Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant en Vrije Twentsche courant

Drie Nederlandse leerlingvliegers, een Engelse instructeur en een instructeur-telegrafist van de Rijksluchtvaartschool te Gilze-Rijen hebben gisteravond om vijf minuten voor half elf het leven verloren bij een vliegtuigongeluk 4 k.m. ten Noordwesten van het vliegveld Schiphol. Zij waren om 9 uur gisteravond in de Beechcraft PH UDI van Gilze-Rijen opgestegen om bij Schiphol nachtlesvluchten te maken. Het toestel is door onbekende oorzaak in de bomen naast een boerderij aan de hoofdweg even buiten Badhoevedorp in de Haarlemmermeer terecht gekomen, over de kop geslagen en op de walle kant van de Hoofdvaart brandend neergestort, waarna het onmiddellijk ontplofte. Alle inzittenden waren op slag dood.

Van het vliegtuig is slechts een wrak overgebleven,' dat half in het water van de hoofdvaart ligt. De linkermotor kwam in de sloot, die om de boerderij ligt, terecht. De romp kwam op de walkant neer. Voor zover hedenmorgen uit het door diverse luchtvaartautoriteiten op Schiphol gereconstrueerde verloop van het ongeluk blijkt, had net toestel juist een z.g. doorliggende landing gemaakt op een startbaan van Schiphol. Daarbij steeg het zonder noemenswaard vaart te'minderen onmiddellijk weer van de landingsbaan in Noordwestelijke richting op. Vermoedelijk heeft het niet voldoende hoogte gekregen. In ieder geval raakte het de top van een boom, die zich schuin achter de boerderij bevond. De top knapte af en het vliegtuig botste vervolgens tegen een 25 meter verder voor de boerderij langs • de hoofdweg staande rij populieren op. Het bleef met beide vleugels haken, maakte een volle slag in de lucht en stortte over de weg neer. Het felle vuur alarmeerde de brandweren van de rijksbrandweerinspectie te Badhoevedörp en Hoofddorp. Van Schiphol rukten de Rijksluchtvaartdienst, de recherche van de Rijkspolitie, brandweer en geneeskundige hulp vrijwel onmiddellijk uit. Ook de geneeskundige dienst uit Badhoevedorp was snel ter plaatse. Het vuur werd met behulp van schuimblusapparaten zeer spoedig gedoofd. Het verongelukte toestel was niet alleen van Gilze Rijen opgestegen voor de lesvlucht bij Schiphol. Het had de tocht gemaakt met 4 andere Beechcrafts, alle bemand met een instructeur en leerlingvliegers. De vijf toestellen waren bezig circuits te draaien boven Schiphol, waarbij zij telkens doorliggende landingen uitvoerden en meteen weer opstegen. De andere vier toestellen, die eveneens vlak bij het vliegveld in de lucht waren, zetten hun nachtoefeninsen na het ongeluk nog een uur voort. De bemanningen hadden aanvankelijk niets van het ongeluk bemerkt en werden radiografisch naar Schiphol teruggeroepen. Om psychologische redenen werden zij later op de avond opnieuw de lucht ingestuurd en vervolgden hun lesvluchten. Het houden van nachtlesvluchten geschiedt regelmatig teneinde de

leerlingen vertrouwd te maken met het 'vliegen in het duister. Het had in de bedoeling gelegen, dat dit deze week iedere avond zou geschieden. Aan de rijksluchtvaartschool te Gilze Rijen worden de toekomstige burgerpiloten opgeleid. De slachtoffers zijn: A. H. Bender, instructeur R.L.S., uit Engeland; G. J. Klumpes, radio-telegrafist, Wassenaar; A. A. de Ridder, leerling, Hilversum; M. Draaisma, leerling. Den Haag; P. H. Westerhof, leerling, Zeist. Instructeur A. H. Bender was 26 jaar oud. Hij was een Engelsman, die in de tweede wereldoorlog als „flight lieutenant" bij de luchtvaartdienst van de Engelse Marine met een vliegtuig opereerde van vliegdekschepen af. Hij vocht mee in de buurt van Ceylon. De heer Bender, die te Breda woonde, was het laatst levende lid van zijn familie. Zijn ouders zijn beide overleden en zijn enige broer sneuvelde in'de tweede wereldoorlog. Instructeur Bender was sedert November 1946 als instructeur bij de Rijksluchtvaartschool in dienst. De radio-telegrafist G. J. Klumpes was 35 jaar oud. Hij woonde te Wassenaar en was sinds September 1947 als telegrafist in dienst van de R.L.S. De leerling de Ridder was 25 jaar oud; zijn collega Draaisma was eveneens 25 jaar; de leerling Westerhof was 26 jaar. De laatste drie volgden reeds ruim twee jaar de opleiding aan de school. Eind Mei, begin Juni zouden zij haar beëindigd hebben. De radio-telegrafist Klumpes was de enige gehuwde onder de slachtoffers. Hij had drie kinderen. De leerling Draaisma was een broer van de K.L.M.-gezagvoerder Draaisma. Nieuwe textielpunten. (Van onze Haagse correspondent.) Naar wij vernemen kan deze week weer een aanwijzing van textielpunten tegemoet worden gezien. Verwacht wordt, dat voor de komende periode 5 a 10 punten meer zullen worden toegekend. De beslissing van de minister van Economische Zaken kan op korte termijn worden tegemoet gezien. Men verwacht in vakkringen, dat dit de laatste puntenaanwijzing zal worden. De voorraden zijn ruim voldoende om 50 punten geldig te verklaren. Van overheidszijde zou evenwel de vrees bestaan, dat de billijke verdeling in het gedrang zou komen, bij opheffing der textieldistributie. Men wijst ons er echter op, dat in WestEuropa naast het verslagen Duitsland alleen Nederland nog textieldistributie kent. Van de zijde van België," waar men met grote voorraden zit en reeds lang een ernstige werkloosheid in de textiel-industrie heerst, wordt in Benelux-verband druk op Nederland uitgeoefend. Ook anderszins heeft het probleem moeilijke facetten en onze regering staat voor een lastige beslissing.

— Friesland telde voor de oorlog ongeveer 800 Joden. Thans zijn- er nog een goede 100 over. Tei nagedachtenis aan de ontvoering van de zevenhonderd Friese Joden zal de opper-rabijn J. Tal uit Amsterdam op 4 Mei a.s. op hei Joodse kerkhof te Leeuwarden een gedenkteken onthullen. — Te Deventer overleed gisteren op 64-jarige leeftijd de heer G. van Roekei, directeur van Sociale Zaken aldaar. Voorts was hij o.a. voorzitter van de kring Overijssel van leiders van openbare diensten en instellingen van sociale zorg en landelijk voorzitter van de Nederlandse Bond van Staatspensioennering. — De herdenking der gevallenen in het vroegere' concentratiekamp Vughl zal Woensdag 4 Mei om 2 uur aanvangen. De samenkomst zal zijn bij het Thomson-monument. Vandaar zal men gaan naar het monument-kamp Vught. — In de gisteren gehouden vergadering van de Apeldoornse gemeenteraad is tot directeur van de op te richten gemeentelijke geneeskundige dienst benoemd de heer W. H. Geursen, arts te Haarlem. — De Rijkstelegraaf meldt: Telegrammen voor Nanking. Peiping en Tientsin kunnen tot nader order niet worden aangenomen. — De Lochemse burgerij zal in het aanstaande seizoen weer een openluchtspel in het theater „De Zandkuil" opvoeren. Gekozen is „Jan Allemaan roept", een spel van illusies in drie bedrijven door Kees Spierings. — Van 1 Mei af bestaat gelegenheid tot telefoneren tussen Nederland er: West-Berlijn onder de voorwaarden gelijkluidend aan die, welke reeds gelden voor het telefoonverkeer met de Westelijke zones van Duitsland.

Weersverwachting, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig van Woensdagavond tot Donderdagavond. (Opgemaakt te 10 uur). Wat meer bewolking. Minder koude nacht met alleen in het Zuid-Oostelijk deel van het land nog hier en daar lichte nachtvorst en mist tegen zonsopkomst. Over het algemeen meer bewolking dan vandaag en op enkele plaatsen gedurende korte tijd enige lichte regen of motregen. Zwakke tot matige wind hoofdzakelijk tussen West en Zuid-West. Overdag iets hogere temperatuur. Donderdag 28 April: Zon op 5.17 — onder 19.59 Maan op 5.14 — onder 20.31

President Truman heeft gisteren met Philip Jessup voorstellen besproken, welke zouden kunnen leiden tot de opheffing van de Sovjet-Russische blokkade van Berlijn. Dr. Jessup zeide, dat de zaken er thans hoopvol uitzien. Moskou is bereid de blokkade op te heffen, mits de besprekingen tussen de Grote Vier hervat worden. In officiële kringen te Washington was men gisteravond optimistisch over de hervatting van de bespreking der Duitse kwestie door de ministers van butenlandse zaken der Grote Vier. Men achtte het mogelijk, dat de blokkade binnen 60 of zelfs 30 dagen zou worden opgeheven. Men verklaarde verder, dat dr. Jessup aan Malik een voorzichtig, doch bevestigend antwoord op de Russische voorstellen zou geven. Als eenmaal een bevredigend antwoord van de Sovjet-Unie was ontvangen, zouden de technische details van de opheffing der blokkade niet veel tijd meer behoeven te kosten.

Reeds Russische voorbereidingen — buitenlandse zaken deelde gisteren bedat Uit de thans binnengekomen richten kan worden opgemaakt, van Russische zijde bereidheid bestaat tot het doen van concessies. De samensmelting van de West-Duitse zones en dé toekomstige vorming van een West-Duitse regering zullen aan de wijziging in de houding van Moskou wel niet vreemd zijn. Volgens Duitse politici, die verklaren, dat zij in nauw contact staan met het Sóvjetrussische militaire bestuur te Berlijn, heeft het Sóvjetrussische hoofdkwartier te Karlshorst bevel uit Moskou ontvangen, dat onmiddellijk alle technische voorbereidingen voor opheffing van de blokkade getroffen moeten worden. AMERIKAANSE VERKLARING. Het Amerikaanse ministerie van

mede, dat de weg vrij schijnt te zijn voor opheffing van de Berlijnse blokkade en een bijeenkomst van de raad van ministers van buitenlandse zaken, indien de Tass-berichten over a e huidige houding van de Sovjet regering accuraat zijn. Het ministerie gaf een breedvoerige verklaring uit waarin de geschiedenis werd toegelicht van de „Vredesvoelhorens". welke Maandagavond door Tass gemeld waren. Het departement deelde mede, dat het laatste woord over de houding van Engeland, Frankrijk, en de Ver. Staten vandaag aan de Russische afgevaardigde bij de V.N., Jacob Malik, zal worden overgebracht. Deze drie mogendheden hebben, terwijl haar ministers van buitenlandse zaken te Washington bijeen waren een eensgezinde houding vastgesteld ten aanzien van de Belgische kwestie, Dit standpunt luidt: 1. Wederkerige en gelijktijdige opheffing van alle door dé Sovjetunie sinds 1 Maart 1948 ingestelde beperkingen van verbindingen, vervoer en handel tussen de Westelijke zones en Berliin en van alle maatregelen, die de Westelijke mogendheden als tegenblokkade tegen verbindingen, vervoer

en handel tussen de Westelijke naar de Oostelijke zones hebben genomen. 2. Het vaststellen van een begindatum voor de bijeenkomst van de raad der ministers van buitenlandse zaken der Grote Vier. Verdere details zullen heden aan Malik worden meegedeeld. De grote drieWesterse mogendheden wensten er zeker van te zijn dat deze twee punten niet voorwaardelijk gesteld zouden zijn in de houding van de Sovjetregering ten aanzien van andere punten die in het verleden overeenstemming over opheffing van de blokkade hebben verhinderd.

IN HET WESTELIJK HAVENGEBIED van Amsterdam wordt, behalve aan het herstel van de Coenhaven, hard gewerkt aan de bouw van een groot houtveem voor het opslaan van tropisch hard hout voor West-Europa. De grondwerken voor de aanleg van de kademuren bij dit veem vorderen snel.

Generaal Clay, de Amerikaanse militaire gouverneur in Duitsland, verklaarde te Berlijn, dat, wat ook het resultaat van de huidige Amerikaans-Russische be. sprekingen te Lake Success zou zijn, niets de vorming van een West-Duitse staat in de weg zal staan. Uit gezaghebbende bron te Washington is vernomen, dat Malik duidelijk is gemaakt, dat de vorming van een WestDuitse regering niet zou worden vertraagd. Men achtte de tijd tussen de dag van heden en de streefdatum voor de vorming van een West-Duitse regering ruim genoeg voor het bijeenkomen van de raad van ministers van buitenlandse zaken. Amerikaanse functionarissen zijn ervan overtuigd, zo schrijft James Reston, de diplomatieke correspondent van de New York Times, dat de Sovjet-Unie met haar aanbod, de blokkade van Berlijn op te heffen, precies hetzelfde voor heeft als toen zij de blokkade uitvoerde — n.1. de oprichting van een West-Duitse regering uit te stellen of te voorkomen. „In officiële Amerikaanse kringen", zo gaat Reston verder, „is men. echter van gevoelen, dat haar kans om dit te bereiken — ofschoon nog geenszins verkeken — niet zo goed is als zij had kunnen zijn, indien Rusland de blokkade had opgeheven en de raad van minister^ van buitenlandse zaken had bijeengeroepen, voordat de overeenkomst t.a.v. de West-Duitse staat werd bekend gemaakt." Niets had de Amerikaanse functionarissen in het verloop van de tien maanden van moeilijke en vaak verrassende onderhandelingen over de blokkade echter meer verbaasd dan het tijdstip, dat gekozen Werd voor de bekendmaking van Tass over de geheime besprekingen tussen Jessup en Malik, die in de afgelopen 10 weken te'New York werden gevoerd. Door het succes van de luchtbrug waren de Amerikaanse functionarissen niet verbaasd, dat de Russen zich bij officiële gelegenheden begonnen te vertonen en ook op andere manieren toonden opnieuw contact te willen opnemen over de kwestie Duitsland.

Wat de Amerikaanse functionarissen echter niet begrepen, was dat de Russen niet openlijk verklaarden, dat zij een aanbod hadden gedaan om de blokkade op te heffen vóór de bekendmaking uit Frankfort, dat overeenstemming was bereikt aangaande de vorming van een West-Duitse regering. Hadden zij dit gedaan, zo menen verantwoordelijke functionarissen, dan zouden de West-Duitse politici het resultaat van de bijeenkomst der ministers van buitenlandse zaken hebben afgewacht, alvorens verder te gaan. Dit uitstel was juist wat de Russen en niet de V.S., Frankrijk en Engeland wensten. Dit was de reden, waarom men van officiële zijde in Amerika de berichten over besprekingen tussen Jessup en Malik weigerde te bevestigen en al het mogelijke deed om deze berichten te verdoezelen en te negeren, wanneer verslaggevers de juistheid ervan poogden vast te stellen, zo besluit Reston.

(Speciale berichtgeving.) , De 250ste vergadering van de Middenstandsraad werd gisteren te Den Haag gehouden, in tegenwoordigheid van de vertegenwoordiger van enige ministers en van meerdere vooraanstaande figuren uit de kringen van de middenstand. Aan deze vergadering was om twee redenen een bijzonder cachet gegeven: In de eerste plaats omdat hiermede een dertigjarige periode van voor de middenstand en het ambacht zeer vruchtdragende arbeid werd afgesloten, en ten tweede omdat de raad binnen afzienbare tijd zal worden opgeheven. De wet op de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie moet nog door het parlement worden behandeld, maar er is alle reden om aan te nemen, dat zij door het parlement in hoofdtrekken zal worden aanvaard. Naar wij vernemen kan de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer over een

dag of veertien worden tegemoet gezien en heel spoedig zal daarop het ontwerp in behandeling worden genomen. Een middenstandsraad in zijn huidige vorm kent die wet niet, Hoe het overleg later zal geschieden, staat nog niet vast, omdat de structuur van de nieuwe organisatie nog nader moet worden bepaald. In een toespraak tot de raad wenste de staatssecretaris van Economische Zaken, mr. W. C. L. van der Grinten, evenwel met nadruk onder de aandacht te brengen, dat in de voorgenomen opheffing van de tegenwoordige status van de middenstandsraad niet mag worden gezien een gebrek aan waardering voor dit instituut van de zijde van de regering. De raad kan op veel nuttige arbeid terugzien en zijn vele gedegen adviezen nebben en toe bijgedragen, dat van overheidswege meer begrip en inzicht is ontstaan in de behoeften en de noden van de middenstand, aldus mr. Van der Grinten. De voorzitter van de raad prof. dr. F. L. van Muiswinkel, bracht onder de aandacht, dat thans een aan de eisen van de komende bedrijfsorganisatie aangepaste nieuwe vertegenwoordiging van detailhandel en ambacht zal moeten worden opgebouwd, omvattende zowel ondernemers als arbeiders. Aan de instelling van een eventueel hoofdbedrijfschap en van bedrijfschappen in detailhandel en ambacht zal echter een periode van naarstige bestudering en beoordeling der in het bedrijfsleven bestaande behoeften moeten vooraf gaan. Men bedenke wel, dat een te kleine behuizing erg is, maar dat het bouwen van een te ruime en te lucratieve woning nog erger is. Om die gevaren te voorkomen deed spreker de suggestie aan de hand gebruik te maken-van de in het wetsontwerp geboden gelegenheid tot het instellen van een „commissie detailhandel en ambacht" van de sociaaleconomische raad. Deze commissie zou men kunnen beschouwen als een „middenstandsraad in nieuwe stijl" waarin de hoofdlijnen uit de historie van de „Middenstandsraad anno 1919" samenkomen en in overeenstemming met de behoef, ten van de nieuw gegroeide situatie kunnen worden doorgetrokken. Mr. Van der Grinten zeide, in antwoord hierop, deze suggestie allerminst'te willen verwerpen. De wijze, waarop de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie en de daarmede verbonden adviescolleges van de overheid tot stand zullen komen, hangt echter grotendeels af van het bedrijfsleven zelf. In het wetsontwerp is in belangrijke mate neergelegd het beginsel van het zeil doen. Het eigen inzicht van de vrij® organisaties in het bedrijfsleven zai voor een belangrijk deel bepalen hoe de bedrijfsorganisatie tot stand komt. Evenals deze raad de vrucht is geweest van eigen werkzaamheid van de organisaties, zo zullen ook de inzichten van de vrije organisaties van het allergrootste belang zijn voor de bedrijfsorganisatie. Amerikaanse minister van marine afgetreden John Sullivan, de Amerikaanse minister van marine, is afgetreden als protest tegen de stopzetting van de bouw van een reuzenyliegtuigmoederschip, „United States , van 65.000 ton.

De taak van het Landbouw-Egalisatiefonds

Nadelig slot met rond 133 millioen verminderd. Bij de Tweede Kamer is ingediend een nota van wijzigingen met betrekking tot de vaststelling van de begroting van inkomsten en uitgaven van het Landbouw-Egalisatiefonds voor het dienstjaar 1949. Aan de toelichting daarop is het volgende ontleend: Vertoonde de oorspfonkeiyke begroting een nadelig slot van f 359.333.000 in het thans aangeboden gewijzigd ontwerp van wet is dit teruggebracht tot f 226.750.000, dus een vermindering van f 132.583.000. Ten gevolge van het streven der regering om de last der subsidies geleidelijk te verminderen en op grond van de recentere gegevens omtrent kwanta en prijzen is in nagenoeg alle sectoren de situatie belangrijk gewijzigd. Sedert de bevrijding had het Landbouw-Egelisatiefonds tot dusverre hel karakter van een levensmiddelensubsidiefonds ten behoeve van de consument. Het mag evenwel worden verwacht, dat het karakter zich in dc naaste toekomst andermaal zal wijzigen en het fonds wederom zal gaan dienen voor stabilisatie van de prijzen van de Nederlandse landbouwproducten. Het Landbouw-Egalisatiefonds moet als een onmisbaar hulpmiddel voor de regering worden beschouwd bij haar streven naar bestaanszekerheid voor de landbouwende bevolking. Sinds de indiening van de begroting voor het landbouwegalisatiefonds voor het dienstjaar 1949 hebben zich de aangekondigde wijzigingen op het gebied van de distributie en subsidiëring van levensmiddelen voltrokken. Thans worden nog de navolgende artikelen op bonnen gedistribueerd: kaas, vlees (vleeswaren), spijsvetten en koffie, terw(jl deze distributie ook Incidenteel nog geschiedt voor enkele

andere artikelen, waarvan een gelijkmatige verdeling gewenst wordt geacht. Voor de eerstgenoemde belangrijke voedingsmiddelen wordt krachtig naar opheffing van de distributie gestreefd, Hoewel met eventuele gevolgen van deze opheffing voor het fonds in de begroting geen rekening is gehouden, wordt voor vlees en vetten als tijdstip gedacht aan het begin van de a.s. herfst. Zoals vanzelf spreekt is het moment, waarop de distributie van deze producten kan wórden beëindigd, ten zeerste afhankelijk van de ontwikkeling van de vleesproductie in eigen land. Door de snelle toeneming van het aantal varkens laat deze zich niet ongunstig aanzien. Ten aanzien van dn subsidiëring zij opgemerkt, dat een wijziging in de subsidiepolitiek, indien deze zou geschieden, een belangrijke invloed zal hebben op de eindcijfers van de huidige begroting. Met betrekking tot het te voeren beleid kan verder nog worden medegedeeld, dat de minister streeft naar een aanmerkelijke vereenvoudiging van het stelsel van heffingen en toeslagen voor de melk en de overige zuivelproducten. De ingewikkelde maatregelen, welke grotendeels slechts een gevolg zijn van het streven om de producenten van alle producten precies de richtprijs te doen ontvangen, oordeelt de minister niet langer verantwoord. Het moet van meer betekenis worden geacht, dat kan worden bereikt, dat de meest gewenste en doelmatige verwerking van de melk zal worden gestimuleerd.

Nederlandse verliezen in Indonesië De regering maakt bekend, dat tot haar leedwezen de volgende verliezen in Indonesie zijn gerapporteerd: Koninklijke Landmacht: Gesneuveld 31 Maart: sold. J. H. Maas uit Maarheeze (N.Br.); sold. E. Smits uit Arnhem; 7 April: sold. J, Pinster uit Rotterdam; sold. J. W. C. van der Worp uit Amsterdam; 8 April: sold. A. Blaauwendraad uit Westbroek; majoor F. H. M. Hazelzet uit Breda; korp. A. Koopmans uit Leeuwarden; 10 April: sold. S. C. Sanders uit Amsterdam; 11 April: sold. J. Breedveld uit Bolnes; sold. A. J. Busschers uit Hengelo (O.); sold. A. J. Krikken uit Vriezenveen; sold. J. G. Swalen uit Vessem (N.Br.); 12 April: sold. H. A. Mars uit Dalfsen; sold. A. Meeuse uit Amsterdam; sold D. C. Mekking uit 's Gravenhage; 16 April: korp. P. G. L. Verbiest uit Amsterdam. Mededelingen Moh. Hatta. De republikeinse premier, Moh. Hatta, heeft te Batavia gedurende meer dan vier uur gesproken met de leden van de republikeinse delegatie, nadat hij persoonlijke besprekingen met dr. Van Royen gevoerd had. Na de bijeenkomst van gisteren heeft Hatta aan een correspondent van A.F.P. medegedeeld, dat de Nederlanders en republikeinen „een nieuwe formule" zoeken, die het mogelijk maakt voort te gaan. Hij verklaarde met nadruk, dat de besprekingfin voortduren en dat hij een nieuw onderhoud met dr. Van Royen zal hebben. Sprekend over de verklaring van de republikeinse woordvoerder heeft Hatta bevestigd, dat het algeheel herstel van de republikeinse regering te Djokja met haar bevoegdheden en vroegere rechten de eerste stap moet zijn tot uitvoering van de resolutie van de Veiligheidsraad. Wat het Nederlandse voorstel inzake het terugtrekken uit een zone van 8 km. rond Djokja betreft verklaarde Hatta. dat dit eveneens slechts een eerste stap betekent, die gevolgd moet worden door het algeheel herstel van het republikeinse bestuur over het gehele gebied van het sultanaat Djokjakarta. Hatta besloot: „Indien de Nederlanders practische mensen zijn, zullen zij de rechtvaardigheid van deze eisen moeten erkennen". Hij voegde toe, dat het opdringen van de Chinese communisten de Nederlanders tot nadenken zou moeten stemmen. Onze correspondent te Batavia berichtte ons hedenochtend dat de formele onderhandelingen zijn gestaakt gedurende de aanwezigheid van Hatta te Batavia, teneinde diens informele besprekingen niet te doorkruisen. Morgen zal Hatta vermoedelijk weer naar Banka térugkeren, en eerst daarna kan men een officiële republikeinse verklaring verwachten. Het verblijf van de Sultan van Djokja te Batavia kan nog enkele dagen wórden verlengd in verband met mogelijk besprekingen van technische aspecten van een terugkeer van de republikeinse regering naar Djokja. Hatta heeft tijdens een diner contact gehad met de momenteel te Batavia aanwezige leden van de B.F.O. onder andere Anak Agoeng. Oudheidkundige vondst te Sittard. In Sittard werd bij de aanleg van een gasleiding een urn gevonden met een doorsnede van ongeveer 40 cm. Het bleek dat men hier te doen heeft met band keramiek of donaucultuur daterend uit een periode van 3000 tot 1700 jaar voor Christus. De urn verkeert in een bijzonder goede toestand en kan gemakkelijk geheel gereconstrueerd worden. Het merkwaardige is, dat deze vonds niet is gedaan in lössgrond. zoals te verwachten was, maar in lichte zandgrond, het zogenaamde middenterras.