Sinds eeuwen wordt in het schilderachtige Noord Drentse brinkdorp Zuidlaren een jaarmarkt gehouden, die bezoekers trekt uit alle delen van het land. Verleden jaar werden ongeveer 70.000 bezoekers genoteerd. Thans is de 749ste Zuidlaarder jaarmarkt gehouden en dat wil voor velen zeggen, dat de kachels gezet moeten worden en de aardappels gerooid. Nagegaan kan worden, dat in het jaar 800 het dorp Zuidlaren reeds bestond. Een tijdlang ging het gebukt onder de overheersing door binnengevallen Noormannen. Het is niet na te gaan, op welk tijdstip de traditionele jaarmarkt eigenlijk ontstaan is. Vast staat echter, dat in 1232 reeds een jaarmarkt te Zuidlaren gehouden werd. Op grond van enkele conclusies heeft men thans besloten, de eerstvolgende jaarmarkt in 1950 aan te merken als de 750ste.
Derde Dinsdag in October brengt duizenden naar het Drentse dorp In het jaar 1232 belegerden de Drenten de veste Groningen. De Groningers deden echter een uitval en drongen door tot in Zuidlaren. Uit oude folianten, die op dit voorval betrekking hebben blij Kt, dat juist op dat ogenblik in Zuidlaren een jaarmarkt gehouden werd- Marktbezoeken moesten in allerijl vluchten en lieten tal van koeien en paarden achter. De Groningers verklaarden dit vee voor goede prijs en staken het dorp, dat toen wellicht grotendeels uit hout opgetrokken was, in brand. DE DERDE DINSDAG. Ridderschap en eigenerfden van Drente namen op 19 Februari 1633 een resolutie aan, waarin bepaald werd, dat de jaarmarkt te Zuidlaren telkenjare op St. Mattheus zou worden gehouden. In 1655 heeft men daarin wijziging gebracht. De Zuidlaardermarkt was namelijk telkenjare een heel feest, waarbij de jenever rijkelijk vloeide. Tal van bezoekers gingen reeds een of twee dagen van tevoren op pad en om de „profanatien van de Sondagen" voortaan te voorkomen, werd de markt nadien op Dinsdag gehouden. Van heinde en ver trok op de befaamde derde Dinsdag "an October jong en oud op Zuidlaren af, hetzij te voet, hetzij rijdende n de fraaie huifwagens van weleer, de zogenaamde „linnenwagens". Als mondkost werd uitsluitend een turnen vlootje met boter meegebracht van de eigen boerderij. Op de Zuidlaardermarkt worden ook heden ten dage namelijk nog de grote ronde „Zuidlaarder bollen" verkocht, grote ronde krentebroden. Families en kennissen, die elkaar geruime tijd niet gezien hadden, troffen elkaar op de Zuidlaardermarkt, want ook de vrouwen gingen mee, en niet te vergeten het jonkvolk. Tijdens de Zuidlaardermarkt werd tevens een kermis gehouden en tal van huwelijken kwamen in allereerste instantie tot stand, dank zij een ontmoeting op de Zuidlaardermarkt. En wellicht is dat nog het geval. Niet altijd ging het even vreedzaam toe op deze jaarmarkt. Stellig heeft vroeger het drankmisbruik meerdere malen ongeregeldheden ten gevolge gehad, bovendien werd hier ook menige oude veete uitgevochten. Het alcoholmisbruik werd vroeger nog bevorderd, doordat zogenaamde „dagpatenten" uitgegeven werden. De bezitter van zo'n dagpatent was gemachtigd, tijdens de Zuidlaardermarkt jenever te verkopen en menig boerenarbeider maakte die dag een zoet winstje. VAN OUDS BEKEND. De ligging van het aloude dorp heeft Zuidlaren waarschijnlijk reeds in de grijze oudheid buitengewoon geschikt gemaakt als marktplaats. Vooral het paard speelde een grote rol, vroeger is Drente wel eens „de paardenhemel" genoemd en eens was het inlandse Drentse ras alom gewild. De vooruitgang in de fokkerij en vooral de invoering van het gekruiste Oldenburgse ras heeft daaraan een eind gemaakt. Het staat evenwel vast, dat de Zuidlaarder jaarmarkt ook vroeger al buitenlandse bezoekers trok, die hier kwamen om paarden
aan te kopen. Wat het tijdstip betreft, waarop de markt gehouden wordt, ook dit ligt voor de hand- In de herfst immers is het seizoenwerk gedaan en straks gaat het vee op stal. Menig landbouwer moet zich ontdoen van een overtollig paard of rund. Anderen weer zoeken voordelig slachtvee of wel ze zijn genoodzaakt hun veestapel aan te vullen en daarvoor bestaat midden in het seizoen weinig gelegenheid. OOK NU NOG KERMIS. Als de derde Dinsdag in October nadert, wordt het druk in het anders zo rustige dorpje Zuidlaren. Het dorp heeft een prachtige en uitgestrekte brink, overschaduwd door hoog geboomte. Daar verrijzen dan de tientallen kermisvermakelijkheden, want tijdens de Zuidlaarder jaarmarkt wordt nog steeds een kermis gehouden. In 1948 werden op deze jaarmarkt bijna 3000 paarden en honderden runderen en ander kleinvee aangevoerd; de markt is in hoofdzaak een paardenmarkt. Tientallen zogenaamde „standwerkers" met allerlei artikelen, goochelaars, sneltekenaars, wonderdokters enz. doen dan hun best. Het is jammer, dat de oude Drentse klederdracht van weleer tot het verleden behoort. Vroeger tracteerden de Drentse schonen in vijfschachten buisje en rok des avonds hun galants met koffie en roggesuoet met ham. Thans zoeken zij hun vermaak in een van de grote zalen, die het dorp rijk is en waarin nu diverse dansorkesten de scepter zwaaien. Maar nog steeds is de Zuidlaardermarkt ook voor de jongere garde van Groningen en Drente een punt, waar men elkaar ontmoet. Ook thans nog dikwijls met zèer verstrekkende gevolgen. Overigens zijn hei niet alleen de landbouwers, die de Zuidlaarder markt bezoeken, integendeel, ook zeer veel burgers uit wijde omgeving brengen een Dezoek aan de markt. Terwijl op de markt de kooplieden en de landbouwers met klaterende handslagen onderhandelen over de verkoop
van een stuk vee, vinden zij daaromheen ruimschoots vertier. Er zijn lieden in Zuidlaren, die op deze marktdag hun inkomen voor een heel jaar verdienen. De Zuidlaarder jaarmarkt kan onbetwist aanspraak maken op de titel: oudste paardenmarkt van Europa.
"De oudste paardenmarkt van Europa Zuidlaren houdt volgend jaar de 750e jaarmarkt". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
"Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
door MARY BURCHEII Vertaald uit het Engels. 33. — Kun je nogal met hem opschieten? Ze keek Alma met een blik vol openlijke nieuwsgierigheid aan. — O ja, uitstekend. — Werkelijk? Hij stelt mij altijd weinig op m'n gemak. Ik geloof, dat hij me eigenlijk niet mag lijden, zei mevrouw Cardie, als kwam ze tot een ontdekking, waarover ze zich ten zeerste verwonderde. — Hij toont zijn gevoelens niet erg gemakkelijk, legd. Alma diplomatiek uit Mevrouw Cardie stemde hiermee in. Daarna namen ze afscheid. Alma was van mening, dat ze zich minder bezwaard zou voelen, als ze mevrouw Farraday onmiddellijk op de hoogte stelde van de invitatie voor Zaterdagavond, en ze was blij, dat Murray ook al terug was, toen ze in de zitkamer kwam. Zijn aanwezigheid maakte het gemakkelijker om met enige nonchalance over de invitatie van Zaterdagavond te beginen. Beiden keken op, toen ze binnenkwam en mevrouw Farraday zei: — Lieve kind, wat'zie jij er vrolijk uit. Je schijnt altijd om het een of ander plezier te hebben. — Wel, er gebeuren ook zo dikwijls prettige dingen, antwoordde Alma, waarop beide anderen lachten. — Wat is er dan nu weer? vroeg Murray, terwijl hij haar met die vraag vertederde blik aankeek, die hij gewoonlijk alleen voor z'n moeder bewaarde. — Ik kwam mevrouw Cardie tegen, en vindt u dat niet aardig van haar: ze vroeg me of ik óók op haar dinertje op Zaterdagavond a.s. kwam. Alma keek mevrouw Farraday aan, terwijl ze dit zei, aangezien ze het niet wilde laten voorkomen, alsof ze met opzet haar blik vermeed. Maar ze vond het vreselijk de verandering op dit mooie gelaat waar te nemen. De verandering was voor een niet nauwlettend toeschouwer nauwelijks waarneembaar. Maar Alma zag duidelijk de flits van woede, ' gevolgd door een uitdrukking van stomme verbazing. — Het lijkt me niet iets, om je erg op te verheugen, zei ze koel tot Alma. Het zal een weinig opwindende, afgezaagde bijeenkomst zijn. Nan geeft nooit dinertjes met veel briljante mensen. Het lijkt me veel beter voor je, dat ik het een of
ander excuus bedenk en dat Murray plaatsen neemt voor 'n werkelijk goede revue of iets dergelijks die avond. — Natuurlijk, als u dat prettiger zoudt vinden.... Murray,- die in de krant had zitten kijken, keek op en bevestigde beleefd zijn moeders voorstel. — Nee, dank u. Het lijkt me erg gezellig om naar dat dinertje te gaan. — Maar er is niets aan, liefje, riep mevrouw Farraday ongeduldig uit. Nan heeft alleen maar een paar weinig belangrijke mensen ten eten gevraagd. — Ja, dat weet ik wel, maar toch zou ik graag gaan, hield Alma koppig vol, zich afvragend of haar halstarrigheid erg opvallend was. Maar klaarblijkelijk was dit niet het geval, want Murray zei: — O, u moet natuurlijk doen, waar u het meeste zin in hebt. En daarna scheen ook mevrouw Farraday te voelen, dat ze hieraan niets meer toe kon voegen. Maar haar houding tegenover Alma bleef koel en gedurende de avond keek ze meer dan eens onderzoekend in haar richting, als wilde ze er achter komen, of Alma zich er van bewust was, dat die uitnodiging voor Zaterdagavond een bijzondere betekenis had. Met een wonderlijke beheerstheid, wist Alma, die helemaal niet ervaren was in het huichelen, 'n vriendelijke en natuurlijke conversatie te handhaven, en ze hoopte vurig, dat niemand iets aan haar merkte. En uiterlijk bekeken verliep de avond heel genoeglijk voor hen allen. Murray vertrok de volgende dag naar huis, zonder een definitieve afspraak gemaakt te hebben over hun terugkeer. Maar hij zei bij het afscheid, dat hij hen binnenkort wel weer zou zien, en hij verwachtte dus blijkbaar, dat of zij spoedig naar huis terug zouden keren, of dat hij opnieuw naar Londen zou komen. Alma kwam in de verleiding om te zeggen, dat ze niet zo heel lang meer van huis weg kon blijven, maar ze zei niet omdat ze bang was, dat mevrouw Farraday een dergelijke opmerking aan zou grijpen om te zeggen, dat zij, nu ze eenmaal goed en wel in 't Gloria-Hotel geïnstalleerd was, zich heel best met Chrissie alleen zou kunnen redden. Toen Murray vertrokken was, .sprak mevrouw Farraday met geen woord meer over het a.s. dinertje op Zatrdagavond. Alleen op de avond zelf, toen Alma zich wilde gaan verkleden, zei ze: — O, je gaat ook mee? — Ja, mevrouw Farraday, dat heb ik u toch gezpgd! — Ik dacht, dat je misschien van gedachten veranderd was, zei mevrouw Farraday op een toon, die zo onvriendelijk
was, dat Alma er even van huiverde. . Als de omstandigheden anders waren geweest, zou ze op een dergelijke opmerking zeer positief gereageerd hebben, door te zeggen, dat het dan waarschijnlijk inderdaad beter was, dat ze niet ging. Maar hoe meer mevrouw Farraday haar best deed haar te verhinderen naar dit dinertje te gaan, des te meer geraakte Alma thans overtuigd van het belang van haar aanwezigheid daar ter plaatse. En ofschoon ze zich ongelukkig en weinig op haar gemak voelde, ging ze toch vastbesloten naar haar slaapkamer om zich te verkleden. — Als Murray niet zo intens blij was geweest, dat ik bij haar ben, dan zou ik er niet mee doorgaan, dacht Alma, terwijl ze zich aankleedde. Maar hoewel zowel hij als ik weten, dat er niets positiefs gedaan kan worden, toch weet ik zeker, dat hij er min of meer op vertrouwt, dat ik aanwezig ben, als er een crisis komt, om als een soort tegenwicht te werken. Ze haatte de rol, die ze moest spelen. En toen ze weer in de zitkamer terugkwam en merkte, dat ze nog op mevrouw Farraday moest wachten, bleef ze onrustig door de kamer op en neer lopen, van harte wensend, dat deze avond al voorbij was. Door de gesloten deur kon ze de stemmen van mevrouw Farraday en Chrissie horen en uit een bepaalde toon van mevrouw Farraday kon ze opmaken, dat Chrissie iets verkeerd gedaan moest hebben. — Misschien is ze ook alleen maar geïrriteerd, omdat ze aan mij denkt, dacht Alma met een wat verdrietig lachje. Op dat moment werd er op de deur, die op de gang uitkwam, geklopt — Binnen, riep Alma. En aangezien hierop niet dadelijk gereageerd werd, liep ze naar de deur en opende deze. Daar stond Gregory met een stralende lach op z'n gezicht! En terwijl ze een uitroep van verrassing slaakte, voelde ze hoe haar enthousiasme getemperd werd door de teleurstelling, dat hij juist deze avond uit had moeten kiezen om te komen. Hij had haar echter al in zijn armen gesloten en kuste haar hartstochtelijk. — Is dat geen prachtige verrassing? zei hij. terwijl hij achter haar de kamer betrad. — O, Gregory het is heerlijk. Maar waarom heb je 't me niet laten weten, dat je kwam? — Ik wist het zelf niet eerder dan vanmiddag. En ik heb onmiddellijk de eerste de beste trein genomen om naar je toe te komen. Haal je nu maar gauw mevrouw Farraday over om je vanavond vrij te geven, als je al bezet bent, want ik moet morgenochtend onmiddellijk
weer terug. We hebben dus enkel en alleen deze ene heerlijke, lange avond vor ons beiden! — O, Gregory! Haar gezichtje stond nu werkelijk verdrietig. — Het is onmogelijk.... ik bedoel, ik kan vanavond onmogelijk met je uit! Kun je niet.... — Waarom niet? Zijn teleurstelling was haast pijnlijk. Mevrouw Farraday zal het toch vanzelfsprekend begrijpen, wat dit voor ons betekent! — Wat moet ik begrijpen? vroeg mevrouw Farraday, op dat moment da kamer binnenkomend. — Goedenavond, meneer Penge. Dat is een verrassing! Komt u Alma vanavond van me weghalen? HOOFDSTUK X. Bij deze vraag, die mevrouw Farraday met een vriendelijke glimlach stelde, helderde Gregory's gezicht onmiddellijk
op, terwijl Alma niet goed wist, hoe ze kijken moest. Het was overduidelijk — de blik in haar ogen sprak boekdelen — dat het voor mevrouw Farraday persoonlijk van het grootste gewicht was alléén naar Nan Cadie's dinertje te gaan. En dat betekende eveneens, als de theorieën van Murray en Alma klopten, dat tot elke prijs verhinderd moest worden, dat ze daar alléén heen ging! — Ik was juist bezig Alma te vertellen, hoe ik plotseling een kans kreeg om hierheen te komen voor slechts enkele uren, begon Gregory uiteen te zetten, voordat Alma in staat was een woord uit te brengen. En ik sprak de hoop uit, dat u zoudt begrijpen, dat dit een zeer bijzonder geval is, en dat u haar voor deze avond vrij-af zoudt willen geven. Mevrouw Farraday glimlachte op haar meest innemende wijze. — Maar natuurlijk.... begon ze. Alma onderbrak haar echter: — Ik heb Gregory zo juist uitgelegd, dat het
onmogelijk is, mevrouw Farraday. Ik heb mevrouw Cardie beloofd, dat ik zou komen, en ik kan haar nu niet op 't laatste moment afzeggen. Het spijt me meer dan ik zeggen kan, Gregory. Ze legde een hand op zijn arm, als wilde ze de teleurstelling, die ze hem bezorgde, wat verzachten. — Als je tevoren had gebeld of een telegram had gezonden.... — Maar, lieve kind, Nan zal het toch zeker begrijpen, zei mevrouw Farraday, die niet anders dan begrip toonde yoor de situatie. — Ik zal 't haar persoonlijk uitleggen en je verontschuldigingen overbrengen. — Nee, werkelijk, ik kan het niet doen.... — Alma! Gregory's stem klonk verwonderd en ontstemd tegelijkertijd. Als mevrouw Farraday toch zegt, dat het in orde is, dan is dat toch zeker zo! (Wordt vervolgd.)
"Feuilleton ALMA's DUBBELE TAAK". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
ELF KOPLEIDERS VAN DE AMERIKAANSE COMMUNISTISCHE PARTIJ werden door het gerechtshof in New Vork veroordeeld tot een maximum straf van tien jaar en een geldboete van 10.000 dollar, wegens een samenzwering om de regering ten val te brengen.
"ELF KOPLEIDERS VAN DE AMERIKAANSE COMMUNISTISCHE PARTIJ". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
In rapporten uit Java wordt gezegd, dat er sterke aanwijzingen zijn, dat Tan Malakka, de communistische leider, van wie gemeld was dat hij in April geëxecuteerd is, nog steeds in leven is en bezig is de republikeinse guerilla's aan te zetten hun strijd tegen de Nederlanders te hervatten. Verantwoordelijke kringen zeggen, dat er in deze rapporten de nadruk op wordt gelegd, dat het niet honderd procent zeker is dat Tan Malakka nog steeds actief is. doch dat de aanwijzingen van de afgelopen dagen dat dit inderdaad het geval is, vele zijn. Inlichtingen uit republikeinse eenheden opgediept wezen er op, dat Tan Malakka verantwoordelijk was voor het schenden van de cease-fire overeenkomst door de guerilla's en voor hervatting van militaire activiteit, met inbegrip van de bezetting van gebieden die zij voor het cease-fire niet bezet hielden. Republikeinse leiders meldden op 25 Mei, dat Tan Malakka geëxecuteerd was in April op bevel van generaal Sungkono, republikeins militair gouverneur op Oost Java. Zij zeggen, dat er geen verder bewijs was, dat de executie inderdaad heeft plaats gevonden.
"Leeft Tan Malakka toch nog?". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
Voor het eerst na twee jaar zal Wysjinkski vandaag te Lake Success een officiële persconferentie houden. Ter gelegenheid daarvan zal de Russische afgevaardigde . bij de V.N. een redevoering houden, welke naar een Sovjetwoordvoerder verklaarde „buitengewoon belangrijk" zal zijn. Wysjinski zou alle belangrijke internationale kwesties bespreken, zo zeide hij. Over hetgeen Wysjinsky zal hebben te zeggen, doen wilde geruchten de ronde. De Sovjet-woordvoerder wilde geen commentaar geven op berichten, dat Wysjinsky Ruslands uittreden uit de Verenigde Naties zou aankondigen voor het geval JoegoSlavie in plaats van Tsjecho-Slowakije in de Veiligheidsraad zal worden gekozen In diplomatieke kringen wordt evenwel de aandacht gevestigd op het feit, dat Wysjinski zijn ongebruikelijke persconferentie bijna aan de vooravond houdt van de plenaire zitting der Algemene Vergadering, waarop de controverse tussen Joego-Slavie en Tsjecho-Slowakije zal worden beslist.
"Heden belangrijke rede van Wysjinski". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
(Van onze Brusselse correspondent). „Ik heb nog nooit zo'n harde Benelux-conferentie meegemaakt", zeide ons een Belgische monetaire expert. Het betekent, dat te Luxemburg de moeilijkheden, welke de spoedige realisatie van een volledige economische unie in de weg staan, duidelijker dan ooit tevoren was gebeurd, werden omlijnd. De Belgische en Nederlandse regeringen en ambtenaren-delegaties zijn het niet eens over volgende problemen: De monetaire politiek: in de volledige unie mogen de beide partners van elkaar geen goud of dollars vorderen, ter aanzuivering van handelsschulden, aldus de Nederlandse versie, welke op grond van stevige argumenten door minister-president W. Drees werd uiteengezet. Minister Lieftinck, die op deze conferentie de paladijn van het dirigisme was, verklaarde dat een land zonder monetaire reserves niet langer onafhankelijk in zijn beslissingen blijft en het dus uitgesloten moet worden geacht, dat Nederland in de toekomst nog zou kunnen overwegen goud of dollars af te staan om handelsschulden af te dekken.
De Belgische visie, welke voornamelijk door de veranlwooraelijKe beigiscne Benelux-mmjster wera veraeaigd, n.1. Paul van Zeeland, gaat uit van ae economische realiteit. In een economische unie moet de betalingsbalans in evenwicht zijn, het staatsbudget en ook de kapitaalmarkten. Een uniepartner, welke dit interne en externe evenwicht verstoort, moet onmiddellijk onderzoeken, waar de zwakke plek zit. Hij moet de maatregelen nemen, die de toestand in orde brengen en als laatste waarschuwing, als laatste signaal voor hij in de afgrond stort, moet de goud- of dollar-clausule in 't leven gehouden worden. Met andere woorden: indien Nederland of België op een bepaald moment aan inflatie doen, dan zal men dit merken, doordat zich te Brussel of Den Haag resp. te veel guldens of francs zullen opstapelen. Deze zullen de minimumgrens overschrijden van het monetaire crediet, dat beide landen elkaar toestonden. Indien de monetaire goudclausule als dan niet zou werken dan zou ofwel Nederland ofwel België de financiele !ast dragen van de fouten, door een van beide bedreven. Een land, dat aan inflatie doet, importeert inderdaad te veel en soupeert dus de harde dollars en Zwitserse francs van de gemeenschappelijke deviezenpot op. Deze gemeenschappelijke pot is op de conferentie niet eens meer ter spiake gekomen en het blijkt nu wel duidelijk, dat men nog veraf is van een oplossing in deze zo bestreden monetaire kwestie. De regeringen zij.i 't niet eens over de unificatie van de omzetbelasting (in België overdrachttaxe genoemd). Maar experts stellen zich de vraag: is het wel nodig alle taxes en belastingen gelijk te scheakelen? In Nederland betaalt men minder omzetbelastingen dan in België, maar de directe belastingen zijn in Nederland veel hoger. „Gelijkschakeling van de omzetbelasting zou mij 4 milliard francs kosten," zei ons de Belgische minister van financien Hendrik Liebaei*, laat ons dan maar liever een cordon van douaniers aan de grens houden, om deze belastingverschillen te heffen. Er is wel overeenstemming bereikt inzake de alcohol en de benzine. De borrel zou in België niet meer dan 4 frs. kosten, wat mogelijkheden opent voor de Nederlandse jenever. De benzine zou minder kosten, maar de Belgische automobolisten zouden meer voor de aankoop van een auto moeten betalen. Het bier zou op dezelfde accijns, namelijk drie en een halve keer de vooroorlogse, blijven gehandhaafd. DE LANDBOUWPOLITIEK. Er is weinig overeenstemming bereikt inzake de landbouwpolitiek, België wil geen exportfonds oprichten, omdat de Belgische boeren nooit de discipline zullen opbrengen, welke voor dergelijke organisaties onmisbaar zijn. De Nederlandse boeren willen het gehele dirigistische landbouwsysteem behouden, omdat het „onmiskenbaar"
prachtige resultaten heeft opgeleverd en er in elk geval een minimumprijs was gegarandeerd. Het landbouwprotocol van 9 Mei 1947, dat de invoer van Nederlandse producten, op grond van minimumprijzen, kan stoo zetten, wordt behouden. Terwijl de Belgische landbouw dus intern „liberaal" is, wordt deze vrije binnenlandse markt
beschermd door een protectionistisch systeem. Dit verklaart gedeeltelijk, waarom de Belgische land- en tuinbouwproducten geen exportkwaliteit verwerven. De boeren wanen zich veilig en doen niet de nodige monernisatie-inspanningen. De conferentie is het echter wel eens over veel techniscne problemen in verband met de handelspolitiek, de buitenlandse handeisaccoorden, de besparing inzake dollarimporten, Europese politiek. Tenslotte is een van de bijzonderste resultaten, dat een voorunie verdrag is ondertekend, waarbii de goud of dollarclausule geen rol zal spelen, namelijk tot 30 Juni 1950, datum waarop de voor-unie in definitieve economische unie moet overgaan. Een datum, welke waarschijnlijk nog wel een paar keer zal worden verschoven, want in de volledige unie blijft de goud-clausule gehandhaafd. De voor-unie is rijkelijk van dollars voorzien, n.1. van 7 milliard francs, zodat men hoopt dat tot 30 Juni, geen grotere export van Belgische producten naar Nede land zal moeten gefinancierd worden. In elk geval accepteert België dit risico. In ruil voor deze concessies zal Nederland de textielen metaalsoorten vrij laten of dit spoedig mogelijk maken. Men kan dus resumerend zeggen, dat deze conferentie het einde van de Benelux betekent. Maar het einde van alle gepraat en het begin van de harde werkelijkheid.
"Na de besprekingen in Luxemburg „Nog nooit zo'n harde Beneluxconferentie meegemaakt" Niet het èinde van de Benelux, maar het èinde van het gepraat". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
12. De zaalwachter ging achterdochtig en verbaasd met Panda de zaal uit om eens raar het bewuste stof te gaan kijken, en nu kon Joris Goedbloed dus zijn gang gaan. „Mijn waarde", zei hij op ontroerde toon, „gij hebt een kenners-oog! Hoe zou mijn logge tong in staat zijn om de heerlijke, stralende schoonheid te beschrijven, die een fijn-ciselerende kunstenaarshand in dit wonderlijke beelteniske wist te leggen? En tóch om nog eens te lachen, gelijk gij zo treffend opmerkt. Dit kostelijke exemplaar....' „Laat maar zitten, Pietersen", viel William T. Bobberbroek hem in de rede. „Zeg nou maar hoeveel, dan is hij verkocht.". „Wel acht tja", weifelde Joris, „komaan — omdat gij een waarachtig en rechtschapen kunstkenner zijt,
wil ik van dit heerlijk werkje afsland aoen voor hondeid rijksdaalders! Ik gun het u — hoewel het mij smart er van te scheiden " Maar intussen had de voortreffelijke E. E. Spattenpieper, de zaalwachter, zich over de schildering in de gang gebogen en alles met zijn vinger na-gevoeld, en nu zei hij tot Panda:- „Zeg — wou je mij voor de gek houden? Daar is geen stof!" „O — nee, dat wist ik wel", zet Panda. „Maar Mijnheer Goedbloed zei, dat ik u even wtn moest werken." „O — wegwerken!" herhaalde Zaalwachter Spattenpieper. „Zo — wegwerken! En wie is Mijnheer Goedbloed, hè?" Want hij meende te begrijpen, dat er hier iets niet in de haak was.
"PANDA EN DE MEESTER-GIDS". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005
(Speciale berichtgeving). Na vier jaar lang te hebben geijverd voor een redelijke, wettelijke regeling van vergoeding voor materiële oorlogsschade, heeft de landelijke federatie, welke de grote meerderheid van de hierbij betrokken oorlogsgetroffenen .omvat, thans meegedeeld, dat zij de door de regering voorbereide maatregelen onbevredigend en volkomen onaanvaardbaar acht. In verband met de behandeling van het wetsontwerp in de Tweede Kamer, welke op 25 October een aanvang zal nemen, heeft zij dat in een adres ook aan de kamerleden bekend gemaakt.
De heer J. A. Koops, voorzitter van. de federatie, verzekerde in een te Den Haag gehouden bijeenkomst, dat men — na de veie besprekingen van de laatste tijd — heel wat anders had verwacht dan dat waarmede de regegering nu voor ae dag is gekomen. De oorlogsgetroffenen zijn diep teleurgesteld en er gaan talloze stemmen die thans van de politieke partijen willen eisen, dat deze hun — in verkiezingstijd gelanceerde beloften nu waar zullen gaan maken, dat wil zeg§en, dat zij thans voor de gedupeeren zullen opkomen en in het huidige parlement de regering duidelijk zullen maken dat het huidige voorstel onvoldoende is. De federatie heeft haar voornaamste bezwaren in een negental punten vastgelegd, alle minder belangrijke kwesties eenvoudig onbesproken latende, omdat zij weet dat die wensen toch niet vervuld zullen worden. In principe staat de federatie nög op het standpunt dat de vergoeding voor schade aan woningen, bedrijfspanden, bedrijfsuitrustingen, enz. volledig moet zi,jn en dat het gehele Nederlandse volk die last behoort te dragen, maar op practische gronden is men bereid van die eis af te stappen Wat het thans aanhangige wetsontwerp betreft, meent men vooral met klem te moeten opkomen tegen het gehandhaafde systeem van ae ambtelijke vaststelling der vergoeding. Een onafhankelijk beroepsorgaan, waarin ook personen buiten de ambtelijke sfeer zitting hebben, is absoluut noodzakelijk voor het scheppen van rechtszekerheid. De regeling van de schade-vaststelling is gebaseerd op de verkoopwaarde Mei 1940. In de practijk zijn er
echter, volgens de federatie, vele schadeloosstellingen geweest, welke 20 tot 50 pet, onder die verkoopwaarde lagen De afschrijving voor bedrijfsuitrustingen is verder zo hoog, dat niet zelden de waarde vaststelling slechts 10 tot 15 pet. van de vroeger bestede aankoop-prijzen bedraagt. Van federatie-zijde wordt op dit laatste punt vooral gewezen omdat het wetsontwerp bij de credietregeling, de regeling van de uitgestelde bijdragen en andere bepalingen, welke tot doel hebben een uiteindelijk herstel mogelijk te maken,, steeds déze waarde-vaststellingen als uitgangspunt noemt. Is die basis onjuist dan wordt daarmede het gehele herstel illusoir. Van federatie-zij de wenst men er tenslotte de aandacht op te vestigen, dat de regering een aanzienlijke bijdrage levert tot de bouw van woningwet-woningen. Dé oorlogsgetroffenen vragen zich af, waarom 'het rijk niet eenzelfde bijdrage kan leveren tot de herbouw van woningen en bedrijfspanden van die groep landgenoten, die behalve wat hun huisvesting betreft — ook in velerlei ander opzicht (meubilair, bedrijf en bedrijfsuitrusting) toch al zo ontzettend zwaar zijn belast. HUWELIJK SARAH CHURCHILL. De actrice Sarah Churchill, dochter van Winston Churchill. en Anthony Beauchamp, een society-fotograaf hebben gisteren te kennen gegeven, dat zij heden (Dinsdag) in het huwelijk ■ zullen treden. Sarah Churchill heeft toestemming van haar ouders. Zij was in 1943 gescheiden van de acteur Vic Oliver.
"Oorlogsgetroffenen in verzet Wetsontwerp regeling vergoeding materiële oorlogsschade onaanvaardbaar geacht". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant". Enschede, 1949/10/18 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000058163:mpeg21:p005