Zij, die zich met 1 APRIL a.». #p dit blad wensehen
te abouneecen, ontvangen de nog ln deze:] maand verschonende nummer» 6BATIS.
Zij, die zich met 1 APRIL a.». #p dit blad wensehen
te abouneecen, ontvangen de nog ln deze:] maand verschonende nummer» 6BATIS.
stemming raadsverkiezingen. ^ De minister van binnenlandsohe zaken heeft aan Gedeputeerde Staten bericht, dat de candidaatstelling voor de a.fl. s raadsverkiezingen 8 April plaats heefj a en de stemming zoo noodig binnen 45 c dagen na dien datum, dus vóór 24 Mei. p Naar mate de dag der stemming bepaald wordt op een dag vóór 15 Mei, (j dan wel op dien datum of later, zal de ^ stemming plaats hebben in het eerste ^ geval volgens de kiezerslijst 1918/19, s in het tweede geval volgens de kiezers- ( lijst, die 15 Mei van kracht wordt. £ Het ligt voor de hand, dat het de , voorkeur verdient de stemming te doen | plaats hebben volgens de kiezerslijst, die in 1919 van kracht wordt, en dat mitsdien de stemming ware te bepalen op een datum niet vóór 15 Mei. De minister heeft verzocht de aan- i dacht van de gemeentebesturen op het vorenstaande te doen vestigen, met uitnoodiging namens hem, zooveel mogelijk, ter uitvoering van art. 9 der Gemeentewet een beslissing te nemen in laatst— bedoelden sin. Itoteiv De minister van landbouw heeft tot de gemeentebesturen de volgende circulaire gericht: Naar aanleiding van den ruimeren aanvoer van grondstoffsn voor de margarinebereiding, waardoor het gebruik van boter voor de bereiding vzn mela'jge’s niet meer noodig is, en mede
gelet op de stijgende productie van boter, welke in dit jaargetijde vaa dag tot dag toeneemt, is het gewenscht voorgekomen de belemmerende bepaling van aflevering van boter te laten vervallen, en de rantsoeneering van boter met ingang van 24 dezer (dus na het beëindigen vaa de zevende periode vaa het derde tijdvak der nu geldende boterkaart), op te heffen en den binnenlandschen handel daarin vrij te laten. Tevens vervallen met ingang van genoemden datum da bepalingen betreffende hst karn verbod. De thans geldende maximumprijzen zullen gehandhaafd blijven tot 1 Mei e.k. zulks op grond van met producenten bij den aanvang van de winterperiode gemaakte afspraken. Hoewel de voorziening van boter in de gemsenten, met ingang van 24 dezer, voldoende door den handel zal worden bezorgd, is het wenschelijk geacht aan gemeentebesturen de gelegenheid te blijven geveh, om bij eventueel tekort aan boter in hunne gemeente de geweEschie hoeveelheden aan te vragen bij het Erdeka. De kaas raatsosneeriKg. Uit goed onderrichte kringen verneemt de „N.Crt.”, dat met 1 Mei a s. de rantsoeneering van kaas wordt op: geheven. Opheffing > teeltzegeling voos 1919. De minister van landbouw, nijverheid en handel brengt ter algemeene kennis, dat hij cm aan den land- en tuinbouw zoo spoedig mogelijk de zoo gewenschte t bedrijfsvrijheid terug te geveD, de be- schikkingen, regelende het ..verbod ol de beperking van den verbouw van a ingevolge art. 7 der Distributieneet 1916 - aangewezen gewassen (de z.g. teelts regeling voor land- en tuinbouwgewas- sen met inbegrip van dia voor tuine bouwzaden) heeft ingetrokken, zoodai
le verbouw van alle gewassen thans vrij kan geschieden. Hij vestigt er intusschen de aandacht rp, dat hij geenerlei toezegging ten ïanzien van den uitvoer van eenig product kan doen. Holens. De minister van landbouw heeft ingetrokken de beschikking van zijn ambtsvoorganger, van 8 Januari 1918, betreffende het verbod tot verkoop en aflevering van molens on andere werktuigen, bestemd voor, resp. geschikt tot het vermalen van granen, zoomede van de onderdealen van zoodanige molens en werktuigen. (St.Ct.) De Landarbeiderswet. De minister van landbouw brengt ter kennis, dat in bat belang van een goede uitvoering der Landarbeiders wet aan Gedeputeerde Staten het navolgend schrijven is verzonden: Het ligt in de bedoeling der Landarbeiderswet en is voor een goede uitvoering van deze wet van groot belang, dat bij de samenstelling en de keuze van het bestuur eener vereeniging of stichting en de toetreding van leden
eener vereeniging uitsluitend worde gelet op het beoogde doel en zij niet afhankelijk worde gesteld van eenige politieke of godsdienstige overtuiging, m. a. w , dat de vereeniging of stichting een strikt neutraal karakter draagt, üaarem is het raadzaam, dat in be, doald bestuur zooveel mogelijk vertegenwoordigd zijn de verschillende r richtingen, die zich voordoen in den : kring, waarover het lichaam zich uitstrekt as dat het lidmaatschap eener f vereeniging voor een ieder toegankei lijk zij, 5 Het is mijn voornemen uw college - bij de toezending der stukken, naar - aanleiding van de bepaling van artikel - 6, lsts lid, onder & der wet, uit te t noodigen, het advies van het bestuur
Van leners gemeen 10, gcegco» den kring eener vereeniging of stioh- « ting, waarvan de toelating wordt ver- < zocht, ook in te winnen over de vraag, 4 of de samenstelling en de keuze van het bestuur van zoodanig lichaam, alsmede de toetreding van leden eener 1 vereeniaing volgens de statuten voldoen 1 aan de eischen hierboven gesteld. De Distributie. Naar hot „Volk” verneemt heeft de Minister van Landbouw de Vereeniging van Nederlandsohe Gemeenten en de besturen van grooto gemeenten in ons land uilgenoodigd tot een vergadering in de tweede helft van Maart, in welke samenkomst met de leiders van de Rijksvoedsslzorg zal gesproken worden over de opheffing- van de distributie. Steunregeling voor gedemobilieeenden. (Officieel). Binnen enkele dagen is een nieuwe steunregeling voor gödemobiliseerden te wachten, welke zal geiden voor hen, die op of ®a 1 April a.s. huiswaarts keer en. Deze steunregeling zal minder geven dan de bestaande. Intusschen worden maatregelen genomen om te verzekeren, dat zij, wier vrijwillig verblijf onder de wa penen van groot belang is voor den dienst — wat o.a. het geval is met de buitengewone militaire commiezen —door de nieuwe steunregeling niet zullen achteruitgaan, wat betreft de uitkee, ringen, welks na vertrek met verlof j zullen geschieden. — Ingekomen is een wetsontwerp • tot wijziging der..Zegelwet 1917, welke wijziging aan da schatkist een jaarlijk* sehe bate van ongeveer f 4 000.000 zal s kunnen geven. r Voorgesteld wordt hat vaste zegel1 recht van vijf cent voor bewijzen van s ontvangst van gelden, deposito-bewijzen, r saldo biljetten, diploma’s van lidmaatschap, enz. te verhoogen tot tien cent en het evenredig zegelrecht van vijf cant-san iedere f 100, dat op de nota s van makelaars en commissionairs wordt geheven wegens den aankoop en verkoop van effecten (de zoogenaamde beursbelasting) te verhoogen tot 5 cent voor iedere f 50. Eenige dagen geleden stond de soldaat-kommies J. op post bij de grens in Oud-Vrcenhoven, tusschen het Jezuïtenklooster en den Tongerschen straatweg, toen 3 Belgische vrouwen kwamen die elk een kruik Bols-jenever smokkelden. De soldaat kommies hield ze aan en nam de jenever in beslag. Op dat oegenblik kwamen er een paar Belgische wachten aan, die den soldaatkommies een revolver voor hielden en dreigden te schieten, als hij de smokkelwaar niet teruggaf, zoodat hij bukkende voor de overmacht, dén vrouwen de kruiken teruggaf. Eenzelfde feit gebeurde een dag later, toen een bargerkommies dien post betrokken had. Hij kreeg een slag op de hand van -den toegeseboten Belg, die dus blijkbaar op Nederlandsch grondgebied was. Er is proces-verbaal opgemaakt en ds militaire autoriteit heeft de zaak in handen.
— De landbouwer F. Oomen te Chaam die ts vost hot paard leidde voor een ledige aaTdkar, bad het ongeluk onder den wagen te geraken: Hij kreeg een wiel over het lichaam en is aan de gevolgen overleden. — De ladicgmeester J. Maas zen, uit Heerlen, is tijdens het rangeeren op de bruinkoolontglnning „Bruuahilde” te Brunsum tusschen twee buffels verpletterd. Hij laat een vrouw met 8 kinderen aehter. Te Lemmer heeft het kind van den visseher P. P., bijna 1 jaar oud, zich zoodanig aan kokend water gebrand, dat het is overleden.
HOLLIDE HOOFD!. Novellette van \v'lLLY K F.RH. ^ , Pendant en vervolg van „Blijde Harten.” (Nadruk verboden.) 24) — „Ifc zal ze gaan openen,” lachte Ruizeweg, Mies bij de hand grijpend ter wandeling naar de huiskamer. — //Kijk niet te scherp naar mijn kapsel, Mies,” riep Geertje ; //ik heb in de verdrukking gezeten. . . . Maar jij mag je hoed wel afzetten.” z/Och, zus ... de mannen zijn zoo hardhandig, . . zuchtte Mies. . — //Mijn juk is zacht,” galmde Wigland; //maar neemt nu plaats, lieve menschen, en luistert naar de verslagen, die uitgebracht zullen worden. Ik neem het woord voor het eerste. Alzoo: al 1 • J ■ W/4A1* *’• tx
de papieren, die noodig aijn voor ue handlichting van het nu nog minderjarige lid dezer vergadering, zijn reeds in handen van den heer Herman Karei van der Weyde, die . morgen te tien uur precies met zijne dochter en twee getuigen in de openbare zitting van het kantongerecht verschijnt ter aflegging van zijne verklaring. Alles is voorbereid en afgesproken, In tien minuten loopt de plechtigheid af. Overmorgen is de verklaring aangeplak en staat ze in de Staatscourant en in een locaal dagblad. Dan is ze van kracht. Den 30° December regeert onze zuster zich zelve en den volgenden dag is ze op Meerwaard, omdat ze mag verblijven en wonen, waar ze wil.” _ — z/Dan kunnen we niet naar Hillegersberg vóór overmorgen, Geertje. Ik zal onze komst melden en aan San echrijven, hoe ze alvast mijn kruiden moet behandelen en alles gereodsetten.”
— //Duisternis, nietwaar Ruizeweg P h Geheimen, onbegrijpelijkheden, raai- I Beien, zooals het schoons geslacht er c I altijd heeft,” schertste Wigland. — „ Voor mij niet,” verklaarde Ruize- I weg; //Mies gaat bij Barend Ommeiing i kruidenbrood maken. En het spijt mij 1 zeer, dat ik er niet mee van kan eten. i Geertje kent Barend nog wel, dien vroolijkeu strooper te water en te < land.” , ■ < „Het zal voor dit jaar mijn laatste i bezoek en werk bij San wezen,” zei i Mies. //Ik neem er mijn dienstpakje : mee, want op Meerwaard wil ik ook de handen uit de mouwen steken.” Geertje moest hdt uitschateren, „Wat zullen Dirk en de meiden een schik met je hebben, Mies; ik ben in mijn werkcostuum ontoonbaar en Dirk gelijkt in het zijne volstrekt niet op een heer,” giebelde zij ; „maar wij zullen je wel aankleeden en dan mag je koken voor de zeugen en de biggen. Laat ik nu eens zeggen, waarom ik hierheen ben gezonden.” — „Juist, verslag nummer twee,” i riep Wigland. I „Toen de brief van Hannes gei lezen was, sprong Dirk als een jong s bokje door de kamer rond, al roepent de: ik moet mij bewegen, ik snoet mij
llü . jlJHk. HS'JOU «4.1J , «J bewegen 1 Daarop verlangde hij dade- « lijke publicatie vaa de engagementen. In het weekblaadje van Bendorp moeten < ze alle drie onder elkaar staan en overmorgen hoopt hij de onze te lezen in ( een dagblad, dat wij hem mosten toe- i zenden.” — „Dadelijk maatregelen, afdoende, 1 viel Wigland in; „alle toestemmingen ï zijn verkregen: Verloofd Marie van der i Weyde Hd. met Dr. Johannes Lucius Ruizeweg, arts; Geertje Ruizeweg met Mr. Frans Wigland, eaadidaat-notaris. Is dat evangelie goed ? Dan breng ik het persoonlijk dadelijk naar het bureau vaa mijn courant. Zet jij onderwijl een fleseh champagne op, dokter, dan •
manen we bij schuimende glazen naar Let vervolg luisteren.” De laatste woor- h Ion kwamen al uit de verte. ai „Inderdaad een afdoener!” zei a Hies. „Dat bleek hij vanmorgen ook. tr Jat hij ver daag nog mut de stukken U swam, moet Papa fameus tot bewondering geprikkeld hebben.” v — „Wigland is dezelfde geweest, al ie jaren, dat ik hem ken,” verzekerde h ie dokter, „ik noem hem den man met ie vijf talenten; nooit heb ik opge ~ n merkt, dat hij iets uitstelde. Hij zal £ zijn carrière wel maken.” — „Ik denk, dat zij n voort varend- o heid je bijzonder heeft aangetrokkén, w omdat je die ook bezit, Ruizeweg.” t — „Zeker, maar meer nog zijn op f veranderlijks blijmoedigheid en zijn; sin voor. mooi in ds letteren en da go- \ luiden, ’t Is zoo’n hoogbegaafde en 1 echt gezonde man, dat ik aan mijn i eenige zuster geen beteren zou kunnen s toewenechen. Dat hij jou heeft liefgekregen, Geertje, pleit voor jou en voor 1 hem; hat bericht heeft mij blij ontroerd, meer dan ik kan zeggen. Geer tja, ! ik doe jou nogmaals van harte, wat jij l mij deze» middagdeed, toen je Mies zag!^ „Wat deed ze dan, Ruizeweg?” ; vroeg Mies. — „Ze roemde ja mooie blije oogen en feliciteerde mij!” Hij omhelsde Mies en kuste haar op de oogen. — „Zoo, zet je zoo de champagne op P” stoof Wigland binnen ; „dan moet ik mijn scha inbalen.” — „Zachtjes, zachtjes,” moest Geertje hem in het oor fluisteren, „je moet me niet zoo verhopzakken, dat er niets oversohiet voor morgen.” Ruizeweg hsd ook Mies gegrepen, die opgesprongen was. — „Rui.. o ... Rui niet in den derden graad,” hijgde zij aan zijn hals, „anders zal ik die manier aan Wigland verklappen en loopt Geertje ook «net * blauws souvenirs.”
— „Moeder Natuur zal ze hem al s aebben icgegeven, denk ik,” koorde 1 sij alleen hem antwoorden, „zij is in $ allo graden van iiefde zoo’n groots meesteres. Maar liever nog dan kauf- a feien, wil ik zoenen bij gelegenheid.” t — „Wat moet ik nu zeggen, Ruize- i weg P” — „Foei, foei, moet je zeggen en het niet meenen.” '■ — „Mag ik nu het tweede deel van < mijn boodschap volbrengen P” vroeg ! Geertje. i — „Eerst moet de champagne komen, oordeelde Wigland ; „daar moet Ruize- : weg een paar minuten voor over hebben; het tweede deel moet bijzonder feèstelijk aangehoord worden,” — „We moeten ook Wim bij ons vragen,” vermaande Mies; „de wel lieve, maar toch wat erg opgewonden heeren dienen kalm te worden en hun alledaagsche wijsheid terug te vinden.” Na de vulling der glazen werd Wigland ernstig. — „Ik wil een goed woord spreken, Ruizeweg. Wie heeft ons dezen dag tot een vreugdedag gemaakt ? Wie is er de oorzaak van, dat ik dit uur zoo gelukkig met jelui mag doorbrengen P Wie heeft vastgezet, wat nog los wasP Het was de heer Herman Karei van der Weyde. Laat ons hem geluk toewenschen en veel blijdschap in de schemering van zijn leven. Laat ons op zijn lichamelijk en geestelijk welvaren drinken.” Miss was ontroerd terwijl de glazen werden opgeheven. — „Wat Papa meer is dan een zakenman, heb ik vandaag eerst ervaren; hij en ik hebben elkaar niet gekend. Wij zullen hém eoren en liefhebben, nietwaar Ruizeweg P” sprak ze. „ Wij zullen hem tot ons trekken, Mies, en in zijn gedachtsnkring w^, licht en leven trachten te brengen, ; beloofde de dokter. „Nu hat ver vols: van is bood -
ohap, Geertje, ging hij voort, „Wig»nd en Mies branden ven nieuwsjerigheid.” „Wij moeten hier te één uur onder gegeten te hebben vertrekken in niet aan de halte Ritseldijk, maar kan het station Bendorp uitstappen. Jaar waehten ons te drie uur Vader, Hoeder, Dirk, Eefje en Tulling. Met ;’n negenen wandelen we naar De dladde Vogel, waar te vier uur het rostslijkste familietafeltje wordt aandicht, dat op het dorp mogelijk is. Ds Kroonprins wou het zoo, om Moeder ille moeite te sparen, en de Oogappel uichte het toe, omdat zij Moeder wegens afwezigheid niet kon helpen. Te zes uur trekt het gezelschap naar de kerk, waar dan de heele gemeente bijeen is, aoodat de ouders eené even met hun nageslacht kunnen pronken. Na de preek van Dominee Gserlings rijden we naar Meerwaard, dat geïllumineerd zal zijn en waar de nabetrachting wordt gehouden. Van die .... hoe zei Vader ook P ja, van die agenda mogen we niet afwijken. Ik werd uitgezonden om jelui dat op hst hart te drukken. „Maar wij mogen de lieve agenda toch wel aanvullen P” vroeg Mies. „Op Nieuwjaarsdag moet er ook gegeten worden, nietwaar? Zouden wij daar samen niet voor kunnen zorgen, Geertje ? Kom morgen om tien uur ook naar het kantongerecht....” — „Heerlijk!” juichte Wigland^ „Ik moet er wezen; ik kom je halen.” „Dan brengen we daarna al de delicatessen bijeen, die de stad voor negen personen oplevert,” ging Mies voort. — „Gedenk je landbouw en veeteelt, lieve, ea da handen, die je uit de mouwen van je werkpakje wil steken,” lachte Ruizeweg. (Wordt vervclfld).