De Veiligheidsraad heeft gisteravond de debatten over de Indonesische kwestie hervat. Nieuwe gezichtspunten kwamen op deze zitting niet naar voren. Zoals te verwachten was, kon de afgevaardigde van India geen goed woord voor Nederland vinden. De Belgische vertegenwoordiger heeft zich daarentegen als een waar bondgenoot van Nederland doen kennen en o.m. enige vragen gesteld, welke een scherpe verdediging van het Nederlandse standpunt inhielden. Uit de debatten van gisteravond bleek over het geheel genomen een niet onwelwillende houding ten aanzien van het plan betreffende de Haagse Rondetafelconferentie, mits alle partijen er aan deelnemen. Dit betekent natuurlijk indirect weer een steun voor de republikeinen.
Zitting tot Maandag verdaagd Pakistan had het verzoek ingediend om als belanghebbend land te worden toegelaten tot de beraadslagingen en dit verzoek werd zonder tegenstand ingewilligd. De eerste spreker was sir Benegal Ramau Rau van India, die zeide, dat de Nederlanders hun oprechtheid in zake hun nieuwe aanbod moesten bewijzen door samen te werken met de Veiligheidsraad. Hij verklaarde, dat indien de Britse en Indische strijdkrachten onder Britse controle de verantwoordelijkheid voor het bestuur over Indonesië niet hadden overgenomen na de Japanse bezetting, de Nederlanders niet in staat zouden zijn geweest de Indonesische eilanden te bezetten. Deze opmerking moest bewijzen, dat de Indonesische kwestie voor Nederland geen zuivere inwendige aangelegenheid is Voorts las Ramau een telegram voor van een niet door hem vermelde afzender. In dit telegram werd zijn interventie gevraagd bij de Veiligheidsraad in zake wreedheden die door de Nederlanders zouden zijn bedreven als represaille tegen de guerilla-aanval op Djokja~en die zouden bestaan in de electrocutie van zestig Indonesische studenten. De tweede spreker was J. Nisoc (België), die de houding van de Raad in de Indonesische kwestie vergeleek met zijn houding in de kwesties betreffende Palestina en Kasjmir. In het geval van Palestina werd het uiteindelijk succes verkregen door het geduld en de volharding van de bemiddelaar, ondanks de weigering van Israël om de resolutie van de Raad uit te voeren of de waarnemers van de V.N. toe te laten. Een wapenstilstand werd verkregen zonder dat Israël zijn troepen terugtrok uit sommige gebieden. Dit is niet bedoeld als een kritiek, aldus
de heer Nisoc, maar als een duidelijk bewijs dat geen resultaat is te bereiken zonder geduld en soepelheid. De Nederlanders hebben thans zelf hun bereidheid getoond om de Indonesische volken on»fhankelijkheid te verlenen en wel bijna onmiddellijk Voor de overdracht van de souvereiniteit moet een representatieve regering worden gevormd en vrije verkiezingen worden gehouden onder toezicht van de V.N. Hoe zou het onder deze omstandigheden dan kunnen geschieden, dat de wil van de bevolking niet voldoende tot haar recht komt? Het is te begrijpen dat de republikeinse leiders contact willen hebben met hun landgenoten, maar is Djokja hiervoor de enige geschikte plaats op geheel Java? Kan geen andere plaats worden aangewezen als voorlopige zetel van de republikeinse regering en moet het herstel van die regering voor of na de Rondetafelconferentie plaats hebben? De Belgische afgevaardigde concludeerde dat de enige essentiële vraag thans is: Hoe komen wij tot het instellen van een hechte federatie waarin alle Indonesische volken hun plaats kunnen innemen. De Canadese afgevaardigde, McHaughton, noemde het Nederlandse voorstel tot het houden van een Rondetafelconferentie een voorstel, dat de Raad welkom diende te heten op voorwaarde, dat alle partijen ermede zouden instemmen. Het doel van deze conferentie is door de Republiek geaccepteerd. Het is te betreu. ren dat nog geen overeenkomst is bereikt over de wijze waarop dit Nederlandse voorstel zal worden uitgevoerd. De Raad zal daarom alles in het werk moeten stellen om deze directe onderhandelingen te stimuleren en de hinderpalen uit de weg te ruimen, welke thans nog bestaan voor deelnemen van de Republiek. Uit de verklaringen van dr. van Royen en de heer Palar rpeende spr. te moeten concluderen dat er nog steeds een mogelijkheid bestaat dat de partijen een overeenkomst bereiken. Het 7.ou daarom volgens de Canadese afgevaardigde wenselijk zijn de diensten van de commissie der V.N. te verzoeken in overeenstemming met de status van deze commissie volgens de resolutie van de Raad van 28 Januari j.1. Zij zou behulpzaam moeten zijn bij het bereiken van een overeenstemming tussen partijen betreffende het tijdstip waarop en de omstandigheden waaronder de voorgestelde conferentie in Den Haag zou kunnen worden gehouden. Deze voorbereidende discussies onder de auspiciën van de Commissie dienen vanzelfsprekend te geschieden zonder te prejudicieren op de resolutie van de Raad en op de rechten, eisen en standpunten van partijen. Om deze gedachten te verwezenlijken zou spr. een nieuwe resolutie in deze geest in overweging willen geven. Het zou dienstig zyn indien de voorzitter van de Raad in deze geest de commissie der V .N. zou instrueren en deze zou uitnodigen overeenkomstige stappen te ondernemen, aldus de Canadese afgevaardigde.
De Australische afgevaardigde, Hood. drong er bij de Nederlanders op aan het vraagstuk op een geheel nieuwe wijze te benaderen voor het te laat zal zijn. Na een korte verklaring van de Chinese afgevaardigde, Tsjiang, die eveneens aandrong op een ondersteuning door de Raad van het Nederlandse voorstel tot het houden van een Ronde tafelconferentie onder voorwaarde dat een deelnemen van alle partijen verzekerd was, werd de zitting verdaagd tot Maandag as. Generaal Giraud overleden De Franse generaal Henri Giraud is gisteren op 70-jarige leeftijd te Dijon overleden. Generaal Giraud heeft in beide wereldoorlogen gevochten. Hij werd tweemaal door de Duitsers in een vesting opgesloter en wist beide keren te ontsnappen. Toen de tweede wereldoorlog begon, had hij het bevel over de Maginot-linie. Later, na zijn tweede ontsnapping uit Duitse gevangenschap, werd hij commandant van de Franse strijdkrachten, die met de geallieerden vochten. De generaal stond bekend om zijn onverschrokkenheid. Hij was drager van de „Medaille Militaire", de hoogste militaire onderscheiding, die zelden wordt toegekend. Na de moord op admiraal Darlan werd hij benoemd tot Hoge Commissaris voor Frans Noord Afrika. In 1943, toen zijn troepen waren verenigd met de verzetsgroepen van generaal De Gaulle, werd hij voorzitter van het Franse comité van nationale bevrijding en opperbevelhebber van alle Franse strijdkrachten. Er was veel rivaliteit tussen generaal Giraud en generaal De Gaulle. In 1944 werd het comité van nationale bevrijding gereorganiseerd en Giraud maakte er geen deel meer van uit. De Gaulle werd opperbevelhebber. Aan Giraud werd de post van inspecteur-generaal van de strijdkrachten aangeboden, doch hij weigerde. Giraud was zeer teleurgesteld over de loop der gebeurtenissen en hij trok zich geheel uit het militaire leven terug.
"Veiligheidsraad en Indonesische kwestie Belgische afgevaardigde verdedigt Nederlands standpunt Nieuwe resolutie in overweging gegeven". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
"Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Weersverwachting, medegedeeld voor het K.N.M.I. te De Bilt geldig van Zaterdagavond tot Zondagavond. Plaatselijk lichte neerslag. Meest zwaar bewolkt met plaatselijk enige lichte regen of motregen en later opklaringen. In het Zuid-Oosten van het land hier en daar ochtendmist. Zwakke tot matige wind tussen Zuid en West bijna nergens nachtvorst. Morgen overdag ongeveer dezelfde temperatuur als vandaag. Zondag 13 Maart: Zon op 7.00 — onder 18.40 Maan op 16.50 — onder 6.55 Maandag 14 Maart: Zon op 6.58 — onder 18.42 Maan op 18.25 — onder 7.11
"Weerbericht:". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
De Italiaanse minister-presi, dent Alcide de Gasperi heeft gisteravond voor het parlement verklaard, dat de Italiaanse regering zich eenstemmig heeft uitgesproken voor aansluiting bij het Atlantisch Pact en deelneming aan de slotbesprekingen over de voorwaarden er van. De Gasperi zeide, dat het Pact geen verplichting tot automatisch ingrijpen ingeval van agressie inhoudt, om de eenvoudig reden, dat de deelnemende landen parlementaire staten zijn en het bijgevolg de onderscheidene parlementen zijn, die in laatste instantie beslissingen moeten nemen. Het Atlantisch Pact kan uiteraard en door zijn algemene opzet de onafhankelijkheid van ons land vrijwaren en de concrete uitdrukking der solidariteit tussen de Ver. Staten en Europa worden, aldus de Gasperi. Hij zeide, dat met het Pact niets wordt gevraagd, dat Italie's krachten, wat betreft zijn verdedigingsmogelijkheden, te boven gaat en dat het verdrag een waarborg te meer is om de oorlog te voorkomen. Het is Italie's noodlot in het strategisch veld der internationale conflicten te liggen. Daarom zal het uit al zijn krachten medewerken aan het opbouwen van de vrede, aldus de Gasperi. , , . Wij onderhandelen om aan te sluiten bij het Pact. Het resultaat der onderhandelingen zal aan het parlement worden voorgelegd, alvoren wij onze officiele toestemming geven. De premier zei, dat het Pact de mogelijkheid niet uitsluit, dat een land, hetwelk niet direct door een aanval wordt bedreigd, in het belang van alle andere leden wordt vrijgesteld van het leveren van een bijdrage tot de collectieve defensie. Een dergelijk geval uitgezonderd, is de belofte van
wederzijdse bijstand in geval van 'n aanval, stilzwijgend. Het recht van het parlement om te beslissen over oorlog of vrede blijft bestaan. In de nieuwe lichamen, waarvan wij deel zullen uitmaken, zullen wij niét vragen om een formele herziening van het vredesverdrag. Wij kunnen onze houding niet afhankelijk maken van het voldoen aan onze eisen, hoe gerechtvaardigd die ook mogen zijn. Italië wacht met vertrouwen de verbetering van de algemene internationale betrekkingen af, .opdat onze rechtvaardige eisen, zoals inzake Triest, od vredelievende wijze worden ingewilligd". Italië zou spoedig deelnemen aan de vergadering te Londen over de constitutie van een Europese Unie. Meerderheid in parlement verwacht De Italiaanse kamer van afgevaardigden heeft gisteravond met 311 tegen 165 stemmen, bij 6 onthoudingen, een motie van Pietro Nenni verworpen, waarin werd verzocht dat volledige bijzonderheden over het Atlantisch Pact aan de kamercommissie voor buitenlandse zaken zouden worden verstrekt alvorens het pact in het parlement wordt besproken. Het verwerpen van deze motie betekent een overwinning voor de regering. De socialistische partij van Nenni werkt samen met de communisten. Waarnemers verwachten, dat niet alleen in de kamer van afgevaardigden, waar de christen-democraten 306 van de 374 zetels bezetten, doch ook in de senaat, waar zij 148 van de 344 zetels hebben, gemakkelijk een meerderheid voor het pact zal worden verkregen.
Het communistische blad „Unita" schreef gisteren: „De oppositie zal het pact bestrijden. Vandaag begint de strijd in het parlement. Hij zal worden voortgezet in dorpen, mijnen en werkplaatsen. Wij hebben een meerderheid aan onze kant, zonder welke Italië kan produceren noch vechten" Overeenstemming bereikt over de tekst Na een vergadering te Washington van de afgevaardigden van de Acht landen die onderhandelen over 't Atlantisch Pact, heeft de Belgische ambassadeur, baron Silvercruys verklaard, dat de onderhandelaars het eens zijn geworden over de * overgebleven punten van het Atlantische pact en de tekst uitgewerkt hebben. Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van buitenlandse zaken zeide, dat de ondertekening de eerste week van April te Washington plaats zal vinden. Reuter verneemt uit bevoegde bron, dat landen, welke niet tot de stichters van de alliantie behoren, niet eerder zullen kunnen toetreden dan na de ratificatie door de parlementen der landen, die in April het pact zullen tekenen. Deze zal enkele maanden later op constitutionele wijze dienen te geschieden alvorens het pact in werking treedt. De bekendmaking van het NoordAtlantische Pact zal waarschijnlijk tot het einde van de volgende week worden uitgesteld, aldus wordt te Londen vernomen. Men had verwacht, dat dit uitstel eep gevolg is van de wens der Franse regering om de tekst ten volle te bestuderen op de komende kabinetszitting. Het uitstel zal geen vertraging veroorzaken voor de ondertekening, die op 4 April is vastgesteld, zo neemt men aan. Canada keurt ontwerp van Atlantisch Pact goed. Canada heeft het ontwerp van het Atlantisch pact goedgekeurd. Het Canadese kabinet heeft de ambassadeur te Wasington opdracht gegeven de Ver. Staten hiervan in kennis te stellen.
"De Gasperi in het parlement Italiaanse regering wenst aansluiting bij Atlantisch Pact". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Bij de huidige Benelux-conferentie gaat het er niet om of de volledige economische unie per 1 Januari of 1 Juli 1950 een feit zal worden, doch hoe zij zo snel mogelijk kan worden verwezenlijkt en op welke wijze. Naar bekend zijn er nog zeer veel moeilijkheden te overwinnen — waarnaar deze conferentie een hele gooi doet — die van Belgische zijde meer op landbouwgebied liggen en dan met name in de melksector en van Nederlandse zijde op industrieel gebied, vooral in de textielbranche. Het allesbeheersende probleem is echter het monetaire. Bij een volkomen openstellen van
de grenzen in de huidige omstandigheden zou Nederland met Belgische producten worden overstroomd en België met Nederlandse, hetgeen spoedig tot onhoudbare toestanden zou leiden. De grote vraag naar buiten is: Hoe zeg ik het mijn oom, Uncle Sam?" De Benelux is gaarne voorgesteld als een exempel voor de Europese economische samenwerking, ja zelfs voor de hele wereld. En in Amerika is men de Benelux gaan beschouwen als een proefsteen voor het slagen der E.C.A. hulp. Wat moet men dan in Washington denken, als wij niet tot de economische unie komen op 1 Januari 1950, gelijk aanvankelijk in uitzicht is gesteld? Dit is in zekere zin het onaangename bijgevolg van de goedbedoelde propaganda voor de Benelux. Natuurlijk gaan we naar de economische unie toe en met rasse schreden. De Belgische afgevaardigden zijn geïmponeerd door de grote vorderingen die van Nederlandse zijde zijn gemaakt sinds Chateau d'Ardennes. Doch er is op vele punten, nog een overgangstijd nodig, die ar te grote schokken moet ontvangen, op onderdelen, die het totale beeld weinig afbreuk doen. Een wachten met de unie, totdat de Nederlandse betalings (handels-) balans in evenwicht zijn — hetgeen gehoopt wordt in 1953 bij het eindigen van de Marshall-hulp — lijkt onwaarschijnlijk. Ook de oplossing der Indonesische kwestie kan van veel invloed zijn. Alles bijeen is men ter conferentie nog zeer optimistisch gestemd. Naar wij vernemen, zal heden, Zaterdag, de plenaire slotvergadering worden gehouden, waarna eerst de resultaten bekend zullen worden gemaakt.
"De Benelux-conferentie Vele moeilijkheden moeten overwonnen worden Optimistische stemming.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Zondag a.s. zullen enige ministers die op het ogenblik in Den Haag besprekingen voeren over de Benelux, naar Londen vliegen, zo vernemen wij van de zijde van de K.L.M. Het zijn de ministers Spaak, Eyskes, de Gruber (allen uit Belgie), Dupong. Beek (Luxemburg) en de Nederlandse ministers Stikker, Lieftinck en Schokking. De ministers komen naar Londen, zo verneemt Reuter, ter bijwoning op a.s. Maandag van de vergadering van de consultatieve raad der Westerse Unie. De omvang van de Benelux-delegaties naar de Consultatieve Raad heeft in diplomatieke kringen te Londen de mening versterkt dat de defensie-begrotingen voor de Westerse Unie zullen worden besproken.
"Benelux-ministers naar Londen Bijwoning Consultatieve Raad". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
HET ENGELSE VLIEGDEKSCHIP VENGEANCE heeft in de Poolzee oefeningen gehouden, waarbij bemanning en bewapening werden getest bij zeer lage temperaturen. Op de met een ijskorst bedekte startbaan van de Vengeance, worden vliegtuigen voor het vertrek gereed gemaakt.
"HET ENGELSE VLIEGDEKSCHIP VENGEANCE heeft in de Poolzee oefeningen". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Voor zover over feitelijke gegevens kan worden beschikt, heeft een ter zake ingesteld nauwgezet onderzoek in Indonesië tot dusver geen feiten aan het licht gebracht, welke ernstige mishandelingen bij verhoren noch andere feiten bevesïigen, aldus wordt van officiële zijde, naar aanleiding van berichten hierover, medegedeeld. Op de verhoren door de inlichtingsen veiligheidsdiensten wordt, aldus de mededeling, zeer strenge controle uitgeoefend door de hoofden van deze diensten, zodat steiselmatige miehandeling uitgesloten moet worden geacht. De beschuldigingen inzake het doodschieten van gevangenen blijken in de onderzochte gevallen ongegrond te zijn. In de gevallen, dat militaire noodzaak er toe dwong een kampong te slechten, is zulks steeds geschied in
overleg met het betrokken indonesische binnenlandse bestuur en na evacuatie van de bevolking. Het is gebleken, dat de legercommandant in Indonesië in samenwerking met de procureur-generaal bij het Hooggerechtshof in vorenbedoelde onderzoekingen de grootst mogelijke medewerking verleent en diligentie betoont. Alle daders van voorgebrachte feiten inzake gepleegde wandaden worden en zijn steeds met gestrengheid in strafrechtelijke zin vervolgd. De legercommandant heeft trouwens van de aanvang van het optreden der troepen in Indonesië af, in verscheiden dagorders en aanschrijvingen, door voordrachten en door artikelen in de soldatenbladen bij de troep met ernst het besef ingescherpt, dat zij bij hun optreden tegenover leven en eigendom van de Indonesische bevolking de grootst mogelijke zorg in acht hebbén te nemen en zich in het bijzonder hebben te onthouden van enige vorm van mishandeling. Echter kan niet worden verheeld, dat de anonimiteit en de vaagheid van de publicaties, zonder vermelding van troepenonderdeel, plaats en datum (zogenaamd — doch volstrekt ten onrechte — om represailles op de rapporteurs te voorkomen), een snel en doeltreffend onderzoek uitermate bemoeilijken, te meer daar de vermeende wandaden veelal slechts worden aangeduid in een gebied, groter dan bijvoorbeeld Frankrijk of enig ander land in Europa. r
"Valse beschuldigingen en verdachtmakingen Onderzoek naar mishandelingen door Nederl. troepen in Indonesië.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
(Van onze pari. redacteur.) Naar wij vernemen wordt verwacht, dat in verband met de communistische verklaring inzake de houding bij een eventuele oorlog tegen SovjetRusland, de regering binnenkort krachtiger zal gaan optreden door toepassing van het Ambtenarenverbod voor communisten en andere maatregelen, waarover het kabinet zich zal beraden.
"Krachtiger optreden tegen communisten verwacht". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
John Lewis, de leider van de Amerikaanse mijnwerkersbond, heeft een oproep tot alle mijnwerkers ten Oosten van de Missisippi gericht het werk van 14 Maart tot 28 Maart neer te leggen. * Lewis zeide, dat de staking bedoeld was om nadruk te leggen op de „oppositie" tegen de benoeming van James Boyd tot directeur van het federale mijnbouwbureau. Boyd had namelijk nooit in de mijnen gewerkt. De mijnwerkers zouden terzelfdertijd rouwen om de 115 mijnwerkers, die in 1948 gewond of gedood waren tijdens Boyds „geüsurpeerde functie". In scherpe bewoording verklaarde Lewis Boyd onwetend en incompetent.
"John Lewis roept op tot staken". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
De voormalige minister-president van Oost-Indonesië, Nadjamoeddin, is Vrijdag door het Hof van Justitie te Makassar veroordeeld tot 3 jaar en 6 maanden gevangenisstraf, met aftrek van preventieve hechtenis en onder de bepaling, dat hij ontzet is van het recht om ambten te bekleden en actief en passief deel te nemen aan verkiezingen gedurende 3'/ 2 jaar, de duur de opeelegde straf te boven gaande. Het Hof overwoog, dat beklaagde schuldig is bevonden aan oplichting viermaal gepleegd, alsmede het doen plegen van valsheid in geschrifte.
"Nadjamoeddin veroordeeld.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Gebrek aan instructeurs en kader. Naar we vernemen zullen de lichtingen met 10.000 man worden uitgebreid. Op het ogenblik is de situatie aldus, dat er jaarlijks ongeveer 80.000 jongemannen voor de dienstplicht worden gekeurd. Van hen komen er rond 40.000 in twee halfjaarlijkse lichtingen van 20.000 man onder de wapenen. Door een geperfectionneerde indeling en door de maatstaven enigermate te vergroten zullen er op de duur 50.000 jongemannen worden opgeroepen. Het ligt in dè bedoeling, zo vernemen wij verder, de vergroting van de lidhtingen geleidelijk te doen geschieden. De legerleiding beschikt over te weinig instructeurs en kader om de grotere lichtingen thans op te kunnen vangen. Om in het tekort aan kader te voorzien zal men zich als instructeur kunnen melden, een functie, welke zowel voor militairen als voor burgers openstaat. Zij zullen na een oefentijd van een jaar mede belast worden met de militaire training der troepen. Binnenkort zullen van de zijde der legerleiding nadere mededelingen over de aanmelding volgen. De grotere behoefte aan kader woMt niet in de eerste plaats veroorzaakt door het feit, dat de lichtingen worden uitgebreid, doch vooral door de langer wordende duur der militaire training. Door de vergroting der lichtingen zullen namelijk meer soldaten in Nederland blijven dan thans het geval is en zij zullen zoals alle in ons land- gelegerde strijdkrachten een militaire opleiding van langere duur ontvangen dan de primaire van de voor Indonesië bestemde • strijdkrachten. De gelden, welke voor het vergroten der lichtingen benodigd zijn, zullen deel uitmaken van de supletoire begroting, die nog door de minister van Oorlog zal worden ingediend. In deze sunletoire begroting worden, zoals bekend, de uitgaven ondergebracht voor de militaire .verplichtingen van ons land in het kader der WestEuropese Unie.
"De lichtingen worden vergroot". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001
Evenals in vorige jaren nam het aantal werkloze mannen in ons land in de maand Januari toe. Hun aantal steeg van 66.776 tot 80.072, n.1. 49.183 geheel werklozen (de maand tevoren 40.200), 1134' wachtgelders (1457) en 29.755 tewerkgestelden bij een Duw-object (25.119). Een stijging van het aantal werklozen met bijkans 14000 man in één maand spreekt een ernstige taal. En de vooruitzichten lijken niet gunstig. Zo werd in het -dezer dagen verschenen jaarverslag van het Gewestelijk Arbeidsbureau te Arnhem aan de hand van het verzadigingsverschijnsel, dat in verschillende sectoren reeds geconstateerd wordt, de vrees uitgesproken, dat de werkloosheid in de provincie Gelderland in 1949 zal toenemen. Als oorzaken worden aangezien de moeilijkheden bij de afzet, de krappe grondjstoffenvoorziening, al of niet gepaard gaande met een ongunstige stand van het machinepark, en de mechanisatie. Elders in de wereld is het nog erger. België heeft 250.000 werklozen, Amerika 21/ 2 millioen. De. arbeider ziet begrijpelijk de 'werkloosheid niet allereerst als een nationale ramp met allerlei noodlottige economische gevolgen; hij beschouwt haar meer als een persoonlijke schade voor zichzelf en zijn gezin, dat de kwade gevolgen van het zonder-werk-zijn ondervindt. Vóór de oorlog kende ons land de wettelijke werkloosheidsverzekering; de uitvoering er van lag in de handen van de vakbeweging. De overheid en de leden der vakbonden betaalden elk hun deel voor het kweken van reserves. Maar tijdens de Duitse bezetting heeft haar creatie: het Nederlands Arbeidsfront zich meester gemaakt van de bezittingen der vakbonden en van de werklozenkassen, welke in de millioenen liepen. Na de bevrijding werd een geheel nieuwe werkloosheidsverzekering ontworpen. Er werd daarbij rekening gehouden met de behoeften van het 'bedrijfsleven. Voor degenen, die door de schade aan het productie-apparaat toegebracht, niet terstond aan het werk Ronden gaan, werd van overheidswege een overbruggingsregeling ingesteld. Deze moest tevens de overgang vormen naar de nieuwe wettelijke regeling. Besprekingen in de Stichting van de Arbeid hebben geleid tot een wetsontwerp met algemeen verplichte wachtgeld- en werkloosheidsverzekering. Er bestaat echter tussen werkgevers en werknemers verschil van mening omtrent de practische uitvoering. Het valt te hopen, dat — gezien de toeneming der ongunstige verschijnselen op de arbeidsmarkt — het ontwerp spoedig tot wet zal kunnen worden verheven. Het vraagstuk van de werkgelegenheid is een der belangrijke kernproblemen van de hedendaagse samenleving, verklaarde minister Joekes deze week bij de installatie van de werkgelegenheids-commissie. De les uit het verleden, toen Nederland (in het topjaar der dertiger jaren) meer dan 400.000 werklozen telde, is een aansporing thans tijdig maatregelen te beramen, temeer daar aan onze gestaag groeiende bevolking jaarlijks 50.000 werkkrachten worden 'toegevoegd. Moge blijken, dat door de bestudering van het verleden een beter inzicht is verkregen in de factoren — nationaal en internationaal — welke het vraagstuk der werkloosheid beheersen. Verdere voorzieningen worden door de minister nodig geacht, om bestaande wettelijke (vertragende) •emmingen voor tijden van nood op te heffen, bijvoorbeeld op het terrein der onteigening. De voorzitter der commissie mr. dr. A. A. van Rhijn (secretaris-generaal van het Departement van Sociale Zaken) heeft gezegd als eerste onderwerp aan de orde te zullen stellen een ontwerp noodwet werkloosheidsbestrijding om de regering volmacht te geven maatregelen te nemen en uit te voeren, welke in een tijd van massa-werkloosheid nodig zijn. Moeilijkheden, welke men vroeger ondervond om te komen tot snel handelen, wil men derhalve uit de weg ruimen. Het ziet er naar uit. dat ons land opnieuw kan komen te staan voor het bestrijden van een groot kwaad. Het verdient waardering, dat men het tiidig goed onder ogen wil zien en niet zal schromen maatregelen van ingrijpende aard te treffen.
"Werkloosheid". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/03/12 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058003:mpeg21:p001