Eerste Blad. —* —~
Pelitiek Ov©mcht, fWBPiEK..) Op den merkwaardigen Zaterdag 28 Juni 1919 heeft men, wat nog nooit gebeurd is, wereldgeschiedenis geschreven bij minuten : het Vredesverdrag werd te 3 uur 14 geteekend door de Duitschers Bell en Müller, te 3 uur 15 door Wilson en zijne getuigen, te 3 uur 17 door Lloyd George en zijn gevolg, te 3 uur 23 door Clémenceau en zoo voort. En al hadden de Chineezën hunne handteekening geweigerd, te 3 uur 50 kon Clémenceau uitroepen : «De voorwaarden van den vrede zijn nu een voldongen feit! De zitting is gesloten !» Welzeker, de voorwaarden zijn een voldongen feit ; ze zijn klaar en af, voor zoover ze de onderwerping van Duitschland aan de «beschaafde» wereld ten doel hebben, maar ieder, die ze kent, is er van overtuigd, dat ze den vrede niet brengen. Eerst moeten nu de volksvertegenwoordigingen ze goedkeuren en dan moet nog het zwaarste volbracht worden : de uitvoering. Dr. Bernard Dernburg acht ze ónmogelijk. Hij herinnert er echter
aan, dat de Alduitschers, van de katholieke tot diep in de nationaal-Iiberale partij toe, geene zachtere of menschelijkere gesteld zouden hebben, indien ze gezegevierd hadden. ’ Ze hebben nu zelven te voldoen aan al datgene, wat ze den vijand toedachten in de jaren hunner hoogste verwachtingen. Och Ja, de menschheid is, zooals ze is en altijd was, hoogmoedig en verdwaasd in tijden van voorspoed, wanhopig en niet minder verdwaasd, als nederlaag en ongeluk zijn gekomen. Lloyd George, verleden Maandag in zijn Lagerhuis met uitbundig gejuich door zijne meerderheid ontvangen, noemde het verdrag «het meest omvattende en verstrekkende, dat ooit is gesloten, hetzij men let op het aantal en de beteekenis der naties, die er bij betrokken zijn, of op de eindelooze verscheidenheid der belangen en de uitgestrektheid der besproken landstreken of op de groote belofte van eene nieuwe toekomst, die den ganschen aard van de wereldorde kan veranderen en eene nieuwe wending kan geven aan de bestemming der menschheid.» Eene nieuwe wending aan de bestemming der menschheid ! Die zou
veroorzaakt kunnen worden door holle woorden, Japansch papier en zwarten inkt? Welbespraakte gevierde David, de menschheid is bestemd om blind te staan tegenover de toekomst, blind tegenover duizend verschijnselen, blind zelfs tegenover de eigen persoonlijkheid, en om te lijden, te strijden, teleurgesteld te worden en te midden van onvervulde wenschen te sterven. Uw verdrag is een gedenkteken van godloochening, boosaardigheid, wraakzucht en domheid ; het is eene verfijnde, venijnige zonde tegen den Heiligen Geest. De bestemming der menschheid ! Eeuwenlang is aan de arme menschheid voorgehouden, dat het hare bestemming was: mer op aarde God te dienen en Hem hiernamaals eeuwig te aanschouwen. Iets beters heeft niemand geweten. Er is slechts verschil van meening aangaande dat dienen: de een wil het doen met datgene, wat hij houdt voor goede werken, de ander wil het doen in tjeest en waarheid en met geiooven. Wat de menschheid het meest getroffen heeft, is art. 227 van het verdrag : «De geallieerde en geassocieerde mogendheden stellen in het openbaar Wilhelm II van Hohenzollern, exkeizer van Duitschland,», •— hij was maar Duitsch keizer, nietwaar ? — — «in staat van beschuldiging wegens de ernstigste schending van de internationale moraal en het heilig gezag der verdragen. Eene bijzondere rechtbank zal gevormd worden voor de berechting van den beschuldigde, waarbij hem de onmisbare waarborgen zullen gegeven worden van het recht van verdediging De rechtbank zal bestaan uit vijf rechters, benoemd door elke der vijf groote mogendheden : de Vereenigde Staten, Groot-Britannië, Frankrijk, Ita lië en Japan. De rechtbank zal rechtspreken op motieven, ingegeven door de verhevenste beginselen van de politiek, die tusschen de landen gevolgd wordt, en daarbij zorg dragen, dat de eerbied wordt verzekerd voor de plechtig aangegane verplichtingen en internationale overeenkomsten, evenals voor de internationale moraal. Deze rechtbank zal tot taak hebben de straf vast te stellen, die zij meent dat toegepast moet worden. De geallieerde en geassocieerde mo gendheden zullen tot de Nederlandsche regeering het verzoek richten den ex-keizer uit te leveren, opdat hij
kunne terechtstaan.» De internationale moraal ! De leer der deugden, die de volken hebben te beoefenen tegenover elkander ! Wij kunnen slechts ééne deugdenleer, die aan alle volken door het verbod van het tegendeel is ingeprent, de Tien Geboden, die voor alle natiën te allen tijde slechts hebben gegolden, omdat ze het eigenbelang tot grondslag hadden. En we kennen met al onze onderwezen tijdgenooten de deugden, die elk volk moet beoefenen, om aanspraak te kunnen maken op datgene, wat men beschaafdheid noemt : wé kennen de kardinale deugden, elke met haar gevolg, en de Christelijke der Bergrede en der apostolische lessen. . En alle vinden wij ze geschonden in het Vredesverdrag, dat luide iet recht van den sterkste uitroept, — vat trouwens het eenige recht is onler de menschen. Wie kan den sterk;te beletten aanklager, rechter en beul egelijk te zijn ? Wie kan hem beletten :ijne baatzucht te vermommen tot ver ïevenste beginsel der politiek ? Wij lebben nog veel prikkelende en hache : ijke gebeurtenissen te wachten, vóór : iet weer veilig wordt in het verarmde ; :uropa en men de schaduwzijde be- ; reurt van datgene, wat men nu viert 1 net blij gejuich. < De Franschen vieren feest den 16 1
Juli ; ze vertienvoudigen dan, wat zt anders aan pret hadden op dien nationalen gedenkdag. De Kamer heef aan de regeering een crediet var 3,500,000 francs tbegestaan, om haai in staat te stellen op dien dag vooi te gaan en voor te dansen. Bij de onderteekening van het Vredesverdrag is ook de Volkenbond geboren om straks de deur der droomwereld, den toegang tot de toovertuinen van de onmogelijkheid te openen. Straks. Tijdelijk moet het mensch dom nog het zoete brood van de hoop eten. Er is immers nog een en ander te beredderen ? Rusland en Hongarije moeten nog tot rust gebracht, Polen moet nog bevredigd, Tsjecho-Slowaiije en Italië moeten nog begrensd vorden. Is er niet een nieuw Turkije, :en nieuw Armenië, een nieuw [oodsch rijk te stichten ? Is nog niet dies te doen in en voor de brokken mn het oude .Oostenrijk ? Wat zal nen beginnen met Korea, met het veerbarstige China, met Siberië, met ie Oekrajine, met de volken, die op aad en daad wachten aan de kust
der Oostzee ? Er zijn nog twintig verdragen te teekenen. Wilson is naai huis gevaren, dadelijk nadat hij zijn naam op het japansche papier had geschreven. Hij is er al. Hij predikt waarschijnlijk alweer. Maar terugkeeren zal hij niet licht : hij laat het verdere werk in vertrouwen over aan de Engelschen en de Franschen, die met de Amerikanen een nieuw verbond hebben gesloten, bepalende, dat ze elkaar zullen helpen, als ze aangevallen worden zonder dat ze den aanvaller uitgetard hebben. Er is nu een nieuwe Raad van Vijven, die alles in orde zal brengen en ook het raderwerk van den Volkenbond te Genève zal smeren, opdat alles glad loope en de nieuwe bestemming van de mensch heid ontluike. Kan eene bestemming niet ontluiken ? Laat dan de schatkisten van Europa ontluiken, opdat de menschheid aangaande den inhoud gerust gesteld worde. Talloos zijn de hongerigen en de begeerigen-, die er veel uit verwachten. Met mooie en goede woorden zullen ze niet duurzaam in het riet te sturen zijn. Bij gelegenheid der onderteekening van het drukwerk op het Japansche papier is de koning van Engeland met twee telegrammen van felicitatie uit den hoek gekomen. Ze ziin onderfee-
I 11 VJIIUC1 icci kend «George, Rex-Imperator.» Dat is de laatste Rex-Imperator, dien Europa heeft. Hoe lang nog ? Zou men hem ook opgeëscht hebben, indien de Engelsche krijgsmacht het onderspit hadde gedolven ? Men mag van heiligheden wel zwijgen. Ze hebben niet de minste macht tegen de baatzucht. Wat hebben de Vier Beginselen en de Veertien Voorwaarden verleden v/eek beteekend ? Zelfs de Tien Geboden en de Twaalf Artikelen hebben allen invloed gemist waar het dagelijksch brood ontbrak. Sedert de groote taak der politieke wereld, de verplettering en onteering van Duitschland, af is, heeft het de schrijvers aan stof voor interessante lange opstellen ontbroken. Zij mogen het een geluk achten, dat het lezende publiek ook meer houdt van korte piLran+p nrpfnprirrsl a
kante gemengde berichten» Daarvan hebben we deze week overvloed gehjtl- Aangaande de hooge vergadering in de Spiegelzaal kwamen eene menigte bijzonderheden aan het licht : het Protocol, dat een college van ceremoniemeesters is, had vergeten President Poincaré en Maarschalk Foch uit te noodigen, zoodat deze twee groote mannen afwezig bleven en Wilson het eenige staatshoofd onder al de excellenties was ; de orde liet alles te wenschen over : er waren v/el tweehonderd ongenoodigde gasten in de zaal en veel vreemde gevolmachtigden hadden hunne nieuwsgierige lijdelijke vriendinnen meegebracht, zoodat niet alleen de heele, maar ook de pleizierige wereld, de deftige demimonde, vertegenv/oordigd was. Al de anderteekenaars zetten naast hun iaam hun persoonlijk stempeltje in 1 'ood lak ; dat van Wilson droeg zijn < ïaam in stenografisch schrift, eigen <
stelsel ; het kunstigst gegraveerde was dat van den Siameeschen hoofdgedelegeerde en het grootste dat van den zwarten minister van Liberia. De gesprekken waren heel levendig gedurende het schrijfwerk; alleen de Duitschers zijn stom gekomen en vertrokken, behalve dat er een nieste onder de openingsrede van Clémenceau, wat dezen daarna deed spreken van «le reich allemand» terwijl hij eerst gezegd had «la république allemande» Verder waren er onlusten en stakingen, vooral te Berlijn, waar alle verkeer geschiedt per pedes Apostolorum en men morgen misschien «de dictatuur van het proletariaat» uitroept in de hoop, dat die wat vette ham bij het zemelenbrood zal brengen . 1
"BUITENLAND.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1919/07/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000503080:mpeg21:p00001
"Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1919/07/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000503080:mpeg21:p00001
vergadering van Donderdag 26 Juni. Nadat de heer Beelaerts van Blokland tot commies-griffier benoemd was, kwamen verschillende kleine ontwerpen aan de orde, die alle na ampele beraadslaging werden goedgekeurd. Daarna werd besloten Dinsdagavond 8 Juli weder bijeen te komen als het eindverslag zou uitgebracht zijn nopens het salarisontwerp voor de onderwijzers.
"Eerste Kamer.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1919/07/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000503080:mpeg21:p00001
Vergadering van Donderdag 26 Juni. Met 49J16 stemmen verwierp de Kamer het voorstel-Wijnkoop, om diens interpellatie tegelijk met de interpellatie-Kruijt te behandelen. Aan de orde was daarna de beschikbaarstelling van gelden voor den lanleg van drinkwaterleidingen. Tegen de groote concentratie van fit ontwerp had de heer Bongaerts bezwaar, terwijl ook de heer Rutgers, lie dit ontwerp met ingenomenheid lad begroet, de bezwaren van den wigen spreker deelde. Daarentegen hoopte de heer De onge, dat dit ontwerp als een algeneen belang ook algemeene instemming zal vinden, waarna de heer Van leresteijn er op wees, dat hij niet oor een Rijksdrinkwaterleiding kon feiten.
Nadat de heer Snoeck Henkemans geconstateerd had, dat de regeering verklaard had, dat door deze regeling de autonomie en het initiatief der gemeenten niet aangeroerd zouden worden, beantwoordde de Minister van Arbeid de verschillende sprekers. Vervolgens werd het ontwerp z.h.s. goedgekeurd. Over het ontwerp tot aanleg van scheepvaartkanalen naar Twente werd na ampele beraadslaging met de irtikelsgewijze behandeling daarvan begonnen. Het amendement-Lely op artikel 1, )m een scheepvaartverbinding naar len IJsel bij Zutfen te maken, werd loor den Minister van Waterstaat ivergenomen. Tijdens de behandeling van dit ontverp stelde de heer Albarda, die onttemd was over het loslaten van het •anaal Almelo-Zwolie van regeeringsijde, een motie voor om nader te loen overwegen, of een scheepvaartverbinding van het Zwarte Water ver Zwolle naar Twente en Almelo iet noodzakelijk zou zijn. Die motie
zou woensdag 2 Juli in behandeling komen. Een motie-Lely tot aanleg van een zijkanaal naar Winterswijk en Haaksbergen, zou eveneens op denzeifden dag in behandeling komen. Intusschen werd het ontwerp zelve z.h.s. goedgekeurd. Bij de behandeling van de interpellatie-Kruijt, welke nu volgde, betoogde de interpellant, dat de Russen in ons land onrechtvaardig behandeld werden. Hij uitte verschillende klachten over de geneeskundige behandeling, de voeding, het schoolgaan der kinderen, enz. Ten slotte vroeg deze spreker, of de Ned. regeering het vertrek onmogelijk maakte van vreemdelingen, die ons land wilden verlaten. De Ministers van Binnenlandsche Zaken en Justitie deden in hun antwoord uitkomen, dat de interpellant geen enkel feit had genoemd, dat de wet niet werd nageleefd. Daarover ontstond nu een vrij levendige discussie, tot ten slotte het voorstel-Nolens werd goedgekeurd, om het ontwerp voorloopig van de agenda af te voeren, waardoor de vragen later nader behandeld zouden kunnen worden. Ten slotte werd de motie-Beresteijn
betreffende een algemeen werkplan voor het stichten of inrichten van gebouwen voor departementen enz. s.h.s. aangenomen. Na goedkeuring van eenige kleinere jntwerpen werd de vergadering tot Woensdag 2 Juli verdaagd.
"Tweede Kamer.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1919/07/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000503080:mpeg21:p00001
CCCCXXXI. Multatuli ontwaarde dat de bevolking van Bantam Kedoel arm was en daarover was hij verheugd in het binnenste van zijn ziek Het kost eenige moeite om te begrijpen waarom hij daarover blijde was. De ervaring heeft echter menigeen geleerd dat rijk dom eens volks nadeelen heeft. In het klein zien wij dat in den Haag Er is een tijd geweest dat den Haag als gemeente rijk was, zóó rijk dat ’s jaars drie kwart millioen werd overgehouden. Men wist toen niet goed wat men daarmede moest aanvangen en ten slotte besloot men er asfalt straten voor aan te leggen. Men had ;r misschien beter dingen mee kunnen foen. Het ergste was dat die rijkdom n den bol van het gemeentebestuur sloeg : men meende dat het niet op con. Thans is de gemeentekas leeg, leer leeg. En nu nog werkt na de >ude ijdelheid van groot te willen loen. In dezelfde veKraderinp- van
den raad waarin men den gasprijs van 10 op 16 cent gaat brengen wordt besloten plannen te ontwerpen voor een stadhuis en voor musea. Een dergelijke handelwijze doet denken aan den man die op het punt staat failliet te slaan en die nu eens fijn gaat fuiven. Armoede is voor een Staat en dus ook voor een stad een deugd, ik ben het met Multatuli volkomen eens. Armoede maant tot zuinigheid en wie eenmaal aan zuinigheid gewend is weet te sparen en dus zuinig te blijven. Het kind dat in weelde is grootgebracht leert het nooit. Den Haag was een tijdlang weeldekind. Maar de beenen waren te zwak ! Er is met geld gesmeten op een wijze die niet door den teugel kan. En nu is armoe troef. Nu heet het plotseling dat er aan alle canten een tekort bestaat. Juist nu :ou het tijd zijn eens te herinneren tan de dwaze over-den-balk-gooierij mn vroeger. De raadsleden die daartan hebben meegedaan zijn afgedankt if liggen op het kerkhof; van de nieuve is nop- minrïpr fp uprwaphion
wc is nug minuer ie verwacnten. Voor een nieuw raadhuis en voor de musea zullen thans de heeren Berlage en de Bazel worden uitgenoodigd om ontwerpei* te maken. Van een prijsvraag wilde men niet weten en dus weten wij vooruit wat wij zullen krijgen. Nu, aan monumentale gebouwen hebben wij in den Haag niet te veel. Het paleis voor «Landbouw», gelijk het nieuwe departementsgebouw pleegt genoemd te worden, heeft niet veel van een kunstwerk. Het artistieke rijmt zich trouwens moeilijk met het practische. Bij het oprichten van een dergelijk groot gebouw is het in de eerste plaats van belang dat er veel ruimte is en in de tweede plaats dat het gemakkelijk kan uitgebreid worden. Aan den laatste*1 eisch voldoet dit dapartementsgebouw zeker niet tenzij men van neening is dat men er het Haagsche Soseh wel aan kan wagen. Het Is naar zonderling zooals men bij derjelijken bouw omspringt. Een typisch staaltje moeten wij daarvan eens meeleden. Er is dikwijls op aangedronlen dat de nieuwe rijksgebouwen niet n het centrum van de stad zullen worlen opgericht. De grond is daar zeer luur, de plaatsruimte beperkt. Borendien heeft het dat tegen dat alle imbtenaren vèr van hun bureau afzonen. De woonwijken zijn nu eenïaal buiten-af. Waarlijk men ging de goede ge-
■en bibliotheek in een buitenwijk. ,ater had dit departement een bureau , ioor den geneeskundigen dienst nooli£ Weer ging men naar een buitenwijk. Maar nu naar een geheel anieren hoek van de stad. Op die maaier wordt het verband tusschen de onderdeden niet bijster gemakkelijk. Met dien keuringsdienst hebben zeer velen temaken ; ieder die naar lndie gaat moet er gekeurd worden. Van buiten de stad komen er geregeld gegadigden. Nu zou men denken dat dit gebouw geplaatst werd zóo dat het tusschen de beide groote stations in lag. Neen, zoo slim was men met. Men plaatste het bureau dicht bij de Scheveningsche visschershaven. Van de Hollandsche spoor heeft men drie kwartier noodig, twee trams om ei te komen ; van de Staatsspoor vijl en twintig minuten,per electrische tram. Wanneer het iemand werd opgedra-
Wanneer nei ïeiuauu —• . gen de meest ongeschikte plaats uit ' te zoeken dan had hij er niet beter in i kunnen slagen dan thans het geval is. Dit moet gezegd : het is een mooi bureau en de vraag moge rijzen of voor dit doel zoo’n fraai gebouw noodig was, het blijft werkelijk heel fraai. Ot het duur is, of het lastig is voor allen die het daar in een afgelegen buiten straatje moeten zoeken, doet minder ter zake. Opmerkelijk is het, dat Koloniën voor zoo’n dienstje een prachtier gebouw zet en dat voor postkantoren en belastingkantoren in de buitenwijken geen plaats te vinden schijnt te zijn. De postkantoortjes in den Haag zijn klein en schriel ingericht. En opmerkelijk is dat de Staat reusachtige huren betaalt. Ik weet een postkantoor dat in een benedenhuis is gevestigd dat misschien 300 gld. huur waard is. De Staat betaalt er precies duizend gulden huur voor en heeft een contract van tien jaar. | Na tien jaar heeft de Staat precies het gansche huis betaald en heeit dan precies niets. Toch wordt steeds be-
toogd dat de Staat oeter uki ua j geen eigen kantoren in te neuten”. . Liever huurt men tijdelijk woningen , In de crisisjaren heeft men de theorie ] ook verkondigd en liever heeft men ( vijf jaar lang de fabelachtigste huren ( betaald. Helaas zal het nooit mogelijk zijn daarvan een volledig overzicht te krijgen; dat alleen zou een denkbeeld geven van het schitterend financieel beleid. De rijksbetaalmeester in de vorstelijke residentie heeft als kantoor nog steeds een paardenstal waaruit zelfs de afscheidingen nog aan den ouden stal herinneren. Voor de inrichting van een behoorlijk kantoor waar honderden gepensioneerden hun pensioen moeten afhalen, heeft men nooit een cent over gehad. Opmerkelijk was altijd dat als argument werd opgegeven dat in den omtrek van het oude kantoor geen localiteit was te vinden. Sinds jaren zijn er tal van kantoren gevestigd ! Voor het geachte publiek maakt men geen kopzorgen. Dat heett | te betalen en te wachten. HAGENAAR.
"Brieven uit de Hofstad.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1919/07/05 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000503080:mpeg21:p00001