Vet- ou botenrawtsoen verminderd. Met ingang van 15 Juli wordt de de geldigheidsduur der Hmrgarinekaartec, melangekaarten en boterkaarten verlengd tot 10 dagen en dienovereenkomstig wordt het vetrantsoea teruggebraeht tot 25 gram per dag. De bon der 7de week van de vetkaarteu voor het 1ste tijdvak is mitsdien geldig van 15 tot en met24 Juli; eerst 25 Juli vangt de termijn van den geldigheidsduur van. den 8sten bon aaa. Tot deze verlaging van het rantsoen ziet de Minister van Landbouw zich genoopt met het oog op de zeer ongunstige vetpositie. Sedert maanden vindt geen aan voer van grondstoffen van overzee meer plsats; nog kortelings ingestelde pogingen van belanghebbenden om vetten uit Noord- of ZuidAmerika aan te voeren, hebben geen resultaten opgeleverd, terwijl ook niet te verwachten is, dat binnen niet te lange tijdruimte uit onze koloniën, waar overvloedig voorraden aanwezig zijn, vetten of grondstoffes daarvoor zulljsn worden verkregen. Isdien de thass gevoerd wordende onderhandelingen tot tijdige aanvulling vaa de vetvoorraden geen gunstig gevolg hebben, dan zal het veirantsoen onvermijdelijk weder verlaagd moeten worden; al naar gelang het met ingang van heden vastaestelde rantsoen van
25 gram per dag langer gehandhaafd is, zal het toekomstige rantsoen lager — gesteld moeten worden, zoodat is geval van achterwege blijven der aanvoeren, het rantsoen zeer waarschijnlijk niet [e grooter dan 100 gram per week zal r, kunnen zijn. a Bij deze cijfers behoeft geen verder j_ betoog, dat de nu en dan opduikende berichten omtrent een voorgenomen uit5 voer van boter, van allen grond ont_ bloot zijn. Wellicht is het niet overbodig hierbij . op te merken, dat na Maart j.1. in het jj geheel geen boter is uiige voerd. In j die maand werden in totaal 473, ton n geëxporteerd, terwijl aa September 1917 k op grond der toen gasloten economische overeenkomst ia totaal slechts 8000 ton E boter zijn uiige voerd. Thee- en kofliekaart. ;8 i- Da Minister van Landbouw heefi f- bepaald : n Zij, die niet tijdig bon 19 van hun st thee- en kefHskaart bij een detaillist ;e inleverden en derhalve thans nog in ur het bezit zijn van een thee- en koffies, kaart, waaraan zoo wel bon 19 als bon n 21 nog gehecht zijn, zullen het thans vastgestelde thee-rantsoen kunnen bee komen, indien zij hun thee- en koffiag kaart aan het Rijksk&ntoor voor Thee i- es Koffie, Yisschersdara 5, Amsterdam, n vóór 20 Juli e.k. inzenden, met nanwn keurige vermelding van adres en woong plaats van den afzender, s Door dit kantoor zal, na inneming
■BMKreMnHEnBflHHSaraKSaKaaaaBBflaBBgBNBHHBHBapBBSSB | van bon 19, de kaart aan den belang, hebbende zoo spoedig mogelijk worden | teruggezonden met vermelding bij wel ! ken winkelier in de woonplaats van den aanvrager tussehen 1 en 15 Augustus op vertoon van de thee- en koffiekaarten, tegen inwisseling van bon 21 anderhalf ons thee zal zijn te bekomen. Vlasstro»» De minister van landbouw heeft de volgende maximumprijzen voor vlasstroc vastgesteld: a, gewas van den oogst 1917 f 0.25 per KG. ; b. gewas van den oogst 1918 f 0.20 per K G.; in geplukten en getrokken toestand, mitsdien met bollen overeenkomstig de eischen van het werk door dan verbouwer bewerkt: binden, ruitere» (Groningen), bollen (Zeeland), schelven (Zuidholland): B, ten aanzien vaa vorenbedoelde prijzen bepaald : a. dat zij zijn gesteld voor de hoogst in waarde staande partijen, zullende naar dien maatstaf ds waarde van iedere partij op zich zelf worden vsstgesteld op het gemiddelde van de twee taxaties, te verrichten door een vlasser en een landbouwer, door den directeur van het RijksksEtpor voor Ylas te benoemen, behoudens beroep op den minister vaa landbouw, nijverheid en handel; b. dat zij zijn gesteld franco boord of wagen >
e. dat de betaling door den vlasser contant zal hebben te geschieden. Yerroerverbed van gekorven tabak. De Minister van landbouw heeft het vervoer van gekorven tabak verboden. Het R. B, T, is. bevoegd aan iedere door dit bureau te verlaenen ontheffing voorwaarden te yerbinden, waaronder de betaling van administratiekosten. De ontvanger van een partij gekorven tabak is verplicht het vervoerbewijs op die partij betrekking hebbende, binnen twee dagen na ontvangst geteekend vrachtvrij toe te zenden aan het R. T. B. Het verbod is niet van toepassing op het vervoer vaa gekorven tabak, door winkeliers aan hunne bekende afnemers (aiet-handelarec), bij hoeveelheden van ien hoogste 1/4 kilogram geleverd. Het verbod is eveneens niet van toepassing op het vervoer voor eigen gebruik van hoeveelheden, 1/4 kilogram niet te boven gaande. Inleving lichting 1919. Da Minister van Oorlog ad interim Minister van Marino brengt ter al gemeen a kennis, dat de inlijving van de aan de zeemilitie toegewezen dienstplichtigen van de lichting 1919, behou dens onvoorziene omstandigheden ; zal geschieden, voor die van de eerste ploeg ia het tijdvak 6— 8 Augustus 1918, voor die van de tweede ploeg in hst tijdvak 11 -—13 November 1918 en voor die van
de derde ploeg in het tijdvak -48—20 Februari 1919, Mienwe zilrerbons van f 3,50. (Officieel.) Binnen weinige dagen zullen rijksdaaldarbons van een nieuw type in het verkeer worden gebracht. Het uiterlijk van de nieuwe bons is yasfgesteld bij Kon. besluit van 14 Juni 1918 (St bl. no. 357). De reden voor dezen maatregel is gelegen in de wensehelijkheid om meer waarborgen tegen pogingen tot namaak te verkrijgen, dan de tot, dusver uitgegeven bons opleveren. Het zou uit den aard der zaak wensehelijk zijn, de thans in omloop zijnde bons van f 2.50 op korten termijn in ta trekken. Dit is echter buitengesloten als gevolg van de zeer groote behoefte van het verkeer aan zilverbóns door het dwaze en onbehoorlijke vasthouden van guldens en rijksdaalders. Voorloopig moeten derhalve beide soorten bons van f 2 50 naast elkaar ia het verkeer blij yen, totdat een ruim voldoende hoeveelheid van de nieuwe bons gereed is. Het bovenstaande heeft geen betrekking op bons van f 1. Ten slotte zij er, ter voorkoming van misverstand, met nadruk op gewezen, dat alle thans in omloop zijnde bons, evenals de eerlang uit te geven nieuwe boas van f 2 50, wettig betaalmiddel zijn en blijven, zoodat zij, op gelijken voet als tot dusver, in betaling moeten aangenomen worden.
"GEMENGD NIEUWS.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1918/07/10 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000502090:mpeg21:p00001
Blij de Harten. Novellette van WILLY KEER. (Nadruk verboden), 9) Daarmee verdween Dirk in zijn pillowpak om in fijn zwart laken terug te kearen en dadelijk met hem opstap te gaan naar de hofateê Canada. — «Wat sul je aan den boer zeggen, Wigland ?” begon Dirk. — //Wel, ik breng den hartelijksten groet en de beste wenschen van Dr-, Ruizeweg, mitsgaders betuiging van zijn leedwezen, dat hij zijn jaarlijkseh bezoek niet kan afleggen wegens zijne vele zieken en een onafwijsbaar diner . bij een millionaris. Komt het te pas, dan zal ik tevens zeggen, dat hij de i hoop koestert, Eefje weldra ais zijn i aanstaand schoonzusje te mogen ontmoeten.” — //Prachtig. Noem den dokter Jo, Dan staan ze verder van hem af dan van Hannes. Voor Jo halen ze den neus op. De zoon heet Kees. Als ik j hem eens woest wil zien, noem ik hem t Cor. Hij houdt Cor voor een stadsnufje, i Da vrouw is al tien jaar dood.” — //Zeker rijk, dia Tulliags ?” ] — z/Drie en zeventig bunders eigen i grond, twaalf huurland. Modelboerderij. I Modelstal. Maar ieder heeft er zijn 1 stokpaardje en zijn beginselen. De vader j staat vast in de leer, dat boerendochters ■ wel moeten kunnen lezen en schrijven, i maar geen verdichtsels, romans, couranten en zulk spul in do handen nemen; i ze moeten al haar verstand wijden aan ] het boteren. Hij zegt buttersn. Yoor 1 de jongens is het rekenen de hoofdzaak. ; Tot en met den regel van drieën. Hij 1 zweert bij den regel van drieën Begin niet met hem ta redeneeren over weten- s schap. Anders komen we vandaag niet < op het ijs, Hij zal je niet loslaten, tot I hij je bewezen heeft, dat in den land- : bouw, de veeteelt en de zuivelbereiding de practijk alles is an de theorie larie, ’ mindar dan niets, afleidend, opblazsnd, ï schadelijk, drijvend tot bluf en ver- « beelding. Ja begrijpt, dat ik al dikwijls mijn deel heb gehad uit dat onuitpatte- i lijke vaatje. Hoe sta je met de politiek?” ’ — //Politiek laat eiken wijzen notaris 11
koud. Ik doe aau muziek en letterkunde in mijne vrije uren.” —■ «Mooi. Dan is er geen gevaar, Kees Tulling zal dan dadelijk gelijk krijgen, als hij zijne partij begint te roemen. Hij verbeeldt zieh namelijk anti-revolutionnair te zijn. Hoe hij dat is, zul je dadelijk opmerken. Je vindt hem op zijn sokken of op mooi wit geschuurde klompen. Hij heeft zich ingepresst, dat hij een huisman is en dus te huis moet blijven, als hij niet noodig is op het veld of op de markt. Hij is voor het huismans-kiesrecht eu tegen de kermis. Een meisje heeft hij niet, al is hij straks reeds zeven en twintig. Van zulke ala ons Geertje heeft hij een afkeer; misschien is hij er ook bang voor. En onzen dokter kan hij niet zien of luchten. Rekenen doet hij voor zijn pieizier, altijd met den regel van drieën. *Hij droomt vast van grondbezit en van «den drie parcents.” Overigens een goede ver»*. Lach straks niet om den vervaarlijken bodem van sijn broek. Zijn moeder is geschrokken’van het Durh&raras.” — z/Het Durbamres? Wat is dat?” —■ //Weet je d»t niet ? Dat is rundvee, geheel bestaande uit biefstuk, prachtig voor de vetweiderij. Tulling doet daaraan. Hij heeft mirakels van ossen. Voor de melkerij is er ander vee, ook bewonderswaardig, meest lakeveidsch. Laat Kees je daarover inlichtingen geven. Dan win ja zijn ! hart. Dus op Canada geen schoolkennis en geen politiek. Ik zal vrijen, jij zult notarieels en doctorale uien vertellen. Daarmee komen wij ’t best uit.” Ze vonden Eefje alleen thuis. De meid had aan de deur gemeld, dat de boer en Kees met Ruizeweg Eaar de kerk waren gegaan en den terugweg nog niet hadden gevonden. Misschien belandden ze wel bij Ruizeweg. Zoo viel het Wigland niet moeielijk zijne goede woorden te spreken. Dirk echter sprak er ter inleiding niet één : hij greep het meisje en zoende, zoende, zoo lang hij adem had. — «En in Mei wordt je mijn vrouwtje 1” hijgde hij eindelijk, ;/en je melkt je eigen koeien, je kneedt je eigen boter.” — z/Sehaam jij je niet, Dirk, dat je mij zoo behandelt in tegenwoordigheid van mijnheer ?” zei Eefje, die tot in | den hals met een donkeren blos was
sj ' overgoten. »Ik sta smet miizelve verlegen.” — «Dirk is een natuurzoon, juffrouw Tulling. U had hem dezen nacht over de kamer moeten zien buitelen vaa blijdschap! Hij is meer een man van bewegingen dan van woorden.” —• BJa, en dan moet u mij ook nog juffrouw schelden ! Ik denk, dat u met juffrouwen zoo niet omspringt. Ik heet Eva, mijnheer!” — //En ik kortweg Wigland, Eva. Laten we vrienden zijn en vergun mij, je het eerst geluk te wenschen, hoog geluk in je aanstaand huwelijk. Dirk Ruizeweg is een uitverkoren vat vol degelijkheid, een man van vlug en kort besluit, voor zoover ik hem al ken, een sterke, die je op handen zal dragen. Hij is on metelijk verliefd op je. Dat heeft hij mij dezen nacht geopenbaard.” — "Zoo, zoo! Ja, geheimen kan hij niet bewaren. Maar ik houd toch veel vaa ham. Zag eens, Dirk, hoe kom jij er toe, in Mei te willen trouwen ? Dan hebben we ai het zomerwerk voor de borst,” — "Meid, laat mij begaan. Ik weet heel goed, dat ik iets ondoenlfjks verlang. In Mei is er geen land vrij en geen steê leeg. Je zult eens hooien, hoe je vader en je broer mij dat duidelijk maken ; mijn eigen ouders zullen mij uitlaehen. Ik zal ernstig blijven, Eef. Ik aal ten slotte voor de wijsheid zwichten en er vrede mee hebben, dat we trouwen in October. Je zult eens mooi fcooren redeneeren over het land, dat ik zal aanvaarden met bloofsehoof, over da villa, die mijn vader laat bouwen bij het dorp....” — //Dus zul jij boer worden op Meerwaard ? Je vader is immers veel te jong om zijn bedrijf over te geven ? Daar komt niets van 1” — //Eefje, de plannen voor de villa liggen al een jaar gereed. Vader houdt ze voor mij verborgen, maar moeder heeft ze mij laten zien op voorwaaide vaa geheimhouding. En wat het opgeven van het bedrijf betreft, daar komt niets van. Vader zal eiken dag op Meerwaard compareeren, als bij het niet moet doen in de raadzaal. Een boer blijft boer, tot hij niet meer loepen kan. Maar van de beslommeriogen wil vader wel verlost zijn ; en moeder heeft lang genoeg gezorgd en gewerkt, om nu eens wat vrijheid te gaan genieten met Geertje, die heolemaai bedorven is voor de boerderij. Je zult ze elke week naar de stad zien stoornen. Laat mij alsjeblieft mijn zaak bepleiten. Men moet altijd wat meer vragen dan men hoopt te verkrijgen en jonge menochen moeten oude in de gelegenheid stellen om wijsheid te tonnen en de jeugd op onverstand en behoefte aan verbetering te betrappen.” — //Dirk Ruizeweg,” riep Wigland, z/je Wou mij dezen nacht tot advocaat bevorderen, maar aan jou is er een in de kiem gestikt.” — »Eef, je mag niets oververtellen van ons gesprek. Dat zou mijn zaak hier en thuis bederven. Wigland zal ook wel voor zich houden, wat hij nu van de plannen heeft vernomen, Jelui moeten mij mijn schuitje heelemaal zelf laten sturen.” Op dat ©ogenblik kwam Boer Tulling binnen. Verwonderd gezicht. Voorstelling van den vreemdeling. Wigland bracht dadelijk zijn compliment uit en zijn boodschap en hoopte, het rundvee van het Durhamras te 'mogen zien, dat Dr. Ruizeweg zoo hoog had geprezen. Eenige kennis van vee was wel noodig voor een jong meusch, die notaris wenschte te worden op het platte land. — //Welwel,” zei Tulling, herinnert de dokter zich onzen stal nog ? Dat doet mij pieizier. Hij is ons, anders knapjes vergeten.” — z/Geneesheeren van naaaa hebben het druk dag en nacht, maar Jo vecht er zieh door,” zei Wigland. ■— //Jo ?” vroeg Eofje, „wie is dat ?” — «Jo is mijn besté vriend sedert een jaar of zes; Jo zeg ik tegen dokter Ruizeweg, als we niet deftig doen of plechtig. Hij vindt Hannes plat.” — «Wat zeg jij daar wel van, Dirk ?” schaterde het meisje. „Zo, Jo, Joeus, Jochie! Ik ben blij, dat ze jou naam niet kunnen afknabbelen. Hoe kan een man Jo heeien ?” Dirk had sehik in de goede uitkomst van de berekening. ■— //Ik zal den dokter altijd Hannes noemen, als hij nog belang stelt in mijn vriendschap,” zei Tulling. ,/Jo is mij een vreemdeling. Misschien spreek ik hem aan met //mijnheer.” — //Dr. Ruizeweg is niet veranderd,” suste Wigland; //hij spreekt van u altijd mat de grootste hartelijkheid als van den besten vriend zijner ouders; hij herinnert zieh dankbaar alles wat hij hier heeft genoten; daarom ook
heeft hij mij gezonden om u allen veel genoegen te wenschen in de Kerstdagen en daartoe zooveel bij te dragen, als ik zou kunnen. We! gaarne zou ik onder de vrienden van uw huis worden opgenomen en voortaan niet met //mijnheer” worden aangesproken, maar eenvoudig met //Wigland.” — //Lekker praten, dat kun je, Wigland. Ik zal je altijd met genoegen hier zien verschijnen. Het nseneeren gaat me ook maar slecht af. Wij boeren zeggen in den regel jij en jou, tot zelfs tegen dominees, die ons bevallen, en dokters, die ons de kiezen trekken. Een, van mijn vrienden zei zelfs, jij” tegen de Koningin, die zijn etêa en stal eens wou zien //Juffrouw de Koningin,” zeitie, //je mot hier op den koestront letten, anders zijn je mooie schoenen straks ontoonbaar en misschien je kousen ook.” De man is er in den heeien omtrek beroemd door geworden. De koningin heeft zoo luid en lustig gelachen als nog nooit, vertelde ze later aan een dame op het dorp. De knecht kre^g een tientje,” —- //Genoegen en pret, dat sijn de lichtjes van het leven, boer,” sprak Dirk, /,en daarom kwam ik u verzoeken mij van twee uur af Eefje toe te vertrouwen : er is zulk prachtig ijs, daarna op Meerwaard heerlijke thee en vanavond in De gladde Vogel een gezellige samenkomst. Ik breng ze op tijd weer thuis.” — z/Ik heb er niets tegen, Dirk; ’t is oud gebruik, dat ik ook meegemaakt heb in mijn jonge jaren,” luidde het antwoord. — z/En dan zou ik nog iets willen vragen, boer. Je weet, dat ik erg veel houd van Eefje .... en Eefje zal ook wel willen zeggen, dat ze mij goed mag lijden . . . —■ «Dat is zoo, vader; je weet het al lang; ik heb het je gezegd,” viel Eefje in. —- //En daarom zou ik met Eefje willen trouwen; we hebban er den leeftijd toe en we hebben ook allebei de kracht om te werken voor den kost.” — z/Bsst, Dirk, ik geef mijn toestemming. Eef heeft een man noodig en jou houd ik voor een bovensten besten. Ik wil ja dus erkennen als vasten vrijer van mijn dochter. Je raag hierheen komen, als de werkzaamheden zijn afgeloopen.” (Wordt vervolgd.)
"FEUILLETON.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1918/07/10 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000502090:mpeg21:p00001