoorwegverbinding dwars door het vasteland naar het noorden, zou de afstand belangrijk verkort worden, hetgeen den handel van Sydney, Melbource, Adelaide slechts ten goede zou kunnen komen en de mededinging met Europa zou vergemakkelijken. Langs de N.-kust strekt zich reeds een gedeelte spoorweg tot Pine Creek ter lengte van 320 K.M. uit, terwijl men langs de Z.-kust reeds Oodnadottu (1008 K.M.) bereikte, en nu wil men deze beide lijnen, dwars door den woestijn verbinden over een afstand van bijna 2000 K.M. ’t Binnenland dat de nieuwe lijn zal doorkruisen, is een droge woestijn, waar ’t nooit regent. In ’t hart der woestijn groeit niets meer en men ziet er niet aDders dan een opeenvolging van grillig gevormde bergen en rotsachtige heuvels, die een verwarden en somberen aanölik opleveren. Sinds 1872 doorsnijdt een telegraaflijn ter lengte van 3000 K.M. de woestijn; de posten voorziet men van levensmiddelen enz. door middel van kameelen. KORTE BERICHTEN. De Petersburgsche kranten melden, dat, bij gebrek aan gevangenissen enz. om alle veroordeelden en ballingen op te sluiter, op het eiland Sachalin weer een strafkolonie zal gevestigd worden. Bebel werkt op het oogenblik aan zijne gedenkschriften. In die herinneringen uit zijn leven zal zijn gevangenistijd — bijna vijfjaren te zamen — wel een voorname plaats innemen. De hal van Zeppelin’s luchtschip en dit zelf zijn door storm gehavend. Men rekent, dat de herstellingen wel 50,000 mk, zullen kosten. De Polen in Opper-Silezië beramen maatregelen, om de nieuwe rijksvereenigingswet, die hun het gebruik van Poolsch in vergaderingen onmogelijk zal maken, te ontduiken. Het heet, dat generaal Rein bot, een der handlangers van Bobrikof en oud-commandant van Moskou, Nowitski als gouverneur-generaal van Odessa zal opvolgen. Hendrik Sienkiewicz, de bekende Poolsche schrijver, heeft het initiatief genomen voor een internationale enquête over het anti-poolsche onteigeningsontwerp der Pruisische regeering. Volgens een bericht uit München zal aan alle dienstdoende officieren bij Kabinetsorder gelast worden het lidmaatschap der Duitsche Vlootvereeniging op te zeggen.
De Berhjnsche gemeènteraad heeft 50,000 M. subsidie gegeven voor Robert Kochs stichting tot bestrijding der tuberculose. De «Patrien zweeft nog steeds boven Ierland. Berichten uit Lisburn en Ballysallagh beweren althans dat men het luchtschip heeft gezien, ‘t Wordt een echte «vliegende Franschnoan».
"Buitenland.". "Bredasche courant". Breda, 1907/12/17 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000327155:mpeg21:p00001
Tweede Kamer. {Zitting van gisteren.) Besloten is Woensdag- en Vrijdagavond te vergaderen, zoo noodig ook Zaterdag. Binnenlandsche Zaken. Bij de beraadslaging over de afdeeling Middelbaar Onderwijs drong de heer VAN STYRUM erop aan dat de onbillijkheid zou worden weggenomen, ontstaan door het niet verhoogen der subsidie van sommige gemeentelijke Hoogere Burgerscholen, met name voor dien te Haarlem, waar het aantal buitenleerlingen in de laatste jaren aanmerkelijk is gestegen. Het Rijk moest die H. B. S. overnemen. Dan zou van gemeentewege een H. B. S. met 3 jarigen cursus en handelsklasse kunnen worden gevestigd. De heer VAN ASCH VAN WIJCK bepleitte overneming van de H. B. S. te Amersfoort door liet Rjjk. De heer TER LAAN bepleitte ruimer toelating van kostelooze leerlingen bij de hoogere burgerscholen en verklaarde den Minister onvoorwaardelijk te willen steunen waar hij de lasten van de gemeenten van het middelbaar onderwijs wil verlichten. Spr. wees daarbij op de H. B. S. te Sappenneer. De heer ROODHUIZEN hoopte dat we de toezegging zullen krijgen van een plan, om alle hoogere burgerscholen door het Rijk over te nemen. De heer NOLENS wilde wachten op het totstandkomen der subsidieering van het bijzonder middelbaar onderwijs en op het rapport der aaneenschakelirigs-commissie, met de overneming van hoogere burgerscholen door het Rijk. De MINISTER VAN BINNENLANDSCHE ZAKEN verklaarde, dat het voorhands niet de bedoeling is, alle hoogere burgerscholen over te nemen Bij de inwilliging van aanvrage om overneming of stichting van hoogere burgerscholen is de Regeering niet te scheutig. Van de 29 aanvragen stelt de Minister slechts voor er 4 in te willigen. De aanvragen worden getoetst aan vaste regelen. En dit zal ook geschieden met hetgeen door de verschillende sprekers is verlangd. De grootst mogelijke onpartijdigheid zal daarbij betracht worden. Een amendement-Aalberse om ƒ 26000 minder uit te trekken, ten einde voorloopig niet over te gaan tot overneming van de gemeentelijke hoogere burgerscholen met 5 jarigen cursus te Hooin en Veendam en tot stichting van een rijkshoogere burgerschool te Steenwyk en Coevorden, in afwachting van het voorstel tot subsidieering van bijzondere hoogere burgerscholen werd bestreden door de heeren ROESSINGH, BOS en den MINISTER en verdedigd door de heeren LOHMAN, AALBERSEN, VAN ASCH VAN WIJCK. Het werd verworpen met 42 tegen 31 stemmen, lings tegen rechts.
Bij de bespreking van het vakonderwijs drorig de lieer AALBERSE erop aan, dat de Middenslandscommissie een enquête zou mogen instellen naar het vakonderwijs. De MINISTER antwoordt, dat het instellen van een onderzoek naar den toestand van het vakonderwijs op den weg ligt van de aaneenschakelingscommissie. De heer BOS meende, dat de middenstandscommissie zeer wel een onderzoek kan instellen naar de geheele opleiding van den middenstand teneinde na te gaan, waaraan misstanden zijn toe te schrijven, waaronder die stand lijdt. De heer JANNINK vroeg meer subsidie voor de textielschool te Enschede. De heer VAN KOL wilde er een Rijksschool van zien gemaakt. De MINISTER wilde dezen eersten stap op een nieuwen weg niet zetten, en achtte de subsidie royaal. Den inspecteur van het handelsonderwijs zal hij opmerkzaam maken op d^D wensch van den heer VAN ASCH VAN WIJCK om de unilormiteit in het stenografie onderwijs aan de handel&seholen te bevorderen. De heer SCHAPER wenschte subsidie voor de gemeentelijke ambachtsschool te Schiedam. De heer SMEENGE achtte subsidieering’t beste middel om aan ambachtsonderwijzers pensioen te verzekeren. De MINISTER zeide, dat principieel ot wettelijk bezwaar tegen de subsidieering der gemeentelijke ambachtsscholen niet bestaat, maar dat daarvoor nog geen aanvraag is ingekomen. De heer VAN ASCH VAN WIJCK achtte het verkeerd wel subsidie te geven voor de Arnhemsche vakschool voor bakkers en niet voor het bakkerij en maalderijstation te Wa* geningen. De MINISTER zeide van de laatste vereeniging geen subsidie-aanvraag ontvangen te hebben. De heer REIJNE betoogde dat beide zaken geheel heteiogeen zijn. De heer BOS verdedigt het amendement van hem en den heer Smeenge om art. 146 met ƒ1000 te vermeerderen, ten einde de subsidies mogelijk te maken voor de afsluiting der leerlingcontracten. Heden voortzetting.
"Staten-Generaal.". "Bredasche courant". Breda, 1907/12/17 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000327155:mpeg21:p00001
| Historische roman uit den tijd van de verwoesting van Jeruzalem DOOK Dr. A. HALBERSTADT. 88 «Wee over Jeruzalem!” En in hetzelfde oogenblik maakte een ontzettende angstkreet aan de algemeene stilte een einde, daar rood als bloed de lichte laaie uit de daken der voorraadshuizen van Jeruzalem sloeg, en in een seconde alles in een zee van vuur scheen te zwemmen. Onias had het sterkste bolwerk der heilige stad weggenomen. In geen jaien behoefde anders de oogst gunstig uit te vallen. Tevergeefs waren alle inspanning der nu eendrachtige partijen, om te behouden of te blusschen; de met moeite verkregen rijkdom ging onder de brantende binten, balken, neerstortende muren, daken, in asch en puin verloren Het was het laatste deel van het plan geweest, dat Onias had uit te voeren. En terwijl nog aldus geheele korenvelden van Israël in rook opgingen, reed langs den weg van Gabatb Saül een vreemde afdeeling ruiters in schitterende wapenrusting en met blinkende zwaarden onder aanvoering van een man, die trotseh zijn hand over stad en land uitstrekte,... Titus 1 ' XX. lijn pensioen op was en hij niet voor Januari a.s. weer geld kreeg, stelde hij hen in de gelegenheid, hem wat geld te leenen, het zou prompt terug betaald worden. Kreeg hij dit niet dan was hij tevreden met een paar kwartjes, anders was een enkel Kwp.r'jp cok gprioeg.
opgaan in de eindigheid. Hoe was het schoone Jeruzalem veranderd. In mijlen rondom de stad was geen boom of bloem meer te zien, tuinen en buitenplaatsen met de heuvels zelf, waarop zij gestaan hadden, waren verdwenen en in schansen en bolwerken omgezet, al het overige was platgetrapt onder den voet van legioenen of gekapt voor effening van het terrein. Om Jeruzalem zelf wa3 de sterkste ringmuur, de door Agrippa aangelegde buitenmuur, na een bestorming van vijftien dagen weggevallen; vijf dagen later viel de tweede muur, die van de voorstad, en de voor onneembaar gehouden burg Antonia was daarmee bijna tegelijk neergerameid. Het oorlogsterrein was naar de muren van den tempel vei plaatst, waarbinnen de stedelingen toevlucht hadden gezocht. Dapper werd aan beide kanten gestreden, dood en verderf, door vuur en zwaard, honger en wanhoop, verraad en pest teweeggebracht ruimden krijgsman en burger, dapperen en laffen, vrouwen en kindereD, oud en jong uit den weg. Zalig gestorven noemde men hen, die op de muren sneuvelden; want krijgsgevangenen werden aan het kruis geslagen; en het waren er duizenden, die over de vesting onder gejammer, vloeken of bidden den laatsten adem uitbliezen en over wier verbleekt gezicht de wind speelde. Duizenden lagen onder de puinhoopen, half of niet begraven tot aas voor roofvogels en honden, een treurig getuigenis afleggende van de Romeïnsche tirannie; want het waren de lijken van hen, die op de belofte door Joseph Matthiaszoon namens Titns gedaan de stad verlaten en zich aan de genade der Romeinen hadden overgegeven. Daar ' ‘ ;rucht liep, dat de vluchtelingen hunne kostPons iden hadden ingeslikt, werden op een nacht Deruizend menschen vermoord en hunne lijken de astesteden. Bij nacht zochten de armen van teurs Mem eenige eetbare kruiden op het veld; zij kampin door de Romeinen opgevangen, de sterke 4 en werden uitgezocht en gedwongen te eten kampt
totdat zij barstten; aan de zwakken werden de armen afgeslagen en zij met de van bloed druipende wonden tot afeehrikkend voorbeeld teruggejaagd, Onder scherts en jokkernij telden de soldaten de afgeslagen handen bij hoopen. Na den val van den tweeden muur liet Titus de geheele stad met een hoogen aarden wal omgeven, waarop dertien torens en onafgebroken wachtposten geplaatst waren. Slechts hongersnood kon den moed der Judaeën fnuiken. Inderdaad werd het er onhoudbaar, vrouwen roofden hun mannen, de zonen den ouders het voedsel voor den mond weg, de huizen lagen vol zieken, op de straten vielen grijsaards en kinderen van honger dood en bleven er onbegraven liggen. Toch hoorde men geen weeklachten, slechts smeekte men van de krijgslieden, die zich soms in de straten vertoonden, den genadeslag af; en toen ook de hoofdstraten door de lijken versperd raakten, wierp men die- bij duizenden in de vestinggrachten. Mannaeus Lazarszoon, kwam in die dagen bij Titus met het bericht dat alleen door de poort, waar hij de wacht had, 115888 dooden naai buiten gebracht waren, in den tijd van 45 dagen, en in de geheele stad 600000 gestorven waren, Want behalve den honger moordden ook rooverbenden door honger gedreven, wat nog overbleef; riemen, schoenen, leer van schilden, rottend hooi, stroo, alles was van hunne gading. Martha, de rijks weduwe van den Hoogepriester Josua GamalaszooD, die eens op tapijten van haar huis naar den tempel ging, zocht haar voedsel op de straat en uit ds grachten. Maria, een aanzienlijke vrouw uit Bethezob, ter viering van het Paaschfeest in Jeruzalem gekomen, werd van honger waanzinnig, worgdt haar kind en at het op. Toch moest Rome eiker steen der stad met bloed koopen. Zoolang hei allerheilige stond was het vertrouwen op den Goc van Israël onwrikbaar. Tot den negenden Ab was de Grapte door der
reusaehtigen bouw des tempels, die er voor lag, beveiligd, onaangetast gebleven. Het was er stil en duister. Zooeven had Simon Gioraszoon het vertrek verlaten, waarin Johannes ziek lag en zich ook Gabba en Meroë bevonden. Tbamar zat aan het bed van haar vader en zag met angst elke verandering in het gelaat haars vaders, wiens herstel de geneesheeren reeds onmogelijk achtten Biddend lag daar de lijder. «Heere, indien het uw wil is, dat Jeruzalem en Uw huis van de aarde verdwijnen, laat dan de laatste steen van het heilige gebouw mijn hoofd verpletteren, laat mij niet in handen van den Romein komen.” Bemoedigend liet dan Thamar zich hooren: «Berust vader in uw lot. Immers nog staat de tempel, en de Romein zal zijn hand niet uitsteken tegen het allerheiligste waarvoor hij zelf eerbied heeft ” «Hij zal dat wel doen,” riep hij verbitterd uit. «Er is een nieuwe geest op aarde gekomen, geloof eo eerbied hebben plaats gemaakt voor onverschilligheid. Wij, kinderen Isiaëls, zijn de laatsten, die hij wegvaagt. Na ons zal een nieuwe zondvloed losbreken, nog verderflijker dan de eerste 1 Geen troost baat mij! Zooeven heeft Simon mij bericht, dat de Romeinen gisterenavond in den krijgsraad besloten hebben den tempel door vuur te verwoesten !” Thamar verschrikte. «Het is onmogelijk, vader Daartoe zou zelfs Nero niet overgaan, en Titns.. «Titus verzette zich ook, maar werd overstemd, nadat Berenice hem er op wees, dat de tempel alle krachten bijeen hield en Judaea alleen na de verwoesting van dit vereenigingspunt vernietigd kon worden.” i «Deed Berenice dat, zelf een JudaeïsckeP” Johannes lachte hatelijk. «Ook een, die de ; nieuwe tijdgeest bezielt. Hoort ge niet, voetstappen , in de gangP Chlodomar zal het zijn, dien ik heb uitgezonden om Reguel en Sabicus te halen; want wat ik ook in mijn leven mag misdreven hebben,
ik wil toch niet sterven, zonder mijn zaken geregeld te hebben. Mijn zaken...” Wederom lachte hij; maar zoo, dat het Thamar door de ziel ging. «De uren, waarin de kinderen van Johannes van Gischala geboren zijn, waren niet gelukkig.” In eerbiedige houding bleef Chlodomar bij de deur staan, Reguel knielde aan de legerstede, onbeslist stond Sabinus daartussohen. Maar Johannes riep hem vriendelijk tot zich «Kom nader, Sabinus! Gij zijl een der onzen. Titns en de Romeinen zullen niet kunnen zeggen, dat de Judaeën zonder bekwaamheid den strijd hebben gevoerd, nu gij ons bijstand hebt verleend. Gij hebt den ons gezworen eed eerlijker en moediger gehouden dan vele Judaeërs zelf. Daarom is het niet meer dan billijk”, en daarbij richtte hij zijn oogen naar Thamar, dat het vaderland u van den band ontsla, die toch aanstonds verbroken zal zijn.” Flavius Sabinus was getroflen en zeide. «Houdt gij mij voor zoo laf, dat ik u in den nood zon verlaten, terwijl gij mij, toen het u wel ging, bij u opnaamtP” «Ik ben bang dat gij niet te veel welvaart bij ons genoten hebt. Maar ik wilde u van een band ontslaan om u door een anderen aan ons te hechten. Het was toch Thamar, door wie Gods hand u hierheen voerde,’ Sabinus knielde voor de legerstede. Thamar bloosde hevig en Johannes sprak verder: «Herinnert gij u den dag, Tbamar, waarop gij na lange scheiding bij uw vader kwaamt om evenals in uw kindsche dagen hem rekenschap te geven van wat gij gedaan of gelaten hadt in de voorafgegane dagen P” Thamar bloosde nog meer en wilde de hand kassen des grijsaards, die haar aan zijn hart drukte. «Hebt ge mij toen ook niet een verhaal gedaan van de plant, die slechts door den regen zich ontvouwt P” (Wordt vervolgd.)
"BERENICE.". "Bredasche courant". Breda, 1907/12/17 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAB04:000327155:mpeg21:p00001