Op mijn reizen door den uitgestrekten Indonesischen archipel, waarbij ik steeds getracht heb in aanraking te komen met de primitieve bewoners, trof het mij steeds hoe „gewoon" die menschen zijn, hoe hun innerlijk wezen net als het onze was, en hoe onjuist het beeld is, dat men vaak op films van ze ziet. Telkens als ik mijn Dajakfilm vertoon, waarin de interessante oerbewoners van Borneo naar volle waarheid worden vertoond, blijkt het voor talrijke bezoekers een openbaring te zijn, dat de vele Dajaks, die ze in beeld hebben gezien, zoo gewoon, zoo echt mensche lijk zijn. Uit langjarige bestudeering van de Zendingslectuur wist ik wel, dat de menschen waaronder de missionarissen en zendelingen werken, echte menschen zijn, maar, dacht ik onder het lezen: „zijn die groote menschenvrienden niet min of meer bevooroordeeld, zien zij hun discipelen niet anders dan wij?" Tot ik persoonlijk met ze in aanraking kwam, zooals hierboven reeds gezegd, en tot dezelfde meening kwam. En ik sta op dit punt niet alleen. De bekende geleerde onderzoeker Dr. Bijlmer, die kort geleden een reis naar Nieuw-Guinea heeft gemaakt, is daar in aanraking gekomen met de z.g. Pygmeeën, de kleine menschen, die nog tot voor heel kort heelemaal in het steenen tijdperk verkeerden en zich nu nog van een steenen-mesje bedienen. Dat zijn dus wel heel primitieve menschen. Hij vertelde: „Terwijl ik in hun
hutje als gast mede aan het vuur zat gehurkt, bood de naast mij zittende gastvrouw mij de versch geroosterde knollen aan, nadat zij ze eerst met haar steenen „aardappelmesje" van hun zwart geblakerde schil had ontdaan. Het was voor mij een historisch oogenblik. Gemoedelijk aan te zitten om den haard van deze allerprimitiefste menschen en persoonlijk bediend te worden door een steenen-tijdperkvrouw. Die vriendelijke gastvrouw verschilde in wezen niets van welke gastvrouw ook uit ons eigen volk zooals ze mij, gul en gemoedelijk lachend met uitnoodigend gebaar de oeli (knol) toestak, na deze nog even huismoederlijk
schoongeschrapt te hebben. De ziel van deze vrouw, zuster van eene, die in Europa tot de praehistorie moet worden gerekend, was als de onze. Ik realiseerde, dat het belangwekkende van met een steenen mes bediend te worden vooral hierin zit, dat men het nauwelijks merkt". Van menschen, die in het steenen tijdperk verkeeren, kan ik geen foto's laten zien. Wel van toch ook nog primitieven, n.1. van een bewoner uit het binnenland van Timor, die bij een boom staat met steenen offerplaatsen er op en aan den voet. H. F. TILLEMA.
"ONS INDISCH HOEKJE. ER ZIJN GEEN „WILDEN" !". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
"Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
"Adverteert in dit blad". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
Aan den bewalmden muur van een Londensche huurkazerne ten Zuiden van de Theems hangt een straatbordje, waarop te lezen staat: Lambeth Walk. 't Is de hoofdstraat van het beruchte armoekwartier ln het Zuidoosten van de wereldstad. Op enkele dagen slechts is het voor een gewoon mensch mogelijk, erdoor te loopen, n.1. als er geen markt is. Is er wel markt, dan is de heele oreede straat, die zich verder in niets van andere armoestraten in Londen onderscheidt, bezaaid met groente- en vleeschkarren, kraampjes met kunstzijden kousen en rozijnengebak, kolenemmers, bedstellen en oud roest. Men moet dan een rasechte Lambeth Walker zijn om zich door dit alles een weg te banen. In deze straat ontstond de eerst heel ouderwetsche en nu opeens „moderne" societydans, die thans millioenen dansgrage voeten in beweging brengt op de maat van „Every little Lambeth gal (girl) with her little Lambeth pal". Wie van al die vurige, dansers en danseressen denkt nog aan de oude, grauwe straat, gelegen achter het palels van den bisschop van Canterbury, die al eeuwenlang net als onze Amsterdamsche Jordaan haar eigen wereldje vormde? Maar toch— als men de eenvoudige bewegingen van den dans gadeslaat, voet men, dat dit rythme geboren is uit een echte straatstemming, niet uit de jeinzerijen van een mondainen dansleeraar en evenmin uit een landelijken volksdans. De Walk — geen enkele Lambeth-bewoner zou de straat anders betitelen —, is steeds vol van een eigenaardige, bruisend leven. Hier hebben heele generaties alles Ingkocht, wat ze voor hun dagelij ksch lever, noodig hadden, 't Is het sociale middelpunt van het leven van eenige duizenden families. Menschen, die hier zijn geboren en er waarschijnlijk ook zullen sterven. In deze straat van een kilometer lang is ieder huis een winkel en voor iedere winkel is een kraampje opgesbteld. Van den vroegen morgen tot den laten avond slenteren de jonge paartjes er rond om alle koopwaar nauwkeurig in oogenschouw te nemen, want straks zullen ze immers een eigen huishouding beginnen in een van de nauwe, grauwe zijstraten en dan is hget zaak, voor een appel en een ei alle benoodigdheden bijeen te scharrelen. Verbluffend groot ls het aantal Lambeth Walk-huisvrouwen, die nog nooit de rest van Londen, gelegen aan de overzijde van de Theems, hebben gezien. Velen zijn nooit verder dan een paar honderd meter van huis geweest. Waarom zouden ze ook van die ontzaglijke reizen maken? Ze hebben haar Lambeth Walk, waar ze alles kunnen koopen, wat ze noodig hebben, waar ze alles te hooren krijgen, wat er in haar wereldje omgaat. Ook zijn er café's en bioscopen (zóó goedkoop, dat een entreebiljet bijna te geef is). Vader, moeder en de kinderen gaan 's Zondags op bezoek bij de vrienden aan den overkant; kortom: 't leven is er gezellig en ondanks de zware zorgen tóch betrekkelijk licht door de geringe levenseischen en onderlinge kameraadschap. Romantisch is Lambeth Walk zeker niet, maar de bewoners zijn nu eenmaal dol op hun Walk, omdat dit hün wereld ls. Koningin Mary heeft nog onlangs een bezoek aan de Lambeth Walk gebracht en dit was voor vele bewoners het hoogtepunt van hun leven. Ook de opeens wereldberoemd geworden dans werd — met alle capriolen, die er zoo bij behooren — voor de Koningin opgevoerd. En sindsdien prijkt een vurige lichtreclame boven de daken der huizen, die aankondigt, dat hier de echte Lambeth-walk wordt gedanst
"De echte Lambeth Walk. Nieuwe dans, ontstaan in 't hartje van het oude Londen.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
TE KOOP: partij oude couranten INPAKPAPIER voor winkels - slagerijen Dakkerilen - confectiefabrieken enz BILLIJKE PR IJ 8
"partij oude couranten". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
Dit verhaal is precies zoo Indringerig als de titel aanwijst. Het betref* een aangelegenheid, die in onre onrustige dagen ietwat schering en inslag* blijkt te zijn en denzulken, dien zulks zal blijken aan te gaan, eenige stoornis veroorzaakt. Als .'et dan nog maar bij stoornis alleen zou blijven — Van rechtswege pleeg, het geval te worden bestempeld met huiszoeking. Zij voert veelal tot inbeslagneming vn gelden, geldswaarden en bescheiden, daarnaast tot arrestatie van één of meer verdachte personen, al is het nimmer bij voorbaat uitgesloten, dat die aldus vastgehouden lieden twee dagen later, op last van den Rechter-Commissaris, wederom in vrijheid worden gesteld! Aan dat wonderlijke verschijnsel ga ik nu maar stilzwijgend voorbij, om mijn aandacht te concentreeren op de voorwaarden, waaraan moet zijn voldaan, wil een huiszoeking kunnen plaatsvinden. De Rechter-Commissaris is bevoegd huiszoeking ter inbeslagneming te doen met verlof van de Rechtbank, op 'zijn verzoek of op de vordering van den Officier van Justitie verleend. Bij dringende noodzakelijkheid is deze „perqulsition a domicile" echter toegelaten, zonder dat de Rechtbank haar tusschcnkomst heeft verleend. Dit rechtsmiddel heeft Inmiddels ook andere facetten. Bij ontdekking op heeterdaad of van een misdrijf, waarvoor voorloopige hechtenis is toegelaten, vermag de Officier van Justitie, in afwachting tan het optreden van den Rechter-Commissaris, bij dringende noodzakelijkheid ter inbeslagneming huiszoeking te doen „op elke plaats waar het feit is begaan of sporen heeft achtergelaten, in de woning en in de verblijfplaats van den verdachte en in herbergen koffiehuizen en openbare plaatsen." Onlangs vond tc Amsterdam een huiszoeking met inbeslagneming plaats ten verzoeke van de Justitie te 's-Gravenhage. Een substituut-officier van Justitie uit de residentie was tegenwoordig benevens de Officier van de hoofdstad, door een Substituut uit het arrondissement Amsterdam bijgestaan. Het parket werd gecompleteerd door de aanwezigheid van twee Ams'erdamsche rechter-commissarissen. Ziedaar een practische toepassing van artikel 112, lid 3, Wetboek van Strafvordering, luidende aldus: „In geval de h v szoeking moet geschieden buiten het arrondissement, draagt de rechtbank haar op aan den rechter-commissaris bij de Rechtbank binnen welker rechtsgebied zij moet plaatshebben". Natuurlijk moet ik mij in dit bestek bepalen tot eenige algemeene kantteekeningen. Vandaar de mededeeling, dat van het binnentreden eener woning tegen den wil van den bewoner binnen 2 x 24 uur proces-verbaal wordt opgemaak'- En er is nog een bijzondere regeling, die de rechtsfiguur karakteriseert. Behoudens bij dringende noodzakelijkheid strekt een huiszoeking zich geenszins uit tot brieven of andere geschriften, die niet het voorwerp van het strafbare feit uitmaken of tot het begaan daarvan hebben gediend, tenzij het verlof der Rechtbank ook uitdrukkelijk in die richting wijst. Het moet reeds den leek duidelijk zijn, dat een huiszoeking i.»et inbeslagneming — middelen om in een strafzaa'* de waarheid te achterhalen — slechts dan aan haar doel zal beantwoorden, indien de wettelijke bevoegdheid in tal van aanvullende voorschriften steun
vindt Ik noem nog slechts één der allerbelangrijkste bijkomstige regelen: het staat den Rechter-Commissaris vrij te bepalen, dat van den inhoud van inbeslaggenomen gesloten pakketten, brieven, stukken en andere berichten, welke an de post, de telegrafie of een andere instelling van vervoer waren toevertrouwd, zal worden kennisgenomen. Voor zoover een en ander klaarblijkelijk voor den verdachte wrs bestemd. Amsterdam. M.\ Dr. E. W. CATZ.
"Rechtskundige Perikelen EEN INDRINGERIG VERHAAL.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
_________ DE ERFENIS door J- J- V. HELLEVOORT.
Paul zat voor het raam. Hij had de gordijntjes opzij geschoven en staarde naar den overkant, waar een gigantische lichtreclame telkens en telkens in vlammende letters een slagzin spelde. Paul scheen geheel verdiept in de aanschouwing van het steeds wisselende lichtbeeld. Eén, twee, drie vier. .. tot tien, twintig tellen licht, floep uit, vijf tellen duister, en dan weer opnieuw, één twee, drie Anders keek Paul nooit naar de licht-reclame, het lag niet in zijn aard, z'n tijd te verdoen. En juist nu hevige emoties zijn leven tot één groot probleem gemaakt hadden, zat hij zich kinderlijk indolent met een onbelangrijk gebeuren daarbuiten bezig te houden. Het leek wel, of z'n gemarteld hart nu zóó vol was van ellende, dat hij niet langer ln staat was, te voelen, misschien ook drong hij uit een natuurlijk Instinct tot zelfbehoud zijn leed terug naar het onderbewuste. Hardnekkig telde Paul steeds weer de periodes van de licht-reclame. Niet denken nu. Maar af en toe drong alles zich met hernieuwde kracht aan hem op, werd hij gedwongen. nogmaals den geheele visieusen cirkel van zijn troostelooze ervaringen te doorleven. Vaders dood, nu vier maanden geleden, had hem even een hevigen schok gegeven, maar heel spoedig had hij zich veerkrachtig opgericht. Hij had altijd geweten, dat dit oogenblik eenmaal komen moest, bovendien, het was natuurlijk en in harmonie met de wetten van het leven. Moeders sterven, kort na vader, had hem veel heviger getroffen Doch in lange samenspraken met zichzelf, had hij zich flinkheid en berusting gesuggereerd. Opnieuw had hij zich voorgenomen, dat een wijs man niet vecht tegen het onvermijdelijke. Bovendien waren daar Cora en de kinderen. Ondanks alles bleef zijn leven rijk en zinvol. Het verleden, zijn jeugd, was weliswaar voorbij, een afgesloten hoofdstuk, maar de toekomst vol beloften en wijde perspectieven bleef zich voor hem openen. En had hij niet zijn werk, waarvan hij hield, was arbeid niet ln hoogste instantie het eenige en feillooze geneesmiddel voor een gezond hart? Hij had zijn best gedaan, om sterk te zijn. Met vreugde had hij zijn taak weer opgenomen, had hij gelachen om de kinderen en hij had met belangstelling geluisterd naar Cora, als ze met haar zorgjes en probleempjes bij hem kwam Men zei, dat hun verhouding het voorbeeld van een gelukkig huwelijk was en hij, Paul. had „men" maar al te graag geloofd. Weliswaar was Cora verstandelijk altijd zijn mindere geweest, maar hij had haar een groote gave van hart toegedicht. Hij had gemeend, dat ze elkaar steeds en volkomen begrepen hadden en de harmonie van hun samenzijn was tot nu toe ook nooit verstoord door kleine scènes of oneenigheden, die zoovele verbintenissen tot een hel maken. De licht-reclame floepte uit, even was alles lonk er na den verblindenden schijn. Dat Cora die woorden had moeten spreken. Hij was niet blind. Evengoed als zij had hij genen dat Leo, zijn broer, het leeuwendeel van de kleine erfenis had weten te bemachtigen Hij had het geweten, lang, vpordat Cora ietf- gemerkt had. Maar zeer bewust en zeer op/ettelijk had hij zijn oogen gesloten. A tous prix had hij een onverkwikkelijke ruzie, die slechts de nagedachtenis van z 'n ouders had kunnen profaneeren en een onvermijdelijke breuk tusschen Leo en hem tengevolge zou
hebben, willen vermijden En als je er goed over nadacht dan was de verdeelirig zóó ook wel billijk Leo. z'n oudere broer, die in alle opzichten door het leven stiefmoederlijk bedeeld was. Leo die nog nooit de weelde van een behoorlijke voldoende gesalarieerde betrekking gekend had, die met moeite de kost voor zich en z'n ziekelijke dikwijls kijvende vrouw bijeen scharrelde Leo die in een jaar van werkloosheid z'n zelfgevoel en z'n zelfvertrouwen verloren had. Zeker Leo had zich op niet geheel faire wijze van
de nalatenschap meester gemaakt. Maar mocht hij. Paul, hem daarvan een verwijt mak6 £ ? Cora echter was onredelijk geweest. Ze had hem eer. slappeling
genoemd Ze had hem verweten, dat hij de belangen van zijn eigen gezin verwaarloosde. „Zeker, we lijden geen gebrek," had ze gezegd met een intonatie, die hem koude rillin gen over den rug joeg, „maar we moeten er ook beestachtig hard voor ploeteren, terwijl Leo zich heusch niet zoo druk maakt. En denk je niet, dat ook ik wel eens iets anders verlang, dat ik niet eens behoefte heb aan wat extra's, aan wat luxe? Je denkt alleen maar aan 1ezelf. Omdat jij tevreden bent met je werk en je boeken. Maar naar mijn verlangens vraag je niet." Cora was heel heftig geworden. Ze had hem de dolste verwijten gedaan. Paul had niet geantwoord. Hij had geweten, dat de kloof, die zich tusschen hen gevormd had, niet met woorden te overbruggen was. Een dof gevoel van ellende had zich van hem meester gemaakt. En nu staarde hij naar de onvermoeibare lichtreclame. Cora was de kinderen naar bed gaan brengen. Zooeven was Erik hem in zijn gestreepte pyama een nachtzoen komen brengen. Wat een parmantige, kleine kerel, dacht Paul. Eigenlijk had Cora ook wel gelijk. Ze miste veel, wat hij haar niet kon geven. Cora kwam binnen met de thee. Ze scharrelde wat met de kopjes en dan kwam ze naar hem toe. Ze nam z'n hoofd tusschen haar han den en vleide: „Vergeef me Paul, ik heb er spijt van." Hij knikte, mompelde zacht voor zich heen „Goed goed" Hij wist, er zou nu over de erfenis nooit meer worden gesproken, maar ook wist hij, dat hij nu en altijd eenzaam zou zijn, heel eenzaam. O, hij wist, dat bijna alle menschen in diepste wezen eenzaam door het leven gaan, maar hij had zoo gehoopt, dat het met Cora en hem ander zou zijn. De licht-reclame begon weer het woord te spellen, dat zou zoo doorgaan, eindeloos. Energiek wendde Paul zijn hoofd af en keek de kamer in en met een glimlach bedacht hij. dat het werk hem wachtte en met het werk het leven, dat rijk is en vol onverwachte wendingen. Heel diep in z'n hart begon de hoop te herleven. (Nadruk verboden). (Auteursrecht voorbehouden).
"KORT VERHAAL". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
Vraag onder motto „Diversen". 1. U antwoordde op een vorige vraag, dat mijn aanslag f 4.— te hoog is, indien mijn inwonende moeder ten onrechte is aangeslagen. Waarom is jnijn aanslag dan te hoog? 2. Mijn moeder heeft behalve ouderdomsrente slechts hetgeen zij van mij ontvangt. Kan ik nu haar door den inspecteur vastgesteld inkomen, verminderd met de ouderdomsrente, van mijn inkomen aftrekken? 3. Mag ik ook aftrekken vakbladen, onderhoud gereedschap en onderhoud eigen woning? 4. Mag ik ook het rentebedrag dat op mijn huis rust in zijn geheel aftrekken? 5. De huurwaarde van mijn woning is f 165, 8e klasse. Ik heb gelezen dat elk perceel voor de berekening der belasting in de 8e kl. met f 70 wordt verminderd. Is dus een bedrag van f 95 min renteopbrengst ook weer inkomen? 6. Ik betaal aan per.bel. f 23.75. Is dit juist? Antwoord: 1. Wanneer twee of meer aangeslagenen in gezinsverband samenwonen, wordt ieders belasting verhoogd met een toeslag wegens samenwoning. Zou de aanslag van Uw moeder wegvallen, dan werd Uw aanslag daardoor lager. 2. Naar onze meening kunt U dit bedrag aftrekken. Echter wordt soms wel eens een verschil gemaakt tusschen de waarde van hetgeen Uw moeder geniet en het bedrag dat U uitgeeft. Uw moeder heeft bijv. bediening en verïorging, die U niets kost (behalve werk). 3. Deze bedragen kunt U aftrekken. 4. Ja.
5. De aftrek van f 70 geldt alleen ter berekening van de per. bel. en niet voor de bepaling van het inkomen. Voor de ink.bel. is het bedrag van f 165 inkomen. Afgetrokken kunnen worden onderhoudskosten, assurantiepremie en grond- en waterschapslasten. Ook de rente van schulden kan worden afgetrokken. (Zie reeds 4). 6. Om dit te beantwoorden moeten wij weten de cijfers in de verschillende kolommen van Uw aanslagbiljet. IS MIJN AANSLAG JUIST BEREKEND? Vraag onder motto „Weetgraag": Ik ben voor het belastingjaar 1938-'39 aangeslagen voor f 1015 en f 22 belasting. Ik heb 4 kinderen van 20, 19, 18 enl6 jaar. Ik heb voor de rijksink.bel. aftrek voor 4 kinderen en voor de gemeentefondsbelasting voor één kind. De twee oudste zijn aangeslagen voor de ink.bel., de twee jongste niet. Antwoord: Uw belasting Is juist berekend, indien niet 2 maar 3 kinderen zijn aangeslagen. Dat U voor de gemeentefondsbelasting maar aftrek hebt voor één kind wil zeggen dat de andere minderjarige kinderen in deze belasting zijn of worden aangeslagen. Zijn of worden er inderdaad maar twee aangeslagen, dan is Uw aanslag te hoog.
"VRAGEN OP BELASTINGGEBIED WAT MAG IK AFTREKKEN VAN MIJN INKOMEN?". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
n» geil» [ge* oeS' -Si' ffon met DE MARINE IS PARAAT! (Van onzen reisenden correspondent.) SOERABAIA. In December. Op zoek naar een groote „prauw" (inlandsch zeilvaartuig), die me naar Manilla als passagier medenemen wil, heb ik thans gelegenheid de groote havenstad Soerabaia grondig te leeren kennen en speciaal de havenwijk, waar men een zeer bonte bevolking aantreft. Behalve allerlei soort Europeanen, Amerikanen en Australiërs, allen „blanken", ontmoet men er vertegenwoordigers van vrijwel alle rassen uit Nederlandsch- en Britsch-Indië (en dat is reeds een bont mengelmoes), Chineezen in grooten getale, Japanners (veel geringer in aantal), Armenianen, Arabieren, bewoners van Irak (herkenbaar aan hun eigenaardig hoofddeksel), Philippino's (bewoners van de Philippljnen) en nog talrijke vertegenwoordigers van andere rassen meer. Enkelen kennen Nederlandsch, maar de algemeene taal in het Esperanto van dit deel van de wereld, het Maleisch. Het is niet gemakkelijk een „prauw" te vinden, die in dezen tijd van het jaar naar Manilla vaart. De West-Moeson is aangebroken met regen en stormen, met woeste zee en typhoons en in dezen tijd van het jaar wagen de prauwen zich gewoonlijk niet aan tochten van duizend kilometers. Zij beperken hun tochten tot nabij gelegen eilanden van Neder- | landsch-Indië en wagen zich niet ver uit de buurt en Manilla ligt ten slotte niet „naast de deur". Flinke stoombooten doen over de reis van Soerabaia naar Manilla acht dagen, wat voor een prauw zou worden eenige weken, Mi gunstig weer en gunstigen wind. Ik vrees dan ook, dat ik me we wel zal in moeten schepen op een doodgewone oassagiersboot, wat voor mij minder belangwekkend is, hoewel 'eel gerieflijker en aanmerkelijk luurder, maar ook veiliger. Die groote inlandsche prauwen zijn wel zeewaardig, doch het zijn, 'ergeleken bij pasagiersbooten, slechts 1 ..scheepjes", die geheel aangewezen op hun sellen. in een typhoon of een storm gemakkelijk een speelbal worden van wind en zee. De oorlogsvloot staat in Nederlandsch-Inilè in het midden der algemeene belangstelling. Hoort men de menschen hier, dan zou Men de overtuiging kunnen krij gen, dat Nederlindsch-Indië elk oogenblik in een oorlog kan *orden betrokken of een aanval kan verwachten. De toekomstige vijand.... Japan. De dreiging vermindert. Ik, die nu en dan wel eens berichten uit JaPm krijg, die de zeer strenge censuur niet gepasseerd zijn (op welke wijze deze berichten 'wzonden worden, kan ik hier niet mededeekn), acht deze vrees thans zeer overdreven. Zelfs als Japan binnen afzienbaren tijd in China zou zegevieren, waarop niet veel kans «staat, zou het toch vooreerst nog wel de tanden vol en zorgen genoeg hebben, om niet onmiddellijk een nieuwen,veroveringsoorlog te &an voeren. De propaganda, die eenige maanden gelewn in Nederlandsch-lndië gevoerd werd voor bouw van een „slagvloot", dat wil zeg„een vloot met minstens drie slagschepen v »n veertigduizend ton", begint te luwen. Deze Propaganda ging uit van een groot dagblad Soerabaia en vond eenige ondersteuning J') enkele andere Nederlandsch-Indische dageden. Bij de behandeling van de marine-begrooin de Tweede Kamer, die toch in deze ^gelegenheid te beslissen zal hebben, heeft plan voor een „slagvloot" niet de minste 'idersteuning gevonden. Dit heeft de gemoeten hier ietwat afgekoeld, al meende men in Nederland, dat een versterking der 'oot gewenscht is, maar niet met zeer kostslagschepen, doch met kruisers. Strijdgedachten. vloot zal een strijd moeten aanbinden ™op de open zee, doch voornamelijk in zeelten. De zee-straten, welke tot het Neder'Qdsch-Indlsche ellandengebied toegang gezijn nauw, evenals de zee -straten tusi hen de verschillende eilanden. Er zijn daar ?8e kustlijnen, die op de strategische pun3 versterkt worden en zijn Voor een vloot, uit het noorden nadert, is feitelijk alleen 3 voor het grootste deel Nederlandsche i!' an d Borneo dadelijk vanuit de open zee naderen, maar.... dan komt zoo'n vloot
niet voor Nederlandsch, doch voor Engelsch gebied. In de nauwe zee-straten wordt een vijandelijke vloot niet alleen door de Nederlandsche zeemacht bedreigd, maar nog van alle zijden door vliegtuigen. Het is niet waarschijnlijk, dat een mogelijke tegenstander, daar zijn zeer kostbaar materiaal aan slagschepen licht zou wagen. Die slagschepen zouden er bloot staan aan een „zee-guerilla". Dit woord mag ik hier wel gebruiken sinds een Nederlandsch Generaal het woord „beton-guerilla" gebezigd heeft. Met aandacht heeft men hier (en ook elders) de actie gevolgd van de Japansche vloot voor zoover deze in d»n oorlog in China werkzaam is opgetreden, voornamelijk bii bombardementen en men heeft geen al te groote bewondering voor de trefzekerheid der Japansche marine-artillerie Wat ik vernam over in den laats ten tijd gehouden oefeningen van de Nederlandsche vloot, waren de resultaten daarbij heel veel gunstiger. Dit is niet alleen toe te schrijven aan de meerdere geoefendheid der Nederlandsche marine-menschen, masr ook aan de richtmiddelen, die inderdaad uitstekend zijn. Dit weet men ook in andere landen en de vloten van enkele kleinere landen zijn in Nederland van richtmiddelen voorzien. Groote staten deden hiervoor nog geen beroep op Nederland. daar dit den nationalen trots zou kwetsen. Kleine staten zijn in dit opzicht, niet zoo overgevoelig. Trefzekerheid van het geschut speelt bij een zee-oorlog een veel grootere rol dan bij een oorlog te land. Eenige goede treffers kunnen in een zeeslag de beslissing geven, in een oorlog te land hoogstens aan een beslissing medewerken. Onze duikbooten. De Nederlandsche onderzee-booten hebben zich een zekere naam verworven, ook in het buitenland. Dat nog kort geleden een mogendheid. die niet geheel tot de kleine gerekend kan worden, in Nederland onderzee-booten bestelde is niet zonder reden. Na den wereldoorlog liet ook Turkije zijn eerste onderzeebooten in Nederland bouwen. Latere bestellingen gingen echter naar Italië, wat Turksche zee-officieren, die ik te Konstantinopel ontmoette, ten zeerste betreurden. Voor de Turksche regeering waren er toen andere overwegingen dan de kwaliteit. Italië leverde tegen lagere prijzen en ... gaf lang crediet. Achter die lagere prijzen en dat crediet stak echter Italiaansche politiek, waarop ik hier niet verder in zal gaan. In Engelsch-Indë zeide me eens een Engelsch marine-officier: „De Nederlandsche onderzee-booten zijn bijzonder Handelbaar. Het is verbazingwekkend, hoe snel deze booten kunnen duiken." Hij schreef dit toe aan bepaalde inrichtingen aan boord. Van Nederlandsche zijde hoorde ik later beweren, dat het niet zoo zeer de booten zelf waren, die dat snelle duiken mogelijk maakten, doch dat dit een kwestie was van meerdere geoefendheid der Nederlandsche marine. Deze verklaring komt we weinig aannemelijk voor. Ook bij de Engelsche marine zal de geoefendheid weinig te wenschen overlaten. Hoe dit zij, een feit is, dat de Nederlandsche onderzee-booten gewoonlijk onder een grooten hoek (met het wateroppervlak) duiken en dus sneller onder water en voor artillerie-projectielen veilig zijn, dan bil onderzeeërs van andere nationaliteit het geval is. Het behoeft geen betoog, dat de „handelbaarheid" der Nederlandsche onderzee-booten, dat snelle onderduiken en weder boven komen, in een oorlog van de allergrootste beteekenis is. . , .. Deze feiten mogen ter geruststelling dienen voor menschen, die in hun verbeelding de Nederlandsche koloniën reeds veroverd zien door een veroveringslustig Japan. Er is nog een andere geruststelling: van Japansche zijde ls een vriendelijke houding tegenover Nederland te bemerken De nieuwe Japansche consul te Soerabaia heeft zijn ambt aanvaard met een rede, die in warmen toon was gehouden. Dan werden den laatsten tijd door "de radio „Japansch-Nederlandsche uitzendingen" gegeven, met medewerking van Japansche autoriteiten. En tenslotte (dit weet lk uit berichten, die buiten de Japansche censuur me bereikten) zijn de toestanden in Japan op economisch terrein niet van dien aard. dat men binnen afzienbaren tijd, een nieuwen oorlog kan J. K. BREDERODE. wagen.
"Nederlandsch-lndië en Japan Geen directe dreiging meer.". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011
Het Zwitsersch Verkeersbureau te Amsterdam deed ons de kalender ,,Die Schweiz" toekomen. De foto's, die op de kalenderblaadjes voorkomen, geven ins een prachtig beeld van het land der Alpen.
"KALENDERS". "Twentsch dagblad Tubantia en Enschedesche courant". Enschede, 1938/12/29 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 02-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAEN01:000070198:mpeg21:p011