Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant

Weersverwachting, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig tot 7 terdagavond. Nevel of mist. In het overgroote deel van het land mist, plaatselijk eenige neerslag. In het Noord-Oosten van het land temperatuur c" 1 bet vriespunt tot lichte vorst. O* temperatuur om het vriesp - nkelijk nog weinig wind, ' toenemend uit Zuid tot OCE Zaterdag 11 Januari: Zon op 8.15 — onder 16 .51 Maan op 22,31 — onder 11.35

De Engelsch \merikaansche miltaire samenwerking. OBRI DJEN (goeden dag') zeide veldmaarschalk Montgomery toen iiü in een lichte sneeuwjacht na zijn aankomst op het vliegveld te Moskou voor de microfoon trad. Hij uitte vrien deiijke woorden jegens het Russische volk dat het meest van alle oorlogvoerende nat'ss heeft geleden en maarschalk Wassiljefski, die bij de aankomsc van den Eng eischen legeraanvoerder tegenwoordig was, vroeg Montgomery onmiddellijk verlof om zijn speech in de Russische bladen te mogen afdrukken. Er is tOv dusver weinig bekend omtrent de werkelijke redenen die Montgomery haar Moskou voerden. Officieel heet het dat de veldmaarschalk een nauwer contact met het Russische leger tot stand wil brengen. Montgomery heeft verschillende militaire inrichtingen bezocht en troepen geinspecteerd en daarover zijn oordeel ten beste gegeven. Over de besprekingen binnenskamers is wein': bekend geworden en 't is waarschijnlijk dat daarover ook in den komenden tijd niet veel zal worden gezegd.

Toch mag men aannemen dat het bezoek wel iets meer zal zijn dan een vriendschappelijke ontmoeting Lusschen overwinnende soldaten. Montgomery's uitnooctiging om naar de Sovjet-Unie te komen dateert van de conferentie van Potsdam. Sedertdien is er veel gebeurd en Montgomery maakt zijn reis niet als de aanvoerder van het Britsche bevrijdingsleger, maar als stafchef van het Engelsche imperium zoo zegt de Daily Telegraph. Zijn bezoek, zoo schrijft invloedrijke Engelsche blad, zou een kalmeerende werking moeten hebben niet alleen op het Russische volk en zijn leiders maar ook op een aantal leden van hel Britsche Lagerhuis, waarmede de labourrebellen worden bedoeld, die van oordeel zijn dat Engeland zich ook in militair opzicht te nauw bindt aan de Vereenigde Staten Het blad legt er den nadruk op dat • > Engelsch—Amerikaansche unificatie in opleiding en wapenaanmaak i egen geen enkel land is gericht, maar mer. voelt het-i goed dat dit in de Sovjet-Unie een cnaanger.amen indruk zou kunnen maken. D e ie nauwe militaire samenwerking tusschen Engeland en de Vereenigde Staten wordt in de SovjetUnie met groote aandacht gevolgd en het is niet zonder toeval dat de Prawda op denzelfden dag dat Montgomery

in de Sovjet-Unie aankwam nog eens de militaire verbondenheid van de beide Westelijke mogendheden in de herinnering terugriep. Het blad wees op de standaardiseering van wapenen, over de handhaving van het comité der geallieerde generale staven te Washington dat in den oorlog werd opgericht er oo de nauwe samenwerking tusschen de R.A.F. en de Amerikaansche luchtmacht, welke o.m. tot gevolg zal hebben dat de opleiding gemeenschappelijk ter hand zal worden genomen De Prawda herinnert er aan dat deze 'eiten in de buitenlandsche pers verrassing hebben gewekt. Er is op het oogenbiik geen sprake van een onmiddellijke oorlogsdreiging en meerderheid der Vereenigde Naties neeft bij de besprekingen te New York de Russische ontwapeningsvoorstellen met instemming begroet. Onder deze omstandighecen, zoo schrijft het Russische orgaan kan iedere poginp welke een militaire alliantie ten doel heeft buiten de oestaande organisaties ter handhaving van den vrede, een gerechtvaardigde verrassing wekken. Men mag aannemen dat deze feiten door de Russische generaals onder de aandacht zullen worden gebracht tijdens de besprekingen met Montgomery. Van Engelsche zijde is onlangs de suggestie gedaan om ook de Sovjet-Unie op te nemen in de Engelsch-Amerikaansche alliantie Het moet worden afgewacht of Montgomery daartoe een pogine heeft ondernomen. Er is al veel gewonnen als de veldmaarschalk er in zou slagen het wantrouwen der Russen jegens de zeer nauwe militaire verbondenheid tusschen de Westelijke mogendheden weg te nemen, temeer laar een sfeer van vertrouwen bij de komende internationale besprekingen goed van pas zou komen.

Onze iubileumpri jsvraag Velen hebben ons de vraag gesteld of ook niet-abonné's op Tubantia kunnen meedoen aan onzen jubileumprijsvraag. Dit is inderdaad het geval. Ieder, die het jubileumnummer ontvangen heeft, kan mededingen naar de 179 geldprijzen, die tot een totaal bedrag van ƒ 850.voor de oplossers beschikbaar zijn gesteld. De inzendingstermijn wordt a.s. MAANDAGMORGEN onherroepelijk om 10 uur gesloten, zoodat de inzendingen dan binnen moeten zijn. Wat nog niet ieder blijkt te weten is, dat alle inzenders, ongeacht of zij een geldprijs krijgen of niet, een mooie kalender ontvangen, voor zoover de voorraad strekt. Vergeet niet op de enveloppe „Jubileumprijsvraag" te schrijven en oij de oplossing nauwkeurig en duidelijk leesbaar Uw naam en adres te vermelden

De Rijn is gisteren tengevolge van het dri.jfi.is voor dè scheepvaart gesloten. Het Brioche militaire bestuur heeft medegedeeld, dat de export van steenkool uit de Britsche zone van Duitschland naar België en Nederland moeten worden gestaakt. Ook voor Duitschland zelf zullen de gevolgen zich doen gevoeien. Ailerwege zullen de rantsoenen moeten worden verlaagd, de voedselpositie wordt nadeeiig beïnvloed, daar de invoer stagneert. Door de verlaging van het electriciteitsrantsoen ondervindt het werk in bakkerijen, abattoirs en maalderijen vertraging. In Berlijn, waar het grootste deel der bevolking zonder huisverwarming is, worden sedert Dinsdag honderden menschen met bevroren ledematen binnengebracht. De mogelijkheid, dat zelfs de ziekenhuizen zonder verwarming zullen geraken, bestaat. De Berlijnsche gemeenteraad heeft gisteren een stormachtig debat gevoerd over de situatie, waarin de eisch gesteld werd alle nog bij theaters en bioscopen aanwezige voorraden in beslag te nemen. Hoewel gisteravond in MiddenDuitschland de eerste sneeuw gevallen is houdt de koudegolf onverminderd aan. Ontvluchte S.S.-er gepakt en weer ontsnapt. Ambtenaren van de Prijsbeheersing in Haarlem kwamen bij het ontwarren van een clandestienen textielhandel van de in Amsterdam geboren handelaar D„ die bij het verhoor bekende „iets met de N.S.B. te maken gehad te hebben", tenslotte tot de ontdekking met een SS-er te doen te hebben. Het bloedgroepteeken van de SS verried zijn politiek verleden en bij informatie bleek, dat hij tijdens zijn interneering vrijwillig in de mijneil was gaan werken. Hij had echter weten te ontsnappen en had getracht daarna in den zwarten handel aan de kost te komen. De ambtenaren gaven hem aan de P.R.A. te Haarlem over. Hij werd opgesloten, doch sprong in een onbewaakt oogenblik uit het raam van de eerste verdieping en wist spoorloos te verdwijnen. De P.R.A. heeft in samenwerking met de politie maatregelen genomen om den vluchteling ópnieuw aan te houden.

bonden verkrijgen, Het bestuur van de E.V.C. heeft besloten morgen voor vier en twintig uur het werk in de Rotterdamsche haven neer te leggen. Deze staking zal een proteststaking zijn. De E.V.C. wil er haar ontevredenheid mede te kennen geven over het traineeren van de onderhandelingen, welke van Februari van verleden jaar af nog steeds voortduren. Deze actie houdt, volgens de E.V.C., geen direct verband met de kwestie van de lossing van Antwerpsche schepen. Wat dit betreft kon de E.V.C. niet een haar bevredigende regeling met de „Unie Verkeer" der erkende

Het onderzoek inzake de onregelmatigheden bij de intendance van het K.N.I.L. te Den Haag is thans beeindigd. Gebleken is, dat onder de gearresteerden (24 in totaal) zich eenige militairen bevonden, tegen wie geen strafvervolging wordt ingesteld. Er bevinden zich thans nog 5 personen in arrest, die ervan verdacht werden verduistering en heeling van militaire goederen te hebben gepleegd. Gedurende het onderzoek is bij personeel der intendance een aantal militaire goederen in beslag genomen.

Genadeslag voo -r vele nieuwsbladen.

Doordat gistermorgen de typografen in geheel Frankrijk in staking zijn gegaan, verscheen in Parijs zoowel als in de provincie geen enkele krant. De eenige twee bladen die gistermorgen in Parijs verschenen waren de Europeesche edities van de „New York Herald Tribune" en de Londenschi „Daily Mail". De typografen vragen een loonsverhooging van 25 procent. De laatste „krantenstaking" in Parijs deed zich een jaar geleden voor, echter verschenen er toen wel bladen in de provincies. Thans duidt alles er op, dat men hier met een algemeene staking te doen heeft, die betrekking heefc op het dagbladbedrijf in het ge heele land. Tusschen de stakingsleider, werkgevers

en vertegenwoordigers van de regeering-Blum zijn besprekingen gehouden, die echter op het doode punt geraakten en afgebroken moesten worden. Gistermorgen werd een nieuwe bijeenkomst gehouden. Gedurende den morgen kwam geen enkele krant uit en in ieder geval zullen ook de vrogere middagedities geen van alle verschijnen. De typografenstaking beteekent tezamen met de dreigende staking van de ambtenaren van het ministerie van binnenlandsche zaken — deze verlangen eveneens hoogere salarissen en een her-klassificeering in de salarisklassen — een ernstige zorg voor Leon Blum, die met zijn vijf procent prijsverlaging juist een opmerkelijk succes had behaald, na een tweedaagsche sit-downstaking van de winkeliers. De staking kan tevens de genadeslag beteekenen voor vele Fransche nieuwsbladen, die aan den rand van den financieelen afgrond verkeeren. In het afgelooen jaar moesten twaalf Parijsche dagbladen ophouden te verschijnen. Verscheidene andere staan op den rand van een bankroet. Ook in de provincie zijn tal van bladen, die zich voor groote moeilijkheden geplaatst zien tengevolge van de stijgende productiekosten en dt verminderende inkomsten

Gisteravond heeft prof. Gerbrandy een radio rede gehouden naar aanleiding van de officieele verklaring, welke de regeering deed volgen op zijn redevoering van 2 Januari. De regeeringsverklaring, aldus prof. Gerbrandy, treft niet den zakelijken inhoud van het door mij gesprokene, zij treft niet het machtige probleem, dat ons allen beroert. Zij is, wat men noemt, er naast. Ik had eerder moeten komen met mijn toelichting op de Koninklijke verklaring van 7 December 1942, zoo luidt het verwijt. De Koninklijke radiorede van 7 December 1942 is helder als kristal. Zij had heusch aan toelichting geen behoefte. Waarom h-3b ik die op 2 Januari toch gegeven? Bij het lezen van de Kamerverslagen heb ik mii bitter geërserd over het misbruik, dat fremaakt werd van de Koninklijke radiorede van 7 December 1942, door haar als dekmantel te eebruiken voor een beleid, dit met de door baar aangewezen weg en met haar inhoud vloekt. Hoe ter wereld kan men mii toevoegen, dat ik in 1945 een tojlichting had moeten geven op dit op zich zelf glasheldere stuk, omdat verschillende pro Linggadiati-sprekers einde 1946 er uit wilden halen, wat er niet in ligt. DE DUBBELE FUNCTIE VAN DR. VAN MOOK. Ik zou wel de laatste mogen zijn om dr. van Mook op het punt van overschrijding der grenzen van de grondwet te kritiseeren. want ik zou zelf heb'oen bevorderd dat hi.i met ongekende macht werd bekleed. Prof. Gerbr&ndy herinnerde aan de be. noeming van dr. van Mook tot luitenantgouverneur-generaal op verzoek van gouverneur-generaal Tjarda van Starkenborgh Stachouwer en in het najaar 1944 tevens tot minister van koloniën. Is er toen in werkelijkheid een machtsopeenhooping geschapen, die allerbedenkelijkst is? — Daar is geen sprake van. In het najaar 1944 hoopten wij op een snelle bevrijding van Nederland. De tijd scheen aangebroken dat dr. van Mook als luitenant-gouverneur-generaal zou terugkeeren naar het Verre Oosten. Laat hij voor dien korten tijd lid van ons kabinet blijven, gebonden aan samenwerking met oas. Hij moet dan weliswaar op eigen gelegenheid ginds werken, maar hij moet dan ook naar Londen komen voor kabinetsbesprekingen, en blijft dus gebonden. Aldus is geschied Dit is juridisch inderdaad een monstrum, maar een praktische noodmaatregel in oorlogstijd. Intusschen Nederlands bevrijding kwam niet. Toen dit duidelijk werd, is den heer van Mook mdegedeeld, dat de samenkoppeling van functies beëindigd moest worden. En ze i s beëindigd. Dat vertelt de regeeringsverklaring er niet bij. Is dan misschien de macht, gegeven aan den luitenant-gouverneurgeneraal, te groot geweest? — Natuurlijk moest de luitenant-gouverneur-generaal bijzondere bevoegdheden hebben. Die ver. langde hij ook. Maar hij heeft niet gekregen wat hij verlangde, bij lange niet. Hij kreeg wat het kabinet na langdurige beraadslaging voor korten overgangstijd beslist onvermijdelijk en nuttig vond. EEN BESLISSENDE BEPERKING. De herbenoeming van dr. van Mook ln 1944 geschiedde met een alles beslissende beperking: Straks is Nederland bevrijd; dan is het niet zooals thans, dat we geen keuze hebben, want in dat bezette Nederland zijn figuren, die na den val van Japan deze functie met eere kunnen vervullen, Uw benoeming thans bindt in geen enkel opzicht onze opvolgers. En in de tweede plaats: U wordt niet gouverneur-generaal, maar luitenantgouverneur-generaal, die slechts zeer tijdelijk de bevoegdheden van gouverneur-generaal uitoefent. Wij hebben een gouverneur-generaal, Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, die straks weer vrij zal zijn. Mocht u luitenantgouverneur-generaal blijven, waarover wij niet zullen hebben te beslissen. dan nog alleen als ondergeschikte van den heer Tjarda van Starkenborgh na diens bevrijding. Wat wij wenschten was dit: bij de bevrijding van Ned.-Indië zal de dan verloste Tjarda van Starkenborgh door het gezag, dat hij had verworven tegenover de volken van Ned.-Indië, tegenover de regeeringen van de volken der wereld, voor ons het herstel der eeuwenoude verbindingen van Nederland en Indië ten tijde der bevrijdin' r gemakkelijk maken. Dat was de politiek van het kabinet, dat doo r mii "'enresideerd werd Tot zoovt mijn verantwoordelijkheid EEN ANDER BELEID. Dit beleid is door de twee opvolgende kabinetten geheel omgebogen. Men beeft den heer Tjarda van St?"kenborgh laten gaan, omdat men niet het beleid.

door hem en ons voorgestaan, maar wel dat van dr. van Mook begeerde. Wij weten thans dat de man die in Londen met ons samen vocht om den Japanner te verslaan, nu bevordert de consolidatie van een republiek van Japansch-fascistische oorsprong onder presidentschap van eeri man, die met de Japanners collaboreerde'. In de officieele verklaring wordt gezegd, dat de regeering voortgaat met den arbeid aan de uitwerking der overeenkomst. Men wrijft zich de oogen uit. Uitwerking van een overeenkomst, die nog door aeen der partijen geteekend is. Waarom deze haast om de afschuwelijke republiek in het zadel te helpen, het stormpastempo waarmee Indië van Nederland wordt weggescheurd. De officieele verklaring spreekt dan van de voorbereiding eener ronde-tafel-conferentie en uiteindelijk, dat is dus het slot, van een voorstel tot grondwetswijziging. Het kabinet haast zich de republiek te vestigen en al- dat geschied is, dan zal het later, veel later aan het Nederlandsche volk vragen: Verander nu uw grondwet om haar met dien toestand in overeenstemming te brengen. Ik veroorloof mij deze vraag: Als dan het Nederlandsche volk zegt, neen, zoo willen we het niet, wie is verantwoordelijk voor de politieke chaos, waarin, het Koninkrijk der Nederlanden dan zal verkeeren? De officieele verklaring protesteert tegen de wijze waarop ik den met volharding aan zijn zware taak arbeidenden luitenant-gouverneur-generaal dr. van Mook zou hebben aangevallen. De bescherming der inlandsche bevolking tegen willekeur, van wien ook, is een der gewichtigste plichten van den gouverneur-generaal, zoo zegt artikel 45 der Indische staatsregeling. Ik hoor wel veel van een gouverneur-generaal die, onder goedkeuring van het kabinet, dat gretig achter hem aanloopt, met volharding arbeidt aan het formeeren van nieuwe staten, die onze grondwet niet kent. aan het confereeren met menschen, die zich ministers noemen, maar alles missen wat een minister tot minister maakt. Ik hoor echter bitter weinig van de vervulling der plicht, die de Indische staatsregeling, dat is de grondwet voor Indië, als de eerste van alle plichten hem oplegt. De officieele verklaring zegt, dat de regëering haar beleid in de volksvertegenwoordiging heeft toegelicht en deze ongevraagd zich in groote meerderheid achter haar voornemens heeft geschaard. Inderdaad, wat de Tweede Kamer betreft (de Eerste moet zich nog uitspreken) heeft de regeering een overwinning behaald. Of de leden van het kabinet diep in hun hart het ook een overwinning noemen, betwijfel ik. Maar d i t is zeker: in het volk, dat zich niet gewonnen wil geven en bij onze jongens in Indië. in wier borst het nationaal gevoel voor recht is ontgloeid, daar heeft het kabinet haar zaak reeds verloren. De chauffeursstaking te Londen. In een verklaring van het Britsche ministerie van arbeid worden de 13.000 Londensche vrachtautochauffeurs verzocht terstond naar het werk terug te keeren en zich te onderwerpen aan een beslissing van den loonenraad, welke Maandag a.s. de situatie zal onderzoeken. In de verklaring wordt de verzekering gegeven, dat de beslissing zal worden genomen op grond van een eerlijk en onpartijdig aanhooren van de eischen der arbeiders.

Ten departemente van Overzeesche Gebiedsdeelen, wordt thans de laatste hand gelegd aan een wetsontwerp, houdende uitbreiding van de CommissieGeneraal tot ten hoogste 5 leden. Dit wetsontwerp zal dezer dagen aan den ministerraad worden voorgelegd. Prof. Posthuma, die binnenkort naar Indonesië vertrekt, zal daar reeds dadelijk in het werk van de Commissie-Generaal worden ingeschakeld.

Prof. Posthuma werd op 25 Juli 1900 te Djember (Oost-Java) geboren. Van 1921—1925 volgde hij de colleges aan de Ned. Handelshoogeschool te Rotterdam en slaagde in 1925 cum laude voor het doctoraal examen Zijn functie van directeur van de Nederlandsche Bank N V ving hij aan op 1 November 1945. In dezelfde maand werd hij benoemd tot buitengewoon hoogleeraar aan de Economische Hooseschool te Rotterdam. Gedurende de afwezigheid van prof Posthuma wordt zijn functie als directeur waargenomen door den heer Westerman Holstijn, die er 15 Januari a.s. wegens de pensioengerechtigden leeftijd zal aftreden als directeur-secretaris. Prof. Posthuma vertrekt op 21 Jan a.s. naar Indonesië. Met dit vertrek wacht hem als financieel econoom een bijzondere taak. Naar wij uit bevoegden kring vernemen, acht men de overeenkomst van Linggadjati als feit aanvaarden. met de wetenschap dat de financieel-economische belangen van Nederland en Indonesië parallel loopen, de verwachting gerechtvaardigd. dat het economisch herstel van beide landen door dezen vakman op basis van verstandelijke inzichten naar beste vermogen zal worden gediend. DE MILITAIRE TOESTAND. Over den militairen toestand in Indië wordt door den militairen woordvoerder meegedeeld, dat in den sector van Padang Nederlandsche troepen een succesvolle zuiveringsactie hebben ondernomen zonder zelf verliezen te lijden. Veel munitie en wapens zijn hierbij in beslag genomen. Uit den sector van Soerabaja wordt vernomen, dat de berichten over terreur onder de Indonesische bevolking, waarvan reeds eerder is melding gemaakt, nog steeds aanhouden. In de stad zijn verschillende personen wegens extremistische activiteit gearresteerd. De Nederlandsche controle-patrouilles werden beschoten en beantwoorden het vuur. In den centralen sector van Soerabaja werden de Nederlanders met artillerie beschoten, waarbij echter aan Nederlandsche zijde geen verliezen waren. In den Zuidelijken

sector zijn republikeinscha patrouilles, die in sterkte varieerden van 5 tot 50 man, door beschieting uit Nederiandsch gebied verdreven. CONVOOI AANGEVALLEN. Onze speciale verslaggever seint ons uit Medan: Gisteren maakte ik een aanval mede op een Nederiandsch convooi uit Delawan naar Medan. Het was de eers.e aanval op dezen weg na drie weken van rust. Het convooi viel ongeveer halverwege Dalawan en Medan in een hinderlaag en werd verrast door een hevig vuur van geweren er mitrailleurs van beide kanten van den weg. Een soldaat in de voorop rijdende pantserauto werd op slag gedood en 2 man werden gewond, onder wie de luitenant convooi-commandant.. De Nederlandsche troepen beantwoordden het vuur. De Indonesische verliezen zijn uiteraard niet bekend, daar de aanvallers tusschen hefc struikgewas en de boomer verdekt stonden opgesteld. Ik verneem inmiddels, dat de republikeinsche gouverneur van Sumatra, Teukou Hassan, verzocht heeft de besprekingen te heropenen. Dit verzoete van Siantar behelsde tevens een suggestie inzake wijzigingen van de Indonesische delegatie, welke inderdaad een noodzakelijke voorwaarde is, daar kolonel Sitompoel na zijn woordbreute voor de Nederlanders niet langer acceptabel is. De Nederlanders antwoordden bereid te zijn de onderhandelingen te hervatten, mits voldaan werd aan zekere voorwaarden, waaronder hervatting van de wapentoevoer naar Medan.

Zooals wij gisteren meldden, zijn 2ü S.S.-ers, die Woensdagmorgen per vrachtauto begeleid door de noodige bewakers naar den Helder gebracht moesten worden, ontsnapt. De tocht was met de heerschende koude geen plezierreisje en toen het transpori tegen het vallen van den avond Ede lasseerde, besloot de leiding bij een uitencafé even te stoppen om krachten op te doen voor het verdere gedeelte van de lange reis Een der be wakers bleef met de Hollandsche S.S-ers in de vrachtauto achter. De collega's schoven in de gelagkamer rond de warme kachel en bleven hier meer dan anderhalf uur zitten. De bewaker in de auto was inmiddels in slaap gevallen, hetgeen de half bevroren maar desondanks op hun vrijheid beluste S.S.-ers een welkome gelegenheid bood de plaat te ooetsen en in de omliggende bosschen te verdwijnen De vinnige koude en de hongei dreven een gedeelte der deserteurs gistermorgen weer terug naar de bewoonde wereld, zoodat in den middag ongeveer de helft der gevangenen weer present was Op de overigen wordt nog ijverig jacht gemaakt. Het feit. dat de S.S.-ers uit Limburg werden overgebracht naar Den Helder om daar in een fort opgesloten te worden, bewijst voldoende, dat het hier geen „lichte" gevallen betrof.

Bij de regeering is een regeling in voorbereiding, waarbij het onrendabele deel van de tegenwoordig zeer hooge bouwkosten van den particulieren woningbouw zal worden opgevangen. Waarschijnlijk zal dit geschieden door een rentevergoeding, welke het rijk aan de betrokkenen zal verleenen, nadat deze gelden door de particuliere kapitaalmarkt gefourneerd zullen zijn.

Weersoverzicht van heden, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt .uiai/ ais volgt: Ons land ligt nog steeds aan den ïanu van vorst en dooi. De grens liep vanmorgen van de Noordzee over de .uoliard via Frankfort aan de Main naar Zuid-Duitschland. Bijzonder scherp kwam de tegenstelling bij de Dollard tot uiting. In Groningen schommelt de temperatuur om het vriespunt, aan de andere zijde van de Eems vroor het 3 tot 7 graden. Langs de overgangszone valt in Duitschland vrij veel sneeuw. De verplaatsing van de vorstgrens hangt op het oogenblik slechts van kleine veranderingen in den luchtdruk verdeeling af. Wel is waar is op den Oceaan een nieuwe depressie verschenen, doch de ontwikkeling van deze storing is vrij gecompliceerd, en het wat Zuidelijk binnendringen in West-Europa, van een afgespitste kern zou den wind weer naar het Oosten kunnen doen draaien met terugkeer van de vorst. Er kan over de weersverbetering op langer termijn niets gezegd worden. We zitten op de wip, zij het tijdelijk aan den anderen kant. De temperaturen, die hedenmorgen om 10 uur werden afgelezen: Vliegveld Twen the 0; Den Helder +3; Vlissingen 0; De Bilt —1; vliegveld Schiphol —1; vliegveld Eindhoven —1 Leeuwarden 0: Vliegveld Eelde —1; Vliegveld Beek +1; Vliegveld Gilze Rijen —1.

In Manchester is gisteren een speelgoedbeurs geopend waar het nieuwste speelgoed dat in Engeland gemaakt wordt en dat aan het einde van dit jaar geleverd zal kunnen worden, is tentoongesteld. Voor di* kleine meisje, dat met vader en moeder de show beToeht, was de poppenafdeeling een waar paradijs.